Annual Report • Apr 26, 2019
Annual Report
Open in ViewerOpens in native device viewer

JAARVERSLAG 2018


06 Woord van de Voorzitter
07 Rebranding: tijd voor een nieuwe, frisse look
04
Inleiding
08 CEO review: een hernieuwde visie


09 2018 Financieel bekeken
10 Hoogtepunten van 2018


12 Maatschappelijk verantwoord ondernemen
14 Onze waarden 16 Jaaroverzicht 2018

34 Geconsolideerde jaarrekening
75 Verslag van de Commissaris
82 Beknopte jaarrekening
Producten ontwikkelen die mens en natuur beschermen, is een wezenlijk onderdeel van ons DNA. Via veilige, verantwoorde processen creëren we telkens weer nieuwe materiaaloplossingen uit afval.
Als enige bedrijf in de Benelux recycleert Campine loodzuurhoudende autobatterijen. Door het lood en het zuur te herwinnen, vermijden we jaarlijks een afvalberg van 80 miljoen kilo loodzuurbatterijen.
Verder zijn we, na China, wereldwijd de grootste producent van antimoontrioxide. Dit is de belangrijkste brandvertrager voor plastics en textiel. Antimoontrioxide wordt onder meer gebruikt in huishoudapparaten en in de bouw. Bij brandincidenten redt deze brandvertrager jaarlijks duizenden mensenlevens.


In haar nieuwe businessplan verankert Campine haar doel om nog actiever deel te nemen aan de kringloopeconomie en om een veilige nulafvalmaatschappij te creëren. De eerste acties werden in de loop van 2018 ingevoerd.
Campine behaalde bemoedigende resultaten in veiligheid, milieubescherming, nieuwe investeringen, commerciële ontwikkeling en operationele effectiviteit, zowel op technisch als op financieel vlak. Bij deze cultuurverandering past een fris en dynamisch imago. Samen met een open, transparante communicatie zorgt dit nieuwe merkimago voor een groeiende zichtbaarheid en voor extra naamsbekendheid in de markt.
Ondanks een algemene negatieve evolutie van de aandelenmarkt, steeg in 2018 de koers van het Campineaandeel met 19%. " "
Vanwege haar diverse samenstelling voldoet de Raad van Bestuur van Campine aan de Corporate Governance-code. Ook de tweejaarlijkse evaluatie van de raad werd unaniem zeer positief beoordeeld. Verder verloopt de samenwerking tussen de Raad van Bestuur en het uitvoerend management uitstekend.

Ondanks een algemene negatieve evolutie van de aandelenmarkt, steeg in 2018 de koers van het Campine-aandeel met 19%. Het jaar 2018 werd immers gekenmerkt door geopolitieke en wereldwijde economische spanningen. Dit leidde tot dalende grondstoffenprijzen voor de meeste metalen, ook voor lood.
Voor de volgende jaren engageert Campine zich om haar kernactiviteiten te versterken en om nieuwe producten en materialen met een nog hogere toegevoegde waarde te ontwikkelen. Zo sluit het bedrijf helemaal aan bij de macrotrend van meer duurzaamheid, meer recyclage en meer aandacht voor mens en milieu.
Patrick De Groote Voorzitter van de Raad van Bestuur
Met haar resolute keuze voor de bescherming van mens en milieu heeft Campine een fantastisch verhaal te vertellen. Dit kan niet onopgemerkt blijven. Een nieuw, fris en dynamisch merkimago en heldere, gepaste communicatie zijn hiervan een logisch gevolg.
De nieuwe kleuren van Campine reflecteren de oranjerode gloed van het gesmolten metaal. Onze ovens stralen zeven dagen per week én 24 uur per dag deze kleurschakering uit. Zij vormen het hart van onze industriële processen.
De 'krul' in de C van het nieuwe logo symboliseert onze activiteiten in de kringloopeconomie. Ze staat voor de inkomende afvalstroom die verwerkt wordt en uitstroomt in een reeks nieuwe materialen. Tegelijk belichaamt ze de druppel van onze onophoudelijke smeltprocessen.

Campine kiest voor een nieuw, uitgebalanceerd vijfjarenplan. In haar businessplan formuleert ze haar duidelijke visie, zodat de stakeholders weten wat ze kunnen verwachten:
Centraal staat onze actieve deelname aan een afvalvrije maatschappij. In de kringloopeconomie van vandaag is dit een logische en toekomstgerichte keuze.
Volwaardige business unit Metals Recovery De jongste decennia leverde Campine baanbrekend werk in het recycleren van autobatterijen. Maar liefst 99% van deze loodzuurbatterijen wordt hergebruikt. Dit maakt dat de loodzuurbatterij in de westerse wereld één van de best gerecycleerde producten is.
Dit betekent eveneens een diversificatie voor Campine, waarmee we eensklaps een belangrijke speler worden in de groeiende plastics recycling markt. " "

Dankzij onze expertise in loodherwinning, kunnen we ook andere metalen herwinnen uit industriële afvalstromen, zoals tin, zilver, goud en antimoon. Deze recyclage-uitbreiding werd in 2018 erkend als volwaardige business unit en kreeg de naam Metals Recovery.
Extra diversificatie door plastic te herwinnen In het vierde kwartaal van 2020 plant Campine de start-up van het herwinnen van polypropyleenplastic uit batterijen (hierna: ppkunststof). De investeringskredieten hiervoor zijn intussen goedgekeurd. Door ook een belangrijke speler te worden in de markt van 'plastics recycling' diversifieert Campine zich opnieuw.
Volledig gerecycleerde vlamvertragende masterbatch
Ook in de markt van de chemische producten wint de kringloopeconomie aan terrein. Als enig bedrijf ter wereld vervaardigt Campine, antimoontrioxide uit antimoonhoudend afval naast het gebruik van de klassieke minerale ertsen. Zodra we dit combineren met de herwonnen PP-kunststof, leidt dit tot een volledig gerecycleerde vlamvertragende masterbatch, wat uniek is in onze industrie.
Wim De Vos CEO
OMZET
€ 210,3m
€ 8,1m
RESULTAAT NA BELASTINGEN
€ 5,8m
SOLVABILITEITSRATIO


■ Metals Recovery ■ Lood
Antimoon Plastics Lood Metals recovery



In augustus neemt Campine het nieuwe filtergebouw voor de loodrecyclage-oven in gebruik: het resultaat is 15% meer recyclagecapaciteit en 30% minder uitstoot.

In de maand mei beslist Campine om te investeren in het recycleren van PP-kunststof uit gebruikte autobatterijen.
75% minder arbeidsongevallen

meer winst voor de divisie Specialty Chemicals
Geopolitieke en wereldwijde economische spanningen hebben in de tweede helft van 2018 geleid tot dalende grondstoffenprijzen, met name lood.

Maatschappelijk verantwoord ondernemen is geen modewoord of een loutere verbintenis voor marketingdoeleinden. Het maakt wezenlijk deel uit van de natuurlijke evolutie van onze bedrijfscultuur. Ook onze werknemers, leveranciers en businesspartners engageren zich hiervoor en dragen deze nieuwe bedrijfscultuur mee uit.
Op lange termijn wil Campine alleen nog afvalproducten herwerken tot nieuwe materiaaloplossingen voor de klant. Dit is uniek. Zo maken we dan ook het verschil binnen de bedrijfssector. Met dit maatschappelijk verantwoord ondernemen evolueren we naar een businessmodel voor industriële activiteiten die respectvol omgaan met alle aspecten die een invloed hebben op mens en milieu.
Campine spant zich permanent in om de duurzame VN-ontwikkelingsdoelstellingen te behalen. In 2018 boekten we vooruitgang in:

In onze sector is veiligheid topprioriteit. Ons hr-departement introduceerde dan ook verscheidene interne welzijnsprojecten, zodat onze werknemers zich goed en veilig voelen. Onze inspanningen hebben ertoe geleid dat de 'ongevallen met werkverlet' gedaald zijn met maar liefst 75%.
Om te begrijpen hoe onze materialen en afgeleiden ingrijpen op het menselijk lichaam, nam Campine deel aan een reeks onderzoeksprojecten. Ook cofinancieren we wetenschappelijk onderzoek via onafhankelijke organisaties als the International Lead Association (ILA) en the International Antimony Association (i2a).
Bedoeling is om te voorkomen dat werknemers, downstreamproducenten en hun gebruikers negatieve effecten ondervinden van onze materialen.
Tot slot passen we de werkomstandigheden voortdurend aan, zodat onze werknemers zich zowel fysiek als mentaal goed blijven voelen.

Campine verwierf de ISO-certificaten 9001 en 14001. Dit betekent dat onze productieprocessen zorgen voor een uiterst effeciënte recyclage van afvalstromen en dat onze werknemers zo zijn opgeleid dat hun werk zo min mogelijk impact heeft op het milieu en op de buurtbewoners.

Onze sector is van nature energie-intensief. Daarom zoekt Campine continu naar meer energieperformante processen en oplossingen. Dit resulteert in diverse energiebesparende projecten.

Campine wil een 'nullozing' van afvalwater realiseren en de uitstoot van schadelijke stoffen verder beperken. Doordat Campine midden 2018 investeerde in een nieuwe filter voor haar loodhoogoven, realiseerden we eind 2018 een uitstootvermindering van meer dan 30%.
Verder is Campine eigenaar van 20 hectare natuurgebied met een grote diversiteit aan fauna en flora. Dit natuurgebied is toegankelijk voor het publiek. Dat kan er rustig en in alle stilte genieten van een ongerepte, natuurlijke omgeving. Verder bouwden we een "vleermuizenhotel" om de migratie van deze dieren langs de kanaalas Antwerpen-Dessel te intensifiëren. De inhuldiging vond plaats tijdens het vleermuizenweekend in november 2018.
Duurzame ontwikkeling wordt almaar meer deel van ons DNA. Onze ambitie is om hiervoor in 2019 ook de methodologie, principes en doelstellingen vast te leggen. Via een implementatieplan willen we hiermee effectief starten in 2020.

Veiligheid is onze topprioriteit

We engageren ons in de dingen waar we een belangrijke bijdrage kunnen leveren

We beslissen, handelen en werken de zaken af die we opgestart hebben
We houden het graag eenvoudig

Wij durven neen te zeggen

Wij hebben respect voor mens en milieu


De Raad van Bestuur van Campine nv doet hierna verslag aan de aandeelhouders over de activiteiten en de resultaten van de vennootschap over het boekjaar 2018. De geconsolideerde jaarrekening, de enkelvoudige jaarrekening en dit jaarverslag werden goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 28 februari 2019 en worden voorgelegd aan de algemene vergadering van aandeelhouders van 28 mei 2019.
BUSINESS UNITS ANTIMOON EN PLASTICS FUSIONEREN TOT DIVISIE SPECIALTY CHEMICALS In 2018 stemt Campine haar operationele organisatie af op de markten door haar business units logisch en efficiënt in te delen. Zo brengt ze de units Plastics en Antimoon onder in de divisie Specialty Chemicals. Beide units gebruiken immers dezelfde toepassingen voor dezelfde klanten. Ook de interne managementstructuur en de financiële rapportering sluiten aan bij deze herindeling.
Gevolg is dat de divisie Specialty Chemicals nu alle productieactiviteiten omvat om te leveren aan de eindmarkten met chemische producten en derivaten. Ze omvat namelijk de productie van:
In mei 2018 kondigt Campine haar nieuw businessplan aan, waarin ze bevestigt ook andere metalen dan lood te recycleren. Deze extra recyclage kan probleemloos ondergebracht worden in de divisie Metals Recycling. Het recyclageproces van andere metalen is immers verwant aan onze loodrecyclage. Bovendien gaat het ook hier om dezelfde leveranciers en klanten.

De hoofdactiviteit van de divisie Metals Recycling is de productie van loodlegeringen (vroeger deel van business unit Lood). Nu voegen we hier een groeiende activiteit aan toe, namelijk de recyclage van metalen als antimoon en tin (vroeger deel van business unit Antimoon).
Kortom, de divisie Metals Recycling omvat nu alle activiteiten waarbij metalen uit afval gerecycleerd en hergebruikt worden; zowel metalen uit industrieel afval als uit post-consumer afval.

Ook in 2018 boekt Campine goede resultaten. Zo behalen we het op twee na beste nettoresultaat van € 5,83 miljoen. Ondanks een volumegroei van 2,7% daalt de omzet lichtjes met 2,9% vanwege de dalende metaalkoersen. Die zakten immers fors in de tweede helft van 2018.
Met een solvabiliteitsratio van 48% (eigen vermogen/totaal passiva) scoort Campine bij de beste uit de sector. Om het nieuwe businessplan mogelijk te maken, slaagt het management erin om de behoefte aan werkkapitaal te beperken. Inmiddels werd in 2019 een bijkomend investeringskrediet goedgekeurd van € 4,5 miljoen bovenop de per 31 december 2018 bestaande financieringsfaciliteiten zoals toegelicht in de geconsolideerde jaarrekening.


Verkoopvolumes stegen tot ongeveer 15.600 ton wat een stijging van 4% tov 2017 vertegenwoordigt.
Kenmerkend voor 2018 is een spectaculaire verbetering van het operationeel resultaat. Het bruto bedrijfsresultaat (EBIT) verviervoudigt van € 0,8 miljoen tot € 3,2 miljoen.
De voornaamste redenen zijn dat we nieuwe contracten aan betere voorwaarden hebben afgesloten en dat we nog efficiënter 'operational excellence' technieken geïmplementeerd hebben.

De omzet is nauw verbonden met de prijsevolutie van het antimoonmetaal. De gemiddelde Metal Bulletin antimoonprijs in 2018 ligt rond 7.050 €/ton, wat circa 5% lager ligt dan de gemiddelde prijs in 2017 (7.400 €/ton).
De verkoopvolumes namen licht toe (+2% in
vergelijking met 2017) tot ongeveer 62.700 ton.
De omzet hangt sterk af van de koers van lood en andere metalen. Dit geldt ook voor het resultaat bij het recycleren van deze metalen. In de eerste helft van 2018 lopen de meeste metaalkoersen nog gelijk met de relatief hoge prijzen van 2017; tot juli 2018 noteert lood gemiddeld zo'n 2.000 €/ton, maar die prijs zakt in de herfst weg tot zo'n 1.700 €/ton (zie grafiek).


Hierdoor daalt in de business unit Lood zowel de totale jaaromzet als het bruto bedrijfsresultaat: de jaaromzet daalt met 5% tot € 123,7 miljoen, het bruto bedrijfsresultaat daalt met 71% tot ongeveer € 3,1 miljoen.
De business unit Metals Recovery, waar ook tin, antimoon en edele metalen gerecycleerd worden, zet een sterk resultaat neer. Zo groeit het bruto bedrijfsresultaat van € 1,1 miljoen tot € 1,8 miljoen. Dit is een stijging van 64%.
In 2019 verwacht Campine de positieve resultaten van de twee vorige jaren verder te zetten en een solide basis te leggen voor een winstgevende groei.
Eind 2018 stagneert de vraag naar producten van de divisie Specialty Chemicals. Het eerste kwartaal van dit jaar kwam traag op gang, maar intussen stijgt de vraag opnieuw en ook het tweede kwartaal kondigt zich sterk aan.
In december 2018 neemt Campine een nieuwe menginstallatie voor pvc-compounds in gebruik. Dit moet ons toelaten te groeien in de markt van vlamvertragende pvc-masterbatches, een niche waarin we voordien niet actief waren.
Ondanks de aarzelende start verwachten we in deze divisie verder te groeien.
De divisie Metals Recycling kent een positieve start. Eind 2018 dalen de prijzen voor afgedankte batterijen en ander loodafval terug tot een evenwichtiger niveau ten opzichte van de lagere loodkoers. In januari en februari 2019 stijgt de loodprijs van ongeveer 1.700 €/ton tot meer dan 1.850 €/ton. Die stijging heeft een positieve invloed op onze marges voor metaalrecyclage. Daarnaast verwachten we in 2019 extra volumes dankzij de capaciteitsuitbreiding van de loodrecyclage-oven in 2018.
Tot slot bereiden we dit jaar enkele belangrijke investeringen voor die vanaf 2020 moeten leiden tot een hogere capaciteit en extra diversificatie.
Onze Raad van Bestuur: (vlnr) D. Brughmans, P. De Groote, W. De Vos, F.-W. Hempel, A. Nuyttens, H.-R Orgs
Campine beschouwt haar medewerkers als één van de bronnen van haar succes. Bij ons is elke medewerker uniek door zijn specifieke kennis, levenservaring, talenten en andere kenmerken.
Dankzij ons diversiteitsbeleid krijgen we sterke, complementair samengestelde personeelsteams; onder onze medewerkers tellen we mannen en vrouwen van verschillende nationaliteit, leeftijd, geloofsovertuiging…
Ook voor de samenstelling van haar Raad van Bestuur voldoet Campine aan de Corporate Governance regelgeving rond genderdiversiteit.
Op 7 februari 2019 werd een definitief vonnis uitgesproken mbt de gerechtelijke procedure ivm de batterijhal. Dit zal leiden tot een positief resultaat alsook een vrijgave van de geblokkeerde gelden in het eerste semester van 2019. Voor het overige waren er geen belangrijke gebeurtenissen – die Campine beïnvloeden – na het afsluiten van het boekjaar.
Voor een gedetailleerde beschrijving verwijzen we naar waarderingsregel 5.2.6 Financiële instrumenten van de Geconsolideerde jaarrekening 2018 verder in dit verslag.
Er waren geen omstandigheden die in aanzienlijke mate de ontwikkeling van het bedrijf hebben beïnvloed.
Er wordt voortdurend aan onderzoek en ontwikkeling gedaan ter verbetering van de beheersing van onze productieprocessen en de toepasbaarheid van onze producten in specifieke markten. In iedere business unit lopen onderzoeksprojecten in samenwerking met klanten om tot nieuwe innovatieve producten te komen.
De Raad van Bestuur stelt voor een dividend uit te betalen van € 1,875 miljoen op basis van de 2018 resultaten. Over het jaar 2017 werd een dividend van € 2,325 miljoen uitbetaald.
Voor de audit- en niet-auditdiensten werd aan de Commissaris een totaal van € 114.770 voor de Groep betaald. De niet-auditdiensten in 2018 bedroegen € 29.300 en bestaan uit andere controleopdrachten.
De Raad van Bestuur stelt voor kwijting te geven aan alle Bestuurders en aan de Commissaris voor hun mandaat in 2018.
Zie samenstelling Raad van Bestuur.
De Raad van Bestuur verklaart dat voor zover hen bekend:
Campine's Corporate Governance Charter is gebaseerd op de principes van de Belgische Corporate Governance Code 2009. Het Charter omschrijft oa de bestaande procedures en reglementen ivm corporate governance, de werking van de Raad van Bestuur en haar comités (Auditcomité, Benoemings- en Renumeratiecomité en Strategiecomité). Het wordt bijgewerkt bij wijzigingen in de Belgische Corporate Governance Code of in Campine's Corporate Governance model. Het Charter is terug te vinden op de website (www.campine.com) bij "Voor investeerders/ Aandeelhoudersinformatie".
Deze Corporate Governance Verklaring vermeldt de effectieve toepassing van het Corporate Governance Charter in 2018. Ze is opgesteld volgens het "comply or explain"-principe. De aanbevelingen 2.3, 5.5 en 5.2/4 van de Corporate Governance Code worden niet of slechts gedeeltelijk gevolgd. De reden hiervan vindt u verder in deze Verklaring.
Het vennootschapskapitaal is vastgesteld op € 4.000.000, vertegenwoordigd door 1.500.000 aandelen zonder vermelding van nominale waarde. Het kapitaal is volledig gestort. Elk aandeel heeft recht op één stem. Er zijn geen specifiek wettelijke of statutaire beperkingen op de overdracht van deze aandelen, geen bijzondere zeggenschapsrechten noch aandeelhoudersovereenkomsten.
Volgens de kennisgeving van 7 december 2018 is de aandeelhoudersstructuur:
| Naam | Aantal aandelen |
% stem rechten |
|---|---|---|
| Hempel Special Metals Holding GmbH Weißensteinstraße 70, 46149 Oberhausen, Duitsland |
540.000 | 36,00% |
| F.W. Hempel Metallurgical GmbH Weißensteinstraße 70, 46149 Oberhausen, Duitsland |
537.900 | 35,86% |
De overige aandelen (28,14%) zijn, voor zover de Vennootschap weet, in handen van private investeerders. In 2018 heeft Campine geen melding ontvangen van andere aandeelhouders ivm een participatie die valt onder de Belgische Transparantiewetgeving.
Voorzieningen in geval van openbare overnamebieding staan vermeld in de Statuten artikel 7 (Toegestaan kapitaal) en artikel 12 (Verkrijging van eigen aandelen).
De regels i.v.m. de uitoefening van het stemrecht staan vermeld in artikel 10 van de Statuten. Er zijn geen aandeelhouders met speciale zeggenschapsrechten. Er zijn geen statutaire beperkingen betreffende de uitoefening van het stemrecht.
Regels ivm de benoeming en vervanging van Bestuurders staan vermeld in artikels 13 (Samenstelling van de Raad van Bestuur) en 14 (Voortijdige vacature) van de Statuten.
Op 31/12/18 had de Vennootschap een Raad van Bestuur van zes leden waarvan één uitvoerende Bestuurder en vijf niet-uitvoerende Bestuurders. Van deze vijf niet-uitvoerende Bestuurders zijn er twee onafhankelijk:
• Niet-uitvoerend en onafhankelijk Bestuurder vertegenwoordigd door haar vaste vertegenwoordiger mevr. Dina Brughmans (benoemd op 22/05/18 voor een termijn van 3 jaar) en hierna genoemd "FLG BELGIUM";
• HR and Change Management senior Advisor with SABCA
• Niet-uitvoerend en onafhankelijk Bestuurder, vertegenwoordigd door haar vaste vertegenwoordiger dhr. Christian Dewulf.
Geen enkele Bestuurder heeft een bijkomend mandaat in een Belgische beursgenoteerde vennootschap.
Campine hanteert de onafhankelijkheidscriteria zoals vermeld in het Corporate Governance Charter. De onafhankelijke Bestuurders verklaren dat zij voldoen aan art. 526ter van het Wetboek van Vennootschappen.
Bepaling 2.3 van de Corporate Governance Code vraagt minstens drie onafhankelijke Bestuurders. Gezien de beperkte omvang van de Raad van Bestuur had Campine op 31/12/18 slechts 2 onafhankelijke bestuurders.
Diversiteitsbeleid: Met een Raad van 6 personen kan er efficiënt beslist worden én kunnen alle Bestuurders aanzienlijk bijdragen aan de vergaderingen met hun ervaring en kennis. Bij het samenstellen van de Raad van Bestuur, zorgen we ervoor dat de Bestuurders over complementaire competenties beschikken.
Bij een benoeming stelt het Benoemings- en Remuneratiecomité – op basis van een evaluatie van de bekwaamheden, kennis en ervaring - een profiel op waaraan de kandidaten moeten voldoen.
Vennootschapssecretaris: De functie van vennootschapssecretaris wordt uitgeoefend door mevr. Karin Leysen. Zij ziet er op toe dat de procedures van de Raad van Bestuur worden nageleefd en dat de Raad van Bestuur handelt in overeenstemming met haar verplichtingen onder de wetgeving, de Statuten en de interne regels en reglementen.
De Raad van Bestuur vergadert gemiddeld vier keer per jaar. Zo blijft de Raad van Bestuur op regelmatige en continue wijze op de hoogte van de geconsolideerde en niet-geconsolideerde resultaten, de algemene stand van zaken en ontwikkelingen binnen zowel Campine als haar dochtervennootschap, de investeringsprogramma's van Campine, acquisities en desinvesteringen door de Groep, ontwikkelingen op managementniveau, enz.
De Raad van Bestuur wordt samengeroepen door de Voorzitter of de Gedelegeerd Bestuurder telkens het belang van de Vennootschap dit vereist of op vraag van minstens twee Bestuurders.
In 2018 vergaderde de Raad van Bestuur 4 maal met volgende aanwezigheden:
| Deelnemers | 06/03/18 | 22/05/18 | 25/09/18 | 18/12/18 |
|---|---|---|---|---|
| DELOX | CHECK | CHECK | CHECK | CHECK |
| ZENDICS | CHECK | CHECK | CHECK | CHECK |
| F.-W. Hempel | CHECK | CHECK | CHECK | CHECK |
| H.-R. Orgs | CHECK | CHECK | CHECK | CHECK |
| BERNUS | CHECK | CHECK | CHECK | CHECK |
| FLG Belgium (sinds 22/05/18) | - | CHECK | CHECK | CHECK |
| Christulf (tot 30/09/18) | CHECK | CHECK | CHECK | - |
De volgende onderwerpen werden besproken:
De Raad van Bestuur evalueert elke twee jaar zijn eigen werking en die van de comités. De evaluatie beoordeelt de strategie, de operationele efficiëntie, de relevantie van de besproken topics, de voorbereiding van de vergaderingen en de bijdrage van elke individuele Bestuurder in de vergaderingen en het beslissingsmakingsproces.
De evaluatie voor de periode 2017 - 2018 werd doorgevoerd door middel van individuele gesprekken met alle bestuurders betreffende de werking en verwachtingen van de Raad van Bestuur. De resultaten werden besproken in het Remuneratiecomité en tijdens de daaropvolgende zitting van de Raad. De evaluatie was gestructureerd rond belangrijke thema's zoals samenstelling en kwaliteit van de Raad van Bestuur, business risico's, compliance, financiële en niet-financiële rapportering, interne controle, auditfuncties, ethische thema's. De evaluatiegesprekken toonden aan dat de Raad van Bestuur unaniem tevreden is over de bijdrage van de individuele bestuurders, zijn eigen werking en ook die van zijn comités. De opmerkingen die geuit waren in de evaluatie van 2016 werden alle met succes ter harte genomen.
Om de twee jaar, evalueert het Benoemings- en Remuneratiecomité zijn eigen doeltreffendheid en stelt – indien nodig – aanpassingen voor aan de Raad van Bestuur.
De verschillende leden van het Uitvoerend Management Team worden regelmatig uitgenodigd op de vergaderingen van de Raad van Bestuur en de comités. Ze presenteren dan bepaalde aspecten over hun verantwoordelijkheden en hebben bovendien de mogelijkheid om overleg te plegen met de niet-uitvoerende Bestuurders. Deze actieve wisselwerking tussen het Uitvoerend Management Team en de Raad van Bestuur wordt als positief ervaren door iedereen.
Het Benoemings- en Remuneratiecomité (dat dienst doet als Remuneratiecomité in de zin van artikel 526quater van het Wetboek van Vennootschappen) staat de Raad van Bestuur bij in alle zaken met betrekking tot de benoeming en vergoeding van de Bestuurders en het Uitvoerend Management Team. Het Benoemings- en Remuneratiecomité bereidt het remuneratieverslag voor en licht het toe op de algemene vergadering.
De Gedelegeerd Bestuurder neemt deel aan de vergaderingen met een adviserende stem telkens wanneer het Benoemings- en Remuneratiecomité de remuneratie van het Uitvoerend Management Team behandelt en wanneer het comité hem uitnodigt.
Op 31/12/18 bestond het Benoemings- en Remuneratiecomité uit DELOX, de onafhankelijke Bestuurder BERNUS en de onafhankelijke Bestuurder FLG BELGIUM (sinds 23/05/18). De onafhankelijke Bestuurder Christulf was lid tot 30/09/18.
De leden beschikken allen over de nodige deskundigheid op het gebied van remuneratie en personeelszaken dankzij hun jarenlange ervaring in de bedrijfswereld en bedrijfsverenigingen.
In 2018 vergaderde het Benoemings- en Remuneratiecomité 2 maal met volgende aanwezigheden:
| 05/03/18 | 17/12/18 |
|---|---|
| CHECK | CHECK |
| CHECK | CHECK |
| - | CHECK |
| CHECK | - |
De volgende onderwerpen werden besproken:
Het Auditcomité heeft minstens de volgende taken:
Verder heeft het Auditcomité een controlerende functie i.v.m. het functioneren van het Uitvoerend Management Team en meldt het Auditcomité alle eventuele verbeterpunten aan de Raad van Bestuur. Op 31/12/18 bestond het Auditcomité uit dhr. H.-R. Orgs en de onafhankelijke Bestuurder FLG Belgium (sinds 25/09/18). De onafhankelijke Bestuurder Christulf was lid tot 30/09/18.
De Groep voldoet aan de wettelijke bepalingen en bevestigt dat de leden voldoen aan de onafhankelijkheids- en competentiecriteria op het gebied van boekhouding en audit, vermeld in de wet dankzij hun uitgebreide ervaring in een productieomgeving en brede kennis van finance alsook metaaltrading.
Volgens de Corporate Governance Code (bepaling 5.5) moet elk comité minstens drie leden omvatten. Gezien de beperkte omvang van de Vennootschap en haar Raad van Bestuur omvang bestaat het Auditcomité slechts uit twee Bestuurders.
Volgens de Corporate Governance Code (Bepaling 5.2./4) moet de meerderheid van de leden van het Auditcomité uit onafhankelijke Bestuurders bestaan. Omdat het Auditcomité slechts uit twee Bestuurders bestaat is juist de helft onafhankelijk.
In 2018 vergaderde het Auditcomité 4 maal – waarvan 3 maal met de Commissaris - met volgende aanwezigheden:
| Deelnemers | 20/02/18 | 15/06/18 | 14/09/18 | 11/12/18 |
|---|---|---|---|---|
| H.-R. Orgs | CHECK | CHECK | CHECK | CHECK |
| Christulf (tot 30/09/18) | CHECK | CHECK | CHECK | - |
| FLG Belgium (sinds 22/05/18) | - | - | - | CHECK |
De volgende onderwerpen werden besproken:
Het Strategiecomité staat de Raad van Bestuur bij in alle zaken met betrekking tot het algemeen beleid van de onderneming en haar dochteronderneming.
Het Strategiecomité bestaat uit de Bestuurder DELOX, de onafhankelijke Bestuurder BERNUS en de Gedelegeerd Bestuurder ZENDICS.
In 2018 vergaderde het Strategiecomité op 05/02/18. DELOX, BERNUS, ZENDICS waren allen aanwezig.
Op dit Strategiecomité werd het nieuwe Businessplan volledig voorgesteld. De langetermijnstrategie en ontwikkelingen per divisie werden grondig besproken. Er werd eveneens aandacht besteed aan het initiëren en monitoren van enkele belangrijke operationele verbeteringsacties.
De reglementen van de comités bevinden zich in bijlage van het Corporate Governance Charter.
| Willem De Vos | als vaste vertegenwoordiger van ZENDICS BVBA Gedelegeerd Bestuurder / Chief Operating Decision Maker |
|---|---|
| Hilde Goovaerts | Manager Operational Excellence |
| Jan Keuppens | Finance and Control Manager |
| Hans Vercammen | Division Director Specialty Chemicals |
| David Wijmans | Division Director Metals Recycling |
De verantwoordelijkheden van de Gedelegeerd Bestuurder omvatten de ontwikkeling en opvolging van de business plannen voor elke divisie, zoals goedgekeurd door de Raad van Bestuur, de implementatie van de besluiten van de Raad van Bestuur en het opzetten van de vereiste investeringsprogramma's, die vervolgens ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Raad van Bestuur. Verder waakt de Gedelegeerd Bestuurder erover dat de bestaande wetgeving wordt gerespecteerd en dat er binnen geldende veiligheids-, gezondheids- en milieunormen wordt gewerkt.
De Gedelegeerd Bestuurder wordt bijgestaan door het Uitvoerend Management Team. Het Uitvoerend Management Team rapporteert aan de Gedelegeerd Bestuurder en stelt hem in staat om op behoorlijke wijze zijn taken van dagelijks bestuur te volbrengen.
Campine organiseert het beheer van de interne controle en van de risico's van de Vennootschap aan de hand van de bepaling van haar controleomgeving (algemeen kader) en de vaststelling en rangschikking van de belangrijkste risico's waar ze aan blootgesteld is, evenals via de analyse van de mate waarin ze deze risico's
beheerst en met de opzet van een "controle van de controle". Ze schenkt ook bijzondere aandacht aan de betrouwbaarheid van het proces voor de rapportering en de financiële communicatie.
Alle processen – van administratieve tot effectieve productie – worden beheerd in ons Managementhuis, een gedocumenteerd managementsysteem. De risico's op vlak van veiligheid, gezondheid, milieu en kwaliteit worden geïnventariseerd, geëvalueerd, beheerd en bewaakt op een dynamische wijze die "continue verbetering" als maatstaf hanteert. Het Auditcomité herbekijkt de risicoanalyse twee keer per jaar.
De belangrijkste risico's worden beschreven in de toelichting "marktrisico's" in het jaarverslag.
De belangrijkste risico's en onzekerheden inherent aan de sector.
Het management tracht deze op een constructieve manier aan te pakken en besteedt extra aandacht aan:
De financiële informatie wordt opgemaakt als volgt:
Een retroplanning geeft een overzicht van alle taken die moeten gebeuren in het kader van de jaarlijkse, halfjaarlijkse en maandelijkse afsluiting van de Vennootschap en van haar dochteronderneming, evenals van hun vervaldag. Campine beschikt over een checklist van de daden die de financiële afdeling moet stellen. Het boekhoudteam verschaft de boekhoudkundige cijfers, onder toezicht van de Finance & Control Manager. De controllers verifiëren de geldigheid van deze cijfers en brengen verslag uit. De cijfers worden op basis van volgende technieken geverifieerd:
De kwaliteit van de interne controle wordt in de loop van het boekjaar beoordeeld:
Ons Corporate Governance Charter vermeldt de regels inzake transacties in aandelen van de Vennootschap. Ze legt de "key persons" beperkingen op inzake het uitvoeren van transacties tijdens welbepaalde periodes (de "closed periods" en "sperperiodes") en legt een informatieplicht aan de Compliance Officer op bij verhandeling buiten deze periodes.
De Raad van Bestuur heeft Wim De Vos aangesteld als Compliance Officer.
Alle transacties met verbonden partijen worden op zakelijke basis gevoerd en conform alle wettelijke bepalingen en het Corporate Governance Charter. Er deden zich geen belangenconflicten voor (artikel 523-524 W.Venn.) tijdens het boekjaar.
De remuneratie van de niet-uitvoerende Bestuurders en de Voorzitter wordt bepaald in de Statuten van de vennootschap. Deze remuneratie omvat:
Niet-uitvoerende Bestuurders ontvangen geen voordelen in natura noch voordelen verbonden aan een pensioenplan.
De Raad van Bestuur beslist over de remuneratie van de Gedelegeerd Bestuurder.
De doelstellingen verbonden aan het variabel deel van de remuneratie worden vastgelegd door de Raad van Bestuur na advies van het Benoemings- en Remuneratiecomité. De prestaties van de Gedelegeerd Bestuurder, inclusief het realiseren van de criteria voor het bekomen van de variabele vergoeding, worden beoordeeld door het Benoemings- en Remuneratiecomité.
Tijdens een vergadering van de Raad van Bestuur – waarbij de Gedelegeerd Bestuurder niet aanwezig is – informeert de voorzitter van het Benoemingsen Remuneratiecomité de Bestuurders over de beoordeling die ze vervolgens bespreken.
De Gedelegeerd Bestuurder ontvangt geen enkele vergoeding voor de uitoefening van zijn Bestuurdersmandaat op zich. Volgens artikel 23 van de Statuten, kan de Gedelegeerd Bestuurder een vergoeding krijgen in geval de jaarvergadering hiertoe beslist op voorstel van de Raad van Bestuur en bij afzonderlijke stemming.
Het Benoemings- en Remuneratiecomité adviseert over de benoeming, ontslag en remuneratie van de leden van het Uitvoerend Management Team.
De doelstellingen verbonden aan het variabel deel van de remuneratie worden vastgelegd door de Gedelegeerd Bestuurder. De prestaties van het Uitvoerend Management Team worden beoordeeld door de Gedelegeerd Bestuurder – in samenspraak met het Benoemings- en Remuneratiecomité.
De vergoeding van de niet-uitvoerende Bestuurders is bepaald in artikel 23 van de Statuten:
Bovenop de vaste vergoeding hebben de nietuitvoerende Bestuurders nog recht op een toewijzing van de winst – tantième zoals bepaald in artikel 39 van de Statuten:
Het batig saldo die de resultatenrekening aanwijst, maakt de nettowinst van de Vennootschap uit. Van die nettowinst worden vijf ten honderd afgenomen voor de wettelijke reserve. Deze afneming is niet meer verplicht wanneer het reservefonds één tiende van het vennootschapskapitaal bereikt. Zij moet worden hernomen indien de wettelijke reserve is aangetast. Na aftrek van het deel voor de wettelijke reserves, mag de Raad van Bestuur de algemene aandeelhoudersvergadering voorstellen de winst, na afneming voor de wettelijke reserves, geheel of gedeeltelijk te storten op speciale reserve -of vooruitzichtenfonds(en).
Van de nettowinst dus na afname van de belasting en het deel voor de wettelijke reserves, wordt een tantième van acht procent toegewezen aan de voltallige Raad van Bestuur, die het onder zijn leden gelijk zal verdelen, met uitzondering van de Bestuurder belast met het dagelijks bestuur, die reeds vergoed wordt voor de uitoefening van zijn mandaat als Gedelegeerd Bestuurder. Enkel de Bestuurders die in de Raad van Bestuur gezeteld hebben gedurende ten minste zes maanden van het boekjaar waarop de tantième betrekking heeft, zijn gerechtigd op de tantième en niet pro rata de duur van hun mandaat in het relevante boekjaar. De Bestuurders die minder dan zes maanden tijdens het relevant boekjaar in de Raad hebben gezeteld zullen niet gerechtigd zijn op een tantième tenzij de jaarvergadering anders beslist.
De Gedelegeerd Bestuurder kan een tantième krijgen zoals bepaald in dit artikel in geval de jaarvergadering hiertoe beslist op voorstel van de Raad van Bestuur en bij afzonderlijke stemming.
De tantième toegewezen aan de Bestuurders in overeenstemming met de vorige paragraaf is gelimiteerd tot tienduizend euro (10.000 €) per Bestuurder per boekjaar. De tantième toegewezen aan de voorzitter van de Raad van Bestuur is gelijk aan het dubbel van de tantième toegewezen aan een Bestuurder overeenkomstig de vorige paragraaf.
In geval de Raad van Bestuur in een specifieke zaak bijstand vraagt aan een Bestuurder, dan is deze Bestuurder gerechtigd op een vergoeding voor gepresteerde werktijd en uitgaven in het kader van de uitoefening van deze bijstand.
Niet-uitvoerende Bestuurders ontvangen geen voordelen in natura noch voordelen verbonden aan een pensioenplan.
De Raad van Bestuur – die uiteindelijk beslist over de remuneratie van de Gedelegeerd Bestuurder en het Uitvoerend Management Team – ziet erop toe dat hun prestaties gericht zijn op de continuïteit en lange termijnresultaten van de onderneming en dat hun vergoeding in verhouding staat tot hun prestaties en in het belang van alle 'stakeholders'.
Volgens de Statuten van de onderneming is de verplichting vermeld in artikel 520ter, 2e lid en artikel 525, laatste lid van het Wetboek van Vennootschappen, niet van toepassing op uitvoerende Bestuurders, de personen aan wie, alleen of gezamenlijk, het dagelijks bestuur is opgedragen en de andere leiders bedoeld in artikel 96, §3, laatste lid van het Wetboek van Vennootschappen van de Vennootschap.
ZENDICS ontvangt geen enkele vergoeding voor de uitoefening van zijn bestuurdersmandaat op zich.
ZENDICS ontvangt, voor de uitvoering van zijn functie, een vergoeding die is gebaseerd op marktreferenties en bestaat uit een vast en een variabel deel.
Het variabel gedeelte bestaat uit 2 componenten:
Deze objectieven worden vastgelegd door de Raad van Bestuur na advies van het Benoemingsen Remuneratiecomité. De objectieven worden jaarlijks opgesteld en lopen over het ganse boekjaar en sommige mogelijk over meerdere boekjaren. De keuze van de objectiefgebieden kan jaarlijks verschillen afhankelijk van wijzigende economische omstandigheden, regelgeving, organisatie, strategie en andere factoren.
De prestaties van ZENDICS, inclusief het realiseren van de criteria voor het bekomen van de variabele vergoeding, worden beoordeeld door het Benoemings- en Remuneratiecomité.
ZENDICS neemt geen deel aan een groeps- en hospitalisatieverzekering noch aan enig pensioenplan.
Overige voordelen: een vast maandbedrag (1.250 €/m) ter vergoeding van alle huur- en dagelijkse verplaatsingskosten en de terugbetaling van onkosten gemaakt voor de uitvoering van de functie.
De contractuele bepalingen van aanwervings- en vertrekregelingen van ZENDICS voorzien niet in enige specifieke compensatiemaatregelen, andere dan een opzeg van 12 maanden.
Er bestaat geen terugvorderingsrecht ten gunste van de Vennootschap wanneer de variabele remuneratie toegekend aan ZENDICS zou zijn toegekend op basis van onjuiste financiële gegevens.
De remuneratie van de leden van het Uitvoerend Management Team, is gebaseerd op marktreferenties en bestaat uit een vast en een variabel deel.
Het variabel deel van de remuneratie is gebaseerd op bedrijfs-, afdelings-, en persoonlijke objectieven. Deze objectieven omvatten zowel financiële als niet-financiële targets. De objectieven worden jaarlijks opgesteld en lopen over het ganse boekjaar en sommige mogelijk over meerdere boekjaren. De keuze van de objectieven kan jaarlijks verschillen afhankelijk van wijzigende economische omstandigheden, regelgeving, organisatie, strategie en andere factoren.
De leden van het Uitvoerend Management Team nemen deel aan een pensioenplan op basis van vaste toezeggingen.
De leden van het Uitvoerend Management Team nemen – zoals elke medewerker van de onderneming – deel aan een groeps- en hospitalisatieverzekering. Overige voordelen kunnen omvatten: representatiekosten, bedrijfswagen, internetaansluiting en telefoon conform de lokale marktpraktijken.
De contractuele bepalingen van aanwervings- en vertrekregelingen van de leden van het Uitvoerend Management Team voorzien in de wettelijke opzegtermijnen, met een mogelijke afwijking tot max. 12 maanden in geval van vervroegde beëindiging.
Er bestaat geen terugvorderingsrecht ten gunste van de Vennootschap wanneer de variabele remuneratie toegekend aan het Uitvoerend Management Team zou zijn toegekend op basis van onjuiste financiële gegevens.
Bij gelijkaardige omstandigheden wordt dit remuneratiebeleid ook de twee volgende jaren toegepast.
In 2018 hebben de niet-uitvoerende Bestuurders volgende brutovergoedingen ontvangen voor de uitoefening van hun bestuurdersmandaat:
| F.-W. Hempel | FLG Belgium 22/05/18 vanaf |
BERNUS | DELOX | H.-R. Orgs | tot 30/09/18 Christulf |
Totaal | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Bestuurdersvergoeding | 13.750 € | 8.021 € | 13.750 € | 27.500 € | 13.750 € | 10.313 € | 87.083 € |
| Vergoeding comités | 0 € | 1.250 € | 1.250 € | 1.250 € | 5.000 € | 3.750 € | 12.500 € |
| Totaal | 13.750 € | 9.271 € | 15.000 € | 28.750 € | 18.750 € | 14.063 € | 99.583 € |
Over het boekjaar 2018 ontvangen de niet-uitvoerende Bestuurders een tantième als volgt:
| F.-W. Hempel | FLG Belgium 22/05/18 vanaf |
BERNUS | DELOX | H.-R. Orgs | tot 30/09/18 Christulf |
Totaal | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Tantièmes | 10.000 € | 10.000 € | 10.000 € | 20.000 € | 10.000 € | 0 € | 60.000 € |
In 2018 ontving geen enkele niet-uitvoerende Bestuurder enige aandelen, aandelenopties of andere rechten om aandelen van het bedrijf of de Groep te verwerven; noch enige voordelen in natura noch voordelen verbonden aan een pensioenplan.
| Totale kost voor de onderneming | ZENDICS | andere leden van het Uitvoerend Management Team |
Totaal |
|---|---|---|---|
| Aantal personen | 1 | 4 | 5 |
| Vaste vergoeding | 280.000 € | 653.495 € | 933.495 € |
| Variabele vergoeding | 90.940 € | 126.294 € | 217.234 € |
| Subtotaal | 370.940 € | 779.789 € | 1.150.729 € |
| Pensioenen(basis: vaste toezeggingen) en invaliditeitsverzekering |
0 € | 41.325 € | 41.325 € |
| Overige voordelen | 15.000 € | 33.667 € | 48.667 € |
| Totaal | 385.940 € | 854.781 € | 1.240.721 € |
Het vast en variabel gedeelte omvat de totale kost voor de werkgever, m.a.w. inclusief alle patronale lasten voor de leden met werknemersstatuut en de totaal gefactureerde vergoeding voor de leden met een managementvennootschap.
De variabele vergoeding is de vergoeding voor prestaties die in 2018 werden geleverd maar pas in 2019 worden uitbetaald.
Gedurende het boekjaar 2018 heeft noch de Gedelegeerd Bestuurder noch een lid van het Uitvoerend Management Team (Hilde Goovaerts, Jan Keuppens, David Wijmans, Hans Vercammen) enige aandelen, aandelenopties of andere rechten om aandelen van het bedrijf of de Groep te verwerven ontvangen.
Ons dividendbeleid is erop gericht om jaarlijks een dividend uit te keren aan onze aandeelhouders. De hoogte van dit dividend is afhankelijk van bepaalde financiële parameters zoals nettowinst, beschikbare cash, toekomstige financieringsbehoeften, enz. Het beoogde dividend zou ongeveer een derde van de nettowinst, verdeeld over alle aandelen, bedragen.
De Raad van Bestuur van Campine nv vraagt de algemene vergadering der aandeelhouders het jaarverslag van de Raad van Bestuur, inclusief de verklaring inzake deugdelijk bestuur en het remuneratieverslag goed te keuren.
DELOX BVBA, vertegenwoordigd door haar vaste vertegenwoordiger dhr. Patrick De Groote
ZENDICS BVBA, vertegenwoordigd door haar vaste vertegenwoordiger dhr. Willem De Vos
Dhr. Friedrich-Wilhelm Hempel Dhr. Hans-Rudolf Orgs
BERNUS BVBA, vertegenwoordigd door haar vaste vertegenwoordiger mevr. An Nuyttens
FLG BELGIUM SPRL, vertegenwoordigd door haar vaste vertegenwoordiger mevr. Dina Brughmans
| 1. Geconsolideerde winst- en verliesrekening op 31 december 2018 | 35 | |
|---|---|---|
| 2. Geconsolideerde balans per 31 december 2018 | 37 | |
| 3. Geconsolideerd mutatieoverzicht van het eigen vermogen op 31 december 2018 | 38 | |
| 4. Geconsolideerd kasstroomoverzicht op 31 december 2018 | 39 | |
| 5. Toelichtingen bij de geconsolideerde jaarrekening op 31 december 2018 | 40 | |
| 5.1. | Algemene informatie | 40 |
| 5.2. | Belangrijke waarderingsregels | 40 |
| 5.3. | Oordeelsvorming en gebruik van inschattingen | 50 |
| 5.4. | Operationele segmenten | 51 |
| 5.5. | Andere operationele kosten en opbrengsten | 55 |
| 5.6. | Financieringskosten | 56 |
| 5.7. | Winstbelastingslasten | 56 |
| 5.8. | Dividenden en tantièmes | 57 |
| 5.9. | Materiële vaste activa | 58 |
| 5.10. | Immateriële vaste activa | 59 |
| 5.11. | Dochteronderneming | 59 |
| 5.12. | Voorraden | 59 |
| 5.13. | Financiële activa | 60 |
| 5.14. | Andere financiële activa en verplichtingen | 61 |
| 5.15. | Kapitaal | 62 |
| 5.16. | Bankschulden (exclusief financiële leaseverplichtingen) | 62 |
| 5.17. | Uitgestelde belastingen | 63 |
| 5.18. | Handels- en andere verplichtingen | 63 |
| 5.19. | Liquiditeitsrisico | 64 |
| 5.20. | Financiële instrumenten | 64 |
| 5.21. | Voorzieningen | 67 |
| 5.22. | Transacties zonder kasstroom | 67 |
| 5.23. | Voorwaardelijke verplichtingen | 67 |
| 5.24. | Verbintenissen | 67 |
| 5.25. | Operationele leaseovereenkomsten | 67 |
| 5.26. | Op aandelen gebaseerde betalingen | 68 |
| 5.27. | Kosten van personeelsbeloningen | 68 |
| 5.28. | Vergoedingen na uitdiensttreding | 68 |
| 5.29. | Marktrisico | 71 |
| 5.30. | Gebeurtenissen na balansdatum | 72 |
| 5.31. | Verbonden partijen | 72 |
| 5.32. | Transacties met verbonden partijen | 73 |
| 5.33. | Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen | 74 |
| 5.34. | Beloningen voor managers op sleutelposities | 74 |
| 5.35. | Goedkeuring voor publicatie van de jaarrekening | 74 |
| Verslag van de Commissaris | 75 |
| '000 € | Toelichting | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|---|
| Opbrengsten | 4 | 210.262 | 216.501 |
| Andere bedrijfsopbrengsten | 5 | 3.115 | 3.289 |
| Gebruikte grondstoffen en hulpstoffen | -176.024 | -179.535 | |
| Kosten van personeelsbeloningen | 27 | -13.614 | -13.403 |
| Kosten van afschrijvingen | 9 / 10 | -2.756 | -2.689 |
| Wijziging van voorziening m.b.t. sanering | 21 | - | -520 |
| Andere operationele kosten | 5 | -12.857 | -11.021 |
| Operationeel resultaat (EBIT) | 8.126 | 12.622 | |
| Indekkingsresultaten | 14 | 504 | -1.057 |
| • Afgesloten indekkingen | 705 | -642 | |
| • Wijziging in open positie | -201 | -415 | |
| Financieringskosten | 6 | -475 | -678 |
| Netto financieel resultaat | 29 | -1.735 | |
| Resultaat voor belastingen (EBT) | 8.155 | 10.887 | |
| Belastingen | 7 | -2.325 | -3.879 |
| Resultaat van het boekjaar (EAT) | 5.830 | 7.008 | |
| Toewijsbaar aan: | |||
| Minderheidsbelang | - | - | |
| Aandeelhouders van de moedermaatschappij | 5.830 | 7.008 | |
| Resultaat per aandeel (in €) | 8 | ||
| Aantal aandelen | 1.500.000 | 1.500.000 | |
| Resultaat van het boekjaar (basis & verwaterd) | 3,89 | 4,67 |
| '000 € | Toelichting | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|---|
| Resultaat van het boekjaar | 5.830 | 7.008 | |
| Andere elementen van het totaalresultaat van de periode: |
|||
| Elementen die in de toekomst geherklasseerd zullen worden naar de winst- of verliesrekening |
- | - | |
| Elementen die in de toekomst niet geherklasseerd zullen worden naar de winst- of verliesrekening (actuariële resultaten van pensioenverplichtingen) |
28 | 12 | -113 |
| Totaalresultaat van het boekjaar | 5.842 | 6.895 | |
| Toewijsbaar aan: | |||
| Minderheidsbelang | - | - | |
| Aandeelhouders van de moedermaatschappij | 5.842 | 6.895 |
| '000 € | Toelichting | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|---|
| ACTIVA | |||
| Vaste activa | |||
| Materiële vaste activa | 9 | 10.495 | 7.386 |
| Immateriële vaste activa | 10 | 223 | 259 |
| Uitgestelde belastingsactiva | 17 | 83 | 153 |
| Geblokkeerde gelden / rekening | 275 | 275 | |
| 11.076 | 8.073 | ||
| Vlottende activa | |||
| Voorraad | 12 | 27.740 | 28.226 |
| Handels- en andere vorderingen | 13 | 22.633 | 35.513 |
| Derivaten | 14 | - | 213 |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | 121 | 148 | |
| 50.494 | 64.100 | ||
| TOTAAL ACTIVA | 61.570 | 72.173 | |
| EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN | |||
| Kapitaal en reserves | |||
| Uitgegeven kapitaal | 15 | 4.000 | 4.000 |
| Overgedragen winsten | 25.529 | 20.582 | |
| • Wettelijke reserves | 965 | 965 | |
| • Andere reserves en overgedragen resultaten | 24.564 | 19.617 | |
| Eigen vermogen toewijsbaar aan houders van de gewone | |||
| aandelen van de moedermaatschappij | 29.529 | 24.582 | |
| Totaal eigen vermogen | 29.529 | 24.582 | |
| Lange termijnverplichtingen | |||
| Verplichtingen i.v.m. vergoedingen na uitdiensttreding | 28 | 1.205 | 1.299 |
| Uitgestelde belastingsverplichtingen | 17 | - | 18 |
| Voorzieningen | 21 | 1.090 | 1.090 |
| 2.295 | 2.407 | ||
| Korte termijnverplichtingen | |||
| Verplichtingen i.v.m. vergoedingen na uitdiensttreding | 28 | 104 | 83 |
| Handels- en andere verplichtingen | 18 | 16.356 | 20.538 |
| Derivaten | 14 | 59 | 71 |
| Winstbelastingen | 4.020 | 5.523 | |
| Voorschotten op rekening-courant en leningen | 16 | 2.035 | 5.503 |
| Voorschotten uit factoring | 16 | 7.172 | 13.466 |
| 29.746 | 45.184 | ||
| Totaal verplichtingen | 32.041 | 47.591 | |
| TOTAAL EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN | 61.570 | 72.173 |
| Balans per 31 december 2018 | 4.000 | 25.529 | 29.529 | 29.529 |
|---|---|---|---|---|
| Dividenden en tantièmes (toelichting 8) |
- | -895 | -895 | -895 |
| Totaalresultaat van het boekjaar | - | 5.842 | 5.842 | 5.842 |
| Balans per 31 december 2017 | 4.000 | 20.582 | 24.582 | 24.582 |
| Dividenden en tantièmes | - | -1.500 | -1.500 | -1.500 |
| Totaalresultaat van het boekjaar | - | 6.895 | 6.895 | 6.895 |
| Balans per 31 december 2016 | 4.000 | 15.187 | 19.187 | 19.187 |
| '000 € | Uitgegeven kapitaal |
Ingehouden winst |
van gewone aandelen van de moedermaatschappij |
Totaal |
| Toewijsbaar aan houders |
In de ingehouden winst per 31 december 2018 ten belope van 25.529 K€ is een bedrag van 28 K€ mbt reserves voor verplichtingen i.v.m. vergoedingen na uitdiensttredingen opgenomen.
| '000 € | Toelichting | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|---|
| BEDRIJFSACTIVITEITEN | |||
| Resultaat van het boekjaar | 5.830 | 7.008 | |
| Aanpassing voor: | |||
| Andere baten en lasten (investeringssubsidies) | - | - | |
| Andere baten en lasten (indekkingsresultaten) | 14 | -504 | 1.057 |
| Financieringskosten | 6 | 475 | 678 |
| (Uitgestelde) belastingen in het totaalresultaat | 7 | 2.325 | 3.879 |
| Kosten van afschrijvingen | 9/10 | 2.756 | 2.689 |
| Wijziging in voorzieningen (incl. pensioenregeling) | -61 | 351 | |
| Wijziging in waardevermindering voorraad | 12 | -121 | 29 |
| Wijziging in waardevermindering handelsvorderingen | 13 | 38 | 50 |
| Andere | 5 | 1 | |
| Operationele kasstroom vóór bewegingen in werkkapitaal | 10.743 | 15.742 | |
| Wijziging in voorraden | 12 | 607 | 2.050 |
| Wijziging in vorderingen | 13 | 12.842 | -6.916 |
| Wijzigingen in handels- en andere verplichtingen | 18 | -4.182 | -4.466 |
| Operationele kasstroom | 20.010 | 6.410 | |
| Indekkingsresultaten | 705 | -642 | |
| Betaalde rente | 6 | -475 | -678 |
| Betaalde winstbelastingen | -3.781 | - | |
| Operationele netto kasstroom | 16.459 | 5.090 | |
| INVESTERINGEN | |||
| Aankoop van materiële vaste activa | 9 | -5.708 | -3.230 |
| Aankoop van immateriële vaste activa | 10 | -121 | - |
| Kasstromen uit investeringsactiviteiten | -5.829 | -3.230 | |
| FINANCIERINGSACTIVITEITEN | |||
| Betaalde dividenden en tantièmes | 8 | -895 | -1.500 |
| Wijziging in voorschotten in rekening-courant | 16 | -3.468 | 12 |
| Wijziging in voorschotten m.b.t. factoring | 16 | -6.294 | -468 |
| Kasstromen uit financieringsactiviteiten | -10.657 | -1.956 | |
| Nettowijziging in geldmiddelen en kasequivalenten | -27 | -96 | |
| Geldmiddelen en kasequivalenten aan het begin van de verslagperiode |
148 | 244 | |
| Geldmiddelen en kasequivalenten aan het einde van de verslagperiode |
121 | 148 |
Campine nv (de entiteit) is een onderneming die valt onder toepassing van de Belgische wetgeving. De maatschappelijke zetel en hoofdplaats van activiteiten zijn vermeld in de Corporate Data. De hoofdactiviteit van de entiteit en zijn dochterondernemingen (de Groep) worden omschreven in dit jaarverslag.
De jaarrekening werd opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards ("IFRS") zoals aanvaard binnen de Europese Unie. De Groep heeft dit jaar alle nieuwe en herziene Standaarden en Interpretaties toegepast die relevant zijn voor de activiteiten en die ingaan voor de jaarlijkse rapporteringperiode die aanvangt op 1 januari 2018.
Volgende Standaarden en Interpretaties werden van toepassing in 2018, maar hebben geen belangrijk effect op de presentatie, de toelichting of de financiële resultaten van de Groep.
Standaarden en interpretaties gepubliceerd, maar nog niet van toepassing voor het boekjaar beginnend op 1 januari 2019.
IFRS 16 zet de uitgangspunten uiteen voor de opname, waardering, presentatie en informatieverschaffing van leaseovereenkomsten. Leasenemers zijn verplicht alle leaseovereenkomsten in één balansmodel op te nemen, vergelijkbaar met de verwerking van financiële leaseovereenkomsten onder IAS 17. Op de aanvangsdatum van de leaseovereenkomst zullen leasenemers een leaseverplichting erkennen (dit is de verplichting om het leasebedrag te betalen) alsmede een met
een gebruiksrecht overeenstemmend actief (dit is een actief dat het gebruiksrecht vertegenwoordigt van het onderliggende actief gedurende de leaseperiode). Het met een gebruiksrecht overeenstemmend actief wordt afgeschreven gedurende de looptijd van de leaseovereenkomst, tenzij de eigendom van het onderliggende actief aan het eind van de leasetermijn wordt overgedragen aan Campine. In het laatste geval vindt een afschrijving plaats over de gebruiksduur van het onderliggende actief. Rentekosten worden opgenomen op de leaseverplichting. De leaseverplichting wordt geherwaardeerd wanneer zich bepaalde gebeurtenissen voordoen (bijvoorbeeld een verandering in de leaseperiode, een verandering in toekomstige leasebetalingen als gevolg van een verandering in de index). Dergelijke herwaarderingen van de leaseverplichting worden meestal geboekt als een aanpassing aan het actief betreffende het met een gebruiksrecht overeenstemmend actief. De administratieve verwerking van lessors is onder IFRS 16 vrijwel gelijk aan IAS 17. Ten slotte zijn de eisen op het gebied van informatieverschaffing onder IFRS 16 uitgebreider vergeleken met IAS 17 (zie toelichting 5.25)
De Groep verwacht geen belangrijke impact op de presentatie, de toelichting of de financiële resultaten als gevolg van deze nieuwe of gewijzigde standaarden en interpretaties behalve voor IFRS 16.
De geconsolideerde jaarrekening omvat de jaarrekening van de entiteit en de entiteiten waarover de entiteit zeggenschap heeft (haar dochterondernemingen). Een investeerder oefent zeggenschap over een deelneming uit als hij is blootgesteld aan, of rechten heeft op veranderlijke opbrengsten uit hoofde van zijn betrokkenheid bij de deelneming en over de mogelijkheid beschikt deze opbrengsten via zijn macht over de deelneming te beïnvloeden. De baten en lasten van verworven of afgestoten dochterondernemingen worden in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen vanaf de overnamedatum tot op de datum waarop de moedermaatschappij geen zeggenschap meer uitoefent. Als een entiteit van de Groep andere grondslagen voor financiële verslaggeving hanteert dan die voor vergelijkbare transacties en gebeurtenissen in soortgelijke omstandigheden in
de geconsolideerde jaarrekening worden toegepast, wordt indien noodzakelijk haar jaarrekening aangepast ten behoeve van de opstelling van de geconsolideerde jaarrekening. Saldi en transacties, baten en lasten binnen de Groep dienen volledig te worden geëlimineerd.
Wijzigingen in het belang van de Groep in een dochteronderneming die niet tot een verlies van zeggenschap leiden, worden behandeld als eigenvermogenstransacties. De boekwaarden van het belang van de Groep en de minderheidsbelangen worden derhalve aangepast om de nieuwe proportionele belangen in de dochteronderneming te weerspiegelen.
Wanneer de Groep de zeggenschap verliest over een dochteronderneming wordt de winst of het verlies bij afstoting berekend als het verschil tussen (i) de som van de reële waarde van de overgedragen vergoeding en de reële waarde van het aangehouden belang en (ii) de voorheen opgenomen boekwaarden van de activa (met inbegrip van goodwill) en de verplichtingen van de dochteronderneming en de eventuele minderheidsbelangen. Bedragen die voorheen opgenomen zouden zijn in de andere elementen van het totaalresultaat met betrekking tot de dochteronderneming worden op dezelfde manier opgenomen (d.i. herclassificatie naar winst of verlies of rechtstreeks naar het overgedragen resultaat) als wanneer de betreffende activa of verplichtingen werden afgestoten. De reële waarde van elk aangehouden belang in de vroegere dochteronderneming op datum van het verlies van zeggenschap wordt als de reële waarde bij initiële opname beschouwd voor waardering volgens IAS 39 Financiële instrumenten: opname en waardering, of indien van toepassing, als de kost bij initiële opname van een geassocieerde deelneming of entiteit waarover gezamenlijk zeggenschap wordt uitgeoefend. Minderheidsbelangen in dochterondernemingen worden afzonderlijk voorgesteld naast het eigen vermogen van de Groep. Het minderheidsbelang kan initieel gewaardeerd worden aan de reële waarde of overeenkomstig het aandeel in de reële waarde van de overgenomen identificeerbare netto-activa. De keuze voor de waardering van de minderheidsbelangen wordt geval per geval gekozen. Na de overname worden
de minderheidsbelangen gewaardeerd als het initiële bedrag van de minderheidsbelangen plus het aandeel van deze minderheidsbelangen in de toekomstige wijzigingen in eigen vermogen. Het totaalresultaat wordt aan de minderheidsbelangen toegewezen, zelfs als dit een negatief saldo als gevolg kan hebben.
De verwerving van dochterondernemingen wordt verwerkt volgens de overnamemethode. De kostprijs van de bedrijfscombinatie wordt gewaardeerd als het totaal van de reële waarde, op de dag van de ruil, van de afgestane activa, aangegane of overgenomen verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen, en de eigen vermogensinstrumenten uitgegeven door de Groep in ruil voor zeggenschap over de overgenomen partij. De identificeerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen, van de overgenomen partij, die voldoet aan de opnamecriteria in IFRS 3 worden opgenomen tegen netto reële waarde op de overnamedatum, met uitzondering van de vaste activa (of groepen van activa die worden afgestoten) die worden geclassificeerd als aangehouden ter verkoop, die zijn opgenomen tegen reële waarde min verkoopkosten.
Goodwill die verworven is in een bedrijfscombinatie wordt opgenomen als een actief en eerst gewaardeerd tegen zijn kostprijs, zijnde de waarde waarmee de kostprijs van de bedrijfscombinatie het belang van de overnemende partij in de netto reële waarde van de identificeerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen overschrijdt.
Indien, na herbeoordeling, het aandeel van de Groep in de netto reële waarde van de activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen de kostprijs van de bedrijfscombinatie overschrijdt, wordt het desbetreffende surplus onmiddellijk opgenomen in de winst- en verliesrekening. Het minderheidsbelang in de overgenomen partij wordt eerst opgenomen tegen het minderheidsaandeel van de netto reële waarde van de activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen.
Aan de overname gerelateerde kosten worden onmiddellijk in winst en verlies opgenomen wanneer ze worden opgelopen.
Waar toepasbaar omvat de vergoeding voor de overname elk actief of verplichting als gevolg van een voorwaardelijke vergoedingsovereenkomst, dat gewaardeerd wordt aan de reële waarde op overnamedatum. Toekomstige wijzigingen aan deze reële waardes worden retrospectief verwerkt als ze beantwoorden aan aanpassingen tijdens de waarderingsperiode (zie hieronder). Alle andere wijzigingen aan de reële waarde van de voorwaardelijke vergoeding opgenomen als actief of verplichting worden opgenomen in overeenstemming met de relevante IFRS. Wijzigingen aan de reële waarde van voorwaardelijke vergoedingen geclassificeerd als eigen vermogen worden niet opgenomen. Wanneer een bedrijfscombinatie in verschillende fasen wordt gerealiseerd, wordt het voorheen aangehouden belang van de Groep geherwaardeerd aan de reële waarde op overnamedatum (d.i. de datum waarop de zeggenschap wordt verworven) en de eventuele winst of het eventuele verlies wordt rechtstreeks in winst of verlies opgenomen. Bedragen die voorheen werden opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat als gevolg van het belang in de overgenomen partij, worden geherklasseerd naar winst of verlies, op dezelfde basis die vereist zou zijn indien de overnemende partij het voorheen aangehouden belang direct had vervreemd.
Op basis van IFRS 15 is een vijfstappenmodel ontwikkeld voor de verantwoording van opbrengsten die voortvloeien uit contracten met klanten:
Aard van de verkooptransacties: De Groep is actief in de metaalsector en dus bevatten contracten met klanten in het algemeen de verkoop van deze
metaalhoudende producten, die gekwalificeerd worden als onderscheiden prestatieverplichtingen. Aanvullende diensten, zoals transport, worden niet geacht materieel van aard te zijn. Bijgevolg vindt de erkenning van de opbrengsten plaats op het moment dat de controle over de goederen aan de klant werd overgedragen, in het algemeen bij levering van deze goederen en rekening houdende met de gehanteerde incoterm regels.
De Groep heeft geen transacties en/of contracten afgesloten die volumekortingen, handelskortingen, (aanvullende) diensten, klantenservice of gebundelde verkoopcontracten van materiële aard hebben.
Campine werkt met eigen verkooppersoneel voor de meeste verkopen in Europa en met distributeuren en agenten in de rest van de wereld.
Een leaseovereenkomst wordt geclassificeerd als een financiële lease indien hiermee nagenoeg alle aan de eigendom verbonden risico's en voordelen worden overgedragen aan de lessee. Alle andere leaseovereenkomsten worden ingedeeld als een operationele lease.
Activa aangehouden op grond van een financiële lease worden opgenomen als activa van de Groep tegen hun reële waarde op het tijdstip van het aangaan van de leaseovereenkomst of, indien lager, tegen de contante waarde van de minimale leasebetalingen. De overeenkomstige verplichtingen ten opzichte van de lessor worden opgenomen in de balans als een financiële leaseverplichting. De leasebetalingen dienen deels als financieringskosten te worden opgenomen en deels als aflossing van de uitstaande verplichting. De financieringskosten dienen zodanig aan elke periode tijdens de leaseperiode te worden toegerekend dat dit resulteert in een constante periodieke rente over het resterende saldo van de verplichting. Financieringskosten worden opgenomen in de winst- en verliesrekening, tenzij ze rechtstreeks zijn toe te rekenen aan een in aanmerking komend actief. In dit geval worden ze geactiveerd in overeenstemming met de algemene waarderingsregels van de Groep m.b.t. financieringskosten (zie onder).
Leasebetalingen op grond van een operationele lease moeten op tijdsevenredige basis als last worden opgenomen gedurende de leaseperiode. Ontvangen en te ontvangen voordelen als stimulans om een operationele lease aan te gaan worden tevens op een tijdsevenredige basis over de leaseperiode gespreid.
De individuele jaarrekening van elke entiteit die behoort tot de Groep wordt gepresenteerd in de valuta van de primaire economische omgeving waarin de entiteit actief is (haar functionele munt). Voor consolidatiedoeleinden zal het resultaat en de financiële positie van elke entiteit uitgedrukt worden in Euro. De Euro is de functionele valuta van de Groep, en is tevens de presentatievaluta voor de geconsolideerde jaarrekening. Bij het opstellen van de jaarrekening van de individuele entiteiten worden de verrichtingen luidende in een valuta die niet de functionele valuta van de entiteit is (vreemde valuta) opgenomen door op het bedrag in vreemde valuta de contante wisselkoers toe te passen die op de datum van de transactie geldt tussen de functionele valuta en de vreemde valuta. Op iedere balansdatum worden monetaire posten die in een vreemde valuta luiden omgerekend op basis van de slotkoers. Niet-monetaire posten die op basis van de historische kostprijs worden gewaardeerd blijven gewaardeerd tegen de wisselkoers die geldt op de transactiedatum. Valutakoersverschillen die voortvloeien uit de afwikkeling van monetaire posten of uit de omrekening van de monetaire posten tegen een koers die verschilt van de koers waartegen ze in de verslagperiode of in voorgaande jaarrekeningen bij eerste opname zijn omgerekend, worden in de winst- en verliesrekening opgenomen in de periode waarin ze zich voordoen (in andere bedrijfsopbrengsten of andere operationele kosten). Voor presentatiedoeleinden van de geconsolideerde jaarrekening worden vorderingen en verplichtingen van buitenlandse Groepsactiviteiten (inclusief vergelijkende cijfers) uitgedrukt in EUR, gebruik makend van de slotkoers op balansdatum. Baten en lasten (inclusief vergelijkende cijfers) worden omgerekend tegen de gemiddelde koers over de periode, tenzij de wisselkoers aanzienlijke schommelingen heeft gekend gedurende die periode, in dat geval wordt de wisselkoers op de transactiedata gebruikt. Valutakoersverschillen
worden als een afzonderlijke component van het eigen vermogen opgenomen en getransfereerd naar de valutakoersreserves. Deze uitgestelde valutakoersverschillen worden in de winst- en verliesrekening opgenomen in de periode waarin de buitenlandse activiteit wordt afgestoten.
In juli 2014 finaliseerde de IASB de hervorming van de beginselen voor de financiële verslaggeving over financiële instrumenten en publiceerde IFRS 9 (zoals herzien in 2014), welke de vereisten bevat voor a) de classificatie en waardering van financiële activa en financiële verplichtingen, b) de bijzondere waardeverminderingsverliezen, en c) hedge accounting. IFRS 9 (zoals herzien in 2014) vervangt IAS 39 Financiële Instrumenten : Opname en waardering van financiële instrumenten vanaf het boekjaar 2018.
De Groep heeft ervoor gekozen om de cijfers van de vergelijkende periode 2017 niet aan te passen voor de impact van IFRS 9 aangezien het geen materiële impact heeft voor Campine.
Financiële activa en financiële verplichtingen worden erkend wanneer een groepsentiteit partij wordt bij de contractuele bepalingen van het financiële instrument.
Financiële activa en financiële verplichtingen worden initieel gewaardeerd aan reële waarde. Transactiekosten die rechtstreeks toegewezen kunnen worden aan de verwerving of uitgifte van financiële activa en financiële verplichtingen (andere dan de financiële activa en passiva gewaardeerd tegen reële waarde via resultaat) worden toegevoegd aan of in mindering gebracht van de reële waarde van de financiële vaste activa of financiële verplichtingen bij de initiële opname. Transactiekosten die direct zijn toe te rekenen aan de verwerving van financiële activa of financiële passiva tegen reële waarde gewaardeerd tegen reële waarde via resultaat worden onmiddellijk erkend in de winsten verliesrekening.
De datum van eerste toepassing (dat wil zeggen de datum waarop de Groep haar bestaande financiële
activa en financiële verplichtingen heeft beoordeeld in termen van de vereisten van IFRS 9) is 1 januari 2018. Bijgevolg past de Groep de vereisten van IFRS 9 toe op de instrumenten die zijn opgenomen in de balans per 1 januari 2018, en past het de vereisten van IFRS 9 niet toe op de instrumenten die niet langer zijn opgenomen in de balans per 1 januari 2018.
Het management van de Groep heeft de bestaande financiële activa en verplichtingen van de Groep per 1 januari 2018 geanalyseerd en beoordeeld op basis van de feiten en omstandigheden die op die datum bestonden, en heeft besloten dat bij de eerste toepassing van IFRS 9 de financiële activa die onder IAS 39 in de categorie "Leningen en Vorderingen " werden geclassificeerd, zoals handelsvorderingen, geldmiddelen en kasequivalenten, worden geclassificeerd en gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs onder IFRS 9.
Schuldinstrumenten die aan de volgende voorwaarden voldoen, worden vervolgens gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs:
De effectieve rentemethode is een methode om de geamortiseerde kostprijs van een schuldinstrument te berekenen en om de rentebaten toe te wijzen aan de relevante periode.
De geamortiseerde kostprijs van een financieel actiefbestanddeel is het bedrag waaraan het actiefbestanddeel bij de eerste opname in de balans wordt gewaardeerd, verminderd met de hoofdsomaflossingen en vermeerderd met de volgens de effectieve rentemethode bepaalde cumulatieve amortisatie van het eventuele verschil tussen dat eerste bedrag en het aflossingsbedrag, en, voor financiële activa, aangepast voor een
eventuele voorziening voor verliezen. Anderzijds is de bruto boekwaarde van een financieel actiefbestanddeel de geamortiseerde kostprijs van een financieel actiefbestanddeel voor een eventuele voorziening voor verliezen.
De classificatie en waardering van financiële verplichtingen van de Groep werd niet gewijzigd door de vereisten van IFRS 9.
Alle financiële verplichtingen van de Groep worden bijgevolg gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs door toepassing van de effectieve rentemethode.
Met betrekking tot de waardevermindering van financiële activa vereist IFRS 9 een model gebaseerd op verwachte kredietverliezen ('expected credit loss'-model), in tegenstelling tot het model dat uitgaat van opgelopen kredietverliezen ('incurred loss'-model) onder IAS 39. Het model gebaseerd op verwachte kredietverliezen vereist dat de Groep op elke verslagdatum de verwachte kredietverliezen en veranderingen in die verwachte kredietverliezen opneemt, om wijzigingen in het kredietrisico sinds de eerste opname weer te geven.
In het bijzonder vereist IFRS 9 dat de Groep een voorziening boekt voor verwachte kredietverliezen op handelsvorderingen en geldmiddelen en kasequivalenten.
Het bedrag van de verwachte kredietverliezen wordt op elke verslagdatum geactualiseerd om veranderingen in het kredietrisico sinds de eerste opname van het respectievelijke financiële instrument weer te geven.
IFRS 9 biedt een vereenvoudigde methode voor het vaststellen van de voorziening als een bedrag dat gelijk is aan de verwachte kredietverliezen voor handelsvorderingen zonder een significante financieringscomponent (korte termijn handelsvorderingen). De verwachte kredietverliezen op deze financiële activa worden geraamd aan de hand van een voorzieningsmatrix die gebaseerd is op de historische kredietverliezen van de Groep, aangepast aan factoren die eigen zijn aan de
leningnemer, voor de algemene economische omstandigheden en een beoordeling van zowel de actuele als de voorspelde ontwikkeling van de omstandigheden op de verslagdatum, rekening houdend met de tijdwaarde van geld indien van toepassing.
Bovendien worden ook alle banksaldi op de verslagdatum beoordeeld voor verwachte kredietverliezen.
De Groep beschouwt voor interne risico management doeleinden dat volgende gevallen een risico van wanbetaling inhouden, aangezien historische ervaring aantoont dat vorderingen die aan een van de volgende criteria voldoen doorgaans niet realiseerbaar zijn:
Ongeacht bovenstaande analyse, beschouwt de Groep dat er sprake is van wanbetaling van zodra een financieel actiefbestanddeel meer dan 90 dagen vervallen is, tenzij de Groep over redelijke en gefundeerde informatie beschikt die aantoont dat een wanbetalingscriterium met een ruimere achterstandstermijn passender is.
Een financieel actiefbestanddeel heeft een verminderde kredietwaardigheid wanneer er zich één of meer gebeurtenissen hebben voorgedaan die een negatief effect op de geschatte toekomstige kasstromen van dat financiële actiefbestanddeel sorteren. Aanwijzingen dat een financieel actiefbestanddeel een verminderde kredietwaardigheid heeft, omvatten waarneembare gegevens over de volgende gebeurtenissen:
De Groep schrijft een financieel actiefbestanddeel af wanneer er informatie bestaat die aangeeft dat de tegenpartij in ernstige financiële moeilijkheden verkeert en wanneer er geen realistische verwachting op beterschap is, bijvoorbeeld wanneer de tegenpartij wordt geliquideerd of zich in een faillissementsprocedure bevindt, of in het geval van handelsvorderingen, wanneer de bedragen meer dan twee jaar vervallen zijn, naargelang welke situatie zich eerder voordoet. Afgewaardeerde financiële activa kunnen echter nog steeds onderworpen worden aan de invorderingsprocedures van de Groep, waar nodig rekening houdende met juridisch advies. Alle uitgevoerde terugvorderingen worden opgenomen in de winst- en verliesrekening.
De Groep maakt gebruik van verschillende afgeleide financiële instrumenten om blootstelling aan het prijsrisico van grondstoffen te beheersen.
Derivaten worden initieel opgenomen tegen de reële waarde op de datum waarop de derivatencontracten worden afgesloten en worden vervolgens aan het einde van elke verslagperiode geherwaardeerd naar hun reële waarde. De winst of het verlies van deze herwaardering wordt onmiddellijk in de winst- en verliesrekening opgenomen, tenzij het derivaat aangewezen wordt en effectief is als afdekkingsinstrument, in welk geval de
timing van de opname in de winst- en verliesrekening afhankelijk is van de aard van de afdekkingsrelatie.
De financieringskosten worden opgenomen als last in de periode waarin ze zijn gemaakt, tenzij ze rechtstreeks zijn toe te rekenen aan een in aanmerking komend actief. In dit geval worden ze geactiveerd.
Overheidssubsidies worden opgenomen als baten in de winst- en verliesrekening (in andere bedrijfsopbrengsten) over de perioden waarin de gerelateerde kosten worden gemaakt. Overheidssubsidies m.b.t. latere perioden worden als uitgestelde baat gepresenteerd in de jaarrekening.
De huidige waarde van de toegezegde pensioenregelingen ('defined benefit plans') alsook de toegezegde bijdrage regelingen ('defined contribution plans') en de gerelateerde huidige en vroegere servicekosten worden berekend volgens de "projected unit credit-methode", waarbij er aan het eind van elke verslagperiode actuariële berekeningen gemaakt worden. Herwaarderingen, inclusief actuariële winsten en verliezen, het effect van eventuele wijzigingen in het actiefplafond en het rendement op fondsbeleggingen (exclusief interest) worden onmiddellijk in de balans verwerkt tegenover een kost of bate in de andere elementen van het totaalresultaat ('other comprehensive income') in de periode waarin deze voorkomen. Herwaarderingen die erkend worden in de andere elementen van het totaalresultaat worden onmiddellijk opgenomen in het eigen vermogen en niet geherklasseerd naar winst en verlies.
Bij planwijzigingen wordt de kost van verstreken diensttijd ('past service cost') onmiddellijk opgenomen in het resultaat. De netto-interest wordt berekend door een verdisconteringsvoet toe te passen op de nettoverplichting of op het nettoactief van de pensioenregeling aan het begin van de periode. Lasten van toegezegde pensioenregelingen worden als volgt onderverdeeld;
De eerste 2 componenten van kosten van pensioenregelingen worden opgenomen in de winsten verliesrekening op de lijn personeelskosten. Winsten en verliezen uit inperkingen ('curtailments') worden verwerkt als kosten van verstreken diensttijd ('past service cost'). De derde component wordt direct in het eigen vermogen erkend.
De pensioenverplichting die opgenomen is in de geconsolideerde balans, is het actuele tekort of overschot in het pensioenregelingsplan. In geval van een overschot, wordt het actief beperkt tot de contante waarde van de economische voordelen die beschikbaar zijn in de vorm van terugbetalingen uit de regeling of verminderingen in toekomstige bijdragen aan de regeling.
Een voorziening voor ontslagvergoedingen wordt erkend wanneer de entiteit de aangeboden ontslagvergoedingen niet kan terugtrekken of op het ogenblik dat de gerelateerde herstructureringskost geboekt wordt (het vroegste van beide situaties).
Belastingslasten omvatten over de verslagperiode verschuldigde belastingslasten en uitgestelde belastingslasten. De over de verslagperiode verschuldigde belastingslasten zijn gebaseerd op de belastbare winst van het boekjaar. Belastbare winst verschilt van de winst zoals gepresenteerd in de winst- en verliesrekening omdat voor fiscale doeleinden bepaalde baten of lasten in een andere verslagperiode in beschouwing worden genomen, of omdat bepaalde lasten of baten voor belastingsdoeleinden nooit in beschouwing worden genomen. De verplichting van de Groep met betrekking tot over de verslagperiode verschuldigde belastingslasten is gewaardeerd op basis van belastingstarieven waarvan het wetgevingsproces (materieel) is afgesloten op de balansdatum. Uitgestelde belastingen worden opgenomen
voor verschillen tussen de boekwaarde van activa en verplichtingen in de jaarrekening en de overeenstemmende fiscale boekwaarde die worden gebruikt bij de berekening van belastbare winst, en worden verwerkt volgens de "balance sheet liability method". Uitgestelde belastingsverplichtingen, doorgaans opgenomen voor alle belastbare tijdelijke verschillen en uitgestelde belastingsvorderingen, worden opgenomen in zoverre het waarschijnlijk is dat er fiscale winst beschikbaar zal zijn tegenover dewelke verrekenbare tijdelijke verschillen kunnen worden gebruikt.
Uitgestelde belastingen worden gewaardeerd tegen belastingstarieven die naar verwachting van toepassing zullen zijn op de periode waarin de vordering wordt gerealiseerd of de verplichting wordt afgewikkeld. Uitgestelde belastingen worden opgenomen in de winst- en verliesrekening, behalve wanneer zij betrekking hebben op posten die rechtstreeks in het eigen vermogen worden verwerkt, in welk geval de uitgestelde belastingen eveneens worden opgenomen in het eigen vermogen.
Uitgestelde belastingsvorderingen en belastingsverplichtingen worden gesaldeerd als zij verband houden met winstbelastingen die door dezelfde belastingsautoriteit worden geheven en de Groep de intentie heeft om haar actuele belastingsvorderingen en -verplichtingen netto te verrekenen.
Materiële vaste activa worden opgenomen aan kostprijs verminderd met de geaccumuleerde afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingsverliezen.
Vaste activa in aanbouw voor productie, huur of administratieve doeleinden worden opgenomen aan kostprijs, verminderd met eventuele waardeverminderingsverliezen. De kostprijs omvat professionele honoraria en, voor in aanmerking komende activa, geactiveerde financieringskosten in overeenstemming met de waarderingsregels van de Groep. Het afschrijven van deze activa start vanaf het moment dat ze beschikbaar zijn voor gebruik.
Afschrijvingen worden geboekt om de kostprijs of waarde van vaste activa, behalve terreinen en vaste activa in aanbouw, te alloceren over de verwachte gebruiksduur, gebruik makend van de lineaire methode. Activa aangehouden onder financiële leasing worden afgeschreven over hun verwachte gebruiksduur op dezelfde basis als soortgelijke activa in eigendom of, indien korter, over de leaseperiode.
De winst of het verlies als gevolg van de buitengebruikstelling of vervreemding van een actief wordt bepaald als zijnde het verschil tussen de netto-opbrengst bij vervreemding en de boekwaarde van het actief. Dit verschil wordt opgenomen in de winst- en verliesrekening.
Uitgaven voor onderzoek worden als last opgenomen in de winst- en verliesrekening op het moment waarop ze worden gedaan. Intern gegenereerde immateriële activa die voortvloeien uit de ontwikkeling van de Groep worden opgenomen als, en slechts als volgende voorwaarden vervuld zijn:
Intern gegenereerde immateriële activa worden lineair afgeschreven volgens hun verwachte gebruiksduur. Indien niet aan de opnamecriteria is voldaan voor de opname van een intern gegenereerd actief, worden ontwikkelingskosten ten laste genomen in de winst- en verliesrekening over de periode wanneer ze worden gemaakt.
Patenten, licenties en aangekochte software worden initieel opgenomen tegen kostprijs en worden lineair afgeschreven over de verwachte gebruiksduur.
5.2.14. Waardevermindering van materiële en immateriële vaste activa exclusief goodwill Op elke balansdatum analyseert de Groep de
boekwaarden van de materiële vaste activa en de immateriële activa om te beoordelen of er een indicatie is die wijst op een mogelijke uitzonderlijke waardevermindering van deze activa. Indien een dergelijke indicatie bestaat, wordt de realiseerbare waarde van het actief geschat om de omvang van de bijzondere waardevermindering (indien nodig) te bepalen. Indien het niet mogelijk is om de realiseerbare waarde van het individuele actief te schatten, zal de Groep de realiseerbare waarde van de kasstroomgenererende eenheid bepalen waartoe het actief behoort.
De realiseerbare waarde is de hoogste waarde van de reële waarde minus de verkoopkosten en zijn bedrijfswaarde. Om de bedrijfswaarde te bepalen, wordt de contante waarde van de kasstromen berekend op basis van een disconteringsvoet die de huidige marktbeoordelingen weerspiegelt van de tijdwaarde van geld en de aan het actief verbonden risico's. Indien de realiseerbare waarde van een actief (of de kasstroomgenererende eenheid) onder de boekwaarde ligt, wordt de boekwaarde van het actief (kasstroomgenererende eenheid) verlaagd tot zijn realiseerbare waarde. Een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt onmiddellijk in de winst- en verliesrekening opgenomen, tenzij het betreffende actief tegen de geherwaardeerde waarde wordt opgenomen. In dit geval zal het bijzonder waardeverminderingsverlies worden behandeld als een herwaarderingsafname.
Indien een bijzondere waardevermindering moet worden teruggeboekt, zal de boekwaarde van het actief (kasstroomgenererende eenheid) worden verhoogd tot zijn realiseerbare waarde, maar de verhoogde boekwaarde van het actief mag niet hoger liggen dan de boekwaarde die zou zijn bepaald (na afschrijvingen) als in voorgaande jaren geen bijzonder waardeverminderingsverlies voor het actief (kasstroomgenererende eenheid) was opgenomen. Een terugboeking van een bijzonder waardeverminderingsverlies van een actief, met uitsluiting van goodwill, dient onmiddellijk in de winsten verliesrekening te worden opgenomen, tenzij het actief tegen geherwaardeerde waarde wordt opgenomen. In dit laatste geval wordt de terugboeking van het bijzonder waardeverminderingsverlies opgenomen als een herwaarderingstoename.
De kostprijs van de grondstoffen omvat naast de aankoopprijs (die bepaald wordt volgens een formule van First In First Out ("FIFO")) ook de directe aankoopkosten, zoals invoerrechten, transport- en afhandelingskosten. De kostprijs van goederen in bewerking en gereed product omvatten alle directe en indirecte kosten die nodig zijn om de voorraden op hun huidige locatie en in hun huidige staat te brengen op balansdatum. De directe kosten omvatten onder meer de kostprijs van de gebruikte grondstoffen en de directe arbeidskosten.
De indirecte kosten omvatten een systematische toerekening van vaste en variabele indirecte productiekosten die voortvloeien uit de omzetting van grondstoffen in gereed product. De toerekening van vaste indirecte productiekosten is gebaseerd op de normale capaciteit van de productiefaciliteiten.
Voor het bepalen van de kostprijs wordt de techniek van de standaardkostprijsmethode gebruikt. De standaardkostprijs houdt rekening met een normaal gebruik van grond- en hulpstoffen, arbeid, efficiëntie en capaciteit. De standaardkostprijs wordt regelmatig beoordeeld en, indien nodig, herzien rekening houdend met de huidige omstandigheden. De standaardkostprijs van de grond- en hulpstoffen, alsook de waardering ervan in de goederen in bewerking en de afgewerkte producten, wordt maandelijks herzien a.d.h.v. de nieuw bepaalde FIFO waarde van deze grond- en hulpstoffen.
De voorraad wordt gewaardeerd aan kostprijs, bepaald zoals hierboven omschreven, of aan opbrengstwaarde, indien deze lager is. De opbrengstwaarde is de geschatte verkoopprijs in normale omstandigheden minus de geschatte conversiekost en de geschatte kosten om de verkoop te realiseren (marketing, verkoop en distributie). De geschatte verkoopprijs wordt bepaald aan de hand van de LME (London Metal Exchange) koers voor lood en de MB (Metal Bulletin) quotering voor antimoon.
Waardeverminderingen worden opgenomen voor oude en traagroterende voorraad.
Handelsdebiteuren worden initieel gewaardeerd tegen reële waarde. Bijzondere waardeverminderingen voor oninbare bedragen worden opgenomen in de winst- en verliesrekening wanneer er objectieve aanwijzingen zijn dat de waarde ervan is verminderd. Het verliesbedrag wordt bepaald als het verschil tussen de boekwaarde van het actief en de contante waarde van de geschatte toekomstige kasstromen, contant gemaakt tegen de oorspronkelijke effectieve rentevoet van het financiële actief. Op basis van een regelmatige ouderdomsanalyse van de vorderingen, wordt op individuele basis bepaald of een voorziening voor dubieuze debiteuren al dan niet noodzakelijk is.
De Groep heeft een factoringsovereenkomst lopen met een kredietinstelling, waarbij de kredietinstelling voorschotten op handelsvorderingen uitbetaalt aan de Groep. Aangezien het kredietrisico voor deze vorderingen bij de Groep blijft, zijn niet alle risico's en voordelen van de getransfereerde vorderingen overgedragen. Bijgevolg blijven de handelsvorderingen op de balans van de Groep staan en worden de ontvangen voorschotten opgenomen onder de korte termijn ontvangen voorschotten en leningen.
Geldmiddelen omvatten contant geld en direct opvraagbare deposito's. Geldmiddelen en kasequivalenten worden opgenomen tegen hun reële waarde.
Interestdragende bankleningen en voorschotten in rekening-courant worden initieel opgenomen tegen reële waarde. Elk verschil tussen het ontvangen bedrag (netto van transactiekosten) en de uitstroom van middelen om de verplichting te vereffenen of af te lossen wordt opgenomen over de looptijd van de lening in overeenstemming met de grondslagen voor financiële verslaggeving over financieringskosten van de Groep (zie boven).
Handelscrediteuren worden initieel opgenomen tegen hun reële waarde.
Voorzieningen worden opgenomen indien de Groep een bestaande verplichting heeft die voortvloeit uit gebeurtenissen in het verleden, en waarvan de afwikkeling naar verwachting zal resulteren in een uitstroom uit de entiteit van middelen die economische voordelen in zich bergen. Voorzieningen worden gewaardeerd tegen de beste schatting van de uitgaven die vereist zijn om de bestaande verplichting op balansdatum af te wikkelen. Indien het effect van de tijdswaarde van geld materieel is, wordt het bedrag verdisconteerd.
Voor het opstellen van de financiële staten moeten bepaalde inschattingen en veronderstellingen worden gebruikt om activa en passiva te waarderen en de positieve en negatieve gevolgen van onvoorziene omstandigheden en gebeurtenissen op de balansdatum in te schatten, alsook om zich een oordeel te vormen van de opbrengsten en lasten van het boekjaar.
De belangrijkste inschattingen die de Groep heeft uitgevoerd om de financiële staten op te stellen, hebben in hoofdzaak betrekking op:
Op basis van een regelmatige ouderdomsanalyse van de vorderingen, wordt op individuele basis bepaald of een voorziening voor dubieuze debiteuren al dan niet noodzakelijk is.
• Pensioen en andere gelijkgestelde verplichtingen (zie toelichting 5.28.). De verplichting voortvloeiend uit de toegezegde pensioenregelingen die de Groep heeft afgesloten, worden ingeschat aan de hand van assumpties en actuariële veronderstellingen. De disconteringsvoet en
de geschatte loonsverwachting zijn actuariële veronderstellingen die een materieel effect kunnen hebben op de verplichting.
• Uitgestelde belastingvorderingen (zie toelichting 5.7.).
Uitgestelde belastingvorderingen m.b.t. ongebruikte fiscale verliezen en fiscaal verrekenbare tegoeden worden slechts erkend in zoverre het waarschijnlijk is dat er toekomstige fiscale winst beschikbaar zal zijn waarmee de ongebruikte overgedragen fiscale verliezen en fiscale verrekenbare tegoeden kunnen worden verrekend. Een belangrijke onzekerheidsfactor in het bepalen van het toekomstige fiscale resultaat betreft de volatiliteit en de onvoorspelbaarheid van de grondstofprijzen.
• Andere zoals geschillen en rechtszaken. De Groep is, en kan dat in de toekomst zijn, verwikkeld in gerechtelijke procedures. Tot op vandaag is Campine als eiseres of verweerster betrokken bij een aantal gerechtelijke procedures die globaal (volgens de informatie waarover de Groep beschikt op datum van het huidig verslag) geen belangrijke weerslag kunnen hebben op Campine. De waarschijnlijkheid van eruit resulterende activa of passiva is namelijk bijzonder klein en/of het gaat om relatief onaanzienlijke bedragen. Betreffende de boete Europese Commissie: de Groep ging in beroep tegen de boete (€ 8,15 miljoen) die werd opgelegd in 2017 en werd opgenomen in de 2016 resultaten. Momenteel is er geen redelijke inschatting mogelijk van de uitkomst van deze gerechtelijke procedure. Een hoorzitting vond plaats in Q4 2018 en een juridische beslissing kan redelijkerwijs verwacht worden in het tweede semester 2019.
Gelet op de onzekerheden waarmee elk waarderingsproces gepaard gaat, stelt de Groep zijn inschattingen waar nodig bij op basis van periodiek bijgewerkte informatie. Het is mogelijk dat de toekomstige resultaten van de betrokken verrichtingen afwijken van die inschattingen. Naast inschattingen heeft de directie van de Groep ook haar beoordelingsvermogen gebruikt om de meest aangewezen boekhoudkundige verwerking van bepaalde activiteiten en transacties vast te leggen wanneer de geldende IFRS-normen in interpretaties geen afdoende uitsluitsel geven.
De productieactiviteiten van de Groep zijn gelokaliseerd in België.
De volgende tabel verschaft een analyse van de verkopen van de Groep per geografische markt.
| 31/12/2018 | 31/12/2017 | |||
|---|---|---|---|---|
| '000 € | % | '000 € | % | |
| België | 7.539 | 3,6% | 8.689 | 4,0% |
| Duitsland | 71.437 | 34,0% | 80.804 | 37,3% |
| Zwitserland | 40.769 | 19,4% | 36.879 | 17,0% |
| Italië | 21.014 | 10,0% | 24.151 | 11,2% |
| Frankrijk | 10.782 | 5,1% | 8.918 | 4,1% |
| Roemenië | 9.452 | 4,5% | 10.130 | 4,7% |
| Nederland | 8.285 | 3,9% | 8.057 | 3,7% |
| Verenigd Koninkrijk | 3.139 | 1,5% | 3.393 | 1,6% |
| Rest Europa | 10.916 | 5,2% | 12.050 | 5,6% |
| Noord-Amerika | 17.072 | 8,1% | 17.090 | 7,9% |
| Azië | 4.788 | 2,3% | 3.158 | 1,5% |
| Andere | 5.069 | 2,4% | 3.182 | 1,5% |
| 210.262 | 100% | 216.501 | 100% |
Er is één klant binnen de BU Lood die meer dan 10% van de groepsomzet vertegenwoordigt (17,8%).
99% van de omzet van Metals Recycling werd gerealiseerd in Europa terwijl 70% van de omzet van Specialty Chemicals in Europa werd verwezenlijkt.
Campine heeft haar activiteiten heringedeeld (zie dit jaarverslag pag 16).
De operationele segmentinformatie werd conform aangepast. Om de vergelijkbaarheid met het vorige boekjaar te waarborgen, worden de cijfers over 2017 in dezelfde vorm voorgesteld.
| Specialty Chemicals |
BU Antimoon | BU Plastics | Totaal | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 31/12/18 | 31/12/17 | Δ | 31/12/18 | 30/06/17 | Δ | 31/12/18 | 31/12/17 | Δ | |
| Omzet in € '000 |
62.924 | 60.672 | 3,7% | 26.835 | 28.130 | -4,6% | 89.759 | 88.802 | 1,1% |
De omzet van het Specialty Chemicals-segment vertegenwoordigt een volume van 15.617 ton (31/12/2017: 14.949 ton)(+4,5%).
| Metals Recycling |
BU Metals Recovery | BU Lood | Totaal | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 31/12/18 | 31/12/17 | Δ | 31/12/18 | 31/12/17 | Δ | 31/12/18 | 31/12/17 | Δ | |
| Omzet in € '000 |
8.469 | 7.699 | 10,0% | 123.706 | 130.521 | -5,2% | 132.175 | 138.220 | -4,4% |
De omzet van het Metals Recycling-segment vertegenwoordigt een volume van 62.713 ton (31/12/2017: 61.294 ton) (+2,3%).
| Specialty | Eliminaties/ | ||||
|---|---|---|---|---|---|
| Chemicals | Metals Recycling | Niet-toegewezen | Totaal | ||
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2018 | 31/12/2018 | 31/12/2018 | |
| OPBRENGSTEN | |||||
| Externe verkopen | 89.759 | 120.503 | - | 210.262 | |
| Inter-business unit verkopen in hetzelfde segment |
11.672 | -11.672 | - | ||
| Totale opbrengsten | 89.759 | 132.175 | -11.672 | 210.262 | |
| RESULTAAT | |||||
| Operationeel segmentresultaat | 3.217 | 4.909 | 8.126 | ||
| Niet-toegewezen kosten | 0 | ||||
| Operationeel resultaat (EBIT) | 8.126 | ||||
| Opbrengsten uit investeringen | - | ||||
| Indekkingsresultaten | 504 | 504 | |||
| Andere baten en lasten | - | ||||
| Financiële kosten | -475 | -475 | |||
| Resultaat voor belastingen | 8.155 | ||||
| Belastingen | -2.325 | -2.325 | |||
| Resultaat van de periode | 5.830 |
| Specialty | ||||
|---|---|---|---|---|
| Chemicals | Metals Recycling | Niet-toegewezen | Totaal | |
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2018 | 31/12/2018 | 31/12/2018 |
| ANDERE INFORMATIE | ||||
| Investeringen in activa | 1.176 | 4.311 | 342 | 5.829 |
| Afschrijvingen / vervreemding | -745 | -1.580 | -431 | -2.756 |
| BALANS | ||||
| Activa | ||||
| Vaste activa | 2.785 | 6.392 | 1.541 | 10.718 |
| Uitgestelde belastingsactiva | - | - | 83 | 83 |
| Geblokkeerde gelden / rekening | - | 275 | - | 275 |
| Voorraad | 13.940 | 12.230 | 1.570 | 27.740 |
| Handels- en andere vorderingen | 10.223 | 11.961 | 449 | 22.633 |
| Derivaten | - | - | - | - |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | 121 | 121 | ||
| Totaal activa | 26.948 | 30.858 | 3.764 | 61.570 |
| Lange termijnverplichtingen | ||||
| Verplichtingen i.v.m. vergoedingen na | ||||
| uitdiensttreding | - | - | 1.205 | 1.205 |
| Uitgestelde belastingsverplichtingen | - | - | - | - |
| Voorzieningen | - | 1.090 | - | 1.090 |
| Korte termijnverplichtingen | ||||
| Verplichtingen i.v.m. vergoedingen na | ||||
| uitdiensttreding | - | - | 104 | 104 |
| Handels- en andere verplichtingen | 3.433 | 8.662 | 4.261 | 16.356 |
| Derivaten | - | 59 | - | 59 |
| Winstbelastingen | - | - | 4.020 | 4.020 |
| Voorschotten op rekening-courant en | - | - | ||
| leningen | 9.207 | 9.207 | ||
| Voorzieningen | - | - | - | - |
| Totaal verplichtingen | 3.433 | 9.811 | 18.797 | 32.041 |
| Specialty | Eliminaties/ | |||
|---|---|---|---|---|
| Chemicals | Metals Recycling | Niet-toegewezen | Totaal | |
| '000 € | 31/12/2017 | 31/12/2017 | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
| OPBRENGSTEN Externe verkopen |
88.802 | 127.699 | - | 216.501 |
| Inter-business unit verkopen in hetzelfde | ||||
| segment | 10.521 | -10.521 | - | |
| Totale opbrengsten | 88.802 | 138.220 | -10.521 | 216.501 |
| RESULTAAT Operationeel segmentresultaat |
848 | 11.774 | 12.622 | |
| Niet-toegewezen kosten | 0 | |||
| Operationeel resultaat (EBIT) | 12.622 | |||
| Opbrengsten uit investeringen | - | |||
| Indekkingsresultaten | -1.057 | -1.057 | ||
| Andere baten en lasten | - | |||
| Financiële kosten | -678 | -678 | ||
| Resultaat voor belastingen | 10.887 | |||
| Belastingen | -3.879 | -3.879 | ||
| Resultaat van de periode | 7.008 | |||
| Specialty | ||||
| '000 € | Chemicals 31/12/2017 |
Metals Recycling 31/12/2017 |
Niet-toegewezen 31/12/2017 |
Totaal 31/12/2017 |
| ANDERE INFORMATIE | ||||
| Investeringen in activa Afschrijvingen / vervreemding |
1.341 -769 |
1.332 -1.493 |
557 -427 |
3.230 -2.689 |
| BALANS | ||||
| Activa | ||||
| Vaste activa | 2.354 | 3.661 | 1.630 | 7.645 |
| Uitgestelde belastingsactiva | - | - | 153 | 153 |
| Geblokkeerde gelden / rekening | - | 275 | - | 275 |
| Voorraad | 11.318 | 15.571 | 1.337 | 28.226 |
| Handels- en andere vorderingen | 14.832 | 19.980 | 701 | 35.513 |
| Derivaten | 213 | 0 | 213 | |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | 148 | 148 | ||
| Totaal activa | 28.504 | 39.700 | 3.969 | 72.173 |
| Lange termijnverplichtingen | ||||
| Verplichtingen i.v.m. vergoedingen na | - | - | 1.299 | 1.299 |
| uitdiensttreding | ||||
| Uitgestelde belastingsverplichtingen Voorzieningen |
- - |
- 1.090 |
18 - |
18 1.090 |
| Korte termijnverplichtingen | ||||
| Verplichtingen i.v.m. vergoedingen na | - | - | 83 | 83 |
| uitdiensttreding | ||||
| Handels- en andere verplichtingen | 2.379 | 14.247 | 3.912 | 20.538 |
| Derivaten | - | 71 | - | 71 |
| Winstbelastingen | - | - | 5.523 | 5.523 |
| Voorschotten op rekening-courant en | - | - | 18.969 | 18.969 |
| leningen Voorzieningen |
- | - | - | - |
| Totaal verplichtingen | 2.379 | 15.408 | 29.804 | 47.591 |
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| ANDERE OPERATIONELE KOSTEN | ||
| Bureelkosten & IT | 649 | 672 |
| Erelonen | 779 | 1.246 |
| Verzekeringen | 523 | 444 |
| Uitzendkrachten | 1.408 | 1.227 |
| Personeelsgerelateerde kosten | 252 | 357 |
| Afvoerkosten van afval | 2.632 | 1.662 |
| Reiskosten | 273 | 237 |
| Transportkosten | 2.817 | 2.774 |
| Andere aan- en verkoopkosten | 615 | 618 |
| Operationele indekking - negatief resultaat | 1.236 | 450 |
| Waardevermindering handelsvorderingen | 38 | 50 |
| Onderzoek & Ontwikkeling | 376 | 235 |
| Diverse huur | 181 | 169 |
| Bijdrage lidgelden | 351 | 324 |
| Andere belastingen (niet-resultaatgebonden) | 168 | -3 |
| Financiële kosten (andere dan rente) | 209 | 256 |
| Andere | 350 | 303 |
| 12.857 | 11.021 |
Bij de afvoerkosten van afval wordt de terugname van reststromen in mindering van de kosten gebracht en wordt er vaak enkel een omwerkingskost aangerekend. Aangezien een aantal van deze reststromen nu ook extern verkocht worden, nemen enerzijds de kosten van afvoer toe, anderzijds hebben we hierdoor extra opbrengsten via externe verkopen.
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| ANDERE OPERATIONELE OPBRENGSTEN | ||
| Operationele hedgeresultaten | 312 | 696 |
| Financiële opbrengsten (andere dan rente) | 6 | 28 |
| Recuperatie afvalmaterialen | 2.170 | 2.278 |
| Schadegevallen | 91 | - |
| Subsidies | 430 | 235 |
| Andere | 106 | 52 |
| 3.115 | 3.289 |
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| Rente op voorschotten in rekening-courant, leningen en factoring | 475 | 678 |
| Totaal kosten in verband met lenen van middelen | 475 | 678 |
| 5.7. WINSTBELASTINGSLASTEN | ||
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
| Over de verslagperiode verschuldigde en verrekenbare belastingen | 2.278 | 4.009 |
| Uitgestelde belastingen | 47 | -130 |
| Belastingslasten van de verslagperiode | 2.325 | 3.879 |
Binnenlandse winstbelastingen zijn berekend tegen een belastingtarief van 29,58% (2017: 33,99%) op het verwachte fiscale resultaat van de verslagperiode.
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| Resultaat voor belastingen | 8.155 | 10.887 |
| Belasting aan het binnenlandse belastingstarief van 29,58% (2017: 33,99%) |
2.412 | 3.700 |
| Fiscale gevolgen van lasten die niet aftrekbaar zijn voor het bepalen van het fiscale resultaat |
36 | 132 |
| Fiscale gevolgen van Notionele Interestaftrek | -1 | -16 |
| Belastingsherziening vorige jaren | -52 | -16 |
| Fiscale gevolgen van niet-erkende fiscale verliezen en tijdelijke verschillen |
-44 | 27 |
| Vermeerdering n.a.v. te weinig voorafbetaling | - | 65 |
| Belastingimpact van wijziging in belastingvoet | -26 | -13 |
| Belastingslasten en belastingstarief van het boekjaar | 2.325 | 3.879 |
Per 31/12/2018 bedragen de uitgestelde belastingvorderingen 83 K€ (153 K€ per 31/12/2017) en de uitgestelde belastingverplichtingen 0€ (18 K€ per 31/12/2017).
De Raad van Bestuur stelt voor een totaaldividend uit te betalen van € 1,875 miljoen op basis van de 2018 resultaten. Er werd over 2017 een totaaldividend uitgekeerd van € 2,325 miljoen waarvan € 1,500 miljoen in november 2017 in de vorm van een interimdividend en het saldo van € 0,825 miljoen in juni 2018.
De Raad van Bestuur stelt voor om aan de niet-uitvoerende Bestuurders een tantième over het boekjaar dat afgesloten wordt per 31 december 2018 uit te betalen als volgt:
| F.-W. Hempel | FLG Belgium 22/05/18 vanaf |
BERNUS | DELOX | H.-R. Orgs | tot 30/09/18 Christulf |
Totaal | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Tantièmes | 10.000 € | 10.000 € | 10.000 € | 20.000 € | 10.000 € | 0 € | 60.000 € |
Over het boekjaar afgesloten per 31/12/2017 werd voor 70 K€ tantièmes uitgekeerd.
Aangezien er geen potentiële aandelen werden uitgegeven die tot verwatering kunnen leiden en er geen bedrijfsactiviteiten werden stopgezet, is het verwaterd resultaat per aandeel gelijk aan het resultaat per aandeel.
De berekening van het basis- en verwaterd resultaat per aandeel toerekenbaar aan houders van gewone aandelen van de moedermaatschappij is gebaseerd op de volgende gegevens:
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| RESULTAAT | ||
| Resultaat voor de berekening van het basis- en verwaterd resultaat per aandeel (resultaat van het boekjaar toerekenbaar aan de houders van gewone aandelen van de moedermaatschappij) |
5.830 | 7.008 |
| AANTAL AANDELEN | ||
| Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen voor de berekening van het basis- en verwaterd resultaat per aandeel |
1.500.000 | 1.500.000 |
| '000 € | Terreinen en gebouwen |
Vaste activa in aanbouw |
Inrichting en uitrusting |
Totaal |
|---|---|---|---|---|
| KOSTPRIJS OF WAARDERING | ||||
| Per 31 december 2016 | 13.373 | 271 | 56.912 | 70.556 |
| Investeringen | 266 | 119 | 2.845 | 3.230 |
| Overdracht | - | -271 | 271 | 0 |
| Vervreemdingen | - | - | - | - |
| Per 31 december 2017 | 13.639 | 119 | 60.028 | 73.786 |
| Investeringen | - | - | 5.708 | 5.708 |
| Overdracht | - | -119 | 119 | 0 |
| Vervreemdingen | - | - | -615 | -615 |
| Per 31 december 2018 | 13.639 | 0 | 65.240 | 78.879 |
| GECUMULEERDE AFSCHRIJVINGEN | ||||
| Per 31 december 2016 | 12.225 | - | 51.699 | 63.924 |
| Afschrijvingslasten van het boekjaar | 255 | - | 2.221 | 2.476 |
| Eliminatie als gevolg van vervreemding | - | - | - | - |
| Per 31 december 2017 | 12.480 | - | 53.920 | 66.400 |
| Afschrijvingslasten van het boekjaar | 173 | - | 2.426 | 2.599 |
| Eliminatie als gevolg van vervreemding | - | - | -615 | -615 |
| Per 31 december 2018 | 12.653 | - | 55.731 | 68.384 |
| BOEKWAARDE | ||||
| Per 31 december 2018 | 986 | 0 | 9.509 | 10.495 |
| Per 31 december 2017 | 1.159 | 119 | 6.108 | 7.386 |
Onze afschrijvingen lopen steeds tot restwaarde 0. De volgende afschrijvingspercentages worden gebruikt voor materiële vaste activa:
| Industriële, administratieve, commerciële gebouwen | 5% |
|---|---|
| Meubels | 20% |
| Rollend materieel | 25% |
| Installaties, machines en uitrusting | min. 5% - max. 33% volgens levensduur |
Er zijn geen activa gehouden op grond van financiële leaseovereenkomsten. De Groep heeft geen terreinen en gebouwen verpand als zekerheid voor de financiering die de bank ter beschikking stelt aan de Groep.
| '000 € | Patenten, licenties en aangekochte software |
|---|---|
| KOSTPRIJS | |
| Per 31 december 2016 | 1.722 |
| Toevoegingen | - |
| Per 31 december 2017 | 1.722 |
| Toevoegingen | 120 |
| Per 31 december 2018 | 1.842 |
| GECUMULEERDE AFSCHRIJVINGEN EN WAARDEVERMINDERINGEN | |
| Per 31 december 2016 | 1.250 |
| Lasten voor het boekjaar | 213 |
| Per 31 december 2017 | 1.463 |
|---|---|
| Lasten voor het boekjaar | 156 |
| Per 31 december 2018 | 1.619 |
| Per 31 december 2018 | 223 |
|---|---|
| Per 31 december 2017 | 259 |
De hierboven vermelde immateriële vaste activa hebben een bepaalde gebruiksduur. Immateriële vaste activa worden afgeschreven, afhankelijk van categorie, over 3 tot 8 jaar.
Details van de dochteronderneming van de Groep per 31 december 2018 zijn als volgt:
| Naam van de dochteronderneming |
Land van oprichting of statutaire zetel |
Omvang van het kapitaalbelang |
Omvang van de gehouden stemrechten |
Hoofdactiviteit |
|---|---|---|---|---|
| Campine Recycling nv BTW: BE0474.955.451 |
België | 99,99% | 100% | Loodrecyclage |
Er zijn geen beperkingen op toegang tot en gebruik van de activa van de dochteronderneming en om over te gaan tot afwikkeling van verplichtingen van de Groep.
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| Grondstoffen | 7.690 | 8.539 |
| Goederen in bewerking | 7.165 | 6.702 |
| Gereed product | 12.885 | 12.985 |
| 27.740 | 28.226 |
De voorraad per jaareinde bevat waardeverminderingen ten belope van 366 K€ (2017: 487 K€) teneinde de voorraad te waarderen aan opbrengstwaarde indien die lager is dan de kostprijs. De voorraadwaarde is gerelateerd aan de conversiekost van de producten die gebonden is aan de LME (London Metal Exchange) koers voor lood en de MB (Metal Bulletin) quotering voor antimoon.
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| Vorderingen als gevolg van de verkoop van goederen | 21.763 | 34.484 |
| Andere vorderingen | 870 | 1.029 |
| 22.633 | 35.513 |
Een bijzondere waardevermindering werd opgenomen voor het verwachte oninbare gedeelte van de handelsvorderingen voor een bedrag van 1.011 K€ (2017: 973 K€). Deze bijzondere waardevermindering werd bepaald op individuele basis. Balansen worden afgeschreven als er voldoende zekerheid is dat de vordering niet meer geïnd kan worden. De Raad van Bestuur bevestigt dat de boekwaarde van de handels- en andere vorderingen hun reële waarde benadert omdat deze op korte termijn lopen.
Van de totale handelsvorderingen t.b.v. 21.763 K€ is 21.076 K€ voorwerp van factoring bij een kredietinstelling. Op basis van deze vorderingen stort de kredietinstelling voorschotten op rekening van Campine (7.172 K€ per 31/12/2018, zie toelichting 16. Bankschulden) en int vervolgens zelf deze vorderingen. Het kredietrisico blijft bij Campine welke vervolgens onderdeel uitmaken van een kredietverzekering.
Er zijn geen significante vervallen items, ouder dan 30 dagen, waarvoor geen waardevermindering werd geboekt en/of die niet volledig afgedekt zijn via een kredietverzekering. Het management heeft het verwachte verlies op handelsvorderingen geëvalueerd en besloot dat er geen aanvullende (materiële) provisie moet aangelegd worden bovenop de bestaande bijzondere provisie voor oninbare handelsvorderingen.
Bankdeposito's en kasmiddelen omvatten geldmiddelen aangehouden door de Groep en bankdeposito's met een looptijd van maximaal drie maanden vanaf de verwervingsdatum. De boekwaarde van deze activa benadert hun reële waarde omdat deze op korte termijn lopen.
De voornaamste financiële activa van de Groep zijn kortetermijnbankdeposito's en geldmiddelen, handels- en andere vorderingen. Het kredietrisico van liquide middelen is beperkt vermits de tegenpartijen banken zijn met een hoge kredietwaardigheid toegekend door internationale ratinginstituten.
Het kredietrisico van de Groep is voornamelijk toe te rekenen aan haar handelsvorderingen. De bedragen gepresenteerd in de balans zijn na eventuele bijzondere waardeverminderingen voor dubieuze debiteuren. Een dergelijke bijzondere waardevermindering wordt opgenomen indien er een geïdentificeerde tot verlies leidende gebeurtenis op basis van ervaring uit het verleden leidt tot een vermindering in de geschatte toekomstige kasstromen uit de vorderingen.
De concentratie van kredietrisico's m.b.t. handelsvorderingen is beperkt als gevolg van de klantenstructuur van de Groep die een uitgebreid aantal niet-verbonden klanten omvat. Hierdoor is de Raad van Bestuur overtuigd dat er geen bijkomende provisie voor kredietrisico nodig is bovenop de bijzondere waardeverminderingen voor dubieuze debiteuren.
Opvolging van de bijzondere waardeverminderingen voor dubieuze debiteuren:
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| Beginsaldo dubieuze debiteuren | 973 | 923 |
| Toevoegingen | 38 | 50 |
| Terugnames | 0 | 0 |
| Eindsaldo dubieuze debiteuren | 1.011 | 973 |
Het Groepssaldo van de handelsdebiteuren omvat debiteuren met een boekwaarde van 2.016 K€ (2017: 3.161 K€) die vervallen zijn op de rapportagedatum maar voor dewelke de Groep geen provisie heeft aangelegd aangezien er geen noemenswaardige wijziging in kredietwaardigheid heeft plaatsgevonden en de bedragen nog steeds als inbaar worden aanzien. De Groep heeft een kredietverzekering aangegaan voor deze bedragen. De gemiddelde duur van deze openstaande vorderingen beloopt 19 dagen na vervaldag (2017: 34 dagen).
Voor de gehanteerde waarderingsregel, verwijzen wij naar het punt waarderingsregel 5.2.6 Financiële instrumenten in dit verslag.
De onderstaande tabel geeft een samenvatting van de nettowijziging van de reële waarde – gerealiseerd en niet-gerealiseerd – van de posities op de LME-lood- en -tintermijnmarkt waar Campine lood en tin op termijn verkoopt d.m.v. termijncontracten.
| '000 € | Reële waarde van de lopende instrumenten |
Onderliggende loodvolumes (in ton) |
Nettowijziging in reële waarde in het resultaat |
|---|---|---|---|
| Per 31 december 2017 | 142 | 1.935 | -1.057 |
| Per 31 december 2018 | -59 | 1.675 | 504 |
Op de balans kan je de reële waarde van de lopende instrumenten terugvinden bij de passiva derivaten voor een bedrag van 59 K€.
De classificatie van de reële waarde ("fair value") van de hedge instrumenten is niveau 1 (onaangepaste genoteerde prijzen in een actieve markt voor identieke activa of passiva) in de "fair value hierarchy" van IFRS 13.
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| Toegestaan | ||
| 1.500.000 gewone aandelen met een nominale waarde van € 2,67 elk | 4.000 | 4.000 |
| Uitgegeven en volgestort | 4.000 | 4.000 |
De entiteit heeft één categorie van gewone aandelen en deze geven geen recht op een vaste vergoeding.
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| Bankleningen | - | - |
| Voorschotten in rekening-courant | 2.035 | 5.503 |
| Voorschotten m.b.t. factoring | 7.172 | 13.466 |
| 9.207 | 18.969 | |
| Af te wikkelen verplichtingen | ||
| Voorschotten in rekening-courant | 2.035 | 5.503 |
| Voorschotten m.b.t. factoring | 7.172 | 13.466 |
| 9.207 | 18.969 | |
| Gemiddeld betaalde rentetarieven | ||
| Voorschotten in rekening-courant | 3,19% | 2,72% |
| Voorschotten m.b.t. factoring | 1,62% | 1,98% |
Op 1 april 2014 sloot de Groep commercial finance overeenkomsten af waardoor de liquiditeit wordt gevrijwaard van de mogelijke prijsschommelingen.
Bankleningen worden afgesloten tegen vaste rente. Andere verplichtingen (voorschotten in rekening-courant en voorschotten m.b.t. factoring van 9.207 K€ per 31 december 2018 (per 31 december 2017: 18.969 K€)) worden afgesloten tegen variabele tarieven waardoor de Groep wordt blootgesteld aan een interestrisico (zie toelichting 5.29.1.). De Groep had 16.137 K€ ongebruikte financieringsfaciliteiten beschikbaar per 31 december 2018 (31 december 2017: 15.304 K€).
In de kredietovereenkomsten met onze bankiers zijn een aantal convenanten opgenomen, op basis van eigen vermogen, solvabiliteit en voorraadrotatie. Per 31 december 2018 werd voldaan aan alle convenanten:
Roll-forward van de financiële verplichtingen en de aansluiting met cash-flow:
| '000 € | 31/12/2018 | Financieringscash-flow | 31/12/2017 |
|---|---|---|---|
| Voorschotten in rekening-courant | 2.035 | -3.468 | 5.503 |
| Voorschotten m.b.t. factoring | 7.172 | -6.294 | 13.466 |
| 9.207 | -9.762 | 18.969 |
De volgende zijn de belangrijkste uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen opgenomen door de Groep en de bewegingen ervan gedurende de huidige en voorgaande verslagperioden.
| Saldo per 31 december 2018 | 5 | 0 | -88 | - | 0 | -83 |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat van het jaar |
- | - | 4 | - | - | 4 |
| Opgenomen in het resultaat van het jaar |
-1 | -42 | 135 | - | -44 | 48 |
| Saldo per 31 december 2017 | 6 | 42 | -227 | - | 44 | -135 |
| Opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat van het jaar |
- | - | 25 | - | - | 25 |
| Opgenomen in het resultaat van het jaar |
-1 | -174 | 33 | - | 11 | -131 |
| Saldo per 31 december 2016 | 7 | 216 | -285 | - | 33 | -29 |
| '000 € | Tijdelijke verschillen i.v.m. vaste activa |
Positieve reële waarde derivaten |
Verplichtingen voor vergoedingen na uitdiensttreding |
Fiscale verliezen |
Andere | Totaal |
Het saldo van -83 K€ bestaat uit een uitgestelde belastingvordering van 83 K€. Er zijn geen uitgestelde belastingverplichtingen. Sommige uitgestelde belastingvorderingen en verplichtingen worden gesaldeerd in overeenstemming met de waarderingsregels van de Groep.
Handelsschulden omvatten voornamelijk openstaande bedragen aangaande handelsaankopen en algemene kosten. De Raad van Bestuur acht dat de boekwaarde van de handelsschulden hun reële waarde benadert aangezien deze op korte termijn lopen.
Alle handelsschulden belopen maximaal 60 dagen (met uitzondering van betwiste zaken), zodat een looptijdanalyse niet relevant is.
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| Handelsschulden | 13.207 | 17.726 |
| Andere schulden en overlopende posten | 3.149 | 2.812 |
| 16.356 | 20.538 |
De onderstaande tabel detailleert de resterende contractuele vervaldata van haar niet-afgeleide financiële verplichtingen. De tabel werd opgesteld op basis van de volledige kasstromen van financiële verplichtingen gebaseerd op de eerste dag waarop de Groep tot betaling kan verplicht worden. De tabel omvat zowel de kapitaalaflossingen als de interesten.
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 | ||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| < 1 jaar | 1-5 jaar | > 5 jaar | < 1 jaar | 1-5 jaar | > 5 jaar | |
| Handels- en andere verplichtingen | 16.356 | - | - | 20.538 | - | - |
| Voorschotten in rekening-courant | 2.035 | - | - | 5.503 | - | - |
| Voorschotten m.b.t. factoring | 7.172 | - | - | 13.466 | - | - |
| Financiële leaseverplichtingen | 144 | 177 | - | - | - | - |
De belangrijkste financiële instrumenten van de Groep bestaan uit financiële en commerciële vorderingen en schulden, geldbeleggingen, geldmiddelen en kasequivalenten evenals derivaten.
U vindt hierna het overzicht van de financiële instrumenten op 31 december 2018:
| '000 € | Categoriëen | Boekwaarde | Reële waarde | Niveau |
|---|---|---|---|---|
| I. Vaste Activa | ||||
| II. Vlottende Activa | ||||
| Handels- en overige vorderingen | A | 22.633 | 22.633 | 2 |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | B | 121 | 121 | 2 |
| Derivaten | C | - | - | 1 |
| Totaal der financiële instrumenten op het actief van de balans |
22.754 | 22.754 | ||
| I. Langlopende verplichtingen | ||||
| Rentedragende verplichtingen | A | - | - | 2 |
| Overige langlopende verplichtingen | A | - | - | 2 |
| Overige financiële verplichtingen | C | - | - | 2 |
| II. Kortlopende verplichtingen | ||||
| Rentedragende verplichtingen | A | 9.207 | 9.207 | 2 |
| Kortlopende handels- en overige schulden | A | 16.356 | 16.356 | 2 |
| Derivaten | C | 59 | 59 | 1 |
| Totaal der financiële instrumenten op het passief van de balans |
25.622 | 25.622 |
'000 € Categoriëen Boekwaarde Reële waarde Niveau I. Vaste Activa II. Vlottende Activa Handels- en overige vorderingen A 35.513 35.513 2 Geldmiddelen en kasequivalenten B 148 148 2 Derivaten C 213 213 1 Totaal der financiële instrumenten op het actief van de balans 35.874 35.874 I. Langlopende verplichtingen Rentedragende verplichtingen A - - 2 Overige langlopende verplichtingen A - - 2 Overige financiële verplichtingen C - - 2 II. Kortlopende verplichtingen Rentedragende verplichtingen A 18.969 18.969 2 Kortlopende handels- en overige schulden A 20.538 20.538 2 Derivaten C 71 71 1 Totaal der financiële instrumenten op het passief van de balans 39.578 39.578
U vindt hierna het overzicht van de financiële instrumenten op 31 december 2017:
De categorieën komen overeen met volgende financiële instrumenten:
Het geheel der financiële instrumenten van de Groep stemt overeen met de niveaus 1 en 2 in de hiërarchie van de reële waardes. De waardering aan reële waarde gebeurt op regelmatige basis.
De waarderingstechnieken betreffende de reële waarde van de financiële instrumenten van niveau 2 zijn de volgende:
De hervorming van IAS 39 naar IFRS 9 zal geen materiële impact hebben voor de Groep. Hieronder staat de samenvatting van de wijzigingen in de categorieën onder financiële activa en schulden in de balans van Campine volgens de omzetting van IAS 39 naar IFRS 9.
| Per 01/01/2018 '000 EUR |
IAS 39 categorie | IFRS 9 categorie |
|---|---|---|
| Vlottende activa | ||
| Handels- en overige vorderingen | Leningen en vorderingen | Financiële activa tegen geamortiseerde kostprijs |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | Leningen en vorderingen | Financiële activa tegen geamortiseerde kostprijs |
| Afgeleide financiële instrumenten | Financiële activa tegen reële waarde via resultaat (aangehouden voor handelsdoeleinden) |
Financiële activa verplicht te waarderen tegen reële waarde via resultaat |
| TOTAAL DER FINANCIELE ACTIVA | ||
| Langlopende verplichtingen | ||
| Rentedragende verplichtingen | Financiële verplichtingen [gewaardeerd] tegen geamortiseerde kostprijs |
Financiële verplichtingen [gewaardeerd] tegen geamortiseerde kostprijs |
| Andere langlopende verplichtingen | Financiële verplichtingen [gewaardeerd] tegen geamortiseerde kostprijs |
Financiële verplichtingen [gewaardeerd] tegen geamortiseerde kostprijs |
| Andere financiële verplichtingen | Financiële verplichtingen [gewaardeerd] tegen geamortiseerde kostprijs |
Financiële verplichtingen [gewaardeerd] tegen geamortiseerde kostprijs |
| Kortlopende verplichtingen | ||
| Rentedragende verplichtingen | Financiële verplichtingen [gewaardeerd] tegen geamortiseerde kostprijs |
Financiële verplichtingen [gewaardeerd] tegen geamortiseerde kostprijs |
| Handels- en overige schulden | Financiële verplichtingen [gewaardeerd] tegen geamortiseerde kostprijs |
Financiële verplichtingen [gewaardeerd] tegen geamortiseerde kostprijs |
| Afgeleide financiële instrumenten | Financiële verplichtingen tegen reële waarde via resultaat (aangehouden voor handelsdoeleinden) |
Financiële verplichtingen tegen reële waarde via resultaat (aangehouden voor handelsdoeleinden) |
TOTAAL DER FINANCIELE SCHULDEN
| Voorziening voor | |||
|---|---|---|---|
| '000 € | bodemsanering | Andere | Totaal |
| Per 31 december 2017 | 1.090 | - | 1.090 |
| Toevoeging provisies tijdens de periode | - | - | 0 |
| Per 31 december 2018 | 1.090 | - | 1.090 |
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 | |
| Geclassificeerd als: | |||
| Korte termijnverplichtingen | - | - | |
| Lange termijnverplichtingen | 1.090 | 1.090 | |
| 1.090 | 1.090 |
Per 31/12/2018 bedroegen de provisies 1.090 K€. Deze hebben vooral betrekking op de bodemsaneringsverplichting op en rond de site van de Groep en deze werden in overeenstemming met de vereisten van de OVAM door een onafhankelijk studiebureau bepaald.
Er werden geen toevoegingen aan inrichtingen en uitrustingen gefinancierd door nieuwe financiële leaseovereenkomsten gedurende het jaar.
Er is aan de banken een volmacht tot pand op het handelsfonds verleend ten bedrage van 10.680 K€ (31/12/2017: 10.867 K€).
In de normale gang van zaken heeft de Groep toekomstige verplichtingen om metaal te kopen en te verkopen.
De Groep past IFRS 16 toe met een aangepaste retrospectieve methode (d.i. zonder herwerking van de 2018 cijfers) waarbij diensten uit de leaseverplichtingen worden uitgesloten. Op 1 januari 2019 worden met een gebruiksrecht overeenstemmende activa gewaardeerd tegen een bedrag dat gelijk is aan de leaseverplichting, aangepast voor het bedrag van alle vooruitbetaalde of te ontvangen leasebetalingen die met de leaseovereenkomst verband houden en die zijn opgenomen in de geconsolideerde balans onmiddellijk voor 1 januari 2019. Vanaf 1 januari 2019 worden de leaseverplichtingen die opgenomen moeten worden conform IFRS 16 geschat op 240 K€. Er wordt geen impact op het eigen vermogen verwacht.
Geleasede activa hebben met name betrekking op bedrijfswagens. De verwachte terugbetaling van operationele leaseverplichtingen in 2019, die niet langer opgenomen worden als kosten voor operationele lease zoals het geval was onder IAS 17, maar als terugbetaling van leaseverplichtingen, bedraagt 102 K€. Een substantieel deel van dit bedrag zal in 2019 een impact hebben op de afschrijvingskosten en voor een beperkt bedrag op de financieringskosten.
De Groep maakt ook gebruik van de praktische oplossing voor operationele leasings met een beperkte levensduur, alsook voor operationele leasings met een beperkt bedrag, dewelke wel onder IAS 17 erkend werden als toekomstige leasebetalingen.
Bestaande operationele leaseovereenkomsten als lessee:
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| Minimale leasebetalingen op grond van operationele leaseovereenkomsten opgenomen als last van het boekjaar |
152 | 145 |
| De Groep heeft, op balansdatum, uitstaande verbintenissen als gevolg van niet-opzegbare operationele | ||
| leaseovereenkomsten, die als volgt worden afgewikkeld: | ||
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
| Binnen één jaar na balansdatum | 144 | 109 |
| In het tweede tot maximaal vijfde jaar na balansdatum | 177 | 145 |
| 321 | 254 |
Operationele leasebetalingen vertegenwoordigen huurbetalingen door de Groep voor voertuigen en uitrusting. Dit betreft bedrijfswagens, kopieermachines en printers. Er waren geen beperkingen noch aankoopopties verbonden aan de overeenkomsten en deze zijn niet indexgerelateerd. Leaseovereenkomsten worden onderhandeld voor een gemiddelde termijn van vier jaar.
Gedurende het boekjaar afgesloten per 31 december 2018 heeft geen enkel lid van het Uitvoerend Management Team enige aandelen, aandelenopties of andere rechten om aandelen van het bedrijf of de Groep te verwerven.
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| Lange termijn | ||
| Kosten van (brug-) pensioenen | 309 | 220 |
| Korte termijn | ||
| Lonen | 9.744 | 9.489 |
| Bijdrage sociale zekerheid | 2.888 | 2.806 |
| Structurele vermindering sociale bijdrage | -819 | -771 |
| Overige personeelskosten | 1.492 | 1.659 |
| 13.614 | 13.403 | |
| Gemiddeld aantal FTE's | 179 | 170 |
Op de balans staan volgende bedragen m.b.t. (brug)pensioenen geboekt:
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| Toegezegde pensioenregeling | 910 | 908 |
| Voorziening voor brugpensioen | 399 | 474 |
| 1.309 | 1.382 |
De Groep heeft een toegezegde pensioenregeling voor bepaalde werknemers van Campine en haar dochteronderneming in België. De toegezegde pensioenregelingen voorzien een kapitaal gebaseerd op de verloning en de diensttijd, betaalbaar vanaf de leeftijd van 60 jaar. Met betrekking tot de gefinancierde plannen, worden de bankbeleggingen geïnvesteerd in een gemengde portefeuille van aandelen en obligaties of verzekeringscontracten. De fondsbeleggingen bevatten geen rechtstreekse investeringen in Campineaandelen of in vastgoed of andere activa gebruikt door de Groep.
De actuele waarde van de pensioenverplichtingen en van de activa heeft als volgt geëvolueerd:
| Pensioen | Netto | |||
|---|---|---|---|---|
| verplichting | Fonds | schuld / | ||
| '000 € | (IAS 19 R) | beleggingen | Tekort | vordering |
| Per 31 december 2017 | 5.154 | -4.247 | 907 | 907 |
| Onderdelen van de kost van toegezegd-pensioenregelingen | ||||
| Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten in resultaat | - | |||
| Aan de diensttijd toegerekende pensioenkosten | ||||
| (netto na werknemersbijdragen) | 393 | 393 | ||
| Kost van verstreken diensttijd (incl. effect van inperkingen) | - | |||
| (winsten) / verliezen op planafwikkelingen | - | |||
| Aan de diensttijd toegerekende pensioenkosten | 393 | |||
| Netto-interest op de nettoschuld / (vordering) in resultaat | ||||
| Interestkost op de pensioenverplichting | 66 | 66 | ||
| Interestkost op de fondsbeleggingen | -56 | -56 | ||
| Interest op het effect van het actiefplafond | - | |||
| Netto-interest | 10 | |||
| Administratiekosten betaald met fondsbeleggingen in resultaat | - | |||
| Onderdelen van de kost van toegezegd-pensioenregelingen in resultaat |
403 | |||
| Herwaarderingen van de nettoschuld / (vordering) in andere | ||||
| elementen van het totaalresultaat (OCI) | ||||
| Actuariële (winsten) / verliezen voortkomende uit: | ||||
| • Wijzigingen in demografische hypotheses | - | |||
| • Wijzigingen in financiële hypotheses | -248 | -248 | ||
| • Ervaringsaanpassingen | 67 | 67 | ||
| Rendement van de fondsbeleggingen (excl. bedragen inbegrepen in | ||||
| de netto-interesten) | 165 | 165 | ||
| Wijziging in het effect van het actiefplafond (excl. bedragen | ||||
| inbegrepen in de netto-interesten) | - | |||
| Totale herwaarderingen erkend in de andere elementen van het | -16 | |||
| totaalresultaat (OCI) | ||||
| Kosten van toegezegd-pensioenregelingen (totaal erkend in | 387 | |||
| resultaat en andere elementen van het totaalresultaat (OCI)) | ||||
| Kasstromen | ||||
| Werknemersbijdragen | - | |||
| Werkgeversbijdragen aan de fondsbeleggingen | ||||
| (incl. 4,4% belastingen) | -384 | -384 | ||
| Betaalde uitkeringen uit de fondsbeleggingen | -186 | 186 | 0 | |
| Directe uitkeringen door de werkgever | - | |||
| Belastingen betaald uit de fondsbeleggingen (4,4%) | -15 | 15 | 0 | |
| Belastingen direct door de werkgever betaald (8,86%) | -30 | 30 | 0 | |
| Per 31 december 2018 | 5.201 | -4.291 | 910 | 910 |
| Pensioen | Netto | |||
|---|---|---|---|---|
| '000 € | verplichting (IAS 19 R) |
Fonds beleggingen |
Tekort | schuld / vordering |
| Per 31 december 2016 | 4.907 | -4.069 | 838 | 838 |
| Onderdelen van de kost van toegezegd-pensioenregelingen | ||||
| Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten in resultaat | - | |||
| Aan de diensttijd toegerekende pensioenkosten | 335 | 335 | ||
| (netto na werknemersbijdragen) | ||||
| Kost van verstreken diensttijd (incl. effect van inperkingen) | - | |||
| (winsten) / verliezen op planafwikkelingen | - | |||
| Aan de diensttijd toegerekende pensioenkosten | 335 | |||
| Netto-interest op de nettoschuld / (vordering) in resultaat | ||||
| Interestkost op de pensioenverplichting | 63 | 63 | ||
| Interestkost op de fondsbeleggingen | -54 | -54 | ||
| Interest op het effect van het actiefplafond | - | |||
| Netto-interest | 9 | |||
| Administratiekosten betaald met fondsbeleggingen in resultaat | - | |||
| Onderdelen van de kost van toegezegd-pensioenregelingen in resultaat |
344 | |||
| Herwaarderingen van de nettoschuld / (vordering) in andere elementen van het totaalresultaat (OCI) |
||||
| Actuariële (winsten) / verliezen voortkomende uit: | ||||
| • Wijzigingen in demografische hypotheses | - | |||
| • Wijzigingen in financiële hypotheses | - | |||
| • Ervaringsaanpassingen | 57 | 57 | ||
| Rendement van de fondsbeleggingen (excl. bedragen inbegrepen in de netto-interesten) |
32 | 32 | ||
| Wijziging in het effect van het actiefplafond (excl. bedragen inbegrepen in de netto-interesten) |
- | |||
| Totale herwaarderingen erkend in de andere elementen van het | 89 | |||
| totaalresultaat (OCI) | ||||
| Kosten van toegezegd-pensioenregelingen (totaal erkend in resultaat en andere elementen van het totaalresultaat (OCI)) |
433 | |||
| Kasstromen | ||||
| Werknemersbijdragen | - | |||
| Werkgeversbijdragen aan de fondsbeleggingen (incl. 4,4% belastingen) |
-364 | -364 | ||
| Betaalde uitkeringen uit de fondsbeleggingen | -165 | 165 | 0 | |
| Directe uitkeringen door de werkgever | - | |||
| Belastingen betaald uit de fondsbeleggingen (4,4%) | -14 | 14 | 0 | |
| Belastingen direct door de werkgever betaald (8,86%) | -29 | 29 | 0 | |
| Per 31 december 2017 | 5.154 | -4.247 | 907 | 907 |
De looptijd van de pensioenregeling met vaste opbrengsten bedraagt 13,5 jaar.
De looptijd van de pensioenregeling met vaste kosten bedraagt 18,5 jaar.
De voornaamste actuariële hypothesen gebruikt op balansdatum:
| Waardering op | ||
|---|---|---|
| 31/12/2018 | 31/12/2017 | |
| Discontovoet | 1,57% | 1,31% |
| Geschatte toekomstige loonsverhoging | 2,90% | 2,90% |
| Inflatie | 1,90% | 1,90% |
Opsplitsing van de activa van de fondsbeleggingen op balansdatum:
| 31/12/2018 | 31/12/2017 | |
|---|---|---|
| Aandelen (incl. contanten) | 7% | 5% |
| Vastrentende effecten | 93% | 95% |
| Totaal | 100% | 100% |
Sensitiviteitsanalyse van een procentuele stijging of daling in de discontovoet respectievelijk de salarisverhoging op de pensioenverplichting:
| Discontovoet | -0,50% | 0,50% | |
|---|---|---|---|
| Hypotheses | 1,07% | 1,57% | 2,07% |
| Pensioenverplichting (K€) | 5.643 | 5.201 | 4.806 |
| Salarisverhoging | -0,50% | 0,50% | |
| Hypotheses | 2,40% | 2,90% | 3,40% |
| Pensioenverplichting (K€) | 5.154 | 5.201 | 5.250 |
De Groep verwacht voor 320 K€ aan bijdragen te betalen voor toegezegde pensioenregelingen.
Brugpensioenvoorzieningen zijn aangelegd op basis van overeenkomsten met de betrokkenen, te betalen bedragen tot de leeftijd van 65 jaar. De provisie beloopt 399 K€ op 31 december 2018 (op 31 december 2017 bedroeg deze 474 K€).
De financiering van de onderneming gebeurt via bankleningen, rekening-courant en factoring. Per 31 december 2018 beliepen de bankleningen 0 €, de voorschotten in rekening-courant en de voorschotten m.b.t. factoring 9.207 K€. Bankleningen worden afgesloten tegen vaste rente. De voorschotten in rekening-courant en de voorschotten m.b.t. factoring worden afgesloten tegen variabele tarieven (zie toelichting 5.16).
Een stijging of daling van de rente met 10% zou – gebaseerd op het saldo per 31/12/2018 – een impact hebben
op de resultatenrekening van -18 K€ (bij een stijging van 10%) of +18 K€ (bij een daling van 10%). Ook het overgedragen resultaat zal hierdoor beïnvloed worden.
De Groep beheerst haar wisselkoersrisico door het afstemmen van de inkomende en uitgaande kasstromen in vreemde munten (USD is onze belangrijkste vreemde munt).
Een stijging of daling van de USD/EUR-koers met 10% zou – gebaseerd op de bepaalde activa en passiva in USD op 31 december 2018 – een impact hebben op de resultatenrekening van -39 K€ (bij een stijging van 10%) of +39 K€ (bij een daling van 10%). Ook het overgedragen resultaat zal hierdoor beïnvloed worden.
Zowel de reële waardes van de vaste prijscontracten als de termijncontracten zijn terug te vinden in de balans terwijl de wijzigingen in de reële waarde van deze instrumenten opgenomen worden in de winst- en verliesrekening (zie toelichting 5.14.1. Derivaten).
Het prijsrisico op de vaste prijscontracten is nihil aangezien de impact van de prijsschommelingen op respectievelijk de vaste prijs aankoop- en verkoopcontracten gecompenseerd wordt door de impact op respectievelijk de verkoop- en aankoopcontracten op de LME.
Een beweging van de lood- en tintermijnkoersen van 10% zou de resultatenrekening beïnvloeden. Het directe effect gebaseerd op het onderliggende volume op 31 december 2018 van een prijsdaling van 10% zou +294 K€ bedragen of bij een prijsstijging van 10% -294 K€.
Op 7 februari 2019 werd een definitief vonnis uitgesproken mbt de gerechtelijke procedure ivm de batterijhal. Dit zal leiden tot een positief resultaat alsook een vrijgave van de geblokkeerde gelden in het eerste semester van 2019. Voor het overige waren er geen belangrijke gebeurtenissen – die Campine beïnvloeden – na het afsluiten van het boekjaar.
Volgens de transparantiekennisgeving van 7 december 2018, wordt 71,86% van de aandelen van de Vennootschap door deze twee vennootschappen als volgt gehouden:
| Naam | Aantal aandelen | % van het aandelenkapitaal |
|---|---|---|
| 1. Hempel Special Metals Holding GmbH Weißensteinstraße 70, 46149 Oberhausen, Duitsland |
540.000 | 36,00% |
| 2. F.W. Hempel Metallurgical GmbH Weißensteinstraße 70, 46149 Oberhausen, Duitsland |
537.900 | 35,86% |
De deelname in Campine nv die Camhold NV bezat (36%) ging automatisch en integraal over naar haar moedervennootschap Hempel Special Metals Holding GmbH door de ontbinding en liquidatie van Camhold NV in 2018. Door de verwerving op 12 april 2017 van de aandelen in Camhold NV door Hempel Special Metals Holding GmbH, hield deze laatste reeds onrechtstreeks deze 36% van de stemrechten in Campine nv.
Op datum van 29 november 2018 zijn de aandelen van F.W. Hempel & Co Erze und Metalle (GmbH & Co) KG, alsook die van Hempel GmbH, werden ingebracht in een familiestichting naar Duits recht met de naam F.-W. Hempel Familienstiftung waardoor deze stichting in de controleketen van Campine NV werd geplaatst. F.-W. Hempel Familienstiftung houdt bijgevolg onrechtstreeks 71,86% van de stemrechten van Campine NV waardoor de drempel van 70% werd overschreden.
De heer Friedrich-Wilhelm Hempel blijft wel de uiteindelijk controlerende aandeelhouder met 71,86% van de stemrechten van Campine NV.
Transacties tussen de entiteit en haar dochteronderneming, die verbonden partijen van de entiteit zijn, werden geëlimineerd en zijn niet gepresenteerd in deze toelichting. Transacties tussen de Groep en de Management en Key-directieleden worden toegelicht in het remuneratieverslag. Overzichten van transacties tussen de Groep en andere verbonden partijen zijn hieronder vermeld.
Alle transacties met verbonden partijen worden op zakelijke basis gevoerd en conform alle wettelijke bepalingen en het Corporate Governance Charter.
In 2018 ondernamen entiteiten die behoren tot de Groep de volgende handelstransacties met verbonden partijen die niet behoren tot de Groep:
Camhold presteerde bepaalde administratieve/management diensten voor de Campine Groep, voor welk een managementvergoeding van 12 K€ (2017: 18 K€) werd aangerekend en betaald, zijnde een gepaste toewijzing van opgelopen kosten door relevante administratieve afdelingen.
Door onderstaande vennootschappen werd er een doorrekening gedaan van personeels- en IT-kosten aan de Campine Groep:
Door de Campine Groep werd er een doorrekening gedaan van personeels- en IT-kosten aan
• F.W. Hempel & Co Erze und Metalle t.b.v. 8 K€ (2017: 14 K€). Er is geen opstaand saldo per 31/12/2018.
Commerciële engagementen:
Er zijn engagementen gemaakt om metalen te leveren aan klanten of aangeleverd te krijgen van leveranciers tegen vastgestelde prijzen na balansdatum.
| '000 € | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| Commerciële engagementen voor aangekochte metalen (te ontvangen) | 10.735 | 14.488 |
| Commerciële engagementen voor verkochte metalen (te leveren) | 15.421 | 19.043 |
De beloning van de directieleden inclusief de vergoedingen van de leden van de Raad van Bestuur met betrekking tot de verslagperiode bedraagt 1.400 K€ (2017: 1.707 K€). Voor verdere details verwijzen we naar het remuneratieverslag.
Niemand van directie en managers op sleutelposities heeft een beloning ontvangen in de vorm van aandelen, aandelenopties of andere rechten om aandelen te verwerven, die verband houden met de entiteit of de Groep. De beloning van directie en managers op sleutelposities is bepaald door het Benoemings- en Remuneratiecomité rekening houdend met de performantie van de betrokkenen en de markttrends.
De jaarrekening werd goedgekeurd voor publicatie door de Raad van Bestuur op 28 februari 2019.
aan de Algemene Vergadering van Campine NV over het boekjaar afgesloten op 31 december 2018
(Geconsolideerde jaarrekening)
In het kader van de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van Campine NV (de "vennootschap") en haar filialen (samen "de groep"), leggen wij u ons commissarisverslag voor. Dit bevat ons verslag over de geconsolideerde jaarrekening alsook de overige door wet- en regelgeving gestelde eisen. Dit vormt één geheel en is ondeelbaar.
Wij werden benoemd in onze hoedanigheid van commissaris door de algemene vergadering van 9 mei 2017, overeenkomstig het voorstel van het bestuursorgaan uitgebracht op aanbeveling van het auditcomité en op voordracht van de ondernemingsraad. Ons mandaat loopt af op de datum van de algemene vergadering die beraadslaagt over de jaarrekening afgesloten op 31 december 2019. Bij gebrek aan online archieven die teruggaan vóór 1997, is het voor ons niet mogelijk om met precisie het eerste jaar van ons mandaat te achterhalen. Wij hebben de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van Campine NV uitgevoerd gedurende tenminste 21 opeenvolgende boekjaren.
Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de geconsolideerde jaarrekening van de groep, die de geconsolideerde balans op 31 december 2018 omvat, alsook de geconsolideerde winst- en verliesrekening, het geconsolideerde overzicht van het totaalresultaat, het geconsolideerde mutatieoverzicht van het eigen vermogen en het
geconsolideerde kasstroomoverzicht voor het boekjaar eindigend op die datum en de toelichting, met de belangrijkste gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en overige informatieverschaffing, waarvan het totaal van de geconsolideerde balans 61.570 (000) EUR bedraagt en waarvan het geconsolideerd overzicht van netto winst of verlies afsluit met een winst van het boekjaar van 5.830 (000) EUR.
Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van het vermogen en van de financiële toestand van de groep op 31 december 2018, alsook van zijn geconsolideerde resultaten en van zijn geconsolideerde kasstromen over het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften.
Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens de internationale controlestandaarden (ISAs) zoals van toepassing in België. Wij hebben bovendien de door IAASB goedgekeurde internationale controlestandaarden toegepast die van toepassing zijn op huidige afsluitdatum en nog niet goedgekeurd op nationaal niveau. Onze verantwoordelijkheden op grond van deze standaarden zijn verder beschreven in de sectie "Verantwoordelijkheden van de commissaris voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening" van ons verslag. Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de geconsolideerde
jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip van deze met betrekking tot de onafhankelijkheid.
Wij hebben van het bestuursorgaan en van de aangestelden van de vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen.
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.
De kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die naar ons professioneel oordeel het meest significant waren bij de controle van de geconsolideerde jaarrekening van de huidige verslagperiode. Deze aangelegenheden zijn behandeld in de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening als geheel en bij het vormen van ons oordeel hierover, en wij verschaffen geen afzonderlijk oordeel over deze aangelegenheden.
| Kernpunten van de controle | Hoe onze controle de kernpunten |
|---|---|
| van de controle behandelde |
De winstgevendheid van de Groep is in grote mate afhankelijk van de marktprijzen van grondstoffen en metalen, die onderhevig zijn aan (significante) schommelingen als gevolg van veranderende vraag en/of aanbod van grondstoffen en eindproducten, of vanwege speculatie op de markt. Dit kan een invloed hebben op de jaarrekening van de onderneming op de volgende gebieden:
Voorraden worden gewaardeerd volgens de FIFO-methode waardoor ze nauw aansluiten bij de evolutie van de marktprijzen. Bijgevolg hebben significante prijsevoluties een directe invloed op de waardering van de voorraad.
Als gevolg van frequente prijsveranderingen op de markt, voert de onderneming een maandelijkse Lower of cost or market -analyse uit. De Lower of cost or market -voorziening wordt voornamelijk berekend op de grondstoffen en de bijproducten aangezien de afgewerkte producten pas worden vervaardigd wanneer een bestelling wordt ontvangen. Tijdens de analyse van de Lower of cost or market-voorziening toetst de onderneming de waardering van de voorraad af ten opzichte van onafhankelijke maatstaven in de markt van lood en antimoonprijzen.
Tijdens onze controlewerkzaamheden hebben we de volgende procedures uitgevoerd met betrekking tot de voorraadwaardering en het operationele en indekkingsresultaat:
We hebben een controle uitgevoerd van de waardering van de grondstoffen, alsook van de waardering van deze grondstoffen in de goederen in bewerking en de afgewerkte producten om een oordeel te kunnen vormen over de juistheid van de waardering van de voorraad in overeenstemming met het FIFO-principe.
Bijkomend hebben we eveneens de berekeningen, alsook de analyse en het oordeel van het management bij het bepalen van de Lower of cost or market-voorziening gecontroleerd door toetsing aan onafhankelijke marktmaatstaven voor lood- en antimoonprijzen.
Fluctuaties in marktprijzen hebben een directe invloed op de omzet en de kostprijs van de verkochte goederen, echter heeft de onderneming te maken met een vertraging in de tijd betreffende het prijsniveau van beide financiële stromen en bijgevolg is haar operationele marge onderworpen aan potentieel aanzienlijke gevolgen. Om blootstellingen op open voorraadposities te beheren, sluit de ondernemingen indekkingscontracten af voor loodactiviteiten.
We hebben de relevante interne sleutelcontroles met betrekking tot de bedrijfsprocessen van de verkoopen aankoopcyclus geïdentificeerd en gecontroleerd, om te concluderen over de geschiktheid van de erkenning van de omzet en de kostprijs van verkochte goederen.
We hebben een beoordeling gemaakt van de gedetailleerde margeanalyse per bedrijfseenheid, zoals deze werd opgemaakt door het management en waarin de operationele resultaten van deze bedrijfseenheden worden gerationaliseerd ten opzichte van de evolutie van de marktprijzen.
De marktwaarde van de indekkingscontracten zoals vermeld in toelichting 5.14 werd afgestemd met de confirmaties van de makelaars en de reële marktwaarde van de uitstaande hedging contracten werd gerationaliseerd.
Bijkomend werden de geboekte resultaten voor een steekproef van afgesloten indekkingstransacties afgetoetst met de bevestigingen van makelaars om de accuraatheid van de geboekte resultaten te controleren.
De totale provisie voor risico's en kosten per 31 december 2018 bedraagt 1.090 KEUR, waarvan het gehele bedrag gerelateerd is aan de provisie voor bodemsanering.
Deze voorzieningen worden erkend op basis van saneringsverplichtingen die bestaan op balansdatum of die van kracht zullen worden ingevolge investeringsplannen van het management die formeel werden goedgekeurd door de raad van bestuur op balansdatum. De beslissing om nieuwe magazijnen of productiefaciliteiten te bouwen, houdt vaak de verplichting in om de bodem van de betrokken oppervlakte te saneren.
saneringsverantwoordelijkheid, evenals de kosten met betrekking tot de saneringsoperaties, worden bepaald op basis van een rapport van een externe milieudeskundige die toeziet op de naleving van de milieuwetgeving.
We besteden bijzondere aandacht aan dit onderdeel van de jaarrekening, aangezien veranderingen in managementbeslissingen of veranderingen in wetgeving een significante invloed kunnen hebben op het bedrag dat erkend werd met betrekking tot de voorzieningen voor bodemsanering in de jaarrekening.
Tijdens onze controle hebben we de volgende werkzaamheden uitgevoerd met betrekking tot de provisie voor bodemsanering zoals beschreven in toelichting 5.21:
We hebben inzicht verworven in het erkenningsproces betreffende voorzieningen voor bodemsanering en hebben de controles in dit proces geëvalueerd.
We hebben alle communicatie met externe dienstverleners gecontroleerd om eventuele wijzigingen met betrekking tot de huidige saneringsverplichtingen of wijzigingen in de wetgeving die kunnen leiden tot een correctie in de voorzieningen die zijn opgenomen in het resultaat van voorgaande jaren te kunnen identificeren. Daarnaast hebben we de investeringsplannen die werden goedgekeurd door de raad van bestuur besproken met het management in het kader van de evaluatie van potentiële nieuwe saneringsverplichtingen.
We hebben eveneens een detailcontrole uitgevoerd met betrekking tot saneringsoperaties die in de huidige periode zijn uitgevoerd om de gebudgetteerde saneringskosten van eerdere periodes te toetsen met de werkelijke saneringskosten die in de huidige periode zijn gemaakt.
Voor nieuwe saneringsprovisies hebben we een sensitiviteitsanalyse uitgevoerd om:
Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften, alsook voor de interne beheersing die het bestuursorgaan noodzakelijk acht voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten.
Bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening is het bestuursorgaan verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de groep om haar continuïteit te handhaven, alsook voor het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling, tenzij het bestuursorgaan het voornemen heeft om de groep te liquideren of om de bedrijfsactiviteiten te beëindigen of geen ander realistisch alternatief heeft dan dit te doen.
Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de geconsolideerde jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten en het uitbrengen van een commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISAs is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van deze geconsolideerde jaarrekening, beïnvloeden.
Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISAs, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. Wij voeren tevens de volgende werkzaamheden uit:
aan te passen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot op de datum van ons commissarisverslag. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat de groep zijn continuïteit niet langer kan handhaven;
Wij communiceren met het auditcomité onder meer over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die wij identificeren gedurende onze controle.
Wij verschaffen aan het auditcomité tevens een verklaring dat wij de relevante deontologische voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd, en wij communiceren met hen over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden en, waar van toepassing, over de daarmee verband houdende maatregelen om onze onafhankelijkheid te waarborgen.
Uit de aangelegenheden die met het auditcomité zijn gecommuniceerd bepalen wij die zaken die het meest significant waren bij de controle van de geconsolideerde jaarrekening van de huidige verslagperiode, en die derhalve de kernpunten van onze controle uitmaken. Wij beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze aangelegenheden is verboden door wet- of regelgeving.
Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening.
In het kader van ons mandaat en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm (Herzien in 2018) bij de internationale controlestandaarden (ISAs), is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening na te gaan, alsook verslag over deze aangelegenheid uit te brengen.
Na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening, zijn wij van oordeel dat dit jaarverslag overeenstemt met de geconsolideerde jaarrekening voor hetzelfde boekjaar en is opgesteld overeenkomstig het artikel 119 van het Wetboek van vennootschappen.
In de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening, zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, in het bijzonder op basis van de kennis verkregen tijdens de controle, of het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat, hetzij informatie die onjuist vermeld is of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, dienen wij u geen afwijking van materieel belang te melden.
• Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het auditcomité bedoeld in artikel 11 van de verordening (EU) nr. 537/2014.
Antwerpen, 12 april 2019
De commissaris DELOITTE Bedrijfsrevisoren CVBA Vertegenwoordigd door Luc Van Coppenolle
Deze jaarrekening omvat de balans, de resultatenrekening en de toelichtingen die door de wet worden voorzien. Ze wordt hier voorgesteld in beknopte vorm. Het jaarverslag en de integrale versie van de jaarrekening, inbegrepen de sociale balans van Campine nv, samen met het verslag van de Commissaris en het verslag van de Raad van Bestuur
worden neergelegd bij de Nationale Bank van België. Ze zijn beschikbaar op de website en op aanvraag verkrijgbaar bij Campine nv, de adresgegevens vindt u terug onder Corporate Data. De Commissaris heeft over de statutaire jaarrekening van Campine nv een verklaring zonder voorbehoud gegeven.
| Balans na winstverdeling ('000 €) | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| ACTIVA | ||
| Vaste activa | 10.661 | 10.510 |
| II Immateriële vaste activa | 223 | 259 |
| III Materiële vaste activa | 4.780 | 4.593 |
| IV Financiële vaste activa | 5.658 | 5.658 |
| Vlottende activa | 26.980 | 29.369 |
| VI Voorraden en bestellingen in uitvoering | 16.388 | 13.834 |
| VII Vorderingen op ten hoogste één jaar | 10.448 | 15.220 |
| IX Liquide middelen | 76 | 112 |
| X Overlopende rekeningen | 68 | 203 |
| TOTAAL ACTIVA | 37.641 | 39.879 |
| PASSIVA | ||
| Eigen vermogen | 15.609 | 14.290 |
| I Kapitaal | 4.000 | 4.000 |
| IV Reserves | 6.922 | 6.922 |
| V Overgedragen winst / (verlies) | 4.687 | 3.368 |
| VI Kapitaalsubsidies | 0 | 0 |
| Voorzieningen en uitgestelde belastingen | 580 | 222 |
| VIII A Voorzieningen voor risico's en kosten | 580 | 222 |
| VIII B Uitgestelde belastingen | 0 | 0 |
| Schulden | 21.452 | 25.367 |
| VIII Schulden op meer dan één jaar | 0 | 0 |
| IX Schulden op ten hoogste één jaar | 21.438 | 25.321 |
| X Overlopende rekeningen | 14 | 46 |
| TOTAAL PASSIVA | 37.641 | 39.879 |
| Resultatenrekening ('000 €) | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| I Bedrijfsopbrengsten | 105.192 | 100.310 |
| II Bedrijfskosten | 100.414 | 98.283 |
| A Handelsgoederen, grond- en hulpstoffen | 83.064 | 81.680 |
| B Diensten en diverse goederen | 5.929 | 5.980 |
| C Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen | 9.133 | 8.954 |
| D Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten en immateriële vaste activa |
1.404 | 1.496 |
| E Waardeverminderingen op voorraden, bestellingen in uitvoering en handelsvorderingen |
0 | -26 |
| F Voorzieningen voor risico's en kosten | 358 | -47 |
| G Andere bedrijfskosten | 526 | 246 |
| H Niet recurrente bedrijfskosten | 0 | |
| III Bedrijfswinst / (verlies) | 4.778 | 2.027 |
| IV Financiële opbrengsten | 2.053 | 5.633 |
| V Financiële kosten | -2.397 | -3.066 |
| VI Winst / (verlies) uit gewone bedrijfsuitoefening, voor belasting | 4.434 | 4.594 |
| IX Winst / (verlies) van het boekjaar voor belasting | 4.434 | 4.594 |
| X Belastingen op het resultaat | -1.180 | -636 |
| XI Winst / (verlies) van het boekjaar | 3.254 | 3.958 |
| Resultaatverwerking ('000 €) | 2018 | 2017 |
| A Te bestemmen winstsaldo | 6.622 | 5.763 |
| 1 Te bestemmen winst / (verlies) van het boekjaar | 3.254 | 3.958 |
| 2 Overgedragen winst / (verlies) van het vorige boekjaar | 3.368 | 1.805 |
| D Over te dragen resultaat | 4.677 | 3.368 |
F Uit te keren winst / (verlies) 1.935 2.395
De waarderingsregels werden vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 28 e.v. van het Koninklijk Besluit van 30 januari 2001 m.b.t. de jaarrekening van de ondernemingen.
Wanneer de boekhoudkundige waarde hoger is dan de gebruikswaarde voor de onderneming, wordt overgegaan tot aanvullende uitzonderlijke afschrijvingen. Met ingang van 01/01/2003 worden de materiële vaste activa pro rata temporis afgeschreven.
vorderingen onzekerheid bestaat over de betaling hiervan op de vervaldag. Borgtochten en voorschotten in contanten worden gewaardeerd tegen terugbetalingswaarde. In geval van betwisting kan de Raad van Bestuur een waardevermindering vaststellen.
Voorraden: De kostprijs van de grondstoffen omvat naast de aankoopprijs (die bepaald wordt volgens een formule van First in First out ("FIFO")) ook de directe aankoopkosten, zoals invoerrechten, transport- en afhandelingskosten. De kostprijs van de goederen in bewerking en gereed product omvatten alle directe en indirecte kosten die nodig zijn om de voorraden op hun huidige locatie en in hun huidige staat te brengen op balansdatum. De directe kosten omvatten onder meer de kostprijs van de gebruikte grondstoffen en de directe arbeidskosten. De indirecte kosten omvatten een systematische toerekening van vaste en variabele indirecte productiekosten die voortvloeien uit de omzetting van grondstoffen in gereed product. De toerekening van vaste indirecte productiekosten is gebaseerd op de normale capaciteit van de productiefaciliteiten. Voor het bepalen van de kostprijs wordt de techniek van de standaardkostprijsmethode gebruikt. De standaardkostprijs houdt rekening met een normaal gebruik van grond- en hulpstoffen, arbeid, efficiëntie en capaciteit. De standaardkostprijs wordt regelmatig beoordeeld en, indien nodig, herzien rekening houdend met de huidige omstandigheden. De standaardkostprijs van de grond- en hulpstoffen, alsook de waardering ervan in de goederen in bewerking en de afgewerkte producten, wordt maandelijks herzien a.d.h.v. de nieuw bepaalde FIFO waarde van deze grond- en hulpstoffen. De opbrengstwaarde is de geschatte verkoopprijs in normale omstandigheden minus de geschatte kosten van voltooiing en de geschatte kosten om de verkoop te realiseren (marketing, verkoop en distributie). Afschrijvingen worden opgenomen voor oude en traag roterende voorraad.
Sociale zetel Campine nv Nijverheidsstraat 2 2340 Beerse België
Investor relations [email protected] Externe relaties [email protected]
BTW BE0403.807.337 Tel: +32 14 60 15 11 www.campine.com
Commissaris DELOITTE Bedrijfsrevisoren CVBA Vertegenwoordigd door Luc Van Coppenolle
14 juni 2019 13 juni 2019 12 juni 2019
28 mei 2019 Algemene Vergadering Uitkering van dividend Record date Ex-date Laatste week september 2019 Bekendmaking halfjaar resultaten Laatste week maart 2020 Bekendmaking jaarresultaten 2019

Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.