Annual Report • Mar 29, 2022
Annual Report
Open in ViewerOpens in native device viewer
JAARVERSLAG 2021
Ackermans & van Haaren NV
2000 Antwerpen - België Tel. +32 3 231 87 70
Begijnenvest 113
[email protected] www.avh.be
19 mei 2022 ...................................................... Tussentijdse verklaring Q1 2022
23 november 2022 ................................... Tussentijdse verklaring Q3 2022
23 mei 2022 ...................................................... Algemene vergadering 31 augustus 2022 ..................................... Halfjaarresultaten 2022
FINANCIËLE
KALENDER

| • Missie | 6 |
|---|---|
| • 2021 in een oogopslag | 8 |
| • Markante feiten 2021 | 10 |
| • Woord van de voorzitters | 14 |
|---|---|
| • Jaarverslag over de enkelvoudige jaarrekening | 18 |
| • Jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening | 20 |
| • Verklaring inzake deugdelijk bestuur | 24 |
| • Remuneratieverslag | 35 |
| • Duurzaamheidsverslag | 44 |
| • Dagelijkse leiding en medewerkers | 76 |



| • DEME | 82 |
|---|---|
| • CFE | 86 |
| • Rent-A-Port | 90 |
| • Green Offshore | 91 |


| • Nextensa | 104 |
|---|---|
| • Anima | 108 |
| • SIPEF | 112 |
|---|---|
| • Verdant Bioscience | 116 |
| • Sagar Cements | 117 |


FINANCIEEL VERSLAG
| • Inhoud | 143 |
|---|---|
| • Geconsolideerde jaarrekening | 144 |
| • Enkelvoudige jaarrekening | 221 |
| • Algemene gegevens betreffende | |
| de vennootschap en het kapitaal | 226 |
| • Lexicon | 228 |

| • Agidens | 122 |
|---|---|
| • AXE Investments | 123 |
| • Biolectric | 124 |
| • Biotalys | 125 |
| • EMG | 126 |
| • HealthQuad | 127 |
| • Indigo Diabetes | 128 |
| • Manuchar | 129 |
| • Mediahuis | 130 |
| • Medikabazaar | 131 |
| • MRM Health | 132 |
| • OMP | 133 |
| • OncoDNA | 134 |
| • Telemond Groep | 135 |
| • Turbo's Hoet Groep | 136 |
| • Van Moer Logistics | 137 |
| • Venturi Partners | 138 |
Overeenkomstig het K.B. van 14 november 2007 betreffende de verplichtingen van emittenten van financiële instrumenten die zijn toegelaten tot de verhandeling op een Belgische gereglementeerde markt, dient Ackermans & van Haaren haar jaarlijks financieel verslag verkrijgbaar te stellen voor het publiek.
Dit verslag bevat:
De volledige enkelvoudige jaarrekening wordt overeenkomstig de artikelen 3:10 en 3:12 WVV, samen met het jaarverslag van de raad van bestuur en het verslag van de commissaris, neergelegd bij de Nationale Bank van België. De commissaris heeft met betrekking tot de enkelvoudige en geconsolideerde jaarrekening een goedkeurende verklaring zonder voorbehoud gegeven.
Overeenkomstig artikel 12, §2, 3° van het K.B. van 14 november 2007 verklaren de leden van het executief comité, m.n. Jan Suykens, Tom Bamelis, John-Eric Bertrand, Piet Bevernage, André-Xavier Cooreman, Piet Dejonghe, An Herremans en Koen Janssen, dat, voor zover hen bekend:
Het jaarverslag, de integrale versies van de enkelvoudige en van de geconsolideerde jaarrekening alsook de verslagen van de commissaris over voormelde jaarrekeningen zijn beschikbaar op de website (www.avh.be) en zijn kosteloos en op eenvoudig verzoek verkrijgbaar op het volgende adres:
Begijnenvest 113 - 2000 Antwerpen - België - Tel. +32 3 231 87 70 - [email protected]
Ackermans & van Haaren positioneert zich als de langetermijnpartner bij uitstek van familiebedrijven en managementteams, om samen performante marktleiders uit te bouwen en bij te dragen tot een meer duurzame wereld.
Geïnspireerd door 150 jaar ondernemerschap en sterke familiewaarden waarbij mensen centraal staan

" Ik ben buitengewoon trots op het recordresultaat van 407 miljoen euro dat de groep in dit nog steeds volatiele pandemische jaar 2021 realiseert. Bovendien is dit resultaat quasi volledig recurrent en dragen alle segmenten bij tot de stijging.
De banken blijven de grootste winstmotor van de groep dankzij record inflows van bijna 5,6 miljard euro. DEME heeft met een orderboek van 5,9 miljard euro een nieuw record bereikt, gedreven door grote maritieme infrastructuurwerken wereldwijd en de groei van de offshorewindmarkt naar Azië en nu ook de VS. Ook de bedrijven binnen de gediversifieerde portefeuille aan 'groeikapitaal-investeringen' realiseren sterke operationele resultaten.
De creatie van de vastgoedontwikkelings- en investeringsgroep Nextensa en de geplande splitsing van DEME en CFE zijn belangrijke strategische initiatieven die een nog verhoogde transparantie en waardecreatiepotentieel voor de groep moeten creëren.
Dankzij de verkoop van Manuchar, die we in het tweede kwartaal 2022 verwachten af te ronden, zal AvH over meer dan 200 miljoen euro cash beschikken om te blijven investeren in een meer duurzame en digitale wereld."
(De volledige videoboodschap kan u bekijken op www.avh.be/nl/investors/results-centre/year/2022.)
Jan Suykens, CEO Voorzitter van het executief comité
Samenstelling van het geconsolideerd nettoresultaat (deel groep)
| (€ mio) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Marine Engineering & Contracting | 99,0 | 46,7 | 91,9 |
| Private Banking | 183,1 | 141,3 | 127,3 |
| Real Estate & Senior Care | 42,7 | 32,7 | 50,2 |
| Energy & Resources | 30,0 | 6,8 | -1,5 |
| Bijdrage van de kernsectoren | 354,8 | 227,5 | 267,9 |
| Growth Capital | 71,3 | 12,7 | 17,6 |
| AvH & subholdings | -18,1 | -13,5 | -3,5 |
| Netto meer/minderwaarden | -1,2 | 3,1 | 112,9 |
| Geconsolideerd nettoresultaat | 406,8 | 229,8 | 394,9 |

• DEME: onderhoudsbaggerwerken op Schelde worden voor het eerst uitgevoerd op LNG • DEME: start van bouw van Fehmarnbelt-project




• Leasinvest Real Estate en Extensa: intentie om geïntegreerde vastgoedgroep te worden aangekondigd in mei, transactie afgerond in juli en naamswijziging in Nextensa in september
• DEME: eerste offshore contract in VS (Vineyard Wind) • DEME: joint venture met Penta-Ocean in Japan • SIPEF: verkoop PT Melania (rubber en thee)
• AvH: nieuwe participaties in Venturi Partners (20,0%) en in Van Moer Logistics (21,7%) • Delen Private Bank: Kaap van 50 miljard euro vermogens onder beheer overschreden



• AvH: verhoging participatie in Medikabazaar door intekenen op Series 3 financieringsronde (totaal economisch deelnemingspercentage 10%, rechtreeks 8,7%)

Medikabazaar
December
• DEME en CFE: intentie tot splitsing CFE met eigen
• Mediahuis: overname Aachener Verlagsgesellschaft
• Delen Private Bank: heropening gerenoveerd
beursnotering voor DEME en CFE
hoofdkantoor in Antwerpen
• Green Offshore: SeaMade offshore windpark (487 MW) officieel ingehuldigd (operationeel sinds Q4 2020)




12
Delen Private Bank
• AvH: akkoord over verkoop van Manuchar met verwachte meerwaarde van 75 miljoen euro in Q2 2022
• AvH: aankondiging opvolging Jan Suykens als CEO door Piet Dejonghe en John-Eric Bertrand als co-CEO's
Your partner for sustainable growth

Geachte aandeelhouders,
We leven momenteel in turbulente tijden gekenmerkt door dramatisch menselijk lijden, onzekere economische vooruitzichten en volatiele financiële markten.
In de huidige omstandigheden is het onmogelijk in te schatten wat de impact kan zijn van de Russisch-Oekraïense crisis, zowel op korte als lange termijn. De financiële impact is voor de AvH groep op korte termijn gering, aangezien onze deelnemingen niet of slechts in geringe mate actief zijn in de regio. De grootste zorg gaat naar de medewerkers die in die regio tewerkgesteld zijn of van Oekraïense nationaliteit zijn.
We hopen dat een diplomatieke oplossing snel rust en vrede kan creëren.
Dit geopolitieke conflict werpt een schaduw over de recordresultaten 2021 van de AvH groep en de uitstekende perspectieven voor 2022.
AvH realiseerde in 2021 een record geconsolideerd groepsresultaat van 407 miljoen euro.
Bovendien is dit recordresultaat van uitzonderlijke kwaliteit: alle segmenten droegen bij tot deze groei en binnen de portefeuille realiseerden 9 deelnemingen (Delen Private Bank, Bank Van Breda, CFE, SIPEF, Mediahuis, Manuchar, Turbo's Hoet Groep, Telemond en OMP) op hun beurt een recordwinst.
Met dit resultaat verwezenlijkt AvH een groei van haar geconsolideerd netto actief van 13,3%, licht boven de gemiddelde gewogen historische groei (1984-2021) van 12,2% sinds de beursintroductie.
AvH waakt over financiële evenwichten binnen de groep, zowel op niveau van de balansen van haar deelnemingen, de recurrentie van haar groei, als op niveau van de bijdragen van de verschillende segmenten.
Het bancaire segment (Delen Private Bank/Bank Van Breda) vertegenwoordigt 37% van het geconsolideerd netto actief en draagt 45% bij tot het geconsolideerd nettoresultaat, de bouw & marine engineering activiteiten 31% van het geconsolideerd netto actief en 24% van het geconsolideerd nettoresultaat, en het andere derde (32%) van het netto actief (real estate & senior care, energy & resources, growth capital) droeg ook op hetzelfde niveau (31%) bij tot dit nettoresultaat.
Luc Bertrand & Jan Suykens tijdens het koninklijk bezoek aan Oman

Einde 2021 beschikt AvH over 77,7 miljoen euro nettocash. Rekening houdende met de opbrengst van de verkoop van de deelneming in Manuchar, die zich in Q2 2022 zou moeten voltrekken, zal AvH over een nettocashpositie beschikken van meer dan 200 miljoen euro. Indien we de bevestigde bancaire kredietlijnen en de latente meerwaarden binnen de groep meerekenen, bedraagt de financiële interventiecapaciteit van de groep een multiple van de zichtbaar beschikbare cash.
DEME realiseerde in 2021 een groei van haar omzet met 14% tot 2.511 miljoen euro, een bedrijfscashflow (+27%) van 469 miljoen euro en een nettoresultaat van 114,6 miljoen euro. Dankzij een gunstige werkkapitaalpositie daalde de netto schuldpositie tot 393 miljoen euro.
Het herstel was het krachtigst in de traditionele baggermarkt met een omzetstijging van 29%, o.m. dankzij belangrijke contracten in Egypte, Duitsland, Polen en Afrika. De ingebruikname van 's werelds krachtigste cutter 'Spartacus' heeft hier onmiddellijk toe bijgedragen.
In afwachting van de start van belangrijke nieuwe werven in Europa en de VS, kwam de omzet bij DEME Offshore iets lager uit. De ingebruikname van het nieuwe installatieschip 'Orion' (met een hijsvermogen van 5.000 ton) in april 2022 zal een belangrijke troef worden in de uitvoering van de vele nieuwe contracten.
Het orderboek van DEME steeg immers tot een recordniveau van 5.905 miljoen euro. De belangrijke eerste contracten voor offshore wind in de VS droegen in belangrijke mate hiertoe bij: Vineyard Wind (800 MW) en Coastal Virginia Offshore Wind (2,6 GW).
DEME beschikt over de expertise en de technische middelen om een belangrijke rol te spelen in de noodzakelijke energie transitie naar een meer duurzame en koolstofarme economie en samenleving. DEME hoopt binnen haar havenconcessie in Duqm (Oman) één van de eerste producenten van groene waterstof te worden.
DEME blijft geloven dat de ontginning van diepzeemineralen meer dan ooit tevoren een belangrijke bijdrage kan leveren om de energie- en grondstoffen onafhankelijkheid van het Westen te versterken, mits een duidelijk - regulatoir en milieu - kader af te spreken in de schoot van de International Seabed Authority.
Gebaseerd op het recordorderboek moet DEME in 2022 in staat zijn zowel haar omzet, EBITDA als nettoresultaat te laten stijgen.
CFE realiseerde op een licht gestegen omzet (1.125 miljoen euro) een recordresultaat van 39,5 miljoen euro.
CFE is zowel als bouw- en vastgoedontwikkelingsgroep aanwezig in België, Luxemburg en Polen. Meer dan de helft van het resultaat is afkomstig van de vrij recurrente bijdrage van de - hoofdzakelijk residentiële - vastgoedontwikkelingsactiviteiten. Naast de traditionele bouwactiviteiten, kennen vooral de activiteiten 'multitechnieken' en 'spoorweginfrastructuur' een snelle en rendabele groei.
AvH en CFE hebben in december 2021 hun intentie kenbaar gemaakt om via een partiële splitsing een afzonderlijke notering te bekomen voor DEME op Euronext Brussels. De verwachting is nog steeds deze transactie voor de zomer te kunnen realiseren.
AvH blijft met 62% meerderheidsaandeelhouder van zowel CFE als DEME. De aparte notering van beide vennootschappen zal hun notoriëteit nog versterken, voor een bijkomende dynamiek zorgen en de verhoogde transparantie moet het bestaande waardecreatiepotentieel beter helpen valoriseren.
Onze beide banken (Delen Private Bank en Bank Van Breda) realiseerden in 2021 opnieuw indrukwekkende groeicijfers. Gebaseerd op een bruto-instroom van 5,6 miljard euro stegen de activa onder beheer van 45,1 miljard euro tot 54,3 miljard euro. Aldus realiseren Delen Private Bank en Bank Van Breda gecombineerd een record nettoresultaat van 233 miljoen euro.
De focus, de kostenefficiëntie en sterke kapitaalpositie maken Delen Private Bank en Bank Van Breda tot één van de meest performante private banken in Europa. Alle activiteiten zijn cliënt gedreven. 85% van de activa worden via discretionaire mandaten beheerd, waarvan 83% via 7 patrimoniale beursfondsen. Fee-inkomsten zijn voor 86% gebaseerd op recurrente commissie en slechts voor 14% afhankelijk van rente-inkomsten.
Bank Van Breda blijft haar doelgroepklanten van ondernemers en vrije beroepen succesvol begeleiden bij hun vermogensopbouw. De voorzichtig gefocuste kredietstrategie kent slechts uiterst beperkte kredietverliezen (in 2021 zelfs positief dankzij een gedeeltelijke terugname van de ECL-voorziening).
Delen Private Bank bouwt ook stelselmatig haar digitaal service-model uit, hetgeen de cliënt volledige transparantie biedt op zijn/haar globaal vermogen.
De gecombineerde cost-income ratio van 52% gaat uit van 40% voor Delen Private Bank, 87% voor JM Finn en 55% voor Bank Van Breda.
Het gezamenlijk eigen vermogen van 1.691 miljoen euro vertegenwoordigt een robuuste eigen vermogensratio van 23,8%.
De gecombineerde sterkte van de 13 Belgische Delen kantoren en de 31 Van Breda agentschappen, en de doorgedreven klantenfocus stemmen ons hoopvol voor het toekomstig groeipotentieel van onze banken.
Intussen weegt natuurlijk de huidige geopolitieke crisis op het beursklimaat en beïnvloedt deze de onderliggende waardering van de toevertrouwde activa.
Het segment 'Real Estate & Senior Care' realiseerde een stijging van haar bijdrage tot het groepsresultaat tot 42,7 miljoen euro.
Dankzij de 'fusie' tussen Leasinvest en Extensa, omgedoopt tot Nextensa, onstaat een gemengde vastgoedinvesterings– en ontwikkelingsgroep die toonaangevend wenst te zijn op vlak van duurzame binnenstedelijke (her-)ontwikkelingen.
Met een eigen vermogen van 780 miljoen euro is Nextensa de sterkst gekapitaliseerde vastgoedgroep op Euronext Brussels.
Een actief beheer van haar investeringsportefeuille en een versnelde ontwikkeling van haar projecten op Tour & Taxis (Brussel) en Cloche d'Or (Luxemburg), moeten een resultaatsevolutie creëren die een recurrente dividendgroei van 5 à 10% mogelijk maakt.
De resultaten van Anima werden ook in 2021 nog beïnvloed door de coronabesmettingsgolf. Vanaf de zomer 2021 kon Anima stijgende bezettingscijfers realiseren in haar woonzorgcenta.
Het beperkte netwerk, de focus op zorg en de moderne, veelal nieuwbouw residenties maken van Anima een kwaliteitsvolle operator in de markt van ouderenzorg. Anima exploiteerde eind 2021 2.567 bedden verspreid over 24 woonzorgcentra.
Ook SIPEF realiseerde recordresultaten dankzij de stijging met bijna 17% van de totale groepsproductie (384.178 ton) van RSPO-conforme, gecertificeerde, 'segregated' duurzame palmolie. Mede dankzij de gestage stijging van de wereldmarktprijs voor palmolie (gemiddeld 1.195 USD per ton), steeg aldus de omzet tot 416 miljoen USD en de nettowinst tot 93,7 miljoen USD.
Dit resultaat werd weliswaar voor 11 miljoen USD (deel groep) beïnvloed door de meerwaarde op de verkoop van PT Melania (rubber en thee).
De nettoschuldpositie viel terug tot amper 49 miljoen USD (t.o.v. 151 miljoen USD per einde 2020).
Gebaseerd op de nieuwe beplante en nog te beplante hectaren, zou SIPEF de capaciteit moeten hebben om haar productievolume tegen 2030 te verhogen tot 600.000 ton.
SIPEF blijft zich profileren als een producent van duurzame palmolie en investeert in de verbetering van de productiviteit per hectare, o.m. via Verdant Bioscience dat nieuwe F1-hybride oliepalmzaden ontwikkelt.
AvH wil intussen ook haar aanwezigheid in India en Zuidoost-Azië versterken.
Sagar Cements kende een omzetgroei van 21% in een markt met snel stijgende energieprijzen.
AvH heeft 15 miljoen USD uitgetrokken als ankerinvesteerder van Healthquad II, een fonds gefocust op gezondheidszorgen en -diensten in India. Samen met Health-Quad heeft AvH deelgenomen aan een kapitaalsverhoging van Medikabazaar, waardoor ons beneficial deelnemingspercentage nu 10% bedraagt. Medikabazaar is de online marktleider voor de distributie van medische apparatuur en goederen voor de kleine en middelgrote ziekenhuizen in India.
In juli 2021 heeft AvH ook 20 miljoen USD toegezegd als ankerinvesteerder van Venturi Partners, dat investeert in consumentgerichte sectoren in Zuidoost-Azië.
AvH heeft ook lokaal een investment manager aangenomen die het team van Venturi zal versterken, evenals AvH lokaal zal vertegenwoordigen.
Ook de 'groeikapitaal'-portefeuille genereert een recordbijdrage van 71 miljoen euro tot het geconsolideerd resultaat van de AvH groep. Daarvan is 53 miljoen euro afkomstig van de bijdrage van de geconsolideerde deelnemingen. Hierbij realiseren Mediahuis, Manuchar, THG, Telemond en OMP elk recordresultaten.
AvH heeft de afgelopen jaren ook geïnvesteerd in een reeks jonge, beloftevolle bedrijven, hetzij rechtstreeks of via gespecialieerde fondsen, en dit hoofdzakelijk in 'life sciences' en 'healthcare'. Naar aanleiding van een beursintroductie (Biotalys) of kapitaaloperaties (Medikabazaar, HealthQuad) dienen deze deelnemingen geherwaardeerd te worden aan hun 'fair value' hetgeen een bijdrage van 18 miljoen euro tot het groepsresultaat heeft gegenereerd.
AvH wenst onder het motto 'Your partner for sustainable growth' een duurzaam investeringsbeleid te voeren, met bijzondere aandacht voor een aantal belangrijke maatschappelijke thema's.
Zij voert samen met haar participaties belangrijke inspanningen om een groeiend engagement te creëren voor het realiseren van een doelgericht ESG-beleid uitgedrukt door concrete SDG-objectieven en ESG-criteria. Dit leverde alvast een 'ESG Industry Top Rated' label op van het Sustainalystics rating bureau.
Gebaseerd op het sterke orderboek van DEME, de onderliggende gunstige commerciële dynamiek van Delen Private Bank en Bank Van Breda, het meerwaardepotentieel in de portefeuille van Nextensa, de marktevolutie van palmolie, en de sterke marktpositie van een aantal groeikapitaalbedrijven, evenals de verwachte meerwaarde (ongeveer 75 miljoen euro, 2Q22) op de verkoop van de deelneming in Manuchar, verwacht de raad van bestuur het record groepsresultaat van 2021 nog te kunnen verbeteren in 2022.
In deze context wil de raad van bestuur zijn vertrouwen uitspreken in de sterke marktpositie van de groep en zijn deelnemingen door aan de algemene vergadering voor te stellen het dividend met 17% te verhogen tot 2,75 euro (bruto) per aandeel.
Wij herhalen hierbij dat de recente geopolitieke spanningen natuurlijk veel onzekerheid en volatiliteit creëren, waarvan de gevolgen op de samenleving, de economie en de markten moeilijk kunnen worden ingeschat. Wij kunnen alleen maar hopen op een snelle vreedzame oplossing.
Na de COVID-pandemie, vergt ook deze crisis opnieuw veel 'weerbaarheid' van vele collega's in de groep. Wij wensen iedereen heel oprecht te danken voor hun inzet en doorzettingsvermogen, maar ook hun creativiteit en inventiviteit om zichzelf en hun bedrijven telkens opnieuw uit te vinden en zo sterk te positioneren naar de toekomst.
22 maart 2022
Luc Bertrand, Voorzitter van de raad van bestuur Jan Suykens, Voorzitter van het executief comité
Geachte aandeelhouder,
Wij hebben de eer u verslag uit te brengen over de activiteiten van onze vennootschap gedurende het afgelopen boekjaar en zowel de enkelvoudige als de geconsolideerde jaarrekening afgesloten op 31 december 2021 ter goedkeuring voor te leggen. De jaarverslagen over de enkelvoudige en de geconsolideerde jaarrekening worden samengevoegd overeenkomstig artikel 3:32 §1 laatste lid WVV.
Tijdens het afgelopen boekjaar hebben zich geen wijzigingen voorgedaan in het kapitaal van de vennootschap. Het geplaatst kapitaal bedraagt 2.295.278 euro en wordt vertegenwoordigd door 33.496.904 aandelen, zonder vermelding van nominale waarde. Alle aandelen zijn volledig volgestort. In het kader van het aandelenoptieplan werden 55.000 opties toegekend in 2021. De per 31 december 2021 nog niet uitgeoefende opties geven gezamenlijk recht op verwerving van 306.250 aandelen Ackermans & van Haaren (0,91%). De vennootschap heeft op 31 oktober 2008 een transparantiemelding ontvangen in het kader van de overgangsregeling van de Wet van 2 mei 2007 waarbij Scaldis Invest NV, samen met Stichting Administratiekantoor 'Het Torentje', haar deelnemingspercentage heeft meegedeeld. De relevante gegevens van deze transparantiemelding kunnen geraadpleegd worden op de website van de vennootschap (www.avh.be).
Voor een overzicht van de voornaamste activiteiten van de groep tijdens het boekjaar 2021, verwijzen wij naar het Woord van de voorzitters (pag. 14) en naar de Markante feiten (pag. 10).
Het balanstotaal bedraagt eind 2021 2.214 miljoen euro, een stijging met 175 miljoen euro ten opzichte van vorig jaar (2020: 2.039 miljoen euro). De activa bestaan uit 9 miljoen euro materiële vaste activa (voornamelijk het kantoorgebouw gelegen aan de Begijnenvest en Schermersstraat te Antwerpen), 55 miljoen euro geldbeleggingen, 18 miljoen euro liquiditeiten en 2.067 miljoen euro financiële vaste activa. Aan de passiefzijde van de balans leiden de winst van het boekjaar van 234,4 miljoen euro en het over het boekjaar 2021 voorgestelde dividend van maximaal 92,1 miljoen euro tot een eigen vermogen van 2.062 miljoen euro (2020: 1.921 miljoen euro). In 2021 bestonden de financiële schulden op korte termijn
voornamelijk uit uitgegeven thesauriebewijzen (commercial paper). Ackermans & van Haaren bezit op jaareinde 2021 347.092 eigen aandelen.
De raad van bestuur stelt voor het resultaat (in euro) als volgt te bestemmen:
| Overgedragen winst van het vorige boekjaar | 1.691.398.852 |
|---|---|
| Winst van het boekjaar | 234.382.350 |
| Totaal te bestemmen | 1.925.781.201 |
| Toevoeging aan de wettelijke reserve | 0 |
| Toevoeging aan de onbeschikbare reserves | 8.317.277 |
| Toevoeging aan de beschikbare reserves | 0 |
| Vergoeding van het kapitaal(1) | 92.116.486 |
| Tantièmes | 630.000 |
| Winstpremie voor werknemers(2) | 301.900 |
| Over te dragen winst | 1.824.415.539 |
(1) Aan de gewone algemene vergadering van aandeelhouders van 23 mei 2022 zal worden voorgesteld om een dividend van 2,75 euro per aandeel goed te keuren. Dat komt overeen met een maximale uitkering van 92.116.486 euro.
(2) Winstdeelname ten gunste van werknemers van Ackermans & van Haaren overeenkomstig de bepalingen van het winstpremieplan goedgekeurd door de raad van bestuur van 11 januari 2022.
De raad van bestuur stelt voor een dividend uit te keren van 2,75 euro bruto per aandeel. Na inhouding van de roerende voorheffing (30%) bedraagt het nettodividend 1,925 euro per aandeel. Aangezien de eigen aandelen niet dividendgerechtigd zijn overeenkomstig artikel 7:217 §3 WVV, hangt het totaalbedrag van de dividenden af van het aantal eigen aandelen voor rekening van Ackermans & van Haaren, op 27 mei 2022 om 23u59 CET (met name de dag voor de ex-date). De raad van bestuur stelt voor om te worden gemachtigd om in functie hiervan het finale totaalbedrag van de dividenden (en de daaruit voortvloeiende wijziging) in de enkelvoudige jaarrekening in te vullen. Het maximale voorgestelde totaalbedrag bedraagt 92.116.486 euro. Indien de gewone algemene vergadering dit dividendvoorstel goedkeurt, zal het dividend betaalbaar worden gesteld vanaf 1 juni 2022. Na deze bestemming, rekening houdend met het maximale voorgestelde totaalbedrag van de dividenden, bedraagt het eigen vermogen 2.061.898.509 euro en is het als volgt samengesteld:
| Kapitaal | ||
|---|---|---|
| Geplaatst | 2.295.278 | |
| Uitgiftepremies | 111.612.041 | |
| Reserves | ||
| Wettelijke reserve | 248.081 | |
| Onbeschikbare reserves | 40.419.885 | |
| Belastingvrije reserves | 0 | |
| Beschikbare reserves | 82.907.686 | |
| Overgedragen winst | 1.824.415.539 | |
| Totaal | 2.061.898.509 |
De resultaten van het lopende boekjaar zullen, zoals in voorgaande jaren, in belangrijke mate afhangen van de dividenden die door groepsvennootschappen worden uitgekeerd en van de verwezenlijking van eventuele meer- of minderwaarden.
Hiervoor wordt verwezen naar II.4 en II.7 op pag. 23.
De vennootschap organiseert op regelmatige tijdstippen kennisuitwisseling tussen de deelnemingen m.b.t. innovatie en onderzoek en ontwikkeling.
Binnen de groep kan gebruik worden gemaakt van financiële instrumenten voor risicobeheersing. Het betreft dan met name financiële instrumenten die het risico van wijzigende interestvoeten of wisselkoersen indekken. De tegenpartijen van deze financiële instrumenten zijn uitsluitend vooraanstaande banken. Eind 2021 had Ackermans & van Haaren geen dergelijke instrumenten uitstaan.
In 2021 diende geen toepassing gemaakt te worden van de belangenconflictenregeling van artikel 7:96 WVV.
Overeenkomstig artikel 3:65, §3 WVV wordt meegedeeld dat een vergoeding werd betaald aan EY Bedrijfsrevisoren van 5.000 euro (excl. BTW) voor een nazicht inzake de eerste toepassing van ESEF en van 3.350 euro (excl. BTW) voor een audit van de personeelsadministratie en aan EY Tax Consultants van 5.950 euro (excl. BTW) voor fiscale adviezen.
Op 9 november 2020 heeft de buitengewone algemene vergadering de raad van bestuur van Ackermans & van Haaren gemachtigd om eigen aandelen in te kopen binnen een bepaalde koersvork en dit gedurende een periode van 5 jaar. Ackermans & van Haaren kocht in de loop van 2021 266.979 eigen aandelen in en verkocht er 270.104. Deze bewegingen kaderden zowel in de uitvoering van het aandelenoptieplan als van de liquiditeitsovereenkomst met Kepler Cheuvreux. Meer details hierover zijn terug te vinden in de financiële staten (toelichting 22).
| Aantal eigen aandelen | 347.092 (1,04%) |
|---|---|
| Fractiewaarde per aandeel | 0,07 euro |
| Gemiddelde prijs per aandeel | 116,35 euro |
| Totale investeringswaarde | 40.385.132 euro |
Op 18 februari 2008 heeft Scaldis Invest de vennootschap een mededeling verstuurd, opgesteld overeenkomstig artikel 74, §7 van de Wet van 1 april 2007 op de openbare overnamebiedingen. Uit deze mededeling blijkt dat Scaldis Invest 33% van de effecten met stemrecht bezit van Ackermans & van Haaren en dat Stichting Administratiekantoor 'Het Torentje' de uiteindelijke controle heeft over Scaldis Invest.
De buitengewone algemene vergadering heeft op 9 november 2020 de machtiging aan de raad van bestuur hernieuwd om, in geval van openbaar overnamebod op de effecten van Ackermans & van Haaren, tot kapitaalverhoging over te gaan onder de voorwaarden en binnen de grenzen van artikel 7:202 WVV. De raad van bestuur kan van deze machtiging gebruik maken, indien de mededeling van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) aan de vennootschap, dat haar is kennisgegeven van een openbaar overnamebod, niet later dan drie jaar na de datum van voormelde buitengewone algemene vergadering wordt ontvangen, d.i. 9 november 2023.
De raad van bestuur is tevens gemachtigd om, gedurende een periode van drie jaar vanaf de bekendmaking in de Bijlagen tot het Belgisch Staatsblad (d.i. tot 25 november 2023), aandelen van de vennootschap te verkrijgen of te vervreemden wanneer zulks noodzakelijk zou zijn om te voorkomen dat de vennootschap een ernstig en dreigend nadeel zou lijden.
Dit hoofdstuk beschrijft in algemene bewoordingen enerzijds de risico's waarmee Ackermans & van Haaren wordt geconfronteerd als internationale investeringsmaatschappij en anderzijds de operationele en financiële risico's verbonden aan de verschillende segmenten waarin zij actief is (hetzij rechtstreeks, hetzij onrechtstreeks via haar deelnemingen). Inzake niet-financiële risico's wordt tevens verwezen naar het hoofdstuk Duurzaamheidsverslag (pag. 44).
Het executief comité van Ackermans & van Haaren is verantwoordelijk voor de voorbereiding van een kader van interne controle en risicobeheer dat ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de raad van bestuur. De raad van bestuur is bevoegd voor de beoordeling van de implementatie van dit kader, rekening houdend met de aanbevelingen van het auditcomité. Minstens eenmaal per jaar evalueert het auditcomité de systemen van interne controle die het executief comité heeft uitgewerkt om zich ervan te vergewissen dat de voornaamste risico's behoorlijk werden geïdentificeerd, gemeld en beheerd. De dochtervennootschappen van Ackermans & van Haaren zijn verantwoordelijk voor het beheer van hun eigen operationele en financiële risico's.
Deze risico's, die variëren naargelang de sector, worden niet centraal beheerd op het niveau van Ackermans & van Haaren. De managementteams van de betrokken dochtervennootschappen rapporteren aan hun raad van bestuur of auditcomité over hun risicobeheer.
• Risico's op het niveau van Ackermans & van Haaren
Het doel van Ackermans & van Haaren is aandeelhouderswaarde te creëren door te investeren op lange termijn in een beperkt aantal strategische participaties. De beschikbaarheid van opportuniteiten voor investeringen en desinvesteringen is echter onderhevig aan geopolitieke en macro-economische omstandigheden en wordt beïnvloed door de toenemende concurrentie, o.a. met de private equity-markt die steeds internationaler wordt.
De definitie en de uitvoering van de strategie van de deelnemingen is eveneens afhankelijk van voormelde omstandigheden, bijvoorbeeld bij geopolitieke spanningen (bijvoorbeeld het militair conflict tussen Rusland en Oekraïne) of een pandemie (zoals COVID-19). Door als proactieve aandeelhouder te focussen op langetermijnwaardecreatie en op het behoud van operationele en financiële discipline, tracht Ackermans & van Haaren deze risico's zo veel mogelijk te beperken.
Ackermans & van Haaren gelooft dat een doordacht en strategisch gericht ESG-beleid bijdraagt tot een duurzame groei van AvH en haar participaties. ESG-risico's alsook opportuniteiten worden op portefeuilleniveau gemonitord. Verder wordt gestreefd naar een duurzame activiteitenmix. Meer informatie kan teruggevonden worden in het hoofdstuk Duurzaamheidsverslag (ESG), 3. ESG-benadering (pag. 44).
Ackermans & van Haaren ziet er in haar rol als proactieve aandeelhouder eveneens op toe dat de bedrijven waarin wordt geparticipeerd zich zo organiseren dat geldende wet- en regelgeving wordt gerespecteerd, met inbegrip van allerhande internationale en zgn. 'compliance'-regels.
Ackermans & van Haaren werkt in verschillende deelnemingen samen met partners. Bij Delen Private Bank bijvoorbeeld wordt de controle gedeeld met de familie Jacques Delen. Strategische beslissingen vereisen het voorafgaandelijk akkoord van beide partners. In bepaalde deelnemingen bezit Ackermans & van Haaren een minderheidsbelang. De verminderde controle die daaruit kan voortvloeien, zou tot relatief meer risico's kunnen leiden, maar wordt zoveel als mogelijk opgevangen door een nauwe samenwerking met, en een actieve vertegenwoordiging in, de raad van bestuur van de betrokken deelnemingen.
Ingevolge haar notering op Euronext Brussels is Ackermans & van Haaren onderworpen aan bepalingen op het vlak van o.m. informatieverplichtingen, transparantiemeldingen, openbare overnamebiedingen, deugdelijk bestuur en misbruik van voorwetenschap. Ackermans & van Haaren besteedt de nodige aandacht aan de opvolging en naleving van deze vaak wijzigende wet- en regelgeving.
De volatiliteit op de financiële markten heeft een invloed op de waarde van het aandeel van Ackermans & van Haaren en van een aantal van haar genoteerde deelnemingen. Zoals hoger vermeld, streeft Ackermans & van Haaren naar een systematische creatie van aandeelhouderswaarde op lange termijn. Koersschommelingen op korte termijn kunnen leiden tot een tijdelijk afwijkend risicoprofiel voor de aandeelhouder.
Ackermans & van Haaren heeft voldoende middelen ter beschikking om haar strategie uit te voeren en streeft naar een positieve nettocashpositie. De dochtervennootschappen zijn verantwoordelijk voor hun eigen financiering, met dien verstande dat Ackermans & van Haaren in principe geen kredietlijnen of zekerheden verschaft aan of ten behoeve van haar deelnemingen. De externe financiële schulden van 'AvH & subholdings' zijn op 31 december 2021 beperkt tot 42,0 miljoen euro, met name door AvH uitgegeven commercial paper.
Ackermans & van Haaren beschikt over bevestigde kredietlijnen (280 miljoen euro) van verschillende banken met wie zij op lange termijn samenwerkt, die de uitstaande commercial paper-verplichtingen ruim overtreffen. De raad van bestuur is van oordeel dat het liquiditeitsrisico eerder beperkt is.
Diverse integraal geconsolideerde ondernemingen hebben in hun kredietovereenkomsten bepaalde ratio's (covenants) afgesproken en deze werden per 31 december 2021 gerespecteerd.
De operationele risico's van dit segment zijn vooral verbonden aan de uitvoering van vaak complexe aannemingswerken te land en op het water en hebben o.m. betrekking op: (i) het technisch ontwerp van de projecten en de integratie van nieuwe technologieën; (ii) de bepaling van de prijs bij aanbesteding met, in geval van afwijking, de mogelijkheid of onmogelijkheid om zich in te dekken tegen meerkosten en prijsverhogingen; (iii) de prestatieverplichtingen (naar kost, conformiteit, kwaliteit, uitvoeringstermijn) met de rechtstreekse en onrechtstreekse gevolgen die daaraan verbonden zijn; (iv) het tijdsverschil tussen de offerte en de effectieve uitvoering; (v) de evolutie van het reglementair kader; (vi) en de relaties met onderaannemers, leveranciers en partners. DEME is, zowel als eisende als verwerende partij, betrokken bij discussies met opdrachtgevers over de financiële gevolgen van afwijkingen bij de uitvoering van aannemingsprojecten. In een beperkt aantal gevallen kunnen die ook uitmonden in procedures. Voor zover de gevolgen daarvan betrouwbaar kunnen worden ingeschat, worden daarvoor voorzieningen aangelegd in de rekeningen. In nieuwe markten, zoals de ontwikkeling van concessies, worden de bedrijven geconfronteerd met een wijzigend reglementair kader, de technologische evoluties en de financiering van grootschalige projecten. Om deze risico's het hoofd te kunnen bieden, werken de verschillende participaties met gekwalificeerde en ervaren medewerkers. Door deelname aan risico- en auditcomités bij DEME en CFE volgt Ackermans & van Haaren de operationele risico's op de voornaamste projecten op vanaf de aanbestedingsfase.
De bouw- en baggersector is onderhevig aan conjuncturele bewegingen, zowel op nationaal als internationaal vlak. Het investeringsbeleid van zowel private opdrachtgevers (bv. petroleummaatschappijen of mijnbouwgroepen) als lokale en nationale overheden wordt hierdoor immers beïnvloed. Aangezien DEME, CFE en Rent-A-Port actief zijn of waren in landen zoals Oman, Qatar, Vietnam en Nigeria, zijn ze blootgesteld aan politieke risico's. Hier gelden in de eerste plaats kredietverzekering en een sterk lokaal netwerk als belangrijkste instrumenten van risicomanagement.
DEME is in belangrijke mate actief buiten de eurozone en loopt daardoor een wisselkoersrisico. DEME dekt zich in regel in tegen wisselkoersschommelingen of gaat over tot termijnverkoop van vreemde valuta's. Ook bepaalde materialen of grondstoffen, zoals brandstof, kunnen worden ingedekt. Bij CFE bevinden de meeste activiteiten zich binnen de eurozone, doch desgevallend wordt getracht de blootstelling aan de fluctuaties van vreemde valuta te beperken. Rent-A-Port handelt voornamelijk in Zuidoost-Azië en is hoofdzakelijk blootgesteld aan een wisselkoersrisico met betrekking tot de USD en de Vietnamese dong. Aangezien de dochtervennootschappen van Rent-A-Port voornamelijk aan- en verkopen in lokale valuta uitvoeren, wordt de blootstelling van de groep aan wisselkoersbewegingen in commerciële verrichtingen op een natuurlijke manier beperkt.
Gelet op de omvang van de contracten in dit segment wordt ook het kredietrisico van nabij opgevolgd. Zowel DEME als CFE hebben procedures teneinde het risico te beperken op hun klantenvorderingen. Om het risico in te dijken, volgen de betrokken deelnemingen voortdurend de uitstaande klantenvorderingen op en stellen desgevallend hun positie bij. Zo doet DEME in het kader van belangrijke buitenlandse contracten geregeld een beroep op de Credendo Group, in zoverre het betrokken land daarvoor in aanmerking komt en het risico door een kredietverzekering kan worden gedekt. Bovendien wordt een groot deel van de geconsolideerde omzet met overheden of met aan openbare besturen gelieerde klanten gerealiseerd. Verder wordt de concentratie van het tegenpartijrisico beperkt door het grote aantal klanten. Voor grote infrastructuurbaggerwerken is DEME afhankelijk van de capaciteit van klanten om financiering te bekomen en kan zij desgevallend zelf projectfinanciering helpen organiseren.
Rent-A-Port heeft een beperkt aantal klanten en tegenpartijen door het type van activiteiten waarin de groep actief is. Hierdoor loopt het een verhoogd kredietrisico. Door zich contractueel voldoende in te dekken en door sterke relaties op te bouwen en te onderhouden met haar klanten, weet de groep dit risico in te perken. De bedrijven uit het segment 'Marine Engineering & Contracting' factureren doorgaans a rato van de vooruitgang van de werken.
Het liquiditeitsrisico wordt beperkt door enerzijds de krediet- en garantielijnen te spreiden over verschillende banken en bij voorkeur op lange termijn. DEME waakt permanent over haar balansstructuur en streeft een evenwichtige verhouding na tussen de geconsolideerde eigen vermogenspositie en de geconsolideerde netto schulden. De investeringen van DEME gebeuren overwegend in materiaal dat een lange levensduur heeft en over meerdere jaren wordt afgeschreven. DEME streeft er daarom naar een aanzienlijk deel van haar schulden op lange termijn te structureren. DEME heeft sinds 2015 een nieuwe bankfinancieringsstructuur uitgewerkt, gebaseerd op bilaterale, niet-gewaarborgde financiering op lange termijn met meerdere banken. Bepaalde kredietovereenkomsten bevatten ratio's (covenants), die DEME dient na te leven. Dat was ook per eind 2021 het geval.
DEME volgt haar procedures ter vermijding van fraude- en integriteitsrisico's op en stelt die desgevallend bij. DEME hanteert een 'Code of ethics and business integrity' en diverse specifieke beleidsdocumenten ('Compliance policy & practices', 'Human Rights Policy' & 'Whistle blower policy & procedures'). Aan deze 'Code of ethics and business integrity' is een jaarlijkse verplichte training verbonden. De procedures in geval van samenwerking met derde partijen werden ook in 2021 strikt toegepast.
Zoals bekend, is het Parket in 2016 een gerechtelijk onderzoek gestart naar de omstandigheden waarin een contract onderhands werd gegund aan Mordraga, een Russische joint venture vennootschap van de DEME-groep, voor de uitvoering van baggerwerken in de haven van Sabetta (Rusland). De werken werden uitgevoerd in de zomermaanden van 2014 en 2015. Het contract werd in 2016 beëindigd. Het onderzoek werd gestart na indiening van een klacht door een concurrent, aan wie het betrokken contract niet werd toegekend in het kader van een onderhandse gunning, en steunt uitsluitend op selectieve informatie aangereikt door deze concurrent. Eind december 2020 heeft het Parket enkele vennootschappen en (ex)-personeelsleden van de DEME-groep opgeroepen om voor de raadkamer te verschijnen. De raadkamer heeft op 21 februari 2022 beslist de zaak door te verwijzen naar de bodemrechter. Tegen de beslissing van de raadkamer is beroep aangetekend. Er weze benadrukt dat de raadkamer zelf geen uitspraak doet over de grond van de zaak, doch enkel oordeelt over de vraag of er al dan niet voldoende bezwaren zijn om een zaak ten gronde te laten beoordelen door de bevoegde rechter. Gelet op het voorgaande is het voor DEME momenteel onmogelijk een betrouwbare inschatting te maken van de financiële gevolgen van de lopende procedure. DEME behoudt het volste vertrouwen in het verdere verloop van de procedure.
Zowel Delen Private Bank als Bank Van Breda zijn gespecialiseerde niche-spelers met een cultuur van voorzichtigheid, wat de impact van het operationele risico op beide banken beperkt. Operationele afdelingen en controlefuncties werken nauw samen in een 'three lines of defence'-model om de kwaliteit van operaties te bewaken. Zij worden hierin bijgestaan door een performant informaticasysteem dat de belangrijkste processen automatiseert en voorziet van ingebouwde controles. Teneinde de continuïteit van de activiteiten te verzekeren in het geval een noodsituatie zich zou voordoen, beschikken beide organisaties over uitgewerkte continuïteits- en herstelplannen.
Het kredietrisico en het risicoprofiel van de beleggingsportefeuille worden zowel bij Delen Private Bank als bij Bank Van Breda al jarenlang bewust erg laag gehouden. De banken beleggen conservatief. Bij Delen Private Bank is de kredietverlening zeer beperkt qua volume, gezien dit enkel een ondersteunend product in het kader van het vermogensbeheer is. De toegekende kredieten betreffen meestal tijdelijke overbruggingsbehoeften en worden ruimschoots gedekt door een pand op een effectenportefeuille. Het kredietrisico bij JM Finn is zeer beperkt. De kredietportefeuille van Bank Van Breda is zeer gespreid onder het cliënteel van lokale ondernemers en vrije beroepen. De bank hanteert hierbij concentratielimieten per sector en maximale kredietbedragen per relatie.
Het fraude- en compliancerisico heeft altijd prioritaire aandacht gekregen bij Delen Private Bank en Bank Van Breda. De banken investeren in verdere digitalisering van hun cliëntenacceptatiebeleid, o.m. via de ontwikkeling van Delen Family Services.
Bank Van Breda voert een voorzichtig beleid inzake renterisico, ruim binnen de normen van de NBB. Daar waar de looptijden van activa en passiva onvoldoende overeenkomen, zet de bank indekkingsinstrumenten (een combinatie van renteswaps en opties) in om dit te corrigeren. Het renterisico bij Delen Private Bank is beperkt, gelet op het feit dat zij zich hoofdzakelijk richt op vermogensbeheer.
Delen Private Bank streeft ernaar het wisselkoersrisico continu te beperken. De posities in deviezen worden stelselmatig opgevolgd en ingedekt. De netto blootstelling aan het Britse pond wordt gedeeltelijk beperkt doordat de impact van een wisselkoersschommeling op het eigen vermogen van JM Finn gemilderd wordt door een tegenovergestelde impact op de liquiditeitsverplichting, ten opzichte van de 7% minderheidsaandeelhouders van JM Finn.
Het liquiditeits- en solvabiliteitsrisico wordt permanent bewaakt in het kader van een proactief risicobeheer. De banken willen er zich op elk moment van verzekeren dat ze aan de reglementaire vereisten beantwoorden en een kapitalisatieniveau aanhouden dat ruim tegemoetkomt aan het niveau van de activiteit en de genomen risico's. Bovendien beschikken beide groepen over meer dan voldoende liquide middelen om aan de verplichtingen te voldoen, zelfs bij onvoorziene marktomstandigheden, en over sterke CET1-ratio's.
Beide banken hebben voldoende bescherming tegen het inkomstenvolatiliteitsrisico. De exploitatiekosten van Delen Private Bank worden meer dan volledig gedekt door het aandeel vaste opbrengsten, terwijl bij Bank Van Breda de inkomsten uit relatiebankieren gediversifieerd zijn, zowel naar klanten als naar producten, en worden aangevuld door de gespecialiseerde 'vendor'-activiteit voor autodealers (Van Breda Car Finance).
Het marktrisico kan enerzijds voortvloeien uit de beperkte kortetermijnbeleggingen in eigen naam van Delen Private Bank en van Bank Van Breda en anderzijds kan dit risico zich voordoen op openstaande posities op tussenrekeningen via dewelke effecten voor klantenportefeuilles worden verhandeld. De bedoeling is dat de posities op deze tussenrekeningen systematisch worden geliquideerd, zodat de bank niet aan een marktrisico wordt onderworpen. De marktwaarde van de vermogens die voor klanten worden beheerd, wordt mee bepaald door de evoluties op de financiële markten. Ook al heeft dit geen rechtstreekse impact op de vermogenspositie van de beide banken, toch is het totaal volume aan beheerde vermogens een bepalende factor voor hun bedrijfsopbrengsten.
Een eerste cruciaal element in de operationele risico's in de vastgoedsector betreft de kwaliteit van het aanbod van gebouwen en geleverde diensten. Daarnaast moeten langetermijnhuurcontracten met solvabele huurders een zo hoog mogelijke bezettingsgraad en recurrente inkomstenstroom verzekeren en het risico op wanbetaling beperken. Ten slotte worden ook het renovatie- en onderhoudsrisico permanent opgevolgd. Bij Anima is de kwalitatieve zorg voor de residenten de prioriteit. Er wordt dan ook veel aandacht besteed aan de werkmethodes, de operationele systemen en het personeelsbeleid om een aangename leefomgeving met kwaliteitsvolle dienstverlening te garanderen.
De vastgoedontwikkelingsactiviteit is onderhevig aan cyclische schommelingen (conjunctuurrisico). De inkomsten van Nextensa en de waarde van haar portefeuille zijn in zeer grote mate gerelateerd aan het type vastgoed waaruit haar portefeuille is samengesteld (kantoren, retail en overige) en de lokalisatie (Luxemburg, België en Oostenrijk). De spreiding van de vastgoedactiviteiten over verschillende sectoren en landen leidt tot een beperking van dit risico.
Nextensa beschikt bij haar banken over de nodige langetermijnkredietfaciliteiten en back-uplijnen voor haar commercial paper om bestaande en toekomstige investeringsnoden te dekken. Door deze kredietfaciliteiten en back-uplijnen is het financieringsrisico ingedekt.
Het liquiditeitsrisico wordt beperkt door enerzijds de financieringen te spreiden over verschillende financiële tegenpartijen en door diverse financieringsbronnen aan te spreken en anderzijds door de vervaldata te diversifiëren. Nextensa heeft op 20 november 2019 een private plaatsing van obligaties voor een bedrag van 100 miljoen euro afgesloten, met een looptijd van 7 jaar en een vaste jaarlijkse coupon van 1,95%. Haar dochteronderneming Extensa Group sloot in het verleden twee private plaatsingen af ten belope van 45 miljoen euro (vaste rente 3,00% met eindvervaldag 29 juni 2022) en van 40 miljoen euro (vaste rente 3,38% met vervaldag 5 juni 2024). De opnames van de bilaterale bancaire kredieten van Nextensa bedragen eind 2021 415,0 miljoen euro op lange termijn en 134,4 miljoen euro op korte termijn.
Het indekkingsbeleid van de vastgoedactiviteiten is erop gericht het renterisico zoveel mogelijk in te perken. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van financiële instrumenten.
De focus van dit segment ligt op bedrijven in groeimarkten, zoals India, Singapore en Indonesië. Vermits de betrokken bedrijven in belangrijke mate actief zijn buiten de eurozone (Sagar Cements in India, Verdant Bioscience in Indonesië, SIPEF in Indonesië, Papoea-Nieuw-Guinea en Ivoorkust) is het wisselkoersrisico (zowel op de balans als op de resultatenrekening) hier relevanter dan in de andere segmenten. Ook de geopolitieke ontwikkelingen in deze regio's zijn een extra aandachtspunt. Om de productie in de verschillende landen te kunnen verzekeren en verder uit te bouwen is het behoud van de eigendoms- en gebruiksrechten van primordiaal belang voor SIPEF. De groep onderhoudt hiervoor een constructieve relatie met de bevoegde autoriteiten en monitort permanent deze rechten.
De geproduceerde volumes, gerealiseerde omzet en marges van SIPEF worden beïnvloed door klimatologische omstandigheden zoals neerslag, zonneschijn, temperatuur en vochtigheidsgraad. De potentiële fysieke gevolgen van de klimaatverandering zijn onzeker en kunnen naargelang de regio en het product verschillen.
Door de toenemende bezorgdheid over duurzaamheid, zouden strengere regels kunnen worden opgelegd aan de bedrijven. De oliepalmplantages van SIPEF volgen de RSPO-normen en zijn in overeenstemming met de RSPO-principes en -criteria. Als SIPEF er echter niet in zou slagen om aan strengere vereisten te blijven voldoen, kan ze haar certificering verliezen of kan deze worden opgeschort.
Voorts is de groep in dit segment ook blootgesteld aan schommelingen in de prijzen van grondstoffen (SIPEF: voornamelijk palmolie en palmpitolie; Sagar Cements: steenkool en elektriciteit). SIPEF wordt bovendien geconfronteerd met een taksheffing op export van palmolie uit Indonesië. Gelet op de onzekerheid van de bepaling van de lokale referentieprijs voor palmolie, worden de beschikbare palmolievolumes in Indonesië op maandbasis in de markt geplaatst en worden de verwachte volumes van de SIPEF-plantages niet meer op termijn ingedekt.
Verdant Bioscience is een biotechnologiebedrijf dat zich toelegt op de ontwikkeling van hoogproductieve F1-hybride zaden van oliepalm. Aangezien de resultaten van deze ontwikkeling pas over enkele jaren zullen bekend worden, wordt de activiteit van Verdant Bioscience gekenmerkt door een hoger risicoprofiel.
Ackermans & van Haaren stelt risicokapitaal ter beschikking aan een beperkt aantal bedrijven met internationaal groeipotentieel. De investeringshorizon is gemiddeld langer dan deze van de typische spelers op de private equity-markt. Deze investeringen gebeuren doorgaans met conservatieve schuldratio's, waarbij in principe geen voorschotten of zekerheden aan of ten behoeve van de betrokken deelnemingen worden verleend. Het gediversifieerde karakter van deze investeringen draagt bovendien bij tot een spreiding van de economische en financiële risico's. Ackermans & van Haaren zal deze investeringen doorgaans financieren via eigen vermogen.
De conjuncturele situatie heeft een rechtstreekse impact op de resultaten van de participaties. De spreiding van de activiteiten van de participaties over diverse sectoren zorgt hier voor een gedeeltelijke bescherming tegen dit risico.
Elke participatie is onderhevig aan specifieke operationele risico's zoals de schommeling van de prijzen van diensten en grondstoffen, het vermogen om de verkoopprijs aan te passen en concurrentierisico's. De bedrijven volgen deze risico's zelf op en kunnen deze door operationele en financiële discipline en strategische focus trachten in te perken. De opvolging en controle door Ackermans & van Haaren als proactieve aandeelhouder spelen ook op dit vlak een belangrijke rol.
Verschillende participaties (bv. Manuchar, Telemond Groep, Turbo's Hoet Groep) zijn in belangrijke mate actief buiten de eurozone. Dit kan aanleiding geven tot grotere risico's als gevolg van geopolitieke evoluties of gebeurtenissen. Het wisselkoersrisico wordt in die gevallen telkens op het niveau van de deelneming zelf opgevolgd en aangestuurd.
De geconsolideerde jaarrekening wordt opgesteld overeenkomstig de 'International Financial Reporting Standards' (IFRS).
Het geconsolideerd balanstotaal van de groep per 31 december 2021 bedraagt 17.233 miljoen euro, hetgeen een stijging vertegenwoordigt van 6% ten opzichte van 2020 (16.229 miljoen euro). Dit balanstotaal is uiteraard beïnvloed door de manier waarop bepaalde deelnemingen in de consolidatie worden verwerkt. Met name de integrale consolidatie van de deelneming in Bank Van Breda heeft een grote impact op de geconsolideerde balans.
Het eigen vermogen (deel groep) per eind 2021 bedroeg 3.957 miljoen euro, een stijging met 395 miljoen euro ten opzichte van 2020 (3.562 miljoen euro). In mei 2021 heeft Ackermans & van Haaren een brutodividend uitgekeerd van 2,35 euro per aandeel, wat resulteerde in een daling van het eigen vermogen met 78 miljoen euro.
Ackermans & van Haaren heeft in 2021 ingezet op de uitbouw van haar kernparticipaties, de deelname aan de kapitaalverhogingen van Biotalys (in het kader van haar succesvolle IPO begin juli 2021), Medikabazaar en Biolectric en op de investering in enkele nieuwe participaties, m.n. Venturi Partners (20 miljoen USD toegezegd, over 4 jaar) en Van Moer Logistics (12,5 miljoen euro). De consolidatiekring onderging in 2021 een beperkt aantal wijzigingen, die worden toegelicht in toelichting 2.
Eind 2021 beschikte Ackermans & van Haaren (inclusief subholdings) over een nettocashpositie van 77,7 miljoen euro, tegenover 68,0 miljoen euro eind 2020. Naast liquide middelen en deposito's op korte termijn bestaat deze positie uit 42,0 miljoen euro korte termijnschulden onder de vorm van commercial paper, geldbeleggingen voor 48,2 miljoen euro en eigen aandelen.
De bijdrage van de kernsectoren tot de groepswinst bedroeg in 2021 354,8 miljoen euro (2020: 227,5 miljoen euro). Een gedetailleerde beschrijving van de resultaten van de verschillende participaties van de groep is weergegeven in de bijlage 'Kerncijfers' en in het activiteitenverslag (pag. 78) van het jaarverslag.
Begin 2022 werd een overeenkomst ondertekend met Lone Star Funds voor de verkoop van 100% van de aandelen in Manuchar. Bij realisatie, die wordt verwacht in het tweede kwartaal van 2022, zal de transactie een cashopbrengst genereren voor AvH van ongeveer 140 miljoen euro en een meerwaarde van naar schatting ongeveer 75 miljoen euro.
Jan Suykens heeft enige tijd geleden de wens uitgedrukt de fakkel als CEO-Voorzitter van het executief comité door te geven. Hij zal na de algemene vergadering van 23 mei a.s. opgevolgd worden door Piet Dejonghe en John-Eric Bertrand die als co-CEO's de leiding van de groep zullen overnemen. Jan Suykens blijft als senior advisor zijn expertise ter beschikking stellen van de AvH-groep. Hij zal in dit kader een aantal bestuursmandaten verder actief uitoefenen, o.m. als voorzitter bij Bank Van Breda en als vice-voorzitter bij Delen Private Bank.
Bij de integraal geconsolideerde participaties van Ackermans & van Haaren, ontwikkelen de DEME-teams van O&O en van het Central Competence Center baanbrekende, innovatieve technologieën en zijn de studie-afdelingen van CFE betrokken bij de projecten in burgerlijke bouwkunde en gebouwen. Via een participatie in Verdant Bioscience zijn Ackermans & van Haaren en SIPEF betrokken bij de ontwikkeling van zaden van hoogrenderende oliepalmen. Zowel Bank Van Breda als Delen Private Bank hebben in de ontwikkeling van specifieke beheerssoftware geïnvesteerd. De recent verworven participaties Biolectric, Biotalys, Indigo Diabetes, Medikabazaar, MRM Health en OMP zijn innovatieve bedrijven in hun domein. Hun voortdurende aandacht voor technologische vernieuwing draagt bij tot een verbetering van hun competitieve positie op korte en middellange termijn.
Binnen de groep (o.a. DEME, Rent-A-Port, Bank Van Breda, Nextensa) wordt een voorzichtig beleid gevoerd inzake renterisico's door gebruik te maken van renteswaps en opties. Een groot aantal deelnemingen van de groep is actief buiten de eurozone (o.a. DEME, Rent-A-Port, Delen Private Bank, SIPEF, Manuchar, Telemond Groep, Sagar Cements, Turbo's Hoet Groep). De indekking van het rente- en wisselkoersrisico wordt op het niveau van de deelneming zelf opgevolgd en aangestuurd.
Hoewel een aantal bedrijven in de groep ook in de eerste maanden van 2022 in hun activiteiten nog hinder ondervinden van de coronapandemie en de economie geconfronteerd wordt met inflatie die de kop opsteekt, gaat de raad van bestuur ervan uit dat Ackermans & van Haaren in 2022 het recordresultaat van het afgelopen jaar nog zal kunnen overtreffen. De raad baseert zich hiervoor op:
Toenemende geopolitieke spanningen hebben inmiddels geleid tot een militair conflict in Europa, waarvan de gevolgen op de economie in het algemeen en op de bedrijven van de groep momenteel nog moeilijk volledig kunnen worden ingeschat.

Raad van bestuur - van links naar rechts: Alexia Bertrand, Thierry van Baren, Jacques Delen, Frederic van Haaren, Julien Pestiaux, Marion Debruyne, Victoria Vandeputte, Luc Bertrand, Pierre Willaert, Pierre Macharis
Ackermans & van Haaren hanteert als referentiecode de Belgische Corporate Governance Code (de 'Code'), die kan geraadpleegd worden op de website van de Commissie Corporate Governance (www.corporategovernancecommittee.be). De Commissie heeft op 9 mei 2019 een nieuwe (derde) versie van de Code bekendgemaakt, die deze van 12 maart 2009 vervangt, en die op 1 januari 2020 in werking is getreden.
Op 14 april 2005 heeft de raad van bestuur van Ackermans & van Haaren het eerste Corporate Governance Charter (het 'Charter') goedgekeurd. De raad van bestuur heeft dit Charter nadien verschillende malen aangepast.
aangepast ter verduidelijking van de procedure inzake onderzoek naar onregelmatigheden.

Het Charter kan in drie talen (Nederlands, Frans en Engels) worden geraadpleegd op de website van de vennootschap (www.avh.be).
Dit hoofdstuk (de 'Verklaring inzake deugdelijk bestuur') bevat de informatie zoals bedoeld in de artikelen 3:6, §2 en 3:32, §1, tweede lid, 7° WVV. In dit hoofdstuk wordt voorts, overeenkomstig de voorschriften van de Code, bijzondere aandacht besteed aan feitelijke informatie omtrent deugdelijk bestuur en wordt uitleg gegeven over de afwijkingen tijdens het afgelopen boekjaar van bepaalde bepalingen van de Code overeenkomstig het 'pas toe of leg uit'-principe ('comply or explain').
(°1951, Belg) Voorzitter van de raad van bestuur Uitvoerend bestuurder (1985-2016) Niet-uitvoerend bestuurder (sinds 2016)
Luc Bertrand studeerde in 1974 af als handelsingenieur (KU Leuven). Hij startte zijn loopbaan als Vice-President en Regional Sales Manager, Northern Europe (Bankers Trust). Sinds 1985 is hij bestuurder bij Ackermans & van Haaren, waar hij financieel directeur werd in 1986 en voorzitter van het executief comité was van 1990 tot 2016. Hij is voorzitter van de raad van bestuur van CFE, DEME en SIPEF en bestuurder van Delen Private Bank, JM Finn, Bank Van Breda en Verdant Bioscience. Hij is tevens voorzitter van Instituut de Duve en Middelheim Promotors, lid van een aantal andere raden van bestuur van verenigingen zonder winstoogmerk en publieke instellingen zoals Museum Mayer van den Bergh en Europalia, voorzitter van de 'board of trustees' van Guberna en lid van de algemene raad van Instituut voor Tropische Geneeskunde.
Einde mandaat 2023
Alexia Bertrand
Alexia Bertrand behaalde het diploma van licentiaat in de rechten (Université Catholique de Louvain - 2002) en een master of laws (Harvard Law School - 2005). Ze zetelt sinds mei 2019 in het Brussels Hoofdstedelijk Parlement en is fractieleider voor de eerste oppositiepartij. Zij was van 2012 tot 2019 als adviseur verbonden aan het kabinet van de Vice-Premier en Minister van Buitenlandse Zaken en werd op 1 oktober 2015 benoemd tot kabinetschef algemeen beleid. Ze geeft periodiek opleidingen in onderhandelingstechnieken. Van 2002 tot 2012 was ze actief als advocate, gespecialiseerd in financieel- en vennootschapsrecht (bij Clifford Chance en vervolgens Linklaters). Ze was tijdens een deel van die periode assistente aan de rechtsfaculteit van de Université Catholique de Louvain en wetenschappelijk medewerkster aan de Katholieke Universiteit Leuven.
Einde mandaat 2025
auditcomité remuneratiecomité benoemingscomité Marion Debruyne BV(1)
vast vertegenwoordigd door Marion Debruyne (°1972, Belg) Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder (sinds 2016)
Professor Marion Debruyne heeft een opleiding genoten als burgerlijk ingenieur (RU Gent - 1995) en doctoreerde aan de faculteit toegepaste economische wetenschappen (RU Gent - 2002). Ze heeft gedoceerd aan Wharton School, Kellogg Graduate School of Management en Goizueta Business School, alle in de VS. Marion Debruyne werd in 2015 benoemd tot decaan van de Vlerick Business School. Ze is bestuurder bij Kinepolis en Guberna.
(1) Verwijzingen in dit jaarverslag naar 'Marion Debruyne' dienen begrepen te worden als Marion Debruyne BV, vast vertegenwoordigd door Marion Debruyne.
(°1949, Belg) Niet-uitvoerend bestuurder (sinds 1992)
Jacques Delen behaalde in 1976 het diploma van wisselagent. Hij is voorzitter van de raad van bestuur van Delen Private Bank sinds 1 juli 2014. Hij is tevens bestuurder van de beursgenoteerde plantagegroep SIPEF, van Bank Van Breda en van Scaldis Invest. Jacques Delen was voorzitter van de raad van bestuur van Ackermans & van Haaren van 2011 tot 2016.
Einde mandaat 2022
(°1962, Belg) Niet-uitvoerend bestuurder (sinds 2004) Voorzitter van het remuneratiecomité (sinds 2011)
Pierre Macharis studeerde af als licentiaat in de handels- en financiële wetenschappen (1986) en behaalde tevens het diploma van industrieel ingenieur in automatisering (1983). Hij is thans CEO en voorzitter van het directiecomité van VPK Packaging Group. Hij is tevens voorzitter van Cobelpa, de Belgische vereniging van papier- en pulpproducerende bedrijven, bestuurder bij CEPI, de Europese vereniging van papier- en pulpproducerende bedrijven en bestuurder bij Sioen Industries.
Einde mandaat 2024
(°1979, Belg) Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder (sinds 2011)
Julien Pestiaux studeerde af als burgerlijk ingenieur electromechanica, specialisatie energie (Université Catholique de Louvain - 2003) en behaalde eveneens een master in engineering management (Cornell University - VS). Julien Pestiaux is partner bij Climact, een bureau dat advies verleent rond energie- en klimaatthema's. Hij geeft nu leiding aan een team dat voor de Europese Commissie een model ontwikkelt dat het potentieel van de EU-lidstaten beoordeelt om het energieverbruik en de broeikasgassen op middellange tot lange termijn te verminderen. Hij was voordien 5 jaar actief als consultant en projectleider bij McKinsey & Cº.
Thierry van Baren
(°1967, Fransman / Nederlander) Niet-uitvoerend bestuurder (sinds 2006)
Thierry van Baren is licentiaat en geaggregeerde in de filosofie en behaalde een MBA, specialisatie marketing (Solvay Business School). Hij is thans zelfstandig consultant. Hij was 13 jaar actief in MarCom als executive bij TBWA Belgium en BDDP Belgium en in leidinggevende functies bij Ammirati Puris Lintas, Ogilvy Brussels en DDB.
Einde mandaat 2022
vast vertegenwoordigd door Victoria Vandeputte (°1971, Belg) Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder (sinds 2018)
Victoria Vandeputte is burgerlijk ingenieur electromechanica van opleiding (KU Leuven - 1995) en behaalde een master in riskmanagement (Ecole Supérieure de Commerce de Bordeaux - 1996). Zij is momenteel lid van het executief comité en Chief Innovation & Marketing Officer van Diversi Foods (Geschwister Oetker) en bestuurder bij Acomo.
(2) Verwijzingen in dit jaarverslag naar 'Victoria Vandeputte' dienen begrepen te worden als Menlo Park BV, vast vertegenwoordigd door Victoria Vandeputte.
Julien Pestiaux Frederic van Haaren
(°1960, Belg) Niet-uitvoerend bestuurder (sinds 1993)
Frederic van Haaren is zelfstandig ondernemer en Schepen van de Gemeente Kapellen bevoegd voor openbare werken, milieu en groen en begraafplaatsen. Hij is tevens actief als bestuurder bij Belfimas, co-voorzitter van Bosgroepen Antwerpse Gordel en lid van de commissie milieu bij Intercommunale Igean.
Einde mandaat 2025
(°1959, Belg) Niet-uitvoerend bestuurder (sinds 1998) Voorzitter van het auditcomité (sinds 2004)
Pierre Willaert is licentiaat in de handels- en financiële wetenschappen en behaalde het diploma van de Belgische Vereniging van Financiële Analisten (ABAF-BVFA). Pierre Willaert was beherend vennoot en lid van het auditcomité van Bank Puilaetco, tot aan de overname door KBL in 2004. Hij was lange tijd actief als financieel analist bij Bank Puilaetco en volgde aldus de voornaamste sectoren vertegenwoordigd op de Belgische beurs. Later werd hij er verantwoordelijk voor het departement Institutioneel Beheer. Hij is ook bestuurder bij Tein Technology, een Brussels ICT-bedrijf, dat onder meer gespecialiseerd is in 'control rooms'.
Einde mandaat 2024
De mandaten van Jacques Delen, Thierry van Baren en Victoria Vandeputte verstrijken op de gewone algemene vergadering van 23 mei 2022. De raad van bestuur zal aan de gewone algemene vergadering voorstellen om (i) de mandaten van Thierry van Baren en Victoria Vandeputte te hernieuwen voor een periode van 4 jaar, en (ii) het mandaat van Jacques Delen te hernieuwen voor een periode van 1 jaar. Ofschoon Jacques Delen de leeftijdsgrens van 70 jaar reeds heeft overschreden, is de raad van oordeel dat hij met zijn kennis en ervaring een uitzonderlijke toegevoegde waarde kan blijven bieden aan de beraadslagingen van de raad van bestuur. Pierre Macharis heeft besloten zijn mandaat ter beschikking te stellen op de jaarvergadering van 23 mei 2022. De raad van bestuur is Pierre Macharis zeer erkentelijk voor de uitzonderlijke toegevoegde waarde die hij de voorbije 18 jaar heeft geleverd. De raad van bestuur heeft op zijn vergadering van 22 maart 2022 besloten op de eerstkomende jaarvergadering Bart Deckers voor te dragen als kandidaat-onafhankelijk bestuurder.
Marion Debruyne, Victoria Vandeputte en Julien Pestiaux beantwoorden aan de onafhankelijkheidscriteria vermeld in artikel 3.5 van de Code.
Luc Bertrand, Jacques Delen en Frederic van Haaren zijn bestuurders van Scaldis Invest, dat met een participatie van 33% de voornaamste aandeelhouder is van Ackermans & van Haaren. Luc Bertrand en Frederic van Haaren zijn tevens bestuurder van Belfimas, die met een participatie van 92,25% Scaldis Invest controleert. Scaldis Invest en Belfimas zijn holdingvennootschappen die uitsluitend (rechtstreeks en onrechtstreeks) beleggen in aandelen Ackermans & van Haaren.

De raad van bestuur heeft in 2021 9 maal beraadslaagd en heeft o.m. het budget voor het lopende boekjaar besproken en op geregelde tijdstippen geactualiseerd, de resultaten en activiteiten van de deelnemingen van de groep opgevolgd op basis van de rapportering verzorgd door het executief comité, de buitenbalansverplichtingen doorgenomen en de aanbevelingen van de adviserende comités besproken.
Verschillende investeringsdossiers werden in de loop van het boekjaar besproken, zoals de deelname aan de kapitaalverhogingen van Biotalys en Medikabazaar, de investeringen in Venturi Partners en Van Moer Logistics, de verhoging van het belang van Rent-A-Port in Infra Asia Investment en de verkoop van het belang in Manuchar.
De raad van bestuur heeft tevens twee belangrijke operaties voor de groep, m.n. de inbreng van Extensa Group in het kapitaal van Leasinvest Real Estate (nadien omgedoopt tot Nextensa) en de aangekondigde partiële splitsing van DEME door CFE, grondig bestudeerd en voorbereid.
Voorts heeft de raad van bestuur aandacht besteed aan de life sciences-strategie, de voorbereiding van de gewone algemene vergadering van 25 mei 2021, het winstpremieplan voor de bedienden en de opvolging van het hangende gerechtelijk onderzoek bij DEME.
De raad van bestuur heeft in 2021 het management van Leasinvest Real Estate, DEME, Bank Van Breda, OMP, SIPEF en Delen Private Bank uitgenodigd voor presentaties over hetzij concrete investeringen hetzij de strategie van de betrokken vennootschap.
Op periodieke basis worden evaluatieprocedures georganiseerd in de schoot van de raad van bestuur overeenkomstig artikel 2.8 van het Charter. Deze geschieden op initiatief en onder leiding van de voorzitter.
De jaarlijkse evaluatie van de relatie tussen de raad van bestuur en het executief
comité vond plaats op 24 maart 2021. De niet-uitvoerende bestuurders hebben bij deze gelegenheid hun algemene tevredenheid uitgedrukt over de goede samenwerking tussen beide organen en hebben in dat verband enkele suggesties overgemaakt aan de voorzitter van het executief comité.
| Aanwezigheden | |
|---|---|
| Luc Bertrand | 9 |
| Alexia Bertrand | 9 |
| Marion Debruyne | 8 |
| Jacques Delen | 9 |
| Pierre Macharis | 8 |
| Julien Pestiaux | 9 |
| Thierry van Baren | 9 |
| Victoria Vandeputte | 9 |
| Frederic van Haaren | 9 |
| Pierre Willaert | 9 |
Voor de volledigheid weze vermeld dat de leden van het executief comité de vergaderingen van de raad van bestuur bijwonen.
De raad van bestuur heeft zijn beleid inzake verrichtingen tussen Ackermans & van Haaren of een met haar verbonden vennootschap enerzijds, en leden van de raad van bestuur of van het executief comité (of hun naaste familieleden) anderzijds, die aanleiding kunnen geven tot belangenconflicten (al dan niet in de zin van het WVV) bekendgemaakt in het Charter (artikelen 2.10 en 4.7). In 2021 diende één beslissing te worden genomen die aanleiding gaf tot toepassing van dit beleid.
De raad van bestuur heeft zijn beleid inzake de voorkoming van marktmisbruik bekendgemaakt in het Charter (afdeling 6). Op de vergadering van 10 oktober 2016 werd het Charter aangepast om dit in overeenstemming te brengen met de verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende marktmisbruik en houdende intrekking van de Richtlijn 2003/6/ EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijnen 2003/124/EG, 2003/125/ EG en 2004/72/EG van de Commissie.
| Pierre Willaert Niet-uitvoerend bestuurder |
Voorzitter |
|---|---|
| Marion Debruyne Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder |
|
| Julien Pestiaux Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder |
Alle leden van het auditcomité beschikken over de nodige deskundigheid op het gebied van boekhouding en audit:
Pierre Willaert (°1959) is licentiaat in de handels- en financiële wetenschappen en behaalde het diploma van de Belgische Vereniging van Financiële Analisten (ABAF-BVFA). Hij was lange tijd actief als financieel analist bij Bank Puilaetco. Later werd hij er verantwoordelijk voor het departement Institutioneel Beheer. Pierre Willaert was beherend vennoot en lid van het auditcomité van Bank Puilaetco tot in 2004. Pierre Willaert werd in 1998 benoemd tot bestuurder van Ackermans & van Haaren en is sinds 2004 voorzitter van het auditcomité.
Marion Debruyne (°1972) studeerde af als burgerlijk ingenieur aan de Universiteit Gent (1995) en behaalde er haar doctoraat in de toegepaste economische wetenschappen (2002). Marion Debruyne heeft gedoceerd aan Wharton School, Kellogg Graduate School of Management en Goizueta Business School, alle in de VS. Sinds 2015 is ze actief als decaan van de Vlerick Business School. Marion Debruyne werd benoemd tot bestuurder van Ackermans & van Haaren in 2016 en tot lid van het auditcomité in 2018. Daarnaast bekleedt ze nog bestuursmandaten bij Kinepolis en Guberna.
Julien Pestiaux (°1979) studeerde af als burgerlijk ingenieur electromechanica (specialisatie energie) aan de Université Catholique de Louvain (2003) en behaalde eveneens een master in engineering management aan de Cornell University (VS). De nadruk van de master in engineering management lag op financiële en economische analyses. Een belangrijk deel van de cursussen werd dan ook gegeven aan de 'Johnson Graduate School of Management' van Cornell. Julien Pestiaux is partner bij Climact, een bureau dat advies verleent rond energie- en klimaatthema's met talrijke klanten uit de bedrijfswereld. Voordien was hij 5 jaar actief als consultant en projectleider bij McKinsey & C° waar hij vertrouwd geraakt is met de verschillende aspecten van boekhouding. Julien Pestiaux werd in 2011 benoemd tot bestuurder van Ackermans & van Haaren.

Op 19 februari en 23 augustus 2021 heeft het auditcomité zich, in aanwezigheid van de financiële directie en de commissaris, hoofdzakelijk gebogen over zowel het rapporteringsproces als de analyse van, respectievelijk, de jaarlijkse en halfjaarlijkse financiële rapportering. De leden van het auditcomité ontvingen voorafgaandelijk de beschikbare verslagen van de auditcomités van de operationele dochtervennootschappen van Ackermans & van Haaren.
Het auditcomité van 17 maart 2021 was gewijd aan de financiële verslaggeving, zoals opgenomen in het jaarverslag over het boekjaar 2020 en een analyse van de buitenbalansverplichtingen. Er werd voorts ook aandacht besteed aan de verklaring inzake niet-financiële informatie alsook aan de voornaamste aandachtspunten die de commissaris verplicht is op te nemen in zijn verslag.
Op 21 december 2021 heeft het auditcomité aandacht besteed aan de ESG-rapportering, beraadslaagd over de interne audit en controle, ICT en personeelsbeleid, de buitenbalansverplichtingen en de opportuniteit van de hernieuwing van het mandaat van de commissaris.
Het auditcomité bracht stelselmatig en uitgebreid verslag uit over de uitoefening van zijn taken aan de raad van bestuur.
| Pierre Macharis Niet-uitvoerend bestuurder |
Voorzitter |
|---|---|
| Julien Pestiaux Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder |
|
| Victoria Vandeputte Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder |

Het remuneratiecomité heeft op zijn vergadering van 24 maart 2021 het ontwerp van remuneratieverslag, dat overeenkomstig artikel 3:6, §3 WVV een specifiek onderdeel vormt van de Verklaring inzake deugdelijk bestuur, besproken en heeft erop toegezien dat het ontwerpverslag alle wettelijke gegevens bevat. Het comité heeft tevens de betaling van de variabele vergoeding aan de leden van het executief comité getoetst aan de aanbevelingen die het daaromtrent had gemaakt op zijn vergadering van 19 november 2020 en heeft samen met de CEO de conclusies overlopen van de feedbackgesprekken met de leden van het executief comité.
Op zijn vergadering van 22 juni 2021 heeft het remuneratiecomité een nieuw voorstel van loopbaanpaden voor de medewerkers van AvH besproken.
Op de vergadering van 19 november 2021 heeft het comité de hiernavolgende onderwerpen besproken en terzake aanbevelingen gericht aan de raad van bestuur: de vaste en variabele vergoeding van de leden van het executief comité voor 2022, de vergoeding van de bestuurders en het aan de leden van het executief comité toe te kennen aantal aandelenopties. Het comité heeft o.m. aanbevolen om vanaf boekjaar 2022 de basisvergoeding voor de voorzitter te verhogen tot 100.000 euro en voor de bestuurders tot 50.000 euro.
De raad van bestuur heeft op 12 januari en 23 februari 2021 beraadslaagd als benoemingscomité over de toekomstige samenstelling van de raad van bestuur, en heeft, overeenkomstig de procedure van artikel 2.2.2 van het Charter, beslist aan de gewone algemene vergadering van 25 mei 2021 voor te stellen de mandaten van Alexia Bertrand en Frederic van Haaren te hernieuwen voor een termijn van 4 jaar, en het mandaat van Luc Bertrand te hernieuwen voor een termijn van 2 jaar.
Het executief comité werd op 1 september 2021 uitgebreid met de benoeming van An Herremans.

Van links naar rechts: Piet Dejonghe, Tom Bamelis, André-Xavier Cooreman, Koen Janssen, An Herremans, Piet Bevernage, Jan Suykens, John-Eric Bertrand
(°1966, Belg) Lid van het executief comité
Piet Dejonghe behaalde na zijn studies als licentiaat in de rechten (KU Leuven - 1989) nog een postgraduaat bedrijfskunde (KU Leuven - 1990) en een MBA (Insead - 1993). Hij was als advocaat verbonden aan Loeff Claeys Verbeke (nu Allen & Overy) en actief als consultant bij Boston Consulting Group.
Sinds 1995 bij Ackermans & van Haaren
(°1966, Belg) CFO en lid van het executief comité
Tom Bamelis behaalde na zijn studies als handelsingenieur (KU Leuven - 1988) nog een master in financial management (VLEKHO - 1991). Hij ging aan de slag bij Touche Ross (nu Deloitte) en nadien bij Groupe Bruxelles Lambert.
Sinds 1999 bij Ackermans & van Haaren André-Xavier Cooreman
(°1964, Belg) Lid van het executief comité
André-Xavier Cooreman studeerde na zijn studies als licentiaat in de rechten (KU Leuven - 1987) nog international relations (Johns Hopkins University, Bologna Campus - 1988) en tax management (ULB - 1991). Hij werkte voor het International Development Law Institute (course assistent, Italië), Shell Group (legal counsel, Nederland), Fortis Bank (Corporate & Investment Banking), McKinsey & C° (consultant) en Bank Degroof (verantwoordelijke publieke sector).
Sinds 1997 bij Ackermans & van Haaren Koen Janssen
(°1970, Belg) Lid van het executief comité
Koen Janssen behaalde na zijn studies als burgerlijk ingenieur electromechanica (KU Leuven - 1993) nog een MBA (IEFSI, Frankrijk - 1994). Hij werkte voor Recticel, ING Investment Banking en ING Private Equity.
Sinds 2001 bij Ackermans & van Haaren

(1982, Belg) Lid van het executief comité
An Herremans volgde een opleiding als Handelsingenieur (KU Leuven, 2005) en behaalde een Master in Financial Management aan de Vlerick Management School (2006). An startte haar carrière als consultant bij Roland Berger (2006-2011) en werkte vervolgens als Corporate Business Development manager en Strategy Office manager bij Barco (2011-2014).
Sinds 2014 bij Ackermans & van Haaren
(°1968, Belg) Secretaris-generaal en lid van het executief comité
Piet Bevernage behaalde een licentiaat in de rechten (KU Leuven - 1991) en een LL.M. (University of Chicago Law School - 1992). Hij werkte als advocaat in de Corporate en M&A-afdeling van Loeff Claeys Verbeke.
Sinds 1995 bij Ackermans & van Haaren
(°1960, Belg) Voorzitter van het executief comité
Jan Suykens is licentiaat in de toegepaste economische wetenschappen (UFSIA - 1982) en behaalde aansluitend een MBA (Columbia University - 1984). Hij werkte een aantal jaren bij de Generale Bank in Corporate & Investment Banking.
Sinds 1990 bij Ackermans & van Haaren
Piet Bevernage Jan Suykens John-Eric Bertrand
(°1977, Belg) Lid van het executief comité
John-Eric Bertrand behaalde na zijn studies als handelsingenieur (UCL Louvain - 2001) nog een master in international management (CEMS - 2002) en een MBA (Insead - 2006). Hij werkte bij Roland Berger als senior consultant en bij Deloitte als senior auditor.
Sinds 2008 bij Ackermans & van Haaren
De voorzitter van de raad van bestuur woont de vergaderingen van het executief comité bij als waarnemer.

De buitengewone algemene vergadering heeft op 9 november 2020 de statuten van de vennootschap aangepast aan de relevante bepalingen van het nieuwe Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen. Bij die gelegenheid werd tevens uitdrukkelijk geopteerd voor een monistische bestuursstructuur en werd de mogelijkheid bevestigd om rond de CEO een comité op te richten waar de algemene leiding van de vennootschap wordt besproken.
Daarbij weze opgemerkt dat de raad van bestuur op zijn vergadering van 6 oktober 2020 heeft beslist het dagelijks bestuur vanaf die datum uitsluitend toe te kennen aan de CEO. Het executief comité, nieuwe stijl, is in essentie belast met de bespreking van de algemene leiding van de vennootschap en bereidt de beslissingen voor die door de raad van bestuur moeten worden genomen.
Tijdens het voorbije boekjaar heeft het executief comité, net als in 2020, veel aandacht besteed aan de economische impact van de COVID-19 crisis op de groep en de gezondheid van de medewerkers. Daarnaast heeft het comité, zoals gebruikelijk, in hoofdzaak de deelname aan de raden van bestuur van de dochtervennootschappen voorbereid en opgevolgd, nieuwe investeringsvoorstellen bestudeerd (zowel bij de huidige deelnemingen als daarbuiten), de trimestriële, halfjaarlijkse en jaarlijkse financiële verslaggeving voorbereid en de impact van voor de vennootschap relevante wetswijzigingen bestudeerd.
Ackermans & van Haaren is ervan overtuigd dat een diversiteitsgedreven personeelsbeleid een positieve invloed heeft op de slagkracht en innovatieve cultuur van haar deelnemingen en streeft zelf actief naar een complementaire samenstelling van haar raad van bestuur en executief comité (dit zowel qua professionele achtergrond en vaardigheden, als geslacht). Op groepsniveau is het aantrekken, vormen en begeleiden van getalenteerde medewerkers met complementaire kennis en ervaring een prioriteit.
Op niveau van de raad van bestuur komt dit beleid tot uiting in de selectieprocedure inzake nieuwe kandidaat-bestuurders (zoals opgenomen in paragraaf 2.2.2 van het Charter): het eerste selectiecriterium waakt over de complementariteit qua professionele vaardigheden, kennis en ervaring en het vierde criterium voorziet in een verplichting om kandidaten van verschillend geslacht te overwegen zolang en telkens wanneer de raad van bestuur niet is samengesteld uit ten minste één derde bestuurders van het andere geslacht.
De huidige raad van bestuur telt 3 vrouwelijke bestuurders (30%) en 7 mannelijke bestuurders (70%) met een verscheidenheid aan opleiding en professionele ervaring. Op 31 december 2021 waren 4 bestuurders 50 jaar of jonger (40%) en 6 bestuurders ouder dan 50 jaar (60%).
Ook inzake de samenstelling van het executief comité (zie Charter, paragraaf 4.2) dient de raad van bestuur erop toe te zien dat de leden uiteenlopende professionele achtergronden hebben met complementaire bekwaamheden. Het is de betrachting van de raad van bestuur dat de langetermijnvisie van Ackermans & van Haaren ondersteund wordt door leidinggevende personen die actief de waarden van de onderneming uitdragen en aldus bijdragen tot waardecreatie. Dit vertaalt zich onder meer in een voorkeur om talentvolle medewerkers intern te laten doorgroeien. Alle leden van het executief comité werden, op basis van hun persoonlijke merites, benoemd uit het team van Ackermans & van Haaren.
Een gedegen diversiteitsbeleid start bij de recrutering. In 2021 heeft Ackermans & van Haaren een investment manager aangeworven die in Singapore gebaseerd zal worden om daar op termijn een lokaal investeringsteam uit te bouwen en een sustainability manager, beide in de leeftijdscategorie 30 tot 40 jaar en met uiteenlopende achtergronden ter versterking van het multidisciplinaire team.
Tot slot wordt ook op permanente basis geïnvesteerd in de vorming, loopbaanbegeleiding en retentie van medewerkers. Dit gebeurt door een combinatie van verbreding en verdieping van kennis door opleidingen, seminaries en workshops, een doorgroeiperspectief zowel in de schoot van Ackermans & van Haaren als in de groep en door een marktconform vergoedingsbeleid.
Voor verdere informatie over personeelsaangelegenheden wordt verwezen naar het Duurzaamheidsverslag.
De commissaris van de vennootschap is EY Bedrijfsrevisoren BV, vertegenwoordigd door Patrick Rottiers en Wim Van Gasse. De commissaris verzorgt de externe audit zowel op de geconsolideerde als op de enkelvoudige cijfers van Ackermans & van Haaren en rapporteert tweemaal per jaar aan de raad van bestuur. De commissaris werd benoemd op de gewone algemene vergadering van 27 mei 2019 voor een termijn van drie jaar, die verstrijkt op de gewone algemene vergadering van 2022.
In 2021 werd aan de commissaris een jaarlijkse vergoeding betaald voor de controle van de enkelvoudige en de geconsolideerde jaarrekeningen van Ackermans & van Haaren van 66.150 euro (excl. BTW). Daarnaast werd een bijkomende vergoeding betaald aan EY Bedrijfsrevisoren van 5.000 euro (excl. BTW) voor een nazicht inzake de eerste toepassing van ESEF en van 3.350 euro (excl. BTW) voor een audit van de personeelsadministratie en aan EY Tax Consultants van 5.950 euro (excl. BTW) voor fiscale adviezen. De totale vergoeding voor auditwerkzaamheden die in het afgelopen boekjaar werd betaald aan EY door Ackermans & van Haaren en haar geconsolideerde dochtervennootschappen (inclusief de hierboven reeds vermelde 66.150 euro) bedroeg 2.854.484 euro.
De interne audit wordt uitgeoefend door de group controllers, die rapporteren aan het executief comité. Minstens één keer per jaar brengen de group controllers rechtstreeks verslag uit aan het auditcomité.
De raad van bestuur van Ackermans & van Haaren is verantwoordelijk voor de evaluatie van de doeltreffendheid van de systemen van interne controle en risicobeheer. Via het bestaande systeem beoogt de raad van bestuur op het niveau van de groep te waken over het behalen van de groepsdoelstellingen en op het niveau van de dochtervennootschappen erop toe te zien dat er passende systemen werden ingevoerd die rekening houden met de aard van de betrokken vennootschap (omvang, type activiteiten, ...) en diens verhouding met Ackermans & van Haaren (controlebelang, aandeelhoudersovereenkomst, ...). Gelet op de gediversifieerde portefeuille enerzijds en het beperkte personeelsbestand van de holding anderzijds, werd geopteerd voor een aangepast model van interne controle dat echter alle essentiële onderdelen bevat van een klassiek systeem. Het systeem van interne controle en risicobeheersing wordt gekenmerkt door een transparante en collegiale structuur. Het executief comité beraadslaagt en beslist op consensuele wijze.
Risico's worden daarbij op een voortschrijdende wijze geïdentificeerd en op een adequate wijze geanalyseerd. Gepaste maatregelen worden voorgesteld om de geïdentificeerde risico's ofwel te aanvaarden, te beperken, over te dragen of te vermijden. Deze evaluaties en beslissingen worden duidelijk genotuleerd en gedocumenteerd, zodat een strikte opvolging mogelijk is.
De raad van bestuur is voorts van oordeel dat het tijdig verstrekken van volledige, betrouwbare en relevante financiële informatie, in overeenstemming met IFRS en met de andere Belgische verslaggevingsvereisten, aan alle interne en externe belanghebbenden een essentieel onderdeel vormt van zijn beleid van deugdelijk bestuur. De interne controle en beheerssystemen inzake financiële verslaggeving pogen maximaal te voldoen aan deze vereisten.
De controleomgeving vormt het kader waarin interne controle en risicobeheerssystemen worden opgezet. Het bestaat uit de volgende elementen:
De familiale waarden die aan de basis liggen van de historische ontwikkeling van de groep worden vertaald in een respectvolle relatie tussen de verschillende belanghebbenden: de aandeelhouders, het management, de raad van bestuur en het personeel, maar ook de commerciële partners. Deze waarden werden expliciet opgenomen in het zogeheten 'Vademecum' (dit zijn interne bedrijfsrichtlijnen), zodat deze voor alle medewerkers duidelijk zijn en door hen kunnen worden uitgedragen.
Teneinde het belang van ethisch en verantwoord ondernemen te benadrukken en duurzame groei in de groep te bevorderen, heeft de raad van bestuur op 19 maart 2018 bovendien een integriteitscode goedgekeurd. De integriteitscode kan geraadpleegd worden op de website en zal op regelmatige basis worden herzien en verbeterd.
Een andere hoeksteen van het beleid van Ackermans & van Haaren is samenwerking in een professioneel team. Er wordt bijzondere aandacht besteed aan een evenwichtige en kwaliteitsvolle invulling van de verschillende functies binnen de organisatie. Daarnaast gaat ook de nodige aandacht naar opleidingen om ervoor te zorgen dat kennis steeds verder wordt uitgediept. Kwaliteitsvolle mensen met de juiste ervaring en ingesteldheid in de juiste functie vormen de basis van het systeem van interne controle en risicobeheersing van de groep. Dit geldt evenzeer op het niveau van de raad van bestuur en het auditcomité, waar wordt gestreefd naar een complementaire achtergrond en ervaring van de leden.
De werking en de verantwoordelijkheden van de raad van bestuur en bij uitbreiding diens adviserende comités, waaronder het auditcomité, worden duidelijk beschreven in het Charter. Zo wordt beschreven dat het auditcomité controle uitoefent op de financiële verslaggeving van de groep, het systeem van interne controle en risicobeheer en de werking van de externe en interne audit.
Zoals reeds aangegeven, kan Ackermans & van Haaren bogen op een transparante organisatiestructuur waarbij beslissingen collegiaal worden genomen door het executief comité. De organisatiestructuur en bevoegdheden worden duidelijk beschreven in het 'Vademecum'.
De risico's op vlak van financiële verslaggeving kunnen als volgt worden samengevat.
Risico's op niveau van de dochtervennootschappen: deze zijn typisch zeer divers en worden opgevangen door deelname door de investment managers van Ackermans & van Haaren aan de vergaderingen van de raden van bestuur en adviserende comités van de dochtervennootschappen, duidelijke rapporteringsinstructies aan de dochtervennootschappen met deadlines en uniforme opmaak en waarderingsregels en een externe audit op de halfjaar- en de jaarcijfers die ook rekening houdt met elementen van interne controle en risicobeheer op niveau van de betrokken vennootschap.
Risico's op vlak van informatievoorziening: deze worden ondervangen door een periodieke IT-audit, een proactieve aanpak door implementatie van updates, back-upvoorzieningen en tijdige testen van de IT-infrastructuur. Ook werden 'business continuity'- en 'disaster recovery'-plannen voorzien.
Risico's op vlak van wijzigende regelgeving: deze worden ondervangen door een strikte opvolging van het wetgevend kader inzake financiële rapportering alsook een proactieve dialoog met de commissaris.
Ten slotte is er nog het integriteitsrisico dat wordt opgevangen door een maximale integratie van boekhouding en rapporteringssoftware, een uitgebreide interne rapportering op verschillende niveaus en een proactieve evaluatie van complexe en belangrijke transacties.
Zoals hierboven bij de bespreking van de risico's reeds werd aangegeven, worden op het vlak van financiële verslaggeving verschillende controles ingebouwd om maximaal te kunnen voldoen aan de gestelde doelen inzake deze verslaggeving.
Vooreerst worden een aantal basiscontroles zoals functiescheiding en bevoegdheidsdelegatie voorzien in de administratieve cycli op groepsniveau: aankoop, payroll en (des)investeringen. Dit laat toe dat enkel geoorloofde transacties worden verwerkt. Door de integratie van boekhouding en rapporteringssoftware worden een aantal integriteitsrisico's afgedekt. Tevens zorgt een stabiele IT-infrastructuur met de nodige back-upsystemen voor een gepaste informatievoorziening.
Duidelijke rapporteringsinstructies met tijdige communicatie van deadlines, gestandaardiseerde rapporteringsformaten en uniforme waarderingsregels moeten een aantal kwaliteitsrisico's opvangen op het niveau van de rapportering door de dochtervennootschappen.
Daarnaast bestaat ook een cyclus van externe audit op zowel de geconsolideerde rapportering als op de rapportering van de dochtervennootschappen. Deze externe controle heeft tevens tot doel een evaluatie te maken van de doeltreffendheid van de systemen van interne controle en risicobeheersing op het niveau van de dochterondernemingen en hierover te rapporteren aan de commissaris van Ackermans & van Haaren.
Ten slotte bestaat er een systeem van intern nazicht van de financiële rapportering door de verschillende beleids- en bestuursniveaus. Dit nazicht wordt afgerond voorafgaand aan de externe verslaggeving.
Wijzigingen in het wetgevend kader inzake financiële verslaggeving worden van nabij opgevolgd en de impact op de groepsrapportering wordt proactief besproken met de financiële directie en de externe auditor.
Het Charter bepaalt dat elke medewerker van Ackermans & van Haaren zich rechtstreeks kan richten tot de voorzitter van de raad van bestuur en/of de voorzitter van het auditcomité om hen in te lichten over mogelijke onregelmatigheden inzake financiële verslaggeving of andere aangelegenheden (whistle blowing).
Op jaarlijkse basis wordt het systeem van interne controle en risicobeheer door één van de group controllers getest op doeltreffendheid en naleving. Hierover wordt verslag uitgebracht aan het auditcomité.
Scaldis Invest bezit 11.054.000 aandelen in het kapitaal van Ackermans & van Haaren, d.i. een deelneming van 33%. Scaldis Invest wordt op haar beurt gecontroleerd door Belfimas, die een deelneming bezit in het kapitaal van Scaldis Invest van 92,25%. De uiteindelijke controle over Scaldis Invest wordt uitgeoefend door Stichting Administratiekantoor 'Het Torentje'.
Ackermans & van Haaren bezit per 31 december 2021 347.092 eigen aandelen. Deze aandelen werden hoofdzakelijk verworven met het oog op de indekking van het aandelenoptieplan.
De aandeelhoudersstructuur, zoals gekend op 31 december 2021, kan als volgt worden voorgesteld:

Belfimas is (onrechtstreeks) de referentieaandeelhouder van Ackermans & van Haaren. Het enige doel van Belfimas is te beleggen, rechtstreeks of onrechtstreeks, in aandelen Ackermans & van Haaren. Elke overdracht van effecten uitgegeven door Belfimas, is onderworpen aan een statutair goedkeuringsrecht van de raad van bestuur van Belfimas. Twee bestuurders van Ackermans & van Haaren, met name Luc Bertrand en Frederic van Haaren, maken deel uit van de raad van bestuur van Belfimas. De raad van bestuur heeft geen kennis van overeenkomsten tussen aandeelhouders van Ackermans & van Haaren.
Het Charter van Ackermans & van Haaren wijkt op één punt af van de bepalingen van de Code (zoals deze van toepassing was in 2021):
• Samenstelling benoemingscomité
Overeenkomstig artikel 4.19 van de Code dient het benoemingscomité te bestaan uit een meerderheid van onafhankelijke niet-uitvoerende bestuurders. Het benoemingscomité van Ackermans & van Haaren bestaat uit alle leden van de raad van bestuur. De raad van bestuur is van oordeel dat hij als geheel beter in staat is zijn omvang, samenstelling en opvolgingsplanning te evalueren.
Ingevolge de Wet van 28 april 2020(1) (de Wet) zijn genoteerde vennootschappen voortaan verplicht:
Een en ander moet bijdragen tot effectieve en duurzame aandeelhoudersbetrokkenheid, wat op zijn beurt dan weer bijdraagt tot de versterking van het deugdelijk bestuur van genoteerde vennootschappen. De Europese regelgever beoogde met deze grotere aandeelhoudersbetrokkenheid eveneens bij te dragen tot de verbetering van financiële maar ook niet-financiële prestaties van vennootschappen zoals de ecologische, sociale en governancefactoren (ESG).
De standpunten vertolkt door aandeelhouders en een analyse met behulp van een externe adviseur hebben geleid tot een aantal expliciteringen en aanpassingen die ter goedkeuring voorgelegd worden aan de jaarvergadering van 23 mei 2022.
Met haar missie 'Your partner for sustainable growth', wil AvH de voorkeurpartner zijn van familiebedrijven en managementteams en met hen co-investeren op lange termijn, met de ambitie hen tot marktleiders te laten groeien die duurzame oplossingen voor de grote globale uitdagingen ontwikkelen.
AvH streeft naar een evenwichtige combinatie van een beperkt aantal strategische langetermijndeelnemingen en een gediversifieerde portefeuille groeikapitaalinvesteringen.
AvH is een groep van ondernemers die via internationalisering, innovatie en diversificatie op lange termijn haar ondernemingen wil uitbouwen.
AvH ambieert voor haar deelnemingen geen absolute rendementsdoelstelling, doch focust op een recurrente groei van de activiteiten, cashflowgeneratie en eigen vermogen. AvH verkiest langetermijngroei boven een kortetermijnmaximalisatie van het dividend en ambieert aandeelhouderswaarde op lange termijn te creëren via een recurrente stijging van haar geconsolideerd eigen vermogen, ondersteund door een gestaag groeiend dividend op lange termijn.
AvH past voor de hele groep, en ook voor haar investeringsbeslissingen, een ESG-kader toe uitgaande van de UN Sustainable Development Goals en de UN-PRI-richtlijnen en promoot een duurzame ontwikkeling en groei van de activiteiten van haar deelnemingen, met respect voor mens, milieu en maatschappij.
De investeringsfilosofie is gebaseerd op een transparante rapportering en communicatie, duidelijke afspraken qua deugdelijk bestuur en bedrijfsethiek, een strikte financiële discipline en gezonde balansen.
AvH wil ook als investeringsmaatschappij bijdragen tot een meer duurzame wereld en inspelen op maatschappelijke uitdagingen zoals klimaatverandering, hernieuwbare energie, duurzame voedselketen, vergrijzing en bevolkingsgroei en digitalisering.
Dit alles realiseert AvH met een team van medewerkers die, door hun diversiteit aan achtergronden en hun continue ontwikkeling, waarde beogen toe te voegen aan de managementteams van de deelnemingen. Inclusief talent management maakt dan ook integraal deel uit van het ESG-beleid van AvH, dat uitvoerig beschreven wordt in het Duurzaamheidsverslag vanaf pag. 44.
AvH wenst getalenteerde mensen aan te trekken én te behouden om de kwaliteit van de begeleiding die ze, als actieve aandeelhouder, aan haar participaties wenst te verlenen, te kunnen blijven garanderen.
In de schoot van AvH werd een visie ontwikkeld over 'Wie willen we zijn'. Daarin worden drie grote accenten gelegd:
In lijn met haar missie 'Your partner for sustainable growth' en haar visie over "Wie willen we zijn' tracht AvH met haar remuneratiebeleid niet alleen duurzaamheid en langetermijndenken te bevorderen, maar richt ze zich ook op het samen behalen van doelen en het waarmaken van een duurzaam groei-engagement t.a.v. de aandeelhouders.
Door een significant deel van de vergoeding van de leden van het executief comité van AvH afhankelijk te stellen van deze langetermijnobjectieven en duurzaamheidsparameters tracht AvH met het voorgestelde remuneratiebeleid in belangrijke mate bij te dragen tot de verwezenlijking van de bedrijfsstrategie.
Ook in de remuneratiecomités van de deelnemingen worden kaders voor een deugdelijk remuneratiebeleid ontwikkeld en periodiek geoptimaliseerd.
Voor de positionering van AvH inzake totale financiële vergoeding benchmarkt de groep zichzelf met andere relevante bedrijven. AvH wenst haar CEO en leden van het executief comité, alsook alle andere functies op vlak van totale vergoeding te positioneren boven de mediaan, in lijn met de kwaliteitsverwachtingen t.a.v. het team. AvH neemt driejaarlijks deel aan een benchmarkoefening om haar relatieve positie te evalueren.
AvH is een sterk genetwerkte omgeving en zet in op betrokkenheid en op het samen behalen van succes. In het remuneratiebeleid wordt er dan ook resoluut voor geopteerd om geen individuele doelstelling te hanteren maar te opteren voor gemeenschappelijke prestatiemaatstaven.
Met de jaarlijkse eindejaarsgesprekken focust AvH op de individuele ontwikkeling zowel qua vaardigheden als qua persoon, en ieders individuele bijdrage tot de realisatie van de bedrijfsstrategie.
(1) De Wet van 28 april 2020 houdt de omzetting in naar Belgisch recht van Richtlijn (EU) 2017/828 van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2017 tot wijziging van richtlijn 2007/36/EG wat het bevorderen van de langetermijnbetrokkenheid van aandeelhouders betreft. Deze Richtlijn moest uiterlijk op 10 juni 2019 zijn omgezet in nationaal recht.
De raad van bestuur van AvH telt 10 leden, haar executief comité 8 leden.
AvH, AvH Growth Capital en Ackermans & van Haaren Singapore tellen in totaal 37 medewerkers, die samen concreet vormgeven aan voormelde strategie.
Het voorgestelde remuneratiebeleid geldt voor de boekjaren 2021 tot en met 2024 en is, overeenkomstig artikel 7:89/1 WVV, van toepassing op de 10 bestuurders, de personen belast met het dagelijks bestuur, in casu de CEO, en de andere personen belast met de leiding van de vennootschap, in casu de 7 overige leden van het executief comité.
Het goedgekeurde remuneratiebeleid voor de periode 2021-2024 kent met ingang van 2022 een aantal aanpassingen(1), ingegeven door gesprekken met diverse stakeholders en een professionele adviseur.
Het remuneratiecomité staat de raad van bestuur bij inzake de vergoeding van de leden van de raad van bestuur en het executief comité.
In het bijzonder zal het remuneratiecomité:
Het remuneratiecomité bepaalt zelf de frequentie van haar vergaderingen, maar vergadert ten minste twee keer per jaar.
Tijdens vergaderingen waarop de individuele vergoeding van een lid van het remuneratiecomité wordt besproken, mag de betrokkene aanwezig zijn, maar mag hij niet optreden als voorzitter van de vergadering en onthoudt die zich van enige feedback ten aanzien van de eigen persoon.
De vergoeding van de niet-uitvoerende bestuurders bestaat uitsluitend uit een vaste vergoeding. Deze vaste vergoeding bestaat uit een basisvergoeding, een aanvullende vergoeding in functie van het lidmaatschap van de betrokken bestuurder van een bepaald comité en een zitpenning per deelname aan een vergadering van de raad van bestuur, van het audit- of remuneratiecomité. De vergoeding van de niet-uitvoerende bestuurders wordt periodiek getoetst door het remuneratiecomité met andere relevante ondernemingen(2).
De door het remuneratiecomité voorgestelde aanpassingen worden ter goedkeuring voorgelegd aan de algemene vergadering.
Niet-uitvoerende bestuurders dienen een deel van hun vergoeding, m.n. minstens tienduizend euro (€ 10.000), te beleggen in aandelen van de vennootschap, tenzij zij reeds, rechtstreeks of onrechtstreeks, een belang bezitten in de vennootschap van dergelijke waarde. Deze aandelen dienen gedurende minstens één jaar nadat de niet-uitvoerende bestuurder de raad van bestuur verlaat, te worden aangehouden en minstens drie jaar na de verwerving ervan.
De vergoeding van de leden van het executief comité bestaat uit 4 componenten: (a) een vaste vergoeding, (b) een variabele vergoeding (STI of short term incentive), (c) aandelenopties (LTI of long term incentive), (d) een groepsverzekering en overige voordelen.
De leden van het executief comité houden ieder minstens 1.000 aandelen Ackermans & van Haaren aan, die verworven kunnen worden, al dan niet door de uitoefening van opties, over een periode van 5 jaar.
De vaste vergoeding, die jaarlijks wordt geïndexeerd op basis van de gezondheidsindex, evolueert naar de gekozen marktpositie. Indien de vaste vergoeding zich nog niet op het niveau bevindt van de gekozen marktpositie, dan groeit de vaste vergoeding daar naartoe voor zover de betrokkene ook evolueert inzake het nemen van verantwoordelijkheid en de ontwikkeling van relevante competenties en vaardigheden. Eventuele verhogingen van de vaste vergoeding worden jaarlijks besproken op het remuneratiecomité en worden ter goedkeuring voorgelegd aan de raad van bestuur.
De STI wordt initieel berekend als een promille van het geconsolideerd nettoresultaat (deel van de groep) en wordt vervolgens afhankelijk gesteld van financiële en niet-financiële criteria.
De totale STI wordt geplafonneerd op 1,5 keer de vaste jaarvergoeding.
De concrete invulling ervan, net als eventuele eenmalige bonussen of een gefundeerde afwijking van gestelde beleidslijnen, wordt beslist door de raad van bestuur op voorstel van het remuneratiecomité.
Het aandelenoptieplan heeft als doel de begunstigden ervan te vergoeden voor hun bijdrage aan de waardecreatie op lange termijn.
(1) De aanpassingen betreffen o.a. een floor en een cap op de STI, good leaver-principe als voorwaarde voor pro rata uitbetaling van de STI, introductie van KPI's voor de niet-financiële factor van de STI, toepassingsgebied sign-on bonus en beperking opzegtermijnen naar de toekomst.
(2) In 2021 werd de vergoeding van de bestuurders getoetst aan de bestuursvergoedingen van de Bel20 vennootschappen.
De raad van bestuur beslist over de toekenning van aandelenopties aan de leden van het executief comité, op aanbeveling van het remuneratiecomité. De toekenning geschiedt in het kader van een aandelenoptieplan dat in 1999 werd goedgekeurd door de raad van bestuur en op basis waarvan ook andere personen dan de leden van het executief comité worden geïncentiveerd.
Overeenkomstig de toepasselijke fiscale wetgeving worden de leden van het executief comité belast bij toekenning van de aandelenopties. De waarde van deze vergoedingscomponent is afhankelijk van de koersontwikkeling van het aandeel.
De aandelenopties, die in het kader van het aandelenoptieplan van AvH worden toegekend, hebben volgende kenmerken:
De toegekende aantallen kunnen jaarlijks door de raad van bestuur worden herzien, op voorstel van het remuneratiecomité.
AvH voorziet een groepsverzekering type 'vaste bijdrage' (aanvullend pensioen, kapitaal bij overlijden, invaliditeitsuitkering en wezenpensioen) en een hospitalisatieverzekering.
Aan iedereen wordt ook een smartphone en een laptop en/of tablet computer aangeboden.
Daarnaast heeft AvH een mobiliteits- en flexibiliteitsbeleid waarbij elektrische wagens worden aangeboden, maar ook fietsen en telewerk.
Om het welzijn te bevorderen worden er ook fitness- en yogalessen georganiseerd, zowel op kantoor als virtueel.
Het relatieve aandeel van elke component in de totale vergoeding van de leden van het executief comité wordt sterk beïnvloed door de resultaten van de groep dat voor 80% meespeelt in de variabele vergoeding en door de eventuele meerwaarde die verworven kan worden bij de uitoefening van de opties.
De beoogde standaardverhoudingen zijn:
Deze componenten worden jaarlijks, in de loop van de maand november, geëvalueerd door het remuneratiecomité en getoetst op hun marktconformiteit. Deze toetsing geschiedt aan de hand van publieke gegevens (bv. de remuneratiegegevens opgenomen in de jaarverslagen van andere vergelijkbare genoteerde vennootschappen) en/of salarisstudies. De door het remuneratiecomité voorgestelde aanpassingen worden vervolgens ter goedkeuring voorgelegd aan de raad van bestuur. De vennootschap streeft naar een motiverende mix tussen een marktconforme vaste vergoeding enerzijds en een combinatie van kortetermijnincentives (zoals de jaarlijkse variabele vergoeding) en langetermijnincentives (aandelenopties) anderzijds.
In geval van aanwerving van een lid voor het executief comité of een senior professional beslist het remuneratiecomité over de toekenning van een eventuele sign-on bonus ter compensatie van een deel van de gederfde variabele vergoeding van de vorige werkgever.
De overeenkomsten tussen de vennootschap en de leden van het executief comité bevatten de gebruikelijke bepalingen inzake vergoeding (vaste en variabele vergoeding), niet-concurrentie en confidentialiteit.
De overeenkomsten bevatten voorts bepalingen betreffende de toekenningscriteria inzake variabele vergoeding en voorzien in een terugvorderingsrecht ten gunste van de vennootschap van de variabele vergoeding die werd toegekend op basis van onjuiste financiële gegevens in de voorbije 5 boekjaren.
De overeenkomsten gelden voor onbepaalde duur.
De huidige CEO kan zijn overeenkomst eenzijdig beëindigen mits betekening van een opzegtermijn van 6 maanden. De vennootschap kan eenzijdig deze overeenkomst beëindigen mits betekening van een opzegtermijn van 24 maanden.
De huidige andere leden van het executief comité kunnen hun overeenkomst eenzijdig beëindigen mits betekening van een opzegtermijn van 6 maanden. De vennootschap kan eenzijdig de overeenkomst van deze leden beëindigen mits betekening van een opzegtermijn van 18 maanden. Deze termijn kan voor bepaalde leden van het executief comité oplopen tot maximum 24 maanden afhankelijk van de leeftijd van het betrokken lid van het executief comité op het ogenblik van de eenzijdige beëindiging van de overeenkomst door de vennootschap.
Bij de toekomstige aanstelling van leden van het executief comité wordt de eenzijdige beëindiging van de overeenkomst bepaald op maximum 12 maanden.
Wanneer een lid van het executief comité of een senior professional AvH verlaat in een goede verstandhouding ('good leaver'), ongeacht of de opzegging uitgaat van de vennootschap of de betrokkene, heeft deze laatste recht op het gemiddelde van zijn of haar variabele vergoeding over de laatste drie boekjaren, geprorateerd indien het vertrek plaats heeft voor het einde van het jaar. Op aanbeveling van het remuneratiecomité kan de raad van bestuur gemotiveerd afwijken van deze beleidslijn.
De normen die gehanteerd worden voor het bepalen van het remuneratiebeleid van de leden van het executief comité worden eveneens toegepast op de andere medewerkers:
Het remuneratiebeleid 2021-2024 is tot stand gekomen dankzij de medewerking en input van de CHCO, het executief comité, het remuneratiecomité, de raad van bestuur en externe deskundigen en werd goedgekeurd op de jaarvergadering van 25 mei 2021.
De standpunten vertolkt door aandeelhouders en een analyse met behulp van externe adviseurs hebben geleid tot een aantal expliciteringen en aanpassingen die ter goedkeuring zullen worden voorgelegd aan de jaarvergadering van 23 mei 2022.
(1) Het aandeel van de aangeboden aandelenopties is berekend op basis van de Black & Scholes-methode.
Dit remuneratieverslag werd opgesteld overeenkomstig artikel 3:6, §3 WVV (Remuneratieverslag).
De raad van bestuur heeft zich bij de opstelling van het Remuneratieverslag tevens geïnspireerd op:
Ackermans & van Haaren heeft een monistische bestuursstructuur, waarbij de raad bevoegd is om alle handelingen te verrichten die nodig of dienstig zijn tot verwezenlijking van het voorwerp van de vennootschap, behoudens die waarvoor volgens de wet de algemene vergadering bevoegd is. De raad van bestuur heeft op 6 oktober 2020 beslist het dagelijks bestuur van de vennootschap enkel te delegeren aan de CEO. Het executief comité, waarvan de CEO deel uitmaakt, is verantwoordelijk voor de bespreking van de algemene leiding van de vennootschap. De vergoeding van de leden van het executief comité, de CEO uitgezonderd, is m.b.t. het boekjaar 2021 op geaggregeerde wijze bekendgemaakt in het Remuneratieverslag.
Het remuneratiecomité heeft het Remuneratiebeleid 2021-2024, dat integraal is opgenomen in het jaarverslag (pag. 35 en verder), bijgestuurd voor boekjaar 2022 en volgende, op basis van feedback van aandeelhouders en van externe adviseurs. Dit Remuneratieverslag geeft een overzicht van het bestaande remuneratiebeleid zoals toegepast in boekjaar 2021.
Naast een druk investeringsjaar met twee beloftevolle investeringen in ondernemingen als Van Moer Logistics en het Zuidoost-Aziatische investeringsfonds Venturi Partners, vervolginvesteringen in o.m. Biotalys, Medikabazaar en Rent-A-Port en de creatie van de vastgoedgroep Nextensa (ingevolge de inbreng van Extensa Group in Leasinvest Real Estate), hebben de bestaande deelnemingen, zonder uitzondering, heel mooie tot recordresultaten neergezet. Het geconsolideerd nettoresultaat over boekjaar 2021 steeg dan ook met 77% t.o.v. het voorgaande boekjaar, dat weliswaar geïmpacteerd was door de COVID-19 crisis.
De uitzonderlijk goede resultaten van 2021 vertalen zich dan ook in een stijging van de variabele vergoeding (short term incentive of STI), d.i. een cash bonus op 1 jaar van de leden van het executief comité (+77%). De betrokken bedragen overschrijden geenszins het plafond dat voorzien wordt voor de STI.
Er werden over 2021 geen uitzonderlijke premies betaald.
Het remuneratiecomité heeft op 11 januari 2022 het ontwerp van Remuneratieverslag, dat een specifiek onderdeel vormt van de Verklaring inzake deugdelijk bestuur, besproken en heeft erop toegezien dat het ontwerpverslag alle wettelijke gegevens bevat.
Voor het positioneren van de vaste vergoeding van de leden van het executief comité voor 2022 zijn de benchmarkgegevens gehanteerd van 2020 en werd de vaste vergoeding van twee leden van het executief comité in lijn gebracht met de benchmark. De vaste vergoeding van de overige leden werd aangepast op basis van de gezondheidsindex.
Het comité heeft tevens de betaling van de variabele vergoeding (short term incentive of STI) aan de leden van het executief comité getoetst aan de aanbevelingen die het daaromtrent had gemaakt op zijn vergadering van 19 november 2021. Er weze aan herinnerd dat de buitengewone algemene vergadering op 25 november 2011, de raad van bestuur heeft gemachtigd om, in afwijking van artikel 7:91, tweede lid WVV, de volledige variabele vergoeding van de leden van het executief comité te verbinden aan vooraf vastgelegde en objectief meetbare prestatiecriteria over een periode van één jaar.
Het comité heeft tijdens de vergadering van 19 november 2021 voorgesteld om de berekeningswijze ter bepaling van de STI van de leden van het executief comité niet te wijzigen t.a.v. het vorige boekjaar.
Het remuneratiecomité heeft op 24 februari 2022 het resultaat beoordeeld op de niet-financiële ESG-parameters, die 20% uitmaken van de STI.
Tevens heeft het comité aangepaste doelstellingen voor 2022 voorgesteld aan de raad van bestuur. Voor AvH als bedrijf ligt het accent op sociale parameters zoals 'Diversity & Inclusion'. Voor AvH als verantwoordelijke investeerder ligt het accent op ESG als belangrijke parameter in de toewijzing van middelen ('asset allocation') en investeringsbeslissingen, alsook op sociale parameters als duurzaam talent management en ethische bedrijfsvoering.
Om blijvend in te zetten op de langetermijnperformantie werd beslist om het aantal aangeboden aandelenopties (long term incentive of LTI) op te trekken met 1.000 opties per lid van het executief comité.
Het comité heeft tot slot voorgesteld om de vaste vergoeding van de bestuurders (incl. zitpenningen) voor het boekjaar 2021 te handhaven op hetzelfde niveau als 2020.
Op basis van een benchmark met de vergoeding van de bestuurders van andere BEL20-bedrijven wordt er echter vanaf boekjaar 2022 een verhoging voorzien van de vaste vergoeding (excl. zitpenningen). De laatste aanpassing in dit verband dateert van 2013.
De vergoeding van de niet-uitvoerende bestuurders bestaat uitsluitend uit een vaste vergoeding. Gelet op het feit dat de vergoeding, tantièmes en zitpenningen, niet gerelateerd zijn aan de omvang van de resultaten, kunnen deze worden gelijkgesteld met een vaste, niet-prestatiegebonden vergoeding. De vergoeding van de niet-uitvoerende bestuurders wordt periodiek getoetst door het remuneratiecomité. De door de raad van bestuur voorgestelde aanpassingen, zoals geadviseerd door het remuneratiecomité, worden ter goedkeuring voorgelegd aan de algemene vergadering.
Op aanbeveling van het remuneratiecomité heeft de raad van bestuur op 24 februari 2022 voorgesteld de vergoeding van de bestuurders, vanaf boekjaar 2022 als volgt aan te passen:
De overige vergoedingen blijven behouden:
Dit voorstel wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de gewone algemene vergadering van 23 mei 2022.
Gelet op het feit dat Luc Bertrand op 23 mei 2016 werd benoemd tot voorzitter
van de raad van bestuur, in opvolging van Jacques Delen, en hij daarnaast tevens, in het belang van de groep, voorzitter is geworden of gebleven van CFE, DEME en SIPEF en bestuurder is gebleven bij Delen Private Bank en Bank Van Breda, heeft het remuneratiecomité voorgesteld hem een vaste en indexeerbare vergoeding toe te kennen van 350.000 euro per jaar, ingaand vanaf 1 juni 2016, alsook een bedrijfswagen ter beschikking te stellen. Dit voorstel werd meegedeeld aan de algemene vergadering van 23 mei 2016. Voor de volledigheid wordt tevens opgemerkt dat Luc Bertrand daarnaast in 2021 nog een tantième ontving van SIPEF t.b.v. 60.000 euro, waarvan de helft wordt afgestaan aan Ackermans & van Haaren. Jacques Delen ontving in 2021, rechtstreeks en onrechtstreeks, een vergoeding als voorzitter van de raad van bestuur van Delen Private Bank t.b.v. 250.000 euro (inclusief pensioenverzekering) en beschikt over een bedrijfswagen. Hij ontving in 2021 ook een tantième als bestuurder van SIPEF t.b.v. 29.000 euro. De vergoedingen die SIPEF heeft uitgekeerd aan Luc Bertrand en Jacques Delen worden vermeld in het jaarlijks financieel verslag van SIPEF (Remuneratieverslag - Vergoeding van niet-uitvoerende bestuurders) over het boekjaar 2021.
Alle bestuurders hebben verklaard ten belope van minstens 10.000 euro te hebben belegd in aandelen van de vennootschap.
Tabel 1 geeft per bestuurder de vergoeding weer waarop zij recht hebben voor de vervulling van hun mandaat over boekjaar 2021. Deze vergoeding zal worden betaald, na goedkeuring van de jaarrekening door de algemene vergadering, gepland op 23 mei 2022.
De vergoeding van de leden van het executief comité bestaat uit de volgende componenten:
Deze componenten worden jaarlijks, in de loop van de maand november, geëvalueerd door het remuneratiecomité en getoetst op hun marktconformiteit. Deze toetsing geschiedt aan de hand van publieke gegevens (bv. de remuneratiegegevens opgenomen in de jaarverslagen van andere vergelijkbare genoteerde vennootschappen) en/of salarisstudies. De door het remuneratiecomité voorgestelde aanpassingen worden vervolgens ter goedkeuring voorgelegd aan de raad van bestuur. De vennootschap streeft naar een motiverende mix tussen een marktconforme vaste vergoeding enerzijds en een combinatie van kortetermijnincentives (de STI) en langetermijnincentives (aandelenopties) anderzijds.
De vaste vergoeding van de leden van het executief comité evolueert in functie van hun verantwoordelijkheden en van de marktontwikkelingen.
De variabele vergoeding, die wordt toegekend aan de leden van het executief comité, is afhankelijk van een objectief meetbaar prestatiecriterium, nl. het geconsolideerd nettoresultaat over een periode van één boekjaar. De variabele vergoeding wordt betaald in geld, na vaststelling door de raad van bestuur van het geconsolideerd nettoresultaat over het voorgaande boekjaar (d.i. eind maart). Alhoewel deze STI is gebaseerd op een promille van het geconsolideerd nettoresultaat over 1 jaar en derhalve prima facie als een kortetermijnincentive zou kunnen worden beoordeeld, dient men er rekening mee te houden dat AvH vanuit haar langetermijnstrategie streeft naar recurrente resultaten en bij nieuwe investeringen steeds kijkt naar het potentieel van de onderneming om op duurzame wijze waarde te genereren, jaar na jaar. Participaties worden gedurende lange termijn begeleid door het AvH management, dat langetermijngroei van het eigen vermogen boven kortetermijnmaximalisatie van de winst beoogt. Vanuit die optiek worden eenmalige, boekhoudkundige winsten (zoals bv. herwaarderingsmeerwaarden) uitgesloten uit de berekening van de STI. Voor het eerst over boekjaar 2021 wordt 20% van deze STI afhankelijk gemaakt van de resultaten op de vooropgestelde ESG parameters.
De groepsverzekering is van het type 'vaste bijdrage' en dekt de volgende risico's: aanvullend pensioen, kapitaal bij overlijden, invaliditeitsuitkering en wezenpensioen. Zowel de vennootschap als het betrokken lid van het executief comité dragen bij tot de vorming van een reserve.
Onder de andere voordelen, vallen de traditionele voordelen van alle aard, zoals bedrijfswagen, smartphone en tablet computer, en een hospitalisatieverzekering. De bijdragen tot de hospitalisatieverzekering worden integraal gedragen door de vennootschap.
De aandelenopties komen aan bod onder 4.2.
| (€) | Vaste vergoeding | Zitpenningen(1) | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Naam | Voorzitter raad van bestuur |
Bestuurder | Voorzitter auditcomité |
Lid auditcomité |
Lid remunera tiecomité |
Raad van bestuur |
Comités | Totale vergoeding |
| Luc Bertrand | 60.000 | 22.500 | 82.500 | |||||
| Alexia Bertrand | 30.000 | 22.500 | 52.500 | |||||
| Marion Debruyne | 30.000 | 5.000 | 20.000 | 10.000 | 65.000 | |||
| Jacques Delen | 30.000 | 22.500 | 52.500 | |||||
| Pierre Macharis | 30.000 | 2.500 | 20.000 | 7.500 | 60.000 | |||
| Julien Pestiaux | 30.000 | 5.000 | 2.500 | 22.500 | 17.500 | 77.500 | ||
| Thierry van Baren | 30.000 | 22.500 | 52.500 | |||||
| Victoria Vandeputte | 30.000 | 2.500 | 22.500 | 7.500 | 62.500 | |||
| Frederic van Haaren | 30.000 | 22.500 | 52.500 | |||||
| Pierre Willaert | 30.000 | 10.000 | 22.500 | 10.000 | 72.500 | |||
| Totaal | 630.000 |
Tabel 1: Vergoeding van de bestuurders (boekjaar 2021)
(1) Er wordt een zitpenning van 2.500 euro toegekend per deelname aan een vergadering van de raad van bestuur, het auditcomité en/of het remuneratiecomité. In 2021 hebben er 9 raden van bestuur plaats gevonden, 4 auditcomités en 3 remuneratiecomités.
De leden van het executief comité bevestigen hun intentie om ieder minstens 1.000 aandelen Ackermans & van Haaren aan te houden, te verwerven over een periode van 5 jaar.
Tabel 2 geeft gemiddeld voor de leden van het executief comité en individueel voor de CEO de vergoeding weer die zij ontvingen voor de vervulling van hun mandaat over boekjaar 2021. Eén lid van het executief comité (An Herremans) is nog niet opgenomen in de rapportering gezien deze pas met ingang van 1 september 2021 benoemd werd tot lid van het executief comité.
De jaarlijkse toekenning van aandelenopties geschiedt in het kader van een aandelenoptieplan dat in 1999 werd goedgekeurd door de raad van bestuur en op basis waarvan ook andere personen dan leden van het executief comité worden geïncentiveerd. Het aandelenoptieplan werd opgesteld overeenkomstig de bepalingen van de Wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen.
De raad van bestuur beslist over de toekenning van aandelenopties aan de leden van het executief comité, op aanbeveling van het remuneratiecomité. De toekenning van aandelenopties is niet gebonden aan vooraf vastgelegde en objectief meetbare prestatiecriteria. Overeenkomstig de toepasselijke fiscale wetgeving worden de leden van het executief comité belast bij toekenning van de aandelenopties. De vennootschap biedt aan de begunstigden geen instrumenten aan ter afdekking van de risico's verbonden aan de aandelenopties.
De aandelenopties, die in het kader van het aandelenoptieplan worden toegekend, hebben volgende kenmerken:
Tijdens boekjaar 2021 vervielen geen (niet-uitgeoefende) aandelenopties aangehouden door de leden van het executief comité.
De overeenkomsten van de leden van het executief comité bevatten de gebruikelijke bepalingen inzake vergoeding (vaste en variabele vergoeding), niet-concurrentie en confidentialiteit. De overeenkomsten gelden voor onbepaalde duur.
De huidige CEO kan zijn overeenkomst eenzijdig beëindigen mits betekening van een opzegtermijn van 6 maanden. De vennootschap kan eenzijdig deze overeenkomst beëindigen mits betekening van een opzegtermijn van 24 maanden.
De andere leden van het executief comité kunnen hun overeenkomst eenzijdig beëindigen mits betekening van een opzegtermijn van 6 maanden. De vennootschap kan eenzijdig de overeenkomst van deze leden beëindigen mits betekening van een opzegtermijn die schommelt tussen 18 maanden en 24 maanden. Voor elke nieuwe benoeming van een persoon tot lid van het executief comité zal de opzegtermijn bij beëindiging door de vennootschap worden vastgesteld op maximum 12 maanden. De overeenkomsten tussen de vennootschap en de leden van het executief comité bevatten voorts bepalingen betreffende de toekenningscriteria inzake variabele vergoeding en voorzien in een terugvorderingsrecht ten gunste van de vennootschap (claw back) van de variabele vergoeding die werd toegekend op basis van onjuiste financiële gegevens in de voorbije 5 boekjaren.
Tijdens het afgelopen boekjaar diende geen toepassing te worden gemaakt van vertrekvergoedingen of terugvorderingsrechten.
Tijdens het afgelopen boekjaar werd niet afgeweken van het dan geldende remuneratiebeleid.
| (€) | Vaste vergoeding | Variabele vergoeding | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Naam | Basis vergoeding |
Voordelen alle aard(1) |
Totaal | STI | LTI onder vorm van aandelen opties(2) |
Totaal | Groepsverzekering (vaste bijdrage ten laste van de vennootschap) |
Hospitalisatie verzekering |
Totale vergoeding |
Verhouding vaste vergoeding op totale vergoeding |
Verhouding variabele vergoeding op totale vergoeding |
Verhouding STI op vaste vergoeding |
| Jan Suykens (CEO) |
712.320 | 5.957 | 718.277 | 985.635 | 212.720 | 1.198.355 | 53.804 | 896 | 1.971.332 | 36% | 61% | 137% |
| Overige EC-leden - gemiddeld(3) |
381.700 | 4.346 | 386.046 | 390.147 | 137.382 | 527.529 | 49.374 | 814 | 963.763 | 40% | 55% | 101% |
(1) Voordelen alle aard: bedrijfswagen, smartphone, laptop, tablet computer.
(2) De marktwaarde van de in 2021 aangeboden & aanvaarde aandelenopties werd berekend op basis van de Black & Scholes-methode.
(3) Op basis van de leden die voor het volledige boekjaar deel uitmaakten van het executief comité.
| Openings balans(1) |
Aanbod | Aanbod | Aanbod | Aanbod | Aanbod | Aanbod | Aanbod | Aanbod | Uit oefening |
Eind balans |
|
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Jan Suykens (CEO) | |||||||||||
| 1/01/2021 | 2/01/2014 | 5/01/2015 | 4/01/2016 | 13/01/2017 | 12/01/2018 | 14/01/2019 | 13/01/2020 | 15/01/2021 | 06/12/2021 | ||
| Uitstaande opties | 43.000 | 5.500 | 5.500 | 8.000 | 8.000 | 8.000 | 8.000 | 8.000(2) | -5.500(3) | ||
| Uitoefenprijs | € 82,32 | € 100,23 | € 130,95 | € 128,30 | € 148,64 | € 132,52 | € 124,67 | - | |||
| Black & Scholes | € 15,35 | € 13,76 | € 27,72 | € 25,70 | € 27,32 | € 24,92 | € 26,59 | - | |||
| Waarde op basis van Black & Scholes |
€ 84.425 | € 75.680 | € 221.760 | € 205.600 | € 218.560 | € 199.360 | € 212.720 | - | |||
| Saldo op 31/12/2021 | 45.500 |
| Tom Bamelis | |||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 1/01/2021 | 2/01/2014 | 5/01/2015 | 4/01/2016 | 13/01/2017 | 12/01/2018 | 14/01/2019 | 13/01/2020 | 15/01/2021 | 12/03/2021 | ||
| Uitstaande opties | 33.000 | 4.000 | 4.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000(2) | -4.000(3) | |
| Uitoefenprijs | € 82,32 | € 100,23 | € 130,95 | € 128,30 | € 148,64 | € 132,52 | € 141,09 | € 124,67 | |||
| Black & Scholes | € 15,35 | € 13,76 | € 27,72 | € 25,70 | € 27,32 | € 24,92 | € 22,43 | € 26,59 | |||
| Waarde op basis van Black & Scholes |
€ 84.425 | € 55.040 | € 138.600 | € 128.500 | € 136.600 | € 124.600 | € 112.150 | € 132.950 | |||
| Saldo op 31/12/2021 | 34.000 |
| John-Eric Bertrand | |||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 1/01/2021 | 2/01/2014 | 5/01/2015 | 4/01/2016 | 13/01/2017 | 12/01/2018 | 14/01/2019 | 13/01/2020 | 15/01/2021 | 17/12/2021 | ||
| Uitstaande opties | 27.000 | 2.000 | 2.000 | 4.000 | 4.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000(2) | -2.000(3) | |
| Uitoefenprijs | € 82,32 | € 100,23 | € 130,95 | € 128,30 | € 148,64 | € 132,52 | € 141,09 | € 124,67 | |||
| Black & Scholes | € 15,35 | € 13,76 | € 27,72 | € 25,70 | € 27,32 | € 24,92 | € 22,43 | € 26,59 | |||
| Waarde op basis van Black & Scholes |
€ 30.700 | € 27.520 | € 110.880 | € 102.800 | € 136.600 | € 124.600 | € 112.150 | € 132.950 | |||
| Saldo op 31/12/2021 | 30.000 |
| Piet Bevernage | |||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 1/01/2021 | 2/01/2014 | 5/01/2015 | 4/01/2016 | 13/01/2017 | 12/01/2018 | 14/01/2019 | 13/01/2020 | 15/01/2021 | 21/12/2021 | ||
| Uitstaande opties | 28.000 | 4.000 | 4.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000(2) | -4.000(3) | ||
| Uitoefenprijs | € 82,32 | € 100,23 | € 130,95 | € 128,30 | € 148,64 | € 132,52 | € 124,67 | ||||
| Black & Scholes | € 15,35 | € 13,76 | € 27,72 | € 25,70 | € 27,32 | € 24,92 | € 26,59 | ||||
| Waarde op basis van Black & Scholes |
€ 61.400 | € 55.040 | € 138.600 | € 128.500 | € 136.600 | € 124.600 | € 132.950 | ||||
| Saldo op 31/12/2021 | 29.000 |
| André-Xavier Cooreman | |||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 1/01/2021 | 2/01/2014 | 5/01/2015 | 4/01/2016 | 13/01/2017 | 12/01/2018 | 14/01/2019 | 13/01/2020 | 15/01/2021 | |||
| Uitstaande opties | 29.000 | 4.000 | 4.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000(2) | ||
| Uitoefenprijs | € 82,32 | € 100,23 | € 130,95 | € 128,30 | € 148,64 | € 132,52 | € 141,09 | € 124,67 | |||
| Black & Scholes | € 15,35 | € 13,76 | € 27,72 | € 25,70 | € 27,32 | € 24,92 | € 22,43 | € 26,59 | |||
| Waarde op basis van Black & Scholes |
€ 61.400 | € 55.040 | € 138.600 | € 128.500 | € 136.600 | € 124.600 | € 112.150 | € 132.950 | |||
| Saldo op 31/12/2021 | 34.000 |
Definitie van de begrippen gehanteerd in Tabel 3:
(1) Openingsbalans: het aantal opties waarover de begunstigde beschikt op 1 januari 2021 en dat nog niet werd uitgeoefend in 2021.
(2) Aantal aangeboden opties: aantal opties dat aangeboden en aanvaard is in 2021.
(3) Aantal verworven opties: aantal opties dat in de loop van 2021 werd verworven (ingevolge het verstrijken van de 'vesting'-periode).
| Openings balans(1) |
Aanbod | Aanbod | Aanbod | Aanbod | Aanbod | Aanbod | Aanbod | Aanbod | Uit oefening |
Eind balans |
|
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Piet Dejonghe | |||||||||||
| 1/01/2021 | 2/01/2014 | 5/01/2015 | 4/01/2016 | 13/01/2017 | 12/01/2018 | 14/01/2019 | 13/01/2020 | 15/01/2021 | 5/01/2021 | ||
| Uitstaande opties | 33.500 | 4.000 | 4.000 | 5.500 | 6.000 | 6.000 | 6.000(2) | -8.000(3) | |||
| Uitoefenprijs | € 82,32 | € 100,23 | € 128,30 | € 148,64 | € 132,52 | € 124,67 | |||||
| Black & Scholes | € 15,35 | € 13,76 | € 25,70 | € 27,32 | € 24,92 | € 26,59 | |||||
| Waarde op basis van Black & Scholes |
€ 61.400 | € 55.040 | € 141.350 | € 163.920 | € 149.520 | € 159.540 | |||||
| Saldo op 31/12/2021 | 31.500 |
| An Herremans | ||||
|---|---|---|---|---|
| 1/01/2021 | 2/01/2014 | 5/01/2015 | 4/01/2016 | 13/01/2017 | 12/01/2018 | 14/01/2019 | 13/01/2020 | 15/01/2021 | 28/12/2021 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Uitstaande opties | 8.000 | 1.500 | 1.500 | 1.500 | 1.500 | 2.000 | 2.500(2) | -1.500(3) | |||
| Uitoefenprijs | € 130,95 | € 128,30 | € 148,64 | € 132,52 | € 141,09 | € 124,67 | |||||
| Black & Scholes | € 27,72 | € 25,70 | € 27,32 | € 24,92 | € 22,43 | € 26,59 | |||||
| Waarde op basis van Black & Scholes |
€ 41.580 | € 38.550 | € 40.980 | € 37.380 | € 44.860 | € 66.475 | |||||
| Saldo op 31/12/2021 | 9.000 |
| Koen Janssen | |||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 1/01/2021 | 2/01/2014 | 5/01/2015 | 4/01/2016 | 13/01/2017 | 12/01/2018 | 14/01/2019 | 13/01/2020 | 15/01/2021 | 13/12/2021 | ||
| Uitstaande opties | 28.000 | 4.000 | 4.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000 | 5.000(2) | -4.000(3) | ||
| Uitoefenprijs | € 82,32 | € 100,23 | € 130,95 | € 128,30 | € 148,64 | € 132,52 | € 124,67 | ||||
| Black & Scholes | € 15,35 | € 13,76 | € 27,72 | € 25,70 | € 27,32 | € 24,92 | € 26,59 | ||||
| Waarde op basis van Black & Scholes |
€ 61.400 | € 55.040 | € 138.600 | € 128.500 | € 136.600 | € 124.600 | € 132.950 | ||||
| Saldo op 31/12/2021 | 29.000 |
Definitie van de begrippen gehanteerd in Tabel 3:
(1) Openingsbalans: het aantal opties waarover de begunstigde beschikt op 1 januari 2021 en dat nog niet werd uitgeoefend in 2021.
(2) Aantal aangeboden opties: aantal opties dat aangeboden en aanvaard is in 2021.
(3) Aantal verworven opties: aantal opties dat in de loop van 2021 werd verworven (ingevolge het verstrijken van de 'vesting'-periode).
De basisvergoedingen van de bestuurders bleven in 2021 ongewijzigd.
De totale vaste vergoeding van de leden van het executief comité steeg in 2021 met 2,39%, waarbij dit een aanpassing aan de benchmark betrof voor twee personen en voor de overige leden de toepassing van de gezondheidsindex met 0,96%. Hun STI steeg met 77% als gevolg van de stijging van het geconsolideerd nettoresultaat dat een recordhoogte bereikte dankzij de zeer goede performantie van de deelnemingen.
De STI overschreed voor geen enkel lid van het executief comité het voor 2022 vooropgestelde plafond.
Er werden over boekjaar 2021 geen uitzonderlijke premies betaald.
Tabel 4 geeft de procentuele evolutie weer van het gemiddelde van de totale vaste en variabele vergoeding van de leden van het executief comité, in vergelijking met de ontwikkeling van het geconsolideerd nettoresultaat en de beurskoers.
Zoals hoger vermeld, is een belangrijk deel van de vergoeding (m.n. de variabele vergoeding en de aandelenopties) van de leden van het executief comité afhankelijk enerzijds van de evolutie van het geconsolideerd nettoresultaat en anderzijds van de ontwikkeling van de beurskoers. Beide parameters ontwikkelden als volgt in 2021 t.o.v. 2020:
M.b.t. boekjaar 2021 werd 80% van de STI berekend op basis van het geconsolideerd nettoresultaat en 20% op basis van de performantie m.b.t. ESG.
Per 31 december 2021 stelde de vennootschap 22 bedienden te werk. Hun gemiddelde vaste brutovergoeding (excl. werkgeversbijdragen) werd in 2021 geïndexeerd t.b.v. 0,96%. Een aantal bedienden ontving op basis van benchmark en performantie een loonsverhoging boven indexatie. Gemiddeld stegen de lonen daardoor met 3,3%. Hun gemiddelde variabele vergoeding kende in 2021 een stijging van 26,4%. Voor bedienden hanteert AvH een gecategoriseerd winstpremieplan in het kader waarvan de raad van bestuur jaarlijks al dan niet beslist om een deel van de winst uit te keren aan de bedienden. De twee criteria voor categorisering zijn functie en anciënniteit. De maximale verhouding tussen de hoogste en de laagste winstpremie bedraagt 1 op 10 (over 2021 van 3.500 euro tot 35.000 euro). De raad van bestuur beslist jaarlijks over de toepassing van een winstpremieplan en de modaliteiten daarvan. Voor 2021 werd beslist een extra categorie te creëren, het basisbedrag op te trekken en twee categorieën te fuseren. De stijging van 26,4% hangt samen met de verhoging van de basis, de nieuwe categorieën en anciënniteitstoename.
Tabel 5 geeft de procentuele evolutie weer van de gemiddelde totale vaste en variabele vergoeding van de bedienden, in vergelijking met de ontwikkeling van het geconsolideerd nettoresultaat en de beurskoers.
De ratio tussen het gemiddelde van de vaste vergoeding van de leden van het executief comité enerzijds en van de bedienden van de vennootschap anderzijds bedraagt 1 op 5,1 op basis van volgende gegevens:
De ratio tussen de vaste vergoeding van de CEO en het laagste bediendeloon bedraagt 1 op 14,6.
| (€) | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 |
|---|---|---|---|---|---|
| Vaste vergoeding | 358.210 | 374.039 (+4,4%) | 415.570 (+11,1%) | 418.902 (+0,8%) | 428.931 (+2,4%) |
| Variabele vergoeding(1) | 490.323 | 478.672 (-2,4%) | 702.384 (+46,7%) | 316.477 (-54,9%) | 623.361 (+97,0%) |
| Geconsolideerd nettoresultaat (000) | 302.530 | 289.639 (-4,3%) | 394.900 (+36,3%) | 229.791 (-41,8%) | 406.814 (+77,0%) |
| Beurskoers op 31/12 | 145,9 | 131,8 (-9,6%) | 141,6 (+7,4%) | 124,5 (-12,1%) | 168,7 (+35,5%) |
| (€) | 2017 | 2018 | 2019 | 2020 | 2021 |
|---|---|---|---|---|---|
| Vaste vergoeding | 71.670 | 69.400 (-3,2%) | 74.109 (+6,8%) | 80.577 (+8,7%) | 83.257 (+3,3%) |
| Variabele vergoeding(2) | 7.245 | 9.511 (+31,2%) | 9.908 (+4,2%) | 11.809 (+19,2%) | 14.926 (+26,4%) |
| Geconsolideerd nettoresultaat (000) | 302.530 | 289.639 (-4,3%) | 394.900 (+36,3%) | 229.791 (-41,8%) | 406.814 (+77,0%) |
| Beurskoers op 31/12 | 145,9 | 131,8 (-9,6%) | 141,6 (+7,4%) | 124,5 (-12,1%) | 168,7 (+35,5%) |
(1) Onder 'variabele vergoeding' wordt begrepen het gemiddelde van de STI + de aangeboden en aanvaarde opties van dat jaar berekend op basis van de Black & Scholes-methode.
(2) De 'variabele vergoeding' omvat hier de winstpremie en uitzonderlijke bruto bonussen. De opties die aan sommige bedienden werden aangeboden, werden in deze berekening uitgesloten.
Overeenkomstig artikel 3:32, §2 WVV dient het jaarverslag een verklaring te bevatten inzake niet-financiële informatie. Deze verklaring is opgenomen in het volgende hoofdstuk van dit jaarverslag, waarvan het integraal deel uitmaakt.
Namens de raad van bestuur, 22 maart 2022
Luc Bertrand Voorzitter van de raad van bestuur
Dit hoofdstuk is de verklaring inzake niet-financiële informatie van Ackermans & van Haaren ('AvH') overeenkomstig artikel 3:32 § 2 WVV en heeft betrekking op het boekjaar afgesloten op 31 december 2021.

| die inspeelt op maatschappelijke thema's | |||
|---|---|---|---|
| Klimaatverandering en energietransitie |
Energie-efficiënte en circulaire bouw |
Verantwoord vermogensbeheer |
Duurzaam voedsel |
| Gezondheid en welzijn |
Duurzame supply chain en logistiek |
Digitalisering | |
| op een gestructureerde manier. | |||
| 12,5 | |||
| Lidmaatschap sinds 2020 | |||
| SDGs als referentiemodel met focus op 4 thema's |


Op de volgende pagina's wordt de vooruitgang in het uitrollen van AvH's ESG-beleid aan de hand van kwantitatieve KPIs toegelicht. ESG-kerncijfers aangeduid met het symbool betreffen KPIs die prioritair opgevolgd worden en waarvoor een doel werd gedefinieerd bij AvH, of die prioritair door AvH opgevolgd worden bij de participaties.
AvH rapporteert inzake ESG op basis van haar boekhoudkundige consolidatieperimeter (zie Toelichting 2 - sectie 1 Integraal geconsolideerde dochterondernemingen). Als investeringsmaatschappij hanteert AvH evenwel voor haar ESG-beleid als graadmeter de activa die het beheert, conform de aanpak van UN PRI, zoals weerspiegeld door de relatieve investeringswaarde van een deelneming in verhouding tot het geconsolideerd eigen vermogen van AvH. Voor bepaalde KPIs wordt er ruimer gerapporteerd op basis van het aandeelhouderspercentage dat AvH aanhoudt. Daarnaast zijn een aantal kerncijfers enkel relevant voor de investeringsmaatschappij zelf ('AvH as a company') en het daarmee verbonden (investerings)team, waardoor ze enkel slaan op de moedervennootschap (AvH NV) of subholdings via dewelke het investeringsbeleid gevoerd wordt.
De 7 ESG materiële participaties DEME, CFE, Delen Private Bank, Bank Van Breda, SIPEF, Nextensa en Anima, vertegenwoordigen samen meer dan 85% van de netto-activa.

Verantwoordelijk investeringsbeleid van AvH als investeringsmaatschappij: Duurzame activiteitenmix in portfolio
| Doel | Trend | 2021 | 2020 | 2019 | |
|---|---|---|---|---|---|
| ESG- en investeringsbeleid | |||||
| ESG-doorlichting nieuwe acquisities | 100% | Sinds sept. | |||
| ESG-training investeringsteam | 91% | ||||
| Deugdelijk bestuur en risicobeheer | |||||
| AvH ESG-beleid | |||||
| AvH Corporate governance charter | |||||
| AvH Auditcomité | |||||
| AvH Remuneratiecomité | |||||
| Bedrijfsethiek | |||||
| AvH Integriteitscode | |||||
| Solvabiliteit en langetermijnrentabiliteit | |||||
| Waardecreatie | |||||
| Marktkapitalisatie | 11,4%(1) | 12,6%(2) | 8,6%(2) | 11,8%(2) | |
| Aangroei eigen vermogen | 9,4%(3) | 9,4%(3) | 9,8%(3) | ||
| Nettocash | Positief | 78 miljoen euro |
68 miljoen euro |
267 miljoen euro |
(1) Aangroei BEL20-index verhoogd met uitgekeerde dividenden (CAGR 2011-2021).
(3) Aangroei AvH-aandeel verhoogd met uitgekeerde dividenden (CAGR 2011-2021, 2010-2020, 2009-2019).
(4) Aangroei eigen vermogen verhoogd met uitgekeerde dividenden (CAGR 2011-2021, 2010-2020, 2009-2019).

Verantwoordelijke aandeelhouder: Interactie met participaties en impact op hun ESG-beleid
ESG-strategie wordt door steeds meer participaties in beleid geïntegreerd.
| Verantwoordelijke aandeelhouder ESG-beleid(1) > 80% 91% 86% ESG-interactie met participaties(1) 92% Innovatie Innovatiebeleid(1) > 80% 77% 72% Deugdelijk bestuur en risicobeheer Corporate governance charter(1) > 80% 96% 85% Audit- en/of risicocomité (met aanwezigheid AvH)(1) > 80% 95% 94% Remuneratiecomité(1) > 80% 94% 88% Bedrijfsethiek Integriteitscode(1) > 80% 92% 85% CO2 -emissies AvH-groep |
85% 72% 78% 90% |
|---|---|
| 79% | |
| 0,2 kton 0,2 kton AvH hoofdzetel scope 1 & 2 CO2 eq CO2 eq |
0,4 kton CO2 eq |
| 856 kton 685 kton AvH geconsolideerde rekeningen - scope 1 & 2(2) CO2 eq CO2 eq |
|
| Zie sectie Zie sectie AvH participaties - scope 1 & 2(3) 4.2 4.2 |
|
| EU Taxonomie(4) | |
| % in aanmerking komende omzet EU Taxonomie ('eligible') 46% Omzet: |
|
| % afgestemde omzet EU Taxonomie ('aligned') 15% |
|
| Capex: % in aanmerking komende capex EU Taxonomie ('eligible') 39% |
|
| % afgestemde capex EU Taxonomie ('aligned') 25% |
|
| Opex(5): % in aanmerking komende opex EU Taxonomie ('eligible') - |
|
| % afgestemde opex EU Taxonomie ('aligned') - |
(1) Uitgedrukt in % verhouding tot het geconsolideerd eigen vermogen van AvH. (2) 2021 gebaseerd op de entiteiten met de grootste CO2
-voetafdruk, zoals bekend op datum van publicatie en op basis van de consolidatieperimeter.
(3) 2021 gebaseerd op de entiteiten met de grootste CO2 -voetafdruk, zoals bekend op datum van publicatie en op basis van het aandeelhouderspercentage. De CO2 -voetafdruk van de participaties van het segment Growth Capital zal de komende jaren worden vervolledigd.
(4) Het voorgestelde schema inzake EU Taxonomie is exclusief financiële instellingen.
(5) De opex zoals gedefinieerd in scope van de EU Taxonomie omvat een restrictieve lijst van niet-gekapitaliseerde kosten. Doordat de participaties hun jaarrekeningen opstellen op basis van IFRS, zijn deze grotendeels reeds vervat in de capex.

Talent centraal in AvH-organisatie(1)
Talentbeleid sterk uitgebouwd in 2021.
| Doel | Trend | 2021 | 2020 | 2019 | |
|---|---|---|---|---|---|
| Talentbeheer - AvH medewerkers (in headcount) | |||||
| Totaal aantal medewerkers | 37 | 36 | 34 | ||
| Diversiteit man/vrouw | 20 / 17 | 19 / 17 | 17 / 17 | ||
| Gemiddeld aantal dagen opleiding per persoon | 5 dagen | 9,7 | 4,9 | ||
| Kosten voor training (% algemene kosten) | 534.204 euro (2,8%) |
392.474 euro (2,35%) |
378.450 euro (2,1%) |
||
| Talentbeheer - AvH investeringsteam | |||||
| Totaal aantal medewerkers | 23 | 21 | 19 | ||
| Diversiteit man/vrouw | 17 / 6 | 15 / 6 | 13 / 6 | ||
| Diversiteit op basis van studieachtergrond | |||||
| Economisch | 43% | 43% | 41% | ||
| Juridisch | 23% | 24% | 23% | ||
| Wetenschappelijk | 23% | 21% | 23% | ||
| Andere | 11% | 12% | 13% | ||
| Gemiddeld aantal jaren relevante ervaring per persoon | > 10 jaar | 19,5 jaar | 19,8 jaar | 19,6 jaar | |
| Verloop werknemers (excl. intragroep en pensionering, gemiddelde 3 jaar) | < 10% | 1% | 1% | 1% | |
| Evaluatie - 'performance review' | 90% | 100% | 100% |
(1) De cijfers slaan op de moedervennootschap (AvH NV) of subholdings via dewelke het investeringsbeleid gevoerd wordt.

AvH gelooft dat een doordacht en strategisch gericht ESG-beleid bijdraagt tot de 'licence to operate' en tot de groei van AvH en haar participaties. Het ESG-beleid moet de gevoerde strategie van de participaties ondersteunen en versterken. ESG is voor AvH geen loutere compliance- of rapporteringsoefening. Het zorgt voor het goed in kaart brengen en beheren van risico's, maar helpt ook kansen te creëren voor duurzame oplossingen en zo op opportuniteiten in te spelen. AvH gelooft daarom sterk in de link tussen ESG en innovatie. Hierbij wordt het SDG-raamwerk van de Verenigde Naties gehanteerd.
Vele werknemers vinden het steeds belangrijker te werken voor bedrijven die zowel innovatief zijn als ook bijdragen aan een betere planeet. Voor het vinden en houden van gedreven talent vormt een goed uitgewerkt ESG-beleid derhalve een bijkomende troef.
AvH bepaalt eerst in welke sectoren het actief wenst te zijn (AvH als verantwoordelijk investeerder) en heeft vervolgens de ambitie dat haar participaties 'best-in-class' zijn in de sectoren waarin ze actief zijn (AvH als verantwoordelijk aandeelhouder). Daarom ondersteunt AvH haar participaties bij het formaliseren van hun individueel ESG-beleid en bij het opstellen van onderliggende actieplannen. Het formuleren van prioriteiten, ambities en rapportering over de voortgang door middel van onderliggende doelen en KPIs moet hierbij de basis leggen voor relevante actieplannen. Om AvH's ESG-ambities te onderstrepen, wordt het globale ESG-beleid rechtstreeks opgevolgd door een lid van het executief comité.
AvH gebruikt als investeerder drie hefbomen bij haar participaties: (1) actief interageren met de participaties rond ESG, (2) een ESG-materialiteitsanalyse die rekening houdt met de mening van relevante belanghebbenden en (3) een langetermijndenken ondersteund door familiale waarden.
Om het engagement van het executief comité inzake ESG te illustreren, wordt vanaf 2021 een deel van de bonus van alle leden van het executief comité gekoppeld aan de vooruitgang inzake ESG.
Meer informatie met betrekking tot de ESG-policy en ESG-methodologie kan teruggevonden worden op de website: www.avh.be/nl/sustainability Meer informatie met betrekking tot de ESG-risico's kan teruggevonden worden in het hoofdstuk Jaarverslag van de raad van bestuur, II.1. Risico's en onzekerheden.
Meer informatie met betrekking tot de koppeling tussen de bonus van het executief comité en de vooruitgang inzake ESG kan teruggevonden worden in het hoofdstuk Jaarverslag van de raad van bestuur, IV.2.1. Remuneratieverslag: Strategie - Lange termijn - Duurzaamheid.
AvH interageert het hele jaar door met de individuele ESG-teams van de participaties. Om het beleid vorm te geven en tot een relevante rapportering te komen besteedden het AvH investeringsteam, de ESG-werkgroep en het ESG-stuurcomité in 2021 1.153 werkuren aan ESG-gerelateerde onderwerpen. Dit is bovenop de tijd die door de ESG-teams van de participaties zelf werd besteed.
Er wordt bewust gekozen voor een aanpak door interne medewerkers, zodat het ESG-denken maximaal ingebed wordt in de diverse processen.
Ter versterking van het ESG-team van AvH werd in 2021 de functie van 'sustainability manager' gecreëerd, die ingevuld werd door Bart Vercauteren. Hij werd extern gerekruteerd en heeft 17 jaar ervaring inzake ESG-beleid. Hij bouwt voltijds de ambitie rond ESG in de AvH-groep structureel uit, ondersteunt de participaties op dit vlak en staat de teams bij in de analyse van investeringen vanuit ESG-perspectief. De sustainability manager maakt deel uit van het AvH investeringsteam en neemt deel aan elk investeringscomité.
Eenmaal per jaar wordt het specifieke ESG-actieplan van de 7 ESG materiële participaties, die samen meer dan 85% van de netto-activa vertegenwoordigen, met het ESG-team en het management van de bedrijven besproken.
AvH faciliteert ook ESG-werksessies tussen participaties met focus op klimaat, talent, EU Taxonomie en andere relevante ESG-onderwerpen, waarbij ervaringen tussen participaties worden gedeeld. In 2021 werd beroep gedaan op externe consultants om de CO2 -voetafdruk van de grootste participaties door te lichten, alsook om die participaties te helpen met de voorbereiding inzake de EU Taxonomie.
Voor verdere toelichting rond de interactie met de participaties wordt verwezen naar de sectie 'AvH als verantwoordelijke aandeelhouder'.

door AvH's team gespendeerd aan ESG bovenop de eigen inspanning van de participaties
AvH heeft in 2019 een analyse uitgevoerd om haar materiële ESG-onderwerpen in kaart te brengen. In de materialiteitsmatrix werden 9 materiële thema's geïdentificeerd die de hoeksteen vormen van AvH's ESG-beleid en -methodologie. Zij hebben alle een belangrijke potentiële (positieve of negatieve) impact op de langetermijn geconsolideerde resultaten of de balans van AvH en worden om die reden goed opgevolgd. De 4 eerste thema's kregen in 2019 de quotering 'van hoog belang' qua impact. Elk thema wordt tevens gekoppeld aan de toepasselijke SDG.
| ESG-materialiteitsanalyse | |||
|---|---|---|---|
| Materieel onderwerp | Omschrijving | Relevante SDG |
|
| Verantwoordelijke aandeelhouder |
Als aandeelhouder sectorrelevante ESG-aspecten gestructureerd opvolgen bij participaties (bv. vastleggen en opvolgen van een ESG-strategie en bijhorende processen). Indien AvH in een bepaalde sector actief wil worden of blijven, hanteert AvH een 'best-in-class'-benadering. |
||
| Bedrijfsethiek | Respect voor mens en maatschappij, waaronder naleving van wettelijke voorschriften (inclusief wetgeving inzake anticorruptie), interne voorschriften (waaronder respect voor de mensenrechten) en groepswaarden (respect, integriteit, partnerschap, teamwerk, onafhankelijkheid, ondernemerschap, duurzaamheid, langetermijnvisie). |
||
| Deugdelijk bestuur | Organisatie en processen van de beheersorganen die de gevoerde strategie bepalen en de implementatie ervan opvolgen. |
||
| Solvabiliteit en langetermijnrentabiliteit |
Gezonde balansstructuur met bedrijfsplannen en een strategie die een marktconform rendement op lange termijn en de daartoe vereiste investeringen mogelijk maken. |
||
| Talentbeheer | Zorg voor het menselijk kapitaal vereist voor een goede werking van de betrokken vennootschap (bv. rekrutering, training, persoonlijke ontwikkeling, evaluatie, welzijn) waarbij de talenten van medewerkers zo goed mogelijk tot uiting kunnen komen en benut worden. |
||
| Innovatie | Innovatieve benaderingen op alle vlakken die leiden tot nieuwe product/marktcombinaties dan wel efficiëntere processen. |
||
| Risicobeheer | Gestructureerde aanpak van risico's (via audit en controle, goedkeuringsprocessen, procedures, handleidingen, comités, ). |
||
| Rapportering | Financiële en niet-financiële verslaggeving, met de nadruk op materialiteit. | ||
| Verantwoordelijk investeringsbeleid |
Investeren met het oog op een duurzame activiteitenmix. Dit houdt in dat bij investeringen eerst gekeken wordt of het bedrijf actief is in een sector waar AvH in wil investeren, of het in gevoelige sectoren goed scoort op relevante ESG-aspecten, dan wel of het actief is in een sector die een positie ve impact heeft op ESG-doelstellingen. Het kan ook leiden tot desinvesteringen uit bedrijven. |
AvH onderhoudt contacten met verschillende belanghebbenden ('stakeholders') die in de tabel op de volgende pagina worden weergegeven, om te identificeren wat belangrijk is en hoe dit evolueert.
Deze belanghebbenden werden ook betrokken in de bevraging eind 2021 om de materialiteitsmatrix te actualiseren en waar nodig AvH's ESG-beleid aan te passen. AvH verruimde bewust de kring van belanghebbenden bij deze recente bevraging, om nog beter de visie van de diverse belanghebbenden te kunnen capteren. De responsgraad van de bevraging bedroeg 77%, wat een indicatie geeft van de goede relatie die met de belanghebbenden werd opgebouwd.
| Interactie met belanghebbenden ('stakeholderconsultatie') | |||
|---|---|---|---|
| Belanghebbenden | Dialoog | ||
| Participaties | • Betrokken in AvH's ESG-stakeholderconsultatie • ESG-strategische sessies met participaties • CEO-sounding boards • ESG-sectorinitiatieven voor vastgoed en financiële • HR-sounding boards en innovatie- en ESG-workshops instellingen • ESG-vragenlijst (jaarlijks) voor alle participaties |
||
| Medewerkers AvH, investeringsteam & executief comité |
• Betrokken in AvH's ESG-stakeholderconsultatie (investeringsteam) • ESG-training en bewustzijnssessies • Maandelijkse informatiesessies (AvH What's Up) |
||
| Raad van bestuur AvH | • Betrokken in AvH's ESG-stakeholderconsultatie • ESG jaarlijks toegelicht in het auditcomité en besproken en goedgekeurd door de raad van bestuur |
||
| Aandeelhouders/investeerders | • Selectie betrokken in AvH's ESG-stakeholderconsultatie • Financiële instellingen (bankiers en analisten) betrokken in AvH's ESG-stakeholderconsultatie • Feedback van bredere aandeelhoudersgroepen • AvH presentaties voor investeerders |
De grootste ESG-gerelateerde potentiële impact op de AvH-groep situeert zich op het niveau van de participaties. Dit betekent dat een ESG-onderwerp in een participatie potentieel ook een belangrijke impact (positief of negatief) kan hebben op het geconsolideerd eigen vermogen of nettoresultaat van AvH, waarbij rekening wordt gehouden met het aandeelhouderspercentage aangehouden door AvH.
Hiervoor wordt jaarlijks een bevraging gedaan bij de participaties en het investeringsteam van AvH, die gevalideerd wordt door het executief comité en het auditcomité van AvH.
Onderstaande tabel vat de resultaten van deze analyses (rekening houdend met het aandeelhouderspercentage) samen. Zo blijkt hieruit dat er bij alle vermelde participaties (DEME, CFE, Delen Private Bank en Bank Van Breda) een potentieel materiële impact kan zijn inzake deugdelijk bestuur, maar dat er enkel bij DEME ook een potentiële impact kan zijn inzake milieu of sociale aspecten op het niveau van de geconsolideerde rekeningen van de AvH-groep.
Andere participaties (zoals Anima, Nextensa of SIPEF) of andere ESG-onderwerpen dan hieronder vermeld, worden in deze analyses betrokken, maar op basis van de huidige inzichten niet geacht een materiële impact te hebben op de AvH-groep.
| ESG-aspecten bij participaties die materieel kunnen zijn voor AvH-groep | |||||
|---|---|---|---|---|---|
| Participatie | Milieu | Sociaal (inclusief mensenrechten) |
Deugdelijk bestuur (inclusief anticorruptie) |
||
| Klimaat en energie | Gezondheid, veiligheid en welzijn | Bedrijfsethiek | Duurzame innovatie |
||
| n. m. | n. m. | Deugdelijk bestuur | |||
| n. m. | n. m. | Vermogens bescherming Bedrijfsethiek |
Verantwoordelijk investeringsbeleid Bescherming van data en privacy |
||
| n. m. | n. m. | Veilige haven Bedrijfsethiek |
Bescherming van data en privacy |
n.m.: geen materieel ESG-aspect op niveau van AvH, gemeten op basis van de impact op het geconsolideerd eigen vermogen en nettoresultaat van AvH en rekening houdend met het aandeelhouderspercentage van AvH in de participatie.

145 jaar na de eerste samenwerking tussen twee ondernemers in 1876 is AvH uitgegroeid tot een gediversifieerde internationale beursgenoteerde groep, die nog steeds ondersteund wordt door de waarden van AvH's familiale aandeelhouders.
AvH investeert op lange termijn in een beperkt aantal ondernemingen met een focus op duurzame groei, vertrekkend vanuit een gezonde financiële structuur. Dit gebeurt in samenwerking met partners die dezelfde visie delen. Centraal staat een model van ondernemerschap en partnership, waarbij als eerste prioriteit de participaties gestimuleerd worden om duurzaam verder te groeien. Verder kijkt AvH via haar Growth Capital-activiteiten naar innovatieve sectoren, alsook naar familiebedrijven met internationaal en duurzaam groeipotentieel.
Sinds 2019 wordt het ESG-beleid gecoördineerd door een lid van het executief comité (André-Xavier Cooreman). Een ESG-stuurcomité samengesteld uit de CEO, CFO, Secretaris-Generaal en het verantwoordelijk lid van het executief comité voor het ESG-beleid evalueert tweemaal per jaar het ESG-beleid, de geboekte vooruitgang, alsook de ambities en prioriteiten op voorstel van een ESG-werkgroep. Het executief comité bekrachtigt vervolgens deze evaluaties en rapporteert een keer per jaar daarover aan het auditcomité en de raad van bestuur van AvH.
De ESG-werkgroep vergadert gemiddeld om de twee maanden en staat in voor de operationele uitrol van het ESG-beleid, zowel op het niveau van AvH als 'verantwoordelijk aandeelhouder' als op het niveau van de participaties. De ESG-werkgroep wordt gecoördineerd door de sustainability manager en is samengesteld uit het lid van het executief comité verantwoordelijk voor AvH's ESG-beleid, vertegenwoordigers van het investeringsteam, de chief human capital officer (CHCO), legal, investor relations en finance.
AvH gebruikt de vragenlijsten van ESG-ratingbureaus als inspiratie om haar ESG-beleid te verbeteren. AvH kon haar goede ESG-score bij Sustainalytics nog verbeteren, van 15,9 naar 12,5, in de categorie 'laag risico', door beter te formaliseren en te communiceren wat reeds gebeurde. Sustainalytics' risicoscores worden ingedeeld in de categorieën 'verwaarloosbaar' (maximaal 10), 'laag' (tussen 10 en 20), 'medium' (tussen 20 en 30), 'hoog' (tussen 30 en 40) en 'ernstig' (vanaf 40). Hoe lager de punten, hoe beter. Hiermee

AvH heeft een 'laag risico' score behaald van Sustainalytics
worden de geleverde inspanningen van AvH inzake ESG nog meer naar waarde geschat. AvH's risicoscore t.o.v. haar 'peers' in de groep 'Multi-Sector Holdings' is ook zeer goed waarbij AvH op de dag van haar rating (eind augustus 2021) volgens Sustainalytics tot het top kwartiel van haar 'peer' groep behoorde.
AvH interageert tevens met andere ratingbureaus zoals CDP, zonder evenwel reeds hun volledige vragenlijsten te hebben ingevuld. Het blijft de intentie de samenwerking met meerdere ratingbureaus over de jaren heen verder uit te bouwen.
AvH hanteert de internationale ESG-standaard Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen ('Sustainable Development Goals', afgekort SDGs) van de Verenigde Naties om haar duurzaamheidsrapportering te structureren. Op basis van de uitgevoerde materialiteitsanalyse, focust AvH als duurzame investeringsmaatschappij op 4 SDGs, waar de vermelde KPIs in het jaarverslag rond gestructureerd zijn en die het executief comité als leidraad neemt voor haar beleid.
| ESG-standaard Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDGs) op niveau van AvH als duurzame investeringsmaatschappij |
|||
|---|---|---|---|
| SDG | Beschrijving | ||
| 'SDG 3 Goede Gezondheid en Welzijn': goed opgeleide en gemotiveerde medewerkers |
|||
| 'SDG 8 Waardig Werk en Economische Groei': financieel duurzame bedrijfsmodellen en strategieën |
|||
| 'SDG 9 Industrie, Innovatie en Infrastructuur': duurzaam beleid ondersteund door permanente innovatie |
|||
| 'SDG 16 Vrede, Justitie en Sterke Publieke Diensten': formaliseren van bedrijfsethiek (inclusief het beleid ter voorkoming van corruptie), deugdelijk bestuur en interageren als verantwoordelijke aandeelhouder |

De participaties worden eveneens gevraagd hun eigen materialiteitsanalyse te linken aan de SDGs. Als gevolg hiervan wordt rond een breed spectrum van SDGs gewerkt. De 17 SDGs krijgen bij de 7 ESG materiële participaties (DEME, CFE, Delen Private Bank, Bank Van Breda, SIPEF, Nextensa en Anima) aandacht, maar in het bijzonder SDGs 8 (Waardig werk en Economische Groei), 12 (Verantwoordelijke Consumptie en Productie), 13 (Klimaat), en 16 (Vrede, Justitie en Sterke Publieke Diensten). Het ESG-beleid van de individuele participaties levert hierdoor een positieve bijdrage aan de realisatie van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen.

AvH laat zich sinds 2019 inspireren door de 'Principles for Responsible Investment (UN PRI)', het raamwerk van de Verenigde Naties dat de implicaties van duurzaamheid voor investeerders wil integreren binnen investeringsbeslissingen alsook met betrekking tot de interacties met bedrijven in portefeuille. In 2020 onderschreef AvH formeel de principes van UN PRI.
De principes van UN PRI die gehanteerd worden binnen AvH, zijn de volgende:
In 2021 werd een eerste rapportering ingediend bij UN PRI. Door operationele problemen bij UN PRI is de oplevering van evaluatie- en transparantierapporten evenwel door UN PRI verdaagd naar juni 2022 en zal UN PRI niet in staat zijn een gelijkaardig rapport over 2021 te verwerken. Dit belet AvH niet om rond de door UN PRI vermelde principes verder te werken.
AvH waakt erover dat de samenstelling van haar portefeuille alsook de ontwikkelingen binnen de participaties evolueren in lijn met langetermijnthema's. Dit houdt in dat bij investeringen eerst gekeken wordt of het bedrijf actief is in een sector waarin AvH wil investeren, of het bedrijf actief is in gevoelige sectoren en daar goed scoort op relevante ESG-aspecten, dan wel in een sector die een positieve impact heeft op ESG-thema's. Deze analyse kan ook leiden tot desinvesteringen uit bedrijven.
ESG is geïntegreerd in alle stappen van de investeringscyclus op basis van het UN PRI raamwerk. In de tabel hieronder wordt AvH's verantwoordelijk investeringsbeleid samengevat.
| Investeringscyclus | Richtlijnen |
|---|---|
| Pre-acquisitiefase opportuniteiten |
• ESG-doorlichting van elke investeringsopportuniteit |
| Acquisitiefase nieuwe investeringen |
• ESG-doorlichting door AvH, desgevallend aangevuld met advies van een derde partij voor ESG-relevante onderwerpen • Meenemen van de conclusies van de doorlich ting in het overleg met het management om te integreren in de bedrijfsvoering (bv. via een materialiteitsmatrix of het ESG-beleid) |
| ESG-stewardship | • ESG-, innovatie- en HR-beleid worden in principe eenmaal per jaar besproken op niveau van de raad van bestuur of in een relevant comité • Het executief comité van AvH is verantwoor delijk voor ESG binnen AvH, inclusief voor de interactie met elke participatie • Jaarlijks ESG-strategische sessies met elke participatie die potentieel een materiële impact zou kunnen hebben op AvH • Elke participatie rapporteert conform de AvH methodiek rond monitoring van ESG-risico's en -opportuniteiten op basis van ESG-mate rialiteit • Jaarlijkse training m.b.t. ESG en uitwisseling van beste praktijken op C-level niveau en tussen de participaties |
| Exit bestaande participaties |
• Beschrijving ESG-beleid en actieplan, aange past aan sectoriële noden |
De uitvoering van een ESG-doorlichting stelt AvH in staat risico's beter te beheren en in te spelen op opportuniteiten. AvH verricht een ESG-doorlichting bij alle potentiële acquisities. ESG vormt een vast onderdeel van de investeringsmemo's.
Op basis van een eerste interne doorlichting die rekening houdt met de sector, het business model en geografische spreiding, vindt een uitgebreidere beoordeling plaats van geïdentificeerde risico's en opportuniteiten. Waar relevant wordt de interne doorlichting aangevuld met een ESG-doorlichting uitgevoerd door een derde partij.
Het investeringsteam werd in 2021 getraind op internationale referentiemodel-
len zoals SASB (Sustainability Accounting Standards Board) om te gebruiken als canvas voor de ESG-doorlichting.
Indien er via fondsen wordt geïnvesteerd, wordt er voor de instap in het fonds gekeken naar het uitsluitingsbeleid, alsook naar de doorlichtings- en monitoringsprocedures die de fondsbeheerder hanteert.
• Verantwoordelijke aandeelhouder

ESG-doorlichting uitgevoerd voor nieuwe acquisities
Bij elke nieuwe investering worden afspraken gemaakt met het management. Hierbij wordt rekening gehouden met de resultaten van de ESG-doorlichting. De voortgang qua implementatie wordt periodiek opgevolgd in de raad van bestuur en/of het auditcomité van de betrokken participaties.
Daarnaast worden de participaties actief betrokken in de ESG-benadering van AvH. In deze ESG-benadering staat een 'best-in-class'-benadering voor iedere participatie in haar sector centraal. Voor verdere toelichting wordt verwezen naar de secties 'ESG-benadering' en 'AvH als verantwoordelijke aandeelhouder'.
• Talentontwikkeling
Kansen benutten en vergroten vanuit een zin voor ondernemerschap is een typerend kenmerk van het HR-beleid van AvH. Daarom wordt ingezet op feedback geven, vragen en krijgen, alsook op mentoring en opleiding.
De evaluatiegesprekken hebben één doel: hoe kan iedere medewerker groeien, als mens en als professional, in lijn met de strategische ambities van AvH?
In het charter 'Wie willen we zijn?' stelt AvH dat het technische vaardigheden en 'smart capital' ten dienste wil stellen van de participaties, alsook deze wil helpen in de uitbouw van hun managementteams en HR-beleid.
Daarom werd in 2021 een opleidingstraject gestart rond 'verbindend communiceren' en 'onbewuste vooringenomenheid'.
De thema's waarin collega's via coaching of opleiding in 2021 zijn gegroeid, zijn divers. Naast verbindend communiceren en onbewuste vooringenomenheid kwamen ook thema's aan bod als slimmer werken door efficiënter software applicaties te gebruiken, onderhandelen, feedback geven, persoonlijke coaching, rol als bestuurder, leren 'pitchen', taaltraining, teamontwikkeling, biotechinzichten en waarderen van bedrijven.
AvH leeft de toepasselijke CAO's op sectorniveau na en het gaat zelfs aanzienlijk verder op bepaalde vlakken. Zo hanteert AvH als doelstelling dat haar medewerkers 5 dagen opleiding per jaar krijgen. Dit doel werd in 2021 bovendien ruim overschreden met 9,7 opleidingsdagen per medewerker.

van medewerkers heeft een 'back & forward' evaluatiegesprek gehad

opleidingsdagen gevolgd per AvH-medewerker
Kansen vergroten sluit aan bij het AvH-beleid rond diversiteit, gelijkheid en inclusie ('diversity, equity and inclusion' of 'DEI'). AvH streeft ernaar de diversiteit aan invalshoeken te vergroten, zowel op het niveau van de investeringsmaatschappij als bij de participaties.
AvH streeft naar diversiteit in het investeringsteam op basis van studie-, culturele en werkachtergrond. Voor de verdere uitbouw van haar activiteiten in Azië werd een lokale investeringsmanager aangeworven, die gebaseerd is in Singapore. Dit laat toe om betere inzichten te verkrijgen in de lokale cultuur en dichter bij de participaties te staan in dat continent.
AvH neemt maatregelen om de diversiteit van de instroom te verbeteren en dit in een sector die nog als zeer mannelijk wordt ervaren. Ze doet dit door genderneutrale vacatures en door te vereisen dat de instroom aan kandidaten voor een vacature evenwichtig verdeeld is tussen mannelijke en vrouwelijke kandidaten.
Bij de samenstelling van teams worden zowel de technische vaardigheden als de persoonsgebonden vaardigheden meegenomen, zodat een team divers en complementair opgebouwd is.

Tijdens de COVID-19 pandemie heeft AvH, net als andere organisaties, in haar manier van samenwerken een nieuwe balans gezocht. Systematisch hybride werken met voldoende momenten om elkaar fysiek te ontmoeten, heeft een positief effect op het stressniveau en op de werkbeleving en geeft voldoende kansen voor spontane uitwisselingen en creativiteit.
Dit alles werd ondersteund door een traject 'Digital for You' (D4Y), waarbij de gehele organisatie betrokken wordt in de opbouw en uitrol. Waar dit project in eerste instantie een extra belasting is, kunnen collega's op een veel efficiëntere manier werken na de uitrol ervan, o.a. door een verbeterde vindbaarheid van informatie, ondersteunende templates en email- en vergaderhygiëne. Het aanschaffen van HR-software die het elke collega makkelijker maakt om talentontwikkeling op te volgen, is hier een ander voorbeeld van.
" Het creëren van een inclusieve en gediversifieerde werkcontext is een hefboom voor duurzaam talent management.
Mensen die zich gezien, ondersteund, uitgedaagd en gewaardeerd voelen, ontplooien maximaal hun talenten en creëren waarde voor de organisatie en de maatschappij. "
Hilde Haems, Chief Human Capital Officer
Tot slot heeft AvH ook bijzondere aandacht voor het welzijn van mensen via het promoten van gezonde voeding en sport. Verder wordt in het mobiliteitsbeleid ingezet op 'standaard' elektrisch rijden, een fietsbeleid, maar ook tijds- en plaatsonafhankelijk werken. Het totale absenteïsme is slechts 0,46%. Ook het verloop blijft bijzonder laag. In 2021 verliet één collega AvH voor een promotie in het directiecomité van een participatie.
Het engagement van collega's en AvH om anderen zowel financieel als met tijd en persoonlijke betrokkenheid te ondersteunen, is groot. Als centraal thema werd het verkleinen van kansarmoede in de maatschappij geselecteerd.
Het Solidarity Fund dat AvH in samenwerking met de Koning Boudewijnstichting daartoe oprichtte, haalde in 2020 en 2021 782.254 euro op, waarbij persoonlijke bijdrages verdrievoudigd werden door AvH.

mensen hebben kansen gekregen dankzij het AvH Solidarity Fund
AvH hanteerde één KPI om de impact te meten: hoeveel mensen hebben we via het AvH Solidarity Fund geholpen en hierdoor meer kansen dan voorheen gegeven? Meer dan 27.000 mensen werden zo bereikt dankzij de gedrevenheid van 43 organisaties die AvH steunde en die zich dagdagelijks inzetten om kansarmoede te verkleinen.
AvH tracht tevens bij te dragen tot een menswaardige samenleving via haar mecenaatsbeleid. In Antwerpen gaan kunst en ondernemerschap hand in hand sinds de tijd van Rubens, Stevin en Plantin. Galerijen, musea, kunstenaars en wetenschappers hebben een grote toegevoegde waarde voor de samenleving. In 2021 ondersteunde AvH (exclusief de inspanning op dat vlak via de deelnemingen) ten belope van 251.000 euro projecten op het vlak van cultuur, wetenschappelijk onderzoek, armoedebestrijding of mensenrechten. De voornaamste projecten worden in het volgend overzicht weergegeven.

Als actieve aandeelhouder neemt AvH via haar vertegenwoordiging in de raad van bestuur van een participatie deel aan de formulering en opvolging van het strategisch beleid waarbij men oog heeft voor de maatschappelijke thema's, de daarbij horende organisatie en processen en de naleving van de wettelijke vereisten. Beleidsvoorstellen worden gepresenteerd aan de raad van bestuur en na goedkeuring uitgevoerd door het management van de participaties. Op deze manier wordt

maximaal rekening gehouden met de specifieke kenmerken van de sector waarin een onderneming actief is. Met haar multidisciplinair team biedt AvH bovendien ondersteuning in specifieke domeinen, zoals op het vlak van verschillende ESG-gerelateerde thema's (bv. milieu, HR, innovatie).
AvH streeft in het bouwen van partnerships en actieve betrokkenheid volgende hoofddoelstellingen na inzake ESG:
ESG-beleid geënt op materialiteit en dat rekening houdt met relevante belanghebbenden
Op elk van deze hoofddoelstellingen is vooruitgang geboekt, enerzijds door ontwikkeling van beleid bij de participaties, anderzijds inzake de kwalitatieve invulling van het beleid door de participaties. De inspanningen focussen hierbij op een alignering van het gevoerde beleid met de strategische doelstellingen van de betrokken bedrijven. Het detailresultaat is beschikbaar in de tabellen in de sectie 'ESG-kerncijfers, -doelen en SDG-focus'.

van het geconsolideerd eigen vermogen heeft een integriteitsbeleid

van het geconsolideerd eigen vermogen heeft een corporate governance charter
Voor AvH is het primordiaal 'best-in-class' te zijn in de sectoren waarin AvH actief is. Elke participatie voert haar eigen ESG-beleid, waarbij AvH handelt als partner, die (pro-)actief meedenkt. Vanwege de verscheidenheid aan bedrijven in de investeringsportefeuille is het niet relevant om actieplannen te ontwikkelen op basis van geaggregeerde cijfers, maar moeten de context en noden per bedrijf begrepen worden.
Voor het thema 'milieu', wordt er voor CO2 wel aan een geaggregeerde rapportering en doelstelling op portefeuilleniveau gewerkt. Voor het thema 'sociaal' interageert AvH met de participaties inzake het respectvol omgaan met medewerkers (inclusief het respect voor mensenrechten), uitdagingen op het vlak van talent, 'purpose' en diversiteit, gelijkheid en inclusie. Voor het thema 'deugdelijk bestuur' ligt de nadruk op het langetermijndenken, rapportering, solvabiliteit, het integriteits- en anticorruptiebeleid.
AvH's grootste toegevoegde waarde bestaat uit het langetermijndenken, met oog voor de strategische impact. De ondersteuning die AvH in 2021 bood aan de participaties wordt in onderstaande tabel weergeven.
| ESG-ondersteuning aan participaties | ||||
|---|---|---|---|---|
| Ondersteuning | Milieu Sociaal |
Deugdelijk bestuur |
||
| Inspiratiesessies rond maatschappe lijke trends |
AvH-event | |||
| Kennisdeling tussen participaties |
• ESG-werkgroep voor de 7 ESG materiële participaties • Sector specifieke ESG-werk sessies |
• CEO-sounding boards • HR-sounding boards en specifieke innovatie- en ESG-werk sessies |
- | |
| Onder steuning van management teams |
• Transitie naar koolstofarme activiteiten en lager materiaal verbruik |
• Organisatie structuur en uitbouwen van management teams en inclusieve organisaties |
• Klankbord bij het opstellen van documentatie inzake deugde lijk bestuur (bv. charters) |
AvH organiseerde ESG-werksessies tussen participaties in gelijkaardige activiteiten, met focus op transitie naar een koolstofarme economie en op de uitdagingen die de managementteams hebben op vlak van talent, 'purpose', diversiteit, gelijkheid en inclusie, en HR-organisatie.
Inzake de transitie naar een koolstofarme economie sloegen de activiteiten op:
• met betrekking tot de financiële sector: uitwisseling van ervaringen met betrekking tot de implementatie van het EU Sustainable Finance Actionplan, de SFDR en de EU Taxonomie
Inzake het uitwerken van een future proof HR-beleid, vonden volgende activiteiten plaats:
De maatschappij voelt de noodzaak aan van een transformatie naar een koolstofarme economie, waarbij de EU de ambitie heeft klimaatneutraal te worden tegen 2050. Verder werden de reductiedoelstellingen voor 2030 aangescherpt naar minstens 55%. Als langetermijninvesteerder houdt AvH rekening met de impact van risico's en opportuniteiten op een langere tijdshorizon en met maatschappelijke thema's. Duurzame groei en de transitie naar een koolstofarme economie zijn uitdagingen die inherent deel uitmaken van AvH's langetermijnbeleid. In de groep zijn heel wat voorbeelden die aantonen dat AvH een deel van de oplossingen kan aanbieden, maar er zijn tevens nog heel wat uitdagingen. In deze sectie wordt ingegaan op 4 bouwstenen: (1) CO2 -emissies van de investeringsportefeuille, (2) EU Taxonomie, (3) innovatie en (4) solvabiliteit en langetermijnrentabiliteit.
Klimaatverandering en transitie naar een koolstofarme economie hebben een impact op hoe duurzame groei dient ingevuld te worden. De toename van de omzet houdt immers vaak een toename van CO2 -emissies in, zelfs indien deze bijdragen aan de oplossingen ervan. Ook de huidige disrupties in de aanvoerketens zorgen bijvoorbeeld voor een tijdelijke opstoot van de CO2 -emissies. Daarom werd in 2021 ingezet op het doorlichten van de CO2 -voetafdruk van de kernsectoren, alsook op
Growth Capital-participaties die potentieel actief zijn in CO2 -intensieve industrieën. Verder werd de berekeningswijze doorgelicht, waarbij het weinig zinvol is de voetafdruk van bedrijven actief in heel verschillende sectoren op te tellen. Om die reden worden volgende cijfers apart vermeld: enerzijds de totale CO2 -emissies (in CO2 -equivalenten scope 1 en 2) op basis van de consolidatieperimeter, en anderzijds de CO2 -emissies vanuit het perspectief van een investeringsmaatschappij met zowel de uitstoot van de AvH-hoofdzetel (het investeringsteam) als die van de belangrijkste participaties op basis van het aangehouden aandeelhouderspercentage. Deze oefening kadert in de transparantie die AvH wenst te bieden op dit vlak, alsook om de investeringsteams in staat te stellen met de managementteams actieplannen te ontwikkelen om de voetafdruk waar mogelijk te verminderen.
De CO2 -voetafdruk van de AvH-groep bedraagt 855.932 ton CO2 -eq in 2021 en is gerelateerd aan geconsolideerde bedrijfsopbrengsten van 4,3 miljard euro. De stijging ten opzichte van 2020 (684.783 ton CO2 -eq bij geconsolideerde bedrijfsopbrengsten van 3,9 miljard euro) is vooral toe te schrijven aan de hogere bezetting van de schepen bij DEME. In onderstaande tabel worden de CO2 -emissies weergegeven per participatie zoals bekend bij AvH. Dit geeft een dekking weer van 85% van de portefeuille (uitgedrukt in verhouding tot het geconsolideerd eigen vermogen van AvH). De CO2 -voetafdruk van de AvH-hoofdzetel is heel beperkt. Bij de participaties moet dit gerelateerd worden aan de uitstoot van de sectoren waarin ze opereren. Er zijn momenteel weinig goede vergelijkingspunten voorhanden.
| Scope 1 & 2 CO2 -emissies - AvH als een verantwoordelijke aandeelhouder - ton CO2 -equivalenten |
|||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | ||||||
| CO2 -absolute emissies |
Aandeelhouders percentage |
CO2 -emissies gewogen aan het aandeelhouders percentage ('aandeel AvH') |
CO2 -absolute emissies |
Aandeelhouders percentage |
CO2 -emissies gewogen aan het aandeelhouders percentage ('aandeel AvH') |
||
| IFRS - AvH en integraal geconsolideerde participaties | |||||||
| (hoofdzetel) | 229 | 100% | 229 | 222 | 100% | 222 | |
| 832.800 | 62% | 517.169 | 660.000 | 62% | 409.860 | ||
| 16.489 | 62% | 10.240 | 17.684 | 62% | 10.982 | ||
| 1.388 | 79% | 1.093 | 1.681 | 79% | 1.324(1) | ||
| 123 | 59% | 72 | 138 | 59%(2) | 81 | ||
| 3.513 | 93% | 3.250 | 3.909 | 93% | 3.616 | ||
| Andere | 1.389 | 1.125 | 1.149 | 991 | |||
| Totaal scope 1 & 2 CO2 - emissies - boekhoudkundige consolidatieperimeter |
855.932 | 533.177 | 684.783 | 427.075 | |||
| Selectie van participaties via vermogensmutatie(3) | |||||||
| 79% | 1.348 | 79% | 1.099 | ||||
| 22% | 421.493(4) | 22% | 459.889(4) | ||||
| (5) | 14% | 1.784 |
(1) Bank Van Breda's CO2 -meting is een tweejaarlijkse meting. Het cijfer voor 2020 is gebaseerd op de CO2 -uitstoot van 2019.
(2) In 2020 hield AvH 100% van Extensa en 30% van Leasinvest Real Estate aan. Voor redenen van vergelijkbaarheid werd het aandeelhouderspercentage van 2021 ook voor 2020 gehanteerd.
22% 7.605
(3) SIPEF's CO2 -voetafdruk voor 2020 en 2021 is in berekening en nog niet ter beschikking bij publicatie.
(4) Sagar's CO2 -voetafdruk voor 2021 is gebaseerd op Sagar's boekhoudkundig jaar 2020/2021. De CO2 voetafdruk voor 2020 is gebaseerd op Sagar's boekhoudkundig jaar 2019/2020.
(5) Mediahuis' CO2 -voetafdruk voor 2021 was nog niet ter beschikking bij publicatie. Voor vele niet integraal geconsolideerde participaties (bv. SIPEF, Mediahuis) was de berekening van de CO2 -voetafdruk nog bezig op het ogenblik van de publicatie van het jaarverslag. Deze resultaten zullen gepubliceerd worden op de website van AvH zodra beschikbaar.
Voor vele kleinere participaties zijn de data vaak nog niet beschikbaar of niet consistent berekend. Voor zover gekend, zou dit geen materiële invloed hebben op AvH-niveau. AvH ondersteunt de participaties desalniettemin om die metingen op te starten dan wel te verfijnen, om ze mee te kunnen opnemen in de toekomst.
Er wordt nog niet gerapporteerd op scope 3 CO2 -emissies. De benodigde data zijn slechts gedeeltelijk bij de participaties beschikbaar.
Zodra een goed inzicht bestaat over de data en de onderliggende methodologie en processen, kan vervolgens door de participaties nagedacht worden over het opstellen van een actieplan dat, waar mogelijk, in lijn ligt met de klimaatdoelstellingen van Parijs (geïnspireerd op de Sciencebased targets - SBTi). In 2022 analyseert AvH of ze een ambitie inzake CO2 -emissies zal definiëren op portefeuilleniveau.
De EU Taxonomie beoogt de transformatie naar een koolstofarme economie te realiseren via algemeen aanvaarde definities en rapporteringswijzes van 'groene' activiteiten. Momenteel is dit gebeurd voor twee van de 6 klimaat- en milieudoelstellingen, namelijk de mitigatie van en de adaptatie aan klimaatverandering. Hierbij moet opgemerkt worden dat de definities niet steeds duidelijk zijn en wellicht nog zullen evolueren. Dit vergt ook grote aanpassingen van de rapporteringsmethodologie en de daarvoor vereiste rapporteringsprocessen aan deze definities.
Voor 2021 dient AvH te rapporteren of de activiteiten van een participatie 'in aanmerking komen' ('eligible') als 'groen', dat wil zeggen onder de EU Taxonomie vallen. Dit geeft aan dat de betrokken participaties voor die activiteiten potentieel opportuniteiten kunnen benutten die als 'groen' zullen erkend worden. Voor 2022 wordt verwacht dat voor deze activiteiten bepaald wordt of deze 'afgestemd' ('aligned') zijn met de EU Taxonomie, door deze te toetsen aan technische screeningcriteria (TSC) zonder significante schade toe te brengen (Do not significantly harm - DNSH) aan de andere doelstellingen gedefinieerd binnen de EU Taxonomie. Doordat de wetgeving TSC heel ambitieus formuleert, lijkt het erop dat veel activiteiten die een positieve contributie leveren inzake klimaat, toch niet als 'afgestemd' zullen erkend worden. Dit zal AvH niet weerhouden dit soort activiteiten alsnog te ondersteunen, als ze bijdragen tot een koolstofarmere omgeving.
AvH rapporteert de EU Taxonomie op basis van haar boekhoudkundige consolidatieperimeter. Er werd een conservatieve benadering toegepast door de participaties om te bepalen of een activiteit al dan niet in aanmerking komt voor de EU Taxonomie.
Hieruit kan opgemaakt worden dat AvH reeds substantieel actief is in verschillende sectoren die kunnen bijdragen tot de transformatie naar een koolstofarme economie, zelfs indien de EU Taxonomie nog maar voor 2 criteria gedefinieerd werd. Belangrijkste bijdrages komen van de hernieuwbare energie-activiteit (DEME, Green Offshore en Biolectric), circulaire bouw- en contractingactiviteiten (CFE), en duurzame vastgoedontwikkeling (BPI en Nextensa). In de volgende paragrafen wordt meer in detail ingegaan op DEME, CFE en Nextensa die de grootste bijdrages leveren inzake de EU Taxonomie.
DEME's activiteiten inzake offshore wind zullen, op basis van de huidige interpretatie zowel 'in aanmerking' komen ('eligible') als grotendeels 'afgestemd' ('aligned') worden beschouwd met de EU Taxonomie. 28% van de totale omzet komt 'in aanmerking' en 24% is reeds 'afgestemd' op basis van de huidige definities. Verder komt 32% van de totale capex zowel 'in aanmerking' en kan deze reeds 'afgestemd' beschouwd worden. DEME is eveneens actief in andere 'groene' activiteiten zoals o.a. het bouwen van bruggen en tunnels voor railinfrastructuur, en het bouwen of de modernisatie van haveninfrastructuur. Voor deze activiteiten
laat de EU Taxonomie ruimte voor interpretatie en dient de verdere 'afstemming' op projectniveau nog geanalyseerd te worden. De impact van de 4 te publiceren klimaat- en milieudoelstellingen dient ook nog geanalyseerd te worden.
De omzet en capex van CFE komen voor meer dan 95% 'in aanmerking' ('eligible') voor de EU Taxonomie en situeren zich voornamelijk in de activiteiten bouw, elektrische installatie, nuts- en railinfrastructuur en vastgoedontwikkeling (BPI). De analyse inzake 'afstemming' ('aligned') wordt in 2022 uitgevoerd.
De omzet en capex van Nextensa komen voor meer dan 90% respectievelijk meer dan 85% 'in aanmerking' ('eligible') voor de EU Taxonomie, en situeren zich voornamelijk in vastgoedontwikkeling en de verhuur van vastgoed uit hun eigen investeringsportefeuille. De analyse naar 'afstemming' ('aligned') wordt in 2022 uitgevoerd.
De verslaggeving met betrekking tot de EU Taxonomie voor Delen Private Bank en Bank Van Breda is opgenomen in hun respectievelijke duurzaamheidsverslagen en jaarverslagen beschikbaar op de website.
| EU Taxonomie | ||||
|---|---|---|---|---|
| 'In aanmerking' komend ('eligible') |
'Afgestemd' ('aligned') |
'Niet in aanmerking' komend ('non-eligible') |
||
| Omzet | 46% | 15% | 54% | |
| Capital expenditure (capex) | 39% | 25% | 61% | |
| Operating expenditure (opex)(1) | - | - | - |
(1) De opex, zoals gedefinieerd in scope van de EU taxonomie omvat een restrictieve lijst van nietgekapitaliseerde kosten. Doordat de participaties hun jaarrekeningen opstellen op basis van IFRS, zijn deze grotendeels reeds vervat in de capex.
AvH beoogt dat alle participaties een innovatiebeleid hanteren, dat jaarlijks geëvalueerd wordt op hun raad van bestuur. AvH gelooft hierbij sterk in de interactie tussen ESG en innovatie om risico's te verminderen of opportuniteiten te benutten. Dit slaat niet alleen op ecologische aspecten, maar tevens op het bewerkstelligen van duurzame groei door het zoeken van nieuwe product/marktcombinaties of het verbeteren van operationele processen (bv. door digitalisering en/of analyse van data).

AvH heeft zowel in 2020 als in 2021 omvangrijke inspanningen geleverd om de participaties te ondersteunen in de mogelijks te hanteren methodologieën, alsook in het uitwisselen van onderlinge ervaringen. Steeds meer participaties hebben hun innovatiebeleid geformaliseerd. Het traject gebaseerd op '10 Types of Innovation' van Larry Keeley, met innovatieworkshops gefaciliteerd door een externe consultant, heeft hierbij duidelijk impact gehad. Hier namen 20 participaties en meer dan 50 personen, inclusief het AvH investeringsteam, aan deel.
AvH heeft voldoende middelen om haar strategie uit te voeren en streeft naar een positieve nettocashpositie. AvH beschikt over 280 miljoen euro bevestigde kredietlijnen van verschillende banken met wie zij op lange termijn samenwerkt.
AvH monitort eveneens de waardecreatie die impliciet kan aantonen dat de prestaties van AvH hand in hand gaan met het gedefinieerde ESG-beleid. De nodige middelen zijn aanwezig om de nagestreefde doelen te financieren. AvH monitort de aangroei van het eigen vermogen (inclusief uitgekeerde dividenden) over een periode van 10 jaar, aangezien deze impact volledig kan toegewezen worden aan haar beleid. AvH vergelijkt eveneens de evolutie van haar beurskoers met die van de BEL20-index over dezelfde periode.
Dit bevestigt dat AvH ondanks de COVID-19 context in goede vorm is en dat de bedrijfswaarden en aanpak van AvH zich ook structureel in de cijfers vertalen. AvH beschikt steeds over de noodzakelijke onafhankelijkheid en ruimte om in te spelen op opportuniteiten of haar participaties te steunen waar nodig en verantwoord.
AvH wenst in 2022 de gevoerde ESG-benadering verder te zetten, zoals aangegeven in het actieplan hieronder. Het blijft ook in 2022 de ambitie van AvH om via haar bestaande participaties of nieuwe initiatieven verder te investeren in maatschappelijke thema's zoals klimaatverandering en energietransitie, energie-efficiënt en circulair bouwen, verantwoord vermogensbeheer, duurzaam voedsel, gezondheid en welzijn, duurzame supply chain en logisitiek, en digitalisering.
| ESG-actieplan 2022 | |||||
|---|---|---|---|---|---|
| AvH als een duurzame investeringsmaatschappij | |||||
| ESG-beleid | |||||
| Materialiteitsmatrix | Actualiseren van de materialiteitsmatrix op basis van de uitgevoerde bevraging bij verschillende groepen van belanghebbenden en nazicht van de 'business impact' van de geïdentificeerde onderwerpen |
||||
| Milieu | |||||
| CO2 -emissies AvH |
Definiëren van een CO2 -ambitie op AvH-niveau (zie hieronder voor ambitie op portefeuilleniveau) |
||||
| Sociaal | |||||
| Talentontwikkeling | Verfijnen van het talentbeleid waarbij medewerkers minstens 5 dagen opleiding volgen per jaar | ||||
| Diversiteit, gelijkheid en inclusie ('DEI') |
Verfijnen van een 'DEI'-beleid en uitbouwen van een onderliggend programma met training | ||||
| Deugdelijk bestuur | |||||
| Verantwoordelijk investeren | Formaliseren van een sectorexclusie- en aanbevelingsbeleid | ||||
| AvH als verantwoordelijke aandeelhouder | |||||
| ESG-stewardship | |||||
| Gefocuste ESG-plannen in de participaties |
Participaties ondersteunen, zodat er voor minstens 90% van het geconsolideerd eigen vermogen een actieplan is met prioritaire ESG-topics die jaarlijks geëvalueerd worden door hun raad van bestuur |
||||
| Milieu | |||||
| CO2 -emissies investeringsportefeuille |
Definiëren van een CO2 -ambitie bij de participaties met hoge uitstoot, alsook op portefeuilleniveau |
||||
| EU Taxonomie | Participaties ondersteunen met het interpreteren en uitrollen van de EU Taxonomie | ||||
| Sociaal | |||||
| Diversiteit, gelijkheid en inclusie ('DEI') |
Bewustzijn verhogen rond 'DEI' bij de participaties | ||||
| Deugdelijk bestuur | |||||
| Bedrijfsethiek | Waar nodig verder formaliseren van bedrijfsethiek bij de participaties (beleid, actieplan, …) |
Op de volgende pagina's wordt per participatie aangegeven welke thema's een potentieel materieel belang kunnen hebben voor de AvH-groep, welke acties de participaties hebben ondernomen in 2021 op die aspecten, hoe dit moet gekaderd worden in hun ESG-beleid en welke doelstellingen ze hierbij nastreven. De geboekte vooruitgang wordt, waar mogelijk, aan de hand van KPIs aangegeven.
De participaties werken op veel meer thema's en concrete programma's dan hier vermeld. Deze kunnen een materieel belang hebben voor de betrokken participaties, maar worden hier niet opgenomen omdat ze geacht worden geen potentiële materiële financiële impact te kunnen hebben op AvH volgens de huidige beschikbare kennis en infomatie (zowel qua opportuniteiten als qua risico's). AvH ondersteunt via de raden van bestuur van participaties dan ook die initiatieven, zonder
DEME is actief in gespecialiseerde domeinen van baggerwerken, oplossingen voor de offshore energie-industrie, infra- en milieuwerken. Op basis van de materiële thema's van DEME en de materialiteitsanalyse op AvH-groepsniveau werden alle materiële thema's van DEME gebundeld in 4 grote thema's die als materieel beschouwd worden op AvH-niveau: 'Klimaat en energie' (waaronder energietransitie, energie-efficiëntie, luchtemissies incl. CO2 en klimaatadaptatie), 'Gezondheid, veiligheid en welzijn', 'Duurzame innovatie' en 'Bedrijfsethiek'. DEME kan op het vlak van energietransitie en duurzame innovatie als een pionier beschouwd worden in haar sector.
DEME zet haar ambitieuze strategie voort om de energietransitie te versnellen en de samenleving beter bestand te maken tegen de gevolgen van de klimaatverandering. Dit komt tot uiting in de meeste activiteiten die DEME ontwikkelt, maar vooral in de offshore windactiviteit, waarin DEME marktleider is. In 2021 werkte DEME onder meer aan de offshore windprojecten Triton Knoll, Hornsea Two, Saint-Nazaire en Dolwin6. Het afgelopen jaar heeft DEME enkele belangrijke contracten binnengehaald, waaronder het eerste EPCI-contract (Engineering, Procurement, Construction and Installation) voor een drijvend offshore windmolenpark in Frankrijk en de T&I (Transportation & Installation) scope voor de turbines en funderingen voor Vineyard, het eerste grootschalige offshore windmolenpark in de VS. Dit werd snel gevolgd door een belangrijk BoP-contract (Balance of Plant) voor de bouw van het 2,6 GW Coastal Virginia Offshore Wind-project, het grootste offshore windinstallatiecontract dat ooit in de VS is toegekend. DEME's activiteit met betrekking tot offshore wind zal, op basis van de huidige interpretatie van de regels, zowel 'in aanmerking' komen ('eligible') als grotendeels 'afgestemd' ('aligned') worden beschouwd met de EU Taxonomie. 28% van de totale omzet komt 'in aanmerking' en 24% van de totale omzet is 'gealigneerd' op basis van de huidige definities. DEME is eveneens actief in andere groene activiteiten zoals de bouw van bruggen en tunnels voor railinfrastructuur en het bouwen of de modernisatie van haveninfrastructuur. Voor deze activiteiten laat de EU Taxonomie ruimte voor interpretatie, waardoor deze activiteiten momenteel als 'likely eligible' worden beschouwd, goed voor 43% van de totale omzet.
Naast de verwezenlijking in offshore wind, zet DEME verder in op groene waterstof. In mei 2021 trad DEME toe tot het Hyve-consortium, dat streeft naar een kostenefficiënte en duurzame productie van waterstof. Half juli ondertekende HYPORT® Duqm, een initiatief van DEME Concessions en Omani Partners OQ, een samenwerkingsovereenkomst met het Duitse energiebedrijf Uniper om de voorwaarden inzake afname van groene ammoniak verder te onderzoeken en vast te leggen.
dat ze in dit verslag moeten gerapporteerd worden. Geïnteresseerde lezers kunnen meer informatie over het ESG-beleid en realisaties van de bedrijven vinden in het activiteitenverslag van dit jaarverslag, alsook in de individuele verslagen of op de websites van de respectievelijke participaties. De materialiteitsmatrix van elk van de participaties kan teruggevonden worden op de AvH website en bij de respectievelijke bedrijven. Alle thema's vermeld op een materialiteitsmatrix worden door de betrokken bedrijven als belangrijk beschouwd, maar hebben niet noodzakelijk een materiële impact, zoals aangegeven door de 'ranking' van laag tot hoog op de diverse assen.
Meer informatie met betrekking tot de AvH ESG-aanpak kan teruggevonden worden op de website: www.avh.be/nl/sustainability


DEME levert al tientallen jaren oplossingen voor het bouwen van infrastructuur die beter aangepast is aan klimaatgerelateerde gevaren, zoals overstromingen. Naast baanbrekende projecten zoals Coastbusters, waarbij op natuur geïnspireerde ontwerpen centraal staan, is ook het Bankbusters-project van start gegaan. Samen met haar partners zal DEME een artificieel getijdenmoeras onderzoeken en ontwerpen.
DEME bouwt verder aan haar toekomstbestendige vloot. 's Werelds krachtigste megacutter 'Spartacus' is in de vaart genomen. Dit schip kan op LNG varen en heeft verschillende energiebesparende kenmerken. Ook 'Groenewind', een schip dat speciaal is ontworpen voor het onderhoud van offshore windmolenparken en dat tot 50% brandstof kan besparen, is aan de vloot toegevoegd. Verder onderzoekt DEME het potentieel van alternatieve brandstoffen ('e-fuels') voor haar vloot.
De totale scope 1 en 2 CO2 -emissies van DEME bedroegen in 2021 833 kton CO2 eq. ten opzichte van 660 kton CO2 -eq. in 2020. De stijging in uitstoot kan vooral worden toegeschreven aan een hogere bezetting van de schepen in 2021. Voor zowel haar hopper- en cutterschepen was de bezetting ongeveer 15% hoger dan het jaar voordien. Dit is voornamelijk het gevolg van haar activiteiten in grote projecten zoals Abu Qir I en II in Egypte. DEME heeft de ambitie om tegen 2050 klimaatneutraal te opereren. Tegen 2030 wil DEME de uitstoot van broeikasgassen met 40% per eenheid verminderen ten opzichte van 2008.
In 2021, behaalde DEME voor het eerst het ISO 50001-certificaat met betrekking tot het management en het continu verbeteren van haar energieprestaties. Verder stelt het DEME in staat om energiemanagement en de gerelateerde CO2 -uitstoot te integreren.
DEME is een grote werkgever met 4.880 werknemers (VTE) en heeft veel aandacht voor het sociale en fysieke welzijn van al haar werkkrachten, ongeacht of ze werknemer zijn of niet. Aangezien DEME actief is op elk continent, is de werkplek divers qua nationaliteit, cultuur, ervaring en persoonlijkheid. Meer dan 80 nationaliteiten zijn actief bij de crew en staf. Er is ook een programma om inclusief werken te bevorderen.
DEME moet soms in zeer uitdagende omstandigheden werken. Daarom is een veilige en gezonde werkplek voor iedereen - of het nu op een schip, projectlocatie of op kantoor is - een constant aandachtspunt. De veiligheidsnormen worden voortdurend opgevolgd aan de hand van KPIs die deel uitmaken van het bonussysteem van het personeel. In 2021 vonden diverse bedrijfsinitiatieven plaats, waaronder de Safety Stand-Down en Safety Moment Day, waarbij 214 veiligheidssuccessen werden gedeeld. In april was DEME één van de drie finalisten van de Port of Antwerp Sustainability Award 2021 in het kader van 'SDG 3 Goede Gezondheid en Welzijn' dankzij haar preventieve gezondheidsprogramma 'Veerkracht en welzijn bij DEME' om medewerkers weerbaar te maken tegen de uitdagingen van COVID-19. Het hele jaar door werkten verschillende teams 24/7 om ervoor te zorgen dat projecten veilig konden doorgaan tijdens de pandemie.
Naast de ontwikkeling van innovatie in groene waterstof, waren er tijdens 2021 verschillende opmerkelijke innovatieprestaties. MPVAqua, een onderzoekstraject waarin DEME partner is, won de Blue Innovation Swell Award. De partners in het samenwerkingsverband zetten zich in voor de ontwikkeling van grootschalige offshore zonneparken. DEME blijft ook investeren in duurzame technologie voor de verzameling van mineralen op de zeebodem via haar dochteronderneming GSR. In april 2021 heeft de diepzeerobot 'Patania II' met succes aangetoond dat hij op een diepte van 4,5 km over de zeebodem kan rijden en polymetallische knollen verzamelen.
DEME is vaak actief in landen met een hoger risicoprofiel op het vlak van bedrijfsethiek. Het is steeds de bedoeling op een integere manier zaken te doen en corruptie of omkoping proactief te voorkomen. De onderneming zet zich ook actief in voor het respect voor en de bescherming van de arbeids- en mensenrechten, wat wordt benadrukt door haar strikte 'Code of ethics and business integrity' en haar 'Code of ethics for business partners'.
CFE en DEME behaalden in juni 2021 een gezamenlijke Sustainalytics-rating van 27,8 ('gemiddeld risico'), waarmee ze tot de best presterende bedrijven in hun sector behoren. In 2021 werd het proces opgestart om bestaande langetermijnkredieten om te zetten naar 'sustainable' financiering ('sustainability linked loans'). Deze omzetting werd begin 2022 gefinaliseerd. DEME heeft zich verbonden tot het verder verbeteren van de veiligheid op het werk, alsook op het inzetten op koolstofarme brandstoffen.
Meer informatie met betrekking tot duurzaamheid is beschikbaar in het activiteiten- en duurzaamheidsverslag van DEME en op de website Sustainability | DEME Group (www.deme-group.com/sustainability)
CFE is enerzijds actief in bouw, multitechnieken en rail/utilities en omvat anderzijds vastgoedontwikkeling (BPI). Op basis van de materiële thema's van CFE en de materialiteitsanalyse op AvH-groepsniveau werd 'Deugdelijk bestuur' als materieel beschouwd op AvH-niveau. Een coherente en efficiënte interactie van alle processen en betrokken partijen kan immers een doorslaggevende impact hebben op het geheel van de activiteiten en hun impact op mens en omgeving. Daarnaast worden diverse andere onderwerpen op het niveau van CFE Contracting en BPI als materieel beschouwd: 'Gezondheid en veiligheid', 'Circulariteit', 'Optimalisering van de logistiek', 'Afvalvermindering', 'Energie-efficiëntie', 'Mobiliteit', 'Correcte arbeidsvoorwaarden voor iedereen', 'Talentmanagement' en 'Innovatie'.
Op basis van deze thema's bepaalde CFE 5 krachtlijnen, die zowel vanwege hun maatschappelijke impact als hun economische relevantie prioritair zijn en al tot concrete acties hebben geleid. Deze krachtlijnen zijn (1) CFE bedenkt de habitat van morgen, (2) CFE doet een continue zoektocht naar innovatieve oplossingen, (3) De kracht van CFE volgt rechtstreeks uit het talent van haar teams, (4) CFE zet in op de reductie van de CO2 -uitstoot, en (5) CFE gaat om met een wereld die voortdurend evolueert. Tijdens 2021 werden concrete doelstellingen gedefinieerd. CFE Contracting engageert zich om haar directe CO2 -uitstoot (scope 1 en 2) tegen 2030 met 40% te verminderen ten opzichte van 2020. De vergroening van het wagenpark, de optimalisering van de logistiek op de werven, de opvolging en optimalisering van het energieverbruik, het gebruik van 100% groene energie en een rationeel wateren materialenbeheer zijn allemaal hefbomen om deze doelstellingen te bereiken. Verder integreert BPI multimodale mobiliteit in haar projecten om deze op een duurzame manier in het hart van de stad te integreren.
In de volgende paragrafen wordt een selectie van relevante materiële onderwerpen voor CFE verder toegelicht.
CFE Contracting en BPI willen duurzame oplossingen aanbieden voor de huidige ecologische, maatschappelijke en economische uitdagingen en bewust omgaan met de impact van hun activiteiten op het milieu.
CFE Contracting wil via het gebruik van gerecycleerde materialen of hergebruik van materialen circulariteit in de bouwsector introduceren. Circulariteit staat centraal in het ZIN-project dat 95% van het gewicht van de bestaande constructies wil behouden, hergebruiken of recycleren, en 95% van de nieuwe materialen 'cradle-to-cradle' certificeren. De keuze van duurzamere materialen is bovendien een belangrijke parameter om de CO2 -impact te verminderen. Het ZIN-project is in dat opzicht een vooruitstrevend project op Belgisch niveau, waar CFE Contracting grenzen verlegt.
Voor CFE Contracting en BPI wordt transport een belangrijke uitdaging. Daarom wordt er een innoverende mobiliteitsstrategie voor de medewerkers en de materialen ontwikkeld met een optimalisatie van het transport via het gebruik van logistieke consolidatiecentra. Via MOBIX is CFE Contracting actief betrokken bij de uitbouw van het spoorwegennet in België, onder andere bij de vernieuwing van de veiligheidssystemen. Verder wordt een geavanceerd afvalbeheer en waterbeleid uitgerold. Ook de 'Lean'-bouwprocessen die op de verschillende locaties worden toegepast, verminderen de impact op het milieu.
Voor BPI staat de CO2 -ambitie centraal in haar bouwprojecten, met name door aandacht voor renovatie, systematische keuze waar haalbaar voor groene of hernieuwbare energie (met een voorkeur voor gebruik van geothermische energie), hergebruik van materialen en de integratie van multimodale mobiliteit.
CFE Contracting en BPI hebben in 2020 hun knowhow gebundeld in de joint venture Wood Shapers om zo geïntegreerde, duurzame en effectieve oplossingen te kunnen aanbieden voor ontwikkeling en bouw, met behulp van hout en geprefabriceerde materialen. Wood Shapers heeft de handen in elkaar geslagen met zusteronderneming BPC voor het Monteco-project, het hoogste houten gebouw in het Brusselse Gewest.

CFE - Houtbouw Monteco - Brussel

Deugdelijk bestuur
Overzicht corporate governance charters/codes
| CFE | CFE Contracting | BPI | |
|---|---|---|---|
| Corporate governance charter |
|||
| Risicoprocedures | n.a.(1) | (2) | |
| Anticorruptiecode | n.a.(1) |
(1) Overgedragen aan CFE Contracting en BPI (2) Interne richtlijnen op het vlak van financiële transacties
| 2021 | 2020 | 2019 | |
|---|---|---|---|
| GHG in kton CO2 -equivalent(1) |
16,5 | 17,7 | 17,8 |
| waarvan scope 1 | 14,6 | 15,8 | 14,8 |
| waarvan scope 2 | 1,9 | 1,9 | 3,1 |
| Frequentiegraad ongevallen(2) | 22,37 | 26,12 | 13,72 |
| Ernstgraad ongevallen(3) | 0,69 | 0,61 | 0,44 |
| Aantal uren training per VTE |
13 | 14 | 18 |
(1) Broeikasgasemissies: CFE volgt het Greenhouse Gas Protocol.
(2) Aantal ongevallen met een handicap x 1 miljoen, gedeeld door het aantal gewerkte uren. (3) Aantal kalenderdagen afwezigheid x 1.000, gedeeld door het aantal werkuren.

DEME - SeaMade
Eind 2021 lanceerde CFE Contracting zijn VMANAGER, die zich toespitst op energiebesparing, het beheer van de energiestromen en, in het algemeen, het beheer van de bouwtechnieken. Dit innovatieve instrument maakt een intelligent en duurzaam beheer van nieuwe of te renoveren gebouwen mogelijk door de technische kennis van VMA te combineren met intensieve monitoring en met instrumenten voor het toezicht op en de controle van hun reële energieprestaties.
CFE wil de best mogelijke arbeidsomstandigheden creëren en de druk op zware beroepen verlichten. De hoeksteen van dat engagement is de veiligheid op het werk. Elke activiteit van de groep streeft naar 'nul ongevallen' en ontwikkelt concrete sensibiliserings- en informatiestrategieën daaromtrent. De ernst en de frequentie van arbeidsongevallen zijn een prioritair aandachtspunt in elke raad van bestuur. CFE doet het op dit vlak beter dan de sector in België. CFE streeft ook naar een constante verbetering van de arbeidsomstandigheden en -omgeving met de bedoeling een werkplek te creëren waar iedereen zich kan ontplooien en goed voelen.
In 2021 werden het corporate governance charter en alle belangrijke beleidslijnen en procedures geactualiseerd. De verschillende actoren binnen projecten, waaronder de werknemers en de onderaannemers, moeten dezelfde aandacht krijgen. Het corporate governance charter en de procedures bevatten minimumvereisten op het vlak van ethiek, niet-discriminatie en eerbiediging van de mensenrechten. Daarnaast is het de bedoeling te verzekeren dat elke persoon die bij de projecten betrokken is, respectvol wordt behandeld.
CFE en DEME behaalden in juni 2021 een gezamenlijke Sustainalytics-rating van 27,8 ('gemiddeld risico'), waarmee ze tot de best presterende bedrijven in hun sector behoren.
Meer informatie met betrekking tot duurzaamheid is beschikbaar in het jaarverslag van CFE en op de website Duurzame Strategie | CFE (www.cfe.be/nl/duurzame-strategie)
Delen Private Bank legt zich toe op discretionair vermogensbeheer voor particulieren. Op basis van de materiële thema's van Delen Private Bank en de materialiteitsanalyse op AvH-groepsniveau werden 'Vermogensbescherming', 'Verantwoord investeringsbeleid', 'Bedrijfsethiek' en 'Bescherming van data en privacy' als materieel beschouwd op AvH-niveau. Daarnaast werden diverse onderwerpen door Delen Private Bank als materieel beschouwd: 'Klantentevredenheid', 'Werknemerstevredenheid', 'Innovatieve ingesteldheid', 'Talent management' en 'Financiële veerkracht'.
Vermogensbescherming is een prioriteit voor haar cliënteel. Delen Private Bank streeft ernaar de klantentegoeden te beleggen als een dynamische, goede huisvader. Naast de bestaande gedegen financiële analyse, worden ook niet-financiële parameters geïntegreerd in het beheersproces. De dagelijkse implementatie van het verantwoord investeringsbeleid, dat de voorbije 5 jaar werd verbreed en verdiept, verzekert een langetermijndenken en risicobeperking.
Als lid van UN PRI zet Delen Private Bank zich consequent in om haar investeringsproces fundamenteel duurzaam te maken door verschillende ESG-gerelateerde criteria te integreren. De jaarlijkse evaluatie door UN PRI vormt een belangrijke KPI, waarbij de beoordeling A+ voor strategie en beleid Delen Private Bank aanmoedigt om verder te gaan op de ingeslagen weg. Wegens operationele problemen bij UN PRI is de oplevering van evaluatie- en transparantierapporten voor 2021 door UN PRI verdaagd naar het tweede kwartaal 2022.
Verder monitort en communiceert Delen Private Bank open over de CO2 -intensiteit van haar patrimoniale fondsen. Het is haar doel om ervoor te zorgen dat deze fondsen een lagere CO2 -intensiteit hebben dan de globale benchmark (bv. MSCI ACWI). Naast de integratie van niet-financiële parameters, zet Delen Private Bank ook sterk in op engagement met de bedrijven waarin geïnvesteerd wordt. Hiervoor werd een partnership afgesloten met EOS van Federated Hermes, een toonaangevende dienstverlener, om in dialoog te gaan met bedrijven op een globale schaal op het vlak van ESG-aangelegenheden.
Bedrijfsethiek is bijzonder relevant voor een bank. Financiële instellingen spelen immers een sleutelrol in het economisch weefsel van een land en bij de vermogensopbouw en -bescherming van individuen. Vanuit haar kernwaarden heeft Delen Private Bank een overkoepelend integriteitsbeleid opgesteld dat alle medewerkers geacht worden naar de geest en de letter te respecteren.
Bescherming van data en privacy krijgt aanzienlijke aandacht binnen de bank, tegen de achtergrond van wereldwijd toenemende cybercriminaliteit. Delen Private Bank investeert sterk in haar eigen IT-systemen en ondersteunende diensten om de wettelijke verplichtingen te kunnen naleven en de bescherming van data en privacy te garanderen.
| Delen Private Bank | ||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Duurzaam beleggen | Kernratio's | 2021 | 2020 | 2019 | ||||
| CET1-ratio | 38,0% | 40,5% | 36,7% | |||||
| Vermogens onder beheer | ||||||||
| 2021 | 2020 | 2019 | Klantentevredenheid | |||||
| Fondsen met opvolging verantwoord investeren 35,4 29,5 |
26,7 | 2021 | 2020 | 2019 | ||||
| (miljard euro) | Net Promoter Score(3) | 58 | n.a. | 43 | ||||
| Engagement scope(1) | 70% | 71% | 70% | |||||
| Gemiddelde ESG-rating eigen fondsen(2) |
19,4 | 19,7 | 22,2 | Ecologische inspanningen | ||||
| 2021 | 2020 | 2019 | ||||||
| (1) Verhouding van het aantal bedrijven waarmee een engagementprocedure loopt, op het totale aan tal bedrijven in portefeuille. Het engagementprogramma legt de bank prioriteiten op naargelang de urgentie van bepaalde thema's, de openheid van het bedrijf in kwestie en de mogelijke impact van een bepaalde engagementactie. |
GHG in kton CO2 -equivalent(4) |
1,7 | 1,4 | 1,7 | ||||
| (2) Sustainalytics: ESG-risicoscores tussen 0 en 100, waarbij een lagere score beter is en minder risico. Een score van 20 wordt als een laag risico beschouwd. |
waarvan scope 1 | 1,4 | 1,1 | 1,4 | ||||
| (3) Tweejaarlijkse meting (4) België en VK |
waarvan scope 2 | 0,3 | 0,3 | 0,3 |
Klantentevredenheid blijft nog steeds een topprioriteit van Delen Private Bank. In navolging van de klantentevredenheidsenquête in 2019 werd er in 2021 een nieuwe klantenenquête uitgevoerd, waar de bank de NPS (Net Promotor Score) zag toenemen naar 58. Dit resultaat maakt duidelijk dat klanten haar open en heldere communicatie tijdens de COVID-19 crisis hebben weten appreciëren.
Op bedrijfsniveau monitort Delen Private Bank nauwgezet haar ecologische voetafdruk. In 2021 werd een nieuw mobiliteitsbeleid gedefinieerd om haar medewerkers een maximum aan (groene) mobiliteitsalternatieven te kunnen aanbieden vanaf 2022. Er werd ook besloten om vanaf 2022 voor al haar Belgische kantoren in eigen beheer over te schakelen op Europese groene elektriciteit.
De ontwikkeling en het welzijn van haar personeel betekent voor Delen Private Bank een belangrijke hefboom om haar activa te beschermen en risico's te mitigeren. De bank besteedt derhalve veel aandacht aan het ontwikkelen van haar menselijk kapitaal, het welzijn van haar werknemers en diversiteit. Ook in 2021 werd verder ingespeeld op de COVID-19 situatie en werd thuiswerk verder ondersteund. Wanneer op kantoor werd gewerkt, kon dit uiteraard gebeuren op een veilige en hygiënische manier.
Meer informatie met betrekking tot duurzaamheid is vanaf Q2 2022 beschikbaar in het duurzaamheidsverslag van Delen Private Bank en op de website Duurzaamheidsbeleid | Delen Private Bank (www.delen.bank/nl-be/over-ons/duurzaamheidsbeleid)
UN PRI is het wereldwijde netwerk dat binnen de VN een duurzamer financieel systeem nastreeft. Delen Private Bank en haar dochtervennootschap fondsenbeheerder Cadelam onderschrijven deze principes en zetten zich al jaren in om het investeringsproces fundamenteel duurzaam te maken. Dat is niet vrijblijvend. Jaarlijks rapporteert Delen Private Bank uitvoerig aan UN PRI over de inspanningen inzake verantwoord investeren, gebaseerd op uitsluiting, engagement en integratie. Na een grondige evaluatie kreeg Delen Private Bank de maximale A+ score voor de module 'Strategie & beleid' in 2020. Wegens operationele problemen bij UN PRI is de oplevering van evaluatie- en transparantierapporten door UN PRI voor 2021 verdaagd naar het tweede kwartaal 2022.

Ook het collaboratieve aspect van UN PRI is niet te onderschatten: binnen de financiële sector kunnen investeerders van elkaar leren en samenwerken om maatschappelijke problemen resoluut aan te pakken. Zo ondersteunt Delen Private Bank via haar partnership afgesloten met EOS het initiatief ClimateAction100+. Zij sporen 's werelds belangrijkste broeikasgasemittenten aan om maatregelen te nemen tegen de klimaatverandering en om de energietransitie te versnellen.
Bank Van Breda is een gespecialiseerde adviesbank die zich uitsluitend richt tot ondernemers en vrije beroepen. Op basis van de materiële thema's van Bank Van Breda en de materialiteitsanalyse op AvH-groepsniveau werden 'Veilige haven', 'Bedrijfsethiek' en 'Bescherming van data en privacy' als materieel beschouwd op AvH-niveau. Daarnaast werden diverse onderwerpen door Bank Van Breda als materieel beschouwd: 'Vermogensopbouw en -bescherming', 'Respect voor wetten en regelgeving', 'Personeels- en 'Klantentevredenheid'.
Onder 'Veilige haven' valt inherent het bewaken van de financiële stabiliteit van de bank, en in ruimere zin van het Belgisch economisch weefsel. Door voorzichtig beleid werd het eigen vermogen op geen enkel moment aangetast tijdens crisisperiodes en in turbulent financiële markten. De bank heeft nooit staatssteun gekregen. De solvabiliteit uitgedrukt als eigen vermogen op activa (hefboomratio) bedraagt 8,1%. Dit is een veelvoud van de 3% die de toezichthouders voorzien en één van de hoogste in de Belgische banksector.
Door de coronacrisis stonden ondernemers en vrije beroepen plots in het oog van de storm. De bank bevestigde haar rol als veilige haven en koos ervoor om dicht bij de klant te staan. Tijdens de coronacrisis onderschreef Bank Van Breda de charters voor betaaluitstel voor bedrijfs- en woonkredieten en paste ze ruim en sneller dan de sector toe. De bank realiseerde in 2021 meer terugnames dan toevoegingen voor kredietvoorzieningen. De veerkracht van haar klanten bleek zeer groot te zijn. Met de kredietportefeuille richt Bank Van Breda zich naar een heel specifieke niche doelgroepklanten met een economische activiteit in België: vrije beroepen, familiale kmo's en zelfstandige ondernemers. Door deze focus en de Belgische regelgeving ter zake sluit de bank kredietverlening uit bij volgende situaties: (1) schendingen van mensen- en arbeidsrechten, (2) productie van fossiele brandstoffen zoals steenkool, olie en gas, en (3) schending van volksgezondheid en leefmilieu zoals vergiftiging van grondwater en industriële activiteiten in beschermde natuurgebieden.

Delen Private Bank - Zonnepalen op het dak van de vernieuwde hoofdzetel in Antwerpen
De zelfstandige klanten dienen zelf hun pensioenkapitaal op te bouwen en te beschermen. Zij appreciëren het langetermijnadvies van de bank, wat opnieuw weerspiegeld werd in een groei van het door cliënten belegd vermogen met 3,2 miljard euro tot 21,1 miljard euro. De Net Promotor Score van 53 bevestigt de hoge klantentevredenheid in verhouding tot andere spelers in de Belgische banksector.
2021 2020 2019
2021 2020 2019
| 2021 | 2020 | 2019 | |
|---|---|---|---|
| GHG in kton CO2 (2) |
1,4 | - | 1,7 |
| waarvan scope 1 | 1,4 | - | 1,7 |
| waarvan scope 2 | 0 | - | 0 |
Bank Van Breda
(2) Tweejaarlijkse meting

Bank Van Breda - Digitale sessie van Van Breda The Square op internationale vrouwendag
De deontologie en de ethische waarden van het personeel zijn bepalend voor de manier waarop Bank Van Breda in contact treedt met haar klanten en leveranciers. Verder vormen cybercriminaliteit en 'phishing' wereldwijd een groeiende bedreiging. Het belang dat de klanten hechten aan de bescherming van hun persoonsgegevens en respect voor hun privacy neemt toe. In die context behandelt en beschermt Bank Van Breda ieders gegevens met eerbied voor de wetgeving en regelgeving, op een eerlijke en transparante wijze.
Ondernemers en vrije beroepen vervullen een cruciale rol in de transitie naar een meer duurzame economie. Het belang van ESG-factoren (ecologie, sociale verantwoordelijkheid en deugdelijk bestuur) is bij de bespreking van kredietaanvragen verder gegroeid. Een energieprestatiecertificaat (EPC) is sinds 1 januari 2021 standaard bij aanvragen voor leningen voor vastgoed. Energie-efficiëntie en de transitie naar een koolstofarme economie worden steeds belangrijker in elk bedrijfsplan voor de toekomst. De bank gelooft dat ze door haar netwerk van klanten bij elkaar te brengen, haar klanten kan inspireren om op een zinvolle manier aan deze transitie bij te dragen. Verder wil de bank binnen het verantwoord vermogensbeheer (onder meer via nauwe samenwerking met Delen Private Bank) en de huisfondsen nog sterker inzetten op de combinatie van drie duurzaamheidsstrategieën: uitsluiting, engagement en integratie van niet-financiële parameters.
Verder beschouwt Bank Van Breda gezondheid en welzijn van haar personeel als een cruciale troef. De bank besteedt veel aandacht aan het aantrekken van nieuw talent, de ontwikkeling van financiële expertise en het stimuleren van cohesie en diversiteit. Uit een veerkrachtbarometer bleek in 2021 dat de teams sterk verbonden zijn gebleven tijdens de coronacrisis. Ook uit de enquête 'Great Place to Work' van november 2021 bleek dat 98% van de medewerkers de bank een heel goede organisatie vindt om voor te werken.
Meer informatie met betrekking tot duurzaamheid is beschikbaar in het jaarverslag van Bank Van Breda en op de website Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen | Bank Van Breda (www.bankvanbreda.be/maatschappelijk-verantwoord-ondernemen)
SIPEF is een beursgenoteerde agro-industriële groep actief in de tropische landbouw, voornamelijk in de productie van duurzame, gecertificeerde ruwe palmolie in Zuidoost-Azië. Duurzaamheid vormt al jaren de kern van SIPEF's bedrijfsmodel. De groep engageert zich om een positieve bijdrage te leveren aan het milieu en de maatschappij door haar plantages op een ecologisch en sociaal verantwoorde manier te beheren en door belangrijke tewerkstellings- en ontwikkelingskansen in de landelijke en afgelegen gebieden te creëren. SIPEF besteedt hierbij bijzondere aandacht aan volgende materiële thema's: 'Mensenrechten en arbeidsnormen', 'Traceerbaarheid', 'Ontbossing', 'Betrokkenheid van kleine boeren', 'Veengebieden', 'Productiviteit en kwaliteit', 'Transparantie', 'Duurzaamheidsnormen en certificering', 'Gemeenschapsrechten', 'Klimaatverandering', 'Gezondheid en veiligheid' en 'R&D en innovatie'. Op basis van deze materiële thema's geïdentificeerd door SIPEF en de materialiteitsanalyse op AvH-groepsniveau werden geen thema's geïdentificeerd die ESG-materieel kunnen zijn voor de AvH-groep. In de volgende paragrafen wordt een selectie van relevante materiële onderwerpen voor SIPEF toegelicht.
SIPEF's 'Responsible Plantations Policy (RPP)' definieert haar duurzaamheidsstrategie en bevat haar verbintenissen om geen ontbossing of nieuwe aanplant op veen te doen en om geen mensenrechten te schenden. Als overkoepelend ESG-beleid van de onderneming, verbindt deze 'RPP' SIPEF tot de duurzame productie van volledig gecertificeerde en traceerbare producten.
SIPEF is een leider in traceerbaarheid, waarbij al haar producten terug traceerbaar zijn tot aan de plaats waar deze geproduceerd zijn, ongeacht of dat een plantage is die SIPEF zelf beheert of een verbonden perceel van een lokale boer. Alle palmolie geproduceerd door SIPEF voldoet aan de duurzaamheidsnormen van de 'Roundtable on Sustainable Palm Oil (RSPO)'. Bovendien voldoet ook de bananenproductie van SIPEF aan de 'Rainforest Alliance Sustainable Agriculture Standard', de 'Global Good Agricultural Practice (GLOBAL G.A.P.)' en aan 'Fairtrade' standaarden.

SIPEF - Palmvruchten
SIPEF is overtuigd dat palmolie een essentieel onderdeel is en zal blijven van de oplossing om aan de snelgroeiende vraag naar plantaardige oliën te voldoen. In vergelijking met andere oliegewassen kan palmolie immers 2 tot 8 keer meer olie per hectare produceren, wat betekent dat veel minder land nodig is. Duurzame productie van palmolie leidt dus tot lagere ecologische en economische kosten. In dit opzicht hebben palmolieproducenten zoals SIPEF een belangrijke rol om aan te tonen dat duurzame productie van palmolie mogelijk is.


SIPEF - Sproeierirrigatie voor jonge oliepalmen in kwekerij - Indonesië
SIPEF is bezig haar CO2 -voetafdruk op groepsniveau in kaart te brengen, gebruikmakend van de ISO 14064-standaarden. Deze evaluatie laat toe een nulmeting vast te leggen, wat essentieel is voor het bepalen van de doelstellingen om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen.
Het aardopwarmingsvermogen van methaan is meer dan 25 keer groter dan dat van CO2 . Daarom is het belangrijk voor SIPEF om de uitstoot van methaan zoveel mogelijk te reduceren. Reductie kan worden bereikt door het methaan op te vangen. Door het afvalwater van de fabriek te laten vergisten in tanks of afgedekte vijvers, kan de geproduceerde methaan worden opgevangen en als biogas gebruikt of afgefakkeld worden. Op dit ogenblik heeft SIPEF reeds in 5 van de 9 palmoliefabrieken opvangsystemen voor methaan geïnstalleerd.
SIPEF wil een verantwoordelijke werkgever en een goede buur zijn en streeft naar een positieve sociale impact. Waar mogelijk geeft SIPEF leden van de lokale gemeenschap tewerkstellings- en ontwikkelingskansen in het kader van haar activiteiten. Als werkgever streeft SIPEF ernaar alle werknemers rechtvaardig te behandelen, met respect voor de mensenrechten, en in overeenstemming met de lokale wetten en internationale kaders zoals de 'Verklaring van de fundamentele principes en rechten op het werk' en de 'Universele Verklaring van de Rechten van de Mens' van de Verenigde Naties.
Via haar programma's voor lokale boeren in Indonesië en Papoea-Nieuw-Guinea steunt SIPEF ook meer dan 8.000 lokale boeren door hen diensten aan te bieden zoals opleiding, agronomisch advies en kwaliteitszaaigoed voor een betere oogst.
In 2021 heeft SIPEF haar ESG-engagementen versterkt zowel op het vlak van haar operaties als op het vlak van organisatie. In juni 2021 is een nieuwe 'Chief Operating Officer Asia Pacific (COO APAC)' toegetreden tot het executief comité. Dankzij haar achtergrond en jarenlange ervaring in duurzaamheid, versterkt deze nieuwe persoon aanzienlijk het ESG-leiderschap binnen SIPEF.
SIPEF heeft zich ook geëngageerd op het vlak van duurzaamheid en transparantie en heeft de gepaste structuur opgezet om de implementatie en de constante evolutie van deze verbintenissen te verzekeren. In 2021 werd veel aandacht besteed aan de herziening van het materialiteitsbeoordelingsproces om te verzekeren dat de strategie en de rapportering van SIPEF rekening houden met de meest recente en belangrijkste ESG-kwesties die relevant zijn voor haar activiteiten en belanghebbenden.
SIPEF's toewijding om haar duurzaamheidsprestaties en -rapportering te verbeteren, wordt weerspiegeld in de scores die worden toegekend door toonaangevende, not-for-profit benchmarkingprogramma's, gericht op het beoordelen van bedrijven op hun duurzaamheidsinzet en -transparantie. In 2021 werd SIPEF vierde gerangschikt op 350 bedrijven door de Forest 500, die de meest toonaangevende bedrijven en financiële instellingen actief in haar waardeketen identificeert en rangschikt. SIPEF werd ook gerangschikt op de negende plaats van 100 palmoliebedrijven door de Sustainability Policy Transparency Toolkit (SPOTT), ontwikkeld door de Zoological Society of London (ZSL). In beide rankings heeft SIPEF haar score verbeterd sinds 2020.
Meer informatie met betrekking tot duurzaamheid is vanaf Q2 2022 beschikbaar in het jaarverslag en het duurzaamheidsverslag van SIPEF en op de website www.sipef.com/sustainability/sustainable-approach/ De 'Responsible Plantations Policy' is beschikbaar op www.sipef.com/hq/sustainability/policies/responsible-plantations-policy/
De tagline 'Places you Prefer' weerspiegelt de missie van de nieuwe geïntegreerde vastgoedgroep Nextensa: als 'next generation' vastgoedinvesteerder en -ontwikkelaar excelleren in duurzame stadsontwikkeling met een positieve sociale impact door het creëren van plaatsen waar het goed is om te wonen, werken, winkelen en ontspannen.
De thema's 'Climate Adaptive Buildings' en 'Sustainable Societies' vormen samen met 'Human Investments' de hoekstenen van het beleid waarmee Nextensa de komende jaren zal werken aan klimaatneutrale en gezonde gebouwen, die harmonieus verankerd worden in leefbare en levendige stedelijke omgevingen en die hiervoor gebruik maken van innovatieve technologieën en processen. Nextensa besteedt bijzondere aandacht aan de materiële thema's: 'CO2 -neutraliteit' (met focus op hernieuwbare en schone energie en koolstofarme materialen), 'Water', 'Gezonde gebouwen' en 'Nextensa als voorbeeldige organisatie'. Op basis van deze materiële thema's geïdentificeerd door Nextensa en de materialiteitsanalyse op AvH-groepsniveau werden geen thema's geïdentificeerd die ESG-materieel kunnen zijn voor de AvH-groep.
Nextensa heeft de ambitie om CO2 -neutraal te zijn voor scope 1 en 2 tegen 2030 en voor scope 3 tegen 2050. Om dit te bereiken zet Nextensa in op het minimaliseren van energiegebruik, op het aanwenden van uitsluitend hernieuwbare en groene energie en op het stopzetten van het gebruik van fossiele brandstoffen. Bij het aankopen van goederen en materialen vermindert Nextensa haar CO2 -voetafdruk met een positieve impact in scope 3. Met deze ambitieuze doelen wil Nextensa een voortrekker zijn in de engagementen die opgemaakt zijn in het kader van de Europese Green Deal die een transitie naar een koolstofarme economie bewerkstelligt. Om dit te realiseren wordt intensief samengewerkt en worden ervaringen uitgewisseld met CFE Contracting.
De energieneutrale ontwikkeling van Gare Maritime op Tour & Taxis werd in 2021 met diverse prestigieuze awards bekroond voor haar voorbeeldrol in circulair bouwen en voor haar innovatieve karakter. Daarenboven werden in 2021 voorbereidingen getroffen om een aanvraag in te dienen om een 'Energy Community' te vormen op Tour & Taxis. Op die manier kunnen overschotten van opgewekte elektrische energie door de fotovoltaïsche panelen op Gare Maritime door andere gebruikers op de site (onder andere de appartementen verkocht aan gezinnen met een bescheiden inkomen) voordelig aangewend worden. Dit systeem kan later uitgebreid worden met de overige producerende kantoorgebouwen op de site. Bij het Koninklijk Pakhuis te Brussel en Monnet 4 te Luxemburg werd ook geïnvesteerd in energie-optimalisatiesystemen.
Nextensa heeft de ambitie alle gebouwen in ontwikkeling en in portefeuille tegen ten laatste 2030 te certificeren met een duurzaamheidscertificaat. Gare Maritime ontving in 2021 een 'BREEAM Outstanding'-certificaat voor de verbouwing van de schil. Voor de Belgische portefeuille werden 'BREEAM-in-use' assessments uitgevoerd.
In 2021 werd de Belgische portefeuille volledig uitgerust met een monitoringssysteem om alle energie- en waterverbruiken op te volgen en te analyseren.
Nextensa wil bijdragen aan aangename leefomgevingen met een gemengd aanbod aan functies op wandelafstand, waarbij wordt ingezet op een groene en biodiverse buitenaanleg en het zacht verkeer de bovenhand krijgt, de zogenaamde '5-minute neighbourhoods'.
In Park Lane, de eerste grote woonwijk op de site van Tour & Taxis waar duurzame materialen, groene binnenplaatsen en een rijke architecturale vorm centraal staan,

Nextensa - Gare Maritime
werden in 2021 diverse wooneenheden van de eerste fase opgeleverd en betrokken door de nieuwe bewoners. In het project werden in 2021 ook meer dan 50 appartementen verkocht aan gezinnen met een bescheiden inkomen. Daarnaast werd de vergunning bekomen voor de tweede fase, die in het tweede kwartaal 2022 zal aanvatten.
In Gare Maritime opende eind november de Food Market, een innovatieve, culinaire en plasticvrije ontmoetingsplek waar lokale, seizoensgebonden en biologische producten in verschillende prijscategorieën worden aangeboden.
Meer informatie met betrekking tot duurzaamheid is beschikbaar in het jaarverslag van Nextensa en op de website nextensa.eu/nl/about-us-nl/sustainability-nl/
| Nextensa | |||
|---|---|---|---|
| Climate Adaptive Buildings |
|||
| 2021 | 2020 | ||
| GHG in kton CO2 -equivalent - eigen werking Nextensa |
0,12 | 0,14 | |
| waarvan scope 1 | 0,11 | 0,10 | |
| waarvan scope 2 | 0,01 | 0,04 |
Anima is actief in het hogere marktsegment van seniorenhuisvesting en -zorg in België. Anima besteedt bijzondere aandacht aan de materiële thema's 'Kwaliteit van de zorg voor residenten', 'Welzijn van het zorgpersoneel', 'Duurzaam en in lijn met de laatste regelgeving inzake vastgoed', 'Relaties met belanghebbenden' en 'Compliance'. Hieronder wordt ingegaan op 'Kwaliteit van de zorg voor de residenten' en 'Welzijn van het zorgpersoneel', alsook de 'CO2 -aanpak' om de uitstoot te verminderen in de zorgcentra. Op basis van deze materiële thema's geïdentificeerd door Anima en de materialiteitsanalyse op AvH-groepsniveau werden geen thema's geïdentificeerd die ESG-materieel kunnen zijn voor de AvH-groep.
Anima bereidt zich voor op de uitdagingen van de toekomst. Zij wil haar bewoners topkwaliteit van zorg en van huisvesting geven en heeft daarom een eigen kwaliteitsmanagementprogramma (QMS) opgezet. Het QMS vertrekt vanuit de individuele behoeften en noden van de bewoners en deze van hun naaste familieleden en tekent op die basis processen en procedures uit. Deze vormen de basis van de Anima kwaliteitscultuur, waarin de kwaliteit van zorg en huisvesting continu wordt bewaakt en geoptimaliseerd.
Ook de input vanuit verschillende overlegstructuren en de expertise van de medewerkers zijn een belangrijke kracht in dit kwaliteitsproces. Via audits wordt gepeild naar het vooropgestelde resultaat van de processen en procedures waardoor deze, indien nodig, kunnen worden bijgestuurd teneinde het beoogde resultaat te bereiken en te borgen.
Naast een kwaliteitsmanagementssysteem voorziet Anima in elk van haar woonzorgcentra meer personeel dan het wettelijk minimum.
Anima omringt zich met medewerkers die dag in dag uit het beste van zichzelf geven, in het belang van haar bewoners. Tijdens de COVID-19 pandemie heeft hun welzijn bijzondere aandacht gekregen. In november 2021 peilde Anima via haar deelname aan de 'Great Place to Work'-enquête opnieuw naar de tevredenheid van haar medewerkers. Zo kon Anima het effect van de maatregelen, die zij op basis van de vorige meting heeft genomen, evalueren en bijsturen.
Als uitbater van woonzorgvoorzieningen staat Anima uiteraard achter de algehele vaccinatie van het zorgpersoneel. Anima heeft onafgebroken campagne gevoerd om de vaccinatie bij haar eigen zorgpersoneel aan te moedigen.
Voor de Vlaamse woonzorgcentra geldt de verplichting om over een periode van 10 jaar (2021-2031) 21% minder CO2 uit te stoten. Zo heeft Anima in uitvoering van haar klimaatvisieplan een nulmeting in 2021 georganiseerd voor haar Vlaamse zorgcentra. Daarbij werd aan de hand van een uitgebreide vragenlijst nagegaan hoe deze zorgcentra scoren op een aantal milieuthema's zoals energie, mobiliteit en gebruik van materialen. Deze nulmeting zal in 2022 ook voor de Waalse en Brusselse zorgcentra worden uitgevoerd. De bedoeling is de behaalde score jaarlijks te verbeteren en zo de milieu-impact van Anima's activiteiten verder te beperken.
Als onderdeel van Anima's doelstelling om haar CO2 -uitstoot tegen 2031 te verminderen, koopt Anima sinds 1 januari 2021 enkel nog elektriciteit van 100% groene origine. Hierdoor werd de CO2 -uitstoot al met 11% gereduceerd.
Een belangrijk onderdeel van Anima's ESG-beleid is ook de bewustmaking van haar bewoners en personeel. Bewoners en personeel worden elk kwartaal geïnformeerd over de genomen ESG-initiatieven.
Meer informatie met betrekking tot duurzaamheid is beschikbaar op de website animagroup.be/MVO/

Anima - Au Privilège - Haut-Ittre Anima - Zonnesteen - Zemst
Ook bij de overige participaties werden diverse initiatieven genomen inzake ESG. Die worden in het activiteitenverslag van de diverse participaties besproken. Bij de overige participaties wordt door de betrokken investeringsmanagers dezelfde aanpak toegepast als bij de 7 voormelde participaties.
Volgende ESG-initiatieven zijn vermeldenswaard:
Volgende participaties zijn door hun activiteit inherent bezig met ESG:
Lexicon: Achteraan het jaarverslag is een ESG-gerelateerde woordenlijst met definities van de gehanteerde afkortingen en termen opgenomen.


MILIEU-, SOCIALE EN GOVERNANCE-ASPECTEN ZIJN VOLLEDIG GEÏNTEGREERD IN ONS INVESTERINGBELEID. WE INVESTEREN IN BEDRIJVEN OVER DE HELE WERELD MET WIE WE DEZELFDE VISIE DELEN OVER DE AANPAK VAN GLOBALE UITDAGINGEN.
www.avh.be/nl/about/who-we-are

Executief comité








Medewerkers

















ACTIVITEITEN-VERSLAG 2021 YOUR PARTNER FOR SUSTAINABLE GROWTH

Hoewel de coronapandemie nog steeds voor hinder zorgt in hun dagelijkse operaties, hebben zowel DEME als CFE een krachtig herstel van hun resultaten gerealiseerd. De winstbijdrage van Marine Engineering & Contracting stijgt opnieuw uit boven het precoronajaar 2019.
CFE zal door middel van een partiële splitsing haar 100%-belang in DEME inbrengen in een nieuwe vennootschap (DEME Group) en de aandeelhouders van CFE hiervoor vergoeden door uitgifte van DEME Group-aandelen, waarvan de notering zal worden aangevraagd op Euronext Brussels. Mogelijks wordt DEME Group nadien gefuseerd met DEME.
Na de afronding van de transactie, die verwacht wordt in de zomer van 2022, zal het huidige CFE gesplitst zijn in twee afzonderlijke beursgenoteerde groepen: (i) enerzijds de industriële groep CFE met sterke marktposities in contracting en vastgoedontwikkeling in België, Luxemburg en Polen, en (ii) anderzijds DEME, een wereldwijd actieve bagger- en marine engineering-groep. AvH zal van beide genoteerde vennootschappen de meerderheidsaandeelhouder blijven en via deze splitsing geen aandelen verkopen van DEME, noch van CFE.
Bijdrage tot het geconsolideerd nettoresultaat AvH
| (€ miljoen) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| DEME | 68,6 | 28,6 | 73,9 |
| CFE | 23,5 | 7,8 | 13,5 |
| Rent-A-Port | 2,9 | 1,0 | 0,5 |
| Green Offshore | 4,0 | 9,3 | 4,0 |
| Totaal | 99,0 | 46,7 | 91,9 |


DEME is één van de grootste en meest gediversifieerde bagger- en marinebouwbedrijven ter wereld.


CFE is een beursgenoteerde Belgische industriële bouwgroep met activiteiten in België, Luxemburg en Polen. heidsbelangen in offshore 62 windparken. % 81% 81%

Rent-A-Port ontwikkelt havengerelateerde industriële zones in Vietnam.

Green Offshore bezit minder-

Luc Vandenbulcke

Hugo Bouvy

Philip Hermans
Els
Verbraecken Eric Tancré

DEME is wereldleider in gespecialiseerde domeinen van baggerwerken, oplossingen voor de offshore energie-industrie, infra- en milieuwerken. Het bedrijf heeft meer dan 140 jaar ervaring en is een koploper in innovatie.
DEME heeft zich in het jaar 2021 goed hersteld van de terugval in het coronajaar 2020. De omzet groeide terug met 14% tot 2.510,6 miljoen euro, al blijft die nog net onder de 2.622,0 miljoen euro van het jaar 2019. Daarbij dient opgemerkt dat deze omzet in 2019 een aanzienlijk bedrag aan levering van aangekochte materialen ('procurement') bevatte, wat in 2021 veel minder het geval was. Indien enkel de omzet uit eigen werken wordt vergeleken met het jaar 2019, kwam de omzet over 2021 meer dan 10% hoger uit dan in het precoronajaar 2019, wat beter de hoge activiteitsgraad bij DEME over het afgelopen jaar illustreert.
Dit herstel was het krachtigst in de baggeractiviteit van DEME: de omzet steeg met 29% tot 1.132,9 miljoen euro. De intense activiteit blijkt ook uit de hoge bezettingsgraad van de vloot: 41,4 weken voor de hoppers (2020: 38,4 weken) en 25,3 weken voor de cutters (2020: 11,1 weken).

DEME Offshore heeft in 2021 een omzet gerealiseerd van 899,6 miljoen euro. Dat is 35 miljoen euro minder dan in 2020, al speelt ook daarin de eerder vermelde daling van 'procurement' mee. De omzet van eigen werken kende daarentegen wel een lichte stijging en de bezetting van de DEME Offshore-vloot bedroeg 42,2 weken.
DEME Infra realiseerde een flinke omzetstijging tot 263,0 miljoen euro (2020: 208,8 miljoen euro).
DEME realiseerde in 2021 een EBITDA van 469,3 miljoen euro (18,7% van de omzet), wat niet alleen een mooie stijging betekent ten opzichte van 369,5 miljoen euro in 2020, maar ook duidelijk hoger uitvalt dan de 437,0 miljoen euro (16,7%) van 2019.
De nettowinst over 2021 bedroeg 114,6 miljoen euro, wat meer dan een verdubbeling is ten opzichte van het coronajaar 2020, maar wel nog onder het niveau van het jaar 2019.
Het orderboek van DEME steeg in 2021 aldus tot 5.905 miljoen euro, tegenover 4.500 miljoen euro eind 2020. In dit bedrag zijn werken die zich nog niet hebben vertaald in een definitief contract (zoals de werken in Taiwan, waarvoor DEME preferred bidder is, noch die aan de Rechteroever van de Oosterweelverbinding) niet inbegrepen.
DEME Offshore heeft in de loop van 2021 belangrijke contracten binnengehaald, zowel in Europa als in de Verenigde Staten:

DEME voert een vlootinvesteringsprogramma over meerdere jaren uit om over de modernste, efficiëntste en duurzaamste vloot van de sector te beschikken. 2021 was een mijlpaaljaar, met de toetreding van de nieuwe mega snijkopzuiger 'Spartacus' tot de vloot. Met een totaal geïnstalleerd vermogen van 44.180 kW en 12.000 kW vermogen op de snijkop heeft de 'Spartacus' meer snijkracht dan om het even welke andere snijkopzuiger op de markt.
Duurzaamheid is een blijvende focus van de investeringsstrategie voor de vloot, in lijn met de ambitie van DEME om tegen 2050 koolstofneutraal te worden. De 'Spartacus' beschikt dan ook over een aantal innovatieve functies die de uitstoot verminderen en dit enorme baggerschip zo energie-efficiënt mogelijk maken. Het schip is niet alleen uitgerust met 'dual fuel' motoren maar ook met een installatie die restwarmte uit de uitlaatgassen van de motoren recupereert en stoom produceert die door een stoomturbine in tot 2.000 kW elektriciteit wordt omgezet. Een systeem voor kouderecuperatie verlaagt het elektriciteitsverbruik aan boord.
Na de oplevering begon de 'Spartacus' meteen aan zijn eerste project, nl. Abu Qir 2 in Egypte. Dit is het grootste project voor baggerwerken en landwinning in de geschiedenis van DEME. De efficiëntie van dit machtige baggerschip heeft al indrukwekkende resultaten opgeleverd, met hoge productieniveaus en een forse vermindering van het brandstofverbruik.
De 'Orion', een baanbrekend nieuw offshore installatieschip, nadert zijn voltooiing. Het schip is met zijn kraan van 5.000 ton klaar voor de enorme turbines en funderingen van de toekomst, en wordt ook uitgerust met een pijlergrijper met ingebouwde bewegingscompensatie. Dankzij de combinatie van deze innovatieve technologie met zijn DP3-capaciteit zal de 'Orion' op de efficiëntst mogelijke manier monopiles kunnen installeren.
De bouw in Taiwan van de 'Green Jade', het grensverleggende DP3-schip van CSBC-DEME Wind Engineering, vordert goed. Het nieuwe schip is met zijn kraan van 4.000 ton perfect geschikt voor de volgende generatie funderingen en turbines.
Het allereerste serviceschip van DEME, de 'Groenewind' kwam in juni 2021 bij de vloot en wordt al ingezet in de Belgische offshore windparken Rentel en SeaMade. Het schip heeft de grenzen verlegd voor het onderhoud met lage uitstoot van windparken en voor de ergonomie voor de bemanning/technici.
Er zijn bovendien twee grote conversies in aantocht in de voorbereiding van DEME op de volgende generatie windturbines. De capaciteit van de kranen van de twee DP2 jack-up installatieschepen 'Sea Installer' en 'Sea Challenger' zal naar 1.600 ton worden verhoogd.
2021 was een mijlpaaljaar in termen van het aantal projecten. Heel het jaar door werd een heus groen flottielje ingezet voor het gigantische project Abu Qir 2 (Egypte), dat zal uitmonden in een nieuwe stad en een nieuwe haven. De vloot van DEME heeft meer dan 130 miljoen m³ materiaal gebaggerd en volumes tot 800.000 m³ per dag bereikt: een verbluffende prestatie.
In een ander opmerkelijk project reisde de vloot van DEME tot boven de Poolcirkel. Het team voltooide de tweede zeer succesvolle campagne van het project 'Sea Channel'. DEME baggert de vaargeul naar de haven van Sabetta, waar een LNG-installatie wordt ontwikkeld.
DEME heeft ook het project voor de verdieping en verbreding van de Elbe (Duitsland) met succes en op schema voltooid. Dankzij dit project krijgen de nieuwe generaties containerschepen bij elk tij toegang tot de haven van Hamburg.
In Polen hebben DEME en haar partner in een joint venture hard gewerkt aan de vaargeul van Świnoujście - Szczecin, een project met complexe uitdagingen, in het bijzonder de aanwezigheid van dik ijs en de grootste UXO-campagne (Unexploded Ordnance - blindgangers) in de geschiedenis van het bedrijf. Ondanks deze uitdagingen heeft het team zich aan de planning gehouden en zullen de twee kunstmatige eilanden in de lagune tegen eind 2022 klaar zijn. In lijn met de duurzame oplossingen van DEME worden de twee eilanden aangelegd met baggermateriaal en zullen ze natuurlijke habitats worden.
Het megaproject Tuas Terminal Phase 1 in Singapore werd grotendeels voltooid. TTP1 omvatte de bouw van een 8,8 km lange kademuur en de winning van 88 miljoen m³ land op de zee.
De indrukwekkende realisaties van DEME Offshore in 2021 omvatten een belangrijke doorbraak op de Amerikaanse markt, en ook het offshore windpark van Saint-Nazaire in Frankrijk, waar DEME Offshore haar ongeëvenaarde capaciteiten demonstreert. DEME is de eerste aannemer ter wereld die met behulp van XL-monopijlerfunderingen een volledig windpark in een rotsbodem installeert.
DEME Offshore won in een consortium met Prysmian Powerlink het belangrijke 'Balance of Plant' (BoP)-contract van Dominion Energy Group voor de bouw van het project Coastal Virginia Offshore Wind (CVOW). Dit is niet alleen het grootste contract voor een offshore windpark dat ooit in de VS werd toegekend, met een totale
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Omzet | 2.510.607 | 2.195.828 | 2.621.965 |
| EBITDA | 469.309 | 369.458 | 437.011 |
| EBIT | 143.282 | 64.281 | 141.146 |
| Nettoresultaat (deel groep) | 114.581 | 50.410 | 125.041 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 1.579.543 | 1.467.492 | 1.435.482 |
| Netto financiële positie | -392.678 | -489.030 | -708.453 |
| Balanstotaal | 4.049.597 | 3.941.494 | 3.944.779 |
| Orderboek | 5.905.000 | 4.500.000 | 3.750.000 |
| Capex | 282.044 | 201.572 | 434.669 |
| Personeel | 4.880 | 4.976 | 5.089 |
capaciteit van 2,6 GW, maar ook het grootste kabelcontract in de geschiedenis van DEME. Het BoP-contract omvat het vervoer en de installatie van 176 monopijlerfunderingen voor transitiestukken, drie offshore substations, erosiebescherming en de levering en installatie van onderzeese export- en infield-kabelsystemen.
CVOW volgde rechtstreeks uit de contracten voor Vineyard Wind 1, het eerste grootschalige offshore windproject in de VS, en voor het offshore windpark South Fork (VS).
DEME Offshore voltooide met succes de installatie van de laatste en 165ste windturbine van Hornsea Two (VK), het grootste offshore windpark ter wereld. De installatie van de turbines en de monopijlerfunderingen werd in een recordtijd voltooid, zodat Hornsea Two in december 2021 zijn eerste hernieuwbare energie kon leveren.
DEME ontwikkelt ook lokale samenwerkingen overal ter wereld, om een rol te spelen in landen die de boeiende opportuniteiten in de offshore windsector te baat nemen. In Japan hebben DEME Offshore en Penta-Ocean Construction Co. Ltd., de voornaamste mariene aannemer van het land, een nieuwe vennootschap opgericht, Japan Offshore Marine Co. Ltd. JOM steunt ontwikkelaars in de eerste fase van offshore windparken en heeft al een contract als voorkeursleverancier verworven. DEME heeft zich bovendien verbonden tot de ontwikkeling van de Vietnamese offshore windsector, in samenwerking met Vietsovpetro, een EPCI-aannemer in de olie- en gassector.
2021 was een cruciaal jaar voor het project van de Fehmarnbelt-verbinding, het infrastructuurproject van de eeuw. Op 1 januari begonnen de eerste werken in Denemarken en in december ging de bouw in het Duitse Puttgarden officieel van start. DEME verheugt zich in de goede vooruitgang van de werken in de twee landen. In Denemarken startte het geïntegreerde joint venture team de werken aan een van de 6 productievoorzieningen in Rødby, waar de enorme tunnelelementen zullen worden gebouwd.
De drie megaprojecten in Nederland schoten goed op. De joint venture BAAK, waarvan DEME deel uitmaakt, heeft dag en nacht gewerkt om al het onderwaterbeton van de toegangen naar de 825 meter lange afgezonken Maasdeltatunnel te gieten - een demonstratie van de gigantische schaal van het project Blankenburgverbinding.
In het project Nieuwe Sluis Terneuzen bereikten DEME en haar partners verscheidene belangrijke mijlpalen. De betonwerken van de binnen- en buitenhoofden van de sluis, met de bekistingen, de staalconstructie en het gieten van beton, worden voortgezet. Het project illustreert de vele competenties van DEME in baggerwerken en infra.
In een belangrijke mijlpaal van de RijnlandRoute werden de 8 kruisverbindingen (voor noodevacuatie en onderhoudsactiviteiten) tussen de twee geboorde tunnelkokers met succes geïnstalleerd.
In België verwierf DEME een tweede contract voor het project Oosterweelverbinding, dat de Antwerpse Ring zal voltooien. In 2021 schoten het ontwerp en de voorbereidende activiteiten voor de 1.800 meter lange tunnel onder de Schelde en het bouwdok voor de tunnelelementen goed op. In augustus verkreeg het team bovendien Perceel 3b van de Oosterweelverbinding op de Rechteroever.
DEME Environmental werkt onder een 'Early Contractor Involvement'-overeenkomst aan de voorbereiding van een belangrijk contract voor de sanering van de voormalige site van ExxonMobil in Bowling, bij Glasgow. Dit project illustreert de focus van DEME op de bevordering van een duurzame en circulaire economie. Met een sterke nadruk op duurzaamheid zal meer dan 90% van het materiaal worden gezuiverd en hergebruikt.

DEME - Innovation
In België werkt DEME nog altijd aan de tweede fase van Blue Gate in Antwerpen, een sterk vervuilde industriële site die in een duurzaam bedrijvenpark wordt getransformeerd. Daarnaast hebben DEME Environmental en haar consortiumpartners met succes de zwaar vervuilde ruïnes van Fort Sint-Filips gesaneerd, in het grootste rehabilitatieproject van de Antwerpse haven.
DEME Concessions breidt haar portfolio van de ontwikkeling van offshore windparken buiten Europa uit. In mei ondertekende DEME een 'Memorandum of Understanding' voor de ontwikkeling van een windpark van 1.000 MW in de Vietnamese provincie Binh Thuan, het Vinh Phong Offshore Wind Project. DEME Concessions en de plaatselijke ontwikkelaar BI Energia staan klaar om onder een samenwerkingsovereenkomst het eerste Braziliaanse windpark te ontwikkelen.
DEME Concessions heeft een belangrijke participatie in SeaMade, het grootste Belgische offshore windpark. DEME voltooide de bouw van het windpark met succes en op schema in amper 16 maanden. Eind juni was SeaMade commercieel operationeel.
In mei verkreeg DEME Concessions als lid van een consortium een havenconcessie van 40 jaar voor Port-La-Nouvelle (Frankrijk). Deze concessie past volledig in de duurzaamheidsdoelen van DEME, aangezien de haven ingrijpend wordt gerenoveerd en een strategische hub voor de offshore en drijvende windsector zal worden.
In de haven van Duqm (Oman) werden verscheidene belangrijke mijlpalen bereikt. DEME Concessions werkt hier samen met Port of Antwerp International en de regering van Oman, en heeft de havenconcessie verkregen. In 2021 werden de ligplaatsen voor vloeibare bulkgoederen in bedrijf genomen en werd een overeenkomst met de toekomstige operator van de installaties ondertekend. Ook de logistieke sites hebben veel succes. 80 hectare is nu al operationeel en in 2022 zal nog eens 70 hectare worden genivelleerd om nieuwe huurders te ontvangen.
Duqm speelt een cruciale rol in de ambities van DEME Concessions voor de facilitering van de ontwikkeling van schone brandstoffen. DEME en haar partners zullen in de haven een fabriek voor groene waterstof op industriële schaal bouwen. Dit opmerkelijke project voor groene waterstof werd in 2021 snel ontwikkeld. In juli ondertekende HYPORT® Duqm een samenwerkingsakkoord met de energiereus Uniper. Dit is eens te meer een belangrijke mijlpaal voor HYPORT® Duqm, nadat het vroeger in het jaar een site van 150 km² voor hernieuwbare opwekking verwierf in de Special Economic Zone.
Global Sea Mineral Resources (GSR), de divisie voor diepzee-ontginning van DEME, gaat voorzichtig en stapsgewijs te werk in haar ambitie om op een verantwoorde manier metaalrijke knollen op de diepe oceaanbodem te verzamelen. In 2021 voerde DEME's ingenieursteam van wereldklasse met succes proeven op een diepte van 4.500 meter uit met de Patania II, het pre-prototype van de knollenverzamelaar van GSR. De Patania II werd ingezet in de concessiegebieden van GSR (België) en BGR (Duitsland) in de Clarion-Clipperton Zone. De robot bewees zijn vermogen om op de diepe zeebodem te rijden, te maneuvreren en knollen te verzamelen.
Het succes van deze proef in ultradiep water, die onafhankelijk werd gemonitord door een consortium van EU-wetenschappers, baant de weg naar de levering van een uiterst noodzakelijke bron van kwaliteitsvolle koolstofarme mineralen.
GSR werkt nauw samen met diverse wetenschappelijke onderzoeksinstellingen, met een focus op het bepalen van milieumetingen en impactbeoordelingen voor een beter begrip van de gevolgen van het verzamelen van knollen voor de zee-omgeving, en om te verzekeren dat de besluitvorming op de best mogelijke wetenschap gebaseerd is. De milieumonitoring is een cruciale component van het ontwikkelingsprogramma van GSR. Het verzekert dat de impact van de activiteiten wordt begrepen, nauwkeurig kan worden voorspeld en verbeterd, en aanleiding zal geven tot de ontwikkeling en implementatie van passende milieustrategieën. GSR blijft de impact bestuderen en met andere bronnen vergelijken, in een globale dialoog met de stakeholders over het resultaat van deze studies.
Op basis van haar orderboek en de huidige marktomstandigheden, voorziet DEME in 2022 een verdere stijging van zowel omzet, EBITDA als nettoresultaat. Het militair conflict in Oekraïne zullen geen substantiële directe impact hebben op de activiteiten van DEME. De indirecte impact is momenteel evenwel moeilijk te voorspellen. Als gevolg van de oplevering van het langverwachte en baanbrekende installatieschip 'Orion' in de eerste jaarhelft, de aankoop van de kabellegger 'Viking Neptun' tegen jaareinde 2022 en de geplande onderhoudswerkzaamheden aan verschillende schepen, gaat DEME voor het jaar 2022 uit van een investeringsbudget van ongeveer 500 miljoen euro en van een gecontroleerde stijging van de nettoschuldpositie.



Piet Dejonghe
Manu Coppens

Fabien De Jonge

Alexander Hodac
Jacques Lefèvre
Raymund Trost

Valerie Van Brabant
Yves Weyts

Na de partiële splitsing zal CFE een op Euronext Brussels genoteerde Belgische geïntegreerde industriële groep zijn met focus op 4 complementaire kernactiviteiten, namelijk bouw, multitechnieken, spoor en vastgoedontwikkeling.
Bij CFE werd het jaar 2021, niettegenstaande een complexe sociaaleconomische context wegens de gevolgen van de aanhoudende gezondheidscrisis, gekenmerkt door een sterk herstel van de activiteit die tevens een beduidende stijging van de omzet heeft mogelijk gemaakt, zowel in vergelijking met 2020 als met het precoronajaar 2019. De omzet is gestegen tot 1.125,3 miljoen euro, tegenover 1.026,2 miljoen euro in 2020.
De omzet van CFE Contracting bedroeg 1.039,7 miljoen euro (2020: 911,9 miljoen euro). De stijging was 14% in vergelijking met 2020 en 4% in vergelijking met 2019. In de pool Bouw was er een zeer sterke toename van de activiteit in Polen, waar CFE erin geslaagd is zich met succes te positioneren op de markt van de bouw van logistieke centra en industriële gebouwen. In België is de omzet licht gestegen, maar nog steeds lager dan in 2019. In Vlaanderen blijven er operationele problemen op bepaalde werven, waardoor de nadruk meer dan ooit ligt op projectselectiviteit en operationele uitmuntendheid. De pool Multitechnieken (VMA) realiseerde een 19% omzetstijging dankzij enkele grote projecten. Ook bij de pool Rail & Utilities (MOBIX) lagen verschillende grote spoorwegprojecten en de versnelling van het LuWa-project aan de basis van de hogere activiteit.
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Omzet | 1.125.346 | 1.026.600 |
| EBITDA | 68.538 | 45.258 |
| EBIT | 57.976 | 38.135 |
| Nettoresultaat (deel groep) | 39.506 | 17.689 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 133.831 | 95.311 |
| Netto financiële positie | -112.995 | -112.400 |
| Balanstotaal | 1.002.598 | 945.598 |
| Orderboek | 1.620.619 | 1.549.061 |
| Personeel | 3.043 | 3.137 |
(1) Cijfers anticiperen financiële staten CFE post-demerger, op basis van de segmentinformatie: exclusief DEME ('held for sale' in de IFRS-presentatie 2021 bij CFE) en inclusief bijdrage Rent-A-Port (50%) en Green Offshore (50%).
Het operationeel resultaat (EBIT) steeg tot 25,3 miljoen euro, een stijging met 69,8%. De EBIT-marge bedroeg 2,4%. De directe gevolgen van de pandemie waren in 2021 veel minder uitgesproken dan in 2020, maar de indirecte effecten, vooral de stijging van de materiaalprijzen en de verstoringen van de toele-
veringsketens, wogen op de resultaten. Het nettoresultaat van CFE Contracting steeg met 152,7% tot 13,9 miljoen euro, tegenover 5,5 miljoen euro in 2020. Ook tegenover 2019 was er een significante stijging met 46,3%.
Het orderboek van CFE Contracting steeg met 5% tot 1.567 miljoen euro, tegenover 1.493 miljoen euro 2020.
Bij de pool Vastgoedontwikkeling (BPI) bleef het totale vastgoedbestand stabiel op 190 miljoen euro (2020: 192 miljoen euro). BPI ontwikkelt momenteel 477.000 m² (deel groep) op een veertigtal projecten, waarvan 68.000 m² in aanbouw is.
Het nettoresultaat van BPI bedroeg 23 miljoen euro, een stijging met 74,2% ten opzichte van 2020. Deze voortreffelijke prestatie is vooral te danken aan de goede kwaliteit van de residentiële programma's die momenteel op de markt worden gebracht en aan het resultaat op de verkoop van de projecten Samaya (voor 50% afgestaan), Renaissance en Sadowa.
In de Bouw was de sterke heropleving van de activiteit in 2021 bijzonder goed merkbaar bij CLE (Luxemburg) en bij CFE Polska, alsook binnen de activiteit Multitechnieken (VMA). In België is het project ZIN, gelegen in de Brusselse Noordwijk, een van de vele nieuwe projecten. Dit project toont niet alleen de vooruitgang van CFE aan op het vlak van duurzaamheid maar ook de voortdurende versterking van de synergieën tussen de verschillende entiteiten. De teams van BPC, Van Laere en VMA bundelen hier hun talenten om de doorbraak van het circulair bouwen, nieuwe bouwmethodes zoals BIM en LEAN, en 'smart building management' te versnellen. Circulariteit staat centraal in dit project voor gemengd en flexibel gebruik. Het is bovendien de ambitie om 95% van het gewicht van de bestaande gebouwen te behouden, te hergebruiken of te recycleren, en voor 95% van de nieuwe materialen 'cradle-to-cradle' (C2C) gecertificeerd te zijn.
De verbetering van de resultaten van BPC in 2021 ging gepaard met een goed gevuld orderboek en een meer evenwichtige verdeling over de verschillende markten. Na een rustige start van het jaar werden verschillende opdrachten behaald, waaronder twee grote projecten - Nationale Bank van België en Museum Kanal Centre Pompidou in Brussel - en een reeks contracten telkens voor een bedrag tussen 15 en 25 miljoen euro.


CFE - Monteco - Brussel (artist impression)
Bij MBG waren de hoogtepunten van het jaar het ziekenhuisproject ZNA in Antwerpen, het design & build-project van de prachtige Beurssite in Brugge, de Sky Tower in Oostende en het residentieel project Waterzicht in Vilvoorde. In een uiterst concurrentiële context, benadrukt door de schaarste en de ongeziene prijsstijgingen van de materialen, heeft MBG aan de kostenefficiëntie en de organisatieprocessen gewerkt - onder meer met BIM - om haar positie te handhaven. Hetzelfde geldt voor Van Laere, dat op een zeer competitieve markt een moeilijk jaar gekend heeft. Toch zette het knappe realisaties neer, waaronder de ondergrondse parking Zuiderdokken in Antwerpen en de residentiële projecten Aequor in Antwerpen, Park Lane op Tours & Taxis in Brussel en Elysia Park in Edegem
De activiteit van CLE in Luxemburg kende een mooie groei, met name dankzij de projecten Mertert en Gravity die samen met BPI Real Estate ontwikkeld worden. Dankzij de inzet van de teams werden de neveneffecten van de COVID-19 pandemie overwonnen en kon men buitengewone projecten opleveren. Het mooiste voorbeeld is ongetwijfeld de woontoren Aurea in Differdange, het eerste Luxemburgse project met koolstofarm aluminium. Een andere opmerkelijke prestatie was de invoering van een 'Construction Consolidation Centre' (CCC), een innoverend logistiek systeem voor de optimalisatie van het transport en de opslag.
CFE Polska vierde in 2021 haar 25 jaar bestaan. In die kwarteeuw heeft het in Polen een sterk merkimago voor CFE opgebouwd en de vertrouwensbanden met haar verschillende partners versterkt. De balans blijft uiterst positief, met een omzetgroei
van 170% tegenover 2016 en projecten die ondanks de COVID-19 pandemie op tijd werden opgeleverd.
Houtbouw en hybride constructies zijn per definitie duurzaam en zullen een steeds grotere rol spelen op de markt, zoals de projecten van Wood Shapers en LTS bevestigen. Wood Shapers werd in 2020 door CFE Contracting en BPI Real Estate opgericht en verder ontwikkeld in 2021. Na het emblematische project Wooden in Luxemburg, uitgevoerd door CLE, werkt Wood Shapers nu samen met BPC aan het project Monteco, het hoogste houten gebouw van het Brussels Gewest. LTS bevestigt haar succes met een orderboek dat een recordomzet voorspelt, in het bijzonder in Nederland. Talrijke realisaties bewijzen het enorme potentieel van de sector, zoals Nonnenwiesen, een project met een buitengewone milieudynamiek dat verschillende aspecten van de duurzame ontwikkeling integreert en waarvoor de teams in amper een jaar tijd 36 houten woningen hebben gebouwd. Daarnaast was het project Cité Moderne in Brussel het eerste geprefabriceerde 3D-modulaire appartementsgebouw in België.
Alle activiteiten van VMA kenden een sterke groei, met uitzondering van het segment Automotive, dat af te rekenen kreeg met de onzekerheden die de sector treffen en in het bijzonder de annulatie van een belangrijk voor 2021 gepland project. De hergroepering van de 4 segmenten - Building Technologies, Infra, Automotive en Processing & Manufacturing Technologies - in twee segmenten Building Technologies en Industrial Automation zal VMA in staat stellen nog performanter te zijn op haar doelmarkten en nog efficiëntere geïntegreerde oplossingen aan te bieden. Het nieuwe platform VMAnager is een evolutie van de VEMAS-oplossing voor intelligent gebouwbeheer waarin energie-, milieu- en onderhoudsaspecten geïntegreerd zijn. VMAnager versterkt de 'one stop shopping'-strategie van VMA, die in 2021 door verscheidene projecten werd geïllustreerd: Grand Hôpital in Charleroi, gebouw J van het UZA in Antwerpen, Epicura in Ath, ... Het orderboek van Building Technologies is sterk gegroeid en voorspelt veelbelovende toekomstige ontwikkelingen.
Het project LuWa heeft veel bijgedragen aan de groei van MOBIX. Het project moderniseert de verlichtingsuitrusting van het Waalse autowegennet, met nieuwe technologieën die zowel innoverende als duurzame oplossingen mogelijk maken en die de basis leggen voor de mobiliteit van de toekomst. Het mag echter de realisaties van de divisie Rail niet verhullen, met in het bijzonder het signalisatieproject ENVES voor de installatie van het veiligheidssysteem ETCS-2 op het Belgische spoornet. MOBIX heeft ook een nieuw record gevestigd met de lijn L50A tussen Jabbeke en Oostende: de vernieuwing van 22 kilometer bovenleidingen vereiste slechts 9 dagen dienstonderbreking. MOBIX heeft deze successen te baat genomen om een grootscheeps plan voor de opleiding en loopbaanontwikkeling van haar
| (€ miljoen) | Omzet | Nettoresultaat | Orderboek | Eigen vermogen | ||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2021 | 2020 | 2021 | 2020 | 2021 | 2020 | |
| Bouw | 718,3 | 634,8 | 1.166,0 | 1.058,7 | ||||
| Multitechnieken | 196,4 | 164,9 | 236,4 | 251,1 | ||||
| Rail & Utilities | 125,0 | 112,2 | 164,6 | 182,8 | ||||
| Contracting | 1.039,7 | 911,9 | 13,9 | 5,5 | 1.567,0 | 1.492,6 | 90,4 | 78,4 |
| Vastgoedontwikkeling | 106,3 | 131,1 | 23,0 | 13,2 | 190,0 | 192,0 | 104,4 | 85,5 |
| Holding, niet-overgedragen activiteiten en eliminaties(1) |
-20,6 | -16,8 | 2,6 | -1,0 | -61,0 | -68,6 | ||
| Totaal | 1.125,3 | 1.026,2 | 39,5 | 17,7 | 133,8 | 95,3 |
(1) Inclusief bijdrage Rent-A-Port (50%) en Green Offshore (50%) tot CFE
medewerkers te starten, samen met specifieke investeringen op het vlak van digitalisering en vooral in de veiligheid van de medewerkers.
Duurzaamheid en innovatie zijn de twee hoofdkenmerken van de recente activiteit van BPI Real Estate (BPI). Dat blijkt uit de toenemende investeringen in 'smart building', zoals de geconnecteerde appartementen van het project PURE, en in de vermindering van de CO2 -uitstoot dankzij het gebruik van geothermie, zoals het project BrouckR in Brussel. Dit zal volledig met open geothermie worden verwarmd en gekoeld, zonder fossiele brandstoffen. Deze multifunctionele realisatie op een communicatiehub omvat een hotel, wooneenheden, kantoren en commerciële ruimten in het hart van de Belgische hoofdstad.
Een ander voorbeeld is Serenity, een gemengd woon-kantoorproject waarbij het kantoorgebouw zal worden opgetrokken in een gemengde hout-betonstructuur met gebruik van de meest efficiënte en duurzame materialen. Het zal aan het eind van zijn levensduur volledig demonteerbaar en recycleerbaar zijn. Daarnaast zal het met geothermie en warmtekrachtkoppeling worden verwarmd waardoor het geen fossiele brandstoffen verbruikt. Dit project streeft naar een BREEAM-certificering Excellent en een WELL-certificering Platinum. Serenity ligt bovendien aan een metrostation en zal Smart Office- en Smart Parking-systemen aanbieden om de mobiliteitsbehoeften van de gebruikers te verminderen. Daarnaast is er de positieve impact van de reconversie van Grand Poste, het in september ingehuldigde gebouw met ruimtes voor co-working, start-ups en starterscentrum, met het oog op de ontwikkeling van een digitale wijk en creatief district in Luik. Het heeft de 'Grand Prix du Patrimoine de Liège' gewonnen en kreeg ook andere nominaties.
In het Brussels Gewest werden in 2021 verscheidene belangrijke residentiële projecten opgeleverd: Ernest The Park (Elsene), de laatste fase van Les Hauts Prés (Ukkel) en de residentie Park West (Europawijk). Ongeveer 90% van de appartementen van deze projecten is verkocht. De bouw van Patio (Erasmus Gardens, Anderlecht) is gestart: meer dan 80% van de appartementen heeft eind 2021 al een koper gevonden. In Luik hebben BPI en haar partner de verkoop afgerond van de vennootschap Ernst 11, de eigenaar van een kantoorgebouw van 5.000 m² dat door FOREM wordt gehuurd. Op de site Bavière gaan de verkoop en de constructie van het eerste residentiële gebouw verder.
Het herontwikkelingsproject rond het station van Ottignies, een vastgoedproject met bijbehorende diensten en functies, is een perfecte illustratie van de langetermijnvisie van BPI. Het wordt gestructureerd door een landschappelijke ruggengraat van bijna een kilometer lang, die verscheidene deelwijken, elk met een eigen identiteit, met elkaar zal verbinden. De vele openbare ruimten zullen ontmoetings- en recreatieplaatsen scheppen voor de inwoners. Het project zal de circulariteitsprincipes toepassen en 36.000 ton sloopmaterialen hergebruiken. Het wordt een 'fossil-free' project dat naar een voorbeeldige duurzaamheid streeft.
In Luxemburg worden 4 projecten gebouwd en gecommercialiseerd. Bijna 100% van de residentiële wooneenheden is verkocht. De ontwikkeling van duurzame projecten staat centraal in de strategie van BPI, met in Luxemburg twee uiterst opmerkelijke voorbeelden. Allereerst is er het project Wooden, gelegen in Leudelange, een kantoorgebouw gehuurd door de maatschappij 'Baloise Assurances'. Dit houten gebouw is ontworpen om op zijn levenseinde demonteerbaar te zijn. Daarnaast werd de bouw van het project Gravity in 2021 opgestart, dat een (gedeelde) stadsverwarming op basis van biomassa of pellets gebruikt.
In Polen heeft BPI haar portfolio van vastgoedontwikkelingen verder vernieuwd en uitgebreid. In de loop van het jaar werden drie nieuwe sites aangekocht: een grondpositie met een ideale ligging vlakbij het centraal station van Warschau, waar meer dan 240 wooneenheden zullen worden gebouwd; een grondpositie in de wijk Mokotow, in het hart van een van de belangrijkste zakencentra van de hoofdstad, waar BPI een concept van micro-living met 600 huurwoningen zal ontwikkelen; en een grondpositie aan de rand van het centrum van Wroclaw, waar meer dan 10.000 m² residentiële oppervlakte zal worden ontwikkeld, goed voor meer dan
185 wooneenheden. Na de verkoop van de laatste appartementen en commerciële oppervlakten kon BPI in 2021 focussen op de voorbereiding en het ontwerp van de 7 projecten die het nu in haar portfolio heeft.
Dankzij een sterk orderboek zou CFE Contracting een verdere groei van haar activiteit moeten realiseren en haar operationele prestaties blijven verbeteren. Het nettoresultaat van BPI zou op een hoog niveau moeten blijven, doch lager dan in 2021. De Holding-divisie zou moeten profiteren van het herstel van de activiteit in Vietnam (Rent-A-Port) en haar bijdrage tot het nettoresultaat van de groep moeten verhogen, tenzij de gezondheidssituatie opnieuw verslechtert.



Ruben
Bruno Jaspaert Baeckelandt Steven Theunissen

Rent-A-Port is gespecialiseerd in de ontwikkeling van havengerelateerde industriële zones in Vietnam.

Rent-A-Port - DEEP C - Vietnam
Rent-A-Port kon in 2021 de verwachtingen niet geheel inlossen door de aanhoudende COVID-19 gerelateerde praktische hindernissen op het vlak van de commercialisatie. De verkopen bleven met 64 hectare onder de verkopen van 2020 (89 hectare). Het orderboek voor 2022 blijft evenwel sterk gevuld.
De DEEP C Industrial Zones in Haiphong werden door dochterbedrijf IAI verder versneld ontwikkeld. Momenteel bezit IAI reeds een landportefeuille van ongeveer 3.400 ha vlakbij de nieuwe diepzeehaven van Lach Huyen. Dit vertegenwoordigt ongeveer 25% van alle beschikbare industriële terreinen in het noorden van Vietnam. DEEP C biedt ook ondersteunende diensten aan. Zo werd er fors geïnvesteerd in een glasvezelnetwerk, in het ondergrondse elektriciteitsnet en in het waterdistributieplatform. De eigen ISO (9001 en 14001) gecertificeerde afvalwaterzuiveringsinstallatie wordt geëxploiteerd door zusterbedrijf DEEP C Blue. Daarnaast werd er ook 22.000 m2 magazijnen opgetrokken en staat er een uitbreiding gepland van de overslagcapaciteit. Deze diensten zorgen ervoor dat in 2021 een derde van de omzet kan worden toegeschreven aan recurrente activiteiten.
Door de strategische ligging en de groeiende vraag, blijft het management overtuigd dat een aanzienlijke toename van de verkoop van grond kan verwacht worden voor de komende jaren.
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Omzet | 50.527 | 72.706 | 32.828 |
| EBITDA | 8.656 | 16.894 | 6.416 |
| EBIT | 6.167 | 14.248 | 4.063 |
| Nettoresultaat (deel groep) | 3.578 | 1.174 | 2.172 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 79.555 | 60.154 | 64.401 |
| Netto financiële positie | -29.698 | -66.106 | -42.874 |
| Balanstotaal | 254.687 | 248.279 | 238.618 |
AvH en CFE hebben in de loop van het vierde kwartaal het kapitaal van Rent-A-Port verhoogd met samen 11,5 miljoen euro. Hiermee heeft Rent-A-Port de overname van aandeelhoudersleningen aan IAI gefinancierd. In december 2021 heeft
Rent-A-Port een overeenkomst gesloten om een bijkomend belang van 32,6% in IAI te verwerven, wat haar totale participatie op 94% brengt. De closing van de transactie is gepland voor het eerste kwartaal van 2022.
In oktober 2021 werd de bouw van een eerste batterij-energieopslagsysteem (10 MW / 20 MWh) in Bastenaken afgerond. Dit project werd met succes ontwikkeld door Rent-A-Port Green Energy (Rent-A-Port 66,67%) en haar partners en speelt in op de behoefte naar flexibele oplossingen bij het aanbieden van energie. Dit batterij-energieopslagsysteem kan nu in de praktijk uitgetest worden in goede marktomstandigheden met een stijgende vraag. Ondertussen kijkt het management uit om in 2022 van start te gaan met nieuwe projecten.




Green Offshore is actief in de ontwikkeling en uitbating van offshore windparken.
Green Offshore bezit (rechtstreeks en onrechtstreeks) participaties in de Belgische offshore windparken Rentel (12,5%) en SeaMade (8,75%), evenals een deelname in de overkoepelende vennootschap Otary (12,5%).
Het windpark Rentel ligt op ongeveer 34 km van Oostende en telt 42 windturbines van 7,35 MW. Met een totaal geïnstalleerd vermogen van 309 MW levert Rentel hernieuwbare energie aan ongeveer 300.000 gezinnen. Tijdens het voorbije jaar 2021 produceerde het Rentel windpark bijna 1 TWh aan groene energie. Deze productie lag onder de verwachtingen omdat er in 2021 minder wind was dan normaal.
Het windpark SeaMade omvat de concessiezones Mermaid en Seastar in de Belgische Noordzee - respectievelijk op 50 km en 38 km van Oostende - goed voor 58 windturbines van 8,4 MW. Met een totale capaciteit van 487 MW is SeaMade

Green Offshore - SeaMade
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Productie (in GWh) | |||
| Rentel | 922 | 1.136 | 1.012 |
| SeaMade | 1.592 | 524 | - |
| Nettoresultaat (deel groep) | 4.831 | 11.430 | 4.926 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 26.622 | 14.749 | 15.642 |
| Netto financiële positie | -7.853 | -13.916 | -11.340 |
| Balanstotaal | 38.610 | 29.096 | 29.575 |
het grootste offshore windturbinepark in België. De groene productie van het SeaMade windpark bereikte in 2021 bijna 1,6 TWh.
Otary is aandeelhouder van offshore
windparken in de Belgische Noordzee met een totaal geïnstalleerd vermogen van 796 MW. Zij exploiteert en onderhoudt beide windparken vanuit de haven van Oostende.
Om de veiligheid, het comfort en de efficiëntie te verbeteren, werd in juni 2021 de 'service operation vessel' Groenewind, een Small Waterplane Area Twin Hull (SWATH) vaartuig, in de vaart genomen. Dit schip van DEME wordt ingezet voor de Rentel en SeaMade offshore windmolenparken. De Groenewind is uitgerust met een bewegingsgecompenseerde gangway voor de veilige overdracht van de onderhoudstechnici naar de turbines van de offshore windparken, zelfs bij significante golfhoogten tot 2,5 m. Dankzij de DP2-technologie kan het schip zijn positie behouden in ruwe zee en kan een indrukwekkende vermindering van het brandstofverbruik tot 50% worden bereikt in vergelijking met een monohull SOV.

Delen Private Bank en Bank Van Breda zetten ook in 2021 indrukwekkende resultaten neer: de forse aangroei van beheerde vermogens vertaalt zich in recordresultaten voor beide banken.
| (€ miljoen) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| FinAx | -0,2 | -0,2 | -0,2 |
| Delen Private Bank | 132,0 | 103,5 | 93,4 |
| Bank Van Breda | 51,3 | 38,0 | 34,1 |
| Totaal | 183,1 | 141,3 | 127,3 |



Delen Private Bank legt zich toe op discretionair vermogensbeheer voor particulieren. 79 nemers en vrije beroepen. % 79%

Bank Van Breda is een gespecialiseerde adviesbank die zich uitsluitend richt tot onder-
Delen Private Bank en Bank Van Breda zetten ook in 2021 indrukwekkende resultaten neer: de forse aangroei van beheerde vermogens vertaalt zich in recordresultaten voor beide banken.
De excellente commerciële resultaten van zowel Delen Private Bank als Bank Van Breda, gecombineerd met een positief beursklimaat, resulteerden in een nieuw recordniveau van het toevertrouwd vermogen van 63,9 miljard euro, tegenover 59,8 miljard euro per 30 juni 2021 en 54,1 miljard euro per 31 december 2020. De stijging was zowel te danken aan het record aan (bruto- en netto-)instroom van kapitalen als aan de positieve waardeontwikkeling van de vermogens.
Zowel Delen Private Bank als Bank Van Breda zijn erin geslaagd doorheen de coronacrisis het vertrouwen van hun klanten te behouden. Instroom bij zowel Delen Private Bank als Bank Van Breda is zoals de afgelopen jaren ongeveer gelijk verdeeld tussen nieuwe cliënten en bijstortingen van bestaande cliënten. Dit is te danken aan de commerciële inspanningen van de relatiebeheerders, de hoge klantentevredenheid (bv. Net Promoter Score van 58 bij Delen Private Bank en van 53 bij Bank Van Breda) en de uitbreiding van het kantorennetwerk van Delen Private Bank van de afgelopen jaren. De 11,5 miljard euro van cliënten van Bank Van Breda die worden beheerd door Delen Private Bank onderstreept de goede samenwerking tussen beide instellingen.
Het gecombineerd (Delen Private Bank + Bank Van Breda) brutobankproduct nam met 18,7% toe tot 633 miljoen euro (534 miljoen over 2020). Dit is voornamelijk te danken aan de bovenvermelde sterke commerciële prestaties met bijbehorende evolutie van cash- en adviesbeheer in de richting van discretionair beheer. Over 2021 bestond 86% van het totale gecombineerde bankproduct uit commissies, wat het resultaat minder afhankelijk maakt van interestresultaat. Nochtans kende ook dat een bescheiden groei, dankzij de eerder vermelde volumegroei in de kredietportefeuille en de deelname aan het TLTRO III-programma, een ECB-instrument dat banken stimuleert om krediet te verstrekken aan bedrijven en consumenten en dat de financieringskosten van de bank verlaagt.
Niettegenstaande continue investeringen in o.a. personeel en informatica steeg het gecombineerd brutobankproduct sneller dan de kosten, waardoor de cost-income ratio (inclusief 15,9 miljoen euro bankenheffingen) daalde tot 52%, tegenover 54% per eind 2020. Deze cost-income ratio is uitzonderlijk goed in de markt en is te danken aan de efficiënte organisatie met sterke processen en een hoge mate van digitalisering, bedreven personeel, een goede samenwerking tussen Delen Private Bank en Bank Van Breda, alsook de kwaliteit van het beheerd vermogen.
De gecombineerde nettowinst steeg met 29,7% tot het recordniveau van 233,5 miljoen euro (2020: 180,2 miljoen euro), waarvan 167,6 miljoen euro bijdrage van Delen Private Bank (inclusief 8,1 miljoen euro van JM Finn) en 65,2 miljoen euro van Bank Van Breda. De provisies voor kredietverliezen zijn positief, nl. +2,2 miljoen euro door meer terugnames van voorzieningen dan toevoegingen. Hierbij werden, omwille van het bijstellen van de macro-economische vooruitzichten, de COVID-gerelateerde ECL-provisies gedeeltelijk teruggenomen.
Het eigen vermogen steeg tot 1.691 miljoen euro (tegenover 1.562 miljoen euro eind 2020). Solvabiliteit en liquiditeit blijven uitzonderlijk sterk met een gecombineerde common equity tier1-ratio (CET1) op basis van de 'Standardized approach' van 23,8% en een hefboomratio van 13,2%, ruim boven het sectorgemiddelde en de wettelijke vereisten. Niettegenstaande dit conservatief balansbeheer haalde de groep een bovengemiddelde gecombineerde ROE van 14,4%.

Delen Private Bank - Gerenoveerd hoofdkantoor - Antwerpen
Toevertrouwd vermogen
| (€ mio) | 2021 | 2020 | 2019 | (1) AuM JM Finn in £: 11,769 mio (2021), 10,200 mio (2020), 9,740 mio (2019) |
|---|---|---|---|---|
| Toevertrouwd vermogen | (2) Reeds inbegrepen in Delen Private Bank AuM |
|||
| Delen Private Bank (AuM) | 54.346 | 45.116 | 43.566 | |
| waarvan discretionair | 85% | 84% | 83% | |
| Delen Private Bank | 40.340 | 33.771 | 32.118 | |
| Delen Private Bank Nederland | 1.154 | 859 | 629 | |
| JM Finn(1) | 14.006 | 11.345 | 11.448 | |
| Bank Van Breda | ||||
| Buitenbalansproducten | 14.720 | 11.948 | 10.651 | |
| Cliëntendeposito's | 6.368 | 5.907 | 5.416 | |
| AuM bij Delen(2) | -11.502 | -8.873 | -7.761 | |
| Delen en Van Breda gecombineerd (100%) | 63.932 | 54.098 | 51.872 | |
| Bruto inflow AuM | 5.598 | 3.585 | 3.234 | |
Kerncijfers Delen Private Bank en Bank Van Breda gecombineerd (100%)
| (€ mio) | Delen en Van Breda gecombineerd (100%) |
Delen Private Bank | Bank Van Breda |
||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2019 | 2021 | 2020 | 2021 | 2020 | |
| Rentabiliteit | |||||||
| Bankproduct (bruto) | 633 | 534 | 504 | 506 | 412 | 185 | 164 |
| Nettoresultaat | 233 | 180 | 163 | 168 | 131 | 65 | 48 |
| Brutovergoedingen en commmissie-inkomsten als % van bankproduct |
86% | 83% | 82% | 99% | 99% | 54% | 48% |
| Brutovergoedingen en commissie-inkomsten als % van AuM | 1,0% | 0,9% | 0,9% | 1,0% | 1,0% | 0,7% | 0,7% |
| Cost-income ratio | 52% | 54% | 56% | 50%(1) | 54% | 55% | 56% |
| Balans | |||||||
| Totaal eigen vermogen (incl. minderheidsbelangen) | 1.691 | 1.562 | 1.384 | 1.024 | 940 | 678 | 620 |
| Balanstotaal | 10.072 | 9.117 | 8.667 | 2.429 | 2.054 | 7.792 | 7.211 |
| Cliëntendeposito's | 6.368 | 5.907 | 5.416 | - | - | 6.368 | 5.907 |
| Kredieten | 6.458 | 5.885 | 5.656 | 710 | 470 | 5.748 | 5.415 |
| Risicogewogen activa | 5.614 | 5.605 | 5.818 | 1.806 | 1.488 | 3.849 | 4.153 |
| Waardeverminderingen op kredieten(2) | -0,04% | 0,09% | 0,03% | - | - | -0,04% | 0,10% |
| Kernratio's | |||||||
| Rendement op eigen vermogen | 14,4% | 12,2% | 12,1% | 17,0% | 15,0% | 10,0% | 8,1% |
| CET1-ratio | 23,8% | 21,7% | 19,5% | 38,0% | 40,5% | 16,8% | 14,7% |
| Hefboomratio | 13,2% | 13,3% | 12,9% | 30,2% | 32,4% | 8,1% | 8,2% |
| LCR | 208% | 249% | 327% | 495% | 614% | 160% | 171% |
(1) JM Finn: 87,3%
(2) Waarvan ECL (verwachte kredietverliezen - expected credit loss) -0,05% (2021), 0,07% (2020), 0,01% (2019)

René Havaux

Michel Buysschaert

Matthieu Cornette

Alexandre Delen

Katrin Eyckmans

Eric Lechien
Bart Menten

Deelnemingspercentage AvH 79%
Delen Private Bank legt zich toe op het beheer en de planning van het vermogen van voornamelijk particuliere klanten. De groep is uitgegroeid tot een gevestigde waarde in België en heeft een groeiende aanwezigheid in de overige Beneluxlanden en in het Verenigd Koninkrijk (JM Finn).
Na de economische krimp in 2020 volgde een krachtig economisch herstel in 2021. De aandelenbeurzen volgden in het zog van mooie macro-economische cijfers en uitzonderlijk sterke bedrijfswinsten. In deze vruchtbare context slaagde Delen Private Bank erin om het zaadje van vertrouwen, geplant in crisisjaar 2020, tot volle bloei te laten komen. Klanten voelden zich gerustgesteld door de zorgvuldige portefeuillebeslissingen en de heldere proactieve communicatie en werden ambassadeur van de bank. 2021 werd een recordjaar in termen van bruto- en netto-instroom voor België, Nederland en het Verenigd Koninkrijk. De vermogens onder beheer van Groep Delen (geconsolideerd) bereikten een recordniveau van 54.346 miljoen euro op het einde van 2021 (2020: 45.116 miljoen euro).
Bij Delen Private Bank (België, Nederland, Luxemburg, Zwitserland) bedroeg het beheerd vermogen 40.340 miljoen euro op het einde van 2021 (2020: 33.771 miljoen euro). Daarvan is 1.154 miljoen euro afkomstig van het bijkantoor van

Discretionair beheer Bewaring en adviesbeheer
Delen Private Bank in Nederland (2020: 859 miljoen euro).
Deze significante stijging tot ruim 40 miljard was, naast de waardestijging van de onderliggende activa, te verklaren door de netto-instroom die een recordniveau bereikte. Deze instroom van kapitalen - zowel van bestaande als van
nieuwe klanten - betrof bijna uitsluitend discretionair vermogensbeheer. Alle Belgische vestigingen droegen bij tot deze instroom. Door de goede begeleiding van klanten was de uitstroom van kapitalen laag in 2021, wat de strategie valideert om nieuwe kantoren te openen. Ook het versterkte Nederlandse team kon rekenen op een mooie instroom dankzij de volgehouden commerciële inspanningen. Vanaf 2022 zal het Nederlandse bijkantoor onder de naam Delen Private Bank werken, een belangrijke mijlpaal. Onder deze nieuwe naam zal het Nederlandse team de 'Delen-formule' tot verdere wasdom brengen.
Bij de Britse vermogensbeheerder JM Finn (Delen Private Bank 93,4%) bereikte het beheerd vermogen een record van 14.006 miljoen euro (11.769 miljoen Britse pond) per eind 2021 (2020: 11.345 miljoen euro, 10.200 miljoen Britse pond). De stijging was voornamelijk te danken aan het record aan bruto- en netto-instroom van kapitalen en de positieve waardeontwikkeling van de vermogens. Door het sterke pond tegenover de euro (+7%) is het beheerd vermogen uitgedrukt in euro nog verder gestegen.
Het gemiddeld beheerd vermogen van Delen Private Bank lag in 2021 fors boven het gemiddelde van 2020. De beweging van cash naar beheer, ingezet in 2020, hield aan, aangedreven door aanhoudend sterke beursprestaties, consistent aantrekkelijke rendementen van de fondsen en de lage rentes. Dat resulteerde niet alleen in een recordbedrag aan geconsolideerde bruto-instroom van kapitalen, maar ook in hogere brutobedrijfsopbrengsten (506,8 miljoen euro in 2021 tegenover 412,4 miljoen euro in 2020).
De kostendiscipline van Delen Private Bank werd in 2021 verdergezet. Enerzijds hield de coronacrisis de marketinguitgaven, en met name de eventskosten, op een laag niveau. Anderzijds bleef de bank investeren in IT en IT security en werd, uit solidariteit met de slachtoffers van de pandemie en de overstromingen, extra budget vrijgemaakt voor goede doelen. Opvallend is ook de enorme inspanning om extra personeel aan te werven - netto liefst 71 extra mensen op één jaar tijd. Bij JM Finn stegen de kosten als resultaat van hogere kosten voor IT en personeel, ondanks de lagere marketingkosten. Globaal daalde de cost-income ratio verder tot 50,17% (39,91% bij Delen Private Bank, 87,27% bij JM Finn), een uitzonderlijk sterk cijfer in de sector.

Delen Private Bank - Antwerpen Delen Private Bank - Antwerpen
De nettowinst van Groep Delen nam in 2021 toe tot 167,6 miljoen euro (tegenover 131,4 miljoen euro in 2020). De bijdrage van JM Finn tot het nettoresultaat van de groep was 8,1 miljoen euro (in 2020: 7,8 miljoen euro).
Het geconsolideerd eigen vermogen van Groep Delen bedroeg 1.022,5 miljoen euro op 31 december 2021, tegenover 940,3 miljoen euro op 31 december 2020. Het nuttig eigen vermogen van de groep na aftrek van voornamelijk immateriële vaste activa bedroeg 686,7 miljoen euro op het einde van het jaar (eind 2020: 603,4 miljoen euro). Delen Private Bank is ruim gekapitaliseerd en voldoet ruimschoots aan de Basel III-vereisten op het vlak van eigen vermogen. De Core Tier1-kapitaalratio van 38,0% ligt ruim boven het sectorgemiddelde. Groep Delen beschikt over een solide en eenvoudig te begrijpen balans. Het rendement op het (gemiddeld) eigen vermogen bedroeg 17%, een zeer bevredigend cijfer.
Onzekerheid was in 2020 en 2021 de enige zekerheid. Dat stelde de missie van Delen Private Bank, die gemoedsrust nastreeft voor haar klanten, op scherp: het be-
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Brutobedrijfsopbrengsten | 506.760 | 412.422 | 388.642 |
| Nettoresultaat (deel groep) | 167.556 | 131.387 | 118.609 |
| Eigen vermogen (deel groep) |
1.022.453 | 940.277 | 809.625 |
| Toevertrouwd vermogen | 54.345.999 | 45.116.280 | 43.564.970 |
| Cost-income ratio | 50,2% | 53,6% | 55,3% |
| Return on equity | 17,1% | 15,0% | 15,3% |
| CET1-ratio | 38,0% | 40,5% | 36,7% |
| Personeel | 829 | 757 | 718 |
schermen en zorgvuldige beheer van de klantenvermogens. De bank doet hiervoor een beroep op haar fondsenbeheerder Cadelam. Die hield gedisciplineerd vast aan haar investeringsstrategieën op lange termijn: gediversifieerd, duurzaam en thematisch. Dit vertaalde zich in mooie rendementen voor de portefeuilles van de klanten.
De fondsenbeheerders van Cadelam reageerden alert op het sterke economische herstel en de oprukkende inflatie, onder andere door sectorrotatie van groei- naar waardeaandelen en een lichte verlaging van de 'duration' van de obligatieportefeuille.
Op het einde van 2021 werden in België 86% (30.508 miljoen euro) van de toevertrouwde vermogens rechtstreeks discretionair of via de eigen patrimoniale beveks beheerd. Uitgedrukt in aantal rekeningen bedraagt het aandeel discretionaire beheerrekeningen 96%.
Delen Private Bank blijft marktaandeel winnen op de Belgische niche van private banking, mede dankzij de sterke groei van nieuwe particuliere vermogens. De uitbouw van een lokale verankering van de bank werpt zijn vruchten af. Dit moedigt Delen Private Bank aan om verder te investeren in personeel en infrastructuur. In 2021 kondigde Delen Private Bank aan een nieuw kantoor te openen in Zellik (West-Brabant), tegen midden 2022. En op de valreep van 2021 werd in Antwerpen het prachtig gerenoveerde hoofdkantoor in de historische gebouwen op de Jan Van Rijswijcklaan terug in gebruik genomen.
De herenhuizen van nummer 174 tot 192 werden omgevormd tot een harmonieus, comfortabel en modern geheel waar Delen Private Bank haar klanten kan ontvangen in de typisch huiselijke Delen-stijl. Als beschermer van het Belgische erfgoed, schonk de bank ook veel aandacht aan het behoud van de oorspronkelijke ziel en architectuur van het geheel. Uiteraard werd ook gekozen voor groene stroom en moderne energiezuinige en duurzame technologieën.
Naast de fysieke aanwezigheid investeert de bank sterk in haar digitale kanalen. De pandemie heeft de nood en wenselijkheid van een veilige en efficiënte service, waar en wanneer de klant wil, extra in de verf gezet. Delen Private Bank biedt een antwoord op die vraag door de functionaliteiten op haar Delen app en Delen OnLine continu te versterken en vernieuwen. Bovendien biedt de bank via Delen Family Services de klant een dienstverlening aan waarmee hij 24/7 over een totaaloverzicht van zijn vermogen kan beschikken, inclusief een digitaal archief voor zijn belangrijke documenten. Dit vormt de basis voor de analyse van zijn financiële situatie en voor de planning van zijn opgebouwd vermogen.
In Nederland worden de commerciële inspanningen van het goed geïntegreerd en versterkt team eveneens beloond met mooie cijfers. De drempel van 1 miljard euro beheerd vermogen werd overschreden. De strategie in Nederland is volledig gealigneerd met die van Delen Private Bank en omvat ook de Delen Family Services dienstverlening.
Bank Van Breda droeg opnieuw in belangrijke mate bij tot het resultaat en vertegenwoordigde ongeveer 28,5% van het totaal beheerd vermogen. Op 31 december 2021 beheerde Delen Private Bank immers 9.759 miljoen euro voor rekening van klanten aangebracht door het netwerk van Bank Van Breda. Daarnaast verzorgde Delen Private Bank de effectenadministratie van Bank Van Breda (1.743 miljoen euro).
De Britse beurs heeft een sterk jaar achter de rug. De vermogensbeheerders van JM Finn speelden handig in op deze gunstige context. Ze hielden vast aan een sterke geografische diversificatie van hun portefeuille en aan hun keuze voor Britse multinationals, zodat ze minder afhankelijk zijn van de Britse economie.
JM Finn kon zich net als Delen Private Bank in België en Nederland verheugen op een record bruto-instroom aan kapitalen. De verhuis naar een nieuw kantoor in London en het vernieuwd managementteam creëerden een extra positieve dynamiek die resulteerde in een stijgende commerciële inzet.
Sinds de overname van JM Finn in 2011 verhoogde Delen Private Bank haar directe aandeelhouderschap tot 93,4%. Eind 2021 had JM Finn 14.006 miljoen euro (11.769 miljoen Britse pond) aan toevertrouwde activa, waarvan 83% in discretionair beheer. Het niveau van de toevertrouwde activa en de groei in het aandeel discretionair beheer bevestigen dat JM Finn een gezonde onderneming is met groeipotentieel. De positie van JM Finn in de Britse onshorevermogensbeheermarkt, in combinatie met de gedrevenheid en ervaring van Delen Private Bank, moeten JM Finn toelaten om verder te groeien en te evolueren tot een prominente speler op de Britse markt.
De impact van brexit op JM Finn blijft zeer beperkt: JM Finn is een Britse vermogensbeheerder met Britse klanten. De kosten en baten zijn uitgedrukt in Britse ponden.

Het jaar 2022 dient zich aan met enkele vraagtekens. Corona zal ook dit jaar het leven beïnvloeden. Inflatie zal een belangrijk thema blijven. De geopolitieke ontwikkelingen moeten opgevolgd worden waarbij de impact van de crisis in Oekraïne op de financiële markten een bijkomende factor van volatiliteit is.
Naast vermogensbeheer zal Delen Private Bank in 2022 ook haar aanbod rond vermogensplanning blijven verbeteren. Delen Family Services wordt verder versterkt, o.a. via de Delen app.
Om de groei te ondersteunen blijft de bank actief nieuwe medewerkers aanwerven.
Delen Private Bank, in België en Nederland, en JM Finn, zetten zich ook in 2022 verder in om nieuwe kapitalen aan te trekken, met een focus op regio's waar haar naambekendheid in de lift zit. Naast interne groeimogelijkheden bekijkt de groep overname-opportuniteiten indien aantrekkelijke partijen met een aanleunende strategie haar pad kruisen.



Dirk Wouters

Tom Franck

Vic Pourbaix
Marc Wijnants

BANK VAN BREDA
Véronique Léonard
Bank Van Breda is een gespecialiseerde nichebank die zich focust op de begeleiding van ondernemers en vrije beroepen bij de opbouw, het beheer en de bescherming van hun vermogen.
Het coronavirus hield ook in 2021 de wereld in haar greep. Dit had een significante impact op de mondiale en Belgische economie, de onderwijs- en gezondheidssector, ieders privéleven en de professionele activiteit van de klanten van Bank Van Breda. Haar eerste prioriteit ging naar het beschermen, informeren en ondersteunen van collega's en klanten. Dankzij de investeringen in IT en digitalisering van de afgelopen jaren kon de bank haar dienstverlening zonder onderbreking voortzetten, meestal van thuis uit. De bank bleef in nauw contact met haar klanten en slaagde erin om zo persoonlijk mogelijk met hen te blijven communiceren.
Ondanks de aanslepende coronacrisis, kende de economie in 2021 al een sterk economisch herstel. Daarnaast heerste in 2021 een positief beursklimaat. In deze context heeft Bank Van Breda een uitstekend resultaat geboekt van 65,2 miljoen euro, wat neerkomt op een groei van 35% t.o.v. 2020.
Het brutobedrijfsresultaat (bankproduct min bedrijfskosten) steeg met 11,5 miljoen euro (+16%) naar 82,6 miljoen euro dankzij 13% groei in bankproduct en ondanks

een stijging van de bedrijfskosten met 11%. Dit resultaat is het gevolg van zeer sterke commerciële prestaties en groei in commerciële volumes en dit zowel in het doelgroepbankieren voor ondernemers en vrije beroepen als bij Van Breda Car Finance. De provisies voor kredietverliezen zijn positief, nl. +2,2 miljoen euro
door meer terugnames van voorzieningen dan toevoegingen. Hierbij werden, omwille van het bijstellen van de macro-economische vooruitzichten, de COVID-gerelateerde ECL-provisies gedeeltelijk teruggenomen.
De commerciële volumes (totaal belegd door cliënten + kredietverlening) zijn in 2021 gestegen tot 26,8 miljard euro (2020: 23,3 miljard euro).
Het eigen vermogen van de bank groeide aan tot 678 miljoen euro, waarbij een rendement op eigen vermogen (ROE) van 10% werd gerealiseerd.
Het door klanten belegd vermogen steeg met 3,2 miljard euro tot 21,1 miljard euro (2020: 17,9 miljard euro). Hiervan bedroegen de deposito's 6,4 miljard euro (+8%) en de buitenbalansbeleggingen 14,7 miljard euro (+23%). Deze groei van de buitenbalansbeleggingen is te danken aan de positieve beursevolutie en in nog grotere mate aan een sterke netto-instroom van beleggingen dankzij een grotere focus van het commercieel net om Bank Van Breda als vermogenspartner te positioneren. Hierbij steeg het marktaandeel van beide doelgroepklanten, zowel ondernemers als vrije beroepen. De totale kredietportefeuille steeg met 6% tot 5,7 miljard euro.
Het geconsolideerd bankproduct nam met 13% toe tot 184 miljoen euro. Gerealiseerde meerwaarden, opbrengsten uit dividenden en resultaten uit indekkingsinstrumenten bedroegen minder dan 2% van het totale bankproduct dat bijgevolg bijna volledig commercieel gedreven is.
Het renteresultaat steeg licht (+1,2% t.o.v. 2020). Enerzijds realiseerde de bank een mooie volumegroei in kredieten ondanks dalende rentes en hoge competitieve druk op de rentemarge. De fee-inkomsten stegen met 27%, vooral dankzij de sterke groei in buitenbalansbeleggingen van de klanten. Dit is anderzijds dankzij de deelname aan het TLTRO III-programma, een ECB-instrument dat banken stimuleert om krediet te verstrekken aan bedrijven en consumenten en dat de financieringskosten verlaagt.
De kosten zijn toegenomen met 11% tot 101,6 miljoen euro. Naast de toegenomen bankenheffing (+15%), zijn vooral de personeelskosten gestegen (+21%), door een verdere toename van het aantal personeelsleden en van de resultaatsgebonden vergoedingen zoals de aandelenopties voor personeel en bestuurders, de variabele verloning van commerciëlen en winstpremies voor het voltallige personeelsbestand. Deze stijging wordt verklaard door de uitzonderlijke commerciële en financiële prestaties.
Op de vraag "In welke mate zou u Bank Van Breda aanraden bij andere ondernemers of vrije beroepen?" geeft 62,40% van de klanten op een tienpuntenschaal een score van 9 of 10 ('promoters') en 9,83% een score van 6 of minder ('detractors'). De bank behaalde hierdoor een zeer mooie Net Promoter Score (NPS) van +53. Dit is één van de beste cijfers in de Belgische banksector. Behalve een hoge klantentevredenheid geniet Bank Van Breda ook een hoge personeelstevredenheid. Uit de enquête 'Great Place to Work' van november 2021 bleek dat 98% van de medewerkers de bank een heel goede organisatie vindt om voor te werken. Bank Van Breda werd hiermee opnieuw genomineerd als Beste Werkgever en behaalde de eerste plaats als 'Best Workplace' in de ranking van de grote bedrijven met meer dan 500 werknemers.
Over de afgelopen 2 jaren stegen de kosten gemiddeld met 5% per jaar. Dit maakt enigszins abstractie van het coronajaar 2020 waarin de kosten lager waren dan normaal.
Ondanks de stijgende kosten in 2021 maar dankzij de sterkere toename van het bankproduct verbeterde de cost-income ratio van 56% in 2020 naar 55% in 2021. Bank Van Breda behoort hiermee tot de meer performante Belgische banken.
De bank heeft in 2021 geen significante verliezen op specifieke kredietdossiers geboekt. Zo bleven de waardeverminderingen op kredieten (exclusief ECL) in 2021 beperkt tot 0,6 miljoen euro of slechts 0,01% van de gemiddelde kredietportefeuille (t.o.v. 0,02% in 2020).
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Bankproduct | 184.193 | 162.681 | 149.564 |
| Nettoresultaat (deel groep) | 65.178 | 48.295 | 43.362 |
| Eigen vermogen (deel groep) |
678.459 | 620.249 | 573.343 |
| Balanstotaal | 7.791.801 | 7.211.370 | 6.380.896 |
| Totaal belegd door cliënten | 21.087.881 | 17.855.170 | 16.066.871 |
| Kredietportefeuille | 5.748.252 | 5.414.654 | 5.232.650 |
| Waardevermindering op kredieten |
-0,04% | 0,10% | 0,03% |
| Cost-income ratio | 55,1% | 56,3% | 61,3% |
| Return on equity | 10,0% | 8,1% | 7,7% |
| CET1-ratio | 16,8% | 14,7% | 13,1% |
| Solvabiliteitsratio (RAR) | 17,9% | 15,7% | 14,2% |
| Personeel | 518 | 502 | 486 |
Daarnaast heeft de bank de voorziening voor mogelijke toekomstige kredietverliezen (Expected Credit Losses of ECL) verlaagd naar 7,1 miljoen euro, waar deze in 2020 n.a.v. de onzekerheid omtrent de coronacrisis nog verhoogd werd naar 9,9 miljoen euro. Rekening houdend met de (gedeeltelijke) terugname van 2,8 miljoen euro van de provisie voor mogelijke toekomstige kredietverliezen, bedroeg de kredietkostenratio (inclusief ECL) van 2021 -0,04% tegenover 0,10% in 2020. Het minteken impliceert hierbij een positief effect op de resultaten.
Vanuit haar voorzichtige aanpak zorgt de bank steeds voor een voldoende ruime liquiditeitspositie. De Liquidity Coverage Ratio (LCR) en Net Stable Funding Ratio (NSFR) bedragen respectievelijk 160% en 135%, ruim boven de vereiste ondergrens van 100%. De kredietportefeuille wordt volledig gefinancierd met klantendeposito's, zodat de bank niet afhankelijk is van externe financiering op de internationale markten.
Het eigen vermogen (deel van de groep) steeg van 620 miljoen euro naar 678 miljoen euro en draagt bij aan de sterke solvabiliteit, de belangrijkste bescherming van de depositohouders. De common equity ratio (CET1-ratio) bedroeg 16,8% en de solvabiliteit uitgedrukt als eigen vermogen op activa (hefboomratio of leverage ratio) 8,1%, een veelvoud van de wettelijke vereiste 3%.
In 2021 werd de lijn van commerciële groei verder doorgetrokken. In een nog steeds bijzonder coronajaar was er niet alleen een positief beursklimaat maar is ook het totaal toevertrouwd vermogen van ondernemers en vrije beroepen met 3,2 miljard euro gestegen naar 20,7 miljard euro.
In een context van lage rentevergoedingen groeiden de klantendeposito's met 469 miljoen euro (+8%) tot een totaal volume van 6,2 miljard euro.
De buitenbalansbeleggingen stegen met 2,8 miljard euro (+23%) tot 14,6 miljard euro. Hiervan is 11,5 miljard euro toevertrouwd aan Delen Private Bank in de vorm van vermogensbeheer en fondsen.
Ondanks de hevige concurrentie en het aflopen van coronamaatregelen zoals het kapitaaluitstel (uitgestelde aflossingen), groeide het volume kredieten aan ondernemers en vrije beroepen met 297 miljoen euro (+6%) tot een volume van 5,2 miljard euro.
Ook 2021 was nog steeds een uitdagend jaar voor de automobielsector. De gevolgen van de coronacrisis bleven voelbaar door de vertragingen in de levering van nieuwe wagens. Dit liet zich merken in de evolutie van de inschrijvingen van nieuwe wagens op de Belgische markt (11,2% minder personenwagens en 0,3% meer bestelwagens volgens Febiac). Anderzijds groeide de markt van tweedehandswagens aanzienlijk (+7,5% volgens Traxio). Dankzij sterke partnerships kon Van Breda Car Finance soepel inspelen op deze marktevoluties.
Van Breda Car Finance zette in 2021 opnieuw een sterke commerciële prestatie neer dankzij de investering in het opbouwen van intense klantenrelaties en het opstarten van nieuwe partnerships. Zo steeg het productievolume met 17% en groeide de portefeuille met 10% tot 544 miljoen euro.
De blijvende aanwezigheid van het coronavirus maakt dat deze recordresultaten werden neergezet in een nog steeds zeer uitdagende economisch context. De impact van deze gezondheidscrisis alsook de genomen maatregelen van zowel overheden als centrale banken, zullen in de komende jaren blijven zorgen voor veel onzekerheid. Al was er eind 2021 een niet te miskennen opstoot van de inflatie, toch blijft er voorlopig een klimaat van lage rentes.
Ondanks de aanhoudende druk op de rentemarges, de hoge bankenheffingen, de noodzakelijke investeringen in de toekomst en de onzekerheid over mogelijke kredietverliezen als gevolg van de aanhoudende coronacrisis blijft Bank Van Breda zeer goed gewapend voor de toekomst.
• De commerciële slagkracht en positionering moeten het mogelijk maken het toevertrouwd vermogen verder te doen groeien. De impact van deze groei op het operationeel resultaat zal mee afhangen van het renteklimaat, de concurrentiële omgeving en de impact van de geopolitieke spanningen op de financiële markten.

• Bank Van Breda blijft verder investeren in de toekomst. Nieuwe initiatieven op het vlak van digitalisering, waaronder de vermogensapp 'My Plan' voor ondernemers en vrije beroepen zullen een cruciale rol blijven spelen.
Een team van competente medewerkers, tevreden klanten, de reputatie, de positionering, de voortdurende investeringen en de gezonde financiële structuur van de bank vormen een solide basis voor een financieel performante groei op lange termijn.

Bank Van Breda kiest ervoor om haar economisch, sociaal en ecologisch engagement systematisch en expliciet te integreren in haar bedrijfsbeleid. De Strategic Development Goals (SDGs) van de Verenigde Naties zorgen hierbij voor een mondiaal kader. Vanuit haar specialisatie voor ondernemers en vrije beroepen ondersteunt de bank vooral de volgende drie doelstellingen: 'goede gezondheid en welzijn' (SDG 3), 'waardig werk en economische groei' (SDG 8) en 'vrede, veiligheid en sterke publieke diensten' (SDG 16).

Bank Van Breda - Antwerpen
Met de vorming van Nextensa als geïntegreerde vastgoedinvesteerder en -ontwikkelaar werd de basis gelegd voor een verdere optimalisatie van de investeringsportefeuille en projectontwikkelingen. De 1.631 medewerkers van Anima hebben ook in 2021 in moeilijke (corona-)omstandigheden het beste van zichzelf gegeven om hun meer dan 2.100 residenten kwaliteitsvol te blijven verzorgen.
| (€ miljoen) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Nextensa | 38,6 | - | - |
| Leasinvest(1) | - | 3,3 | 15,7 |
| Extensa Group(1) | - | 25,9 | 29,5 |
| Anima | 4,1 | 3,4 | 5,0 |
| Totaal | 42,7 | 32,7 | 50,2 |
(1) Cijfers vanaf 2021 opgenomen in cijfers Nextensa



Nextensa is een gemengde vastgoedinvesteerder en -ontwikkelaar met focus op België, Luxemburg en Oostenrijk. van seniorenhuisvesting en -zorg in België. 59% 93%
ANIMA

Anima focust op het hogere marktsegment


Nextensa profileert zich als een vastgoedinvesteerder en -ontwikkelaar actief in België, Luxemburg en Oostenrijk.
met als vlaggenschip de Gare Maritime, het iconische en één van de meest duurzame gebouwen van Brussel.
Dit had verschillende gevolgen naar de uitbreiding van de 'asset classes' (activaklassen) met de residentiële ont-
wikkelings- en eventactiviteiten en naar een verdere versterking van de positie in Luxemburg. De synergie van beide groepen was ook de aanleiding om het bedrijf in een volledige duurzaamheidstransitie te brengen. 2021 was een jaar van grote veranderingen voor Leasinvest en Extensa. Uit het samengaan van beide bedrijven werd Nextensa gevormd, dat zal bijdragen aan nieuwe stedelijke projecten en de ontwikkeling van kwalitatief vastgoed op grotere schaal, gedreven door een vernieuwende aanpak op het vlak van duurzaamheid.
Deze verandering werkte eveneens door op financieel vlak. De financiering van het oude Leasinvest Real Estate moest helemaal herzien worden, waarbij aan alle banken, obligatiehouders en houders van commercial paper gevraagd werd om in te stemmen met aangepaste financiële convenanten, evenwel zonder aan de commerciële voorwaarden te tornen.
In Luxemburg werd tezelfdertijd het fiscaal transparante SICAV-FIS statuut verlaten en werden de oude structuren die nog bestonden rond de Knauf shoppingcenters hervormd en/of geliquideerd.
In de moeilijke COVID-19 context werd eind november 2021 in de Gare Maritime de Food Court geopend. In de eerste maand na de opening kreeg deze reeds 36.000 bezoekers over de vloer. Ook de bezoekersaantallen van o.a. de Knauf shoppingcenters in Luxemburg en het van Frun Park te Asten kenden sterk stijgende evoluties, zelfs in vergelijking met 2019 (precorona). De evolutie van de coronapandemie lijkt momenteel hoopgevend en zou op korte termijn moeten leiden tot een heropleving van de eventsector. Hierdoor kunnen de troeven van de Tour & Taxis-site ten volle gevaloriseerd worden.

Nextensa zal vastgoed ontwikkelen in de optiek een duurzame portefeuille te behe-
Op 19 juli verliet Leasinvest Real Estate het GVV statuut en ontstond Nextensa uit de business combination met Extensa Group. Nextensa is voortaan een gemengde vastgoedinvesteerder en -ontwikkelaar met focus op België, Luxemburg en Oos-
In het kader van deze transactie heeft AvH 100% van Extensa en Leasinvest Real Estate Management ingebracht bij Leasinvest. Deze inbrengen vertegenwoordigden een gezamenlijke waarde van 293,4 miljoen euro en werden vergoed door de uitgifte van 4.075.458 nieuwe aandelen. Op basis van deze gegevens bezit AvH na de
Sinds de zomer van 2021 behoort de volledige site van Tour & Taxis tot Nextensa,
ren en meerwaarden te realiseren bij de verkoop van projecten.
tenrijk.
transactie 58,5% van het kapitaal.
Nextensa - Cloche d'Or - Luxemburg


Nextensa - Gare Maritime - Food Market - Brussel
Als gevolg van de inbreng in natura van Extensa omvatten de resultaten van Nextensa per 31 december 2021 de som van 12 maanden resultaten van Leasinvest en van de resultaten van de tweede jaarhelft 2021 van Extensa. Deze gewijzigde consolidatiekring bemoeilijkt de vergelijking van de jaarcijfers 2021 met die van het vorige jaar. De nettowinst van de nieuwe groep bedroeg 53,2 miljoen euro per 31 december 2021. De 14,5 miljoen euro bijdrage van Extensa in de eerste jaarhelft 2021 (voor de vorming van Nextensa) is inbegrepen in Nextensa's 38,6 miljoen euro bijdrage voor het volledige jaar 2021.
De vastgoedportefeuille van Nextensa werd gewaardeerd op 1,4 miljard euro per 31 december 2021. Aan de oorspronkelijke portefeuille van Leasinvest Real Estate van ongeveer 1,1 miljard euro, werden de historische panden op de site van Tour & Taxis toegevoegd uit de vroegere Extensa-portefeuille. Deze panden omvatten Gare Maritime, Maison de la Poste, de Sheds, Hôtel des Douanes en de (ondergrondse) parkings op de site. Door deze toevoeging is het aandeel van België in de portefeuille gestegen naar 42%. Luxemburg blijft evenwel de grootste markt met 45% en Oostenrijk vertegenwoordigt 13%. Naar typologie bestaat de portefeuille voor 51% uit kantoren en voor 39% uit retail. De laatste 10% betreft 'overig' vastgoed, zoals parkings en evenementenvastgoed.
In 2021 werd Nextensa in de context van de coronapandemie nog steeds geconfronteerd met tijdelijke winkelsluitingen en verplicht telewerk. Daar waar de pandemie in 2020 nog voor een huuromzetverlies stond van ongeveer 4 miljoen euro, bleef dit effect in 2021 evenwel beperkt tot ongeveer 1 miljoen euro.
De bezettingsgraad is licht gedaald naar 89,1%, voornamelijk omdat het retailgedeelte op de Gare Maritime wegens de coronapandemie nog niet kon worden verhuurd. Door het succes van de Food Market en de aanzienlijk toegenomen bezoekersaantallen op de site is Nextensa hoopvol voor de commercialisatie van de retailunits.
Het rendement op de vastgoedportefeuille bedroeg 5,20% op basis van de reële waarde (5,08% op basis van de investeringswaarde), een daling met een half procent ten opzichte van 2020 en in lijn met de markttendens.
De participatie in Retail Estates, die conform IFRS geboekt wordt als een financieel vast actief maar analytisch beschouwd wordt als een deel van de investeringsportefeuille, werd voor een bedrag van 16,6 miljoen euro geherwaardeerd door de opleving van de beurskoers in 2021. De waarde van de participatie bedroeg eind 2021 96,5 miljoen euro.
Sinds de business combination met Extensa Group, heeft Nextensa voortaan ook voorraden en onderhanden werken in uitvoering. De voorraden, 113 miljoen euro, omvatten vooral de nog braakliggende terreinen op de site van Tour & Taxis die in de toekomst nog zullen ontwikkeld worden (Park Lane fase II en Lake Side), terwijl de onderhanden werken in uitvoering het residentiële ontwikkelingsproject Park Lane fase I betreffen (65,5 miljoen euro).
Het ontwikkelingsproject op Cloche d'Or te Luxemburg wordt volgens de vermogensmutatiemethode opgenomen in de geconsolideerde cijfers, en vertegenwoordigde een waarde van 51 miljoen euro op de balans.
Het eigen vermogen groeide stevig aan omwille van de inbreng in natura van de aandelen van Extensa en Leasinvest Real Estate Management op 19 juli 2021 (+293 miljoen euro).
De financiële schuldgraad, i.e. de financiële schulden gedeeld door het balanstotaal, bedroeg 48,6% (ten opzichte van 54,0% in 2020). De 'loan to value' van de investeringsportefeuille bedraagt nog 55,6%, al wordt verwacht dat deze drastisch zal zakken door de uitvoering van de verkoop van drie gebouwen.
Het kantoorgebouw Monteco (Brussel, Montoyer 14) is een modelvoorbeeld van de duurzaamheidsambities van Nextensa. De bouw in houtstructuur heeft ook Bank Nagelmackers verleid om een huurovereenkomst van 12 jaar vast te ondertekenen. De oplevering van het nieuwe gebouw is voorzien in Q4 2022.
In Antwerpen werd samen met het Deense architectenbureau CF Moller het hoogwaardig gemengd project Hangar 26/27 uitgewerkt, met uitbreiding van de kantoren en retail. Op deze bijzondere en unieke plek in de stad wordt specifieke aandacht besteed aan het harmonieus combineren van de privatieve ruimtes van het project met de publieke ruimte van de kaaien. De laatste huurder heeft per 30 juni 2021 het gelijkvloers verlaten. In september 2021 werd gestart met de renovatie van zowel het gelijkvloers (1.000 m²) als de gevel. Er zijn verregaande gesprekken aan de gang om een vernieuwend food concept te realiseren.
Brouwerij AB InBev en Nextensa hebben de handen in elkaar geslagen voor een gloednieuw food concept. Eind november openden ze een Food Market in Gare Maritime, het bruisende commerciële hart van Tour & Taxis. Vanaf de start heeft dit innovatieve en culinaire concept de harten veroverd van de Brusselse bevolking, met een succesopkomst van meer dan 36.000 bezoekers in de eerste maand. Dit lag ver boven de verwachtingen gelet op de coronapandemie.
Met Unicef werd een 12-jarige huurovereenkomst afgesloten voor 900 m² in het kantoorgedeelte van Gare Maritime. Dit gaat in vanaf 1 april 2022 en beantwoordt perfect aan de duurzaamheidsstrategie van Unicef.
De uitbreiding van het shoppingcenter Knauf Schmiede (ca. 8.500 m²) zal opgeleverd worden in de zomer van 2022. De uitbreiding zal een breder commercieel aanbod omvatten alsook een vernieuwend horecaconcept met een zone voor activiteiten en ontspanning voor families. De nieuwe fase is, op één unit na, zo goed als volledig verhuurd, weliswaar onder de vorm van 'Letters of Intent' (LOI).
In het Knauf shoppingcenter Pommerloch gelegen in het Noorden van het Groothertogdom Luxemburg vlakbij de Belgische grens, zijn de drie verdiepingen van de nieuwe parking operationeel. Een aantal nieuwe huurders, zoals Fressnapf, New Yorker en Foot Locker, hebben onderdak gevonden in Pommerloch, wat bijdroeg om het bezoekersaantal terug naar het niveau van 2019 te tillen.
Het EBBC Business Park, omgedoopt tot 'Moonar', wordt volledig geherpositioneerd en zal een nieuwe kantorencampus worden in Luxemburg. Het wordt een concept met de nadruk op community, groen- en buitenomgeving, verschillende ontmoetingsplaatsen zoals bibliotheken, een koffiebar en terrassen. Het geschatte renovatiebudget bedraagt 34 miljoen euro en de finale oplevering wordt verwacht in de loop van 2023. Een aantal op heden leegstaande oppervlaktes worden niet meer aangeboden op de markt, om zodoende de graduele renovatie te kunnen aanvangen en verderzetten. Ondertussen zijn de eerste onderhandelingen gestart met potentiële huurders.
In februari 2021 werden de resterende semi-industriële panden van het Brixton Business Park verkocht met een winst van ongeveer 3 miljoen euro. Daarnaast werd ook een niet-strategische supermarkt in Diekirch (Luxemburg) verkocht met een winst van ongeveer 1 miljoen euro.
De strategie van Nextensa heeft tot doel om de portefeuille in lijn te brengen met de nieuwe investeringscriteria. In dit kader werden verkoopovereenkomsten met opschortende voorwaarden getekend voor drie gebouwen, namelijk The Crescent (Anderlecht, België), Monnet 4 (Kirchberg, Luxemburg) en Titanium (Cloche d'Or, Luxemburg). De gezamenlijke waarde van deze drie panden bedraagt 140 miljoen euro. The Crescent en Monnet 4 werden inmiddels in februari 2022 verkocht. De verkoop van Titanium is gepland voor het einde van 2022.

| (€ 1.000) | 2021 | 2020(2) |
|---|---|---|
| Huurinkomsten | 65.174(1) | 59.848 |
| Resultaat ontwikkelingsprojecten | 15.373(1) | - |
| Nettoresultaat (deel groep) | 53.244(1) | 7.683 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 779.970 | 487.211 |
| Vastgoedportefeuille (reële waarde) |
1.407.919 | 1.141.190 |
| Huurrendement (%) | 5,20 | 5,63 |
| Bezettingsgraad (%) | 89,1 | 91,6 |
| 'Loan to value' van investeringsportefeuille (%) |
55,6 | 54,3 |
| Financiële schuldgraad (%) | 48,6 | 54,0 |
| Personeel | 48 | 25 |
(1) 2021: 12 maanden Leasinvest Real Estate, 6 maanden Extensa
(2) Nextensa - Hangar 26/27 - Antwerpen Gerapporteerd onder Leasinvest Real Estate
Park Lane fase I is een residentiële ontwikkeling van 319 appartementen, gelegen net naast de Gare Maritime op de site van Tour & Taxis. Deze ontwikkeling is een succes. Eind 2021 waren nog slechts 11 appartementen te koop. De laatste appartementen worden opgeleverd in mei 2022 waardoor de site gradueel meer bewoond wordt.
Voor Park Lane fase II werd de vergunning verkregen in de loop van 2021. Het project zal opgestart worden in april 2022 met de aanleg van de ondergrondse parking die de sokkel vormt voor 346 appartementen, verdeeld over 11 gebouwen. Er is reeds veel interesse van zowel potentiële particuliere bewoners als van investeerders.
De ontwikkelingen in Luxemburg gebeuren allen in joint venture met Promobe, een Luxemburgse ontwikkelaar. Alle projecten bevinden zich op Cloche d'Or, een uitbreiding aan de zuidrand van de stad Luxemburg, die een stadsdeel vormt met kantoren, retail en residentiële projecten. Samen met Promobe is Nextensa enkel actief in de segmenten kantoren en residentieel.
In de loop van de tweede jaarhelft van 2021 werd het project Banca verkocht aan eindgebruiker Banca Intesa Sanpaolo. Het kantoorgebouw (10.000 m²) werd verkocht voor ongeveer 89 miljoen euro. Begin januari 2022 werd het kantoorgebouw Kockelscheuer (4.100 m²) verkocht voor 48 miljoen euro. Het gebouw was volledig voorverhuurd aan Regus.
Momenteel zijn nog twee andere kantoorgebouwen in aanbouw: Darwin I (5.000 m² kantoren) is reeds voor meer dan 90% voorverhuurd en de rest is in optie genomen. Het zal in september 2022 opgeleverd worden. Darwin II (4.700 m² kantoren) is volledig voorverhuurd aan de Luxemburgse staat. Deze huurder heeft eveneens een aankoopoptie gedurende drie jaar vanaf oplevering (maart 2022), waardoor dit gebouw voorlopig in portefeuille blijft.
Gegeven de aanhoudend hoge vraag naar kantoorgebouwen, worden momenteel de nodige voorbereidingen getroffen om twee bijkomende kantoorgebouwen te ontwikkelen van elk 7.000 m². Voor één van beide gebouwen werd reeds een LOI getekend om 40% te huren.
Het residentiële project D-Sud is quasi volledig opgeleverd en volledig verkocht (op de retailunits op het gelijkvloers na). Het betreft hier in totaal 151 appartementen en 11 retailunits. Voor deze laatste werden reeds enkele LOI's getekend ter verhuring.
Het project D-Nord omvat 194 appartementen, waarvan er reeds 176 voorverkocht zijn. De bouwwerkzaamheden zijn volop aan de gang en oplevering wordt verwacht begin 2023.
Aangezien quasi alle appartementen in aanbouw voorverkocht zijn, werd ook de commercialisatie gestart van de volgende residentiële ontwikkeling, nl. het project D5-D10. Dit omvat een 150-tal appartementen, waarvan er reeds een zestigtal op plan verkocht zijn. Eind 2021 werd de aankoopoptie op de grond gelicht en werd de financiering getekend, waardoor de werken in de lente van 2022 van start kunnen gaan. Vanaf de tweede jaarhelft 2022 zal dit project zodoende ook bijdragen aan de resultaten van Nextensa.
Daarenboven worden ook de voorbereidingen getroffen voor de commercialisatie van het laatste residentiële project op îlot D, nl. D-Tours. Dit project bestaat uit drie woontorens, die samen 350 appartementen zullen omvatten op een oppervlakte van 33.000 m². De commercialisatie wordt verwacht te starten in de tweede jaarhelft van 2022.
Door het optimaliseren van een duurzame investeringsportefeuille gecombineerd met de geplande projectontwikkelingen op Cloche d'Or en Tour & Taxis, heeft Nextensa zicht op jaarlijks recurrente winsten, waarbij een groei van het dividend beoogd wordt van gemiddeld 5 à 10% per jaar. Het verdere verkoopsprogramma zal daarnaast uitzonderlijke meerwaarden opleveren, maar ook de schuldgraad op de investeringsportefeuille drastisch doen verminderen.
Nextensa wil zich profileren als een duurzame ontwikkelaar/investeerder die projecten ambieert die een maatschappelijke meerwaarde bieden in een stedelijke context. Door de ontstane synergie beheerst Nextensa de volledige cyclus van een vastgoedproject, gaande van de aankoop van een grondpositie tot het beheren van het actief. Dit betekent dat projecten zoals Lake Side (Tour & Taxis - 130.000 m²) zullen worden uitgevoerd met de grootste aandacht voor CO2 -neutraliteit, energiebeheersing, een weloverwogen keuze van materialen en gebruikmakend van de meest hoogtechnologische middelen die beschikbaar zijn.
'Places you prefer' wordt het verdere mantra van Nextensa waar de gebruikers zullen wonen, werken, shoppen en zich ontspannen in een ecologisch verantwoorde omgeving.


Johan Crijns
Luc Devolder

Olivier Fassin

Frank Foucart

Eric Maes
Erwin Lips

Ingrid Van de Maele
Jeroen Versnick

Anima legt zich toe op de zorg- en gezondheidssector in België en focust op het hogere marktsegment van de seniorenhuisvesting en -zorg. In residentiële ouderenzorg investeert Anima zowel in de uitbating als in het vastgoed.
Anima heeft 2.567 bedden in exploitatie per 31 december 2021, waarvan 2.178 rusthuisbedden, 130 bedden herstelverblijf en 259 assistentiewoningen, verspreid over 24 zorgcentra (9 in Vlaanderen, 7 in Brussel, 8 in Wallonië).
De resultaten van Anima werden ook in 2021 nog beïnvloed door de coronacrisis. De bezetting bereikte in het tweede kwartaal, tijdens de derde coronabesmettingsgolf, een dieptepunt. Dankzij vaccinaties kon de impact van het virus worden ingeperkt en de normale werking in de zorgcentra grotendeels worden hernomen. Dit vertaalde zich vanaf de zomer van 2021 in stijgende bezettingscijfers in alle zorgcentra.
Anima realiseerde in 2021 een omzet van 99,2 miljoen euro (95,8 miljoen euro in 2020). De stijging is voornamelijk te danken aan de toegenomen bezetting in de nieuwbouwsites Nuance (Vorst) en Kristallijn (Bilzen) en aan de bijdrage van de recente acquisities Les Trois Arbres (Mellet), dat in 2020 enkel in het tweede semester bijdroeg tot de geconsolideerde resultaten, en Saint-Vincent, dat in het laatste kwartaal van 2021 werd overgenomen. Anima is blijven inzetten op kwaliteit, door te investeren in de versterking van haar teams. Tijdens de coronacrisis werden
extra mensen en middelen ingezet om de lokale teams en de bewoners maximaal te ondersteunen en te beschermen. Dankzij het terug aantrekken van de bezettingsgraden en de ondersteuning van de overheid voor de extra kosten om het coronavirus te beteugelen realiseerde Anima in 2021 een EBITDA van 21,4
miljoeneuro (20,7 miljoen euro in 2020) en een nettowinst van 4,4 miljoen euro (3,7 miljoen euro in 2020).
In 2021 investeerde Anima 13,5 miljoen euro, waarvan het merendeel in haar nieuwbouwprojecten. Deze investeringen vertaalden zich in een stijging van de netto financiële schulden (incl. IFRS 16 Leases) van 151,4 miljoen euro per 31 december 2020 naar 157,1 miljoen euro per 31 december 2021 en van het balanstotaal van 264,3 miljoen euro tot 279,5 miljoen euro.
De focus lag ook in 2021 vooral op het beteugelen van de coronacrisis. In het voorjaar zette de derde coronagolf de zorgcentra opnieuw onder druk. Vanaf de zomermaanden kon het normale leven in de zorgcentra, weliswaar nog steeds met inachtname van een aantal coronamaatregelen, grotendeels worden hervat. Dankzij de vaccinaties vielen er in 2021 gelukkig geen massale coronaoverlijdens meer te betreuren.
Anima heeft tijdens de crisis alles in het werk gesteld om de kwaliteit van de dienstverlening te blijven garanderen.


Anima - Alegria - Anderlecht Anima - Kristallijn - Bilzen
Ook tijdens de coronacrisis is Anima blijven investeren in de ontwikkeling van de groep:
Nu de coronacrisis beter onder controle is, verwacht Anima dat de operationele activiteiten zich verder zullen herstellen tot het niveau van voor de crisis en dat vooral de 4 nieuwbouwsites die eind 2019 en begin 2020 in gebruik werden genomen zich verder zullen ontwikkelen tot het beoogde bezettingsniveau.
In de woonzorgcentra De Toekomst en Ravelijn zullen de bedden herstelverblijf, in lijn met wat hiervoor is voorzien in de erkenningskalender, in de loop van het tweede trimester van 2022 worden omgezet naar rusthuisbedden.
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Omzet | 99.193 | 95.819 | 89.276 |
| EBITDA | 21.350 | 20.739 | 19.459 |
| EBIT | 9.773 | 9.474 | 10.579 |
| Nettoresultaat (deel groep) | 4.416 | 3.711 | 5.382 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 73.398 | 68.699 | 64.981 |
| Netto financiële positie | -157.140 | -151.448 | -140.337 |
| Balanstotaal | 279.482 | 264.347 | 244.723 |
| Personeel | 1.631 | 1.553 | 1.511 |
In het tweede kwartaal van 2022 zal de nieuwbouwsite Tour & Taxis te Brussel met een capaciteit van 196 bedden in gebruik worden genomen. De site Parc de l'Alliance te Braine-l'Alleud zal na de zomer van 2022 worden opgeleverd.
De werken voor de nieuwbouw in Oudenaarde (64 rusthuisbedden en 22 assistentiewoningen) zullen in 2022 worden aangevat. Ook de bouw van een nieuw zorgcentrum in Putte (98 rusthuisbedden en 16 assistentiewoningen) is in volle voorbereiding.

• Bewoners gelukkig maken, hen met goede zorgen omringen en hen een warme thuis bieden, dat is de missie van Anima. Anima omringt zich met medewerkers die elke dag het beste van zichzelf geven om deze missie waar te maken. Ook in 2022 zal Anima blijven focussen op het verder verbeteren van de kwaliteit van haar dienstverlening. Op basis van kwaliteitsmetingen en enquêtes worden concrete actieplannen opgesteld en wordt gewerkt aan de verbetering en ontwikkeling van een kwaliteitsvolle en professionele groep.

Excellente productieresultaten bij SIPEF en Sagar Cements vertaalden zich in combinatie met goede prijsniveaus eveneens in een recordbijdrage van Energy & Resources.
| (€ miljoen) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| SIPEF | 27,7 | 4,3 | -2,3 |
| Verdant Bioscience | -0,9 | -0,6 | - |
| Sagar Cements | 3,2 | 3,1 | 0,8 |
| Totaal | 30,0 | 6,8 | -1,5 |



SIPEF produceert gecertificeerde, duurzame tropische landbouwgrondstoffen, voornamelijk palmolie.

Biotechonderneming Verdant Bioscience ontwikkelt F1 hybride oliepalmzaden (Singapore/Indonesië). 35% 42% 22%

Sagar Cements, met hoofdkwartier in Hyderabad (India), is een beursgenoteerde producent van cement.

François Van Hoydonck

Charles De Wulf


Thomas Hildenbrand

Kessels
Petra
Meekers
Johan Nelis


Deelnemingspercentage AvH
SIPEF richt zich op gecertificeerde duurzame productie van tropische landbouwproducten, voornamelijk palmolie.
De beursgenoteerde agro-industriële groep SIPEF produceert duurzame, gecertificeerde tropische landbouwgrondstoffen, meer bepaald ruwe palmolie en palmproducten in Indonesië en in Papoea-Nieuw Guinea (PNG) en bananen in Invoorkust. Deze arbeidsintensieve activiteiten worden gekenmerkt door een brede betrokkenheid van verschillende stakeholders, wat deze langetermijninvesteringen op duurzame wijze ondersteunt.
SIPEF is ervan overtuigd dat palmolie, als meest productieve en efficiënte plantaardige olie, een onmisbaar deel uitmaakt van een gebalanceerde voedselvoorziening van een steeds groeiende en rijkere wereldbevolking. SIPEF stelt zich als doel om een betrouwbare partner te zijn voor haar klanten, leveranciers, werknemers en andere belanghebbenden bij de productie en verkoop van duurzame palmproducten.
De focus van SIPEF als tropische landbouwonderneming ligt op de productie en verkoop van palmproducten: ruwe palmolie, palmpitolie en palmpitten. Dit blijft SIPEF doen in het kader van gecertificeerde goederenstromen, in overeenstemming met de voorschriften van de RSPO en de 'International Sustainability and Carbon Certification' (ISCC), respectievelijk voor gebruik in de voedingssector en voor de productie van groene energie. Gelijkaardige normen worden ook gerespecteerd voor de productie van bananen, die eveneens wordt gecertificeerd, met volledige traceerbaarheid van het product, dat de mens en de natuur respecteert.
In de voorbije jaren heeft SIPEF met haar eigen 'Sustainable Plantation Policy', die voortdurend wordt aangescherpt, een belangrijke stap voorwaarts gezet in de 'No Deforestation, No Peat, No Exploitation' beweging. Dit om te garanderen dat de palmolie die SIPEF op de markt brengt niet alleen gecertificeerd is, maar ook naar expansie toe geen schade heeft berokkend aan mens noch omgeving.
SIPEF realiseerde een recordjaar in 2021, zowel op het vlak van productie als van resultaat.
De totale groepsproductie van RSPO-conforme, gecertificeerde 'segregated' duurzame palmolie steeg met 16,7% tot 384.178 ton, tegenover 329.284 ton in 2020. Deze stijging was het resultaat van zeer gunstige weersomstandigheden, die bevorderlijk waren voor de palmgroei en vruchtontwikkeling van alle palmolieactiviteiten in Indonesië en in Papoea-Nieuw-Guinea en van het voorspoedig herstel van de arealen in PNG die door vulkaanuitbarstingen waren beschadigd in 2019. Het goede klimaat heeft ook geleid tot hogere olie-extractieratio's, die gemiddeld 24,0% bedroegen, wat 0,6% hoger is dan in 2020. Dit is opnieuw een record voor de palmoliefabrieken van de SIPEF-groep.
De palmoliemarkt kende het hele jaar door een gestage prijsstijging. De gemiddelde wereldmarktprijs voor ruwe palmolie (CPO) bedroeg in 2021 1.195 USD per ton CIF Rotterdam, tegenover 715 USD in 2020. De combinatie van de grotere productievolumes en een hogere
wereldmarktprijs voor CPO leidden tot een stijging van de omzet van palmolie met 60,9%. De omzet van de bananenteelt steeg (in USD) met 6,1% door een stijging van de verkochte volumes. De rubber- en theeomzet daalden als gevolg van lagere producties en het wegvallen van de rechtstreekse verkopen door PT Melania, dat in 2021 verkocht werd. De totale omzet steeg met 51,8% tot 416 miljoen USD (2020: 274 miljoen USD).
In Indonesië nam de exportheffing en -taks aanzienlijk toe. Voor het volledige jaar 2021 wordt de totale impact van de exportheffing en -taks op ongeveer 349 USD per ton geschat, tegenover 74 USD per ton in 2020.
Op 30 april 2021 werd een overeenkomst getekend met Shamrock Group met betrekking tot de voorwaardelijke verkoop van PT Melania voor 36 miljoen USD. PT Melania (SIPEF 95%) stond in voor ongeveer de helft van de rubberactiviteiten van SIPEF en voor de volledige theeactiviteiten in Java. In het tweede kwartaal van 2021 werd 40% van de aandelen verkocht voor 19 miljoen USD. De tweede tranche van 60% van de aandelen (waarvan 55% in het bezit van SIPEF) zal uiterlijk in 2024 worden overgedragen voor 17 miljoen USD, zodra SIPEF aan een aantal voorwaarden zal hebben voldaan. Op deze verrichting werd een totale meerwaarde van 11,6 miljoen USD (deel groep 11,0 miljoen USD) gerealiseerd.
Het recurrente nettoresultaat (deel groep) bedroeg 82,7 miljoen USD, hetzij bijna 6 keer hoger dan het resultaat van 14,1 miljoen USD in 2020. Inclusief de meerwaarde op de verkoop van PT Melania bedroeg het recordresultaat 93,7 miljoen USD.
Dankzij de positieve vrije kasstromen, daalde de netto financiële schuld met meer dan twee derde tot een niveau beneden 50 miljoen USD.
Productie (Ton)(1)

(1) Eigen + uitbesteed


SIPEF - Lossen van kooien van gesteriliseerde trossen in dorsstation
SIPEF
De palmolieproductie in de eigen plantages kende in het vierde kwartaal een wat tragere groei, omdat een grillig neerslagpatroon de oogsten en het transport bemoeilijkte. Daarnaast was er vooral de reeds aangekondigde, beperktere vruchtontwikkeling met lagere trosgewichten die zich in het vierde kwartaal effectief heeft doorgezet in de meeste van de mature plantages in Noord-Sumatra (-1,4%) en in Bengkulu (-0,2%). Enkel in de UMW/TUM-plantages met organische grondsoort werd, door een gecontroleerd waterbeheer, de groei ook in het laatste kwartaal verdergezet (+5,6% tegenover dezelfde periode van vorig jaar). Op jaarbasis steeg de gezamenlijke palmolieproductie in de mature plantages van Noord-Sumatra en Bengkulu met 6,6% tegenover 2020.
In Zuid-Sumatra zijn er ondertussen 10.195 hectare met jong-mature aanplanten die geoogst worden. Deze zijn verspreid over 8.748 hectare nieuwe plantages in Musi Rawas en 1.447 herplante hectare in Dendymarker. De Dendymarker-fabriek (in uitbreiding) zette de geoogste vruchten om in 24.540 ton palmolie en overtrof hiermee het volume van vorig jaar met 39,9%.
| (USD 1.000) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Omzet | 416.053 | 274.027 | 248.310 |
| EBITDA | 188.031(1) | 73.682 | 47.225 |
| EBIT | 139.416(1) | 30.778 | 4.940 |
| Nettoresultaat (deel groep) | 93.749(1) | 14.122 | -8.004 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 727.329 | 638.688 | 628.686 |
| Netto financiële positie | -49.192 | -151.165 | -164.623 |
| Balanstotaal | 991.765 | 946.641 | 943.125 |
(1) Inclusief meerwaarde op PT Melania: 11,6 miljoen USD (deel groep 11,0 miljoen USD)
In 2021 bedroeg de jaarlijkse groei van de palmolievolumes afkomstig van de eigen plantages 41,9%. Nochtans was er een lichte afzwakking van het groeipercentage tot 28,0% in het vierde kwartaal. Deze uitzonderlijke volumegroei was vooral te danken aan de gunstige agronomische effecten van een gematigde neerslag. Het neerslagniveau was immers een derde lager dan het gemiddelde van de laatste 5 jaar. Daarnaast was er ook het onverwacht snel herstel van de productie in Papoea-Nieuw-Guinea op de percelen die aangetast werden door de asregens van de vulkaanuitbarstingen in 2019.
De productie van palmolie afkomstig van de oogsten van lokale boeren, waarvan de palmen minder waren aangetast door de asregens, steeg met 14,1% op jaarbasis. Deze groei was vooral toe te schrijven aan de groeibevorderende neerslag. Verder werd het oogsten door lokale boeren ook aangemoedigd door de hoge wereldmarktprijzen voor de geleverde vruchten. De olie-extractieratio's (OER) van de drie extractiefabrieken in Papoea-Nieuw-Guinea bereikten een recordjaargemiddelde van 25,6%, tegenover 24,6% in 2020.
Na een productievertraging in het derde kwartaal kenden de geëxporteerde bananenvolumes vanuit Ivoorkust de verwachte sterke groei in het vierde kwartaal (+10,8%). Hierdoor steeg de jaarproductie, op basis van een identieke oppervlakte, opnieuw met 3,3% tegenover 2020. De winstgevendheid van de bananen- en horticultuuractiviteiten werd bevestigd met een brutomarge van 3,8 miljoen USD.
SIPEF investeerde in totaal 68,7 miljoen USD, voornamelijk in de uitbreiding in Zuid-Sumatra in Indonesië. De gecultiveerde gebieden in Musi Rawas groeiden, in overeenstemming met RSPO-procedures, met 956 hectare tot een totale oppervlakte van 14.970 hectare. Er werd ook 2.630 hectare herbeplant in de nabijgelegen Dendymarker-plantage. Door COVID-19 gerelateerde logistieke en operationele belemmeringen bleven de totale investeringen nochtans beneden verwachting.
Door deze recente verwezenlijkingen is in de SIPEF-groep per eind 2021 een totaal van 76.691 hectare beplant met oliepalmen en bedraagt de 'supply base' bijna 100.000 hectare, voor levering in 9 palmolieverwerkingsfabrieken in Indonesië en Papoea-Nieuw-Guinea.
In 2021 werd het bananenareaal in Ivoorkust uitgebreid met een nieuwe plantage, waarvan 28 hectare reeds werd aangeplant in het vierde kwartaal. De jaarproductie zou dan ook in 2022 toenemen met 18%, vooral ten gevolge van nieuwe oogsten in de tweede jaarhelft.
In 2022 zou het jaarvolume van geproduceerde palmolie voor het eerst in de SIPEF-geschiedenis de kaap van 400.000 ton kunnen overschrijden, maar de verwachte stijging zal eerder beperkt blijven tot ongeveer 4%. Rekening houdend met de uitzonderlijke sterke groei van 16,7% in 2021, zal SIPEF niettemin een jaarlijkse gemiddelde groei van 10%, zoals voorzien in het meerjarenplan, over de twee laatste jaren kunnen optekenen.
Al bij al blijft de plantaardige oliemarkt op bijna alle fronten in een zeer nauw evenwicht tussen vraag en aanbod en op langere termijn zouden de hoge prijzen dus kunnen aanhouden. Enkel een negatieve macro-omgeving of beslissingen vanwege een overheid zouden deze vooruitzichten kunnen veranderen.
Dankzij de combinatie van stijgende jaarproductievolumes en een aanhoudend sterke palmoliemarkt verwacht SIPEF ook in 2022 zeer bevredigende recurrente resultaten.





Verdant Bioscience (VBS) is een biotechonderneming die in 2013 werd opgericht met als voornaamste doelstelling het ontwikkelen van hoogrenderende F1-hybride oliepalmzaden.
Van hoogrenderende F1-hybride oliepalmen wordt een aanzienlijk potentieel inza- opbrengst per hectare te verhogen en op innovatieve wijze de bodem te verrijken. ke rendements- en productiviteitsverbetering in de wereldwijde palmoliesector verwacht. Een verhoging van het rendement per oppervlakte-eenheid wordt aanzien als de enige reële oplossing voor de toenemende wereldvraag naar plantaardige olie zonder toename van het geplante areaal. Dit zou het risico van verder verlies van regenwoud en biologische diversiteit kunnen wegnemen. Een dergelijke opbrengstverhoging zou uniek zijn voor een gewas zoals oliepalm.
VBS is de eerste Indonesische zaadproducent die semi-gekloonde zaden op de markt brengt, op basis van klonen die via een weefselkweekproces zijn geproduceerd als vrouwelijke zaaipalmen. Via deze productie van semi-gekloonde zaden kan VBS in commerciële hoeveelheden geselecteerde elitekruisingen, onder de merknaam Verdant Select, produceren. Deze zijn grondig getest, zowel in Papoea-Nieuw-Guinea als in Indonesië.
Naast de semi-gekloonde zaden, richt VBS zich op een specifiek F1-hybride-programma. Ondanks de uitdagingen van het werken tijdens een pandemie heeft het F1-hybride-programma goede vooruitgang geboekt. Kandidaat F1-hybride-kruisingen, die in de kwekerij getest zijn, werden in het veld uitgeplant in 2021. Ook de volgende jaren worden testen van nieuwe F1-hybride-kruisingen voortgezet met moederplanten van verschillende genetische achtergronden. VBS ligt op schema om in 2028 de eerste volledig geteste F1-hybride oliepalmzaden te commercialiseren.
In afwachting van deze nieuwe producten leverde de beperkte zaadhandel en plantage-activiteit een verlies van 2,5 miljoen USD.
| (USD 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Omzet | 3.319 | 2.880 |
| EBITDA | -1.754 | -2.086 |
| EBIT | -2.412 | -2.777 |
| Nettoresultaat (deel groep) | -2.514 | -2.645 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 11.191 | 13.704 |
| Netto financiële positie | -19.077 | -17.316 |
| Balanstotaal | 33.665 | 33.451 |
| Personeel | 617 | 349 |
VBS werkt samen met o.a. SIPEF om commerciële variëteiten van kandidaatoliepalmen te testen op haar plantages op Sumatra. De agronomen en medewerkers voor de gewasbescherming van VBS geven ook aanbevelingen om het potentieel van de bestaande plantages te verwezenlijken, voornamelijk door de

Verdant Bioscience



Deelnemingspercentage AvH
Prasad Kolluru
Sreekanth Reddy
Sagar Cements is een beursgenoteerde producent van cement met hoofdkantoor in Hyderabad (India). De fabrieken in de staten Telangana en Andhra Pradesh (zuidelijk India), Madhya Pradesh (centraal India) en Orissa (oostelijk India) hebben een totale capaciteit van 8,25 miljoen ton cement per jaar.
Zoals de meeste economieën, werd India in 2021 nog steeds geconfronteerd met de uitdagingen van de pandemie, ook al was de economische schok er zwakker dan in 2020. De tweede besmettingsgolf piekte in mei 2021 en in de tweede helft van het jaar versnelde het herstel. Verstoringen van de toeleveringsketen en hogere grondstoffenprijzen dreven de inflatie op, zodat de cementfabrikanten van het land, met inbegrip van Sagar, de kosten van hun grondstoffen sterk zagen stijgen. Meer algemeen voorspelt de OESO een groei van het Indiase BBP met 9,4% in 2021 en 8,1% in 2022. De cementindustrie verwacht baat te zullen hebben bij het initiatief van de regering om de kapitaalinvesteringen in 2022-2023 met 35% te verhogen, met een focus op de verbetering van de infrastructuur en betaalbare huisvesting.

Sagar Cements
| 2021 | 2020 | 2019 | ||
|---|---|---|---|---|
| € 1.000 | INR (mio) | INR (mio) | INR (mio) | |
| Omzet | 172.203 | 15.128 | 12.572 | 12.374 |
| EBITDA | 37.496 | 3.294 | 3.492 | 2.052 |
| EBIT | 28.250 | 2.482 | 2.673 | 1.303 |
| Nettoresultaat (deel groep) |
14.545 | 1.278 | 1.374 | 441 |
| Eigen vermogen (deel groep) |
150.795 | 12.765 | 12.128 | 9.480 |
| Netto financiële positie | -115.170 | -9.749 | -5.693 | -4.683 |
| Balanstotaal | 385.175 | 32.605 | 23.032 | 18.711 |
| Personeel | 914 | 731 | 738 |
Ondanks de pandemie en de snel stijgende energieprijzen boekte Sagar in 2021 een mooie groei, met een omzetstijging met 21% naar 15,1 miljard INR (172 miljoen euro). De EBITDA daalde in die periode evenwel met 6% naar 3,3 miljard INR (37 miljoen euro). Deze terugval was het gevolg van de veel duurdere geïmporteerde brandstoffen (petro-
leumcoke, steenkool) en van de zwakke vraag tijdens het zware moessonseizoen. Deze twee factoren maakten de gunstige prijsomgeving en de inspanningen voor kostenbeheersing, zoals de verbetering van de energie-efficiëntie en het toegenomen gebruik van alternatieve brandstoffen, ongedaan.
Eind 2021 voltooide Sagar haar expansieprojecten in Madhya Pradesh (1 miljoen ton capaciteit) en Orissa (1,5 miljoen ton capaciteit), zodat de totale cementcapaciteit 8,25 miljoen ton bereikte. Dit past in de strategie van Sagar Cements, gericht op een capaciteitsuitbreiding naar 10 miljoen ton tegen 2025 en een verdere expansie van haar marktbereik in aantrekkelijke regio's.


Ook nagenoeg alle Growth Capital-deelnemingen hebben afgetekend betere resultaten gerealiseerd, met positieve uitschieters bij Mediahuis, Manuchar, Turbo's Hoet Groep en OMP. Dankzij de beursintroductie van Biotalys en een succesvolle nieuwe kapitaalronde bij Medikabazaar (India) worden ook de eerste resultaten erkend op een reeks investeringen die de afgelopen jaren in jonge, beloftevolle ondernemingen zijn gebeurd.
| (€ miljoen) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Bijdrage van de deelnemingen |
71,3 | 12,7 | 17,6 |
| Bijdrage | 53,2 | ||
| Fair value | 18,1 | ||
| AvH & subholdings | -18,1 | -13,5 | -3,5 |
| Netto meer/minder waarden |
-1,2 | 3,1 | 112,9 |
| Totaal | 52,0 | 2,3 | 127,0 |



AvH stelt risicokapitaal ter beschikking aan een beperkt aantal bedrijven met internationaal en duurzaam groeipotentieel. De investeringshorizon is gemiddeld langer dan die van typische 'private equity'-verschaffers. Het gediversifieerd karakter van deze investeringen en de gezonde balansstructuren die hierbij gehanteerd worden, zorgen voor een spreiding van de economische en financiële risico's.
Een selectief investeringsbeleid houdt rekening met een aantal globale trends, een duurzaam groeipotentieel en realistische businessplannen op lange termijn, met aandacht voor de kwaliteit van het managementteam, talentontwikkeling, operationele verbeteringen, innovatie en ESG-aspecten. Een beperkt aantal participaties stelt het AvH-team in staat diepgaande inzichten op te bouwen om met kennis van zaken de strategie mee vorm te geven.
Ondanks de veelvuldige lockdowns ten gevolge van COVID-19, met implicaties op diverse vlakken, bewees het AvH-model eens te meer haar sterkte. De focus op sterke bedrijfsculturen met aandacht voor het welzijn van de medewerkers en partijen waarmee samengewerkt wordt, weerspiegelden zich in de veerkracht en de bedrijfsresultaten van de participaties.
De financiële markten vielen begin 2021 sterk terug, maar veerden vervolgens sterk op, gedreven door sectoren waar (digitale) vernieuwing een grote rol speelt. De markt van 'Venture Capital' kende, nu ook in Europa, een spectaculaire groei met de klemtoon op hoogtechnologische bedrijven of de gezondheidszorg. Het goedkope geld en de omvangrijke kapitalen op zoek naar rendement leverden een recordjaar op in de M&A-markten, zowel in de 'private equity'-sfeer als op de beurzen. De sterk gestegen waarderingen noopten nog steeds tot selectiviteit.
Duurzaamheid krijgt meer aandacht, waardoor de aanpak van AvH gesmaakt wordt. Vele managementteams zien het nut in van sterke aandeelhouders, die naast een financiële inbreng een waardengedreven aanpak, actieve steun en netwerken aanbieden met een langetermijnperspectief. De interactie tussen investeringsteams en raden van bestuur, die een klankbord bieden aan managementteams, is een succesfactor waar AvH blijft op inzetten.
AvH bestudeerde heel wat dossiers en heeft een actief investeringsjaar achter de rug, met een mix van nieuwe en vervolginvesteringen. De hoge verwachtingen van verkopers leidden er evenwel toe dat AvH een aantal keren besloot projecten niet verder te bestuderen, ondanks de verdiensten van de dossiers. Er werd (verder) geïnvesteerd in 'venture capital'-bedrijven, waaronder Biotalys, en in de snelgroeiende sector van (digitale) gezondheidszorg in India (Medikabazaar). Daarnaast wordt ook via fondsen geïnvesteerd in snelgroeiende sectoren in Azië, zoals HealthQuad II en Venturi, waar AvH de rol van ankerinvesteerder opneemt. In juni werd een 22%-participatie genomen in Van Moer Logistics, dat inzet op duurzame logistiek.

(2) Incl. participaties via HealthQuad Fund I + II (3) Fully diluted
(1) Incl. participatie via AXE Investments

Na de behoorlijke resultaten in 2020 presteerden de deelnemingen sterk in 2021, ondanks de lockdowns of de verstoorde aanvoerketens. Hierdoor steeg de bijdrage van Growth Capital aan de resultaten van AvH sterk. Dit wordt onder meer verklaard door recordresultaten bij een vijftal participaties. In 2021 was er ook geen enkele belangrijk verlieslatende participatie.
Mediahuis zette in een moeilijke sector een recordresultaat neer, bij een sterk gestegen omzet. Een aantal eenmalige meevallers compenseerden eenmalige kosten ten gevolge van herstructureringen of acquisities. Via Mediahuis Ventures wordt ook gewerkt aan een verbreding van de activiteiten op langere termijn. Het goede beheer van de aanvoerketens had per saldo een sterk positief effect bij Manuchar en Turbo's Hoet Groep, terwijl OMP recordresultaten neerzette door een sterke vraag naar haar diensten. Het mooie resultaat van Agidens dankzij de 'Life Sciences'-activiteiten werd tevens gekenmerkt door een belangrijke meerwaarde op de verkoop van de infrastructuuractiviteiten. EMG herstelde fors onder leiding van een vernieuwd managementteam. Van Moer haalde een behoorlijk resultaat ondanks de stijging van de brandstofkosten en de schaarste aan chauffeurs. Biolectric kon in een doorgroeifase het verlies verder beperken, waarbij het gehinderd wordt door de steeds strengere vereisten inzake vergunningen voor investeringen bij de eindklanten. Medikabazaar blijft succesvol groeien, en HealthQuad kon zijn eerste
desinvesteringen succesvol afronden. Biotalys ging succesvol naar de beurs, en blijft net zoals Indigo, MRM Health en OncoDNA verder investeren in de ontwikkeling van haar producten.
AvH heeft de afgelopen jaren geïnvesteerd in een reeks jonge, beloftevolle bedrijven, hetzij rechtstreeks dan wel via gespecialiseerde investeringsfondsen. Naarmate deze succesvol zijn en volgende kapitaaloperaties plaatsvinden, kan dit aanleiding geven tot het uitdrukken van een herwaardering op basis van de reële waarde. Dit was in het tweede semester het geval als gevolg van de succesvolle beursintroductie van Biotalys en van een nieuwe kapitaalronde bij Medikabazaar.
De achteruitgang van de resultaatsbijdrage van 'AvH & subholdings' is hoofdzakelijk te wijten aan de aanpassing aan de reële waarde van overige niet-geconsolideerde investeringen en van de beleggingsportefeuille, die samen ongeveer 4 miljoen euro negatief uitvielen. De verkoop van enkele kleine deelnemingen leidde per saldo tot een beperkte minderwaarde van 1,2 miljoen euro.


Agidens levert als onafhankelijke systeemintegrator advies, engineering en geautomatiseerde oplossingen voor industriële processen. De groep telt ongeveer 500 medewerkers verspreid over België, Nederland, Frankrijk, Zwitserland en de VS.
Oil & Gas kende uitdagende marktdynamieken voor 'tank terminals', met stijgende olie- en grondstofprijzen die een negatieve impact hadden op investeringsbeslissingen bij klanten. Een toenemende vraag in digitalisering van de tank terminal industrie biedt perspectieven voor de toekomst.
2021 was opnieuw een jaar met sterke groeicijfers, niettegenstaande volatiele marktcondities. De sterke 'order intake' van 79 miljoen euro (+13%) en de omzet van 75 miljoen euro (+3%) hebben tot betere resultaten geleid, voornamelijk gedreven door Life Sciences.
Life Sciences realiseerde een sterke omzetgroei mede dankzij haar bijdrage tot de automatisering van productie-installaties voor het COVID-19 vaccin. Haar industrie-expertise, in combinatie met de referenties bij farmaceutische multinationals, zijn belangrijke groeifactoren voor haar validatieservices, waarin het marktaandeel van Agidens ook steeg.

Agidens
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Omzet | 74.807 | 91.688 | 92.875 |
| EBITDA | 10.758 | 7.363 | 6.297 |
| Nettoresultaat (deel groep) | 5.410 | 1.299 | 1.326 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 23.068 | 17.583 | 16.548 |
| Netto financiële positie | 1.959 | -11.873 | -16.021 |
Food & Beverages en Fine Chemicals kenden een vertraagde 'order intake' in de eerste jaarhelft 2021, die nadien volledig werd weggewerkt (+3% over het volledige jaar). Het belang om de productiviteit te verbeteren en de verder doorgedreven digitale connectiviteit inclusief data analytics, hebben het afgelopen jaar geleid tot een verstevigde marktpositie met nieuwe projecten in MES (Manufacturing Execution Systems) en in 'process automation'.
In juli werd een overeenkomst bereikt met BESIX Group voor de verkoop van Agidens Infra Automation, de divisie gespecialiseerd in overheidsopdrachten voor infrastructuurprojecten. Deze transactie geeft Agidens de mogelijkheid met een doorgedreven focus en investeringen verder uit te groeien tot een Europese speler in de procesautomatiseringsmarkt. In 2022 zal Agidens verdere stappen ondernemen om te transformeren naar een divisiestructuur georganiseerd volgens de segmenten Automation Projects, Software en Services. Dit zal haar industrie-expertise ten volle tot uiting laten komen en zo een belangrijke toegevoegde waarde leveren voor haar klanten.

• Agidens hanteert een duurzaam ESG-beleid, met de UN SDGs als leidraad. Agidens streeft respect, welzijn en positieve ontwikkeling na voor alle stakeholders, en moedigt veilig werken en levenslang leren aan bij haar werknemers, het 'human capital' van het bedrijf. Als technologiebedrijf zet Agidens sterk in op innovatie en levert het met haar activiteiten een belangrijke bijdrage tot het verbeteren van de productieprocessen van haar klanten.


Veerle Peeters
Christian Leysen
De investeringsmaatschappij AXE Investments heeft participaties in de IT-groep Xylos en in Agidens. Het bezit ook een deel van het Ahlers-gebouw aan de Noorderlaan in Antwerpen.
Het jaarresultaat van AXE Investments omvat de resultaten van de participatie in Xylos en de huurinkomsten van het Ahlers-gebouw. De bijdrage van Xylos wordt via vermogensmutatie verwerkt. De bijdrage van de 26,23%-participatie in Agidens die AXE bezit, wordt op de lijn Agidens getoond.
Xylos is een vooruitstrevende IT-speler op de Belgische markt. Met haar expertise en bijna 40 jaar ervaring in het implementeren van technologie houdt het mensen en organisaties digitaal fit en veilig. Het bedrijf combineert hiervoor '360° user adoption' (een bijzondere focus op de gebruikers en change management), IT-gerelateerde opleidingen en digital coaches, maar ook digitale leerproducten- en platformen.

AXE Investments
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Omzet | 542 | 568 | 630 |
| EBITDA | 255 | 168 | 122 |
| Nettoresultaat (deel groep) | -223 | -434 | -68 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 14.184 | 14.407 | 14.841 |
| Netto financiële positie | 5.045 | 4.470 | 4.463 |
(1) De cijfers van Agidens worden niet geconsolideerd op het niveau van AXE Investments.
Die nadruk op menselijke progressie staat ook centraal in de strategische begeleiding van klanten. Xylos zorgt er steeds voor dat zij hun technologie volledig afstemmen op fundamentele noden en behoeften. In 2021 maakte Xylos haar klanten nog veerkrachtiger op de moderne werkplek. Het hielp klanten
volop met digitale werkplektechnologie en de ondersteuning van eindgebruikers: coaching, training en e-learning. Bovendien besteedde het ook veel aandacht aan gebruikersbewustzijn rond cyberveiligheid. Xylos commercialiseerde daarvoor de digitale leeroplossing InviQta en ontwikkelde een nieuw interactief spel voor de gebruikers van haar Escape Room App, een leerapplicatie in Microsoft Teams. Tot slot investeerde Xylos eind 2021 fors in de uitbouw van haar cloudservices.
De Xylos-groep is gevestigd in Brussel, Antwerpen, Herentals en Gent en telt 250 medewerkers.
Bagaar, een expert in softwareplatformen en smart products, maakt ook deel uit van de Xylos-groep. Bagaar levert strategisch advies, maakt mobiele IoT (Internet of Things)- en webapplicaties om organisaties en hun manier van werken te transformeren. Het zorgt steeds voor een ijzersterk design en een feilloze user experience (UX).
• Menselijke ervaring is cruciaal. De rode draad van menselijke progressie bij klanten kent zijn oorsprong in Xylos' eigen HR-visie. Een flexibele werkplek op kantoor of elders, jobs waarin wederzijds vertrouwen en efficiëntie voorop staan, aandacht voor persoonlijke groei en welzijn: daarmee schept Xylos plezier en goesting bij medewerkers. Iedereen deelt dan ook de Xylos DRIVE-waarden: Diversity, Respect, Innovation, Vision en Entrepreneurship.


Biolectric is marktleider in de productie en verkoop van compacte biogasinstallaties (11 tot 74 kW) bestemd voor melkvee- en varkenshouderijen en waterzuiveringsstations. Dankzij de techniek van anaerobe vergisting wordt methaangas uit mest en slib omgezet in duurzame elektriciteit en warmte en wordt de uitstoot van schadelijke broeikasgassen vermeden.
Biolectric blijft er nochtans van overtuigd een innovatieve en betaalbare oplossing te bieden aan de melkveesector en de varkenshouderij ter vermindering van de methaan- en stikstofuitstoot.
De aandeelhouders van Biolectric, AvH Growth Capital en oprichter en CEO Philippe Jans, hebben samen met kaderlid Klaas Vanhee hun vertrouwen in de toekomst van de groep bevestigd door het
Biolectric beleefde, net als in 2020, een uitdagend jaar, enerzijds omwille van de kapitaal van de vennootschap eind december 2021 te verhogen met 1,5 miljoen euro. impact van uiteenlopende coronamaatregelen in haar hoofdmarkten en anderzijds door de aanslepende stikstofproblematiek in Nederland en Vlaanderen. Deze omstandigheden hinderden de commerciële inspanningen en het tijdig bekomen van vergunningen t.g.v. administratieve vertragingen.
Desondanks slaagde Biolectric erin het jaar af te sluiten met 102 bestellingen van biogasinstallaties (+15% t.o.v. vorig jaar), waarvan 35% uit België en 32% uit Frankrijk. Een opmerkelijke trend is de toenemende interesse voor vergisters in Wallonië, waar 17 bestellingen werden geplaatst t.o.v. slechts 2 in 2020.
In 2021 werd een omzet gerealiseerd van 10 miljoen euro, 11% meer dan in 2020. Er werden 49 vergisters geplaatst bij klanten in diverse landen, waarvan 9 met behoud van eigendom vanwege Biolectric in België en Nederland.
Biolectric blijft investeren in de versterking van haar rechtstreekse verkoopsorganisatie, een kwaliteitsvolle dienstverlening na verkoop en de uitbouw van een projectmanagementteam ter verkorting van de doorlooptijd tussen de handtekening en de plaatsing van de biogasinstallatie. De groep heeft ook nieuwe ERP-software in gebruik genomen, waardoor o.m. beter inzicht wordt verkregen in de kostenstructuur.
De groep leed een nettoverlies van 1,0 miljoen euro, in hoofdzaak omwille van deze investeringen en door de langere doorlooptijd van de rechtstreekse verkopen.
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Omzet | 9.521 | 8.588 | 5.830 |
| EBITDA | -876 | 199 | 75 |
| Nettoresultaat (deel groep) | -1.013 | -125 | -127 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 9.767 | 9.774 | 9.902 |
| Netto financiële positie | -6.069 | -3.691 | -3.323 |

Biolectric

• De wereldwijde veestapel is verantwoordelijk voor zowat 10% van alle broeikasgassen. Een oplossing voor de uitstoot van methaangas, een broeikasgas dat 28 (en volgens sommige bronnen zelfs 34) keer schadelijker is dan CO2 , zal dus een enorme impact hebben op de beheersing van de klimaatopwarming. Biolectric kan hiertoe in belangrijke mate bijdragen. Een gemiddelde Belgische boerderij kan immers dankzij de installatie van één vergister 270 ton CO2 -equivalenten aan methaanuitstoot vermijden, wat overeenkomt met de jaarlijkse uitstoot van 150 auto's. De oplossing van Biolectric creëert zo een win-winsituatie voor landbouw en milieu.



Deelnemingspercentage AvH (fair value investering)
Biotalys, een in 2013 opgerichte spin-off van VIB (Vlaams Instituut voor Biotechnologie), is een snelgroeiend beursgenoteerd gewas- en voedselbeschermingsbedrijf. Het beschikt over een baanbrekend technologieplatform voor de ontwikkeling van effectieve en veilige producten met nieuwe actiemechanismen voor de bestrijding van belangrijke gewasplagen en ziekten in de volledige voedselketen.
ve effectiviteit en kostprijs voor de telers. Na de geslaagde voltooiing van grootschalige veldproeven en regelgevingsstudies, diende Biotalys in december 2020 haar eerste op proteïnen gebaseerde biologische gewasbeschermingsmiddel, Evoca™, ter goedkeuring in bij het Environmental Protection Agency (EPA) in de VS en daarna in maart 2021 bij de Europese Unie. Evoca bestrijdt ziekten zoals Botrytis cinerea en poedermeeldauw en ligt op schema om in de
Ondanks de COVID-19 crisis kon Biotalys in 2021 enkele belangrijke mijlpalen realiseren, met op de eerste plaats de succesvolle notering sinds 2 juli 2021 op Euronext Brussel (symbool 'BTLS') en het inzamelen van 52,8 miljoen euro nieuw kapitaal via een initieel openbaar aanbod (IPO). Het orderboek omvatte steun van prominente Europese investeerders op lange termijn, waaronder AvH dat 4 miljoen euro bijdroeg, en retailinvesteerders in België.
Biotalys kondigde een strategische samenwerkingsovereenkomst aan met Biobest (België) voor de distributie van 5 producten op de wereldwijde markt van de bedekte teelten en zachtfruit, een productie-overeenkomst op lange termijn met Olon (Italië) en een overeenkomst met Kwizda (Oostenrijk), dat de producten zal formuleren die Biotalys op basis van proteïnen ontwikkelt.
Voortbouwend op AGROBODY Foundry™, het technologieplatform van Biotalys, bereikten de engineering- en productieteams een toename met meer dan 500% van de productie van het actieve eiwit van Evoca™ in de gist Pichia pastoris. Deze doorbraak kan een commercieel waardevol product opleveren met een competitie-
tweede helft van 2022 in geselecteerde regio's op de Amerikaanse markt te worden gebracht als kritieke test.
Het hooggekwalificeerde onderzoeksteam van Biotalys bleef vooruitgang boeken in de pijplijn van bijkomende biologische bestrijdingsmiddelen tegen ongedierte, bacteriële ziekten en schimmels.
Het bedrijf werd onderscheiden met een aantal sectorbekroningen, zoals de opname in de World Changing Ideas Awards 2021 van Fast Company en de 2021 SEAL Award for Sustainable Innovation.


Biotalys


Deelnemingspercentage AvH
EMG (voorheen Euro Media Group) is een toonaangevende speler op het vlak van broadcast- en mediaoplossingen voor live sport, entertainment en evenementen.
EMG is actief in 10 landen: Frankrijk, België, Nederland, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, Zwitserland, Italië, Luxemburg, de VS en Australië. EMG werkt in deze landen maar ook daar buiten voor een groeiende groep van broadcasters en productiehuizen. Ook in 2021 was EMG weer aanwezig met crew en techniek bij de best bekeken televisie-uitzendingen wereldwijd.
Het jaar 2020, waar door de COVID-19 pandemie talloze grote evenementen waren uitgesteld, was voor EMG een moeilijk jaar. In 2021 werden echter veel evenementen en televisie-producties ingehaald. Daarnaast had de pandemie voor EMG een aantal positieve gevolgen. Het thuiswerken en thuisblijven van het publiek heeft ontwikkelingen op het gebied van mediaconsumptie versneld. Eén van de trends is dat de registratie van sport en entertainment nog uitgebreider, nog slimmer en ook complexer wordt. Dit gebeurt o.a. door de toenemende concurrentiestrijd tussen de zogenaamde 'streamers' en de traditionele 'broadcasters'. Naast films en series wordt ook sport meer en meer exclusief via streamingplatforms aangeboden. De kijker wil meer kijkhoeken, meer statistieken en meer spectaculaire camerashots.
Dankzij de investeringen op het gebied van 'Remote Production' en IP-technologie tijdens de COVID-19 lockdowns, is EMG nu wereldwijd marktleider in IP-broadcastproductie met een geheel zelf ontwikkelde netwerktopologie onder de naam diPloy. Zo werd deze techniek gebruikt bij de (uitgestelde) Olympische Spelen in Tokio in 2021 en bij de Winter Olympics in Beijing begin 2022.
De omzet van EMG steeg van 240,9 miljoen euro in 2020 tot 366,8 miljoen euro in 2021. Daardoor is ook de rentabiliteit hersteld en bereikte EMG een break-even nettoresultaat van 0,2 miljoen euro (2020: -44,7 miljoen euro). Het vernieuwde managementteam onder leiding van CEO Shaun Gregory richt zich nu op de verdere uitbouw en positionering van EMG.

EMG
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Omzet | 366.845 | 240.850 | 337.541 |
| EBITDA | 59.666 | 13.806 | 53.848 |
| Nettoresultaat (deel groep) | 152 | -44.690 | -9.636 |
| Eigen vermogen (deel groep)(1) | 88.269 | 82.081 | 104.240 |
| Netto financiële positie | -162.470 | -147.687 | -149.373 |
(1) Opgenomen in het eigen vermogen en niet in de netto financiële positie: 2021: € 17,5 mio aandeelhouderslening, 2020: € 125,4 mio converteerbare obligaties en aandeelhouderslening, 2019: € 100,5 mio converteerbare obligaties.



Charles-Antoine Janssen


Manish Jha

Ajay Mahipal Pinak
Shrikhande
Sunil Thakur
Amit Varma

HealthQuad I Fund Deelnemingspercentage AvH (fair value investering)
HealthQuad is een Indiaas 'venture & growth capital'-fonds dat zich richt op de snelgroeiende Indiase gezondheidssector.

HealthQuad II Fund Deelnemingspercentage AvH (fair value investering)
De Indiase gezondheidszorgsector is de afgelopen 10 jaar met dubbele cijfers gegroeid en zal naar verwachting verder groeien met 12% per jaar tot 340 miljard USD in 2025. Deze groei wordt gedreven door de behoefte aan een adequate medische infrastructuur in het kader van de groeiende bevolking in India, de stijgende inkomensniveaus en de verbeterde toegang tot de ziektekostenverzekering.
Het HealthQuad I-fonds participeert in 7 bedrijven in de Indiase gezondheidszorgsector, waaronder Medikabazaar. Het fonds investeert in groeibedrijven die het potentieel hebben om dankzij unieke en innovatieve oplossingen bij te dragen tot het efficiënter, toegankelijker en kwalitatiever maken van de Indiase gezondheidszorgsector. Enkele focussegmenten zijn gespecialiseerde ziekenhuizen, medische apparatuur en technologie, IT en hieraan verbonden dienstverlening. Gegeven de medische achtergrond en expertise van het management en haar uitgebreid netwerk, voegt HealthQuad operationele en strategische waarde toe aan haar participaties. Het HealthQuad I-fonds werd inmiddels volledig geïnvesteerd en voltooide in 2021 al twee exits.
In december 2021 voltooide HealthQuad met succes de tweede closing van haar tweede fonds met meer dan 150 miljoen USD toegezegd kapitaal van prominente binnenlandse en internationale institutionele investeerders. AvH had in de initiële closing de rol van ankerinvesteerder opgenomen. In 2021 heeft het HealthQuad II-fonds al ongeveer 21 miljoen USD geïnvesteerd in 4 ondernemingen: Medikabazaar, THB, ImpactGuru en Healthifyme. Het is van plan om in 2022 tot 60 miljoen USD en in 2023 tot 50 miljoen USD te investeren om een portfolio van 10 tot 15 ondernemingen in het Indiase gezondheidsecosysteem op te bouwen.

Naast AvH zal het tweede fonds ondersteund worden door Teachers Insurance and Annuity Association of America (TIAA), het Indiase SIDBI, Swedfund en Merck & Co. Inc. AvH heeft 15 miljoen USD uitgetrokken voor HealthQuad II. Dit bedrag zal geïnvesteerd worden over een periode van 4 jaar. In lijn met haar actieve investeringsstrategie zal AvH vertegenwoordigd zijn in het investeringscomité en de adviesraad van het HealthQuad II-fonds, en het streeft ernaar om samen met het fonds te co-investeren in enkele beloftevolle portefeuillebedrijven.
| GENDENSEL KEED POLDE CELCASION I 5 EN WELCLAN 0 |
NAMES NEK EN ECONOMICAL SCHE ESSS3 |
STATISTICS! 1990ANTE EX SERASTRUCTJUR |
CONSULTIONED VEEM VIEREN œ I œ |
|
|---|---|---|---|---|
| ------------------------------------------------------------- | ------------------------------------------ | --------------------------------------------- | -------------------------------------------- | -- |
www.healthquad.in
HealthQuad

Danaë Delbeke

Barbara Freitag


Gijs Klarenbeek

Tom Segers
Juan Ordonez
Daniel Verstappen

Deelnemingspercentage AvH (fair value investering)
Indigo Diabetes is een hoogtechnologische scale-up met de missie het leven van miljoenen mensen met diabetes te verlichten met haar innovatieve medische technologie.
Het bedrijf ontwikkelt een technologieplatform voor de continue meting van glucose en andere bloedwaarden aan de hand van een chipsensor die onzichtbaar onder de huid geplaatst wordt. De sensor zal op de achtergrond ongemerkt de gezondheidstoestand monitoren als een extra zintuig en van zich laten horen indien het de foute kant op gaat. De gepatenteerde technologie die aan de basis ligt van Indigo's innovatieve toepassing is een on-chip miniatuur optische sensor. Dit is 's werelds kleinste spectrometer en kan onderhuids worden ingebracht.
Indigo Diabetes werd eind 2016 opgericht als spin-off uit de Universiteit Gent en imec, samen wereldwijd de bakermat voor geïntegreerde fotonica. Het bedrijf ontwikkelde met een razende snelheid de technologie van 'paper-concept' tot 'pre-clinical prototypes'. Het heeft dat tempo volgehouden in 2021, opnieuw een belangrijk jaar voor Indigo Diabetes. De eerste klinische studie van de continue multimetaboliet ('CMM') sensor voor de doorlopende meting van glucose, ketonen en lactaat bij mensen met diabetes werd voltooid. Deze GLOW-studie was een prospectieve monocentrische vroege haalbaarheidsstudie met 7 deelnemers voor de evaluatie van de veiligheid van de sensor en zijn integratie op korte termijn in het weefsel. Ze werd uitgevoerd in het Universitair Ziekenhuis Antwerpen in België. De resultaten worden momenteel geëvalueerd en zullen over enkele maanden voor publicatie worden ingediend. Volgend jaar zal Indigo de inzichten van de
GLOW-studie gebruiken om haar sensor verder te optimaliseren met als doel een tweede klinische studie te starten om de performantie van de sensor te evalueren.
Indigo Diabetes heeft in 2021 haar team versterkt met verscheidene nieuwe senior leden, die een kritieke rol zullen spelen naarmate het bedrijf uitbreidt en haar technologie verder ontwikkelt. Paul Moraviec werd aangesteld als voorzitter van de raad van bestuur en Daniël Verstappen als VP Quality Assurance and Regulatory Affairs.
Indigo Diabetes selecteerde bovendien 7 internationaal erkende experts in endocrinologie, diabetes en metabolische aandoeningen voor haar nieuwe Wetenschappelijke Adviesraad. Alle leden van de Wetenschappelijke Adviesraad zijn belangrijke opinieleiders in hun domein en zullen een strategische bijdrage leveren aan de toekomstige ontwikkeling van de sensor en aan Indigo's traject voor de transformatie van het beheer van diabetes.




Stephan Van den Eynde
Stefan Van Loock
Bart Troubleyn 30%
Deelnemingspercentage AvH
Anthony Maas
Marc Jacobs
Manuchar is actief in de distributie van (voornamelijk) droge bulkchemicaliën, met een focus op opkomende landen. Daarnaast is het bedrijf ook actief in internationale handel ('back-to-back') van staal, polymeren, papier en enkele andere basismaterialen.
we magazijnen gebouwd in San Nicolas (Argentinië) en werd een project opgestart voor behandeling van meststoffen in Buga (Colombia). Manuchar beschikt momenteel over een totale opslagcapaciteit van 557.000 m², waarvan 262.000 m² in eigendom of in concessie.
Algemeen genomen slaagde Manuchar
erin om bij een sterke volumegroei, gekoppeld aan voordelige vrachttarieven en stijgende prijzen, haar brutomarge verder te verhogen en tegelijk haar kosten onder controle te houden. Dit resulteerde in een verdubbeling van de EBITDA en een verhoging van de nettowinst tot 62,6 miljoen USD.
Begin 2022 werd een overeenkomst ondertekend met Lone Star Funds voor de verkoop van 100% van de aandelen in Manuchar. Er wordt verwacht dat de transactie in het tweede kwartaal van 2022 zal worden gerealiseerd.


2021 werd gekenmerkt door een sterk verstoorde globale logistieke keten en stijgende prijzen voor zowel producten als maritieme verschepingen. Dit vertaalde zich in productievertragingen, ongeziene wachttijden, containertekorten bij verschepingen en belemmeringen in de lokale logistiek.
Manuchar kon, dankzij haar uniek wereldwijd logistiek netwerk, maximaal controle houden over de volledige aanvoerketen en haar bestaande en nieuwe klanten blijven bevoorraden, daar waar vele andere spelers moesten afhaken. Manuchar is er trots op dat ze dankzij de inzet van haar teams doorheen heel 2021 in staat was om haar missie 'We keep your production running. Anytime. Anywhere.' waar te maken. Dit resulteerde in een versnelde groei in handelsvolume, klantenportefeuille en financiële resultaten. Manuchar boekte ook een versnelde vooruitgang in haar strategie van diversificatie naar andere eindmarken in de distributie van chemicaliën. Met name de kunstmeststoffen, de mijnbouw, de mens- en dierenvoeding realiseerden een sterke en rendabele groei.
Ook de niet-chemische internationale handelsactiviteiten kenden een zeer sterke ontwikkeling. Voornamelijk in staal en polymeren werd een sterke groei in zowel volume als rentabiliteit neergezet, ook hier in markten met stijgende prijzen.
Manuchar is in 2021 sterk blijven investeren in infrastructuur op strategische locaties om zo haar verdere groei te ondersteunen. Zo heeft het een nieuwe rivierhaven en bijhorende magazijnen in gebruik genomen in Bao Long (Vietnam), werden nieu-
| (USD 1.000) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Omzet | 2.481.657 | 1.497.853 | 1.518.033 |
| EBITDA | 162.312 | 80.249 | 76.755 |
| Nettoresultaat (deel groep) | 62.610 | 23.620 | 28.484 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 173.831 | 113.068 | 99.382 |
| Netto financiële positie | -319.373 | -238.078 | -347.151 |
abonnees leest vandaag de Mediahuis-titels digitaal.
Mediahuis is een van de leidende mediagroepen in België, Nederland, Ierland, Luxemburg en sinds kort de Duitse regio Noordrijn-Westfalen. De nationale en regionale nieuwstitels van Mediahuis voorzien dagelijks meer dan 10 miljoen lezers van nieuws, zowel online als via de gedrukte krant.
Het investeringsbeleid van Mediahuis focuste in 2021 op het versterken van de positie van Mediahuis Ventures in de 'education, media and human resources technology' markt. Naast investeringen in de 'leadership coach' app BUNCH, het online trainingsplatform myskillcamp en de online universiteitsbibliotheek Perlego, vergrootte de venture capital firm van Mediahuis haar deelnemingen in zowel training expert Lepaya als in het 'subscription intelligence' bedrijf Mather Economics.
Net voor het jaareinde bereikte Mediahuis een akkoord met het Duitse Aachener Verlagsgesellschaft over de overname door Mediahuis. Deze acquisitie maakt Mediahuis meerderheidsaandeelhouder (70%) van Medienhaus Aachen, uitgever van de kranten Aachener Zeitung en Aachener Nachrichten.
Mediahuis realiseerde in 2021 een geconsolideerde omzet van 1.131 miljoen euro en verbeterde haar nettoresultaat van 58,6 miljoen euro in 2020 naar 117,3 miljoen euro in 2021. Eind 2021 was Mediahuis voor het eerst sinds haar ontstaan (netto) vrij van bankschulden, mede dankzij de verkoop van Keesing Media Group.
PARTNERS FOR SUSTAINABLE GROWTH

Mediahuis zette in 2021 eens te meer een sterk resultaat neer. De groep zag het totale aantal abonnees in print en digitaal verder toenemen met 3%, gedreven door een sterke stijging van het aantal digitale abonnees met 20%. 38% van alle
Naast een algemene heropleving van de advertentiemarkt in de tweede jaarhelft, zorgden een versterking van het digitale advertentieaanbod en het creëren van sterke lokale partnerships voor een groei van de advertentie-inkomsten. In Nederland bundelden Mediahuis Nederland, Mediahuis Limburg en Mediahuis Noord hun landelijke advertentieverkoop in een gezamenlijke propositie: Mediahuis Connect.
De nieuwe Belgische reclameregie Ads & Data, het partnership tussen Mediahuis, Telenet/SBS, Pebble Media en Proximus, ging in het voorjaar van start en tekende
eind 2021 een mooie groei op voor de nieuwsmerken van Mediahuis.
Mediahuis - NRC Podcast
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Omzet | 1.130.790 | 990.527 | 857.942 |
| EBITDA | 240.480 | 172.010 | 82.064 |
| Nettoresultaat (deel groep) | 117.321 | 58.592 | 14.723 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 482.477 | 378.525 | 324.568 |
| Netto financiële positie | -151.880 | -228.139 | -277.897 |


Deelnemingspercentage AvH
13%

Gert Ysebaert Kristiaan
De Beukelaer
Paul Verwilt


Deelnemingspercentage AvH (fair value investering)
Medikabazaar is het baanbrekende en grootste Indiase B2B-platform voor medische benodigdheden, van geavanceerde medische apparatuur tot medische benodigdheden, met inbegrip van farmaceutische, niet-farmaceutische en dentale producten.
voor alle aankoopbehoeften voor de gezondheidszorg overneemt, met een significante operationele efficiëntie en kostenbesparing voor de ziekenhuizen.
derneming de verantwoordelijkheid
Medikabazaar zette in 2021 haar sterke en consistente groeitraject voort, met een stijging van de bruto-opbrengsten
Medikabazaar, dat in 2015 door Vivek Tiwari en Ketan Malkan werd opgericht, richt zich op de belangrijkste knelpunten van de Indiase medische sector: betaalbaarheid, toegankelijkheid, beschikbaarheid en bewustwording. Het bedrijf heeft klanten in 20.000 postcodes en verstrekt diensten in heel het land.
In 2021 ontving Medikabazaar het lang verwachte octrooi voor VIZI, haar SaaS-product met AI/ML ('Artificial Intelligence/Machine Learning') en de eerste voorspellende tool voor inventarisbeheer die lagere aankoopkosten mogelijk maakt. Medikabazaar lanceerde ook MBARC, een tool voor het beheer van ziekenhuisactiva die het grootste Indiase 'on-demand' aggregatieplatform moet worden voor diensten voor medische uitrusting en het beheer en de herstelling van activa. Met dit platform kan men via een app zowel uitrustingsdiensten als reserveonderdelen bestellen. Het andere belangrijke initiatief van Medikabazaar, VPO ('Value Procurement Organization') heeft veel succes op de markt. VPO helpt de partnerziekenhuizen om een exclusieve aankoopregeling met Medikabazaar te treffen waarin de on-

van 114 miljoen USD in 2020 naar 290 miljoen USD in 2021, terwijl de EBITDA positief bleef.
AvH heeft in september 2021 ingetekend op de Series C financieringsronde (75 miljoen USD of 64 miljoen euro) van Medikabazaar. Deze investering zal ingezet worden om Medikabazaars digitale capaciteiten te versterken, haar distributienetwerk uit te breiden, alsook haar internationale expansie te versnellen.

Medikabazaar


Deelnemingspercentage AvH (fair value investering)
MRM Health ontwikkelt innovatieve geneesmiddelen op basis van gezonde bacteriën in de darm. Op basis van een nieuwe technologie die toelaat om combinaties van specifieke darmbacteriën te optimaliseren en te produceren, ontwikkelt MRM Health geneesmiddelen rond ontstekingsziekten, neurologische aandoeningen en stofwisselingsziekten.
Het bedrijf heeft in 2021 toestemming gekregen om het meest geavanceerde programma MH002 in patiënten te testen. MH002, een kandidaat-geneesmiddel voor inflammatoire darmaandoeningen zoals colitis ulcerosa, is een geoptimaliseerd consortium van 6 specifieke bacteriën. Na het bekomen van een succesvolle opschaling van de productie, wordt het nu klinisch getest in België, Polen en Tsjechië. In 2022 zal
De darm wordt bevolkt door een grote populatie van bacteriën (het microbioom). Recent onderzoek heeft aangetoond dat dit microbioom een belangrijke regulatorfunctie heeft in het lichaam en dat verstoringen sterk geassocieerd zijn met lokale ziekten in de darm, waaronder inflammatoire darmaandoeningen, maar ook met aandoeningen in de rest van het lichaam zoals artritis, diabetes en zelfs de ziekte van Parkinson.
MRM Health werd begin 2020 opgericht door de Gentse microbioomexpert MRM Technologies, in samenwerking met het onderzoeksinstituut VIB. Hierbij werd 14,25 miljoen euro kapitaal opgehaald, waaronder een investering van 4 miljoen euro toegezegd door AvH, in combinatie met een eerste strategische samenwerking met IFF (ex-DuPont) rond de ontwikkeling van geneesmiddelen tegen stofwisselingsziekten.
een tweede klinische studie opgestart worden in een bijkomende niche-indicatie.
Bovendien heeft MRM Health in 2021 haar unieke CORALTM technologieplatform verder uitgebouwd en gevalideerd. Op basis van een geavanceerd bio-informaticaplatform laat CORALTM toe om de juiste bacteriën te selecteren met maximale impact op specifieke ziektebeelden. Via gepatenteerde technologieën worden combinaties van bacteriën ontwikkeld die zowel zeer werkzaam zijn als eenvoudig geproduceerd kunnen worden. De kracht van CORALTM werd verder aangetoond in de lopende programma's rond spondyloartritis, de ziekte van Parkinson, Type 2 diabetes en leverziekten.


MRM Health

Anita Van Looveren

Georges Schepens
Jan
Geuens
Abhi Patel

Marc


Deelnemingspercentage AvH
Pieter Van Nyen
Philip

Kurt Gillis
Scherens
Stijnen
OMP is een leidinggevende onderneming in de snelgroeiende digitale markt van 'supply chain planning' (SCP). OMP implementeert haar toonaangevende Unison Planning™-oplossing wereldwijd.
OMP telt meer dan 650 werknemers en heeft vestigingen in meer dan 10 landen. OMP staat bekend voor haar sectorkennis en geïntegreerde planningsoplossing. Het wordt o.m. door Gartner al jaren beschouwd als een toonaangevend bedrijf met de capaciteit en de expertise om grote supply chain planningsprojecten met succes te realiseren.
De sterk groeiende groep realiseerde in 2021 een omzet van 116 miljoen euro, met een EBITDA-marge van 27%.
De aanhoudende COVID-19 crisis drukte een sterke stempel op de werking in 2021, maar vertraagde het groeiverhaal van OMP niet. OMP slaagde er opnieuw in de meeste van haar activiteiten vanop afstand uit te voeren. Globaal opererende bedrijven in de chemie-, life sciences- of consumentengoederensectoren lanceerden of versnelden hun 'supply chain'-planningsprojecten omdat het nu nog belangrijker is een goed overzicht te hebben over de volledige logistieke keten. Ook klanten uit meer traditionele sectoren, zoals de metaalnijverheid en de verpakkingsindustrie, bleven investeren in 'digital supply chain'-planning. Er werden nieuwe klanten aangetrokken, zelfs al waren er opnieuw geen traditionele conferenties of beurzen, waarbij de OMP-conferentie voor de eerste keer volledig virtueel doorging.
de EU, de VS, Brazilië en China. De software werd verder ontwikkeld, zowel de basissoftware als de specifieke oplossingen voor de verschillende industrieën. De cloudgerelateerde diensten kenden een sterke groei, in het bijzonder bij de klanten in chemie, in FMCG (fast moving consumer goods) en in de metaalsector. Ook de advisory- en user engagementdiensten kenden een opmerkelijke groei, naast de implementatie- en supportdiensten. OMP investeert sterk in de uitbouw van een alliantienetwerk om de groei te ondersteunen en een globaal servicepakket te kunnen aanbieden voor de digitale transformatieprojecten van haar globale klanten.


| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Omzet | 115.713 | 96.951 |
| EBITDA | 30.716 | 28.280 |
| Nettoresultaat (deel groep) | 23.777 | 17.753 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 83.494 | 60.853 |
| Netto financiële positie | 64.844 | 46.517 |

Bernard Courtieu



Jean-Pol Detiffe

Berengere Genin
Pierre Flamant

Gregori Ghitti

Emmanuel


Deelnemingspercentage AvH (fair value investering)
François Degrave
OncoDNA is actief in theranostica en genomica met een specialisatie in precisiegeneeskunde voor de behandeling van kanker en genetische ziekten.
Meerdere nieuwe samenwerkingsakkoorden op lange termijn banen de weg naar toekomstige groei. De groep tekende onder meer een strategische overeenkomst met Radiomics (België) voor het aanleveren van testcapaciteit in het kader van haar klinische studie
Het bedrijf helpt clinici, academische onderzoekers en biofarmaceutische bedrijven om de moleculaire complexiteit te slim af te zijn en de belofte van precisiegeneeskunde waar te maken. Het levert niet alleen klinische sturing voor de behandeling en onmiddellijke monitoring van kankerpatiënten in een laat stadium, maar steunt ook het onderzoek en de ontwikkeling van geneesmiddelen voor kanker en genetische ziekten. De groep beschikt over een unieke portfolio van NGS-diensten (Next Generation Sequencing), biomarkertesting, software voor gegevensinterpretatie en tools voor de ondersteuning van de klinische besluitvorming.
OncoDNA telt meer dan 110 werknemers in 9 landen, heeft een internationaal netwerk van 35 distributeurs en is op alle 5 continenten actief.
Ondanks de pandemiegerelateerde beperkingen realiseerde OncoDNA in 2021 een tweecijferige groei van de omzet tot 15,6 miljoen euro. Dit bewijst de veerkracht van haar businessmodel en de geslaagde integratie van IntegraGen, een beursgenoteerd Frans bedrijf dat in 2020 via een vriendelijk overnamebod werd verworven.
gericht op longkanker, werkt samen met C2i Genomics (VS/Israël) om AI-gedreven liquide biopsieën voor kankerdiagnose naar Europa te brengen en begon met de levering van op bloed en weefsel gebaseerde biomarkertests aan het Institut Bergonié (Frankrijk).
OncoDNA is ook van plan om haar aanwezigheid in Europa verder te versterken door middel van technologietransferovereenkomsten met laboratoria en de ontwikkeling van een gedecentraliseerd aanbod dat laboratoria met beperkte bio-informaticacapaciteiten toegang geeft tot de sequenering en interpretatie van grote genenpanels.
Tot slot heeft OncoDNA samen met Belgische academici onderzoek naar gepersonaliseerde kankervaccins op basis van mRNA-technologie gestart.
De groep blijft investeren in kwaliteitsborging en conformiteit met de regelgeving, om te kunnen samenwerken met best-in-class biofarmaceutische bedrijven, ziekenhuizen en academici. Ze zal bovendien haar ESG-beleid verder uitwerken.

• OncoDNA meent dat elke kanker anders is en de oncologen dus over de beste klinische besluitvormingstools moeten beschikken. Zo kunnen ze hun patiënten de beste medicatie voorschrijven, de evolutie van de kanker beter volgen en nagaan hoe de ziekte op de behandeling reageert.

OncoDNA

Christopher Maas


Tobias Müller
Alicja Ozimek
Dieter Schneider Grego Peters

Telemond Groep is een producent van hoogwaardige staalconstructies en modules voor de hijs-, auto- en maritiem-civiele sector.
van de roosterstructuren, waar het bedrijf haar klantenbasis verder uitbreidde op de groeiende markt van de onshore windparken.
Henschel Engineering Automotive, een eersterangsleverancier van neerklapba-
Telemond Groep boekte in 2021 een sterk resultaat, geholpen door het herstel van haar kernmarkten. De omzet steeg met 18% naar 99 miljoen euro en de nettowinst bereikte 8,9 miljoen euro.
Telemond, dat telescoop- en roosterstructuren voor de kraanindustrie levert, zag een fors herstel van haar markt dankzij een beduidende groei in de VS en de toename van de activiteit in de bouwsector. Met haar flexibele managementstructuur en aanhoudende focus op procesoptimalisatie en automatisering, kon Telemond haar voorsprong op de concurrenten behouden en haar positie als een van de wereldleiders in haar sector verder versterken. Dit was in het bijzonder het geval in de sector

Telemond Groep
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Omzet | 98.953 | 84.050 | 98.575 |
| EBITDA | 12.622 | 9.973 | 12.665 |
| Nettoresultaat (deel groep) | 8.888 | 6.074 | 8.194 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 59.823 | 54.451 | 55.735 |
| Netto financiële positie | -3.888 | -3.516 | -9.792 |
re zijschotten en driewegskipbakken voor lichte bedrijfsvoertuigen, zette ondanks zeer uitdagende marktomstandigheden eveneens een sterke prestatie neer. De problemen van de autosector als gevolg van de schaarste aan halfgeleiders en de hogere grondstoffenprijzen leidden tot een sterke terugval van de opbrengsten van de onderneming. De gestroomlijnde kostenstructuur van het bedrijf en haar brede klantenportfolio hielpen evenwel om de gevolgen van de achteruitgang van de markt te temperen. De veerkracht van de organisatie maakt de groep optimistisch over het herstel van de verkoop en de rentabiliteit wanneer de markt weer opveert.
Teleyard, de offshoredivisie van de groep, bleef haar organisatie versterken in de aanloop naar de verwachte belangrijke opschaling van de volumes eind 2022. De onderneming zet in op de uitbreiding van haar capaciteiten voor automatisering en de toepassing van innovatieve lasprocessen voor de productie van grote structuren van hoogwaardig staal met beduidend lagere productiekosten.
Gelet op de wereldtrend naar hernieuwbare energie en naar grootschalige infrastructuurinvesteringen is de groep uitstekend geplaatst voor bijkomende duurzame groei.


Piet Wauters
Gheorghe Chita

Kristof Derudder

Filip Matthijs
Bart Dobbels

Sergei Tarasiuk

Peter Tytgadt

Serge Van Hulle

Zagorov
50%
Deelnemingspercentage AvH
Turbo's Hoet Groep (THG) is een toonaangevende Europese vrachtwagendealer en leasingmaatschappij voor commerciële voertuigen. Daarnaast is THG ook één van de belangrijkste Europese distributeurs van turbo's voor de aftermarket.
TH Trucks is met 78 vestigingen in 8 landen één van de belangrijkste Daf-dealers wereldwijd en eveneens dealer van onder meer Iveco, Ford Trucks, Nissan, Isuzu, Fiat Professional, Fuso en Kögel. TH Lease is in België de grootste onafhankelijke leasingmaatschappij voor commerciële voertuigen met een leasingvloot van 4.292 voertuigen. Ze biedt deze diensten ook aan in de andere landen waar TH actief is. TH Turbos is een belangrijke Europese distributeur van Turbo's voor de aftermarket voor personenwagens, vrachtwagens en industriële toepassingen, met eigen vestigingen in 5 landen.
THG kon in 2021 haar beste resultaten ooit neerzetten ondanks de nog steeds belangrijke impact van de COVID-19 pandemie op de activiteiten: de internationale verstoring van de bevoorradingsketen, de significante prijsstijgingen en het substantieel oplopen van leveringstermijnen. De Europese vrachtwagenmarkt (+16T) steeg in 2021 evenwel met 19% tot 279.000 voertuigen, maar blijft nog altijd substantieel lager dan de precorona markt.
THG realiseerde een omzetstijging van 39% tot 620 miljoen euro, een EBITDA-stijging van 26% tot 36,5 miljoen euro en een recordresultaat. Voorts kon de groep in 2021 haar netto financiële positie opnieuw substantieel verbeteren tot -89,5 miljoen euro.
Voor 2022 verwachten de constructeurs een Europese markt (+16T) van circa 260.000 tot 300.000 voertuigen. Door de lange leveringstermijnen is het orderboek van TH meer dan gebruikelijk gevuld en werd voor 2022 een verdere omzetstijging verwacht. Dit was evenwel voor de uitbraak van het militair conflict in Oekraïne dat ongetwijfeld een impact zal hebben op deze verwachtingen, maar het is op heden nog niet mogelijk daar een concrete inschatting van te maken. THG stelt vandaag alles in het werk om in de door het conflict getroffen vestigingen, continuïteit te verzekeren voor haar medewerkers, klanten en partners.

Turbo's Hoet Groep
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|
| Omzet | 620.486 | 447.935 | 602.016 |
| EBITDA | 36.455 | 29.049 | 32.423 |
| Nettoresultaat (deel groep) | 18.083 | 7.178 | 9.951 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 132.806 | 118.363 | 116.476 |
| Netto financiële positie | -89.514 | -106.319 | -136.338 |


Noterman
Hebb

Deelnemingspercentage AvH
Pauwels
Van Moer Logistics is een geïntegreerde logistieke dienstverlener actief in wegtransport, intermodaal vervoer en goederenopslag. De groep telt 25 locaties in België, Duitsland en Roemenië en stelt 1.650 mensen tewerk. Van Moer heeft een vloot van 500 vrachtwagens, 9 binnenschepen en beheert 480.000 m2 aan magazijnen.
Verstraeten
een impact van de disruptie van de wereldwijde logistieke stromen en het verstoord containerverkeer door de blokkade van het Suezkanaal.
Voor 2022 verwacht Van Moer Logistics dat de impact van de pandemie eerder afneemt en de operationele werking gradueel normaliseert.

Van Moer Logistics
Ghekiere
In 2021 realiseerde Van Moer Logistics een omzetgroei van 35 miljoen euro of 19%, zowel organisch als door overnames, tot 222 miljoen euro.
In het eerste kwartaal van 2021 heeft Van Moer Logistics de overnames afgerond van Trimodal Terminal Brussels, NDB Logistics en Bertels International.
De organische groei manifesteerde
zich in alle divisies (warehousing, transport, ports & intermodal, chemicals). De rentabiliteit verbeterde voornamelijk in de afdelingen 'ports & intermodal' en 'chemicals' (bulk- en tankcontainer logistiek). Deze evolutie kadert binnen het strategisch beleid om sterk te investeren in duurzame en alternatieve vervoersvormen met focus op de (petro-)chemische industrie. De afdelingen 'transport' en 'warehousing' hadden voornamelijk in de piekperiodes te kampen met tekort aan personeel (havenarbeiders en logistiekers) door arbeidskrapte en de COVID-19 pandemie, wat geleid heeft tot stilstand van een deel van de vloot. In beide afdelingen was er
| (€ 1.000) | 2021 |
|---|---|
| Omzet | 222.378 |
| EBITDA | 14.520 |
| Nettoresultaat (deel groep) | 1.328 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 36.266 |
| Netto financiële positie | -15.806 |
| 9 GOENE GETONDHETO J EN NELLIN -1/4 |
4 ENDERVILLES | GRANSFI BORED ============================================================================================================================================================================== |
BETAALBARE EN OULFIZAME 848899 -6 100 |
8 MARKET MERK GROB 13 |
0 1005BE BRIVANI C PERSOFICICLUB 12/2017 100 |
OURSAMS NB NBORN EN OFFICENSCILLAPPEN ABA |
12 CONSUMETIE EN PRODUCTIE C |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 13 клические | 14 LEVEN N | 16 STERE PUBLIES DOSTES I |
FARTNERSCHAP DI 17 GOSMITHISTHOD TE SIGNE KEN 8 |



Deelnemingspercentage AvH (fair value investering)
Venturi Partners is een in Singapore gebaseerde groeifondsbeheerder met een sterke focus op de consumentensector in India en Zuidoost-Azië.
Hari
Venturi Fund I wil met maximaal 8 investeringen een echt actieve investeerder worden. Het zal focussen op klantgerichte, doelgerichte merken in de sectoren van het onderwijs, de gezondheidszorg en de snel roterende consumptiegoederen. AvH wil samen
In juni 2021 werd de eerste closing van Venturi Partners Fund I, waarin AvH een van de ankerinvesteerders is, voltooid met 100 miljoen USD aan toegezegd kapitaal. In juli 2021 volgde een eerste investering in Livspace, een bedrijf voor interieur- en renovatiediensten in Singapore en India. Het fonds wil haar investeerders tot 100% van haar omvang in co-investeringsopportuniteiten aanbieden.
AvH is een ankerinvesteerder in Venturi Fund I en een lid van het investeringscomité. AvH heeft 20 miljoen USD toegezegd, te investeren over een periode van 4 jaar. Andere belangrijke investeerders zijn Peugeot Invest, een beursgenoteerd investeringsvehikel van de familie Peugeot, en Generation P, een holding van Frédéric de Mévius, de oprichter van Verlinvest en Planet First Partners, en Alexander de Wit, voormalig executive director bij Verlinvest en medeoprichter van Planet First.
Azië is goed geplaatst om het wereldwijde herstel na de pandemie te leiden, met sterke onderliggende groeivooruitzichten voor het volgende decennium. Terwijl COVID-19 de consumentengewoonten voorgoed veranderd heeft, heeft de Aziatische consumentensector zich snel tot de niveaus van voor de pandemie hersteld. De versnelde overgang naar digitale transformatie en e-commerce ligt in lijn met de belangrijkste focus- en expertisedomeinen van Venturi.

met het fonds investeren in een selectie van snelgroeiende ondernemingen met een disruptief bedrijfsmodel.
Het team van Venturi bezit tientallen jaren operationele en investeringservaring, gecombineerd met een indrukwekkend netwerk en een sterke staat van dienst in de consumentensector van de regio. Venturi bevindt zich dan ook in een unieke positie om de consumententrends en de leidende ondernemingen van de toekomst te identificeren en de bedrijven in haar portfolio te helpen met een succesvolle ontwikkeling van hun merken.

Venturi Partners - Livspace
Your partner for sustainable growth

| • Resultatenrekening 144 | |
|---|---|
| • Staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten 145 | |
| • Balans 146 | |
| • Kasstroomoverzicht (indirecte methode) 148 | |
| 1. | IFRS waarderingsregels 150 | |
|---|---|---|
| 2. | Dochterondernemingen en gemeenschappelijke dochterondernemingen 157 | |
| 3. | Geassocieerde deelnemingen 162 | |
| 4. | Bedrijfsacquisities & -verkopen 164 | |
| 5. | Activa en passiva bestemd voor verkoop 165 | |
| 6. | Segmentinformatie 166 | |
| 7. | Immateriële vaste activa 180 | |
| 8. | Goodwill 181 | |
| 9. | Materiële vaste activa 182 | |
| 10. Vastgoedbeleggingen gewaardeerd aan reële waarde 183 | ||
| 11. Ondernemingen waarop de vermogensmutatiemethode is toegepast 186 | ||
| 12. Financiële activa en passiva 187 | ||
| 13. Banken - vorderingen op kredietinstellingen & cliënten 193 | ||
| 14. Voorraden en onderhanden projecten in opdracht van derden 195 | ||
| 15. Minderheidsbelangen 196 | ||
| 16. Leasing 198 | ||
| 17. Voorzieningen 199 | ||
| 18. Financiële schulden 200 | ||
| 19. Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 201 | ||
| 20. Financiële instrumenten 202 | ||
| 21. Belastingen 205 | ||
| 22. Aandelenoptieplannen 206 | ||
| 23. Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen 208 | ||
| 24. Tewerkstelling 209 | ||
| 25. Grond- & hulpstoffen, diensten en uitbesteed werk 209 | ||
| 26. Pensioenverplichtingen 209 | ||
| 27. Verbonden partijen 212 | ||
| 28. Winst per aandeel 214 | ||
| 29. Voorgestelde en uitgekeerde dividenden 214 | ||
| 30. Belangrijke feiten na balansdatum 215 | ||
| • Enkelvoudige jaarrekening 221 | |
|---|---|
| • Commentaren bij de enkelvoudige jaarrekening 225 |
| (€ 1.000) | Toelichting | 2021 | 2020 |
|---|---|---|---|
| Bedrijfsopbrengsten | 4.312.374 | 3.910.250 | |
| Verrichting van diensten | 99.279 | 95.880 | |
| Vastgoedopbrengsten | 10 | 225.495 | 226.468 |
| Rente-opbrengsten bancaire activiteiten | 103.801 | 102.803 | |
| Vergoedingen en commissies bancaire activiteiten | 98.566 | 77.857 | |
| Opbrengsten uit onderhanden projecten in opdracht van derden | 14 | 3.664.508 | 3.264.108 |
| Overige bedrijfsopbrengsten | 120.726 | 143.134 | |
| Exploitatielasten (-) | -4.023.991 | -3.773.047 | |
| Grond- & hulpstoffen, diensten en uitbesteed werk (-) | 25 | -2.673.943 | -2.532.009 |
| Rentelasten Bank J.Van Breda & C° (-) | -22.759 | -22.710 | |
| Personeelslasten (-) | 24 | -877.690 | -816.589 |
| Afschrijvingen (-) | -350.553 | -350.772 | |
| Bijzondere waardeverminderingen (-) | -45.810 | -9.592 | |
| Overige exploitatielasten (-) | -52.687 | -39.797 | |
| Voorzieningen | 17 | -550 | -1.579 |
| Winst (verlies) op activa/passiva gewaardeerd aan reële waarde via resultatenrekening | 34.048 | -3.805 | |
| Financiële activa - Fair value through P/L (FVPL) | 12 | 41.077 | -35.201 |
| Vastgoedbeleggingen | 10 | -7.029 | 31.396 |
| Winst (verlies) op de overdracht van activa | 34.699 | 90.666 | |
| Gerealiseerde meer(min)waarde op immateriële en materiële vaste activa | 7.182 | 12.172 | |
| Gerealiseerde meer(min)waarde op vastgoedbeleggingen | 4.403 | 2.211 | |
| Gerealiseerde meer(min)waarde op financiële vaste activa | 22.951 | 75.837 | |
| Gerealiseerde meer(min)waarde op andere activa | 163 | 446 | |
| Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten | 357.130 | 224.063 | |
| Financieel resultaat | -27.227 | -73.718 | |
| Renteopbrengsten | 11.941 | 13.737 | |
| Rentelasten (-) | 18 | -33.694 | -39.576 |
| (Niet)gerealiseerde wisselkoers-resultaten | 7.056 | -16.698 | |
| Overige financiële opbrengsten (kosten) | -12.530 | -31.182 | |
| Afgeleide financiële instrumenten gewaardeerd aan reële waarde via resultatenrekening | 20 | 6.018 | -5.242 |
| Aandeel in de winst (verlies) van ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast | 11 | 255.191 | 179.253 |
| Overige niet-exploitatiebaten | 548 | 0 | |
| Overige niet-exploitatielasten (-) | 0 | 0 | |
| Winst (verlies) vóór belasting | 591.659 | 324.356 | |
| Winstbelastingen | 21 | -79.449 | -46.742 |
| Uitgestelde belastingen | 5.624 | 44.693 | |
| Belastingen | -85.073 | -91.435 | |
| Winst (verlies) na belasting uit voortgezette bedrijfsactiviteiten | 512.210 | 277.614 | |
| Winst (verlies) na belasting uit bedrijfsactiviteiten die worden beëindigd | -150 | 0 | |
| Winst (verlies) van het boekjaar | 512.060 | 277.614 | |
| Aandeel van het minderheidsbelang | 15 | 105.246 | 47.823 |
| Aandeel van de groep | 406.814 | 229.791 | |
| Winst per aandeel (€) | 2021 | 2020 | |
| 1. Gewone winst (verlies) per aandeel | |||
| 1.1. Uit de voortgezette en beëindigde bedrijfsactiviteiten | 28 | 12,27 | 6,93 |
| 1.2. Uit de voortgezette activiteiten | 28 | 12,28 | 6,93 |
| 2. Verwaterde winst (verlies) per aandeel | |||
| 2.1. Uit de voortgezette en beëindigde bedrijfsactiviteiten | 28 | 12,26 | 6,93 |
| 2.2. Uit de voortgezette activiteiten | 28 | 12,26 | 6,93 |
Staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten
Elementen die naar de resultatenrekening kunnen geherklasseerd worden in toekomstige periodes
Elementen die niet naar de resultatenrekening kunnen geherklasseerd worden in toekomstige periodes
Voor de opbouw van het aandeel in het resultaat van het minderheidsbelang en van de groep wordt verwezen naar de Toelichting 6. Segmentinformatie.
Conform de boekhoudregel "IFRS 9 Financiële instrumenten" zijn financiële activa opgesplitst in 3 categorieën en worden schommelingen in de "reële waarde" van financiële activa opgenomen in de geconsolideerde resultatenrekening. De enige uitzondering hierop vormen de waardeschommelingen op de beleggingsportefeuille van Bank Van Breda en Delen Private Bank, die in de tabel hierboven zijn
Afdekkingsreserves ontstaan door schommelingen in de marktwaarde van indekkingsinstrumenten die door verschillende groepsmaatschappijen werden afgesloten om zich in te dekken tegen risico's. Zo hebben meerdere groepsmaatschappijen (o.a. DEME, Nextensa en Rentel/SeaMade) zich ingedekt tegen een mogelijke stijging van de interestvoeten. Als gevolg van de evolutie van de (verwachte) markt-
opgesplitst in aandelen en obligaties.
(€ 1.000) Toelichting 2021 2020 Winst (verlies) van het boekjaar 512.060 277.614 Aandeel van het minderheidsbelang 15 105.246 47.823 Aandeel van de groep 406.814 229.791
Niet-gerealiseerde resultaten 67.061 -44.382
Wijziging herwaarderingsreserve: obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) 12 -8.456 5.333 Belastingen 21 2.114 -1.330
Wijziging herwaarderingsreserve: afdekkingsreserve 20 41.063 6.543 Belastingen 21 -7.657 1.241
Wijziging herwaarderingsreserve: omrekeningsverschillen 36.941 -50.418
Wijziging herwaarderingsreserve: aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) 12 137 7 Belastingen 21 -34 -2
Wijziging herwaarderingsreserve: actuariële winsten (verliezen) te bereiken doel-pensioenplannen 26 3.820 -7.510 Belastingen 21 -866 1.754
Totaal gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten 579.122 233.232 Aandeel van het minderheidsbelang 15 125.981 51.741 Aandeel van de groep 453.141 181.491
-6.341 4.003
33.405 7.783
103 5
2.954 -5.756
interestvoeten in 2021 is de marktwaarde van deze indekkingen positief geëvolueerd en is de niet-gerealiseerde minderwaarde op de indekkingen gedaald met
Omrekeningsverschillen ontstaan als gevolg van schommelingen in de wisselkoersen van de deelnemingen die in vreemde munt rapporteren. In 2021 is de waarde van de euro gedaald in vergelijking tot de meeste relevante deviezen, wat zich per saldo vertaalt in positieve omrekeningsverschillen van 36,9 miljoen euro (inclusief
Sinds de invoering van de gewijzigde IAS19R boekhoudnorm in 2013, worden de actuariële winsten en verliezen op bepaalde pensioenplannen rechtstreeks via de
33,4 miljoen euro (inclusief aandeel van derden).
aandeel van derden).
niet-gerealiseerde resultaten verwerkt.
We verwijzen naar de Toelichting 6 Segmentinformatie voor meer uitleg bij de geconsolideerde resultaten.
Staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten
| (€ 1.000) | Toelichting | 2021 | 2020 |
|---|---|---|---|
| Winst (verlies) van het boekjaar | 512.060 | 277.614 | |
| Aandeel van het minderheidsbelang | 15 | 105.246 | 47.823 |
| Aandeel van de groep | 406.814 | 229.791 | |
| Niet-gerealiseerde resultaten | 67.061 | -44.382 | |
| Elementen die naar de resultatenrekening kunnen geherklasseerd worden in toekomstige periodes | |||
| Wijziging herwaarderingsreserve: obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) | 12 | -8.456 | 5.333 |
| Belastingen | 21 | 2.114 | -1.330 |
| -6.341 | 4.003 | ||
| Wijziging herwaarderingsreserve: afdekkingsreserve | 20 | 41.063 | 6.543 |
| Belastingen | 21 | -7.657 | 1.241 |
| 33.405 | 7.783 | ||
| Wijziging herwaarderingsreserve: omrekeningsverschillen | 36.941 | -50.418 | |
| Elementen die niet naar de resultatenrekening kunnen geherklasseerd worden in toekomstige periodes | |||
| Wijziging herwaarderingsreserve: aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) | 12 | 137 | 7 |
| Belastingen | 21 | -34 | -2 |
| 103 | 5 | ||
| Wijziging herwaarderingsreserve: actuariële winsten (verliezen) te bereiken doel-pensioenplannen | 26 | 3.820 | -7.510 |
| Belastingen | 21 | -866 | 1.754 |
| 2.954 | -5.756 | ||
| Totaal gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten Aandeel van het minderheidsbelang |
15 | 579.122 125.981 |
233.232 51.741 |
Voor de opbouw van het aandeel in het resultaat van het minderheidsbelang en van de groep wordt verwezen naar de Toelichting 6. Segmentinformatie.
Conform de boekhoudregel "IFRS 9 Financiële instrumenten" zijn financiële activa opgesplitst in 3 categorieën en worden schommelingen in de "reële waarde" van financiële activa opgenomen in de geconsolideerde resultatenrekening. De enige uitzondering hierop vormen de waardeschommelingen op de beleggingsportefeuille van Bank Van Breda en Delen Private Bank, die in de tabel hierboven zijn opgesplitst in aandelen en obligaties.
Afdekkingsreserves ontstaan door schommelingen in de marktwaarde van indekkingsinstrumenten die door verschillende groepsmaatschappijen werden afgesloten om zich in te dekken tegen risico's. Zo hebben meerdere groepsmaatschappijen (o.a. DEME, Nextensa en Rentel/SeaMade) zich ingedekt tegen een mogelijke stijging van de interestvoeten. Als gevolg van de evolutie van de (verwachte) marktinterestvoeten in 2021 is de marktwaarde van deze indekkingen positief geëvolueerd en is de niet-gerealiseerde minderwaarde op de indekkingen gedaald met 33,4 miljoen euro (inclusief aandeel van derden).
Omrekeningsverschillen ontstaan als gevolg van schommelingen in de wisselkoersen van de deelnemingen die in vreemde munt rapporteren. In 2021 is de waarde van de euro gedaald in vergelijking tot de meeste relevante deviezen, wat zich per saldo vertaalt in positieve omrekeningsverschillen van 36,9 miljoen euro (inclusief aandeel van derden).
Sinds de invoering van de gewijzigde IAS19R boekhoudnorm in 2013, worden de actuariële winsten en verliezen op bepaalde pensioenplannen rechtstreeks via de niet-gerealiseerde resultaten verwerkt.
| (€ 1.000) | Toelichting | 2021 | 2020 |
|---|---|---|---|
| I. Vaste activa | 11.301.905 | 10.952.870 | |
| Immateriële vaste activa | 7 | 149.391 | 147.762 |
| Goodwill | 8 | 327.829 | 325.937 |
| Materiële vaste activa | 9 | 2.762.846 | 2.825.552 |
| Terreinen en gebouwen | 426.584 | 415.415 | |
| Installaties, machines en uitrusting | 1.944.209 | 1.835.423 | |
| Meubilair en rollend materieel | 55.051 | 53.525 | |
| Overige materiële vaste activa | 7.009 | 4.736 | |
| Activa in aanbouw | 329.992 | 516.454 | |
| Vastgoedbeleggingen | 10 | 1.267.150 | 1.414.057 |
| Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast | 11 | 1.647.196 | 1.456.070 |
| Financiële vaste activa | 12 | 336.038 | 260.413 |
| Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL) | 177.351 | 131.391 | |
| Vorderingen en borgtochten | 158.687 | 129.022 | |
| Afdekkingsinstrumenten op meer dan één jaar | 20 | 1.816 | 3.279 |
| Uitgestelde belastingvorderingen | 21 | 150.279 | 140.439 |
| Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten op meer dan één jaar | 13 | 4.659.360 | 4.379.362 |
| Banken - leningen en vorderingen aan klanten | 4.634.354 | 4.327.706 | |
| Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille | 25.007 | 51.656 | |
| II. Vlottende activa | 5.700.443 | 5.274.000 | |
| Voorraden | 14 | 376.218 | 382.451 |
| Bedrag verschuldigd door klanten voor onderhanden projecten | 14 | 478.499 | 400.034 |
| Geldbeleggingen | 12 | 575.982 | 546.322 |
| Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL) | 48.190 | 51.155 | |
| Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) | 507.529 | 474.991 | |
| Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) | 259 | 173 | |
| Financiële activa - at amortised cost | 20.005 | 20.003 | |
| Afdekkingsinstrumenten op ten hoogste één jaar | 20 | 4.129 | 8.399 |
| Vorderingen op ten hoogste één jaar | 12 | 775.043 | 765.168 |
| Handelsvorderingen | 628.710 | 616.808 | |
| Overige vorderingen | 146.332 | 148.361 | |
| Terug te vorderen belastingen | 21 | 42.595 | 34.554 |
| Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten op ten hoogste één jaar | 13 | 2.477.238 | 2.242.735 |
| Banken - interbancaire vorderingen | 138.014 | 163.712 | |
| Banken - leningen en vorderingen aan klanten | 1.113.898 | 1.086.948 | |
| Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille | 698 | 269 | |
| Banken - tegoeden centrale banken | 1.224.628 | 991.806 | |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | 883.730 | 842.408 | |
| Overlopende rekeningen en overige vlottende activa | 87.010 | 51.930 | |
| III. Activa bestemd voor verkoop | 5 | 230.679 | 1.874 |
| Totaal der activa | 17.233.026 | 16.228.744 | |
De uitsplitsing van de geconsolideerde balans per segment is opgenomen in de Toelichting 6. Segmentinformatie. Zoals daaruit blijkt, heeft de integrale consolidatie van Bank Van Breda (segment Private Banking) een betekenisvolle impact op zowel het balanstotaal als de balansstructuur van AvH. Bank Van Breda draagt 7.791,8 miljoen euro bij tot het balanstotaal van 17.233,0 miljoen euro en ondanks het feit dat deze bank sterk gekapitaliseerd is zoals blijkt uit de Common
Equity Tier 1-ratio van 16,8%, zijn haar balansverhoudingen, verklaard vanuit haar activiteit, verschillend van die van de andere bedrijven in de consolidatiekring. Om de leesbaarheid van de geconsolideerde balans te verhogen zijn bepaalde posten afkomstig uit de balans van Bank Van Breda in de geconsolideerde balans samengevat.
Balans - eigen vermogen en verplichtingen
(€ 1.000) Toelichting 2021 2020 I. Totaal eigen vermogen 5.235.002 4.782.169 Eigen vermogen - deel groep 3.957.228 3.562.038 Geplaatst kapitaal 113.907 113.907 Aandelenkapitaal 2.295 2.295 Agio 111.612 111.612 Geconsolideerde reserves 3.943.016 3.592.273 Herwaarderingsreserves -66.445 -112.772 Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) 1.620 6.614 Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) 126 45 Afdekkingsreserve -31.050 -46.080 Actuariële winsten (verliezen) te bereiken doel-pensioenplannen -24.458 -27.236 Omrekeningsverschillen -12.682 -46.115 Ingekochte eigen aandelen (-) 22 -33.251 -31.370 Minderheidsbelang 15 1.277.774 1.220.131 II. Langlopende verplichtingen 2.537.913 3.414.785 Voorzieningen 17 45.149 46.175 Pensioenverplichtingen 26 81.739 83.250 Uitgestelde belastingverplichtingen 21 161.849 159.777 Financiële schulden 18 1.419.899 1.869.486 Leningen van banken 1.025.574 1.395.608 Obligatieleningen 171.345 241.934 Achtergestelde leningen 61.625 44.680 Leasingschulden 149.514 138.093 Overige financiële schulden 11.841 49.170 Afdekkingsinstrumenten op meer dan één jaar 20 74.034 97.324 Overige schulden 70.598 52.713 Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 19 684.646 1.106.061 Banken - deposito's van kredietinstellingen 0 298.417 Banken - deposito's van klanten 644.663 767.701 Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld 39.983 39.943 III. Kortlopende verplichtingen 9.460.112 8.031.790 Voorzieningen 17 35.670 38.083 Pensioenverplichtingen 26 305 342 Financiële schulden 18 961.720 689.864 Leningen van banken 527.129 319.771 Obligatieleningen 74.819 0 Achtergestelde leningen 33.527 20.974 Leasingschulden 36.198 33.939 Overige financiële schulden 290.047 315.181 Afdekkingsinstrumenten op ten hoogste één jaar 20 16.315 8.914 Bedragen verschuldigd aan klanten voor onderhanden projecten 14 341.883 309.192 Overige schulden op ten hoogste één jaar 1.564.689 1.454.021 Handelsschulden 1.145.112 1.092.826 Ontvangen vooruitbetalingen 101.080 60.643 Schulden mbt bezoldigingen & sociale lasten 220.085 207.031 Overige schulden 98.411 93.521 Te betalen belastingen 21 109.196 94.895 Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 19 6.354.225 5.378.292 Banken - deposito's van kredietinstellingen 425.353 28.875 Banken - deposito's van klanten 5.723.461 5.139.401 Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld 205.412 210.016 Overlopende rekeningen 76.108 58.187 IV. Verplichtingen bestemd voor verkoop 5 0 0 Totaal van het eigen vermogen en de verplichtingen 17.233.026 16.228.744
| (€ 1.000) | Toelichting | 2021 | 2020 |
|---|---|---|---|
| I. Totaal eigen vermogen | 5.235.002 | 4.782.169 | |
| Eigen vermogen - deel groep | 3.957.228 | 3.562.038 | |
| Geplaatst kapitaal | 113.907 | 113.907 | |
| Aandelenkapitaal | 2.295 | 2.295 | |
| Agio | 111.612 | 111.612 | |
| Geconsolideerde reserves | 3.943.016 | 3.592.273 | |
| Herwaarderingsreserves | -66.445 | -112.772 | |
| Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) | 1.620 | 6.614 | |
| Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) | 126 | 45 | |
| Afdekkingsreserve | -31.050 | -46.080 | |
| Actuariële winsten (verliezen) te bereiken doel-pensioenplannen | -24.458 | -27.236 | |
| Omrekeningsverschillen | -12.682 | -46.115 | |
| Ingekochte eigen aandelen (-) | 22 | -33.251 | -31.370 |
| Minderheidsbelang | 15 | 1.277.774 | 1.220.131 |
| II. Langlopende verplichtingen | 2.537.913 | 3.414.785 | |
| Voorzieningen | 17 | 45.149 | 46.175 |
| Pensioenverplichtingen | 26 | 81.739 | 83.250 |
| Uitgestelde belastingverplichtingen | 21 | 161.849 | 159.777 |
| Financiële schulden | 18 | 1.419.899 | 1.869.486 |
| Leningen van banken | 1.025.574 | 1.395.608 | |
| Obligatieleningen | 171.345 | 241.934 | |
| Achtergestelde leningen | 61.625 | 44.680 | |
| Leasingschulden | 149.514 | 138.093 | |
| Overige financiële schulden | 11.841 | 49.170 | |
| Afdekkingsinstrumenten op meer dan één jaar | 20 | 74.034 | 97.324 |
| Overige schulden | 70.598 | 52.713 | |
| Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties | 19 | 684.646 | 1.106.061 |
| Banken - deposito's van kredietinstellingen | 0 | 298.417 | |
| Banken - deposito's van klanten | 644.663 | 767.701 | |
| Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld | 39.983 | 39.943 | |
| III. Kortlopende verplichtingen | 9.460.112 | 8.031.790 | |
| Voorzieningen | 17 | 35.670 | 38.083 |
| Pensioenverplichtingen | 26 | 305 | 342 |
| Financiële schulden | 18 | 961.720 | 689.864 |
| Leningen van banken | 527.129 | 319.771 | |
| Obligatieleningen | 74.819 | 0 | |
| Achtergestelde leningen | 33.527 | 20.974 | |
| Leasingschulden | 36.198 | 33.939 | |
| Overige financiële schulden | 290.047 | 315.181 | |
| Afdekkingsinstrumenten op ten hoogste één jaar | 20 | 16.315 | 8.914 |
| Bedragen verschuldigd aan klanten voor onderhanden projecten | 14 | 341.883 | 309.192 |
| Overige schulden op ten hoogste één jaar | 1.564.689 | 1.454.021 | |
| Handelsschulden | 1.145.112 | 1.092.826 | |
| Ontvangen vooruitbetalingen | 101.080 | 60.643 | |
| Schulden mbt bezoldigingen & sociale lasten | 220.085 | 207.031 | |
| Overige schulden | 98.411 | 93.521 | |
| Te betalen belastingen | 21 | 109.196 | 94.895 |
| Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties | 19 | 6.354.225 | 5.378.292 |
| Banken - deposito's van kredietinstellingen | 425.353 | 28.875 | |
| Banken - deposito's van klanten | 5.723.461 | 5.139.401 | |
| Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld | 205.412 | 210.016 | |
| Overlopende rekeningen | 76.108 | 58.187 | |
| IV. Verplichtingen bestemd voor verkoop | 5 | 0 | 0 |
| Totaal van het eigen vermogen en de verplichtingen | 17.233.026 | 16.228.744 |
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| I. Geldmiddelen en kasequivalenten, openingsbalans | 842.408 | 887.985 |
| Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten | 357.130 | 224.063 |
| Reclass 'Winst (Verlies) op de overdracht van activa' naar cashflow uit desinvesteringen | -34.699 | -90.666 |
| Dividenden van vennootschappen waarop vermogensmutatie is toegepast | 112.496 | 38.042 |
| Overige niet-exploitatiebaten (lasten) | 548 | 0 |
| Winstbelastingen (betaald) | -78.797 | -70.441 |
| Aanpassingen voor niet-geldelijke posten | ||
| Afschrijvingen | 350.553 | 350.772 |
| Bijzondere waardeverminderingen | 45.861 | 9.652 |
| Aandelenoptieplannen | 4.896 | -2.566 |
| Winst (verlies) op activa/passiva gewaardeerd aan reële waarde via resultatenrekening | -34.048 | 3.805 |
| (Afname) toename van voorzieningen | -4.268 | 2.142 |
| Andere niet-kaskosten (opbrengsten) | 1.197 | 3.711 |
| Cashflow | 720.869 | 468.514 |
| Afname (toename) van het bedrijfskapitaal | 60.876 | 118.570 |
| Afname (toename) van voorraden en onderhanden projecten | 18.796 | 68.001 |
| Afname (toename) van vorderingen | -62.748 | 97.678 |
| Afname (toename) van vorderingen kredietinstellingen & cliënten (banken) | -538.081 | -746.754 |
| Toename (afname) van schulden (andere dan financiële schulden) | 109.076 | -85.915 |
| Toename (afname) van schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties (banken) | 555.645 | 769.629 |
| Afname (toename) overige | -21.812 | 15.931 |
| Operationele cashflow | 781.745 | 587.084 |
| Investeringen | -637.527 | -780.577 |
| Aanschaffing van immateriële en materiële vaste activa | -319.018 | -236.598 |
| Investering in vastgoedbeleggingen | -36.479 | -46.388 |
| Verwerving van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsacquisities) | -66.523 | -240.476 |
| Liquide middelen verworven via bedrijfsacquisities | 1.187 | 2.274 |
| Nieuwe leningen toegestaan | -20.059 | -15.849 |
| Verwerving van geldbeleggingen | -196.635 | -243.539 |
| Desinvesteringen | 266.205 | 385.295 |
| Desinvesteringen van immateriële en materiële vaste activa | 34.687 | 21.071 |
| Desinvesteringen van vastgoedbeleggingen | 26.987 | 35.404 |
| Overdracht van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsverkopen) | 28.169 | 141.357 |
| Liquide middelen overgedragen via bedrijfsverkopen | -517 | 0 |
| Terugbetaalde leningen | 13.192 | 10.240 |
| Overdracht van geldbeleggingen | 163.687 | 177.223 |
| Investeringscashflow | -371.322 | -395.282 |
| Financiële operaties | ||
| Ontvangen dividenden | 8.441 | 7.838 |
| Ontvangen interesten | 11.941 | 11.654 |
| Betaalde interesten | -32.651 | -39.313 |
| Diverse financiële opbrengsten (lasten) | -13.343 | -54.864 |
| Afname (toename) van eigen aandelen | -3.132 | -1.635 |
| Toename van financiële schulden | 218.432 | 436.630 |
| (Afname) van financiële schulden | -447.831 | -460.145 |
| (Investeringen) en desinvesteringen in controleparticipaties | 1.174 | -17.830 |
| Dividenden uitgekeerd door AvH | -77.890 | -76.813 |
| Dividenden uitgekeerd aan derden | -35.649 | -36.234 |
| Financieringscashflow | -370.508 | -230.712 |
| II. Netto toename (afname) in geldmiddelen en kasequivalenten | 39.915 | -38.910 |
| Wisselkoerswijzigingen op geldmiddelen en kasequivalenten | 1.406 | -6.667 |
| III. Geldmiddelen en kasequivalenten, slotbalans | 883.730 | 842.408 |
Mutatieoverzicht van het geconsolideerd eigen vermogen
Aandelenkapitaal &
Voor commentaren bij de niet-gerealiseerde resultaten wordt verwezen naar de
Na de Algemene Vergadering van 25 mei 2021, betaalde AvH een dividend uit van 2,35 euro per aandeel, wat resulteerde in een totale uitkering van 77,9 miljoen
AvH heeft in 2021 55.000 eigen aandelen ingekocht ter indekking van toegekende opties ten gunste van het personeel. Over diezelfde periode werden door begunstigden van het aandelenoptieplan opties uitgeoefend op 53.500 aandelen AvH. Eind 2021 staan in totaal opties uit op 306.250 aandelen AvH. Ter indekking van deze (en toekomstige) verplichtingen bezit AvH op diezelfde datum 345.250 eigen
Daarnaast werden in het kader van het contract dat AvH met Kepler Cheuvreux afsloot ter ondersteuning van de liquiditeit van het aandeel AvH in 2021 211.979 aandelen AvH gekocht en 216.604 verkocht. Deze transacties worden volledig autonoom door Kepler Cheuvreux aangestuurd, maar aangezien ze voor rekening van AvH plaatsvinden, heeft de netto-verkoop van 4.625 aandelen AvH in dit kader een impact op het eigen vermogen van AvH. Eind 2021 bedraagt het aantal eigen aandelen in portefeuille in het kader van deze liquiditeitsovereenkomst 1.842.
"Staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten".
agio
Geconsolideerde reser-
ves
Obligaties -
Fair value through
OCI (FVOCI)
Aandelen -
Fair value through
OCI (FVOCI)
Beginsaldo, 1 januari 2020 113.907 3.439.322 3.469 41 -43.889 -23.019 -1.074 -32.648 3.456.109 1.225.725 4.681.834 Winst 229.791 229.791 47.823 277.614 Niet-gerealiseerde resultaten 3.145 4 -2.191 -4.217 -45.041 -48.300 3.918 -44.382
liseerde resultaten 0 229.791 3.145 4 -2.191 -4.217 -45.041 0 181.491 51.741 233.232 Uitkering dividend -76.813 -76.813 -36.234 -113.047
aandelen 1.278 1.278 1.278
datiekring / Belangen %) -27 -27 -21.100 -21.128 Eindsaldo, 31 december 2020 113.907 3.592.273 6.614 45 -46.080 -27.236 -46.115 -31.370 3.562.038 1.220.131 4.782.169 Impact wijzigingen IFRS 0 0 Beginsaldo, 1 januari 2021 113.907 3.592.273 6.614 45 -46.080 -27.236 -46.115 -31.370 3.562.038 1.220.131 4.782.169 Winst 406.814 406.814 105.246 512.060 Niet-gerealiseerde resultaten -4.994 81 15.030 2.778 33.432 46.327 20.735 67.061
liseerde resultaten 0 406.814 -4.994 81 15.030 2.778 33.432 0 453.141 125.981 579.122 Uitkering dividend -77.890 -77.890 -34.682 -112.572
aandelen -1.881 -1.881 -1.881
datiekring / Belangen %) 21.820 21.820 -33.656 -11.836 Eindsaldo, 31 december 2021 113.907 3.943.016 1.620 126 -31.050 -24.458 -12.682 -33.251 3.957.228 1.277.774 5.235.002
aandelen rust.
Afdekkingsreserves
Actuariële winsten (verliezen) te bereiken
doel-pensioenplannen
Omrekeningsverschillen
Ingekochte eigen aan-
delen
De post "Andere" in de kolom "Minderheidsbelang" vloeit o.m. voort uit de wijzigingen in de consolidatiekring van AvH of haar participaties. Voor meer details
Voorts bevat de post "Andere" in de kolom "Geconsolideerde reserves" o.a. de impact van de hergroepering in de Vastgoedpoot (inbreng van Extensa en LREM in Leasinvest Real Estate, alle controlebelangen), de eliminaties van resultaten op verkopen van eigen aandelen, de impact van uitkoop van minderheidsbelangen, alsook de impact van de waardering van de aankoopverplichting die op bepaalde
Het geplaatst maatschappelijk kapitaal bedraagt 2.295.277,90 euro. Het kapitaal is volledig volgestort en wordt vertegenwoordigd door 33.496.904 aandelen zonder vermelding van nominale waarde. We verwijzen naar de Toelichting 'Algemene gegevens betreffende de vennootschap en het kapitaal' voor meer informatie om-
verwijzen we naar Toelichting 6. Segmentrapportering.
Algemene gegevens betreffende het kapitaal
trent het maatschappelijk kapitaal van AvH.
Eigen vermogen - deel
groep
Minderheidsbelang Totaal eigen vermogen
(€ 1.000)
Totaal gerealiseerde en niet-gerea-
Verrichtingen met ingekochte eigen
Totaal gerealiseerde en niet-gerea-
Verrichtingen met ingekochte eigen
Andere (vnl. wijzigingen consoli-
euro.
aandelen.
Andere (vnl. wijzigingen consoli-
Mutatieoverzicht van het geconsolideerd eigen vermogen
| (€ 1.000) | |||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Aandelenkapitaal & agio |
Geconsolideerde reser ves |
Fair value through Obligaties - OCI (FVOCI) |
Fair value through Aandelen - OCI (FVOCI) |
Afdekkingsreserves | Actuariële winsten (ver doel-pensioenplannen liezen) te bereiken |
Omrekeningsverschillen | Ingekochte eigen aan delen |
Eigen vermogen - deel groep |
Minderheids belang |
Totaal eigen vermogen | |
| Beginsaldo, 1 januari 2020 | 113.907 | 3.439.322 | 3.469 | 41 | -43.889 | -23.019 | -1.074 | -32.648 | 3.456.109 | 1.225.725 | 4.681.834 |
| Winst | 229.791 | 229.791 | 47.823 | 277.614 | |||||||
| Niet-gerealiseerde resultaten | 3.145 | 4 | -2.191 | -4.217 | -45.041 | -48.300 | 3.918 | -44.382 | |||
| Totaal gerealiseerde en niet-gerea liseerde resultaten |
0 | 229.791 | 3.145 | 4 | -2.191 | -4.217 | -45.041 | 0 | 181.491 | 51.741 | 233.232 |
| Uitkering dividend | -76.813 | -76.813 | -36.234 | -113.047 | |||||||
| Verrichtingen met ingekochte eigen aandelen |
1.278 | 1.278 | 1.278 | ||||||||
| Andere (vnl. wijzigingen consoli datiekring / Belangen %) |
-27 | -27 | -21.100 | -21.128 | |||||||
| Eindsaldo, 31 december 2020 | 113.907 | 3.592.273 | 6.614 | 45 | -46.080 | -27.236 | -46.115 | -31.370 | 3.562.038 | 1.220.131 | 4.782.169 |
| Impact wijzigingen IFRS | 0 | 0 | |||||||||
| Beginsaldo, 1 januari 2021 | 113.907 | 3.592.273 | 6.614 | 45 | -46.080 | -27.236 | -46.115 | -31.370 | 3.562.038 | 1.220.131 | 4.782.169 |
| Winst | 406.814 | 406.814 | 105.246 | 512.060 | |||||||
| Niet-gerealiseerde resultaten | -4.994 | 81 | 15.030 | 2.778 | 33.432 | 46.327 | 20.735 | 67.061 | |||
| Totaal gerealiseerde en niet-gerea liseerde resultaten |
0 | 406.814 | -4.994 | 81 | 15.030 | 2.778 | 33.432 | 0 | 453.141 | 125.981 | 579.122 |
| Uitkering dividend | -77.890 | -77.890 | -34.682 | -112.572 | |||||||
| Verrichtingen met ingekochte eigen aandelen |
-1.881 | -1.881 | -1.881 | ||||||||
| Andere (vnl. wijzigingen consoli datiekring / Belangen %) |
21.820 | 21.820 | -33.656 | -11.836 | |||||||
| Eindsaldo, 31 december 2021 | 113.907 | 3.943.016 | 1.620 | 126 | -31.050 | -24.458 | -12.682 | -33.251 | 3.957.228 | 1.277.774 | 5.235.002 |
Voor commentaren bij de niet-gerealiseerde resultaten wordt verwezen naar de "Staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten".
Na de Algemene Vergadering van 25 mei 2021, betaalde AvH een dividend uit van 2,35 euro per aandeel, wat resulteerde in een totale uitkering van 77,9 miljoen euro.
AvH heeft in 2021 55.000 eigen aandelen ingekocht ter indekking van toegekende opties ten gunste van het personeel. Over diezelfde periode werden door begunstigden van het aandelenoptieplan opties uitgeoefend op 53.500 aandelen AvH. Eind 2021 staan in totaal opties uit op 306.250 aandelen AvH. Ter indekking van deze (en toekomstige) verplichtingen bezit AvH op diezelfde datum 345.250 eigen aandelen.
Daarnaast werden in het kader van het contract dat AvH met Kepler Cheuvreux afsloot ter ondersteuning van de liquiditeit van het aandeel AvH in 2021 211.979 aandelen AvH gekocht en 216.604 verkocht. Deze transacties worden volledig autonoom door Kepler Cheuvreux aangestuurd, maar aangezien ze voor rekening van AvH plaatsvinden, heeft de netto-verkoop van 4.625 aandelen AvH in dit kader een impact op het eigen vermogen van AvH. Eind 2021 bedraagt het aantal eigen aandelen in portefeuille in het kader van deze liquiditeitsovereenkomst 1.842.
De post "Andere" in de kolom "Minderheidsbelang" vloeit o.m. voort uit de wijzigingen in de consolidatiekring van AvH of haar participaties. Voor meer details verwijzen we naar Toelichting 6. Segmentrapportering.
Voorts bevat de post "Andere" in de kolom "Geconsolideerde reserves" o.a. de impact van de hergroepering in de Vastgoedpoot (inbreng van Extensa en LREM in Leasinvest Real Estate, alle controlebelangen), de eliminaties van resultaten op verkopen van eigen aandelen, de impact van uitkoop van minderheidsbelangen, alsook de impact van de waardering van de aankoopverplichting die op bepaalde aandelen rust.
Het geplaatst maatschappelijk kapitaal bedraagt 2.295.277,90 euro. Het kapitaal is volledig volgestort en wordt vertegenwoordigd door 33.496.904 aandelen zonder vermelding van nominale waarde. We verwijzen naar de Toelichting 'Algemene gegevens betreffende de vennootschap en het kapitaal' voor meer informatie omtrent het maatschappelijk kapitaal van AvH.
De geconsolideerde jaarrekening wordt opgemaakt conform de International Financial Reporting Standards en IFRIC interpretaties van kracht per 31 december 2021, zoals goedgekeurd door de Europese Commissie.
Nieuwe en gewijzigde standaarden en interpretaties
Volgende nieuwe standaarden en wijzigingen aan bestaande standaarden gepubliceerd door de IASB worden per 1 januari 2021 toegepast.
De toepassing van de nieuwe en gewijzigde standaarden en interpretaties heeft geen significante impact op de financiële staten van de groep.
Bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening volgens de IFRS-normen, worden schattingen verricht en assumpties geformuleerd die een invloed hebben op de bedragen opgenomen in die jaarrekening, met name wat betreft:
Deze schattingen gaan ervan uit dat de continuïteit van de bedrijfsactiviteiten gewaarborgd is en worden gemaakt op basis van de op dat ogenblik beschikbare informatie. De schattingen kunnen herzien worden wanneer de omstandigheden waarop ze gebaseerd zijn evolueren of wanneer nieuwe informatie beschikbaar wordt. De actuele resultaten kunnen van deze schattingen afwijken.
De waarderingsregels, als deel van het jaarverslag, worden jaarlijks goedgekeurd door AvH's raad van bestuur. De meest recente beraadslaging over en goedkeuring van de waarderingsregels door AvH's raad van bestuur vond plaats op 22 maart 2022.
De geconsolideerde jaarrekening omvat de financiële gegevens van AvH, haar dochterondernemingen en gemeenschappelijke dochterondernemingen alsook het aandeel van de groep in de resultaten van de geassocieerde deelnemingen.
Dochterondernemingen zijn entiteiten die door de groep worden gecontroleerd. Er bestaat controle wanneer AvH (a) zeggenschap over de deelneming heeft; (b) is blootgesteld aan, of rechten heeft op variabele opbrengsten tengevolge haar betrokkenheid bij de deelneming; en (c) over de mogelijkheid beschikt haar zeggenschap over de deelneming aan te wenden om de omvang van de opbrengsten te beïnvloeden. De deelnemingen in dochterondernemingen worden integraal geconsolideerd vanaf de datum van verwerving tot het einde van de controle.
De financiële staten van de dochterondernemingen worden opgemaakt voor dezelfde rapporteringsperiode als AvH, waarbij uniforme IFRS-waarderingsregels worden gehanteerd. Alle intragroepsverrichtingen en niet-gerealiseerde intragroepswinsten en -verliezen op transacties tussen groepsondernemingen worden geëlimineerd. Niet-gerealiseerde verliezen worden geëlimineerd tenzij het om een bijzondere waardevermindering gaat.
Onderzoeksuitgaven worden ten laste van het resultaat van het boekjaar genomen. Ontwikkelingsuitgaven die voldoen aan de strenge erkenningscriteria van IAS 38 worden geactiveerd en afgeschreven over de economische levensduur.
Op elke afsluitdatum gaat de groep na of er aanwijzingen zijn dat een actief aan een bijzondere waardevermindering onderhevig kan zijn. Indien dergelijke indicatie aanwezig is, wordt een inschatting gemaakt van de realiseerbare waarde. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde wordt een bijzondere waardevermindering geboekt om de boekwaarde van het actief
De realiseerbare waarde van een actief wordt gedefinieerd als de hoogste waarde van de reële waarde min verkoopkosten (uitgaande van een niet gedwongen verkoop) of de gebruikswaarde (o.b.v. de actuele waarde van de geschatte toekomstige cashflows). De eruit resulterende bijzondere waardeverminderingen worden
Eerder geboekte waardeverminderingen, behoudens op goodwill, worden via de
resultatenrekening teruggenomen wanneer die niet meer geldig zijn.
8.1 Administratieve verwerking door de leasinggever
Wanneer de Groep als leasinggever optreedt, bepaalt zij bij aanvang van de lease of de lease een financiële dan wel operationele lease is. Om een lease te classificeren, beoordeelt de Groep of de leaseovereenkomst nagenoeg alle risico's en voordelen die verbonden zijn aan de eigendom van het onderliggende actief overdraagt. Als dat het geval is, wordt de lease beschouwd als een financiële lease. Bij die beoordeling houdt de Groep rekening met bepaalde indicatoren, zoals de leaseperiode die het grootste gedeelte van de economische levensduur van het
Indien de leaseovereenkomst zowel lease- als niet-leasecomponenten bevat, past de Groep IFRS 15 toe om de vergoeding die vervat zit in het contract toe te reke-
8.2 Administratieve verwerking door de leasingnemer
In IFRS 16 zijn de grondslagen voor de opname, waardering en presentatie, alsmede de informatieverschaffing over leases, uiteengezet en is bepaald dat leasingnemers alle leases moeten verwerken onder één enkel balansmodel. IFRS 16 vervangt IAS 17 'Leaseovereenkomsten', IFRIC 4 'Vaststelling of een overeenkomst een leaseovereenkomst bevat', SIC 15 'Operationele leases – Incentives' en SIC 27 'Evaluatie van de economische realiteit van transacties in de juridische vorm van
Volgens IFRS 16 is of bevat een contract een leaseovereenkomst indien het contract, in ruil voor een vergoeding, gedurende een bepaalde periode het recht verleent om de zeggenschap over het gebruik van een geïdentificeerd actief uit te
De Groep neemt op de aanvangsdatum van de leaseovereenkomst een gebruiksrecht als actief op, alsook een overeenstemmende leaseverplichting. Activa en verplichtingen die voortvloeien uit leaseovereenkomsten worden bij eerste opname gewaardeerd op basis van contante waarde, gedisconteerd op basis van de marginale rentevoet van de leasingnemer. Het gebruiksrecht wordt vervolgens afgeschreven en/of er wordt een bijzondere waardevermindering voor geboekt wanneer dat noodzakelijk wordt geacht. Het gebruiksrecht wordt ook aangepast bij
De leaseverplichting wordt vervolgens verhoogd met de rentekosten op de leaseverplichting en verminderd met de verrichte leasebetaling. Ze wordt opnieuw gewaardeerd wanneer er zich een verandering in de toekomstige leasebetalingen voordoet die voortvloeit uit een verandering in een index of rentevoet, een verandering in de schatting van het bedrag dat naar verwachting zal moeten worden betaald, of een verandering in de herbeoordeling van de aankoop- of verlengingsoptie die met redelijke zekerheid zal worden uitgeoefend (of een beëindigingsoptie die naar alle waarschijnlijkheid niet zal worden uitgeoefend). De Groep heeft veronderstellingen gehanteerd om de periode van leaseovereenkomsten in te schat-
bepaalde herwaarderingen van de leaseverplichting.
tiva
actief dient te omvatten.
een leaseovereenkomst'.
oefenen.
ten.
nen.
terug te brengen tot de realiseerbare waarde.
ten laste van de resultatenrekening geboekt.
De waarderingsregels toegepast bij de verwerking van acquisities van woon- en
• Erkenningen en exploitatievergunningen die verworven zijn op het moment van overname worden bij de eerste opname in consolidatie gewaardeerd op basis
• Uitvoerbare bouwvergunningen die verworven zijn op het moment van overname worden bij de eerste opname in consolidatie gewaardeerd op basis van hun bedrijfswaarde of reële waarde. Hierbij wordt enkel rekening gehouden met
• Deze erkenningen en voorafgaande vergunningen worden opgenomen onder de rubriek immateriële vaste activa. Het bedrag dat toegewezen wordt aan uitvoerbare bouwvergunningen wordt afgeschreven over een periode van 33 jaar. Indien er een erfpacht afgesloten wordt, dan is de afschrijvingsduur gelijk aan de duur van de erfpacht. De afschrijving start zodra de bouw voorlopig opgeleverd en uitgebaat wordt. Exploitatievergunningen worden niet afgeschreven daar zij
• Conform IAS 36 worden de immateriële vaste activa met een onbeperkte gebruiksduur jaarlijks getest op een bijzondere waardevermindering, door hun boekwaarde te vergelijken met hun realiseerbare waarde. De realiseerbare waarde is de hoogste waarde van de reële waarde minus de verkoopkosten en
Goodwill is het positieve verschil tussen de kostprijs van de bedrijfscombinatie en het aandeel van de groep in de reële waarde van de verworven activa, de overgenomen verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen van de dochteronderneming, gemeenschappelijke dochteronderneming of geassocieerde deelneming op
Goodwill wordt niet afgeschreven maar ondergaat jaarlijks een test op bijzondere waardeverminderingen en wanneer zich indicaties van een eventuele waardever-
Materiële vaste activa worden geboekt tegen aanschaffings- of vervaardigingsprijs, verminderd met de gecumuleerde afschrijvingen en de eventuele bijzondere waar-
Materiële vaste activa worden afgeschreven volgens de lineaire methode over de voorziene gebruiksduur. De voorziene gebruiksduur wordt op jaarlijkse basis ge-
De afschrijvingsperiodes gedefinieerd door DEME voor drijvend en ander bouwmaterieel variëren van 3 jaar (zoals voor pijpleidingen) tot 21 jaar. De hoofdcomponent van sleephopperzuigers en cutterzuigers wordt over een periode van 18 jaar afgeschreven. Voor nieuwe sleephopperzuigers, cutterzuigers, kabellegschepen en DP3 offshore kraanschepen die sinds 2019 in productie zijn, wordt de hoofdcomponent afgeschreven over een periode van 20 jaar en een tweede component over een periode van 10 jaar. Deze afschrijvingsregel was al van toepassing voor de grote hefvaartuigen. De hoofdcomponent omvat voornamelijk de romp en de machines, de tweede component heeft betrekking op de delen van een schip met een
Herstellingsuitgaven voor materiële vaste activa worden ten laste van het resultaat van het boekjaar genomen, tenzij ze resulteren in een verhoging van het toekomstig economisch nut van de respectievelijke materiële vaste activa, wat hun active-
Activa in aanbouw worden afgeschreven vanaf het moment dat de activa beschik-
Overheidssubsidies worden in de balans gepresenteerd als uitgestelde baten en worden op systematische basis opgenomen in de resultatenrekening als baten over
kortere levensduur dan de economische levenscyclus van het schip.
zorgcentra zijn als volgt:
zijn bedrijfswaarde.
het moment van de overname.
evalueerd, evenals de eventuele restwaarde.
mindering voordoen.
deverminderingen.
ring justifieert.
baar zijn voor gebruik.
de gebruiksduur van het actief.
van hun bedrijfswaarde of reële waarde.
de mogelijke netto-capaciteitsuitbreiding.
in principe een onbeperkte levensduur hebben.
3.2 Gemeenschappelijke dochterondernemingen en geassocieerde deelnemingen
Ondernemingen die gezamenlijk worden gecontroleerd (gedefinieerd als die entiteiten waarover de groep de gezamenlijke controle heeft, onder meer via het aandeelhouderspercentage of een overeenkomst met één of meerdere mede-aandeelhouders en die als joint venture worden beschouwd) zijn opgenomen op basis van de vermogensmutatie-methode vanaf de datum van verwerving tot het einde van de gezamenlijke controle.
Geassocieerde deelnemingen waarop de groep een aanzienlijke invloed van betekenis heeft, meer bepaald ondernemingen waarin AvH de macht heeft om deel te nemen (zonder controle) aan de financiële en operationele beleidsbeslissingen van de deelneming, worden opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode, vanaf de datum van verwerving tot het einde van de invloed van betekenis.
Volgens de vermogensmutatiemethode worden de deelnemingen oorspronkelijk geboekt tegen kostprijs en wordt de boekwaarde vervolgens aangepast om het aandeel van de groep in de winst of het verlies van de deelneming op te nemen, en dit vanaf de aanschaffingsdatum. De financiële staten van deze ondernemingen worden opgemaakt voor dezelfde rapporteringsperiode als AvH, waarbij uniforme IFRS waarderingsregels worden gehanteerd. Niet-gerealiseerde intragroepswinsten en -verliezen op transacties worden geëlimineerd ten belope van het belangenpercentage.
Een gezamenlijke operatie is een gemeenschappelijke regeling waarbij de partijen directe rechten hebben over de activa, alsook directe verplichtingen hebben ten aanzien van de verbintenissen van deze gezamenlijke operaties. Gezamenlijke zeggenschap is het contractueel delen van zeggenschap over een regeling, waarvan alleen sprake is wanneer beslissingen over de desbetreffende operaties unanieme instemming vereisen van alle partijen die de zeggenschap delen. Wanneer een dochteronderneming van AvH een gezamenlijke operatie opstart, neemt deze dochteronderneming het volgende op:
Immateriële vaste activa met een bepaalde levensduur worden gewaardeerd aan kostprijs, verminderd met gecumuleerde afschrijvingen en eventuele bijzondere waardeverminderingen.
Immateriële vaste activa worden afgeschreven volgens de lineaire methode over de voorziene gebruiksduur. De voorziene gebruiksduur wordt op jaarlijkse basis geëvalueerd, evenals de eventuele restwaarde. De restwaarde wordt verondersteld nul te zijn.
Immateriële vaste activa met een onbepaalde levensduur worden aan kostprijs gewaardeerd. Ze worden niet afgeschreven, maar ondergaan jaarlijks een impairment test en wanneer zich indicaties van een eventuele waardevermindering voordoen.
Kosten voor het opstarten van nieuwe activiteiten worden in resultaat genomen op het moment dat ze zich voordoen.
Onderzoeksuitgaven worden ten laste van het resultaat van het boekjaar genomen. Ontwikkelingsuitgaven die voldoen aan de strenge erkenningscriteria van IAS 38 worden geactiveerd en afgeschreven over de economische levensduur.
De waarderingsregels toegepast bij de verwerking van acquisities van woon- en zorgcentra zijn als volgt:
Goodwill is het positieve verschil tussen de kostprijs van de bedrijfscombinatie en het aandeel van de groep in de reële waarde van de verworven activa, de overgenomen verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen van de dochteronderneming, gemeenschappelijke dochteronderneming of geassocieerde deelneming op het moment van de overname.
Goodwill wordt niet afgeschreven maar ondergaat jaarlijks een test op bijzondere waardeverminderingen en wanneer zich indicaties van een eventuele waardevermindering voordoen.
Materiële vaste activa worden geboekt tegen aanschaffings- of vervaardigingsprijs, verminderd met de gecumuleerde afschrijvingen en de eventuele bijzondere waardeverminderingen.
Materiële vaste activa worden afgeschreven volgens de lineaire methode over de voorziene gebruiksduur. De voorziene gebruiksduur wordt op jaarlijkse basis geevalueerd, evenals de eventuele restwaarde.
De afschrijvingsperiodes gedefinieerd door DEME voor drijvend en ander bouwmaterieel variëren van 3 jaar (zoals voor pijpleidingen) tot 21 jaar. De hoofdcomponent van sleephopperzuigers en cutterzuigers wordt over een periode van 18 jaar afgeschreven. Voor nieuwe sleephopperzuigers, cutterzuigers, kabellegschepen en DP3 offshore kraanschepen die sinds 2019 in productie zijn, wordt de hoofdcomponent afgeschreven over een periode van 20 jaar en een tweede component over een periode van 10 jaar. Deze afschrijvingsregel was al van toepassing voor de grote hefvaartuigen. De hoofdcomponent omvat voornamelijk de romp en de machines, de tweede component heeft betrekking op de delen van een schip met een kortere levensduur dan de economische levenscyclus van het schip.
Herstellingsuitgaven voor materiële vaste activa worden ten laste van het resultaat van het boekjaar genomen, tenzij ze resulteren in een verhoging van het toekomstig economisch nut van de respectievelijke materiële vaste activa, wat hun activering justifieert.
Activa in aanbouw worden afgeschreven vanaf het moment dat de activa beschikbaar zijn voor gebruik.
Overheidssubsidies worden in de balans gepresenteerd als uitgestelde baten en worden op systematische basis opgenomen in de resultatenrekening als baten over de gebruiksduur van het actief.
Op elke afsluitdatum gaat de groep na of er aanwijzingen zijn dat een actief aan een bijzondere waardevermindering onderhevig kan zijn. Indien dergelijke indicatie aanwezig is, wordt een inschatting gemaakt van de realiseerbare waarde. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde wordt een bijzondere waardevermindering geboekt om de boekwaarde van het actief terug te brengen tot de realiseerbare waarde.
De realiseerbare waarde van een actief wordt gedefinieerd als de hoogste waarde van de reële waarde min verkoopkosten (uitgaande van een niet gedwongen verkoop) of de gebruikswaarde (o.b.v. de actuele waarde van de geschatte toekomstige cashflows). De eruit resulterende bijzondere waardeverminderingen worden ten laste van de resultatenrekening geboekt.
Eerder geboekte waardeverminderingen, behoudens op goodwill, worden via de resultatenrekening teruggenomen wanneer die niet meer geldig zijn.
Wanneer de Groep als leasinggever optreedt, bepaalt zij bij aanvang van de lease of de lease een financiële dan wel operationele lease is. Om een lease te classificeren, beoordeelt de Groep of de leaseovereenkomst nagenoeg alle risico's en voordelen die verbonden zijn aan de eigendom van het onderliggende actief overdraagt. Als dat het geval is, wordt de lease beschouwd als een financiële lease. Bij die beoordeling houdt de Groep rekening met bepaalde indicatoren, zoals de leaseperiode die het grootste gedeelte van de economische levensduur van het actief dient te omvatten.
Indien de leaseovereenkomst zowel lease- als niet-leasecomponenten bevat, past de Groep IFRS 15 toe om de vergoeding die vervat zit in het contract toe te rekenen.
In IFRS 16 zijn de grondslagen voor de opname, waardering en presentatie, alsmede de informatieverschaffing over leases, uiteengezet en is bepaald dat leasingnemers alle leases moeten verwerken onder één enkel balansmodel. IFRS 16 vervangt IAS 17 'Leaseovereenkomsten', IFRIC 4 'Vaststelling of een overeenkomst een leaseovereenkomst bevat', SIC 15 'Operationele leases – Incentives' en SIC 27 'Evaluatie van de economische realiteit van transacties in de juridische vorm van een leaseovereenkomst'.
Volgens IFRS 16 is of bevat een contract een leaseovereenkomst indien het contract, in ruil voor een vergoeding, gedurende een bepaalde periode het recht verleent om de zeggenschap over het gebruik van een geïdentificeerd actief uit te oefenen.
De Groep neemt op de aanvangsdatum van de leaseovereenkomst een gebruiksrecht als actief op, alsook een overeenstemmende leaseverplichting. Activa en verplichtingen die voortvloeien uit leaseovereenkomsten worden bij eerste opname gewaardeerd op basis van contante waarde, gedisconteerd op basis van de marginale rentevoet van de leasingnemer. Het gebruiksrecht wordt vervolgens afgeschreven en/of er wordt een bijzondere waardevermindering voor geboekt wanneer dat noodzakelijk wordt geacht. Het gebruiksrecht wordt ook aangepast bij bepaalde herwaarderingen van de leaseverplichting.
De leaseverplichting wordt vervolgens verhoogd met de rentekosten op de leaseverplichting en verminderd met de verrichte leasebetaling. Ze wordt opnieuw gewaardeerd wanneer er zich een verandering in de toekomstige leasebetalingen voordoet die voortvloeit uit een verandering in een index of rentevoet, een verandering in de schatting van het bedrag dat naar verwachting zal moeten worden betaald, of een verandering in de herbeoordeling van de aankoop- of verlengingsoptie die met redelijke zekerheid zal worden uitgeoefend (of een beëindigingsoptie die naar alle waarschijnlijkheid niet zal worden uitgeoefend). De Groep heeft veronderstellingen gehanteerd om de periode van leaseovereenkomsten in te schatten.
In overeenstemming met de standaard voor leaseovereenkomsten heeft de Groep ervoor gekozen gebruik te maken van de volgende vrijstellingen:
De belangrijkste beoordelingen en veronderstellingen bij het bepalen van het gehuurde actief en de leaseverplichting zijn:
De vastgoedbeleggingen omvatten zowel de gebouwen die verhuurklaar zijn (vastgoedbeleggingen in exploitatie), als de gebouwen in aanbouw of ontwikkeling voor toekomstig gebruik, als vastgoedbelegging in exploitatie (projectontwikkelingen).
De vastgoedbeleggingen worden aan reële waarde gewaardeerd, waarbij de waardeschommelingen in de resultatenrekening worden verwerkt. Op basis van schattingsverslagen wordt de reële waarde van verhuurde gebouwen jaarlijks bepaald.
Bij de verwerving of investering in een ander financieel actief bepalen de contractuele voorwaarden of het een eigenvermogensinstrument, dan wel een schuldinstrument is.
Eigenvermogensinstrumenten geven recht op het overblijvend belang in de nettoactiva van een andere entiteit.
De beoordeling van de eigenschappen van de contractuele kasstromen of SPPI-test gebeurt per productgroep (financiële activa met gelijkaardige kasstroomeigenschappen) of waar nodig op individuele basis. Er wordt beoordeeld of het instrument op gespecifieerde data kasstromen genereert die enkel betalingen zijn van kapitaal en intrest op het uitstaand kapitaal (SPPI: solely payments of principal and interest). Er wordt ook nagegaan hoe deze kasstromen kaderen binnen het business model van de repectievelijke entiteit.
Uit deze beoordelingen volgt de classificatie en waarderingsmethode:
i. gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs (AC): schuldinstrumenten die voldoen aan de SPPI-test en aangehouden worden in een HTC-model (Held-tocollect). Bij eerste opname worden zij gewaardeerd tegen reële waarde, vermeerderd met de transactiekosten die rechtstreeks toe te rekenen zijn aan de verwerving ervan. Vervolgens wordt de effectieve rentemethode toegepast waarbij het verschil tussen de waardering bij eerste opname en de terugbetalingswaarde pro rata temporis in de resultatenrekening wordt geboekt op basis van de effectieve rentevoet.
waarde, waarbij de wijzigingen in de reële waarde in resultaat worden geboekt
'collective staging' logica gehanteerd om de macro-economische verwachtingen
Bij de obligatieportefeuille wordt de 'low credit risk exemption' toegepast: zolang obligaties hun 'investment grade rating' categorie behouden, blijven ze in stage 1. Op basis van het lage kredietrisico op rapporteringsdatum kan worden geconcludeerd dat een significante stijging in kredietrisico zich niet heeft voorgedaan. Indien een obligatie toch naar een 'non-investment grade' rating categorie zou migreren, zal de Bank de obligatie ofwel verkopen ofwel in stage 2 plaatsen en een
Een waarderingsmodel berekent de verwachte kredietverliezen voor contracten in stage 1 en 2 in regel met de literatuur over IFRS9 ECL-modellering. Ze zijn bepaald zonder enige bewuste vertekening in optimistische noch conservatieve zin en zijn gebaseerd op alle redelijke en onderbouwde informatie zoals die beschikbaar is met te verantwoorden kost of inspanning. Het gaat hierbij over informatie over het verleden, huidige omstandigheden en voorspellingen van de toekomst. Voorts geven ze de verwachtingswaarde weer die de bank mogelijk acht in de voorzienbare
Deze '1-year expected credit losses' en 'life-time expected credit losses' worden voor ieder individueel contract berekend op basis van de toekomstige kasstromen
• PD staat voor 'Probability of Default' of de kans op default in een bepaalde periode. De PD modellering is opgezet door middel van migratiematrices, op basis van bestaande interne kredietratings voor kredieten en aangeleverd door
• 'Loss Given Default' (LGD) stelt verwacht verlies voor in geval van default. Het LGD bedrag wordt bekomen uit de 'exposure at default' en de in pand genomen
• 'Survival Probability' is de kans dat een contract nog in aanmerking komt voor kredietverliezen. De 'Survival Probability' wordt berekend aan de hand van: - de kans dat een contract niet van de balans is verdwenen na een eerdere
de kans dat een contract nog niet verdwenen is van de balans ten gevolge
'Effective Interest Rate' (EIR) is de effectieve interestvoet waarmee de verliezen worden verdisconteerd. Voor vastrentende contracten is dit de contractuele effectieve rentevoet; voor contracten met variabele rentevoet wordt de
Op elke afsluitdatum wordt nagegaan of er objectieve aanwijzingen zijn dat een financieel actief non-performing wordt en dus naar stage 3 transfereert. Dit ge-
• een contractbreuk waaronder het niet respecteren van vervaldagen voor intrest-
• het toestaan door de Bank van bepaalde voorwaarden, voor economische of wettelijke redenen, die de groep in normale omstandigheden niet aan de ontle-
• het waarschijnlijk worden dat de ontlener failliet zal gaan of in herstructurering
• voor obligaties, het wegvallen van een actieve markt vanwege financiële moeilijkheden of andere aanwijzingen die de recupereerbaarheid ten opzichte van de
• objectieve criteria die aantonen dat er een meetbare verslechtering is van de verwachte toekomstige kasstromen van een collectieve groep van financiële activa, ook al kan deze verslechtering niet op individuele basis vastgesteld worden, of die wijzen op een achteruitgang in de kredietwaardigheid of de financiële draagkracht van de ontleners van de groep, of op nationale of economische
Voor stage 3-contracten wordt een inschatting gemaakt van de realiseerbare waarde. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde wordt een bijzondere waardevermindering geboekt om de boekwaarde
De netto-realiseerbare waarde wordt gedefinieerd als de hoogste waarde van: • de netto-verkoopprijs (uitgaande van een niet gedwongen verkoop) en
omstandigheden die specifiek zijn aan deze groep van ontleners.
van het actief terug te brengen tot de realiseerbare waarde.
beurt op basis van volgende objectief waarneembare gebeurtenissen:
• belangrijke financiële moeilijkheden bij de ontlener;
aanschaffingswaarde in gevaar brengen;
mee in rekening te nemen.
bijhorende 'lifetime ECL' bepalen.
en volgende modelparameters:
ratingbureau DBRS voor de obligatieportefeuille.
van volledig vervroegde terugbetaling.
meest recente 'fixing' gebruikt.
en/of kapitaalaflossingen;
ner zou toestaan;
zal gaan;
toekomst.
waarborgen.
default, en
De verwerking van de afgeleide instrumenten is conform IFRS 9, met uitzondering
De waardeschommelingen van een afgeleid financieel instrument dat voldoet aan de strikte voorwaarden voor erkenning als kasstroom-indekking worden opgenomen in de 'staat van niet-gerealiseerde resultaten' voor het effectieve deel. Het ineffectieve deel wordt rechtstreeks in de resultatenrekening geboekt. De indekkingsresultaten worden van de 'staat van niet-gerealiseerde resultaten' naar de resultatenrekening overgeboekt op het moment dat de ingedekte transactie zelf
Waardeschommelingen van een afgeleid instrument dat formeel toegewezen werd voor de indekking van de veranderingen in de reële waarde van geboekte activa en passiva, worden uitgedrukt in de resultatenrekening samen met de winsten en de verliezen die voortvloeien uit de herwaardering aan reële waarde van het ingedekte bestanddeel. De waardeschommelingen van afgeleide financiële instrumenten die niet als reële-waarde- of kasstroom-indekking erkend zijn, worden onmid-
Kas en kasequivalenten, bestaande uit contanten en kortlopende beleggingen,
10.6 Bijzondere waardeverminderingen op financiële ac-
Onder IFRS 9 worden van bij de eerste opname voorzieningen voor verwachte kre-
• schuldinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde met verwerking van waar-
Stage 1: performante activa, waarvoor op het moment van eerste opname een '1 year expected credit loss' wordt aangelegd op basis van de waarschijnlijkheid dat zich binnen de 12 maanden gebeurtenissen zullen voordoen die
Stage 2: 'underperforming' activa waarvoor een 'lifetime expected credit loss' wordt aangelegd zodra een significante stijging in kredietrisico wordt vastge-
Stage 3: voor niet-performante activa wordt een inschatting gemaakt van de realiseerbare waarde. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde wordt een bijzondere waardevermindering geboekt om de boekwaarde van het actief terug te brengen tot de realiseerbare
Mutaties in deze voorzieningen verlopen via de rubriek 'Bijzondere waardeverminderingen' in de winst- en verliesrekening. De voorzieningen voor verwachte kre-
• in mindering van de bruto boekwaarde van financiële activa die worden gewaar-
• als een voorziening in niet-gerealiseerde resultaten (OCI) voor schuldinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen
• als een voorziening onder de verplichtingen voor engagementen uit leningtoe-
De 'staging' bij een significante stijging (of daling) in kredietrisico gebeurt op niveau van individuele contracten ('bottom-up' staging) op basis van een aantal criteria zoals betaalachterstand, hernegociaties en rating categorie. Voor de individuele staging bij kredieten wordt de interne kredietrating gebruikt. Aangezien dit een criterium is dat gebaseerd is op het verleden, wordt hiernaast nog een aparte
deerd tegen geamortiseerde kostprijs (incl. leasingvorderingen);
• verplichtingen uit leningtoezeggingen en financiële garantiecontracten. Bij het bepalen van de voorziening voor te verwachten kredietverliezen worden de
tenzij deze instrumenten deel uitmaken van indekkingsverrichtingen.
van macro hedge accounting waarvoor IAS 39 toegepast wordt.
Kasstroom-indekkingen
het resultaat beïnvloedt.
Reële-waarde-indekkingen
dellijk in de resultatenrekening opgenomen.
worden in de balans opgenomen tegen nominale waarde.
dietverliezen (expected credit losses of ECL's) aangelegd voor: • financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs;
deveranderingen in de niet-gerealiseerde resultaten; • vorderingen uit financiële leaseovereenkomsten;
financiële activa onderverdeeld in 3 niveaus (stages):
aanleiding geven tot het staken van betaling;
steld sinds de eerste opname;
dietverliezen zelf worden gepresenteerd:
in de niet-gerealiseerde resultaten;
zeggingen en financiële garantiecontracten.
waarde.
10.5 Kas en kasequivalenten
tiva
Los van deze beoordelingen kan er bij aanvang onherroepelijk voor gekozen worden om het financieel actief op te nemen aan FVPL (fair value option), als deze keuze zorgt voor eliminatie of aanzienlijke beperking van een zogenaamde 'accounting mismatch'.
Voor bovenstaande financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs en aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de niet-gerealiseerde resultaten, moeten voorzieningen voor verwachte kredietverliezen aangelegd worden (zie rubriek 6. Bijzondere waardeverminderingen op financiële activa).
Eigenvermogensinstrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden moeten verplicht worden gewaardeerd aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (FVPL).
Voor andere eigenvermogensinstrumenten kan de Groep bij eerste opname onherroepelijk kiezen voor de waardering aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de niet-gerealiseerde resultaten (FVOCI). De keuze kan gebeuren instrument per instrument (per aandeel). Bij verkoop mogen de gecumuleerde waardeveranderingen niet worden overgeboekt naar de winst- en verliesrekening. Enkel dividenden mogen wel in de winst- en verliesrekening worden opgenomen.
Bij eigenvermogensinstrumenten moeten geen voorzieningen voor verwachte kredietverliezen worden aangelegd.
10.3 Classificatie en waardering van financiële verplichtingen
Bij de classificatie en waardering van financiële verplichtingen, andere dan derivaten, zijn er volgende mogelijkheden:
De operationele dochterondernemingen binnen de AvH-groep zijn elk verantwoordelijk voor het beheer van hun risico's zoals wisselrisico, interestrisico, kredietrisico, grondstoffenrisico, etc. De risico's, die variëren naargelang de sector waarin de dochterondernemingen actief zijn, worden bijgevolg niet centraal beheerd op groepsniveau. De desbetreffende directies rapporteren evenwel aan hun raad van bestuur of auditcomité over hun risico-indekking.
Afgeleide instrumenten worden initieel gewaardeerd tegen kostprijs. Na de initiële erkenning worden deze instrumenten opgenomen in de balans aan hun reële waarde, waarbij de wijzigingen in de reële waarde in resultaat worden geboekt tenzij deze instrumenten deel uitmaken van indekkingsverrichtingen.
De verwerking van de afgeleide instrumenten is conform IFRS 9, met uitzondering van macro hedge accounting waarvoor IAS 39 toegepast wordt.
De waardeschommelingen van een afgeleid financieel instrument dat voldoet aan de strikte voorwaarden voor erkenning als kasstroom-indekking worden opgenomen in de 'staat van niet-gerealiseerde resultaten' voor het effectieve deel. Het ineffectieve deel wordt rechtstreeks in de resultatenrekening geboekt. De indekkingsresultaten worden van de 'staat van niet-gerealiseerde resultaten' naar de resultatenrekening overgeboekt op het moment dat de ingedekte transactie zelf het resultaat beïnvloedt.
Waardeschommelingen van een afgeleid instrument dat formeel toegewezen werd voor de indekking van de veranderingen in de reële waarde van geboekte activa en passiva, worden uitgedrukt in de resultatenrekening samen met de winsten en de verliezen die voortvloeien uit de herwaardering aan reële waarde van het ingedekte bestanddeel. De waardeschommelingen van afgeleide financiële instrumenten die niet als reële-waarde- of kasstroom-indekking erkend zijn, worden onmiddellijk in de resultatenrekening opgenomen.
Kas en kasequivalenten, bestaande uit contanten en kortlopende beleggingen, worden in de balans opgenomen tegen nominale waarde.
10.6 Bijzondere waardeverminderingen op financiële activa
Onder IFRS 9 worden van bij de eerste opname voorzieningen voor verwachte kredietverliezen (expected credit losses of ECL's) aangelegd voor:
• verplichtingen uit leningtoezeggingen en financiële garantiecontracten.
Bij het bepalen van de voorziening voor te verwachten kredietverliezen worden de financiële activa onderverdeeld in 3 niveaus (stages):
Mutaties in deze voorzieningen verlopen via de rubriek 'Bijzondere waardeverminderingen' in de winst- en verliesrekening. De voorzieningen voor verwachte kredietverliezen zelf worden gepresenteerd:
De 'staging' bij een significante stijging (of daling) in kredietrisico gebeurt op niveau van individuele contracten ('bottom-up' staging) op basis van een aantal criteria zoals betaalachterstand, hernegociaties en rating categorie. Voor de individuele staging bij kredieten wordt de interne kredietrating gebruikt. Aangezien dit een criterium is dat gebaseerd is op het verleden, wordt hiernaast nog een aparte 'collective staging' logica gehanteerd om de macro-economische verwachtingen mee in rekening te nemen.
Bij de obligatieportefeuille wordt de 'low credit risk exemption' toegepast: zolang obligaties hun 'investment grade rating' categorie behouden, blijven ze in stage 1. Op basis van het lage kredietrisico op rapporteringsdatum kan worden geconcludeerd dat een significante stijging in kredietrisico zich niet heeft voorgedaan. Indien een obligatie toch naar een 'non-investment grade' rating categorie zou migreren, zal de Bank de obligatie ofwel verkopen ofwel in stage 2 plaatsen en een bijhorende 'lifetime ECL' bepalen.
Een waarderingsmodel berekent de verwachte kredietverliezen voor contracten in stage 1 en 2 in regel met de literatuur over IFRS9 ECL-modellering. Ze zijn bepaald zonder enige bewuste vertekening in optimistische noch conservatieve zin en zijn gebaseerd op alle redelijke en onderbouwde informatie zoals die beschikbaar is met te verantwoorden kost of inspanning. Het gaat hierbij over informatie over het verleden, huidige omstandigheden en voorspellingen van de toekomst. Voorts geven ze de verwachtingswaarde weer die de bank mogelijk acht in de voorzienbare toekomst.
Deze '1-year expected credit losses' en 'life-time expected credit losses' worden voor ieder individueel contract berekend op basis van de toekomstige kasstromen en volgende modelparameters:
Op elke afsluitdatum wordt nagegaan of er objectieve aanwijzingen zijn dat een financieel actief non-performing wordt en dus naar stage 3 transfereert. Dit gebeurt op basis van volgende objectief waarneembare gebeurtenissen:
Voor stage 3-contracten wordt een inschatting gemaakt van de realiseerbare waarde. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde wordt een bijzondere waardevermindering geboekt om de boekwaarde van het actief terug te brengen tot de realiseerbare waarde.
De netto-realiseerbare waarde wordt gedefinieerd als de hoogste waarde van:
• de netto-verkoopprijs (uitgaande van een niet gedwongen verkoop) en
• de gebruikswaarde (op basis van de actuele waarde van de geschatte toekomstige kasstromen).
Voorraden worden gewaardeerd tegen kostprijs (aanschaffings- of vervaardigingsprijs) of tegen de netto realiseerbare waarde wanneer deze lager is. De vervaardigingsprijs omvat alle directe en indirecte kosten die nodig zijn om de goederen tot hun afwerkingsstadium op balansdatum te brengen, wat overeenkomt met de geschatte verkoopprijs in normale omstandigheden, verminderd met de afwerkings- , marketing- & distributiekosten (netto realiseerbare waarde). Onderhanden projecten in opdracht van derden worden gewaardeerd volgens de 'Percentage of Completion'-methode, waarbij resultaat erkend wordt a rato van de vooruitgang van de werken. Voorziene verliezen worden evenwel onmiddellijk ten laste van het resultaat geboekt.
Kosten die verband houden met een kapitaaltransactie worden in mindering van het kapitaal gebracht.
Ingekochte eigen aandelen worden aan aanschaffingsprijs in mindering van het eigen vermogen geboekt. Een latere verkoop of vernietiging geeft geen aanleiding tot resultaatsimpact. Winsten en verliezen met betrekking tot eigen aandelen worden rechtstreeks in het eigen vermogen geboekt.
Transacties in vreemde valuta worden geboekt tegen de wisselkoers die geldt op datum van de transactie. Positieve en negatieve niet-gerealiseerde omrekeningsverschillen, resulterend uit de omrekening van monetaire activa en passiva aan de slotkoers op balansdatum, worden als opbrengst, respectievelijk kost in resultaat genomen.
Op basis van de slotkoersmethode worden de activa en passiva van de geconsolideerde dochteronderneming aan slotkoers geconverteerd terwijl de resultatenrekening aan gemiddelde koers wordt verwerkt, wat resulteert in omrekeningsverschillen rechtstreeks vervat in de 'staat van niet-gerealiseerde resultaten'.
Indien een onderneming van de groep een (wettelijke of indirecte) verplichting heeft tengevolge van een gebeurtenis uit het verleden en het waarschijnlijk is dat de afwikkeling van deze verplichting zal gepaard gaan met een uitgave en het bedrag van deze verplichting tevens op betrouwbare wijze kan bepaald worden, wordt op balansdatum een voorziening aangelegd. Ingeval het verschil tussen de nominale en verdisconteerde waarde materieel is, wordt een voorziening geboekt ten belope van de verdisconteerde waarde van de geschatte uitgaven. De eruit resulterende toename van voorziening a rato van de tijd, wordt als intrestlast geboekt.
Herstructureringsvoorzieningen worden enkel geboekt als de groep formeel een gedetailleerd herstructureringsplan heeft goedgekeurd en als de geplande herstructurering reeds is aangevangen of de personeelsleden getroffen door de herstructurering erover werden geïnformeerd. Voor kosten die betrekking hebben op de normale groepsactiviteiten worden geen voorzieningen aangelegd.
Voor garantieverplichtingen op geleverde producten of diensten en opgeleverde werken wordt op basis van statistische informatie uit het verleden een provisie aangelegd.
Voorwaardelijke vorderingen en verplichtingen worden vermeld in de toelichting 'Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen', indien de impact van materieel belang is.
in de vorm van eigen vermogensinstrumenten.
Pensioenplannen
De personeelsbeloningen omvatten kortetermijnpersoneelsbeloningen, vergoedingen na uitdiensttreding, andere langetermijnpersoneelsbeloningen, ontslagvergoedingen en beloningen in de vorm van eigen vermogensinstrumenten. De personeelsvergoedingen na uitdiensttreding omvatten pensioenplannen, levensverzekeringen en verzekeringen voor medische bijstand. Pensioenplannen onder vaste bijdrage plannen of te bereiken doel plannen worden verstrekt via afzonderlijke fondsen of verzekeringsplannen. Verder bestaan er nog personeelsbeloningen voordat de betaling verschuldigd is, presenteert de Groep het contract als een contractactief, tenzij de rechten van de Groep op dat bedrag van de tegenprestatie
Wanneer een bedrag aan vergoedingen wordt ontvangen van een klant voordat de Groep een goed of dienst aan de klant overdraagt, wordt een contractverplich-
De belangrijkste opbrengstenstromen worden erkend als ze voldoen aan de hierna
Het identificeren van de afzonderlijke prestatieverplichtingen in
Het grootste deel van de door de bouwondernemingen van de groep verantwoorde omzet heeft betrekking op contracten met klanten voor de verkoop van onroerend goed en diensten uit bouw-, projectmanagement en verkoopactiviteiten. Bij de administratieve verwerking van deze contracten is de Groep verplicht om aan te geven welke goederen of diensten van elkaar onderscheiden zijn en derhalve afzonderlijke prestatieverplichtingen vormen waaraan opbrengsten kunnen worden toe-
Het management beoordeelt of een beloofd goed of dienst zich onderscheidt door te beoordelen of de klant het goed of de dienst op zichzelf kan benutten of samen met andere middelen kan gebruiken waarover de klant reeds beschikt. Voorts wordt nagegaan of de belofte van de Groep om het goed of de dienst aan de klant over te dragen, afzonderlijk van andere beloften in het contract, identificeerbaar
De Groep is verplicht om de transactieprijs te bepalen voor elk van zijn contracten met klanten. Wanneer de vergoeding variabel is als gevolg van een prestatiebonus, schat de Groep het bedrag in van de variabele vergoeding dat in de transactieprijs
Toewijzing van de transactieprijs aan prestatieverplichtingen in
De Groep gebruikt de op zichzelf staande verkoopprijs van de afzonderlijke goederen en diensten om de transactieprijs toe te rekenen aan geïdentificeerde prestatieverplichtingen. Dit gebeurt voor een beperkt aantal EPCI-contracten in het segment "Marine Engineering & Contracting", waar de meervoudige prestatieverplichtingen (inkoop- en installatieactiviteiten) aanleiding geven tot een afzonderlijk
Vervulling van de prestatieverplichtingen en erkenning van de op-
Om te bepalen wanneer opbrengsten worden erkend, beoordeelt de Groep elk van haar klantencontracten om te bepalen of de prestatieverplichtingen over een periode of op een tijdstip vervuld zijn. Voor bouw- en dienstencontracten erkent de Groep de opbrengsten over een periode volgens de 'percentage of completion' methode. De prestaties creëren een actief waarover de klant zeggenschap heeft naarmate het actief wordt gecreëerd; ze creëren geen actief met een alternatieve gebruiksmogelijkheid en de Groep heeft een afdwingbaar recht op betaling voor
Voor de EPCI-contracten worden de opbrengsten van de inkoopactiviteiten op een bepaald moment in de tijd verantwoord en de installatieactiviteiten worden erkend
Methode voor de meting van de vervulling van de prestatiever-
Voor prestatieverplichtingen waaraan in de loop der tijd wordt voldaan, worden de opbrengsten uit hoofde van onderhanden projecten in opdracht van derden opgenomen a rato van het voltooiingspercentage van de projectactiviteiten op de balansdatum door middel van een inputmethode die wordt berekend als het aandeel van de projectkosten op de balansdatum en de geschatte totale projectkosten. Een verwacht verlies op een onderhanden project in opdracht van derden wordt
Contracten voor de verkoop van onroerend goed bevatten bepaalde garanties voor een periode van maximaal tien jaar na oplevering van het onroerend goed. De
Bepaling van de transactieprijs van het contract
onvoorwaardelijk zijn, in welk geval de Groep een vordering opneemt.
ting opgenomen.
beschreven criteria.
gerekend.
is.
moet worden opgenomen.
contracten met klanten
patroon van opbrengstenerkenning.
reeds verrichte prestaties.
volgens de 'percentage of completion'-methode.
onmiddellijk in resultaat opgenomen.
Andere
plichtingen en de erkenning van opbrengst
brengst
een contract met een klant
Plannen met vaste bijdrage ('Defined Contribution Plans') Binnen de groep hebben diverse dochterondernemingen groepsverzekeringen afgesloten ten voordele van hun personeelsleden. Aangezien voor de Belgische plannen de werkgever kan aangesproken worden om bijkomende betalingen te verrichten in geval het gemiddelde rendement op de werkgeversbijdragen en op de werknemersbijdragen niet wordt gehaald, dienen deze plannen volgens IAS 19 (Revised) te worden beschouwd als "te bereiken doel"-pensioenplannen.
Te bereiken doel plannen ('Defined Benefit Plans')
perioden naar de winst- en verliesrekening overgeboekt.
van de 'projected unit credit'-methode.
kosten verantwoordt.
of de intrinsieke waarde.
taties tijdens de vestigingsperiode.
de specifieke activiteiten van elke sector.
Erkenning van opbrengsten
voordelen uit het actief te verkrijgen.
ten
De groep telt een aantal te bereiken doel-pensioenplannen. De kosten van de te bereiken doel-pensioenplannen worden op actuariële wijze bepaald aan de hand
Herwaarderingen, die bestaan uit actuariële winsten en verliezen, het effect van het actiefplafond en het rendement op de fondsbeleggingen, worden rechtstreeks in de balans opgenomen, waarbij een overeenkomstig bedrag ten gunste of ten laste van de ingehouden winst wordt gebracht via de niet-gerealiseerde resultaten in de periode waarin zij zich voordoen. Herwaarderingen worden niet in volgende
De pensioenkosten van verstreken diensttijd worden in de winst- en verliesrekening opgenomen op de ingangsdatum van de wijziging of inperking van de pensioenregeling, of, indien dit eerder is, op de datum waarop de groep reorganisatie-
Het rentesaldo wordt berekend door de disconteringsvoet toe te passen op de nettoverplichting of het netto-actief uit hoofde van de te bereiken doel-pensioenplan-
Personeelsbeloningen in de vorm van eigen vermogeninstrumen-
Binnen de groep AvH bestaan op verschillende niveau's aandelenoptieplannen, die aan werknemers het recht geven om AvH aandelen of aandelen van bepaalde dochterondernemingen te kopen tegen een vooraf bepaalde prijs. Deze prijs wordt bepaald op moment van toekenning van de opties en is gebaseerd op de marktprijs
De prestaties van de begunstigden worden (op moment van toekenning) gewaardeerd aan de hand van de reële waarde van de toegekende opties en warranten en als kost in de resultatenrekening erkend op het ogenblik van de geleverde pres-
De opbrengsten worden conform de IFRS-normen erkend, rekening houdend met
Opbrengsten worden erkend wanneer of naarmate aan elke prestatieverplichting wordt voldaan, tegen het bedrag van de aan die prestatieverplichting toegerekende transactieprijs. De zeggenschap over een actief heeft betrekking op de mogelijkheid om het gebruik van het actief te sturen en nagenoeg alle resterende
Wanneer aan een prestatieverplichting wordt voldaan door de overdracht van een beloofd goed of dienst aan de klant voordat de klant de tegenprestatie betaalt of
nen en wordt in de geconsolideerde resultatenrekening opgenomen.
De belastingen omvatten zowel belastingen op het resultaat als de uitgestelde belastingen. Beide belastingen worden in de resultatenrekening geboekt, behalve wanneer het bestanddelen betreft die deel uitmaken van het eigen vermogen en bijgevolg toegewezen worden aan het eigen vermogen. Uitgestelde belastingen worden berekend volgens de balansmethode, toegepast op tijdelijke verschillen tussen de boekwaarde van de in de balans opgenomen activa en passiva en hun fiscale waarde. De voornaamste tijdelijke verschillen ontstaan uit verschillende afschrijvingsritmes van materiële vaste activa, voorzieningen voor pensioenen, overdraagbare fiscale verliezen en belastingskredieten.
Uitgestelde belastingsverplichtingen worden erkend voor alle belastbare tijdelijke verschillen:
Uitgestelde belastingsvorderingen worden geboekt voor de aftrekbare tijdelijke verschillen en op overgedragen recupereerbare belastingskredieten en fiscale verliezen, in de mate dat het waarschijnlijk is dat er belastbare winsten zijn in de nabije toekomst om het belastingsvoordeel te kunnen genieten. De boekwaarde van de uitgestelde belastingsvorderingen wordt op elke balansdatum nagezien en verminderd in de mate dat het niet langer waarschijnlijk is dat voldoende belastbare winst beschikbaar zal zijn om alle of een gedeelte van de uitgestelde belastingen te kunnen verrekenen. Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen moeten worden gewaardeerd tegen de belastingtarieven die naar verwachting van toepassing zullen zijn op de periode waarin de vordering wordt gerealiseerd of de verplichting wordt afgewikkeld, op basis van de belastingtarieven (en de belastingwetgeving) waarvan het wetgevingsproces materieel is afgesloten tegen het eind van de verslagperiode.
IFRIC 23, die met ingang van 1 januari 2019 van kracht is, verduidelijkt de opname- en waarderingsvereisten van IAS 12 'Winstbelastingen' en is van toepassing wanneer er onzekerheid bestaat over de behandeling van actuele en uitgestelde winstbelastingen. Het is immers mogelijk dat een bepaalde fiscale behandeling pas zekerheid en duidelijkheid verkrijgt op het moment dat de relevante belastingautoriteit of rechtbank haar beslissing neemt. Bij de beoordeling of en hoe een onzekere fiscale behandeling het belastbaar resultaat beïnvloedt, gaat de Groep ervan uit dat een belastingautoriteit alle elementen zal onderzoeken waartoe zij gerechtigd is en dat zij bij het verrichten van die onderzoeken op de hoogte is van alle relevante informatie daaromtrent. Als de Groep concludeert dat het waarschijnlijk is dat de belastingautoriteit de onzekere behandeling zal aanvaarden, bepaalt zij het belastbaar resultaat in overeenstemming met de door haar gebruikte of geplande fiscale behandeling in haar belastingaangiften. Als de Groep concludeert dat het niet waarschijnlijk is dat een belastingautoriteit een onzekere fiscale behandeling zal aanvaarden, weerspiegelt zij het effect van de onzekerheid in haar boekhoudkundige belastingpositie. Indien de mogelijke uitkomsten binair zijn of geconcentreerd zijn op één waarde, wordt de onzekere belastingpositie gewaardeerd aan de hand van het meest waarschijnlijke bedrag. Indien er een reeks van mogelijke uitkomsten bestaan die noch binair zijn, noch op één waarde geconcentreerd zijn, kan de som van de gewogen bedragen van de mogelijke uitkomsten het best voorspellen hoe de onzekerheid zich zal materialiseren.
De personeelsbeloningen omvatten kortetermijnpersoneelsbeloningen, vergoedingen na uitdiensttreding, andere langetermijnpersoneelsbeloningen, ontslagvergoedingen en beloningen in de vorm van eigen vermogensinstrumenten. De personeelsvergoedingen na uitdiensttreding omvatten pensioenplannen, levensverzekeringen en verzekeringen voor medische bijstand. Pensioenplannen onder vaste bijdrage plannen of te bereiken doel plannen worden verstrekt via afzonderlijke fondsen of verzekeringsplannen. Verder bestaan er nog personeelsbeloningen in de vorm van eigen vermogensinstrumenten.
Binnen de groep hebben diverse dochterondernemingen groepsverzekeringen afgesloten ten voordele van hun personeelsleden. Aangezien voor de Belgische plannen de werkgever kan aangesproken worden om bijkomende betalingen te verrichten in geval het gemiddelde rendement op de werkgeversbijdragen en op de werknemersbijdragen niet wordt gehaald, dienen deze plannen volgens IAS 19 (Revised) te worden beschouwd als "te bereiken doel"-pensioenplannen.
De groep telt een aantal te bereiken doel-pensioenplannen. De kosten van de te bereiken doel-pensioenplannen worden op actuariële wijze bepaald aan de hand van de 'projected unit credit'-methode.
Herwaarderingen, die bestaan uit actuariële winsten en verliezen, het effect van het actiefplafond en het rendement op de fondsbeleggingen, worden rechtstreeks in de balans opgenomen, waarbij een overeenkomstig bedrag ten gunste of ten laste van de ingehouden winst wordt gebracht via de niet-gerealiseerde resultaten in de periode waarin zij zich voordoen. Herwaarderingen worden niet in volgende perioden naar de winst- en verliesrekening overgeboekt.
De pensioenkosten van verstreken diensttijd worden in de winst- en verliesrekening opgenomen op de ingangsdatum van de wijziging of inperking van de pensioenregeling, of, indien dit eerder is, op de datum waarop de groep reorganisatiekosten verantwoordt.
Het rentesaldo wordt berekend door de disconteringsvoet toe te passen op de nettoverplichting of het netto-actief uit hoofde van de te bereiken doel-pensioenplannen en wordt in de geconsolideerde resultatenrekening opgenomen.
Binnen de groep AvH bestaan op verschillende niveau's aandelenoptieplannen, die aan werknemers het recht geven om AvH aandelen of aandelen van bepaalde dochterondernemingen te kopen tegen een vooraf bepaalde prijs. Deze prijs wordt bepaald op moment van toekenning van de opties en is gebaseerd op de marktprijs of de intrinsieke waarde.
De prestaties van de begunstigden worden (op moment van toekenning) gewaardeerd aan de hand van de reële waarde van de toegekende opties en warranten en als kost in de resultatenrekening erkend op het ogenblik van de geleverde prestaties tijdens de vestigingsperiode.
De opbrengsten worden conform de IFRS-normen erkend, rekening houdend met de specifieke activiteiten van elke sector.
Opbrengsten worden erkend wanneer of naarmate aan elke prestatieverplichting wordt voldaan, tegen het bedrag van de aan die prestatieverplichting toegerekende transactieprijs. De zeggenschap over een actief heeft betrekking op de mogelijkheid om het gebruik van het actief te sturen en nagenoeg alle resterende voordelen uit het actief te verkrijgen.
Wanneer aan een prestatieverplichting wordt voldaan door de overdracht van een beloofd goed of dienst aan de klant voordat de klant de tegenprestatie betaalt of voordat de betaling verschuldigd is, presenteert de Groep het contract als een contractactief, tenzij de rechten van de Groep op dat bedrag van de tegenprestatie onvoorwaardelijk zijn, in welk geval de Groep een vordering opneemt.
Wanneer een bedrag aan vergoedingen wordt ontvangen van een klant voordat de Groep een goed of dienst aan de klant overdraagt, wordt een contractverplichting opgenomen.
De belangrijkste opbrengstenstromen worden erkend als ze voldoen aan de hierna beschreven criteria.
Het grootste deel van de door de bouwondernemingen van de groep verantwoorde omzet heeft betrekking op contracten met klanten voor de verkoop van onroerend goed en diensten uit bouw-, projectmanagement en verkoopactiviteiten. Bij de administratieve verwerking van deze contracten is de Groep verplicht om aan te geven welke goederen of diensten van elkaar onderscheiden zijn en derhalve afzonderlijke prestatieverplichtingen vormen waaraan opbrengsten kunnen worden toegerekend.
Het management beoordeelt of een beloofd goed of dienst zich onderscheidt door te beoordelen of de klant het goed of de dienst op zichzelf kan benutten of samen met andere middelen kan gebruiken waarover de klant reeds beschikt. Voorts wordt nagegaan of de belofte van de Groep om het goed of de dienst aan de klant over te dragen, afzonderlijk van andere beloften in het contract, identificeerbaar is.
De Groep is verplicht om de transactieprijs te bepalen voor elk van zijn contracten met klanten. Wanneer de vergoeding variabel is als gevolg van een prestatiebonus, schat de Groep het bedrag in van de variabele vergoeding dat in de transactieprijs moet worden opgenomen.
De Groep gebruikt de op zichzelf staande verkoopprijs van de afzonderlijke goederen en diensten om de transactieprijs toe te rekenen aan geïdentificeerde prestatieverplichtingen. Dit gebeurt voor een beperkt aantal EPCI-contracten in het segment "Marine Engineering & Contracting", waar de meervoudige prestatieverplichtingen (inkoop- en installatieactiviteiten) aanleiding geven tot een afzonderlijk patroon van opbrengstenerkenning.
Om te bepalen wanneer opbrengsten worden erkend, beoordeelt de Groep elk van haar klantencontracten om te bepalen of de prestatieverplichtingen over een periode of op een tijdstip vervuld zijn. Voor bouw- en dienstencontracten erkent de Groep de opbrengsten over een periode volgens de 'percentage of completion' methode. De prestaties creëren een actief waarover de klant zeggenschap heeft naarmate het actief wordt gecreëerd; ze creëren geen actief met een alternatieve gebruiksmogelijkheid en de Groep heeft een afdwingbaar recht op betaling voor reeds verrichte prestaties.
Voor de EPCI-contracten worden de opbrengsten van de inkoopactiviteiten op een bepaald moment in de tijd verantwoord en de installatieactiviteiten worden erkend volgens de 'percentage of completion'-methode.
Voor prestatieverplichtingen waaraan in de loop der tijd wordt voldaan, worden de opbrengsten uit hoofde van onderhanden projecten in opdracht van derden opgenomen a rato van het voltooiingspercentage van de projectactiviteiten op de balansdatum door middel van een inputmethode die wordt berekend als het aandeel van de projectkosten op de balansdatum en de geschatte totale projectkosten. Een verwacht verlies op een onderhanden project in opdracht van derden wordt onmiddellijk in resultaat opgenomen.
Contracten voor de verkoop van onroerend goed bevatten bepaalde garanties voor een periode van maximaal tien jaar na oplevering van het onroerend goed. De Groep is van mening dat deze voorwaarden 'assurance-type' garanties zijn die wettelijk verplicht zijn. Deze worden volgens IAS 37 verwerkt, wat in overeenstemming is met de huidige praktijk.
Een variatie kan leiden tot een stijging of daling van de contractopbrengsten. Een variatie is een opdracht van de klant voor een wijziging in de omvang van de werkzaamheden die in het kader van het contract moeten worden uitgevoerd. Deze contractwijzigingen maken gewoonlijk deel uit van de prestatieverplichting waaraan gedeeltelijk wordt voldaan op de datum van de contractwijziging, zodat het effect wordt opgenomen als een aanpassing van de opbrengst.
Dividenden worden opgenomen wanneer het recht van de Groep om de betaling te ontvangen is vastgesteld.
Overige opbrengsten worden opgenomen wanneer deze worden ontvangen of wanneer het recht op ontvangst van de betaling wordt gevestigd.
De activa, passiva en netto-resultaten van beëindigde bedrijfsactiviteiten worden afzonderlijk in één rubriek gerapporteerd in de geconsolideerde balans en resultatenrekening. Dezelfde rapportering geldt voor activa en passiva bestemd voor verkoop (gewaardeerd tegen de laagste waarde van zijn boekwaarde en zijn reële waarde minus de verkoopkosten).
Er kunnen zich na balansdatum gebeurtenissen voordoen die bijkomende informatie geven over de financiële situatie van de onderneming op balansdatum ('adjusting events'). Deze informatie laat toe schattingen te verbeteren en een betere weerspiegeling te geven van de werkelijke toestand op balansdatum. Deze gebeurtenissen vereisen een aanpassing van de balans en het resultaat. Andere gebeurtenissen na balansdatum worden vermeld in de toelichting indien ze een belangrijke impact kunnen hebben.
Toelichting 2: Dochterondernemingen en gemeenschappelijke dochterondernemingen
nummer Maatsch. zetel Belangen %
0400.464.795 België 62,10% 62,10% 37,90% 37,90%
International Port Engineering and Management (IPEM) 0441.086.318 België 81,05% 81,05% 18,95% 18,95% Infra Asia Consultancy and Project Management 0891.321.320 België 81,05% 81,05% 18,95% 18,95% Rent-A-Port Green Energy 0648.717.687 België 54,04% 54,04% 45,96% 45,96% IPEM Holdings Cyprus 81,05% 81,05% 18,95% 18,95% Port Management Development Cyprus 81,05% 81,05% 18,95% 18,95% Infra Asia Consultancy Hongkong 81,05% 81,05% 18,95% 18,95% OK SPM FTZ Enterprise Nigeria 81,05% 81,05% 18,95% 18,95%
IPEM Reclamation Cyprus 49,78% 49,78% 50,22% 50,22% Rent-A-Port Reclamation Hongkong 49,78% 49,78% 50,22% 50,22% Infra Asia Investment Green Utilities Hongkong 49,78% 49,78% 50,22% 50,22% Infra Asia Investment HK Hongkong 49,78% 49,78% 50,22% 50,22% Warehousing Workshop Worldwide Hongkong 44,80% 44,80% 55,20% 55,20% Deep C Blue (Hong Kong) Hongkong 49,78% 49,78% 50,22% 50,22% IPEM Vietnam Hongkong 49,78% 49,78% 50,22% 50,22% Dinh Vu Industrial Zone jsc Vietnam 40,72% 40,72% 59,28% 59,28% Hong Duc Industrial Zone jsc Vietnam 50,40% 50,40% 49,60% 49,60% Hai Phong Industrial Park jsc Vietnam 50,09% 50,09% 49,91% 49,91% Deep C Blue Hai Phong Company Vietnam 49,78% 49,78% 50,22% 50,22% DC Red Hai Phong Vietnam 44,80% 44,80% 55,20% 55,20% Deep C Management Vietnam 49,78% 49,78% 50,22% 50,22% Green Offshore 0832.273.757 België 81,05% 81,05% 18,95% 18,95%
Bank Van Breda 0404.055.577 België 78,75% 78,75% 21,25% 21,25%
Van Breda Immo Consult 0726.963.530 België 78,75% 78,75% 21,25% 21,25%
(1) In het jaarverslag van het beursgenoteerde CFE is de lijst met dochterondernemingen opgenomen. DEME is een 100%-filiaal van CFE. Begin december 2021 werd de intentie tot splitsing van CFE aangekondigd. CFE zal door middel van een partiële splitsing haar 100%-belang in DEME inbrengen in een nieuwe vennootschap (DEME Group) en de aandeelhouders van CFE hiervoor vergoeden door uitgifte van DEME Group-aandelen, waarvan de notering zal worden aangevraagd op Euronext Brussels. Mogelijks wordt DEME Group nadien gefuseerd met DEME. AvH zal van beide
(2) In december 2021 heeft Rent-A-Port een overeenkomst gesloten om een bijkomend belang van 32,6% in IAI te verwerven, wat haar totale participatie op 94% zal brengen. De closing van de
(3) De activiteit van Beherman Vehicle Supply (BVS) bestond uit het aankopen en ter beschikking stellen van voertuigen van het merk Mitsubishi in het dealernetwerk (stockfinanciering). Mitsubishi Motor Company besliste in juli 2020 geen nieuwe modellen meer te lanceren op de Europese markt, en zich terug te trekken uit Europa. Daardoor is de activiteit van deze dochteronderneming
(5) Uit het samengaan in 2021 van Leasinvest en Extensa werd Nextensa (AvH 58,5%) gevormd, dat zich profileert als een vastgoedinvesteerder en -ontwikkelaar actief in België, Luxemburg en Oostenrijk. De nieuwe groep zal bijdragen tot nieuwe stedelijke projecten en aan de ontwikkeling van kwalitatief vastgoed op grotere schaal en wil daarbij focussen op duurzaamheid. De dochter-
0718.694.279 België 100,00% 100,00%
Extensa 0466.333.240 België 100,00% Extensa Development 0446.953.135 België 100,00% Extensa Invest I 0753.977.139 België 100,00% Extensa Romania J40.24053.2007 Roemenië 100,00% Gare Maritime 0696.803.359 België 100,00% Grossfeld Developments 2012.2448.267 Luxemburg 100,00%
genoteerde vennootschappen de meerderheidsaandeelhouder blijven en via deze splitsing geen aandelen verkopen van DEME, noch van CFE.
(4) AvH heeft, via 100% dochtervennootschap FinAx, een rechtstreekse 78,75%-deelneming in Delen Private Bank en Bank Van Breda.
0425.459.618 België 100,00%
0473.162.535 België 63,00% 37,00%
0400.473.705 België 62,10% 62,10% 37,90% 37,90%
0885.565.854 België 81,05% 81,05% 18,95% 18,95%
2021
Belangen % 2020
Minderheidsbelangen % 2021
Minderheidsbelangen % 2020
Marine Engineering & Contracting
Infra Asia Investments (subgroup Rent-A-Port)
Private Banking
Beherman Vehicle Supply
Real Estate & Senior Care
(5)
FinAx (4)
Extensa Group
(3)
transactie is gepland voor het eerste kwartaal van 2022.
volledig uitgedoofd, en is de vennootschap per 21/12/2021 geliquideerd.
ondernemingen van Extensa zitten sindsdien in de consolidatiekring van Nextensa vervat.
CFE (1)
DEME (1)
Rent-A-Port
(2)
Naam van de dochteronderneming Ondernemings-
(2)
De groep berekent zowel de basis als de verwaterde winst per aandeel in overeenstemming met IAS 33. De basis winst per aandeel wordt berekend op basis van het gewogen gemiddelde aantal uitstaande aandelen tijdens de periode. Verwaterde winst per aandeel wordt berekend volgens het gemiddelde aantal uitstaande aandelen tijdens de periode plus het verwateringseffect van warranten en aandelenopties uitstaande tijdens de periode.
AvH is een gediversifieerde groep actief in volgende kernsectoren:
De segmentinformatie opgenomen in de financiële staten van AvH is opgemaakt in overeenstemming met IFRS 8.
| Naam van de dochteronderneming | Ondernemings nummer |
Maatsch. zetel | Belangen % 2021 |
Belangen % 2020 |
Minderheids belangen % 2021 |
Minderheids belangen % 2020 |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Marine Engineering & Contracting | ||||||
| CFE (1) |
0400.464.795 | België | 62,10% | 62,10% | 37,90% | 37,90% |
| DEME (1) |
0400.473.705 | België | 62,10% | 62,10% | 37,90% | 37,90% |
| Rent-A-Port (2) |
0885.565.854 | België | 81,05% | 81,05% | 18,95% | 18,95% |
| International Port Engineering and Management (IPEM) | 0441.086.318 | België | 81,05% | 81,05% | 18,95% | 18,95% |
| Infra Asia Consultancy and Project Management | 0891.321.320 | België | 81,05% | 81,05% | 18,95% | 18,95% |
| Rent-A-Port Green Energy | 0648.717.687 | België | 54,04% | 54,04% | 45,96% | 45,96% |
| IPEM Holdings | Cyprus | 81,05% | 81,05% | 18,95% | 18,95% | |
| Port Management Development | Cyprus | 81,05% | 81,05% | 18,95% | 18,95% | |
| Infra Asia Consultancy | Hongkong | 81,05% | 81,05% | 18,95% | 18,95% | |
| OK SPM FTZ Enterprise | Nigeria | 81,05% | 81,05% | 18,95% | 18,95% | |
| Infra Asia Investments (subgroup Rent-A-Port) (2) |
||||||
| IPEM Reclamation | Cyprus | 49,78% | 49,78% | 50,22% | 50,22% | |
| Rent-A-Port Reclamation | Hongkong | 49,78% | 49,78% | 50,22% | 50,22% | |
| Infra Asia Investment Green Utilities | Hongkong | 49,78% | 49,78% | 50,22% | 50,22% | |
| Infra Asia Investment HK | Hongkong | 49,78% | 49,78% | 50,22% | 50,22% | |
| Warehousing Workshop Worldwide | Hongkong | 44,80% | 44,80% | 55,20% | 55,20% | |
| Deep C Blue (Hong Kong) | Hongkong | 49,78% | 49,78% | 50,22% | 50,22% | |
| IPEM Vietnam | Hongkong | 49,78% | 49,78% | 50,22% | 50,22% | |
| Dinh Vu Industrial Zone jsc | Vietnam | 40,72% | 40,72% | 59,28% | 59,28% | |
| Hong Duc Industrial Zone jsc | Vietnam | 50,40% | 50,40% | 49,60% | 49,60% | |
| Hai Phong Industrial Park jsc | Vietnam | 50,09% | 50,09% | 49,91% | 49,91% | |
| Deep C Blue Hai Phong Company | Vietnam | 49,78% | 49,78% | 50,22% | 50,22% | |
| DC Red Hai Phong | Vietnam | 44,80% | 44,80% | 55,20% | 55,20% | |
| Deep C Management | Vietnam | 49,78% | 49,78% | 50,22% | 50,22% | |
| Green Offshore | 0832.273.757 | België | 81,05% | 81,05% | 18,95% | 18,95% |
| Private Banking | ||||||
| Bank Van Breda | 0404.055.577 | België | 78,75% | 78,75% | 21,25% | 21,25% |
| Beherman Vehicle Supply (3) |
0473.162.535 | België | 63,00% | 37,00% | ||
| Van Breda Immo Consult | 0726.963.530 | België | 78,75% | 78,75% | 21,25% | 21,25% |
| FinAx (4) |
0718.694.279 | België | 100,00% | 100,00% | ||
| Real Estate & Senior Care | ||||||
| Extensa Group (5) |
0425.459.618 | België | 100,00% | |||
| Extensa | 0466.333.240 | België | 100,00% | |||
| Extensa Development | 0446.953.135 | België | 100,00% | |||
| Extensa Invest I | 0753.977.139 | België | 100,00% | |||
| Extensa Romania | J40.24053.2007 | Roemenië | 100,00% | |||
| Gare Maritime | 0696.803.359 | België | 100,00% | |||
| Grossfeld Developments | 2012.2448.267 | Luxemburg | 100,00% |
(1) In het jaarverslag van het beursgenoteerde CFE is de lijst met dochterondernemingen opgenomen. DEME is een 100%-filiaal van CFE. Begin december 2021 werd de intentie tot splitsing van CFE aangekondigd. CFE zal door middel van een partiële splitsing haar 100%-belang in DEME inbrengen in een nieuwe vennootschap (DEME Group) en de aandeelhouders van CFE hiervoor vergoeden door uitgifte van DEME Group-aandelen, waarvan de notering zal worden aangevraagd op Euronext Brussels. Mogelijks wordt DEME Group nadien gefuseerd met DEME. AvH zal van beide genoteerde vennootschappen de meerderheidsaandeelhouder blijven en via deze splitsing geen aandelen verkopen van DEME, noch van CFE.
(2) In december 2021 heeft Rent-A-Port een overeenkomst gesloten om een bijkomend belang van 32,6% in IAI te verwerven, wat haar totale participatie op 94% zal brengen. De closing van de transactie is gepland voor het eerste kwartaal van 2022.
(3) De activiteit van Beherman Vehicle Supply (BVS) bestond uit het aankopen en ter beschikking stellen van voertuigen van het merk Mitsubishi in het dealernetwerk (stockfinanciering). Mitsubishi Motor Company besliste in juli 2020 geen nieuwe modellen meer te lanceren op de Europese markt, en zich terug te trekken uit Europa. Daardoor is de activiteit van deze dochteronderneming volledig uitgedoofd, en is de vennootschap per 21/12/2021 geliquideerd.
(4) AvH heeft, via 100% dochtervennootschap FinAx, een rechtstreekse 78,75%-deelneming in Delen Private Bank en Bank Van Breda.
(5) Uit het samengaan in 2021 van Leasinvest en Extensa werd Nextensa (AvH 58,5%) gevormd, dat zich profileert als een vastgoedinvesteerder en -ontwikkelaar actief in België, Luxemburg en Oostenrijk. De nieuwe groep zal bijdragen tot nieuwe stedelijke projecten en aan de ontwikkeling van kwalitatief vastgoed op grotere schaal en wil daarbij focussen op duurzaamheid. De dochterondernemingen van Extensa zitten sindsdien in de consolidatiekring van Nextensa vervat.
| Naam van de dochteronderneming | Ondernemings nummer |
Maatsch. zetel | Belangen % Belangen % 2021 2020 |
Minderheids belangen % 2021 |
Minderheids belangen % 2020 |
|
|---|---|---|---|---|---|---|
| Real Estate & Senior Care (vervolg) | ||||||
| Implant | 0434.171.208 | België | 100,00% | |||
| RFD | 0405.767.232 | België | 100,00% | |||
| RFD CEE Venture Capital | 801.966.607 | Nederland | 100,00% | |||
| Project T&T | 0476.392.437 | België | 100,00% | |||
| T&T Openbaar Pakhuis | 0863.093.924 | België | 100,00% | |||
| T&T Parking | 0863.091.251 | België | 100,00% | |||
| T&T Property Management | 0628.634.927 | België | 100,00% | |||
| T&T Tréfonds | 0807.286.854 | België | 100,00% | |||
| T&T Services | 0628.634.927 | België | 100,00% | |||
| T&T Douanehotel | 0406.211.155 | België | 100,00% | |||
| T&T Food Experience | 0473.705.438 | België | 100,00% | |||
| Beekbaarimmo | 19.992.223.718 | Luxemburg | 100,00% | |||
| Vilvolease | 0456.964.525 | België | 100,00% | |||
| Nextensa (Leasinvest Real Estate) (1) |
0436.323.915 | België | 58,53% | 30,01% | 41,47% | 69,99% |
| Leasinvest Real Estate Management (1) |
0466.164.776 | België | 100,00% | |||
| Anima (2) |
0469.969.453 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Anima Vlaanderen | 0698.940.725 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Gilman | 0870.238.171 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Engagement | 0462.433.147 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Le Gui | 0455.218.624 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Anima Wallonië | 0428.283.308 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Huize Philemon & Baucis | 0462.432.652 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Anima Cura | 0480.262.143 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Glamar | 0430.378.904 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Zorgcentrum Lucia | 0818.244.092 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Résidence Parc des Princes | 0431.555.572 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Résidence St. James | 0428.096.434 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Château d'Awans | 0427.620.342 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Home Scheut | 0458.643.516 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Le Birmingham | 0428.227.284 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Zandsteen | 0664.573.823 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Les Résidences de l'Eden | 0455.832.197 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Résidence Arcade | 0835.637.281 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| La Roseraie | 0466.582.668 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Patrium | 0675.568.178 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Elenchus Invest | 0478.953.930 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Résidence Edelweiss | 0439.605.582 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Résidence Neerveld | 0427.883.628 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Villa 34 | 0432.423.822 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Le Rossignol | 0432.049.381 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Immo Markant | 0537.654.073 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Les 3 Arbres | 0435.646.893 | België | 92,50% | 92,50% | 7,50% | 7,50% |
| Saint-Vincent | 0465.771.630 | België | 92,50% | 7,50% |
Naam van de dochteronderneming Ondernemings-
AvH Resources India U74300DL2001
AvH Growth Capital 0434.330.168 België 100,00% 100,00% Sofinim Luxemburg 2003.2218.661 Luxemburg 100,00% 100,00%
Anfima 0426.265.213 België 100,00% 100,00%
202118768G Singapore 100,00% Brinvest 0431.697.411 België 100,00% 100,00% Profimolux 1992.2213.650 Luxemburg 100,00% 100,00%
(3) Om de investeringen in Azië mee op te volgen, heeft AvH in Singapore een eerste investment manager aangeworven en een lokaal kantoor geopend.
respectievelijk 4,2%. (2) In het 3e kwartaal 2021 verkocht Agidens haar divisie Agidens Infra Automation (AIA) aan de BESIX Group.
Energy & Resources
AvH & Growth Capital
(1)
(2)
(2)
Agidens International
Agidens Infra Automation
Agidens Infra Automation BV
Biolectric Group
Subholdings AvH
(3)
AvH Singapore
(1)
nummer Maatsch. zetel Belangen %
2021
PTC111685 India 100,00% 100,00%
0468.070.629 België 84,98% 86,25% 15,02% 13,75%
0630.982.030 België 86,25% 13,75%
856220024B01 Nederland 86,25% 13,75%
0422.609.402 België 55,83% 60,00% 44,17% 40,00%
Agidens Life Sciences 0411.592.279 België 84,98% 86,25% 15,02% 13,75%
Agidens Proces Automation 0465.624.744 België 84,98% 86,25% 15,02% 13,75% Agidens Proces Automation BV 005469272B01 Nederland 84,98% 86,25% 15,02% 13,75% Agidens Life Sciences BV 850983411B01 Nederland 84,98% 86,25% 15,02% 13,75%
Agidens Inc 32.067.705.379 USA 84,98% 86,25% 15,02% 13,75% Agidens SAS 10.813.818.424 Frankrijk 84,98% 86,25% 15,02% 13,75% Agidens GmbH 76301 Duitsland 84,98% 86,25% 15,02% 13,75% Agidens AG 539301 Zwitserland 84,98% 86,25% 15,02% 13,75% Argus Technologies 0844.260.284 België 84,98% 86,25% 15,02% 13,75% Baarbeek Immo 651.662.133 België 84,98% 86,25% 15,02% 13,75%
Biolectric 0879.126.440 België 55,83% 60,00% 44,17% 40,00% Biolectric Ltd UK 55,83% 60,00% 44,17% 40,00%
(1) De uitoefening van opties (door het management) bij Agidens en de intrede van het management/nieuwe partner bij Biolectric resulteren in een daling van de controlebelangen met 1,26%
Belangen % 2020
Minderheidsbelangen % 2021
Minderheidsbelangen % 2020
(1) Op 19 juli 2021 heeft de buitengewone algemene vergadering van Leasinvest het voorstel goedgekeurd om een geïntegreerde vastgoedgroep te worden door een 'business combination' met Extensa. Deze combinatie van de twee vastgoedspelers zorgt voor een unieke marktpositie door recurrente huurinkomsten uit vastgoedinvesteringen te koppelen aan het meerwaardepotentieel van ontwikkelingsactiviteiten waarin authenticiteit en duurzaamheid voorop staan. In de context van deze transactie werd beslist om het GVV-statuut van Nextensa (voorheen Leasinvest Real Estate) op te geven en de vennootschap om te vormen naar een naamloze vennootschap. Bij de vorming van Nextensa heeft AvH 100% van de aandelen van Extensa en LREM ingebracht voor een gezamenlijke waarde van 293,4 miljoen euro in ruil voor de uitgifte van 4.075.458 nieuwe aandelen in Leasinvest Real Estate. Na deze transactie wordt het kapitaal van Nextensa (voorheen Leasinvest Real Estate) vertegenwoordigd door 10.002.102 aandelen, waarvan AvH er 5.853.817 (inclusief 1.778.359 initiële aandelen) bezit en hiermee een controlebelang van 58,5% behoudt. Voor een overzicht van de participaties aangehouden door het beursgenoteerde Nextensa wordt verwezen naar het jaarverslag van Nextensa.
(2) Anima heeft in november 2021 het vastgoed en de exploitatie van het woonzorgcentrum Saint-Vincent (53 bedden) te Jumet overgenomen.
| Naam van de dochteronderneming | Ondernemings nummer |
Maatsch. zetel | Belangen % 2021 |
Belangen % 2020 |
Minderheids belangen % 2021 |
Minderheids belangen % 2020 |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Energy & Resources | ||||||
| AvH Resources India | U74300DL2001 PTC111685 |
India | 100,00% | 100,00% | ||
| AvH & Growth Capital | ||||||
| AvH Growth Capital | 0434.330.168 | België | 100,00% | 100,00% | ||
| Sofinim Luxemburg | 2003.2218.661 | Luxemburg | 100,00% | 100,00% | ||
| Agidens International (1) |
0468.070.629 | België | 84,98% | 86,25% | 15,02% | 13,75% |
| Agidens Life Sciences | 0411.592.279 | België | 84,98% | 86,25% | 15,02% | 13,75% |
| Agidens Infra Automation (2) |
0630.982.030 | België | 86,25% | 13,75% | ||
| Agidens Proces Automation | 0465.624.744 | België | 84,98% | 86,25% | 15,02% | 13,75% |
| Agidens Proces Automation BV | 005469272B01 | Nederland | 84,98% | 86,25% | 15,02% | 13,75% |
| Agidens Life Sciences BV | 850983411B01 | Nederland | 84,98% | 86,25% | 15,02% | 13,75% |
| Agidens Infra Automation BV (2) |
856220024B01 | Nederland | 86,25% | 13,75% | ||
| Agidens Inc | 32.067.705.379 | USA | 84,98% | 86,25% | 15,02% | 13,75% |
| Agidens SAS | 10.813.818.424 | Frankrijk | 84,98% | 86,25% | 15,02% | 13,75% |
| Agidens GmbH | 76301 | Duitsland | 84,98% | 86,25% | 15,02% | 13,75% |
| Agidens AG | 539301 | Zwitserland | 84,98% | 86,25% | 15,02% | 13,75% |
| Argus Technologies | 0844.260.284 | België | 84,98% | 86,25% | 15,02% | 13,75% |
| Baarbeek Immo | 651.662.133 | België | 84,98% | 86,25% | 15,02% | 13,75% |
| Biolectric Group (1) |
0422.609.402 | België | 55,83% | 60,00% | 44,17% | 40,00% |
| Biolectric | 0879.126.440 | België | 55,83% | 60,00% | 44,17% | 40,00% |
| Biolectric Ltd | UK | 55,83% | 60,00% | 44,17% | 40,00% | |
| Subholdings AvH | ||||||
| Anfima | 0426.265.213 | België | 100,00% | 100,00% | ||
| AvH Singapore (3) |
202118768G | Singapore | 100,00% | |||
| Brinvest | 0431.697.411 | België | 100,00% | 100,00% | ||
| Profimolux | 1992.2213.650 | Luxemburg | 100,00% | 100,00% |
(1) De uitoefening van opties (door het management) bij Agidens en de intrede van het management/nieuwe partner bij Biolectric resulteren in een daling van de controlebelangen met 1,26%
respectievelijk 4,2%. (2) In het 3e kwartaal 2021 verkocht Agidens haar divisie Agidens Infra Automation (AIA) aan de BESIX Group.
(3) Om de investeringen in Azië mee op te volgen, heeft AvH in Singapore een eerste investment manager aangeworven en een lokaal kantoor geopend.
2020
Euro Jetty (Hong Kong) Hongkong 24,89% 25,11% 13.082 9 421 -71 Deep C Green Energy (Hong Kong) Hongkong 24,89% 25,11% 7.256 197 421 -126 Deep C Green Energy (Vietnam) Vietnam 24,89% 25,11% 5.643 5.136 12.771 -362 Euro Jetty (Vietnam) Company Vietnam 24,89% 25,11% 4.865 2.678 7.072 1.873 DC Russia Vietnam 24,89% 25,11% 19.969 2.105 0 -426 Bac Tien Phong Industrial Zone Vietnam 24,89% 25,11% 35.639 1.183 0 -941 Rent-A-Port Utilities 0846.410.221 België 40,53% 9,47% 1.616 1.941 3 -42 Infra Asia Investment Fund 0648.714.620 België 40,53% 9,47% 32.047 31.912 14 16 ESTOR-LUX 0749.614.317 België 24,32% 5,68% 4.650 2.911 0 -102 S Channel Management Limited (in vereffening) Cyprus 40,53% 9,47% 0 0 0 3
Delen Private Bank 0453.076.211 België 78,75% 2.053.679 1.113.402 412.422 131.387
CBS Development 0831.191.317 België 50,00% 4.448 6.997 30 7 CBS-Invest 0879.569.868 België 50,00% 8.288 2.043 355 -305 Grossfeld PAP SICAV-RAIF 2005.2205.809 Luxemburg 50,00% 109.058 110.634 890 40.384 Grossfeld Immobilière 2001.2234.458 Luxemburg 50,00% 56.358 57.381 179 717 NEIF 3 Kockelscheuer 2019.2481.814 Luxemburg 45,00% 30.748 19.467 0 -18 Darwin I 2020.2460.950 Luxemburg 50,00% 33.338 13.015 0 -15 Darwin II 2020.2460.985 Luxemburg 50,00% 21.720 16.681 0 -16 Banca II 2020.2460.969 Luxemburg 50,00% 63.022 37.854 0 -16 Les Jardins de Oisquercq 0899.580.572 België 50,00% 3.393 5.232 0 -399
SIPEF (USD 1.000) 0404.491.285 België 34,68% 946.641 307.953 274.027 14.122 Verdant Bioscience (USD 1.000) Singapore 42,00% 33.451 19.747 1.319 -2.645
Amsteldijk Beheer 33.080.456 Nederland 50,00% 3.325 1.271 666 188 Manuchar (USD 1.000) 0407.045.751 België 30,00% 586.079 473.011 1.497.853 23.620 Turbo's Hoet Groep 0881.774.936 België 50,00% 334.822 216.459 447.935 7.178 Telemond 0893.552.617 België 50,00% 78.134 23.684 84.050 6.074
GIB 0404.869.783 België 50,00% 91 52.813 0 -310
Minderheids belangen % 2020
Totaal activa
Totaal ver-
plichtingen Omzet Netto-
resultaat
nummer Maatsch. zetel Belangen %
(€ 1.000) Naam van de dochteronderneming Ondernemings-
Marine Engineering & Contracting
Infra Asia Investments (subgroup Rent-A-Port)
Rent-A-Port
Private Banking
Extensa Group
Real Estate & Senior Care
Energy & Resources
AvH & Growth Capital
Subholdings AvH
| (€ 1.000) Naam van de dochteronderneming | Ondernemings nummer |
Maatsch. zetel | Belangen % 2021 |
Minderheids belangen % 2021 |
Totaal activa |
Totaal ver plichtingen |
Omzet | Netto resultaat |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Marine Engineering & Contracting | ||||||||
| Rent-A-Port | ||||||||
| Infra Asia Investments (subgroup Rent-A-Port) (1) |
||||||||
| Euro Jetty (Hong Kong) | Hongkong | 24,89% | 25,11% | 14.132 | 9 | 406 | 1.764 | |
| Deep C Green Energy (Hong Kong) | Hongkong | 24,89% | 25,11% | 14.642 | 211 | 406 | 411 | |
| Deep C Green Energy (Vietnam) | Vietnam | 24,89% | 25,11% | 14.495 | 12.687 | 26.307 | 374 | |
| Euro Jetty (Vietnam) Company | Vietnam | 24,89% | 25,11% | 4.453 | 1.687 | 4.133 | 2.200 | |
| DC Russia | Vietnam | 24,89% | 25,11% | 23.141 | 4.368 | 0 | -680 | |
| Bac Tien Phong Industrial Zone | Vietnam | 24,89% | 25,11% | 61.965 | 19.010 | 11.739 | 5.074 | |
| Rent-A-Port Utilities (2) |
0846.410.221 | België | ||||||
| Infra Asia Investment Fund | 0648.714.620 | België | 40,53% | 9,47% | 32.182 | 30.787 | 0 | 17 |
| ESTOR-LUX | 0749.614.317 | België | 24,32% | 5,68% | 9.689 | 7.792 | 432 | 158 |
| S Channel Management Limited (in vereffening) | Cyprus | |||||||
| Private Banking | ||||||||
| Delen Private Bank (3) |
0453.076.211 | België | 78,75% | 2.429.155 | 1.406.702 | 506.760 | 167.556 | |
| Real Estate & Senior Care | ||||||||
| Extensa Group (4) |
||||||||
| CBS Development | 0831.191.317 | België | ||||||
| CBS-Invest | 0879.569.868 | België | ||||||
| Grossfeld PAP SICAV-RAIF | 2005.2205.809 | Luxemburg | ||||||
| Grossfeld Immobilière | 2001.2234.458 | Luxemburg | ||||||
| NEIF 3 Kockelscheuer | 2019.2481.814 | Luxemburg | ||||||
| Darwin I | 2020.2460.950 | Luxemburg | ||||||
| Darwin II | 2020.2460.985 | Luxemburg | ||||||
| Banca II | 2020.2460.969 | Luxemburg | ||||||
| Les Jardins de Oisquercq | 0899.580.572 | België | ||||||
| Energy & Resources | ||||||||
| SIPEF (USD 1.000) (5) |
0404.491.285 | België | 35,13% | 991.765 | 264.436 | 416.053 | 93.749 | |
| Verdant Bioscience (USD 1.000) (6) |
Singapore | 42,00% | 33.665 | 22.475 | 3.319 | -2.514 | ||
| AvH & Growth Capital | ||||||||
| Amsteldijk Beheer | 33.080.456 | Nederland | 50,00% | 5.529 | 4.835 | 847 | -1.160 | |
| Manuchar (USD 1.000) (7) |
0407.045.751 | België | 30,00% | 796.436 | 622.605 | 2.481.657 | 62.610 | |
| Turbo's Hoet Groep | 0881.774.936 | België | 50,00% | 352.875 | 220.069 | 620.486 | 18.083 | |
| Telemond | 0893.552.617 | België | 50,00% | 87.727 | 27.904 | 98.953 | 8.888 | |
| Subholdings AvH | ||||||||
| GIB (8) |
0404.869.783 | België |
(1) In december 2021 heeft Rent-A-Port een overeenkomst gesloten om een bijkomend belang van 32,6% in IAI te verwerven, wat haar totale participatie op 94% zal brengen. De closing van de transactie is gepland voor het eerste kwartaal van 2022.
(2) Rent-A-Port verkocht in 2021 haar participatie in Rent-A-Port Utilities.
(3) FinAx houdt een deelneming aan van 78,75% in Delen Private Bank NV. De aandeelhoudersafspraken tussen AvH en de familie Jacques Delen, die via Promofi NV een 21,25%-deelneming aanhoudt, omvatten ondermeer afspraken inzake vertegenwoordiging in de raad van bestuur en besluitvorming op niveau van de raad van bestuur en de aandeelhoudersvergadering. De bijzondere meerderheidsvereisten die voorzien zijn voor bepaalde sleutelbeslissingen, leiden tot gezamenlijke controle.
(4) Sinds de inbreng van de aandelen Extensa in Leasinvest Real Estate op 19 juli 2021 worden de gemeenschappelijke dochterondernemingen van Extensa opgenomen in de consolidatiekring van
Nextensa (zie Toelichting 2: Integraal geconsolideerde dochterondernemingen). (5) De aandeelhoudersovereenkomst tussen de familie Baron Bracht en AvH resulteert in een gezamenlijke controle van SIPEF. AvH heeft in 2021 haar deelnemingspercentage in SIPEF verhoogd van 34,68% tot 35,13%.
(6) AvH bezit 42% in Verdant Bioscience, een strategische investering in het verlengde van haar 35,13%-belang in SIPEF. SIPEF zelf bezit een 38%-deelneming in VBS. (7) Begin 2022 werd een overeenkomst ondertekend met Lone Star Funds voor de verkoop van 100% van de aandelen in Manuchar. Als gevolg van de aangekondigde verkoop van de deelneming in Manuchar, die naar verwachting in de loop van het tweede trimester van 2022 zal worden afgerond, werd deze participatie op jaareinde 2021 reeds overgebracht naar "Activa bestemd voor verkoop".
(8) Eind 2021 werd GIB vereffend.
| (€ 1.000) Naam van de dochteronderneming | Ondernemings nummer |
Maatsch. zetel | Belangen % 2020 |
Minderheids belangen % 2020 |
Totaal activa |
Totaal ver plichtingen |
Omzet | Netto resultaat |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Marine Engineering & Contracting | ||||||||
| Rent-A-Port | ||||||||
| Infra Asia Investments (subgroup Rent-A-Port) | ||||||||
| Euro Jetty (Hong Kong) | Hongkong | 24,89% | 25,11% | 13.082 | 9 | 421 | -71 | |
| Deep C Green Energy (Hong Kong) | Hongkong | 24,89% | 25,11% | 7.256 | 197 | 421 | -126 | |
| Deep C Green Energy (Vietnam) | Vietnam | 24,89% | 25,11% | 5.643 | 5.136 | 12.771 | -362 | |
| Euro Jetty (Vietnam) Company | Vietnam | 24,89% | 25,11% | 4.865 | 2.678 | 7.072 | 1.873 | |
| DC Russia | Vietnam | 24,89% | 25,11% | 19.969 | 2.105 | 0 | -426 | |
| Bac Tien Phong Industrial Zone | Vietnam | 24,89% | 25,11% | 35.639 | 1.183 | 0 | -941 | |
| Rent-A-Port Utilities | 0846.410.221 | België | 40,53% | 9,47% | 1.616 | 1.941 | 3 | -42 |
| Infra Asia Investment Fund | 0648.714.620 | België | 40,53% | 9,47% | 32.047 | 31.912 | 14 | 16 |
| ESTOR-LUX | 0749.614.317 | België | 24,32% | 5,68% | 4.650 | 2.911 | 0 | -102 |
| S Channel Management Limited (in vereffening) | Cyprus | 40,53% | 9,47% | 0 | 0 | 0 | 3 | |
| Private Banking | ||||||||
| Delen Private Bank | 0453.076.211 | België | 78,75% | 2.053.679 | 1.113.402 | 412.422 | 131.387 | |
| Real Estate & Senior Care | ||||||||
| Extensa Group | ||||||||
| CBS Development | 0831.191.317 | België | 50,00% | 4.448 | 6.997 | 30 | 7 | |
| CBS-Invest | 0879.569.868 | België | 50,00% | 8.288 | 2.043 | 355 | -305 | |
| Grossfeld PAP SICAV-RAIF | 2005.2205.809 | Luxemburg | 50,00% | 109.058 | 110.634 | 890 | 40.384 | |
| Grossfeld Immobilière | 2001.2234.458 | Luxemburg | 50,00% | 56.358 | 57.381 | 179 | 717 | |
| NEIF 3 Kockelscheuer | 2019.2481.814 | Luxemburg | 45,00% | 30.748 | 19.467 | 0 | -18 | |
| Darwin I | 2020.2460.950 | Luxemburg | 50,00% | 33.338 | 13.015 | 0 | -15 | |
| Darwin II | 2020.2460.985 | Luxemburg | 50,00% | 21.720 | 16.681 | 0 | -16 | |
| Banca II | 2020.2460.969 | Luxemburg | 50,00% | 63.022 | 37.854 | 0 | -16 | |
| Les Jardins de Oisquercq | 0899.580.572 | België | 50,00% | 3.393 | 5.232 | 0 | -399 | |
| Energy & Resources | ||||||||
| SIPEF (USD 1.000) | 0404.491.285 | België | 34,68% | 946.641 | 307.953 | 274.027 | 14.122 | |
| Verdant Bioscience (USD 1.000) | Singapore | 42,00% | 33.451 | 19.747 | 1.319 | -2.645 | ||
| AvH & Growth Capital | ||||||||
| Amsteldijk Beheer | 33.080.456 | Nederland | 50,00% | 3.325 | 1.271 | 666 | 188 | |
| Manuchar (USD 1.000) | 0407.045.751 | België | 30,00% | 586.079 | 473.011 | 1.497.853 | 23.620 | |
| Turbo's Hoet Groep | 0881.774.936 | België | 50,00% | 334.822 | 216.459 | 447.935 | 7.178 | |
| Telemond | 0893.552.617 | België | 50,00% | 78.134 | 23.684 | 84.050 | 6.074 | |
| Subholdings AvH | ||||||||
| GIB | 0404.869.783 | België | 50,00% | 91 | 52.813 | 0 | -310 |
Toelichting 3: Geassocieerde deelnemingen
nummer Maatsch. zetel Belangen %
nummer Maatsch. zetel Belangen %
2021
structuur.
Minderheids belangen % 2020
81PLC002887 India 21,85% 23.032 22.916 12.572 1.374
Totaal activa
2020
Rentel 0700.246.364 België 10,13% 2,37% 1.007.559 943.473 152.870 59.923 SeaMade 0543.401.324 België 7,09% 1,66% 1.378.017 1.367.578 49.488 44.529 Otary RS 0833.507.538 België 10,13% 2,37% 83.747 2.839 11.208 33.933 Otary BIS 0842.251.889 België 10,13% 2,37% 53.869 157 0 -12
Informatica J.Van Breda & C° 0427.908.174 België 31,50% 8,50% 5.253 4.036 11.504 5
Axe Investments 419.822.730 België 48,34% 14.520 113 568 -434 Financière EMG 801.720.343 Frankrijk 22,51% 390.090 433.425 240.850 -44.690 Mediahuis 439.849.666 België 13,51% 1.122.745 744.220 990.527 58.592 OM Partners (31-12-2019) 428.328.442 België 20,01% 89.073 37.722 85.673 14.192
Keersluis Limmel Maintenance BV (MTC) 62.058.630 Nederland 43,12% 852 852 504 0 SAS van Vreeswijk (MTC van Beatrix) 65.067.096 Nederland 17,25% 946 592 4.197 354
2020
Basis voor uitsluiting
(1)
(1)
(1)
(2)
Totaal activa
Totaal ver-
843 0 0 -7
64.492 53.337 551 2.860
4.371 980 0 -46
19.878 13.949 26.402 562
plichtingen Omzet Netto-
resultaat
nummer Maatsch. zetel Belangen %
Basis voor uitsluiting
(1)
(1)
(1)
(2)
Totaal activa
Totaal ver-
deerd, maar opgenomen onder de Financiële vaste activa (zie Toelichting 12). Ditzelfde geldt voor de belangen in HealthQuad I Fund (36%), HealthQuad II Fund (10%) en het Venturi Partners Fund I (20%) omwille van hun typische fondsen-
Totaal ver-
plichtingen Omzet Netto-
1.881 0 0 -2
65.599 54.664 586 300
4.339 992 0 -43
plichtingen Omzet Netto-
resultaat
resultaat
Ondernemings-
Ondernemings-
L26942AP19
Ondernemings-
Bio Cap Invest (31-12-2019) 0719 433 261 België 40,00%
Nivelinvest (31-12-2019) 0430.636.943 België 25,00%
Pribinvest (31-12-2019) 0107957 Luxemburg 78,75%
Transpalux 0582.011.409 Frankrijk 45,02%
Bio Cap Invest (31-12-2020) 0719 433 261 België 40,00%
Société d'investissement Brabant Wallon (31-12-2020) 0430.636.943 België 25,00%
Pribinvest (31-12-2020) 0107957 Luxemburg 78,75%
Transpalux 0582.011.409 Frankrijk
Verwijzend naar het organogram (pagina 79) worden de deelnemingen in Biotalys (12%), Indigo Diabetes (9%), Medikabazaar (10%), MRM Health (16%) en OncoDNA (10%), wegens het aangehouden belangenpercentage niet geconsoli-
(1) Investering van te verwaarlozen betekenis (gewaardeerd aan kostprijs).
(€ 1.000) Naam van de geassocieerde deelne-
(2) De participatie in Transpalux werd eind 2021 verkocht.
(€ 1.000) Naam van de geassocieerde deelne-
Marine Engineering & Contracting
AvH & Growth Capital
ming
ming
Green Offshore
Private Banking Bank Van Breda
Energy & Resources
Sagar Cements (INR million)
AvH & Growth Capital
Agidens International
AvH & Growth Capital
ming
(€ 1.000) Naam van de geassocieerde deelne-
(1) Investering van te verwaarlozen betekenis (gewaardeerd aan kostprijs). (2) Niet in de mogelijkheid om tijdig geauditeerde cijfers te bekomen.
| (€ 1.000) Naam van de geassocieerde deelne ming |
Ondernemings nummer |
Maatsch. zetel | Belangen % 2021 |
Minderheids belangen % 2021 |
Totaal activa |
Totaal ver plichtingen |
Omzet | Netto resultaat |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Marine Engineering & Contracting | ||||||||
| Green Offshore (1) |
||||||||
| Rentel | 0700.246.364 | België | 10,13% | 2,37% | 933.616 | 837.698 | 138.307 | 29.698 |
| SeaMade | 0543.401.324 | België | 7,09% | 1,66% | 1.373.451 | 1.322.510 | 145.762 | 12.220 |
| Otary RS | 0833.507.538 | België | 10,13% | 2,37% | 84.142 | 1.551 | 10.254 | 18.605 |
| Otary BIS | 0842.251.889 | België | 10,13% | 2,37% | 54.330 | 171 | 0 | 8.437 |
| Private Banking | ||||||||
| Bank Van Breda | ||||||||
| Informatica J.Van Breda & C° (2) |
0427.908.174 | België | ||||||
| Energy & Resources | ||||||||
| Sagar Cements (INR million) | L26942AP19 81PLC002887 |
India | 21,85% | 32.605 | 19.840 | 15.128 | 1.278 | |
| AvH & Growth Capital | ||||||||
| Axe Investments | 419.822.730 | België | 48,34% | 14.230 | 47 | 542 | -223 | |
| Financière EMG | 801.720.343 | Frankrijk | 22,51% | 381.248 | 310.442 | 366.845 | 152 | |
| Mediahuis (3) |
439.849.666 | België | 13,51% | 1.107.536 | 625.059 | 1.130.790 | 117.321 | |
| OM Partners | 428.328.442 | België | 20,01% | 125.662 | 42.167 | 115.713 | 23.777 | |
| Van Moer Logistics (4) |
België | 21,74% | 119.051 | 82.785 | 222.378 | 1.328 | ||
| Agidens International (5) |
||||||||
| Keersluis Limmel Maintenance BV (MTC) | 62.058.630 | Nederland | ||||||
| SAS van Vreeswijk (MTC van Beatrix) | 65.067.096 | Nederland |
(1) De deelnemingen in de offshore windenergieparken Rentel en SeaMade (en de tussenholdings Otary RS en Otary BIS) worden aangehouden via Green Offshore, dat een 50/50 investeringsvehikel is van AvH en CFE. AvH heeft een participatie (transitief) van 10,13% in Rentel en van 7,09% in SeaMade. Indien ook rekening wordt gehouden met de belangen van DEME in Rentel en SeaMade, bedragen de belangen (transitief) van AvH 21,9% respectievelijk 15,3%.
(2) De verkoop door Bank Van Breda van haar participatie in Informatica J.Van Breda kadert in de volledige overname in eigen beheer van haar IT-infrastructuur.
(3) Eind 2021 heeft AvH een participatie van 49,9% in MediaCore, de controlerende aandeelhouder (53,5%) in Mediahuis Partners. Mediahuis Partners heeft een controlebelang van 50,57% in Mediahuis. Aldus bedraagt het deelnemingspercentage van AvH in Mediahuis 13,51%.
(4) AvH heeft eind juni 2021 12,5 miljoen euro geïnvesteerd in een kapitaalverhoging van Van Moer Logistics en verwierf daarmee een participatie van 21,7%.
(5) In het 3e kwartaal 2021 verkocht Agidens haar divisie Agidens Infra Automation (AIA) aan de BESIX Group.
| (€ 1.000) Naam van de geassocieerde deelne ming |
Ondernemings nummer |
Maatsch. zetel | Belangen % 2021 |
Basis voor uitsluiting |
Totaal activa |
Totaal ver plichtingen |
Omzet | Netto resultaat |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| AvH & Growth Capital | ||||||||
| Bio Cap Invest (31-12-2020) | 0719 433 261 | België | 40,00% | (1) | 1.881 | 0 | 0 | -2 |
| Société d'investissement Brabant Wallon (31-12-2020) | 0430.636.943 | België | 25,00% | (1) | 65.599 | 54.664 | 586 | 300 |
| Pribinvest (31-12-2020) | 0107957 | Luxemburg | 78,75% | (1) | 4.339 | 992 | 0 | -43 |
| Transpalux | 0582.011.409 | Frankrijk | (2) |
(1) Investering van te verwaarlozen betekenis (gewaardeerd aan kostprijs).
(2) De participatie in Transpalux werd eind 2021 verkocht.
Verwijzend naar het organogram (pagina 79) worden de deelnemingen in Biotalys (12%), Indigo Diabetes (9%), Medikabazaar (10%), MRM Health (16%) en OncoDNA (10%), wegens het aangehouden belangenpercentage niet geconsolideerd, maar opgenomen onder de Financiële vaste activa (zie Toelichting 12). Ditzelfde geldt voor de belangen in HealthQuad I Fund (36%), HealthQuad II Fund (10%) en het Venturi Partners Fund I (20%) omwille van hun typische fondsenstructuur.
| (€ 1.000) Naam van de geassocieerde deelne ming |
Ondernemings nummer |
Maatsch. zetel | Belangen % 2020 |
Minderheids belangen % 2020 |
Totaal activa |
Totaal ver plichtingen |
Omzet | Netto resultaat |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Marine Engineering & Contracting | ||||||||
| Green Offshore | ||||||||
| Rentel | 0700.246.364 | België | 10,13% | 2,37% | 1.007.559 | 943.473 | 152.870 | 59.923 |
| SeaMade | 0543.401.324 | België | 7,09% | 1,66% | 1.378.017 | 1.367.578 | 49.488 | 44.529 |
| Otary RS | 0833.507.538 | België | 10,13% | 2,37% | 83.747 | 2.839 | 11.208 | 33.933 |
| Otary BIS | 0842.251.889 | België | 10,13% | 2,37% | 53.869 | 157 | 0 | -12 |
| Private Banking | ||||||||
| Bank Van Breda | ||||||||
| Informatica J.Van Breda & C° | 0427.908.174 | België | 31,50% | 8,50% | 5.253 | 4.036 | 11.504 | 5 |
| Energy & Resources | ||||||||
| Sagar Cements (INR million) | L26942AP19 81PLC002887 |
India | 21,85% | 23.032 | 22.916 | 12.572 | 1.374 | |
| AvH & Growth Capital | ||||||||
| Axe Investments | 419.822.730 | België | 48,34% | 14.520 | 113 | 568 | -434 | |
| Financière EMG | 801.720.343 | Frankrijk | 22,51% | 390.090 | 433.425 | 240.850 | -44.690 | |
| Mediahuis | 439.849.666 | België | 13,51% | 1.122.745 | 744.220 | 990.527 | 58.592 | |
| OM Partners (31-12-2019) | 428.328.442 | België | 20,01% | 89.073 | 37.722 | 85.673 | 14.192 | |
| Agidens International | ||||||||
| Keersluis Limmel Maintenance BV (MTC) | 62.058.630 | Nederland | 43,12% | 852 | 852 | 504 | 0 | |
| SAS van Vreeswijk (MTC van Beatrix) | 65.067.096 | Nederland | 17,25% | 946 | 592 | 4.197 | 354 |
| (€ 1.000) Naam van de geassocieerde deelne ming |
Ondernemings nummer |
Maatsch. zetel | Belangen % 2020 |
Basis voor uitsluiting |
Totaal activa |
Totaal ver plichtingen |
Omzet | Netto resultaat |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| AvH & Growth Capital | ||||||||
| Bio Cap Invest (31-12-2019) | 0719 433 261 | België | 40,00% | (1) | 843 | 0 | 0 | -7 |
| Nivelinvest (31-12-2019) | 0430.636.943 | België | 25,00% | (1) | 64.492 | 53.337 | 551 | 2.860 |
| Pribinvest (31-12-2019) | 0107957 | Luxemburg | 78,75% | (1) | 4.371 | 980 | 0 | -46 |
| Transpalux | 0582.011.409 | Frankrijk | 45,02% | (2) | 19.878 | 13.949 | 26.402 | 562 |
(1) Investering van te verwaarlozen betekenis (gewaardeerd aan kostprijs).
(2) Niet in de mogelijkheid om tijdig geauditeerde cijfers te bekomen.
Op 22 december 2021 heeft VMA NV, een 100%-dochteronderneming van CFE, haar participatie in VMA R. Robotics Sp. Z o.o. verhoogd van 51% naar 100%. Deze vennootschap, die reeds via de vermogensmutatiemethode was opgenomen, wordt sindsdien integraal geconsolideerd. Conform IFRS 3 Bedrijfscombinaties, werd het historisch belang van 51% geherwaardeerd aan reële waarde, met als tegenpost de resultatenrekening.
Op 22 december 2021, heeft VMA NV tevens 100% van de aandelen van de vennootschappen Rolling Robotics Sp. z o.o., Rolling Robotics Sp. komandytowa, Power Automation Sp. z o.o. en Power Automation Sp.komandytowa verworven. Deze vennootschappen werden bijgevolg ook integraal geconsolideerd. Deze bedrijfscombinatie heeft geen significante impact op de financiële staten van AvH.
cesautomatiseringsmarkt.
bestonden uit:
• Het offshore installatieschip Thor van DEME.
inmiddels in februari 2022 verkocht zijn.
In Q3 2021 verkocht Agidens haar divisie Agidens Infra Automation (AIA) aan de BESIX Group. Deze transactie geeft Agidens de mogelijkheid met een doorgedreven focus en investeringen verder uit te groeien tot een Europese speler in de pro-
Toelichting 5: Activa en passiva bestemd voor verkoop
De activa bestemd voor verkoop bedroegen eind 2021 230,7 miljoen euro en
• De deelneming in Manuchar als gevolg van de aangekondigde verkoop, die naar verwachting in de loop van het tweede trimester van 2022 zal worden afgerond. • Een drietal gebouwen van Nextensa, waarvan er twee (The Crescent en Monnet)
(€ 1.000) Agidens Infra Goodwill en immateriële vaste activa 0 Materiële vaste activa 913 Voorraad 8.847 Liquide middelen 481 Overige activa 3.187 Totaal der activa 13.429 Eigen vermogen (deel groep) 875 Minderheidsbelang 0 Financiële schulden op lange en korte termijn 719 Overige schulden 11.835 Totaal eigen vermogen en verplichtingen 13.429
Totaal activa 13.429 Totaal verplichtingen -12.554 Minderheidsbelangen 0 Netto actief (100%) 874 Gerealiseerde meerwaarde 4.235 Verkoopprijs 5.110
transacties.
We verwijzen naar Toelichting 6. Segmentinformatie voor meer uitleg over deze
De beoordeling van alle identificeerbare activa en passiva, verworven door deze acquisitie, werd reeds afgerond. De marktwaarde van de geïdentificeerde activa en passiva wordt hieronder gegeven:
| (€ 1.000) | Rolling Robotics |
|---|---|
| Goodwill en immateriële vaste activa | 54 |
| Materiële vaste activa | 64 |
| Voorraad | 0 |
| Liquide middelen | 1.063 |
| Overige activa | 1.468 |
| Totaal der activa | 2.649 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 1.479 |
| Minderheidsbelang | 0 |
| Financiële schulden op lange en korte termijn | 0 |
| Overige schulden | 1.170 |
| Totaal eigen vermogen en verplichtingen | 2.649 |
| Totaal activa | 2.649 |
| Totaal verplichtingen | -1.170 |
| Minderheidsbelangen | 0 |
| Netto actief (100%) | 1.479 |
| Herwaarderingsmeerwaarde van 51%-belang in VMA R. Robotics Sp z o.o. | 379 |
| Goodwill (inclusief herwaarderingsmeerwaarde) | 2.203 |
| Aankoopprijs | 3.303 |
De erkenning van residuele goodwill is gerechtvaardigd doordat CFE met deze overname haar competenties inzake automatisering van productielijnen uitbreidt, in het bijzonder met betrekking tot het ontwerpen en programmeren van geautomatiseerde producties.
Eind 2021 nam Anima het woonzorgcentrum "Saint-Vincent" in Jumet over.
| (€ 1.000) | Agidens Infra |
|---|---|
| Goodwill en immateriële vaste activa | 0 |
| Materiële vaste activa | 913 |
| Voorraad | 8.847 |
| Liquide middelen | 481 |
| Overige activa | 3.187 |
| Totaal der activa | 13.429 |
| Eigen vermogen (deel groep) | 875 |
| Minderheidsbelang | 0 |
| Financiële schulden op lange en korte termijn | 719 |
| Overige schulden | 11.835 |
| Totaal eigen vermogen en verplichtingen | 13.429 |
| Totaal activa | 13.429 |
| Totaal verplichtingen | -12.554 |
| Minderheidsbelangen | 0 |
| Netto actief (100%) | 874 |
| Gerealiseerde meerwaarde | 4.235 |
| Verkoopprijs | 5.110 |
In Q3 2021 verkocht Agidens haar divisie Agidens Infra Automation (AIA) aan de BESIX Group. Deze transactie geeft Agidens de mogelijkheid met een doorgedreven focus en investeringen verder uit te groeien tot een Europese speler in de procesautomatiseringsmarkt.
De activa bestemd voor verkoop bedroegen eind 2021 230,7 miljoen euro en bestonden uit:
We verwijzen naar Toelichting 6. Segmentinformatie voor meer uitleg over deze transacties.
Segment 1
DEME (integrale consolidatie 62,10%), CFE (integrale consolidatie 62,10%), Rent-A-Port (integrale consolidatie 81,05%) en Green Offshore (integrale consolidatie 81,05%).
Segment 2
Delen Private Bank (vermogensmutatiemethode 78,75%), Bank Van Breda (integrale consolidatie 78,75%) en FinAx (integrale consolidatie 100%).
Segment 3
Extensa (integrale consolidatie 100% H1 2021), Leasinvest Real Estate (integrale consolidatie 30% H1 2021), Leasinvest Real Estate Management (integrale consolidatie 100% H1 2021), Nextensa (Integrale consolidatie 58,5% vanaf H2 2021) en Anima (integrale consolidatie 92,5%).
Op 19 juli 2021 heeft de buitengewone algemene vergadering van Leasinvest het voorstel goedgekeurd om een geïntegreerde vastgoedgroep te worden door een 'business combination' met Extensa. Deze combinatie van de twee vastgoedspelers zorgt voor een unieke marktpositie door recurrente huurinkomsten uit vastgoedinvesteringen te koppelen aan het meerwaardepotentieel van ontwikkelingsactiviteiten waarin authenticiteit en duurzaamheid voorop staan. In de context van deze transactie werd beslist om het GVV-statuut van Nextensa (voorheen Leasinvest Real Estate) op te geven en de vennootschap om te vormen naar een naamloze vennootschap. Bij de vorming van Nextensa heeft AvH 100% van de aandelen van Extensa en LREM ingebracht voor een gezamenlijke waarde van 293,4 miljoen euro in ruil voor de uitgifte van 4.075.458 nieuwe aandelen in Leasinvest Real Estate. Na deze transactie wordt het kapitaal van Nextensa (voorheen Leasinvest Real Estate) vertegenwoordigd door 10.002.102 aandelen, waarvan AvH er 5.853.817 (inclusief 1.778.359 initiële aandelen) bezit en hiermee een controlebelang van 58,5% behoudt.
SIPEF (vermogensmutatiemethode 35,13%), Verdant Bioscience (vermogensmutatiemethode 42%), AvH India Resources (integrale consolidatie 100%) en Sagar Cements (vermogensmutatiemethode 21,85%).
De deelneming van AvH in SIPEF is in 2021 verhoogd van 34,68% tot 35,13%.
AvH India Resources bezit geen andere deelnemingen dan in Sagar Cements.
Toelichting 6: Segmentinformatie – resultatenrekening 2021
Marine
Winst (verlies) op activa/passiva gewaardeerd aan reële waarde via
Afgeleide financiële instrumenten gewaardeerd aan reële waarde
Aandeel in de winst (verlies) van ondernemingen waarop vermo-
Winst (verlies) na belasting uit voortgezette be-
Winst (verlies) na belasting uit bedrijfsactiviteiten die worden be-
(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Engineering & Contracting
Private Banking
Bedrijfsopbrengsten 3.782.502 205.011 237.428 18 89.529 -2.114 4.312.374 Verrichting van diensten 0 0 99.193 0 2.074 -1.988 99.279 Vastgoedopbrengsten 106.300 0 119.195 0 0 225.495 Rente-opbrengsten bancaire activiteiten 0 103.801 0 0 0 103.801 Vergoedingen en commissies bancaire activiteiten 0 98.566 0 0 0 98.566 Opbrengsten uit onderhanden projecten in opdracht van derden 3.580.181 0 0 0 84.328 3.664.508 Overige bedrijfsopbrengsten 96.021 2.644 19.041 18 3.128 -126 120.726 Exploitatielasten (-) -3.612.459 -122.400 -175.942 -58 -116.029 2.898 -4.023.991 Grond- & hulpstoffen, diensten en uitbesteed werk (-) -2.518.605 -24.176 -80.876 -58 -53.125 2.898 -2.673.943 Rentelasten Bank J.Van Breda & C° (-) 0 -22.759 0 0 0 -22.759 Personeelslasten (-) -697.784 -57.533 -75.769 0 -46.604 -877.690 Afschrijvingen (-) -326.558 -7.220 -11.967 0 -4.808 -350.553 Bijzondere waardeverminderingen (-) -36.202 2.181 -793 0 -10.995 -45.810 Overige exploitatielasten (-) -32.884 -12.483 -6.810 0 -510 0 -52.687 Voorzieningen -425 -409 272 0 13 -550
resultatenrekening 0 0 9.593 0 24.456 0 34.048 Financiële activa - Fair value through P/L (FVPL) 0 0 16.621 0 24.456 41.077 Vastgoedbeleggingen 0 0 -7.029 0 0 -7.029 Winst (verlies) op de overdracht van activa 26.003 492 4.984 0 3.221 0 34.699 Gerealiseerde meer(min)waarde op immateriële en materiële vaste activa 6.071 492 581 0 39 7.182 Gerealiseerde meer(min)waarde op vastgoedbeleggingen 0 0 4.403 0 0 4.403 Gerealiseerde meer(min)waarde op financiële vaste activa 19.931 0 0 0 3.019 22.951 Gerealiseerde meer(min)waarde op andere activa 0 0 0 0 163 163 Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten 196.045 83.103 76.062 -40 1.176 784 357.130 Financieel resultaat -14.378 208 -15.317 7 3.037 -784 -27.227 Renteopbrengsten 8.142 16 2.493 0 2.406 -1.116 11.941 Rentelasten (-) -18.778 -2 -15.514 0 -516 1.116 -33.694 (Niet)gerealiseerde wisselkoers-resultaten 7.313 0 -87 4 -174 7.056 Overige financiële opbrengsten (kosten) -11.055 193 -2.208 4 1.320 -784 -12.530
via resultatenrekening 0 376 5.642 0 0 6.018
gensmutatie is toegepast 23.615 131.950 20.724 30.232 48.669 255.191 Overige niet-exploitatiebaten 0 0 0 0 548 548 Overige niet-exploitatielasten (-) 0 0 0 0 0 0 Winst (verlies) vóór belasting 205.282 215.636 87.111 30.199 53.430 0 591.659 Winstbelastingen -45.293 -19.599 -13.674 0 -884 0 -79.449 Uitgestelde belastingen 13.700 -1.274 -7.685 0 882 5.624 Belastingen -58.993 -18.325 -5.989 0 -1.766 -85.073
drijfsactiviteiten 159.989 196.038 73.438 30.199 52.546 0 512.210
eindigd 0 0 0 0 -150 -150 Winst (verlies) van het boekjaar 159.989 196.038 73.438 30.199 52.396 0 512.060 Aandeel van het minderheidsbelang 60.943 12.936 30.744 222 402 105.246 Aandeel van de groep 99.046 183.102 42.694 29.978 51.994 406.814
Real Estate & Senior Care
Energy & Resources
AvH & Growth Capital
Eliminaties tussen segmenten
Totaal 2021
De uitoefening van opties (door het management) bij Agidens en de intrede van het management/nieuwe partner bij Biolectric resulteren in een daling van de controlebelangen met 1,26% respectievelijk 4,2%.
Begin 2022 werd een overeenkomst ondertekend met Lone Star Funds voor de verkoop van 100% van de aandelen in Manuchar. Als gevolg van de aangekondigde verkoop van de deelneming in Manuchar, die naar verwachting in de loop van het tweede trimester van 2022 zal worden afgerond, werd deze participatie op jaareinde 2021 reeds overgebracht naar "Activa bestemd voor verkoop".
AvH heeft eind juni 2021 12,5 miljoen euro geïnvesteerd in een kapitaalverhoging van Van Moer Logistics en verwierf daarmee een participatie van 21,7%. Van Moer is een toonaangevende logistieke speler en zet maximaal in op multimodaal transport: een combinatie van binnenvaart, met vervoer per spoor en over de weg.
Biotalys noteert sinds 2 juli 2021 op Euronext Brussel na het inzamelen van 52,8 miljoen euro nieuw kapitaal via een initieel openbaar aanbod (IPO). In de context van deze beursintroductie heeft AvH voor 4 miljoen euro bijkomend geïnvesteerd in Biotalys, waardoor de participatie uitkomt op 13,04% (11,85% fully diluted).
HealthQuad (HQ I: AvH 36,3%, HQ II: AvH 10%) voltooide in December 2021 met succes de tweede closing van haar tweede fonds met meer dan 150 miljoen USD toegezegd kapitaal van prominente binnenlandse en internationale institutionele investeerders. AvH heeft 15 miljoen USD uitgetrokken voor HealthQuad II. Dit bedrag zal geïnvesteerd worden over een periode van 4 jaar. Het belang in HQ II daalde hierdoor naar 10% (2020: 22,1%).
AvH heeft in september 2021 ingetekend op de Series C financieringsronde (75 miljoen USD of 64 miljoen euro) van Medikabazaar. Met een investering van 10 miljoen euro verhoogt AvH haar directe participatie in Medikabazaar van 5,4% naar 8,7% en zal AvH een beneficial aandeel van 10% hebben, rekening houdend met haar participatie in het HealthQuad I-fonds (AvH 36,3%) en het HealthQuad II-fonds (AvH 10%).
AvH heeft in juni 2021 20 miljoen USD toegezegd om te investeren in Venturi Partners (AvH 20%), over 4 jaar. De eerste closing van Venturi Partners Fund I, waarin AvH een van de ankerinvesteerders is, werd voltooid met 100 miljoen USD aan toegezegd kapitaal. Venturi Partners is een in Singapore gebaseerde fondsbeheerder met een sterke focus op de consumentensector in India en Zuidoost-Azie.
Toelichting 6: Segmentinformatie – resultatenrekening 2021
| (€ 1.000) | Segment 1 | Segment 2 | Segment 3 | Segment 4 | Segment 5 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Marine Engineering |
Private | Real Estate & | Energy & | AvH & Growth |
Eliminaties tussen |
Totaal | |
| & Contracting | Banking | Senior Care | Resources | Capital | segmenten | 2021 | |
| Bedrijfsopbrengsten | 3.782.502 | 205.011 | 237.428 | 18 | 89.529 | -2.114 | 4.312.374 |
| Verrichting van diensten | 0 | 0 | 99.193 | 0 | 2.074 | -1.988 | 99.279 |
| Vastgoedopbrengsten | 106.300 | 0 | 119.195 | 0 | 0 | 225.495 | |
| Rente-opbrengsten bancaire activiteiten | 0 | 103.801 | 0 | 0 | 0 | 103.801 | |
| Vergoedingen en commissies bancaire activiteiten | 0 | 98.566 | 0 | 0 | 0 | 98.566 | |
| Opbrengsten uit onderhanden projecten in opdracht van derden | 3.580.181 | 0 | 0 | 0 | 84.328 | 3.664.508 | |
| Overige bedrijfsopbrengsten | 96.021 | 2.644 | 19.041 | 18 | 3.128 | -126 | 120.726 |
| Exploitatielasten (-) | -3.612.459 | -122.400 | -175.942 | -58 | -116.029 | 2.898 | -4.023.991 |
| Grond- & hulpstoffen, diensten en uitbesteed werk (-) | -2.518.605 | -24.176 | -80.876 | -58 | -53.125 | 2.898 | -2.673.943 |
| Rentelasten Bank J.Van Breda & C° (-) | 0 | -22.759 | 0 | 0 | 0 | -22.759 | |
| Personeelslasten (-) | -697.784 | -57.533 | -75.769 | 0 | -46.604 | -877.690 | |
| Afschrijvingen (-) | -326.558 | -7.220 | -11.967 | 0 | -4.808 | -350.553 | |
| Bijzondere waardeverminderingen (-) | -36.202 | 2.181 | -793 | 0 | -10.995 | -45.810 | |
| Overige exploitatielasten (-) | -32.884 | -12.483 | -6.810 | 0 | -510 | 0 | -52.687 |
| Voorzieningen | -425 | -409 | 272 | 0 | 13 | -550 | |
| Winst (verlies) op activa/passiva gewaardeerd aan reële waarde via resultatenrekening |
0 | 0 | 9.593 | 0 | 24.456 | 0 | 34.048 |
| Financiële activa - Fair value through P/L (FVPL) | 0 | 0 | 16.621 | 0 | 24.456 | 41.077 | |
| Vastgoedbeleggingen | 0 | 0 | -7.029 | 0 | 0 | -7.029 | |
| Winst (verlies) op de overdracht van activa | 26.003 | 492 | 4.984 | 0 | 3.221 | 0 | 34.699 |
| Gerealiseerde meer(min)waarde op immateriële en materiële vaste activa | 6.071 | 492 | 581 | 0 | 39 | 7.182 | |
| Gerealiseerde meer(min)waarde op vastgoedbeleggingen | 0 | 0 | 4.403 | 0 | 0 | 4.403 | |
| Gerealiseerde meer(min)waarde op financiële vaste activa | 19.931 | 0 | 0 | 0 | 3.019 | 22.951 | |
| Gerealiseerde meer(min)waarde op andere activa | 0 | 0 | 0 | 0 | 163 | 163 | |
| Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten | 196.045 | 83.103 | 76.062 | -40 | 1.176 | 784 | 357.130 |
| Financieel resultaat | -14.378 | 208 | -15.317 | 7 | 3.037 | -784 | -27.227 |
| Renteopbrengsten | 8.142 | 16 | 2.493 | 0 | 2.406 | -1.116 | 11.941 |
| Rentelasten (-) | -18.778 | -2 | -15.514 | 0 | -516 | 1.116 | -33.694 |
| (Niet)gerealiseerde wisselkoers-resultaten | 7.313 | 0 | -87 | 4 | -174 | 7.056 | |
| Overige financiële opbrengsten (kosten) | -11.055 | 193 | -2.208 | 4 | 1.320 | -784 | -12.530 |
| Afgeleide financiële instrumenten gewaardeerd aan reële waarde via resultatenrekening |
0 | 376 | 5.642 | 0 | 0 | 6.018 | |
| Aandeel in de winst (verlies) van ondernemingen waarop vermo gensmutatie is toegepast |
23.615 | 131.950 | 20.724 | 30.232 | 48.669 | 255.191 | |
| Overige niet-exploitatiebaten | 0 | 0 | 0 | 0 | 548 | 548 | |
| Overige niet-exploitatielasten (-) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
| Winst (verlies) vóór belasting | 205.282 | 215.636 | 87.111 | 30.199 | 53.430 | 0 | 591.659 |
| Winstbelastingen | -45.293 | -19.599 | -13.674 | 0 | -884 | 0 | -79.449 |
| Uitgestelde belastingen | 13.700 | -1.274 | -7.685 | 0 | 882 | 5.624 | |
| Belastingen | -58.993 | -18.325 | -5.989 | 0 | -1.766 | -85.073 | |
| Winst (verlies) na belasting uit voortgezette be | |||||||
| drijfsactiviteiten | 159.989 | 196.038 | 73.438 | 30.199 | 52.546 | 0 | 512.210 |
| Winst (verlies) na belasting uit bedrijfsactiviteiten die worden be eindigd |
0 | 0 | 0 | 0 | -150 | -150 | |
| Winst (verlies) van het boekjaar | 159.989 | 196.038 | 73.438 | 30.199 | 52.396 | 0 | 512.060 |
| Aandeel van het minderheidsbelang | 60.943 | 12.936 | 30.744 | 222 | 402 | 105.246 | |
| Aandeel van de groep | 99.046 | 183.102 | 42.694 | 29.978 | 51.994 | 406.814 |
In 2021 is de consolidatiekring van AvH slechts beperkt gewijzigd (cfr toelichting 6 van dit rapport): AvH Growth Capital verwierf een 21,74%-deelneming in Van Moer Logistics die via vermogensmutatie wordt verwerkt en Leasinvest Real Estate en Extensa (beide integraal geconsolideerd) gingen in Q3 2021 op in de nieuwe geïntegreerde vastgoedgroep Nextensa, die eveneens integraal wordt geconsolideerd. De vergelijkbaarheid van de resultatenrekening van 2021 met die van het jaar voordien wordt bijgevolg niet vertekend door belangrijke wijzigingen in de samenstelling van de AvH-groep.
AvH realiseert in 2021 een groepswinst van 406,8 miljoen euro, een stijging met 177,0 miljoen euro (+77%) ten opzichte van het jaar voordien. Deze sterke verbetering is te danken aan een forse stijging van de winst uit bedrijfsactiviteiten (+133,1 miljoen euro) en uit vermogensmutaties (+75,9 miljoen euro), aangevuld met een verbetering met 46,5 miljoen euro van het financieel resultaat. Deze hogere resultaten hadden wel een 32,7 miljoen euro stijging van de winstbelastingen voor gevolg, net zoals een 57,4 miljoen euro groter resultaatsaandeel dat toekomt aan de minderheidsbelangen.
De bedrijfsopbrengsten groeiden in 2021 met 10% tot 4.312,4 miljoen euro (2020: 3.910,3 miljoen euro). Daarmee overtreft AvH ook de bedrijfsopbrengsten van 2019, een jaar dat nog niet negatief beïnvloed werd door de coronapandemie.
De mooie groei in bedrijfsopbrengsten in vergelijking tot 2020 komt in belangrijke mate voort uit "Marine Engineering & Contracting", waar DEME en CFE voor 314,8 miljoen euro (+14%), respectievelijk 123,6 miljoen euro (+14%) bijkomende projectopbrengsten rapporteren. De stijging bij DEME situeert zich in 2021 voornamelijk in de bagger- en de infra-activiteiten. CFE groeit in 2021 vooral in de afdelingen Multitechnieken (+19%) en Bouw (+13%, vooral in Polen en Luxemburg).
"Marine Engineering & Contracting" draagt in 2021 96,0 miljoen euro bij tot de overige bedrijfsopbrengsten. Bij DEME omvat deze post o.a. 15,0 miljoen euro vergoedingen die verband houden met de (laattijdige) ingebruikname van de Spartacus, 's werelds krachtigste snijkopzuiger. Bij CFE bedragen de overige bedrijfsopbrengsten 43,7 miljoen euro en hebben betrekking op ontvangen huuropbrengsten, doorrekeningen en andere vergoedingen.
De sterke commerciële prestatie van Bank Van Breda vertaalt zich in een sterke aangroei van de beleggingen voor rekening van het clienteel en van de commissies die daaruit voortkomen. De gestegen kredietverlening aan vrije beroepen en ondernemingen zorgt voor een beperkte, doch positieve, aangroei van de rente-opbrengsten.
Hoewel Anima in het jaar 2021 nog hinder ondervond van heropflakkeringen van de corona-pandemie, is het haar gelukt de bezettingsgraad vanaf het tweede semester terug te laten toenemen. In combinatie met een beperkte aangroei van haar netwerk tot 2.567 plaatsen (+1%), slaagde Anima erin haar bedrijfsopbrengsten te laten toenemen tot 106,1 miljoen euro (+5%). Dankzij de heropleving van de residentiële verkopen en de huuropbrengsten van de activa die Nextensa heeft verkregen van zowel Extensa als Leasinvest Real Estate, draagt Nextensa in totaal voor 131,3 miljoen euro bij tot de bedrijfsopbrengsten van de AvH-groep.
De projectopbrengsten in"Growth Capital" zijn afkomstig van de integraal geconsolideerde deelnemingen Biolectric en Agidens. Deze laatste verkocht in de loop van het jaar 2021 haar filiaal Agidens Infra, met een daling van de omzet voor gevolg.
Tegenover de 402,1 miljoen euro hogere bedrijfsopbrengsten, stijgen de exploitatielasten met 250,9 miljoen euro (+7%). Deze stijging is het sterkst bij personeelskosten (+7%), gevolgd door "grond- en hulpstoffen, diensten en uitbesteed werk" met een stijging van 6%.
Ten laste van de resultaten 2021 werden voor een bedrag van 45,8 miljoen euro bijzondere waardeverminderingen verwerkt (2020: 9,6 miljoen euro), waaronder 25,5 miljoen euro door DEME op twee oudere snijkopzuigers, 9,6 miljoen euro op handelsvorderingen bij CFE en DEME en voor 11,0 miljoen euro op financiële vaste activa bij AvH.
De afgeleide instrumenten gewaardeerd aan reële waarde dragen in 2021 6,0 miljoen euro positief bij, in contrast met een negatieve correctie van 5,2 miljoen euro in 2020. Vooral Nextensa geniet van de stijgende marktwaarde van indekkingsinstrumenten die haar beschermen tegen een stijging van de langetermijnrente.
dankzij o.a. Mediahuis, Manuchar en Turbo's Hoet Group, die elk recordresultaten
De winstbelastingen voor het volledige jaar 2021 bedragen 79,4 miljoen euro. Dat is 32,7 miljoen euro hoger dan het jaar voordien en in lijn met de hogere winst van de groep. Daarbij dient, net zoals in voorgaande jaren, te worden opgemerkt dat de winstbijdrage van de vennootschappen waarop vermogensmutatie is toegepast een netto-bijdrage betreft: de belastingen die door deze vennootschappen worden gedragen, zijn niet zichtbaar, aangezien deze bijdragen uit vermogensmutatie worden gerapporteerd op basis van het netto-resultaat (i.e. na belastingen) van deze vennootschappen. Na correctie voor deze vermogensmutaties vertegenwoordigt de totale belastingslast van 79,4 miljoen euro een belastings% van
neerzetten in 2021.
23,6%.
Zoals dit ook in voorgaande jaren reeds het geval was, levert het opnemen van de winst (verlies) van ondernemingen waarop vermogensmutatie wordt toegepast een belangrijke bijdrage tot de groepswinst van AvH. Op deze lijn wordt de (netto)-winstbijdrage van AvH voor haar aandeel in o.a. Delen Private Bank, SIPEF, Sagar Cements en de meeste Growth-Capital deelnemingen gerapporteerd, maar ook de bijdragen van bepaalde deelnemingen die door integraal geconsolideerde participaties worden aangehouden. Met een bijdrage van 132,0 miljoen euro levert Delen Private Bank een recordbijdrage tot het resultaat van de groep (+28,5 miljoen euro ten opzichte van 2020). Ook de "Growth Capital" deelnemingen evolueerden succesvol in 2021, wat zich vertaalt in een aanzienlijk hogere winstbijdrage van 48,7 miljoen euro (een toename met 37,3 miljoen euro)
In "Private Banking" nemen de exploitatielasten bij Bank Van Breda per saldo met slechts 2,4 miljoen euro toe, tegenover de realisatie van 20,6 miljoen euro bijkomende bedrijfsopbrengsten. Alhoewel de 2,2 miljoen euro aan terugnames van eerdere waardeverminderingen een gunstig effect hierop hadden, illustreert dit vooral de sterke kostendiscipline binnen de bank met een cost-income ratio die verder daalt van 56,6% in 2020 naar 55,1% voor het jaar 2021.
Moeilijke werkomstandigheden als gevolg van de heropflakkeringen van de corona-pandemie in 2021 in combinatie met een weliswaar beperkte capaciteitsuitbreiding, leiden tot een stijging van de exploitatiekosten bij Anima tot 96,9 miljoen euro. Deze stijging met 5,1 miljoen euro ten opzichte van vorig jaar is in belangrijke mate te verklaren door de personeelskosten die met 4,0 miljoen euro toenemen.
De totale afschrijvingslast bedraagt 350,6 miljoen euro en blijft op hetzelfde niveau als in 2020. DEME neemt daarvan 304,8 miljoen euro voor haar rekening, een bedrag dat eveneens nagenoeg ongewijzigd is ten opzichte van het jaar voordien. DEME's aanzienlijke investeringen van het jaar 2021 zorgen niet voor een noemenswaardige verhoging van de afschrijvingslast in 2021, wat verklaard wordt door het slechts prorata temporis afschrijven van tuigen die in de loop van het jaar (2021: Spartacus, Groene Wind en 2020 : Scheldt River, Thames River) in gebruik werden genomen en door de versnelde afschrijvingen op bepaalde tuigen in 2020.
De opname aan reële waarde van activa/passiva levert in 2021 een winst van 34,0 miljoen euro op, in vergelijking tot een verlies van 3,8 miljoen euro in 2020. Nextensa draagt daar in 2021 9,6 miljoen euro toe bij. Dat is het saldo van enerzijds het effect van de stijging van de beurskoers van Retail Estates tot 71,4 euro per aandeel op jaareinde 2021 (2020: 59,1 euro) met een positief effect van 16,6 miljoen euro (deel groep: 6,1 miljoen euro) voor gevolg en anderzijds van 7,0 miljoen euro negatieve waarde-aanpassingen op de vastgoedportefeuille van Nextensa. In de Growth Capital-portefeuille van AvH wordt het belang in Biotalys sinds diens IPO in 2021 aan beurskoers gewaardeerd, met een opwaartse waarde-aanpassing van 13,0 miljoen euro voor gevolg. De toepassing van een "reële waarde" benadering op de overige financiële vaste activa uit die portefeuille leidde tot een bijkomend positief resultaat van 11,5 miljoen euro onder andere dankzij de gunstige waarde-ontwikkeling van Medikabazaar, waar in 2021 een nieuwe kapitaalronde aan een duidelijk hogere waardering plaats vond en aan de gunstige waarde-ontwikkeling van de beperkte beleggingsportefeuille van AvH.
De AvH-groep heeft in 2021 34,7 miljoen euro meerwaarden verwezenlijkt, aanzienlijk minder dan de 90,7 miljoen euro meerwaarden die in 2020 werden gerealiseerd. Het bedrag van 2020 werd sterk beïnvloed door de verkoop door DEME van haar 12,5%-belang in het Duitse offshore windpark Merkur, wat 63,9 miljoen euro meerwaarde opleverde. Diezelfde verkoop leverde DEME in 2021 overigens nog een bijkomende meerwaarde op van 12,2 miljoen euro. Samen met het resultaat op de verkoop van enkele tuigen (oa. Goliath, Thornton) verklaart dit het merendeel van 16,2 miljoen euro meerwaarden bij DEME. CFE realiseerde in 2021 9,7 miljoen euro meerwaarden, onder meer uit de verkoop van (deelnemingen in) vastgoedpromoties. In AvH & Growth Capital realiseerde Agidens een meerwaarde van 4,2 miljoen euro op de verkoop van haar Infra-activiteit en boekte AvH een beperkt negatief resultaat op het afstoten van enkele kleinere deelnemingen.
De netto-interestlasten van de groep vallen over het volledige jaar 2021 4,1 miljoen euro lager uit. DEME rapporteert zelfs een verbetering van 5,2 miljoen euro, dankzij een verdere afbouw van haar netto-schuldpositie met 96,4 miljoen euro in 2021.
De wisselkoersresultaten en overige financiële kosten eindigen per saldo 5,4 miljoen euro negatief in 2021, ten opzichte van 47,9 miljoen euro negatief in 2020. De grootste verbetering (20,5 miljoen euro) wordt gerealiseerd in "Real Estate & Senior Care". Leasinvest Real Estate had in 2020 een aantal interestindekkingen verbroken en daarop een verlies gerealiseerd van 20,3 miljoen euro. De appreciatie van verschillende vreemde munten ten opzichte van de euro, levert DEME in totaal 6,1 miljoen euro positieve wisselkoerverschillen op, in plaats van verliezen in vorig jaar.
De afgeleide instrumenten gewaardeerd aan reële waarde dragen in 2021 6,0 miljoen euro positief bij, in contrast met een negatieve correctie van 5,2 miljoen euro in 2020. Vooral Nextensa geniet van de stijgende marktwaarde van indekkingsinstrumenten die haar beschermen tegen een stijging van de langetermijnrente.
Zoals dit ook in voorgaande jaren reeds het geval was, levert het opnemen van de winst (verlies) van ondernemingen waarop vermogensmutatie wordt toegepast een belangrijke bijdrage tot de groepswinst van AvH. Op deze lijn wordt de (netto)-winstbijdrage van AvH voor haar aandeel in o.a. Delen Private Bank, SIPEF, Sagar Cements en de meeste Growth-Capital deelnemingen gerapporteerd, maar ook de bijdragen van bepaalde deelnemingen die door integraal geconsolideerde participaties worden aangehouden. Met een bijdrage van 132,0 miljoen euro levert Delen Private Bank een recordbijdrage tot het resultaat van de groep (+28,5 miljoen euro ten opzichte van 2020). Ook de "Growth Capital" deelnemingen evolueerden succesvol in 2021, wat zich vertaalt in een aanzienlijk hogere winstbijdrage van 48,7 miljoen euro (een toename met 37,3 miljoen euro)
dankzij o.a. Mediahuis, Manuchar en Turbo's Hoet Group, die elk recordresultaten neerzetten in 2021.
De winstbelastingen voor het volledige jaar 2021 bedragen 79,4 miljoen euro. Dat is 32,7 miljoen euro hoger dan het jaar voordien en in lijn met de hogere winst van de groep. Daarbij dient, net zoals in voorgaande jaren, te worden opgemerkt dat de winstbijdrage van de vennootschappen waarop vermogensmutatie is toegepast een netto-bijdrage betreft: de belastingen die door deze vennootschappen worden gedragen, zijn niet zichtbaar, aangezien deze bijdragen uit vermogensmutatie worden gerapporteerd op basis van het netto-resultaat (i.e. na belastingen) van deze vennootschappen. Na correctie voor deze vermogensmutaties vertegenwoordigt de totale belastingslast van 79,4 miljoen euro een belastings% van 23,6%.
| (€ 1.000) | Segment 1 | Segment 2 | Segment 3 | Segment 4 | Segment 5 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Marine Engineering |
Private Banking |
Real Estate & Senior Care |
Energy & Resources |
AvH & Growth |
Eliminaties tussen |
Totaal 2021 |
|
| & Contracting | Capital | segmenten | |||||
| I. Vaste activa | 3.306.744 | 5.659.635 | 1.678.291 | 288.169 | 388.042 | -18.976 | 11.301.905 |
| Immateriële vaste activa | 116.186 | 722 | 32.291 | 0 | 192 | 149.391 | |
| Goodwill | 174.019 | 134.247 | 7.836 | 0 | 11.727 | 327.829 | |
| Materiële vaste activa | 2.464.061 | 54.113 | 214.463 | 0 | 30.208 | 2.762.846 | |
| Terreinen en gebouwen | 172.474 | 44.965 | 188.134 | 0 | 21.011 | 426.584 | |
| Installaties, machines en uitrusting | 1.934.994 | 1.694 | 3.742 | 0 | 3.780 | 1.944.209 | |
| Meubilair en rollend materieel | 40.796 | 5.199 | 4.236 | 0 | 4.821 | 55.051 | |
| Overige materiële vaste activa | 212 | 511 | 5.827 | 0 | 458 | 7.009 | |
| Activa in aanbouw | 315.585 | 1.745 | 12.524 | 0 | 139 | 329.992 | |
| Vastgoedbeleggingen | 0 | 0 | 1.267.150 | 0 | 0 | 1.267.150 | |
| Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast | 267.220 | 805.182 | 44.287 | 288.169 | 242.338 | 1.647.196 | |
| Financiële vaste activa | 141.434 | 2.050 | 110.470 | 0 | 101.058 | -18.976 | 336.038 |
| Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL) | 6.890 | 0 | 97.215 | 0 | 73.245 | 177.351 | |
| Vorderingen en borgtochten | 134.544 | 2.050 | 13.255 | 0 | 27.813 | -18.976 | 158.687 |
| Afdekkingsinstrumenten op meer dan één jaar | 613 | 519 | 684 | 0 | 0 | 1.816 | |
| Uitgestelde belastingvorderingen | 143.210 | 3.441 | 1.110 | 0 | 2.519 | 150.279 | |
| Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten op meer dan één jaar |
0 | 4.659.360 | 0 | 0 | 0 | 4.659.360 | |
| Banken - leningen en vorderingen aan klanten | 0 | 4.634.354 | 0 | 0 | 0 | 4.634.354 | |
| Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille | 0 | 25.007 | 0 | 0 | 0 | 25.007 | |
| II. Vlottende activa | 2.167.320 | 3.068.501 | 347.088 | 652 | 119.244 | -2.362 | 5.700.443 |
| Voorraden | 261.938 | 0 | 113.231 | 0 | 1.049 | 376.218 | |
| Bedrag verschuldigd door klanten voor onderhanden projecten | 412.240 | 0 | 63.448 | 0 | 2.811 | 478.499 | |
| Geldbeleggingen | 2 | 527.792 | 0 | 0 | 48.187 | 575.982 | |
| Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL) | 2 | 0 | 0 | 0 | 48.187 | 48.190 | |
| Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) | 0 | 507.529 | 0 | 0 | 0 | 507.529 | |
| Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) | 0 | 259 | 0 | 0 | 0 | 259 | |
| Financiële activa - at amortised cost | 0 | 20.005 | 0 | 0 | 0 | 20.005 | |
| Afdekkingsinstrumenten op ten hoogste één jaar | 4.080 | 49 | 0 | 0 | 0 | 4.129 | |
| Vorderingen op ten hoogste één jaar | 655.358 | 3.771 | 90.977 | 76 | 26.779 | -1.919 | 775.043 |
| Handelsvorderingen | 570.349 | 56 | 39.665 | 0 | 19.810 | -1.169 | 628.710 |
| Overige vorderingen | 85.009 | 3.716 | 51.312 | 76 | 6.970 | -750 | 146.332 |
| Terug te vorderen belastingen | 36.238 | 1.895 | 4.111 | 0 | 351 | 42.595 | |
| Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten op ten hoogste één jaar |
0 | 2.477.238 | 0 | 0 | 0 | 2.477.238 | |
| Banken - interbancaire vorderingen | 0 | 138.014 | 0 | 0 | 0 | 138.014 | |
| Banken - leningen en vorderingen aan klanten | 0 | 1.113.898 | 0 | 0 | 0 | 1.113.898 | |
| Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille | 0 | 698 | 0 | 0 | 0 | 698 | |
| Banken - tegoeden centrale banken | 0 | 1.224.628 | 0 | 0 | 0 | 1.224.628 | |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | 726.526 | 45.362 | 73.327 | 576 | 37.938 | 883.730 | |
| Overlopende rekeningen en overige vlottende activa | 70.938 | 12.393 | 1.993 | 0 | 2.129 | -443 | 87.010 |
| III. Activa bestemd voor verkoop Totaal der activa |
32.456 5.506.520 |
0 8.728.136 |
141.259 2.166.638 |
0 288.822 |
56.963 564.249 |
-21.338 | 230.679 17.233.026 |
Toelichting 6: Segmentinformatie – eigen vermogen en verplichtingen 2021
(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Marine Engineering & Contracting
Private Banking
I. Totaal eigen vermogen 2.027.218 1.592.550 852.585 288.816 473.834 5.235.002 Eigen vermogen - deel groep 1.238.409 1.450.856 513.092 288.816 466.055 3.957.228 Geplaatst kapitaal 0 0 0 0 113.907 113.907 Aandelenkapitaal 0 0 0 0 2.295 2.295 Agio 0 0 0 0 111.612 111.612 Geconsolideerde reserves 1.301.088 1.447.897 518.993 277.807 397.232 3.943.016 Herwaarderingsreserves -62.678 2.959 -5.901 11.009 -11.833 -66.445 Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) 0 1.620 0 0 0 1.620 Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) 0 126 0 0 0 126 Afdekkingsreserve -24.778 0 -6.080 -194 2 -31.050 Actuariële winsten (verliezen) te bereiken doel-pensioenplannen -26.068 -1.238 0 -1.469 4.317 -24.458 Omrekeningsverschillen -11.832 2.451 179 12.672 -16.152 -12.682 Ingekochte eigen aandelen (-) 0 0 0 0 -33.251 -33.251 Minderheidsbelang 788.808 141.694 339.494 0 7.778 1.277.774 II. Langlopende verplichtingen 1.001.586 749.813 790.873 0 14.617 -18.976 2.537.913 Voorzieningen 36.002 6.756 1.659 0 732 45.149 Pensioenverplichtingen 77.183 4.224 16 0 316 81.739 Uitgestelde belastingverplichtingen 101.775 0 58.982 0 1.093 161.849 Financiële schulden 721.091 5.673 700.141 0 11.970 -18.976 1.419.899 Leningen van banken 502.059 0 514.708 0 8.806 1.025.574 Obligatieleningen 30.612 0 140.734 0 0 171.345 Achtergestelde leningen 61.625 0 0 0 0 61.625 Leasingschulden 97.729 5.673 42.948 0 3.163 149.514 Overige financiële schulden 29.065 0 1.751 0 0 -18.976 11.841 Afdekkingsinstrumenten op meer dan één jaar 26.868 26.452 20.714 0 0 74.034 Overige schulden 38.669 22.062 9.361 0 507 70.598 Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 0 684.646 0 0 0 684.646 Banken - deposito's van kredietinstellingen 0 0 0 0 0 0 Banken - deposito's van klanten 0 644.663 0 0 0 644.663 Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld 0 39.983 0 0 0 39.983 III. Kortlopende verplichtingen 2.477.716 6.385.773 523.180 6 75.799 -2.362 9.460.112 Voorzieningen 29.789 46 5.572 0 262 35.670 Pensioenverplichtingen 0 298 8 0 0 305 Financiële schulden 529.567 2.516 383.659 0 46.727 -750 961.720 Leningen van banken 367.426 0 157.362 0 2.341 527.129 Obligatieleningen 29.899 0 44.920 0 0 74.819 Achtergestelde leningen 33.527 0 0 0 0 33.527 Leasingschulden 29.646 2.516 2.393 0 1.643 36.198 Overige financiële schulden 69.070 0 178.983 0 42.744 -750 290.047 Afdekkingsinstrumenten op ten hoogste één jaar 14.080 2.234 0 0 0 16.315 Bedragen verschuldigd aan klanten voor onderhanden projecten 333.773 0 0 0 8.110 341.883 Overige schulden op ten hoogste één jaar 1.451.567 21.240 73.864 2 19.185 -1.169 1.564.689 Handelsschulden 1.095.776 43 43.226 2 7.235 -1.169 1.145.112 Ontvangen vooruitbetalingen 101.067 0 13 0 0 101.080 Schulden mbt bezoldigingen & sociale lasten 183.285 12.865 13.434 0 10.501 220.085 Overige schulden 71.439 8.332 17.191 0 1.449 98.411 Te betalen belastingen 92.391 7 15.846 3 949 109.196 Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 0 6.354.225 0 0 0 6.354.225 Banken - deposito's van kredietinstellingen 0 425.353 0 0 0 425.353 Banken - deposito's van klanten 0 5.723.461 0 0 0 5.723.461 Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld 0 205.412 0 0 0 205.412 Overlopende rekeningen 26.549 5.206 44.231 0 565 -443 76.108 IV. Verplichtingen bestemd voor verkoop 0 0 0 0 0 0 Totaal van het eigen vermogen en de verplichtingen 5.506.520 8.728.136 2.166.638 288.822 564.249 -21.338 17.233.026
Real Estate & Senior Care
Energy & Resources
AvH & Growth Capital
Eliminaties tussen segmenten
Totaal 2021
| (€ 1.000) | Segment 1 | Segment 2 | Segment 3 | Segment 4 | Segment 5 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Segmentinformatie - proforma omzet | Marine Engineering & Contracting |
Private Banking |
Real Estate & Senior Care |
Energy & Resources |
AvH & Growth Capital |
Eliminaties tussen segmenten |
Totaal 2021 |
| Omzet lidstaten van de Europese Unie | 2.370.921 | 522.262 | 218.387 | 51.767 | 633.176 | -1.988 | 3.794.525 |
| Overige landen binnen Europa | 609.197 | 75.724 | 0 | 4.021 | 111.032 | 799.975 | |
| Landen buiten Europa | 706.362 | 107.334 | 611.664 | 1.425.361 | |||
| Totaal | 3.686.480 | 597.986 | 218.387 | 163.122 | 1.355.872 | -1.988 | 6.019.860 |
De proforma omzet bevat de omzet van alle participaties aangehouden door de AvH-groep en wijkt dus af van de omzet zoals gerapporteerd in de wettelijke IFRS consolidatie, die is opgemaakt op basis van de consolidatiekring zoals gerapporteerd in Toelichting 2 en 3. In deze proforma voorstelling worden alle (exclusieve) controle-belangen integraal verwerkt en de overige belangen proportioneel.
Toelichting 6: Segmentinformatie – eigen vermogen en verplichtingen 2021
| (€ 1.000) | Segment 1 | Segment 2 | Segment 3 | Segment 4 | Segment 5 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Marine Engineering |
Private | Real Estate & | Energy & | AvH & Growth |
Eliminaties tussen |
Totaal | |
| & Contracting | Banking | Senior Care | Resources | Capital | segmenten | 2021 | |
| I. Totaal eigen vermogen | 2.027.218 | 1.592.550 | 852.585 | 288.816 | 473.834 | 5.235.002 | |
| Eigen vermogen - deel groep | 1.238.409 | 1.450.856 | 513.092 | 288.816 | 466.055 | 3.957.228 | |
| Geplaatst kapitaal | 0 | 0 | 0 | 0 | 113.907 | 113.907 | |
| Aandelenkapitaal | 0 | 0 | 0 | 0 | 2.295 | 2.295 | |
| Agio | 0 | 0 | 0 | 0 | 111.612 | 111.612 | |
| Geconsolideerde reserves | 1.301.088 | 1.447.897 | 518.993 | 277.807 | 397.232 | 3.943.016 | |
| Herwaarderingsreserves | -62.678 | 2.959 | -5.901 | 11.009 | -11.833 | -66.445 | |
| Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) | 0 | 1.620 | 0 | 0 | 0 | 1.620 | |
| Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) | 0 | 126 | 0 | 0 | 0 | 126 | |
| Afdekkingsreserve | -24.778 | 0 | -6.080 | -194 | 2 | -31.050 | |
| Actuariële winsten (verliezen) te bereiken doel-pensioenplannen | -26.068 | -1.238 | 0 | -1.469 | 4.317 | -24.458 | |
| Omrekeningsverschillen | -11.832 | 2.451 | 179 | 12.672 | -16.152 | -12.682 | |
| Ingekochte eigen aandelen (-) | 0 | 0 | 0 | 0 | -33.251 | -33.251 | |
| Minderheidsbelang | 788.808 | 141.694 | 339.494 | 0 | 7.778 | 1.277.774 | |
| II. Langlopende verplichtingen | 1.001.586 | 749.813 | 790.873 | 0 | 14.617 | -18.976 | 2.537.913 |
| Voorzieningen | 36.002 | 6.756 | 1.659 | 0 | 732 | 45.149 | |
| Pensioenverplichtingen | 77.183 | 4.224 | 16 | 0 | 316 | 81.739 | |
| Uitgestelde belastingverplichtingen | 101.775 | 0 | 58.982 | 0 | 1.093 | 161.849 | |
| Financiële schulden | 721.091 | 5.673 | 700.141 | 0 | 11.970 | -18.976 | 1.419.899 |
| Leningen van banken | 502.059 | 0 | 514.708 | 0 | 8.806 | 1.025.574 | |
| Obligatieleningen | 30.612 | 0 | 140.734 | 0 | 0 | 171.345 | |
| Achtergestelde leningen | |||||||
| Leasingschulden | 61.625 | 0 | 0 | 0 | 0 | 61.625 | |
| 97.729 | 5.673 | 42.948 | 0 | 3.163 | 149.514 | ||
| Overige financiële schulden | 29.065 | 0 | 1.751 | 0 | 0 | -18.976 | 11.841 |
| Afdekkingsinstrumenten op meer dan één jaar | 26.868 | 26.452 | 20.714 | 0 | 0 | 74.034 | |
| Overige schulden | 38.669 | 22.062 | 9.361 | 0 | 507 | 70.598 | |
| Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties | 0 | 684.646 | 0 | 0 | 0 | 684.646 | |
| Banken - deposito's van kredietinstellingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
| Banken - deposito's van klanten | 0 | 644.663 | 0 | 0 | 0 | 644.663 | |
| Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld | 0 | 39.983 | 0 | 0 | 0 | 39.983 | |
| III. Kortlopende verplichtingen | 2.477.716 | 6.385.773 | 523.180 | 6 | 75.799 | -2.362 | 9.460.112 |
| Voorzieningen | 29.789 | 46 | 5.572 | 0 | 262 | 35.670 | |
| Pensioenverplichtingen | 0 | 298 | 8 | 0 | 0 | 305 | |
| Financiële schulden | 529.567 | 2.516 | 383.659 | 0 | 46.727 | -750 | 961.720 |
| Leningen van banken | 367.426 | 0 | 157.362 | 0 | 2.341 | 527.129 | |
| Obligatieleningen | 29.899 | 0 | 44.920 | 0 | 0 | 74.819 | |
| Achtergestelde leningen | 33.527 | 0 | 0 | 0 | 0 | 33.527 | |
| Leasingschulden | 29.646 | 2.516 | 2.393 | 0 | 1.643 | 36.198 | |
| Overige financiële schulden | |||||||
| Afdekkingsinstrumenten op ten hoogste één jaar | 69.070 | 0 | 178.983 | 0 | 42.744 | -750 | 290.047 |
| Bedragen verschuldigd aan klanten voor onderhanden projecten | 14.080 | 2.234 | 0 | 0 | 0 | 16.315 | |
| 333.773 | 0 | 0 | 0 | 8.110 | 341.883 | ||
| Overige schulden op ten hoogste één jaar | 1.451.567 | 21.240 | 73.864 | 2 | 19.185 | -1.169 | 1.564.689 |
| Handelsschulden | 1.095.776 | 43 | 43.226 | 2 | 7.235 | -1.169 | 1.145.112 |
| Ontvangen vooruitbetalingen | 101.067 | 0 | 13 | 0 | 0 | 101.080 | |
| Schulden mbt bezoldigingen & sociale lasten | 183.285 | 12.865 | 13.434 | 0 | 10.501 | 220.085 | |
| Overige schulden | 71.439 | 8.332 | 17.191 | 0 | 1.449 | 98.411 | |
| Te betalen belastingen | 92.391 | 7 | 15.846 | 3 | 949 | 109.196 | |
| Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties | 0 | 6.354.225 | 0 | 0 | 0 | 6.354.225 | |
| Banken - deposito's van kredietinstellingen | 0 | 425.353 | 0 | 0 | 0 | 425.353 | |
| Banken - deposito's van klanten | 0 | 5.723.461 | 0 | 0 | 0 | 5.723.461 | |
| Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld | 0 | 205.412 | 0 | 0 | 0 | 205.412 | |
| Overlopende rekeningen | 26.549 | 5.206 | 44.231 | 0 | 565 | -443 | 76.108 |
| IV. Verplichtingen bestemd voor verkoop | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
| Totaal van het eigen vermogen en de verplichtingen | 5.506.520 | 8.728.136 | 2.166.638 | 288.822 | 564.249 | -21.338 | 17.233.026 |
Het geconsolideerde balanstotaal van AvH is in 2021 verder aangegroeid tot 17.233,0 miljoen euro, een stijging met 1.004,3 miljoen euro (+6%) ten opzichte van jaareinde 2020. Deze toename komt vooral voor rekening van de segmenten "Private Banking" (+644,9 miljoen euro), "Marine Engineering & Contracting"(+164,6 miljoen euro) en "AvH & Growth Capital" (+85,6 miljoen euro).
Zoals ook reeds werd opgemerkt in voorgaande jaren, heeft de integrale consolidatie van de 78,75%-deelneming in Bank Van Breda een aanzienlijke impact op zowel de hoogte van de totale balans, als op de samenstelling ervan. Als gevolg van haar specifieke bancaire activiteit heeft Bank Van Breda immers in verhouding tot de andere vennootschappen uit de groep een zeer groot balanstotaal. De integrale consolidatie van Bank Van Breda draagt 7.792 miljoen euro (45%) bij tot het balanstotaal van de groep AvH. Bovendien heeft Bank Van Breda een specifieke balansstructuur, aangepast aan en opgebouwd in functie van haar activiteiten. Hoewel Bank Van Breda tot de best gekapitaliseerde bankinstellingen in België behoort, heeft ze toch duidelijk andere balansverhoudingen dan de overige deelnemingen van de AvH-groep. Om het inzicht in de geconsolideerde balans te vergemakkelijken, worden een aantal posten uit de balans van Bank Van Breda daarom gegroepeerd op afzonderlijke lijnen.
Goede commerciële prestaties bij Bank Van Breda hebben in 2021 geleid tot een sterke stijging van de toevertrouwd vermogens. De cliëntendeposito's groeiden met 8% (+461 miljoen euro) in 2021, tegenover een toename met 6% van de kredietportefeuille tot 5.748,2 miljoen euro. In 2021 heeft Bank Van Breda voor 100 miljoen euro bijkomend beroep gedaan op het TLTRO-programma van de ECB, dat banken stimuleert om krediet te verstrekken aan bedrijven en consumenten.
Zowel Bank Van Breda's tegoeden bij centrale banken zijn gestegen tot 1.224,6 miljoen euro (+232,8 miljoen euro) als haar beleggingsportefeuille tot 527,8 miljoen euro (+32,6 miljoen euro).
Zowel de immateriële vaste activa (+1,6 miljoen euro), als de goodwill (+1,9 miljoen euro), zijn in AvH's geconsolideerde balans nagenoeg ongewijzigd gebleven in vergelijking tot jaareinde 2020.
De materiële vaste activa bedragen op 31 december 2021 2.762.8 miljoen euro, een lichte daling met 62,7 miljoen euro ten opzichte van vorig jaar. DEME zette haar investeringen in 2021 nochtans onverstoord door en investeerde 282,0 miljoen euro. De snijkopzuiger Spartacus en het onderhoudsschip Groene Wind werden in 2021 in gebruik genomen. Per saldo dalen DEME's materiële vaste activa evenwel, als gevolg van afschrijvingen (reguliere en bijzondere waardeverminderingen) en door de overboeking van het offshore installatieschip Thor naar "Activa bestemd voor verkoop".
De daling van de vastgoedbeleggingen met 146,9 miljoen euro wordt verklaard door de opname van een drietal gebouwen in de balansrubriek 'Activa bestemd voor verkoop'. Twee gebouwen (The Crescent en Monnet) werden inmiddels in februari 2022 verkocht.
De "Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast" omvatten de participaties in gezamenlijke deelnemingen of in participaties waarin geen controlebelang wordt aangehouden. Dit is o.m. het geval voor Delen Private Bank, voor de offshore windparken Rentel, SeaMade en C-Power, SIPEF, Sagar Cements en ook voor de meeste deelnemingen binnen het "Growth Capital"-gedeelte van de AvH-portefeuille. De stijging van de "Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast" voor een bedrag van 191,1 miljoen euro is te verklaren door AvH's 255,2 miljoen euro aandeel in de winsten van deze deelnemingen, maar wordt verminderd met de dividenden die deze deelnemingen uitkeren naar AvH. Bovendien heeft AvH Growth Capital in 2021 een nieuwe deelneming verworven in Van Moer Logistics. Als gevolg van de aangekondigde verkoop van de deelneming in Manuchar, die naar verwachting in de loop van het tweede trimester van 2022 zal worden afgerond, werd deze participatie op jaareinde 2021 reeds overgebracht naar "Activa bestemd voor verkoop".
Toelichting 6: Segmentinformatie – kasstroomoverzicht 2021
Reclass 'Winst (Verlies) op de overdracht van activa' naar cashflow uit desin-
Winst (verlies) op activa/passiva gewaardeerd aan reële waarde via resultaten-
Toename (afname) van schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties
II. Netto toename (afname) in geldmiddelen en kasequiva-
Aanpassingen voor niet-geldelijke posten
Financiële operaties
(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Marine Engineering & Contracting
Private Banking
I. Geldmiddelen en kasequivalenten, openingsbalans 778.444 17.670 34.372 370 11.552 0 842.408 Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten 196.045 83.103 76.062 -40 1.176 784 357.130
vesteringen -26.003 -492 -4.984 0 -3.221 -34.699 Dividenden van vennootschappen waarop vermogensmutatie is toegepast 23.474 78.810 0 259 9.954 112.496 Overige niet-exploitatiebaten (lasten) 0 0 0 0 548 548 Winstbelastingen (betaald) -52.717 -18.325 -5.989 0 -1.766 -78.797
Afschrijvingen 326.558 7.220 11.967 0 4.808 350.553 Bijzondere waardeverminderingen 36.202 -2.129 793 0 10.995 45.861 Aandelenoptieplannen 0 4.115 -339 0 1.121 4.896
rekening 0 0 -9.593 0 -24.456 -34.048 (Afname) toename van voorzieningen 1.706 -5.681 -280 0 -13 -4.268 Andere niet-kaskosten (opbrengsten) 562 844 0 0 -209 1.197 Cashflow 505.828 147.465 67.637 219 -1.062 784 720.869 Afname (toename) van het bedrijfskapitaal -6.250 15.046 45.427 -46 9.100 -2.400 60.876 Afname (toename) van voorraden en onderhanden projecten -3.574 0 16.081 0 6.288 18.796 Afname (toename) van vorderingen -108.191 -84.816 41.752 -45 7.553 81.000 -62.748 Afname (toename) van vorderingen kredietinstellingen & cliënten (banken) 0 -538.081 0 0 0 -538.081 Toename (afname) van schulden (andere dan financiële schulden) 109.259 85.057 2.858 -1 -4.697 -83.400 109.076
(banken) 0 555.645 0 0 0 555.645 Afname (toename) overige -3.744 -2.760 -15.264 0 -44 -21.812 Operationele cashflow 499.577 162.511 113.065 172 8.038 -1.616 781.745 Investeringen -339.715 -200.989 -55.459 -2.338 -39.796 769 -637.527 Aanschaffing van immateriële en materiële vaste activa -299.310 -4.001 -13.333 0 -2.374 -319.018 Investering in vastgoedbeleggingen 0 0 -36.479 0 0 -36.479 Verwerving van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsacquisities) -22.150 0 -5.881 -2.338 -36.154 -66.523 Liquide middelen verworven via bedrijfsacquisities 953 0 235 0 0 1.187 Nieuwe leningen toegestaan -19.207 -419 0 0 -1.202 769 -20.059 Verwerving van geldbeleggingen 0 -196.569 0 0 -66 -196.635 Desinvesteringen 53.712 157.143 28.834 0 28.192 -1.676 266.205 Desinvesteringen van immateriële en materiële vaste activa 31.817 963 1.848 0 60 34.687 Desinvesteringen van vastgoedbeleggingen 0 0 26.987 0 0 26.987 Overdracht van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsverkopen) 8.740 426 0 0 19.002 28.169 Liquide middelen overgedragen via bedrijfsverkopen -35 0 0 0 -481 -517 Terugbetaalde leningen 13.190 0 0 0 1.678 -1.676 13.192 Overdracht van geldbeleggingen 0 155.753 0 0 7.934 163.687 Investeringscashflow -286.003 -43.846 -26.624 -2.338 -11.604 -907 -371.322
Ontvangen dividenden 0 1.124 6.082 0 1.234 8.441 Ontvangen interesten 8.142 16 2.493 0 2.406 -1.116 11.941 Betaalde interesten -17.498 -62 -15.691 0 -516 1.116 -32.651 Diverse financiële opbrengsten (lasten) -4.181 -1 -8.377 7 -7 -784 -13.343 Afname (toename) van eigen aandelen 0 0 0 0 -3.132 -3.132 Toename van financiële schulden 94.243 0 111.070 0 97.268 -84.150 218.432 (Afname) van financiële schulden -326.766 -5.964 -112.074 0 -90.485 87.457 -447.831 (Investeringen) en desinvesteringen in controleparticipaties 589 0 0 0 585 1.174 Dividenden uitgekeerd door AvH 0 0 0 0 -77.890 -77.890 Dividenden uitgekeerd intragroep -15.721 -83.600 -9.336 0 108.657 0 Dividenden uitgekeerd aan derden -11.363 -2.486 -21.717 0 -82 -35.649 Financieringscashflow -272.554 -90.973 -47.551 7 38.039 2.523 -370.508
lenten -58.979 27.692 38.890 -2.159 34.473 0 39.915 Transfert tussen segmenten 5.750 0 0 2.338 -8.088 0 Wisselkoerswijzigingen op geldmiddelen en kasequivalenten 1.311 0 65 27 1 1.406 III. Geldmiddelen en kasequivalenten, slotbalans 726.526 45.362 73.327 576 37.938 0 883.730
Real Estate & Senior Care
Energy & Resources
AvH & Growth Capital
Eliminaties tussen segmenten
Totaal 2021
De stijging van de "Financiële activa: aandelen – fair value through P&L" in het segment "Real Estate & Senior Care" wordt voor 16,6 miljoen euro veroorzaakt door de stijging van de marktwaarde (beurskoers) van de aandelen Retail Estates die in het bezit zijn van Nextensa. De toename bij "AvH & Growth Capital" wordt hoofdzakelijk verklaard door de bijkomende investeringen in o.a. de Venturien Healthquad-fondsen, Medikabazaar, Biotalys en MRM Health, en door de herwaardering van de niet-geconsolideerde participaties aan beurswaarde (Biotalys) of aan waarderingen van recente kapitaalrondes (Medikabazaar).
Ondanks de hogere activiteitsgraad in 2021, blijven de wijzigingen in de posten "Voorraden", "Vorderingen op ten hoogste één jaar" en het nettobedrag aan "Bedragen verschuldigd door/aan klanten voor onderhanden projecten" en "handelsschulden" per saldo vrij beperkt. Dit illustreert de inspanningen die de dochterbedrijven hebben geleverd om hun netto-bedrijfskapitaalbehoeften onder controle te houden.
Geldmiddelen en kasequivalenten zijn met 41,3 miljoen euro toegenomen in 2021 tot 883,7 miljoen euro, waarvan 726,5 miljoen euro zich binnen het segment "Marine Engineering & Contracting" bevindt. Die positie moet uiteraard in combinatie met financiële schulden aan de passiva-kant worden bekeken. De goede gang van zaken heeft DEME inderdaad toegelaten om haar netto financiële positie met 96,4 miljoen euro te verbeteren.
De evolutie van het eigen vermogen wordt toegelicht in de Toelichting Mutatieoverzicht van het geconsolideerd eigen vermogen.
Voorzieningen op lange termijn blijven ongeveer ongewijzigd (45,1 miljoen euro). Dit bedrag bestaat uit voorzieningen die door bepaalde participaties zelf werden aangelegd, uit voorzieningen voor deelnemingen waarvan de vermogensmutatiewaarde negatief is geworden en tenslotte ook nog uit een voorziening van 12,5 miljoen euro voor voorwaardelijke verplichtingen die werden aangelegd naar aanleiding van de verwerving van de controle over CFE in 2013. In 2021 werd van deze "voorwaardelijke verplichtingen" overigens voor 2,5 miljoen euro teruggenomen, na het uitdoven van het onderliggende risico.
De financiële schulden bedragen op jaareinde 2021 1.419,9 miljoen euro op lange termijn en 961,7 miljoen euro op korte termijn. Dit betekent een sterke daling met 177,7 miljoen euro in 2021, waarvan 189,7 miljoen euro bij DEME.
| (€ 1.000) | Segment 1 | Segment 2 | Segment 3 | Segment 4 | Segment 5 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Marine Engineering |
Private | Real Estate & | Energy & | AvH & Growth |
Eliminaties tussen |
Totaal | |
| & Contracting | Banking | Senior Care | Resources | Capital | segmenten | 2021 | |
| I. Geldmiddelen en kasequivalenten, openingsbalans | 778.444 | 17.670 | 34.372 | 370 | 11.552 | 0 | 842.408 |
| Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten | 196.045 | 83.103 | 76.062 | -40 | 1.176 | 784 | 357.130 |
| Reclass 'Winst (Verlies) op de overdracht van activa' naar cashflow uit desin vesteringen |
-26.003 | -492 | -4.984 | 0 | -3.221 | -34.699 | |
| Dividenden van vennootschappen waarop vermogensmutatie is toegepast | 23.474 | 78.810 | 0 | 259 | 9.954 | 112.496 | |
| Overige niet-exploitatiebaten (lasten) | 0 | 0 | 0 | 0 | 548 | 548 | |
| Winstbelastingen (betaald) | -52.717 | -18.325 | -5.989 | 0 | -1.766 | -78.797 | |
| Aanpassingen voor niet-geldelijke posten | |||||||
| Afschrijvingen | 326.558 | 7.220 | 11.967 | 0 | 4.808 | 350.553 | |
| Bijzondere waardeverminderingen | 36.202 | -2.129 | 793 | 0 | 10.995 | 45.861 | |
| Aandelenoptieplannen | 0 | 4.115 | -339 | 0 | 1.121 | 4.896 | |
| Winst (verlies) op activa/passiva gewaardeerd aan reële waarde via resultaten rekening |
0 | 0 | -9.593 | 0 | -24.456 | -34.048 | |
| (Afname) toename van voorzieningen | 1.706 | -5.681 | -280 | 0 | -13 | -4.268 | |
| Andere niet-kaskosten (opbrengsten) | 562 | 844 | 0 | 0 | -209 | 1.197 | |
| Cashflow | 505.828 | 147.465 | 67.637 | 219 | -1.062 | 784 | 720.869 |
| Afname (toename) van het bedrijfskapitaal | -6.250 | 15.046 | 45.427 | -46 | 9.100 | -2.400 | 60.876 |
| Afname (toename) van voorraden en onderhanden projecten | -3.574 | 0 | 16.081 | 0 | 6.288 | 18.796 | |
| Afname (toename) van vorderingen | -108.191 | -84.816 | 41.752 | -45 | 7.553 | 81.000 | -62.748 |
| Afname (toename) van vorderingen kredietinstellingen & cliënten (banken) | 0 | -538.081 | 0 | 0 | 0 | -538.081 | |
| Toename (afname) van schulden (andere dan financiële schulden) | 109.259 | 85.057 | 2.858 | -1 | -4.697 | -83.400 | 109.076 |
| Toename (afname) van schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties (banken) |
0 | 555.645 | 0 | 0 | 0 | 555.645 | |
| Afname (toename) overige | -3.744 | -2.760 | -15.264 | 0 | -44 | -21.812 | |
| Operationele cashflow | 499.577 | 162.511 | 113.065 | 172 | 8.038 | -1.616 | 781.745 |
| Investeringen | -339.715 | -200.989 | -55.459 | -2.338 | -39.796 | 769 | -637.527 |
| Aanschaffing van immateriële en materiële vaste activa | -299.310 | -4.001 | -13.333 | 0 | -2.374 | -319.018 | |
| Investering in vastgoedbeleggingen | 0 | 0 | -36.479 | 0 | 0 | -36.479 | |
| Verwerving van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsacquisities) | -22.150 | 0 | -5.881 | -2.338 | -36.154 | -66.523 | |
| Liquide middelen verworven via bedrijfsacquisities | 953 | 0 | 235 | 0 | 0 | 1.187 | |
| Nieuwe leningen toegestaan | -19.207 | -419 | 0 | 0 | -1.202 | 769 | -20.059 |
| Verwerving van geldbeleggingen | 0 | -196.569 | 0 | 0 | -66 | -196.635 | |
| Desinvesteringen | 53.712 | 157.143 | 28.834 | 0 | 28.192 | -1.676 | 266.205 |
| Desinvesteringen van immateriële en materiële vaste activa | 31.817 | 963 | 1.848 | 0 | 60 | 34.687 | |
| Desinvesteringen van vastgoedbeleggingen | 0 | 0 | 26.987 | 0 | 0 | 26.987 | |
| Overdracht van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsverkopen) Liquide middelen overgedragen via bedrijfsverkopen |
8.740 -35 |
426 0 |
0 0 |
0 0 |
19.002 -481 |
28.169 -517 |
|
| Terugbetaalde leningen | 13.190 | 0 | 0 | 0 | 1.678 | -1.676 | 13.192 |
| Overdracht van geldbeleggingen | 0 | 155.753 | 0 | 0 | 7.934 | 163.687 | |
| Investeringscashflow | -286.003 | -43.846 | -26.624 | -2.338 | -11.604 | -907 | -371.322 |
| Financiële operaties | |||||||
| Ontvangen dividenden | 0 | 1.124 | 6.082 | 0 | 1.234 | 8.441 | |
| Ontvangen interesten | 8.142 | 16 | 2.493 | 0 | 2.406 | -1.116 | 11.941 |
| Betaalde interesten | -17.498 | -62 | -15.691 | 0 | -516 | 1.116 | -32.651 |
| Diverse financiële opbrengsten (lasten) | -4.181 | -1 | -8.377 | 7 | -7 | -784 | -13.343 |
| Afname (toename) van eigen aandelen | 0 | 0 | 0 | 0 | -3.132 | -3.132 | |
| Toename van financiële schulden | 94.243 | 0 | 111.070 | 0 | 97.268 | -84.150 | 218.432 |
| (Afname) van financiële schulden | -326.766 | -5.964 | -112.074 | 0 | -90.485 | 87.457 | -447.831 |
| (Investeringen) en desinvesteringen in controleparticipaties | 589 | 0 | 0 | 0 | 585 | 1.174 | |
| Dividenden uitgekeerd door AvH | 0 | 0 | 0 | 0 | -77.890 | -77.890 | |
| Dividenden uitgekeerd intragroep | -15.721 | -83.600 | -9.336 | 0 | 108.657 | 0 | |
| Dividenden uitgekeerd aan derden | -11.363 | -2.486 | -21.717 | 0 | -82 | -35.649 | |
| Financieringscashflow | -272.554 | -90.973 | -47.551 | 7 | 38.039 | 2.523 | -370.508 |
| II. Netto toename (afname) in geldmiddelen en kasequiva lenten |
-58.979 | 27.692 | 38.890 | -2.159 | 34.473 | 0 | 39.915 |
| Transfert tussen segmenten | 5.750 | 0 | 0 | 2.338 | -8.088 | 0 | |
| Wisselkoerswijzigingen op geldmiddelen en kasequivalenten | 1.311 | 0 | 65 | 27 | 1 | 1.406 | |
| III. Geldmiddelen en kasequivalenten, slotbalans | 726.526 | 45.362 | 73.327 | 576 | 37.938 | 0 | 883.730 |
De geconsolideerde cashflow van AvH komt uit op 720,9 miljoen euro, een stijging met 252,4 miljoen euro ten opzichte van vorig jaar (+53,9%).
Deze stijging komt voor 133,1 miljoen euro voort van de toegenomen winst uit de bedrijfsactiviteiten, waaruit het sterke herstel in 2021 van de bedrijfswinsten blijkt na het door de corona-pandemie geteisterde jaar 2020. Bovendien viel in 2021 het aandeel hierin van "winst op de overdracht van activa", die wordt overgeheveld naar de investeringscashflow, met 34,7 miljoen euro beperkter uit dan in 2020 (90,7 miljoen euro), zoals beschreven in de commentaren bij de resultatenrekening.
In 2021 ontving AvH 112,5 miljoen euro dividenden van deelnemingen die via vermogensmutatie worden verwerkt. De sterke stijging ten opzichte van het bedrag van vorig boekjaar (38,0 miljoen euro) wordt grotendeels verklaard door de richtlijnen van de ECB aan de banken in de Europese Unie (en overgenomen door de NBB) om in 2020 hun eigen vermogen te beschermen door geen dividenden uit te keren. In toepassing hiervan keerde Delen Private Bank geen dividend uit tijdens het jaar 2020, tegenover 78,8 miljoen euro (voor het deel van AvH) in 2021. In "Marine Engineering & Contracting" hebben DEME en CFE respectievelijk 10,5 miljoen euro en 7,9 miljoen euro aan dividenden ontvangen van deelnemingen waarop vermogensmutatie wordt toegepast. AvH ontving in 2021 voor in totaal 10,0 miljoen euro dividenden vanuit verschillende participaties uit "Growth Capital" en "Energy & Resources"
Bij de aanpassingen voor niet-geldelijke posten, blijven afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen de belangrijkste. Deze hebben wel een negatieve impact op het gerapporteerde resultaat, doch vertegenwoordigen geen cashuitgave. De totale afschrijvingslast viel in 2021 met 350,6 miljoen euro quasi gelijk uit met het jaar voordien, waarvan de overgrote meerderheid (304,8 miljoen euro) voor rekening van DEME. Bijzondere waardeverminderingen vielen in 2021 wel hoger uit en stegen tot 45,9 miljoen euro, waarvan 29,0 miljoen euro voor rekening van DEME, 7,2 miljoen euro voor CFE en valt het saldo bij AvH & Subholdings. Bank Van Breda kon evenwel 2,2 miljoen euro van eerdere waardeverminderingen terugnemen, terwijl in 2020 nog specifieke provisies voor kredietverliezen dienden te worden aangelegd omwille van de mogelijke impact van Covid-19 op de kredietportefeuille van de bank.
Ook de resultaten die voortkomen uit de herwaardering (opwaarts of neerwaarts) aan rëele waarde, worden uit de cash-flow verwijderd. In 2021 hadden deze een positief effect op het resultaat van het boekjaar van 34,0 miljoen euro tegenover een negatieve impact van 3,8 miljoen euro in 2020.
Bank Van Breda heeft in 2021 voor 5,7 miljoen euro provisies aangewend, respectievelijk laten vrijvallen, onder meer als gevolg van het beëindigen van een discussie mbt BTW en de volledige overname in eigen beheer van haar IT-infrastructuur.
In 2021 verminderde het bedrijfskapitaal met 60,9 miljoen euro,waarvan 15,0 miljoen euro voortkomt uit balansmutaties bij Bank Van Breda. In elk van de segmenten van de AvH-groep daalt het bedrijfskapitaal, met uitzondering van "Marine Engineering & Contracting" omwille van de hoge activiteit in het 4e trimester.
Dankzij dit 60,9 miljoen euro lagere beslag door werkkapitaal op kasmiddelen van de groep, eindigt de totale operationele cashflow van groep op een bijzonder sterk niveau van 781,7 miljoen euro.
De investeringen van de groep in materiële en immateriële vaste activa bleven ook in 2021 met 319,0 miljoen euro op een hoog niveau. Het zwaartepunt van deze investeringen ligt zoals gewoonlijk bij DEME dat 282,0 miljoen euro investeerde in de modernisering en de uitbreiding van haar vloot, inclusief de 65,7 miljoen euro aan kosten voor onderhoud- en reparatiewerkzaamheden die de levensduur van het desbetreffende tuig verlengen en -conform IAS16- geactiveerd worden op de balans. Anima investeerde 10,9 miljoen euro, waarvan 7,9 miljoen euro in de in aanbouw zijnde nieuwbouwresidentie op Tour & Taxis.
Evolutie financiële schulden (cash & non-cash)
Overige bewegingen :
Overige beleggingen
afgestemd.
(€ 1.000)
Evolutie van de thesaurie van de AvH-groep 2017-2021
Financiële schulden (31-12-2020) 2.559.350 Beweging in Cashflow statement -229.398
(1)
€ Miljoen 2021 2020 2019 2018 2017 Eigen aandelen 46,0 39,6 40,8 34,7 35,5
De 36,5 miljoen euro investeringen in vastgoedbeleggingen van 2021 hebben volledig betrekking op Nextensa, waarvan 13,4 miljoen euro toe te schrijven is aan investeringen aan diverse gebouwen in eigendom op de site van Tour & Taxis.
In 2021 verwierf de groep voor 66,5 miljoen euro in financiële vaste activa. "Marine Engineering & Contracting" draagt daarvan voor 22,2 miljoen euro bij. Daarin zit o.a. DEME's investering in de Taiwanese joint-venture vennootschap CDWE die op diverse Taiwanese offshore windprojecten actief zal worden en die daarvoor het installatieschip Green Jade bouwt. AvH investeerde in 2021 o.a. in Van Moer Logistics (12,5 miljoen euro), Medikabazaar (10,1 miljoen euro), Biotalys (4,0 miljoen euro), MRM Health en in de HealthQuad- en Venturi-fondsen.
De verwerving van geldbeleggingen door Bank Van Breda voor een bedrag van 196,6 miljoen euro in de loop van het jaar 2021 dient samen te worden gezien met overdrachten van geldbeleggingen voor een bedrag van 155,8 miljoen euro. Dit resulteert uit verrichtingen die kaderen in het ALM-beleid van de bank.
In 2021 werd voor 266,2 miljoen euro gedesinvesteerd. De desinvesteringen bedragen evenwel slechts 110,5 miljoen euro, indien abstractie wordt gemaakt van de overdrachten die te situeren zijn in de portefeuille van Bank Van Breda. Deze 110,5 miljoen euro viel behoorlijk lager uit dan het vergelijkbare bedrag van 213,3 miljoen euro in 2020 (met o.a de verkoop door DEME van haar belang in het Duitse offshore windmolenpark Merkur). Verder werd in 2021 binnen "Marine engineering & Contracting" voor 13,2 miljoen euro aan terugbetalingen op leningen ontvangen, waarvan het grootste deel afkomstig is van de windmolenparken SeaMade, Rentel en C-Power. Binnen het segment "Real Estate & Senior Care" werd door Nextensa een unit op Brixton Business Park verkocht, alsook het pand Diekirch Match. In "Growth Capital" rondde Agidens de verkoop van haar Infratak af en AvH verkocht enkele kleinere deelnemingen.
In de financieringscashflow vertegenwoordigt het dividend van 6,1 miljoen euro dat Nextensa heeft ontvangen van Retail Estates de grootste post in de ontvangen dividenden.
De dalende netto-schuldpositie van de groepsmaatschappijen (en in het bijzonder van DEME), verklaart de vermindering van de (netto) betaalde interesten in vergelijking tot het jaar voordien. De daling van de diverse financiële lasten wordt verklaard door positieve wisselkoersresultaten, maar ook door het verbreken in 2020 door Leasinvest Real Estate van bepaalde interestindekkingen, wat toen resulteerde in een cash-verlies van 20,3 miljoen euro.
AvH keerde in 2021 een dividend van 77,9 miljoen euro uit aan haar aandeelhouders. De dividenden uitgekeerd aan derden werden voornamelijk betaald aan de minderheidsaandeelhouders van Leasinvest Real Estate, CFE en Bank Van Breda.
| (€ 1.000) | |
|---|---|
| Financiële schulden (31-12-2020) | 2.559.350 |
| Beweging in Cashflow statement | -229.398 |
| Overige bewegingen : | |
| - Wijzigingen in de consolidatiekring - acquisities | 0 |
| - Wijzigingen in de consolidatiekring - desinvesteringen | -578 |
| - IFRS 16 Leases | 51.225 |
| - Wisselkoers-effecten | 915 |
| - Overige | 105 |
| Financiële schulden (31-12-2021) | 2.381.618 |
Evolutie van de thesaurie van de AvH-groep 2017-2021 (1)
| € Miljoen | 2021 | 2020 | 2019 | 2018 | 2017 |
|---|---|---|---|---|---|
| Eigen aandelen | 46,0 | 39,6 | 40,8 | 34,7 | 35,5 |
| Overige beleggingen | |||||
| - Portefeuille aandelen | 48,2 | 51,2 | 55,7 | 37,2 | 40,0 |
| - Termijndeposito's | 6,0 | 0,0 | 155,9 | 23,9 | 1,3 |
| Liquide middelen | 20,3 | 8,1 | 27,0 | 31,2 | 49,7 |
| Financiële schulden ('commercial paper') | -42,7 | -31,0 | -12,0 | -24,0 | -46,2 |
| Nettothesauriepositie | 77,7 | 68,0 | 267,4 | 102,9 | 80,2 |
(1) Bevat de eigen aandelen, thesaurie en financiële schulden aan kredietinstellingen en t.o.v. financiële markten van de geconsolideerde subholdings opgenomen in het segment 'AvH & Growth Capital' alsook de thesaurie van FinAx/Finaxis. In de mate dat de eigen aandelen worden aangehouden voor de indekking van optieverplichtingen, wordt de waarde van de eigen aandelen daarop afgestemd.
| (€ 1.000) | Segment 1 | Segment 2 | Segment 3 | Segment 4 | Segment 5 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Marine Engineering & Contracting |
Private Banking |
Real Estate & Senior Care |
Energy & Resources |
AvH & Growth Capital |
Eliminaties tussen segmenten |
Totaal 2020 |
|
| Bedrijfsopbrengsten | 3.413.486 | 184.440 | 207.424 | 9 | 106.945 | -2.056 | 3.910.250 |
| Verrichting van diensten | 0 | 0 | 95.819 | 0 | 1.966 | -1.906 | 95.880 |
| Vastgoedopbrengsten | 131.105 | 0 | 95.363 | 0 | 0 | 226.468 | |
| Rente-opbrengsten bancaire activiteiten | 0 | 102.803 | 0 | 0 | 0 | 102.803 | |
| Vergoedingen en commissies bancaire activiteiten | 0 | 77.857 | 0 | 0 | 0 | 77.857 | |
| Opbrengsten uit onderhanden projecten in opdracht van derden | 3.163.831 | 0 | 0 | 0 | 100.277 | 3.264.108 | |
| Overige bedrijfsopbrengsten | 118.550 | 3.780 | 16.242 | 9 | 4.702 | -150 | 143.134 |
| Exploitatielasten (-) | -3.394.235 | -119.974 | -142.824 | -96 | -118.756 | 2.839 | -3.773.047 |
| Grond- & hulpstoffen, diensten en uitbesteed werk (-) | -2.391.094 | -25.452 | -50.848 | -96 | -67.358 | 2.839 | -2.532.009 |
| Rentelasten Bank J.Van Breda & C° (-) | 0 | -22.710 | 0 | 0 | 0 | -22.710 | |
| Personeelslasten (-) | -652.373 | -47.396 | -71.731 | 0 | -45.089 | -816.589 | |
| Afschrijvingen (-) | -326.888 | -7.054 | -11.511 | 0 | -5.319 | -350.772 | |
| Bijzondere waardeverminderingen (-) | -1.397 | -5.488 | -2.613 | 0 | -94 | -9.592 | |
| Overige exploitatielasten (-) | -21.597 | -10.884 | -6.684 | 0 | -631 | 0 | -39.797 |
| Voorzieningen | -887 | -990 | 563 | 0 | -264 | -1.579 | |
| Winst (verlies) op activa/passiva gewaardeerd aan reële waarde via resultatenrekening |
0 | 0 | -2.116 | 0 | -1.689 | 0 | -3.805 |
| Financiële activa - Fair value through P/L (FVPL) | 0 | 0 | -33.513 | 0 | -1.689 | -35.201 | |
| Vastgoedbeleggingen | 0 | 0 | 31.396 | 0 | 0 | 31.396 | |
| Winst (verlies) op de overdracht van activa | 83.941 | -18 | 3.170 | 0 | 3.573 | 0 | 90.666 |
| Gerealiseerde meer(min)waarde op immateriële en materiële vaste activa | 12.023 | 0 | 143 | 0 | 5 | 12.172 | |
| Gerealiseerde meer(min)waarde op vastgoedbeleggingen | 0 | 0 | 2.211 | 0 | 0 | 2.211 | |
| Gerealiseerde meer(min)waarde op financiële vaste activa | 71.918 | 0 | 816 | 0 | 3.103 | 75.837 | |
| Gerealiseerde meer(min)waarde op andere activa | 0 | -18 | 0 | 0 | 464 | 446 | |
| Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten | 103.192 | 64.448 | 65.654 | -87 | -9.927 | 783 | 224.063 |
| Financieel resultaat | -41.646 | -8 | -33.580 | -35 | 2.333 | -783 | -73.718 |
| Renteopbrengsten | 7.712 | 0 | 5.183 | 0 | 1.926 | -1.084 | 13.737 |
| Rentelasten (-) | -24.109 | -7 | -15.956 | 0 | -588 | 1.084 | -39.576 |
| (Niet)gerealiseerde wisselkoers-resultaten | -16.485 | 0 | -90 | -34 | -89 | -16.698 | |
| Overige financiële opbrengsten (kosten) | -8.765 | 0 | -22.716 | -1 | 1.083 | -783 | -31.182 |
| Afgeleide financiële instrumenten gewaardeerd aan reële waarde via resultatenrekening |
0 | 136 | -5.378 | 0 | 0 | -5.242 | |
| Aandeel in de winst (verlies) van ondernemingen waarop vermo gensmutatie is toegepast |
37.229 | 103.469 | 20.165 | 7.045 | 11.345 | 179.253 | |
| Overige niet-exploitatiebaten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
| Overige niet-exploitatielasten (-) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
| Winst (verlies) vóór belasting | 98.775 | 168.045 | 46.861 | 6.923 | 3.752 | 0 | 324.356 |
| Winstbelastingen | -24.051 | -17.270 | -4.104 | 0 | -1.317 | 0 | -46.742 |
| Uitgestelde belastingen | 35.462 | 1.461 | 7.527 | 0 | 243 | 44.693 | |
| Belastingen | -59.512 | -18.731 | -11.632 | 0 | -1.560 | -91.435 | |
| Winst (verlies) na belasting uit voortgezette be drijfsactiviteiten |
74.724 | 150.775 | 42.757 | 6.923 | 2.434 | 0 | 277.614 |
| Winst (verlies) na belasting uit bedrijfsactiviteiten die worden be | |||||||
| eindigd | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
| Winst (verlies) van het boekjaar | |||||||
| Aandeel van het minderheidsbelang | 74.724 28.033 |
150.775 9.461 |
42.757 10.094 |
6.923 107 |
2.434 128 |
0 | 277.614 47.823 |
| Aandeel van de groep | 46.691 | 141.315 | 32.662 | 6.817 | 2.306 | 229.791 |
Toelichting 6: Segmentinformatie – kasstroomoverzicht 2020
Reclass 'Winst (Verlies) op de overdracht van activa' naar cashflow uit desin-
Winst (verlies) op activa/passiva gewaardeerd aan reële waarde via resultaten-
Toename (afname) van schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties
II. Netto toename (afname) in geldmiddelen en kasequiva-
Aanpassingen voor niet-geldelijke posten
Financiële operaties
(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Marine Engineering & Contracting
Private Banking
I. Geldmiddelen en kasequivalenten, openingsbalans 644.971 18.270 41.008 220 183.517 0 887.985 Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten 103.192 64.448 65.654 -87 -9.927 783 224.063
vesteringen -83.941 18 -3.170 0 -3.573 -90.666 Dividenden van vennootschappen waarop vermogensmutatie is toegepast 33.692 0 972 293 3.085 38.042 Overige niet-exploitatiebaten (lasten) 0 0 0 0 0 0 Winstbelastingen (betaald) -38.518 -18.731 -11.632 0 -1.560 -70.441
Afschrijvingen 326.888 7.054 11.511 0 5.319 350.772 Bijzondere waardeverminderingen 1.397 5.548 2.613 0 94 9.652 Aandelenoptieplannen 0 -3.600 8 0 1.026 -2.566
rekening 0 0 2.116 0 1.689 3.805 (Afname) toename van voorzieningen 1.641 438 -201 0 264 2.142 Andere niet-kaskosten (opbrengsten) 2.073 1.736 -253 0 155 3.711 Cashflow 346.422 56.911 67.618 207 -3.427 783 468.514 Afname (toename) van het bedrijfskapitaal 122.575 16.868 -8.648 -26 -16.118 3.918 118.570 Afname (toename) van voorraden en onderhanden projecten 82.174 0 -17.793 0 3.619 68.001 Afname (toename) van vorderingen 99.472 -145 13.836 -20 -19.383 3.918 97.678 Afname (toename) van vorderingen kredietinstellingen & cliënten (banken) 0 -746.754 0 0 0 -746.754 Toename (afname) van schulden (andere dan financiële schulden) -79.757 -3.343 -2.156 -6 -654 -85.915
(banken) 0 769.629 0 0 0 769.629 Afname (toename) overige 20.686 -2.519 -2.536 0 300 15.931 Operationele cashflow 468.997 73.779 58.970 181 -19.545 4.701 587.084 Investeringen -374.310 -247.496 -61.699 -22.203 -78.957 4.088 -780.577 Aanschaffing van immateriële en materiële vaste activa -215.955 -3.810 -12.906 0 -3.928 -236.598 Investering in vastgoedbeleggingen 0 0 -46.388 0 0 -46.388 Verwerving van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsacquisities) -144.739 0 -2.786 -22.203 -70.749 -240.476 Liquide middelen verworven via bedrijfsacquisities 1.878 0 396 0 0 2.274 Nieuwe leningen toegestaan -15.494 -309 -15 0 -4.118 4.088 -15.849 Verwerving van geldbeleggingen 0 -243.377 0 0 -162 -243.539 Desinvesteringen 162.625 171.964 39.007 0 12.015 -315 385.295 Desinvesteringen van immateriële en materiële vaste activa 20.664 0 399 0 7 21.071 Desinvesteringen van vastgoedbeleggingen 0 0 35.404 0 0 35.404 Overdracht van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsverkopen) 131.727 0 3.197 0 6.433 141.357 Liquide middelen overgedragen via bedrijfsverkopen 0 0 0 0 0 0 Terugbetaalde leningen 10.234 0 7 0 315 -315 10.240 Overdracht van geldbeleggingen 0 171.964 0 0 5.259 177.223 Investeringscashflow -211.685 -75.532 -22.692 -22.203 -66.942 3.773 -395.282
Ontvangen dividenden 124 880 5.946 0 889 7.838 Ontvangen interesten 7.712 0 3.099 0 1.926 -1.084 11.654 Betaalde interesten -23.791 -62 -15.956 0 -588 1.084 -39.313 Diverse financiële opbrengsten (lasten) -25.399 0 -28.753 -35 106 -783 -54.864 Afname (toename) van eigen aandelen 0 0 0 0 -1.635 -1.635 Toename van financiële schulden 225.384 3.150 195.145 0 20.642 -7.691 436.630 (Afname) van financiële schulden -297.836 -2.706 -154.015 0 -5.588 0 -460.145 (Investeringen) en desinvesteringen in controleparticipaties 801 0 0 0 -18.631 -17.830 Dividenden uitgekeerd door AvH 0 0 0 0 -76.813 -76.813 Dividenden uitgekeerd intragroep -4.150 0 -12.343 0 16.493 0 Dividenden uitgekeerd aan derden 0 -108 -36.126 0 0 -36.234 Financieringscashflow -117.155 1.153 -43.004 -35 -63.198 -8.474 -230.712
lenten 140.157 -599 -6.726 -22.057 -149.685 0 -38.910 Transfert tussen segmenten 0 0 0 22.271 -22.271 0 Wisselkoerswijzigingen op geldmiddelen en kasequivalenten -6.684 0 90 -65 -9 -6.667 III. Geldmiddelen en kasequivalenten, slotbalans 778.444 17.670 34.372 370 11.552 0 842.408
Real Estate & Senior Care
Energy & Resources
AvH & Growth Capital
Eliminaties tussen segmenten
Totaal 2020
| (€ 1.000) | Segment 1 | Segment 2 | Segment 3 | Segment 4 | Segment 5 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Marine Engineering & Contracting |
Private Banking |
Real Estate & Senior Care |
Energy & Resources |
AvH & Growth Capital |
Eliminaties tussen segmenten |
Totaal 2020 |
|
| I. Geldmiddelen en kasequivalenten, openingsbalans | 644.971 | 18.270 | 41.008 | 220 | 183.517 | 0 | 887.985 |
| Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten | 103.192 | 64.448 | 65.654 | -87 | -9.927 | 783 | 224.063 |
| Reclass 'Winst (Verlies) op de overdracht van activa' naar cashflow uit desin vesteringen |
-83.941 | 18 | -3.170 | 0 | -3.573 | -90.666 | |
| Dividenden van vennootschappen waarop vermogensmutatie is toegepast | 33.692 | 0 | 972 | 293 | 3.085 | 38.042 | |
| Overige niet-exploitatiebaten (lasten) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
| Winstbelastingen (betaald) | -38.518 | -18.731 | -11.632 | 0 | -1.560 | -70.441 | |
| Aanpassingen voor niet-geldelijke posten | |||||||
| Afschrijvingen | 326.888 | 7.054 | 11.511 | 0 | 5.319 | 350.772 | |
| Bijzondere waardeverminderingen | 1.397 | 5.548 | 2.613 | 0 | 94 | 9.652 | |
| Aandelenoptieplannen | 0 | -3.600 | 8 | 0 | 1.026 | -2.566 | |
| Winst (verlies) op activa/passiva gewaardeerd aan reële waarde via resultaten rekening |
0 | 0 | 2.116 | 0 | 1.689 | 3.805 | |
| (Afname) toename van voorzieningen | 1.641 | 438 | -201 | 0 | 264 | 2.142 | |
| Andere niet-kaskosten (opbrengsten) | 2.073 | 1.736 | -253 | 0 | 155 | 3.711 | |
| Cashflow | 346.422 | 56.911 | 67.618 | 207 | -3.427 | 783 | 468.514 |
| Afname (toename) van het bedrijfskapitaal | 122.575 | 16.868 | -8.648 | -26 | -16.118 | 3.918 | 118.570 |
| Afname (toename) van voorraden en onderhanden projecten | 82.174 | 0 | -17.793 | 0 | 3.619 | 68.001 | |
| Afname (toename) van vorderingen | 99.472 | -145 | 13.836 | -20 | -19.383 | 3.918 | 97.678 |
| Afname (toename) van vorderingen kredietinstellingen & cliënten (banken) | 0 | -746.754 | 0 | 0 | 0 | -746.754 | |
| Toename (afname) van schulden (andere dan financiële schulden) | -79.757 | -3.343 | -2.156 | -6 | -654 | -85.915 | |
| Toename (afname) van schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties (banken) |
0 | 769.629 | 0 | 0 | 0 | 769.629 | |
| Afname (toename) overige | 20.686 | -2.519 | -2.536 | 0 | 300 | 15.931 | |
| Operationele cashflow | 468.997 | 73.779 | 58.970 | 181 | -19.545 | 4.701 | 587.084 |
| Investeringen | -374.310 | -247.496 | -61.699 | -22.203 | -78.957 | 4.088 | -780.577 |
| Aanschaffing van immateriële en materiële vaste activa | -215.955 | -3.810 | -12.906 | 0 | -3.928 | -236.598 | |
| Investering in vastgoedbeleggingen | 0 | 0 | -46.388 | 0 | 0 | -46.388 | |
| Verwerving van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsacquisities) | -144.739 | 0 | -2.786 | -22.203 | -70.749 | -240.476 | |
| Liquide middelen verworven via bedrijfsacquisities | 1.878 | 0 | 396 | 0 | 0 | 2.274 | |
| Nieuwe leningen toegestaan | -15.494 | -309 | -15 | 0 | -4.118 | 4.088 | -15.849 |
| Verwerving van geldbeleggingen | 0 | -243.377 | 0 | 0 | -162 | -243.539 | |
| Desinvesteringen | 162.625 | 171.964 | 39.007 | 0 | 12.015 | -315 | 385.295 |
| Desinvesteringen van immateriële en materiële vaste activa | 20.664 | 0 | 399 | 0 | 7 | 21.071 | |
| Desinvesteringen van vastgoedbeleggingen | 0 | 0 | 35.404 | 0 | 0 | 35.404 | |
| Overdracht van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsverkopen) | 131.727 | 0 | 3.197 | 0 | 6.433 | 141.357 | |
| Liquide middelen overgedragen via bedrijfsverkopen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
| Terugbetaalde leningen | 10.234 | 0 | 7 | 0 | 315 | -315 | 10.240 |
| Overdracht van geldbeleggingen | 0 | 171.964 | 0 | 0 | 5.259 | 177.223 | |
| Investeringscashflow | -211.685 | -75.532 | -22.692 | -22.203 | -66.942 | 3.773 | -395.282 |
| Financiële operaties | |||||||
| Ontvangen dividenden Ontvangen interesten |
124 7.712 |
880 0 |
5.946 3.099 |
0 0 |
889 1.926 |
-1.084 | 7.838 11.654 |
| Betaalde interesten | -23.791 | -62 | -15.956 | 0 | -588 | 1.084 | -39.313 |
| Diverse financiële opbrengsten (lasten) | -25.399 | 0 | -28.753 | -35 | 106 | -783 | -54.864 |
| Afname (toename) van eigen aandelen | 0 | 0 | 0 | 0 | -1.635 | -1.635 | |
| Toename van financiële schulden | 225.384 | 3.150 | 195.145 | 0 | 20.642 | -7.691 | 436.630 |
| (Afname) van financiële schulden | -297.836 | -2.706 | -154.015 | 0 | -5.588 | 0 | -460.145 |
| (Investeringen) en desinvesteringen in controleparticipaties Dividenden uitgekeerd door AvH |
801 0 |
0 0 |
0 0 |
0 0 |
-18.631 -76.813 |
-17.830 -76.813 |
|
| Dividenden uitgekeerd intragroep | -4.150 | 0 | -12.343 | 0 | 16.493 | 0 | |
| Dividenden uitgekeerd aan derden | 0 | -108 | -36.126 | 0 | 0 | -36.234 | |
| Financieringscashflow | -117.155 | 1.153 | -43.004 | -35 | -63.198 | -8.474 | -230.712 |
| II. Netto toename (afname) in geldmiddelen en kasequiva | |||||||
| lenten | 140.157 | -599 | -6.726 | -22.057 | -149.685 | 0 | -38.910 |
| Transfert tussen segmenten | 0 | 0 | 0 | 22.271 | -22.271 | 0 | |
| Wisselkoerswijzigingen op geldmiddelen en kasequivalenten | -6.684 | 0 | 90 | -65 | -9 | -6.667 | |
| III. Geldmiddelen en kasequivalenten, slotbalans | 778.444 | 17.670 | 34.372 | 370 | 11.552 | 0 | 842.408 |
| (€ 1.000) | Segment 1 | Segment 2 | Segment 3 | Segment 4 | Segment 5 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Marine | AvH & | Eliminaties | |||||
| Engineering | Private Banking |
Real Estate & Senior Care |
Energy & Resources |
Growth | tussen | Totaal 2020 |
|
| & Contracting | Capital | segmenten | |||||
| I. Vaste activa | 3.278.940 | 5.311.972 | 1.794.612 | 242.598 | 344.631 | -19.883 | 10.952.870 |
| Immateriële vaste activa | 115.359 | 1.092 | 31.199 | 0 | 112 | 147.762 | |
| Goodwill | 172.127 | 134.247 | 7.836 | 0 | 11.727 | 325.937 | |
| Materiële vaste activa | 2.530.484 | 51.725 | 211.848 | 0 | 31.495 | 2.825.552 | |
| Terreinen en gebouwen | 154.867 | 43.863 | 195.081 | 0 | 21.604 | 415.415 | |
| Installaties, machines en uitrusting | 1.826.029 | 2.001 | 4.888 | 0 | 2.505 | 1.835.423 | |
| Meubilair en rollend materieel | 39.529 | 3.564 | 4.367 | 0 | 6.064 | 53.525 | |
| Overige materiële vaste activa | 263 | 690 | 3.274 | 0 | 509 | 4.736 | |
| Activa in aanbouw | 509.797 | 1.607 | 4.238 | 0 | 812 | 516.454 | |
| Vastgoedbeleggingen | 0 | 0 | 1.414.057 | 0 | 0 | 1.414.057 | |
| Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast | 221.680 | 740.957 | 31.447 | 242.598 | 219.388 | 1.456.070 | |
| Financiële vaste activa | 108.731 | 1.631 | 90.440 | 0 | 79.493 | -19.883 | 260.413 |
| Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL) | 6.682 | 0 | 79.863 | 0 | 44.845 | 131.391 | |
| Vorderingen en borgtochten | 102.049 | 1.631 | 10.577 | 0 | 34.648 | -19.883 | 129.022 |
| Afdekkingsinstrumenten op meer dan één jaar | 3.222 | 23 | 33 | 0 | 0 | 3.279 | |
| Uitgestelde belastingvorderingen | 127.335 | 2.935 | 7.752 | 0 | 2.417 | 140.439 | |
| Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten op meer dan één jaar |
0 | 4.379.362 | 0 | 0 | 0 | 4.379.362 | |
| Banken - leningen en vorderingen aan klanten | 0 | 4.327.706 | 0 | 0 | 0 | 4.327.706 | |
| Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille | 0 | 51.656 | 0 | 0 | 0 | 51.656 | |
| II. Vlottende activa | 2.061.320 | 2.771.230 | 311.528 | 400 | 134.031 | -4.509 | 5.274.000 |
| Voorraden | 268.621 | 0 | 112.589 | 0 | 1.241 | 382.451 | |
| Bedrag verschuldigd door klanten voor onderhanden projecten | 309.201 | 0 | 82.266 | 0 | 8.567 | 400.034 | |
| Geldbeleggingen | 3 | 495.167 | 0 | 0 | 51.152 | 546.322 | |
| Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL) | 3 | 0 | 0 | 0 | 51.152 | 51.155 | |
| Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) | 0 | 474.991 | 0 | 0 | 0 | 474.991 | |
| Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) | 0 | 173 | 0 | 0 | 0 | 173 | |
| Financiële activa - at amortised cost | 0 | 20.003 | 0 | 0 | 0 | 20.003 | |
| Afdekkingsinstrumenten op ten hoogste één jaar | 7.831 | 568 | 0 | 0 | 0 | 8.399 | |
| Vorderingen op ten hoogste één jaar | 631.881 | 4.243 | 74.575 | 31 | 58.744 | -4.306 | 765.168 |
| Handelsvorderingen | 566.962 | 44 | 24.589 | 0 | 26.369 | -1.156 | 616.808 |
| Overige vorderingen | 64.919 | 4.199 | 49.987 | 31 | 32.376 | -3.150 | 148.361 |
| Terug te vorderen belastingen | 31.082 | 7 | 2.846 | 0 | 619 | 34.554 | |
| Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten op ten hoogste één jaar |
0 | 2.242.735 | 0 | 0 | 0 | 2.242.735 | |
| Banken - interbancaire vorderingen | 0 | 163.712 | 0 | 0 | 0 | 163.712 | |
| Banken - leningen en vorderingen aan klanten | 0 | 1.086.948 | 0 | 0 | 0 | 1.086.948 | |
| Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille | 0 | 269 | 0 | 0 | 0 | 269 | |
| Banken - tegoeden centrale banken | 0 | 991.806 | 0 | 0 | 0 | 991.806 | |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | 778.444 | 17.670 | 34.372 | 370 | 11.552 | 842.408 | |
| Overlopende rekeningen en overige vlottende activa | 34.258 | 10.839 | 4.880 | 0 | 2.156 | -203 | 51.930 |
| III. Activa bestemd voor verkoop | 1.675 | 0 | 199 | 0 | 0 | 1.874 | |
| Totaal der activa | 5.341.935 | 8.083.202 | 2.106.339 | 242.998 | 478.662 | -24.392 | 16.228.744 |
Toelichting 6: Segmentinformatie – eigen vermogen en verplichtingen 2020
(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Marine Engineering & Contracting
Private Banking
I. Totaal eigen vermogen 1.853.790 1.482.597 810.871 242.991 391.919 4.782.169 Eigen vermogen - deel groep 1.127.078 1.352.094 454.284 242.991 385.592 3.562.038 Geplaatst kapitaal 0 0 0 0 113.907 113.907 Aandelenkapitaal 0 0 0 0 2.295 2.295 Agio 0 0 0 0 111.612 111.612 Geconsolideerde reserves 1.211.989 1.347.724 460.848 250.265 321.447 3.592.273 Herwaarderingsreserves -84.911 4.371 -6.564 -7.274 -18.393 -112.772 Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) 0 6.614 0 0 0 6.614 Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) 0 45 0 0 0 45 Afdekkingsreserve -38.881 0 -6.804 -391 -4 -46.080 Actuariële winsten (verliezen) te bereiken doel-pensioenplannen -25.948 -2.289 0 -1.305 2.306 -27.236 Omrekeningsverschillen -20.082 1 240 -5.578 -20.696 -46.115 Ingekochte eigen aandelen (-) 0 0 0 0 -31.370 -31.370 Minderheidsbelang 726.712 130.503 356.588 0 6.328 1.220.131 II. Langlopende verplichtingen 1.263.655 1.190.170 969.928 0 10.914 -19.883 3.414.785 Voorzieningen 31.179 11.997 2.209 0 790 46.175 Pensioenverplichtingen 76.686 6.017 32 0 516 83.250 Uitgestelde belastingverplichtingen 97.417 0 60.877 0 1.483 159.777 Financiële schulden 1.015.773 3.226 862.584 0 7.785 -19.883 1.869.486 Leningen van banken 758.435 0 632.460 0 4.713 1.395.608 Obligatieleningen 58.151 0 183.783 0 0 241.934 Achtergestelde leningen 44.677 0 0 0 4 44.680 Leasingschulden 87.449 3.226 44.350 0 3.068 138.093 Overige financiële schulden 67.062 0 1.992 0 0 -19.883 49.170 Afdekkingsinstrumenten op meer dan één jaar 10.095 53.015 34.213 0 0 97.324 Overige schulden 32.506 9.854 10.012 0 341 52.713 Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 0 1.106.061 0 0 0 1.106.061 Banken - deposito's van kredietinstellingen 0 298.417 0 0 0 298.417 Banken - deposito's van klanten 0 767.701 0 0 0 767.701 Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld 0 39.943 0 0 0 39.943 III. Kortlopende verplichtingen 2.224.491 5.410.434 325.540 7 75.828 -4.509 8.031.790 Voorzieningen 31.602 44 6.217 0 220 38.083 Pensioenverplichtingen 0 342 0 0 0 342 Financiële schulden 424.300 5.218 221.234 0 42.262 -3.150 689.864 Leningen van banken 213.566 0 96.955 0 9.250 319.771 Obligatieleningen 0 0 0 0 0 0 Achtergestelde leningen 20.967 0 0 0 7 20.974 Leasingschulden 27.556 2.068 2.308 0 2.007 33.939 Overige financiële schulden 162.211 3.150 121.971 0 30.998 -3.150 315.181 Afdekkingsinstrumenten op ten hoogste één jaar 7.750 1.164 0 0 0 8.914 Bedragen verschuldigd aan klanten voor onderhanden projecten 301.202 0 0 0 7.990 309.192 Overige schulden op ten hoogste één jaar 1.341.450 19.464 71.010 4 23.250 -1.156 1.454.021 Handelsschulden 1.032.361 29 48.702 3 12.887 -1.156 1.092.826 Ontvangen vooruitbetalingen 60.582 0 61 0 0 60.643 Schulden mbt bezoldigingen & sociale lasten 177.090 10.201 10.098 0 9.642 207.031 Overige schulden 71.418 9.234 12.148 0 720 93.521 Te betalen belastingen 82.456 1.099 9.952 3 1.385 94.895 Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 0 5.378.292 0 0 0 5.378.292 Banken - deposito's van kredietinstellingen 0 28.875 0 0 0 28.875 Banken - deposito's van klanten 0 5.139.401 0 0 0 5.139.401 Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld 0 210.016 0 0 0 210.016 Overlopende rekeningen 35.731 4.811 17.126 0 722 -203 58.187 IV. Verplichtingen bestemd voor verkoop 0 0 0 0 0 0 Totaal van het eigen vermogen en de verplichtingen 5.341.935 8.083.202 2.106.339 242.998 478.662 -24.392 16.228.744
Real Estate & Senior Care
Energy & Resources
AvH & Growth Capital
Eliminaties tussen segmenten
Totaal 2020
| (€ 1.000) | Segment 1 | Segment 2 | Segment 3 | Segment 4 | Segment 5 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Segmentinformatie - proforma omzet | Marine Engineering & Contracting |
Private Banking |
Real Estate & Senior Care |
Energy & Re sources |
AvH & Growth Capital |
Eliminaties tussen segmenten |
Totaal 2020 |
| Omzet lidstaten van de Europese Unie | 2.229.480 | 437.017 | 191.183 | 32.446 | 504.246 | -1.906 | 3.392.467 |
| Overige landen binnen Europa | 602.209 | 66.774 | 758 | 63.458 | 733.199 | ||
| Landen buiten Europa | 463.247 | 80.959 | 374.922 | 919.128 | |||
| Totaal | 3.294.936 | 503.792 | 191.183 | 114.163 | 1.045.856 | -1.906 | 5.044.794 |
De proforma omzet bevat de omzet van alle participaties aangehouden door de AvH-groep en wijkt dus af van de omzet zoals gerapporteerd in de wettelijke IFRS consolidatie, die is opgemaakt op basis van de consolidatiekring, zoals gerapporteerd in Toelichting 2 en 3. In deze proforma voorstelling worden alle (exclusieve) controle-belangen integraal verwerkt en de overige belangen proportioneel.
Toelichting 6: Segmentinformatie – eigen vermogen en verplichtingen 2020
| (€ 1.000) | Segment 1 | Segment 2 | Segment 3 | Segment 4 | Segment 5 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Marine Engineering |
Private | Real Estate & | Energy & | AvH & Growth |
Eliminaties tussen |
Totaal | |
| & Contracting | Banking | Senior Care | Resources | Capital | segmenten | 2020 | |
| I. Totaal eigen vermogen | 1.853.790 | 1.482.597 | 810.871 | 242.991 | 391.919 | 4.782.169 | |
| Eigen vermogen - deel groep | 1.127.078 | 1.352.094 | 454.284 | 242.991 | 385.592 | 3.562.038 | |
| Geplaatst kapitaal | 0 | 0 | 0 | 0 | 113.907 | 113.907 | |
| Aandelenkapitaal | 0 | 0 | 0 | 0 | 2.295 | 2.295 | |
| Agio | 0 | 0 | 0 | 0 | 111.612 | 111.612 | |
| Geconsolideerde reserves | 1.211.989 | 1.347.724 | 460.848 | 250.265 | 321.447 | 3.592.273 | |
| Herwaarderingsreserves | -84.911 | 4.371 | -6.564 | -7.274 | -18.393 | -112.772 | |
| Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) | 0 | 6.614 | 0 | 0 | 0 | 6.614 | |
| Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) | 0 | 45 | 0 | 0 | 0 | 45 | |
| Afdekkingsreserve | -38.881 | 0 | -6.804 | -391 | -4 | -46.080 | |
| Actuariële winsten (verliezen) te bereiken doel-pensioenplannen | -25.948 | -2.289 | 0 | -1.305 | 2.306 | -27.236 | |
| Omrekeningsverschillen | -20.082 | 1 | 240 | -5.578 | -20.696 | -46.115 | |
| Ingekochte eigen aandelen (-) | 0 | 0 | 0 | 0 | -31.370 | -31.370 | |
| Minderheidsbelang | 726.712 | 130.503 | 356.588 | 0 | 6.328 | 1.220.131 | |
| II. Langlopende verplichtingen | 1.263.655 | 1.190.170 | 969.928 | 0 | 10.914 | -19.883 | 3.414.785 |
| Voorzieningen | 31.179 | 11.997 | 2.209 | 0 | 790 | 46.175 | |
| Pensioenverplichtingen | 76.686 | 6.017 | 32 | 0 | 516 | 83.250 | |
| Uitgestelde belastingverplichtingen | 97.417 | 0 | 60.877 | 0 | 1.483 | 159.777 | |
| Financiële schulden | 1.015.773 | 3.226 | 862.584 | 0 | 7.785 | -19.883 | 1.869.486 |
| Leningen van banken | |||||||
| 758.435 | 0 | 632.460 | 0 | 4.713 | 1.395.608 | ||
| Obligatieleningen | 58.151 | 0 | 183.783 | 0 | 0 | 241.934 | |
| Achtergestelde leningen | 44.677 | 0 | 0 | 0 | 4 | 44.680 | |
| Leasingschulden | 87.449 | 3.226 | 44.350 | 0 | 3.068 | 138.093 | |
| Overige financiële schulden | 67.062 | 0 | 1.992 | 0 | 0 | -19.883 | 49.170 |
| Afdekkingsinstrumenten op meer dan één jaar | 10.095 | 53.015 | 34.213 | 0 | 0 | 97.324 | |
| Overige schulden | 32.506 | 9.854 | 10.012 | 0 | 341 | 52.713 | |
| Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties | 0 | 1.106.061 | 0 | 0 | 0 | 1.106.061 | |
| Banken - deposito's van kredietinstellingen | 0 | 298.417 | 0 | 0 | 0 | 298.417 | |
| Banken - deposito's van klanten | 0 | 767.701 | 0 | 0 | 0 | 767.701 | |
| Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld | 0 | 39.943 | 0 | 0 | 0 | 39.943 | |
| III. Kortlopende verplichtingen | 2.224.491 | 5.410.434 | 325.540 | 7 | 75.828 | -4.509 | 8.031.790 |
| Voorzieningen | 31.602 | 44 | 6.217 | 0 | 220 | 38.083 | |
| Pensioenverplichtingen | 0 | 342 | 0 | 0 | 0 | 342 | |
| Financiële schulden | 424.300 | 5.218 | 221.234 | 0 | 42.262 | -3.150 | 689.864 |
| Leningen van banken | 213.566 | 0 | 96.955 | 0 | 9.250 | 319.771 | |
| Obligatieleningen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
| Achtergestelde leningen | 20.967 | 0 | 0 | 0 | 7 | 20.974 | |
| Leasingschulden | 27.556 | 2.068 | 2.308 | 0 | 2.007 | 33.939 | |
| Overige financiële schulden | 162.211 | 3.150 | 121.971 | 0 | 30.998 | -3.150 | 315.181 |
| Afdekkingsinstrumenten op ten hoogste één jaar | 7.750 | 1.164 | 0 | 0 | 0 | 8.914 | |
| Bedragen verschuldigd aan klanten voor onderhanden projecten | 301.202 | 0 | 0 | 0 | 7.990 | 309.192 | |
| Overige schulden op ten hoogste één jaar | 1.341.450 | 19.464 | 71.010 | 4 | 23.250 | -1.156 | 1.454.021 |
| Handelsschulden | 1.032.361 | 29 | 48.702 | 3 | 12.887 | -1.156 | 1.092.826 |
| Ontvangen vooruitbetalingen | 60.582 | 0 | 61 | 0 | 0 | 60.643 | |
| Schulden mbt bezoldigingen & sociale lasten | 177.090 | 10.201 | 10.098 | 0 | 9.642 | 207.031 | |
| Overige schulden | 71.418 | 9.234 | 12.148 | 0 | 720 | 93.521 | |
| Te betalen belastingen | 82.456 | 1.099 | 9.952 | 3 | 1.385 | 94.895 | |
| Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties | 0 | 5.378.292 | 0 | 0 | 0 | 5.378.292 | |
| Banken - deposito's van kredietinstellingen | 0 | 28.875 | 0 | 0 | 0 | 28.875 | |
| Banken - deposito's van klanten | 0 | 5.139.401 | 0 | 0 | 0 | 5.139.401 | |
| Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld | 0 | 210.016 | 0 | 0 | 0 | 210.016 | |
| Overlopende rekeningen | 35.731 | 4.811 | 17.126 | 0 | 722 | -203 | 58.187 |
| IV. Verplichtingen bestemd voor verkoop | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
| Totaal van het eigen vermogen en de verplichtingen | 5.341.935 | 8.083.202 | 2.106.339 | 242.998 | 478.662 | -24.392 | 16.228.744 |
| (€ 1.000) | Ontwikke lingskosten |
Concessies, octrooien & licenties |
Goodwill | Software | Overige immateriële vaste activa |
Vooruit betalingen |
Totaal |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Bewegingen in immateriële vaste activa - boekjaar 2020 |
|||||||
| Immateriële vaste activa, beginsaldo | 319 | 4.732 | 27.621 | 3.479 | 90.547 | 204 | 126.902 |
| Brutobedrag | 4.920 | 28.710 | 27.621 | 31.527 | 100.406 | 204 | 193.388 |
| Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) | -4.601 | -23.978 | 0 | -28.048 | -9.859 | 0 | -66.486 |
| Investeringen | 385 | 3.166 | 0 | 1.008 | 69 | 127 | 4.756 |
| Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties | 0 | 19.252 | 1.065 | 0 | 0 | 0 | 20.317 |
| Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) | 0 | -188 | 0 | -2 | 0 | 0 | -191 |
| Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) | 0 | 0 | 0 | 0 | -11 | 0 | -11 |
| Afschrijvingen & bijzondere WV (-) | -663 | -1.746 | 0 | -1.581 | -401 | 0 | -4.390 |
| Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen | 0 | -1 | 0 | -49 | -362 | 0 | -412 |
| Overboekingen van (naar) andere posten | 0 | 779 | 0 | 4 | 8 | 0 | 790 |
| Overige toename (afname) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Immateriële vaste activa, eindsaldo | 41 | 25.994 | 28.686 | 2.859 | 89.851 | 331 | 147.762 |
| Brutobedrag | 5.112 | 50.712 | 28.686 | 32.378 | 99.184 | 331 | 216.403 |
| Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) | -5.071 | -24.718 | 0 | -29.519 | -9.333 | 0 | -68.641 |
| Bewegingen in immateriële vaste activa - boekjaar 2021 |
|||||||
| Immateriële vaste activa, beginsaldo | 41 | 25.994 | 28.686 | 2.859 | 89.851 | 331 | 147.762 |
| Brutobedrag | 5.112 | 50.712 | 28.686 | 32.378 | 99.184 | 331 | 216.403 |
| Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) | -5.071 | -24.718 | 0 | -29.519 | -9.333 | 0 | -68.641 |
| Investeringen | 65 | 1.696 | 0 | 1.299 | 388 | 326 | 3.775 |
| Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties | 0 | 0 | 1.395 | 0 | 54 | 0 | 1.449 |
| Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) | 0 | 0 | 0 | -8 | 0 | 0 | -7 |
| Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Afschrijvingen & bijzondere WV (-) | -30 | -3.296 | -268 | -1.559 | -838 | 0 | -5.989 |
| Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen | -1 | 2 | 0 | 15 | 308 | 0 | 324 |
| Overboekingen van (naar) andere posten | 0 | -1.308 | 0 | 0 | 3.391 | 0 | 2.082 |
| Overige toename (afname) | 2 | -3 | 0 | -4 | 0 | 0 | -4 |
| Immateriële vaste activa, eindsaldo | 78 | 23.085 | 29.814 | 2.603 | 93.155 | 657 | 149.391 |
| Brutobedrag | 5.264 | 49.179 | 29.814 | 26.171 | 103.966 | 657 | 215.051 |
| Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) | -5.186 | -26.095 | 0 | -23.568 | -10.811 | 0 | -65.660 |
De immateriële vaste activa zijn in 2021 met 1,6 miljoen euro gestegen tot 149,4 miljoen euro. De voornaamste mutaties betreffen investeringen in licenties en software, de afschrijvingslast, de overboeking vanuit materiële vaste activa en de goodwill uit de overname door Anima van het woonzorgcentrum "Saint-Vincent" in Jumet. We verwijzen naar Toelichting 4. Bedrijfscombinaties & -verkopen voor meer details.
De immateriële vaste activa bestaan voor een groot deel uit 'trade names' voor 15,2 miljoen euro en 'databases' voor 69,3 miljoen euro die einde 2013 werden uitgedrukt in de geconsolideerde balans naar aanleiding van de controleverwerving over DEME. Deze immateriële vaste activa worden niet afgeschreven (oneindige levensduur) en worden mee opgenomen in de jaarlijkse impairment test van de goodwill ontstaan n.a.v. de controleverwerving over DEME (eind 2013, zie Toelichting 8. Goodwill).
Toelichting 8: Goodwill
Bewegingen in goodwill
De verwerving door middel van bedrijfscombinaties slaat integraal op de overname eind 2021 door CFE van de Poolse bedrijven van de Rolling Robotics groep. De goodwill op de acquisitie van het woonzorgcentrum Saint-Vincent (door Anima) werd namelijk nagenoeg volledig aan de immateriële vaste activa toegewezen. We
Per saldo is de goodwill voornamelijk toe te wijzen aan FinAx, aan DEME (n.a.v. de controleverwerving eind 2013), aan Biolectric Group en aan de dochterondernemingen aangehouden door DEME, CFE en Anima. Daarbij wordt opgemerkt dat de goodwill (cliënteel) in de geconsolideerde balans van Delen Private Bank van 228,0 miljoen euro hierin niet is vervat, aangezien Delen Private Bank wordt opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode. Deze goodwill resulteert vnl. uit de overname van Capital & Finance in 2007, JM Finn in 2011 en in beperkte mate
Bij indicaties van een eventuele waardevermindering en minstens jaarlijks onderwerpt AvH de goodwill op haar balans aan een impairmentanalyse. Hierbij wordt
verwijzen naar Toelichting 4. Bedrijfscombinaties.
Oyens & Van Eeghen (eind 2015) en Nobel (eind 2019).
(€ 1.000) 2021 2020
Goodwill, beginsaldo 325.937 331.550 Brutobedrag - integraal geconsolideerde participaties 349.582 349.660 Gecumuleerde bijzondere WV - integraal geconsolideerde participaties (-) -23.646 -18.110
Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties 2.203 14 Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) 0 0 Bijzondere WV opgenomen in de resultatenrekening (-) -311 -5.536 Overige toename (afname) 0 -92 Goodwill, eindsaldo 327.829 325.937 Brutobedrag - integraal geconsolideerde participaties 351.785 349.582 Gecumuleerde bijzondere WV - integraal geconsolideerde participaties (-) -23.956 -23.646
zowel de goodwill bedoeld die als dusdanig onder de post 'Goodwill' wordt opgevoerd in de geconsolideerde balans, als de goodwill die vervat zit in de actiefpost 'Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast'. Elke participatie van AvH wordt daarbij beschouwd als een afzonderlijke 'cash generating unit' (CGU). Vervolgens wordt als onderdeel van de impairment test een fair value bepaald voor elke CGU op basis van publiek beschikbare marktwaarderingen (analistenrapporten / beurskoers voor genoteerde ondernemingen / recente transacties). Indien na deze eerste stap, op basis van een fair value benadering, blijkt dat bijkomende onderbouwing nodig is, zal ook een gebruikswaarde worden bepaald vanuit het eigen AvH perspectief op basis van een 'discounted cash flow' (DCF) model of marktmultiples. Wanneer na deze tweede stap nog steeds een onvoldoende onderbouwing kan worden gevormd voor de goodwill in de balans, wordt overge-
gaan tot een bijzondere waardevermindering of 'impairment'.
De overige immateriële vaste activa komen voort uit de acquisities van Anima en uit software-ontwikkelingen bij Bank Van Breda. Daarnaast werd bij de acquisitie door DEME in 2020 van het Nederlandse SPT Offshore een deel van de waarde toegewezen aan de specifieke milieuvriendelijke "suction-pile"-technologie waarmee zowel vaste als vlottende structuren op de zeebodem kunnen worden verankerd.
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Bewegingen in goodwill | ||
| Goodwill, beginsaldo | 325.937 | 331.550 |
| Brutobedrag - integraal geconsolideerde participaties | 349.582 | 349.660 |
| Gecumuleerde bijzondere WV - integraal geconsolideerde participaties (-) | -23.646 | -18.110 |
| Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties | 2.203 | 14 |
| Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) | 0 | 0 |
| Bijzondere WV opgenomen in de resultatenrekening (-) | -311 | -5.536 |
| Overige toename (afname) | 0 | -92 |
| Goodwill, eindsaldo | 327.829 | 325.937 |
| Brutobedrag - integraal geconsolideerde participaties | 351.785 | 349.582 |
| Gecumuleerde bijzondere WV - integraal geconsolideerde participaties (-) | -23.956 | -23.646 |
De verwerving door middel van bedrijfscombinaties slaat integraal op de overname eind 2021 door CFE van de Poolse bedrijven van de Rolling Robotics groep. De goodwill op de acquisitie van het woonzorgcentrum Saint-Vincent (door Anima) werd namelijk nagenoeg volledig aan de immateriële vaste activa toegewezen. We verwijzen naar Toelichting 4. Bedrijfscombinaties.
Per saldo is de goodwill voornamelijk toe te wijzen aan FinAx, aan DEME (n.a.v. de controleverwerving eind 2013), aan Biolectric Group en aan de dochterondernemingen aangehouden door DEME, CFE en Anima. Daarbij wordt opgemerkt dat de goodwill (cliënteel) in de geconsolideerde balans van Delen Private Bank van 228,0 miljoen euro hierin niet is vervat, aangezien Delen Private Bank wordt opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode. Deze goodwill resulteert vnl. uit de overname van Capital & Finance in 2007, JM Finn in 2011 en in beperkte mate Oyens & Van Eeghen (eind 2015) en Nobel (eind 2019).
Bij indicaties van een eventuele waardevermindering en minstens jaarlijks onderwerpt AvH de goodwill op haar balans aan een impairmentanalyse. Hierbij wordt zowel de goodwill bedoeld die als dusdanig onder de post 'Goodwill' wordt opgevoerd in de geconsolideerde balans, als de goodwill die vervat zit in de actiefpost 'Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast'. Elke participatie van AvH wordt daarbij beschouwd als een afzonderlijke 'cash generating unit' (CGU). Vervolgens wordt als onderdeel van de impairment test een fair value bepaald voor elke CGU op basis van publiek beschikbare marktwaarderingen (analistenrapporten / beurskoers voor genoteerde ondernemingen / recente transacties). Indien na deze eerste stap, op basis van een fair value benadering, blijkt dat bijkomende onderbouwing nodig is, zal ook een gebruikswaarde worden bepaald vanuit het eigen AvH perspectief op basis van een 'discounted cash flow' (DCF) model of marktmultiples. Wanneer na deze tweede stap nog steeds een onvoldoende onderbouwing kan worden gevormd voor de goodwill in de balans, wordt overgegaan tot een bijzondere waardevermindering of 'impairment'.
| (€ 1.000) | Terreinen en gebouwen |
Installaties machines en uitrusting |
Meubilair en rollend materieel |
Overige materiële vaste activa |
Activa in aanbouw & vooruitbet. |
Totaal 2020 |
|---|---|---|---|---|---|---|
| I. Bewegingen in materiële vaste activa - boekjaar 2020 |
||||||
| Materiële vaste activa, beginsaldo | 403.032 | 1.899.461 | 53.457 | 5.245 | 547.971 | 2.909.167 |
| Brutobedrag | 548.677 | 4.126.733 | 140.622 | 15.994 | 547.971 | 5.379.997 |
| Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) | -145.645 | -2.227.272 | -87.164 | -10.749 | 0 | -2.470.831 |
| Impact IFRS-wijzigingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Investeringen | 42.742 | 99.315 | 23.931 | 489 | 108.134 | 274.611 |
| Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties | 4.341 | 4.039 | 457 | 0 | 1.071 | 9.908 |
| Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) | -5.198 | -1.685 | -2.447 | -18 | -4.935 | -14.282 |
| Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) | 0 | -119 | 0 | 0 | -128 | -247 |
| Afschrijvingen & bijzondere WV (-) | -33.119 | -288.320 | -23.939 | -1.027 | 0 | -346.406 |
| Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen | -1.467 | -4.052 | -209 | -1 | -327 | -6.057 |
| Overboekingen van (naar) andere posten | 5.084 | 126.784 | 2.275 | 49 | -135.334 | -1.141 |
| Overige toename (afname) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Materiële vaste activa, eindsaldo | 415.415 | 1.835.423 | 53.525 | 4.736 | 516.454 | 2.825.552 |
| Brutobedrag | 592.112 | 4.221.775 | 151.275 | 14.993 | 516.454 | 5.496.608 |
| Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) | -176.696 | -2.386.353 | -97.750 | -10.257 | 0 | -2.671.056 |
| II. Overige informatie | ||||||
| Leasing | ||||||
| Nettoboekwaarde van MVA via leasing | 121.572 | 7.922 | 36.364 | 165.858 | ||
| Materiële vaste activa verworven via leasing | 26.599 | 4.817 | 17.655 | 49.070 |
| (€ 1.000) | Terreinen en gebouwen |
Installaties machines en uitrusting |
Meubilair en rollend materieel |
Overige materiële vaste activa |
Activa in aanbouw & vooruitbet. |
Totaal 2021 |
|---|---|---|---|---|---|---|
| I. Bewegingen in materiële vaste activa - boekjaar 2021 |
||||||
| Materiële vaste activa, beginsaldo | 415.415 | 1.835.423 | 53.525 | 4.736 | 516.454 | 2.825.552 |
| Brutobedrag | 592.112 | 4.221.775 | 151.275 | 14.993 | 516.454 | 5.496.608 |
| Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) | -176.696 | -2.386.353 | -97.750 | -10.257 | 0 | -2.671.056 |
| Impact IFRS-wijzigingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Investeringen | 48.327 | 153.489 | 29.869 | 1.604 | 139.473 | 372.761 |
| Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties | 1.985 | 141 | 52 | 0 | 0 | 2.178 |
| Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) | -9.021 | -24.508 | -664 | 84 | -348 | -34.457 |
| Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) | 0 | -106 | -803 | -4 | 0 | -913 |
| Afschrijvingen & bijzondere WV (-) | -34.055 | -311.057 | -25.340 | -822 | 0 | -371.273 |
| Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen | 1.266 | 2.504 | 88 | -1 | 404 | 4.262 |
| Overboekingen van (naar) andere posten | 2.667 | 288.323 | -1.675 | 1.412 | -325.991 | -35.263 |
| Overige toename (afname) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Materiële vaste activa, eindsaldo | 426.584 | 1.944.209 | 55.051 | 7.009 | 329.992 | 2.762.846 |
| Brutobedrag | 624.902 | 4.504.531 | 158.421 | 18.604 | 329.992 | 5.636.450 |
| Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) | -198.318 | -2.560.322 | -103.370 | -11.595 | 0 | -2.873.604 |
| II. Overige informatie | ||||||
| Leasing | ||||||
| Nettoboekwaarde van MVA via leasing | 130.674 | 9.919 | 38.696 | 179.290 | ||
| Materiële vaste activa verworven via leasing | 31.788 | 4.377 | 23.396 | 59.561 |
De materiële vaste activa bedragen op 31 december 2021 2.762.8 miljoen euro, een lichte daling met 62,7 miljoen euro ten opzichte van vorig jaar. De belangrijkste activa in gebruik betreffen de vloot van DEME (76%), het vastgoed van de woonzorgcentra van Anima (8%) en per saldo de kantoren, de machine- en wagenparken van CFE, Bank Van Breda, Rent-A-Port, Nextensa, Agidens, Biolectric en AvH.
De activa in aanbouw (330 miljoen euro) hebben voornamelijk betrekking op schepen in aanbouw bij DEME (o.a. het installatieschip Orion met verwachte oplevering in de eerste jaarhelft van 2022) en de nieuwbouwresidentie van Anima op de Tour & Taxis-site.
werden in 2021 in gebruik genomen. Per saldo dalen DEME's materiële vaste activa, als gevolg van afschrijvingen (reguliere en bijzondere waardeverminderingen) en door de overboeking van het offshore installatieschip Thor naar "Activa bestemd voor verkoop". Per 31 december 2021 bedraagt het bevestigde saldo aan nog uit te voeren activa in aanbouw 251,7 miljoen euro, voornamelijk met betrekking tot het schip 'Orion' en de upgrades van de schepen 'Viking Neptun' en 'Sea Installer'. Anima investeerde 10,9 miljoen euro, waarvan 7,9 miljoen euro in de in 2021 zorgen niet voor een noemenswaardige verhoging van de afschrijvingslast in 2021, wat verklaard wordt door het slechts prorata temporis afschrijven van tuigen die in de loop van het jaar (2021 : Spartacus, Groene Wind en 2020 : Scheldt River, Thames River) in gebruik werden genomen en door de versnelde afschrijvingen op
De bijzondere waardeverminderingen van 26,4 miljoen euro zijn voor 25,5 miljoen euro toe te wijzen aan DEME's snijkopzuigers 'Al Mahaar' en 'Al Jarraf', op basis
Projectontwikkelingen
Activa bestemd
voor verkoop Totaal
225.495 226.468
bepaalde tuigen in 2020.
gebouwen
Vastgoedbeleggingen, beginsaldo 1.124.702 211.391 444 1.336.537 Brutobedrag 1.124.702 211.391 444 1.336.537
Investeringen 27.394 18.995 0 46.388 Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties 0 0 0 0 Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) -16.118 0 -244 -16.363 Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) 0 0 0 0 Winsten(verliezen) door aanpassing van reële waarde 32.168 -772 0 31.396 Overboekingen van (naar) andere posten 190.160 -184.859 0 5.300 Overige toename (afname) 11.017 -20 0 10.997 Vastgoedbeleggingen, eindsaldo 1.369.323 44.734 199 1.414.256 Brutobedrag 1.369.323 44.734 199 1.414.256
Vastgoedbeleggingen, beginsaldo 1.369.323 44.734 199 1.414.256 Brutobedrag 1.369.323 44.734 199 1.414.256
Investeringen 30.578 5.902 0 36.479 Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties 0 0 0 0 Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) -22.584 0 -97 -22.680 Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) 0 0 0 0 Winsten(verliezen) door aanpassing van reële waarde -4.509 -2.520 0 -7.029 Overboekingen van (naar) andere posten -132.840 -7.929 141.157 388 Overige toename (afname) -13.005 0 0 -13.005 Vastgoedbeleggingen, eindsaldo 1.226.963 40.187 141.259 1.408.409 Brutobedrag 1.226.963 40.187 141.259 1.408.409
(€ 1.000) 2021 2020
Verkopen van gronden 0 1.464 Huurinkomsten 69.127 68.742 Overige vastgoedopbrengsten (o.m. promotie-opbrengsten) 156.368 156.263
Huurrendement (%) 5,20% 5,63% Bezettingsgraad (%) 89,09% 91,62% Gewogen gemiddelde looptijd tot eerste break (# jaren) 3,73 3,85
van de verwachte lage bezettingsgraden.
De totale afschrijvingslast op de materiële vaste activa bedraagt 344,8 miljoen euro en blijft op hetzelfde niveau als in 2020. DEME neemt daarvan 301,4 miljoen euro voor haar rekening, een bedrag dat eveneens nagenoeg ongewijzigd is ten opzichte van het jaar voordien. DEME's aanzienlijke investeringen van het jaar
Toelichting 10: Vastgoedbeleggingen gewaardeerd aan reële waarde
I. Bewegingen in vastgoedbeleggingen aan reële waarde - boekjaar
I. Bewegingen in vastgoedbeleggingen aan reële waarde - boekjaar
Opdeling vastgoedopbrengsten in de resultatenrekening
Kerncijfers - gebouwen in portefeuille Nextensa (exclusief projectontwikkelingen)
(€ 1.000) Verhuurde
aanbouw zijnde nieuwbouwresidentie op Tour & Taxis.
2020
2021
DEME zette haar investeringen in 2021 onverstoord door en investeerde 282,0 miljoen euro. De snijkopzuiger Spartacus en het onderhoudsschip Groenewind werden in 2021 in gebruik genomen. Per saldo dalen DEME's materiële vaste activa, als gevolg van afschrijvingen (reguliere en bijzondere waardeverminderingen) en door de overboeking van het offshore installatieschip Thor naar "Activa bestemd voor verkoop". Per 31 december 2021 bedraagt het bevestigde saldo aan nog uit te voeren activa in aanbouw 251,7 miljoen euro, voornamelijk met betrekking tot het schip 'Orion' en de upgrades van de schepen 'Viking Neptun' en 'Sea Installer'. Anima investeerde 10,9 miljoen euro, waarvan 7,9 miljoen euro in de in aanbouw zijnde nieuwbouwresidentie op Tour & Taxis.
De totale afschrijvingslast op de materiële vaste activa bedraagt 344,8 miljoen euro en blijft op hetzelfde niveau als in 2020. DEME neemt daarvan 301,4 miljoen euro voor haar rekening, een bedrag dat eveneens nagenoeg ongewijzigd is ten opzichte van het jaar voordien. DEME's aanzienlijke investeringen van het jaar 2021 zorgen niet voor een noemenswaardige verhoging van de afschrijvingslast in 2021, wat verklaard wordt door het slechts prorata temporis afschrijven van tuigen die in de loop van het jaar (2021 : Spartacus, Groene Wind en 2020 : Scheldt River, Thames River) in gebruik werden genomen en door de versnelde afschrijvingen op bepaalde tuigen in 2020.
De bijzondere waardeverminderingen van 26,4 miljoen euro zijn voor 25,5 miljoen euro toe te wijzen aan DEME's snijkopzuigers 'Al Mahaar' en 'Al Jarraf', op basis van de verwachte lage bezettingsgraden.
| (€ 1.000) | Verhuurde gebouwen |
Projectontwik kelingen |
Activa bestemd voor verkoop |
Totaal |
|---|---|---|---|---|
| I. Bewegingen in vastgoedbeleggingen aan reële waarde - boekjaar 2020 |
||||
| Vastgoedbeleggingen, beginsaldo | 1.124.702 | 211.391 | 444 | 1.336.537 |
| Brutobedrag | 1.124.702 | 211.391 | 444 | 1.336.537 |
| Investeringen | 27.394 | 18.995 | 0 | 46.388 |
| Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) | -16.118 | 0 | -244 | -16.363 |
| Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Winsten(verliezen) door aanpassing van reële waarde | 32.168 | -772 | 0 | 31.396 |
| Overboekingen van (naar) andere posten | 190.160 | -184.859 | 0 | 5.300 |
| Overige toename (afname) | 11.017 | -20 | 0 | 10.997 |
| Vastgoedbeleggingen, eindsaldo Brutobedrag |
1.369.323 1.369.323 |
44.734 44.734 |
199 199 |
1.414.256 1.414.256 |
| I. Bewegingen in vastgoedbeleggingen aan reële waarde - boekjaar 2021 |
||||
| Vastgoedbeleggingen, beginsaldo | 1.369.323 | 44.734 | 199 | 1.414.256 |
| Brutobedrag | 1.369.323 | 44.734 | 199 | 1.414.256 |
| Investeringen | 30.578 | 5.902 | 0 | 36.479 |
| Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) | -22.584 | 0 | -97 | -22.680 |
| Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Winsten(verliezen) door aanpassing van reële waarde | -4.509 | -2.520 | 0 | -7.029 |
| Overboekingen van (naar) andere posten | -132.840 | -7.929 | 141.157 | 388 |
| Overige toename (afname) | -13.005 | 0 | 0 | -13.005 |
| Vastgoedbeleggingen, eindsaldo | 1.226.963 | 40.187 | 141.259 | 1.408.409 |
| Brutobedrag | 1.226.963 | 40.187 | 141.259 | 1.408.409 |
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Opdeling vastgoedopbrengsten in de resultatenrekening | ||
| Verkopen van gronden | 0 | 1.464 |
| Huurinkomsten | 69.127 | 68.742 |
| Overige vastgoedopbrengsten (o.m. promotie-opbrengsten) | 156.368 | 156.263 |
| 225.495 | 226.468 | |
| Kerncijfers - gebouwen in portefeuille Nextensa (exclusief projectontwikkelingen) | ||
| Huurrendement (%) | 5,20% | 5,63% |
| Bezettingsgraad (%) | 89,09% | 91,62% |
Op 19 juli 2021 creëerde AvH een geïntegreerde vastgoedgroep door het samenbrengen van haar controlebelangen in de vastgoedspelers Leasinvest Real Estate en Extensa (we verwijzen naar Toelichting 6. Segment informatie voor meer toelichting). Deze combinatie van de twee vastgoedspelers zorgt voor een unieke marktpositie door recurrente huurinkomsten uit vastgoedinvesteringen te koppelen aan het meerwaardepotentieel van ontwikkelingsactiviteiten waarin authenticiteit en duurzaamheid voorop staan. Deze transactie heeft geen impact op de presentatie van de vastgoedbeleggingen in de geconsolideerde balans van AvH aangezien beide controlebelangen reeds integraal consolideerd werden.
Nextensa investeerde 36,5 miljoen euro waarvan 13,4 miljoen euro toe te schrijven is aan investeringen aan diverse gebouwen in eigendom op de site van Tour & Taxis. De uitbreiding van het shoppingcenter Knauf Schmiede, de herpositionering/renovatie van het EBBC business park (Moonar) en de bouw van het kantoorgebouw Monteco verklaren nagenoeg het saldo.
Nextensa erkende 7,0 miljoen euro negatieve waarde-aanpassingen op haar vastgoedportefeuille, vooral te wijten aan de Knauf shoppingcentra die nog te lijden hadden onder de Covid-pandemie.
In 2021 werden de resterende semi-industriële panden van het Brixton Business Park en een niet-strategische supermarkt in Diekirch (Luxemburg) verkocht. Dit resulteerde in een meerwaarde van 4,4 miljoen euro.
De strategie van Nextensa heeft tot doel om de portefeuille in lijn te brengen met de nieuwe investeringscriteria. In dit kader werden ook verkoopovereenkomsten met opschortende voorwaarden getekend voor drie andere gebouwen, namelijk The Crescent (Anderlecht, België), Monnet 4 (Kirchberg, Luxemburg) en Titanium (Cloche d'Or, Luxemburg). Deze gebouwen werden geherclaseerd naar de balansrubriek 'Activa bestemd voor verkoop'. Twee gebouwen (The Crescent en Monnet) werden inmiddels in februari 2022 verkocht. Voorts bezit ook Anima nog een aantal kleinere eigendommen bestemd voor verkoop.
Nextensa hanteert volgende methoden om de reële waarde te bepalen conform IFRS 13:
De reële waarde is de resultante van het toegepast rendement op de geschatte huurwaarde (kapitalisatiemethode of marktbenadering) gecorrigeerd met de geactualiseerde waarde (NPV) van het verschil tussen de huidige actuele huur en de geschatte huurwaarde op datum van de evaluatie, en dit voor de periode tot aan de volgende opzegmogelijkheid van de lopende huurcontracten.
De DCF-methode bestaat erin de huidige waarde van de toekomstige kasstromen te bepalen. De toekomstige huurinkomsten worden ingeschat op basis van de bestaande contractuele huurprijzen en de verwachtingen van de vastgoedmarkt voor elk gebouw in de daaropvolgende periodes. Daarnaast worden ook de toekomstige onderhoudskosten geschat en in rekening gebracht. De gehanteerde actualisatievoet houdt rekening met de door de markt vooropgestelde risicopremie voor het object. De bekomen waarde wordt daarnaast nog getoetst aan de markt op basis van de bepaling van de residuele grondwaarde.
Activa klasse
Retail Groothertogdom
Kantoren Groothertogdom
Reële waarde 2021 (€ 1.000)
Luxemburg & België 370.170 348.800 Actualisatie van
Luxemburg 283.280 280.120 Actualisatie van
Kantoren België 436.610 259.230 Actualisatie van
Totaal 1.407.919 1.141.190
De vastgoedportefeuille van Nextensa werd gewaardeerd op 1,4 miljard euro op 31 december 2021. Aan de oorspronkelijke portefeuille van Leasinvest Real Estate van ca. 1,1 miljard euro, werden de historische panden op de site van Tour & Taxis toegevoegd uit de vroegere Extensa portefeuille. Deze panden omvatten Gare Maritime, Maison de la Poste, de Sheds, Hôtel des Douanes en de (ondergrondse)
Reële waarde 2020 (€ 1.000)
Retail Oostenrijk 185.369 181.050 DCF (discounted a) Gemiddelde gewogen geschatte
Waarderings-
de geschatte
de geschatte
huuropbrengsten b) Gemiddelde gewogen geschatte
terminale waarde na 10j.
huuropbrengsten b) Gemiddelde gewogen geschatte
huuropbrengsten b) Gemiddelde gewogen geschatte
Andere 132.490 71.990 DCF (discounted a) Vork geschatte huurwaarde a) [2,24 €/m² - 7,30 € /m²] a) [4,76 €/m² - 8,14 € /m²] cash flow of b) Gemiddelde gewogen geschatte
techniek Belangrijkste inputs 31/12/2021 Min-Max (gewo-
gen gemiddelde)
a) Vork geschatte huurwaarde a) [0,34 €/m² - 17,61 € /m²] a) [9,34 €/m² - 18,04 € /m²]
huurwaarde b) [11,26 € /m²] b) [12,53 € /m²] c) Kapitalisatievoet vork c) [1,77% - 7,58%] c) [5,29% - 7,84%] d) Gem. gewogen kap.voet d) [6,61%] d) [6,70%] e) Resterende looptijd e) 2,72 jaar e) 3,65 jaar f) Aantal m² f) 170 731 m² f) 153 245 m²
huurwaarde a) [12,32 €/m²] a) [11,84 €/m²]
d) Resterende looptijd d) 4,49 jaar d) 5,07 jaar e) Aantal m² e) 69 533 m² e) 69 533 m²
de geschatte a) Vork geschatte huurwaarde a) [16,52 €/m² - 40,28 € /m²] a) [12,49 €/m² - 49,81 € /m²]
huurwaarde b) [22,99 €/m²] b) [25,60 €/m²] c) Kapitalisatievoet vork c) [3,75% - 6,10%] c) [3,75% - 6,25%] d) Gem. gewogen kap.voet d) [4,91%] d) [5,36%] e) Resterende looptijd e) 2,40 jaar e) 2,96 jaar f) Aantal m² f) 45 433 m² f) 41 306 m²
huurwaarde b) [12,37 €/m²] b) [13,02 €/m²] c) Kapitalisatievoet vork c) [3,60% - 8,75%] c) [3,75% - 8,75%] d) Gem. gewogen kap.voet d) [4,56%] d) [5,46%] e) Resterende looptijd e) 6,76 jaar e) 5,58 jaar f) Aantal m² f) 132 455 m² f) 87 590 m²
huurwaarde b) [2,24 € /m²] b) [6,46 € /m²]
f) Aantal m² f) 47 057 m² f) 32 748 m²
zoals parkings en evenementenvastgoed.
parkings op de site. Door deze toevoeging is het aandeel van België in de portefeuille gestegen naar 42%. Luxemburg blijft evenwel de grootste markt met 45% en Oostenrijk vertegenwoordigt 13%. Naar typologie bestaat de portefeuille voor 51% uit kantoren en voor 39% uit retail. De laatste 10% betreft 'Ander' vastgoed,
actualisatie van c) Gemiddelde discontovoet c) 5,02% c) 5,61% kasstromen tegen d) Economische levensduur d) 30 jaar d) 30 jaar discontovoet) e) Resterende looptijd e) 2,35 jaar e) 2,38 jaar
a) Vork geschatte huurwaarde a) [10,09 €/m² - 27,98 €/m²] a) [8,33 €/m² - 27,52 €/m²]
cash flow) b) Kapitalisatievoet vork b) [5,20% - 5,80%] b) [4,97% - 5,90%] c) Kapitalisatievoet berekening c) [5,46%] c) [5,44%]
31/12/2020 Min-Max (gewogen gemiddelde)
Te renoveren gebouwen of die reeds onder renovatie zijn of geplande projecten worden geëvalueerd aan de hand van de waarde na renovatie verminderd met het bedrag van de resterende werken inclusief kosten, interesten, leegstand en een risicopremie.
Activa en passiva die na hun initiële boeking gewaardeerd worden aan reële waarde, kunnen worden voorgesteld onder drie niveaus (1-3):
De vastgoedbeleggingen van Nextensa vallen onder niveau 3. De waarderingen per eind 2021 zijn uitgevoerd door externe schatters: Cushman & Wakefield, Stadim (BeLux) en Oerag (Oostenrijk). Deze tabel hieronder geeft een overzicht van de toegepaste waarderingstechnieken per activa.
| Activa klasse | Reële waarde 2021 (€ 1.000) |
Reële waarde 2020 (€ 1.000) |
Waarderings techniek |
Belangrijkste inputs | 31/12/2021 Min-Max (gewo gen gemiddelde) |
31/12/2020 Min-Max (gewo gen gemiddelde) |
|
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Retail Groothertogdom | 370.170 | 348.800 | Actualisatie van | a) Vork geschatte huurwaarde | a) [0,34 €/m² - 17,61 € /m²] | a) [9,34 €/m² - 18,04 € /m²] | |
| Luxemburg & België | de geschatte huuropbrengsten |
b) Gemiddelde gewogen geschatte huurwaarde c) Kapitalisatievoet vork d) Gem. gewogen kap.voet e) Resterende looptijd f) Aantal m² |
b) [11,26 € /m²] c) [1,77% - 7,58%] d) [6,61%] e) 2,72 jaar f) 170 731 m² |
b) [12,53 € /m²] c) [5,29% - 7,84%] d) [6,70%] e) 3,65 jaar f) 153 245 m² |
|||
| Retail Oostenrijk | 185.369 | 181.050 | DCF (discounted | a) Gemiddelde gewogen geschatte | |||
| cash flow) | huurwaarde b) Kapitalisatievoet vork |
a) [12,32 €/m²] b) [5,20% - 5,80%] |
a) [11,84 €/m²] b) [4,97% - 5,90%] |
||||
| c) Kapitalisatievoet berekening | c) [5,46%] | c) [5,44%] | |||||
| terminale waarde na 10j. | |||||||
| d) Resterende looptijd | d) 4,49 jaar | d) 5,07 jaar | |||||
| e) Aantal m² | e) 69 533 m² | e) 69 533 m² | |||||
| Kantoren Groothertogdom Luxemburg |
283.280 | 280.120 | Actualisatie van de geschatte |
a) Vork geschatte huurwaarde | a) [16,52 €/m² - 40,28 € /m²] | a) [12,49 €/m² - 49,81 € /m²] | |
| huuropbrengsten | b) Gemiddelde gewogen geschatte huurwaarde c) Kapitalisatievoet vork d) Gem. gewogen kap.voet e) Resterende looptijd f) Aantal m² |
b) [22,99 €/m²] c) [3,75% - 6,10%] d) [4,91%] e) 2,40 jaar f) 45 433 m² |
b) [25,60 €/m²] c) [3,75% - 6,25%] d) [5,36%] e) 2,96 jaar f) 41 306 m² |
||||
| Kantoren België | 436.610 | 259.230 | Actualisatie van de geschatte huuropbrengsten |
a) Vork geschatte huurwaarde b) Gemiddelde gewogen geschatte huurwaarde c) Kapitalisatievoet vork d) Gem. gewogen kap.voet e) Resterende looptijd f) Aantal m² |
a) [10,09 €/m² - 27,98 €/m²] b) [12,37 €/m²] c) [3,60% - 8,75%] d) [4,56%] e) 6,76 jaar f) 132 455 m² |
a) [8,33 €/m² - 27,52 €/m²] b) [13,02 €/m²] c) [3,75% - 8,75%] d) [5,46%] e) 5,58 jaar f) 87 590 m² |
|
| Andere | 132.490 | 71.990 | DCF (discounted cash flow of actualisatie van kasstromen tegen discontovoet) |
a) Vork geschatte huurwaarde b) Gemiddelde gewogen geschatte huurwaarde c) Gemiddelde discontovoet d) Economische levensduur e) Resterende looptijd f) Aantal m² |
a) [2,24 €/m² - 7,30 € /m²] b) [2,24 € /m²] c) 5,02% d) 30 jaar e) 2,35 jaar f) 47 057 m² |
a) [4,76 €/m² - 8,14 € /m²] b) [6,46 € /m²] c) 5,61% d) 30 jaar e) 2,38 jaar f) 32 748 m² |
|
| Totaal | 1.407.919 | 1.141.190 |
De vastgoedportefeuille van Nextensa werd gewaardeerd op 1,4 miljard euro op 31 december 2021. Aan de oorspronkelijke portefeuille van Leasinvest Real Estate van ca. 1,1 miljard euro, werden de historische panden op de site van Tour & Taxis toegevoegd uit de vroegere Extensa portefeuille. Deze panden omvatten Gare Maritime, Maison de la Poste, de Sheds, Hôtel des Douanes en de (ondergrondse) parkings op de site. Door deze toevoeging is het aandeel van België in de portefeuille gestegen naar 42%. Luxemburg blijft evenwel de grootste markt met 45% en Oostenrijk vertegenwoordigt 13%. Naar typologie bestaat de portefeuille voor 51% uit kantoren en voor 39% uit retail. De laatste 10% betreft 'Ander' vastgoed, zoals parkings en evenementenvastgoed.
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast | ||
| Marine Engineering & Contracting | 267.220 | 221.680 |
| Private Banking | 805.182 | 740.957 |
| Real Estate & Senior Care | 44.287 | 31.447 |
| Energy & Resources | 288.169 | 242.598 |
| AvH & Growth Capital | 242.338 | 219.388 |
| Totaal | 1.647.196 | 1.456.070 |
| (€ 1.000) | Vermogens mutatiewaarde |
Goodwill opgenomen in VM-waarde |
Totaal 2021 | Totaal 2020 |
|---|---|---|---|---|
| Bewegingen in ondernemingen waarop vermogensmutatie is toege past |
||||
| Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast: beginsaldo | 1.347.679 | 108.390 | 1.456.070 | 1.202.477 |
| Aanschaffingen | 20.897 | 4.832 | 25.729 | 147.924 |
| Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Overdrachten (-) | -4.051 | 0 | -4.051 | -4.953 |
| Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) | 139 | 0 | 139 | 0 |
| Aandeel in winst (verlies) van de ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast | 255.191 | 0 | 255.191 | 179.253 |
| Bijzondere WV opgenomen in de winst- en verliesrekening (-) | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen | 35.118 | 0 | 35.118 | -43.066 |
| Impact dividenden uitgekeerd door deelnemingen (-) | -111.962 | -536 | -112.497 | -38.040 |
| Overboekingen van (naar) andere posten | -26.135 | -9.370 | -35.505 | 21.585 |
| Overige toename (afname) | 27.182 | -179 | 27.003 | -9.111 |
| Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast: eindsaldo | 1.544.058 | 103.138 | 1.647.196 | 1.456.070 |
De "Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast" omvatten de participaties in gezamenlijke deelnemingen of in participaties waarin geen controlebelang wordt aangehouden. Dit is o.m. het geval voor Delen Private Bank, voor de offshore windparken Rentel, SeaMade en C-Power, SIPEF, Sagar Cements en ook voor de meeste deelnemingen binnen het "Growth Capital"-gedeelte van de AvHportefeuille. De stijging van de "Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast" voor een bedrag van 191,1 miljoen euro is te verklaren door AvH's 255,2 miljoen euro aandeel in de winsten van deze deelnemingen, maar wordt verminderd met de dividenden die deze deelnemingen uitkeren naar AvH. Bovendien heeft AvH Growth Capital in 2021 een nieuwe deelneming verworven in Van Moer Logistics. Als gevolg van de aangekondigde verkoop van de deelneming in Manuchar, die naar verwachting in de loop van het tweede trimester van 2022 zal worden afgerond, werd deze participatie op jaareinde 2021 reeds overgebracht naar "Activa bestemd voor verkoop".
De overdrachten beperkten zich voornamelijk tot de verkoop door CFE van een aantal vastgoedpromoties die in partnership met andere partijen werden aangehouden. De overdracht door bedrijfsafsplitsing houdt verband met de verkoop van de divisie Agidens Infra Automation door Agidens.
De post 'Overboekingen van (naar) andere posten' wordt hoofdzakelijk verklaard door het overboeken van de participatie Manuchar naar 'Activa bestemd voor verners (20,0%) en Van Moer Logistics (21,7%) opgenomen. Voor een meer gedetailleerde beschrijving van de wijzigingen in de perimeter verwijzen we naar Toe-
Een aantal van bovenvermelde participaties zijn beurgenoteerd. Indien de belangen in SIPEF, en Sagar Cements op basis van de beurskoers van eind 2021 zouden gewaardeerd worden, zouden deze participaties een beurswaarde vertegenwoordigen van respectievelijk 211,5 miljoen euro en 82,1 miljoen euro. Ingeval de beurswaarde op jaareinde lager was dan de vermogensmutatiewaarde, is op basis van andere elementen nagegaan of een impairment nodig was. Dit was eind 2021
Onrechtstreeks aangehouden participaties opgenomen volgens de
De integrale consolidatie van CFE, DEME, Rent-A-Port en Green Offshore geeft aanleiding tot de opname van hun gemeenschappelijke dochterondernemingen en geassocieerde deelnemingen voor een totaal bedrag van 267,2 miljoen euro, met als voornaamste: de belangen van DEME in C-Power (6,5%), van DEME/Green Offshore in Rentel (18,9% resp. 12,5%) en in SeaMade (13,2% resp. 8,75%), van DEME in CDWE Taiwan, Deeprock en GEM/EMW alsook de met partners opgezette vastgoed- en PPS-projecten bij CFE en havengebonden partnerships bij Rent-A-
2021 2020 2021 2020
2021 2020 2021 2020
lichting 6. Segmentinformatie.
vermogensmutatiemethode
niet het geval.
Port.
(€ 1.000) Reële waarde Boekwaarde
Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL) 225.541 182.546 225.541 182.546 Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) 507.529 474.991 507.529 474.991 Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) 259 173 259 173 Financiële activa - at amortised cost 20.005 20.003 20.005 20.003
Financiële vaste activa - vorderingen en borgtochten 158.687 129.022 158.687 129.022 Overige vorderingen 146.332 148.361 146.332 148.361 Handelsvorderingen 628.710 616.808 628.710 616.808 Liquide middelen 883.730 842.408 883.730 842.408 Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten 7.504.969 7.057.378 7.136.598 6.622.097 Afdekkingsinstrumenten 5.945 11.678 5.945 11.678
(€ 1.000) Reële waarde Boekwaarde
Leningen van banken 1.571.727 1.722.838 1.552.702 1.715.379 Obligatieleningen 248.960 244.769 246.164 241.934 Achtergestelde leningen 97.344 66.714 95.152 65.655 Leasingschulden 185.713 172.129 185.712 172.031 Overige financiële schulden 301.887 364.351 301.887 364.351
Handelsschulden 1.145.112 1.092.826 1.145.112 1.092.826 Ontvangen vooruitbetalingen 101.080 60.643 101.080 60.643 Schulden mbt bezoldigingen & sociale lasten 220.085 207.031 220.085 207.031 Overige schulden 98.411 93.521 98.411 93.521 Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 7.059.336 6.517.445 7.038.871 6.484.353 Afdekkingsinstrumenten 90.348 106.237 90.348 106.237
De Post 'Overige toename (afname)' reflecteert bewegingen in het eigen vermogen van de deelnemingen, waarbij de positieve evolutie in 2021 van de cashflow hedges bij de participaties van DEME en Green Offshore in Rentel en SeaMade zwaar doorwegen. Andere bewegingen in het eigen vermogen van de deelnemingen betreffen o.a. de eliminaties van resultaten op verkopen van eigen aandelen, de impact van uitkoop van minderheidsbelangen, alsook de impact van de waar-
Rechtstreeks aangehouden participaties opgenomen volgens de
AvH past de vermogensmutatiemethode toe op de gemeenschappelijke dochterondernemingen Delen Private Bank (78,75%), SIPEF (35,1%), Verdant Bioscience (42%), Amsteldijk Beheer (50%), Manuchar (30,0%, geherclasseerd naar 'Activa bestemd voor verkoop'), Turbo's Hoet Groep (50%) en Telemond (50%). In deze balansrubriek zijn tevens de geassocieerde deelneming in Sagar Cements (21,9%), Axe Investments (48,3%), Financière EMG (22,5%), Mediahuis (13,5%), OM Part-
dering van de aankoopverplichting die op bepaalde aandelen rust.
Toelichting 12: Financiële activa en passiva
Financiële passiva gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs
koop' als gevolg van de aangekondigde verkoop.
vermogensmutatiemethode
Financiële activa
Vorderingen en liquiditeiten
Financiële passiva
Financiële schulden
Overige schulden
Zoals dit ook in voorgaande jaren reeds het geval was, levert het opnemen van de winst (verlies) van ondernemingen waarop vermogensmutatie wordt toegepast een belangrijke bijdrage tot de groepswinst van AvH. Op deze lijn wordt de (netto) winstbijdrage van AvH voor haar aandeel in o.a. Delen Private Bank, SIPEF, Sagar Cements en de meeste Growth-Capital deelnemingen gerapporteerd, maar ook de bijdragen van bepaalde deelnemingen die door integraal geconsolideerde participaties worden aangehouden. Met een bijdrage van 132,0 miljoen euro levert Delen Private Bank een recordbijdrage tot het resultaat van de groep (+28,5 miljoen euro ten opzichte van 2020). Ook de "Growth Capital"-deelnemingen evolueerden succesvol in 2021, wat zich vertaalt in een aanzienlijk hogere winstbijdrage van 48,7 miljoen euro (een toename met 37,3 miljoen euro) dankzij o.a. Mediahuis, Manuchar en Turbo's Hoet Group, die elk recordresultaten neerzetten in 2021.
In 2021 ontving AvH 112,5 miljoen euro dividenden van deelnemingen die via vermogensmutatie worden verwerkt. De sterke stijging ten opzichte van het bedrag van vorig boekjaar (38,0 miljoen euro) wordt grotendeels verklaard door de richtlijnen van de ECB aan de banken in de Europese Unie (en overgenomen door de NBB) om in 2020 hun eigen vermogen te beschermen door geen dividenden uit te keren. In toepassing hiervan keerde Delen Private Bank geen dividend uit tijdens het jaar 2020, tegenover 78,8 miljoen euro (voor het deel van AvH) in 2021. In "Marine Engineering & Contracting" hebben DEME en CFE respectievelijk 10,5 miljoen euro en 7,9 miljoen euro aan dividenden ontvangen van deelnemingen waarop vermogensmutatie wordt toegepast. AvH ontving in 2021 voor in totaal 10,0 miljoen euro dividenden vanuit verschillende participaties uit "Growth Capital" en "Energy & Resources".
De post 'Overboekingen van (naar) andere posten' wordt hoofdzakelijk verklaard door het overboeken van de participatie Manuchar naar 'Activa bestemd voor verkoop' als gevolg van de aangekondigde verkoop.
De Post 'Overige toename (afname)' reflecteert bewegingen in het eigen vermogen van de deelnemingen, waarbij de positieve evolutie in 2021 van de cashflow hedges bij de participaties van DEME en Green Offshore in Rentel en SeaMade zwaar doorwegen. Andere bewegingen in het eigen vermogen van de deelnemingen betreffen o.a. de eliminaties van resultaten op verkopen van eigen aandelen, de impact van uitkoop van minderheidsbelangen, alsook de impact van de waardering van de aankoopverplichting die op bepaalde aandelen rust.
AvH past de vermogensmutatiemethode toe op de gemeenschappelijke dochterondernemingen Delen Private Bank (78,75%), SIPEF (35,1%), Verdant Bioscience (42%), Amsteldijk Beheer (50%), Manuchar (30,0%, geherclasseerd naar 'Activa bestemd voor verkoop'), Turbo's Hoet Groep (50%) en Telemond (50%). In deze balansrubriek zijn tevens de geassocieerde deelneming in Sagar Cements (21,9%), Axe Investments (48,3%), Financière EMG (22,5%), Mediahuis (13,5%), OM Partners (20,0%) en Van Moer Logistics (21,7%) opgenomen. Voor een meer gedetailleerde beschrijving van de wijzigingen in de perimeter verwijzen we naar Toelichting 6. Segmentinformatie.
Een aantal van bovenvermelde participaties zijn beurgenoteerd. Indien de belangen in SIPEF, en Sagar Cements op basis van de beurskoers van eind 2021 zouden gewaardeerd worden, zouden deze participaties een beurswaarde vertegenwoordigen van respectievelijk 211,5 miljoen euro en 82,1 miljoen euro. Ingeval de beurswaarde op jaareinde lager was dan de vermogensmutatiewaarde, is op basis van andere elementen nagegaan of een impairment nodig was. Dit was eind 2021 niet het geval.
De integrale consolidatie van CFE, DEME, Rent-A-Port en Green Offshore geeft aanleiding tot de opname van hun gemeenschappelijke dochterondernemingen en geassocieerde deelnemingen voor een totaal bedrag van 267,2 miljoen euro, met als voornaamste: de belangen van DEME in C-Power (6,5%), van DEME/Green Offshore in Rentel (18,9% resp. 12,5%) en in SeaMade (13,2% resp. 8,75%), van DEME in CDWE Taiwan, Deeprock en GEM/EMW alsook de met partners opgezette vastgoed- en PPS-projecten bij CFE en havengebonden partnerships bij Rent-A-Port.
| (€ 1.000) | Reële waarde | Boekwaarde | ||
|---|---|---|---|---|
| 2021 2020 |
2021 | 2020 | ||
| Financiële activa | ||||
| Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL) | 225.541 | 182.546 | 225.541 | 182.546 |
| Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) | 507.529 | 474.991 | 507.529 | 474.991 |
| Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) | 259 | 173 | 259 | 173 |
| Financiële activa - at amortised cost | 20.005 | 20.003 | 20.005 | 20.003 |
| Vorderingen en liquiditeiten | ||||
| Financiële vaste activa - vorderingen en borgtochten | 158.687 | 129.022 | 158.687 | 129.022 |
| Overige vorderingen | 146.332 | 148.361 | 146.332 | 148.361 |
| Handelsvorderingen | 628.710 | 616.808 | 628.710 | 616.808 |
| Liquide middelen | 883.730 | 842.408 | 883.730 | 842.408 |
| Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten | 7.504.969 | 7.057.378 | 7.136.598 | 6.622.097 |
| Afdekkingsinstrumenten | 5.945 | 11.678 | 5.945 | 11.678 |
| (€ 1.000) | Reële waarde | Boekwaarde | |||
|---|---|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2021 | 2020 | ||
| Financiële passiva | |||||
| Financiële passiva gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs | |||||
| Financiële schulden | |||||
| Leningen van banken | 1.571.727 | 1.722.838 | 1.552.702 | 1.715.379 | |
| Obligatieleningen | 248.960 | 244.769 | 246.164 | 241.934 | |
| Achtergestelde leningen | 97.344 | 66.714 | 95.152 | 65.655 | |
| Leasingschulden | 185.713 | 172.129 | 185.712 | 172.031 | |
| Overige financiële schulden | 301.887 | 364.351 | 301.887 | 364.351 | |
| Overige schulden | |||||
| Handelsschulden | 1.145.112 | 1.092.826 | 1.145.112 | 1.092.826 | |
| Ontvangen vooruitbetalingen | 101.080 | 60.643 | 101.080 | 60.643 | |
| Schulden mbt bezoldigingen & sociale lasten | 220.085 | 207.031 | 220.085 | 207.031 | |
| Overige schulden | 98.411 | 93.521 | 98.411 | 93.521 | |
| Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties | 7.059.336 | 6.517.445 | 7.038.871 | 6.484.353 | |
| Afdekkingsinstrumenten | 90.348 | 106.237 | 90.348 | 106.237 |
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 | ||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Niveau 1 | Niveau 2 | Niveau 3 | Niveau 1 | Niveau 2 | Niveau 3 | |
| Financiële activa | ||||||
| Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL) | 173.254 | 52.287 | 136.814 | 45.732 | ||
| Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) | 507.529 | 474.991 | ||||
| Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) | 259 | 173 | ||||
| Financiële activa - at amortised cost | 20.005 | 20.003 | ||||
| Vorderingen en liquiditeiten | ||||||
| Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten | 1.362.479 | 6.142.490 | 1.155.432 | 5.901.946 | ||
| Afdekkingsinstrumenten | 5.945 | 11.678 | ||||
| Financiële passiva | ||||||
| Financiële schulden | ||||||
| Leningen van banken | 1.571.727 | 1.722.838 | ||||
| Obligatieleningen | 29.899 | 219.061 | 29.794 | 214.975 | ||
| Achtergestelde leningen | 97.344 | 66.714 | ||||
| Leasingschulden | 185.713 | 172.129 | ||||
| Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties | 7.059.336 | 6.517.445 | ||||
| Afdekkingsinstrumenten | 90.348 | 106.237 |
De reële waarden dienen volgens de waarderingshiërarchie van IFRS 13 te worden ingedeeld in drie levels (niveaus), afhankelijk van het type van input dat gebruikt wordt voor de waardering van financiële instrumenten:
In level 2 vinden we volgende financiële activa en verplichtingen:
In level 3 vinden we volgende financiële activa:
Leningen en voorschotten aan klanten, gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs: de reële waarde hiervan wordt bepaald als de actuele waarde van toekomstige kasstromen op basis van de geldende swaprente en onderstaande veronderstellingen:
Er wordt rekening gehouden met een percentage vervroegde aflossingen en cap-opties;
een extern ratingbureau en er wordt naar gestreefd om via langlopende huurcontracten de duurzaamheid van de huurinkomstenstroom te verzekeren en bijgevolg de 'duration' van de huurcontracten te verhogen. In de activiteit vastgoedprojectontwikkelingen wordt voorafgaand aan de ondertekening van een nieuw project een uitgebreide analyse gemaakt van de eraan verbonden technische, juridische Het debiteurenrisico wordt door Agidens beheerst met inachtneming van het vastgestelde beleid, procedures en controles terzake. De uitstaande vorderingen op klanten worden periodiek bewaakt en grote projecten worden doorgaans gedekt door bankgaranties of gelijkaardig. Ditzelfde geldt voor Biolectric.
In het segment AvH & Growth Capital investeert de groep op lange termijn in een beperkt aantal bedrijven met internationaal groeipotentieel. Het gediversifieerde karakter van deze investeringen draagt bij tot een evenwichtige spreiding van de economische en financiële risico's. Bovendien financiert AvH deze investe-
AvH & Growth Capital
Eliminaties tussen segmenten
Totaal 2020
ringen doorgaans via eigen vermogen.
Real Estate & Senior Care
Energy & Resources
-74.525 0 -1.094 0 -8.821 0 -84.439
Energy & Resources
-45.883 0 -1.948 0 -13.059 0 -60.890
Achterstallige vorderingen in de contractingactiviteit betreffen o.a. afrekeningen en bijkomende verrekeningen, die nog het voorwerp uitmaken van budgettaire inschrijvingen of die deel uitmaken van een globaal akkoord. Bij CFE en DEME zijn er een aantal onderhandelingen en/of procedures lopend. Verwachte verliezen op werven worden adequaat voorzien via waardeverminderingen op werven, opgenomen in de balansrubriek 'Onderhanden projecten in opdracht van derden' (Toe-
AvH & Growth Capital
Eliminaties tussen segmenten
Totaal 2021
Het kredietrisico bij Anima is beperkt. De meeste residenten betalen via domiciliering. Bovendien wordt de huur vooruit gefactureerd en worden de debiteuren nauw opgevolgd. Overheidssubsidies vormen een belangrijke inkomstenbron.
Gecumuleerde waardeverminderingen (WV)
Gecumuleerde waardeverminderingen (WV)
Marine Engineering & Contracting
projectvennnootschappen.
vorderingen.
• Financiële vaste activa – vorderingen en borgtochten: leningen verstrekt aan deelnemingen betreffen o.m. financieringen toegekend door DEME en Green Offshore aan hun respectievelijke deelnemingen actief in de ontwikkeling/uitbating van de windmolenparken Rentel en SeaMade en door CFE aan vastgoed-
• De handelvorderingen in dit segment zijn goed voor 91% van de totale handels-
(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Marine Engineering & Contracting
Marine Engineering & Contracting
Private Banking
Financiële vaste activa - vorderingen en borgtochten 102.049 1.631 10.577 0 34.648 -19.883 129.022 Overige vorderingen 64.919 4.199 49.987 31 32.376 -3.150 148.361 Handelsvorderingen 566.962 44 24.589 0 26.369 -1.156 616.808 Totaal (netto - inclusief gecumuleerde WV) 733.930 5.874 85.153 31 93.392 -24.189 894.190 % 82% 1% 10% 0% 10% -3% 100% niet vervallen 580.124 5.874 77.478 31 88.690 -24.189 728.008 vervallen < 30 d 20.721 0 5.084 0 2.846 0 28.651 vervallen < 60 d 43.122 0 346 0 1.538 0 45.006 vervallen < 120 d 17.982 0 525 0 113 0 18.620 vervallen > 120 d 71.981 0 1.719 0 205 0 73.905 Totaal (netto - inclusief gecumuleerde WV) 733.930 5.874 85.153 31 93.392 -24.189 894.190 % 82% 1% 10% 0% 10% -3% 100%
Financiële vaste activa - vorderingen en borgtochten (WV) -7.479 0 0 0 0 0 -7.479 Overige vorderingen (WV) 0 0 -41 0 -8.711 0 -8.752 Handelsvorderingen (WV) -67.046 0 -1.053 0 -110 0 -68.209
Financiële vaste activa - vorderingen en borgtochten 134.544 2.050 13.255 0 27.813 -18.976 158.687 Overige vorderingen 85.009 3.716 51.312 76 6.970 -750 146.332 Handelsvorderingen 570.349 56 39.665 0 19.810 -1.169 628.710 Totaal (netto - inclusief gecumuleerde WV) 789.902 5.822 104.232 76 54.592 -20.895 933.729 % 85% 1% 11% 0% 6% -2% 100% niet vervallen 662.973 5.822 100.964 76 51.712 -20.895 800.652 vervallen < 30 d 29.707 0 657 0 2.121 0 32.484 vervallen < 60 d 19.093 0 1.838 0 248 0 21.179 vervallen < 120 d 17.968 0 674 0 304 0 18.945 vervallen > 120 d 60.162 0 100 0 207 0 60.469 Totaal (netto - inclusief gecumuleerde WV) 789.902 5.822 104.232 76 54.592 -20.895 933.729 % 85% 1% 11% 0% 6% -2% 100%
Financiële vaste activa - vorderingen en borgtochten (WV) -4.724 0 0 0 -10.985 0 -15.709 Overige vorderingen (WV) -117 0 -43 0 -1.981 0 -2.140 Handelsvorderingen (WV) -41.042 0 -1.905 0 -94 0 -43.041
lichting 14).
Private Banking Real Estate & Senior Care
en financiële risico's.
De reële waarde van de effecten in de beleggingsportefeuille van de Groep wordt bepaald aan de hand van de notering op de publieke markt (niveau 1). Ditzelfde geldt voor de obligatie uitgegeven door BPI, terwijl de obligatieleningen van Nextensa en Rent-A-Port opgenomen zijn onder Niveau 2.
De voorgaande tabel vermeldt geen reële-waarde-informatie voor financiële activa en passiva die niet gewaardeerd werden tegen reële waarde, zoals vorderingen en borgtochten, overige vorderingen en schulden, handelsvorderingen en -schulden, vooruitbetalingen, schulden mbt bezoldigingen en sociale lasten, en liquide middelen, omdat hun boekwaarde een redelijke benadering vormt van hun reële waarde.
Zowel CFE als DEME hebben procedures teneinde het risico op hun klantenvorderingen te beperken. Om het kredietrisico te beperken, volgen de betrokken deelnemingen voortdurend de uitstaande klantenvorderingen op en stellen ze desgevallend hun posities bij. Zo doet DEME in het kader van belangrijke buitenlandse contracten geregeld een beroep op de Credendo Group, in zoverre het betrokken land daarvoor in aanmerking komt en het risico door kredietverzekering kan worden gedekt. Bovendien wordt een deel van de geconsolideerde omzet met overheden of met aan openbare besturen gelieerde klanten gerealiseerd. Verder wordt de concentratie van het tegenpartijrisico beperkt door het grote aantal klanten. Voor grote infrastructuurwerken is DEME afhankelijk van de capaciteit van klanten om financiering te bekomen en kan zij desgevallend zelf projectfinanciering helpen organiseren. Ondanks het feit dat het kredietrisico nooit volledig kan worden uitgesloten, wordt het toch beperkt. Als wereldwijde speler is DEME daarenboven blootgesteld aan politieke risico's en negatieve ontwikkelingen die zich op macroeconomisch vlak kunnen voordoen.
Het kredietrisico van Rent-A-Port, hoofdzakelijk actief in Vietnam, wordt beperkt door ontvangen voorschotten op de verkoop van verworven rechten op ontwikkelde terreinen (industriële zones) en de maandelijkse facturaties en grote spreiding van klanten bij levering van nutsvoorzieningen, onderhouds- en beheersdiensten in deze industriële zones.
Voor de kredietrisico's aangaande de kredietportefeuille van Bank Van Breda verwijzen we naar de kredietrisico-policy zoals beschreven in toelichting 13.
Nextensa streeft naar een goede spreiding van haar debiteurenportefeuille, zowel naar aantal huurders als naar sectoren waarin deze huurders actief zijn teneinde het risico op wanbetaling en faillissement van huurders te beperken. Tevens wordt de solvabiliteit van de huurders op regelmatige basis gescreend met behulp van een extern ratingbureau en er wordt naar gestreefd om via langlopende huurcontracten de duurzaamheid van de huurinkomstenstroom te verzekeren en bijgevolg de 'duration' van de huurcontracten te verhogen. In de activiteit vastgoedprojectontwikkelingen wordt voorafgaand aan de ondertekening van een nieuw project een uitgebreide analyse gemaakt van de eraan verbonden technische, juridische en financiële risico's.
Het kredietrisico bij Anima is beperkt. De meeste residenten betalen via domiciliering. Bovendien wordt de huur vooruit gefactureerd en worden de debiteuren nauw opgevolgd. Overheidssubsidies vormen een belangrijke inkomstenbron.
Het debiteurenrisico wordt door Agidens beheerst met inachtneming van het vastgestelde beleid, procedures en controles terzake. De uitstaande vorderingen op klanten worden periodiek bewaakt en grote projecten worden doorgaans gedekt door bankgaranties of gelijkaardig. Ditzelfde geldt voor Biolectric.
In het segment AvH & Growth Capital investeert de groep op lange termijn in een beperkt aantal bedrijven met internationaal groeipotentieel. Het gediversifieerde karakter van deze investeringen draagt bij tot een evenwichtige spreiding van de economische en financiële risico's. Bovendien financiert AvH deze investeringen doorgaans via eigen vermogen.
| (€ 1.000) | Segment 1 | Segment 2 | Segment 3 | Segment 4 | Segment 5 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Marine Engineering & Contracting |
Private Banking |
Real Estate & Senior Care |
Energy & Resources |
AvH & Growth Capital |
Eliminaties tussen segmenten |
Totaal 2020 | |
| Financiële vaste activa - vorderingen en borgtochten | 102.049 | 1.631 | 10.577 | 0 | 34.648 | -19.883 | 129.022 |
| Overige vorderingen | 64.919 | 4.199 | 49.987 | 31 | 32.376 | -3.150 | 148.361 |
| Handelsvorderingen | 566.962 | 44 | 24.589 | 0 | 26.369 | -1.156 | 616.808 |
| Totaal (netto - inclusief gecumuleerde WV) | 733.930 | 5.874 | 85.153 | 31 | 93.392 | -24.189 | 894.190 |
| % | 82% | 1% | 10% | 0% | 10% | -3% | 100% |
| niet vervallen | 580.124 | 5.874 | 77.478 | 31 | 88.690 | -24.189 | 728.008 |
| vervallen < 30 d | 20.721 | 0 | 5.084 | 0 | 2.846 | 0 | 28.651 |
| vervallen < 60 d | 43.122 | 0 | 346 | 0 | 1.538 | 0 | 45.006 |
| vervallen < 120 d | 17.982 | 0 | 525 | 0 | 113 | 0 | 18.620 |
| vervallen > 120 d | 71.981 | 0 | 1.719 | 0 | 205 | 0 | 73.905 |
| Totaal (netto - inclusief gecumuleerde WV) | 733.930 | 5.874 | 85.153 | 31 | 93.392 | -24.189 | 894.190 |
| % | 82% | 1% | 10% | 0% | 10% | -3% | 100% |
| Gecumuleerde waardeverminderingen (WV) | |||||||
| Financiële vaste activa - vorderingen en borgtochten (WV) | -7.479 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | -7.479 |
| Overige vorderingen (WV) | 0 | 0 | -41 | 0 | -8.711 | 0 | -8.752 |
| Handelsvorderingen (WV) | -67.046 | 0 | -1.053 | 0 | -110 | 0 | -68.209 |
| -74.525 | 0 | -1.094 | 0 | -8.821 | 0 | -84.439 |
| (€ 1.000) | Segment 1 | Segment 2 | Segment 3 | Segment 4 | Segment 5 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Marine Engineering & Contracting |
Private Banking |
Real Estate & Senior Care |
Energy & Resources |
AvH & Growth Capital |
Eliminaties tussen segmenten |
Totaal 2021 | |
| Financiële vaste activa - vorderingen en borgtochten | 134.544 | 2.050 | 13.255 | 0 | 27.813 | -18.976 | 158.687 |
| Overige vorderingen | 85.009 | 3.716 | 51.312 | 76 | 6.970 | -750 | 146.332 |
| Handelsvorderingen | 570.349 | 56 | 39.665 | 0 | 19.810 | -1.169 | 628.710 |
| Totaal (netto - inclusief gecumuleerde WV) | 789.902 | 5.822 | 104.232 | 76 | 54.592 | -20.895 | 933.729 |
| % | 85% | 1% | 11% | 0% | 6% | -2% | 100% |
| niet vervallen vervallen < 30 d vervallen < 60 d vervallen < 120 d vervallen > 120 d Totaal (netto - inclusief gecumuleerde WV) |
662.973 29.707 19.093 17.968 60.162 789.902 |
5.822 0 0 0 0 5.822 |
100.964 657 1.838 674 100 104.232 |
76 0 0 0 0 76 |
51.712 2.121 248 304 207 54.592 |
-20.895 0 0 0 0 -20.895 |
800.652 32.484 21.179 18.945 60.469 933.729 |
| % | 85% | 1% | 11% | 0% | 6% | -2% | 100% |
| Gecumuleerde waardeverminderingen (WV) | |||||||
| Financiële vaste activa - vorderingen en borgtochten (WV) | -4.724 | 0 | 0 | 0 | -10.985 | 0 | -15.709 |
| Overige vorderingen (WV) | -117 | 0 | -43 | 0 | -1.981 | 0 | -2.140 |
| Handelsvorderingen (WV) | -41.042 | 0 | -1.905 | 0 | -94 | 0 | -43.041 |
| -45.883 | 0 | -1.948 | 0 | -13.059 | 0 | -60.890 |
Marine Engineering & Contracting
Achterstallige vorderingen in de contractingactiviteit betreffen o.a. afrekeningen en bijkomende verrekeningen, die nog het voorwerp uitmaken van budgettaire inschrijvingen of die deel uitmaken van een globaal akkoord. Bij CFE en DEME zijn er een aantal onderhandelingen en/of procedures lopend. Verwachte verliezen op werven worden adequaat voorzien via waardeverminderingen op werven, opgenomen in de balansrubriek 'Onderhanden projecten in opdracht van derden' (Toelichting 14).
De waardering van de financiële activa van CFE op basis van het model van verwachte verliezen vereist dat de geactualiseerde waarde van geschatte verliezen wordt in rekening gebracht in het geval de debiteur in gebreke blijft. Als gevolg van de verkoop van de participatie in CFE Tsjaad werden de volledig afgewaardeerde vorderingen uitgeboekt.
De omzet van Rent-A-Port, hoofdzakelijk actief in Vietnam, betreft (i) de verkoop van verworven rechten op ontwikkelde terreinen (industriële zones), (ii) de levering van nutsvoorzieningen (elektriciteit en water) en (iii) van onderhouds- en beheersdiensten in deze industriële zones:
Private Banking
• Voor meer details omtrent het kredietrisico van Bank Van Breda verwijzen we naar Toelichting 13.
Real Estate & Senior Care
AvH & Growth Capital en Intercompany eliminaties
Door het internationaal karakter van haar activiteit en de uitvoering van contracten in vreemde valuta loopt DEME blootstelling op aan vreemde valuta en de waardeschommelingen daarvan. Het transactionele wisselkoersrisico van DEME komt voort uit commerciële stromen in andere valuta dan de euro. Echter, 62% van DEME's opbrengsten (2020: 67%) betroffen transacties uitgedrukt in euro en vertegenwoordigden dus veruit het grootste deel van de DEME's gerealiseerde opbrengsten. Opbrengsten in vreemde valuta betroffen o.a. VS Dollar, Britse Pond, Deense Kroon, Russische Roebel, Poolse Zloty, Singapore Dollar, Uruguayaanse peso en Indische Roepie. De uitgaven van DEME zijn eveneens voornamelijk in euro, met uitzondering van contracten die uitwerking kennen in niet-eurolanden. Het residueel wisselkoersrisico wordt op een case-by-case basis beoordeeld en, indien nodig, gebruikt DEME valutatermijncontracten om haar resterende wisselkoersrisico op verwachte netto commerciële stromen, in andere valuta dan de euro, in te dekken.
Bij CFE bevinden de meeste activiteiten zich binnen de euro-zone, doch desgevallend wordt getracht de blootstelling aan de fluctuaties van vreemde valuta te beperken.
Rent-A-Port handelt voornamelijk in Zuidoost-Azië en is hoofdzakelijk blootgesteld aan een wisselkoersrisico met betrekking tot de US dollar en de Vietnamese dong. Aangezien de dochtervennootschappen van Rent-A-Port voornamelijk aanen verkopen in lokale valuta uitvoeren, wordt de blootstelling van de groep aan wisselkoersbewegingen in commerciële verrichtingen op een natuurlijke manier beperkt. De conversie van de functionele wisselkoers (USD) naar euro in consolidatie resulteert in een wisselkoersrisico.
Hieronder een lijst van de voornaamste koersen waartegen de balansen en resultaten van de buitenlandse entiteiten werden omgerekend naar de euro:
1 euro = x vreemde valuta Slotkoers Gemiddelde
Financiële activa: at fair value through OCI or through
Financiële activa - boekwaarde (inclusief de gecumuleerde aanpassing reële waarde
P/L - boekjaar 2020
Actuarieel rendement
Financiële activa - aanpassing aan reële waarde
Toename (afname) door wijzigingen in de reële waarde (FVOCI)
Bijzondere WV opgenomen in de resultatenrekening (-)
Financiële activa - aanpassing aan reële waarde (FVOCI)
Financiële activa - te ontvangen intresten
Financiële activa - te ontvangen intresten
(€ 1.000) Financiële vaste
Financiële activa : beginsaldo reële waarde 154.418
via FVPL) 154.418
Aanschaffingen 15.720
Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties 14
Overdrachten (-) -3.330
Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) 0
Toename (afname) door wijzigingen in de reële waarde (FVPL) -35.272
Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen -159
Overboeking van (naar) andere posten 0
Overige toename (afname) 0
Financiële activa : eindsaldo reële waarde 131.391
via FVPL) 131.391
Financiële activa - boekwaarde (inclusief de gecumuleerde aanpassing reële waarde
k
k Australische Dollar 1,57 1,58 Russische Roebel 84,75 86,96 Britse Pond 0,84 0,86 Singapore Dollar 1,53 1,59 Egyptische Pond 17,79 18,52 Taiwanese Dollar 31,55 32,89 Indische Rupie 84,75 86,96 Tunesische Dinar 3,26 3,28 Nigeriaanse Naira 476,19 476,19 US Dollar 1,14 1,18 Poolse Zloty 4,58 4,56 Vietnamese Dong 25.872 27.144
activa - FVPL
Geldbeleggingen
Geldbeleggingen
- FVPL
55.717
55.717
162
-4.795
0
0
70
0
0
0
51.155
51.155
- FVOCI
420.796
413.977
130.799
-1.185
-79.464
5.390
-1.103
5.857
962
0
0
0
0
-69
475.164
463.025
11.246
893
Slotkoers Gemiddelde
Geldbeleggingen - Totaal
476.513
469.694
243.539
0
-1.260
-176.759
0
-1.103
0
-69
546.322
534.183
Geldbeleggingen
- at amortised
cost
5.857
962
5.390
0
11.246
893
0
0
0
0
70
0
0
0
20.003
20.003
-75
112.578
-92.500
Nextensa is actief in België, Luxemburg en Oostenrijk en is bijgevolg niet onderhevig aan wisselkoersrisico's.
Het wisselkoersrisico van Bank Van Breda is beperkt, aangezien de bank enkel actief is in België en door de aard van haar cliënteel geen eigen materiële deviezenposities heeft.
Agidens, internationaal actief waardoor ze een (beperkt) wisselkoersrisico kent op de US Dollar en Zwitserse Frank, beheerst haar valutarisico door in de mate van het mogelijke kosten en opbrengsten in eenzelfde munt te laten geschieden ('natural hedging'). Desgevallend wordt er een valutaswap met erkende en gereputeerde tegenpartijen afgesloten. Via haar branch in het Verenigd Koninkrijk heeft Biolectric een beperkte GBP-exposure.
De strategie van AvH om zich ook te richten op opkomende markten resulteerde in investeringen in Indische Rupie (Sagar Cements, de HealthQuad I en II fondsen en Medikabazaar) en in Singapore Dollar (Venturi Partners Fund I). Dit wisselkoersrisico is niet ingedekt, aangezien het lange termijn-investeringen betreffen.
De overige integraal geconsolideerde participaties zijn niet onderhevig aan significante wisselkoersrisico's, aangezien zij voornamelijk actief zijn in de euro-zone.
Verschillende niet-integraal geconsolideerde participaties zoals Delen Private Bank, SIPEF en Verdant Bioscience, maar ook Manuchar, Telemond Groep, Turbo's Hoet Groep e.a. zijn in belangrijke mate actief buiten de euro-zone. Dit kan aanleiding geven tot grotere risico's als gevolg van geopolitieke evoluties of gebeurtenissen.
Het wisselkoersrisico wordt in die gevallen telkens op het niveau van de deelneming zelf opgevolgd en aangestuurd.
Het wisselkoersrisico bij Delen Private Bank beperkt zich tot de participaties in deviezen (JM Finn en in mindere mate Delen Suisse). De netto-exposure op het Britse Pond wordt beperkt doordat de impact van een wisselkoersschommeling op het eigen vermogen van JM Finn geneutraliseerd wordt door een tegenovergestelde impact op de liquiditeitsverplichting op het resterende 7% minderheidsbelang in JM Finn. Bij SIPEF wordt het grootste deel van de kosten gemaakt in het buitenland (Indonesië en Papoea-Nieuw-Guinea), terwijl de verkopen in USD worden gerealiseerd. Dit is een structureel risico dat door de onderneming niet wordt ingedekt en dus als algemeen bedrijfsrisico wordt beschouwd. Transactionele risico's zijn over het algemeen beperkt door korte betalingstermijnen en omrekeningsverschillen worden beperkt door de functionele valuta en rapporteringsmunt maximaal gelijk te schakelen. Manuchar is blootgesteld aan wisselkoersrisico's tussen de USD en de lokale munten van de landen waarin het distributie-activiteiten voorziet. Om deze risico's in te dekken worden de posities opgevolgd en wanneer nodig worden indekkingen opgezet. Bij de Telemond Groep wordt in Polen geproduceerd, terwijl de verkopen worden gerealiseerd in de euro-zone. Het wisselkoersrisico dat hierdoor wordt gelopen, is niet ingedekt en wordt beschouwd als een algemeen bedrijfsrisico. Turbo's Hoet Groep tenslotte heeft over de jaren heen een belangrijke aanwezigheid uitgebouwd in Oost-Europa, meer bepaald in Bulgarije, Roemenië, Rusland en Wit-Rusland. Turbo's Hoet Groep realiseert haar omzet in die markten op basis van lokale munt. Ook al streeft Turbo's Hoet Groep er weliswaar naar om het effect van eventuele dalingen van die lokale munten ten laste te leggen van de finale klant, de marktomstandigheden laten dit niet steeds toe.
Hieronder een lijst van de voornaamste koersen waartegen de balansen en resultaten van de buitenlandse entiteiten werden omgerekend naar de euro:
| 1 euro = x vreemde valuta | Slotkoers | Gemiddelde |
|---|---|---|
| k | ||
| 1 euro = x vreemde valuta | Slotkoers | Gemiddelde | Slotkoers | Gemiddelde | |
|---|---|---|---|---|---|
| Australische Dollar | 1,57 | k 1,58 |
Russische Roebel | 84,75 | k 86,96 |
| Britse Pond | 0,84 | 0,86 | Singapore Dollar | 1,53 | 1,59 |
| Egyptische Pond | 17,79 | 18,52 | Taiwanese Dollar | 31,55 | 32,89 |
| Indische Rupie | 84,75 | 86,96 | Tunesische Dinar | 3,26 | 3,28 |
| Nigeriaanse Naira | 476,19 | 476,19 | US Dollar | 1,14 | 1,18 |
| Poolse Zloty | 4,58 | 4,56 | Vietnamese Dong | 25.872 | 27.144 |
| (€ 1.000) | Financiële vaste activa - FVPL |
Geldbeleggingen - FVOCI |
Geldbeleggingen - FVPL |
Geldbeleggingen - at amortised cost |
Geldbeleggingen - Totaal |
|---|---|---|---|---|---|
| Financiële activa: at fair value through OCI or through P/L - boekjaar 2020 |
|||||
| Financiële activa : beginsaldo reële waarde | 154.418 | 420.796 | 55.717 | 0 | 476.513 |
| Financiële activa - boekwaarde (inclusief de gecumuleerde aanpassing reële waarde via FVPL) |
154.418 | 413.977 | 55.717 | 0 | 469.694 |
| Financiële activa - aanpassing aan reële waarde | 5.857 | 5.857 | |||
| Financiële activa - te ontvangen intresten | 962 | 962 | |||
| Aanschaffingen | 15.720 | 130.799 | 162 | 112.578 | 243.539 |
| Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties | 14 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Actuarieel rendement | -1.185 | -75 | -1.260 | ||
| Overdrachten (-) | -3.330 | -79.464 | -4.795 | -92.500 | -176.759 |
| Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Toename (afname) door wijzigingen in de reële waarde (FVPL) | -35.272 | 70 | 70 | ||
| Toename (afname) door wijzigingen in de reële waarde (FVOCI) | 5.390 | 5.390 | |||
| Bijzondere WV opgenomen in de resultatenrekening (-) | 0 | 0 | |||
| Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen | -159 | -1.103 | 0 | 0 | -1.103 |
| Overboeking van (naar) andere posten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Overige toename (afname) | 0 | -69 | 0 | 0 | -69 |
| Financiële activa : eindsaldo reële waarde | 131.391 | 475.164 | 51.155 | 20.003 | 546.322 |
| Financiële activa - boekwaarde (inclusief de gecumuleerde aanpassing reële waarde via FVPL) |
131.391 | 463.025 | 51.155 | 20.003 | 534.183 |
| Financiële activa - aanpassing aan reële waarde (FVOCI) | 11.246 | 11.246 | |||
| Financiële activa - te ontvangen intresten | 893 | 893 |
| (€ 1.000) | Financiële vaste activa - FVPL |
Geldbeleggingen - FVOCI |
Geldbeleggingen - FVPL |
Geldbeleggingen - at amortised cost |
Geldbeleggingen - Totaal |
|---|---|---|---|---|---|
| Financiële activa: at fair value through OCI or through P/L - boekjaar 2021 |
|||||
| Financiële activa : beginsaldo reële waarde | 131.391 | 475.164 | 51.155 | 20.003 | 546.322 |
| Financiële activa - boekwaarde (inclusief de gecumuleerde aanpassing reële waarde via FVPL) |
131.391 | 463.025 | 51.155 | 20.003 | 534.183 |
| Financiële activa - aanpassing aan reële waarde | 11.246 | 11.246 | |||
| Financiële activa - te ontvangen intresten | 893 | 893 | |||
| Aanschaffingen | 24.453 | 88.967 | 66 | 107.601 | 196.635 |
| Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Actuarieel rendement | -1.108 | -100 | -1.208 | ||
| Overdrachten (-) | -14.971 | -48.253 | -7.770 | -107.500 | -163.523 |
| Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Toename (afname) door wijzigingen in de reële waarde (FVPL) | 36.338 | 4.739 | 4.739 | ||
| Toename (afname) door wijzigingen in de reële waarde (FVOCI) | -8.347 | -8.347 | |||
| Bijzondere WV opgenomen in de resultatenrekening (-) | 0 | 0 | |||
| Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen | 140 | 1.505 | -1 | 1 | 1.505 |
| Overboeking van (naar) andere posten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Overige toename (afname) | 0 | -140 | 0 | 0 | -140 |
| Financiële activa : eindsaldo reële waarde | 177.351 | 507.788 | 48.190 | 20.005 | 575.982 |
| Financiële activa - boekwaarde (inclusief de gecumuleerde aanpassing reële waarde via FVPL) |
177.351 | 504.139 | 48.190 | 20.005 | 572.334 |
| Financiële activa - aanpassing aan reële waarde (FVOCI) | 2.895 | 2.895 | |||
| Financiële activa - te ontvangen intresten | 753 | 753 |
Financiële vaste activa: AvH heeft de afgelopen jaren geïnvesteerd in een reeks jonge, beloftevolle bedrijven, hetzij rechtstreeks dan wel via gespecialiseerde investeringsfondsen: Biotalys (11,9%), Bio Cap Invest (40%), HealthQuad Fund I (36,3%), HealthQuad Fund II (10%), Indigo Diabetes (9,1%), Medikabazaar (8,7%), MRM Health (16,2%), OncoDNA (9,8%), en Venturi Partners Fund I (20,0%).
Deze participaties worden conform IFRS 9 Financiële instrumenten aan 'fair value through Profit & Loss' gewaardeerd. Het belang van AvH in Biotalys wordt sinds diens IPO in 2021 aan beurskoers gewaardeerd, met een opwaartse waardeaanpassing van 13,0 miljoen euro voor gevolg. De toepassing van een "reële waarde" benadering op de overige financiële vaste activa uit de AvH Growth Capital portefeuille leidde tot een bijkomend positief resultaat van 11,5 miljoen euro o.a. dankzij de gunstige waarde-ontwikkeling van Medikabazaar, waar in 2021 een nieuwe kapitaalronde aan een duidelijk hogere waardering plaats vond en aan de gunstige waarde-ontwikkeling van de beperkte beleggingsportefeuille van AvH.
Samen met het 10,2% belang dat Nextensa in haar sectorgenoot Retail Estates aanhoudt, zijn dit de voornaamste componenten van deze balansrubriek. De stijging van de beurskoers van Retail Estates tot 71,4 euro per aandeel op jaareinde 2021 (2020: 59,1 euro) had een positief effect van 16,6 miljoen euro (deel groep: 6,1 miljoen euro) voor gevolg.
Kredietrisico van de beleggingsportefeuille van Bank Van Breda
en private equity.
Leningen en vorderingen op klanten
De integrale consolidatie van Bank Van Breda resulteert in de opname van specifieke bancaire vorderingen en schulden in de balans van AvH. Deze rubrieken wer-
• kredieten toegekend door Bank Van Breda aan familiale ondernemers en vrije beroepen. De vele ondernemers en vrije beroepen die de voorbije jaren cliënt werden, vertrouwen een steeds groter deel van hun bankzaken aan de bank toe;
De sterke commerciële prestaties van de bank verklaren de toename van de lenin-
De kredietportefeuille van Bank Van Breda is zeer gespreid binnen het lokale economische weefsel van familiale ondernemingen en vrije beroepen. De bank hanteert hierbij concentratielimieten per sector en maximale kredietbedragen per relatie. De kredietportefeuille van de divisie Van Breda Car Finance bestaat uit autofinancieringen en financiële autoleasing en wordt gekenmerkt door een zeer grote spreiding. Door een voortdurend verder verfijnen van de acceptatiecriteria en door een proactieve debiteurenopvolging geniet ook deze portefeuille een laag risico-
De kredietportefeuille is onderverdeeld in risicocategorieën die elk hun specifieke opvolging krijgen. Over de kredieten uit de hoogste risicocategorie wordt periodiek
gerapporteerd aan de raad van bestuur van Bank Van Breda.
den gegroepeerd om de balans zo transparant mogelijk te houden.
• autofinancieringen verstrekt door de divisie Van Breda Car Finance.
De leningen en vorderingen op cliënten omvatten:
gen en vorderingen op cliënten.
Kredietrisico
profiel.
Het risicoprofiel van de beleggingsportefeuille wordt al jarenlang bewust erg laag gehouden. De beleggingsportefeuille eind 2021 bevat 95% overheids- en overheidsgegarandeerde obligaties met een minimumrating A1 (Moody's ratingklasse), 4% commercial paper van de Vlaamse Gemeenschap en minder dan 1% aandelen
Toelichting 13: Banken – vorderingen op kredietinstellingen & cliënten
Het investeringskader, dat jaarlijks ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de raad van bestuur van Bank Van Breda, bepaalt waarin belegd kan worden en welke limieten gelden. In de onderstaande tabel vindt u de samenstelling van de beleg-
tijd
onbepaald 1%
2021 2020 2021 2020
7.504.969 7.057.378 7.136.598 6.622.097
Vorderingen die dubieus worden, worden overgedragen naar de afdeling Betwiste Zaken. Er gelden criteria voor verplichte overdracht wanneer bepaalde gebeurtenissen zich voordoen bij de cliënten, kredietnemers of borgen. Op de kredieten in de hoogste risicocategorie en op de vorderingen die dubieus worden, wordt be-
Ook in 2021 drukte de coronacrisis haar stempel op de samenleving en op de wereldwijde economie. Een succesvolle uitrol van de vaccinatiecampagne in België zorgde in de eerste jaarhelft voor het versoepelen van de meeste coronamaatrege-
De Europese Central Bank (ECB) hield bovendien haar monetaire beleid uiterst soepel om de economische heropleving zoveel mogelijk te ondersteunen. De beleidsrentes bleven dit jaar dan ook ongewijzigd en de verschillende steunmaatregelen (waaronder het Pandemic Emergency Purchase Programme ofwel PEPP) ble-
Het economisch herstel werd echter vanaf de tweede jaarhelft opnieuw verstoord door de opkomst van een aantal virusvarianten. Hoewel een nieuwe volledige lockdown kon vermeden worden, zagen de meeste overheden wereldwijd zich op-
Hieronder worden de belangrijkste regelingen en beslissingen van de nationale en internationale instanties die een impact hadden op bedrijfsvoering en het resultaat
oordeeld of een waardevermindering moet worden geboekt.
ven doorlopen en werden waar nodig nog verder versoepeld.
nieuw genoodzaakt om nieuwe maatregelen te treffen.
van Bank Van Breda toegelicht.
len waardoor de economie volop kon herademen.
gingsportefeuille naar rating en eindvervaldag.
Samenstelling beleggingsportefeuille op 31/12/2021 Naar rating Naar restloop-
Overheidsobligaties Aaa 33% 2022 21% Overheidsobligaties Aa1 21% 2023 19% Overheidsobligaties Aa2 7% 2024 11% Overheidsobligaties Aa3 35% 2025 4% Overheidsobligaties A2 3% 2026 10% Bedrijfsobligaties, commercial paper en andere 1% >2027 34%
(€ 1.000) Reële waarde Boekwaarde
Leningen en vorderingen op klanten 6.116.786 5.850.021 5.748.252 5.414.654 Wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille 25.704 51.925 25.704 51.925 Interbancaire vorderingen 137.851 163.626 138.014 163.712 Tegoeden bij centrale banken 1.224.628 991.806 1.224.628 991.806
(€ 1.000) 2021 2020
Financiële leasing 279.004 249.017 Investeringskredieten en financieringen 2.670.776 2.534.509 Hypothecaire leningen 2.438.038 2.260.140 Werkingskredieten 371.689 380.415 Overige 17.901 23.357 Subtotaal - Bruto leningen en vordering 5.777.408 5.447.439 Voorziening voor Expected Credit Losses/waardeverminderingen -29.156 -32.785 Leningen en vorderingen op klanten 5.748.252 5.414.654
COVID-19
AvH investeerde in 2021 in o.a. Medikabazaar (10,1 miljoen euro), Biotalys (4,0 miljoen euro), MRM Health en in de HealthQuad- en Venturi-fondsen en desinvesteerde een aantal enkele kleinere deelnemingen en geldbeleggingen.
De aanschaffingen en overdrachten van geldbeleggingen zijn in grote mate toe te wijzen aan Bank Van Breda en betreffen transacties gerealiseerd in het kader van haar Asset & Liability Management (ALM).
| De geldbeleggingen bestaan uit (€ 1.000) : | Aantal aandelen | Reële waarde |
|---|---|---|
| Beleggingsportefeuille bij Bank Van Breda | 527.792 | |
| Fondsen beheerd door Delen Private Bank | 34.612 | |
| Ageas | 278.284 | 12.676 |
| Andere | 902 | |
| 575.982 |
| Per segment wordt de reële waarde van de geldbeleggingen als volgt opgedeeld (€ 1.000) : | |
|---|---|
| Private Banking (Bank Van Breda) | 527.792 |
| AvH & Growth Capital | 48.187 |
| Real Estate & Senior Care | 0 |
| Marine Engineering & Contracting | 2 |
| Energy & Resources | 0 |
| 575.982 |
Kredietrisico van de beleggingsportefeuille van Bank Van Breda
Het risicoprofiel van de beleggingsportefeuille wordt al jarenlang bewust erg laag gehouden. De beleggingsportefeuille eind 2021 bevat 95% overheids- en overheidsgegarandeerde obligaties met een minimumrating A1 (Moody's ratingklasse), 4% commercial paper van de Vlaamse Gemeenschap en minder dan 1% aandelen en private equity.
Het investeringskader, dat jaarlijks ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de raad van bestuur van Bank Van Breda, bepaalt waarin belegd kan worden en welke limieten gelden. In de onderstaande tabel vindt u de samenstelling van de beleggingsportefeuille naar rating en eindvervaldag.
| Samenstelling beleggingsportefeuille op 31/12/2021 | Naar rating | Naar restloop tijd |
|
|---|---|---|---|
| Overheidsobligaties Aaa | 33% | 2022 | 21% |
| Overheidsobligaties Aa1 | 21% | 2023 | 19% |
| Overheidsobligaties Aa2 | 7% | 2024 | 11% |
| Overheidsobligaties Aa3 | 35% | 2025 | 4% |
| Overheidsobligaties A2 | 3% | 2026 | 10% |
| Bedrijfsobligaties, commercial paper en andere | 1% | >2027 | 34% |
| onbepaald | 1% |
| (€ 1.000) | Reële waarde | Boekwaarde | |||
|---|---|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2021 | 2020 | ||
| Leningen en vorderingen op klanten | 6.116.786 | 5.850.021 | 5.748.252 | 5.414.654 | |
| Wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille | 25.704 | 51.925 | 25.704 | 51.925 | |
| Interbancaire vorderingen | 137.851 | 163.626 | 138.014 | 163.712 | |
| Tegoeden bij centrale banken | 1.224.628 | 991.806 | 1.224.628 | 991.806 | |
| 7.504.969 | 7.057.378 | 7.136.598 | 6.622.097 |
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Leningen en vorderingen op klanten | ||
| Financiële leasing | 279.004 | 249.017 |
| Investeringskredieten en financieringen | 2.670.776 | 2.534.509 |
| Hypothecaire leningen | 2.438.038 | 2.260.140 |
| Werkingskredieten | 371.689 | 380.415 |
| Overige | 17.901 | 23.357 |
| Subtotaal - Bruto leningen en vordering | 5.777.408 | 5.447.439 |
| Voorziening voor Expected Credit Losses/waardeverminderingen | -29.156 | -32.785 |
| Leningen en vorderingen op klanten | 5.748.252 | 5.414.654 |
De integrale consolidatie van Bank Van Breda resulteert in de opname van specifieke bancaire vorderingen en schulden in de balans van AvH. Deze rubrieken werden gegroepeerd om de balans zo transparant mogelijk te houden.
De leningen en vorderingen op cliënten omvatten:
De sterke commerciële prestaties van de bank verklaren de toename van de leningen en vorderingen op cliënten.
De kredietportefeuille van Bank Van Breda is zeer gespreid binnen het lokale economische weefsel van familiale ondernemingen en vrije beroepen. De bank hanteert hierbij concentratielimieten per sector en maximale kredietbedragen per relatie. De kredietportefeuille van de divisie Van Breda Car Finance bestaat uit autofinancieringen en financiële autoleasing en wordt gekenmerkt door een zeer grote spreiding. Door een voortdurend verder verfijnen van de acceptatiecriteria en door een proactieve debiteurenopvolging geniet ook deze portefeuille een laag risicoprofiel.
De kredietportefeuille is onderverdeeld in risicocategorieën die elk hun specifieke opvolging krijgen. Over de kredieten uit de hoogste risicocategorie wordt periodiek gerapporteerd aan de raad van bestuur van Bank Van Breda.
Vorderingen die dubieus worden, worden overgedragen naar de afdeling Betwiste Zaken. Er gelden criteria voor verplichte overdracht wanneer bepaalde gebeurtenissen zich voordoen bij de cliënten, kredietnemers of borgen. Op de kredieten in de hoogste risicocategorie en op de vorderingen die dubieus worden, wordt beoordeeld of een waardevermindering moet worden geboekt.
Ook in 2021 drukte de coronacrisis haar stempel op de samenleving en op de wereldwijde economie. Een succesvolle uitrol van de vaccinatiecampagne in België zorgde in de eerste jaarhelft voor het versoepelen van de meeste coronamaatregelen waardoor de economie volop kon herademen.
De Europese Central Bank (ECB) hield bovendien haar monetaire beleid uiterst soepel om de economische heropleving zoveel mogelijk te ondersteunen. De beleidsrentes bleven dit jaar dan ook ongewijzigd en de verschillende steunmaatregelen (waaronder het Pandemic Emergency Purchase Programme ofwel PEPP) bleven doorlopen en werden waar nodig nog verder versoepeld.
Het economisch herstel werd echter vanaf de tweede jaarhelft opnieuw verstoord door de opkomst van een aantal virusvarianten. Hoewel een nieuwe volledige lockdown kon vermeden worden, zagen de meeste overheden wereldwijd zich opnieuw genoodzaakt om nieuwe maatregelen te treffen.
Hieronder worden de belangrijkste regelingen en beslissingen van de nationale en internationale instanties die een impact hadden op bedrijfsvoering en het resultaat van Bank Van Breda toegelicht.
Targeted Longer-Term Refinancing Operations (TLTRO) worden door de Europese Centrale Bank (ECB) aan banken verstrekt om bedrijven en huishoudens betere toegang te geven tot bankfinancieringen (met uitzondering van hypothecaire leningen). Door deze financiering op langere termijn tegen aantrekkelijke voorwaarden aan te bieden, hoopt de ECB de kredietverlening aan de reële economie te blijven stimuleren.
Bank Van Breda nam reeds in 2020 deel aan deze TLTRO-operaties voor 300 miljoen euro en nam in 2021 opnieuw deel aan een TLTRO-operatie en ditmaal voor 100 miljoen euro.
De door Bank Vank Breda in 2020 en 2021 verleende betalingsuitstellen zijn eind 2021 afgelopen en de aflossingen werden zo goed als volledig hernomen. Op 31/12/2021 bedraagt de uitstaande bruto-boekwaarde van deze kredieten 258,9 miljoen euro, waarvan 0,8 miljoen euro opgezegde kredieten (contentieux) en 3,7 miljoen euro kredieten met status onzeker verloop. Er werden ook voor 50,7 miljoen euro bijkomende kredieten verstrekt met staatsgarantie, die eind 2021 bijna allemaal zijn terugbetaald. De uitstaande bruto-boekwaarde op 31/12/2021 bedraagt 3,6 miljoen euro.
De aanhoudende coronacrisis en haar impact op de gezondheid en de economie zal waarschijnlijk nog steeds een impact hebben op de kredietverliezen van de banksector in de komende jaren. Hoewel deze verliezen bij Bank Van Breda tot nu toe eerder beperkt bleven door de hoge kredietkwaliteit van haar klanten en de overheidsmaatregelen (tijdelijke werkloosheid, moratoria), zijn deze onzekere toekomst-verwachtingen wel in de berekeningen van de ECL van de bank opgenomen, in lijn met de IFRS 9-regelgeving om verwachte kredietverliezen te provisioneren.
In de "Waarderingsregels" (Toelichting 1) wordt de methodologie toegelicht die Bank Van Breda in normale omstandigheden toepast om de verwachte kredietverliezen (stage 1 en stage 2) en de impairments (stage 3) te bepalen voor de volledige kredietportefeuille.
Gecumuleerde waardeverminderingen Stage 1 Stage 2 Stage 3 2021
31/12/2020 -4.547 0 -3.202 -1.314 -23.721 -32.784 Impact from collective staging 24 -24 -1.002 1.002 0 0 Recognition -3.816 -9 -959 -19 -1.383 -6.185 Derecognition 1.493 3 1.001 19 1.935 4.451 Repayments 1.684 11 645 38 0 2.379 Transfers to Stage 1 -1.656 -131 1.636 131 21 0 Transfers to Stage 2 149 47 -155 -55 15 0 Transfers to Stage 3 28 0 185 0 -213 0 Impact on ECL by Stage Transfer 1.403 115 -1.654 -214 -3.396 -3.746 Other adjustments to credit risk 1.045 -11 1.601 166 2.326 5.128 Methodology modifications 0 0 -21 0 39 17 Model modifications 0 0 0 0 0 0 Write-offs 0 0 0 0 1.585 1.585 31/12/2021 -4.192 0 -1.926 -245 -22.792 -29.156
(€ 1.000) 2021 2020 I. Voorraden, nettobedrag 376.218 382.451 Bruto-boekwaarde 378.412 384.221 Grond- en hulpstoffen 50.638 88.369 Goederen in bewerking 55.600 50.466 Gereed product 4.919 6.399 Handelsgoederen 1.107 1.320 Onroerende goederen bestemd voor verkoop 266.149 237.666 Vooruitbetalingen 0 0 Afschrijvingen en andere waardeverminderingen (-) -2.194 -1.771 Geboekte WV op voorraden in resultatenrekening tijdens het boekjaar 1.056 298 Terugname WV op voorraden in resultatenrekening tijdens het boekjaar 0 -64
Bedrag door (aan) opdrachtgevers verschuldigd voor onderhanden projecten, netto 136.616 90.842 Bedrag verschuldigd door klanten voor onderhanden projecten 478.499 400.034 Bedrag verschuldigd aan klanten voor onderhanden projecten -341.883 -309.192
Bedrag van gemaakte kosten en opgenomen winsten min verliezen 7.168.801 6.774.948 Bedrag van gerealiseerde opbrengsten -7.032.185 -6.684.106 Ontvangen vooruitbetalingen (CFE-DEME) -107.147 -65.034
Het uitvoeren van onderhanden projecten houdt steeds een bepaald operationeel risico in, maar vereist tevens dat bepaalde inschattingen moeten worden gemaakt inzake de winstgevendheid op het einde van een project. Dat is inherent aan dergelijke activiteit, net zoals het risico dat met klanten discussie kan ontstaan over afwijkende kosten, gewijzigde uitvoering en over de inning van overeenkomstige vorderingen. Zo is DEME, zowel eisend als verwerend, betrokken bij discussies met opdrachtgevers over de financiële gevolgen van afwijkingen bij de uitvoering van aannemingsprojecten. In een beperkt aantal gevallen kunnen die ook uitmonden in procedures. Voor zover de gevolgen daarvan betrouwbaar kunnen worden in-
De lopende onderhanden projecten in uitvoering van CFE-DEME zullen in de volgende jaren nog een omzet van 3.078 miljoen euro genereren, waarvan 1.707
De vastgoedpromotieprojecten van Nextensa (vnl. Tour&Taxis te Brussel) zitten tevens in deze balansrubriek vervat aangezien de resultaatserkenning van de verkochte entiteiten nog in aanbouw ook volgens de "Percentage of Completion" methode verloopt. Op de Tour & Taxis-site verlopen de residentiële ontwikkelingen van Nextensa vlot. Van Park Lane fase I (319 appartementen) zijn nog slechts 11 appartementen te koop. De laatste appartementen worden in mei 2022 opgele-
De vooruitgang van de werken wordt bepaald op basis van de gemaakte kosten
in verhouding tot de verwachte kostprijs van het ganse project.
geschat, worden daarvoor provisies aangelegd in de rekeningen.
miljoen euro geraamd in 2022.
verd.
(€ 1.000) Individual Collective Individual Collective
Toelichting 14: Voorraden en onderhanden projecten in opdracht van derden
II. Onderhanden projecten in opdracht van derden
De vastgoedpromotieprojecten van CFE, de grondenportefeuille van Nextensa en de havengebonden ontwikkelingen in Vietnam door Rent-A-Port zijn de voornaam-
In 2021 heeft CFE (BPI) verschillende projecten opgeleverd: Ernest The Park (Elsene), de laatste fase van Hauts Prés (Ukkel) en Park West (Europese wijk). De bouw en commercialisatie van Patio (Erasmus Gardens, Anderlecht) en van 4 projecten in Luxemburg verlopen vlot. BPI heeft de verkoop afgerond van Ernest 11, een kantoorgebouw van 5.000 m² in Luik, van 50% van het project Samaya, een industriële site bij het station van Ottignies dat in een gemengd project zal getransformeerd worden, van de grond van project Sadowa (Gdansk, Polen) en van de resterende retail van Bulwary Ksiazece (Wroclaw, Polen). Tenslotte werden in
Rent-A-Port versnelde in 2021 de ontwikkeling van de DEEP C Industrial Zones in Haiphong (Vietnam). Momenteel bezit dochterbedrijf Infra Asia Investments reeds een landportefeuille van ongeveer 3.400 hectare vlakbij de nieuwe diepzeehaven van Lach Huyen. Dit vertegenwoordigt ongeveer 25% van alle beschikbare indu-
Onderhanden projecten van CFE, DEME en Agidens worden gewaardeerd volgens de "Percentage of Completion"-methode, waarbij resultaat erkend wordt a rato van de vooruitgang van de werken. Voorziene verliezen worden evenwel on-
Onderhanden projecten op afsluitdatum
ste componenten van de rubriek 'Voorraden'.
Polen ook nog drie nieuwe sites gekocht.
striële terreinen in het noorden van Vietnam.
middellijk ten laste van het resultaat geboekt.
De totale geboekte verwachte kredietverliezen (stage 1, 2 en 3) voor het volledige jaar 2021 bedragen -2,2 miljoen euro (waarbij een minteken een positieve impact op het resultaat impliceert) t.o.v. 5,5 miljoen euro in 2020.
Veruit de grootste impact is toe te schrijven aan COVID-19: in 2020 werden er nog 6,1 miljoen euro extra verwachte kredietverliezen geboekt voor de performing kredieten, daar waar er in 2021 door het bijstellen van de macro-economische scenario's 1,7 miljoen euro werd teruggenomen van de voorziening voor de performing kredieten.
De overblijvende ECL-mutatie is toe te schrijven aan de normale wijzigingen in de kredietportefeuille (waarbij nieuwe kredieten worden toegekend en bestaande kredieten worden terugbetaald), én door aflossingen in de kredieten die door de mogelijke COVID-19 impact in 2020 werden aanzien als hoger risico (staging van de meest risicovolle sectoren in 2020).
| Leningen en vorderingen op cliënten - interne rating klasse | Stage 1 | Stage 2 | Stage 3 | 2021 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|
| (€ 1.000) | Individual | Collective | Individual | Collective | ||
| Performing | ||||||
| Low risk | 2.376.878 | 0 | 21.069 | 23.856 | 0 | 2.421.803 |
| Medium risk | 2.114.646 | 0 | 342.933 | 77.093 | 0 | 2.534.673 |
| High risk | 325.611 | 0 | 364.838 | 27.219 | 0 | 717.668 |
| Overdue | 33.601 | 0 | 15.380 | 649 | 0 | 49.629 |
| Non-performing | ||||||
| Submitted to write off | 0 | 0 | 0 | 0 | 53.635 | 53.635 |
| Total | 4.850.736 | 0 | 744.219 | 128.818 | 53.635 | 5.777.408 |
| Leningen en vorderingen op cliënten - interne rating klasse | Stage 1 | Stage 2 | Stage 3 | 2020 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|
| (€ 1.000) | Individual | Collective | Individual | Collective | ||
| Performing | ||||||
| Low risk | 1.977.006 | 0 | 22.509 | 124.363 | 0 | 2.123.878 |
| Medium risk | 2.021.171 | 0 | 288.376 | 183.689 | 0 | 2.493.236 |
| High risk | 323.910 | 0 | 341.639 | 55.844 | 0 | 721.393 |
| Overdue | 30.566 | 0 | 16.234 | 6.988 | 0 | 53.788 |
| Non-performing | ||||||
| Submitted to write off | 0 | 0 | 0 | 0 | 55.143 | 55.143 |
| Total | 4.352.654 | 0 | 668.757 | 370.884 | 55.143 | 5.447.439 |
| Leningen en vorderingen op cliënten - evolutie in 2021 | Stage 1 | Stage 2 | Stage 3 | 2021 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|
| (€ 1.000) | Individual | Collective | Individual | Collective | ||
| 31/12/2020 | 4.352.654 | 0 | 668.757 | 370.884 | 55.143 | 5.447.439 |
| Impact from collective staging | -28.608 | 28.608 | 242.608 | -242.608 | 0 | 0 |
| Recognition | 1.508.981 | 0 | 141.822 | 12.661 | 6.837 | 1.670.301 |
| Derecognition | -745.301 | 0 | -131.096 | -29.679 | -9.564 | -915.640 |
| Repayments | -351.757 | 0 | -51.406 | -10.961 | -9.582 | -423.706 |
| Transfers to stage 1 | 339.446 | 0 | -339.209 | 0 | -238 | 0 |
| Transfers to stage 2 | -219.042 | -28.608 | 219.119 | 28.608 | -77 | 0 |
| Transfers to stage 3 | -5.522 | 0 | -5.781 | 0 | 11.303 | 0 |
| Methodology modifications | -116 | 0 | -594 | -88 | -119 | -916 |
| Write offs | 0 | 0 | 0 | 0 | -69 | -69 |
| 31/12/2021 | 4.850.736 | 0 | 744.219 | 128.818 | 53.635 | 5.777.408 |
| Gecumuleerde waardeverminderingen | Stage 1 | Stage 2 | Stage 3 | 2021 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|
| (€ 1.000) | Individual | Collective | Individual | Collective | ||
| 31/12/2020 | -4.547 | 0 | -3.202 | -1.314 | -23.721 | -32.784 |
| Impact from collective staging | 24 | -24 | -1.002 | 1.002 | 0 | 0 |
| Recognition | -3.816 | -9 | -959 | -19 | -1.383 | -6.185 |
| Derecognition | 1.493 | 3 | 1.001 | 19 | 1.935 | 4.451 |
| Repayments | 1.684 | 11 | 645 | 38 | 0 | 2.379 |
| Transfers to Stage 1 | -1.656 | -131 | 1.636 | 131 | 21 | 0 |
| Transfers to Stage 2 | 149 | 47 | -155 | -55 | 15 | 0 |
| Transfers to Stage 3 | 28 | 0 | 185 | 0 | -213 | 0 |
| Impact on ECL by Stage Transfer | 1.403 | 115 | -1.654 | -214 | -3.396 | -3.746 |
| Other adjustments to credit risk | 1.045 | -11 | 1.601 | 166 | 2.326 | 5.128 |
| Methodology modifications | 0 | 0 | -21 | 0 | 39 | 17 |
| Model modifications | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Write-offs | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.585 | 1.585 |
| 31/12/2021 | -4.192 | 0 | -1.926 | -245 | -22.792 | -29.156 |
Toelichting 14: Voorraden en onderhanden projecten in opdracht van derden
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| I. Voorraden, nettobedrag | 376.218 | 382.451 |
| Bruto-boekwaarde | 378.412 | 384.221 |
| Grond- en hulpstoffen | 50.638 | 88.369 |
| Goederen in bewerking | 55.600 | 50.466 |
| Gereed product | 4.919 | 6.399 |
| Handelsgoederen | 1.107 | 1.320 |
| Onroerende goederen bestemd voor verkoop | 266.149 | 237.666 |
| Vooruitbetalingen | 0 | 0 |
| Afschrijvingen en andere waardeverminderingen (-) | -2.194 | -1.771 |
| Geboekte WV op voorraden in resultatenrekening tijdens het boekjaar | 1.056 | 298 |
| Terugname WV op voorraden in resultatenrekening tijdens het boekjaar | 0 | -64 |
| II. Onderhanden projecten in opdracht van derden | ||
| Bedrag door (aan) opdrachtgevers verschuldigd voor onderhanden projecten, netto | 136.616 | 90.842 |
| Bedrag verschuldigd door klanten voor onderhanden projecten | 478.499 | 400.034 |
| Bedrag verschuldigd aan klanten voor onderhanden projecten | -341.883 | -309.192 |
| Onderhanden projecten op afsluitdatum | ||
| Bedrag van gemaakte kosten en opgenomen winsten min verliezen | 7.168.801 | 6.774.948 |
| Bedrag van gerealiseerde opbrengsten | -7.032.185 | -6.684.106 |
| Ontvangen vooruitbetalingen (CFE-DEME) | -107.147 | -65.034 |
De vastgoedpromotieprojecten van CFE, de grondenportefeuille van Nextensa en de havengebonden ontwikkelingen in Vietnam door Rent-A-Port zijn de voornaamste componenten van de rubriek 'Voorraden'.
In 2021 heeft CFE (BPI) verschillende projecten opgeleverd: Ernest The Park (Elsene), de laatste fase van Hauts Prés (Ukkel) en Park West (Europese wijk). De bouw en commercialisatie van Patio (Erasmus Gardens, Anderlecht) en van 4 projecten in Luxemburg verlopen vlot. BPI heeft de verkoop afgerond van Ernest 11, een kantoorgebouw van 5.000 m² in Luik, van 50% van het project Samaya, een industriële site bij het station van Ottignies dat in een gemengd project zal getransformeerd worden, van de grond van project Sadowa (Gdansk, Polen) en van de resterende retail van Bulwary Ksiazece (Wroclaw, Polen). Tenslotte werden in Polen ook nog drie nieuwe sites gekocht.
Rent-A-Port versnelde in 2021 de ontwikkeling van de DEEP C Industrial Zones in Haiphong (Vietnam). Momenteel bezit dochterbedrijf Infra Asia Investments reeds een landportefeuille van ongeveer 3.400 hectare vlakbij de nieuwe diepzeehaven van Lach Huyen. Dit vertegenwoordigt ongeveer 25% van alle beschikbare industriële terreinen in het noorden van Vietnam.
Onderhanden projecten van CFE, DEME en Agidens worden gewaardeerd volgens de "Percentage of Completion"-methode, waarbij resultaat erkend wordt a rato van de vooruitgang van de werken. Voorziene verliezen worden evenwel onmiddellijk ten laste van het resultaat geboekt.
Het uitvoeren van onderhanden projecten houdt steeds een bepaald operationeel risico in, maar vereist tevens dat bepaalde inschattingen moeten worden gemaakt inzake de winstgevendheid op het einde van een project. Dat is inherent aan dergelijke activiteit, net zoals het risico dat met klanten discussie kan ontstaan over afwijkende kosten, gewijzigde uitvoering en over de inning van overeenkomstige vorderingen. Zo is DEME, zowel eisend als verwerend, betrokken bij discussies met opdrachtgevers over de financiële gevolgen van afwijkingen bij de uitvoering van aannemingsprojecten. In een beperkt aantal gevallen kunnen die ook uitmonden in procedures. Voor zover de gevolgen daarvan betrouwbaar kunnen worden ingeschat, worden daarvoor provisies aangelegd in de rekeningen.
De lopende onderhanden projecten in uitvoering van CFE-DEME zullen in de volgende jaren nog een omzet van 3.078 miljoen euro genereren, waarvan 1.707 miljoen euro geraamd in 2022.
De vastgoedpromotieprojecten van Nextensa (vnl. Tour&Taxis te Brussel) zitten tevens in deze balansrubriek vervat aangezien de resultaatserkenning van de verkochte entiteiten nog in aanbouw ook volgens de "Percentage of Completion" methode verloopt. Op de Tour & Taxis-site verlopen de residentiële ontwikkelingen van Nextensa vlot. Van Park Lane fase I (319 appartementen) zijn nog slechts 11 appartementen te koop. De laatste appartementen worden in mei 2022 opgeleverd.
De vooruitgang van de werken wordt bepaald op basis van de gemaakte kosten in verhouding tot de verwachte kostprijs van het ganse project.
| (€ 1.000) | Minderheidsbelang % | Minderheidsbelang in de AvH-balans |
Aandeel minderheids belang in winst van het boekjaar |
|||
|---|---|---|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2021 | 2020 | 2021 | 2020 | |
| I. Marine Engineering & Contracting | ||||||
| CFE - DEME | 37,90% | 37,90% | 740.856 | 684.344 | 59.045 | 23.229 |
| Rent-A-Port (Infra Asia Investments) | 18,95% | 18,95% | 49.324 | 46.015 | 957 | 2.583 |
| II. Private Banking | ||||||
| Bank Van Breda (1) | 21,25% | 21,25% | 141.694 | 130.503 | 12.936 | 9.461 |
| III. Real Estate & Senior Care | ||||||
| Nextensa / Leasinvest Real Estate (2) | 41,47% | 69,99% | 333.989 | 341.015 | 30.172 | 5.378 |
| IV. AvH & Growth Capital | ||||||
| Agidens (3) | 15,02% | 13,75% | 3.464 | 2.418 | 807 | 179 |
| Overige | 8.448 | 15.836 | 1.328 | 6.994 | ||
| Totaal | 1.277.774 | 1.220.131 | 105.246 | 47.823 |
Beknopte staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten – 2021
Beknopte staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten – 2020
Beknopte balans – 2021
Beknopte balans – 2020
(€ 1.000) CFE - DEME Bank Van Breda Rent-A-Port Nextensa Agidens Op het niveau van de onderneming zelf 177.382 60.359 8.151 65.642 5.146 Winst (verlies) van het boekjaar 152.766 65.193 3.858 53.355 5.410 - Aandeel van het minderheidsbelang 2.757 15 279 111 0 - Aandeel van de groep 150.008 65.178 3.578 53.244 5.410 Niet-gerealiseerde resultaten 24.616 -4.834 4.294 12.287 -264
Op het niveau van de onderneming zelf 39.877 51.791 -1.186 25.749 1.657 Winst (verlies) van het boekjaar 64.823 48.373 3.544 7.683 1.299 - Aandeel van het minderheidsbelang 803 78 2.369 0 0 - Aandeel van de groep 64.020 48.295 1.174 7.683 1.299 Niet-gerealiseerde resultaten -24.946 3.418 -4.729 18.066 358
(€ 1.000) CFE - DEME Bank Van Breda Rent-A-Port Nextensa Agidens Vaste activa 2.863.509 4.719.074 98.891 1.433.991 19.407 Vlottende activa 2.436.490 3.072.728 155.796 461.971 30.921 Langlopende verplichtingen 914.184 727.751 54.540 630.533 7.803 Kortlopende verplichtingen 2.429.789 6.385.592 74.402 474.956 19.457 Eigen vermogen 1.956.026 678.459 125.746 790.473 23.068 - Deel groep 1.936.335 678.459 79.555 779.970 23.068 - Aandeel van het minderheidsbelang 19.691 0 46.191 10.503 0 Dividend uitgekeerd aan derden -9.594 -2.486 -1.770 -21.778 -82
(€ 1.000) CFE - DEME Bank Van Breda Rent-A-Port Leasinvest Real
Vaste activa 3.235.546 4.436.259 86.090 1.223.098 21.517 Vlottende activa 1.901.937 2.775.111 162.189 17.449 35.729 Langlopende verplichtingen 1.177.743 1.180.316 68.028 519.135 8.426 Kortlopende verplichtingen 2.154.792 5.410.680 75.719 234.202 31.237 Eigen vermogen 1.804.948 620.374 104.532 487.211 17.583 - Deel groep 1.787.113 620.249 60.154 487.211 17.583 - Aandeel van het minderheidsbelang 17.835 125 44.378 0 0 Dividend uitgekeerd aan derden 0 0 0 -21.778 0
Estate Agidens
Estate Agidens
(€ 1.000) CFE - DEME Bank Van Breda Rent-A-Port Leasinvest Real
(1) In 2018 werd de aandeelhoudersstructuur van Delen Private Bank en Bank Van Breda vereenvoudigd. AvH houdt voortaan, via 100%-dochtervennootschap FinAx, een rechtstreekse 78,75%-belang in Delen Private Bank dat nu rechtstreeks wordt verwerkt via vermogensmutatie.
(2) Bij de vorming van de geïntegreerde vastgoedgroep Nextensa heeft AvH 100% van de aandelen van Extensa en LREM ingebracht voor een gezamenlijke waarde van 293,4 miljoen euro in ruil voor de uitgifte van 4.075.458 nieuwe aandelen in Leasinvest Real Estate. Na deze transactie wordt het kapitaal van Nextensa (voorheen Leasinvest Real Estate) vertegenwoordigd door 10.002.102 aandelen, waarvan AvH er 5.853.817 (inclusief 1.778.359 initiële aandelen) bezit en hiermee een controlebelang van 58,53% behoudt. Het minderheidsbelang daalde bijgevolg naar 41,47%. (3) De uitoefening van opties (door het management) bij Agidens resulteerde in een toename van het minderheidsbelang met 1,26%.
Beknopte resultatenrekening – 2021
| (€ 1.000) | CFE - DEME | Bank Van Breda | Rent-A-Port | Nextensa | Agidens |
|---|---|---|---|---|---|
| Omzet | 3.635.953 | 184.193 | 50.527 | 65.174 | 74.807 |
| Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten | 196.668 | 84.792 | 6.167 | 53.116 | 7.112 |
| Financieel resultaat | -11.451 | -2.819 | 11.828 | -424 | |
| Winst (verlies) vóór belasting | 195.035 | 84.792 | 6.881 | 64.944 | 6.688 |
| Winst (verlies) van het boekjaar | 152.766 | 65.193 | 3.858 | 53.355 | 5.410 |
| Op het niveau van de onderneming zelf | 152.766 | 65.193 | 3.858 | 53.355 | 5.410 |
| - Aandeel van het minderheidsbelang | 2.757 | 15 | 279 | 111 | |
| - Aandeel van de groep | 150.008 | 65.178 | 3.578 | 53.244 | 5.410 |
| Op het niveau van AvH (1) | 151.167 | 64.263 | 3.858 | 53.842 | 5.410 |
| - Aandeel van het minderheidsbelang | 59.045 | 12.936 | 957 | 30.172 | 807 |
| - Aandeel van de groep | 92.122 | 51.328 | 2.900 | 23.670 | 4.602 |
Beknopte resultatenrekening – 2020
| (€ 1.000) | CFE - DEME | Bank Van Breda | Rent-A-Port | Leasinvest Real Estate |
Agidens |
|---|---|---|---|---|---|
| Omzet | 3.221.958 | 162.681 | 72.706 | 61.572 | 91.688 |
| Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten | 87.253 | 65.642 | 14.248 | 77.697 | 2.963 |
| Financieel resultaat | -34.348 | -6.893 | -69.534 | -559 | |
| Winst (verlies) vóór belasting | 85.145 | 65.643 | 7.272 | 8.163 | 2.266 |
| Winst (verlies) van het boekjaar | 64.823 | 48.373 | 3.544 | 7.683 | 1.299 |
| Op het niveau van de onderneming zelf | 64.823 | 48.373 | 3.544 | 7.683 | 1.299 |
| - Aandeel van het minderheidsbelang | 803 | 78 | 2.369 | ||
| - Aandeel van de groep | 64.020 | 48.295 | 1.174 | 7.683 | 1.299 |
| Op het niveau van AvH (1) | 59.637 | 47.493 | 3.544 | 8.694 | 1.299 |
| - Aandeel van het minderheidsbelang | 23.229 | 9.461 | 2.583 | 5.378 | 179 |
| - Aandeel van de groep | 36.408 | 38.032 | 961 | 3.317 | 1.120 |
(1) Inclusief beperkt aantal consolidatieherwerkingen
Beknopte staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten – 2021
| (€ 1.000) | CFE - DEME | Bank Van Breda | Rent-A-Port | Nextensa | Agidens |
|---|---|---|---|---|---|
| Op het niveau van de onderneming zelf | 177.382 | 60.359 | 8.151 | 65.642 | 5.146 |
| Winst (verlies) van het boekjaar | 152.766 | 65.193 | 3.858 | 53.355 | 5.410 |
| - Aandeel van het minderheidsbelang | 2.757 | 15 | 279 | 111 | 0 |
| - Aandeel van de groep | 150.008 | 65.178 | 3.578 | 53.244 | 5.410 |
| Niet-gerealiseerde resultaten | 24.616 | -4.834 | 4.294 | 12.287 | -264 |
| - Aandeel van het minderheidsbelang | 88 | ||||
| - Aandeel van de groep | 24.528 | -4.834 | 4.294 | 12.287 | -264 |
| Op het niveau van AvH | 175.783 | 59.026 | 8.151 | 66.434 | 5.146 |
| Winst (verlies) van het boekjaar | 151.167 | 64.263 | 3.858 | 53.842 | 5.410 |
| - Aandeel van het minderheidsbelang | 59.045 | 12.936 | 957 | 30.172 | 807 |
| - Aandeel van de groep | 92.122 | 51.328 | 2.900 | 23.670 | 4.602 |
| Niet-gerealiseerde resultaten | 24.616 | -5.237 | 4.294 | 12.592 | -264 |
| - Aandeel van het minderheidsbelang | 11.570 | -1.113 | 814 | 11.690 | -36 |
| - Aandeel van de groep | 13.046 | -4.124 | 3.480 | 903 | -227 |
Beknopte staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten – 2020
| (€ 1.000) | CFE - DEME | Bank Van Breda | Rent-A-Port | Leasinvest Real Estate |
Agidens |
|---|---|---|---|---|---|
| Op het niveau van de onderneming zelf | 39.877 | 51.791 | -1.186 | 25.749 | 1.657 |
| Winst (verlies) van het boekjaar | 64.823 | 48.373 | 3.544 | 7.683 | 1.299 |
| - Aandeel van het minderheidsbelang | 803 | 78 | 2.369 | 0 | 0 |
| - Aandeel van de groep | 64.020 | 48.295 | 1.174 | 7.683 | 1.299 |
| Niet-gerealiseerde resultaten | -24.946 | 3.418 | -4.729 | 18.066 | 358 |
| - Aandeel van het minderheidsbelang | 264 | ||||
| - Aandeel van de groep | -25.210 | 3.418 | -4.729 | 18.066 | 358 |
| Op het niveau van AvH | 34.691 | 50.767 | -1.186 | 26.760 | 1.657 |
| Winst (verlies) van het boekjaar | 59.637 | 47.493 | 3.544 | 8.694 | 1.299 |
| - Aandeel van het minderheidsbelang | 23.229 | 9.461 | 2.583 | 5.378 | 179 |
| - Aandeel van de groep | 36.408 | 38.032 | 961 | 3.317 | 1.120 |
| Niet-gerealiseerde resultaten | -24.946 | 3.274 | -4.729 | 18.066 | 358 |
| - Aandeel van het minderheidsbelang | -9.569 | 696 | -884 | 12.645 | 48 |
| - Aandeel van de groep | -15.377 | 2.578 | -3.846 | 5.421 | 310 |
| (€ 1.000) | CFE - DEME | Bank Van Breda | Rent-A-Port | Nextensa | Agidens |
|---|---|---|---|---|---|
| Vaste activa | 2.863.509 | 4.719.074 | 98.891 | 1.433.991 | 19.407 |
| Vlottende activa | 2.436.490 | 3.072.728 | 155.796 | 461.971 | 30.921 |
| Langlopende verplichtingen | 914.184 | 727.751 | 54.540 | 630.533 | 7.803 |
| Kortlopende verplichtingen | 2.429.789 | 6.385.592 | 74.402 | 474.956 | 19.457 |
| Eigen vermogen | 1.956.026 | 678.459 | 125.746 | 790.473 | 23.068 |
| - Deel groep | 1.936.335 | 678.459 | 79.555 | 779.970 | 23.068 |
| - Aandeel van het minderheidsbelang | 19.691 | 0 | 46.191 | 10.503 | 0 |
| Dividend uitgekeerd aan derden | -9.594 | -2.486 | -1.770 | -21.778 | -82 |
| (€ 1.000) | CFE - DEME | Bank Van Breda | Rent-A-Port | Leasinvest Real Estate |
Agidens |
|---|---|---|---|---|---|
| Vaste activa | 3.235.546 | 4.436.259 | 86.090 | 1.223.098 | 21.517 |
| Vlottende activa | 1.901.937 | 2.775.111 | 162.189 | 17.449 | 35.729 |
| Langlopende verplichtingen | 1.177.743 | 1.180.316 | 68.028 | 519.135 | 8.426 |
| Kortlopende verplichtingen | 2.154.792 | 5.410.680 | 75.719 | 234.202 | 31.237 |
| Eigen vermogen | 1.804.948 | 620.374 | 104.532 | 487.211 | 17.583 |
| - Deel groep | 1.787.113 | 620.249 | 60.154 | 487.211 | 17.583 |
| - Aandeel van het minderheidsbelang | 17.835 | 125 | 44.378 | 0 | 0 |
| Dividend uitgekeerd aan derden | 0 | 0 | 0 | -21.778 | 0 |
Via haar divisie Van Breda Car Finance is Bank Van Breda actief in de sector van de autofinanciering en de financiële autoleasing. We verwijzen naar Toelichting 13 voor meer details.
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Activa | ||
| Materiële vaste activa | 179.290 | 165.858 |
| Terreinen en gebouwen | 130.674 | 121.572 |
| Installaties, machines en uitrusting | 9.919 | 7.922 |
| Meubilair en rollend material | 38.696 | 36.364 |
| Vastgoedbeleggingen | 4.181 | 4.207 |
| Totaal - Activa | 183.471 | 170.065 |
| Passiva | ||
| Eigen vermogen – Deel groep | -2.242 | -1.967 |
| Financiële schulden | 185.712 | 172.031 |
| Leasingschulden op LT | 149.514 | 138.093 |
| Leasingschulden op KT | 36.198 | 33.939 |
| Totaal - Passiva | 183.471 | 170.065 |
Als gevolg van de toepassing van IFRS 16 Leases erkende de groep op datum van 31 december 2021 een gebruiksrecht van 183,5 miljoen euro en een leaseverplichting van 185,7 miljoen euro, waarvan ongeveer 70% afkomstig is van CFE/DEME en 22% van Anima.
De door CFE toegepaste discontovoeten werden vastgesteld op 3,5% voor gebouwen, 3,0% voor materieel en 2,0% voor leasingwagens. DEME heeft volgende discontovoeten toegepast: voor korte termijn leasing (tussen 0,95%-1,70%) en voor de lange termijn leasing (2,16%-3,15%). De discontovoet met betrekking tot de gebouwen van Anima schommelt tussen 0,60% en 2%.
Toelichting 17: Voorzieningen
Voorzieningen - boekjaar 2020
Voorzieningen - boekjaar 2021
met 2,5 miljoen euro (deel groep 1,5 miljoen euro).
mogensmutatiewaarden ten belope van 12,6 miljoen euro.
daarvoor provisies aangelegd in de rekeningen.
toe te wijzen.
De controleverwerving eind 2013 over CFE gaf aanleiding tot het opnemen van een voorwaardelijke verplichting voor mogelijke risico's van 60,3 miljoen euro in verband met de bouw- en vastgoedpromotie-activiteiten van CFE. In de periode 2014-2020 werd 45,3 miljoen euro (deel Groep 27,4 miljoen euro) teruggenomen omdat de desbetreffende risico's bij CFE ofwel zijn verdwenen ofwel werden uitgedrukt in de rekeningen van CFE zelf. In 2021 werd dit bedrag verder afgebouwd
Bank Van Breda heeft in 2021 voor 5,7 miljoen euro provisies aangewend, respectievelijk laten vrijvallen, onder meer als gevolg van het beëindigen van een discussie mbt BTW en de volledige overname in eigen beheer van haar IT-infrastructuur. De overige evoluties zijn grotendeels aan variaties binnen de rekeningen van CFE
De 'Overige voorzieningen' bestaan voorts uit voorzieningen voor negatieve ver-
Verschillende deelnemingen van AvH (o.a. DEME, CFE, Agidens...) zijn actief in het uitvoeren van projecten. Dit houdt steeds een bepaald operationeel risico in, maar vereist tevens dat bepaalde inschattingen moeten worden gemaakt inzake de winstgevendheid op het einde van een project. Dat is inherent aan dergelijke activiteit, net zoals het risico dat met klanten discussie kan ontstaan over afwijkende kosten, gewijzigde uitvoering en over de inning van overeenkomstige vorderingen. Zo is DEME, zowel eisend als verwerend, betrokken bij discussies met opdrachtgevers over de financiële gevolgen van afwijkingen bij de uitvoering van aannemingsprojecten. In een beperkt aantal gevallen kunnen die ook uitmonden in procedures. Voor zover de gevolgen daarvan betrouwbaar kunnen worden ingeschat, worden
Voorzieningen voor garanties
Voorzieningen voor garanties
Voorzieningen voor gerechtelijke procedures
Voorzieningen voor gerechtelijke procedures
Milieuvoorzieningen
Milieuvoorzieningen
den:
Voorzieningen, beginsaldo 16.990 7.859 0 3.309 8.269 47.830 84.257 Additionele voorzieningen 1.409 393 0 1.059 209 9.628 12.698 Toename van bestaande voorzieningen 0 0 0 0 20 571 590 Toename door bedrijfscombinaties 0 16 0 0 0 0 16 Bedrag aan gebruikte voorzieningen (-) -2.060 -905 0 -2.435 -2.712 -8.093 -16.205 Terugname van niet-gebruikte voorzieningen (-) -61 0 0 0 -18 -2.737 -2.815 Afname door bedrijfsafsplitsing (-) -253 0 0 0 0 0 -253 Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen -13 -13 0 0 0 -42 -68 Overboekingen van (naar) andere posten 0 -1.000 0 0 0 3.613 2.613 Overige toename (afname) 0 0 0 0 0 -14 -14 Voorzieningen, eindsaldo 16.012 6.349 0 1.933 5.768 50.757 80.819
Voorzieningen, beginsaldo 16.380 7.447 0 2.390 8.994 48.031 83.242 Additionele voorzieningen 1.757 1.279 0 1.542 0 2.704 7.282 Toename van bestaande voorzieningen 389 0 0 0 472 1.741 2.602 Toename door bedrijfscombinaties 0 0 0 0 0 0 0 Bedrag aan gebruikte voorzieningen (-) -1.992 -337 0 -591 -1.197 -3.040 -7.157 Terugname van niet-gebruikte voorzieningen (-) 0 -87 0 0 0 -1.020 -1.107 Afname door bedrijfsafsplitsing (-) 0 0 0 -571 0 86 -485 Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen -113 -13 0 -42 0 -218 -387 Overboekingen van (naar) andere posten 569 -430 0 581 0 -427 293 Overige toename (afname) 0 0 0 0 0 -26 -26 Voorzieningen, eindsaldo 16.990 7.859 0 3.309 8.269 47.830 84.257
Voorzieningen voor herstructureringen
Voorzieningen voor herstructureringen
Voorzieningen voor contractuele verplichtingen
Voorzieningen voor contractuele verplichtingen
Betreffende DEME zijn volgende voorwaardelijke activa en verplichtingen te mel-
• Zoals bekend, is het Parket in 2016 een gerechtelijk onderzoek gestart naar de omstandigheden waarin een contract onderhands werd gegund aan Mordraga, een Russische joint venture vennootschap van de DEME-groep, voor de uitvoering van baggerwerken in de haven van Sabetta (Rusland). De werken werden uitgevoerd in de zomermaanden van 2014 en 2015. Het contract werd in 2016 beëindigd. Het onderzoek werd gestart na indiening van een klacht door een concurrent, aan wie het betrokken contract niet werd toegekend in het kader van een onderhandse gunning, en steunt uitsluitend op selectieve informatie aangereikt door deze concurrent. Eind december 2020 heeft het Parket enkele vennootschappen en (ex)-personeelsleden van de DEME-groep opgeroepen om voor de raadkamer te verschijnen. De raadkamer heeft op 21 februari 2022 beslist de zaak door te verwijzen naar de bodemrechter. Tegen de beslissing van de raadkamer is beroep aangetekend. Er weze benadrukt dat de raadkamer zelf geen uitspraak doet over de grond van de zaak, doch enkel oordeelt over de vraag of er al dan niet voldoende bezwaren zijn om een zaak ten gronde te laten beoordelen door de bevoegde rechter. Gelet op het voorgaande is het voor DEME momenteel onmogelijk een betrouwbare inschatting te maken van de financiële gevolgen van de lopende procedure. DEME behoudt het volste vertrou-
• In 2018 was de groep verwikkeld in een rechtszaak tegen Rijkswaterstaat in Nederland en dit in verband met de uitvoering van een project voor de verbreding van het Julianakanaal. Op basis van de beschikbare informatie kan DEME geen betrouwbare inschatting maken van de financiële gevolgen van dit geschil.
Ondanks lopende besprekingen, is de kwestie nog niet geregeld. • DEME is betrokken in een juridische procedure die door het Nederlandse 'Waterschap Vallei en Veluwe' is aangespannen tegen een consortium waarvan
wen in het verdere verloop van de procedure.
Overige
Overige
voorzieningen Totaal
voorzieningen Totaal
(€ 1.000)
(€ 1.000)
We verwijzen naar:
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Resultatenrekening | ||
| Geannuleerde huur | 38.922 | 36.273 |
| Afschrijvingen | -36.859 | -34.887 |
| Interestlasten | -2.508 | -2.902 |
De afschrijvingen hebben vooral betrekking op terreinen en gebouwen. De kost die voortkomt uit korte termijn huurcontracten en huurcontracten met een lage waarde, wordt immaterieel geacht. Er zijn geen kosten die betrekking hebben op variabele huurvergoedingen. Inkomsten die voortkomen van onderverhuurde gebruiksrechten worden tevens immaterieel geacht.
| (€ 1.000) | Voorzieningen voor garanties |
Voorzieningen voor gerechtelijke procedures |
Milieu voorzieningen |
Voorzieningen voor herstructure ringen |
Voorzieningen voor contractuele verplichtingen |
Overige voorzieningen |
Totaal |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Voorzieningen - boekjaar 2020 | |||||||
| Voorzieningen, beginsaldo | 16.380 | 7.447 | 0 | 2.390 | 8.994 | 48.031 | 83.242 |
| Additionele voorzieningen | 1.757 | 1.279 | 0 | 1.542 | 0 | 2.704 | 7.282 |
| Toename van bestaande voorzieningen | 389 | 0 | 0 | 0 | 472 | 1.741 | 2.602 |
| Toename door bedrijfscombinaties | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Bedrag aan gebruikte voorzieningen (-) | -1.992 | -337 | 0 | -591 | -1.197 | -3.040 | -7.157 |
| Terugname van niet-gebruikte voorzieningen (-) | 0 | -87 | 0 | 0 | 0 | -1.020 | -1.107 |
| Afname door bedrijfsafsplitsing (-) | 0 | 0 | 0 | -571 | 0 | 86 | -485 |
| Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen | -113 | -13 | 0 | -42 | 0 | -218 | -387 |
| Overboekingen van (naar) andere posten | 569 | -430 | 0 | 581 | 0 | -427 | 293 |
| Overige toename (afname) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | -26 | -26 |
| Voorzieningen, eindsaldo | 16.990 | 7.859 | 0 | 3.309 | 8.269 | 47.830 | 84.257 |
| (€ 1.000) | Voorzieningen voor garanties |
Voorzieningen voor gerechtelijke procedures |
Milieu voorzieningen |
Voorzieningen voor herstructure ringen |
Voorzieningen voor contractuele verplichtingen |
Overige voorzieningen |
Totaal |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Voorzieningen - boekjaar 2021 | |||||||
| Voorzieningen, beginsaldo | 16.990 | 7.859 | 0 | 3.309 | 8.269 | 47.830 | 84.257 |
| Additionele voorzieningen | 1.409 | 393 | 0 | 1.059 | 209 | 9.628 | 12.698 |
| Toename van bestaande voorzieningen | 0 | 0 | 0 | 0 | 20 | 571 | 590 |
| Toename door bedrijfscombinaties | 0 | 16 | 0 | 0 | 0 | 0 | 16 |
| Bedrag aan gebruikte voorzieningen (-) | -2.060 | -905 | 0 | -2.435 | -2.712 | -8.093 | -16.205 |
| Terugname van niet-gebruikte voorzieningen (-) | -61 | 0 | 0 | 0 | -18 | -2.737 | -2.815 |
| Afname door bedrijfsafsplitsing (-) | -253 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | -253 |
| Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen | -13 | -13 | 0 | 0 | 0 | -42 | -68 |
| Overboekingen van (naar) andere posten | 0 | -1.000 | 0 | 0 | 0 | 3.613 | 2.613 |
| Overige toename (afname) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | -14 | -14 |
| Voorzieningen, eindsaldo | 16.012 | 6.349 | 0 | 1.933 | 5.768 | 50.757 | 80.819 |
De controleverwerving eind 2013 over CFE gaf aanleiding tot het opnemen van een voorwaardelijke verplichting voor mogelijke risico's van 60,3 miljoen euro in verband met de bouw- en vastgoedpromotie-activiteiten van CFE. In de periode 2014-2020 werd 45,3 miljoen euro (deel Groep 27,4 miljoen euro) teruggenomen omdat de desbetreffende risico's bij CFE ofwel zijn verdwenen ofwel werden uitgedrukt in de rekeningen van CFE zelf. In 2021 werd dit bedrag verder afgebouwd met 2,5 miljoen euro (deel groep 1,5 miljoen euro).
Bank Van Breda heeft in 2021 voor 5,7 miljoen euro provisies aangewend, respectievelijk laten vrijvallen, onder meer als gevolg van het beëindigen van een discussie mbt BTW en de volledige overname in eigen beheer van haar IT-infrastructuur. De overige evoluties zijn grotendeels aan variaties binnen de rekeningen van CFE toe te wijzen.
De 'Overige voorzieningen' bestaan voorts uit voorzieningen voor negatieve vermogensmutatiewaarden ten belope van 12,6 miljoen euro.
Verschillende deelnemingen van AvH (o.a. DEME, CFE, Agidens...) zijn actief in het uitvoeren van projecten. Dit houdt steeds een bepaald operationeel risico in, maar vereist tevens dat bepaalde inschattingen moeten worden gemaakt inzake de winstgevendheid op het einde van een project. Dat is inherent aan dergelijke activiteit, net zoals het risico dat met klanten discussie kan ontstaan over afwijkende kosten, gewijzigde uitvoering en over de inning van overeenkomstige vorderingen. Zo is DEME, zowel eisend als verwerend, betrokken bij discussies met opdrachtgevers over de financiële gevolgen van afwijkingen bij de uitvoering van aannemingsprojecten. In een beperkt aantal gevallen kunnen die ook uitmonden in procedures. Voor zover de gevolgen daarvan betrouwbaar kunnen worden ingeschat, worden daarvoor provisies aangelegd in de rekeningen.
Betreffende DEME zijn volgende voorwaardelijke activa en verplichtingen te melden:
DEME deel uitmaakt en dit wegens vermeende ongeoorloofde activiteiten op het project Eemdijk. De uitkomst van deze procedures zal naar verwachting geen materiële impact hebben.
| (€ 1.000) | < 1 jaar | 1 jaar < 5 jaar | > 5 jaar | Totaal 2021 | < 1 jaar | 1 jaar < 5 jaar | > 5 jaar | Totaal 2020 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Resterende looptijd |
Resterende looptijd |
|||||||
| I. Financiële schulden | ||||||||
| Leningen van banken | 527.129 | 917.939 | 107.634 | 1.552.702 | 319.771 | 1.039.365 | 356.243 | 1.715.379 |
| Obligatieleningen | 74.819 | 171.345 | 0 | 246.164 | 0 | 142.363 | 99.571 | 241.934 |
| Achtergestelde leningen | 33.527 | 59.995 | 1.630 | 95.152 | 20.974 | 43.050 | 1.630 | 65.655 |
| Leasingschulden | 36.198 | 73.329 | 76.184 | 185.712 | 33.939 | 68.640 | 69.453 | 172.031 |
| Overige financiële schulden | 290.047 | 11.615 | 226 | 301.887 | 315.181 | 46.955 | 2.215 | 364.351 |
| Totaal | 961.720 | 1.234.224 | 185.675 | 2.381.618 | 689.864 | 1.340.373 | 529.113 | 2.559.350 |
De financiële schulden komen, behoudens beperkte schuld op niveau van AvH zelf, voort van de integraal geconsolideerde participaties. Deze participaties zijn zelf verantwoordelijk voor het bekomen van marktconforme voorwaarden van kredietverleners, rekening houdend met hun eigen kredietwaardigheid. Op een geval-pergeval basis dient de participatie bovendien te beoordelen of schuldinstrumenten die onderhevig zijn aan variabele intrestvoeten en/of aan vreemde valuta, indekking vereisen, zodoende dat een aanvaardbaar residueel risico wordt behouden.
De financiële schulden bedragen op jaareinde 2021 1.419,9 miljoen euro op lange termijn en 961,7 miljoen euro op korte termijn. Dit betekent een sterke daling met 177,7 miljoen euro in 2021, waarvan 189,7 miljoen euro bij DEME. Deze schuldpositie moet in combinatie met de liquide middelen worden bekeken.
Geldmiddelen en kasequivalenten zijn met 41,3 miljoen euro toegenomen in 2021 tot 883,7 miljoen euro, waarvan 726,5 miljoen euro zich binnen het segment "Marine Engineering & Contracting" bevindt. De goede gang van zaken heeft DEME inderdaad toegelaten om haar netto financiële positie met 96,4 miljoen euro te verbeteren.
Nextensa heeft op 20/11/2019 een private plaatsing van obligaties voor een bedrag van 100 miljoen euro afgesloten, met een looptijd van 7 jaar en een vaste jaarlijkse coupon van 1,95%. Haar dochteronderneming Extensa Group sloot in het verleden 2 private plaatsingen af ten belope van 45 miljoen euro (vaste rente 3,00% met eindvervaldag 29 juni 2022) en van 40 miljoen euro (vaste rente 3,38% met vervaldag 5 juni 2024). De opnames van de bilaterale bancaire kredieten van Nextensa bedragen eind 2021 415,0 miljoen euro op lange termijn en betreffen de financiering van het hoofdgebouw, de leaseschulden mbt de wagens en de opname van straight loans in het kader van het werkkapitaalbeheer. De financiële schulden van Biolectric hebben betrekking op de financiering van de hoofdzetel, het werkkapitaal en de biogas-installaties die eigendom blijven van Biolectric om ze uit te baten en de geproduceerde elektriciteit aan de landbouwers
De korte termijn financiële schulden van AvH & subholdings, slaan hoofdzakelijk op het door AvH uitgegeven commercial paper. AvH beschikt over bevestigde kredietlijnen (280 miljoen euro), gespreid over verschillende banken, die de uit-
Diverse integraal geconsolideerde ondernemingen hebben in hun kredietovereenkomsten bepaalde ratio's (covenants) afgesproken en deze werden per 31 decem-
2021 2020 2021 2020
7.059.336 6.517.445 7.038.871 6.484.353
9.883
40.216 9.870
40.196
10.676
53.209
staande commercial paper-verplichtingen ruim overtreffen.
te verkopen.
(€ 1.000) 2021 2020
Leningen van banken 323.602 321.955 Obligatieleningen 30.612 28.358 Leasingschulden 0 0 Overige financiële schulden 0 0 Totaal 354.213 350.313
(€ 1.000) Reële waarde Boekwaarde
Schulden aan kredietinstellingen en centrale banken 424.484 325.163 425.353 327.292 Schulden aan cliënten 6.378.531 5.929.064 6.368.123 5.907.102
Schuldcertificaten inclusief obligaties 256.321 263.218 245.395 249.959
(€ 1.000) 2021 2020
Zichtdeposito's 13.869 12.211 Deposito's met vaste looptijd 16.531 16.518 ECB TLTRO III 394.847 298.417 Te betalen interesten 106 146 Totaal 425.353 327.292
Zichtdeposito's 4.218.578 3.589.527 Deposito's met vaste looptijd 1.045.537 1.243.990 Speciale deposito's 64.876 59.255 Gereguleerde deposito's 1.029.249 1.004.459 Achtergestelde certificaten 9.883 9.870 Totaal 6.368.123 5.907.102
Schuldcertificaten 205.178 209.763 Achtergestelde obligatielening 40.216 40.196 Totaal 245.395 249.959
Totaal schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 7.038.871 6.484.353
II. Schulden (gedeelte van schulden) gewaarborgd door zakelijke zekerheden gesteld of onherroepe-
lijk beloofd op de activa van de in de consolidatie opgenomen ondernemingen
Toelichting 19: Banken – schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties
ber 2021 gerespecteerd.
10.234
50.745
De expansie van Anima via de overnames van bestaande residenties en de bouw van nieuwe rusthuizen wordt gefinancierd vanuit eigen kasmiddelen, externe financiering en eventueel kapitaalsverhoging. Er wordt bij de financiering van de projecten rekening gehouden met de cash-drain in de start-up fase. Anima is voor een groot deel eigenaar van haar vastgoed, dat zij desgewenst kan verkopen in
De financiële schulden in het segment AvH & Growth Capital zijn toe te wijzen aan Agidens, Biolectric Group en AvH & subholdings. De schulden van Agidens
134,4 miljoen euro op korte termijn.
functie van haar financieringsnoden.
-
waarvan achtergesteld
Schulden aan cliënten
Schuldcertificaten inclusief obligaties
Schulden aan kredietinstellingen en centrale banken
Op jaareinde 2021 hadden volgende deelnemingen obligatieschulden uitstaan: BPI (Groep CFE): 29,9 miljoen euro, Rent-A-Port: 30,6 miljoen euro en Nextensa: 185,7 miljoen euro. De achtergestelde leningen van 95,2 miljoen euro in het segment "Marine Engineering & Contracting" zijn aangegaan door DEME in het kader van specifieke financieringen mbt nieuwe schepen. Onder overige financiële schulden op korte termijn zijn de uitgiftes van kortlopend schuldpapier (commercial paper) opgenomen. Op jaareinde bedroeg dit in totaal 290 miljoen euro (DEME: 0 miljoen euro, CFE: 69 miljoen euro, Nextensa: 179,0 miljoen euro en AvH : 42,0 miljoen euro).
De financiële schulden, na intercompany-eliminatie, zijn afkomstig uit volgende segmenten:
| (€ 1.000) | KT | LT |
|---|---|---|
| Marine Engineering & Contracting | 529.567 | 721.091 |
| Private Banking (IFRS 16 leases) | 2.516 | 5.673 |
| Real Estate & Senior Care | 383.659 | 700.141 |
| Energy & Resources | 0 | 0 |
| AvH & Growth Capital | 46.727 | 11.970 |
| Intercompany | -750 | -18.976 |
| Total | 961.720 | 1.419.899 |
Tegenover financiële schulden op korte termijn van 961,7 miljoen euro, staan geldmiddelen en kasequivalenten van 883,7 miljoen euro.
Het liquiditeitsrisico van DEME wordt beperkt door de financieringen te spreiden over verschillende banken, en bij voorkeur op lange termijn. DEME beschikt over belangrijke krediet- en garantielijnen bij een hele reeks internationale banken. In de kredietovereenkomsten met de desbetreffende banken zijn bepaalde ratio's (covenants) afgesproken die DEME dient na te leven. Dit is het geval op jaareinde 2021. Daarnaast beschikt zij voor financiële noden op korte termijn ook over een commercial paperprogramma. De investeringen van DEME gebeuren overwegend in materiaal dat een lange levensduur heeft en over meerdere jaren wordt afgeschreven. DEME streeft er daarom ook naar een aanzienlijk deel van haar schulden op lange termijn te structureren.
CFE financiert haar bouw- en vastgoedpromotie-activiteiten via bankleningen, commercial paper en de obligatielening van 30 miljoen euro uitgegeven in 2017 door BPI, het vastgoedontwikkelingsfiliaal van CFE (vervaldag eind 2022).
Zowel DEME als CFE beschikken eind 2021 over een aanzienlijke thesauriepositie.
De groep Rent-A-Port wordt voornamelijk gefinancierd door eigen middelen, een obligatielening en bank- en aandeelhoudersleningen. Infra Asia Investment Fund, een 50%-deelneming die via vermogensmutatie wordt verwerkt, heeft in 2016 een (non recourse) obligatie uitgegeven ter waarde van 29,2 miljoen euro + 1,8 miljoen USD voor de financiering van de activiteiten in Vietnam. Deze obligatielening is terugbetaalbaar op 7 jaar. De meeste bank- en aandeelhoudersleningen werden op lange termijn aangegaan tegen vaste rentevoeten. AvH en CFE hebben in de loop van het vierde kwartaal 2021 het kapitaal van Rent-A-Port verhoogd met samen 11,5 miljoen euro. Hiermee heeft Rent-A-Port de overname van aandeelhoudersleningen aan IAI gefinancierd.
Nextensa beschikt bij haar banken over de nodige lange termijn kredietfaciliteiten en back-up lijnen voor hun commercial paper om bestaande en toekomstige investeringsnoden te dekken. Door deze kredietfaciliteiten en back-uplijnen is het financieringsrisico ingedekt. Het liquiditeitsrisico wordt beperkt door enerzijds de financieringen te spreiden over verschillende financiële tegenpartijen en door diverse financieringsbronnen aan te spreken en anderzijds door de vervaldata te diversifieren.
Nextensa heeft op 20/11/2019 een private plaatsing van obligaties voor een bedrag van 100 miljoen euro afgesloten, met een looptijd van 7 jaar en een vaste jaarlijkse coupon van 1,95%. Haar dochteronderneming Extensa Group sloot in het verleden 2 private plaatsingen af ten belope van 45 miljoen euro (vaste rente 3,00% met eindvervaldag 29 juni 2022) en van 40 miljoen euro (vaste rente 3,38% met vervaldag 5 juni 2024). De opnames van de bilaterale bancaire kredieten van Nextensa bedragen eind 2021 415,0 miljoen euro op lange termijn en 134,4 miljoen euro op korte termijn.
De expansie van Anima via de overnames van bestaande residenties en de bouw van nieuwe rusthuizen wordt gefinancierd vanuit eigen kasmiddelen, externe financiering en eventueel kapitaalsverhoging. Er wordt bij de financiering van de projecten rekening gehouden met de cash-drain in de start-up fase. Anima is voor een groot deel eigenaar van haar vastgoed, dat zij desgewenst kan verkopen in functie van haar financieringsnoden.
De financiële schulden in het segment AvH & Growth Capital zijn toe te wijzen aan Agidens, Biolectric Group en AvH & subholdings. De schulden van Agidens betreffen de financiering van het hoofdgebouw, de leaseschulden mbt de wagens en de opname van straight loans in het kader van het werkkapitaalbeheer. De financiële schulden van Biolectric hebben betrekking op de financiering van de hoofdzetel, het werkkapitaal en de biogas-installaties die eigendom blijven van Biolectric om ze uit te baten en de geproduceerde elektriciteit aan de landbouwers te verkopen.
De korte termijn financiële schulden van AvH & subholdings, slaan hoofdzakelijk op het door AvH uitgegeven commercial paper. AvH beschikt over bevestigde kredietlijnen (280 miljoen euro), gespreid over verschillende banken, die de uitstaande commercial paper-verplichtingen ruim overtreffen.
Diverse integraal geconsolideerde ondernemingen hebben in hun kredietovereenkomsten bepaalde ratio's (covenants) afgesproken en deze werden per 31 december 2021 gerespecteerd.
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| II. Schulden (gedeelte van schulden) gewaarborgd door zakelijke zekerheden gesteld of onherroepe lijk beloofd op de activa van de in de consolidatie opgenomen ondernemingen |
||
| Leningen van banken | 323.602 | 321.955 |
| Obligatieleningen | 30.612 | 28.358 |
| Leasingschulden | 0 | 0 |
| Overige financiële schulden | 0 | 0 |
| Totaal | 354.213 | 350.313 |
| (€ 1.000) | Reële waarde | Boekwaarde | |||
|---|---|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2021 | 2020 | ||
| Schulden aan kredietinstellingen en centrale banken | 424.484 | 325.163 | 425.353 | 327.292 | |
| Schulden aan cliënten | 6.378.531 | 5.929.064 | 6.368.123 | 5.907.102 | |
| waarvan achtergesteld - |
10.234 | 10.676 | 9.883 | 9.870 | |
| Schuldcertificaten inclusief obligaties | 256.321 | 263.218 | 245.395 | 249.959 | |
| waarvan achtergesteld - |
50.745 | 53.209 | 40.216 | 40.196 | |
| 7.059.336 | 6.517.445 | 7.038.871 | 6.484.353 |
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Schulden aan kredietinstellingen en centrale banken | ||
| Zichtdeposito's | 13.869 | 12.211 |
| Deposito's met vaste looptijd | 16.531 | 16.518 |
| ECB TLTRO III | 394.847 | 298.417 |
| Te betalen interesten | 106 | 146 |
| Totaal | 425.353 | 327.292 |
| Schulden aan cliënten | ||
| Zichtdeposito's | 4.218.578 | 3.589.527 |
| Deposito's met vaste looptijd | 1.045.537 | 1.243.990 |
| Speciale deposito's | 64.876 | 59.255 |
| Gereguleerde deposito's | 1.029.249 | 1.004.459 |
| Achtergestelde certificaten | 9.883 | 9.870 |
| Totaal | 6.368.123 | 5.907.102 |
| Schuldcertificaten inclusief obligaties | ||
| Schuldcertificaten | 205.178 | 209.763 |
| Achtergestelde obligatielening | 40.216 | 40.196 |
| Totaal | 245.395 | 249.959 |
| Totaal schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties | 7.038.871 | 6.484.353 |
De integrale consolidatie van Bank Van Breda resulteert in de opname van de specifieke bancaire vorderingen en schulden in de balans van AvH. Deze rubrieken werden gegroepeerd om de balans zo transparant mogelijk te houden.
Liquiditeitsrisico is het risico dat de bank over onvoldoende middelen beschikt of onvoldoende snel en tegen een aanvaardbare prijs middelen kan vrijmaken om aan de directe verplichtingen te voldoen. De commerciële bankactiviteiten zijn de belangrijkste bron van liquiditeitsrisico. De financieringsbronnen van een bank hebben traditioneel een kortere looptijd dan de gefinancierde activa, waardoor een maturiteitsmismatch ontstaat. Het liquiditeitsbeheer van Bank Van Breda staat in voor de opvolging van deze mismatch en werkt een financieringsstrategie uit om dit te reduceren binnen de richtlijnen die worden vastgelegd in een liquiditeitsbeheersingskader. Ook op dit domein streeft de bank een bewust laag risicoprofiel na. Bank Van Breda houdt een sterke en kwaliteitsvolle liquiditeitsbuffer aan om schommelingen in de thesaurie te kunnen opvangen. De buffer bedraagt 1.470 miljoen euro en bestaat voornamelijk uit cash, geplaatst bij de ECB en zeer liquide overheidsobligaties.
De financieringsmix van de bank is zeer stabiel en de belangrijkste financieringsbron zijn de deposito's van het doelgroepcliënteel. De doelgroepklanten gebruiken de bank voor hun beleggingen en dagelijkse werking. De bank houdt ook nauwlettend de loan-to-deposit ratio in het oog en hanteert strenge limieten op deze verhouding tussen de kredietportefeuille aan klanten en de klantendeposito's. Eind 2021 bedroeg deze ratio 90%. De afhankelijkheid van externe institutionele financiering wordt tot een minimum beperkt en bedraagt in 2021 slechts 3,5% van het balanstotaal.
In november 2018 werd overgegaan tot de plaatsing van een achtergestelde obligatie binnen het EMTN programma van de bank. Er werd een bedrag van 40 miljoen euro opgehaald met als doel om het prudentieel eigen vermogen te diversifieren. In 2020 en 2021 nam de bank deel aan "Targeted Longer-Term Refinancing Operations"-programma's (TLTRO-III), ECB-instrumenten die banken stimuleert om krediet te verstrekken aan bedrijven en consumenten, ten belope van 300 miljoen euro respectievelijk 100 miljoen euro.
Impact van onmiddellijke stijging van de rentecurve met 100 basispunten
(gevoeligheid eigen vermogen) (= BPV)
Het renteresultaat 4.907 6.436
De Reële waarde van het eigen vermogen -47.409 -26.156
Renterisico overige integraal geconsolideerde participaties
Het beheer van het renterisico binnen de groep CFE gebeurt in functie van de activiteit. De activiteiten van Contracting worden gekenmerkt door een overschot van geldmiddelen, die de vastgoedverbintenissen gedeeltelijk compenseren. Het beleid is grotendeels gecentraliseerd in het kader van de cash pooling. DEME wordt geconfronteerd met belangrijke financieringen in het kader van investeringen in de vloot. Om een optimaal evenwicht te bereiken tussen de financieringskosten en de volatiliteit van de financiële resultaten, maakt DEME gebruik van
De groep Rent-A-Port wordt voornamelijk gefinancierd door eigen middelen, een obligatielening en bank- en aandeelhoudersleningen met vaste rentevoeten waardoor het renterisico eerder beperkt is. Infra Asia Investment Fund, een 50%-deelneming die via vermogensmutatie wordt verwerkt, heeft in 2016 een (non recourse) obligatie uitgegeven ter waarde van 29,2 miljoen euro + 1,8 miljoen USD voor de financiering van de activiteiten in Vietnam. Deze obligatielening is terugbetaalbaar op 7 jaar en heeft een vaste rentevoet. Ter indekking van het wisselrisico (USD) op zowel de kapitaal- als rentestromen, werd een cross-currency swap
Het indekkingsbeleid van Nextensa is erop gericht om het renterisico voor ongeveer 75% van de financiële schulden veilig te stellen voor een periode van 4-5 jaar en ongeveer 50% voor de volgende 5 jaar. Nextensa sloot in de voorbije jaren voor
afgesloten die kwalificeert als een kasstroom-indekkingsinstrument.
2021 2020
(€ 1.000) ≤ 1 maand 1-3 maand 3-12 maand 1-5 jaar 5-10 jaar > 10 jaar Onbepaald
Activa 1.786.000 414.000 1.126.000 2.775.000 1.210.000 345.000 48.000 Passiva -979.000 -931.000 -2.457.000 -1.491.000 -894.000 -295.000 -37.000 Derivaten 270.000 515.000 -80.000 -355.000 -310.000 -40.000 0 Rentegap 1.077.000 -2.000 -1.411.000 929.000 6.000 10.000 11.000
Activa 1.541.000 466.000 1.049.000 2.718.000 992.000 301.000 43.000 Passiva -907.000 -803.000 -1.935.000 -1.843.000 -804.000 -211.000 -41.000 Derivaten 260.000 530.000 -30.000 -330.000 -335.000 -95.000 0 Rentegap 894.000 193.000 -916.000 545.000 -147.000 -5.000 2.000
Bij de rentegapanalyse worden balansproducten en buitenbalansverplichtingen ingedeeld in de verschillende tijdsintervallen volgens rentevervaldag. Op die manier
een nominaal bedrag van 185 miljoen euro obligatieleningen af aan vaste intrestvoeten (1,95% mbt investeringsportefeuille en 3,00%-3,38% mbt promotie-ontwikkelingen). De overige schuldfinanciering van Nextensa is voornamelijk gebaseerd op een vlottende rentevoet, waarbij het risico bestaat dat bij een stijging van de rentevoeten de financieringskosten oplopen. Dit renterisico wordt ingedekt door financiële instrumenten zoals voornamelijk interest rate swaps. Eind 2021 be-
Anima dekt haar renterisico in door voornamelijk leningen met een vaste rentevoet aan te gaan. Per eind 2021 bedraagt het uitstaand saldo aan leningen met
De financiële schulden van het segment AvH & Growth Capital bestaan uit het door AvH uitgegeven commercial paper (42,0 miljoen euro) en de schulden door Agidens en Biolectric betreffende de huur van het hoofdkantoor en de financiering van werkkapitaal. Per jaareinde 2021 was er geen enkel rente-indekkings-instru-
Indien de Euribor met 50 basispunten zou stijgen, zou dit een toename van de rentelasten met zich meebrengen van 1,3 miljoen euro (CFE-DEME), 0,4 miljoen euro (Nextensa), 0,1 miljoen euro (Anima), 0,1 miljoen euro (Agidens), 0,1 miljoen euro (Biolectric) en 0,2 miljoen euro (AvH & subholdings). Dit houdt evenwel geen
een variabele rentevoet 5% van de totale financiële schuld.
rekening met impacten die we zouden terugvinden op het actief.
Sensitiviteits-analyse voor het renterisico
wordt de mismatchstructuur zichtbaar.
draagt de hedge ratio 67%.
ment uitstaand.
(1%) op:
(winstgevoeligheid)
31/12/2021
31/12/2020
renteswaps.
In de Basel reglementering en de CRR/CRD IV-richtlijn werden twee liquiditeitsratio's geïntroduceerd:
Eind 2021 bedroegen deze ratio's respectievelijk 160% en 135%. Beide ratio's bevinden zich ruim boven de ondergrens van 100% die opgelegd wordt door de toezichthouder.
Het liquiditeitsrisico wordt permanent bewaakt door een proactief thesauriebeheer, binnen de krijtlijnen van het 'Asset & Liability Management'-kader en het investeringskader. Voor haar liquiditeitsbeheer maakt de bank o.a. gebruik van liquiditeitsgaprapporten, ratio-analyse en volumeprognoses op korte en lange termijn.
In de volgende tabel zijn de activa en passiva gegroepeerd per periode van vervaldagen en werden er interne assumpties voor de deposito's zonder vervaldag gehanteerd.
| (€ 1.000) | < 1 maand | 1-3 maand | 3-12 maand | 1-5 jaar | 5-10 jaar | > 10 jaar | Onbepaald |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 31/12/2021 | |||||||
| Activa | 1.686.000 | 209.000 | 870.000 | 2.764.000 | 1.588.000 | 553.000 | 39.000 |
| Passiva | -981.000 | -929.000 | -2.460.000 | -1.447.000 | -925.000 | -286.000 | -63.000 |
| Derivaten | -1.000 | -2.000 | -7.000 | -14.000 | -4.000 | 0 | 0 |
| Liquiditeitsgap | 704.000 | -722.000 | -1.597.000 | 1.303.000 | 659.000 | 267.000 | -24.000 |
| 31/12/2020 | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Activa | 1.447.000 | 246.000 | 756.000 | 2.610.000 | 1.458.000 | 559.000 | 37.000 |
| Passiva | -908.000 | -802.000 | -1.940.000 | -1.800.000 | -834.000 | -202.000 | -67.000 |
| Derivaten | -1.000 | -2.000 | -7.000 | -30.000 | -13.000 | -1.000 | 0 |
| Liquiditeitsgap | 538.000 | -558.000 | -1.191.000 | 780.000 | 611.000 | 356.000 | -30.000 |
Renterisico kan gedefinieerd worden als de mate waarin de resultaten of de waarde van een financiële transactie beïnvloed worden door een verandering van de marktrentevoeten. Toegepast op een financiële instelling is renterisico de mate waarin de (rente-)inkomsten en/of de marktwaarde van deze instelling de kans lopen om nefaste gevolgen te ondervinden van een verandering van de marktrentevoeten.
De bank kiest ervoor om het renterisico op een relatief laag niveau te houden:
De rentegevoeligheid van het eigen vermogen en van de rente-inkomsten worden opgevolgd aan de hand van scenario-analyses met wijzigende marktvoorwaarden, die toelaten de impact van stress-scenario's in te schatten. Deze vermogens- en inkomensgevoeligheid wordt berekend met de basis-point-value-methodologie, die de waardeverandering van de portefeuille weergeeft bij een stijging van de rentevoeten over de volledige curve.
| Impact van onmiddellijke stijging van de rentecurve met 100 basispunten (1%) op: |
2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Het renteresultaat | 4.907 | 6.436 |
| (winstgevoeligheid) | ||
| De Reële waarde van het eigen vermogen | -47.409 | -26.156 |
| (gevoeligheid eigen vermogen) (= BPV) |
Bij de rentegapanalyse worden balansproducten en buitenbalansverplichtingen ingedeeld in de verschillende tijdsintervallen volgens rentevervaldag. Op die manier wordt de mismatchstructuur zichtbaar.
| (€ 1.000) | ≤ 1 maand | 1-3 maand | 3-12 maand | 1-5 jaar | 5-10 jaar | > 10 jaar | Onbepaald |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 31/12/2021 | |||||||
| Activa | 1.786.000 | 414.000 | 1.126.000 | 2.775.000 | 1.210.000 | 345.000 | 48.000 |
| Passiva | -979.000 | -931.000 | -2.457.000 | -1.491.000 | -894.000 | -295.000 | -37.000 |
| Derivaten | 270.000 | 515.000 | -80.000 | -355.000 | -310.000 | -40.000 | 0 |
| Rentegap | 1.077.000 | -2.000 | -1.411.000 | 929.000 | 6.000 | 10.000 | 11.000 |
| 31/12/2020 | |||||||
| Activa | 1.541.000 | 466.000 | 1.049.000 | 2.718.000 | 992.000 | 301.000 | 43.000 |
| Passiva | -907.000 | -803.000 | -1.935.000 | -1.843.000 | -804.000 | -211.000 | -41.000 |
| Derivaten | 260.000 | 530.000 | -30.000 | -330.000 | -335.000 | -95.000 | 0 |
| Rentegap | 894.000 | 193.000 | -916.000 | 545.000 | -147.000 | -5.000 | 2.000 |
Het beheer van het renterisico binnen de groep CFE gebeurt in functie van de activiteit. De activiteiten van Contracting worden gekenmerkt door een overschot van geldmiddelen, die de vastgoedverbintenissen gedeeltelijk compenseren. Het beleid is grotendeels gecentraliseerd in het kader van de cash pooling. DEME wordt geconfronteerd met belangrijke financieringen in het kader van investeringen in de vloot. Om een optimaal evenwicht te bereiken tussen de financieringskosten en de volatiliteit van de financiële resultaten, maakt DEME gebruik van renteswaps.
De groep Rent-A-Port wordt voornamelijk gefinancierd door eigen middelen, een obligatielening en bank- en aandeelhoudersleningen met vaste rentevoeten waardoor het renterisico eerder beperkt is. Infra Asia Investment Fund, een 50%-deelneming die via vermogensmutatie wordt verwerkt, heeft in 2016 een (non recourse) obligatie uitgegeven ter waarde van 29,2 miljoen euro + 1,8 miljoen USD voor de financiering van de activiteiten in Vietnam. Deze obligatielening is terugbetaalbaar op 7 jaar en heeft een vaste rentevoet. Ter indekking van het wisselrisico (USD) op zowel de kapitaal- als rentestromen, werd een cross-currency swap afgesloten die kwalificeert als een kasstroom-indekkingsinstrument.
Het indekkingsbeleid van Nextensa is erop gericht om het renterisico voor ongeveer 75% van de financiële schulden veilig te stellen voor een periode van 4-5 jaar en ongeveer 50% voor de volgende 5 jaar. Nextensa sloot in de voorbije jaren voor een nominaal bedrag van 185 miljoen euro obligatieleningen af aan vaste intrestvoeten (1,95% mbt investeringsportefeuille en 3,00%-3,38% mbt promotie-ontwikkelingen). De overige schuldfinanciering van Nextensa is voornamelijk gebaseerd op een vlottende rentevoet, waarbij het risico bestaat dat bij een stijging van de rentevoeten de financieringskosten oplopen. Dit renterisico wordt ingedekt door financiële instrumenten zoals voornamelijk interest rate swaps. Eind 2021 bedraagt de hedge ratio 67%.
Anima dekt haar renterisico in door voornamelijk leningen met een vaste rentevoet aan te gaan. Per eind 2021 bedraagt het uitstaand saldo aan leningen met een variabele rentevoet 5% van de totale financiële schuld.
De financiële schulden van het segment AvH & Growth Capital bestaan uit het door AvH uitgegeven commercial paper (42,0 miljoen euro) en de schulden door Agidens en Biolectric betreffende de huur van het hoofdkantoor en de financiering van werkkapitaal. Per jaareinde 2021 was er geen enkel rente-indekkings-instrument uitstaand.
Indien de Euribor met 50 basispunten zou stijgen, zou dit een toename van de rentelasten met zich meebrengen van 1,3 miljoen euro (CFE-DEME), 0,4 miljoen euro (Nextensa), 0,1 miljoen euro (Anima), 0,1 miljoen euro (Agidens), 0,1 miljoen euro (Biolectric) en 0,2 miljoen euro (AvH & subholdings). Dit houdt evenwel geen rekening met impacten die we zouden terugvinden op het actief.
| (€ 1.000) | Notioneel bedrag 2021 |
Boekwaarde 2021 |
Notioneel bedrag 2020 |
Boekwaarde 2020 |
|---|---|---|---|---|
| I. Indekking van het renterisico | ||||
| Activa | ||||
| Reële waarde indekking - Bank Van Breda | 40.000 | 568 | 5.000 | 591 |
| Kasstroomindekking | 0 | 0 | 25.696 | 1.790 |
| Indekkingsinstrumenten die niet voldoen aan de vereisten van kasstroomindekking | 140.000 | 684 | 130.000 | 33 |
| Te ontvangen interesten | 0 | 0 | ||
| Totaal | 1.252 | 2.414 | ||
| Passiva | ||||
| Reële waarde indekking - Bank Van Breda | 745.000 | -28.687 | 805.000 | -54.179 |
| Kasstroomindekking | 930.226 | -20.454 | 1.151.581 | -38.033 |
| Indekkingsinstrumenten die niet voldoen aan de vereisten van kasstroomindekking | 280.000 | -5.599 | 310.000 | -10.633 |
| Te ontvangen interesten | 0 | 0 | ||
| Totaal | -54.740 | -102.845 | ||
| II. Indekking van het valutarisico | ||||
| Activa | 183.934 | 2.043 | 253.969 | 8.175 |
| Passiva | 1.354.132 | -35.295 | 373.588 | -1.605 |
| -33.252 | 6.570 | |||
| III. Risico's verbonden aan grondstoffen | ||||
| Activa | 2.651 | 1.088 | ||
| Passiva | -314 | -1.787 | ||
| 2.337 | -699 | |||
| Aansluiting met de geconsolideerde balans | Actiefzijde | Actiefzijde | ||
| Langlopende afdekkingsinstrumenten | 1.816 | 3.279 | ||
| Kortlopende afdekkingsinstrumenten | 4.129 | 8.399 | ||
| 5.945 | 11.678 | |||
| Passiefzijde | Passiefzijde | |||
| Langlopende afdekkingsinstrumenten | -74.034 | -97.324 | ||
| Kortlopende afdekkingsinstrumenten | -16.315 | -8.914 | ||
| -90.348 | -106.237 |
Het renterisico van Bank Van Breda en de overige integraal geconsolideerde participaties komt aan bod op in deze Toelichting 20. Financiële instrumenten.
Voor een beschrijving van het valutarisico wordt verwezen naar Toelichting 12. De financiële instrumenten ter indekking van dit risico zijn voornamelijk voor rekening van de integraal geconsolideerde participaties DEME en Bank Van Breda. De muntposities die Bank Van Breda inneemt via termijnwisselverrichtingen, vloeien voort uit de activiteiten van haar klanten. De bank dekt openstaande posities interbancair in zodat er geen materieel valutarisico kan ontstaan.
Sensitiviteitsanalyse van het valutarisico van DEME - 2020
Ook de risico's verbonden aan grondstoffen zijn gelieerd met DEME die zich indekt tegen fluctuaties van de olieprijzen door het aangaan van forwardcontrac-
De uitgestelde belastingen vinden grotendeels hun oorsprong in de herwaardering van activa en passiva als gevolg van bedrijfscombinaties. De groep beoordeelt op geregelde tijdstippen haar onzekere belastingposities. Conform IFRIC 23, worden, waar nodig, provisies genomen die opgenomen worden onder de uitgestelde be-
Niet-opgenomen uitgestelde belastingvorderingen
Actuele en uitgestelde belastinglasten (-baten)
Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen opgenomen in de balans
Langlopende interestdragende schulden (+ deel dat binnen het jaar vervalt) na indekking 0 0 Netto kortlopende financiële schulden 4.605 -4.167 Handelsvorderingen en -schulden na indekking 440 -440
(€ 1.000) Activa 2021 Verplicht. 2021 Netto 2021 Activa 2020 Verplicht. 2020 Netto 2020 Immateriële vaste activa 27 26.470 -26.443 23 26.068 -26.046 Materiële vaste activa 26.979 68.382 -41.403 28.365 75.305 -46.940 Vastgoedbeleggingen 167 34.768 -34.601 0 25.790 -25.790 Financiële vaste activa 0 4.802 -4.802 0 0 0 Geldbeleggingen -686 0 -686 -2.798 0 -2.798 Personeelsbeloningen 16.134 867 15.267 16.129 1.076 15.052 Voorzieningen 4.563 7.613 -3.050 6.336 22.602 -16.266 Afgeleide financiële instrumenten 1.533 -4.942 6.474 3.801 364 3.436 Werkkapitaal-balansrubrieken 59.500 63.394 -3.893 50.829 68.311 -17.482 Fiscale verliezen en tax credits / investeringsaftrek 68.841 -12.726 81.567 96.147 -1.349 97.497 Compensatie -26.778 -26.778 0 -58.392 -58.392 0 Totaal 150.279 161.849 -11.570 140.439 159.777 -19.338
(€ 1.000) 2021 2020 Niet-geboekte vorderingen wegens fiscale verliezen 145.645 85.631 Andere niet-geboekte uitgestelde belastingvorderingen (1) 0 0 Totaal 145.645 85.631 (1) De andere niet-geboekte uitgestelde belastingvorderingen betreffen voornamelijk bedragen waarvan de recuperatie in de tijd begrensd is en afhankelijk is van de mate waarin tijdens die periode
(€ 1.000) 2021 2020
Belastingen op het resultaat van het boekjaar -90.272 -101.777 Aanpassingen aan belastingen van voorgaande perioden 5.199 10.342 Totaal -85.073 -91.435
Herkomst en terugboeking van tijdelijke verschillen 4.787 44.769 Toevoeging (gebruik) van fiscaal overdraagbare verliezen 920 265 Overige uitgestelde belastingen -83 -341 Totaal 5.624 44.693 Totaal actuele en uitgestelde belastinglasten (-baten) -79.449 -46.742
belastbaar resultaat wordt geboekt. Vorderingen die voortkomen uit terugvordering van niet aangewende DBI-overschotten zijn niet in dit overzicht opgenomen.
Impact op de balans (+ is debet / - is credit)
Toelichting 21: Belastingen
lastingverplichtingen.
Actuele belastingen, netto
Uitgestelde belastingen, netto
Impact van de sensitiviteitsberekening depreciatie van 5% van de euro
De rubriek 'Compensatie' weerspiegelt de compensatie tussen uitgestelde belas-
tingvorderingen en -verplichtingen per entiteit bij DEME.
Impact van de sensitiviteitsberekening appreciatie van 5% van de euro
(€ 1.000)
ten.
De onderstaande tabel geeft inzage in de financiële instrumenten hieromtrent bij CFE-DEME:
| (€ 1.000) | Notionele bedrag |
||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| USD US Dollar | SGD Singapour Dollar |
PLN Poolse Zloty | GBP GB Pound | EGP Egyptisch Pond |
Andere | Totaal | |
| Termijnaankopen | 42.283 | 50.360 | 74.470 | 0 | 0 | 16.821 | 183.934 |
| Termijnverkopen | 1.156.536 | 0 | 73.035 | 44.025 | 68.760 | 11.776 | 1.354.132 |
| (€ 1.000) | Reële waarde | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| USD US Dollar | SGD Singapour Dollar |
PLN Poolse Zloty | GBP GB Pound | EGP Egyptisch Pond |
Andere | Totaal | |
| Termijnaankopen | 561 | 363 | 943 | 0 | 0 | 176 | 2.043 |
| Termijnverkopen | 32.816 | 0 | 879 | 393 | 1.121 | 85 | 35.295 |
| (€ 1.000) | Impact van de sensitiviteits berekening - depreciatie van 5% van de euro |
Impact van de sensitiviteits berekening - appreciatie van 5% van de euro |
|---|---|---|
| Impact op de balans (+ is debet / - is credit) | ||
| Langlopende interestdragende schulden (+ deel dat binnen het jaar vervalt) na indekking | 0 | 0 |
| Netto kortlopende financiële schulden | 2.593 | -2.346 |
| Handelsvorderingen en -schulden na indekking | 294 | -294 |
| (€ 1.000) | Impact van de sensitiviteits berekening - depreciatie van 5% van de euro |
Impact van de sensitiviteits berekening - appreciatie van 5% van de euro |
|---|---|---|
| Impact op de balans (+ is debet / - is credit) | ||
| Langlopende interestdragende schulden (+ deel dat binnen het jaar vervalt) na indekking | 0 | 0 |
| Netto kortlopende financiële schulden | 4.605 | -4.167 |
| Handelsvorderingen en -schulden na indekking | 440 | -440 |
Ook de risico's verbonden aan grondstoffen zijn gelieerd met DEME die zich indekt tegen fluctuaties van de olieprijzen door het aangaan van forwardcontracten.
| (€ 1.000) | Activa 2021 | Verplicht. 2021 | Netto 2021 | Activa 2020 | Verplicht. 2020 | Netto 2020 |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Immateriële vaste activa | 27 | 26.470 | -26.443 | 23 | 26.068 | -26.046 |
| Materiële vaste activa | 26.979 | 68.382 | -41.403 | 28.365 | 75.305 | -46.940 |
| Vastgoedbeleggingen | 167 | 34.768 | -34.601 | 0 | 25.790 | -25.790 |
| Financiële vaste activa | 0 | 4.802 | -4.802 | 0 | 0 | 0 |
| Geldbeleggingen | -686 | 0 | -686 | -2.798 | 0 | -2.798 |
| Personeelsbeloningen | 16.134 | 867 | 15.267 | 16.129 | 1.076 | 15.052 |
| Voorzieningen | 4.563 | 7.613 | -3.050 | 6.336 | 22.602 | -16.266 |
| Afgeleide financiële instrumenten | 1.533 | -4.942 | 6.474 | 3.801 | 364 | 3.436 |
| Werkkapitaal-balansrubrieken | 59.500 | 63.394 | -3.893 | 50.829 | 68.311 | -17.482 |
| Fiscale verliezen en tax credits / investeringsaftrek | 68.841 | -12.726 | 81.567 | 96.147 | -1.349 | 97.497 |
| Compensatie | -26.778 | -26.778 | 0 | -58.392 | -58.392 | 0 |
| Totaal | 150.279 | 161.849 | -11.570 | 140.439 | 159.777 | -19.338 |
De uitgestelde belastingen vinden grotendeels hun oorsprong in de herwaardering van activa en passiva als gevolg van bedrijfscombinaties. De groep beoordeelt op geregelde tijdstippen haar onzekere belastingposities. Conform IFRIC 23, worden, waar nodig, provisies genomen die opgenomen worden onder de uitgestelde belastingverplichtingen.
De rubriek 'Compensatie' weerspiegelt de compensatie tussen uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen per entiteit bij DEME.
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Niet-geboekte vorderingen wegens fiscale verliezen | 145.645 | 85.631 |
| Andere niet-geboekte uitgestelde belastingvorderingen (1) | 0 | 0 |
| Totaal | 145.645 | 85.631 |
(1) De andere niet-geboekte uitgestelde belastingvorderingen betreffen voornamelijk bedragen waarvan de recuperatie in de tijd begrensd is en afhankelijk is van de mate waarin tijdens die periode belastbaar resultaat wordt geboekt. Vorderingen die voortkomen uit terugvordering van niet aangewende DBI-overschotten zijn niet in dit overzicht opgenomen.
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Actuele belastingen, netto | ||
| Belastingen op het resultaat van het boekjaar | -90.272 | -101.777 |
| Aanpassingen aan belastingen van voorgaande perioden | 5.199 | 10.342 |
| Totaal | -85.073 | -91.435 |
| Uitgestelde belastingen, netto | ||
| Herkomst en terugboeking van tijdelijke verschillen | 4.787 | 44.769 |
| Toevoeging (gebruik) van fiscaal overdraagbare verliezen | 920 | 265 |
| Overige uitgestelde belastingen | -83 | -341 |
| Totaal | 5.624 | 44.693 |
| Totaal actuele en uitgestelde belastinglasten (-baten) | -79.449 | -46.742 |
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Winst (verlies) vóór belasting | 591.659 | 324.356 |
| Winst (verlies) van ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast (-) | -255.191 | -179.253 |
| Winst (verlies) vóór belasting, exclusief resultaat uit vermogensmutatie-participaties | 336.469 | 145.103 |
| Toepasselijk belastingtarief (%) | 25,00% | 25,00% |
| Belastingen op basis van het toepasselijk belastingtarief | -84.117 | -36.276 |
| Impact van tarieven in andere rechtsgebieden | -468 | -8.250 |
| Impact van niet-belastbare inkomsten | 39.386 | 33.085 |
| Impact van niet-aftrekbare kosten | -18.573 | -9.158 |
| Impact van fiscale verliezen | -5.393 | -23.999 |
| Impact van over(onder)schattingen voorgaande perioden | -9.765 | -6.733 |
| Overige toename (afname) | -518 | 4.587 |
| Belasting op basis van het effectief belastingtarief | -79.449 | -46.742 |
| Winst (verlies) vóór belasting | 591.659 | 324.356 |
| Winst (verlies) van ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast (-) | -255.191 | -179.253 |
| Winst (verlies) vóór belasting, exclusief resultaat uit vermogensmutatie-participaties | 336.469 | 145.103 |
| Effectief belastingtarief (%) | 23,61% | 32,21% |
De winstbelastingen voor het volledige jaar 2021 bedragen 79,4 miljoen euro. Dat is 32,7 miljoen euro hoger dan het jaar voordien en in lijn met de hogere winst van de groep. Daarbij dient, net zoals in voorgaande jaren, te worden opgemerkt dat de winstbijdrage van de vennootschappen waarop vermogensmutatie is toegepast een netto-bijdrage betreft: de belastingen die door deze vennootschappen worden gedragen, zijn niet zichtbaar, aangezien deze bijdragen uit vermogensmutatie worden gerapporteerd op basis van het netto-resultaat (i.e. na belastingen) van deze vennootschappen. Na correctie voor deze vermogensmutaties vertegenwoordigt de totale belastingslast van 79,4 miljoen euro een belastings% van 23,6%.
De totale waarde van de uitstaande opties 2014 tot en met 2021 (gewaardeerd aan de reële waarde op moment van toekenning), bedraagt 7,3 miljoen euro en is
In 2021 werden 55.000 nieuwe aandelenopties toegekend met een uitoefenprijs van 124,67 euro per aandeel en werden er 53.500 opties uitgeoefend. De reële waarde bij toekenning werd vastgelegd op 1,5 miljoen euro en wordt over de "vesting"-periode van 4 jaar in resultaat genomen. Ter indekking van deze (en
De begunstigden van de optieplannen van Delen Private Bank, Bank Van Breda, Anima, Agidens en Turbo's Hoet Groep beschikken over een verkoopoptie lastens de respectievelijke moedervennootschappen FinAx/Promofi, AvH en AvH Growth Capital (die zelf over een koopoptie en een voorkooprecht beschikken om te ver-
Deze optieplannen betreffen dus niet-beursgenoteerde aandelen, waarvan de waardebepaling in het optieplan is vastgelegd. De bepaling van de uitoefenprijs van de verkoopoptie is (afhankelijk van het optieplan) gebaseerd op de aangroei van het eigen vermogen, een multiple op de aangroei van de geconsolideerde
AvH heeft in 2021 55.000 eigen aandelen ingekocht ter indekking van toegekende opties ten gunste van het personeel. Over diezelfde periode werden door begunstigden van het aandelenoptieplan opties uitgeoefend op 53.500 aandelen AvH. Eind 2021 staan in totaal opties uit op 306.250 aandelen AvH. Ter indekking van deze (en toekomstige) verplichtingen bezit AvH op diezelfde datum 345.250 eigen
hinderen dat de aandelen zouden worden overgedragen aan derden).
winst of een marktwaardebepaling van de vennootschap.
Eigen aandelen in het kader van het
aandelen.
berekend door een externe partij aan de hand van een aangepast Black & Scholes
toekomstige) verplichtingen bezit AvH op diezelfde datum 345.250 eigen aande-
Conform IFRS 2 zit de impact van deze optieplannen op basis van de best mogelijke inschattingen in de schulden vervat. Deze schulden worden aangepast na uitoefening, nieuwe toekenning of aanpassing van de parameters. Deze toe- of afnames van de schulden betekenen een kost, respectievelijk opbrengst in de resultatenre-
De totale schuld van de optieplannen in hoofde van de integraal geconsolideerde ondernemingen per 31 december 2021 bedraagt 25,0 miljoen euro, vervat in de
Daarnaast werden in het kader van het contract dat AvH met Kepler Cheuvreux afsloot ter ondersteuning van de liquiditeit van het aandeel AvH in 2021 211.979 aandelen AvH gekocht en 216.604 verkocht. Deze transacties worden volledig autonoom door Kepler Cheuvreux aangestuurd, maar aangezien ze voor rekening van AvH plaatsvinden, heeft de netto-verkoop van 4.625 aandelen AvH in dit kader een impact op het eigen vermogen van AvH. Eind 2021 bedraagt het aantal eigen aandelen in portefeuille in het kader van deze liquiditeitsovereenkomst 1.842.
liquiditeitsovereenkomst 2021 2020
(€)
model, waarvan de voornaamste kenmerken:
Jaar toekenning Beurskoers (€) Dividendrendement Volatiliteit Interestvoet Verwachte levensduur Black & Scholes Value
65,85 1,75% 20,24% 4,34% 5,90 17,78 37,02 2,66% 42,84% 3,39% 6,50 15,47 52,23 2,66% 34,34% 3,28% 7,29 16,53 63,80 2,26% 23,42% 2,82% 7,22 15,77 58,99 3,26% 31,65% 2,14% 7,40 15,13 63,62 3,26% 25,00% 1,27% 7,84 11,26 83,69 2,27% 21,00% 1,78% 7,79 15,35 101,35 2,19% 19,00% 0,47% 7,79 13,76 131,95 1,28% 23,00% 0,59% 7,79 27,72 129,40 1,40% 23,00% 0,34% 7,79 25,70 149,20 1,30% 20,00% 0,68% 7,79 27,32 135,50 1,43% 20,40% 0,52% 7,90 24,92 141,80 1,77% 21,00% -0,01% 7,90 22,43 129,50 1,35% 24,00% -0,36% 7,90 26,59
len.
kening.
overige lange termijnschulden.
aandelenoptieplan 2021 2020 Eigen aandelen in het kader van de
Beginsaldo 343.750 363.000 Beginsaldo 6.467 5.528 Inkoop eigen aandelen 55.000 42.750 Inkoop eigen aandelen 211.979 102.607 Verkoop eigen aandelen -53.500 -62.000 Verkoop eigen aandelen -216.604 -101.668 Eindsaldo 345.250 343.750 Eindsaldo 1.842 6.467
| Jaar van aanbod | Aantal aanvaarde opties |
Aantal uitgeoefende opties |
Aantal vervallen opties |
Saldo | Uitoefenprijs (euro) | Uitoefentermijn |
|---|---|---|---|---|---|---|
| 2008 | 46.500 | -44.500 | -2.000 | 0 | 66,05 | 01/01/2012 - 02/01/2016 + 5Y |
| 2009 | 49.500 | -47.500 | -2.000 | 0 | 37,02 | 01/01/2013 - 05/01/2017 |
| 2010 | 49.000 | -47.000 | -2.000 | 0 | 52,05 | 01/01/2014 - 04/01/2018 |
| 2011 | 49.000 | -46.500 | -2.500 | 0 | 60,81 | 01/01/2015 - 04/01/2019 |
| 2012 | 47.000 | -47.000 | 0 | 56,11 | 01/01/2016 - 03/01/2020 | |
| 2013 | 49.500 | -49.500 | 0 | 61,71 | 01/01/2017 - 03/01/2021 | |
| 2014 | 49.500 | -45.500 | 4.000 | 82,32 | 01/01/2018 - 02/01/2022 | |
| 2015 | 50.500 | -2.000 | 48.500 | 100,23 | 01/01/2019 - 05/01/2023 | |
| 2016 | 40.500 | -3.000 | 37.500 | 130,95 | 01/01/2020 - 03/01/2024 | |
| 2017 | 46.000 | 0 | 46.000 | 128,30 | 01/01/2021 - 12/01/2025 | |
| 2018 | 46.000 | 0 | -500 | 45.500 | 148,64 | 01/01/2022 - 11/01/2026 |
| 2019 | 46.000 | 0 | 46.000 | 132,52 | 01/01/2023 - 14/01/2027 | |
| 2020 | 23.750 | 0 | 23.750 | 141,09 | 01/01/2024 - 13/01/2028 | |
| 2021 | 55.000 | 0 | 55.000 | 124,67 | 01/01/2025 - 14/01/2029 | |
| 647.750 | -332.500 | -9.000 | 306.250 |
Het aandelenoptieplan van AvH, dat in maart 1999 werd goedgekeurd, beoogt de motivatie op lange termijn van uitvoerende bestuurders, leden van het executief comité en kaderleden wiens activiteit essentieel is voor het succes van de groep. De opties geven recht op de verwerving van evenveel aandelen Ackermans & van Haaren.
Het remuneratiecomité is belast met de opvolging van dit plan en met de selectie van de begunstigden. De opties worden gratis aangeboden en hebben een looptijd van 8 jaar.
De totale waarde van de uitstaande opties 2014 tot en met 2021 (gewaardeerd aan de reële waarde op moment van toekenning), bedraagt 7,3 miljoen euro en is berekend door een externe partij aan de hand van een aangepast Black & Scholes model, waarvan de voornaamste kenmerken:
| Jaar toekenning | Beurskoers (€) | Dividendrendement | Volatiliteit | Interestvoet | Verwachte levensduur | Black & Scholes Value (€) |
|---|---|---|---|---|---|---|
| 2008 | 65,85 | 1,75% | 20,24% | 4,34% | 5,90 | 17,78 |
| 2009 | 37,02 | 2,66% | 42,84% | 3,39% | 6,50 | 15,47 |
| 2010 | 52,23 | 2,66% | 34,34% | 3,28% | 7,29 | 16,53 |
| 2011 | 63,80 | 2,26% | 23,42% | 2,82% | 7,22 | 15,77 |
| 2012 | 58,99 | 3,26% | 31,65% | 2,14% | 7,40 | 15,13 |
| 2013 | 63,62 | 3,26% | 25,00% | 1,27% | 7,84 | 11,26 |
| 2014 | 83,69 | 2,27% | 21,00% | 1,78% | 7,79 | 15,35 |
| 2015 | 101,35 | 2,19% | 19,00% | 0,47% | 7,79 | 13,76 |
| 2016 | 131,95 | 1,28% | 23,00% | 0,59% | 7,79 | 27,72 |
| 2017 | 129,40 | 1,40% | 23,00% | 0,34% | 7,79 | 25,70 |
| 2018 | 149,20 | 1,30% | 20,00% | 0,68% | 7,79 | 27,32 |
| 2019 | 135,50 | 1,43% | 20,40% | 0,52% | 7,90 | 24,92 |
| 2020 | 141,80 | 1,77% | 21,00% | -0,01% | 7,90 | 22,43 |
| 2021 | 129,50 | 1,35% | 24,00% | -0,36% | 7,90 | 26,59 |
In 2021 werden 55.000 nieuwe aandelenopties toegekend met een uitoefenprijs van 124,67 euro per aandeel en werden er 53.500 opties uitgeoefend. De reële waarde bij toekenning werd vastgelegd op 1,5 miljoen euro en wordt over de "vesting"-periode van 4 jaar in resultaat genomen. Ter indekking van deze (en toekomstige) verplichtingen bezit AvH op diezelfde datum 345.250 eigen aandelen.
De begunstigden van de optieplannen van Delen Private Bank, Bank Van Breda, Anima, Agidens en Turbo's Hoet Groep beschikken over een verkoopoptie lastens de respectievelijke moedervennootschappen FinAx/Promofi, AvH en AvH Growth Capital (die zelf over een koopoptie en een voorkooprecht beschikken om te verhinderen dat de aandelen zouden worden overgedragen aan derden).
Deze optieplannen betreffen dus niet-beursgenoteerde aandelen, waarvan de waardebepaling in het optieplan is vastgelegd. De bepaling van de uitoefenprijs van de verkoopoptie is (afhankelijk van het optieplan) gebaseerd op de aangroei van het eigen vermogen, een multiple op de aangroei van de geconsolideerde winst of een marktwaardebepaling van de vennootschap.
AvH heeft in 2021 55.000 eigen aandelen ingekocht ter indekking van toegekende opties ten gunste van het personeel. Over diezelfde periode werden door begunstigden van het aandelenoptieplan opties uitgeoefend op 53.500 aandelen AvH. Eind 2021 staan in totaal opties uit op 306.250 aandelen AvH. Ter indekking van deze (en toekomstige) verplichtingen bezit AvH op diezelfde datum 345.250 eigen aandelen.
| Eigen aandelen in het kader van het aandelenoptieplan |
2021 | 2020 | Eigen aandelen in het kader van de |
|---|---|---|---|
Conform IFRS 2 zit de impact van deze optieplannen op basis van de best mogelijke inschattingen in de schulden vervat. Deze schulden worden aangepast na uitoefening, nieuwe toekenning of aanpassing van de parameters. Deze toe- of afnames van de schulden betekenen een kost, respectievelijk opbrengst in de resultatenrekening.
De totale schuld van de optieplannen in hoofde van de integraal geconsolideerde ondernemingen per 31 december 2021 bedraagt 25,0 miljoen euro, vervat in de overige lange termijnschulden.
Daarnaast werden in het kader van het contract dat AvH met Kepler Cheuvreux afsloot ter ondersteuning van de liquiditeit van het aandeel AvH in 2021 211.979 aandelen AvH gekocht en 216.604 verkocht. Deze transacties worden volledig autonoom door Kepler Cheuvreux aangestuurd, maar aangezien ze voor rekening van AvH plaatsvinden, heeft de netto-verkoop van 4.625 aandelen AvH in dit kader een impact op het eigen vermogen van AvH. Eind 2021 bedraagt het aantal eigen aandelen in portefeuille in het kader van deze liquiditeitsovereenkomst 1.842.
| Eigen aandelen in het kader van het aandelenoptieplan |
2021 | 2020 | Eigen aandelen in het kader van de liquiditeitsovereenkomst |
2021 | 2020 |
|---|---|---|---|---|---|
| Beginsaldo | 343.750 | 363.000 | Beginsaldo | 6.467 | 5.528 |
| Inkoop eigen aandelen | 55.000 | 42.750 | Inkoop eigen aandelen | 211.979 | 102.607 |
| Verkoop eigen aandelen | -53.500 | -62.000 | Verkoop eigen aandelen | -216.604 | -101.668 |
| Eindsaldo | 345.250 | 343.750 | Eindsaldo | 1.842 | 6.467 |
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Persoonlijke zekerheden die door de in de consolidatie opgenomen ondernemingen werden gesteld of onherroepelijk beloofd als waarborg voor schul den of verplichtingen |
315.063 | 297.699 |
| Zakelijke zekerheden die door de in de consolidatie opgenomen ondernemingen werden gesteld of onherroepelijk beloofd op eigen activa, als waar borg voor schulden en verplichtingen van de in de consolidatie opgenomen ondernemingen |
588.793 | 609.745 |
| Goederen en waarden gehouden door derden in hun naam maar ten bate en op risico van de in de consolidatie opgenomen ondernemingen voor zover deze goederen en waarden niet in de balans zijn opgenomen |
0 | 0 |
| Verplichtingen tot aankoop van vaste activa | 177.449 | 105.352 |
| Verplichtingen tot verkoop van vaste activa | 291.336 | 255.134 |
| Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen van banken (Bank J.Van Breda & C°) | ||
| - Kredietengagementen | 489.579 | 428.410 |
| - Financiële garanties | 52.181 | 62.943 |
| - Repo transacties + zakelijke zekerheden | 401.700 | 303.426 |
De persoonlijke zekerheden zijn in 2021 samengesteld uit 31,7 miljoen euro garanties m.b.t. de vastgoedprojecten van Nextensa en voor 2,9 miljoen euro aan garanties voor projecten bij Agidens. Het saldo van 280,5 miljoen euro betreft hoofdzakelijk waarborgen gesteld door AvH & subholdings in het kader van de verkoop van participaties.
De zakelijke zekerheden bestaan voor 197,6 miljoen euro uit zekerheden gesteld door Nextensa in het kader van de financiering van haar activiteiten in de gronden projectontwikkeling en voor 44,9 miljoen euro in het kader van de ontwikkelingsprojecten van Rent-A-Port. Daarnaast werden voor 337,5 miljoen euro zekerheden gesteld door Anima in het kader van de financiering van het vastgoed, 4,3 miljoen euro door Agidens en 4,5 miljoen euro door Biolectric (in het kader van de financiering van hun respectievelijke hoofdzetel).
De verplichtingen tot aankoop van vaste activa omvatten opties in het kader van aandelenoptieplannen of opties in het kader van aandeelhoudersovereenkomsten, alsook de overeenkomst die Rent-A-Port eind 2021 heeft afgesloten om een bijkomende belang van 32,6% in IAI te verwerven, samen voor een totaal van 177,4 miljoen euro.
De verplichtingen tot verkoop van vaste activa vertegenwoordigen call-opties (inclusief voorwaardelijke opties) op de activa van AvH & Growth Capital ten belope van 291,3 miljoen euro.
Toelichting 24: Tewerkstelling
Personeelskosten
Gemiddeld personeelsbestand
De personeelskost is met ongeveer 7,5% gestegen. Deze toename wordt verklaard door de algemeen hogere activiteitsgraad en lagere economische werkloosheid ten opzichte van (het Covid)-jaar 2020. Ook de toegenomen winstgevendheid bij de dochterondernemingen gaf aanleiding tot een hogere kost mbt de optieplannen. Op de hoofdzetel van Ackermans & van Haaren zijn 37 mensen tewerkgesteld. In de rubriek '2021 in een oogopslag' (pagina 8) wordt een proforma personeelsbestand van 22.653 vermeld. Deze proforma berekening bevat het personeel van alle
Deze kosten evolueren in functie van de omzet, doch zijn ook afhankelijk van een aantal andere factoren, waaronder in het geval van DEME/CFE de aard van de
Toelichting 26: Pensioenverplichtingen
Contante waarde van volledig of gedeeltelijk gefinancierde verplichtingen (-)
1. Bedragen opgenomen in balans
Reële waarde van fondsbeleggingen
Toelichting 25: Grond- & hulpstoffen, diensten en uitbesteed werk
Bedienden 6.836 7.053 Arbeiders 4.074 4.264
(€ 1.000) 2021 2020 Bezoldiging en sociale lasten -846.764 -792.566 Pensioenkosten (vaste bijdragen en te bereiken doel) -22.998 -22.291 Aandelenoptieplannen -7.928 -1.732 Totaal -877.690 -816.589
(€ 1.000) 2021 2020 Grondstoffen en gebruikte hulpstoffen -2.088.071 -1.983.486 Voorraadwijziging handelsgoederen, grond- en hulpstoffen -4.154 -25.327 Diensten en diverse goederen, inclusief uitbesteed werk -581.717 -523.196 Totaal -2.673.943 -2.532.009
(€ 1.000) 2021 2020
(€ 1.000) 2021 2020 Te bereiken doel plannen -76.668 -77.355 Andere pensioenverplichtingen (brugpensioen) -5.376 -6.237 Totaal pensioenverplichtingen -82.044 -83.592 Totaal pensioenactiva 3.467 4.306
Nettovorderingen (-verplichtingen) uit hoofde van gefinancierde te bereiken doel plannen -73.201 -73.049
Vorderingen (-verplichtingen) uit hoofde van te bereiken doel plannen, totaal -73.201 -73.049 Verplichtingen (-) -76.668 -77.355 Activa 3.467 4.306
alleen of met partners,…).
2021 2020
participaties aangehouden door de AvH-groep en wijkt dus af van het hierboven gemiddelde personeelsbestand dat is opgemaakt op basis van de IFRS consolidatie, die is opgemaakt op basis van de consolidatiekring zoals gerapporteerd in Toelichting 2 en 3. In de proforma voorstelling worden alle (exclusieve) controle-be-
werken (enkel uitvoering, EPC, …) en de contractuele structuur (onderaannemers,
-358.746
285.545 -368.346
295.297
langen integraal verwerkt en de overige belangen proportioneel.
De buitenbalansverplichtingen van Bank Van Breda bestaan hoofdzakelijk uit het toegekende niet-opgenomen deel van krediet(lijn)en. Voorts worden er ook bankwaarborgen, borgstellings- en documentaire kredieten verstrekt aan klanten. Deze buitenbalansverplichtingen worden mee in aanmerking genomen bij de beoordeling van het kredietrisico. Er werden geen hogere opnames in de kredietlijnen tijdens de coronacrisis vastgesteld, het bedrag aan nog niet-opgenomen kredietlijnen is stabiel gebleven.
Bank Van Breda heeft voor eigen rekening ook een aantal zakelijke zekerheden gesteld: een aantal obligaties uit de beleggingsportefeuille zijn in pand gegeven in het kader van de TLTRO-ontlening bij de ECB en voor het gebruik van de betaalsystemen Bancontact Payconiq.
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Verplichtingen | ||
| Goede uitvoering en performance bonds (1) | 1.477.797 | 1.388.480 |
| Biedingen (2) | 15.721 | 18.144 |
| Teruggaven voorschotten (3) | 0 | 0 |
| Garantie-inhouding (4) | 36.950 | 19.724 |
| Betaling op termijn van de onderaannemers en leveranciers (5) | 43.311 | 37.561 |
| Andere gegeven verplichtingen - waarvan 49.554 duizend euro corporate garanties bij DEME | 51.177 | 102.199 |
| Zakelijke zekerheden die door de in de consolidatie opgenomen ondernemingen werden gesteld of onherroepelijk beloofd op eigen activa, als waar borg voor schulden en verplichtingen van de in de consolidatie opgenomen ondernemingen (6) |
18.281 | 55.686 |
| Totaal | 1.643.237 | 1.621.794 |
| Rechten | ||
| Goede uitvoering en perfomance bonds | 301.481 | 435.733 |
| Andere ontvangen engagementen | 13.101 | 4.361 |
| Totaal | 314.582 | 440.094 |
(1) Garanties gegeven in het kader van de uitvoering van de overeenkomsten inzake werken. In geval van wanprestatie van de bouwonderneming, verbindt de bank (of de verzekeringsmaatschappij) zich ertoe de klant tot aan het bedrag van de garantie te vergoeden.
(2) Garanties gegeven in het kader van aanbestedingen.
(3) Garanties gegeven door de bank aan een klant waarin de teruggave van de voorschotten op contracten (voornamelijk bij DEME) wordt gegarandeerd.
(4) Garanties gegeven door de bank aan een klant ter vervanging van het ingehouden garantiebedrag.
(5) Garantie van de betaling van de schuld jegens een leverancier of een onderaannemer.
(6) Zakelijke zekerheden van DEME voor 9,4 miljoen euro in het kader van de financiering van de vloot.
| 2021 | 2020 | |
|---|---|---|
| Bedienden | 6.836 | 7.053 |
| Arbeiders | 4.074 | 4.264 |
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Bezoldiging en sociale lasten | -846.764 | -792.566 |
| Pensioenkosten (vaste bijdragen en te bereiken doel) | -22.998 | -22.291 |
| Aandelenoptieplannen | -7.928 | -1.732 |
| Totaal | -877.690 | -816.589 |
De personeelskost is met ongeveer 7,5% gestegen. Deze toename wordt verklaard door de algemeen hogere activiteitsgraad en lagere economische werkloosheid ten opzichte van (het Covid)-jaar 2020. Ook de toegenomen winstgevendheid bij de dochterondernemingen gaf aanleiding tot een hogere kost mbt de optieplannen.
Op de hoofdzetel van Ackermans & van Haaren zijn 37 mensen tewerkgesteld. In de rubriek '2021 in een oogopslag' (pagina 8) wordt een proforma personeelsbestand van 22.653 vermeld. Deze proforma berekening bevat het personeel van alle participaties aangehouden door de AvH-groep en wijkt dus af van het hierboven gemiddelde personeelsbestand dat is opgemaakt op basis van de IFRS consolidatie, die is opgemaakt op basis van de consolidatiekring zoals gerapporteerd in Toelichting 2 en 3. In de proforma voorstelling worden alle (exclusieve) controle-belangen integraal verwerkt en de overige belangen proportioneel.
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Grondstoffen en gebruikte hulpstoffen | -2.088.071 | -1.983.486 |
| Voorraadwijziging handelsgoederen, grond- en hulpstoffen | -25.327 | |
| Diensten en diverse goederen, inclusief uitbesteed werk | -523.196 | |
| Totaal | -2.673.943 | -2.532.009 |
Deze kosten evolueren in functie van de omzet, doch zijn ook afhankelijk van een aantal andere factoren, waaronder in het geval van DEME/CFE de aard van de werken (enkel uitvoering, EPC, …) en de contractuele structuur (onderaannemers, alleen of met partners,…).
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Te bereiken doel plannen | -76.668 | -77.355 |
| Andere pensioenverplichtingen (brugpensioen) | -5.376 | -6.237 |
| Totaal pensioenverplichtingen | -82.044 | -83.592 |
| Totaal pensioenactiva | 3.467 | 4.306 |
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| 1. Bedragen opgenomen in balans | ||
| Nettovorderingen (-verplichtingen) uit hoofde van gefinancierde te bereiken doel plannen | -73.201 | -73.049 |
| Contante waarde van volledig of gedeeltelijk gefinancierde verplichtingen (-) | -358.746 | -368.346 |
| Reële waarde van fondsbeleggingen | 285.545 | 295.297 |
| Vorderingen (-verplichtingen) uit hoofde van te bereiken doel plannen, totaal | -73.201 | -73.049 |
| Verplichtingen (-) | -76.668 | -77.355 |
| Activa | 3.467 | 4.306 |
| Bewegingen in de nettovordering (-verplichting) opgenomen in de balans | ||
|---|---|---|
| Nettovordering (-verplichting) opgenomen in de balans, beginsaldo | -73.049 | -65.984 |
| Toename(afname) door middel van bedrijfscombinaties/bedrijfsafsplitsingen | 0 | 0 |
| Nettolasten opgenomen in de resultatenrekening | -21.382 | -20.182 |
| Nettolasten opgenomen in de niet-gerealiseerde resultaten | 687 | -6.969 |
| Bijdragen van werkgever / werknemer | 20.336 | 19.947 |
| Overige toename (afname) | 208 | 139 |
| Nettovordering (-verplichting) opgenomen in de balans, eindsaldo | -73.201 | -73.049 |
| 2a. Nettolasten opgenomen in de resultatenrekening | -21.382 | -20.182 |
| Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten | -21.031 | -20.063 |
| Rentekosten Renteopbrengsten fondsbeleggingen (-) |
-1.663 1.394 |
-2.416 2.036 |
| Pensioenkosten van verstreken diensttijd | -82 | 261 |
| 2b. Nettolasten opgenomen in de niet-gerealiseerde resultaten | 687 | -6.969 |
| Actuariële winsten (verliezen) opgenomen in de niet-gerealiseerde resultaten | 7.189 | -13.476 |
| Rendement op fondsbeleggingen, uitgezonderd renteopbrengsten (-) | -6.455 | 5.877 |
| Wisselkoersverschillen | 0 | 17 |
| Andere | -48 | 614 |
| 3a. Bewegingen in de verplichtingen uit hoofde van te bereiken doel plannen | ||
| Verplichtingen uit hoofde van te bereiken doel plannen, beginsaldo | -368.346 | -351.378 |
| Toename door middel van bedrijfscombinatie | 0 | 0 |
| Afname door middel van bedrijfsafsplitsing | 3.167 | 0 |
| Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten | -21.031 | -20.063 |
| Rentekosten | -1.663 | -2.416 |
| Bijdragen van de werknemer | -913 | -1.213 |
| Betalingen aan begunstigden (-) | 20.265 | 17.254 |
| Opgenomen actuariële (winsten) verliezen, netto | 7.189 | -13.476 |
| waarvan: actuariële (winsten) verliezen die ontstaan uit demografische veronderstellingen | -7.449 | -176 |
| waarvan: actuariële (winsten) verliezen die ontstaan uit financiële veronderstellingen | 17.788 | -8.647 |
| waarvan: ervarings(winsten) verliezen | -3.150 | -4.653 |
| Pensioenkosten van verstreken diensttijd | 0 | 364 |
| Wisselkoersresultaten | 0 | 17 |
| Overige toename (afname) | 2.586 | 2.565 |
| Verplichtingen uit hoofde van te bereiken doel plannen, eindsaldo | -358.746 | -368.346 |
| 3b. Bewegingen in de fondsbeleggingen | ||
| Reële waarde van fondsbeleggingen, beginsaldo | 295.297 | 285.395 |
| Toename door middel van bedrijfscombinatie | 0 | 0 |
| Afname door middel van bedrijfsafsplitsing | -3.054 | 0 |
| Rendement op fondsbeleggingen, uitgezonderd bedragen in renteopbrengsten | -6.455 | 5.877 |
| Renteopbrengsten | 1.394 | 2.036 |
| Bijdragen van werkgever / werknemer | 21.249 | 21.161 |
| Betalingen aan begunstigden (-) | -20.265 | -17.254 |
| Wisselkoersresultaten | 0 | 0 |
| Overige toename (afname) | -2.621 | -1.917 |
| Reële waarde van fondsbeleggingen, eindsaldo | 285.545 | 295.297 |
| 4. Voornaamste actuariële veronderstellingen | ||
| Disconteringsvoet | 0,9% | 0,5% |
| Verwacht percentage van loonsverhogingen | 3,4% | 3,2% |
| Inflatie | 1,9% | 1,7% |
| Toegepaste sterftetabellen | MR/FR | MR/FR |
| 5. Overige informatie | ||
| Looptijd (in jaren) | 15,74 | 14,00 |
| Gemiddeld reëel rendement van de pensioenactiva | -1,71% | 2,79% |
| Voorziene bijdragen te storten in de loop van het volgende boekjaar | 17.750 | 18.894 |
6. Gevoeligheidsanalyses Verdisconteringsvoet
Verwacht percentage van loonsverhogingen
van tak 21 (levensverzekeringen met tariefgarantie).
droeg deze rendementsgarantie 1,75%.
De groep telt zowel pensioenplannen van het type te bereiken doel als van het type vaste bijdragen. De plannen zijn onderschreven bij verzekeraars in het kader
De Belgische wetgeving vereist dat een werkgever op de vaste bijdrageplannen een minimumrendement van 3,25% garandeert op zijn eigen bijdragen aan de plannen en dit voor alle stortingen tot en met 31/12/2015 en tot aan de pensioenleeftijd. Vanaf 1 januari 2016 is de wet van 18 december 2015 in voege getreden die stelt dat de WAP (wet aanvullend pensioen)-rendementsgarantie in hoofde van de werkgever een "variabele" rentevoet zal zijn, gekoppeld aan het rendement op de obligatiemarkt die jaarlijks per 1 januari zal worden vastgesteld op basis van een formule vastgesteld in de WAP. Voor de periodes 2017 tot en met 2021 be-
De garantie die de werkgever in het kader van de WAP verstrekt is een secundaire garantie. Enkel in het geval dat het door de verzekeraar gegarandeerde rendement
Toename met 25 basispunten -4,7% -3,6% Afname met 25 basispunten 2,9% 3,8%
Toename met 25 basispunten 0,8% 1,9% Afname met 25 basispunten -2,8% -1,8%
werkgever het tekort bijpassen.
waren per einde 2021 ruim voldoende.
plannen' in het mutatieoverzicht van het eigen vermogen).
op fondsbeleggingen lager is dan het wettelijk gegarandeerde rendement moet de
Jaarlijks wordt daarom een actuariële berekening conform IAS 19R voor de materiële vaste bijdrageplannen uitgevoerd. Voor de niet-materiële vaste bijdrageplannen wordt jaarlijks nagegaan of de gecumuleerde (mathematische) reserves in lijn liggen met de wettelijk gewaarborgde minimumreserves. De opgebouwde reserves
Voor de te bereiken doel pensioenplannen wordt overeenkomstig IAS 19R een actuariële berekening uitgevoerd volgens de Projected Unit Credit methode. De fondsbeleggingen worden gewaardeerd als de verdisconteerde waarde van de reserves, rekening houdend met de tariefgaranties van de verzekeraars. Actuariële winsten en verliezen worden verwerkt als niet-gerealiseerde resultaten in het eigen vermogen (zie de rubriek 'actuariële winsten en verliezen op de te bereiken doel
| 6. Gevoeligheidsanalyses | ||
|---|---|---|
| Verdisconteringsvoet | ||
| Toename met 25 basispunten | -4,7% | -3,6% |
| Afname met 25 basispunten | 2,9% | 3,8% |
| Verwacht percentage van loonsverhogingen | ||
| Toename met 25 basispunten | 0,8% | 1,9% |
| Afname met 25 basispunten | -2,8% | -1,8% |
De groep telt zowel pensioenplannen van het type te bereiken doel als van het type vaste bijdragen. De plannen zijn onderschreven bij verzekeraars in het kader van tak 21 (levensverzekeringen met tariefgarantie).
De Belgische wetgeving vereist dat een werkgever op de vaste bijdrageplannen een minimumrendement van 3,25% garandeert op zijn eigen bijdragen aan de plannen en dit voor alle stortingen tot en met 31/12/2015 en tot aan de pensioenleeftijd. Vanaf 1 januari 2016 is de wet van 18 december 2015 in voege getreden die stelt dat de WAP (wet aanvullend pensioen)-rendementsgarantie in hoofde van de werkgever een "variabele" rentevoet zal zijn, gekoppeld aan het rendement op de obligatiemarkt die jaarlijks per 1 januari zal worden vastgesteld op basis van een formule vastgesteld in de WAP. Voor de periodes 2017 tot en met 2021 bedroeg deze rendementsgarantie 1,75%.
De garantie die de werkgever in het kader van de WAP verstrekt is een secundaire garantie. Enkel in het geval dat het door de verzekeraar gegarandeerde rendement op fondsbeleggingen lager is dan het wettelijk gegarandeerde rendement moet de werkgever het tekort bijpassen.
Jaarlijks wordt daarom een actuariële berekening conform IAS 19R voor de materiële vaste bijdrageplannen uitgevoerd. Voor de niet-materiële vaste bijdrageplannen wordt jaarlijks nagegaan of de gecumuleerde (mathematische) reserves in lijn liggen met de wettelijk gewaarborgde minimumreserves. De opgebouwde reserves waren per einde 2021 ruim voldoende.
Voor de te bereiken doel pensioenplannen wordt overeenkomstig IAS 19R een actuariële berekening uitgevoerd volgens de Projected Unit Credit methode. De fondsbeleggingen worden gewaardeerd als de verdisconteerde waarde van de reserves, rekening houdend met de tariefgaranties van de verzekeraars. Actuariële winsten en verliezen worden verwerkt als niet-gerealiseerde resultaten in het eigen vermogen (zie de rubriek 'actuariële winsten en verliezen op de te bereiken doel plannen' in het mutatieoverzicht van het eigen vermogen).
| (€ 1.000) | Boekjaar 2021 | Boekjaar 2020 | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| ondernemingen Dochter- |
Geassocieerde deelnemingen |
verbonden Andere partijen |
TOTAAL 2021 | ondernemingen Dochter- |
Geassocieerde deelnemingen |
verbonden Andere partijen |
TOTAAL 2020 | |
| I. Activa jegens verbonden partijen - balans |
||||||||
| Financiële vaste activa | 0 | 11.449 | 0 | 11.449 | 0 | 14.264 | 0 | 14.264 |
| Vorderingen en borgtochten: bruto | 0 | 11.449 | 0 | 11.449 | 0 | 14.264 | 0 | 14.264 |
| Vorderingen : WV | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Vorderingen | 6.913 | 7.932 | 4 | 14.848 | 50.602 | 1.230 | 0 | 51.832 |
| Handelsvorderingen | 499 | 21 | 4 | 524 | 938 | 523 | 0 | 1.462 |
| Overige vorderingen: bruto | 6.414 | 9.891 | 0 | 16.305 | 56.394 | 2.687 | 0 | 59.081 |
| Overige vorderingen: WV | 0 | -1.981 | 0 | -1.981 | -6.730 | -1.981 | 0 | -8.711 |
| Banken - vorderingen kredietinst. & cliënten | 5.091 | 0 | 0 | 5.091 | 7.334 | 1 | 0 | 7.335 |
| Overlopende rekeningen - activa | 8.497 | 609 | 0 | 9.106 | 5.406 | 121 | 0 | 5.527 |
| Totaal | 20.501 | 19.989 | 4 | 40.494 | 63.342 | 15.616 | 0 | 78.958 |
| II. Verplichtingen jegens verbonden partijen - balans |
||||||||
| Financiële schulden | 30.787 | 0 | 0 | 30.787 | 32.308 | 0 | 0 | 32.308 |
| Achtergestelde leningen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Overige financiële schulden | 30.787 | 0 | 0 | 30.787 | 32.308 | 0 | 0 | 32.308 |
| Overige schulden | 30 | 150 | 0 | 180 | 1.899 | 150 | 0 | 2.049 |
| Handelsschulden | 12 | 0 | 0 | 12 | 1.253 | 0 | 0 | 1.253 |
| Overige schulden | 18 | 150 | 0 | 168 | 646 | 150 | 0 | 796 |
| Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten en | ||||||||
| obligaties Overlopende rekeningen - passiva |
151.033 1.209 |
0 0 |
0 0 |
151.033 1.209 |
149.496 2.486 |
733 0 |
0 0 |
150.229 2.486 |
| Totaal | 183.059 | 150 | 0 | 183.209 | 186.189 | 883 | 0 | 187.072 |
| III. Transacties tussen verbonden partijen - resultatenrekening |
||||||||
| Bedrijfsopbrengsten | 61.872 | 445 | 3 | 62.319 | 45.808 | 710 | 3 | 46.521 |
| Verrichting van diensten | 2.232 | 75 | 3 | 2.311 | 2.130 | 45 | 3 | 2.178 |
| Vastgoedopbrengsten | 48 | 0 | 0 | 48 | 131 | 0 | 0 | 131 |
| Renteopbrengsten bancaire activiteiten | 0 | 0 | 0 | 0 | 1 | 19 | 0 | 20 |
| Vergoedingen en commissies bancaire activiteiten Opbrengsten uit onderhanden projecten in opdracht van der den |
59.567 0 |
0 0 |
0 0 |
59.567 0 |
43.546 0 |
1 191 |
0 0 |
43.547 191 |
| Overige bedrijfsopbrengsten | 25 | 369 | 0 | 394 | 0 | 454 | 0 | 454 |
| Exploitatielasten (-) Grond- & hulpstoffen, diensten en uitbesteed werk (-) |
-88 -88 |
0 0 |
0 0 |
-88 -88 |
-172 -172 |
-3.176 -3.176 |
0 0 |
-3.348 -3.348 |
| Rentelasten Bank Van Breda (-) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Bijzondere waardeverminderingen (-) | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Financieel resultaat | -832 | 1.568 | 0 | 736 | 693 | 1.295 | 0 | 1.989 |
| Renteopbrengsten | 1.118 | 1.568 | 0 | 2.686 | 3.321 | 1.295 | 0 | 4.616 |
| Rentelasten | -1.950 | 0 | 0 | -1.950 | -2.628 | 0 | 0 | -2.628 |
In bovenstaande tabel worden de leningen vermeld die AvH (en subholdings) toekennen aan participaties die niet integraal geconsolideerd worden. Op deze intragroepsleningen worden marktconforme intresten aangerekend. Ditzelfde geldt voor financieringen die Nextensa, Rent-A-Port en Green Offshore aan hun vermogensmutatiedochters verlenen (of ontvangen zoals bij Rent-A-Port). Via de integrale consolidatie van Bank Van Breda en de opname van Delen Private Bank via de vermogensmutatiemethode wordt het commercial paper van Bank Van Breda dat aangehouden wordt door Delen Private Bank (144,4 miljoen euro) en het termijndeposito (6,6 miljoen euro) als een schuld van Bank Van Breda aan een verbonden partij gerapporteerd.
ten belope van 1,2 miljoen euro, respectievelijk 0,7 miljoen euro.
• Ackermans & van Haaren (AvH) bezit 15.720.684 aandelen van CFE en is bijgevolg de grootste aandeelhouder van CFE met 62,10% van de aandelen. • In het kader van de dienstverleningscontracten die DEME en CFE met AvH hebben afgesloten (in 2001, respectievelijk 2015) werden vergoedingen uitgekeerd • De transacties met verbonden partijen hebben voornamelijk betrekking op operaties met vennootschappen waarop CFE en DEME een significante invloed uitoefenen of waarin ze een gezamenlijke controle uitoefenen. Deze transacties
gebeuren op basis van marktwaarde.
(€ 1.000) 2021 2020 Activa jegens verbonden partijen CFE-DEME 144.286 133.838 Financiële vaste activa 109.788 86.576 Handelsvorderingen en andere vorderingen 29.043 39.342 Andere vlottende activa 5.455 7.920 Passiva jegens verbonden partijen CFE-DEME 35.781 38.584 Andere kortlopende verplichtingen 15.061 9.269 Handelsschulden en andere schulden 20.720 29.315
(€ 1.000) 2021 2020 Opbrengsten en lasten jegens verbonden partijen CFE-DEME 229.758 320.669 Omzet en opbrengsten uit aanverwante activiteiten 242.452 337.302 Aankopen en andere operationele lasten -17.505 -22.041 Financieringsopbrengsten(lasten) 4.811 5.408
(€ 1.000) 2021 2020
Tantièmes ten laste van AvH 605 598
Vaste vergoeding 3.079 2.932 Variabele vergoeding 3.395 1.879 Aandelenopties 1.059 336 Groeps- en hospitalisatieverzekering 367 484 Voordeel in natura (bedrijfswagen) 33 35
Dochterondernemingen (1)
De uitoefening van een mandaat 66 2.562 2.628 63 1.058 1.121 Bijzondere opdrachten 0 0 - Andere controle-opdrachten 14 212 226 0 59 59 - Belastingadviesopdrachten 6 419 425 6 330 335 - Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten 8 70 79 0 27 27 Totaal 94 3.263 3.358 68 1.474 1.542
Totaal 2021 AvH
Dochterondernemingen (1)
Totaal 2020
DEME
Vergoeding van de bestuurders
Vergoeding van de leden van het executief comité
(€ 1.000) AvH
(1) Inclusief gemeenschappelijke dochterondernemingen opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode.
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Activa jegens verbonden partijen CFE-DEME | 144.286 | 133.838 |
| Financiële vaste activa | 109.788 | 86.576 |
| Handelsvorderingen en andere vorderingen | 29.043 | 39.342 |
| Andere vlottende activa | 5.455 | 7.920 |
| Passiva jegens verbonden partijen CFE-DEME | 35.781 | 38.584 |
| Andere kortlopende verplichtingen | 15.061 | 9.269 |
| Handelsschulden en andere schulden | 20.720 | 29.315 |
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Opbrengsten en lasten jegens verbonden partijen CFE-DEME | 229.758 | 320.669 |
| Omzet en opbrengsten uit aanverwante activiteiten | 242.452 | 337.302 |
| Aankopen en andere operationele lasten | -17.505 | -22.041 |
| Financieringsopbrengsten(lasten) | 4.811 | 5.408 |
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Vergoeding van de bestuurders | ||
| Tantièmes ten laste van AvH | 605 | 598 |
| Vergoeding van de leden van het executief comité | ||
| Vaste vergoeding | 3.079 | 2.932 |
| Variabele vergoeding | 3.395 | 1.879 |
| Aandelenopties | 1.059 | 336 |
| Groeps- en hospitalisatieverzekering | 367 | 484 |
| Voordeel in natura (bedrijfswagen) | 33 | 35 |
| (€ 1.000) | AvH | Dochter ondernemingen (1) |
Totaal 2021 | AvH | Dochter ondernemingen (1) |
Totaal 2020 |
|---|---|---|---|---|---|---|
| De uitoefening van een mandaat | 66 | 2.562 | 2.628 | 63 | 1.058 | 1.121 |
| Bijzondere opdrachten | 0 | 0 | ||||
| - Andere controle-opdrachten | 14 | 212 | 226 | 0 | 59 | 59 |
| - Belastingadviesopdrachten | 6 | 419 | 425 | 6 | 330 | 335 |
| - Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten | 8 | 70 | 79 | 0 | 27 | 27 |
| Totaal | 94 | 3.263 | 3.358 | 68 | 1.474 | 1.542 |
(1) Inclusief gemeenschappelijke dochterondernemingen opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode.
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Netto geconsolideerd resultaat, aandeel van de groep (€ 1.000) | 406.814 | 229.791 |
| Gewogen gemiddeld aantal aandelen (1) | 33.148.250 | 33.137.532 |
| Winst per aandeel (€) | 12,27 | 6,93 |
| Netto geconsolideerd resultaat, aandeel van de groep (€ 1.000) | 406.814 | 229.791 |
| Gewogen gemiddeld aantal aandelen (1) | 33.148.250 | 33.137.532 |
| Impact aandelenopties | 34.242 | 43.023 |
| Aangepast gewogen gemiddeld aantal aandelen | 33.182.491 | 33.180.554 |
| Verwaterde winst per aandeel (€) | 12,26 | 6,93 |
Toelichting 30: Belangrijke feiten na balansdatum
naar schatting ongeveer 75 miljoen euro.
• Begin 2022 werd een overeenkomst ondertekend met Lone Star Funds voor de verkoop van 100% van de aandelen in Manuchar. Bij realisatie, die wordt verwacht in het tweede kwartaal van 2022, zal de transactie een cashopbrengst genereren voor AvH van ongeveer 140 miljoen euro en een meerwaarde van kader een aantal bestuursmandaten verder actief uitoefenen, o.m. als voorzitter
• In de huidige omstandigheden is het onmogelijk in te schatten wat de impact kan zijn van de Russisch-Oekraïense crisis, zowel op korte als lange termijn. De financiële impact is voor de AvH groep op korte termijn gering, aangezien onze deelnemingen niet of slechts in geringe mate actief zijn in de regio. De grootste zorg gaat naar de medewerkers die in die regio tewerkgesteld zijn of
bij Bank Van Breda en als vice-voorzitter bij Delen Private Bank.
van Oekraïense nationaliteit zijn.
• Samenstelling executief comité - Opvolging Jan Suykens: Jan Suykens heeft enige tijd geleden de wens uitgedrukt de fakkel als CEO-Voorzitter van het executief comité door te geven. Hij zal na de algemene vergadering van 23 mei a.s. opgevolgd worden door Piet Dejonghe en John-Eric Bertrand die als co-CEO's de leiding van de groep zullen overnemen. Jan Suykens blijft als senior advisor zijn expertise ter beschikking stellen van de AvH-groep. Hij zal in dit
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Netto geconsolideerd resultaat van voortgezette activiteiten, aandeel van de groep (€ 1.000) | 406.964 | 229.791 |
| Gewogen gemiddeld aantal aandelen (1) | 33.148.250 | 33.137.532 |
| Winst per aandeel (€) | 12,28 | 6,93 |
| Netto geconsolideerd resultaat van voortgezette activiteiten, aandeel van de groep (€ 1.000) | 406.964 | 229.791 |
| Gewogen gemiddeld aantal aandelen (1) | 33.148.250 | 33.137.532 |
| Impact aandelenopties | 34.242 | 43.023 |
| Aangepast gewogen gemiddeld aantal aandelen | 33.182.491 | 33.180.554 |
| Verwaterde winst per aandeel (€) | 12,26 | 6,93 |
(1) Op basis van uitgegeven aandelen, gecorrigeerd voor eigen aandelen in portefeuille
Aan de gewone algemene vergadering van Aandeelhouders van 23 mei 2022 zal worden voorgesteld om een dividend van 2,75 euro per aandeel goed te keuren.
| (€ 1.000) | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Dividend op gewone aandelen uitgekeerd in: | ||
| - Slotdividend 2020: 2,35 euro per aandeel | -77.890 | -76.813 |
| (€ 1.000) | |
|---|---|
| Dividend op gewone aandelen: | |
| - Slotdividend 2021: 2,75 euro per aandeel (1) | -92.116 |
(1) Maximaal dividend berekend op basis van het totaal aantal uitgegeven aandelen, zonder rekening te houden met eigen aandelen.
| 2021 | 2020 | |
|---|---|---|
| Bruto | 2,7500 | 2,3500 |
| Netto (roerende voorheffing 30%) | 1,9250 | 1,6450 |
kader een aantal bestuursmandaten verder actief uitoefenen, o.m. als voorzitter bij Bank Van Breda en als vice-voorzitter bij Delen Private Bank.
• In de huidige omstandigheden is het onmogelijk in te schatten wat de impact kan zijn van de Russisch-Oekraïense crisis, zowel op korte als lange termijn. De financiële impact is voor de AvH groep op korte termijn gering, aangezien onze deelnemingen niet of slechts in geringe mate actief zijn in de regio. De grootste zorg gaat naar de medewerkers die in die regio tewerkgesteld zijn of van Oekraïense nationaliteit zijn.
Verslag van de commissaris aan de algemene vergadering van Ackermans & van Haaren NV over het boekjaar afgesloten op 31 december 2021
Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen, brengen wij u verslag uit in het kader van ons mandaat van commissaris van Ackermans & van Haaren NV (de "Vennootschap") en van de dochterondernemingen (samen de "Groep"). Dit verslag omvat ons oordeel over de geconsolideerde financiële positie van de Groep op 31 december 2021, geconsolideerde resultaten en de geconsolideerde kasstromen voor het boekjaar van het boekjaar afgesloten op 31 december 2021 en over de toelichting (alle stukken gezamenlijk de "Geconsolideerde Jaarrekening") en omvat tevens ons verslag betreffende overige door wet- en regelgeving gestelde eisen. Deze verslagen zijn één en ondeelbaar.
Wij werden als commissaris benoemd door de algemene vergadering op 27 mei 2019, overeenkomstig het voorstel van het bestuursorgaan uitgebracht op aanbeveling van het auditcomité. Ons mandaat loopt af op de datum van de algemene vergadering die zal beraadslagen over de Geconsolideerde Jaarrekening afgesloten op 31 december 2021. We hebben de wettelijke controle van de Geconsolideerde Jaarrekening van de Groep uitgevoerd gedurende 21 opeenvolgende boekjaren.
Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de Geconsolideerde Jaarrekening van Ackermans & van Haaren NV, die de geconsolideerde financiële positie van de Groep op 31 december 2021 omvat, alsook geconsolideerde resultaten en de geconsolideerde kasstromen voor het boekjaar over het boekjaar afgesloten op die datum en de toelichting, met een geconsolideerd balanstotaal van € 17.233.026.(000) en waarvan de geconsolideerde resultatenrekening afsluit met een winst van het boekjaar (toe te rekenen aan de eigenaars van de vennootschap) van € 406.814.(000).
Naar ons oordeel geeft de Geconsolideerde Jaarrekening een getrouw beeld van het geconsolideerde eigen vermogen en van de geconsolideerde financiële positie van de Groep op 31 december 2021, alsook van de geconsolideerde resultaten en de geconsolideerde kasstromen voor het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards zoals goedgekeurd door de Europese Unie ("IFRS") en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften.
We hebben onze controle uitgevoerd in overeenstemming met de International Standards on Auditing ("ISAs"). Onze verantwoordelijkheden uit hoofde van die standaarden zijn nader beschreven in het gedeelte "Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening" van ons verslag.
Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip van deze met betrekking tot de onafhankelijkheid.
Wij hebben van het bestuursorgaan en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.
De kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die volgens ons professioneel oordeel het meest significant waren bij onze controle van de Geconsolideerde Jaarrekening van de huidige verslagperiode.
• Werfbezoeken uitvoeren voor bepaalde projecten en het observeren van de voortschrijding der werken van die projecten en bespreking van de status en complexiteiten van het project die de verwachte totale kosten zouden kunnen Opbrengsten en resultaten worden erkend voor zover componenten (huisvestingseenheden) verkocht zijn, en à rato van de voortschrijding der werken.. Omzet- en winsterkenning worden aldus verantwoord op basis van schattingen met betrek-
Vaak is er een hoge mate van inschatting vanwege de complexiteit van projecten en onzekerheid over de verwachte kosten. Dit is een kernpunt van de controle omdat er een hoge graad van risico gekoppeld is aan het inschatten van het bedrag van de opbrengsten en de winst die door de groep moet worden erkend in de periode, en wijzigingen in deze schattingen kunnen aanleiding geven tot belang-
• Inzicht verkrijgen in het proces van contractopvolging, de erkenning van omzet en winst, en we hielden rekening met het ontwerp van de belangrijkste interne
• Test van een steekproef van ontwikkelingsprojecten en verificatie is getest door de tot op heden gemaakte kosten met betrekking tot grondaankopen en onderhanden werk. Herrekening van het percentage van voortschrijding der werken op balansdatum,. aansluiting van de verkoopwaarde met contracten, controle
• Nazicht van de berekeningen van de netto realisatiewaarden en beoordeling van de redelijkheid en consistentie van de door het management gehanteerde as-
• Evaluatie van de financiële prestaties van specifieke projecten ten opzichte van het budget en historische trends, met name om de redelijkheid van de kosten te
We verwijzen naar Toelichting 1 (IFRS waarderingsregels) en Toelichting 14 (Voor-
4. Waardering van de leningen en vorderingen aan klanten (Private
De netto portefeuille van leningen en vorderingen aan klanten bedroeg € 5.748 miljoen op 31 december 2021. Leningen en vorderingen aan klanten worden gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs verminderd met de bijzondere waardeverminderingen voor kredietverliezen, (€ 29,95 miljoen, inclusief toegezegde
Het bepalen van bijzondere waardeverminderingen voor kredietverliezen vereist een significante beoordeling vanwege het management, zoals het identificeren van leningen en vorderingen op cliënten die verslechteren, de beoordeling van het objectief bewijs voor bijzondere waardevermindering, de waarde van het onderpand
Het gebruik van verschillende modelleringstechnieken en –assumpties kan tot aanzienlijk verschillende inschattingen van bijzondere waardeverminderingen voor
Vanwege de belangrijkheid van leningen en vorderingen aan klanten en de gerelateerde onzekerheid bij de inschatting van de kredietverliezen, wordt de waardering van de leningen en vorderingen op cliënten als een kernpunt voor onze con-
• Controleprocedures om portefeuilles met een hoog risico te identificeren. Deze procedures omvatten, onder meer, een evaluatie van de stresstesten zoals uit-
• Nakijken van kredietdossiers op steekproefbasis om de invorderbaarheid van de leningen en vorderingen op cliënten te beoordelen. Hierdoor werd de waarschijnlijkheid van de realisatie, de waardering van het onderpand en andere mo-
king tot de verwachte totale kosten per project.
• Samenvatting van de uitgevoerde procedures
controles, inclusief de controles uitgevoerd door de directie.
van de accuraatheid van de formule van winsterkenning.
rijke afwijkingen.
sumpties en modellen.
• Verwijzing naar de toelichtingen:
Betrokken onderneming: Bank Van Breda • Beschrijving van het kernpunt
(nog) niet in de balans opgenomen leningen).
en de inschatting van de realiseerbare waarde.
• Samenvatting van de uitgevoerde procedures
De controlewerkzaamheden omvatten onder meer volgende elementen: • Evaluatie van de opzet en de effectiviteit van interne controles met betrekking tot de waardering van leningen, vorderingen op cliënten en onderpandgegevens, de bepaling van risico ratings en het proces voor de identificatie en beheer
raden en onderhanden werken in opdracht van derden).
beoordelen.
Banking)
kredietverliezen leiden.
trole beschouwd.
van betalingsachterstanden.
gevoerd door het management.
gelijke bronnen van terugbetaling beoordeeld.
• Analyse van de correspondentie met klanten over variatie-orders en claims en beoordeling of deze informatie in overeenstemming is met de gemaakte inschat-
• Inspectie van belangrijke clausules voor een selectie van contracten en identificatie van relevante contractclausules die een invloed hebben op de (ont)bundeling van contracten, boetes voor vertragingen, bonussen of succesvergoedingen, en beoordeling of deze clausules naar behoren zijn weerspiegeld in de bedragen
De boekhoudkundige erkenning van omzet en verwerking van projecten wordt uiteengezet in Toelichting 1 van de Geconsolideerde Jaarrekening (IFRS waarderingsregels). Daarnaast verwijzen we naar Toelichting 14 van de Geconsolideerde Jaarrekening met betrekking tot onderhanden projecten in opdracht van derden.
2. Onzekere belastingposities (Marine Engineering & Contracting)
DEME is wereldwijd actief in diverse landen en aldus onderworpen aan verschillende belastingstelsels. De belasting van haar activiteiten kan afhankelijk zijn van inschattingen die aanleiding geven tot geschillen met de lokale belastingautoriteiten, waarvan de oplossing meerdere jaren in beslag neemt. Indien het bedrag van de belastingschuld onzeker is, legt de directie op basis van haar beste inschatting een voorziening aan voor het waarschijnlijk verschuldigde bedrag. De directie oefent een belangrijk oordeelsvermogen uit bij de inschatting van het bedrag van voorzieningen voor onzekere belastingposities en wijzigingen in deze schattingen
• Inzicht verkrijgen in het proces van de boekhoudkundige verwerking van (uitgestelde) belastingposities, rekening houdende met het ontwerp van de bijhorende
• Evaluatie van de geschatte waarschijnlijkheid van het geïdentificeerde belastingrisico alsook de inschatting door de directie van de potentiële uitstroom van middelen, via besprekingen met de directie en via analyse van onderliggende documentatie (wijzigingen in fiscale wetgeving, correspondentie met belasting-
• Beroep doen op onze belastingspecialisten om ons bij te staan bij evaluatie van de assumpties en de toepassing van de relevante belastingwetgeving en de regelgeving die de directie hanteert bij de bepaling van de onzekere belastingpo-
We verwijzen naar Toelichting 1 (IFRS waarderingsregels - belastingen) en Toelich-
3. Omzeterkenning en waardering van voorraden en onderhanden werken in opdracht van derden (Marine Engineering & Contracting
De waardering van de grondposities en de gemaakte bouwkosten voor residentiële ontwikkelingen zijn gebaseerd op de historische kostprijs of lagere netto realisatiewaarde. De beoordeling van de netto realisatiewaarden omvat veronderstellingen met betrekking tot toekomstige marktontwikkelingen, vergunningsbeslissingen van overheidsinstanties, verdisconteringsvoeten en toekomstige veranderingen in kosten en verkoopprijzen. Deze schattingen hebben betrekking op verschillende elementen en zijn gevoelig voor gebruikte scenario's en assumpties en houden als zodanig een significante inschatting in van het management. Het risico bestaat dat mogelijke bijzondere waardeverminderingen van voorraden niet ade-
quaat worden verwerkt in de Geconsolideerde Jaarrekening.
beïnvloeden met het personeel ter plaatse.
• Verwijzing naar de toelichtingen
Betrokken onderneming: DEME
controles.
sities van de Groep.
ting 21 (Belastingen).
• Verwijzing naar de toelichtingen:
– Real Estate & Senior Care) Betrokken ondernemingen: CFE en Nextensa
• Beschrijving van het kernpunt
• Beschrijving van het kernpunt
kunnen aanleiding geven tot belangrijke afwijkingen.
• Samenvatting van de uitgevoerde procedures
autoriteiten en fiscale adviseurs, beschikbare rulings)..
die zijn opgenomen in de Geconsolideerde Jaarrekening.
tingen van de directie.
Deze aangelegenheden werden behandeld in de context van onze controle van de Geconsolideerde Jaarrekening als een geheel en bij het vormen van ons oordeel hieromtrent en derhalve formuleren wij geen afzonderlijk oordeel over deze aangelegenheden.
Betrokken ondernemingen: CFE en DEME
Voor het gros van haar projecten (hierna "contracten" of "projecten") erkent de groep opbrengsten en winst a rato van de voortschrijding der werken, die gedefinieerd wordt als het aandeel van de gemaakte projectkosten voor de tot de balansdatum verrichte werkzaamheden versus de geschatte totale kosten bij voltooiing van het project. De erkenning van omzet en winst worden aldus gebaseerd op schattingen van de verwachte totale kosten per project. Kosten voor onvoorziene omstandigheden kunnen ook in deze schattingen worden opgenomen om rekening te houden met specifieke onzekere risico's of claims tegen de groep. De omzet uit projecten kan ook variatie-orders en claims omvatten die per contract worden opgenomen wanneer de bijkomende opbrengsten met hoge mate van zekerheid kunnen worden gewaardeerd.
Omzeterkenning en boekhoudkundige verwerking van projecten omvat vaak een hoge mate van oordeelsvorming vanwege de complexiteit van projecten, onzekerheid over de nog op te lopen kosten en onzekerheid over de uitkomst van gesprekken met opdrachtgevers over variatie-orders en claims. Dit is een kernpunt van onze controle wegens een hoge graad van risico en bijhorende oordeelsvorming door de directie inzake inschatting van de te erkennen omzet en winst of verlies, en wijzigingen in deze schattingen kunnen aanleiding geven tot belangrijke afwijkingen.
De boekhoudkundige erkenning van omzet en verwerking van projecten wordt uiteengezet in Toelichting 1 van de Geconsolideerde Jaarrekening (IFRS waarderingsregels). Daarnaast verwijzen we naar Toelichting 14 van de Geconsolideerde Jaarrekening met betrekking tot onderhanden projecten in opdracht van derden.
Betrokken onderneming: DEME
DEME is wereldwijd actief in diverse landen en aldus onderworpen aan verschillende belastingstelsels. De belasting van haar activiteiten kan afhankelijk zijn van inschattingen die aanleiding geven tot geschillen met de lokale belastingautoriteiten, waarvan de oplossing meerdere jaren in beslag neemt. Indien het bedrag van de belastingschuld onzeker is, legt de directie op basis van haar beste inschatting een voorziening aan voor het waarschijnlijk verschuldigde bedrag. De directie oefent een belangrijk oordeelsvermogen uit bij de inschatting van het bedrag van voorzieningen voor onzekere belastingposities en wijzigingen in deze schattingen kunnen aanleiding geven tot belangrijke afwijkingen.
We verwijzen naar Toelichting 1 (IFRS waarderingsregels - belastingen) en Toelichting 21 (Belastingen).
3. Omzeterkenning en waardering van voorraden en onderhanden werken in opdracht van derden (Marine Engineering & Contracting – Real Estate & Senior Care)
Betrokken ondernemingen: CFE en Nextensa
De waardering van de grondposities en de gemaakte bouwkosten voor residentiële ontwikkelingen zijn gebaseerd op de historische kostprijs of lagere netto realisatiewaarde. De beoordeling van de netto realisatiewaarden omvat veronderstellingen met betrekking tot toekomstige marktontwikkelingen, vergunningsbeslissingen van overheidsinstanties, verdisconteringsvoeten en toekomstige veranderingen in kosten en verkoopprijzen. Deze schattingen hebben betrekking op verschillende elementen en zijn gevoelig voor gebruikte scenario's en assumpties en houden als zodanig een significante inschatting in van het management. Het risico bestaat dat mogelijke bijzondere waardeverminderingen van voorraden niet adequaat worden verwerkt in de Geconsolideerde Jaarrekening.
Opbrengsten en resultaten worden erkend voor zover componenten (huisvestingseenheden) verkocht zijn, en à rato van de voortschrijding der werken.. Omzet- en winsterkenning worden aldus verantwoord op basis van schattingen met betrekking tot de verwachte totale kosten per project.
Vaak is er een hoge mate van inschatting vanwege de complexiteit van projecten en onzekerheid over de verwachte kosten. Dit is een kernpunt van de controle omdat er een hoge graad van risico gekoppeld is aan het inschatten van het bedrag van de opbrengsten en de winst die door de groep moet worden erkend in de periode, en wijzigingen in deze schattingen kunnen aanleiding geven tot belangrijke afwijkingen.
We verwijzen naar Toelichting 1 (IFRS waarderingsregels) en Toelichting 14 (Voorraden en onderhanden werken in opdracht van derden).
Betrokken onderneming: Bank Van Breda
De netto portefeuille van leningen en vorderingen aan klanten bedroeg € 5.748 miljoen op 31 december 2021. Leningen en vorderingen aan klanten worden gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs verminderd met de bijzondere waardeverminderingen voor kredietverliezen, (€ 29,95 miljoen, inclusief toegezegde (nog) niet in de balans opgenomen leningen).
Het bepalen van bijzondere waardeverminderingen voor kredietverliezen vereist een significante beoordeling vanwege het management, zoals het identificeren van leningen en vorderingen op cliënten die verslechteren, de beoordeling van het objectief bewijs voor bijzondere waardevermindering, de waarde van het onderpand en de inschatting van de realiseerbare waarde.
Het gebruik van verschillende modelleringstechnieken en –assumpties kan tot aanzienlijk verschillende inschattingen van bijzondere waardeverminderingen voor kredietverliezen leiden.
Vanwege de belangrijkheid van leningen en vorderingen aan klanten en de gerelateerde onzekerheid bij de inschatting van de kredietverliezen, wordt de waardering van de leningen en vorderingen op cliënten als een kernpunt voor onze controle beschouwd.
De controlewerkzaamheden omvatten onder meer volgende elementen:
We verwijzen naar Toelichting 1 (IFRS waarderingsregels) en Toelichting 13 (Banken – vorderingen op kredietinstellingen & cliënten).
Betrokken ondernemingen: Nextensa
Per 31 December 2021 presenteert de groep voor een totaal bedrag aan vastgoedbeleggingen van € 1.408 miljoen.
Overeenkomstig de waarderingsregels en de IAS 40 norm "Vastgoedbeleggingen" worden deze vastgoedbeleggingen gewaardeerd tegen de reële waarde en worden de waarde-wijzigingen worden opgenomen in de resultatenrekening. De reële waarde van deze vastgoedbeleggingen wordt geclassificeerd onder niveau 3 van de reële waarde hiërarchie zoals gedefinieerd onder de IFRS 13 norm "De waardering tegen reële waarde". Bepaalde hypotheses die gebruikt worden voor de waardering zijn gebaseerd op data die slechts beperkt waarneembaar zijn (verdisconteringsvoet, toekomstige bezettingsgraad,..) en vereisen daarom een inschatting vanwege het management. Het auditrisico ligt in de waardering van vastgoedbeleggingen en is daarom een kernpunt van de controle.
De Groep maakt gebruik van externe deskundigen om de reële waarde van zijn gebouwen te schatten. Met de hulp van onze eigen interne waarderingsdeskundigen werden de waarderingsverslagen van deze externe deskundigen geëvalueerd. Specifiek betreft dit de volgende controlewerkzaamheden:
Tenslotte werden de geschiktheid van de informatie over de reële waarde van de vastgoedbeleggingen in Toelichting 1 (IFRS waarderingsregels) en Toelichting 10 (Vastgoedbeleggingen gewaardeerd aan reële waarde) van de Geconsolideerde Jaarrekening beoordeeld.
Verschillende bedrijven binnen de groep hebben renteswaps (IRS) om het renterisico af te dekken op de schulden tegen een variabele rentevoet. De waardering van deze derivaten tegen reële waarde is een belangrijke bron van volatiliteit in het resultaat en/of het eigen vermogen. In overeenstemming met de IFRS 9 norm "Financiële instrumenten – opname en waardering" worden deze derivaten immers gewaardeerd tegen reële waarde (hetgeen overeenkomt met niveau 2 van de reële waarde hiërarchie zoals gedefinieerd onder de IFRS 13 norm "De waardering tegen reële waarde"). Wijzigingen in de reële waarde van derivaten worden opgenomen in de resultatenrekening, behalve voor het deel van de IRS, waarvoor de Groep "hedge accounting" ("cash-flow hedging") toepast, dewelke toestaat dat het merendeel van de reële waarde-wijzigingen kan worden opgenomen onder de rubriek van het eigen vermogen ("Hedge reserves"). Het auditrisico ligt enerzijds in de complexiteit bij de bepaling van de reële waarde van deze derivaten en anderzijds bij de correcte toepassing van de "hedge accounting" voor de IRS contracten die geclassificeerd worden door de Groep als "cash-flow hedges" en zijn daarom een kernpunt van de controle.
Het risico bestaat dat in deze ondernemingen eveneens audit aandachtspunten bestaan die significant zijn voor ons de controle van de Geconsolideerde JaarrekeIn het kader van de opstelling van de Geconsolideerde Jaarrekening, is het bestuursorgaan verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de Vennootschap om haar continuïteit te handhaven, het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling tenzij het bestuursorgaan het voornemen heeft om de Vennootschap te vereffenen of om de bedrijfsactiviteiten stop te zetten
Onze verantwoordelijkheden voor de controle over de Geconsolideerde
Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de Geconsolideerde Jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten en het uitbrengen van een commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISAs is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van de Geconsolideerde Jaarreke-
Bij de uitvoering van onze controle leven wij het wettelijk, reglementair en normatief kader dat van toepassing is op de controle van de jaarrekening in België na. De wettelijke controle biedt geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de Groep, noch omtrent de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee het bestuursorgaan de bedrijfsvoering van de Groep ter hand heeft genomen of zal nemen. Onze verantwoordelijkheden inzake de door het bestuursorgaan ge-
Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISAs, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. We voeren tevens de volgende werkzaamheden uit: • het identificeren en inschatten van de risico's dat de Geconsolideerde Jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of fouten, het bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden die op deze risico's inspelen en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Het risico van het niet detecteren van een van materieel belang zijnde afwijking is groter indien die afwijking het gevolg is van fraude dan indien zij het gevolg is van fouten, omdat bij fraude sprake kan zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten om transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het door-
• het verkrijgen van inzicht in het systeem van interne beheersing dat relevant is voor de controle, met als doel controlewerkzaamheden op te zetten die in de gegeven omstandigheden geschikt zijn maar die niet zijn gericht op het geven van een oordeel over de effectiviteit van het systeem van interne beheersing van
• het evalueren van de geschiktheid van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van de door het bestuursorgaan gemaakte schattingen en van de daarop betrekking hebbende toe-
• het concluderen van de aanvaardbaarheid van de door het bestuursorgaan gehanteerde continuïteitsveronderstelling, en op basis van de verkregen controleinformatie, concluderen of er een onzekerheid van materieel belang bestaat met betrekking tot gebeurtenissen of omstandigheden die significante twijfel kunnen doen ontstaan over de mogelijkheid van de Vennootschap en de Groep om de continuïteit te handhaven. Als we besluiten dat er sprake is van een onzekerheid van materieel belang, zijn wij ertoe gehouden om de aandacht in ons commissarisverslag te vestigen op de daarop betrekking hebbende toelichtingen in de Geconsolideerde Jaarrekening, of, indien deze toelichtingen inadequaat zijn, om ons oordeel aan te passen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot op de datum van ons commissarisverslag. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat de continuïteit van de Vennootschap of van de Groep niet langer gehandhaafd kan
• het evalueren van de algehele presentatie, structuur en inhoud van de Geconsolideerde Jaarrekening, en of deze Geconsolideerde Jaarrekening, de onderliggende transacties en gebeurtenissen weergeeft op een wijze die leidt tot een
hanteerde continuïteitsveronderstelling staan hieronder beschreven.
breken van het systeem van interne beheersing;
de Vennootschap en van de Groep;
lichtingen;
worden;
getrouw beeld.
of geen realistisch alternatief heeft dan dit te doen.
Jaarrekening
ning, beïnvloeden.
Zo heeft Delen Private Bank als gevolg van overnames cliënteel verworven, opgenomen onder haar immateriële vaste activa. Het merendeel van het aangekocht cliënteel wordt bij Delen Private Bank aanzien als immateriële activa met onbepaalde gebruiksduur. De statistische gegevens uit het verleden tonen aan dat slechts een beperkt deel van het aangekochte cliënteel een beperkte levensduur heeft. Bij elke verwerving van cliënteel wordt, op basis van de statistieken, bepaald hoeveel van het aangekochte cliënteel dient aanzien te worden als immaterieel vast actief met bepaalde gebruiksduur, dat pro rata over deze gebruiksduur wordt afgeschreven. Het overige deel wordt niet afgeschreven. Het management voert jaarlijks een impairment analyse uit op basis van een eigen ontwikkeld model zowel voor het cliënteel met bepaalde als onbepaalde gebruiksduur, waarbij het aan-
De waardering van dit aangekochte cliënteel is complex en vereist inschattingen van het management. De waardering van het cliënteel is gebaseerd op de tegoeden toevertrouwd door het cliënteel (Assets under Management, hierna "AuM's")
Een wijziging in deze parameters of het gebruik van foutieve data zouden een materiële impact kunnen hebben op de waardering van het aangekocht cliënteel. Om deze redenen is de waardering van het geactiveerd, verworven cliënteel een
Met betrekking tot de waardering van het geactiveerd, verworven cliënteel bij Delen Private Bank werden onder andere de volgende audit-procedures uitgevoerd: • beoordeling van de opdeling van het bestaande cliënteel binnen de groep per kantoor en bespreking van de eventuele wijzigingen ten opzichte van voor-
• Beoordeling van de gehanteerde parameters (zoals AuM's en factoren), de methodologie en het gehanteerd model in overeenstemming met IAS 36. • Analyse van de opsplitsing van het aangekochte cliënteel per kantoor. • Afstemming van de gebruikte factoren in het model met marktdata en aansluiting van de AuM's met de boekhoudkundige inventarissen en de gehanteerde
• Sensitiviteitsanalyse op de belangrijkste assumptie, dewelke voornamelijk de
• Herberekening van de geboekte afschrijvingen op het cliënteel met een bepaalde
• Beoordeling van de adequaatheid en volledigheid van Toelichting 11 (Ondernemingen waarop de vermogensmutatie is toegepast) van de Geconsolideerde
Met betrekking tot de aandachtspunten in de balansen van de deelnemingen opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode werden onder andere volgende
• Communicatie van duidelijke audit instructies aan de component auditors met opgave van de mogelijke audit aandachtspunten, specifieke audit risico's, uit te voeren controlewerkzaamheden volgens te hanteren materialiteitsgrenzen; • Gedetailleerd nazicht van de aangeleverde rapporteringsdocumenten door de
• Kritische beoordeling van de gehanteerde audit aanpak in overeenstemming met
• Bespreking audit aandachtspunten met de lokale auditor en beoordeling de aan-
• Beoordeling van de adequaatheid en volledigheid van Toelichting 11 (Ondernemingen waarop de vermogensmutatie is toegepast) van de Geconsolideerde
Verantwoordelijkheden van het bestuursorgaan voor het opstellen van
Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen van de Geconsolideerde Jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met IFRS en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften, alsook voor een systeem van interne beheersing die het bestuursorgaan noodzakelijk acht voor het opstellen van de Geconsolideerde Jaarrekening die geen afwijking van
materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten.
gekochte cliënteel is onderverdeeld per kantoor van de groep.
• Samenvatting van de uitgevoerde procedures
marktwaarde ervan aansluiten met marktgegevens.
waarop een factor wordt toegepast.
kernpunt van onze controle.
gaande periodes.
cost income ratio is.
gebruiksduur.
Jaarrekening.
lokale auditors;
Jaarrekening.
audit procedures uitgevoerd:
de geldende internationale audit standaarden;
geleverde bijkomende toelichtingen
de Geconsolideerde Jaarrekening
ning van de groep.
Per 31 December 2021 presenteert de Groep een totaal bedrag aan goodwill van € 328 miljoen.
De jaarlijkse beoordeling door management van potentiële minderwaarden op geboekte goodwill, gebeurt op basis van verschillende parameters zoals (i) beurskoersen (ii) eigen vermogenswaarden (iii) discounted cash flow analyse ("DCF analyse") van de onderliggende deelnemingen gebaseerd op budgetten die in de raden van bestuur van de betrokken dochters zijn goedgekeurd en (iv) verkoopwaarden op basis van lopende onderhandelingen. Dit vereist inschattingen en beoordelingen door het management van de gebruikte assumpties, onder andere de realisatiewaarde van de onderliggende deelnemingen. De bepaling van toekomstige cash flows van de betreffende kasstroom genererende entiteiten ('CGU's') alsook van de gehanteerde verdisconteringsvoet is complex en subjectief. Wijzigingen in deze assumpties zouden tot materiële wijzigingen kunnen leiden in de ingeschatte marktwaarde, wat een potentieel effect heeft op potentiële minderwaarden die moeten doorgevoerd worden op niveau van de goodwill.
De groep neemt een groot aantal ondernemingen op in haar Geconsolideerde Jaarrekening volgens de vermogensmutatiemethode, per 31 December 2021 bedraagt de totale waarde € 1.647 miljoen in de balans en dragen deze ondernemingen bij in de winst van het boekjaar voor € 255 miljoen. De informatie inzake ondernemingen opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode is opgenomen in Toelichting 11 van de Geconsolideerde Jaarrekening.
Het risico bestaat dat in deze ondernemingen eveneens audit aandachtspunten bestaan die significant zijn voor ons de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening van de groep.
Zo heeft Delen Private Bank als gevolg van overnames cliënteel verworven, opgenomen onder haar immateriële vaste activa. Het merendeel van het aangekocht cliënteel wordt bij Delen Private Bank aanzien als immateriële activa met onbepaalde gebruiksduur. De statistische gegevens uit het verleden tonen aan dat slechts een beperkt deel van het aangekochte cliënteel een beperkte levensduur heeft. Bij elke verwerving van cliënteel wordt, op basis van de statistieken, bepaald hoeveel van het aangekochte cliënteel dient aanzien te worden als immaterieel vast actief met bepaalde gebruiksduur, dat pro rata over deze gebruiksduur wordt afgeschreven. Het overige deel wordt niet afgeschreven. Het management voert jaarlijks een impairment analyse uit op basis van een eigen ontwikkeld model zowel voor het cliënteel met bepaalde als onbepaalde gebruiksduur, waarbij het aangekochte cliënteel is onderverdeeld per kantoor van de groep.
De waardering van dit aangekochte cliënteel is complex en vereist inschattingen van het management. De waardering van het cliënteel is gebaseerd op de tegoeden toevertrouwd door het cliënteel (Assets under Management, hierna "AuM's") waarop een factor wordt toegepast.
Een wijziging in deze parameters of het gebruik van foutieve data zouden een materiële impact kunnen hebben op de waardering van het aangekocht cliënteel. Om deze redenen is de waardering van het geactiveerd, verworven cliënteel een kernpunt van onze controle.
Met betrekking tot de waardering van het geactiveerd, verworven cliënteel bij Delen Private Bank werden onder andere de volgende audit-procedures uitgevoerd:
Met betrekking tot de aandachtspunten in de balansen van de deelnemingen opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode werden onder andere volgende audit procedures uitgevoerd:
Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen van de Geconsolideerde Jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met IFRS en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften, alsook voor een systeem van interne beheersing die het bestuursorgaan noodzakelijk acht voor het opstellen van de Geconsolideerde Jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten.
In het kader van de opstelling van de Geconsolideerde Jaarrekening, is het bestuursorgaan verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de Vennootschap om haar continuïteit te handhaven, het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling tenzij het bestuursorgaan het voornemen heeft om de Vennootschap te vereffenen of om de bedrijfsactiviteiten stop te zetten of geen realistisch alternatief heeft dan dit te doen.
Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de Geconsolideerde Jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten en het uitbrengen van een commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISAs is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van de Geconsolideerde Jaarrekening, beïnvloeden.
Bij de uitvoering van onze controle leven wij het wettelijk, reglementair en normatief kader dat van toepassing is op de controle van de jaarrekening in België na. De wettelijke controle biedt geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de Groep, noch omtrent de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee het bestuursorgaan de bedrijfsvoering van de Groep ter hand heeft genomen of zal nemen. Onze verantwoordelijkheden inzake de door het bestuursorgaan gehanteerde continuïteitsveronderstelling staan hieronder beschreven.
Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISAs, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. We voeren tevens de volgende werkzaamheden uit:
Wij communiceren met het bestuursorgaan, onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die we identificeren gedurende onze controle.
Omdat we de eindverantwoordelijkheid voor ons oordeel dragen, zijn we ook verantwoordelijk voor het organiseren, het toezicht en het uitvoeren van de controle van de dochterondernemingen van de Groep. In die zin hebben wij de aard en omvang van de controleprocedures voor deze entiteiten van de Groep bepaald.
We verstrekken aan het auditcomité binnen het bestuursorgaan een verklaring dat we de relevante deontologische vereisten inzake onafhankelijkheid naleven en we melden hierin alle relaties en andere aangelegenheden die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid zouden kunnen beïnvloeden, alsook, voor zover van toepassing, de bijbehorende maatregelen die we getroffen hebben om onze onafhankelijkheid te waarborgen.
Aan de hand van de aangelegenheden die met het auditcomité binnen het bestuursorgaan besproken worden, bepalen we de aangelegenheden die het meest significant waren bij de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening over de huidige periode en die daarom de kernpunten van onze controle uitmaken. We beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze aangelegenheden is verboden door wet- of regelgeving.
Verslag betreffende de overige door wet- en regelgeving gestelde eisen
Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening, de verklaring van niet-financiële informatie gehecht aan dit jaarverslag en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport.
In het kader van ons mandaat en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm (Herzien) bij de in België van toepassing zijnde ISAs, is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening, de verklaring van niet-financiële informatie gehecht aan dit jaarverslag en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport te verifiëren, alsook verslag over deze aangelegenheden uit te brengen.
Naar ons oordeel, na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening, stemt dit jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening overeen met de Geconsolideerde Jaarrekening voor hetzelfde boekjaar, enerzijds, en is dit jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening opgesteld overeenkomstig artikel 3:32 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, anderzijds.
In de context van onze controle van de Geconsolideerde Jaarrekening zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, op basis van de kennis verkregen in de controle, of het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport, zijnde:
een afwijking van materieel belang bevatten, hetzij informatie die onjuist vermeld is of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, hebben wij geen afwijking van materieel belang te melden.
De niet-financiële informatie zoals vereist op grond van artikel 3:32, § 2 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, werd opgenomen in het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening. De Groep heeft zich bij het opstellen van deze niet-financiële informatie gebaseerd op de SDG's (Sustainable Development Goals). Wij spreken ons evenwel niet uit over de vraag of deze niet-financiële informatie in alle van materieel belang zijnde opzichten is opgesteld in overeenstemming met de SDG's.
ENKELVOUDIGE JAARREKENING
De volledige jaarrekening, het jaarverslag van de raad van bestuur en het verslag van de commissaris liggen ter inzage op de zetel van de vennootschap en zijn op eenvoudig verzoek verkrijgbaar. De enkelvoudige jaarrekening is opgesteld con-
form de Belgische boekhoudwetgeving. Adres: Begijnenvest 113, 2000 Antwerpen Tel. +32 3 231 87 70 - E-mail [email protected]
(€ 1.000) Nota's 2021 2020 2019 Vaste activa 2.076.142 1.916.677 1.907.604
II. Immateriële vaste activa 28 0 0 III. Materiële vaste activa (1) 8.994 9.331 9.606 A.Terreinen en gebouwen 7.559 6.024 6.230 C. Meubilair en rollend materieel 1.435 1.450 1.418 D. Leasing en soortgelijke rechten 1 2 3 E. Overige materiële vaste activa 0 1.856 1.955
IV. Financiële vaste activa 2.067.120 1.907.346 1.897.998 A. Verbonden ondernemingen (2) 1.781.619 1.638.098 1.650.993 1. Deelnemingen 1.762.644 1.618.215 1.640.726 2. Vorderingen 18.976 19.883 10.267 B. Ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat (3) 259.568 252.080 229.209 1. Deelnemingen 259.568 252.080 229.209 2. Vorderingen 0 0 0 C. Andere financiële vaste activa 25.933 17.168 17.797 1. Aandelen 25.925 17.160 17.789 2. Vorderingen en borgtochten in contanten 8 8 8 Vlottende activa 138.067 122.669 245.786 V. Vorderingen op meer dan één jaar 0 10.000 0
B. Overige vorderingen 0 10.000
VII. Vorderingen op ten hoogste één jaar 63.986 54.585 10.808 A. Handelsvorderingen 1.224 1.199 1.239 B. Overige vorderingen (4) 62.762 53.386 9.569 VIII. Geldbeleggingen (5) 54.975 51.592 210.526 A. Eigen aandelen 40.385 38.504 39.777 B. Overige beleggingen 14.590 13.088 170.749 IX. Liquide middelen 17.882 5.216 23.329 X. Overlopende rekeningen 1.224 1.276 1.123 Totaal der activa 2.214.209 2.039.346 2.153.390
Overeenkomstig artikel 3:17 WVV wordt hierna een verkorte versie weergegeven van de enkelvoudige jaarrekening van Ackermans & van Haaren. De volledige jaarrekening wordt overeenkomstig de artikelen 3:10 en 3:12 WVV samen met het jaarverslag van de raad van bestuur en het verslag van de commissaris neergelegd
De commissaris heeft met betrekking tot de enkelvoudige jaarrekening een goed-
bij de Nationale Bank van België.
Balans – activa
I. Oprichtingskosten
A. Handelsvorderingen
A. Voorraden 1. Grond-en hulpstoffen 2. Goederen in bewerking 3. Gereed product 4. Handelsgoederen 5. Onroerende goederen 6. Vooruitbetalingen B. Bestellingen in uitvoering
VI. Voorraden en bestellingen in uitvoering
keurende verklaring zonder voorbehoud gegeven.
F. Activa in aanbouw en vooruitbetalingen
Ons bedrijfsrevisorenkantoor en ons netwerk hebben geen opdrachten verricht die onverenigbaar zijn met de wettelijke controle van de Geconsolideerde Jaarrekening en zijn in de loop van ons mandaat onafhankelijk gebleven tegenover de Vennootschap.
De honoraria voor de bijkomende opdrachten die verenigbaar zijn met de wettelijke controle van de Geconsolideerde Jaarrekening bedoeld in artikel 3:65 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen werden correct vermeld en uitgesplitst in de toelichting bij de Geconsolideerde Jaarrekening.
Wij hebben, overeenkomstig de norm inzake de controle van de overeenstemming van de financiële overzichten met het Europees uniform elektronisch formaat (hierna "ESEF"), de controle uitgevoerd van de overeenstemming van het ESEFformaat met de technische reguleringsnormen vastgelegd door de Europese Gedelegeerde Verordening nr. 2019/815 van 17 december 2018 (hierna: "Gedelegeerde Verordening").
Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen, in overeenstemming met de ESEF-vereisten, van de geconsolideerde financiële overzichten in de vorm van een elektronisch bestand in ESEF-formaat (hierna "de digitale geconsolideerde financiële overzichten") opgenomen in het jaarlijks financieel verslag beschikbaar op het portaal van de FSMA (https://www.fsma.be/nl/data-portal).
Het is onze verantwoordelijkheid voldoende en geschikte onderbouwende informatie te verkrijgen om te concluderen dat het formaat en de markeertaal van de digitale geconsolideerde financiële overzichten in alle van materieel belang zijnde opzichten voldoen aan de ESEF-vereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening.
Op basis van de door ons uitgevoerde werkzaamheden zijn wij van oordeel dat het formaat en de markering van informatie in de digitale geconsolideerde financiële overzichten opgenomen in het jaarlijks financieel verslag beschikbaar op het portaal van de FSMA (https://www.fsma.be/nl/data-portal) van Ackermans & van Haaren per 31 december 2021 in alle van materieel belang zijnde opzichten in overeenstemming zijn met de ESEF-vereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening
Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het auditcomité bedoeld in artikel 11 van de verordening (EU) nr. 537/2014.
Diegem, 29 maart 2022
EY Bedrijfsrevisoren BV
Commissaris, Vertegenwoordigd door
Patrick Rottiers - Partner * Wim Van Gasse - Partner *
* Handelend in naam van een BV
Overeenkomstig artikel 3:17 WVV wordt hierna een verkorte versie weergegeven van de enkelvoudige jaarrekening van Ackermans & van Haaren. De volledige jaarrekening wordt overeenkomstig de artikelen 3:10 en 3:12 WVV samen met het jaarverslag van de raad van bestuur en het verslag van de commissaris neergelegd bij de Nationale Bank van België.
De commissaris heeft met betrekking tot de enkelvoudige jaarrekening een goedkeurende verklaring zonder voorbehoud gegeven.
De volledige jaarrekening, het jaarverslag van de raad van bestuur en het verslag van de commissaris liggen ter inzage op de zetel van de vennootschap en zijn op eenvoudig verzoek verkrijgbaar. De enkelvoudige jaarrekening is opgesteld conform de Belgische boekhoudwetgeving.
Adres: Begijnenvest 113, 2000 Antwerpen Tel. +32 3 231 87 70 - E-mail [email protected]
| (€ 1.000) | Nota's | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|---|
| Vaste activa | 2.076.142 | 1.916.677 | 1.907.604 | |
| I. Oprichtingskosten | ||||
| II. Immateriële vaste activa | 28 | 0 | 0 | |
| III. Materiële vaste activa | (1) | 8.994 | 9.331 | 9.606 |
| A.Terreinen en gebouwen | 7.559 | 6.024 | 6.230 | |
| C. Meubilair en rollend materieel | 1.435 | 1.450 | 1.418 | |
| D. Leasing en soortgelijke rechten | 1 | 2 | 3 | |
| E. Overige materiële vaste activa | 0 | 1.856 | 1.955 | |
| F. Activa in aanbouw en vooruitbetalingen | ||||
| IV. Financiële vaste activa | 2.067.120 | 1.907.346 | 1.897.998 | |
| A. Verbonden ondernemingen | (2) | 1.781.619 | 1.638.098 | 1.650.993 |
| 1. Deelnemingen | 1.762.644 | 1.618.215 | 1.640.726 | |
| 2. Vorderingen | 18.976 | 19.883 | 10.267 | |
| B. Ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat | (3) | 259.568 | 252.080 | 229.209 |
| 1. Deelnemingen | 259.568 | 252.080 | 229.209 | |
| 2. Vorderingen | 0 | 0 | 0 | |
| C. Andere financiële vaste activa | 25.933 | 17.168 | 17.797 | |
| 1. Aandelen | 25.925 | 17.160 | 17.789 | |
| 2. Vorderingen en borgtochten in contanten | 8 | 8 | 8 | |
| Vlottende activa | 138.067 | 122.669 | 245.786 | |
| V. Vorderingen op meer dan één jaar | 0 | 10.000 | 0 | |
| A. Handelsvorderingen | ||||
| B. Overige vorderingen | 0 | 10.000 | ||
| VI. Voorraden en bestellingen in uitvoering | ||||
| A. Voorraden | ||||
| 1. Grond-en hulpstoffen | ||||
| 2. Goederen in bewerking | ||||
| 3. Gereed product | ||||
| 4. Handelsgoederen | ||||
| 5. Onroerende goederen | ||||
| 6. Vooruitbetalingen | ||||
| B. Bestellingen in uitvoering | ||||
| VII. Vorderingen op ten hoogste één jaar | 63.986 | 54.585 | 10.808 | |
| A. Handelsvorderingen | 1.224 | 1.199 | 1.239 | |
| B. Overige vorderingen | (4) | 62.762 | 53.386 | 9.569 |
| VIII. Geldbeleggingen | (5) | 54.975 | 51.592 | 210.526 |
| A. Eigen aandelen | 40.385 | 38.504 | 39.777 | |
| B. Overige beleggingen | 14.590 | 13.088 | 170.749 | |
| IX. Liquide middelen | 17.882 | 5.216 | 23.329 | |
| X. Overlopende rekeningen | 1.224 | 1.276 | 1.123 | |
| Totaal der activa | 2.214.209 | 2.039.346 | 2.153.390 |
| (€ 1.000) | Nota's | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|---|
| Eigen vermogen | (6) | 2.061.899 | 1.920.565 | 2.065.800 |
| I. Kapitaal | 2.295 | 2.295 | 2.295 | |
| A. Geplaatst kapitaal | 2.295 | 2.295 | 2.295 | |
| B. Niet opgevraagd kapitaal (-) | ||||
| II. Uitgiftepremies | 111.612 | 111.612 | 111.612 | |
| III. Herwaarderingsmeerwaarden | ||||
| IV. Reserves | 123.576 | 115.258 | 109.754 | |
| A. Wettelijke reserve | 248 | 248 | 248 | |
| B. Onbeschikbare reserves | 40.420 | 38.539 | 39.817 | |
| 1. Eigen aandelen | 40.385 | 38.504 | 39.783 | |
| 2. Andere | 35 | 35 | 35 | |
| C. Belastingvrije reserves | ||||
| D. Beschikbare reserves | 82.908 | 76.471 | 69.689 | |
| V. Overgedragen winst | 1.824.416 | 1.691.399 | 1.842.138 | |
| Overgedragen verlies (-) | ||||
| VI. Kapitaalsubsidies | ||||
| Voorzieningen en uitgestelde belastingen | 0 | 0 | 0 | |
| VII. A. Voorzieningen voor risico's en kosten | 0 | 0 | 0 | |
| 1. Pensioenen en soortgelijke verplichtingen | 0 | 0 | 0 | |
| 2. Belastingen | ||||
| 3. Grote herstellings- en onderhoudswerken | ||||
| 4. Overige risico's en kosten | ||||
| B. Uitgestelde belastingen | ||||
| Schulden | 152.311 | 118.781 | 87.590 | |
| VIII. Schulden op meer dan één jaar | 0 | 1 | 2 | |
| A. Financiële schulden | 0 | 1 | 2 | |
| B. Handelsschulden | ||||
| C. Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen | ||||
| D. Overige schulden | ||||
| IX. Schulden op ten hoogste één jaar | 152.011 | 118.616 | 87.117 | |
| A. Schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen | 1 | 1 | 1 | |
| B. Financiële schulden | (7) | 53.506 | 36.758 | 30.107 |
| 1. Kredietinstellingen | ||||
| 2. Overige leningen | 53.506 | 36.758 | 30.107 | |
| C. Handelsschulden | 727 | 225 | 609 | |
| 1. Leveranciers E. Schulden m.b.t. belastingen, bezoldigingen en sociale lasten |
727 3.868 |
225 2.357 |
609 4.340 |
|
| 1. Belastingen | 73 | 127 | 84 | |
| 2. Bezoldigingen en sociale lasten | 3.795 | 2.230 | 4.256 | |
| F. Overige schulden | (8) | 93.909 | 79.275 | 52.060 |
| X. Overlopende rekeningen | 300 | 164 | 471 | |
| Totaal der passiva | 2.214.209 | 2.039.346 | 2.153.390 | |
Resultatenrekening
M. Overboeking naar belastingvrije reserves
Resultaatverwerking
F. Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, immateriële vaste activa en materiële
Kosten
(€ 1.000) Nota's 2021 2020 2019
A. Kosten van schulden 36 176 284 B. Andere financiële kosten 1.067 1.041 939 C. Diensten en diverse goederen 10.350 8.826 10.965 D. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen 2.585 2.279 2.036 E. Diverse lopende kosten 259 213 204
vaste activa 682 651 603 G. Waardeverminderingen (9) 11.011 4.540 6 1. Op financiële vaste activa 0 1.571 0 2. Op vlottende activa 11.011 2.969 6 H. Voorzieningen voor risico's en kosten 0 0 0 I. Minderwaarde bij realisatie (10) 46.479 7.183 11.587 1. Van materiële en immateriële vaste activa 0 0 2 2. Van financiële vaste activa 18.469 4.097 9.888 3. Van vlottende activa 28.010 3.086 1.697 J. Uitzonderlijke kosten 0 0 0 K. Belastingen 84 147 65 L. Winst van het boekjaar 234.382 10.321 213.548
N. Te bestemmen winst van het boekjaar 234.382 10.321 213.548
A. Te bestemmen winstsaldo 1.925.781 1.852.459 1.851.909 1. Te bestemmen resultaat van het boekjaar 234.382 10.321 213.548 2. Overgedragen winst van het vorige boekjaar 1.691.399 1.842.138 1.638.361 Totaal 1.925.781 1.852.459 1.851.909
| (€ 1.000) | Nota's | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|---|
| Kosten | ||||
| A. Kosten van schulden | 36 | 176 | 284 | |
| B. Andere financiële kosten | 1.067 | 1.041 | 939 | |
| C. Diensten en diverse goederen | 10.350 | 8.826 | 10.965 | |
| D. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen | 2.585 | 2.279 | 2.036 | |
| E. Diverse lopende kosten | 259 | 213 | 204 | |
| F. Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, immateriële vaste activa en materiële vaste activa |
682 | 651 | 603 | |
| G. Waardeverminderingen | (9) | 11.011 | 4.540 | 6 |
| 1. Op financiële vaste activa | 0 | 1.571 | 0 | |
| 2. Op vlottende activa | 11.011 | 2.969 | 6 | |
| H. Voorzieningen voor risico's en kosten | 0 | 0 | 0 | |
| I. Minderwaarde bij realisatie | (10) | 46.479 | 7.183 | 11.587 |
| 1. Van materiële en immateriële vaste activa | 0 | 0 | 2 | |
| 2. Van financiële vaste activa | 18.469 | 4.097 | 9.888 | |
| 3. Van vlottende activa | 28.010 | 3.086 | 1.697 | |
| J. Uitzonderlijke kosten | 0 | 0 | 0 | |
| K. Belastingen | 84 | 147 | 65 | |
| L. Winst van het boekjaar | 234.382 | 10.321 | 213.548 | |
| M. Overboeking naar belastingvrije reserves | ||||
| N. Te bestemmen winst van het boekjaar | 234.382 | 10.321 | 213.548 | |
| Resultaatverwerking | ||||
| A. Te bestemmen winstsaldo | 1.925.781 | 1.852.459 | 1.851.909 | |
| 1. Te bestemmen resultaat van het boekjaar | 234.382 | 10.321 | 213.548 | |
| 2. Overgedragen winst van het vorige boekjaar | 1.691.399 | 1.842.138 | 1.638.361 | |
| Totaal | 1.925.781 | 1.852.459 | 1.851.909 |
| (€ 1.000) | Nota's | 2021 | 2020 | 2019 |
|---|---|---|---|---|
| Opbrengsten | ||||
| A. Opbrengsten uit financiële vaste activa | 116.124 | 23.572 | 108.235 | |
| 1. Dividenden | (11) | 114.687 | 22.116 | 106.460 |
| 2. Interesten | 599 | 544 | 787 | |
| 3. Tantièmes | 838 | 912 | 988 | |
| B. Opbrengsten uit vlottende activa | 2.191 | 1.878 | 2.369 | |
| C. Andere financiële opbrengsten | 0 | 0 | 1 | |
| D. Opbrengsten uit geleverde diensten | 2.030 | 1.995 | 1.960 | |
| E. Andere lopende opbrengsten | 359 | 377 | 330 | |
| F. Terugnemingen van afschrijvingen en waardeverminderingen op materiële en immateriële vaste activa | ||||
| G. Terugnemingen van waardeverminderingen | (10) | 46.764 | 7.009 | 16.359 |
| 1. Op financiële vaste activa | 20.004 | 7.003 | 12.188 | |
| 2. Op vlottende activa | 26.760 | 6 | 4.171 | |
| H. Terugnemingen van voorzieningen voor risico's en kosten | 0 | 0 | 0 | |
| I. Meerwaarde bij realisatie | (12) | 139.467 | 196 | 109.349 |
| 1. Van materiële en immateriële vaste activa | 14 | 5 | 11 | |
| 2. Van financiële vaste activa | 139.022 | 18 | 109.212 | |
| 3. Van vlottende activa | 431 | 172 | 126 | |
| J. Uitzonderlijke opbrengsten | 0 | 348 | 1.633 | |
| K. Regularisering van belastingen en terugneming van voorzieningen voor belastingen | ||||
| L. Verlies van het boekjaar | 0 | 0 | 0 | |
| M. Onttrekking aan de belastingvrije reserves | ||||
| N. Te bestemmen verlies van het boekjaar | 0 | 0 | 0 | |
| Resultaatverwerking | ||||
| C. Toevoeging aan het eigen vermogen | 8.317 | 5.504 | 8.980 | |
| 3. Aan de overige reserves | 8.317 | 5.504 | 8.980 | |
| D. Over te dragen resultaat | 1.824.416 | 1.691.399 | 1.842.138 | |
| 1. Over te dragen winst | 1.824.416 | 1.691.399 | 1.842.138 | |
| F. Uit te keren winst | 93.048 | 155.556 | 791 | |
| 1. Dividenden | 92.116 | 154.703 | 0 | |
| 3. Tantièmes | 630 | 605 | 598 | |
| 3. Winstpremie voor werknemers | 302 | 248 | 193 | |
| Totaal | 1.925.781 | 1.852.459 | 1.851.909 |
Balans
Activa
'Terreinen en gebouwen'.
joen euro in MRM Health.
leggingsportefeuille van AvH.
vereffend.
subholdings.
Passiva
dings.
31 december 2021.
deringen.
Opbrengsten
De waardeverminderingen hebben voornamelijk betrekking op het in overeenstemming brengen van de beleggingsportefeuille met de beurskoers per
De vereffening van GIB heeft aanleiding gegeven tot een gerealiseerde minderwaarde op de aandelen van 18,4 miljoen euro en een gerealiseerde minderwaarde op de vordering van 26,2 miljoen euro die evenwel volledig gecompenseerd werden door terugnames van eerder geboekte waardevermin-
AvH heeft 114,7 miljoen euro dividenden ontvangen van haar rechtstreekse deelnemingen. In 2020 werden geen dividenden ontvangen van o.a. CFE,
In 2021 werden de vennootschappen Extensa en LREM ingebracht in Leasinvest dat omgevormd werd tot Nextensa. Hierbij werd een meerwaarde gerealiseerd van 138,5 miljoen euro. In 2020 waren er geen noemenswaar-
FinAx, Profimolux, Green Offshore en SIPEF.
dige realisaties van meerwaarden.
Kosten
Financiële vaste activa - Verbonden ondernemingen: de stijging met 144,4 miljoen euro ten opzichte van 2020 is voornamelijk toe te wijzen aan de inbreng van Extensa en LREM in Leasinvest Real Estate Management (LREM) dat omgevormd werd tot Nextensa. Bij Rent-A-Port vond een kapitaalverhoging plaats. Tenslotte werd de vennootschap GIB per jaareinde
Financiële vaste activa - Ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat: in 2021 werd 2,3 miljoen euro geïnvesteerd in de verhoging van de participatie in SIPEF tot 35,13%. Verder werd er via kapitaalverhogingen bijkomend 4 miljoen euro geïnvesteerd in Biotalys en 1,2 mil-
De overige vorderingen op ten hoogste één jaar bestaan voornamelijk uit terug te vorderen belastingen en toegestane deposito's aan verschillende
De bewegingen op de post geldbeleggingen worden verklaard door de beweging van de positie in eigen aandelen en de waardecorrecties op de be-
Het eigen vermogen van AvH is met 141,3 miljoen euro gestegen in vergelijking tot de toestand per einde 2020 (beide cijfers inclusief de aan de algemene vergadering van aandeelhouders voorgestelde winstverdeling). Deze stijging vloeit voornamelijk voort uit de winst van het boekjaar van 234,4 miljoen euro verminderd met een voorgesteld dividend van 2,75 euro bruto per aandeel voor een totaal (maximaal) bedrag van 92,1 miljoen euro. In deze enkelvoudige rekeningen is al rekening gehouden met dit maximale bedrag als te betalen dividend (cfr. overige schulden). Het finale dividendbedrag zal worden bepaald op basis van het aantal dividendgerechtigde aandelen, d.w.z. zonder de eigen aandelen die niet dividendgerechtigd zijn.
AvH heeft op 31 december 2021 uitsluitend korte termijn financiële schulden onder de vorm van 'commercial paper' voor een bedrag van 42,0 miljoen euro. Het saldo komt overeen met deposito's ontvangen van subhol-
Het bedrag aan overige schulden per 31 december 2021 is inclusief de aan de algemene vergadering van aandeelhouders voorgestelde winstverdeling.
Algemene gegevens betreffende de vennootschap en het kapitaal
Begijnenvest 113 2000 Antwerpen België 0404.616.494 RPR Antwerpen - Afdeling Antwerpen Emailadres: [email protected] Website: https://www.avh.be
De vennootschap werd opgericht op 30 december 1924 bij notariële akte, in extenso verschenen in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 15 januari 1925 onder nummer 566. De statuten werden meermaals gewijzigd en voor het laatst bij notariële akte op 9 november 2020, bij uittreksel bekendgemaakt in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 25 november 2020 onder nummer 20356891, met een aanvullend uittreksel bekendgemaakt in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 16 december 2020 onder nummer 20361786.
Duur van de vennootschap
Onbepaald.
Naamloze vennootschap naar Belgisch recht.
De vennootschap heeft tot voorwerp:
(f) het op om het even welke wijze verwerven, uitbaten, en te gelde maken van alle intellectuele rechten, brevetten en concessies;
Algemene gegevens betreffende het kapitaal
Het geplaatst kapitaal bedraagt 2.295.277,90 euro. Het kapitaal is volledig volgestort en wordt vertegenwoordigd door 33.496.904 aandelen zonder vermelding zonder uitgiftepremie, door middel van omzetting van beschikbare of onbeschikbare reserves en van uitgiftepremies en overgedragen winsten, al dan niet met uitgifte van nieuwe aandelen met of zonder stemrecht, onder, boven of met fractiewaarde, overeenkomstig de dwingende regels voorgeschreven door het WVV. De raad van bestuur mag deze machtiging gebruiken om al dan niet achtergestelde converteerbare obligaties, inschrijvingsrechten, obligaties met inschrijvingsrechten of andere effecten, uit te geven, onder de voorwaarden voorzien door het WVV. De raad van bestuur kan, in het belang van de vennootschap, het voorkeurrecht van de aandeelhouders beperken of opheffen wanneer hij zijn machtiging onder het toegestane kapitaal uitoefent, inclusief ten gunste van één of meer bepaalde personen of van leden van het personeel van de vennootschap of haar dochter-
De volgestorte aandelen en de andere effecten van de vennootschap bestaan op naam of in gedematerialiseerde vorm. Elke titularis kan op elk ogenblik op zijn kosten de omzetting vragen van zijn volgestorte effecten in een andere vorm, bin-
De effecten zijn ondeelbaar tegenover de vennootschap die de rechten behorende tot ieder aandeel waarover betwistingen zouden bestaan betreffende de eigendom, het vruchtgebruik of de blote eigendom kan schorsen. De mede-eigenaars, de vruchtgebruikers en de blote eigenaars zijn gehouden zich te laten vertegenwoordigen door een gemeenschappelijke mandataris en daarvan kennis te geven
Ingeval van vruchtgebruik oefent de vruchtgebruiker alle aan de aandelen verbonden rechten uit en wordt de blote eigenaar van het aandeel tegenover de vennootschap vertegenwoordigd door de vruchtgebruiker, uitgezonderd wat betreft (de uitoefening van) het voorkeurrecht bij kapitaalverhoging dat toekomt aan de blote eigenaar(s). Voormelde regel geldt behoudens andersluidende bepaling in een overeenkomst tussen partijen of een testament. In dat geval dienen de blote eigenaar(s) en de vruchtgebruiker(s) de vennootschap schriftelijk in kennis te stellen
vennootschappen.
Aard van de aandelen
nen de grenzen van de wet.
aan de vennootschap.
van deze regeling.
De meest recente kapitaalverhoging dateert van 11 oktober 1999, en dit in het kader van de fusie door overneming van Belcofi NV door Ackermans & van Haaren
Overeenkomstig de beslissing van de buitengewone algemene vergadering van 9 november 2020 kan de raad van bestuur het kapitaal in één of meer malen verhogen met een totaal bedrag van maximum 500.000 euro (exclusief uitgiftepremie) overeenkomstig de bepalingen en voorwaarden zoals uiteengezet in het bijzonder
De raad van bestuur kan deze bevoegdheid uitoefenen gedurende vijf jaar na 25
De raad van bestuur kan tevens gebruik maken van het toegestane kapitaal, in geval van openbaar overnamebod op effecten uitgegeven door de vennootschap, onder de voorwaarden en binnen de grenzen van artikel 7:202 WVV. De raad van bestuur kan van deze machtiging gebruik maken, indien de mededeling van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten aan de vennootschap dat haar kennis is gegeven van een openbaar overnamebod, niet later dan drie jaar na 9 no-
De bevoegdheden kunnen worden hernieuwd overeenkomstig de wettelijke bepa-
De kapitaalverhogingen waartoe krachtens deze machtigingen wordt besloten, kunnen geschieden overeenkomstig de door de raad van bestuur te bepalen modaliteiten, zoals onder meer door middel van inbreng in geld of in natura, met of
Geplaatst kapitaal
van nominale waarde.
NV.
Kapitaalverhogingen
Toegestane kapitaal
vember 2020 wordt ontvangen.
november 2020.
lingen.
verslag opgesteld overeenkomstig artikel 7:199 WVV.
De vennootschap kan alle hoegenaamde burgerlijke, commerciële, industriële, financiële, roerende en onroerende verrichtingen uitvoeren, die rechtstreeks of onrechtstreeks in verband staan met haar doel of die van aard zijn de verwezenlijking daarvan te bevorderen.
Zij kan zich ten gunste van de vennootschappen, ondernemingen, bedrijvigheden en verenigingen waarin zij een belang of deelneming heeft borg stellen of haar aval verlenen, optreden als agent of vertegenwoordiger, voorschotten toestaan, kredieten verlenen, hypothecaire of andere zekerheden verstrekken.
De bedrijvigheid van de vennootschap mag zowel in het buitenland als in België uitgeoefend worden.
Raadpleging van documenten i.v.m. de vennootschap
De enkelvoudige en de geconsolideerde jaarrekening van de vennootschap worden neergelegd bij de Nationale Bank van België. De gecoördineerde versie van de statuten van de vennootschap kan geraadpleegd worden op de griffie van de ondernemingsrechtbank te Antwerpen, afdeling Antwerpen. Het jaarlijks financieel verslag wordt verstuurd naar de aandeelhouders op naam alsook naar eenieder die hierom verzoekt. De gecoördineerde versie van de statuten en het jaarlijks financieel verslag zijn tevens beschikbaar op de website (www.avh.be).
Het geplaatst kapitaal bedraagt 2.295.277,90 euro. Het kapitaal is volledig volgestort en wordt vertegenwoordigd door 33.496.904 aandelen zonder vermelding van nominale waarde.
De meest recente kapitaalverhoging dateert van 11 oktober 1999, en dit in het kader van de fusie door overneming van Belcofi NV door Ackermans & van Haaren NV.
Overeenkomstig de beslissing van de buitengewone algemene vergadering van 9 november 2020 kan de raad van bestuur het kapitaal in één of meer malen verhogen met een totaal bedrag van maximum 500.000 euro (exclusief uitgiftepremie) overeenkomstig de bepalingen en voorwaarden zoals uiteengezet in het bijzonder verslag opgesteld overeenkomstig artikel 7:199 WVV.
De raad van bestuur kan deze bevoegdheid uitoefenen gedurende vijf jaar na 25 november 2020.
De raad van bestuur kan tevens gebruik maken van het toegestane kapitaal, in geval van openbaar overnamebod op effecten uitgegeven door de vennootschap, onder de voorwaarden en binnen de grenzen van artikel 7:202 WVV. De raad van bestuur kan van deze machtiging gebruik maken, indien de mededeling van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten aan de vennootschap dat haar kennis is gegeven van een openbaar overnamebod, niet later dan drie jaar na 9 november 2020 wordt ontvangen.
De bevoegdheden kunnen worden hernieuwd overeenkomstig de wettelijke bepalingen.
De kapitaalverhogingen waartoe krachtens deze machtigingen wordt besloten, kunnen geschieden overeenkomstig de door de raad van bestuur te bepalen modaliteiten, zoals onder meer door middel van inbreng in geld of in natura, met of zonder uitgiftepremie, door middel van omzetting van beschikbare of onbeschikbare reserves en van uitgiftepremies en overgedragen winsten, al dan niet met uitgifte van nieuwe aandelen met of zonder stemrecht, onder, boven of met fractiewaarde, overeenkomstig de dwingende regels voorgeschreven door het WVV.
De raad van bestuur mag deze machtiging gebruiken om al dan niet achtergestelde converteerbare obligaties, inschrijvingsrechten, obligaties met inschrijvingsrechten of andere effecten, uit te geven, onder de voorwaarden voorzien door het WVV.
De raad van bestuur kan, in het belang van de vennootschap, het voorkeurrecht van de aandeelhouders beperken of opheffen wanneer hij zijn machtiging onder het toegestane kapitaal uitoefent, inclusief ten gunste van één of meer bepaalde personen of van leden van het personeel van de vennootschap of haar dochtervennootschappen.
De volgestorte aandelen en de andere effecten van de vennootschap bestaan op naam of in gedematerialiseerde vorm. Elke titularis kan op elk ogenblik op zijn kosten de omzetting vragen van zijn volgestorte effecten in een andere vorm, binnen de grenzen van de wet.
De effecten zijn ondeelbaar tegenover de vennootschap die de rechten behorende tot ieder aandeel waarover betwistingen zouden bestaan betreffende de eigendom, het vruchtgebruik of de blote eigendom kan schorsen. De mede-eigenaars, de vruchtgebruikers en de blote eigenaars zijn gehouden zich te laten vertegenwoordigen door een gemeenschappelijke mandataris en daarvan kennis te geven aan de vennootschap.
Ingeval van vruchtgebruik oefent de vruchtgebruiker alle aan de aandelen verbonden rechten uit en wordt de blote eigenaar van het aandeel tegenover de vennootschap vertegenwoordigd door de vruchtgebruiker, uitgezonderd wat betreft (de uitoefening van) het voorkeurrecht bij kapitaalverhoging dat toekomt aan de blote eigenaar(s). Voormelde regel geldt behoudens andersluidende bepaling in een overeenkomst tussen partijen of een testament. In dat geval dienen de blote eigenaar(s) en de vruchtgebruiker(s) de vennootschap schriftelijk in kennis te stellen van deze regeling.
• ESG materiële participatie: er zijn 7 participaties (DEME, CFE, Delen Private Bank, Bank Van Breda, SIPEF, Nextensa en Anima), die vanuit een ESG-perspectief nauwgezet opgevolgd worden binnen het ESG-beleid dat AvH voert. Deze vertegenwoordigen samen meer dan 85% van de netto-activa.
• SBTi (Science Based Targets-initiative): een initiatief die beste praktijken definieert op het gebied van CO2-emissiereducties en -doelstellingen in lijn met • UN PRI (United Nations Principles of Responsible Investment): raamwerk van de Verenigde Naties dat focust op een verantwoord investeringsbeleid als aandeelhouder, waarbij ESG-factoren in acht worden genomen om tot correcte rendementen te komen door een beheer van risico's en opportuniteiten. • Verantwoordelijke aandeelhouder: als aandeelhouder sectorrelevante ESG-aspecten gestructureerd bij participaties opvolgen (bv. vastleggen en op-
• Verantwoordelijke producten en diensten: producten of diensten die afgestemd zijn op de behoeften van klanten/gebruikers en die op duurzame wijze
• Verantwoordelijk investeringsbeleid: investeren met het oog op een duurzame activiteitenmix. Dit houdt in dat bij investeringen eerst gekeken wordt of het bedrijf actief is in een sector waar AvH in wil investeren, of het in gevoelige sectoren goed scoort op relevante ESG-aspecten, dan wel of het actief is in een sector die een positieve impact heeft op ESG-doelstellingen. Het kan ook leiden
• Waardecreatie: de gemiddelde groei (CAGR) van het geconsolideerd eigen vermogen (deel van de groep) inclusief dividenden, gemeten over een bepaalde
• Rendement op eigen vermogen (ROE): het nettoresultaat gedeeld door het
• SPV (Special Purpose Vehicle): een vennootschap waarin een project of een
• TLTRO (Targeted longer-term refinancing operations): een ECB-instrument dat banken stimuleert om krediet te verstrekken aan bedrijven en consu-
• Vastgoedbestand: het uitstaand vastgoedbestand is gelijk aan de som van het eigen vermogen en de netto financiële schuld van de vastgoedpool.
• XBRL: een elektronische taal die speciaal ontwikkeld werd voor de uitwisseling
eigen vermogen bij het begin van de beschouwde periode.
• WVV: Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen.
van financiële rapportering over internet.
deel van een project geïsoleerd is.
menten.
volgen van een ESG-strategie en bijhorende processen).
worden geproduceerd of geleverd.
tot desinvesteringen uit bedrijven.
tijdsperiode.
• SDGs (Sustainable Development Goals): Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties, die een oproep zijn tot acties om welvaart te bevorderen en tegelijkertijd de planeet te beschermen tegen klimaatverandering. Dit behelst strategieën die zowel economische groei ondersteunen als sociale behoeften aanpakken (onderwijs, gezondheid, sociale bescherming en
• SFDR (Sustainable Finance Disclosure Regulation): verordening met betrekking tot informatieverstrekking over duurzaamheid in de financiële sector. De bedoeling is de informatieverstrekking aan beleggers over de effecten op duurzaamheid door het beleggingsbeleid en -beslissingen te verbeteren.
• Solvabiliteit en langetermijnrentabiliteit: gezonde balansstructuren, met bedrijfsplannen en strategieën die een marktconform rendement op lange ter-
• Talentbeheer: zorg dragen voor het menselijk kapitaal,vereist voor een goede werking van de betrokken vennootschap (rekrutering, training, persoonlijke ontwikkeling, evaluatie, welzijn, …) waarbij de talenten van medewerkers zo goed
• TSC (Technical Screening Criteria): technische screening criteria die per economische activiteit vastgelegd zijn in de EU Taxonomie, en welke gebruikt worden om te bepalen of een activiteit als 'groen' beschouwd kan worden.
• Cost-income ratio: de relatieve kostenefficiëntie (kosten ten opzichte van op-
• Common Equity Tier1-kapitaalratio (CET1): de reglementaire kernkapitaalbuffer aangehouden door banken om eventuele verliezen op te vangen.
• EBITDA: EBIT vermeerderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen op
• ESEF: het 'European Single Electronic Format' is een elektronisch rapporteringsformaat, via dewelke emittenten op de Europese gereguleerde markten hun
• Huurrendement op basis van reële waarde: voor de berekening van het huurrendement worden enkel de gebouwen in exploitatie in aanmerking geno-
• Netto financiële positie: geldmiddelen, kasequivalenten en geldbeleggingen
men, exclusief de projecten en de activa bestemd voor verkoop.
min korte en lange termijn financiële schulden.
mijn en de daartoe vereiste investeringen mogelijk maken.
mogelijk tot uiting kunnen komen en benut worden.
Financiële en juridische terminologie
• EBIT: bedrijfsresultaat vóór intresten en belastingen.
brengsten) van de bankactiviteiten.
jaarverslagen dienen op te maken.
vaste activa.
de ambities van het Klimaatakkoord van Parijs.
werkgelegenheid, …).
Waardecreatie: de gemiddelde groei (CAGR) van het geconsolideerd eigen vermogen (deel van de groep) inclusief dividenden, gemeten over een bepaalde tijdsperiode.
Rendement op eigen vermogen (ROE): het nettoresultaat gedeeld door het eigen vermogen bij het begin van de beschouwde periode.
Voor alle vragen kan men terecht op het telefoonnummer +32 3 231 87 70 of via e-mail: [email protected] ter attentie van Jan Suykens of Tom Bamelis.
Ackermans & van Haaren NV Begijnenvest 113 2000 Antwerpen, België Telefoon: +32 3 231 87 70 E-mail: [email protected] Website: www.avh.be RPR Antwerpen BTW: BE 0404.616.494
© Ian Segal
Mission to Mars nv (www.missiontomars.agency)
De digitale versie van dit jaarverslag kan geraadpleegd worden op www.avh.be
This annual report is also available in English. De Nederlandse versie van dit document moet beschouwd worden als het officiële referentiedocument.

| 19 mei 2022 Tussentijdse verklaring Q1 2022 | |
|---|---|
| 23 mei 2022 Algemene vergadering | |
| 31 augustus 2022 Halfjaarresultaten 2022 | |
| 23 november 2022 Tussentijdse verklaring Q3 2022 |

Ackermans & van Haaren NV Begijnenvest 113 2000 Antwerpen - België Tel. +32 3 231 87 70 [email protected] www.avh.be
JAARVERSLAG 2021
JAARVERSLAG
2021
YOUR PARTNER
SUSTAINABLE
GROWTH
FOR
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.