AI Terminal

MODULE: AI_ANALYST
Interactive Q&A, Risk Assessment, Summarization
MODULE: DATA_EXTRACT
Excel Export, XBRL Parsing, Table Digitization
MODULE: PEER_COMP
Sector Benchmarking, Sentiment Analysis
SYSTEM ACCESS LOCKED
Authenticate / Register Log In

Ackermans & van Haaren NV

Annual Report Mar 30, 2023

3903_rns_2023-03-30_a92d2b51-4406-489b-b9c9-6716159477e7.pdf

Annual Report

Open in Viewer

Opens in native device viewer

Jaarverslag 2022

Ackermans & van Haaren NV

2000 Antwerpen - België Tel. +32 3 231 87 70

Begijnenvest 113

[email protected] www.avh.be

• 17 mei 2023 ............................................... Tussentijdse verklaring Q1 2023

• 23 november 2023 ............................ Tussentijdse verklaring Q3 2023

• 22 mei 2023 ............................................... Algemene vergadering • 31 augustus 2023 .............................. Halfjaarresultaten 2023

Financiële kalender

Inhoud

Jaarverslag Marine

• Missie ..................................................................... 6

  • 2022 in een oogopslag ................... 8
  • Markante feiten 2022 ....................... 10
  • Woord van de voorzitters .............. 14 • Jaarverslag over de enkelvoudige jaarrekening .......... 18 • Jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening .. 20 • Verklaring inzake deugdelijk bestuur ................................................................. 24
  • Remuneratieverslag .............................. 35 • Dagelijkse leiding en
  • medewerkers ................................................ 46 • Duurzaamheidsverslag ..................... 48

Engineering & Contracting

  • DEME ...................................................................... 84 • CFE ............................................................................ 88
  • Rent-A-Port ..................................................... 92
  • Green Offshore ........................................... 93

Private Banking

• Delen Private Bank 98
• Bank Van Breda 101

Delen Private Bank

Bank Van Breda

Real Estate & Senior Care

Energy & Resources

  • SIPEF .................................................................... 112
    • Verdant Bioscience ............................. 116
    • Sagar Cements ........................................ 117

Growth Capital

• Nextensa 106 • SIPEF 112 • Agidens 122
• Verdant Bioscience 116 • AXE Investments 123
• Sagar Cements 117 • Biolectric 124
• EMG 125
• Mediahuis 126
• OMP 127
Nextensa • Telemond Groep 128
• Turbo's Hoet Groep 129
• Van Moer Logistics 130
• AstriVax 131
• Biotalys 132
• Indigo Diabetes 133
• MRM Health 134
• OncoDNA 135
• Convergent Finance 136
Mediahuis • HealthQuad 137
• Medikabazaar 138
• Venturi Partners 139

Financieel verslag

• Inhoud 143
• Geconsolideerde
jaarrekening 144
• Enkelvoudige jaarrekening 219
• Duurzaamheidsverslag:
bijlage 224
• Lexicon 232
• Algemene gegevens
betreffende de vennootschap
en het kapitaal 234
• Kerncijfers 2022 Bijlage

Nextensa

Nextensa

• een verkorte versie van de enkelvoudige jaarrekening, opgesteld overeenkomstig artikel 3:17 WVV, en • de integrale versie van de geconsolideerde jaarrekening.

De volledige enkelvoudige jaarrekening wordt overeenkomstig de artikelen 3:10 en 3:12 WVV, samen met het jaarverslag van de raad van bestuur en het verslag van de commissaris, neergelegd bij de Nationale Bank van België. De commissaris heeft met betrekking tot de enkelvoudige en geconsolideerde jaarrekening een goedkeurende verklaring zonder voorbehoud gegeven.

Overeenkomstig artikel 12, §2, 3° van het K.B. van 14 november 2007 verklaren de leden van het executief comité, m.n. Tom Bamelis, John-Eric Bertrand, Piet Bevernage, André-Xavier Cooreman, Piet Dejonghe, An Herremans en Koen Janssen, dat, voor zover hen bekend:

  • a) de jaarrekeningen vervat in dit verslag, die zijn opgesteld overeenkomstig de toepasselijke standaarden voor jaarrekeningen, een getrouw beeld geven van het vermogen, van de financiële toestand en van de resultaten van Ackermans & van Haaren en de in de consolidatie opgenomen ondernemingen;
  • b) het jaarverslag een getrouw overzicht geeft van de ontwikkeling en de resultaten van het bedrijf en van de positie van Ackermans & van Haaren en de in de consolidatie opgenomen ondernemingen, alsmede een beschrijving van de voornaamste risico's en onzekerheden waarmee zij geconfronteerd worden.

Het jaarverslag, de integrale versies van de enkelvoudige en van de geconsolideerde jaarrekening alsook de verslagen van de commissaris over voormelde jaarrekeningen zijn beschikbaar op de website (www.avh.be) en zijn kosteloos en op eenvoudig verzoek verkrijgbaar op het volgende adres: Begijnenvest 113 - 2000 Antwerpen - België - Tel. +32 3 231 87 70 - [email protected]

SIPEF

Missie

Ackermans & van Haaren positioneert zich als de langetermijnpartner bij uitstek van familiebedrijven en managementteams, om samen performante marktleiders uit te bouwen en bij te dragen tot een meer duurzame wereld.

Geïnspireerd door 150 jaar ondernemerschap en sterke familiewaarden, waarbij mensen centraal staan.

Ackermans & van Haaren

  • is een onafhankelijke, gediversifieerde groep opgericht in 1876,
  • genoteerd op Euronext Brussels sinds 1984 (BEL20 en BEL ESG) en stevig familiaal verankerd,
  • geleid door een ervaren, multidisciplinair team,
  • die met haar eigen middelen investeert,
  • in een evenwichtige combinatie van een beperkt aantal strategische langetermijndeelnemingen en een gediversifieerde portefeuille groeikapitaalinvesteringen.

Langetermijnperspectief

  • Wij maken duidelijke afspraken met onze deelnemingen rond strategische, operationele en financiële doelstellingen;
  • vanuit onze langetermijnstrategie zijn wij bereid, via kapitaalverhogingen, strategische projecten van onze deelnemingen te helpen financieren;
  • onze deelnemingen blijven verantwoordelijk voor hun eigen financiële positie;
  • wij streven naar een jaarlijkse, recurrente groei van de resultaten van elke deelneming en van de groep in haar geheel.

Groei

('growth')

  • Wij zijn een groep van ondernemers die via internationalisering, innovatie en diversificatie op lange termijn toonaangevende bedrijven wil uitbouwen;
  • wij creëren aandeelhouderswaarde op lange termijn dankzij een recurrente stijging van het geconsolideerd eigen vermogen, ondersteund door een gestaag groeiend dividend op lange termijn;
  • wij focussen op een recurrente groei van de activiteiten, op langetermijngroei van de operationele cashflow en het eigen vermogen van de deelnemingen, niet op een absolute rendementsdoelstelling of op een kortetermijnmaximalisatie van het dividend.

Proactief aandeelhouder

('active ownership')

  • Wij kunnen bogen op een succesvol track record van partnerships met families, co-aandeelhouders en managementteams;
  • wij investeren zowel in meerderheids- als minderheidsbelangen, op basis van evenwichtige aandeelhoudersafspraken;
  • onze ervaren investment managers nemen actief deel aan de beleidsorganen van de deelnemingen, eventueel bijgestaan door externe consultants en/of onafhankelijke bestuurders;
  • wij zijn een genetwerkte organisatie, gebaseerd op diversiteit van persoonlijkheden en achtergronden en met een permanente uitwisseling van ervaringen tussen de groepsondernemingen;
  • wij onderhouden een permanente dialoog met het management van de deelnemingen en zijn betrokken bij:
    • selectie van het topmanagement,
    • definitie van de langetermijnstrategie,
    • actieve ondersteuning van strategische projecten (M&A, internationalisering, innovatie en operationele verbeteringen).

Duurzaam

('sustainable')

  • Wij hebben aandacht voor duurzame ontwikkeling en groei van de activiteiten van onze deelnemingen, met respect voor mens, milieu en maatschappij;
  • wij hebben een ESG-beleid ontwikkeld op basis van UN Sustainable Development Goals en UN PRI-richtlijnen en passen dit toe binnen de groep en op onze eigen investeringsbeslissingen;
  • onze investeringsfilosofie is gebaseerd op transparante rapportering en communicatie, duidelijke afspraken inzake deugdelijk bestuur en bedrijfsethiek in combinatie met een strikte financiële discipline en gezonde balansen;
  • met onze investeringen gericht op maatschappelijke trends zoals klimaatverandering, vermindering van broeikasgassen (o.m. via hernieuwbare energieprojecten), duurzame voedselketen, groei en vergrijzing van de bevolking en digitalisering wensen wij bij te dragen tot een duurzamere wereld.

2022 in een oogopslag

John-Eric Bertrand co-CEO

Piet Dejonghe co-CEO

In een uitdagende omgeving met scherpe kostprijsstijgingen, afnemend consumentenvertrouwen en dalende beurzen, hebben de bedrijven van onze groep zich heel weerbaar getoond met een resultaat van de kernparticipaties in lijn met het in 2021 behaalde recordresultaat. Ook de diversificatie van de portefeuille heeft opnieuw haar relevantie bewezen, onder meer door de positieve impact van de stijgende grondstofprijzen op de resultaten van SIPEF.

Onze participaties kunnen een 'deel van de oplossing' zijn in deze uitdagende markten, onder meer omdat ze hun klanten innovatieve en kostefficiënte antwoorden bieden of bijdragen aan de energietransitie, bijvoorbeeld met de installatie van offshore windparken en biovergisters, het bouwen van 'smart buildings' en de ontwikkeling van groene waterstof.

Onze selectie als één van de 20 bedrijven in de nieuwe BEL® ESG Index van Euronext is een erkenning van de inspanningen van onze groep om zich te positioneren als 'your partner for sustainable growth' met respect voor mens, maatschappij en milieu.

De meerwaarden van meer dan 330 miljoen euro die over 2022 werden gerealiseerd op de verkoop van Manuchar en Anima, bevestigen opnieuw de aanzienlijke upside in onze portefeuille en versterken onze balans.

We zijn trots op wat we de afgelopen 15 jaar samen met de medewerkers en managementteams van beide bedrijven hebben opgebouwd en wensen hen alle succes bij hun verdere ontwikkeling. Wij kijken uit naar mogelijkheden om de meer dan 460 miljoen euro cash uit deze exits aan het werk te zetten en andere bedrijven op lange termijn uit te bouwen, samen met hun familiale aandeelhouders en managementteams.

(De volledige videoboodschap kan u bekijken op www.avh.be/nl/investors/results-centre/year/2023.)

  • Ackermans & van Haaren realiseert over het boekjaar 2022 een nettowinst van 708,7 miljoen euro.
  • De afzonderlijke notering op Euronext Brussels sinds 30 juni 2022 heeft DEME de zichtbaarheid gegeven die past bij haar positie als wereldleider inzake installatie van offshore windparken. Bovendien heeft het CFE toegelaten om haar eigen strategie aan te scherpen en daarover gerichter met haar stakeholders in dialoog te gaan. Dankzij hun stevige orderboeken, hebben DEME en CFE in 2022 hun omzet licht kunnen verhogen. Niettegenstaande belangrijke kostenstijgingen en de impact (direct en indirect) van de gevolgen van de oorlog in Oekraïne, hield de bijdrage tot de resultaten van 'Marine Engineering & Contracting' behoorlijk stand.
  • Delen Private Bank en Bank Van Breda zijn erin geslaagd om ook in de negatieve financiële markten van 2022 een opmerkelijke netto-instroom van vermogens onder beheer te realiseren. Dit heeft toegelaten om het negatieve markteffect op de resultaten van 'Private Banking' nagenoeg volledig te compenseren.
  • Sinds de verkoop van Anima medio 2022, is de bijdrage van 'Real Estate & Senior Care' nog uitsluitend afkomstig van Nextensa. De verkoop van een aantal minder strategische gebouwen heeft toegelaten om meerwaarden te realiseren en de balans van Nextensa te versterken.
  • De goede producties van duurzame palmolie in combinatie met sterke marktprijzen hebben SIPEF in 2022 een recordresultaat opgeleverd. Dit verklaart ook de verdere stijging van de bijdrage uit 'Energy & Resources'.
  • Ook 'Growth Capital' levert in 2022 een belangrijke bijdrage tot de winst. De geconsolideerde deelnemingen presteerden sterk en de groeiende groep investeringen die via reële waarde worden opgenomen, evolueerde globaal genomen eveneens positief.
  • De evolutie van het resultaat van AvH & subholdings wordt deels verklaard door een negatieve waardeontwikkeling van de eigen beleggingsportefeuille en door inflatie. Voorts heeft AvH verder geïnvesteerd in de versterking van haar teams in Antwerpen en in Singapore.
  • De verkoop van de 30%-participatie in Manuchar en van de 91,8%-deelneming in Anima leverden respectievelijk 97,2 miljoen euro en 236,9 miljoen euro meerwaarden op.

Samenstelling van het geconsolideerd nettoresultaat (deel groep)

Kerncijfers geconsolideerde balans

(€ mio) 2022 2021 2020
Eigen vermogen (deel
groep - voor winstverdeling)
4.633,6 3.957,2 3.562,0
Nettocashpositie 498,7 77,7 68,0
(€ mio) 2022 2021 2020
Marine Engineering & Contracting 94,6 99,0 46,7
Private Banking 180,1 183,1 141,3
Real Estate & Senior Care 45,3 42,7 32,7
Energy & Resources 34,3 30,0 6,8
Bijdrage van de kernsectoren 354,4 354,8 227,5
Growth Capital 52,1 71,3 12,7
AvH & subholdings -24,2 -18,1 -13,5
Netto meer/minderwaarden 326,4 -1,2 3,1
Geconsolideerd nettoresultaat 708,7 406,8 229,8

Economische voetafdruk van de AvH-groep

Pro forma(1) personeel per regio

  • Marine Engineering & Contracting
  • Private Banking
  • Real Estate & Senior Care
  • Energy & Resources
  • AvH & Growth Capital
  • België
  • Europa

Rest van de wereld

(1) Gebaseerd op geconsolideerde gegevens 2022, pro forma: alle exclusieve controlebelangen integraal, de overige belangen proportioneel.

Markante feiten 2022

januari

  • • DEME: opties op 2 GW in ScotWind offshore wind leaseronde (via Thistle Wind Partners)
  • • Delen Private Bank: heropening hoofdzetel Antwerpen na renovatie
  • • Mediahuis: overname Aachener Verlagsgesellschaft

Nextensa I Monnet 4

maart

  • • Bank Van Breda: eerste plaats in 'Great Place to Work' voor bedrijven met meer dan 500 werknemers
  • • Rent-A-Port: verhoging deelneming in Infra Asia Investment (IAI) tot 94%

mei

Biotalys

  • • AvH: opvolging Jan Suykens als CEO door John-Eric Bertrand en Piet Dejonghe als co-CEO's
  • • DEME: revolutionair offshore installatieschip Orion toegevoegd aan vloot
  • • Biotalys: World BioProtection Award 2022 voor Evoca als beste biofungicide
  • • OMP: Leader in the Gartner Magic Quadrant for Supply Chain Planning Solutions
  • • Van Moer Logistics: overname Group Van Loon (later in het jaar ook Rhenus Terminal Brussels en Broekman Logistics)

Delen Private Bank Mediahuis

  • • CFE: overname Rolling Robotics door VMA
  • • Nextensa: verkoop The Crescent en Monnet 4

februari

Bank Van Breda

april

  • • Bank Van Breda: opening nieuw kantoor in Eigenbrakel
  • • Medikabazaar: nieuwe kapitaalronde van 65 miljoen USD

DEME I Orion

juni

• AvH: verkoop van Manuchar (meerwaarde 97 miljoen euro) • DEME - CFE: partiële splitsing CFE met afzonderlijke beursnotering DEME

  • • AvH: realisatie verkoop van Anima (meerwaarde 237 miljoen euro)
  • • AvH: verbetering Sustainalytics score naar 9,0 (verwaarloosbaar risico)
  • • DEME: baggercontract voor containerterminal in haven van Gdansk

AstriVax

SIPEF

september

• Delen Private Bank: opening nieuw kantoor in Zellik

DEME

Convergent Finance

november

  • • DEME: contract voor Hai Long windmolenparken in Taiwan (1GW)
  • • CFE: oplevering en verkoop van Wooden
  • • Nextensa: verkoop Titanium in Luxemburg (110 miljoen euro)
  • • SIPEF: stijging van jaarproductie duurzame palmolie met 5% tot 403.927 ton
  • • Delen Private Bank: opvolging René Havaux als CEO door Michel Buysschaert

Anima Manuchar

augustus

  • • AvH: nieuwe participatie in AstriVax (AvH 5,8%)
  • • Delen Private Bank: aankondiging overname
  • Groenstate Vermogensbeheer
  • • SIPEF: RSPO hercertificering van 3.600 lokale boeren van Hargy Oil Palms

oktober

• AvH: samenwerking met Convergent Finance (AvH 3,06%)

Markante feiten 2023

februari

  • • AvH: verkoop van Telemond (meerwaarde 19 miljoen euro)
  • • AvH: opname in nieuwe BEL ESG index van Euronext

december

Your partner for sustainable growth

Jaarverslag 2022 13

Woord van de voorzitters

Geachte aandeelhouders,

De voorbije 12 maanden waren heel uitdagend door het samenvallen van met elkaar verbonden crisissen. Het krappe aanbod en de daarmee gepaard gaande prijsstijgingen voor grondstoffen op het einde van de COVID-19 pandemie werd exponentieel versterkt ten gevolge van het uitbreken van het conflict in Oekraïne. Deze oorlog veroorzaakt niet alleen onnoemelijk menselijk leed, maar joeg ook de prijs voor energie in Europa naar ongekende hoogtes. Inflatie tast de koopkracht en het vertrouwen van de consumenten aan en de hoge energiekost stelt de competitiviteit van heel wat energie-intensieve sectoren in Europa op de proef. Om te vermijden dat de inflatie zou ontsporen, werden centrale bankiers verplicht om een einde te maken aan een decennium van goedkoop geld. De zeer snelle stijging van de interestvoeten zorgde op de financiële markten voor een unieke combinatie van sterk dalende koersen van zowel aandelen als obligaties.

Sinds haar oprichting als baggerfirma in 1876 heeft Ackermans & van Haaren heel wat economische en geopolitieke crisissen doorstaan. De geschiedenis van ons bedrijf leert ons dat het belangrijk is om zogenaamde zekerheden steeds in vraag te stellen, risico's te identificeren en in te perken, te zorgen voor een sterke balans met beperkte schulden en te werken met het oog op de lange termijn terwijl we ons constant aanpassen aan verandering.

Hoewel de uitdagende omgeving ook onze deelnemingen niet heeft gespaard in 2022, kan AvH u over het voorbije jaar een recordresultaat van 708,7 miljoen euro voorleggen. Met 354,4 miljoen euro dragen onze kernsectoren even veel bij als in het recordjaar 2021. Daarnaast realiseerden we 334 miljoen euro meerwaarden op de verkoop van Anima en Manuchar. Eind 2022 bedroeg ons geconsolideerd eigen vermogen 4,6 miljard euro of 139,96 euro per aandeel. Inclusief het over 2021 betaalde dividend, groeit de aandeelhouderswaarde over de laatste 12 maanden met 19,6% tegenover een gemiddelde van 13,0% sinds de beursgang in 1984. We danken deze sterke resultaten aan de weerbaarheid van onze participaties en de pertinentie van onze gediversifieerde portefeuille.

Onze banken blijven de belangrijkste winstmotor van de groep. De relatiebeheerders van Delen Private Bank en Bank Van Breda bleven ook in moeilijke financiële markten dicht bij de leefwereld en de noden van klanten staan. De grote transparantie geboden door innovatieve digitale tools liet samen met deze klantgerichtheid toe om het vertrouwen van onze klanten te behouden en veel nieuwe klanten te verwelkomen. De impact van de daling op de financiële markten werd aldus gedeeltelijk gecompenseerd door een sterke bruto-instroom van 4,6 miljard euro zodat het gecombineerd toevertrouwd vermogen einde 2022 57,7 miljard euro bedraagt. Deze sterke commerciële resultaten hebben in combinatie met de hoge operationele efficiëntie (gecombineerde cost-income ratio van 53%) toegelaten om de sterke inflatie op te vangen. Samen evenaren de banken met een nettoresultaat van 229 miljoen euro nagenoeg het record van 2021. Het gezamenlijk eigen vermogen van 1,7 miljard euro resulteert in een heel sterke CET1-ratio van 23%. Verder blijven beide banken zeer attent op de aanhoudende sterke liquiditeit, "We danken onze sterke resultaten aan de weerbaarheid van onze participaties en de pertinentie van onze gediversifieerde portefeuille."

Van links naar rechts: John-Eric Bertrand, Luc Bertrand, Piet Dejonghe

wat te zien is in de gecombineerde LCR van 212%. Delen Private Bank en Bank Van Breda blijven tot de best presterende en best gekapitaliseerde private banken van het continent behoren.

DEME realiseerde in 2022 een groei van haar omzet met 6% tot 2.655 miljoen euro, een EBITDA van 474 miljoen euro (17,9% marge) en 113 miljoen euro nettoresultaat. De netto financiële schuld bedraagt 521 miljoen euro (1,1 x EBITDA) tegenover 1.754 miljoen euro eigen vermogen. De beursnotering in juni 2022 was een gelegenheid om de leidende marktposities en technologische expertise van DEME extra in de verf te zetten. Met een record orderboek van 6,2 miljard euro kent het bedrijf een sterk opwaarts momentum, zowel in het baggeren als in offshore installaties. DEME biedt concrete oplossingen aan voor uitdagingen zoals de groei van de wereldbevolking (die leidt tot een nood aan grotere en diepere zeehavens en landwinning in dichtbevolkte kustregio's), de ten gevolge van de klimaatverandering stijgende zeeniveaus, de energietransitie met het oog op het terugdringen van de CO2 -uitstoot en de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen van minder betrouwbare oorsprong. Om op al deze opportuniteiten in te spelen, blijft DEME investeren in de meest moderne en veelzijdige vloot. In april werd de Orion in de vaart genomen. Het ongeëvenaarde hefvermogen van dit schip laat de offshore windsector toe om grenzen te verleggen en steeds krachtigere en dus grotere windmolens te bouwen in dieper water. Offshore wind ontgroeit intussen Europa en wordt een globale activiteit. Als pionier en marktleider heeft DEME de vaste wil om toonaangevend te blijven en werden de eerste grote contracten in de VS en Taiwan binnengehaald. Een zusterschip van de Orion, de Green Jade, is dan ook in aanbouw in Taiwan. Een tweede kabellegschip, de Viking Neptune, heeft intussen de vloot vervoegd en een bijkomend valpijpschip werd besteld. Naast de bagger- en offshore-activiteiten blijft DEME innoveren in ontluikende domeinen zoals de productie van groene waterstof en het ontginnen van mineralen op de oceaanbodem om zo bij te dragen aan een koolstofarme samenleving.

De splitsing van CFE heeft het mogelijk gemaakt om heel wat aandeelhouderswaarde te kristalliseren waarvoor de beleggers voordien geen oog hadden. Deze toonaangevende multidisciplinaire groep is actief in vastgoedontwikkeling, multitechnieken en bouw & renovatie en focust daarbij meer dan ooit op operationele excellentie en duurzaamheid. Sustainalytics heeft CFE trouwens net uitgeroepen tot een 'Top Rated ESG Company 2023'. In het kader van de splitsing hebben we erop toegezien dat CFE beschikt over een sterke balans om haar ambitieuze groeiplannen mogelijk te maken. Einde 2022 bedraagt het eigen vermogen 225 miljoen euro. Hoewel CFE geconfronteerd werd met sterke prijsstijgingen voor zowat alle bouwmaterialen, werd met een nettoresultaat van 38,4 miljoen euro het record van 2021 nagenoeg geëvenaard.

Met een eigen vermogen van 839 miljoen euro is Nextensa één van de grootste genoteerde vastgoedspelers in België. In het eerste jaar na de fusie tussen Leasinvest Real Estate en Extensa werd actief gebruik gemaakt van de grotere wendbaarheid ten gevolge van het opgeven van het GVV-statuut. Minder duurzame gebouwen of activa met beperkt opwaarts potentieel werden verkocht in België en Luxemburg. Hierop werd niet alleen 28,3 miljoen euro meerwaarde gerealiseerd. Dit liet ook toe om de nettoschuldpositie sterk af te bouwen van 896 miljoen euro op het moment van de fusie tot 722 miljoen euro einde 2022. De kwaliteit van de 1,3 miljard euro grote vastgoedportefeuille wordt verder geïllustreerd door de zeer beperkte waardevermindering (reële waarde) met 11,6 miljoen euro ten gevolge van de gestegen markt yields.

Terwijl de stijgende grondstofprijzen een gesel zijn voor vele sectoren, bezorgde de hoge palmolieprijs SIPEF een sterke rugwind. Hierdoor realiseerde dit bedrijf niet alleen een recordresultaat van 108 miljoen USD, maar het liet ook toe om de nettoschuldpositie die einde 2021 nog 49 miljoen USD bedroeg volledig af te bouwen tot een nettocashpositie van 0,1 miljoen USD. Nochtans heeft SIPEF ook in 2022 fors geïnvesteerd in de uitbreiding van haar jonge plantages in Zuid-Sumatra, die nog niet volgroeid zijn en bijgevolg nog niet bijdragen tot de winst. Deze uitbreiding verloopt volledig in overeenstemming met de stringente RSPO-normen en zonder ontbossing.

Ook onze groeikapitaalportefeuille presteerde sterk in 2022. De contributie van 52,1 miljoen euro ligt weliswaar lager dan in 2021, maar het verschil wordt volledig verklaard door de verkoop van het belang in Manuchar. De inflatie en de verslechterende conjunctuur hebben de verschillende bedrijven vanzelfsprekend parten gespeeld, maar ze houden globaal goed stand. We zijn ervan overtuigd dat onze participaties in deze uitdagende tijden ook een deel van het antwoord kunnen bieden met innovatieve en kostefficiënte oplossingen. Dit is onder meer het geval bij Agidens (automatisering van processen), Van Moer Logistics (duurzame logistiek), OMP (optimisatie van complexe aanvoerketens) of Turbo's Hoet Groep (verkoop en financiering van zuinige vrachtwagens). De kanalen van Mediahuis zorgen er dan weer voor dat mensen in deze turbulente tijden correct geïnformeerd worden.

AvH dat via haar investering in Sagar Cements reeds sinds 2008 in India aanwezig is, blijft haar exposure in de regio versterken. India zou tegen 2030 de derde grootste economie ter wereld worden en het BNP zou er dit jaar opnieuw met meer dan 6% groeien. In lijn met onze strategie om samen te werken met lokale partijen met diepe marktkennis, zijn we een partnership aangegaan met Convergent Finance dat vanuit Mumbai investeert in meer mature, doorgaans genoteerde bedrijven in India. Net zoals bij onze investeringen in HealthQuad (focus op gezondheidszorg) en Venturi (focus op B2C) hebben we de ambitie om samen met deze fondsen en ons eigen team in Singapore co-investeringen te doen zoals eerder in Medikabazaar, de marktleider in het beleveren van medisch materiaal en verbruiksgoederen.

Nog binnen het groeikapitaalsegment hebben we ons life sciences team verder versterkt met het oog op investeringen in jonge, beloftevolle biotech- en agtech-platformbedrijven met het potentieel om uit te groeien tot significante spelers. Zo werd in de loop van 2022 geïnvesteerd in AstriVax dat, vertrekkend van technologie van het wereldvermaarde Rega Instituut (KU Leuven), vernieuwende vaccins ontwikkelt die makkelijk te produceren en te bewaren zijn en langdurige bescherming bieden.

In 2022 hebben we na 15 jaar onze participaties in Manuchar en Anima verkocht. We zijn trots op wat we met de werknemers en het management van beide bedrijven gerealiseerd hebben. Van een trading en logistiek bedrijf met 25 miljoen euro EBITDA in 2007 is Manuchar uitgegroeid tot een toonaangevende distributeur van chemische producten met 2.250 werknemers en 162 miljoen euro EBITDA over 2021. Anima begon als een eenpersoonsbedrijf op de Begijnenvest en werd een zeer gerespecteerde uitbater van kwalitatieve woonzorgcentra voor 2.700 bewoners in België. We zijn ervan overtuigd dat beide bedrijven onder hun management en met de nieuwe aandeelhouders hun succesverhaal zullen verderzetten.

Deze desinvesteringen leverden samen ruim 330 miljoen euro meerwaarde op en illustreren eens te meer dat onze portefeuille heel wat latente upside herbergt die niet uitgedrukt wordt in ons eigen vermogen en al zeker niet in onze beurskoers. Deze verkopen verhoogden daarnaast ook onze nettocashpositie tot 499 miljoen euro einde 2022. We kijken ernaar uit om deze substantiële middelen aan het werk te zetten en andere mooie bedrijven samen met hun (familiale) aandeelhouders en directies op lange termijn uit te bouwen tot marktleiders.

Bij het zoeken naar investeringen besteden we, net zoals bij de begeleiding van onze bestaande participaties, ook bijzondere aandacht aan het duurzame karakter van de opportuniteiten. ESG staat immers centraal in ons DNA. Naast onze diversificatie zorgt ESG (duurzaamheid in combinatie met onze focus op de lange termijn) voor weerbaarheid. We willen niet alleen scoren in het volgende boekjaar maar ook voor de volgende generaties. We zijn verheugd dat dit ook door de buitenwereld erkend wordt. We werden in februari door Euronext geselecteerd als één van de 20 bedrijven die deel uitmaken van de nieuwe BEL ESG index. Sustainalytics verbeterde onze rating onlangs tot 9,0 (verwaarloosbaar risico) wat AvH de 8ste plaats oplevert van 63 multisector holdings. CFE verbeterde overigens ook haar score tot 26 (medium risk), waardoor het tot de 10% best presterende bedrijven in de sector behoort. Bank Van Breda werd dan weer bekroond als 'Great Place to Work in Belgium' dankzij haar niet-aflatende inspanningen op het vlak van talent management, diversiteit en inclusie. Biotalys ontving een World BioProtection Award 2022 voor haar eerste biofungicide Evoca.

Meer dan ooit, gelet op de talrijke globale uitdagingen, wil AvH bijdragen tot een betere wereld. We zijn ervan overtuigd dat al onze bedrijven goed geplaatst zijn om antwoorden te bieden en een deel van de oplossing te zijn. Dit is enkel mogelijk dankzij de inzet, de daadkracht en de creativiteit van alle collega's in de groep die

ervoor zorgen dat we ons telkens opnieuw aanpassen. We wensen elkeen daarvoor oprecht te bedanken. In dit verband wensen we ook heel uitdrukkelijk hulde te brengen aan onze vorige CEO, de heer Jan Suykens, voor de belangrijke rol die hij de voorbije 32 jaar heeft gespeeld bij de succesvolle ontwikkeling van AvH.

22 maart 2023

Luc Bertrand John-Eric Bertrand Piet Dejonghe
Voorzitter van de co-CEO co-CEO
raad van bestuur

Jaarverslag van de raad van bestuur

Geachte aandeelhouder,

Wij hebben de eer u verslag uit te brengen over de activiteiten van onze vennootschap gedurende het afgelopen boekjaar en zowel de enkelvoudige als de geconsolideerde jaarrekening afgesloten op 31 december 2022 ter goedkeuring voor te leggen. De jaarverslagen over de enkelvoudige en de geconsolideerde jaarrekening worden samengevoegd overeenkomstig artikel 3:32 §1 laatste lid WVV.

I. Enkelvoudige jaarrekening

1. Kapitaal en aandeelhoudershap

Tijdens het afgelopen boekjaar hebben zich geen wijzigingen voorgedaan in het kapitaal van de vennootschap. Het geplaatst kapitaal bedraagt 2.295.278 euro en wordt vertegenwoordigd door 33.496.904 aandelen, zonder vermelding van nominale waarde. Alle aandelen zijn volledig volgestort. In het kader van het aandelenoptieplan werden 59.350 opties toegekend in 2022. De per 31 december 2022 nog niet uitgeoefende opties geven gezamenlijk recht op verwerving van 317.100 aandelen Ackermans & van Haaren (0,95%). De vennootschap heeft op 31 oktober 2008 een transparantiemelding ontvangen in het kader van de overgangsregeling van de Wet van 2 mei 2007 waarbij Scaldis Invest NV, samen met Stichting Administratiekantoor 'Het Torentje', haar deelnemingspercentage heeft meegedeeld. De relevante gegevens van deze transparantiemelding kunnen geraadpleegd worden op de website van de vennootschap (www.avh.be).

2. Activiteiten

Voor een overzicht van de voornaamste activiteiten van de groep tijdens het boekjaar 2022, verwijzen wij naar het Woord van de voorzitters (pag. 14) en naar de Markante feiten (pag. 10).

3. Toelichting bij de enkelvoudige jaarrekening

3.1 Financiële toestand per 31 december 2022

De enkelvoudige jaarrekening is opgesteld overeenkomstig de Belgische boekhoudwetgeving.

Het balanstotaal bedraagt eind 2022 2.568 miljoen euro, een stijging met 354 miljoen euro ten opzichte van vorig jaar (2021: 2.214 miljoen euro). De activa bestaan uit 9 miljoen euro materiële vaste activa (voornamelijk het kantoorgebouw gelegen aan de Begijnenvest en Schermersstraat te Antwerpen), 421 miljoen euro geldbeleggingen, 38 miljoen euro liquiditeiten en 2.082 miljoen euro financiële vaste activa. Aan de passiefzijde van de balans leiden de winst van het boekjaar van 371 miljoen euro en het over het boekjaar 2022 voorgestelde dividend van maximaal 104 miljoen euro tot een eigen vermogen van 2.329 miljoen euro (2021: 2.063 miljoen euro). Ackermans & van Haaren bezit op jaareinde 2022 391.239 eigen aandelen.

3.2 Bestemming van het resultaat

De raad van bestuur stelt voor het resultaat (in euro) als volgt te bestemmen:

Overgedragen winst van het vorige boekjaar 1.825.447.138
Winst van het boekjaar 370.748.227
Totaal te bestemmen 2.196.195.365
Toevoeging aan de wettelijke reserve 0
Toevoeging aan de onbeschikbare reserves 13.080.157
Toevoeging aan de beschikbare reserves 0
Vergoeding van het kapitaal(1) 103.840.402
Tantièmes 836.250
Winstpremie voor werknemers(2) 357.976
Over te dragen winst 2.078.080.579

(1) Aan de gewone algemene vergadering van aandeelhouders van 22 mei 2023 zal worden voorgesteld om een dividend van 3,10 euro per aandeel goed te keuren. Dat komt overeen met een maximale uitkering van 103.840.402 euro.

(2) Winstdeelname ten gunste van werknemers van Ackermans & van Haaren overeenkomstig de

bepalingen van het winstpremieplan goedgekeurd door de raad van bestuur van 23 februari 2023.

De raad van bestuur stelt voor een dividend uit te keren van 3,10 euro bruto per aandeel. Na inhouding van de roerende voorheffing (30%) bedraagt het nettodividend 2,17 euro per aandeel. Aangezien de eigen aandelen niet dividendgerechtigd zijn overeenkomstig artikel 7:217 §3 WVV, hangt het totaalbedrag van de dividenden af van het aantal eigen aandelen voor rekening van Ackermans & van Haaren, op 28 mei 2023 om 23u59 CET (met name de dag voor de ex-date). De raad van bestuur stelt voor om te worden gemachtigd om in functie hiervan het finale totaalbedrag van de dividenden (en de daaruit voortvloeiende wijziging) in de enkelvoudige jaarrekening in te vullen. Het maximale voorgestelde totaalbedrag bedraagt 103.840.402 euro. Indien de gewone algemene vergadering dit dividendvoorstel goedkeurt, zal het dividend betaalbaar worden gesteld vanaf 31 mei 2023. Na deze bestemming, rekening houdend met het maximale voorgestelde totaalbedrag van de dividenden, bedraagt het eigen vermogen 2.328.643.707 euro en is het als volgt samengesteld:

Kapitaal

Geplaatst 2.295.278
Uitgiftepremies 111.612.041
Reserves
Wettelijke reserve 248.081
Onbeschikbare reserves 47.765.985
Beschikbare reserves 88.641.744
Overgedragen winst 2.078.080.579
Totaal 2.328.643.707

3.3 Vooruitzichten

De resultaten van het lopende boekjaar zullen, zoals in voorgaande jaren, in belangrijke mate afhangen van de dividenden die door groepsvennootschappen worden uitgekeerd en van de verwezenlijking van eventuele meer- of minderwaarden.

4. Belangrijke gebeurtenissen na afsluiting van het boekjaar

Hiervoor wordt verwezen naar II.3 en II.6 op pag. 23.

5. Onderzoek en ontwikkeling

De vennootschap organiseert op regelmatige tijdstippen kennisuitwisseling tussen de deelnemingen m.b.t. innovatie en onderzoek en ontwikkeling.

6. Financiële instrumenten

Binnen de groep kan gebruik worden gemaakt van financiële instrumenten voor risicobeheersing. Het betreft dan met name financiële instrumenten die het risico van wijzigende interestvoeten of wisselkoersen indekken. De tegenpartijen van deze financiële instrumenten zijn uitsluitend vooraanstaande banken. Eind 2022 had Ackermans & van Haaren geen dergelijke instrumenten uitstaan.

7. Mededelingen

7.1 Toepassing van artikel 7:96 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen

In 2022 diende geen toepassing te worden gemaakt van de belangenconflictenregeling van artikel 7:96 WVV.

7.2 Bijkomende vergoeding commissaris

Overeenkomstig artikel 3:65, §3 WVV wordt meegedeeld dat een vergoeding werd betaald aan EY Bedrijfsrevisoren van 9.300 euro (excl. BTW) voor een nazicht inzake de toepassing van ESEF en aan EY Tax Consultants van 5.950 euro (excl. BTW) voor fiscale adviezen.

7.3 Inkoop of vervreemding van eigen aandelen

Op 9 november 2020 heeft de buitengewone algemene vergadering de raad van bestuur van Ackermans & van Haaren gemachtigd om eigen aandelen in te kopen binnen een bepaalde koersvork en dit gedurende een periode van 5 jaar. AvH heeft in 2022 20.350 eigen aandelen ingekocht ter indekking van toegekende opties ten gunste van het personeel. Over diezelfde periode werden door begunstigden van het aandelenoptieplan opties uitgeoefend op 48.500 aandelen AvH. Daarnaast werden in het kader van het contract dat AvH met Kepler Cheuvreux afsloot ter ondersteuning van de liquiditeit van het aandeel AvH in 2022 347.174 aandelen AvH gekocht en 345.510 verkocht. Bovendien heeft AvH in oktober 2022 de start aangekondigd van een aandeleninkoopprogramma voor maximaal 70,0 miljoen euro. Het programma werd gestart vanaf 5 oktober 2022 en zal in beginsel lopen tot de jaarvergadering van 22 mei 2023, tenzij het maximumbedrag reeds vroeger geïnvesteerd is. In uitvoering van dit plan werden tot en met 31 december 2022 70.633 aandelen ingekocht voor een totaal bedrag van 9,6 miljoen euro. Meer details hierover zijn terug te vinden in de financiële staten (toelichting 22).

Per 31 december 2022 is de situatie als volgt:

Aantal eigen aandelen 391.239 (1,17%)
Fractiewaarde per aandeel 0,07 euro
Gemiddelde prijs per aandeel 122,00 euro
Totale investeringswaarde 47.731.232 euro

7.4 Mededeling op grond van de wet op de openbare overnamebiedingen

Op 18 februari 2008 heeft Scaldis Invest de vennootschap een mededeling verstuurd, opgesteld overeenkomstig artikel 74, §7 van de Wet van 1 april 2007 op de openbare overnamebiedingen. Uit deze mededeling blijkt dat Scaldis Invest 33% van de effecten met stemrecht bezit van Ackermans & van Haaren en dat Stichting Administratiekantoor 'Het Torentje' de uiteindelijke controle heeft over Scaldis Invest.

7.5 Beschermingsconstructies

De buitengewone algemene vergadering heeft op 9 november 2020 de machtiging aan de raad van bestuur hernieuwd om, in geval van openbaar overnamebod op de effecten van Ackermans & van Haaren, tot kapitaalverhoging over te gaan onder de voorwaarden en binnen de grenzen van artikel 7:202 WVV. De raad van bestuur kan van deze machtiging gebruik maken, indien de mededeling van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) aan de vennootschap, dat haar is kennisgegeven van een openbaar overnamebod, niet later dan drie jaar na de datum van voormelde buitengewone algemene vergadering wordt ontvangen, d.i. 9 november 2023.

De raad van bestuur is tevens gemachtigd om, gedurende een periode van drie jaar vanaf de bekendmaking in de Bijlagen tot het Belgisch Staatsblad (d.i. tot 25 november 2023), aandelen van de vennootschap te verkrijgen of te vervreemden wanneer zulks noodzakelijk zou zijn om te voorkomen dat de vennootschap een ernstig en dreigend nadeel zou lijden.

II. Geconsolideerde jaarrekening

1. Risico's en onzekerheden

Dit hoofdstuk beschrijft in algemene bewoordingen enerzijds de risico's waarmee Ackermans & van Haaren wordt geconfronteerd als internationale investeringsmaatschappij en anderzijds de operationele en financiële risico's verbonden aan de verschillende segmenten waarin zij actief is (hetzij rechtstreeks, hetzij onrechtstreeks via haar deelnemingen). Inzake niet-financiële risico's wordt tevens verwezen naar het hoofdstuk Duurzaamheidsverslag (pag. 48).

Het executief comité van Ackermans & van Haaren is verantwoordelijk voor de voorbereiding van een kader van interne controle en risicobeheer dat ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de raad van bestuur. De raad van bestuur is bevoegd voor de beoordeling van de implementatie van dit kader, rekening houdend met de aanbevelingen van het auditcomité. Minstens eenmaal per jaar evalueert het auditcomité de systemen van interne controle die het executief comité heeft uitgewerkt om zich ervan te vergewissen dat de voornaamste risico's behoorlijk werden geïdentificeerd, gemeld en beheerd. De dochtervennootschappen van Ackermans & van Haaren zijn verantwoordelijk voor het beheer van hun eigen operationele en financiële risico's.

Deze risico's, die variëren naargelang de sector, worden niet centraal beheerd op het niveau van Ackermans & van Haaren. De managementteams van de betrokken dochtervennootschappen rapporteren aan hun raad van bestuur of auditcomité over hun risicobeheer.

• Risico's op het niveau van Ackermans & van Haaren

Strategisch risico

Het doel van Ackermans & van Haaren is aandeelhouderswaarde te creëren door te investeren op lange termijn in een beperkt aantal strategische participaties. De beschikbaarheid van opportuniteiten voor investeringen en desinvesteringen is echter onderhevig aan geopolitieke en macro-economische omstandigheden en wordt beïnvloed door de toenemende concurrentie, o.a. met de private equity-markt die steeds internationaler wordt.

De definitie en de uitvoering van de strategie van de deelnemingen is eveneens afhankelijk van voormelde omstandigheden, bijvoorbeeld bij geopolitieke spanningen (bv. het militair conflict tussen Rusland en Oekraïne) of een pandemie (zoals COVID-19). Door als proactieve aandeelhouder te focussen op langetermijnwaardecreatie en op het behoud van operationele en financiële discipline, tracht Ackermans & van Haaren deze risico's zo veel mogelijk te beperken.

Ackermans & van Haaren gelooft dat een doordacht en strategisch gericht ESG-beleid bijdraagt tot een duurzame groei van de groep. ESG-risico's alsook opportuniteiten worden op portefeuilleniveau gemonitord. Verder wordt gestreefd naar een duurzame activiteitenmix. Meer informatie kan teruggevonden worden in het hoofdstuk Duurzaamheidsverslag (ESG), 3. ESG-benadering (pag. 48).

De vertegenwoordigers van Ackermans & van Haaren in de raden van bestuur van de deelnemingen zien er eveneens op toe dat de deelnemingen zich zo organiseren dat geldende wet- en regelgeving wordt nageleefd, met inbegrip van allerhande internationale en zogenaamde 'compliance'-regels.

Ackermans & van Haaren werkt in verschillende deelnemingen samen met partners. Bij Delen Private Bank bijvoorbeeld wordt de controle gedeeld met de familie Jacques Delen. Strategische beslissingen vereisen het voorafgaandelijk akkoord van beide partners. In bepaalde deelnemingen bezit Ackermans & van Haaren een minderheidsbelang. De verminderde controle die daaruit kan voortvloeien, zou tot relatief meer risico's kunnen leiden, maar wordt zoveel als mogelijk opgevangen door een nauwe samenwerking met, en een actieve vertegenwoordiging in, de raad van bestuur van de betrokken deelnemingen.

Risico gerelateerd aan de beursnotering

Ingevolge haar notering op Euronext Brussels is Ackermans & van Haaren onderworpen aan bepalingen op het vlak van o.m. informatieverplichtingen, transparantiemeldingen, openbare overnamebiedingen, deugdelijk bestuur en misbruik van voorwetenschap. Ackermans & van Haaren besteedt de nodige aandacht aan de opvolging en naleving van deze vaak wijzigende wet- en regelgeving.

De volatiliteit op de financiële markten heeft een invloed op de waarde van het aandeel van Ackermans & van Haaren en van een aantal van haar genoteerde deelnemingen. Zoals hoger vermeld, streeft Ackermans & van Haaren naar een systematische creatie van aandeelhouderswaarde op lange termijn. Koersschommelingen op korte termijn kunnen leiden tot een tijdelijk afwijkend risicoprofiel voor de aandeelhouder.

Liquiditeitsrisico

Ackermans & van Haaren heeft voldoende middelen ter beschikking om haar strategie uit te voeren en streeft naar een positieve nettocashpositie. De dochtervennootschappen zijn verantwoordelijk voor hun eigen financiering, met dien verstande dat Ackermans & van Haaren in principe geen kredietlijnen of zekerheden verschaft aan of ten behoeve van haar deelnemingen. Op 31 december 2022 waren er geen externe financiële schulden van 'AvH & subholdings'.

Ackermans & van Haaren beschikt over bevestigde kredietlijnen (280 miljoen euro) van verschillende banken met wie zij op lange termijn samenwerkt. De raad van bestuur is van oordeel dat het liquiditeitsrisico eerder beperkt is.

Diverse integraal geconsolideerde ondernemingen hebben in hun kredietovereenkomsten bepaalde ratio's (covenants) afgesproken en deze werden per 31 december 2022 gerespecteerd.

Risico gerelateerd aan technologie en cybersecurity

Met de toenemende afhankelijkheid van technologie in alle aspecten van het leven, neemt ook het risico op het falen van die technologie toe. Bovendien vormen cyberaanvallen een groot operationeel risico voor bedrijven. Om deze risico's te beperken, is het cruciaal om een toereikende digitale strategie te hebben. Deze bepaalt hoe Ackermans & van Haaren omgaat met technologie en digitale middelen en hoe deze worden ingezet om de bedrijfsdoelstellingen te behalen. De digitale strategie zorgt ervoor dat Ackermans & van Haaren niet alleen klaar is voor de huidige technologieën maar ook voorbereid is op toekomstige ontwikkelingen.

De IT-architectuur van Ackermans & van Haaren heeft als doel een betrouwbare, veilige, functionele en toch flexibele werkomgeving te creëren. Om de continuïteit hiervan veilig te stellen heeft Ackermans & van Haaren passende oplossingen en procedures geïmplementeerd waardoor informatieherstel en beveiliging van gegevens kunnen worden gewaarborgd. Risico's op inbraak of cyberaanvallen worden voortdurend geanalyseerd en geëvalueerd om, indien nodig, passende maatregelen te nemen.

• Risico's op het niveau van de participaties

Marine Engineering & Contracting

De operationele risico's van dit segment zijn vooral verbonden aan de uitvoering van vaak complexe aannemingswerken te land en op het water en hebben o.m. betrekking op: (i) het technisch ontwerp van de projecten en de integratie van nieuwe technologieën; (ii) de bepaling van de prijs bij aanbesteding met, in geval van afwijking, de mogelijkheid of onmogelijkheid om zich in te dekken tegen meerkosten en prijsverhogingen; (iii) de prestatieverplichtingen (naar kost, conformiteit, kwaliteit, uitvoeringstermijn) met de rechtstreekse en onrechtstreekse gevolgen die daaraan verbonden zijn; (iv) het tijdsverschil tussen de offerte en de effectieve uitvoering; (v) de evolutie van het reglementair kader; (vi) en de relaties met onderaannemers, leveranciers en partners. DEME Group is, zowel als eisende als verwerende partij, betrokken bij discussies met opdrachtgevers over de financiële gevolgen van afwijkingen bij de uitvoering van aannemingsprojecten. In een beperkt aantal gevallen kunnen die ook uitmonden in procedures. Voor zover de gevolgen daarvan betrouwbaar kunnen worden ingeschat, worden daarvoor voorzieningen aangelegd in de rekeningen. In nieuwe markten, zoals de ontwikkeling van concessies, worden de bedrijven geconfronteerd met een wijzigend reglementair kader, de technologische evoluties en de financiering van grootschalige projecten. Om deze risico's het hoofd te kunnen bieden, werken de verschillende participaties met gekwalificeerde en ervaren medewerkers. Door deelname aan risico- en auditcomités bij DEME Group en CFE volgt Ackermans & van Haaren de operationele risico's op de voornaamste projecten op vanaf de aanbestedingsfase.

De bouw- en baggersector is onderhevig aan conjuncturele bewegingen, zowel op nationaal als internationaal vlak. Het investeringsbeleid van zowel private opdrachtgevers (bv. petroleummaatschappijen of mijnbouwgroepen) als lokale en nationale overheden wordt hierdoor immers beïnvloed. Aangezien DEME Group, CFE en Rent-A-Port actief zijn of waren in landen zoals Oman, Qatar, Vietnam en Nigeria, zijn ze blootgesteld aan politieke risico's. Hier gelden in de eerste plaats kredietverzekering en een sterk lokaal netwerk als belangrijkste instrumenten van risicomanagement.

DEME Group is in belangrijke mate actief buiten de eurozone en loopt daardoor een wisselkoersrisico. DEME dekt zich in regel in tegen wisselkoersschommelingen of gaat over tot termijnverkoop van vreemde valuta's. Ook bepaalde materialen of grondstoffen, zoals brandstof, kunnen worden ingedekt. Bij CFE bevinden de meeste activiteiten zich binnen de eurozone, doch desgevallend wordt getracht de blootstelling aan de fluctuaties van vreemde valuta te beperken. Rent-A-Port handelt voornamelijk in Vietnam en is hoofdzakelijk blootgesteld aan een wisselkoersrisico met betrekking tot de USD en de Vietnamese dong. Aangezien de dochtervennootschappen van Rent-A-Port voornamelijk aan- en verkopen in lokale valuta uitvoeren, wordt de blootstelling van de groep aan wisselkoersbewegingen in commerciële verrichtingen op een natuurlijke manier beperkt.

Gelet op de omvang van de contracten in dit segment wordt ook het kredietrisico van nabij opgevolgd. Zowel DEME Group als CFE hebben procedures teneinde het risico te beperken op hun klantenvorderingen. Om het risico in te dijken, volgen de betrokken deelnemingen voortdurend de uitstaande klantenvorderingen op en stellen desgevallend hun positie bij. Zo doet DEME Group in het kader van belangrijke buitenlandse contracten geregeld een beroep op de Credendo Group, in zoverre het betrokken land daarvoor in aanmerking komt en het risico door een kredietverzekering kan worden gedekt. Bovendien wordt een groot deel van de geconsolideerde omzet met overheden of met aan openbare besturen gelieerde klanten gerealiseerd. Verder wordt de concentratie van het tegenpartijrisico beperkt door het grote aantal klanten. Voor grote infrastructuurbaggerwerken is DEME Group afhankelijk van de capaciteit van klanten om financiering te bekomen en kan zij desgevallend zelf projectfinanciering helpen organiseren.

Het kredietrisico van Rent-A-Port, hoofdzakelijk actief in Vietnam, wordt beperkt door ontvangen voorschotten op de verkoop van verworven rechten op ontwikkelde terreinen (industriële zones) en de maandelijkse facturaties en grote spreiding van klanten bij levering van nutsvoorzieningen, onderhouds- en beheersdiensten in deze industriële zones. De bedrijven uit het segment 'Marine Engineering & Contracting' factureren doorgaans a rato van de vooruitgang van de werken.

Het liquiditeitsrisico wordt beperkt door enerzijds de krediet- en garantielijnen te spreiden over verschillende banken en bij voorkeur op lange termijn. DEME Group waakt permanent over haar balansstructuur en streeft een evenwichtige verhouding na tussen de geconsolideerde eigen vermogenspositie en de geconsolideerde netto schulden. De investeringen van DEME Group gebeuren overwegend in materiaal dat een lange levensduur heeft en over meerdere jaren wordt afgeschreven. DEME Group streeft er daarom naar een aanzienlijk deel van haar schulden op lange termijn te structureren. DEME Group heeft sinds 2015 een nieuwe bankfinancieringsstructuur uitgewerkt, gebaseerd op bilaterale, niet-gewaarborgde financiering op

lange termijn met meerdere banken. Bepaalde kredietovereenkomsten bevatten ratio's (covenants), die DEME dient na te leven. Dat was ook per eind 2022 het geval.

DEME Group volgt haar procedures ter vermijding van fraude- en integriteitsrisico's op en stelt die desgevallend bij. DEME Group hanteert een 'Code of ethics and business integrity' en diverse specifieke beleidsdocumenten ('Compliance policy & practices', 'Human Rights Policy' & 'Whistle blower policy & procedures'). Aan deze 'Code of ethics and business integrity' is een jaarlijkse verplichte training verbonden. De procedures in geval van samenwerking met derde partijen werden ook in 2022 strikt toegepast.

In december 2022 heeft de Kamer van Inbeschuldigingstelling bij het Hof van Beroep te Gent (KI) beslist bepaalde vennootschappen van de DEME-groep door te verwijzen naar de correctionele rechtbank. Deze beslissing volgt op een gerechtelijk onderzoek dat werd gevoerd naar de omstandigheden waarin een contract onderhands werd gegund aan Mordraga, een Russische voormalige joint venture vennootschap van de DEME-groep, voor de uitvoering van baggerwerken in de haven van Sabetta (Rusland) in april 2014. De werken werden uitgevoerd in de zomermaanden van 2014 en 2015. Het gerechtelijk onderzoek werd gestart na indiening van een klacht door een concurrent, aan wie het betrokken contract niet werd toegekend in het kader van een onderhandse gunning. DEME benadrukt dat de KI enkel heeft beslist over de doorverwijzing naar de bodemrechter. Dit betekent dat nog geen van de betrokkenen de gelegenheid heeft gehad ten gronde argumenten te laten gelden over de tenlasteleggingen van het Openbaar Ministerie. Het is in de huidige omstandigheden dan ook voorbarig te speculeren over de uitkomst van deze procedure.

Private Banking

Zowel Delen Private Bank als Bank Van Breda zijn gespecialiseerde niche-spelers met een cultuur van voorzichtigheid, wat de impact van het operationele risico op beide banken beperkt. Operationele afdelingen en controlefuncties werken nauw samen in een 'three lines of defence'-model om de kwaliteit van operaties te bewaken. Zij worden hierin bijgestaan door een performant informaticasysteem dat de belangrijkste processen automatiseert en voorziet van ingebouwde controles. Teneinde de continuïteit van de activiteiten te verzekeren in het geval een noodsituatie zich zou voordoen, beschikken beide organisaties over uitgewerkte continuïteits- en herstelplannen.

Het kredietrisico en het risicoprofiel van de beleggingsportefeuille worden zowel bij Delen Private Bank als bij Bank Van Breda al jarenlang bewust erg laag gehouden. De banken beleggen conservatief. Bij Delen Private Bank is de kredietverlening zeer beperkt qua volume, gezien dit enkel een ondersteunend product in het kader van het vermogensbeheer is. De toegekende kredieten betreffen meestal tijdelijke overbruggingsbehoeften en worden ruimschoots gedekt door een pand op een effectenportefeuille. Het kredietrisico bij JM Finn is zeer beperkt. De kredietportefeuille van Bank Van Breda is zeer gespreid onder het cliënteel van lokale ondernemers en vrije beroepen. De bank hanteert hierbij concentratielimieten per sector en maximale kredietbedragen per relatie.

Het fraude- en compliancerisico heeft altijd prioritaire aandacht gekregen bij Delen Private Bank en Bank Van Breda. De banken investeren in verdere digitalisering van hun cliëntenacceptatiebeleid, o.m. via de ontwikkeling van Delen Family Services.

Bank Van Breda voert een voorzichtig beleid inzake renterisico, ruim binnen de normen van de NBB. Daar waar de looptijden van activa en passiva onvoldoende overeenkomen, zet de bank indekkingsinstrumenten (een combinatie van renteswaps en opties) in om dit te corrigeren. Het renterisico bij Delen Private Bank is beperkt, gelet op het feit dat zij zich hoofdzakelijk richt op vermogensbeheer.

Delen Private Bank streeft ernaar het wisselkoersrisico continu te beperken. De posities in deviezen worden stelselmatig opgevolgd en ingedekt. De netto blootstelling aan het Britse pond wordt gedeeltelijk beperkt doordat de impact van een wisselkoersschommeling op het eigen vermogen van JM Finn gemilderd wordt door een tegenovergestelde impact op de liquiditeitsverplichting, ten opzichte van de 7% minderheidsaandeelhouders van JM Finn.

Het liquiditeits- en solvabiliteitsrisico wordt permanent bewaakt in het kader van een proactief risicobeheer. De banken willen er zich op elk moment van verzekeren dat ze aan de reglementaire vereisten beantwoorden en een kapitalisatieniveau aanhouden dat ruim tegemoetkomt aan het niveau van de activiteit en de genomen risico's. Bovendien beschikken beide groepen over meer dan voldoende liquide middelen om aan de verplichtingen te voldoen, zelfs bij onvoorziene marktomstandigheden, en over sterke CET1-ratio's.

Beide banken hebben voldoende bescherming tegen het inkomstenvolatiliteitsrisico. De exploitatiekosten van Delen Private Bank worden meer dan volledig gedekt door het aandeel vaste opbrengsten, terwijl bij Bank Van Breda de inkomsten uit relatiebankieren gediversifieerd zijn, zowel naar klanten als naar producten, en worden aangevuld door de gespecialiseerde 'vendor'-activiteit voor autodealers (Van Breda Car Finance).

Het marktrisico kan enerzijds voortvloeien uit de beperkte kortetermijnbeleggingen in eigen naam van Delen Private Bank en van Bank Van Breda en anderzijds kan dit risico zich voordoen op openstaande posities op tussenrekeningen via dewelke effecten voor klantenportefeuilles worden verhandeld. De bedoeling is dat de posities op deze tussenrekeningen systematisch worden geliquideerd, zodat de bank niet aan een marktrisico wordt onderworpen. De marktwaarde van de vermogens die voor klanten worden beheerd, wordt mee bepaald door de evoluties op de financiële markten. Ook al heeft dit geen rechtstreekse impact op de vermogenspositie van de beide banken, toch is het totaal volume aan beheerde vermogens een bepalende factor voor hun bedrijfsopbrengsten.

Real Estate

Een eerste cruciaal element in de operationele risico's in de vastgoedsector betreft de kwaliteit van het aanbod van gebouwen en geleverde diensten. Daarnaast moeten langetermijnhuurcontracten met solvabele huurders een zo hoog mogelijke bezettingsgraad en recurrente inkomstenstroom verzekeren en het risico op wanbetaling beperken. Ten slotte worden ook het renovatie- en onderhoudsrisico permanent opgevolgd.

De vastgoedontwikkelingsactiviteit is onderhevig aan cyclische schommelingen (conjunctuurrisico). De inkomsten van Nextensa en de waarde van haar portefeuille zijn in zeer grote mate gerelateerd aan het type vastgoed waaruit haar portefeuille is samengesteld (kantoren, retail en overige) en de lokalisatie (Luxemburg, België en Oostenrijk). De spreiding van de vastgoedactiviteiten over verschillende sectoren en landen leidt tot een beperking van dit risico.

Nextensa beschikt bij haar banken over de nodige langetermijnkredietfaciliteiten en back-uplijnen voor haar commercial paper om bestaande en toekomstige investeringsnoden te dekken. Door deze kredietfaciliteiten en back-uplijnen is het financieringsrisico ingedekt.

Het liquiditeitsrisico wordt beperkt door enerzijds de financieringen te spreiden over verschillende financiële tegenpartijen en door diverse financieringsbronnen aan te spreken en anderzijds door de vervaldata te diversifiëren. Nextensa heeft op 20 november 2019 een private plaatsing van obligaties voor een bedrag van 100 miljoen euro afgesloten, met een looptijd van 7 jaar en een vaste jaarlijkse coupon van 1,95%. Haar dochteronderneming Extensa Group sloot in het verleden twee private plaatsingen af ten belope van 45 miljoen euro (vaste rente 3,00% met eindvervaldag 29 juni 2022) en van 40 miljoen euro (vaste rente 3,38% met vervaldag 5 juni 2024). Nextensa betaalde in 2022 de op vervaldag gekomen obligatielening terug. In het kader van diverse ontwikkelingsprojecten, verleende de Nextensa-groep garanties ten belope van 181,7 miljoen euro als zekerheid voor lopende bankkredieten.

Het indekkingsbeleid van de vastgoedactiviteiten is erop gericht het renterisico zoveel mogelijk in te perken. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van financiële instrumenten.

Energy & Resources

De focus van dit segment ligt op bedrijven in groeimarkten, zoals India, Singapore en Indonesië. Vermits de betrokken bedrijven in belangrijke mate actief zijn buiten de eurozone (Sagar Cements in India, Verdant Bioscience in Indonesië, SIPEF in Indonesië, Papoea-Nieuw-Guinea en Ivoorkust) is het wisselkoersrisico (zowel op de balans als op de resultatenrekening) hier relevanter dan in de andere segmenten. Ook de geopolitieke ontwikkelingen in deze regio's zijn een extra aandachtspunt. Om de productie in de verschillende landen te kunnen verzekeren en verder uit te bouwen is het behoud van de eigendoms- en gebruiksrechten van primordiaal belang voor SIPEF. De groep onderhoudt hiervoor een constructieve relatie met de bevoegde autoriteiten en monitort permanent deze rechten.

De geproduceerde volumes, gerealiseerde omzet en marges van SIPEF worden beïnvloed door klimatologische omstandigheden zoals neerslag, zonneschijn, temperatuur en vochtigheidsgraad. De potentiële fysieke gevolgen van de klimaatverandering zijn onzeker en kunnen naargelang de regio en het product verschillen.

Door de toenemende bezorgdheid over duurzaamheid, zouden strengere regels kunnen worden opgelegd aan de bedrijven. De oliepalmplantages van SIPEF volgen de RSPO-normen en zijn in overeenstemming met de RSPO-principes en -criteria. Als SIPEF er echter niet in zou slagen om aan strengere vereisten te blijven voldoen, kan ze haar certificering verliezen of kan deze worden opgeschort.

Voorts is de groep in dit segment ook blootgesteld aan schommelingen in de prijzen van grondstoffen (SIPEF: voornamelijk palmolie en palmpitolie; Sagar Cements: steenkool en elektriciteit). SIPEF wordt bovendien geconfronteerd met een taksheffing op export van palmolie uit Indonesië. Gelet op de onzekerheid van de bepaling van de lokale referentieprijs voor palmolie, worden de beschikbare palmolievolumes uit Indonesië op maandbasis in de markt geplaatst en worden de verwachte volumes van de SIPEF-plantages in dit land niet meer op termijn ingedekt.

Verdant Bioscience is een biotechnologiebedrijf dat zich toelegt op de ontwikkeling van hoogproductieve F1-hybride zaden van oliepalm. Aangezien de resultaten van deze ontwikkeling pas over enkele jaren zullen bekend worden, wordt de activiteit van Verdant Bioscience gekenmerkt door een hoger risicoprofiel.

Growth Capital

Ackermans & van Haaren stelt risicokapitaal ter beschikking aan bedrijven met internationaal groeipotentieel. De investeringshorizon is gemiddeld langer dan deze van de typische spelers op de private equity-markt. Deze investeringen gebeuren doorgaans met conservatieve schuldratio's, waarbij in principe geen voorschotten of zekerheden aan of ten behoeve van de betrokken deelnemingen worden verleend. Het gediversifieerde karakter van deze investeringen draagt bovendien bij tot een spreiding van de economische en financiële risico's. Ackermans & van Haaren zal deze investeringen doorgaans financieren via eigen vermogen.

De conjuncturele situatie heeft een rechtstreekse impact op de resultaten van de participaties. De spreiding van de activiteiten van de participaties over diverse sectoren zorgt hier voor een gedeeltelijke bescherming tegen dit risico.

Elke participatie is onderhevig aan specifieke operationele risico's zoals de schommeling van de prijzen van diensten en grondstoffen, het vermogen om de verkoopprijs aan te passen en concurrentierisico's. De bedrijven volgen deze risico's zelf op en kunnen deze door operationele en financiële discipline en strategische focus trachten in te perken. De opvolging en controle door Ackermans & van Haaren als proactieve aandeelhouder spelen ook op dit vlak een belangrijke rol.

Verschillende participaties (bv. Turbo's Hoet Groep) zijn in belangrijke mate actief buiten de eurozone. Dit kan aanleiding geven tot grotere risico's als gevolg van geopolitieke evoluties of gebeurtenissen. Het wisselkoersrisico wordt in die gevallen telkens op het niveau van de deelneming zelf opgevolgd en aangestuurd.

2. Toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening

De geconsolideerde jaarrekening wordt opgesteld overeenkomstig de 'International Financial Reporting Standards' (IFRS).

Het geconsolideerd balanstotaal van de groep per 31 december 2022 bedraagt 17.677 miljoen euro, hetgeen een stijging vertegenwoordigt van 3% ten opzichte van 2021 (17.233 miljoen euro). Dit balanstotaal is uiteraard beïnvloed door de manier waarop bepaalde deelnemingen in de consolidatie worden verwerkt. Met name de integrale consolidatie van de deelneming in Bank Van Breda heeft een grote impact op de geconsolideerde balans.

Het eigen vermogen (deel groep) per eind 2022 bedroeg 4.634 miljoen euro, een stijging met 677 miljoen euro ten opzichte van 2021 (3.957 miljoen euro). In juni 2022 heeft Ackermans & van Haaren een brutodividend uitgekeerd van 2,75 euro per aandeel, wat resulteerde in een daling van het eigen vermogen met 91 miljoen euro.

In 2022 heeft Ackermans & van Haaren 70,7 miljoen euro geïnvesteerd in de verdere uitbouw van haar portefeuille. Daarvan was 42,6 miljoen euro bestemd voor investeringen in de kernsectoren, vnl. onder de vorm van een bijkomende financiering aan Rent-A-Port van 19,6 miljoen euro en van de verhoging van de deelneming in SIPEF voor 10,7 miljoen euro. 28,2 miljoen euro werd geïnvesteerd in Growth Capital, waarvan 22,4 miljoen euro in de India & Zuid-Oost Azië-portefeuille en 5,2 miljoen euro in het life sciences gedeelte. Desinvesteringen piekten in 2022 met een totale opbrengst van 472,9 miljoen euro. De verkoop van Anima leverde 308,2 miljoen euro op, Manuchar 159,5 miljoen euro. De consolidatiekring onderging in 2022 verder een beperkt aantal wijzigingen, die worden toegelicht in toelichting 2.

Eind 2022 beschikte Ackermans & van Haaren (inclusief subholdings) over een nettocashpositie van 498,7 miljoen euro, tegenover 77,7 miljoen euro eind 2021. Naast liquide middelen en deposito's op korte termijn bestaat deze positie uit geldbeleggingen voor 41,3 miljoen euro en eigen aandelen.

De bijdrage van de kernsectoren tot de groepswinst bedroeg in 2022 354,4 miljoen euro (2021: 354,8 miljoen euro). Een gedetailleerde beschrijving van de resultaten van de verschillende participaties van de groep is weergegeven in de bijlage 'Kerncijfers' en in het activiteitenverslag (pag. 80) van het jaarverslag.

  • De afzonderlijke notering op Euronext Brussels sinds 30 juni 2022 heeft DEME de zichtbaarheid gegeven die past bij haar positie als wereldleider inzake installatie van offshore windparken. Bovendien heeft het CFE toegelaten om haar eigen strategie aan te scherpen en daarover gerichter met haar stakeholders in dialoog te gaan. Dankzij hun stevige orderboeken, hebben DEME en CFE in 2022 hun omzet licht kunnen verhogen. Niettegenstaande belangrijke kostenstijgingen en de impact (direct en indirect) van de gevolgen van de oorlog in Oekraïne, hield de bijdrage tot de resultaten van 'Marine Engineering & Contracting' behoorlijk stand.
  • Delen Private Bank en Bank Van Breda zijn erin geslaagd om ook in de negatieve financiële markten van 2022 een opmerkelijke netto-instroom van vermogens onder beheer te realiseren. Dit heeft toegelaten om het negatieve markteffect op de resultaten van 'Private Banking' nagenoeg volledig te compenseren.
  • Sinds de verkoop van Anima medio 2022, is de bijdrage van 'Real Estate & Senior Care' nog uitsluitend afkomstig van Nextensa. De verkoop van een aantal minder strategische gebouwen heeft toegelaten om meerwaarden te realiseren en de balans van Nextensa te versterken.
  • De goede producties van duurzame palmolie in combinatie met sterke marktprijzen hebben SIPEF in 2022 een recordresultaat opgeleverd. Dit verklaart ook de verdere stijging van de bijdrage uit 'Energy & Resources'.
  • Ook 'Growth Capital' levert in 2022 een belangrijke bijdrage tot de winst. De geconsolideerde deelnemingen presteerden sterk en de groeiende groep investeringen die via reële waarde worden opgenomen, evolueerde globaal genomen eveneens positief.

3. Belangrijke gebeurtenissen na afsluiting van het boekjaar

Na een succesvolle samenwerking van meer dan 30 jaar heeft AvH begin februari 2023 haar 50%-participatie in Telemond verkocht aan de Duitse familie Maas, haar langetermijnpartner. Deze verkoop heeft AvH een cashopbrengst van 55 miljoen euro opgeleverd en een meerwaarde van 19 miljoen euro.

AvH is trots op haar selectie als één van de 20 ondernemingen van de nieuwe BEL ESG Index, die op 15 februari gelanceerd werd door Euronext. Deze duurzaamheidsindex volgt de 20 in Brussel genoteerde ondernemingen met de beste ESG-praktijken (Environmental, Social & Governance). Deze selectie erkent AvH voor de manier waarop ze haar ESG-beleid ontwikkelt en daaraan gerelateerde initiatieven neemt.

4. Onderzoek en ontwikkeling

Bij de integraal geconsolideerde participaties van Ackermans & van Haaren, ontwikkelen de DEME Group-teams van O&O en van het Central Competence Center baanbrekende, innovatieve technologieën en zijn de studie-afdelingen van CFE betrokken bij de projecten in burgerlijke bouwkunde en gebouwen. Via hun participatie in Verdant Bioscience zijn Ackermans & van Haaren en SIPEF betrokken bij de ontwikkeling van zaden van hoogrenderende oliepalmen. Zowel Bank Van Breda als Delen Private Bank hebben in de ontwikkeling van specifieke beheerssoftware geïnvesteerd. De recent verworven participaties AstriVax, Biolectric, Biotalys, Indigo Diabetes, Medikabazaar, MRM Health en OMP zijn innovatieve bedrijven in hun domein. Hun voortdurende aandacht voor technologische vernieuwing draagt bij tot een verbetering van hun competitieve positie op korte en middellange termijn.

5. Financiële instrumenten

Binnen de groep (o.a. DEME Group, Rent-A-Port, Bank Van Breda, Nextensa) wordt een voorzichtig beleid gevoerd inzake renterisico's door gebruik te maken van renteswaps en opties. Een groot aantal deelnemingen van de groep is actief buiten de eurozone (o.a. DEME Group, Rent-A-Port, Delen Private Bank, SIPEF, Sagar Cements, Turbo's Hoet Groep). De indekking van het rente- en wisselkoersrisico wordt op het niveau van de deelneming zelf opgevolgd en aangestuurd.

6. Vooruitzichten 2023

Ackermans & van Haaren is het jaar 2023 begonnen met een bemoedigende meerwaarde op de verkoop van Telemond. Na deze transactie beschikt AvH over ruim 550 miljoen euro aan cash om verder te investeren in de bestaande portefeuille en in nieuwe deelnemingen. AvH zoekt op een proactieve, doch gedisciplineerde wijze naar nieuwe investeringsmogelijkheden.

De raad van bestuur is overtuigd dat de deelnemingen van Ackermans & van Haaren goed zijn gepositioneerd om ook in het jaar 2023 een degelijk resultaat af te leveren. Behoudens onvoorziene omstandigheden wordt verwacht dat dit in lijn zou moeten liggen met de resultaten over het jaar 2022, uiteraard na correctie voor gerealiseerde meerwaarden.

III. Verklaring inzake deugdelijk bestuur

1. Algemeen

Ackermans & van Haaren hanteert als referentiecode de Belgische Corporate Governance Code (de 'Code'), die kan geraadpleegd worden op de website van de Commissie Corporate Governance (www.corporategovernancecommittee.be). De Commissie heeft op 9 mei 2019 een nieuwe (derde) versie van de Code bekendgemaakt, die deze van 12 maart 2009 vervangt, en die op 1 januari 2020 in werking is getreden.

  • Op 14 april 2005 heeft de raad van bestuur van Ackermans & van Haaren het eerste Corporate Governance Charter (het 'Charter') goedgekeurd. De raad van bestuur heeft dit Charter nadien verschillende malen aangepast.
  • Op 18 april 2006 werd het Charter in overeenstemming gebracht met verschillende Koninklijke Besluiten genomen in uitvoering van de Europese regels inzake marktmisbruik.
  • Op 15 januari 2008 heeft de raad van bestuur artikel 3.2.2 (b) van het Charter aangepast ter verduidelijking van de procedure inzake onderzoek naar onregelmatigheden.
  • Op 12 januari 2010 werd het Charter aangepast aan de Code 2009 en aan de nieuwe wettelijke onafhankelijkheidscriteria.
  • Op 4 oktober 2011 heeft de raad van bestuur beraadslaagd over de aanpassing van het Charter aan de Wet van 6 april 2010 tot versterking van het deugdelijk bestuur bij de genoteerde vennootschappen en de Wet van 20 december 2010 betreffende de uitoefening van bepaalde rechten van aandeelhouders van genoteerde vennootschappen. De raad van bestuur heeft bij die gelegenheid tevens zijn beleid inzake de voorkoming van marktmisbruik (afdeling 5 van het Charter) verscherpt door de invoering van een verbod op 'short selling' en speculatieve handel in aandelen.
  • Op 10 oktober 2016 werd het Charter aangepast om dit in overeenstemming te brengen met de verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende marktmisbruik en houdende intrekking van de Richtlijn 2003/6/EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijnen 2003/124/EG, 2003/125/EG en 2004/72/EG van de Commissie.
  • Op 24 februari 2017 werd het Charter in overeenstemming gebracht met de Wet van 7 december 2016 tot organisatie van het beroep van en het publiek toezicht op de bedrijfsrevisoren.
  • Op 25 februari 2019 heeft de raad van bestuur de leeftijdsgrens versoepeld.
  • Op 19 november 2020 heeft de raad van bestuur het Charter aangepast om dit in overeenstemming te brengen met de Code 2020 en het WVV.
  • Op 17 mei 2022 werd het Charter aangepast ingevolge de nieuwe samenstelling van het orgaan van dagelijks bestuur.

Het Charter kan in drie talen (Nederlands, Frans en Engels) worden geraadpleegd op de website van de vennootschap (www.avh.be). In de op de website beschikbare versie van het Charter werd de bijzondere volmacht aan het executief comité van 21 juni 2022 toegevoegd.

Dit hoofdstuk (de 'Verklaring inzake deugdelijk bestuur') bevat de informatie zoals bedoeld in de artikelen 3:6, §2 en 3:32, §1, tweede lid, 7° WVV. In dit hoofdstuk wordt voorts, overeenkomstig de voorschriften van de Code, bijzondere aandacht besteed aan feitelijke informatie omtrent deugdelijk bestuur en wordt uitleg gegeven over de afwijkingen tijdens het afgelopen boekjaar van bepaalde bepalingen van de Code overeenkomstig het 'pas toe of leg uit'-principe ('comply or explain').

is bijzonder verheugd over de opname van AvH in de nieuwe BEL ESG index."

"De raad van bestuur

Raad van bestuur - van links naar rechts: Marion Debruyne, Frederic van Haaren, Jacques Delen, Thierry van Baren, Luc Bertrand, Bart Deckers, Victoria Vandeputte, Julien Pestiaux, Pierre Willaert

2. Raad van bestuur

2.1 Samenstelling

(°1951, Belg) Voorzitter van de raad van bestuur Uitvoerend bestuurder (1985-2016) Niet-uitvoerend bestuurder (sinds 2016)

Luc Bertrand studeerde in 1974 af als handelsingenieur (KU Leuven). Hij startte zijn loopbaan als Vice-President en Regional Sales Manager, Northern Europe (Bankers Trust). Sinds 1985 is hij bestuurder bij Ackermans & van Haaren, waar hij financieel directeur werd in 1986 en voorzitter van het executief comité was van 1990 tot 2016. Hij is voorzitter van de raad van bestuur van CFE, DEME en SIPEF en bestuurder van Delen Private Bank, JM Finn, Bank Van Breda en Verdant Bioscience. Hij is tevens voorzitter van Instituut de Duve en Middelheim Promotors, lid van een aantal andere raden van bestuur van verenigingen zonder winstoogmerk en publieke instellingen zoals Museum Mayer van den Bergh en Europalia en voorzitter van de 'board of trustees' van Guberna.

Einde mandaat 2023

vast vertegenwoordigd door Marion Debruyne (°1972, Belg) Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder (sinds 2016)

Professor Marion Debruyne heeft een opleiding genoten als burgerlijk ingenieur (RU Gent - 1995) en doctoreerde aan de faculteit toegepaste economische wetenschappen (RU Gent - 2002). Ze heeft gedoceerd aan Wharton School, Kellogg Graduate School of Management en Goizueta Business School, alle in de VS. Marion Debruyne werd in 2015 benoemd tot decaan van de Vlerick Business School. Ze is bestuurder bij Kinepolis en Guberna.

Einde mandaat 2024

(1) Verwijzingen in dit jaarverslag naar 'Marion Debruyne' dienen begrepen te worden als Marion Debruyne BV, vast vertegenwoordigd door Marion Debruyne.

auditcomité remuneratiecomité benoemingscomité

vast vertegenwoordigd door Bart Deckers (°1978, Belg) Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder (sinds 2022)

Bart Deckers is bio-ingenieur van opleiding (KU Leuven, 2001) en tevens Doctor in Applied Biological Sciences (KU Leuven, 2005). Hij behaalde voorts een MBA aan Vlerick Management School (2006). Bart Deckers is sinds 2013 gedelegeerd-bestuurder van Invale, een familiaal private equity fonds dat groeikapitaal verschaft aan Belgische KMO's. Voordien was hij actief bij Aveve (2008-2013), o.m. als business unit manager plant nutrition, en bij McKinsey & C° als management consultant (2006-2008).

Einde mandaat 2026

(2) Verwijzingen in dit jaarverslag naar 'Bart Deckers' dienen begrepen te worden als Venatio BV, vast vertegenwoordigd door Bart Deckers.

(°1949, Belg) Niet-uitvoerend bestuurder (sinds 1992)

Jacques Delen behaalde in 1976 het diploma van wisselagent. Hij is voorzitter van de raad van bestuur van Delen Private Bank sinds 1 juli 2014. Hij is tevens bestuurder van Bank Van Breda en van Scaldis Invest. Jacques Delen was voorzitter van de raad van bestuur van Ackermans & van Haaren van 2011 tot 2016.

Einde mandaat 2023

(°1979, Belg) Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder (sinds 2011)

Julien Pestiaux studeerde af als burgerlijk ingenieur electromechanica, specialisatie energie (Université Catholique de Louvain - 2003) en behaalde een master in engineering management (Cornell University - VS). Hij is partner bij Climact, dat advies verleent rond energie- en klimaatthema's aan overheden en bedrijven. Zijn team focust op de analyse en de modellering van het potentieel van EU-lidstaten, landen, steden en bedrijven om het energieverbruik en de broeikasgassen op middellange tot lange termijn te verminderen en de maatschappij weerbaarder te maken. Hij was voordien 5 jaar actief als consultant en projectleider bij McKinsey & Cº.

Einde mandaat 2023

Thierry van Baren

(°1967, Fransman / Nederlander) Niet-uitvoerend bestuurder (sinds 1992)

Thierry van Baren is licentiaat en geaggregeerde in de filosofie en behaalde een MBA, specialisatie marketing (Solvay Business School). Hij is thans zelfstandig consultant. Hij was 13 jaar actief in MarCom als executive bij TBWA Belgium en BDDP Belgium en in leidinggevende functies bij Ammirati Puris Lintas, Ogilvy Brussels en DDB.

Einde mandaat 2026

vast vertegenwoordigd door Victoria Vandeputte (°1971, Belg) Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder (sinds 2018)

Victoria Vandeputte is burgerlijk ingenieur electromechanica van opleiding (KU Leuven - 1995) en behaalde een master in riskmanagement (Ecole Supérieure de Commerce de Bordeaux - 1996). Zij is momenteel lid van het executief comité en Chief Innovation & Marketing Officer van Diversi Foods (Geschwister Oetker) en bestuurder bij Acomo.

Einde mandaat 2026

(3) Verwijzingen in dit jaarverslag naar 'Victoria Vandeputte' dienen begrepen te worden als Menlo Park BV, vast vertegenwoordigd door Victoria Vandeputte.

Frederic van Haaren

(°1960, Belg) Niet-uitvoerend bestuurder (sinds 1993)

Frederic van Haaren is zelfstandig ondernemer en Schepen van de Gemeente Kapellen bevoegd voor openbare werken, milieu en groen en begraafplaatsen. Hij is tevens actief als bestuurder bij Belfimas, co-voorzitter van Bosgroepen Antwerpse Gordel en lid van de commissie milieu bij Intercommunale Igean.

Einde mandaat 2025

(°1959, Belg) Niet-uitvoerend bestuurder (sinds 1998) Voorzitter van het auditcomité (sinds 2004)

Pierre Willaert is licentiaat in de handels- en financiële wetenschappen en behaalde het diploma van de Belgische Vereniging van Financiële Analisten (ABAF-BVFA). Pierre Willaert was beherend vennoot en lid van het auditcomité van Bank Puilaetco, tot aan de overname door KBL in 2004. Hij was lange tijd actief als financieel analist bij Bank Puilaetco en volgde aldus de voornaamste sectoren vertegenwoordigd op de Belgische beurs. Later werd hij er verantwoordelijk voor het departement Institutioneel Beheer. Hij is ook bestuurder bij Tein Technology, een Brussels ICT-bedrijf, dat onder meer gespecialiseerd is in 'control rooms'.

Einde mandaat 2024

Pierre Macharis heeft met ingang van 23 mei 2022 vrijwillig ontslag genomen als bestuurder. Alexia Bertrand heeft met ingang vanaf 21 november 2022 vrijwillig ontslag genomen als bestuurder naar aanleiding van haar benoeming tot staatssecretaris voor Begroting en Consumentenbescherming. De raad van bestuur wenst hen beide te bedanken voor hun bijzondere bijdrage tot de beraadslaging en besluitvorming van de raad.

De mandaten van Luc Bertrand, Jacques Delen en Julien Pestiaux verstrijken op de gewone algemene vergadering van 22 mei 2023. De raad van bestuur zal aan de gewone algemene vergadering voorstellen om (i) het mandaat van

Luc Bertrand te hernieuwen voor een periode van 2 jaar, (ii) het mandaat van Jacques Delen te hernieuwen voor een periode van 1 jaar en (iii) het mandaat van Julien Pestiaux voor een periode van 4 jaar. Ofschoon Luc Bertrand en Jacques Delen de leeftijdsgrens van 70 jaar reeds hebben overschreden, is de raad van oordeel dat zij met hun kennis en ervaring een uitzonderlijke toegevoegde waarde kunnen blijven bieden aan de beraadslagingen van de raad van bestuur. De raad van bestuur heeft op zijn vergadering van 22 maart 2023 besloten op de eerstkomende jaarvergadering Sonali Chandmal voor te dragen als kandidaat-onafhankelijk bestuurder.

2.2 Onafhankelijke bestuurders

  • Marion Debruyne
  • Bart Deckers
  • Julien Pestiaux
  • Victoria Vandeputte

Marion Debruyne, Bart Deckers, Victoria Vandeputte en Julien Pestiaux beantwoorden aan de onafhankelijkheidscriteria vermeld in artikel 3.5 van de Code.

2.3 Overige bestuurders

  • Luc Bertrand
  • Frederic van Haaren
  • Jacques Delen
  • Thierry van Baren
  • Pierre Willaert

Luc Bertrand, Jacques Delen en Frederic van Haaren zijn bestuurders van Scaldis Invest, dat met een participatie van 33% de voornaamste aandeelhouder is van Ackermans & van Haaren. Luc Bertrand en Frederic van Haaren zijn tevens bestuurder van Belfimas, die met een participatie van 92,25% Scaldis Invest controleert. Scaldis Invest en Belfimas zijn holdingvennootschappen die uitsluitend (rechtstreeks en onrechtstreeks) beleggen in aandelen Ackermans & van Haaren.

2.4 Activiteitenverslag

De raad van bestuur heeft in 2022 8 maal beraadslaagd en heeft o.m. het budget voor het lopende boekjaar besproken en op geregelde tijdstippen geactualiseerd, de resultaten en activiteiten van de deelnemingen van de groep opgevolgd op basis van de rapportering verzorgd door het executief comité, de buitenbalansverplichtingen doorgenomen en de aanbevelingen van de adviserende comités besproken. De raad van bestuur heeft in de loop van 2022, op voorstel van het executief comité, het corporate governance charter en de bijzondere volmacht aan het executief comité aangepast, de 'exclusion policy' goedgekeurd alsook de integriteitscode geactualiseerd.

Verschillende (des)investeringsdossiers werden in de loop van het boekjaar besproken, waaronder de investeringen in AstriVax, in de Indiase fondsen HealthQuad II en Convergent Finance, de deelname aan de kapitaalverhoging van Medikabazaar en de verkoop van de belangen in Anima, Manuchar en Telemond Groep.

De raad van bestuur heeft de partiële splitsing van DEME van CFE en de notering van DEME Group grondig opgevolgd.

Voorts heeft de raad van bestuur op 4 oktober 2022 een algemeen inkoopprogramma t.b.v. 70 miljoen euro goedgekeurd en het ESG-beleid grondig doorgelicht. Op de vergadering van 21 november 2022 werd ruime aandacht besteed aan de algemene strategie van AvH. Er werd tevens aandacht besteed aan de voorbereiding van de gewone algemene vergadering van 23 mei 2022, het winstpremieplan voor de bedienden, de opvolging van het hangende gerechtelijk onderzoek bij DEME, de impact van het militair conflict in Oekraïne op de groep en de impact van de inflatie en de renteklim op de resultaten van de banken.

De raad van bestuur heeft in 2022 het management van DEME, Rent-A-Port, Nextensa, CFE en EMG uitgenodigd voor presentaties over hetzij concrete investeringen, hetzij de strategie van de betrokken vennootschap.

Op periodieke basis worden evaluatieprocedures georganiseerd in de schoot van de raad van bestuur overeenkomstig artikel 2.8 van het Charter. Deze geschieden op initiatief en onder leiding van de voorzitter. Op de vergadering van 17 mei 2022 werden de resultaten besproken van de vierjaarlijkse evaluatie van de raad van bestuur, waarbij o.m. de focus op strategische thema's, ESG en successieplanning op niveau van de raad van bestuur en het executief comité de belangrijkste aandachtspunten waren.

De jaarlijkse evaluatie van de relatie tussen de raad van bestuur en het executief comité vond eveneens plaats op 17 mei 2022. De niet-uitvoerende bestuurders hebben bij deze gelegenheid hun algemene tevredenheid uitgedrukt over de goede samenwerking tussen beide organen en hebben in dat verband enkele suggesties overgemaakt aan de voorzitter van het executief comité.

Aanwezigheden
Luc Bertrand 8/8
Alexia Bertrand (tot 21/11/2022) 7/7
Marion Debruyne 8/8
Bart Deckers (vanaf 23/5/2022) 4/4
Jacques Delen 8/8
Pierre Macharis (tot 23/5/2022) 4/4
Julien Pestiaux 8/8
Thierry van Baren 8/8
Victoria Vandeputte 8/8
Frederic van Haaren 8/8
Pierre Willaert 8/8

Voor de volledigheid weze vermeld dat de leden van het executief comité de vergaderingen van de raad van bestuur bijwonen.

2.5 Gedragsregels inzake belangenconflicten

De raad van bestuur heeft zijn beleid inzake verrichtingen tussen Ackermans & van Haaren of een met haar verbonden vennootschap enerzijds, en leden van de raad van bestuur of van het executief comité (of hun naaste familieleden) anderzijds, die aanleiding kunnen geven tot belangenconflicten (al dan niet in de zin van het WVV) bekendgemaakt in het Charter (artikelen 2.10 en 4.7). In 2022 diende één beslissing te worden genomen die aanleiding gaf tot toepassing van dit beleid.

2.6 Gedragsregels inzake financiële transacties

De raad van bestuur heeft zijn beleid inzake de voorkoming van marktmisbruik bekendgemaakt in het Charter (afdeling 6). Op de vergadering van 10 oktober 2016 werd het Charter aangepast om dit in overeenstemming te brengen met de verordening (EU) nr. 596/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 16 april 2014 betreffende marktmisbruik en houdende intrekking van de Richtlijn 2003/6/ EG van het Europees Parlement en de Raad en Richtlijnen 2003/124/EG, 2003/125/ EG en 2004/72/EG van de Commissie.

3. Auditcomité

3.1 Samenstelling

Pierre Willaert
Niet-uitvoerend bestuurder
Voorzitter
Marion Debruyne
Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder
Julien Pestiaux
Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder

Alle leden van het auditcomité beschikken over de nodige deskundigheid op het gebied van boekhouding en audit:

Pierre Willaert (°1959) is licentiaat in de handels- en financiële wetenschappen en behaalde het diploma van de Belgische Vereniging van Financiële Analisten (ABAF-BVFA). Hij was lange tijd actief als financieel analist bij Bank Puilaetco. Later werd hij er verantwoordelijk voor het departement Institutioneel Beheer. Pierre Willaert was beherend vennoot en lid van het auditcomité van Bank Puilaetco tot in 2004. Pierre Willaert werd in 1998 benoemd tot bestuurder van Ackermans & van Haaren en is sinds 2004 voorzitter van het auditcomité.

Marion Debruyne (°1972) studeerde af als burgerlijk ingenieur aan de Universiteit Gent (1995) en behaalde er haar doctoraat in de toegepaste economische wetenschappen (2002). Marion Debruyne heeft gedoceerd aan Wharton School, Kellogg Graduate School of Management en Goizueta Business School, alle in de VS. Sinds 2015 is ze actief als decaan van de Vlerick Business School. Marion Debruyne werd benoemd tot bestuurder van Ackermans & van Haaren in 2016 en tot lid van het auditcomité in 2018. Daarnaast bekleedt ze nog bestuursmandaten bij Kinepolis en Guberna.

Julien Pestiaux (°1979) studeerde af als burgerlijk ingenieur electromechanica (specialisatie energie) aan de Université Catholique de Louvain (2003) en behaalde eveneens een master in engineering management aan de Cornell University (VS). De nadruk van de master in engineering management lag op financiële en economische analyses. Een belangrijk deel van de cursussen werd dan ook gegeven aan de 'Johnson Graduate School of Management' van Cornell. Julien Pestiaux is partner bij Climact, een bureau dat advies verleent rond energie- en klimaatthema's met talrijke klanten uit de bedrijfswereld. Voordien was hij 5 jaar actief als consultant en projectleider bij McKinsey & C°waar hij vertrouwd geraakt is met de verschillende aspecten van boekhouding. Julien Pestiaux werd in 2011 benoemd tot bestuurder van Ackermans & van Haaren.

3.2 Activiteitenverslag

Op 18 februari en 22 augustus 2022 heeft het auditcomité zich, in aanwezigheid van de financiële directie en de commissaris, hoofdzakelijk gebogen over zowel het rapporteringsproces als de analyse van, respectievelijk, de jaarlijkse en halfjaarlijkse financiële rapportering. De leden van het auditcomité ontvingen voorafgaandelijk de beschikbare verslagen van de auditcomités van de operationele dochtervennootschappen van Ackermans & van Haaren.

Het auditcomité van 21 maart 2022 was gewijd aan de financiële verslaggeving, zoals opgenomen in het jaarverslag over het boekjaar 2021 en een analyse van de buitenbalansverplichtingen. Er werd voorts ook aandacht besteed aan de verklaring inzake niet-financiële informatie alsook aan de voornaamste aandachtspunten die de commissaris verplicht is op te nemen in zijn verslag.

Op 14 december 2022 heeft het auditcomité aandacht besteed aan de ESG-rapportering, beraadslaagd over de interne audit en controle, ICT, compliance en personeelsbeleid, de buitenbalansverplichtingen en de benoemingsprocedure van een commissaris.

Het auditcomité bracht stelselmatig en uitgebreid verslag uit over de uitoefening van zijn taken aan de raad van bestuur.

4. Remuneratiecomité

4.1 Samenstelling

Victoria Vandeputte
Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder
Voorzitter
Bart Deckers
Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder
(ter vervanging van Pierre Macharis, vanaf 21 juni 2022)
Julien Pestiaux
Onafhankelijk, niet-uitvoerend bestuurder

4.2 Activiteitenverslag

Bijeenkomsten Aanwezigheden
5 100%

Op 11 januari 2022 adviseerde het remuneratiecomité om een aantal wijzigingen aan te brengen in het remuneratiebeleid, zoals een cap en een floor op de STI, een sign-on bonus mechanisme en het beperken van opzegtermijnen voor toekomstige EC-leden.

Op 24 februari 2022 evalueerde het remuneratiecomité de resultaten behaald op de niet-financiële doelstellingen, besprak het het aangepaste Remuneratiebeleid 2021-2024 alsook het ontwerp van remuneratieverslag, dat overeenkomstig artikel 3:6, §3 WVV een specifiek onderdeel vormt van de Verklaring inzake deugdelijk bestuur, en heeft erop toegezien dat het ontwerpverslag alle wettelijke gegevens bevat. Het comité heeft tevens de betaling van de variabele vergoeding aan de leden van het executief comité getoetst aan de aanbevelingen die het daaromtrent had gemaakt op zijn vergadering van 19 november 2021 en heeft samen met de CEO de conclusies overlopen van de feedbackgesprekken met de leden van het executief comité.

Op zijn vergadering van 22 maart 2022 heeft het remuneratiecomité het definitieve remuneratieverslag besproken alsook de ESG KPI's ter beoordeling van de variabele vergoeding over boekjaar 2022.

Op het remuneratiecomité van 3 mei 2022 werd de aanpassing van de vergoedingen van de co-CEO's besproken alsook deze van Jan Suykens in zijn nieuwe rol van senior advisor.

Op de vergadering van 22 november 2022 heeft het comité de hiernavolgende onderwerpen besproken en terzake aanbevelingen gericht aan de raad van bestuur: de vaste en variabele vergoeding van de leden van het executief comité voor 2023, de vergoeding van de bestuurders en het aan de leden van het executief comité toe te kennen aantal aandelenopties, de ESG-criteria als basis voor de variabele vergoeding van het executief comité en de 'gender pay gap'.

5. Benoemingscomité

De raad van bestuur heeft op 11 januari, 24 februari en 22 maart 2022 beraadslaagd als benoemingscomité over de toekomstige samenstelling van de raad van bestuur, en heeft, overeenkomstig de procedure van artikel 2.2.2 van het Charter, beslist aan de gewone algemene vergadering van 23 mei 2022 voor te stellen de mandaten van Thierry van Baren en Menlo Park BV, vast vertegenwoordigd door Victoria Vandeputte, te hernieuwen voor een termijn van 4 jaar, en het mandaat van Jacques Delen te hernieuwen voor een termijn van 1 jaar. De raad van bestuur heeft op zijn vergadering van 22 maart 2022 besloten op de eerstkomende jaarvergadering Venatio BV, vast vertegenwoordigd door Bart Deckers, voor te dragen als kandidaat-onafhankelijk bestuurder.

6. Executief comité

6.1 Samenstelling

Na de algemene vergadering van 23 mei 2022 heeft Jan Suykens officieel de fakkel overgedragen aan John-Eric Bertrand en Piet Dejonghe, die als co-CEO's de leiding van de vennootschap hebben overgenomen.

John-Eric Bertrand

(°1977, Belg) Co-voorzitter van het executief comité, co-CEO

John-Eric Bertrand behaalde na zijn studies als handelsingenieur (UCL Louvain - 2002) nog een master in international management (CEMS - 2002) en een MBA (Insead - 2006). Hij werkte bij Roland Berger als senior consultant en bij Deloitte als senior auditor.

Sinds 2008 bij Ackermans & van Haaren

Piet Dejonghe

(°1966, Belg) Co-voorzitter van het executief comité, co-CEO

Piet Dejonghe behaalde na zijn studies als licentiaat in de rechten (KU Leuven - 1989) nog een postgraduaat bedrijfskunde (KU Leuven - 1990) en een MBA (Insead - 1993). Hij was als advocaat verbonden aan Loeff Claeys Verbeke (nu Allen & Overy) en actief als consultant bij Boston Consulting Group.

Sinds 1995 bij Ackermans & van Haaren

Tom Bamelis

(°1966, Belg) CFO en lid van het executief comité

Tom Bamelis behaalde na zijn studies als handelsingenieur (KU Leuven - 1988) nog een master in financial management (VLEKHO - 1991). Hij ging aan de slag bij Touche Ross (nu Deloitte) en nadien bij Groupe Bruxelles Lambert.

Sinds 1999 bij Ackermans & van Haaren

Piet Bevernage

(°1968, Belg) Secretaris-generaal en lid van het executief comité

Piet Bevernage behaalde een licentiaat in de rechten (KU Leuven - 1991) en een LL.M. (University of Chicago Law School - 1992). Hij werkte als advocaat in de Corporate en M&A-afdeling van Loeff Claeys Verbeke.

André-Xavier Cooreman

(°1964, Belg) Lid van het executief comité

André-Xavier Cooreman studeerde na zijn studies als licentiaat in de rechten (KU Leuven - 1987) nog international relations (Johns Hopkins University, Bologna Campus - 1988) en tax management (ULB - 1991). Hij werkte voor het International Development Law Institute (course assistent, Italië), Shell Group (legal counsel, Nederland), Fortis Bank (Corporate & Investment Banking), McKinsey & C° (consultant) en Bank Degroof (verantwoordelijke publieke sector).

Sinds 1997 bij Ackermans & van Haaren

An Herremans

(1982, Belg) Lid van het executief comité

An Herremans volgde een opleiding als Handelsingenieur (KU Leuven, 2005) en behaalde een Master in Financial Management aan de Vlerick Management School (2006). An startte haar carrière als consultant bij Roland Berger (2006-2011) en werkte vervolgens als Corporate Business Development manager en Strategy Office manager bij Barco (2011-2014).

Sinds 2014 bij Ackermans & van Haaren

Koen Janssen

(°1970, Belg) Lid van het executief comité

Koen Janssen behaalde na zijn studies als burgerlijk ingenieur electromechanica (KU Leuven - 1993) nog een MBA (IEFSI, Frankrijk - 1994). Hij werkte voor Recticel, ING Investment Banking en ING Private Equity.

Sinds 2001 bij Ackermans & van Haaren

6.2 Activiteitenverslag

De voorzitter van de raad van bestuur woont de vergaderingen van het executief comité bij als waarnemer.

Bijeenkomsten Aanwezigheden
21 97%

De buitengewone algemene vergadering heeft op 9 november 2020 de statuten van de vennootschap aangepast aan de relevante bepalingen van het nieuwe Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen. Bij die gelegenheid werd tevens uitdrukkelijk geopteerd voor een monistische bestuursstructuur en werd de mogelijkheid bevestigd om rond de CEO een comité op te richten waar de algemene leiding van de vennootschap wordt besproken.

De raad van bestuur heeft onder de leden van het executief comité twee co-voorzitters benoemd aan wie het dagelijks bestuur van de vennootschap werd gedelegeerd (met ingang van 23 mei 2022). De gedelegeerden tot het dagelijks bestuur, die ieder de titel van co-CEO voeren, vormen samen een college. Zij beslissen bij consensus. In geval van staking van stemmen, wordt het voorstel van besluit voor bindend advies voorgelegd aan het executief comité, dat bij gewone meerderheid terzake een beslissing neemt.

Het executief comité, nieuwe stijl, is in essentie belast met de bespreking van de algemene leiding van de vennootschap en bereidt de beslissingen voor die door de raad van bestuur moeten worden genomen.

Tijdens het voorbije boekjaar heeft het executief comité aandacht besteed aan de economische impact van het militair conflict in Oekraïne en de daaruit voortvloeiende inflatoire bewegingen. Daarnaast heeft het comité, zoals gebruikelijk, in hoofdzaak de deelname aan de raden van bestuur van de dochtervennootschappen voorbereid en opgevolgd, nieuwe investeringsvoorstellen bestudeerd (zowel bij de huidige deelnemingen als daarbuiten), de trimestriële, halfjaarlijkse en jaarlijkse financiële verslaggeving voorbereid en de impact van voor de vennootschap relevante wetswijzigingen bestudeerd.

7. Diversiteitsbeleid

Ackermans & van Haaren is ervan overtuigd dat een diversiteitsgedreven personeelsbeleid een positieve invloed heeft op de slagkracht en innovatieve cultuur van haar deelnemingen en streeft zelf actief naar een complementaire samenstelling van haar raad van bestuur en executief comité (dit zowel qua professionele achtergrond en vaardigheden, als geslacht). Op groepsniveau is het aantrekken, vormen en begeleiden van getalenteerde medewerkers met complementaire kennis en ervaring een prioriteit.

Op niveau van de raad van bestuur komt dit beleid tot uiting in de selectieprocedure inzake nieuwe kandidaat-bestuurders (zoals opgenomen in paragraaf 2.2.2 van het Charter): het eerste selectiecriterium waakt over de complementariteit qua professionele vaardigheden, kennis en ervaring en het vierde criterium voorziet in een verplichting om kandidaten van verschillend geslacht te overwegen zolang en telkens wanneer de raad van bestuur niet is samengesteld uit ten minste één derde bestuurders van het andere geslacht.

De huidige raad van bestuur telt, na het vrijwillig ontslag van Alexia Bertrand in november 2022, 2 vrouwelijke bestuurders en 7 mannelijke bestuurders met een verscheidenheid aan opleiding en professionele ervaring. Indien de algemene vergadering de voorgestelde benoeming van Sonali Chandmal en de herbenoeming van Luc Bertrand, Jacques Delen en Julien Pestiaux goedkeurt, zal de raad van bestuur opnieuw zijn samengesteld uit minstens één derde bestuurders van het andere geslacht. Op 31 december 2022 waren 3 bestuurders 50 jaar of jonger (33%) en 6 bestuurders ouder dan 50 jaar (67%).

Ook inzake de samenstelling van het executief comité (zie Charter, paragraaf 4.2) dient de raad van bestuur erop toe te zien dat de leden uiteenlopende professionele achtergronden hebben met complementaire bekwaamheden. Het is de betrachting van de raad van bestuur dat de langetermijnvisie van Ackermans & van Haaren ondersteund wordt door leidinggevende personen die actief de waarden van de onderneming uitdragen en aldus bijdragen tot waardecreatie. Dit vertaalt zich onder meer in een voorkeur om talentvolle medewerkers intern te laten doorgroeien. Alle leden van het executief comité werden, op basis van hun persoonlijke merites, benoemd uit het team van Ackermans & van Haaren.

Een gedegen diversiteitsbeleid start bij de recrutering. In 2022 heeft Ackermans & van Haaren met Servaas Michielssens een tweede investment manager aangeworven met een specifieke focus op life sciences. Eind 2022 werd het team versterkt met Subin Oswal, als investment associate gevestigd in Mumbai, India,

Tot slot wordt ook op permanente basis geïnvesteerd in de vorming, loopbaanbegeleiding en retentie van medewerkers. Dit gebeurt door een combinatie van verbreding en verdieping van kennis door opleidingen, seminaries en workshops, een doorgroeiperspectief zowel in de schoot van Ackermans & van Haaren als in de groep en door een marktconform vergoedingsbeleid.

Voor verdere informatie over personeelsaangelegenheden wordt verwezen naar het Duurzaamheidsverslag.

8. Externe en interne audit

8.1 Externe audit

De commissaris van de vennootschap is EY Bedrijfsrevisoren BV, vertegenwoordigd door Christel Weymeersch. De commissaris verzorgt de externe audit zowel op de geconsolideerde als op de enkelvoudige cijfers van Ackermans & van Haaren en rapporteert tweemaal per jaar aan de raad van bestuur.

In 2022 werd aan de commissaris een jaarlijkse vergoeding betaald voor de controle van de enkelvoudige en de geconsolideerde jaarrekeningen van Ackermans & van Haaren van 71.150 euro (excl. BTW). Daarnaast werd een bijkomende vergoeding betaald aan EY Bedrijfsrevisoren van 9.300 euro (excl. BTW) voor een nazicht inzake de toepassing van ESEF en aan EY Tax Consultants van 5.950 euro (excl. BTW) voor fiscale adviezen. De totale vergoeding voor auditwerkzaamheden die in het afgelopen boekjaar werd betaald aan EY door Ackermans & van Haaren en haar geconsolideerde dochtervennootschappen (inclusief de hierboven reeds vermelde 71.150 euro) bedroeg 3.297.989 euro.

8.2 Interne audit

De interne audit wordt uitgeoefend door de group controllers, die rapporteren aan het executief comité. Minstens één keer per jaar brengen de group controllers rechtstreeks verslag uit aan het auditcomité.

8.3 Belangrijkste kenmerken van de interne controle en beheerssystemen i.v.m. het proces van financiële verslaggeving en opstelling van de geconsolideerde jaarrekening

De raad van bestuur van Ackermans & van Haaren is verantwoordelijk voor de evaluatie van de doeltreffendheid van de systemen van interne controle en risicobeheer. Via het bestaande systeem beoogt de raad van bestuur op het niveau van de groep te waken over het behalen van de groepsdoelstellingen en op het niveau van de dochtervennootschappen erop toe te zien dat er passende systemen werden ingevoerd die rekening houden met de aard van de betrokken vennootschap (omvang, type activiteiten, ...) en diens verhouding met Ackermans & van Haaren (controlebelang, aandeelhoudersovereenkomst, ...). Gelet op de gediversifieerde portefeuille enerzijds en het beperkte personeelsbestand van de holding anderzijds, werd geopteerd voor een aangepast model van interne controle dat echter alle essentiële onderdelen bevat van een klassiek systeem. Het systeem van interne controle en risicobeheersing wordt gekenmerkt door een transparante en collegiale structuur. Het executief comité beraadslaagt en beslist op consensuele wijze.

Risico's worden daarbij op een voortschrijdende wijze geïdentificeerd en op een adequate wijze geanalyseerd. Gepaste maatregelen worden voorgesteld om de geïdentificeerde risico's ofwel te aanvaarden, te beperken, over te dragen of te vermijden. Deze evaluaties en beslissingen worden duidelijk genotuleerd en gedocumenteerd, zodat een strikte opvolging mogelijk is.

De raad van bestuur is voorts van oordeel dat het tijdig verstrekken van volledige, betrouwbare en relevante financiële informatie, in overeenstemming met IFRS en met de andere Belgische verslaggevingsvereisten, aan alle interne en externe belanghebbenden een essentieel onderdeel vormt van zijn beleid van deugdelijk bestuur. De interne controle en beheerssystemen inzake financiële verslaggeving pogen maximaal te voldoen aan deze vereisten.

8.3.1 Controleomgeving

De controleomgeving vormt het kader waarin interne controle en risicobeheerssystemen worden opgezet. Het bestaat uit de volgende elementen:

a. Integriteit en ethiek

De familiale waarden die aan de basis liggen van de historische ontwikkeling van de groep worden vertaald in een respectvolle relatie tussen de verschillende belanghebbenden: de aandeelhouders, het management, de raad van bestuur en het personeel, maar ook de commerciële partners. Deze waarden werden expliciet opgenomen in het zogeheten 'Vademecum' (dit zijn interne bedrijfsrichtlijnen), zodat deze voor alle medewerkers duidelijk zijn en door hen kunnen worden uitgedragen.

Op 22 november 2022 heeft de raad van bestuur tevens een herziene versie van de integriteitscode goedgekeurd. De integriteitscode kan geraadpleegd worden op de website en zal op regelmatige basis worden herzien en verbeterd.

b. Bekwaamheden

Een andere hoeksteen van het beleid van Ackermans & van Haaren is samenwerking in een professioneel team. Er wordt bijzondere aandacht besteed aan een evenwichtige en kwaliteitsvolle invulling van de verschillende functies binnen de organisatie. Daarnaast gaat ook de nodige aandacht naar opleidingen om ervoor te zorgen dat kennis steeds verder wordt uitgediept. Kwaliteitsvolle mensen met de juiste ervaring en ingesteldheid in de juiste functie vormen de basis van het systeem van interne controle en risicobeheersing van de groep. Dit geldt evenzeer op het niveau van de raad van bestuur en het auditcomité, waar wordt gestreefd naar een complementaire achtergrond en ervaring van de leden.

c. Bestuursorgaan / auditcomité

De werking en de verantwoordelijkheden van de raad van bestuur en bij uitbreiding diens adviserende comités, waaronder het auditcomité, worden duidelijk beschreven in het Charter. Zo wordt beschreven dat het auditcomité controle uitoefent op de financiële verslaggeving van de groep, het systeem van interne controle en risicobeheer en de werking van de externe en interne audit.

d. Organisatiestructuur, verantwoordelijkheden en bevoegdheden

Zoals reeds aangegeven, kan Ackermans & van Haaren bogen op een transparante organisatiestructuur waarbij beslissingen collegiaal worden genomen door het executief comité. De organisatiestructuur en bevoegdheden worden duidelijk beschreven in het 'Vademecum'.

8.3.2 Risicobeheersproces

De risico's op vlak van financiële verslaggeving kunnen als volgt worden samengevat.

Risico's op niveau van de dochtervennootschappen: deze zijn typisch zeer divers en worden opgevangen door deelname door de investment managers van Ackermans & van Haaren aan de vergaderingen van de raden van bestuur en adviserende comités van de dochtervennootschappen, duidelijke rapporteringsinstructies aan de dochtervennootschappen met deadlines en uniforme opmaak en waarderingsregels en een externe audit op de halfjaar- en de jaarcijfers die ook rekening houdt met elementen van interne controle en risicobeheer op niveau van de betrokken vennootschap.

Risico's op vlak van informatievoorziening: deze worden ondervangen door een periodieke IT-audit, een proactieve aanpak door implementatie van updates, back-upvoorzieningen en tijdige testen van de IT-infrastructuur. Ook werden 'business continuity'- en 'disaster recovery'-plannen voorzien.

Risico's op vlak van wijzigende regelgeving: deze worden ondervangen door een strikte opvolging van het wetgevend kader inzake financiële rapportering alsook een proactieve dialoog met de commissaris.

Ten slotte is er nog het integriteitsrisico dat wordt opgevangen door een maximale integratie van boekhouding en rapporteringssoftware, een uitgebreide interne rapportering op verschillende niveaus en een proactieve evaluatie van complexe en belangrijke transacties.

8.3.3 Controle-activiteiten

Zoals hierboven bij de bespreking van de risico's reeds werd aangegeven, worden op het vlak van financiële verslaggeving verschillende controles ingebouwd om maximaal te kunnen voldoen aan de gestelde doelen inzake deze verslaggeving.

Vooreerst worden een aantal basiscontroles zoals functiescheiding en bevoegdheidsdelegatie voorzien in de administratieve cycli op groepsniveau: aankoop, payroll en (des)investeringen. Dit laat toe dat enkel geoorloofde transacties worden verwerkt. Door de integratie van boekhouding en rapporteringssoftware worden een aantal integriteitsrisico's afgedekt. Tevens zorgt een stabiele IT-infrastructuur met de nodige back-upsystemen voor een gepaste informatievoorziening.

Duidelijke rapporteringsinstructies met tijdige communicatie van deadlines, gestandaardiseerde rapporteringsformaten en uniforme waarderingsregels moeten een aantal kwaliteitsrisico's opvangen op het niveau van de rapportering door de dochtervennootschappen.

Daarnaast bestaat ook een cyclus van externe audit op zowel de geconsolideerde rapportering als op de rapportering van de dochtervennootschappen. Deze externe controle heeft tevens tot doel een evaluatie te maken van de doeltreffendheid van de systemen van interne controle en risicobeheersing op het niveau van de dochterondernemingen en hierover te rapporteren aan de commissaris van Ackermans & van Haaren.

Ten slotte bestaat er een systeem van intern nazicht van de financiële rapportering door de verschillende beleids- en bestuursniveaus. Dit nazicht wordt afgerond voorafgaand aan de externe verslaggeving.

Wijzigingen in het wetgevend kader inzake financiële verslaggeving worden van nabij opgevolgd en de impact op de groepsrapportering wordt proactief besproken met de financiële directie en de externe auditor.

8.3.4 Informatie en communicatie

Het Charter bepaalt dat elke medewerker van Ackermans & van Haaren zich rechtstreeks kan richten tot de voorzitter van de raad van bestuur en/of de voorzitter van het auditcomité om hen in te lichten over mogelijke onregelmatigheden inzake financiële verslaggeving of andere aangelegenheden (whistle blowing). In 2022 werden in dit verband geen meldingen verricht.

8.3.5 Sturing

Op jaarlijkse basis wordt het systeem van interne controle en risicobeheer door één van de group controllers getest op doeltreffendheid en naleving. Hierover wordt verslag uitgebracht aan het auditcomité.

9. Aandeelhoudersstructuur

9.1 Aandeelhoudersstructuur

Scaldis Invest bezit 11.054.000 aandelen in het kapitaal van Ackermans & van Haaren, d.i. een deelneming van 33%. Scaldis Invest wordt op haar beurt gecontroleerd door Belfimas, die een deelneming bezit in het kapitaal van Scaldis Invest van 92,25%. De uiteindelijke controle over Scaldis Invest wordt uitgeoefend door Stichting Administratiekantoor 'Het Torentje'.

9.2 Kruisparticipaties

Ackermans & van Haaren bezit per 31 december 2022 391.239 eigen aandelen. Deze aandelen werden hoofdzakelijk verworven met het oog op de indekking van het aandelenoptieplan en in het kader van het inkoopprogramma zoals goedgekeurd door de raad van bestuur op 4 oktober 2022.

9.3 Schematische voorstelling

De aandeelhoudersstructuur, zoals gekend op 31 december 2022, kan als volgt worden voorgesteld:

9.4 Referentieaandeelhouder

Belfimas is (onrechtstreeks) de referentieaandeelhouder van Ackermans & van Haaren. Het enige doel van Belfimas is te beleggen, rechtstreeks of onrechtstreeks, in aandelen Ackermans & van Haaren. Elke overdracht van effecten uitgegeven door Belfimas, is onderworpen aan een statutair goedkeuringsrecht van de raad van bestuur van Belfimas. Twee bestuurders van Ackermans & van Haaren, met name Luc Bertrand en Frederic van Haaren, maken deel uit van de raad van bestuur van Belfimas. De raad van bestuur heeft geen kennis van overeenkomsten tussen aandeelhouders van Ackermans & van Haaren.

10. Comply or explain

Het Charter van Ackermans & van Haaren wijkt op één punt af van de bepalingen van de Code (zoals deze van toepassing was in 2022):

• Samenstelling benoemingscomité

Overeenkomstig artikel 4.19 van de Code dient het benoemingscomité te bestaan uit een meerderheid van onafhankelijke niet-uitvoerende bestuurders. Het benoemingscomité van Ackermans & van Haaren bestaat uit alle leden van de raad van bestuur. De raad van bestuur is van oordeel dat hij als geheel beter in staat is zijn omvang, samenstelling en opvolgingsplanning te evalueren.

IV. Remuneratieverslag

Remuneratiebeleid

1. Inleiding

Ingevolge de Wet van 28 april 2020 (de Wet) zijn genoteerde vennootschappen verplicht:

  • (i) vierjaarlijks een remuneratiebeleid ter goedkeuring voor te leggen aan de aandeelhouders, en
  • (ii) nog meer transparantie te bieden in hun remuneratieverslag dat deel uitmaakt van het jaarverslag - over de vergoeding van hun leidinggevenden.

Een en ander moet bijdragen tot effectieve en duurzame aandeelhoudersbetrokkenheid, wat op zijn beurt dan weer bijdraagt tot de versterking van het deugdelijk bestuur van genoteerde vennootschappen. De Europese regelgever beoogde met deze grotere aandeelhoudersbetrokkenheid eveneens bij te dragen tot de verbetering van financiële maar ook niet-financiële prestaties van vennootschappen zoals de ecologische, sociale en governance factoren (ESG).

Het remuneratiebeleid 2021-2024 werd goedgekeurd door de aandeelhouders met een meerderheid van 77,4% op de jaarvergadering van 25 mei 2021.

De standpunten vertolkt door aandeelhouders i.v.m. het initiële remuneratiebeleid en een analyse daarvan met behulp van een externe adviseur, hebben geleid tot een aantal expliciteringen en aanpassingen van het beleid die ter goedkeuring werden voorgelegd op de jaarvergadering van 23 mei 2022. Het aangepaste beleid werd door de aandeelhouders goedgekeurd met een meerderheid van 80,6% en werd voor het eerst toegepast over het boekjaar 2022.

2022 was in vele opzichten een uitzonderlijk jaar en dat reflecteert zich ook in het remuneratieverslag.

AvH heeft in 2022 een recordresultaat geboekt, wat uiteraard een positieve impact heeft gehad op de variabele vergoeding van de leden van het executief comité doch tevens aanleiding heeft gegeven tot de eerste toepassing van een aftopping van het bedrag (dat wordt uitgedrukt in functie van het geconsolideerd nettoresultaat).

AvH wenst aandeelhouderswaarde te creëren op lange termijn en wenst dit tevens weerspiegeld te zien in haar remuneratiebeleid. Wanneer uitzonderlijke resultaten worden gerealiseerd op basis van een jarenlange waardecreatie, zoals in 2022 het geval was n.a.v. de verkoop van Anima en Manuchar, wenst de raad van bestuur dit ook erkend te zien in de vergoeding van de leden van het executief comité en van de medewerkers.

De promotie op 23 mei 2022 van John-Eric Bertrand en Piet Dejonghe heeft, onderbouwd door een benchmarking, aanleiding gegeven tot verhoging van hun vergoeding.

Ten slotte werden er in 2022 niet alleen uitzonderlijke resultaten behaald op het vlak van financiële meerwaarde, maar ook op het vlak van maatschappelijke waardecreatie. De ESG-doelen werden ruimschoots behaald.

2. Remuneratiebeleid

2.1 Strategie • Lange termijn • Duurzaamheid

Met haar missie 'Your partner for sustainable growth', wil AvH de voorkeurpartner zijn van familiebedrijven en managementteams en met hen co-investeren op lange termijn, met de ambitie hen tot marktleiders te laten groeien die duurzame oplossingen voor de grote globale uitdagingen ontwikkelen.

AvH streeft naar een evenwichtige combinatie van een beperkt aantal strategische langetermijndeelnemingen en een gediversifieerde portefeuille groeikapitaalinvesteringen.

AvH is een groep van ondernemers die via internationalisering, innovatie en diversificatie op lange termijn haar ondernemingen wil uitbouwen.

AvH ambieert voor haar deelnemingen geen absolute rendementsdoelstelling, doch focust op een recurrente groei van de activiteiten, cashflowgeneratie en eigen vermogen. AvH verkiest langetermijngroei boven een kortetermijnmaximalisatie van het dividend en ambieert aandeelhouderswaarde op lange termijn te creëren via een recurrente stijging van haar geconsolideerd eigen vermogen, ondersteund door een gestaag groeiend dividend op lange termijn.

AvH past voor de hele groep, en ook voor haar investeringsbeslissingen, een ESG-kader toe uitgaande van de UN Sustainable Development Goals en de UN-PRI-richtlijnen en promoot een duurzame ontwikkeling en groei van de activiteiten van haar deelnemingen, met respect voor mens, milieu en maatschappij.

De investeringsfilosofie is gebaseerd op een transparante rapportering en communicatie, duidelijke afspraken qua deugdelijk bestuur en bedrijfsethiek, een strikte financiële discipline en gezonde balansen.

AvH wil ook als investeringsmaatschappij bijdragen tot een meer duurzame wereld en inspelen op maatschappelijke uitdagingen zoals klimaatverandering, hernieuwbare energie, duurzame voedselketen, vergrijzing en bevolkingsgroei en digitalisering.

Dit alles realiseert AvH met een team van medewerkers die, door hun diversiteit aan achtergronden en hun continue ontwikkeling, waarde beogen toe te voegen aan de managementteams van de deelnemingen. Inclusief talent management maakt dan ook integraal deel uit van het ESG-beleid van AvH, dat uitvoerig beschreven wordt in het Duurzaamheidsverslag vanaf pag. 48.

AvH wenst getalenteerde mensen aan te trekken en te behouden om de kwaliteit van de begeleiding die ze, als actieve aandeelhouder, aan haar participaties wenst te verlenen, te kunnen blijven garanderen.

In de schoot van AvH werd een visie ontwikkeld over 'Wie willen we zijn'. Daarin worden drie grote accenten gelegd:

  • (i) "We creëren de voorwaarden die onze managementteams moeten toelaten hun bedrijf succesvol te leiden, hun activiteiten te ontwikkelen en duurzame aandeelhouderswaarde te creëren. Het is niet onze ambitie om de rol van het management over te nemen. We hebben als AvH wel de capaciteit om de managementteams waar nodig en/of gewenst te ondersteunen. We denken op lange termijn en geven strategische impulsen.
  • (ii) We bouwen relaties uit en bieden ondersteuning zodat we een vertrouwensbasis en een ownership gevoel creëren dat noodzakelijk is om naar een transparant partnership te evolueren.
  • (iii) We belijden een langetermijnvisie en creëren een kader waarin onze managementteams zich niet schromen hun uitdagingen en bezorgdheden tijdig met ons te delen."

In lijn met haar missie 'Your partner for sustainable growth' en haar visie over 'Wie willen we zijn' tracht AvH met haar remuneratiebeleid niet alleen duurzaamheid en langetermijndenken te bevorderen, maar richt ze zich ook op het samen behalen van doelen en het waarmaken van een duurzaam groei-engagement t.a.v. de aandeelhouders.

Door een significant deel van de vergoeding van de leden van het executief comité afhankelijk te stellen van deze langetermijnobjectieven en duurzaamheidsparameters tracht AvH met het voorgestelde remuneratiebeleid in belangrijke mate bij te dragen tot de verwezenlijking van de bedrijfsstrategie.

De variabele vergoeding van de leden van het executief comité is gebaseerd op het geconsolideerd nettoresultaat dat ook bij een eventuele verkoop van een deelneming stijgt met de langetermijnwaarde die over de voorbije jaren gecreëerd werd. Deze variabiliteit is inherent aan de doelstelling van AvH om continu waarde te creëren.

Voor de positionering van AvH inzake totale financiële vergoeding benchmarkt de groep zichzelf met andere relevante bedrijven. AvH wenst haar co-CEO's en leden van het executief comité, alsook alle andere functies op vlak van totale vergoeding te positioneren boven de mediaan, in lijn met de kwaliteitsverwachtingen t.a.v. het team. Om haar relatieve positie te evalueren neemt AvH driejaarlijks deel aan een benchmarkoefening en doet ze jaarlijks een toetsing.

AvH is een sterk genetwerkte omgeving en zet in op betrokkenheid en op het samen behalen van succes. In het remuneratiebeleid wordt er dan ook resoluut voor geopteerd om geen individuele doelstelling te hanteren, maar te opteren voor gemeenschappelijke prestatiemaatstaven waarbij 20% van de variabele vergoeding afhankelijk is van niet-financiële criteria.

Met de jaarlijkse eindejaarsgesprekken focust AvH op de individuele ontwikkeling zowel qua vaardigheden als qua persoon, en ieders individuele bijdrage tot de realisatie van de bedrijfsstrategie.

Ook in de remuneratiecomités van de deelnemingen worden kaders voor een deugdelijk remuneratiebeleid ontwikkeld en periodiek geoptimaliseerd.

2.2 Toepassingsgebied

Op 31 december 2022 telde de raad van bestuur 9 leden en het executief comité 7 leden(1).

AvH, AvH Growth Capital en AvH Singapore tellen in totaal 38 medewerkers.

Het voorgestelde remuneratiebeleid geldt voor de boekjaren 2021 tot en met 2024 en is, overeenkomstig artikel 7:89/1 WVV, van toepassing op de 9 bestuurders, de personen belast met het dagelijks bestuur, in casu de co-CEO's, en de andere personen belast met de algemene leiding van de vennootschap, in casu de 5 overige leden van het executief comité.

Het goedgekeurde remuneratiebeleid voor de periode 2021-2024 werd met ingang van 2022 op een aantal punten aangepast(2), ingegeven door gesprekken met diverse stakeholders en een professionele adviseur.

2.3 Remuneratiecomité

Het remuneratiecomité staat de raad van bestuur bij inzake de vergoeding van de leden van de raad van bestuur en het executief comité.

In het bijzonder zal het remuneratiecomité:

  • aanbevelingen doen aan de raad van bestuur met betrekking tot het remuneratiebeleid voor de bestuurders en de leden van het executief comité en de hieruit voortvloeiende voorstellen tot besluit van de algemene vergadering;
  • aanbevelingen doen met betrekking tot de individuele vergoeding van bestuurders en leden van het executief comité (m.i.v. bonussen, langetermijnincentiveprogramma's zoals aandelenopties en andere financiële instrumenten en vertrekvergoedingen) en eventuele hieruit voortvloeiende voorstellen tot besluit van de algemene vergadering;
  • de prestaties van de leden van het executief comité evalueren en dit, behalve voor wat de prestaties van de voorzitters van het executief comité betreft, in overleg met deze laatsten;
  • de verwezenlijking van de strategie van de vennootschap door het executief comité evalueren op basis van de overeengekomen prestatiemaatstaven en -doelstellingen, met name ook de niet-financiële doelstellingen;
  • het remuneratieverslag voorbereiden dat door de raad van bestuur wordt opgenomen in de Verklaring inzake deugdelijk bestuur; en
  • het remuneratieverslag toelichten op de gewone algemene vergadering.

Het remuneratiecomité bepaalt zelf de frequentie van zijn vergaderingen, maar vergadert ten minste twee keer per jaar.

Tijdens vergaderingen waarop de individuele vergoeding van een lid van het remuneratiecomité wordt besproken, mag de betrokkene aanwezig zijn, maar mag hij niet optreden als voorzitter van de vergadering en onthoudt hij zich van enige feedback ten aanzien van de eigen persoon.

2.4 Vergoedingscomponenten

(i) Raad van bestuur

De vergoeding van de niet-uitvoerende bestuurders bestaat uitsluitend uit een vaste vergoeding. Deze vaste vergoeding bestaat uit een basisvergoeding, een aanvullende vergoeding in functie van het lidmaatschap van de betrokken bestuurder van een bepaald comité en een zitpenning per deelname aan een vergadering van de raad van bestuur, van het audit- of remuneratiecomité. De vergoeding van de niet-uitvoerende bestuurders wordt periodiek getoetst door het remuneratiecomité met andere relevante ondernemingen(3).

De door het remuneratiecomité voorgestelde aanpassingen worden ter goedkeuring voorgelegd aan de algemene vergadering.

Niet-uitvoerende bestuurders dienen een deel van hun vergoeding, m.n. minstens tienduizend euro (€ 10.000), te beleggen in aandelen van de vennootschap, tenzij zij reeds, rechtstreeks of onrechtstreeks, een belang bezitten in de vennootschap van dergelijke waarde. Deze aandelen dienen gedurende minstens één jaar nadat de niet-uitvoerende bestuurder de raad van bestuur verlaat, te worden aangehouden en minstens drie jaar na de verwerving ervan.

(ii) Executief comité

De vergoeding van de leden van het executief comité bestaat uit 4 componenten: (a) een vaste vergoeding, (b) een variabele vergoeding (STI of short term incentive), (c) aandelenopties (LTI of long term incentive), (d) een groepsverzekering en overige voordelen.

De leden van het executief comité houden ieder minstens 1.000 aandelen Ackermans & van Haaren aan, die verworven kunnen worden, al dan niet door de uitoefening van opties, over een periode van 5 jaar.

(a) Vaste vergoeding

De vaste vergoeding, die jaarlijks wordt geïndexeerd op basis van de gezondheidsindex, evolueert naar de gekozen marktpositie. Indien de vaste vergoeding zich nog niet op het niveau bevindt van de gekozen marktpositie, dan groeit de vaste vergoeding daar naartoe voor zover de betrokkene ook evolueert inzake het nemen van verantwoordelijkheid en de ontwikkeling van relevante competenties en vaardigheden. Eventuele verhogingen van de vaste vergoeding worden jaarlijks besproken op het remuneratiecomité en worden ter goedkeuring voorgelegd aan de raad van bestuur.

(1) Op 23 mei 2022 werd CEO Jan Suykens opgevolgd door co-CEO's John-Eric Bertrand en Piet Dejonghe en nam hij ontslag als voorzitter van het executief comité. Alexia Bertrand nam vrijwillig ontslag als bestuurder op 18 november 2022 ingevolge haar benoeming tot Staatssecretaris voor Begroting en Consumentenbescherming. Er wordt een nieuwe bestuurder gezocht ter vervanging van Alexia Bertrand.

(2) De aanpassingen betreffen: een floor en een cap op de STI, good leaver principe als voorwaarde voor de pro rata uitbetaling van de STI, introductie van KPIs voor de niet-financiële factor van de STI, beperking opzeggingstermijnen voor toekomstige EC-leden, …

(3) In 2022 werd de vergoeding van de bestuurders getoetst aan de bestuursvergoedingen van de BEL20-vennootschappen.

(b) Variabele vergoeding (STI - short term incentive)

De STI wordt initieel berekend in functie van het geconsolideerd nettoresultaat (deel van de groep) en wordt vervolgens afhankelijk gesteld van financiële en niet-financiële criteria.

De STI wordt geplafonneerd op 1,5 keer de vaste jaarvergoeding met dien verstande dat het de raad van bestuur, op aanbeveling van het remuneratiecomité, in uitzonderlijke omstandigheden, zoals de verkoop van een langetermijndeelneming, een bijkomende variabele vergoeding kan toekennen aan het team dat heeft bijgedragen tot de verwezenlijking van de meerwaarde.

  • (i) 80% van de totale STI is afhankelijk van de financiële doelstelling 'geconsolideerd nettoresultaat'. Indien het geconsolideerd nettoresultaat (deel van de groep) onder de drempel van 100 miljoen euro daalt, wordt er geen variabele vergoeding betaald. Dit cash incentive plan is gebaseerd op langetermijnambities. Alhoewel deze STI is uitgedrukt in functie van het geconsolideerd nettoresultaat over 1 jaar en derhalve prima facie als een kortetermijnincentive zou kunnen worden beoordeeld, dient men er rekening mee te houden dat AvH vanuit haar langetermijnstrategie streeft naar recurrente resultaten en bij nieuwe investeringen steeds kijkt naar het potentieel van de onderneming om op duurzame wijze waarde te genereren, jaar na jaar. Participaties worden gedurende lange termijn begeleid door het AvH management, dat langetermijngroei van het eigen vermogen boven kortetermijnmaximalisatie van de winst beoogt.
  • (ii) 20% van de totale STI is ook afhankelijk van niet-financiële parameters die jaarlijks bepaald worden door het remuneratiecomité en ter goedkeuring worden voorgelegd aan de raad van bestuur. De vooropgestelde criteria (KPIs) dragen fundamenteel bij tot het ESG-beleid van AvH. Jaarlijks bepaalt het remuneratiecomité welke realisaties op de vooropgestelde KPIs worden verwacht.

De concrete invulling ervan, net als eventuele eenmalige bonussen of een gefundeerde afwijking van gestelde beleidslijnen, wordt beslist door de raad van bestuur op voorstel van het remuneratiecomité.

(c) Variabele vergoeding (LTI - long term incentive)

Het aandelenoptieplan heeft als doel de begunstigden ervan te vergoeden voor hun bijdrage aan de waardecreatie op lange termijn.

De raad van bestuur beslist over de toekenning van aandelenopties aan de leden van het executief comité, op aanbeveling van het remuneratiecomité. De toekenning geschiedt in het kader van een aandelenoptieplan dat in 1999 werd goedgekeurd door de raad van bestuur en op basis waarvan ook andere personen dan de leden van het executief comité worden geïncentiveerd.

Overeenkomstig de toepasselijke fiscale wetgeving worden de leden van het executief comité belast bij toekenning van de aandelenopties. De waarde van deze vergoedingscomponent is afhankelijk van de koersontwikkeling van het aandeel.

De aandelenopties, die in het kader van het aandelenoptieplan van AvH worden toegekend, hebben volgende kenmerken:

  • Aanbod: medio januari.
  • Uitoefenprijs: prijs vastgesteld op basis van het laagste van (i) de slotkoers van het aandeel voorafgaand aan de datum van het aanbod en (ii) de gemiddelde slotkoers van het aandeel gedurende 30 dagen voorafgaand aan het aanbod.
  • Uitoefentermijn: de opties zijn uitoefenbaar vanaf het verstrijken van het derde kalenderjaar volgend op het jaar waarin het aanbod plaatsvindt tot het einde van het achtste jaar te rekenen vanaf de datum van het aanbod.

Het toe te kennen aantal aandelenopties wordt jaarlijks door de raad van bestuur herzien, op voorstel van het remuneratiecomité.

(d) Verzekeringen en overige voordelen

AvH voorziet een groepsverzekering type 'vaste bijdrage' (aanvullend pensioen, kapitaal bij overlijden, invaliditeitsuitkering en wezenpensioen) en een hospitalisatieverzekering.

Aan alle medewerkers wordt ook een smartphone en een laptop en/of tablet computer aangeboden.

Daarnaast heeft AvH een mobiliteits- en flexibiliteitsbeleid waarbij elektrische wagens worden aangeboden, fietsen en telewerk.

Om het welzijn te bevorderen worden er fitness-, meditatie- en yogalessen georganiseerd, zowel op kantoor als virtueel.

(e) Relatief aandeel van de verschillende vergoedingscomponenten

Het relatieve aandeel van elke component in de totale vergoeding van de leden van het executief comité wordt sterk beïnvloed door de resultaten van de groep die bepalend zijn voor de variabele vergoeding en door de eventuele meerwaarde die verworven kan worden bij de uitoefening van de opties.

De beoogde standaardverhouding is:

  • vaste vergoeding: 30%
  • een variabele vergoeding (in geld) gerelateerd aan het geconsolideerd nettoresultaat (short term incentive of STI): 30%
  • aandelenopties (long term incentive of LTI)(1): 30%
  • groepsverzekering en overige voordelen: 10%

Deze componenten worden jaarlijks, in de loop van de maand november, geëvalueerd door het remuneratiecomité en getoetst op hun marktconformiteit. Deze toetsing geschiedt aan de hand van publieke gegevens (bv. de remuneratiegegevens opgenomen in de jaarverslagen van andere vergelijkbare genoteerde vennootschappen) en/of driejaarlijkse salarisstudies. De door het remuneratiecomité voorgestelde aanpassingen worden vervolgens ter goedkeuring voorgelegd aan de raad van bestuur. De vennootschap streeft naar een motiverende mix tussen een marktconforme vaste vergoeding enerzijds en een combinatie van kortetermijnincentives (zoals de jaarlijkse variabele vergoeding) en langetermijnincentives (aandelenopties) anderzijds.

2.5 Contractuele voorwaarden

De overeenkomsten tussen de vennootschap en de leden van het executief comité bevatten de gebruikelijke bepalingen inzake vergoeding (vaste en variabele vergoeding), niet-concurrentie en confidentialiteit.

De overeenkomsten bevatten voorts bepalingen betreffende de toekenningscriteria inzake variabele vergoeding en voorzien in een terugvorderingsrecht ten gunste van de vennootschap van de variabele vergoeding die werd toegekend op basis van onjuiste financiële gegevens in de voorbije 5 boekjaren.

De overeenkomsten gelden voor bepaalde duur, die verstrijkt in het jaar waarin het betrokken lid van het executief comité de pensioengerechtigde leeftijd bereikt.

De leden van het executief comité kunnen hun overeenkomst vroegtijdig eenzijdig beëindigen mits betekening van een opzegtermijn van 6 maanden. De vennootschap kan eenzijdig de overeenkomst van deze leden beëindigen mits betekening van een opzegtermijn van 18 maanden. Deze termijn kan voor bepaalde leden van het executief comité oplopen tot maximum 24 maanden afhankelijk van de leeftijd van het betrokken lid van het executief comité op het ogenblik van de eenzijdige beëindiging van de overeenkomst door de vennootschap.

Bij de toekomstige aanstelling van leden van het executief comité wordt de opzegtermijn bij eenzijdige beëindiging van de overeenkomst door de vennootschap bepaald op maximum 12 maanden.

Wanneer een lid van het executief comité of een senior professional AvH verlaat in een goede verstandhouding ('good leaver'), ongeacht of de opzegging uitgaat van de vennootschap of de betrokkene, heeft deze laatste recht op het gemiddelde van zijn of haar variabele vergoeding over de laatste drie boekjaren, geprorateerd indien het vertrek plaats heeft voor het einde van het jaar. Op aanbeveling van het remuneratiecomité kan de raad van bestuur gemotiveerd afwijken van deze beleidslijn.

2.6 Medewerkers

De normen die gehanteerd worden voor het bepalen van het remuneratiebeleid van de leden van het executief comité worden eveneens toegepast op de andere medewerkers:

  • inzetten op elementen van lange termijn (aandelenopties, groeps- en hospitalisatieverzekering en een identiek benefitsbeleid);
  • positioneren van de totale vergoeding boven de mediaan in de markt;
  • collectief delen in succes (winstpremie).

2.7 Wijzigingen

Het remuneratiebeleid 2021-2024 is tot stand gekomen dankzij de medewerking en input van de CHCO, het executief comité, het remuneratiecomité, de raad van bestuur en externe deskundigen en werd goedgekeurd op de jaarvergadering van 25 mei 2021.

De standpunten vertolkt door aandeelhouders en een analyse met behulp van externe adviseurs hebben geleid tot een aantal expliciteringen en aanpassingen die ter goedkeuring werden voorgelegd aan de jaarvergadering van 23 mei 2022.

Toepassing remuneratiebeleid in 2022

1. Inleiding

Dit remuneratieverslag werd opgesteld overeenkomstig artikel 3:6, §3 WVV (Remuneratieverslag).

De raad van bestuur heeft zich bij de opstelling van het Remuneratieverslag tevens geïnspireerd op:

  • Principe 7 van de Belgische Corporate Governance Code 2020 inzake de remuneratie van bestuurders en de leden van het uitvoerend management van genoteerde vennootschappen (Code 2020);
  • (het ontwerp) 'Guidelines on the standardised presentation of the remuneration report under Directive 2007/36/EC, as amended by Directive (EU) 2017/828, as regards the encouragement of long-term shareholder engagement', opgesteld door de Europese Commissie (Richtlijn), en
  • de feedback van aandeelhouders en een externe analyse van het Remuneratiebeleid 2021-2024.

Ackermans & van Haaren heeft een monistische bestuursstructuur, waarbij de raad bevoegd is om alle handelingen te verrichten die nodig of dienstig zijn tot verwezenlijking van het voorwerp van de vennootschap, behoudens die waarvoor volgens de wet de algemene vergadering bevoegd is. De raad van bestuur heeft op 24 februari 2022 beslist het dagelijks bestuur van de vennootschap met ingang van 23 mei 2022 te delegeren aan de co-CEO's. Het executief comité, waarvan de co-CEO's deel uitmaken, is verantwoordelijk voor de bespreking van de algemene leiding van de vennootschap. De vergoeding van de leden van het executief comité, de co-CEO's uitgezonderd, is m.b.t. het boekjaar 2022 als een gemiddelde bekendgemaakt in het Remuneratieverslag.

Het remuneratiecomité heeft het remuneratiebeleid 2021-2024, dat integraal is opgenomen in het jaarverslag (pag. 35 en verder), bijgestuurd voor boekjaar 2022 en volgende, op basis van feedback van aandeelhouders en van externe adviseurs. Dit Remuneratieverslag geeft een overzicht van het remuneratiebeleid zoals toegepast in boekjaar 2022.

Naast beloftevolle investeringen in AstriVax, in het Zuidoost-Aziatische investeringsfonds Convergent Finance en vervolginvesteringen in o.m. Medikabazaar, Rent-A-Port, SIPEF en Indigo, hebben de bestaande deelnemingen, zonder uitzondering, heel mooie tot recordresultaten neergezet. Op de verkoop van Anima en Manuchar werden belangrijke meerwaarden gerealiseerd waardoor het geconsolideerd nettoresultaat over boekjaar 2022 steeg met 74% t.o.v. het voorgaande boekjaar.

De uitzonderlijk goede resultaten van 2022 vertalen zich dan ook in een stijging van de variabele vergoeding (short term incentive of STI), d.i. een cash bonus op 1 jaar van de leden van het executief comité. Voor een aantal leden van het executief comité werd het vooropgestelde plafond bereikt en toegepast.

Zoals in het verleden het geval was bij uitzonderlijke meerwaarden, werd een uitzonderlijk budget voorzien van 1.865.000 euro voor de teams (ruimer dan het executief comité) die hebben bijgedragen tot de verwezenlijking van de belangrijke meerwaarden.

2. Remuneratieprocedure

Het remuneratiecomité heeft op 22 maart 2023 het ontwerp van Remuneratieverslag, dat een specifiek onderdeel vormt van de Verklaring inzake deugdelijk bestuur, besproken en heeft erop toegezien dat het ontwerpverslag alle wettelijke gegevens bevat.

Voor het positioneren van de vergoeding van de leden van het executief comité werd in september 2022 de driejaarlijkse benchmarkoefening uitgevoerd door Willis Towers Watson. De vergoeding werd gepositioneerd tegenover ondernemingen actief in de Europese private equity-sector en in het bijzonder de Belgische private equity-sector.

Er weze aan herinnerd dat de buitengewone algemene vergadering op 25 november 2011, de raad van bestuur heeft gemachtigd om, in afwijking van artikel 7:91, tweede lid WVV, de volledige variabele vergoeding van de leden van het executief comité te verbinden aan vooraf vastgelegde en objectief meetbare prestatiecriteria over een periode van één jaar.

Het remuneratiecomité heeft op 23 februari 2023 het resultaat beoordeeld op de niet-financiële ESG-parameters, die 20% uitmaken van de STI. De doelstellingen werden ruimschoots behaald.

Tevens heeft het comité aangepaste doelstellingen voor 2023 voorgesteld aan de raad van bestuur waarbij als principes business relevantie, focus op een beperkt aantal prioriteiten en continuïteit op wat al gerealiseerd is gehanteerd worden. Voor AvH als bedrijf ligt het accent op sociale parameters zoals 'talent management', alsook op ESG-ratings. Voor AvH als verantwoordelijke investeerder wordt gefocust op ESG als belangrijke parameter in de toewijzing van middelen ('asset allocation') en het nemen van investeringsbeslissingen, alsook op sociale parameters zoals duurzaam talent management en ethische bedrijfsvoering.

3. Raad van bestuur

De vergoeding van de niet-uitvoerende bestuurders bestaat uitsluitend uit een vaste vergoeding. Gelet op het feit dat de vergoeding, tantièmes en zitpenningen niet gerelateerd zijn aan de omvang van de resultaten, kunnen deze worden gelijkgesteld met een vaste, niet-prestatiegebonden vergoeding. De vergoeding van de niet-uitvoerende bestuurders wordt periodiek getoetst door het remuneratiecomité. De door de raad van bestuur voorgestelde aanpassingen, zoals geadviseerd door het remuneratiecomité, worden ter goedkeuring voorgelegd aan de algemene vergadering.

Op aanbeveling van het remuneratiecomité heeft de raad van bestuur op 24 februari 2022 voorgesteld de vergoeding van de bestuurders, vanaf boekjaar 2022 als volgt aan te passen:

  • Basisvergoeding voor de voorzitter van de raad van bestuur: 100.000 euro
  • Basisvergoeding voor de bestuurders: 50.000 euro

De overige vergoedingen blijven behouden:

  • Bijkomende vergoeding voor de leden van het remuneratiecomité: 2.500 euro
  • Bijkomende vergoeding voor de voorzitter van het auditcomité: 10.000 euro
  • Bijkomende vergoeding voor de leden van het auditcomité: 5.000 euro
  • Zitpenning per deelname aan een vergadering van de raad van bestuur of het audit- of remuneratiecomité: 2.500 euro

Dit voorstel werd goedgekeurd op de gewone algemene vergadering van 23 mei 2022.

Gelet op het feit dat Luc Bertrand op 23 mei 2016 werd benoemd tot voorzitter van de raad van bestuur, in opvolging van Jacques Delen, en hij daarnaast tevens, in het belang van de groep, voorzitter is gebleven van CFE, DEME Group en SIPEF en bestuurder is gebleven bij Delen Private Bank, Bank Van Breda, JM Finn, FinAx en Verdant Bioscience, heeft het remuneratiecomité voorgesteld hem een vaste en indexeerbare vergoeding toe te kennen van 350.000 euro per jaar, ingaand vanaf 1 juni 2016, alsook een bedrijfswagen ter beschikking te stellen. Dit voorstel werd meegedeeld aan de algemene vergadering van 23 mei 2016. Voor de volledigheid wordt tevens opgemerkt dat Luc Bertrand daarnaast in 2022 nog een tantième ontving van SIPEF t.b.v. 90.000 euro, waarvan de helft wordt afgestaan aan Ackermans & van Haaren. Jacques Delen ontving in 2022, rechtstreeks en onrechtstreeks, een vergoeding als voorzitter van de raad van bestuur van Delen Private Bank t.b.v. 250.000 euro (inclusief pensioenverzekering) en beschikt over een bedrijfswagen. Hij ontving in 2022 ook een tantième als bestuurder van SIPEF t.b.v. 17.500 euro. De vergoedingen die SIPEF heeft uitgekeerd aan Luc Bertrand en Jacques Delen worden vermeld in het jaarlijks financieel verslag van SIPEF (Remuneratieverslag - Vergoeding van niet-uitvoerende bestuurders) over het boekjaar 2022.

Alle bestuurders hebben verklaard, rechtstreeks of onrechtstreeks, ten belope van minstens 10.000 euro te hebben belegd in aandelen van de vennootschap.

Tabel 1 geeft per bestuurder de vergoeding weer waarop zij recht hebben voor de vervulling van hun mandaat over boekjaar 2022. Deze vergoeding zal worden betaald, na goedkeuring van de jaarrekening door de algemene vergadering, gepland op 22 mei 2023.

4. Executief comité

4.1 Totale vergoeding

De vergoeding van de leden van het executief comité bestaat uit de volgende componenten:

  • (i) een vaste vergoeding,
  • (ii) een variabele vergoeding (in geld) gerelateerd aan het geconsolideerd nettoresultaat (short term incentive of STI),
  • (iii) aandelenopties (long term incentive of LTI),
  • (iv) een groepsverzekering, en andere voordelen

Deze componenten worden jaarlijks, in de loop van de maand november, geëvalueerd door het remuneratiecomité en getoetst op hun marktconformiteit. Deze toetsing geschiedt aan de hand van publieke gegevens (bv. de remuneratiegegevens opgenomen in de jaarverslagen van andere vergelijkbare genoteerde vennootschappen) en/of driejaarlijkse salarisstudies. De door het remuneratiecomité voorgestelde aanpassingen worden vervolgens ter goedkeuring voorgelegd aan de raad van bestuur. De vennootschap streeft naar een motiverende mix tussen een marktconforme vaste vergoeding enerzijds en een combinatie van kortetermijnincentives (de STI) en langetermijnincentives (aandelenopties) anderzijds.

De vaste vergoeding van de leden van het executief comité evolueert in functie van hun verantwoordelijkheden en van de marktontwikkelingen.

De variabele vergoeding, die wordt toegekend aan de leden van het executief comité, is afhankelijk van een objectief meetbaar prestatiecriterium, nl. het geconsolideerd nettoresultaat over een periode van één boekjaar. De variabele vergoeding wordt betaald in geld, na vaststelling door de raad van bestuur van het geconsolideerd nettoresultaat over het voorgaande boekjaar (d.i. eind maart). Alhoewel deze STI is uitgedrukt in functie van het geconsolideerd nettoresultaat over 1 jaar en derhalve prima facie als een kortetermijnincentive zou kunnen worden beoordeeld, dient men er rekening mee te houden dat AvH vanuit haar langetermijnstrategie streeft naar recurrente resultaten en bij nieuwe investeringen steeds kijkt naar het potentieel van de onderneming om op duurzame wijze waarde te genereren, jaar na jaar. Participaties worden gedurende lange termijn begeleid door het AvH management, dat langetermijngroei van het eigen vermogen boven kortetermijnmaximalisatie van de winst beoogt. Vanuit die optiek worden eenmalige, boekhoudkundige winsten (zoals bv. herwaarderingsmeerwaarden) uitgesloten uit de berekening van de STI. Voor het tweede jaar op rij wordt 20% van deze STI afhankelijk gemaakt van de resultaten behaald op de vooropgestelde ESG parameters. De STI wordt geplafonneerd op 1,5 keer de vaste basisvergoeding.

De groepsverzekering is van het type 'vaste bijdrage' en dekt de volgende risico's: aanvullend pensioen, kapitaal bij overlijden, invaliditeitsuitkering en wezenpensioen. Zowel de vennootschap als het betrokken lid van het executief comité dragen bij tot de vorming van een reserve.

Vanaf 2023 wordt de bijdrage van AvH aan de groepsverzekering verhoogd, in lijn met de benchmark.

Onder de andere voordelen, vallen de traditionele voordelen van alle aard, zoals bedrijfswagen, smartphone en tablet computer, en een hospitalisatieverzekering. De bijdragen tot de hospitalisatieverzekering worden integraal gedragen door de vennootschap.

De aandelenopties komen aan bod onder 4.2.

De leden van het executief comité hebben bevestigd minstens 1.000 aandelen Ackermans & van Haaren aan te houden, of te zullen verwerven over een periode van 5 jaar.

(€) Vaste vergoeding Zitpenningen(1)
Naam Voorzitter raad
van bestuur
Bestuurder Voorzitter
auditcomité
Lid
auditcomité
Lid remunera
tiecomité
Raad van
bestuur
Comités Totale
vergoeding
Luc Bertrand 100.000 20.000 120.000
Alexia Bertrand(2) 43.750 17.500 61.250
Marion Debruyne 50.000 5.000 20.000 10.000 85.000
Bart Deckers(3) 25.000 1.250 10.000 2.500 38.750
Jacques Delen 50.000 20.000 70.000
Pierre Macharis(4) 25.000 1.250 10.000 10.000 46.250
Julien Pestiaux 50.000 5.000 2.500 20.000 22.500 100.000
Thierry van Baren 50.000 20.000 70.000
Victoria Vandeputte 50.000 2.500 20.000 12.500 85.000
Frederic van Haaren 50.000 20.000 70.000
Pierre Willaert 50.000 10.000 20.000 10.000 90.000
Totaal 100.000 443.750 10.000 10.000 7.500 197.500 67.500 836.250

Tabel 1: Vergoeding van de bestuurders (boekjaar 2022)

(1) Er wordt een zitpenning van 2.500 euro toegekend per deelname aan een vergadering van de raad van bestuur, het auditcomité en/of het remuneratiecomité. In 2022 hebben er 8 raden van bestuur plaats gevonden, 4 auditcomités en 5 remuneratiecomités.

(2) Tot november 2022, het moment waarop Alexia Bertrand, naar aanleiding van haar aanstelling als Staatssecretaris Begroting & Consumentenbescherming, afstand gedaan heeft van al haar bestuursmandaten.

(3) Vanaf 23 mei 2022. (4) Tot 23 mei 2022.

Naar aanleiding van de benoeming tot co-CEO heeft de raad van bestuur op 23 juni 2022 beslist om de basisvergoeding van de co-CEO's op te trekken, de STI van John-Eric Bertrand op te trekken alsook het aantal aandelenopties te verhogen.

Op basis van de benchmarkoefening werd geoordeeld dat de vaste vergoeding en STI van de overige leden van het executief comité niet diende te worden aangepast, behalve voor één lid in lijn met de toegenomen verantwoordelijkheid en de ontwikkeling van relevante competenties en vaardigheden.

De LTI en de groepsverzekering worden echter wel opgetrokken voor alle leden van het executief comité. Hiermee wordt een antwoord geboden aan de wens van de raad van bestuur om het remuneratiebeleid te laten aansluiten bij de langetermijnen duurzaamheidsdoelstellingen van AvH. Om blijvend in te zetten op de langetermijnperformantie werd beslist het aantal aangeboden aandelenopties (long term incentive of LTI) op te trekken naar 10.000 opties voor de co-CEO's en naar 7.500 voor de overige leden van het executief comité.

De vaste vergoeding, die in beginsel jaarlijks wordt geïndexeerd op basis van de gezondheidsindex, wordt in 2023 slechts verhoogd met 6% vanuit de overweging dat een indexatie van 11% niet in verhouding staat tot het geleden koopkrachtverlies. De gederfde 5% wordt over de periode 2024-2025 gespreid.

4.2 Aandelenopties

De jaarlijkse toekenning van aandelenopties geschiedt in het kader van een aandelenoptieplan dat in 1999 werd goedgekeurd door de raad van bestuur en op basis waarvan ook andere personen dan leden van het executief comité worden geïncentiveerd. Het aandelenoptieplan werd opgesteld overeenkomstig de bepalingen van de Wet van 26 maart 1999 betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen.

De raad van bestuur beslist over de toekenning van aandelenopties aan de leden van het executief comité, op aanbeveling van het remuneratiecomité. De toekenning van aandelenopties is bepaald op basis van de 2022 benchmarking en van de verantwoordelijkheid van het betrokken lid van het executief comité. Overeenkomstig de toepasselijke fiscale wetgeving worden de leden van het executief comité belast bij toekenning van de aandelenopties.

De vennootschap biedt aan de begunstigden geen instrumenten aan ter afdekking van de risico's verbonden aan de aandelenopties.

De aandelenopties, die in het kader van het aandelenoptieplan worden toegekend, hebben volgende kenmerken:

  • Aanbod: medio januari.
  • Uitoefenprijs: prijs vastgesteld op basis van het laagste van (i) de slotkoers van het aandeel voorafgaand aan de datum van het aanbod en (ii) de gemiddelde slotkoers van het aandeel gedurende 30 dagen voorafgaand aan het aanbod.
  • Uitoefentermijn: de opties zijn uitoefenbaar vanaf het verstrijken van het derde kalenderjaar volgend op het jaar waarin het aanbod plaatsvindt tot het einde van het achtste jaar te rekenen vanaf de datum van het aanbod.

Tijdens boekjaar 2022 vervielen geen (niet-uitgeoefende) aandelenopties aangehouden door de leden van het executief comité.

5. Vertrekvergoedingen en terugvorderingsrechten

De overeenkomsten van de leden van het executief comité bevatten de gebruikelijke bepalingen inzake vergoeding (vaste en variabele vergoeding), niet-concurrentie en confidentialiteit. De overeenkomsten gelden voor bepaalde duur.

De leden van het executief comité kunnen hun overeenkomst eenzijdig vervroegd beëindigen mits betekening van een opzegtermijn van 6 maanden. De vennootschap kan eenzijdig de overeenkomst van deze leden beëindigen mits betekening van een opzegtermijn die schommelt tussen 18 maanden en 24 maanden. Voor elke nieuwe benoeming van een persoon tot lid van het executief comité zal de opzegtermijn bij beëindiging door de vennootschap worden vastgesteld op maximum 12 maanden.

De overeenkomsten tussen de vennootschap en de leden van het executief comité bevatten voorts bepalingen betreffende de toekenningscriteria inzake variabele vergoeding en voorzien in een terugvorderingsrecht ten gunste van de vennootschap (claw back) van de variabele vergoeding die werd toegekend op basis van onjuiste financiële gegevens in de voorbije 5 boekjaren.

Tijdens het afgelopen boekjaar diende geen toepassing te worden gemaakt van vertrekvergoedingen of terugvorderingsrechten.

6. Afwijkingen van het remuneratiebeleid

Tijdens het afgelopen boekjaar werd niet afgeweken van het dan geldende remuneratiebeleid.

Tabel 2 geeft de gemiddelde vergoeding weer van de 5 leden van het executief comité en de individuele vergoeding voor de (co-)CEO('s) voor hun mandaat als (co-)CEO. Voor John-Eric Bertrand en Piet Dejonghe werd de basisvergoeding als co-CEO pro rata betaald vanaf 1 juni 2022.

Tabel 2: Individuele vergoeding van de (co-)CEO('s) en de gemiddelde vergoeding van de overige leden van het executief comité (boekjaar 2022)

(€) Vaste vergoeding Variabele vergoeding
Naam Basisvergoeding (1)
Voordelen alle aard
Totaal STI Uitzonderlijke premie
voor LT meerwaarde
creatie
LTI onder vorm van
aandelenopties(2)
Totaal Groepsverzekering (vaste
bijdrage ten laste van
de vennootschap)
Hospitalisatie
verzekering
vergoeding
Totale
op totale vergoeding
vaste vergoeding
Verhouding
variabele vergoeding
op totale vergoeding
Verhouding
op vaste vergoeding
Verhouding STI
Jan Suykens
(CEO periode)
737.821 6.085 743.906 1.106.732 300.000 304.000 1.710.732 105.875 1.710 2.562.222 29% 67% 150%
John-Eric
Bertrand
(co-CEO)
400.000 2.983 402.983 600.000 300.000 228.000 1.128.000 54.940 2.222 1.588.145 25% 71% 150%
Piet Dejonghe
(co-CEO)
600.000 6.386 606.386 900.000 300.000 266.000 1.466.000 117.074 1.378 2.190.838 28% 67% 150%
Overige
EC-leden -
gemiddeld
362.112 4.541 366.653 518.181 140.000 212.800 870.981 55.449 2.246 1.295.329 28% 67% 143%

(1) Voordelen alle aard: bedrijfswagen, smartphone, laptop, tablet computer.

(2) De marktwaarde van de in 2022 aangeboden & aanvaarde aandelenopties werd berekend op basis van de Black & Scholes-methode.

Tabel 3: Aandelenopties 2015-2022 (Aantal aangeboden en aanvaarde opties berekend op basis van de Black & Scholes-methode)

Aanbod Aanbod Aanbod Aanbod Aanbod Aanbod Aanbod Openings
balans(1)
Aanbod Uit
oefening
Eind
balans
Jan Suykens
5/01/2015 4/01/2016 13/01/2017 12/01/2018 14/01/2019 13/01/2020 15/01/2021 1/01/2022 11/01/2022 01/12/2022
Uitstaande opties 5.500 8.000 8.000 8.000 8.000 8.000 45.500 8.000(2) -5.500(3)
Uitoefenprijs € 100,23 € 130,95 € 128,30 € 148,64 € 132,52 € 141,09 € 124,67 € 166,35
Black & Scholes € 14 € 28 € 26 € 27 € 25 € 22 € 27 € 38
Waarde op basis
van Black & Scholes
€ 75.680 € 221.760 € 205.600 € 218.560 € 199.360 € 0 € 212.720 € 304.000
Saldo op 31/12/2022 48.000
John-Eric Bertrand
5/01/2015 4/01/2016 13/01/2017 12/01/2018 14/01/2019 13/01/2020 15/01/2021 1/01/2022 11/01/2022 01/12/2021
Uitstaande opties 2.000 4.000 4.000 5.000 5.000 5.000 5.000 30.000 6.000(2) -2.000(3)
Uitoefenprijs € 100,23 € 130,95 € 128,30 € 148,64 € 132,52 € 141,09 € 124,67 € 166,35
Black & Scholes € 14 € 28 € 26 € 27 € 25 € 22 € 27 € 38
Waarde op basis
van Black & Scholes
€ 27.520 € 110.880 € 102.800 € 136.600 € 124.600 € 112.150 € 132.950 € 228.000
Saldo op 31/12/2022 34.000
Piet Dejonghe
5/01/2015 4/01/2016 13/01/2017 12/01/2018 14/01/2019 13/01/2020 15/01/2021 1/01/2022 11/01/2022 03/01/2022
Uitstaande opties 4.000 5.500 6.000 6.000 6.000 31.500 7.000(2) -4.000(3)
Uitoefenprijs € 100,23 € 130,95 € 128,30 € 148,64 € 132,52 € 141,09 € 124,67 € 166,35
Black & Scholes € 14 € 28 € 26 € 27 € 25 € 22 € 27 € 38
Waarde op basis
van Black & Scholes
€ 55.040 € 0 € 141.350 € 163.920 € 149.520 € 0 € 159.540 € 266.000
Saldo op 31/12/2022 34.500
Aanbod Aanbod Aanbod Aanbod Aanbod Aanbod Aanbod Openings
balans(1)
Aanbod Uit
oefening
Eind
balans
Tom Bamelis
5/01/2015 4/01/2016 13/01/2017 12/01/2018 14/01/2019 13/01/2020 15/01/2021 1/01/2022 11/01/2022 13/12/2022
Uitstaande opties 4.000 5.000 5.000 5.000 5.000 5.000 5.000 34.000 6.000(2) -4.000(3)
Uitoefenprijs € 100,23 € 130,95 € 128,30 € 148,64 € 132,52 € 141,09 € 124,67 € 166,35
Black & Scholes € 14 € 28 € 26 € 27 € 25 € 22 € 27 € 38
Waarde op basis
van Black & Scholes
€ 55.040 € 138.600 € 128.500 € 136.600 € 124.600 € 112.150 € 132.950 € 228.000
Saldo op 31/12/2022 36.000
Piet Bevernage
5/01/2015 4/01/2016 13/01/2017 12/01/2018 14/01/2019 13/01/2020 15/01/2021 1/01/2022 11/01/2022 06/12/2022
Uitstaande opties 4.000 5.000 5.000 5.000 5.000 5.000 29.000 6.000(2) -4.000(3)
Uitoefenprijs € 100,23 € 130,95 € 128,30 € 148,64 € 132,52 € 141,09 € 124,67 € 166,35
Black & Scholes € 14 € 28 € 26 € 27 € 25 € 22 € 27 € 38
Waarde op basis
van Black & Scholes
€ 55.040 € 138.600 € 128.500 € 136.600 € 124.600 € 0 € 132.950 € 228.000
Saldo op 31/12/2022 31.000
André-Xavier Cooreman
5/01/2015 4/01/2016 13/01/2017 12/01/2018 14/01/2019 13/01/2020 15/01/2021 1/01/2022 11/01/2022 06/12/2022
Uitstaande opties 4.000 5.000 5.000 5.000 5.000 5.000 5.000 34.000 6.000(2) -4.000(3)
Uitoefenprijs € 100,23 € 130,95 € 128,30 € 148,64 € 132,52 € 141,09 € 124,67 € 166,35
Black & Scholes € 14 € 28 € 26 € 27 € 25 € 22 € 27 € 38
Waarde op basis
van Black & Scholes
€ 55.040 € 138.600 € 128.500 € 136.600 € 124.600 € 112.150 € 132.950 € 228.000
Saldo op 31/12/2022 36.000

An Herremans

4/01/2016 13/01/2017 12/01/2018 14/01/2019 13/01/2020 15/01/2021 1/01/2022 11/01/2022
Uitstaande opties 1.500 1.500 1.500 1.500 2.000 2.500 9.000 4.000(2)
Uitoefenprijs € 130,95 € 128,30 € 148,64 € 132,52 € 141,09 € 124,67 € 166,35
Black & Scholes € 28 € 26 € 27 € 25 € 22 € 27 € 38
Waarde op basis
van Black & Scholes
€ 41.580 € 38.550 € 40.980 € 37.380 € 44.860 € 66.475 € 152.000
Saldo op 31/12/2022 13.000
Koen Janssen
5/01/2015 4/01/2016 13/01/2017 12/01/2018 14/01/2019 13/01/2020 15/01/2021 1/01/2022 11/01/2022 19/12/2022
Uitstaande opties 4.000 5.000 5.000 5.000 5.000 5.000 29.000 6.000(2) -4.000(3)
Uitoefenprijs € 100,23 € 130,95 € 128,30 € 148,64 € 132,52 € 141,09 € 124,67 € 166,35
Black & Scholes € 14 € 28 € 26 € 27 € 25 € 22 € 27 € 38
Waarde op basis
van Black & Scholes
€ 55.040 € 138.600 € 128.500 € 136.600 € 124.600 € 0 € 132.950 € 228.000
Saldo op 31/12/2022 31.000

Definitie van de begrippen gehanteerd in Tabel 3:

(1) Openingsbalans: het aantal opties waarover de begunstigde beschikt op 1 januari 2022 en dat nog niet werd uitgeoefend in 2022.

(2) Aantal aangeboden opties: aantal opties dat aangeboden en aanvaard is in 2022.

(3) Aantal uitgeoefende opties: aantal opties dat in de loop van 2022 werd verworven (ingevolge het verstrijken van de 'vesting'-periode).

7. Evolutie van de remuneratie en van de prestaties van de vennootschap

7.1 Jaarlijkse verandering in de remuneratie

De basisvergoeding van de bestuurders werd in 2022 opgetrokken na een benchmarkoefening. Hun vergoeding was sinds 2013 niet meer aangepast. Tabel 1 geeft het overzicht weer.

De gemiddelde totale vaste vergoeding van de leden van het executief comité daalde in 2022 met 8%. De verklaring hiervoor ligt per saldo bij de vermindering van het aantal leden van het executief comité van 8 naar 7 (sinds 1 juni 2022).

De gemiddelde variabele vergoeding van de leden van het executief comité steeg met 58% als gevolg van de stijging van het geconsolideerd nettoresultaat dat een recordhoogte bereikte, dankzij de zeer goede performantie van de deelnemingen en de waardering van de onderliggende aandelen van de toegekende aandelenopties. De stijging is beperkter dan de stijging van het geconsolideerd nettoresultaat als gevolg van de gewijzigde comitésamenstelling en van het toegepaste plafond.

De STI werd voor 4 van de 7 leden van het executief comité voor 2022 beperkt tot het vooropgestelde plafond.

Er werden over boekjaar 2022 voor 1.865.000 euro uitzonderlijke premies betaald waarvan 1.600.000 euro aan een aantal leden van het executief comité omwille van hun bijdrage tot de uitzonderlijke meerwaarde gerealiseerd op de verkoop van Anima en Manuchar.

Tabel 4 geeft de procentuele evolutie weer van het gemiddelde van de totale vaste en variabele vergoeding van de leden van het executief comité, in vergelijking met de ontwikkeling van het geconsolideerd nettoresultaat en de beurskoers.

7.2 Jaarlijkse verandering in de ontwikkeling van de prestaties van de vennootschap

Zoals hoger vermeld, is een belangrijk deel van de vergoeding (m.n. de variabele vergoeding en de aandelenopties) van de leden van het executief comité afhankelijk enerzijds van de evolutie van het geconsolideerd nettoresultaat en anderzijds van de ontwikkeling van de beurskoers. Beide parameters ontwikkelden als volgt in 2022 t.o.v. 2021:

  • Geconsolideerd nettoresultaat: +74%
  • Beurskoers: -5%

M.b.t. boekjaar 2022 werd 80% van de STI berekend op basis van het geconsolideerd nettoresultaat en 20% op basis van de behaalde ESG-doelstellingen.

7.3 Jaarlijkse verandering in de gemiddelde remuneratie van de bedienden

Per 31 december 2022 stelde AvH 22 bedienden te werk. Hun gemiddelde vaste brutovergoeding (excl. werkgeversbijdragen) werd in 2022 geïndexeerd t.b.v. 3,98% (indexatie en sectorakkoord) aangevuld met een CAO-premie van 277.22 euro. Een aantal bedienden ontving op basis van de benchmarkoefening en hun persoonlijke performantie een loonsverhoging boven indexatie. Een aantal ervaren medewerkers vervoegden het team. Gemiddeld stegen de lonen daardoor met 6,6%. Voor bedienden hanteert AvH een gecategoriseerd winstpremieplan in het kader waarvan de raad van bestuur jaarlijks al dan niet beslist om een deel van de winst uit te keren aan de bedienden. De twee criteria voor categorisering zijn functie en anciënniteit. De raad van bestuur beslist jaarlijks over de toepassing van een winstpremieplan en de modaliteiten daarvan. De maximale verhouding tussen de hoogste en de laagste winstpremie bedraagt 1 op 10. Gezien de uitzonderlijke resultaten van 2022 bedraagt de vork voor 2022 4.025 euro tot 40.250 euro.

De gemiddelde variabele vergoeding van de bedienden kende in 2022 een stijging van 17,9%, als gevolg van een 15% verhoging van de vork, anciënniteitssprongen en één uitzonderlijke bonus. Tabel 5 geeft de procentuele evolutie weer van de gemiddelde totale vaste en variabele vergoeding van de bedienden, in vergelijking met de ontwikkeling van het geconsolideerd nettoresultaat en de beurskoers.

Tabel 5 geeft de procentuele evolutie weer van de gemiddelde totale vaste en variabele vergoeding van de bedienden, in vergelijking met de ontwikkeling van het geconsolideerd nettoresultaat en de beurskoers.

(€) 2018 2019 2020 2021 2022 Vaste vergoeding 374.039 (+4,4%) 415.570 (+11,1%) 418.902 (+0,8%) 428.931 (+2,4%) 394.681 (-8,0%) Variabele vergoeding(1) 478.672 (-2,4%) 702.384 (+46,7%) 316.477 (-54,9%) 623.361 (+97,0%) 992.700 (+59,2%) Geconsolideerd nettoresultaat (000) 289.639 (-4,3%) 394.900 (+36,3%) 229.791 (-41,8%) 406.814 (+77,0%) 708.655 (+74,2%) Beurskoers op 31/12 131,8 (-9,6%) 141,6 (+7,4%) 124,5 (-12,1%) 168,7 (+35,5%) 160,2 (-5,0%)

Tabel 4: Evolutie van het gemiddelde van de totale vaste en variabele vergoeding van de leden van het executief comité

Tabel 5: Evolutie van de gemiddelde totale vaste en variabele vergoeding van de bedienden

(€) 2018 2019 2020 2021 2022
Vaste vergoeding 69.400 (-3,2%) 74.109 (+6,8%) 80.577 (+8,7%) 83.257 (+3,3%) 88.767 (+6,6%)
Variabele vergoeding(2) 9.511 (+31,2%) 9.908 (+4,2%) 11.809 (+19,2%) 14.926 (+26,4%) 17.594 (+17,9%)
Geconsolideerd nettoresultaat (000) 289.639 (-4,3%) 394.900 (+36,3%) 229.791 (-41,8%) 406.814 (+77,0%) 708.655 (+74,2%)
Beurskoers op 31/12 131,8 (-9,6%) 141,6 (+7,4%) 124,5 (-12,1%) 168,7 (+35,5%) 160,2 (-5,0%)

(1) Onder 'variabele vergoeding' wordt begrepen het gemiddelde van de STI + de aangeboden en aanvaarde opties van dat jaar berekend op basis van de Black & Scholes-methode + uitzonderlijke premies. (2) De 'variabele vergoeding' omvat hier de winstpremie en uitzonderlijke bruto bonussen. De opties die aan sommige bedienden werden aangeboden, werden in deze berekening uitgesloten.

7.4 Loonspanning

De ratio tussen het gemiddelde van de vaste vergoeding van de leden van het executief comité enerzijds en van de bedienden van de vennootschap anderzijds bedraagt 1 op 4,4 op basis van volgende gegevens:

  • Gemiddelde van de vaste vergoeding van de leden van het executief comité: 394.681 euro
  • Gemiddelde van de vaste vergoeding (bruto jaarsalaris) van de bedienden: 88.767 euro

De ratio tussen de vaste vergoeding van de hoogste vergoeding en het laagste bediendeloon bedraagt 1 op 15,43.

7.5 Gender loonkloof

Gezien de beperkte omvang van de groep zijn een aantal functielevels samengenomen zodat individuele discretie gegarandeerd is.

Het verschil in vergoeding over de drie groepen heen is in 1 van de drie gevallen onbestaand, in 1 van de gevallen negatief afwijkend voor de vrouwen en in 1 geval negatief afwijkend voor de mannen.

De twee verschillen zijn volledig in lijn met het remuneratiebeleid dat stelt dat de vaste vergoeding evolueert naar de gekozen marktpositie. Indien de vaste vergoeding zich nog niet op het niveau bevindt van de gekozen marktpositie, dan groeit de vaste vergoeding daar naartoe voor zover de betrokkene ook evolueert inzake het nemen van verantwoordelijkheid en de ontwikkeling van relevante competenties en vaardigheden.

Tabel 6 geeft de procentuele loonkloof weer tussen de vaste vergoeding van mannen en vrouwen.

Tabel 6: procentuele loonkloof tussen de vaste vergoeding van mannen en vrouwen

(€) Vrouwen Mannen % delta M/V
co-CEO n.v.t. 500k n.v.t.
EC & directors 228k 307k -26%
Management 138k 121k 14%
Staff & support 71k 71k 0%

IV. Verklaring inzake niet-financiële informatie

Overeenkomstig artikel 3:32, §2 WVV dient het jaarverslag een verklaring te bevatten inzake niet-financiële informatie. Deze verklaring is opgenomen in het volgende hoofdstuk van dit jaarverslag, waarvan het integraal deel uitmaakt.

Namens de raad van bestuur, 22 maart 2023

Luc Bertrand Voorzitter van de raad van bestuur

Dagelijkse leiding en medewerkers

Executief comité

co-Voorzitter executief comité

co-CEO co-Voorzitter executief comité

Lid executief comité - CFO

Cooreman Lid executief comité

An Herremans Lid executief comité

Koen Janssen Lid executief comité

IT support

Isabelle Bernaerts Management assistant

Ann Bex Management assistant

Patricia Bielen Management assistant

Peter Florus Tax officer

Hilde Haems Chief Human Capital Officer

Heleen Boonen(1) Legal counsel

Sarah Franssens Management assistant

Michaëla Goelen Office manager

Sonja Goossens Personeelsadministratie

Hilde Delabie Senior group controller

Nele Govaert Legal counsel

Miro Halfon(1) Management assistant

Ans Matthysen Accountant

Investment manager - Group controller

Group controller

Yuliya Leysen(1) Onthaal

Nadine Mohun(1) Onthaal

Lydie Makiadi Management assistant

Robin Muller Management assistant

Onderhoudsman

Van Nieuwenborgh Investment director

Subin Oswal Analyst

Bart Vercauteren Head of ESG

Jan Suykens Senior advisor

Iris Meirlaen Paralegal

Filip Portael IT consultant

Thomas Ternest Investment director

Katia Waegemans Communication manager

Servaas Michielssens

Hari Rajmohan Investment manager

Petra Van de Velde Management assistant

Julie Wouters Investment associate

Brigitte Stockman Management assistant

Jeroen Vangindertael Investment manager

Duurzaamheidsverslag (ESG)

Dit hoofdstuk is de verklaring inzake niet-financiële informatie van Ackermans & van Haaren ('AvH') overeenkomstig artikel 3:32 § 2 WVV en heeft betrekking op het boekjaar afgesloten op 31 december 2022.

1. Your partner for sustainable growth

Ackermans & van Haaren positioneert zich als de langetermijnpartner bij uitstek van familiebedrijven en managementteams, om samen performante marktleiders uit te bouwen en bij te dragen tot een meer duurzame wereld.

Om die missie te realiseren, steunen we op diepgewortelde familiale waarden: ondernemerschap, respect voor mens en milieu en langetermijnvisie. Deze waarden vormen het DNA van AvH en weerspiegelen onze ESG-ambities. We willen op het vlak van milieu (E - 'environment') en sociale relaties (S - 'social') via onderbouwde beleidslijnen, uitgewerkte processen en deugdelijk bestuur (G - 'governance') structureel groeiende resultaten behalen.

Uit de evolutie van onze kerncijfers blijkt duidelijk dat we hier in slagen. Zij tonen dat onze focus en extra inspanning op bijvoorbeeld hernieuwbare energie, circulaire en milieubewuste bouwprocessen en gebouwen, duurzaam geteeld voedsel en duurzaam investeringsbeleid voor klanten in de bankwereld nu meer dan ooit hun vruchten afwerpen.

We integreren onze ESG-visie in al onze activiteiten. We passen het actief toe in ons verantwoordelijk investeringsbeleid en als verantwoordelijke en actieve partner. Onze ESG-aanpak neemt milieu en sociale aspecten systematisch in rekening door de impact van omgevingsfactoren op onze bedrijven mee te nemen alsook de impact van onze bedrijven op hun omgeving ('dubbele materialiteit'). Waar nodig sturen we bij, zodat we risico's beter kunnen beheren en kunnen inspelen op opportuniteiten. Op deze manier begeleiden we bedrijven doelgericht naar betere ESG-prestaties.

We zijn ons zeer bewust van onze voorbeeldrol hierin. Daarom passen we de ESG-principes ook toe op onze eigen werking als duurzame onderneming. Zo krijgen bedrijfsethiek, deugdelijke bestuursprocessen, solvabiliteit en rentabiliteit evenveel aandacht als bijvoorbeeld talentontwikkeling binnen een gediversifieerd team van medewerkers.

Luc Bertrand Voorzitter raad van bestuur

"Als partner voor duurzame groei van familiebedrijven en managementteams wil Ackermans & van Haaren mee duurzame oplossingen ontwikkelen voor maatschappelijk relevante uitdagingen om zo haar bedrijven toekomstbestendig te maken. Al 145 jaar werkt AvH aan waardecreatie voor toekomstige generaties, gebaseerd op een langetermijnvisie."

In 2022 hebben we met onze participaties gewerkt op de meest materiële ESG-thema's. Dit zijn ESG-domeinen die een grote impact kunnen hebben op de bedrijfsstrategie van de participaties, en onrechtstreeks ook op AvH. Samen met de managementteams hebben we bekeken hoe zij hun ESG-beleid nog meer op hun bedrijfsstrategie kunnen afstemmen. We hebben hen gevraagd na te denken over de toekomstbestendigheid van hun talentbeheer. Voor de participaties met een belangrijke CO2 -uitstoot hebben we hun actieplannen getoetst om de emissies structureel te verlagen. Bepaalde beleidslijnen, charters en visies werden verder geformaliseerd. Opleidingen werden opgestart of uitgerold. En er werd ingezet op dataverzameling. Want enkel met kwaliteitsvolle gegevens kunnen doelgerichte analyses en acties worden uitgewerkt. Daarom kregen het verzamelen van data, de toepassing van de EU Taxonomie wetgeving en de invoering van rapporteringstools de gepaste aandacht.

co-CEO

"De recente geopolitieke ontwikkelingen en de opwarming van het klimaat hebben aangetoond dat onze focus op ecologisch verantwoorde activiteiten zoals hernieuwbare energie dan wel de aandacht voor talent- en risicobeleid meer dan ooit hun vruchten afwerpen."

De sleutel om de ESG-visies ingebed te krijgen in de dagelijkse werking is de juiste bedrijfscultuur. Op dat vlak werden de afgelopen jaren belangrijke stappen gezet. Die inspanningen willen we vanuit AvH helpen verankeren. Daarom organiseren we jaarlijks sessies waarin we de noodzaak van een strategische dimensie beklemtonen. Zo kunnen die acties leiden tot onderbouwde besprekingen op niveau van hun raden van bestuur.

Op portefeuilleniveau slaagde AvH erin op alle essentiële indicatoren vooruitgang te boeken in 2022. Meer dan 80% van de beheerde activa voldoen aan onze prioritaire ESG-criteria. Die positieve resultaten hebben ons aangezet om extra doelstellingen te definiëren. Zo willen we tegen 2025 dat minstens 80% van de activa in onze portefeuille een CO2 -ambitie en -reductieplan hebben.

Binnen de portefeuille volgen we vanuit ESG-oogpunt 4 participaties prioritair op. Bovendien blijven we alle participaties ondersteunen, zodat we de huidige ESG-resultaten kunnen handhaven of zelfs verbeteren.

Ook als duurzame onderneming boekten we vooruitgang, niet in het minst op het vlak van talentontwikkeling en formalisering van processen. Het resultaat is dat onze Sustainalytics-score verbeterde tot 9,0. Dit bracht ons in de kopgroep van de 'Multi-Sector Holdings'. Bovendien behaalden we een 4/5 sterren rating bij UN PRI. In 2022 zijn we ook een traject opgestart met CDP, het Carbon Disclosure Project dat inzake milieurapportering de norm wil zijn in het bedrijfsleven. Deze ratings vormen een externe validatie van de ESG-inspanningen die AvH levert en daarop willen we ook in 2023 blijven inzetten. AvH maakt ook onderdeel uit van de BEL® ESG Index die gelanceerd werd door Euronext in februari 2023. Deze nieuwe duurzame index volgt de 20 in Brussel genoteerde ondernemingen met de beste ESG-praktijken.

Hoewel we in zeer uitdagende en onzekere tijden leven, hebben onze participaties in 2022 opnieuw hun weerbaarheid getoond. Dit geeft aan dat een structureel ESG-beleid meer dan zinvol is. In 2023 zullen we samen met onze participaties blijven inzetten op de materiële ESG-thema's, zodat zij weerbaar blijven en duurzaamheid binnen hun organisaties verder uitbouwen. We denken hierbij onder meer aan het aantrekken en opleiden van talent, het energiezuiniger maken van productieprocessen, de nodige aandacht schenken aan cybersecurity en het voorbereiden van de groep op de nieuwe ESG-rapporteringsstandaarden. Daarnaast zal AvH waar relevant ook aandacht besteden aan diverse initiatieven die door verschillende overheden in de Verenigde Staten en Europa gelanceerd worden.

Er zit duidelijk een positieve lijn in de ESG-prestaties van AvH en onze participaties. We willen dan ook alle teams bedanken die hier het afgelopen jaar hebben toe bijgedragen en die hier samen met ons de komende jaren verder aan willen bouwen.

Piet Dejonghe co-CEO

"We ondersteunen al onze bedrijven in hun migratieproces voor hun prioritaire ESG-uitdagingen. We denken hierbij aan het energiezuiniger maken van bedrijfsprocessen of het voorbereiden van de groep op nieuwe ESG-rapporteringsstandaarden."

Leeswijzer

AvH's ESG-aanpak wordt verder toegelicht in dit Duurzaamheidsverslag. Onderstaand overzicht dient als leeswijzer doorheen het verslag.

AvH's ESG-beleid en methodologie - sectie 7 (p 76)

Aandeelhouder van duurzame participaties

Hieronder wordt het relatieve belang van de diverse bedrijfssegmenten in de activa onder beheer (uitgedrukt als een % van het geconsolideerd eigen vermogen van de groep) weergegeven samen met de ESG-hoogtepunten of -kenmerken binnen haar segmenten en participaties.

ESG-ratings

van het geconsolideerd eigen vermogen heeft een ESG-beleid

Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDGs) bij de participaties

(in % van het geconsolideerd eigen vermogen van AvH)

Er werd gevraagd aan de participaties om het ESG-beleid te mappen aan de SDGs. Het resultaat van deze mapping over de portefeuille wordt hieronder weergegeven. In het bijzonder krijgen SDGs 3 (Goede Gezondheid en Welzijn), 8 (Waardig werk en Economische Groei), 9 (Industrie, Innovatie en Infrastructuur), 12 (Verantwoordelijke Consumptie en Productie), 13 (Klimaat), en 16 (Vrede, Justitie en Sterke Publieke Diensten) de nodige aandacht.

2. Doelen, hoogtepunten 2022 en actieplan 2023

AvH wil strategisch focussen op duurzame waardecreatie. Het zet daarom in op haar core KPIs waarvoor een doel werd gedefinieerd. AvH streeft enerzijds naar behoud van wat al gerealiseerd is in voorgaande jaren en anderzijds verfijnt het elk jaar haar beleid door nieuwe prioriteiten toe te voegen en te focussen op wat materiële en strategische impact heeft. Het kiest ervoor om realistische doelen te definiëren in plaats van ambitieuze uitspraken te doen zonder hierop veel controle te kunnen uitoefenen. De focus ligt op het ondernemen van de juiste acties binnen de haalbare invloedssfeer en daar progressie te maken samen met de participaties. De samenvattende tabellen hieronder gebruiken als basis de relevante materiële onderwerpen. De materialiteitsoefening en toegepaste methodiek om deze te bepalen worden in sectie 7 AvH's ESG-beleid en -methodologie toegelicht.

Pijler AvH materiële
onderwerpen
Langetermijndoelen Hoogtepunten 2022 Actieplan 2023 SDG
impact
Verantwoordelijke
investeerder
1
Financiële veerkracht
en langetermijn
rentabiliteit
Waardecreatie
> 10%/jaar(1)
Waardecreatie > 10%
ondanks economisch
moeilijke tijden
Nettocashpositie:
positief
Nettocashpositie: 499
miljoen euro
Verantwoordelijk
investeringsbeleid
Behalen van
relevante ESG
ratings en -beoor
delingen
Sustainalytics ratings: 9,0
(verwaarloosbaar risico)
UN PRI: 4/5 sterren
CDP: C-score
Toevoegen andere
relevante ESG-rating en
-beoordeling (o.a. opname
in BEL® ESG Index)
ESG onderdeel
van investerings
beslissing
100% ESG-doorlichting
investeringen
96% investeringsteam
volgde ESG-training
Bedrijfsethiek Bedrijfsethiek
onderdeel van
deugdelijk bestuur
AvH Integriteitscode
geactualiseerd
Verderzetten integriteits
training investeringsteam
(AvH Academy)
(1)
Aangroei eigen vermogen verhoogd met uitgekeerde dividenden (CAGR gemeten over een periode van 10 jaar).
Pijler AvH materiële
onderwerpen
Langetermijndoelen Hoogtepunten 2022 Actieplan 2023 SDG
impact
Verantwoordelijke
aandeelhouder
ESG-beleid > 80%
beheerde activa
91% beheerde activa
hebben ESG-beleid
Actieplan materiële
ESG-topics jaarlijks bespro
ken op raad van bestuur
participaties:
> 80% beheerde activa
ESG strategische sessie
voor ESG-materiële
participaties
Participaties ondersteu
nen bij uitrol nieuwe 'EU
Sustainability Reporting
Standards' (ESRS)
CO2
-ambitie en
reductieplan 2030
> 80% beheerde
activa (nieuw) in
2025
50% beheerde activa
heeft CO2
-ambitie en
-reductieplan 2030
Opvolgen CO2
-reductie
plannen bij participaties
met belangrijke uitstoot,
alsook op portefeuille
niveau
1,2 miljoen ton CO2
-equi
valenten scope 3-emissies
investeringsportefeuille
(93% beheerde activa)(1)
SBTi-testing reductie
plannen grootste uitstoters
(98% uitstoot investerings
portefeuille)(2)
Uitrollen EU
Taxonomie
EU Taxonomie:
21% omzet afgestemd
('aligned')
47% investeringen afge
stemd ('aligned')
Opvolgen participaties in
uitrollen EU Taxonomie
Verantwoordelijke
en actieve partner
2
Deugdelijk bestuur Corporate gover
nance charter
> 80% beheerde
activa
98% beheerde activa
hebben corporate
governance charter
Audit en/of risico
comité
> 80% beheerde
activa
96% beheerde activa
hebben audit- en/of
risicocomité
Remuneratie
comité
> 80% beheerde
activa
99% beheerde activa
hebben
remuneratiecomité
Verfijnen rol remuneratie
comités participaties m.b.t.
talentmanagement
Bedrijfsethiek Integriteitsbeleid
> 80% beheerde
activa
97% beheerde activa
hebben integriteitscode
Opvolgen relevant actie
plan met participaties
Talentontwikkeling Management
teams van
participaties
ontwikkelen
Samen met participaties
gewerkt rond het toe
komstbestendig maken van
hun talent management en
diversiteit
Verderzetten workshops
voor CEO's en/of leden
managementteams
4 workshops voor CEO's
en/of leden management
teams om zich verder te
ontwikkelen
Innovatie Innovatiebeleid
> 80% beheerde
activa
84% beheerde activa
hebben innovatiebeleid
Participaties ondersteunen
bij uitwerking innovatie
beleid
Workshop rond data
gedreven organisatie
(1) Scope 3-emissies m.b.t. de investeringsportefeuille betreffen scope 1- en scope 2-emissies van haar participaties met de grootste CO2
houderspercentage. De CO2
-voetafdruk van de participaties van het segment Growth Capital zal de komende jaren worden vervolledigd. De dekking bedraagt in 2022 93% van het geconsolideerd eigen vermogen. -voetafdruk, zoals bekend op datum van publicatie en gewogen op basis van het aandeel

(1) Scope 3-emissies m.b.t. de investeringsportefeuille betreffen scope 1- en scope 2-emissies van haar participaties met de grootste CO2 -voetafdruk, zoals bekend op datum van publicatie en gewogen op basis van het aandeelhouderspercentage. De CO2 -voetafdruk van de participaties van het segment Growth Capital zal de komende jaren worden vervolledigd. De dekking bedraagt in 2022 93% van het geconsolideerd eigen vermogen. (2) SBTi (Science Based Targets-initiative): Een initiatief dat beste praktijken definieert op het gebied van CO2 -emissiereducties en -doelstellingen in lijn met de ambities van het Klimaatakkoord van Parijs.

Pijler AvH materiële
onderwerpen
Langetermijndoelen Hoogtepunten 2022 Actieplan 2023 SDG
impact
Duurzame
onderneming
3
Talentontwikkeling AvH als 'top
employer'
Bevraging welzijn en me
dewerkersbetrokkenheid
Nulmeting welzijn en
actieplan
Gemiddeld 19,8 jaren
relevante ervaring per
persoon
3% verloop werknemers
(excl. intragroep en pensio
nering, gemiddelde 3 jaar)
100% medewerkers met
'performance review'
AvH medewerkers
volgen
> 5 dagen oplei
ding/jaar
8,3 dagen Uitrollen AvH Academy
CO2
-emissies AvH
als investeringsmaat
schappij
30% reductie in
2030 (scope 1 en
2 - basisjaar 2022)
(nieuw)
259 ton CO2
-equivalenten
scope 1- en 2-emissies
Uitrollen AvH CO2
-
reductieplan

3. AvH als verantwoordelijke investeerder

AvH materiële
onderwerpen
Doel KPI Trend 2022 2021 2020 SDG
impact
Financiële veerkracht
en langetermijn
rentabiliteit
10% Waardecreatie - Aangroei
eigen vermogen(1)
10,3% 9,4% 9,4%
Positieve Nettocashpositie 499
miljoen
euro
78 miljoen
euro
68 miljoen
euro
Verantwoordelijk
investeringsbeleid
Behalen van
relevante ESG
ratings
Sustainalytics Verwaar
loosbaar
risico (9,0)
Laag risico
(12,5)
Laag risico
(15,9)
UN PRI Nieuw 4/5 sterren - -
CDP Nieuw C-rating - -
ESG onderdeel
investerings
beslissing
Sectorexclusiebeleid Informeel Informeel
ESG-doorlichting nieuwe
investeringen
100% 100% Sinds sept.
ESG-training investeringsteam 96% 91%
Bedrijfsethiek Bedrijfsethiek
onderdeel van
deugdelijk
bestuur
Integriteitsbeleid Geactuali
seerd

(1) Aangroei eigen vermogen verhoogd met uitgekeerde dividenden (CAGR 2012-2022, 2011-2021, 2010-2020).

3.1 Integratie ESG-factoren in bedrijfsmodel

AvH integreert ESG in haar investeringsprocessen en -beslissingen door middel van een analyse van de ESG-risico's en -opportuniteiten. Het past hierbij de dubbele materialiteit toe, door zowel de impact van omgevingsfactoren op bedrijven, alsook de impact van bedrijven op hun omgeving in te schatten. AvH wil sturen op de materieel relevante thema's samen met de partners in die bedrijven. Het beperkt zich niet tot duurzame ondernemingen, maar begeleidt ook de transitie van bedrijven in sectoren met ESG-uitdagingen. AvH wenst immers actief te zijn in diverse sectoren gekoppeld aan maatschappelijke thema's en ook op ESG-vlak het verschil te maken door bedrijven te helpen daarin 'best-in-class' te worden.

Met dit model wil AvH een goed beheer van milieu en sociale aspecten systematisch bewerkstelligen. Waar er risico's bestaan worden actieplannen opgesteld die deze

André-Xavier Cooreman Lid van het executief comité - verantwoordelijk voor AvH's ESG-beleid

"Door met de participaties strategisch na te denken rond hun ESG-uitdagingen, nemen we onze rol als verantwoordelijke en actieve partner ter harte. Deugdelijk bestuur en innovatie zijn bijvoorbeeld belangrijke hefbomen bij het formuleren van CO2-ambities en -reductieplannen ."

risico's mitigeren. AvH differentieert zich hiermee van 'impact of thematische investeerders', die hoofdzakelijk investeringsopportuniteiten bestuderen waar ze op een specifiek ESG-thema grote vooruitgang willen boeken.

Waardecreatie op lange termijn

Waardecreatie 10,3% aangroei eigen vermogen
(CAGR over periode van 10 jaar)
Nettocashpositie 499 miljoen euro

AvH monitort haar waardecreatie en ziet hierin de bevestiging dat de prestaties van AvH hand in hand gaan met het gedefinieerde ESG-beleid. Dit doet AvH op basis van de aangroei van het eigen vermogen (inclusief uitgekeerde dividenden) over een periode van 10 jaar aangezien het een langetermijnhorizon doorheen de economische cyclus hanteert.

AvH streeft naar een positieve nettocashpositie. Mede dankzij de verkoop van Manuchar en Anima is de nettocashpositie gestegen met 421 miljoen euro. Daarenboven beschikt AvH over 280 miljoen euro bevestigde kredietlijnen van verschillende banken met wie zij op lange termijn samenwerkt. AvH heeft dus ruim voldoende middelen om te investeren in zowel haar bestaande participaties om hun groei te ondersteunen, alsook in nieuwe beloftevolle, duurzame en innovatieve bedrijven.

• Externe validatie (ESG-ratings en -beoordelingen)

De ESG-ratingbureaus lijken de AvH ESG-filosofie en -klemtonen te appreciëren. In lijn met haar objectief om in te zetten op ESG-ratings relevant voor een investeringsmaatschappij, werkt AvH actief met Sustainalytics en UN PRI. In 2022 werd met CDP voor het eerst samengewerkt. In de toekomst kunnen nog andere ESG-ratings toegevoegd worden.

In 2022 kon AvH haar goede ESG-score bij Sustainalytics verder verbeteren van 12,5 in 2021 naar 9,0. Hierdoor wordt AvH nu ingedeeld in de categorie 'verwaarloosbaar' risico. Sustainalytics' risicoscores variëren van 0 tot 40+ en worden ingedeeld in de categorieën 'verwaarloosbaar', 'laag', 'gemiddeld', 'hoog' en 'ernstig'. Hoe lager de punten, hoe minder risico. AvH scoort t.o.v. haar peers in de groep 'Multi-Sector Holdings' zeer goed. Op de dag van haar rating (eind juli 2022) behoorde AvH volgens Sustainalytics tot het top kwartiel (12de percentiel) van haar sectorgenoten.

AvH maakt ook onderdeel uit van de BEL® ESG Index die gelanceerd werd door Euronext in februari 2023. Deze nieuwe duurzame index volgt de 20 in Brussel genoteerde ondernemingen met de beste ESG-praktijken.

De UN Principles for Responsible Investment (UN PRI) is een raamwerk van de Verenigde Naties dat toeziet op de integratie van ESG in investeringsbeslissingen en op de actieve betrokkenheid bij participaties. In 2020 onderschreef AvH formeel de principes van UN PRI. AvH behaalde in 2022 een score van 4 op 5 sterren. De principes die gehanteerd worden, zijn de volgende:

  • Verwerken van ESG-aspecten in de investeringsanalyses en -beslissingen
  • Meenemen als actieve aandeelhouder van ESG-aspecten in aandeelhoudersbeslissingen
  • Toezien op een juiste ESG-rapportering door de participaties
  • Promoten van toepassing van ESG-principes binnen haar eigen sector
  • Samenwerken met anderen om de ESG-principes concreet vorm te geven
  • Jaarlijks rapporteren over de activiteiten en de geboekte vooruitgang
ESG-rating 2022 score
Ernstig
risico
Hoog
risico
Medium
risico
Laag
risico
Verwaarloosbaar
risico
Investering en
'Stewardship'-beleid
'Direct - Private equity'
D- D C- C B- B
A

Bart Vercauteren Head of ESG

"In 2022 behaalde AvH een Sustainalytics-rating van 9,0. Dit komt overeen met een verwaarloosbaar risico. Voor het derde jaar op rij heeft AvH hiermee haar ESG-risicoscore verbeterd tot een van de beste in vergelijking met andere 'Multi-Sector Holdings'."

In 2022 heeft AvH actiever met CDP samengewerkt. Het behaalde een C-score. CDP beheert een wereldwijd milieu-informatiesysteem voor het meten en beheren van risico's en kansen met betrekking tot klimaatverandering, watermanagement en ontbossing. De CDP-score en -gegevens worden gebruikt door financiële instellingen, beleggers, ratingbureaus en benchmarkaanbieders in hun beoordeling inzake niet-financiële informatie. AvH wou met haar eerste deelname leren hoe het haar (beursgenoteerde) participaties inzake CDP kan ondersteunen.

3.2 Verantwoordelijk investeringsbeleid

AvH waakt erover dat de samenstelling van haar portefeuille evolueert in lijn met langetermijnuitdagingen. Dit houdt in dat bij investeringen gekeken wordt:

  • of het bedrijf actief is in een sector waarin AvH niet wil investeren (exclusiebeleid),
  • of het bedrijf actief is in gevoelige sectoren en hoe het scoort op relevante ESG-aspecten, dan wel in een sector die een positieve impact kan hebben op ESG-uitdagingen (ESG-doorlichting en integriteitsbeleid).

ESG is in elk onderdeel van de investeringscyclus geïntegreerd. Bij de beoordeling van investeringsdossiers worden ESG-aandachtspunten meegenomen, wordt het resultaat van de ESG-doorlichting besproken met het management en wordt het verwerkt in een actieplan. AvH ambieert een 'best-in-class' positie in de sectoren waarin AvH actief is. Elk bedrijf voert evenwel haar eigen ESG-beleid, waarbij AvH handelt als partner, die (pro)actief meedenkt op relevante ESG-uitdagingen voor het bedrijf en de sector waarin het bedrijf actief is. Wat dit concreet inhoudt, wordt per bedrijf bepaald en kan gebeuren op basis van een sectorrelevante standaard, index of benchmark. Deze analyse kan ook leiden tot desinvesteringen uit bedrijven.

• Exclusiebeleid

In plaats van veel sectoren uit te sluiten, gelooft AvH het verschil te kunnen maken als verantwoordelijke en actieve partner in sectoren die geconfronteerd worden met specifieke ESG-uitdagingen. AvH geeft er de voorkeur aan deze bedrijven op lange termijn positief te beïnvloeden en de negatieve aspecten van dergelijke sectoren te mitigeren. Het aantal 'harde uitsluitingen' is hierdoor beperkt tot 6 sectoren. AvH heeft dit beleid in 2022 geformaliseerd en besliste niet te investeren in de volgende activiteiten:

  • • Wapens: ontwikkeling, productie of handel in controversiële wapens, kernwapens en civiele vuurwapens
  • • Tabak: productie van sigaretten, tabak, e-sigaretten en aanverwante rookproducten
  • • Verdovende middelen: productie en handel in verdovende en psychotrope middelen (tenzij voor medische doeleinden)
  • • Pornografie: pornografie, pornomedia, prostitutie en andere seksindustrieën
  • • Gokken: productie en handel van gokapparatuur en -producten
  • • Thermische steenkool: activiteiten met een primaire focus op ontginning en productie van thermische steenkool

De naleving van het exclusiebeleid bij de bestaande participaties zal regelmatig gecontroleerd worden met deze uitsluitingen in het achterhoofd.

ESG is geïntegreerd in alle stappen van de investeringscyclus op basis van het UN PRI-raamwerk. De figuur hieronder vat AvH's verantwoordelijk investeringsbeleid samen.

Pre-acquisitiefase opportuniteiten

Beoordeling van ESGrisico's en -opportuniteiten

  • • Initiële ESG-beoordeling van elke investeringsopportuniteit
  • • Exclusiebeleid
    • Wapens
    • Tabak
    • Verdovende middelen
    • Pornografie
    • Gokken
    • Thermische steenkool
  • • Integriteitsbeleid • AvH's missie, kenmerken
    • en waarden • Universele verdragen, wet- en regelgeving

Acquisitiefase nieuwe investeringen

Betrokkenheid en actieve ondersteuning

  • • ESG-doorlichting desgevallend aangevuld met extern advies voor ESG-
  • relevante onderwerpen • Meenemen van conclusies in overleg met management, en indien relevant integratie in actieplan

ESG-'stewardship'

Gefocuste ESG-plannen in de participaties

  • • ESG-, innovatie-, HR- en integriteitsbeleid worden in principe jaarlijks besproken in de raad van bestuur (of in een relevant comité)
  • • Jaarlijkse ESG-sessies met participaties die potentieel een materiële impact kunnen hebben op AvH
  • Faciliteren van uitwisseling van beste praktijken tussen participaties
  • Participaties rapporteren conform de AvH-methodiek rond ESG-risico's en opportuniteiten op basis van ESG-materialiteit

Exit bestaande participaties

ESG als hefboom voor waardecreatie

• Beschrijving ESG-beleid als onderdeel van documentatie in 'dataroom'

AvH ontwikkelde een interne richtlijn om de investeringsteams te ondersteunen met het uitvoeren van hun ESG-analyse bij het beoordelen van nieuwe investeringen of bij bestaande participaties die geconfronteerd worden met specifieke ESG-uitdagingen.

• ESG-doorlichting ('due diligence')

100% investeringen ondergingen ESG-doorlichting
96% investeringsteam volgde ESG-training

De uitvoering van een ESG-doorlichting stelt AvH in staat te anticiperen op risico's en in te spelen op opportuniteiten. AvH verricht een ESG-doorlichting bij alle potentiële investeringen. ESG vormt een vast onderdeel van de investeringsmemo's die de analyses en resultaten van de doorlichting samenvat en als basis dient om tot een investeringsbeslissing te komen.

Na een eerste interne doorlichting die rekening houdt met de sector, het bedrijfsmodel en de geografische spreiding, vindt een uitgebreidere beoordeling plaats van geïdentificeerde risico's en opportuniteiten. Waar relevant wordt de interne doorlichting aangevuld met een ESG-doorlichting uitgevoerd door een externe partij.

ESG-prioriteiten, -actieplan en -ambities worden per investeringsopportuniteit bekeken. Afhankelijk van de investeringsopportuniteit en de sector waarin deze actief is, kunnen volgende onderwerpen in de ESG-doorlichting aan bod komen:

  • • Milieuaspecten (E), zoals klimaatverandering (incl. CO2 -uitstoot en andere emissies), energieverbruik, efficiënt gebruik van grondstoffen en materialen, preventie en beheer van vervuiling, ecosystemen, biodiversiteit en milieuaspecten van de waardeketen
  • • Sociale aspecten (S), zoals arbeidsvoorwaarden, -omstandigheden, mensenrechten en sociale aspecten van de waardeketen
  • • Deugdelijk bestuur (G), zoals organisatiestructuur, corporate governance charters, integriteitsbeleid en risicobeheer

Het investeringsteam kreeg in 2022 een opfrissingscursus over het gebruik van het internationale referentiemodel SASB (Sustainability Accounting Standards Board) als basis voor een ESG-doorlichting. 96% van het investeringsteam heeft de training in 2022 gevolgd.

Indien er via fondsen wordt geïnvesteerd, wordt voor de instap in het fonds gekeken naar het exclusiebeleid en de doorlichtings- en monitoringsprocedures die de fondsbeheerder hanteert.

• Integriteitsbeleid

Actualisatie AvH integriteitscode
-- -- ----------------------------------- -- -- -- -- --

De AvH integriteitscode werd in 2022 geactualiseerd en bevat de ethische standaarden voor AvH's medewerkers en de leden van de raad van bestuur. De code biedt o.a. handvaten aan voor het investeringsteam bij het nemen van investeringsbeslissingen. Van de leden van het investeringsteam wordt verwacht dat zij rekening houden met de vraag of (groeps)bedrijven handelen in overeenstemming met de toepasselijke internationale normen en verdragen met betrekking tot mensenrechten, milieu, corruptiebestrijding en arbeidsomstandigheden. Bij inbreuken van de toepasselijke regels, worden de bedrijven aangespoord doelen en maatregelen vast te stellen om naleving binnen een redelijke termijn te waarborgen. Bedrijven worden aangemoedigd om een eigen integriteitscode op maat aan te nemen en dit te omkaderen met een beleid met gerichte acties.

De Integriteitscode is geïnspireerd op de 10 sleutelprincipes van het 'UN Global Compact' die zijn ontleend aan de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (1948), de Verklaring van de Internationale Arbeidsorganisatie ('ILO') betreffende de fundamentele principes en rechten inzake werk (1998), de Verklaring van Rio inzake Milieu en Ontwikkeling (1992) en het Verdrag van de Verenigde Naties tegen Corruptie (2003).

De medewerkers en bestuurders dienen jaarlijks te bevestigen dat ze de integriteitscode en de dealing code (onderdeel van het corporate governance charter) kennen, begrijpen en zullen naleven. Als onderdeel van de AvH Academy werden er in 2022 opleidingen gegeven en wordt een vervolgopleiding voorzien in 2023.

4. AvH als verantwoordelijke en actieve partner

AvH materiële
onderwerpen
Doel KPI Trend 2022 2021 2020 SDG
impact
Verantwoordelijke ESG-beleid
aandeelhouder > 80% beheerde
activa
ESG-beleid(1) 91% 91% 86%
CO2
-emissies investeringsportefeuille
Scope 3-emissies - investe
ringsportefeuille (miljoen ton
CO2
-equivalenten)(2)
1,2 1,2 1,1
Scope 3-emissies - investerings
portefeuille
(% beheerde activa)(1)
93% 89% 90%
> 80% beheerde
activa (in 2025)
CO2
-ambitie en -reductie
plan(1)
Nieuw 50%
EU Taxonomie(3)
% in aanmerking komende
omzet EU Taxonomie ('eligible')
43% 46%
% afgestemde omzet EU
Taxonomie ('aligned')
21% 15%
% in aanmerking komende
capex EU Taxonomie ('eligible')
56% 39%
% afgestemde capex EU
Taxonomie ('aligned')
47% 25%
% in aanmerking komende
opex EU Taxonomie ('eligible')(4)
- -
% afgestemde opex EU
Taxonomie ('aligned')(4)
- -
Innovatie > 80% beheerde
activa
Innovatiebeleid(1) 84% 77% 72%
Deugdelijk
bestuur
> 80% beheerde
activa
Corporate governance
charter(1)
98% 96% 85%
Audit- en/of risicocomité(1) 96% 96% 94%
Remuneratiecomité(1) 99% 94%
Bedrijfsethiek > 80% beheerde
activa
Integriteitscode(1) 97% 92% 85%

(1) Uitgedrukt in % verhouding tot het geconsolideerd eigen vermogen van AvH. (2) Scope 3-emissies m.b.t. de investeringsportefeuille betreffen scope 1- en 2-emissies van haar participaties met de grootste CO2 -voetafdruk, zoals bekend op datum van publicatie en gewogen op basis van het aandeelhouderspercentage. De CO2 -voetafdruk van de participaties van het segment Growth Capital zal de komende jaren worden vervolledigd. (3) Het voorgestelde schema inzake EU Taxonomie bevat ratio's relevant voor niet-financiële instellingen.

(4) De opex zoals gedefinieerd in scope van de EU Taxonomie omvat een restrictieve lijst van niet-gekapitaliseerde kosten. Doordat de participaties hun jaarrekeningen opstellen op basis van IFRS, zijn deze grotendeels reeds vervat in de capex.

4.1 Verantwoordelijk aandeelhouderschap hand in hand met ESG

In haar rol als verantwoordelijke en actieve partner interpreteert AvH ESG ruim. De aspecten die voor AvH onder ESG vallen, worden hiernaast en op de volgende pagina opgelijst samen met de doelstelling die AvH nastreeft.

  • ESG-beleid: jaarlijkse bespreking door de raad van bestuur van het gevoerde beleid, de materiële onderwerpen, de ambities, actieplannen, doelstellingen en KPIs om de voortgang te monitoren waarbij het ESG-beleid geënt is op materialiteit en rekening houdt met relevante belanghebbenden.
  • Innovatiebeleid: jaarlijkse bespreking door de raad van bestuur van het gevoerde beleid. AvH ziet innovatie als een essentiële factor om risico's te verminderen of opportuniteiten te benutten. Dit slaat niet alleen op ecologische

aspecten, maar op alle domeinen die duurzame groei bewerkstelligen, zoals het zoeken van nieuwe product/marktcombinaties, het digitaliseren of verbeteren van operationele processen of het zoeken van nieuwe samenwerkingsverbanden (bv. met universiteiten, overheden, klanten of leveranciers).

  • HR-beleid: remuneratiecomités die het gevoerde HR-beleid en de samenstelling en werking van het management bespreken (inclusief de aandacht voor successie en aantrekking en behoud van talent).
  • Deugdelijk bestuur: organisatie van de beslissingsprocessen geformaliseerd in een charter aangepast aan sectorspecifieke standaarden.
  • Risicobeheerssystemen: identificatie en opvolging van potentieel materiële risico's aangepast aan sectorspecifieke omstandigheden met toepasselijke processen (via audit- en/of risicocomités).
  • Integriteitsbeleid: een integriteitscode aangepast aan sectorspecifieke omstandigheden (beschrijving van waarden en toepasselijke gedragsrichtlijnen) omkaderd door compliance procedures (bv. inzake anti-corruptie) en andere beleidsmaatregelen (bv. opleiding).

AvH hanteert in haar rol als verantwoordelijke en actieve partner de volgende principes om vooruitgang te bewerkstelligen en de juiste focus te leggen bij de bedrijven in haar portefeuille:

  • ESG als onderdeel van de bedrijfscultuur die uitgedragen wordt door het management van AvH en haar participaties.
  • Focus op materiële onderwerpen geïdentificeerd op basis van materialiteitsdenken zodat ESG-beleid strategisch ingevuld wordt.
  • 'Substance over form'-benadering waarbij activiteiten eerst worden afgedekt door een relevant beleid en acties en daarna verder ingevuld worden via de nodige processen en tools.
  • Behalen van impact in haar portefeuille (op basis van het aandeel van een bedrijf in het geconsolideerd eigen vermogen van de groep) door eerst te focussen op de grootste participaties of aspecten die materieel zijn voor AvH en vervolgens de andere bedrijven mee te betrekken.

4.2 Actieve ESG-ondersteuning aan participaties

78% beheerde activa ontving individuele ESG strategische sessies

Voor AvH dient een ESG-beleid afgestemd te zijn op de gevolgde bedrijfsstrategie. Focussen op materiële onderwerpen en de status en het actieplan bespreken op niveau van de raad van bestuur zijn belangrijke hefbomen om een ESG-beleid uit te rollen. Om de discussies tijdens de raad van bestuur voor te bereiden, wordt actief met de participaties samengewerkt doorheen het jaar.

Voor de 4 ESG-materiële participaties (DEME, Delen Private Bank, Bank Van Breda, SIPEF) alsook de vroegere ESG-materiële participaties (CFE en Nextensa) werd,

Luc Bertrand Voorzitter raad van bestuur

"Als proactieve en langetermijninvesteerder streeft AvH ernaar op het niveau van de raad van bestuur van haar bedrijven in portefeuille betrokken te zijn. Op deze manier neemt AvH deel aan de formulering en opvolging van het strategisch beleid."

zoals voorgaande jaren, een ESG strategische sessie per bedrijf opgezet. Aan deze sessie nemen de investeringsmanagers (die in de raad van bestuur van de participatie zitten), de ESG-teams en leden van de executief comités deel. De bedoeling van deze ESG strategische sessie is om het ESG-beleid en -status te evalueren, de materiële onderwerpen te identificeren en relevante actieplannen voor de komende jaren te bespreken. Deze sessie dient als voorbereiding voor de bespreking op niveau van de raad van bestuur.

91% beheerde activa hebben ESG-beleid
98% beheerde activa hebben corporate governance charter
96% beheerde activa hebben audit- en/of risicocomité
99% beheerde activa hebben remuneratiecomité
97% beheerde activa hebben integriteitscode

Voor de andere participaties worden jaarlijks workshops georganiseerd om de AvH ESG-aanpak en -principes toe te lichten. De participaties worden gevraagd jaarlijks een ESG-vragenlijst in te vullen. Op verzoek worden één-op-één sessies georganiseerd. De investeringsmanagers beoordelen jaarlijks de status en vooruitgang op basis van deze ESG-vragenlijst. Alle participaties worden gevraagd de ESG-vragenlijst op de raad van bestuur en/of het auditcomité te brengen en zo ESG op te volgen.

Het multidisciplinair AvH-team biedt ook ondersteuning aan de participaties in specifieke domeinen zoals ESG-beleid, innovatiebeleid, HR-beleid, deugdelijk bestuur en risicobeheer.

Ondersteuning Milieu Sociaal Deugdelijk bestuur &
risicobeheer
Innovatie
Kennisdeling tussen
participaties
ESG-sessies voor de 4 ESG-materiële
participaties en de 2 vroegere ESG
materiële participaties
CEO-sounding boards
HR-sounding boards
Sessie m.b.t. het nieuwe
verbintenissenrecht
Sessie rond
data analytics en
-beheer
Sectorspecifieke ESG-werksessies
(vastgoed en financiële sector)
Sessie toekomstbestendig maken van
talentmanagement en diversiteit
(95 % van de beheerde activa)
Ondersteuning van
managementteams
Strategisch invullen van ESG op
basis van materialiteit
Klankbord inzake organisatiestructuur,
uitbouwen van managementteams en
Klankbord inzake deugdelijk
bestuur en bedrijfsethiek
Netwerk
innovatiemanagers
Screening CO2
-reductieplannen van
de grootste uitstoters
inclusieve organisaties
Interpretatie van de EU Taxonomie en
ondersteunende tools

4.3 CO2 -emissies investeringsportefeuille

50% beheerde activa heeft CO2
-ambitie en -reductieplan
naar 2030
1,2 mio ton CO2
-equivalenten scope 3-emissies - investerings
portefeuille (dekking 93% beheerde activa)
98% uitstoot investeringsportefeuille werd SBTi-getest

Klimaatverandering en de vereiste transitie naar een koolstofarme economie hebben een impact op hoe duurzame groei ingevuld wordt. De toename van de omzet houdt immers vaak ook een toename van CO2 -emissies in, zelfs indien deze omzet bijdraagt aan het oplossen van klimaatverandering of de intensiteit van de activiteiten op dat vlak daalt. Ook de huidige disrupties in de aanvoerketens zorgen voor een tijdelijke opstoot van de CO2 -emissies.

AvH rapporteert op twee niveaus:

  • de CO2 -emissies als investeringsmaatschappij: in CO2 -equivalenten scope 1, 2 en 3, waarbij scope 3 zowel de zakenreizen als de investeringsportefeuille omvat. De CO2 -emissies van de investeringsportefeuille bedroegen in 2022 1,2 miljoen ton CO2 -equivalenten en worden in deze sectie verder beschreven. De overige CO2 -emissies als investeringsmaatschappij (bv. energieverbruik en zakenreizen) bedroegen in 2022 469 ton CO2 -equivalenten en worden in sectie 5.3 behandeld.
  • de totale CO2 -emissies (in CO2 -equivalenten scope 1 en 2) op basis van de boekhoudkundige consolidatieperimeter bedroegen in 2022 672.792 ton CO2 -equivalenten (zie Duurzaamheidsverslag: bijlage achteraan in het jaarverslag).

Voor een investeringsmaatschappij is de uitstoot van de investeringsportefeuille (zie tabel onderaan) de belangrijkste scope 3 component. Deze houdt de scope 1- en 2-emissies in van de bedrijven in portefeuille, gewogen aan het aandeelhouderspercentage. AvH vindt een rapportering als investeringsmaatschappij relevanter dan die volgens de boekhoudkundige perimeter. De volledigheid van de CO2 -voetafdruk van de investeringsportefeuille gerapporteerd aan AvH nam in 2022 verder toe tot een dekking van 93% van de beheerde activa in portefeuille. De CO2 -voetafdruk van de investeringsportefeuille bleef in 2022 stabiel ten opzichte van 2021 ondanks dat de omzet met 7%(2) gestegen is in 2022 ten opzichte van 2021. De stijging bij SAGAR is te wijten aan haar groei waarbij de CO2 -intensiteit nauw gemonitord wordt. Ten gevolge van de COVID-19 pandemie waren er in India ook minder alternatieve brandstoffen ter beschikking. De daling bij DEME is te wijten aan een wijziging in de activiteitenmix die resulteert dat de voetafdruk terug in lijn komt met deze van 2020.

De CO2 -voetafdruk van de investeringsportefeuille omvat de kernsectoren, alsook Growth Capital-participaties die potentieel actief zijn in CO2 -intensieve industrieën. Voor kleinere participaties zijn de data vaak nog niet beschikbaar of niet uniform berekend. Voor zover gekend, zou dit geen materiële invloed hebben op AvH-niveau. AvH ondersteunt die participaties desalniettemin om die metingen op te starten dan wel te verfijnen om deze in de toekomst te kunnen integreren. Zodra er een goed inzicht bestaat over de data en de onderliggende methodologie, kan vervolgens door de participaties nagedacht worden over het opstellen van een actieplan dat, waar mogelijk, in lijn ligt met de klimaatdoelstellingen van Parijs (geïnspireerd op de 'Science Based Targets - SBTi').

De participaties worden waar relevant actief ondersteund om de emissieniveaus te doen dalen. In 2022 werden de CO2 -ambities en -actieplannen van de belangrijkste uitstoters, goed voor 98% van de uitstoot van de investeringsportefeuille, gechallenged. AvH gebruikt een 'fit for purpose'-benadering om na te gaan hoe de CO2 -ambities en -actieplannen passen binnen het 'Science Based Targets' initiatief, sectorspecifieke transitiepaden (bv. 1,5 graden en 2 graden scenario's binnen het Klimaatakkoord van Parijs) en emissie-intensiteit. Zo streeft AvH ook naar een absolute emissiereductie.

(2) Pro forma omzet exclusief Manuchar en Anima

CO2
-emissies investeringsportefeuille AvH (scope 3 in ton CO2
-equivalenten)
2022 2021 2020
CO2
-absolute
emissies
Aandeel
houders
percentage
CO2
-emissies
gewogen aan
het aandeel
houders
percentage
('aandeel
AvH')
CO2
-absolute
emissies
Aandeel
houders
percentage
CO2
-emissies
gewogen aan
het aandeel
houders
percentage
('aandeel
AvH')
CO2
-absolute
emissies
Aandeel
houders
percentage
CO2
-emissies
gewogen aan
het aandeel
houders
percentage
('aandeel
AvH')
2.486.023 20% 488.255(1) 1.929.030 22% 421.493(1) 2.104.753 22% 459.889(1)
653.000 62% 405.643 832.800 62% 517.169 660.000 62% 409.860
608.769 37% 224.088 681.768 35% 239.505 605.241 35% 209.898
15.309 62% 9.510 16.489 62% 10.240 17.684 62% 10.982
40.752 22% 8.859 35.565 22% 7.731
1.361 79% 1.072 1.713 79% 1.348 1.396 79% 1.099
1.470 79% 1.158 1.388 79% 1.093 1.681 79% 1.324
Andere 8.165 4.905 17.654 3.380 14.493 2.856
Scope 3-emissies -
participaties
1.143.749 1.202.189 1.096.129

(1) Sagar's CO2 -voetafdruk voor 2022 is gebaseerd op Sagar's boekhoudkundig jaar 2021/2022. Voor 2021 gebaseerd op Sagar's boekhoudkundig jaar 2020/2021. Voor 2020 gebaseerd op Sagar's boekhoudkundig jaar 2019/2020.

Gevalstudie

Sagar Cements neemt een voortrekkersrol in het decarboniseren van de cementindustrie in India

Sagar Cements heeft een ESG-visie en -roadmap met 13 domeinen uitgewerkt en heeft doelen gesteld naar 2030 en 2050. Op vlak van CO2 -emissies heeft Sagar een ambitieus reductieplan uitgewerkt met als ambitie net zero te bereiken tegen 2050 (mits beschikbaarheid van de vereiste technologie) en een reductie van de CO2 -intensiteit met 26% te bekomen tegen 2030 in lijn met SBTi 1,5 °C.

Het gebruikt hiervoor o.a. de volgende hefbomen:

  • Vermindering klinkerratio: 64% tegen 2030 en 50% tegen 2050
  • Gebruik alternatieve brandstoffen door verhoging thermische substitutiegraad - TSR: 25% tegen 2030, 50% tegen 2050
  • Hoger aandeel groene energie: 50% tegen 2030, 100% tegen 2050
  • Energie-efficiëntie (per metric ton cement): 70 kWh tegen 2030, 65 kWh tegen 2050
  • Alternatieve grondstoffen (circulariteit): 2% tegen 2030, 5% tegen 2050
  • CO2 -opvang en -gebruik: CCS/CCU

4.4 Afstemming met de EU Taxonomie

21% omzet afgestemd ('aligned')
47% investeringen afgestemd ('aligned')

De EU Taxonomie beoogt de transformatie naar een koolstofarme economie te realiseren via algemeen aanvaarde definities en rapporteringswijzen van 'groene' activiteiten. Momenteel is dit gebeurd voor 2 van de 6 klimaat- en milieudoelstellingen, namelijk de mitigatie van en de adaptatie aan klimaatverandering.

Doordat de wetgeving de Technical Screening Criteria (TSC) heel ambitieus formuleert, lijken veel activiteiten met een positieve contributie inzake klimaat, toch niet als afgestemd ('aligned') te zullen worden erkend. Dit weerhoudt AvH niet dit soort activiteiten toch te ondersteunen als ze bijdragen tot een koolstofarmere omgeving.

Er werd een conservatieve benadering toegepast door AvH en de participaties in het rapporteren van afstemming ('alignment') met de EU Taxonomie. De bedrijven hebben in 2022 gewerkt op een robuuste methodologie (bv. projectscreening op de EU Taxonomie-voorwaarden bij DEME en CFE, het ontwikkelen van een EU Taxonomie paspoort voor gebouwen bij BPI). Nextensa heeft verschillende projecten doorgelicht om de impact te begrijpen op de ontwerpen van haar toekomstige vastgoedontwikkelingen. Er werd een 'sanity check' uitgevoerd door een consultant op de gehanteerde methodologie en gebruikte interpretaties door de participaties alsook om het risico op dubbeltelling te vermijden.

AvH rapporteert volgende twee zaken op basis van haar boekhoudkundige consolidatieperimeter (zie sectie 7.3 ESG-rapportering en referentiemodellen):

  • In aanmerking komend ('eligible'): bepalen welke economische activiteiten onder de EU Taxonomie vallen en potentieel hebben om te vergroenen.
  • Afgestemd ('aligned'): toetsen aan de voorwaarden van de EU Taxonomie zoals de technische screeningcriteria (TSC) zonder significante schade toe te brengen (Do not significantly harm - DNSH) aan de andere doelstellingen gedefinieerd binnen de EU Taxonomie.

De samenvattende tabel omvat de EU Taxonomie cijfers voor 2022. De officiële tabellen zoals gevraagd in de regelgeving zijn opgenomen in appendix Duurzaamheidsverslag: bijlage achteraan in het jaarverslag.

EU Taxonomie (2022)
In aanmerking
('eligible')
Afgestemd
('aligned')
Niet in
aanmerking
('non-eligible')
Omzet 43% 21% 57%
Capital
expenditure
(capex)
56% 47% 44%
Operating
expenditure
(opex)(1)
- - -

(1) De opex, zoals gedefinieerd in scope van de EU Taxonomie omvat een restrictieve lijst van nietgekapitaliseerde kosten. Doordat de participaties hun jaarrekeningen opstellen op basis van IFRS, zijn deze grotendeels reeds vervat in de capex. AvH verkiest te focussen op de omzet en capex.

AvH is actief in verschillende sectoren die in aanmerking komen ('eligible') voor de EU Taxonomie: hernieuwbare energie (DEME, Green Offshore en Biolectric), circulaire bouw en renovatie (CFE) en duurzame vastgoedontwikkeling (BPI en Nextensa). AvH heeft veel potentieel om positief bij te dragen aan klimaatverandering. Ten opzichte van 2021 is het percentage afgestemde ('aligned') omzet gestegen van 15% naar 21%. De afgestemde ('aligned') capex bedroeg in 2021 25% en is in 2022 bijna verdubbeld naar 47%. In de volgende paragrafen wordt meer in detail ingegaan op de afstemming ('alignment') met de EU Taxonomie-voorwaarden.

DEME's activiteiten inzake offshore wind zullen op basis van de huidige interpretatie zowel in aanmerking komen ('eligible') als grotendeels afgestemd ('aligned') worden beschouwd. Ook infrastructuurprojecten werden in 2022 doorgelicht. 29% van de totale omzet komt in aanmerking ('eligible') en 26% is reeds afgestemd ('aligned') op basis van de huidige definities. Verder komt 52% van de totale capex in aanmerking ('eligible') en kan deze als afgestemd ('aligned') beschouwd worden.

De omzet van CFE komt voor 81% in aanmerking ('eligible') en situeert zich voornamelijk in de activiteiten bouw en renovatie, elektrische installatie, railinfrastructuur en vast-

goedontwikkeling. De afgestemde ('aligned') omzet in 2022 bedraagt 14% en is grotendeels afkomstig uit de projectontwikkeling van BPI en bouwprojecten zoals ZIN, Serenitas en Wooden van CFE. 90% van de capex komt in aanmerking ('eligible') en 29% kan als afgestemd ('aligned') beschouwd worden.

De omzet van Nextensa komt voor 97% in aanmerking ('eligible'). Deze situeren zich

voornamelijk in vastgoedontwikkeling en de verhuur van vastgoed uit hun eigen investeringsportefeuille. De afstemming ('aligned') in 2022 bedraagt 25% van de omzet vooral dankzij de huurinkomsten van Gare Maritime en de verkoop van Park Lane. 94% van de capex komt in aanmerking ('eligible') en 18% kan als afgestemd ('aligned') beschouwd worden. Ook Monteco is afgestemd en de invloed hiervan zal in de resultaten van volgend jaar zichtbaar zijn.

De verslaggeving met betrekking tot de EU

Taxonomie voor Delen Private Bank en Bank Van Breda is opgenomen in de respectievelijke duurzaamheidsverslagen en jaarverslagen beschikbaar in Q2 op hun website.

4.5 Innovatie

84% beheerde activa hebben innovatiebeleid

Constante innovatie maakt bedrijfsmodellen duurzaam. Hierbij wordt gedacht aan het ontwikkelen van nieuwe product/marktcombinaties die inspelen op nieuwe noden, wat zowel kan slaan op de ontwikkeling van nieuwe, dan wel het verbeteren van bestaande producten en diensten. Er kan ook ingezet worden op het goedkoper, sneller en kwalitatief beter maken van operationele processen (o.a. zowel het verzekeren van de aanvoerketens als het zich eigen maken van een groter deel van de waardeketen). Innovatie wordt bij AvH ruim geïnterpreteerd en er bestaat een nauwe link met 'operational excellence'-programma's. Deze aspecten helpen de risico's en kosten van de operaties te beheren, alsook het creëren van opportuniteiten, waarbij zowel ecologische, sociale als operatonele aspecten aangepakt worden.

AvH wenst als verantwoordelijke en actieve partner dat participaties de klemtonen van hun innovaties afstemmen op hun bedrijfsstrategie. Er wordt gewerkt op de hefbomen die de grootste impact kunnen bewerkstelligen en er wordt voldoende aandacht gegeven aan de lange termijn. Dergelijke aansturing zorgt ervoor dat de ingezette middelen overeenstemmen met die doelstellingen waarbij de resultaten regelmatig geëvalueerd worden. Dit draagt ook bij tot de bedrijfscultuur. Daarom moedigt AvH haar participaties aan een innovatiebeleid en bijhorende processen te formaliseren en dit jaarlijks door de respectievelijke raden van bestuur te laten evalueren. Dit proces wordt in de groep opgevolgd via de ESG-vragenlijst.

Elke participatie is verantwoordelijk voor haar innovatiestrategie. De rol van AvH bestaat uit (1) het aanreiken of onderling uitwisselen van sectoroverkoepelende methodologieën en beste praktijken, al dan niet onder begeleiding van experten, (2) het opvolgen van de aansturing van het innovatiebeleid in de raden van bestuur en (3) het punctueel bijstaan van participaties dan wel aanreiken van experten of netwerken.

In 2020 en 2021 liep er bijvoorbeeld een traject gebaseerd op '10 Types of Innovation' van Larry Keeley, gefaciliteerd door een externe consultant, waar 16 participaties aan deelnamen. De impact van deze sessies weerspiegelt zich door een verdere groei van de beheerde activa in de AvH-portefeuille waar het innovatiebeleid geformaliseerd en doorgesproken werd (van 72% in 2020 naar 84% in 2022). Het is de bedoeling in 2023 op de gemaakte vooruitgang terug te blikken en verdere mogelijke acties in kaart te brengen. In 2022 werd er een werksessie georganiseerd rond datagedreven organisaties en werden interessante gevalstudies bekeken.

Voorbeelden van evoluties in het innovatiebeleid van participaties in de loop van 2022

SIPEF heeft het ESG-beleid rond verantwoorde plantages ('Responsible Plantation policy') uitgebreid met de pijler 'Innovatie en continue verbetering'.

SIPEF erkent het aanzienlijke potentieel en belang van innovatie bij het verbeteren van de productiviteit, kwaliteit en circulariteit. Er wordt gefocust op (1) duurzaam en optimaal gebruik van land, (2) efficiënte productie en verwerking, (3) kwaliteitsverbetering en (4) verbetering van de ziektebestendigheid van toekomstige gewassen.

Nextensa heeft haar innovatiebeleid geformaliseerd, waarbij het focust op duurzame oplossingen door (1) gebruik te maken van hernieuwbare energiebronnen in nieuwe realisaties en (2) het verbeteren van technische prestaties en een gezonde werkomgeving in de gebouwen in de portefeuille.

SIPEF I Plantage met oliepalmen in volle maturiteit

Nextensa I Gare Maritime

Voorbeelden van innovatieproces en -cultuur

DEME hanteert sinds een aantal jaren doorgedreven en bedrijfsbrede innovatieprocessen, via de 'Drive' en 'Excel' programma's. Zij worden aangestuurd door een Innovation Board waar de bedrijfstop actief meedenkt. Dit wordt ondersteund door een interne innovatiecel met antennes in de diverse bedrijfseenheden en gestructureerde samenwerking met externe partijen zoals universiteiten.

Delen Private Bank heeft continue verbetering en digitalisering in haar DNA, waardoor innovatie gedragen wordt door alle afdelingen van de organisatie. Digitalisering gecombineerd met een persoonlijke begeleiding door de relatiebeheerders leidt tot een veilige en efficiënte service die het verschil maakt voor het cliënteel.

Mediahuis voert een actief innovatiebeleid waarbij een 'interne innovatie'-aanpak, gericht op onder meer de ontwikkeling van digitale processen, marktplaatsen of nieuwe diensten, aangevuld wordt met een 'Corporate Venture Capital'-aanpak rond aansluitende of grensverleggende bedrijfsmodellen (onder meer in de EdTech-sfeer).

DEME I Apollo

Mediahuis I Aachener Zeitung Rent-A-Port I BStor

Voorbeelden van duurzame innovaties in de portefeuille

CFE integreert innovatie en duurzaamheid om te bouwen aan de wereld van morgen. Bij BPI werden nieuwe modellen uitgewerkt rond de EU Taxonomie, circulariteit en houtskeletbouw. Bij CFE krijgt 'lean' veel aandacht om de bouwprocessen verder te verbeteren.

Rent-A-Port investeerde in de lancering van het eerste grootschalig batterijpark voor energieopslag op het Belgisch hoogspanningsnet (BStor).

AvH investeerde in 2022 in AstriVax dat focust op innovaties in de ontwikkeling van nieuwe vaccins.

Biolectric is gespecialiseerd in de productie en installatie van biogasinstallaties (pocketvergisters) op basis van mest bij landbouwers en omzetting naar groene energie.

Biotalys wint met Evoca de World BioProtection Award 2022 voor beste biofungicide.

CFE I Wood Hub

5. AvH als duurzame onderneming

AvH materiële
onderwerpen
Doel KPI Trend 2022 2021 2020 SDG
impact
Deugdelijk bestuur ESG-beleid
AvH Corporate governance
charter
AvH Auditcomité
AvH Remuneratiecomité
Talentontwikkeling 5 dagen Gemiddeld aantal dagen
opleiding per persoon
8,3 9,7 4,9
Kosten voor training
(% algemene kosten)
518.771
euro
(2,7%)
534.204
euro
(2,8%)
392.474
euro
(2,35%)
> 10 jaar Gemiddeld aantal jaren
relevante ervaring per persoon
in investeringsteam
19,8 jaar 19,5 jaar 19,8 jaar
< 10% Gemiddeld verloop werk
nemers in investeringsteam
(excl. intragroep en pensione
ring, gemiddelde 3 jaar)
3% 1% 1%
90% Evaluatie -
'performance review'
100% 100% 100%
CO2
-emissies AvH
als investerings
maatschappij
30% reductie
(scope 1 & 2,
basisjaar 2022 - in
2030)
Scope 1-emissies - directe
uitstoot (ton CO2
-equivalenten)
(1, 2)
202 197 192
Scope 2-emissies - indirecte
uitstoot (ton CO2
-equivalenten)
(1, 3)
57 32 30
Scope 3-emissies - zakenreizen
(ton CO2
-equivalenten)(1, 4)
210 7 25

(1) De emissiefactoren zijn afkomstig van DEFRA en het Internationaal Energieagentschap (IEA) (elektriciteitsverbruik), overeenkomstig de methodologie van het GHG-protocol. (2) Scope 1-emissies zijn directe emissies ten gevolge van verwarming, brandstofverbruik door voertuigen en lekkage van koelmiddel.

(3) Scope 2-emissies zijn indirecte emissies die worden veroorzaakt door de opwekking van elektriciteit die wordt gekocht en verbruikt. (4) Scope 3-emissies m.b.t. de investeringsmaatschappij betreffen indirecte emissies veroorzaakt door zakenreizen.

5.1 Deugdelijk bestuur

Over de aanpak en invulling inzake deugdelijk bestuur kan meer informatie gevonden worden in de sectie Verklaring inzake deugdelijk bestuur op pagina 24 in het jaarverslag.

5.2 Talentontwikkeling

Het welslagen van een onderneming is afhankelijk van de vaardigheden, persoonlijkheden, motivatie en ervaringen van de medewerkers. Als werkgever streeft AvH ernaar haar medewerkers een goede werkomgeving aan te bieden, waarin ethisch en respectvol handelen centraal staat. Er wordt continu gewerkt aan talentontwikkeling. AvH streeft naar teams met diverse vaardigheden en ervaring, die de managementteams bij de participaties versterken. Een laag verloop zorgt ervoor dat de medewerkers maximaal de waarden van AvH uitdragen.

Anke Jeurissen Head of Legal - Bank Van Breda

"Bij AvH zijn er ook binnen de groep volop kansen. Dit heeft voor mij tot een prachtige opportuniteit geleid om over te stappen van AvH naar Bank Van Breda. Ik blijf verbonden met mijn AvH-collega's!"

• Groei door opleiding en evaluatie

8,3 gemiddeld aantal dagen opleiding per persoon
19,8 gemiddeld aantal jaren relevante ervaring per persoon
in het investeringsteam
3% verloop werknemers in het investeringsteam
(excl. intragroep en pensionering, gemiddelde 3 jaar)
100% medewerkers ontvingen een evaluatie
('performance review')

Kansen benutten en vergroten alsook waarde toevoegen staan centraal in AvH's HR-beleid. Daarom wordt ingezet op het creëren van opportuniteiten, feedbackloops, alsook op mentoring en ontwikkeling. Doorgroeiperspectief wordt actief ondersteund door voor elke vacature af te toetsen of er interne kandidaten zijn. Ook de opportuniteiten bij de participaties worden gescreend.

De eindejaarsgesprekken hebben tot doel te onderzoeken hoe iedere medewerker kan groeien, als mens en als professional, in lijn met de strategische ambities van AvH. De thema's waarin collega's in 2022 zijn gegroeid, zijn divers. Naast verbindend communiceren kwamen ook thema's aan bod als slimmer werken door efficiënter software applicaties te gebruiken, onderhandelen, persoonlijke coaching, rol als bestuurder, presentatie- en communicatietechnieken, taaltraining, teamontwikkeling, aanscherpen van corporate finance skills en inzichten in globale trends. Tevens werd de AvH Academy opgestart waar updates over diverse juridische, financiële, HR- en ESG-domeinen worden aangeboden.

AvH leeft de toepasselijke CAO's op sectorniveau na en gaat zelfs verder op bepaalde vlakken. Zo hanteert AvH als doel dat haar medewerkers gemiddeld 5 dagen opleiding per jaar krijgen. Dit doel werd in 2022 ruim behaald met 8,3 opleidingsdagen per medewerker.

KPI 2022 2021 2020
AvH
medewerkers
Totaal aantal
medewerkers
38(*) 37 36
(in headcount) België 36 36
India
Zuidoost-Azië
2 1
Diversiteit
man/vrouw
21 / 17 20 / 17 19 / 17
België 19 / 17 19 / 17 19/17
India
Zuidoost-Azië
2 / 0 1 / 0 0 / 0
AvH
investerings
Totaal aantal
medewerkers
22 23 21
team (in
headcount)
Diversiteit
man/vrouw
17 / 5 17 / 6 15 / 6
Diversiteit op basis van studieachtergrond
Economisch 43% 43% 43%
Juridisch 15% 23% 24%
Wetenschappelijk 33% 23% 21%
Andere 9% 11% 12%

• Diversiteit, gelijkheid en inclusie

(*) 2022: 33,86 FTE: 17,9 mannen, 15,9 vrouwen; alle medewerkers zijn permanente medewerkers

Robin Muller Management assistant

"Als receptionist werd ik door onze investment associates betrokken bij verschillende analyses. Mijn talenten werden ook ingezet en gewaardeerd in de stuurgroep digital4you. Talent management over de grenzen van je functie heen. Fantastisch!"

Het AvH-beleid rond diversiteit, gelijkheid en inclusie ('diversity, equity and inclusion' of DEI) focust op het vergroten van de invalshoeken waarmee naar diversiteit wordt gekeken, zowel op het niveau van de investeringsmaatschappij als bij de participaties. In 2022 werden ook workshops met en voor de participaties georganiseerd rond het opzetten van een DEI-beleid en inclusief leiderschap.

AvH neemt maatregelen om de diversiteit van de instroom te verbeteren in een sector die nog als zeer mannelijk wordt ervaren. Ze doet dit door genderneutrale vacatures op te stellen en in sollicitaties een evenwichtige verdeling tussen mannelijke en vrouwelijke kandidaten na te streven.

AvH hanteert een ruimere blik op diversiteit in haar investeringsteam door te kijken naar studie-, culturele en werkachtergrond. Voor de verdere uitbouw van haar activiteiten in India en Zuidoost-Azië werd een tweede investeringsmanager aangeworven. Dit laat toe betere inzichten te verkrijgen in de lokale cultuur en dichter te staan bij de participaties in die regio. Bij de samenstelling van teams worden zowel de technische vaardigheden als de persoonsgebonden vaardigheden meegenomen, zodat het team divers en complementair opgebouwd is.

• Welzijn

AvH neemt de mentale en fysieke veerkracht van haar medewerkers ter harte. Er wordt een vinger aan de pols gehouden door bevragingen over veerkracht en op structurele wijze een pallet aan opties aangeboden om die te ondersteunen (gaande van gezonde voeding, sport, yoga, meditatie, individuele coaching en een beleid rond vergader- en emailhygiëne). Tevens helpen de werkomgeving en het beleid rond telewerk en flexibele uren om de effectiviteit te verhogen.

In de medewerkersbevraging gelanceerd in het vierde kwartaal van 2022, werd welzijn geïntegreerd om een eerste nulmeting vast te stellen. De bevraging toonde aan dat AvH over het algemeen zeer goede scores behaalde. Het concrete actieplan op basis van de nulmeting wordt in 2023 gefinaliseerd.

5.3 Directe impact op milieu en sociale aspecten

De activiteiten van AvH als investeringsmaatschappij hebben slechts een beperkte impact op het milieu en zijn daarom niet materieel (geen eigen productie- of dienstenactiviteiten). Het personeelsbestand telt 38 mensen. AvH onderschrijft het respect voor de mensenrechten, zoals opgenomen in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Vanuit het perspectief van rolmodel integreert AvH duurzaamheid ook in haar eigen bedrijfsvoering. De groep beveelt eenzelfde engagement aan bij haar medewerkers als bij de participaties.

De CO2 -voetafdruk van 2022 is gestegen t.o.v. 2020 en 2021 aangezien de cijfers van voorgaande jaren geïmpacteerd waren door de COVID-19 pandemie (thuiswerk, weinig tot geen zakenreizen, etc.). Aangezien AvH een voorbeeldfunctie heeft, werd er in 2022 een doel vastgelegd met betrekking tot haar eigen activiteiten op het niveau van de investeringsmaatschappij. AvH engageert zich om 30% CO2 te reduceren tegen 2030 (scope 1 en 2 - basisjaar 2022). Er wordt ingezet op:

  • Verhoging bewustzijn rond elektriciteitsverbruik en verwarming
  • Duurzame mobiliteit via verdere elektrificatie van de vloot en inzetten op alternatieven (virtuele meetings, lease fiets, etc.)
  • Groene stroom op basis van garanties van oorsprong (aangezien het technisch niet mogelijk is zonnepanelen op het dak van het gebouw te plaatsen).

De uitstoot van haar bedrijven in portefeuille, doorlichting van de CO2 -reductieplannen alsook de ambitie op portefeuilleniveau wordt verder besproken in sectie 4 - AvH als verantwoordelijke en actieve partner. AvH rapporteert sinds 2022 (over 2021) ook aan CDP (zie meer details sectie 3.1 Integratie ESG-factoren in bedrijfsmodel - Externe validatie (ESG-ratings en -beoordelingen)).

5.4 Bijdrage aan de maatschappij

AvH draagt bij tot een menswaardige samenleving via haar mecenaatsbeleid. In Antwerpen gaan kunst en ondernemerschap hand in hand sinds de tijd van Rubens, Stevin en Plantin. Galerijen, musea, kunstenaars en wetenschappers hebben een grote toegevoegde waarde voor de samenleving. Tegelijkertijd wenst AvH ook in te zetten op het vergroten van kansen voor iedereen in de samenleving. In 2022 ondersteunde AvH (exclusief de inspanning op dat vlak via de participaties) ten belope van 366.000 euro projecten op het vlak van cultuur, wetenschappelijk onderzoek, armoedebestrijding of mensenrechten. De voornaamste projecten worden in het overzicht weergegeven.

6. ESG-hoogtepunten 2022 bij de participaties

In dit hoofdstuk wordt voor de 4 materiële participaties vanuit een ESG-perspectief aangegeven welke thema's een potentieel materieel belang kunnen hebben voor de AvH-groep, welke acties de participaties hebben ondernomen in 2022 op die aspecten, hoe dit moet gekaderd worden in hun ESG-beleid en welke doelstellingen ze hierbij nastreven. De geboekte vooruitgang wordt, waar mogelijk, aan de hand van KPIs aangegeven. De participaties werken op meer thema's en concrete programma's dan hier vermeld. Deze kunnen een materieel belang hebben voor de betrokken participaties, maar worden niet opgenomen omdat ze geacht worden geen potentiële materiële financiële impact te hebben op AvH. AvH ondersteunt via de raden van bestuur van participaties deze initiatieven, zonder dat deze in dit verslag gerapporteerd worden.

6.1 DEME

DEME is actief op het gebied van baggerwerken, oplossingen voor de offshore energiesector, maritieme infrastructuur en milieuwerken. De ESG-thema's van DEME die materieel beschouwd worden op AvH-niveau zijn gegroepeerd in 4 grote thema's: 'Klimaat en energie' (inclusief energietransitie, energie-efficiëntie en broeikasgasemissies), 'Gezondheid en veiligheid', 'Duurzame innovatie' en 'Bedrijfsethiek'. DEME wordt beschouwd als een pionier in haar sector op het vlak van energietransitie en duurzame innovatie.

DEME heeft haar materialiteitsmatrix in 2022 geactualiseerd op basis van een externe beoordeling van ESG-risico's, met als voornaamste doel de business impact van haar relevante ESG-risico's beter in te schatten.

Op basis van de huidige interpretatie van de regels kan de activiteit van DEME op het gebied van offshore windenergie en spoorweginfrastructuur worden be-

(2) Broeikasgasemissies scope 1 & 2: DEME volgt het Greenhouse Gas Protocol (ISO14064).

met conventionele brandstof ('marine gas oil'). Koolstofarme brandstoffen omvatten LNG (vloei-

(3) De 'low carbon fuels' betreffen de brandstoffen waarvoor de CO2

baar aardgas) of gemengde biobrandstof.

Geïnteresseerde lezers kunnen meer informatie over het ESG-beleid en realisaties van de bedrijven vinden in het activiteitenverslag van dit jaarverslag, alsook in de individuele verslagen of op de websites van de respectievelijke participaties. De materialiteitsmatrix van elk van de participaties kan teruggevonden worden op de AvH-website en bij de respectievelijke bedrijven.

Meer informatie met betrekking tot de AvH ESG-aanpak kan teruggevonden worden op de website: www.avh.be/nl/sustainability

schouwd als in aanmerking ('eligible') en grotendeels afgestemd ('aligned) op de EU Taxonomie. Op basis van de huidige definities komt 29% van de totale omzet in aanmerking ('eligible') en is 26% afgestemd ('aligned'). 52% van de capex komt in aanmerking ('eligible') en is ook afgestemd ('aligned'). Daarmee bevestigt DEME ook volgens deze methodologie haar voortrekkersrol.

Andere ESG-thema's materieel
voor DEME
2022 2021 2020
Klimaat en EU Taxonomie: % omzet
energie in aanmerking ('eligible') 29% 28%
afgestemd ('aligned') 26% 24%
Verdeling van omzet naar activiteit in 2022 EU Taxonomie: % capex
in aanmerking ('eligible') 52% 32%
afgestemd ('aligned') 52% 32%
7% MW geïnstalleerde funderingen
('Contributed Capacity')(1)
2.798 1.867 2.499
36% MW geïnstalleerde windturbines 440 2.378 1.477
Offshore Energy
57%
Dredging & Infra
MW offshore wind
(in economische eigendom)
144 144 144
Environmental GHG in kton CO2
-equivalent(2)
653 833 660
waarvan scope 1 652 832 659
(1) De 'Contributed Capacity' wordt berekend door het totale aantal funderingen dat door DEME is waarvan scope 2 1 1 1
geïnstalleerd tijdens de rapporteringsperiode te tellen en te vermenigvuldigen met de overeenkom
stige turbinecapaciteit. De turbinecapaciteit refereert naar het nominale vermogen van de turbine.
Koolstofarme brandstoffen ('low carbon fuels')(3)
Het is het vermogen dat de turbine genereert voor windsnelheden boven het "nominale niveau".
Elke geïnstalleerde turbine heeft een specifiek nominaal vermogen, uitgedrukt als aantal MW.
% versus totaal verbruikte brandstoffen 6%

-uitstoot lager is in vergelijking

Gezondheid en veiligheid

2022 2021 2020
Frequentiegraad ongevallen(1) 0,23 0,19 0,19

(1) Aantal ongevallen met arbeidsongeschiktheid (wereldwijd) x 200.000, gedeeld door het aantal werkuren.

Duurzame innovatie en bedrijfsethiek

2022 2021 2020
Innovatie initiatieven 12 14 18
Groene initiatieven 127 125 128
Permanente evaluatie compliance
% compliance training staff 99% 99% 97%

• Klimaat en energie

DEME zet haar ambitieuze strategie om de energietransitie te versnellen voort en wil haar operaties verder uitbreiden doorheen Europa, Azië en de Verenigde Staten. In 2022 komt dit tot uiting in het bereiken van verschillende mijlpalen, zoals de voltooiing van de installatie van 80 funderingen in het offshore windpark Saint-Nazaire in Frankrijk, de voltooiing van de installatie van 38 windturbines met de eerste recycleerbare bladen in het offshore windpark Kaskasi van RWE en de toekenning van de ontwikkeling van twee concessies met een capaciteit van 1 GW in het uiterst competitieve zeebodemleaseproces van ScotWind in Schotland. Daarnaast werd op 23 juni 2022 de nieuwe havenconcessie Port-La-Nouvelle in Frankrijk ingehuldigd met DEME Concessions als een van de aandeelhouders van het publiek-private partnerschap SEMOP. Het consortium wil Port-La-Nouvelle ontwikkelen tot een duurzame groene haven. De haven zal in de beginfase de volumes van traditionele ladingen zien toenemen, maar zal streven naar duurzame stromen die de energietransitie ondersteunen. Het project Moray East, waarvoor DEME Offshore de EPCI-aannemer (aannemer verantwoordelijk voor ontwerp, aankoop, bouw en installatie) was, werd bekroond als 'Best Offshore Wind Farm' tijdens de allereerste Global Offshore Wind Awards van RenewableUK.

DEME werkt ook aan andere vormen van hernieuwbare energie, waaronder de productie, de opslag en het vervoer van groene waterstof. Op 15 juni 2022 ondertekende HYPORT Coordination Company (een joint venture tussen DEME Concessions en OQ Alternative Energy) een tweede grondreserveringsovereenkomst voor de bouw van een productiefaciliteit voor groene waterstof en ammoniak met een elektrolysecapaciteit van 500 MW in Duqm (Oman). De waterstoffabriek HYPORT Duqm zal worden gevoed met hernieuwbare elektriciteit geproduceerd door windmolens en zonnepanelen met een gecombineerde geïnstalleerde capaciteit van ongeveer 1,3 GW.

De duurzaamheidsambities van DEME komen ook tot uiting in haar moderne, innovatieve vloot. Bij nieuwe schepen wordt er geopteerd voor dual fuel-motoren en warmterecuperatie. De Orion is het eerste monohull-schip dat de installatie van megafunderingen in drijvende omstandigheden kan uitvoeren, waardoor de installatietijd drastisch wordt teruggebracht. De Orion beschikt over dual fuel-motoren. Zo werkte het schip op LNG voor het project Arcadis Ost 1, resulterend in een kleinere CO2 -voetafdruk van de werkzaamheden. DEME heeft ook een overeenkomst gesloten met de Noorse rederij Eidesvik voor de aankoop van het DP3 offshore installatieschip Viking Neptun. Dit schip voldoet aan de recentste emissienormen en is uitgerust met geavanceerde milieutechnologie, waaronder een batterijpakket om de beste brandstofefficiëntie in haar klasse te behalen. Voorts investeert DEME in een nieuw valpijpschip om haar capaciteiten op de offshore energiemarkt te versterken. Een bulkcarrier zal worden omgebouwd tot een valpijpschip met dynamische positionering dat volledig zal voldoen aan de recentste emissienormen en voorzien zal zijn van de nieuwste milieutechnologie. Voor de schepen Bonny River en Spartacus heeft DEME de bijkomende klasseaanduiding 'Sustainableship -1' verkregen. Het zijn de eerste baggerschepen ter wereld die deze nieuwe bijkomende klasseaanduiding bekomen.

• Gezondheid en veiligheid

Om te vermijden dat er tijdens projecten LTI's (ongevallen met verzuim) plaatsvinden, heeft DEME extra maatregelen genomen. Het organiseerde de Safety Stand Down 'LTI's - What is going wrong' en besteedde op de jaarlijkse Safety Moment Day aandacht aan veiligheidssuccessen. Een van die succesverhalen was de uitschuifbare ladder voor rupsgraafmachines waarmee de operator op een veilige manier van de machine kan stappen. Hiervoor ontving DEME de IADC Safety Award 2022.

• Duurzame innovatie en bedrijfsethiek

99% van de DEME medewerkers heeft de jaarlijkse interne compliance-opleiding gevolgd. Bedrijfsethiek blijft een continue focus voor DEME waarbij de processen voortdurend verfijnd worden.

Om de drie jaar organiseert DEME de DEMEx-campagne, een driedaags evenement dat in het teken staat van transformatieve innovatie. Dit initiatief draait om het verzamelen en steunen van interne bedrijfsideeën die de manier waarop DEME denkt, handelt en impact heeft op haar omgeving, nu en in de toekomst, ingrijpend kunnen veranderen.

DEME Offshore is met het oog op haar actieplannen inzake reductie van haar ecologische voetafdruk een partnerschap aangegaan met SSE - het Powering Net Zero Pact. Het gaat om een samenwerking binnen de offshore industrie om verschillende belanghebbenden inzake de energietransitie te betrekken.

• Andere ESG-realisaties

Naast de verwezenlijkingen op het gebied van offshore windenergie en andere vormen van hernieuwbare energie, wil DEME een rol spelen in de overgang naar de circulaire economie. Het wil geïntegreerde circulaire oplossingen bieden voor bodemsanering, brownfieldontwikkeling, milieubaggeren en sedimentbehandeling. In maart 2022 kondigden DEME Environmental (de milieuspecialist van de DEME-groep) en industrieel dienstverlener Mourik verdere investeringen aan in hun grondrecyclagecentra in Kallo in de haven van Antwerpen en in Heusden-Zolder (België) om de reiniging van PFAS-houdende grond mogelijk te maken. Met de investering in Kallo zullen DEME en Mourik jaarlijks 300.000 ton met PFAS vervuilde grond kunnen reinigen.

In november 2022 ondertekenden DEME en de Suez Canal Authority een samenwerkingsovereenkomst om een haalbaarheidsstudie uit te voeren voor een baanbrekend project in Egypte om het ecosysteem van het Bardawilmeer te herstellen en het schiereiland Noord-Sinaï groener te maken. Dit project zal de watercyclus helpen herstellen en de visproductie in het Bardawilmeer stimuleren.

Om de ambitieuze duurzaamheidsdoelstellingen van DEME in alle aspecten van haar activiteiten te realiseren, heeft de groep in februari 2022 al haar langlopende leningen omgezet in 'sustainability linked loans'. Dit belangrijke engagement onderstreept de visie van DEME om een duurzame toekomst te realiseren en vertegenwoordigde op 31 december 2022 een totale kredietwaarde van 842,9 miljoen euro. De commerciële voorwaarden van deze leningen zijn rechtstreeks gekoppeld aan de prestaties van DEME op het vlak van duurzaamheid in twee domeinen: (1) veiligheid op het werk en (2) koolstofarme brandstof die aansluiten op twee materiële thema's van haar materialiteitsmatrix. Veranderingen in kernprestatie-indicatoren (KPIs) zullen leiden tot aanpassingen van de rentemarges die op de leningen worden toegepast. Voor 2022 behaalde DEME de doelstelling inzake koolstofarme brandstof.

In 2022 slaagde DEME Offshore erin haar EcoVadis-score verder te verbeteren wat het bedrijf een gouden medaille opleverde. DEME Offshore behaalde ook de CDP-score B voor 2022.

Ook extern wordt de aanpak van DEME op prijs gesteld. Op 30 november 2022 won DEME de Trends Global Impact Awards, de meest prestigieuze awards

in België voor bedrijven die met hun projecten duurzame waarde creëren voor onze samenleving. Impact is iets waar DEME voor staat. Dit is een waardevolle erkenning van de inspanningen en manier van werken van iedereen bij DEME. De prijs moedigt DEME aan om de weg naar een duurzamere toekomst voort te zetten.

Luc Vandenbulcke CEO DEME Group

"Veel van de projecten die DEME realiseert binnen de verschillende segmenten ondersteunen de energietransitie en de transitie naar een duurzamere wereld."

DEME kreeg ook de International Marine Contractors Association (IMCA) Award voor haar interne milieucampagne. Deze campagne had tot doel het milieubewustzijn te vergroten en moedigde projectlocaties, schepen en kantoren wereldwijd aan om actie te ondernemen rond 7 thema's, van energieverbruik tot het voorkomen van water- of bodememissies.

Meer informatie over duurzaamheid is beschikbaar in het geïntegreerd jaarverslag van DEME en op de website Sustainability | DEME Group (www.deme-group.com/sustainability)

DEME I Van links naar rechts: Orion - Boven: SeaMade - Onder: Port La Nouvelle

6.2 Delen Private Bank

Delen Private Bank legt zich toe op discretionair vermogensbeheer voor particulieren. Op basis van de materiële thema's van Delen Private Bank en de materialiteitsanalyse op AvH-groepsniveau worden 'Vermogensbescherming', 'Verantwoord investeringsbeleid', 'Bedrijfsethiek' en 'Bescherming van data en privacy' als materieel beschouwd op AvH-niveau.

Delen Private Bank actualiseert haar materialiteitsmatrix in 2022/2023 op basis van (1) een analyse van de business impact van elk onderwerp en (2) een bevraging bij verschillende interne en externe belanghebbenden (o.a. werknemers, leden van de raad van bestuur, klanten, etc.).

• Vermogensbescherming

Vermogensbescherming is een prioriteit voor de klanten van Delen Private Bank. De bank streeft ernaar de klantentegoeden zorgzaam en proactief te beleggen. Naast de gebruikelijke gedegen financiële analyse, worden ook niet-financiële parameters geïntegreerd in het beheerproces. De dagelijkse implementatie van het verantwoord investeringsbeleid, dat de voorbije 5 jaar werd verbreed en verdiept, verzekert een langetermijndenken en risicobeperking.

• Verantwoord investeringsbeleid

Als lid van UN PRI zet Delen Private Bank zich consequent in om haar investeringsproces fundamenteel duurzaam te maken door verschillende ESG-gerelateerde criteria te integreren. De jaarlijkse evaluatie door UN PRI vormt een van de KPIs, waarbij de 4 (op 5) sterren Delen Private Bank aanmoedigen om verder te gaan op de ingeslagen weg.

ESG-thema's materieel
voor AvH
Andere ESG-thema's materieel
voor Delen Private Bank
Vermogensbescherming Klantentevredenheid
Verantwoord
investeringsbeleid
Werknemerstevredenheid
Bedrijfsethiek Innovatieve ingesteldheid
Bescherming van data en
privacy
Talent management
Financiële veerkracht

Verder monitort en communiceert Delen Private Bank open over de CO2 -intensiteit van haar patrimoniale fondsen. De doelstelling daarbij is dat de CO2 -intensiteit van deze fondsen lager ligt dan die van de globale benchmark (bv. MSCI ACWI). Naast de integratie van niet-financiële parameters, zet Delen Private Bank ook sterk in op engagement met de bedrijven waarin geïnvesteerd wordt. Hiervoor werd een partnership afgesloten met EOS van Federated Hermes om in dialoog te gaan met bedrijven op een globale schaal op het vlak van ESG-aangelegenheden.

• Bedrijfsethiek en bescherming van data en privacy

Bedrijfsethiek is bijzonder relevant voor een bank. Financiële instellingen spelen immers een sleutelrol in het economische weefsel van een land en bij de vermogensopbouw en -bescherming van individuen. Vanuit haar kernwaarden heeft Delen Private Bank een overkoepelend integriteitsbeleid opgesteld dat alle medewerkers geacht worden naar geest en letter te respecteren.

Delen Private Bank

Duurzaam beleggen

Vermogens onder beheer

2022 2021 2020
Fondsen met opvolging verantwoord
investeren (miljard euro)
31,8 35,4 29,5
Engagement scope(1) 72% 70% 71%
Gemiddelde ESG-rating
eigen fondsen(2)
19,7 19,4 19,7

Kernratio's

2022 2021 2020
CET1-ratio 38,1% 38,0% 40,5%

Klantentevredenheid

2022 2021 2020
Net Promoter Score(3) n.a. 58 n.a.

Ecologische inspanningen

2022 2021 2020
GHG in kton
CO2
-equivalent(4)
1,4 1,7 1,4
waarvan scope 1 1,33 1,4 1,1
waarvan scope 2 0,03 0,3 0,3

(1) Verhouding van het aantal bedrijven waarmee een engagementprocedure loopt tegenover het totaal aantal bedrijven in portefeuille. Het engagementprogramma legt prioriteiten op naargelang de urgentie van bepaalde thema's, de openheid van het bedrijf in kwestie en de mogelijke impact van een bepaalde engagementactie (exclusief JM FInn).

(2) Sustainalytics: ESG-risicoscores tussen 0 en 100, waarbij een lagere score een lager risico impliceert. Een score van 20 wordt als een laag risico beschouwd (exclusief JM FInn).

(3) Tweejaarlijkse meting (exclusief JM FInn)

(4) Broeikasgasemissies scope 1 & 2 (België en het Verenigd Koninkrijk)

Bescherming van data en privacy krijgt aanzienlijke aandacht binnen de bank, tegen de achtergrond van wereldwijd toenemende cybercriminaliteit. Delen Private Bank investeert sterk in haar IT-systemen en ondersteunende diensten om de wettelijke verplichtingen na te leven en de bescherming van data en privacy te vrijwaren. Delen Private Bank sensibiliseert continue haar eigen werknemers en het cliënteel, en benadrukt het belang van een secure, veilige organisatie. Naast adequate IT-systemen en ondersteunende diensten, speelt ook het personeel immers een belangrijke rol.

• ESG-realisaties

Klantentevredenheid blijft nog steeds een topprioriteit voor Delen Private Bank. In navolging van de klantentevredenheidsenquête in 2019 werd er in 2021 een nieuwe enquête uitgevoerd, waar de bank de NPS (Net Promoter Score) zag toenemen naar 58. Dit resultaat maakt duidelijk dat klanten de open en heldere communicatie tijdens de COVID-19 crisis apprecieerden. Tijdens het moeilijke beursjaar 2022 werd die lijn verder doorgetrokken. Door de klanten goed te informeren en een perspectief te bieden werd de klantentevredenheid verder versterkt, zoals blijkt uit de gunstige kapitaalinstromen. Het blijft de ambitie van de bank om dit verder op te volgen. In 2023 zal dan ook opnieuw een klantenenquête uitgevoerd worden.

Op bedrijfsniveau monitort Delen Private Bank nauwgezet haar ecologische voetafdruk. In 2022 werd beslist om volledig over te schakelen naar elektrische wagens en werd een fietsaankoopbeleid op poten gezet. Sinds 2022 zijn de Belgische kantoren overgeschakeld op Europese groene elektriciteit.

De ontwikkeling en het welzijn van haar personeel betekent voor Delen Private Bank een belangrijke hefboom om haar activa te beschermen en risico's te mitigeren. De bank besteedt derhalve veel aandacht aan het ontwikkelen van haar menselijk kapitaal, het welzijn van haar werknemers en diversiteit. In 2022 werd er zoveel mogelijk terug op kantoor gewerkt om de persoonlijke contacten tussen collega's te bevorderen.

Michel Buysschaert CEO Delen Private Bank

"Onze natuurlijke reflex om zorg te dragen voor alles wat waardevol is, en om onze relaties aan te gaan vanuit een langetermijnperspectief, sluit perfect aan bij het beleid rond milieu-aspecten, sociale verantwoordelijkheid en goed bestuur."

De bank deed in 2022 uitzonderlijke inspanningen om nieuw talent aan te trekken, met een sterke stijging van het aantal personeelsleden tot gevolg. Het is de ambitie van Delen Private Bank om haar interne systemen rond 'learning & development' verder te blijven ontwikkelen zodat ieders talenten en ambities ontwikkeld en gevoed worden.

Meer informatie met betrekking tot duurzaamheid is vanaf Q2 2023 beschikbaar in het duurzaamheidsverslag van Delen Private Bank en op de website Duurzaamheidsbeleid | Delen Private Bank (www.delen.bank/nl-be/ over-ons/duurzaamheidsbeleid)

Internationale erkenning

Ook het collaboratieve aspect van UN PRI is niet te onderschatten: binnen de financiële sector kunnen investeerders van elkaar leren en samenwerken om maatschappelijke problemen resoluut aan te pakken. Zo ondersteunt Delen Private Bank via haar partnership met EOS het initiatief ClimateAction100+. Zij sporen 's werelds belangrijkste broeikasgasemittenten aan om maatregelen te nemen tegen de klimaatverandering en om de energietransitie te versnellen.

6.3 Bank Van Breda

Bank Van Breda is een gespecialiseerde adviesbank actief in België die zich uitsluitend richt tot ondernemers en vrije beroepen. De materialiteitsmatrix werd niet substantieel veranderd in 2022. De ESG-thema's 'Veilige haven', 'Bedrijfsethiek' en 'Bescherming van data en privacy' die materieel beschouwd worden op AvH-niveau, worden hieronder toegelicht.

• Veilige haven

Onder 'Veilige haven' valt inherent het bewaken van de financiële stabiliteit van de bank ten voordele van haar klanten, en in ruimere zin van het Belgisch economisch weefsel. Door een voorzichtig beleid werd het eigen vermogen van de bank in het verleden op geen enkel moment aangetast tijdens crisisperiodes of in turbulent financiële markten. De bank heeft nooit staatssteun gekregen. De solvabiliteit uitgedrukt als eigen vermogen op activa (hefboomratio) bedraagt 8,1%. Dit is een veelvoud van de 3% die de toezichthouders voorzien en een van de hoogste in de Belgische banksector.

Tijdens de coronacrisis stonden ondernemers en vrije beroepen in het oog van de storm. De verstoorde toeleveringsketens, de energiecrisis, de 'war for talent', de onverwachte inflatie-opstoot en de impact op de personeelskosten gecombineerd met de rentestijgingen maakten de situatie voor velen extra uitdagend. De bank bevestigde haar rol als veilige haven en koos ervoor dicht bij de klant te staan. Zowel tijdens de corona- als de energiecrisis onderschreef Bank Van Breda de charters voor betaaluitstel voor specifieke kredieten. Door een gepast risicobeleid bleven de toevoegingen voor kredietvoorzieningen in 2022 beperkt. De veerkracht van haar klanten bleek opnieuw zeer groot te zijn.

Met haar kredietportefeuille richt Bank Van Breda zich tot een heel specifieke niche doelgroep klanten met een economische activiteit in België: vrije beroepen,

ESG-thema's materieel
voor AvH
Andere ESG-thema's materieel
voor Bank Van Breda
Veilige haven Klantentevredenheid
Bedrijfsethiek Respect voor wetten en regelgeving
Bescherming van data en
privacy
Vermogensopbouw en -bescherming
Verantwoorde beleggingen
Verantwoorde kredieten
Eenvoud en transparantie
Innovatieve ingesteldheid
Personeelstevredenheid

familiale KMO's en zelfstandige ondernemers. Door deze focus en de Belgische regelgeving ter zake sluit de bank kredietverlening onder andere uit bij volgende situaties: (1) schendingen van mensen- en arbeidsrechten, (2) productie van fossiele brandstoffen zoals steenkool, olie en gas en (3) schending van volksgezondheid en leefmilieu zoals vergiftiging van grondwater of industriële activiteiten in beschermde natuurgebieden.

De bank helpt haar zelfstandige klanten hun pensioenkapitaal op te bouwen en te beschermen. Ook in een moeilijke context met turbulente financiële markten en tegenvallende beursresultaten appreciëren zij het langetermijnadvies van de bank. In een dalend beursklimaat (MSCI World -19%) daalde het totaal toevertrouwd vermogen in 2022 met slechts 2% tot 20,6 miljard euro. De netto aangroei in buitenbalansbeleggingen bedroeg +1,1 miljard euro, maar dat was onvoldoende om de negatieve impact van de dalende aandelen- en obligatiekoersen te compenseren. De Net Promoter Score van 54 bevestigt de hoge klantentevredenheid, ook in een moeilijke economische context. Bank Van Breda scoorde hiermee voor

Bank Van Breda
Veilige
haven
-- -- ------------------
Klantentevredenheid
2022 2021 2020
Net Promoter Score 54 53 60

Kernratio's

2022 2021 2020
CET1-ratio 15,5% 16,8% 14,7%
Provisie voor kredietverliezen (excl. ECL) -0,01% 0,01% 0,02%

Personeelstevredenheid

2022 2021 2020
Great Place to Work(1) - 98% -

Ecologische inspanningen

Best
Workplaces
Great
Place
10
Work.
BELGIUM
2022

Bank Van Breda: Best Workplace 2022

categorie > 500 werknemers

2022 2021 2020
GHG in kton CO2
(2)
1,5 1,4 -
waarvan scope 1 1,5 1,4 -
waarvan scope 2 0 0 -

(1) Tweejaarlijkse meting - stelling 'Algemeen gesproken kan ik zeggen dat dit een heel goede organisatie is om voor te werken'

(2) Broeikasgasemissies scope 1 & 2

de zesde keer op rij een NPS van meer dan 50. Dit geldt internationaal als een zeer mooie score.

• Bedrijfsethiek en bescherming van data en privacy

De deontologie en de ethische waarden van het personeel zijn bepalend voor de manier waarop Bank Van Breda in contact treedt met haar klanten en leveranciers. Verder vormen cybercriminaliteit en phishing wereldwijd een groeiende bedreiging. Het belang dat de klanten hechten aan de bescherming van hun persoonsgegevens en respect voor hun privacy neemt toe. De bank voert hiervoor regelmatig sensibiliseringscampagnes. In die context behandelt en beschermt Bank Van Breda ieders gegevens met eerbied voor de wetgeving en regelgeving, op een eerlijke en transparante wijze.

• ESG-realisaties

Ondernemers en vrije beroepen vervullen een cruciale rol in de transitie naar een meer duurzame economie. Het belang van ESG-factoren (milieu, sociale verantwoordelijkheid en deugdelijk bestuur) is bij de bespreking van kredietaanvragen verder gegroeid. Een energieprestatiecertificaat (EPC) is sinds 1 januari 2021 standaard bij aanvragen voor leningen voor vastgoed. Energie-efficiëntie, de transitie naar fossielvrije energie en circulair ondernemen worden steeds belangrijker in elk bedrijfsplan voor de toekomst. De bank gelooft dat ze via haar netwerk klanten bij elkaar kan brengen om elkaar hierover te inspireren.

Sinds augustus 2022 worden alle klanten bij beleggingen systematisch bevraagd over hun duurzaamheidsvoorkeuren. De bank zet hierbij in op de combinatie van drie duurzaamheidsstrategieën: uitsluiting, engagement en integratie van niet-financiële parameters. Deze benadering wordt toegepast op de volledige portefeuilles in vermogensbeheer en geldt voor alle huisfondsen.

De eigen ecologische voetafdruk van de bank is beperkt. Toch wenst zij hierin een voorbeeldrol te vervullen. Een CO2 -reductieplan wordt uitgerold om de uitstoot tegen 2030 systematisch te beperken. De bank investeert verder in zonnepanelen,

Dirk Wouters CEO Bank Van Breda

"We integreren maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO) in onze strategie en onze dagelijkse werking. MVO is geen domein op zich. Het is een overtuiging die in elke activiteit van de bank gedragen wordt. We kiezen ervoor om ons economisch, sociaal en ecologisch engagement systematisch en expliciet te integreren in ons bedrijfsbeleid."

laadpalen, isolatie en energiezuinige kantoren zonder fossiele verwarming. Nieuwe bedrijfswagens zijn voortaan plug-in of volledig elektrisch.

Bank Van Breda beschouwt gezondheid en het welzijn van haar personeel als een cruciale troef. Ze besteedt veel aandacht aan het aantrekken van nieuw talent, de ontwikkeling van financiële expertise en het stimuleren van cohesie en diversiteit. Uit een veerkrachtbarometer eind 2021 bleek dat ondanks de coronacrisis de teams sterk verbonden zijn gebleven. Een nieuwe enquête in het najaar van 2022 bevestigde dit en toonde bovendien een mooie verbetering van veerkracht en algemeen welzijn. Het risico op stress en burn-out is gedaald en blijkt fors lager dan de benchmark. De bank werd in maart 2022 verkozen tot 'Best Workplace' in België en behaalde de eerste plaats in de categorie van ondernemingen met meer dan 500 werknemers. In september 2022 behaalde de bank de achttiende plaats in de top 50 'Best Workplaces in Europe'.

Bank Van Breda houdt in haar ESG-beleid rekening met haar belanghebbenden

Meer informatie met betrekking tot duurzaamheid is beschikbaar in het jaarverslag van Bank Van Breda en op de website Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen I Bank Van Breda (www.bankvanbreda.be/maatschappelijk-verantwoord-ondernemen)

6.4 SIPEF

SIPEF is een beursgenoteerde agro-industriële groep actief in de tropische landbouw van duurzame, gecertificeerde producten, voornamelijk ruwe palmolie in Zuidoost-Azië en in mindere mate bananen in Ivoorkust. SIPEF groeit al tientallen jaren op duurzame wijze door technologische verandering en innovatie te omarmen en door zich te concentreren op een transparante en duurzame waardeketen. De groep engageert zich om een positieve bijdrage te leveren aan het milieu en de maatschappij door haar plantages op een ecologisch en sociaal verantwoorde manier te beheren en door belangrijke tewerkstellings- en ontwikkelingskansen te creëren.

De materialiteitsmatrix werd in 2022 geactualiseerd om deze in overeenstemming te brengen met evoluerende standaarden en haar eigen strategie. Extra aandacht werd besteed aan de betrokkenheid van interne stakeholders om de standpunten van de lokale teams te kennen. Hieronder wordt een selectie van ESG-thema's toegelicht. In vergelijking met 2021 werden ook thema's geclusterd. Er werden geen thema's geïdentificeerd die ESG-materieel zijn voor de AvH-groep (zie 7.1 Focus op materiële onderwerpen).

• Duurzame productie

SIPEF is een leider in traceerbaarheid, waarbij haar producten traceerbaar zijn tot aan de plaats waar deze geproduceerd zijn, ongeacht of dat een plantage is die SIPEF zelf beheert of een verbonden perceel van een lokale boer. SIPEF voldoet aan de duurzaamheidsnormen van de 'Roundtable on Sustainable Palm Oil' (RSPO) en al haar fabrieken zijn RSPO gecertificeerd. Daarnaast werkt SIPEF in Zuid-Sumatra aan het bekomen van een definitief landcertificaat. De bananenproductie van SIPEF voldoet aan de 'Rainforest Alliance Sustainable Agriculture Standard', de 'Global Good Agricultural Practice (GLOBAL G.A.P.)' en aan 'Fairtrade' standaarden.

SIPEF is overtuigd dat palmolie een essentieel onderdeel is en zal blijven van de oplossing om aan de snelgroeiende vraag naar plantaardige oliën te voldoen. In vergelijking met andere oliegewassen kan palmolie immers 2 tot 8 keer meer olie

ESG-thema's materieel
voor AvH
Andere ESG-thema's materieel
voor SIPEF
Geen thema's materieel
voor AvH
Klimaatverandering (hier toegelicht)
Beheer van de toeleveringsketen
(hier toegelicht)
Duurzaam landgebruik en -behoud
(hier toegelicht)
Rechten en ontwikkeling van
gemeenschappen
Gezondheid en veiligheid
Mensenrechten en arbeidsnormen
Operationele efficiëntie
Productiviteit en kwaliteit

per hectare produceren, wat betekent dat veel minder land nodig is. Duurzame productie van palmolie leidt dus tot lagere ecologische en economische kosten.

SIPEF heeft in 2022 haar 'Responsible Plantations Policy' (RPP) en 'Responsible Purchasing Policy' (RPuP) aangescherpt. Enkele van de belangrijkste updates zijn uitbreiding van innovatieprojecten, grotere betrokkenheid van stakeholders en verduidelijking van haar engagementen (bv. inzake klimaatverandering, waterbeheer, bestrijding van verontreiniging, samenwerking lokale boeren).

SIPEF's toewijding op het vlak van duurzaamheid wordt weerspiegeld in de scores die worden toegekend door toonaangevende, not-for-profit benchmarkingprogramma's, gericht op het beoordelen van bedrijven op hun duurzaamheidsinzet en -transparantie. In 2022 werd SIPEF twaalfde gerangschikt op 350 bedrijven door Forest 500, dat de meest toonaangevende bedrijven en financiële instellingen actief in tropische landbouw identificeert en rangschikt. SIPEF stond in 2022 op de elfde plaats van 100 palmoliebedrijven door de Sustainability Policy Transparency Toolkit (SPOTT), ontwikkeld door de Zoological Society of London (ZSL).

Palmolieproductie versus andere vloeibare oliën Palm Koolzaad Soja Bron: https://theoilpalm.org/davos-and-food-security-the-facts-on-oilseed-efficiency/ Rendement Meststof Pesticides Energie-input 3,62 0,79 0,3 47 99 315 2 11 29 0,5 0,7 2,9 Ton olie geproduceerd per hectare Kg om 1 ton olie te produceren Kg om 1 ton olie te produceren Gj om 1 ton olie te produceren

• Klimaatverandering

De broeikasgasemissies (scope 1 en scope 2) van SIPEF, gekwantificeerd volgens de ISO 14064-normen, werden in 2022 onderworpen aan een externe audit. De nadruk lag daarbij op de nauwkeurigheid van de gebruikte berekeningsmethode. De audit bevestigt dat de berekeningen in overeenstemming met de ISO 14064-normen zijn. SIPEF heeft hiermee een solide referentiepunt ('baseline') voor haar emissies bepaald, dat tevens kan dienen om toekomstige reductiedoelstellingen vast te leggen en om haar vooruitgang op te volgen. Het zal SIPEF ook helpen haar prioriteiten inzake decarbonisatie te bepalen en de nodige middelen toe te wijzen.

Als cruciale volgende stap wordt gewerkt aan een strategie om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen, waarbij reductiedoelstellingen voor de korte, middellange en lange termijn zullen worden vastgelegd. De strategie zal voortbouwen op de verschillende maatregelen die SIPEF de afgelopen jaren heeft geïmplementeerd, zoals het opvangen van methaangas geproduceerd door afval van palmolieproductie, de ontwikkeling van initiatieven om afval om te zetten in kosteneffectieve industriële biomassa en projecten gericht op biodiversiteit en natuurbehoud.

Een grote uitdaging blijft de inventaris van de scope 3-emissies. Dit houdt in dat de emissies gerelateerd aan de activiteiten van lokale boeren in de toeleveringsketen, alsook de emissies van dienstenleveranciers (bv. vervoerders van grondstoffen) in kaart moeten worden gebracht. SIPEF zal samen met de betrokken stakeholders zoeken naar manieren om hier meer transparantie in te brengen.

• Beheer van de toeleveringsketen - lokale boeren

De 3.600 lokale boeren die samenwerken met Hargy Oil Palms Ltd. (HOPL) maken integraal deel uit van SIPEF's gecertificeerde toeleveringsketen in Papoea-Nieuw-Guinea. De lokale boeren van HOPL werden samen met HOPL gecertificeerd in 2008. Er werd toen een programma opgezet om hun te trainen inzake de RSPO-standaarden. De lokale boeren hebben sindsdien hun inspanningen samen met HOPL voortgezet. Tegenwoordig is de naleving van deze standaarden door lokale boeren even belangrijk als de certificering van eigen plantages. De lokale boeren werden na de RSPO-audit in augustus 2022 successvol gehercertificeerd.

Opleiding is essentieel voor het succes van het programma voor lokale boeren. In 2022 werden meer dan 200 opleidingssessies gehouden. Een tot twee keer per jaar organiseert SIPEF velddagen voor lokale boeren, waarbij de nadruk ligt op RSPO-gerelateerde vereisten, agronomische beste praktijken, financiële geletterdheid en sparen.

SIPEF I Kwaliteitscontrole van verse vruchtentrossen

François Van Hoydonck CEO SIPEF

" SIPEF wil op verantwoordelijke en duurzame wijze haar strategie realiseren waarbij economisch succes en maatschappelijke waardecreatie hand in hand gaan: 'doing well by doing good'. "

• Duurzaam landgebruik en -behoud

PT SIPEF Biodiversity Indonesia (SBI) beheert en beschermt een bosgebied van 12.672 hectare in Mukomuko in de Indonesische provincie Bengkulu. Het is een van de 16 projecten in Indonesië waarvoor een concessie voor herstel van het ecosysteem is verleend voor een periode van 60 jaar. Het gebied fungeert als buffer voor het nationaal park Kerinci Seblat, waar via monitoring nog steeds een zeer rijke verscheidenheid aan megafauna wordt geïdentificeerd.

SBI helpt ook om alternatieve inkomsten te ontwikkelen voor boeren die van oudsher delen van het beschermde natuurgebied gebruiken om in hun levensonderhoud te voorzien. Het initiatief maakt gebruik van agrobosbouwmethoden die verenigbaar zijn met natuurbescherming.

Meer informatie met betrekking tot duurzaamheid is vanaf Q2 2023 beschikbaar in het geïntegreerd jaarverslag van SIPEF en op de website www.sipef.com/hq/investors/annual-reports/

De 'Responsible Plantations Policy' is beschikbaar op www.sipef.com/hq/sustainability/policies/responsible-plantations-policy/

7. AvH's ESG-beleid en -methodologie

AvH gelooft dat een doordacht en strategisch gericht ESG-beleid bijdraagt tot de 'license to operate' en een duurzame groei van AvH en haar participaties. ESG is voor AvH geen loutere compliance- of rapporteringsoefening. Het ESG-beleid moet de gevoerde strategie van de participaties ondersteunen en versterken door risico's goed in kaart te brengen en te beheren alsook duurzame oplossingen aan te reiken voor maatschappelijke thema's. AvH gelooft daarom sterk in de link tussen ESG en innovatie.

Werknemers vinden het steeds belangrijker te werken voor bedrijven die zowel innovatief zijn als bijdragen tot een betere planeet. Voor het vinden en houden van talent vormt een goed uitgewerkt ESG-beleid derhalve een bijkomende troef voor AvH en haar participaties. Ook externe partners en bedrijven die een potentiële partner zoeken om te investeren wensen te weten voor welke waarden AvH staat.

AvH bepaalt eerst in welke sectoren het actief wenst te zijn (AvH als verantwoordelijke investeerder). Het heeft vervolgens de ambitie dat haar participaties 'best-in-class' zijn of worden in de sectoren waarin ze actief zijn (AvH als verantwoordelijke en actieve partner). Door het decentraal beslissingsmodel van AvH blijft elke participatie verantwoordelijk voor haar eigen ESG-beleid.

Om haar ESG-beleid uit te rollen, gebruikt AvH een gefocuste benadering (op basis van het aandeel van een participatie in het geconsolideerd eigen vermogen van de groep). De aandacht gaat vooral uit naar materiële onderwerpen van materiële participaties. De voortgang in het uitrollen van AvH's ESG-beleid wordt aan de hand van kwantitatieve KPIs toegelicht.

ESG-kerncijfers aangeduid met het symbool betreffen KPIs die prioritair opgevolgd worden en waarvoor een doel werd gedefinieerd bij AvH. AvH kiest ervoor realistische doelen te definiëren in plaats van ambitieuze uitspraken te doen zonder

goede onderbouwing. De focus ligt op het ondernemen van de juiste acties, waar het verschil voor de onderneming en de omgeving kan gemaakt worden en daar vooruitgang te boeken. Hierdoor bekomt AvH ook de grootste medewerking op het terrein van de (medewerkers van de) participaties.

Om het engagement van het executief comité inzake ESG te illustreren, wordt sinds 2021 20% van de variabele vergoeding (STI - 'Short Term Incentive') van de leden van het executief comité gekoppeld aan de vooruitgang inzake ESG.

Meer informatie met betrekking tot de ESG-policy en ESG-methodologie kan teruggevonden worden op de website: www.avh.be/nl/sustainability.

Meer informatie met betrekking tot de koppeling tussen de bonus van het executief comité en de vooruitgang inzake ESG kan teruggevonden worden in het hoofdstuk Jaarverslag van de raad van bestuur, IV.2.1 Remuneratieverslag: Strategie - Lange termijn - Duurzaamheid.

7.1 Focus op materiële onderwerpen

Materialiteit speelt binnen AvH op twee niveaus: (1) AvH als investeringsmaatschappij en (2) AvH als verantwoordelijke aandeelhouder. De interactie tussen de twee niveaus wordt in de figuur hieronder weergegeven.

6 materiële onderwerpen werden bevestigd als hoekstenen van AvH's ESG-beleid en -methodologie. 'Verantwoordelijke aandeelhouder' en 'Deugdelijk bestuur', bepalen de strategie en sturing. Via de juiste cultuur of 'Bedrijfsethiek' en het aantrekken en vormen van het juiste talent ('Talentontwikkeling') rolt AvH

de nodige acties uit, ondersteund door 'Innovatie' en operationele efficiëntie. Dit resulteert in 'Financiële veerkracht en langetermijnrentabiliteit'.

• AvH als investeringsmaatschappij

AvH's ESG-benadering als investeringsmaatschappij is gebaseerd op een materialiteitsoefening opgesteld in 2019. De inhoudelijke toetsing ervan werd in 2022 geactualiseerd, terwijl de impact van de onderwerpen jaarlijks wordt opgevolgd.

De business impact (X-as) wordt beoordeeld aan de hand van de impact op het eigen vermogen, marktkapitalisatie en terugkerende impact op het resultaat over een periode van 3 tot 5 jaar. Er werd een nieuwe stakeholderbevraging (Y-as) gelanceerd eind 2021. De belanghebbenden ('stakeholders') worden in de tabel op de volgende pagina weergegeven. AvH verruimde de kring van belanghebbenden bij de bevraging om nog beter de visie van de diverse belanghebbenden te capteren. De responsgraad van de bevraging bedroeg 77%, wat een indicatie geeft van de goede relaties met de belanghebbenden.

(1) Goedgekeurd op de raad van bestuur van 4 oktober 2022.

Belanghebbenden Dialoog
Participaties • Betrokken in AvH's ESG-stakeholderconsultatie
• CEO-sounding boards
• HR-sounding boards, innovatie-, ESG-, legal en finance workshops
• ESG-vragenlijst (jaarlijks) voor alle participaties
• ESG-strategische sessies met participaties
• ESG-sectorinitiatieven voor vastgoed en financiële instellingen
Investeringsteam
(inclusief executief comité)
• Betrokken in AvH's ESG-stakeholderconsultatie (investeringsteam)
• ESG-training en bewustzijnssessies
• Tweemaandelijkse informatiesessies (AvH What's Up)
Raad van bestuur • Betrokken in AvH's ESG-stakeholderconsultatie
• ESG jaarlijks toegelicht in het auditcomité en besproken en goedgekeurd door de raad van bestuur
Aandeelhouders • Selectie betrokken in AvH's ESG-stakeholderconsultatie
• Feedback aan bredere aandeelhoudersgroepen
Investeerders • Financiële instellingen (bankiers en analisten) betrokken in AvH's ESG-stakeholderconsultatie
• AvH-presentaties aan investeerders

• AvH als verantwoordelijke aandeelhouder

De materiële ESG-gerelateerde risico's van de AvH-groep situeren zich op het niveau van de participaties. Dit betekent dat een ESG-risico of -opportuniteit in een participatie potentieel ook een belangrijke impact (positief of negatief) kan hebben op het geconsolideerd eigen vermogen of nettoresultaat van AvH, waarbij rekening wordt gehouden met het aandeelhouderspercentage aangehouden door AvH. Er wordt hierbij een langetermijnperspectief gehanteerd. Om haar portefeuille vanuit een ESG-oogpunt te monitoren, voert AvH jaarlijks een risicoanalyse uit van haar bedrijven in portefeuille. Deze analyse, waarvan het verloop wordt beschreven in de figuur op pagina 74, is gebaseerd op (1) de beschikbare materialiteitsmatrix van de participaties, gecombineerd met gegevens afkomstig van (2) de AvH ESG-vragenlijst, (3) beschikbare externe ESG-ratings (opgevraagd via de ESG-vragenlijst) en (4) de kennis van het investeringsteam omtrent de participaties en de sectoren waarin deze actief zijn. De resultaten worden gerapporteerd aan het executief comité en auditcomité.

Onderstaande tabel vat de resultaten van deze risicoanalyse samen (rekening houdend met het aandeelhouderspercentage). Hieruit blijkt dat er bij alle vermelde participaties (DEME, Delen Private Bank en Bank Van Breda) een potentieel materieel ESG-risico kan zijn inzake deugdelijk bestuur, maar dat er enkel bij DEME ook een potentieel ESG-risico kan zijn inzake milieu of sociale aspecten op het niveau van de geconsolideerde rekeningen van de AvH-groep. Andere participaties (zoals CFE, SIPEF en Nextensa) of andere ESG-risico's en opportuniteiten dan hieronder vermeld, worden in de analyses meegenomen, maar op basis van de huidige inzichten niet geacht een materiële impact te hebben op de AvH-groep.

ESG-risico's en opportuniteiten die materieel zijn voor AvH-groep
Participatie Milieu Sociaal (incl. mensenrechten) Deugdelijk bestuur (incl. anti-corruptie)
Klimaat en energie Gezondheid en veiligheid Bedrijfsethiek Duurzame innovatie
n. m. n. m. Vermogens
bescherming
Verantwoordelijk
investeringsbeleid
Bedrijfsethiek Bescherming van
data en privacy
n. m. n. m. Veilige haven Bescherming van
data en privacy
Bedrijfsethiek
n. m. n. m. n. m.

n.m.: geen materieel ESG-risico op niveau van AvH, gemeten op basis van de impact op het geconsolideerd eigen vermogen en nettoresultaat van AvH en rekening houdend met het aandeelhouderspercentage van AvH in de participatie.

7.2 Interne aansturing

Sinds 2019 wordt AvH's ESG-beleid gecoördineerd door een lid van het executief comité (André-Xavier Cooreman). Tweemaal per jaar evalueert een ESG-stuurgroep, bestaande uit de twee co-CEO's, CFO, secretaris-generaal en het verantwoordelijk lid van het executief comité het ESG-beleid, de geboekte vooruitgang en de ambities en prioriteiten op voorstel van een ESG-werkgroep.

De ESG-werkgroep vergadert gemiddeld om de twee maanden en staat in voor de operationele uitrol van het ESG-beleid. De ESG-werkgroep wordt gecoördineerd door de Head of ESG en is samengesteld uit het verantwoordelijk lid van het executief comité, vertegenwoordigers van het investeringsteam, de chief human capital officer (CHCO), legal, investor relations en finance.

Het voltallig executief comité keurt deze evaluaties goed en rapporteert minimaal eenmaal per jaar aan het auditcomité en de raad van bestuur. In 2022 werd er een sessie inzake ESG-beleid gegeven aan de raad van bestuur en een sessie inzake de ESG-rapportering aan het auditcomité. Reikwijdte van deze gesprekken zijn AvH (holding, eigen operaties en investeringen) alsook het ESG-beleid van de participaties. Drie leden van de raad van bestuur, waarvan er twee in het auditcomité zitten, zijn op basis van hun professionele ervaring vertrouwd met ESG.

Participaties worden aangemoedigd een eigen ESG-bestuursstructuur op te zetten en minstens jaarlijks te rapporteren aan hun eigen raad van bestuur (waarin AvH vertegenwoordigd is). Aangezien de verzamelde informatie bij de participaties cruciaal is, levert AvH veel inspanningen om gekwalificeerde ESG-teams bij de bedrijven te hebben die ondersteund worden door de respectievelijke managementteams.

Meer informatie met betrekking tot de ESG-competenties van de raad van bestuur kunnen teruggevonden worden in het hoofdstuk 'Verklaring inzake deugdelijk bestuur, 2. Raad van Bestuur - 2.1 Samenstelling'.

7.3 ESG-rapportering en referentiemodellen

In aanloop naar de uitrol van de 'EU Sustainability Reporting Standards' (ESRS-standaarden) voor boekjaar 2024, heeft AvH geïnvesteerd in een ESG-rapporteringstool om data te verzamelen van de participaties en werden de nieuwe GRI-standaarden uitgerold. AvH beschouwt dit als eerste stappen naar een ESG-rapportering die relevant, auditeerbaar en vergelijkbaar is. In de volgende secties worden de referentiemodellen en de perimeter voor de ESG-rapportering besproken.

• Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDGs)

AvH hanteert de internationale ESG-standaard Duurzame Ontwikkelingsdoelstel-

lingen ('Sustainable Development Goals', afgekort SDGs) van de Verenigde Naties om haar duurzaamheidsrapportering te structureren. Op basis van de uitgevoerde materialiteitsanalyse, focust AvH als investeringsmaatschappij op 4 SDGs die het executief comité als leidraad neemt voor haar beleid.

• Global Reporting Initiative (GRI)

Dit rapport refereert naar de nieuwe GRI Universele Standaarden dd. 2021. Deze sluiten nauw aan bij de AvH ESG-filosofie van materialiteit en focus, en bestaat uit drie delen:

  • GRI 1 'Foundation', dat ingaat op het doel en GRI-rapportagesysteem
  • GRI 2 'General disclosures', dat ingaat op de eigenlijke ESG-rapportering rond bestuur, strategie, beleid en praktijken en betrokkenheid van belanghebbenden
  • GRI 3 'Materiële onderwerpen', dat ingaat op de identificatie en beheer van de materiële onderwerpen voor een organisatie.

Een gedetailleerde referentietabel naar de Universele Standaarden van GRI kan teruggevonden worden in het Duurzaamheidsverslag: bijlage - GRI-referentietabel achteraan het jaarverslag.

• Rapporteringsperimeter

AvH rapporteert voor ESG op basis van haar boekhoudkundige consolidatieperimeter (zie Toelichting 2 - sectie 1 Integraal geconsolideerde dochterondernemingen). Als investeringsmaatschappij hanteert AvH evenwel als graadmeter de activa die het beheert conform de aanpak van UN PRI. Voor bepaalde KPIs wordt er ruimer gerapporteerd op basis van het aandeelhouderspercentage dat AvH aanhoudt. Daarnaast zijn een aantal kerncijfers enkel relevant voor de investeringsmaatschappij zelf en het daarmee verbonden (investerings)team.

De 4 ESG materiële participaties zijn DEME, Delen Private Bank, Bank Van Breda en SIPEF, en vertegenwoordigen samen meer dan 65% van de netto-activa.

Meer informatie met betrekking tot ESG kan teruggevonden worden in het Duurzaamheidsverslag: bijlage achteraan in het jaarverslag.

80 Your partner for sustainable growth

Marine Engineering & Contracting

Bijdrage tot het geconsolideerd nettoresultaat AvH

(€ miljoen) 2022 2021 2020
DEME 67,5 68,6 28,6
CFE 17,5 23,5 7,8
Rent-A-Port 6,6 2,9 1,0
Green Offshore 3,0 4,0 9,3
Totaal 94,6 99,0 46,7

DEME is één van de grootste en meest gediversifieerde bagger- en marinebouwbedrijven ter wereld.

CFE is een beursgenoteerde Belgische multidisciplinaire groep met activiteiten in België, Luxemburg en Polen.

Rent-A-Port ontwikkelt havengerelateerde industriële zones in Vietnam.

Green Offshore investeert in offshore windparken.

Bouvy

Vandenbulcke

Tancré

Verbraecken

DEME

DEME is een wereldleider in de gespecialiseerde domeinen baggerwerken, offshore energie, milieuwerken en mariene infrastructuur. DEME neemt ook deel aan concessies voor offshore energie, mariene infrastructuur, groene waterstof en diepzeemineralen. Het bedrijf heeft meer dan 145 jaar knowhow opgebouwd en is een koploper in innovatie.

Rechtstreeks beursgenoteerd

2022 was een belangrijk jaar in de geschiedenis van DEME, dat als een afzonderlijk op Euronext Brussels genoteerde vennootschap aan het volgende hoofdstuk van haar verhaal begon. DEME is trots op de realisatie van deze ambitie zoals gepland, ondanks een vrij volatiele en onzekere omgeving. DEME blijft ervan overtuigd dat de notering een ongelooflijke kans is voor de onderneming, haar klanten, investeerders, aandeelhouders en haar wereldwijde team van werknemers. Het verheugt de onderneming dat haar belanghebbenden de notering enthousiast hebben verwelkomd.

DEME kan nu echt 'haar eigen verhaal' vertellen en haar strategie en ambities kracht bijzetten.

Financieel overzicht 2022

Verdeling van omzet

2022 was een memorabel jaar voor DEME. Ondanks geopolitieke spanningen, snel stijgende inflatie, hoge staalprijzen en uitdagingen gerelateerd aan de pandemie heeft de groep goed gepresteerd. DEME realiseerde in 2022 twee records: een

De stijging van het orderboek tot 6.190 miljoen euro (2021: 5.905 miljoen euro) weerspiegelt de aanhoudend sterke vraag en de aantrekkelijke marktpositie van DEME en werd gesteund door het behalen van enkele belangrijke contracten in Offshore Energy. Het orderboek op jaareinde 2022 bedroeg 2,3 keer de totale omzet van het jaar 2022 en geeft een goede zichtbaarheid op de activiteit voor de komende 3 jaar.

De omzetstijging van 6% werd gerealiseerd door alle segmenten. Offshore Energy en Dredging & Infra realiseerden een stijging van respectievelijk 5% en 3%, terwijl Environmental steeg met 24%. Op groepsniveau heeft de omzet van DEME zich duidelijk hersteld tot het niveau van voor de COVID-19-pandemie (2019: 2.622 miljoen euro, 2018: 2.646 miljoen euro).

DEME realiseerde een EBITDA van 474 miljoen euro, vergelijkbaar met die van 2021, wat overeenstemt met een EBITDA-marge van 17,9%. Hoewel Dredging & Infra de belangrijkste bijdrage leverde tot de EBITDA, bleef die toch lager in vergelijking met de topprestatie van 2021. Dit werd evenwel gecompenseerd door sterke resultaten in Offshore Energy en Environmental. De EBITDA-marge werd enigszins beïnvloed door een combinatie van een hoger aantal grote reparaties en onderhoud, inflatie en prijsstijgingen voor materialen en grondstoffen. In 2022 heeft DEME 19 miljoen euro ontvangen als compensatie voor de opgelopen meerkosten als gevolg van de laattijdige oplevering van Orion. In de cijfers van 2021 was 15 miljoen euro ontvangen compensatie opgenomen wegens de laattijdige oplevering

DEME NV

(€ 1.000) 2022 2021 2020
Omzet 2.654.725 2.510.607 2.195.828
EBITDA 473.906 469.309 369.458
EBIT 155.236 143.282 64.281
Nettoresultaat (deel groep) 112.720 114.581 50.410
Eigen vermogen (deel groep) 1.753.947 1.579.543 1.467.492
Netto financiële positie -520.513 -392.678 -489.030
Balanstotaal 4.509.778 4.049.597 3.941.494
Orderboek 6.190.000 5.905.000 4.500.000
Capex 483.923 282.044 201.572
Personeel 5.153 4.880 4.976

Vlootinvesteringsprogramma

De knowhow van de medewerkers van DEME gaat hand in hand met de capaciteit van haar vloot. DEME wil de modernste, duurzaamste vloot in de sector ontwikkelen en heeft onlangs uitzonderlijke vaartuigen in gebruik genomen. Ze zijn uniek in de sector.

In het segment Offshore Energy is Orion, het revolutionaire offshore installatieschip van DEME, het eerste in de sector dat drijvend de funderingen voor XXL-monopiles kan installeren. In minder dan 6 maanden na de oplevering installeerde Orion met succes reusachtige monopiles, topsides en een enorme jacket en voerde het schip een grootschalig ontmantelingsproject uit.

De baanbrekende megacutterzuiger Spartacus heeft eveneens veel indruk gemaakt in de baggersector. Spartacus heeft meer snijkracht dan om het even welke cutterzuiger ter wereld. Hij heeft zijn ongeëvenaarde mogelijkheden in termen van productie, pompvermogen en het snijden van hard materiaal al bewezen. Deze prestaties gaan gepaard met een beduidend lager brandstofverbruik per werkeenheid. Spartacus is zonder twijfel een prachtig vlaggenschip van de toekomstbestendige, duurzame vloot van DEME.

Om bij te blijven met de snelle groei van de offshore windmarkt, investeert DEME in een tweede reusachtige kabellegger, Viking Neptun, die zich in 2023 bij de gerenommeerde Living Stone gevoegd heeft. Daarnaast investeert DEME in een groot valpijpschip, terwijl de befaamde zusterschepen Sea Challenger en Sea Installer worden aangepast om in de toekomst XXL-turbines te kunnen installeren.

van Spartacus. De afschrijvingen zijn gestegen als gevolg van nieuwe schepen die aan de vloot werden toegevoegd, namelijk Groenewind en Spartacus (sinds 2021) en Orion (sinds juni 2022). In 2022 waren er geen bijzondere waardeverminderingen, in tegenstelling tot in 2021. De EBIT steeg met 8% tot 155,2 miljoen euro.

De nettowinst voor 2022 bedroeg 112,7 miljoen euro (2021: 114,6 miljoen euro).

De balans van DEME blijft gezond met een nettoschuldpositie van 521 miljoen euro, terwijl er verder geïnvesteerd wordt in de vloot en in de toekomstige groei van het bedrijf.

Operationeel overzicht 2022

Offshore Energy

DEME Offshore kende een opmerkelijk jaar, met belangrijke nieuwe opdrachten, een omzetgroei van 5% en een forse toename van de rentabiliteit. In april kwam Orion de vloot versterken en introduceerde een revolutionair installatieconcept op de offshore energiemarkt. Het schip wordt nu gemobiliseerd voor de Amerikaanse markt, opnieuw een belangrijke mijlpaal. DEME zal niet alleen de eerste windparken van de VS bouwen maar voert ook haar activiteiten elders in de wereld op, met contracten in Zuidoost-Azië (Taiwan) en Australië. Het segment heeft met succes XXL-monopile funderingen voor het offshore windpark van Saint-Nazaire (Frankrijk) geïnstalleerd, met een voorsprong op het schema en ondanks het feit dat de funderingen rechtstreeks in een rotsbodem moesten worden geboord. DEME won

DEME I Van links naar rechts: Orion (Hollandse Kust Noord) - Boven: Meuse River (Schelde) - Onder: Spartacus (Leixoes - Portugal)

een EPCI-contract voor de 'inter array'-kabels binnen het windpark Dogger Bank C (VK), een bevestiging van haar capaciteiten wat het installeren van kabels betreft.

Het orderboek van DEME Offshore steeg met 16% tot 3,3 miljard euro per eind 2022. Hierin zijn belangrijke projecten opgenomen die in continentaal Europa, het VK, Australië, Taiwan en de VS in de tweede helft van het jaar werden binnengehaald.

Dredging & Infra

Het segment Dredging & Infra slaagde erin zijn omzet verder te verhogen, zelfs tegenover het sterke jaar 2021 en ondanks een moeilijke planning voor 2022 wegens het grote aantal 'dockings' en de herallocatie van schepen door het Russisch-Oekraïense conflict. Het segment voerde voor het eerst in zijn geschiedenis een onderhoudsproject in Zuid-Korea uit, naast contracten van lange duur voor onderhoudsbaggerwerken in Europa. De succesvolle voltooiing van de modernisering van de vaargeul van Świnoujście-Szczecin in Polen was een ander opmerkelijk project. Het team van DEME Infra had eveneens een druk jaar, met het iconische project van de Fehmarnbeltverbinding (tussen Duitsland en Denemarken) en de werken aan de Blankenburgverbinding (Nederland), de nieuwe sluis van Terneuzen (Nederland) en de Oosterweelverbinding (België).

Het orderboek daalde tot 2,6 miljard euro, evenwel nog steeds een hoog niveau. Belangrijke nieuwe contracten zijn bagger- en kustbeschermingswerken in Livorno (Italië), de nieuwe containerterminal in Gdansk (Polen), uitbreidingswerken voor de haven van Soyo (Angola) en contracten in het Indische subcontinent.

Environmental

Het team van Environmental had een heel druk jaar en zette zijn groeitraject verder, met een jaaromzet van meer dan 200 miljoen euro. Het segment boekte goede vooruitgang op grootschalige projecten zoals Blue Gate in Antwerpen en een reeks complexe saneringsprojecten in de Benelux en het VK. DEME Environmental zet nieuwe standaarden in de sector, met een focus op 'evidence-based' sanering. Het segment heeft bovendien een innovatieve oplossing voor de sanering van PFAS-verontreiniging ontwikkeld en heeft zijn capaciteit onlangs opgedreven met bijkomende investeringen in centra voor bodemrecyclage.

Het orderboek bleef groeien met nieuwe contracten in Noorwegen en Frankrijk en vervolgprojecten in België. Eind 2022 bedroeg het 313 miljoen euro, een stijging met 23% ten opzichte van eind 2021.

Concessions

Veel projecten van het segment Concessions steunen de energietransitie en de evolutie naar een duurzamere planeet. DEME Concessions was dan ook vereerd dat koning Filip en koningin Mathilde van België de officiële opening van de haven van Duqm (Oman) bijwoonden. Ze bezochten ook HYPORT®, het vlaggenschip van DEME voor de productie van groene waterstof. Thistle Wind Partners, een consortium waaraan DEME Concessions deelneemt, kreeg voor 2 GW optiezones toegekend in het uiterst competitieve leasingproces voor de zeebodem van ScotWind, met zowel vaste als drijvende funderingen – een opmerkelijk succes. Een ander belangrijk activiteit is de aanpak van de schaarste aan grondstoffen, waarin GSR nauwgezet onderzoek blijft doen naar de mogelijkheid om metaalrijke polymetaalknollen op de diepe oceaanbodem te verzamelen.

Vooruitzichten 2023

De sterke vraagontwikkeling in al DEME's segmenten, en in het bijzonder m.b.t. Offshore Energy, laat toe veel vertrouwen te hebben in de groeiperspectieven op lange termijn. DEME verwacht de komende paar jaar een geleidelijke stijging van

Luc Vandenbulcke CEO

"2022 was een memorabel jaar. Tegen de achtergrond van geopolitieke spanningen, snel stijgende inflatie, hoge staalprijzen en pandemie-gerelateerde uitdagingen hebben we goede prestaties kunnen voorleggen. We werden ook een zelfstandig beursgenoteerd bedrijf op Euronext Brussel, wat de groep en de strategie die we volgen meer zichtbaarheid geeft."

de omzet, rekening houdend met het huidige orderboek en de huidige en verwachte vlootcapaciteit. Gelet op het projectmatige karakter van een aanzienlijk deel van DEME's activiteiten verwacht het management dat de jaarlijkse EBITDA-marge voor de groep enigszins zal variëren, maar binnen een marge van 16 tot 20% zal blijven.

Voor 2023, en rekening houdende met de huidige marktomstandigheden, het huidige orderboek en de vlootcapaciteit, verwacht het management dat de omzet hoger zal liggen dan in 2022, met een EBITDA-marge die vergelijkbaar is met 2022.

De investeringsuitgaven om de groei te ondersteunen, worden ingeschat rond 500 miljoen euro voor 2023.

Partners for sustainable growth

  • Om een duurzame waardecreatie te stimuleren, blijft DEME zichzelf uitdagen om duurzamere oplossingen in de portfolio te ontwikkelen en haar activiteiten milieuvriendelijker te maken.
  • DEME heeft cruciale duurzaamheidsthema's geïdentificeerd die bijdragen tot de realisatie van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (SDGs) van de Verenigde Naties en waarop DEME een economische, ecologische of maatschappelijke impact heeft: 'klimaat en energie', 'duurzame innovatie', 'gezondheid & veiligheid' en 'bedrijfsethiek'.
  • Meer informatie is te vinden in het ESG hoofdstuk van AvH en in het geïntegreerd jaarverslag 2022 van DEME.

www.deme-group.com

CFE

Regout

Van Dromme

Van Brabant

De multidisciplinaire groep CFE heeft, na de partiële splitsing met DEME, haar wendbaarheid vergroot door op 4 complementaire kernactiviteiten te focussen: Vastgoedontwikkeling, Multitechnieken, Bouw & Renovatie en Investeringen.

2022 was een kanteljaar voor de groep CFE. Voor de toekomst mikt de groep op een optimale benutting van de synergie tussen deze entiteiten, om zo een leidersrol te spelen in de groeimarkten van de duurzame bouw, de 'smart industry' en de energie- en mobiliteitsinfrastructuur van morgen.

Deze nieuwe start komt tot uiting in het nieuwe credo van CFE: 'Changing for Good', dat de ambitie vertolkt om een verschil voor de toekomstige generaties te maken. De SPARC-strategie (Shift - Perform - Accelerate - Return - Community) focust de volledige organisatie op de gezamenlijke realisatie van de verandering (Shift) naar innovatie en duurzaamheid, op de prestatie (Perform) door middel van operationele uitmuntendheid, op de versnelling (Accelerate) van duurzame groei dankzij een geïntegreerde aanpak, op de creatie van waarde voor alle stakeholders (Return) en op de bouw van een gemeenschap (Community) die een positieve verandering zal teweegbrengen.

Financieel overzicht 2022

De strategie werpt nu al vruchten af, met voor het tweede opeenvolgende jaar zeer sterke resultaten ondanks een ongunstige economische context. De omzet en het orderboek hebben een recordniveau bereikt, met een uitstekend rendement op het geïnvesteerde kapitaal en een aanzienlijke vermindering van de schuld. De vooruitzichten voor 2022 werden globaal bereikt.

Met de afsplitsing van DEME is CFE wendbaarder geworden door zich te focussen op 4 segmenten. Dankzij de kracht van haar multidisciplinair business model heeft

CFE NV(1)

(€ 1.000) 2022 2021 2020
Omzet 1.167.221 1.125.346 1.026.600
EBITDA(2) 63.130 68.538 45.258
EBIT 51.014 57.976 38.135
Nettoresultaat (deel groep) 38.434 39.506 17.689
Eigen vermogen (deel groep) 224.653 133.831 95.311
Netto financiële positie -48.849 -112.995 -112.400
Balanstotaal 1.058.079 1.002.598 945.598
Orderboek 1.715.131 1.620.619 1.549.061
Personeel 2.997 3.043 3.137

(1) Exclusief stopgezette activiteiten

(2) Exclusief joint-ventures

CFE voor het tweede jaar op rij solide operationele resultaten geboekt, is het orderboek tot een recordniveau gestegen en werd de financiële positie aanzienlijk versterkt.

Lefèvre

De omzet van CFE steeg in 2022 met 3,7% tot 1.167,2 miljoen euro (2021: 1.125,3), voornamelijk dankzij Bouw & Renovatie. Ondanks een verstoorde macro-economische context was het operationeel resultaat hoog en bleef het nettoresultaat met 38,4 miljoen euro dicht bij het recordniveau van 2021 (39,5 miljoen euro). Alle 4 segmenten droegen positief bij tot dit nettoresultaat.

Het orderboek steeg met 5,8% tot een recordniveau van 1.715 miljoen euro, tegenover 1.621 miljoen euro eind 2021.

De netto financiële schuld van CFE vertoonde een aanzienlijke daling van 56,8% ten opzichte van 31 december 2021 tot 49 miljoen euro, waardoor de schuldratio daalt van 45,8% in 2021 naar 17,9% in 2022.

De versnelde digitalisering van alle businessprocessen, de grotere selectiviteit bij het aannemen van projecten om het risicobeheer te verbeteren, de implementatie van een nieuw ERP en de resultaten van verscheidene initiatieven voor de verbetering van de operationele uitmuntendheid zullen de rentabiliteit en het efficiënte gebruik van de middelen in de volgende jaren verder verbeteren.

Operationeel overzicht 2022

Veelbelovende synergieën

De multidisciplinaire benadering, die de troeven van meerdere entiteiten combineert, heeft in 2022 opmerkelijke resultaten opgeleverd. Ondanks een moeilijke economische en geopolitieke situatie als gevolg van het Russisch-Oekraïens conflict, kon de Poolse tak van BPI Real Estate 4 grote projecten opstarten in de grootste steden van het land. De projecten werden ontwikkeld in samenwerking met CFE Polska als bouwbedrijf, een illustratie van het reële partnerschap tussen de twee entiteiten.

Een ander mooi voorbeeld van samenwerking is het gebouw Wooden in Luxemburg. Met 9.500 m² is dit het grootste kantoorgebouw in hout van het land, de vrucht van een synergetische samenwerking tussen BPI Real Estate, CLE en Wood Shapers. De buitengewone duurzaamheidsnormen van het gebouw, met een dragende structuur van PEFC-gecertificeerd hout, zullen een BREEAM® Excellent-certificering opleveren en voldoen aan de WELL Building Standard® voor uitzonderlijke werkomgevingen. Bij de verkoop van het gebouw eind 2022 was het reeds volledig verhuurd.

In België wordt verder gewerkt aan de bouw van Wood Hub, de toekomstige zetel van de groep CFE. Dit uiterst duurzame en innovatieve gebouw van 6.700 m² heeft

CFE I Van links naar rechts: The Roots (Luxemburg) - Boven: Mobix (L50A Brugge - Jabbeke) - Onder: Wooden (Luxemburg)

een gemengde structuur van hout en beton. Het zal eveneens de certificeringen BREEAM® Excellent en WELL Building Standard® ontvangen en wordt een voorloper van toekomstige ontwikkelingen. Het project illustreert de gezamenlijke kracht van de verschillende segmenten: het is een samenwerking tussen BPI Real Estate voor de ontwikkeling, BPC Group en Wood Shapers voor de bouw, en VMA voor de technische installaties en de implementatie van de smart building-software van Vmanager.

Focus op duurzaamheid en innovatie

Innovatie en duurzaamheid zijn vandaag de drijvende krachten van de groep CFE. In haar eigen activiteiten heeft de groep haar CO2 -emissies in de periode 2018- 2021 met 33% verlaagd en mikt ze tegen 2030 op een vermindering met 40% tegenover 2020.

Bouwprojecten zoals ZIN hebben grote ambities op het vlak van de circulariteit. De renovatie van de twee torens, met een bovengrondse oppervlakte van 110.000 m², behoudt 65% van de bestaande constructie en maakt zo veel als mogelijk gebruik van gerecycleerd beton van het oude gebouw. Bovendien is bijna 95% van de gebruikte nieuwe materialen 'cradle-to-cradle' gecertificeerd. Het resultaat is een ongeëvenaard circulariteitsniveau voor een project van deze schaal.

Naast duurzaamheid staat ook innovatie centraal in de nieuwe ambities van de groep. De investeringen van VMA in nieuwe technologieën illustreren dat. Dankzij de overname van Rolling Robotics bezit de leverancier van multitechnieken nu een buitengewone expertise in de offline programmering en inbedrijfstelling van robotica voor industriële automatisering met een globaal bereik. Daarnaast beschikt VMA dankzij de grote investeringen in Vmanager over een geïntegreerde technologische oplossing voor smart building, die de klanten kostbare inzichten geeft in de werking van hun gebouw. Zo kunnen ze het energieverbruik optimaliseren en het onderhoud efficiënt aanpakken.

Vier businessegmenten versterken elkaar

BPI Real Estate (Vastgoedontwikkeling) ontwikkelt een gediversifieerde vastgoedportefeuille van in totaal 452.000 m². De commercialisering van verscheidene belangrijke projecten zoals Arboreto, Tervuren Square en Park, een nieuwe fase van Erasmus Garden, werd opgestart. De verkoop verloopt bevredigend. Zo is bijvoorbeeld al 90% van Domaine des Vignes in Luxemburg verkocht. In Polen heeft BPI Real Estate haar aanwezigheid in de grote steden van het land versterkt met verscheidene residentiële projecten, zoals Czysta 4 en Chmielna. Het project Arlon 53, dat start zodra de bouwvergunning verkregen is, toont de ambitie van BPI Real Estate om milieu en maatschappelijke criteria op te nemen in haar DNA.

In het segment Multitechnieken heeft VMA haar omzet fors verhoogd. De entiteit heeft haar expertise in Building Technologies bewezen met verscheidene contracten voor technische installaties, waaronder de monitoring en het beheer van gebouwen met Vmanager. Opmerkelijk is het technisch hoogstandje van het Westland Shopping Center in Anderlecht terwijl het centrum open bleef. In haar activiteit Industriële Automatisering ontving VMA nieuwe opdrachten voor een totaal van

CFE: Verdeling per pool

Omzet Operationeel resultaat(1) Nettoresultaat(1) Orderboek
(€ mio) 2022 2021 2022 2021 2022 2021 2022 2021
Vastgoedontwikkeling 85,4 106,3 17,6 30,1 14,4 23,0 203,0 190,0
Multitechnieken 338,8 321,4 11,3 18,8 6,9 13,0 368,9 401,0
Bouw & Renovatie 798,7 723,7 15,0 9,3 9,0 2,8 1.264,1 1.166,0
Investeringen & Holding
(incl. eliminaties)
-55,7 -26,0 7,2 -0,2 8,1 0,7 -120,9 -136,7
Totaal 1.167,2 1.125,3 51,0 58,0 38,4 39,5 1.715,1 1.620,6

(1) Inclusief bijdrage van Rent-A-Port en Green Offshore

Raymund Trost CEO

"Voor het tweede opeenvolgende jaar hebben wij sterke operationele resultaten behaald, waaraan elk van de vier segmenten een aanzienlijke bijdrage heeft geleverd. Wij hebben onze financiële positie aanzienlijk versterkt, ondanks een extreme macro-economische volatiliteit en aanzienlijke investeringen in onze groeibedrijven."

10 miljoen euro voor de automatisering van batterijenfabrieken en verstevigde zo haar marktpositie in het leveren van op maat gemaakte end-to-end automatiseringsoplossingen. Mobix noteerde een daling van haar omzet en orderboek. De afname van de aanbestedingen door Infrabel heeft een grote impact op de divisie Spoor en Infrastructuur van deze entiteit. Ze blijft evenwel voortreffelijke technische diensten leveren, zoals de vervanging van de bovenleidingen op de spoorlijn Brussel-Oostende, die in een recordtijd werd voltooid, en de dringende herstelling van het spoorwegstation Leuven.

De entiteiten Bouw en Renovatie hebben hun omzet met 10% verhoogd, vooral in België en Luxemburg, terwijl een record aan opdrachten behaald werd. Enkele van de belangrijke projecten zijn Kanal, de verbouwing van de voormalige Citroën-garage in Brussel tot het nieuwe Museum voor Hedendaagse Kunst, en ZNA Cadix, het nieuwe ultramoderne ziekenhuis in het noorden van Antwerpen. De vraag naar houtbouw blijft toenemen en het geïntegreerde aanbod van Wood Shapers vindt zijn weg naar projecten zoals Wooden, Rockwood en The Roots in Luxemburg, Monteco, Wood Hub en Naval in België en Alliander en Weener XL in Nederland.

Het segment Investeringen van de groep CFE betreft voornamelijk de productie van groene stroom en de ontwikkeling van industrieterreinen en havenzones in Noord-Vietnam. De offshore windparken SeaMade en Rentel voorzagen in de energiebehoeften van 700.000 huishoudens. De investeringen in ESTOR LUX, een filiaal van BStor dat het batterijenpark met de grootste opslagcapaciteit van de Benelux bezit en uitbaat, beginnen vruchten af te werpen na de start van de activiteiten van het park in 2022. In Vietnam ging Rent-A-Port verder met de ontwikkeling van haar vijf havenconcessies in de provincies Hai Phong en Quang Ninh. Na twee moeilijke jaren in de context van de gezondheidscrisis heeft de verkoop van industrieterreinen zich hersteld, een tendens die in de volgende jaren zou moeten doorzetten.

De menselijke factor blijft essentieel voor de groep CFE. De veiligheid en de beperking van ongevallen zijn een dagelijkse prioriteit, aangestuurd door een Safety Board voor het geheel van de groep. De lancering van de CFE Academy toont de inzet van de groep voor de voortdurende investering in de competenties van haar personeel.

Vooruitzichten 2023

Behoudens uitzonderlijke omstandigheden en ondanks een moeilijker vastgoedklimaat als gevolg van stijgende rentevoeten, verwacht CFE een gematigde stijging van de omzet en een blijvend hoog niveau van de nettowinst dichtbij het resultaat van 2022. Aangezien er in 2023 geen projecten in Polen worden opgeleverd en als gevolg van minder gunstige marktomstandigheden, zou de nettowinst van BPI in 2023 kunnen dalen, maar toch op een hoog niveau blijven. Dankzij een sterk orderboek zullen Bouw & Renovatie en VMA naar verwachting een gematigde omzetgroei realiseren en hun operationele prestaties blijven verbeteren. Voor MOBIX zal 2023 een overgangsjaar zijn, gekenmerkt door het einde van het Luwa-project en een meer bescheiden activiteit in de Rail-divisie, alvorens vanaf 2024 een herstel wordt verwacht.

Partners for sustainable growth

  • Klimaat, energie, hergebruik van materialen, beperking van de afvalproductie en mobiliteit zijn stuk voor stuk mondiale vraagstukken waarvoor CFE duurzame oplossingen kan bieden. Daarom brengt de groep mensen, competenties, materialen en technologie samen in een community voor positieve verandering.
  • De impact die CFE nastreeft, komt tot uiting in de optimalisering van haar eigen werking en in de oplossingen die de groep haar klanten aanbiedt.
  • In haar eigen werking verbindt CFE zich tot vermindering tegen 2030 van haar directe CO2 -emissies (scope 1 en 2) met 40% (tegenover 2020). Dit doel zal worden bereikt door de vergroening van het wagenpark, de optimalisering van de logistiek op de werven, de monitoring en optimalisering van het energieverbruik, het gebruik van 100% groene energie en het rationele beheer van water en materialen.
  • In haar kernactiviteiten wil CFE zich focussen op meer duurzame gebouwen, slimmere industrieën en de energie- en mobiliteitsinfrastructuur van morgen sturen. Innovatie staat in dat streven centraal, met drie activiteiten met hoog potentieel: Vmanager, de geavanceerde technologie voor de energie-optimalisering van gebouwen, Wood Shapers, dat grootschalige duurzame op hout gebaseerde oplossingen voor de bouw aanbiedt, en de rijke expertise en staat van dienst van de groep in optimalisering, renovatie en het circulaire gebruik van materialen.
  • Om een optimale impact van haar inspanningen te verzekeren, plaatst CFE duurzaamheid, innovatie, veiligheid en operationele uitmuntendheid centraal in haar strategie. De permanente veiligheidsopleiding van alle medewerkers, de lancering van de CFE Academy en een oprecht engagement ten aanzien van de gemeenschap bewijzen het belang dat de groep hecht aan haar community van 'Helden', zowel in als buiten de organisatie.
  • CFE werd door het ratingbureau Sustainalytics erkend als Top-Rated ESG Company 2023. Met een score van 26,1 ('medium risk') is de groep CFE een van de beste in haar sector.

www.cfe.be

Ruben Baeckelandt

Bruno Jaspaert

Patrick Nellens

Rent-A-Port

Rent-A-Port is gespecialiseerd in de ontwikkeling en uitbating van havengerelateerde industriële zones in Vietnam.

Vietnam

DEEP C Industrial Zones wordt ontwikkeld via de investeringsholding Infra Asia Investment HK Ltd. In het eerste semester van 2022 heeft Rent-A-Port haar deelneming in IAI verhoogd van 61% tot 94%, een transactie die gefinancierd werd met extra aandeelhoudersleningen vanwege AvH en CFE.

DEEP C Industrial Zones heeft eind 2022 3.400 hectare aan industriële gronden verdeeld over 5 verschillende zones verspreid over de noordelijke provincies Hai Phong en Quang Ninh. Daarnaast voorziet Deep C Green Energy, een joint venture met het Japanse Tepco, de investeerders in de industriële zones van elektriciteit. De ISO (9001 en 14001) gecertificeerde afvalwaterzuiveringsinstallatie wordt uitgebaat door zusterbedrijf DEEP C Blue, dat tevens instaat voor de waterdistributie en het volledige waterrecyclagebeheer.

Na het uitdagende jaar 2021 bedroegen de verkopen van havengerelateeerde industriële gronden in 2022 66 hectare (2021: 64 hectare). Ook het orderboek voor 2023 vertoont een stijgende lijn.

Door de strategische ligging, de sterke economische groei van Vietnam en de groeiende vraag naar industriële terreinen in Noord-Vietnam, blijft het management ervan overtuigd dat een aanzienlijke toename van de verkoop van grond kan verwacht worden voor de komende jaren.

Ondertussen blijft Deep C haar diensten verder uitbreiden met onder meer de verhuur van logistieke en bedrijfsgebouwen, en de constructie van een eerste servicecomplex voor klanten. Met de erkenning als Eco Industrial Park, in samenwerking met UNIDO (United Nations Development Org) en MPI (Ministry of Planning and Investment), slaagt DEEP C erin zich te profileren als de ultieme duurzame partner voor investeerders op een strategische investeringslocatie in Noord-Vietnam.

Rent-A-Port NV

(€ 1.000) 2022 2021 2020
Omzet 58.027 50.527 72.706
EBITDA 17.535 8.656 16.894
EBIT 14.827 6.167 14.248
Nettoresultaat (deel groep) 8.104 3.578 1.174
Eigen vermogen (deel groep) 83.514 79.555 60.154
Netto financiële positie -64.281 -29.698 -66.106
Balanstotaal 260.565 254.687 248.279

BStor

In oktober 2021 werd de bouw van een eerste batterij-opslagsysteem (10 MW / 20 MWh) in Bastenaken afgerond. Dit Estor-Lux project werd met succes ontwikkeld door BStor, het vroegere Rent-A-Port Green Energy, en speelt in op de behoefte aan flexibele oplossingen op de elektriciteitsmarkten. Na de toetreding van SRIW Environnement tot het aandeelhouderschap bezit Rent-A-Port een deelneming van 38% in BStor.

Dankzij de gunstige marktomstandigheden in 2022 heeft BStor een omzet gerealiseerd van 5 miljoen euro, hetgeen de verwachtingen overtrof.

BStor heeft de ambitie om tegen 2024-2025 een capaciteit te ontwikkelen van in totaal 150 MW aan energie-opslag.

Partners for sustainable growth

  • Binnen het duurzaamheidsconcept van DEEP C Industrial Zones wordt maximaal ingezet op het hergebruik van water. Er lopen op dit moment bij verschillende internationale klanten proefprojecten om zowel gezuiverd afvalwater als regenwater te hergebruiken in industriële processen.
  • De industriële zones creëren veel lokale werkgelegenheid (8.800 directe arbeidsplaatsen en naar schatting 12.000 indirecte) en dragen aldus bij aan een stijgende welvaart. Over de voorbije 25 jaar heeft het project reeds meer dat 4,3 miljard USD aan FDI (foreign driven investment) aangetrokken.
  • In het kader van de toekomstige klimaatveranderingen heeft DEEP C in 2022 geïntegreerde overstromingsstudies laten uitvoeren (Flood Risk Analyses) waarvan de resultaten zullen geïntegreerd worden in de nieuwe ontwikkelingen.
  • Rent-A-Port stimuleert haar klanten in de industriële zones om samen te werken met DEEP C Green Energy voor de installatie van zonnepanelen op de daken van de fabrieken. Binnen de DEEP C cluster is er een projectplan opgesteld om tegen 2030 minimaal 30% van alle energiebehoefte uit hernieuwbare bronnen te halen.

www.rentaport.be

Mathias

Verkest

Christophe

De Winter

Wendy

Goossens

Bruno

Verbeke

Green Offshore

Green Offshore is actief in de ontwikkeling en uitbating van offshore windparken.

Green Offshore bezit een deelname in de overkoepelende vennootschap Otary (12,5%) en aldus (rechtstreeks en onrechtstreeks) participaties in de Belgische offshore windparken Rentel (12,5%) en SeaMade (8,75%).

Het windpark Rentel ligt op ongeveer 34 km van Oostende en telt 42 windturbines van 7,35 MW. Met een totaal geïnstalleerd vermogen van 309 MW levert Rentel hernieuwbare energie aan ongeveer 300.000 gezinnen. Tijdens het voorbije jaar

Green Offshore I SeaMade

Green Offshore NV

(€ 1.000) 2022
2021
2020
Productie (in GWh)
Rentel 899 922 1.136
SeaMade 1.534 1.592 524
Nettoresultaat (deel groep) 3.560 4.831 11.430
Eigen vermogen (deel groep) 45.604 26.622 14.749
Netto financiële positie -2.669 -7.853 -13.916
Balanstotaal 50.111 38.610 29.096

2022 produceerde het Rentel windpark bijna 0,9 TWh aan groene energie. Deze productie lag, ondanks een goede parkbeschikbaarheid gedurende het jaar, onder de verwachtingen doordat er minder wind was dan voorzien.

Het windpark SeaMade omvat de concessiezones Mermaid en Seastar in de Belgische Noordzee - respectievelijk op 50 km en 38 km van Oostende - goed voor 58 windturbines van 8,4 MW. Met een totale capaciteit van 487 MW is SeaMade het grootste offshore windturbinepark in België. De groene productie van het SeaMade windpark bereikte in 2022 iets meer dan 1,5 TWh. Ook voor SeaMade was de parkbeschikbaarheid goed, maar lag de windproductie onder de verwachting.

Gelet op de verkoop van elektriciteit op basis van langetermijncontracten werden in 2022 geen extra winsten gerealiseerd door de prijspieken op de groothandelsmarkt voor elektriciteit sinds de uitbraak van de Oekraïnecrisis.

Otary is de grootste offshore windenergieproducent in de Belgische Noordzee met een totaal geïnstalleerd vermogen van 796 MW. Zij exploiteert en onderhoudt beide windparken vanuit de haven van Oostende.

Partners for sustainable growth

BETHAUBARE ON
O MOSTHE
DUJRDAME
POGRAFIE EX
BBSE
HFFASTHUCTULE
3 CREVY IS CHARRE
14 HEIMER
------------------------------------------------------------------------------- --------------------------------
  • Rentel en SeaMade staan in voor een totale capaciteit van net geen 800 MW, goed voor een potentiële productie van ongeveer 2,7 TWh op jaarbasis. Dit is een aanzienlijk aandeel van de totale jaarlijks verwachte offshore productie van ca. 8 TWh, wat met 10% van de totale elektriciteitsconsumptie in België bijdraagt aan de groeiende doelstellingen om meer energie uit hernieuwbare energiebronnen te halen.
  • Beide offshore windparken leveren samen hernieuwbare energie aan 700.000 huishoudens, wat een reductie van 1.200.000 ton CO2 -uitstoot op jaar mogelijk maakt. De realisatie van SeaMade vormde het voorlopige sluitstuk van de bestaande beschikbare concessiezone voor energie-opwekking uit offshore wind en brengt de totale capaciteit in het Belgisch deel in de Noordzee op voorlopig meer dan 2.200 MW.
  • Otary volgt de toekomstige uitbreiding van de Belgische offshore wind capaciteit, tot 5,8 GW met inbegrip van de Princes Elisabeth-zone richting 2030, zeer nauw op met oog op een verdere versterking van haar positie in de Belgische offshore markt.

www.otary.be

Private Banking

Bijdrage tot het geconsolideerd nettoresultaat AvH

(€ miljoen) 2022 2021 2020
FinAx -0,2 -0,2 -0,2
Delen Private Bank 126,5 132,0 103,5
Bank Van Breda 53,8 51,3 38,0
Totaal 180,1 183,1 141,3

Delen Private Bank Bank Van Breda

Delen Private Bank legt zich toe op discretionair vermogensbeheer voor particulieren.

Bank Van Breda is een gespecialiseer de adviesbank die zich uitsluitend richt tot ondernemers en vrije beroepen.

Private Banking

In een uitdagende context hebben zowel Delen Private Bank als Bank Van Breda terug uitstekende commerciële resultaten neergezet.

De uitstekende resultaten werden echter deels tenietgedaan door de negatieve evolutie van de financiële markten waardoor het gecombineerd toevertrouwd vermogen op 31 december 2022 57,7 miljard euro bedroeg, tegenover 57,6 miljard euro per 30 juni 2022 en 63,9 miljard euro per 31 december 2021.

Het gecombineerd (Delen Private Bank + Bank Van Breda) brutobankproduct bedroeg 650 miljoen euro (2021: 633 miljoen euro), waarvan 83% fee-gedreven is. Ondanks de negatieve beursevolutie stegen de fee-inkomsten, aangezien het gemiddeld beheerd vermogen over 2022 licht hoger lag dan het gemiddelde in 2021. Voor de totale groep blijft de opbrengst per belegd vermogen hoog op 1,01%. Stijgende rentes en groei in de kredietportefeuille zorgden verder voor een groei in de gecombineerde rente-inkomsten.

De gecombineerde bedrijfskosten stegen omwille van de automatische loonindexatie, verdere uitbreidingen in het personeelsbestand, IT-investeringen, hogere commerciële activiteit en stijgende afschrijvingen ten gevolge van de ingebruikname van het gerenoveerde kantoor van Delen Private Bank in Antwerpen. Dit verhoogde de cost-income ratio tot 53,0% (41,93% bij Delen Private Bank, 87,71% bij JM Finn en 55,1% bij Bank Van Breda). Dit blijft binnen de sector echter een uiterst sterk cijfer dankzij de efficiënte organisatie met performante processen en een hoge graad van digitalisering, competente medewerkers, de goede samenwerking tussen beide banken en de kwaliteit van de beheerde vermogens.

De gecombineerde nettowinst bleef nagenoeg stabiel op 228,9 miljoen euro (2021: 233,5 miljoen euro), waarvan 160,6 miljoen euro bijdrage van Delen Private Bank (inclusief 8,4 miljoen euro van JM Finn) en 68,3 miljoen euro van Bank Van Breda. De totale voorziening voor kredietverliezen bij Bank Van Breda blijft laag op 0,02% van de gemiddelde kredietportefeuille. Aangezien de bank in 2022 geen significante verliezen op kredietdossiers heeft geboekt, is deze voorziening bijna uitsluitend gedreven door voorzieningen voor toekomstige kredietverliezen ten gevolge van het toegenomen volume in kredietverlening.

Het gecombineerd eigen vermogen steeg tot 1.749 miljoen euro (tegenover 1.691 miljoen euro eind 2021). Solvabiliteit en liquiditeit blijven uitzonderlijk sterk met een gecombineerde common equity tier1-ratio (CET1) op basis van de 'Standardized approach' van 23% en een hefboomratio van 13,8%, ruim boven het sectorgemiddelde en de wettelijke vereisten. Niettegenstaande de moeilijke marktomstandigheden en het conservatief balansbeheer haalde de groep een bovengemiddelde gecombineerde ROE van 13,3%. Dankzij de solide groei van het totale toevertrouwd vermogen van cliënteel en hun uitzonderlijke operationele efficiëntie blijven Delen Private Bank en Bank Van Breda consistente outperformers in het Europese private banking landschap.

Links: Delen Private Bank I Antwerpen

Rechtsboven: Bank Van Breda I Kortrijk en Eigenbrakel - Rechtsonder: Bank Van Breda I Antwerpen

Toevertrouwd vermogen

(€ mio) 2022 2021 2020
Toevertrouwd vermogen
Delen Private Bank (AuM) 48.010 54.346 45.116
waarvan discretionair 89% 85% 84%
Delen Private Bank 36.419 40.340 33.771
(1)
Delen Private Bank Nederland
1.022 1.154 859
JM Finn(1) 11.591 14.006 11.345
Bank Van Breda
Buitenbalansproducten 14.095 14.720 11.948
Cliëntendeposito's 6.553 6.368 5.907
AuM bij Delen(1) -10.943 -11.502 -8.873
Delen en Van Breda gecombineerd (100%) 57.715 63.932 54.098
Bruto inflow AuM 4.557 5.598 3.585 (1) Reeds inbegrepen in Delen Private Bank

AuM

Kerncijfers Delen Private Bank en Bank Van Breda gecombineerd (100%)

(€ mio) Delen en Van Breda
gecombineerd (100%)
Delen Private Bank Bank Van Breda
2022 2021 2020 2022 2021 2022 2021
Rentabiliteit
Bankproduct (bruto) 650 633 534 515 506 197 185
Nettoresultaat 229 233 180 161 168 68 65
Brutovergoedingen en commmissie-inkomsten
als % van bankproduct
83% 86% 83% 97% 99% 52% 54%
Brutovergoedingen en commissie-inkomsten
als % van AuM
1,01% 1,00% 0,92% 0,99% 1,0% 0,65% 0,7%
Cost-income ratio 53% 52% 54% 52%(1) 50%(1) 55% 55%
Balans
Totaal eigen vermogen
(incl. minderheidsbelangen)
1.749 1.691 1.562 1.080 1.024 674 678
Balanstotaal 10.162 10.072 9.117 2.582 2.429 7,657 7.792
Cliëntendeposito's 6.553 6.368 5.907 - - 6,553 6.368
Kredieten 7.044 6.458 5.885 855 710 6,188 5.748
Risicogewogen activa 6.125 5.614 5.605 2.016 1.806 4,136 3.849
Waardeverminderingen op kredieten(2) 0,01% -0,04% 0,09% 0,00% 0,00% 0,02% -0,04%
Kernratio's
Rendement op eigen vermogen 13,3% 14,4% 12,2% 15,3% 17,0% 10,1% 10,0%
CET1-ratio 23,0% 23,8% 21,7% 38,1% 38,0% 15,5% 16,8%
Hefboomratio 13,8% 13,2% 13,3% 31,7% 30,2% 8,1% 8,1%
LCR 212% 208% 249% 640% 495% 138% 160%

(1) JM Finn: 87,7% (2022), 87,3% (2021)

(2) Waarvan ECL (verwachte kredietverliezen - expected credit loss): 0,02% (2022), -0,05% (2021), 0,07% (2020)

Delen

Michel Buysschaert

Matthieu Cornette Alexandre

Katrin Eyckmans

Bart Menten

Eric Lechien

Delen Private Bank

Delen Private Bank legt zich toe op het beheer en de planning van het vermogen van voornamelijk particuliere klanten. De groep is uitgegroeid tot een gevestigde waarde in België en heeft een groeiende aanwezigheid in de overige Benelux-landen, in Zwitserland en in het Verenigd Koninkrijk (JM Finn).

Financieel overzicht 2022

Groep Delen toont zich veerkrachtig in een grillig jaar

2022 was een tumultueus en uitzonderlijk moeilijk jaar. Inflatie, stijgende rentes, groeivertraging en de oorlog in Oekraïne hielden beleggers in een wurggreep. Aandelen- en obligatiekoersen gingen fors onderuit.

Groep Delen deed er alles aan om haar missie - financiële gemoedsrust voor haar klanten - te midden van al die onzekerheid in stand te houden. Haar consistente, herkenbare en toegankelijke dienstverlening bood een houvast aan klanten. Dat vertaalde zich in een voortreffelijke netto-instroom van kapitalen in alle landen waar Delen actief is.

De vermogens onder beheer van Groep Delen (geconsolideerd) bereikten een niveau van 48.010 miljoen euro op het einde van 2022 (2021: 54.346 miljoen euro). Bij Delen Private Bank (België, Nederland, Luxemburg, Zwitserland) bedroeg het beheerd vermogen 36.419 miljoen euro op het einde van 2022 (2021: 40.340 miljoen euro). Daarvan is 1.022 miljoen euro afkomstig van het bijkantoor van Delen Private Bank in Nederland (2021: 1.154 miljoen euro).

Geconsolideerd beheerd vermogen

De beursmalaise veroorzaakte een forse waardedaling van de onderliggende activa, die deels gecompenseerd werd door de netto-instroom van kapitalen. De nieuwe kapitalen kwamen van bestaande en nieuwe klanten, bijna uitsluitend via discretionair vermogensbeheer.

Alle Belgische vestigingen droegen bij tot de instroom. Dankzij de nauwgezette opvolging van klanten bleef de uitstroom van kapitalen in 2022 uiterst beperkt. Uitgedrukt als percentage van het totale beheerd vermogen was die uitstroom zelfs de laagste van de laatste twintig jaar. Dat wijst erop dat in moeilijke omstandigheden een persoonlijke dienstverlening, proactieve en relevante communicatie en een geïntegreerd aanbod van vermogensbeheer en planning een belangrijke troef vormen.

In Nederland was er eenzelfde veerkracht, dankzij de commerciële inzet en inspanningen van het versterkte team. Deze dynamiek overhaalde Groenstate Vermogensbeheer, een vermogensbeheerder uit Twente met ongeveer 225 miljoen euro vermogen onder beheer, om de Delen-familie te vervoegen. Verwacht wordt dat de overname in de loop van de eerste helft van 2023 goedgekeurd wordt door De Nederlandsche Bank.

Delen Private Bank bezit 92,8% van de aandelen van JM Finn. Bij deze Britse vermogensbeheerder daalde het beheerd vermogen tot 11.591 miljoen euro (10.281 miljoen Britse pond) per eind 2022 (2021: 14.006 miljoen euro, 11.769 miljoen Britse pond). De netto-instroom van kapitalen bleek onvoldoende om de waardedaling als gevolg van de ongunstige marktomstandigheden te compenseren. Het zwakke pond tegenover de euro (-5,3%) drukte bovendien het cijfer van beheerd vermogen in euro nog verder naar omlaag.

Lichte daling van het resultaat

Het gemiddeld beheerd vermogen van Delen Private Bank hield stand in 2022, waardoor de brutobedrijfsopbrengsten licht hoger zijn (512,1 miljoen euro) dan in 2021 (506,8 miljoen euro). De hogere rentemarge als gevolg van de stijgende rentes op de financiële markten hadden een gunstig effect op het resultaat.

De spectaculaire evolutie van de inflatie liet ook Groep Delen niet onberoerd. De automatische loonindexatie resulteerde in België in fors hogere personeelskosten, net als de volgehouden inspanning om medewerkers te rekruteren (+74 medewerkers in 2022). De heropstart van evenementen voor klanten en prospecten (na uitzonderlijk kalme, voornamelijk digitale events in de coronajaren 2020 en 2021) en de ingebruikname van het nieuwe hoofdkantoor in Antwerpen wogen eveneens op het kostenplaatje.

In de zomer van 2022 werden de kosten opnieuw kritisch tegen het licht gehouden. De inspanningen voor kostenbesparingen focussen op verschillende domeinen, zonder dat geraakt wordt aan kosten en investeringen die de groei ondersteunen. Zo worden de investeringen in IT, met name aangaande dataveiligheid, verder opgevoerd. Dataveiligheid was en is immers een topprioriteit voor de bank. Het toegenomen gebruik van digitale kanalen maakt de bank extra waakzaam en motiveert haar om de inspanningen in infrastructuur, processen en mensen te versterken.

De bedrijfskosten voor de groep stegen met 8,7%. De cost-income ratio steeg licht tot 51,80% (41,93% bij Delen Private Bank, 87,71% bij JM Finn), nog steeds een uiterst sterk cijfer in de sector.

De nettowinst van Groep Delen nam in 2022 licht af tot 160,6 miljoen euro (tegenover 167,6 miljoen euro in 2021). Dat is, rekening houdend met de moeilijke marktomstandigheden en de uitzonderlijk hoge personeelskosten, een bevredigend cijfer. De bijdrage van JM Finn tot het nettoresultaat van de groep was 8,4 miljoen euro (2021: 8,1 miljoen euro).

Het geconsolideerd eigen vermogen (deel groep) van Groep Delen bedroeg 1.078,6 miljoen euro op 31 december 2022, tegenover 1.022,5 miljoen euro op 31 december 2021. Het nuttig eigen vermogen van de groep na aftrek van voornamelijk immateriële vaste activa bedroeg 768,2 miljoen euro op het einde van het jaar (eind 2021: 686,7 miljoen euro). Delen Private Bank is ruim gekapitaliseerd en voldoet ruimschoots aan de Basel III-vereisten op het vlak van eigen vermogen alsook op het vlak van liquiditeitsvereisten. De Core Tier1-kapitaalratio van 38,1% ligt ruim boven het sectorgemiddelde. Groep Delen beschikt over een solide en eenvoudig te begrijpen balans. Het rendement op het (gemiddeld) eigen vermogen bedroeg 15,3%, een zeer bevredigend cijfer.

Operationeel overzicht 2022 per activiteit

Delen Private Bank (Benelux en CH)

Het beursjaar 2022 werd gedomineerd door hoge inflatiecijfers, snel stijgende rentes en een oorlog die leidde tot economische en politieke onzekerheid en een energiecrisis. Alle activaklassen gingen onderuit en zelfs obligaties waren niet langer een veilige haven. Aan de beurscorrecties viel helaas niet te ontsnappen, waardoor ook de portefeuilles van de klanten negatieve rendementen vertoonden. De klanten zo goed mogelijk informeren en een perspectief bieden, was meer dan ooit aan de orde van de dag. Gelukkig kon dat in 2022 opnieuw in levenden lijve, bijvoorbeeld op de Delen Perspectieven infosessies in de kantoren, waar klanten uitgebreid de experts aan het woord konden horen. Daarnaast vonden meer en meer klanten hun weg naar vermogensplanning en Delen Family Services, de twee

Delen Private Bank I Antwerpen

Michel Buysschaert CEO

"In het turbulente jaar 2022 toonde de bank zich bijzonder sterk, wat zich vertaalt in zeer behoorlijke resultaten. Ondanks de moeilijke marktcontext nam de nettokapitaalinstroom toe en stijgt het marktaandeel. Het succes zit o.a. in de persoonlijke opvolging van de klanten, onze gepassioneerde medewerkers en de samenwerking tussen de teams. Dit alles draagt bij tot onze missie: financiële gemoedsrust schenken aan onze klanten."

andere bouwstenen van de Delen dienstverlening. Vermogensplanning zal in 2023 een vaste waarde blijven binnen de dienstverlening. Er wordt gewerkt op drie sporen. Vooreerst werken de beheerders op een totaaloverzicht dat inzicht geeft in het volledige vermogen van de klant (ondersteund door een digitaal archief waar klanten hun belangrijke documenten veilig kunnen bewaren). Financial Planning brengt in kaart hoe de levensloop van de klant ook zijn financiële situatie en die van zijn familie beïnvloedt. Estate Planning analyseert welke acties nodig zijn om zijn vermogen te behouden en verder te versterken in de toekomst, ook met het oog op de volgende generaties.

Na twee rustige jaren was het weer mogelijk events te organiseren, voor Delen een belangrijke manier om de klanten te bedanken voor hun vertrouwen. Voor het eerst werden hiervoor nieuwe partnerschappen ingezet met Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen en met Art Antwerp /Art Brussels.

Delen Private Bank blijft marktaandeel winnen op de Belgische niche van private banking. Een sterkhouder in Delens aanpak is de lokale verankering van de bank in de regio's waar ze actief is. Dit moedigt Delen Private Bank aan om verder te investeren in infrastructuur. In 2022 opende Delen Private Bank een nieuw kantoor in Zellik (West-Brabant). Naast de fysieke aanwezigheid investeert de bank ook onophoudelijk in haar digitale kanalen.

Delen Private Bank

(€ 1.000) 2022 2021 2020
Brutobedrijfsopbrengsten 512.143 502.076 412.422
Nettoresultaat (deel groep) 160.623 167.556 131.387
Eigen vermogen
(deel groep)
1.078.596 1.022.453 940.277
Toevertrouwd vermogen 48.009.787 54.345.999 45.116.280
Cost-income ratio 51,8% 50,2% 53,6%
Return on equity 15,3% 17,0% 15,0%
CET1-ratio 38,1% 38,0% 40,5%
Personeel 909 829 757

Op het einde van 2022 werden in Benelux en Zwitserland 87% (31.562 miljoen euro) van de toevertrouwde vermogens rechtstreeks discretionair of via de eigen patrimoniale beveks beheerd. Uitgedrukt in aantal rekeningen bedraagt het aandeel discretionaire beheerrekeningen 96,5%.

Bank Van Breda droeg opnieuw in belangrijke mate bij tot het resultaat en vertegenwoordigde ongeveer 30% van het totaal beheerd vermogen. De negatieve marktimpact werd voor een groot deel gecompenseerd door de netto-instroom van kapitaal. Op 31 december 2022 beheerde Delen Private Bank immers 9.279 miljoen euro voor rekening van klanten aangebracht door het netwerk van Bank Van Breda. Daarnaast verzorgde Delen Private Bank de effectenadministratie van Bank Van Breda (1.665 miljoen euro).

In Nederland worden de commerciële inspanningen van het goed geïntegreerd en versterkt team eveneens beloond met mooie cijfers, namelijk 1.022 miljoen euro beheerd vermogen. De strategie in Nederland is volledig gealigneerd met die van Delen Private Bank en omvat ook de Delen Family Services dienstverlening.

JM Finn (VK)

Het Verenigd Koninkrijk heeft er een bijzonder woelig jaar opzitten. Door de sterke vertegenwoordiging van grondstoffen en olie hield de Britse beurs zich relatief sterk. Zonder deze sectoren was de prestatie van Britse aandelen echter vergelijkbaar met die van haar Europese tegenhangers. De vermogensbeheerders van JM Finn hielden vast aan een sterke diversificatie van hun portefeuille en aan hun keuze voor Britse multinationals, zodat ze minder afhankelijk zijn van de Britse economie.

De netto-instroom van kapitalen bij JM Finn was behoorlijk, rekening houdend met de moeilijke marktomstandigheden. De verhuis naar een nieuw kantoor in London en het dynamisch, vernieuwd managementteam gaven een extra impuls.

Sinds de overname van JM Finn in 2011 verhoogde Delen Private Bank haar directe aandeelhouderschap tot 92,8%. Eind 2022 had JM Finn 11.591 miljoen euro (10.281 miljoen Britse pond) aan toevertrouwde activa, waarvan 82,4% in discretionair beheer. Het niveau van de toevertrouwde activa en de groei in het aandeel discretionair beheer bevestigen dat JM Finn een gezonde onderneming is met groeipotentieel. De positie van JM Finn in de Britse onshore vermogensbeheermarkt, in combinatie met de gedrevenheid en ervaring van Delen Private Bank, moeten JM Finn toelaten om verder te groeien en te evolueren tot een prominente speler op de Britse markt.

Delen Private Bank I Antwerpen

Vooruitzichten 2023

Groep Delen gaf blijk van een opvallende veerkracht in de laatste twee uitzonderlijke jaren van crisis en onzekerheid. De groep voelt zich gesterkt dat ze vlot kan aansluiten bij het economische herstel dat onvermijdelijk zal volgen.

Op het vlak van vermogensbeheer ziet de groep aan de start van het beursjaar 2023 een aantal onzekerheden en risico's, maar ook enkele hoopvolle signalen en mooie kansen. 2023 wordt wellicht een scharnierjaar. De gevolgen van de economische vertraging kunnen de eerste maanden de bedrijfsresultaten beïnvloeden en de geopolitieke spanningen en de onzekerheden over de bankensector kunnen wegen op de beurzen. Maar stilaan zouden er betere tijden moeten komen. De inflatiepiek zou achter ons moeten liggen en het rentebeleid van de centrale banken zou gaandeweg minder streng moeten worden. Dat zou zuurstof moeten geven aan de aandelenmarkten. Bovendien geven obligaties aantrekkelijke rendementen, na de scherpe koersdalingen van 2022. Dat creëert kansen, ook voor de iets defensievere belegger.

Delen Private Bank, in België en Nederland, en JM Finn, willen zich ook in 2023 verder op de kaart zetten. In België opent Delen een kantoor in Charleroi en de werken voor het nieuwe kantoor in Knokke vorderen zoals verwacht (opening verwacht in 2024). In Nederland staat de integratie van Groenstate Vermogensbeheer voorop. Naast interne groeimogelijkheden bekijkt de groep overname-opportuniteiten, indien aantrekkelijke partijen met een aanleunende strategie haar pad kruisen.

Partners for sustainable growth

  • Verantwoord investeren en vermogenbescherming zijn de hoekstenen van Delen Private Bank's ESG-beleid. Delen Private Bank is lid van UN PRI en integreert consequent in haar investeringsproces duurzaamheidsparameters. Via haar partnership met EOS gaat Delen Private Bank ook in dialoog met de bedrijven in haar fondsen ('engagement'). Verder vormt het principe van dynamische en goede huisvader de basis voor een gedegen vermogensbescherming.
  • Klanten zijn zeker gevoelig aan het thema. Dat werd ook in een recente bevraging rond duurzaamheid bevestigd. Zo zijn de belangrijkste bevindingen in 2022:
    • Engagement is de belangrijkste pijler. 86% van de bedrijven in de top 100 van Delen Private Bank worden zo opgevolgd. Er waren 1.658 contactmomenten rond specifieke onderwerpen op 1 jaar.
    • De belangrijkste thema's waarover in dialoog wordt gegaan zijn klimaat en mensenrechten.
  • De Europese regelgeving blijft ook niet achter, nieuwe rapporteringen werden opgemaakt in het kader van de EU Green Deal.
  • Meer informatie is te vinden in het AvH ESG hoofdstuk en in het duurzaamheidsverslag 2022 van Delen Private Bank.

www.delen.be

Dirk Wouters Franck

Tom

Véronique Léonard

Vic Pourbaix

Marc Wijnants

Bank Van Breda

Bank Van Breda is een gespecialiseerde nichebank die zich focust op de begeleiding van ondernemers en vrije beroepen bij de opbouw, het beheer en de bescherming van hun vermogen.

Financieel overzicht 2022

2022 werd getekend door geopolitieke spanningen, stijgende energie- en consumptieprijzen, hoge inflatie, loonindexeringen en dalende beurzen. De centrale banken verstrakten in de loop van 2022 hun monetaire beleid, met een verhoging van de beleidsrentes tot gevolg. De ECB-depositorente steeg van -0,5% tot +2% in de tweede jaarhelft. Dit leidde tot een snelle en forse rentestijging, zowel op korte als op lange termijn.

In deze uitdagende context heeft Bank Van Breda, na het topjaar 2021 opnieuw uitstekende commerciële en financiële resultaten neergezet. De totale commerciële volumes bleven stabiel op 26,8 miljard euro en de nettowinst steeg met 5% tot 68,3 miljoen euro. Ook de liquiditeits- en solvabiliteitsratio's bleven op een zeer solide niveau.

Stabiele commerciële volumes

In een dalend beursklimaat daalde het totaal toevertrouwd vermogen in 2022 met slechts 2% tot 20,6 miljard euro. Dit bevestigt het vertrouwen van de klanten in de bank, ook in tijden van onzekerheid en volatiliteit.

Door cliënten belegd vermogen

Cliëntendeposito's

De totale klantendeposito's groeiden met 185 miljoen euro (+3%) tot een totaal volume van 6,6 miljard euro.

De netto-aangroei in buitenbalansproducten bedroeg 1,1 miljard euro, maar was onvoldoende om de negatieve impact van de dalende aandelen- en obligatiekoersen op de buitenbalansvolumes volledig te compenseren. Hierdoor daalde het volume buitenbalansproducten met 0,6 miljard euro (-4%) tot 14,1 miljard euro. Hiervan is 10,9 miljard euro toevertrouwd aan Delen Private Bank in de vorm van vermogensbeheer en fondsen.

Bank Van Breda verleent vanuit haar totaalaanpak kredieten aan familiale ondernemers en vrije beroepen en via haar divisie Van Breda Car Finance ook financiering en financiële leasing van auto's, equipment, laadpalen en fietsen. Ondanks de hevige concurrentie en de stijgende rentes, groeide het kredietvolume aan doelgroepklanten van Bank van Breda met 343 miljoen euro (+8%) tot een volume van 5,55 miljard euro. Van Breda Car Finance zette in een uitdagend jaar voor de automobielsector opnieuw een sterke commerciële prestatie neer, waardoor de portefeuille groeide met 18% tot 640 miljoen euro.

Duurzame winstgroei en rendabiliteit

Het brutobedrijfsresultaat (bankproduct min bedrijfskosten) nam met 8,4 miljoen euro (+10%) toe tot 91,0 miljoen euro dankzij 6% groei in bankproduct en een minder sterke stijging van 2% van de bedrijfskosten. Dit is het resultaat van zeer sterke commerciële prestaties, zowel in het doelgroepbankieren voor ondernemers en vrije beroepen als bij Van Breda Car Finance.

Het geconsolideerd bankproduct nam met 6% toe tot 195 miljoen euro dankzij een sterk stijgend renteresultaat (+17%). Dit is vooral te danken aan de sterk gestegen marktrentes in 2022, in combinatie met een mooie kwalitatieve volumegroei in kredieten die de klanten ondersteunen.

De netto fee-inkomsten stegen licht (+2% t.o.v. 2021). Ondanks de dalende aandelenkoersen, heeft de bank de impact van het negatieve beurseffect deels kunnen compenseren met een zeer mooie netto-aangroei in het volume buitenbalansbeleggingen.

De kosten zijn gestegen met 2% tot 103,6 miljoen euro. Naast de toegenomen bankenheffingen (+10%) zijn vooral de personeelskosten gestegen door verdere toename van het aantal personeelsleden en door de loonindexeringen. Deze stijging werd deels gecompenseerd door een terugname van provisies. De bank blijft investeren in commerciële slagkracht, klanten- en personeelsevents en in de vernieuwing en upgrade van haar kantoren alsook in haar IT-platform om volop in te spelen op opportuniteiten die de digitalisering biedt.

Tevreden klanten, tevreden medewerkers

Op de vraag "In welke mate zou u Bank Van Breda aanraden bij andere ondernemers of vrije beroepen?" gaf 63% van de klanten de bank een score van 9 of 10 ('promoters') op een tienpuntenschaal en 28% gaf 7 of 8. Samen zijn deze 91% (zeer) tevreden klanten. Deze cijfers resulteerden in een Net Promoter Score (NPS) van +54, één van de beste cijfers in de Belgische banksector. Naast een zeer hoge klantentevredenheid geniet Bank Van Breda ook een zeer hoge personeelstevredenheid. De bank werd in maart 2022 verkozen tot 'Best Workplace' in België in de categorie van bedrijven met meer dan 500 werknemers. In september 2022 behaalde de bank de 18e plaats in de top 50 'Best Workplace in Europe'. Hiermee is de bank één van de 5 Belgische bedrijven in deze top 50.

De cost-income ratio bleef stabiel op 55%. Bank Van Breda behoort hiermee tot één van de meest efficiënte Belgische banken.

Ondanks de zeer uitdagende omgeving voor haar klanten als gevolg van de geopolitieke spanningen en van de sterk toegenomen inflatie, heeft de bank in 2022 geen significante verliezen op kredietdossiers geboekt. De totale voorziening voor kredietverliezen (inclusief Expected Credit Losses of ECL) blijft laag op 0,02% van de gemiddelde kredietportefeuille. In 2021 was er een netto positieve impact op de resultaten door de gedeeltelijke terugname van de zgn. 'coronaprovisie'. Dit bewijst de sterke kwaliteit van de kredietportefeuille van de bank, alsook de veerkracht van haar klanten.

Al deze elementen samen resulteren in een mooie stijging van de nettowinst met 5% tot 68,3 miljoen euro, waardoor het rendement op het gemiddelde eigen vermogen (ROE) op 10% blijft.

Robuuste liquiditeit en solvabiliteit

Bank Van Breda I Eigenbrakel

Vanuit haar voorzichtige aanpak zorgt de bank steeds voor een voldoende ruime liquiditeitspositie. De Liquidity Coverage Ratio (LCR) en de Net Stable Funding Ratio (NSFR) bedroegen eind 2022 resp. 138% en 131%, ruim boven de wettelijke vereiste van 100%. De kredietportefeuille wordt volledig gefinancierd met klantendeposito's, zodat de bank niet afhankelijk is van externe financiering op de financiële markten.

Het eigen vermogen (deel van de groep) bleef stabiel op 674 miljoen euro en draagt bij aan de sterke solvabiliteit van de bank, de belangrijkste bescherming van de depositohouders. De kernkapitaalratio (Common Equity Tier1 Ratio, kortweg CET1-ratio) bedroeg 15,5%. De solvabiliteit uitgedrukt als eigen vermogen op activa (hefboomratio of leverage ratio) kwam op 8,1%, een veelvoud van de wettelijke vereiste 3%.

Dirk Wouters CEO

"Tegen een veeleisende achtergrond heeft Bank Van Breda als vermogenspartner voor ondernemers en vrije beroepen opnieuw robuuste resultaten neergezet. Het vertrouwen van onze klanten in ons model van gespreide vermogensopbouw bleef intact. Door de groei van toevertrouwd vermogen en dankzij het voorzichtige kredietbeleid uit het verleden realiseerde Bank Van Breda ook in 2022 een mooie winstgroei."

Vooruitzichten 2023

Vandaag werkt de bank in een omgeving met hoge inflatie en forse loonindexeringen. De volatiliteit van de beurzen en de rentes in 2022 was lange tijd ongekend. In schril contrast met het lage tot zelfs negatieve renteklimaat van de afgelopen jaren, gaat de bank uit van een positief renteklimaat voor de volgende jaren. Hogere rente, hoge inflatie en aanhoudende geopolitieke spanningen kunnen de economische groei van de komende jaren beperken.

Ondanks deze uitdagende context, blijft Bank Van Breda zeer goed gewapend voor de toekomst.

De commerciële slagkracht en de positionering moeten het mogelijk maken het toevertrouwd vermogen verder te doen groeien. De bank blijft hier dan ook verder in investeren. De impact van deze groei op het operationeel resultaat zal mee afhangen van de evolutie van de financiële markten, het renteklimaat en de concurrentiële omgeving.

Bank Van Breda

(€ 1.000) 2022 2021 2020
Bankproduct 194.602 184.193 162.681
Nettoresultaat (deel groep) 68.325 65.178 48.295
Eigen vermogen
(deel groep)
674.141 678.459 620.249
Balanstotaal 7.657.027 7.791.801 7.211.370
Totaal belegd
door cliënten
20.648.415 21.087.881 17.855.170
Kredietportefeuille 6.188.490 5.748.252 5.414.654
Waardevermindering
op kredieten
0,02% -0,04% 0,10%
Cost-income ratio 55,1% 55,1% 56,3%
Return on equity 10,1% 10,0% 8,1%
CET1-ratio 15,52% 16,84% 14,70%
Solvabiliteitsratio (RAR) 16,50% 17,93% 15,7%
Personeel 547 518 502

Bank Van Breda heeft een trackrecord van lage kosten voor kredietrisico's, zelfs in een economisch turbulente omgeving. Toch blijft er onzekerheid over de mogelijke kredietverliezen als gevolg van de aanhoudende geopolitieke spanningen en de hoge inflatie. Gezien haar conservatieve politiek ter zake zou deze impact ook in de toekomst beperkt moeten blijven.

Met haar kernwaarden 'fast, friendly & flexible' blijft Van Breda Car Finance investeren in klantenbinding en trekt verder de kaart van solide, betrouwbare en snelle partner voor autodealers en makelaars.

Een team van competente medewerkers, tevreden klanten, de reputatie en positionering, de voortdurende investeringen, het voorzichtige risicoprofiel en de gezonde financiële structuur van de bank vormen een solide basis voor een financieel performante groei op lange termijn.

Partners for sustainable growth

Bank Van Breda kiest ervoor om haar economisch, sociaal en ecologisch engagement systematisch en expliciet te integreren in haar bedrijfsbeleid. De Sustainable Development Goals (SDG's) van de Verenigde Naties zorgen hierbij voor een mondiaal kader. Vanuit haar specialisatie voor ondernemers en vrije beroepen ondersteunt de bank vooral de volgende drie doelstellingen: 'goede gezondheid en welzijn' (SDG 3), 'waardig werk en economische groei' (SDG 8) en 'vrede, veiligheid en sterke publieke diensten' (SDG 16).

  • Duurzaamheid voor een bank betekent in de eerste plaats dat ze een sterke en betrouwbare partner is voor haar klanten. Dit vertaalt zich in een stevige solvabiliteit, waardoor ze altijd aan haar verplichtingen kan voldoen zonder een beroep te moeten doen op de samenleving om haar te ondersteunen. Los van economische conjunctuur of financiële crisissen bleef Bank Van Breda op ieder moment een 'gezonde bank' en 'veilige haven'. Met een hefboomratio van 8,1% (eigen vermogen / balanstotaal) en het uitblijven van waardeverminderingen op kredieten in 2022 staat de bank zeer sterk om haar economische en maatschappelijke rol voluit te vervullen. De bank is niet afhankelijk van de financiële markten voor de financiering van haar kredietportefeuille (94% kredieten vs. klantendeposito's).
  • Bank Van Breda beschermt het vermogen dat klanten hebben opgebouwd over een lange termijn - vaak over generaties heen. Zij doet dit door ondernemers en vrije beroepen te helpen om juiste financiële keuzes te maken. Dat is maatschappelijk relevant, want ondernemers zijn de motor van de economie. Vrije beroepen garanderen gezondheidszorg, rechtszekerheid en financiële transparantie. Samen leveren zij een cruciale bijdrage tot onze welvaart en ons welzijn.
  • De personeelstevredenheid (98%) en spontane aanbeveling door klanten (een Net Promoter Score van +54) zijn al jaren bij de beste in de Belgische financiële sector. De bank is genomineerd als 'Best Workplace' in België en behaalde in 2022 de eerste plaats in de categorie van bedrijven met meer dan 500 werknemers. ESG-factoren (Ecologie - Sociale verantwoordelijkheid - Goed bestuur) spelen een groeiende rol bij het beleid voor klantenaanvaarding, kredietverlening, beleggingen, leverancierskeuze en de beperking van de eigen ecologische voetafdruk van de bank.
  • Meer informatie is te vinden in het AvH ESG hoofdstuk en in het jaarverslag 2022 van Bank Van Breda.

www.bankvanbreda.be

Real Estate & Senior Care

Bijdrage tot het geconsolideerd nettoresultaat AvH

(€ miljoen) 2022 2021 2020
Nextensa 42,5 38,6 -
Leasinvest(1) - - 3,3
Extensa Group(1) - - 25,9
Anima(2) 2,8 4,1 3,4
Totaal 45,3 42,7 32,7

(1) Cijfers vanaf 2021 opgenomen in cijfers Nextensa

(2) Verkoop Anima gefinaliseerd in juli 2022. Contributie in 1H22

Nextensa

Nextensa is een gemengde vastgoedinvesteerder en -ontwikkelaar.

Peter De Durpel

Michel Van Geyte

Tim Rens

OlivIer Vuylsteke

Nextensa

Nextensa is een beursgenoteerde, gemengde vastgoedinvesteerder en -ontwikkelaar.

Als investeerder is Nextensa actief in het Groothertogdom Luxemburg (41%), België (44%) en Oostenrijk (15%). De totale waarde van de investeringsportefeuille bedroeg 1,28 miljard euro per 31 december 2022.

Als ontwikkelaar geeft Nextensa voornamelijk grote stedelijke ontwikkelingen vorm. Op Tour & Taxis (ontwikkeling van meer dan 350.000 m²) in Brussel bouwt Nextensa een gemengd vastgoedpatrimonium bestaande uit een herwaardering van iconische gebouwen en nieuwbouw. In Luxemburg (Cloche d'Or) werkt zij in partnerschap aan een grote stedelijke uitbreiding van meer dan 400.000 m² bestaande uit kantoren, retail en woningen.

Financieel overzicht 2022

Nextensa realiseerde in 2022 een nettoresultaat van 71,3 miljoen euro. De gewijzigde consolidatiekring tegenover 2021, toen Leasinvest en Extensa nog aparte entiteiten waren gedurende de eerste jaarhelft, bemoeilijkt de vergelijking met het vorige jaar.

Dit resultaat komt deels door de desinvesteringen van de gebouwen Titanium (Luxemburg), Monnet (Luxemburg) en The Crescent (België), die een meerwaarde van 28,3 miljoen euro genereerden.

Vastgoedportefeuille (% op basis van de reële waarde)

Het operationeel resultaat van de vastgoedportefeuille steeg tot 71,6 miljoen euro (2021: 44,6 miljoen euro). De huuropbrengsten zijn gestegen met 2,2 miljoen euro in vergelijking met 2021 en bedroegen eind 2022 67,4 miljoen euro. De waarde van de vastgoedbeleggingen daalde ten opzichte van 2021 omwille van de verkoop van de drie voornoemde gebouwen in de loop van 2022. Anderzijds was er slechts een lichte (0,90%) daling van de waarde van de vastgoedbeleggingen ten belope van 11,6 miljoen euro. Het gemiddelde rendement op de vastgoedbeleggingen is gestegen van 5,20% eind 2021 naar 5,30% eind 2022.

Het operationeel resultaat uit de ontwikkelingsprojecten steeg van 15,4 miljoen euro in 2021 naar 22,2 miljoen euro over 2022. Dit resultaat bestaat voornamelijk uit de ontwikkelingsactiviteiten op Cloche d'Or en op Tour & Taxis (Park Lane fase I).

Dankzij verkopen van zowel vastgoedbeleggingen als ontwikkelingsprojecten werden de schulden aanzienlijk afgebouwd. De netto financiële schuld daalde immers van 853,3 miljoen euro eind 2021 naar 721,5 miljoen euro eind 2022. De financiële schuldgraad daalde hierdoor van 48,6% naar 42,6%.

De gemiddelde financieringskost steeg licht van 2,07% eind 2021 naar 2,18% per eind 2022. Hoewel de rente in de loop van 2022 aanzienlijk gestegen is, zorgt de succesvolle indekkingspolitiek van Nextensa ervoor dat deze stijging slechts een minimale impact heeft op de gemiddelde financieringskost.

Het eigen vermogen steeg van 780 miljoen euro naar 839 miljoen euro.

Operationeel overzicht 2022

Vastgoedontwikkeling

Tour & Taxis: het schoolvoorbeeld van een '15-minutes neighbourhood'

Kantoren

De Tour & Taxis-site heeft zich in 2022 kunnen positioneren als een van de belangrijkste eventlocaties in Brussel. De site heeft het afgelopen jaar een groot aantal bezoekers mogen verwelkomen op tijdelijke events zoals de vastgoedbeurs Realty en de World Padel Tour, op langlopende exposities in de Sheds of op conferenties in Maison de la Poste.

De bezettingsgraad van de kantoren op de Tour & Taxis-site (Gare Maritime en Koninklijk Pakhuis) bedraagt ondertussen 90%. In 2022 vestigden Unicef (900 m²) en Polestar (610 m²) hun kantoren in de Gare Maritime en ondertekende CD&V een huurovereenkomst voor zo'n 1.500 m². Het Koninklijk Pakhuis is volledig verhuurd, dankzij een aantal belangrijke huurhernieuwingen die afgelopen jaar konden afgesloten worden.

Michel Van Geyte CEO

"De focus op stedelijke ontwikkelingen met een mix aan functies in een duurzame omkadering blijkt de juiste. Onze sites Tour & Taxis en Cloche d'Or bewijzen des te meer hun waarde door de succesvolle verkopen van zowel appartementen als kantoren. Nextensa onderscheidt zich bovendien in haar proactieve houding om snel te kunnen inpikken op de steeds veranderende marktomstandigheden."

De bezettingsgraad van de retail op de Tour & Taxis-site (Gare Maritime en Koninklijk Pakhuis) bedraagt 56%. Eind 2022 ondertekenden Lab9 (579 m²) en Wever & Ducré (165 m²) een huurovereenkomst. Zij zullen in 2023 een winkel openen in de Gare Maritime.

Daarnaast wordt op de site het Hôtel des Douanes klaargemaakt voor verhuur. Dit multi- of single-tenant gebouw biedt straks plaats aan 6.500 m² kantoren en vergaderzalen en zal opnieuw een toonbeeld van duurzaamheid worden. De eigenheid van het historische gebouw zal ten volle worden behouden en zal worden gecombineerd met de meest duurzame technieken, een aanpak die het handelsmerk van Nextensa is geworden.

Residentieel

Op Tour & Taxis werkt Nextensa aan de nieuwe woonwijk 'Park Lane'. Alle 319 appartementen in de 4 gebouwen van Park Lane fase I werden in 2022 opgeleverd en het Anima-woonzorgcentrum aan het begin van de Parkdreef opende zijn deuren. In maart 2022 werd gestart met de bouw van het Park Lane fase II-project, bestaande uit 11 compacte gebouwen en 346 appartementen. Eind 2022 zijn reeds meer dan 120 appartementen van dit project gereserveerd of verkocht.

Daarnaast begint ook het Lake Side-project steeds meer vorm te krijgen. Lake Side vormt de laatste fase van de grootschalige stadsontwikkeling op Tour & Taxis. Het project heeft een potentieel van ongeveer 136.000 m² aan appartementen, coliving, kantoren, publieke faciliteiten en retail verspreid over 17 gebouwen. De aanvraag voor de vergunning voor dit project zal in het voorjaar van 2023 worden ingediend.

Cloche d'Or: een nieuwe stadswijk in Luxemburg-stad (in joint venture met de Luxemburgse ontwikkelaar Promobe)

Kantoren

In de loop van januari 2022 werd het kantoorgebouw Kockelscheuer, met een oppervlakte van ca. 4.200 m², opgeleverd en verkocht voor een bedrag van 48 miljoen euro. Het gebouw was volledig voorverhuurd aan Regus.

Eind maart 2022 werd vervolgens het kantoorgebouw Darwin II (ca. 4.700 m²) opgeleverd. De huurder is de Luxemburgse staat, die eveneens een aankoopoptie van 3 jaar heeft vanaf 1 april 2022. Het gebouw werd in gebruik genomen in de loop van het tweede kwartaal van 2022.

Nextensa I Van links naar rechts: Monteco - Brussel - Boven: Hangaar 26 - Antwerpen - Onder: Shopping Center Boomerang - Luxemburg

Eind september 2022 werd het kantoorgebouw Darwin I - Bronze Gate - voorlopig opgeleverd. Begin oktober 2022 werd dit Bronze Gate gebouw verkocht voor een bedrag van 65 miljoen euro aan de Luxemburgse vastgoedinvesteerder REInvest Asset Management S.A. Dit gebouw van ca. 5.040 m² is volledig verhuurd aan atHome Group, gespecialiseerd in online platformen voor de verkoop van vastgoed en voertuigen, en aan het internationale advocatenkantoor CMS DeBacker Luxembourg.

Momenteel zijn er nog twee kantoorgebouwen in aanbouw. Een eerste, Emerald, heeft een oppervlakte van 7.000 m² en is reeds voor 43% voorverhuurd aan een advocatenkantoor. Er werd een princiepsovereenkomst tot verhuring getekend met een potentiële huurder waardoor de bezettingsgraad zou stijgen naar 70%. De bouwwerkzaamheden verlopen volgens plan en de oplevering wordt verwacht aan het einde van de zomer van 2023.

Nextensa NV

(€ 1.000) 2022 2021 2020(2)
Huurinkomsten 67.400 65.174(1) 59.848
Resultaat van
ontwikkelingen
22.243 15.373(1) -
Nettoresultaat (deel groep) 71.310 53.244(1) 7.683
Eigen vermogen (deel groep) 838.798 779.970 487.211
Vastgoedportefeuille
(reële waarde)
1.278.716 1.407.919 1.141.190
Huurrendement 5,30% 5,20% 5,63%
Netto financiële positie -721.493 -853.333 -667.255
Financiële schuldgraad 42,6% 48,6% 54,0%
Personeel 45 48 25

(1) 2021: 12 maanden Leasinvest Real Estate, 6 maanden Extensa

(2) Gerapporteerd onder Leasinvest Real Estate

Net naast het Emerald-gebouw zijn eveneens de werkzaamheden opgestart voor een ander kantoorgebouw van 7.000 m², White House. Voor dit gebouw werd eveneens een princiepsovereenkomst tot verhuring getekend voor 100% van de oppervlakte. De oplevering wordt begin 2024 verwacht.

Residentieel

De residentiële ontwikkelingen op Cloche d'Or bestaan uit verschillende deelprojecten.

In de loop van 2022 werden alle appartementen van het deelproject Ilôt D-Sud (155 appartementen) opgeleverd. Dit deelproject is volledig verkocht, met uitzondering van 11 retailunits op het gelijkvloers.

Het deelproject Ilôt D-Nord zal in de loop van 2023 gradueel opgeleverd worden. Inmiddels worden de laatste 12 appartementen op een totaal van 194 gecommercialiseerd.

De verkoop van het deelproject D5-D10 (185 appartementen en 18 gelijkvloerse retailunits) liep door de economische toestand vertraging op. In de tweede helft van het jaar werd desondanks beslist om de bouwwerkzaamheden op te starten. Hierdoor konden eind 2022 nog een aantal reservaties worden gevaloriseerd en werden de eerste 26 notariële aktes verleden. Momenteel zijn 46 appartementen van de 185 gereserveerd of reeds verkocht. De oplevering wordt verwacht in de loop van 2024.

Midden september werd ook een huurovereenkomst voor een vaste termijn van 20 jaar gesloten met B&B HOTELS voor de ontwikkeling van een hotel met 150 kamers. Momenteel wordt het vergunningstraject doorlopen en worden de werken verwacht op te starten in de eerste jaarhelft van 2023 met een vermoedelijke opleverdatum begin 2025.

Vastgoedinvesteringen

De focus binnen Nextensa in 2022 was gericht op het naar de oppervlakte brengen van een deel van de latente meerwaarden binnen haar portefeuille en het verstevigen van haar balans.

Desinvesteringen

Reeds in november 2021 ondertekenden Nextensa en Codic een verkoopovereenkomst onder opschortende voorwaarden voor 100% van de aandelen in de Luxemburgse vennootschap GK5 Sàrl, eigenaar van de Titanium-site in de Cloche d'Or-wijk. Eind december 2022 vond de eigenlijke overdracht van de aandelen plaats. De totale verkoopprijs bedroeg 110 miljoen euro. De huurinkomsten van het Titanium-gebouw droegen in 2022 nog volledig bij tot het nettoresultaat van 2022.

Het Monnet-gebouw, dat reeds sinds 2006 in portefeuille zat, is begin 2022 verkocht aan Edmond de Rothschild. Het Monnet-gebouw ligt in het hart van het financiële district van Kirchberg aan de Rue Jean Monnet 4, bestrijkt zo'n 4.000 m² en is volledig verhuurd.

Begin 2022 werden de erfpachtrechten van het gebouw The Crescent verkocht aan de private beleggers DES / De Weer. The Crescent is een kantoorgebouw van 15.000 m², gelegen aan de Erasmus Campus in Anderlecht en bevond zich reeds sinds 2002 in de portefeuille. Het gebouw, dat aanvankelijk voor L'Oréal werd gebouwd, is in 2011 verregaand omgebouwd tot een 'serviced office building'.

Luxemburg

De Moonar-site, die zich reeds sinds vele jaren in de portefeuille van Nextensa bevindt, wordt momenteel grondig herontwikkeld teneinde hogere huurwaardes op deze gebouwen te kunnen creëren. Moonar is een campus vlakbij de luchthaven. Het kantorenpark bestaat uit 5 gebouwen, die tegen eind 2023 allemaal gerenoveerd zullen zijn. Verschillende gesprekken zijn lopende met potentiële nieuwe huurders en met verschillende huidige huurders, die hebben aangegeven geïnteresseerd te zijn in een terugkeer naar hun gerenoveerde kantoren met een verhoging van de huur tot gevolg.

In de zomer van 2022 werd de uitbreiding van het shoppingcenter in Schmiede (ca. 8.500 m²) opgeleverd. 8 nieuwe winkels zijn in september officieel geopend voor het publiek. Momenteel wordt nog verder gewerkt aan het nieuwe horecaconcept, bestaande uit een Grand Café en een Food Village, die in de loop van 2023 zullen openen. De uitbreiding van de New Yorker-winkel zal openen in het najaar van 2023.

Ook het huurcontract met Hornbach, voor de retailsite gelegen te Bertrange, werd verlengd met 15 jaar (tot 30/06/2038).

In het Boomerang Strassen shoppingcentrum werd in oktober een Colruyt-supermarkt van 1.200 m² geopend.

Oostenrijk

De Oostenrijkse investeringsportefeuille van Nextensa bevat 5 retailparken, waarvan de bezettingsgraad consistent op 100% blijft.

Vooruitzichten 2023

Voor het jaar 2023 voorziet Nextensa de verdere verkoop van bepaalde gebouwen die worden beschouwd als uitontwikkeld, waardoor de schuldafbouw verdergezet kan worden en latente meerwaardes in de portefeuille gekristalliseerd kunnen worden. Met deze versterkte balans kan Nextensa de komende jaren inspelen op interessante ontwikkelingsopportuniteiten. Tegelijkertijd zal in 2023 worden ingezet op de herontwikkeling van een aantal geïdentificeerde sites in de portefeuille en zal een deel van de marge van het Park Lane II-project in Brussel kunnen worden erkend.

Partners for sustainable growth

Nextensa's duurzaamheidsmissie bestaat uit het creëren van 'places you prefer' door het (her)ontwikkelen van klimaatadaptieve gebouwen, het creëren van duurzame samenlevingen en het investeren in menselijk kapitaal.

In 2022 werd er onder andere via volgende initiatieven ingezet op de verwezenlijking van deze missie:

  • EU-Taxonomy: In 2022 is Nextensa gestart met een eerste 'alignment assessment' van 6 pilootprojecten. Deze pilootprojecten tonen aan dat Nextensa de juiste prioriteiten legt want deze resulteren voor 2022 in een omzet waarvan 25% als 'groen' bestempeld kan worden, vooral dankzij de huurinkomsten van Gare Maritime en de verkoop van Park Lane. Ook Monteco is 'aligned' en de invloed hiervan zal in de resultaten van volgend jaar zichtbaar zijn. Nextensa zal in 2023 de alignment assessments nog verder uitbreiden naar de ganse portfolio.
  • Laadinfrastructuur voor elektrische voertuigen: Via een partnership met Tesla werden er 16 Superchargers geplaatst op de retailsite Brixton Retail Park in Zaventem. 9 bijkomende superchargers werden geïnstalleerd bij het De Mot-gebouw in Mechelen, wat het totaal daar op 17 brengt.
  • • Zonnepanelen: Nextensa beschikt over een totaal geïnstalleerd vermogen van 8.261 kWp. De PV (photo voltaic) installaties op Tour & Taxis werden uitgebreid met 271 kWp. In Oostenrijk werd een PV-installatie geïnstalleerd op de Hornbach Baumarkt in Wenen. In Luxemburg werd de subsidieaanvraag goedgekeurd die Nextensa toelaat PV-installaties te voorzien op de gebouwen van het shoppingcentrum Knauf Pommerloch (333 kWp) en Knauf Schmiede (854 kWp). Deze zonnepanelen zullen in 2023 geplaatst worden.
  • Renovaties: In het kader van renovaties zet Nextensa in op het minimaliseren van energiegebruik, het aanwenden van uitsluitend hernieuwbare en groene energie en op het stopzetten van het gebruik van fossiele brandstoffen. Zo wordt er bij de renovatie van het Hôtel des Douanes bijzondere aandacht geschonken aan het gebruik van waardevolle materialen en zal er een geothermische installatie worden geïnstalleerd. Bij de renovatie van Hangar 26/27 in Antwerpen kreeg de vroegere houten gevelbekleding een nieuw leven als gevelbekleding voor een naburig kantoorgebouw. Verder werd het nieuwe kantoorgebouw Monteco begin november 2022 opgeleverd, waarna Bank Nagelmackers hier haar hoofdkantoor heeft gevestigd. Monteco is het eerste houten 'fossil-fuel free' kantoorgebouw in de Europese wijk.
  • Energy Community: Op Tour & Taxis werd het pilootproject 'Energy Community' opgestart. Via deze community kunnen door de fotovoltaïsche panelen op Gare Maritime overschotten van opgewekte elektrische energie ten goede komen van andere gebruikers (onder andere de appartementen verkocht aan gezinnen met een bescheiden inkomen).
  • Meer informatie is te vinden in het geïntegreerd jaarverslag 2022 van Nextensa.

www.nextensa.eu

Energy & Resources

Bijdrage tot het geconsolideerd nettoresultaat AvH

(€ miljoen) 2022 2021 2020
SIPEF 36,9 27,7 4,3
Verdant Bioscience -0,5 -0,9 -0,6
Sagar Cements -2,1 3,2 3,1
Totaal 34,3 30,0 6,8

SIPEF produceert gecertificeerde, duurzame tropische landbouwgrondstoffen, voornamelijk palmolie.

Biotechonderneming Verdant Bioscience ontwikkelt F1-hybride oliepalmzaden (Singapore/Indonesië).

Sagar Cements, met hoofdkwartier in Hyderabad (India), is een beursgeno-

teerde producent van cement.

François Van Hoydonck

Charles De Wulf

Thomas Hildenbrand

Robbert Kessels

Johan Nelis

Petra Meekers

SIPEF

SIPEF richt zich op gecertificeerde duurzame productie van tropische landbouwgrondstoffen, voornamelijk palmolie.

SIPEF is een Belgische agro-industriële groep, genoteerd op Euronext Brussels, die duurzame, gecertificeerde tropische landbouwgrondstoffen produceert, voornamelijk ruwe palmolie en palmproducten, alsook bananen. Deze arbeidsintensieve activiteiten zijn geconcentreerd in Indonesië, Papoea-Nieuw-Guinea en Ivoorkust. Ze worden gekenmerkt door een brede stakeholderbetrokkenheid, die de langetermijninvesteringen op duurzame wijze ondersteunt.

De missie van SIPEF is om de voorkeursleverancier te zijn van traceerbare, duurzame en kwaliteitsvolle landbouwproducten. Door als betrouwbare partner kwaliteitsproducten te leveren aan klanten, eindgebruikers, werknemers, gemeenschappen en toekomstige generaties zet SIPEF zijn waardecreatie voor de onderneming en al haar belanghebbenden voort.

De groep is er sterk van overtuigd dat de vraag naar plantaardige oliën de komende jaren aanzienlijk zal blijven toenemen en dat gecertificeerde duurzame palmolie een cruciale rol zal spelen in de gebalanceerde voedselvoorziening van een steeds groeiende en rijkere wereldbevolking. Door de certificeringen en door haar eigen 'Responsible Plantations Policy' houdt SIPEF bovendien rekening met strenge normen, zowel op het vlak van ontbossing en milieubelastende elementen als op het vlak van tewerkstelling en samenwerking met lokale boeren. Hierdoor speelt haar duurzame palmolie ook een rol in de bescherming van het milieu en de bestaansmiddelen van de lokale gemeenschappen.

SIPEF erkent het aanzienlijke potentieel en het belang van innovatie om de productiviteit, de kwaliteit en de circulaire praktijken te verbeteren. SIPEF legt zich toe op de toepassing van beste praktijken om de vruchtbaarheid van de bodem te verbeteren, de input te optimaliseren, bijproducten te recycleren en de productkwaliteit en de opbrengst per geplante hectare verder te verhogen. De groep heeft aanzienlijke investeringen gedaan in onderzoek en ontwikkeling en in oplossingen voor het maximaliseren van de opbrengsten.

SIPEF: Productie (Ton)(1)
2022 2021 2020
403.927 384.178 329.284
32.270 32.200 31.158

(1) Eigen + uitbesteed

Certificering is een belangrijke hefboom voor SIPEF om aan te tonen dat haar activiteiten op een duurzame manier worden beheerd door middel van een reeks verifieerbare vereisten. Met haar eigen 'Responsible Plantations Policy' streeft SIPEF er altijd naar om, waar mogelijk, nog verder te gaan dan de certificeringsvereisten om het beheer van milieu-, sociale en governance gerelateerde aspecten in de bedrijfsvoering voortdurend te verbeteren.

SIPEF streeft naar 100% RSPO-certificering (Roundtable on Sustainable Palm Oil) voor al haar palmolieactiviteiten, met inbegrip van de inclusie in haar toeleveringsketen van RSPO-gecertificeerde lokale boeren die aan de groep leveren tegen 2026, en naar 100% Rainforest Alliance-certificering voor haar bananenactiviteiten. SIPEF heeft ook 100% ISPO-certificering (Indonesia Sustainable Palm Oil) voor al haar operationele units in Indonesië.

Financieel overzicht 2022

SIPEF realiseerde een recordjaar in 2022, zowel op het vlak van productie als van resultaat.

De totale groepsproductie van RSPO-conforme duurzame palmolie steeg met 5,1% tot 403.927 ton, tegenover 384.178 ton in 2021. Deze groei was het resultaat van de stijgende maturiteit van de nieuwe aanplantingen in Zuid-Sumatra en van gunstige weersomstandigheden, die vooral bevorderlijk waren voor de palmgroei en vruchtontwikkeling van de palmolieactiviteiten in Papoea-Nieuw-Guinea (PNG) die verder herstellen van de vulkaanuitbarstingen van 2019. Het goede klimaat heeft ook geleid tot sterke olie-extractieratio's ('Oil Extraction Ratio' - OER), die gemiddeld 24,0% bedroegen. Het is de eerste maal in de geschiedenis van SIPEF dat het volume van 400.000 ton geproduceerde palmolie overschreden werd.

De palmoliemarkt kende een sterke prijsstijging in de eerste jaarhelft. Deze stijging was het gevolg van een daling van het aanbod van plantaardige oliën, door de oorlog in Oekraïne en een exportban voor palmolie in Indonesië, en de gestegen vraag naar biobrandstoffen wereldwijd. In de tweede jaarhelft zijn de prijzen genormaliseerd, maar historisch hoog gebleven. De gemiddelde wereldmarktprijs voor ruwe palmolie ('Crude Palm Oil' - CPO) bedroeg 1.345 USD per ton CIF Rotterdam in 2022, tegenover 1.195 USD in 2021.

De combinatie van de grotere productievolumes en een hogere wereldmarktprijs voor CPO leidden tot een stijging van de omzet van palmolie met 30,2%, terwijl de omzet van de bananenteelt steeg met 3,2%, voornamelijk door hogere verkoopprijzen per eenheid. De omzet van de SIPEF-groep bereikte een recordhoogte van 527,5 miljoen USD.

SIPEF I Musi Rawas - Zuid-Sumatra

In Indonesië bleven de, voortdurend aangepaste, exportheffing en -taks wegen op de activiteiten, maar door de sterke winstmarges op palmolie-export vanuit Papoea-Nieuw-Guinea, steeg de brutowinst van 169,2 miljoen USD eind 2021 naar 221,0 miljoen USD eind 2022, een stijging met 30,6%.

Het recurrente nettoresultaat, deel van de groep, bedroeg 108,2 miljoen USD, een recordcijfer voor SIPEF en een stijging met 30,7% tegenover 82,7 miljoen USD in 2021. Ondanks het intensieve investeringsprogramma, zorgden de positieve vrije kasstromen ervoor dat de schuld van bijna 50 miljoen USD per eind 2021, werd herleid tot een positieve nettocashpositie per eind 2022. Het eigen vermogen van de onderneming steeg naar een recordhoogte van 818 miljoen USD.

Operationeel overzicht 2022

Palmolie

Indonesië

Na een zwakke start van het jaar, herstelde de palmolieproductie zich in het tweede en derde kwartaal. Het was vooral het laatste kwartaal dat er, met een stijging van 9,8%, voor zorgde dat de jaarlijkse groei van de palmolieproductie 5,1% bedroeg.

SIPEF NV

(USD 1.000) 2022 2021 2020
Omzet 527.460 416.053 274.027
EBITDA 226.251 188.031(1) 73.682
EBIT 178.312 139.416(1) 30.778
Nettoresultaat (deel groep) 108.157 93.749(1) 14.122
Eigen vermogen (deel groep) 817.803 727.329 638.688
Netto financiële positie 122 -49.192 -151.165
Balanstotaal 1.062.223 991.765 946.641
Personeel 22.157 21.233 21.633

(1) Inclusief meerwaarde op PT Melania: 11,6 miljoen USD (deel groep 11,0 miljoen USD)

Terwijl de mature plantages in Noord-Sumatra een lichte productiestijging optekenden, bleven de activiteiten in de Bengkulu-regio onder de verwachtingen (-9,0%) en waren het vooral de nieuw aangeplante plantages in Zuid-Sumatra die een productiestijging van 53,7% kenden. De groeiende bijdrage van zowel de Musi Rawas-plantages als deze van Dendymarker waren het rechtstreekse gevolg van een groter aantal oogstbare hectaren en een toename zowel in gewicht als in aantal van de trossen.

In Zuid-Sumatra zijn er ondertussen 12.925 hectare met jong-mature aanplanten die geoogst worden. Deze zijn verspreid over 9.968 hectare nieuwe plantages in Musi Rawas en 2.957 herplante hectare in Dendymarker. De uitgebreide Dendymarker-palmolie-extractiefabriek zette de geoogste vruchten om in 37.742 ton palmolie en overtrof hiermee het volume van 2021 met 53,8%.

Papoea-Nieuw-Guinea

In 2022 bedroeg de jaarlijkse groei van de palmolievolumes 8,8%. Gedurende het hele jaar 2022 zijn de geproduceerde volumes hoger geweest dan deze van 2021. Dankzij de jaarlijkse neerslag die 59% van het vijfjarig gemiddelde bereikte, in combinatie met een beter dan verwacht herstel van de gevolgen van de vulkaanuitbarsting in 2019, werd in 2022 op de eigen plantages de recordoogst van 400.000 ton palmtrossen overschreden.

Ook de aankopen van de lokale boeren bereikten een recordcijfer van meer dan 254.000 ton, een stijging met 5,6% tegenover het hele jaar 2021. Ook hier had het groeibevorderende neerslagvolume een positief effect, maar het oogsten werd ook aangemoedigd door de hoge wereldmarktprijzen voor hun geleverde vruchten. De olie-extractieratio's van de drie palmolie-extractiefabrieken in Papoea-Nieuw-Guinea bereikten een jaargemiddelde van 25,3%.

Investeringen

SIPEF investeerde in totaal 79,3 miljoen USD, voornamelijk in de uitbreiding in Zuid-Sumatra in Indonesië. De gecultiveerde gebieden in Musi Rawas groeiden, in overeenstemming met RSPO-procedures, met 1.453 hectare tot een totale oppervlakte van 16.423 hectare. Ondertussen zijn de eigen arealen van de Dendymarker-plantage volledig herplant, alsook 1.671 hectare van de lokale boeren. Door logistieke en operationele belemmeringen bleven de industriële investeringen tijdelijk beneden verwachting en werden enkele uitbreidingen in de fabrieken naar 2023 verwezen.

SIPEF I Agboville - Plantations J. Eglin - Ivoorkust

François Van Hoydonck CEO

"2022 werd gekenmerkt door een record recurrent nettoresultaat voor SIPEF van 108 miljoen USD. Bovendien slaagden we erin om onze netto financiële schuld weg te werken en bereikten we historische mijlpalen, zoals een omzet boven de 500 miljoen USD, een eigen vermogen hoger dan 800 miljoen USD en een balanstotaal van meer dan 1 miljard USD."

Door deze recente verwezenlijkingen is in de SIPEF-groep per eind 2022 een totaal van 78 354 hectare beplant met oliepalmen en bedraagt de 'supply base' meer dan 100.000 hectare, voor levering in 9 palmolieverwerkingsfabrieken in Indonesië en Papoea-Nieuw-Guinea.

De uitbreiding van de bananenplantages in Ivoorkust wordt verdergezet en eind 2022 waren er 197 hectare bijgeplant, waardoor het productieareaal nu 1.066 hectare bedraagt. Dit zal zich onmiddellijk vertalen in stijgende productievolumes in 2023, om 60.000 ton export bananen te bereiken tegen 2025.

Andere producten - bananen

Na een productievertraging in de tweede jaarhelft kenden de geëxporteerde bananenvolumes vanuit Ivoorkust niet de verwachte, sterke groei. De bijkomende oogsten uit de nieuw aangeplante arealen in de Lumen/Akoudié-plantages compenseerden de, door regen en koudere temperaturen, gemiste oogsten in de bestaande activiteiten.

Vooruitzichten 2023

In 2022 werd voor het eerst in de SIPEF-geschiedenis de kaap van 400.000 ton geproduceerde palmolie overschreden. Voor 2023 wordt er opnieuw een stijging van de productie met 5% verwacht.

De palmoliemarkt is het nieuwe jaar begonnen met een zeer evenwichtige voorraadsituatie, maar de macro-economische omgeving is nog wat onzeker over de omvang van de aanhoudend groeiende vraag. SIPEF verwacht echter een gezonde prijsomgeving voor palmolie in 2023, omdat het fundamenteel goed gepositioneerd is in de wereld van plantaardige oliën.

Hoewel de palmolieprijzen momenteel lager zijn dan in de piekperiode van het eerste semester in 2022, blijven ze hoog in historisch perspectief. Door de combinatie van stijgende jaarlijkse productievolumes, stabiele productiekosten per eenheid en een sterke palmoliemarkt, kan SIPEF opnieuw uitkijken naar een sterk prestatiejaar 2023, al zal het finale recurrente resultaat sterk afhangen van de verdere evolutie van de palmolieprijzen.

Partners for sustainable growth

GETS:
ARMEDE
108 10 11 11 11 11 11 11
A ETX
L FENGER
400
CO COUCH CENDERITY
DOGS H
C
-1/
4 ORDERTIES Comments
+(1)
C SCHECK WITH
0
EN SAMBAR
BETAMIBASS DE
DOURTAME
BESE
1
-6
117
8 BILLESS INTER
ESOF
12
O POSTRE
BBINDSHIPESA
DIFFASTELLER
100
12 CONSUMETE
EN PRODUCTIE
CO
13 REWARRENCE E
1749
15 RETURE
4
  • Duurzaamheid vormt de kern van het bedrijfsmodel van SIPEF. De groep is een engagement aangegaan om ervoor te zorgen dat haar bedrijfsactiviteiten een positieve bijdrage leveren aan het milieu, de samenleving en de lokale gemeenschappen. Dit omvat het beheer van plantages en operaties op een sociaal en ecologisch verantwoorde manier, evenals het creëren van werkgelegenheid en ontwikkelingskansen in de landelijke en afgelegen gebieden waarin het actief is.
  • Als producent van traceerbare, duurzaam gecertificeerde en kwalitatief hoogstaande tropische landbouwproducten, voornamelijk ruwe palmolie (CPO) en andere palmproducten, wil SIPEF een betrouwbare partner en voorkeursleverancier zijn voor de verwerkende industrie.
  • De groep is actief in afgelegen gebieden, waar een duurzame aanpak noodzakelijk is voor sociale ontwikkeling en economische groei. SIPEF creëert waarde door duurzame expansie en optimale opbrengst per hectare, door gebruik van de beste plantmaterialen en door efficiënt en innovatief beheer van alle producten, ook bijproducten in de keten. Het bevordert ook actief de werkgelegenheid en werkt aan de opleiding van kleine boeren, met het oog op hun integratie in de productieketen.
  • In al haar activiteiten streeft SIPEF voortdurend naar een evenwicht tussen enerzijds zorg voor het milieu en sociaal welzijn, en anderzijds ontwikkeling op economisch vlak. SIPEF streeft ook naar een groeiend dividendinkomen en een stijgende aandelenkoers voor haar aandeelhouders, door middel van een doorgedreven en efficiënt kostenbeheer en een toenemende activabasis.
  • Meer informatie is te vinden in het AvH ESG hoofdstuk en in het geïntegreerd jaarverslag 2022 van SIPEF.

www.sipef.com

Brian Dyer

Stephen Nelson

Brian Forster Juan-Carlos Martinez

Verdant Bioscience

Verdant Bioscience (VBS) is een biotechonderneming met als voornaamste doelstelling het ontwikkelen van hoogrenderende F1-hybride oliepalmzaden.

Verdant Bioscience

Verdant Bioscience focust op drie belangrijke gebieden van onderzoek en ontwikkeling die aanzienlijke mogelijkheden bieden voor de verbetering van de productie van palmolie: ontwikkeling van verbeterde gewasvariëteiten, verbetering van de weerstand en het weerstandsvermogen van de gewassen en verbeteringen in agronomische en gewasbeschermingspraktijken.

Verdant Bioscience blijft met succes haar strategie voortzetten om hoogrenderende F1-hybride variëteiten met hoge opbrengst te leveren aan de oliepalmindustrie. Een verhoging van het rendement per oppervlakte-eenheid wordt aanzien als de enige reële oplossing voor de toenemende wereldvraag naar plantaardige olie zonder

Verdant Bioscience

(USD 1.000) 2022 2021 2020
Omzet 5.905 3.319 2.880
EBITDA -477 -1.754 -2.086
EBIT -1.094 -2.412 -2.777
Nettoresultaat (deel groep) -1.288 -2.514 -2.645
Eigen vermogen (deel groep) 9.903 11.191 13.704
Netto financiële positie -20.019 -19.077 -17.316
Balanstotaal 32.989 33.665 33.451
Personeel 597 617 349

toename van het geplante areaal. F1-hybriden hebben het potentieel om de opbrengst per hectare aanzienlijk te verhogen en zouden het risico van verder verlies van regenwoud en biologische diversiteit kunnen wegnemen.

In 2021 begon Verdant Bioscience haar veldproeven met het planten van 31 F1-hybride kruisingen. In 2022 werden nog eens 42 kruisingen op proef geplant. De zaailingen van F1-hybride kruisingen worden in de kwekerij gescreend op ziektetolerantie, droogtetolerantie en variatie in nutriëntenopname. De kruisingen worden vervolgens in het veld getest in een reeks veldomgevingen op verschillende geografische locaties. Het doel van deze proeven is ervoor te zorgen dat de F1-hybride kruisingen robuust in het veld zijn getest vooraleer ze op de markt worden gebracht.

Verdant Bioscience ligt op schema voor de commercialisatie van haar eerste F1 hybride zaad in 2028/2029.

Verdant Bioscience heeft in 2022 haar omzet verhoogd van 3,3 miljoen USD tot 5,9 miljoen USD. Deze stijging is vooral te danken aan gestegen opbrengsten uit de verkopen van oliepalmzaden, maar was nog onvoldoende om het jaar 2022 reeds breakeven af te kunnen sluiten.

Partners for sustainable growth

  • Hogere rendementen uit Verdant-zaad zullen een zeer betekenisvolle stap voorwaarts betekenen voor het milieu en helpen om te voldoen aan de marktvraag naar plantaardige olie, terwijl de druk op de vernietiging van bossen en van biodiversiteit wordt weggenomen.
  • VBS werkt aan het optimaliseren van goede landbouwpraktijken die aan de grondslag liggen van de duurzame wijze waarop plantages beheerd worden. Daarbij wordt zoveel mogelijk de voorkeur gegeven aan biologische bestrijding van plagen en een minimaal gebruik van pesticiden.

www.verdantbioscience.com

Kolluru

Deelnemingspercentage AvH

Reddy

Reddy

Sagar Cements

Sagar Cements is een beursgenoteerde cementfabrikant met hoofdkantoor in Hyderabad (India) en een totale productiecapaciteit van 8,25 miljoen ton per jaar (per eind 2022).

In 2022 nam Sagar Cements met succes twee greenfieldprojecten in gebruik: een geïntegreerde cementfabriek van 1 miljoen ton in Jeerabad (in Madhya Pradesh) en een maalinstallatie van 1,5 miljoen ton in Jajpur (in Orissa). Als gevolg daarvan heeft Sagar haar operationele voetafdruk verder uitgebreid en geografisch gediversifieerd, met fabrieken in de deelstaten Telangana en Andhra Pradesh (Zuid-India), Madhya Pradesh (Centraal-India) en Orissa (Oost-India).

Ondanks de moeilijke wereldwijde macro-economische context blijven de vooruitzichten op korte en middellange termijn voor de Indiase cementsector gunstig, onder meer dankzij grote door de overheid gesponsorde infrastructuurprojecten. Een voorbeeld is het nationale masterplan voor een holistische ontwikkeling van de weg-, spoor- en luchtweginfrastructuur van India en de realisatie van multimodale verbindingen tussen alle economische zones. Bovendien wordt verwacht dat de aanhoudende focus van de regering op betaalbare woningen op het platteland, samen met de bovengemiddelde moesson, de vraag op het platteland zal stimuleren. De Indiase regering heeft de totale investeringsuitgaven in haar begroting voor 2023 met 34% verhoogd.

Sagar Cements realiseerde in 2022 een behoorlijke groei met een omzetstijging van 39% tot 21,1 miljard INR (255,3 miljoen euro). De EBITDA daalde in die periode evenwel met 47% tot 1,8 miljard INR (21,2 miljoen euro). Deze terugval is het gevolg van de aanhoudende stijging van de prijzen van ingevoerde brandstoffen (petroleumcoke en steenkool) in 2022, die gemiddeld 35% hoger lagen dan in 2021 en 165% hoger dan in 2020. Deze belangrijke kostenstijging neutraliseerde de gunstige prijsomgeving en de inspanningen voor kostenbeheersing, zoals de verbetering van de energie-efficiëntie en het toegenomen gebruik van alternatieve brandstoffen.

Sagar Cements LTD

2022 2021 2020
€ 1.000 INR (mio) INR (mio) INR (mio)
Omzet 255.276 21.097 15.128 12.572
EBITDA 21.225 1.754 3.294 3.492
EBIT 3.591 297 2.482 2.673
Nettoresultaat (deel groep) -10.043 -830 1.278 1.374
Eigen vermogen (deel groep) 171.497 15.177 12.765 12.128
Netto financiële positie -122.141 -10.809 -9.749 -5.693
Balanstotaal 413.094 36.557 32.605 23.031
Personeel 955 914 731

In mei 2022 verwierf Premji Invest, de private equity- en investeringstak van één van de grootste filantropische organisaties in India, door een kapitaalsverhoging een aandelenbelang van 10% in Sagar door een bedrag van 3,5 miljard INR aan primair kapitaal te investeren. Hierdoor verwaterde de participatie van AvH van 21,85% naar 19,64%.

In februari 2023 kondigde Sagar de overname aan van Andhra Cements, met inbegrip van een geïntegreerde cementfabriek van 2 miljoen ton in Andhra Pradesh (Zuid-India). Door deze overname zal de productiecapaciteit van Sagar toenemen tot 10,25 miljoen ton, waarmee de strategische doelstelling van 10 miljoen ton tegen 2025 wordt overtroffen.

Partners for sustainable growth

  • Sagar heeft een ESG-visie en -roadmap uitgewerkt en heeft doelen geformuleerd naar 2030 en 2050.
  • Sagar beheert haar milieuvoetafdruk zorgvuldig, met een focus op de beperking van haar koolstofintensiteit en waterverbruik door middel van investeringen in hernieuwbare energie, programma's voor de verbetering van de efficiëntie, een circulaire werking en strenge emissiecontroles.
  • In 2022 verving Sagar in de fabriek in Mattampally ongeveer 6% op koolstof gebaseerde brandstoffen door alternatieve brandstoffen. Het doel is dit tegen 2030 te verhogen tot 25%.
  • Andere prioriteiten zijn goede mijnbouwpraktijken, door technologie en data gestuurde productieprocessen en de proactieve beperking van afval.
  • Sagar handhaaft ook de hoogste standaarden op het vlak van corporate governance en heeft verschillende gedragscodes en beleidslijnen geformaliseerd, bijvoorbeeld inzake mensenrechten, innovatie, ethiek, eerlijke concurrentie, anticorruptie en gegevensbescherming.

www.sagarcements.in

AvH & Growth Capital

Bijdrage tot het geconsolideerd nettoresultaat AvH

(€ miljoen) 2022 2021 2020
Bijdrage van de
deelnemingen
52,1 71,3 12,7
Bijdrage geconsolideerde
deelnemingen
38,3 53,2 12,7
Fair value 13,8 18,1 -
AvH & subholdings -24,2 -18,1 -13,5
Netto meer/minderwaarden 326,4 -1,2 3,1
Totaal 354,3 52,0 2,3

AvH & Growth Capital

AvH stelt risicokapitaal ter beschikking aan een beperkt aantal meer mature bedrijven, met internationaal en duurzaam groeipotentieel. Enkel in Life Sciences stapt AvH ook in jongere bedrijven die nog in het begin van hun ontwikkelingsfase zitten. De investeringshorizon is gemiddeld langer dan die van typische 'private equity'-verschaffers. Gezonde balansstructuren en het gediversifieerd karakter van de investeringsportefeuille zorgen voor een spreiding van de economische en financiële risico's.

Een selectief investeringsbeleid houdt rekening met globale trends en realistische businessplannen op lange termijn. Er is tevens aandacht voor de kwaliteit van de managementteams, talentontwikkeling, operationele verbeteringen, innovatie en ESG-aspecten, om zo tot een duurzame groei te komen. De groepsmaatschappijen worden op die diverse thema's ondersteund, waarover meer in het Duurzaamheidsverslag op pag. 48. Het beperkt aantal deelnemingen stelt AvH in staat diepgaande inzichten te verwerven om met kennis van zaken de strategie mee vorm te geven.

2022 was opnieuw een woelig jaar, met veelvuldige uitdagingen zoals geopolitieke spanningen, sterk oplopende kosten en verstoorde aanvoerketens, net toen veel bedrijven de gevolgen van COVID-19 nog aan het verteren waren. Dit zal ook nog in 2023 spelen. Deze economische context met stijgende rentevoeten had tevens een impact op de financiële markten, die meer aandacht schonken aan sterke balansen en het genereren van cashopbrengsten. De waardering van jonge hoogtechnologische bedrijven leed hier dan ook het meeste onder. Dit had ook een impact op de globale M&A-markt en de bereidheid van de banken om hiervoor financiering te verstrekken, zeker indien de transacties een hoge schuldenhefboom vereisten. De omvang van de beschikbare kapitalen voor investeringen in de private equity-sfeer blijft evenwel heel groot. Duurzaamheid kreeg door de geopolitieke evoluties een andere en meer genuanceerde inkleuring. Vele sectoren bevinden zich in een transitiefase, moeten zich heruitvinden en inspelen op de evoluties in de digitale wereld. Het AvH-model bewees eens te meer haar sterkte, met haar focus op bedrijfsculturen en de wijze van leidinggeven, waarbij voorrang wordt gegeven aan de lange termijn. Dit weerspiegelde zich ook in de bedrijfsresultaten van de participaties, die in positieve zin verrasten.

Van links naar rechts: Biotalys - Boven: Turbo's Hoet Group - Mediahuis - Onder: OncoDNA

Inzake investeringen bleef AvH gezien de omstandigheden voorzichtig, met voorrang voor het bijstaan van de participaties en een aantal desinvesteringstrajecten. AvH versterkte verder haar investeringscapaciteit gericht op nieuwe investeringen, zowel in Europa als in India of Zuid-Oost Azië. Er vonden vooral vervolginvesteringen plaats in bedrijven die zich nog in een opstart- of groeifase bevinden, alsook in de fondsen in India en Singapore waar AvH een ankerinvesteerder is. Er werd een nieuwe participatie toegevoegd in de Life Sciences-sfeer (AstriVax), naast een investering als ankerinvesteerder in Convergent Finance, een fonds actief in mature Indische bedrijven. Qua desinvesteringen valt de succesvolle verkoop van Manuchar op, na een gezamenlijke en succesvolle uitbouw van dit bedrijf van 15 jaar. Dit geeft aan dat AvH een lange investeringshorizon hanteert maar desalniettemin mooie resultaten kan boeken dankzij de onderliggende waardecreatie. Begin 2023 vormde de verkoop van Telemond daar ook een voorbeeld van.

Bijdrage van de deelnemingen

Ondanks de economische context presteerden de meeste deelnemingen opnieuw sterk in 2022, na de reeds mooie resultaten van 2021. De gerealiseerde meerwaarden op Manuchar en Anima kwamen daar als extra bovenop. Hierdoor nam de bijdrage van Growth Capital aan de resultaten van AvH in 2022 opnieuw toe.

Een aantal participaties zetten recordresultaten neer, met name OMP, Turbo's Hoet Group, Telemond en Van Moer Logistics. Daarbij valt een omzetgroei bij Telemond, Van Moer Logistics en OMP van respectievelijk 31%, 40% en 44 % op. Mediahuis zette zijn succesvolle internationale groei verder, met een intrede in de Duitse markt, en kon de recurrente nettowinst op het hoog niveau van de laatste jaren handhaven dankzij de focus op operationele excellentie. EMG zette haar herstel verder, mede dankzij een jaar gekenmerkt door internationale events zoals de Olympische Winterspelen en de Wereldbeker Voetbal. Na de verkoop van de Infra divisie en de vele COVID-19 projecten op productielijnen in 2021, beleefde Agidens een transitiejaar gekenmerkt door een markt waarin investeringsbeslissingen werden uitgesteld. Biolectric kon de aanloopverliezen verder verminderen waarbij het orderboek verder sterk blijft groeien gezien de nood aan geïntegreerde oplossingen met betrekking tot broeikasgassen, stikstofuitstoot en hernieuwbare energie.

Fair value investeringen

AvH investeerde de afgelopen jaren in een reeks jonge, beloftevolle bedrijven, hetzij rechtstreeks dan wel via gespecialiseerde investeringsfondsen. Naarmate deze succesvol zijn en volgende kapitaaloperaties plaatsvinden, kan dit aanleiding geven tot het uitdrukken van een herwaardering op basis van de reële waarde.

Het investeringsklimaat voor bedrijven in opstartfase werd in 2022 merkelijk moeilijker, wat tot een voorzichtige sturing noopt aan de hand van regelmatige evaluaties van de ontwikkelingstrajecten. Globaal genomen was de winstbijdrage van deze investeringscluster in 2022 ruim positief met een aantal positieve en negatieve aanpassingen van de waarderingen. De bijdrage van Medikabazaar naar aanleiding van een nieuwe kapitaalronde, waar AvH rechtstreeks en onrechtstreeks aan deelnam, valt hierbij op.

Terwijl het HealthQuad I fonds stilaan zijn einde nadert met opnieuw een winstbijdrage, is het nog te vroeg om de evoluties van de fondsen HealthQuad II, Convergent Finance en Venturi te evalueren, waarbij hun investeringsritmes op kruissnelheid zijn. De participaties aangehouden door die fondsen evolueerden globaal gezien positief en conform de verwachtingen.

AvH & subholdings

De negatieve evolutie van de bijdrage vanuit AvH & subholdings in 2022 wordt mede verklaard door een negatieve waardeschommeling van de AvH beleggingsportefeuille met 6,6 miljoen euro (2021: 6,3 miljoen euro positief), door een stijging van de algemene kosten als gevolg van inflatie, door de verdere uitbreiding van het AvH-team en tot slot door een deel resultaatsafhankelijke verloning.

Netto meer/minderwaarden

AvH heeft eind juni de verkoop gefinaliseerd van haar participatie (30%) in Manuchar aan een met Lone Star Funds verbonden vennootschap. Deze transactie leverde AvH een cashopbrengst op van 159 miljoen euro en een meerwaarde van 97 miljoen euro.

AvH en het management van Anima hebben begin juli 2022 100% van de aandelen van Anima overgedragen aan AG. De transactie vertegenwoordigt voor AvH een cashopbrengst van 308 miljoen euro en een meerwaarde van 237 miljoen euro.

Philip De Keulenaer

Arnoud den Hoedt

Deelnemingspercentage AvH

85%

Agidens biedt als onafhankelijke systeemintegrator advies, engineering en totaaloplossingen aan inzake automatisering van productieprocessen. De automatisering van productieprocessen biedt voordelen inzake veiligheid, kwaliteit, timeto-market en energie-optimalisatie, die allen een toenemend belang kennen. Daarnaast levert Agidens validatie- en compliancediensten aan de gezondheidssector.

Peter Cox

Hedwig Maes

2022 was een overgangsjaar, na de verkoop van de Infra-divisie in 2021. Agidens speelde in op marktevoluties om haar strategische positionering te versterken en operationele activiteiten te herschikken. De business units 'Automation Projects', 'Software Solutions' en 'Services' worden ondersteund door technologie- en innovatieteams en hanteren een marktgerichte benadering met focus op 4 industrieën.

Zoals verwacht verzwakte de markt bij Life Sciences, na de COVID-19-gedreven investeringen bij klanten. De omzet bleef op een hoog niveau dankzij een groei in services (+6%) en een gunstig marktklimaat in mRNA-investeringen en kwaliteitsreguleringen. Haar industrie-expertise en referenties bij farmaceutische multinationals vormen belangrijke factoren voor de validatieservices, met een gestegen marktaandeel tot gevolg.

Agidens I Procesautomatisering

Agidens NV

(€ 1.000) 2022 2021 2020
Omzet 59.745 74.807 91.688
EBITDA 4.045 10.758 7.363
Nettoresultaat (deel groep) -492 5.410 1.299
Eigen vermogen (deel groep) 22.589 23.068 17.583
Netto financiële positie -340 1.959 -11.873

Energies focust op tank terminals voor de opslag van 'bulk liquids'. Het kende een moeilijk investeringsklimaat gezien de gestegen 'bulk liquid'- en materiaalprijzen. Desondanks evenaarde de omzet die van 2021, met verbeterde marges.

Pieter Tilkens

Ann Van Goethem

Steven Peeters

Jeff Krbec

Food & Beverages is actief in natte voeding (o.a. brouwerijen, chocolade, vetten en oliën). Het herstelde na een moeilijke COVID-19-periode, waarbij de omzet gelijk bleef. Multinationals blijven investeren, terwijl de KMO-markt licht verzwakte.

Fine Chemicals kende een stabiel jaar, gedreven door enkele grote projecten.

De volatiele marktcondities in combinatie met de stijgende inflatie en materiaalkosten vertraagden vele beslissingstrajecten van grotere projecten bij klanten. Deze volume-impact werd gereflecteerd in de 2022 cijfers met een 'order intake' van 62 miljoen euro en een omzet van 60 miljoen euro. Het nettoresultaat werd negatief beïnvloed door het vertrek van een huurder bij een vastgoedbedrijf dat mee met Agidens wordt geconsolideerd en bedroeg -0,5 miljoen euro.

De groep telt ongeveer 500 medewerkers verspreid over België, Nederland en Zwitserland.

Partners for sustainable growth

• Agidens hanteert een duurzaam ESG-beleid met de UN SDGs als leiddraad. Agidens streeft respect, welzijn en positieve ontwikkeling na voor alle stakeholders, en moedigt veilig werken en levenslang leren aan bij haar werknemers. Als technologiebedrijf zet Agidens sterk in op innovatie en levert het met haar activiteiten een belangrijke bijdrage tot het verbeteren van efficiënte en energiezuinige productieprocessen van haar klanten.

www.agidens.com

Carl

Christian Leysen

Peeters

Veerle Peeters

AXE Investments

De investeringsmaatschappij AXE Investments heeft participaties in de IT-groep Xylos en in Agidens. Zij bezit ook een deel van het Ahlers-gebouw aan de Noorderlaan in Antwerpen.

Eind 2022 startte een grondige renovatie van de tiende verdieping van het Ahlers House.

Xylos richt zich met haar 200 specialisten op 4 kerncompetenties: Infrastructuur, Cloudtechnologie, Informatiemanagement en digitaal samenwerken en Learning.

Infrastructuur: Van oudsher is Xylos een gerespecteerde infrastructuurintegrator. Vandaag behoort Xylos tot de top 5 spelers in België en is het een vooraanstaande partner van HPE in datacenter- en back-upinfrastructuur.

Cloudtechnologie: Xylos verleent bijstand en biedt oplossingen rond cloudtechnologie op basis van Azure (Microsoft). Met hooggekwalificeerde technische consultants is het bedrijf een strategische partner voor haar klanten.

Informatiemanagement en digitaal samenwerken: Xylos lag aan de basis van een levendige Belgische community rond deze technologie en zorgt voor de bouw en integratie van o.a. SharePoint-toepassingen.

Learning: Xylos verleent ondersteuning bij 'change & adoption' via opleidingen en digital coaches. Naast de klassieke dienstverlening wordt het eigen ontwikkeld digitaal leerplatform Oase op Europese schaal uitgerold en via een licentiemodel gebruikt door circa 200.000 gebruikers.

De omzet van Xylos steeg in 2022 met 7% dankzij een sterke prestatie van de afdeling Infrastructuur. De strategische beslissing om nadrukkelijker in te zetten op een beperkt aantal expertisegebieden leidde tot een aantal transformatiekosten en opbrengsten. De huurinkomsten van het Ahlers-gebouw kamen 7% lager uit, o.a. omwille van revenovatiewerken. In het kader van de vernieuwde strategie verkocht Xylos in 2022 haar dochterfirma Bagaar, actief in softwareplatformen en smart products, aan de Verhaert-groep. Bovenstaande elementen gaven aanleiding tot

AXE Investments NV(1)

(€ 1.000) 2022 2021 2020
Omzet 503 542 568
EBITDA 51 255 168
Nettoresultaat (deel groep) 403 -223 -434
Eigen vermogen (deel groep) 14.566 14.184 14.407
Netto financiële positie 5.052 5.045 4.470

(1) De cijfers van Agidens worden niet geconsolideerd op het niveau van AXE Investments.

AXE Investments I Xylos

een verbetering van het nettoresultaat van -0,2 miljoen euro in 2021 tot 0,4 miljoen euro in 2022.

AXE Investments bezit een 26,23%-deelneming in Agidens. Het deelnemingspercentage van AvH in Agidens (op pag. 122) is inclusief het aandeel (economisch) dat door AXE wordt aangehouden. In de resultatenrekening onderaan deze pagina is geen bijdrage opgenomen van Agidens.

Partners for sustainable growth

  • Xylos hecht bijzonder veel belang aan duurzame ontwikkeling.
  • Een focusgroep werkt aan initiatieven rond persoonlijke groei, gezondheid en welzijn van medewerkers.
  • Niet alleen met medewerkers, maar ook met klanten, partners en leveranciers streeft Xylos naar een langetermijnrelatie waarin vertrouwen centraal staat.
  • Xylos stelt daarnaast haar ecologische voetafdruk continu scherper met creatieve, duurzame en betaalbare energie- en mobiliteitsacties.

www.axe-investments.com

Van Brussel Philippe Jans

Vanhee

Biolectric

Biolectric is marktleider in de productie en verkoop van compacte biogasinstallaties (11 tot 74 kW) bestemd voor melkvee- en varkenshouderijen en voor waterzuiveringsstations. Dankzij de techniek van anaerobe vergisting wordt methaangas uit mest en slib omgezet in duurzame elektriciteit en warmte en wordt de uitstoot van schadelijke broeikasgassen vermeden.

Biolectric beleefde een uitdagend jaar, enerzijds omwille van de stijgende energieen materiaalprijzen als gevolg van het militaire conflict in Oekraïne en anderzijds door de aanslepende stikstofproblematiek in Nederland en Vlaanderen. Deze omstandigheden zorgden voor onzekerheid in de markt.

Niettemin slaagde Biolectric erin in 2022 138 biogasinstallaties te verkopen (+35% t.o.v. 2021), waarvan 49% in de Benelux, 17% in Polen en 16% in Frankrijk. Een opmerkelijke trend is de toenemende interesse vanuit Duitsland, waar 8 bestellingen werden geplaatst t.o.v. slechts 2 in 2021.

In 2022 werd een omzet gerealiseerd van 11,6 miljoen euro (+21,7%) en werden 49 vergisters geplaatst bij klanten in diverse landen. Momenteel dragen meer dan 250 Biolectric-installaties verspreid over Europa bij tot een meer duurzame landbouw.

Biolectric blijft investeren in de versterking van haar rechtstreekse verkoop, een kwaliteitsvolle dienstverlening na verkoop, onderzoek en ontwikkeling en de verkorting van de doorlooptijd tussen de handtekening en de plaatsing van de biogasinstallatie.

De groep leed een verlies van 0,6 miljoen euro, in hoofdzaak omwille van voormelde investeringen. Ook werd de plaatsing van vergisters bemoeilijkt door de langere doorlooptijd van de rechtstreekse verkopen.

In 2023 zal Biolectric de eerste pilootinstallaties plaatsen in Nederland voor de opzuivering van biogas tot biomethaan voor industrieel en residentieel verbruik. Hiermee diversifieert Biolectric haar productgamma en omarmt de onderneming de markttrend van de grotere installaties, richting de productie van duurzaam aardgas.

Biolectric NV

(€ 1.000) 2022 2021 2020
Omzet 11.584 9.521 8.588
EBITDA -134 -876 199
Nettoresultaat (deel groep) -641 -1.013 -125
Eigen vermogen (deel groep) 9.619 9.767 9.774
Netto financiële positie -4.239 -6.069 -3.691

Biolectric I Biogasinstallatie

Partners for sustainable growth

  • Biolectric's innovaties inzake mestvergisting en stikstofstripping dragen bij tot een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen en stikstof met respectievelijk 82% en 65%. Haar kunstmestvervangers dragen bij tot een reductie van de fosfaatafzet op akkers met 45%.
  • Een gemiddelde Belgische boerderij vermijdt dankzij een Biolectric-vergister 270 ton CO2 -equivalenten aan methaanuitstoot, wat overeenkomt met de jaarlijkse uitstoot van 150 auto's. De oplossing van Biolectric creëert zo een win-winsituatie voor landbouw en milieu.

www.biolectric.be

23%

Bevan

Shaun Gregory Gibson

Stanborough Rohan Mitchel

Wendy

Stephane Vermersch

EMG

EMG is een toonaangevende en wereldwijde speler in broadcast- en mediaoplossingen voor live sportuitzendingen, entertainment en evenementen. De onderneming is actief in 10 landen: Frankrijk, België, Nederland, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, Zwitserland, Italië, Luxemburg, de VS en Australië. EMG werkt in deze landen, maar ook daarbuiten, voor een alsmaar groeiende groep van belangrijke televisiezenders en productiehuizen.

In 2022 droeg EMG met haar teams en technologie opnieuw bij tot de meest bekeken televisie-uitzendingen wereldwijd, zoals de FIFA World Cup, de Tour de France en de Olympische Winterspelen in Beijing, dit laatste project in uiterst moeilijke omstandigheden vanwege COVID-19.

Los van de projecten was 2022 een jaar van 'rebranding' waarin de lokale bedrijven in Italië en het Verenigd Koninkrijk ook onder het EMG-merk zijn gaan werken. Alle kernbedrijven binnen de groep hebben nu dezelfde look en merkbeleving. Dit versterkt de concurrentiepositie van de groep op internationale schaal en komt de interne internationale samenwerking en synergie ten goede. De bedrijven in de groep die zich bezighouden met connectiviteit zijn ondertussen ook geconsolideerd en werken onder de merknaam EMG Connectivity.

Naast de bovengenoemde projecten, was EMG actief op een groot aantal andere sportevenementen, zoals het UEFA EK Voetbal voor Vrouwen, de Europese Kampioenschappen in München, Roland Garros en voor het eerst de Ronde van Italië.

EMG I Guus Meeuwis concert

Financière EMG

(€ 1.000) 2022 2021 2020
Omzet 359.128 366.845 240.850
EBITDA 55.899 59.666 13.806
Nettoresultaat (deel groep) 4.232 152 -44.690
Eigen vermogen (deel groep)(1) 90.996 88.269 82.081
Netto financiële positie -128.475 -162.470 -147.687

Ook bij de populaire amusementsprogramma's zoals Dancing with the Stars, Love Island en The Masked Singer was het bedrijf aanwezig, naast tientallen concertregistraties van onder meer Queen, Dua Lipa en vele andere artiesten. EMG was bovendien één van de grootste leveranciers aan de wereldwijde televisieverslaggeving van de begrafenis van HM Koningin Elizabeth.

In 2022 vereenvoudigde de groep haar structuur en concentreerde ze zich weer meer op haar kernactiviteiten. De groep deed afstand van haar participaties in Studio de Paris, SDNsquare, Simply Live en de Italiaanse coproductie- en studioactiviteiten.

EMG boekte in 2022 359,1 miljoen euro omzet, 2% minder dan in 2021 als gevolg van de bovengenoemde desinvesteringen in 2022. Op vergelijkbare basis is de omzet in 2022 met 10% toegenomen tegenover 2021. Het nettoresultaat steeg tot 4,2 miljoen euro.

Partners for sustainable growth

  • EMG zal ook in 2023 blijven focussen op duurzame technologie voor 'remote productie'. In 2022 werden meer dan 4.000 uitzendingen 'remote' verzorgd door de operationele centra op afstand van EMG, met een significante vermindering van de CO2 -uitstoot als resultaat.
  • EMG is zich bewust van haar ESG-verantwoordelijkheid en focust in 2023 op duidelijke prioriteiten:
    • EMG werkt aan een nulmeting voor de CO2 -uitstoot van 2022, inclusief 'Scope 3', als basis om verdere CO2 -reductiedoelstellingen en onderliggend actieplan vast te leggen
    • Uitrol van een groepsbrede bewustwordingstraining over klimaatverandering
    • Wereldwijde toepassing van de richtlijnen inzake de beste duurzaamheidspraktijken en een geratificeerd decarboniseringsplan
    • Verplichte interne opleiding rond inclusie, onbewuste vooroordelen en een veilige en waardige werkplek

www.emglive.com

(1) Inclusief aandeelhoudersleningen en/of converteerbare obligaties

Gert Ysebaert

Kristiaan De Beukelaer

Paul Verwilt

Mediahuis

Mediahuis is één van de leidende mediagroepen in België, Nederland, Ierland, Luxemburg en de Duitse regio Noordrijn-Westfalen. De nationale en regionale nieuwstitels van Mediahuis voorzien dagelijks meer dan 10 miljoen lezers van nieuws, zowel online als via de gedrukte krant.

Aachen dan ook in het teken van de integratie binnen de Mediahuis-groep en de versnelling van de digitale transformatie. De Duitse activiteiten leverden in het eerste jaar al een mooie bijdrage tot de geconsolideerde omzet van Mediahuis.

Met de acquisitie van Carzone.ie, Ierlands officiële nummer één site voor het kopen en verkopen van nieuwe en tweedehands auto's, verstevigde Mediahuis Marketplaces haar positie op de digitale automarkt. De overname van het Ierse Switcher. ie, betekende voor Mediahuis een eerste stap op de online prijsvergelijkingsmarkt.

Mediahuis Ventures versterkte het afgelopen jaar haar positie in de 'education technology'-markt met de investering in de remote-first universiteit Tomorrow's Education en zette met de investering in het Berlijnse HiPeople haar eerste stappen in de markt van de 'HR technology'.

Mediahuis realiseerde in 2022 een geconsolideerde omzet van 1.223 miljoen euro en een nettoresultaat van 65,3 miljoen euro.

De groei in abonnees die de voorbije jaren gedreven werd door een sterke toename van het aantal digitale abonnementen, kwam in 2022 omwille van de moeilijke economische context onder druk te staan. Desalniettemin slaagde Mediahuis erin om het totale aantal krantenabonnees (print + digitaal) stabiel te houden, waarbij 43% van alle Mediahuis-abonnees de krant vandaag digitaal leest. Ook de omzet uit de verkoop van papieren kranten bleef stabiel ten aanzien van het voorgaande jaar. Ondanks de daling van het printvolume, woog de quasi verdubbeling van de papierprijs sterk op de brutomarge en werd deze slechts ten dele door andere kostenreducties gecompenseerd. Op de advertentiemarkt slaagden de Mediahuis-titels erin om hun advertentieomzet op het niveau van 2021 te behouden.

In januari 2022 rondde Mediahuis de overname van het Duitse Aachener Verlagsgesellschaft af. Hierdoor werd de groep hoofdaandeelhouder van Medienhaus Aachen, uitgever van o.a. de Aachener Zeitung. 2022 stond voor Medienhaus

Mediahuis I Aachener Zeitung

Mediahuis NV

(€ 1.000) 2022 2021 2020
Omzet 1.222.960 1.130.790 990.527
EBITDA 173.800 240.480 172.010
Nettoresultaat (deel groep) 65.264 117.321 58.592
Eigen vermogen (deel groep) 483.600 482.477 378.525
Netto financiële positie -221.100 -151.880 -228.139

Partners for sustainable growth

  • Via het Media Development Investment Fund verleende Mediahuis financiële en logistieke steun aan 5 onafhankelijke Oekraïense nieuwsmedia die op deze manier, in uiterst moeilijke omstandigheden, maximaal verslaggeving konden blijven verzorgen. 2022 was ook het jaar waarin Mediahuis voor het eerst het Festival van de Journalistiek organiseerde: twee dagen van nieuwe inzichten, workshops, debatten en kennisdeling met ongeveer 150 Mediahuis-journalisten uit verschillende landen.
  • Mediahuis wil als groep diverser en inclusiever worden. Daarom werd o.a. Youth Lab gecreëerd waar jong en divers journalistiek talent gedurende een traineeship van een jaar wordt gecoacht door ervaren Mediahuis-journalisten. Op die manier wordt de redactievloer diverser en krijgt de groep meer voeling met jongere lezers met een migratieachtergrond.
  • In het kader van de groene transitie werden doelstellingen inzake CO2 -reductie aangescherpt, in lijn met de Science Based Targets waartoe Mediahuis zich engageerde.

www.mediahuis.be

OMP is een leidinggevende onderneming in de snelgroeiende digitale markt van 'supply chain planning' (SCP). OMP implementeert haar Unison Planning™-oplossing wereldwijd.

OMP staat bekend voor haar sectorkennis en geïntegreerde planningsoplossing. Het wordt o.m. door Gartner al jaren beschouwd als toonaangevend op wereldvlak met de capaciteit en expertise om grote 'supply chain'-planningsprojecten succesvol te realiseren, wat leidt tot grote klantentevredenheid.

OMP zette in 2022 haar sterke groei verder met een omzet van 167 miljoen euro (een stijging met 44%) en een EBITDA-marge van 29%, wat ruim beter was dan budget en ondanks de uitdagende economische omstandigheden.

De producten van OMP hielpen klanten een beter zicht te krijgen op hun toeleveringsketens die verstoord werden door COVID-19, de economische crisis of de oorlog in Oekraïne. Globaal opererende bedrijven in de chemie, 'life sciences' en consumentengoederen lanceerden of versnelden hun 'supply chain'-planningsprojecten. Ook klanten uit meer traditionele sectoren, zoals de metaalnijverheid en de verpakkingsindustrie, bleven erin investeren. De grote interesse werd bevestigd op de succesvolle OMP-conferentie in Atlanta in juni 2022.

De software werd verder ontwikkeld, met nadruk op performantie en schaalbaarheid van de basissoftware en functionele uitbreidingen voor de verschillende industrieën. Alle diensten kenden een verdere groei: advisory, implementatie, user engagement, cloud services en customer services.

In 2022 bleef OMP verder aanwerven aan een strak tempo. OMP telt hierdoor nu meer dan 800 werknemers verspreid over meer dan 10 landen. Daarnaast doet OMP ook beroep op zowat 150 medewerkers bij partners. OMP blijft sterk inzetten op aanwervingen en investeren in de uitbouw van een wereldwijd alliantienetwerk, om zo de groei te ondersteunen en een globale service aan te bieden voor de digitale transformatieprojecten van haar globale klanten.

OMP NV

(€ 1.000) 2022 2021 2020
Omzet 166.657 115.713 96.951
EBITDA 47.920 30.716 28.280
Nettoresultaat (deel groep) 35.519 23.777 17.753
Eigen vermogen (deel groep) 115.128 83.494 60.853
Netto financiële positie 80.285 64.844 46.517

OMP I Digital supply chain planning

Partners for sustainable growth

  • OMP's activiteiten maken de logistieke keten efficiënter, weerbaarder en duurzamer, onder meer door voorraadbehoeftes en doorlooptijden te reduceren, en zo energie en grondstoffen te besparen. Unison Planning reikt concrete handvaten aan waarmee bedrijven de CO2 -uitstoot van hun gehele supply chain kunnen reduceren.
  • Teamwerk, een doorgedreven sectorkennis, de wil om te blijven leren, het inzetten op langetermijnpartnerships en klantenfocus vormen de kern van OMP's DNA.

www.omp.com

Christopher Maas

Elzbieta Czekawy

Tobias Müller

Alicja Ozimek

Dieter Schneider

Grego Peters

Telemond Groep

De groep Telemond is een fabrikant van hoogwaardige staalconstructies en modules voor de hijs- en autosector.

Telemond zette in 2022 zeer sterke resultaten neer dankzij een grote vraag naar zware hijsuitrusting als gevolg van het herstel van de markt na COVID-19 en grote wereldwijde infrastructuurinvesteringen. De groep kon bovendien in 2022 haar marktaandeel in het segment van de rupskranen vergroten. De omzet steeg met 30% tot 128,4 miljoen euro, waarop Telemond een nettowinst van 15,2 miljoen euro realiseerde. Deze werd evenwel positief beïnvloed door een meerwaarde op de verkoop van terreinen en door uitzonderlijke marktomstandigheden waarbij Telemond kon inspelen op grondig verstoorde aanvoerketens van haar klanten.

Telemond, dat telescopische gieken en rasterstructuren aan de hijsindustrie levert, deed haar voordeel met een grote vraag naar vooral mobiele en rupskranen, ondanks de ongunstige geopolitieke en inflatoire context. Dit was voornamelijk te danken aan sterke wereldwijde investeringen in projecten voor hernieuwbare windenergie en grootschalige infrastructuurprojecten, in het bijzonder in de VS. Het bedrijf kon bovendien belangrijke volumes in het rupskranensegment overnemen, als illustratie van haar reputatie als één van de beste en betrouwbaarste leveranciers van de sector. Telemond bleef bovendien investeren in procesoptimalisering en -automatisering.

Teleyard, dat actief is in offshore projecten en de behandeling van containers, deed haar voordeel met een grotere focus op serieproductie en kende vanaf de tweede helft van het jaar weer een gezonde rentabiliteit. Vooral in het segment van de containerbehandeling noteerde Teleyard een sterke vraag van de markt, na de storingen en knelpunten in de globale toeleveringsketen. Het bedrijf verhoogde ook met succes de productie van rasterstructuren voor de kraansector.

Henschel Engineering Automotive, een tier 1 leverancier van laadbakken met neerklapbare zijschotten en driewegskipbakken voor lichte bedrijfsvoertuigen, bleef goede resultaten noteren, ondanks een zeer ongunstige markt met verstoorde wereldwijde toeleveringsketens en een forse stijging van de grondstoffenprijzen. De lichte kostenstructuur van het bedrijf en het hands-on-management hebben Henschel door deze moeilijke periode geloodst.

Telemond I Gerobotiseerde laslijn voor telescopische gieken

De groep Telemond kreeg ook met de menselijke tragedie van het conflict in Oekraïne te maken. De groep heeft meer dan 130 Oekraïense werknemers en hun gezinnen gesteund, terwijl ze ook de lokale Poolse gemeenschappen in de crisis heeft geholpen. AvH bedankt alle werknemers voor de solidariteit die zij in de afgelopen maanden met Oekraïense vluchtelingen hebben getoond.

Eind februari 2023 verkocht Ackermans & van Haaren, na een geslaagde samenwerking van meer dan 30 jaar, haar participatie van 50% in de groep Telemond aan de Duitse familie Maas, haar jarenlange partner. Deze verkoop heeft AvH een cashopbrengst van 55 miljoen euro opgeleverd en een meerwaarde van 19 miljoen euro. AvH is trots op haar bijdrage aan het opmerkelijke groeiverhaal van Telemond in deze periode. Ze is ervan overtuigd dat de onderneming zal blijven groeien onder leiding van Christopher Maas en zijn managementteam.

Partners for sustainable growth

• Telemond focust steeds meer op de beperking van haar CO2 -voetafdruk. In het bijzonder werkt Telemond op de vermindering van haar energiekosten, onder meer via de mogelijke installatie van zonnepanelen. De groep levert ook grote inspanningen om de productie van afval in alle ondersteunende functies van haar activiteiten te verminderen.

www.telemond.be

Telemond Groep

(€ 1.000) 2022 2021 2020
Omzet 128.408 98.953 84.050
EBITDA 20.628 12.622 9.973
Nettoresultaat (deel groep) 15.156 8.888 6.074
Eigen vermogen (deel groep) 69.440 59.823 54.451
Netto financiële positie 5.903 -3.888 -3.516

50%

Piet Wauters

Chita

Kristof Derudder

Sergei Tarasiuk Bart Dobbels

Peter

Van Hulle Tytgadt

Serge

Georgi Zagorov

Turbo's Hoet Group

Turbo's Hoet Group (THG) is een toonaangevende Europese vrachtwagendealer en leasingmaatschappij voor commerciële voertuigen. Daarnaast is THG ook één van de belangrijkste Europese distributeurs van turbo's voor de aftermarket.

TH Trucks is met 78 vestigingen in 8 landen één van de belangrijkste Daf-dealers wereldwijd en eveneens dealer van onder meer Iveco, Ford Trucks, Nissan, Isuzu, Fiat Professional, Fuso en Kögel.

TH Lease is in België de grootste onafhankelijke leasingmaatschappij voor commerciële voertuigen. Ook in de andere landen waar THG actief is kan deze dienstverlening aan de klanten aangeboden worden.

TH Turbos is een belangrijke Europese distributeur van Turbo's voor de aftermarket voor personenwagens, vrachtwagens en industriële toepassingen, met eigen vestigingen in 5 landen.

THG zette in 2022 voor het tweede opeenvolgende jaar haar beste resultaten ooit neer, ondanks de oorlog in Oekraïne en daarmee verbonden sanctiemaatregelen, de nog steeds verstoorde bevoorradingsketens met lange leveringstermijnen van nieuwe vrachtwagens, de hoge inflatie en significante prijsstijgingen. De Europese vrachtwagenmarkt (+16T) groeide in 2022 met 7% tot 299.000 voertuigen, maar dat is nog altijd circa 8% lager dan de pre-corona markt. THG realiseerde een omzetgroei van 5% tot 654 miljoen euro, een EBITDA-stijging met 29% tot 47,1 miljoen euro en een nettowinst van 24,8 miljoen euro. Ook de netto financiële schuld kon verder substantieel (-15%) afgebouwd worden tot 75,7 miljoen euro.

Voor 2023 verwachten de constructeurs een Europese markt (+16T) van circa 270.000 tot 310.000 voertuigen. Door de nog steeds lange leveringstermijnen, die wel terug korter aan het worden zijn, is het orderboek van THG nog altijd meer dan gebruikelijk gevuld en wordt voor 2023 een verdere omzetstijging verwacht. De evolutie van de oorlog in Oekraïne zal ongetwijfeld een impact hebben op deze verwachtingen, maar het is niet mogelijk daar concrete inschattingen voor te maken. THG heeft in 2022 succesvol alles in het werk gesteld om in de door het conflict getroffen vestigingen de continuïteit te verzekeren. Ondanks deze moeilijke geopolitieke vooruitzichten, kijkt THG de toekomst met vertrouwen tegemoet en is het bedrijf overtuigd dat ze haar strategie van duurzame rendabele groei verder zal kunnen blijven ontplooien.

Turbo's Hoet Groep NV

(€ 1.000) 2022 2021 2020
Omzet 653.767 620.486 447.935
EBITDA 47.096 36.455 29.049
Nettoresultaat (deel groep) 24.826 18.083 7.178
Eigen vermogen (deel groep) 152.297 132.806 118.363
Netto financiële positie -75.692 -89.514 -106.319

Turbo's Hoet Group I Roemenië

Partners for sustainable growth

  • THG hecht extreem belang aan duurzaam en ethisch ondernemen met respect voor het individu en de maatschappij als geheel. Een nieuwe TH Code of conduct werd in 2022 uitgewerkt, in aanvulling op een reeds bestaand vrij uitgebreid compliance framework. De medewerkers worden ondermeer door opleidingen gemotiveerd en geëngageerd om de doelstellingen met betrekking tot duurzaam ethisch ondernemen te bewerkstelligen.
  • In 2022 is THG gestart met het maandelijks monitoren en rapporteren van haar CO2 -voetafdruk (2022: 5.411,6 ton CO2 -eq). De groep bereidt zich zo voor op de nieuwe verplichtingen met betrekking tot de CSRD-richtlijn van de EU, die vanaf 2025 van toepassing zullen zijn.
  • THG neemt, samen met haar partners en leveranciers, het voortouw in een algemene bewustmaking en zoektocht naar milieuvriendelijkere duurzame transportoplossingen.
  • THG blijft permanent investeren in haar infrastructuur, met een specifieke focus op duurzaamheid. Op haar gebouwen werd inmiddels al voor meer dan 1MW aan zonnepanelen geïnstalleerd, maar ook andere elementen (zoals ledverlichting, verluchting, isolatie) worden in elk project mee in beschouwing genomen.

www.th-group.eu

Van Moer Logistics

Noterman

Pauwels

Verstraeten

Van Moer Logistics is een geïntegreerde logistieke dienstverlener actief in wegtransport, intermodaal vervoer en goederenopslag. De groep telt 30 locaties in België en Duitsland en stelt 2.200 mensen tewerk. Van Moer Logistics beheert een vloot van 500 vrachtwagens, 9 binnenvaartschepen en 680.000 m2 aan magazijnen.

In 2022 realiseerde Van Moer Logistics een omzetgroei van 40% tot 310 miljoen euro, zowel organisch als door overnames.

Begin 2022 nam Van Moer Logistics het Duitse Holtstieger Speditions- und Lagerhaus GmbH in Nettetal over. Op het einde van het tweede kwartaal werden ook de overnames voltooid van Group Van Loon (geïntegreerd in Van Moer Cleaning & Repair en Van Moer Bulk & Liquids) en Broekman Logistics Belgium Antwerp (intussen Van Moer Chemicals). In het laatste kwartaal nam Van Moer Logistics Rhenus Terminal Brussels (intussen Van Moer Brussels) over.

De organische groei manifesteerde zich in alle divisies (warehousing, transport, ports & intermodal logistics en bulk & tank container logistics). De rentabiliteit verbeterde voornamelijk in de afdelingen 'warehousing', 'ports & intermodal logistics' en 'bulk & tank container logistics', als resultaat van de hoge vraag naar opslagruimte in de magazijnen en op de terminals. In het laatste kwartaal van 2022 ondervond Van Moer Logistics de impact van de oorlog in Oekraïne en van de energiecrisis. De magazijnen hadden nog steeds een hoge bezettingsgraad, maar

Van Moer Logistics I Magazijn Antwerpen

Van Moer Logistics NV

(€ 1.000) 2022 2021
Omzet 310.267 222.378
EBITDA 22.187 14.520
Nettoresultaat (deel groep) 5.754 1.328
Eigen vermogen (deel groep) 42.106 36.266
Netto financiële positie -28.398 -15.806

de goederenstroom vertraagde aanzienlijk (minder in & outs in de magazijnen). Ook de transportafdelingen kenden hierdoor een scherpe terugval.

Deze trend zet zich voort in het eerste kwartaal van 2023. Van Moer Logistics verwacht een verder dalende vraag naar opslagruimte en transport in de eerste jaarhelft van 2023.

Partners for sustainable growth

Ghekiere

Hebb

COLLECTION CO
J IN NILTER
-1/4
4 ENDINES CONSULERSO
t
0
BEVALLARE IS
DUCETIAM
BABBAR
-6)
111
O VUARDIG VIENK
Beach And On
GROOF
12
State U
S PATALIE DI
pressuracing
214
05.0
0.0.02.2020.01.2
STORES OF
GENERGOLIAPPEN
合肥品
12 consumers
EN PRODUCTIE
CO
13 KINNERSCHE
1777
14 LEVEN N
And States
.
16 STERKE PUBLIEKE
DOSTB
FARSTMEESCHAP ON
17
DOELSTELLINGS!
TE BERE KEN
8
  • Na een succesvolle testfase met de dual fuel waterstoftruck werden 10 extra trucks besteld die in april 2023 geleverd worden. Deze trucks stoten tot 80% minder koolstofdioxide uit en zijn ook economisch rendabel.
  • De bouw van een nieuw BREEAM-magazijn van 7.500 m² werd gestart op de site in Zwijndrecht. Het magazijn zal een hypermoderne en volautomatische afvullijn huisvesten met oog voor de hoogste veiligheids- en milieunormen.
  • Er werd 2 miljoen euro geïnvesteerd in de veiligheidstechnologie van Rombit. De komende drie jaar worden 335 heftrucks gradueel uitgerust met Internet of Things (IoT)-technologie om de productiviteit, veiligheid en kwaliteit op de werkvloer te optimaliseren.
  • Dochterbedrijf WeBarge breidt haar binnenvaartvloot uit met drie hybride 'river drone barges'. De Stage V motor zorgt voor een CO2 -reductie van 37% en de uitstoot van NOx en fijn stof daalt met respectievelijk 81% en 97%. De motoren kunnen in een latere fase snel omgeschakeld worden naar alternatieve brandstoffen zoals waterstof of elektriciteit.
  • Twee divisies van Van Moer Logistics vernieuwden begin 2022 hun Ecovadis-scores. De bulk- en tankcontainerafdeling behaalde een gouden score en de transportafdeling behaalde een zilveren score. In 2021 kreeg de intermodale divisie ook reeds een gouden score.

www.vanmoer.com

Hanne Callewaert

Emmanuel Hanon Wilfried Dalemans

AstriVax

AstriVax maakt gebruik van DNA-technologie om nieuwe vaccins te ontwikkelen die makkelijk te produceren zijn, minder eisen stellen op het gebied van de koude keten en een ruime, langdurige bescherming bieden tegen uiteenlopende virussen en andere ziekteverwekkers.

AstriVax, een spin-off van KU Leuven Rega Insitute for Medical Research, werd in de zomer van 2022 opgericht. Het bedrijf sloot een kapitaalronde af van 30 miljoen euro. Op termijn zal AvH een deelnemingspercentage van 7,7% in AstriVax aanhouden.

AstriVax maakt gebruik van DNA-technologie die werd ontwikkeld aan het Rega Instituut door Prof. Neyts en Prof. Dallmeier en wil daarmee nieuwe vaccins ontwikkelen, meer bepaald profylactische vaccins om bescherming te bieden tegen gele koorts en hondsdolheid. Beide ziekten veroorzaken wereldwijd samen bijna 90.000 overlijdens per jaar, hoofdzakelijk in ontwikkelingslanden. De huidige vaccins zijn moeilijk te maken en er worden regelmatig tekorten gemeld. Voorts zijn ze ook moeilijk te vervoeren in tropische gebieden aangezien ze een complexe koude keten vereisen. Daarnaast ontwikkelt AstriVax ook therapeutische vaccins met in de eerste plaats een genezend Hepatitis B vaccin.

Sinds haar oprichting verwezenlijkte AstriVax enkele belangrijke mijlpalen. Naast de opening van de kantoren en de verhuis van het academische onderzoek naar een industriële omgeving, kon CEO Dr. Hanne Callewaert recent haar 13e medewerker verwelkomen. Het bedrijf trok ook Dr. Emmanuel Hanon aan, voormalig Global Head Vaccine R&D bij GSK. Dr. Hanon brengt veel expertise met zich mee, zowel op vlak van profylactische als therapeutische vaccins, en zal zich onder meer focussen op de ontwikkeling van het Hepatitis B vaccin. Wilfried Dalemans, veteraan van de Belgische biotechwereld en vroegere CTO van Tigenix, is aangetrokken voor dezelfde rol bij AstriVax. Dr. Dalemans zal de productiemethode-ontwikkeling van deze innovatieve vaccins in goede banen leiden. De raad van bestuur van AstriVax mocht ook Dr. Jeanne Bolger verwelkomen als onafhankelijk voorzitster. Dr. Bolger is arts van opleiding en reeds meer dan een decennium actief in het Licensing and Acquisition team van Johnson & Johnson. Daarvoor was ze directeur bij de Business Development afdeling van GlaxoSmithKline. Van 2012 tot 2022 was Dr. Bolger Vice President Venture Investments bij Johnson & Johnson Innovation en verantwoordelijk voor de corporate venturing-activiteiten in Europa.

AstriVax I DNA-streng

Partners for sustainable growth

• Met de ontwikkeling van vaccins voor ernstige ziekten, waarvan sommige een verhoogde tropische geografische prevalentie hebben, draagt AstriVax bij aan de wereldwijde gezondheidssituatie.

www.astrivax.com

Carlo Boutton

Patrice Sellès

Luc Maertens

Patrick McDonnell

Wim Ottevaere

Biotalys is een landbouwtechnologiebedrijf (AgTech) met een baanbrekend technologieplatform. Het ontwikkelt effectieve en veilige gewas- en voedselbeschermingsproducten met nieuwe werkingsmechanismen voor de bestrijding van belangrijke gewasplagen en ziekten in de volledige voedselketen. Biotalys is genoteerd op Euronext Brussel na een succesvolle beursgang in juli 2021.

Biotalys heeft in 2022 verscheidene belangrijke mijlpalen gerealiseerd.

Met tot nu toe meer dan 600 proeven heeft het wereldwijde testprogramma van Biotalys de kracht en doeltreffendheid van haar eerste biofungicide Evoca™ verder bewezen. In veldproeven in 2022 presteerde Evoca™ beter dan een toonaangevend chemisch product bij toepassing in de bloeifase van druiven in een programma met rotatie van fungiciden. Na de goedkeuring door het milieuagentschap EPA, naar verwachting in de loop van 2023, zal de eerste generatie Evoca™ beschikbaar zijn voor Amerikaanse telers die op zoek zijn naar nieuwe middelen om hun gewassen duurzamer te beschermen.

Na het bereiken van een belangrijke doorbraak in de eiwitexpressie, die resulteert in een 500% hogere productie en een drastische verlaging van de productiekosten voor het bioactieve bestanddeel van Evoca™, heeft Biotalys haar pijplijn van biofungiciden aangepast om effectief marktaandeel te veroveren. De volgende generatie van Evoca™ bevindt zich in de ontwikkelingsfase en zal volgens plan in 2026 zowel in de VS als in de EU op de markt komen. Het bedrijf verwacht dat deze volgende generatie Evoca™ positieve cashflowmarges zal genereren. Dit zal niet het geval zijn voor de eerste generatie Evoca™, gezien de huidige productiekosten. BioFun-6 blijft volgens plan vorderen, zodat Biotalys zich kan concentreren op de doorvoer en de selectiecapaciteit. Dit vergroot de waarschijnlijkheid van het succes en van een gedifferentieerd aanbod voor de bescherming van groenten en fruit tegen 2028.

Het Fungicide Resistance Action Committee (FRAC) heeft voor de werkzame stof van Evoca™ een volledig nieuwe klasse in het leven geroepen. Deze nieuwe classificatie toont de telers dat Evoca™ een nieuw instrument zal zijn dat de bestaande biologische en conventionele gewasbeschermingsoplossingen aanvult om de schimmelziekten Botrytis en echte meeldauw te bestrijden.

Na een succesvolle haalbaarheidsstudie voor een alternatief proces dat de productiekosten van Evoca™ aanzienlijk zal verminderen, zijn de Deense groep Novozymes, een wereldleider in biotechnologische oplossingen, en Biotalys de volgende fase van hun partnerschap aangegaan om de mogelijkheden voor Evoca™ uit te breiden, met de optie van een mogelijke commerciële samenwerking voor een toekomstige generatie van het product.

Begin 2022 heeft Biotalys het nieuwe door de Gates Foundation gefinancierde fungicidenprogramma (BioFun-7) opgestart om nieuwe biologische oplossingen te ontwikkelen voor cowpeas en andere peulvruchten. Dit nieuwe programma is een belangrijke kans voor het team van Biotalys om de knowhow op het gebied van schimmelbestrijding, opgebouwd met het AGROBODY Foundry™ platform, te benutten. Het verschaft Biotalys een financiering van meer dan 5,1 miljoen euro over 4 jaar.

De raad van bestuur en het managementteam van Biotalys werden versterkt met de benoeming van respectievelijk dr. Michiel van Lookeren Campagne als onafhankelijk bestuurder (ex-Syngenta, Bayer en CSIRO) en Carlo Boutton, PhD, als Chief Scientific Officer (ex-Ablynx en Tibotec).

Biotalys I Proeven met planten

Partners for sustainable growth

• In mei 2022 won het biologische bestrijdingsmiddel Evoca™ de World BioProtection Award 2022 for Best Biofungicide Product tijdens de World BioProtection Summit in Birmingham (VK), dankzij het innovatieve karakter, de wetenschappelijke waarde en het marktpotentieel van het product.

www.biotalys.com

Danaë Delbeke

Devlin

Peter

Gijs Klarenbeeck Emmet Lydon

Daniel

Paul Moraviec

Verstappen

Indigo Diabetes

Indigo Diabetes is een pionier in de ontwikkeling van medische apparaten met eigen nanofotonica-technologie.

Indigo ontwikkelt een volledig implanteerbaar systeem voor de continue monitoring van multimetabolieten (Continuous multi-metabolite Monitoring - CMM) dat diabetespatiënten informatie verschaft over hun glucose-, ketonen- en lactaatspiegel. De CMM-sensor wordt onderhuids ingebracht, zodat de patiënt geen extern apparaat op het lichaam moet dragen. De sensor is ontworpen om patiënten en hun zorgverleners rechtstreeks toegang te geven tot de uitgebreide metabolische informatie die ze nodig hebben om diabetes beter onder controle te houden en de therapeutische besluitvorming te verbeteren.

Indigo heeft dit jaar haar apparaat verder ontwikkeld om een realtime, continue meting van de glucose-, ketonen- en lactaatgehalten bij volwassenen met diabetes mogelijk te maken. Het heeft daarbij de resultaten benut van GLOW, een prospectieve single-center vroege haalbaarheidsstudie die in 2021 werd uitgevoerd om de veiligheid en de integratie op korte termijn van de CMM-sensor te beoordelen.

In september 2022 maakte Indigo de rekrutering bekend van de eerste deelnemer aan de klinische studie SHINE in het Universitair Ziekenhuis Antwerpen. SHINE zal de stabiliteit op langere termijn van Indigo's multi-biomarkersensor voor mensen met diabetes evalueren. In totaal zullen een zevental deelnemers worden gerekruteerd in de proef die in België en Slovenië plaatsvindt. In Slovenië zal de rekrutering in het tweede kwartaal van 2023 van start gaan.

Eind 2022 ontving Indigo de medische hercertificering ISO 13485:2016 van TüV SUD voor het ontwerp en de ontwikkeling van apparaten en diensten voor de waarneming van biomarkers. Dit is een belangrijke mijlpaal voor Indigo, de illustratie van haar doeltreffende systeem voor kwaliteitsborging en haar inzet voor kwaliteit. ISO 13485:2016 is een internationaal erkende kwaliteitsnorm voor de sector van de medische hulpmiddelen.

Daarnaast heeft Indigo in de loop van het jaar haar team versterkt met een aantal senior medewerkers, zodat het nu 45 personeelsleden telt. Dit weerspiegelt de aanhoudende groei van het bedrijf en haar evolutie van 'early stage' naar een zich ontwikkelende organisatie met klinisch 'proof of concept'.

Partners for sustainable growth

  • Als jong bedrijf met een potentieel grote socio-economische impact, heeft Indigo Diabetes van meet af aan ESG centraal gesteld in zijn beleidskeuzes.
  • Het multidisciplinaire team van Indigo telt vandaag 45 experts met 12 verschillende nationaliteiten. Het HR-beleid is gericht op een inclusieve organisatie gedragen door haar diversiteit.
  • Haar productontwikkeling stelt 'sustainable product life cycle management', met minimale verpakking en processen zonder verspilling centraal.
  • Ook haar operationeel beleid, zelfs als klein bedrijf, is gericht op duurzaamheid.

www.indigomed.com

Indigo Diabetes I Product (render) in klinisch onderzoek

Ludo Haazen

Sam Possemiers

Christiane Verhaegen

MRM Health

MRM Health ontwikkelt innovatieve geneesmiddelen op basis van gezonde bacteriën in de darm. Het bedrijf heeft een nieuwe technologie ontwikkeld die toelaat om combinaties van specifieke darmbacteriën samen te stellen en te produceren als baanbrekende geneesmiddelen tegen ontstekingsziekten, neurologische aandoeningen en stofwisselingsziekten.

De darm wordt bevolkt door een grote populatie van bacteriën (het microbioom), die een belangrijke regulatorfunctie heeft in het lichaam. Verstoringen zijn sterk geassocieerd met lokale ziekten in de darm, waaronder inflammatoire darmaandoeningen, maar ook met aandoeningen in de rest van het lichaam zoals artritis, diabetes en de ziekte van Parkinson.

MRM Health werd begin 2020 opgericht door de Gentse microbioomexpert MRM Technologies, in samenwerking met het onderzoeksinstituut VIB.

Eind 2021 werd de eerste klinische studie met MH002, een kandidaat geneesmiddel voor inflammatoire darmaandoeningen zoals colitis ulcerosa, in patiënten opgestart. Per eind 2022 is de rekrutering voor de studie afgerond en heeft al meer dan 30% van de deelnemers de volledige studie doorlopen. De eerste resultaten worden midden 2023 verwacht. In 2022 werd ook de tweede klinische studie met MH002 opgestart voor de behandeling van pouchitis. De rekrutering van patiënten voor deze bijkomende fase 2 studie is momenteel aan de gang in meerdere klinische centra in Europa.

Daarnaast heeft MRM Health in 2022 sterke vooruitgang geboekt in verschillende preklinische programma's. In het type 2 diabetes programma, in samenwerking met IFF, werd een nieuw kandidaat-consortium ter behandeling van dit type diabetes succesvol getest in preklinische modellen, waarmee een tweede belangrijke mijlpaal in het project tijdig werd behaald. Daarnaast is ook het project rond de ontwikkeling van een baanbrekende behandeling voor de ziekte van Parkinson in een stroomversnelling geraakt dankzij de toekenning van bijna 2 miljoen euro aan subsidies door VLAIO. Tenslotte toonde een nieuw project aan dat een consortium, ontwikkeld met het unieke CORAL® technologieplatform van MRM Health, in staat is om niet-alcoholische leververvetting en leverfibrose tegen te gaan. Dit is opnieuw een bevestiging van het potentieel van het microbioom als bron van therapeutische middelen en van de kracht van het CORAL® technologieplatform.

Ten slotte heeft MRM Health in 2022 haar eigen collectie van bacteriële stammen meer dan verdrievoudigd. Deze uitbreiding zorgt voor een sterke stijging in toegang tot potentieel therapeutische stammen en een efficiënter en sneller ontwikkelingstraject.

MRM Health I Microbioom

Partners for sustainable growth

  • MRM Health focust op de verbetering van de gezondheid in de samenleving en plaatst de patiënt centraal bij strategische keuzes.
  • Bij het nastreven van haar strategische groei, het gebruik van haar innovatieve technologieën en het nemen van beslissingen, hecht MRM Health veel belang aan ethiek, duurzaamheid, goed bestuur, maatschappij en milieu.

www.mrmhealth.com

François Degrave

Jean-Pol Detiffe

Berengere Pierre

Flamant

Genin

Gregori Ghitti

Emmanuel Martin

OncoDNA

OncoDNA is actief in theranostica en genomica met een specialisatie in precisiegeneeskunde voor de behandeling van kanker en genetische ziekten.

Bernard Courtieu

Het bedrijf levert haar klanten (clinici, academische onderzoekers en biofarmaceutische bedrijven) tools om de moleculaire complexiteit te slim af te zijn en de belofte van precisiegeneeskunde waar te maken. Het levert klinische sturing voor de behandeling en onmiddellijke monitoring van kankerpatiënten in een laat stadium, maar steunt ook het onderzoek en de ontwikkeling van geneesmiddelen voor kanker en genetische ziekten.

OncoDNA telt meer dan 110 werknemers in 9 landen, heeft een internationaal netwerk van 35 distributeurs en is op alle continenten actief.

In 2022 kende OncoDNA opnieuw een forse groei. De omzet steeg met 7% naar 16,7 miljoen euro, voornamelijk dankzij de toegenomen diensten aan R&D-klanten.

2022 was bovendien een kanteljaar voor de onderneming met de lancering van een pan-kanker diagnostische kit met CE-keurmerk tijdens het congres van ESMO (European Society for Medical Oncology) in Parijs. De kit zal laboratoria overal ter wereld toegang geven tot de moleculaire profilering van kankers en de potentiële identificatie van alternatieve behandelingen voor patienten die aan gevorderde vormen van kanker lijden. Dit is een belangrijke stap voor OncoDNA, want het zal de decentralisatie van haar model mogelijk maken, met een veel ruimer bereik dan het oorspronkelijke model, waarin alle proeven in één centraal laboratorium werden uitgevoerd.

Tegelijkertijd zijn grote inspanningen voor kwaliteitsborging geleverd om de industriële klanten beter te dienen. Het management verwacht dat dit in 2023 vruchten zal afwerpen in de vorm van een internationale certificering van het laboratorium in Evry (Frankrijk).

OncoDNA bleef haar portfolio van diagnostische tests verder ontwikkelen met een focus op vloeibare biopsie en de sequentiëring van circulerend tumor-DNA, een niet-invasieve manier om het tumorprofiel te onderzoeken, de patiënt beter te monitoren en een terugval sneller te identificeren.

OncoDNA I Diagnostische test

Partners for sustainable growth

• De teams van OncoDNA zetten zich dagelijks in voor de verbetering van de gezondheid en het welzijn. De onderneming verwacht meer patiënten te bereiken en haar ESG-beleid te verbeteren met betrekking tot maatschappelijke impact, menselijk kapitaal en deugdelijk bestuur. Op lange termijn wil OncoDNA de beloften van een gepersonaliseerde geneeskunde waarmaken.

www.oncodna.com

3%

Adukia

Harsha Raghavan

Bedi

Convergent Finance

Convergent Finance is een in Mumbai-gevestigd partnerschap voor beleggingsbeheer en -advies dat zich toespitst op investeringen in gerenommeerde beursgenoteerde ondernemingen in India.

Volgens de Wereldbank is het bruto binnenlands product (bbp) van India de afgelopen 10 jaar met ongeveer 6% per jaar gegroeid om in 2021 ongeveer 3,2 biljoen dollar te bereiken. Morgan Stanley heeft onlangs geraamd dat de groei van het bbp verder zal versnellen tot 7,5 biljoen dollar in 2031. De Indiase groei wordt gedreven door onder meer de formalisering en consolidatie van de historisch gefragmenteerde economie, overheidsmaatregelen zoals een faillissementswet en een belasting op goederen en diensten, een streven naar een productie die competitiever in de export is en de import vervangt, en een stijgende consumentenvraag van de enorme Indiase middenklasse.

In oktober 2022 ging Convergent een strategisch partnerschap aan met AvH om de operationele en industriële expertise en de wereldwijde netwerken van de groep te benutten. AvH heeft 6 miljoen euro geïnvesteerd in een door Convergent Finance beheerd fonds en co-CEO John-Eric Bertrand werd benoemd tot voorzitter van de adviesraad van Convergent om het bedrijf te helpen met toekomstige investeringen en strategieën voor de portefeuillebedrijven.

Convergent focust op verschillende sectoren zoals voeding & drank, speciale chemicaliën, duurzame technologie en gezondheidszorg. Tot de huidige investeringen behoren beursgenoteerde ondernemingen zoals ADF Foods, Camlin Fine Sciences, Borosil Renewables en Jagsonpal Pharmaceuticals. Het investeringsproces van Convergent omvat de identificatie van opportuniteiten voor het eigen platform en voor overnames, een snelle uitvoering en een niet aflatende focus op prestatieverbetering.

Convergent mikt op kasstroomgenererende bedrijven met een waardegedreven managementteam dat zich in de loop van bedrijfscycli heeft bewezen. Er wordt op een vriendelijke manier geïnvesteerd, met een actieve ondersteuning van het management en incentives voor een groei op lange termijn.

Convergent Finance I Managementteam

In februari 2022 kondigde het vlaggenschipfonds van Convergent, Infinity Holdings, een investering van 20 miljoen USD aan in Jagsonpal Pharmaceuticals, dat zich voornamelijk toelegt op de distributie en marketing van formuleringen. Als onderdeel van deze transactie werd Manish Gupta, een veteraan met 30 jaar ervaring in de farmaceutische industrie, benoemd tot algemeen directeur van Jagsonpal. Jagsonpal is sterk vertegenwoordigd in heel India, met meer dan 900 verkopers en een netwerk van meer dan 1.600 leveranciers.

Partners for sustainable growth

  • Een positieve impact op de wereld en het creëren van waarde op lange termijn voor alle belanghebbenden staan centraal in de ESG-filosofie van Convergent. Convergent gelooft in bedrijven die voorrang geven aan ESG en steunt ze met haar investeringen. De aanpak van het bedrijf omvat:
    • Een exclusielijst van sectoren zoals tabak en verdovende middelen, wapens, gokken en pornografie
    • Een uitgebreid ESG-beoordelingsproces met meer dan 25 criteria
    • Afstemming met het management over ESG-gerelateerde verbeteringen en mijlpalen
    • Versterking van de governancekaders en uitvoering volgens een vooraf overeengekomen ESG-stappenplan
  • Via haar platform wil Convergent ook bijdragen aan de Sustainable Development Goals (SDGs) van de Verenigde Naties, waaronder:
    • Kwaliteitsvol onderwijs (SDG 4)
    • Gendergelijkheid (SDG 5)
  • Uiteindelijk heeft de ESG-aanpak van Convergent tot doel het juiste te doen voor de beleggers, de platformbedrijven en de gemeenschap als geheel.

www.convergentfinance.com

HealthQuad I Fund

Janssen 11% HealthQuad II Fund

Charles-Antoine

Manish Jha

Ajay Mahipal

Shrikhande

Amit Varma

Sunil Thakur

HealthQuad

HealthQuad is een Indiaas fonds voor venture- en groeikapitaal dat op de snel groeiende Indiase gezondheidssector focust.

HealthQuad Fund I investeerde in 7 ondernemingen in de Indiase gezondheidssector, waaronder Medikabazaar. Het fonds richt zich op groeibedrijven met potentieel unieke en innovatieve oplossingen voor de verbetering van de efficiëntie, de toegankelijkheid en de kwaliteit van de Indiase sector van de gezondheidszorg. De focussegmenten zijn onder meer gespecialiseerde ziekenhuizen, medische apparatuur en technologie, IT en aanverwante diensten. HealthQuad verhoogt de operationele en strategische waarde van haar participaties dankzij de medische achtergrond en de expertise van het management en haar uitgebreide netwerk. HealthQuad Fund I is nu volledig geïnvesteerd en heeft al twee exits voltooid.

In maart 2022 voltooide HealthQuad de finale closing van haar tweede fonds met 161 miljoen USD aan toegezegd kapitaal. AvH nam deel als ankerinvesteerder met een engagement van 17,5 miljoen USD. HealthQuad Fund II heeft reeds ongeveer 98 miljoen USD ingezet in 11 bedrijven. Het is van plan om in 2023 20-30 miljoen te USD investeren om een portfolio van 12 tot 14 ondernemingen in het Indiase gezondheidsecosysteem op te bouwen.

De 7 nieuwe investeringen in 2022 zijn:

  • Stanplus: leverancier van hulpdiensten (Emergency Response Service (ERS)) voor ziekenhuizen, ondernemingen en patiënten
  • Ekincare: gezondheids- en welzijnsplatform voor ondernemingen
  • Qure.AI: interpretatie met artificiële intelligentie van röntgenfoto's, CT-scans enz. voor de vroege opsporing van ziekten
  • Redcliffe: omni-channel diagnosebedrijf

HealthQuad I Tandlaboratorium

  • GoApptiv: platform voor de uitbreiding van de distributiekanalen voor farmaceutica op de plattelandsmarkten
  • Wysa: chatbot met artificiële intelligentie voor de verbetering van de geestelijke gezondheid
  • Beato: digitaal zorgplatform voor het beheer en de controle van diabetes

Het tweede fonds werd gesteund door AvH, Teachers Insurance and Annuity Association of America (TIAA), het in het VK gebaseerde DFI BII, het Indiase DFI SIDBI, Swedfund, J&J en Merck & Co. Inc. In lijn met haar actieve investeringsstrategie is AvH vertegenwoordigd in het investeringscomité en de adviesraad van het Health-Quad Fund II. AvH streeft ernaar om samen met het fonds te investeren in enkele beloftevolle portfoliobedrijven.

Partners for sustainable growth

  • HealthQuad streeft naar het creëren van een structurele en duurzame sociale impact door op de volgende doelstellingen te focussen:
    • De toegang tot gezondheidszorg verbeteren
    • De gezondheidszorg betaalbaar maken
    • Het gezondheidsbewustzijn bevorderen
    • De kwaliteit van de gezondheidszorg verbeteren
  • Positieve sociale impactfactoren staan centraal in het besluitvormingsproces en gaan verder dan het verbeteren van de gezondheidsresultaten.
  • HealthQuad streeft veel van de SDGs na die in haar ondernemingsfilosofie passen en die aan de basis liggen van haar investeringslogica, zoals Goede gezondheid en welzijn, Waardig werk en economische groei en Verantwoorde consumptie en productie.
  • HealthQuad heeft een volledig ESG-kader geformuleerd dat ESG en impactmanagement in het investeringsproces integreert, om de ESG-risico's en -opportuniteiten van potentiële investeringen en portfoliobedrijven aan een vaste norm te kunnen toetsen.

www.healthquad.in

Manish Gahlaut

Dr Sandeep Gandhi

Ketan Malkan Manoj Mani

Rejoy Manjuran

Jitesh Mathur

Medikabazaar

Medikabazaar, India's toonaangevende B2B Healthtech-bedrijf, brengt met een breed scala aan technologische oplossingen een revolutie in de zorgketen teweeg.

Vivek Tiwari

Medikabazaar, opgericht in 2015 door Vivek Tiwari & Ketan Malkan, verbetert de toegankelijkheid, beschikbaarheid, betaalbaarheid en bewustwording van gezondheidszorg, voornamelijk in Tier 2 en Tier 3 steden en op het platteland. Het hanteert een hybride model met een eigen inventaris en marktplaats en werkt met meer dan 15.000 partners samen om in heel India producten te leveren aan meer dan 200.000 klanten.

Medikabazaar kende een sterk jaar 2022, met een stijging van de bruto-opbrengsten met 77% tot 480 miljoen USD, terwijl de EBITDA positief bleef. In april heeft Medikabazaar 65 miljoen USD opgehaald in een nieuwe kapitaalronde, met de steun van AvH en andere investeerders.

In de tweede helft van 2022 nam Medikabazaar twee gespecialiseerde distributiebedrijven in India over: Utivac, de grootste Indiase distributeur van vaccins, en Sri Nidhi Pharma, een toonaangevende distributeur van farmaceutische specialiteiten.

Bovendien blijft Medikabazaar actief nieuwe sectoren ontwikkelen, zoals nucleaire geneeskunde, levenscyclusbeheer van apparatuur (MBARC-platform) en private label medische kleding (Nexage). In 2022 bouwde Medikabazaar haar distributieplatform verder uit van 32 tot 42 centra en heeft ze in de sector van de tandverzorging

Medikabazaar I Oogcontrole

haar productiecapaciteit voor kronen uitgebreid tot meer dan 50.000 stuks per jaar, dankzij een nieuw tandtechnisch laboratorium in Gurgaon. Vizi, het SaaS-aanbod van Medikabazaar voor inkoop- en voorraadbeheer, bleef groeien met een verdubbeling van het aantal klanten dat deze technologie gebruikt, van ongeveer 500 naar meer dan 1000.

Partners for sustainable growth

  • Naast de zakelijke focus zijn gezondheid en duurzaamheid integrale aandachtspunten van Medikabazaar. De onderneming focust vooral op groene initiatieven en een lage koolstofuitstoot. Ze hergebruikt verpakkingsmateriaal en heeft het recyclagepercentage verhoogd. Er zijn ook ledlampen geïnstalleerd in alle vestigingen, in overeenstemming met de IFC-prestatienormen voor een efficiënt gebruik van hulpbronnen.
  • Medikabazaar beschouwt haar medewerkers als haar belangrijkste activa en bevordert hun veiligheid en welzijn. Voor alle werknemers werden meerdere sessies georganiseerd rond gezondheids- en oogcontroles en de preventie van hartziekten.
  • Volgens de richtlijnen van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties heeft Medikabazaar SDG 3 - goede gezondheid en welzijn, SDG 7 - betaalbare en schone energie en SDG 12 - duurzame consumptie en productie, als doelstellingen gekozen en werkt ze hier naartoe.
  • Als erkenning van haar toewijding aan klanten, werknemers en milieu werd Medikabazaar in de loop van het jaar op verschillende forums onderscheiden:
    • Frost & Sullivan 2022 Indian B2B Healthcare eCommerce Entrepreneurial Company of the Year
    • The Economic Times Healthworld Award of Excellence in Healthcare Supply Chain & Logistics
    • FICCI Healthcare Excellence Awards 2022
    • Financial Express Best Hospital Technology Provider Award 2022
    • IHW Digital Solutions For Rural Healthcare Award

www.medikabazaar.com

Nicholas Cator

Lauren Burns

Rishika Chandan

Sarvesh Nevatia

Hari Rajmohan

Venturi Partners

Venturi Partners is een in Singapore gebaseerde fondsbeheerder met een sterke focus op de consumentensector in India en Zuidoost-Azië.

Ondanks een wereldwijd uitdagende geopolitieke en economische situatie blijft Venturi behoedzaam optimistisch over haar focusregio en over haar vermogen om een goed rendement te genereren voor haar investeerders. India is nu de vijfde grootste economie, met een bbp dat naar verwachting in de volgende drie jaar met 8% tot 9% zal groeien. Zuidoost-Azië zal bovendien in 2023 een van de snelst groeiende regio's van de wereld blijven, met een verwachte groei van ongeveer 5%. Dankzij een sterke demografie en de opkomst van de middenklasse zal de consumentenmarkt in India en Zuidoost-Azië in het volgende decennium sterk blijven groeien.

In 2022 werden twee nieuwe ondernemingen in de portefeuille opgenomen: Country Delight, een online platform voor de levering van melk en dagelijkse benodigheden, en Believe, een halal schoonheids- en verzorgingsaanbod. Livspace, de eerste investering van het fonds en actief in interieurdesign en renovatiediensten, werd een 'unicorn' n.a.v. een laatste kapitaalronde.

In juni 2022 werd Venturi Fund I afgesloten met een toegezegd kapitaal van in totaal 180 miljoen USD. AvH nam deel aan de initiële closing als ankerinvesteerder, met een engagement van 20 miljoen USD, te investeren over een periode van 4 jaar. Eind 2022 had Venturi drie portfoliobedrijven in het fonds (Livspace, Country Delight en Believe) en had het ongeveer 30% van het toegezegde kapitaal opgenomen. Het fonds mikt op een totaal van 8 investeringen, zodat het een echt actieve investeerder zal worden. Het zal focussen op klantgerichte, doelgerichte merken in de onderwijssector, de gezondheidszorg en de consumentensector. AvH wil samen met het fonds investeren in een selectie van snel groeiende ondernemingen met een disruptief bedrijfsmodel.

Venturi Partners I Country Delight

Partners for sustainable growth

  • Venturi meent dat de belangen van het fonds het beste overeenstemmen met die van haar investeerders en van haar portfoliobedrijven wanneer ecologische, sociale en governance-aspecten (ESG) meespelen in de besluitvorming over de investeringen. Dat maakt een beter risicobeheer mogelijk en creëert een duurzame, verantwoorde waardecreatie op lange termijn voor de investeerders van Venturi.
  • Venturi stemt haar bestaande investeringen af op de SDGs en werkt aan een eigen systeem voor ESG-scoring. Dit zal het investeringsproces aanvullen en helpen om risico's en focusdomeinen in een vroeg stadium te identificeren. Het is de bedoeling om nauw met de portfoliobedrijven samen te werken en hen te helpen om op lange termijn duurzamer te worden. Dat zal de impact van Venturi vergroten en verzekeren dat aan de ESG-normen wordt voldaan.
  • Daarnaast schonk Venturi 2% van haar opbrengsten aan projecten voor de 'empowerment' van vrouwen, voor onderwijs in India en voor landherstel in Indonesië.

www.venturi.partners

Your partner for sustainable growth

Jaarverslag 2022 141

-

• 2. Dochterondernemingen en gemeenschappelijke
dochterondernemingen 158
• 3. Geassocieerde en niet-geconsolideerde deelnemingen 162
• 4. Bedrijfsacquisities & -verkopen 164
• 5. Activa en passiva bestemd voor verkoop 164
• 6. Segmentinformatie 165
• 7. Immateriële vaste activa 178
• 8. Goodwill 179
• 9. Materiële vaste activa 180
• 10. Vastgoedbeleggingen gewaardeerd aan reële waarde 181
• 11. Ondernemingen waarop de vermogensmutatiemethode
is toegepast 183
• 12. Financieel risicobeheer en afgeleide financiële instrumenten 184
• 13. Financiële activa en passiva 189
• 14. Banken - vorderingen op kredietinstellingen & cliënten 193
• 15. Voorraden en onderhanden projecten in opdracht van derden 194
• 16. Minderheidsbelangen 195
• 17. Leasing 197
• 18. Voorzieningen 198
• 19. Financiële schulden 200
• 20. Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 201
• 21. Belastingen 203
• 22. Aandelenoptieplannen 205
• 23. Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen 206
• 24. Tewerkstelling 207
• 25. Grond- & hulpstoffen, diensten en uitbesteed werk 207
• 26. Pensioenverplichtingen 208
• 27. Verbonden partijen 210
• 28. Winst per aandeel 211
• 29. Voorgestelde en uitgekeerde dividenden 212
• 30. Belangrijke feiten na balansdatum 212
• Verslag van de commissaris 213

Resultatenrekening

(€ 1.000) Toelichting 2022 2021
Bedrijfsopbrengsten 6 4.401.419 4.312.374
Verrichting van diensten 42 99.279
Vastgoedopbrengsten 10 221.392 225.495
Rente-opbrengsten bancaire activiteiten 115.243 103.801
Vergoedingen en commissies bancaire activiteiten 100.051 98.566
Opbrengsten uit onderhanden projecten in opdracht van derden 15 3.864.890 3.664.508
Overige bedrijfsopbrengsten 99.802 120.726
Exploitatielasten (-) 6 -4.108.096 -4.023.991
Grond- & hulpstoffen, diensten en uitbesteed werk (-) 25 -2.849.372 -2.673.943
Rentelasten Bank J.Van Breda & C° (-) -20.047 -22.759
Personeelslasten (-) 24 -820.282 -877.690
Afschrijvingen (-) 7 - 9 -359.585 -350.553
Bijzondere waardeverminderingen (-) 1.053 -45.810
Overige exploitatielasten (-) -51.455 -52.687
Voorzieningen 18 -8.408 -550
Winst (verlies) op activa/passiva gewaardeerd aan reële waarde via resultatenrekening 6 -16.854 34.048
Financiële activa - Fair value through P/L (FVPL) 13 -5.234 41.077
Vastgoedbeleggingen 10 -11.620 -7.029
Winst (verlies) op de overdracht van activa 6 379.402 34.699
Gerealiseerde meer(min)waarde op immateriële en materiële vaste activa 9.491 7.182
Gerealiseerde meer(min)waarde op vastgoedbeleggingen 10 28.346 4.403
Gerealiseerde meer(min)waarde op financiële vaste activa 13 343.866 22.951
Gerealiseerde meer(min)waarde op andere activa -2.301 163
Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten 655.871 357.130
Financieel resultaat 12 -10.156 -21.210
Renteopbrengsten 17.619 11.941
Rentelasten (-) 19 -37.365 -33.694
(Niet)gerealiseerde wisselkoers-resultaten -9.219 7.056
Overige financiële opbrengsten (kosten) -7.114 -12.530
Afgeleide financiële instrumenten gewaardeerd aan reële waarde via resultatenrekening 12 25.923 6.018
Aandeel in de winst (verlies) van ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast 11 243.874 255.191
Overige niet-exploitatiebaten 0 548
Overige niet-exploitatielasten (-) 0 0
Winst (verlies) vóór belasting 889.590 591.659
Winstbelastingen 21 -82.078 -79.449
Uitgestelde belastingen 3.250 5.624
Belastingen -85.328 -85.073
Winst (verlies) na belasting uit voortgezette bedrijfsactiviteiten 807.512 512.210
Winst (verlies) na belasting uit bedrijfsactiviteiten die worden beëindigd 4 3.050 -150
Winst (verlies) van het boekjaar 810.562 512.060
Aandeel van het minderheidsbelang 16 101.907 105.246
Aandeel van de groep 708.655 406.814
Winst per aandeel (€) 2022 2021
1. Gewone winst (verlies) per aandeel
1.1. Uit de voortgezette en beëindigde bedrijfsactiviteiten 28 21,39 12,27
1.2. Uit de voortgezette activiteiten 28 21,31 12,28
2. Verwaterde winst (verlies) per aandeel
2.1. Uit de voortgezette en beëindigde bedrijfsactiviteiten 28 21,37 12,26
2.2. Uit de voortgezette activiteiten 28 21,28 12,26

We verwijzen naar de Toelichting 6 Segmentinformatie voor meer uitleg bij de geconsolideerde resultaten.

Staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten

(€ 1.000) Toelichting 2022 2021
Winst (verlies) van het boekjaar 810.562 512.060
Aandeel van het minderheidsbelang 16 101.907 105.246
Aandeel van de groep 708.655 406.814
Niet-gerealiseerde resultaten 121.581 67.061
Elementen die naar de resultatenrekening kunnen geherklasseerd worden in toekomstige periodes
Wijziging herwaarderingsreserve: obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) 13 -58.554 -8.456
Belastingen 21 14.639 2.114
-43.916 -6.342
Wijziging herwaarderingsreserve: afdekkingsreserve 12 186.396 41.063
Belastingen 21 -46.495 -7.657
139.901 33.405
Wijziging herwaarderingsreserve: omrekeningsverschillen 22.929 36.941
Elementen die niet naar de resultatenrekening kunnen geherklasseerd worden in toekomstige periodes
Wijziging herwaarderingsreserve: aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) 13 5 137
Belastingen 21 -1 -34
4 103
Wijziging herwaarderingsreserve: actuariële winsten (verliezen) te bereiken doel-pensioenplannen 26 3.525 3.820
Belastingen 21 -861 -866
2.664 2.954
Totaal gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten
16 932.143
144.642
579.121
125.981
Aandeel van het minderheidsbelang

Voor de opbouw van het aandeel in het resultaat van het minderheidsbelang en van de groep wordt verwezen naar de Toelichting 6. Segmentinformatie.

Conform de boekhoudregel "IFRS 9 Financiële instrumenten" zijn financiële activa opgesplitst in 3 categorieën en worden schommelingen in de "reële waarde" van financiële activa opgenomen in de geconsolideerde resultatenrekening. De enige uitzondering hierop vormen de waardeschommelingen op de beleggingsportefeuille van Bank Van Breda en Delen Private Bank, die in de tabel hierboven zijn opgesplitst in aandelen en obligaties.

Afdekkingsreserves ontstaan door schommelingen in de marktwaarde van indekkingsinstrumenten die door verschillende groepsmaatschappijen werden afgesloten om zich in te dekken tegen risico's. Zo hebben meerdere groepsmaatschappijen (o.a. DEME, Nextensa en Rentel/SeaMade) zich ingedekt tegen een mogelijke stijging van de interestvoeten. Als gevolg van de evolutie van de (verwachte) marktinterestvoeten in 2022 is de marktwaarde van de indekkingsinstrumenten opnieuw positief, met niet-gerealiseerde winsten op afdekkingsreserves van 139,9 miljoen euro (inclusief aandeel van derden) tot gevolg.

Omrekeningsverschillen ontstaan als gevolg van schommelingen in de wisselkoersen van de deelnemingen die in vreemde munt rapporteren. In 2022 is de waarde van de euro gedaald in vergelijking tot de meeste relevante deviezen, wat zich per saldo vertaalt in positieve omrekeningsverschillen van 22,9 miljoen euro (inclusief aandeel van derden).

Sinds de invoering van de gewijzigde IAS19R boekhoudnorm in 2013, worden de actuariële winsten en verliezen op bepaalde pensioenplannen rechtstreeks via de niet-gerealiseerde resultaten verwerkt.

Balans - activa

(€ 1.000) Toelichting 2022 2021
I. Vaste activa 11.968.509 11.301.905
Immateriële vaste activa 7 117.649 149.391
Goodwill 8 319.953 327.829
Materiële vaste activa 9 2.720.708 2.762.846
Terreinen en gebouwen 246.782 426.584
Installaties, machines en uitrusting 2.183.188 1.944.209
Meubilair en rollend materieel 49.296 55.051
Overige materiële vaste activa 9.310 7.009
Activa in aanbouw 232.132 329.992
Vastgoedbeleggingen 10 1.278.716 1.267.150
Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast 11 1.845.237 1.647.196
Financiële vaste activa 13 398.203 336.038
Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL) 208.328 177.351
Vorderingen en borgtochten 189.875 158.687
Afdekkingsinstrumenten op meer dan één jaar 12 158.911 1.816
Uitgestelde belastingvorderingen 21 154.829 150.279
Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten op meer dan één jaar 14 4.974.302 4.659.360
Banken - leningen en vorderingen aan klanten 4.974.302 4.634.354
Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille 0 25.007
II. Vlottende activa 5.645.503 5.700.443
Voorraden 15 389.711 376.218
Bedrag verschuldigd door klanten voor onderhanden projecten 15 532.289 478.499
Geldbeleggingen 13 544.498 575.982
Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL) 41.328 48.190
Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) 502.908 507.529
Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) 263 259
Financiële activa - at amortised cost 0 20.005
Afdekkingsinstrumenten op ten hoogste één jaar 12 24.359 4.129
Vorderingen op ten hoogste één jaar 13 847.085 775.043
Handelsvorderingen 719.214 628.710
Overige vorderingen 127.871 146.332
Terug te vorderen belastingen 21 37.379 42.595
Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten op ten hoogste één jaar 14 1.965.939 2.477.238
Banken - interbancaire vorderingen 110.836 138.014
Banken - leningen en vorderingen aan klanten 1.214.188 1.113.898
Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille 0 698
Banken - tegoeden centrale banken 640.916 1.224.628
Geldmiddelen en kasequivalenten 1.160.972 883.730
Overlopende rekeningen en overige vlottende activa 143.270 87.010
III. Activa bestemd voor verkoop 5 62.504 230.679
Totaal der activa 17.676.517 17.233.026

De uitsplitsing van de geconsolideerde balans per segment is opgenomen in de Toelichting 6. Segmentinformatie. Zoals daaruit blijkt, heeft de integrale consolidatie van Bank Van Breda (segment Private Banking) een betekenisvolle impact op zowel het balanstotaal als de balansstructuur van AvH. Bank Van Breda draagt 7.657,0 miljoen euro bij tot het balanstotaal van 17.676,5 miljoen euro en ondanks het feit dat deze bank sterk gekapitaliseerd is zoals blijkt uit de Common Equity Tier 1-ratio van 15,5%, zijn haar balansverhoudingen, verklaard vanuit haar activiteit, verschillend van die van de andere bedrijven in de consolidatiekring. Om de leesbaarheid van de geconsolideerde balans te verhogen zijn bepaalde posten afkomstig uit de balans van Bank Van Breda in de geconsolideerde balans samengevat.

Balans - eigen vermogen en verplichtingen

(€ 1.000) Toelichting 2022 2021
I. Totaal eigen vermogen 6.002.456 5.235.002
Eigen vermogen - deel groep 4.633.633 3.957.228
Geplaatst kapitaal 113.907 113.907
Aandelenkapitaal 2.295 2.295
Agio 111.612 111.612
Geconsolideerde reserves 4.547.922 3.943.016
Herwaarderingsreserves 12.401 -66.445
Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) -32.964 1.620
Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) 129 126
Afdekkingsreserve 59.938 -31.050
Actuariële winsten (verliezen) te bereiken doel-pensioenplannen -23.375 -24.458
Omrekeningsverschillen 8.673 -12.682
Ingekochte eigen aandelen (-) 22 -40.597 -33.251
Minderheidsbelang 16 1.368.824 1.277.774
II. Langlopende verplichtingen 2.916.141 2.537.913
Voorzieningen 18 95.036 45.149
Pensioenverplichtingen 26 76.955 81.739
Uitgestelde belastingverplichtingen 21 151.635 161.849
Financiële schulden 12 - 19 1.631.833 1.419.899
Leningen van banken 1.333.174 1.025.574
Obligatieleningen 139.348 171.345
Achtergestelde leningen 677 61.625
Leasingschulden 112.180 149.514
Overige financiële schulden
Afdekkingsinstrumenten op meer dan één jaar
46.453 11.841
Overige schulden 12 53.892 74.034
Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 41.721 70.598
Banken - deposito's van kredietinstellingen 20 865.069 684.646
Banken - deposito's van klanten 0
736.385
0
644.663
Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld 40.003 39.983
Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille 88.681 0
III. Kortlopende verplichtingen 8.757.920 9.460.112
Voorzieningen 18 35.232 35.670
Pensioenverplichtingen 26 248 305
Financiële schulden 12 - 19 402.656 961.720
Leningen van banken 280.710 527.129
Obligatieleningen 0 74.819
Achtergestelde leningen 0 33.527
Leasingschulden 39.778 36.198
Overige financiële schulden 82.168 290.047
Afdekkingsinstrumenten op ten hoogste één jaar 12 31.893 16.315
Bedragen verschuldigd aan klanten voor onderhanden projecten 15 526.349 341.883
Overige schulden op ten hoogste één jaar 1.529.778 1.564.689
Handelsschulden 1.136.241 1.145.112
Ontvangen vooruitbetalingen 72.539 101.080
Schulden mbt bezoldigingen & sociale lasten 210.608 220.085
Overige schulden 110.391 98.411
Te betalen belastingen 21 98.131 109.196
Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 20 6.059.308 6.354.225
Banken - deposito's van kredietinstellingen 116.379 425.353
Banken - deposito's van klanten 5.817.110 5.723.461
Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld 124.766 205.412
Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille 1.052 0
Overlopende rekeningen 74.326 76.108
IV. Verplichtingen bestemd voor verkoop 5 0 0
Totaal van het eigen vermogen en de verplichtingen 17.676.517 17.233.026

Kasstroomoverzicht (indirecte methode)

(€ 1.000) Toelichting 2022 2021
I. Geldmiddelen en kasequivalenten, openingsbalans
Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten 883.730
655.871
842.408
357.130
Reclass 'Winst (Verlies) op de overdracht van activa' naar cashflow uit desinvesteringen -377.790 -34.699
Dividenden van vennootschappen waarop vermogensmutatie is toegepast 11 122.246 112.496
Overige niet-exploitatiebaten (lasten) 0 548
Winstbelastingen (betaald) 21 -84.378 -78.797
Aanpassingen voor niet-geldelijke posten
Afschrijvingen 7 - 9 359.585 350.553
Bijzondere waardeverminderingen 7 - 8 - 9 -1.014 45.861
Aandelenoptieplannen 22 -5.834 4.896
Winst (verlies) op activa/passiva gewaardeerd aan reële waarde via resultatenrekening 10 - 13 16.854 -34.048
(Afname) toename van voorzieningen 18 8.523 -4.268
Andere niet-kaskosten (opbrengsten) -951 1.197
Cashflow 693.111 720.869
Afname (toename) van het bedrijfskapitaal 23.524 60.876
Afname (toename) van voorraden en onderhanden projecten 15 -19.152 18.796
Afname (toename) van vorderingen 13 -112.931 -62.748
Afname (toename) van vorderingen kredietinstellingen & cliënten (banken) 14 172.598 -538.081
Toename (afname) van schulden (andere dan financiële schulden) 213.384 109.076
Toename (afname) van schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties (banken) 20 -204.306 555.645
Afname (toename) overige -26.069 -21.812
Operationele cashflow 716.635 781.745
Investeringen -954.131 -637.527
Aanschaffing van immateriële en materiële vaste activa 7 - 9 -514.530 -319.018
Investering in vastgoedbeleggingen 10 -42.157 -36.479
Verwerving van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsacquisities) 4 - 13 -59.940 -66.523
Liquide middelen verworven via bedrijfsacquisities 4.433 1.187
Nieuwe leningen toegestaan 13 -46.762 -20.059
Verwerving van geldbeleggingen 13 -295.174 -196.635
Desinvesteringen 956.824 266.205
Desinvesteringen van immateriële en materiële vaste activa 7 - 9 12.115 34.687
Desinvesteringen van vastgoedbeleggingen 10 169.036 26.987
Overdracht van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsverkopen) 4 - 13 488.707 28.169
Liquide middelen overgedragen via bedrijfsverkopen -541 -517
Terugbetaalde leningen 13 26.455 13.192
Overdracht van geldbeleggingen 13 261.051 163.687
Investeringscashflow 2.693 -371.322
Financiële operaties
Ontvangen dividenden 9.037 8.441
Ontvangen interesten 17.619 11.941
Betaalde interesten 12 - 19 -38.175 -32.651
Diverse financiële opbrengsten (lasten) -26.767 -13.343
Afname (toename) van eigen aandelen - AvH 22 -8.550 -3.132
Afname (toename) van eigen aandelen - dochterondernemingen -15.661 0
Toename van financiële schulden 19 593.858 218.432
(Afname) van financiële schulden 19 -824.484 -447.831
(Investeringen) en desinvesteringen in controleparticipaties 4 -43.733 1.174
Dividenden uitgekeerd door AvH 29 -91.085 -77.890
Dividenden uitgekeerd aan derden -16.241 -35.649
Financieringscashflow -444.181 -370.508
II. Netto toename (afname) in geldmiddelen en kasequivalenten 275.147 39.915
Wisselkoerswijzigingen op geldmiddelen en kasequivalenten 2.095 1.406
III. Geldmiddelen en kasequivalenten, slotbalans 1.160.972 883.730

Mutatieoverzicht van het geconsolideerd eigen vermogen

(€ 1.000)
Aandelenkapitaal &
agio
Geconsolideerde
reserves
Fair value through
Obligaties -
OCI (FVOCI)
Fair value through
Aandelen -
OCI (FVOCI)
Afdekkingsreserves (verliezen) te bereiken
doel-pensioenplannen
Actuariële winsten
Omrekeningsverschillen Ingekochte eigen
aandelen
Eigen vermogen - deel
groep
Minderheids
belang
Totaal eigen vermogen
Beginsaldo, 1 januari 2021 113.907 3.592.273 6.614 45 -46.080 -27.236 -46.115 -31.370 3.562.038 1.220.131 4.782.169
Winst 406.814 406.814 105.246 512.060
Niet-gerealiseerde resultaten -4.994 81 15.030 2.778 33.432 46.327 20.735 67.061
Totaal gerealiseerde en niet
gerealiseerde resultaten
0 406.814 -4.994 81 15.030 2.778 33.432 0 453.141 125.981 579.121
Uitkering dividend -77.890 -77.890 -34.682 -112.572
Verrichtingen met ingekochte eigen
aandelen
-1.881 -1.881 -1.881
Andere (vnl. wijzigingen consoli
datiekring / Belangen %)
21.820 21.820 -33.656 -11.836
Eindsaldo, 31 december 2021 113.907 3.943.016 1.620 126 -31.050 -24.458 -12.682 -33.251 3.957.228 1.277.774 5.235.002
Impact wijzigingen IFRS 0 0
Beginsaldo, 1 januari 2022 113.907 3.943.016 1.620 126 -31.050 -24.458 -12.682 -33.251 3.957.228 1.277.774 5.235.002
Winst 708.655 708.655 101.907 810.562
Niet-gerealiseerde resultaten -34.584 3 90.988 1.083 21.355 78.845 42.736 121.581
Totaal gerealiseerde en niet
gerealiseerde resultaten
0 708.655 -34.584 3 90.988 1.083 21.355 0 787.501 144.643 932.143
Uitkering dividend -91.085 -91.085 -16.241 -107.326
Verrichtingen met ingekochte eigen
aandelen
-7.346 -7.346 -7.346
Andere (vnl. wijzigingen consoli
datiekring / Belangen %)
-12.664 -12.664 -37.353 -50.017
Eindsaldo, 31 december 2022 113.907 4.547.922 -32.964 129 59.938 -23.375 8.673 -40.597 4.633.633 1.368.824 6.002.456

Voor commentaren bij de niet-gerealiseerde resultaten wordt verwezen naar de "Staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten".

Na de Algemene Vergadering van 23 mei 2022, betaalde AvH een dividend uit van 2,75 euro per aandeel, wat resulteerde in een totale uitkering van 91,1 miljoen euro.

AvH heeft in 2022 20.350 eigen aandelen ingekocht ter indekking van toegekende opties ten gunste van het personeel. Over diezelfde periode werden door begunstigden van het aandelenoptieplan opties uitgeoefend op 48.500 aandelen AvH. Eind 2022 staan in totaal opties uit op 317.100 aandelen AvH. Ter indekking van deze verplichting bezit AvH op diezelfde datum eenzelfde aantal eigen aandelen.

Daarnaast werden in het kader van het contract dat AvH met Kepler Cheuvreux afsloot ter ondersteuning van de liquiditeit van het aandeel AvH in 2022 347.174 aandelen AvH gekocht en 345.510 verkocht. Deze transacties worden volledig autonoom door Kepler Cheuvreux aangestuurd, maar aangezien ze voor rekening van AvH plaatsvinden, heeft de netto-aankoop van 1.664 aandelen AvH in dit kader een impact op het eigen vermogen van AvH. Eind 2022 bedraagt het aantal eigen aandelen in portefeuille in het kader van deze liquiditeitsovereenkomst 3.506.

Bovendien heeft AvH in oktober 2022 de start aangekondigd van een aandeleninkoopprogramma voor maximaal 70,0 miljoen euro. Het programma werd gestart vanaf 5 oktober 2022 en zal in beginsel lopen tot de jaarvergadering van 22 mei 2023, tenzij het maximumbedrag reeds vroeger geïnvesteerd is. In uitvoering van dit plan werden tot en met 31 december 2022 70.633 aandelen ingekocht voor een totaal bedrag van 9,6 miljoen euro.

De post "Andere" in de kolom "Minderheidsbelang" vloeit o.m. voort uit de wijzigingen in de consolidatiekring van AvH of haar participaties. In 2022 betrof het voornamelijk het bijkomende controlebelang van 32,6% dat Rent-A-Port verwierf in Infra Asia Investments en het verdwijnen van het minderheidsbelang van 8,2% in Anima als gevolg van de verkoop. Voor meer details verwijzen we naar Toelichting 6. Segmentrapportering.

Voorts bevat de post "Andere" in de kolom "Geconsolideerde reserves" o.a. de eliminaties van resultaten op verkopen van eigen aandelen, de impact van uitkoop van minderheidsbelangen, alsook de impact van de waardering van de aankoopverplichting die op bepaalde aandelen rust.

Algemene gegevens betreffende het kapitaal

Het geplaatst maatschappelijk kapitaal bedraagt 2.295.277,90 euro. Het kapitaal is volledig volgestort en wordt vertegenwoordigd door 33.496.904 aandelen zonder vermelding van nominale waarde. We verwijzen naar de Toelichting 'Algemene gegevens betreffende de vennootschap en het kapitaal' voor meer informatie omtrent het maatschappelijk kapitaal van AvH.

Toelichting 1: IFRS waarderingsregels

1. Conformiteitsverklaring

De geconsolideerde jaarrekening wordt opgemaakt conform de International Financial Reporting Standards en IFRIC interpretaties van kracht per 31 december 2022, zoals goedgekeurd door de Europese Commissie.

Nieuwe en gewijzigde standaarden en interpretaties Volgende nieuwe standaarden en wijzigingen aan bestaande standaarden gepubliceerd door de IASB worden per 1 januari 2022 toegepast.

  • Wijzigingen aan IFRS 3 Bedrijfscombinaties
  • Wijzigingen aan IAS 16 Materiële vaste activa
  • Wijzigingen aan IAS 37 Voorzieningen, voorwaardelijke verplichtingen en voorwaardelijke activa
  • Jaarlijkse aanpassingen 2018 2020

De toepassing van de nieuwe en gewijzigde standaarden en interpretaties heeft geen significante impact op de financiële staten van de groep.

2. Voornaamste assumpties en schattingen

Bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening volgens de IFRS-normen, worden schattingen verricht en assumpties geformuleerd die een invloed hebben op de bedragen opgenomen in die jaarrekening, met name wat betreft:

  • de afschrijvingsperiode van de vaste activa;
  • de waardering van de voorzieningen en de pensioenverplichtingen;
  • de waardering van het resultaat volgens de vooruitgang van de onderhanden projecten in opdracht van derden;
  • de schattingen gebruikt in impairment testen;
  • de waardering van vastgoedbeleggingen en financiële instrumenten tegen reële waarde;
  • de beoordeling van controle op vennootschappen;
  • de kwalificatie bij de overname van een bedrijf, als bedrijfsacquisitie of als verwerving van activa;
  • de assumpties gebruikt bij de bepaling van de financiële verplichting in overeenstemming met IFRS 16.
  • de inschattingen gebruikt bij de beoordeling van inkomstenbelastingen of onzekere belastingposities.

Deze schattingen gaan ervan uit dat de continuïteit van de bedrijfsactiviteiten gewaarborgd is en worden gemaakt op basis van de op dat ogenblik beschikbare informatie. De schattingen kunnen herzien worden wanneer de omstandigheden waarop ze gebaseerd zijn evolueren of wanneer nieuwe informatie beschikbaar wordt. De actuele resultaten kunnen van deze schattingen afwijken.

De waarderingsregels, als deel van het jaarverslag, worden jaarlijks goedgekeurd door AvH's raad van bestuur. De meest recente beraadslaging over en goedkeuring van de waarderingsregels door AvH's raad van bestuur vond plaats op 22 maart 2023.

Voor 2022 specifieke elementen

Aangezien de rechtstreekse blootstelling van AvH aan het militair conflict in Oekraïne beperkt is, spelen eerder de indirecte gevolgen, o.a. gestegen prijzen van grondstoffen, verstoring van logistieke ketens, dalende financiële markten en toegenomen inflatie een rol.

In deze uitdagende omgeving met scherpe kostprijsstijgingen, afnemend consumentenvertrouwen en dalende beurzen, hebben de bedrijven van de AvH groep zich heel weerbaar getoond met een resultaat van de kernparticipaties in lijn met het in 2021 behaalde recordresultaat. Ook de diversificatie van de portefeuille heeft opnieuw haar relevantie bewezen, onder meer door de positieve impact van de stijgende grondstofprijzen op de resultaten van SIPEF. Onze participaties kunnen een 'deel van de oplossing' zijn in deze uitdagende markten, onder meer omdat ze hun klanten innovatieve en kostefficiënte antwoorden bieden of bijdragen aan de energietransitie, bijvoorbeeld met de installatie van offshore windparken en biovergisters, het bouwen van 'smart buildings' en de ontwikkeling van groene waterstof.

Deze elementen alsook klimaatgerelateerde topics worden mee in beschouwing genomen in volgende toelichtingen: Segmentinformatie (6), Goodwill (8), Materiële vaste activa (9), Vastgoedbeleggingen (9), Ondernemingen waarop de vermogensmutatiemethode is toegepast (11), Financieel risicobeheer en afgeleide financiële instrumenten (12), Banken vorderingen en schulden (14–20), Financiële schulden (19) en Pensioenverplichtingen (26).

3. Consolidatieprincipes

De geconsolideerde jaarrekening omvat de financiële gegevens van AvH, haar dochterondernemingen en gemeenschappelijke dochterondernemingen alsook het aandeel van de groep in de resultaten van de geassocieerde deelnemingen.

3.1 Dochterondernemingen

Dochterondernemingen zijn entiteiten die door de groep worden gecontroleerd. Er bestaat controle wanneer AvH (a) zeggenschap over de deelneming heeft; (b) is blootgesteld aan, of rechten heeft op variabele opbrengsten tengevolge haar betrokkenheid bij de deelneming; en (c) over de mogelijkheid beschikt haar zeggenschap over de deelneming aan te wenden om de omvang van de opbrengsten te beïnvloeden.

De consolidatie van een dochteronderneming begint wanneer de vennootschap controle verkrijgt over de dochteronderneming en eindigt wanneer de vennootschap de controle over de dochteronderneming verliest. In het bijzonder worden de opbrengsten en kosten van een dochteronderneming die in de loop van het jaar is verworven of afgestoten, opgenomen in de geconsolideerde staat van de gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten vanaf de datum waarop de vennootschap controle verkrijgt tot de datum waarop de vennootschap niet langer controle over de dochteronderneming uitoefent.

Winst of verlies, gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten worden toegerekend aan de aandeelhouders van de vennootschap en aan de minderheidsbelangen. Het totaalresultaat van de dochterondernemingen wordt toegerekend aan de aandeelhouders van de vennootschap en aan de minderheidsbelangen, zelfs als dit tot gevolg heeft dat de minderheidsbelangen een negatief saldo vertonen.

Indien nodig worden aanpassingen aangebracht aan de financiële staten van de dochterondernemingen om hun waarderingsregels in overeenstemming te brengen met de waarderingsregels van de Groep.

Alle intragroepsactiva en -passiva, eigen vermogen, opbrengsten, kosten en kasstromen met betrekking tot transacties tussen leden van de Groep worden volledig geëlimineerd in de geconsolideerde jaarrekening.

Wijzigingen in de eigendomsbelangen van de Groep in dochterondernemingen die er niet toe leiden dat de Groep de controle over de dochterondernemingen verliest, worden geboekt als eigenvermogenstransacties. De boekwaarden van de belangen van de Groep en van de minderheidsbelangen worden aangepast om rekening te houden met de wijzigingen in hun relatieve belangen in de dochterondernemingen. Elk verschil tussen het bedrag waarmee de minderheidsbelangen worden aangepast en de reële waarde van de betaalde of ontvangen vergoeding wordt rechtstreeks in het eigen vermogen opgenomen en toegerekend aan de aandeelhouders van de vennootschap.

Wanneer de Groep de controle over een dochteronderneming verliest, wordt een winst of verlies opgenomen in de resultatenrekening. Dit wordt berekend als het verschil tussen (i) het totaal van de reële waarde van de ontvangen vergoeding en de reële waarde van een eventueel behouden belang en (ii) de vorige boekwaarde van de activa (met inbegrip van goodwill) en de passiva van de dochteronderneming en eventuele minderheidsbelangen. Alle bedragen die voorheen in de geconsolideerde staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten werden opgenomen met betrekking tot die dochteronderneming, worden geboekt alsof de Groep de gerelateerde activa en verplichtingen van de dochteronderneming direct had afgestoten (d.w.z. overgeboekt naar de resultatenrekening of overgeboekt naar een andere categorie van het eigen vermogen zoals gespecificeerd/toegestaan door de toepasselijke IFRS).

Een aangehouden deelneming wordt aanvankelijk tegen reële waarde gewaardeerd. Deze reële waarde wordt de initiële boekwaarde op de datum waarop de controle verloren gaat en met het oog op de latere verwerking van het aangehouden belang als een geassocieerde deelneming, gemeenschappelijke dochteronderneming of financieel actief.

3.2 Gemeenschappelijke dochterondernemingen en geassocieerde deelnemingen

Gemeenschappelijke dochterondernemingen

Ondernemingen die gezamenlijk worden gecontroleerd (gedefinieerd als die entiteiten waarover de groep de gezamenlijke controle heeft, onder meer via het aandeelhouderspercentage of een overeenkomst met één of meerdere medeaandeelhouders en die als gemeenschappelijke dochteronderneming worden beschouwd) zijn opgenomen op basis van de vermogensmutatie-methode vanaf de datum van verwerving tot het einde van de gezamenlijke controle.

Geassocieerde deelnemingen

Geassocieerde deelnemingen waarop de groep een aanzienlijke invloed van betekenis heeft, meer bepaald ondernemingen waarin AvH de macht heeft om deel te nemen (zonder controle) aan de financiële en operationele beleidsbeslissingen van de deelneming, worden opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode, vanaf de datum van verwerving tot het einde van de invloed van betekenis.

Vermogensmutatiemethode

Activa, passiva, opbrengsten en kosten van gemeenschappelijke dochterondernemingen en geassocieerde deelnemingen worden in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode. Volgens deze methode wordt een investering in een gemeenschappelijke dochteronderneming of geassocieerde deelneming eerst tegen kostprijs in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen en vervolgens aangepast om het aandeel van de Groep in het nettoresultaat en in het totaalresultaat van de geassocieerde deelneming of gemeenschappelijke dochteronderneming op te nemen. Wanneer het aandeel van de Groep in de verliezen van een geassocieerde deelneming of een gemeenschappelijke dochteronderneming groter is dan het belang van de Groep in die geassocieerde deelneming of gemeenschappelijke dochteronderneming (met inbegrip van langetermijnbelangen die in wezen deel uitmaken van de netto-investering van de Groep in de geassocieerde deelneming of gemeenschappelijke dochteronderneming), stopt de Groep met de opname van haar aandeel in verdere verliezen. Bijkomende verliezen worden alleen opgenomen voor zover de Groep een in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting heeft aangegaan of betalingen heeft verricht namens de geassocieerde deelneming of de gemeenschappelijke dochteronderneming.

Volgens de vermogensmutatiemethode worden de deelnemingen oorspronkelijk geboekt tegen kostprijs. Bij de verwerving van het belang wordt het eventuele surplus tussen de kostprijs van de investering en het aandeel in de reële waarde van de netto-activa van de entiteit geboekt als goodwill die in de boekwaarde van de investering is begrepen. De boekwaarde wordt vervolgens aangepast om het aandeel van de groep in de winst of het verlies van de deelneming op te nemen, en dit vanaf de aanschaffingsdatum. De financiële staten van deze ondernemingen worden opgemaakt voor dezelfde rapporteringsperiode als AvH, waarbij uniforme IFRS waarderingsregels worden gehanteerd. Niet-gerealiseerde intragroepswinsten en -verliezen op transacties worden geëlimineerd ten belope van het belangenpercentage.

De Groep blijft de vermogensmutatiemethode toepassen wanneer een investering in een geassocieerde deelneming een investering in een gemeenschappelijke dochteronderneming wordt, of wanneer een investering in een gemeenschappelijke dochteronderneming een investering in een geassocieerde deelneming wordt. Er vindt geen herwaardering naar reële waarde plaats bij dergelijke wijzigingen in eigendomsbelangen. Wanneer de Groep haar eigendomsbelang in een geassocieerde deelneming of een gemeenschappelijke dochteronderneming vermindert, maar de Groep de vermogensmutatiemethode blijft toepassen, deelt de Groep het gedeelte van de winst of het verlies dat voorheen was opgenomen in de staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten met betrekking tot die vermindering van het eigendomsbelang opnieuw in als winst of verlies, indien die winst of dat verlies zou worden heringedeeld als winst of verlies bij de vervreemding van de gerelateerde activa of verplichtingen.

Gezamenlijke operaties

Een gezamenlijke operatie is een gemeenschappelijke regeling waarbij de partijen directe rechten hebben over de activa, alsook directe verplichtingen hebben ten aanzien van de verbintenissen van deze gezamenlijke operaties. Gezamenlijke zeggenschap is het contractueel delen van zeggenschap over een regeling, waarvan alleen sprake is wanneer beslissingen over de desbetreffende operaties unanieme instemming vereisen van alle partijen die de zeggenschap delen. Wanneer een dochteronderneming van AvH een gezamenlijke operatie opstart, neemt deze dochteronderneming het volgende op:

  • haar activa, met inbegrip van haar aandeel in eventuele activa die gezamenlijk worden gehouden;
  • haar verplichtingen, met inbegrip van haar aandeel in eventuele verplichtingen die gezamenlijk worden gehouden;
  • haar deel van de opbrengsten die voortvloeien uit de verkoop van output van de gezamenlijke operatie;
  • haar deel van de opbrengsten die voortvloeien uit de verkoop van output door de gezamenlijke operatie;
  • haar kosten, met inbegrip van haar aandeel in de gezamenlijk gemaakte kosten.

4. Bedrijfscombinaties

Overnames van bedrijven worden verwerkt volgens de acquisitiemethode. De in een bedrijfscombinatie overgedragen vergoeding wordt gewaardeerd tegen reële waarde, berekend als de som van de reële waarde op de overnamedatum van de door de Groep overgedragen activa, de door de Groep aangegane verplichtingen jegens de voormalige aandeelhouders van de overgenomen partij en de door de Groep uitgegeven aandelenbelangen in ruil voor zeggenschap over de overgenomen partij. Aan de overname gerelateerde kosten worden in het algemeen als OPEX-uitgaven in de resultatenrekening opgenomen wanneer zij worden gemaakt.

Goodwill wordt initieel gewaardeerd tegen kostprijs (zijnde het bedrag waarmee het totaal van de overgedragen vergoeding en het opgenomen bedrag voor minderheidsbelangen en elk vroeger aangehouden belang de netto verworven identificeerbare activa en de overgenomen verplichtingen overschrijdt). Na de eerste opname wordt goodwill gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen. Voor de toetsing op bijzondere waardevermindering wordt in een bedrijfscombinatie, verworven goodwill vanaf de overnamedatum, toegerekend aan elk van de kasstroomgenererende eenheden van de Groep die naar verwachting voordeel zullen halen uit de combinatie, ongeacht of andere activa of verplichtingen van de overgenomen partij aan deze eenheden worden toegewezen.

Wanneer goodwill is toegerekend aan een kasstroomgenererende eenheid en een deel van de activiteit binnen die eenheid wordt afgestoten, wordt de goodwill met betrekking tot de afgestoten activiteit opgenomen in de boekwaarde van de activiteit bij de bepaling van de winst of het verlies op de afstoting. Goodwill die in deze omstandigheden wordt afgestoten, wordt gewaardeerd op basis van de relatieve waarde van de afgestoten activiteit en het gedeelte van de kasstroomgenererende eenheid dat wordt behouden.

Minderheidsbelangen die eigendomsbelangen vertegenwoordigen en hun houders in geval van liquidatie recht geven op een evenredig deel van de netto-activa van de entiteit, mogen aanvankelijk worden gewaardeerd tegen reële waarde of tegen het evenredige deel van de minderheidsbelangen in de opgenomen bedragen van de identificeerbare netto-activa van overgenomen partij. De waarderingsgrondslag wordt per transactie gekozen.

Wanneer de door de Groep in een bedrijfscombinatie overgedragen vergoeding activa of verplichtingen omvat die voortvloeien uit een voorwaardelijke vergoedingsovereenkomst, wordt de voorwaardelijke vergoeding gewaardeerd tegen de reële waarde op de overnamedatum en opgenomen als onderdeel van de vergoeding die in een bedrijfscombinatie wordt overgedragen.

Wijzigingen in de reële waarde van de voorwaardelijke vergoeding die als aanpassingen van de waarderingsperiode in aanmerking komen, worden met terugwerkende kracht aangepast, met overeenkomstige aanpassingen van de goodwill. Aanpassingen van de waarderingsperiode zijn aanpassingen die voortvloeien uit aanvullende informatie die tijdens de 'waarderingsperiode' (die niet langer kan duren dan één jaar vanaf de overnamedatum) is verkregen over feiten en omstandigheden die op de overnamedatum bestonden.

De verwerking van wijzigingen in de reële waarde van de voorwaardelijke vergoeding die niet in aanmerking komen als aanpassingen van de waarderingsperiode is afhankelijk van hoe de voorwaardelijke vergoeding wordt ingedeeld. Een voorwaardelijke vergoeding die als een actief of een verplichting wordt ingedeeld, wordt op latere verslagdatums geherwaardeerd overeenkomstig IFRS 9, of IAS 37 voorzieningen, voorwaardelijke verplichtingen en activa, naargelang het geval, waarbij de overeenkomstige winst of het overeenkomstige verlies in de resultatenrekening wordt opgenomen.

Wanneer een bedrijfscombinatie in fasen wordt gerealiseerd, wordt het voorheen aangehouden aandelenbelang van de Groep in de overgenomen partij geherwaardeerd naar de reële waarde op de overnamedatum en worden de hieruit voortvloeiende winsten of verliezen in voorkomend geval, in de resultatenrekening opgenomen. Bedragen die voortvloeien uit belangen in de overgenomen partij vóór de overnamedatum en die voorheen in de staat van gerealiseerde en nietgerealiseerde resultaten werden opgenomen, worden naar de winst of het verlies overgeboekt indien een dergelijke behandeling passend zou zijn als dat belang zou worden afgestoten.

Indien de initiële verwerking van een bedrijfscombinatie niet voltooid is op het einde van de verslagperiode waarin de bedrijfscombinatie tot stand is gekomen, rapporteert de Groep voorlopige bedragen voor de posten waarvoor de verwerking niet voltooid is. Deze voorlopige bedragen worden tijdens de waarderingsperiode retroactief aangepast (zie hierboven), of bijkomende activa of verplichtingen worden opgenomen, om nieuwe informatie te weerspiegelen die verkregen is over feiten en omstandigheden die op de overnamedatum bestonden en die, indien gekend, een invloed zouden hebben gehad op de op die datum opgenomen bedragen.

Aangezien de huidige IFRS-standaarden geen opname- en waarderingsregels specificeren voor bedrijfscombinaties tussen entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend (deze zijn uitgesloten van het toepassingsgebied van IFRS 3 bedrijfscombinaties), past de Groep de vroegere boekhoudkundige verwerking toe. Dit betekent dat de activa en verplichtingen van de overgenomen partij aanvankelijk worden opgenomen tegen hun boekwaarde zonder aanpassingen van de reële waarde. Het verschil tussen de overnameprijs/verkoopprijs en de boekwaarde van de verworven/afgestoten nettoactiva wordt in het eigen vermogen verwerkt als een vergoeding aan de aandeelhouder.

5. Immateriële vaste activa

Immateriële vaste activa met een bepaalde levensduur worden gewaardeerd aan kostprijs, verminderd met gecumuleerde afschrijvingen en eventuele bijzondere waardeverminderingen.

Immateriële vaste activa worden afgeschreven volgens de lineaire methode over de voorziene gebruiksduur. De voorziene gebruiksduur wordt op jaarlijkse basis geëvalueerd, evenals de eventuele restwaarde. De restwaarde wordt verondersteld nul te zijn.

Immateriële vaste activa met een onbepaalde levensduur worden aan kostprijs gewaardeerd. Ze worden niet afgeschreven, maar ondergaan jaarlijks een impairment test en wanneer zich indicaties van een eventuele waardevermindering voordoen.

Kosten voor het opstarten van nieuwe activiteiten worden in resultaat genomen op het moment dat ze zich voordoen.

Onderzoeksuitgaven worden ten laste van het resultaat van het boekjaar genomen. Ontwikkelingsuitgaven die voldoen aan de strenge erkenningscriteria van IAS 38 worden geactiveerd en afgeschreven over de economische levensduur.

6. Goodwill

Goodwill die voortvloeit uit een bedrijfscombinatie wordt opgenomen als een actief op de datum waarop de zeggenschap is verkregen (de overnamedatum). Goodwill wordt gewaardeerd tegen kostprijs, zijnde het bedrag waarmee de overgedragen vergoeding, de minderheidsbelangen in de overgenomen onderneming en de reële waarde van het eventuele reeds door de Groep gehouden belang in de overgenomen onderneming het nettobedrag overschrijdt van de op de overnamedatum verworven identificeerbare activa en overgenomen verplichtingen.

Minderheidsbelangen worden bij de eerste opname gewaardeerd tegen de reële waarde of tegen het aandeel van de minderheidsbelangen in de opgenomen identificeerbare netto-activa van de overgenomen partij. De waarderingsgrondslag wordt per transactie gekozen.

Indien, na herbeoordeling, het nettosaldo op de overnamedatum van de verworven identificeerbare activa en de overgenomen verplichtingen hoger is dan de som van de overgedragen vergoeding, de minderheidsbelangen in de overgenomen partij en de reële waarde van het eventuele vroegere belang van de Groep in de overgenomen partij, wordt het surplus onmiddellijk in de resultatenrekening opgenomen als een winst op een voordelige koop.

Goodwill wordt niet afgeschreven, maar wordt jaarlijks op bijzondere waardevermindering getoetst, of vaker indien er aanwijzingen zijn dat de kasstroomgenererende eenheid waaraan de goodwill wordt toegerekend, mogelijk een waardevermindering heeft ondergaan. Goodwill wordt in de balans opgenomen tegen kostprijs verminderd met eventuele gecumuleerde bijzondere waardeverminderingen. Bijzondere waardeverminderingen op goodwill worden in toekomstige perioden niet teruggenomen.

Indien de Groep de zeggenschap over een dochteronderneming verliest, worden de daarmee verband houdende activa (met inbegrip van goodwill), passiva, minderheidsbelangen en andere bestanddelen van het eigen vermogen niet langer in de balans opgenomen, terwijl de daaruit voortvloeiende winsten of verliezen in de resultatenrekening worden opgenomen. Elke aangehouden investering wordt opgenomen tegen reële waarde.

7. Materiële vaste activa

Materiële vaste activa worden geboekt tegen aanschaffings- of vervaardigingsprijs, verminderd met de gecumuleerde afschrijvingen en de eventuele bijzondere waardeverminderingen.

Materiële vaste activa worden afgeschreven volgens de lineaire methode over de voorziene gebruiksduur. De voorziene gebruiksduur wordt op jaarlijkse basis geëvalueerd, evenals de eventuele restwaarde.

De afschrijvingsperiodes gedefinieerd door DEME voor drijvend en ander bouwmaterieel variëren van 3 jaar (zoals voor pijpleidingen) tot 21 jaar. De hoofdcomponent van sleephopperzuigers en cutterzuigers wordt over een periode van 18 jaar afgeschreven. Voor nieuwe sleephopperzuigers, cutterzuigers, kabellegschepen en DP3 offshore kraanschepen die sinds 2019 in productie zijn, wordt de hoofdcomponent afgeschreven over een periode van 20 jaar en een tweede component over een periode van 10 jaar. Deze afschrijvingsregel was al van toepassing voor de grote hefvaartuigen. De hoofdcomponent omvat voornamelijk de romp en de machines, de tweede component heeft betrekking op de delen van een schip met een kortere levensduur dan de economische levenscyclus van het schip.

Herstellingsuitgaven voor materiële vaste activa worden ten laste van het resultaat van het boekjaar genomen, tenzij ze resulteren in een verhoging van het toekomstig economisch nut van de respectievelijke materiële vaste activa, wat hun activering justifieert.

Activa in aanbouw worden afgeschreven vanaf het moment dat de activa beschikbaar zijn voor gebruik.

8. Bijzondere waardeverminderingen van vaste activa

Op elke afsluitdatum gaat de groep na of er aanwijzingen zijn dat een actief aan een bijzondere waardevermindering onderhevig kan zijn. Indien dergelijke indicatie aanwezig is, wordt een inschatting gemaakt van de realiseerbare waarde. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde wordt een bijzondere waardevermindering geboekt om de boekwaarde van het actief terug te brengen tot de realiseerbare waarde.

De realiseerbare waarde van een actief wordt gedefinieerd als de hoogste waarde van de reële waarde min verkoopkosten (uitgaande van een niet gedwongen verkoop) of de gebruikswaarde (o.b.v. de actuele waarde van de geschatte toekomstige cashflows). De eruit resulterende bijzondere waardeverminderingen worden ten laste van de resultatenrekening geboekt.

Eerder geboekte waardeverminderingen, behoudens op goodwill, worden via de resultatenrekening teruggenomen wanneer die niet meer geldig zijn.

9. Leasing

9.1 Administratieve verwerking door de leasinggever

Wanneer de Groep als leasinggever optreedt, bepaalt zij bij aanvang van de lease of de lease een financiële dan wel operationele lease is. Om een lease te classificeren, beoordeelt de Groep of de leaseovereenkomst nagenoeg alle risico's en voordelen die verbonden zijn aan de eigendom van het onderliggende actief overdraagt. Als dat het geval is, wordt de lease beschouwd als een financiële lease. Bij die beoordeling houdt de Groep rekening met bepaalde indicatoren, zoals de leaseperiode die het grootste gedeelte van de economische levensduur van het actief dient te omvatten.

Indien de leaseovereenkomst zowel lease- als niet-leasecomponenten bevat, past de Groep IFRS 15 toe om de vergoeding die vervat zit in het contract toe te rekenen.

9.2 Administratieve verwerking door de leasingnemer

In IFRS 16 zijn de grondslagen voor de opname, waardering en presentatie, alsmede de informatieverschaffing over leases, uiteengezet en is bepaald dat leasingnemers alle leases moeten verwerken onder één enkel balansmodel. IFRS 16 vervangt IAS 17 'Leaseovereenkomsten', IFRIC 4 'Vaststelling of een overeenkomst een leaseovereenkomst bevat', SIC 15 'Operationele leases – Incentives' en SIC 27 'Evaluatie van de economische realiteit van transacties in de juridische vorm van een leaseovereenkomst'.

Volgens IFRS 16 is of bevat een contract een leaseovereenkomst indien het contract, in ruil voor een vergoeding, gedurende een bepaalde periode het recht verleent om de zeggenschap over het gebruik van een geïdentificeerd actief uit te oefenen.

De Groep neemt op de aanvangsdatum van de leaseovereenkomst een gebruiksrecht als actief op, alsook een overeenstemmende leaseverplichting. Activa en verplichtingen die voortvloeien uit leaseovereenkomsten worden bij eerste opname gewaardeerd op basis van contante waarde, gedisconteerd op basis van de marginale rentevoet van de leasingnemer. Het gebruiksrecht wordt vervolgens afgeschreven en/of er wordt een bijzondere waardevermindering voor geboekt wanneer dat noodzakelijk wordt geacht. Het gebruiksrecht wordt ook aangepast bij bepaalde herwaarderingen van de leaseverplichting.

De leaseverplichting wordt vervolgens verhoogd met de rentekosten op de leaseverplichting en verminderd met de verrichte leasebetaling. Ze wordt opnieuw gewaardeerd wanneer er zich een verandering in de toekomstige leasebetalingen voordoet die voortvloeit uit een verandering in een index of rentevoet, een verandering in de schatting van het bedrag dat naar verwachting zal moeten worden betaald, of een verandering in de herbeoordeling van de aankoop- of verlengingsoptie die met redelijke zekerheid zal worden uitgeoefend (of een beëindigingsoptie die naar alle waarschijnlijkheid niet zal worden uitgeoefend). De Groep heeft veronderstellingen gehanteerd om de periode van leaseovereenkomsten in te schatten.

In overeenstemming met de standaard voor leaseovereenkomsten heeft de Groep ervoor gekozen gebruik te maken van de volgende vrijstellingen:

  • leaseovereenkomsten van korte duur, d.w.z. overeenkomsten met een looptijd van minder dan één jaar;
  • leaseovereenkomsten waarbij het onderliggende actief een lage waarde heeft;
  • immateriële vaste activa.

De belangrijkste beoordelingen en veronderstellingen bij het bepalen van het gehuurde actief en de leaseverplichting zijn:

  • De leasebetalingen worden gedisconteerd op basis van de impliciete rentevoet van de leaseovereenkomst. Indien die rentevoet niet gemakkelijk kan worden bepaald, wat doorgaans het geval is voor leaseovereenkomsten in de groep, heeft de leasingnemer op basis van een beoordeling zijn marginale rentevoet bepaald, zijnde de rentevoet die de individuele leasingnemer zou betalen om het bedrag te lenen dat nodig is voor het verkrijgen van het actief in een vergelijkbare economische omgeving, met dezelfde bepalingen, zekerheid en voorwaarden.
  • Bij het bepalen van de leaseperiode houdt het management rekening met alle feiten die een impact hebben op het al dan niet uitoefenen van een verlengingsoptie (of het niet uitoefenen van een beëindigingsoptie). Verlengingsopties (of perioden na beëindigingsopties) worden alleen in de leaseperiode opgenomen als het redelijk zeker is dat de leaseovereenkomst zal worden verlengd (of niet zal worden beëindigd).

10. Vastgoedbeleggingen - verhuurde gebouwen en projectontwikkelingen

De vastgoedbeleggingen omvatten zowel de gebouwen die verhuurklaar zijn (vastgoedbeleggingen in exploitatie), als de gebouwen in aanbouw of ontwikkeling voor toekomstig gebruik, als vastgoedbelegging in exploitatie (projectontwikkelingen).

De vastgoedbeleggingen worden aan reële waarde gewaardeerd, waarbij de waardeschommelingen in de resultatenrekening worden verwerkt. Op basis van schattingsverslagen wordt de reële waarde van verhuurde gebouwen jaarlijks bepaald.

11. Financiële instrumenten

11.1 Opname op en verwijdering van de balans

  • Financiële activa en verplichtingen worden in de balans opgenomen als de Groep partij wordt bij de contractuele bepalingen van het instrument. Aan- en verkopen van financiële activa die volgens standaardmarktconventies worden afgewikkeld, worden verwerkt op de afwikkelingsdatum.
  • Een financieel actief wordt van de balans verwijderd wanneer de contractuele rechten op de kasstromen ervan aflopen of die rechten worden overgedragen en de Groep ook alle bijhorende risico's en voordelen van eigendom van het financieel actief overdraagt.
  • Een financiële verplichting wordt van de balans verwijderd wanneer de contractueel vastgelegde verplichting nagekomen of ontbonden wordt, of afloopt.

11.2 Classificatie en waardering van financiële activa

Bij de verwerving of investering in een ander financieel actief bepalen de contractuele voorwaarden of het een eigenvermogensinstrument, dan wel een schuldinstrument is.

Eigenvermogensinstrumenten geven recht op het overblijvend belang in de nettoactiva van een andere entiteit.

Classificatie en waardering van schuldinstrumenten

De beoordeling van de eigenschappen van de contractuele kasstromen of SPPI-test gebeurt per productgroep (financiële activa met gelijkaardige kasstroomeigenschappen) of waar nodig op individuele basis. Er wordt beoordeeld of het instrument op gespecifieerde data kasstromen genereert die enkel betalingen zijn van kapitaal en intrest op het uitstaand kapitaal (SPPI: solely payments of principal and interest). Er wordt ook nagegaan hoe deze kasstromen kaderen binnen het business model van de respectievelijke entiteit.

Uit deze beoordelingen volgt de classificatie en waarderingsmethode:

i. gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs (AC): schuldinstrumenten die voldoen aan de SPPI-test en aangehouden worden in een HTC-model (Held-tocollect). Bij eerste opname worden zij gewaardeerd tegen reële waarde, vermeerderd met de transactiekosten die rechtstreeks toe te rekenen zijn aan de verwerving ervan. Vervolgens wordt de effectieve rentemethode toegepast waarbij het verschil tussen de waardering bij eerste opname en de terugbetalingswaarde pro rata temporis in de resultatenrekening wordt geboekt op basis van de effectieve rentevoet.

  • ii. gewaardeerd aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de niet-gerealiseerde resultaten (FVOCI): schuldinstrumenten die voldoen aan de SPPI-test en aangehouden worden in een HTC&S-model (Held-to-collect & sell). Bij verkoop worden de gecumuleerde waardeveranderingen overgeboekt naar de winst- en verliesrekening.
  • iii. gewaardeerd aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (FVPL): schuldinstrumenten waarvoor de SPPI-test faalt en/of die niet worden aangehouden onder een HTC of HTC&S-model moeten verplicht op deze manier worden gewaardeerd.

Los van deze beoordelingen kan er bij aanvang onherroepelijk voor gekozen worden om het financieel actief op te nemen aan FVPL (fair value option), als deze keuze zorgt voor eliminatie of aanzienlijke beperking van een zogenaamde 'accounting mismatch'.

Voor bovenstaande financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs en aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de nietgerealiseerde resultaten, moeten voorzieningen voor verwachte kredietverliezen aangelegd worden (zie rubriek 6. Bijzondere waardeverminderingen op financiële activa).

Classificatie en waardering van eigenvermogensinstrumenten Eigenvermogensinstrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden moeten verplicht worden gewaardeerd aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (FVPL).

Voor andere eigenvermogensinstrumenten kan de Groep bij eerste opname onherroepelijk kiezen voor de waardering aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de niet-gerealiseerde resultaten (FVOCI). De keuze kan gebeuren instrument per instrument (per aandeel). Bij verkoop mogen de gecumuleerde waardeveranderingen niet worden overgeboekt naar de winst- en verliesrekening. Enkel dividenden mogen wel in de winst- en verliesrekening worden opgenomen.

Bij eigenvermogensinstrumenten moeten geen voorzieningen voor verwachte kredietverliezen worden aangelegd.

11.3 Classificatie en waardering van financiële verplichtingen

Bij de classificatie en waardering van financiële verplichtingen, andere dan derivaten, zijn er volgende mogelijkheden:

  • gewaardeerd aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (FVPL):
    • wanneer de financiële verplichting wordt aangehouden voor handelsdoeleinden;
  • wanneer de Groep kiest voor deze methode (fair value option, specifiek Bank Van Breda)
  • gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs: bij eerste opname worden zij gewaardeerd tegen reële waarde, verminderd met de transactiekosten die rechtstreeks zijn toe te rekenen aan de uitgifte ervan.

11.4 Afgeleide instrumenten

De operationele dochterondernemingen binnen de AvH-groep zijn elk verantwoordelijk voor het beheer van hun risico's zoals wisselrisico, interestrisico, kredietrisico, grondstoffenrisico, etc. De risico's, die variëren naargelang de sector waarin de dochterondernemingen actief zijn, worden bijgevolg niet centraal beheerd op groepsniveau. De desbetreffende directies rapporteren evenwel aan hun raad van bestuur of auditcomité over hun risico-indekking.

Afgeleide instrumenten worden opgenomen in de balans aan hun reële waarde, waarbij de wijzigingen in de reële waarde in resultaat worden geboekt tenzij deze instrumenten deel uitmaken van indekkingsverrichtingen.

De verwerking van de afgeleide instrumenten is conform IFRS 9, met uitzondering van macro hedge accounting waarvoor IAS 39 toegepast wordt.

Kasstroom-indekkingen

De waardeschommelingen van een afgeleid financieel instrument dat voldoet aan de strikte voorwaarden voor erkenning als kasstroom-indekking worden opgenomen in de 'staat van niet-gerealiseerde resultaten' voor het effectieve deel. Het ineffectieve deel wordt rechtstreeks in de resultatenrekening geboekt. De indekkingsresultaten worden van de 'staat van niet-gerealiseerde resultaten' naar de resultatenrekening overgeboekt op het moment dat de ingedekte transactie zelf het resultaat beïnvloedt.

Reële-waarde-indekkingen

Waardeschommelingen van een afgeleid instrument dat formeel toegewezen werd voor de indekking van de veranderingen in de reële waarde van geboekte activa en passiva, worden uitgedrukt in de resultatenrekening samen met de winsten en de verliezen die voortvloeien uit de herwaardering aan reële waarde van het ingedekte bestanddeel. De waardeschommelingen van afgeleide financiële instrumenten die niet als reële-waarde- of kasstroom-indekking erkend zijn, worden onmiddellijk in de resultatenrekening opgenomen.

11.5 Kas en kasequivalenten

Kas en kasequivalenten, bestaande uit contanten en kortlopende beleggingen, worden in de balans opgenomen tegen nominale waarde.

11.6 Bijzondere waardeverminderingen op financiële activa

Onder IFRS 9 worden van bij de eerste opname voorzieningen voor verwachte kredietverliezen (expected credit losses of ECL's) aangelegd voor:

  • financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs;
  • schuldinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de niet-gerealiseerde resultaten;
  • vorderingen uit financiële leaseovereenkomsten;
  • verplichtingen uit leningtoezeggingen en financiële garantiecontracten.

Bij het bepalen van de voorziening voor te verwachten kredietverliezen worden de financiële activa onderverdeeld in 3 niveaus (stages):

  • Stage 1: performante activa, waarvoor op het moment van eerste opname een '1 year expected credit loss' wordt aangelegd op basis van de waarschijnlijkheid dat zich binnen de 12 maanden gebeurtenissen zullen voordoen die aanleiding geven tot het staken van betaling;
  • Stage 2: 'underperforming' activa waarvoor een 'lifetime expected credit loss' wordt aangelegd zodra een significante stijging in kredietrisico wordt vastgesteld sinds de eerste opname;
  • Stage 3: voor niet-performante activa wordt een inschatting gemaakt van de realiseerbare waarde. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde wordt een bijzondere waardevermindering geboekt om de boekwaarde van het actief terug te brengen tot de realiseerbare waarde.

Mutaties in deze voorzieningen verlopen via de rubriek 'Bijzondere waardeverminderingen' in de winst- en verliesrekening. De voorzieningen voor verwachte kredietverliezen zelf worden gepresenteerd:

  • in mindering van de bruto boekwaarde van financiële activa die worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs (incl. leasingvorderingen);
  • als een voorziening in niet-gerealiseerde resultaten (OCI) voor schuldinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de niet-gerealiseerde resultaten;
  • als een voorziening onder de verplichtingen voor engagementen uit leningtoezeggingen en financiële garantiecontracten.

De 'staging' bij een significante stijging (of daling) in kredietrisico gebeurt op niveau van individuele contracten ('bottom-up' staging) op basis van een aantal criteria zoals betaalachterstand, hernegociaties en rating categorie. Voor de individuele staging bij kredieten wordt de interne kredietrating gebruikt. Aangezien dit een criterium is dat gebaseerd is op het verleden, wordt hiernaast nog een aparte 'collective staging' logica gehanteerd om de macro-economische verwachtingen mee in rekening te nemen.

Bij de obligatieportefeuille wordt de 'low credit risk exemption' toegepast: zolang obligaties hun 'investment grade rating' categorie behouden, blijven ze in stage 1. Op basis van het lage kredietrisico op rapporteringsdatum kan worden geconcludeerd dat een significante stijging in kredietrisico zich niet heeft voorgedaan. Indien een obligatie toch naar een 'non-investment grade' rating categorie zou migreren, zal de Bank de obligatie ofwel verkopen ofwel in stage 2 plaatsen en een bijhorende 'lifetime ECL' bepalen.

Een waarderingsmodel berekent de verwachte kredietverliezen voor contracten in stage 1 en 2 in regel met de literatuur over IFRS9 ECL-modellering. Ze zijn bepaald zonder enige bewuste vertekening in optimistische noch conservatieve zin en zijn gebaseerd op alle redelijke en onderbouwde informatie zoals die beschikbaar is met te verantwoorden kost of inspanning. Het gaat hierbij over informatie over het verleden, huidige omstandigheden en voorspellingen van de toekomst. Voorts geven ze de verwachtingswaarde weer die de bank mogelijk acht in de voorzienbare toekomst.

Deze '1-year expected credit losses' en 'life-time expected credit losses' worden voor ieder individueel contract berekend op basis van de toekomstige kasstromen en volgende modelparameters:

  • PD staat voor 'Probability of Default' of de kans op default in een bepaalde periode. De PD modellering is opgezet door middel van migratiematrices, op basis van bestaande interne kredietratings voor kredieten en aangeleverd door ratingbureau DBRS voor de obligatieportefeuille.
  • 'Loss Given Default' (LGD) stelt verwacht verlies voor in geval van default. Het LGD bedrag wordt bekomen uit de 'exposure at default' en de in pand genomen waarborgen.
  • 'Survival Probability' is de kans dat een contract nog in aanmerking komt voor kredietverliezen. De 'Survival Probability' wordt berekend aan de hand van:
  • de kans dat een contract niet van de balans is verdwenen na een eerdere default, en
  • de kans dat een contract nog niet verdwenen is van de balans ten gevolge van volledig vervroegde terugbetaling.
  • 'Effective Interest Rate' (EIR) is de effectieve interestvoet waarmee de verliezen worden verdisconteerd. Voor vastrentende contracten is dit de contractuele effectieve rentevoet; voor contracten met variabele rentevoet wordt de meest recente 'fixing' gebruikt.

Op elke afsluitdatum wordt nagegaan of er objectieve aanwijzingen zijn dat een financieel actief non-performing wordt en dus naar stage 3 transfereert. Dit gebeurt op basis van volgende objectief waarneembare gebeurtenissen:

  • belangrijke financiële moeilijkheden bij de ontlener;
  • een contractbreuk waaronder het niet respecteren van vervaldagen voor intresten/of kapitaalaflossingen;
  • het toestaan door de Bank van bepaalde voorwaarden, voor economische of wettelijke redenen, die de groep in normale omstandigheden niet aan de ontlener zou toestaan;
  • het waarschijnlijk worden dat de ontlener failliet zal gaan of in herstructurering zal gaan;
  • voor obligaties, het wegvallen van een actieve markt vanwege financiële moeilijkheden of andere aanwijzingen die de recupereerbaarheid ten opzichte van de aanschaffingswaarde in gevaar brengen;
  • objectieve criteria die aantonen dat er een meetbare verslechtering is van de verwachte toekomstige kasstromen van een collectieve groep van financiële activa, ook al kan deze verslechtering niet op individuele basis vastgesteld worden, of die wijzen op een achteruitgang in de kredietwaardigheid of de financiële draagkracht van de ontleners van de groep, of op nationale of economische omstandigheden die specifiek zijn aan deze groep van ontleners.

Voor stage 3-contracten wordt een inschatting gemaakt van de realiseerbare waarde. Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde wordt een bijzondere waardevermindering geboekt om de boekwaarde van het actief terug te brengen tot de realiseerbare waarde.

De netto-realiseerbare waarde wordt gedefinieerd als de hoogste waarde van:

  • de netto-verkoopprijs (uitgaande van een niet gedwongen verkoop) en
  • de gebruikswaarde (op basis van de actuele waarde van de geschatte toekomstige kasstromen).

12. Voorraden / onderhanden projecten in opdracht van derden

Voorraden worden gewaardeerd tegen kostprijs (aanschaffings- of vervaardigingsprijs) of tegen de netto realiseerbare waarde wanneer deze lager is. De vervaardigingsprijs omvat alle directe en indirecte kosten die nodig zijn om de goederen tot hun afwerkingsstadium op balansdatum te brengen, wat overeenkomt met de geschatte verkoopprijs in normale omstandigheden, verminderd met de afwerkings-, marketing- & distributiekosten (netto realiseerbare waarde). Onderhanden projecten in opdracht van derden worden gewaardeerd volgens de 'Percentage of Completion'-methode, waarbij resultaat erkend wordt a rato van de vooruitgang van de werken. Voorziene verliezen worden evenwel onmiddellijk ten laste van het resultaat geboekt.

13. Kapitaal en reserves

Kosten die verband houden met een kapitaaltransactie worden in mindering van het kapitaal gebracht.

Ingekochte eigen aandelen worden aan aanschaffingsprijs in mindering van het eigen vermogen geboekt. Een latere verkoop of vernietiging geeft geen aanleiding tot resultaatsimpact. Winsten en verliezen met betrekking tot eigen aandelen worden rechtstreeks in het eigen vermogen geboekt.

14. Omrekeningsverschillen

Transacties in vreemde valuta worden geboekt tegen de wisselkoers die geldt op datum van de transactie. Positieve en negatieve niet-gerealiseerde omrekeningsverschillen, resulterend uit de omrekening van monetaire activa en passiva aan de slotkoers op balansdatum, worden als opbrengst, respectievelijk kost in resultaat genomen.

Op basis van de slotkoersmethode worden de activa en passiva van de geconsolideerde dochteronderneming aan slotkoers geconverteerd terwijl de resultatenrekening aan gemiddelde koers wordt verwerkt, wat resulteert in omrekeningsverschillen rechtstreeks vervat in de 'staat van niet-gerealiseerde resultaten'.

15. Voorzieningen

Indien een onderneming van de groep een (wettelijke of indirecte) verplichting heeft tengevolge van een gebeurtenis uit het verleden en het waarschijnlijk is dat de afwikkeling van deze verplichting zal gepaard gaan met een uitgave en het bedrag van deze verplichting tevens op betrouwbare wijze kan bepaald worden, wordt op balansdatum een voorziening aangelegd. Ingeval het verschil tussen de nominale en verdisconteerde waarde materieel is, wordt een voorziening geboekt ten belope van de verdisconteerde waarde van de geschatte uitgaven. De eruit resulterende toename van voorziening a rato van de tijd, wordt als intrestlast geboekt.

Herstructurering

Herstructureringsvoorzieningen worden enkel geboekt als de groep formeel een gedetailleerd herstructureringsplan heeft goedgekeurd en als de geplande herstructurering reeds is aangevangen of de personeelsleden getroffen door de herstructurering erover werden geïnformeerd. Voor kosten die betrekking hebben op de normale groepsactiviteiten worden geen voorzieningen aangelegd.

Garanties

Voor garantieverplichtingen op geleverde producten of diensten en opgeleverde werken wordt op basis van statistische informatie uit het verleden een provisie aangelegd.

16. Voorwaardelijke vorderingen en verplichtingen

Voorwaardelijke vorderingen en verplichtingen worden vermeld in de toelichting 'Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen', indien de impact van materieel belang is.

17. Belastingen

De belastingen omvatten zowel belastingen op het resultaat als de uitgestelde belastingen. Beide belastingen worden in de resultatenrekening geboekt, behalve wanneer het bestanddelen betreft die deel uitmaken van het eigen vermogen en bijgevolg toegewezen worden aan het eigen vermogen. Uitgestelde belastingen worden berekend volgens de balansmethode, toegepast op tijdelijke verschillen tussen de boekwaarde van de in de balans opgenomen activa en passiva en hun fiscale waarde. De voornaamste tijdelijke verschillen ontstaan uit verschillende afschrijvingsritmes van materiële vaste activa, voorzieningen voor pensioenen, overdraagbare fiscale verliezen en belastingskredieten.

Uitgestelde belastingsverplichtingen worden erkend voor alle belastbare tijdelijke verschillen:

  • behalve wanneer de uitgestelde belastingverplichting voortvloeit uit de oorspronkelijke erkenning van goodwill of de initiële boeking van activa en passiva in een transactie die geen bedrijfscombinatie is en die op het moment van de transactie geen invloed heeft op de belastbare winst;
  • behalve met betrekking tot investeringen in dochterondernemingen, gemeenschappelijke en geassocieerde ondernemingen, waar de groep bij machte is de datum waarop het tijdelijke verschil zal weggewerkt worden te controleren en niet verwacht wordt dat het tijdelijk verschil in de voorzienbare toekomst zal weggewerkt worden.

Uitgestelde belastingsvorderingen worden geboekt voor de aftrekbare tijdelijke verschillen en op overgedragen recupereerbare belastingskredieten en fiscale verliezen, in de mate dat het waarschijnlijk is dat er belastbare winsten zijn in de nabije toekomst om het belastingsvoordeel te kunnen genieten. De boekwaarde van de uitgestelde belastingsvorderingen wordt op elke balansdatum nagezien en verminderd in de mate dat het niet langer waarschijnlijk is dat voldoende belastbare winst beschikbaar zal zijn om alle of een gedeelte van de uitgestelde belastingen te kunnen verrekenen. Uitgestelde belastingvorderingen en verplichtingen moeten worden gewaardeerd tegen de belastingtarieven die naar verwachting van toepassing zullen zijn op de periode waarin de vordering wordt gerealiseerd of de verplichting wordt afgewikkeld, op basis van de belastingtarieven (en de belastingwetgeving) waarvan het wetgevingsproces materieel is afgesloten tegen het eind van de verslagperiode.

IFRIC 23, die met ingang van 1 januari 2019 van kracht is, verduidelijkt de opname- en waarderingsvereisten van IAS 12 'Winstbelastingen' en is van toepassing wanneer er onzekerheid bestaat over de behandeling van actuele en uitgestelde winstbelastingen. Het is immers mogelijk dat een bepaalde fiscale behandeling pas zekerheid en duidelijkheid verkrijgt op het moment dat de relevante belastingautoriteit of rechtbank haar beslissing neemt. Bij de beoordeling of en hoe een onzekere fiscale behandeling het belastbaar resultaat beïnvloedt, gaat de Groep ervan uit dat een belastingautoriteit alle elementen zal onderzoeken waartoe zij gerechtigd is en dat zij bij het verrichten van die onderzoeken op de hoogte is van alle relevante informatie daaromtrent. Als de Groep concludeert dat het waarschijnlijk is dat de belastingautoriteit de onzekere behandeling zal aanvaarden, bepaalt zij het belastbaar resultaat in overeenstemming met de door haar gebruikte of geplande fiscale behandeling in haar belastingaangiften. Als de Groep concludeert dat het niet waarschijnlijk is dat een belastingautoriteit een onzekere fiscale behandeling zal aanvaarden, weerspiegelt zij het effect van de onzekerheid in haar boekhoudkundige belastingpositie. Indien de mogelijke uitkomsten binair zijn of geconcentreerd zijn op één waarde, wordt de onzekere belastingpositie gewaardeerd aan de hand van het meest waarschijnlijke bedrag. Indien er een reeks van mogelijke uitkomsten bestaan die noch binair zijn, noch op één waarde geconcentreerd zijn, kan de som van de gewogen bedragen van de mogelijke uitkomsten het best voorspellen hoe de onzekerheid zich zal materialiseren.

18. Personeelsbeloningen

De personeelsbeloningen omvatten korte termijn-personeelsbeloningen, vergoedingen na uitdiensttreding, andere lange termijn-personeelsbeloningen, ontslagvergoedingen en beloningen in de vorm van eigen vermogensinstrumenten. De personeelsvergoedingen na uitdiensttreding omvatten pensioenplannen, levensverzekeringen en verzekeringen voor medische bijstand. Pensioenplannen onder vaste bijdrage plannen of te bereiken doel plannen worden verstrekt via afzonderlijke fondsen of verzekeringsplannen. Verder bestaan er nog personeelsbeloningen in de vorm van eigen vermogensinstrumenten.

Pensioenplannen

Plannen met vaste bijdrage ('Defined Contribution Plans')

Binnen de groep hebben diverse dochterondernemingen groepsverzekeringen afgesloten ten voordele van hun personeelsleden. Aangezien voor de Belgische plannen de werkgever kan aangesproken worden om bijkomende betalingen te verrichten in geval het gemiddelde rendement op de werkgeversbijdragen en op de werknemersbijdragen niet wordt gehaald, dienen deze plannen volgens IAS 19 (Revised) te worden beschouwd als "te bereiken doel"-pensioenplannen.

Te bereiken doel plannen ('Defined Benefit Plans')

De groep telt een aantal te bereiken doel-pensioenplannen. De kosten van de te bereiken doel-pensioenplannen worden op actuariële wijze bepaald aan de hand van de 'projected unit credit'-methode.

Herwaarderingen, die bestaan uit actuariële winsten en verliezen, het effect van het actiefplafond en het rendement op de fondsbeleggingen, worden rechtstreeks in de balans opgenomen, waarbij een overeenkomstig bedrag ten gunste of ten laste van de ingehouden winst wordt gebracht via de niet-gerealiseerde resultaten in de periode waarin zij zich voordoen. Herwaarderingen worden niet in volgende perioden naar de winst- en verliesrekening overgeboekt.

De pensioenkosten van verstreken diensttijd worden in de winst- en verliesrekening opgenomen op de ingangsdatum van de wijziging of inperking van de pensioenregeling, of, indien dit eerder is, op de datum waarop de groep reorganisatiekosten verantwoordt.

Het rentesaldo wordt berekend door de disconteringsvoet toe te passen op de nettoverplichting of het netto-actief uit hoofde van de te bereiken doelpensioenplannen en wordt in de geconsolideerde resultatenrekening opgenomen.

Personeelsbeloningen in de vorm van eigen vermogeninstrumenten

Binnen de groep AvH bestaan op verschillende niveau's aandelenoptieplannen, die aan werknemers het recht geven om AvH aandelen of aandelen van bepaalde dochterondernemingen te kopen tegen een vooraf bepaalde prijs. Deze prijs wordt bepaald op moment van toekenning van de opties en is gebaseerd op de marktprijs of de intrinsieke waarde.

De prestaties van de begunstigden worden (op moment van toekenning) gewaardeerd aan de hand van de reële waarde van de toegekende opties en warranten en als kost in de resultatenrekening erkend op het ogenblik van de geleverde prestaties tijdens de vestigingsperiode.

19. Erkenning van opbrengsten (IFRS 15)

De opbrengsten worden conform de IFRS-normen erkend, rekening houdend met de specifieke activiteiten van elke sector.

Erkenning van opbrengsten

Opbrengsten worden erkend wanneer of naarmate aan elke prestatieverplichting wordt voldaan, tegen het bedrag van de aan die prestatieverplichting toegerekende transactieprijs. De zeggenschap over een actief heeft betrekking op de mogelijkheid om het gebruik van het actief te sturen en nagenoeg alle resterende voordelen uit het actief te verkrijgen.

Wanneer aan een prestatieverplichting wordt voldaan door de overdracht van een beloofd goed of dienst aan de klant voordat de klant de tegenprestatie betaalt of voordat de betaling verschuldigd is, presenteert de Groep het contract als een contractactief, tenzij de rechten van de Groep op dat bedrag van de tegenprestatie onvoorwaardelijk zijn, in welk geval de Groep een vordering opneemt.

Wanneer een bedrag aan vergoedingen wordt ontvangen van een klant voordat de Groep een goed of dienst aan de klant overdraagt, wordt een contractverplichting opgenomen.

De belangrijkste opbrengstenstromen worden erkend als ze voldoen aan de hierna beschreven criteria.

Het identificeren van de afzonderlijke prestatieverplichtingen in een contract met een klant

Het grootste deel van de door de bouwondernemingen van de groep verantwoorde omzet heeft betrekking op contracten met klanten voor de verkoop van onroerend goed en diensten uit bouw-, projectmanagement en verkoopactiviteiten. Bij de administratieve verwerking van deze contracten is de Groep verplicht om aan te geven welke goederen of diensten van elkaar onderscheiden zijn en derhalve afzonderlijke prestatieverplichtingen vormen waaraan opbrengsten kunnen worden toegerekend.

Het management beoordeelt of een beloofd goed of dienst zich onderscheidt door te beoordelen of de klant het goed of de dienst op zichzelf kan benutten of samen met andere middelen kan gebruiken waarover de klant reeds beschikt. Voorts wordt nagegaan of de belofte van de Groep om het goed of de dienst aan de klant over te dragen, afzonderlijk van andere beloften in het contract, identificeerbaar is.

Bepaling van de transactieprijs van het contract

De Groep is verplicht om de transactieprijs te bepalen voor elk van zijn contracten met klanten. Wanneer de vergoeding variabel is als gevolg van een prestatiebonus, schat de Groep het bedrag in van de variabele vergoeding dat in de transactieprijs moet worden opgenomen.

Toewijzing van de transactieprijs aan prestatieverplichtingen in contracten met klanten

De Groep gebruikt de op zichzelf staande verkoopprijs van de afzonderlijke goederen en diensten om de transactieprijs toe te rekenen aan geïdentificeerde prestatieverplichtingen. Dit gebeurt voor een beperkt aantal EPCI-contracten in het segment "Marine Engineering & Contracting", waar de meervoudige prestatieverplichtingen (inkoop- en installatieactiviteiten) aanleiding geven tot een afzonderlijk patroon van opbrengstenerkenning.

Vervulling van de prestatieverplichtingen en erkenning van de opbrengst

Om te bepalen wanneer opbrengsten worden erkend, beoordeelt de Groep elk van haar klantencontracten om te bepalen of de prestatieverplichtingen over een periode of op een tijdstip vervuld zijn. Voor bouw- en dienstencontracten erkent de Groep de opbrengsten over een periode volgens de 'percentage of completion' methode. De prestaties creëren een actief waarover de klant zeggenschap heeft naarmate het actief wordt gecreëerd; ze creëren geen actief met een alternatieve gebruiksmogelijkheid en de Groep heeft een afdwingbaar recht op betaling voor reeds verrichte prestaties.

Voor de EPCI-contracten worden de opbrengsten van de inkoopactiviteiten op een bepaald moment in de tijd verantwoord en de installatieactiviteiten worden erkend volgens de 'percentage of completion'-methode.

Methode voor de meting van de vervulling van de prestatieverplichtingen en de erkenning van opbrengst

Voor prestatieverplichtingen waaraan in de loop der tijd wordt voldaan, worden de opbrengsten uit hoofde van onderhanden projecten in opdracht van derden opgenomen a rato van het voltooiingspercentage van de projectactiviteiten op de balansdatum door middel van een inputmethode die wordt berekend als het aandeel van de projectkosten op de balansdatum en de geschatte totale projectkosten. Een verwacht verlies op een onderhanden project in opdracht van derden wordt onmiddellijk in resultaat opgenomen.

Andere

Contracten voor de verkoop van onroerend goed bevatten bepaalde garanties voor een periode van maximaal tien jaar na oplevering van het onroerend goed. De Groep is van mening dat deze voorwaarden 'assurance-type' garanties zijn die wettelijk verplicht zijn. Deze worden volgens IAS 37 verwerkt, wat in overeenstemming is met de huidige praktijk.

Een variatie kan leiden tot een stijging of daling van de contractopbrengsten. Een variatie is een opdracht van de klant voor een wijziging in de omvang van de werkzaamheden die in het kader van het contract moeten worden uitgevoerd. Deze contractwijzigingen maken gewoonlijk deel uit van de prestatieverplichting waaraan gedeeltelijk wordt voldaan op de datum van de contractwijziging, zodat het effect wordt opgenomen als een aanpassing van de opbrengst.

Dividenden worden opgenomen wanneer het recht van de Groep om de betaling te ontvangen is vastgesteld.

Overige opbrengsten worden opgenomen wanneer deze worden ontvangen of wanneer het recht op ontvangst van de betaling wordt gevestigd.

20. Activa bestemd voor verkoop en beëindigde bedrijfsactiviteiten

De Groep classificeert niet-vlottende activa en groepen activa die zullen worden vervreemd, als bestemd voor verkoop indien hun boekwaarde hoofdzakelijk zal worden gerealiseerd door middel van een verkooptransactie en niet door hun voortgezette gebruik. Niet-vlottende (groepen) activa die zullen vervreemd worden, geclassificeerd als bestemd voor verkoop, worden gewaardeerd tegen de laagste waarde van hun boekwaarde en hun reële waarde minus de verkoopkosten. Verkoopkosten zijn de kosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de vervreemding van een actief (of groep van activa), exclusief financieringskosten en lasten uit hoofde van inkomstenbelastingen.

De criteria voor classificatie als bestemd voor verkoop zijn slechts voldaan wanneer de verkoop zeer waarschijnlijk is en het actief of de groep van activa die wordt afgestoten in hun huidige toestand onmiddellijk beschikbaar is voor verkoop. Uit de acties die nodig zijn om de verkoop te voltooien, moet blijken dat het onwaarschijnlijk is dat belangrijke wijzigingen in de verkoop zich zullen voordoen of dat de beslissing om te verkopen zal worden ingetrokken. Het management moet zich verbinden tot het plan om het actief te verkopen en de verkoop moet naar verwachting binnen een jaar na datum van de classificatie voltooid zijn.

21. Gebeurtenissen na balansdatum

Er kunnen zich na balansdatum gebeurtenissen voordoen die bijkomende informatie geven over de financiële situatie van de onderneming op balansdatum ('adjusting events'). Deze informatie laat toe schattingen te verbeteren en een betere weerspiegeling te geven van de werkelijke toestand op balansdatum. Deze gebeurtenissen vereisen een aanpassing van de balans en het resultaat. Andere gebeurtenissen na balansdatum worden vermeld in de toelichting indien ze een belangrijke impact kunnen hebben.

22. Winst per aandeel

De groep berekent zowel de basis als de verwaterde winst per aandeel in overeenstemming met IAS 33. De basis winst per aandeel wordt berekend op basis van het gewogen gemiddelde aantal uitstaande aandelen tijdens de periode. Verwaterde winst per aandeel wordt berekend volgens het gemiddelde aantal uitstaande aandelen tijdens de periode plus het verwateringseffect van warranten en aandelenopties uitstaande tijdens de periode.

23. Segmentinformatie

AvH is een gediversifieerde groep actief in volgende kernsectoren:

    1. Marine Engineering & Contracting met DEME, één van de grootste baggerbedrijven ter wereld, CFE, een bouwgroep met hoofdkantoor in België, Rent-A-Port en Green Offshore.
    1. Private Banking met Delen Private Bank, één van de grootste onafhankelijke privé-vermogensbeheerders in België en vermogensbeheerder JM Finn in het VK en Bank Van Breda, nichebank voor de ondernemer en de vrije beroepen in België.
    1. Real Estate & Senior Care met Nextensa, een beursgenoteerde geïntegreerde vastgoedgroep.
    1. Energy & Resources, SIPEF, een agro-industriële groep in tropische landbouw, Verdant Bioscience en Sagar Cements.
    1. AvH & Growth Capital met AvH Growth Capital en haar Growth Capital participaties.

De segmentinformatie opgenomen in de financiële staten van AvH is opgemaakt in overeenstemming met IFRS 8.

Toelichting 2: Dochterondernemingen en gemeenschappelijke dochterondernemingen

1. Integraal geconsolideerde dochterondernemingen

Naam van de dochteronderneming Ondernemings
nummer
Maatsch. zetel Belangen %
2022
Belangen %
2021
Minderheids
belangen %
2022
Minderheids
belangen %
2021
Marine Engineering & Contracting
CFE
(1) (2)
0400.464.795 België 62,12% 62,10% 37,88% 37,90%
DEME
(1)
0400.473.705 België 62,10% 37,90%
DEME Group
(1) (2)
787.829.347 België 62,12% 37,88%
Rent-A-Port
(3)
0885.565.854 België 81,06% 81,05% 18,94% 18,95%
International Port Engineering and Management (IPEM) 0441.086.318 België 81,06% 81,05% 18,94% 18,95%
Infra Asia Consultancy and Project Management 0891.321.320 België 81,06% 81,05% 18,94% 18,95%
Rent-A-Port Green Energy
(4)
0648.717.687 België 54,04% 45,96%
IPEM Holdings Cyprus 81,06% 81,05% 18,94% 18,95%
Port Management Development Cyprus 81,06% 81,05% 18,94% 18,95%
Infra Asia Consultancy Hongkong 81,06% 81,05% 18,94% 18,95%
OK SPM FTZ Enterprise (vereffend) Nigeria 81,05% 18,95%
Infra Asia Investments (subgroup Rent-A-Port)
(3)
IPEM Reclamation Cyprus 76,20% 49,78% 23,80% 50,22%
Rent-A-Port Reclamation Hongkong 76,20% 49,78% 23,80% 50,22%
Infra Asia Investment Green Utilities Hongkong 76,20% 49,78% 23,80% 50,22%
Infra Asia Investment HK Hongkong 76,20% 49,78% 23,80% 50,22%
Warehousing Workshop Worldwide Hongkong 68,58% 44,80% 31,42% 55,20%
Deep C Blue (Hong Kong) Hongkong 76,20% 49,78% 23,80% 50,22%
IPEM Vietnam Hongkong 76,20% 49,78% 23,80% 50,22%
Dinh Vu Industrial Zone jsc Vietnam 57,61% 40,72% 42,39% 59,28%
Hong Duc Industrial Zone jsc Vietnam 76,30% 50,40% 23,70% 49,60%
Hai Phong Industrial Park jsc Vietnam 76,25% 50,09% 23,75% 49,91%
Deep C Blue Hai Phong Company Vietnam 76,20% 49,78% 23,80% 50,22%
DC Red Hai Phong Vietnam 68,58% 44,80% 31,42% 55,20%
Deep C Management Vietnam 76,20% 49,78% 23,80% 50,22%
Green Offshore 0832.273.757 België 81,06% 81,05% 18,94% 18,95%
Private Banking
Bank Van Breda 0404.055.577 België 78,75% 78,75% 21,25% 21,25%
Van Breda Immo Consult 0726.963.530 België 78,75% 78,75% 21,25% 21,25%
FinAx
(5)
0718.694.279 België 100,00% 100,00%
Real Estate & Senior Care
Nextensa
(2)
0436.323.915 België 58,53% 58,53% 41,47% 41,47%
Anima
(6)
0469.969.453 België 92,50% 7,50%
Anima Vlaanderen 0698.940.725 België 92,50% 7,50%
Gilman 0870.238.171 België 92,50% 7,50%
Engagement 0462.433.147 België 92,50% 7,50%
Le Gui 0455.218.624 België 92,50% 7,50%
Anima Wallonië 0428.283.308 België 92,50% 7,50%
Huize Philemon & Baucis 0462.432.652 België 92,50% 7,50%
Anima Cura 0480.262.143 België 92,50% 7,50%
Glamar 0430.378.904 België 92,50% 7,50%

(1) De Buitengewone Vergadering van Aandeelhouders van CFE heeft op 29 juni 2022 de partiële splitsing goedgekeurd van deze vennootschap. CFE heeft op die datum haar 100%-participatie in DEME ingebracht in een nieuwe vennootschap, DEME Group, en de aandelen daarvan aan haar aandeelhouders overgemaakt. De aandelen DEME Group werden vervolgens genoteerd op Euronext Brussel op 30 juni 2022. Vanaf 30 juni 2022 zijn CFE en DEME Group dan ook afzonderlijk genoteerde vennootschappen. De partiële splitsing van CFE heeft het economisch belang van AvH in DEME/CFE niet gewijzigd : de enige wijziging bestaat er immers in dat AvH vanaf 30 juni 2022 rechtstreeks aandelen aanhoudt in de beursgenoteerde vennootschappen DEME Group (62,12%) en CFE (62,12%), terwijl voor die datum DEME een 100%-deelneming was van het beursgenoteerde CFE, waarin AvH een 62,12% deelneming bezat. Deze partiële splitsing is bijgevolg volledig neutraal voor de verwerking via integrale consolidatie van DEME (Group) in de geconsolideerde rekeningen van AvH.

(2) Voor een overzicht van de participaties aangehouden door de beursgenoteerde vennootschappen DEME Group, CFE en Nextensa wordt verwezen naar hun respectievelijke jaarverslagen.

(3) In december 2021 heeft Rent-A-Port een overeenkomst gesloten om een bijkomend belang van 32,6% in IAI te verwerven, wat haar totale participatie op 94% brengt. De closing van de transactie vond plaats in het eerste kwartaal van 2022.

(4) Na de toetreding van SRIW Environnement tot het aandeelhouderschap van BStor, (het vroegere Rent-A-Port Green Energy), bezit Rent-A-Port een deelneming van 38% in BStor. Met het Estor-Lux project speelt Bstor in op de behoefte aan flexibele oplossingen op de elektricititeitsmarkten. Bstor wordt nu opgenomen onder de geassocieerde deelnemingen (Toelichting 3).

(5) AvH heeft, via 100% dochtervennootschap FinAx, een rechtstreekse 78,75%-deelneming in Delen Private Bank en Bank Van Breda.

(6) AvH en het management van Anima hebben begin juli 2022 100% van de aandelen van Anima overgedragen aan AG.

Naam van de dochteronderneming Ondernemings
nummer
Maatsch. zetel Belangen %
2022
Belangen %
2021
Minderheids
belangen %
2022
Minderheids
belangen %
2021
Real Estate & Senior Care (vervolg)
Zorgcentrum Lucia 0818.244.092 België 92,50% 7,50%
Résidence Parc des Princes 0431.555.572 België 92,50% 7,50%
Résidence St. James 0428.096.434 België 92,50% 7,50%
Château d'Awans 0427.620.342 België 92,50% 7,50%
Home Scheut 0458.643.516 België 92,50% 7,50%
Le Birmingham 0428.227.284 België 92,50% 7,50%
Zandsteen 0664.573.823 België 92,50% 7,50%
Les Résidences de l'Eden 0455.832.197 België 92,50% 7,50%
Résidence Arcade 0835.637.281 België 92,50% 7,50%
La Roseraie 0466.582.668 België 92,50% 7,50%
Patrium 0675.568.178 België 92,50% 7,50%
Elenchus Invest 0478.953.930 België 92,50% 7,50%
Résidence Edelweiss 0439.605.582 België 92,50% 7,50%
Résidence Neerveld 0427.883.628 België 92,50% 7,50%
Villa 34 0432.423.822 België 92,50% 7,50%
Le Rossignol 0432.049.381 België 92,50% 7,50%
Immo Markant 0537.654.073 België 92,50% 7,50%
Les 3 Arbres 0435.646.893 België 92,50% 7,50%
Saint-Vincent 0465.771.630 België 92,50% 7,50%
Energy & Resources
AvH Resources India U74300DL2001
PTC111685
India 100,00% 100,00%
AvH & Growth Capital
AvH Growth Capital 0434.330.168 België 100,00% 100,00%
Sofinim Luxemburg 2003.2218.661 Luxemburg 100,00% 100,00%
Agidens International 0468.070.629 België 84,98% 84,98% 15,02% 15,02%
Agidens Life Sciences 0411.592.279 België 84,98% 84,98% 15,02% 15,02%
Agidens Proces Automation 0465.624.744 België 84,98% 84,98% 15,02% 15,02%
Agidens Proces Automation BV 005469272B01 Nederland 84,98% 84,98% 15,02% 15,02%
Agidens Life Sciences BV 850983411B01 Nederland 84,98% 84,98% 15,02% 15,02%
Agidens Inc 32.067.705.379 USA 84,98% 84,98% 15,02% 15,02%
Agidens SAS 10.813.818.424 Frankrijk 84,98% 84,98% 15,02% 15,02%
Agidens GmbH 76301 Duitsland 84,98% 84,98% 15,02% 15,02%
Agidens AG 539301 Zwitserland 84,98% 84,98% 15,02% 15,02%
Argus Technologies 0844.260.284 België 84,98% 84,98% 15,02% 15,02%
Baarbeek Immo 651.662.133 België 84,98% 84,98% 15,02% 15,02%
Biolectric Group 0422.609.402 België 55,83% 55,83% 44,17% 44,17%
Biolectric 0879.126.440 België 55,83% 55,83% 44,17% 44,17%
Biolectric Ltd UK 55,83% 55,83% 44,17% 44,17%
Subholdings AvH
Anfima 0426.265.213 België 100,00% 100,00%
AvH Singapore 202118768G Singapore 100,00% 100,00%
Brinvest 0431.697.411 België 100,00% 100,00%
Profimolux 1992.2213.650 Luxemburg 100,00% 100,00%

2. Gemeenschappelijke dochterondernemingen waarop de vermogensmutatiemethode is toegepast – 2022

(€ 1.000) Naam van de
dochteronderneming
Ondernemings
nummer
Maatsch.
zetel
Belangen %
2022
Minderheids
belangen %
2022
Activiteiten
verslag
Totaal
activa
Totaal
verplich
tingen
Omzet Netto
resultaat
Marine Engineering & Contracting
Rent-A-Port
Infra Asia Investments (subgroup Rent-A
Port)
(1)
Euro Jetty (Hong Kong) Hongkong 38,10% 11,90% 17.401 10 455 2.435
Deep C Green Energy (Hong Kong) Hongkong 38,10% 11,90% 16.251 224 455 720
Deep C Green Energy (Vietnam) Vietnam 38,10% 11,90% 19.896 17.367 35.635 582
Euro Jetty (Vietnam) Company Vietnam 38,10% 11,90% 4.612 1.214 4.846 2.648
Tien Phong Industrial Zone Vietnam 38,10% 11,90% 27.988 8.857 0 -1.206
Bac Tien Phong Industrial Zone Vietnam 38,10% 11,90% 83.859 36.248 17.286 3.774
Hateco Deep C Port
(2)
Vietnam 38,10% 11,90% 6 4 0 -9
Infra Asia Investments fund (vereffend) 0648.714.620 België
Private Banking
Delen Private Bank
(3)
0453.076.211 België 78,75% p. 98 2.582.456 1.503.860 512.143 160.623
Energy & Resources
SIPEF (USD 1.000)
(4)
0404.491.285 België 36,81% p. 112 1.062.223 244.420 527.460 108.157
Verdant Bioscience (USD 1.000)
(5)
Singapore 42,00% p. 116 32.989 23.087 5.905 -1.288
AvH & Growth Capital
Amsteldijk Beheer 33.080.456 Nederland 50,00% 5.349 4.711 592 -56
Manuchar (USD 1.000)
(6)
0407.045.751 België
Turbo's Hoet Groep 0881.774.936 België 50,00% p. 129 399.859 247.563 653.767 24.826
Telemond 0893.552.617 België 50,00% p. 128 99.490 30.051 128.408 15.156

(1) In december 2021 heeft Rent-A-Port een overeenkomst gesloten om een bijkomend belang van 32,6% in IAI te verwerven, wat haar totale participatie op 94% brengt. De closing van de transactie vond plaats in het eerste kwartaal van 2022.

(2) Rent-A-Port verwierf 50% van de aandelen van Hateco Deep C Port Jsc, actief in de ontwikkeling en het beheer van een binnenvaartterminal voor de Hai Phong International Gateway Port Industrial Zone in Cat Hai.

(3) FinAx houdt een deelneming aan van 78,75% in Delen Private Bank NV. De aandeelhoudersafspraken tussen AvH en de familie Jacques Delen, die via Promofi NV een 21,25%-deelneming aanhoudt, omvatten ondermeer afspraken inzake vertegenwoordiging in de raad van bestuur en besluitvorming op niveau van de raad van bestuur en de aandeelhoudersvergadering. De bijzondere meerderheidsvereisten die voorzien zijn voor bepaalde sleutelbeslissingen, leiden tot gezamenlijke controle.

(4) De aandeelhoudersovereenkomst tussen de familie Baron Bracht en AvH resulteert in een gezamenlijke controle van SIPEF. AvH heeft in 2022 haar deelnemingspercentage in SIPEF verhoogd van 35,13% tot 36,81%.

(5) AvH bezit 42% in Verdant Bioscience, een strategische investering in het verlengde van haar 36,81%-belang in SIPEF. SIPEF zelf bezit een 38%-deelneming in VBS. (6) Begin 2022 werd een overeenkomst ondertekend met Lone Star Funds voor de verkoop van 100% van de aandelen in Manuchar. Als gevolg van de aangekondigde verkoop van de deelneming in Manuchar, die in de loop van het tweede trimester van 2022 werd afgerond, werd deze participatie op jaareinde 2021 reeds overgebracht naar "Activa bestemd voor verkoop".

3. Gemeenschappelijke dochterondernemingen waarop de vermogensmutatiemethode is toegepast – 2021

(€ 1.000) Naam van de
dochteronderneming
Ondernemings
nummer
Maatsch.
zetel
Belangen %
2021
Minderheids
belang %
2021
Activiteiten
verslag
Totaal
activa
Totaal
verplich
tingen
Omzet Netto
resultaat
Marine Engineering & Contracting
Rent-A-Port
Infra Asia Investments (subgroup Rent-A
Port)
Euro Jetty (Hong Kong) Hongkong 24,89% 25,11% 14.132 9 406 1.764
Deep C Green Energy (Hong Kong) Hongkong 24,89% 25,11% 14.642 211 406 411
Deep C Green Energy (Vietnam) Vietnam 24,89% 25,11% 14.495 12.687 26.307 374
Euro Jetty (Vietnam) Company Vietnam 24,89% 25,11% 4.453 1.687 4.133 2.200
Tien Phong Industrial Zone Vietnam 24,89% 25,11% 23.141 4.368 0 -680
Bac Tien Phong Industrial Zone Vietnam 24,89% 25,11% 61.965 19.010 11.739 5.074
Infra Asia Investment Fund 0648.714.620 België 40,53% 9,47% 32.182 30.787 0 17
ESTOR-LUX 0749.614.317 België 24,32% 5,68% 9.689 7.792 432 158
Private Banking
Delen Private Bank 0453.076.211 België 78,75% p. 98 2.429.155 1.406.702 506.760 167.556
Energy & Resources
SIPEF (USD 1.000) 0404.491.285 België 35,13% p. 112 991.765 264.436 416.053 93.749
Verdant Bioscience (USD 1.000) Singapore 42,00% p. 116 33.665 22.475 3.319 -2.514
AvH & Growth Capital
Amsteldijk Beheer 33.080.456 Nederland 50,00% 5.529 4.835 847 -1.160
Manuchar (USD 1.000) 0407.045.751 België 30,00% 796.436 622.605 2.481.657 62.610
Turbo's Hoet Groep 0881.774.936 België 50,00% p. 129 352.875 220.069 620.486 18.083
Telemond 0893.552.617 België 50,00% p. 128 87.727 27.904 98.953 8.888

Toelichting 3: geassocieerde en niet-geconsolideerde deelnemingen

1. Geassocieerde deelnemingen waarop de vermogensmutatiemethode is toegepast – boekjaar 2022

(€ 1.000) Naam van de geassocieerde
deelneming
Ondernemings
nummer
Maatsch.
zetel
Belangen %
2022
Minderheids
belangen %
2022
Activiteiten
verslag
Totaal
activa
Totaal
verplich
tingen
Omzet Netto
resultaat
Marine Engineering & Contracting
Rent-A-Port
BSTOR
(1)
0648.717.687 België 30,80% 5.200 1.739 499 -413
ESTOR-LUX
(1)
0749.614.317 België 23,10% 13.402 8.456 5.010 3.031
ESTOR-LUX II
(1)
0791.483.574 België 23,10% 684 192 0 -8
Green Offshore
(2)
Rentel 0700.246.364 België 10,13% 2,37% p. 93 903.397 728.235 123.211 20.366
SeaMade 0543.401.324 België 7,09% 1,66% p. 93 1.255.529 1.062.860 140.683 11.296
Otary RS 0833.507.538 België 10,13% 2,37% 86.158 7.848 13.246 20.352
Otary BIS 0842.251.889 België 10,13% 2,37% 54.530 12 0 6.271
Energy & Resources
Sagar Cements (INR million)
(3)
L26942AP19
81PLC002887
India 19,64% p. 117 36.535 21.358 21.097 -830
AvH & Growth Capital
Axe Investments 419.822.730 België 48,34% p. 123 14.622 56 503 403
Financière EMG 801.720.343 Frankrijk 22,73% p. 125 352.915 281.128 359.128 4.232
Mediahuis
(4)
439.849.666 België 13,93% p. 126 1.179.890 696.270 1.222.960 65.264
OM Partners 428.328.442 België 20,01% p. 127 162.491 47.363 166.657 35.519
Van Moer Group 885.987.706 België 21,74% p. 130 163.800 121.694 310.267 5.754

(1) Na de toetreding van SRIW Environnement tot het aandeelhouderschap van BStor, (het vroegere Rent-A-Port Green Energy), bezit Rent-A-Port een deelneming van 38% in Bstor. Met het Estor-Lux project speelt Bstor in op de behoefte aan flexibele oplossingen op de elektricititeitsmarkten.

(2) De deelnemingen in de offshore windenergieparken Rentel en SeaMade (en de tussenholdings Otary RS en Otary BIS) worden aangehouden via Green Offshore, dat een 50/50 investeringsvehikel is van AvH en CFE. AvH heeft een participatie (transitief) van 10,13% in Rentel en van 7,09% in SeaMade. Indien ook rekening wordt gehouden met de belangen van DEME in Rentel en SeaMade, bedragen de belangen (transitief) van AvH 21,9% respectievelijk 15,3%.

(3) Als gevolg van een kapitaalverhoging van Sagar Cements die volledig werd onderschreven door een nieuwe aandeelhouder, verwaterde de participatie vn AvH in Sagar Cements van 21,85% eind 2021 tot 19,64%.

(4) Eind 2022 heeft AvH een participatie van 49,9% in MediaCore, de controlerende aandeelhouder (53,5%) in Mediahuis Partners. Mediahuis Partners heeft een controlebelang van 52,14% in Mediahuis. Aldus bedraagt het deelnemingspercentage van AvH in Mediahuis 13,93%.

2. Geassocieerde deelnemingen waarop de vermogensmutatiemethode is toegepast – boekjaar 2021

(€ 1.000) Naam van de geassocieerde
deelneming
Ondernemings
nummer
Maatsch.
zetel
Belangen %
2021
Minderheids
belangen %
2021
Activiteiten
verslag
Totaal
activa
Totaal
verplich
tingen
Omzet Netto
resultaat
Marine Engineering & Contracting
Green Offshore
Rentel 0700.246.364 België 10,13% 2,37% p. 93 933.616 837.698 138.307 29.698
SeaMade 0543.401.324 België 7,09% 1,66% p. 93 1.373.451 1.322.510 145.762 12.220
Otary RS 0833.507.538 België 10,13% 2,37% 84.142 1.551 10.254 18.605
Otary BIS 0842.251.889 België 10,13% 2,37% 54.330 171 0 8.437
Energy & Resources
Sagar Cements (INR million) L26942AP19
81PLC002887
India 21,85% p. 117 32.605 19.840 15.128 1.278
AvH & Growth Capital
Axe Investments 419.822.730 België 48,34% p. 123 14.230 47 542 -223
Financière EMG 801.720.343 Frankrijk 22,51% p. 125 381.248 310.442 366.845 152
Mediahuis 439.849.666 België 13,51% p. 126 1.107.536 625.059 1.130.790 117.321
OM Partners 428.328.442 België 20,01% p. 127 125.662 42.167 115.713 23.777
Van Moer Group 885.987.706 België 21,74% p. 130 119.051 82.785 222.378 1.328

3. Niet-geconsolideerde participaties aan reële waarde

(€ 1.000) Naam van de participatie Ondernemingsnummer Maatsch. zetel Activiteiten
verslag
Belang% 2022
(fully diluted)
Belang% 2021
(fully diluted)
AvH & Growth Capital
Life Sciences
AstriVax
(1)
0787.990.881 België p. 131 5,8%
Biotalys 0508.931.185 België p. 132 11,9% 11,9%
Bio Cap Invest (Epics Therapeutics) 0719.433.261 België 29,5% 29,5%
Indigo Diabetes 0666.442.557 België p. 133 11,9% 9,1%
MRM Health 0742.910.132 België p. 134 15,9% 17,2%
OncoDNA 0501.631.837 België p. 135 9,8% 9,8%
Indië / Zuid-Oost Azië
Convergent Finance
(2)
160130 Mauritius p. 136 3,1%
HealthQuad Fund I U74999DL2019PTC352056 Indië p. 137 36,3% 36,3%
HealthQuad Fund II
(3)
U74999DL2019PTC352056 Indië p. 137 11,0% 10,0%
Medikabazaar (direct)
(4)
U51397MH2013PTC245092 Indië p. 138 8,9% 8,7%
Venturi Fund I
(5)
T21VC0008K-SF001 Singapore p. 139 11,1% 20,0%
Venturi Partners / Venturi I Capital 201906515N Singapore p. 139 10,0% 10,0%
Overige
Baarbeek 0872.203.709 België 100,00% 100,00%
Hofkouter
(6)
0687.984.772 België 65,00%
Invest BW. 0430.636.943 België 25,0% 25,0%
Koffie F. Rombouts
(7)
0404.850.185 België 4,0% 5,0%
Pluralis 68.887.590 Nederland 2,1% 2,1%
Pribinvest B0107957 Luxemburg 78,8% 78,8%

(1) AvH heeft in augustus 2022 haar investering in AstriVax (AvH 5,8%) aangekondigd, als onderdeel van de kapitaalronde die door deze spin-off van de KU Leuven georganiseerd werd. Op termijn zal AvH een deelnemingspercentage van 7,7% in AstriVax aanhouden. AstriVax heeft in totaal 30 miljoen euro aan startkapitaal opgehaald. Het bedrijf zal nieuwe vaccins ontwikkelen die

gemakkelijk te produceren zijn, minder koelketenvereisten hebben en een brede en langdurige bescherming bieden tegen verschillende virussen en andere ziekteverwekkers. (2) Eind oktober heeft AvH een samenwerking aangekondigd met Convergent Finance, een in Mumbai gevestigd partnerschap voor beleggingsbeheer en -advies dat zich focust op investeringen in gevestigde en beursgenoteerde bedrijven in India. AvH heeft 6 miljoen euro geïnvesteerd in de samenwerking. Convergent focust op verschillende sectoren zoals voeding & dranken, speciale chemicaliën, duurzame technologie en gezondheidszorg.

(3) In maart 2022 voltooide HealthQuad de finale closing van haar tweede fonds met 161 miljoen USD aan toegezegd kapitaal. AvH nam deel als ankerinvesteerder met een engagement van 17,5 miljoen USD. HealthQuad Fund II heeft reeds ongeveer 98 miljoen USD ingezet in 11 bedrijven.

(4) Medikabazaar heeft 65 miljoen USD opgehaald in een nieuwe kapitaalronde. Naast de bijdrage van de bestaande investeerders, waaronder AvH, is ook Lighthouse India Fund III toegetreden tot het kapitaal.

(5) In juni 2022 werd Venturi Fund I afgesloten met een toegezegd kapitaal van in totaal 180 miljoen USD. AvH nam deel aan de initiële closing als ankerinvesteerder, met een engagement van 20 miljoen USD, te investeren over een periode van 4 jaar.

(6) Eind 2022 heeft Van Laere, een dochteronderneming van CFE, 65% van haar belang in Hofkouter (de vennootschap met als enige eigendom de oude hoofdzetel en ateliers van Van Laere in Zwijndrecht) aan AvH verkocht. De meerwaarde die CFE hierop gerealiseerd heeft, werd op AvH-niveau geëlimineerd

(7) Het belang in Koffie Rombouts werd in 2022 verder afgebouwd.

Toelichting 4: bedrijfsacquisities & bedrijfsverkopen

1. Bedrijfsacquisities

Er vonden in 2022 geen bedrijfsacquisities plaats.

2. Bedrijfsverkopen

(€ 1.000) Anima
Balans 30-06-2022
Goodwill en immateriële vaste activa 38.830
Materiële vaste activa 211.722
Liquide middelen 4.861
Overige activa 29.928
Totaal der activa 285.340
Eigen vermogen (deel groep AvH) 68.235
Minderheidsbelang 5.734
Financiële schulden op lange en korte termijn 164.690
Overige schulden 46.682
Totaal eigen vermogen en verplichtingen 285.340
Totaal activa 285.340
Totaal verplichtingen -211.372
Minderheidsbelangen -5.734
Netto actief (91,8%) 68.235
Verkoopprijs 308.163
Provisie - Reps & Warranties -3.052
Gerealiseerde meerwaarde 236.876
Resultatenrekening 30-06-2022
Bedrijfsopbrengsten 60.127
Exploitatielasten (-) -54.271
Winst (verlies) op de overdracht van activa -245
Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten 5.611
Financieel resultaat -1.442
Winst (verlies) vóór belasting 4.169
Winstbelastingen -1.118
Winst (verlies) van het boekjaar 3.050
Aandeel van het minderheidsbelang -229
Aandeel van de groep 2.822
Kasstroomoverzicht 30-06-2022
Geldmiddelen en kasequivalenten - openingsbalans op 1 januari 2022 6.067
Operationele cashflow 6.695
Investeringscashflow -8.174
Financieringscashflow 273
Geldmiddelen en kasequivalenten - slotbalans op 30 juni 2022 4.861

AvH en het management van Anima hebben begin juli 2022 100% van de aandelen van Anima overgedragen aan AG. De transactie vertegenwoordigt voor

Toelichting 5: Activa en passiva bestemd voor verkoop

Op jaareinde 2022 werden voor 62,5 miljoen euro activa opgenomen als bestemd voor verkoop. Ongeveer de helft daarvan betreft een schip bij DEME dat mogelijks in de tweede jaarhelft van 2023 zal worden verkocht (Segment Marine Engineering & Contracting) en het saldo wordt verklaard door de boekwaarde van de 50% deelneming van AvH in Telemond die in Q1 2023 is verkocht (Segment AvH & Growth Capital).

AvH een cashopbrengst van 308,2 miljoen euro en een meerwaarde van 236,9 miljoen euro.

Eind 2021 bedroegen de activa bestemd voor verkoop 230,7 miljoen euro en bestonden uit:

  • Het offshore installatieschip Thor van DEME.
  • De deelneming in Manuchar als gevolg van de eind 2021 aangekondigde verkoop.
  • Een drietal gebouwen van Nextensa, (The Crescent, Monnet en Titanium) die in 2022 zijn verkocht.

Toelichting 6: Segmentinformatie

Segment 1

Marine Engineering & Contracting:

DEME Group (integrale consolidatie 62,12%), CFE (integrale consolidatie 62,12%), Rent-A-Port (integrale consolidatie 81,06%) en Green Offshore (integrale consolidatie 81,06%).

De Buitengewone Vergadering van Aandeelhouders van CFE heeft op 29 juni 2022 de partiële splitsing goedgekeurd van deze vennootschap. CFE heeft op die datum haar 100%-participatie in DEME ingebracht in een nieuwe vennootschap, DEME Group, en de aandelen daarvan aan haar aandeelhouders overgemaakt. De aandelen DEME Group werden vervolgens genoteerd op Euronext Brussel op 30 juni 2022. Vanaf 30 juni 2022 zijn CFE en DEME Group dan ook afzonderlijk genoteerde vennootschappen.

De partiële splitsing van CFE heeft het economisch belang van AvH in DEME/CFE niet gewijzigd : de enige wijziging bestaat er immers in dat AvH vanaf 30 juni 2022 rechtstreeks aandelen aanhoudt in de beursgenoteerde vennootschappen DEME Group (62,12%) en CFE (62,12%), terwijl voor die datum DEME een 100% deelneming was van het beursgenoteerde CFE, waarin AvH een 62,12% deelneming bezat.

Deze partiële splitsing is bijgevolg volledig neutraal voor de verwerking via integrale consolidatie van DEME (Group) in de geconsolideerde rekeningen van AvH.

Segment 2

Private Banking:

Delen Private Bank (vermogensmutatiemethode 78,75%), Bank Van Breda (integrale consolidatie 78,75%) en FinAx (integrale consolidatie 100%).

Segment 3

Real Estate & Senior Care:

Nextensa (Integrale consolidatie 58,53%)

Op 18 mei 2022 heeft AvH een akkoord gemeld met betrekking tot de verkoop van haar deelneming in Anima aan AG. Deze transactie is in de eerste helft van de maand juli 2022 gerealiseerd. Als gevolg hiervan wordt in de geconsolideerde resultatenrekening de bijdrage van Anima mbt het eerste semester 2022 gerapporteerd onder "winst uit bedrijfsactiviteiten die worden beëindigd". De actief-, respectievelijk passiefposten van Anima in de geconsolideerde balans stonden per 30 juni 2022 samengevat op telkens één lijn onder "activa/passiva bestemd voor verkoop" en werden in de 2e jaarhelft uitgeboekt.

Segment 4

Energy & Resources:

SIPEF (vermogensmutatiemethode 36,81%), Verdant Bioscience (vermogensmutatiemethode 42%), AvH India Resources (integrale consolidatie 100%) en Sagar Cements (vermogensmutatiemethode 19,64%).

AvH verhoogde in 2022 haar deelneming in SIPEF van 35,13% tot 36,81%, zonder dat dit evenwel impact heeft op de wijze waarop deze deelneming in de geconsolideerde rekeningen wordt verwerkt.

Hetzelfde geldt voor de participatie in Sagar Cements, die in de eerste jaarhelft verwaterde van 21,85% per jaareinde 2021 tot 19,64% als gevolg van een kapitaalverhoging van Sagar Cements die volledig werd onderschreven door een nieuwe aandeelhouder.

AvH India Resources bezit geen andere deelnemingen dan in Sagar Cements.

Segment 5

AvH & Growth Capital

  • AvH, AvH Growth Capital & subholdings (integrale consolidatie 100%)
  • Integraal geconsolideerde participaties: Agidens (85,0%) en Biolectric Group (55,8%)
  • Participaties opgenomen volgens vermogensmutatiemethode: Amsteldijk Beheer (50%), Axe Investments (48,3%), Financière EMG (22,7%), Mediahuis Partners (26,7%), Mediahuis (13,9%), MediaCore (49,9%), OM Partners (20,0%), Telemond (50% - bestemd voor verkoop), Turbo's Hoet Groep (50%) en Van Moer Logistics (21,7%).
  • Niet-geconsolideerde participaties:
    • Life Science: Astrivax (5,8%), Biotalys (11,9%), Bio Cap Invest (29,5%), Indigo Diabetes (11,9%), MRM Health (15,9%), OncoDNA (9,8%).
    • India / Zuid-Oost Azië: HealthQuad Fund I (36,3%), HealthQuad Fund II (11,0%), Medikabazaar (8,9%), Venturi Partners Fund I (11,1%) en Convergent Finance (3,1%).

Na een succesvolle samenwerking van meer dan 30 jaar heeft AvH begin februari 2023 haar 50% participatie in Telemond verkocht aan de Duitse familie Maas, haar langetermijnpartner. Inmiddels heeft AvH een cashopbrengst van 55 miljoen euro ontvangen en een meerwaarde van 19 miljoen euro gerealiseerd. Telemond werd bijgevolg per 31 december 2022 overgeboekt naar 'Activa bestemd voor verkoop'.

Toelichting 6: Segmentinformatie – resultatenrekening 2022

(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Marine
Engineering
Private
Banking
Real Estate &
Senior Care
Energy &
Resources
AvH &
Growth
Eliminaties
tussen
Totaal 2022
Bedrijfsopbrengsten & Contracting
3.965.083
217.522 145.138 25 Capital
75.704
segmenten
-2.053
4.401.419
Verrichting van diensten 0 0 0 0 2.008 -1.966 42
Vastgoedopbrengsten 85.392 0 135.999 0 0 221.392
Rente-opbrengsten bancaire activiteiten 0 115.243 0 0 0 115.243
Vergoedingen en commissies bancaire activiteiten 0 100.051 0 0 0 100.051
Opbrengsten uit onderhanden projecten in opdracht van derden 3.793.646 0 0 0 71.330 -87 3.864.890
Overige bedrijfsopbrengsten 86.044 2.229 9.139 25 2.366 0 99.802
Exploitatielasten (-) -3.780.641 -124.820 -98.500 -106 -106.152 2.123 -4.108.096
Grond- & hulpstoffen, diensten en uitbesteed werk (-) -2.690.244 -27.755 -81.129 -106 -52.260 2.123 -2.849.372
Rentelasten Bank J.Van Breda & C° (-) 0 -20.047 0 0 0 -20.047
Personeelslasten (-) -712.607 -58.161 -9.204 0 -40.310 -820.282
Afschrijvingen (-) -346.405 -7.116 -1.140 0 -4.923 -359.585
Bijzondere waardeverminderingen (-) 2.388 -925 -409 0 0 1.053
Overige exploitatielasten (-) -29.818 -13.693 -7.170 0 -774 0 -51.455
Voorzieningen -3.955 2.878 552 0 -7.884 -8.408
Winst (verlies) op activa/passiva gewaardeerd aan reële waarde
via resultatenrekening
0 0 -24.017 0 7.164 0 -16.854
Financiële activa - Fair value through P/L (FVPL) 0 0 -12.397 0 7.164 -5.234
Vastgoedbeleggingen 0 0 -11.620 0 0 -11.620
Winst (verlies) op de overdracht van activa 19.181 -2.559 28.346 0 334.433 0 379.402
Gerealiseerde meer(min)waarde op immateriële en materiële vaste activa 9.433 0 0 0 59 9.491
Gerealiseerde meer(min)waarde op vastgoedbeleggingen 0 0 28.346 0 0 28.346
Gerealiseerde meer(min)waarde op financiële vaste activa 9.749 0 0 0 334.117 343.866
Gerealiseerde meer(min)waarde op andere activa 0 -2.559 0 0 257 -2.301
Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten 203.623 90.144 50.966 -81 311.149 70 655.871
Financieel resultaat -31.909 -1.578 19.226 10 4.165 -70 -10.156
Renteopbrengsten 12.302 17 3.392 0 3.345 -1.436 17.619
Rentelasten (-) -25.914 0 -12.233 0 -653 1.436 -37.365
(Niet)gerealiseerde wisselkoers-resultaten -9.947 0 0 11 716 -9.219
Overige financiële opbrengsten (kosten) -8.350 218 331 0 757 -70 -7.114
Afgeleide financiële instrumenten gewaardeerd aan reële waarde via
resultatenrekening
0 -1.814 27.737 0 0 25.923
Aandeel in de winst (verlies) van ondernemingen waarop
vermogensmutatie is toegepast
25.430 126.491 17.417 35.464 39.072 243.874
Overige niet-exploitatiebaten 0 0 0 0 0 0
Overige niet-exploitatielasten (-) 0 0 0 0 0 0
Winst (verlies) vóór belasting 197.144 215.056 87.610 35.393 354.386 0 889.590
Winstbelastingen -44.236 -21.723 -15.621 -50 -449 0 -82.078
Uitgestelde belastingen 12.349 503 -9.548 0 -54 3.250
Belastingen -56.585 -22.226 -6.073 -50 -394 -85.328
Winst (verlies) na belasting uit voortgezette
bedrijfsactiviteiten
152.908 193.334 71.989 35.343 353.937 0 807.512
Winst (verlies) na belasting uit bedrijfsactiviteiten die worden
beëindigd
0 0 3.050 0 0 3.050
Winst (verlies) van het boekjaar 152.908 193.334 75.040 35.343 353.937 0 810.562
Aandeel van het minderheidsbelang 58.343 13.199 29.702 1.020 -357 101.907
Aandeel van de groep 94.565 180.135 45.338 34.323 354.295 708.655

Commentaar bij de segmentinformatie – resultatenrekening

AvH realiseert over het boekjaar 2022 een netto-winst van 708,7 miljoen euro (deel van de groep). Dit recordresultaat is te danken aan de sterke resultaten van alle onderdelen van de AvH-groep én aan de meerwaarden die werden gerealiseerd op de verkopen van de deelnemingen in Anima en Manuchar.

De verkoop van Manuchar werd gerealiseerd op 30 juni 2022 en die van Anima werd afgerond in juli 2022. Aangezien de deelneming in Manuchar reeds in de jaarrekening 2021 als "bestemd voor verkoop" was geboekt, bestaat de bijdrage van Manuchar tot de resultaten van het jaar 2022 volledig uit de op de verkoop gerealiseerde meerwaarde van 97,2 miljoen euro. De verkoop van Anima vond daarentegen pas in het tweede halfjaar plaats. Bijgevolg werden de resultaten van het eerste semester 2022 van Anima nog verwerkt in de resultaten per 30 juni, doch overgeboekt naar de winst uit bedrijfsactiviteiten die worden beëindigd. In het tweede semester werd vervolgens een meerwaarde opgenomen in het groepsresultaat van 236,9 miljoen euro op deze exit. Naar de opbouw van de geconsolideerde resultatenrekening heeft dit voor gevolg dat in 2022 Nextensa de enige integraal geconsolideerde deelneming is in het segment "Real Estate & Senior Care". In de vergelijkende cijfers van het jaar 2021 is Anima nog wel integraal opgenomen. De overige wijzigingen in de consolidatiekring hebben slechts een beperkte impact op de vergelijkbaarheid van de geconsolideerde resultatenrekening van 2022 met die van het jaar voordien.

Ondanks het wegvallen van de bedrijfsopbrengsten van Anima in 2022 (2021: 106,1 miljoen euro), stijgen deze toch met 89,0 miljoen euro tot 4.401,4 miljoen euro. Deze toename weerspiegelt de hogere omzetten bij zowel DEME, CFE, als Rent-A-Port en de hogere rentes en commissies bij Bank Van Breda. De daling van de bedrijfsopbrengsten in "AvH & Growth Capital" wordt hoofdzakelijk verklaard door de terugval van de omzet bij Agidens met 15,1 miljoen euro.

Om die hogere bedrijfsopbrengsten te realiseren, nemen ook de exploitatiekosten toe met 84,1 miljoen euro waarvan respectievelijk 168,2 miljoen euro in "Marine Engineering & Contracting" en 2,4 miljoen euro in Private Banking. De deconsolidatie van Anima zorgde voor het verdwijnen van 96,9 miljoen euro aan exploitatiekosten en de lagere omzet bij Agidens leidde tot een afname van exploitatiekosten met 12,8 miljoen euro.

Doorheen de hele AvH-groep kregen de bedrijven in 2022 te maken met stijgende kosten van grondstoffen, personeel, energie en overige diensten. De investeringen van DEME in haar vloot leiden tot een grotere afschrijvingslast. In 2022 kon een terugname van 1 miljoen euro op bijzondere waardeverminderingen (impairments) worden geboekt, tegenover een kost van 45,8 miljoen euro in 2021.

Bank Van Breda kon 2,9 miljoen euro in voorgaande jaren aangelegde provisie terugnemen na het afsluiten van een akkoord. De exploitatiekosten in "AvH & Growth Capital" daarentegen bevatten in 2022 een kost van 7,7 miljoen euro voor het aanleggen van een provisie voor risico's en kosten waarvoor AvH desgevallend zou kunnen worden aangesproken in het kader van verstrekte waarborgen en verklaringen.

De opname aan reële waarde van activa/passiva leverde in 2022 per saldo een negatieve bijdrage tot de resultaten van 16,9 miljoen euro. In "Real Estate & Senior Care" werd de waarde van de aandelen Retail Estates bij Nextensa met 12,7 miljoen euro verlaagd overeenkomstig de evolutie van de beurskoers gedurende 2022 en werd de waarde van de vastgoedportefeuille neerwaarts gecorrigeerd met 11,6 miljoen euro op basis van externe schattingen. In "AvH & Growth Capital" leverde de actualisatie aan marktwaarde van de AvHbeleggingsportefeuille een negatieve aanpassing op van 6,6 miljoen euro, terwijl de waarde van de niet-geconsolideerde deelnemingen van AvH Growth Capital opwaarts werd herzien met 13,8 miljoen euro.

Zoals hierboven reeds aangegeven, leverden meerwaarden een belangrijke bijdrage tot de groepsresultaten in 2022. De verkoop van de deelnemingen in Manuchar en Anima leverde in "AvH & Growth Capital" 334,1 miljoen euro meerwaarden op. De verkoop door Nextensa van de gebouwen Crescent, Monnet en Titanium leverde Nextensa in totaal 28,3 miljoen euro meerwaarde op. DEME realiseerde 7,3 miljoen euro meerwaarde op de verkoop van vaste activa (waaronder de Thor) en CFE 2,1 miljoen euro. In het kader van de vastgoedpromotie-activiteit van CFE werd het Wooden-project, waarin CFE een participatie bezat, succesvol verkocht.

Zoals dat ook in voorgaande jaren het geval was, leverden de vennootschappen waarop vermogensmutatie wordt toegepast een significante bijdrage tot de groepswinst. In 2022 bedroeg dit 243,9 miljoen euro (2021: 255,2 miljoen euro, inclusief nog een bijdrage vanwege Manuchar). Deze winst uit bedrijven verwerkt volgens vermogensmutatie bestaat o.a uit het aandeel van de AvH-groep in de netto-winst van Delen Private Bank, SIPEF, Verdant Bioscience, Sagar Cements en meerdere "AvH & Growth Capital"-deelnemingen. Het complete overzicht hiervan is opgenomen onder de Toelichtingen 2. Gemeenschappelijke dochterondernemingen en Toelichting 3 geassocieerde deelnemingen.

De algemene stijging van de interestvoeten heeft in 2022 niet geleid tot een significante stijging van de interestlasten, doch heeft wel een positieve impact gehad op de reële waarde van indekkingsinstrumenten bij Nextensa. In 2022 hebben wisselkoersresultaten voor 9,2 miljoen euro gewogen (vooral bij DEME) op de groepsresultaten, terwijl hun impact globaal in 2021 nog 7,1 miljoen euro positief was.

De belastingkost is in verhouding tot vorig jaar licht gestegen tot 82,1 miljoen euro. Bij de beoordeling van dit bedrag in verhouding tot de winst voor belastingen dient rekening te worden gehouden met minstens volgende elementen:

  • i. de bijdrage van de deelnemingen waarop vermogensmutatie wordt toegepast is een bijdrage op het niveau van netto-resultaat, dus na de belastingen die deze deelnemingen hebben gedragen.
  • ii. In 2022 bestaat een belangrijk deel van het resultaat uit meerwaarden op de verkoop van deelnemingen, die AvH op de lange termijn heeft aangehouden en vrijgesteld zijn van belasting.

Indien de totale belastingkost van 82,1 miljoen euro wordt vergeleken met enkel de voor bovenstaande elementen gecorrigeerde winst voor belastingen, levert dit een belastingvoet op van 27,2%.

Toelichting 6: Segmentinformatie – activa 2022

Marine
AvH &
Eliminaties
Private
Real Estate &
Energy &
Engineering
Growth
tussen
Totaal 2022
Banking
Senior Care
Resources
& Contracting
Capital
segmenten
I. Vaste activa
3.631.135
6.119.539
1.465.500
341.798
445.377
-34.840
11.968.509
Immateriële vaste activa
115.515
396
1.118
0
620
117.649
Goodwill
173.980
134.247
0
0
11.727
319.953
Materiële vaste activa
2.632.211
53.009
6.719
0
28.769
2.720.708
Terreinen en gebouwen
181.802
45.625
0
0
19.355
246.782
Installaties, machines en uitrusting
2.176.503
1.720
1.698
0
3.266
2.183.188
Meubilair en rollend materieel
38.826
5.014
730
0
4.726
49.296
Overige materiële vaste activa
4.116
449
4.291
0
454
9.310
Activa in aanbouw
230.964
200
0
0
968
232.132
Vastgoedbeleggingen
0
0
1.278.716
0
0
1.278.716
Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast
362.398
849.394
52.946
341.798
238.701
1.845.237
Financiële vaste activa
175.440
2.579
91.692
0
163.331
-34.840
398.203
Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL)
5.036
0
83.782
0
119.510
208.328
Vorderingen en borgtochten
170.404
2.579
7.910
0
43.821
-34.840
189.875
Afdekkingsinstrumenten op meer dan één jaar
40.076
86.120
32.715
0
0
158.911
Uitgestelde belastingvorderingen
131.515
19.492
1.592
0
2.230
154.829
Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten op meer dan
0
4.974.302
0
0
0
4.974.302
één jaar
Banken - leningen en vorderingen aan klanten
0
4.974.302
0
0
0
4.974.302
Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille
0
0
0
0
0
0
II. Vlottende activa
2.344.767
2.517.309
294.878
711
490.204
-2.365
5.645.503
Voorraden
290.062
0
98.257
0
1.392
389.711
Bedrag verschuldigd door klanten voor onderhanden projecten
445.465
0
83.186
0
3.638
532.289
Geldbeleggingen
2
503.171
0
0
41.325
544.498
Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL)
2
0
0
0
41.325
41.328
Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI)
0
502.908
0
0
0
502.908
Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI)
0
263
0
0
0
263
Financiële activa - at amortised cost
0
0
0
0
0
0
Afdekkingsinstrumenten op ten hoogste één jaar
22.228
2.131
0
0
0
24.359
Vorderingen op ten hoogste één jaar
739.242
11.279
68.220
68
29.538
-1.262
847.085
Handelsvorderingen
683.217
48
15.371
0
21.841
-1.262
719.214
Overige vorderingen
56.026
11.231
52.849
68
7.698
0
127.871
Terug te vorderen belastingen
25.548
0
11.333
0
499
37.379
Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten op ten
0
1.965.939
0
0
0
1.965.939
hoogste één jaar
Banken - interbancaire vorderingen
0
110.836
0
0
0
110.836
Banken - leningen en vorderingen aan klanten
0
1.214.188
0
0
0
1.214.188
Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille
0
0
0
0
0
0
Banken - tegoeden centrale banken
0
640.916
0
0
0
640.916
Geldmiddelen en kasequivalenten
693.990
24.515
31.106
642
410.718
1.160.972
Overlopende rekeningen en overige vlottende activa
128.230
10.274
2.774
0
3.094
-1.103
143.270
III. Activa bestemd voor verkoop
31.997
0
0
0
30.507
62.504
Totaal der activa
6.007.899
8.636.848
1.760.377
342.509
966.089
-37.205
17.676.517
(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Segmentinformatie - proforma omzet Marine
Engineering
& Contracting
Private
Banking
Real Estate &
Senior Care
Energy &
Resources
AvH &
Growth
Capital
Eliminaties
tussen
segmenten
Totaal 2022
Omzet lidstaten van de Europese Unie 2.793.622 538.551 135.999 56.860 730.256 -1.966 4.253.323
Overige landen binnen Europa 363.593 78.461 0 34.582 63.182 539.818
Landen buiten Europa 722.758 0 0 146.138 13.327 882.223
Totaal 3.879.973 617.012 135.999 237.580 806.766 -1.966 5.675.363

De proforma omzet bevat de omzet van alle participaties aangehouden door de AvH-groep en wijkt dus af van de omzet zoals gerapporteerd in de wettelijke IFRS consolidatie, die is opgemaakt op basis van de consolidatiekring zoals gerapporteerd in Toelichting 2 en 3. In deze proforma voorstelling worden alle exclusieve controle-belangen integraal verwerkt en de overige belangen proportioneel.

Toelichting 6: Segmentinformatie – eigen vermogen en verplichtingen 2022

(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Marine AvH & Eliminaties
Engineering Private
Banking
Real Estate &
Senior Care
Energy &
Resources
Growth tussen Totaal 2022
& Contracting Capital segmenten
I. Totaal eigen vermogen 2.275.511 1.639.351 841.492 342.495 903.607 6.002.456
Eigen vermogen - deel groep 1.414.303 1.497.979 482.890 342.495 895.966 4.633.633
Geplaatst kapitaal 0 0 0 0 113.907 113.907
Aandelenkapitaal 0 0 0 0 2.295 2.295
Agio 0 0 0 0 111.612 111.612
Geconsolideerde reserves 1.388.917 1.533.242 479.175 317.111 829.477 4.547.922
Herwaarderingsreserves 25.386 -35.263 3.715 25.383 -6.821 12.401
Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) 0 -32.964 0 0 0 -32.964
Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) 0 129 0 0 0 129
Afdekkingsreserve 56.043 0 3.549 342 4 59.938
Actuariële winsten (verliezen) te bereiken doel-pensioenplannen -22.531 -3.866 0 -1.571 4.593 -23.375
Omrekeningsverschillen -8.127 1.438 166 26.612 -11.417 8.673
Ingekochte eigen aandelen (-) 0 0 0 0 -40.597 -40.597
Minderheidsbelang 861.208 141.372 358.602 0 7.641 1.368.824
II. Langlopende verplichtingen 1.337.753 896.493 693.493 0 23.242 -34.840 2.916.141
Voorzieningen 77.330 4.471 1.822 0 11.413 95.036
Pensioenverplichtingen 69.049 7.485 0 0 421 76.955
Uitgestelde belastingverplichtingen 94.174 0 56.716 0 745 151.635
Financiële schulden 1.016.861 4.854 634.932 0 10.026 -34.840 1.631.833
Leningen van banken 834.277 0 491.538 0 7.360 1.333.174
Obligatieleningen 0 0 139.348 0 0 139.348
Achtergestelde leningen 677 0 0 0 0 677
Leasingschulden 102.413 4.854 2.247 0 2.666 112.180
Overige financiële schulden 79.494 0 1.800 0 0 -34.840 46.453
Afdekkingsinstrumenten op meer dan één jaar 53.661 208 23 0 0 53.892
Overige schulden 26.678 14.405 0 0 638 41.721
Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 0 865.069 0 0 0 865.069
Banken - deposito's van kredietinstellingen 0 0 0 0 0 0
Banken - deposito's van klanten 0 736.385 0 0 0 736.385
Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld 0 40.003 0 0 0 40.003
Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille 0 88.681 0 0 0 88.681
III. Kortlopende verplichtingen 2.394.634 6.101.004 225.393 14 39.239 -2.365 8.757.920
Voorzieningen 33.536 22 1.158 0 516 35.232
Pensioenverplichtingen 0 248 0 0 0 248
Financiële schulden 278.640 2.613 117.668 0 3.735 0 402.656
Leningen van banken 234.133 0 44.500 0 2.078 280.710
Obligatieleningen 0 0 0 0 0 0
Achtergestelde leningen 0 0 0 0 0 0
Leasingschulden 35.507 2.613 0 0 1.658 39.778
Overige financiële schulden 9.000 0 73.168 0 0 0 82.168
Afdekkingsinstrumenten op ten hoogste één jaar 31.702 191 0 0 0 31.893
Bedragen verschuldigd aan klanten voor onderhanden projecten 516.780 0 0 0 9.569 526.349
Overige schulden op ten hoogste één jaar 1.419.762 32.313 54.951 11 24.003 -1.262 1.529.778
Handelsschulden 1.093.327 55 34.841 11 9.269 -1.262 1.136.241
Ontvangen vooruitbetalingen 72.539 0 0 0 0 72.539
Schulden mbt bezoldigingen & sociale lasten 176.460 15.824 5.540 0 12.784 210.608
Overige schulden 77.437 16.434 14.570 0 1.950 110.391
Te betalen belastingen 82.847 0 14.771 3 510 98.131
Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties
Banken - deposito's van kredietinstellingen
0
0
6.059.308
116.379
0
0
0
0
0
0
6.059.308
116.379
Banken - deposito's van klanten 0 5.817.110 0 0 0 5.817.110
Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld 0 124.766 0 0 0 124.766
Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille 0 1.052 0 0 0 1.052
Overlopende rekeningen 31.367 6.310 36.846 0 906 -1.103 74.326
IV. Verplichtingen bestemd voor verkoop 0 0 0 0 0 0
Totaal van het eigen vermogen en de
verplichtingen
6.007.899 8.636.848 1.760.377 342.509 966.089 -37.205 17.676.517

Commentaar bij de segmentinformatie – balans

Het geconsolideerd balanstotaal van AvH is in 2022 verder gestegen tot 17.677 miljoen euro, een stijging met 443 miljoen euro (2,6%). Deze eerder beperkte stijging wordt mede verklaard door de verkoop in 2022 van de integraal geconsolideerde deelneming in Anima. In de balans op jaareinde 2021 droeg Anima nog 279,5 miljoen euro bij tot het balanstotaal. Uiteraard blijft de impact van de verkoop van Anima niet beperkt tot enkel het balanstotaal, doch speelt dit ook op elk van de balansposten waartoe Anima bijdroeg.

Niettegenstaande een verdere lichte daling van de bijdrage van "Private Banking" tot het balanstotaal van de AvH-groep, blijft de integrale consolidatie van Bank Van Breda een aanzienlijke impact hebben op zowel de hoogte als de samenstelling van de geconsolideerde balans. Als gevolg van haar specifieke bancaire activiteit heeft Bank Van Breda immers een -in verhouding tot andere deelnemingen van de AvH-groep- zeer groot balanstotaal. De integrale consolidatie van Bank Van Breda vertegenwoordigt op zich reeds een balanstotaal van 7.657,0 miljoen euro. Bovendien heeft Bank Van Breda een specifieke balansstructuur die is aangepast aan en opgebouwd in functie van haar activiteiten. En hoewel Bank Van Breda in haar sector tot de best gekapitaliseerde instellingen behoort, heeft ze toch duidelijk andere balansverhoudingen dan de overige deelnemingen van de AvH-groep.

De daling van immateriële vaste activa en goodwill ten opzichte van vorig jaar met 39,6 miljoen euro wordt nagenoeg volledig verklaard door de verkoop van Anima. De goodwill bestaat op jaareinde 2022 uit goodwill van AvH op DEME, FinAx (Delen Private Bank en Bank Van Breda) en Biolectric en voorts uit de goodwill afkomstig uit de balansen van integraal geconsolideerde deelnemingen.

Materiële vaste activa bedragen op jaareinde 2022 2.720,7 miljoen euro. Als gevolg van de verkoop van Anima, inclusief diens belangrijk vastgoedpatrimonium aan woonzorgcentra dat over de jaren was opgebouwd, daalt het totaal aan materiële vaste activa licht met 42,1 miljoen euro en dit niettegenstaande voortgezette investeringen in de vloot door DEME. De materiële vaste activa en de activa in aanbouw van DEME, die hoofdzakelijk uit vloot bestaan, bedragen 2.521,0 miljoen euro op jaareinde 2022.

De vastgoedbeleggingen op de AvH-balans situeren zich allemaal in de Nextensa-portefeuille. Rekening houdend met de 141 miljoen euro 'Activa bestemd voor verkoop' eind 2021, zijn de vastgoedbeleggingen in 2022 afgenomen.

De ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast omvatten de participaties in gezamenlijke deelnemingen of in participaties waarin geen controlebelang wordt aangehouden. Dit is in de portefeuille van AvH zelf het geval voor o.a. Delen Private Bank, de offshore windparken Rentel en SeaMade, SIPEF, Sagar Cements en een deel van de Growth Capital-deelnemingen. Voor het volledige overzicht wordt verwezen naar Toelichting 6 Segmentinformatie. Ook gezamenlijke en geassocieerde deelnemingen die worden aangehouden door integraal geconsolideerde participaties worden hierin opgenomen.

Financiële activa – aandelen gewaardeerd aan reële waarde via winst&verlies: hierin zijn opgenomen de beleggingsportefeuille van "AvH & Subholdings" en de niet-geconsolideerde deelnemingen, hoofdzakelijk betreft dit de investeringen met een focus op Zuid-Oost Azië/ India en life sciences in "AvH & Growth Capital". In "Real Estate & Senior Care" bestaat deze post volledig uit de 1.351.320 aandelen Retail Estates die in het bezit zijn van Nextensa.

Verschillende deelnemingen in de AvH-groep hebben een beleid om risico's op stijgende financieringskosten in te dekken. Als gevolg van de stijging van de marktinterestvoeten in 2022 hebben deze indekkings-instrumenten een positieve waardeschommeling ondergaan, zowel op het lange als op het korte termijn gedeelte.

De groei van de kredietportefeuille van Bank Van Breda leidt tot een toename met 315 miljoen euro van het gedeelte vorderingen op > 1 jaar tot 4.974,3 miljoen euro. Ook de kredietportefeuille op korte termijn van Bank Van Breda kent een stijging, meer bepaald met 100,3 miljoen euro. Het totaal aan vorderingen van Bank Van Breda op < 1 jaar daalt nochtans, als gevolg van het verminderen van deposito's door Bank Van Breda bij centrale banken met 583,7 miljoen euro.

De stijging van voorraden en van bestellingen in uitvoering in "Marine Engineering & Contracting" wordt verklaard door het hoger activiteitsniveau en de evolutie van de werven bij DEME en CFE. De daling van voorraden in "Real Estate & Senior Care" weerspiegelt de lagere inventaris aan ontwikkelingsprojecten van Nextensa, doch wordt meer dan gecompenseerd door een hoger bedrag aan projecten in uitvoering.

Geldbeleggingen vertegenwoordigen op jaareinde 2022 een totale waarde van 544,5 miljoen euro. Ze dalen zowel bij Bank Van Breda als in de eigen beleggingsportefeuille bij AvH & Subholdings, inclusief het effect van negatieve reële waardeschommelingen.

Het grootste deel van de handelsvorderingen situeert zich in "Marine Engineering & Contracting". Dat is ook het segment waar de grootste omzet wordt gerealiseerd.

De stijging van geldmiddelen en kasequivalenten situeert zich voor het grootste deel in "AvH & Subholdings" en wordt verklaard door de aangroeiende kaspositie na de verkoop van de deelnemingen in Anima en Manuchar. Voor een meer gedetailleerd overzicht van de diverse elementen die de evolutie van de kasmiddelen verklaren, wordt verwezen naar het kasstroomoverzicht.

Op jaareinde 2022 worden voor 62,5 miljoen euro activa opgenomen als bestemd voor verkoop. Ongeveer de helft daarvan betreft een schip bij DEME dat mogelijks in de tweede jaarhelft van 2023 zal worden verkocht en het saldo wordt verklaard door de boekwaarde van de 50%-deelneming van AvH in Telemond die in Q1 2023 is verkocht.

Voor de toelichtingen bij de samenstelling en de evolutie van het eigen vermogen wordt verwezen naar Toelichting 5 van dit rapport.

De stijging van voorzieningen op > 1 jaar wordt o.a. verklaard door het aanleggen van provisies door AvH voor een bedrag van 10,7 miljoen euro ter indekking van mogelijke aansprakelijkheid in het kader van verstrekte waarborgen en verklaringen bij verkopen van participaties en door voorzieningen op het niveau van DEME en van CFE voor o.a. garantieverplichtingen. In het geval van DEME waren die bedragen in 2021 opgenomen onder de handelsschulden.

De stijging van de financiële schulden op lange termijn situeert zich voornamelijk in "Marine Engineering & Contracting" en wordt verklaard door het opnemen door DEME van meer schulden met een looptijd > 1 jaar.

De globale netto financiële schuldpositie van DEME is in 2022 met 127,8 miljoen euro gestegen. Zowel Nextensa als CFE betaalden in 2022 op vervaldag gekomen obligatieleningen terug. Overige financiële schulden kenden een significante daling. Het betreft voornamelijk de afbouw door DEME, Nextensa en door AvH zelf van korte termijn schulden uitgegeven onder de vorm van commercial paper.

De bedragen verschuldigd voor onderhanden projecten stijgen met 184,5 miljoen euro en deze stijging situeert zich nagenoeg volledig in "Marine Engineering & Contracting", waar een gelijkaardige stijging ook reeds merkbaar was op de actiefzijde en wordt verklaard door de toegenomen activiteitsgraad bij DEME en CFE.

Ondanks de toename van deposito's op < 1 jaar met 93,6 miljoen euro door klanten van Bank Van Breda, daalt de totale schuld van banken op korte termijn, vooral als gevolg van de afbouw van de deposito's ontvangen van andere banken. Bank Van Breda heeft de 400 miljoen euro TLTRO-schuld in 2022 volledig afgebouwd.

Toelichting 6: Segmentinformatie – kasstroomoverzicht 2022

(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Marine Private Real Estate & Energy & AvH & Eliminaties
Engineering
& Contracting
Banking Senior Care Resources Growth
Capital
tussen
segmenten
Totaal 2022
I. Geldmiddelen en kasequivalenten, openingsbalans 726.526 45.362 73.327 576 37.938 0 883.730
Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten
Reclass 'Winst (Verlies) op de overdracht van activa' naar cashflow uit
203.623 90.144 50.966 -81 311.149 70 655.871
desinvesteringen -17.569 2.559 -28.346 0 -334.433 -377.790
Dividenden van vennootschappen waarop vermogensmutatie is toegepast 24.826 80.145 0 207 17.068 122.246
Overige niet-exploitatiebaten (lasten) 0 0 0 0 0 0
Winstbelastingen (betaald) -55.636 -22.226 -6.073 -50 -394 -84.378
Aanpassingen voor niet-geldelijke posten
Afschrijvingen 346.405 7.116 1.140 0 4.923 359.585
Bijzondere waardeverminderingen -2.388 965 409 0 0 -1.014
Aandelenoptieplannen 0 -7.211 0 0 1.377 -5.834
Winst (verlies) op activa/passiva gewaardeerd aan reële waarde via
resultatenrekening
0 0 24.017 0 -7.164 16.854
(Afname) toename van voorzieningen 4.597 -3.406 -552 0 7.884 8.523
Andere niet-kaskosten (opbrengsten) 1.084 -2.109 -233 0 307 -951
Cashflow 504.942 145.978 41.329 76 717 70 693.111
Afname (toename) van het bedrijfskapitaal 50.840 -27.168 2.341 16 -1.755 -750 23.524
Afname (toename) van voorraden en onderhanden projecten -31.884 0 14.134 0 -1.402 -19.152
Afname (toename) van vorderingen -110.092 -5.612 6.178 7 -5.913 2.500 -112.931
Afname (toename) van vorderingen kredietinstellingen & cliënten (banken) 0 172.598 0 0 0 172.598
Toename (afname) van schulden (andere dan financiële schulden) 207.267 11.066 -7.866 8 6.159 -3.250 213.384
Toename (afname) van schulden aan kredietinstellingen, cliënten &
obligaties (banken)
0 -204.306 0 0 0 -204.306
Afname (toename) overige -14.451 -914 -10.104 0 -600 -26.069
Operationele cashflow 555.782 118.810 43.670 91 -1.038 -680 716.635
Investeringen -568.506 -284.265 -44.841 -10.605 -65.482 19.569 -954.131
Aanschaffing van immateriële en materiële vaste activa -505.268 -3.591 -2.683 0 -2.989 -514.530
Investering in vastgoedbeleggingen 0 0 -42.157 0 0 -42.157
Verwerving van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsacquisities) -24.484 0 0 -10.605 -24.851 -59.940
Liquide middelen verworven via bedrijfsacquisities 4.433 0 0 0 0 4.433
Nieuwe leningen toegestaan -43.187 -529 0 0 -22.614 19.569 -46.762
Verwerving van geldbeleggingen 0 -280.146 0 0 -15.028 -295.174
Desinvesteringen 57.968 245.544 169.036 0 487.979 -3.704 956.824
Desinvesteringen van immateriële en materiële vaste activa 11.609 7 0 0 500 12.115
Desinvesteringen van vastgoedbeleggingen 0 0 169.036 0 0 169.036
Overdracht van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsverkopen) 20.452 0 0 0 468.256 488.707
Liquide middelen overgedragen via bedrijfsverkopen -541 0 0 0 0 -541
Terugbetaalde leningen 26.449 0 0 0 3.710 -3.704 26.455
Overdracht van geldbeleggingen
Investeringscashflow
0
-510.538
245.537
-38.722
0
124.195
0
-10.605
15.514
422.497
15.865 261.051
2.693
Financiële operaties
Ontvangen dividenden 0 1.545 6.217 0 1.275 9.037
Ontvangen interesten 12.302 17 3.392 0 3.345 -1.436 17.619
Betaalde interesten -26.654 -71 -12.233 0 -653 1.436 -38.175
Diverse financiële opbrengsten (lasten) -18.296 -7 -7.920 10 -484 -70 -26.767
Afname (toename) van eigen aandelen - AvH 0 0 0 0 -8.550 -8.550
Afname (toename) van eigen aandelen - dochterondernemingen -11.686 0 -3.974 0 0 -15.661
Toename van financiële schulden 523.535 0 75.888 0 16.503 -22.069 593.858
(Afname) van financiële schulden -525.140 -2.895 -240.542 0 -62.861 6.954 -824.484
(Investeringen) en desinvesteringen in controleparticipaties -37.636 0 -6.067 0 -30 -43.733
Dividenden uitgekeerd door AvH 0 0 0 0 -91.085 -91.085
Dividenden uitgekeerd intragroep -4.050 -94.000 -14.635 0 112.685 0
Dividenden uitgekeerd aan derden -504 -5.525 -10.212 0 0 -16.241
Financieringscashflow -88.129 -100.935 -210.087 10 -29.856 -15.185 -444.181
II. Netto toename (afname) in geldmiddelen en
kasequivalenten
Transfert tussen segmenten -42.884
8.203
-20.847
0
-42.221
0
-10.503
10.605
391.603
-18.808
0 275.147
0
Wisselkoerswijzigingen op geldmiddelen en kasequivalenten 2.145 0 0 -36 -15 2.095
III. Geldmiddelen en kasequivalenten, slotbalans 693.990 24.515 31.106 642 410.718 0 1.160.972

Commentaar bij de segmentinformatie – kasstroomoverzicht

AvH heeft over het jaar 2022 in totaal een aangroei van haar cash-middelen gerealiseerd van 275,1 miljoen euro, een belangrijke stijging ten opzichte van de 39,9 miljoen euro tijdens het jaar 2021.

Zoals toegelicht bij de resultatenrekening hebben de bedrijfsactiviteiten van de AvH-groep geconsolideerd een winst van 655,9 miljoen euro opgeleverd, een stijging met 84% ten opzichte van vorig jaar. Om van de winst uit bedrijfsactiviteiten naar operationele cashflow te gaan, worden enerzijds een aantal elementen overgeboekt naar investeringscashflow of financieringscashflow en anderzijds een aantal andere herwerkingen doorgevoerd, waarvan de voornaamste worden toegelicht:

  • Zoals aangegeven in de resultatenrekening heeft de verkoop van activa in 2022 in totaal 379,4 miljoen euro meerwaarde opgeleverd. Na correctie van dit bedrag ten belope van 1,6 miljoen euro voor een actief dat in 2021 reeds was overgeboekt naar bestemd voor verkoop, wordt 377,8 miljoen euro resultaat in dit kasstroom-overzicht vervangen door de effectief gerealiseerde cashopbrengsten in de investeringscashflow.
  • De bijdrage tot de resultaten van de vermogensmutaties (243,9 miljoen euro) wordt vervangen door de 122,2 miljoen euro cashopbrengsten (dividenden) ontvangen van deze deelnemingen. Dit bedrag ligt 9,8 miljoen euro hoger dan in 2021. De grootste bijdragen tot dit bedrag van 122,2 miljoen euro worden geleverd door Delen Private Bank (80,1 miljoen euro), SIPEF (7,6 miljoen euro) en door deelnemingen van DEME en CFE die via vermogensmutatie worden verwerkt.
  • De (betaalde) belastingen worden in mindering gebracht ten belope van 84,4 miljoen euro.
  • Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen zijn resultaats-elementen zonder cash-impact (niet-geldelijke posten) en worden dus terug toegevoegd.
  • De afhandeling van aandelenoptieplannen (terugkoop van aandelen in groepsmaatschappijen na uitoefening door personeelsleden van aandelenopties) heeft geleid tot een uitstroom van 6,5 miljoen euro aan kasmiddelen in het segment "Private Banking". Samen met correcties voor bedragen die in resultatenrekening worden verwerkt, doch geen kasstroom voor gevolg hebben, heeft dit in totaal een negatieve impact opgeleverd van 5,8 miljoen euro.
  • 16,9 miljoen euro verlies op activa/passiva die aan reële waarde worden opgenomen, heeft geen effect op de kasmiddelen van AvH. Dit heeft zowel betrekking op financiële activa als op vastgoedbeleggingen.
  • 8,4 miljoen euro voorzieningen die ten laste van de resultatenrekening werden geboekt in 2022, hebben geen cash-effect en worden geneutraliseerd.

Na deze overboekingen en correcties voor niet-geldelijke posten, komt de cashflow uit op 693,1 miljoen euro. Dat is een daling met 27,8 miljoen euro in vergelijking tot vorig jaar.

Niettegenstaande de hogere omzet van de groepsvennootschappen, kon 23,5 miljoen euro aan kasmiddelen worden vrijgemaakt uit werkkapitaal, voornamelijk dankzij DEME en CFE. Bij Bank Van Breda groeiden zowel de deposito's ontvangen van cliënteel als de kredietportefeuille verder aan. De in voorgaande jaren opgenomen TLTRO-financiering werd evenwel in de loop van 2022 volledig terugbetaald.

De investeringen van de integraal geconsolideerde vennootschappen uit de AvHgroep piekten in 2022 op 954,1 miljoen euro. In vergelijking tot vorig jaar is dat een stijging met 316,6 miljoen euro. DEME investeerde in totaal 483,9 miljoen euro in bijkomende materiële vaste activa. Inbegrepen in dit bedrag van 2022 zijn de investeringen van het jaar in het revolutionaire installatie-schip Orion, de aanzienlijke bedragen die werden gespendeerd aan groot onderhoud en herstellingen aan diverse tuigen in de vloot, net zoals de bedragen uitgegeven aan de ombouw van de "Viking Neptun" en de "Sea Installer". De verwerving van geldbeleggingen door Bank Van Breda (280,1 miljoen euro) moet worden bekeken samen met de verkoop ervan ten belope van 245,5 miljoen euro. Deze transacties kaderen in het ALM-beleid van Bank Van Breda. Nextensa investeerde voor 42,2 miljoen euro in haar vastgoedportefeuille. Eveneens in 2022 verkocht Nextensa haar gebouwen The Crescent (Anderlecht), Monnet (Luxembourg) en Titanium (Luxembourg) voor een totaal bedrag van 169,0 miljoen euro.

Zoals reeds eerder aangegeven, heeft AvH belangrijke meerwaarden gerealiseerd op de verkoop van haar deelnemingen in Manuchar en Anima. Cash leverden deze beide verkopen respectievelijk 159,5 miljoen euro en 308,2 miljoen euro op. AvH investeerde in de loop van 2022 10,7 miljoen euro in de verhoging van haar belang in SIPEF, 24,9 miljoen euro in de verdere uitbouw van haar "Growth"-portefeuille gericht op Life Sciences en India/zuid-Oost Azië en verstrekte, net zoals CFE, 19 miljoen euro bijkomende aandeelhouderslening aan Rent-A-Port, die daarmee haar deelneming in Infra Asia Investments kon vergroten, de overkoepelende maatschappij boven de ontwikkeling van de verschillende industriële zones in Vietnam.

Dankzij de belangrijke desinvesteringen van vastgoed door Nextensa en van Manuchar/Anima door AvH, komt het bedrag aan desinvesteringen over 2022 zelfs licht hoger (956,8 miljoen euro) uit dan het nochtans zeer aanzienlijke bedrag aan investeringen (954,1 miljoen euro), zodat de investeringscashflow -eerder atypisch voor AvH- licht positief uitvalt.

De financieringskasstroom is over het jaar 2022 444,2 miljoen euro negatief uitgevallen. Netto-interestlasten zijn ongeveer gelijk gebleven in vergelijking tot vorig jaar en dit niettegenstaande de stijging van de interestvoeten tijdens het jaar. Zoals ook opgemerkt bij de resultatenrekening, hebben wisselkoersen uiteindelijk een negatief effect gehad op de resultaten en ook op de kasstromen van 2022.

Zowel AvH zelf, als Nextensa en CFE hebben in de loop van 2022 eigen aandelen verworven.

Dankzij de gerealiseerde desinvesteringen heeft Nextensa financiële schulden kunnen afbouwen met 164,4 miljoen euro. De desinvesteringen van AvH hebben geleid tot een netto-afname met 46,4 miljoen euro (onder andere het commercial paper programma werd volledig terugbetaald). Het saldo van de aangroei van de cash-positie die resulteert uit de desinvesteringen situeert zich op het niveau van de liquide middelen.

De bijkomende investeringen in 2022 ten belope van 43,7 miljoen euro in controleparticipaties wordt voor 37,6 miljoen euro verklaard door de verwerving door Rent-A-Port van een bijkomende deelneming van 32,59% in haar dochterbedrijf Infra Asia Investments.

Door AvH werd 91,1 miljoen euro dividend uitgekeerd aan aandeelhouders, een stijging met 13,2 miljoen euro ten opzichte van het jaar voordien. Dochterondernemingen uit de groep keerden 16,2 miljoen euro dividenden uit aan aandeelhouders buiten de AvH-groep (2021: 35,6 miljoen euro). Het betreft voornamelijk Bank Van Breda en Nextensa (in 2021 nog Leasinvest Real Estate).

Evolutie financiële schulden (cash & non-cash)

(€ 1.000)
Financiële schulden (31-12-2021) 2.381.618
Bewegingen in de kasstroomtabel (financieringscashflow)
Toename van financiële schulden 593.858
(Afname) van financiële schulden -824.484
"Non-cash" bewegingen :
- Wijzigingen in de consolidatiekring - acquisities -106
- Wijzigingen in de consolidatiekring - desinvesteringen -162.905
- IFRS 16 Leases - materiële vaste activa 49.675
- IFRS 16 Leases - vastgoedbeleggingen -2.155
- Wisselkoers-effecten -1.012
- Overige 0
Financiële schulden (31-12-2022) 2.034.489

Evolutie van de thesaurie van de AvH-groep 2018-2022 (1)

€ Miljoen 2022 2021 2020 2019 2018
Eigen aandelen 55,7 46,0 39,6 40,8 34,7
Overige beleggingen
- Portefeuille aandelen 41,3 48,2 51,2 55,7 37,2
- Termijndeposito's 361,1 6,0 0,0 155,9 23,9
Liquide middelen 40,7 20,3 8,1 27,0 31,2
Financiële schulden ('commercial paper') 0,0 -42,7 -31,0 -12,0 -24,0
Nettothesauriepositie 498,7 77,7 68,0 267,4 102,9

(1) Bevat de eigen aandelen, thesaurie en financiële schulden aan kredietinstellingen en t.o.v. financiële markten van de geconsolideerde subholdings opgenomen in het segment 'AvH & Growth Capital' alsook de thesaurie van FinAx/Finaxis. In de mate dat de eigen aandelen worden aangehouden voor de indekking van optieverplichtingen, wordt de waarde van de eigen aandelen daarop afgestemd.

Toelichting 6: Segmentinformatie – resultatenrekening 2021

(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Marine
Engineering
& Contracting
Private
Banking
Real Estate &
Senior Care
Energy &
Resources
AvH &
Growth
Capital
Eliminaties
tussen
segmenten
Totaal 2021
Bedrijfsopbrengsten 3.782.502 205.011 237.428 18 89.529 -2.114 4.312.374
Verrichting van diensten 0 0 99.193 0 2.074 -1.988 99.279
Vastgoedopbrengsten 106.300 0 119.195 0 0 225.495
Rente-opbrengsten bancaire activiteiten 0 103.801 0 0 0 103.801
Vergoedingen en commissies bancaire activiteiten 0 98.566 0 0 0 98.566
Opbrengsten uit onderhanden projecten in opdracht van derden 3.580.181 0 0 0 84.328 0 3.664.508
Overige bedrijfsopbrengsten 96.021 2.644 19.041 18 3.128 -126 120.726
Exploitatielasten (-) -3.612.459 -122.400 -175.942 -58 -116.029 2.898 -4.023.991
Grond- & hulpstoffen, diensten en uitbesteed werk (-) -2.518.605 -24.176 -80.876 -58 -53.125 2.898 -2.673.943
Rentelasten Bank J.Van Breda & C° (-) 0 -22.759 0 0 0 -22.759
Personeelslasten (-) -697.784 -57.533 -75.769 0 -46.604 -877.690
Afschrijvingen (-) -326.558 -7.220 -11.967 0 -4.808 -350.553
Bijzondere waardeverminderingen (-) -36.202 2.181 -793 0 -10.995 -45.810
Overige exploitatielasten (-) -32.884 -12.483 -6.810 0 -510 0 -52.687
Voorzieningen -425 -409 272 0 13 -550
Winst (verlies) op activa/passiva gewaardeerd aan reële waarde
via resultatenrekening
0 0 9.593 0 24.456 0 34.048
Financiële activa - Fair value through P/L (FVPL) 0 0 16.621 0 24.456 41.077
Vastgoedbeleggingen 0 0 -7.029 0 0 -7.029
Winst (verlies) op de overdracht van activa 26.003 492 4.984 0 3.221 0 34.699
Gerealiseerde meer(min)waarde op immateriële en materiële vaste activa 6.071 492 581 0 39 7.182
Gerealiseerde meer(min)waarde op vastgoedbeleggingen 0 0 4.403 0 0 4.403
Gerealiseerde meer(min)waarde op financiële vaste activa 19.931 0 0 0 3.019 22.951
Gerealiseerde meer(min)waarde op andere activa 0 0 0 0 163 163
Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten 196.045 83.103 76.062 -40 1.176 784 357.130
Financieel resultaat -14.378 583 -9.675 7 3.037 -784 -21.210
Renteopbrengsten 8.142 16 2.493 0 2.406 -1.116 11.941
Rentelasten (-) -18.778 -2 -15.514 0 -516 1.116 -33.694
(Niet)gerealiseerde wisselkoers-resultaten 7.313 0 -87 4 -174 7.056
Overige financiële opbrengsten (kosten)
Afgeleide financiële instrumenten gewaardeerd aan reële waarde via
-11.055 193 -2.208 4 1.320 -784 -12.530
resultatenrekening 0 376 5.642 0 0 6.018
Aandeel in de winst (verlies) van ondernemingen waarop
vermogensmutatie is toegepast
23.615 131.950 20.724 30.232 48.669 255.191
Overige niet-exploitatiebaten 0 0 0 0 548 548
Overige niet-exploitatielasten (-) 0 0 0 0 0 0
Winst (verlies) vóór belasting 205.282 215.636 87.111 30.199 53.430 0 591.659
Winstbelastingen -45.293 -19.599 -13.674 0 -884 0 -79.449
Uitgestelde belastingen 13.700 -1.274 -7.685 0 882 5.624
Belastingen -58.993 -18.325 -5.989 0 -1.766 -85.073
Winst (verlies) na belasting uit voortgezette
bedrijfsactiviteiten 159.989 196.038 73.438 30.199 52.546 0 512.210
Winst (verlies) na belasting uit bedrijfsactiviteiten die worden
beëindigd
0 0 0 0 -150 -150
Winst (verlies) van het boekjaar 159.989 196.038 73.438 30.199 52.396 0 512.060
Aandeel van het minderheidsbelang 60.943 12.936 30.744 222 402 105.246
Aandeel van de groep 99.046 183.102 42.694 29.978 51.994 406.814

Toelichting 6: Segmentinformatie – kasstroomoverzicht 2021

(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Marine
Engineering
& Contracting
Private
Banking
Real Estate &
Senior Care
Energy &
Resources
AvH &
Growth
Capital
Eliminaties
tussen
segmenten
Totaal 2021
I. Geldmiddelen en kasequivalenten, openingsbalans 778.444 17.670 34.372 370 11.552 0 842.408
Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten 196.045 83.103 76.062 -40 1.176 784 357.130
Reclass 'Winst (Verlies) op de overdracht van activa' naar cashflow uit
desinvesteringen
-26.003 -492 -4.984 0 -3.221 -34.699
Dividenden van vennootschappen waarop vermogensmutatie is toegepast 23.474 78.810 0 259 9.954 112.496
Overige niet-exploitatiebaten (lasten) 0 0 0 0 548 548
Winstbelastingen (betaald) -52.717 -18.325 -5.989 0 -1.766 -78.797
Aanpassingen voor niet-geldelijke posten
Afschrijvingen 326.558 7.220 11.967 0 4.808 350.553
Bijzondere waardeverminderingen 36.202 -2.129 793 0 10.995 45.861
Aandelenoptieplannen 0 4.115 -339 0 1.121 4.896
Winst (verlies) op activa/passiva gewaardeerd aan reële waarde via
resultatenrekening
0 0 -9.593 0 -24.456 -34.048
(Afname) toename van voorzieningen 1.706 -5.681 -280 0 -13 -4.268
Andere niet-kaskosten (opbrengsten) 562 844 0 0 -209 1.197
Cashflow 505.828 147.465 67.637 219 -1.062 784 720.871
Afname (toename) van het bedrijfskapitaal -6.250 15.046 45.427 -46 9.100 -2.400 60.877
Afname (toename) van voorraden en onderhanden projecten -3.574 0 16.081 0 6.288 18.796
Afname (toename) van vorderingen -108.191 -84.816 41.752 -45 7.553 81.000 -62.748
Afname (toename) van vorderingen kredietinstellingen & cliënten (banken) 0 -538.081 0 0 0 -538.081
Toename (afname) van schulden (andere dan financiële schulden) 109.259 85.057 2.858 -1 -4.697 -83.400 109.076
Toename (afname) van schulden aan kredietinstellingen, cliënten &
obligaties (banken)
0 555.645 0 0 0 555.645
Afname (toename) overige -3.744 -2.760 -15.264 0 -44 -21.812
Operationele cashflow 499.577 162.511 113.065 172 8.038 -1.616 781.747
Investeringen -339.715 -200.989 -55.459 -2.338 -39.796 769 -637.527
Aanschaffing van immateriële en materiële vaste activa -299.310 -4.001 -13.333 0 -2.374 -319.018
Investering in vastgoedbeleggingen 0 0 -36.479 0 0 -36.479
Verwerving van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsacquisities) -22.150 0 -5.881 -2.338 -36.154 -66.523
Liquide middelen verworven via bedrijfsacquisities 953 0 235 0 0 1.187
Nieuwe leningen toegestaan
Verwerving van geldbeleggingen
-19.207
0
-419
-196.569
0
0
0
0
-1.202
-66
769 -20.059
-196.635
Desinvesteringen 53.712 157.143 28.834 0 28.192 -1.676 266.205
Desinvesteringen van immateriële en materiële vaste activa 31.817 963 1.848 0 60 34.687
Desinvesteringen van vastgoedbeleggingen 0 0 26.987 0 0 26.987
Overdracht van financiële vaste activa (inclusief via bedrijfsverkopen) 8.740 426 0 0 19.002 28.169
Liquide middelen overgedragen via bedrijfsverkopen -35 0 0 0 -481 -517
Terugbetaalde leningen 13.190 0 0 0 1.678 -1.676 13.192
Overdracht van geldbeleggingen 0 155.753 0 0 7.934 163.687
Investeringscashflow -286.003 -43.846 -26.624 -2.338 -11.604 -907 -371.322
Financiële operaties
Ontvangen dividenden 0 1.124 6.082 0 1.234 8.441
Ontvangen interesten 8.142 16 2.493 0 2.406 -1.116 11.941
Betaalde interesten -17.498 -62 -15.691 0 -516 1.116 -32.651
Diverse financiële opbrengsten (lasten) -4.181 -1 -8.377 7 -7 -784 -13.343
Afname (toename) van eigen aandelen - AvH 0 0 0 0 -3.132 -3.132
Afname (toename) van eigen aandelen - dochterondernemingen 0 0 0 0 0 0
Toename van financiële schulden 94.243 0 111.070 0 97.268 -84.150 218.432
(Afname) van financiële schulden -326.766 -5.964 -112.074 0 -90.485 87.457 -447.831
(Investeringen) en desinvesteringen in controleparticipaties 589 0 0 0 585 1.174
Dividenden uitgekeerd door AvH 0 0 0 0 -77.890 -77.890
Dividenden uitgekeerd intragroep -15.721 -83.600 -9.336 0 108.657 0
Dividenden uitgekeerd aan derden -11.363 -2.486 -21.717 0 -82 -35.649
Financieringscashflow -272.554 -90.973 -47.551 7 38.039 2.523 -370.508
II. Netto toename (afname) in geldmiddelen en
kasequivalenten
Transfert tussen segmenten
-58.979 27.692 38.890 -2.159 34.473 0 39.917
Wisselkoerswijzigingen op geldmiddelen en kasequivalenten 5.750 0 0 2.338 -8.088 0
III. Geldmiddelen en kasequivalenten, slotbalans 1.311
726.526
0
45.362
65
73.327
27
576
1
37.938
0 1.404
883.730

Toelichting 6: Segmentinformatie – activa 2021

(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Marine Private Real Estate & Energy & AvH & Eliminaties
Engineering
& Contracting
Banking Senior Care Resources Growth
Capital
tussen
segmenten
Totaal 2021
I. Vaste activa 3.306.744 5.659.635 1.678.291 288.169 388.042 -18.976 11.301.905
Immateriële vaste activa 116.186 722 32.291 0 192 149.391
Goodwill 174.019 134.247 7.836 0 11.727 327.829
Materiële vaste activa 2.464.061 54.113 214.463 0 30.208 2.762.846
Terreinen en gebouwen 172.474 44.965 188.134 0 21.011 426.584
Installaties, machines en uitrusting 1.934.994 1.694 3.742 0 3.780 1.944.209
Meubilair en rollend materieel 40.796 5.199 4.236 0 4.821 55.051
Overige materiële vaste activa 212 511 5.827 0 458 7.009
Activa in aanbouw 315.585 1.745 12.524 0 139 329.992
Vastgoedbeleggingen 0 0 1.267.150 0 0 1.267.150
Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast 267.220 805.182 44.287 288.169 242.338 1.647.196
Financiële vaste activa 141.434 2.050 110.470 0 101.058 -18.976 336.038
Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL) 6.890 0 97.215 0 73.245 177.351
Vorderingen en borgtochten 134.544 2.050 13.255 0 27.813 -18.976 158.687
Afdekkingsinstrumenten op meer dan één jaar 613 519 684 0 0 1.816
Uitgestelde belastingvorderingen 143.210 3.441 1.110 0 2.519 150.279
Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten op meer dan 0 4.659.360 0 0 0 4.659.360
één jaar
Banken - leningen en vorderingen aan klanten
0 4.634.354 0 0 0 4.634.354
Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille 0 25.007 0 0 0 25.007
II. Vlottende activa 2.167.320 3.068.501 347.088 652 119.244 -2.362 5.700.443
Voorraden 261.938 0 113.231 0 1.049 376.218
Bedrag verschuldigd door klanten voor onderhanden projecten 412.240 0 63.448 0 2.811 478.499
Geldbeleggingen 2 527.792 0 0 48.187 575.982
Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL) 2 0 0 0 48.187 48.190
Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) 0 507.529 0 0 0 507.529
Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) 0 259 0 0 0 259
Financiële activa - at amortised cost 0 20.005 0 0 0 20.005
Afdekkingsinstrumenten op ten hoogste één jaar 4.080 49 0 0 0 4.129
Vorderingen op ten hoogste één jaar 655.358 3.771 90.977 76 26.779 -1.919 775.043
Handelsvorderingen 570.349 56 39.665 0 19.810 -1.169 628.710
Overige vorderingen 85.009 3.716 51.312 76 6.970 -750 146.332
Terug te vorderen belastingen 36.238 1.895 4.111 0 351 42.595
Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten op ten
hoogste één jaar
0 2.477.238 0 0 0 2.477.238
Banken - interbancaire vorderingen 0 138.014 0 0 0 138.014
Banken - leningen en vorderingen aan klanten 0 1.113.898 0 0 0 1.113.898
Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille 0 698 0 0 0 698
Banken - tegoeden centrale banken 0 1.224.628 0 0 0 1.224.628
Geldmiddelen en kasequivalenten 726.526 45.362 73.327 576 37.938 883.730
Overlopende rekeningen en overige vlottende activa 70.938 12.393 1.993 0 2.129 -443 87.010
III. Activa bestemd voor verkoop 32.456 0 141.259 0 56.963 230.679
Totaal der activa 5.506.520 8.728.136 2.166.638 288.822 564.249 -21.338 17.233.026
(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Segmentinformatie - proforma omzet Marine
Engineering
& Contracting
Private
Banking
Real Estate &
Senior Care
Energy &
Resources
AvH &
Growth
Capital
Eliminaties
tussen
segmenten
Totaal 2021
Omzet lidstaten van de Europese Unie 2.370.921 522.262 218.387 51.767 633.176 -1.988 3.794.525
Overige landen binnen Europa 609.197 75.724 0 4.021 111.032 799.975
Landen buiten Europa 706.362 107.334 611.664 1.425.361
Totaal 3.686.480 597.986 218.387 163.122 1.355.872 -1.988 6.019.860

De proforma omzet bevat de omzet van alle participaties aangehouden door de AvH-groep en wijkt dus af van de omzet zoals gerapporteerd in de wettelijke IFRS consolidatie, die is opgemaakt op basis van de consolidatiekring, zoals gerapporteerd in Toelichting 2 en 3. In deze proforma voorstelling worden alle exclusieve controle-belangen integraal verwerkt en de overige belangen proportioneel.

Toelichting 6: Segmentinformatie – eigen vermogen en verplichtingen 2021

(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Marine AvH & Eliminaties
Engineering Private
Banking
Real Estate &
Senior Care
Energy &
Resources
Growth tussen Totaal 2021
& Contracting Capital segmenten
I. Totaal eigen vermogen 2.027.218 1.592.550 852.585 288.816 473.834 5.235.002
Eigen vermogen - deel groep 1.238.409 1.450.856 513.092 288.816 466.055 3.957.228
Geplaatst kapitaal 0 0 0 0 113.907 113.907
Aandelenkapitaal 0 0 0 0 2.295 2.295
Agio 0 0 0 0 111.612 111.612
Geconsolideerde reserves 1.301.088 1.447.897 518.993 277.807 397.232 3.943.016
Herwaarderingsreserves -62.678 2.959 -5.901 11.009 -11.833 -66.445
Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) 0 1.620 0 0 0 1.620
Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) 0 126 0 0 0 126
Afdekkingsreserve -24.778 0 -6.080 -194 2 -31.050
Actuariële winsten (verliezen) te bereiken doel-pensioenplannen -26.068 -1.238 0 -1.469 4.317 -24.458
Omrekeningsverschillen -11.832 2.451 179 12.672 -16.152 -12.682
Ingekochte eigen aandelen (-) 0 0 0 0 -33.251 -33.251
Minderheidsbelang 788.808 141.694 339.494 0 7.778 1.277.774
II. Langlopende verplichtingen 1.001.586 749.813 790.873 0 14.617 -18.976 2.537.913
Voorzieningen 36.002 6.756 1.659 0 732 45.149
Pensioenverplichtingen 77.183 4.224 16 0 316 81.739
Uitgestelde belastingverplichtingen 101.775 0 58.982 0 1.093 161.849
Financiële schulden 721.091 5.673 700.141 0 11.970 -18.976 1.419.899
Leningen van banken 502.059 0 514.708 0 8.806 1.025.574
Obligatieleningen 30.612 0 140.734 0 0 171.345
Achtergestelde leningen 61.625 0 0 0 0 61.625
Leasingschulden 97.729 5.673 42.948 0 3.163 149.514
Overige financiële schulden 29.065 0 1.751 0 0 -18.976 11.841
Afdekkingsinstrumenten op meer dan één jaar 26.868 26.452 20.714 0 0 74.034
Overige schulden 38.669 22.062 9.361 0 507 70.598
Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 0 684.646 0 0 0 684.646
Banken - deposito's van kredietinstellingen 0 0 0 0 0 0
Banken - deposito's van klanten 0 644.663 0 0 0 644.663
Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld 0 39.983 0 0 0 39.983
Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille 0 0 0 0 0 0
III. Kortlopende verplichtingen 2.477.716 6.385.773 523.180 6 75.799 -2.362 9.460.112
Voorzieningen 29.789 46 5.572 0 262 35.670
Pensioenverplichtingen 0 298 8 0 0 305
Financiële schulden 529.567 2.516 383.659 0 46.727 -750 961.720
Leningen van banken 367.426 0 157.362 0 2.341 527.129
Obligatieleningen 29.899 0 44.920 0 0 74.819
Achtergestelde leningen 33.527 0 0 0 0 33.527
Leasingschulden 29.646 2.516 2.393 0 1.643 36.198
Overige financiële schulden 69.070 0 178.983 0 42.744 -750 290.047
Afdekkingsinstrumenten op ten hoogste één jaar 14.080 2.234 0 0 0 16.315
Bedragen verschuldigd aan klanten voor onderhanden projecten 333.773 0 0 0 8.110 341.883
Overige schulden op ten hoogste één jaar 1.451.567 21.240 73.864 2 19.185 -1.169 1.564.689
Handelsschulden 1.095.776 43 43.226 2 7.235 -1.169 1.145.112
Ontvangen vooruitbetalingen
Schulden mbt bezoldigingen & sociale lasten
101.067 0 13 0 0 101.080
Overige schulden 183.285 12.865 13.434 0 10.501 220.085
Te betalen belastingen 71.439
92.391
8.332
7
17.191
15.846
0
3
1.449
949
98.411
109.196
Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 0 6.354.225 0 0 0 6.354.225
Banken - deposito's van kredietinstellingen 0 425.353 0 0 0 425.353
Banken - deposito's van klanten 0 5.723.461 0 0 0 5.723.461
Banken - in schuldbewijzen belichaamde schuld 0 205.412 0 0 0 205.412
Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille 0 0 0 0 0 0
Overlopende rekeningen 26.549 5.206 44.231 0 565 -443 76.108
IV. Verplichtingen bestemd voor verkoop 0 0 0 0 0 0
Totaal van het eigen vermogen en de
verplichtingen 5.506.520 8.728.136 2.166.638 288.822 564.249 -21.338 17.233.026

Toelichting 7: Immateriële vaste activa

(€ 1.000) Ontwikke
lingskosten
Concessies,
octrooien &
licenties
Goodwill Software Overige
immateriële
vaste activa
Vooruit
betalingen
Totaal
Bewegingen in immateriële vaste activa -
boekjaar 2021
Immateriële vaste activa, beginsaldo 41 25.994 28.686 2.859 89.851 331 147.762
Brutobedrag 5.112 50.712 28.686 32.378 99.184 331 216.403
Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) -5.071 -24.718 0 -29.519 -9.333 0 -68.641
Investeringen 65 1.696 0 1.299 388 326 3.775
Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties 0 0 1.395 0 54 0 1.449
Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) 0 0 0 -8 0 0 -7
Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) 0 0 0 0 0 0 0
Afschrijvingen & bijzondere WV (-) -30 -3.296 -268 -1.559 -838 0 -5.989
Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen -1 2 0 15 308 0 324
Overboekingen van (naar) andere posten 0 -1.308 0 0 3.391 0 2.082
Overige toename (afname) 2 -3 0 -4 0 0 -4
Immateriële vaste activa, eindsaldo 78 23.085 29.814 2.603 93.155 657 149.391
Brutobedrag 5.264 49.179 29.814 26.171 103.966 657 215.051
Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) -5.186 -26.095 0 -23.568 -10.811 0 -65.660
Bewegingen in immateriële vaste activa -
boekjaar 2022
Immateriële vaste activa, beginsaldo 78 23.085 29.814 2.603 93.155 657 149.391
Brutobedrag 5.264 49.179 29.814 26.171 103.966 657 215.051
Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) -5.186 -26.095 0 -23.568 -10.811 0 -65.660
Investeringen 2.242 594 0 1.778 83 146 4.843
Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties 0 0 0 0 0 0 0
Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) 0 0 0 0 0 0 0
Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) 0 -696 -29.814 -222 -1.212 0 -31.945
Afschrijvingen & bijzondere WV (-) -108 -3.451 0 -1.091 -1.183 0 -5.833
Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen 0 0 0 0 247 0 248
Overboekingen van (naar) andere posten -37 0 0 110 1.411 -539 945
Overige toename (afname) 0 0 0 0 0 0 0
Immateriële vaste activa, eindsaldo 2.175 19.532 0 3.179 92.501 264 117.649
Brutobedrag 6.794 36.751 0 26.788 102.689 264 173.285
Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) -4.619 -17.220 0 -23.610 -10.188 0 -55.636

De daling van immateriële vaste activa ten opzichte van vorig jaar met 31,7 miljoen euro wordt nagenoeg volledig verklaard door de verkoop van Anima. De overige mutaties betreffen voornamelijk investeringen in licenties en software, geactiveerde ontwikkelingskosten (voornamelijk in het Concessions segment van DEME) en de afschrijvingslast.

De immateriële vaste activa bestaan voor een groot deel uit 'trade names' voor 15,2 miljoen euro en 'databases' voor 69,3 miljoen euro die einde 2013 werden uitgedrukt in de geconsolideerde balans naar aanleiding van de controleverwerving over DEME. Deze immateriële vaste activa worden niet afgeschreven (oneindige levensduur) en worden mee opgenomen in de jaarlijkse impairment test van de goodwill ontstaan n.a.v. de controleverwerving over DEME eind 2013 (zie Toelichting 8. Goodwill).

Daarnaast werd bij de acquisitie door DEME in 2020 van het Nederlandse SPT Offshore een deel van de waarde toegewezen aan de specifieke milieuvriendelijke "suction-pile"-technologie waarmee zowel vaste als vlottende structuren op de zeebodem kunnen worden verankerd, wat een netto boekwaarde 14,4 miljoen euro vertegenwoordigt en afgeschreven wordt over de economische levensduur van 10 jaar.

Toelichting 8: Goodwill

(€ 1.000) 2022 2021
Bewegingen in goodwill
Goodwill, beginsaldo 327.829 325.937
Brutobedrag - integraal geconsolideerde participaties 351.785 349.582
Gecumuleerde bijzondere WV - integraal geconsolideerde participaties (-) -23.956 -23.646
Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties 0 2.203
Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) -7.404 0
Bijzondere WV opgenomen in de resultatenrekening (-) -432 -311
Overige toename (afname) -39 0
Goodwill, eindsaldo 319.953 327.829
Brutobedrag - integraal geconsolideerde participaties 341.531 351.785
Gecumuleerde bijzondere WV - integraal geconsolideerde participaties (-) -21.578 -23.956
2022 2021
173.980 174.019
140.764 140.764
13.028 13.028
23.723 23.763
-3.536 -3.536
134.247 134.247
134.247 134.247
0 7.836
0 432
0 7.404
0 0
11.727 11.727
11.727 11.727
319.953 327.829
(€ 1.000) Goodwill 2022 Goodwill 2021
Goodwill van AvH op DEME 140.764 140.764
Goodwill van AvH op FinAx 134.247 134.247
Goodwill van AvH op Nextensa 0 432

De daling van de goodwill ten opzichte van vorig jaar met 7,9 miljoen euro wordt nagenoeg volledig verklaard door de verkoop van Anima.

De goodwill is voornamelijk toe te wijzen aan FinAx, aan DEME (n.a.v. de controleverwerving eind 2013), aan Biolectric Group en aan de dochterondernemingen aangehouden door DEME en CFE. Daarbij wordt opgemerkt dat de goodwill (cliënteel) in de geconsolideerde balans van Delen Private Bank van 222,8 miljoen euro hierin niet is vervat, aangezien Delen Private Bank wordt opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode. Deze goodwill resulteert vnl. uit de overname van Capital & Finance in 2007, JM Finn in 2011 en in beperkte mate Oyens & Van Eeghen (eind 2015) en Nobel (eind 2019).

Bij indicaties van een eventuele waardevermindering en minstens jaarlijks onderwerpt AvH de goodwill op haar balans aan een impairmentanalyse. Hierbij wordt zowel de goodwill bedoeld die als dusdanig onder de post 'Goodwill' wordt opgevoerd in de geconsolideerde balans, als de goodwill die vervat zit in de actiefpost 'Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast'. Elke participatie van AvH wordt daarbij beschouwd als een afzonderlijke 'cash generating unit' (CGU). Vervolgens wordt als onderdeel van de impairment test een fair value bepaald voor elke CGU op basis van publiek beschikbare marktwaarderingen (analistenrapporten/beurskoers voor genoteerde ondernemingen / recente transacties). Indien na deze eerste stap, op basis van een fair value benadering, blijkt dat bijkomende onderbouwing nodig is, zal ook een gebruikswaarde worden bepaald vanuit het eigen AvH-perspectief op basis van een 'discounted cash flow' (DCF) model of marktmultiples. Wanneer na deze tweede stap nog steeds een onvoldoende onderbouwing kan worden gevormd voor de goodwill in de balans, wordt overgegaan tot een bijzondere waardevermindering of 'impairment'.

De impairmentanalyse op het niveau van AvH heeft niet geleid tot enige betekenisvolle bijzondere waardevermindering.

  • De beurskoers van DEME per 31 december 2022 van 124 euro ligt ruim boven de boekwaarde van DEME in de geconsolideerde rekeningen van AvH.
  • AvH heeft via haar 100% dochter FinAx een rechtstreekse deelneming van 78,75% in Delen Private Bank en Bank Van Breda. De goodwill op FinAx wordt ruimschoots onderbouwd op basis van markt-multiples.
  • De boekwaarde van Nextensa bij AvH vloeit voort uit de integrale consolidatie van de deelneming van 58,53% in het geconsolideerd eigen vermogen van 838,8 miljoen euro. Dit vertegenwoordigt een netto actiefwaarde van 83,9 eur per aandeel. Niettegenstaande de lagere beurskoers op jaareinde van 51,9 euro per aandeel, impliceert dit evenwel geen indicatie van waardevermindering aangezien de vastgoedbeleggingen die deel uitmaken van de netto-actiefwaarde van Nextensa, gewaardeerd worden aan reële waarde op basis van externe schattingsverslagen en de projectontwikkelingen geboekt worden volgens realisatie%. De meerwaarden die Nextensa gewoonlijk boekt bij realisatie, bovenop de reeds erkende waarderingen tegen reële waarde, onderbouwen deze aanpak.

Toelichting 9: Materiële vaste activa

(€ 1.000) Terreinen en
gebouwen
Installaties
machines en
uitrusting
Meubilair en
rollend
materieel
Overige
materiële vaste
activa
Activa in
aanbouw &
vooruitbet.
Totaal 2021
I. Bewegingen in materiële vaste activa
- boekjaar 2021
Materiële vaste activa, beginsaldo 415.415 1.835.423 53.525 4.736 516.454 2.825.552
Brutobedrag 592.112 4.221.775 151.275 14.993 516.454 5.496.608
Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) -176.696 -2.386.353 -97.750 -10.257 0 -2.671.056
Impact IFRS-wijzigingen 0 0 0 0 0 0
Investeringen 48.327 153.489 29.869 1.604 139.473 372.761
Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties 1.985 141 52 0 0 2.178
Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) -9.021 -24.508 -664 84 -348 -34.457
Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) 0 -106 -803 -4 0 -913
Afschrijvingen & bijzondere WV (-) -34.055 -311.057 -25.340 -822 0 -371.273
Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen 1.266 2.504 88 -1 404 4.262
Overboekingen van (naar) andere posten 2.667 288.323 -1.675 1.412 -325.991 -35.263
Overige toename (afname) 0 0 0 0 0 0
Materiële vaste activa, eindsaldo 426.584 1.944.209 55.051 7.009 329.992 2.762.846
Brutobedrag 624.902 4.504.531 158.421 18.604 329.992 5.636.450
Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) -198.318 -2.560.322 -103.370 -11.595 0 -2.873.604
II. Overige informatie
Leasing
Nettoboekwaarde van MVA via leasing 130.674 9.919 38.696 179.290
Materiële vaste activa verworven via leasing 31.788 4.377 23.396 59.561
(€ 1.000) Terreinen en
gebouwen
Installaties
machines en
uitrusting
Meubilair en
rollend
materieel
Overige
materiële vaste
activa
Activa in
aanbouw &
vooruitbet.
Totaal 2022
I. Bewegingen in materiële vaste activa
- boekjaar 2022
Materiële vaste activa, beginsaldo 426.584 1.944.209 55.051 7.009 329.992 2.762.846
Brutobedrag 624.902 4.504.531 158.421 18.604 329.992 5.636.450
Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) -198.318 -2.560.322 -103.370 -11.595 0 -2.873.604
Impact IFRS-wijzigingen 0 0 0 0 0 0
Investeringen 41.065 178.776 23.856 1.294 324.441 569.431
Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties 0 0 0 0 0 0
Wijzigingen in scope 212 0 60 1 0 272
Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) -4.791 -3.367 -1.686 -6 -281 -10.131
Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) -188.391 -3.216 -3.768 -1.935 -12.629 -209.939
Afschrijvingen & bijzondere WV (-) -28.463 -299.912 -24.533 -1.279 0 -354.187
Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen -100 -333 55 1 219 -158
Overboekingen van (naar) andere posten 3.086 367.030 80 4.226 -409.452 -35.030
Overige toename (afname) -2.421 0 182 0 -158 -2.397
Materiële vaste activa, eindsaldo 246.782 2.183.188 49.296 9.310 232.132 2.720.708
Brutobedrag 410.286 4.932.722 150.486 17.405 232.132 5.743.032
Cumulatieve afschrijvingen & bijzondere WV (-) -163.504 -2.749.534 -101.191 -8.095 0 -3.022.324
II. Overige informatie
Leasing
Nettoboekwaarde van MVA via leasing 92.710 17.969 37.495 148.174
Materiële vaste activa verworven via leasing 23.887 18.044 17.927 59.857

De materiële vaste activa bedragen op jaareinde 2022 2.720,7 miljoen euro. Hiervan neemt DEME 93% voor haar rekening, met als belangrijkste activa haar vloot. Voorts bevat deze balanspost de kantoren, de machine- en wagenparken van CFE, Bank Van Breda, Rent-A-Port, Nextensa, Agidens, Biolectric en AvH.

Als gevolg van de verkoop van Anima, inclusief diens belangrijk vastgoedpatrimonium aan woonzorgcentra dat over de jaren was opgebouwd, daalt het totaal aan materiële vaste activa licht met 42,1 miljoen euro en dit niettegenstaande voortgezette investeringen in de vloot door DEME.

DEME investeerde in totaal 483,9 miljoen euro in bijkomende materiële vaste activa. Inbegrepen in dit bedrag van 2022 zijn de investeringen van het jaar in het revolutionaire installatie-schip Orion, de aanzienlijke bedragen die werden gespendeerd aan groot onderhoud en herstellingen aan diverse tuigen in de vloot, net zoals de bedragen uitgegeven aan de ombouw van de "Viking Neptun" en de "Sea Installer". Op 31 december 2022 bedraagt het bevestigde saldo aan nog uit te voeren activa in aanbouw 192,6 miljoen euro, voornamelijk voor de upgrades voor de schepen "Viking Neptun" en "Sea Installer", het nieuwe valpijpschip en enkele aanvullende aanpassingen aan de "Orion".

Een schip binnen het segment Offshore Energy, met een nettoboekwaarde van 32 miljoen euro, is overgebracht naar "Activa bestemd voor verkoop" (Toelichting 5).

De investeringen van DEME in haar vloot leiden tot een grotere afschrijvingslast. In 2021 voerde DEME voor 25,5 miljoen euro aan waardeverminderingen door op haar snijkopzuigers 'Al Mahaar' en 'Al Jarraf', op basis van de verwachte lage bezettingsgraden. In 2022 bleven de waardeverminderingen beperkt tot 0,4 miljoen euro.

Toelichting 10: Vastgoedbeleggingen gewaardeerd aan reële waarde

(€ 1.000) Verhuurde
gebouwen
Projectontwik
kelingen
Activa bestemd
voor verkoop
Totaal
I. Bewegingen in vastgoedbeleggingen aan reële waarde - boekjaar
2021
Vastgoedbeleggingen, beginsaldo 1.369.323 44.734 199 1.414.256
Brutobedrag 1.369.323 44.734 199 1.414.256
Investeringen 30.578 5.902 0 36.479
Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties 0 0 0 0
Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) -22.584 0 -97 -22.680
Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) 0 0 0 0
Winsten(verliezen) door aanpassing van reële waarde -4.509 -2.520 0 -7.029
Overboekingen van (naar) andere posten -132.840 -7.929 141.157 388
Overige toename (afname) -13.005 0 0 -13.005
Vastgoedbeleggingen, eindsaldo 1.226.963 40.187 141.259 1.408.409
Brutobedrag 1.226.963 40.187 141.259 1.408.409
I. Bewegingen in vastgoedbeleggingen aan reële waarde - boekjaar
2022
Vastgoedbeleggingen, beginsaldo 1.226.963 40.187 141.259 1.408.409
Brutobedrag 1.226.963 40.187 141.259 1.408.409
Investeringen 34.870 7.264 23 42.157
Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties 0 0 0 0
Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) -1.848 0 -140.691 -142.538
Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) 0 0 -490 -490
Winsten(verliezen) door aanpassing van reële waarde -11.729 199 -91 -11.620
Overboekingen van (naar) andere posten 0 -17.190 0 -17.190
Overige toename (afname) 0 0 -11 -11
Vastgoedbeleggingen, eindsaldo 1.248.256 30.460 0 1.278.716
Brutobedrag 1.248.256 30.460 0 1.278.716
(€ 1.000) 2022 2021
Kerncijfers
Huurinkomsten 67.400 69.127
Huurrendement (%) 5,30% 5,20%
Bezettingsgraad (%) 88,48% 89,09%

Nextensa investeerde 42,2 miljoen euro waarvan 11,5 miljoen euro toe te schrijven is aan investeringen aan diverse gebouwen in eigendom op de site van Tour & Taxis (België). Het saldo van 30,7 miljoen euro betreft onder meer de uitbreiding van het shoppingcenter Knauf Schmiede en de herpositionering/renovatie van het EBBC business park (Moonar) in Luxemburg.

In 2022 verkocht Nextensa haar gebouwen The Crescent (Anderlecht), Monnet (Luxemburg) en Titanium (Luxemburg) voor een totaal bedrag van 169,0 miljoen euro. Deze verkopen genereerden een meerwaarde van 28,3 miljoen euro.

In 2022 werd de waarde van de vastgoedportefeuille neerwaarts gecorrigeerd met 11,6 miljoen euro op basis van externe schattingen, wat overeenkomt met minder dan 1% van de totale reële waarde.

Het gemiddelde huurrendement op de vastgoedbeleggingen is gestegen van 5,20% eind 2021 naar 5,30% op jaareinde 2022.

Waardering van de vastgoedbeleggingen – Nextensa

Nextensa hanteert volgende methoden om de reële waarde te bepalen conform IFRS 13:

Actualisatie van de geschatte huuropbrengsten

De reële waarde is de resultante van het toegepast rendement op de geschatte huurwaarde (kapitalisatiemethode of marktbenadering) gecorrigeerd met de geactualiseerde waarde (NPV) van het verschil tussen de huidige actuele huur en de geschatte huurwaarde op datum van de evaluatie, en dit voor de periode tot aan de volgende opzegmogelijkheid van de lopende huurcontracten.

Discounted cash-flow methode

De DCF-methode bestaat erin de huidige waarde van de toekomstige kasstromen te bepalen. De toekomstige huurinkomsten worden ingeschat op basis van de bestaande contractuele huurprijzen en de verwachtingen van de vastgoedmarkt voor elk gebouw in de daarop volgende periodes. Daarnaast worden ook de toekomstige onderhoudskosten geschat en in rekening gebracht. De gehanteerde actualisatievoet houdt rekening met de door de markt vooropgestelde risicopremie voor het object. De bekomen waarde wordt daarnaast nog getoetst aan de markt op basis van de bepaling van de residuele grondwaarde.

Residuele waardering

Te renoveren gebouwen of die reeds onder renovatie zijn of geplande projecten worden geëvalueerd aan de hand van de waarde na renovatie verminderd met het bedrag van de resterende werken inclusief kosten, interesten, leegstand en een risicopremie.

Activa en passiva die na hun initiële boeking gewaardeerd worden aan reële waarde, kunnen worden voorgesteld onder drie niveaus (1-3):

  • Niveau 1 waarderingen van de reële waarde zijn bepaald volgens de (nietaangepaste) marktprijsnoteringen in actieve markten voor identieke activa en verplichtingen.
  • Niveau 2 waarderingen van de reële waarde worden bepaald op basis van andere gegevens dan genoteerde prijzen bedoeld in niveau 1, die observeerbaar zijn voor het actief of de verplichting, zowel rechtstreeks (d.w.z. als prijzen) als onrechtstreeks (d.w.z. afgeleid uit prijzen).
  • Niveau 3 waarderingen van de reële waarde worden bepaald op basis van waarderingstechnieken die gegevens voor het actief of de verplichting omvatten die niet gebaseerd zijn op observeerbare marktgegevens (niet-observeerbare gegevens).

De vastgoedbeleggingen van Nextensa vallen onder niveau 3. De waarderingen per eind 2022 zijn uitgevoerd door externe schatters: Cushman & Wakefield, Stadim (BeLux) en Oerag (Oostenrijk). De volgende tabel geeft een overzicht van de toegepaste waarderingstechnieken per activa.

Reële
waarde
Reële
waarde
Waarderings 31/12/2022 Min-Max 31/12/2021 Min-Max
Activa klasse 2022 2021 techniek Belangrijkste inputs (gewogen gemiddelde) (gewogen gemiddelde)
(€ 1.000) (€ 1.000)
Retail Groothertogdom
Luxemburg & België
377.629 370.170 Actualisatie van
de geschatte
a) Vork geschatte huurwaarde a) [0,34 €/m² - 18,66 € /m²] a) [0,34 €/m² - 17,61 € /m²]
huuropbrengsten b) Gemiddelde gewogen geschatte
huurwaarde b) [13,72 € /m²] b) [11,26 € /m²]
c) Kapitalisatievoet vork c) [0,90% - 11,58%] c) [1,77% - 7,58%]
d) Gem. gewogen kap.voet d) [6,51%] d) [6,61%]
e) Resterende looptijd e) 3,62 jaar e) 2,72 jaar
f) Aantal m² f) 166 950 m² f) 170 731 m²
Retail Oostenrijk 189.581 185.369 DCF (discounted a) Vork geschatte huurwaarde a) [8,79 €/m² - 15,09 € /m²] a) [11,12 €/m² - 13,82 € /m²]
cash flow) b) Gemiddelde gewogen geschatte
huurwaarde
c) Kapitalisatievoet vork
b) [12,71 €/m²] b) [12,32 €/m²]
d) Gem. gewogen kap.voet c) [3,70% - 6,11%] c) [5,20% - 5,80%]
e) Resterende looptijd d) [5,38%] d) [5,46%]
f) Aantal m² e) 5,21 jaar e) 4,49 jaar
Kantoren Groothertog Actualisatie van a) Vork geschatte huurwaarde f) 69 219 m²
a) [22,57 €/m² - 46,58 € /m²]
f) 69 533 m²
a) [16,52 €/m² - 40,28 € /m²]
dom Luxemburg 186.660 283.280 de geschatte
huuropbrengsten b) Gemiddelde gewogen geschatte
huurwaarde
c) Kapitalisatievoet vork
b) [26,71 €/m²] b) [22,99 €/m²]
d) Gem. gewogen kap.voet c) [0,58% - 6,75%] c) [3,75% - 6,10%]
e) Resterende looptijd d) [4,74%] d) [4,91%]
f) Aantal m² e) 1,46 jaar e) 2,40 jaar
Actualisatie van a) Vork geschatte huurwaarde f) 35 550 m²
a) [11,68 €/m² - 25,18 €/m²]
f) 45 433 m²
a) [10,09 €/m² - 27,98 €/m²]
Kantoren België 409.511 436.610 de geschatte
huuropbrengsten b) Gemiddelde gewogen geschatte
huurwaarde b) [17,03 €/m²] b) [12,37 €/m²]
c) Kapitalisatievoet vork
d) Gem. gewogen kap.voet
c) [3,78% - 8,80%] c) [3,60% - 8,75%]
e) Resterende looptijd d) [4,93%] d) [4,56%]
f) Aantal m² e) 6,68 jaar e) 6,76 jaar
DCF (discounted a) Vork geschatte huurwaarde f) 112 891 m² f) 132 455 m²
Andere 115.335 132.490 cash flow of b) Gemiddelde gewogen geschatte a) Niet van toepassing a) [2,24 €/m² - 7,30 € /m²]
huurwaarde b) Niet van toepassing b) [2,24 € /m²]
actualisatie van c) Gemiddelde discontovoet c) Niet van toepassing c) 5,02%
kasstromen tegen d) Economische levensduur d) 30 jaar d) 30 jaar
discontovoet) e) Resterende looptijd e) 3,41 jaar e) 2,35 jaar
f) Aantal m² f) 32 629 m² f) 47 057 m²
Totaal 1.278.716 1.407.919

De vastgoedportefeuille van Nextensa werd gewaardeerd op 1,3 miljard euro op 31 december 2022 en is gespreid over België (44%), Luxemburg (41%) en Oostenrijk 15%. Naar typologie bestaat de portefeuille voor 47% uit kantoren en voor 44% uit retail. De laatste 9% betreft 'Ander' vastgoed, zoals parkings en evenementenvastgoed.

Toelichting 11: Ondernemingen waarop de vermogensmutatiemethode is toegepast

(€ 1.000) 2022 2021
Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast
Marine Engineering & Contracting 362.398 267.220
Private Banking 849.394 805.182
Real Estate & Senior Care 52.946 44.287
Energy & Resources 341.798 288.169
AvH & Growth Capital 238.701 242.338
Totaal 1.845.237 1.647.196
(€ 1.000) Vermogens
mutatiewaarde
Goodwill
opgenomen in
VM-waarde
Totaal 2022 Totaal 2021
Bewegingen in ondernemingen waarop vermogensmutatie is
toegepast
Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast: beginsaldo 1.555.045 92.151 1.647.196 1.456.070
Aanschaffingen 35.375 -204 35.171 25.729
Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties 0 0 0 0
Overdrachten (-) -19.389 0 -19.389 -4.051
Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) 0 0 0 139
Aandeel in winst (verlies) van de ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast 243.874 0 243.874 255.191
Bijzondere WV opgenomen in de winst- en verliesrekening (-) 0 0 0 0
Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen 11.746 0 11.746 35.118
Impact dividenden uitgekeerd door deelnemingen (-) -122.246 0 -122.246 -112.497
Overboekingen van (naar) andere posten -21.507 -4.421 -25.928 -35.505
Overige toename (afname) 74.812 0 74.812 27.003
Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast: eindsaldo 1.757.711 87.526 1.845.237 1.647.196

Algemene evolutie

De "Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast" omvatten de participaties in gezamenlijke deelnemingen of in participaties waarin geen controlebelang wordt aangehouden. Dit is o.m. het geval voor Delen Private Bank, voor de offshore windparken Rentel, SeaMade en C-Power, SIPEF, Sagar Cements en ook voor meerdere deelnemingen binnen het "Growth Capital"-gedeelte van de AvH-portefeuille. De stijging van de "Ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast" voor een bedrag van 198,0 miljoen euro is te verklaren door AvH's 243,9 miljoen euro aandeel in de winsten van deze deelnemingen, maar wordt verminderd met de dividenden die deze deelnemingen uitkeren naar AvH. Als gevolg van de eind 2021 aangekondigde verkoop van de deelneming in Manuchar, werd deze participatie op jaareinde 2021 reeds overgebracht naar "Activa bestemd voor verkoop".

De groep investeerde in 2022 voor 35,2 miljoen euro:

  • In "Marine Engineering & Contracting" investeerde DEME o.a. in Thistle Wind Partners (Concessies segment) en voerde een kapitaalverhoging door bij Scaldis (Offshore Energy segment). Rent-A-Port schreef in op de kapitaalverhoging van Bstor en verwierf 50% in Hateco Deep C Port jsc (Vietnam).
  • Het deelnemingspercentage in SIPEF werd met 1,68% verhoogd tot 36,81% door aankopen van aandelen SIPEF op de Beurs.

De overdrachten beperkten zich voornamelijk tot de verkoop door CFE en Nextensa van een aantal vastgoedpromoties die in partnership met andere partijen werden aangehouden. De deelneming in Manuchar was reeds in de jaarrekening 2021 als "bestemd voor verkoop" geboekt.

Zoals dat ook in voorgaande jaren het geval was, leverden de vennootschappen waarop vermogensmutatie wordt toegepast een significante bijdrage tot de groepswinst. In 2022 bedroeg dit 243,9 miljoen euro (2021: 255,2 miljoen euro, inclusief nog een bijdrage vanwege Manuchar). Deze winst uit bedrijven verwerkt volgens vermogensmutatie bestaat o.a uit het aandeel van de AvH-groep in de netto-winst van Delen Private Bank, SIPEF, Verdant Bioscience, Sagar Cements en meerdere "AvH & Growth Capital"-deelnemingen.

In 2022 ontving de Groep 122,2 miljoen euro dividenden van deelnemingen die via vermogensmutatie worden verwerkt. Dit bedrag ligt 9,8 miljoen euro hoger dan in 2021. De grootste bijdragen tot dit bedrag van 122,2 miljoen euro worden geleverd door Delen Private Bank (80,1 miljoen euro), SIPEF (7,6 miljoen euro) en door deelnemingen van DEME en CFE die via vermogensmutatie worden verwerkt.

De post 'Overboekingen van (naar) andere posten' wordt hoofdzakelijk verklaard door het overboeken van de participatie Telemond naar 'Activa bestemd voor verkoop' als gevolg van de verkoop van Telemond in het eerste kwartaal 2023.

De Post 'Overige toename (afname)' reflecteert bewegingen in het eigen vermogen van de deelnemingen, waarbij de positieve evolutie, zowel in 2021 als in 2022 van de cashflow hedges bij de participaties van DEME en Green Offshore in Rentel (25,4 miljoen euro) en SeaMade (22,1 miljoen euro) zwaar doorwegen. Andere bewegingen in het eigen vermogen van de deelnemingen betreffen o.a. de eliminaties van resultaten op verkopen van eigen aandelen, de impact van uitkoop van minderheidsbelangen, alsook de impact van de waardering van de aankoopverplichting die op bepaalde aandelen rust.

Rechtstreeks aangehouden participaties opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode

AvH past de vermogensmutatiemethode toe op de gemeenschappelijke dochterondernemingen Delen Private Bank (78,75%), SIPEF (36,8%), Verdant Bioscience (42%), Amsteldijk Beheer (50%), Turbo's Hoet Groep (50%) en Telemond (50%, geherklasseerd naar 'Activa bestemd voor verkoop'). In deze balansrubriek zijn tevens de geassocieerde deelneming in Sagar Cements (19,6%), Axe Investments (48,3%), Financière EMG (22,7%), Mediahuis (13,9%), OM Partners (20,0%) en Van Moer Logistics (21,7%) opgenomen. Voor een meer gedetailleerde beschrijving van de wijzigingen in de perimeter verwijzen we naar Toelichting 6. Segmentinformatie.

Een aantal van bovenvermelde participaties zijn beursgenoteerd. Indien de belangen in SIPEF en Sagar Cements op basis van de beurskoers van eind 2022 zouden gewaardeerd worden, zouden deze participaties een beurswaarde vertegenwoordigen van respectievelijk 229,4 miljoen euro en 67,8 miljoen euro. Ingeval de beurswaarde op jaareinde lager was dan de vermogensmutatiewaarde, is op basis van andere elementen nagegaan of een impairment nodig was. Dit was eind 2022 niet het geval.

Onrechtstreeks aangehouden participaties opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode

De integrale consolidatie van CFE, DEME, Rent-A-Port, Green Offshore en Nextensa geeft aanleiding tot de opname van hun gemeenschappelijke dochterondernemingen en geassocieerde deelnemingen voor een totaal bedrag

Toelichting 12: Financieel risicobeheer en afgeleide financiële instrumenten

1. Kredietrisico

Zowel CFE als DEME hebben procedures teneinde het risico op hun klantenvorderingen te beperken. Om het kredietrisico te beperken, volgen de betrokken deelnemingen voortdurend de uitstaande klantenvorderingen op en stellen ze desgevallend hun posities bij. Zo doet DEME in het kader van belangrijke buitenlandse contracten geregeld een beroep op de Credendo Group, in zoverre het betrokken land daarvoor in aanmerking komt en het risico door kredietverzekering kan worden gedekt. Bovendien wordt een deel van de geconsolideerde omzet met overheden of met aan openbare besturen gelieerde klanten gerealiseerd. Verder wordt de concentratie van het tegenpartijrisico beperkt door het grote aantal klanten. Voor grote infrastructuurwerken is DEME afhankelijk van de capaciteit van klanten om financiering te bekomen en kan zij desgevallend zelf projectfinanciering helpen organiseren. Ondanks het feit dat het kredietrisico nooit volledig kan worden uitgesloten, wordt het toch beperkt. Als wereldwijde speler is DEME daarenboven blootgesteld aan politieke risico's en negatieve ontwikkelingen die zich op macro-economisch vlak kunnen voordoen.

Het kredietrisico van Rent-A-Port, hoofdzakelijk actief in Vietnam, wordt beperkt door ontvangen voorschotten op de verkoop van verworven rechten op ontwikkelde terreinen (industriële zones) en de maandelijkse facturaties en grote spreiding van klanten bij levering van nutsvoorzieningen, onderhouds- en beheersdiensten in deze industriële zones.

Voor de kredietrisico's aangaande de kredietportefeuille van Bank Van Breda verwijzen we naar de kredietrisico-policy zoals beschreven in toelichting 14.

van 415,3 miljoen euro, met als voornaamste: de belangen van DEME in C-Power (6,5%), van DEME/Green Offshore in Rentel (18,9% resp. 12,5%) en in SeaMade (13,2% resp. 8,75%), van DEME in CDWE Taiwan, Deeprock en GEM/EMW alsook de met partners opgezette vastgoed- en PPS-projecten bij CFE en Nextensa en havengebonden partnerships bij Rent-A-Port.

Nextensa streeft naar een goede spreiding van haar debiteurenportefeuille, zowel naar aantal huurders als naar sectoren waarin deze huurders actief zijn teneinde het risico op wanbetaling en faillissement van huurders te beperken. Tevens wordt de solvabiliteit van de huurders op regelmatige basis getoetst met behulp van een extern ratingbureau en er wordt naar gestreefd om via langlopende huurcontracten de duurzaamheid van de huurinkomstenstroom te verzekeren en bijgevolg de 'duration' van de huurcontracten te verhogen. In de activiteit vastgoedprojectontwikkelingen wordt voorafgaand aan de ondertekening van een nieuw project een uitgebreide analyse gemaakt van de eraan verbonden technische, juridische en financiële risico's.

Het debiteurenrisico wordt door Agidens beheerst met inachtneming van het vastgestelde beleid, procedures en controles terzake. De uitstaande vorderingen op klanten worden periodiek bewaakt en grote projecten worden doorgaans gedekt door bankgaranties of gelijkaardig. Ditzelfde geldt voor Biolectric.

In het segment AvH & Growth Capital investeert de groep op lange termijn in bedrijven met internationaal groeipotentieel. Het gediversifieerde karakter van deze investeringen draagt bij tot een evenwichtige spreiding van de economische en financiële risico's. Bovendien financiert AvH deze investeringen doorgaans via eigen vermogen.

(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Marine
Engineering
& Contracting
Private
Banking
Real Estate &
Senior Care
Energy &
Resources
AvH &
Growth
Capital
Eliminaties
tussen
segmenten
Totaal 2021
Financiële vaste activa - vorderingen en borgtochten 134.544 2.050 13.255 0 27.813 -18.976 158.687
Overige vorderingen 85.009 3.716 51.312 76 6.970 -750 146.332
Handelsvorderingen 570.349 56 39.665 0 19.810 -1.169 628.710
Totaal (netto - inclusief gecumuleerde WV) 789.902 5.822 104.232 76 54.592 -20.895 933.729
% 85% 1% 11% 0% 6% -2% 100%
niet vervallen 662.973 5.822 100.964 76 51.712 -20.895 800.652
vervallen < 30 d 29.707 0 657 0 2.121 0 32.484
vervallen < 60 d 19.093 0 1.838 0 248 0 21.179
vervallen < 120 d 17.968 0 674 0 304 0 18.945
vervallen > 120 d 60.162 0 100 0 207 0 60.469
Totaal (netto - inclusief gecumuleerde WV) 789.902 5.822 104.232 76 54.592 -20.895 933.729
% 85% 1% 11% 0% 6% -2% 100%
Gecumuleerde waardeverminderingen (WV)
Financiële vaste activa - vorderingen en borgtochten (WV) -4.724 0 0 0 -10.985 0 -15.709
Overige vorderingen (WV) -117 0 -43 0 -1.981 0 -2.140
Handelsvorderingen (WV) -41.042 0 -1.905 0 -94 0 -43.041
-45.883 0 -1.948 0 -13.059 0 -60.890
(€ 1.000) Segment 1 Segment 2 Segment 3 Segment 4 Segment 5
Marine
Engineering
& Contracting
Private
Banking
Real Estate &
Senior Care
Energy &
Resources
AvH &
Growth
Capital
Eliminaties
tussen
segmenten
Totaal 2022
Financiële vaste activa - vorderingen en borgtochten 170.404 2.579 7.910 0 43.821 -34.840 189.875
Overige vorderingen 56.026 11.231 52.849 68 7.698 0 127.871
Handelsvorderingen 683.217 48 15.371 0 21.841 -1.262 719.214
Totaal (netto - inclusief gecumuleerde WV) 909.646 13.858 76.131 68 73.359 -36.102 1.036.960
% 88% 1% 7% 0% 7% -3% 100%
niet vervallen 721.903 13.858 73.268 68 68.541 -36.102 841.536
vervallen < 30 d 48.354 0 650 0 3.017 0 52.021
vervallen < 60 d 51.388 0 405 0 497 0 52.290
vervallen < 120 d 40.792 0 1.457 0 438 0 42.688
vervallen > 120 d 47.210 0 350 0 866 0 48.425
Totaal (netto - inclusief gecumuleerde WV) 909.646 13.858 76.131 68 73.359 -36.102 1.036.960
% 88% 1% 7% 0% 7% -3% 100%
Gecumuleerde waardeverminderingen (WV)
Financiële vaste activa - vorderingen en borgtochten (WV) -5.229 0 0 0 -10.985 0 -16.213
Overige vorderingen (WV) -212 0 0 0 -1.981 0 -2.192
Handelsvorderingen (WV) -36.203 0 -821 0 -50 0 -37.074
-41.644 0 -821 0 -13.016 0 -55.480

Marine Engineering & Contracting

  • Financiële vaste activa vorderingen en borgtochten: leningen verstrekt aan deelnemingen betreffen o.m. financieringen toegekend door DEME en Green Offshore aan hun respectievelijke deelnemingen actief in de ontwikkeling/uitbating van de windmolenparken Rentel en SeaMade en door CFE aan vastgoed-projectvennnootschappen.
  • De handelsvorderingen in dit segment zijn goed voor 95% van de totale handelsvorderingen.

Achterstallige vorderingen in de contractingactiviteit betreffen o.a. afrekeningen en bijkomende verrekeningen, die nog het voorwerp uitmaken van budgettaire inschrijvingen of die deel uitmaken van een globaal akkoord. Bij CFE en DEME zijn er een aantal onderhandelingen en/of procedures lopend. De achterstallige vorderingen (in hoofdzaak toewijsbaar aan DEME) zijn voornamelijk door Credendo gedekt. Verwachte verliezen op werven worden adequaat voorzien in de balansrubriek 'Onderhanden projecten in opdracht van derden' (Toelichting 15).

De omzet van Rent-A-Port, hoofdzakelijk actief in Vietnam, betreft (i) de verkoop van verworven rechten op ontwikkelde terreinen (industriële zones), (ii) de levering van nutsvoorzieningen (elektriciteit en water) en (iii) van onderhouds- en beheersdiensten in deze industriële zones :

• De vergoedingen voor de verkoop van verworven rechten op ontwikkelde terreinen, doorgaans variërend van 40 tot 50 jaar, worden grotendeels vooraf betaald (80% tot 100%) door de klanten van de Rent-A-Port groep. Na levering van het perceel aan de klant worden de risico's en beloningen van de grondgebruiksrechten overgedragen.

• De vergoedingen voor leveringen van nutsvoorzieningen, onderhouds- en beheersdiensten worden maandelijks gefactureerd en gezien de grote spreiding van klanten is het kredietrisico eerder beperkt.

Private Banking

• Voor meer details omtrent het kredietrisico van Bank Van Breda verwijzen we naar Toelichting 14.

Real Estate & Senior Care

  • De overige vorderingen slaan op de voorschotten die Nextensa aan haar vastgoed-projectvennootschappen verleent.
  • Verwijzend naar bovenstaande beschrijving van het kredietrisicobeheer, zijn de waardeverminderingen op handelsvorderingen bij Nextensa in normale omstandigheden beperkt.

AvH & Growth Capital en Intercompany eliminaties

  • de integrale consolidatie van Agidens en Biolectric Group met hun respectievelijke handelsvorderingen.
  • financieringen verstrekt door AvH & subholdings aan o.a. Green Offshore in het kader van de ontwikkeling van de windmolenparken Rentel en SeaMade en aan Rent-A-Port (ontwikkeling van havengerelateerde industriële zones in Vietnam) worden in de consolidatie geëlimineerd.

In 2022 was geen enkele klant goed voor meer dan 10% van de omzet.

2. Liquiditeitsrisico en kapitaalbeheer

De financiële schulden, na intercompany-eliminaties, hebben betrekking op volgende segmenten:

(€ 1.000) 2022 2021
Financiële
schuld - KT
Financiële
schuld - LT
Netto financiële
schuld
Financiële
schuld - KT
Financiële
schuld - LT
Netto financiële
schuld
Marine Engineering & Contracting 278.640 1.016.861 601.511 529.567 721.091 524.132
Private Banking (IFRS 16 leases) 2.613 4.854 -17.048 2.516 5.673 -37.173
Real Estate & Senior Care 117.668 634.932 721.493 383.659 700.141 1.010.472
Energy & Resources 0 0 -642 0 0 -576
AvH & Growth Capital 3.735 10.026 -396.956 46.727 11.970 20.759
Intercompany 0 -34.840 -34.840 -750 -18.976 -19.726
Totaal 402.656 1.631.833 873.517 961.720 1.419.899 1.497.889

Het liquiditeitsrisico van DEME wordt beperkt door de financieringen te spreiden over verschillende banken, en bij voorkeur op lange termijn. DEME beschikt over belangrijke krediet- en garantielijnen bij een hele reeks internationale banken. In de kredietovereenkomsten met de desbetreffende banken zijn bepaalde ratio's (covenants) afgesproken die DEME dient na te leven. Dit is het geval op jaareinde 2022. Daarnaast beschikt zij voor financiële noden op korte termijn ook over een commercial paper programma. De investeringen van DEME gebeuren overwegend in materiaal dat een lange levensduur heeft en over meerdere jaren wordt afgeschreven. DEME streeft er daarom ook naar een aanzienlijk deel van haar schulden op lange termijn te structureren. DEME heeft in februari 2022 al haar langlopende leningen omgezet in 'sustainability linked loans' (we verwijzen naar het Duurzaamheidsverslag p. 69 voor meer toelichting).

CFE financiert haar bouw- en vastgoedpromotie-activiteiten via bankleningen, medium term notes en commercial paper. Tijdens het tweede kwartaal van 2022 heeft CFE nieuwe kredietlijnen opgezet waarin duurzaamheidscriteria werden geïntegreerd. De eind 2022 op vervaldag gekomen obligatielening van 30 miljoen euro werd door BPI, het vastgoedontwikkelingsfiliaal van CFE, terugbetaald.

Zowel DEME als CFE beschikten eind 2022 over een aanzienlijke thesauriepositie.

De groep Rent-A-Port wordt voornamelijk gefinancierd met eigen middelen, bank- en aandeelhoudersleningen. Infra Asia Investment Hong Kong heeft een nieuwe roll-over faciliteit afgesloten voor een totaalbedrag van 35 miljoen USD (naast de bestaande 10 miljoen USD) ter vervanging van de obligatieleningen van 29,2 miljoen euro en 1,8 miljoen USD die vervroegd werden terugbetaald per 3 mei 2022.

Rent-A-Port heeft zijn belang in IAI in het eerste kwartaal van 2022 met 32,6% verhoogd tot 94%. Rent-A-Port heeft deze transactie begin juli 2022 betaald dankzij bijkomende aandeelhoudersleningen van AvH en CFE.

Nextensa beschikt bij haar banken over de nodige lange termijn kredietfaciliteiten en back-up lijnen voor hun commercial paper om bestaande en toekomstige investeringsnoden te dekken. Door deze kredietfaciliteiten en back-uplijnen is het financieringsrisico ingedekt. Het liquiditeitsrisico wordt beperkt door enerzijds de financieringen te spreiden over verschillende financiële tegenpartijen en door diverse financieringsbronnen aan te spreken en anderzijds door de vervaldata te diversifiëren.

Nextensa heeft op 20/11/2019 een private plaatsing van obligaties voor een bedrag van 100 miljoen euro afgesloten met een vaste jaarlijkse coupon van 1,95% en vervaldag op 28 november 2026. Haar dochteronderneming Extensa Group sloot in het verleden 2 private plaatsingen af ten belope van 45 miljoen euro (vaste rente 3,00% en terugbetaald op vervaldag 29 juni 2022) en van 40 miljoen euro (vaste rente 3,38% met vervaldag 5 juni 2024). De opnames van de bilaterale bancaire kredieten van Nextensa bedragen eind 2022 491,5 miljoen euro op lange termijn en 44,5 miljoen euro op korte termijn.

De financiële schulden in het segment AvH & Growth Capital zijn voornamelijk toe te wijzen aan Agidens en Biolectric Group. De schulden van Agidens betreffen de financiering van het hoofdgebouw, de leaseschulden mbt de wagens en de opname van straight loans in het kader van het werkkapitaalbeheer. De financiële schulden van Biolectric hebben betrekking op de financiering van de hoofdzetel, de acquisitielening, het werkkapitaal en de biogas-installaties die eigendom blijven van Biolectric om ze uit te baten en de geproduceerde elektriciteit aan de landbouwers te verkopen.

Dankzij de gerealiseerde desinvesteringen in 2022 (Manuchar en Anima) werd het commercial paper programma volledig terugbetaald en beschikt AvH (en subholdings) over een nettocashpositie van 498,7 miljoen euro (zie Toelichting 6 Segmentinformatie - Kasstroomoverzicht voor meer details).

AvH beschikt over bevestigde kredietlijnen (280 miljoen euro), gespreid over verschillende banken.

Diverse integraal geconsolideerde ondernemingen hebben in hun kredietovereenkomsten bepaalde ratio's (covenants) afgesproken en deze werden per 31 december 2022 gerespecteerd.

De evolutie van de financiële schulden en de netto financiële schuldpositie wordt verder toegelicht in Toelichting 19 Financiële schulden.

3. Afgeleide financiële instrumenten ter indekking van het rente-, wisselkoers- en grondstoffenrisico

(€ 1.000) Notioneel Boekwaarde Notioneel Boekwaarde
bedrag 2022 2022 bedrag 2021 2021
I. Indekking van het renterisico
Activa
Reële waarde indekking - Bank Van Breda 870.000 88.251 40.000 568
Kasstroomindekking 1.269.235 82.695 0 0
Indekkingsinstrumenten die niet voldoen aan de vereisten van kasstroomindekking 185.000 7.732 140.000 684
Te ontvangen interesten 0 0
Totaal 178.677 1.252
Passiva
Reële waarde indekking - Bank Van Breda 25.000 -399 745.000 -28.687
Kasstroomindekking 0 0 930.226 -20.454
Indekkingsinstrumenten die niet voldoen aan de vereisten van kasstroomindekking 15.000 -23 280.000 -5.599
Te ontvangen interesten 0 0
Totaal -422 -54.740
II. Indekking van het valutarisico
Activa 198.298 2.549 183.934 2.043
Passiva 1.148.935 -84.188 1.354.132 -35.295
-81.639 -33.252
III. Risico's verbonden aan grondstoffen
Activa 2.044 2.651
Passiva -1.175 -314
869 2.337
Aansluiting met de geconsolideerde balans Actiefzijde Actiefzijde
Langlopende afdekkingsinstrumenten 158.911 1.816
Kortlopende afdekkingsinstrumenten 24.359 4.129
183.270 5.945
Passiefzijde Passiefzijde
Langlopende afdekkingsinstrumenten -53.892 -74.034
Kortlopende afdekkingsinstrumenten -31.893 -16.315
-85.785 -90.348

3.1 Renterisico

Het beheer van het renterisico binnen de groep CFE gebeurt in functie van de activiteit. De activiteiten van Contracting worden gekenmerkt door een overschot van geldmiddelen, die de vastgoedverbintenissen gedeeltelijk compenseren. Het beleid is grotendeels gecentraliseerd in het kader van de cash pooling. DEME neemt belangrijke financieringen op in het kader van investeringen in de vloot. Om een optimaal evenwicht te bereiken tussen de financieringskosten en de volatiliteit van de financiële resultaten, maakt DEME gebruik van renteswaps.

De groep Rent-A-Port wordt voornamelijk gefinancierd met eigen middelen, bank- en aandeelhoudersleningen. Infra Asia Investment Hong Kong heeft een nieuwe roll-over faciliteit afgesloten voor een totaalbedrag van 35 miljoen USD (naast de bestaande 10 miljoen USD). Het renterisico op deze kredietfaciliteit is voor 50% ingedekt via het afsluiten van een renteswap op termijn.

Het indekkingsbeleid van Nextensa is erop gericht om het renterisico voor ongeveer 75% van de financiële schulden veilig te stellen voor een periode van 4- 5 jaar en ongeveer 50% voor de volgende 5 jaar. De hedge ratio voor de investeringsportefeuille bedraagt eind 2022 74%, in vergelijking met 67% eind 2021. Per 31 december 2022 is de gewogen resterende looptijd van de kredietenportefeuille die gealloceerd werd aan het investeringsvastgoed geëvolueerd van 2,98 jaar einde 2021 naar 2,85 jaar einde 2022. De gewogen resterende looptijd van de indekkingsproducten is gedaald van 3,98 jaar (einde 2021) tot 3,52 jaar einde 2022.

De financiële schulden van het segment AvH & Growth Capital bestaan uitsluitend uit de schulden van Agidens en Biolectric en betreffen o.a. kantoren, het wagenpark en de financiering van werkkapitaal. Per jaareinde 2022 was er geen enkel rente-indekkings-instrument uitstaand.

Sensitiviteits-analyse voor het renterisico

Indien de Euribor met 50 basispunten zou stijgen, zou dit een toename van de rentelasten met zich meebrengen van 0,9 miljoen euro (CFE), verwaarloosbaar wegens quasi 100% hedge ratio (DEME), 0,9 miljoen euro (Nextensa), 0,1 miljoen euro (Agidens) en 0,1 miljoen euro (Biolectric). AvH (& subholdings) is schuldenvrij. Dit houdt evenwel geen rekening met impacten die we zouden terugvinden op het actief.

3.2 Wisselkoersrisico

Door het internationaal karakter van haar activiteit en de uitvoering van contracten in vreemde valuta loopt DEME blootstelling op aan vreemde valuta en de waardeschommelingen daarvan. Het transactionele wisselkoersrisico van DEME komt voort uit commerciële stromen in andere valuta dan de euro. Echter, 79% van DEME's opbrengsten (2021: 62%) betroffen transacties uitgedrukt in euro en vertegenwoordigden dus veruit het grootste deel van de DEME's gerealiseerde opbrengsten. Opbrengsten in vreemde valuta betroffen o.a. VS Dollar, Singapore Dollar, Indische Roepie, Britse Pond, Deense Kroon, Braziliaanse real en de Uruguayaanse peso. De uitgaven van DEME zijn eveneens voornamelijk in euro, met uitzondering van contracten die uitwerking kennen in niet-eurolanden. Het residueel wisselkoersrisico wordt contract per contract beoordeeld en, indien nodig, gebruikt DEME valutatermijncontracten om haar resterende wisselkoersrisico op verwachte netto commerciële stromen, in andere valuta dan de euro, in te dekken.

Bij CFE bevinden de meeste activiteiten zich binnen de euro-zone, doch desgevallend wordt getracht de blootstelling aan de fluctuaties van vreemde valuta (voornamelijk Poolse Zloty) te beperken.

Rent-A-Port handelt voornamelijk in Zuidoost-Azië en is hoofdzakelijk blootgesteld aan een wisselkoersrisico met betrekking tot de US dollar en de Vietnamese dong. Aangezien de dochtervennootschappen van Rent-A-Port voornamelijk aan- en verkopen in lokale valuta uitvoeren, wordt de blootstelling van de groep aan wisselkoersbewegingen in commerciële verrichtingen op een natuurlijke manier beperkt. De conversie van de functionele wisselkoers (USD) naar euro in consolidatie resulteert in een wisselkoersrisico.

Nextensa is actief in België, Luxemburg en Oostenrijk en is bijgevolg niet onderhevig aan wisselkoersrisico's.

Het wisselkoersrisico van Bank Van Breda is beperkt, aangezien de bank enkel actief is in België en door de aard van haar cliënteel geen eigen materiële deviezenposities heeft.

Agidens, internationaal actief waardoor ze een (beperkt) wisselkoersrisico kent op de US Dollar en Zwitserse Frank, beheerst haar valutarisico door in de mate van het mogelijke kosten en opbrengsten in eenzelfde munt te laten geschieden ('natural hedging'). Desgevallend wordt er een valutaswap met erkende en gereputeerde tegenpartijen afgesloten. Via haar branch in het Verenigd Koninkrijk heeft Biolectric een beperkte GBP-exposure. De strategie van AvH om zich ook te richten op opkomende markten resulteerde in investeringen in Indische Rupie (Sagar Cements, de HealthQuad I en II fondsen, Medikabazaar) en in USD (Venturi Partners Fund I en Convergent Finance). Dit wisselkoersrisico is niet ingedekt, aangezien het lange termijn-investeringen betreffen.

De overige integraal geconsolideerde participaties zijn niet onderhevig aan significante wisselkoersrisico's, aangezien zij voornamelijk actief zijn in de eurozone.

Verschillende niet-integraal geconsolideerde participaties zoals Delen Private Bank, SIPEF en Verdant Bioscience, maar ook Turbo's Hoet Groep e.a. zijn in belangrijke mate actief buiten de euro-zone. Dit kan aanleiding geven tot grotere risico's als gevolg van geopolitieke evoluties of gebeurtenissen.

Het wisselkoersrisico wordt in die gevallen telkens op het niveau van de deelneming zelf opgevolgd en aangestuurd.

Het wisselkoersrisico bij Delen Private Bank beperkt zich tot de participaties in deviezen (JM Finn en in mindere mate Delen Suisse). De netto-exposure op het Britse Pond wordt beperkt doordat de impact van een wisselkoersschommeling op het eigen vermogen van JM Finn geneutraliseerd wordt door een tegenovergestelde impact op de liquiditeitsverplichting op het resterende 7% minderheidsbelang in JM Finn. Bij SIPEF wordt het grootste deel van de kosten gemaakt in het buitenland (Indonesië en Papoea-Nieuw-Guinea), terwijl de verkopen in USD worden gerealiseerd. Dit is een structureel risico dat door de onderneming niet wordt ingedekt en dus als algemeen bedrijfsrisico wordt beschouwd. Transactionele risico's zijn over het algemeen beperkt door korte betalingstermijnen en omrekeningsverschillen worden beperkt door de functionele valuta en rapporteringsmunt maximaal gelijk te schakelen. Turbo's Hoet Group tenslotte heeft over de jaren heen een belangrijke aanwezigheid uitgebouwd in Oost-Europa. Turbo's Hoet Groep realiseert haar omzet in die markten op basis van lokale munt. Ook al streeft Turbo's Hoet Groep er weliswaar naar om het effect van eventuele dalingen van die lokale munten ten laste te leggen van de finale klant, de marktomstandigheden laten dit niet steeds toe. Turbo's Hoet Group heeft in Rusland en Wit-Rusland dochterbedrijven die actief zijn inzake verkoop en service van vrachtwagens. THG heeft in de loop van 2022 haar blootstelling aan Rusland en Wit-Rusland beperkt.

Hieronder een lijst van de voornaamste koersen waartegen de balansen en resultaten van de buitenlandse entiteiten werden omgerekend naar de euro:

188 Your partner for sustainable growth

Omzetting van vreemde valuta naar Euro Slotkoers Gemiddelde koers Slotkoers Gemiddelde koers
Australische Dollar 0,6366 0,6570 Poolse Zloty 0,2135 0,2139
Britse Pond 1,1303 1,1717 Singapore Dollar 0,6974 0,6876
Braziliaanse Real 0,1768 0,1835 Taiwanese Dollar 0,0306 0,0319
Egyptische Pond 0,0378 0,0498 US Dollar 0,9344 0,9462
Deense Kroon 0,1345 0,1345 Vietnamese Dong 0,00003957 0,00004058
Indische Rupie 0,0113 0,0121

De onderstaande tabel geeft inzage in de financiële instrumenten, van voornamelijk DEME en in mindere mate CFE:

(€ 1.000) Notionele
bedrag
USD US Dollar SGD Singapour
Dollar
PLN Poolse Zloty GBP GB Pound EGP Egyptisch
Pond
Andere Totaal
Termijnaankopen 110.362 73.464 0 7.510 0 6.963 198.298
Termijnverkopen 1.100.913 0 28.375 6.104 5.670 7.873 1.148.935
(€ 1.000) Reële waarde
USD US Dollar SGD Singapour
Dollar
PLN Poolse Zloty GBP GB Pound EGP Egyptisch
Pond
Andere Totaal
Termijnaankopen 463 -580 0 -91 0 -12 -221
Termijnverkopen 81.342 0 298 -177 369 -414 81.418

Sensitiviteitsanalyse van het valutarisico van DEME 2022

(€ 1.000) Impact van de
sensitiviteitsberekening
- depreciatie van 5%
van de euro
Impact van de
sensitiviteitsberekening
- appreciatie van 5%
van de euro
Impact op de balans (+ is debet / - is credit)
Langlopende interestdragende schulden (+ deel dat binnen het jaar vervalt) na indekking 0 0
Netto kortlopende financiële schulden na indekking 4.309 -3.899
Handelsvorderingen en -schulden 11.871 -11.871

Sensitiviteitsanalyse van het valutarisico van DEME 2021

(€ 1.000) Impact van de
sensitiviteitsberekening
- depreciatie van 5%
van de euro
Impact van de
sensitiviteitsberekening
- appreciatie van 5%
van de euro
Impact op de balans (+ is debet / - is credit)
Langlopende interestdragende schulden (+ deel dat binnen het jaar vervalt) na indekking 0 0
Netto kortlopende financiële schulden na indekking 2.593 -2.346
Handelsvorderingen en -schulden 18.894 -18.894

3.3 Grondstoffen risico

Ook de risico's verbonden aan grondstoffen zijn gelieerd met DEME die zich indekt tegen fluctuaties van de olieprijzen door het aangaan van forwardcontracten.

Toelichting 13: Financiële activa en passiva

1. Financiële activa en passiva per categorie

Reële waarde Boekwaarde
2022 2021 2022 2021
249.656 225.541 249.656 225.541
502.908 507.529 502.908 507.529
263 259 263 259
0 20.005 0 20.005
189.875 158.687 189.875 158.687
127.871 146.332 127.871 146.332
719.214 628.710 719.214 628.710
1.160.972 883.730 1.160.972 883.730
6.780.990 7.479.264 6.940.242 7.110.893
-89.733 25.705 -89.733 25.705
183.270 5.945 183.270 5.945
(€ 1.000) Reële waarde Boekwaarde
2022 2021 2022 2021
Financiële passiva
Financiële passiva gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs
Financiële schulden
Leningen van banken 1.577.488 1.571.727 1.613.885 1.552.702
Obligatieleningen 139.348 248.960 139.348 246.164
Achtergestelde leningen 677 97.344 677 95.152
Leasingschulden 151.959 185.713 151.959 185.712
Overige financiële schulden 128.621 301.887 128.621 301.887
Overige schulden
Handelsschulden 1.136.241 1.145.112 1.136.241 1.145.112
Ontvangen vooruitbetalingen 72.539 101.080 72.539 101.080
Schulden mbt bezoldigingen & sociale lasten 210.608 220.085 210.608 220.085
Overige schulden 110.391 98.411 110.391 98.411
Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 6.792.663 7.059.336 6.834.644 7.038.871
Afdekkingsinstrumenten 85.785 90.348 85.785 90.348

'Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefuille' staan in de balans van Bank Van Breda bij de verplichtingen wanneer de rubriek een negatief saldo vertoont, zoals eind 2022 het geval was. De cumulatieve reëlewaarde-aanpassingen hebben echter - ongeacht het saldo - steeds betrekking op de ingedekte kredieten (die opgenomen zijn in actiefrubriek 'Banken – vorderingen kredietinstellingen & cliënten'). De boekwaarde van de "Banken – schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties' is in bovenvermelde tabel hiervoor aangepast met 89.733 ('000) euro".

(€ 1.000) 2022 2021
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3
Financiële activa
Financiële activa : aandelen - Fair value through P/L (FVPL) 152.405 97.251 173.254 52.287
Financiële activa : obligaties - Fair value through OCI (FVOCI) 502.908 507.529
Financiële activa : aandelen - Fair value through OCI (FVOCI) 263 259
Financiële activa - at amortised cost 0 20.005
Vorderingen en liquiditeiten
Banken - vorderingen kredietinstellingen & cliënten 751.761 6.029.229 1.362.479 6.116.785
Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille -89.733 25.705
Afdekkingsinstrumenten 183.270 5.945
Financiële passiva
Financiële schulden
Leningen van banken 1.577.488 1.571.727
Obligatieleningen 139.348 29.899 219.061
Achtergestelde leningen 677 97.344
Leasingschulden 151.959 185.713
Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 6.792.663 7.059.336
Afdekkingsinstrumenten 85.785 90.348

De reële waarden dienen volgens de waarderingshiërarchie van IFRS 13 te worden ingedeeld in drie levels (niveaus), afhankelijk van het type van input dat gebruikt wordt voor de waardering van financiële instrumenten:

  • Parameters voor level 1-instrumenten zijn onaangepaste genoteerde prijzen in actieve markten voor identieke activa en verplichtingen. Er wordt geen waarderingstechniek (model) gebruikt. In level 1 vinden we alle financiële activa gewaardeerd tegen reële waarde (met verwerking van waardeveranderingen in de niet-gerealiseerde resultaten) met een publieke notering in een actieve markt.
  • Parameters voor level 2-instrumenten zijn genoteerde prijzen voor soortgelijke activa en verplichtingen in actieve markten of gegevens die gebaseerd zijn op of ondersteund worden door waarneembare marktgegevens. Er wordt gebruik gemaakt van een waarderingstechniek (model) op basis van waarneembare parameters, zoals onder meer:
    • De actuele waarde van toekomstige kasstromen (discounted cashflow model) De vergelijking met de huidige of recente reële waarde van een ander
    • soortgelijk instrument De prijsbepaling door derden, op voorwaarde dat de prijs in de lijn ligt van alternatieve observeerbare parameters.

In level 2 vinden we volgende financiële activa en verplichtingen:

  • Geldmiddelen en tegoeden bij centrale banken: omdat deze activa een zeer korte looptijd hebben, wordt de reële waarde gelijkgesteld aan de boekwaarde.
  • Vorderingen op kredietinstellingen en financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs: de reële waarde van bovenstaande financiële instrumenten wordt bepaald als de actuele waarde van toekomstige kasstromen op basis van de geldende swaprente en onderstaande veronderstellingen:
  • Er wordt bij herprijzing rekening gehouden met de commerciële marges; - Er wordt geen rekening gehouden met een percentage kredietverliezen.
  • Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden en ter indekking: ook voor deze instrumenten wordt de reële waarde bepaald als de actuele waarde van de toekomstige kasstromen op basis van de geldende swaprente.

• Parameters voor level 3-instrumenten zijn niet-waarneembare gegevens voor het bepalen van de reële waarde van een actief of verplichting. In dit geval wordt gebruik gemaakt van een waarderingstechniek (model) met (deels) nietwaarneembare parameters.

In level 3 vinden we volgende financiële activa:

  • Enkele financiële activa gewaardeerd tegen reële waarde (met verwerking van waardeveranderingen in de niet-gerealiseerde resultaten) waarvoor geen publieke notering beschikbaar is.
  • Leningen en voorschotten aan klanten, gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs: de reële waarde hiervan wordt bepaald als de actuele waarde van toekomstige kasstromen op basis van de geldende swaprente en onderstaande veronderstellingen:
    • Er wordt bij herprijzing rekening gehouden met de commerciële marges;
    • Er wordt rekening gehouden met een percentage vervroegde aflossingen en cap-opties;
    • Er wordt geen rekening gehouden met een percentage kredietverliezen.

De reële waarde van de effecten in de overige beleggingsportefeuille van de Groep wordt bepaald aan de hand van de notering op de publieke markt (niveau 1). Ditzelfde geldt voor de obligatie uitgegeven door BPI (2021), terwijl de obligatieleningen van Nextensa en Rent-A-Port (2021) opgenomen zijn onder Niveau 2.

De voorgaande tabel vermeldt geen reële-waarde-informatie voor financiële activa en passiva die niet gewaardeerd werden tegen reële waarde, zoals vorderingen en borgtochten, overige vorderingen en schulden, handelsvorderingen en -schulden, vooruitbetalingen, schulden mbt bezoldigingen en sociale lasten, en liquide middelen, omdat hun boekwaarde een redelijke benadering vormt van hun reële waarde.

(€ 1.000) Financiële vaste
activa - FVPL
Geldbeleggingen
- FVPL
Geldbeleggingen
- FVOCI
Geldbeleggingen
- at amortised
cost
Geldbeleggingen
- Totaal
Financiële activa: at fair value through OCI or through
P/L - boekjaar 2021
Financiële activa : beginsaldo reële waarde 131.391 51.155 475.164 20.003 546.322
Financiële activa - boekwaarde (inclusief de gecumuleerde aanpassing reële
waarde via FVPL)
131.391 51.155 463.025 20.003 534.183
Financiële activa - aanpassing aan reële waarde 11.246 11.246
Financiële activa - te ontvangen intresten 893 893
Aanschaffingen 24.453 66 88.967 107.601 196.635
Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties 0 0 0 0 0
Actuarieel rendement 0 -1.108 -100 -1.208
Overdrachten (-) -14.971 -7.770 -48.253 -107.500 -163.523
Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) 0 0 0 0 0
Toename (afname) door wijzigingen in de reële waarde (FVPL) 36.338 4.739 0 4.739
Toename (afname) door wijzigingen in de reële waarde (FVOCI) -8.347 -8.347
Bijzondere WV opgenomen in de resultatenrekening (-) 0 0
Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen 140 -1 1.505 1 1.505
Overboeking van (naar) andere posten 0 0 0 0 0
Overige toename (afname) 0 0 -140 0 -140
Financiële activa : eindsaldo reële waarde 177.351 48.190 507.788 20.005 575.982
Financiële activa - boekwaarde (inclusief de gecumuleerde aanpassing reële
waarde via FVPL)
177.351 48.190 504.139 20.005 572.334
Financiële activa - aanpassing aan reële waarde (FVOCI) 2.895 2.895
Financiële activa - te ontvangen intresten 753 753

2. Financiële activa: at fair value through OCI or through P/L

(€ 1.000) Financiële vaste
activa - FVPL
Geldbeleggingen
- FVPL
Geldbeleggingen
- FVOCI
Geldbeleggingen
- at amortised
cost
Geldbeleggingen
- Totaal
Financiële activa: at fair value through OCI or through
P/L - boekjaar 2022
Financiële activa : beginsaldo reële waarde 177.351 48.190 507.788 20.005 575.982
Financiële activa - boekwaarde (inclusief de gecumuleerde aanpassing reële
waarde via FVPL)
177.351 48.190 504.139 20.005 572.334
Financiële activa - aanpassing aan reële waarde 2.895 2.895
Financiële activa - te ontvangen intresten 753 753
Aanschaffingen 33.058 15.028 172.660 107.486 295.174
Verwervingen door middel van bedrijfscombinaties 0 0 0 0 0
Actuarieel rendement -731 -731
Overdrachten (-) -618 -15.254 -120.595 -127.500 -263.349
Overdrachten door bedrijfsafsplitsing (-) 0 0 0 0 0
Toename (afname) door wijzigingen in de reële waarde (FVPL) 1.402 -6.636 0 -6.636
Toename (afname) door wijzigingen in de reële waarde (FVOCI) -58.551 -58.551
Bijzondere WV opgenomen in de resultatenrekening (-) 0 0
Toename (afname) door wisselkoerswijzigingen 8 0 2.173 0 2.173
Overboeking van (naar) andere posten -2.872 0 0 0 0
Overige toename (afname) 0 0 427 10 437
Financiële activa : eindsaldo reële waarde 208.328 41.328 503.171 0 544.498
Financiële activa - boekwaarde (inclusief de gecumuleerde aanpassing reële
waarde via FVPL)
208.328 41.328 557.646 0 598.974
Financiële activa - aanpassing aan reële waarde (FVOCI) -55.655 -55.655
Financiële activa - te ontvangen intresten 1.180 1.180

In de Financiële activa gewaardeerd aan reële waarde via winst&verlies zijn opgenomen: de niet-geconsolideerde deelnemingen van "AvH Growth Capital" (hoofdzakelijk de investeringen met een focus op Zuid-Oost Azië/ India en Life Sciences) en de beleggingsportefeuille van "AvH & Subholdings". Samen met het 9,6% belang dat Nextensa in de Retail Estates aanhoudt, zijn dit de voornaamste componenten van deze balansrubriek.

De opname aan reële waarde van deze activa leverde in 2022 per saldo een negatieve bijdrage tot de resultaten van 5,2 miljoen euro. In "Real Estate & Senior Care" werd de waarde van de aandelen Retail Estates bij Nextensa met 12,7 miljoen euro verlaagd overeenkomstig de evolutie van de beurskoers gedurende 2022. In "AvH & Growth Capital" werd de waarde van de niet-geconsolideerde deelnemingen van AvH Growth Capital opwaarts herzien met 13,8 miljoen euro terwijl de actualisatie aan marktwaarde van de AvH-beleggingsportefeuille een negatieve aanpassing op van 6,6 miljoen euro opleverde.

AvH investeerde 24,9 miljoen euro in de verdere uitbouw van haar "Growth" portefeuille, voornamelijk in Health Quad II, Medikabazaar, Venturi Fund I en de nieuwe partcipaties in Convergent Finance en AstriVax.

De "geldbeleggingen-FVOCI" en "geldbeleggingen at amortised cost" zijn volledig toe te wijzen aan Bank Van Breda waarbij de aanschaffingen en overdrachten transacties zijn, gerealiseerd in het kader van haar Asset & Liability Management (ALM).

192 Your partner for sustainable growth

(€ 1,000) Financiële vaste activa at Fair value through P/L Belang% 2022
(fully diluted)
Belang% 2021
(fully diluted)
Waardering -
niveau
Reële waarde in
resultatenrekening
2022
Reële waarde in
resultatenrekening
2021
Marine Engineering & Contracting
Kleine belangen Niveau 3
Reële waarde 5.036 6.890 0 0
Real Estate & Senior Care
Retail Estates 9,6% 9,6% Niveau 1 -12.702 16.621
Kleine belangen Niveau 3 305
Reële waarde 83.782 97.215 -12.397 16.621
AvH & Growth Capital
Life Sciences
AstriVax Niveau 3
Biotalys 5,8% Niveau 1
Epics Therapeutics (Bio Cap Invest) 11,9% 11,9% Niveau 3
Indigo Diabetes 29,5% 29,5% Niveau 3
MRM Health 11,9% 9,1% Niveau 3
OncoDNA 15,9% 17,2% Niveau 3
Life Sciences - Reële waarde 9,8%
40.150
9,8%
40.620
-5.383 12.956
Indië / Zuid-Oost Azië
Convergent Finance 3,1% Niveau 3
HealthQuad Fund I 36,3% 36,3% Niveau 3
HealthQuad Fund II 11,0% 10,0% Niveau 3
Medikabazaar (direct) 8,9% 8,7% Niveau 3
Venturi Fund I 11,1% 20,0% Niveau 3
Venturi Partners / Venturi I Capital 10,0% 10,0% Niveau 3
Indië / Zuid-Oost Azië - Reële waarde 69.346 27.973 19.183 5.190
Overige
Baarbeek 100,00% 100,00% Niveau 3
Hofkouter 65,00% Niveau 3
Invest BW. 25,0% 25,0% Niveau 3
Koffie Rombouts 4,0% 5,0% Niveau 3
Pluralis 2,1% 2,1% Niveau 3
Pribinvest 78,8% 78,8% Niveau 3
Overige - Reële waarde 10.014 4.654 0 1.571
Subtotaal AvH & Growth Capital 119.510 73.246 13.800 19.716
Reële waarde - Totaal 208.328 177.351 1.402 36.338
544.498
Andere 506
Ageas 278.284 11.527
Fondsen beheerd door Delen Private Bank 29.295
Beleggingsportefeuille bij Bank Van Breda 503.171
De geldbeleggingen bestaan uit (€ 1.000) : Aantal aandelen Reële waarde
Per segment wordt de reële waarde van de geldbeleggingen als volgt opgedeeld (€ 1.000) : Reële waarde
Private Banking (Bank Van Breda) 503.171
AvH & Growth Capital 41.325
Marine Engineering & Contracting 2
Real Estate & Senior Care 0
Energy & Resources 0
544.498

Kredietrisico van de beleggingsportefeuille van Bank Van Breda

Het risicoprofiel van de beleggingsportefeuille wordt al jarenlang bewust erg laag gehouden. De beleggingsportefeuille eind 2022 bevat 99% overheids- en overheidsgegarandeerde obligaties met een minimumrating Aa3 (Moody's ratingklasse) en minder dan 1% aandelen en private equity.

Het investeringskader, dat jaarlijks ter goedkeuring wordt voorgelegd aan de raad van bestuur van Bank Van Breda, bepaalt waarin belegd kan worden en welke limieten gelden. In de onderstaande tabel vindt u de samenstelling van de beleggingsportefeuille naar rating en eindvervaldag.

Samenstelling beleggingsportefeuille op 31/12/2022 Naar rating Naar
restlooptijd
Overheidsobligaties Aaa 40% 2023 19%
Overheidsobligaties Aa1 20% 2024 15%
Overheidsobligaties Aa2 9% 2025 7%
Overheidsobligaties Aa3 30% 2026 9%
Overheidsobligaties A2 0% 2027 7%
Bedrijfsobligaties, commercial paper en andere 1% > 2027 43%
onbepaald 1%

Toelichting 14: Banken – vorderingen op kredietinstellingen & cliënten

(€ 1.000) Reële waarde Boekwaarde
2022 2021 2022 2021
Leningen en vorderingen op klanten 5.939.496 6.116.786 6.188.490 5.748.252
Wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille 0 25.704 0 25.704
Interbancaire vorderingen 110.845 137.851 110.836 138.014
Tegoeden bij centrale banken 640.916 1.224.628 640.916 1.224.628
6.691.257 7.504.969 6.940.242 7.136.598
(€ 1.000) 2022 2021
Leningen en vorderingen op klanten
Financiële leasing 366.374 279.004
Investeringskredieten en financieringen 2.815.391 2.670.776
Hypothecaire leningen 2.617.715 2.438.038
Werkingskredieten 404.040 371.689
Overige 12.373 17.901
Subtotaal - Bruto leningen en vorderingen 6.215.893 5.777.408
Voorziening voor Expected Credit Losses/waardeverminderingen -27.403 -29.156
Leningen en vorderingen op klanten 6.188.490 5.748.252

De integrale consolidatie van Bank Van Breda resulteert in de opname van specifieke bancaire vorderingen en schulden in de balans van AvH. Deze rubrieken werden gegroepeerd om de balans zo transparant mogelijk te houden.

De leningen en vorderingen op cliënten omvatten:

  • kredieten toegekend door Bank Van Breda aan familiale ondernemers en vrije beroepen. De vele ondernemers en vrije beroepen die de voorbije jaren cliënt werden, vertrouwen een steeds groter deel van hun bankzaken aan de bank toe;
  • autofinancieringen verstrekt door de divisie Van Breda Car Finance.

De sterke commerciële prestaties van de bank verklaren de toename van de leningen en vorderingen op cliënten.

Kredietrisico

De kredietportefeuille van Bank Van Breda is zeer gespreid binnen het lokale economische weefsel van familiale ondernemingen en vrije beroepen. De bank hanteert hierbij concentratielimieten per sector en maximale kredietbedragen per relatie. De kredietportefeuille van de divisie Van Breda Car Finance bestaat uit autofinancieringen en financiële autoleasing en wordt gekenmerkt door een zeer grote spreiding. Door een voortdurend verder verfijnen van de acceptatiecriteria en door een proactieve debiteurenopvolging geniet ook deze portefeuille een laag risicoprofiel.

De kredietportefeuille is onderverdeeld in risicocategorieën die elk hun specifieke opvolging krijgen. Over de kredieten uit de hoogste risicocategorie wordt periodiek gerapporteerd aan de raad van bestuur van Bank Van Breda.

Vorderingen die dubieus worden, worden overgedragen naar de afdeling Betwiste Zaken. Er gelden criteria voor verplichte overdracht wanneer bepaalde gebeurtenissen zich voordoen bij de cliënten, kredietnemers of borgen. Op de kredieten in de hoogste risicocategorie en op de vorderingen die dubieus worden, wordt beoordeeld of een waardevermindering moet worden geboekt.

In de "Waarderingsregels" (Toelichting 1) wordt de methodologie toegelicht die Bank Van Breda in normale omstandigheden toepast om de verwachte kredietverliezen (stage 1 en stage 2) en de impairments (stage 3) te bepalen voor de volledige kredietportefeuille.

Ondanks de zeer uitdagende omgeving voor haar klanten als gevolg van de geopolitieke spanningen en van de sterk toegenomen inflatie, heeft Bank Van Breda in 2022 geen significante verliezen op kredietdossiers geboekt. De totale voorziening voor kredietverliezen (inclusief Expected Credit Losses of ECL) blijft laag op +0,02% van de gemiddelde kredietportefeuille. In 2021 was er een netto positieve impact op de resultaten door de gedeeltelijke terugname van de zgn. 'coronaprovisie'. Dit bewijst de sterke kwaliteit van de kredietportefeuille van de bank alsook de veerkracht van haar klanten.

Interne rating klasse – leningen en vorderingen op cliënten

Leningen en vorderingen op cliënten - interne rating klasse Stage 1 Stage 2 Stage 3 2022
(€ 1.000) Individual Collective Individual Collective
Performing
Low risk 2.599.257 0 19.099 15.313 0 2.633.669
Medium risk 2.348.294 0 361.644 59.268 0 2.769.205
High risk 328.614 0 372.495 19.408 0 720.516
Overdue 33.343 0 14.523 222 0 48.088
Non-performing
Submitted to write off 0 0 0 0 44.416 44.416
Total 5.309.507 0 767.760 94.210 44.416 6.215.893

194 Your partner for sustainable growth

Leningen en vorderingen op cliënten - interne rating klasse Stage 1 Stage 2 Stage 3 2021
(€ 1.000) Individual Collective Individual Collective
Performing
Low risk 2.376.878 0 21.069 23.856 0 2.421.803
Medium risk 2.114.646 0 342.933 77.093 0 2.534.673
High risk 325.611 0 364.838 27.219 0 717.668
Overdue 33.601 0 15.380 649 0 49.629
Non-performing
Submitted to write off 0 0 0 0 53.635 53.635
Total 4.850.736 0 744.219 128.818 53.635 5.777.408
Leningen en vorderingen op cliënten - evolutie in 2022 Stage 1 Stage 2 Stage 3 Totaal
(€ 1.000) Individual Collective Individual Collective
31/12/2021 4.850.736 0 744.219 128.818 53.635 5.777.408
Impact from collective staging -25.592 25.592 38.017 -38.017 0 0
Recognition 1.612.423 0 163.399 4.838 4.280 1.784.939
Derecognition -753.174 0 -122.768 -17.408 -12.247 -905.597
Repayments -371.329 0 -51.094 -9.611 -7.568 -439.602
Transfers to stage 1 248.372 0 -247.216 0 -1.156 0
Transfers to stage 2 -244.345 -25.592 246.576 25.592 -2.231 0
Transfers to stage 3 -7.461 0 -3.289 0 10.751 0
Methodology modifications -123 0 -84 0 -8 -215
Write offs 0 0 0 0 -1.040 -1.040
31/12/2022 5.309.507 0 767.760 94.210 44.416 6.215.893
Gecumuleerde waardeverminderingen Stage 1 Stage 2 Stage 3 Totaal
(€ 1.000) Individual Collective Individual Collective
31/12/2021 -4.192 0 -1.926 -245 -22.792 -29.156
Impact from collective staging 16 -16 -63 63 0 0
Recognition -4.042 -8 -673 -1 -1.376 -6.100
Derecognition 1.266 0 484 6 1.524 3.280
Repayments 1.634 3 499 7 0 2.142
Transfers to Stage 1 -1.422 0 1.361 0 60 0
Transfers to Stage 2 164 24 -290 -24 126 0
Transfers to Stage 3 26 0 150 0 -176 0
Impact on ECL by Stage Transfer 1.249 0 -2.014 -83 -2.655 -3.502
Other adjustments to credit risk 528 -3 326 102 2.871 3.824
Methodology modifications 1 0 0 0 0 1
Model modifications -32 0 101 0 0 69
Write-offs 0 0 0 0 2.039 2.039
31/12/2022 -4.805 0 -2.045 -176 -20.377 -27.403

Toelichting 15: Voorraden en onderhanden projecten in opdracht van derden

(€ 1.000) 2022 2021
I. Voorraden, nettobedrag 389.711 376.218
Bruto-boekwaarde 391.376 378.412
Grond- en hulpstoffen 62.879 50.638
Goederen in bewerking 63.361 55.600
Gereed product 5.213 4.919
Handelsgoederen 1.468 1.107
Onroerende goederen bestemd voor verkoop 258.453 266.149
Vooruitbetalingen 0 0
Afschrijvingen en andere waardeverminderingen (-) -1.664 -2.194
Geboekte WV op voorraden in resultatenrekening tijdens het boekjaar 38 1.056
Terugname WV op voorraden in resultatenrekening tijdens het boekjaar 185 0
II. Onderhanden projecten in opdracht van derden
Bedrag door (aan) opdrachtgevers verschuldigd voor onderhanden projecten, netto 5.940 136.616
Bedrag verschuldigd door klanten voor onderhanden projecten 532.289 478.499
Bedrag verschuldigd aan klanten voor onderhanden projecten -526.349 -341.883
Onderhanden projecten op afsluitdatum
Bedrag van gemaakte kosten en opgenomen winsten min verliezen 7.170.207 7.168.801
Bedrag van gerealiseerde opbrengsten -7.164.266 -7.032.186
Ontvangen vooruitbetalingen (CFE-DEME) -79.734 -107.147

De vastgoedpromotieprojecten van CFE, de grondenportefeuille van Nextensa en de havengebonden ontwikkelingen in Vietnam door Rent-A-Port zijn de voornaamste componenten van de rubriek 'Voorraden'.

De voorraden van CFE zijn in essentie vastgoedprojecten die worden ontwikkeld door BPI en haar integraal geconsolideerde participaties.

De voorraden van Nextensa bestaan voornamelijk uit de grondbank van Tour & Taxis waarop in de toekomst op zone A en B nog ca. 130.000 m² gemengd residentieel/ kantoren ontwikkeld kunnen worden. De daling van voorraden bij Nextensa weerspiegelt de lagere inventaris aan ontwikkelingsprojecten, doch wordt meer dan gecompenseerd door een hoger bedrag aan projecten in uitvoering.

Rent-A-Port versnelde in 2022 de ontwikkeling van de DEEP C Industrial Zones in Haiphong (Vietnam). Momenteel bezit dochterbedrijf Infra Asia Investments reeds een landportefeuille van ongeveer 3.400 hectare vlakbij de nieuwe diepzeehaven van Lach Huyen. Dit vertegenwoordigt ongeveer 25% van alle beschikbare industriële terreinen in het noorden van Vietnam.

Onderhanden projecten van CFE, DEME en Agidens worden gewaardeerd volgens de "Percentage of Completion"-methode, waarbij resultaat erkend wordt a rato van de vooruitgang van de werken. Voorziene verliezen worden evenwel onmiddellijk ten laste van het resultaat geboekt.

Het uitvoeren van onderhanden projecten houdt steeds een bepaald operationeel risico in, maar vereist tevens dat bepaalde inschattingen moeten worden gemaakt inzake de winstgevendheid op het einde van een project. Dat is inherent aan dergelijke activiteit, net zoals het risico dat met klanten discussie kan ontstaan over afwijkende kosten, gewijzigde uitvoering en over de inning van overeenkomstige vorderingen. Zo is DEME, zowel eisend als verwerend, betrokken bij discussies met opdrachtgevers over de financiële gevolgen van afwijkingen bij de uitvoering van aannemingsprojecten. In een beperkt aantal gevallen kunnen die ook uitmonden in procedures. Voor zover de gevolgen daarvan betrouwbaar kunnen worden ingeschat, worden daarvoor provisies aangelegd in de rekeningen.

De lopende onderhanden projecten in uitvoering van CFE zullen in de volgende jaren nog een omzet van 961 miljoen euro genereren, waarvan 471 miljoen euro geraamd in 2023. DEME schat het uitvoeringsritme van haar lopende projecten als volgt in: 55% in 2023, gevolgd door 20% in 2024, 15% in 2025 en 10% daarna.

De lopende vastgoedpromotieprojecten van Nextensa zitten tevens in deze balansrubriek vervat aangezien de resultaatserkenning van de verkochte entiteiten nog in aanbouw ook volgens de "Percentage of Completion"-methode verloopt. Op de Tour & Taxis-site werden in 2022 alle 319 appartementen in de 4 gebouwen van Park Lane fase I opgeleverd. Van deze fase waren er per eind 2022 nog 5 appartementen en 4 gelijkvloerse retailruimtes beschikbaar.

De vooruitgang van de werken wordt bepaald op basis van de gemaakte kosten in verhouding tot de verwachte kostprijs van het ganse project.

(€ 1.000) Minderheidsbelang % Minderheidsbelang
in de AvH-balans
Aandeel minderheids
belang in winst
van het boekjaar
2022 2021 2022 2021 2022 2021
I. Marine Engineering & Contracting
CFE - DEME (1) 37,90% 740.856 59.045
DEME Group (1) 37,88% 769.598 43.831
CFE (1) 37,88% 68.995 10.648
Rent-A-Port (Infra Asia Investments) (2) 18,94% 18,95% 20.365 49.324 3.164 957
II. Private Banking
Bank Van Breda (3) 21,25% 21,25% 141.372 141.694 13.199 12.936
III. Real Estate & Senior Care
Nextensa 41,47% 41,47% 358.602 333.989 29.473 30.172
IV. AvH & Growth Capital
Agidens 15,02% 15,02% 3.392 3.464 -74 807
Overige 6.499 8.447 1.666 1.328
Totaal 1.368.824 1.277.774 101.907 105.246

Toelichting 16: Minderheidsbelangen

(1) De Buitengewone Vergadering van Aandeelhouders van CFE heeft op 29 juni 2022 de partiële splitsing goedgekeurd van deze vennootschap. CFE heeft op die datum haar 100%-participatie in DEME ingebracht in een nieuwe vennootschap, DEME Group, en de aandelen daarvan aan haar aandeelhouders overgemaakt. De aandelen DEME Group werden vervolgens genoteerd op Euronext Brussel op 30 juni 2022. Vanaf 30 juni 2022 zijn CFE en DEME Group dan ook afzonderlijk genoteerde vennootschappen. De partiële splitsing van CFE heeft het economisch belang van AvH in DEME/CFE niet gewijzigd : de enige wijziging bestaat er immers in dat AvH vanaf 30 juni 2022 rechtstreeks aandelen aanhoudt in de beursgenoteerde vennootschappen DEME Group (62,12%) en CFE (62,12%), terwijl voor die datum DEME een 100%- deelneming was van het beursgenoteerde CFE, waarin AvH een 62,12% deelneming bezat. Deze partiële splitsing is bijgevolg volledig neutraal voor de verwerking via integrale consolidatie van DEME (Group) in de geconsolideerde rekeningen van AvH.

(2) In december 2021 heeft Rent-A-Port een overeenkomst gesloten om een bijkomend belang van 32,6% in Infra Asia Investments te verwerven, wat haar totale participatie op 94% brengt. De

closing van de transactie vond plaats in het eerste kwartaal van 2022. Het rechtstreekse belang van AvH/CFE in Rent-A-Port bleef ongewijzigd. (3) In 2018 werd de aandeelhoudersstructuur van Delen Private Bank en Bank Van Breda vereenvoudigd. AvH houdt voortaan, via 100%-dochtervennootschap FinAx, een rechtstreekse 78,75%-belang in Delen Private Bank dat nu rechtstreeks wordt verwerkt via vermogensmutatie.

Beknopte resultatenrekening – 2022

(€ 1.000) DEME Group (1) CFE (1) Bank Van Breda Rent-A-Port Nextensa Agidens
Omzet 2.654.725 1.167.221 194.602 58.027 135.999 59.745
Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten 155.236 42.358 90.048 14.827 51.165 487
Financieel resultaat -24.311 -217 -3.822 -8.511 -444
Winst (verlies) vóór belasting 146.752 47.359 90.048 14.885 86.828 43
Winst (verlies) van het boekjaar 115.391 38.398 68.325 9.732 71.208 -492
Op het niveau van de onderneming zelf 115.391 38.398 68.325 9.732 71.208 -492
- Aandeel van het minderheidsbelang 2.671 -36 0 1.629 -102 0
- Aandeel van de groep 112.720 38.434 68.325 8.104 71.310 -492
Op het niveau van AvH (a) 111.313 28.166 67.005 9.732 71.989 -492
- Aandeel van het minderheidsbelang 43.831 10.648 13.199 3.164 29.473 -74
- Aandeel van de groep 67.482 17.518 53.806 6.569 42.516 -418

(a) Inclusief beperkt aantal consolidatieherwerkingen

Beknopte resultatenrekening – 2021

(€ 1.000) CFE - DEME Bank Van Breda Rent-A-Port Nextensa Agidens
Omzet 3.635.953 184.193 50.527 65.174 74.807
Winst (verlies) uit de bedrijfsactiviteiten 196.668 84.792 6.167 53.116 7.112
Financieel resultaat -11.451 -2.819 11.828 -424
Winst (verlies) vóór belasting 195.035 84.792 6.881 64.944 6.688
Winst (verlies) van het boekjaar 152.766 65.193 3.858 53.355 5.410
Op het niveau van de onderneming zelf 152.766 65.193 3.858 53.355 5.410
- Aandeel van het minderheidsbelang 2.757 15 279 111
- Aandeel van de groep 150.008 65.178 3.578 53.244 5.410
Op het niveau van AvH (a) 151.167 64.263 3.858 53.842 5.410
- Aandeel van het minderheidsbelang 59.045 12.936 957 30.172 807
- Aandeel van de groep 92.122 51.328 2.900 23.670 4.602

(b) Inclusief beperkt aantal consolidatieherwerkingen

Beknopte staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten – 2022

(€ 1.000) DEME Group (1) CFE (1) Bank Van Breda Rent-A-Port Nextensa Agidens
Op het niveau van de onderneming zelf 218.416 54.249 22.374 12.095 87.639 -504
Winst (verlies) van het boekjaar 115.391 38.398 68.325 9.732 71.208 -492
- Aandeel van het minderheidsbelang 2.671 -36 0 1.629 -102 0
- Aandeel van de groep 112.720 38.434 68.325 8.104 71.310 -492
Niet-gerealiseerde resultaten 103.025 15.851 -45.951 2.363 16.431 -12
- Aandeel van het minderheidsbelang 498
- Aandeel van de groep 102.527 15.851 -45.951 2.363 16.431 -12
Op het niveau van AvH 213.840 33.651 20.365 12.095 88.420 -504
Winst (verlies) van het boekjaar 111.313 28.166 67.005 9.732 71.989 -492
- Aandeel van het minderheidsbelang 43.831 10.648 13.199 3.164 29.473 -74
- Aandeel van de groep 67.482 17.518 53.806 6.569 42.516 -418
Niet-gerealiseerde resultaten 102.528 5.485 -46.640 2.363 16.431 -12
- Aandeel van het minderheidsbelang 38.850 2.080 -9.911 448 6.815 -2
- Aandeel van de groep 63.678 3.405 -36.729 1.915 9.617 -10

Beknopte staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten – 2021

(€ 1.000) CFE - DEME Bank Van Breda Rent-A-Port Nextensa Agidens
Op het niveau van de onderneming zelf 177.382 60.359 8.151 65.642 5.146
Winst (verlies) van het boekjaar 152.766 65.193 3.858 53.355 5.410
- Aandeel van het minderheidsbelang 2.757 15
279
111 0
- Aandeel van de groep 150.008 65.178 3.578 53.244 5.410
Niet-gerealiseerde resultaten 24.616 -4.834
4.294
12.287 -264
- Aandeel van het minderheidsbelang 88
- Aandeel van de groep 24.528 -4.834
4.294
12.287 -264
Op het niveau van AvH 175.783 59.026 8.151 66.434 5.146
Winst (verlies) van het boekjaar 151.167 64.263 3.858 53.842 5.410
- Aandeel van het minderheidsbelang 59.045 12.936 957 30.172 807
- Aandeel van de groep 92.122 51.328 2.900 23.670 4.602
Niet-gerealiseerde resultaten 24.616 -5.237
4.294
12.592 -264
- Aandeel van het minderheidsbelang 11.570 -1.113
814
11.690 -36
- Aandeel van de groep 13.046 -4.124
3.480
903 -227

Beknopte balans – 2022

(€ 1.000) DEME Group (1) CFE (1) Bank Van Breda Rent-A-Port Nextensa Agidens
Vaste activa 2.969.289 372.143 5.134.536 109.734 1.471.663 18.529
Vlottende activa 1.540.489 685.936 2.522.491 150.831 296.738 28.784
Langlopende verplichtingen 1.015.460 209.731 882.087 104.858 693.493 6.895
Kortlopende verplichtingen 1.718.053 623.822 6.100.799 55.709 225.393 17.830
Eigen vermogen 1.776.265 224.526 674.141 99.998 849.516 22.589
- Deel groep 1.753.947 224.653 674.141 83.514 838.798 22.589
- Aandeel van het minderheidsbelang 22.318 -127 0 16.483 10.718 0
Dividend uitgekeerd aan derden -504 0 -5.525 0 -10.212 0

Beknopte balans – 2021

(€ 1.000) CFE - DEME Bank Van Breda Rent-A-Port Nextensa Agidens
Vaste activa 2.863.509 4.719.074 98.891 1.433.991 19.407
Vlottende activa 2.436.490 3.072.728 155.796 461.971 30.921
Langlopende verplichtingen 914.184 727.751 54.540 630.533 7.803
Kortlopende verplichtingen 2.429.789 6.385.592 74.402 474.956 19.457
Eigen vermogen 1.956.026 678.459 125.746 790.473 23.068
- Deel groep 1.936.335 678.459 79.555 779.970 23.068
- Aandeel van het minderheidsbelang 19.691 0 46.191 10.503 0
Dividend uitgekeerd aan derden -9.594 -2.486 -1.770 -21.778 -82

Toelichting 17: Leasing

1. Leasinggever

Via haar divisie Van Breda Car Finance is Bank Van Breda actief in de sector van de autofinanciering en de financiële autoleasing. We verwijzen naar Toelichting 14 voor meer details.

2. Leasingnemer

(€ 1.000) 2022 2021
Activa
Materiële vaste activa 148.174 179.290
Terreinen en gebouwen 92.710 130.674
Installaties, machines en uitrusting 17.969 9.919
Meubilair en rollend material 37.495 38.696
Vastgoedbeleggingen 2.309 4.181
Totaal - Activa 150.483 183.471
Passiva
Eigen vermogen – Deel groep -1.476 -2.242
Financiële schulden 151.959 185.712
Leasingschulden op LT 112.180 149.514
Leasingschulden op KT 39.778 36.198
Totaal - Passiva 150.483 183.471

Als gevolg van de toepassing van IFRS 16 Leases erkende de groep op datum van 31 december 2022 een gebruiksrecht van 150,5 miljoen euro en een leaseverplichting van 152,0 miljoen euro, waarvan ongeveer 92% afkomstig is van DEME en CFE. De daling met 33 miljoen euro wordt voornamelijk verklaard door de investeringen (60 miljoen euro) enerzijds en de verkoop van Anima (40 miljoen euro), de afschrijvingslast (43 miljoen euro) en de desinvesteringen (6 miljoen euro) anderzijds.

We verwijzen naar:

  • Aanschaffingen van gebruiksrechten doorheen het jaar 2022 bedroegen 59,9 miljoen euro (Toelichting 9 Materiële vaste activa).
  • Kasstroomoverzicht (Toelichting 6 Segmentinformatie).

Op de verslagdatum zijn geen materiële leaseovereenkomsten gesloten die per 31 december 2022 niet waren aangevangen. Het bedrag van de verlengings- en beëindigingsopties dat niet in de leaseverplichtingen is verwerkt, is niet materieel.

(€ 1.000) 2022 2021
Resultatenrekening
Geannuleerde huur 44.588 38.922
Afschrijvingen -43.995 -36.859
Interestlasten -2.036 -2.508

De afschrijvingen hebben vooral betrekking op terreinen en gebouwen. De kost die voortkomt uit korte termijn huurcontracten en huurcontracten met een lage waarde, wordt immaterieel geacht. Er zijn geen kosten die betrekking hebben op variabele huurvergoedingen. Inkomsten die voortkomen van onderverhuurde gebruiksrechten worden tevens immaterieel geacht.

Toelichting 18: Voorzieningen

(€ 1.000) Voorzieningen
voor
garanties
Voorzieningen
voor
gerechtelijke
procedures
Milieu
voorzieningen
Voorzieningen
voor
herstructure
ringen
Voorzieningen
voor
contractuele
verplichtingen
Voorzieningen
voor
negatieve
vermogens
mutaties
Overige
voorzieningen
Totaal
Voorzieningen - boekjaar
2021
Voorzieningen, beginsaldo 16.990 7.859 0 3.309 8.269 10.758 37.072 84.257
Additionele voorzieningen 1.409 393 0 1.059 209 0 9.628 12.698
Toename van bestaande voorzieningen 0 0 0 0 20 0 571 590
Toename door bedrijfscombinaties 0 16 0 0 0 0 0 16
Bedrag aan gebruikte voorzieningen (-) -2.060 -905 0 -2.435 -2.712 0 -8.093 -16.205
Terugname van niet-gebruikte
voorzieningen (-)
-61 0 0 0 -18 0 -2.737 -2.815
Afname door bedrijfsafsplitsing (-) -253 0 0 0 0 0 0 -253
Toename (afname) door
wisselkoerswijzigingen
-13 -13 0 0 0 0 -42 -68
Overboekingen van (naar) andere posten 0 -1.000 0 0 0 1.837 1.776 2.613
Overige toename (afname) 0 0 0 0 0 0 -14 -14
Voorzieningen, eindsaldo 16.012 6.349 0 1.933 5.768 12.595 38.162 80.819
(€ 1.000) Voorzieningen
voor
garanties
Voorzieningen
voor
gerechtelijke
procedures
Milieu
voorzieningen
Voorzieningen
voor
herstructure
ringen
Voorzieningen
voor
contractuele
verplichtingen
Voorzieningen
voor
negatieve
vermogens
mutaties
Overige
voorzieningen
Totaal
Voorzieningen - boekjaar
2022
Voorzieningen, beginsaldo 16.012 6.349 0 1.933 5.768 12.595 38.162 80.819
Additionele voorzieningen 6.545 1.480 0 659 11.342 0 1.448 21.475
Toename van bestaande voorzieningen 670 10 0 0 0 0 0 679
Toename door bedrijfscombinaties 0 0 0 0 0 0 0 0
Bedrag aan gebruikte voorzieningen (-) -1.884 -733 0 -155 -4.142 0 -3.461 -10.373
Terugname van niet-gebruikte
voorzieningen (-)
0 -13 0 0 -552 0 -2.945 -3.510
Afname door bedrijfsafsplitsing (-) 0 -42 0 0 0 0 -25 -67
Toename (afname) door
wisselkoerswijzigingen
-33 0 0 0 0 0 -107 -140
Overboekingen van (naar) andere
posten
37.378 0 0 0 0 4.080 2.754 44.212
Overige toename (afname) 0 0 0 0 0 0 -2.827 -2.827
Voorzieningen, eindsaldo 58.688 7.051 0 2.437 12.416 16.675 33.000 130.268

De significante toename van de voorzieningen voor garanties wordt verklaard door de overboeking van de garantievoorzieningen bij DEME (voorheen vervat onder de handelsschulden) en de toegenomen bedrijfsactiviteiten.

De controleverwerving eind 2013 over CFE gaf aanleiding tot het opnemen van een voorwaardelijke verplichting voor mogelijke risico's van 60,3 miljoen euro in verband met de bouw- en vastgoedpromotie-activiteiten van CFE. In de periode 2014-2021 werd 47,8 miljoen euro (deel Groep 28,9 miljoen euro) teruggenomen omdat de desbetreffende risico's bij CFE ofwel zijn verdwenen ofwel werden uitgedrukt in de rekeningen van CFE zelf. In 2022 bleef het saldo van 12,5 miljoen euro (deel groep 7,6 miljoen euro) ongewijzigd.

AvH en haar subholdings dienen in het kader van verkopen van deelnemingen en/of activiteiten geregeld bepaalde waarborgen en verklaringen te verstrekken. Deze kunnen desgevallend aanleiding geven tot, al dan niet terechte, verzoeken vanwege kopers om op basis daarvan schadevergoeding te bekomen. In 2022 heeft AvH provisies aangelegd ten belope van 10,7 miljoen euro voor twee dossiers. Hoewel AvH van oordeel is dat het in beide gevallen over een stevig dossier beschikt, werd het maximale bedrag voorzien waarop aanspraak zou kunnen worden gemaakt.

De 'Voorzieningen voor negatieve vermogensmutaties' namen met 4,1 miljoen euro toe.

Bank Van Breda kon 2,9 miljoen euro in voorgaande jaren aangelegde provisie terugnemen na het afsluiten van een akkoord.

De overige evoluties zijn grotendeels aan variaties binnen de rekeningen van CFE toe te wijzen.

Verschillende deelnemingen van AvH (o.a. DEME, CFE, Agidens...) zijn actief in het uitvoeren van projecten. Dit houdt steeds een bepaald operationeel risico in, maar vereist tevens dat bepaalde inschattingen moeten worden gemaakt inzake de winstgevendheid op het einde van een project. Dat is inherent aan dergelijke activiteit, net zoals het risico dat met klanten discussie kan ontstaan over afwijkende kosten, gewijzigde uitvoering en over de inning van overeenkomstige vorderingen. Zo is DEME, zowel eisend als verwerend, betrokken bij discussies met opdrachtgevers over de financiële gevolgen van afwijkingen bij de uitvoering van aannemingsprojecten. In een beperkt aantal gevallen kunnen die ook uitmonden in procedures. Voor zover de gevolgen daarvan betrouwbaar kunnen worden ingeschat, worden daarvoor provisies aangelegd in de rekeningen.

Betreffende DEME zijn volgende voorwaardelijke activa en verplichtingen te melden:

• In december 2022 heeft de Kamer van Inbeschuldigingstelling bij het Hof van Beroep te Gent (KI) beslist bepaalde vennootschappen van de DEME-groep door te verwijzen naar de correctionele rechtbank.

Deze beslissing volgt op een gerechtelijk onderzoek dat werd gevoerd naar de omstandigheden waarin een contract onderhands werd gegund aan Mordraga, een Russische voormalige joint venture vennootschap van de DEME-groep, voor de uitvoering van baggerwerken in de haven van Sabetta (Rusland) in april 2014. De werken werden uitgevoerd in de zomermaanden van 2014 en 2015.

Het gerechtelijk onderzoek werd gestart na indiening van een klacht door een concurrent, aan wie het betrokken contract niet werd toegekend in het kader van een onderhandse gunning.

DEME benadrukt dat de KI enkel heeft beslist over de doorverwijzing naar de bodemrechter. Dit betekent dat nog geen van de betrokkenen de gelegenheid heeft gehad ten gronde argumenten te laten gelden over de tenlasteleggingen van het Openbaar Ministerie.

Het is in de huidige omstandigheden dan ook voorbarig te speculeren over de uitkomst van deze procedure. Gelet op het voorgaande is het voor DEME momenteel onmogelijk een betrouwbare inschatting te maken van de financiële gevolgen van de lopende procedure.

  • In 2018 was de groep verwikkeld in een rechtszaak tegen Rijkswaterstaat in Nederland en dit in verband met de uitvoering van een project voor de verbreding van het Julianakanaal. Op basis van de beschikbare informatie kan DEME geen betrouwbare inschatting maken van de financiële gevolgen van dit geschil. Ondanks lopende besprekingen, is de kwestie nog niet geregeld.
  • DEME is betrokken in een juridische procedure die door het Nederlandse 'Waterschap Vallei en Veluwe' is aangespannen tegen een consortium waarvan DEME deel uitmaakt en dit wegens vermeende ongeoorloofde activiteiten op het project Eemdijk. De uitkomst van deze procedures zal naar verwachting geen materiële impact hebben.

Toelichting 19: Financiële schulden

(€ 1.000) < 1 jaar 1 jaar < 5 jaar > 5 jaar Totaal 2022 < 1 jaar 1 jaar < 5 jaar > 5 jaar Totaal 2021
Resterende
looptijd
Resterende
looptijd
I. Financiële schulden
Leningen van banken 280.710 1.134.375 198.800 1.613.885 527.129 917.939 107.634 1.552.702
Obligatieleningen 0 139.348 0 139.348 74.819 171.345 0 246.164
Achtergestelde leningen 0 677 0 677 33.527 59.995 1.630 95.152
Leasingschulden 39.778 67.946 44.234 151.959 36.198 73.329 76.184 185.712
Overige financiële schulden 82.168 46.453 0 128.621 290.047 11.615 226 301.887
Financiële schulden - Totaal 402.656 1.388.799 243.034 2.034.489 961.720 1.234.224 185.675 2.381.618
Geldmiddelen en kasequivalenten -1.160.972 -883.730
Netto financiële schuld 402.656 1.388.799 243.034 873.517 961.720 1.234.224 185.675 1.497.889
(€ 1.000) 2022 2021
Financiële
schuld - KT
Financiële
schuld - LT
Netto financiële
schuld
Financiële
schuld - KT
Financiële
schuld - LT
Netto financiële
schuld
Marine Engineering & Contracting 278.640 1.016.861 601.511 529.567 721.091 524.132
Private Banking (IFRS 16 leases) 2.613 4.854 -17.048 2.516 5.673 -37.173
Real Estate & Senior Care 117.668 634.932 721.493 383.659 700.141 1.010.472
Energy & Resources 0 0 -642 0 0 -576
AvH & Growth Capital 3.735 10.026 -396.956 46.727 11.970 20.759
Intercompany 0 -34.840 -34.840 -750 -18.976 -19.726
Totaal 402.656 1.631.833 873.517 961.720 1.419.899 1.497.889
(€ 1.000)
Financiële schulden (31-12-2021) 2.381.618
Bewegingen in de kasstroomtabel (financieringscashflow)
Toename van financiële schulden 593.858
(Afname) van financiële schulden -824.484
"Non-cash" bewegingen :
- Wijzigingen in de consolidatiekring - acquisities -106
- Wijzigingen in de consolidatiekring - desinvesteringen -162.905
- IFRS 16 Leases - materiële vaste activa 49.675
- IFRS 16 Leases - vastgoedbeleggingen -2.155
- Wisselkoers-effecten -1.012
- Overige 0
Financiële schulden (31-12-2022) 2.034.489

We verwijzen naar Toelichting 12 Financieel risicobeheer en afgeleide instrumenten voor meer details omtrent het liquiditeitsrisico en kapitaalbeheer van de integraal geconsolideerde participaties.

De financiële schulden komen voort van de integraal geconsolideerde participaties. Deze participaties zijn zelf verantwoordelijk voor het bekomen van marktconforme voorwaarden van kredietverleners, rekening houdend met hun eigen kredietwaardigheid. Op een geval-per-geval basis dient de participatie bovendien te beoordelen of schuldinstrumenten die onderhevig zijn aan variabele intrestvoeten en/of aan vreemde valuta, indekking vereisen, zodoende dat een aanvaardbaar residueel risico wordt behouden.

De daling van de financiële schulden met 347,1 miljoen euro is voor 162,9 miljoen euro toe te wijzen aan de verkoop van Anima, voor 230,6 miljoen euro aan de aflossing van schulden en voor 47,5 mio aan bijkomende (non-cash) IFRS 16 lease schulden.

Naar aanleiding van het prospectus voerde DEME een herklassificatie door (van achtergestelde schulden naar bankleningen), wat de daling in de achtergestelde leningen verklaart.

Wanneer de geldmiddelen en kasequivalenten in rekening worden gebracht, daalt de netto financiële schuldpositie zelfs met 624,4 miljoen euro:

  • CFE wist haar schuldpositie met 64,1 miljoen euro af te bouwen dankzij een hogere operationele cashflow en het ontvangen dividend vanwege DEME.
  • De verkoop van Anima zorgde voor een daling van de netto financiële schuld met 157,1 miljoen euro.
  • Dankzij de gerealiseerde desinvesteringen heeft Nextensa financiële schulden kunnen afbouwen met 164,4 miljoen euro.
  • De desinvesteringen van AvH hebben geleid tot een netto-afname met 46,4 miljoen euro (onder andere het commercial paper programma werd volledig terugbetaald). Het saldo van de aangroei van de cash-positie die resulteert uit de desinvesteringen situeert zich op het niveau van de liquide middelen.
  • De netto financiële schuldpositie van DEME daarentegen is in 2022 met 127,8 miljoen euro gestegen als gevolg van 483,9 miljoen euro aan investeringen. Hetzelfde geldt voor Rent-A-Port met o.a. het bijkomende belang van 32,6% in Infra Asia Investments.

Zowel Nextensa als CFE betaalden in 2022 op vervaldag gekomen obligatieleningen terug. Overige financiële schulden kenden een significante daling. Het betreft voornamelijk de afbouw door DEME, Nextensa en door AvH zelf van korte termijn schulden uitgegeven onder de vorm van commercial paper.

Bankcovenanten

DEME: bilaterale leningen en langlopende kredietfaciliteiten zijn onderworpen aan specifieke covenanten. Per 31 december 2022 voldoet DEME aan de solvabiliteitsratio (>25%), de ratio schuld/EBITDA (<3), en de rentedekkingsratio (>3), die waren overeengekomen in de contractuele voorwaarden van de ontvangen leningen.

CFE: de kredietfaciliteiten zijn onderworpen aan specifieke covenanten die rekening houden met criteria zoals financiële schuld en de verhouding tussen schuld en eigen vermogen of vaste activa, alsook met de cash flow. Deze covenanten werd per 31 december 2022 volledig gerespecteerd.

Rent-A-Port: voor de kredietfaciliteiten gelden specifieke covenanten waarbij rekening wordt gehouden met criteria als financiële schuld en de verhouding tussen schuld en eigen vermogen of totale activa. Aan deze covenanten werd per 31 december 2022 volledig voldaan.

Nextensa: de financiële instellingen staan kredieten toe aan Nextensa op basis van de notoriëteit van de vennootschap en verschillende financiële en andere convenanten. Het niet respecteren van deze convenanten kan de vroegtijdige opzeg van deze kredieten tot gevolg hebben. De aangegane kredieten bevatten klassieke convenanten. De vennootschap voldoet per eind 2022 aan alle gestelde convenanten.

(€ 1.000) 2022 2021
II. Schulden (gedeelte van schulden) gewaarborgd door zakelijke zekerheden gesteld of
onherroepelijk beloofd op de activa van de in de consolidatie opgenomen ondernemingen
Leningen van banken 230.604 323.602
Obligatieleningen 0 30.612
Leasingschulden 0 0
Overige financiële schulden 0 0
Totaal 230.604 354.213

De schulden gewaarborgd door zakelijke zekerheden hebben voornamelijk betrekking op de concessie-activiteiten van Rent-A-Port, de vastgoedprojecten bij Nextensa en het vastgoed van de woonzorgcentra van Anima (in 2021). De verkoop van Anima in 2022 verklaart de significante daling.

Rent-A-Port: dochteronderneming Infra Asia Investment Hong Kong heeft een nieuwe roll-over faciliteit afgesloten voor een totaalbedrag van 35 miljoen USD (naast de bestaande 10 miljoen USD) en ter vervanging van de obligatieleningen van 29,2 miljoen euro en 1,8 miljoen USD die vervroegd werden terugbetaald per 3 mei 2022.

Nextensa: In het kader van diverse ontwikkelingsprojecten, verleende de Nextensa-groep garanties ten belope van 181,7 miljoen euro als zekerheid voor lopende bankkredieten.

Toelichting 20: Banken – schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties

(€ 1.000) Reële waarde Boekwaarde
2022 2021 2022 2021
Schulden aan kredietinstellingen en centrale banken 116.334 424.484 116.379 425.353
Schulden aan cliënten 6.504.730 6.378.531 6.553.495 6.368.123
waarvan achtergesteld
-
560 10.234 560 9.883
Schuldcertificaten inclusief obligaties 171.599 256.321 164.769 245.395
waarvan achtergesteld
-
47.155 50.745 40.236 40.216
Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille 89.733 0 89.733 0
6.882.396 7.059.336 6.924.377 7.038.871
(€ 1.000) 2022 2021
Schulden aan kredietinstellingen en centrale banken
Zichtdeposito's 104.845 13.869
Deposito's met vaste looptijd 11.534 16.531
ECB TLTRO III 0 394.847
Te betalen interesten 0 106
Totaal 116.379 425.353
Schulden aan cliënten
Zichtdeposito's 4.197.238 4.218.578
Deposito's met vaste looptijd 1.248.652 1.045.537
Speciale deposito's 56.798 64.876
Gereguleerde deposito's 1.050.247 1.029.249
Achtergestelde certificaten 560 9.883
Totaal 6.553.495 6.368.123
Schuldcertificaten inclusief obligaties
Schuldcertificaten 124.533 205.178
Achtergestelde obligatielening 40.236 40.216
Totaal 164.769 245.395
Banken - wijzigingen in reële waarde van de ingedekte kredietportefeuille 89.733 0
Totaal schulden aan kredietinstellingen, cliënten & obligaties 6.924.377 7.038.871

De integrale consolidatie van Bank Van Breda resulteert in de opname van de specifieke bancaire vorderingen en schulden in de balans van AvH. Deze rubrieken werden gegroepeerd om de balans zo transparant mogelijk te houden.

Liquiditeitsrisico Bank Van Breda

Liquiditeitsrisico is het risico dat de bank over onvoldoende middelen beschikt of onvoldoende snel en tegen een aanvaardbare prijs middelen kan vrijmaken om aan de directe verplichtingen te voldoen. De commerciële bankactiviteiten zijn de belangrijkste bron van liquiditeitsrisico. De financieringsbronnen van een bank hebben traditioneel een kortere looptijd dan de gefinancierde activa, waardoor een maturiteitsmismatch ontstaat. Het liquiditeitsbeheer van Bank Van Breda staat in voor de opvolging van deze mismatch en werkt een financieringsstrategie uit om dit te reduceren binnen de richtlijnen die worden vastgelegd in een liquiditeitsbeheersingskader. Ook op dit domein streeft de bank een bewust laag risicoprofiel na. Bank Van Breda houdt een sterke en kwaliteitsvolle liquiditeitsbuffer aan om schommelingen in de thesaurie te kunnen opvangen. De buffer bedraagt eind 2022 1.252 miljoen euro en bestaat voornamelijk uit cash, geplaatst bij de ECB en zeer liquide overheidsobligaties.

De financieringsmix van de bank is zeer stabiel en de belangrijkste financieringsbron zijn de deposito's van het doelgroepcliënteel. De doelgroepklanten gebruiken de bank voor hun beleggingen en dagelijkse werking. De bank houdt ook nauwlettend de loan-to-deposit ratio in het oog en hanteert strenge limieten op deze verhouding tussen de kredietportefeuille aan klanten en de klantendeposito's. Eind 2022 bedroeg deze ratio 94%. De afhankelijkheid van externe institutionele financiering wordt tot een minimum beperkt en bedraagt in 2022 slechts 2,5% van het balanstotaal.

In de Basel reglementering en de CRR/CRD IV-richtlijn werden twee liquiditeitsratio's geïntroduceerd:

  • De LCR (Liquidity Coverage Ratio) is een maatstaf voor de liquiditeitspositie onder een acuut stress-scenario gedurende 30 dagen. Hiertoe dienen instellingen over voldoende kwaliteitsvolle liquide middelen te beschikken. De regelgever legt een limiet op van minimum 100%.
  • De NSFR (Net Stable Funding Ratio) zet de beschikbare stabiele financiering af tegenover de vereiste stabiele financiering over een tijdshorizon van 1 jaar. De Basel III-richtlijnen leggen een limiet op van minimum 100% vanaf 2018.

Eind 2022 bedroegen deze ratio's respectievelijk 138% (volgens LCR Delegated Act 2015/61) en 131% (volgens CRR2). Beide ratio's bevinden zich ruim boven de ondergrens van 100% die door de toezichthouder wordt opgelegd.

De nog altijd ruime liquiditeitspositie nam in 2022 af, voornamelijk door de terugbetaling van 400 miljoen euro TLTRO-ontleningen en een kredietgroei die groter was dan de depositogroei.

Het liquiditeitsrisico wordt permanent bewaakt door een proactief thesauriebeheer, binnen de krijtlijnen van het 'Asset & Liability Management' kader en het investeringskader. Voor haar liquiditeitsbeheer maakt de bank o.a. gebruik van liquiditeitsgaprapporten, ratio-analyse en volumeprognoses op korte en lange termijn.

In de volgende tabel zijn de activa en passiva gegroepeerd per periode van vervaldagen en werden er interne assumpties voor de deposito's zonder vervaldag gehanteerd.

(€ 1.000) < 1 maand 1-3 maand 3-12 maand 1-5 jaar 5-10 jaar > 10 jaar Onbepaald
31/12/2022
Activa 1.078.000 161.000 900.000 2.903.000 1.816.000 652.000 39.000
Passiva -1.000.000 -790.000 -1.925.000 -1.675.000 -1.101.000 -343.000 -51.000
Derivaten 1.000 2.000 16.000 55.000 23.000 0 0
Liquiditeitsgap 79.000 -627.000 -1.009.000 1.283.000 738.000 309.000 -12.000
31/12/2021
Activa 1.686.000 209.000 870.000 2.764.000 1.588.000 553.000 39.000
Passiva -981.000 -929.000 -2.460.000 -1.447.000 -925.000 -286.000 -63.000
Derivaten -1.000 -2.000 -7.000 -14.000 -4.000 0 0
Liquiditeitsgap 704.000 -722.000 -1.597.000 1.303.000 659.000 267.000 -24.000

Renterisico Bank Van Breda

Renterisico kan gedefinieerd worden als de mate waarin de resultaten of de waarde van een financiële transactie beïnvloed worden door een verandering van de marktrentevoeten. Toegepast op een financiële instelling is renterisico de mate waarin de (rente-)inkomsten en/of de marktwaarde van deze instelling de kans lopen om nefaste gevolgen te ondervinden van een verandering van de marktrentevoeten.

De bank kiest ervoor om het renterisico op een relatief laag niveau te houden:

  • Om de mismatch te corrigeren doet de bank beroep op indekkingsinstrumenten. Dit gebeurt met een combinatie van renteswaps (waarbij de vlottende renteverplichtingen worden omgezet naar vaste verplichtingen) en opties (die bijvoorbeeld bescherming bieden tegen een stijging van de rente boven bepaalde niveaus).
  • De vermogensgevoeligheid is de blootstelling van de economische waarde van de onderneming aan ongunstige rentebewegingen. De inkomensgevoeligheid is de blootstelling van de (rente)inkomsten van de instelling aan diezelfde ongunstige rentebewegingen. De intensiteit ervan komt tot uiting in de duration gap. Hieronder verstaan we het verschil in duration van alle activa en duration van alle passiva (mismatch) waarbij de duration staat voor het gewogen gemiddelde van de looptijden van een verzameling vastrentende waarden.

De rentegevoeligheid van het eigen vermogen en van de rente-inkomsten worden opgevolgd aan de hand van scenario-analyses met wijzigende marktvoorwaarden, die toelaten de impact van stress-scenario's in te schatten. Deze vermogens- en inkomensgevoeligheid wordt berekend met de basis-point-value-methodologie, die de waardeverandering van de portefeuille weergeeft bij een stijging van de rentevoeten over de volledige curve.

Impact van onmiddellijke stijging van de rentecurve met 100 basispunten (1%) op: 2022 2021
Het renteresultaat 2.827 4.907
(winstgevoeligheid)
De Reële waarde van het eigen vermogen -53.698 -47.409
(gevoeligheid eigen vermogen) (= BPV)

Bij de rentegapanalyse worden balansproducten en buitenbalansverplichtingen ingedeeld in de verschillende tijdsintervallen volgens rentevervaldag. Op die manier wordt de mismatchstructuur zichtbaar.

(€ 1.000) ≤ 1 maand 1-3 maand 3-12 maand 1-5 jaar 5-10 jaar > 10 jaar Onbepaald
31/12/2022
Activa 1.143.000 307.000 957.000 2.916.000 1.625.000 546.000 48.000
Passiva -1.045.000 -789.000 -1.943.000 -1.662.000 -1.056.000 -338.000 -38.000
Derivaten 325.000 570.000 -60.000 -370.000 -410.000 -55.000 0
Rentegap 423.000 88.000 -1.046.000 884.000 159.000 153.000 10.000
31/12/2021
Activa 1.786.000 414.000 1.126.000 2.775.000 1.210.000 345.000 48.000
Passiva -979.000 -931.000 -2.457.000 -1.491.000 -894.000 -295.000 -37.000
Derivaten 270.000 515.000 -80.000 -355.000 -310.000 -40.000 0
Rentegap 1.077.000 -2.000 -1.411.000 929.000 6.000 10.000 11.000

Toelichting 21: Belastingen

1. Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen opgenomen in de balans

(€ 1.000) Activa 2022 Verplicht. 2022 Netto 2022 Activa 2021 Verplicht. 2021 Netto 2021
Immateriële vaste activa 0 21.132 -21.132 27 26.470 -26.443
Materiële vaste activa 23.365 37.683 -14.318 26.979 68.382 -41.403
Vastgoedbeleggingen 0 33.726 -33.726 167 34.768 -34.601
Financiële vaste activa 0 1.626 -1.626 0 4.802 -4.802
Geldbeleggingen 13.953 0 13.953 -686 0 -686
Personeelsbeloningen 17.648 705 16.943 16.134 867 15.267
Voorzieningen 4.878 464 4.414 4.563 7.613 -3.050
Afgeleide financiële instrumenten 1.057 21.216 -20.159 1.533 -4.942 6.474
Werkkapitaal-balansrubrieken 43.099 65.556 -22.457 59.500 63.394 -3.893
Fiscale verliezen en tax credits / investeringsaftrek 71.450 -9.852 81.302 68.841 -12.726 81.567
Compensatie -20.621 -20.621 0 -26.778 -26.778 0
Totaal 154.829 151.635 3.195 150.279 161.849 -11.570

De uitgestelde belastingen vinden grotendeels hun oorsprong in de herwaardering van activa en passiva als gevolg van bedrijfscombinaties. De groep beoordeelt op geregelde tijdstippen haar onzekere belastingposities. Conform IFRIC 23, worden, waar nodig, provisies genomen die opgenomen worden onder de uitgestelde belastingverplichtingen.

Het management van DEME beoordeelt periodiek de in de belastingaangiften ingenomen standpunten met betrekking tot situaties waarin de toepasselijke belastingvoorschriften voor interpretatie vatbaar zijn, en treft zo nodig voorzieningen. Deze voorzieningen voor onzekere belastingposities worden geboekt als een uitgestelde belastingverplichting. In dit verband beschouwt het management onzekere belastingposities individueel, op basis van een benadering die de beste voorspelling geeft van de oplossing van de onzekerheden met de belastingdienst. Voor 2022 (en 2021) is elke onzekere belastingpositie gemeten aan de hand van het meest waarschijnlijke afzonderlijke bedrag. Momenteel hebben de belangrijkste onzekere belastingposities betrekking op lopende fiscale geschillen in de Filippijnen, India en Nigeria.

De rubriek 'Compensatie' weerspiegelt de compensatie tussen uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen per entiteit bij DEME.

2. Niet-opgenomen uitgestelde belastingvorderingen

(€ 1.000) 2022 2021
Niet-geboekte vorderingen wegens fiscale verliezen 118.286 145.645
Andere niet-geboekte uitgestelde belastingvorderingen (1) 0 0
Totaal 118.286 145.645

(1) De andere niet-geboekte uitgestelde belastingvorderingen betreffen voornamelijk bedragen waarvan de recuperatie in de tijd begrensd is en afhankelijk is van de mate waarin tijdens die periode belastbaar resultaat wordt geboekt. Vorderingen die voortkomen uit terugvordering van niet aangewende DBI-overschotten zijn niet in dit overzicht opgenomen.

De niet-opgenomen uitgestelde belastingvorderingen zijn grotendeels toe te wijzen aan DEME en CFE.

3. Actuele en uitgestelde belastinglasten (-baten)

(€ 1.000) 2022 2021
Actuele belastingen, netto
Belastingen op het resultaat van het boekjaar -89.723 -90.272
Aanpassingen aan belastingen van voorgaande perioden 4.395 5.199
Totaal -85.328 -85.073
Uitgestelde belastingen, netto
Herkomst en terugboeking van tijdelijke verschillen 3.154 4.787
Toevoeging (gebruik) van fiscaal overdraagbare verliezen 245 920
Overige uitgestelde belastingen -150 -83
Totaal 3.250 5.624
Totaal actuele en uitgestelde belastinglasten (-baten) -82.078 -79.449

4. Aansluiting tussen toepasselijk en effectief belastingtarief

(€ 1.000) 2022 2021
Winst (verlies) vóór belasting 889.590 591.659
Winst (verlies) van ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast (-) -243.874 -255.191
Winst (verlies) vóór belasting, exclusief resultaat uit vermogensmutatie-participaties 645.716 336.469
Toepasselijk belastingtarief (%) 25,00% 25,00%
Belastingen op basis van het toepasselijk belastingtarief -161.429 -84.117
Impact van tarieven in andere rechtsgebieden 427 -468
Impact van niet-belastbare inkomsten 99.041 39.386
Impact van niet-aftrekbare kosten -15.029 -18.573
Impact van fiscale verliezen -4.930 -5.393
Impact van over(onder)schattingen voorgaande perioden -2.847 -9.765
Overige toename (afname) 2.689 -518
Belasting op basis van het effectief belastingtarief -82.078 -79.449
Winst (verlies) vóór belasting 889.590 591.659
Winst (verlies) van ondernemingen waarop vermogensmutatie is toegepast (-) -243.874 -255.191
Winst (verlies) vóór belasting, exclusief resultaat uit vermogensmutatie-participaties 645.716 336.469
Effectief belastingtarief (%) 12,71% 23,61%

De belastingkost is in verhouding tot vorig jaar licht gestegen tot 82,1 miljoen euro. Bij de beoordeling van dit bedrag in verhouding tot de winst voor belastingen dient rekening te worden gehouden met minstens volgende elementen:

i. de bijdrage van de deelnemingen waarop vermogensmutatie wordt toegepast is een bijdrage op het niveau van netto-resultaat, dus na de belastingen die deze deelnemingen hebben gedragen.

ii. in 2022 bestaat een belangrijk deel van het resultaat uit meerwaarden op de verkoop van deelnemingen, die AvH op de lange termijn heeft aangehouden en vrijgesteld zijn van belasting.Indien de totale belastingkost van 82,1 miljoen euro wordt vergeleken met enkel de voor bovenstaande elementen gecorrigeerde winst voor belastingen, levert dit een belastingvoet op van 27,2%.

Toelichting 22: Aandelenoptieplannen

1. 'Equity settled' optieplan AvH per 31 december 2022

Jaar van
aanbod
Aantal aanvaarde
opties
Aantal
uitgeoefende
opties
Aantal vervallen
opties
Saldo Uitoefenprijs (euro) Uitoefentermijn
2015 50.500 -46.500 4.000 100,23 01/01/2019 - 05/01/2023
2016 40.500 -3.000 37.500 130,95 01/01/2020 - 03/01/2024
2017 46.000 0 46.000 128,30 01/01/2021 - 12/01/2025
2018 46.000 0 -500 45.500 148,64 01/01/2022 - 11/01/2026
2019 46.000 0 46.000 132,52 01/01/2023 - 14/01/2027
2020 23.750 0 23.750 141,09 01/01/2024 - 13/01/2028
2021 55.000 0 55.000 124,67 01/01/2025 - 14/01/2029
2022 59.350 0 59.350 166,35 01/01/2026 - 13/01/2030
367.100 -49.500 -500 317.100

Het aandelenoptieplan van AvH, dat in maart 1999 werd goedgekeurd, beoogt de motivatie op lange termijn van uitvoerende bestuurders, leden van het executief comité en kaderleden wiens activiteit essentieel is voor het succes van de groep. De opties geven recht op de verwerving van evenveel aandelen AvH.

Het remuneratiecomité is belast met de opvolging van dit plan en met de selectie

van de begunstigden. De opties worden gratis aangeboden en hebben een looptijd van 8 jaar.

De totale waarde van de uitstaande opties 2015 tot en met 2022 (gewaardeerd aan de reële waarde op moment van toekenning), bedraagt 8,9 miljoen euro en is berekend door een externe partij aan de hand van een aangepast Black & Scholes model, waarvan de voornaamste kenmerken:

Jaar toekenning Beurskoers (€) Dividendrendement Volatiliteit Interestvoet Verwachte levensduur Black & Scholes Value
(€)
2015 101,35 2,19% 19,00% 0,47% 7,79 13,76
2016 131,95 1,28% 23,00% 0,59% 7,79 27,72
2017 129,40 1,40% 23,00% 0,34% 7,79 25,70
2018 149,20 1,30% 20,00% 0,68% 7,79 27,32
2019 135,50 1,43% 20,40% 0,52% 7,90 24,92
2020 141,80 1,77% 21,00% -0,01% 7,90 22,43
2021 129,50 1,35% 24,00% -0,36% 7,90 26,59
2022 174,30 1,00% 22,00% 0,25% 7,90 38,20
Evolutie - Aandelenopties 2022 2021
Beginsaldo 306.250 304.750
Aantal aanvaarde opties 59.350 55.000
Aantal uitgeoefende opties -48.500 -53.500
Aantal vervallen opties 0 0
Eindsaldo 317.100 306.250

In 2022 werden 59.350 nieuwe aandelenopties toegekend met een uitoefenprijs van 166,35 euro per aandeel. De reële waarde bij toekenning werd vastgelegd op 2,3 miljoen euro en wordt over de "vesting"-periode van 4 jaar in resultaat genomen. In 2022 werden 48.500 opties uitgeoefend (gewogen gemiddelde beurskoers van 157,04 euro).

Eind 2022 bedraagt het totaal aantal openstaande aandelenopties 317.100. Ter indekking van deze verplichting bezit AvH per 31 december 2022 317.100 eigen aandelen.

2. Cash settled stock option plans bij de geconsolideerde dochterondernemingen van AvH

De begunstigden van de optieplannen van Delen Private Bank, Bank Van Breda, Agidens en Turbo's Hoet Groep beschikken over een verkoopoptie lastens de respectievelijke moedervennootschappen FinAx/Promofi en AvH Growth Capital (die zelf over een koopoptie en een voorkooprecht beschikken om te verhinderen dat de aandelen zouden worden overgedragen aan derden).

Deze optieplannen betreffen dus niet-beursgenoteerde aandelen, waarvan de waardebepaling in het optieplan is vastgelegd. De bepaling van de uitoefenprijs van de verkoopoptie is (afhankelijk van het optieplan) gebaseerd op de aangroei van het eigen vermogen, een multiple op de aangroei van de geconsolideerde winst of een marktwaardebepaling van de vennootschap.

Conform IFRS 2 zit de impact van deze optieplannen op basis van de best mogelijke inschattingen in de schulden vervat. Deze schulden worden aangepast na uitoefening, nieuwe toekenning of aanpassing van de parameters. Deze toe- of afnames van de schulden betekenen een kost, respectievelijk opbrengst in de resultatenrekening.

De totale schuld van de optieplannen in hoofde van de integraal geconsolideerde ondernemingen per 31 december 2022 bedraagt 15,0 miljoen euro, vervat in de overige lange termijnschulden.

3. Eigen aandelen

Eigen aandelen in het kader van het aandelenoptieplan 2022 2021
Beginsaldo 345.250 343.750
Inkoop eigen aandelen 20.350 55.000
Verkoop eigen aandelen -48.500 -53.500
Eindsaldo 317.100 345.250

AvH heeft in 2022 20.350 eigen aandelen ingekocht ter indekking van toegekende opties ten gunste van het personeel. Over diezelfde periode werden door begunstigden van het aandelenoptieplan opties uitgeoefend op 48.500 aandelen AvH. Eind 2022 staan in totaal opties uit op 317.100 aandelen AvH. Ter indekking van deze verplichting bezit AvH op diezelfde datum eenzelfde aantal eigen aandelen.

Eigen aandelen in het kader van de liquiditeitsovereenkomst 2022 2021
Beginsaldo 1.842 6.467
Inkoop eigen aandelen 347.174 211.979
Verkoop eigen aandelen -345.510 -216.604
Eindsaldo 3.506 1.842

Daarnaast werden in het kader van het contract dat AvH met Kepler Cheuvreux afsloot ter ondersteuning van de liquiditeit van het aandeel AvH in 2022 347.174 aandelen AvH gekocht en 345.510 verkocht. Deze transacties worden volledig autonoom door Kepler Cheuvreux aangestuurd, maar aangezien ze voor rekening van AvH plaatsvinden, heeft de netto-aankoop van 1.664 aandelen AvH in dit kader een impact op het eigen vermogen van AvH. Eind 2022 bedraagt het aantal eigen aandelen in portefeuille in het kader van deze liquiditeitsovereenkomst 3.506.

Eigen aandelen in het kader van het aandeleninkoopprogramma 2022 2021
Beginsaldo 0 0
Inkoop eigen aandelen 70.633 0
Verkoop eigen aandelen 0 0
Eindsaldo 70.633 0

Bovendien heeft AvH in oktober 2022 de start aangekondigd van een aandeleninkoopprogramma voor maximaal 70,0 miljoen euro. Het programma werd gestart vanaf 5 oktober 2022 en zal in beginsel lopen tot de jaarvergadering van 22 mei 2023, tenzij het maximumbedrag reeds vroeger geïnvesteerd is. In uitvoering van dit plan werden tot en met 31 december 2022 70.633 aandelen ingekocht voor een totaal bedrag van 9,6 miljoen euro.

Toelichting 23: Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen

1. Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen, exclusief CFE-DEME

(€ 1.000) 2022 2021
Persoonlijke zekerheden die door de in de consolidatie opgenomen ondernemingen werden gesteld of onherroepelijk beloofd als waarborg voor
schulden of verplichtingen
635.278 315.063
Zakelijke zekerheden die door de in de consolidatie opgenomen ondernemingen werden gesteld of onherroepelijk beloofd op eigen activa, als
waarborg voor schulden en verplichtingen van de in de consolidatie opgenomen ondernemingen
303.463 588.793
Goederen en waarden gehouden door derden in hun naam maar ten bate en op risico van de in de consolidatie opgenomen ondernemingen voor
zover deze goederen en waarden niet in de balans zijn opgenomen
0 0
Verplichtingen tot aankoop van vaste activa 96.816 177.449
Verplichtingen tot verkoop van vaste activa 312.230 291.336
Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen van banken (Bank Van Breda)
- Kredietengagementen 610.220 489.579
- Financiële garanties 49.465 52.181
- Repo transacties + zakelijke zekerheden 2.000 401.700

De persoonlijke zekerheden zijn in 2022 samengesteld uit 48,3 miljoen euro garanties m.b.t. de vastgoedprojecten van Nextensa en voor 1,2 miljoen euro aan garanties voor projecten bij Agidens. Het saldo van 585,8 miljoen euro betreft hoofdzakelijk waarborgen gesteld door AvH & subholdings in het kader van de verkoop van participaties. Het bedrag aan gestelde persoonlijke zekerheden nam toe als gevolg van de verkoop van Anima.

De zakelijke zekerheden bestaan voor 181,7 miljoen euro uit zekerheden gesteld door Nextensa in het kader van de financiering van haar activiteiten in de gronden projectontwikkeling en voor 113,5 miljoen euro in het kader van de ontwikkelingsprojecten van Rent-A-Port. De 337,5 miljoen euro zekerheden gesteld door Anima eind 2021 in het kader van de financiering van het vastgoed zijn uit de buitenbalans verdwenen als gevolg van de deconsolidatie van Anima. Per saldo resteren nog 3,8 miljoen euro door Agidens (financiering van de hoofdzetel) en 4,5 miljoen euro door Biolectric (in het kader van de acquisitielening).

De verplichtingen tot aankoop van vaste activa omvatten opties in het kader van aandelenoptieplannen of opties in het kader van aandeelhoudersovereenkomsten voor een totaal van 96,8 miljoen euro. De overeenkomst die Rent-A-Port eind 2021 had afgesloten om een bijkomend belang van 32,6% in IAI te verwerven werd in 2022 uitgevoerd.

De verplichtingen tot verkoop van vaste activa vertegenwoordigen call-opties (inclusief voorwaardelijke opties) op de activa van AvH & Growth Capital ten belope van 312,2 miljoen euro.

De buitenbalansverplichtingen van Bank Van Breda bestaan hoofdzakelijk uit het toegekende niet-opgenomen deel van krediet(lijn)en. Voorts worden er ook bankwaarborgen, borgstellings- en documentaire kredieten verstrekt aan klanten. Deze buitenbalansverplichtingen worden mee in aanmerking genomen bij de beoordeling van het kredietrisico.

Bank Van Breda heeft voor eigen rekening ook een aantal zakelijke zekerheden gesteld: in 2022 werd de TLTRO-ontlening bij de ECB terugbetaald en werd het overeenkomstige pand op obligaties uit de beleggingsportefeuille beëindigd.

2. Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen CFE – DEME

(€ 1.000) 2022 2021
Verplichtingen
Zakelijke zekerheden die door de in de consolidatie opgenomen ondernemingen werden gesteld of onherroepelijk beloofd op eigen activa, als
waarborg voor schulden en verplichtingen van de in de consolidatie opgenomen ondernemingen
0 18.281
Bank- en verzekeringswaarborgen voor toezeggingen van in de consolidatie opgenomen ondernemingen 1.623.964 1.653.213
Andere gegeven verplichtingen 35.869 4.870
Totaal 1.659.833 1.676.364
Rechten
Bankwaarborgen ontvangen als zekerheid voor toezeggingen van in de consolidatie opgenomen ondernemingen 180.335 310.905
Andere ontvangen engagementen 4.308 3.677
Totaal 184.643 314.582

De bank- en verzekeringswaarborgen betreffen garanties gegeven in het kader van de uitvoering van de overeenkomsten inzake werken. Tevens worden garanties gegeven in het kader van aanbestedingen. De zakelijke zekerheden van DEME voor 18,3 miljoen euro viel in 2022 vrij als gevolg van de vervroegde terugbetaling van een financiering van de vloot. De 'Andere gegeven verplichtingen' slaan op de 'voortgangs-garantie' (Wet Breyne) bij CFE.

Toelichting 24: Tewerkstelling

1. Gemiddeld personeelsbestand

2022 2021
Bedienden 5.732 6.836
Arbeiders 3.771 4.074

2. Personeelskosten

(€ 1.000) 2022 2021
Bezoldiging en sociale lasten -795.125 -846.764
Pensioenkosten (vaste bijdragen en te bereiken doel) -23.112 -22.998
Aandelenoptieplannen -2.045 -7.928
Totaal -820.282 -877.690

De verkoop van Anima leidde tot een daling van 15% van het personeelsbestand en 7% van de totale personeelskosten. Per saldo nam het personeelsbestand toe met 2%, voornamelijk bij DEME en de personeelskosten met 1%.

AvH, AvH Growth Capital en AvH Singapore tellen in totaal 38 medewerkers. In de rubriek '2022 in een oogopslag' (pagina 8) wordt een proforma personeelsbestand van 21.453 vermeld. Deze proforma berekening bevat het personeel van alle participaties aangehouden door de AvH-groep en wijkt dus af van het hierboven gemiddelde personeelsbestand dat is opgemaakt op basis van de IFRS consolidatie, die is opgemaakt op basis van de consolidatiekring zoals gerapporteerd in Toelichting 2 en 3. In de proforma voorstelling worden alle exclusieve controle-belangen integraal verwerkt en de overige belangen proportioneel.

Toelichting 25:
Grond- & hulpstoffen, diensten en
Grondstoffen en gebruikte hulpstoffen
uitbesteed werk Voorraadwijziging handelsgoederen, grond- en hulpstoffen
Diensten en diverse goederen, inclusief uitbesteed werk
Totaal
(€ 1.000) 2022
2021

Deze kosten evolueren in functie van de omzet, doch zijn ook afhankelijk van een aantal andere factoren, waaronder in het geval van DEME/CFE de aard van de werken (enkel uitvoering, EPC, …) en de contractuele structuur (onderaannemers, alleen of met partners,…).

Toelichting 26: Pensioenverplichtingen

(€ 1.000) 2022 2021
Te bereiken doel plannen -72.038 -76.668
Andere pensioenverplichtingen (brugpensioen) -5.164 -5.376
Totaal pensioenverplichtingen -77.202 -82.044
Totaal pensioenactiva 2.820 3.467

Te bereiken doel pensioenplannen

(€ 1.000) 2022 2021
1. Bedragen opgenomen in balans
Nettovorderingen (-verplichtingen) uit hoofde van gefinancierde te bereiken doel plannen -69.218 -73.201
Contante waarde van volledig of gedeeltelijk gefinancierde verplichtingen (-) -289.860 -358.746
Reële waarde van fondsbeleggingen 220.642 285.545
Vorderingen (-verplichtingen) uit hoofde van te bereiken doel plannen, totaal -69.218 -73.201
Verplichtingen (-) -72.038 -76.668
Activa 2.820 3.467
Bewegingen in de nettovordering (-verplichting) opgenomen in de balans
Nettovordering (-verplichting) opgenomen in de balans, beginsaldo -73.201 -73.049
Toename(afname) door middel van bedrijfscombinaties/bedrijfsafsplitsingen 0 0
Nettolasten opgenomen in de resultatenrekening -22.034 -21.382
Nettolasten opgenomen in de niet-gerealiseerde resultaten 3.338 687
Bijdragen van werkgever / werknemer 22.515 20.336
Overige toename (afname) 164 208
Nettovordering (-verplichting) opgenomen in de balans, eindsaldo -69.218 -73.201
2a. Nettolasten opgenomen in de resultatenrekening -22.034 -21.382
Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten -21.659 -21.031
Rentekosten -3.269 -1.663
Renteopbrengsten fondsbeleggingen (-) 2.679 1.394
Pensioenkosten van verstreken diensttijd 216 -82
2b. Nettolasten opgenomen in de niet-gerealiseerde resultaten 3.338 687
Actuariële winsten (verliezen) opgenomen in de niet-gerealiseerde resultaten 80.252 7.189
Rendement op fondsbeleggingen, uitgezonderd renteopbrengsten (-) -75.978 -6.455
0
-935
0
-48
Wisselkoersverschillen
Andere
3a. Bewegingen in de verplichtingen uit hoofde van te bereiken doel plannen
-358.746 -368.346
0 0
0 3.167
-21.659 -21.031
-3.269 -1.663
-922 -913
11.900 20.265
80.252 7.189
325 -7.449
102.473 17.788
Verplichtingen uit hoofde van te bereiken doel plannen, beginsaldo
Toename door middel van bedrijfscombinatie
Afname door middel van bedrijfsafsplitsing
Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten
Rentekosten
Bijdragen van de werknemer
Betalingen aan begunstigden (-)
Opgenomen actuariële (winsten) verliezen, netto
waarvan: actuariële (winsten) verliezen die ontstaan uit demografische veronderstellingen
waarvan: actuariële (winsten) verliezen die ontstaan uit financiële veronderstellingen
waarvan: ervarings(winsten) verliezen
-22.546 -3.150
0 0
170 0
2.414
-289.861
2.586
-358.746
285.545 295.297
0 0
0 -3.054
-75.978 -6.455
2.679 1.394
23.327 21.249
-11.900 -20.265
-170 0
Pensioenkosten van verstreken diensttijd
Wisselkoersresultaten
Overige toename (afname)
Verplichtingen uit hoofde van te bereiken doel plannen, eindsaldo
3b. Bewegingen in de fondsbeleggingen
Reële waarde van fondsbeleggingen, beginsaldo
Toename door middel van bedrijfscombinatie
Afname door middel van bedrijfsafsplitsing
Rendement op fondsbeleggingen, uitgezonderd bedragen in renteopbrengsten
Renteopbrengsten
Bijdragen van werkgever / werknemer
Betalingen aan begunstigden (-)
Wisselkoersresultaten
Overige toename (afname)
Reële waarde van fondsbeleggingen, eindsaldo
-2.860
220.642
-2.621
285.545
4. Voornaamste actuariële veronderstellingen
Disconteringsvoet 3,5% 0,9%
Verwacht percentage van loonsverhogingen 3,7% 3,4%
Inflatie 2,2% 1,9%
Toegepaste sterftetabellen MR/FR MR/FR
5. Overige informatie
Looptijd (in jaren) 13,84 15,74
Gemiddeld reëel rendement van de pensioenactiva -25,16% -1,71%
Voorziene bijdragen te storten in de loop van het volgende boekjaar 20.534 17.750
6. Gevoeligheidsanalyses
Verdisconteringsvoet
Toename met 25 basispunten -3,8% -4,7%
Afname met 25 basispunten 2,4% 2,9%
Verwacht percentage van loonsverhogingen
Toename met 25 basispunten 1,0% 0,8%
Afname met 25 basispunten -2,1% -2,8%

De groep telt zowel pensioenplannen van het type te bereiken doel als van het type vaste bijdragen. De plannen zijn onderschreven bij verzekeraars in het kader van tak 21 (levensverzekeringen met tariefgarantie).

De Belgische wetgeving vereist dat een werkgever op de vaste bijdrageplannen een minimumrendement van 3,25% garandeert op zijn eigen bijdragen aan de plannen en dit voor alle stortingen tot en met 31/12/2015 en tot aan de pensioenleeftijd. Vanaf 1 januari 2016 is de wet van 18 december 2015 in voege getreden die stelt dat de WAP (wet aanvullend pensioen)-rendementsgarantie in hoofde van de werkgever een "variabele" rentevoet zal zijn, gekoppeld aan het rendement op de obligatiemarkt die jaarlijks per 1 januari zal worden vastgesteld op basis van een formule vastgesteld in de WAP. Voor de periodes 2017 tot en met 2022 bedroeg deze rendementsgarantie 1,75%.

De garantie die de werkgever in het kader van de WAP verstrekt is een secundaire garantie. Enkel in het geval dat het door de verzekeraar gegarandeerde rendement op fondsbeleggingen lager is dan het wettelijk gegarandeerde rendement moet de werkgever het tekort bijpassen.

Voor de te bereiken doel pensioenplannen wordt overeenkomstig IAS 19R een actuariële berekening uitgevoerd volgens de Projected Unit Credit methode. De fondsbeleggingen worden gewaardeerd als de verdisconteerde waarde van de reserves, rekening houdend met de tariefgaranties van de verzekeraars. Actuariële winsten en verliezen worden verwerkt als niet-gerealiseerde resultaten in het eigen vermogen (zie de rubriek 'actuariële winsten en verliezen op de te bereiken doel plannen' in het mutatieoverzicht van het eigen vermogen).

De afname van de pensioenverplichtingen houdt verband met de ontwikkeling van de macro-economische omgeving en meer bepaald de evolutie van de rentevoeten en de inflatie. Per 31 december 2022 is de discontovoet gestegen tot 3,5% tegenover 0,9% eind 2021. Dit resulteerde enerzijds in een zeer negatief rendement op de activa en anderzijds in een aanzienlijke positieve herwaardering van de pensioenverplichtingen als gevolg van de wijziging van de financiële veronderstellingen. Het netto positieve effect werd slechts in geringe mate beïnvloed door de stijging van het inflatiepercentage van 1,9% tot 2,2%.

Toelichting 27: Verbonden partijen

1. Verbonden partijen, exclusief CFE-DEME

(€ 1.000) Boekjaar 2022 Boekjaar 2021
ondernemingen
Dochter-
Geassocieerde
deelnemingen
verbonden
Andere
partijen
TOTAAL 2022 ondernemingen
Dochter-
Geassocieerde
deelnemingen
verbonden
Andere
partijen
TOTAAL 2021
I. Activa jegens verbonden partijen -
balans
Financiële vaste activa 0 4.128 0 4.128 0 11.449 0 11.449
Vorderingen en borgtochten: bruto 0 4.128 0 4.128 0 11.449 0 11.449
Vorderingen : WV 0 0 0 0 0 0 0 0
Vorderingen 21.705 11.966 4 33.675 6.913 7.932 4 14.848
Handelsvorderingen 17 0 4 20 499 21 4 524
Overige vorderingen: bruto 21.689 11.966 0 33.654 6.414 9.891 0 16.305
Overige vorderingen: WV 0 0 0 0 0 -1.981 0 -1.981
Banken - vorderingen kredietinst. & cliënten 5.091 0 0 5.091 5.091 0 0 5.091
Overlopende rekeningen - activa 6.819 390 0 7.209 8.497 609 0 9.106
Totaal 33.616 16.484 4 50.103 20.501 19.989 4 40.494
II. Verplichtingen jegens verbonden
partijen - balans
Financiële schulden 0 0 0 0 30.787 0 0 30.787
Achtergestelde leningen 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige financiële schulden 0 0 0 0 30.787 0 0 30.787
Overige schulden 155 150 0 305 30 150 0 180
Handelsschulden 152 0 0 152 12 0 0 12
Overige schulden 3 150 0 153 18 150 0 168
Banken - schulden aan kredietinstellingen, cliënten
en obligaties 79.614 0 0 79.614 151.033 0 0 151.033
Overlopende rekeningen - passiva 0 0 0 0 1.209 0 0 1.209
Totaal 79.769 150 0 79.919 183.059 150 0 183.209
III. Transacties tussen verbonden partijen
- resultatenrekening
Bedrijfsopbrengsten 65.972 125 3 66.100 61.872 445 3 62.319
Verrichting van diensten 2.887 35 3 2.925 2.232 75 3 2.311
Vastgoedopbrengsten 20 0 0 20 48 0 0 48
Renteopbrengsten bancaire activiteiten 0 0 0 0 0 0 0 0
Vergoedingen en commissies bancaire activiteiten
Opbrengsten uit onderhanden projecten in opdracht van
63.040 0 0 63.040 59.567 0 0 59.567
derden 0 0 0 0 0 0 0 0
Overige bedrijfsopbrengsten 25 90 0 115 25 369 0 394
Exploitatielasten (-) -173 0 0 -173 -88 0 0 -88
Grond- & hulpstoffen, diensten en uitbesteed werk (-) -173 0 0 -173 -88 0 0 -88
Rentelasten Bank Van Breda (-) 0 0 0 0 0 0 0 0
Bijzondere waardeverminderingen (-) 0 0 0 0 0 0 0 0
Financieel resultaat 3.689 996 0 4.685 -832 1.568 0 736
Renteopbrengsten 3.689 996 0 4.685 1.118 1.568 0 2.686
Rentelasten 0 0 0 0 -1.950 0 0 -1.950

In bovenstaande tabel worden de leningen vermeld die AvH (en subholdings) toekennen aan participaties die niet integraal geconsolideerd worden. Op deze intragroepsleningen worden marktconforme intresten aangerekend. Ditzelfde geldt voor financieringen die Nextensa, Rent-A-Port en Green Offshore aan hun vermogensmutatiedochters verlenen (of ontvangen zoals bij Rent-A-Port). Via de integrale consolidatie van Bank Van Breda en de opname van Delen Private Bank via de vermogensmutatiemethode wordt het commercial paper van Bank Van Breda dat aangehouden wordt door Delen Private Bank (71,8 miljoen euro) en het termijndeposito (7,8 miljoen euro) als een schuld van Bank Van Breda aan een verbonden partij gerapporteerd.

2. Transacties met verbonden partijen – CFE – DEME

  • Ackermans & van Haaren (AvH) bezit 15.725.684 aandelen van zowel CFE als DEME Group en is bijgevolg de grootste aandeelhouder van beide vennootschappen met 62,12% van de aandelen.
  • In het kader van de dienstverleningscontracten die DEME en CFE met AvH hebben afgesloten (in 2001, respectievelijk 2015) werden vergoedingen uitgekeerd ten belope van 1,3 miljoen euro, respectievelijk 0,6 miljoen euro.
  • De transacties met verbonden partijen hebben voornamelijk betrekking op operaties met vennootschappen waarop CFE en DEME een significante invloed uitoefenen of waarin ze een gezamenlijke controle uitoefenen. Deze transacties gebeuren op basis van marktwaarde.
(€ 1.000) 2022 2021
Activa jegens verbonden partijen CFE-DEME 213.973 144.286
Financiële vaste activa 162.467 109.788
Handelsvorderingen en andere vorderingen 45.190 29.043
Andere vlottende activa 6.316 5.455
Passiva jegens verbonden partijen CFE-DEME 48.296 35.781
Andere kortlopende verplichtingen 13.666 15.061
Handelsschulden en andere schulden 34.630 20.720
(€ 1.000) 2022 2021
Opbrengsten en lasten jegens verbonden partijen CFE-DEME 281.050 229.758
Omzet en opbrengsten uit aanverwante activiteiten 303.068 242.452
Aankopen en andere operationele lasten -28.822 -17.505
Financieringsopbrengsten(lasten) 6.804 4.811

3. Vergoedingen

(€ 1.000) 2022 2021
Vergoeding van de bestuurders
Tantièmes ten laste van AvH 630 605
Vergoeding van de leden van het executief comité
Vaste vergoeding 3.548 3.079
Variabele vergoeding 6.798 3.395
Aandelenopties 1.862 1.059
Groeps- en hospitalisatieverzekering 572 367
Voordeel in natura (bedrijfswagen) 38 33

4. De commissaris EY Bedrijfsrevisoren heeft de volgende bezoldiging ontvangen voor:

(€ 1.000) AvH Dochter
ondernemingen
(1)
Totaal 2022 AvH Dochter
ondernemingen
(1)
Totaal 2021
De uitoefening van een mandaat 71 3.227 3.298 66 2.562 2.628
Bijzondere opdrachten
- Andere controle-opdrachten 0 331 331 14 212 226
- Belastingadviesopdrachten 6 416 422 6 419 425
- Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten 9 86 95 8 70 79
Totaal 86 4.060 4.146 94 3.263 3.358

(1) Inclusief gemeenschappelijke dochterondernemingen opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode.

Toelichting 28: Winst per aandeel

1. Voortgezette en beëindigde activiteiten

(€ 1.000) 2022 2021
Netto geconsolideerd resultaat, aandeel van de groep (€ 1.000) 708.655 406.814
Gewogen gemiddeld aantal aandelen (1) 33.127.739 33.148.250
Winst per aandeel (€) 21,39 12,27
Netto geconsolideerd resultaat, aandeel van de groep (€ 1.000) 708.655 406.814
Gewogen gemiddeld aantal aandelen (1) 33.127.739 33.148.250
Impact aandelenopties 34.772 34.242
Aangepast gewogen gemiddeld aantal aandelen 33.162.510 33.182.491
Verwaterde winst per aandeel (€) 21,37 12,26

2. Voortgezette activiteiten

(€ 1.000) 2022 2021
Netto geconsolideerd resultaat van voortgezette activiteiten, aandeel van de groep (€ 1.000) 705.834 406.964
Gewogen gemiddeld aantal aandelen (1) 33.127.739 33.148.250
Winst per aandeel (€) 21,31 12,28
Netto geconsolideerd resultaat van voortgezette activiteiten, aandeel van de groep (€ 1.000) 705.834 406.964
Gewogen gemiddeld aantal aandelen (1) 33.127.739 33.148.250
Impact aandelenopties 34.772 34.242
Aangepast gewogen gemiddeld aantal aandelen 33.162.510 33.182.491
Verwaterde winst per aandeel (€) 21,28 12,26

(1) Op basis van uitgegeven aandelen, gecorrigeerd voor eigen aandelen in portefeuille

Toelichting 29: Voorgestelde en uitgekeerde dividenden

Aan de gewone algemene vergadering van Aandeelhouders van 22 mei 2023 zal worden voorgesteld om een dividend van 3,10 euro per aandeel goed te keuren.

1. Vastgesteld en uitgekeerd gedurende het jaar

(€ 1.000) 2022 2021
Dividend op gewone aandelen uitgekeerd in:
- Slotdividend 2021: 2,75 euro per aandeel -91.085 -77.890

2. Voorgesteld ter goedkeuring door de algemene vergadering van 22 mei 2023

(€ 1.000)
Dividend op gewone aandelen:
- Slotdividend 2022: 3,10 euro per aandeel (1) -103.840

(1) Maximaal dividend berekend op basis van het totaal aantal uitgegeven aandelen, zonder rekening te houden met eigen aandelen.

3. Dividend per aandeel (€)

2022 2021
Bruto 3,1000 2,7500
Netto (roerende voorheffing 30%) 2,1700 1,9250

Toelichting 30: Belangrijke feiten na balansdatum

  • Na een succesvolle samenwerking van meer dan 30 jaar heeft AvH begin februari 2023 haar 50% participatie in Telemond verkocht aan de Duitse familie Maas, haar langetermijnpartner. Deze verkoop heeft AvH een cashopbrengst van 55 miljoen euro opgeleverd en een meerwaarde van 19 miljoen euro.
  • AvH is trots op haar selectie als een van de 20 ondernemingen van de nieuwe BEL ESG Index, die op 15 februari gelanceerd werd door Euronext. Deze duurzaamheidsindex volgt de 20 in Brussel genoteerde ondernemingen met de beste ESG-praktijken (Environmental, Social & Governance). Deze selectie erkent AvH voor de manier waarop ze haar ESG-beleid ontwikkelt en daaraan gerelateerde initiatieven neemt.

Verslag van de commissaris

Verslag van de commissaris aan de algemene vergadering van Ackermans & van Haaren NV over het boekjaar afgesloten op 31 december 2022

In het kader van de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van Ackermans & van Haaren nv (de "Vennootschap") en haar dochterondernemingen (samen "de Groep"), brengen wij u verslag uit in het kader van ons mandaat van commissaris. Dit verslag omvat ons oordeel over geconsolideerde balans op 31 december 2022, geconsolideerde resultatenrekening, geconsolideerde staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten, het mutatieoverzicht van het geconsolideerd eigen vermogen en het geconsolideerd kasstroomoverzicht voor het boekjaar dat afgesloten werd op 31 december 2022 en over de toelichting (alle stukken gezamenlijk de "Geconsolideerde Jaarrekening") en omvat tevens ons verslag betreffende overige door wet- en regelgeving gestelde eisen. Deze verslagen zijn één en ondeelbaar.

Wij werden als commissaris benoemd door de algemene vergadering op 23 mei 2022, overeenkomstig het voorstel van het bestuursorgaan uitgebracht op aanbeveling van het auditcomité. Ons mandaat loopt af op de datum van de algemene vergadering die zal beraadslagen over de Geconsolideerde Jaarrekening afgesloten op 31 december 2024. We hebben de wettelijke controle van de Geconsolideerde Jaarrekening van de Groep uitgevoerd gedurende 22 opeenvolgende boekjaren. Ingevolge de wetgeving op rotatie van auditkantoren, dienen wij na de controle van het boekjaar eindigend op 31 december 2023, ontslag te nemen als commissaris van de Vennootschap.

Verslag over de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening 2022

Oordeel zonder voorbehoud

Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de Geconsolideerde Jaarrekening Ackermans & van Haaren nv, die de geconsolideerde balans op 31 december 2022 omvat, alsook de geconsolideerde resultatenrekening, geconsolideerde staat van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten, het mutatieoverzicht van het geconsolideerd eigen vermogen en het geconsolideerd kasstroomoverzicht over het boekjaar afgesloten op die datum en de toelichting, met een geconsolideerd balanstotaal van € 17.676.517.(000) en waarvan de geconsolideerde resultatenrekening afsluit met een winst van het boekjaar (toe te rekenen aan de eigenaars van de vennootschap) van € 708.655.(000).

Naar ons oordeel geeft de Geconsolideerde Jaarrekening een getrouw beeld van het geconsolideerde eigen vermogen en van de geconsolideerde financiële positie van de Groep op 31 december 2022, alsook van de geconsolideerde resultaten en de geconsolideerde kasstromen voor het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards zoals goedgekeurd door de Europese Unie ("IFRS") en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften.

Basis voor ons oordeel zonder voorbehoud

We hebben onze controle uitgevoerd in overeenstemming met de International Standards on Auditing ("ISAs"). Onze verantwoordelijkheden uit hoofde van die standaarden zijn nader beschreven in het gedeelte "Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening" van ons verslag.

Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip van deze met betrekking tot de onafhankelijkheid.

Wij hebben van het bestuursorgaan en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.

Kernpunten van de controle

De kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die volgens ons professioneel oordeel het meest significant waren bij onze controle van de Geconsolideerde Jaarrekening van de huidige verslagperiode.

Deze aangelegenheden werden behandeld in de context van onze controle van de Geconsolideerde Jaarrekening als een geheel en bij het vormen van ons oordeel hieromtrent en derhalve formuleren wij geen afzonderlijk oordeel over deze aangelegenheden.

  1. Omzeterkenning en boekhoudkundige verwerking van projecten (Marine Engineering & Contracting)

Betrokken ondernemingen: DEME en CFE

• Beschrijving van het kernpunt

Voor het gros van haar projecten (hierna "contracten" of "projecten") erkent de groep opbrengsten en winst a rato van de voortschrijding der werken, die gedefinieerd wordt als het aandeel van de gemaakte projectkosten voor de tot de balansdatum verrichte werkzaamheden versus de geschatte totale kosten bij voltooiing van het project. De erkenning van omzet en winst worden aldus gebaseerd op schattingen van de verwachte totale kosten per project. Kosten voor onvoorziene omstandigheden kunnen ook in deze schattingen worden opgenomen om rekening te houden met specifieke onzekere risico's of claims tegen de groep. De omzet uit projecten kan ook variatie-orders en claims omvatten die per contract worden opgenomen wanneer de bijkomende opbrengsten met hoge mate van zekerheid kunnen worden gewaardeerd.

Omzeterkenning en boekhoudkundige verwerking van projecten omvat vaak een hoge mate van oordeelsvorming vanwege de complexiteit van projecten, onzekerheid over de nog op te lopen kosten en onzekerheid over de uitkomst van gesprekken met opdrachtgevers over variatie-orders en claims. Dit is een kernpunt van onze controle wegens een hoge graad van risico en bijhorende oordeelsvorming door de directie inzake inschatting van de te erkennen omzet en winst of verlies, en wijzigingen in deze schattingen kunnen aanleiding geven tot belangrijke afwijkingen.

  • Samenvatting van de uitgevoerde procedures
  • Inzicht verkrijgen in het proces van contractopvolging, de erkenning van omzet en winst en, voor zover van toepassing, de voorzieningen voor verlieslatende contracten.
  • Evaluatie van de opzet en de implementatie van de belangrijkste interne controles, inclusief de controles uitgevoerd door de directie.
  • Beoordeling van de belangrijkste en meest complexe schattingen en oordeelsvormingen in een steekproefselectie van contracten op basis van kwantitatieve en kwalitatieve criteria, inzicht verwerven in de huidige staat en historiek van het project en bespreking van de inschattingen m.b.t. deze projecten met het senior uitvoerend en financieel management, analyse van de verschillen met eerdere projectschattingen en evaluatie van de consistentie met de ontwikkelingen gedurende het jaar.
  • De accurate berekening nagaan van het percentage van de voortschrijding der werken ("percentage of completion") en de bijhorende erkenning van omzet en winst voor een steekproef van projecten nagaan.
  • Vergelijking van de financiële prestaties van projecten ten opzichte van budgetten en historische trends.
  • Werfbezoeken uitvoeren voor bepaalde projecten, het observeren van de voortschrijding der werken van die projecten en bespreking van de status en complexiteiten van het project die de verwachte totale kosten zouden kunnen beïnvloeden met het personeel ter plaatse.
  • Analyse van de correspondentie met klanten over variatie-orders en claims en beoordeling of deze informatie in overeenstemming is met de gemaakte inschattingen van de directie.
  • Inspectie van belangrijke clausules voor een selectie van contracten en identificatie van relevante contractclausules die een invloed hebben op de (ont)bundeling van contracten, boetes voor vertragingen, bonussen of succesvergoedingen, en beoordeling of deze clausules naar behoren zijn weerspiegeld in de bedragen die zijn opgenomen in de Geconsolideerde Jaarrekening.
  • Verwijzing naar de toelichtingen

De boekhoudkundige erkenning van omzet en verwerking van projecten wordt uiteengezet in Toelichting 1 van de Geconsolideerde Jaarrekening (IFRS waarderingsregels). Daarnaast verwijzen we naar Toelichting 15 van de Geconsolideerde Jaarrekening met betrekking tot onderhanden projecten in opdracht van derden.

  1. Onzekere belastingposities (Marine Engineering & Contracting)

Betrokken onderneming: DEME

• Beschrijving van het kernpunt

DEME is wereldwijd actief in diverse landen en aldus onderworpen aan verschillende belastingstelsels. De belasting van haar activiteiten kan afhankelijk zijn van inschattingen die aanleiding geven tot geschillen met de lokale belastingautoriteiten, waarvan de oplossing meerdere jaren in beslag neemt. Indien het bedrag van de belastingschuld onzeker is, legt de directie op basis van haar beste inschatting een voorziening aan voor het waarschijnlijk verschuldigde bedrag. De directie oefent een belangrijk oordeelsvermogen uit bij de inschatting van het bedrag van voorzieningen voor onzekere belastingposities en wijzigingen in deze schattingen kunnen aanleiding geven tot belangrijke afwijkingen.

  • Samenvatting van de uitgevoerde procedures
  • Inzicht verkrijgen in het proces van de boekhoudkundige verwerking van (uitgestelde) belastingposities.
  • Evaluatie van de opzet en de implementatie van de bijhorende controles.
  • Evaluatie van de geschatte waarschijnlijkheid van het geïdentificeerde belastingrisico alsook de inschatting door de directie van de potentiële uitstroom van middelen, via besprekingen met de directie en via analyse van onderliggende documentatie (wijzigingen in fiscale wetgeving, correspondentie met belastingautoriteiten en fiscale adviseurs, beschikbare rulings)..
  • Beroep doen op onze belastingspecialisten om ons bij te staan bij evaluatie van de assumpties en de toepassing van de relevante belastingwetgeving en de regelgeving die de directie hanteert bij de bepaling van de onzekere belastingposities van de Groep.

• Verwijzing naar de toelichtingen:

We verwijzen naar Toelichting 1 (IFRS waarderingsregels - belastingen) en Toelichting 21 (Belastingen).

  1. Omzeterkenning en waardering van voorraden en onderhanden werken in opdracht van derden (Marine Engineering & Contracting – Real Estate & Senior Care)

Betrokken ondernemingen: CFE en Nextensa

• Beschrijving van het kernpunt

De waardering van de grondposities en de gemaakte bouwkosten voor residentiële ontwikkelingen zijn gebaseerd op de historische kostprijs of lagere netto realisatiewaarde. De beoordeling van de netto realisatiewaarden omvat veronderstellingen met betrekking tot toekomstige marktontwikkelingen, vergunningsbeslissingen van overheidsinstanties, verdisconteringsvoeten en toekomstige veranderingen in kosten en verkoopprijzen. Deze schattingen hebben betrekking op verschillende elementen en zijn gevoelig voor gebruikte scenario's en assumpties en houden als zodanig een significante inschatting in van het management. Het risico bestaat dat mogelijke bijzondere waardeverminderingen van voorraden niet adequaat worden verwerkt in de Geconsolideerde Jaarrekening.

Opbrengsten en resultaten worden erkend voor zover componenten (huisvestingseenheden) verkocht zijn, en à rato van de voortschrijding der werken.. Omzet- en winsterkenning worden aldus verantwoord op basis van schattingen met betrekking tot de verwachte totale kosten per project.

Vaak is er een hoge mate van inschatting vanwege de complexiteit van projecten en onzekerheid over de verwachte kosten. Dit is een kernpunt van de controle omdat er een hoge graad van risico gekoppeld is aan het inschatten van het bedrag van de opbrengsten en de winst die door de groep moet worden erkend in de periode, en wijzigingen in deze schattingen kunnen aanleiding geven tot belangrijke afwijkingen.

  • Samenvatting van de uitgevoerde procedures
  • Inzicht verkrijgen in het proces van contractopvolging, de erkenning van omzet en winst.
  • Evaluatie van de opzet en de implementatie van de belangrijkste interne controles, inclusief de controles uitgevoerd door de directie.
  • Test van een steekproef van ontwikkelingsprojecten en verificatie is getest door de tot op heden gemaakte kosten met betrekking tot grondaankopen en onderhanden werk. Herrekening van het percentage van voortschrijding der werken op balansdatum,. aansluiting van de verkoopwaarde met contracten, controle van de accuraatheid van de formule van winsterkenning.
  • Nazicht van de berekeningen van de netto realisatiewaarden en beoordeling van de redelijkheid en consistentie van de door het management gehanteerde assumpties en modellen.
  • Evaluatie van de financiële prestaties van specifieke projecten ten opzichte van het budget en historische trends, met name om de redelijkheid van de kosten te beoordelen.
  • Verwijzing naar de toelichtingen:

We verwijzen naar Toelichting 1 (IFRS waarderingsregels) en Toelichting 15 (Voorraden en onderhanden werken in opdracht van derden).

  1. Waardering van de leningen en vorderingen aan klanten (Private Banking)

Betrokken onderneming: Bank Van Breda

• Beschrijving van het kernpunt

De netto portefeuille van leningen en vorderingen aan klanten bedroeg € 6.188 miljoen op 31 december 2022. Leningen en vorderingen aan klanten worden gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs verminderd met de bijzondere waardeverminderingen voor kredietverliezen, (€ 28,86 miljoen, inclusief toegezegde (nog) niet in de balans opgenomen leningen).

Het bepalen van bijzondere waardeverminderingen voor kredietverliezen vereist een significante beoordeling vanwege het management, zoals het identificeren van leningen en vorderingen op cliënten die verslechteren, de beoordeling van het objectief bewijs voor bijzondere waardevermindering, de waarde van het onderpand en de inschatting van de realiseerbare waarde.

Het gebruik van verschillende modelleringstechnieken en –assumpties kan tot aanzienlijk verschillende inschattingen van bijzondere waardeverminderingen voor kredietverliezen leiden.

Vanwege de belangrijkheid van leningen en vorderingen aan klanten en de gerelateerde onzekerheid bij de inschatting van de kredietverliezen, wordt de waardering van de leningen en vorderingen op cliënten als een kernpunt voor onze controle beschouwd.

• Samenvatting van de uitgevoerde procedures

De controlewerkzaamheden omvatten onder meer volgende elementen:

  • Evaluatie van de opzet en de effectiviteit van interne controles met betrekking tot de waardering van leningen, vorderingen op cliënten en onderpandgegevens, de bepaling van risico ratings en het proces voor de identificatie en beheer van betalingsachterstanden.
  • Controleprocedures om portefeuilles met een hoog risico te identificeren. Deze procedures omvatten, onder meer, een evaluatie van de stresstesten zoals uitgevoerd door het management.
  • Nakijken van kredietdossiers op steekproefbasis om de invorderbaarheid van de leningen en vorderingen op cliënten te beoordelen. Hierdoor werd de waarschijnlijkheid van de realisatie, de waardering van het onderpand en andere mogelijke bronnen van terugbetaling beoordeeld.
  • Evaluatie van de belangrijkste inputvariabelen en aannames voor de modellen voor bijzondere waardevermindering van leningen en voorschotten aan klanten berekend op collectieve basis en test van de rekenkundige nauwkeurigheid van de modellen.
  • Vergelijking van de belangrijkste veronderstellingen die door het management zijn gehanteerd, met onze kennis van de relevante industrieën en bedrijfsomgevingen.
  • Evaluatie van de toelichtingen bij de Geconsolideerde Jaarrekening op een adequate manier de kredietrisicopositie reflecteerden, inclusief de controles over identificatie en toelichting van leningen met respijt ("forbearance"), de waardering van het onderpand en de sensitiviteitsanalyse van belangrijke veronderstellingen.
  • Verwijzing naar de toelichtingen:

We verwijzen naar Toelichting 1 (IFRS waarderingsregels) en Toelichting 14 (Banken – vorderingen op kredietinstellingen & cliënten).

  1. Waardering van de vastgoedbeleggingen (Real Estate & Senior Care)

Betrokken ondernemingen: Nextensa

• Beschrijving van het kernpunt

Per 31 December 2022 presenteert de groep voor een totaal bedrag aan vastgoedbeleggingen van € 1.279 miljoen.

Overeenkomstig de waarderingsregels en de IAS 40 norm "Vastgoedbeleggingen" worden deze vastgoedbeleggingen gewaardeerd tegen de reële waarde en worden de waarde-wijzigingen worden opgenomen in de resultatenrekening. De reële waarde van deze vastgoedbeleggingen wordt geclassificeerd onder niveau 3 van de reële waarde hiërarchie zoals gedefinieerd onder de IFRS 13 norm "De waardering tegen reële waarde". Bepaalde hypotheses die gebruikt worden voor de waardering zijn gebaseerd op data die slechts beperkt waarneembaar zijn (verdisconteringsvoet, toekomstige bezettingsgraad,..) en vereisen daarom een inschatting vanwege het management. Het auditrisico ligt in de waardering van vastgoedbeleggingen en is daarom een kernpunt van de controle.

• Samenvatting van de uitgevoerde procedures

De Groep maakt gebruik van externe deskundigen om de reële waarde van zijn gebouwen te schatten. Met de hulp van onze eigen interne waarderingsdeskundigen werden de waarderingsverslagen van deze externe deskundigen geëvalueerd. Specifiek betreft dit de volgende controlewerkzaamheden:

  • Analyse van de objectiviteit, onafhankelijkheid en competentie van de externe deskundigen;
  • Nagaan van de integriteit van de belangrijkste gegevens (contractuele huurprijs, duur van de huurovereenkomsten, ...) die gebruikt worden in hun berekeningen en afstemming met de onderliggende contracten;
  • en evaluatie van de modellen en hypotheses die in hun verslagen zijn gebruikt (verdisconteringsvoet, toekomstige bezettingsgraden,…).

Verwijzing naar de toelichtingen:

Tenslotte werden de geschiktheid van de informatie over de reële waarde van de vastgoedbeleggingen in Toelichting 1 (IFRS waarderingsregels) en Toelichting 10 (Vastgoedbeleggingen gewaardeerd aan reële waarde) van de Geconsolideerde Jaarrekening beoordeeld.

    1. Waardering van de derivaten (diverse segmenten)
  • Beschrijving van het kernpunt

Verschillende bedrijven binnen de groep hebben renteswaps (IRS) om het renterisico af te dekken op de schulden tegen een variabele rentevoet. De waardering van deze derivaten tegen reële waarde is een belangrijke bron van volatiliteit in het resultaat en/of het eigen vermogen. In overeenstemming met de IFRS 9 norm "Financiële instrumenten – opname en waardering" worden deze derivaten immers gewaardeerd tegen reële waarde (hetgeen overeenkomt met niveau 2 van de reële waarde hiërarchie zoals gedefinieerd onder de IFRS 13 norm "De waardering tegen reële waarde"). Wijzigingen in de reële waarde van derivaten worden opgenomen in de resultatenrekening, behalve voor het deel van de IRS, waarvoor de Groep "hedge accounting" ("cash-flow hedging") toepast, dewelke toestaat dat het merendeel van de reële waarde-wijzigingen kan worden opgenomen onder de rubriek van het eigen vermogen ("Hedge reserves"). Het auditrisico ligt enerzijds in de complexiteit bij de bepaling van de reële waarde van deze derivaten en anderzijds bij de correcte toepassing van de "hedge accounting" voor de IRS contracten die geclassificeerd worden door de Groep als "cash-flow hedges" en zijn daarom een kernpunt van de controle.

  • Samenvatting van de uitgevoerde procedures
  • Vergelijking van de reële waarde van de derivaten met de waarderingen die door de bancaire tegenpartijen werden meegedeeld, evenals de aanpassingen aan de kredietrisicofactoren.
  • Beoordeling van de hypotheses en berekeningen.
  • Beoordeling van effectiviteitstesten van de externe expert, die door de Groep werd ingezet voor de correcte toepassing van de "hedge accounting".
  • Vergelijking van het volume van de derivaten waarvoor "hedge accounting" toegepast wordt met het volume van de schulden tegen een variabele rentevoet geprojecteerd over de komende jaren, dit teneinde eventuele afdekkingsoverschrijdingen te identificeren, die de toepassing van "hedge accounting" in gevaar kunnen brengen.
  • Beoordeling van de geschiktheid van de informatie over afgeleide instrumenten in Toelichting 12 (Financieel risicobeheer en afgeleide financiële instrumenten) bij de jaarrekening.
    1. Goodwill
  • Beschrijving van het kernpunt

Per 31 December 2022 presenteert de Groep een totaal bedrag aan goodwill van € 320 miljoen.

De jaarlijkse beoordeling door management van potentiële minderwaarden op geboekte goodwill, gebeurt op basis van verschillende parameters zoals (i) beurskoersen (ii) eigen vermogenswaarden (iii) discounted cash flow analyse ("DCF analyse") van de onderliggende deelnemingen gebaseerd op budgetten die in de raden van bestuur van de betrokken dochters zijn goedgekeurd en (iv) verkoopwaarden op basis van lopende onderhandelingen. Dit vereist inschattingen en beoordelingen door het management van de gebruikte assumpties, onder andere de realisatiewaarde van de onderliggende deelnemingen. De bepaling van toekomstige cash flows van de betreffende kasstroom genererende entiteiten ('CGU's') alsook van de gehanteerde verdisconteringsvoet is complex en subjectief. Wijzigingen in deze assumpties zouden tot materiële wijzigingen kunnen leiden in de ingeschatte marktwaarde, wat een potentieel effect heeft op potentiële minderwaarden die moeten doorgevoerd worden op niveau van de goodwill.

• Samenvatting van de uitgevoerde procedures

  • Nazicht van de identificatie door het management van de "impairment" indicatoren.
  • Beoordeling van de door het management gehanteerde methode om te komen tot de marktwaarde van elke investering en gerelateerde goodwill om te verzekeren dat deze conform de geldende IFRS richtlijnen gebeurt.
  • Beoordeling van de redelijkheid van de assumpties gebruikt in management 's inschatting van de realisatiewaarden (desgevallend met hulp van interne specialisten).
  • Beoordeling van de redelijkheid van de toekomstige kasstromen opgenomen in de waarderingstest op goodwill aan de hand van de historische resultaten en het beschikbaar business plan, en evaluatie van de historische nauwkeurigheid van de inschattingen van het management.
  • Nagaan of de toekomstige cash flows gebaseerd zijn op business plannen die werden goedgekeurd door de raden van bestuur.
  • Testen van de mathematische accuraatheid van de waarderingsmodellen.
  • Beoordeling van de sensitiviteitsanalyse voorbereid door het management
  • Analyse van de adequaatheid en volledigheid van de toelichtingen opgenomen in toelichting 1 (IFRS waarderingsregels – consolidatieprincipes) en Toelichting 8 (Goodwill) van de Geconsolideerde Jaarrekening.
    1. Risico's bij de ondernemingen opgenomen volgens de vermogens-mutatie-methode
  • Beschrijving van het kernpunt

De groep neemt een groot aantal ondernemingen op in haar Geconsolideerde Jaarrekening volgens de vermogensmutatiemethode, per 31 December 2022 bedraagt de totale waarde € 1.845 miljoen in de balans en dragen deze ondernemingen bij in de winst van het boekjaar voor € 244 miljoen. De informatie inzake ondernemingen opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode is opgenomen in Toelichting 11 van de Geconsolideerde Jaarrekening.

Het risico bestaat dat in deze ondernemingen eveneens audit aandachtspunten bestaan die significant zijn voor ons de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening van de groep.

Zo heeft Delen Private Bank als gevolg van overnames cliënteel verworven, opgenomen onder haar immateriële vaste activa. Het merendeel van het aangekocht cliënteel wordt bij Delen Private Bank aanzien als immateriële activa met onbepaalde gebruiksduur. De statistische gegevens uit het verleden tonen aan dat slechts een beperkt deel van het aangekochte cliënteel een beperkte levensduur heeft. Bij elke verwerving van cliënteel wordt, op basis van de statistieken, bepaald hoeveel van het aangekochte cliënteel dient aanzien te worden als immaterieel vast actief met bepaalde gebruiksduur, dat pro rata over deze gebruiksduur wordt afgeschreven. Het overige deel wordt niet afgeschreven. Het management voert jaarlijks een impairment analyse uit op basis van een eigen ontwikkeld model zowel voor het cliënteel met bepaalde als onbepaalde gebruiksduur, waarbij het aangekochte cliënteel is onderverdeeld per kantoor van de groep.

De waardering van dit aangekochte cliënteel is complex en vereist inschattingen van het management. De waardering van het cliënteel is gebaseerd op de tegoeden toevertrouwd door het cliënteel (Assets under Management, hierna "AuM's") waarop een factor wordt toegepast.

Een wijziging in deze parameters of het gebruik van foutieve data zouden een materiële impact kunnen hebben op de waardering van het aangekocht cliënteel. Om deze redenen is de waardering van het geactiveerd, verworven cliënteel een kernpunt van onze controle.

• Samenvatting van de uitgevoerde procedures

Met betrekking tot de waardering van het geactiveerd, verworven cliënteel bij Delen Private Bank werden onder andere de volgende audit-procedures uitgevoerd:

  • beoordeling van de opdeling van het bestaande cliënteel binnen de groep per kantoor en bespreking van de eventuele wijzigingen ten opzichte van voorgaande periodes.
  • Beoordeling van de gehanteerde parameters (zoals AuM's en factoren), de methodologie en het gehanteerd model in overeenstemming met IAS 36.
  • Analyse van de opsplitsing van het aangekochte cliënteel per kantoor.
  • Afstemming van de gebruikte factoren in het model met marktdata en aansluiting van de AuM's met de boekhoudkundige inventarissen en de gehanteerde marktwaarde ervan aansluiten met marktgegevens.
  • Sensitiviteitsanalyse op de belangrijkste assumptie, dewelke voornamelijk de cost income ratio is.
  • Herberekening van de geboekte afschrijvingen op het cliënteel met een bepaalde gebruiksduur.
  • Beoordeling van de adequaatheid en volledigheid van Toelichting 11 (Ondernemingen waarop de vermogensmutatie is toegepast) van de Geconsolideerde Jaarrekening.

Met betrekking tot de aandachtspunten in de balansen van de deelnemingen opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode werden onder andere volgende audit procedures uitgevoerd:

  • Communicatie van duidelijke audit instructies aan de component auditors met opgave van de mogelijke audit aandachtspunten, specifieke audit risico's, uit te voeren controlewerkzaamheden volgens te hanteren materialiteitsgrenzen;
  • Gedetailleerd nazicht van de aangeleverde rapporteringsdocumenten door de lokale auditors;
  • Kritische beoordeling van de gehanteerde audit aanpak in overeenstemming met de geldende internationale audit standaarden;
  • Bespreking audit aandachtspunten met de lokale auditor en beoordeling de aangeleverde bijkomende toelichtingen
  • Beoordeling van de adequaatheid en volledigheid van Toelichting 11 (Ondernemingen waarop de vermogensmutatie is toegepast) van de Geconsolideerde Jaarrekening.

Verantwoordelijkheden van het bestuursorgaan voor het opstellen van de Geconsolideerde Jaarrekening

Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen van de Geconsolideerde Jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met IFRS en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften, alsook voor een systeem van interne beheersing die het bestuursorgaan noodzakelijk acht voor het opstellen van de Geconsolideerde Jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten.

In het kader van de opstelling van de Geconsolideerde Jaarrekening, is het bestuursorgaan verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de Vennootschap om haar continuïteit te handhaven, het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling tenzij het bestuursorgaan het voornemen heeft om de Vennootschap te vereffenen of om de bedrijfsactiviteiten stop te zetten of geen realistisch alternatief heeft dan dit te doen.

Onze verantwoordelijkheden voor de controle over de Geconsolideerde Jaarrekening

Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de Geconsolideerde Jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten en het uitbrengen van een commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISAs is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van de Geconsolideerde Jaarrekening, beïnvloeden.

Bij de uitvoering van onze controle leven wij het wettelijk, reglementair en normatief kader dat van toepassing is op de controle van de jaarrekening in België na. De wettelijke controle biedt geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de Groep, noch omtrent de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee het bestuursorgaan de bedrijfsvoering van de Groep ter hand heeft genomen of zal nemen. Onze verantwoordelijkheden inzake de door het bestuursorgaan gehanteerde continuïteitsveronderstelling staan hieronder beschreven.

Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISAs, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. We voeren tevens de volgende werkzaamheden uit:

  • het identificeren en inschatten van de risico's dat de Geconsolideerde Jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of fouten, het bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden die op deze risico's inspelen en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Het risico van het niet detecteren van een van materieel belang zijnde afwijking is groter indien die afwijking het gevolg is van fraude dan indien zij het gevolg is van fouten, omdat bij fraude sprake kan zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten om transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het doorbreken van het systeem van interne beheersing;
  • het verkrijgen van inzicht in het systeem van interne beheersing dat relevant is voor de controle, met als doel controlewerkzaamheden op te zetten die in de gegeven omstandigheden geschikt zijn maar die niet zijn gericht op het geven van een oordeel over de effectiviteit van het systeem van interne beheersing van de Vennootschap en van de Groep;
  • het evalueren van de geschiktheid van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van de door het bestuursorgaan gemaakte schattingen en van de daarop betrekking hebbende toelichtingen;
  • het concluderen van de aanvaardbaarheid van de door het bestuursorgaan gehanteerde continuïteitsveronderstelling, en op basis van de verkregen controle-informatie, concluderen of er een onzekerheid van materieel belang bestaat met betrekking tot gebeurtenissen of omstandigheden die significante twijfel kunnen doen ontstaan over de mogelijkheid van de Vennootschap en de Groep om de continuïteit te handhaven. Als we besluiten dat er sprake is van een onzekerheid van materieel belang, zijn wij ertoe gehouden om de aandacht in ons commissarisverslag te vestigen op de daarop betrekking hebbende toelichtingen in de Geconsolideerde Jaarrekening, of, indien deze toelichtingen inadequaat zijn, om ons oordeel aan te passen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot op de datum van ons commissarisverslag. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat de continuïteit van de Vennootschap of van de Groep niet langer gehandhaafd kan worden;
  • het evalueren van de algehele presentatie, structuur en inhoud van de Geconsolideerde Jaarrekening, en of deze Geconsolideerde Jaarrekening, de onderliggende transacties en gebeurtenissen weergeeft op een wijze die leidt tot een getrouw beeld.

Wij communiceren met het bestuursorgaan, onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die we identificeren gedurende onze controle.

Omdat we de eindverantwoordelijkheid voor ons oordeel dragen, zijn we ook verantwoordelijk voor het organiseren, het toezicht en het uitvoeren van de controle van de dochterondernemingen van de Groep. In die zin hebben wij de aard en omvang van de controleprocedures voor deze entiteiten van de Groep bepaald.

We verstrekken aan het auditcomité binnen het bestuursorgaan een verklaring dat we de relevante deontologische vereisten inzake onafhankelijkheid naleven en we melden hierin alle relaties en andere aangelegenheden die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid zouden kunnen beïnvloeden, alsook, voor zover van toepassing, de bijbehorende maatregelen die we getroffen hebben om onze onafhankelijkheid te waarborgen.

Aan de hand van de aangelegenheden die met het auditcomité binnen het bestuursorgaan besproken worden, bepalen we de aangelegenheden die het meest significant waren bij de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening over de huidige periode en die daarom de kernpunten van onze controle uitmaken. We beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze aangelegenheden is verboden door wet- of regelgeving.

Verslag betreffende de overige door wet- en regelgeving gestelde eisen

Verantwoordelijkheden van het bestuursorgaan

Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening, de verklaring van niet-financiële informatie gehecht aan dit jaarverslag en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport.

Verantwoordelijkheden van de commissaris

In het kader van ons mandaat en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm (Herzien) bij de in België van toepassing zijnde ISAs, is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening, de verklaring van niet-financiële informatie gehecht aan dit jaarverslag en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport te verifiëren, alsook verslag over deze aangelegenheden uit te brengen.

Aspecten betreffende het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening en andere informatie opgenomen in het jaarrapport

Naar ons oordeel, na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening, stemt dit jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening overeen met de Geconsolideerde Jaarrekening voor hetzelfde boekjaar, enerzijds, en is dit jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening opgesteld overeenkomstig artikel 3:32 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen (voorheen artikel 119 van het Wetboek van vennootschappen), anderzijds.

In de context van onze controle van de Geconsolideerde Jaarrekening zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, op basis van de kennis verkregen in de controle, of het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport, zijnde:

  • 2022 in een oogopslag pagina 8;
  • Activiteitenverslag pagina 80;
  • Kerncijfers 2022 (bijlage);

een afwijking van materieel belang bevatten, hetzij informatie die onjuist vermeld is of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, hebben wij geen afwijking van materieel belang te melden.

De niet-financiële informatie zoals vereist op grond van artikel 3:32, § 2 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, werd opgenomen in het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening. De Groep heeft zich bij het opstellen van deze niet-financiële informatie gebaseerd op het Global Reporting Initiative ("GRI") referentiemodel. Wij spreken ons evenwel niet uit over de vraag of deze niet-financiële informatie in alle van materieel belang zijnde opzichten is opgesteld in overeenstemming met het GRI referentiemodel.

Vermeldingen betreffende de onafhankelijkheid

Ons bedrijfsrevisorenkantoor en ons netwerk hebben geen opdrachten verricht die onverenigbaar zijn met de wettelijke controle van de Geconsolideerde Jaarrekening en zijn in de loop van ons mandaat onafhankelijk gebleven tegenover de Vennootschap.

De honoraria voor de bijkomende opdrachten die verenigbaar zijn met de wettelijke controle van de Geconsolideerde Jaarrekening bedoeld in artikel 3:65 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen werden correct vermeld en uitgesplitst in de toelichting bij de Geconsolideerde Jaarrekening.

Europees uniform elektronisch formaat ("ESEF")

Wij hebben, overeenkomstig de norm inzake de controle van de overeenstemming van de financiële overzichten met het Europees uniform elektronisch formaat (hierna "ESEF"), de controle uitgevoerd van de overeenstemming van het ESEFformaat met de technische reguleringsnormen vastgelegd door de Europese Gedelegeerde Verordening nr. 2019/815 van 17 december 2018 (hierna: "Gedelegeerde Verordening").

Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen, in overeenstemming met de ESEF-vereisten, van de geconsolideerde financiële overzichten in de vorm van een elektronisch bestand in ESEF-formaat (hierna "de digitale geconsolideerde financiële overzichten") opgenomen in het jaarlijks financieel verslag beschikbaar op het portaal van de FSMA (https://www.fsma.be/nl/data-portal).

Het is onze verantwoordelijkheid voldoende en geschikte onderbouwende informatie te verkrijgen om te concluderen dat het formaat en de markeertaal van de digitale geconsolideerde financiële overzichten in alle van materieel belang zijnde opzichten voldoen aan de ESEF-vereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening.

Op basis van de door ons uitgevoerde werkzaamheden zijn wij van oordeel dat het formaat en de markering van informatie in de digitale geconsolideerde financiële overzichten opgenomen in het jaarlijks financieel verslag beschikbaar op het portaal van de FSMA (https://www.fsma.be/nl/data-portal) van Ackermans & van Haaren per 31 december 2022 in alle van materieel belang zijnde opzichten in overeenstemming zijn met de ESEF-vereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening

Andere vermeldingen

Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het auditcomité bedoeld in artikel 11 van de verordening (EU) nr. 537/2014.

Diegem, 30 maart 2023

EY Bedrijfsrevisoren BV

Commissaris, Vertegenwoordigd door

Christel Weymeersch - Partner *

* Handelend in naam van een BV

23CW0100

Enkelvoudige jaarrekening

Overeenkomstig artikel 3:17 WVV wordt hierna een verkorte versie weergegeven van de enkelvoudige jaarrekening van Ackermans & van Haaren. De volledige jaarrekening wordt overeenkomstig de artikelen 3:10 en 3:12 WVV samen met het jaarverslag van de raad van bestuur en het verslag van de commissaris neergelegd bij de Nationale Bank van België.

De commissaris heeft met betrekking tot de enkelvoudige jaarrekening een goedkeurende verklaring zonder voorbehoud gegeven.

De volledige jaarrekening, het jaarverslag van de raad van bestuur en het verslag van de commissaris liggen ter inzage op de zetel van de vennootschap en zijn op eenvoudig verzoek verkrijgbaar. De enkelvoudige jaarrekening is opgesteld conform de Belgische boekhoudwetgeving.

Adres: Begijnenvest 113, 2000 Antwerpen Tel. +32 3 231 87 70 - E-mail [email protected]

Balans - activa

(€ 1.000) Nota's 2022 2021 2020
Vaste activa 2.091.261 2.076.142 1.916.677
I. Oprichtingskosten
II. Immateriële vaste activa 64 28 0
III. Materiële vaste activa (1) 8.861 8.994 9.331
A.Terreinen en gebouwen 7.227 7.559 6.024
C. Meubilair en rollend materieel 1.634 1.435 1.450
D. Leasing en soortgelijke rechten 0 1 2
E. Overige materiële vaste activa 0 0 1.856
F. Activa in aanbouw en vooruitbetalingen
IV. Financiële vaste activa 2.082.336 2.067.120 1.907.346
A. Verbonden ondernemingen (2) 1.769.748 1.781.619 1.638.098
1. Deelnemingen 1.734.908 1.762.644 1.618.215
2. Vorderingen 34.840 18.976 19.883
B. Ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat (3) 271.112 259.568 252.080
1. Deelnemingen 271.112 259.568 252.080
2. Vorderingen 0 0 0
C. Andere financiële vaste activa 41.476 25.933 17.168
1. Aandelen 41.474 25.925 17.160
2. Vorderingen en borgtochten in contanten 2 8 8
Vlottende activa 476.316 138.067 122.669
V. Vorderingen op meer dan één jaar 0 0 10.000
A. Handelsvorderingen
B. Overige vorderingen 0 0 10.000
VI. Voorraden en bestellingen in uitvoering
A. Voorraden
1. Grond-en hulpstoffen
2. Goederen in bewerking
3. Gereed product
4. Handelsgoederen
5. Onroerende goederen
6. Vooruitbetalingen
B. Bestellingen in uitvoering
VII. Vorderingen op ten hoogste één jaar 14.535 63.986 54.585
A. Handelsvorderingen 1.235 1.224 1.199
B. Overige vorderingen (4) 13.300 62.762 53.386
VIII. Geldbeleggingen (5) 420.823 54.975 51.592
A. Eigen aandelen 47.731 40.385 38.504
B. Overige beleggingen 373.092 14.590 13.088
IX. Liquide middelen 38.259 17.882 5.216
X. Overlopende rekeningen 2.699 1.224 1.276
Totaal der activa 2.567.577 2.214.209 2.039.346

Balans - passiva

(€ 1.000) Nota's 2022 2021 2020
Eigen vermogen (6) 2.328.644 2.062.930 1.920.565
I. Kapitaal 2.295 2.295 2.295
A. Geplaatst kapitaal 2.295 2.295 2.295
B. Niet opgevraagd kapitaal (-)
II. Uitgiftepremies 111.612 111.612 111.612
III. Herwaarderingsmeerwaarden
IV. Reserves 136.656 123.576 115.258
A. Wettelijke reserve 248 248 248
B. Onbeschikbare reserves 47.766 40.420 38.539
1. Eigen aandelen 47.731 40.385 38.504
2. Andere 35 35 35
C. Belastingvrije reserves
D. Beschikbare reserves 88.642 82.908 76.471
V. Overgedragen winst 2.078.081 1.825.447 1.691.399
Overgedragen verlies (-)
VI. Kapitaalsubsidies
Voorzieningen en uitgestelde belastingen 10.742 0 0
VII. A. Voorzieningen voor risico's en kosten 10.742 0 0
1. Pensioenen en soortgelijke verplichtingen 0 0 0
2. Belastingen
3. Grote herstellings- en onderhoudswerken
4. Overige risico's en kosten (7) 10.742
B. Uitgestelde belastingen
Schulden 228.191 151.279 118.781
VIII. Schulden op meer dan één jaar 0 0 1
A. Financiële schulden 0 0 1
B. Handelsschulden
C. Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen
D. Overige schulden
IX. Schulden op ten hoogste één jaar 227.571 150.979 118.616
A. Schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen 0 1 1
B. Financiële schulden (8) 113.857 53.506 36.758
1. Kredietinstellingen
2. Overige leningen 113.857 53.506 36.758
C. Handelsschulden 1.162 727 225
1. Leveranciers 1.162 727 225
E. Schulden m.b.t. belastingen, bezoldigingen en sociale lasten 6.586 3.868 2.357
1. Belastingen 53 73 127
2. Bezoldigingen en sociale lasten 6.533 3.795 2.230
F. Overige schulden (9) 105.966 92.878 79.275
X. Overlopende rekeningen 620 300 164
Totaal der passiva 2.567.577 2.214.209 2.039.346

Resultatenrekening

(€ 1.000) Nota's 2022 2021 2020
Kosten
A. Kosten van schulden 218 36 176
B. Andere financiële kosten 1.023 1.067 1.041
C. Diensten en diverse goederen 14.748 10.350 8.826
D. Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen 3.017 2.585 2.279
E. Diverse lopende kosten 282 259 213
F. Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten, immateriële vaste activa en materiële
vaste activa
692 682 651
G. Waardeverminderingen (10) 1.355 11.011 4.540
1. Op financiële vaste activa 0 0 1.571
2. Op vlottende activa 1.355 11.011 2.969
H. Voorzieningen voor risico's en kosten (7) 10.742 0 0
I. Minderwaarde bij realisatie (11) 2.316 46.479 7.183
1. Van materiële en immateriële vaste activa 8 0 0
2. Van financiële vaste activa 0 18.469 4.097
3. Van vlottende activa 2.307 28.010 3.086
J. Uitzonderlijke kosten 0 0 0
K. Belastingen 96 84 147
L. Winst van het boekjaar 370.748 234.382 10.321
M. Overboeking naar belastingvrije reserves
N. Te bestemmen winst van het boekjaar 370.748 234.382 10.321
Resultaatverwerking
A. Te bestemmen winstsaldo 2.196.195 1.925.781 1.852.459
1. Te bestemmen resultaat van het boekjaar 370.748 234.382 10.321
2. Overgedragen winst van het vorige boekjaar 1.825.447 1.691.399 1.842.138
Totaal 2.196.195 1.925.781 1.852.459

Resultatenrekening

(€ 1.000) Nota's 2022 2021 2020
Opbrengsten
A. Opbrengsten uit financiële vaste activa 127.759 116.124 23.572
1. Dividenden (12) 126.035 114.687 22.116
2. Interesten 1.230 599 544
3. Tantièmes 493 838 912
B. Opbrengsten uit vlottende activa 2.461 2.191 1.878
C. Andere financiële opbrengsten 119 0 0
D. Opbrengsten uit geleverde diensten 1.938 2.030 1.995
E. Andere lopende opbrengsten 198 359 377
F. Terugnemingen van afschrijvingen en waardeverminderingen op materiële en immateriële vaste
activa
G. Terugnemingen van waardeverminderingen (10) 701 46.764 7.009
1. Op financiële vaste activa 0 20.004 7.003
2. Op vlottende activa 701 26.760 6
H. Terugnemingen van voorzieningen voor risico's en kosten 0 0 0
I. Meerwaarde bij realisatie (13) 271.777 139.467 196
1. Van materiële en immateriële vaste activa 27 14 5
2. Van financiële vaste activa 271.350 139.022 18
3. Van vlottende activa 399 431 172
J. Uitzonderlijke opbrengsten 275 0 348
K. Regularisering van belastingen en terugneming van voorzieningen voor belastingen 11
L. Verlies van het boekjaar 0 0 0
M. Onttrekking aan de belastingvrije reserves
N. Te bestemmen verlies van het boekjaar 0 0 0
Resultaatverwerking
C. Toevoeging aan het eigen vermogen 13.080 8.317 5.504
3. Aan de overige reserves 13.080 8.317 5.504
D. Over te dragen resultaat 2.078.081 1.825.447 1.691.399
1. Over te dragen winst 2.078.081 1.825.447 1.691.399
F. Uit te keren winst 105.035 92.017 155.556
1. Dividenden 103.840 91.085 154.703
3. Tantièmes 836 630 605
3. Winstpremie voor werknemers 358 302 248
Totaal 2.196.195 1.925.781 1.852.459

Balans

Activa

    1. Materiële vaste activa bestaan voornamelijk uit de gebouwen en inrichting van het vastgoed gelegen in Antwerpen aan de Begijnenvest 113 en aan de Schermersstraat 44, waar de maatschappelijke zetel van AvH gevestigd is.
    1. Financiële vaste activa Verbonden ondernemingen: de daling van 27,7 miljoen euro ten opzichte van 2021 is voornamelijk toe te wijzen aan de verkoop van Anima. Eind 2022 heeft Van Laere, een dochteronderneming van CFE, 65% van haar belang in Hofkouter (de vennootschap met als enige eigendom de oude hoofdzetel en ateliers van Van Laere in Zwijndrecht) aan AvH verkocht.
    1. Financiële vaste activa Ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat: in 2022 werd 10,7 miljoen euro geïnvesteerd in de verhoging van de participatie in SIPEF tot 36,81%.
    1. De overige vorderingen op ten hoogste één jaar bestaan voornamelijk uit terug te vorderen belastingen en korte termijn financieringen aan groepsvennootschappen.
    1. De bewegingen op de post geldbeleggingen worden verklaard door de opbrengst van de verkoop van Anima, de beweging van de positie in eigen aandelen en de waardecorrecties op de beleggingsportefeuille van AvH.

Passiva

    1. Het eigen vermogen van AvH is met 265,8 miljoen euro gestegen in vergelijking tot de toestand per einde 2021 (beide cijfers inclusief de aan de algemene vergadering van aandeelhouders voorgestelde winstverdeling). Deze stijging vloeit voornamelijk voort uit de winst van het boekjaar van 370,7 miljoen euro verminderd met een voorgesteld dividend van 3,10 euro bruto per aandeel voor een totaal (maximaal) bedrag van 103,8 miljoen euro. In deze enkelvoudige rekeningen is al rekening gehouden met dit maximale bedrag als te betalen dividend (cfr. overige schulden). Het finale dividendbedrag zal worden bepaald op basis van het aantal dividendgerechtigde aandelen, d.w.z. zonder de eigen aandelen die niet dividendgerechtigd zijn.
    1. De stijging van de voorzieningen kadert in de waarborgen en verklaringen die AvH verstrekt in het kader van verkopen van deelnemingen en/of activiteiten. In 2022 heeft AvH provisies aangelegd ten belope van 10,7 miljoen euro voor twee dossiers. Hoewel AvH van oordeel is dat het in beide gevallen over een stevig dossier beschikt, werd het maximale bedrag voorzien waarop aanspraak zou kunnen worden gemaakt.
    1. AvH heeft op 31 december 2022 geen externe korte termijn financiële schulden. Het saldo komt overeen met deposito's ontvangen van subholdings.
    1. Het bedrag aan overige schulden per 31 december 2022 is inclusief de aan de algemene vergadering van aandeelhouders voorgestelde winstverdeling van 104 miljoen euro.

Resultatenrekening

Kosten

    1. De waardeverminderingen hebben voornamelijk betrekking op het in overeenstemming brengen van de beleggingsportefeuille met de beurskoers per 31 december 2022.
    1. Er werden minderwaarden gerealiseerd op de verkoop van eigen aandelen gerealiseerd in het kader van het aandelenoptieplan en in het kader van het liquiditeitsprogramma.

Opbrengsten

    1. AvH heeft 126,0 miljoen euro dividenden ontvangen van haar rechtstreekse deelnemingen.
  • 13 Op de verkoop van Anima werd een meerwaarde gerealiseerd van 271,0 miljoen euro. In 2021 waren er geen noemenswaardige realisaties van meerwaarden.

Duurzaamheidsverslag: bijlage

1. GRI-referentietabel

AvH heeft de informatie in deze GRI-referentietabel voor de periode 1 januari 2022 tot en met 31 december 2022 gerapporteerd met verwijzing naar de GRIstandaarden (cfr. GRI 1: Basis ('Foundation') editie 2021).

GRI-standaard Indicator Locatie
GRI 2: Algemene
rapportering (editie 2021)
2-1 Organisatorische details Wettelijke naam: Ackermans & van Haaren (zie 'Cover')
Aard van eigendom: beursgenoteerd Euronext Brussels (BEL20) en familiaal
verankerd (zie 'Missie')
Rechtsvorm: Naamloze Vennootschap (zie 'Cover' achteraan)
Locatie hoofdkantoor: Antwerpen (zie 'Cover' achteraan)
Landen van operatie: zie '2022 in een oogopslag - Economische voetafdruk
van de AvH-groep', operaties in Europa, India en Zuidoost-Azië
2-2 Entiteiten die zijn opgenomen in de
duurzaamheidsverslaggeving van de organisatie
Perimeter verslaggeving: zie 'Duurzaamheidsverslag: 7.3. ESG-rapportering
en referentiemodellen; sectie Rapporteringsperimeter'
2-3 Verslagperiode, frequentie en contactpersoon Verslagperiode: gelijkaardig aan financiële verslaggeving (= 2022, zie
'cover')
Frequentie: jaarlijks
Contactpersoon: zie 'contact' op laatste pagina
2-4 Aanpassing ('restatement') van informatie Geen 'restatements' voor een vorige verslaggevingsperiode
2-5 Externe auditering Nee
2-6 Activiteiten, waardeketen en andere zakelijke relaties Sector: gediversifieerde (multisectoriële) groep (zie 'Missie')
Beschrijving waardeketen:
- zie 'Duurzaamheidsverslag: 1. Your partner for sustainable growth
- zie 'Activiteitenverslag' met bespreking per segment en bedrijf
- zie 'Toelichting 2 bij Geconsolideerde Jaarrekening: Dochterondernemingen
en gemeenschappelijke dochterondernemingen'
- zie 'Toelichting 3 bij Geconsolideerde Jaarrekening: Geassocieerde
deelnemingen'
Andere zakelijke relaties: zie 'Toelichting 12 bij Geconsolideerde
Jaarrekening: Financiële vaste activa'
Significante veranderingen t.o.v. vorige rapporteringsperiode: zie 'Toelichting
4 bij de Geconsolideerde Jaarrekening: Bedrijfsacquisities & -verkopen'
2-7 Werknemers Zie 'Duurzaamheidsverslag: 5. AvH als duurzame onderneming (totale
headcount op einde van de verslaggevingsperiode, per regio & m/v)
2-8 Werknemers die geen werknemer zijn - Leden van het executief comité hebben een statuut als zelfstandige
- Eén IT-consultant (Filip Portael) werkt op zelfstandige basis
2-9 Deugdelijk bestuur en samenstelling Zie 'Verklaring inzake deugdelijk bestuur: sectie 1. Algemeen en sectie 2.
Raad van Bestuur'. Er is geen aanwezigheid van ondervertegenwoordigde
sociale groepen in de raad van bestuur.
2-10 Benoeming en selectie van het hoogste
bestuursorgaan
Zie 'Corporate governance charter: 2.3.2. (Her)benoemingsprocedure':
www.avh.be/sites/avh/files/2023-02/avh-corporate-governance
charter-2022-nl.pdf
Zie 'Verklaring inzake deugdelijk bestuur: 5. Benoemingscomité'
Zie 'Verklaring inzake deugdelijk bestuur: 2. Raad van Bestuur - 7.
Diversiteitsbeleid'
2-11 Voorzitter van het hoogste bestuursorgaan Zie 'Verklaring inzake deugdelijk bestuur: 2. Raad van Bestuur - 2.1.
Samenstelling'
2-12 Rol van het hoogste bestuursorgaan belast met het
beheer van risico's en opportuniteiten (impacten)
Zie 'Verklaring inzake deugdelijk bestuur: 2. Raad van Bestuur - 2.4.
Activiteitenverslag'
2-13 Delegatie van de verantwoordelijkheid voor het
beheer van risico's en opportuniteiten (impacten)
Niet van toepassing
2-14 Rol van het hoogste bestuursorgaan bij
duurzaamheidsverslaggeving
Zie 'Duurzaamheidsverslag: 7.2. Interne aansturing'
2-15 Belangenconflicten Zie 'Verklaring inzake deugdelijk bestuur: 2. Raad van Bestuur - 2.5.
Gedragsregels inzake belangenconflicten'
2-16 Mededeling van kritische bezorgdheden
('klokkenluider')
Zie 'Verklaring inzake deugdelijk bestuur: 2. Raad van Bestuur - 8.3.1
Controleomgeving'
2-17 Verbeter de collectieve kennis van het hoogste
bestuursorgaan inzake ESG
Zie 'Duurzaamheidsverslag: 7.2. Interne aansturing'
2-18 Evaluatie van de prestaties van het hoogste
bestuursorgaan
Zie
'Corporate
governance
charter:
2.10.
Evaluatie':
www.avh.be/sites/avh/files/2023-02/avh-corporate-governance
charter-2022-nl.pdf
2-19 Verloningsbeleid Zie 'Verklaring inzake deugdelijk bestuur: 2. Raad van Bestuur'
Zie 'Remuneratieverslag': 7.4 Loonspanning en 7.5 Gender loonkloof
2-20 Proces bepalen verloning Zie 'Corporate governance charter: 2.9 Remuneratiebeleid, 3.3.
Remuneratiecomité en 4.6.Remuneratiebeleid executief comité':
www.avh.be/sites/avh/files/2023-02/avh-corporate-governance
charter-2022-nl.pdf
Zie 'Remuneratieverslag'
Zie notulen 'Algemene Vergadering'
2-21 Jaarlijkse totale compensatieratio Zie 'Remuneratieverslag': 7.4. Loonspanning en sectie 7.5. Gender loonkloof
2-22 Verklaring ESG-strategie Zie 'Duurzaamheidsverslag: 1. Your partner for sustainable growth
2-23 Beleidsengagementen De volgende beleidsengagementen zijn goedgekeurd op niveau van de raad
van bestuur:
- Beleid inzake uitsluiting van investeringen: zie 'Duurzaamheidsverslag: 3.2.
Verantwoordelijk investeringsbeleid - Exclusiebeleid' en link:
https://www.avh.be/sites/avh/files/2023-02/avh-exclusion-policy-nl.pdf
- Integriteitsbeleid: zie 'Duurzaamheidsverslag: 3.2. Verantwoord
investeringsbeleid - Integriteitsbeleid' en link:
https://www.avh.be/sites/avh/files/2023-02/avh-integriteitscode-2022-nl.pdf
- ESG-beleid: zie 'Duurzaamheidsverslag: 7. AvH's ESG-beleid en
methodologie'
2-24 Integreren van beleidsengagementen Idem 2-23
2-25 Processen om negatieve effecten te remediëren Zie Integriteitsbeleid: https://www.avh.be/sites/avh/files/2023-02/avh
integriteitscode-2022-nl.pdf
2-26 Mechanismen voor inwinnen advies en uiten
bezorgdheden
Zie Integriteitsbeleid: https://www.avh.be/sites/avh/files/2023-02/avh
integriteitscode-2022-nl.pdf
2-27 Naleving van wet- en regelgeving Geen boetes of niet-monetaire sancties
2-28 Aangesloten vakverenigingen Belgian Venture Capital & Private Equity Association (BVA) en Invest Europe
2-29 Benadering van betrokken belanghebbenden
2-30 Collectieve arbeidsovereenkomsten
Zie 'Duurzaamheidsverslag: 7.1 Focus op materiële onderwerpen -
stakeholderbevraging'
Zie 'Duurzaamheidsverslag: 5.2 Talentontwikkeling': AvH leeft toepasselijke
CAO's op sectorniveau na voor elke werknemer
GRI 3: Materiële
onderwerpen (editie 2021)
3-1 Proces om materiële onderwerpen te identificeren Zie 'Duurzaamheidsverslag: 7.1 Focus op materiële onderwerpen'
3-2 Overzicht van materiële onderwerpen Zie 'Duurzaamheidsverslag: 7.1 Focus op materiële onderwerpen'
3-3 Beheer van materiële onderwerpen Zie 'Duurzaamheidsverslag: 7.1 Focus op materiële onderwerpen'
Materieel onderwerp - Verantwoordelijk aandeelhouderschap
ESG-beleid bij bedrijven in
portefeuille
Geen relevante GRI-indicatoren Niet van toepassing
GRI 305: Emissies (editie
2016)
305-3 Overige indirecte (Scope 3) CO2-emissies (=
bedrijven in portefeuille)
Zie 'Duurzaamheidsverslag: 4.3 CO2-emissies investeringsportefeuille'
Materieel onderwerp - Deugdelijk bestuur 305-5 Reductie van CO2-emissies Idem 305-3
Deugdelijk bestuur charters
en relevante organen bij
bedrijven in portefeuille
Geen relevante GRI-indicatoren Niet van toepassing
Deugdelijk bestuur AvH NV
en subholdings
Zie GRI-indicatoren 2-9 tot 2-18 hierboven Idem 2-9 tot 2-18
Materieel onderwerp - Bedrijfsethiek
GRI 205: Anticorruptie
(editie 2016)
205-2 Communicatie en opleiding over
anticorruptiebeleid en -procedures
Zie 'Duurzaamheidsverslag: 3.2. Verantwoord investeringsbeleid: sectie
Integriteitsbeleid'
Materieel onderwerp - Financiële veerkracht en langetermijnrentabiliteit
GRI 201: Economische
resultaten (editie 2016)
201-1 Directe economische waarde gegenereerd en
gedistribueerd
Zie 'Duurzaamheidsverslag: 3. AvH als verantwoordelijke investeerder
201-2 Financiële implicaties en andere risico's en
opportuniteiten als gevolg van klimaatverandering
Zie 'Jaarverslag van de Raad van Bestuur - II. Geconsolideerde jaarrekening -
Risico's op het niveau van Ackermans & van Haaren'
Materieel onderwerp - Talentontwikkeling
GRI 401: Werkomgeving
(editie 2016)
401-1 Nieuwe medewerkers en personeelsverloop Zie 'Duurzaamheidsverslag: 5. AvH als duurzame onderneming'
GRI 404: Training en
opleiding (editie 2016)
404-1 Gemiddelde trainingsuren per jaar per werknemer Zie 'Duurzaamheidsverslag: 5. AvH als duurzame onderneming' (uitgedrukt
in dagen)
404-2 Programma's voor het verbeteren van
werknemersvaardigheden en
ondersteuningsprogramma's
Zie 'Duurzaamheidsverslag: 5. AvH als duurzame onderneming'
404-3 Percentage werknemers met regelmatig
beoordelingen over prestaties en loopbaanontwikkeling
Zie 'Duurzaamheidsverslag: 5. AvH als duurzame onderneming'
GRI 405: Diversiteit en
gelijke kansen (editie 2016)
405-1 Diversiteit van bestuursorganen en werknemers - Zie ' Verklaring inzake deugdelijk bestuur': 7. Diversiteitsbeleid'
- Zie 'Duurzaamheidsverslag: 5.2. Talentontwikkeling'
Materieel onderwerp - Innovatie
Innovatiebeleid bij
bedrijven in portefeuille
Geen relevante GRI-indicatoren Niet van toepassing
Andere
GRI 305: Emissies (editie
2016)
305-1 Directe (Scope 1) CO2-emissies Zie 'Duurzaamheidsverslag: 5.3. Directe impact op milieu en sociale
aspecten'
305-2 Indirecte energie (scope 2) CO2-emissies Zie 'Duurzaamheidsverslag: 5.3. Directe impact op milieu en sociale
aspecten'
305-5 Reductie van CO2-emissies Zie 'Duurzaamheidsverslag: 5.3. Directe impact op milieu en sociale
aspecten'

2. CO2-voetafdruk

In de tabel hieronder wordt de CO2-voetafdruk van AvH weergegeven volgens de boekhoudkundige consolidatieperimeter. Dit omvat AvH (inclusief haar subholdings) en de integraal geconsolideerde participaties. Voor meer informatie zie Toelichting 2 bij de Geconsolideerde Jaarrekening - sectie 1 Integraal geconsolideerde dochterondernemingen. De gerapporteerde cijfers zijn exclusief Anima.

CO₂-voetafdruk scope 1 & 2 (in
ton CO₂ -eq)
2022 2021 2020
Op basis van boekhoudkundige
consolidatieperimeter
Scope 1 Scope 2 Totaal Scope 1 Scope 2 Totaal Scope 1 Scope 2 Totaal
AvH (Hoofdzetel) 202 57 259 197 32 229 192 30 222
DEME 652.000 1.000 653.000 832.000 800 832.800 659.000 1.000 660.000
CFE 13.914 1.395 15.309 14.570 1.919 16.489 15.812 1.872 17.684
Bank Van Breda 1.455 15 1.470 1.372 16 1.388 1.681 0 1.681
Nextensa 110 6 116 128 0 128 98 40 138
Andere 1.848 790 2.638 1.323 66 1.389 1.088 62 1.150
Totaal CO₂ emissies 669.529 3.263 672.792 849.590 2.833 852.423 677.871 3.004 680.875

3. EU-Taxonomie

In de tabellen hieronder volgt de informatie die bekend moet worden gemaakt in het kader van de rapporteringsverplichting inzake de EU Taxonomie. De omzet,

3.1 Omzet

capex en opex werden bepaald volgens de algemeen aanvaarde boekhoudkundige principes.

Criteria substantiële bijdrage DNSH criteria ('Does Not Significantly Harm')
Economische activiteiten
(€ 1.000)
2022
Codes Absolute omzet Aandeel omzet
%
Klimaatmitigatie
%
Klimaatadaptatie
%
Water en mariene hulpbronnen
%
Circulaire economie
%
Verontreiniging
%
Biodiversiteit en ecosystemen
%
Klimaatmitigatie
J/N
Klimaatadaptatie
J/N
Water en mariene hulpbronnen
J/N
Circulaire economie
J/N
Verontreiniging
J/N
Biodiversiteit en ecosystemen
J/N
Minimale garanties
J/N
Taxonomie-afgestemd % van omzet, jaar N
%
Taxonomie-afgestemd % van omzet, jaar N-1
%
Categorie ('enabling' activiteit)
E
Categorie (transitie-activiteit)
T
A. Voor de
taxonomie in
aanmerking
komende
activiteiten
('eligible')
A.1. Ecologisch
duurzame activiteiten
(afgestemd op de
Taxonomie - 'aligned')
Productie van elektriciteit uit
windenergie
D35.11 649.370 15,1 15,1 0,0 J J J J J N 15,1
Bouw van nieuwe
gebouwen
F41.1 154.140 3,6 3,6 0,0 J J J J J N 3,6
Infrastructuur voor
spoorvervoer
F42.12 39.161 0,9 0,9 0,0 J J J J J N 0,9 E
Installatie, onderhoud en
reparatie van instrumenten
en apparaten voor het
meten, regelen en
controleren van de
energieprestatie van
gebouwen
F42 15.143 0,4 0,4 0,0 J J J J J N 0,4 E
Productie van elektriciteit uit
bio-energie
D35.11 11.584 0,3 0,3 0,0 J J J J J N 0,3
Renovatie van bestaande
gebouwen
F41 6.928 0,2 0,2 0,0 J J J J J N 0,2 T
Installatie, onderhoud en
reparatie van technologieën
voor hernieuwbare energie
F42 6.298 0,1 0,1 0,0 J J J J J N 0,1 E
Aankoop en eigendom van
gebouwen
L68 5.164 0,1 0,1 0,0 J J J J J N 0,1
Installatie, onderhoud en
reparatie van energie
efficiënte apparatuur
F42 3.230 0,1 0,1 0,0 J J J J J N 0,1 E
Installatie, onderhoud en
reparatie van laadpalen voor
elektrische voertuigen in
gebouwen (en
parkeerplaatsen naast
gebouwen)
F42 984 0,0 0,0 0,0 J J J J J N 0,0 E
Omzet van ecologisch
duurzame activiteiten
(afgestemd op de
Taxonomie - 'aligned')
(A.1)
892.002 20,7 20,7 0,0 20,7
Criteria substantiële bijdrage DNSH criteria ('Does Not Significantly Harm')
Economische activiteiten (€ 1.000)
2022
Codes Absolute omzet Aandeel omzet
%
Klimaatmitigatie
%
Klimaatadaptatie
%
Water en mariene hulpbronnen
%
Circulaire economie
%
Verontreiniging
%
Biodiversiteit en ecosystemen
%
Klimaatmitigatie
J/N
Klimaatadaptatie
J/N
Water en mariene hulpbronnen
J/N
Circulaire economie
J/N
Verontreiniging
J/N
Biodiversiteit en ecosystemen
J/N
Minimale garanties
J/N
Taxonomie-afgestemd % van omzet, jaar N
%
van omzet, jaar N-1
Taxonomie-afgestemd %
%
Categorie ('enabling' activiteit)
E
Categorie (transitie-activiteit)
T
A. Voor de taxonomie in
aanmerking komende
activiteiten ('eligible')
A.2 Voor de taxonomie in
aanmerking komende, maar
ecologisch niet duurzame
activiteiten ('not Taxonomy
aligned')
Bouw van nieuwe gebouwen F41.1 573.996 13,3
Renovatie van bestaande gebouwen F41 125.298 2,9
Productie van elektriciteit uit
windenergie
D35.11 80.442 1,9
Infrastructuur voor spoorvervoer F42.12 73.560 1,7
Aankoop en eigendom van gebouwen L68 52.688 1,2
Infrastructuur die koolstofarm
wegtransport en openbaar vervoer
mogelijk maakt
F42.11 31.148 0,7
Computerprogrammeringsactiviteiten J62.01 28.206 0,7
Omzet van voor taxonomie in
aanmerking komende maar
ecologisch niet duurzame
activiteiten ('not Taxonomy
aligned') (A.2)
965.340 22,4
Totaal (A.1 + A.2) 1.857.341 43,2 20,7 1,5 0,2
B. Voor de taxonomie niet
in aanmerking komende
activiteiten ('non-eligible')
Omzet van voor de taxonomie
niet in aanmerking komende
activiteiten ('non-eligible') (B)
2.444.276 56,8
Totaal (A + B) 4.301.617 100,0

3.2 Capex

eligible') (B)

Totaal (A + B) 615.896 100,0

Criteria substantiële bijdrage DNSH criteria ('Does Not Significantly Harm')
Economische activiteiten (€ 1.000)
2022
Codes Absolute capex Aandeel capex
%
Klimaatmitigatie
%
Klimaatadaptatie
%
Water en mariene hulpbronnen
%
Circulaire economie
%
Verontreiniging
%
Biodiversiteit en ecosystemen
%
Klimaatmitigatie
J/N
Klimaatadaptatie
J/N
Water en mariene hulpbronnen
J/N
Circulaire economie
J/N
Verontreiniging
J/N
Biodiversiteit en ecosystemen
J/N
Minimale garanties
J/N
Taxonomie-afgestemd % van capex, jaar N
%
Taxonomie-afgestemd % van capex, jaar N-1
%
Categorie ('enabling' activiteit)
E
Categorie (transitie-activiteit)
T
A. Voor de taxonomie in
aanmerking komende
activiteiten ('eligible')
A.1. Ecologisch duurzame activiteiten
(afgestemd op de Taxonomie - 'aligned')
Productie van elektriciteit uit windenergie D35.11 274.971 45 45 0 J J J J J N 45
Aankoop en eigendom van gebouwen L68 8.056 1 1 0 J J J J J N 1
Bouw van nieuwe gebouwen F41.1 7.659 1 1 0 J J J J J N 1
Productie van elektriciteit uit bio-energie D35.11 599 0 0 0 J J J J J N 0
Installatie, onderhoud en reparatie van
instrumenten en apparaten voor het meten,
regelen en controleren van de energieprestatie
van gebouwen
F42 221 0 0 0 J J J J J N 0 E
Renovatie van bestaande gebouwen F41 101 0 0 0 J J J J J N 0 T
Installatie, onderhoud en reparatie van
technologieën voor hernieuwbare energie
F42 92 0 0 0 J J J J J N 0 E
Installatie, onderhoud en reparatie van
energie-efficiënte apparatuur
F42 47 0 0 0 J J J J J N 0 E
Installatie, onderhoud en reparatie van
laadpalen voor elektrische voertuigen in
gebouwen (en parkeerplaatsen naast
gebouwen)
F42 14 0 0 0 J J J J J N 0 E
Capex van ecologisch duurzame
activiteiten (afgestemd op de
Taxonomie - 'aligned') (A.1)
291.760 47,4 47,4 0,0 47,4
A.2 Voor de taxonomie in aanmerking
komende, maar ecologisch niet
duurzame activiteiten (not Taxonomy
aligned')
Aankoop en eigendom van gebouwen L68 22.398 3,6
Renovatie van bestaande gebouwen F41 13.722 2,2
Bouw van nieuwe gebouwen F41.1 9.186 1,5
Infrastructuur voor spoorvervoer F42.12 4.826 0,8
Infrastructuur die koolstofarm wegtransport en
openbaar vervoer mogelijk maakt
F42.11 469 0,1
Computerprogrammeringsactiviteiten J62.01 419 0,1
Capex van voor taxonomie in
aanmerking komende maar ecologisch
niet duurzame activiteiten ('not
Taxonomy aligned') (A.2)
51.020 8,3
Totaal (A.1 + A.2) 342.780 55,7 47,4 0,1 0,0
B. Voor de taxonomie niet in
aanmerking komende
activiteiten ('non-eligible')
Capex van voor de taxonomie niet in
aanmerking komende activiteiten ('non
273.116 44,3

3.3 Opex

De opex zoals gedefinieerd in scope van de EU Taxonomie omvat een restrictieve lijst van niet-gekapitaliseerde kosten. Doordat de participaties hun jaarrekeningen opstellen op basis van IFRS, zijn deze grotendeels reeds vervat in de capex. De in aanmerking komende ('eligible') en afgestemde ('aligned') opex onder de definitie van de EU Taxonomie wordt als 0 gerapporteerd.

Criteria substantiële bijdrage DNSH criteria ('Does Not Significantly Harm')
Economische activiteiten (€ 1.000)
2022
Codes Absolute opex Aandeel opex
%
Klimaatmitigatie
%
Klimaatadaptatie
%
Water en mariene hulpbronnen
%
Circulaire economie
%
Verontreiniging
%
Biodiversiteit en ecosystemen
%
Klimaatmitigatie
J/N
Klimaatadaptatie
J/N
Water en mariene hulpbronnen
J/N
Circulaire economie
J/N
Verontreiniging
J/N
Biodiversiteit en ecosystemen
J/N
Minimale garanties
J/N
Taxonomie-afgestemd % van opex, jaar N
%
Taxonomie-afgestemd % van opex, jaar N-1
%
Categorie ('enabling' activiteit)
E
Categorie (transitie-activiteit)
T
A. Voor de taxonomie in aanmerking
komende activiteiten ('eligible')
A.1. Ecologisch duurzame activiteiten (afgestemd
op de Taxonomie - 'aligned')
Opex van ecologisch duurzame activiteiten
(afgestemd op de Taxonomie - 'aligned') (A.1))
0,0 0,0 0,0 0,0 0,0
A.2 Voor de taxonomie in aanmerking komende,
maar ecologisch niet duurzame activiteiten ('not
Taxonomy aligned')
Opex van voor taxonomie in aanmerking komende
maar ecologisch niet duurzame activiteiten ('not
Taxonomy aligned') (A.2)
0,0 0
Totaal (A.1 + A.2) 0,0 0 0,0 0,0 0,0
B. Voor de taxonomie niet in
aanmerking komende activiteiten ('non
eligible')
Opex van voor de taxonomie niet in aanmerking
komende activiteiten ('non-eligible') (B)
0,0 100,0
Totaal (A + B) 0,0 100,0

Lexicon

ESG-terminologie

  • BACA (Belgian Alliance for Climate Action): een platform voor Belgische organisaties die hun CO2-emissies willen verminderen, klimaatambitie willen tonen en SBTi (Science Based Targets-initiative) willen gebruiken om hun doelstellingen te definiëren.
  • BREEAM (Building Research Establishment Environmental Assessment Method): internationaal duurzaamheidskeurmerk en standaard voor het optimaal realiseren (nieuwbouw) of renoveren (gebouwen in gebruik) en exploiteren van gebouwen met een minimale milieu-impact, gebaseerd op wetenschappelijk onderbouwde duurzaamheidsmetrieken en -indices die een reeks milieugerelateerde kwesties omvat, zoals de evaluatie van het energie- en watergebruik, de impact op gezondheid en welzijn, vervuiling, transport, materialen, afval, ecologie en managementprocessen.
  • Circulariteit: het opnieuw inzetten van grondstoffen, onderdelen en producten na hun levensduur waardoor de waarde behouden kan blijven.
  • CO2-emissies - scope 1: alle directe emissies, die afkomstig zijn van bronnen die eigendom zijn van of gecontroleerd worden door het bedrijf (bv. verbranding van brandstof en aardgas).
  • CO2-emissies - scope 2: alle indirecte emissies, die afkomstig zijn van de productie van elektriciteit die door het bedrijf wordt aangekocht. Scope 2 emissies komen fysiek voor in de installatie waar de elektriciteit wordt opgewekt.
  • CO2-emissies – scope 3: indirecte emissies die ontstaan als gevolg van activiteiten van een bedrijf zoals emissies die ontstaan bij de productie van ingekochte producten ('upstream') of die ontstaan door producten, diensten of projecten die het bedrijf verkoopt ('downstream').
  • Deugdelijk bestuur: organisatie en processen van de beheersorganen die de gevoerde strategie bepalen en de implementatie ervan opvolgen.
  • Diversiteit, gelijkheid en inclusie (Diversity, equity & inclusion of 'DEI'): slaat op het betrekken van verschillende visies en het vermijden van discriminatie, door diversificatie te bevorderen op diverse vlakken zoals gender, geloofsovertuiging of achtergrond en op het toepassen van een inclusief beleid.
  • DNSH ('Do not significant harm'): het concept van 'het vermijden van aanzienlijke schade' dat gebruikt wordt in de EU Taxonomie als één van de voorwaarden om een activiteit als 'groen' te beschouwen.
  • (% van) Eigen vermogen: berekeningswijze om aan te geven welk percentage van de activa die AvH beheert, voldoet aan bepaalde maatstaven van het gevoerde ESG-beleid. Hierbij wordt telkens berekend welk aandeel de betrokken activa heeft in het geconsolideerd eigen vermogen van AvH (deel van de groep).
  • eNPS: employee (werknemer) Net Promotor Score: dit kan worden berekend door de werknemers één vraag voor te leggen: Hoe waarschijnlijk is het dat u ons zult aanbevelen als werkgever aan een vriend of collega? Om antwoord te geven kan de respondent een score van 0 t.e.m. 10 invullen. De scores worden verdeeld in drie groepen: Promotors: respondenten die een score 9 of 10 hebben gegeven; "Neutrals": respondenten die een score 7 of 8 hebben gegeven; Critici: respondenten die een score 0 t.e.m. 6 hebben gegeven. De score wordt als volgt berekend: eNPS = % promoters - % critici
  • ESG: 'Environment' (milieu), 'Social' (sociaal), 'Governance' (deugdelijk bestuur).
  • ESG-beleid: een verklaring waarin de aanpak van het bedrijf met betrekking tot milieu-, sociale en deugdelijke bestuur-aspecten wordt gedefinieerd samen met het plan om deze missie te verwezenlijken, alsook de indicatoren die gebruikt worden om vooruitgang te meten.
  • ESG materiële participatie: er zijn 4 participaties (DEME, Delen Private Bank, Bank Van Breda en SIPEF), die vanuit een ESG-perspectief nauwgezet opgevolgd worden binnen het ESG-beleid dat AvH voert.
  • ESG-stewardship: de invloed die investeerders uitoefenen op deelnemingen om de totale waarde op lange termijn te maximaliseren zowel op economisch, sociaal en milieuvlak.
  • EU Taxonomie: regelgeving die bepaalt welke investeringen als 'groen' gecategoriseerd kunnen worden en dewelke bijdragen aan de realisatie van de EU Green Deal. De classificatie gebeurt op basis van technische screeningscriteria ('TSC') en minimumcriteria met betrekking tot het vermijden van ernstige afbreuk doen ('DNSH').
  • Financiële veerkracht en langetermijnrentabiliteit: gezonde balansstructuren, met bedrijfsplannen en strategieën die een marktconform rendement op lange termijn en de daartoe vereiste investeringen mogelijk maken.
  • GRI (Global Reporting Initiative): een internationale organisatie die richtlijnen voor duurzaamheidsverslaggeving opstelt.
  • Innovatiebeleid: een verklaring waarin de aanpak van een bedrijf inzake innovatie wordt uiteengezet, en hoe het doelstellingen wil nastreven, rekening houdend met hun impact op lange termijn op de rentabiliteit.
  • Integriteitscode: een verklaring die volgende elementen inzake integriteit kan omvatten: anti-corruptiebeleid en -procedures, mensenrechtenverklaring, klokkenluidersbeleid en -procedures, compliancebeleid en -praktijken (bv. indien relevant anti-witwas, know your customer (KYC), …).
  • KPI: Key Performance Indicator.
  • Materieel (in materialiteitsmatrix): een aspect dat (i) een wezenlijke positieve of negatieve financiële impact kan hebben op de activiteiten of het eigen vermogen van de betrokken vennootschap, waarvan (ii) een stakeholder verwacht dat het zorgvuldig beheerd wordt met hoge prioriteit.
  • Mensenrechten: de rechten zoals opgenomen in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens.
  • NPS (Net Promotor Score): dit kan worden berekend door de klant één vraag voor te leggen: Hoe waarschijnlijk is het dat u ons zult aanbevelen aan een vriend of collega? Om antwoord te geven kan de respondent een score van 0 t.e.m. 10 invullen. De scores worden verdeeld in drie groepen: Promotors: respondenten die een score 9 of 10 hebben gegeven; "Neutrals": respondenten die een score 7 of 8 hebben gegeven; Critici: respondenten die een score 0 t.e.m. 6 hebben gegeven. De score wordt als volgt berekend: NPS = % promoters - % critici.
  • Rapportering: betreft financiële en niet-financiële verslaggeving, met de nadruk op materiële aspecten.
  • Risicobeheer: gestructureerde aanpak van risico's (via audit en controle, procedures, handleidingen, comités, …).
  • RSPO (Roundtable on Sustainable Palm Oil): een onafhankelijke organisatie die globale standaarden ontwikkelt met betrekking tot de productie van duurzame palmolie.
  • SASB (Sustainability Accounting Standards Board): een internationale organisatie die richtlijnen opstelt aan bedrijven inzake relevante duurzaamheidsrapportering naar investeerders toe.
  • SBTi (Science Based Targets-initiative): een initiatief die beste praktijken definieert op het gebied van CO2-emissiereducties en -doelstellingen in lijn met de ambities van het Klimaatakkoord van Parijs.
  • SDGs (Sustainable Development Goals): Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties, die een oproep zijn tot acties om welvaart te bevorderen en tegelijkertijd de planeet te beschermen tegen klimaatverandering. Dit behelst strategieën die zowel economische groei ondersteunen als sociale behoeften aanpakken (onderwijs, gezondheid, sociale bescherming en werkgelegenheid, …).
  • SFDR (Sustainable Finance Disclosure Regulation): verordening met betrekking tot informatieverstrekking over duurzaamheid in de financiële sector. De bedoeling is de informatieverstrekking aan beleggers over de effecten op duurzaamheid door het beleggingsbeleid en -beslissingen te verbeteren.
  • Talentontwikkeling:zorg dragen voor het menselijk kapitaal,vereist voor een goede werking van de betrokken vennootschap (rekrutering, training,

Financiële en juridische terminologie

  • Cost-income ratio: de relatieve kostenefficiëntie (kosten ten opzichte van opbrengsten) van de bankactiviteiten (EBA-definitie).
  • Common Equity Tier1-kapitaalratio (CET1): de reglementaire kernkapitaalbuffer aangehouden door banken om eventuele verliezen op te vangen.
  • EBIT: bedrijfsresultaat vóór intresten en belastingen.
  • EBITDA: EBIT vermeerderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen op vaste activa.
  • ESEF: het 'European Single Electronic Format' is een elektronisch rapporteringsformaat, via dewelke emittenten op de Europese gereguleerde markten hun jaarverslagen dienen op te maken.
  • Huurrendement op basis van reële waarde: voor de berekening van het huurrendement worden enkel de gebouwen in exploitatie in aanmerking genomen, exclusief de projecten en de activa bestemd voor verkoop.
  • Netto financiële positie: geldmiddelen, kasequivalenten en geldbeleggingen min korte en lange termijn financiële schulden.

persoonlijke ontwikkeling, evaluatie, welzijn,…) waarbij de talenten van medewerkers zo goed mogelijk tot uiting kunnen komen en benut worden.

  • TSC (Technical Screening Criteria): technische screening criteria die per economische activiteit vastgelegd zijn in de EU Taxonomie, en welke gebruikt worden om te bepalen of een activiteit als 'groen' beschouwd kan worden.
  • UN PRI (United Nations Principles of Responsible Investment): raamwerk van de Verenigde Naties dat focust op een verantwoord investeringsbeleid als aandeelhouder, waarbij ESG-factoren in acht worden genomen om tot correcte rendementen te komen door een beheer van risico's en opportuniteiten.
  • Verantwoordelijke aandeelhouder: als aandeelhouder sectorrelevante ESG-aspecten gestructureerd bij participaties opvolgen (bv. vastleggen en opvolgen van een ESG-strategie en bijhorende processen).
  • Verantwoordelijk investeringsbeleid: investeren met het oog op een duurzame activiteitenmix. Dit houdt in dat bij investeringen eerst gekeken wordt of het bedrijf actief is in een sector waar AvH in wil investeren, of het in gevoelige sectoren goed scoort op relevante ESG-aspecten, dan wel of het actief is in een sector die een positieve impact heeft op ESG-doelstellingen. Het kan ook leiden tot desinvesteringen uit bedrijven.
  • Waardecreatie: de gemiddelde groei (CAGR) van het geconsolideerd eigen vermogen (deel van de groep) inclusief dividenden, gemeten over een bepaalde tijdsperiode.
  • Rendement op eigen vermogen (ROE): het nettoresultaat gedeeld door het eigen vermogen bij het begin van de beschouwde periode.
  • SPV (Special Purpose Vehicle): een vennootschap waarin een project of een deel van een project geïsoleerd is.
  • TLTRO (Targeted longer-term refinancing operations): een ECBinstrument dat banken stimuleert om krediet te verstrekken aan bedrijven en consumenten.
  • Vastgoedbestand: het uitstaand vastgoedbestand is gelijk aan de som van het eigen vermogen en de netto financiële schuld van de vastgoedpool.
  • WVV: Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen.
  • XBRL: een elektronische taal die speciaal ontwikkeld werd voor de uitwisseling van financiële rapportering over internet.

Algemene gegevens betreffende de vennootschap en het kapitaal

Algemene gegevens betreffende de vennootschap en het kapitaal

Zetel - registratiegegevens

Begijnenvest 113 2000 Antwerpen België 0404.616.494 RPR Antwerpen - Afdeling Antwerpen Emailadres: [email protected] Website: https://www.avh.be

Datum van oprichting, laatste statutenwijziging

De vennootschap werd opgericht op 30 december 1924 bij notariële akte, in extenso verschenen in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 15 januari 1925 onder nummer 566. De statuten werden meermaals gewijzigd en voor het laatst bij notariële akte op 9 november 2020, bij uittreksel bekendgemaakt in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 25 november 2020 onder nummer 20356891, met een aanvullend uittreksel bekendgemaakt in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 16 december 2020 onder nummer 20361786.

Duur van de vennootschap

Onbepaald.

Rechtsvorm, toepasselijk recht

Naamloze vennootschap naar Belgisch recht.

Voorwerp

De vennootschap heeft tot voorwerp:

  • (a) de studie, het toezicht en de directie van alle openbare of private werken, bijzonder op het gebied van de bouw in het algemeen, de organisatie, het bestuur van alle vennootschappen of ondernemingen en de bijstand aan dezen onder alle vormen;
  • (b) de aanneming ter zee en te land van alle openbare of private werken op het gebied van de bouw en voornamelijk de aanneming van alle werken ter zee en op de binnenwateren, grote bevloeiingswerken en normalisering van waterlopen, grote werken voor drooglegging en bemaling, uitbaggering, boring, peiling en uitgraving van putten, ontwatering, bouw van kunstwerken, graafwerken en algemene aanneming van constructies, evenals het vlotbrengen van boten en schepen;
  • (c) de prospectie te land en ter zee op het gebied van de ontginningsnijverheid, voornamelijk ruwe petroleum of aardgas en de minerale producten in het algemeen;
  • (d) de uitbating, productie, omvorming, verdeling, aankoop, verkoop en vervoer van alle producten van de ontginnings-nijverheid;
  • (e) de verwerving, uitbating, productief making, overdracht van gronden, onroerende goederen en welkdanige onroerende rechten;
  • (f) het op om het even welke wijze verwerven, uitbaten, en te gelde maken van alle intellectuele rechten, brevetten en concessies;
  • (g) het bij wijze van inschrijving, inbreng, fusie, samenwerking, financiële tussenkomst of anderszins verwerven van een belang of deelneming in alle bestaande of nog op te richten vennootschappen, ondernemingen, bedrijvigheden of verenigingen zonder onderscheid in België of in het buitenland;
  • (h) het beheren, valoriseren en te gelde maken van deze belangen of deelnemingen;
  • (i) het rechtstreeks of onrechtstreeks deelnemen aan het bestuur, de directie, de controle en vereffening van de vennootschappen, ondernemingen, bedrijvigheden en verenigingen waarin zij een belang of deelneming heeft;
  • (j) het verlenen van alle advies en bijstand op alle mogelijke vlakken van de bedrijfsvoering aan het bestuur en de directie van de vennootschappen, ondernemingen, bedrijvigheden en verenigingen waarin zij een belang of deelneming heeft, en in het algemeen het stellen van alle handelingen die geheel of gedeeltelijk, rechtstreeks of onrechtstreeks behoren tot de activiteiten van een holding.

De vennootschap kan alle hoegenaamde burgerlijke, commerciële, industriële, financiële, roerende en onroerende verrichtingen uitvoeren, die rechtstreeks of onrechtstreeks in verband staan met haar doel of die van aard zijn de verwezenlijking daarvan te bevorderen.

Zij kan zich ten gunste van de vennootschappen, ondernemingen, bedrijvigheden en verenigingen waarin zij een belang of deelneming heeft borg stellen of haar aval verlenen, optreden als agent of vertegenwoordiger, voorschotten toestaan, kredieten verlenen, hypothecaire of andere zekerheden verstrekken.

De bedrijvigheid van de vennootschap mag zowel in het buitenland als in België uitgeoefend worden.

Raadpleging van documenten i.v.m. de vennootschap

De enkelvoudige en de geconsolideerde jaarrekening van de vennootschap worden neergelegd bij de Nationale Bank van België. De gecoördineerde versie van de statuten van de vennootschap kan geraadpleegd worden op de griffie van de ondernemingsrechtbank te Antwerpen, afdeling Antwerpen. Het jaarlijks financieel verslag wordt verstuurd naar de aandeelhouders op naam alsook naar eenieder die hierom verzoekt. De gecoördineerde versie van de statuten en het jaarlijks financieel verslag zijn tevens beschikbaar op de website (www.avh.be).

Algemene gegevens betreffende het kapitaal

Geplaatst kapitaal

Het geplaatst kapitaal bedraagt 2.295.277,90 euro. Het kapitaal is volledig volgestort en wordt vertegenwoordigd door 33.496.904 aandelen zonder vermelding van nominale waarde.

Kapitaalverhogingen

De meest recente kapitaalverhoging dateert van 11 oktober 1999, en dit in het kader van de fusie door overneming van Belcofi NV door Ackermans & van Haaren NV.

Toegestane kapitaal

Overeenkomstig de beslissing van de buitengewone algemene vergadering van 9 november 2020 kan de raad van bestuur het kapitaal in één of meer malen verhogen met een totaal bedrag van maximum 500.000 euro (exclusief uitgiftepremie) overeenkomstig de bepalingen en voorwaarden zoals uiteengezet in het bijzonder verslag opgesteld overeenkomstig artikel 7:199 WVV.

De raad van bestuur kan deze bevoegdheid uitoefenen gedurende vijf jaar na 25 november 2020.

De raad van bestuur kan tevens gebruik maken van het toegestane kapitaal, in geval van openbaar overnamebod op effecten uitgegeven door de vennootschap, onder de voorwaarden en binnen de grenzen van artikel 7:202 WVV. De raad van bestuur kan van deze machtiging gebruik maken, indien de mededeling van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten aan de vennootschap dat haar kennis is gegeven van een openbaar overnamebod, niet later dan drie jaar na 9 november 2020 wordt ontvangen.

De bevoegdheden kunnen worden hernieuwd overeenkomstig de wettelijke bepalingen.

De kapitaalverhogingen waartoe krachtens deze machtigingen wordt besloten, kunnen geschieden overeenkomstig de door de raad van bestuur te bepalen modaliteiten, zoals onder meer door middel van inbreng in geld of in natura, met of zonder uitgiftepremie, door middel van omzetting van beschikbare of onbeschikbare reserves en van uitgiftepremies en overgedragen winsten, al dan niet met uitgifte van nieuwe aandelen met of zonder stemrecht, onder, boven of met fractiewaarde, overeenkomstig de dwingende regels voorgeschreven door het WVV.

De raad van bestuur mag deze machtiging gebruiken om al dan niet achtergestelde converteerbare obligaties, inschrijvingsrechten, obligaties met inschrijvingsrechten of andere effecten, uit te geven, onder de voorwaarden voorzien door het WVV.

De raad van bestuur kan, in het belang van de vennootschap, het voorkeurrecht van de aandeelhouders beperken of opheffen wanneer hij zijn machtiging onder het toegestane kapitaal uitoefent, inclusief ten gunste van één of meer bepaalde personen of van leden van het personeel van de vennootschap of haar dochtervennootschappen.

Aard van de aandelen

De volgestorte aandelen en de andere effecten van de vennootschap bestaan op naam of in gedematerialiseerde vorm. Elke titularis kan op elk ogenblik op zijn kosten de omzetting vragen van zijn volgestorte effecten in een andere vorm, binnen de grenzen van de wet.

De effecten zijn ondeelbaar tegenover de vennootschap die de rechten behorende tot ieder aandeel waarover betwistingen zouden bestaan betreffende de eigendom, het vruchtgebruik of de blote eigendom kan schorsen. De medeeigenaars, de vruchtgebruikers en de blote eigenaars zijn gehouden zich te laten vertegenwoordigen door een gemeenschappelijke mandataris en daarvan kennis te geven aan de vennootschap.

Ingeval van vruchtgebruik oefent de vruchtgebruiker alle aan de aandelen verbonden rechten uit en wordt de blote eigenaar van het aandeel tegenover de vennootschap vertegenwoordigd door de vruchtgebruiker, uitgezonderd wat betreft (de uitoefening van) het voorkeurrecht bij kapitaalverhoging dat toekomt aan de blote eigenaar(s). Voormelde regel geldt behoudens andersluidende bepaling in een overeenkomst tussen partijen of een testament. In dat geval dienen de blote eigenaar(s) en de vruchtgebruiker(s) de vennootschap schriftelijk in kennis te stellen van deze regeling.

Contact

Voor alle vragen kan men terecht op het telefoonnummer +32 3 231 87 70 of via e-mail: [email protected] ter attentie van John-Eric Bertrand, Piet Dejonghe of Tom Bamelis.

Ackermans & van Haaren NV Begijnenvest 113 2000 Antwerpen, België Telefoon: +32 3 231 87 70 E-mail: [email protected] Website: www.avh.be RPR Antwerpen BTW: BE 0404.616.494

Foto's Ackermans & van Haaren

© Ian Segal

Concept en realisatie

Mission to Mars nv (www.missiontomars.agency)

De digitale versie van dit jaarverslag kan geraadpleegd worden op www.avh.be This annual report is also available in English.

De Nederlandse versie van dit document moet beschouwd worden als het officiële referentiedocument.

Financiële kalender

• 17 mei 2023 Tussentijdse verklaring Q1 2023
------------------------------------------------ -- --
  • 22 mei 2023 ............................................... Algemene vergadering
  • 31 augustus 2023 .............................. Halfjaarresultaten 2023
  • 23 november 2023 ............................ Tussentijdse verklaring Q3 2023

Ackermans & van Haaren NV Begijnenvest 113 2000 Antwerpen - België Tel. +32 3 231 87 70 [email protected] www.avh.be

Jaarverslag 2022

Your partner for sustainable growth

Jaar-

verslag

2022

Talk to a Data Expert

Have a question? We'll get back to you promptly.