Annual Report • Mar 22, 2019
Annual Report
Open in ViewerOpens in native device viewer
2018
141284_VANDEVELDE_JVS_2018_OM.indd 1 01/03/2019 13:22
OUR MISSION
Onze dank gaat uit naar al onze medewerkers. Hun betrokkenheid bij het realiseren van de bedrijfsdoelstellingen en hun dynamisme hebben ons in staat gesteld de gerapporteerde resultaten te bereiken en geven ons vertrouwen in de toekomst.
Petrovsky & Ramone (Marie Jo) Jeroen Mantel en Frances Tulk Hart (PrimaDonna) Jonas Bresnan (Andres Sarda)
L.capitan www.lcapitan.be
This annual report is also available in English at the head office.
Voor verduidelijkingen omtrent de gegevens in deze jaarbrochure kan men zich wenden tot: Nico Van den Meersschaut Financieel Manager Tel.: (09) 365 21 00 Fax: (09) 365 21 70
Van de Velde NV Lageweg 4 9260 Wichelen Tel.: (09) 365 21 00 Fax: (09) 365 21 70 BTW-nr.: BE0448 746 744 Ondernemingsnummer RPR 0448 746 744 Rechtbank van koophandel te Dendermonde website: www.vandevelde.eu
| 1. | Het jaar 2018* | 5 |
|---|---|---|
| Woord van de Voorzitter | 5 | |
| Activiteitenverslag en vooruitzichten | 7 | |
| 2. | Beschrijving van de onderneming en haar activiteiten* | 15 |
| 3. | Verklaring inzake deugdelijk bestuur | 17 |
| Remuneratieverslag* | 20 | |
| Informatie voor de aandeelhouders | 24 | |
| 4. | Geconsolideerde kerncijfers 2018 | 26 |
| 5. | Geconsolideerde jaarrekening met toelichting | 31 |
| 6. | Commissarisverslag over de geconsolideerde jaarrekening | 67 |
| 7. | Beknopte versie van de statutaire jaarrekening en het statutaire jaarverslag van Van de Velde NV | 71 |
| 8. | Verklaring van verantwoordelijke personen | 75 |
| 9. | Duurzaamheidsverslag* | 77 |
*Deze hoofdstukken maken deel uit van het geconsolideerd jaarverslag overeenkomstig artikel 119 van het Wetboek van Vennootschappen.


Tijdens de jaarwisseling had ik beslist om een aantal klanten te bezoeken en zo de vinger aan de pols te houden en uit eerste bron te vernemen wat er leeft bij ons cliënteel. Deze bezoeken waren steeds hartverwarmend, leerrijk maar ook soms confronterend. In de eerste plaats was ik aangenaam verrast door het enthousiasme van de bezochte klanten voor onze producten, de merkenstrategie, de marketing, de service. Maar spijtig genoeg heb ik ook moeten constateren dat er veel onzekerheid en onduidelijkheid heerst over onze digitale strategie. Er blijven heel wat onbeantwoorde vragen. Tijdens mijn bezoeken heb ik duidelijk begrepen dat we beter moeten communiceren met onze klanten.
Iedereen beseft dat de commerciële omgeving door het internet grondig veranderd is en dat elke handelaar en leverancier zijn beleid moet aanpassen aan deze nieuwe omgeving. Ons bedrijf mag de digitale trein niet missen maar we moeten dit samen met en ten voordele van onze klanten, de lingeriewinkels, doen. Ik ben niet te beroerd om toe te geven dat onze aanpak onvoldoende rekening heeft gehouden met onze klanten-winkeliers. Wij willen dit beleid bijsturen en het is de uitdaging voor Marleen Vaesen om samen met de Raad van Bestuur een digitale strategie uit te werken die de handelaar terug in het middelpunt zet.
Wij hebben veel vertrouwen in Marleen Vaesen. Zij is een nuchtere vrouw, pragmatisch maar ook kordaat, visibel en toegankelijk voor de medewerkers. Zij zal het bedrijf leiden op een ongecompliceerde manier en terugkeren naar de simpele, maar succesvolle recepten van het verleden. Zij zal de nadruk leggen op de kerncompetenties van het bedrijf m.n. mooie, creatieve lingerie aanbieden met een onberispelijke kwaliteit en pasvorm en ondersteund door een duidelijke merkenstrategie.
Ik wens ook onze medewerkers te bedanken voor hun inzet. Ook zij beleven een turbulente periode en werden geconfronteerd met een veelheid van projecten. Wij zullen in de volgende maanden rust brengen in de organisatie, prioriteiten stellen en focussen op een aantal geselecteerde projecten.
Tot slot wil ik ook onze aandeelhouders bedanken die, ondanks de koersevolutie, het vertrouwen in ons bedrijf behouden.
Herman Van de Velde Voorzitter van de Raad van Bestuur

2018 was een jaar vol uitdagingen. Voor het volledige boekjaar 2018 daalt de gerapporteerde omzet van Van de Velde met 1,8% van 209,0 miljoen euro tot 205,2 miljoen euro. Bij constante wisselkoers komt deze daling overeen met een daling van 0,8%. Bij wholesale werd een daling in lingerie grotendeels gecompenseerd door groei in badgoedcollectie door de sterke start van Marie Jo Swim. Rekening houdende met het negatief wisselkoerseffect enerzijds en met het effect van hogere uitleveringen van de lente zomercollectie anderzijds, daalt de gerapporteerde wholesale omzet met 1,6%. Rekening houdende met het negatief wisselkoerseffect en het effect van sluiting van verlieslatende winkels stijgt de gerapporteerde retail omzet met 0,3%. Dit door groei in Europa (+5,1%) en een beperkte daling in de US (-3,0%).
Voor het tweede jaar op rij mocht PrimaDonna de award voor 'Best Selling European Boutique Brand' in ontvangst nemen. Deze award, uitgereikt door het magazine Intima op het Parijse Salon International de la Lingerie, is gebaseerd op de resultaten van een enquête bij 350 onafhankelijke Europese retailers in het Verenigd Koninkrijk, Spanje, Italië, Frankrijk en Duitsland waarbij collecties, maatbereik, pasvorm, kwaliteit en service voor en na verkoop van verschillende aanbieders van premium lingerie worden geëvalueerd.
Ook voor de categorie PrimaDonna Swim ontving PrimaDonna een award: 'Best selling Swimwear Brand in Spain'. Een mooie erkenning voor een merk dat pas drie jaar geleden gelanceerd werd.
De awards bevestigen het succes van PrimaDonna. Een succes dat zich kenmerkt door de ongeëvenaarde pasvorm voor de grotere cupmaten in combinatie met mode, kleur en vrouwelijkheid. Het merk bereikt een steeds grotere doelgroep, wat betekent dat het zich verankert in de markt. Een van de grote troeven van PrimaDonna is de loyale klantenbasis. Eenmaal een vrouw de pasvorm en kwaliteit van een PrimaDonna product heeft ervaren, blijft zij een trouwe klant. Dit creëert groeikansen, waarop we de komende jaren willen inspelen door onze merkbekendheid te vergroten.
In 2018 breidden we de lingeriecollectie van PrimaDonna uit met een extra luxelijn die qua uitstraling en prijs net boven de bestaande luxelijn staat. Naast bh's en slips bevat de collectie ook luxeaccessoires. De introductie was een succes en biedt heel wat mogelijkheden om dit segment verder uit te bouwen.
De collectie PrimaDonna Twist mikt op verdere groei. De introductie van het Never out of Stock-programma versterkt de stabiele omzetbasis. PrimaDonna Twist, gelanceerd in 2010, is een relatief jong merk waarvan we de klantenbasis de eerste jaren opbouwden door middel van succesvolle fashioncollecties. De volgende stap bestaat uit het ontwerpen van een basiscollectie.
Binnen het PrimaDonna-assortiment vormen zowel de Swim- als de Sportlijn een vaste waarde die het totaalbeeld van het merk completeren. Vaak leren consumenten via deze categorieën het merk kennen en ontdekken ze zo ook de lingeriecollectie.
Marie Jo richt zich op de moderne, modebewuste en dynamische vrouw die design, kwaliteit en pasvorm weet te waarderen. Het merk biedt al jaren een rijk assortiment aan verfijnde lingerie voor elk moment en elke gelegenheid: tegelijk elegant en prikkelend, tijdloos en vernieuwend, mooi en vrouwelijk, maar ook aangenaam om te dragen door de betrouwbare pasvorm. De creaties van Marie Jo en Marie Jo L'Aventure variëren van zeer luxueus, romantisch en verleidelijk tot casual chic, steeds steunend op dezelfde vaste waarden: kwaliteit, vakmanschap en authentiek design.
In 2018 brachten we de eerste Marie Jo Swim-collectie op de markt. Dit genereerde meteen een succesvolle doorverkoop. De nieuwe bikini's en badpakken werden niet alleen snel opgepikt door trouwe lingeriefans, maar trokken ook de aandacht van nieuwe consumenten. Het ziet er naar uit dat de Marie Jo Swim-collectie de groei en merkbekendheid van Marie Jo extra zal stimuleren.
Andres Sarda zag zijn verkoop toenemen. De distributie werd verder gediversifieerd en de bewustwordingscampagnes geïntensiveerd via digitale kanalen. De unieke combinatie van catwalk-mode, een superieure pasvorm, de mediterrane ziel en de wow-factor trok modebewuste consumenten van over de hele wereld aan.
Het merk vernieuwde de samenwerking met El Corte Inglés, de toonaangevende warenhuisketen van Spanje, met veelbelovende resultaten.

Rigby & Peller Düsseldorf

Vandaag verkoopt het merk via e-commerce in 6 landen en het plant binnenkort nog nieuwe markten te openen. Op Ibiza werd een eerste pop-upstore geopend, volledig in eigen beheer geëxploiteerd. Via de pop-upstore in Ibiza kwamen internationale bezoekers voor het eerst in contact met het merk. Andere pop-upevenementen vonden plaats in Londen, Amsterdam en Tokio in samenwerking met retailpartners. De twee shows op de tweejaarlijkse Madrid Fashion Week zijn veranderd in 'Nu zien, nu kopen', met collecties in de winkel, wat impulsaankopen teweegbrengt. Ze bleven de pers, modebloggers en vips verrassen en verbazen, wat een grote return-on-investment in media-aandacht opleverde. Andres Sarda blijft investeren in merkbekendheid en zijn distributie in regio's waar high-end lingerie en badkleding het meest dynamisch zijn.
Voortbouwend op de resultaten van het marktonderzoek van 2017, waren de marketinginvesteringen in 2018 gericht op het vergroten van de merkbekendheid van PrimaDonna en Marie Jo in bestaande markten en groeimarkten.
De kwalitatieve samenwerking met mediapartners die goed aansluiten bij onze merken vulden we aan met digitale en influencercampagnes. Deze manier van werken laat ons toe directe feedback van consumenten te verzamelen en te integreren in volgende campagnes. Bij elke campagne proberen we onze doelgroep beter te leren kennen: modieuze consumenten die op zoek zijn naar een mooi en hedendaags product van hoge kwaliteit in combinatie met een perfecte pasvorm en comfort.
We optimaliseerden de marketingmix om zowel de merkbekendheid van onze merken als de betrokkenheid te vergroten. Deze aanpak werpt zijn vruchten af. We bereikten meer consumenten, wat meteen het rendement van onze marketinginvesteringen opdrijft.
De lancering van Marie Jo Swim werd ondersteund door een 360°-marketingcampagne die merkbekendheid optimaliseert en de verkoop direct stimuleert. Voor PrimaDonna heeft de sponsoring van Curvy Supermodel in Nederland ervoor gezorgd dat we de merkbekendheid en betrokkenheid bij een jonger publiek verbeterd hebben.

Pop-upstore Ibiza (ES)
2018 was een uitdagend jaar voor de traditionele 'brick and mortar' boetieks. Minder passanten in de winkelstraten en een lagere doorverkoop in het laatste kwartaal van 2017 leidden tot overstock in de winkels. Dit had een impact op de nabestellingen in het eerste kwartaal van 2018 en de voororders voor het herfst-winterseizoen.
De moderne consument wenst een omnichannelbenadering waarbij de retailpartner met zijn paskamer in het centrum belangrijk is en blijft. Om dit te realiseren wordt er ingezet op samenwerking met de retailpartners. In 2018 is er veel aandacht gegaan naar de samenwerking met de retailpartners, vooral naar het verhogen van het aantal winkelbezoeken en het verbeteren van de doorverkoop in de winkel.

In ons PrimaDonna-assortiment was de doorverkoop positief, voornamelijk door de goede cijfers van de herfst-wintercollectie 2018 en de bestellingen voor de nieuwe lente-zomercollectie. Toch verwachten we dat het aantal deuren in traditionele markten zal blijven dalen. We blijven de groei binnen dit kanaal steunen en daarnaast blijven we ook nieuwe markten en kanalen aanspreken. In 2018 focusten we ook op warenhuizen. Magasin du Nord (Denemarken) riep ons uit als 'Partner van het jaar 2018'.
Ondanks het algemeen tegenvallende retailklimaat in 2018 is zowel de omzet als de winstgevendheid voor retail binnen Van de Velde gegroeid in 2018. De doorgedreven operationele focus op de in-store KPI's (conversie en gemiddeld bonbedrag) zorgde ervoor dat onze winkels het dalend aantal bezoekers in het fysieke winkelkanaal succesvol konden compenseren.
Het sluiten van verlieslatende winkels samen met het grotere aandeel in de verkoop van de Van de Velde merken hebben de winstgevendheid positief beïnvloed. In 2018 bleef de omzet met franchisepartners in Nederland verder groeien en ook het online kanaal toonde opnieuw significante groei, vooral in Nederland en Duitsland. Dit resulteerde in een groter aandeel in de totale retail sales.
2018 was een zeer goed jaar in Nederland met groei in alle kanalen: eigen winkels, franchise en online. De succesvolle lancering van de Marie Jo Swim-collectie en de zichtbaarheid van onze merken in de Curvy Supermodel-competitie hadden een positief effect op onze resultaten.
In Duitsland steeg zowel de omzet als de winstgevendheid. De omzetgroei kwam uit de 'Like for Like' omzetgroei in de eigen winkels gecombineerd met een sterke online groei. De winstgevendheid verhoogde door het sluiten en onderverhuren van de verlieslatende winkel in München.
Na een bijzonder succesvol 2017, was 2018 een moeilijk jaar en dit zowel voor de winkels als online. 2018 wordt in het Verenigd Koninkrijk gezien als 'the worst year in retail' met een verlies van 80.000 jobs in de sector en het sluiten van meer dan 4.000 winkels. Onze retail portfolio bleef evenwel winstgevend. Hoogtepunten waren de Andres Sarda pop-up events in mei en december én de 'Conde nast Bridal Show' deelname die ervoor gezorgd hebben dat Rigby & Peller 'top of mind' bleef bij onze consumenten.
Klanten naar de winkel lokken blijft de grootste uitdaging voor de retail activiteiten in de Amerikaanse markt. De aanhoudende daling van de winkeltrafiek werd deels gecompenseerd door een doorgedreven focus op de in-store KPI's en het positioneren van de winkels als de 'go to destination' voor de Van de Velde merken in het algemeen en PrimaDonna in het bijzonder. Doorgedreven kostenbeheer, het verhogen van het aandeel in de verkoop van de Van de Velde merken en de jaarimpact van de San Diego winkelsluiting lieten toe verliezen af te bouwen en de winstgevendheid te vergroten.
Private Shop zette gemengde resultaten neer. Hoewel de consumentenuitgaven negatief beïnvloed werden door de handelsoorlog tussen de Verenigde Staten en China, wisten de Private Shop winkels een positieve 'Like For Like' evolutie neer te zetten zowel op vlak van omzet als winstgevendheid. Het totale resultaat werd evenwel negatief beïnvloed door de sluiting van verlieslatende winkels.
Voortbouwend op de voorbereidingen in 2017, is onze digitale reis in 2018 echt van start gegaan. We lanceerden twee merksites (www. primadonna.com en www.mariejo.com) op een gloednieuw platform. Dankzij de ondersteuning van onze nieuwe digitale teams in het hoofdkantoor en in Eindhoven groeiden ook de bestaande retailsites.
Dit nieuwe digitale talent werd aangeworven om onze e-commerce ambities te ondersteunen. Dit maakte het mogelijk in 2018 nieuwe merksites te lanceren voor PrimaDonna en voor Marie Jo. België, Nederland, Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk waren in september aan de beurt. De Verenigde Staten volgden in december. Deze merksites zijn gebouwd op een schaalbaar platform dat in 2019 zal worden gebruikt voor de lancering van een gloednieuwe B2B-site voor onze retailpartners en om de sites van Andres Sarda en onze winkelsites Rigby & Peller en Lincherie te upgraden.

Onze ontwikkelings- en marketingteams werkten in 2018 samen om de prestaties en de gebruiksvriendelijkheid van onze campagnes en de nieuwe sites te optimaliseren. Zij startten eveneens met de tweede fase van de ontwikkelingen op de merksites: de omnichannelfuncties. Deze zijn volledig gericht op het leveren van een best-in-class naadloze service aan onze klanten op zowel de online als offline kanalen. De eerste functie, een store locator, ging in september live.

Binnen onze waardeketen willen we maximale klantwaarde realiseren door het leveren van kwaliteitsproducten, op tijd en op de meest efficiënte manier.
De kwaliteit van ons product staat voorop en is het belangrijkste criterium voor beslissingen die de 'value chain' beïnvloeden. Dit gebeurt in samenwerking met onze grondstofleveranciers, de stikateliers en andere stakeholders. Er werd een verbeterprogramma opgestart waarbij we met een selectie leveranciers van quality control (QC) naar quality assurance (QA) evolueren. Het resultaat hiervan is dat we materiaal met een gewaarborgde kwaliteit direct op stock kunnen nemen.
In 2018 realiseerden we de beste leveringsprestatie ooit. Een verhoogde focus op het proces en de aansturing van het distributiecentrum zorgde ervoor dat de uitleverplanning gerespecteerd werd. Om beter te kunnen inspelen op vragen van klanten, en in goed overleg met de ondernemingsraad en de vakbonden, werden in 2018 verdere aanpassingen aan het ploegensysteem goedgekeurd. De beste leverprestatie was ook het resultaat van de verdere optimalisatie van de Sales en Operations Planning (S&OP). Deze duidelijke ketensturing binnen de value chain heeft nu een uitgewerkt proces waarin vraag, aanbod en capaciteiten op continue wijze geoptimaliseerd worden over de verschillende afdelingen.
De implementatie van de lean-gedachte en de vereenvoudiging van onze processen stonden centraal in 2018. Om continu en kostenefficiënt een breed en aantrekkelijk aanbod in de lingeriemarkt te zetten, is het cruciaal om de complexiteit in de value chain te verlagen en de transparantie te verhogen.
We trainden daarom ook een groot deel van onze medewerkers in lean technieken, in continu verbeteren en in leiderschap. De sturing zit in de end-to-end processen met proceseigenaars en prestatie-indicatoren. In de verschillende teams vinden er dagstarten plaats waar opvolging en transparantie centraal staan en bijsturing onmiddellijk kan gebeuren. In 2019 wordt dit voortgezet om de leverbetrouwbaarheid seizoen na seizoen te blijven garanderen.
Alle productiehandelingen, met uitzondering van het zuivere stikwerk (assemblage), gebeuren in België. Er werd geïnvesteerd in extra capaciteit in de snijzaal om capaciteit en flexibiliteit te garanderen voor de komende jaren. De assemblage is geconcentreerd in twee geografische regio's: Azië en Tunesië. In Azië partneren we met Top Form, vanuit hun vestigingen in China en Thailand. In Tunesië hebben we een eigen vestiging en werken we met twee toeleveranciers. Beide pijlers bieden een goede prijs-kwaliteitsverhouding.
Voor 2019 zien we de verdere uitbouw van partnerships met onze belangrijkste leveranciers en subcontractors als cruciaal in de verdere ontwikkeling van onze supply chain.

IT-systemen en Data zijn onontbeerlijk om onze klanten beter te leren kennen, zodat we onze producten en diensten maximaal op hun behoeftes kunnen afstemmen. Om dit te kunnen doen werd in 2018 een IT doel-architectuur ontwikkeld, die volledig aansluit bij onze omnichannel bedrijfsstrategie. Veranderingen aan het huidige IT-landschap gebeuren enkel in conformiteit met deze doel-architectuur.
In 2018 zijn we gestart met ons belangrijkste ERP-systeem te voorzien van nieuwe performante hardware en hebben we een nieuwere versie van de software gelanceerd. Finance heeft hier als eerste van geprofiteerd. Hun processen werden uitgebreid en gestandaardiseerd. In 2019 is de verbetering van primaire processen in de Supply Chain aan de beurt.
Ook implementeerden we Microsoft Office 365. Dit maakt samenwerking en communicatie gemakkelijker, zowel intern als extern.
Een nieuwe versie van CEGID, het systeem voor ons retailkanaal, werd in winkels uitgerold.
Tevens werd het GDPR-project binnen de gestelde tijd afgerond. Medewerkers in alle lagen van de organisatie werden hiervoor getraind.
Net als in 2017, hebben we ook in 2018 een geslaagde IT-audit door onze huisaccountant achter de rug. Hierbij kwamen enkele kleine aandachtspunten naar voren die we aanpakken in 2019.
Tegenwoordig is 24/7 beschikbaarheid de norm. We hebben onze systemen en achterliggende IT-organisatie daar dan ook op ingericht.
Vanuit Governance oogpunt maakt de IT-afdeling maandelijks een rapport over de activiteiten binnen de diverse projecten en afdelingen. Dit is in 2018 begonnen en wordt verder uitgebreid in 2019. Onze ambitie is om maandelijks de IT-kosten per afdeling inzichtelijk te maken, zodat het lijnmanagement hierop kan sturen. In dit kader zijn er tweemaandelijkse aligneringsmeetings tussen het IT-management en het management van de diverse businessafdelingen.
Cyberaanvallen komen steeds vaker voor. Om ons hiertegen te beschermen, startten we in 2018 met Security management en awareness programma's. Daar gaan we intensief mee verder in de komende jaren.
Data en rapportages zijn sterk verbeterd nu we met Microsoft Azure en Power BI werken. Relevante data worden uit allerlei systemen gehaald en bijeengebracht in één zogenaamd Data Lake en als Cloudsoftware in Azure ter beschikking gesteld voor rapportages en analyses. Enkele data science projecten werden uitgevoerd.
Continu innoveren is onontbeerlijk om competitief te blijven. Onze innovatie richt zich vooral op het realiseren van de ultieme gepersonaliseerde consumentenbeleving. Binnen het innovatieprogramma bouwen we prototypes en realiseren we MVP's (Minimal Viable Product) om concepten en businessmodellen te testen en iteratief te ontwikkelen. Daarbij leggen we de nadruk op drie domeinen:

In 2018 integreerden we de 3D-spiegel in ons retailkanaal en testten we dit concept ook bij onze wholesale klanten. We ontwikkelden samen met Macty een 'complete the look'-demo waarin gebruik gemaakt wordt van Artificiële Intelligentie om de ultieme gepersonaliseerde klantenervaring te bieden.
Ten slotte kijken we terug op het succesvol end-to-end project '18 days' waar we een alternatieve waardeketen testten. Ook namen we deel aan 'Supernova' met de lingeriewinkel van de toekomst. Dit maakte het mogelijk alle innovaties in een consumentenomgeving te testen. Deze eerste deelname was een groot succes!
In het kader van de uitrol van ons strategisch plan focusten we ons in 2018 op het aanwerven van digitale profielen. We zijn ervan overtuigd dat we op deze manier wendbaar genoeg zullen zijn om tegemoet te komen aan de behoeften van onze klanten en eindconsumenten.
2018 was ook het jaar van de GDPR-implementatie, wat vooral in de eerste helft van het jaar veel tijd in beslag nam. In samenwerking met het juridisch departement werd een online GDPR-cursus georganiseerd voor iedereen binnen de organisatie en eind 2018 kreeg iedereen nog een opfrissing op een interactieve manier.
Als organisatie hechten wij belang aan het creëren van een werkomgeving waarin medewerkers zich gesteund voelen en zich volledig kunnen ontwikkelen, zodat ze het beste van zichzelf kunnen geven. Daarom bleven we ook in 2018 focussen om van Van de Velde een 'Great Place To Work' te maken. Om inzicht te krijgen in wat leeft bij onze medewerkers introduceerden we dit jaar 'VDV Engage', een korte wekelijkse survey die peilt naar employee engagement binnen onze organisatie.
Tenslotte werd in het kader van de verdere ontwikkeling van onze e-commerce een nieuwe arbeidsregeling uitgewerkt voor onze distributieafdeling en een aantal ondersteunende diensten. Deze gaat van start begin 2019. We zijn ervan overtuigd dat dit zal bijdragen tot de verdere groei van onze onderneming.
"Groeien door focus op retail partners en merken" is het thema waarmee we in 2019 de fundamenten van ons bedrijf verder willen verstevigen. Van de Velde staat immers voor het ontwerpen en produceren van modieuze en hoogkwalitatieve lingerie. Die brengen we tot bij de consument via sterke merken en sterke retail partners.
Om die groei waar te maken willen we in 2019 focussen op vijf strategische prioriteiten. Deze zijn:
Retailpartners zijn de hoeksteen van onze business. Zij vormen onze belangrijkste link met onze consumenten. De toegevoegde waarde van de styling en fitting service die zij consumenten aanbieden, zorgt ervoor dat onze lingerie maximaal tot haar recht komt, met plezier gedragen wordt én dat vrouwen zich goed voelen. In 2019 focussen we dan ook volop op onze retailpartners.
Onze merken PrimaDonna, Marie Jo en Andres Sarda zijn sterke waarden bij de consument. Hun merkessentie en eigen karakter blijven versterken en hierbij modieuze lingerie met een perfecte pasvorm en comfort aanbieden, is belangrijk om onze business te versterken en te laten groeien op termijn.
Een modern en up-to-date IT-systeem is onontbeerlijk om een efficiënte, klantgerichte en innovatieve organisatie uit te bouwen. Daarom investeren we ook in 2019 in de verbetering en vereenvoudiging van onze primaire IT-processen, in lijn met de doelarchitectuur die in 2018 werd uitgetekend.
De digitale wereld is in volle ontwikkeling en daar willen we deel van uitmaken. We zijn gestart met een omnichannelaanpak, waarmee we meer consumenten willen laten genieten van de PrimaDonna, Marie Jo en Andres Sarda 'experience'. Op deze aanpak willen we in 2019 verder bouwen en ze gebruiken om een koopervaring te creëren bij onze retailpartners waarbij styling en fitting centraal staan. Op die manier zorgen we ervoor dat online en offline naadloos op elkaar aansluiten.
Investeringen zijn nodig, maar uiteindelijk zijn het onze medewerkers die het verschil maken. Hun motivatie en engagement zorgen ervoor dat we onze doelstellingen kunnen halen. Hiervoor willen we ieders verantwoordelijkheden duidelijk vastleggen en een kostenbewuste aanpak promoten.
We zijn ervan overtuigd dat deze vijf strategische prioriteiten de fundamenten van ons bedrijf zullen verstevigen om zo de basis te vormen voor een gestage groei op lange termijn.
Marleen Vaesen CEO met dank aan alle collega's

| 13 |

| 14 |

Voor een gedetailleerde beschrijving van de missie, kernactiviteiten en geschiedenis verwijzen wij naar onze website www.vandevelde.eu.
De groepsstructuur per 31 december 2018 is als volgt:

Samen worden deze vennootschappen verder in deze jaarbrochure de Groep genoemd.



Als familiale beursgenoteerde onderneming heeft Van de Velde bijzondere aandacht voor het aanpassen van haar werking en organisatie aan de voorschriften van de Corporate Governance Code.
Op 17 februari 2017 heeft de Raad van Bestuur van Van de Velde NV een aangepast Corporate Governance Charter goedgekeurd, dat terug te vinden is op de website van de vennootschap.
De familiale verankering van het bedrijf is eveneens een belangrijke garantie voor de deugdelijkheid van het bestuur. De familie heeft er immers alle belang bij dat het bedrijf op een professionele en transparante manier geleid wordt. Dat vertaalt zich onder meer in de aanwezigheid van ervaren familiale bestuurders in de Raad van Bestuur.
Elementen van deugdelijk bestuur en transparantie zijn ook terug te vinden in andere hoofdstukken van dit jaarverslag.
De Raad van Bestuur van Van de Velde NV is als volgt samengesteld:
• Lucas Laureys (m, 1945°), bestuurder;
Lucas Laureys is Licentiaat in de Economische Wetenschappen (Universiteit Gent) en behaalde een MBA aan de Vlerick Business School en de KUL. In 1971 vervoegde hij het bedrijf opgericht door zijn grootvader en hij was meer dan 30 jaar actief als mede-gedelegeerd bestuurder en CEO met verantwoordelijkheid voor Strategie, Sales en Marketing. Tevens was hij actief in verscheidene Raden van Bestuur waaronder die van Delta Lloyd Bank en Omega Pharma. Bij Omega Pharma was hij tevens een aantal jaren voorzitter van de Raad van Bestuur.
• Bénédicte Laureys (v, 1969°), bestuurder;
Bénédicte Laureys behaalde een professionele Bachelor secundair onderwijs economie aan de KHLeuven. Voor haar benoeming tot bestuurder bij Van de Velde in 2006 volgde ze een opleiding bij Guberna, het Instituut voor Bestuurders. Ze heeft 25 jaar ervaring in de lingeriesector. Momenteel is ze bestuurder en Managing Director van Ambo Holding NV en Vogue BVBA. Tevens zetelt ze in de Raad van Bestuur van Rigby & Peller US/UK en Private Shop en van ADX Neurosciences NV.
Marleen heeft een achtergrond in economie en vulde haar opleiding aan met Management courses aan prestigieuze universiteiten, waaronder Harvard. Zij heeft een loopbaan uitgebouwd bij Procter&Gamble en Sara Lee en was 5 jaar CEO bij Greenyard. Sinds eind 2018 is Marleen CEO van Van de Velde.

Erebestuurder: Henri-William Van de Velde, zoon van de oprichter, doctor in de rechten.
EBVBA Benoit Graulich, BVBA Dirk Goeminne en Emetico NV worden beschouwd als onafhankelijke bestuurders.
Lucas Laureys, Bénédicte Laureys, Veronique Laureys, Phillip Vandervoort en Herman Van de Velde NV vertegenwoordigen Van de Velde Holding NV, de meerderheidsaandeelhouder van Van de Velde NV en zijn niet-uitvoerend bestuurders.
Mavac BVBA is gedelegeerd bestuurder. Positron BVBA was gedelegeerd bestuurder tot 12 december 2018.
Overeenkomstig de Wet van 28 juli 2011(1) is ten minste één derde van de leden van de Raad van Bestuur van het andere geslacht dan de overige leden.
Het voorzitterschap van de Raad van Bestuur wordt waargenomen door Herman Van de Velde NV.
De secretaris van de vennootschap is Nathalie De Kerpel, legal counsel.
De Raad van Bestuur van Van de Velde NV leidt de onderneming volgens de beginselen vastgelegd in het Wetboek Vennootschapsrecht en beslist over de algemene beleidskeuzes. Deze omvatten de beoordeling en goedkeuring van strategische plannen en budgetten, het toezicht op de rapportering en de interne controles en andere taken die wettelijk aan de Raad van Bestuur toebehoren.
De Raad van Bestuur heeft in toepassing van artikel 524bis van het Wetboek Vennootschapsrecht een Directiecomité opgericht waaraan hij zijn bestuursbevoegdheden heeft gedelegeerd, met uitzondering van het algemene beleid en alle handelingen die op basis van wettelijke bepalingen aan de Raad van Bestuur zijn voorbehouden.
De Raad van Bestuur heeft tevens de volgende adviserende comités opgericht: een Auditcomité, een Benoemings- en Remuneratiecomité en een Strategisch comité.
Voor een gedetailleerdere beschrijving van de werking en de verantwoordelijkheden van de Raad van Bestuur verwijzen wij naar het Corporate Governance Charter van de vennootschap, zoals gepubliceerd op de website.
In 2018 is de Raad van Bestuur zesmaal bijeengekomen. Bijkomend was er ook één Raad van Bestuur waarop enkel de niet-uitvoerend bestuurders aanwezig waren, om de interactie tussen de Raad van Bestuur en het Directiecomité te beoordelen. Emetico NV en Lucas Laureys waren verontschuldigd op één Raad van Bestuur. Tevens hebben Positron BVBA en Mavac BVBA niet deelgenomen aan een Raad van Bestuur omdat zij betrokken partij waren. Voor het overige waren alle Raden van Bestuur voltallig.
Het Auditcomité heeft als doel de Raad van Bestuur bij te staan bij de uitvoering van zijn controleopdrachten op het financiële rapporteringsproces van Van de Velde, met inbegrip van het toezicht op de integriteit van de financiële staten en de kwalificaties, onafhankelijkheid en prestaties van de commissaris.
Concreet adviseert het Auditcomité over:
Het Auditcomité is als volgt samengesteld:
De leden van het comité beschikken over een gedegen kennis van financieel management.
Het voorzitterschap van het Auditcomité wordt waargenomen door EBVBA Benoit Graulich, vast vertegenwoordigd door Benoit Graulich.
Het Auditcomité vergadert zo vaak als nodig voor zijn goede werking, maar komt minstens viermaal per jaar samen. In 2018 is het Auditcomité vijfmaal bijeengekomen. De leden waren op alle auditcomités voltallig.
Het Strategisch comité heeft als doel de Raad van Bestuur bij te staan bij het bepalen van de strategische route van de vennootschap. Op een ad-hocbasis kunnen andere belangrijke strategische thema's worden besproken, zoals:
Het Strategisch comité is als volgt samengesteld:
(1) Wet teneinde te garanderen dat er genderevenwicht is in Raden van Bestuur.
Het voorzitterschap van het Strategisch comité wordt waargenomen door Herman Van de Velde. Op een ad-hoc basis kunnen andere leden van de Raad van Bestuur worden uitgenodigd op de sessies van het Strategisch comité.
Het Strategisch comité vergadert zo vaak als nodig voor zijn goede werking, maar komt minstens tweemaal per jaar bijeen.
Het Benoemings- en Remuneratiecomité formuleert aanbevelingen aan de Raad van Bestuur met betrekking tot het remuneratiebeleid van de vennootschap en de remuneratie van bestuurders en leden van het Directiecomité en over de benoeming van bestuurders en leden van het Directiecomité, en is verantwoordelijk voor de selectie van gepaste kandidaat-bestuurders.
Het Benoemings- en Remuneratiecomité is als volgt samengesteld:
Het voorzitterschap van het Benoemings- en Remuneratiecomité wordt waargenomen door BVBA Dirk Goeminne, vertegenwoordigd door Dirk Goeminne. Alle leden van het Benoemings- en Remuneratiecomité beschikken over de nodige deskundigheid op het gebied van remuneratiebeleid.
Het Benoemings- en Remuneratiecomité vergadert zo vaak als nodig voor zijn goede werking, maar komt minstens tweemaal per jaar bijeen. In 2018 is het Benoemings- en Remuneratiecomité driemaal bijeengekomen. Alle leden waren op deze bijeenkomsten aanwezig.
Geen enkele bestuurder zal aanwezig zijn op vergaderingen van het Benoemings- en Remuneratiecomité waarop zijn/haar eigen remuneratie wordt besproken, of betrokken zijn bij enige beslissing over zijn/haar remuneratie.
Voor een gedetailleerder overzicht van de verantwoordelijkheden en de werking van de verschillende comités die zijn opgericht binnen de Raad van Bestuur, verwijzen wij naar het Corporate Governance Charter van de vennootschap, dat gepubliceerd is op de website.
Conform artikel 23 lid 4 van de statuten en artikel 524bis van het Wetboek Vennootschapsrecht, heeft de Raad van Bestuur van 2 maart 2004 een Directiecomité opgericht.
Het Directiecomité, dat gemiddeld om de drie weken samenkomt, is verantwoordelijk voor het management van de vennootschap en oefent de bestuursbevoegdheden uit die de Raad van Bestuur aan het Directiecomité heeft gedelegeerd. Bij de vergaderingen van het directiecomité worden, in functie van de onderwerpen, sleutelpersonen binnen de organisatie uitgenodigd.
Het Directiecomité is als volgt samengesteld:
Gedurende 2018 / begin 2019 hebben de volgende personen / vennootschappen het Directiecomité verlaten:
Marleen heeft een achtergrond in economie en vulde haar opleiding aan met Management courses aan prestigieuze universiteiten, waaronder Harvard. Zij heeft een loopbaan uitgebouwd bij Procter&Gamble en Sara Lee en was vijf jaar CEO bij Greenyard. Sinds eind 2018 is Marleen CEO van Van de Velde.
• Erwin (m, 1964°)
Erwin is Burgerlijk Ingenieur Elektrotechniek, heeft een MBA/ Marketing en Exec. Master in Modern Finance & Risk. Hij bekleedde verschillende internationale executive posities bij Shell, en was CEO van Essent (NL). Hij was CEO van Van de Velde van 1 november 2016 tot december 2018.
• Bart (m, 1977°)
Bart behaalde verschillende diploma's, waaronder een Masterdiploma in Business Administration. Na 15 jaar ervaring in financieel advies en investeringen, was hij sinds mei 2016 CFO bij Van de Velde. Bart heeft het Directiecomité verlaten met ingang van 1 december 2018.
• Karlien (v, 1967°)
Karlien behaalde een master in meertalige bedrijfscommunicatie en een master in Psychologie en heeft ondertussen al meer dan 25 jaar ervaring in Human Resources. Vanaf 1 november 2018 werd haar positie als HR director ingenomen door Fenix BVBA, vast vertegenwoordigd door Bruce Humphreys (m, 1956°)(2). Bruce is jurist van opleiding en deed al veel ervaring op binnen verschillende HR en juridische functies.
• Hedwig (m, 1960°)
Met zijn achtergrond als Industrieel Ingenieur en zijn 30 jaar lange ervaring in supply chain management is Hedwig een echte specialist in het vak. Hij begon meer dan 30 jaar geleden bij Van de Velde en is al meer dan tien jaar lid van het Directiecomité.
• Yan (m, 1960°)
Yan behaalde een Masterdiploma Rechten en een diploma in Filosofie. Na meerdere functies in de textielsector is hij sinds september 2016 international retail director bij Van de Velde. Yan heeft het Directiecomité verlaten met ingang van 1 maart 2019.
(2) Fenix BVBA werd tevens met ingang van 26 februari 2019 benoemd als lid van het Directiecomité.
Het voorzitterschap (CEO) wordt waargenomen door Mavac BVBA, vast vertegenwoordigd door Marleen Vaesen.
De leden van het Directiecomité worden benoemd en ontslagen door de Raad van Bestuur, op voorstel van het Benoemings- en Remuneratiecomité. De leden worden voor onbepaalde duur benoemd, tenzij de Raad van Bestuur anders beslist. De beëindiging van het mandaat als lid van het Directiecomité heeft geen invloed op overeenkomsten tussen de vennootschap en de betrokkene in het kader van de bijkomende prestaties buiten dit mandaat.
Naast het Directiecomité heeft Van de Velde een dagelijks bestuur dat is opgedragen aan een gedelegeerd bestuurder (Mavac BVBA, vast vertegenwoordigd door Marleen Vaesen).
De Raad van Bestuur voert onder leiding van zijn voorzitter minstens om de drie jaar een evaluatie uit van zijn omvang, samenstelling, werking en die van zijn comités en de interactie met het Directiecomité. De bestuurders verlenen hun volledige medewerking aan het Benoemings- en Remuneratiecomité en eventuele andere personen, intern of extern aan de vennootschap, belast met de evaluatie. Op basis van de resultaten van de evaluatie zal het Benoemings- en Remuneratiecomité, indien toepasselijk, en eventueel in samenspraak met externe deskundigen, een verslag met de sterke en zwakke punten aan de Raad van Bestuur voorleggen en eventueel een voorstel tot benoeming van nieuwe bestuurders of de niet-verlenging van een bestuursmandaat voorleggen.
De Raad van Bestuur beoordeelt minstens om de drie jaar de werking van de comités.
Jaarlijks beoordelen de niet-uitvoerend bestuurders hun interactie met het Directiecomité.
Jaarlijks beoordeelt de CEO met het Benoemings- en Remuneratiecomité zowel de werking als de prestaties van het Directiecomité.
Het remuneratieverslag geeft op een transparante manier het verloningsbeleid van Van de Velde voor haar bestuurders en leden van het Directiecomité weer, conform de Corporate Governance Wet van 6 april 2010 en de Belgische Corporate Governance Code. Het onderliggend remuneratieverslag zal ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Algemene Vergadering van 24 april 2019 en ter informatie worden voorgelegd aan de ondernemingsraad, conform de bepalingen van de wet.
Het vergoedingsbeleid van de vennootschap is erop gericht om profielen aan te trekken en te behouden die de noodzakelijke ervaring hebben om de continuïteit en de groei van de vennootschap te verzekeren. Het verloningsbeleid streeft naar een correcte vergoeding van de werknemers, rekening houdend met de prestaties van de werknemer en de vennootschap. De evolutie van de totale verloning is verbonden aan de resultaten van de vennootschap en individuele prestaties.
Het Benoemings- en Remuneratiecomité formuleert aanbevelingen aan de Raad van Bestuur in verband met de vergoeding van de bestuurders, met inbegrip van de voorzitter van de Raad van Bestuur. Deze aanbevelingen zijn onderworpen aan de goedkeuring door de Raad van Bestuur.
De vergoeding van de niet-uitvoerend bestuurders wordt bij benoeming voorgesteld aan de Algemene Vergadering. Ze ontvangen enkel een vaste remuneratie ter vergoeding van hun lidmaatschap in de Raad van Bestuur en de adviserende comités(3) waarvan ze lid zijn. De hoogte van de vergoeding wordt enkel bepaald op basis van hun rol in de Raad van Bestuur en verschillende comités en de daaruit voortvloeiende verantwoordelijkheden en tijdsbesteding.
De niet-uitvoerend bestuurders ontvangen geen prestatiegebonden remuneratie zoals bonussen, langetermijnvergoedingen, voordelen in natura of pensioenplannen. Evenmin worden aan de niet-uitvoerend bestuurders opties of warrants toegekend.
Met ingang van 1 januari 2016 werd Herman Van de Velde NV, vast vertegenwoordigd door Herman Van de Velde, benoemd als voorzitter van de Raad van Bestuur. Herman Van de Velde NV ontvangt voor zijn voorzitterschap, zijn lidmaatschap in het Benoemings- en Remuneratiecomité en het Strategisch comité een brutovergoeding van 25.000 euro op jaarbasis. De overige niet-uitvoerende leden ontvangen een vergoeding van 15.000 euro op jaarbasis voor hun mandaat in de Raad van Bestuur en van 2.500 euro per mandaat in het Auditen/of het Benoemings- en Remuneratiecomité. BVBA Dirk Goeminne en EBVBA Benoit Graulich zijn beiden lid van het Benoemings- en Remuneratiecomité en het Auditcomité en ontvangen dus een jaarlijkse totale vergoeding van 20.000 euro. Lucas Laureys is lid van het Auditcomité en ontvangt een jaarlijkse vergoeding van 17.500 euro.
De leden van de Raad van Bestuur die ook lid zijn van het Directiecomité ontvangen geen vergoeding voor hun lidmaatschap in de Raad van Bestuur.
Het mandaat van een bestuurder kan op elk moment worden beëindigd zonder enige vorm van vergoeding. Er zijn geen arbeidsovereenkomsten of dienstverleningsovereenkomsten die voorzien in opzegperiodes of opzegvergoedingen tussen de vennootschap en de leden van de Raad van Bestuur die geen lid zijn van het Directiecomité.
Het niveau en de structuur van de verloning van de leden van het Directiecomité moeten zodanig zijn dat gekwalificeerde en deskundige professionals aangetrokken, behouden en gemotiveerd kunnen worden, rekening houdend met de aard en de draagwijdte van hun individuele verantwoordelijkheden. Hiertoe wordt een beroep gedaan op een internationaal HR-adviesbedrijf dat de functieweging en het overeenstemmende gangbare salarispakket in de relevante markt voorstelt. De vergoeding wordt regelmatig gebenchmarkt met een relevante steekproef van beursgenoteerde ondernemingen.

(3) Auditcomité en Benoemings- en Remuneratiecomité.
De gedelegeerd bestuurder doet voor de leden op individuele basis voorstellen aan het Benoemings- en Remuneratiecomité.
Andere principes waarop het remuneratiebeleid gebaseerd is:
Aan de CEO en sommige leden van het Directiecomité wordt een jaarlijkse variabele vergoeding ('de groepsbonus') toegekend in verhouding tot het behalen van jaarlijks door het Benoemings- en Remuneratiecomité vastgestelde doelstellingen die betrekking hebben op het boekjaar waarover de variabele vergoeding verschuldigd is. Deze doelstellingen zijn gebaseerd op objectieve parameters en hangen nauw samen met de resultaten van de Groep. Jaarlijks evalueert het Benoemings- en Remuneratiecomité in welke mate de doelstellingen(4) behaald zijn en dit wordt vervolgens ter goedkeuring voorgelegd aan de Raad van Bestuur. Deze groepsbonus bedraagt, met uitzondering voor de CEO, maximaal 37.500 euro per lid.
Sommige leden van het Directiecomité, waaronder de CEO, beschikken tevens over een individuele bonusregeling toegekend afhankelijk van het behalen van jaarlijks door het Benoemings- en Remuneratiecomité schriftelijk vastgelegde individuele doelstellingen die betrekking hebben op het boekjaar waarover de variabele vergoeding verschuldigd is. Deze doelstellingen zijn gebaseerd op objectieve parameters en hangen nauw samen met de verantwoordelijkheden van het betrokken lid. Het Benoemings- en Remuneratiecomité beoordeelt in welke mate deze persoonlijke doelstellingen al dan niet behaald zijn en dit wordt vervolgens ter goedkeuring voorgelegd aan de Raad van Bestuur. Deze individuele variabele vergoeding bedraagt (met uitzondering van de CEO) maximaal 37,5% van de bruto jaarvergoeding(5).
Voor de CEO bedraagt de jaarlijkse maximale bonus (individuele en groepsbonus samen) 55% van de bruto jaarvergoeding. Tevens heeft de CEO indien zij nog werkzaam is bij Van de Velde op 31 december 2020 recht op een maximale bonus van 20% van de verdiende basisvergoeding over 2019 en 2020. Deze langetermijnbonus zal berekend worden aan de hand van de stijging van de equity value van de vennootschap(6).
Naast het systeem van variabele vergoeding behoudt de Raad van Bestuur de discretionaire bevoegdheid om, op voorstel van het Benoemings- en Remuneratiecomité, aan de CEO en de leden van het Directiecomité of een aantal onder hen een bijkomende bonus toe te kennen voor een specifieke prestatie of verdienste.
Er zijn geen specifieke overeenkomsten of systemen die de vennootschap het recht geven uitbetaalde variabele vergoedingen terug te vorderen indien deze ten onrechte worden toegekend op basis van gegevens die naderhand onjuist blijken te zijn. De vennootschap zal zich hiervoor desgevallend beroepen op de mogelijkheden uit het gemeen recht.
Plannen waarbij leden van het Directiecomité worden vergoed in aandelen, aandelenopties of om het even welke andere rechten om aandelen te verwerven, zijn onderworpen aan voorafgaande aandeelhoudersgoedkeuring op de jaarvergadering. De goedkeuring heeft betrekking op het plan zelf en niet op de individuele toekenning van op aandelen gebaseerde voordelen onder het plan. In principe zijn aandelen niet definitief verworven en zijn opties niet uitoefenbaar binnen minder dan drie jaar.
De totale brutovergoeding (in 000 euro), inclusief vergoedingen ontvangen van andere vennootschappen die deel uitmaken van de Groep, die in 2018 aan de leden van het Directiecomité en de CEO werd toegekend, bedraagt:
| Directiecomité (7) | CEO | ||
|---|---|---|---|
| Basisverloning | 795 (8) | 603 (9) | |
| Variabele verloning | 74 | 100 (10) | |
| Pensioenen/invaliditeit/ gewaarborgd inkomen |
12 | 0 | |
| Andere voordelen | 11 | 0 |
(6) Voor de voormalige CEO (Positron BVBA) bedroeg de maximale groepsbonus 300.000 euro en de maximale individuele bonus 150.000 euro. Wat betreft de individuele bonus werd 2/3 van de totale verdiende bonus uitbetaald na het afsluiten van het boekjaar. 1/3 van deze bonus is betaalbaar als volgt en dit op voorwaarde dat de CEO nog werkzaam zou zijn voor Van de Velde op het moment van de voorziene uitbetaling:
– 33% van dit 1/3: in februari van het tweede jaar na het boekjaar waarop de bonus betrekking heeft;
(4) Voor wat betreft de vooropgestelde doelstellingen die betrekking hebben op de resultaten van de Groep, worden de geauditeerde cijfers als basis genomen om te bepalen of deze doelstellingen al dan niet behaald zijn.
(5) Voor sommige directieleden is dit maximum lager.
De variabele verloning is de bonus die werd verworven tijdens het gerapporteerde jaar. Er zijn verschillende vormen van toekenning: bv. uitbetaling in cash, via een uitgestelde betaling, of via een storting in een bijkomend pensioenplan. Verder beschikken de leden van het Directiecomité die tevens werknemer zijn over een bedrijfswagen met tankkaart in overeenstemming met de car policy van de vennootschap, maaltijdcheques, een groepsverzekering (pensioenplan met invaliditeits- en overlijdensdekking) en een hospitalisatieverzekering.
Momenteel wordt een lid van het Directiecomité via een arbeidsovereenkomst tewerkgesteld. Deze arbeidsovereenkomst kan worden opgezegd mits het respecteren van een opzegtermijn berekend conform de van toepassing zijnde arbeidswetgeving die, naar goeddunken van de vennootschap, kan worden vervangen door een daarmee overeenstemmende opzegvergoeding. Er zijn geen andere opzegvergoedingen voorzien. In geval van een dringende reden in hoofde van de werknemer kan de arbeidsovereenkomst evenwel met onmiddellijke ingang worden beëindigd.
De CEO en het andere lid van het Directiecomité werken via een managementovereenkomst. De opzegtermijn in deze zelfstandige samenwerkingsovereenkomsten bedraagt maximaal zes maanden.
Gedurende 2018 is er, na akkoord van de Raad van Bestuur, een opzegvergoeding toegekend aan Karlien Vanommeslaeghe ten belope van 149.692 euro. Deze opzegvergoeding is berekend op basis van de wettelijke opzegtermijn, waarbij een deel van de opzegtermijn werd omgezet in een opzegvergoeding. Tevens werd er in februari 2019 na akkoord van de Raad van Bestuur aan Positron BVBA (Erwin Van Laethem) een opzegvergoeding toegekend ten belope van 214.600 euro. Deze opzegvergoeding is berekend aan de hand van de opzegtermijn zoals voorzien in diens managementovereenkomst (zes maanden) waarbij een deel van de opzegtermijn werd omgezet in een opzegvergoeding.
Er worden geen bijzondere wijzigingen verwacht in het remuneratiebeleid voor de komende jaren en de voornoemde bepalingen blijven van kracht.
De Algemene Vergadering van 29 april 2015 heeft het optieplan 2015 goedgekeurd, waardoor het Benoemings- en Remuneratiecomité gedurende vijf jaar opties op aandelen van de vennootschap kan toekennen aan de leden van het Directiecomité. Deze opties zijn gratis toegekend. De uitoefenprijs van de opties is, per aandeel, gelijk aan het laagste bedrag van (i) het gemiddelde van de slotkoersen van het aandeel op de beurs gedurende de dertig kalenderdagen die de datum van het aanbod voorafgaan of (ii) de slotkoers van de laatste beursdag die de datum van het aanbod voorafgaat. De geldigheidsduur van de opties bedraagt tien jaar. De vennootschap en de optiehouder kunnen in onderling overleg beslissen dat de geldigheidsduur van de opties korter is dan tien jaar, zonder dat deze evenwel korter kan zijn dan vijf jaar. De opties zijn niet uitoefenbaar voorafgaand aan het einde van het derde kalenderjaar volgend op het jaar waarin de opties worden aangeboden.
In 2018 werden er geen opties toegekend aan de leden van het Directiecomité. Er werden 3.500 opties uitgeoefend door ex-leden van het Directiecomité. Gedurende 2018 / begin 2019 zijn er 20.000 opties verbeurd verklaard.
| Opties eind 2017 | Toegekend in 2018 |
Verbeurd verklaard in 2018 |
Uitgeoefend in 2018 |
Opties eind 2018 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Aantal | Aantal | Aantal | Uitoefenprijs | |||
| EBVBA 4F(1) | 3.500 | 0 | 0 | 3.500 | 37,85 | 0 |
| Herman Van de Velde NV | 5.000 | 0 | 0 | 0 | 5.000 | |
| Hedwig Schockaert | 15.000 | 0 | 0 | 0 | 15.000 | |
| YWMA BVBA | 10.000 | 0 | 0 | 0 | 10.000 | |
| Positron BVBA | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 0 | |
| Bart Rabaey Consulting VOF | 10.000 | 0 | 10.000 | 0 | 0 | |
| 53.500 | 0 | 20.000 | 3.500 | 30.000 |
(1) EBVBA 4F, vast vertegenwoordigd door Ignace van Doorselaere, CEO tot 31 oktober 2016.
Het Directiecomité leidt de vennootschap binnen een kader van voorzichtige en doeltreffende controle dat het mogelijk maakt om risico's te beoordelen en te beheren. Het Directiecomité ontwikkelt en handhaaft passende interne controles die redelijke zekerheid bieden betreffende het verwezenlijken van de doelstellingen, de betrouwbaarheid van de financiële informatie, de naleving van de van toepassing zijnde wetten en reglementen en het uitvoeren van processen van interne controle.
De Raad van Bestuur houdt toezicht op de goede functionering van de controlesystemen via het Auditcomité. Het Auditcomité beoordeelt de effectiviteit van de systemen voor interne controle en risicobeheer minstens eenmaal per jaar. Het dient zich ervan te verzekeren dat de voornaamste risico's behoorlijk geïdentificeerd, beheerd en hem ter kennis worden gebracht.
Bij de monitoring van het financiële verslaggevingsproces beoordeelt het Auditcomité in het bijzonder de relevantie en samenhang van de door de vennootschap en haar Groep toegepaste standaarden voor jaarrekeningen. Dit houdt in dat de nauwkeurigheid, de volledigheid en het consequente karakter van de financiële informatie beoordeeld worden. Het Auditcomité bespreekt significante kwesties inzake financiële verslaggeving zowel met het uitvoerend management als met de externe auditor.
De Raad van Bestuur draagt de verantwoordelijkheid voor analyse, en proactieve maatregelen en plannen rond strategische risico's. De Raad van Bestuur keurt jaarlijks de strategie en de doelstellingen goed. Jaarlijks wordt een groeiplan voor het volgende jaar ter goedkeuring aan de Raad van Bestuur voorgelegd. Het groeiplan wordt systematisch opgevolgd tijdens de vergaderingen van de Raad van Bestuur, en eventueel bijgestuurd op basis van gewijzigde vooruitzichten.
Operationele risico's worden op regelmatige basis in kaart gebracht, bijgewerkt en geëvalueerd. De operationele risico's werden in kaart gebracht en een aantal acties zijn ondernomen om de risico's te beheren. De opvolging hiervan alsook de rapportering hieromtrent is de verantwoordelijkheid van het financieel departement. Het Directiecomité draagt de verantwoordelijkheid voor analyse en proactieve maatregelen en plannen rond operationele risico's.
Het is de bedoeling dat elk proces over interne controles beschikt die de goede werking van dit proces in de mate van het mogelijke garanderen. Het financieel departement verifieert regelmatig of de interne controles die belangrijk zijn voor de volledigheid en correctheid van de gerapporteerde cijfers goed functioneren. Dit gebeurt op steekproefbasis en is bijvoorbeeld het geval voor het permanent voorraadsysteem van grondstoffen en afgewerkte producten.
Verdere informatie is beschikbaar in het Corporate Governance Charter van de vennootschap, dat gepubliceerd is op de website.
Met betrekking tot risicobeheer verwijzen we eveneens naar toelichting 30 omtrent 'Bedrijfsrisico's in het kader van IFRS 7'.
Het geplaatst kapitaal bedraagt 1.936.173,73 euro. Het is vertegenwoordigd door 13.322.480 aandelen.
In het kader van de transparantiewetgeving van 2 mei 2007 dienen deelnemingen openbaar te worden gemaakt, volgens de drempels die in de statuten zijn voorzien. De drempels voorzien in de statuten van Van de Velde zijn:
Van de Velde Holding NV houdt 7.496.250 (56,27%) aandelen. Hiervoor doet zij een beroep op de stichting Vesta en op de holdingvennootschappen Hestia Holding NV en Ambo Holding NV. De stichting Vesta vertegenwoordigt samen met Hestia Holding NV de belangen van de familie Van de Velde. Ambo Holding NV vertegenwoordigt de belangen van de familie Laureys.
Informatie over welbepaalde beschermingsconstructies Een meerderheid van de bestuurders van Van de Velde NV wordt benoemd uit kandidaten die door Van de Velde Holding NV worden voorgedragen zolang deze - direct of indirect - ten minste 35% van de aandelen van de vennootschap bezit.
De leden van de Raad van Bestuur en enkele medewerkers die over belangrijke informatie kunnen beschikken, hebben het protocol ter voorkoming van misbruik van voorkennis onderschreven (de 'insiders'). Dit houdt in dat wie transacties wil uitvoeren met het aandeel Van de Velde, dit voorafgaandelijk dient te melden aan de Compliance Officer.
Tijdens de volgende perioden mogen insiders geen transacties met effecten uitoefenen:
De Raad van Bestuur kan ook andere perioden als gevoelig beschouwen en een algemeen transactieverbod opleggen aan alle insiders.
Tevens zijn alle andere bedienden van Van de Velde schriftelijk op de hoogte gesteld van de wettelijke regeling inzake misbruik van voorkennis.
Voor een uiteenzetting van de regels die van toepassing zijn op transacties en andere contractuele banden tussen de vennootschap, met inbegrip van haar verbonden vennootschappen, en haar bestuurders en leden van het Directiecomité die niet onder de belangenconflictregeling vallen, wordt verwezen naar het Corporate Governance Charter van de vennootschap, dat gepubliceerd is op de website.
Gedurende 2018 hebben er zich geen dergelijke transacties en andere contractuele banden voorgedaan.
De Algemene Vergadering van 27 april 2016 van Van de Velde NV heeft Ernst & Young Bedrijfsrevisoren BCVBA, Pauline Van Pottelsberghelaan 12, 9051 Gent, vertegenwoordigd door Paul Eelen, benoemd tot commissaris. Het mandaat loopt tot de jaarvergadering van 2019.
Met de commissaris wordt op regelmatige basis overlegd en voor de semestriële en de jaarlijkse rapportering wordt hij uitgenodigd op het Auditcomité. De commissaris heeft geen relaties met Van de Velde die zijn oordeel kunnen beïnvloeden.
De jaarlijkse vergoeding die in 2018 aan de commissaris voor de controleopdrachten van de enkelvoudige en geconsolideerde jaarrekening van Van de Velde NV werd toegekend, bedraagt 59.823 euro (exclusief BTW). De totale kosten voor 2018 voor de controle van de jaarrekeningen van alle vennootschappen van de Van de Velde Groep bedragen 181.796 euro (exclusief BTW en inclusief de hierboven reeds vermelde 59.823 euro).
Overeenkomstig artikel 134 van het Wetboek Vennootschapsrecht deelt Van de Velde mee dat de vergoeding verstrekt aan de commissaris voor uitzonderlijke en bijzondere opdrachten en aan de personen met wie de commissaris beroepshalve in samenwerkingsverband staat 50.370 euro (exclusief BTW) bedraagt, waarvan het volledige bedrag voor belastingadvies- en compliance-opdrachten.
Van de Velde NV volgt in grote mate de aanbevelingen van de Belgische Corporate Governance Code. In een bepaald geval wordt afgeweken van de Code wegens het eigen karakter van de onderneming en in het belang van het behoorlijk functioneren van haar organen en medewerkers. Gedurende 2018 hebben er geen afwijkingen op de Code plaatsgevonden.
In 2018 werd de procedure inzake artikel 523 van het Wetboek Vennootschapsrecht eenmaal toegepast. Dit betrof de benoeming van de bestuurder Mavac BVBA als voorzitter van het Directiecomité.
Hierna wordt de inhoud van de notulen van de betrokken beslissing weergegeven, die de reden van het tegenstrijdig belang aangeven alsmede de aard van de beslissing, de verantwoording en de financiële gevolgen ervan.
"Mavac BVBA, vast vertegenwoordigd door Marleen Vaesen heeft vooraf meegedeeld dat er omtrent bovenvermelde agendapunten een strijdig belang bestaat in de zin van artikel 523 van het Wetboek van Vennootschappen en neemt derhalve niet deel aan deze beraadslaging. Zij wijst erop dat deze beslissing een belang van vermogensrechtelijke aard heeft, gezien het de benoeming van Mavac BVBA als bezoldigd voorzitter van het Directiecomité betreft.
Conform de wettelijke bepalingen ter zake worden in onderhavige notulen van de Raad van Bestuur opgenomen:
De beslissing betreft de benoeming van Mavac BVBA als gedelegeerd bestuurder en voorzitter en lid van het Directiecomité.
De vergoeding die wordt toegekend aan Mavac BVBA als voorzitter en lid van het Directiecomité is de volgende:
De Raad van Bestuur is van mening dat deze vergoeding marktconform is en de inzet van de CEO in het kader van het succes en de verdere groei en ontwikkeling van de vennootschap verzekert.
De Raad van Bestuur besluit derhalve Mavac BVBA te benoemen als gedelegeerd bestuurder en voorzitter en lid van het Directiecomité, beide met ingang van 12 december 2018. Voor haar lidmaatschap en voorzitterschap van het Directiecomité wordt bovenvermelde vergoeding goedgekeurd."
Van de Velde staat sinds 1 oktober 1997 genoteerd op de Beurs van Brussel, nu Euronext Brussel, onder de afkorting 'VAN' (MNEMO).
Er kan gehandeld worden in Van de Velde aandelen door gebruik te maken van de ISIN-code BE0003839561.
Euronext Brussel heeft Van de Velde opgenomen op de continumarkt van Euronext Brussel in het compartiment B (marktkapitalisatie tussen 150 miljoen en 1 miljard euro).
In overeenstemming met haar reeks lokale indices, lanceert Euronext Brussel een BEL20-, BEL Mid- en BEL Small-index, waarvan de componenten zijn geselecteerd op basis van liquiditeit en 'free float'-marktkapitalisatie.
Van de Velde maakt deel uit van de BEL Small-index. Het gewicht in deze index bedraagt 7,83% eind 2018.
Van de Velde heeft sinds juli 2002 een liquiditeitsovereenkomst afgesloten met Bank Degroof.
Een liquiditeitsverschaffer garandeert een constante aanwezigheid van bied- en laatkoersen waartegen beleggers transacties kunnen uitvoeren en stelt permanent een markt binnen een maximale bandbreedte tussen aan- en verkoopprijs van 5%. Hierdoor kan de omloopsnelheid in het aandeel worden verhoogd, kan de bandbreedte tussen bieden laatkoers worden verkleind, kunnen grote prijsschommelingen op kleine verhandelde volumes worden voorkomen en wordt de notering op het continusegment van Euronext Brussel gegarandeerd.

De jaarvergadering wordt gehouden op de zetel van de vennootschap (tenzij een andere plaats is vermeld in de oproeping) op de laatste woensdag van de maand april om zeventien uur. Indien deze dag een wettelijke feestdag is, wordt de vergadering gehouden op de daaropvolgende werkdag.
Een Buitengewone Algemene Vergadering kan worden bijeengeroepen telkens wanneer het belang van de vennootschap dit vereist en moet worden bijeengeroepen telkens wanneer de aandeelhouders die samen één vijfde van het kapitaal vertegenwoordigen, erom vragen.
De Raad van Bestuur is bevoegd om gedurende een periode van vijf jaar, te rekenen vanaf de bekendmaking in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad (18 mei 2017), het geplaatst kapitaal in één of meerdere malen te verhogen met een bedrag van 1.936.173,73 euro, onder de voorwaarden die zijn vastgelegd in de statuten.
Op 26 april 2017 heeft de Buitengewone Algemene Vergadering der Aandeelhouders beslist om de Raad van Bestuur te machtigen om eigen aandelen van de vennootschap in te kopen of te vervreemden. Deze machtiging geldt voor een periode van (i) drie jaar te rekenen vanaf 18 mei 2017 indien de verkrijging noodzakelijk is ter voorkoming van een ernstig dreigend nadeel en (ii) vijf jaar te rekenen vanaf 26 april 2017 indien de Raad van Bestuur overeenkomstig artikel 620 van het Wetboek Vennootschapsrecht, het wettelijk toegelaten aantal eigen aandelen verwerft tegen een prijs die gelijk is aan de prijs waartegen deze op Euronext Brussel worden genoteerd.
In 2018 werden 15.500 eigen aandelen ingekocht en eind 2018 heeft Van de Velde NV 11.000 eigen aandelen in bezit.
De eigen aandelen in het bezit van Van de Velde NV zijn bestemd om in het kader van een optieprogramma dat loopt sinds 2005, te worden aangeboden aan de directie. Meer informatie hieromtrent is te vinden in de toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening, onder toelichting 13.
Van de Velde streeft ernaar een stabiel en geleidelijk toenemend jaarlijks dividend uit te keren. Daarbij wordt rekening gehouden met de volgende factoren:
Het dividendbeleid van Van de Velde bestaat erin om minstens 40% van de geconsolideerde winst voor de periode, aandeel van de Groep, exclusief het resultaat op basis van de 'equity'-methode uit te keren en om eveneens geen overtollige cash in de onderneming aan te houden.
De financiële dienstverlening wordt verleend door ING als hoofdbetaalagent.
Het dividend op de te bestemmen winst zal worden toegekend aan de aandelen waarvan de rechten niet zijn geschorst. Met andere woorden wordt de uitkeerbare winst niet verminderd rekening houdend met het aantal in bezit gehouden eigen effecten, waarvoor dus geen aandeel in de winst in bewaring wordt gehouden. Het betreft 11.000 ingekochte eigen aandelen in het kader van een optieprogramma (zie supra). Hiervoor wordt verwezen naar artikel 622 van het Wetboek Vennootschapsrecht.
Het aantal aandelen dat recht geeft op dividenden wordt aldus verminderd van 13.322.480 aandelen tot 13.311.480 aandelen.
De toepassing van het uitkeringspercentage (40% van de geconsolideerde winst voor de periode, aandeel van de Groep, exclusief het resultaat op basis van de 'equity'-methode) geeft een dividend per aandeel van 0,80 euro.
Van de Velde voert het beleid geen overtollige cash in de organisatie aan te houden en dit onder één of andere vorm aan de aandeelhouders uit te keren. De kasmiddelen die nodig zijn in het kader van de bedrijfsvoering en geplande investeringen worden jaarlijks geëvalueerd. Voor 2018 betekent dit dat de Raad van Bestuur aan de Algemene Vergadering zal voorstellen om over het boekjaar 2018 een brutodividend van 1,03 euro per aandeel uit te keren. Na betaling van roerende voorheffing blijft er een nettodividend over van 0,721 euro per aandeel.
Na goedkeuring door de Algemene Vergadering zal het dividend(11) van 1,03085 euro per aandeel (of 0,7216 euro netto per aandeel) betaalbaar worden gesteld vanaf 6 mei 2019.
| Einde boekjaar 2018 | 31 december 2018 |
|---|---|
| Bekendmaking omzetgegevens 2018 | 10 januari 2019 |
| Bekendmaking jaarresultaten 2018 | 27 februari 2019 |
| Publicatie jaarverslag 2018 | 22 maart 2019 |
| Algemene Vergadering der Aandeelhouders | 24 april 2019 |
| Ex-coupondatum | 2 mei 2019 |
| Registratiedatum | 3 mei 2019 |
| Betaalbaarstelling dividend | 6 mei 2019 |
| Bekendmaking halfjaarlijkse resultaten 2019 | 30 augustus 2019 |
| Einde boekjaar 2019 | 31 december 2019 |

(11) Op voorwaarde dat het aantal eigen aandelen in het bezit ongewijzigd blijft, nl. 11.000.

| Winst-en-verliesrekening (in miljoen euro) | 2018 | 2017 | 2016 | 2015 | 2014 |
|---|---|---|---|---|---|
| Bedrijfsopbrengsten | 210,2 | 214,7 | 211,9 | 214,5 | 203,3 |
| Omzet | 205,2 | 209,0 | 206,6 | 209,0 | 198,4 |
| Omzet op vergelijkbare basis (1) | 203,0 | 205,6 | 206,8 | 206,7 | 195,6 |
| EBITDA (2) | 37,2 | 55,7 | 61,9 | 61,9 | 57,7 |
| EBITDA op vergelijkbare basis (3) | 35,8 | 53,5 | 62,0 | 60,4 | 55,9 |
| EBIT (4) | 30,2 | 48,0 | 53,6 | 53,7 | 49,5 |
| Geconsolideerd resultaat vóór belastingen (5) | 30,2 | 47,7 | 53,3 | 54,0 | 18,8 |
| Geconsolideerd resultaat na belastingen (5) | 26,6 | 34,2 | 34,0 | 40,6 | 2,5 |
| Winst voor de periode (6) | 25,5 | 33,9 | 33,6 | 41,0 | 2,5 |
| Operationele cashflow (7) | 17,5 | 35,0 | 45,1 | 50,3 | 45,9 |
(1) Omzet op vergelijkbare basis is de omzet zonder het effect van de vroegere uitleveringen om dezelfde seizoenen te tonen.
(2) EBITDA is gelijk aan de bedrijfswinst verhoogd met afschrijvingen en waardeverminderingen op immateriële en materiële vaste activa.
(3) EBITDA op vergelijkbare basis is gelijk aan de EBITDA zonder het effect van de vroegere uitleveringen om dezelfde seizoenen te tonen.
(4) EBIT is gelijk aan de bedrijfswinst.
(5) Resultaat (aandeel van de Groep) vóór aandeel in de winst / (het verlies) van investeringen in deelnemingen ('equity'-methode). 2014 omvat een impairment van 31,4 miljoen euro.
(6) Resultaat (aandeel van de Groep) na aandeel in de winst / (het verlies) van investeringen in deelnemingen ('equity'-methode).
(7) Operationele cashflow is gelijk aan kasstromen uit bedrijfsactiviteiten.
| Balans (in miljoen euro) | 2018 | 2017 | 2016 | 2015 | 2014 |
|---|---|---|---|---|---|
| Vaste activa | 75,3 | 69,7 | 71,9 | 70,8 | 68,0 |
| Vlottende activa | 92,3 | 89,1 | 84,8 | 90,9 | 91,9 |
| Eigen vermogen | 133,4 | 121,8 | 116,6 | 129,2 | 134,0 |
| Balanstotaal | 167,6 | 158,8 | 156,7 | 161,7 | 159,9 |
| Nettoschuldpositie (1) | -15,2 | -21,5 | -18,0 | -27,8 | -34,2 |
| Werkkapitaal (2) | 47,9 | 36,1 | 32,2 | 35,9 | 37,2 |
| Aangewend kapitaal (3) | 123,2 | 105,8 | 104,1 | 106,8 | 105,2 |
(1) Financiële schulden min geldmiddelen en kasequivalenten (een negatieve positie wijst op kaspositie, een positieve positie wijst op schuldpositie).
(3) Vaste activa plus werkkapitaal.
(2) Vlottende activa (exclusief geldmiddelen en kasequivalenten) min kortlopende verplichtingen (exclusief financiële schulden).
| Financiële ratio's (in %, behalve liquiditeit) | 2018 | 2017 | 2016 | 2015 | 2014 |
|---|---|---|---|---|---|
| Rendement op het eigen vermogen (1) | 20,9 | 29,8 | 27,7 | 30,9 | 1,6 |
| Rendement op het aangewend kapitaal (2) | 23,3 | 32,2 | 32,3 | 38,4 | 2,0 |
| Solvabiliteit (3) | 79,6 | 76,7 | 74,4 | 79,9 | 83,8 |
| Liquiditeit (4) | 3,2 | 2,8 | 2,4 | 3,3 | 4,5 |
(1) Geconsolideerd resultaat na belastingen / Gemiddelde van eigen vermogen per einde boekjaar en vorig boekjaar. Indien geen rekening wordt gehouden met de impairment in 2014, bedraagt het rendement op het eigen vermogen 22,0%.
(3) Eigen vermogen / Balanstotaal.
(4) Vlottende activa / Kortlopende verplichtingen.
(2) Geconsolideerd resultaat na belastingen / Gemiddelde van aangewend kapitaal per einde boekjaar en vorig boekjaar. Indien geen rekening wordt gehouden met de impairment in 2014, bedraagt het rendement op het aangewend kapitaal 27,3%.
| Margeanalyse en belastingvoet (in %) | 2018 | 2017 | 2016 | 2015 | 2014 |
|---|---|---|---|---|---|
| EBITDA (1) | 18,1 | 26,6 | 30,0 | 29,6 | 29,1 |
| EBITDA op vergelijkbare basis (2) | 17,6 | 26,0 | 30,0 | 29,3 | 28,6 |
| EBIT (3) | 14,7 | 23,0 | 26,0 | 25,7 | 25,0 |
| Belastingvoet (4) | 11,9 | 28,6 | 36,4 | 24,5 | 32,6 |
(1) EBITDA over Omzet.
(2) EBITDA op vergelijkbare basis over omzet op vergelijkbare basis.
(4) Winstbelasting over Geconsolideerd resultaat vóór belastingen (exclusief de 'equity' methode). In 2014 wordt er geen rekening gehouden met de impairment.
(3) EBIT over Omzet.
| Beursgegevens | 2018 | 2017 | 2016 | 2015 | 2014 |
|---|---|---|---|---|---|
| Gemiddeld dagvolume in stuks | 6.664 | 9.947 | 9.304 | 8.503 | 6.226 |
| Aantal aandelen op jaareinde | 13.322.480 | 13.322.480 | 13.322.480 | 13.322.480 | 13.322.480 |
| Aantal verhandelde aandelen | 1.699.350 | 2.536.410 | 2.391.245 | 2.176.758 | 1.587.689 |
| Omloopsnelheid | 12,8% | 19,0% | 17,9% | 16,3% | 11,9% |
| Omzet (in duizend euro) | 54.187 | 129.190 | 143.456 | 115.242 | 60.210 |
| (in euro per aandeel) | |||||
| Hoogste koers | 46,25 | 66,30 | 68,20 | 62,75 | 39,62 |
| Laagste koers | 21,65 | 41,70 | 52,63 | 38,80 | 35,81 |
| Slotkoers | 25,60 | 44,45 | 66,16 | 62,75 | 38,94 |
| Gemiddelde koers | 31,83 | 50,35 | 62,18 | 53,58 | 38,16 |
| Kerncijfers per aandeel (in euro) | 2018 | 2017 | 2016 | 2015 | 2014 |
|---|---|---|---|---|---|
| Boekwaarde (1) | 10,0 | 9,1 | 8,8 | 9,7 | 10,1 |
| EBITDA (2) | 2,8 | 4,2 | 4,6 | 4,6 | 4,3 |
| EBITDA op vergelijkbare basis (3) | 2,7 | 4,0 | 4,7 | 4,5 | 4,2 |
| Winst voor de periode (4) | 1,9 | 2,5 | 2,5 | 3,1 | 0,2 |
| Brutodividend (5) | 1,03 | 1,03 | 3,50 | 3,50 | 3,50 |
| Nettodividend (5) | 0,72 | 0,72 | 2,49 | 2,58 | 2,63 |
| Dividendrendement (6) | 2,82% | 1,62% | 3,76% | 4,11% | 6,74% |
| Uitkeringspercentage (7) | 52% | 40% | 137% | 115% | 138% |
(1) Eigen vermogen / Aantal aandelen op jaareinde.
(2) EBITDA / Aantal aandelen op jaareinde.
(3) EBITDA op vergelijkbare basis / Aantal aandelen op jaareinde.
(4) Winst voor de periode / Aantal aandelen op jaareinde. Indien geen rekening wordt gehouden met de impairment in 2014, bedraagt de winst voor de periode per aandeel 2,5.
(5) Het brutodividend, zoals zal worden voorgesteld door de Raad van Bestuur aan de Algemene Vergadering, is gelijk aan 1,03 euro per aandeel. Het nettodividend bedraagt 0,721 euro per aandeel.
(6) Nettodividend / Slotkoers.
(4) Marktkapitalisatie / Boekwaarde.
(7) Uitkeringspercentage van de geconsolideerde winst voor de periode, aandeel van de Group, exclusief het resultaat op basis van de 'equity'-methode en exclusief impairment.
| Waardebepaling (in miljoen euro) | 2018 | 2017 | 2016 | 2015 | 2014 |
|---|---|---|---|---|---|
| Boekwaarde (1) | 133,4 | 121,8 | 116,6 | 129,2 | 134,0 |
| Marktkapitalisatie (2) | 341,1 | 592,2 | 881,4 | 836,0 | 518,8 |
| Ondernemingswaarde (EV) (3) | 313,1 | 556,4 | 849,3 | 793,6 | 469,9 |
(1) Eigen vermogen.
(2) Aantal aandelen per 31/12 vermenigvuldigd met slotkoers.
(3) Ondernemingswaarde is gelijk aan marktkapitalisatie plus nettoschuldpositie min deelnemingen in geassocieerde ondernemingen.
| Multiples | 2018 | 2017 | 2016 | 2015 | 2014 |
|---|---|---|---|---|---|
| EV/EBITDA (1) | 8,4 | 10,0 | 13,7 | 12,8 | 8,1 |
| EV/EBITDA op vergelijkbare basis (2) | 8,7 | 10,4 | 13,7 | 13,1 | 8,4 |
| Koers/Winst (3) | 13,4 | 17,5 | 26,4 | 20,4 | 213,2 |
| Koers/Boekwaarde (4) | 2,6 | 4,9 | 7,6 | 6,5 | 3,9 |
(1) Ondernemingswaarde / EBITDA.
(2) Ondernemingswaarde / EBITDA op vergelijkbare basis.
(3) Slotkoers / Winst voor de periode. Indien geen rekening wordt gehouden met de
impairment in 2014, bedraagt de koers/winst verhouding 15,3.


Koersevolutie van het aandeel in 2018




Geconsolideerde winst-en-verliesrekening
Mutatieoverzicht van het eigen vermogen
| 000 euro | 2018 | 2017 | (Toelichting) |
|---|---|---|---|
| Activa | |||
| Totaal vaste activa | 75.301 | 69.698 | |
| Goodwill | 4.546 | 4.546 | 3 |
| Immateriële activa | 23.113 | 13.908 | 4 |
| Materiële vaste activa | 33.627 | 35.750 | 5 |
| Deelnemingen in geassocieerde ondernemingen | 12.757 | 14.293 | 6 |
| Uitgestelde belastingvordering | 0 | 0 | 17 |
| Overige vaste activa | 1.258 | 1.201 | 7 |
| Totaal vlottende activa | 92.272 | 89.100 | |
| Voorraden | 46.703 | 41.983 | 9 |
| Handelsvorderingen | 17.922 | 19.314 | 10 |
| Overige vlottende activa | 11.917 | 5.960 | 11 |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | 15.730 | 21.843 | 12 |
| Totaal activa | 167.573 | 158.798 | |
| Eigen vermogen en verplichtingen | |||
| Eigen vermogen | 133.382 | 121.808 | |
| Aandelenkapitaal | 1.936 | 1.936 | 13 |
| Eigen aandelen | -427 | 0 | 13 |
| Uitgiftepremies | 743 | 743 | 13 |
| Niet-gerealiseerde resultaten | -8.821 | -8.418 | |
| Ingehouden winst | 139.951 | 127.547 | |
| Belang van derden (1) | 0 | 458 | |
| Subsidies | 304 | 152 | 8 |
| Totaal langlopende verplichtingen | 4.769 | 4.881 | |
| Voorzieningen | 390 | 609 | 14 |
| Pensioenen | 1.061 | 771 | 15 |
| Andere langlopende verplichtingen | 2.694 | 2.758 | 16 |
| Uitgestelde belastingen | 624 | 743 | 17 |
| Totaal kortlopende verplichtingen | 29.118 | 31.499 | |
| Handelsschulden en overige schulden | 26.079 | 20.026 | 18 |
| Overige kortlopende schulden | 1.936 | 1.552 | 19 |
Totaal eigen vermogen en verplichtingen 167.573 158.798
(1) Omwille van verwerving 100% aandelenbelang in Rigby & Peller Ltd is er geen belang van derden meer van toepassing.

Belastingverplichtingen 1.103 9.921 19
| 000 euro | 2018 | 2017 | (Toelichting) |
|---|---|---|---|
| Omzet | 205.153 | 208.987 | 28 |
| Overige bedrijfsopbrengsten | 5.001 | 5.673 | |
| Kostprijs van materialen | -41.584 | -45.428 | |
| Overige uitgaven (1) | -80.370 | -69.570 | |
| Personeelskosten | -50.965 | -43.983 | 22 |
| Afschrijvingen en waardeverminderingen | -6.996 | -7.706 | 4, 5 |
| Bedrijfswinst | 30.239 | 47.973 | |
| Financieringsbaten | 3.282 | 4.397 | 21 |
| Financieringskosten | -3.291 | -4.641 | 21 |
| Resultaat op basis van de 'equity'-methode | -1.105 | -267 | 6 |
| Winst vóór belastingen | 29.125 | 47.462 | |
| Winstbelasting | -3.592 | -13.642 | 23 |
| Winst voor de periode | 25.533 | 33.820 | |
| Overzicht van de niet-gerealiseerde resultaten | |||
| Winsten en verliezen uit de omrekening van de jaarrekeningen van buitenlandse entiteiten binnen de groep en belang van derden |
-130 | -213 | |
| Winsten en verliezen uit de omrekening van de jaarrekeningen van entiteiten opgeno men volgens de 'equity'-methode |
-136 | 263 | 6 |
| Totaal niet-gerealiseerde resultaten (volledig recycleerbaar in de winst-en-verliesrekening) | -266 | 50 | |
| Winsten en verliezen uit de herberekening van pensioenplannen | -137 | 0 | 15 |
| Totaal niet-gerealiseerde resultaten (niet recycleerbaar in de winst-en-verliesrekening) | -137 | 0 | 15 |
| Totaal gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten | 25.130 | 33.870 | |
| 000 euro | 2018 | 2017 | (Toelichting) |
| Winst voor de periode | 25.533 | 33.820 | |
| Aandeel van de groep | 25.533 | 33.947 | 24 |
| Aandeel van derden | 0 | -127 | |
| Gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten | 25.130 | 33.870 | |
| Aandeel van de groep | 25.130 | 34.021 | |
| Aandeel van derden | 0 | -151 | |
| Gewone winst per aandeel (in euro) | 1,92 | 2,52 | 24 |
| Verwaterde winst per aandeel (in euro) | 1,92 | 2,52 | 24 |
| Gewogen gemiddelde aantal aandelen | 13.313.890 | 13.468.577 | 24 |
(1) De stijging situeert zich voornamelijk binnen ICT kosten, digital en HR.
Gewogen gemiddelde aantal aandelen voor verwaterde winst per aandeel 13.313.890 13.472.996 24 Voorgesteld dividend per aandeel (in euro) 1,03 1,03 25 Totaal dividend (in 000 euro) 13.722 13.722 25
| Toewijsbaar aan de aandeelhouders van de Groep | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 000 euro Wijziging in eigen vermogen |
Aandelen kapitaal |
Inkoop eigen aandelen |
Uitgifte premies |
Niet gereali seerde resul taten |
Andere reserves |
Inge houden winst |
Vergoe dingen in aan delen |
Eigen vermo gen |
Minder heidsbe langen |
Totaal vermo gen |
| Saldo per 31/12/2016 | 1.936 | 0 | 743 | -8.492 | -293 | 122.470 | 256 | 116.620 | 609 | 117.229 |
| Winst voor de periode | 33.947 | 33.947 | -127 | 33.820 | ||||||
| Niet-gerealiseerde resultaten | -189 | -189 | -24 | -213 | ||||||
| Aandelen verkocht in het kader van de uitoefening van opties | 614 | 614 | 614 | |||||||
| Inkoop eigen aandelen | -614 | -614 | -614 | |||||||
| In resultaatneming van op aandelen gebaseerde betalingen | 185 | 185 | 185 | |||||||
| Toegekende en aanvaarde opties op aandelen | 131 | -131 | 0 | 0 | ||||||
| Reserves Top Form | 263 | -375 | -112 | -112 | ||||||
| Dividend op aandelen | -28.643 | -28.643 | -28.643 | |||||||
| Saldo per 31/12/2017 | 1.936 | 0 | 743 | -8.418 | -293 | 127.530 | 310 | 121.808 | 458 | 122.266 |
| Winst voor de periode | 25.533 | 25.533 | 25.533 | |||||||
| Niet-gerealiseerde resultaten | -267 | -267 | -267 | |||||||
| Aandelen verkocht in het kader van de uitoefening van opties | 175 | 175 | 175 | |||||||
| Inkoop eigen aandelen | -602 | -602 | -602 | |||||||
| In resultaatneming van op aandelen gebaseerde betalingen | 137 | 137 | 137 | |||||||
| Toegekende en aanvaarde opties op aandelen | 45 | -45 | 0 | 0 | ||||||
| Andere reserves | 458 | 458 | -458 | 0 | ||||||
| Reserves Top Form | -136 | -136 | -136 | |||||||
| Dividend op aandelen | -13.724 | -13.724 | -13.724 | |||||||
| Saldo per 31/12/2018 | 1.936 | -427 | 743 | -8.821 | -293 | 139.842 | 402 | 133.382 | 0 | 133.382 |
| 000 euro | 2018 | 2017 | (Toelichting) |
|---|---|---|---|
| Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten | |||
| Contante ontvangsten van klanten | 263.367 | 263.549 | |
| Geldmiddelen betaald aan leveranciers en werknemers | -220.968 | -201.190 | |
| Nettogeldmiddelen uit de bedrijfsvoering | 42.399 | 62.359 | |
| Betaalde winstbelastingen | -16.842 | -19.747 | |
| Andere betaalde belastingen | -7.675 | -7.283 | |
| Betaalde rente en bankkosten | -359 | -326 | 21 |
| = Nettogeldmiddelen uit bedrijfsactiviteiten | 17.523 | 35.003 | |
| Kasstromen uit investeringsactiviteiten | |||
| Ontvangen rente | 7 | 35 | 21 |
| Ontvangen dividenden | 596 | 632 | 6 |
| Aankoop van vaste activa | -12.917 | -4.846 | 4, 5 |
| Investering / recuperatie investering in dochteronderneming | 0 | 0 | |
| Investeringen in andere deelnemingen | 0 | -828 | 6,7 |
| Ontvangsten uit uitoefening van aandelenopties | 170 | 384 | 13 |
| Inkoop eigen aandelen | -602 | -614 | 13 |
| = Nettogeldmiddelen gebruikt in investeringsactiviteiten | -12.746 | -5.237 | |
| Kasstromen uit financieringsactiviteiten | |||
| Betaalde dividenden | -13.722 | -28.643 | 25 |
| Terugbetaling van langlopende leningen / Toename van bankschulden | 0 | 0 | |
| Terugbetaling van kortlopende leningen / Toename van bankschulden | 158 | -194 | |
| Nettofinancieringen customer growth fund | -6 | 62 | |
| = Nettogeldmiddelen gebruikt in financieringsactiviteiten | -13.570 | -28.775 | 12 |
| Nettotoename/(-afname) van geldmiddelen en kasequivalenten | -8.793 | 991 | |
| Geldmiddelen en kasequivalenten aan het begin van de periode | 21.843 | 18.538 | 12 |
| Wisselkoersverschillen | 2.680 | 2.314 | |
| Nettotoename/(-afname) van geldmiddelen en kasequivalenten | -8.793 | 991 | |
| Geldmiddelen en kasequivalenten aan het einde van de periode | 15.730 | 21.843 | 12 |
De Van de Velde Groep ontwerpt, ontwikkelt, produceert en verkoopt samen met haar dochterondernemingen modieuze luxelingerie. De onderneming is een naamloze vennootschap, met aandelen genoteerd op Euronext Brussel.
Het hoofdkantoor van de vennootschap is gevestigd in Wichelen, België.
De geconsolideerde jaarrekening is op 26 februari 2019 door de Raad van Bestuur goedgekeurd voor publicatie, onder voorbehoud van de goedkeuring van de statutaire niet-geconsolideerde jaarrekening door de aandeelhouders tijdens de gewone Algemene Vergadering die zal plaatsvinden op 24 april 2019. Conform de Belgische wetgeving zal de geconsolideerde jaarrekening tijdens diezelfde Algemene Vergadering ter informatie voorgesteld worden aan de aandeelhouders van Van de Velde NV. De geconsolideerde jaarrekening is niet onderworpen aan wijzigingen, behalve als het gaat om wijzigingen als gevolg van eventuele beslissingen van de aandeelhouders betreffende de statutaire nietgeconsolideerde jaarrekening die een impact hebben op de geconsolideerde jaarrekening.
Dit jaarverslag is opgesteld in overeenstemming met artikel 119 van het Wetboek Vennootschapsrecht. De verschillende componenten zoals voorgeschreven door artikel 119 zijn verspreid over de diverse hoofdstukken in het jaarverslag.
De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de 'International Financial Reporting Standards (IFRS)', zoals aangenomen voor gebruik in de Europese Unie op de balansdatum.
De bedragen in de jaarrekening worden uitgedrukt in duizend euro tenzij anders vermeld. De jaarrekening is opgesteld volgens de historische kostprijsgrondslag, behalve voor de waardering tegen reële waarde van afgeleide financiële instrumenten.
De opstelling van de jaarrekening in overeenstemming met IFRS vereist dat het management bepaalde schattingen doet en uitgaat van bepaalde veronderstellingen die een invloed hebben op de bedragen die worden gerapporteerd in de jaarrekening en de bijgaande toelichting.
Schattingen die zijn gedaan op elke verslagdatum weerspiegelen de omstandigheden op die datum (bv. marktprijzen, rentetarieven en wisselkoersen). Hoewel deze schattingen gebaseerd zijn op de beste kennis van het management over de actualiteit en acties die de Groep kan ondernemen, kunnen de werkelijke resultaten verschillen van deze schattingen.
De belangrijkste toepassing van schattingen heeft betrekking op:
Jaarlijks worden immateriële vaste activa met onbeperkte levensduur, inclusief goodwill met betrekking tot bedrijfscombinaties, getest op bijzondere waardeverminderingen. Deze test vereist een inschatting van de gebruikswaarde van deze activa. Het schatten van de gebruikswaarde vereist een inschatting van de verwachte toekomstige kasstromen gerelateerd aan deze activa en het kiezen van een passende disconteringsvoet teneinde de huidige waarde van deze kasstromen te bepalen. Voor de inschatting van de toekomstige kasstromen dienen door het management een aantal veronderstellingen en schattingen te worden gemaakt, zoals verwachtingen inzake groei in opbrengsten, evolutie in winstmarge en operationele kosten, tijdsbepaling en bedrag van investeringen, evolutie in werkkapitaal, groeipercentages voor de lange termijn en de keuze van disconteringsvoeten die rekening houden met specifieke risico's. Verdere details worden weergegeven in toelichting 3.
De Groep waardeert de kosten van de aandelenoptieprogramma's op basis van de reële waarde van de instrumenten op de datum van de toekenning. De schatting van de reële waarde van de vergoedingen in aandelen vereist een aangepast waarderingsmodel, dat afhankelijk is van de voorwaarden van de toekenning. Het waarderingsmodel vereist ook de bepaling van aangepaste inputs zoals de verwachte levensduur van de optie, de volatiliteit en het dividendrendement. De veronderstellingen en het gebruikte model voor de schatting van de reële waarde voor vergoedingen in aandelen is toegelicht in toelichting 22.
De kosten van de toegezegde pensioenregelingen en andere langetermijnpersoneelsbeloningen en de contante waarde van de pensioenverplichting worden bepaald door actuariële berekeningen. Hiervoor worden verschillende veronderstellingen gebruikt die van de werkelijke ontwikkelingen in de toekomst kunnen afwijken. Als gevolg van de complexiteit van de actuariële berekeningen en het langetermijnkarakter van de verplichtingen zijn de personeelsverplichtingen zeer onderhevig aan veranderingen in de veronderstellingen. De belangrijkste actuariële veronderstellingen en een sensitiviteitsanalyse zijn opgenomen in toelichting 15.
Een voorwaardelijke vergoeding, als gevolg van bedrijfscombinaties, wordt gewaardeerd tegen reële waarde op de overnamedatum als onderdeel van de bedrijfscombinatie. Wanneer de voorwaardelijke vergoeding voldoet aan de definitie van een derivaat, en dus een financiële verplichting is, wordt deze vervolgens geherwaardeerd tegen reële waarde op elke balansdatum, op basis van een inschatting van toekomstige prestaties.
De niet-gebruikte cheques en bons worden volgens geschatte percentages in de winst-en-verliesrekening opgenomen na een periode van 2 jaar. Voor geschenkkaarten en kredietbons zonder vervaldatum

worden de percentages bepaald op basis van het effectieve gebruik van de afgelopen 5 jaar.
De toegepaste grondslagen van de financiële verslaggeving zijn consistent met die van het voorgaande boekjaar, met uitzondering van de volgende nieuwe en gewijzigde IFRS-standaarden en IFRIC-interpretaties die van toepassing zijn per 1 januari 2018:
Deze wijzigingen hebben geen invloed op de geconsolideerde jaarresultaten van de Groep.
Van de Velde NV heeft, direct of indirect, controle over een entiteit enkel en alleen wanneer het voldoet aan de volgende voorwaarden:
De jaarrekeningen van dochterondernemingen zijn opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van de Groep vanaf de datum waarop de zeggenschap begint tot de datum waarop die zeggenschap eindigt. Ze zijn opgesteld op dezelfde verslagdatum en gebruiken de waarderingsregels van de Groep. Saldi, transacties, inkomsten en uitgaven binnen de Groep zijn volledig geëlimineerd.
Geassocieerde ondernemingen zijn ondernemingen waarin Van de Velde NV, direct of indirect, een invloed van betekenis heeft. Dit is verondersteld het geval te zijn indien de Groep ten minste 20% bezit van de stemrechten verbonden aan de aandelen. De financiële staten van deze ondernemingen zijn opgesteld volgens dezelfde grondslagen voor financiële verslaggeving als deze van de Groep. De geconsolideerde jaarrekening bevat het aandeel van de Groep in het resultaat van geassocieerde ondernemingen overeenkomstig de 'equity'-methode vanaf de dag dat de invloed van betekenis ontstaat tot de dag dat er een einde aan komt. Wanneer het aandeel van de Groep in de verliezen van de geassocieerde onderneming groter wordt dan de boekwaarde van de deelneming, wordt de boekwaarde op nul gezet en worden bijkomende verliezen enkel nog opgenomen in de mate dat de Groep bijkomende verplichtingen op zich genomen heeft.
Deelnemingen in geassocieerde ondernemingen worden opnieuw geëvalueerd indien er indicaties zijn van een mogelijke bijzondere waardevermindering, of van het verdwijnen van de redenen voor eerdere bijzondere waardeverminderingen.
De deelnemingen gewaardeerd volgens de 'equity'-methode in de balans omvatten ook de boekwaarde van gerelateerde goodwill.
Om bedrijfscombinaties administratief te verwerken, wordt gebruikgemaakt van de overnamemethode. De kostprijs van een bedrijfscombinatie wordt gewaardeerd als het totaal van de reële waarde, op datum van de ruil, van afgestane activa, uitgegeven eigenvermogensinstrumenten en aangegane of overgenomen verplichtingen. Identificeerbare verworven activa, overgenomen verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen die deel uitmaken van een bedrijfscombinatie worden initieel gewaardeerd tegen hun reële waarde op de overnamedatum, dit ongeacht het bestaan van enig minderheidsbelang.
Kosten toerekenbaar aan de bedrijfscombinatie worden ten laste genomen van de winst-en-verliesrekening.
Minderheidsbelangen vertegenwoordigen het deel van de winst of het verlies en de nettoactiva die niet aangehouden worden door de Groep. Ze worden afzonderlijk voorgesteld in de winst-en-verliesrekening en in de geconsolideerde balans, afgezonderd van het eigen vermogen van de aandeelhouders.
De rapporteringsmunt van de Groep is de euro. Transacties in vreemde valuta worden geboekt tegen de wisselkoers die geldt op de transactiedatum. Monetaire activa en passiva in vreemde valuta worden omgerekend op basis van de koers die geldt op de balansdatum. Winsten en verliezen die voortvloeien uit de afwikkeling van transacties in vreemde valuta en uit de omrekening van monetaire activa en passiva die zijn uitgedrukt in vreemde valuta, worden opgenomen in de winst-en-verliesrekening. Niet-monetaire activa en verplichtingen die zijn uitgedrukt in vreemde valuta worden omgerekend tegen de wisselkoers die geldt op de datum van de transactie.
De buitenlandse activiteiten van Van de Velde buiten de eurozone worden beschouwd als buitenlandse eenheden. Dienovereenkomstig worden de activa en de passiva omgerekend naar euro tegen de wisselkoersen die gelden op de balansdatum. De winst-en-verliesrekeningen van buitenlandse eenheden worden omgerekend naar euro tegen de gemiddelde wisselkoers van die munt van de voorbije 12 maanden. De onderdelen van het eigen vermogen worden omgerekend tegen historische koersen. Wisselkoersverschillen die voortvloeien uit de omrekening van het eigen vermogen naar euro tegen de geldende wisselkoersen aan het einde van het jaar, worden in het eigen vermogen opgenomen onder de post 'Niet-gerealiseerde resultaten'. Bij de afstoting van een buitenlandse activiteit wordt het uitgestelde cumulatieve bedrag dat in het eigen vermogen is opgenomen in verband met die specifieke buitenlandse activiteit, opgenomen in de winst-en-verliesrekening.
De Groep behandelt goodwill en immateriële activa met onbeperkte levensduur die ontstaan als gevolg van bedrijfscombinaties als activa van de ultieme moeder. Als gevolg daarvan zijn deze activa reeds uitgedrukt in de functionele munt en worden deze beschouwd als nietmonetaire items.
De ontwikkelingskosten binnen de Groep zijn van dien aard dat ze niet voldoen aan de criteria van IAS 38 om te worden opgenomen als immateriële activa. Ze worden daarom opgenomen als kosten op het moment waarop ze worden gemaakt.
Merken die worden verworven bij overname van bedrijven, worden beschouwd als immateriële activa met onbepaalde gebruiksduur. Deze worden gewaardeerd tegen de waarde bepaald als onderdeel van de toewijzing van de reële waarde van de identificeerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen op de acquisitiedatum. Deze waarde wordt verminderd met gecumuleerde bijzondere waardeverminderingen. Deze merken worden niet afgeschreven maar onderworpen aan een jaarlijkse test op bijzondere waardeverminderingen (voor verdere details, toelichting 3). Er wordt tevens nagegaan of de classificatie als immateriële activa met onbepaalde gebruiksduur nog steeds correct is.
Drempelgeld verwijst naar het 'droit au bail' of het recht om de winkels te huren in Duitsland, Denemarken, Nederland en Spanje en wordt opgenomen tegen kostprijs. Het Duitse drempelgeld (gerelateerd aan een huurovereenkomst van 2012) wordt afgeschreven over een periode van 5,5 jaar. Het Deense drempelgeld (gerelateerd aan een huurovereenkomst van start gegaan in 2013) werd in 2014 versneld afgeschreven. Het Spaanse drempelgeld (gerelateerd aan een huurovereenkomst van start gegaan in 2014) wordt afgeschreven over de looptijd van het huurcontract. Het Nederlandse drempelgeld (gerelateerd aan een huurovereenkomst van start gegaan in 2016) wordt afgeschreven over een periode van 10 jaar.
Overige immateriële activa (software en webplatform) die door Van de Velde worden verworven, worden geboekt tegen kostprijs (aankoopprijs plus alle direct daaraan toe te rekenen kosten), verminderd met de gecumuleerde afschrijvingen en de gecumuleerde bijzondere waardeverminderingen. Kosten voor de deponering van een merknaam of model worden opgenomen als merknaam met bepaalde gebruiksduur voor zover deze deponering nieuw is in het desbetreffende land. Andere kosten met betrekking tot merken of intern gegenereerde goodwill worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen op het moment dat ze worden gemaakt. De afschrijving begint wanneer het immateriële actief beschikbaar is voor gebruik volgens de lineaire afschrijvingsmethode. De gebruiksduur van immateriële activa met beperkte gebruiksduur wordt doorgaans geraamd op vijf jaar. Overige immateriële activa omvatten eveneens verworven distributierechten en soortgelijke rechten, welke afgeschreven worden over een periode van vijf jaar. Bij de activering van de overige immateriële activa wordt voldaan aan de voorwaarden van IAS38.
Goodwill vertegenwoordigt het positieve verschil tussen de kostprijs van een overname en de reële waarde van het aandeel van de Groep in de netto identificeerbare activa van de verworven dochteronderneming/geassocieerde deelneming op de overnamedatum. Goodwill wordt jaarlijks onderzocht op bijzondere waardeverminderingen, of vaker indien gebeurtenissen of wijzigingen in omstandigheden erop wijzen dat het actief mogelijk een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. De Groep behandelt goodwill als een actief van de ultieme moeder en goodwill wordt beschouwd als niet-monetair item. Goodwill wordt geboekt tegen kostprijs verminderd met bijzondere waardeverminderingen.
Als het belang van de Groep in de netto reële waarde van de identificeerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen de kostprijs van de bedrijfscombinatie overtreft, zal Van de Velde enig negatief verschil onmiddellijk opnemen in de winst-en-verliesrekening.
Materiële vaste activa worden opgenomen tegen kostprijs verminderd met gecumuleerde afschrijvingen en gecumuleerde bijzondere waardeverminderingen. De kostprijs wordt vastgesteld als zijnde de aankoopprijs vermeerderd met enige direct toerekenbare overnamekosten zoals niet-terugvorderbare belastingen, transport, etc.
Latere uitgaven worden alleen geactiveerd wanneer ze de toekomstige economische voordelen die het materiële vaste actief in zich bergt, verhogen. In andere gevallen worden ze in de winst-en-verliesrekening opgenomen op het moment dat ze worden gedaan.
Het af te schrijven bedrag is gelijk aan de kostprijs van het actief, verminderd met zijn restwaarde. De afschrijving begint op de datum waarop het actief klaar is voor gebruik, op basis van de lineaire methode over de geraamde gebruiksduur van de activa. De restwaarde en gebruiksduur worden ten minste aan het einde van elk boekjaar opnieuw beoordeeld.
De volgende afschrijvingsperioden worden gebruikt:
| Gebouwen | 15-50 jaar | |
|---|---|---|
| Installaties, machines en uitrusting | 2-10 jaar | |
| Elektronische kantooruitrusting | 3-5 jaar | |
| Meubilair | 5-10 jaar | |
| Rollend materieel | 3-5 jaar |

Grond wordt niet afgeschreven omdat de gebruiksduur ervan als onbeperkt wordt beschouwd.
De boekwaarde van de vaste activa van Van de Velde, met uitzondering van uitgestelde belastingvorderingen, financiële activa en overige vaste activa, wordt op elke balansdatum beoordeeld om vast te stellen of er aanwijzingen zijn van een bijzondere waardevermindering. Als er aanwijzingen zijn van een bijzondere waardevermindering, wordt de realiseerbare waarde van het actief geraamd. Immateriële activa die nog niet beschikbaar zijn voor gebruik, immateriële activa met een onbeperkte gebruiksduur en goodwill worden jaarlijks gecontroleerd op bijzondere waardeverminderingen, ongeacht of er daarvoor aanwijzingen bestaan. Een bijzondere waardevermindering wordt opgenomen in de winst-en-verliesrekening wanneer de boekwaarde van een actief zijn realiseerbare waarde overtreft.
De realiseerbare waarde van een actief is het grootste bedrag van zijn reële waarde verminderd met verkoopkosten en zijn bedrijfswaarde. Voor de beoordeling van zijn bedrijfswaarde worden de geschatte toekomstige kasstromen gedisconteerd naar hun contante waarde met behulp van een disconteringsvoet die rekening houdt met de huidige marktbeoordelingen van de tijdswaarde van geld en de specifieke risico's voor het actief. Voor een actief dat geen instroom van kasmiddelen genereert die grotendeels onafhankelijk zijn van die van andere activa, wordt de realiseerbare waarde bepaald voor de kasstroomgenererende eenheid waartoe het actief behoort.
Een bijzondere waardevermindering voor goodwill en immateriële vaste activa met onbeperkte gebruiksduur wordt niet teruggenomen. Voor de andere overige activa wordt een bijzondere waardevermindering teruggenomen indien er een wijziging heeft plaatsgevonden in de schattingen die gebruikt worden om de realiseerbare waarde te bepalen. Een bijzondere waardevermindering wordt alleen teruggenomen in de mate dat de boekwaarde van het actief niet hoger ligt dan de boekwaarde die, na afschrijvingen of waardeverminderingen, zou zijn vastgesteld als er geen bijzondere waardevermindering was opgenomen.
Grondstoffen, goederen in bewerking, handelsgoederen en gereed product worden gewaardeerd tegen de laagste waarde van de kostprijs of de opbrengstwaarde. De kostprijs van voorraden omvat alle inkoopkosten, conversiekosten en andere kosten die zijn gemaakt om de voorraden naar hun huidige locatie en tot hun huidige toestand te brengen. De waarderingsmethode voor de voorraden is het gewogen gemiddelde.
De inkoopkosten omvatten:
De conversiekosten omvatten:
De voorziening voor economische veroudering wordt consequent berekend in de hele Groep, op basis van de ouderdom en de verwachte toekomstige omzet van de posten.
Handelsvorderingen worden geboekt tegen kostprijs min bijzondere waardeverminderingen. Als er objectieve bewijzen zijn dat er op handelsvorderingen een bijzondere waardevermindering is opgetreden, is de opgenomen bijzondere waardevermindering het verschil tussen de boekwaarde en de contante waarde van de geschatte toekomstige kasstromen. Alle handelsvorderingen worden individueel beoordeeld op bijzondere waardeverminderingen.
IFRS 9 Financiële instrumenten vervangt IAS 39 Financiële instrumenten: Opname en waardering voor jaarperioden die aanvangen op of na 1 januari 2018, waarbij alle drie aspecten van de verwerking van financiële instrumenten worden samengebracht: classificatie en waardering; bijzondere waardevermindering; en hedge accounting. De toepassing van IFRS 9 had geen materiële impact op de Groep.
Onder IFRS 9 worden schuldinstrumenten vervolgens gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening (FVTPL), geamortiseerde kostprijs of reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in niet-gerealiseerde resultaten (FVTOCI). De classificatie is gebaseerd op twee criteria: het bedrijfsmodel van de Groep voor het beheer van de activa; en of de contractuele kasstromen van de instrumenten 'uitsluitend betalingen van hoofdsom en rente' vertegenwoordigen op de uitstaande hoofdsom.
Het bedrijfsmodel van de Groep werd beoordeeld vanaf de datum van eerste toepassing, 1 januari 2018, en vervolgens retroactief toegepast op de financiële activa die niet vóór 1 januari 2018 van de balans zijn verwijderd. De beoordeling of contractuele kasstromen uit schuldinstrumenten uitsluitend bestaan uit hoofdsom en rente is gedaan op basis van de feiten en omstandigheden bij de eerste opname van de activa.
De vereisten inzake classificatie en waardering van IFRS 9 hadden geen significant effect op de Groep. De Groep blijft alle financiële activa die vroeger onder IAS 39 tegen reële waarde werden gewaardeerd ook als zodanig waarderen.
De Groep heeft geen financiële verplichtingen aangewezen als FVTPL. Er zijn geen veranderingen in de classificatie en waardering voor de financiële verplichtingen van de Groep.
De toepassing van IFRS 9 heeft de boekhoudkundige verwerking van bijzondere waardeverminderingsverliezen voor financiële activa van de Groep fundamenteel veranderd door de IAS 39-benadering van de opgelopen verliezen te vervangen door een toekomstgerichte benadering van verwachte kredietverliezen (ECL).
De toepassing van IFRS 9 heeft geen significante impact op de Groep.

Huurovereenkomsten waarbij de Groep het recht verwerft om een actief te gebruiken en waarbij de verhuurder alle risico's en voordelen uit het bezit van het actief substantieel behoudt, worden geclassificeerd als operationele lease. De betalingen van operationele leases (zoals contractueel bepaald) worden lineair over de leasingtermijn (inclusief constructieperiode) als kosten opgenomen in de winst-enverliesrekening. Het verschil tussen de effectieve betaling aan de leasinggever en de lineair gespreide kosten, wordt als verplichting uitgedrukt in de balans. Ontvangen en te ontvangen voordelen als aanmoedigingsbonus voor het afsluiten van een overeenkomst worden lineair gespreid over de looptijd van het contract in overeenstemming met het principe opgenomen in SIC 15 en afgezet tegen de opgenomen huurkosten.
Van de Velde gebruikt alleen afgeleide financiële instrumenten om haar blootstelling aan het valutarisico te beperken. Deze financiële instrumenten worden gebruikt in overeenstemming met de doelstellingen en de grondslagen die door het algemene management zijn vastgesteld, en die het gebruik van dergelijke financiële instrumenten voor speculatieve doeleinden verbieden.
De Groep kiest er specifiek voor om IAS 39 toe te passen en niet IFRS 9 voor wat betreft hedge accounting.
Afgeleide financiële instrumenten worden aanvankelijk gewaardeerd tegen reële waarde. Hoewel ze doelmatige economische afdekkingsmogelijkheden bieden, komen ze niet in aanmerking om administratief te worden verwerkt als afdekkingstransacties volgens de specifieke vereisten van IAS 39 (Financiële instrumenten: opname en waardering). Bijgevolg worden alle afgeleide instrumenten op de verslagdatum gewaardeerd tegen reële waarde, waarbij veranderingen in de reële waarde onmiddellijk worden opgenomen in de winst-enverliesrekening. De reële waarde van afgeleide instrumenten wordt berekend door de verwachte toekomstige kasstromen te disconteren op basis van de geldende rentevoeten. Alle aankopen en verkopen van financiële activa die via de gewone weg plaatsvinden, worden opgenomen op de afwikkelingsdatum.
Geldmiddelen en kasequivalenten omvatten banktegoeden, beschikbare kasmiddelen en kortlopende deposito's. Rente-inkomsten worden opgenomen op basis van de effectieve rentevoet van het actief.
Wanneer het maatschappelijk kapitaal van Van de Velde stijgt of daalt, worden alle direct aan die gebeurtenis toerekenbare kosten in mindering gebracht van het eigen vermogen, en niet opgenomen in de winst-en-verliesrekening op het moment waarop ze worden gemaakt.
Dividenden worden opgenomen als een verplichting in de periode waarin ze zijn gedeclareerd.
Voorzieningen worden opgenomen wanneer Van de Velde een huidige wettelijke of feitelijke verplichting heeft als gevolg van gebeurtenissen in het verleden, en het waarschijnlijk is dat een uitstroom vereist zal zijn om de verplichting af te wikkelen, en het bedrag van de verplichting op betrouwbare wijze kan worden geraamd. Als het effect wezenlijk is, worden de voorzieningen bepaald door de verwachte toekomstige kasstromen te disconteren op basis van een tarief dat de huidige marktbeoordelingen van de tijdswaarde van geld weerspiegelt en, indien gepast, de risico's die specifiek voor de verplichting gelden.
Van de Velde heeft groepsverzekeringen voor zijn Belgische werknemers en groepsverzekeringen voor zijn werknemers in het buitenland. Onder IAS 19 worden alle pensioenregelingen geboekt als toegezegde bijdragenregelingen of toegezegde pensioenregelingen. Een toegezegde bijdragenregeling is een pensioenplan waarbij een bedrijf vaste bijdragen gaat betalen aan een afzonderlijke onderneming en geen juridische of feitelijke verplichting heeft om verder bijdragen te betalen wanneer het pensioenfonds onvoldoende activa heeft om aan alle werknemers de voordelen te betalen die gerelateerd zijn aan de dienstjaren in de huidige of vorige periodes. Een toegezegde pensioenregeling is een pensioenplan dat geen toegezegde bijdragenregeling is.
De pensioenregelingen in het buitenland zijn toegezegde bijdragenregelingen. De kosten eraan gerelateerd worden opgenomen in de winst-en-verliesrekening op het moment waarop ze gemaakt worden.
De Belgische pensioenregelingen werden in het verleden geboekt als toegezegde bijdragenregelingen. Deze classificatie wijzigt echter door een verduidelijking in de Belgische wetgeving daterend van 18 december 2015 waardoor de Belgische pensioenregelingen voortaan geboekt worden als toegezegde pensioenregelingen. Een eerste actuariële berekening vond plaats op 30 juni 2016 en sindsdien is er een jaarlijkse update-berekening per 31 december volgens de principes uit IAS 19 hieronder beschreven. Het bedrijf heeft de verplichting voortvloeiend uit de eerste waardering geboekt tegenover niet-gerealiseerde resultaten aangezien dit aanzien wordt als een wijziging in veronderstellingen.
Een verplichting werd opgenomen in de balans met betrekking tot de Belgische pensioenregelingen gelijk aan de som van de contante waarde van de bruto verplichtingen uit hoofde van toegezegde pensioenrechten (inclusief de verschuldigde belastingen over bijdragen die verband houden met pensioenkosten) per balansdatum, verminderd met de marktwaarde van de fondsbeleggingen. Deze bruto verplichting werd voor het eerst op 30 juni 2016 door een onafhankelijke actuaris op actuariële wijze berekend aan de hand van de 'projected-unitcredit' methode. Dit type waardering zal in de toekomst op jaarlijkse basis herhaald worden.

De interestlasten worden berekend door toepassing van een verdisconteringsvoet op het actief of de verplichting uit hoofde van de toegezegde pensioenrechten. Deze interestlasten worden geboekt in de winst-en-verliesrekening. Voor de bepaling van een passende verdisconteringsvoet gaat het bedrijf uit van de rentetarieven die gelden voor hoogwaardige bedrijfsobligaties in valuta die overeenkomen met de valuta waarin de betaling van de verplichting naar verwachting zal plaatsvinden overeenkomstig de verwachte looptijd van de toegezegde pensioenverplichting.
Herwaarderingen, inclusief actuariële winsten en verliezen en het rendement op fondsbeleggingen (exclusief de netto-interesten), worden opgenomen in niet-gerealiseerde resultaten op het moment dat ze zich voordoen. Herwaarderingen mogen in latere perioden niet naar de winst-of-verliesrekening worden geherklasseerd.
Pensioenkosten van verstreken diensttijd worden opgenomen in de winst-en-verliesrekening op het ogenblik dat de wijziging van het plan plaatsvindt of op het ogenblik dat de onderneming de daarmee verband houdende herstructurerings- of ontslagvergoedingen oploopt, afhankelijk van welke gebeurtenis eerst plaatsvindt.
De reële waarde van de aandelenopties toegekend onder het aandelenoptieplan van de Groep, wordt bepaald op de toekenningsdatum, rekening houdend met de karakteristieken en voorwaarden waartegen de opties toegekend worden. Daarbij wordt een waarderingstechniek toegepast die overeenkomt met algemeen aanvaarde waarderingsmethodes voor de prijsbepaling van financiële instrumenten, en die rekening houdt met alle factoren en veronderstellingen die normale deelnemers met kennis van zaken bij hun prijszetting in overweging zouden nemen. De reële waarde van de aandelenopties wordt als personeelskosten geboekt over de periode totdat de genieter de optie onvoorwaardelijk verwerft.
De winstbelasting over de winst of het verlies voor het jaar omvat de over de verslagperiode verschuldigde en verrekenbare belastingen en de uitgestelde belastingen. Winstbelasting wordt opgenomen in de winst-en-verliesrekening behalve in de mate dat ze verband houdt met posten die direct in het eigen vermogen worden opgenomen. In dat geval wordt de winstbelasting opgenomen in het eigen vermogen.
Over de verslagperiode verschuldigde en verrekenbare belastingen zijn de verwachte belastingen die betaalbaar zijn op de belastbare inkomsten voor het jaar, op basis van de belastingtarieven die op de balansdatum van kracht waren, en enige aanpassingen aan te betalen belastingen voor voorgaande jaren.
Uitgestelde belastingen worden voor doeleinden van financiële verslaggeving aan de hand van de balansmethode berekend op tijdelijke verschillen op de balansdatum tussen de fiscale boekwaarde van activa en verplichtingen en hun boekwaarde.
Uitgestelde belastingvorderingen worden enkel opgenomen voor zover het waarschijnlijk is dat er fiscale winst beschikbaar zal zijn waartegen de verrekenbare tijdelijke verschillen, de ongebruikte fiscaal verrekenbare tegoeden en niet-gecompenseerde fiscale verliezen kunnen worden aangewend.
Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden gewaardeerd tegen de belastingtarieven die naar verwachting van toepassing zullen zijn op het jaar waarin de vordering wordt gerealiseerd of de verplichting wordt afgewikkeld, op basis van de belastingtarieven (en de belastingwetgeving) waarvan het wetgevingsproces (materieel) is afgesloten op de balansdatum.
Uitgestelde belastingvorderingen en uitgestelde belastingverplichtingen worden verrekend als er een in rechte afdwingbaar recht bestaat om actuele belastingvorderingen te verrekenen met actuele belastingverplichtingen en de uitgestelde belastingen betrekking hebben op dezelfde belastbare entiteit en dezelfde belastinginstantie.
Handelsschulden en overige schulden worden opgenomen tegen kostprijs. Te betalen handelsschulden zijn niet-rentedragend, en worden doorgaans binnen een termijn van 30 dagen betaald. Overige schulden zijn tevens niet-rentedragend en worden doorgaans binnen zes maanden betaald.
IFRS 15 voorziet in een vijfstappenmodel voor de administratieve verwerking van opbrengsten van contracten met klanten. Volgens IFRS 15 worden opbrengsten opgenomen tegen een bedrag dat de vergoeding weerspiegelt waarop een entiteit verwacht recht te hebben in ruil voor de overdracht van goederen of diensten aan een klant. De Groep past deze standaard toe vanaf 1 januari 2018 met behulp van de volledige retroactieve methode.
De twee belangrijkste inkomstenstromen van de Groep betreffen de opbrengsten uit wholesale en de opbrengsten uit retail. Binnen deze inkomstenstromen wordt doorgaans verwacht dat de verkoop van de goederen de enige resultaatsverplichting vertegenwoordigt. Daarnaast worden de opbrengsten opgenomen op een moment waarop de zeggenschap over het artikel wordt overgedragen aan de klant, doorgaans bij de levering van de goederen.
Toegestane kortingen voor contante betaling worden ten laste genomen in de winst-en-verliesrekening op moment van inning van de vordering. Deze korting wordt als een vermindering van de omzet opgenomen.
Verkopen van producten aan de kleinhandelszaken van de Groep worden opgenomen bij de afrekening aan de kassa. De verkoop wordt opgenomen in omzet exclusief belastingen op verkopen en belastingen op toegevoegde waarde en inclusief kortingen en commerciële acties.
De kleinhandelswinkels verkopen geschenkkaarten en geven kredietbons uit aan klanten op het moment dat goederen worden teruggebracht naar de winkel. De kaarten en bons hebben ofwel geen vervaldatum ofwel een vervaldatum op maximaal 24 maanden. In

overeenstemming met IFRS15 wordt de omzet van deze kaarten opgenomen op het moment dat de cheque door de klant wordt gebruikt. De niet-gebruikte cheques en bons worden volgens geschatte percentages in de winst-en-verliesrekening opgenomen na een periode van 2 jaar. Deze opname vertegenwoordigt de schatting van de directie waarvan de kans op gebruik door de klant als minimaal wordt geschat. Deze opbrengst wordt in de omzetlijn opgenomen.
Financiële inkomsten omvatten dividend- en rente-inkomsten. Royalty's die voortvloeien uit het gebruik door anderen van de middelen van de onderneming, worden opgenomen wanneer het waarschijnlijk is dat de economische voordelen die verband houden met de transactie naar de onderneming zullen vloeien en de opbrengst op betrouwbare wijze kan worden gewaardeerd. Dividendinkomsten worden opgenomen in de winst-en-verliesrekening op de datum waarop het dividend is gedeclareerd.
Rente-inkomsten worden opgenomen op basis van de effectieve rentevoet van het actief.
Een overheidssubsidie wordt opgenomen wanneer er redelijke zekerheid bestaat dat de subsidie zal worden ontvangen en dat de onderneming voldoet aan de voorwaarden die aan de subsidie zijn gekoppeld. Subsidies die de onderneming vergoeden voor gemaakte kosten, worden systematisch opgenomen als opbrengst in de winst-en-verliesrekening in dezelfde perioden als waarin de kosten zijn gemaakt. Subsidies die de onderneming vergoeden voor de kostprijs van een actief worden opgenomen als inkomsten over de gebruiksduur van een afschrijfbaar actief via verlaagde afschrijvingskosten.
Alle rentekosten en andere kosten die worden gemaakt in verband met leningen en financiële-leaseverplichtingen worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen met behulp van de effectieve-rentemethode.
Kosten voor onderzoek, reclame en promotie worden opgenomen als kosten in het jaar waarin deze kosten zijn gemaakt. Ontwikkelingskosten en de kosten voor systeemontwikkeling worden als kosten opgenomen in het jaar waarin deze kosten zijn gemaakt als zij niet aan de criteria voor activering voldoen. Als de ontwikkelingsuitgaven aan de criteria voldoen, worden ze geactiveerd.
Standaarden of interpretaties die per 31 december 2018 nog niet van kracht zijn, worden door de Groep niet voortijdig toegepast.
De onderstaande standaarden en interpretaties waren op de datum van publicatie van de jaarrekening van de Groep uitgegeven maar nog niet van kracht:
IFRS 16 vervangt IAS 17 Leases, IFRIC 4 Vaststelling of een overeenkomst een leaseovereenkomst bevat, SIC-15 Operationele leases – Incentives en SIC- 27 Evaluatie van de economische realiteit van transacties in de juridische vorm van een leaseovereenkomst. IFRS 16 zet de beginselen uiteen voor de erkenning, waardering, presentatie en toelichting van leases en vereist dat lessees alle leases, onder één model, boekhoudkundig op de balans verwerken. Deze verwerking is vergelijkbaar met de verwerking van financiële leases onder IAS 17. De nieuwe standaard is van kracht voor jaarlijkse perioden die beginnen op of na 1 januari 2019. De Groep heeft beslist om de standaard niet vervroegd toe te passen en zal de gewijzigde retroactieve benadering toepassen op de overgangsdatum.
IFRS 16 vereist dat alle leases en de geassocieerde contractuele rechten en verplichtingen erkend worden op de balans. De Groep kiest ervoor om de door de standaard voorgestelde vrijstellingen te gebruiken voor leasecontracten waarvoor de leasetermijn eindigt binnen 12 maanden na de datum van eerste toepassing, en leasecontracten waarvoor het onderliggende actief een lage waarde heeft. De Groep kiest ervoor om de standaard toe te passen op contracten die vroeger werden geïdentificeerd als leases onder IAS 17 en IFRIC 4. De Groep zal de standaard daarom niet toepassen op contracten die vroeger niet werden geïdentificeerd als leases onder IAS 17 en IFRIC 4 werden.
In 2018 heeft de Groep een eerste gedetailleerde analyse van IFRS 16 uitgevoerd. In het kader van deze analyse zijn alle leaseovereenkomsten in de Groep geïdentificeerd. Verschillende overeenkomsten werden geselecteerd en geanalyseerd met behulp van de criteria van IFRS 16. Uit onze analyse van 2018 blijkft dat de impact van IFRS 16 op onze huurlasten zal schommelen tussen de 6,3 en 7,0 miljoen euro. Daarnaast zal tevens een activa opgeboekt worden die schommelt tussen de 23 à 24 miljoen euro.
Goodwill wordt toegewezen en op bijzondere waardeverminderingen getest op het niveau van de kasstroomgenererende eenheid die geacht wordt voordeel te halen uit synergieën van de combinatie waaruit de goodwill voortvloeide.
De boekwaarde van de goodwill (na waardeverminderingen en aanpassingen) werd als volgt toegewezen aan de kasstroomgenererende eenheden (in duizenden euro):
| 000 euro | Andres Sarda | Intimacy | Rigby & Peller | Re-tail (1) | Totaal |
|---|---|---|---|---|---|
| Bruto boekwaarde | |||||
| Per 01/01/2018 | 6.357 | 26.189 | 1.749 | 2.797 | 37.092 |
| Verwerving door bedrijfscombinaties | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Per 31/12/2018 | 6.357 | 26.189 | 1.749 | 2.797 | 37.092 |
| Bijzondere waardeverminderingen en aanpassingen | |||||
| Per 01/01/2018 | 6.357 | 26.189 | 0 | 0 | 32.546 |
| Aanpassingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Per 31/12/2018 | 6.357 | 26.189 | 0 | 0 | 32.546 |
| Per 31/12/2018 | |||||
| Gecumuleerde aanschaffingen | 6.357 | 26.189 | 1.749 | 2.797 | 37.092 |
| Gecumuleerde waardeverminderingen/aanpassingen | 6.357 | 26.189 | 0 | 0 | 32.546 |
| Goodwill, netto 31/12/2018 | 0 | 0 | 1.749 | 2.797 | 4.546 |
(1) Re-tail verwijst naar de ex-Donker winkels en webshop in Nederland, dewelke nadien Lincherie winkels in eigen beheer zijn geworden.
De boekwaarde van de merknamen met onbepaalde gebruiksduur (na waardeverminderingen en aanpassingen) werd als volgt toegewezen aan de kasstroomgenererende eenheden (in duizenden euro):
| 000 euro | Andres Sarda | Intimacy | Rigby & Peller | Re-tail (1) | Totaal |
|---|---|---|---|---|---|
| Bruto boekwaarde | |||||
| Per 01/01/2018 | 11.000 | 7.784 | 6.734 | 0 | 25.518 |
| Verwerving door bedrijfscombinaties | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Per 31/12/2018 | 11.000 | 7.784 | 6.734 | 0 | 25.518 |
| Bijzondere waardeverminderingen en aanpassingen | |||||
| Per 01/01/2018 | 5.531 | 7.784 | 0 | 0 | 13.315 |
| Aanpassingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Per 31/12/2018 | 5.531 | 7.784 | 0 | 0 | 13.315 |
| Per 31/12/2018 | |||||
| Gecumuleerde aanschaffingen | 11.000 | 7.784 | 6.734 | 0 | 25.518 |
| Gecumuleerde waardeverminderingen /aanpassingen | 5.531 | 7.784 | 0 | 0 | 13.315 |
| Merknamen met onbepaalde gebruiksduur, netto 31/12/2018 |
5.469 | 0 | 6.734 | 0 | 12.203 |
(1) Re-tail verwijst naar de ex-Donker winkels en webshop in Nederland, dewelke nadien Lincherie winkels in eigen beheer zijn geworden.
Jaarlijks worden in het vierde kwartaal waardeverminderingstests uitgevoerd voor elke kasstroomgenererende eenheid. In 2018 werden de volgende immateriële activa per kasstroomgenererende eenheid getoetst op een mogelijke bijzondere waardevermindering:
| 000 euro | Andres Sarda | Intimacy | Rigby & Peller | Re-tail | Totaal |
|---|---|---|---|---|---|
| Goodwill | 0 | 0 | 1.749 | 2.797 | 4.546 |
| Merknamen met onbepaalde gebruiksduur | 5.469 | 0 | 6.734 | 0 | 12.203 |
| Totaal immateriële activa | 5.469 | 0 | 8.483 | 2.797 | 16.749 |
In 2018 toont de test aan dat voor alle kasstroomgenererende eenheden (Andres Sarda, Rigby & Peller en Re-tail) de realiseerbare waarde van de kasstroomgenererende eenheid de boekwaarde overstijgt en bijgevolg is er geen waardevermindering nodig.
Deze test bestaat erin de realiseerbare waarde voor elke kasstroomgenererende eenheid te vergelijken met de boekwaarde:
De berekening van de bedrijfswaarde voor alle kasstroomgenererende eenheden is het meest gevoelig voor de volgende veronderstellingen:
De veronderstellingen omtrent omzetinschattingen en EBITDAevoluties zijn gebaseerd op zowel courante interne gegevens als op historische percentages op basis van ervaring, die voor elk van de kasstroomgenererende eenheden apart werden opgesteld. Het groeipercentage en respectievelijke disconteringsvoeten worden in de mate van het mogelijke en waar relevant afgetoetst tegenover externe informatiebronnen.
Voor de drie kasstroomgenererende eenheden is het door de Raad van Bestuur goedgekeurde groeiplan voor 2019 als startpunt opgenomen.
Voor Andres Sarda is, gezien de lage startbasis, de verwachte gemiddelde groeivoet gedurende de periode 2019-2022 een dubbelcijferig percentage.
Voor de periode 2019-2022 is voor de kasstroomgenererende eenheden Rigby & Peller en Re-tail een matige omzetgroei ingeschat op een store-to-store basis.
Volledig in lijn met de segmentrapportering bevatten de omzetinschattingen voor de kasstroomgenererende eenheden Re-tail en Rigby & Peller zowel de retailomzet binnen de winkels als de wholesale omzet voor de Van de Velde producten verkocht via deze retailkanalen. De inschatting voor Rigby & Peller houdt enkel rekening met de verdere ontwikkeling binnen het Verenigd Koninkrijk en nog niet met het feit dat deze merknaam als Van de Velde's globaal retailmerk (buiten Nederland) fungeert.
Voor Andres Sarda wordt een evolutie naar het beoogde EBITDApercentage geprojecteerd. De verbetering van de marge binnen Andres Sarda dient hoofdzakelijk gerealiseerd te worden via omzetstijgingen in de wholesale business en een verdere penetratie van Andres Sarda in Van de Velde's eigen winkels. Daarnaast zal eveneens de kostenevolutie sterk onder controle gehouden worden.
Voor de kasstroomgenererende eenheden Rigby & Peller en Re-tail wordt een geleidelijke stijging van het EBITDA-percentage verondersteld richting het nagestreefde EBITDA-percentage voor een (gedeeltelijk) geïntegreerde retailketen. Dit wordt bereikt door een hoge bruto marge, beperkte kostenstijgingen en het beoogde marktaandeel van de Van de Velde producten.
(1) Bedrijfswinst voor aftrek van afschrijvingen en waardeverminderingen.

Het langetermijnpercentage dat gehanteerd wordt voor het extrapoleren van de verwachtingen werd voor alle kasstroomgenererende eenheden ingeschat in lijn met de verwachte inflatie op lange termijn (1%).
De disconteringsvoet weerspiegelt de beoordeling binnen het huidige marktklimaat van de risico's die specifiek zijn voor enerzijds de Van de Velde Groep en anderzijds de kasstroomgenererende eenheid. De disconteringsvoet werd geraamd op basis van de gewogen gemiddelde kapitaalkosten na belastingen en schommelt voor de drie kasstroomgenererende eenheden tussen 7,2% en 7,9%. Dit stemt overeen met kapitaalkosten vóór belastingen tussen 9,2% en 10,1%.
Met betrekking tot de beoordeling van de bedrijfswaarde van de kasstroomgenererende eenheid Andres Sarda, Rigby & Peller en Re-tail is het management, op grond van de uitgevoerde sensitiviteitsanalyse, van oordeel dat geen enkele redelijkerwijs mogelijke wijziging van de basisveronderstellingen ertoe zou kunnen leiden dat de boekwaarde van de eenheid de realiseerbare waarde wezenlijk overstijgt. Dit is ook weerspiegeld in de redelijke headroom(1) voor de drie kasstroomgenererende eenheden. De geteste sensitiviteiten hadden betrekking op de volgende aspecten:
(1) Headroom wordt gedefinieerd als het verschil tussen de berekende realiseerbare waarde en boekwaarde voor een bepaalde kasstroomgenererende eenheid.
| 000 euro | Totaal | Merknamen met bepaalde gebruiksduur |
Merknamen met onbepaalde gebruiksduur |
Distributie rechten en dergelijke rechten |
Software | Drempel geld |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Immateriële activa, bruto | ||||||
| Per 01/01/2017 | 41.684 | 3.808 | 25.518 | 3.734 | 8.307 | 317 |
| Investeringen | 485 | 144 | 0 | 0 | 341 | 0 |
| Vervreemding | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Andere aanpassingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Wisselkoerseffecten | -4 | -4 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Per 31/12/2017 | 42.165 | 3.948 | 25.518 | 3.734 | 8.648 | 317 |
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen | ||||||
| Per 01/01/2017 | 26.547 | 2.894 | 13.315 | 3.447 | 6.735 | 156 |
| Geboekte afschrijvingen | 1.713 | 769 | 0 | 229 | 678 | 37 |
| Bijzondere waardevermindering | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Vervreemding | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Wisselkoerseffecten | -3 | -1 | 0 | 0 | -2 | 0 |
| Per 31/12/2017 | 28.257 | 3.662 | 13.315 | 3.676 | 7.411 | 193 |
| Immateriële activa, netto 31/12/2017 | 13.908 | 286 | 12.203 | 58 | 1.237 | 124 |
| Immateriële activa, bruto | ||||||
| Per 01/01/2018 | 42.165 | 3.948 | 25.518 | 3.734 | 8.648 | 317 |
| Investeringen | 10.596 | 208 | 0 | 0 | 10.388 | 0 |
| Vervreemding | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Andere aanpassingen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Wisselkoerseffecten | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Per 31/12/2018 | 52.761 | 4.156 | 25.518 | 3.734 | 19.036 | 317 |
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen | ||||||
| Per 01/01/2018 | 28.257 | 3.662 | 13.315 | 3.676 | 7.411 | 193 |
| Geboekte afschrijvingen | 797 | 189 | 0 | 58 | 526 | 24 |
| Bijzondere waardevermindering | 600 | 0 | 0 | 0 | 600 | 0 |
| Vervreemding | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Wisselkoerseffecten | -6 | -3 | 0 | 0 | -3 | 0 |
| Per 31/12/2018 | 29.648 | 3.848 | 13.315 | 3.734 | 8.534 | 217 |
| Immateriële activa, netto 31/12/2018 | 23.113 | 308 | 12.203 | 0 | 10.502 | 100 |
Merken met bepaalde gebruiksduur betreffen onder andere de registratiekosten van intern ontwikkelde merken.
Merken met onbepaalde gebruiksduur betreffen:
Deze merken worden beschouwd als een merk met een onbepaalde gebruiksduur omdat de Groep deze ziet als een volwaardige uitbreiding van haar bestaande merkenportefeuille.
Distributierechten en dergelijke rechten verwijzen naar het distributieakkoord en de immateriële activa die de Groep verworven heeft bij de opstart van de Private Shop joint venture met Getz Bros. (Hongkong) Limited ('Getz') in 2012. De investering voor de verwerving van het distributie-akkoord en de immateriële activa is ingeschat op 5.000 duizend Amerikaanse dollar, waarvan reeds 3.000 duizend Amerikaanse dollar werd betaald. De overige 2.000 duizend Amerikaanse dollar is opgenomen als een verplichting ten opzichte van Getz en zal vereffend worden naarmate bepaalde criteria worden behaald. De afschrijvingstermijn is bepaald op 5 jaar.
De investering in software in 2018 betreft onder andere implementatie van software voor onder andere e-commerce, informatie-uitwisseling en online samenwerking, integratie van applicaties en diverse verbeteringen aan de ERP-software.
Het drempelgeld heeft betrekking op winkels in Duitsland, Denemarken, Spanje en Nederland.
Uitgaven voor onderzoeksactiviteiten uitgevoerd met het oog op de verwerving van nieuwe wetenschappelijke of technische kennis en inzichten, worden in de winst-en-verliesrekening opgenomen als kosten op het moment waarop de kosten worden gemaakt. De uitgaven voor onderzoeksactiviteiten gekoppeld aan het vlajo project worden momenteel verwerkt als activa in aanbouw (zie materiële vaste activa).
| 000 euro | Totaal | Terreinen en gebouwen |
Installaties, machines en uitrusting |
Activa in aanbouw |
|---|---|---|---|---|
| Materiële vaste activa, bruto | ||||
| Per 01/01/2017 | 92.282 | 43.809 | 48.461 | 12 |
| Investeringen | 4.968 | 1.128 | 2.941 | 899 |
| Overbrenging | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Vervreemdingen | -1.889 | -784 | -1.105 | 0 |
| Wisselkoerseffecten | -1.825 | -1.003 | -822 | 0 |
| Per 31/12/2017 | 93.536 | 43.150 | 49.475 | 911 |
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen | ||||
| Per 01/01/2017 | 55.076 | 21.342 | 33.734 | 0 |
| Geboekte afschrijvingen | 5.993 | 2.232 | 3.761 | 0 |
| Vervreemdingen | -1.762 | -759 | -1.003 | 0 |
| Wisselkoerseffecten | -1.521 | -756 | -765 | 0 |
| Per 31/12/2017 | 57.786 | 22.059 | 35.727 | 0 |
| Materiële vaste activa, netto | ||||
| Materiële vaste activa (zonder subsidies) | 35.750 | 21.091 | 13.748 | 911 |
| Subsidies per 31/12/2017 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Subsidies gebruikt in 2017 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Per 31/12/2017 | 35.750 | 21.091 | 13.748 | 911 |
| Materiële vaste activa, bruto | ||||
| Per 01/01/2018 | 93.536 | 43.150 | 49.475 | 911 |
| Investeringen | 3.639 | 432 | 3.055 | 152 |
| Overbrenging | 0 | -36 | 49 | -13 |
| Vervreemdingen | -565 | -132 | -388 | -45 |
| Wisselkoerseffecten | -268 | -137 | -131 | 0 |
| Per 31/12/2018 | 96.342 | 43.277 | 52.060 | 1.005 |
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen | ||||
| Per 01/01/2018 | 57.786 | 22.059 | 35.727 | 0 |
| Geboekte afschrijvingen | 5.599 | 2.001 | 3.598 | 0 |
| Vervreemdingen | -464 | -132 | -332 | 0 |
| Wisselkoerseffecten | -206 | -96 | -110 | 0 |
| Per 31/12/2018 | 62.715 | 23.832 | 38.883 | 0 |
| Materiële vaste activa, netto | ||||
| Materiële vaste activa (zonder subsidies) | 33.627 | 19.445 | 13.177 | 1.005 |
| Subsidies per 31/12/2018 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Subsidies gebruikt in 2018 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Per 31/12/2018 | 33.627 | 19.445 | 13.177 | 1.005 |
De investeringen in 2018 hebben voornamelijk betrekking op ICT-hardware, verbeteringen aan de verwarmingsinstallatie in Schellebelle, een nieuwe cuttermachine voor Wichelen en meubilair.

Deelnemingen in geassocieerde ondernemingen bevatten de volgende belangen van de Groep:
– 50,0% in Private Shop Ltd.;
– 25,7% in Top Form International Ltd.
| Boekwaarde, netto | Top | Private | |
|---|---|---|---|
| 000 euro | Form Ltd. |
Shop Ltd. |
Totaal |
| Per 01/01/2017 | 13.132 | 1.056 | 14.188 |
| Resultaat van het boekjaar | 225 | -492 | -267 |
| Reserves | -369 | 0 | -369 |
| Kapitaalsverhoging | 0 | 478 | 478 |
| Niet-gerealiseerde resultaten (1) | 263 | 0 | 263 |
| Per 31/12/2017 | 13.251 | 1.042 | 14.293 |
| Per 01/01/2018 | 13.251 | 1.042 | 14.293 |
| Resultaat van het boekjaar | -511 | -293 | -804 (2) |
| Ontvangen dividend | -596 | 0 | - 596 |
| Niet-gerealiseerde resultaten (1) | -136 | 0 | -136 |
| Per 31/12/2018 | 12.008 | 749 | 12.757 |
(1) Vóór intercompany eliminaties.
(2) Aanvullend aan het resultaat van het boekjaar werd er nog 300 duizend euro waardevermindering geboekt voor Noyon (zie toelichting 7).
De kerncijfers per deelneming zijn als volgt:
| Top Form Ltd. | Private Shop Ltd. |
|
|---|---|---|
| Kerncijfers deelneming | HKD 000 (31/12/2018) |
HKD 000 (31/12/2018) |
| Materiële vaste activa | 122.845 | 917 |
| Andere vaste activa | 116.273 | 1.028 |
| Vlottende activa | 496.433 | 18.434 |
| Verplichtingen op meer dan 1 jaar | 23.071 | 143 |
| Verplichtingen op ten hoogste 1 jaar | 188.285 | 9.107 |
| Totaal netto activa | 524.195 | 11.272 |
| Omzet | 606.696 | 44.363 |
| Nettoresultaat | -11.705 | -6.021 |
Met betrekking tot Top Form International Ltd. verwijzen de cijfers naar de afsluiting op 31/12/2018 (eerste jaarhelft boekjaar 2018) en bijgevolg naar de omzet en nettowinst over een periode van zes maanden.
De overige vaste activa bestaan uit het volgende:
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Borgstellingen voor BTW | 217 | 217 |
| Overige borgstellingen | 886 | 497 |
| Overige deelnemingen | 75 | 375 |
| Vooruitbetaalde huurkosten | 34 | 30 |
| Leningen | 46 | 82 |
| Overige vaste activa, netto | 1.258 | 1.201 |
De vooruitbetaalde huurkosten worden gespreid over de looptijd van het huurcontract. De daling in overige deelnemingen is de afboeking van de 20% participatie van Van de Velde in SAS Noyon Dentelle voor 300 duizend euro via resultaat op basis van de 'equity' methode.
Eind 2018 is een bedrag van 304 duizend euro geboekt als subsidie. Deze subsidie werd in 2017 en 2018 ontvangen van vlajo (Vlaamse Jonge Ondernemingen) als resultaat van een lopend onderzoek- en ontwikkelingsproject.
De voorraden volgens hoofdindeling zijn als volgt:
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Gereed product en handelsgoederen | 26.090 | 22.706 |
| Werk in uitvoering | 12.160 | 11.468 |
| Grondstoffen | 12.727 | 13.172 |
| Voorraden, bruto | 50.977 | 47.346 |
| Min: voorziening voor economische veroudering | -4.274 | -5.363 |
| Voorraden, netto | 46.703 | 41.983 |
De voorziening in 2018 voor economische veroudering heeft betrekking op gereed product (2.787 duizend euro) en grondstoffen (1.487 duizend euro). De voorziening in 2017 voor economische veroudering heeft betrekking op gereed product (2.126 duizend euro) en grondstoffen (3.237 duizend euro).
De bijkomende afwaardering van voorraden in het resultaat bedroeg 4.498 duizend euro in 2018 in vergelijking met 3.137 duizend euro in 2017. De bijkomende afwaardering heeft betrekking op grondstoffen (1.655 duizend euro in 2018 en 1.867 duizend euro in 2017) en gereed product (2.843 duizend euro in 2018 en 1.270 duizend euro in 2017).
De voorziening voor economische veroudering en de bijkomende afwaardering worden verwerkt in 'Kostprijs van materialen'.
De vorderingen zijn als volgt:
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Handelsvorderingen, bruto Min: voorziening voor dubieuze debiteuren |
18.634 -712 |
19.795 -481 |
| Handelsvorderingen, netto | 17.922 | 19.314 |
Handelsvorderingen en overige vorderingen zijn niet-rentedragend. De normale betalingsvoorwaarden verschillen van land tot land. Naast de betalingsvoorwaarden hanteert Van de Velde ook kredietlimieten die per klant worden vastgesteld, om een gepaste opvolging te kunnen verzekeren. Wanneer facturen niet tijdig worden betaald, wordt er een aanmaningsprocedure ingezet.
In 2018 was er een verlies van 211 duizend euro in handelsvorderingen (245 duizend euro in 2017).
De voorziening voor dubieuze debiteuren wordt in de winst-en-verliesrekening verwerkt via 'Overige uitgaven'.
Per jaareinde is de ouderdomsanalyse van de handelsvorderingen als volgt:
| Totaal | Niet vervallen en niet onderworpen aan een waardevermindering |
Vervallen en niet onderworpen aan een waardevermindering |
Vervallen en onderworpen aan een waardevermindering |
||
|---|---|---|---|---|---|
| 000 euro | 1-60 dagen | 60-90 dagen | > 90 dagen | ||
| 2018 | 18.634 | 13.769 | 3.220 | 542 | 1.103 |
| 2017 | 19.795 | 12.438 | 5.412 | 993 | 952 |
De overige vlottende activa omvatten het volgende:
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Vooruitbetaalde kosten (1) Te ontvangen belastingen (BTW en vennootschapsbelasting) (2) Termijncontracten (toelichting 20) |
3.914 7.815 188 |
4.104 1.674 182 |
| Overige vlottende activa, netto | 11.917 | 5.960 |
(1) De vooruitbetaalde kosten hebben voornamelijk betrekking op reclame- en promotiekosten voor de volgende seizoenen, aangevuld met vooruitbetaalde onderhoudskosten.
(2) Voornamelijk betrekking op fiscale stimulus ten gevolge van innovatie.
Geldmiddelen en kasequivalenten bestaan uit het volgende:
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Banktegoeden en beschikbare kasmiddelen Verhandelbare effecten |
15.730 0 |
21.843 0 |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | 15.730 | 21.843 |
Op vandaag zijn er geen verhandelbare effecten bestaande uit spaarrekeningen of kortetermijnbeleggingen bij financiële instellingen.
Geldmiddelen en kasequivalenten die in het kasstroomoverzicht zijn opgenomen, omvatten dezelfde elementen als die welke hierboven zijn gepresenteerd.
| Toegestaan en volgestort | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Aandelen op naam Aandelen gedematerialiseerd |
7.592.233 5.730.247 |
7.577.833 5.744.647 |
| Totaal aantal aandelen | 13.322.480 | 13.322.480 |
Per 31 december 2018 bedroeg het kapitaal van Van de Velde NV 1.936 duizend euro (volledig volgestort), vertegenwoordigd door 13.322.480 aandelen zonder nominale waarde en alle met dezelfde rechten voor zover deze rechten niet geschorst of vernietigd werden ingeval het eigen aandelen betrof. De Raad van Bestuur van Van de Velde NV is bevoegd om het kapitaal te verhogen met een maximumbedrag van 1.936 duizend euro, voor een periode van vijf jaar te rekenen vanaf de bekendmaking in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad (18 mei 2017), onder de voorwaarden die zijn vastgelegd in de statuten.
De uitkering van overgedragen winsten van Van de Velde NV, de moedermaatschappij, wordt beperkt door een wettelijke reserve, die tijdens de vorige jaren werd opgebouwd in overeenstemming met de Belgische vennootschapswet, tot 10% van het geplaatst kapitaal.
Eind 2017 had Van de Velde NV geen eigen aandelen in bezit.
In overeenstemming met artikel 620 van het Wetboek Vennootschapsrecht heeft de Buitengewone Algemene Vergadering van 26 april 2017 aan de Raad van Bestuur de machtiging verleend om over te gaan tot de inkoop van eigen aandelen. In 2018 werden 15.500 eigen aandelen ingekocht om te kunnen voldoen aan de uitoefening van de aandelenopties in 2018.
Tijdens 2018 werden in het kader van het optieplan 4.500 opties uitgeoefend en eenzelfde aantal eigen aandelen werd ter beschikking gesteld van de optiehouders. Daarnaast zijn er 20.000 opties verbeurd verklaard.
Eind 2018 heeft Van de Velde NV 11.000 eigen aandelen in bezit voor een totaal bedrag van 427 duizend euro. De eigen aandelen in het bezit van Van de Velde NV eind 2018 zijn bestemd om, in het kader van een optieprogramma dat loopt sinds 2005, te worden aangeboden aan de directie.
| 2018 | 2017 |
|---|---|
| 1.936 | 1.936 |
| -427 | 0 |
| 743 | 743 |
| 000 euro | Voorzieningen |
|---|---|
| Per 01/01/2017 | 893 |
| Tijdens het jaar | 0 |
| Gebruikt | 0 |
| Teruggenomen | -284 |
| Voorzieningen 31/12/2017 | 609 |
| Per 01/01/2018 | 609 |
| Tijdens het jaar | 0 |
| Gebruikt | 0 |
| Teruggenomen | -219 |
| Voorzieningen 31/12/2018 | 390 |
Eind 2017 was een voorziening aangelegd van 609 duizend euro in verband met hoofdzakelijk de beëindigingsvergoeding voor onze verkoopagenten en andere geplande maatregelen. Tijdens 2018 werd er niets van de voorziening aangewend en werd een terugname geboekt van 219 duizend euro. De verwachte timing van de bijbehorende uitstroom van kasmiddelen hangt af van de vooruitgang en de duur van de onderliggende onderhandelingen met de verkoopagenten.
Van de Velde heeft vijf toegezegde pensioenregelingen in België. Deze plannen worden op gecumuleerde basis toegelicht, daar deze zich situeren in eenzelfde geografische locatie en van hetzelfde type zijn, nl. toegezegde bijdrageregelingen.
Naast de Belgische pensioenregelingen heeft Van de Velde eveneens pensioenregelingen voor hun personeel in het buitenland. Deze pensioenregelingen zijn toegezegde bijdragenregelingen. De kost opgenomen in de huidige periode met betrekking tot deze bijdragen bedraagt 27 duizend euro (23 duizend euro in 2017).
De pensioenregeling in België is onderhevig aan de Belgische wetgeving en betreft een groepsverzekering met rendementswaarborg (Tak21). Vanaf boekjaar 2016 wordt de pensioenregeling geboekt als een toegezegde pensioenregeling ten gevolge van een aanpassing in de Belgische wetgeving. De eerste actuariële waardering vond plaats op 30 juni 2016. De resulterende verplichting werd in de halfjaarlijkse financiële staten geboekt tegenover niet-gerealiseerde resultaten aangezien dit aanzien wordt als een wijziging in veronderstellingen. Een tweede actuariële waardering vond plaats op 31 december 2016. Op 31 december 2018 werd er voor de vierde keer een actuariële waardering opgemaakt.
De pensioenregeling in België is gefinancierd. Indien de toegekende rendementen van de verzekeraar lager zijn dan de wettelijk bepaalde minimumgarantie, wordt dit door de verzekeraar aan de werkgever gemeld. Deze laatste kan dan dit tekort aanzuiveren in zijn financieringsfonds bij de verzekeraar.
De aangepaste actuariële berekening op 31 december 2018 toont de volgende resultaten:
| Per 01/01/2018 |
Pensioenkost toegerekend aan gerealiseerde resultaten |
Return | Winst/(verlies) als gevolg van wijzigin gen in berekenings wijze toegerekend aan niet-gerealiseerde resultaten |
Werkgevers- bijdrage |
Betaalde voordelen |
Per 31/12/2018 |
|
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Verplichting toegezegde pensioenrechten Marktwaarde |
-7.705 6.957 |
-717 0 |
-146 137 |
-60 -123 |
0 623 |
99 -99 |
-8.529 7.495 |
| fondsbeleggingen Netto verplichting in de balans |
-748 | -717 | -9 | -183 | 623 | 0 | -1.034 |
De beleggingen hebben voornamelijk betrekking op 'qualifying insurance policies'(1) (99,9% van alle beleggingen). De verwachte bijdrage door de werkgever voor het jaar eindigend 31 december 2019 bedraagt 722 duizend euro.
De voornaamste actuariële veronderstellingen gebruikt in de waardering van de pensioenplannen worden weergegeven in de onderstaande tabel:
| Jaarlijkse loonsverhogingen (exclusief inflatie) | 1% |
|---|---|
| Jaarlijkse inflatie | 2% |
| Jaarlijkse verdisconteringsvoet | 1,95% |
| Pensioenleeftijd in jaren | 65 |
| Totaal aantal contracten van actieve personeelsleden | 1.136 |
| Gemiddelde leeftijd in jaren | 42 |
| Geschatte duratie in jaren | 18,3 |
Een analyse van de verwachte uitkeringen van de niet verdisconteerde pensioenbeloningen wordt weergegeven in de onderstaande tabel:
| Verwachte uitkeringen | |
|---|---|
| Binnen 12 maanden (boekjaar eindigend 31 december 2019) Tussen 2 en 5 jaar Tussen 5 jaar en 10 jaar |
45 849 1.525 |
| Totale verwachte uitkeringen | 2.419 |
De contante waarde van pensioenverplichtingen hangt af van een aantal factoren die actuarieel worden bepaald op basis van een aantal veronderstellingen. De veronderstellingen die zijn gebruikt bij het berekenen van de netto kosten (inkomsten) uit hoofde van pensioenen omvatten de verdisconteringsvoet. Veranderingen in deze veronderstellingen hebben invloed op de boekwaarde van de pensioenverplichtingen.
Van de Velde bepaalt de gepaste verdisconteringsvoet op het einde van elk jaar. Dit is de rentevoet die gehanteerd dient te worden om de contante waarde van de geschatte toekomstige kasstromen, vereist om de pensioenverplichtingen te voldoen, te bepalen. Bij het bepalen van de geschikte verdisconteringsvoet neemt Van de Velde de rentevoet van hoogwaardige bedrijfsobligaties uitgedrukt in de valuta waarin de pensioenen zullen worden betaald en met een looptijd die vergelijkbaar is met die van de overeenkomstige pensioenverplichting.
Andere belangrijke veronderstellingen voor pensioenverplichtingen, zoals de verwachte jaarlijkse groeivoet van salarissen en uittredekansen, zijn deels gebaseerd op de huidige marktomstandigheden en deels op bedrijfseigen parameters.
(1) Dit betreft de individuele contracten van de aangeslotenen waarvoor de verzekeraar een bepaald rendement op de reserves garandeert tot op einddatum.
De tabel hieronder geeft de gevoeligheid weer van de verdisconteringsvoet op de verplichting uit hoofde van toegezegde pensioenrechten:
| Waarderings trend -0,5% |
Origineel | Waarderings trend +0,5% |
|
|---|---|---|---|
| Verdisconteringsvoet | 1,45% | 1,95% | 2,45% |
| Verplichting uit hoofde van toegezegde pensioenrechten |
9.281 | 8.529 | 7.854 |
| Marktwaarde fondsbeleggingen |
8.125 | 7.495 | 6.928 |
De tabel hieronder geeft de gevoeligheid weer van de uittredes uit het plan op de verplichting uit hoofde van toegezegde pensioenrechten:
| Origineel | Gevoeligheid | |
|---|---|---|
| Uittredes uit het plan | Werkgever Tabel | 0,00% |
| Verplichting uit hoofde van toegezegde pensioenrechten |
8.529 | 9.109 |
De gevoeligheidsanalyse in de bovenstaande tabellen is bepaald op basis van een methode die de impact op de verplichting uit hoofde van de toegezegde pensioenrechten weergeeft, ten gevolge van redelijke veranderingen in significante veronderstellingen zich voordoend op het einde van de periode. Deze analyse is gebaseerd op een verandering in een significante veronderstelling, die alle overige veronderstellingen constant houdt. De gevoeligheidsanalyse is mogelijk niet representatief voor werkelijke veranderingen in de verplichtingen uit hoofde van de pensioenrechten omdat het onwaarschijnlijk is dat veranderingen in de veronderstellingen zich geïsoleerd van elkaar zouden voordoen.
De andere langlopende verplichtingen bestaan uit het volgende:
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Uitgestelde huur en huurvergoedingen Verplichtingen uit verwerving participatie in joint venture |
864 1.830 |
928 1.830 |
| Andere langlopende verplichtingen | 2.694 | 2.758 |
De uitgestelde huur en huurvergoedingen hebben betrekking op enerzijds de opgebouwde schuld door verschillen tussen de lineaire spreiding van de huurkosten en de kasuitgaven en anderzijds het gedeelte van de aanmoedigingsbonussen die in de toekomst erkend zullen worden als een verlaging van de huurlast.

De verplichtingen uit verwerving participatie in joint venture hebben betrekking op Private Shop Ltd. Het bedrag van 1.830 duizend euro (2.000 duizend Amerikaanse dollar) is een verplichting ten opzichte van Getz als vergoeding voor de verwerving van een distributie-akkoord en immateriële activa bij de opstart van de joint venture in 2012. Dit bedrag zal vereffend worden naarmate bepaalde criteria worden gehaald. De Groep is van oordeel dat dit bedrag pas na 2018 vereffend zal worden.
De uitgestelde belastingen bestaan uit het volgende:
| 000 euro | Uitgestelde belastingschuld op materiële activa |
Uitgestelde belastingvordering op activa/passiva |
Totaal |
|---|---|---|---|
| Per 01/01/2017 | 1.865 | -1.513 | 352 |
| Mutaties | 365 | 26 | 391 |
| Per 31/12/2017 | 2.230 | -1.487 | 743 |
| Per 01/01/2018 | 2.230 | -1.487 | 743 |
| Mutaties | 51 | -170 | -119 |
| Per 31/12/2018 | 2.281 | -1.657 | 624 |
De netto uitgestelde belastingverplichting van 624 duizend euro bestaat voornamelijk uit het volgende:
– Wat betreft de uitgestelde belastingschuld op materiële activa, moet het af te schrijven bedrag van een materieel vast actief op systematische basis over zijn gebruiksduur worden gespreid. In de statutaire jaarrekening worden degressieve afschrijvingen toegepast, die herwerkt worden in consolidatie. De uitgestelde belastingen zijn gewaardeerd tegen het theoretische belastingtarief van 25%.
De handelsschulden en overige schulden zijn als volgt samengesteld:
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Handelsschulden (1) | 11.794 | 8.807 |
| Lonen, sociale lasten | 5.899 | 5.043 |
| Uitgegeven geschenkkaarten en kredietbons | 528 | 631 |
| Toe te rekenen kosten (2) | 7.307 | 4.946 |
| Termijncontracten (Toelichting 19) | 36 | 237 |
| Lening op korte termijn | 515 | 362 |
| Handelsschulden en overige schulden | 26.079 | 20.026 |
(1) Stijging als gevolg van de kostenstructuur van 2018.
(2) De toe te rekenen kosten omvat naast toegekende bonussen aan werknemers en directieleden en kortingen aan klanten, ook de gemaakte kosten voor externe medewerkers.
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Overige kortlopende schulden: belastingen (verschuldigde BTW, gemeentebelastingen, bedrijfsvoorheffing) |
1.936 | 1.552 |
| Belastingverplichtingen: vennootschapsbelastingen | 1.103 | 9.921 |
De daling in 2018 van de overige kortlopende schulden en belastingverplichtingen heeft voornamelijk betrekking op de openstaande verschuldigde vennootschapsbelasting.
Met uitzondering van de hieronder opgenomen financiële instrumenten, benadert de reële waarde van alle andere financiële activa en passiva (cash, handelsvorderingen,…) de boekwaarde.
De Groep maakt gebruik van afgeleide financiële instrumenten teneinde risico's te beperken met betrekking tot ongunstige wisselkoersschommelingen die voortvloeien uit operationele activiteiten en investeringen.
Voor het beheer van transactierisico's maakt de vennootschap gebruik van termijncontracten. Ze hebben een vervaldatum tussen 14/01/2019 en 16/12/2019 (Vervaldata op 31 december 2017: tussen 16/01/2018 en 15/12/2018). Aangezien deze contracten niet voldoen aan de afdekkingscriteria die in IAS 39 zijn beschreven, worden ze gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening.
Op 31 december 2018 bedroeg de reële waarde van deze valutatermijncontracten 152 duizend euro bestaande uit een niet-gerealiseerde winst van 188 duizend euro en een niet-gerealiseerd verlies van 36 duizend euro.
Samenvattend betekent dit dat de volgende reële waarden met betrekking tot niet-gerealiseerde wisselkoersresultaten zijn opgenomen:
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Derivaten die niet geclassificeerd kunnen worden als afdekking: |
||
| Overige vlottende activa | 188 | 182 |
| Overige kortlopende schulden | -36 | -237 |
| Reële waarde | 152 | -55 |
Wat betreft de waarderingstechniek gehanteerd voor de bepaling van de reële waarde, beantwoordt de gehanteerde techniek aan 'niveau 2', waarbij de verschillende niveaus en gerelateerde waarderingstechnieken als volgt zijn gedefinieerd:
Het financieel resultaat bestaat uit het volgende:
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Rente-inkomsten | 16 | 33 |
| Rentekosten | -14 | -31 |
| Renteresultaat, netto | 2 | 2 |
| Winsten uit wisselkoersverschillen | 3.254 | 3.388 |
| Verliezen uit wisselkoersverschillen | -2.529 | -3.910 |
| Wisselkoersverschillen, netto | 725 | -522 |
| Inkomsten uit beleggingen (dividenden) | 0 | 958 |
| Overige financiële opbrengsten | 12 | 18 |
| Overige financiële kosten | -748 | -700 |
| Financieel resultaat | -9 | -244 |
De personeelskosten zijn als volgt:
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Lonen voor arbeiders | 8.421 | 8.433 |
| Lonen voor bedienden | 32.581 | 26.514 |
| Socialezekerheidsbijdragen | 8.226 | 8.102 |
| Overige personeelskosten | 1.737 | 934 |
| Personeelskosten | 50.965 | 43.983 |
| Personeelsbestand op balansdatum in aantallen |
2018 | 2017 |
| Bedienden | 704 | 621 |
| Arbeiders | 944 | 910 |
| Totaal | 1.648 | 1.531 |
De Groep past sinds 2008 de norm IFRS 2 (Op aandelen gebaseerde betalingen) toe. De reële waarde van het aandelengedeelte van de opties op de toekenningsdatum wordt opgenomen voor de periode totdat de genieter de optie onvoorwaardelijk verwerft volgens de graduele verwervingsmethode.
De impact van IFRS 2 op het resultaat van boekjaar 2018 bedraagt 137 duizend euro versus 185 duizend euro in 2017.
De optieplannen werden gewaardeerd volgens het Black-Scholes-Merton-model voor een calloptie. De volgende veronderstellingen werden gebruikt voor de bepaling van de gewogen gemiddelde reële waarde op de toekenningsdatum:
| PLAN | PLAN | PLAN | PLAN | PLAN | |
|---|---|---|---|---|---|
| 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | |
| Aanbiedingsdatum (1) | 13/10/14 | 12/10/15 | 29/9/16 | 03/10/17 | n.v.t. |
| Dividendrecht vanaf de toekenningsdatum | neen | neen | neen | neen | n.v.t. |
| Contractuele looptijd van de opties | 5-10 | 5-10 | 5-10 | 5-10 | n.v.t. |
| Uitoefenprijs | 37,85 | 55,87 | 63,02 | 45,13 | n.v.t. |
| Verwachte volatiliteit | 35,00% | 35,00% | 35,00% | 35,00% | n.v.t. |
| Risicovrije rentevoet | 0,33% - 1,01% | 0,07% | -0,269% - 0,242% | -0,143% - 0,398% | n.v.t. |
| Reële waarde van de aandelenopties (in euro) | 9,97 | 14,45 | 16,40 | 11,23 | n.v.t. |
(1) De eigendomsoverdracht heeft uitwerking op de 60ste dag na het aanbod en geldt dan als toekenningsdatum.
De evolutie van het aandelenoptieplan is als volgt:
| Aantal aandelen en opties | Optieplan 2005 - 2018 |
|---|---|
| In omloop op 01/01/2017 | 47.500 |
| Uitoefenbaar op 01/01/2017 | 0 |
| Bewegingen gedurende het jaar | |
| Toegekend | 30.000 |
| Verbeurd | 0 |
| Uitgeoefend | 11.000 |
| Vervallen | 0 |
| In omloop op 31/12/2017 | 66.500 |
| Uitoefenbaar op 31/12/2017 | 0 |
| Bewegingen gedurende het jaar | |
| Toegekend | 0 |
| Verbeurd | 20.000 |
| Uitgeoefend | 4.500 |
| Vervallen | 0 |
| In omloop op 31/12/2018 | 42.000 |
| Uitoefenbaar op 31/12/2018 | 10.000 |
De voornaamste componenten voor de jaren eindigend per 31 december 2018 en 2017 zijn:
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Winstbelasting over het huidige jaar | 3.666 | 13.618 |
| Actuele belastinglasten Aanpassingen met betrekking tot huidige winstbelasting van voorgaande jaren |
3.666 0 |
13.618 0 |
| Uitgestelde belastingen Met betrekking tot het ontstaan en de |
-74 | 24 |
| afwikkeling van tijdelijke verschillen | -74 | 24 |
| Belastinglasten gerapporteerd in de gecon solideerde winst-en-verliesrekening |
3.592 | 13.642 |
De afstemming van de belastinglast op de winst vóór belastingen tegen de wettelijke aanslagvoet met de belastingen op de winst tegen de reële aanslagvoet van de Groep voor elk van de twee jaren eindigend op 31 december ziet eruit als volgt:
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Winst vóór winstbelasting (1) | 30.230 | 47.729 |
| Tegen het wettelijke belastingtarief van het hoofdkantoor (2) |
8.942 | 16.223 |
| Hogere belastingtarieven van andere landen | 0 | 0 |
| Lagere belastingtarieven van andere landen | -1.825 | -2.811 |
| Aanwending verliezen en niet-erkende verliezen | 708 | -349 |
| Fiscale verworpen uitgaven | 446 | 317 |
| Notionele intrestaftrek | 0 | -27 |
| Andere (3) | -4.679 | 147 |
| Definitief belaste inkomsten | 0 | 142 |
| Totaal winstbelastingen | 3.592 | 13.642 |
| Effectieve belastingvoet | 11,88% | 28,58% |
(1) Winst vóór belastingen is het bedrag exclusief het resultaat op basis van de 'equity' methode en het verlies door impairment.
(2) Voor boekjaar 2018 bedroeg het wettelijke belastingtarief van het hoofdkantoor 29,58% ten opzichte van 33,99% voor boekjaar 2017.
(3) In 2018 voornamelijk betrekking op innovatieaftrek.
De daling van de effectieve belastingvoet in 2018 kan voornamelijk verklaard worden als volgt:
De gewone winst per aandeel wordt berekend door de nettowinst van het boekjaar die toegekend kan worden aan de gewone aandeelhouders, te delen door het gewogen gemiddelde van het aantal gewone aandelen, uitstaand gedurende het boekjaar met uitzondering van de gewone aandelen aangekocht door de Groep en gehouden als eigen aandelen (toelichting 13).
De verwaterde winst per aandeel wordt berekend door de nettowinst die toegekend kan worden aan de gewone aandeelhouders, te delen door het gewogen gemiddelde aantal uitstaande gewone aandelen tijdens het jaar, aangepast voor de gevolgen van verwaterde aandelen (door opties).
| 2018 | 2017 | |
|---|---|---|
| Aan aandeelhouders toe te kennen nettowinst | 25.533 | 33.947 |
| (in 000 euro) Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen |
13.313.890 | 13.468.577 |
| Correctie voor aandelenopties | 0 | 4.419 |
| Gewogen gemiddeld aantal aandelen na verwateringseffect |
13.313.890 | 13.472.996 |
| Gewone winst per aandeel (euro) | 1,92 | 2,52 |
| Verwaterde winst per aandeel (euro) | 1,92 | 2,52 |
In 2017 hadden alle toegekende aandelenopties in de periode 2013 tot en met 2017 een verwaterend effect, met uitzondering van de opties toegekend in 2015 en 2016. In 2018 hadden geen enkele aandelenopties toegekend over de periode 2014 tot en met 2018 een verwaterend effect.
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Betaald dividend | 13.722 | 28.643 |
| Betaald dividend: – in 2018: - 1,03085 euro per aandeel voor boekjaar 2017. – in 2017: - 2,15 euro per aandeel voor boekjaar 2016. |
||
| Voorgesteld dividend | 13.722 | 13.722 |
| Voorgesteld dividend: – 1,03 (1) euro per aandeel voor boekjaar 2018. – Enkel de aandelen in omloop zijn dividendgerechtigde aandelen. |
(1) Hoger dan payout ratio van 40%, namelijk 52% van de geconsolideerde winst van de groep verhoogd met het resultaat op basis van de 'equity'-methode
De Groep huurt locaties voor zijn retailnetwerk en showrooms voor de voorstelling van de collecties aan klanten. Deze huurovereenkomsten zijn operationele leases met looptijden van één jaar of meer. De huurkosten met betrekking tot de operationele leases bedroegen 6.436 duizend euro in 2018 (6.317 duizend in 2017).
De toekomstige minimaal te betalen huur voor de operationele leases ziet eruit als volgt op 31 december 2018 en 2017:
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Minder dan 1 jaar | 6.154 | 6.047 |
| Meer dan 1 jaar en minder dan 5 jaar | 14.253 | 16.635 |
| Meer dan 5 jaar | 4.058 | 5.894 |
| Totaal | 24.465 | 28.576 |
De geconsolideerde jaarrekening omvat de jaarrekeningen van Van de Velde NV en de dochterondernemingen die vermeld zijn in de volgende tabel.
| Naam | Adres | (%) Aandelenbelang 2018 |
Wijziging t.o.v. het voorgaande jaar |
|---|---|---|---|
| VAN DE VELDE NV | Lageweg 4 9260 SCHELLEBELLE, België BTW BE0448.746.744 |
Moedermaatschappij | |
| VAN DE VELDE GMBH & Co KG | Blumenstraße 24 40212 DUSSELDORF, Duitsland |
100 | 0 |
| VAN DE VELDE VERWALTUNGS GMBH |
Blumenstraße 24 40212 DUSSELDORF, Duitsland |
100 | 0 |
| VAN DE VELDE TERMELO ES KERESKEDELMI KFT |
Selyem U.4 7100 SZEKSZARD, Hongarije |
100 | 0 |
| VAN DE VELDE UK LTD | Cannon Place, 78 Cannon Street, EC4N 6AF LONDEN, Verenigd Koninkrijk |
100 | 0 |
| VAN DE VELDE FRANCE SARL (1) | 16, Place du General De Gaulle 59000 LILLE, Frankrijk |
0 | 100 |
| MARIE JO GMBH | Blumenstraße 24 40212 DUSSELDORF, Duitsland |
100 | 0 |
| VAN DE VELDE IBERICA SL | Calle Santa Eulalia, 5 08012 BARCELONA, Spanje |
100 | 0 |
| VAN DE VELDE CONFECTION SARL | Route De Sousse BP 25 4020 KONDAR, Tunesië |
100 | 0 |
| VAN DE VELDE FINLAND OY | Yliopistonkatu 34, 4 krs huone 401 20100 TURKU, Finland |
100 | 0 |
| VAN DE VELDE NORTH AMERICA INC | 171 Madison Avenue, Suite 201 NY 10016, NEW YORK, Verenigde Staten van Amerika |
100 | 0 |
| VAN DE VELDE DENMARK APS | Lejrvejen 8 6330 PADBORG, Denemarken |
100 | 0 |
| VAN DE VELDE RETAIL INC | 171 Madison Avenue, Suite 201 NY 10016, NEW YORK, Verenigde Staten van Amerika |
100 | 0 |
| INTIMACY MANAGEMENT COMPANY LLC |
171 Madison Avenue, Suite 201 NY 10016, NEW YORK, Verenigde Staten van Amerika |
100 | 0 |
(1) Op 15 december 2017 is de liquidatie van Van de Velde France SARL gesloten, maar de juridische formaliteiten zijn begin 2018 volbracht. Sinds juli 2017 werden de activiteiten overgedragen naar de branch Van de Velde NV Succursale France.

| Naam | Adres | (%) Aandelenbelang 2018 |
Wijziging t.o.v. het voorgaande jaar |
|---|---|---|---|
| RIGBY & PELLER LTD | Second Floor, 37 North Row W1K 6DH, LONDEN Verenigd Koninkrijk |
100 | 13 |
| VAN DE VELDE NEDERLAND BV | Beethovenstraat 28 1077 JH AMSTERDAM, Nederland |
100 | 0 |
| @MYHOME LINGERIE STYLING GMBH | Hanauer Landstraße, 291B 60314 FRANKFURT AM MAIN, Duitsland |
100 | 100 |
| VAN DE VELDE HONG KONG LTD | 21/F Edinburgh Tower, The Landmark 15 Queen's Road, Central, Hongkong |
100 | 100 |
Leveringen van goederen en diensten tussen ondernemingen van de Groep gebeuren tegen commerciële voorwaarden en marktprijzen.
De ondernemingen waarop de 'equity'-methode wordt toegepast, kunnen als volgt worden weergegeven:
| Naam | Adres | (%) Aandelenbelang 2018 |
Wijziging t.o.v. het voorgaande jaar |
|---|---|---|---|
| TOP FORM INTERNATIONAL LTD | 15/F., Tower A, Manulife Financial Centre No. 223-231 Wai Yip Street Kwun Tong, Kowloon, Hongkong |
25,7 | 0 |
| PRIVATE SHOP LTD | Wyler Centre I, 8th Floor 202-210 Tai Lin Pai Road Kwai Chung, Hongkong |
50 | 0 |
In 2018 bedroegen de aankopen tussen de Groep en TFI 11.735 duizend Amerikaanse dollar. Op 31 december 2018 had de Groep tegenover TFI handelsschulden ten belope van 95 duizend Amerikaanse dollar. In 2017 bedroegen de aankopen tussen de Groep en TFI 11.700 duizend Amerikaanse dollar. Op 31 december 2017 had de Groep tegenover TFI handelsschulden ten belope van 8 duizend Amerikaanse dollar.
In 2018 bedroegen de verkopen tussen de Groep en Private Shop Ltd. 700 duizend euro. Op 31 december 2018 had de Groep tegenover Private Shop Ltd. uitstaande handelsvorderingen ten belope van 20 duizend euro. In 2017 bedroegen de verkopen tussen de Groep en Private Shop Ltd. 697 duizend euro. Op 31 december 2017 had de Groep tegenover Private Shop Ltd. uitstaande handelsvorderingen ten belope van 25 duizend euro.
In het kader van de verwerving van een distributie-akkoord en een aantal immateriële activa in verband met Private Shop, heeft de Groep op 31 december 2018 een openstaande schuld ten opzichte van Getz van 2 miljoen Amerikaanse dollar. Dit bedrag zal aan Getz gestort worden naarmate vastgestelde criteria worden behaald.
43,73% van de aandelen van Van de Velde NV is geplaatst bij het publiek. Deze worden verhandeld op de continumarkt van Euronext Brussel. De andere aandelen zijn in het bezit van Van de Velde Holding NV, die de belangen groepeert van de families Laureys en Van de Velde.
We verwijzen naar het remuneratieverslag onder hoofdstuk 3.
De voorzitter van de Raad van Bestuur (Herman Van de Velde NV) heeft voor zijn voorzitterschap, zijn lidmaatschap in het Benoemings- en Remuneratiecomité en het Strategisch comité een brutovergoeding van 25.000 euro op jaarbasis ontvangen. De overige niet-uitvoerende leden ontvangen een vergoeding van 15.000 euro op jaarbasis voor het mandaat in de Raad van Bestuur, met uitzondering van de gedelegeerd bestuurder. Alle leden van de Raad van Bestuur, met uitzondering van de gedelegeerd bestuurder, hebben recht op een vaste vergoeding van 2.500 euro per mandaat in het Benoemings- en Remuneratiecomité en het Auditcomité. De totale bezoldiging voor de bestuurders (exclusief de gedelegeerd bestuurder) bedroeg 157,5 duizend euro voor 2018 en 127,5 duizend euro voor 2017. De bestuurders hebben noch leningen noch voorschotten ontvangen van de Groep.
Voor het jaar eindigend op 31 december 2018 werd een totaalbedrag van 1.595 duizend euro toegekend (2.161 duizend euro in 2017) aan de leden van het Directiecomité, de gedelegeerd bestuurder inbegrepen. Voor verdere uitleg hieromtrent verwijzen we naar het remuneratieverslag in hoofdstuk 3.
Dit totale bedrag van vergoedingen omvat de volgende elementen:
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Basisverloning | 1.398 | 1.694 |
| Variabele verloning | 174 | 427 |
| Groepsverzekeringspremies | 12 | 23 |
| Andere voordelen | 11 | 17 |
| Totaal | 1.595 | 2.161 |
Naast deze geldelijke voordelen werden er in 2018 geen op aandelen gebaseerde voordelen aan de leden van het Directiecomité toegekend via aandelenoptieplannen. In 2017 hadden de leden van het Directiecomité de gelegenheid om deel te nemen aan een aandelenoptieplan waarbij hen 5.000 opties werden toegekend. Er zijn geen berekende kosten verbonden aan de in 2017 aanvaarde opties door de leden van het Directiecomité.
Van de Velde is een éénproductsonderneming, namelijk de productie en verkoop van luxelingerie. Van de Velde onderscheidt twee operationele segmenten: 'wholesale' en 'retail'. Er werden geen segmenten gecombineerd.
Van de Velde Groep identificeerde het Directiecomité als haar hoofdverantwoordelijke voor operationele beslissingen en definieerde operationele segmenten op basis van de informatie verschaft aan het Directiecomité.
Wholesale verwijst naar business gerealiseerd met zelfstandige speciaalzaken (klanten extern aan de groep), retail verwijst naar business gerealiseerd via het eigen retailnetwerk (eigen winkels en franchisenemers). Wat betreft Van de Velde producten die verkocht worden via het eigen retailnetwerk, wordt de geïntegreerde marge getoond binnen het retailsegment. Met andere woorden, het retailsegment omvat zowel de wholesalemarge op de Van de Velde producten als de resultaten gerealiseerd binnen het netwerk zelf.
Het management volgt de resultaten van de twee segmenten tot op een bepaald niveau ('directe contributie') afzonderlijk op, zodat er beslist kan worden over de toewijzing van de middelen en de evaluatie van de prestaties. De prestaties van de segmenten worden geëvalueerd op basis van direct toewijsbare inkomsten en kosten. Algemene kosten (bv. overhead), het financiële resultaat, het resultaat op basis van de 'equity'-methode, belastingen op het resultaat en minderheidsbelangen worden beheerd op het niveau van de Groep en worden niet toegewezen aan segmenten. Kosten die niet toegerekend worden, komen ten goede van beide segmenten en elke verdere verdeling van deze kosten zou arbitrair zijn zoals bijvoorbeeld algemene administratie, ICT, boekhouding, etc.
Activa die op een redelijke wijze toegerekend kunnen worden aan segmenten (goodwill en andere vaste activa alsook voorraden en handelsvorderingen) worden toegewezen. Andere activa worden gerapporteerd als niet-toegerekend, wat eveneens het geval is voor passiva. Activa en passiva worden in grote mate beheerd op het niveau van de Groep, waardoor een belangrijk aandeel van deze activa en passiva niet wordt toegerekend aan segmenten.
De waarderingsgrondslagen van de operationele segmenten zijn dezelfde als de belangrijkste grondslagen van de Groep. De gesegmenteerde resultaten worden dan ook gemeten in overeenstemming met het bedrijfsresultaat in de geconsolideerde jaarrekening.
Noch in wholesale noch in retail heeft Van de Velde transacties met een klant ter waarde van meer dan 10% van de totale omzet.
Transactieprijzen tussen de operationele segmenten zijn op een 'arm's length'-basis, vergelijkbaar met transacties met derden.
In de volgende tabellen is de gesegmenteerde informatie weergegeven voor de periodes afgesloten op 31 december 2018 en 31 december 2017:
| Gesegmenteerde winst-en-verlies rekening |
2018 | 2017 | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 000 euro | Wholesale | Retail | Niet toege rekend |
Totaal | Wholesale | Retail | Niet toege rekend |
Totaal |
| Opbrengsten | 167.490 | 37.663 | 0 | 205.153 | 171.426 | 37.561 | 0 | 208.987 |
| Kosten | -89.125 | -36.106 | -42.687 | -167.918 | -86.796 | -33.369 | -33.143 | -153.308 |
| Afschrijvingen | 0 | -969 | -6.027 | -6.996 | 0 | -2.257 | -5.449 | -7.706 |
| Resultaten | 78.365 | 588 | -48.714 | 30.239 | 84.630 | 1.935 | -38.592 | 47.973 |
| Nettofinancieringswinst | -9 | -244 | ||||||
| Impairment | 0 | 0 | ||||||
| Resultaat van geassocieerde ondernemingen |
-1.105 | -267 | ||||||
| Inkomstenbelasting | -3.592 | -13.642 | ||||||
| Belang van derden | 0 | -127 | ||||||
| Netto-inkomsten | 25.533 | 33.947 |
| Gesegmenteerde balans | 2018 | 2017 | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 000 euro | Wholesale Retail Totaal |
Wholesale | Retail | Totaal | ||||
| Activa volgens segment | 65.118 | 20.315 | 85.433 | 61.922 | 21.194 | 83.116 | ||
| Niet-toegerekende activa | 82.140 | 75.682 | ||||||
| Geconsolideerde totale activa | 65.118 | 20.315 | 167.573 | 61.922 | 21.194 | 158.798 | ||
| Verplichtingen volgens segment | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | ||
| Niet-toegerekende verplichtingen | 167.573 | 158.798 | ||||||
| Geconsolideerde totale verplichtingen | 0 | 0 | 167.573 | 0 | 0 | 158.798 |
| Investeringsuitgaven | 2018 | 2017 | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 000 euro | Wholesale | Retail | Niet toege rekend |
Totaal | Wholesale | Retail | Niet toege rekend |
Totaal |
| Materiële vaste activa | 0 | 431 | 3.208 | 3.639 | 0 | 1.525 | 3.443 | 4.968 |
| Immateriële activa | 0 | 0 | 10.596 | 10.596 | 0 | 7 | 478 | 485 |
| Afschrijvingen | 0 | 969 | 6.027 | 6.996 | 0 | 2.257 | 5.449 | 7.706 |
| Geografische opsplitsing van de omzet | 2018 | 2017 | |||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 000 euro | Eurozone Niet-eurozone |
Totaal | Eurozone | Niet-eurozone | |||
| Omzet | 141.555 | 63.598 | 205.153 | 142.320 | 66.667 | 208.987 |
De belangrijkste markten, bepaald op basis van de kwantitatieve IFRS-criteria, zijn:
– België, Duitsland en Nederland voor de eurozone;
– Verenigde Staten voor de Niet-eurozone.
| Verdere informatie omtrent de activa van de onderneming – ligging (000 euro) | België | Buiten België | Totaal |
|---|---|---|---|
| Materiële vaste activa | 28.811 | 4.816 | 33.627 |
| Immateriële activa | 16.238 | 6.875 | 23.113 |
| Voorraden | 41.841 | 4.862 | 46.703 |
Er hebben zich na balansdatum geen gebeurtenissen voorgedaan die op de toestand van de vennootschap een belangrijke invloed hebben gehad.
Naast de algemene strategische risico's die uitvoerig beschreven worden in het activiteitenverslag, identificeert Van de Velde in het kader van IFRS 7 de volgende risico's:
Door haar internationale karakter heeft de Groep af te rekenen met diverse wisselkoersrisico's op het vlak van verkopen en aankopen.
Wat betreft het transactierisico wordt de omzet van de Groep voor 30% tot 35% gerealiseerd in munten verschillend van EUR. Verder gebeurt eveneens een belangrijk deel van de aankopen en uitgaven in een munt verschillend van EUR (bv. grondstoffen en loonwerk alsook lokale kosten in retailnetwerk).
Valutarisico's worden, indien mogelijk, beheerd door transacties in dezelfde valuta te compenseren of door het indekken van netto-posities via termijncontracten. Deze risico's worden beheerd op het niveau van de moedermaatschappij. De Groep is zich bewust van het feit dat absolute afdekking tegen wisselkoersrisico's niet altijd mogelijk is.
Door de operaties in het buitenland neemt eveneens het wisselkoersrisico toe binnen de Groep. Dit risico wordt niet ingedekt via financiële instrumenten.
De Groep voerde in 2018 een sensitiviteitsanalyse uit voor de wisselkoersen EUR/GBP, EUR/CAD, EUR/DKK, EUR/CHF, EUR/NOK en EUR/ USD. Hierbij werden de openstaande handelsvorderingen en -schulden van de Groep op balansdatum omgerekend met een sensitiviteit van 10%. Indien de gebruikte wisselkoers met 10% zou stijgen of dalen, is de impact op het resultaat voor belastingen als volgt weer te geven:
| 000 euro | +10% | -10% |
|---|---|---|
| GBP | 74 | -74 |
| CAD | 65 | -65 |
| DKK | 25 | -25 |
| CHF | 114 | -114 |
| NOK | 44 | -44 |
| USD | 82 | -82 |
| 404 | -404 |
Door de ruime, gediversifieerde klantenportefeuille kampt de Groep niet met een uitgesproken concentratie van kredietrisico's. De Groep heeft strategieën en bijkomende procedures uitgewerkt om het kredietrisico bij haar klanten op te volgen en te beperken. De wholesale omzet wordt gerealiseerd met ongeveer 5.000 zelfstandige speciaalzaken en een klein aantal luxewarenhuizen. Geen enkele individuele klant vertegenwoordigt meer dan 2,0% van de jaarlijkse omzet van de Groep.
Het insolvabiliteitsrisico is bovendien gedekt door een kredietverzekering. In overeenstemming met IFRS 9 is de Groep verplicht om verwachte kredietverliezen op al haar handelsvorderingen ofwel op te nemen over een periode van 12 maanden, ofwel over de resterende looptijd.
Voor e-commerce activiteiten wordt het kredietrisico beperkt door specifieke landafhankelijke betaalmethodes aan te bieden, en er wordt samengewerkt met een externe partner die de kredietwaardigheid van potentiële e-commerce klanten bewaakt.
Het liquiditeits- en kasstroomrisico is beperkt door de belangrijke operationele kasstroom en de netto kaspositie (15,7 miljoen euro). Er is ook voor meer dan 10 miljoen euro aan kredietlijnen beschikbaar. De Groep heeft geen financieringen met vaste aflossingen.
Op verschillende vlakken zijn preventieve maatregelen genomen om onderbrekingen in de 'supply chain' te voorkomen of om te remediëren indien er zich toch onderbrekingen zouden voordoen. Een aantal voorbeelden van dergelijke maatregelen zijn:
Bovendien is met de verzekeraars in de nodige dekkingen voorzien voor het bedrijfsrisico dat als gevolg van een onderbreking zou kunnen ontstaan. Preventieve maatregelen zijn ook volledig doorgesproken met de verzekeraars, die eveneens op regelmatige basis de verschillende sites inspecteren.
Het businessmodel van Van de Velde leidt ertoe dat Van de Velde risico neemt op grondstoffen en afgewerkte producten. Immers, grondstoffen dienen besteld te worden en productie dient opgestart te worden vooraleer we een volledig zicht hebben op de vraag naar de betreffende producten. Van de Velde opteert echter in de mate van het mogelijke het risico te concentreren op grondstoffen en minder op afgewerkte producten.
Daarnaast hanteert Van de Velde een zeer strikt beleid wat betreft afwaarderingen op voorraden:
De omzet wordt gespreid over ongeveer 50.000 voorraadreferenties, waarvan er elk seizoen meer dan 10.000 worden vernieuwd. De omzet is bijgevolg niet afhankelijk van het succes van een bepaald model.
Van de Velde Groep is onderworpen aan nationale, federale, regionale en lokale wet- en regelgeving in elk land waarin zij actief is. Dergelijke wet- en regelgeving hebben betrekking op een grote verscheidenheid aan zaken, waaronder veiligheid van informatie en gegevensbescherming, productaansprakelijkheid, gezondheid en veiligheid, invoer en uitvoer, arbeidsongevallen, werkgelegenheidsaangelegenheden en de relatie met werknemers (bv. betreffende overuren, werkomstandigheden, etc.), fiscale zaken, oneerlijke concurrentiepraktijken en soortgelijk gedrag, etc.
De naleving van of wijzigingen in deze wetten kunnen leiden tot een daling van de opbrengsten en winstgevendheid van de Groep en kunnen haar activiteiten, financiële situatie en resultaten negatief beïnvloeden.
Van de Velde Groep werd al onderworpen en kan in de toekomst nog onderworpen worden aan beschuldigingen van inbreuk op een van de bovenstaande wet- en regelgevingen. Dit kan de Groep verplichten om belangrijke beheersmiddelen in te zetten om zichzelf te verdedigen tegen zulke beschuldigingen. Ingeval zulke beschuldigingen bewezen worden, kan Van de Velde Groep onderworpen worden aan boetes, schadevergoedingen en andere kosten en deze kunnen een ongunstige impact hebben op haar reputatie.
Van de Velde Groep streeft er actief naar alle wetten en regels waaraan ze onderworpen is na te leven. Voor een aantal van de bovenstaande risico's is er in zekere mate eveneens een dekking via de verzekeringsportefeuille voorzien.
De Groep wordt eveneens geconfronteerd met andere operationele risico's die (voor zover mogelijk) worden opgevolgd en waarvoor indien mogelijk remediërende acties worden genomen.
Om de mogelijke impact van de Brexit in kaart te brengen, en de nodige acties uit te rollen, werd een team samengesteld waarin alle betrokken afdelingen (zowel in België als in Verenigd Koninkrijk) vertegenwoorigd zijn. Een aantal voorbeelden van de op te volgen punten :


Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen, brengen wij u verslag uit in het kader van ons mandaat van commissaris van Van de Velde NV (de "Vennootschap") en van de dochterondernemingen (samen de "Groep"). Dit verslag omvat ons oordeel over de geconsolideerde balans op 31 december 2018, de geconsolideerde winst-enverliesrekening, het geconsolideerde overzicht van de gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten, het geconsolideerde mutatieoverzicht van het eigen vermogen en het geconsolideerd kasstroomoverzicht van het boekjaar dat afgesloten werd op 31 december 2018 en over de toelichting (alle stukken gezamenlijk de "Geconsolideerde Jaarrekening") en omvat tevens ons verslag betreffende overige door wet- en regelgeving gestelde eisen. Deze verslagen zijn één en ondeelbaar.
Wij werden als commissaris benoemd door de Algemene Vergadering op 26 april 2016, overeenkomstig het voorstel van het bestuursorgaan uitgebracht op aanbeveling van het Auditcomité en op voordracht van de ondernemingsraad. Ons mandaat loopt af op de datum van de Algemene Vergadering die zal beraadslagen over de geconsolideerde jaarrekening afgesloten op 31 december 2018. We hebben de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van de Groep uitgevoerd gedurende 21 opeenvolgende boekjaren.
Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de geconsolideerde jaarrekening van Van de Velde NV, die de geconsolideerde balans op 31 december 2018 omvat, alsook de geconsolideerde winst-en-verliesrekening, het geconsolideerde overzicht van de gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten, het geconsolideerde mutatieoverzicht van het eigen vermogen en het geconsolideerd kasstroomoverzicht van het boekjaar dat afgesloten werd op die datum en de toelichting, met een geconsolideerd balanstotaal van € 167.572.968 en waarvan de geconsolideerde resultatenrekening afsluit met een winst van het boekjaar van € 25.532.644.
Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van het geconsolideerde eigen vermogen en van de geconsolideerde financiële positie van de Groep op 31 december 2018, alsook van de geconsolideerde resultaten en de geconsolideerde kasstromen voor het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards zoals goedgekeurd door de Europese Unie ("IFRS") en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften.
We hebben onze controle uitgevoerd in overeenstemming met de International Standards on Auditing ("ISAs"). Onze verantwoordelijkheden uit hoofde van die standaarden zijn nader beschreven in het gedeelte "Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening" van ons verslag.
Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip van deze met betrekking tot de onafhankelijkheid.
Wij hebben van het bestuursorgaan en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen.
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.
De kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die volgens ons professioneel oordeel het meest significant waren bij onze controle van de geconsolideerde jaarrekening van de huidige verslagperiode.
Deze aangelegenheden werden behandeld in de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening als een geheel en bij het vormen van ons oordeel hieromtrent en derhalve formuleren wij geen afzonderlijk oordeel over deze aangelegenheden.
De Groep heeft ten gevolge van verschillende overnames in het verleden goodwill en merknamen met een onbeperkte gebruiksduur aangekocht. De boekwaarde van goodwill en merken met een onbepaalde levensduur, per 31 december 2018, bedraagt respectievelijk € 4,5 miljoen en € 12,2 miljoen (waarvan € 8,5 miljoen betrekking heeft op Rigby & Peller, € 2,8 miljoen gerelateerd aan Re-tail BV en € 5,4 miljoen gerelateerd aan Andres Sarda). De boekwaarde van goodwill en merken vertegenwoordigt samen 10% van het geconsolideerde balanstotaal.
In overeenstemming met IFRS is de Groep verplicht om jaarlijks te testen op bijzondere waardeverminderingen op goodwill en merken met een onbepaalde levensduur.
De waardering van goodwill en de merknamen met een onbeperkte levensduur is significant voor onze audit omdat het waarderingsproces complex is en in sterke mate beïnvloed wordt door toekomstverwachtingen van de directie met betrekking tot de verwachte groei, met name in omzet en Earnings Before Interest Depreciation and Amortization ("EBITDA") en overige assumpties (groeivoet, verdisconteringsvoet ('WACC') en belastingvoet).
De waardering van goodwill en merken met een onbepaalde gebruiksduur van de Groep wordt beschreven in toelichting 3 en 4 van de Geconsolideerde Jaarrekening.
Onze controleprocedures omvatten onder meer het volgende:

De totale voorraadwaarde van de Groep bedraagt € 46,7 miljoen, na aftrek van rechten voor € 4,3 miljoen voor voorraadartikelen die als oud worden beschouwd, bedraagt de voorraad 27,87% van het geconsolideerde balanstotaal. De voorraad is samengesteld uit grondstoffen, werk in uitvoering, gereed product en handelsgoederen. De waardering van de voorraden verloopt tegen de laagste waarde van de kostprijs of de realisatiewaarde. De afwaardering voor economische veroudering wordt berekend op basis van de ouderdom van de voorraad en de verwachte toekomstige omzet van de voorraad.
De berekening van de afwaardering voor economische veroudering is significant voor onze audit omwille van de omvang van het bedrag, alsook omwille van de onzekerheden verbonden aan de inschattingen die door de directie worden gemaakt, aangaande toekomstige omzetten alsook de toegepaste afwaarderingspercentages.
De waardering van voorraden wordt beschreven in toelichting 9 van de geconsolideerde jaarrekening.
Onze audit procedures bevatten, onder andere het volgende:
We hebben de volledigheid en accuraatheid van toelichting 9 van de Geconsolideerde Jaarrekening geëvalueerd.
Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met IFRS en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften, alsook voor een systeem van interne beheersing die het bestuursorgaan noodzakelijk acht voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten.
In het kader van de opstelling van de geconsolideerde jaarrekening is het bestuursorgaan verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de vennootschap om haar continuïteit te handhaven; het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling tenzij het bestuursorgaan het voornemen heeft om de vennootschap te vereffenen of om de bedrijfsactiviteiten stop te zetten of geen realistisch alternatief heeft dan dit te doen.
Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de geconsolideerde jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten en het uitbrengen van een commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISAs is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van de geconsolideerde jaarrekening beïnvloeden.
Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISAs, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. We voeren tevens de volgende werkzaamheden uit:

verslag. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat de continuïteit van de vennootschap of van de Groep niet langer gehandhaafd kan worden;
– het evalueren van de algehele presentatie, structuur en inhoud van de geconsolideerde jaarrekening, en of deze geconsolideerde jaarrekening de onderliggende transacties en gebeurtenissen weergeeft op een wijze die leidt tot een getrouw beeld.
Wij communiceren met het Auditcomité binnen het bestuursorgaan, onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die we identificeren gedurende onze controle.
Omdat we de eindverantwoordelijkheid voor ons oordeel dragen, zijn we ook verantwoordelijk voor het organiseren, het toezicht en het uitvoeren van de controle van de dochterondernemingen van de Groep. In die zin hebben wij de aard en omvang van de controleprocedures voor deze entiteiten van de Groep bepaald.
We verstrekken aan het Auditcomité binnen het bestuursorgaan een verklaring dat we de relevante deontologische vereisten inzake onafhankelijkheid naleven en we melden hierin alle relaties en andere aangelegenheden die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid zouden kunnen beïnvloeden, alsook, voor zover van toepassing, de bijbehorende maatregelen die we getroffen hebben om onze onafhankelijkheid te waarborgen.
Aan de hand van de aangelegenheden die met het Auditcomité binnen het bestuursorgaan besproken worden, bepalen we de aangelegenheden die het meest significant waren bij de controle van de geconsolideerde jaarrekening over de huidige periode en die daarom de kernpunten van onze controle uitmaken. We beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze aangelegenheden is verboden door wet- of regelgeving.
Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening en de verklaring van niet-financiële informatie gehecht aan dit jaarverslag.
In het kader van ons mandaat en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm (Herzien) bij de in België van toepassing zijnde ISAs, is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening, de verklaring van niet-financiële informatie gehecht aan dit jaarverslag te verifiëren, alsook verslag over deze aangelegenheden uit te brengen.
Naar ons oordeel, na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening, stemt dit jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening overeen met de geconsolideerde jaarrekening voor hetzelfde boekjaar, enerzijds, en is dit jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening opgesteld overeenkomstig artikel 119 van het Wetboek van Vennootschappen, anderzijds.
In de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening, zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, op basis van de kennis verkregen in de controle, of het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport, zijne:
een afwijking van materieel belang bevat, hetzij informatie die onjuist vermeld is of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, hebben wij geen afwijking van materieel belang te melden. Verder drukken wij geen enkele mate van zekerheid uit over het jaarverslag.
De niet-financiële informatie zoals vereist op grond van artikel 119, § 2 van het Wetboek van Vennootschappen, werd opgenomen in het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening dat deel uitmaakt van hoofdstuk 9 van het jaarrapport. De Groep heeft zich bij het opstellen van deze niet-financiële informatie gebaseerd op de Global Reporting Initiative standaarden (hierna "GRI"). Wij spreken ons evenwel niet uit over de vraag of deze niet-financiële informatie in alle van materieel belang zijnde opzichten is opgesteld in overeenstemming met de GRI. Verder drukken wij geen enkele mate van zekerheid uit over individuele elementen opgenomen in deze niet-financiële informatie.
Ons bedrijfsrevisorenkantoor en ons netwerk hebben geen opdrachten verricht die onverenigbaar zijn met de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening en zijn in de loop van ons mandaat onafhankelijk gebleven tegenover de vennootschap.
De honoraria voor de bijkomende opdrachten die verenigbaar zijn met de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening bedoeld in artikel 134 van het Wetboek van Vennootschappen werden correct vermeld en uitgesplitst in de toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening.
• Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het Auditcomité bedoeld in artikel 11 van de verordening (EU) nr. 537/2014.
Gent, 27 februari 2019
Ernst & Young Bedrijfsrevisoren BCVBA Commissaris Vertegenwoordigd door Paul Eelen Vennoot*
| 70 |

De statutaire jaarrekening van de moedermaatschappij Van de Velde NV wordt, conform artikel 105 van het Wetboek Vennootschapsrecht, hierna in verkorte vorm weergegeven. Het jaarverslag en de jaarrekening van Van de Velde NV en het verslag van de commissaris worden neergelegd bij de Nationale Bank van België binnen de maand na goedkeuring door de Algemene Vergadering en wie erom verzoekt kan kosteloos een afschrift van de integrale tekst verkrijgen op de maatschappelijke zetel.
De waarderingsregels gebruikt voor de statutaire jaarrekening verschillen van de waarderingsregels gebruikt voor de geconsolideerde jaarrekening: de statutaire jaarrekening wordt opgemaakt conform de Belgische wettelijke bepalingen, terwijl de geconsolideerde jaarrekening conform de International Financial Reporting Standards opgemaakt wordt. Er zijn geen materiële wijzigingen aangebracht aan de waarderingsregels gebruikt voor de statutaire jaarrekening.
De commissaris heeft een goedkeurende verklaring zonder voorbehoud gegeven met betrekking tot de statutaire jaarrekening van Van de Velde NV.
.
| 000 euro | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| Vaste activa | 119.407 | 113.204 |
| Immateriële vaste activa | 13.827 | 2.852 |
| Materiële vaste activa | 23.159 | 24.594 |
| Financiële vaste activa | 82.421 | 85.758 |
| Vlottende activa | 95.546 | 87.320 |
| Vorderingen op meer dan een jaar | 2.438 | 2.562 |
| Voorraden en bestellingen in uitvoering | 44.768 | 39.768 |
| Vorderingen op ten hoogste een jaar | 32.478 | 23.686 |
| Geldbeleggingen | 0 | 0 |
| Liquide middelen | 12.930 | 18.564 |
| Overlopende rekeningen | 2.932 | 2.740 |
| Totaal activa | 214.953 | 200.524 |
| Eigen vermogen | 151.936 | 137.347 |
| Kapitaal | 1.936 | 1.936 |
| Uitgiftepremies | 743 | 743 |
| Reserves | 148.953 | 134.516 |
| Subsidies | 304 | 152 |
| Voorzieningen, uitgestelde belastingen en belastinglatenties | 390 | 373 |
| Voorziening voor risico's en kosten | 390 | 373 |
| Schulden | 62.627 | 62.804 |
| Schulden op meer dan een jaar | 0 | 0 |
| Schulden op ten hoogste een jaar | 58.321 | 58.356 |
| Overlopende rekeningen | 4.306 | 4.448 |
| Totaal passiva | 214.953 | 200.524 |

| 000 euro | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| Bedrijfsopbrengsten | 199.474 | 204.030 |
| Omzet | 190.727 | 197.350 |
| Wijziging in de voorraad goederen in bewerking en gereed product | 3.988 | 558 |
| Andere bedrijfsopbrengsten | 4.759 | 6.122 |
| Bedrijfskosten | 176.032 | 161.181 |
| Handelsgoederen, grond- en hulpstoffen | 41.020 | 40.886 |
| Diensten en diverse goederen | 99.219 | 85.462 |
| Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen | 31.001 | 27.610 |
| Afschrijvingen | 5.434 | 6.223 |
| Waardeverminderingen en voorzieningen | -946 | 734 |
| Andere bedrijfskosten | 304 | 266 |
| Bedrijfswinst | 23.442 | 42.849 |
| Financieel resultaat | 5.072 | 2.796 |
| Financiële opbrengsten | 13.546 | 10.492 |
| Financiële kosten | -8.474 | -7.696 |
| Winst uit de gewone bedrijfsuitoefening vóór belastingen | 28.514 | 45.645 |
| Uitzonderlijk resultaat (1) | 0 | 613 |
| Uitzonderlijke opbrengsten | 0 | 5.730 |
| Uitzonderlijke kosten | 0 | -5.117 |
| Winst van het boekjaar vóór belastingen | 28.514 | 46.258 |
| Belasting op het resultaat | -354 | -11.332 |
| Winst van het boekjaar | 28.160 | 34.926 |
(1) Volgens het nieuwe boekhoudrecht wordt uitzonderlijk resultaat niet langer apart gepresenteerd maar maakt dit mee onderdeel uit van de andere rubrieken.
| 000 euro | 31/12/2018 | 31/12/2017 |
|---|---|---|
| Te bestemmen winstsaldo | 28.160 | 34.926 |
| Te bestemmen winst van het boekjaar | 28.160 | 34.926 |
| Toevoeging aan de reserves | 14.438 | 21.204 |
| Onttrekking van het eigen vermogen | 0 | 0 |
| Uit te keren winst | 13.722 | 13.722 |
Het statutair jaarverslag is opgesteld in overeenstemming met artikel 96 van het Wetboek Vennootschapsrecht.
De jaarrekening vertoont een balanstotaal van 214.953 duizend euro en een winst over het boekjaar na belastingen van 28.160 duizend euro.
Na balansdatum hebben zich geen gebeurtenissen voorgedaan die op de toestand van de vennootschap een belangrijke invloed hebben gehad.
Hierbij verwijzen wij naar de rubriek 'Vooruitzichten' in het hoofdstuk 'Het jaar 2018'.
Van de Velde beschikt over een ontwerpafdeling waarin tevens een cel actief is met betrekking tot 'onderzoek en ontwikkeling'. De ontwerpafdeling is verantwoordelijk voor de lancering van nieuwe collecties terwijl de cel 'onderzoek en ontwikkeling' alsook de ontwerpafdeling onderzoek verrichten naar nieuwe materialen, nieuwe productietechnieken, nieuwe producten, nieuwe verkoopondersteunende technieken, enzovoort.
De Algemene Vergadering van 27 april 2016 van Van de Velde NV heeft Ernst & Young Bedrijfsrevisoren BCVBA, Pauline Van Pottelsberghelaan 12, 9051 Gent, vertegenwoordigd door Paul Eelen, benoemd tot commissaris. Het mandaat loopt tot de jaarvergadering van 2019.
De jaarlijkse vergoeding die in 2018 aan de commissaris voor de controleopdrachten van de enkelvoudige en geconsolideerde jaarrekening van Van de Velde NV werd toegekend, bedraagt 59.823 euro (exclusief BTW). De totale kosten voor 2018 voor de controle van de jaarrekeningen van alle vennootschappen van de Groep Van de Velde NV bedragen 181.796 euro (exclusief BTW en inclusief de hierboven reeds vermelde 59.823 euro).
In overeenstemming met artikel 134 van het Wetboek Vennootschapsrecht deelt Van de Velde mee dat de vergoeding verstrekt aan de commissaris voor uitzonderlijke en bijzondere opdrachten en aan de personen met wie de commissaris beroepshalve in samenwerkingsverband staat 50.370 euro (exclusief BTW) bedraagt, en dit in verband met belastingadvies- en compliance-opdrachten.
De volgende risico's werden op groepsniveau bekeken en waar nodig werden de nodige dekkingen of preventieve maatregelen genomen:
Eind 2017 had Van de Velde NV geen eigen aandelen in bezit.
In overeenstemming met artikel 620 van het Wetboek Vennootschapsrecht heeft de Buitengewone Algemene Vergadering van 30 april 2014 aan de Raad van Bestuur de machtiging verleend om over te gaan tot de inkoop van eigen aandelen. In 2018 werden 15.500 eigen aandelen ingekocht.
Tijdens 2018 werden in het kader van het optieplan 4.500 opties uitgeoefend en eenzelfde aantal eigen aandelen werd ter beschikking gesteld van de optiehouders. Eind 2018 / begin 2019 zijn er 20.000 aandelen verbeurd verklaard.
Eind 2018 heeft Van de Velde NV 11.000 eigen aandelen in bezit.
| 000 euro | 2018 | 2017 |
|---|---|---|
| Aandelenkapitaal | 1.936 | 1.936 |
| Eigen aandelen in de entiteit | 427 | 0 |
| Uitgiftepremies | 743 | 743 |
In 2018 heeft zich binnen de Raad van Bestuur een belangenconflict in de zin van artikel 523 van het Wetboek Vennootschapsrecht voorgedaan. Voor meer toelichting, zie hoofdstuk 3 'Verklaring inzake deugdelijk bestuur' onder rubriek 'Belangenconflictregeling'.
Op 19 juli 2011 heeft Van de Velde een bijkantoor opgericht in Zweden (organisatienummer 516407-5078) met de naam "Van de Velde NV Belgium Filial Sweden". Op 1 juli 2017 heeft Van de Velde een bijkantoor opgericht in Frankrijk (organisatienummer 831 118 146) met de naam "Van de Velde NV Succursale France".
Opsomming in het kader van artikel 34 van het KB van 14 november 2007 betreffende de verplichtingen van emittenten van financiële instrumenten die zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt:
43,73% van de aandelen van Van de Velde NV is geplaatst bij het publiek. De andere aandelen zijn in het bezit van Van de Velde Holding NV, die de belangen groepeert van de families Laureys en Van de Velde. Er bestaan geen verschillende soorten aandelen.
We verwijzen naar hoofdstuk 3 van de jaarbrochure voor de verklaring inzake deugdelijk bestuur.
Het remuneratieverslag geeft op een transparante manier het verloningsbeleid van Van de Velde voor haar bestuurders en leden van het Directiecomité weer, conform de Corporate Governance Wet van 17 februari 2017 en de Belgische Corporate Governance Code. We verwijzen naar de verklaring inzake deugdelijk bestuur in de jaarbrochure.
De Raad van Bestuur stelt aan de Algemene Vergadering der Aandeelhouders voor om een brutodividend van 1,03 euro per aandeel uit te betalen. Na betaling van roerende voorheffing blijft een nettodividend over van 0,721 euro per aandeel. Na goedkeuring door de Algemene Vergadering zal het dividend van 1,03 euro per aandeel (of 0,721 euro netto per aandeel) betaalbaar worden gesteld vanaf 6 mei 2019.
Voorgestelde winstverdeling in duizend euro:
| Te bestemmen winst | 28.160 |
|---|---|
| Toevoeging aan de reserves | 14.438 |
| Brutodividend van 1,03 euro per aandeel aan 13.322.480 aandelen | 13.722 |
| – waarvan 1,03 euro per aandeel als finaal dividend | 13.722 |
Mavac BVBA, vast vertegenwoordigd door Marleen Vaesen Gedelegeerd bestuurder


De ondergetekenden verklaren dat, voor zover hen bekend:
Mavac BVBA, Nico Van den Meersschaut vast vertegenwoordigd door Financieel Manager Marleen Vaesen Voorzitter Directiecomité
| 76 |

Van de Velde NV is actief in de ontwikkeling, productie en verkoop van lingerie en badmode, speciaal voor vrouwen. Vanuit ons hoofdkantoor in Schellebelle (België) bedienen we consumenten wereldwijd, waarbij onze belangrijkste markten vooral die in Europa zijn. Onze lingerie wordt verkocht in gespecialiseerde winkels, eigen retail, department stores en online.
Als bedrijf zijn we stabiel en duurzaam geworteld in de samenleving. Dat wordt ook weerspiegeld door onze aandeelhouders: 56,27% is in handen van de familie, terwijl een minderheid van 43,73% vrij verhandelbaar is. Mede hierdoor zijn we goed in staat om duurzaamheid – waarbij winst op korte termijn niet ten koste mag gaan van de langetermijndoelstellingen en continuïteit van bedrijf en omgeving – handen en voeten te geven.
Meer informatie over onze governance structuur vindt u in hoofdstuk 3 van de jaarbrochure.


Het afgelopen jaar zijn er diverse verbeteringen en veranderingen rondom de organisatie van onze supply chain ingezet. Er is een sterke focus gelegd op Lean methodologie, zodat verbeteringen ook snel breed worden doorgevoerd.
Samen met onze leveranciers hebben we ook gewerkt aan kwaliteitsborgingssystemen. Dit laat ons toe om mogelijke kwaliteitsproblemen vroegtijdig in het productieprocess te detecteren en op te vangen.

5. Productie

In hoofdstuk 5 van de jaarbrochure worden onder toelichting 30 de risico's besproken die een mogelijke financiële impact kunnen hebben op Van de Velde. In dit verslag leggen we de focus op de niet-financiële risico's die van materieel belang zijn voor onze stakeholders.
De confectiesector is een sector die gevoelig is voor sociale wantoestanden zoals kinderen dwangarbeid, onveilige werkomstandigheden en oneerlijke loonvoorwaarden. Van de Velde doet wat het kan om deze wantoestanden in onze productie te voorkomen en al haar werknemers op een eerlijke en respectvolle manier te behandelen. De systemen en overeenkomsten die dit helpen te garanderen, worden verder in dit verslag toegelicht.
Vervolgens worden de legale risico's omtrent oneerlijke concurrentiepraktijken en de privacy van klantengegevens kort besproken en wordt toegelicht hoe Van de Velde met deze risico's op een correcte manier omgaat.
Ten slotte worden ook de risico's met betrekking tot de omgeving en de impact op het milieu besproken. Aangezien de productie van lingerie onvermijdelijk energie kost en afval met zich meebrengt, wordt er elk jaar naar alternatieve oplossingen gezocht om het energieverbruik te doen dalen en de verhouding tussen het recycleerbaar en niet-recycleerbaar afval te doen toenemen. Verder wordt het vermijden van schadelijke chemicaliën in de productie kort toegelicht. Deze, maar ook andere stappen die Van de Velde zet met als doel een milieuvriendelijk bedrijf te worden, worden in de laatste sectie behandeld.



De voorzichtige vooruitgang in 2018, waarbij de ernstgraad daalde tot 0,06 samen met een frequentiegraad van 10,99, is vooral te danken aan de verdere implementatie van de veiligheidscultuur binnen de departementen.
Er werden middelen vrijgemaakt voor sensibilisering door duiding, opvolging en het aanstellen van safety-agents binnen de afdelingen. De wekelijkse aanwezigheid van iemand van de interne dienst op de dagstarts in symbiose met de vergroting van het draagvlak van de verantwoordelijkheid zorgt ervoor dat we verder evolueren van een reactieve aanpak naar een preventieve.
(Data enkel over België)
Van de Velde NV kent als internationaal bedrijf veel verschillende stakeholders die allemaal op hun eigen manier met ons zijn verbonden. Stakeholders verschillen in aard, mate van verbondenheid en de invloed die zij (kunnen) uitoefenen op Van de Velde.
Gezamenlijk vormen zij het krachtveld waarbinnen wij handelen. Hierbij zijn onze business en ethische principes leidend. In 2018 is er verder gewerkt met de ontvangen inzichten van 2017.
Op het kruispunt van wat externe stakeholders belangrijk vinden en wat materiële issues zijn voor het bedrijfssucces van Van de Velde, werd duidelijk dat 'eerlijke arbeidsomstandigheden', 'gezondheid en veiligheid' en 'ethisch handelen' prioriteit genieten. Dit zijn dan ook de belangrijke aandachtspunten voor het management en de medewerkers.


Om de inzichten in de prioriteiten van stakeholders verder te verdiepen, organiseerden we in 2017 rondetafelconferenties en leveranciersdagen.
Verder voeren we regelmatig onderzoeken uit naar de medewerkerstevredenheid. Via moderne media (facebook communities), maar ook door ondervraging van onze medewerkers (gebruik makend van Intuo applicatie) en via regelmatig overleg met de vakbond worden ook hun belangen zichtbaar en kunnen ze gerespecteerd worden.
De klanttevredenheid en klantloyaliteit brengen we in beeld via de Net Promotor Score (NPS). Hoe hoger de score hoe meer tevreden en loyaal klanten en gebruikers zijn. We haalden tijdens onze laatste onderzoek voor Marie Jo een NPS-waarde van 78.

Voor de aandeelhouders werken we aan waardecreatie op de lange termijn. We communiceren op regelmatige basis met hen. Op de laatste woensdag van april is er de jaarlijkse Algemene Vergadering van Aandeelhouders. De pers- en analistenmeetings vinden tweemaal per jaar plaats na de publicatie van de halfjaar- en jaarcijfers.
In 2017 hebben we voor het eerst de leveranciers als belangrijke groep stakeholders extra in beeld gebracht. Dit raakt direct aan de Europese kledingindustrie, aangezien Van de Velde nog steeds 82 procent van de ruwe grondstoffen voor lingerie en badtextiel binnen Europa betrekt. Samen voelen we de noodzaak om de Europese creativiteit, de hoge kwaliteitsstandaard en de technische kennis te bewaken. Onze zestien leveranciers die in 2017 deelnamen aan de rondetafelgesprekken gaven in 2018 unaniem prioriteit aan een deugdelijk chemisch beleid en een absolute ban op kinderarbeid.
Ook over het belang van andere sociaalethische en omgevingsissues bestaat een hoge mate van eensgezindheid







Een bedrijf als Van de Velde heeft economische betekenis. Die kent vele dimensies. Sommige daarvan laten zich direct vertalen in jaarrekeningen, loonsommen of belastingafdrachten. Toch is de impact breder dan alleen financieel. Van de Velde is economisch significant en dat betekent dat wij ook werkelijk aan het moreel klimaat kunnen bijdragen.
Ethiek
Het bestrijden van elke vorm van corruptie is een belangrijk thema voor ons. In 2018 hebben we onze medewerkers in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk opgeleid en het we hebben de intentie dit in 2019 verder in Europa uit te diepen. We passen onze gedragscode voor medewerkers hierop aan en deze wordt dwingend opgelegd. Hetzelfde anti-corruptiebeleid is met ingang van dit jaar ook onderdeel van het leveranciershandboek.
Een tweede belangrijk aandachtspunt is het voldoen aan de letter en de geest van de mededingingswetgeving. Die wetgeving stelt prijsafspraken buiten de wet, want deze zijn nadelig voor een gezonde concurrentie en kunnen de belangen van de consument schaden. Van de Velde NV hanteert hiervoor een protocol en heeft een e-learning training opgezet. Dat maakt commerciële medewerkers, verkoopvertegenwoordigers en agenten met toegewezen verantwoordelijkheden bewust van de voorschriften op dit vlak. We voorkomen hiermee strafrechtelijke aansprakelijkheid of aanzienlijke burgerlijke aansprakelijkheid van de vennootschap voor overtreding van de mededingingswetgeving.
Van de Velde is een bedrijf dat zijn maatschappelijke verantwoordelijkheden serieus neemt. Wij beseffen dat we met onze producten en de manier waarop we die produceren de levens van mensen raken. De levens van individuen – of ze nu werknemer, toeleverancier of klant zijn – en het leven van de gemeenschappen waarin we actief zijn. Die verantwoordelijkheid voor mensen, milieu en gemeenschappen nemen we niet licht. We weten ons op vele manieren verbonden.
Van de Velde is actief in de confectiesector, een sector die gevoelig is voor fenomenen die niet stroken met onze visie op maatschappelijk verantwoord ondernemen. Ook wij produceren in lageloonlanden. Van de Velde wil voor zichzelf, maar ook als onderdeel van de sector, bestaande mistoestanden bestrijden en nieuwe voorkomen. Wij zijn een ethische, duurzame en sociale onderneming. We zetten ons in om de eventuele negatieve sociale impact te voorkomen en onze positieve bijdrage te maximaliseren. Wij zitten op een belangrijke plek in de productieketen. Hiermee hebben we een extra verantwoordelijkheid
5 We verbieden elke vorm van discriminatie op basis van ras, geslacht, religie, seksuele geaardheid, politieke overtuiging, nationaliteit, handicap of lidmaatschap van
WERKTIJDEN
CONTROLE
7 We respecteren de lokale wetgeving met betrekking tot werktijden, met een maximum van 48 uur per week en een beperking van overuren tot 12 uur per week.
8 We garanderen elke medewerker een leefbaar loon. We garanderen dat het loon voldoet aan geldende barema's en ervoor zorgt dat de werknemer kan voorzien in meer dan de basisbehoef-
charter
ten.
BAREMA'S
9 Wij beschikken over of streven naar controle-instrumenten die garanderen dat de bovengenoemde normen in acht worden genomen.
een vakbond.


Duurzaam
voor de sociale impact die onze partners en leveranciers hebben.
Van de Velde heeft betekenisvolle stappen gezet. Maar we zijn er nog niet. Er is altijd ruimte voor verbetering. Van de Velde blijft daarom middelen van de onderneming – tijd, geld en mankracht – inzetten om onze sociale doelstellingen te realiseren.
Sinds 2003 werkt Van de Velde in België – op de locaties in Wichelen en Schellebelle – onder certificering van SA 8000. Het SA 8000-label is tot stand gekomen in consultatie met ngo's, collectieve industriële organisaties, de sectororganisaties en certificerende instanties. De basis wordt gevormd door de ILO-standaarden, de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en de Conventie voor de Rechten van het Kind. Van de Velde Tunesië behaalde in 2016 het SMETA/ETI-keurmerk.
Van de Velde wordt tweemaal per jaar door een onafhankelijke keurmeester, SGS, getoetst. Sinds mei van dit jaar gebeurt dat volgens de SA 8000:2014 standaard.
Deze onafhankelijke SA8000-audits gaan na of de arbeidsomstandigheden in de volledige value chain (van grondstof, over productie tot het afgewerkte eindproduct geleverd bij de klant) gerespecteerd, bijgestuurd en gemonitord worden.Tijdens die inspecties wordt gesproken met mensen in ons hele bedrijf, niet alleen met het management.
Dat wil niet zeggen dat het management niet de volle aandacht en verantwoordelijkheid neemt. Alle onderdelen van de SA 8000-certificering zijn terugkerende agendapunten voor het management van Van de Velde. Naast de externe audits vinden er ook regelmatig interne audits plaats. Ons huidige SA 8000-certificaat stamt uit 2015. In de loop van het eerste kwartaal 2019 wil Van de Velde dit vernieuwen.
In 2018 werd ook een psychosociale risico-analyse doorgevoerd waarvan de resultaten in 2019 verder zullen worden uitgerold.
5 We verbieden elke vorm van discriminatie op basis van ras, geslacht, religie, seksuele geaardheid, politieke overtuiging, nationaliteit, handicap of lidmaatschap van een vakbond.

1 Al onze medewerkers voldoen aan de wettelijke minimumleeftijd of zijn
GEEN KINDEREN
2 We garanderen een tewerkstelling op basis van
3 We garanderen een veilige en gezonde werkomgeving voor elke medewerker.
VRIJE WIL
4 We verbinden ons tot een open en eerlijke dialoog met de sociale partners en alle partijen die bij onze activiteiten betrokken zijn.
OPEN DIALOOG
GEEN DISCRIMI-NATIE
6 We veroordelen elke vorm van geweld, zowel fysiek, mentaal als
GEEN GEWELD
verbaal.
vrije wil en motivatie.
VEILIGHEID
minstens 15 jaar oud.
7 We respecteren de lokale wetgeving met betrekking tot werktijden, met een maximum van 48 uur per week en een beperking van overuren tot 12 uur per week.
8 We garanderen elke medewerker een leefbaar loon. We garanderen dat het loon voldoet aan geldende barema's en ervoor zorgt dat de werknemer kan voorzien in meer dan de basisbehoef-
ten.
BAREMA'S
charter
CONTROLE
9 Wij beschikken over of streven naar controle-instrumenten die garanderen dat de bovengenoemde normen in acht worden genomen.

Bijna 90 procent van onze werknemers zijn vrouw. Het zijn deze vrouwen die onze producten voor andere vrouwen maken en dit in landen waar werknemersrechten nog niet altijd vanzelfsprekend zijn. Dat vraagt extra inzet van Van de Velde, zoals ook vastgelegd in ons 'Ethisch and Sociaal Charter'.
De producten van Van de Velde maken we samen. Onze werknemers hebben recht op een veilige plek waar ze vrij van vermijdbare gevaren, discriminatie en vooroordelen hun werk kunnen doen.

Nieuwe werknemers krijgen in een volledig trainingsprogramma van twee weken een zeer diepgaande rondleiding waar de verschillende stappen van ons productieproces in detail worden getoond. Hierbij nemen de starters actief deel in het distributiecentrum en hebben ze infosessies met elke verantwoordelijke van de meest cruciale afdelingen. Daarnaast worden ook de waarden en de algemene bedrijfscultuur verder toegelicht.
Van de Velde voert een open en duidelijke dialoog met alle sociale partners (vakbonden, overheden) en alle andere stakeholders. Daarom is het vanzelfsprekend dat Van de Velde het recht op vrije vakbondsvorming en het recht op collectief onderhandelen ondersteunt.
Al onze medewerkers hebben het recht om lid te worden van een vakbond of er zelf één op te richten en hebben het recht zich zo te organiseren dat effectieve collectieve onderhandelingen mogelijk zijn. Zij kunnen dit doen zonder vrees voor repercussies in welke vorm dan ook.

Marco, designer PrimaDonna Twist.
Bijzondere aandacht verdienen de vertegenwoordigers van onze medewerkers. Van de Velde staat er voor 100 procent achter dat zij goed hun vertegenwoordigende werk kunnen doen. Zij hebben toegang tot de medewerkers op de werkplek en zijn vrij van negatieve gevolgen.
Discriminatie, intimidatie of vergelding zijn verboden. Mocht het zo zijn dat de vakbondsvrijheid door de wet is ingeperkt, dan zijn de werknemers van Van de Velde toch vrij om zich te organiseren en hun eigen vertegenwoordigers te kiezen.


Marco, designer PrimaDonna Twist. Zara, designer Marie Jo L'Aventure. Foto's Wouter van Vooren
Als leverancier van kwaliteitslingerie dragen we gedeelde verantwoordelijkheid voor de sociale waarden tijdens de productie. Van de Velde wil dat alle eigen faciliteiten, maar ook die van onderaannemers en grondstofleveranciers voldoen aan ons eigen Ethisch en Sociaal Charter en onder onafhankelijk toezicht staan. Voor grondstofleveranciers geldt dat voor 100%:
Op de website www.vandevelde.eu vind je ons Ethisch en Sociaal Charter.

De mode-industrie is kwetsbaar voor kinderarbeid. Van de Velde zet zich in om dit te voorkomen en kinderen naar school te laten gaan en vrij op te groeien. Ook – en misschien wel juist hier – nemen we onze ketenverantwoordelijkheid zeer ter harte. Van de Velde doet alles wat in z'n macht ligt om de inzet van kinderen te voorkomen.
Grondstofleveranciers en onderaannemers tekenen ons Ethisch en Sociaal Charter (of vallen onder de SA 8000 certificering) waarin dit expliciet is opgenomen. Van de Velde communiceert helder en eenduidig over wat hier de verwachtingen zijn.
In algemene zin stelt Van de Velde kinderen niet bloot aan onveilige situaties, of dit nu op of rond de werkplek is.
Jongvolwassenen (onder de leeftijd van 18) kunnen bij Van de Velde werken, maar dan gelden extra beschermende regels:
Helaas is het zo dat in de mode-industrie dwangarbeid een realiteit kan zijn. Van de Velde weigert daaraan mee te werken. Voor Van de Velde is arbeid verricht in gevangenschap ook niet acceptabel. Hierbij is ILO-conventie 29 richtinggevend. Arbeid is altijd een gevolg van eigen motivatie en vrije wil. Slachtoffers van mensenhandel werken niet bij ons, of onze partners. Al onze leveranciers en onderaannemers verbinden zich hier schriftelijk toe met het ondertekenen van onze voorwaarden.
Het bestrijden van elke vorm van corruptie is een belangrijk thema voor ons. In 2018 hebben we onze medewerkers in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk opgeleid en we hebben de intentie dit in 2019 verder in Europa uit te diepen. We passen onze gedragscode voor medewerkers hierop aan en deze wordt dwingend opgelegd. Hetzelfde anti-corruptiebeleid is met ingang van dit jaar ook onderdeel van het leveranciershandboek. Een tweede belangrijk aandachtspunt is het voldoen aan de letter en de geest van de mededingingswetgeving. Die wetgeving stelt prijsafspraken buiten de wet, want deze zijn nadelig voor een gezonde concurrentie en kunnen de belangen van de consument schaden. Van de Velde NV hanteert hiervoor een protocol en heeft een e-learning training opgezet. Dat maakt commerciële medewerkers, verkoopvertegenwoordigers en agenten met toegewezen verantwoordelijkheden bewust van de voorschriften op dit vlak. We voorkomen hiermee strafrechtelijke aansprakelijkheid of aanzienlijke burgerlijke aansprakelijkheid van de vennootschap voor overtreding van de mededingingswetgeving.
Met het aanscherpen van de gedragscode worden ook de trainingen voor onze medewerkers geïntensiveerd. Ter voorbereiding van de sociale balans worden alle uren gepresteerde trainingen ook genoteerd voor België. In 2017 hebben 477 medewerkers in totaal 15.672 uren opleiding gevolgd (zowel formele als informele). Voor 2018 zijn de voorbereidingen van de sociale balans nog niet afgewerkt. Wel hebben we ons in 2018 internationaal gefocust op de verdere ontwikkeling van het sales team. Hierbij hebben de 74 medewerkers van het salesteam elk 24 uren training gevolgd rond commercial framework, sales process management en personal leadership en dit over 12 landen heen. Ook de 30 medewerkers van onze customer service afdeling volgden een training van 16 uren op het vlak van commercial framework. In 2018 werd een traject van continue bewustwording rond GDPR geïmplementeerd, met onder meer e-learnings en andere initiatieven zoals bv. een Privacy Quiz. Tevens werd een e-learning rond anti-competition geïntroduceerd.


Bij de productie van lingerie worden natuurlijke grondstoffen verbruikt. Van de Velde produceert kleding die direct op de huid gedragen wordt en dus vrij van schadelijke chemische stoffen moet zijn. Die veiligheid is noodzakelijk zowel voor hen die de kleding maken, als voor de vrouwen die onze kleding dragen. Van de Velde streeft ernaar ons milieu zo min mogelijk te belasten. Het bewustzijn over hoe kostbaar en hoe fragiel de wereld is, nam de afgelopen jaren wereldwijd toe. Ook bij ons.
Bij de productie van lingerie nemen wij onze verantwoordelijkheid. We dringen afval terug en proberen energie en andere grondstoffen zo efficiënt en ecologisch mogelijk aan te wenden.
Omgevingsimpact is er gedurende de gehele productie en in de aanpalende bedrijfsvoering. Daarom kijken wij breed naar waar wij energie- en grondstofefficiënt kunnen werken. Wij beschouwen de gehele keten, maar zijn ook constant op zoek naar manieren om het verbruik in onze eigen kantoren terug te dringen.
MVO (Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen) streeft systematisch naar economische (Profit), sociale (People) en milieu (Planet) verbetering. Afval, energie en transport zijn hierin belangrijke thema's. Op het vlak van afval blijven we streven naar een doorgedreven splitsing van de fracties en het terugdringen van de hoeveelheid afval. In 2018 zien we echter een stijging van de totale hoeveelheid. Een stijging die we vooral toeschrijven aan een toename van het verpakkingsafval (ruim 60%) dat recycleerbaar is. De overige 40% vinden we terug in enerzijds een verhoogde restfractie van de productie in Wichelen en anderzijds te wijten aan de verbouwingen te Schellebelle.
Ons Energieverbruik is gemiddeld gezien (t.o.v. 2017) gelijk gebleven tot licht gestegen. De pieken in 2018 kunnen we relateren aan de klimatologische omstandigheden; meer gasverbruik te wijten aan de koude wintermaanden (met februari als uitschieter), meer elektriciteitsverbruik ten gevolge van de warme zomermaanden waar de koelinstallaties op volle kracht moesten draaien. Het voordeel van de zonnige zomer zien we dan weer in de verhoogde opbrengst van de zonnepanelen.
In 2018 werden ook tal van energiebesparende maatregelen doorgevoerd, waaronder adequate isolatie van het dak van ons stikatelier (1.000 m²), de laatste niet-gestuurde luchtgroepen op het digitaal platform, de verlichting van de nieuwe burelen (uitgevoerd met een smart sturingssysteem om optimale besparing te krijgen) en werd het startschot gegeven om het onderhoud van de verschillende installaties te optimaliseren (een goed en efficiënt onderhoud leidt automatisch tot een lager verbruik, minder herstellingen, ...).
Binnenkort worden de gebouwen op de site te Wichelen uitgerust met aparte tellers om de sensibilisering te vergroten.




J F M A M J J A S O N D J F M A M J J A S O N D J F M A M J J A S O N D
0 50 100

Vanaf linksboven met de klok mee:

Van de Velde werkt alleen met nieuwe leveranciers die gescreend zijn op hun gebruik van chemische stoffen. Dat is een voorwaarde voor samenwerking. Wij gaan niet in zee met leveranciers als zij aan een van de volgende eisen niet voldoen:

regelgeving waaraan Van de Velde voldoet. Dit acroniem voor 'Registration, Evaluation, Authorization and Restriction' beschermt Europese consumenten tegen chemicaliën. Het belangrijkste doel is de transparantie rondom het gebruik van chemische substanties te vergroten. Om te voldoen aan deze regelgeving identificeren en managen alle bedrijven die binnen Europa opereren de hiermee samenhangende
risico's.
Elke Van de Velde-leverancier garandeert dat alle materialen volledig voldoen aan de Ökotex 100 eisen. Met dit onafhankelijk keurmerk weten consumenten dat er geen schadelijke chemische stoffen of restanten van metalen in de kleding zitten. Indien leveranciers niet voldoen aan de eisen van dit keurmerk kan, mag en zal Van de Velde met onmiddellijke ingang de relatie verbreken. Al onze producten en accessoires moeten te allen tijde voldoen aan deze standaard.

In 2018 zijn er geen inbreuken geweest die raakten aan de privacy van klanten. Van de Velde heeft de nodige maatregelen genomen om de GDPR-wetgeving te implementeren.
Dit duurzaamheidsverslag slaat op Van de Velde NV en haar geconsolideerde deelnemingen. Een volledige lijst van de betreffende entiteiten staat in toelichting 27 onder hoofdstuk 5 van het jaarverslag. Voor deze jaarlijkse rapportering, nu over het kalenderjaar 2018, is aansluiting gezocht bij de GRI-standaard (core version). Om inzicht te bieden hebben we de belangrijkste stakeholders en KPI's geselecteerd. We hebben geprobeerd alle reporting principles (completeness, stakeholder inclusiveness, materiality en sustainability context) te honoreren bij het uitwerken van de materialiteit van de besproken issues.
Uiteraard proberen we ook aan te geven waar en op welke manier we de belangen van onze stakeholders inzichtelijk krijgen en meewegen. De questionnaire onder onze leveranciers is daar een goed voorbeeld van.
Voor vragen over de duurzaamheidsinspanningen van Van de Velde, of voor vragen over deze rapportering zijn wij altijd bereikbaar via: [email protected].
| GRI Standard | Disclosure | Page number | Omission |
|---|---|---|---|
| General Disclosures | |||
| GRI 102: General disclosures 2016 | 102-1 Name of the organization | Page 77 | |
| 102-2 Activities, brands, products and services | Page 77 | ||
| 102-3: Location of Headquarters | Page 77 | ||
| 102-4: Number and name of countries where organization has specific operations | Page 77 | ||
| 102-5: Nature of ownership and legal form | Page 77 | ||
| 102-6: Markets served | Page 77 | ||
| 102-7: Scale | Page 80 | ||
| 102-8: Information on employees and other workers | Page 80 | ||
| 102-9: Main elements of the supply chain | Page 78 | ||
| 102-10: Significant changes to the organization and its supply chain | Page 78 | ||
| 102-11: Application of the Precautionary Principle approach | Throughout entire report | ||
| 102-12: List of externally-developed economic, environmental and | Throughout entire report | ||
| social initiatives | (SA8000, REACH, …) | ||
| 102-13: List of main memberships of associations | Page 83 | ||
| 102-15: A description of the main risks | Page 79 | ||
| 102-16: A description of the organization's values, principles, standards, and norms of behavior | Page 82-83 | ||
| 102-18: Governance structure | Page 17-18-19-20 | ||
| 102-40: List of identified stakeholder groups for VdV | Page 81 | ||
| 102-42: Basis for identifying and selecting stakeholders with whom to engage | Page 81 | ||
| 102-43: Approach of stakeholder engagement and its frequency | Page 82 | ||
| 102-44: Key topics and concerns raised through stakeholder engagement | Page 82 | ||
| 102-46: : Explanation of process for defining report content and topic Boundaries and how the | |||
| organization has implemented the four Reporting Principles | Page 93 | ||
| 102-47: List of material topics identified | Included in 102-42 | ||
| 102-48: Effects of any restatements of information given in previous reports and the | |||
| reason for the restatement | NA | ||
| 102-49: Significant changes in reporting method | NA | ||
| 102-50: Reporting period for the information provided | Page 93 | ||
| 102-51: Date of the most recent previous report | NA | ||
| 102-52: Reporting cycle | Page 93 | ||
| 102-53: : Contact point for questions regarding the report | Page 93 | ||
| 102-54: Claim of reporting in accordance with GRI Standards | Page 93 | ||
| 102-55: GRI content index | Page 94 | ||
| GRI 201: Economic Performance | 201-1: Direct economic value generated and distributed | Page 83 | |
|---|---|---|---|
| GRI 205: Anti-corruption | 205-2: Communication and training about anti-corruption, policies and procedures | Page 83 | |
| GRI 206: Anti-competitive behavior | 206-1: Legal actions for anti-competitive behavior, anti-trust, monopoly practices | Page 83 | |
| GRI 401: Employment | 401-1: Total number and rate of new employee hires and employee turnover | Page 79-80 |
|---|---|---|
| GRI 403: Occupational Health and | 403-2: Types of injury and injury rates | Page 80 |
| Safety | ||
| GRI 405: Diversity and equal | 405-1: Diversity of governance bodies and employees | Page 17-18-19-20 |
| opportunity | ||
| GRI 406: Non-discrimination | 406-1: Incidents of discrimination and corrective actions taken | Page 86 |
| GRI 407: Freedom of association | 407-1: Operations and suppliers in which the right to freedom of associations and collective | Page 86 |
| and collective bargaining | bargaining may be at risk | |
| GRI 408: Child Labor | 408-1: Operations and suppliers at significant risk for incidents of child labor | Page 84-85 |
| GRI 409: Forced or compulsory | 409-1: Operations and suppliers at significant risk for incidents of forced or compulsory labor | Page 84-85 |
| labor | ||
| GRI 414: Supplier social | 414-1: New suppliers that were screened using social criteria | Page 87 |
| assessment | ||
| GRI 418: Customer Privacy | 418-1: Substantiated complaints concerning breaches of customer privacy and | Page 93 |
| losses of customer data | ||
| GRI 302: Energy | 302-1: Energy consumption within the organization | Page 91 | |
|---|---|---|---|
| GRI 306: Effluents and Waste | 306-2: Waste by type and disposal method | Page 90-91 | |
| GRI 308: Supplier environmental | 308-1: New suppliers that were screened using environmental criteria | Page 93 | |
| assessment | |||


2018
141284_VANDEVELDE_JVS_2018_OM.indd 1 01/03/2019 13:22
Jaarbrochure 2018
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.