Earnings Release • Feb 11, 2021
Earnings Release
Open in ViewerOpens in native device viewer
Robuuste operationele prestaties in KW4 2020 met 10.600 nieuwe breedbandklanten, ons beste kwartaalresultaat sinds KW4 2015.
Prognose voor FY 2020 bereikt voor alle financiële maatstaven, de impact van de COVID-19-pandemie op delen van ons bedrijf werd goed doorstaan.
Verwachte terugkeer naar groei in 2021 gedreven door een herstel van onze overige opbrengsten en robuuste abonnementenopbrengsten, samen met een strakke kostenbeheersing. Brutodividend van € 1,3750 per aandeel voorgesteld aan de AV van april 2021 als onderdeel van onze dividenddrempel.
Bijgaande informatie betreft gereglementeerde informatie zoals gedefinieerd in het Koninklijk Besluit van 14 november 2007 betreffende de verplichtingen van emittenten van financiële instrumenten die zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt. Voorwetenschap.
Mechelen, 11 februari 2021 – Telenet Group Holding NV ("Telenet" of de "Vennootschap") (Euronext Brussel: TNET) maakt zijn niet-geauditeerde geconsolideerde resultaten voor het jaar afgesloten op 31 december 2020 bekend. De resultaten zijn conform de door de Europese Unie goedgekeurde International Financial Reporting Standards ("EU IFRS").
operationele vrije kasstroom met bijna 3 % tegenover 2019 en overtrof hij onze prognose voor het volledige jaar 2020 met 1 tot 2 %.
(a) Voor het berekenen van rebased groeipercentages op een vergelijkbare basis voor de hierboven weergegeven perioden, hebben we onze historische opbrengsten en aangepaste EBITDA aangepast om de impact van de volgende transacties weer te geven in dezelfde mate dat opbrengsten en Adjusted EBITDA met betrekking tot deze transacties in de resultaten van het huidige jaar vervat zitten: (i) uitsluiten van de opbrengsten en Adjusted EBITDA van onze voormalige Luxemburgse kabeldochter Coditel S.à rl (gedeconsolideerd vanaf 1 april 2020) en (ii) wijzigingen weerspiegelen met betrekking tot de IFRS-verwerking van bepaalde contracten inzake contentrechten die zijn aangegaan tijdens het derde kwartaal van 2020.
(b) Kwantitatieve reconciliaties naar nettowinst (met inbegrip van groeicijfers van de nettowinst) en kasstromen uit bedrijfsactiviteiten voor onze duiding van de Adjusted EBITDA, operationele vrije kasstroom en aangepaste vrije kasstroom kunnen niet zonder onredelijke inspanningen worden verstrekt, aangezien wij geen prognoses maken van (i) bepaalde niet-geldelijke lasten, met inbegrip van afschrijving en waardevermindering, herstructurering en overige operationele posten die deel uitmaken van de nettowinst en (ii) specifieke wijzigingen in het werkkapitaal met een impact op de kasstromen uit bedrijfsactiviteiten. De posten waarvoor wij geen prognose geven, kunnen beduidend van periode tot periode variëren.
(c) Met uitsluiting van de opname van uitzendrechten voor voetbal en licenties voor het mobiele spectrum en de impact van bepaalde leasegerelateerde toevoegingen op onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen..
(d) In de veronderstelling dat bepaalde betalingen worden gedaan voor de tijdelijke verlenging van onze huidige 2G- en 3G-licenties voor mobiel spectrum in 2021, maar met uitsluiting van betalingen voor toekomstige spectrumlicenties als onderdeel van de aanstaande multibandveiling, en ervan uitgaande dat de belastingbetaling op onze belastingaangifte voor 2020 pas zal plaatsvinden begin 2022.
| Voor het jaar afgesloten op 31 december | 2020 | 2019 | % Verschil |
|---|---|---|---|
| FINANCIËLE KERNCIJFERS (in € miljoen, uitgezonderd bedragen per aandeel) | |||
| Bedrijfsopbrengsten | 2.575,2 | 2.583,9 | — % |
| Bedrijfswinst | 594,1 | 685,5 | (13) % |
| Nettowinst | 338,5 | 234,6 | 44 % |
| Nettowinstmarge | 13,1 % | 9,1 % | |
| Gewone winst per aandeel | 3,10 | 2,13 | 46 % |
| Verwaterde winst per aandeel | 3,10 | 2,13 | 46 % |
| Adjusted EBITDA (2) | 1.378,0 | 1.375,4 | — % |
| Adjusted EBITDA marge % | 53,5 % | 53,2 % | |
| Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen (uitgezonderd de opname van uitzendrechten voor voetbal en licenties voor het mobiele spectrum) (3) |
591,0 | 554,1 | 7 % |
| Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen als % van de bedrijfsopbrengsten (uitgezonderd de opname van uitzendrechten voor voetbal en licenties voor het mobiele spectrum) |
22,9 % | 21,4 % | |
| Operationele vrije kasstroom (4) | 787,0 | 821,3 | (4) % |
| Nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten | 1.057,4 | 1.092,5 | (3) % |
| Nettokasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten | (475,6) | (432,0) | 10 % |
| Nettokasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten | (601,2) | (647,3) | (7) % |
| Aangepaste Vrije kasstroom (5) | 415,8 | 391,0 | 6 % |
| OPERATIONELE KERNCIJFERS (Geleverde diensten) | |||
| Kabeltelevisie | 1.811.700 | 1.866.600 | (3) % |
| Basiskabeltelevisie (6) | 123.700 | 164.700 | (25) % |
| Premiumkabeltelevisie (7) | 1.688.000 | 1.701.900 | (1) % |
| Breedbandinternet (8) | 1.697.100 | 1.664.400 | 2 % |
| Vaste telefonie (9) | 1.171.800 | 1.212.500 | (3) % |
| Mobiele telefonie (10) | 2.815.700 | 2.808.400 | — % |
| Postpaid | 2.433.900 | 2.363.800 | 3 % |
| Prepaid | 381.800 | 444.600 | (14) % |
| Triple-playklanten | 1.079.000 | 1.110.300 | (3) % |
| Diensten per klantenrelatie (11) | 2,29 | 2,29 | — % |
| ARPU per klantenrelatie (€ / maand) (11) (12) | 58,4 | 57,7 | 1 % |
| N.M. - Not Meaningful (Niet Betekenisvol) |
"Het hoeft niet gezegd dat 2020 een uitzonderlijk jaar was. We hadden nooit de intentie om meer dan 40 weken thuis te werken of binnen ons bedrijf meer dan 250.000 videogesprekken te voeren. We verlaagden onze koolstofuitstoot met 60 % tijdens de eerste lockdown en organiseerden drive-in concerten voor onze klanten. Daarnaast hielpen we duizenden kinderen met thuisonderwijs en steunden we lokale ondernemers om aan de slag te blijven. Ik ben erg trots op al onze inspanningen voor onze medewerkers en de samenleving in haar geheel. Dit benadrukt nogmaals hoe belangrijk een kwaliteitsvolle infrastructuur is, en rechtvaardigt al onze investeringen van de afgelopen jaren in ons Giga HFC-netwerk. Ter herinnering, wij kunnen nu in ons volledige servicegebied in Vlaanderen en in delen van Brussel ongeëvenaarde data-downloadsnelheden tot 1 Gbps aanbieden. En onlangs werd de kwaliteit van ons mobiele netwerk opnieuw erkend door het BIPT, de Belgische nationale telecomregulator. Volgens de drive tests van september-oktober 2020 leverden wij de hoogste mobiele downloadsnelheden, met een indrukwekkende 99,5 Mbps op ons 4G+-netwerk.
COVID-19 heeft een enorme impact gehad op de indicatoren van ons netwerkgebruik. De twee lockdowns hebben tot recordvolumes van het internetverkeer geleid, met tijdens de tweede lockdown pieken van 2,9 Terabit per seconde (Tbps), wat overeenkomt met een ongelooflijke 190.000 beelden per seconde. We hebben de normaal in 2022 verwachte mijlpaal van het piekverkeer op het internet al dit jaar bereikt. Het gemiddelde dagelijkse upstream- en downstream verkeer steeg in het vierde kwartaal met respectievelijk 62 % en 42 %, vergeleken met de pre-COVID-periode in het begin van 2020. Het gemiddelde verkeersvolume per gebruiker op het vaste net steeg in het volledige jaar 2020 met bijna 50 % jaar-op-jaar, en de helft van dat volume ging naar streaming. Daarnaast zagen we een massale toename van het gebruik van videoconferenties, terwijl meer en meer klanten overschakelen naar OTT-toepassingen in plaats van traditionele sms te gebruiken. Deze laatste trend heeft een negatieve weerslag op ons opbrengstprofiel, zoals in de financiële sectie verder wordt besproken.
De indrukwekkende cijfers die ik net heb genoemd, zijn uitsluitend aan onze superieure netwerkkwaliteit te danken. We merken duidelijk dat de vraag van onze klanten naar snel breedband toeneemt, aangezien de gewogen gemiddelde downloadsnelheid in KW4 2020 met 8 % jaar-op-jaar naar 212 Mbps steeg. Meer dan 40 % van onze klantenbasis voor breedband geniet van downloadsnelheden van 300 Mbps of hoger, een stijging met bijna 6 procent punten vergeleken met dezelfde periode van vorig jaar.
Wij behielden in het laatste kwartaal van het jaar een sterke commerciële vaart, zoals blijkt uit de goede operationele prestatie en het aanhoudende succes in het vierde kwartaal, een bewijs te meer van onze veerkracht tijdens de pandemie. Onze abonneebasis voor FMC groeide in 2020 met meer dan 94.000 klanten, 17 % meer dan in 2019. Ons volledige convergentiecijfer steeg met 2 procentpunten jaar-op-jaar naar 33 %, met een mobiele attach rate van 42 %. Ik ben ook erg tevreden over de gezonde groei van onze abonneebasis voor breedband, die in 2020 met meer dan 38.000 klanten toenam. Dat is het vijfvoud van wat we in 2019 bereikten.
Ook in het volledige jaar 2020 konden we onze richtsnoeren waarmaken. We slaagden erin de daling van de rebased opbrengsten tot iets minder dan 2 % te beperken, terwijl onze opbrengsten vrijwel stabiel bleven, de overige opbrengsten buiten beschouwing gelaten. Onze rebased Adjusted EBITDA lag tijdens het volledige jaar iets hoger dan onze vrij stabiele verwachting, terwijl onze rebased operationele vrije kasstroom (de opname van de voetbaluitzendrechten en de impact van kapitaaltoevoegingen in verband met leases op onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen buiten beschouwing gelaten), met bijna 3 % jaar-op-jaar steeg tegenover onze prognose van 1-2 %. Dit resulteerde in een aangepaste vrije kasstroom van € 416 miljoen, onderaan ons nagestreefde bereik van € 415,0-€ 435,0 miljoen.
Bij Telenet streven wij naar duurzame groei, met een goed evenwicht tussen operationele uitmuntendheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid, waarbij wij rekening houden met de sociale, economische en ecologische aspecten van onze bedrijfsvoering. In dit verband plannen wij een herziening van onze duurzaamheidsstrategie in het tweede kwartaal van 2021. Niet om drastisch van koers te veranderen, maar om ervoor te zorgen dat wij ook in termen van duurzaamheid onze leiderspositie in de Belgische markt behouden. Wij zullen een nieuw duurzaamheidskader bepalen voor de periode 2021-2025 dat zal aansluiten bij onze materiële kwesties en dat nieuwe prioriteiten en bijbehorende doelstellingen zal stellen.
Naar de toekomst toe zal onze groei op 5 strategische pijlers focussen. Ten eerste zullen wij onze klantrelaties uitbreiden en uitdiepen, zodat digitaal leven en werken hen meer waarde oplevert. Vervolgens zullen wij de groei in het bedrijvensegment versnellen door het verschil te maken met onze 'human touch'. Daarnaast willen wij een diepe klantgerichte beleving ontwikkelen, gedragen door een 'digital first' benadering en een radicale vereenvoudiging. Wij streven naar een blijvende bloei met perfecte netwerken op maat van de behoeften van onze klanten en met flexibele platformen. En tot slot zullen wij onze mensen empoweren om waarde te scheppen via de samenwerking van de teams in een inspirerende cultuur. Het bovenstaande moet ons in staat stellen om in 2021 zowel onze omzet als onze Adjusted EBITDA te doen groeien, zoals Erik hierna verder zal bespreken.
Tenslotte zullen wij ons houden aan het eind oktober vorig jaar aangekondigde strakkere beleid voor de aandeelhoudersvergoeding. Naast het in december vorig jaar uitbetaalde bruto intermediaire dividend van € 1,3750 per aandeel, zal de raad van bestuur de Jaarlijkse Algemene Aandeelhoudersvergadering van april 2021 verzoeken een even groot bruto dividend goed te keuren. Samen vormen ze de voornoemde dividenddrempel van € 2,75 per aandeel (bruto), een stijging met 47 % jaar-op-jaar."
"Ondanks de impact van de COVID-19-pandemie op bepaalde delen van ons bedrijf, verheugt het mij dat wij, zoals John al uitlegde, al onze financiële maatstaven voor het volledige jaar 2020 hebben bereikt. Dit positioneert ons goed voor 2021 en later. In het volledige jaar 2020 genereerden we € 2.575 miljoen opbrengsten, grotendeels stabiel tegenover 2019 op gerapporteerde basis en met inbegrip van de niet-organische impact van de overname van De Vijver Media en de desinvestering van ons Luxemburgse kabelfiliaal, zoals besproken in het gedeelte over onze opbrengsten. Op rebased basis daalde onze omzet met bijna 2 %, voornamelijk wegens een rebased daling met 11 %, als gevolg van de COVID-19-pandemie, van onze overige opbrengsten, die onder meer interconnectieopbrengsten omvatten, opbrengsten uit de verkoop van telefoons en reclame- en productieopbrengsten van De Vijver Media. In KW4 2020 genereerden we € 665 miljoen opbrengsten, een daling met 1 % jaar-op-jaar op zowel gerapporteerde als rebased basis. De overige opbrengsten in beide periodes buiten beschouwing gelaten, was onze rebased omzet grotendeels stabiel voor het volledige jaar, in lijn met onze vooruitzichten.
Wij behielden in het geheel van het jaar een strakke focus op de kosten, wat resulteerde in een daling met 1 % en 5 % jaar-op-jaar van onze operationele kosten op respectievelijk gerapporteerde en rebased basis. Met uitzondering van lichte stijgingen met ongeveer 1 % van onze netwerkexploitatiekosten en personeelskosten, verbeterden al onze kostencategorieën tegenover vorig jaar, als weerspiegeling van de impact van de COVID-19 pandemie op onze activiteiten. Wij boekten in 2020 € 339 nettowinst (KW4 2020: € 40 miljoen), een stijging met 44 % jaar-op-jaar, vooral dankzij (i) beduidend lagere netto financiële kosten in de periode, (ii) lagere belastingkosten en (iii) een winst van € 28 miljoen op de verkoop van activa in een dochteronderneming. Wij bereikten een Adjusted EBITDA van € 1.378 miljoen in het volledige jaar 2020, een lichte stijging met bijna 1 % op rebased basis tegenover onze grotendeels stabiele vooruitzichten. Wij slaagden erin onze rebased Adjusted EBITDA-marge met 130 basispunten te verhogen tegenover 2019, naar 53,5 %. In KW4 2020 bedroeg onze Adjusted EBITDA € 337 miljoen, een stijging met bijna 1 % tegenover KW4 van vorig jaar als gevolg van lagere directe kosten en lagere kosten voor uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten. Vanaf het derde kwartaal van 2020 werd onze Adjusted EBITDA beïnvloed door wijzigingen van in de IFRS-verwerking van bepaalde contentgerelateerde kosten voor onze premium entertainmentpakketten en de uitzendrechten voor het Belgische voetbal als gevolg van wijzigingen van de onderliggende contracten. Sectie 6.1 van ons bericht geeft een reconciliatie tussen de gerapporteerde en rebased belangrijkste financiële maatstaven.
Onze operationele vrije kasstroom bereikte in 2020 € 787 miljoen, een daling met 4 % jaar-op-jaar als gevolg van hogere kapitaaltoevoegingen in verband met leases in KW4 2020. Op rebased basis en de opname van voetbaluitzendrechten en de impact van de kapitaaltoevoegingen in verband met bepaade leases op onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen buiten beschouwing gelaten, steeg onze operationele vrije kasstroom met bijna 3 % tegenover het volledige jaar 2019 en overtrof hij onze prognose voor het volledige jaar 2020 met 1 tot 2 %. Dit omvatte een rebased groei met bijna 6 % in KW4 2020 naar € 167 miljoen (de opname van voetbaluitzendrechten en de impact van de kapitaaltoevoegingen in verband met bepaalde leases op onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen buiten beschouwing gelaten).
De netto kasstroom uit operationele activiteiten, netto kasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten en netto kasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten bedroegen respectievelijk € 1.057 miljoen, € 476 miljoen en € 601 miljoen voor het volledige jaar 2020. Onze aangepaste vrije kasstroom steeg in 2020 met 6 % jaar-op-jaar naar € 416 miljoen, met een forse bijdrage van € 157 miljoen in KW4 2020. De sterke groei van onze aangepaste vrije kasstroom was te danken aan lagere contante belastingen en lagere rentebetalingen na bepaalde herfinancieringen, en omvatte een negatieve bijdrage van bijna € 4 miljoen van ons leverancierskredietprogramma.
Wij verwachten dat onze opbrengsten en Adjusted EBITDA(b) in 2021 weer zullen groeien en mikken op een rebased(a) groei met respectievelijk 1 % en 1-2 %. Wij zullen bovendien een gezonde aangepaste vrije kasstroom(b, d) realiseren van € 420,0 tot € 440,0 miljoen in het volledige jaar 2021, in weerwil van een lichte krimp van de rebased operationele vrije kasstroom(b,c) in 2021 met ongeveer 1 % als gevolg van hogere gerichte investeringen. Wij verwachten dat onze investeringsniveaus licht zullen stijgen tegenover 2020, dat de weerslag van de COVID-19-pandemie ondervond. Daarnaast verwachten we hogere IT-investeringen terwijl we de laatste hand leggen aan de implementatie van ons geavanceerde klantgerichte platform en meer investeren in de bevordering van de klantbeleving, in lijn met onze voornoemde strategische pijlers. Tot slot hebben we bepaalde selectieve netwerkinvesteringen zorgvuldig gepland, om toekomstige kosteneffectieve upgrades van de vaste en mobiele netwerken mogelijk te maken. Desondanks verwachten wij nog altijd de samengestelde jaarlijkse groei van onze operationele vrije kasstroom(b, c) voor 2018-2021 met 6,5 % tot 8,0 % waar te maken, weliswaar onderaan dit bereik."
(a) Voor het berekenen van rebased groeipercentages op een vergelijkbare basis voor de hierboven weergegeven perioden, hebben we onze historische opbrengsten en aangepaste EBITDA aangepast om de impact van de volgende transacties weer te geven in dezelfde mate dat opbrengsten en Adjusted EBITDA met betrekking tot deze transacties in de resultaten van het huidige jaar vervat zitten: (i) uitsluiten van de opbrengsten en Adjusted EBITDA van onze voormalige Luxemburgse kabeldochter Coditel S.à rl (gedeconsolideerd vanaf 1 april 2020) en (ii) wijzigingen weerspiegelen met betrekking tot de IFRS-verwerking van bepaalde contracten inzake contentrechten die zijn aangegaan tijdens het derde kwartaal van 2020.
(b) Kwantitatieve reconciliaties naar nettowinst (met inbegrip van groeicijfers van de nettowinst) en kasstromen uit bedrijfsactiviteiten voor onze duiding van de Adjusted EBITDA, operationele vrije kasstroom en aangepaste vrije kasstroom kunnen niet zonder onredelijke inspanningen worden verstrekt, aangezien wij geen prognoses maken van (i) bepaalde niet-geldelijke lasten, met inbegrip van afschrijving en waardevermindering, herstructurering en overige operationele posten die deel uitmaken van de nettowinst en (ii) specifieke wijzigingen in het werkkapitaal met een impact op de kasstromen uit bedrijfsactiviteiten. De posten waarvoor wij geen prognose geven, kunnen beduidend van periode tot periode variëren. (c) Met uitsluiting van de opname van uitzendrechten voor voetbal en licenties voor het mobiele spectrum en de impact van bepaalde leasegerelateerde toevoegingen op onze toe te rekenen bedrijfsuitgaven.
(d) In de veronderstelling dat bepaalde betalingen worden gedaan voor de tijdelijke verlenging van onze huidige 2G- en 3G-licenties voor mobiel spectrum in 2021, maar met uitsluiting van betalingen voor toekomstige spectrumlicenties als onderdeel van de aanstaande multibandveiling, en ervan uitgaande dat de belastingbetaling op onze belastingaangifte voor 2020 pas zal plaatsvinden begin 2022.
Fusie van SFR-Coditel en Eltrona: Op 1 april 2020 stonden wij ons Luxemburgse kabelfiliaal in volle eigendom Coditel S.à.r.l. af aan Eltrona en verwierven wij een aandeel van 34% in Eltrona van Post Luxemburg. Na deze twee transacties houden wij een belang van 50% min 1 aandeel in Eltrona, de grootste kabelexploitant in Luxemburg. Vanaf 1 april 2020 wordt SFR-Coditel niet langer geconsolideerd in onze operationele en financiële resultaten. Bijgevolg schrapten wij 47.700 aansluitbare woningen, 9.500 klantrelaties en 18.500 RGU's (kabeltelevisie: 9.200 RGU's, breedband: 5.500 RGU's en vaste telefonie: 3.800 RGU's) in onze geconsolideerde abonneetellingen die hierna en in 4. Geconsolideerde tussentijdse operationele statistieken worden voorgesteld.
Op 31 december 2020 hadden wij 2.048.100 unieke klantrelaties, die ongeveer 61% vertegenwoordigden van de 3.373.000 woningen langs ons toonaangevende hybride glasvezel-coaxnetwerk ('HFC') in ons servicegebied in Vlaanderen en Brussel. Ons kabelnetwerk bestaat uit een dichte glasvezelbackbone met lokale lusverbindingen van coaxkabel en een spectrum tot 1,2 GHz. Met de EuroDocsis 3.0 en 3.1 technologie bieden wij downloadsnelheden voor data aan tot 1 Gbps in ons volledige servicegebied, een herbevestiging van onze leidende marktpositie als leverancier van de snelste internetdiensten.
Op 31 december 2020 leverden wij 4.680.600 vaste diensten ('RGU's'), bestaande uit 1.811.700 kabeltelevisieabonnementen, 1.697.100 breedbandinternet-abonnementen en 1.171.800 vaste-telefonieabonnementen. Onze abonneetelling op 31 december 2020 hield geen rekening met onze voormalige klanten van SFR-Coditel, vanwege de reeds vermelde fusie met de Luxemburgse kabeloperator Eltrona. In onze kabeltelevisiemix is op 31 december 2020 ongeveer 93% van onze kabeltelevisieabonnees geüpgraded naar ons premium kabeltelevisieplatform met hogere gemiddelde opbrengst per klantrelatie, zodat slechts 123.700 abonnees op analoge televisie overblijven die in het kader van onze campagne 'Signal Switch' tegen eind 2021 naar digitaal zullen worden geconverteerd. De abonnees van het premium kabeltelevisieplatform genieten een rijkere kijkervaring met onbeperkte toegang tot een groter aanbod van digitale zenders, HDzenders en betalende sportzenders, series- en filmkanalen, een enorme bibliotheek van binnen- en buitenlandse films en programma's à la carte ('VOD') en toegang tot ons 'over-the-top'-platform ('OTT') 'Yelo Play'. Op 31 december 2020 bedienden wij ook 2.815.700 mobiele abonnees, van wie ongeveer 86% geabonneerd was op een van onze aantrekkelijke mobiele of vaste-mobiele ('FMC') tariefplannen.
Wij bereikten een bundelratio van 2,29 opbrengstgenererende eenheden per unieke klantrelatie op het eind van KW4 2020, stabiel vergeleken met vorig jaar. Op 31 december 2020 was ongeveer 33% van onze kabelklanten geabonneerd op een quad-play-bundel (de mobiele abonnementen onder het merk BASE niet meegeteld), een forse stijging met bijna 200 procentpunten vergeleken met vorig jaar. Dit benadrukt de aanhoudende belangstelling van de consumenten en bedrijven voor onze waardevoorstellen met productbundels. Onze FMC-klantenbasis, die de som vertegenwoordigt van onze bundels 'WIGO', 'YUGO' en 'KLIK', bereikte 641.800 abonnees, een stijging met 17% jaar-op-jaar. In KW4 2020 verwierven we netto 20.500 nieuwe FMC-abonnees als gevolg van onze geslaagde eindejaarspromoties voor onze residentiële bundels 'WIGO' en 'YUGO' (volledig jaar 2020: 94.400).
De gemiddelde opbrengst per klantrelatie (ARPU), die de opbrengsten uit mobiele telefonie en bepaalde andere soorten opbrengsten buiten beschouwing laat, is een van onze belangrijkste operationele statistieken, aangezien wij naar een groter aandeel van de telecommunicatie- en contentuitgaven van onze klanten streven. Voor het jaar tot 31 december 2020 bereikten wij een gemiddelde opbrengst per klantrelatie van € 58,4, € 0,7 hoger jaar-op-jaar, een gezonde stijging met 1% tegenover het volledige jaar 2019. De groei van de gemiddelde opbrengst per klantrelatie werd bevorderd door (i) een hogere proportie abonnees op productbundels in onze totale klantenmix, (ii) een groter aandeel premiumkabel-tv-abonnees in onze mix en (iii) de gunstige impact van de prijsaanpassingen in augustus 2019 en oktober 2020. Deze positieve trend werd gedeeltelijk geneutraliseerd door (i) een hogere proportie bundelkortingen (met inbegrip van promoties met vaste termijn), (ii) lagere opbrengsten uit het gebruik buiten bundels en (iii) het gevolg van de gewijzigde allocatie van de abonnementsopbrengsten uit bundels, die uitvoeriger wordt besproken in 2. Belangrijkste financiële ontwikkelingen. In KW4 2020 noteerden we een gemiddelde opbrengst per klantrelatie van € 58,7, een bescheiden stijging tegenover € 58,4 in dezelfde periode van vorig jaar, gedeeltelijk te danken aan de prijsaanpassing in oktober 2020.
Op 31 december 2020 hadden wij 1.697.100 abonnees op breedbandinternet, na de schrapping van 5.500 RGU's in KW2 2020 als gevolg van de fusie van Coditel S.à.r.l. met de Luxemburgse kabeloperator Eltrona. De gunstige trend van de netto groei van onze breedbandabonnees hield aan in KW4 2020, met netto 10.600 nieuwe abonnees op het geheel van ons aantrekkelijke breedbandaanbod (volledig jaar 2020: 38.200). Dit was onze beste kwartaalprestatie sinds KW4 2015. De sterke verbetering was in gelijke mate te danken aan het consumenten- en het B2B-segment, met een groei met respectievelijk 5.700 en 4.900 netto abonnees. Dit benadrukt opnieuw dat de aanhoudende COVID-19-pandemie de vraag van de klanten naar betrouwbare snelle connectiviteitsoplossingen aanzwengelt. Gelet op de capaciteiten van ons 1 Gbps HFC-netwerk in ons volledige servicegebied zijn wij goed gepositioneerd voor de toekomst. Het verloop op jaarbasis daalde beduidend van 9,8% in KW4 2019 naar 8,5% in KW4 2020 en bleef grotendeels stabiel tegenover KW3 2020.
In KW4 2020 verdeelden wij 73.000 WIFI-boosters om de thuisconnectiviteit van de klanten te maximaliseren. De totale geïnstalleerde basis komt hiermee op 786.000 klanten met onze plug-and-play oplossing voor thuisconnectiviteit, een stijging met 44% tegenover eind 2019. Dit komt overeen met ongeveer 46% van onze klantenbasis voor breedband, vergeleken met ongeveer 33% een jaar geleden. Vijf jaar na de start van 'De Grote Netwerf', ons programma voor de upgrade van het vaste net, commercialiseren wij nu downloadsnelheden van 1 gigabit per seconde in ons volledige servicegebied, met de optie 'GIGA Speedboost' voor een extra € 15 per maand. Onze klantenbasis voor Gigabit Speedboost groeide op 31 december 2020 met 21% tegenover het vorige kwartaal. De gewogen gemiddelde downloadsnelheid voor data van onze abonneebasis voor breedband steeg verder naar 212 Mbps op 31 december 2020, een groei met 8% vergeleken met dezelfde periode van vorig jaar. Bovendien bedroeg de proportie klanten met toegang tot downloadsnelheden van 300 Mbps of hoger 43% in KW4 2020, een stijging met 6 procentpunten tegenover dezelfde periode van vorig jaar.
Naast de toenemende behoefte aan hogere snelheden, is het maandelijks gemiddeld verbruik per klant in KW4 2020 ook met een indrukwekkende 46% gestegen ten opzichte van vorig jaar. Onze klanten downloadden gemiddeld 60% meer dan in 2019, voornamelijk voor streaming. Bovendien hebben onze klanten veel meer gebruik gemaakt van ons netwerk om sociaal verbonden te blijven, met bijna twee keer zoveel (+ 83%) videogesprekken en een toename van 30% van verkeer via sociale mediakanalen zoals Facebook, WhatsApp en Messenger. In een normaal jaar neemt het internetverkeer op ons Giga-HFCnetwerk met ongeveer 30% toe. Dit jaar zagen we een verdubbeling van deze trend in een periode van slechts tien maanden.
Op 31 december 2020 hadden wij 1.171.800 abonnees op vaste telefonie, een daling met 3% tegenover dezelfde periode van vorig jaar. Dit weerspiegelde een algemene negatieve markttrend en de schrapping van 3.800 RGU's na de reeds vermelde fusie van onze Luxemburgse kabelactiviteit met Eltrona. Vergeleken met 30 september 2020 daalde onze abonneebasis voor vaste telefonie met 12.800 RGU's op netto organische basis in KW4 2020 (volledig jaar 2020: -36.900). Het verloop op jaarbasis van onze vaste telefonie in KW4 2020 daalde 80 basispunten tot 9,9% vergeleken met dezelfde periode van vorig jaar, gedreven door de COVID-19 impact.
Onze abonneebasis voor mobiele telefonie, die de abonnees van onze commerciële wholesalepartners en onze KMO-klanten niet omvat, bereikte een totaal van 2.815.700 abonnees op het eind van KW4 2020, met inbegrip van 2.433.900 postpaid abonnees. De resterende 381.800 mobiele abonnees zijn prepaid abonnees onder het merk BASE. Het is vooral aan het succes van onze FMC-aanbiedingen te danken dat wij onze mobiele abonneebasis in KW4 2020 konden uitbreiden met 17.300 netto nieuwe SIM's (volledig jaar 2020: 70.100). Onze prepaid abonneebasis daalde met 23.300 SIM's in KW4 2020, als gevolg van de drastische terugval van het verkeer in onze winkels vanwege de COVID-19-pandemie, en door de opruiming van bepaalde SIM's.
Op 31 december 2020 bereikte onze totale klantenbasis voor basic en premium kabeltelevisie 1.811.700 RGU's, na de schrapping van 9.200 abonnees op kabeltelevisie naar aanleiding van de fusie van SFR-Coditel met Eltrona. Dit vertegenwoordigde een netto organisch verlies van 10.800 kabeltelevisieabonnees in KW4 2020 (volledig jaar 2020: -45.700). Dit nettoverlies omvat geen overschakelingen naar onze premium kabeltelevisiediensten en vertegenwoordigt klanten die zijn overgestapt naar concurrerende platformen, zoals andere aanbieders van digitale tv, OTT en satelliet, of klanten die hun tv-abonnement hebben opgezegd of die buiten ons servicegebied zijn verhuisd. Binnen de mix van televisieabonnees bleef het aandeel van de abonnees op analoge basistelevisie krimpen en bereikte het 123.700 op 31 december 2020. In oktober 2019 lanceerden we onze campagne 'Signal Switch' als voorbereiding op de uitschakeling van de analoge radioen videosignalen tegen eind 2021. Dit zal netwerkcapaciteit vrijmaken voor het immer toenemende digitale verkeer. Wij hebben beslist om dit project tijdelijk uit te stellen als gevolg van de voorzorgsmaatregelen in het kader van de COVID-19-crisis. Het project zal in de loop van KW1 2021 worden hervat en wij blijven ons verbinden tot de voltooiing van de migratie tegen het eind van het jaar.
Op 31 december 2020 waren 1.688.000 van onze kabeltelevisieabonnees geüpgraded naar onze kabeltelevisiediensten met hogere ARPU, die hen toegang geven tot een rijkere televisiebeleving, met inbegrip van gratis onbeperkte toegang tot onze app 'Yelo Play' waarmee ze thuis en buitenshuis van unieke content kunnen genieten op meerdere verbonden apparaten. Dit omvat ons nieuwste digitale televisieplatform, met inbegrip van onze in de cloud gebaseerde settopbox van de volgende generatie met spraakherkenning, die wij eind april 2019 lanceerden. De tv-app van Telenet is sinds midden december 2020 ook beschikbaar op Apple TV en Android TV. Met een mediabox kunnen de klanten hun vertrouwde televisiebeleving overbrengen naar een tweede televisiescherm overal in de Europese Unie, zonder een bijkomende decoder. Onze klantenbasis voor premium kabeltelevisie daalde in KW4 2020 licht met 3.100 netto RGU's (volledig jaar 2020: -4.700) aangezien de prestatie in het kwartaal werd beïnvloed door een iets hoger verloop, dat terug te brengen is naar de prijsaanpassing van oktober 2020 en de tijdelijk stopgezette campagne 'Signal Switch'.
Midden september lanceerden we 'Streamz': een unieke streamingservice van DPG Media en Telenet, waarin we een aandeel van 50% houden. Bijgevolg worden de operationele en financiële resultaten van de joint venture niet in onze boeken geconsolideerd. Aangezien wij zowel 'Streamz' als 'Streamz+' rechtstreeks via ons digitale televisieplatform aan de klanten aanbieden, zullen wij het aantal klanten voor premium entertainment, die we rechtstreeks bedienen, blijven opnemen. De opbrengst uit deze rechtstreekse abonnees op premium entertainment wordt niet beïnvloed en blijft binnen onze opbrengsten uit televisieabonnementen, terwijl de contentgerelateerde kosten worden opgenomen als directe kosten (programmeringskosten) en dus onze Adjusted EBITDA beïnvloeden. Zie 2. Belangrijkste financiële ontwikkelingen voor meer informatie.
Vanwege de lancering van de streamingservice 'Streamz' hebben we een nieuw product 'Streamz+' geïntroduceerd en het vroegere product 'Play' vervangen door het merk 'Streamz', terwijl 'Play More' blijft bestaan. Wij menen dat ons gezamenlijke OTT-platform uniek gepositioneerd is, aangezien het de beste lokaal geproduceerde series van alle lokale zenders VTM, Play en Eén combineert, aangevuld met niet te missen internationale content van HBO, een uitgebreid aanbod voor kinderen, films en documentaires. Streamz is voor iedereen beschikbaar via de Streamz-app, online op Streamz.be en op ons digitale televisieplatform. Het totale aantal abonnees van de premium entertainmentpakketten 'Streamz', 'Streamz+' en 'Play More' bedroeg 413.400 eind KW4 2020, onveranderd vergeleken met 30 september 2020.
Eind KW4 2020 hadden wij 222.100 'Play Sports'-klanten, een nettowinst van 8.800 klanten vergeleken met 30 september 2020. Deze sterke prestatie was net zoals in KW3 2020 te danken aan het contract met Eleven Sports voor de uitzendrechten van het Belgische voetbal. Anders dan het vorige contract zal de kostprijs van het nieuwe contract voor het Belgische voetbal als directe kosten worden opgenomen (programmeringskosten) en dus onze Adjusted EBITDA beïnvloeden. Zie 2. Belangrijkste financiële ontwikkelingen voor meer informatie. Daarnaast blijft 'Play Sports' verscheidene andere internationale voetbalcompetities uitzenden, zoals het Britse Premier League in exclusiviteit en, via de internationale kanalen van Eleven Sports: La Liga, Serie A en Bundesliga 1. Andere sporten, zoals veldrijden, basketbal, hockey, tennis, golf en motorsporten, blijven eveneens deel uitmaken van ons ruime sportaanbod.
Rebased groei: Om de rebased groeicijfers te berekenen op een vergelijkbare basis voor de drie maanden tot 31 december 2020 en het jaar tot 31 december 2020, hebben wij onze historische bedrijfsopbrengsten en Adjusted EBITDA aangepast om (i) de bedrijfsopbrengsten en Adjusted EBITDA van De Vijver Media (volledig geconsolideerd vanaf 3 juni 2019) van voor de overname op te nemen in onze rebased bedragen, (ii) de bedrijfsopbrengsten en Adjusted EBITDA van onze voormalige Luxemburgse kabelactiviteit Coditel S.à.r.l. (gedeconsolideerd vanaf 1 april 2020) uit te sluiten en (iii) de wijzigingen te weerspiegelen van de IFRS-verwerking van bepaalde overeenkomsten in verband met contentrechten als een gevolg van veranderingen aan de onderliggende contracten voor de periode 1 augustus – 31 december voor onze rebased bedragen voor de drie maanden tot 31 december 2019 en het jaar tot 31 december 2019, voor zover de bedrijfsopbrengsten en Adjusted EBITDA van deze entiteiten en de boekhoudkundige impact zijn opgenomen in onze resultaten voor de drie maanden tot 31 december 2020 en het jaar tot 31 december 2020. Zie Definities voor meer toelichtingen. Voor meer informatie over het verschil tussen onze gerapporteerde en onze rebased financiële resultaten verwijzen we naar de Bijlage bij dit persbericht.
Toewijzing van de bundelgerelateerde abonnementsopbrengsten: Na de recente vernieuwing van onze portfolio voor autonoom breedbandinternet wordt vanaf 1 januari 2020 een kleiner deel van de opbrengsten uit onze vaste en FMC-bundels toegewezen aan de opbrengsten uit breedbandinternet. Dit heeft een nadelige impact op onze opbrengsten uit breedbandinternet, volledig gecompenseerd door een hogere toewijzing aan onze opbrengsten uit televisie, vaste telefonie en mobiele telefonie. Deze wijziging heeft ook een impact op de ARPU per klantrelatie (die geen rekening houdt met de opbrengsten uit mobiele telefonie), maar niet op onze totale abonnementsopbrengsten.
Boekhoudkundig kader van de joint venture Streamz en de uitzendrechten van het Belgische voetbal: Midden september lanceerden we 'Streamz', een unieke streamingservice van DPG Media en Telenet, waarin we een aandeel van 50% houden. Bijgevolg worden de operationele en financiële resultaten van de joint venture niet in onze boeken geconsolideerd. Aangezien wij zowel 'Streamz' als 'Streamz+' rechtstreeks via ons digitale televisieplatform aan de klanten aanbieden, zullen wij het aantal klanten voor premium entertainment die we rechtstreeks bedienen blijven opnemen. De opbrengst uit deze rechtstreekse abonnees op premium entertainment wordt niet beïnvloed en blijft binnen onze opbrengsten uit videoabonnementen, terwijl de contentgerelateerde kosten worden opgenomen als directe kosten (programmeringskosten) en dus onze Adjusted EBITDA beïnvloeden. In augustus 2020 ondertekenden we een overeenkomst voor vijf jaar met Eleven Sports voor de uitzendrechten van de Belgische voetballiga. Anders dan het vorige contract zal de kostprijs van het nieuwe contract voor het Belgische voetbal als directe kosten worden opgenomen (programmeringskosten) en dus onze Adjusted EBITDA beïnvloeden. Beide wijzigingen hebben vanaf het derde kwartaal van 2020 een impact op onze (operationele) kosten en Adjusted EBITDA. Wij vermelden de rebased wijzigingen jaar-op-jaar, zodat de investeerders en analisten onze financiële prestaties op een vergelijkbare basis kunnen beoordelen.Voor meer informatie in verband met de reconciliatie tussen onze gerapporteerde en 'rebased' resultaten verwijzen we naar de Appendix in dit persbericht.
Herwerkt overzicht van de financiële positie op 31 december 2019: In de loop van KW1 2020 voltooide Telenet haar boekhoudkundige verwerking van de stapsgewijze overname van De Vijver Media, die op 3 juni 2019 werd voltooid ("allocatie van de overnameprijs"). Dit leidde tot de opname van € 4,6 miljoen uitgestelde belastingverplichtingen via goodwill. Het verkorte geconsolideerde overzicht van de financiële positie op 31 december 2019 is dienovereenkomstig herwerkt.
Toewijzing van de aankoopprijs voor de overname van Native Nation: De geconsolideerde balans van de Vennootschap van 31 december 2019 is herwerkt, met een weerspiegeling van de retroactieve impact van de aankoopprijsallocatie ("PPA") en het aligneren van de grondslagen voor de financiële verslaggeving voor de overname van Native Nation, welke per jaareinde 2019 nog niet bekend was. De aanpassing van de reële waarde van de immateriële activa (€ 6,9 miljoen) had voornamelijk betrekking op de verworven handelsnamen (€ 2.8 miljoen), klantenrelaties (€ 2,4 miljoen) en technologie (€ 1,7 miljoen). Samen met de uitgestelde belastingimpact van de bovengenoemde aanpassingen (€ 1,7 miljoen) werd de goodwill verminderd met € 5,2 miljoen. De opname van de reële waarde van de immateriële activa resulteerde niet in materiële extra afschrijvingskosten voor de periode tussen de overnamedatum (18 oktober 2019) en 31 december 2019 en de geconsolideerde winst- en verliesrekening en niet-gerealiseerde resultaten voor de twaalf maanden afgelopen op 31 december 2019 werd derhalve ook niet herwerkt.
In het jaar tot 31 december 2020 genereerden wij € 2.575,2 miljoen bedrijfsopbrengsten, grotendeels stabiel tegenover € 2.583,9 miljoen in het vorige jaar. Het lokale mediabedrijf De Vijver Media nv, waarvan wij op 3 juni 2019 het resterende aandeel van 50% verwierven en dat sindsdien volledig geconsolideerd is, droeg voor een volledig jaar bij tot de bedrijfsopbrengsten. Vanaf 1 april 2020 omvatten onze financiële resultaten niet langer de bijdrage van ons Luxemburgse kabelfiliaal Coditel S.à.r.l., dat gefuseerd is met Eltrona, waarin wij een belang van 50% min 1 aandeel houden. Beide niet-organische effecten buiten beschouwing gelaten, daalden onze rebased bedrijfsopbrengsten in het volledige jaar 2020 met iets minder dan 2% (-1,9%) tegenover vorig jaar, voornamelijk als gevolg van een daling met 11% van onze overige opbrengsten wegens de COVID-19-pandemie, zoals hierna verder uiteengezet.
De overige opbrengsten buiten beschouwing gelaten, bleven onze rebased bedrijfsopbrengsten voor het jaar tot 31 december 2020 vrijwel stabiel (+0,4% jaar-op-jaar), in lijn met de bijgestelde verwachtingen voor het volledige jaar die wij eind april presenteerden. Wij realiseerden dus onze verwachting voor het volledige jaar van ongeveer -2%, met een grotendeels stabiele trend indien we onze overige opbrengsten buiten beschouwing laten. Deze grotendeels stabiele trend was te danken aan (i) het aanhoudende sterke succes van onze FMC-bundels in het residentiële en het zakelijke segment, (ii) de upgrade van breedbandklanten naar snellere bundels en (iii) het voordeel van de tariefaanpassingen in augustus 2019 en oktober 2020. Dit effect werd vrijwel volledig ongedaan gemaakt door een daling met 2% van onze opbrengsten uit kabeltelevisie, een weerspiegeling van de impact van de COVID-19-pandemie op ons betalend sportaanbod en lagere opbrengsten uit transactionele video-on-demand.
In KW4 2020 leverden onze activiteiten € 665,1 miljoen bedrijfsopbrengsten op, een daling met 1% tegenover KW4 2019 op gerapporteerde basis, gedeeltelijk als gevolg van de reeds genoemde desinvestering van onze kabelactiviteit in Luxemburg. Deze impact buiten beschouwing gelaten, daalden onze rebased bedrijfsopbrengsten met bijna 1% (-0,9%) jaar-op-jaar, voornamelijk als gevolg van 8% lagere overige opbrengsten vanwege de COVID-19-pandemie. De trend van onze rebased bedrijfsopbrengsten verbeterde in KW4 2020 na de krimp in KW2 2020 en in mindere mate KW3 2020. Deze verbetering in het kwartaal was te danken aan een beduidende stijging van de opbrengsten uit bedrijfsdiensten met bijna 11% in KW4 2020 en de positieve trend van onze advertentie- en productieopbrengsten, die weer met bijna 1% jaar-op-jaar toenamen. De overige opbrengsten buiten beschouwing gelaten, stegen onze rebased bedrijfsopbrengsten in KW4 2020 met 1% vergeleken met KW4 2019.
Onze opbrengsten uit kabeltelevisie vertegenwoordigen de maandelijkse vergoeding die onze televisieabonnees betalen voor de kanalen die ze in het basispakket ontvangen, evenals de opbrengsten die door onze abonnees op premium tv worden gegenereerd en die voornamelijk bestaan uit (i) terugkerende huurgelden voor settopboxen, (ii) vergoedingen voor extra premium content die wij aanbieden, inclusief onze video-on-demand pakketten 'Streamz', 'Streamz+', 'Play More' en 'Play Sports', en (iii) transactionele en broadcasting-on-demand diensten. In het jaar tot 31 december 2020 bedroegen onze opbrengsten uit kabeltelevisie € 559,0 miljoen (KW4 2020: € 138,4 miljoen), een daling met 3% tegenover vorig jaar op gerapporteerde basis. Op rebased basis, met uitsluiting van de niet-organische impact van de verkoop van onze kabelactiviteit in Luxemburg in april 2020, daalden onze opbrengsten uit kabeltelevisie met 2% jaar-opjaar. Een groter aandeel van onze FMC-bundels in de opbrengsten, zoals reeds vermeld, samen met het voordeel van bepaalde tariefaanpassingen, werd meer dan ongedaan gemaakt door de impact van de COVID-19-pandemie op ons betalend sportaanbod en lagere opbrengsten uit transactionele video-ondemand als gevolg van bepaalde vertragingen in de release van nieuwe succesfilms en series.
De opbrengsten uit onze residentiële klanten en kleine ondernemingen met een breedbandinternetabonnement bedroegen € 654,9 miljoen in 2020 (KW4 2020: € 166,5 miljoen), grotendeels stabiel vergeleken met vorig jaar, zowel op gerapporteerde als op rebased basis. Als gevolg van de recente vernieuwing van ons portfolio voor zelfstandig breedbandinternet neemt het aandeel van de vaste en FMCbundels in onze opbrengsten uit breedbandinternet sinds 1 januari 2020 af. Deze nadelige impact op onze opbrengsten uit breedbandinternet werd volledig gecompenseerd door een toename van onze opbrengsten uit televisie, vaste telefonie en mobiele telefonie. De verschuiving in onze mix van opbrengsten maakte (i) de hogere breedbandopbrengsten uit SOHO B2B, dankzij de sterke verkoop van 'KLIK' FMC-bundels, (ii) de prijsaanpassingen in augustus 2019 en oktober 2020, (iii) de verdere upgrade van onze klantenbasis voor breedbandinternet en (iv) de positieve impact van COVID-19 op het verloop volledig ongedaan.
Onze opbrengsten uit vaste telefonie omvatten de recurrente opbrengsten uit onze abonnees op vaste telefonie en de variabele opbrengsten uit het gebruik, maar niet de door deze klanten gegenereerde interconnectieopbrengsten, die onder overige opbrengsten worden gerapporteerd. In het jaar tot 31 december 2020 stegen onze opbrengsten uit vaste telefonie op zowel gerapporteerde als rebased basis jaarop-jaar met 3% naar € 225,2 miljoen (KW4 2020: € 55,2 miljoen). De toename was voornamelijk te danken aan (i) de gunstige impact van de voornoemde herindeling van onze opbrengsten uit vaste telefonie en FMCbundels, (ii) de prijsaanpassingen in augustus 2019 en oktober 2020 en (iii) hogere gebruiksgerelateerde opbrengsten als gevolg van het toenemende gebruik van vaste telefonie tijdens de COVID-19-pandemie.
Onze opbrengsten uit mobiele telefonie vertegenwoordigen de opbrengsten uit abonnementsgelden die door onze directe abonnees voor mobiele telefonie worden gegenereerd alsook opbrengsten buiten bundel, maar omvatten niet (i) de interconnectieopbrengsten die door deze klanten worden gegenereerd, (ii) de opbrengsten uit de verkoop van telefoons en (iii) de opbrengsten uit onze 'Choose Your Device' programma's, die alle onder overige opbrengsten worden gerapporteerd. Over het volledige jaar 2020 bedroegen de opbrengsten uit mobiele telefonie € 451,2 miljoen (KW4 2020: € 113,4 miljoen), een stijging met iets meer dan 1% jaar-op-jaar op zowel gerapporteerde als rebased basis. De stijging was voornamelijk het gevolg van de gunstige impact van de al vermelde herindeling van onze opbrengsten uit vaste telefonie en FMC-bundels en van de aanhoudende forse netto groei van het aantal postpaid abonnementen, bevorderd door de upsell en cross-sell naar onze premium FMC-bundels. Deze meevallers werden vrijwel volledig ongedaan gemaakt door (i) lagere opbrengsten buiten bundels die onze mobiele abonnees in overschrijding van hun maandelijkse bundel genereerden, als gevolg van onze verbeterde 'WIGO'-quad-playbundels en van de overstap naar de zelfstandige onbeperkte mobiele aanbiedingen van zowel Telenet als BASE, (ii) lagere prepaid opbrengsten als gevolg van een aanhoudende daling van het aantal prepaid abonnees en minder aanvullende uitgaven als gevolg van de COVID-19-pandemie en (iii) hogere bundelgerelateerde kortingen na het succes van onze 'WIGO'-quad-play-bundels.
De onder bedrijfsdiensten gerapporteerde opbrengsten betreffen (i) de opbrengsten uit niet-coaxproducten, inclusief glasvezel- en geleasede DSL-lijnen, (ii) door onze KMO-klanten gegenereerde opbrengsten uit mobiele telefonie, (iii) onze 'carrier'-diensten en (iv) diensten met toegevoegde waarde zoals hostingdiensten en beheerde gegevensbeveiliging. Onze opbrengsten uit bedrijfsdiensten omvatten ook de opbrengsten gegenereerd door de lokale ICT-integrator Nextel, die wij op 31 mei 2018 overnamen. De opbrengsten uit zakelijke klanten op alle coaxgerelateerde producten, zoals onze vlaggenschipbundel 'KLIK', worden toegerekend aan onze opbrengsten uit kabelabonnementen en worden niet gerapporteerd binnen Telenet Business, onze B2B-afdeling.
De opbrengsten van Telenet Business bedroegen € 207,7 miljoen voor het jaar tot 31 december 2020 (KW4 2020: € 58,6 miljoen), een stijging jaarop-jaar met 1% en 2% op respectievelijk gerapporteerde en rebased basisr. De stijging was voornamelijk te danken aan (i) hogere opbrengsten uit vaste telefonie dankzij de goede prestatie van de ICT integrator -en clouddiensten, (ii) hogere opbrengsten uit beveiliging en (iii) groeiende opbrengsten van ons Corporate Fibernet-portfolio, die de (iv) lagere mobiele data opbrengsten bij KMOs wegens COVID-19 en (v) lagere interconnectieopbrengsten vanwege de dalende trend van het traditionele sms-gebruik volledig compenseerden. De opbrengsten uit bedrijfsdiensten in KW4 2020 stegen met 10% en 11% op respectievelijk gerapporteerde en rebased basis, vanwege de al genoemde factoren.
(i) higher fixed telephony revenue driven by good performance of the ICT integrator and cloud services, (ii) higher security revenues and (iii) growing revenue on our Corporate Fibernet portfolio which fully offset (iv) lower mobile data usage revenues for SME due to COVID-19 and (v) lower interconnect revenue given the declining trend in traditional SMS usage. The Q4 2020 business service revenues increased 10% and 11% on a reported and rebased basis respectively, driven by the same factors as mentioned above.
De overige opbrengsten omvatten voornamelijk (i) interconnectieopbrengsten uit zowel vaste als mobiele telefonie, (ii) reclame- en productieopbrengsten uit De Vijver Media NV, dat wij sinds 3 juni 2019 volledig consolideren, (iii) de verkoop van mobiele telefoons, met inbegrip van de opbrengsten uit de programma's "Choose Your Device", (iv) wholesale-opbrengsten uit zowel onze commerciële als gereguleerde wholesaleactiviteiten, (v) vergoedingen voor de activering en installatie van producten en (vi) opbrengsten uit de verkoop van settopboxen.
Onze overige opbrengsten bedroegen € 477,2 miljoen in 2020 (KW4 2020: € 133,0 miljoen), een daling met 2% op gerapporteerde basis na een bijdrage voor het volledige jaar van De Vijver Media, tegenover slechts zeven maanden in de vergelijkbare periode van vorig jaar. Op rebased basis daalden onze overige opbrengsten scherp met 11% jaar-op-jaar, als weerspiegeling van (i) een rebased terugval met 19% van de interconnectieopbrengsten als gevolg van een dalend sms-verkeer en lagere opbrengsten uit roamingbezoekers, vooral vanwege COVID-19, (ii) een rebased terugval met 14% van de reclame- en productieopbrengsten van De Vijver Media en (iii) een rebased terugval met 14% van de opbrengsten uit de verkoop van telefoons. De kwartaaltrend voor onze overige opbrengsten verbeterde in KW4 2020 maar bleef lager (8%) jaar-op-jaar op zowel gerapporteerde als rebased basis. De daling was vooral het gevolg van lagere interconnectieopbrengsten en opbrengsten uit telefoons, gedeeltelijk gecompenseerd door 23% hogere opbrengsten uit onze groothandelsdiensten tegenover KW4 van vorig jaar.
In het jaar tot 31 december 2020 bedroegen onze totale bedrijfskosten € 1.981,1 miljoen, een stijging met 4% tegenover vorig jaar. Onze totale bedrijfskosten in 2020 weerspiegelden (i) de reeds genoemde nietorganische impacten van de overname van De Vijver Media en de fusie van SFR-Coditel met Eltrona en (ii) een bijzondere waardevermindering op goodwill van € 32,9 miljoen voor De Vijver Media na de herziening van hun strategische langetermijnplan. De totale bedrijfskosten kwamen overeen met ongeveer 77% van de bedrijfsopbrengsten in het jaar tot 31 december 2020 (volledig jaar 2019: ongeveer 73%). Voor het volledige jaar 2020 kwam de kostprijs van geleverde diensten als percentage van de opbrengsten overeen met ongeveer 54% (volledig jaar 2019: ongeveer 52%) en vertegenwoordigden de verkoop-, algemene en administratiekosten ongeveer 23% van de totale bedrijfsopbrengsten in 2020 (volledig jaar 2019: ongeveer 21%).
Onze operationele kosten, namelijk (i) onze netwerkexploitatiekosten, (ii) directe kosten, (iii) personeelskosten, (iv) verkoop- en marketingkosten, (v) kosten voor uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten en (vi) overige indirecte kosten, daalden op gerapporteerde basis met bijna 1% in het jaar tot 31 december 2020, niettegenstaande de reeds vermelde niet-organische impacten en wijzigingen in de IFRS-verwerking van bepaalde contentgerelateerde kosten voor onze premium entertainmentpakketten en de uitzendrechten voor het Belgische voetbal als gevolg van wijzigingen van de onderliggende contracten (zie 2. Belangrijkste financiële ontwikkelingen voor meer informatie). Op rebased basis daalden onze operationele kosten in het volledige jaar 2020 met bijna 5% vergeleken met vorig jaar. Dit was vooral het gevolg van (i) een daling met 8% (€ 46,1 miljoen) van onze directe kosten dankzij beduidend lagere interconnectie- en roamingkosten en lagere kosten voor de aankoop van telefoons tijdens de COVID-19pandemie, (ii) een daling met 26% (€ 9,8 miljoen) van de kosten voor uitbestede arbeidsdiensten, (iii) een daling met 4% (€ 4,3 miljoen) van onze verkoop- en marketingkosten, vooral als gevolg van de lagere commerciële activiteit in H1 2020 vanwege de COVID-19-pandemie, ondanks een verwacht herstel in H2 2020 als gevolg van de toegenomen economische activiteit, en (iv) een daling met 2% van onze indirecte kosten, vooral vanwege lagere IT-kosten en kosten voor uitbestede call centers.
In KW4 2020 bedroegen onze totale kosten € 538,1 miljoen, versus € 501,0 miljoen in KW4 2019. Onze operationele kosten in het kwartaal stegen met bijna 2% jaar-op-jaar op gerapporteerde basis als gevolg van de reeds vermelde wijzigingen van het IFRS-verwerking van bepaalde contentgerelateerde kosten voor onze premium entertainmentpakketten en de uitzendrechten voor het Belgische voetbal als gevolg van wijzigingen van de onderliggende contracten alsook de vermelde niet-organische impact van de fusie van SFR-Coditel met Eltrona. Op rebased basis daalden onze operationele kosten beduidend met meer dan 2%, aangezien de lagere interconnectiekosten en lagere kosten voor uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten de reeds genoemde stijging van de personeelskosten en andere indirecte kosten in het vierde kwartaal ruim neutraliseerden.
De netwerkexploitatiekosten voor het jaar tot 31 december 2020 bedroegen € 198,2 miljoen (KW4 2020: € 48,4 miljoen), een stijging met meer dan 1% jaar-op-jaar op zowel gerapporteerde als rebased basis. De stijging houdt verband met hogere kosten voor het kernnetwerk en een groter aandeel technische interventies bij klanten thuis, als gevolg van de toename van het telewerken tijdens de COVID-19-pandemie.
Onze directe kosten omvatten al onze directe uitgaven zoals (i) programmering en auteursrechten, met inbegrip sinds KW3 2020 van de kosten voor de aankoop van content voor onze pakketten 'Streamz', 'Streamz+' en 'Play More', naast de kosten van de uitzendrechten van het Belgische voetbal, (ii) interconnectiekosten en (iii) de verkoop en subsidiëring van telefoons. In het jaar tot 31 december 2020 bedroegen onze directe kosten € 514,4 miljoen, een daling met 2% tegenover het jaar 2019. Op rebased basis daalden onze directe kosten in het jaar tot 31 december 2020 met 8% jaar-op-jaar, vanwege beduidend lagere interconnectie- en roamingkosten en lagere programmeringskosten. In KW4 2020 bedroegen onze directe kosten € 144,9 miljoen, bijna 1% meer dan in dezelfde periode van vorig jaar. Op rebased basis daalden onze directe kosten met bijna 8% jaar-op-jaar aangezien door beduidend lagere interconnectie- en programmeringskosten.
De personeelskosten voor het jaar tot 31 december 2020 bedroegen € 271,1 miljoen (KW4 2020: € 73,2 miljoen), een stijging met 4% vergeleken met vorig jaar, als weerspiegeling van de voornoemde nietorganische impact. Op rebased basis stegen de personeelskosten voor het jaar tot 31 december 2020 met bijna 1% tegenover vorig jaar, als gevolg van een groter gemiddeld personeelsbestand vergeleken met vorig jaar.
Onze verkoop- en marketingkosten voor het jaar tot 31 december 2020 bedroegen € 95,6 miljoen, een daling met 1% jaar-op-jaar als gevolg van de impact van COVID-19 op onze marketing- en retailactiviteit. Op rebased basis daalden de verkoop- en marketingkosten in 2020 met bijna 4% jaar-op-jaar, grotendeels wegens dezelfde reden. In KW4 2020 bedroegen de verkoop- en marketingkosten € 32,4 miljoen, een stijging met 2% tegenover KW4 2019. Op rebased basis stegen de verkoop- en marketingkosten met 2% vergeleken met hetzelfde kwartaal van vorig jaar als gevolg van de promotiecampagnes op het eind van het jaar en de verwachte verhoging van onze commerciële activiteit.
De kosten voor uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten bedroegen in het jaar tot 31 december 2020 € 28,4 miljoen (KW4 2020: € 7,3 miljoen), een daling met 26% op zowel gerapporteerde als rebased basis als gevolg van de COVID-19-pandemie en een aanhoudend strakke kostenbeheersing.
De overige indirecte kosten bedroegen € 89,5 miljoen voor het jaar tot 31 december 2020 (KW4 2020: € 22,0 miljoen), een daling met 1% tegenover vorig jaar op gerapporteerde basis. Op rebased basis daalden de overige indirecte kosten met 2% jaar-op-jaar, vooral vanwege lagere IT-kosten en onze aanhoudende focus op operationele leverage en een strakke kostenbeheersing.
De waardeverminderingen en afschrijvingen, met inbegrip van de bijzondere waardevermindering van activa met lange levensduur, winst op de verkoop van activa en herstructureringskosten, bedroegen € 749,4 miljoen in het jaar tot 31 december 2020 (KW4 2020: € 196,7 miljoen) vergeleken met € 676,2 miljoen vorig jaar, en omvatten de reeds genoemde bijzondere waardevermindering op goodwill van € 32,9 miljoen.
In het jaar tot 31 december 2020 bedroegen de netto financiële kosten € 233,1 miljoen, vergeleken met € 332,2 miljoen in 2019, een verbetering met 30% jaar-op-jaar. De financiële opbrengsten stegen van € 24,7 miljoen vorig jaar naar € 241,1 miljoen voor het volledige jaar 2020. De beduidende stijging jaar-op-jaar weerspiegelde vooral een niet-geldelijke wisselkoerswinst van € 240,2 miljoen op onze in USD luidende schuld in 2020, vergeleken met een niet-geldelijke winst op onze derivaten van € 23,9 miljoen in 2019. Zoals in detail beschreven in 2.8. Schuldprofiel, kassaldo en netto hefboomratio, is onze in USD luidende schuld ingedekt tot op het einde van de respectieve vervaldatums, zodat de impact van wisselkoersfluctuaties op onze kasstromen tot het minimum beperkt blijft. De financiële kosten voor het jaar tot 31 december 2020 stegen met 33% naar € 474,2 miljoen, vergeleken met € 356,9 miljoen in 2019. De financiële kosten voor het volledige jaar 2020 omvatten (i) een niet-geldelijk verlies van € 252,2 miljoen op derivaten, (ii) € 206,8 miljoen aan netto interestkosten, wisselkoersverliezen en overige financiële kosten (-33% jaar-op-jaar) en (iii) een verlies van € 15,2 miljoen op de aflossing van schulden na de herfinanciering in januari 2020 van onze in euro en USD luidende termijnleningen.
De netto financiële kosten in KW4 2020 bedroegen € 79,8 miljoen, vergeleken met € 37,2 miljoen in KW4 2019, en omvatten een niet-geldelijke wisselkoerswinst van € 115,4 miljoen op onze in USD luidende schuld. De netto financiële kosten in KW4 2020 weerspiegelden ook een niet-geldelijk verlies van € 148,4 miljoen op onze derivaten, tegenover een niet-geldelijke winst van € 16,3 miljoen in KW4 van vorig jaar.
In het jaar 2020 noteerden wij een winst van € 27,5 miljoen op de verkoop van aandelen in een dochteronderneming.
Wij noteerden € 50,7 miljoen winstbelastingen voor het jaar tot 31 december 2020 (KW4 2020: € 7,2 miljoen) vergeleken met € 117,9 miljoen in 2019. Onze winstbelastingen voor het jaar tot 31 december 2020 werden gunstig beïnvloed door de opname van de aftrek voor innovatie-inkomsten in het eerste kwartaal van 2020, met inbegrip van een eenmalig effect van aftrekken voor vorige periodes.
In het jaar tot 31 december 2020 boekten we een nettowinst van € 338,5 miljoen, vergeleken met € 234,6 miljoen vorig jaar. De stijging van onze nettowinst met 44% was voornamelijk te danken aan (i) beduidend lagere netto financiële kosten in de periode, (ii) lagere belastingkosten, zoals al vermeld en (iii) de reeds vermelde winst op de verkoop van aandelen in een dochteronderneming. In het jaar tot 31 december 2020 realiseerden we een gezonde netto winstmarge van 13,1%, vergeleken met een netto winstmarge van 9,1% vorig jaar.
In KW4 2020 bedroeg de nettowinst € 40,4 miljoen, vergeleken met € 91,7 miljoen in KW4 van vorig jaar. De daling met 56% jaar-op-jaar was het gevolg van een niet-geldelijk verlies van € 148,4 miljoen op derivaten in KW4 2020 en een daling van onze bedrijfswinst met 26% jaar-op-jaar. Onze nettowinstmarge vertegenwoordigde 6,1% in KW4 2020 tegenover 13,6% in KW4 2019.
In het jaar tot 31 december 2020 realiseerden wij een Adjusted EBITDA van € 1.378,0 miljoen, grotendeels stabiel tegenover de € 1.375,4 miljoen in het volledige jaar 2019. Onze Adjusted EBITDA in het jaar tot 31 december 2020 omvatte de impacten van (i) onze verwerving van De Vijver Media (volledig geconsolideerd sinds 3 juni 2019), (ii) de desinvestering van onze voormalige kabelactiviteit in Luxemburg (gedeconsolideerd vanaf 1 april 2020) en (iii) wijzigingen in de IFRS-verwerking van bepaalde contentgerelateerde kosten voor onze premium entertainmentpakketten en de uitzendrechten voor het Belgische voetbal als gevolg van wijzigingen van de onderliggende contracten (zie 2. Belangrijkste financiële ontwikkelingen voor meer informatie). Op rebased basis en deze impacten buiten beschouwing gelaten, steeg onze Adjusted EBITDA in het jaar 2020 bescheiden met minder dan 1% (+0,5%), als gevolg van (i) een daling met 8% van onze directe kosten, (ii) een daling met 26% van de kosten voor uitbestede arbeidsdiensten, (iii) een daling met 4% van onze verkoop- en marketingkosten en (iv) een daling met 2% van onze indirecte kosten. Daarmee realiseerden wij onze rebased prognose voor de Adjusted EBITDA voor het volledige jaar 2020, aangepast van een daling met ongeveer 1% naar grotendeels stabiel, zoals meegedeeld tijdens de publicatie van onze resultaten voor KW3 2020. Wij bereikten voor het volledige jaar 2020 een Adjusted EBITDA-marge van 53,5%, vergeleken met 53,2% in 2019. Op rebased basis verhoogden wij onze Adjusted EBITDA-marge met 130 basispunten vergeleken met vorig jaar.
In KW4 2020 realiseerden we een Adjusted EBITDA van € 336,9 miljoen, 4% lager dan in dezelfde periode van vorig jaar, toen onze Adjusted EBITDA € 350,9 miljoen bedroeg. Dit weerspiegelde de reeds vermelde desinvestering van onze kabelactiviteit in Luxemburg en de reeds vermelde gewijzigde IFRS-verwerking voor de uitzendrechten van het Belgische voetbal en premium content, door wijzigingen in de onderliggende contracten. Op rebased basis steeg onze Adjusted EBITDA in KW4 2020 met bijna 1% (+0,7%) vergeleken met dezelfde periode van vorig jaar, dankzij (i) lagere directe kosten en (ii) lagere kosten van uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten. Wij realiseerden in het kwartaal een Adjusted EBITDA-marge van 50,7% vergeleken met 52,1% vorig jaar op gerapporteerde basis. Op rebased basis slaagden wij erin onze Adjusted EBITDA-marge met 80 basispunten te verhogen vergeleken met KW4 2019.
| (in € miljoen) | Voor de drie maanden afgesloten op |
Voor het jaar afgesloten op |
|||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 31 december | 31 december | ||||||
| 2020 | 2019 | % Verschil | 2020 | 2019 | % Verschil | ||
| Winst over de verslagperiode | 40,4 | 91,7 | (56) % | 338,5 | 234,6 | 44 % | |
| Belastingen | 7,2 | 44,1 | (84) % | 50,7 | 117,9 | (57) % | |
| Aandeel in het resultaat van geassocieerde deelnemingen |
(1,4) | (0,7) | 100 % | (0,7) | 0,9 | N.M. | |
| Verlies (winst) uit de verkoop van activa/ verplichtingen betreffende een dochtervennootschap of een joint venture |
1,0 | — | 100% | (27,5) | (0,1) | N.M. | |
| Netto financiële kosten (opbrengsten) | 79,8 | 37,2 | 115 % | 233,1 | 332,2 | (30) % | |
| Afschrijvingen, waardeverminderingen en winst op de verkoop van activa |
196,5 | 176,8 | 11 % | 743,9 | 675,5 | 10 % | |
| EBITDA | 323,5 | 349,1 | (7) % | 1.338,0 | 1.361,0 | (2) % | |
| Vergoeding op basis van aandelen | 11,0 | 2,2 | 400 % | 29,8 | 13,0 | 129 % | |
| Operationele kosten betreffende overnames of desinvesteringen |
2,2 | 0,2 | 1.000 % | 5,3 | 0,7 | 657 % | |
| Herstructureringskosten | 0,2 | (0,6) | N.M. | 5,5 | 0,7 | 686 % | |
| Aanpassingen van toewijzingsverschillen tijdens de verwerkingsperiode m.b.t. overnames |
— | — | —% | (0,6) | — | 100% | |
| Adjusted EBITDA | 336,9 | 350,9 | (4) % | 1.378,0 | 1.375,4 | — % | |
| Adjusted EBITDA-marge | 50,7 % | 52,1 % | 53,5 % | 53,2 % | |||
| Nettowinstmarge | 6,1 % | 13,6 % | 13,1 % | 9,1 % |
N.M. - Not Meaningful (Niet Betekenisvol)
De toe te rekenen bedrijfsinvesteringen voor het jaar tot 31 december 2020 bedroegen € 597,0 miljoen, een stijging met bijna 2% tegenover vorig jaar en het equivalent van ongeveer 23% van de opbrengsten in de periode. Onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen voor het volledige jaar 2020 omvatten de impact van (i) onze overname van De Vijver Media (volledig geconsolideerd sinds 3 juni 2019), (ii) de desinvestering van onze voormalige kabelactiviteit in Luxemburg (gedeconsolideerd vanaf 1 april 2020), (iii) beduidend hogere lease-gerelateerde kapitaaltoevoegingen en (iv) de opname van bepaalde voetbaluitzendrechten van de Belgische Jupiler Pro League in het derde kwartaal van 2020. Onze toe te rekenen investeringsuitgaven in het volledige jaar 2019 omvatten de opname van de uitzendrechten van de Engelse Premier League voor drie seizoenen. Overeenkomstig de EU IFRS zijn deze uitzendrechten geactiveerd als immateriële vaste activa en worden ze afgeschreven naarmate de voetbalseizoenen vorderen. De opname van voetbaluitzendrechten en de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen in verband met bepaalde leases in beide perioden buiten beschouwing gelaten en consistent met de basis van onze groeivooruitzichten (CAGR) voor de operationele vrije kasstroom 2018-2021, daalden onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen in het jaar tot 31 december 2020 licht met 1% jaar-op-jaar en vertegenwoordigden ze ongeveer 21% van onze opbrengsten in 2020.
In KW4 2020 stegen onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen met 7% van € 158,7 miljoen in KW4 vorig jaar naar € 169,5 miljoen, het equivalent van ongeveer 25% van de opbrengsten in het kwartaal. Onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen in KW4 2020 omvatten veel hogere lease-gerelateerde kapitaaltoevoegingen, vergeleken met de periode van vorig jaar. De opname van de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen in verband met bepaalde leases in beide perioden buiten beschouwing gelaten, en consistent met de basis van onze groeivooruitzichten (CAGR) voor de operationele vrije kasstroom 2018-2021, vertegenwoordigden onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen ongeveer 21% van onze bedrijfsopbrengsten en daalden ze met 9% jaar-opjaar.
De bedrijfsinvesteringen voor installaties bij klanten, die onze uitgaven in verband met settopboxen, modems en wifi-powerlines omvatten, vertegenwoordigden € 93,8 miljoen in 2020 (KW4 2020: € 19,7 miljoen). Dit vertegenwoordigde een daling met 2% jaar-op-jaar als gevolg van de COVID-19-pandemie en hogere investeringen in 2019 in verband met onze succesvolle campagnes voor thuisconnectiviteit en de lancering van onze settopbox van de volgende generatie. De bedrijfsinvesteringen voor installaties bij klanten voor het jaar tot 31 december 2020 vertegenwoordigden ongeveer 16% van onze totale toe te rekenen bedrijfsinvesteringen (de opname van bepaalde voetbaluitzendrechten buiten beschouwing gelaten).
De toe te rekenen bedrijfsinvesteringen voor de uitbreiding en upgrades van het netwerk bedroegen € 77,6 miljoen voor het volledige jaar 2020 (KW4 2020: € 19,2 miljoen), een daling met 29% tegenover vorig jaar en voornamelijk een weerspiegeling van de vrijwel volledige voltooiing van onze programma's voor de verbetering van onze vaste en mobiele netwerkinfrastructuur, en in mindere mate van de impact van COVID-19 op onze werking op het terrein. In het jaar tot 31 december 2020 vertegenwoordigden de netwerkgerelateerde bedrijfsinvesteringen ongeveer 13% van onze totale toe te rekenen bedrijfsinvesteringen (de opname van bepaalde voetbaluitzendrechten buiten beschouwing gelaten).
De bedrijfsinvesteringen voor producten en diensten, die onder meer onze investeringen in productontwikkeling en de upgrade van onze IT-platformen en -systemen weerspiegelen, bedroegen in totaal € 153,4 miljoen in 2020 (KW4 2020: € 44,2 miljoen). Dit is een sterke stijging met 37% jaar-op-jaar en weerspiegelt de hogere uitgaven voor ons IT-upgradeprogramma. De bedrijfsinvesteringen voor producten en diensten vertegenwoordigden ongeveer 26% van de totale toe te rekenen bedrijfsinvesteringen voor het jaar tot 31 december 2020 (de opname van bepaalde voetbaluitzendrechten buiten beschouwing gelaten).
Het restant van onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen omvat (i) herstellingen en vervangingen van netwerkapparatuur, (ii) kosten voor de aankoop van sport en programmering, met inbegrip van bepaalde door De Vijver Media verworven content, (iii) bepaalde recurrente investeringen in ons IT-platform en onze ITsystemen en (iv) lease-gerelateerde kapitaaltoevoegingen. Die bedroegen € 272,2 miljoen voor het jaar tot 31 december 2020 (KW4 2020: € 86,4 miljoen), een stijging met 1% tegenover vorig jaar.
Het bovenstaande impliceert dat ongeveer 55% van onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen voor het jaar tot 31 december 2020 (de opname van bepaalde voetbaluitzendrechten buiten beschouwing gelaten) schaalbaar waren en verband hielden met de groei van het aantal abonnees. Wij blijven er nauwlettend op toezien dat onze bedrijfsinvesteringen de opbrengsten incrementeel doen stijgen.
| (in € miljoen) | Voor de drie maanden afgesloten op 31 december |
Voor het jaar afgesloten op 31 december |
||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| 2020 | 2018 | % Verschil | 2020 | 2019 | % Verschil | |
| Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen | 169,5 | 158,7 | 7 % | 597,0 | 586,9 | 2 % |
| Activa verworven via kapitaalgerelateerde financieringsregelingen met leveranciers |
(16,3) | (23,3) | (30) % | (80,8) | (210,6) | (62) % |
| Activa verworven onder lease-overeenkomsten | (43,3) | (11,2) | 287 % | (90,6) | (64,1) | 41 % |
| Veranderingen in kortlopende verplichtingen gerelateerd aan bedrijfsinvesteringen |
25,3 | (0,5) | N.M. | 46,2 | 99,7 | (54) % |
| Geldelijke bedrijfsinvesteringen | 135,2 | 123,7 | 9 % | 471,8 | 411,9 | 15 % |
We behaalden een operationele vrije kasstroom van € 787.0 miljoen voor het jaar tot 31 december 2020 vergeleken met € 821,3 miljoen in 2019. De daling van 4% jaar-op-jaar was voornamelijk het gevolg van hogere Iease-gerelateerde kapitaaltoevoegingen in KW4 2020. Op rebased basis en de opname van de voetbaluitzendrechten en de impact van de kapitaaltoevoegingen in verband met bepaalde leases op onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen buiten beschouwing gelaten, steeg onze operationele vrije kasstroom met bijna 3% tegenover het volledige jaar 2019 en overtrof hij onze prognose voor het volledige jaar 2020 met 1 tot 2%.
In KW4 2020 bedroeg onze operationele vrije kasstroom € 167,4 miljoen, wat neerkomt op een daling van 14% ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar als gevolg van hogere lease gerelateerde kapitaaltoevoegingen zoals hierboven vermeld. Op rebased basis en de impact van de kapitaaltoevoegingen in verband met bepaalde leases op onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen buiten beschouwing gelaten, steeg onze operationele vrije kasstroom voor KW4 2020 met bijna 6% ten opzichte van KW4 2019.
| (in € miljoen) | Voor de drie maanden afgesloten op 31 december |
Voor het jaar afgesloten op 31 december |
||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| 2020 | 2019 | % Verschil | 2020 | 2019 | % Verschil | |
| Adjusted EBITDA | 336,9 | 350,9 | (4) % | 1.378,0 | 1.375,4 | — % |
| Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen Opname van voetbaluitzendrechten |
(169,5) — |
(158,7) 1,8 |
7 % (100) % |
(597,0) 6,0 |
(586,9) 32,8 |
2 % (82) % |
| Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen, exclusief de opname van voetbaluitzendrechten |
(169,5) | (156,9) | 8 % | (591,0) | (554,1) | 7 % |
| Operationele vrije kasstroom | 167,4 | 194,0 | (14) % | 787,0 | 821,3 | (4) % |
In het jaar tot 31 december 2020 genereerden onze activiteiten een netto kasstroom van € 1.057,4 miljoen, vergeleken met € 1.092,5 miljoen vorig jaar. De netto kasstroom uit bedrijfsactiviteiten voor het jaar tot 31 december 2020 omvatte de impact van onze overname van De Vijver Media (volledig geconsolideerd sinds 3 juni 2019) en de desinvestering van onze voormalige kabelactiviteit in Luxemburg (gedeconsolideerd vanaf 1 april 2020). Onze netto kasstroom uit bedrijfsactiviteiten daalde met 3% jaar-op-jaar aangezien een daling van de geldelijke belastingen met € 49,4 miljoen tegenover 2019 en € 16,5 miljoen lagere contante rentelasten en derivatenkosten als gevolg van recente herfinancieringstransacties ruimschoots ongedaan werden gemaakt door een € 81,3 miljoen lagere trend van ons werkkapitaal vergeleken met vorig jaar.
In KW4 2020 bedroeg de netto kasstroom uit bedrijfsactiviteiten € 327,5 miljoen, een daling met 3% vergeleken met KW4 2019, voornamelijk als gevolg van de reeds vermelde daling van onze Adjusted EBITDA.
In het jaar tot 31 december 2020 bedroeg de netto kasstroom die werd gebruikt in investeringsactiviteiten € 475,6 miljoen, tegenover € 432,0 miljoen in 2019. De stijging met 10% van onze netto kasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten weerspiegelde (i) de reeds genoemde niet-organische impacts, (ii) 15% hogere contante bedrijfsinvesteringen als gevolg van een kleiner aantal via ons leverancierskredietprogramma verworven activa, en (iii) de reeds vermelde verwerving van een aandeel van 34% in de Luxemburgse kabeloperator Eltrona van Post Luxembourg.
In KW4 2020 gebruikten we een netto kasstroom van € 139,1 miljoen in investeringsactiviteiten, een stijging met 9% tegenover dezelfde periode van vorig jaar, grotendeels als gevolg van de lagere contante bedrijfsinvesteringen dan in KW4 van vorig jaar.
Wij gebruiken een leverancierskredietprogramma waarmee we onze betalingstermijnen voor bepaalde leveranciers tegen aantrekkelijke all-in kosten konden verlengen tot 360 dagen. In het volledige jaar 2020 verwierven we € 80,8 miljoen aan activa via kapitaalgerelateerd leverancierskrediet (KW4 2020: € 16,3 miljoen), met een positief effect op de netto kasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten voor eenzelfde bedrag. Dit vertegenwoordigde een daling met 62% en 30% jaar-op-jaar tegenover respectievelijk het volledige jaar 2019 en KW4 2019. Raadpleeg Sectie 2.5 - Bedrijfsinvesteringen voor een reconciliatie tussen de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen en de contante bedrijfsinvesteringen.
In het jaar tot 31 december 2020 bedroeg de netto kasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten € 601,2 miljoen, tegenover € 647,3 miljoen netto kasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten in 2019. De netto kasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten voor het jaar tot 31 december 2020 weerspiegelde voornamelijk de aanhoudende uitvoering van ons aandeelhoudersvergoedingsbeleid dat tijdens de Capital Markets Day in december 2018 werd voorgesteld. In mei 2020 keerden wij een bruto slotdividend van € 1,3050 per aandeel uit en in december 2020 keerden wij een bruto slotdividend van € 1,3750 per aandeel uit in het kader van ons strakkere aandeelhoudersvergoedingsbeleid, met een drempel voor het bruto dividend van € 2,75 per aandeel. In totaal vergoedden wij onze aandeelhouders in 2020 met € 292,3 miljoen dividenden, tegenover € 62,8 miljoen in 2019. In de eerste helft van 2020 besteedden wij bovendien € 34,4 miljoen aan de inkoop van aandelen in het kader van ons Aandeleninkoopprogramma 2020. In dit programma verwierven wij in maart 2020 1,1 miljoen aandelen aan een gemiddelde prijs van € 30,43. De netto kasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten voor het jaar tot 31 december 2020 omvatte ook een netto kasuitstroom van € 158,3 miljoen gerelateerd aan de aflossing van leningen, met inbegrip van de vrijwillige aflossing van 10% van onze 3,50% € 600,0 miljoen Senior Secured Fixed Rate Notes die in maart 2028 vervallen, voor een totaal bedrag van € 56,6 miljoen, en geplande aflossingen van onze kortlopende verplichtingen voor leverancierskredieten. Wij betaalden ook € 13,8 miljoen schulduitgiftekosten voor in de eerste helft van 2020 voltooide herfinancieringen van schulden. De rest van de netto kasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten bestond hoofdzakelijk uit terugbetalingen van financiële leases en andere financiële betalingen.
In KW4 2020 gebruikten wij een netto kasstroom in financieringsactiviteiten van € 190,6 miljoen, tegenover een netto kasstroom van € 192,0 miljoen in KW4 van vorig jaar, met inbegrip van de voornoemde tussentijdse dividenduitkering in KW4 2020 (€ 150,0 miljoen).
In het jaar tot 31 december 2020 genereerden we een aangepaste vrije kasstroom van € 415,8 miljoen, tegenover € 391,0 miljoen vorig jaar. Daarmee realiseerden wij onze prognose voor het volledige jaar 2020, met een resultaat onderaan het verwachte bereik van € 415,0 - 435,0 miljoen. Vergeleken met 2019 steeg onze aangepaste vrije kasstroom met 6%, ondanks een € 3,9 miljoen negatieve bijdrage van ons leverancierskredietprogramma. Die impact buiten beschouwing gelaten, zou onze aangepaste vrije kasstroom iets hoger geweest zijn.
Onze aangepaste vrije kasstroom in KW4 2020 was € 157,3 miljoen, tegenover € 120,9 miljoen in dezelfde periode van vorig jaar. Onze aangepaste vrije kasstroom in het kwartaal omvatte een positieve bijdrage van € 10,7 miljoen van ons leverancierskredietprogramma, vergeleken met een negatieve bijdrage van € 39,9 miljoen in KW4 2019. Die impact buiten beschouwing gelaten zou onze aangepaste vrije kasstroom gedaald zijn tegenover hetzelfde kwartaal van vorig jaar.
Op 31 december 2020 bedroeg ons totale schuldsaldo (inclusief toe te rekenen interest) € 5.417,9 miljoen, waarvan een hoofdsom van € 1.358,0 miljoen verband houdt met de in € en USD luidende Senior Secured Fixed Rate Notes, die in maart 2028 vervallen, en met een hoofdsom van € 2.987,2 miljoen die verschuldigd is onder onze Amended Senior Credit Facility 2020, met looptijden variërend van april 2028 tot en met 20 april. Ons totale schuldsaldo op 31 december 2020 omvatte ook een hoofdsom van € 351,0 miljoen in verband met ons leverancierskredietprogramma, terwijl het restant voornamelijk bestaat uit leaseverplichtingen in verband met de overname van Interkabel en andere leaseverplichtingen.
Op 31 december 2020 hadden wij € 351,0 miljoen kortetermijnschulden in verband met ons leverancierskredietprogramma; al deze schulden vervallen in minder dan twaalf maanden. Dit was een bescheiden daling met € 3,9 miljoen tegenover 31 december 2019 en beïnvloedde onze aangepaste vrije kasstroom met hetzelfde bedrag. In KW4 2020 kenden de uitstaande verbintenissen onder ons leverancierskredietprogramma een verwachte stijging met € 10,7 miljoen tegenover het vorige kwartaal. Eind oktober 2020 werd de op onze toekomstige kortlopende verbintenissen in het leverancierskredietprogramma toepasselijke marge nogmaals met 15 basispunten verlaagd, naar 1,95% boven de EURIBOR met een bodemrente van 0%. Deze verlaagde rentekosten komen bovenop een margeverlaging met het equivalent van 15 basispunten in februari 2020. Gelet op de reeds vermelde omvang van het programma zal dit onze aangepaste vrije kasstroom licht doen stijgen in 2021 en daarna.
In de eerste helft van 2020 voltooiden wij verscheidene waardeverhogende (her)financieringstransacties, waaronder (i) de succesvolle uitgifte van een nieuwe termijnlening op 8,25 jaar van USD 2.295 miljoen ('Faciliteit AR') en een nieuwe termijnlening op 9,25 jaar van € 1.110 miljoen ('Faciliteit AQ') in januari 2020, (ii) de uitgifte van een nieuw wentelkrediet op 6,2 jaar van € 510,0 miljoen in april 2020 (Wentelkrediet I) en (iii) de terugkoop in april 2020 van 10% van onze 3,50% € 600,0 miljoen Senior Fixed Rate Notes die in maart 2028 vervallen. In KW4 2020 verlengden we ons bilaterale wentelkrediet van € 20,0 miljoen met nogmaals vijf jaar tot 30 september 2026. De toepasselijke marge onder het verlengde krediet is vastgelegd op 2,25% boven de EURIBOR (met een bodemrente van 0%), dezelfde marge als die van ons Wentelkrediet I, dat ook vervalt in 2026. Het verlengde wentelkrediet kan normaal voor algemene ondernemingsdoeleinden worden gebruikt.
De kortlopende verplichtingen voor ons leverancierskredietprogramma buiten beschouwing gelaten, hebben wij geen schulden die voor maart 2028 vervallen, met een gewogen gemiddelde looptijd van ongeveer 7,5 jaar op 31 december 2020. Daarnaast hadden wij op 31 december 2020 ook volledig toegang tot € 555,0 miljoen niet-opgenomen verbintenissen onder onze wentelkredietfaciliteiten, met bepaalde beschikbaarheden tot mei 2026.
De onderstaande tabel geeft een overzicht van de hoofdsommen van onze belangrijkste schuldinstrumenten en betalingsschema op 31 december 2020.
| Totale faciliteit per |
Opge nomen bedrag |
Niet opge nomen bedrag |
Vervaldag | Interestvoet | Interestbetaling verschuldigd |
|
|---|---|---|---|---|---|---|
| 31 december 2020 | ||||||
| (in € miljoen) | ||||||
| 2020 Gewijzigde Senior Credit Facility |
||||||
| Termijnlening AR | 1.877,2 | 1.877,2 | — | 30 april 2028 | Vlottend 6-maand LIBOR (0% bodem) + 2,00% |
Maandelijks |
| Termijnlening AQ | 1.110,0 | 1.110,0 | — | 30 april 2029 | Vlottend 6-maand EURIBOR (0% bodem) + 2,25% |
Halfjaarlijks (jan. en juli) |
| Wentelkrediet I | 510,0 | — | 510,0 | 31 mei 2026 | Vlottend 6-maand EURIBOR (0% bodem) + 2,25% |
Driemaandelijks (enkel reserveringsprovisie) |
| Senior Secured Fixed Rate Notes |
||||||
| €600 miljoen Senior Secured Notes met vervaldag 2028 (Faciliteit AK) |
540,0 | 540,0 | — | 1 maart 2028 | Vast 3,50% | Halfjaarlijks (jan. en juli) |
| USD 1 miljard Senior Secured Notes met vervaldag 2028 (Faciliteit AJ) |
818,0 | 818,0 | — | 1 maart 2028 | Vast 5,50% | Halfjaarlijks (jan. en juli) |
| Overige | ||||||
| Wentelkrediet | 20,0 | — | 20,0 | 30 september 2026 |
Vlottend 1-maand EURIBOR (0% bodem) + 2,25% |
Driemaandelijks (enkel reserveringsprovisie) |
| Overdraft-faciliteit | 25,0 | — | 25,0 | 31 december 2021 |
Vlottend 1-maand EURIBOR (0% floor) + 1,60% |
Driemaandelijks (enkel reserveringsprovisie) |
| Totaal nominaal bedrag | 4.900,2 | 4.345,2 | 555,0 |
Toelichting: In bovenstaande tabel werd Telenets USD-luidende schuld omgerekend naar € op basis van de EUR/USD wisselkoers op 31 december 2020. Aangezien Telenet verscheidende derivaatcontracten heeft afgesloten om zowel de onderliggende variabele interestvoet als de wisselkoersrisico's af te dekken bedroeg het overeenkomstige €-ingedekte bedrag respectievelijk € 2.041,5 miljoen (USD 2.295,0 miljoen Termijnlening AR) en € 882,8 miljoen (USD 1,0 miljard Senior Secured Notes die in 2028 vervallen). Voor de berekening van de netto totale schuldgraad gebruikt Telenet het overeenkomstige €-ingedekte bedrag gelet op de onderliggende blootstelling aan de werkelijke economische risico's.
Op 31 december 2020 hielden wij € 82,0 miljoen aan geldmiddelen en kasequivalenten aan, vergeleken met € 84,2 miljoen op 30 september 2020 en € 101,4 miljoen op 31 december 2019. Om de concentratie van het tegenpartijrisico zoveel mogelijk te beperken, plaatsen wij onze kasequivalenten en geldmarktfondsen met een AAA-rating bij Europese en Amerikaanse financiële instellingen met een hoge kredietwaardigheid en streven wij naar de investering van ten minste 75% van onze geldmiddelen en kasequivalenten in geldmarktfondsen met een AAA-rating.
Vergeleken met 31 december 2019 daalde ons kassaldo op 31 december 2020 met € 19,4 miljoen ondanks de sterke aangepaste vrije kasstroom die we in 2020 genereerden. In de loop van 2020 gebruikten wij een substantieel en groeiend deel van onze aangepaste vrije kasstroom voor ons aandeelhoudersvergoedingsbeleid, dat we in december 2018 meedeelden in het kader van onze Capital Markets Day en in oktober 2020 verstrakten met de invoering van een drempel voor het bruto dividend van € 2,75 per aandeel. In 2020 betaalden wij in totaal € 292,3 miljoen dividenden uit, met inbegrip van een betaling van een bruto dividend van € 1,3050 per aandeel in mei 2020 en een tussentijds bruto dividend van € 1,3750 per aandeel in december 2020. Mits goedkeuring door de aandeelhouders in april van dit jaar hebben wij de intentie om begin mei 2021 de resterende helft van de reeds vermelde dividenddrempel uit te keren. Wij gebruikten ook een netto kasstroom van € 34,4 miljoen in het Aandeleninkoopprogramma 2020, waarin we 1,1 miljoen aandelen inkochten. Wij losten in april ook 10% af van onze 3,50% € 600,0 miljoen Senior Fixed Rate Notes met vervaldag in maart 2028, voor een totaalbedrag van € 56,6 miljoen. Tot slot betaalden wij € 13,8 miljoen schulduitgiftekosten in verband met in de eerste helft van 2020 voltooide herfinancieringen van schulden.
Naast ons beschikbare kassaldo van € 82,0 miljoen op 31 december 2020 hadden wij ook toegang tot € 555,0 miljoen aan beschikbare toezeggingen onder onze Amended Senior Credit Facility 2020 en andere wentelkredietfaciliteiten, mits naleving van de hierna vermelde convenanten.
Tijdens de Capital Markets Day in december 2018 – met een update eind oktober vorig jaar, toen we ons aandeelhoudersvergoedingsbeleid verstrakten – herbevestigden wij ons schuldgraadkader, dat behouden blijft op 3,5x tot 4,5x netto totale schuld tegenover geconsolideerde Adjusted EBITDA op jaarbasis ('netto totale schuldgraad'). Zonder wezenlijke overnames en/of beduidende wijzigingen van onze activiteiten of van de regulatoire omgeving, willen wij met een aantrekkelijk en houdbaar niveau van aandeelhoudersuitkeringen in de buurt van het middelpunt van 4,0x blijven. Dit omvat nu een drempel voor het bruto dividend van € 2,75 per aandeel, aan de bovengrens van het vorige bereik van 50-70% als percentage van onze aangepaste vrije kasstroom. Op 31 december 2020 bedroeg de netto totale schuldgraad 4,1x, een lichte stijging tegenover 30 september 2020. Dit weerspiegelde de uitkering van het tussentijdse dividend in december 2020 (€ 150,0 miljoen) en de impact op onze Adjusted EBITDA van de reeds vermelde boekhoudkundige behandeling van de uitzendrechten voor het Belgische voetbal en bepaalde premium content.
Onze netto convenant schuldgraad, berekend volgens de Amended Senior Credit Facility 2020, verschilt van onze netto totale schuldgraad, aangezien hij geen rekening houdt met (i) leasegerelateerde verplichtingen en (ii) aan leverancierskredieten gerelateerde kortlopende verplichtingen, maar wel met (iii) het Credit Facility Excluded Amount (het grootste van € 400,0 miljoen of 0,25x de geconsolideerde Adjusted EBITDA op jaarbasis). Onze netto convenant schuldgraad bereikte 3,0x op 31 december 2020, eveneens een lichte stijging tegenover het vorige kwartaal. Onze huidige netto convenant schuldgraad ligt beduidend onder het 'springing maintenance covenant' van 6,0x en de beschikbaarheidstest van 4,5x netto senior leverage. Het voornoemde 'maintenance covenant' is echter slechts van toepassing indien wij 40% of meer van onze wentelkredietfaciliteiten zouden opnemen. Zoals reeds vermeld waren onze wentelkredietfaciliteiten op 31 december 2020 volledig niet-opgenomen.
Wij hebben in 2020 een sterke financiële prestatie neergezet, in lijn met de herziene verwachtingen voor het volledige jaar 2020 die we eind april vorig jaar presenteerden. Dit positioneert ons goed ten aanzien van de vooruitzichten op middellange termijn die we op de Capital Markets Day in december 2018 voorstelden. In 2021, het laatste jaar van ons huidige driejarenplan, verwachten we een terugkeer naar groei van onze rebased omzet en onze Adjusted EBITDA. We zullen bovendien een gezonde aangepaste vrije kasstroom uit onze activiteiten realiseren, ondanks een lichte daling van onze rebased operationele kasstroom in 2021, waarover dadelijk meer. Wij hebben onze belangrijkste financiële maatstaven voor het volledige jaar 2020 herwerkt (zie sectie 6.1) als weerspiegeling van (i) de desinvestering van onze kabelactiviteit in Luxemburg aan Eltrona, waarin wij een niet-geconsolideerd aandeelhouderschap van 50 % min 1 hebben en (ii) wijzigingen in de IFRS-verwerking van bepaalde overeenkomsten over contentrechten die in het derde kwartaal van 2020 werden gesloten. Deze laatste factor had vanaf het derde kwartaal van 2020 een impact op onze Adjusted EBITDA en operationele vrije kasstroom, en zal in 2021 een impact hebben op de volledige twaalf maanden.
In 2021 zullen wij focussen op vijf onderscheiden pijlers waarvoor we in de voorbije jaren een solide basis hebben gelegd. Ten eerste willen wij onze klantrelaties uitbreiden en uitdiepen, zodat digitaal leven en werken hen meer waarde oplevert. Vervolgens zullen wij de groei in het bedrijvensegment versnellen door het verschil te maken met onze 'human touch'. Ten derde zullen we een diepe klantgerichte beleving ontwikkelen, met een 'digital first' benadering en een radicale vereenvoudiging. Bovendien zullen we blijven bloeien met perfecte netwerken op maat van de behoeften van onze klanten en met flexibele platformen. En ten slotte willen we onze medewerkers empoweren om waarde te scheppen door middel van een betere teamsamenwerking in een inspirerende cultuur, dankzij de invoering van een agile organisatiestructuur.
In onze financiële vooruitzichten voor het nieuwe jaar verwachten wij dat onze omzet in 2021 een keerpunt zal bereiken en zal terugkeren naar een groei op rebased basis. Wij rekenen op een gedeeltelijk herstel na de COVID-19-pandemie, die in 2020 vooral een weerslag had op onze overige opbrengsten. Het herstel van onze overige opbrengsten zal tot op zekere hoogte worden gecompenseerd door een daling van de gereguleerde vergoeding voor de toegang tot de kabel die op 1 juli 2020 is ingegaan, en door een aanhoudende druk op onze interconnectieopbrengsten als gevolg van de overstap naar data messaging. Voor het overige zullen onze rebased opbrengsten worden gestimuleerd door de groei van onze B2Bactiviteit en een bescheiden stijging van de opbrengsten uit abonnementen, dankzij de upgrade van de klanten en bepaalde prijsaanpassingen. Voor het volledige jaar 2021 verwachten wij een stijging van onze rebased opbrengen met 1 % tegenover 2020.
Wij hebben een sterke staat van dienst in het scheppen van operationele leverage in al onze activiteiten. Hoewel sommige kostenposten naar verwachting samen met onze opbrengsten zullen stijgen, zullen wij sterk op onze algemene kostenbasis blijven focussen, terwijl we de vruchten plukken van het digitale transformatieprogramma dat we tijdens de Capital Markets Day in december 2018 hebben beschreven. We verwachten in 2021 een forse stijging van onze rebased Adjusted EBITDA met 1 % tot 2 % tegenover het volledige jaar 2020.
In 2020 steeg onze operationele vrije kasstroom met bijna 3 % op rebased basis, dankzij een bescheiden groei van de Adjusted EBITDA en iets lagere toe te rekenen bedrijfsinvesteringen (de impact van bepaalde leasetoevoegingen buiten beschouwing gelaten). Wij verwachten dat onze investeringsniveaus licht zullen stijgen tegenover 2020, dat de weerslag van de COVID-19-pandemie ondervond. Daarnaast verwachten we hogere IT-investeringen terwijl we de laatste hand leggen aan de implementatie van ons geavanceerde klantgerichte platform en meer investeren in de bevordering van de klantbeleving, in lijn met onze voornoemde strategische pijlers. Tot slot hebben we bepaalde selectieve netwerkinvesteringen zorgvuldig gepland, om toekomstige kosteneffectieve upgrades van de vaste en mobiele netwerken mogelijk te maken. Voor het volledige jaar 2021 verwachten wij een lichte daling van onze operationele vrije kasstroom met ongeveer 1 % op rebased basis. Desondanks denken wij nog altijd de samengestelde jaarlijkse groei van onze operationele vrije kasstroom voor 2018-2021 van 6,5 % tot 8,0 % waar te maken, weliswaar onderaan dit bereik.
In 2020 bedroeg onze aangepaste vrije kasstroom € 415,8 miljoen, een sterke stijging tegenover 2019. Ondanks de verwachte bescheiden krimp van onze operationele vrije kasstroom in 2021 hebben wij alle vertrouwen in ons vermogen om een sterke aangepaste vrije kasstroom van € 420,0 tot € 440,0 miljoen te realiseren. De groei van onze aangepaste vrije kasstroom zal onder meer te danken zijn aan lagere contante belastingen en lagere contante rentekosten, terwijl ons leverancierskredietprogramma naar verwachting grotendeels stabiel zal blijven vergeleken met eind 2020.
| Vooruitzichten boekjaren 2018 - | FY 2018 rebased(c) | Zoals voorgesteld op 4 | Zoals herbevestigd op 11 |
|---|---|---|---|
| 2021 | december 2018 | februari 2021 | |
| Operationele vrije kasstroom CAGR (rebased)(b, c) |
€ 674,7 miljoen | Tussen 6,5% - 8,0% | Onderkant van de 6,5% - 8,0% vork |
| Vooruitzichten boekjaar 2021 | Rebased boekjaar 2020(a) | Zoals voorgesteld op 11 februari 2021 |
|---|---|---|
| Groei van de bedrijfsopbrengsten (rebased)(d) |
€ 2.573,2 miljoen | Tot 1% |
| Groei van de Adjusted EBITDA (rebased)(b) | € 1.346,5 miljoen | Tussen 1 - 2% |
| Groei van de operationele vrije kasstroom (rebased)(b, c) |
€ 825,8 miljoen | Ongeveer -1% |
| Aangepaste vrije kasstroom(b, e) | - | € 420,0 - 440,0 miljoen |
(a) Voor het berekenen van rebased groeipercentages op een vergelijkbare basis voor de hierboven weergegeven perioden, hebben we onze historische opbrengsten en aangepaste EBITDA aangepast om de impact van de volgende transacties weer te geven in dezelfde mate dat opbrengsten en Adjusted EBITDA met betrekking tot deze transacties in de resultaten van het huidige jaar vervat zitten: (i) uitsluiten van de opbrengsten en Adjusted EBITDA van onze voormalige Luxemburgse kabeldochter Coditel S.à rl (gedeconsolideerd vanaf 1 april 2020) en (ii) wijzigingen weerspiegelen met betrekking tot de IFRS-verwerking van bepaalde contracten inzake contentrechten die zijn aangegaan tijdens het derde kwartaal van 2020.
(b) Kwantitatieve reconciliaties naar nettowinst (met inbegrip van groeicijfers van de nettowinst) en kasstromen uit bedrijfsactiviteiten voor onze duiding van de Adjusted EBITDA, operationele vrije kasstroom en aangepaste vrije kasstroom kunnen niet zonder onredelijke inspanningen worden verstrekt, aangezien wij geen prognoses maken van (i) bepaalde niet-geldelijke lasten, met inbegrip van afschrijving en waardevermindering, herstructurering en overige operationele posten die deel uitmaken van de nettowinst en (ii) specifieke wijzigingen in het werkkapitaal met een impact op de kasstromen uit bedrijfsactiviteiten. De posten waarvoor wij geen prognose geven, kunnen beduidend van periode tot periode variëren.
(c) Met uitsluiting van de opname van uitzendrechten voor voetbal en licenties voor het mobiele spectrum en de impact van bepaalde leasegerelateerde addities op onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen..
(d) Ten opzichte van onze gerapporteerde bedrijfsopbrengsten voor het volledige jaar 2020 zou de groei van onze bedrijfsopbrengsten voor het volledige jaar 2021 gelijk zijn aan tot 1%.
(e) In de veronderstelling dat bepaalde betalingen worden gedaan voor de tijdelijke verlenging van onze huidige 2G- en 3G-licenties voor mobiel spectrum in 2021, maar met uitsluiting van betalingen voor toekomstige spectrumlicenties als onderdeel van de aanstaande multibandveiling, en ervan uitgaande dat de belastingbetaling op onze belastingaangifte voor 2020 pas zal plaatsvinden begin 2022.
Tijdens de Capital Markets Day in december 2018 herbevestigden wij ons schuldgraadkader, dat behouden blijft op 3,5x tot 4,5x de netto totale schuld tegenover de geconsolideerde Adjusted EBITDA op jaarbasis ('netto totale schuldgraad'). Zonder wezenlijke overnames en/of beduidende wijzigingen van onze activiteiten of van de regelgeving wensten wij met een aantrekkelijk en houdbaar niveau van de uitkeringen aan aandeelhouders in de buurt van het middelpunt van 4,0x te blijven. Als onderdeel van ons beleid voor kapitaalallocatie hadden wij de intentie om 50% tot 70% van de aangepaste vrije kasstroom van vorig jaar in de vorm van tussentijdse en slotdividenden aan de aandeelhouders uit te keren. Binnen de grenzen van het voornoemde kader voor de netto totale schuldgraad en bij ontstentenis van de voornoemde factoren zou het restant van onze aangepaste vrije kasstroom in aanmerking kunnen komen voor de incrementele inkoop van aandelen, buitengewone dividenden, een verlaging van de schuldgraad, verhogende overnames of een combinatie daarvan.
In zowel 2019 als de eerste helft van 2020 hebben wij het voornoemde beleid voor de vergoeding van de aandeelhouders consequent uitgevoerd, met de uitkering van een totaal bruto dividend van € 1,8750 per aandeel aan de aandeelhouders. Dit bestond uit een bruto tussentijds dividend per aandeel van € 0,57 in december 2019, gevolgd door een bruto dividend van € 1,3050 per aandeel in mei 2020. Met een geaggregeerd totaalbedrag van € 205,1 miljoen vertegenwoordigde dit ongeveer 53% van onze aangepaste vrije kasstroom voor het boekjaar 2019. Daarnaast kochten wij 1,1 miljoen eigen aandelen in als onderdeel van het Aandeleninkoopprogramma 2020, voor een totaalbedrag van € 34,4 miljoen.
Gelet op de robuuste onderliggende conversie van de aangepaste vrije kasstroom en de verbeterde/ herbevestigde prognose voor de operationele vrije kasstroom voor zowel het boekjaar 2020 als de 3-jarige periode 2018-2021 heeft de raad van bestuur beslist het bestaande beleid voor de vergoeding van de aandeelhouders te versterken. Ons nieuwe beleid is gericht op het bereiken van een evenwicht tussen enerzijds aantrekkelijke aandeelhoudersvergoeding, terwijl anderzijds de optionaliteit voor waardetoevoegende fusies en overnames in de toekomst dient behouden te blijven. Terwijl het streefdoel van een netto totale schuldgraad van 4,0x (met uitzondering van fusies en overnames alsook ervan uitgaande dat er geen beduidende nadelige wijzigingen in onze activiteiten of regelgevend kader plaatsvinden) wordt herbevestigd, heeft de raad van bestuur voor de toekomst een dividenddrempel van € 2,75 per aandeel (bruto) ingevoerd. Deze dividenddrempel veronderstelt dat er geen beduidende nadelige wijzigingen in onze activiteiten of regelgevend kader plaatsvinden en vervangt de eerder gecommuniceerde 50-70% uitbetalingsvork. De raad van bestuur wenst hiermee een groter gedeelte van de aangepaste vrije kasstroom aan recurrente dividenden toe te wijzen. Het restant van onze aangepaste vrije kasstroom komt nog steeds in aanmerking voor waardetoevoegende overnames, buitengewone dividenden, incrementele inkoop van eigen aandelen, schuldafbouw of een combinatie daarvan.
De raad van bestuur heeft de intentie om een totaal bruto dividend van € 2,75 per aandeel uit te keren (in totaal € 300,2 miljoen1 ), 47% hoger dan het niveau van vorig jaar; dit vertegenwoordigt de bovengrens van de voornoemde uitbetalingsvork van 50-70%. De raad van bestuur zal met dit doel aan de Bijzondere Aandeelhoudersvergadering in december 2020 voorstellen om de betaling goed te keuren van een bruto tussentijds dividend2 van € 1,375 per aandeel (in totaal € 150,1 miljoen1 ). Indien de goedkeuring wordt verkregen, zal het tussentijdse dividend worden uitbetaald op 8 december 2020, terwijl de Telenet-aandelen vanaf 4 december 2020 ex-dividend op Euronext Brussels zullen worden verhandeld. Het is de intentie het voornoemde tussentijdse dividend aan te vullen met een bruto dividend van € 1,375 per aandeel, afhankelijk van de goedkeuring door de raad van bestuur en de volgende jaarlijkse algemene aandeelhoudersvergadering en ervan uitgaande dat er geen beduidende nadelige wijzigingen in onze activiteiten of regelgevend kader plaatsvinden. Indien en wanneer dit dividend wordt goedgekeurd, zal het begin mei volgend jaar worden uitbetaald.
In december 2020 hebben we een bruto tussentijds dividend uitgekeerd van € 1,3750 per aandeel (in totaal € 150,0 miljoen), wat de helft van de bovengenoemde dividenddrempel vertegenwoordigt. De raad van bestuur zal aan de Algemene Vergadering van april 2021 voorstellen om de betaling van het resterende bruto dividend van € 1,3750 per aandeel (€ 150,1 miljoen in totaal1 ) goed te keuren. Indien en wanneer het wordt goedgekeurd, zal het dividend worden uitbetaald op 5 mei 2021 waarbij de Telenet-aandelen ex-dividend verhandelen op Euronext Brussel vanaf 3 mei 2021. Met inbegrip van de betaling van dergelijk dividend, zou het totale bruto dividend uitkomen op € 2,75 per aandeel, of € 300,1 miljoen in totaal, 47% hoger dan het dividend per aandeel betaald over de aangepaste vrije kasstroom voor het boekjaar 2019.
1 Op basis van 109.243.261 uitstaande dividendgerechtigde aandelen op de datum van dit persbericht
Na 31 december 2020 vonden geen significante gebeurtenissen plaats die een aanpassing van de financiële informatie in dit persbericht zouden vereisen.
De commissaris, KPMG Bedrijfsrevisoren - Réviseurs d'Entreprises, vertegenwoordigd door Götwin Jackers, heeft bevestigd dat de controlewerkzaamheden, die nagenoeg zijn afgerond, geen materiële onjuistheden hebben aan het licht gebracht in de boekhoudkundige informatie opgenomen in de jaarlijkse aankondiging van Telenet Group Holding NV.
| 2020 | 2019 | % Verschil |
|---|---|---|
| 3.373.000 | 3.385.200 | — % |
| 123.700 | 164.700 | (25) % |
| 1.688.000 | 1.701.900 | (1) % |
| 1.811.700 | 1.866.600 | (3) % |
| 1.463.900 | 1.447.100 | 1 % |
| 233.200 | 217.300 | 7 % |
| 1.697.100 | 1.664.400 | 2 % |
| 1.032.700 | 1.077.200 | (4) % |
| 139.100 | 135.300 | 3 % |
| 1.171.800 | 1.212.500 | (3) % |
| 4.680.600 | 4.743.500 | (1) % |
| 9,1 % | 9,8 % | |
| 8,5 % | 9,8 % | |
| 9,9 % | 10,7 % | |
| 1.079.000 | 1.110.300 | (3) % |
| 2.048.100 | 2.072.100 | (1) % |
| 2,29 | 2,29 | — % |
| 58,7 | 58,4 | 1 % |
| % Verschil | ||
| 3 % | ||
| (14) % — % |
||
| 2020 2.433.900 381.800 2.815.700 |
2019 2.363.800 444.600 2.808.400 |
Toelichting: Op 1 april 2020 stonden wij ons Luxemburgse kabelfiliaal in vol eigendom Coditel S.à.r.l. af aan Eltrona en verwierven wij een aandeel van 34% in Eltrona van Post Luxembourg. Na deze twee transacties houden wij een belang van 50% min 1 aandeel in Eltrona, de grootste kabeloperator in Luxemburg. Sinds 1 april 2020 wordt SFR-Coditel niet langer geconsolideerd in onze operationele resultaten. Bijgevolg schrapten wij 47.700 aansluitbare woningen, 9.500 klantrelaties en 18.500 RGU's (kabeltelevisie: 9.200 RGU's, breedband: 5.500 RGU's en vaste telefonie: 3.800 RGU's) in onze geconsolideerde abonneetellingen.
| (in € miljoen, uitgezonderd aandelen en bedragen per aandeel) |
Voor de drie maanden afgesloten op |
Voor het jaar afgesloten op | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 31 december | 31 december | |||||||
| 2020 | 2019 | % verschil | 2020 | 2019 | % Verschil | |||
| Winst over de verslagperiode | ||||||||
| Bedrijfsopbrengsten | 665,1 | 673,3 | (1) % | 2.575,2 | 2.583,9 | — % | ||
| Bedrijfskosten | ||||||||
| Kostprijs van geleverde diensten | (371,1) | (350,6) | 6 % | (1.401,6) | (1.353,3) | 4 % | ||
| Brutowinst | 294,0 | 322,7 | (9) % | 1.173,6 | 1.230,6 | (5) % | ||
| Verkoop-, algemene en beheerskosten | (167,0) | (150,4) | 11 % | (579,5) | (545,1) | 6 % | ||
| Resultaat uit bedrijfsactiviteiten | 127,0 | 172,3 | (26) % | 594,1 | 685,5 | (13) % | ||
| Financiële opbrengsten | 115,6 | (16,2) | N.M. | 241,1 | 24,7 | 876 % | ||
| Netto interestopbrengsten en wisselkoerswinsten |
115,6 | 0,1 | N.M. | 241,1 | 0,8 | N.M. | ||
| Netto winst op derivaten | — | (16,3) | (100) % | — | 23,9 | (100) % | ||
| Financiële kosten | (195,4) | (21,0) | 830 % | (474,2) | (356,9) | 33 % | ||
| Netto interestkosten, wisselkoersverliezen en overige financiële kosten |
(47,0) | 25,3 | N.M. | (206,8) | (307,4) | (33) % | ||
| Netto verlies op derivaten | (148,4) | — | 100% | (252,2) | — | 100% | ||
| Netto verlies bij vervroegde aflossing van schulden |
— | (46,3) | (100) % | (15,2) | (49,5) | (69) % | ||
| Netto financiële opbrengsten (kosten) | (79,8) | (37,2) | 115 % | (233,1) | (332,2) | (30) % | ||
| Aandeel in het resultaat van geassocieerde deelnemingen |
1,4 | 0,7 | 100 % | 0,7 | (0,9) | N.M. | ||
| Winst (verlies) uit de verkoop van activa/ verplichtingen betreffende een dochtervennootschap of een joint venture |
(1,0) | — | 100% | 27,5 | 0,1 | N.M. | ||
| Winst vóór winstbelastingen | 47,6 | 135,8 | (65) % | 389,2 | 352,5 | 10 % | ||
| Belastingen | (7,2) | (44,1) | (84) % | (50,7) | (117,9) | (57) % | ||
| Winst over de verslagperiode | 40,4 | 91,7 | (56) % | 338,5 | 234,6 | 44 % | ||
| Netto resultaat rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen | ||||||||
| Elementen die niet naar de geconsolideerde staat van het resultaat geherclassificeerd zullen worden | ||||||||
| Herwaardering van verplichtingen / (tegoeden) uit te-bereiken-doel pensioenplannen, na aftrek van belastingen |
14,7 | 3,0 | 390 % | 2,2 | 3,0 | (27) % | ||
| Geassocieerde deelnemingen - aandeel in het netto resultaat rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen |
(1,0) | — | 100% | (1,0) | — | 100% | ||
| Netto resultaat rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen |
13,7 | 3,0 | 357 % | 1,2 | 3,0 | (60) % | ||
| Totaalresultaat voor de periode | 54,1 | 94,7 | (43) % | 339,7 | 237,6 | 43 % | ||
| Winst toe te rekenen aan: | 40,4 | 91,7 | (56) % | 338,5 | 234,6 | 44 % |
Eigenaars van de Vennootschap 40,5 91,7 (56) % 338,9 234,5 45 % Minderheidsbelangen (0,1) — 100% (0,4) 0,1 N.M.
| (in € miljoen, uitgezonderd aandelen en | afgesloten op | Voor de drie maanden | Voor het jaar afgesloten op | ||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| bedragen per aandeel) | 31 december | 31 december | |||||
| 2020 | 2019 | % verschil | 2020 | 2019 | % Verschil | ||
| Totaalresultaat toe te rekenen aan: | 54,1 | 94,7 | (43) % | 339,7 | 237,6 | 43 % | |
| Eigenaars van de Vennootschap | 54,2 | 94,7 | (43) % | 340,1 | 237,5 | 43 % | |
| Minderheidsbelangen | (0,1) | — | 100% | (0,4) | 0,1 | N.M. | |
| Gewogen gemiddeld uitstaande aandelen | 109.176.185 | 110.092.632 | 109.350.692 | 110.032.405 | |||
| Gewone winst per aandeel | 0,37 | 0,83 | (55) % | 3,10 | 2,13 | 46 % | |
| Verwaterde winst per aandeel | 0,37 | 0,83 | (55) % | 3,10 | 2,13 | 46 % | |
| Bedrijfsopbrengsten per type | |||||||
| Opbrengsten uit abonnementen: | |||||||
| Televisie | 138,4 | 143,6 | (4) % | 559,0 | 574,4 | (3) % | |
| Breedbandinternet | 166,5 | 164,9 | 1 % | 654,9 | 651,7 | — % | |
| Vaste telefonie | 55,2 | 54,5 | 1 % | 225,2 | 219,0 | 3 % | |
| Opbrengsten uit kabelgerelateerde abonnementen |
360,1 | 363,0 | (1) % | 1.439,1 | 1.445,1 | — % | |
| Mobiele telefonie | 113,4 | 112,3 | 1 % | 451,2 | 444,7 | 1 % | |
| Totaal opbrengsten uit abonnementen |
473,5 | 475,3 | — % | 1.890,3 | 1.889,8 | — % | |
| Bedrijfsdiensten | 58,6 | 53,2 | 10 % | 207,7 | 205,8 | 1 % | |
| Overige | 133,0 | 144,8 | (8) % | 477,2 | 488,3 | (2) % | |
| Totaal bedrijfsopbrengsten | 665,1 | 673,3 | (1) % | 2.575,2 | 2.583,9 | — % | |
| Bedrijfskosten per type | |||||||
| Netwerkexploitatiekosten | (48,4) | (48,1) | 1 % | (198,2) | (196,9) | 1 % | |
| Directe kosten (programmering en auteursrechten, interconnectie en andere) |
(144,9) | (143,7) | 1 % | (514,4) | (525,4) | (2) % | |
| Personeelsgerelateerde kosten | (73,2) | (69,6) | 5 % | (271,1) | (261,1) | 4 % | |
| Verkoop- en marketingkosten | (32,4) | (31,9) | 2 % | (95,6) | (96,8) | (1) % | |
| Uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten |
(7,3) | (10,5) | (30) % | (28,4) | (38,2) | (26) % | |
| Overige indirecte kosten | (22,0) | (18,6) | 18 % | (89,5) | (90,1) | (1) % | |
| Herstructureringskosten | (0,2) | 0,6 | N.M. | (5,5) | (0,7) | 686 % | |
| Aanpassingen van toewijzingsverschillen tijdens de verwerkingsperiode m.b.t. overnames |
— | — | —% | 0,6 | — | 100% | |
| Operationele kosten betreffende overnames of desinvesteringen |
(2,2) | (0,2) | 1.000 % | (5,3) | (0,7) | 657 % | |
| Op aandelen gebaseerde vergoedingen | (11,0) | (2,2) | 400 % | (29,8) | (13,0) | 129 % | |
| Afschrijvingen op materiële vaste activa | (109,3) | (101,4) | 8 % | (427,3) | (411,0) | 4 % | |
| Afschrijvingen op immateriële vaste activa | (51,9) | (44,3) | 17 % | (191,5) | (172,0) | 11 % | |
| Afschrijving op uitzendrechten | (21,3) | (30,3) | (30) % | (90,3) | (92,5) | (2) % | |
| Waardevermindering op immateriële activa met een lange levensduur en goodwill |
(14,4) | — | 100% | (35,7) | — | 100% | |
| Winst (verlies) op verkoop van activa | 1,0 | 0,3 | 233 % | 4,6 | 1,9 | 142 % | |
| Waardevermindering op materiële activa met een lange levensduur |
(0,6) | (1,1) | (45) % | (3,7) | (1,9) | 95 % | |
| Totaal bedrijfskosten | (538,1) | (501,0) | 7 % | (1.981,1) | (1.898,4) | 4 % |
N.M. - Not Meaningful (Niet Betekenisvol)
| Voor de drie maanden afgesloten op |
Voor het jaar afgesloten op | |||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| (in € miljoen) | 31 december | 31 december | ||||
| 2020 | 2019 | % Verschil | 2020 | 2019 | % Verschil | |
| Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten | ||||||
| Winst over de verslagperiode | 40,4 | 91,7 | (56) % | 338,5 | 234,6 | 44 % |
| Afschrijvingen, waardeverminderingen en herstructureringskosten |
196,8 | 179,4 | 10 % | 749,6 | 679,4 | 10 % |
| Veranderingen in werkkapitaal en overige niet-kasitems |
12,5 | (0,2) | N.M. | 16,1 | 97,4 | (83) % |
| Belastingen | 7,2 | 44,1 | (84) % | 50,7 | 117,9 | (57) % |
| Netto interestkosten, valutaverliezen en overige financiële kosten |
(68,7) | (26,2) | 162 % | (34,3) | 306,5 | N.M. |
| Netto verlies (winst) op afgeleide financiële instrumenten |
148,3 | 16,4 | 804 % | 252,2 | (23,8) | N.M. |
| Verlies (winst) bij vervroegde aflossing van schulden |
0,1 | 46,3 | (100) % | 15,2 | 49,5 | (69) % |
| Verlies (winst) uit de verkoop van activa/ verplichtingen betreffende een dochtervennootschap of een joint venture |
0,9 | — | 100% | (27,6) | (0,1) | N.M. |
| Betaalde interesten en betalingen voor derivaten |
(9,8) | (12,1) | (19) % | (193,0) | (209,5) | (8) % |
| Betaalde winstbelastingen | (0,2) | (0,9) | (78) % | (110,0) | (159,4) | (31) % |
| Nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten |
327,5 | 338,5 | (3) % | 1.057,4 | 1.092,5 | (3) % |
| Kasstroom uit investeringsactiviteiten | ||||||
| Verwerving van materiële vaste activa | (77,9) | (73,5) | 6 % | (278,8) | (261,7) | 7 % |
| Verwerving van immateriële vaste activa | (57,3) | (50,2) | 14 % | (193,0) | (150,2) | 28 % |
| Verwerving van en leningen aan geassocieerde deelnemingen |
(1,1) | (0,1) | N.M. | (25,5) | (1,3) | N.M. |
| Verwerving van een dochtervennootschap, netto van verworven geldmiddelen |
(2,6) | (3,6) | (28) % | (6,1) | (19,6) | (69) % |
| Ontvangsten uit de verkoop van materiële vaste activa |
(0,2) | (0,1) | 100 % | 27,8 | 0,8 | N.M. |
| Nettokasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten |
(139,1) | (127,5) | 9 % | (475,6) | (432,0) | 10 % |
| Kasstroom uit financieringsactiviteiten | ||||||
| Aflossing van leningen en overige financieringsverplichtingen |
(103,4) | (517,4) | (80) % | (569,1) | (1.228,6) | (54) % |
| Ontvangsten uit opname van leningen en overige financieringsverplichtingen |
93,8 | 439,8 | (79) % | 410,8 | 815,9 | (50) % |
| Inkoop eigen aandelen | — | 0,1 | (100) % | (34,4) | (101,0) | (66) % |
| Verkoop eigen aandelen | — | 3,1 | (100) % | — | 49,6 | (100) % |
| Betalingen voor kapitaalverminderingen en dividenden |
(150,0) | (62,8) | 139 % | (292,3) | (62,8) | 365 % |
| Betalingen voor vervroegde beëindiging van leningen en overige financieringsverplichtingen |
— | (42,3) | (100) % | — | (45,5) | (100) % |
| Betaling voor schulduitgiftekosten | (0,1) | (1,4) | (93) | (13,8) | (1,4) | 886 % |
| Overige financieringsactiviteiten (incl. leaseverplichtingen) |
(30,9) | (11,1) | 178 % | (102,4) | (73,5) | 39 % |
| Nettokasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten |
(190,6) | (192,0) | (1) % | (601,2) | (647,3) | (7) % |
| Netto toename (afname) in geldmiddelen en kasequivalenten | ||||||
| Geldmiddelen en kasequivalenten aan het begin van de verslagperiode |
84,2 | 82,4 | 2 % | 101,4 | 88,2 | 15 % |
| Geldmiddelen en kasequivalenten aan het einde van de verslagperiode |
82,0 | 101,4 | (19) % | 82,0 | 101,4 | (19) % |
| Netto toename (afname) in geldmiddelen en kasequivalenten |
(2,2) | 19,0 | N.M. | (19,4) | 13,2 | N.M. |
| Voor de drie maanden afgesloten op |
Voor het jaar afgesloten op | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| (in € miljoen) | 31 december | 31 december | |||||
| 2020 | 2019 | % Verschil | 2020 | 2019 | % Verschil | ||
| Aangepaste vrije kasstroom | |||||||
| Nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten | 327,5 | 338,5 | (3) % | 1.057,4 | 1.092,5 | (3) % | |
| Geldelijke kosten betreffende overnames of desinvesteringen |
1,4 | 0,2 | 600 % | 3,1 | 1,1 | 182 % | |
| Kosten gefinancierd door een tussenpersoon |
93,7 | 62,3 | 50 % | 345,7 | 233,4 | 48 % | |
| Verwerving van materiële vaste activa | (77,9) | (73,5) | 6 % | (278,8) | (261,7) | 7 % | |
| Verwerving van immateriële vaste activa | (57,3) | (50,2) | 14 % | (193,0) | (150,2) | 28 % | |
| Kapitaalaflossingen op licenties voor mobiel spectrum |
(4,0) | (19,8) | (80) % | (4,0) | (19,8) | (80) % | |
| Kapitaalaflossingen op bedragen gefinancierd door leveranciers en tussenpersonen |
(99,3) | (125,4) | (21) % | (429,0) | (440,2) | (3) % | |
| Kapitaalaflossingen op leaseverplichtingen (uitgezonderd netwerkgerelateerde leases) |
(19,2) | (11,2) | 71 % | (48,7) | (44,7) | 9 % | |
| Kapitaalaflossingen op toevoegingen aan netwerkgerelateerde leases na overname |
(7,6) | — | 100% | (36,9) | (19,4) | 90 % | |
| Aangepaste vrije kasstroom | 157,3 | 120,9 | 30 % | 415,8 | 391,0 | 6 % |
N.M. - Not Meaningful (Niet Betekenisvol)
| 31 december | 31 december | Verschil | |
|---|---|---|---|
| (in € miljoen) | 2020 | 2019 - Herzien | |
| ACTIVA | |||
| Vaste activa: | |||
| Materiële vaste activa | 2.288,0 | 2.366,8 | (78,8) |
| Goodwill | 1.824,5 | 1.874,1 | (49,6) |
| Overige immateriële vaste activa | 693,6 | 797,1 | (103,5) |
| Uitgestelde belastingvorderingen | 214,7 | 261,4 | (46,7) |
| Deelnemingen in en leningen aan geassocieerde deelnemingen | 111,7 | 16,3 | 95,4 |
| Overige investeringen | 5,7 | 6,1 | (0,4) |
| Derivaten | 58,6 | 55,3 | 3,3 |
| Overige activa | 33,6 | 27,9 | 5,7 |
| Totaal vaste activa | 5.230,4 | 5.405,0 | (174,6) |
| Vlottende activa: | |||
| Voorraden | 27,3 | 25,2 | 2,1 |
| Handelsvorderingen | 187,2 | 204,5 | (17,3) |
| Overige vlottende activa | 126,1 | 130,4 | (4,3) |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | 82,0 | 101,4 | (19,4) |
| Derivaten | 48,1 | 61,7 | (13,6) |
| 470,7 | 523,2 | (52,5) | |
| Activa aangehouden voor verkoop | 0,3 | — | 0,3 |
| Totaal vlottende activa | 471,0 | 523,2 | (52,2) |
| TOTAAL ACTIVA | 5.701,4 | 5.928,2 | (226,8) |
| 31 december | 31 december | ||
|---|---|---|---|
| (in € miljoen) | 2020 | 2019 - Herzien | Verschil |
| EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN | |||
| Eigen vermogen: | |||
| Geplaatst kapitaal | 12,8 | 12,8 | — |
| Uitgiftepremies | 80,7 | 80,7 | — |
| Overige reserves | 686,3 | 695,7 | (9,4) |
| Overgedragen verlies | (2.249,9) | (2.287,8) | 37,9 |
| Herwaarderingen | (12,3) | (13,5) | 1,2 |
| Totaal eigen vermogen, toe te rekenen aan eigenaars van de Vennootschap |
(1.482,4) | (1.512,1) | 29,7 |
| Minderheidsbelangen | 28,4 | 25,1 | 3,3 |
| Totaal eigen vermogen | (1.454,0) | (1.487,0) | 33,0 |
| Langlopende verplichtingen: | |||
| Leningen en overige financieringsverplichtingen | 4.918,3 | 5.206,0 | (287,7) |
| Derivaten | 508,0 | 261,4 | 246,6 |
| Over te dragen opbrengsten | 3,6 | 3,8 | (0,2) |
| Uitgestelde belastingsverplichtingen | 124,7 | 178,7 | (54,0) |
| Overige langlopende schulden | 56,2 | 63,1 | (6,9) |
| Provisies | 12,2 | 17,6 | (5,4) |
| Totaal langlopende verplichtingen | 5.623,0 | 5.730,6 | (107,6) |
| Kortlopende verplichtingen: | |||
| Leningen en overige financieringsverplichtingen | 499,6 | 527,0 | (27,4) |
| Handelsschulden | 174,9 | 247,7 | (72,8) |
| Toe te rekenen kosten en overige kortlopende verplichtingen | 399,5 | 418,4 | (18,9) |
| Provisies | 83,6 | 70,9 | 12,7 |
| Over te dragen opbrengsten | 122,8 | 107,8 | 15,0 |
| Derivaten | 65,6 | 69,5 | (3,9) |
| Belastingsschulden | 184,6 | 243,3 | (58,7) |
| 1.530,6 | 1.684,6 | (154,0) | |
| Verplichtingen die rechtstreeks verband houden met de activa aangehouden voor verkoop |
1,8 | — | 1,8 |
| Totaal kortlopende verplichtingen | 1.532,4 | 1.684,6 | (152,2) |
| Totaal verplichtingen | 7.155,4 | 7.415,2 | (259,8) |
| TOTAAL EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN | 5.701,4 | 5.928,2 | (226,8) |
| (In € miljoen) | Gerapporteerd | Gerapporteerd | ||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| KW1 2019 |
KW2 2019 |
KW3 2019 |
KW4 2019 |
FY 2019 | KW1 2020 |
KW2 2020 |
KW3 2020 |
KW4 2020 |
FY 2020 | |
| Bedrijfsopbrengsten per type | ||||||||||
| Televisie | 144,9 | 143,0 | 142,9 | 143,6 | 574,4 | 144,4 | 139,6 | 136,6 | 138,4 | 559,0 |
| Breedbandinternet | 161,2 | 161,9 | 163,7 | 164,9 | 651,7 | 160,2 | 163,3 | 164,9 | 166,5 | 654,9 |
| Vaste telefonie | 55,6 | 54,2 | 54,7 | 54,5 | 219,0 | 56,8 | 57,0 | 56,2 | 55,2 | 225,2 |
| Opbrengsten uit kabelgerelateerde abonnementen |
361,7 | 359,1 | 361,3 | 363,0 | 1.445,1 | 361,4 | 359,9 | 357,7 | 360,1 | 1.439,1 |
| Mobiele telefonie | 107,2 | 110,1 | 115,1 | 112,3 | 444,7 | 113,6 | 109,4 | 114,8 | 113,4 | 451,2 |
| Totaal opbrengsten uit abonnementen |
468,9 | 469,2 | 476,4 | 475,3 | 1.889,8 | 475,0 | 469,3 | 472,5 | 473,5 | 1.890,3 |
| Bedrijfsdiensten | 52,1 | 50,6 | 49,9 | 53,2 | 205,8 | 50,0 | 48,3 | 50,8 | 58,6 | 207,7 |
| Overige | 105,0 | 115,8 | 122,7 | 144,8 | 488,3 | 128,0 | 101,6 | 114,6 | 133,0 | 477,2 |
| Totaal bedrijfsopbrengsten |
626,0 | 635,6 | 649,0 | 673,3 | 2.583,9 | 653,0 | 619,2 | 637,9 | 665,1 | 2.575,2 |
| Bedrijfskosten per type | ||||||||||
| Netwerkexploitatiekosten | (54,3) | (47,6) | (46,9) | (48,1) | (196,9) | (54,3) | (46,4) | (49,1) | (48,4) | (198,2) |
| Directe kosten (programmering en auteursrechten, interconnectie en andere) |
(127,0) | (128,3) | (126,4) | (143,7) | (525,4) | (130,3) | (112,2) | (127,0) | (144,9) | (514,4) |
| Personeelsgerelateerde kosten |
(64,5) | (63,9) | (63,1) | (69,6) | (261,1) | (68,7) | (64,5) | (64,7) | (73,2) | (271,1) |
| Verkoop- en marketingkosten | (23,5) | (20,9) | (20,5) | (31,9) | (96,8) | (21,2) | (18,8) | (23,2) | (32,4) | (95,6) |
| Uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten |
(9,0) | (8,4) | (10,3) | (10,5) | (38,2) | (9,5) | (4,8) | (6,8) | (7,3) | (28,4) |
| Overige indirecte kosten | (28,2) | (21,2) | (22,1) | (18,6) | (90,1) | (23,4) | (20,1) | (24,0) | (22,0) | (89,5) |
| Totaal operationele bedrijfskosten |
(306,5) | (290,3) | (289,3) | (322,4) | (1.208,5) | (307,4) | (266,8) | (294,8) | (328,2) | (1.197,2) |
| Adjusted EBITDA | 319,5 | 345,3 | 359,7 | 350,9 | 1.375,4 | 345,6 | 352,4 | 343,1 | 336,9 | 1.378,0 |
| Adjusted EBITDA marge | 51,0 % | 54,3 % | 55,4 % | 52,1 % | 53,2 % | 52,9 % | 56,9 % | 53,8 % | 50,7 % | 53,5 % |
| (In € miljoen) | Overname-impact De Vijver Media NV, desinvestering Coditel S.à r.l. en veranderingen in de IFRS-verwerking van bepaalde contentovereenkomsten |
|||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| KW1 2019 |
KW2 2019 |
KW3 2019 |
KW4 2019 |
FY 2019 | KW1 2020 |
KW2 2020 |
KW3 2020 |
KW4 2020 |
FY 2020 | |
| Bedrijfsopbrengsten per type | ||||||||||
| Televisie | — | (1,3) | (1,3) | (1,3) | (3,9) | (1,2) | — | — | — | (1,2) |
| Breedbandinternet | — | (0,2) | (0,3) | (0,2) | (0,7) | (0,2) | — | — | — | (0,2) |
| Vaste telefonie | — | (0,1) | (0,2) | (0,1) | (0,4) | (0,2) | — | — | — | (0,2) |
| Opbrengsten uit kabelgerelateerde abonnementen |
— | (1,6) | (1,8) | (1,6) | (5,0) | (1,6) | — | — | — | (1,6) |
| Mobiele telefonie | — | (0,1) | — | — | (0,1) | — | — | — | — | — |
| Totaal opbrengsten uit abonnementen |
— | (1,7) | (1,8) | (1,6) | (5,1) | (1,6) | — | — | — | (1,6) |
| Bedrijfsdiensten | — | (0,4) | (0,4) | (0,3) | (1,1) | (0,4) | — | — | — | (0,4) |
| Overige | 27,5 | 21,0 | — | (0,2) | 48,3 | — | — | — | — | — |
| Totaal bedrijfsopbrengsten |
27,5 | 18,9 | (2,2) | (2,1) | 42,1 | (2,0) | — | — | — | (2,0) |
| Bedrijfskosten per type | ||||||||||
| Netwerkexploitatiekosten | — | 0,2 | 0,2 | 0,4 | 0,8 | (0,5) | — | — | — | (0,5) |
| Directe kosten (programmering en auteursrechten, interconnectie en andere) |
(6,1) | (6,5) | (8,1) | (14,4) | (35,1) | (22,7) | (5,5) | (3,2) | — | (31,4) |
| Personeelsgerelateerde kosten |
(4,9) | (3,5) | 0,2 | (0,4) | (8,6) | 0,5 | 0,3 | 0,2 | — | 1,0 |
| Verkoop- en marketingkosten | (2,3) | (1,0) | 0,1 | 0,1 | (3,1) | 1,1 | 0,3 | 0,2 | — | 1,6 |
| Uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten |
— | — | (0,1) | 0,1 | — | — | — | — | — | — |
| Overige indirecte kosten | (1,3) | 0,1 | 0,1 | 0,1 | (1,0) | (0,2) | — | — | — | (0,2) |
| Totaal operationele bedrijfskosten |
(14,6) | (10,7) | (7,6) | (14,1) | (47,0) | (21,8) | (4,9) | (2,8) | — | (29,5) |
| Adjusted EBITDA | 12,9 | 8,2 | (9,8) | (16,2) | (4,9) | (23,8) | (4,9) | (2,8) | — | (31,5) |
| (In € miljoen) | Rebased | Rebased | ||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| KW1 2019 |
KW2 2019 |
KW3 2019 |
KW4 2019 |
FY 2019 | KW1 2020 |
KW2 2020 |
KW3 2020 |
KW4 2020 |
FY 2020 | |
| Bedrijfsopbrengsten per type | ||||||||||
| Televisie | 144,9 | 141,7 | 141,6 | 142,3 | 570,5 | 143,2 | 139,6 | 136,6 | 138,4 | 557,8 |
| Breedbandinternet | 161,2 | 161,7 | 163,4 | 164,7 | 651,0 | 160,0 | 163,3 | 164,9 | 166,5 | 654,7 |
| Vaste telefonie | 55,6 | 54,1 | 54,5 | 54,4 | 218,6 | 56,6 | 57,0 | 56,2 | 55,2 | 225,0 |
| Opbrengsten uit kabelgerelateerde abonnementen |
361,7 | 357,5 | 359,5 | 361,4 | 1.440,1 | 359,8 | 359,9 | 357,7 | 360,1 | 1.437,5 |
| Mobiele telefonie | 107,2 | 110,0 | 115,1 | 112,3 | 444,6 | 113,6 | 109,4 | 114,8 | 113,4 | 451,2 |
| Totaal opbrengsten uit abonnementen |
468,9 | 467,5 | 474,6 | 473,7 | 1.884,7 | 473,4 | 469,3 | 472,5 | 473,5 | 1.888,7 |
| Bedrijfsdiensten | 52,1 | 50,2 | 49,5 | 52,9 | 204,7 | 49,6 | 48,3 | 50,8 | 58,6 | 207,3 |
| Overige | 132,5 | 136,8 | 122,7 | 144,6 | 536,6 | 128,0 | 101,6 | 114,6 | 133,0 | 477,2 |
| Totaal bedrijfsopbrengsten |
653,5 | 654,5 | 646,8 | 671,2 | 2.626,0 | 651,0 | 619,2 | 637,9 | 665,1 | 2.573,2 |
| Bedrijfskosten per type | ||||||||||
| Netwerkexploitatiekosten | (54,3) | (47,4) | (46,7) | (47,7) | (196,1) | (54,8) | (46,4) | (49,1) | (48,4) | (198,7) |
| Directe kosten (programmering en auteursrechten, interconnectie en andere) |
(133,1) | (134,8) | (134,5) | (158,1) | (560,5) | (153,0) | (117,7) | (130,2) | (144,9) | (545,8) |
| Personeelsgerelateerde kosten |
(69,4) | (67,4) | (62,9) | (70,0) | (269,7) | (68,2) | (64,2) | (64,5) | (73,2) | (270,1) |
| Verkoop- en marketingkosten | (25,8) | (21,9) | (20,4) | (31,8) | (99,9) | (20,1) | (18,5) | (23,0) | (32,4) | (94,0) |
| Uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten |
(9,0) | (8,4) | (10,4) | (10,4) | (38,2) | (9,5) | (4,8) | (6,8) | (7,3) | (28,4) |
| Overige indirecte kosten | (29,5) | (21,1) | (22,0) | (18,5) | (91,1) | (23,6) | (20,1) | (24,0) | (22,0) | (89,7) |
| Totaal operationele bedrijfskosten |
(321,1) | (301,0) | (296,9) | (336,5) | (1.255,5) | (329,2) | (271,7) | (297,6) | (328,2) | (1.226,7) |
| Adjusted EBITDA | 332,4 | 353,5 | 349,9 | 334,7 | 1.370,5 | 321,8 | 347,5 | 340,3 | 336,9 | 1.346,5 |
| Adjusted EBITDA marge | 50,9 % | 54,0 % | 54,1 % | 49,9 % | 52,2 % | 49,4 % | 56,1 % | 53,3 % | 50,7 % | 52,3 % |
Rebased' informatie: Voor het berekenen van 'rebased' groeipercentages op een vergelijkbare basis voor de hierboven weergegeven periodes hebben we onze historische opbrengsten en Adjusted EBITDA aangepast om de impact van de volgende transacties weer te geven in dezelfde mate dat opbrengsten en Adjusted EBITDA als gevolg van deze transacties zijn opgenomen in onze courante resultaten: (i) omvatten de opbrengsten vóór overname en de Adjusted EBITDA van De Vijver Media (volledig geconsolideerd sinds 3 juni 2019), (ii) omvatten niet de opbrengsten en de Adjusted EBITDA van onze voormalige Luxemburgse kabeldochter Coditel S.à rl (gedeconsolideerd vanaf 1 april 2020) en (iii) weerspiegelen wijzigingen met betrekking tot de IFRS-verwerking van bepaalde overeenkomsten inzake contentrechten die zijn aangegaan tijdens het derde kwartaal van 2020. We weerspiegelen de opbrengsten en Adjusted EBITDA van overgenomen bedrijven in onze historische bedragen op basis van over wat naar onze mening de meest betrouwbare informatie is die momenteel voor ons beschikbaar is (over het algemeen financiële overzichten van vóór de overname), zoals gecorrigeerd voor de geschatte effecten van (a) enige significante verschillen tussen onze grondslagen voor financiële verslaggeving en die van de overgenomen entiteiten, (b) enige significante effecten van boekhoudkundige aanpassingen over de acquisitie, en (c) andere items die wij passend achten. We passen pre-acquisitieperiodes niet aan om eenmalige posten te elimineren of om terugwerkende kracht te geven aan eventuele schattingswijzigingen die kunnen worden doorgevoerd tijdens post-acquisitieperiodes. Aangezien we de overgenomen bedrijven niet bezaten of exploiteerden tijdens de pre-acquisitieperiodes, kan er geen garantie worden gegeven dat we alle aanpassingen hebben geïdentificeerd die nodig zijn om de opbrengsten en Adjusted EBITDA van deze entiteiten te presenteren op een basis die vergelijkbaar is met de overeenkomstige post- overnamebedragen die zijn opgenomen in onze historische resultaten of waarvan de financiële overzichten vóór de overname waarop we ons hebben gebaseerd, geen onontdekte fouten bevatten. Bovendien zijn de rebased groeipercentages niet noodzakelijk een indicatie van de opbrengsten en Adjusted EBITDA die zouden hebben plaatsgevonden als deze transacties zouden hebben plaatsgevonden op de data die worden verondersteld voor de berekening van onze rebased bedragen of de opbrengsten en Adjusted EBITDA die in de toekomst zullen plaatsvinden. De rebased groeipercentages zijn gepresenteerd als basis voor het beoordelen van groeipercentages op vergelijkbare basis. 'Rebased' groei is een niet-GAAP-maatstaf zoals overwogen door Verordening G van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission en is een aanvullende maatstaf die door het management wordt gebruikt om de onderliggende prestaties van het bedrijf aan te tonen en mag de maatstaven in overeenstemming met EU IFRS niet vervangen als een indicator van de prestatie, maar moet eerder worden gebruikt in combinatie met de meest direct vergelijkbare EU IFRS-maatstaf.
De netto totale hefboomratio is een niet-GAAP-maatstaf zoals bedoeld in Regulation G van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission en wordt gedefinieerd als de som van kortlopende en langlopende leningen en overige financieringsverplichtingen van de Vennootschap, verminderd met geldmiddelen en kasequivalenten ("netto totale schuld"), zoals opgenomen op de balans van de Vennootschap, te delen door de Geconsolideerde Adjusted EBITDA op jaarbasis van de laatste twee kwartalen. In de balans werd Telenets USD-luidende schuld omgerekend naar € op basis van de EUR/USD wisselkoers op 31 december 2020. Aangezien Telenet verscheidende derivatencontracten heeft afgesloten om zowel de onderliggende variabele interestvoet als de wisselkoers-risico's af te dekken bedroeg het overeenkomstige €-ingedekte bedrag respectievelijk € 2.041,5 miljoen (USD 2.295,0 miljoen Termijnlening AR) en € 882,8 miljoen (USD 1,0 miljard Senior Secured Notes die in 2028 vervallen). Voor de berekening van de netto totale schuldgraad gebruikt Telenet het overeenkomstige €-ingedekte bedrag gelet op de onderliggende blootstelling aan de werkelijke economische risico's.
De volgende tabel geeft een reconciliatie tussen de geannualiseerde nettowinst op basis van de laatste twee kwartalen en de geannualiseerde Adjusted EBITDA op basis van de laatste twee kwartalen.
| (In € miljoen) | Voor de drie maanden afgesloten op |
Voor de zes maanden afgesloten op |
Laatste twee kwartalen geannualiseerd |
||
|---|---|---|---|---|---|
| 30 september 2020 |
31 december 2020 |
31 december 2020 | 31 december 2020 | ||
| Winst over de verslagperiode | 113,2 | 40,4 | 153,6 | 307,2 | |
| Belastingen | 27,1 | 7,2 | 34,3 | 68,6 | |
| Aandeel in het resultaat van geassocieerde deelnemingen |
2,0 | (1,4) | 0,6 | 1,2 | |
| Verlies (winst) uit de verkoop van activa/verplichtingen betreffende een dochtervennootschap of een joint venture |
(32,8) | 1,0 | (31,8) | (63,6) | |
| Netto financiële kosten (opbrengsten) | 55,5 | 79,8 | 135,3 | 270,6 | |
| Afschrijvingen, waardeverminderingen en winst op de verkoop van activa |
165,6 | 196,5 | 362,1 | 724,2 | |
| EBITDA | 330,6 | 323,5 | 654,1 | 1.308,2 | |
| Vergoeding op basis van aandelen | 10,8 | 11,0 | 21,8 | 43,6 | |
| Operationele kosten betreffende overnames of desinvesteringen |
1,4 | 2,2 | 3,6 | 7,2 | |
| Herstructureringskosten | 0,3 | 0,2 | 0,5 | 1,0 | |
| Adjusted EBITDA | 343,1 | 336,9 | 680,0 | 1.360,0 | |
| Adjusted EBITDA-marge | 53,8 % | 50,7 % | 52,2 % | 52,2 % | |
| Nettowinstmarge | 17,7 % | 6,1 % | 11,8 % | 11,8 % |
het resultaat van de Vennootschap te beoordelen, maar zou echter moeten gehanteerd worden samen met de dichtst vergelijkbare EU IFRS parameter.
verhuizen en klanten die overschakelen naar hogere of lagere diensten worden bij de berekening van het klantverloop evenmin als beëindigingen beschouwd.
Investor & Analyst Conference Call – Telenet zal op 11 februari 2021 om 15:00 uur MET een video webcast en conference call houden voor institutionele beleggers en analisten. De webcastkoppelingen vindt u op https:// investors.telenet.be.
| Investor Relations: | Rob Goyens | [email protected] | Telefoon: +32 15 333 054 | ||
|---|---|---|---|---|---|
| Bart Boone | [email protected] | Telefoon: +32 15 333 738 | |||
| Press & Media Relations: | Stefan Coenjaerts | [email protected] | Telefoon: +32 15 335 006 |
Over Telenet – Als aanbieder van entertainment- en telecommunicatiediensten in België is Telenet Group steeds op zoek naar de perfecte beleving in de digitale wereld voor zijn klanten. Het bedrijf spitst zich onder de merknaam Telenet toe op het aanbieden van digitale televisie, hogesnelheidsinternet en vaste en mobiele telefoniediensten aan residentiële klanten in Vlaanderen en Brussel. Onder de merknaam BASE levert het mobiele telefonie in België. De afdeling Telenet Business bedient de zakelijke markt in België en Luxemburg met connectiviteits-, hosting- en security oplossingen. Meer dan 3000 medewerkers hebben samen 1 doel voor ogen: leven en werken eenvoudiger en aangenamer maken. Telenet Group is een onderdeel van Telenet Group Holding nv en is genoteerd op Euronext Brussel onder ticker symbool TNET. Voor meer informatie, surf naar www.telenet.be. Liberty Global - 's werelds grootste internationale tv- en breedbandbedrijf, investeert, innoveert en versterkt mensen in zes Europese landen om optimaal gebruik te maken van de digitale revolutie - bezit een rechtstreeks belang van 58,3% in Telenet Group Holding nv (exclusief eventuele eigen aandelen die deze laatste van tijd tot tijd in zijn bezit heeft).
Meer informatie – Meer informatie over Telenet en zijn producten vindt u op de website https://www.telenet.be. Nadere informatie over de operationele en financiële gegevens in dit document kan worden gedownload in het deel van de website van de Vennootschap, dat bedoeld is voor beleggers. Het geconsolideerde jaarverslag van 2019 en de niet-geauditeerde geconsolideerde financiële staten en presentaties in verband met de financiële resultaten over de twaalf maanden afgesloten op 31 december 2020 zijn beschikbaar in het deel van de website van de Vennootschap, dat bedoeld is voor beleggers (https://investors.telenet.be).
Safe Harbor Statement van de Amerikaanse Private Securities Litigation Reform Act van 1995 – Verschillende verklaringen in dit document zijn "forward-looking statements" (toekomstgerichte verklaringen) zoals die term is gedefinieerd in de Amerikaanse Private Securities Litigation Reform Act van 1995. Deze toekomstgerichte verklaringen met betrekking tot onze financiële en operationele vooruitzichten, onze groeiverwachtingen, strategie, product-, netwerk- en technologielanceringen, en de verwachte impact van overnames op onze gecombineerde activiteiten en financiële prestaties zijn te herkennen aan het gebruik van woorden als "denkt", "voorziet", "zou moeten", "is voornemens", "plant", "zal", "verwacht", "schat", "raamt", "positie", "strategie", en soortgelijke uitdrukkingen, en omvatten bekende en onbekende risico's, onzekerheden en andere factoren die ertoe kunnen leiden dat onze werkelijke resultaten, prestaties, verwezenlijkingen of sectorresultaten wezenlijk verschillen van die welke in deze toekomstgerichte verklaringen expliciet of impliciet worden verwacht, geraamd, voorspeld, geschat of gebudgetteerd. Deze factoren zijn onder meer: mogelijke ongunstige ontwikkelingen met betrekking tot onze liquiditeit of bedrijfsresultaten; mogelijke ongunstige ontwikkelingen op het gebied van de concurrentie, economie of regelgeving; onze aanzienlijke schuldaflossingen en andere contractuele verplichtingen; de mogelijke nadelige gevolgen van de recente uitbraak van de nieuwe pandemie van het cornoavirus (COVID-19), ons vermogen om ons businessplan te financieren en uit te voeren; ons vermogen om voldoende liquiditeit te genereren voor de aflossing van onze schulden; rente- en wisselkoersschommelingen; de impact van nieuwe zakelijke opportuniteiten die aanzienlijke voorafgaande investeringen vereisen; ons vermogen om klanten aan te trekken en te behouden en om onze globale marktpenetratie te vergroten; ons vermogen om met andere bedrijven in de communicatieen contentdistributiesector te concurreren; ons vermogen om contracten te behouden die essentieel zijn voor onze activiteiten; ons vermogen om een adequaat antwoord te bieden op technologische ontwikkelingen; ons vermogen om een back-up te ontwikkelen en te onderhouden van onze kritieke systemen; ons vermogen om door te gaan met het ontwerpen van netwerken, plaatsen van installaties, verkrijgen en behouden van de vereiste vergunningen of goedkeuringen van de overheid, en het financieren van bouw en ontwikkeling, op een tijdige manier, tegen een redelijke kostprijs en onder bevredigende voorwaarden; ons vermogen om een impact te hebben of een doeltreffend antwoord te bieden op nieuwe of gewijzigde wet- of regelgeving, ons vermogen om waardetoevoegende investeringen te maken, en ons vermogen om de uitkeringen aan de aandeelhouders in de toekomst aan te houden of op te trekken. We verbinden ons er niet toe om de toekomstgerichte verklaringen in dit document te actualiseren teneinde de werkelijke resultaten, wijzigingen in veronderstellingen of veranderingen in factoren die deze verklaringen beïnvloeden te weerspiegelen.
Financiële informatie – De geconsolideerde jaarrekening van Telenet Group Holding per en voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2020 werd opgesteld in overeenstemming met EU IFRS, tenzij anders vermeld, en kan op de website van de Vennootschap worden geraadpleegd vanaf 26 maart 2021.
Niet-GAAP-maatstaven – "Adjusted EBITDA", "Operationele vrije kasstroom", "Aangepaste vrije kasstroom" en "netto totale hefboomratio" zijn niet-GAAP-maatstaven zoals bedoeld in Regulation G van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission. Voor aanverwante definities en aansluitingen verwijzen we naar de Investor Relations-sectie op de website van Liberty Global plc (https://www.libertyglobal.com). Liberty Global plc is de controlerende aandeelhouder van de Vennootschap.
Dit document werd vrijgegeven op 11 februari 2021 om 7:00 uur MET
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.