AI Terminal

MODULE: AI_ANALYST
Interactive Q&A, Risk Assessment, Summarization
MODULE: DATA_EXTRACT
Excel Export, XBRL Parsing, Table Digitization
MODULE: PEER_COMP
Sector Benchmarking, Sentiment Analysis
SYSTEM ACCESS LOCKED
Authenticate / Register Log In

Telenet Group Holding NV

Earnings Release Jul 29, 2021

4008_ir_2021-07-29_cd35d39a-5d30-4f2c-ac86-d0260786c1c7.pdf

Earnings Release

Open in Viewer

Opens in native device viewer

Resultaten eerste halfjaar 2021

Geslaagde lancering van onze nieuwe 'ONE' FMC-bundels leidt tot een versnelde groei van 25.400 FMC-klanten in KW2 2021 naar 685.900 op 30 juni 2021.

Groei bedrijfsopbrengsten keert het negatieve tij van KW2 2021, bevorderd door een sterk herstel van onze overige opbrengsten na de negatieve impact van de globale COVID-19 pandemie.

Op weg om onze duiding voor het volledige jaar 2021 en onze ambitie voor de samengestelde jaarlijkse groei van de operationele vrije kasstroom op 3 jaar waar te maken.

Bijgaande informatie betreft gereglementeerde informatie zoals gedefinieerd in het Koninklijk Besluit van 14 november 2007 betreffende de verplichtingen van emittenten van financiële instrumenten die zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt. Voorwetenschap.

Mechelen, 29 juli 2021 – Telenet Group Holding NV ("Telenet" of de "Vennootschap") (Euronext Brussel: TNET) maakt zijn niet-geauditeerde geconsolideerde resultaten voor de zes maanden afgesloten op 30 juni 2021 bekend. De resultaten zijn conform de door de Europese Unie goedgekeurde International Financial Reporting Standards ("EU IFRS").

BELANGRIJKSTE PUNTEN IN EEN NOTENDOP

  • Commerciële vaart hield stand in KW2 2021, met 25.400 netto nieuwe FMC-klanten, 6.000 nieuwe RGU's voor breedbandinternet en 18.400 netto organische postpaid mobiele klanten.
  • De vaste maandelijkse ARPU per klantrelatie bereikte in H1 2021 € 59,3, een stijging met 2 % jaar-opjaar dankzij een hoger aandeel multiple-play en higher-tier breedbandklanten in onze algemene klantenmix en het voordeel van bepaalde prijsaanpassingen, gedeeltelijk gecompenseerd door een groter deel van de inkomsten dat wordt toegewezen aan mobiele telefonie uit onze onlangs gelanceerde "ONE" FMC-bundels in vergelijking met onze oude bundels.
  • € 1.288,3 miljoen opbrengsten in H1, +1 jaar-op-jaar op zowel gerapporteerde als rebased(1) basis dankzij hogere abonnementsopbrengsten uit kabel en mobiele telefonie en verbeterde overige opbrengsten. Opbrengstgroei was weer positief in KW2 2021 met een stijging met 4 % jaar-op-jaar op zowel gerapporteerde als rebased basis naar € 642,4 miljoen, gedreven door een sterk herstel van onze overige opbrengsten tegenover dezelfde periode van vorig jaar.
  • € 211,7 miljoen nettowinst in H1 2021 (KW2 2021: € 99,2 miljoen) +14 % jaar-op-jaar, gedreven door beduidend lagere netto financiële kosten en een groei van onze bedrijfswinst met 3 %, die hogere winstbelastingen meer dan compenseerden.
  • € 688,7 miljoen Adjusted EBITDA(2) in H1 2021, -1 % jaar-op-jaar, met inbegrip van wijzigingen van de IFRS-verwerking voor bepaalde contentgerelateerde kosten voor onze premium entertainmentpakketten en de uitzendrechten voor het Belgische voetbal als gevolg van wijzigingen van de onderliggende contracten vanaf KW3 2020. Op rebased basis steeg onze Adjusted EBITDA in H1 2021 met bijna 3 % jaar-op-jaar, gedreven door een daling met 8 % van onze directe kosten en een gezonde organische omzetgroei in de periode. € 354,5 miljoen Adjusted EBITDA in KW2 2021, een lagere stijging jaar-op-jaar met respectievelijk 1 % en 2 % op gerapporteerde en rebased basis ten opzichte van KW1 2021 als weerspiegeling van hogere directe kosten en verkoop- en marketingkosten tegenover KW2 vorig jaar.
  • € 281,8 miljoen toe te rekenen investeringsuitgaven(3) in H1 2021 (KW2 2021: € 138,7 miljoen), -5 % tegenover H1 van vorig jaar en het equivalent van ongeveer 22 % van de opbrengsten. De opname van bepaalde voetbaluitzendrechten en de tijdelijke verlenging van onze licenties voor het 2G en 3G mobiele spectrum buiten beschouwing gelaten, bedroegen onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen in H1 2021 € 270,4 miljoen, het equivalent van ongeveer 21 % van de opbrengsten.
  • € 418,3 miljoen operationele vrije kasstroom(4) in H1 2021 (KW2 2021: € 216,4 miljoen, +4 % jaar-opjaar, voornamelijk gedreven door beduidend lagere investeringskosten dan in H1 van vorig jaar en de reeds vermelde trend van onze Adjusted EBITDA. Op rebased basis en met uitsluiting van de erkenning van voetbaluitzendrechten en de licenties voor het mobiele spectrum en ook de impact van bepaalde kapitaaltoevoegingen in verband met leases op onze toe te rekenen investeringsuitgaven, steeg onze operationele vrije kasstroom in H1 2021 met iets meer dan 4 % jaar-op-jaar.
  • Respectievelijk € 511,3 miljoen, € 255,0 miljoen en € 243,4 miljoen nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten, nettokasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten en nettokasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten in H1 2021. Onze aangepaste vrije kasstroom(5) daalde met 23 % jaar-op-jaar in H1 2021 naar € 202,5 miljoen, voornamelijk vanwege de jaarlijkse contante betaling van belastingen in KW2 2021 (tegenover KW3 vorig jaar) en een € 14,0 miljoen lagere bijdrage van ons leverancierskredietprogramma als gevolg van de fasering, zoals volledig voorzien in onze duiding voor het volledige jaar 2021. Dezelfde factoren leidden tot een daling van onze aangepaste vrije kasstroom met 57 % naar € 78,5 miljoen in KW2 2021.
  • Prognose voor het volledige jaar 2021 wordt bevestigd: ondanks de verwachting van een zwakkere trend voor onze opbrengsten, Adjusted EBITDA en operationele vrije kasstroom in H2 tegenover H1 2021 als gevolg van een ongunstige vergelijkingsbasis en een algemeen herstel van de commerciële activiteit. Wij verwachten dat onze opbrengsten en Adjusted EBITDA(b) in 2021 weer zullen groeien en mikken op een rebased(a) groei met respectievelijk 1 % en 1-2 %. Wij zullen bovendien een gezonde aangepaste vrije kasstroom(b,d) realiseren van € 420,0 tot € 440,0 miljoen in het volledige jaar 2021, in weerwil van een lichte krimp van de rebased operationele vrije kasstroom (b,c) in 2021 met ongeveer 1 % als gevolg van hogere gerichte investeringen. Daarmee verwachten wij nog altijd de samengestelde jaarlijkse groei van onze operationele vrije kasstroom(b,c) voor 2018-2021 met 6,5 % tot 8,0 % waar te maken, weliswaar onderaan dit bereik.

(a) Om de rebased groeicijfers op een vergelijkbare basis voor de bovenstaande perioden te berekenen, hebben wij onze historische bedrijfsopbrengsten en Adjusted EBITDA aangepast om de impact te weerspiegelen van de volgende transacties in de mate waarin de opbrengsten en de Adjusted EBITDA van deze transacties in onze huidige resultaten opgenomen zijn: (i) uitsluiting van de opbrengsten en Adjusted EBITDA van ons voormalig Luxemburgse kabelfiliaal Coditel S.à.r.l. (gedeconsolideerd op 1 april 2020) en (ii) weerspiegeling van wijzigingen in verband met de verwerking van bepaalde overeenkomsten met betrekking tot contentrechten in het derde kwartaal van 2020.

(b) Kwantitatieve reconciliaties naar nettowinst (met inbegrip van groeicijfers van de nettowinst) en kasstromen uit bedrijfsactiviteiten voor onze duiding van de Adjusted EBITDA, operationele vrije kasstroom en aangepaste vrije kasstroom kunnen niet zonder onredelijke inspanningen worden verstrekt, aangezien wij geen prognoses maken van (i) bepaalde nietgeldelijke lasten, met inbegrip van afschrijving en waardevermindering, herstructurering en overige operationele posten die deel uitmaken van de nettowinst en (ii) specifieke wijzigingen in het werkkapitaal met een impact op de kasstromen uit bedrijfsactiviteiten. De posten waarvoor wij geen prognose geven, kunnen beduidend van periode tot periode variëren.

(c) Met uitsluiting van de opname van de gekapitaliseerde voetbaluitzendrechten en licenties voor het mobiele spectrum en de impact van bepaalde kapitaaltoevoegingen in verband met leases op onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen.

(d) In de veronderstelling dat bepaalde betalingen voor de tijdelijke verlenging van onze huidige licenties voor het 2G en 3G mobiele spectrum in 2021 plaatsvinden maar met uitsluiting van betalingen voor toekomstige licenties voor het spectrum in het kader van de nakende multibandveiling, en in de veronderstelling dat de belasting op onze belastingaangifte 2020 pas begin 2022 zal worden betaald.

Voor de zes maanden afgesloten op 30 juni 2021 2020 % Verschil
FINANCIËLE KERNCIJFERS (in € miljoen, uitgezonderd bedragen per aandeel)
Bedrijfsopbrengsten 1.288,3 1.272,2 1 %
Bedrijfswinst 312,5 302,1 3 %
Nettowinst 211,7 184,9 14 %
Nettowinstmarge 16,4 % 14,5 %
Gewone winst per aandeel 1,94 1,69 15 %
Verwaterde winst per aandeel 1,94 1,69 15 %
Adjusted EBITDA (2) 688,7 698,0 (1) %
Adjusted EBITDA marge % 53,5 % 54,9 %
Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen (uitgezonderd de opname van
uitzendrechten voor voetbal en licenties voor het mobiele spectrum) (3)
270,4 297,6 (9) %
Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen als % van de bedrijfsopbrengsten
(uitgezonderd de opname van uitzendrechten voor voetbal en licenties
voor het mobiele spectrum)
21,0 % 23,4 %
Operationele vrije kasstroom (4) 418,3 400,4 4 %
Nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten 511,3 571,7 (11) %
Nettokasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten (255,0) (255,4) — %
Nettokasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten (243,4) (346,3) (30) %
Aangepaste Vrije kasstroom (5) 202,5 263,9 (23) %
OPERATIONELE KERNCIJFERS (Geleverde diensten)
Kabeltelevisie 1.785.900 1.835.600 (3) %
Basiskabeltelevisie (6) 90.300 139.900 (35) %
Premiumkabeltelevisie (7) 1.695.600 1.695.700 — %
Breedbandinternet (8) 1.712.100 1.676.500 2 %
Vaste telefonie (9) 1.141.700 1.195.400 (4) %
Mobiele telefonie (10) 2.956.900 2.928.400 1 %
Postpaid 2.607.300 2.527.500 3 %
Prepaid 349.600 400.900 (13) %
FMC-klanten 685.900 598.900 15 %
Diensten per klantenrelatie (11) 2,28 2,29 — %
ARPU per klantenrelatie (€ / maand) (11) (12) 59,3 58,4 2 %

In een reactie op de resultaten zei John Porter, Chief Executive Officer van Telenet:

"Slechts twee weken geleden werd een groot deel van Wallonië en de provincie Limburg door zware overstromingen getroffen als gevolg van ongeziene regenstormen die dagen duurden. Onze gedachten gaan uit naar alle individuen en families die onder deze extreme weersomstandigheden hebben geleden. Ik voel me dankbaar wanneer ik het aanhoudende engagement en de inzet zie van onze medewerkers, die een extra inspanning leveren om in deze ongeziene crisis hulp en steun te bieden, onder meer door onze beschadigde mobiele infrastructuur zo snel mogelijk te repareren en onze BASE-klanten gratis data aan te bieden, zodat de mensen in contact kunnen blijven met hun dierbaren. Wij steunen ook van ganser harte de campagne van het Rode Kruis. Het is duidelijk dat België zich in deze moeilijke tijden van zijn beste kant toont: ik ben echt onder de indruk van de solidariteit en de inspanningen van talloze andere ondernemingen en organisaties overal in het land.

Wat nu gebeurd is, benadrukt eens te meer de enorme impact van de klimaatverandering op de maatschappij en het belang van de integratie van een goed ontwikkeld ESG (Environment, Social & Governance) kader in de algemene strategie van onze onderneming. Precies om die reden hebben wij eind juni een nieuwe duurzaamheidsstrategie 2021-2025 ingevoerd, die volledig in lijn ligt met de bedrijfsprioriteiten van Telenet en die ons ondernemingsdoel en onze merkbelofte weerspiegelt: technologie voor de vooruitgang van de mens verschaffen aan consumenten, bedrijven en de samenleving. Om dat doel te bereiken, hebben wij drie grote focusdomeinen en gerelateerde streefdoelen op lange termijn geïdentificeerd, zoals aangehaald in ons duurzaamheidsverslag 2020 dat u kan terugvinden op onze website: (i) vooruitgang bevorderen door de digitale versnelling van 150.000 mensen en bedrijven tegen 2030, (ii) empowerment stimuleren door intern en extern erkend te worden als een inclusieve en doelgerichte organisatie en (iii) milieuverantwoordelijkheid opnemen door een netto zero doel wat onze CO2 uitstoot betreft voor 2030 en meer geavanceerde praktijken van de circulaire economie toe te passen.

Wanneer ik terugblik op het tweede kwartaal, zie ik tot mijn grote genoegen dat wij erin geslaagd zijn in vrijwel alle segmenten de operationele vaart te behouden. De lancering van onze nieuwe "ONE(UP) vast-mobiel geconvergeerde voorstellen in april was een groot succes en leidde tot een groei met netto 25.400 FMC-klanten in het tweede kwartaal, een duidelijke versnelling tegenover het vorige kwartaal. Wij hebben nu in totaal 685.900 FMC-klanten. Daarnaast presteerden ook breedband, postpaid mobiel en premium tv goed, met respectievelijk 6.000, 18.400 en 7.100 nieuwe klanten. Dit werd ook bevorderd door het programma voor de uitschakeling van het analoge signaal, dat nu weer op volle toeren draait. In het B2B-segment konden we eveneens de klantenbasis van onze activiteit als ICT-integrator uitbreiden en nieuwe grote ondernemingsklanten aantrekken. Ondanks een aanhoudend sterke concurrentie, bleef het verloop onder controle met een verloop op jaarbasis van 7,1 % voor breedband en 8,8 % voor basis kabeltelevisie, nog altijd lager dan voor COVID-19. Ons verloop op jaarbasis voor de vaste telefonie nam toe tot 10,4 %, aangezien klanten van onze nieuwe "ONE" FMC-voorstellen zelf voor hun vaste lijn voor stemtelefonie moeten kiezen. Aangezien wel of niet activeren van de oplossing voor vaste telefonie geen invloed heeft op de prijs die de klanten voor hun bundel betalen, is er geen impact op onze algemene opbrengsten.

Dankzij de solide operationele prestatie zagen ook onze financiële metingen een positieve trend in het tweede kwartaal. Onze omzet groeide in KW2 2021 met bijna 4 % jaar-op-jaar op zowel gerapporteerde als rebased basis, gedragen door een toename van zowel onze totale abonnementsopbrengsten als een sterk herstel van onze advertentie- en productieopbrengsten tegenover vorig jaar, na de globale COVID-19-pandemie. De robuuste prestatie van onze omzet leidde ook tot een sterke rebased groei van de Adjusted EBITDA, ondanks hogere bedrijfskosten vanwege de ongunstige vergelijkingsbasis met dezelfde periode van vorig jaar. Op basis van deze solide resultaten kunnen we opnieuw bevestigen dat we goed op weg zijn om onze duiding voor het volledige jaar 2021 waar te maken, zoals hierna verder uiteengezet.

Wij bleven ook onze de strategie voor de aandeelhoudersvergoeding uitvoeren. In december 2020 keerden wij een tussentijds brutodividend van € 1,370 per aandeel uit (in totaal € 150,0 miljoen), wat overeenkwam met de helft van de dividenddrempel van € 2,75 per aandeel (bruto). Het restant van het brutodividend, € 1,3750 per aandeel, werd begin mei uitbetaald. Met inbegrip van de uitbetaling van dit dividend bedraagt het totale uitgekeerde bruto dividend € 2,75 per aandeel of in totaal € 300,2 miljoen, 47 % hoger dan het dividend per aandeel dat op de aangepaste vrije kasstroom van het volledige jaar 2019 werd uitgekeerd.

Bij de fusies en overnames hebben wij onlangs een nieuwe 50/50 joint venture aangekondigd met de Groep Isabel, een fintechbedrijf, voor de overname van Doccle, het grootste Belgische digitale administratieplatform1 . De overname en daaropvolgende verkoop van een gedeelte van de aandelen aan Isabel past volledig in onze ambitie om maximaal op de digitalisering van de algemene klantbeleving te focussen. Telenet en de Groep Isabel willen in de volgende jaren € 5 miljoen extra investeren om Doccle tot het platform van de toekomst te ontwikkelen. In het domein van de netwerken gaan de besprekingen met Fluvius over het netwerk van de toekomst, met onze gezamenlijke servicegebieden, verder en vorderen ze op een constructieve manier. Dit zou onze leidende netwerkpositie op de markt verder moeten versterken en een duurzame aandeelhouderswaarde op lange termijn in de hand moeten werken."

1In afwachting van de regulatoire goedkeuring door de relevante mededingingsautoriteiten.

In een reactie op de resultaten zei Erik Van den Enden, Chief Financial Officer van Telenet:

"Telenet kan opnieuw terugblikken op een veerkrachtig kwartaal in termen van onze financiële prestatie, terwijl we de sterke operationele vaart die John al vermeldde verder ontwikkelden. Ik ben bijzonder tevreden dat we in het tweede kwartaal het tij van onze omzet hebben kunnen keren. We boekten in KW2 2021 een opbrengstgroei van bijna 4 % op gerapporteerde en op rebased basis met € 642 miljoen, met een totale opbrengst over zes maanden van € 1.288 miljoen, meer dan 1 % hoger dan in H1 van vorig jaar. De opbrengstgroei in het kwartaal was vooral te danken aan een sterk verwacht herstel van onze overige opbrengsten met 15 % jaar-op-jaar op rebased basis, na de nadelige impact van de globale COVID-19-pandemie vorig jaar. Onze overige opbrengsten buiten beschouwing gelaten, stegen onze rebased opbrengsten in KW2 2021 met meer dan 1 % vergeleken met KW2 2020, als gevolg van hogere opbrengsten uit abonnementen en B2B met respectievelijk 1 % en 7 % op rebased basis. Aangezien onze (overige) opbrengsten sequentieel begonnen te verbeteren vanaf KW3 vorig jaar, toen de strenge lockdown werd opgeheven, verwachten wij dat de groei van onze opbrengsten in de tweede helft zal vertragen tegenover de zes eerste maanden van het jaar; dit is evenwel volledig opgenomen in onze verwachtingen voor het volledige jaar 2021.

In de zes eerste maanden van het jaar genereerden we een Adjusted EBITDA van € 689 miljoen, een daling met 1 % jaar-op-jaar. Dit weerspiegelde voornamelijk wijzigingen van het IFRS-boekhoudresultaat voor bepaalde contentgerelateerde kosten voor onze premium entertainmentpakketten en de uitzendrechten voor het Belgische voetbal als gevolg van wijzigingen van de onderliggende contracten vanaf KW3 2020. Op rebased basis steeg onze Adjusted EBITDA voor H1 2021 met bijna 3 % jaar-op-jaar dankzij (i) een daling van onze directe kosten met 8 % die hogere personeelskosten en hogere netwerkexploitatiekosten gedeeltelijk compenseerde en (ii) een gezonde organische omzetgroei met meer dan 1 % over de periode. Op rebased basis verhoogden wij onze H1 2021 Adjusted EBITDA-marge met 80 basispunten vergeleken met dezelfde periode van vorig jaar. In KW2 2021 bedroeg onze Adjusted EBITDA € 355 miljoen, een stijging jaar-op-jaar met respectievelijk bijna 1 % en 2 % op respectievelijk een gerapporteerde en rebased basis. In lijn met onze prognose voor het volledige jaar 2021 verwachten wij een lagere trend voor onze Adjusted EBITDA in het tweede kwartaal tegenover het eerste kwartaal van het jaar, aangezien KW2 2020 beduidend lagere programmeringskosten weerspiegelde als gevolg van de versnelde afschrijving van uitzendrechten in KW1 2020 vanwege de wereldwijde COVID-19-pandemie, samen met veel lagere verkoop- en marketingkosten in KW2 2020.

De operationele vrije kasstroom, een van onze belangrijkste financiële maatstaven en ons richtpunt voor het financiële plan 2018-2021, heeft goed gepresteerd, met een stijging met 4 % jaar-op-jaar in H1 2021 naar € 418 miljoen (KW2 2021: € 216 miljoen, -5 % jaar-op-jaar). Dit weerspiegelde beduidend lagere investeringen tijdens de periode vergeleken met vorig jaar, samen met de reeds vermelde prestatie van de Adjusted EBITDA. Op rebased basis en met uitsluiting van de erkenning van de voetbaluitzendrechten en de licenties voor het mobiele spectrum, evenals de impact van bepaalde leasegerelateerde kapitaaltoevoegingen aan onze toe te rekenen investeringsuitgaven, steeg onze operationele vrije kasstroom in H1 2021 met iets meer dan 4 % jaar-op-jaar.

Tot slot bedroeg onze aangepaste vrije kasstroom € 203 miljoen in de eerste zes maanden van 2021, een daling met 23 % tegenover dezelfde periode vorig jaar. Dit was het gevolg van een andere fasering van de jaarlijkse betaling van onze contante betalingen, die dit jaar in het tweede kwartaal plaatsvond en vorig jaar pas in het derde kwartaal. Onze aangepaste vrije kasstroom voor de zes maanden tot 30 juni 2021 omvatte ook een bescheiden daling met € 3 miljoen van ons leverancierskredietprogramma, terwijl in H1 van vorig jaar onze Adjusted EBITDA een voordeel van bijna € 11 miljoen omvatte. Deze evoluties buiten beschouwing gelaten, zou onze aangepaste vrije kasstroom marginaal beter geweest zijn. De reeds vermelde fasering van onze contante betaling van belastingen leidde ook tot een sterke terugval met 57% van onze aangepaste vrije kasstroom naar € 79 miljoen in KW2 2021.

Bovendien omvatte onze aangepaste vrije kasstroom voor KW2 2021 een € 42 miljoen lagere bijdrage van ons leverancierskredietprogramma als gevolg van de fasering.

Na een sterke financiële prestatie in de eerste helft van het jaar zijn we goed op weg om onze in februari 2021 voorgestelde doelstellingen voor het volledige jaar 2021 te realiseren. In lijn met onze vooruitzichten voor het volledige jaar 2021 en zoals hierboven uiteengezet, verwachten wij in H2 een zwakkere groei van de opbrengsten en de Adjusted EBITDA tegenover H1, gedeeltelijk vanwege een ongunstige vergelijkingsbasis en een algemeen herstel van onze commerciële activiteit vergeleken met vorig jaar. Ondanks een verwachte terugval van onze operationele vrije kasstroom in de tweede helft, met inbegrip van bepaalde selectieve netwerkgerelateerde investeringen die in februari van dit jaar werden aangekondigd, verwachten wij in H2 een sterkere prestatie van de aangepaste vrije kasstroom als gevolg van de reeds vermelde fasering van onze contante betaling van belastingen. Onze dividenddrempel van € 2,75 per aandeel (bruto), in totaal goed voor ongeveer € 300 miljoen per jaar, blijft voldoende gedekt door de organische aangepaste vrije kasstroom die wij genereren. Onze netto totale schuldgraad, die leasegerelateerde verplichtingen en onze aan leverancierskredieten gerelateerde kortlopende verplichtingen omvat, is al ettelijke kwartalen stabiel in de buurt van 4x, ondanks de reeds vermelde dividenduitkeringen. Wat onze schuldgraad betreft, die in punt 2.8 verder wordt besproken, hebben we nog steeds een ruime capaciteit voor waardecreërende fusies en overnames die de toekomstige aandeelhouderswaarde zullen verhogen."

1 Belangrijkste operationele ontwikkelingen

Opname van de businessklanten kleine en middelgrote ondernemingen ('kmo') en grote ondernemingen ('go'): Vanaf KW2 2021 omvat de telling van onze postpaid abonnees en het totaal van onze mobiele abonnees onze kmo- en go-businessklanten, die vroeger niet in onze simtelling werden opgenomen. Wij geven onze geconsolideerde abonneetellingen weer zoals hieronder en in 4. Geconsolideerde tussentijdse operationele statistieken per KW1 2020, zodat de investeerders en analisten onze operationele prestaties op vergelijkbare basis kunnen beoordelen. Wij hebben bijgevolg 130,100, 132.600, 140.500, 146.100, 156.600 en 158.900 mobiele postpaid abonnees toegevoegd aan onze abonneetelling voor de kwartalen van KW1 2020 tot en met KW2 2021. Als gevolg van deze wijziging worden de opbrengsten uit de abonnementen en het gebruik van onze kmo- en go-businessklanten gerapporteerd onder onze opbrengsten uit mobiele telefonie (en niet langer onder opbrengsten uit bedrijfsdiensten,). De interconnectieopbrengsten worden nu opgenomen onder overige opbrengsten (en niet langer onder opbrengsten uit bedrijfsdiensten). Wij vermelden rebased wijzigingen jaar-op-jaar, zodat de investeerders en analisten onze financiële prestaties op een vergelijkbare basis kunnen beoordelen en hebben onze bedrijfsopbrengsten voor KW1 2021 overeenkomstig aangepast.

1.1 Productbundels

OVERZICHT EN PRODUCTBUNDELS

Op 30 juni 2021 hadden wij 2.037.300 unieke klantrelaties, die ongeveer 60 % vertegenwoordigden van de 3.388.900 woningen langs ons toonaangevende hybride glasvezel-coaxnetwerk ('HFC') in ons servicegebied in Vlaanderen en Brussel. Ons kabelnetwerk bestaat uit een dichte glasvezelbackbone met lokale lusverbindingen van coaxkabel en een spectrum tot 1,2 GHz. Met de EuroDocsis 3.0 en 3.1-technologie bieden wij downloadsnelheden voor data aan tot 1 gigabit per seconde ('Gbps') in ons volledige servicegebied, een bevestiging van onze leidende marktpositie als leverancier van de snelste internetdiensten.

Op 30 juni 2021 leverden wij 4.639.700 vaste diensten ('RGU's'), bestaande uit 1.785.900 kabeltelevisieabonnementen, 1.712.100 breedbandinternet-abonnementen en 1.141.700 vastetelefonieabonnementen. In onze kabeltelevisiemix is op 30 juni 2021 ongeveer 95 % van onze kabeltelevisieabonnees geüpgraded naar ons premium kabeltelevisieplatform met hogere gemiddelde opbrengst per klantrelatie, zodat slechts 90.300 abonnees op analoge televisie overblijven, die in het kader van onze campagne 'Signal Switch' tegen het eind van dit jaar voor het merendeel naar digitaal zullen worden geconverteerd. De abonnees van het premium kabeltelevisieplatform genieten een rijkere kijkervaring met onbeperkte toegang tot een groter aanbod van digitale zenders, HD-zenders en betalende sportzenders, series- en filmkanalen, een enorme bibliotheek van binnen- en buitenlandse films en programma's à la carte ('VOD') en toegang tot ons 'over-the-top'-platform ('OTT') 'Telenet TV' en 'Yelo'. Op 30 juni 2021 bedienden wij ook 2.956.900 mobiele abonnees, van wie ongeveer 88 % geabonneerd was op een van onze aantrekkelijke mobiele of vaste-mobiele ('FMC') tariefplannen. Vanaf KW2 2021 worden, zoals reeds vermeld, ook onze kmo- en go-businessklanten in de telling van onze mobiele abonnees opgenomen.

Wij bereikten eind KW2 2021 een bundelratio van 2,28 vaste RGU's per unieke klantrelatie, grotendeels stabiel tegenover dezelfde periode van vorig jaar. Op 30 juni 2021 was ongeveer 33 % van onze kabelklanten geabonneerd op een quad-play-bundel (de mobiele abonnementen onder het merk BASE niet meegeteld), een bescheiden stijging met 1 procentpunt vergeleken met vorig jaar. Hieruit blijkt nogmaals de aanhoudende belangstelling van de consumenten en bedrijven voor onze waardevoorstellen met productbundels. Onze FMC-klantenbasis, die de som vertegenwoordigt van onze voorstellen 'WIGO', 'YUGO' en 'KLIK', samen met onze recent toegevoegde bundels 'ONE' en 'ONE UP', bereikte 685.900 abonnees, een stijging met 15 % jaar-op-jaar. In KW2 2021 verwierven wij 25.400 netto nieuwe FMC-abonnees, een beduidende versnelling vergeleken met 18.700 netto nieuwe abonnees in het vorige kwartaal; dit was te danken aan de geslaagde lancering van onze nieuwe 'ONE' FMC-voorstellen.

GEMIDDELDE OPBRENGST PER KLANTRELATIE (ARPU)

De gemiddelde opbrengst per klantrelatie (ARPU), die de opbrengsten uit mobiele telefonie en bepaalde andere soorten opbrengsten buiten beschouwing laat, is een van onze belangrijkste operationele statistieken, aangezien wij naar een groter aandeel van de telecommunicatie- en contentuitgaven van onze klanten streven. In de zes maanden tot 30 juni 2021 bedroeg onze gemiddelde opbrengst per klantrelatie € 59,3, een stijging met 2 % tegenover dezelfde periode van vorig jaar. De groei van de gemiddelde opbrengst per klantrelatie werd bevorderd door (i) een hogere proportie abonnees op breedband van hoger niveau, (ii) de gunstige impact van de prijsaanpassing in oktober 2020, (iii) een hogere proportie abonnees op productbundels en (iv) een relatief lagere proportie bundelkortingen (met inbegrip van promoties met vaste termijn). Deze factoren werden slechts gedeeltelijk gecompenseerd doordat een groter deel van de opbrengsten werd toegewezen aan mobiele telefonie uit onze onlangs gelanceerde "ONE" FMC-bundels in vergelijking met onze oude bundels, zoals verder beschreven onder 2. 1 Bedrijfsopbrengsten.

In KW2 2021 bedroeg de ARPU per klantrelatie € 58,8, grotendeels stabiel vergeleken met € 58,4 in KW2 van vorig jaar. De ARPU per klantrelatie daalde in KW2 2021 met 2 % op sequentiële basis, na de succesvolle lancering van de nieuwe 'ONE' FMC-bundels, waarvan een grotere proportie van de opbrengsten aan de mobiele telefonie wordt toegewezen vergeleken met onze oudere 'WIGO'- en YUGO'-bundels. Zoals besproken in 2.1 Opbrengsten, heeft dit een nadelige impact op onze opbrengsten uit kabelabonnementen, maar wordt dit volledig gecompenseerd door de hogere opbrengsten uit abonnementen op mobiele telefonie. Zoals besproken in 2.1 Bedrijfsopbrengsten, heeft dit een negatief effect op onze opbrengsten uit kabelabonnementen, maar wordt het volledig gecompenseerd door hogere opbrengsten uit abonnementen voor mobiele telefonie en heeft het dus geen invloed op onze totale bedrijfsopbrengsten.

1.2 Breedbandinternet

Op 30 juni 2021 hadden wij 1.712.100 abonnees op breedbandinternet. De positieve evolutie van de groei van onze breedbandabonnees hield in KW2 2021 aan, met 6.000 netto nieuwe abonnees. De aanhoudende groei van onze klantenbasis voor breedband weerspiegelt de impact van de COVID-19-pandemie, die de vraag van de klanten naar betrouwbare snelle connectiviteitsoplossingen blijft stimuleren. Gelet op de bewezen capaciteiten van ons 1 Gbps HFC-netwerk in ons volledige servicegebied zijn wij goed gepositioneerd voor de toekomst. Het verloop op jaarbasis steeg met 70 basispunten jaar-op-jaar, van 6,4 % in KW2 2020, toen een volledige lockdown vanwege de COVID-pandemie een gunstige impact op het verloop had, naar 7,1 % in KW2 2021. Toch was het 90 basispunten lager dan in KW1 2021.

In KW2 2021 distribueerden wij 40.000 WiFi-boosters om de thuisconnectiviteit van de klanten te maximaliseren. De totale geïnstalleerde basis komt hiermee op 888.000 klanten die uitgerust zijn met onze plug-and-play oplossing voor thuisconnectiviteit, tegenover 38 % in KW2 2020. De distributie van WiFiboosters vertraagde tijdens het kwartaal vergeleken met de vorige kwartalen vanwege de huidige chiptekorten op de globale halfgeleidermarkt na de COVID-19-pandemie. Op 30 juni 2021 had ongeveer 52 % van onze klanten voor breedband de reeds vermelde oplossing voor thuisconnectiviteit gekozen, vergeleken met ongeveer 38 % vorig jaar. Sinds de lancering van onze nieuwe 'ONE' FMC-bundels eind april van dit jaar, omvatten onze superieure 'ONE UP'-bundels nu standaard downloadsnelheden van 1 gigabit per seconde. Dit verhoogde de gewogen gemiddelde downloadsnelheid voor data van onze abonneebasis voor breedband verder naar 225 Mbps op 30 juni 2021, tegenover 206 Mbps in KW2 van vorig jaar.

1.3 Vaste telefonie

Op 30 juni 2021 hadden we 1.141.700 abonnees voor vaste telefonie, een daling met 4 % tegenover dezelfde periode van vorig jaar. Vergeleken met 31 maart 2021 daalde onze abonneebasis voor vaste telefonie met 19.300 RGU's op netto organische basis in KW2 2021. Naast de algemene terugval van de markt van de vaste telefonie hebben onze recent gelanceerde 'ONE' FMC-bundels de neerwaartse trend versneld, aangezien de vaste telefonie in het nieuwe 'ONE'-pakket niet langer standaard geactiveerd is maar de klant ervoor moet kiezen. Aangezien het wel of niet activeren van de oplossing voor vaste telefonie geen invloed heeft op de prijs die de klanten voor hun bundel betalen, is er geen impact op onze algemene opbrengsten. Het verloop op jaarbasis van onze vaste telefonie bedroeg 10,4 % in KW2 2021, een beduidende toename vergeleken met dezelfde periode van vorig jaar, toen nog een volledige lockdown van kracht was.

1.4 Mobiele telefonie

Onze abonneebasis voor mobiele telefonie, die de abonnees van onze commerciële wholesalepartners niet omvat, bereikte een totaal van 2.956.900 abonnees op het eind van KW2 2021, met inbegrip van 2.607.300 postpaid abonnees. De resterende 349.600 mobiele abonnees zijn prepaid abonnees onder het merk BASE. Zoals vermeld onder 1. Belangrijkste operationele ontwikkelingen, omvat onze telling van de mobiele abonnees vanaf KW1 2021 ook onze kmo- en go-businessklanten. De groei van onze mobiele postpaid abonneebasis versnelde weer in KW2 2021 vergeleken met het vorige kwartaal, met 18.400 netto organische sims. Dit was te danken aan een hogere kruisverkoop via onze nieuwe 'ONE' FMC-bundels en een sterke prestatie van de nieuwe mobiele tariefplannen van Telenet Business. Onze basis van prepaid abonnees daalde met 7.000 sims in KW2 2021, een wezenlijke verbetering in vergelijking met het vorig kwartaal dankzij een beduidend lager verloop.

1.5 Televisie

TOTAAL KABELTELEVISIE

Op 30 juni 2021 bereikte onze klantenbasis voor basis en premium televisie 1.785.900 RGU's. Dit vertegenwoordigde een netto organisch verlies van 13.100 abonnees tijdens KW2 2021. Dit nettoverlies omvat geen overschakelingen naar onze premium kabeltelevisiediensten en vertegenwoordigt klanten die zijn overgestapt naar concurrerende platformen, zoals andere aanbieders van digitale tv, OTT en satelliet, of klanten die hun tv-abonnement hebben opgezegd of die buiten ons servicegebied zijn verhuisd. Binnen de mix van televisieabonnees bleef het aandeel van de abonnees op analoge basistelevisie krimpen en bereikte het 90.300 op 30 juni 2021. In oktober 2019 lanceerden we onze campagne 'Signal Switch' als voorbereiding op de uitschakeling van de analoge radio- en videosignalen tegen eind dit jaar. Dit zal netwerkcapaciteit vrijmaken voor het altijd toenemende digitale verkeer. Na een tijdelijke pauze van dit project in verband met COVID-19 ging het in de loop van KW1 2021 weer van start en stimuleerde het een hogere upsell van ons premium televisieplatform, zoals hierna verder wordt besproken.

PREMIUM TELEVISIE

Op 30 juni 2021 waren 1.695.600 van onze kabeltelevisieabonnees geüpgraded naar onze televisiediensten met hogere ARPU, die hen toegang geven tot een rijkere televisiebeleving, met inbegrip van gratis onbeperkte toegang tot onze OTT apps 'Telenet TV' en 'Yelo' waarmee ze thuis en buiten een unieke contentervaring kunnen beleven op meerdere verbonden apparaten. Dit omvat ons nieuwste digitale televisieplatform, met inbegrip van onze in de cloud gebaseerde settopbox van de volgende generatie met spraakherkenning, die wij eind april 2019 lanceerden. De tv-app van Telenet is sinds midden december 2020 ook beschikbaar op Apple TV en Android TV. Met deze mediabox kunnen de klanten hun vertrouwde televisiebeleving overbrengen naar een tweede televisiescherm overal in de Europese Unie, zonder een bijkomende decoder. Onze klantenbasis voor premium televisie groeide in KW2 2021 met 7.100 netto RGU's, een beduidende verbetering in vergelijking met de vorige kwartalen. De netto toename van het aantal abonnees was te danken aan zowel de voortgezette uitrol van ons project 'Signal Switch' als het sterke succes van de nieuwe 'ONE' FMC-bundels, dat aantoont dat weinig abonnees in ons servicegebied afstappen van de kabel.

Midden september 2020 lanceerden we 'Streamz': een unieke streamingservice van DPG Media en Telenet, waarin we een aandeel van 50 % houden. De operationele en financiële resultaten van de joint venture worden niet in onze boeken opgenomen. Aangezien wij zowel 'Streamz' als 'Streamz+' rechtstreeks via ons digitale televisieplatform aan de klanten aanbieden, zullen wij het aantal klanten voor premium entertainment die we rechtstreeks bedienen, blijven opnemen. De opbrengst uit deze rechtstreekse abonnees op premium entertainment wordt niet beïnvloed en blijft binnen onze opbrengsten uit televisieabonnementen, terwijl de contentgerelateerde kosten worden opgenomen als directe kosten (programmeringskosten) en dus onze Adjusted EBITDA beïnvloeden. Zie 2. Belangrijkste financiële ontwikkelingen voor meer informatie.

Na de lancering van de streamingservice 'Streamz' hebben we een nieuw product 'Streamz+' geïntroduceerd en het vroegere product 'Play' opgenomen in het merk 'Streamz', terwijl 'Play More' blijft bestaan. Wij menen dat ons gezamenlijke OTT-platform uniek gepositioneerd is, aangezien het de beste lokaal geproduceerde series van alle lokale zenders VTM, Play en VRT combineert, aangevuld met niet te missen internationale content van HBO, een uitgebreid aanbod voor de kinderen, films en documentaires. Streamz is voor iedereen beschikbaar via de Streamz-app, online op Streamz.be en op ons digitale televisieplatform. Daarnaast behouden we een leidende marktpositie op het gebied van de sport. 'Play Sports' blijft zowel binnenlandse als internationale voetbalcompetities uitzenden, zoals de Engelse Premier League in exclusiviteit en, via de Eleven Sports-kanalen: de Belgische Jupiler Pro League, La Liga, Serie A en Bundesliga 1. Wij hebben de rechten op de Premier League onlangs met nogmaals drie seizoenen verlengd, tot het seizoen 2024-2025. Andere sporten, zoals veldrijden, basketbal, hockey, tennis, golf en motorsporten, blijven eveneens deel uitmaken van ons ruime sportaanbod. In het eerste kwartaal lanceerden we 'Play Sports Open', een nieuw lineair kanaal in ons basis televisieaanbod. Play Sports Open biedt alle televisieklanten van Telenet een selectie van wedstrijden uit verschillende competities aan, waaronder Premier League, Europa League, Eredivisie, ATP en WTA Tennis, Belgisch hockey en basketbal, veldrijden, Formule 1 en MXGP. Deze zender omvat ook eigen programma's en documentaires.

Bovendien zijn we, terwijl we evolueren om al het relevante premium entertainment aan onze klanten aan te bieden, begonnen met het integreren van andere VOD-diensten (waaronder Netflix en Amazon Prime) voor onze klanten via hun settopbox-omgeving en deze willen we in de toekomst verder uitbreiden met andere relevante VOD-diensten. Bijgevolg zijn we goed gepositioneerd als een toonaangevende speler in het premium entertainmentsegment binnen onze afzetmarkt. Dit wordt ook onderbouwd als we kijken naar de penetratie van de premium entertainmentdiensten die we aanbieden als percentage van onze totale klantenbasis voor premium kabeltelevisie, wat één van de belangrijkste operationele statistieken is die we volgen. Ons totale abonneebestand voor premium entertainment, inclusief "Streamz", "Streamz+", "Play More" en "Play Sports", was aan het einde van het tweede kwartaal van 2021 goed voor ongeveer 36% van ons totale klantenbestand voor premium kabeltelevisie1 . Dit was grotendeels stabiel ten opzichte van hetzelfde kwartaal een jaar geleden en vertoonde een bescheiden daling ten opzichte van 31 maart 2021 als gevolg van seizoenspatronen in ons "Play Sports" -aanbod als gevolg van de afsluiting van zowel de nationale als internationale voetbalkampioenschappen.

1 Met inbegrip van 405.500 directe abonnementen op onze premium entertainment-pakketten "Streamz", "Streamz+" en "Play More" en 212.500 abonnees voor "Play Sports" per 30 juni 2021.

2 Belangrijkste financiële ontwikkelingen

BELANGRIJKE WIJZIGINGEN IN DE VERSLAGGEVING:

Rebased groei: Om rebased groeipercentages op vergelijkbare basis te berekenen, hebben we onze historische opbrengsten en Adjusted EBITDA aangepast om de impact van de volgende transacties weer te geven, in dezelfde mate zijn de opbrengsten en Adjusted EBITDA met betrekking tot deze transacties opgenomen in onze huidige resultaten: (i) exclusief de opbrengsten en Adjusted EBITDA van onze voormalige Luxemburgse kabeldochter Coditel S.à r.l. (gedeconsolideerd vanaf 1 april 2020), (ii) weerspiegelt wijzigingen met betrekking tot de IFRS-verwerking van bepaalde overeenkomsten voor contentrechten die zijn aangegaan tijdens KW3 2020 en (iii) weerspiegelt wijzigingen met betrekking tot abonnementsgerelateerde, verbruiksgerelateerde en interconnectie-opbrengsten die gegenereerd worden door onze kmo-klanten (klein en middelgrote ondernemingen) en grote bedrijfsklanten vanaf KW1 2021 van opbrengsten uit bedrijfsdiensten naar opbrengsten uit mobiele telefonie en overige opbrengsten, respectievelijk. Zie Definities voor meer toelichtingen. Voor meer informatie over het verschil tussen onze gerapporteerde en rebased financiële resultaten, verwijzen we naar de Appendix in dit persbericht.

Boekhoudkundig kader van de joint venture Streamz en de uitzendrechten van het Belgische voetbal: Midden september lanceerden we 'Streamz', een unieke streamingservice van DPG Media en Telenet, waarin we een aandeel van 50% houden. Bijgevolg worden de operationele en financiële resultaten van de joint venture niet in onze boeken geconsolideerd. Aangezien wij zowel 'Streamz' als 'Streamz+' rechtstreeks via ons digitale televisieplatform aan de klanten aanbieden, zullen wij het aantal klanten voor premium entertainment die we rechtstreeks bedienen blijven opnemen. De opbrengst uit deze rechtstreekse abonnees op premium entertainment wordt niet beïnvloed en blijft binnen onze opbrengsten uit videoabonnementen, terwijl de contentgerelateerde kosten worden opgenomen als directe kosten (programmeringskosten) en dus onze Adjusted EBITDA beïnvloeden. In augustus 2020 ondertekenden we een overeenkomst voor vijf jaar met Eleven Sports voor de uitzendrechten van de Belgische voetballiga. Anders dan het vorige contract zal de kostprijs van het nieuwe contract voor het Belgische voetbal als directe kosten worden opgenomen (programmeringskosten) en dus onze Adjusted EBITDA beïnvloeden. Beide wijzigingen hebben vanaf het derde kwartaal van 2020 een impact op onze (operationele) kosten en Adjusted EBITDA. Wij vermelden de rebased wijzigingen jaar-op-jaar, zodat de investeerders en analisten onze financiële prestaties op een vergelijkbare basis kunnen beoordelen.Voor meer informatie in verband met de reconciliatie tussen onze gerapporteerde en 'rebased' resultaten verwijzen we naar de Appendix in dit persbericht.

Opname van de businessklanten kleine en middelgrote ondernemingen ('kmo') en grote ondernemingen ('go'): Vanaf KW2 2021 omvat de telling van onze postpaid abonnees en het totaal van onze mobiele abonnees onze kmo- en go-businessklanten, die vroeger niet in onze simtelling werden opgenomen. Zie 1. Operationele hoogtepunten voor meer informatie. Als gevolg van deze wijziging worden de opbrengsten uit de abonnementen en het gebruik van onze kmo- en go-businessklanten gerapporteerd onder onze opbrengsten uit mobiele telefonie (en niet langer onder opbrengsten uit bedrijfsdiensten). De interconnectieopbrengsten worden nu opgenomen onder overige opbrengsten (en niet langer onder opbrengsten uit bedrijfsdiensten). Wij vermelden rebased wijzigingen jaar-op-jaar, zodat de investeerders en analisten onze financiële prestaties op een vergelijkbare basis kunnen beoordelen en hebben onze bedrijfsopbrengsten voor KW1 2021 overeenkomstig aangepast.

2.1 Bedrijfsopbrengsten

In de zes maanden tot 30 juni 2021 genereerden we € 1.288,3 miljoen bedrijfsopbrengsten, een stijging met meer dan 1 % (+1,3 %) tegenover € 1.272,2 miljoen bedrijfsopbrengsten in H1 vorig jaar. Zoals reeds vermeld, omvatten onze bedrijfsopbrengsten van het eerste kwartaal van vorig jaar nog steeds de bijdrage van ons Luxemburgse kabelfiliaal Coditel S.à.r.l., dat op 1 april 2020 fuseerde met Eltrona, waarin wij een belang van 50 % min 1 aandeel houden. De resultaten van Coditel worden dus sinds KW2 2020 niet langer geconsolideerd. Met het oog op de vergelijking is het ook belangrijk om rekening te houden met (i) het feit dat onze bedrijfsopbrengsten in H1 2020 de nadelige impact van de globale COVID-19-pandemie op onze activiteit weerspiegelde, met een grotere impact in vooral KW2 2020 vanwege de sterke daling van onze opbrengsten uit advertenties en productie, opgenomen onder overige opbrengsten, en (ii) de reeds vermelde herindeling van de opbrengsten uit de abonnementen en het gebruik en de interconnectieopbrengsten van onze kmo- en go-businessklanten, zoals reeds uiteengezet.

De impact van de al vermelde afstoting van het Luxemburgse kabelfiliaal buiten beschouwing gelaten, stegen onze rebased bedrijfsopbrengsten in H1 2021 met meer dan 1 % (+1,4 %) vergeleken met dezelfde periode van vorig jaar. Vergeleken met H1 2020 stegen onze overige opbrengsten met iets meer dan 1 % in de eerste helft van het jaar. Een sterk herstel met 30 % jaar-op-jaar van onze opbrengsten uit advertenties en productie werd vrijwel volledig ongedaan gemaakt door een daling met 19 % van onze interconnectieopbrengsten, aangezien KW1 2020 slechts in geringe mate door de globale COVID-pandemie werd getroffen. Onze rebased totale opbrengsten uit abonnementen, die de opbrengsten uit zowel kabel- als mobiele abonnementen omvatten, stegen met 1 % jaar-op-jaar in de zes maanden tot 30 juni 2021 en blijven een solide bron van cashflow voor ons bedrijf vertegenwoordigen. De positieve trend werd gedreven door een sterke groei van onze opbrengsten uit kabelabonnementen dankzij (i) het aanhoudende succes van onze FMC-bundels in zowel het residentiële als het businesssegment, (ii) de upgrade van onze breedbandklanten naar bundels met hogere snelheden en (iii) het voordeel van de tariefaanpassing van oktober 2020. Als gevolg van wijzigingen aan de toewijzing van opbrengsten uit onze nieuwe 'ONE' FMC-bundels in vergelijking met onze vorige 'WIGO' en 'YUGO' FMC bundels stegen de opbrengsten uit mobiele telefonie met € 0,9 miljoen in H1 2021 met eenzelfde daling van onze opbrengsten uit kabelabonnementen. Tot slot bleef onze B2Bactiviteit goed presteren, met een stijging met 7 % van de rebased opbrengsten in de eerste zes maanden van het jaar tegenover dezelfde periode van vorig jaar.

In KW2 2021 leverden onze activiteiten € 642,4 miljoen bedrijfsopbrengsten op. Dit vertegenwoordigde een stijging met 4 % op zowel gerapporteerde als rebased basis (+3,7 %) tegenover KW2 2020, dat het zwaarst door de COVID-19-pandemie werd getroffen; in die periode was de impact vooral groot op onze overige opbrengsten, met inbegrip van de opbrengsten uit advertenties en productie. De aanzienlijke verbetering van onze bedrijfsopbrengsten in het kwartaal was vooral te danken aan een sterk herstel van onze overige opbrengsten met 15 % jaar-op-jaar op rebased basis. Onze overige opbrengsten buiten beschouwing gelaten, stegen onze rebased bedrijfsopbrengsten in KW2 2021 met meer dan 1 % vergeleken met KW2 2020, als gevolg van hogere opbrengsten uit abonnementen en B2B met respectievelijk 1 % en 7 % op rebased basis. Toen we in april 2021 onze nieuwe 'ONE'-FMC-bundels lanceerden, wijzigden we ook de mechanismen voor de toewijzing van de opbrengsten binnen de nieuwe bundels, zoals reeds vermeld. Aangezien onze (overige) opbrengsten sequentieel begonnen te verbeteren vanaf het derde kwartaal van vorig jaar, nadat de strenge lock-down was opgeheven, verwachten we dat de groeitrend in onze bedrijfsopbrengsten in de tweede helft zal vertragen ten opzichte van de eerste zes maanden van het jaar, zoals volledig ingebed in onze vooruitzichten voor 2021.

KABELTELEVISIE

Onze opbrengsten uit kabeltelevisie vertegenwoordigen de maandelijkse vergoeding die onze televisieabonnees betalen voor de kanalen die ze in het basispakket ontvangen, evenals de opbrengsten die door onze abonnees op premium tv worden gegenereerd en die voornamelijk bestaan uit (i) terugkerende huurgelden voor settopboxen, (ii) vergoedingen voor extra premium content die wij aanbieden, inclusief onze video-ondemand pakketten 'Streamz', 'Streamz+', 'Play More' en 'Play Sports', en (iii) transactionele en broadcastingon-demand diensten. Onze opbrengsten uit kabeltelevisie in de zes maanden tot 30 juni 2021 bedroegen € 278,8 miljoen (KW2 2021: € 136,1 miljoen), een daling met 2 % tegenover H1 2020 op gerapporteerde basis. Op rebased basis, met uitsluiting van de niet-organische impact van de verkoop van onze kabelactiviteit in Luxemburg in april 2020, daalden onze opbrengsten uit kabeltelevisie met 1 %. Dit weerspiegelde (i) een lager gemiddeld aantal kabeltelevisieabonnees en (ii) de impact van de COVID-19 pandemie op onze transactionele opbrengsten uit video-on-demand als gevolg van het uitstel van de release van nieuwe blockbuster films en series en (iii) de reeds vermelde wijziging van de toewijzing van de opbrengsten vanwege de nieuwe 'ONE' FMC-bundels, die slechts gedeeltelijk werd gecompenseerd door het voordeel van de prijsaanpassing in oktober 2020.

BREEDBANDINTERNET

In de zes maanden tot 30 juni 2021 bedroegen de opbrengsten uit onze residentiële en kmo-klanten voor breedbandinternet € 337,8 miljoen (KW2 2021: € 169,4 miljoen), een stijging met 4 % tegenover de eerste helft van vorig jaar, zowel op gerapporteerde als op rebased basis. Deze sterke prestatie jaar-op-jaar weerspiegelde (i) het voordeel van de prijsaanpassing in oktober 2020, (ii) de aanhoudende upgrade van onze klantenbasis voor breedbandinternet en (iii) de geslaagde lancering van onze nieuwe 'ONE' FMC-voorstellen. Dit werd gedeeltelijk gecompenseerd door de reeds vermelde wijziging in de toewijzing van de opbrengsten uit de nieuwe 'ONE' FMC-bundels.

VASTE TELEFONIE

Onze opbrengsten uit vaste telefonie omvatten de recurrente opbrengsten uit onze abonnees op vaste telefonie en de variabele opbrengsten uit het gebruik, maar niet de door deze klanten gegenereerde interconnectieopbrengsten, die onder overige opbrengsten worden gerapporteerd. In de zes maanden tot 30 juni 2021 daalden onze opbrengsten uit vaste telefonie op zowel gerapporteerde als rebased basis jaar-opjaar met 4 % naar € 109,3 miljoen (KW2 2021: € 54,0 miljoen). Dit weerspiegelde voornamelijk lagere gemiddelde RGU's in de periode en de reeds vermelde wijziging in de toewijzing van de opbrengsten uit de nieuwe 'ONE' FMC-bundels, die de gunstige impact van de prijsaanpassing in oktober 2020 en het hogere gebruik als gevolg van COVID-19 meer dan ongedaan maakten.

MOBIELE TELEFONIE

Onze opbrengsten uit mobiele telefonie vertegenwoordigen de opbrengsten uit abonnementsgelden die door onze directe abonnees voor mobiele telefonie worden gegenereerd, alsook de opbrengsten buiten bundel, maar omvatten niet (i) de interconnectieopbrengsten die door deze klanten worden gegenereerd, (ii) de opbrengsten uit de verkoop van telefoons en (iii) de opbrengsten uit onze 'Choose Your Device'-programma's, die alle onder overige opbrengsten worden gerapporteerd. Onze opbrengsten uit mobiele telefonie omvatten ook de opbrengsten uit de abonnementen en het gebruik van onze kmo- en go-businessklanten, zoals reeds vermeld. In H1 2021 bedroegen de opbrengsten uit mobiele telefonie € 238,0 miljoen (KW2 2021: € 120,3 miljoen), een stijging jaar-op-jaar met bijna 7 % op gerapporteerde basis, voornamelijk als gevolg van de opname van de opbrengsten uit de abonnementen en het gebruik van onze kmo- en go-businessklanten, die in KW2 van vorig jaar onder bedrijfsdiensten werden opgenomen. Op rebased basis stegen onze opbrengsten uit mobiele telefonie met 1 % in de eerste zes maanden van het jaar. De stijging was voornamelijk toe te schrijven aan de positieve impact van het mobiele gebruik en het lagere gebruik in dezelfde periode van vorig jaar vanwege de lockdownbeperkingen voor COVID-19 en de reeds vermelde nieuwe toewijzing van de opbrengsten uit de ONE FMC-bundels aan de opbrengsten uit mobiele telefonie.

BEDRIJFSDIENSTEN

De onder bedrijfsdiensten gerapporteerde opbrengsten betreffen (i) de opbrengsten uit niet-coaxproducten, inclusief glasvezel- en geleasede DSL-lijnen, (ii) onze carrierdiensten en (iii) diensten met toegevoegde waarde zoals netwerkhostingdiensten en de beveiliging van beheerde gegevens. De opbrengsten uit zakelijke klanten op alle coaxgerelateerde producten, zoals onze vlaggenschipbundel 'KLIK', worden toegerekend aan onze opbrengsten uit kabelabonnementen en worden niet gerapporteerd binnen Telenet, onze B2B-afdeling. Onze opbrengsten uit bedrijfsdiensten omvatten niet langer de opbrengsten uit abonnementen en gebruik en de interconnectieopbrengsten van onze kmo- en go-businessklanten, die nu worden opgenomen onder respectievelijk mobiele telefonie en overige opbrengsten.

De opbrengsten van Telenet Business bedroegen € 90,3 miljoen voor de zes maanden tot 30 juni 2021 (KW2 2021: € 44,9 miljoen), een daling met 8 % jaar-op-jaar op gerapporteerde basis als gevolg van de reeds vermelde wijziging in onze toewijzing van de opbrengsten uit de abonnementen en het gebruik van onze kmoen go-businessklanten. Op rebased basis stegen onze B2B-opbrengsten in de eerste helft van het jaar met 7 % jaar-op-jaar. De stijging was voornamelijk te danken aan de uitbreiding van onze klantenbasis voor ICTintegratie en van de grote ondernemingen, samen met hogere opbrengsten uit voice, televisie, data, beveiliging en uitrusting.

OVERIGE

De overige opbrengsten omvatten voornamelijk (i) interconnectieopbrengsten uit zowel vaste als mobiele telefonie, met inbegrip van onze kmo- en go-businessklanten zoals hierboven toegelicht, (ii) reclame- en productieopbrengsten van ons mediafiliaal in vol eigendom, De Vijver Media NV, (iii) de verkoop van mobiele telefoons, met inbegrip van de opbrengsten van de programma's 'Choose Your Device', (iv) wholesaleopbrengsten uit zowel onze commerciële als gereguleerde wholesale-activiteiten, (v) vergoedingen voor de activering en installatie van producten en (vi) opbrengsten uit de verkoop van settopboxen. Onze overige opbrengsten voor de zes maanden tot 30 juni 2021 bedroegen € 234,1 miljoen, een bescheiden stijging jaarop-jaar met 2 % en 1 % op respectievelijk gerapporteerde en rebased basis. Een sterk herstel met 30 % jaar-op-jaar van onze opbrengsten uit advertenties en productie werd vrijwel volledig ongedaan gemaakt door een daling met 19 % van onze interconnectieopbrengsten, aangezien KW1 2020 slechts in geringe mate door de globale COVID-19-pandemie werd getroffen. In KW2 2021 stegen onze overige opbrengsten met 16 % en 15 % jaar-op-jaar op gerapporteerde en rebased basis naar € 117,7 miljoen, opnieuw gestimuleerd door een sterke stijging met 72 % van onze opbrengsten uit advertenties en productie vergeleken met KW2 2020.

2.2 Bedrijfskosten

In de zes maanden tot 30 juni 2021 bedroegen onze totale bedrijfskosten € 975,8 miljoen, een stijging met 1 % tegenover dezelfde periode van vorig jaar. Onze totale kosten in de eerste helft van 2020 omvatten (i) een bijdrage voor het volledige kwartaal van onze Luxemburgse kabelactiviteit voorafgaand aan de afstand aan Eltrona op 1 april 2020 en (ii) een bijzondere waardevermindering op goodwill van € 18,5 miljoen voor De Vijver Media na de herziening van haar strategische langetermijnplan in KW2 2020 als gevolg van de impact van de COVID-19-pandemie op haar financiële profiel. De totale bedrijfskosten vertegenwoordigden ongeveer 76 % van de opbrengsten in H1 2021 (H1 2020: ongeveer 76 %). In H1 2021 kwam de kostprijs van geleverde diensten overeen met ongeveer 49 % van de bedrijfsopbrengsten (H1 2020: ongeveer 55 %) en vertegenwoordigden de verkoop-, algemene en administratiekosten ongeveer 27 % van de totale bedrijfsopbrengsten in H1 2021 (H1 2020: ongeveer 21 %).

Onze operationele kosten, namelijk onze (i) netwerkexploitatiekosten, (ii) directe kosten, (iii) personeelskosten, (iv) verkoop- en marketingkosten, (v) kosten voor uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten en (vi) overige indirecte kosten, stegen met iets meer dan 4 % op gerapporteerde basis in de zes maanden tot 30 juni 2021 en weerspiegelden wijzigingen in de IFRS-verwerking voor bepaalde contentgerelateerde kosten voor onze premium entertainmentpakketten en de uitzendrechten voor het Belgische voetbal als gevolg van wijzigingen van de onderliggende contracten (zie 2. Belangrijkste financiële ontwikkelingen voor meer informatie). Op rebased basis bleven onze operationele kosten in H1 2021 grotendeels stabiel tegenover de periode van vorig jaar. Dit was voornamelijk het gevolg van een rebased daling met 8 % (€ 20,4 miljoen) van onze directe kosten, gedeeltelijk ongedaan gemaakt door hogere personeelskosten en hogere netwerkexploitatiekosten, zoals hierna uiteengezet.

In KW2 2021 bedroegen onze totale kosten € 483,7 miljoen, een stijging met 3 % vergeleken met KW2 vorig jaar, dat de reeds vermelde bijzondere waardevermindering op goodwill van € 18,5 miljoen omvatte. Zoals gesignaleerd in de publicatie van onze resultaten voor KW1 2021, kenden onze bedrijfskosten in KW2 2021 een beduidende stijging met 8 % en 6 % jaar-op-jaar op respectievelijk gerapporteerde en rebased basis, aangezien het kwartaal van vorig jaar werd gekenmerkt door (i) beduidend lagere directe kosten als gevolg van de versnelde afschrijving van sportgerelateerde uitzendrechten in KW1 2020, (ii) lagere personeelskosten en lagere kosten voor uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten als gevolg van de strenge lockdown in de eerste golf van de globale COVID-19-pandemie in KW2 van vorig jaar en (iii) lagere verkoopen marketingkosten.

NETWERKEXPLOITATIEKOSTEN

De netwerkexploitatiekosten voor de zes maanden tot 30 juni 2021 bedroegen € 106,1 miljoen (KW2 2021: € 48,4 miljoen), een stijging met meer dan 5 % jaar-op-jaar op zowel gerapporteerde als rebased basis. Deze stijging houdt verband met technische klantenbezoeken, als weerspiegeling van een toename van het thuiswerk als gevolg van de COVID-19-pandemie, en ook met de hervatting van ons programma voor de uitschakeling van het analoge signaal, zoals reeds vermeld.

DIRECTE KOSTEN (PROGRAMMERING EN AUTEURSRECHTEN, INTERCONNECTIE EN OVERIGE)

Onze directe kosten omvatten al onze directe uitgaven zoals (i) programmering en auteursrechten, met inbegrip sinds KW3 2020 van de kosten voor de aankoop van content voor onze pakketten 'Streamz', 'Streamz+' en 'Play More', naast de kosten van de uitzendrechten van het Belgische voetbal, (ii) interconnectiekosten en (iii) de verkoop en subsidiëring van telefoons. In de zes maanden tot 30 juni 2021 bedroegen onze directe kosten € 250,3 miljoen, een stijging met 3 % tegenover H1 2020. Ze weerspiegelden vooral de reeds vermelde wijzigingen in de IFRS-verwerking voor bepaalde contentgerelateerde kosten voor onze premium entertainmentpakketten en de uitzendrechten voor het Belgische voetbal als gevolg van wijzigingen van de onderliggende contracten. Op rebased basis daalden onze directe kosten in de eerste helft van het jaar met 8 % jaar-op-jaar, vanwege beduidend lagere interconnectie- en roamingkosten en lagere programmeringskosten. In KW2 2021 hadden wij € 121,7 miljoen directe kosten, een stijging met 8 % en 3 % op respectievelijk gerapporteerde en rebased basis. Zoals reeds vermeld omvatten onze directe kosten in KW2 2020 beduidend lagere programmeringskosten als gevolg van de versnelde afschrijving van sportgerelateerde uitzendrechten vanwege de globale COVID-19-pandemie.

PERSONEELSKOSTEN

De personeelskosten voor de zes maanden tot 30 juni 2021 bedroegen € 138,1 miljoen (KW2 2021: € 66,9 miljoen), een stijging met 4 % tegenover de periode van vorig jaar, zowel op gerapporteerde als op rebased basis. Dit weerspiegelde (i) lagere personeelskosten in de eerste helft van vorig jaar vanwege de COVID-19 pandemie, naast (ii) een groter gemiddeld personeelsbestand en (iii) de impact van de verplichte loonindexering begin 2021.

VERKOOP- EN MARKETINGKOSTEN

Onze verkoop- en marketingkosten voor de zes maanden tot 30 juni 2021 bedroegen € 39,3 miljoen, een daling met 2 % jaar-op-jaar. Op rebased basis stegen de verkoop- en marketingkosten in de zes maanden tot 30 juni 2021 met 2 % jaar-op-jaar. Dit weerspiegelde een herstel van onze retailactiviteit tegenover vorig jaar, toen onze verkoop- en marketingkosten lager waren vanwege de COVID-19-pandemie. Dit leidde ook tot de stijging met 6 % en 8 % op respectievelijk gerapporteerde en rebased basis in het tweede kwartaal vergeleken met vorig jaar.

UITBESTEDE ARBEIDSDIENSTEN EN PROFESSIONELE DIENSTEN

De kosten in verband met uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten bedroegen € 15,2 miljoen in H1 2021 (KW2 2021: € 8,1 miljoen), een stijging met 6 % jaar-op-jaar op zowel gerapporteerde als rebased basis, aangezien onze kosten in de eerste helft van vorig jaar de impact van de globale COVID-19-pandemie met lagere kosten weerspiegelden.

OVERIGE INDIRECTE KOSTEN

De overige indirecte kosten bedroegen € 50,6 miljoen voor de zes maanden tot 30 juni 2021 (KW2 2021: € 22,8 miljoen), een stijging met 16 % vergeleken met de periode van vorig jaar op zowel gerapporteerde als rebased basis, als gevolg van hogere kosten voor uitbestede callcenters, als gevolg van het verplichte thuiswerken vanwege de COVID-19-maatregelen, en een verhoging van de provisies voor dubieuze schulden.

WAARDEVERMINDERINGEN, AFSCHRIJVINGEN EN HERSTRUCTURERINGEN, INCL. BIJZONDERE WAARDEVERMINDERINGEN OP ACTIVA MET LANGE LEVENSDUUR EN WINST OP VERKOOP VAN ACTIVA

De waardeverminderingen en afschrijvingen, met inbegrip van bijzondere waardeverminderingen op activa met lange levensduur, winst op verkoop van activa en herstructureringskosten, bedroegen € 358,5 miljoen in H1 2021 (KW2 2021: € 182,6 miljoen) vergeleken met € 386,8 miljoen in dezelfde periode van vorig jaar, welke de reeds genoemde bijzondere waardevermindering op goodwill van € 18,5 miljoen omvatten.

2.3 Nettoresultaat

FINANCIËLE OPBRENGSTEN EN KOSTEN

In de zes maanden tot 30 juni 2021 bedroegen onze netto financiële kosten € 28,8 miljoen, vergeleken met € 97,8 miljoen in H1 2020. De financiële opbrengsten stegen voor de zes maanden tot 30 juni 2021 beduidend jaar-op-jaar naar € 152,9 miljoen tegenover € 27,7 miljoen in H1 vorig jaar, met inbegrip van een nietgeldelijke winst op onze derivaten van € 152,3 miljoen en € 22,7 miljoen in respectievelijk H1 2021 en 2020. De financiële kosten voor de zes maanden tot 30 juni 2021 stegen met 45 % naar € 181,7 miljoen, vergeleken met € 125,5 miljoen in H1 2020. De financiële kosten voor H1 2021 omvatten een niet-geldelijk wisselkoersverlies van € 87,6 miljoen op onze in USD luidende schuld, tegenover een kleine niet-geldelijke wisselkoerswinst van € 4,7 miljoen in de vergelijkbare periode van vorig jaar. Zoals in detail beschreven in 2.8 Schuldprofiel, kassaldo en netto totale schuldgraad, is onze in USD luidende schuld ingedekt tot de respectieve vervaldatums, zodat de impact van wisselkoersschommelingen op onze kasstromen tot het minimum beperkt blijft. Deze impact buiten beschouwing gelaten, daalden onze netto rentelasten in H1 2021 met 15 %, als weerspiegeling van het voordeel van bepaalde herfinancieringstransacties in de eerste helft van 2020.

De netto financiële kosten in KW2 2021 bedroegen € 26,9 miljoen, vergeleken met € 103,6 miljoen in dezelfde periode van vorig jaar, die een veel hoger niet-geldelijk verlies op onze derivaten van € 129,2 miljoen in KW2 van vorig jaar omvatte, vergeleken met € 2,9 miljoen in het tweede kwartaal van het huidige jaar, en een niet-geldelijke wisselkoerswinst van € 73,6 miljoen in KW2 van vorig jaar vergeleken met € 22,9 miljoen in KW2 2021.

WINSTBELASTINGEN

Wij noteerden € 69,7 miljoen winstbelastingen voor de zes maanden tot 30 juni 2021 (KW2 2021: € 31,2 miljoen) vergeleken met € 16,4 miljoen voor H1 2020. De winstbelastingen van vorig jaar werden gunstig beïnvloed door de opname van de belastingaftrek voor innovatie, met inbegrip van een eenmalig effect van aftrekken voor vorige periodes, terwijl de run-rate in H1 2021 normaler was.

NETTOWINST

In de zes maanden tot 30 juni 2021 boekten we een nettowinst van € 211,7 miljoen, vergeleken met € 184,9 miljoen in dezelfde periode van vorig jaar. De stijging van onze nettowinst met 14 % was voornamelijk te danken aan beduidend lagere netto financiële kosten, zoals reeds vermeld, en een groei van onze bedrijfswinst met 3 %, die de reeds vermelde hogere winstbelastingen ruimschoots compenseerden. Wij bereikten in H1 2021 een nettowinstmarge van 16,4 %, vergeleken met 14,5 % in H1 van vorig jaar.

In KW2 2021 boekten wij een nettowinst van € 99,2 miljoen, meer dan het drievoud van de nettowinst in dezelfde periode van vorig jaar, voornamelijk als gevolg van de reeds vermelde factoren. Dit uitte zich in een nettowinstmarge van 15,4 % in het kwartaal, vergeleken met 5,1 % in KW2 van vorig jaar.

2.4 Adjusted EBITDA

In de zes maanden tot 30 juni 2021 realiseerden wij een Adjusted EBITDA van € 688,7 miljoen, een bescheiden daling met iets meer dan 1 % tegenover € 698,0 miljoen in H1 2020. Dit was voornamelijk het gevolg van (i) de reeds vermelde wijzigingen van de IFRS-verwerking voor bepaalde contentgerelateerde kosten voor onze premium entertainmentpakketten en de uitzendrechten voor het Belgische voetbal als gevolg van wijzigingen van de onderliggende contracten (zie 2. Belangrijkste financiële ontwikkelingen voor meer informatie) en (ii) de afstand van onze Luxemburgse kabelactiviteit aan Eltrona, zoals reeds vermeld. We bereikten in H1 2021 een Adjusted EBITDA-marge van 53,5 %, vergeleken met 54,9 % in H1 2020.

Op rebased basis en deze effecten buiten beschouwing gelaten, steeg onze Adjusted EBITDA voor de zes maanden tot 30 juni 2021 met bijna 3 % (+2,9 %), dankzij (i) een daling van onze directe kosten met 8 % die de hogere personeelskosten en hogere netwerkexploitatiekosten gedeeltelijk compenseerde en (ii) een gezonde organische omzetgroei met meer dan 1 % over de periode. Op rebased basis verhoogden wij onze H1 2021 Adjusted EBITDA-marge met 80 basispunten vergeleken met dezelfde periode van vorig jaar.

Onze Adjusted EBITDA bedroeg in KW2 2021 € 354,5 miljoen, een stijging met bijna 1 % vergeleken met de Adjusted EBITDA van vorig jaar van € 352,4 miljoen, wat een gezonde marge van 55,2 % oplevert. Op rebased basis steeg onze Adjusted EBITDA met 2 %. In lijn met onze prognose voor FY 2021 hadden wij een lagere trend verwacht voor onze Adjusted EBITDA in het tweede kwartaal tegenover het eerste kwartaal van het jaar, aangezien KW2 2020 beduidend lagere contentgerelateerde kosten weerspiegelde als gevolg van de versnelde afschrijving van uitzendrechten in KW1 2020 vanwege de wereldwijde COVID-19-pandemie, samen met veel lagere verkoop- en marketingkosten in KW2 2020.

(in € miljoen) Voor de drie maanden
afgesloten op
30 juni
Voor de zes maanden
afgesloten op
30 juni
2021 2020 % Verschil 2021 2020 % Verschil
Winst over de verslagperiode 99,2 31,7 213 % 211,7 184,9 14 %
Belastingen 31,2 10,2 206 % 69,7 16,4 325 %
Aandeel in het resultaat van geassocieerde
deelnemingen
1,4 (0,9) N.M. 2,3 (1,3) N.M.
Verlies (winst) uit de verkoop van activa/
verplichtingen betreffende een
dochtervennootschap of een joint venture
4,3 (100) % 4,3 (100) %
Netto financiële kosten (opbrengsten) 26,9 103,6 (74) % 28,8 97,8 (71) %
Afschrijvingen, waardeverminderingen en winst op
de verkoop van activa
182,2 193,3 (6) % 357,6 381,8 (6) %
EBITDA 340,9 342,2 — % 670,1 683,9 (2) %
Vergoeding op basis van aandelen 8,9 6,2 44 % 12,8 8,0 60 %
Operationele kosten betreffende overnames of
desinvesteringen
4,3 0,6 617 % 6,9 1,7 306 %
Herstructureringskosten 0,4 4,0 (90) % 0,9 5,0 (82) %
Aanpassingen van toewijzingsverschillen tijdens de
verwerkingsperiode m.b.t. overnames
(0,6) (100) % (2,0) (0,6) 233 %
Adjusted EBITDA 354,5 352,4 1 % 688,7 698,0 (1) %
Adjusted EBITDA-marge 55,2 % 56,9 % 53,5 % 54,9 %
Nettowinstmarge 15,4 % 5,1 % 16,4 % 14,5 %

Tabel 1: Reconciliatie tussen winst over de verslagperiode en Adjusted EBITDA (niet geauditeerd)

N.M. - Not Meaningful (Niet Betekenisvol)

2.5 Investeringsuitgaven

De toe te rekenen bedrijfsinvesteringen voor de zes maanden tot 30 juni 2021 bedroegen € 281,8 miljoen, een daling met 5 % tegenover dezelfde periode van vorig jaar en het equivalent van ongeveer 22 % van de opbrengsten voor de periode (H1 2020: ongeveer 23 %). Onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen in H1 2021 omvatten de impact van (i) de tijdelijke verlenging met zes maanden van onze licenties voor het 2G en 3G mobiele spectrum in maart van dit jaar, in afwachting van de nakende veiling voor het multibandspectrum, die eind 2021 of begin 2022 zou moeten beginnen en (ii) de impact van de premium entertainment joint venture Streamz, zoals besproken in 2. Belangrijkste financiële ontwikkelingen, (iii) de afstand van onze voormalige Luxemburgse kabelactiviteit (gedeconsolideerd op 1 april 2020) en (iv) de opname van bepaalde voetbaluitzendrechten in de eerste helft van 2021. Met uitsluiting van de opname van bepaalde voetbaluitzendrechten en de reeds vermelde licenties voor het mobiele spectrum van onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen, consistent met de berekeningsbasis van onze operationele vrije kasstroom, zoals hierna verder uiteengezet, bedroegen onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen in H1 2021 € 270,4 miljoen, het equivalent van ongeveer 21 % van de opbrengsten en een daling met 9 % jaar-op-jaar.

De investeringsuitgaven met betrekking tot installaties bij klanten, die onze uitgaven in verband met settopboxen, modems en WiFi-powerlines omvatten, bedroegen € 51,4 miljoen in de zes maanden tot 30 juni 2021 (KW2 2021: € 26,7 miljoen), een daling met 2 % tegenover dezelfde periode van vorig jaar. De bedrijfsinvesteringen voor installaties bij klanten voor de zes maanden tot 30 juni 2021 vertegenwoordigden ongeveer 19 % van onze totale toe te rekenen bedrijfsinvesteringen (de opname van bepaalde voetbaluitzendrechten en de reeds vermelde licenties voor het mobiele spectrum buiten beschouwing gelaten).

De toe te rekenen investeringsuitgaven voor de uitbreiding en upgrades van het netwerk bedroegen € 31,3 miljoen in H1 2021 (KW2 2021: € 17,5 miljoen), een daling met 19 % tegenover vorig jaar en voornamelijk een weerspiegeling van de vrijwel volledige voltooiing van onze programma's voor de verbetering van onze vaste en mobiele netwerkinfrastructuur, en in mindere mate van de impact van COVID-19 op onze werking op het terrein. In de zes maanden tot 30 juni 2021 vertegenwoordigden de netwerkgerelateerde bedrijfsinvesteringen ongeveer 12 % van onze totale toe te rekenen bedrijfsinvesteringen (de opname van bepaalde voetbaluitzendrechten en de reeds vermelde licenties voor het mobiele spectrum buiten beschouwing gelaten).

De investeringsuitgaven voor producten en diensten, die onder meer onze investeringen in productontwikkeling en de upgrade van onze IT-platformen en -systemen weerspiegelen, bedroegen in totaal € 85,2 miljoen in H1 2021 (KW2 2021: € 36,6 miljoen). Dit is een sterke stijging met 13 % jaar-op-jaar en weerspiegelt hogere uitgaven voor ons IT-upgradeprogramma. De bedrijfsinvesteringen in producten en diensten vertegenwoordigden ongeveer 32 % van de totale toe te rekenen bedrijfsinvesteringen voor de zes maanden tot 30 juni 2021 (de opname van bepaalde voetbaluitzendrechten en de reeds vermelde licenties voor het mobiele spectrum buiten beschouwing gelaten).

Het restant van onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen omvat (i) herstellingen en vervangingen van netwerkapparatuur, (ii) kosten voor de aankoop van sport en programmering, met inbegrip van bepaalde door De Vijver Media verworven content, (iii) bepaalde recurrente investeringen in ons IT-platform en onze ITsystemen en (iv) kapitaaltoevoegingen in verband met leases. Ze bedroegen € 113,9 miljoen voor de zes maanden tot 30 juni 2021 (KW2 2021: € 57,9 miljoen), een daling met 13 % tegenover dezelfde periode van vorig jaar.

Het bovenstaande impliceert dat ongeveer 63 % van onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen in de zes maanden tot 30 juni 2021 (de opname van bepaalde voetbaluitzendrechten en de reeds vermelde licenties voor het mobiele spectrum buiten beschouwing gelaten) schaalbaar waren en verband hielden met de groei van het aantal abonnees. Wij blijven er nauwlettend op toezien dat onze bedrijfsinvesteringen de opbrengsten incrementeel doen stijgen.

In KW2 2021 bedroeg het totaal van onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen € 138,7 miljoen, een stijging met 11 % tegenover KW2 van vorig jaar, toen de COVID-19-pandemie onze investeringen beïnvloedde. Als percentage van de opbrengsten vertegenwoordigden onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen in KW2 ongeveer 22 %, vergeleken met ongeveer 20 % in de periode van vorig jaar. Ongeveer 59 % van onze toe te rekenen investeringsuitgaven in het kwartaal was schaalbaar en gerelateerd aan de groei van het abonneebestand.

(in € miljoen) Voor de drie maanden
afgesloten op
30 juni
Voor de zes maanden
afgesloten op
30 juni
2021 2020 % Verschil 2021 2020 % Verschil
Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen 138,7 124,9 11 % 281,8 297,6 (5) %
Activa verworven via kapitaalgerelateerde
financieringsregelingen met leveranciers
(18,1) (19,3) (6) % (29,9) (49,1) (39) %
Activa verworven onder lease-overeenkomsten (13,7) (12,2) 12 % (18,9) (39,3) (52) %
Veranderingen in kortlopende verplichtingen
gerelateerd aan bedrijfsinvesteringen
13,2 21,3 (38) % 6,5 23,0 (72) %
Geldelijke bedrijfsinvesteringen 120,1 114,7 5 % 239,5 232,2 3 %

Tabel 2: Reconciliatie tussen toe te rekenen bedrijfsinvesteringen en geldelijke bedrijfsinvesteringen (niet geauditeerd)

2.6 Operationele vrije kasstroom

In de zes maanden tot 30 juni 2021 bedroeg onze operationele vrije kasstroom € 418,3 miljoen, vergeleken met € 400,4 miljoen in H1 2020. De forse stijging jaar-op-jaar met 4 % was voornamelijk te danken aan beduidend lagere toe te rekenen investeringsuitgaven tegenover de eerste helft van vorig jaar. Op rebased basis en met uitsluiting van de erkenning van de voetbaluitzendrechten en de licenties voor het mobiele spectrum, evenals de impact van bepaalde leasegerelateerde kapitaaltoevoegingen aan onze toe te rekenen investeringsuitgaven, in lijn met de basis van onze duiding voor de samengestelde jaarlijkse groei van de operationele vrije kasstroom 2018-2021, steeg onze operationele vrije kasstroom in de zes maanden tot 30 juni 2021 met bijna 4 % jaar-op-jaar, grotendeels als gevolg van de reeds vermelde factoren.

In lijn met onze prognose voor het volledige jaar 2021 noteerden we een daling met 5 % van onze operationele vrije kasstroom in KW2 2021, van € 227,5 miljoen in dezelfde periode van vorig jaar naar € 216,4 miljoen. De verwachte daling was volledig het gevolg van hogere toe te rekenen investeringsuitgaven tegenover vorig jaar, toen onze investeringen door de COVID-19-pandemie werden beïnvloed.

(in € miljoen) Voor de drie maanden
afgesloten op
30 juni
2021
2020
% Verschil
Voor de zes maanden
afgesloten op
30 juni
2021
% Verschil
2020
Adjusted EBITDA 354,5 352,4 1 % 688,7 698,0 (1) %
Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen (138,7) (124,9) 11 % (281,8) (297,6) (5) %
Opname van voetbaluitzendrechten 0,6 100% 3,0 100%
Opname van licenties voor het mobiele spectrum —% 8,4 100%
Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen,
exclusief de opname van
voetbaluitzendrechten en mobiele
spectrum licenties
(138,1) (124,9) 11 % (270,4) (297,6) (9) %
Operationele vrije kasstroom 216,4 227,5 (5) % 418,3 400,4 4 %

Tabel 3: Reconciliatie operationele vrije kasstroom (niet geauditeerd)

2.7 Kasstroom en liquiditeit

NETTOKASSTROOM UIT BEDRIJFSACTIVITEITEN

In de zes maanden tot 30 juni 2021 genereerden onze activiteiten een nettokasstroom van € 511,3 miljoen, vergeleken met € 571,7 miljoen in de periode van vorig jaar. De nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten in H1 2021 omvatte de impact van de afstand van onze voormalige Luxemburgse kabelactiviteit (gedeconsolideerd op 1 april 2020). Onze netto operationele kasstroom daalde met 11 % jaar-op-jaar, voornamelijk vanwege een betaling van € 95,2 miljoen contante belastingen in het kwartaal, terwijl wij vorig jaar onze contante belastingen pas in het derde kwartaal betaalden. Deze verschillende fasering jaar-op-jaar maakte € 8,7 miljoen lagere contante rentekosten en een gunstige trend voor ons werkkapitaal meer dan ongedaan.

In KW2 2021 bedroeg de nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten € 237,3 miljoen, een daling met 18 % vergeleken met KW2 2020, voornamelijk als gevolg van de reeds vermelde in KW2 2021 betaalde winstbelastingen.

NETTOKASSTROOM GEBRUIKT IN INVESTERINGSACTIVITEITEN

In de zes maanden tot 30 juni 2021 bedroeg de nettokasstroom die werd gebruikt in investeringsactiviteiten € 255,0 miljoen, vrijwel stabiel tegenover € 255,4 miljoen in dezelfde periode van vorig jaar. Wij gebruiken een leverancierskredietprogramma waarmee we onze betalingstermijnen voor bepaalde leveranciers tegen aantrekkelijke all-in kosten konden verlengen tot 360 dagen. In de zes eerste maanden van 2021 verwierven we € 29,9 miljoen aan activa via kapitaalgerelateerd leverancierskrediet (KW2 2021: € 18,1 miljoen), met een positief effect op de nettokasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten voor eenzelfde bedrag. Dit vertegenwoordigt een daling met bijna 39 % jaar-op-jaar tegenover dezelfde periode van vorig jaar. Zie Sectie 2.5 Bedrijfsinvesteringen voor een reconciliatie tussen de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen en de contante bedrijfsinvesteringen.

In KW2 2021 gebruikten we een nettokasstroom van € 134,9 miljoen in investeringsactiviteiten, een lichte daling met 2 % tegenover dezelfde periode van vorig jaar.

NETTOKASSTROOM GEBRUIKT IN FINANCIERINGSACTIVITEITEN

In de zes maanden tot 30 juni 2021 bedroeg de nettokasstroom die werd gebruikt in financieringsactiviteiten € 243,4 miljoen, tegenover € 346,3 miljoen in H1 2020, een sterke daling met 30 % jaar-op-jaar. Onze netto financieringskasstroom in de eerste helft van vorig jaar weerspiegelde (i) de start en de voltooiing van ons aandeleninkoopprogramma 2020 van € 34,4 miljoen in de loop van KW1 van vorig jaar, (ii) de vrijwillige aflossing voor € 56,6 miljoen van een gedeelte van onze Senior Secured Fixed Rate Notes en (iii) de uitkering van € 142,3 miljoen dividenden aan de aandeelhouders in het kader van ons beleid voor de aandeelhoudersvergoeding. De nettokasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten in de zes maanden tot 30 juni 2021 weerspiegelde (i) een netto daling van onze uitstaande leningen en kredieten, met inbegrip van geplande aflossingen in ons leverancierskredietprogramma, en (ii) een dividenduitkering van € 156,0 miljoen, een stijging met 10 % jaar-op-jaar. De rest van onze nettokasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten bestond hoofdzakelijk uit terugbetalingen van financiële leases en andere financiële betalingen.

In KW2 2021 gebruikten wij een nettokasstroom in financieringsactiviteiten van € 207,5 miljoen, met inbegrip van de reeds vermelde uitkering van dividenden begin mei van dit jaar. Zie 3.2 Aandeelhoudersvergoeding voor meer details over ons beleid voor de aandeelhoudersvergoeding.

AANGEPASTE VRIJE KASSTROOM

In de zes maanden tot 30 juni 2021 genereerden we een aangepaste vrije kasstroom van € 202,5 miljoen, tegenover € 263,9 miljoen in dezelfde periode van vorig jaar. Vergeleken met H1 2020 daalde onze aangepaste vrije kasstroom met 23 %, vooral vanwege de reeds vermelde jaarlijkse contante betaling van belastingen in KW2 2021 (tegenover KW3 vorig jaar), waarmee reeds volledig rekening was gehouden in onze duiding voor het volledige jaar 2021. Onze aangepaste vrije kasstroom voor de zes maanden tot 30 juni 2021 omvatte ook een bescheiden daling van €3,4 miljoen van ons leverancierskredietprogramma, terwijl onze Adjusted EBITDA in H1 van vorig jaar een voordeel van € 10,6 miljoen omvatte. Deze evoluties buiten beschouwing gelaten, zou onze aangepaste vrije kasstroom marginaal beter geweest zijn.

Onze aangepaste vrije kasstroom in KW2 2021 bedroeg € 78,5 miljoen, tegenover € 180,5 miljoen in dezelfde periode van vorig jaar als gevolg van de reeds vermelde fasering van onze jaarlijkse contante betaling van belastingen en van een € 42,0 miljoen lagere bijdrage van ons leverancierskredietprogramma als gevolg van de fasering.

2.8 Schuldprofiel, kassaldo en netto hefboomratio

SCHULDPROFIEL

Op 30 juni 2021 bedroeg ons totale schuldsaldo (inclusief toe te rekenen interest) € 5.470,7 miljoen, waarvan een hoofdsom van € 1.384,0 miljoen verband houdt met de in € en USD luidende Senior Secured Fixed Rate Notes die in maart 2028 vervallen, en met een hoofdsom van € 3.047,0 miljoen die verschuldigd is onder onze Amended Senior Credit Facility 2020 die van april 2028 tot april 2029 vervalt. Ons totale schuldsaldo op 30 juni 2021 omvatte ook een hoofdsom van € 347,6 miljoen in verband met ons leverancierskredietprogramma, terwijl het restant voornamelijk bestaat uit leaseverplichtingen in verband met de overname van Interkabel en andere leaseverplichtingen.

Op 30 juni 2021 hadden wij € 347,6 miljoen schulden op korte termijn in verband met ons leverancierskredietprogramma; al deze schulden vervallen in minder dan twaalf maanden. Dit was een bescheiden daling met respectievelijk € 3,4 miljoen tegenover 31 december 2020 en € 5,1 miljoen tegenover 31 maart 2021, met eenzelfde negatieve impact op onze aangepaste vrije kasstroom in beide perioden. Voor het volledige jaar 2021 verwachten wij nog altijd een grotendeels stabiele evolutie sinds 31 december 2020, zoals vermeld in onze vooruitzichten voor de aangepaste vrije kasstroom voor het volledige jaar 2021. Eind oktober 2020 werd de op onze toekomstige kortlopende verbintenissen in het leverancierskredietprogramma toepasselijke marge nogmaals met 15 basispunten verlaagd, naar 1,95 % boven de EURIBOR met een bodemrente van 0 %. Deze verlaagde rentekosten komen bovenop een margeverlaging met het equivalent van 15 basispunten in februari 2020. Gelet op de reeds vermelde omvang van het programma, zal dit onze aangepaste vrije kasstroom licht doen stijgen in 2021 en daarna.

Wij voerden in de eerste zes maanden van het jaar geen herfinancieringen of schuldaflossingen uit, terwijl vrijwel al onze variabele renterisico's en wisselkoersrisico's afgedekt zijn tot aan de maturiteit van de schuldinstrumenten door middel van een reeks derivaten, wat de zichtbaarheid van onze toekomstige aangepaste vrije kasstroom verbetert. De kortlopende verplichtingen voor ons leverancierskredietprogramma buiten beschouwing gelaten, hebben wij geen schulden die voor maart 2028 vervallen, met een gewogen gemiddelde looptijd van ongeveer 7,0 jaar op 30 juni 2021. Daarnaast hadden wij op 30 juni 2021 ook volledige toegang tot € 555,0 miljoen niet-opgenomen verbintenissen onder onze wentelkredieten, met bepaalde beschikbaarheden tot september 2026.

SCHULDPROFIEL EN BETALINGSSCHEMA

De onderstaande tabel geeft een overzicht van de hoofdsommen van onze belangrijkste schuldinstrumenten en betalingsschema op 30 juni 2021.

Totale
faciliteit
per
Opge
nomen
bedrag
Niet
opge
nomen
bedrag
Vervaldag Interestvoet Interestbetaling
verschuldigd
30 juni 2021
(in € miljoen)
2020 Gewijzigde Senior
Credit Facility
Termijnlening AR 1.937,0 1.937,0 30 april 2028 Vlottend 6-maand
LIBOR (0% bodem)
+ 2,00%
Maandelijks
Termijnlening AQ 1.110,0 1.110,0 30 april 2029 Vlottend 6-maand
EURIBOR (0%
bodem) + 2,25%
Halfjaarlijks (jan. en juli)
Wentelkrediet I 510,0 510,0 31 mei 2026 Vlottend 6-maand
EURIBOR (0%
bodem) + 2,25%
Driemaandelijks (enkel
reserveringsprovisie)
Senior Secured Fixed
Rate Notes
€600 miljoen Senior Secured
Notes met vervaldag 2028
(Faciliteit AK)
540,0 540,0 1 maart 2028 Vast 3,50% Halfjaarlijks (jan. en juli)
USD 1 miljard Senior Secured
Notes met vervaldag 2028
(Faciliteit AJ)
844,0 844,0 1 maart 2028 Vast 5,50% Halfjaarlijks (jan. en juli)
Overige
Wentelkrediet 20,0 20,0 30 september
2026
Vlottend 1-maand
EURIBOR (0%
bodem) + 2,25%
Driemaandelijks (enkel
reserveringsprovisie)
Overdraft-faciliteit 25,0 25,0 30 juni 2022 Vlottend 1-maand
EURIBOR (0% floor)
+ 1,60%
Driemaandelijks (enkel
reserveringsprovisie)
Totaal nominaal bedrag 4.986,0 4.431,0 555,0

Tabel 4: Schuldoverzicht per 30 juni 2021 (niet geauditeerd)

Toelichting: In bovenstaande tabel werd Telenets USD-luidende schuld omgerekend naar € op basis van de EUR/USD wisselkoers op 30 juni 2021. Aangezien Telenet verscheidende derivaatcontracten heeft afgesloten om zowel de onderliggende variabele interestvoet als de wisselkoersrisico's af te dekken bedroeg het overeenkomstige €-ingedekte bedrag respectievelijk € 2.041,5 miljoen (USD 2.295,0 miljoen Termijnlening AR) en € 882,8 miljoen (USD 1,0 miljard Senior Secured Notes die in 2028 vervallen). Voor de berekening van de netto totale schuldgraad gebruikt Telenet het overeenkomstige €-ingedekte bedrag gelet op de onderliggende blootstelling aan de werkelijke economische risico's.

KASSALDO EN BESCHIKBAARHEID VAN MIDDELEN

Op 30 juni 2021 hielden wij € 94,9 miljoen aan geldmiddelen en kasequivalenten aan, vergeleken met € 200,0 miljoen op 31 maart 2021 en € 82,0 miljoen op 31 december 2020. Om de concentratie van het tegenpartijrisico zoveel mogelijk te beperken, plaatsen wij onze kasequivalenten en geldmarktfondsen met een AAA-rating bij Europese en Amerikaanse financiële instellingen met een hoge kredietwaardigheid en streven wij naar de investering van ten minste 75 % van onze geldmiddelen en kasequivalenten in geldmarktfondsen met een AAA-rating. Naast ons beschikbare kassaldo hadden wij ook toegang tot € 555,0 miljoen aan beschikbare toezeggingen onder onze Amended Senior Credit Facility 2020 en andere wentelkredietfaciliteiten, mits naleving van de hierna vermelde convenanten. Tegenover 31 maart 2021 daalde ons kassaldo op 30 juni 2021 beduidend, in lijn met onze verwachtingen, aangezien wij begin mei een brutodividend van € 1,3750 per aandeel aan onze aandeelhouders uitkeerden (€ 156,0 miljoen in totaal) en in het tweede kwartaal een lagere vrije kasstroom genereerden als gevolg van de jaarlijkse contante betaling van onze belastingen begin april.

NETTO TOTALE SCHULDGRAAD

Tijdens de Capital Markets Day in december 2018 – met een update eind oktober vorig jaar, toen we ons aandeelhoudersvergoedingsbeleid verstrakten – herbevestigden wij ons schuldgraadkader, dat behouden blijft op 3,5x tot 4,5x netto totale schuld tegenover geconsolideerde Adjusted EBITDA op jaarbasis ('netto totale schuldgraad'). Zonder wezenlijke overnames en/of beduidende wijzingen van onze activiteiten of van de regulatoire omgeving, willen wij met een aantrekkelijk en houdbaar niveau van uitkeringen aan aandeelhouders in de buurt van het middelpunt van 4,0x blijven. Dit omvat nu een drempel voor het brutodividend van € 2,75 per aandeel, aan de bovengrens van het vorige bereik van 50-70 % als percentage van onze aangepaste vrije kasstroom. Op 30 juni 2021 was onze netto totale schuldgraad 4,0x, onveranderd tegenover 31 maart 2021 ondanks de reeds vermelde uitkering van het brutodividend begin mei, dat volledig werd gecompenseerd door de sterke aangepaste vrije kasstroom in de zes eerste maanden van het jaar.

Onze netto convenant schuldgraad, berekend volgens de Amended Senior Credit Facility 2020, verschilt van onze netto totale schuldgraad, aangezien hij geen rekening houdt met (i) leasegerelateerde verplichtingen en (ii) aan leverancierskredieten gerelateerde kortlopende verplichtingen, maar wel met (iii) het Credit Facility Excluded Amount (het grootste van € 400,0 miljoen of 0,25x de geconsolideerde Adjusted EBITDA op jaarbasis). Onze netto convenant schuldgraad bereikte 3,0x op 30 juni 2021, stabiel tegenover 31 maart 2021. Onze huidige netto convenant schuldgraad ligt beduidend onder het 'springing maintenance covenant' van 6,0x en de beschikbaarheidstest van 4,5x netto senior leverage. Het voornoemde 'maintenance covenant' is echter slechts van toepassing indien wij 40 % of meer van onze wentelkredietfaciliteiten zouden opnemen. Zoals reeds vermeld waren onze wentelkredietfaciliteiten op 30 juni 2021 volledig niet-opgenomen.

3 Vooruitzichten en bijkomende informatie

3.1 Vooruitzichten

Na een sterke financiële prestatie in de eerste helft van 2021 voor al onze belangrijkste financiële parameters, zijn we goed op weg om onze in februari 2021 voorgestelde doelstellingen voor het volledige jaar 2021 te realiseren. Dit impliceert dat onze omzet in 2021 weer zal groeien op rebased basis, met inbegrip van een gedeeltelijk herstel na de COVID-19-pandemie, die in 2020 voornamelijk woog op onze overige opbrengsten. Het herstel van onze overige opbrengsten zal tot op zekere hoogte worden gecompenseerd door een daling van de gereguleerde vergoeding voor de kabeltoegang die op 1 juli 2020 is ingegaan, en door een aanhoudende druk op onze interconnectieopbrengsten als gevolg van de overstap naar data messaging en meer VoIP-telefonie. Voor het overige zullen onze rebased bedrijfsopbrengsten worden gestimuleerd door de groei van onze B2B-activiteit en een bescheiden stijging van de opbrengsten uit abonnementen, dankzij de upgrade van de klanten en bepaalde prijsaanpassingen. Voor het volledige jaar 2021 verwachten wij nog steeds een stijging van onze rebased bedrijfsopbrengsten met 1 % tegenover 2020. Nu de negatieve trend van onze rebased bedrijfsopbrengsten in het tweede kwartaal gekeerd is, twijfelen wij er niet aan dat wij in het restant van het jaar een positief groeitraject zullen blijven volgen. Maar aangezien onze (overige) opbrengsten sequentieel begonnen te verbeteren vanaf KW3 vorig jaar, toen de strenge lockdown werd opgeheven, verwachten wij dat de groei van onze bedrijfsopbrengsten in de tweede helft zal vertragen tegenover de zes eerste maanden van het jaar; dit is evenwel volledig opgenomen in onze verwachtingen voor het volledige jaar 2021.

Onze rebased Adjusted EBITDA groeide in de eerste helft met bijna 3 % vergeleken met H1 2020. Daarmee zijn we goed op weg om in 2021 een gezonde groei met 1 tot 2 % op rebased basis te realiseren, ook al verwachten we een zwakkere prestatie van de Adjusted EBITDA in de tweede helft, als gevolg van een ongunstige vergelijkingsbasis voor sommige van onze bedrijfskosten en een algemeen herstel van onze commerciële activiteit tegenover vorig jaar.

Op rebased basis steeg onze operationele vrije kasstroom met 4 % in de eerste zes maanden van het jaar, dankzij de reeds vermelde groei van onze Adjusted EBITDA en lagere toe te rekenen bedrijfsinvesteringen dan in dezelfde periode van vorig jaar. Vergeleken met H1 verwachten wij in H2 van dit jaar hoger investeringsuitgaven, met inbegrip van bepaalde selectieve netwerkgerelateerde investeringen die in februari van dit jaar werden aangekondigd en die kansen scheppen voor toekomstige kosteneffectieve upgrades van het vaste en het mobiele netwerk. Wij verwachten bijgevolg een terugval van onze operationele vrije kasstroom in de tweede helft, zoals opgenomen in onze vooruitzichten voor het volledige jaar 2021. Voor het volledige jaar 2021 verwachten wij nog steeds een lichte daling van onze operationele vrije kasstroom met ongeveer 1 % op rebased basis. Daarmee verwachten wij nog altijd de samengestelde jaarlijkse groei van onze operationele vrije kasstroom voor 2018-2021 met 6,5 % tot 8,0 % te realiseren, weliswaar onderaan dit bereik.

Onze aangepaste vrije kasstroom in de eerste helft bedroeg € 202,5 miljoen, wat ons goed op weg zet om onze ambitie voor het volledige jaar 2021 waar te maken, ondanks een lagere prestatie van de aangepaste vrije kasstroom in het tweede kwartaal als gevolg van de fasering van onze jaarlijkse contante betaling van belastingen. Rekening houdend met deze jaarlijkse betaling verwachten wij een herstel van onze aangepaste vrije kasstroom in het restant van het jaar. Ondanks de verwachte bescheiden krimp van onze operationele vrije kasstroom in 2021 hebben wij alle vertrouwen in ons vermogen om een sterke aangepaste vrije kasstroom van € 420,0 tot € 440,0 miljoen te realiseren. De groei van onze aangepaste vrije kasstroom zal onder meer te danken zijn aan lager contante belastingen en lagere contante rentekosten, terwijl ons leverancierskredietprogramma volgens de verwachtingen grotendeels stabiel zal blijven vergeleken met eind 2020.

Tabel 5: Vooruitzichten

Vooruitzichten boekjaren 2018 -
2021
FY 2018 rebased(c) Zoals voorgesteld op 4
december 2018
Zoals herbevestigd op 11 februari
2021
Operationele vrije kasstroom
CAGR (rebased)(b, c)
€ 674,7 miljoen Tussen 6,5% - 8,0% Onderkant van de 6,5% - 8,0%
vork
Vooruitzichten boekjaar 2021 Rebased boekjaar 2020(a) Zoals voorgesteld op 11 februari 2021
Groei van de bedrijfsopbrengsten
(rebased)(d)
€ 2.573,2 miljoen Tot 1%
Groei van de Adjusted EBITDA (rebased)(b) € 1.346,5 miljoen Tussen 1 - 2%
Groei van de operationele vrije kasstroom
(rebased)(b, c)
€ 825,8 miljoen Ongeveer -1%
Aangepaste vrije kasstroom(b, e) - € 420,0 - 440,0 miljoen

(a) Om de rebased groeicijfers op een vergelijkbare basis voor de bovenstaande perioden te berekenen, hebben wij onze historische bedrijfsopbrengsten en Adjusted EBITDA aangepast om de impact te weerspiegelen van de volgende transacties in de mate waarin de opbrengsten en de Adjusted EBITDA van deze transacties in onze huidige resultaten opgenomen zijn: (i) uitsluiting van de opbrengsten en Adjusted EBITDA van ons voormalig Luxemburgse kabelfiliaal Coditel S.à.r.l. (gedeconsolideerd op 1 april 2020) en (ii) weerspiegeling van wijzigingen in verband met de IFRS-verwerking van bepaalde overeenkomsten met betrekking tot contentrechten in het derde kwartaal van 2020.

(b) Kwantitatieve reconciliaties naar nettowinst (met inbegrip van groeicijfers van de nettowinst) en kasstromen uit bedrijfsactiviteiten voor onze duiding van de Adjusted EBITDA, operationele vrije kasstroom en aangepaste vrije kasstroom kunnen niet zonder onredelijke inspanningen worden verstrekt, aangezien wij geen prognoses maken van (i) bepaalde niet-geldelijke lasten, met inbegrip van afschrijving en waardevermindering, herstructurering en overige operationele posten die deel uitmaken van de nettowinst en (ii) specifieke wijzigingen in het werkkapitaal met een impact op de kasstromen uit bedrijfsactiviteiten. De posten waarvoor wij geen prognose geven, kunnen beduidend van periode tot periode variëren.

(c) Met uitsluiting van de opname van de gekapitaliseerde voetbaluitzendrechten en licenties voor het mobiele spectrum en de impact van bepaalde kapitaaltoevoegingen in verband met leases op onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen.

(d) Vergeleken met onze gerapporteerde opbrengsten voor het volledige jaar 2020 zou de groei van onze opbrengsten voor het volledige jaar 2021 ongeveer 1 % zijn.

(e) In de veronderstelling dat bepaalde betalingen voor de tijdelijke verlenging van onze huidige licenties voor het 2G en 3G mobiele spectrum in 2021 plaatsvinden maar met uitsluiting van betalingen voor toekomstige licenties voor het spectrum in het kader van de nakende multibandveiling, en in de veronderstelling dat de belasting op onze belastingaangifte 2020 pas begin 2022 zal worden betaald.

3.2 Aandeelhoudersvergoeding

Voortbordurend op het aandeelhoudersvergoedingsbeleid, zoals voorgesteld op de Capital Markets Day in december 2018, heeft de raad van bestuur eind oktober 2020 beslist dit beleid te versterken. Ons nieuwe beleid is gericht op het bereiken van een evenwicht tussen enerzijds aantrekkelijke aandeelhoudersvergoedingen, terwijl anderzijds de optionaliteit voor waardetoevoegende fusies en overnames in de toekomst dient behouden te blijven. Terwijl het streefdoel van een netto totale schuldgraad van 4,0x (met uitzondering van fusies en overnames alsook ervan uitgaande dat er geen beduidende nadelige wijzigingen in onze activiteiten of regelgevend kader plaatsvinden) wordt herbevestigd, heeft de raad van bestuur voor de toekomst een dividenddrempel van € 2,75 per aandeel (bruto) ingevoerd. Deze dividenddrempel veronderstelt dat er geen beduidende nadelige wijzigingen in onze activiteiten of regelgevend kader plaatsvinden en vervangt de eerder gecommuniceerde 50-70% uitbetalingsvork. De raad van bestuur wenst hiermee een groter gedeelte van de aangepaste vrije kasstroom aan recurrente dividenden toe te wijzen. Het restant van onze aangepaste vrije kasstroom komt nog steeds in aanmerking voor waardetoevoegende overnames, buitengewone dividenden, incrementele inkoop van eigen aandelen, schuldafbouw of een combinatie daarvan. De som van het tussentijdse dividend dat in december 2020 werd betaald en het finale dividend dat in mei 2021 werd uitgekeerd kwam overeen met de hierboven aangehaalde dividenddrempel van € 2,75 per aandeel (bruto), of € 300,2 miljoen in totaal. Dit is 47% hoger dan het dividend per aandeel betaald over de aangepaste vrije kasstroom voor het boekjaar 2019. Hiermee blijven we voldoen aan ons aandeelhoudersvergoedingsbeleid met inbegrip van de eerder genoemde dividenddrempel.

3.3 Gebeurtenissen na balansdatum

Na 30 juni 2021 vonden geen significante gebeurtenissen plaats die een aanpassing van de financiële informatie in dit persbericht zouden vereisen.

3.4 Procedures van de commissaris

De commissaris, KPMG Bedrijfsrevisoren - Réviseurs d'Entreprises BV/SRL, vertegenwoordigd door Götwin Jackers, heeft bevestigd dat zijn nazicht, dat wezenlijk voltooid is, geen significante zaken aan het licht heeft gebracht die een aanpassing vereisen van de verkorte geconsolideerde tussentijdse financiële informatie in dit persbericht voor de zes maanden afgesloten op 30 juni 2021.

4 Telenet Group Holding NV – Geconsolideerde tussentijdse staat van bedrijfsactiviteiten

Voor de drie maanden afgesloten op 30 juni 2021 2020 % Verschil
Geleverde diensten
Aansluitbare huizen (13) 3.388.900 3.355.200 1 %
Televisie
Basiskabeltelevisie (6) 90.300 139.900 (35) %
Premiumkabeltelevisie (7) 1.695.600 1.695.700 — %
Totaal kabeltelevisie 1.785.900 1.835.600 (3) %
Internet
Residentieel breedbandinternet 1.482.200 1.450.100 2 %
Breedbandinternet aan bedrijven 229.900 226.400 2 %
Totaal breedbandinternet (8) 1.712.100 1.676.500 2 %
Vaste telefonie
Residentiële vaste telefonie 1.001.600 1.056.500 (5) %
Vaste telefonie aan bedrijven 140.100 138.900 1 %
Totaal vaste telefonie (9) 1.141.700 1.195.400 (4) %
Totaal opbrengstgenererende eenheden (14) 4.639.700 4.707.500 (1) %
Klantenverloop (15)
Kabeltelevisie 8,8 % 6,8 %
Breedbandinternet 7,1 % 6,4 %
Vaste telefonie 10,4 % 7,1 %
Informatie over klantenrelaties
FMC klanten 685.900 598.900 15 %
Totaal klantenrelaties (11) 2.037.300 2.052.200 (1) %
Diensten per klantenrelatie (11) 2,28 2,29 — %
ARPU per klantenrelatie (€ / maand) (11) (12) 58,8 58,4 1 %
Voor de drie maanden afgesloten op 30 juni 2021 2020 % Verschil
Gegevens mobiele telefonie
Mobiele telefonie
Postpaidabonnement 2.607.300 2.527.500 3 %
Prepaidkaarten 349.600 400.900 (13) %
Totaal mobiele telefonie (10) 2.956.900 2.928.400 1 %

Opname van de businessklanten kleine en middelgrote ondernemingen ('kmo') en grote ondernemingen ('go'): Vanaf KW2 2021 omvat de telling van onze postpaid abonnees en het totaal van onze mobiele abonnees onze kmo- en go-businessklanten, die vroeger niet in onze simtelling werden opgenomen. Wij geven onze geconsolideerde abonneetellingen weer zoals hieronder en in 4. Geconsolideerde tussentijdse operationele statistieken per KW1 2020, zodat de investeerders en analisten onze operationele prestaties op vergelijkbare basis kunnen beoordelen. Wij hebben bijgevolg 130,100, 132.600, 140.500, 146.100, 156.600 en 158.900 mobiele postpaid abonnees toegevoegd aan onze abonneetelling voor de kwartalen van KW1 2020 tot en met KW2 2021.

5 Telenet Group Holding NV – Geselecteerde gegevens uit de EU IFRS geconsolideerde tussentijdse financiële staten

5.1 EU IFRS geconsolideerde tussentijdse staat van het resultaat en het netto resultaat rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen (niet geauditeerd)

(in € miljoen, uitgezonderd aandelen en
bedragen per aandeel)
Voor de drie maanden
afgesloten op
30 juni
Voor de zes maanden
afgesloten op
30 juni
2021 2020 % verschil 2021 2020 % Verschil
Winst over de verslagperiode
Bedrijfsopbrengsten 642,4 619,2 4 % 1.288,3 1.272,2 1 %
Bedrijfskosten
Kostprijs van geleverde diensten (309,6) (332,7) (7) % (632,6) (701,8) (10) %
Brutowinst 332,8 286,5 16 % 655,7 570,4 15 %
Verkoop-, algemene en beheerskosten (174,1) (137,6) 27 % (343,2) (268,3) 28 %
Resultaat uit bedrijfsactiviteiten 158,7 148,9 7 % 312,5 302,1 3 %
Financiële opbrengsten 23,2 76,6 (70) % 152,9 27,7 452 %
Netto interestopbrengsten en
wisselkoerswinsten
23,1 73,8 (69) % 0,5 5,0 (90) %
Netto winst op derivaten —% 152,3 22,7 571 %
Netto winst bij vervroegde aflossing van
schulden
0,1 2,8 (96) % 0,1 100%
Financiële kosten (50,1) (180,2) (72) % (181,7) (125,5) 45 %
Netto interestkosten, wisselkoersverliezen
en overige financiële kosten
(47,2) (51,0) (7) % (181,7) (110,3) 65 %
Netto verlies op derivaten (2,9) (129,2) (98) % —%
Netto verlies bij vervroegde aflossing van
schulden
—% (15,2) (100) %
Netto financiële opbrengsten (kosten) (26,9) (103,6) (74) % (28,8) (97,8) (71) %
Aandeel in het resultaat van geassocieerde
deelnemingen
(1,4) 0,9 N.M. (2,3) 1,3 N.M.
Winst (verlies) uit de verkoop van activa/
verplichtingen betreffende een
dochtervennootschap of een joint venture
(4,3) (100) % (4,3) (100) %
Winst vóór winstbelastingen 130,4 41,9 211 % 281,4 201,3 40 %
Belastingen (31,2) (10,2) 206 % (69,7) (16,4) 325 %
Winst over de verslagperiode 99,2 31,7 213 % 211,7 184,9 14 %

Netto resultaat rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen

Elementen die niet naar de geconsolideerde staat van het resultaat geherclassificeerd zullen worden

Herwaardering van verplichtingen /
(tegoeden) uit te-bereiken-doel
pensioenplannen, na aftrek van belastingen
2,7 (12,5) N.M. 2,7 (12,5) N.M.
Netto resultaat rechtstreeks
verwerkt in het eigen vermogen
2,7 (12,5) N.M. 2,7 (12,5) N.M.
Totaalresultaat voor de periode 101,9 19,2 431 % 214,4 172,4 24 %
Winst toe te rekenen aan: 99,2 31,7 213 % 211,7 184,9 14 %
Eigenaars van de Vennootschap 99,3 31,9 211 % 212,0 185,2 14 %
Minderheidsbelangen (0,1) (0,2) (50) % (0,3) (0,3) — %
(in € miljoen, uitgezonderd aandelen en Voor de drie maanden
afgesloten op
Voor de zes maanden
afgesloten op
bedragen per aandeel) 30 juni 30 juni
2021 2020 % verschil 2021 2020 % Verschil
Totaalresultaat toe te rekenen aan: 101,9 19,2 431 % 214,4 172,4 24 %
Eigenaars van de Vennootschap 102,0 19,4 426 % 214,7 172,7 24 %
Minderheidsbelangen (0,1) (0,2) (50) % (0,3) (0,3) — %
Gewogen gemiddeld uitstaande aandelen 109.319.746 109.043.372 109.281.368 109.545.183
Gewone winst per aandeel 0,91 0,30 203 % 1,94 1,69 15 %
Verwaterde winst per aandeel 0,91 0,30 203 % 1,94 1,69 15 %
Bedrijfsopbrengsten per type
Opbrengsten uit abonnementen:
Televisie 136,1 139,6 (3) % 278,8 284,0 (2) %
Breedbandinternet 169,4 163,3 4 % 337,8 323,5 4 %
Vaste telefonie 54,0 57,0 (5) % 109,3 113,8 (4) %
Opbrengsten uit kabelgerelateerde
abonnementen
359,5 359,9 — % 725,9 721,3 1 %
Mobiele telefonie 120,3 109,4 10 % 238,0 223,0 7 %
Totaal opbrengsten uit abonnementen 479,8 469,3 2 % 963,9 944,3 2 %
Bedrijfsdiensten 44,9 48,3 (7) % 90,3 98,3 (8) %
Overige 117,7 101,6 16 % 234,1 229,6 2 %
Totaal bedrijfsopbrengsten 642,4 619,2 4 % 1.288,3 1.272,2 1 %
Bedrijfskosten per type
Netwerkexploitatiekosten (48,4) (46,4) 4 % (106,1) (100,7) 5 %
Directe kosten (programmering en
auteursrechten, interconnectie en andere)
(121,7) (112,2) 8 % (250,3) (242,5) 3 %
Personeelsgerelateerde kosten (66,9) (64,5) 4 % (138,1) (133,2) 4 %
Verkoop- en marketingkosten (20,0) (18,8) 6 % (39,3) (40,0) (2) %
Uitbestede arbeidsdiensten en professionele
diensten
(8,1) (4,8) 69 % (15,2) (14,3) 6 %
Overige indirecte kosten (22,8) (20,1) 13 % (50,6) (43,5) 16 %
Herstructureringskosten (0,4) (4,0) (90) % (0,9) (5,0) (82) %
Aanpassingen van toewijzingsverschillen
tijdens de verwerkingsperiode m.b.t.
overnames
0,6 (100) % 2,0 0,6 233 %
Operationele kosten betreffende overnames
of desinvesteringen
(4,3) (0,6) 617 % (6,9) (1,7) 306 %
Op aandelen gebaseerde vergoedingen
uitgekeerd aan directieleden en werknemers
(8,9) (6,2) 44 % (12,8) (8,0) 60 %
Afschrijvingen op materiële vaste activa (113,8) (112,4) 1 % (218,1) (213,1) 2 %
Afschrijvingen op immateriële vaste activa (51,4) (46,5) 11 % (103,1) (92,3) 12 %
Afschrijving op uitzendrechten (18,2) (16,5) 10 % (38,3) (56,1) (32) %
Waardevermindering op immateriële activa
met een lange levensduur en goodwill
(18,5) (100) % (21,3) (100) %
Winst (verlies) op verkoop van activa 1,4 0,9 56 % 2,2 3,0 (27) %
Waardevermindering op materiële activa met
een lange levensduur
(0,2) (0,3) (33) % (0,3) (2,0) (85) %
Totaal bedrijfskosten (483,7) (470,3) 3 % (975,8) (970,1) 1 %

N.M. - Not Meaningful (Niet Betekenisvol)

5.2 EU IFRS geconsolideerd tussentijds kasstroomoverzicht (niet geauditeerd)

Voor de drie maanden
afgesloten op
Voor de zes maanden
afgesloten op
(in € miljoen) 30 juni 30 juni
2021 2020 % Verschil 2021 2020 % Verschil
Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten
Winst over de verslagperiode 99,2 31,7 213 % 211,7 184,9 14 %
Afschrijvingen, waardeverminderingen en
herstructureringskosten
182,6 197,2 (7) % 358,5 386,7 (7) %
Veranderingen in werkkapitaal en overige
niet-kasitems
2,9 (48,3) N.M. 31,1 (16,3) N.M.
Belastingen 31,2 10,2 206 % 69,7 16,4 325 %
Netto interestkosten, valutaverliezen en
overige financiële kosten
24,1 (22,7) N.M. 181,2 105,4 72 %
Netto verlies (winst) op afgeleide financiële
instrumenten
2,9 129,2 (98) % (152,3) (22,7) 571 %
Verlies (winst) bij vervroegde aflossing van
schulden
(0,1) (2,9) (97) % (0,1) 15,1 N.M.
Verlies (winst) uit de verkoop van activa/
verplichtingen betreffende een
dochtervennootschap of een joint venture
4,3 (100) % 4,3 (100) %
Betaalde interesten en betalingen voor
derivaten
(10,3) (9,3) 11 % (92,9) (101,6) (9) %
Betaalde winstbelastingen (95,2) (0,2) N.M. (95,6) (0,5) N.M.
Nettokasstroom uit
bedrijfsactiviteiten
237,3 289,2 (18) % 511,3 571,7 (11) %
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Verwerving van materiële vaste activa (69,5) (72,6) (4) % (143,8) (144,1) — %
Verwerving van immateriële vaste activa (50,6) (42,1) 20 % (95,7) (88,1) 9 %
Verwerving van en leningen aan
geassocieerde deelnemingen
(15,2) (20,3) (25) % (16,2) (20,5) (21) %
Verwerving van een dochtervennootschap,
netto van verworven geldmiddelen
(3,5) (100) % (3,5) (100) %
Ontvangsten uit de verkoop van materiële
vaste activa
0,4 0,5 (20) % 0,7 0,8 (13) %
Nettokasstroom gebruikt in
investeringsactiviteiten
(134,9) (138,0) (2) % (255,0) (255,4) — %
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Aflossing van leningen en overige
financieringsverplichtingen
(119,3) (195,3) (39) % (232,5) (332,8) (30) %
Ontvangsten uit opname van leningen en
overige financieringsverplichtingen
87,3 143,6 (39) % 189,9 225,4 (16) %
Inkoop eigen aandelen (5,4) (100) % (34,4) (100) %
Betalingen voor kapitaalverminderingen en
dividenden
(156,0) (142,3) 10 % (156,0) (142,3) 10 %
Betaling voor schulduitgiftekosten (2,8) (100) % (13,4) (100) %
Overige financieringsactiviteiten (incl.
leaseverplichtingen)
(19,5) (15,1) 29 % (44,8) (48,8) (8) %
Nettokasstroom gebruikt in
financieringsactiviteiten
(207,5) (217,3) (5) % (243,4) (346,3) (30) %
Netto toename (afname) in geldmiddelen en kasequivalenten
Geldmiddelen en kasequivalenten aan het
begin van de verslagperiode
200,0 137,5 45 % 82,0 101,4 (19) %
Geldmiddelen en kasequivalenten aan het
einde van de verslagperiode
94,9 71,4 33 % 94,9 71,4 33 %
Netto toename (afname) in
geldmiddelen en kasequivalenten
(105,1) (66,1) 59 % 12,9 (30,0) N.M.
(in € miljoen) Voor de drie maanden
afgesloten op
30 juni
Voor de zes maanden
afgesloten op
30 juni
2021 2020 % Verschil 2021 2020 % Verschil
Aangepaste vrije kasstroom
Nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten 237,3 289,2 (18) % 511,3 571,7 (11) %
Geldelijke kosten betreffende overnames of
desinvesteringen
0,9 0,7 29 % 2,4 0,9 167 %
Kosten gefinancierd door een tussenpersoon 87,2 88,6 (2) % 189,7 170,4 11 %
Verwerving van materiële vaste activa (69,5) (72,6) (4) % (143,8) (144,1) — %
Verwerving van immateriële vaste activa (50,6) (42,1) 20 % (95,7) (88,1) 9 %
Kapitaalaflossingen op bedragen
gefinancierd door leveranciers en
tussenpersonen
(110,3) (71,1) 55 % (222,9) (207,6) 7 %
Kapitaalaflossingen op leaseverplichtingen
(uitgezonderd netwerkgerelateerde leases)
(8,2) (4,5) 82 % (22,6) (17,6) 28 %
Kapitaalaflossingen op toevoegingen aan
netwerkgerelateerde leases na overname
(8,3) (7,7) 8 % (15,9) (21,7) (27) %
Aangepaste vrije kasstroom 78,5 180,5 (57) % 202,5 263,9 (23) %

N.M. - Not Meaningful (Niet Betekenisvol)

5.3 EU IFRS geconsolideerde tussentijdse balans (niet geauditeerd)

30 juni 31 december
(in € miljoen) 2021 2020 Verschil
ACTIVA
Vaste activa:
Materiële vaste activa 2.213,4 2.288,0 (74,6)
Goodwill 1.824,5 1.824,5
Overige immateriële vaste activa 694,1 693,6 0,5
Uitgestelde belastingvorderingen 188,5 214,7 (26,2)
Deelnemingen in en leningen aan geassocieerde deelnemingen 124,2 111,7 12,5
Overige investeringen 7,7 5,7 2,0
Derivaten 17,3 58,6 (41,3)
Overige activa 28,8 33,6 (4,8)
Totaal vaste activa 5.098,5 5.230,4 (131,9)
Vlottende activa:
Voorraden 26,7 27,3 (0,6)
Handelsvorderingen 178,5 187,2 (8,7)
Overige vlottende activa 147,9 126,1 21,8
Geldmiddelen en kasequivalenten 94,9 82,0 12,9
Derivaten 32,5 48,1 (15,6)
480,5 470,7 9,8
Activa aangehouden voor verkoop 0,3 (0,3)
Totaal vlottende activa 480,5 471,0 9,5
TOTAAL ACTIVA 5.579,0 5.701,4 (122,4)
30 juni 31 december
(in € miljoen) 2021 2020 Verschil
EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN
Eigen vermogen:
Geplaatst kapitaal 12,8 12,8
Uitgiftepremies 80,7 80,7
Overige reserves 699,0 686,3 12,7
Overgedragen verlies (2.174,8) (2.249,9) 75,1
Herwaarderingen (9,6) (12,3) 2,7
Totaal eigen vermogen, toe te rekenen aan eigenaars
van de Vennootschap
(1.391,9) (1.482,4) 90,5
Minderheidsbelangen 3,4 28,4 (25,0)
Totaal eigen vermogen (1.388,5) (1.454,0) 65,5
Langlopende verplichtingen:
Leningen en overige financieringsverplichtingen 4.972,9 4.918,3 54,6
Derivaten 293,8 508,0 (214,2)
Over te dragen opbrengsten 3,2 3,6 (0,4)
Uitgestelde belastingsverplichtingen 124,6 124,7 (0,1)
Overige langlopende schulden 46,8 56,2 (9,4)
Provisies 10,2 12,2 (2,0)
Totaal langlopende verplichtingen 5.451,5 5.623,0 (171,5)
Kortlopende verplichtingen:
Leningen en overige financieringsverplichtingen 497,8 499,6 (1,8)
Handelsschulden 205,9 174,9 31,0
Toe te rekenen kosten en overige kortlopende verplichtingen 405,3 399,5 5,8
Provisies 92,5 83,6 8,9
Over te dragen opbrengsten 118,7 122,8 (4,1)
Derivaten 61,9 65,6 (3,7)
Belastingsschulden 133,9 184,6 (50,7)
1.516,0 1.530,6 (14,6)
Verplichtingen die rechtstreeks verband houden met de activa
aangehouden voor verkoop
1,8 (1,8)
Totaal kortlopende verplichtingen 1.516,0 1.532,4 (16,4)
Totaal verplichtingen 6.967,5 7.155,4 (187,9)
TOTAAL EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN 5.579,0 5.701,4 (122,4)

6 Appendix

6.1 Reconciliatie gerapporteerde en rebased financiële informatie (niet geauditeerd)

(In € miljoen) Gerapporteerd
KW1
2020
KW2
2020
KW3
2020
KW4
2020
FY 2020 KW1 2021
Bedrijfsopbrengsten per type
Televisie 144,4 139,6 136,6 138,4 559,0 142,7
Breedbandinternet 160,2 163,3 164,9 166,5 654,9 168,4
Vaste telefonie 56,8 57,0 56,2 55,2 225,2 55,3
Opbrengsten uit kabelgerelateerde abonnementen 361,4 359,9 357,7 360,1 1.439,1 366,4
Mobiele telefonie 113,6 109,4 114,8 113,4 451,2 111,7
Totaal opbrengsten uit abonnementen 475,0 469,3 472,5 473,5 1.890,3 478,1
Bedrijfsdiensten 50,0 48,3 50,8 58,6 207,7 51,3
Overige 128,0 101,6 114,6 133,0 477,2 116,5
Totaal bedrijfsopbrengsten 653,0 619,2 637,9 665,1 2.575,2 645,9
Bedrijfskosten per type
Netwerkexploitatiekosten (54,3) (46,4) (49,1) (48,4) (198,2) (57,7)
Directe kosten (programmering en auteursrechten, interconnectie en andere) (130,3) (112,2) (127,0) (144,9) (514,4) (128,6)
Personeelsgerelateerde kosten (68,7) (64,5) (64,7) (73,2) (271,1) (71,2)
Verkoop- en marketingkosten (21,2) (18,8) (23,2) (32,4) (95,6) (19,3)
Uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten (9,5) (4,8) (6,8) (7,3) (28,4) (7,1)
Overige indirecte kosten (23,4) (20,1) (24,0) (22,0) (89,5) (27,8)
Totaal operationele bedrijfskosten (307,4) (266,8) (294,8) (328,2) (1.197,2) (311,7)
Adjusted EBITDA 345,6 352,4 343,1 336,9 1.378,0 334,2
Adjusted EBITDA marge 52,9 % 56,9 % 53,8 % 50,7 % 53,5 % 51,7 %
(In € miljoen) (i) Desinvestering Coditel S.à r.l., (ii) Veranderingen in de IFRS
verwerking van bepaalde contentovereenkomsten en (iii)
Veranderingen gerelateerd aan de opbrengsten gegenereerd door
kmo-klanten en grote bedrijfsklanten
KW1
2020
KW2
2020
KW3
2020
KW4
2020
FY 2020 KW1 2021
Bedrijfsopbrengsten per type
Televisie (1,2) (1,2)
Breedbandinternet (0,2) (0,2)
Vaste telefonie (0,2) (0,2)
Opbrengsten uit kabelgerelateerde abonnementen (1,6) (1,6)
Mobiele telefonie 6,0 5,8 6,5 5,5 23,8 6,0
Totaal opbrengsten uit abonnementen 4,4 5,8 6,5 5,5 22,2 6,0
Bedrijfsdiensten (7,3) (6,4) (7,2) (6,2) (27,1) (5,9)
Overige 0,9 0,6 0,7 0,7 2,9 (0,1)
Totaal bedrijfsopbrengsten (2,0) (2,0)
Bedrijfskosten per type
Netwerkexploitatiekosten (0,5) (0,5)
Directe kosten (programmering en auteursrechten, interconnectie en andere) (22,7) (5,5) (3,2) (31,4)
Personeelsgerelateerde kosten 0,5 0,3 0,2 1,0
Verkoop- en marketingkosten 1,1 0,3 0,2 1,6
Uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten
Overige indirecte kosten (0,2) (0,2)
Totaal operationele bedrijfskosten (21,8) (4,9) (2,8) (29,5)
Adjusted EBITDA (23,8) (4,9) (2,8) (31,5)
(In € miljoen) Rebased
KW1
2020
KW2
2020
KW3
2020
KW4
2020
FY 2020 KW1 2021
Bedrijfsopbrengsten per type
Televisie 143,2 139,6 136,6 138,4 557,8 142,7
Breedbandinternet 160,0 163,3 164,9 166,5 654,7 168,4
Vaste telefonie 56,6 57,0 56,2 55,2 225,0 55,3
Opbrengsten uit kabelgerelateerde abonnementen 359,8 359,9 357,7 360,1 1.437,5 366,4
Mobiele telefonie 119,6 115,2 121,3 118,9 475,0 117,7
Totaal opbrengsten uit abonnementen 479,4 475,1 479,0 479,0 1.912,5 484,1
Bedrijfsdiensten 42,7 41,9 43,6 52,4 180,6 45,4
Overige 128,9 102,2 115,3 133,7 480,1 116,4
Totaal bedrijfsopbrengsten 651,0 619,2 637,9 665,1 2.573,2 645,9
Bedrijfskosten per type
Netwerkexploitatiekosten (54,8) (46,4) (49,1) (48,4) (198,7) (57,7)
Directe kosten (programmering en auteursrechten, interconnectie en andere) (153,0) (117,7) (130,2) (144,9) (545,8) (128,6)
Personeelsgerelateerde kosten (68,2) (64,2) (64,5) (73,2) (270,1) (71,2)
Verkoop- en marketingkosten (20,1) (18,5) (23,0) (32,4) (94,0) (19,3)
Uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten (9,5) (4,8) (6,8) (7,3) (28,4) (7,1)
Overige indirecte kosten (23,6) (20,1) (24,0) (22,0) (89,7) (27,8)
Totaal operationele bedrijfskosten (329,2) (271,7) (297,6) (328,2) (1.226,7) (311,7)
Adjusted EBITDA 321,8 347,5 340,3 336,9 1.346,5 334,2
Adjusted EBITDA marge 49,4 % 56,1 % 53,3 % 50,7 % 52,3 % 51,7 %

Rebased' informatie: Voor het berekenen van 'rebased' groeipercentages op een vergelijkbare basis voor de hierboven weergegeven periodes hebben we onze historische opbrengsten en Adjusted EBITDA aangepast om de impact van de volgende transacties weer te geven in dezelfde mate dat opbrengsten en Adjusted EBITDA als gevolg van deze transacties zijn opgenomen in onze courante resultaten: (i) omvatten niet de opbrengsten en de Adjusted EBITDA van onze voormalige Luxemburgse kabeldochter Coditel S.à rl (gedeconsolideerd vanaf 1 april 2020), (ii) weerspiegelen wijzigingen met betrekking tot de IFRS-verwerking van bepaalde overeenkomsten inzake contentrechten die zijn aangegaan tijdens het derde kwartaal van 2020 en (iii) weerspiegelen wijzigingen met betrekking tot abonnementsgerelateerde, verbruiksgerelateerde en interconnectie-opbrengsten die gegenereerd worden door onze kmo-klanten (klein en middelgrote ondernemingen) en grote bedrijfsklanten vanaf KW1 2021 van opbrengsten uit bedrijfsdiensten naar opbrengsten uit mobiele telefonie en overige opbrengsten, respectievelijk. We weerspiegelen de opbrengsten en Adjusted EBITDA van overgenomen bedrijven in onze historische bedragen op basis van over wat naar onze mening de meest betrouwbare informatie is die momenteel voor ons beschikbaar is (over het algemeen financiële overzichten van vóór de overname), zoals gecorrigeerd voor de geschatte effecten van (a) enige significante verschillen tussen onze grondslagen voor financiële verslaggeving en die van de overgenomen entiteiten, (b) enige significante effecten van boekhoudkundige aanpassingen over de acquisitie, en (c) andere items die wij passend achten. We passen pre-acquisitieperiodes niet aan om eenmalige posten te elimineren of om terugwerkende kracht te geven aan eventuele schattingswijzigingen die kunnen worden doorgevoerd tijdens post-acquisitieperiodes. Aangezien we de overgenomen bedrijven niet bezaten of exploiteerden tijdens de pre-acquisitieperiodes, kan er geen garantie worden gegeven dat we alle aanpassingen hebben geïdentificeerd die nodig zijn om de opbrengsten en Adjusted EBITDA van deze entiteiten te presenteren op een basis die vergelijkbaar is met de overeenkomstige post- overnamebedragen die zijn opgenomen in onze historische resultaten of waarvan de financiële overzichten vóór de overname waarop we ons hebben gebaseerd, geen onontdekte fouten bevatten. Bovendien zijn de rebased groeipercentages niet noodzakelijk een indicatie van de opbrengsten en Adjusted EBITDA die zouden hebben plaatsgevonden als deze transacties zouden hebben plaatsgevonden op de data die worden verondersteld voor de berekening van onze rebased bedragen of de opbrengsten en Adjusted EBITDA die in de toekomst zullen plaatsvinden. De rebased groeipercentages zijn gepresenteerd als basis voor het beoordelen van groeipercentages op vergelijkbare basis. 'Rebased' groei is een niet-GAAP-maatstaf zoals overwogen door Verordening G van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission en is een aanvullende maatstaf die door het management wordt gebruikt om de onderliggende prestaties van het bedrijf aan te tonen en mag de maatstaven in overeenstemming met EU IFRS niet vervangen als een indicator van de prestatie, maar moet eerder worden gebruikt in combinatie met de meest direct vergelijkbare EU IFRS-maatstaf.

6.2 Reconciliatie tussen winst over de verslagperiode en Adjusted EBITDA (niet geauditeerd)

De netto totale hefboomratio is een niet-GAAP-maatstaf zoals bedoeld in Verordening G van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission en wordt gedefinieerd als de som van kortlopende en langlopende leningen en overige financieringsverplichtingen van de Vennootschap, verminderd met geldmiddelen en kasequivalenten ("netto totale schuld"), zoals opgenomen op de balans van de Vennootschap, te delen door de Geconsolideerde Adjusted EBITDA op jaarbasis van de laatste twee kwartalen. In de balans werd Telenets USD-luidende schuld omgerekend naar € op basis van de EUR/USD wisselkoers op 30 juni 2021. Aangezien Telenet verscheidende derivatencontracten heeft afgesloten om zowel de onderliggende variabele interestvoet als de wisselkoers-risico's af te dekken bedroeg het overeenkomstige €-ingedekte bedrag respectievelijk € 2.041,5 miljoen (USD 2.295,0 miljoen Termijnlening AR) en € 882,8 miljoen (USD 1,0 miljard Senior Secured Notes die in 2028 vervallen). Voor de berekening van de netto totale schuldgraad gebruikt Telenet het overeenkomstige €-ingedekte bedrag gelet op de onderliggende blootstelling aan de werkelijke economische risico's.

De volgende tabel geeft een reconciliatie tussen de geannualiseerde nettowinst op basis van de laatste twee kwartalen en de geannualiseerde Adjusted EBITDA op basis van de laatste twee kwartalen.

(In € miljoen) Voor de drie maanden
afgesloten op
Voor de zes maanden
afgesloten op
Laatste twee kwartalen
geannualiseerd
31 maart
2021
30 juni
2021
30 juni 2021 30 juni 2021
Winst over de verslagperiode 112,5 99,2 211,7 423,4
Belastingen 38,5 31,2 69,7 139,4
Aandeel in het resultaat van geassocieerde
deelnemingen
0,9 1,4 2,3 4,6
Netto financiële kosten (opbrengsten) 1,9 26,9 28,8 57,6
Afschrijvingen, waardeverminderingen en winst op de
verkoop van activa
175,4 182,2 357,6 715,2
EBITDA 329,2 340,9 670,1 1.340,2
Vergoeding op basis van aandelen 3,9 8,9 12,8 25,6
Operationele kosten betreffende overnames of
desinvesteringen
2,6 4,3 6,9 13,8
Herstructureringskosten 0,5 0,4 0,9 1,8
Aanpassingen na de erkenningsperiode door overnames (2,0) (2,0) (4,0)
Adjusted EBITDA 334,2 354,5 688,7 1.377,4
Adjusted EBITDA-marge 51,7 % 55,2 % 53,5 % 53,5 %
Nettowinstmarge 17,4 % 15,4 % 16,4 % 16,4 %

6.3 Definities

    1. Rebased informatie: Voor het berekenen van 'rebased' groeipercentages op een vergelijkbare basis hebben we onze historische opbrengsten en Adjusted EBITDA aangepast om de impact van de volgende transacties weer te geven in dezelfde mate dat opbrengsten en Adjusted EBITDA als gevolg van deze transacties zijn opgenomen in onze courante resultaten: (i) omvatten niet de opbrengsten en de Adjusted EBITDA van onze voormalige Luxemburgse kabeldochter Coditel S.à rl (gedeconsolideerd vanaf 1 april 2020), (ii) weerspiegelen wijzigingen met betrekking tot de IFRSverwerking van bepaalde overeenkomsten inzake contentrechten die zijn aangegaan tijdens het derde kwartaal van 2020 en (iii) weerspiegelen wijzigingen met betrekking tot abonnementsgerelateerde, verbruiksgerelateerde en interconnectie-opbrengsten die gegenereerd worden door onze kmo-klanten (klein en middelgrote ondernemingen) en grote bedrijfsklanten vanaf KW1 2021 van opbrengsten uit bedrijfsdiensten naar opbrengsten uit mobiele telefonie en overige opbrengsten, respectievelijk. We weerspiegelen de opbrengsten en Adjusted EBITDA van overgenomen bedrijven in onze historische bedragen op basis van over wat naar onze mening de meest betrouwbare informatie is die momenteel voor ons beschikbaar is (over het algemeen financiële overzichten van vóór de overname), zoals gecorrigeerd voor de geschatte effecten van (a) enige significante verschillen tussen onze grondslagen voor financiële verslaggeving en die van de overgenomen entiteiten, (b) enige significante effecten van boekhoudkundige aanpassingen over de acquisitie, en (c) andere items die wij passend achten. We passen pre-acquisitieperiodes niet aan om eenmalige posten te elimineren of om terugwerkende kracht te geven aan eventuele schattingswijzigingen die kunnen worden doorgevoerd tijdens post-acquisitieperiodes. Aangezien we de overgenomen bedrijven niet bezaten of exploiteerden tijdens de preacquisitieperiodes, kan er geen garantie worden gegeven dat we alle aanpassingen hebben geïdentificeerd die nodig zijn om de opbrengsten en Adjusted EBITDA van deze entiteiten te presenteren op een basis die vergelijkbaar is met de overeenkomstige post- overnamebedragen die zijn opgenomen in onze historische resultaten of waarvan de financiële overzichten vóór de overname waarop we ons hebben gebaseerd, geen onontdekte fouten bevatten. Bovendien zijn de rebased groeipercentages niet noodzakelijk een indicatie van de opbrengsten en Adjusted EBITDA die zouden hebben plaatsgevonden als deze transacties zouden hebben plaatsgevonden op de data die worden verondersteld voor de berekening van onze rebased bedragen of de opbrengsten en Adjusted EBITDA die in de toekomst zullen plaatsvinden. De rebased groeipercentages zijn gepresenteerd als basis voor het beoordelen van groeipercentages op vergelijkbare basis. 'Rebased' groei is een niet-GAAP-maatstaf zoals overwogen door Verordening G van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission en is een aanvullende maatstaf die door het management wordt gebruikt om de onderliggende prestaties van het bedrijf aan te tonen en mag de maatstaven in overeenstemming met EU IFRS niet vervangen als een indicator van de prestatie, maar moet eerder worden gebruikt in combinatie met de meest direct vergelijkbare EU IFRS-maatstaf.
  • 2. EBITDA wordt gedefinieerd als winst vóór netto financiële kosten, het aandeel in het resultaat van geassocieerde deelnemingen, belastingen, afschrijvingen en waardeverminderingen. Adjusted EBITDA wordt gedefinieerd als EBITDA exclusief vergoedingen op basis van aandelen, aanpassingen tijdens de verwerkingsperiode met betrekking tot overnames en herstructureringslasten, en exclusief operationele kosten of opbrengsten betreffende succesvolle of onsuccesvolle overnames of desinvesteringen. Operationele kosten of opbrengsten betreffende overnames of desinvesteringen omvatten (i) winst en verliezen op de verkoop van activa met lange levensduur, (ii) due diligence, juridische, advies- en andere kosten aan derden betreffende de inspanningen van de Vennootschap om een controlebelang in ondernemingen te verwerven of te verkopen, en (iii) overige overnamegerelateerde elementen waaronder winsten en verliezen op de schikking van een voorwaardelijke vergoeding. Adjusted EBITDA is een niet-GAAP-maatstaf zoals bedoeld in Verordening G van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission en is een bijkomende parameter gebruikt door het management om het onderliggende resultaat van de Vennootschap aan te tonen en zou niet beschouwd mogen worden als een vervanging van de andere parameters in overeenstemming met EU IFRS om het resultaat van de Vennootschap te beoordelen, maar zou echter moeten gehanteerd worden samen met de dichtst vergelijkbare EU IFRS parameter. Een vergelijking tussen deze parameter en de dichtst vergelijkbare EU IFRS parameter is terug te vinden in Tabel 1 op pagina 17.
    1. De toe te rekenen bedrijfsinvesteringen worden omschreven als toevoegingen aan terreinen, uitrusting en immateriële vaste activa, inclusief toevoegingen van leases en overige financieringsovereenkomsten, zoals op basis van het toe te rekenen bedrag geboekt in de geconsolideerde balans van de Vennootschap.
    1. Operationele vrije kasstroom wordt gedefinieerd als Adjusted EBITDA, minus toe te rekenen investeringsuitgaven zoals gerapporteerd in de geconsolideerde financiële staten van de Vennootschap. De toe te rekenen investeringsuitgaven omvatten niet de opname van uitzendrechten voor het voetbal en licenties voor het mobiele spectrum. Operationele vrije kasstroom is een niet-GAAP-maatstaf zoals bedoeld in Vordering G van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission en is een bijkomende parameter gebruikt door het management om het onderliggende resultaat van de Vennootschap aan te tonen en zou niet beschouwd mogen worden als een vervanging van de andere parameters in overeenstemming met EU IFRS om het resultaat van de Vennootschap te beoordelen, maar zou echter moeten gehanteerd worden samen met de dichtst vergelijkbare EU IFRS parameter.
    1. Aangepaste vrije kasstroom wordt gedefinieerd als de netto kasmiddelen afkomstig uit continue bedrijfsactiviteiten plus (i) de geldelijke betalingen aan derden betreffende succesvolle of niet-succesvolle overnames en desinvesteringen en (ii) kosten gefinancierd door een derde partij, minus (i) de verwerving van materiële vaste activa en de verwerving van immateriële vaste activa van de continue activiteiten van de Vennootschap, (ii) kapitaalaflossingen op bedragen gefinancierd door leveranciers en tussenpersonen, en (iii) kapitaalaflossingen op leases (uitgezonderd netwerkgerelateerde leases die werden erkend als gevolg van overnames), en (iv) kapitaalaflossingen op toevoegingen aan netwerkgerelateerde leases na overname, elk zoals gerapporteerd in het geconsolideerd kasstroomoverzicht. Aangepaste vrije kasstroom is een niet-GAAP-maatstaf zoals bedoeld in Verordening G van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission en is een bijkomende parameter gebruikt door het management om de schuldaflossings- en financieringscapaciteit van de Vennootschap aan te tonen en zou niet beschouwd mogen worden als een vervanging van de andere parameters in overeenstemming met EU IFRS om het

resultaat van de Vennootschap te beoordelen, maar zou echter moeten gehanteerd worden samen met de dichtst vergelijkbare EU IFRS parameter.

    1. Een abonnee op basiskabeltelevisie is een woning, een wooneenheid in een gebouw met meerdere wooneenheden of een eenheid in een commercieel gebouw die via een analoog of digitaal videosignaal over het Gecombineerde Netwerk Telenets videodienst ontvangt zonder abonnement op een terugkerende maandelijkse dienst die het gebruik van encryptietechnologie vereist. Encryptietechnologie omvat smart-cards en andere geïntegreerde of virtuele technologieën die Telenet gebruikt om zijn verbeterd dienstenaanbod te leveren. Telenet telt opbrengstgenererende eenheden op basis van het aantal panden. Een abonnee met meerdere aansluitingen in één pand wordt dus als één opbrengstgenererende eenheid geteld. Een abonnee met twee huizen die voor elk van die huizen een abonnement op Telenets kabeltelevisiedienst heeft, wordt als twee opbrengstgenererende eenheden geteld.
    1. Een abonnee op premiumkabeltelevisie is een woning, een wooneenheid in een gebouw met meerdere wooneenheden of een eenheid in een commercieel gebouw die via een digitaal videosignaal over het Gecombineerde Netwerk Telenets kabeltelevisiedienst ontvangt op basis van een abonnement op een terugkerende maandelijkse dienst die het gebruik van encryptietechnologie vereist. Abonnees voor premiumkabeltelevisie worden geteld op basis van het aantal panden. Zo wordt een abonnee met één of meer settopboxen die Telenets videodienst in één gebouw ontvangt over het algemeen geteld als één abonnee. Een abonnee op premiumkabeltelevisie wordt niet geteld als een abonnee op basisvideo. Naarmate Telenets klanten overstappen van basiskabeltelevisiediensten naar premiumkabel-televisie rapporteert Telenet een afname van het aantal abonnees voor basiskabeltelevisie die gelijk is aan de toename van het aantal abonnees voor premiumkabeltelevisie.
    1. Een internetabonnee is een woning, een wooneenheid in een gebouw met meerdere wooneenheden of een eenheid in een commercieel gebouw die internetdiensten ontvangt over het Gecombineerde Netwerk.
    1. Een vastetelefonieabonnee is een woning, een wooneenheid in een gebouw met meerdere wooneenheden of een eenheid in een commercieel gebouw die spraakdiensten ontvangt over het Gecombineerde Netwerk. Vastetelefonieabonnees omvatten geen mobieletelefonieabonnees.
    1. Het aantal mobieletelefonieabonnees vertegenwoordigt het aantal actieve SIM-kaarten die in gebruik zijn, niet het aantal geleverde diensten. Als bijvoorbeeld een mobieletelefonieabonnee zowel een data- als spraakplan voor een smartphone heeft, wordt die persoon beschouwd als één mobieletelefonieabonnee. Een abonnee met een spraak- en dataplan voor een smartphone en een dataplan voor een laptop (via een dongle) wordt echter als twee mobieletelefonieabonnees geteld. Klanten die geen terugkerende maandelijkse vergoeding betalen, worden na 90 dagen inactiviteit niet langer opgenomen in het aantal mobieletelefonieabonnees.
    1. Klantenrelaties zijn klanten die ten minste één van Telenets video-, internet- of vaste-telefoniediensten ontvangen en die Telenet telt als opbrengstgenererende eenheden, ongeacht op welke of op hoeveel diensten ze geabonneerd zijn. Klantenrelaties worden over het algemeen geteld op basis van het aantal panden. Als iemand Telenets diensten in twee panden ontvangt (bijvoorbeeld in zijn hoofdwoning en in een vakantiehuisje), wordt die persoon over het algemeen als twee klantenrelaties geteld. Mobieletelefonieklanten worden niet geteld als klantrelaties.
    1. ARPU verwijst naar de gemiddelde maandelijkse opbrengst per klantenrelatie en wordt berekend door de gemiddelde maandelijkse opbrengsten uit abonnementen (exclusief opbrengsten uit mobiele telefonie, bedrijfsdiensten ("B2B"), interconnectie, transport- en distributievergoedingen, opbrengsten uit de verkoop van mobiele handsets en installatievergoedingen) voor de aangeduide periode te delen door het gemiddelde aantal klantenrelaties aan het begin en aan het einde van de betreffende periode.
    1. Aansluitbare huizen zijn woningen, wooneenheden in een gebouw met meerdere wooneenheden of eenheden in een commercieel gebouw die op het Gecombineerde Netwerk kunnen worden aangesloten zonder de distributiecentrale materieel uit te breiden. Het aantal aansluitbare huizen is gebaseerd op censusgegevens die kunnen veranderen op basis van herzieningen van die gegevens of op basis van nieuwe censusresultaten.
    1. Een opbrengstgenererende eenheid is een individuele abonnee op basiskabeltelevisie, een individuele abonnee op premiumkabeltelevisie, een individuele internetabonnee of een individuele vaste telefonieabonnee. Een woning, een wooneenheid in een gebouw met meerdere wooneenheden of een eenheid in een commercieel gebouw kan één of meer opbrengstgenererende eenheden omvatten. Als bijvoorbeeld een residentiële abonnee geabonneerd is op Telenets premiumkabel-televisiedienst, vaste-telefoniedienst en breedbandinternetdienst, vertegenwoordigt die klant drie opbrengstgenererende eenheden. Het totale aantal opbrengstgenererende eenheden is de som van het aantal abonnees voor basiskabeltelevisie, premiumkabeltelevisie, internet en vaste telefonie. Het aantal opbrengstgenererende eenheden wordt over het algemeen geteld op basis van het aantal panden, zodat een bepaald pand voor een bepaalde dienst niet als meer dan één opbrengst-genererende eenheid wordt geteld. Als iemand Telenets diensten in twee panden ontvangt (bijvoorbeeld in zijn hoofdwoning en in een vakantiehuisje), wordt die persoon daarentegen als twee opbrengstgenererende eenheden geteld. Elke kabel-, internet- of vaste-telefoniedienst in een productbundel wordt geteld als een afzonderlijke opbrengstengenererende eenheid, ongeacht de aard van een eventuele bundelkorting of promotie. Nietbetalende abonnees worden als abonnees geteld tijdens de periode gedurende welke ze bij wijze van promotie een gratis dienst ontvangen. Sommige van deze abonnees haken na die gratis periode af. Diensten die langdurig kosteloos worden aangeboden (bijv. aan VIP's of werknemers) worden over het algemeen niet als opbrengstgenererende eenheden geteld. Abonnementen op mobieletelefoniediensten worden niet opgenomen in het extern gerapporteerde aantal opbrengstgenererende eenheden.
    1. Het klantverloop vertegenwoordigt de snelheid waarmee klanten hun abonnementen beëindigen. Het jaarlijks voortschrijdend gemiddelde wordt berekend door het aantal beëindigingen in de voorgaande 12 maanden te delen door het gemiddelde aantal klantenrelaties. Bij de berekening van het klantverloop wordt een beëindiging geacht te hebben plaatsgevonden indien de klant geen enkele dienst meer van Telenet ontvangt en Telenets apparatuur dient terug te geven. Een gedeeltelijke overschakeling naar een lager product, wat meestal wordt toegepast om klanten aan te moedigen een openstaande factuur te betalen en te voorkomen dat alle diensten worden afgekoppeld, wordt bij de berekeningen van het klantverloop niet als een beëindiging beschouwd. Klanten die binnen Telenets kabelgebied

verhuizen en klanten die overschakelen naar hogere of lagere diensten worden bij de berekening van het klantverloop evenmin als beëindigingen beschouwd.

    1. De netto totale hefboomratio wordt gedefinieerd als de som van kortlopende en langlopende leningen en overige financieringsverplichtingen van de Vennootschap, verminderd met geldmiddelen en kasequivalenten, zoals opgenomen op de balans van de Vennootschap, te delen door de Geconsolideerde Adjusted EBITDA op jaarbasis van de laatste twee kwartalen. In de balans werd Telenets USD-luidende schuld omgerekend naar € op basis van de EUR/USD wisselkoers op 30 juni 2021. Aangezien Telenet verscheidende derivatencontracten heeft afgesloten om zowel de onderliggende variabele interestvoet als de wisselkoersrisico's af te dekken bedroeg het overeenkomstige €-ingedekte bedrag respectievelijk € 2.041,5 miljoen (USD 2.295,0 miljoen Termijnlening AR) en € 882,8 miljoen (USD 1,0 miljard Senior Secured Notes die in 2028 vervallen). Voor de berekening van de netto totale schuldgraad gebruikt Telenet het overeenkomstige €-ingedekte bedrag gelet op de onderliggende blootstelling aan de werkelijke economische risico's. De netto totale hefboomratio is eeen niet-GAAP-maatstaf zoals bedoeld in Verordening G van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission.
    1. De netto convenant hefboomratio wordt berekend volgens de definitie in de 2020 Gewijzigde Senior Credit Facility, door de totale nettoschuld (op basis van het overeenkomstige €-ingedekte bedrag voor de USD-luidende schuld zoals hierboven toegelicht), uitgezonderd (i) achtergestelde aandeelhoudersleningen, (ii) geactiveerde elementen van de schulden onder de clientèle- en annuïteitenvergoedingen, (iii) alle andere financiële leases die op of voor 1 augustus 2007 werden aangegaan, (iv) alle schuld onder de netwerklease afgesloten met de zuivere intercommunales en met inbegrip van (vi) het Uitgesloten Bedrag onder de Credit Facility (zijnde het hoogste van (a) €400,0 miljoen en (b) 0,25x de Geconsolideerde Adjusted EBITDA op jaarbasis), te delen door de Geconsolideerde Adjusted EBITDA op jaarbasis van de laatste twee kwartalen.

Investor & Analyst Conference Call – Telenet zal op 29 juli 2021 om 15:00 uur MET een video webcast en conference call houden voor institutionele beleggers en analisten. De webcastkoppelingen vindt u op https:// investors.telenet.be.

Contactgegevens
Investor Relations: Rob Goyens [email protected] Telefoon: +32 15 333 054
Bart Boone [email protected] Telefoon: +32 15 333 738
Press & Media Relations: Stefan Coenjaerts [email protected] Telefoon: +32 15 335 006

Over Telenet – Als aanbieder van entertainment- en telecommunicatiediensten in België is Telenet Group steeds op zoek naar de perfecte beleving in de digitale wereld voor zijn klanten. Het bedrijf spitst zich onder de merknaam Telenet toe op het aanbieden van digitale televisie, hogesnelheidsinternet en vaste en mobiele telefoniediensten aan residentiële klanten in Vlaanderen en Brussel. Onder de merknaam BASE levert het mobiele telefonie in België. De afdeling Telenet Business bedient de zakelijke markt in België en Luxemburg met connectiviteits-, hosting- en security oplossingen. Meer dan 3000 medewerkers hebben samen 1 doel voor ogen: leven en werken eenvoudiger en aangenamer maken. Telenet Group is een onderdeel van Telenet Group Holding nv en is genoteerd op Euronext Brussel onder ticker symbool TNET. Voor meer informatie, surf naar www.telenet.be. Liberty Global - 's werelds grootste internationale tv- en breedbandbedrijf, investeert, innoveert en versterkt mensen in zes Europese landen om optimaal gebruik te maken van de digitale revolutie bezit een rechtstreeks belang van 58,3% in Telenet Group Holding nv (exclusief eventuele eigen aandelen die deze laatste van tijd tot tijd in zijn bezit heeft).

Meer informatie – Meer informatie over Telenet en zijn producten vindt u op de website https://www.telenet.be. Nadere informatie over de operationele en financiële gegevens in dit document kan worden gedownload in het deel van de website van de Vennootschap, dat bedoeld is voor beleggers. Het geconsolideerde jaarverslag van 2020 en de niet-geauditeerde geconsolideerde tussentijdse financiële staten en presentaties in verband met de financiële resultaten over de zes maanden afgesloten op 30 juni 2021 zijn beschikbaar in het deel van de website van de Vennootschap, dat bedoeld is voor beleggers (https://investors.telenet.be).

Safe Harbor Statement van de Amerikaanse Private Securities Litigation Reform Act van 1995 – Verschillende verklaringen in dit document zijn "forward-looking statements" (toekomstgerichte verklaringen) zoals die term is gedefinieerd in de Amerikaanse Private Securities Litigation Reform Act van 1995. Deze toekomstgerichte verklaringen met betrekking tot onze financiële en operationele vooruitzichten, onze groeiverwachtingen, strategie, product-, netwerk- en technologielanceringen, en de verwachte impact van overnames op onze gecombineerde activiteiten en financiële prestaties zijn te herkennen aan het gebruik van woorden als "denkt", "voorziet", "zou moeten", "is voornemens", "plant", "zal", "verwacht", "schat", "raamt", "positie", "strategie", en soortgelijke uitdrukkingen, en omvatten bekende en onbekende risico's, onzekerheden en andere factoren die ertoe kunnen leiden dat onze werkelijke resultaten, prestaties, verwezenlijkingen of sectorresultaten wezenlijk verschillen van die welke in deze toekomstgerichte verklaringen expliciet of impliciet worden verwacht, geraamd, voorspeld, geschat of gebudgetteerd. Deze factoren zijn onder meer: mogelijke ongunstige ontwikkelingen met betrekking tot onze liquiditeit of bedrijfsresultaten; mogelijke ongunstige ontwikkelingen op het gebied van de concurrentie, economie of regelgeving; onze aanzienlijke schuldaflossingen en andere contractuele verplichtingen; de mogelijke nadelige gevolgen van de recente uitbraak van de nieuwe pandemie van het coronavirus (COVID-19), ons vermogen om ons businessplan te financieren en uit te voeren; ons vermogen om voldoende liquiditeit te genereren voor de aflossing van onze schulden; rente- en wisselkoersschommelingen; de impact van nieuwe zakelijke opportuniteiten die aanzienlijke voorafgaande investeringen vereisen; ons vermogen om klanten aan te trekken en te behouden en om onze globale marktpenetratie te vergroten; ons vermogen om met andere bedrijven in de communicatieen contentdistributiesector te concurreren; ons vermogen om contracten te behouden die essentieel zijn voor onze activiteiten; ons vermogen om een adequaat antwoord te bieden op technologische ontwikkelingen; ons vermogen om een back-up te ontwikkelen en te onderhouden van onze kritieke systemen; ons vermogen om door te gaan met het ontwerpen van netwerken, plaatsen van installaties, verkrijgen en behouden van de vereiste vergunningen of goedkeuringen van de overheid, en het financieren van bouw en ontwikkeling, op een tijdige manier, tegen een redelijke kostprijs en onder

bevredigende voorwaarden; ons vermogen om een impact te hebben of een doeltreffend antwoord te bieden op nieuwe of gewijzigde wet- of regelgeving, ons vermogen om waardetoevoegende investeringen te maken, en ons vermogen om de uitkeringen aan de aandeelhouders in de toekomst aan te houden of op te trekken. We verbinden ons er niet toe om de toekomstgerichte verklaringen in dit document te actualiseren teneinde de werkelijke resultaten, wijzigingen in veronderstellingen of veranderingen in factoren die deze verklaringen beïnvloeden te weerspiegelen.

Financiële informatie – De geconsolideerde jaarrekening van Telenet Group Holding per en voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2020 werd opgesteld in overeenstemming met EU IFRS, tenzij anders vermeld, en kan op de website van de Vennootschap worden geraadpleegd.

Niet-GAAP-maatstaven – "Adjusted EBITDA", "Operationele vrije kasstroom", "Aangepaste vrije kasstroom" en "netto totale hefboomratio" zijn niet-GAAP-maatstaven zoals bedoeld in Verordening G van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission. Voor aanverwante definities en aansluitingen verwijzen we naar de Investor Relations-sectie op de website van Liberty Global plc (https://www.libertyglobal.com). Liberty Global plc is de controlerende aandeelhouder van de Vennootschap.

Dit document werd vrijgegeven op 29 juli 2021 om 7:00 uur MET

Talk to a Data Expert

Have a question? We'll get back to you promptly.