AI Terminal

MODULE: AI_ANALYST
Interactive Q&A, Risk Assessment, Summarization
MODULE: DATA_EXTRACT
Excel Export, XBRL Parsing, Table Digitization
MODULE: PEER_COMP
Sector Benchmarking, Sentiment Analysis
SYSTEM ACCESS LOCKED
Authenticate / Register Log In

Telenet Group Holding NV

Annual Report Mar 24, 2012

4008_10-k_2012-03-24_7ba8a353-b4d9-44f9-b7a3-d2eca8f7bdb4.pdf

Annual Report

Open in Viewer

Opens in native device viewer

financieel jaarverslag 2011

van de raad van bestuur aan de algemene vergadering van aandeelhouders

Woordenlijst

p.170

p.160

Summary Verslag van de commissaris aan de Algemene Vergadering der Aandeelhouders van Telenet Group Holding NV p.157 Verkort jaarverslag

Geconsolideerd jaarverslag van de raad van bestuur voor 2011 aan de aandeelhouders van Telenet Group Holding NV p.4

Telenet Group Holding NV geconsolideerde jaarrekening p.66

Geconsolideerd jaarverslag van de raad van bestuur
voor 2011 aan de aandeelhouders van Telenet Group Holding NV
4
1 Informatie over het bedrijf 5
1.1 Overzicht 5
1.2 Basiskabeltelevisie 8
1.3 Digitale en premium televisie 8
1.4 Breedbandinternet 10
1.5 Telefonie 11
1.6 Bedrijfsdiensten 13
1.7 Netwerk 14
1.8 Strategie 15
2 Bespreking van de geconsolideerde jaarrekening 17
2.1 Geconsolideerde staat van het totaalresultaat 17
2.2 Opbrengsten per dienst 18
2.3 Bedrijfskosten 20
2.4 Kosten per type 21
2.5 Adjusted EBITDA 22
2.6 Bedrijfswinst (EBIT) 23
2.7 Netto financiële kosten 23
2.8 Winstbelastingen 24
2.9 Winst van het boekjaar 24
2.10 kasstroom en liquide middelen 25
2.11 Schuldprofiel, kassaldo en hefboomratio 26
2.12 Bedrijfsinvesteringen
3 Risicofactoren
28
29
3.1 Algemene informatie 29
3.2 Juridische geschillen 30
4 Informatie over gebeurtenissen na balansdatum 30
5 Informatie over onderzoek en ontwikkeling 31
6 Gebruik van financiële instrumenten 32
7 Verklaring van deugdelijk bestuur 32
7.1 Referentiecode 32
7.2 Regelgevende ontwikkelingen en hun impact op Telenet 33
7.3 Kapitaal en aandeelhouders 34
7.4 Interne controle en risiscobeheersystemen 40
7.5 Raad van Bestuur 42
7.6 dagelijks bestuur 53
7.7 Remuneratieverslag 57
7.8 Controle van de vennootschap 65
Telenet Group Holding NV geconsolideerde jaarrekening 66
1 Geconsolideerde balans 67
2 Geconsolideerde staat van het totaalresultaat 69
3 Geconsolideerde staat van het eigen vermogen 70
4 Geconsolideerd kasstroomoverzicht 74
5 Toelichtingen bij de geconsolideerde jaarrekening voor het
boekjaar beëindigd op 31 december 2011 76
5.1 Verslaggevende entiteit en gehanteerde grondslagen 76
5.2 Belangrijke grondslagen voor de financiële verslaggeving 77
5.3 Risicobeheer 91
5.4 Materiële vaste activa 100
5.5 Goodwill 101
5.6 Overige immateriële activa 102
5.7 Handelsvorderingen 104
5.8 Overige activa 105
5.9 Voorraden 106
5.10 Geldmiddelen en kasequivalenten 106
5.11 Eigen vermogen 106
5.12 Leningen en overige financieringsverplichtingen 118
5.13 Afgeleide financiële instrumenten 130
5.14 Uitgestelde belastingen 133
5.15 Overige verplichtingen 135
5.16 Personeelsvoordelen en soortgelijke verplichtingen 136
5.17 Toe te rekenen kosten en overige kortlopende verplichtingen 139
5.18 Opbrengsten 140
5.19 Kosten per type 141
5.20 Financiële opbrengsten en kosten 142
5.21 aandeel in het resultaat van geassocieerde deelnemingen 142
5.22 Winstbelastingen 144
5.23 Winst per aandeel 145
5.24 Acquisities 146
5.25 Investerings- en financieringstransacties zonder kasstroom 148
5.26 Toezeggingen en voorwaardelijke verplichtingen 149
5.27 Verbonden partijen 153
5.28 Dochtervennootschappen 154
5.29 Gebeurtenissen na balansdatum 156
5.30 Externe controle 156

Verslag van de commissaris aan de Algemene Vergadering der Aandeelhouders van Telenet Group Holding NV 157

Verkort jaarverslag van de raad van bestuur aan de algemene vergadering van aandeelhouders 160

1 Verkorte niet-geconsolideerde balans
2 Verkorte niet-geconsolideerde resultatenrekening
161
162
3 Staat van het kapitaal 162
4 Samenvatting van de belangrijkste waarderingsregels 163
4.1 Algemene waarderingsregels 163
4.2 Verkorte bijzondere regels 163
5 Verkort jaarverslag over de statutaire niet-geconsolideerde jaarrekening 164
5.1 Bespreking van de balans 164
5.2 Bespreking van de resultatenrekening 167
5.3 Werkzaamheden omtrent onderzoek en ontwikkeling 168
5.4 Voornaamste risico's en onzekerheden 168
5.5 Belangrijke gebeurtenissen na balansdatum 168
5.6 Continuïteit van de onderneming 168
5.7 Belangenconflicten van bestuurders 169
5.8 Bijkantoren van de vennootschap 169
5.9 Uitzonderlijke werkzaamheden van de commissaris 169
5.10 Het gebruik van financiële instrumenten in het kader van indekking tegen
rente- en wisselkoersrisico's bij Telenet 169
5.11 Kwijting aan de bestuurders en aan de commissaris 169
5.12 Informatieverplichtingen conform artikel 34 van het Koninklijk Besluit van
14 november 2007 en de wet van 6 april 2010 169

Woordenlijst 170

deerde kasstroom Gecon- solideerd jaarverslag

Geconsolideerd jaarverslag van de raad van bestuur voor 2011 aan de aandeelhouders van Telenet Group Holding NV

De raad van bestuur van Telenet Group Holding NV heeft de eer u hierbij het geconsolideerde jaarverslag voor te leggen over het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 en dit in overeenstemming met artikelen 96 en 119 van het Belgisch Wetboek van Vennootschappen.

In dit verslag brengt de raad van bestuur tevens verslag uit over alle relevante gebeurtenissen op het vlak van deugdelijk bestuur alsook bepaalde ontwikkelingen op het vlak van remuneratie. In overeenstemming met artikel 3 van de Wet van 6 april 2010 en met het Koninklijk Besluit van 6 juni 2010 heeft de raad van bestuur de Belgische Corporate Governance Code (versie 2009) overgenomen als de referentiecode voor aangelegenheden op het vlak van deugdelijk bestuur.

1 Informatie over het bedrijf

1.1 OVERZICHT

Telenet is de grootste aanbieder van kabeltelevisie in België. Telenets hybride kabelnetwerk van glasvezel en coaxkabel ("HFC") strekt zich uit over heel Vlaanderen, bedekt ongeveer 61% van België op basis van het aantal aansluitbare huizen en bevat grote stedelijke agglomeraties zoals Antwerpen, Gent en ongeveer één derde van Brussel. Telenet is genoteerd op de beurs Euronext Brussel onder het kenteken TNET en maakt deel uit van de Bel20-aandelenindex.

Telenet biedt analoge en digitale kabeltelevisie aan, net zoals digitale betaaltelevisie, met inbegrip van hoge definitie ("HD") televisie en allerhande op aanvraag-diensten, supersnel breedbandinternet, vaste en mobiele telefoniediensten. Telenets diensten zijn beschikbaar voor particuliere klanten die in Telenets afzetgebied wonen. Telenet biedt tevens zijn diensten aan in pakketen, of bundels, waardoor klanten televisie, breedbandinternet en telefonie kunnen afnemen van één enkele operator tegen een aantrekkelijke en verminderde prijs. Daarnaast levert Telenet spraak- en datadiensten aan kleine en middelgrote ondernemingen over heel België en delen van Luxemburg.

Op 31 december 2011 bediende Telenet 2.198.500 unieke klantenrelaties, wat overeenstemt met ongeveer 77% van de 2.843.800 aansluitbare huizen binnen zijn netwerk. Op 31 december 2011 waren alle 2.198.500 unieke klantenrelaties geabonneerd op basiskabeltelevisie, 1.305.600 onder hen namen ook breedbandinternet af en 880.100 vaste telefonie. Verder had ongeveer 64% van het totale aantal kabeltelevisiediensten al de overstap gemaakt van analoge naar digitale televisie, en 238.700 klanten abonneerden zich op mobiele telefoniediensten. Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroegen de bedrijfsinkomsten van Telenet €1.376,3 miljoen, een stijging met 6% ten opzichte van het boekjaar beëindigd op 31 december 2010 en Telenets Adjusted EBITDA11 steeg met 8% in vergelijking met het boekjaar beëindigd op 31 december 2010 tot €723,4 miljoen.

Oorspronkelijk was Telenet een aanbieder van breedbandinternet en vaste telefoniediensten, maar na de overname van de kabeltelevisiediensten van de Gemengde Intercommunales ("MICs") in 2002 werd het aanbieden van basiskabeltelevisie de grootste activiteit van de Vennootschap. Aangezien consumenten steeds vaker al hun media- en communicatiediensten wensen af te nemen van één enkele aanbieder in de vorm van een aantrekkelijk geprijsde bundel heeft Telenet zich meer en meer toegespitst op het aanbieden van breedbandinternet en vaste telefonie samen met basiskabeltelevisie in de vorm van aantrekkelijk geprijsde bundels ("Shakes"). Hoewel Telenet al enigszins voordelen heeft geplukt van deze stijgende trend naar productbundels, waardoor het meer producten en

1 EBITDA wordt gedefinieerd als winst vóór netto financiële kosten, belastingen, afschrijvingen en waardeverminderingen. Adjusted EBITDA wordt gedefinieerd als EBITDA exclusief vergoedingen op basis van aandelen en herstructureringslasten, en exclusief operationele kosten of opbrengsten betreffende succesvolle of onsuccesvolle overnames of desinvesteringen. Operationele kosten of opbrengsten betreffende overnames of desinvesteringen omvatten (i) winst en verliezen op de verkoop van activa met lange levensduur en (ii) due diligence, juridische, advies- en andere kosten aan derden betreffende de inspanningen van de Vennootschap om een controlebelang in ondernemingen te verwerven of te verkopen. Adjusted EBITDA is een bijkomende parameter gebruikt door het management om het onderliggende resultaat van de Vennootschap aan te tonen en zou niet beschouwd mogen worden als een vervanging van de andere parameters in overeenstemming met IFRS om het resultaat van de Vennootschap te beoordelen, maar zou echter moeten gehanteerd worden samen met de dichtst vergelijkbare IFRS parameter. Adjusted EBITDA is een niet-GAAP-maatstaf zoals bedoeld in Regulation G van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission. Voor aanverwante definities en aansluitingen verwijzen we naar het deel Investor Relations op de website van Liberty Global, Inc. (http://www.lgi.com). Liberty Global, Inc. ("LGI") is Telenets controlerende aandeelhouder.

diensten kan verkopen aan individuele klanten, blijft Telenet van mening dat deze trend in de toekomst nog meer voordelen kan opleveren. Hierdoor slaagt Telenet erin om een hogere gemiddelde omzet per klantenrelatie1 ("ARPU") te boeken, alsook een verdere verlaging van het klantenverloop te realiseren. Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroeg de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie €42,1 op maandbasis, een stijging met €3,3 per maand in vergelijking met de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010.

Het volledige kabelnetwerk van Telenet is thans tweewegs, klaar voor de implementatie van EuroDocsis 3.0 en biedt een spectrumbandbreedte van 600 MHz. In februari 2010 kondigde Telenet zijn "Digital Wave 2015" investeringsprogramma aan, waarbij het aantal huizen per optische node gradueel zal verminderd worden van gemiddeld 1.400 vandaag tot gemiddeld 500. Deze toename in het aantal optische nodes over heel zijn afzetgebied zal Telenet toelaten om een krachtig netwerk uit te bouwen met hogere download- en uploadsnelheden, waardoor nieuwe internetapplicaties en meer complexe diensten en technologieën mogelijk worden.

Tot oktober 2008 voorzag Telenet ongeveer 1.933.000 aansluitbare huizen op zijn eigen netwerk van zijn gehele dienstenaanbod, maar kon Telenet enkel breedbandinternet en telefoniediensten aanbieden aan ongeveer 829.500 aansluitbare huizen op het netwerk dat in eigendom was van Interkabel en de Zuivere Intercommunales ("PICs") en dat zich uitstrekte over een derde van Vlaanderen (het "Partner Netwerk", en samen met Telenets netwerk het "Gecombineerde Netwerk" genoemd). Als gevolg van de overeenkomst tussen Telenet, Interkabel, INDI ESV en vier Zuivere Intercommunales in Vlaanderen op 28 juni 2008, die effectief werd bekrachtigd in oktober 2008 (de "PICs Overeenkomst"), verwierf Telenet alle gebruiksrechten

op het Partner Netwerk onder een leaseovereenkomst op lange termijn (erfpacht) voor een initiële periode van 38 jaar, waarvoor Telenet een periodieke vergoeding dient te betalen bovenop de te betalen vergoedingen onder bepaalde voorheen afgesloten overeenkomsten met de Zuivere Intercommunales. De Zuivere Intercommunales blijven de juridische eigenaars van het Partner Netwerk. Als gevolg van de PICs Overeenkomst beschikt Telenet nu over een rechtstreekse klantenrelatie met de analoge en digitale kabeltelevisiekijkers op het Partner Netwerk en beschikt het daarnaast over het recht om al zijn diensten aan te bieden over alle aansluitbare huizen binnen het Partner Netwerk.

1 De gemiddelde maandelijkse omzet (ARPU; average monthly revenue) per klantenrelatie wordt als volgt berekend: Gemiddelde totale maandelijkse terugkerende inkomsten (inclusief inkomsten uit carriage fees en verhuur van settopboxen en uitgezonderd interconnectieinkomsten, installatiekosten en inkomsten uit mobiele telefonie en de verkoop van settopboxen) voor de bedoelde periode, gedeeld door het gemiddelde aantal klantenrelaties aan het begin en aan het einde van die periode.

Voor het jaar afgesloten op 31 december

Geleverde diensten
Aansluitbare huizen - Gecombineerde Netwerk 2.843.800 2.818.800 1%
Televisie
Analoge Kabel TV
Totaal Analoge Kabel TV 789.000 1.032.500 (24%)
Digitale Kabel TV
Digitale Kabel TV (Telenet Digital TV) 1.355.800 1.182.800 15%
Digitale Kabel TV (INDI) 53.700 59.100 (9%)
Totaal Digitale Kabel TV 1.409.500 1.241.900 13%
Totaal Kabel TV 2.198.500 2.274.400 (3%)
Internet
Residentieel breedbandinternet 1.264.600 1.189.000 6%
Breedbandinternet aan bedrijven 41.000 37.600 9%
Totaal breedbandinternet 1.305.600 1.226.600 6%
Telefonie
Residentiële telefonie 867.100 802.200 8%
Telefonie aan bedrijven 13.000 12.400 5%
Totaal telefonie 880.100 814.600 8%
Mobiele telefonie (actieve klanten) 238.700 198.500 20%
Totaal geleverde diensten (excl. Mobiel) 4.384.200 4.315.600 2%
Klantenverloop
Basiskabeltelevisie 9,3% 9,1%
Breedbandinternet 7,7% 7,2%
Telefonie 7,5% 6,8%
Informatie over klantenrelaties op het Gecombineerd
Netwerk
Triple play klanten 783.100 719.200 9%
Totaal klantenrelaties 2.198.500 2.274.400 (3%)

ARPU per klantenrelatie (€ / maand) 42,1 38,8 9%

2011 2010 % Verschil

1.2 BASISKABELTELEVISIE

Basiskabeltelevisie is het belangrijkste medium voor het aanbieden van televisiediensten in Vlaanderen en Telenet is de grootste aanbieder van kabeltelevisie in België. Bijna alle gezinnen in Vlaanderen die over een televisie beschikken, beschikken over een aansluiting op het tweewegs HFC kabelnetwerk. De hoge penetratie van Telenets basiskabeltelevisiediensten resulteerde in een stabiele bron van bedrijfsopbrengsten en kasstromen. Tot vandaag zijn ether- en satelliettelevisie doorgaans minder populair in Vlaanderen alsook in de rest van België. Telenets voornaamste concurrent op het vlak van televisiediensten is het digitale televisieplatform van Belgacom NV/SA, de historische operator.

Telenets basiskabeltelevisieklanten hebben doorgaans toegang tot gemiddeld 28 analoge televisiekanalen en een gemiddelde van 26 analoge radiokanalen. Telenet biedt doorgaans basiskabeltelevisie aan in de vorm van een individueel abonnement per klant en het leeuwendeel van Telenets klanten betaalt maandelijks voor deze dienstverlening. Telenets basiskabeltelevisieklanten betalen een vaste maandelijkse vergoeding voor het standaardaanbod, ongeacht het aantal kanalen opgenomen in het standaardaanbod en of het analoge of digitale kabeltelevisie betreft. De maandelijkse vergoeding omvat ook een auteursrechtenvergoeding voor de programma's van publieke omroepen die over het netwerk van Telenet worden uitgezonden. Deze auteursrechtenvergoeding draagt bij tot de kosten die Telenet draagt voor de betaling van auteursrechten voor bepaalde programma's van publieke omroepen.

Telenet herbekijkt regelmatig zijn prijsbeleid, en houdt daarbij nauwgezet rekening met de huidige en toekomstige economische en competitieve omgeving. Historisch gezien heeft Telenet het abonnementsgeld voor zijn basiskabeltelevisiedienst met gemiddeld 3% tot 4% per jaar verhoogd als gevolg van inflatie. In januari 2011 diende Telenet een aanvraag in bij de regulator om het abonnementsgeld voor basiskabeltelevisie te verhogen, wat werd toegestaan in mei 2011. Met ingang van oktober 2011 verhoogde Telenet voor de eerste keer sinds 2009 de prijs van het maandelijkse kabelabonnement met gemiddeld 4,2% (€0,55 per maand) en de geassocieerde auteursrechtenvergoeding met gemiddeld €0,25 per maand.

Per 31 december 2011 leverde Telenet basiskabeltelevisiediensten aan al zijn 2.198.500 unieke klantenrelaties, wat overeenstemt met ongeveer 77% van het totale aantal aansluitbare huizen binnen zijn netwerk. Dit kwam neer op een netto organisch verlies van 75.500 abonnees voor basiskabeltelevisie voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011, vergeleken met een netto organisch verlies van 68.000 voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010, wat de felle concurrentie en de beschikbaarheid van concurrerende digitale platformen in Telenets verkoopgebied weerspiegelt. Dit organisch verlies omvat geen overschakelingen naar het digitale televisieplatform en vertegenwoordigt klanten die zijn overgestapt naar platformen van de concurrentie, zoals andere aanbieders van digitale televisie en satellietexploitanten, of klanten die hun tv-abonnement hebben opgezegd of die verhuisd zijn naar een locatie buiten Telenets verkoopgebied. Gezien de historisch hoge kabelpenetratie in Telenets verkoopgebied, de beperkte uitbreiding van het aantal aansluitbare huizen en de beschikbaarheid van concurrerende digitale televisieplatforms, verwacht de Vennootschap dat het aantal abonnees voor basiskabeltelevisie verder zal blijven dalen. Telenet gelooft echter dat de verwachte daling van het aantal klanten met alleen maar een tv-abonnement ruimschoots zal worden gecompenseerd door de verdere groei van het aantal klanten met een abonnement op een productbundel, die een veel hogere gemiddelde opbrengst per klantenrelatie genereren dan klanten met een abonnement op basiskabeltelevisie.

1.3 DIGITALE EN PREMIUMTELEVISIE

Oorspronkelijk leverde Telenet enkel analoge televisie aan de aansluitbare huizen op zijn eigen netwerk. In september 2005 begon Telenet met interactieve digitale televisie en dit omvat zowel basis- als premiumdiensten. De digitale technologie drukt videosignalen samen in minder bandbreedte dan doorgaans gebruikt wordt voor analoge uitzendingen, terwijl ook de beeld- en geluidskwaliteit van de digitale uitzendingen versterkt wordt. Door kanalen die momenteel gebruikt worden voor analoge uitzendingen om te zetten in digitale kanalen kan Telenet een beduidend hoger aantal kanalen uitzenden. Digitale televisie laat gebruikers toe om te kijken naar wat ze wensen wanneer ze dat wensen. Bovendien kunnen digitale kijkers rechtstreeks

deelnemen aan bepaalde programma's, met anderen communiceren via de televisie en allerhande diensten gebruiken waaronder een elektronische programmagids ("EPG") onder andere.

Basiskabeltelevisieklanten van Telenet die tevens een settopbox geïnstalleerd hebben en een smart card geactiveerd hebben, krijgen voor hetzelfde abonnementsgeld toegang tot een totaal van meer dan 70 digitale televisiekanalen en ongeveer 36 digitale radiokanalen. Telenet biedt digitale kabeltelevisie aan voor hetzelfde abonnementsgeld als analoge kabeltelevisie om klanten ertoe aan te zetten om over te schakelen naar digitale kabeltelevisie zodat ze ook toegang kunnen krijgen tot Telenets digitale betaaltelevisiediensten, waaronder sport- en filmkanalen, televisie op aanvraag en andere interactieve toepassingen.

Om toegang te krijgen tot Telenets interactief digitaal aanbod ("iDTV") dienen abonnees een settopbox te installeren, die fungeert als een interface tussen de gebruiker en het Telenet Netwerk, en die opereert op basis van de Multimedia Home Platform ("MHP") standaard. Dit is een open standaard die Telenet toelaat om soepel applicaties vanuit verscheidene bronnen te integreren. Momenteel is er geen overheersende standaard voor het opereren van digitale televisieplatformen, al werd de MHP-standaard overgenomen door CableLabs, Inc. Telenet verhuurt hoofdzakelijk settopboxen, al worden ze ook verkocht aan de eindklant. Telenet biedt een keuze van settopboxen aan, tussen "HD Digibox" en "HD Digicorder", met specifieke specificaties en mogelijkheden zoals het opnemen en afspelen van digitale programma's. Per 31 december 2011 was ongeveer 82% van de geactiveerde settopboxen uitgerust met een harde schijf om programma's op te nemen en ongeveer 73% ondersteunde HD-uitzendingen. De overgrote meerderheid van digitale kabeltelevisieklanten huurde de "HD Digicorder", aangezien dit specifieke type settopbox deel uitmaakt van Telenets productbundels.

De premiumdiensten van Telenet omvatten een combinatie van betalende sport- en filmkanalen, een brede waaier aan themakanalen, een selectie films en series op aanvraag en een reeks interactieve applicaties. Deze interactieve digitale betalende diensten zijn beschikbaar voor alle klanten op Telenets netwerk. Deze premiumcontent wordt gekocht via verscheidene contracten met grote mediamaatschappijen waaronder Universal Studios, MGM, Twentieth Century Fox, Paramount, Sony, Disney en Warner Brothers. Deze contracten vereisen doorgaans dat Telenet betaalt op basis van een minimum aantal abonnees, met aanpassingen op een glijdende schaal van zodra het minimum aantal abonnees werd bereikt. Daarnaast vereisen enkele van deze contracten dat Telenet een deel van de bijkomende inkomsten verkregen uit prijsverhogingen voor zijn betaaltelevisiepakketten deelt met de contentaanbieder.

In samenwerking met de lokale omroepen heeft Telenet een omvangrijke op aanvraag-catalogus samengesteld, die het grootste gedeelte van hun oudere en recente content en previews van lokale series bevat. Daarnaast biedt het digitale platform van Telenet bijkomende functies zoals e-mailverkeer, SMS-diensten, zoek- en aanbevelingsmogelijkheden, het bekijken van online fotoalbums alsook toegang tot overheidsdiensten en –programma's. Andere functies omvatten interactieve zoekmachines zoals telefoongidsen, jobaanbiedingen en informatie over het openbaar vervoer en vliegreizen.

In december 2010 lanceerde Telenet Yelo, een nieuw multimediaal platform waarmee abonnees voor digitale televisie hun favoriete televisieprogramma's en video's kunnen bekijken, waar ze zich ook bevinden. Met Yelo kunnen abonnees hun favoriete programma's bekijken op andere toestellen dan een klassiek televisietoestel, zoals op hun iPad, iPhone of laptop-pc. Daarnaast biedt Yelo diverse handige diensten, zoals een elektronische programmagids en de mogelijkheid om een settopbox op afstand te programmeren of om programma's à la carte op te vragen.

In juni 2011 verwierf Telenet bepaalde exclusieve uitzendrechten voor de Belgische voetbalcompetitie voor de komende drie seizoenen, met ingang van juli 2011. Hierdoor zal Telenet de drie meest belangrijke competitiewedstrijden van de Jupiler Pro League kunnen selecteren en uitzenden. Vanaf het seizoen 2012-2013 zal Telenet alle competitiewedstrijden kunnen uitzenden, inclusief de vijf overige wedstrijden op een niet-exclusieve basis, wat naar verwachting zal leiden tot een verdere groei van het aantal abonnees. Op het einde van juli 2011 vormde Telenet zijn betalende sportzender PRIME Sport volledig om in Sporting Telenet. Deze sportzender zendt exclusief de belangrijkste wedstrijden van de Belgische voetbalcompetitie uit, samen met wedstrijden van de populairste internationale voetbalcompetities en andere grote sportevenementen, zoals basketbalwedstrijden van de NBA en golftornooien. De prijszetting is afhankelijk van het aantal reeds geleverde diensten en gaat van €16,15 per maand voor klanten met een productbundel bestaande uit drie producten tot €26,95 per maand voor klanten met slechts één enkel product (beiden inclusief 21% BTW). Eind 2011 waren ongeveer 177.200 klanten geabonneerd op Sporting Telenet, 46% meer in vergelijking met 31 december 2010.

Eind december 2011 was ongeveer 64% van Telenets abonnees voor kabeltelevisie overgestapt op digitale televisie, dat een veel rijkere kijkervaring biedt en toegang geeft tot een breed scala van pakketten met themakanalen, digitale betaaltelevisiediensten en een uitgebreide bibliotheek met films en programma's op aanvraag. Op 31 december 2011 bereikte het aantal abonnees voor digitale televisie 1.409.500, een stijging van 13% vergeleken met 31 december 2010. De overgrote meerderheid van deze abonnees voor digitale kabeltelevisie koos voor het interactieve iDTV-platform (1.355.800). De overige 53.700 abonnees hadden toegang tot het lineaire, digitale INDI-platform dat Telenet via de overname van Interkabel in oktober 2008 verwierf. Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 steeg het aantal abonnees voor Telenet Digital TV met 174.600. Telenet slaagde er dus in om ongeveer 19% van de abonnees voor analoge kabeltelevisie te doen overschakelen.

Wat de toekomst betreft, gelooft Telenet dat de overschakeling van analoge naar digitale televisie één van de belangrijkste waardestuwers zal blijven, aangezien abonnees voor digitale televisie een veel hogere gemiddelde opbrengst per klantenrelatie genereren. Telenet verwacht dat digitale televisie, premium diensten en multi-screenfuncties in de nabije toekomst verder aan belang zullen winnen. De traditionele tv-ervaring wordt steeds meer gemarginaliseerd omdat een groeiend aantal consumenten zelf wil bepalen wat ze wanneer willen zien. Om gelijke tred te houden met deze groeiende trend zal Telenet de vele technologische mogelijkheden van zijn digitale platform verder uitbouwen in combinatie met zijn toonaangevende breedbandnetwerk. De lancering van Yelo in december 2010, waarmee klanten overal hun favoriete

programma's en shows kunnen bekijken op hun iPad, iPhone of laptop, past perfect binnen deze strategie.

1.4 BREEDBANDINTERNET

Telenet is een toonaangevende aanbieder van residentiële breedbandinternetdiensten in Vlaanderen. Via zijn geüpgrade tweewegs HFC kabelnetwerk biedt Telenet zijn particuliere klanten breedbandinternet aan met een downloadsnelheid tot 100 Mbps. Telenets huidig aanbod voor de particuliere markt omvat verscheidene productsegmenten, gaande van "Basic Internet", dat eindgebruikers toestaat data van het internet te ontvangen tegen een downloadsnelheid van 20 Mbps, tot "Fibernet XL", wat eindgebruikers downloadsnelheden tot 100 Mbps biedt. Telenet gelooft dat zijn abonnees voor breedbandinternet tot de snelst surfende abonnees in Europa1 behoren aangezien ongeveer 73% van zijn breedbandinternetklanten per 31 december 2011 geabonneerd was op producten met downloadsnelheden van minstens 30 Mbps. Daarnaast was ongeveer 20% van Telenets abonnees voor breedbandinternet per einde december 2011 reeds geabonneerd op het EuroDocsis 3.0 aanbod, Fibernet. Telenet gelooft dat dit succes duidelijk aantoont dat klanten vragen naar een betrouwbare en hoogperformante breedbandtoegang zodat ze met meerdere toestellen tegelijkertijd het internet kunnen gebruiken.

In februari 2010 introduceerde Telenet een nieuwe generatie breedbandinternetproducten met Fibernet als speerpunt. Fibernet werkt op basis van de EuroDocsis 3.0-technologie, die in het hele verkoopgebied werd geïntroduceerd en maakt downloadsnelheden tot 100 Mbps mogelijk. Hiermee heeft Telenet zijn marktpositie als snelste internetprovider in zijn verkoopgebied herbevestigd. De snelheidstest van IS Monitor2 , die de werkelijke snelheden van alle internetproviders in België vergelijkt, bevestigt Telenets leidende positie ten opzichte van al zijn belangrijkste concurrenten.

1 Akamai: The State of the Internet, KW3 2011.

2 De snelheidstest van ISP Monitor is een onafhankelijke bron voor het vergelijken van breedbandsnelheden. De resultaten die op www.ispmonitor.be worden getoond, zijn een samenvatting van de testresultaten die door de gebruikers van het programma ISP Monitor zijn verzameld.

Per 31 december 2011 had Telenet 1.305.600 breedbandinternetklanten, een stijging met 6% in vergelijking met 31 december 2010. Ondanks een tragere penetratiegroei voor de breedbandmarkt in het algemeen realiseerde Telenet een netto aangroei van 81.100 nieuwe abonnees voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011. Door een combinatie van een aantrekkelijk geprijsd productaanbod, Telenets bewezen leiderschap op het vlak van snelheid, merkbekendheid en Telenets focus op klantervaring slaagde Telenet erin het marktaandeel in zijn verkoopgebied te verhogen. Per 31 december 2011 bedroeg de penetratie van Telenets breedbandinternetdienst 45,9% van het totale aantal aansluitbare huizen op het netwerk, tegenover 43,5% per 31 december 2010. Het geannualiseerde klantverloop voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroeg 7,7%.

De Belgische breedbandinternetmarkt is sterk ontwikkeld, met een penetratieniveau dat hoger ligt dan in de meeste Europese landen. Volgens het Belgisch Instituut voor Postdiensten en Telecommunicatie ("BIPT") bedroeg de breedbandpenetratie in België ongeveer 71% van het totale aantal gezinnen per 31 december 2010. In Vlaanderen bedroeg de breedbandpenetratie ongeveer 77% van het totale aantal gezinnen op basis van cijfers van het BIPT voor dezelfde periode. Telenets verdere groei in de breedbandmarkt zal derhalve deels afhangen van een stijging in het aantal gezinnen met een pc in Vlaanderen en delen van Brussel.

1.5 TELEFONIE

Vaste telefonie

Telenet biedt zijn particuliere klanten lokale, nationale en internationale vaste telefoniediensten aan, alsook mobiele telefonie en een waaier van bijkomende toepassingen. In Vlaanderen is Telenet de voornaamste concurrent van Belgacom, de historische operator, deels door zijn focus op dienstverlening aan klanten en innoverende tariefplannen. Nagenoeg alle vaste telefonieklanten van Telenet gebruiken het voiceover-internet protocol ("VoIP") die het open standaard EuroDocsis protocol gebruikt en waardoor Telenet in staat is om zowel breedbandinternet als telefoniediensten aan te bieden.

Telenets "FreePhone" tariefplan werd in december 2004 gelanceerd, waarbij gebruikers onbeperkt in de daluren naar nationale vaste lijnen konden bellen. In 2005 en 2006 introduceerde Telenet enkele varianten op het "FreePhone" tariefplan, wat heeft geresulteerd in een stijgend aantal klanten maar tegelijkertijd de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie uit residentiële vaste telefonie heeft uitgehold. Eind november 2011 introduceerde Telenet "FreePhone Mobile", waarmee klanten voor vaste telefonie tijdens de daluren gratis naar mobiele nummers in België kunnen bellen. Telenet is van mening dat deze nieuwe innovatieve dienst zal zorgen voor een verdere groei van het aantal klanten met een abonnement op vaste telefonie.

Telenets particuliere telefonieklanten worden gefactureerd op basis van een combinatie tussen een vast maandelijks abonnementsgeld, variabele kosten op basis van het feitelijk gebruik en vaste kosten voor onbeperkte gesprekken naar nationale vaste lijnen op ieder moment van de dag voor bepaalde tariefplannen. Een vaste forfaitaire abonnementsformule is van toepassing op alle gesprekken naar andere vaste lijnen in België en de belangrijkste Europese landen. Telenets tarieven voor vaste telefonie streven ernaar om een volwaardig en aantrekkelijker alternatief te zijn voor Belgacom. Daarnaast biedt Telenet zijn particuliere klanten een waaier van telefoniediensten aan tegen een bijkomende vergoeding. Deze omvatten ondermeer individuele diensten als pakketdiensten waardonder voicemail en identificatie van de oproeper.

Op 31 december 2011 telde Telenet 880.100 abonnees voor vaste telefonie, of 8% meer dan op 31 december 2010. Dit betekent dat de penetratiegraad van het totale aantal aansluitbare huizen steeg van 28,9% op 31 december 2010 tot 30,9% op 31 december 2011. De verdere groei van het abonneebestand voor vaste telefonie was vooral te danken aan de aantrekkelijke plannen met forfaitaire tarieven en aan het aanhoudende succes van Telenets productbundels. Het geannualiseerde verloop van klanten voor vaste telefonie voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 was met 7,5% 0,7 procentpunten hoger in vergelijking met het boekjaar beëindigd op 31 december 2010.

Mobiele telefonie

Telenet startte zijn mobiele telefoniediensten in augustus 2006 onder de merknaam Telenet Mobile. Telenet levert deze dienst als een mobiele virtuele netwerkoperator ("MVNO") via een partnership met Mobistar NV, de op één na grootste mobiele operator in België, waarbij Mobistar alle netwerkdiensten aan Telenets mobiele klanten levert alsook toegang tot Mobistars mobiele telecommunicatienetwerk. In februari 2009 tekende Telenet een bredere overeenkomst met Mobistar (de "Full-MVNO Overeenkomst"), die Telenet meer flexibiliteit verschaft op het vlak van productaanbod en die Telenet toelaat om convergente diensten tussen vaste en mobiele telefonie aan te bieden. Telenet startte in het vierde kwartaal van 2010 met de Full-MVNO en eerder had Telenet in dit verband al bepaalde onderdelen van een eigen mobiele netwerkinfrastructuur gebouwd waaronder een switch en een facturatieplatform.

De initiële termijn van de Full-MVNO Overeenkomst loopt af op het einde van het vierde kwartaal van 2013. De Full-MVNO Overeenkomst kan stopgezet worden in geval van aanzienlijke contractbreuk en bepaalde gebeurtenissen, waaronder een verandering in de controle van de Vennootschap en regelgeving. In geval van stopzetting zal er een uitstapplan in werking treden, dat Telenet zal toelaten om zijn mobiele telefonieklanten te migreren naar het radionetwerk van een andere mobiele operator.

In juni 2011 verwierf Telenet Tecteo Bidco NV, een samenwerking tussen Telenet NV en de Waalse kabeloperator Tecteo SCRL, de vierde licentie voor mobiel 3G-spectrum in België tegen de minimumprijs van €71,5 miljoen. Telenet bekijkt op dit moment alle mogelijke opties om zijn frequenties in de 2,1 GHz band, die ook geschikt zijn voor draadloze diensten van de nieuwe generatie (Long-Term Evolution of "LTE"), uit te rollen op een zeer constructieve manier tegen maximale kapitaalefficiëntie. Het is Telenets intentie om zoveel mogelijk gebruik te maken van bestaande mobiele netwerken en om een meer intense samenwerking met de bestaande Belgische mobiele netwerkoperatoren te zoeken via wederzijds waardecreërende partnerschappen. Overeenkomstig de licentieovereenkomst moet Telenet Tecteo Bidco NV tegen maart 2013 commerciële diensten lanceren.

Telenet biedt een gesegmenteerde waaier van mobiele tariefplannen aan, allen met een abonnementsformule. Oorspronkelijk startte Telenet met een gratis abonnementsformule waarbij de klant enkel betaalde voor zijn gebruik. Op het einde van oktober 2009 hertekende Telenet zijn productaanbod en tariefplannen en werd er gestart met gesubsidieerde gsm-toestellen voor klanten die intekenden op een tweejarig contract. Hierdoor slaagde Telenet erin het aantal actieve abonnees voor mobiele telefonie aanzienlijk te verhogen tot 238.700 eind december 2011 (+20% jaar-op-jaar), ondanks het feit dat de cross-selling van mobiele-telefoniediensten alleen gericht was op bestaande kabelabonnees in Vlaanderen en delen van Brussel en dat gefocust werd op het post-paidsegment. Tegelijkertijd heeft Telenet zijn focus verlegd naar klanten die hogere opbrengsten genereren en naar het groeiende aandeel smartphonegebruikers, die een hogere gemiddelde opbrengst per klantenrelatie genereren dan bestaande klanten voor mobiele telefonie met een ouder tariefplan. Als gevolg hiervan is de gemiddelde opbrengst per klant voor mobiele telefonie de afgelopen twee jaar met ongeveer 60% gestegen.

Eind november 2011 wijzigde Telenet zijn tariefplannen in "Walk & Connect", die toegang geven tot het netwerk van de huidige openbare hotspots en toekomstige "Homespots" en die een bepaald volume voor het gebruik van mobiele data omvatten. Onlangs is Telenet ook begonnen met het commercialiseren van 'SIM only' tariefplannen met duidelijke en aantrekkelijke prijzen om de groei van het aantal mobiele-telefonieklanten verder te stimuleren. Telenet gelooft dat deze initiatieven zullen helpen om de groei van zijn mobiele activiteiten in 2012 te versnellen. Nu Telenet de toekomst van zijn mobiele activiteiten heeft veilig gesteld door de verwerving van waardevol en schaars mobiel spectrum, is Telenet van mening dat het zich in een goede positie bevindt om zijn mobiele-telefonieactiviteiten verder te doen groeien en om het nog onbenutte potentieel van de mobieledatamarkt in België te ontsluiten.

Interconnectie

Via interconnectie kunnen gebruikers van een telefonienetwerk met de gebruikers van een ander telefonienetwerk communiceren. Om een abonnee van een telefonienetwerk in staat te stellen een telefoongesprek te voeren met een ontvanger op een ander

netwerk, moet de netwerkaanbieder van de abonnee een interconnectie aangaan met het netwerk van de ontvanger. Het netwerk dat de ontvanger bedient, rekent normaal aan de netwerkaanbieder van de abonnee een vergoeding aan om de communicatie te beëindigen. De vergoeding is gebaseerd op een vaste gesprekskost en kosten op basis van de gespreksduur. De interconnectiekosten en –opbrengsten hebben een aanzienlijke impact op de financiële resultaten van de Vennootschap. Zodoende heeft Telenet ernstige inspanningen geleverd om deze kosten onder controle te houden.

Telenets interconnectiepraktijken zijn onderworpen aan de reglementering van het BIPT. Na de aanvaarding van een nieuw regelgevend kader in de Belgische wetgeving, besloot het BIPT in augustus 2006 om een lineair glijpad naar reciprociteit (met Belgacom) over drie jaar in te voeren, beginnend in januari 2007. Vanaf 1 januari 2009 kon Telenet slechts de interconnectiekost met Belgacom plus 15% aanrekenen. In 2011 was er geen verandering in het interconnectieregime voor vaste telefonie. In oktober 2006 ging Belgacom in beroep bij het Hof van Beroep in Brussel, pleitend voor een snellere verlaging in Telenets interconnectietarieven. Telenet ging ook in beroep bij het Brusselse Hof van Beroep, pleitend dat de verlaging in zijn interconnectietarieven kostgeoriënteerd zou moeten zijn. Als Belgacom gelijk zou krijgen in zijn beroepsprocedure, kan Telenet verplicht worden zijn interconnectietarieven retroactief te verlagen.

Voor mobiele terminatietarieven legde het BIPT na de laatste marktanalyse van juni 2010 een scherp dalend glijpad op. Dit resulteerde in een tarief van €1,08 cent per minuut vanaf januari 2013, een daling van 75% in vergelijking met het huidige gemiddelde tarief van €4,25 cent per minuut. Vanaf 1 januari 2012 daalde het gemiddelde mobiele terminatietarief onder het reglementaire glijpad 37% naar een gemiddeld tarief van €2,67 cent per minuut.

Netwerkoperatoren, waaronder Telenet, rekenen een interconnectievergoeding aan voor het beëindigen van gesprekken op hun netwerk die werden ingeleid vanuit een gebruiker op een ander netwerk. Doorgaans zitten de interconnectiekosten die Telenet betaalt vervat in de eindprijzen die het aanrekent aan consumenten. Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 boekte

Telenet €59,5 miljoen aan interconnectiekosten (2010: €64,7 miljoen) en ontving het €23,8 miljoen (2010: €18,2 miljoen) aan interconnectie-inkomsten. Telenet boekt zijn interconnectie-inkomsten onder 'Residentiële telefonie', terwijl de interconnectiekosten opgenomen worden als 'Kosten voor exploitatie van het netwerk en voor diensten'.

1.6 BEDRIJFSDIENSTEN

De zakelijke klanten van Telenet omvatten kleine en middelgrote ondernemingen ("KMOs") met een werknemersbestand tussen de vijf en honderd werknemers; grotere bedrijven; de overheid; de gezondheidssector; onderwijsinstellingen en carrierklanten zoals internationale aanbieders van spraak-, data- en internetdiensten. Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 genereerden de zakelijke activiteiten van Telenet €90,8 miljoen aan opbrengsten, een stijging met 7% in vergelijking met het boekjaar beëindigd op 31 december 2010. Telenet is actief op de bedrijvenmarkt onder de merknaam Telenet for Business. De zakelijke klanten van Telenet zijn rechtstreeks verbonden met het Telenet-netwerk door middel van glasvezel, terwijl Telenets KMO-klanten verbonden zijn door middel van glasvezel, DSL of coaxkabel afhankelijk van hun behoeften en hun inplanting ten aanzien van het Telenet-netwerk.

Telenet for Business biedt een waaier van spraak-, data- en internetproducten aan en diensten die op maat gesneden zijn van elke klant. Het afzetgebied bestrijkt heel België en delen van Luxemburg. Omwille van DSL-diensten beschikt Telenet over de flexibiliteit om zakelijke klanten over heel België te bedienen omdat het niet afhankelijk is van de inplanting ten aanzien van het Telenet-netwerk. De zakelijke klanten van Telenet beslissen hoofdzakelijk op basis van prijs, technologie, veiligheid, betrouwbaarheid en dienstverlening aan klanten. De voornaamste internetproducten bestaan uit i-Fiber, Wi-Fi en internet over geleasde koperdraden, DSL-verbindingen of coaxiale verbindingen. De voornaamste spraakproducten omvatten een reeks van glasvezel-, coax- en DSL-producten afhankelijk van de capaciteitsbehoeften van de klanten, alsook andere diensten. Dataproducten bestaan vooral uit verschillende vormen van geleasde lijnen, die doorgaans verkocht worden aan zakelijke klanten en aan andere operatoren. Telenet biedt ook gepersonaliseerde VPN-diensten aan,

waarvan Telenets op IP gebaseerd product de snelste groeier is uit de productportefeuille.

De verkoop- en marketingafdeling voor Telenets zakelijke klanten is georganiseerd op basis van regio, sector en de omvang van de klant. De tarieven die Telenet aanrekent aan zijn zakelijke klanten worden doorgaans onderhandeld binnen bepaalde grenzen, terwijl meer gestandaardiseerde prijzen van toepassing zijn op de KMO-klanten van Telenet. Voor bepaalde grote bedrijven sluit Telenet individuele contracten af, waarbij er een minimale dienstverlening gerespecteerd dient te worden.

De beschikbaarheid van EuroDocsis 3.0 en de geleidelijke uitrol ervan betekenen een belangrijke ontwikkeling voor de positionering van Telenet in de zakelijke markt. Gezien de hogere downloadsnelheden, betere productspecificaties en dienstverlening ten opzichte van concurrerende technologieën is Telenet goed geplaatst om marktaandeel te winnen in de zakelijke markt zowel op het vlak van selectieve kleinere segmenten alsook de grotere bedrijven. De leidende positie van Telenet voor connectiviteitsdiensten wordt aangevuld met een groeiend aanbod van waardetoevoegende diensten, zoals onder meer hosting, beveiligingsbeheer en cloud computing. Dit zal Telenet for Business toelaten om een ervaring aan te bieden aan de individuele gebruiker, die niet alleen connectiviteit omvat, maar ook een brede waaier aan bijkomende waardetoevoegende diensten.

1.7 NETWERK

In 1996 verwierf Telenet het exclusieve recht om punt-naar-punt diensten aan te bieden, inclusief breedbandinternet en telefoniediensten, en het recht om een gedeelte van de capaciteit van het breedbandnetwerk te gebruiken dat in eigendom is van de Zuivere Intercommunales (het Partner Netwerk). Onder de PICs Overeenkomst met Telenet NV en Telenet Vlaanderen beschikt Telenet vandaag over de volledige rechten om het Partner Netwerk te gebruiken onder de vorm van een langetermijnleaseverplichting (erfpacht) voor een initiële periode van 38 jaar (waarvan nog 35 jaar overblijven). Hiervoor dient Telenet recurrente vergoedingen te betalen bovenop de vergoedingen die reeds betaald werden en worden onder bepaalde eerdere overeenkomsten met de Zuivere Intercommunales.

Als hierna wordt verwezen naar "het Gecombineerde Netwerk", wordt hiermee bedoeld het geheel van het Telenet Netwerk en het Telenet Partner Netwerk. Telenet gebruikt het Gecombineerde Netwerk om kabeltelevisie aan te bieden in analoge, digitale en HD beeldkwaliteit, breedbandinternet en vaste telefonie aan zowel particuliere als bedrijfsklanten die zich bevinden in Telenets verkoopgebied. Het breedbandnetwerk bestaat uit een glasvezel-backbone-netwerk met lokale coaxlussen met een minimumcapaciteit van 600 MHz.

Het product- en dienstenaanbod voor klanten is uniform, ongeacht of de klant bediend wordt door het Telenet Netwerk of het Partner Netwerk. Het Gecombineerde Netwerk omvat een glasvezel-backbone-netwerk van 12.000 kilometer, waarvan Telenet 7.300 kilometer in eigendom heeft, 2.580 kilometer ter beschikking heeft als gevolg van langetermijnleaseverplichtingen en bijkomend toegang heeft tot 2.100 kilometer dankzij de overeenkomsten met de Zuivere Intercommunales. Het glasvezel-backbone-netwerk is verbonden met ongeveer 68.000 kilometer lokale coaxlussen, waarvan 50.000 kilometer in het Telenet Netwerk en de rest op het Partner Netwerk. Telenet bezit de eerste en tweede glasvezel-backbone van het Gecombineerde Netwerk en de glasvezel- en coaxkabels op het Telenet Netwerk. De Zuivere Intercommunales bezitten de bijkomende glasvezel- en coaxkabels die vervat zitten in de HFC toegangslussen op het Partner Netwerk.

Naast het HCF netwerk levert Telenet ook diensten aan zakelijke klanten binnen België en in delen van Luxemburg, door een combinatie van eigen netwerkcomponenten en glasvezel die hoofdzakelijk geleased wordt. Telenet heeft verder ook netwerkapparatuur geïnstalleerd om spraak-, data- en internetdiensten aan te bieden over een DSL-verbinding. Door middel van DSL-verbindingen op het telefonienetwerk van Belgacom kan Telenet op een meer kostefficiënte manier allerhande diensten aanbieden aan zakelijke klanten die zich niet in de nabijheid van zijn netwerk bevinden.

Telenets glasvezel-backbone-netwerk gebruikt het All-IP protocol en draagt al zijn communicatieverkeer. Telenet gebruikt daarnaast MPLS (multi protocol label switching) voor het routeren van zijn IP-verkeer, wat de Vennootschap in staat stelt om data efficiënter te labelen om de trafiek op het Gecombineerde Netwerk beter te beheren. Dat betekent bijvoorbeeld dat er prioriteit kan gegeven worden aan spraakpakketten over datapakketten om een onderbreking in de spraakcommunicaties te vermijden.

Door middel van een coaxverbinding van één van Telenets optische knooppunten (node) verbinden klanten zich met het Gecombineerde Netwerk. Versterkers worden in het coaxiale netwerk gebruikt om de downstream- en return path-signalen op de lokale lus te versterken. Gemiddeld worden ongeveer 1.400 gezinnen bediend door elk van de ongeveer 2.398 nodes op het Gecombineerde Netwerk. De kwaliteit van het netwerk verslechtert doorgaans wanneer de penetratie op een bepaalde node stijgt. Mocht dit noodzakelijk zijn, dan stelt de schaalbaarheid van het netwerk Telenet in staat om dit probleem, binnen bepaalde grenzen, op te lossen door nodes te splitsten. Hiervoor wordt bijkomende apparatuur geplaatst in de node zodat dezelfde capaciteit van 3 Gbps zo'n 500 woningen per node bedient. Telenet past het splitsen van nodes ondermeer toe om mogelijke verzadiging in bepaalde delen van het Partner Netwerk op te vangen.

Telenets netwerkbeheerscenter in Mechelen (België) bewaakt voortdurend de prestatieniveaus op het Gecombineerde Netwerk. Telenet beschikt over een aparte back-upsite voor back office systemen in geval van nood en zijn netwerk werd zo ontworpen teneinde het risico van netwerkpannes en rampen te minimaliseren. Zo kunnen de glasvezelringen dataverkeer in de tegenoverstelde richting omleiden indien een bepaald deel van de ring werd doorgesneden. Telenet heeft zijn gebouwen, kopstations, nodes en aanverwante netwerkcomponenten verzekerd tegen brand, overstromingen, aardbevingen en andere natuurrampen. Telenet is echter niet verzekerd tegen oorlog, terrorisme (uitgezonderd in beperkte mate onder de algemene inboedelverzekering) en cyberrisico's. Het glasvezelnetwerk is tot een vastgesteld bedrag verzekerd voor schade, maar het coaxnetwerk zelf is niet verzekerd voor schade.

Per eind 2009 beëindigde Telenet de upgrade van de bandbreedte van zijn netwerk van 450 MHz tot 600 MHz. Op het eind van 2009 had Telenet al de nodige software en hardware geïnstalleerd voor de implementatie van de EuroDocsis 3.0 technologie waarmee kanalen met elkaar verbonden kunnen

worden. Dankzij EuroDocsis 3.0 kan Telenet vandaag downloadsnelheden tot 100 Mbps aanbieden. Begin 2010 kondigde Telenet de volgende stap van netwerkinvesteringen aan, in het kader van het "Digital Wave 2015" investeringsprogramma. Digital Wave 2015 zal Telenets netwerk en dienstverlening verder verbeteren en Telenet gelooft dat een dergelijk netwerk rijk aan glasvezelkabel een ongeëvenaarde capaciteit voorziet voor toekomstige groei. Het Pulsarproject, gericht op het splitsen van optische nodes, vervult hierin een centrale plaats en zal de Vennootschap toelaten een nieuwe generatie netwerk te bouwen dat in staat zal zijn de veranderende consumentenbehoeften, nieuwe internetapplicaties en toekomstige diensten en technologieën op te vangen. Het Pulsarproject voorziet in een verdere verlaging van het aantal aansluitbare huizen per node van gemiddeld 1.400 vandaag naar gemiddeld 500, waarbij in de ontwerpfase reeds rekening werd gehouden met een verdere verlaging naar een gemiddelde van 250 huizen, waardoor de capaciteit op het netwerk op een aanzienlijke manier zou toenemen. Telenet wil dit Pulsarproject binnen een tijdsbestek van vijf jaar afronden met een totale investering van ongeveer €30 miljoen per jaar. Dit bedrag kan echter variëren afhankelijk van de marktomstandigheden, overeenkomsten met de leveranciers en tal van andere factoren.

1.8 STRATEGIE

Telenet wil de beste en favoriete aanbieder van digitale televisie, breedbandinternet en telefoniediensten zijn met tegelijkertijd een verdere verbetering van zijn bedrijfsopbrengsten, winstgevendheid en kasstroom. Door voortdurend de kwaliteit van zijn netwerk te verbeteren en door nieuwe innovatieve technologieën en diensten aan te bieden wil Telenet deze doelstelling realiseren. De kernfacetten van Telenets strategie worden gekenmerkt door:

Aanhoudende stijging van de bedrijfsopbrengsten en winstgroei realiseren door verder te steunen op Telenets premiumproductgamma en zijn meervoudige productbundels. Telenet heeft al een aanzienlijke stijging gerealiseerd in het aantal klanten voor digitale televisie, breedbandinternet en telefonie en wil door middel van aantrekkelijke prijzen, productpositionering en een sterke focus op de dienstverlening aan klanten

een hogere penetratie van diensten per klantenrelatie en productbundels nastreven. Telenet heeft met succes enkele product- en marketinginitiatieven genomen om de penetratie van productbundels te vergroten en om klanten te migreren naar zijn "Shakes" bundels. Per 31 december 2011 was 64% van Telenets totale aantal unieke klantenrelaties geabonneerd op twee of meer diensten, waaronder 36% of 783.100 klanten met een abonnement op drie producten (een stijging met 9% in vergelijking met 31 december 2010). Door klanten meerdere diensten aan te bieden in de vorm van een productbundel zal de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie blijven toenemen, zullen de kosten voor de verwerving van nieuwe klanten afnemen, zal het klantenverloop verder dalen en tot slot zullen ook de kosten voor de onderhoud van het netwerk afnemen.

Verdere migratie van bestaande analoge kabeltelevisieklanten naar digitale televisie. Telenet blijft analoge kabeltelevisieklanten migreren naar zijn digitaal platform. Hierdoor krijgen klanten zonder bijkomende vergoeding, afgezien van de settopbox die ofwel gehuurd of gekocht kan worden, toegang tot een rijker televisieaanbod, een uitgebreide op aanvraag-catalogus en tal van interactieve applicaties. De migratie van analoge kabeltelevisie naar digitale kabeltelevisie zorgt voor een beduidend hogere gemiddelde opbrengst per klantenrelatie, ondermeer door het gebruik van bijkomende diensten waaronder bijkomende zenderpakketten, waaronder betalende sport- en filmkanalen, het gebruik van op aanvraag-diensten en allerhande interactieve applicaties. Op het einde van december 2011 was ongeveer 64% van Telenets kabeltelevisieklanten overgeschakeld naar digitale televisie.

Klantentevredenheid en –loyaliteit verder nastreven.

Telenet heeft zijn processen geoptimaliseerd, diverse systemen voor facturatie en dienstverlening aan klanten verbeterd en te-bereiken doelplannen opgesteld voor het management om de algemene klantentevredenheid en klantentrouw te verhogen. Telenet heeft geïnvesteerd in de dienstverlening aan klanten om zo de klantentevredenheid en retentie te verbeteren bij elke interactie met de klant. Hiervoor wordt maandelijks een onafhankelijk onderzoek gevoerd door Telenet om de Klanten Loyaliteit Score ("KLS")per product en klantenproces te meten. Telenet is van mening dat de investeringen in dienstverlening aan klanten en de aanhoudende focus op klantentevredenheid belangrijk

zijn in het behouden van de lage niveaus van klantenverloop die de Vennootschap vandaag kent.

Bijkomende groeiopportuniteiten onderzoeken. De zakelijke markt is volgens Telenet een groeiende markt, waarbij Telenet zijn bestaand netwerk en EuroDocsis 3.0 technologie kan gebruiken om tegemoet te komen aan de behoeftes van kleine en middelgrote ondernemingen. Door telefoniediensten en supersnel breedband te kunnen aanbieden via zijn bestaand kabelnetwerk is Telenet goed gepositioneerd om op een kostefficiënte manier spraak- en dataoplossingen aan te bieden aan kleine en middelgrote ondernemingen zonder noemenswaardige bijkomende kapitaalinvesteringen. Telenet zal daarnaast op een evenwichtige manier zoeken naar bijkomende groeiopportuniteiten in de markt voor mobiele telefonie (zowel spraakverkeer als data) teneinde zijn marktpositie te versterken en te behouden. Ondanks het feit dat de markt voor mobiel spraakverkeer reeds gekenmerkt wordt door een hoge penetratiegraad gelooft Telenet dat het gecombineerde aanbod van vaste en mobiele telefonie een belangrijke meerwaarde kan worden wanneer geconvergeerde diensten zich beginnen te ontwikkelen. Daarnaast verwacht Telenet dat zijn sterke marktpositie in de markt voor vast breedband een gunstige uitvalspositie oplevert voor de verdere groei van de markt voor mobiel internet, die momenteel in België nog niet zo sterk ontwikkeld is als in andere Europese landen.

Focus op groei van de kasstroom. Telenet wordt gekenmerkt door een solide Adjusted EBITDA en kasstroomgeneratie. Telenet wil verdere groeiopportuniteiten ontwikkelen en een hoog bijkomend rendement geven op de investeringen. De omvang van zijn huidige activiteiten geeft Telenet een platform om te investeren in nieuwe producten en diensten en om bijkomende groei van de bedrijfsopbrengsten om te zetten in een hogere winstgevendheid en kasstroomgeneratie.

2 Bespreking van de geconsolideerde jaarrekening

2.1 GECONSOLIDEERDE STAAT VAN HET TOTAALRESULTAAT

Voor het jaar afgesloten op 31 december

(in duizend euro, behalve aandeleninformatie) 2011 2010
----------------------------------------------- ------ -- ------
Opbrengsten 1.376.253 1.298.993
Kostprijs van geleverde diensten (821.152) (735.781)
Brutowinst 555.101 563.212
Verkoop-, algemene en beheerskosten (228.910) (218.681)
Resultaat uit bedrijfsactiviteiten 326.191 344.531
Financiële opbrengsten 7.808 1.513
Netto interestopbrengsten en wisselkoerswinsten 7.808 1.513
Financiële kosten (279.897) (199.158)
Netto interestkosten en wisselkoersverliezen (205.832) (152.257)
Netto verlies op afgeleide financiële instrumenten (62.673) (38.998)
Verlies bij vervroegde aflossing van schulden (11.392) (7.903)
Netto financiële kosten (272.089) (197.645)
Aandeel in het resultaat van geassocieerde deelnemingen (361) (412)
Winst vóór winstbelastingen 53.741 146.474
Belastingen (36.918) (57.172)
Winst over de verslagperiode 16.823 89.302
Netto resultaat rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen - -
Totaalresultaat voor de periode 16.823 89.302
Winst toe te rekenen aan: 16.823 89.302
Eigenaars van de Vennootschap 16.829 89.302
Minderheidsbelangen (6) -
Totaalresultaat voor de periode, toe te rekenen aan: 16.823 89.302
Eigenaars van de Vennootschap 16.829 89.302
Minderheidsbelangen (6) -
Winst per aandeel
Gewone winst per aandeel in € 0,15 0,80
Verwaterde winst per aandeel in € 0,15 0,79

Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 genereerde Telenet bedrijfsopbrengsten ten bedrage van €1.376,3 miljoen, een toename van 6% in vergelijking met €1.299,0 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010. De jaar-op-jaargroei van de bedrijfsopbrengsten werd negatief beïnvloed door de wijziging op 1 januari 2011 in de presentatie van opbrengsten en kosten met betrekking tot bepaalde marketingnummers en -sms. Aangezien telecommunicatieoperatoren als gevolg van een verandering in de Belgische wetgeving niet langer wettelijke verantwoordelijkheid dragen voor de inning van deze diensten, worden de kosten verbonden aan marketingnummers en -sms voortaan verrekend met de opbrengsten. Deze wijziging in financiële verslaggeving had een negatieve impact van circa €8,0 miljoen op de opbrengsten uit residentiële telefonie voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011, maar had geen invloed op Telenets Adjusted EBITDA.

De groei van Telenets bedrijfsopbrengsten voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 was nagenoeg geheel organisch en was direct te danken aan de onderliggende groei van de vaste- en mobieletelefoniediensten, de gestage migratie van analoge naar digitale tv en de recent gestarte inspanningen om bestaande breedbandklanten in het hogere segment te laten overstappen naar Fibernet, waardoor de waarde per klant steeg. Telenets B2B-afdeling, Telenet for Busi-

2.2 OPBRENGSTEN PER DIENST

ness, boekte in het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 ook een gezonde hoge eencijferige groei van de bedrijfsopbrengsten dankzij de overname van C-CURE op 31 mei 2010 en de sterke groei van diensten met toegevoegde waarde, waaronder hostingdiensten, beheerde beveiligingsdiensten en cloudoplossingen.

Telenets bedrijfswinst voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 daalde met 5% tot €326,2 miljoen, vergeleken met €344,5 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010. Een gezonde stijging van Telenets Adjusted EBITDA met 8% jaar-op-jaar werd tenietgedaan door 22% hogere kosten van afschrijvingen en waardeverminderingen op materiële en immateriële vaste activa, hoofdzakelijk als gevolg van de pro rata afschrijving van de verworven uitzendrechten voor het Belgische voetbal en de waardevermindering van €28,5 miljoen op DTT-gerelateerde immateriële activa.

De nettowinst voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroeg €16,8 miljoen, inclusief een verlies van €62,7 miljoen op rentederivaten, een verlies van €11,4 miljoen bij de vervroegde aflossing van schulden en een waardevermindering van €28,5 miljoen op de immateriële activa die betrekking hebben op de DTT-licentie. Exclusief deze drie laatst genoemde elementen bedroeg de nettowinst voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 €119,4 miljoen.

Voor het jaar afgesloten op 31 december
(in duizend euro) 2011 2010
Kabeltelevisie:
Abonnees basiskabeltelevisie1 317.853 325.100
Abonnees premiumkabeltelevisie1 189.144 150.684
Residentieel:
Internet 441.674 426.657
Telefonie2 279.334 255.862
Verdelers/Overige 57.509 55.734
Bedrijfsdiensten 90.739 84.956
Totaal opbrengsten 1.376.253 1.298.993

1 Basis- en premium kabeltelevisie omvatten hoofdzakelijk residentiële klanten, maar ook een klein aantal bedrijfsklanten.

2 De opbrengsten uit residentiële telefonie omvatten ook interconnectievergoedingen gegenereerd door bedrijfsklanten.

De samenstelling van Telenets bedrijfsopbrengsten voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bleef evenwichtig. Zowel kabeltelevisie, met inbegrip van analoge kabeltelevisie en digitale televisie, als residentieel breedbandinternet en residentiële telefonie vertegenwoordigden een aanzienlijk aandeel van de totale bedrijfsopbrengsten.

2.2.1 Kabeltelevisie

Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroegen Telenets opbrengsten uit kabeltelevisie, waaronder zowel opbrengsten uit basiskabeltelevisie als digitale televisie vallen, €507,0 miljoen. Dit vertegenwoordigde een stijging met 7% ten opzichte van het boekjaar beëindigd op 31 december 2010. Deze stijging was hoofdzakelijk toe te schrijven aan hogere opbrengsten uit digitale televisie als gevolg van een stijgend aantal digitale televisieklanten en hogere inkomsten uit betalende televisiediensten als gevolg van de verwerving van bepaalde exclusieve uitzendrechten voor het Belgische voetbalkampioenschap.

Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 daalden de opbrengsten uit basiskabeltelevisie met 2% tot €317,9 miljoen, tegenover €325,1 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010, als gevolg van een daling van het gemiddelde aantal actieve abonnees. Met ingang van oktober 2011 verhoogde Telenet de prijs van het maandelijkse kabelabonnement met €0,55 en de auteursrechten met €0,25. Telenet verwacht dat deze prijsverhoging een geleidelijk positief effect zal hebben op de opbrengsten uit basiskabeltelevisie in 2012.

De opbrengsten uit premium kabeltelevisie omvatten de opbrengsten die door Telenets abonnees voor digitale kabeltelevisie worden gegenereerd bovenop de opbrengsten uit basiskabeltelevisie zoals hierboven beschreven. De opbrengsten uit premium kabeltelevisie worden hoger gestuwd door de opbrengsten uit films op aanvraag en door de sterke groei van de verhuur van geavanceerde settopboxen met harde schijf en persoonlijke videorecorder, die de terugkerende maandelijkse huurgelden voor settopboxen doet stijgen. Voorts omvatten Telenets bedrijfsopbrengsten uit premium kabeltelevisie de abonnementsgelden voor pakketten met thema- en premiumkanalen (inclusief de betalende sportzender Sporting Telenet) en de interactieve diensten op Telenets platform. Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroegen de bedrijfsopbrengsten uit premium kabeltelevisie €189,1 miljoen, 25% meer dan het boekjaar beëindigd op 31 december 2010.

2.2.2 Residentieel breedbandinternet

Opbrengsten gegenereerd door Telenets 1,3 miljoen particuliere en zakelijke abonnees voor breedbandinternet bedroegen €441,7 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011, een stijging van 4% ten opzichte van het boekjaar beëindigd op 31 december 2010. De groei van de opbrengsten was vooral te danken aan de onderliggende groei van Telenets abonneebestand en de geleidelijke overschakeling van bestaande klanten op Fibernet. In lijn met de voorgaande kwartalen verkocht Telenet nog steeds het overgrote deel van zijn breedbandabonnementen via bundelaanbiedingen. De evenredige verdeling van die bundelkorting over alle betrokken producten bleef wegen op de gemiddelde opbrengst per breedbandklant.

Begin 2011 startte Telenet met het op grotere schaal commercialiseren van Fibernet. Over het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 had ongeveer 41% van de brutoverkopen betrekking op Telenets Fibernet producten met snelheden van 50 Mbps en meer. Eind 2011 was ongeveer 73% van Telenets abonnees voor breedbandinternet geabonneerd op producten met een downloadsnelheid van 30 Mbps of hoger, waardoor Telenet blijft genieten van een kwalitatief hoog abonneebestand. Daarnaast was ongeveer 20% van Telenets abonnees voor breedbandinternet per einde december 2011 reeds geabonneerd op het EuroDocsis 3.0 aanbod, Fibernet. Telenet gelooft dat dit succes duidelijk aantoont dat klanten vragen naar een betrouwbare en hoogperformante breedbandtoegang zodat ze met meerdere toestellen tegelijkertijd het internet kunnen gebruiken.

2.2.3 Residentiële telefonie

De opbrengsten uit residentiële telefonie omvatten de opbrengsten uit zowel vaste als mobiele telefonie. Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroegen de opbrengsten uit residentiële telefonie €279,3 miljoen, een stijging met maar liefst €23,4 miljoen, of 9%, in vergelijking met het boekjaar beëindigd op 31 december 2010, ondanks een daling van de opbrengsten met circa €8,0 miljoen als gevolg van de wijziging in de financiële verslaggeving van bepaalde marketingnummers en -sms, zoals eerder toegelicht. De stijging van de opbrengsten uit residentiële telefonie zou 13% bedragen hebben zonder de impact van de eerder vermelde verandering.

Telenets opbrengsten uit vaste telefonie voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bleven grotendeels stabiel ten opzichte van het boekjaar beëindigd op 31 december 2010, waarbij de daling van de gebruiksgerelateerde opbrengsten werd gecompenseerd door de toename van het aantal opbrengstgenererende eenheden. Telenets mobiele telefonie leverde echter nog steeds een groeiende bijdrage aan de totale stijging van de opbrengsten. Dit was vooral te danken aan de toename van het aantal abonnees met een post-paidabonnement (+20% jaar-op-jaar) en aan de verdere stijging van de gemiddelde opbrengst per klant voor mobiele telefonie na Telenets toegenomen focus op smartphones en klanten die hogere opbrengsten genereren.

2.2.4 Verdelers/Overige

De opbrengsten afkomstig van 'Verdelers/Overige' omvatten opbrengsten die verband houden met (i) de verkoop van settopboxen, (ii) vergoedingen voor de installatie en activering van kabel-tv, (iii) andere diensten zoals online reclame op portaal- en communitysites en (iv) de bijdrage van de commissie-inkomsten en de verkoop van stand-alone gsm's via Telenets distributiekanalen SmartSpot en BelCompany.

De opbrengsten afkomstig van 'Verdelers/Overige' stegen van €55,7 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010 tot €57,5 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 (+3% jaar-op-jaar). Een lagere verkoop gedurende het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 werd gecompenseerd door de fors toegenomen verkoop van stand-alone iPhone 4S-toestellen in het laatste kwartaal van 2011.

2.2.5 Bedrijfsdiensten – Telenet for Business

Telenet for Business, Telenets B2B-afdeling, zag zijn opbrengsten over het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 met 7% stijgen tot €90,8 miljoen. Dit is een solide prestatie in een sterk concurrerende markt die wordt gekenmerkt door prijserosie. De groei werd

Voor het jaar afgesloten op 31 december

ondersteund door een goede vraag naar Telenets toonaangevende connectiviteitsoplossingen en een breed scala van diensten met toegevoegde waarde die Telenet heeft toegevoegd om zijn klanten hoogwaardige geïntegreerde oplossingen te kunnen bieden. De overname van C-CURE, een lokale specialist op het gebied van beheerde beveiligingsdiensten die Telenet op 31 mei 2010 overnam, versterkte ook de jaar-op-jaargroei van de bedrijfsopbrengsten.

2.3 Bedrijfskosten

Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroegen de bedrijfskosten €1.050,1 miljoen, of 10% meer dan de €954,5 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010. De stijging van de totale bedrijfskosten werd veroorzaakt door hogere personeelskosten, kosten van afschrijvingen en waardeverminderingen op materiële en immateriële vaste activa, inclusief een waardevermindering van €28,5 miljoen op de immateriële activa die betrekking hebben op digitale ethertelevisie ("DTT") en hogere kosten voor de exploitatie van het netwerk en voor diensten in lijn met de groei van de bedrijfsopbrengsten. Als de waardevermindering op DTT buiten beschouwing wordt gelaten, lagen de totale bedrijfskosten voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 7% hoger dan voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010.

Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 vertegenwoordigden de totale bedrijfskosten ongeveer 76% van de totale bedrijfsopbrengsten, in vergelijking met ongeveer 73% voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010. De stijging was voornamelijk toe te schrijven aan hogere kosten van afschrijvingen en waardeverminderingen op materiële en immateriële vaste activa, inclusief de eerder genoemde waardevermindering van €28,5 miljoen op de immateriële activa die betrekking hebben op DTT. Indien de waardevermindering met betrekking tot DTT buiten beschouwing wordt gelaten, vertegenwoordigden de totale bedrijfskosten ongeveer 74% van de bedrijfsopbrengsten in 2011.

Totaal kosten (1.050.062) (954.462)
Verkoop-, algemene en beheerskosten (228.910) (218.681)
Kostprijs van geleverde diensten (821.152) (735.781)
(in duizend euro) 2011 2010

2.3.1 Kostprijs van geleverde diensten

De kostprijs van geleverde diensten voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 vertegenwoordigde €821,2 miljoen, een stijging met 12% ten opzichte van het boekjaar beëindigd op 31 december 2010, en inclusief een waardevermindering van €28,5 miljoen op de immateriele activa die betrekking hebben op DTT. Exclusief deze waardevermindering bedroeg de kostprijs van geleverde diensten €792,7 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 (+8% jaar-op-jaar). De jaar-op-jaar toename in de kostprijs van geleverde diensten hield hoofdzakelijk verband met de groei van de activiteiten en was direct gecorreleerd met de continue groei van het aantal diensten. Verder kende Telenet hogere programmakosten als gevolg van een verdere digitalisering van zijn kabeltelevisieabonneebestand, hogere programmeringskosten in verband met het Belgische voetbal en hogere kosten voor de aankoop van gsm's. Afschrijvingen en waardeverminderingen namen onder meer toe als gevolg van de pro rata afschrijving van de verworven uitzendrechten voor het Belgische voetbal.

De kostprijs van geleverde diensten (exclusief de DTTgerelateerde waardevermindering) als een percentage van de bedrijfsopbrengsten nam licht toe van ongeveer 57% voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010 tot ongeveer 58% voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011, hoofdzakelijk door de hogere directe kosten en een toename in kosten van afschrijvingen en waardeverminderingen.

2.3.2 Verkoop-, algemene en beheerskosten

Verkoop-, algemene en beheerskosten voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroegen €228,9 miljoen in vergelijking met €218,7 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010 (+5% jaar-opjaar). Deze stijging weerspiegelde de onderliggende groei in het personeelsbestand als gevolg van de groei van de activiteiten, de verdere insourcing van callcenteractiviteiten en hogere uitgaven in verband met op aandelen gebaseerde vergoedingen.

Verkoop-, algemene en beheerskosten als een percentage van de bedrijfsopbrengsten bleef stabiel op ongeveer 17%, ondanks hogere personeelskosten en hogere uitgaven in verband met op aandelen gebaseerde vergoedingen.

2.4 KOSTEN PER TyPE

Voor het jaar afgesloten op 31 december
(in duizend euro) 2011 2010
Personeelskosten:
Lonen, salarissen, commissies en sociale lasten 123.180 117.296
Overige personeelsvoordelen 21.186 16.512
144.366 133.808
Afschrijvingen en waardeverminderingen 259.019 246.471
Afschrijvingen 70.753 60.487
Afschrijvingen op uitzendrechten 22.991 6.830
Waardevermindering op overige immateriële activa 28.464 -
Verlies op verkoop van materiële vaste activa en overige immateriële activa 2.065 46
Kosten voor exploitatie van het netwerk en voor diensten 395.443 378.220
Kosten voor reclame, verkoop en marketing 60.791 69.307
Op aandelen gebaseerde vergoedingen van bestuurders en werknemers 13.005 9.787
Operationele kosten voor overnames of desinvesteringen 724 267
Overige kosten 52.284 48.971
Herstructureringskosten 157 268
Totaal kosten 1.050.062 954.462

De personeelskosten voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 stegen tot €144,4 miljoen, wat 8% meer was dan de €133,8 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010. De stijging van de personeelskosten weerspiegelde de verplichte implementatie van de loonindexering voor alle werknemers sinds begin 2011, de algemene uitbreiding van het personeelsbestand als gevolg van de groei van het bedrijf en de verdere insourcing van callcenteractiviteiten. Dat laatste zal naar verwachting worden gecompenseerd door lagere kosten voor de exploitatie van het netwerk en voor diensten in de toekomst, aangezien Telenet meer efficiëntie in zijn service- en verkoopactiviteiten verwacht als gevolg van het grotere aandeel van geïnsourcete callcenteractiviteiten.

De totale kosten van afschrijvingen en waardeverminderingen op materiële en immateriële vaste activa voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroegen €383,3 miljoen, een stijging van 22% ten opzichte van het boekjaar beëindigd op 31 december 2010. Deze stijging weerspiegelde voornamelijk de verwerving van de exclusieve uitzendrechten voor de belangrijkste wedstrijden van de Belgische voetbalcompetitie gedurende drie seizoenen, met ingang van juli 2011. Deze uitzendrechten worden pro rata afgeschreven naarmate de voetbalseizoenen vorderen. Telenet boekte ook een niet-geldelijke waardevermindering op immateriële activa die betrekking hebben op DTT omwille van problemen inzake dekking en content en de verwachte impact van de kabelregulering.

De kosten voor de exploitatie van het netwerk en voor diensten, die alle directe kosten zoals callcenterkosten, kosten voor de aankoop van gsm's en interconnectie-, programmerings- en netwerkgerelateerde kosten omvatten, vertegenwoordigden nog steeds het overgrote deel van de totale bedrijfskosten voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011. Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 stegen de kosten voor de exploitatie van het netwerk en voor diensten met 5% jaar-op-jaar tot €395,4 miljoen, wat betekent dat deze kosten minder snel stegen dan de totale bedrijfsopbrengsten (+6% jaar-op-jaar).

De advertentie-, verkoop- en marketingkosten voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroegen €60,8 miljoen, een afname van 12% tegenover het

boekjaar beëindigd op 31 december 2010, wanneer Telenet hogere kosten boekte als gevolg van specifieke marketingcampagnes in verband met de lancering van Fibernet en Yelo.

De overige kosten, inclusief operationele kosten in verband met overnames of desinvesteringen en herstructureringskosten, stegen met 7% van €49,6 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010 tot €53,2 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011. De jaar-op-jaarstijging was toe te schrijven aan hogere kosten als gevolg van het onderzoek van de verschillende media- en telecomregulatoren, en aan de erelonen voor bedrijfsadvies en juridische bijstand ter ondersteuning van bedrijfsactiviteiten.

2.5 ADJUSTED EBITDA

Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 realiseerde Telenet een Adjusted EBITDA van €723,4 miljoen, wat 8% meer was dan de €668,7 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010. Ondanks hogere personeelskosten, hogere kosten voor bedrijfsadvies en juridische bijstand als gevolg van het door de verschillende media- en telecomregulatoren gevoerde onderzoek naar de openstelling van de lokale televisieomroepenmarkt, en kosten in verband met de herpositionering van Sporting Telenet, slaagde Telenet erin om zijn Adjusted EBITDA-marge te verhogen tot 52,6% (110 basispunten hoger dan voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010). Telenet schrijft deze mooie prestatie toe aan de voortdurende focus op een efficiënte bedrijfsvoering en platformverbeteringen binnen de organisatie, het relatief grotere aandeel klanten met een abonnement op drie producten in het totale aantal nieuwe abonnees, de strikte beheersing van overheadkosten en de algemene daling van de uitgaven aan mobiele-telefonieactiviteiten.

Voor het jaar afgesloten op 31 december (in duizend euro) 2011 2010

Adjusted EBITDA 723.369 668.641
Adjusted EBITDA marge 52,6% 51,5%
Op aandelen gebaseerde vergoedingen van bestuurders en werknemers (13.005) (9.787)
Operationele kosten voor overnames of desinvesteringen (724) (267)
Herstructureringskosten (157) (268)
EBITDA 709.483 658.319
Afschrijvingen en waardeverminderingen (383.292) (313.788)
Resultaat uit bedrijfsactiviteiten 326.191 344.531
Netto financiële kosten (272.089) (197.645)
Aandeel in het resultaat van geassocieerde deelnemingen (361) (412)
Belastingen (36.918) (57.172)
Totaalresultaat voor de periode 16.823 89.302

2.6 BEDRIJFSWINST (EBIT)

De gezonde stijging van Telenets Adjusted EBITDA met 8% jaar-op-jaar werd tenietgedaan door hogere kosten van afschrijvingen en waardeverminderingen op materiele en immateriële vaste activa (22% hoger in vergelijking met het boekjaar beëindigd op 31 december 2010) hoofdzakelijk als gevolg van de pro rata afschrijving van de verworven uitzendrechten voor het Belgische voetbal en de waardevermindering van €28,5 miljoen op DTT-gerelateerde immateriële activa. Als gevolg daarvan daalde de bedrijfswinst met 5% van €344,5 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010 tot €326,2 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011.

2.7 NETTO FINANCIëLE KOSTEN

De netto financiële kosten stegen van €197,6 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010 tot €272,1 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011. Deze stijging van 38% jaar-op-jaar was voornamelijk toe te schrijven aan de hogere interestkosten op de termijnleningen onder Telenets senior kredietfaciliteit als gevolg van de uitgifte van nieuwe schuld en de stijging van de totale rentemarge na de vrijwillige verlenging van de looptijd van schulden. Verder boekte Telenet een

verlies van €11,4 miljoen als gevolg van de vervroegde aflossing van bepaalde termijnleningen. Tot slot resulteerden rentederivaten voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 in een veel groter verlies dan voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010.

2.7.1 Interestopbrengsten en wisselkoerswinsten

De interestopbrengsten en wisselkoerswinsten stegen van €1,5 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010 tot €7,8 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011, een stijging van €6,3 miljoen. Deze stijging was toe te schrijven aan de rendementen op een aanzienlijk hoger kassaldo dat Telenet belegde vóór de kapitaalvermindering van juli 2011. Om het tegenpartijrisico zoveel mogelijk te beperken, belegt Telenet zijn kasequivalenten, depositocertificaten en geldmarktfondsen bij Europese en Amerikaanse financiële instellingen met een hoge kredietwaardigheid.

2.7.2 Interestkosten en wisselkoersverliezen

Interestkosten en wisselkoersverliezen stegen van €152,2 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010 tot €205,8 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011. Deze stijging van 35% is het gecombineerde effect van (i) de nettostijging van Telenets schuldenlast met 17% of €374,8 miljoen van 31 december 2010 tot 31

december 2011, (ii) de stijging van de totale rentemarge op Telenets senior kredietfaciliteit na de verlenging van de looptijd van schulden, en (iii) de hogere Euribor-tarieven die gelden als basis voor het grootste deel van de interestkosten op de senior kredietfaciliteit.

2.7.3 Nettowinst of -verlies op wijzigingen in de reële waarde van derivaten

Telenet is verschillende afgeleide instrumenten (derivaten) aangegaan om de blootstelling aan rentestijgingen tijdens de looptijd van de senior kredietfaciliteit aanzienlijk te beperken. In 2010 en in de tweede helft van 2011 heeft Telenet zijn portefeuille van renteafdekkingsinstrumenten verder geoptimaliseerd teneinde de gemiddelde rentevoet te verlagen en de looptijd van die instrumenten te verlengen tot de vervaldatum van de schuldinstrumenten met variabele rente in 2021. Per 31 december 2011 had Telenet een combinatie van 6% caps, 22% collars en 72% swaps die zorgen voor een maximale gemiddelde rente van 3,6% (exclusief de respectieve marges per termijnlening). Telenets derivaten zijn verspreid over verschillende financiële instellingen en regio's om het tegenpartijrisico tot een minimum te beperken.

Overeenkomstig de IFRS-standaarden voor financiële verslaggeving worden rentederivaten tegen reële waarde gewaardeerd, en worden veranderingen in de reële waarde weerspiegeld in de geconsolideerde staat van het totaalresultaat. Deze veranderingen in reële waarde kunnen volatiel zijn en hebben geen directe impact op kasstromen, tot de derivaten geheel of gedeeltelijk worden afgewikkeld. Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 resulteerde de verandering in de reële waarde van de rentederivaten in een verlies van €62,7 miljoen, tegenover een verlies van €39,0 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010, voornamelijk als gevolg van een daling van de verwachte toekomstige rentecurve.

De waardering tegen reële waarde van rentederivaten is afhankelijk van de ontwikkeling van de toekomstige Euribor-tarieven gedurende de looptijd van een dergelijk instrument. Als de verwachte rentetarieven gedurende de looptijd van de betrokken instrumenten stijgen (dalen), verwacht Telenet dat de reële waarde zal stijgen (dalen), wat een positief (negatief) effect zal hebben op Telenets nettoresultaat.

2.7.4 Verlies bij vervroegde aflossing van schulden

Als gevolg van de vervroegde aflossing van bepaalde uitstaande termijnleningen onder de senior kredietfaciliteit voor een totaalbedrag van €686,5 miljoen in het kader van de optimalisatie van Telenets financieringen, werd €11,4 miljoen aan transactiekosten en daarmee samenhangende uitgestelde financieringskosten ten laste genomen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011, vergeleken met €7,9 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010.

2.8 WINSTBELASTINGEN

De belastingkosten daalden van €57,2 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010 tot €36,9 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011. De grotere verliezen op afgeleide financiële instrumenten voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 en de waardevermindering op de immateriële activa die betrekking hebben op de DTT-licentie verlaagden de totale winst vóór belastingen, wat een positief effect had op de jaar-op-jaarontwikkeling van uitgestelde belastingkosten.

2.9 WINST VAN HET BOEKJAAR

Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 boekte Telenet een nettowinst van €16,8 miljoen, inclusief een verlies van €62,7 miljoen op rentederivaten, een verlies van €11,4 miljoen bij de vervroegde aflossing van schulden en een waardevermindering van €28,5 miljoen op de immateriële activa die betrekking hebben op de DTT-licentie. Exclusief deze drie laatst genoemde elementen bedroeg de nettowinst €119,4 miljoen. Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010 realiseerde Telenet een nettowinst van €89,3 miljoen, inclusief een verlies van €39,0 miljoen op rentederivaten en een verlies van €7,9 miljoen bij de vervroegde aflossing van schulden. Zonder die twee verliesposten bedroeg de nettowinst €136,2 miljoen. De onderliggende daling van de nettowinst, zonder rekening te houden met verliezen op afgeleide financiële instrumenten, verliezen op de vervroegde aflossing van schulden en waardeverminderingen, was in de eerste plaats het gevolg van de hogere interestkosten en afschrijvingen van uitzendrechten na de verwerving van de uitzendrechten voor de Belgische voetbalcompetitie.

2.10 KASSTROOM EN LIqUIDE MIDDELEN

De onderstaande tabel toont de componenten van de historische kasstromen van de Vennootschap uit voortgezette bedrijfsactiviteiten voor de aangegeven perioden:

Voor het jaar afgesloten op 31 december

(in duizend euro) 2011 2010
Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten 540.856 503.777
Kasstroom uit (gebruikt in) investeringsactiviteiten (293.436) (248.043)
Kasstroom uit (gebruikt in) financieringsactiviteiten (540.404) 238.138
Netto toename (afname) in geldmiddelen en kasequivalenten (292.984) 493.872
Geldmiddelen en kasequivalenten
Per 1 januari 639.581 145.709
Per 31 december 346.597 639.581

2.10.1 Nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten

De nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten steeg van €503,8 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010 tot €540,8 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 (+7% jaar-op-jaar). Deze stijging was toe te schrijven aan de sterke onderliggende kasstroom die door Telenets activiteiten werd gegenereerd en de sterke verbetering van het werkkapitaal, en werd deels tenietgedaan door hogere geldelijke interestbetalingen.

2.10.2 Nettokasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten

Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroeg de nettokasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten €293,4 miljoen, of 18% meer dan de €248,0 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010. De kasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten bestond uit de geldelijke betalingen van Telenets bedrijfsinvesteringen, met inbegrip van de geldelijke betaling van €22,4 miljoen voor de eerste tranche van de uitzendrechten voor de Belgische voetbalcompetitie, na aftrek van de opbrengsten die werden ontvangen van andere operatoren en omroepen die een deel van deze rechten gebruiken. Geldelijke betalingen met betrekking tot de uitzendrechten voor het Belgische voetbal vinden normaal plaats in het derde en eerste kwartaal. Zie deel 2.12 'Bedrijfsinvesteringen' voor meer informatie over de onderliggende toe te rekenen bedrijfsinvesteringen.

2.10.3 Vrije kasstroom

Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 genereerde Telenet een vrije kasstroom1 van €246,3 miljoen, vergeleken met €257,8 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010. Dit komt neer op respectievelijk 18% en 20% van de bedrijfsopbrengsten. De afname van de vrije kasstroom met 4% jaar-op-jaar was vooral toe te schrijven aan de geldelijke betaling van €22,4 miljoen voor de uitzendrechten voor de Belgische voetbalcompetitie voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 en hogere geldelijke interestbetalingen (zoals hierboven beschreven), deels gecompenseerd door de algemene groei van de bedrijfsactiviteiten.

1 Vrije kasstroom wordt gedefinieerd als de netto kasmiddelen afkomstig uit continue bedrijfsactiviteiten minus de verwerving van materiële vaste activa en de verwerving van immateriële vaste activa van de continue activiteiten van de Vennootschap, elk zoals gerapporteerd in het geconsolideerd kasstroomoverzicht. Vrije kasstroom is een bijkomende parameter gebruikt door het management om de schuldaflossings- en financieringscapaciteit van de Vennootschap aan te tonen en zou niet beschouwd mogen worden als een vervanging van de andere parameters in overeenstemming met IFRS om het resultaat van de Vennootschap te beoordelen, maar zou echter moeten gehanteerd worden samen met de dichtst vergelijkbare IFRS parameter. Vrije kasstroom is een niet-GAAP-maatstaf zoals bedoeld in Regulation G van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission. Voor aanverwante definities en aansluitingen verwijzen we naar het deel Investor Relations op de website van Liberty Global, Inc. (http://www.lgi. com). Liberty Global, Inc. is Telenets controlerende aandeelhouder.

Voor het jaar afgesloten op 31 december (in duizend euro) 2011 2010

Nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten 540.856 503.777
Verwerving van materiële vaste activa (216.300) (194.549)
Verwerving van immateriële activa (78.254) (51.494)
Vrije kasstroom 246.302 257.734

2.10.4 Nettokasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten

Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroeg de nettokasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten €540,4 miljoen, vergeleken met een nettokasstroom uit financieringsactiviteiten van €238,1 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010. De nettokasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten in 2011 weerspiegelde voornamelijk de aan aandeelhouders betaalde kapitaalvermindering van €509,0 miljoen, de gebruikte nettokasstroom van €14,6 miljoen voor de uitgifte van nieuwe schuld, de vervroegde aflossing van bepaalde termijnleningen met kortere looptijden en €34,1 miljoen in verband met diverse terugbetalingen van leases, waaronder de geplande terugbetaling van de financiële lease van het Telenet Partner Network en van het mobiele 3G-spectrum.

De nettokasstroom uit financieringsactiviteiten in 2010 weerspiegelde de aan aandeelhouders betaalde kapitaalvermindering van €249,8 miljoen, deels gecompenseerd door de opname van termijnleningen B2A en E2 voor een totaal van €135,0 miljoen. Daarnaast lanceerde Telenet in het vierde kwartaal van 2010 twee nieuwe schulduitgiftes onder de senior kredietfaciliteit voor een totaal van €600,0 miljoen, waarvan €208,7 miljoen gebruikt werd voor de vervroegde aflossing van een deel van de termijnleningen met kortere looptijden.

2.11 SCHULDPROFIEL, KASSALDO EN HEFBOOMRATIO

2.11.1 Schuldprofiel

Per 31 december 2011 bedroeg Telenets totale schuld €2.959,5 miljoen, waarvan €1.229,6 miljoen verschuldigd is onder de senior kredietfaciliteit en €1.300,0 miljoen verband houdt met de vier obligaties die in 2010 en

2011 werden uitgegeven. De totale schuld omvatte ook €60,7 miljoen voor het uitstaande deel van het mobiele 3G-spectrum. De rest vertegenwoordigt voornamelijk de verplichtingen uit hoofde van financiële leaseverplichtingen in verband met de overname van Interkabel. In het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 heeft Telenet zijn schuldaflossingsprofiel verder verbeterd via de emissie van €300,0 miljoen aan vastrentende schulden (Senior Secured Fixed Rate Notes) en €400,0 miljoen aan variabel rentende schulden (Senior Secured Floating Rate Notes), beide met vervaldatum in 2021 en uitgegeven door onafhankelijke financieringsmaatschappijen die Telenet consolideert. Vrijwel alle opbrengsten van de uitgifte van €300,0 miljoen aan vastrentende schulden werden aangewend om termijnleningen K en L1 terug te betalen.

Daarnaast lanceerde Telenet een voorstel tot vrijwillige omruiling voor termijnlening G onder de senior kredietfaciliteit om bestaande participaties en verbintenissen om te ruilen voor participaties en verbintenissen in nieuwe termijnleningen met ongewijzigde vervaldatum op 31 juli 2017 (termijnlening Q) of met een verlengde looptijd van twee jaar tot 31 juli 2019 (termijnlening R), in beide gevallen met een herziening van de rente in lijn met de huidige marktomstandigheden. De gehele opbrengst van de uitgifte van €400,0 miljoen aan variabel rentende schulden werd op 29 juli 2011 gebruikt om het resterende deel van de bestaande termijnleningen G en J volledig af te lossen.

De vrijwillige omruiling, de renteherziening en de aflossing van leningen met een kortere looptijd resulteerden in een verdere verlenging van de gemiddelde looptijd van de senior kredietfaciliteit tot ongeveer 8 jaar. Bijgevolg zal Telenet geen schuldaflossingen moeten verrichten vóór medio november 2016. Deze transacties waren onderdeel van een groter financieringskader waarbinnen Telenet probeert om de gemiddelde looptijd van zijn schulden te verlengen en om de stabiliteit van zijn schuldkapitalisatie

te verbeteren door de kasstroomflexibiliteit te vergroten tegen zeer aantrekkelijke marktvoorwaarden.

Als onderdeel van de vrijwillige omruiling waarnaar hierboven wordt verwezen, verlengde Telenet op 22 juli 2011 de beschikbaarheid van het wentelkrediet tot 31 december 2016. Het toegezegde niet-opgenomen bedrag werd bijgesteld tot €158,0 miljoen, met een rentevoet die 2,75% boven het Euribor-tarief ligt.

2.11.2 Schuldoverzicht en betalingsschema's

Als gevolg van de recente herfinancieringstransacties wordt een deel van Telenets interestkosten nu halfjaarlijks betaald, in plaats van maandelijks zoals in het boekjaar beëindigd op 31 december 2010 voornamelijk het geval was. De onderstaande tabel geeft een overzicht van Telenets schuldinstrumenten en betalingsschema na het omruilings- en renteherzieningsproces.

Totale Opge Beschik Interest
betaling
31 december 2011 facili nomen baar Verval Inte verschul
(in duizend euro) teit per bedrag bedrag dag restvoet digd
2011 Gewijzigde Senior Credit Facility:
Termijnlening Q 431.038 431.038 - 31 juli 2017 Vlottend -
Euribor +
3,25%
Maandelijks
Termijnlening R 798.634 798.634 - 31 juli 2019 Vlottend -
Euribor +
3,625%
Maandelijks
Wentelkrediet 158.000 - 158.000 31 decem
ber 2016
Vlottend -
Euribor +
2,75%
Niet van toe
passing
Senior Secured Fixed Rate Notes
€500 miljoen Senior Secured
Notes met vervaldag 2020
500.000 500.000 - 15 novem
ber 2020
Vast -
6,375%
Halfjaarlijks
(mei en nov.)
€100 miljoen Senior Secured
Notes met vervaldag 2016
100.000 100.000 - 15 novem
ber 2016
Vast -
5,30%
Halfjaarlijks
(mei en nov.)
€300 miljoen Senior Secured
Notes met vervaldag 2021
300.000 300.000 - 15 februari
2021
Vast -
6,625%
Halfjaarlijks
(feb. en aug.)
Senior Secured Floating Rate Notes
€400 miljoen Senior Secured
Notes met vervaldag 2021
400.000 400.000 - 15 juni 2021 Vlottend -
Euribor 3M
+3,875%
Kwartaal
(maart, juni,
sep. en dec.)
Totaal nominaal bedrag 2.687.672 2.529.672 158.000

2.11.3 Kassaldo en beschikbaarheid van middelen

Per 31 december 2011 hield Telenet €346,6 miljoen aan geldmiddelen en kasequivalenten aan, tegenover €639,6 miljoen per 31 december 2010. Telenet beheert en optimaliseert zijn kassaldo op dagelijkse basis en op basis van evenwichtige tegenpartijrisico's. Overeenkomstig de senior kredietfaciliteit heeft Telenet toegang tot het bijkomende toegezegde wentelkrediet

van €158,0 miljoen, mits de onderstaande convenanten worden nageleefd, met beschikbaarheid tot en met 31 december 2016.

2.11.4 Hefboomratio

Per 31 december 2011 resulteerden het uitstaande saldo van Telenets senior kredietfaciliteit en het uitstaande

kassaldo in een verhouding totale nettoschuld/EBITDA1 van 3,2x, in vergelijking met 2,8x per 31 december 2010. Deze stijging van de hefboomratio was toe te schrijven aan de betaling van de aandeelhoudersvergoeding van €509,0 miljoen in juli 2011. Telenets huidige verhouding totale nettoschuld/EBITDA ligt ruim onder het convenant van 6,0x en de beschikbaarheidstest van 5,0x. Telenet blijft streven naar een stabiele hefboomratio die tussen 3,5x en 4,5x ligt.

2.12 Bedrijfsinvesteringen

Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroegen de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen2 €470,2 miljoen, inclusief €71,5 miljoen in verband met de licentie voor mobiel 3G-spectrum en €88,8 miljoen in verband met de verwerving van de uitzendrechten voor het Belgische voetbal, met inbegrip van de niet-exclusieve uitzendrechten voor de overige vijf competitiewedstrijden (lot 3) voor de komende twee seizoenen. De impact van het mobiele 3G-spectrum en de uitzendrechten voor het Belgische voetbal buiten beschouwing gelaten, bedroegen de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 €309,9 miljoen (circa 23% van de bedrijfsopbrengsten), wat meer is dan de €285,6 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 20110, exclusief de impact van de verwerving van de DTT-licentie. Deze onderliggende stijging van de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen met 9% jaar-op-jaar was voornamelijk toe te schrijven aan de hogere op succes gebaseerde bedrijfsinvesteringen als gevolg van de overschakeling van klanten naar op EuroDocsis 3.0 gebaseerde Fibernet-producten (die een hogere gemiddelde opbrengst per klantenrelatie genereren), en aan netwerkupgrades waaronder het Pulsar-project voor de splitsing van optische knooppunten.

Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroegen de uitgaven voor settopboxen €43,3 miljoen, of 14% van de totale toe te rekenen bedrijfsinvesteringen (exclusief de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen die betrekking hebben op de verwerving van de uitzendrechten voor het Belgische voetbal en het mobiele 3G-spectrum), tegenover €63,1 miljoen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2010. Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroegen de uitgaven voor installaties bij de klant €77,8 miljoen, of 25% van de totale toe te rekenen bedrijfsinvesteringen (exclusief de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen die betrekking hebben op de verwerving van de uitzendrechten voor het Belgische voetbal en het mobiele 3G-spectrum), vooral als gevolg van de overstap naar onze Fibernet-breedbandproducten, waarvoor Telenet op de locatie van de klant een gloednieuwe draadloze EuroDocsis 3.0-gateway installeert. Een voordeel van deze gateway is dat hij het mogelijk maakt om de servicekwaliteit op afstand te monitoren, wat het aantal technische interventies bij de klant in de toekomst zou moeten doen dalen.

De toe te rekenen bedrijfsinvesteringen voor de uitbreiding en upgrade van het netwerk bedroegen voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 €99,0 miljoen, of 32% van de totale toe te rekenen bedrijfsinvesteringen (exclusief de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen die betrekking hebben op de verwerving van de uitzendrechten voor het Belgische voetbal en het mobiele 3G-spectrum), en omvatten investeringen in Telenets project voor de splitsing van optische knooppunten. De rest van de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen omvat reparaties en vervangingen van netwerkapparatuur, kosten voor de aankoop van andere sportcontent dan de content die betrekking heeft op het Belgische voetbal, en terugkerende investeringen in Telenets IT-platform en IT-systemen. Dit betekent dat voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 71% van de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen (exclusief de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen die betrekking hebben op de verwerving van de uitzendrechten voor het Belgische voetbal en het mobiele 3G-spectrum) schaalbaar was en verband hield met de groei van het abonneebestand.

1 Berekend volgens de definitie in de senior kredietfaciliteit, door de totale nettoschuld, uitgezonderd achtergestelde aandeelhoudersleningen, geactiveerde elementen van de schulden onder de clientèle- en annuïteitenvergoedingen en alle andere financiële leases, te delen door de EBITDA op jaarbasis van de laatste twee kwartalen.

2 De toe te rekenen bedrijfsinvesteringen worden omschreven als toevoegingen aan terreinen, uitrusting en immateriële vaste activa, inclusief toevoegingen van financiële leases, zoals op basis van het toe te rekenen bedrag geboekt in de geconsolideerde balans van de Vennootschap.

3 Risicofactoren

3.1 ALGEMENE INFORMATIE

De Vennootschap is actief in een snel veranderende omgeving en dat geeft aanleiding tot talrijke risico's en onzekerheden waarover de Vennootschap geen controle heeft. Deze risico's en onzekerheden omvatten, maar zijn niet beperkt tot:

  • d Telenets aanzienlijke schuldgraad en schuldaflossingsverplichtingen;
  • d Telenets vermogen om voldoende kasstroom te genereren om zijn schulden af te lossen en om zijn bedrijfsinvesteringen en activiteiten te controleren en te financieren;
  • d Telenets vermogen om bijkomende financiering aan te trekken;
  • d Risico's met betrekking tot Telenets structuur en het schuldenprofiel van de Vennootschap;
  • d Telenets relatie met zijn aandeelhouders;
  • d De instabiliteit in wereldwijde financiële markten, met inbegrip van de schuldencrisis van verscheidene overheden in de Europese Unie en de daarmee samenhangende fiscale hervormingen;
  • d Economische ontwikkelingen en sectorspecifieke trends binnen de sector waarin Telenet en zijn dochterondernemingen actief zijn;
  • d Het competitief karakter en de neerwaartse prijsdruk in de markt voor breedbandinternet en televisie waarin Telenet en zijn dochterondernemingen actief zijn, voornamelijk als gevolg van productbundels;
  • d Telenets penetratie van de markt voor mobiele telefonie;
  • d De tegenreactie van Telenets concurrenten ten aanzien van zijn producten en diensten of die van zijn dochterondernemingen;
  • d Wisselkoers- en renteschommelingen;
  • d Het beschikbaar inkomen van consumenten en de hoogte van consumentenuitgaven, inclusief de beschikbaarheid en hoogte van consumentenschuld;
  • d Veranderingen op televisievlak met betrekking tot de voorkeuren en gewoontes van consumenten;

  • d De aanvaarding door consumenten van Telenets bestaande dienstenaanbod, inclusief analoge en digitale kabeltelevisie, vaste en mobiele telefonie en breedbandinternetdiensten, en van nieuwe technologieën, veranderingen in programmering en van breedbandinternetdiensten die Telenet mogelijk kan aanbieden;

  • d Telenets vermogen om snelle technologische veranderingen op te vangen;
  • d Telenets vermogen om het aantal abonnementen op digitale televisie, telefonie en breedbandinternet alsook de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie te behouden en te vergroten;
  • d Telenets vermogen om abonnementsgelden te verhogen of te behouden, alsook zijn vermogen om hogere kosten door te rekenen naar zijn abonnees;
  • d De impact van Telenets toekomstige financiële prestaties, of marktomstandigheden in het algemeen, op de beschikbaarheid, voorwaarden en de inzet van kapitaal;
  • d De uitkomst van lopende of dreigende rechtszaken;
  • d Wijzigingen in, of het niet kunnen voldoen aan, regelgeving van de overheid in België en nadelige resultaten van de regelgevende procedure;
  • d De toepassing van het mededingingsrecht in het algemeen en de tussenkomst van de overheid die het breedband- en televisienetwerk van Telenet openstelt voor concurrenten. Hierdoor kan de invloed van de Vennootschap over het beheer en de kwaliteit van zijn netwerk afnemen alsook het vermogen van de Vennootschap om vooropgestelde rendementen op investeringen te bereiken;
  • d Veranderingen in wetten of verdragen met betrekking tot belastingen in België, of de interpretatie daarvan;
  • d Onzekerheden die inherent zijn aan de ontwikkeling en integratie van nieuwe business lines en bedrijfsstrategieën;
  • d Bedrijfsinvesteringen voor de verwerving en/of ontwikkeling van telecommunicatienetwerken, dien-

sten en apparatuur, en het verkrijgen van wettelijke goedkeuringen daarvoor;

  • d Telenets vermogen om bedrijven die het mogelijk kan verwerven op een succesvolle manier te integreren en verwachte efficiëntieverbeteringen te verwezenlijken;
  • d Het vermogen van leveranciers en verkopers om tijdig kwalitatieve producten, apparatuur, software en diensten te leveren;
  • d De beschikbaarheid van aantrekkelijke programmering voor Telenets analoge en digitale kabeltelevisie tegen redelijke kosten;
  • d Het verlies van belangrijke medewerkers en de beschikbaarheid van gekwalificeerd personeel en een verslechtering van de relatie met vertegenwoordigers van de werknemers;
  • d Veranderingen in de aard van de belangrijkste strategische relaties met partners en joint ventures;
  • d Technische storingen, defecte apparatuur, fysieke of elektronische inbraak tot de diensten, computervirus-

sen en gebeurtenissen die buiten de controle van Telenet vallen, zoals politieke onrust op de internationale markten, terreuraanslagen, natuurrampen, pandemieën en andere soortgelijke evenementen.

Voor bijkomende informatie aangaande de financiële risicofactoren verwijzen we naar Toelichting 5.3 van het geconsolideerde jaarverslag van de Vennootschap.

Bijkomende risico's en onzekerheden die de Vennootschap momenteel onbekend zijn of die de Vennootschap momenteel onbelangrijk acht, kunnen de Vennootschap eveneens schade berokkenen.

3.2 JURIDISCHE GESCHILLEN

We verwijzen naar Toelichting 5.26.1 van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

4 Informatie over gebeurtenissen na balansdatum

We verwijzen naar Toelichting 5.29 van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

5 Informatie over onderzoek en ontwikkeling

Telenet wil zijn klanten nieuwe producten en diensten aanbieden om zijn business te laten groeien, het Telenetmerk verder te versterken en om de klantentevredenheid te verhogen. Telenet tracht doorgaans nieuwe technologieën pas over te nemen nadat adequate normen met succes op een commerciële schaal zijn geïmplementeerd. Deze aanpak vergroot de kans dat de kosten van benodigde apparatuur zal afnemen in de tijd en vermindert risico's met betrekking tot de prestaties, betrouwbaarheid, compatibiliteit en het aanbod. Telenet spitst zich toe op nieuwe technologieën die in toenemende mate gebruik maken van een coaxiale aansluiting in plaats van een DSLverbinding, die Telenet huurt van de historische operator. Hierdoor tracht de Vennootschap de vaste kosten voor zijn divisie Bedrijfsdiensten te verminderen. Onder bepaalde omstandigheden kan Telenet overwegen om bepaalde aanvullende technologieën met een korte ontwikkelingsgeschiedenis over te nemen, op voorwaarde dat Telenet in staat is om op een juiste manier de potentiële risico's in te schatten.

In februari 2010 pakte Telenet uit met zijn investeringsprogramma "Digital Wave 2015". Dit programma zal zorgen voor een breedbandinternetnetwerk van de nieuwe generatie. Eén van de hoekstenen van dit investeringsprogramma is Pulsar, dat gericht is op het verminderen van het aantal aansluitbare huizen per optische node van ongeveer 1.400 huizen vandaag tot ongeveer 500 tegen eind 2015. Via het hoogperformant HFC-netwerk zal Telenet, alleen of via wederzijdse waardetoevoegende partnerships, nieuwe applicaties en toepassingen kunnen uitrollen zoals ondermeer slimme meters en elektronische toepassingen binnen de gezondheidszorg.

Midden december 2011 lanceerde Telenet zijn Homespot concept, dat een uitbreiding is van het bestaande Telenetnetwerk van publieke hotspots en dat gratis beschikbaar is voor bestaande Telenet-klanten. Door middel van twee antennes kan de Telenet-modem twee signalen uitzenden: één voor privaat gebruik en één voor openbaar gebruik.

Als gevolg zullen Telenets abonnees voor breedbandinternet weldra gratis kunnen surfen via hun smartphones, laptops en tablet pc's door het draadloze netwerk van hun vrienden of kennissen te gebruiken.

In 2004 was Telenet de eerste operator in België om "FreePhone" te lanceren, een vast forfaitair tariefplan waarmee klanten tijdens de daluren gratis konden bellen naar vaste lijnen in België. In november 2011 introduceerde Telenet een nieuwe variant op dit forfaitair tariefplan, "FreePhone Mobile" genoemd. Dankzij "FreePhone Mobile" kunnen Telenets vastetelefonieklanten tijdens de daluren gratis bellen naar mobiele nummers in België.

Eind 2010 kondigde Telenet de lancering van Yelo aan, een nieuw multimediaplatform waarmee digitale kijkers hun favoriete programma's, films en series via hun mobiel toestel kunnen bekijken wanneer ze dit wensen. Tegelijkertijd maakte Telenet het mogelijk om van op afstand programma's op te nemen en werd er een televisiegids opgenomen. Telenet zal binnenkort nieuwe functionaliteiten voor dit product aankondigen.

In juni 2011 verwierf Telenet Bidco NV, een samenwerking tussen Telenet NV en Tecteo SCRL, de vierde 3 G licentie. Door zich te verzekeren van waardevol en schaars mobiel spectrum tegen de vastgestelde minimumprijs heeft Telenet zich ingedekt tegen mogelijke capaciteitstekorten in de toekomst. Telenet bekijkt op dit moment alle mogelijke opties om al zijn frequenties uit te rollen op een zeer constructieve manier tegen maximale kapitaalefficientie. Het is Telenets intentie om zoveel mogelijk gebruik te maken van bestaande mobiele netwerken en om een meer intense samenwerking met de bestaande Belgische mobiele netwerkoperatoren te zoeken via wederzijds waardecreërende partnerschappen. Overeenkomstig de licentieovereenkomst moet Telenet Tecteo Bidco NV tegen maart 2013 commerciële diensten lanceren.

6 Gebruik van financiële instrumenten

De activiteiten van de Vennootschap zijn blootgesteld aan schommelingen van de wisselkoersen en de interestvoeten.

De Vennootschap probeert haar wisselkoersblootstelling te beperken door bepaalde afgeleide financiële instrumenten te gebruiken om haar blootstelling aan schommelingen in wisselkoers en interestvoet resulterend uit activiteiten en financiering op te vangen. Het gebruik van derivaten valt onder de beleidslijnen van de Vennootschap die goedgekeurd zijn door de raad van bestuur en die schriftelijke principes bevatten met betrekking tot het gebruik van derivaten in overeenstemming met de risicobeheerstrategie van de Vennootschap.

De vennootschap heeft gebruik gemaakt van verschillende afgeleide instrumenten om de blootstelling aan de rentevoet en de wisselkoers te beheren. De Vennootschap past geen hedge accounting toe op haar afgeleide instrumenten. De wijzigingen in reële waarde van alle andere afgeleide instrumenten worden bijgevolg rechtstreeks in de staat van het totaalresultaat geboekt.

Derivaten opgenomen in andere financiële instrumenten of andere onderliggende overeenkomsten worden behandeld als afzonderlijke derivaten als hun risico's en eigenschappen niet nauw gerelateerd zijn met die van onderliggende overeenkomsten en als de onderliggende overeenkomsten niet geboekt worden tegen reële waarde met rapportering van niet-gerealiseerde winsten of verliezen in de staat van het totaalresultaat.

Voor meer informatie verwijzen we naar Toelichting 5.13 bij de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

7 Verklaring van deugdelijk bestuur

Deugdelijk bestuur ("corporate governance") kan gedefinieerd worden als een geheel van processen, gebruiken, richtlijnen, wetten en instellingen, die de wijze beïnvloeden waarop een vennootschap wordt bestuurd, geleid of gecontroleerd. Deugdelijk bestuur omvat ook de relaties met de vele betrokken belanghebbenden van de onderneming en de doelen die gelden voor de onderneming. De belangrijkste belanghebbenden zijn de aandeelhouders, de raad van bestuur, het uitvoerend management, de werknemers, de klanten, de schuldeisers, de leveranciers en de samenleving in zijn geheel.

In dit hoofdstuk bespreekt de raad van bestuur de feitelijke informatie aangaande het gevoerde beleid inzake deugdelijk bestuur binnen Telenet en relevante gebeurtenissen die plaatsvonden in het boekjaar 2011.

7.1 REFERENTIECODE

Het Corporate Governance Charter van de Vennootschap werd laatst bijgewerkt op 28 juli 2011, naar aanleiding van de publicatie van nieuwe wetgevende initiatieven, en kan geraadpleegd worden op de website voor investeerders van de Vennootschap (http:// investors.telenet.be). Conform artikel 3 van de Wet van 6 april 2010 en het Koninklijk Besluit van 6 juni 2010 heeft de Vennootschap beslist om de Belgische Corporate Governance Code 2009 als referentiecode toe te passen. Met uitzondering van een kleine afwijking m.b.t. de bepalingen 7.17 en 7.18 past de Vennootschap de bepalingen van de Belgische Corporate Governance Code 2009 volledig toe. De afwijkingen zijn aangegeven en uitgelegd in de relevante secties van deze Verklaring.

7.2 REGELGEVENDE ONTWIKKELINGEN EN HUN IMPACT OP TELENET

Ook in 2011 had Telenet te maken met enkele belangrijke juridische en regelgevende ontwikkelingen.

De belangrijkste regelgevende ontwikkeling voor de Vennootschap in 2011 was de nieuwe regelgeving door de sectorale toezichthouders met betrekking tot de breedband- en omroepmarkt in België. Verder hebben de volgende ontwikkelingen zich voorgedaan die een impact hebben of kunnen hebben op het deugdelijk bestuur van de Vennootschap: nieuwe regelgeving met betrekking tot de uitoefening van bepaalde rechten door aandeelhouders van genoteerde vennootschappen, nieuwe regelgeving op het gebied van quota met betrekking tot gender diversiteit binnen de raad van bestuur van genoteerde vennootschappen en nieuwe regelgeving met betrekking tot de variabele vergoeding van niet-uitvoerende bestuurders in genoteerde vennootschappen.

(a) Nieuwe regelgeving door de sectorale toezichthouders

In december 2010 maakten het BIPT, de Belgische nationale regelgever, en de sectorale toezichthouders voor de telecommunicatie- en media sector hun respectievelijke ontwerpbesluiten bekend, die de resultaten van hun gezamenlijke analyse van de televisiemarkt voor consumenten in België reflecteerden. Daarnaast publiceerde het BIPT een analyse van de groothandel breedbandmarkt in België. Deze ontwerpbesluiten hadden tot doel wettelijke verplichtingen op te leggen aan kabelmaatschappijen en Belgacom, de historische telecommunicatieoperator.

De regelgevende autoriteiten organiseerden een publieke raadpleging met betrekking tot de voorgestelde maatregelen en maakten de commentaren bekend gemaakt door diverse marktspelers. Op basis van deze commentaren, brachten de toezichthouders een aantal wijzigingen aan in hun ontwerpbesluiten. De ontwerpbesluiten werden daarna ter kennis gegeven aan de Europese Commissie door de Belgische Conferentie van Regulatoren voor Elektronische Communicatiesector ("CRC"), een orgaan dat het BIPT en de sectorale toezichthouders groepeert. Op 20 juni 2011 verzond de Europese Commissie een brief naar de CRC die de analyse van de omroepmarkten bekritiseerde. Meer in het bijzonder gaf de Commissie kritiek op het feit dat de toezichthouders geen analyse hadden gemaakt

van de upstream groothandelmarkten. Verder uitte de Commissie ook twijfels wat betreft de noodzaak en de proportionaliteit van de verschillende oplossingen.

Desalniettemin namen de regelgevende autoriteiten een finale beslissing op 1 juli 2011 (de juli 2011 Beslissing) nadat ze een aantal wijzigingen aanbrachten in de tekst van hun initiële ontwerpbesluiten. De juli 2011 Beslissing werd ter kennis gegeven aan Telenet op 18 juli 2011. De regelgevende verplichtingen opgelegd door de juli 2011 Beslissing omvatten (i) een verplichting om een doorverkoop aanbod voor analoge televisie te doen aan andere operatoren (inclusief Belgacom) tegen een "retail minus" kostprijs; (ii) een verplichting om andere operatoren (inclusief Belgacom) toegang te verlenen tot de digitale televisieplatformen, en (iii) een verplichting om een groothandelaanbod voor breedband internet te doen tegen "retail minus" kostprijs aan begunstigden van een groothandel televisie of digitale televisie toegangsverplichting, die gecombineerde pakketten willen aanbieden aan hun klanten. De "retail minus"-methode zou een groothandelstarief inhouden, gebaseerd op de kleinhandelsprijs van de aangeboden dienst, exclusief BTW en auteursrechten, en mits verdere aftrek van de kleinhandelkosten die worden vermeden door het aanbieden van de groothandelsdienst, zoals de kosten voor facturatie, franchising, klantenservice, marketing en verkoop). De implementatie van de juli 2011 Beslissing zal meer dan 12 maanden in beslag nemen.

Voor Belgacom zouden de regelgevende verplichtingen de volgende elementen inhouden: (1) een verplichting om ontbundelde toegang te verlenen op haar lokale netwerk, (2) een verplichting om groothandel internettoegang te verlenen tot haar netwerk op bitstream niveau, en (3) een verplichting om groothandel-multicast toegang te verlenen voor de distributie van televisiekanalen.

Telenet is van mening dat er ernstige redenen zijn om de bevindingen van de analyse van de televisiemarkt door de regelgever en de eruit voortvloeiende regelgevende verplichtingen aan te vechten, en heeft beroep ingesteld tegen de juli 2011 beslissing bij het Brusselse hof van beroep. Het kan echter niet uitgesloten worden dat één of meer regelgevende verplichtingen toch weerhouden zouden worden. Telenet verwacht een uitspraak in beroep in het tweede kwartaal van 2012.

De juli 2011 Beslissing heeft tot doel en kan tot gevolg hebben dat de concurrenten van Telenet versterkt worden, door hen toegang te verlenen tot het netwerk van Telenet en hun kosten te verlagen om competitieve producten en diensten aan te bieden. Bijkomend kan elke toegang verleend aan concurrenten (i) de bandbreedte beperken die beschikbaar is voor Telenet om nieuwe of uitgebreidere producten en diensten aan te bieden aan klanten bediend door haar netwerk, en (ii) bijgevolg een nadelige invloed hebben op de mogelijkheid van Telenet om haar inkomsten en kasstroom te behouden of verhogen. De mate van dergelijke negatieve impact zal ultiem afhangen van het feit of de juli 2011 Beslissing al dan niet in zijn huidige vorm wordt geïmplementeerd en, indien geïmplementeerd, van de groothandelstarieven vastgesteld door de regelgevende autoriteiten, en van de mate waarin concurrenten erin slagen voordeel te halen uit de toegang die hen uiteindelijk wordt toegekend tot het netwerk van Telenet.

(b) Rechten van aandeelhouders

Op 20 december 2010 keurde het Parlement een nieuwe wet goed betreffende de uitoefening van bepaalde rechten door aandeelhouders in genoteerde vennootschappen, zoals gewijzigd op 5 april 2011. Deze wet is in werking getreden op 1 januari 2012. Anticiperend op deze wetgeving, die pas werd bekendgemaakt op 28 april 2011, heeft de buitengewone aandeelhoudersvergadering van 27 april 2011 bepaalde amendementen aan de statuten goedgekeurd, m.b.t. de oproepingsformaliteiten van algemene vergaderingen en de uitoefening van rechten door aandeelhouders.

(c) Nieuwe wetgeving over quota m.b.t. gender diversiteit binnen de raad van bestuur van genoteerde vennootschappen

Op 28 juli 2011 keurde het Parlement een nieuwe wet goed met betrekking tot een evenwichtige vertegenwoordiging van beide geslachten binnen de raad van bestuur van, onder meer, genoteerde vennootschappen. Uiterlijk tegen het einde van 2016 moet tenminste een derde van de leden van een raad van bestuur van het tegengestelde geslacht zijn van de andere leden van de raad. De wet voorziet in een dubbele sanctionering: alle benoemingen gedaan na 2016 en die de verplichte samenstelling van de raad van bestuur miskennen, zullen nietig zijn, en alle voordelen toegekend aan de bestuurders, zowel financiële als andere, zullen opgeschort worden totdat de samenstelling van de raad van bestuur de verplichtingen van de wet respecteert. In overeenstemming met deze recente wetgeving, verwacht Telenet uiterlijk tegen het einde van 2016 een samenstelling van de raad van bestuur te hebben, waarbij tenminste een derde van de leden van de raad van het andere geslacht is als de andere leden.

(d) Nieuwe wetgeving over vergoeding van nietuitvoerende bestuurders

Op 7 november 2011 heeft het Parlement een nieuwe wet goedgekeurd betreffende de variabele vergoeding van niet-uitvoerende bestuurders in genoteerde vennootschappen. Deze wet legt op dat de bepalingen in verband met de variabele vergoeding in de overeenkomst met de niet-uitvoerende bestuurder moeten goedgekeurd worden door de eerstvolgende gewone algemene aandeelhoudersvergadering.

7.3 Kapitaal en aandeelhouders

7.3.1 Kapitaal en aandelen

Op 31 december 2011 bedroeg het kapitaal van de Vennootschap €294.190.333,96 en was het vertegenwoordigd door 113.516.857 aandelen zonder vermelding van nominale waarde. Alle aandelen zijn gewone aandelen, opgenomen in de notering van Euronext Brussels, met uitzondering van 30 Gouden Aandelen en 94.843 Liquidatie Dispreferentie Aandelen waaraan specifieke rechten of verplichtingen zijn verbonden, zoals beschreven in de statuten en in het Corporate Governance Charter.

In 2004 heeft de Vennootschap winstbewijzen van Klasse A en Klasse B uitgegeven en opties op deze winstbewijzen. De winstbewijzen zijn uitgegeven onder voorwaarde van de uitoefening van de opties. De opties werden toegekend aan kaderleden van Telenet in het kader van een aandelenoptieplan (het "ESOP 2004"). Onder bepaalde voorwaarden kunnen de winstbewijzen omgezet worden in aandelen. Op 31 december 2011 waren er 346.025 opties van Klasse A, geen winstbewijzen van Klasse A, en geen opties van Klasse B en winstbewijzen van Klasse B meer uitstaand onder het ESOP 2004. Meer details over de uitstaande opties onder het ESOP 2004 zijn beschikbaar in Toelichting 5.11 van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

Op 27 december 2007 keurde de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders van de Vennootschap een aandelenoptieplan voor werknemers (het "ESOP 2007") goed, waarbij 3.300.000 warranten werden uitgegeven met het oog op de toekenning aan geselecteerde deelnemers onder het ESOP 2007. Elke warrant geeft het recht om in te schrijven op één nieuw aandeel onder de voorwaarden uiteengezet in de bepalingen en voorwaarden van het ESOP 2007. De raad van bestuur en het HRO comité (vanaf 2011 "Remuneratie- en Nominatiecomité" genoemd) konden de warranten toekennen aan aangewezen begunstigden gedurende een periode van drie jaar vanaf de uitgiftedatum. De warranten worden definitief verworven per kwartaal gedurende een periode van vier jaar. In 2008, 2009 en 2010 hebben het HRO comité en de raad van bestuur zeven toekenningronden georganiseerd onder het ESOP 2007, voor een totaal van respectievelijk 1.129.100 warranten in 2008, 1.484.000 warranten in 2009 en 189.900 warranten in 2010. Meer details over de uitstaande warranten onder het ESOP 2007 kan men vinden in Toelichting 5.11 van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

Op 29 mei 2008 werd een nieuw aandelenoptieplan (het "ESOP 2008") goedgekeurd, waarbij 317.000 warranten werden uitgegeven met het oog op de toekenning van deze warranten aan de CEO van de Vennootschap. Elke warrant geeft het recht om op één aandeel in te schrijven onder de voorwaarden uiteengezet in de bepalingen van het ESOP 2008. De CEO heeft deze 317.000 warranten aanvaard op 29 mei 2008 en de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders heeft 317.000 warranten onder het ESOP 2007 ingetrokken. Meer details over de uitstaande warranten onder het ESOP 2008 kan men vinden in Toelichting 5.11 van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

Op 28 mei 2009 werd een nieuw aandelenoptieplan (het "ESOP 2009") goedgekeurd, waarbij 180.000 warranten werden uitgegeven met het oog op de toekenning van deze warranten aan de CEO van de Vennootschap. Elke warrant geeft het recht om op één aandeel in te schrijven onder de voorwaarden uiteengezet in de bepalingen van het ESOP 2009. De buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders heeft 180.000 warranten onder het ESOP 2007 ingetrokken. De CEO heeft deze 180.000 warranten aanvaard op 26 juni 2009. Meer details over de uitstaande warranten onder het ESOP 2009 kan

men vinden in Toelichting 5.11 van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

Op 28 april 2010 keurde de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders een nieuw aandelenoptieplan goed (het "ESOP 2010"), waarbij 2.800.000 warranten werden uitgegeven met het oog op de toekenning aan geselecteerde deelnemers onder het ESOP 2010, met uitzondering van de CEO van de Vennootschap. Elke warrant geeft het recht om op één aandeel in te schrijven onder de voorwaarden uiteengezet in de bepalingen van het ESOP 2010. De raad van bestuur of het Remuneratie- en Nominatiecomité (voorheen het HRO comité) kunnen de warranten toekennen aan geselecteerde begunstigden gedurende een periode van drie jaar vanaf de uitgiftedatum. De warranten worden definitief verworven per kwartaal gedurende een periode van vier jaar. In 2010 hebben het HRO comité en de raad van bestuur twee toekenningronden georganiseerd onder het ESOP 2010, voor een totaal van 1.057.200 warranten. In 2011 heeft het Remuneratie- en Nominatiecomité één toekenningronde georganiseerd onder het ESOP 2010, voor een totaal van 147.500 warranten. Meer details over de uitstaande warranten onder het ESOP 2010 kan men vinden in Toelichting 5.11 van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

Op 28 april 2010 keurde de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders eveneens een specifiek aandelenoptieplan goed (het "SSOP 2010-2014"), waarbij 850.000 nieuwe opties werden uitgegeven met het oog op de toekenning van deze opties aan de CEO van de Vennootschap. Elke optie geeft het recht om een bestaand aandeel van de Vennootschap te verwerven onder de voorwaarden uiteengezet in de bepalingen van het SSOP 2010-2014. Deze opties worden definitief verworven in vier schijven (één per jaar), afhankelijk van het behalen van bepaalde prestatiecriteria. In 2010 heeft de raad van bestuur alle opties onder het SSOP 2010-2014 toegekend aan de CEO van de Vennootschap. Op 1 maart 2011 werd de eerste schijf van 250.000 opties (290.323 na de aanpassingen als gevolg van de kapitaalvermindering van 2011) onder het SSOP 2010- 2014 definitief verworven, volgend op de bevestiging door de raad van bestuur op 23 februari 2011 dat de prestatiecriteria voor 2010 effectief werden gerealiseerd. Op 1 maart 2012 werd de tweede schijf van 200.000 opties (232.258 na de aanpassingen als gevolg van de kapitaalvermindering van 2011) onder het SSOP 20102014 definitief verworven, volgend op de bevestiging door de raad van bestuur op 15 februari 2012 dat de prestatiecriteria voor 2011 effectief werden gerealiseerd. Alle opties die uitoefenbaar worden onder het SSOP 2010-2014, worden uitoefenbaar tijdens vastgestelde uitoefenperiodes na 1 januari 2014. Alle opties onder het SSOP 2010-2014 vervallen op 4 september 2017. Meer details over de uitstaande opties onder het SSOP 2010-2014 kan men vinden in Toelichting 5.11 van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

Op 29 mei 2008 keurde de buitengewone aandeelhoudersvergadering van de Vennootschap de uitgifte goed van een nieuw aandelen aankoopplan voor werknemers (het "ESPP 2011"), voor een maximaal bedrag van €23,5 miljoen. In februari 2011 bood de raad van bestuur alle werknemers van Telenet de mogelijkheid aan om nieuwe aandelen van Telenet Group Holding NV aan te kopen onder de voorwaarden van het ESPP 2011, tegen een korting van 16,67% op de gemiddelde aandelenprijs tijdens de periode van 30 dagen voorafgaand aan 20 maart 2011 en meegedeeld op 24 maart 2011. Op basis van de gemiddelde aandelenprijs van €31,65 tijdens deze periode van 30 dagen, werden de aandelen aangeboden aan het personeel tegen een inschrijvingsprijs van €26,35. De 341.168 aandelen die werden aangekocht, werden volledig verworven op het tijdstip van de transactie.

In december 2011 kende Telenet aan de leden van het Executive Team (uitgezonderd de Gedelegeerd Bestuurder) een totaal van 31.914 prestatieaandelen toe (de "Telenet Prestatieaandelen 2011"). Het prestatiecriterium van toepassing op de Telenet Prestatieaandelen 2011 is het behalen van een samengestelde jaarlijkse groei voor operationele vrije kasstroom, waarbij de operationele vrije kasstroom van 2010 wordt vergeleken met de operationele vrije kasstroom van 2013. Het bereiken van 75% tot 150% van de beoogde samengestelde jaarlijkse groei voor operationele vrije kasstroom zou er in het algemeen toe leiden dat de begunstigden 50% tot 150% van hun Telenet Prestatieaandelen 2011 verwerven, rekening houdend met vermindering of verval gebaseerd op individuele prestatie- en dienstvereisten. De verdiende Telenet Prestatieaandelen 2011 zullen definitief verworven worden op 6 december 2014. Meer details over de uitstaande Telenet Prestatieaandelen 2011 kan men vinden in Toelichting 5.11 van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

7.3.2 Evolutie van het kapitaal van Telenet Group Holding NV

De volgende kapitaalbewegingen vonden plaats in 2011:

  • d Op 12 april 2011 werd het kapitaal verhoogd met €2.617.885,60 door de uitoefening van 298.629 ESOP 2007 warranten en 70.498 ESOP 2010 warranten, waarbij 369.127 nieuwe gewone aandelen werden gecreëerd. Een bedrag van €2.978.460,53 werd geboekt als uitgiftepremie. Tegelijkertijd werden 36.709 Winstbewijzen van Klasse B omgezet in 36.709 gewone aandelen, wat het kapitaal van de Vennootschap verhoogde met €205.203,31, waardoor het kapitaal van de Vennootschap werd gebracht op €800.172.762,39 en het totale aantal aandelen op 112.833.876.
  • d Op 27 april 2011 werd het kapitaal als gevolg van het ESPP 2011 verhoogd met €2.419.426,99, waarbij 341.168 nieuwe aandelen werden gecreëerd, waardoor het kapitaal van de Vennootschap werd gebracht op €802.592.189,38 en het totale aantal aandelen op 113.175.044.
  • d Op 27 april 2011 werd het kapitaal verminderd met €509.287.698,00, waardoor het kapitaal werd teruggebracht tot €293.304.491,38, zonder vernietiging van aandelen.
  • d Op 12 oktober 2011 werd het kapitaal verhoogd met €677.356,13 door de uitoefening van 201.457 ESOP 2007 warranten en 59.909 ESOP 2010 warranten, waarbij 261.366 nieuwe gewone aandelen werden gecreëerd, waardoor het kapitaal van de Vennootschap werd gebracht op €293.981.847,51 en het totale aantal aandelen op 113.436.410. Een bedrag van €2.972.353,66 werd geboekt als uitgiftepremie.
  • d Op 22 december 2011 werd het kapitaal verhoogd met €208.486,45 door de uitoefening van 57.754 ESOP 2007 warranten en 22.693 ESOP 2010 warranten, waarbij 80.447 nieuwe gewone aandelen werden gecreëerd, waardoor het kapitaal van de Vennootschap werd gebracht op €294.190.333,96 en het totale aantal aandelen op 113.516.857. Een bedrag van €980.592,13 werd geboekt als uitgiftepremie.

7.3.3 Aandeelhouders

BELANGRIJKE BEWEGINGEN IN AANDELENPARTICIPATIES

Transparantiemeldingen

In de loop van 2011 ontving de Vennootschap de volgende transparantiemeldingen:

  • d Op 4 april 2011 ontving de Vennootschap een transparantiemelding van BNP Paribas Investment Partners SA, waarin wordt gemeld dat op 29 maart 2011, BNP Paribas Investment Partners SA 5,05% van de uitstaande stemrechtverlenende effecten aanhield.
  • d Op 10 mei 2011 ontving de Vennootschap een transparantiemelding van BNP Paribas Investment Partners SA, waarin wordt gemeld dat op 6 mei 2011, BNP Paribas Investment Partners SA 4,97% van de uitstaande stemrechtverlenende effecten aanhield.
  • d Op 7 juli 2011 ontving de Vennootschap een transparantiemelding van BNP Paribas Investment Partners SA, waarin wordt gemeld dat op 30 juni 2011, BNP Paribas Investment Partners SA 5,00% van de uitstaande stemrechtverlenende effecten aanhield.
  • d Op 14 juli 2011 ontving de Vennootschap een transparantiemelding van BNP Paribas Investment Partners SA, waarin wordt gemeld dat op 11 juli 2011, BNP Paribas Investment Partners SA 4,94% van de uitstaande stemrechtverlenende effecten aanhield.
  • d Op 4 november 2011 ontving de Vennootschap een transparantiemelding van AXA SA, waarin wordt gemeld dat op 2 november 2011, AXA SA 2,95% van de uitstaande stemrechtverlenende effecten aanhield.

Op 3 februari 2012 ontving de Vennootschap een transparantiemelding van AXA SA, waarin werd gemeld dat op 1 februari 2012, AXA SA 3,11% van de uitstaande stemrechtverlenende effecten aanhield.

Op 18 september 2007 ontving de Vennootschap een kennisgeving vanwege LGI Ventures B.V. en van met haar in onderling overleg handelende vennootschappen overeenkomstig artikel 74, §7 van de Wet van 1 april 2007 op de openbare overnamebiedingen, waarin LGI Ventures B.V. meedeelde een belang aan te houden in Telenet Group Holding NV dat 30% van het totaal aandelenkapitaal overstijgt. Op 28 augustus 2008, op 27 augustus 2009, op 31 augustus 2010 en op 29 augustus 2011 ontving de Vennootschap een update van deze melding.

Al deze meldingen kunnen geraadpleegd worden op de investor relations website van de Vennootschap: http:// investors.telenet.be.

Aandelen Inkoopprogramma 2011

Op 9 augustus 2011 kondigde de vennootschap de start van een aandelen inkoopprogramma aan (het "Aandelen Inkoopprogramma 2011"). Onder dit programma mag de raad van bestuur van tijd tot tijd gewone aandelen van de Vennootschap verwerven, voor maximum 1.000.000 aandelen binnen een periode van 9 maanden vanaf de datum van goedkeuring van het programma door de raad van bestuur. Deze inkopen van aandelen vinden plaats onder de voorwaarden zoals goedgekeurd door de buitengewone algemene vergadering van 28 mei 2009. Telenet heeft een tussenpersoon aangesteld om de Telenet aandelen voor haar in te kopen. Alle ingekochte aandelen zullen door de Vennootschap aangehouden worden om de verplichtingen van de Vennootschap onder bestaande aandelenoptieplannen na te komen. Zolang ze in het bezit van de Vennootschap blijven, zal het dividendrecht op deze aandelen geschorst worden.

Onder dit programma maakte de Vennootschap verschillende inkopen bekend, op 22 augustus 2011, 3 oktober 2011, 12 oktober 2011 en op 5 december 2011.

Tot en met 31 december 2011 had de Vennootschap 220.352 eigen aandelen verworven voor een totaal bedrag van €5,8 miljoen, hetzij 0,19% van het totale aantal uitstaande aandelen op dat moment en een fractiewaarde vertegenwoordigend van €570.711,68.

Aandelen Inkoopprogramma 2012

Op 16 februari 2012 kondigde de vennootschap de start van een tweede aandelen inkoopprogramma aan vanaf 20 februari 2012 (het "Aandelen Inkoopprogramma 2012"). Onder dit programma mag de raad van bestuur van tijd tot tijd uitstaande gewone aandelen van de Vennootschap verwerven, voor maximum 3.000.000 aandelen en een maximum bedrag van €50 miljoen, binnen een periode van 6 maanden na 20 februari 2012. Alle ingekochte aandelen zullen vernietigd worden door de Vennootschap.

Dit Aandelen Inkoopprogramma 2012 vervangt het Aandelen Inkoopprogamma 2011, dat bepaalde maximum prijslimieten bevatte, die op vandaag niet langer relevant zijn gezien de gewijzigde marktomstandigheden.

De huidige status van het Aandelen Inkoopprogramma 2012 kan u vinden op de investor relations website van de Vennootschap: http://investors.telenet.be.

Aandeelhoudersstructuur

Op 31 december 2011 was de aandeelhoudersstructuur van de Vennootschap de volgende:

Aandeelhouders Aantal
aandelen
Percen
tage
Opties
op
Winst
bewijzen
War
rants
Totaal
(volledig
verwa
terd)
Percen
tage
(volledig
verwa
terd)
Binan Investments B.V. 56.844.400 50,08% 56.844.400 47,63%
(Liberty Global Inc.) (*)
BNP Paribas Investment 5.592.018 4,93% 5.592.018 4,69%
Partners SA
Norges Bank 5.059.301 4,46% 5.059.301 4,24%
AXA S.A. 3.342.592 2,94% 3.342.592 2,80%
Werknemers 361.318 0,32% 346.025 5.479.559 6.186.902 5,18%
Eigen aandelen 220.352 0,19% 220.352 0,18%
Publiek (**) 42.096.876 37,08% 42.096.876 35,27%
TOTAAL 113.516.857 100,00% 346.025 5.479.559 119.342.441 100,00%

(*) Hierin zijn 94.827 Liquidatie Dispreferentie Aandelen inbegrepen

(**) Hierin zijn 16 Liquidatie Dispreferentie Aandelen inbegrepen aangehouden door Interkabel Vlaanderen CVBA en 30 Gouden Aandelen aangehouden door de financieringsintercommunales

RELATIE MET EN TUSSEN DE AANDEELHOUDERS

De Vennootschap heeft geen weet van enige overeenkomst tussen aandeelhouders.

7.3.4 Algemene vergadering van aandeelhouders

De jaarlijkse gewone algemene vergadering vindt in overeenstemming met de statuten van de Vennootschap plaats op de laatste woensdag van de maand april, te weten op 25 april 2012, om 15.00 uur.

De regels voor de bijeenroeping, de deelname, het verloop van de vergadering, de uitoefening van het stemrecht en andere details zijn opgenomen in de statuten van de Vennootschap en in het Corporate Governance Charter, die beschikbaar zijn op de investor relations website van de Vennootschap (http://investors.telenet.be).

7.3.5 Geconsolideerde informatie met betrekking tot de elementen voorgeschreven door artikel 34 van het Koninklijk Besluit van 14 november 2007

Artikel 34 van het Koninklijk Besluit van 14 november 2007 schrijft voor dat beursgenoteerde vennootschappen relevante informatie moeten bekendmaken die een impact kan hebben in het geval van een openbaar overnamebod. De raad van bestuur geeft hierbij de volgende verklaringen met betrekking tot de elementen die bedoeld worden door deze regelgeving:

  • d Een volledig overzicht van de kapitaalstructuur van de Vennootschap is opgenomen in Toelichting 5.11 van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.
  • d Beperkingen op de overdracht van aandelen gelden enkel voor de 30 Gouden Aandelen.

  • d Belangrijke aandelenparticipaties van derden die de door de wet en de statuten voorgeschreven drempels overschrijden, zijn opgenomen in Sectie 7.3.3 van deze Verklaring.

  • d Op 31 december 2011 waren er 94.843 Liquidatie Dispreferentie Aandelen en 30 Gouden Aandelen van de Vennootschap uitstaande. De Liquidatie Dispreferentie Aandelen kunnen omgezet worden in gewone aandelen aan een ratio van 1,04 tegen 1,00.
  • d De Gouden Aandelen verlenen bepaalde rechten aan de financieringsintercommunales (die samen deze 30 Gouden Aandelen bezitten) met betrekking tot het waarborgen van het algemeen (publiek) belang, zoals verder beschreven in de statuten en in het Corporate Governance Charter van de Vennootschap.
  • d De aandelenoptie- en warrantplannen en aandelen aankoopplannen zijn beschreven in Toelichting 5.11 van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap. De warrantplannen van 2007, 2008, 2009 en 2010 voorzien dat alle uitstaande warranten (indien toegekend aan geselecteerde begunstigden) onmiddellijk verkregen worden ingeval van een wijziging in de controle over de Vennootschap. Het specifieke aandelenoptieplan 2010- 2014 voorziet dat alle opties onder dit plan onmiddellijk uitoefenbaar worden ingeval van een wijziging van de controle over de Vennootschap of een schrapping van de notering en verhandeling van de aandelen van de Vennootschap op een gereglementeerde markt. Al deze bepalingen werden goedgekeurd door de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders overeenkomstig artikel 556 van het Wetboek van vennootschappen.
  • d De Vennootschap is niet op de hoogte van enige overeenkomsten tussen aandeelhouders die de overdracht van aandelen of de uitoefening van het stemrecht kunnen beperken.
  • d Bestuurders worden verkozen of ontslagen bij meerderheid van stemmen op de jaarlijkse gewone algemene vergadering van aandeelhouders. Iedere wijziging van de statuten moet door de raad van bestuur voorgelegd worden aan de algemene vergadering ter goedkeuring. Voor wijzigingen van de statuten moet de algemene vergadering voldoen aan de aanwezigheids- en meerderheidsvereisten zoals voorgeschreven in de statuten en in het Wetboek van Vennootschappen.

  • d De raad van bestuur is gemachtigd door de algemene vergadering van aandeelhouders van 28 mei 2009 om eigen aandelen van de Vennootschap in te kopen onder bepaalde voorwaarden. Deze machtiging is geldig gedurende 5 jaar, d.i. tot 28 mei 2014.

  • d Bepaalde regelingen in de financieringsovereenkomsten van de Vennootschap treden in werking of worden beëindigd in geval van een wijziging van controle over de Vennootschap (bijvoorbeeld in geval van een publiek overnamebod). De relevante bepalingen werden goedgekeurd door de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders in overeenstemming met artikel 556 van het Wetboek van Vennootschappen.
  • d De Full-MVNO overeenkomst tussen Telenet NV en Mobistar NV bevat eveneens bepalingen in verband met een wijziging van controle over de Vennootschap. De relevante bepalingen werden goedgekeurd door de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders in overeenstemming met artikel 556 van het Wetboek van Vennootschappen.
  • d Het Telenet Prestatieaandelen Plan 2011 afgesloten tussen Telenet NV en de leden van het Executive Team bevat eveneens bepalingen in verband met een wijziging van controle. De relevante bepalingen zullen voorgelegd worden ter goedkeuring aan de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders in overeenstemming met artikel 556 van het Wetboek van Vennootschappen.
  • d Verder is de Vennootschap geen partij bij een belangrijke overeenkomst die in werking zou treden, gewijzigd zou worden en/of beëindigd zou worden in geval van een wijziging van controle over de Vennootschap na een publiek overnamebod. De Vennootschap merkt wel op dat bepaalde operationele overeenkomsten bepalingen in verband met een wijziging van controle bevatten, die de contracterende partij het recht geven om, onder bepaalde omstandigheden, de overeenkomst te beëindigen zonder schadevergoeding.
  • d Met uitzondering van de bepalingen in verband met warranten en opties zoals hierboven uiteengezet, heeft de Vennootschap geen enkele overeenkomst met haar bestuurders of werknemers gesloten die bijzondere opzegvergoedingen toestaan wanneer arbeidsovereenkomsten beëindigd zouden worden naar aanleiding van een publiek overnamebod.

7.4 Interne controle en risiscobeheersystemen

7.4.1 Algemeen

De Telenet groep is blootgesteld aan diverse risico's binnen de context van haar normale handelsactiviteiten, die een negatieve invloed van materieel belang zouden kunnen hebben op de activiteiten, vooruitzichten, resultaten van activiteiten en financiële toestand. Daarom is controle over deze risico's zeer belangrijk voor het bestuur van de Vennootschap. Om haar groei te ondersteunen en het management en het Auditcomité te helpen om te gaan met de uitdagingen waaraan de Vennootschap wordt blootgesteld, heeft de Vennootschap een interne controleen risico- beheersysteem opgezet voor de Telenet groep. De bedoeling van dit interne controle- en risico- beheersysteem is om de Vennootschap toe te laten haar doelstellingen te verwezenlijken. De belangrijkste onderdelen van dit systeem worden beschreven in deze sectie.

7.4.2 Onderdelen van de interne controle en risico beheer systemen

De raad van bestuur heeft de missie, de strategie en de waarden van de Vennootschap vastgesteld (zie ook Sectie 1 Informatie over het bedrijf bij de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap). Het algemene risicoprofiel van de Vennootschap en de mate waarin risico's getolereerd worden, worden besproken op het niveau van de raad van bestuur en het auditcomité.

De interne audit functie van de Vennootschap is uitbesteed aan een externe audit firma, die optreedt als "interne auditor" van de Vennootschap en haar dochtervennootschappen voor een periode van drie jaar. De interne auditor rapporteert niet alleen over problemen, maar voorziet de Vennootschap ook van informatie over de effectiviteit van de controles, formuleert aanbevelingen en ondersteunt het opstarten van actieplannen voor punten die verbetering vereisen.

De interne controle afdeling is gefocust op controlemaatregelen die de integriteit van de financiële rapportering waarborgen, het bewaken van de inkomstenstroom en het afdekken van risico's met betrekking tot fraude. Er werden specifieke teams opgezet om activiteiten in andere risicogebieden te overzien, te coördineren en te vergemakkelijken (bv. gezondheid & veiligheid, bedrijfscontinuïteit en informatiebeveiliging).

Het auditcomité ziet toe op de effectiviteit van het interne controle- en risicobeheersysteem van de Vennootschap, en herbekijkt dit ieder jaar.

Liberty Global Consortium Inc. ("LGI"), waarvan Telenet een dochtervennootschap is, is onderworpen aan de Amerikaanse Sarbanes-Oxley Wet van 2002 ("SOX"). De Vennootschap maakt deel uit van LGI's beoordeling van interne controle over financiële rapportering ("ICoFR") sinds 2008, en heeft sindsdien geen enkele materiële tekortkoming gemeld. De SOX wetgeving bewaakt in hoofdzaak risico's die relevant zijn voor financiële rapportering. Het toepassingsgebied voor interne audit is ruimer, en beoogt ook andere doelstellingen in het "COSO" raamwerk (Committee of Sponsoring Organizations of the Treadway Commission), zoals voldoen aan regels en wetgevingen, efficiëntie en effectiviteit van activiteiten.

Controleomgeving

Gedurende de laatste jaren werden heel wat initiatieven genomen om de interne controleomgeving te verbeteren, zoals een Dealing Code, een Code of Conduct voor het Executive en Senior management, een Corporate Governance Charter (consulteerbaar op de investor relations website investors.telenet.be), regels betreffende bevoegdheidsdelegaties en een selectie- en performantie evaluatiesysteem voor werknemers.

Onder invloed van de SOX wetgeving werden nog een aantal bijkomende elementen toegevoegd. Zo werd in december 2008 de klokkenluiderprocedure ingevoerd. Dit mechanisme laat de werknemers van de Vennootschap toe om hun bezorgdheden over mogelijke onjuistheden in boekhouding, interne controle of audit aangelegenheden op vertrouwelijke wijze te uiten via een telefoonlijn of een website waar ze deze kunnen rapporteren. Alle klachten die ontvangen worden via de telefoonlijn of de website worden behandeld door de Compliance Officer van de Vennootschap en de voorzitter van het auditcomité.

De boekhoudkundige principes toegepast door de Vennootschap, en iedere wijziging hieraan, worden voorgelegd aan het auditcomité en goedgekeurd door de raad van bestuur.

Risicobeoordeling

In het kader van het naleven van de SOX wetgeving, wordt het toepassingsgebied met het oog op ICoFR meerdere malen per jaar geëvalueerd door LGI, om aldus vast te stellen of bijkomende risico's of controles bij de Vennootschap geëvalueerd en beoordeeld moeten worden. Bijkomend wordt, bij iedere wijziging in producten, diensten, processen en systemen, de impact op het bredere controle-raamwerk van de Vennootschap formeel onderzocht door het management en waar nodig gepaste actie ondernomen.

In het domein van het bewaken van de inkomstenstroom werd een gestructureerd risicobeheersysteem opgezet op basis van een formeel risico-onderzoek.

In december 2011 heeft de interne auditor van de Vennootschap de maturiteit van het risicobeheer voor alle risicodomeinen en de invoering van het risico beheersysteem onderzocht. De bevindingen en voorgestelde actieplannen werden voorgelegd aan het auditcomité en de raad van bestuur, die besloten heeft om de voorgestelde actieplannen uit te voeren met het oog op de verdere optimalisatie van (de maturiteit van) het controleraamwerk van de Vennootschap.

Controleactiviteiten

LGI heeft een raamwerk opgezet voor de evaluatie en de analyse van ICoFR. Hierin worden op niveau van de entiteit, op transactie- en procesniveau de componenten van het COSO model evenals relevante informatie technologie componenten opgenomen. De Vennootschap heeft zijn controlemaatregelen voor financiële rapportering afgestemd op dit model.

De controlemaatregelen voor financiële rapportering zijn formeel gedocumenteerd in een Governance, Risk & Compliance toepassing. De Vennootschap heeft eveneens een toepassing geïmplementeerd genaamd TRACE ("Track and Assure Control Execution"), die de verantwoordelijken voor de controle informatie bezorgt over alle controlemaatregelen gerelateerd aan financiële rapportering en hun bijhorende taken en die door middel van workflow technieken de tijdige uitvoering van de controles aanstuurt en waarborgt.

Voor de andere risicodomeinen, heeft iedere afdeling specifieke controleprocedures uitgewerkt die de risico's in hun domein afdekken.

Informatie en communicatie

De Vennootschap heeft een data warehouse en rapporteringplatform opgezet, waarin alle soorten van relevante transactionele data worden verzameld. Het business intelligence competence center van de Telenet Groep voorziet het Executive team van periodieke en ad hoc operationele en management rapporteringen op basis van deze informatie.

De Vennootschap beschikt eveneens over een centrale databank met daarin een beschrijving van alle tekortkomingen met betrekking tot interne controle en de actieplannen hieraan verbonden om op die manier een tijdige oplossing te verzekeren. Op maandelijkse basis worden alle tekortkomingen gerapporteerd aan het management voor een status update.

Op kwartaalbasis rapporteert de interne controle afdeling aan het Executive Team en aan het auditcomité over de volledigheid en tijdigheid van het oplossen van de tekortkomingen.

Toezicht

Er bestaat een formeel toezichtproces op de controlemaatregelen voor financiële rapportering: op kwartaalbasis wordt het ontwerp en de effectiviteit van de controles door het management zelf beoordeeld, op kwartaalbasis wordt deze beoordeling gevalideerd door de interne controle afdeling en op jaarlijkse basis doorloopt de Vennootschap een directe testcyclus door de "Internal Audit" en "Group Compliance" afdeling van LGI.

Voor sommige specifieke risicodomeinen (bv. het bewaken van de inkomstenstroom) is er ook een tweedelijns toezicht.

Bovendien wordt er ieder jaar een audit plan voorgesteld door de interne auditor, dat focust op risico's in alle risicodomeinen. Dit interne audit plan wordt opgesteld aan de hand van een onderzoek bij alle leden van het Executive Team en op basis van punten aangehaald door het auditcomité, de raad van bestuur of de interne auditor zelf.

Garantie

Hoewel de hierboven beschreven maatregelen ontworpen zijn om zoveel als mogelijk de risico's te beperken die eigen zijn aan de handelsactiviteiten en de werking van de Vennootschap, voorziet de vaststelling van het risico beheersysteem en het opzetten van de controlesystemen redelijke maar geen absolute zekerheid dat geen van deze risico's zich effectief zal materialiseren.

7.4.3 Belangrijkste risico's

Voor een overzicht van de belangrijkste risico's waaraan de Vennootschap is blootgesteld, zie Sectie 3 Risicofactoren bij de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

Voor een overzicht van de belangrijkste financiële risico's waaraan de Vennootschap is blootgesteld en de manier waarop de Vennootschap omgaat met deze risico's, zie toelichting 5.3 Risicobeheer van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

7.5 RAAD VAN BESTUUR

7.5.1 Samenstelling

a) Algemeen

Op 31 december 2011 was de raad van bestuur samengesteld uit 14 leden. Met uitzondering van de Gedelegeerd Bestuurder (CEO) zijn alle bestuurders niet-uitvoerende bestuurders.

Er zijn vijf onafhankelijke bestuurders in de zin van artikel 526ter van het Wetboek van vennootschappen, de Corporate Governance Code en de statuten van de Vennootschap: de heer Frank Donck, de heer Alex Brabers, de heer Friso van Oranje-Nassau, De Wilde J. Management BVBA (met als vaste vertegenwoordiger de heer Julien De Wilde) en Cytifinance NV (met als vaste vertegenwoordiger de heer Michel Delloye).

Deze bestuurders (evenals hun vaste vertegenwoordigers) worden geacht onafhankelijke bestuurders te zijn, aangezien zij allen voldoen aan de onafhankelijkheidsvereisten zoals bepaald in de statuten van de Vennootschap en in artikel 526ter van het Wetboek van vennootschappen.

Daarenboven werden ook in Telenet NV, een directe dochtervennootschap van de Vennootschap, vijf onafhankelijke bestuurders benoemd in de zin van artikel 526ter van het Wetboek van vennootschappen en de Corporate Governance Code: de heer Frank Donck, de heer Alex Brabers, Abaxon BVBA (met als vaste vertegenwoordiger de heer Guido De Keersmaecker), JRoos BVBA (met als vaste vertegenwoordiger de heer Jozef Roos) en de heer Michel

Allé. De overige bestuurders van Telenet NV zijn dezelfde als die van Telenet Group Holding NV.

Met ingang op 30 december 2011 heeft de heer Shane O'Neill ontslag genomen als bestuurder van de Vennootschap en van haar directe dochtervennootschappen.

De raad van bestuur van de Vennootschap is er zich van bewust dat de heer Friso van Oranje-Nassau vermoedelijk voor langere tijd de vergaderingen van de raad van bestuur niet zal kunnen bijwonen. Gezien de huidige omstandigheden, heeft de raad van bestuur er echter voor geopteerd om geen wijzigingen aan zijn mandaat als bestuurder van de Vennootschap aan te brengen.

De mandaten van de heer Duco Sickinghe, de heer André Sarens, de heer Charles Bracken en Cytifinance NV (met als vaste vertegenwoordiger de heer Michel Delloye) als bestuurder van Telenet Group Holding NV vervallen op de jaarlijkse algemene vergadering van aandeelhouders in 2012. Alle andere mandaten van de bestuurders van de Telenet Group Holding NV vervallen op de jaarlijkse algemene vergadering van aandeelhouders in 2015, met uitzondering van de mandaten van de heer Frank Donck, de heer Alex Brabers, de heer Friso van Oranje-Nassau en De Wilde J. Management BVBA (met als vaste vertegenwoordiger de heer Julien De Wilde), die vervallen op de jaarlijkse algemene vergadering van aandeelhouders in 2014. De heer Duco Sickinghe en de heer Charles Bracken zullen voorgedragen worden voor herbenoeming als bestuurder van de Vennootschap. Cytindus NV (met als vaste vertegenwoordiger de heer Michel Delloye) zal eveneens voorgedragen worden voor benoeming als bestuurder van de vennootschap. De heer Niall Curran zal ontslag nemen als bestuurder van de Vennootschap en mevrouw Angela McMullen zal voorgedragen worden voor benoeming als bestuurder van de Vennootschap. De heer André Sarens zal niet voorgedragen worden voor herbenoeming, maar zal benoemd worden als "waarnemer" van de raad van bestuur.

Op niveau van de raad van bestuur van Telenet NV, zullen de heer Duco Sickinghe en de heer Charles Bracken voorgedragen worden voor herbenoeming als bestuurder. Alle andere bestuurders zullen vrijwillig ontslag nemen, met uitzondering van mevrouw Ruth Pirie, de heer Jim Ryan en de heer Frank Donck.

De raad van bestuur van Telenet Vlaanderen NV bestaat op heden uit 6 leden, te weten de heer Charles Bracken, mevrouw Ruth Pirie, de heer Balan Nair, de heer Frank

Donck (voorzitter), de heer Duco Sickinghe en één bijkomende bestuurder, benoemd op voordracht van Interkabel Vlaanderen CVBA, mevrouw Leen Verbist. Op 25 april 2012 zullen de heer Charles Bracken, de heer Duco Sickinghe en mevrouw Leen Verbist voorgedragen worden voor herbenoeming als bestuurder en zal de heer Jim Ryan voorgedragen worden voor benoeming als bijkomende bestuurder van Telenet Vlaanderen NV.

De bestuurders zijn benoemd voor een periode van maximum 4 jaar. In principe eindigt het mandaat van de bestuurders op de datum van de jaarlijkse algemene vergadering van aandeelhouders waarop hun mandaat vervalt. De bestuurders zijn herbenoembaar. De algemene vergadering van aandeelhouders kan bestuurders op elk ogenblik ontslaan.

Als het mandaat van een bestuurder vacant wordt, kan de raad van bestuur de vacante plaats tijdelijk invullen, in overeenstemming met de regels inzake voordracht. Tijdens de eerstvolgende algemene vergadering van aandeelhouders zullen de aandeelhouders beslissen over de definitieve benoeming, in principe voor de resterende looptijd van het mandaat van de bestuurder die hij vervangt. Uitgezonderd in bijzondere, gemotiveerde gevallen, zal

het mandaat van bestuurders eindigen tijdens de eerste algemene vergadering van aandeelhouders nadat ze de leeftijd van 70 jaar bereikt hebben.

Op 31 december 2011 zijn de raden van bestuur van de Vennootschap en van Telenet NV samengesteld als volgt:

Naam Functie Voorgedragen
door
Bestuur
der Tele
net Group
Holding
NV
Be
stuur
der Te-
lenet
NV
Frank Donck Managing Director 3D NV Onafhankelijk
bestuurder
VZ VZ
Alex Brabers Executive Vice President Technology, GIMV Onafhankelijk
bestuurder
d d
Michel Delloye
(Cytifinance NV)
Bestuurder van vennootschappen Onafhankelijk
bestuurder
d
Julien De Wilde
(De Wilde J. Management
BVBA)
Bestuurder van vennootschappen Onafhankelijk
bestuurder
d
Friso van Oranje-Nassau Bestuurder van vennootschappen Onafhankelijk
bestuurder
d
André Sarens Grid Participations Manager Electrabel d d
Duco Sickinghe Chief Executive Officer & Managing Director
Telenet
d d
Charles H. Bracken Executive Vice President & Co-Chief Financial
Officer (Principal Financial Officer) van Liberty
Global, Inc.
Liberty Global
Consortium
d d
Diederik Karsten Executive Vice President, European Broadband
Operations van Liberty Global, Inc.
Liberty Global
Consortium
d d
Balan Nair Executive Vice President & Chief Technology
Officer Liberty Global Inc.
Liberty Global
Consortium
d d
Manuel Kohnstamm Managing Director Public Policy &
Communications UPC Corporate
Liberty Global
Consortium
d d
Niall Curran Acting President & Chief Operating Officer
Chellomedia BV
Liberty Global
Consortium
d d
Ruth Pirie CFO Liberty Global Europe Holding Liberty Global d d
Jim Ryan Senior Vice President & Chief Strategy Officer
van Liberty Global, Inc.
Liberty Global d d
Guido De Keersmaecker
(Abaxon BVBA)
Bestuurder van vennootschappen Onafhankelijk
bestuurder
d
Jozef Roos (JROOS BVBA) Voorzitter van de Katholieke Universiteit Leuven Onafhankelijk
bestuurder
d
Michel Allé Chief Financial Officer SNCB Holding Onafhankelijk
bestuurder
d

De heer Dieter Nieuwdorp, VP Corporate Counsel van Telenet, treedt op als secretaris van de raad van bestuur en zijn comités.

b) Diversiteit

De Vennootschap streeft naar verscheidenheid binnen de raad van bestuur, door een gezond evenwicht te creëren tussen uitvoerende bestuurders, niet-uitvoerende bestuurders en onafhankelijke bestuurders, hun diverse competenties en ervaring, hun leeftijd en nationaliteit en hun specifieke kennis van de telecommunicatie- en mediasector.

De raad van bestuur heeft momenteel 1 vrouwelijk lid (mevrouw Ruth Pirie). Het is de bedoeling van de Vennootschap om in de nabije toekomst een meer evenwichtige vertegenwoordiging van beide geslachten in de raad van bestuur te creëren. Een eerste stap hiertoe is het voorstel om mevrouw Angela McMullen voor te dragen voor benoeming tot bestuurder van de Vennootschap. In overeenstemming met de nieuwe wetgeving in dit verband, verwacht Telenet ten laatste tegen het einde van 2016 te komen tot een samenstelling van de raad van bestuur, waarbij tenminste één derde van de leden van de raad van bestuur van het andere geslacht is dan dat van de andere leden van de raad van bestuur.

c) Biografieën van de bestuurders

De volgende paragrafen geven biografische informatie over de leden van de raad van bestuur van de Vennootschap, inclusief informatie over andere bestuursmandaten die door deze leden worden aangehouden.

Frank Donck, Voorzitter van de raad van bestuur en onafhankelijke bestuurder (°1965)

Frank Donck is bestuurder en voorzitter van de raad van bestuur van de Vennootschap sinds augustus 2002 respectievelijk december 2004. De heer Donck is ook bestuurder van diverse andere vennootschappen, waarvan de meeste in private handen zijn. Zijn belangrijkste bestuursmandaat is 3D NV, waar hij Managing Director is sinds 1992. Hij is ook voorzitter van de raad van bestuur van Atenor Group NV, en onder meer lid van de raden van bestuur van KBC Group NV en Zenitel NV. De heer Donck studeerde aan de Universiteit van Gent waar hij een Master in de rechten behaalde en aan de Vlerick

Management School van de Universiteit Gent waar hij een Master in financiën behaalde. Frank Donck is ook een lid van de Belgische Commissie voor Corporate Governance.

Duco Sickinghe, Chief Executive Officer en Uitvoerende bestuurder (°1958)

Voor de biografie van de heer Sickinghe verwijzen we naar sectie 7.6 c) van deze Verklaring.

Alex Brabers, onafhankelijke bestuurder (°1965)

Alex Brabers is bestuurder bij de Vennootschap sinds 2002. De heer Brabers is Executive Vice President Technology bij GIMV, een Belgische investeringsvennootschap die gedeeltelijk eigendom is van de Vlaamse overheid. De heer Brabers begon zijn carrière bij GIMV als Investment Manager in 1990. Bij GIMV is Alex Brabers verantwoordelijk voor internationale investeringen van durfkapitaal in de sector van informatie- en communicatietechnologie. Hij bekleedt functies in de raden van bestuur van verschillende bedrijven waarin GIMV geïnvesteerd heeft.

Charles Bracken, bestuurder (°1966)

Charles Bracken is bestuurder bij de Vennootschap sinds juli 2005. De heer Bracken is Executive Vice President en Co-Chief Financial Officer bij LGI, functies die hij bekleedt sinds respectievelijk januari 2012 en juni 2005, met verantwoordelijkheid voor Group treasury, belasting- en financiële planning. Voordien was hij Senior Executive President van april 2005 tot januari 2012. Bovendien is de heer Bracken lid van de raad van bestuur van Liberty Global Europe Holding B.V. en directeur en/of bestuurder van diverse dochterondernemingen van LGI in Europa en de V.S. Charles Bracken is afgestudeerd aan de universiteit van Cambridge.

Niall Curran, bestuurder (°1964)

Als Chief Operating Officer (COO) van Chellomedia B.V., de Europese contentafdeling van LGI, houdt de heer Curran toezicht op alle activiteiten en business units. Dit betekent onder meer dat hij verantwoordelijk is voor de prestaties en het ontwikkelen van de basiskanalen van de betaaltelevisie, premium content en content op aanvraag die via de kabel verdeeld wordt, DTH, IPTV en mobiele platformen alsook webinhoud en interactieve tv-diensten. De heer Curran vervoegde een voorganger van Liberty

Global Europe Holding B.V. in 2000, en hij werkte toen aan de operationele herstructurering tijdens de reorganisatie van UPC. Hij nam de leiding van de media-afdeling in 2002 en was verantwoordelijk voor het productbeheer van het Europese breedbandinternet van de groep. In 2003 werd hij benoemd tot COO. Niall Curran haalde een wetenschappelijk Bachelor diploma in de Fysica aan de universiteit van Manchester.

Diederik Karsten, bestuurder (°1956)

Diederik Karsten werd de Uitvoerende Bestuurder van de Europese Breedband Operaties van de UPC breedband divisie, de grootste afdeling van LGI, op 1 januari 2011, en werd recent benoemd tot Executive Vice President van de Europese Breedband Operaties van Liberty Global, Inc. Daarvoor was hij CEO van UPC Nederland B.V., een dochteronderneming van LGI, en deel uitmakend van de UPC breedband afdeling. Diederik Karsten heeft een diploma in zakelijke economie van de Erasmus Universiteit Rotterdam, met specialisaties in Marketing en Boekhouden.

Manuel Kohnstamm, bestuurder (°1962)

De heer Kohnstamm werkt al sinds 2000 bij Liberty Global Europe Holding B.V. en hun voorgangers en heeft verschillende functies betrokken in corporate affairs, public policy en communicatie. Momenteel is hij verantwoordelijk voor overheidszaken, externe relaties en communicatie voor LGI in Europa, gevestigd in Amsterdam en Brussel. Hij is lid van de raad van bestuur van VECAI, de Vereniging van Nederlandse Kabelbedrijven, de European Cable Communications Association en International Communications Round Table. Manuel Kohnstamm is ook voorzitter van Cable Europe.

Ruth Pirie, bestuurder (°1969)

Ruth Pirie is de Chief Financial Officer van Liberty Global Europe Holding B.V., een dochtervennootschap van LGI, sinds juni 2005. Van maart 2004 tot juni 2005 was mevrouw Pirie Co-Principal Accounting Officer van UnitedGlobalCom Inc., toen genoteerd op de Amerikaanse beurs. Daarvoor bekleedde mevrouw Pirie verschillende financiële en boekhoudkundige functies, waaronder Principal Accounting Officer, bij Liberty Global Europe Holding B.V. en zijn voorgangers sinds februari 2000. Ruth Pirie begon haar loopbaan als bedrijfsrevisor; ze werkte 5 jaar in een geregistreerd revisorenkantoor waar ze de

positie van Senior Audit Manager bereikte. In die periode vervolledigde ze haar boekhouderopleiding en werd ze Lid van de Chartered Association of Certified Accountants in 1993.

Jim Ryan, bestuurder (°1965)

Jim Ryan werkt sinds 2000 bij Liberty Global Europe Holding B.V. en zijn voorgangers. Hij is momenteel Senior Vice President en Chief Strategy Officer en is verantwoordelijk voor corporate development en strategie met focus op M&A, strategische planning en groepsstrategie voor de vestigingen van LGI. Sinds juni 2005 is Jim Ryan globaal verantwoordelijk voor de strategie en de strategische planning in alle regio's van LGI's activiteiten.

André Sarens, bestuurder (°1952)

André Sarens is bestuurder van de Vennootschap sinds december 2003. De heer Sarens is momenteel Grid Participations Manager bij Electrabel, nadat hij eerder verschillende hoge financiële en administratieve functies bekleed had in activiteiten gerelateerd aan de verdeling van nutsvoorzieningen door Electrabel in België. In die hoedanigheden vertegenwoordigt hij al sinds 1999 Electrabel en de gemengde intercommunales voor hun zakelijke contacten met Telenet NV. André Sarens zetelt in de raad van bestuur van verschillende gemengde intercommunales in België en van Electrabel Green Projects Flanders.

Balan Nair, bestuurder (°1966)

Balan Nair is Executive Vice President en de Chief Technology Officer van Liberty Global, Inc., posities die hij respectievelijk bekleedt sinds januari 2012 en juli 2007. Voordat hij werd benoemd tot Executive Vice President, was de heer Nair Senior Vice President van juli 2007 tot januari 2012. Vooraleer hij Liberty Global vervoegde, was de heer Nair Chief Technology Officer en Executive Vice President bij AOL LLC, een wereldwijde internet dienstenexploitant sinds 2006. Daarvoor werkte de heer Nair meer dan vijf jaar bij Qwest Communications International Inc., laatst als Chief Information Officer en Chief Technology Officer. De heer Nair is een bestuurder van Austar United Communications Limited, een in Australië genoteerde vennootschap en dochtervennootschap van LGI, en Adtran Inc., een in de Verenigde Staten genoteerde vennootschap. Hij is eigenaar van een patent in systeemontwikkeling en is een vergunde professionele ingenieur in Colorado.

Balan Nair behaalde een Master in bedrijfsbeheer en een wetenschappelijke Bachelor in Elektrotechniek, beide van Iowa State University.

Julien De Wilde, onafhankelijke bestuurder (vaste vertegenwoordiger van De Wilde J. Management BVBA) (°1944)

Julien De Wilde is een onafhankelijk bestuurder van de Vennootschap sinds mei 2004. In 2007 nam hij ontslag en werd hij vervangen door De Wilde J. Management BVBA, waarvan hij de vaste vertegenwoordiger is. Hij heeft onder meer 13 jaar ervaring bij Alcatel waar hij zetelde als Voorzitter en afgevaardigd bestuurder van Alcatel Bell, en ook lid was van het management comité. De heer De Wilde was ook Executive Vice President van Alcatel Europa, Midden Oosten, Afrika en India en was lid van het wereldwijde Alcatel Executive Committee. Voor hij bij Alcatel begon, bekleedde de heer De Wilde verschillende hoge functies bij Texaco Belgium en in de Europese Management Board van Texaco Europe. Momenteel is hij voorzitter van de raad van bestuur van Nyrstar NV en Agfa Gevaert Group. Julien De Wilde bekleedt ook nog een bestuursmandaat bij KBC Bank NV en Arseus.

Michel Delloye, onafhankelijke bestuurder (vaste vertegenwoordiger van Financière des Cytises (Cytifinance) NV) (°1956)

Michel Delloye is de permanente vertegenwoordiger van Cytifinance NV, een management- en adviesbureau dat als onafhankelijk bestuurder optreed voor Telenet Group Holding NV sinds mei 2003. Van 1998 tot 1999 was de heer Delloye afgevaardigd bestuurder van Central European Media Enterprises, en van 1992 tot 1996 was hij afgevaardigd bestuurder van RTL Group, de Europese televisie- en radiozender. Van 1984 tot 1992 bekleedde de heer Delloye verschillende posities zowel in België als in de Verenigde Staten bij Group Brussels Lambert, waar hij Algemeen Directeur was tot zijn vertrek. De heer Delloye was voorzitter van de raad van bestuur van EVS Broadcast Equipment NV tot 18 mei 2010. Hij zetelt ook in de raden van bestuur van onder meer Brederode NV, Matexi Group NV en Mediaxim NV. Michel Delloye behaalde een diploma in de rechten aan de Katholieke Universiteit van Leuven.

Friso van OranjeNassau, onafhankelijke bestuurder (°1968)

Friso van Oranje-Nassau werd aangesteld als onafhankelijk bestuurder van de Vennootschap in september 2004. Van 1998 tot 2003 was de heer van Oranje-Nassau investeringsbankier bij Goldman Sachs in Londen, waar hij als Vennoot en Uitvoerend Bestuurder werkte, en van 1995 tot 1997 werkte hij als consultant bij McKinsey & Company in hun kantoor in Amsterdam. Zijn cliënten waren vooral bedrijven in de sectoren van de communicatie, media en technologie, waaronder een aantal kabelmaatschappijen, die hij adviseerde over financiën, fusies en overnames en gerelateerde activiteiten. De heer van Oranje-Nassau is momenteel Chief Financial Officer van de URENCO groep, een bedrijf in energietechnologie en -diensten dat actief is in de toeleveringsketen van kernbrandstof. Hij is ook actief als directeur van Wizzair Limited, een vooraanstaande Oost-Europese lagekosten-vliegtuigmaatschappij.

7.5.2 Werking van de raad van bestuur

De raad van bestuur bepaalt de waarden en de strategie van de Vennootschap, houdt toezicht op de organisatie en uitvoering ervan, beslist over het risicoprofiel en de belangrijkste beleidslijnen van de Vennootschap, beslist over de structuur van het uitvoerend management en bepaalt de machten en taken toevertrouwd aan het uitvoerend management.

De raad van bestuur komt samen zo vaak als het belang van de Vennootschap vereist en in elk geval minstens vier maal per jaar. De werking van de raad van bestuur wordt geregeld door de statuten en de bepalingen van het Corporate Governance Charter.

De raad van bestuur heeft een aantal comités ingesteld om de raad bij te staan bij de analyse van specifieke punten. Deze comités geven advies aan de raad van bestuur over relevante punten, maar de beslissingsmacht blijft in de handen van de raad van bestuur in zijn geheel.

De vergaderingen van de Raad van Bestuur en de comités van Telenet Group Holding NV en haar dochtervennootschappen vinden samen plaats voor zover er

tussen hen geen tegenstrijdige belangen bestaan. In 2011 vonden er zes geplande vergaderingen van de raad van bestuur plaats (waarvan één telefonisch) en acht niet geplande vergaderingen van de raad van bestuur (allemaal telefonisch).

De beslissingen worden in principe genomen bij gewone meerderheid van stemmen. De raad van bestuur streeft ernaar beslissingen te nemen bij consensus.

Er wordt gevraagd aan de bestuurders om, voor zoveel als mogelijk, te vermijden dat ze daden stellen, bepaalde standpunten verdedigen en bepaalde belangen nastreven, als dit in strijd zou zijn met, of de indruk zou wekken om in strijd te zijn met de belangen van Telenet. Als dergelijke belangenconflicten zich zouden voordoen, moet de bestuurder in kwestie onmiddellijk de voorzitter hierover informeren. De bestuurders zullen dan de toepasselijke wettelijke bepalingen van het Wetboek van vennootschappen naleven, en meer in het bijzonder zich onthouden van de beraadslaging en de stemming over de transactie waarin de conflictsituatie zich voordoet. De bestuurder zal de commissaris schriftelijk inlichten over het belangenconflict. De notulen van de vergadering zullen de verplichte vermeldingen bevatten en een uittreksel zal bekendgemaakt worden in het jaarverslag.

Transacties en/of zakelijke contacten tussen bestuurders en één of meerdere vennootschappen van de Telenet Groep, die strikt gezien niet onder de toepassing vallen van artikel 523 van het Wetboek van vennootschappen, moeten steeds plaatsvinden tegen gebruikelijke marktvoorwaarden. De betrokken bestuurder licht de voorzitter van de raad van bestuur vooraf in over dergelijke transacties.

7.5.3 Evaluatie van de raad van bestuur

Om de twee jaar evalueert de raad van bestuur zijn werking en zijn relatie met het uitvoerend management. De evaluatieoefening wordt gewoonlijk uitgevoerd via een vragenlijst, die door alle leden van de raad van bestuur dient ingevuld te worden. De vervolledigde vragenlijsten worden verzameld door de secretaris van de raad van bestuur van de Vennootschap, en de resultaten hiervan worden voorgelegd aan het Remuneratie- en Nominatiecomité en de raad van bestuur. Gepaste actie wordt ondernomen op de punten die om verbetering vragen. De laatste formele evaluatie vond plaats in maart 2012, mede naar aanleiding van de herbenoeming van bepaalde bestuurders. Eenmaal per jaar evalueren de niet-uitvoerende bestuurders hun interactie met het uitvoerend management, waarbij ze vergaderen in afwezigheid van de uitvoerende bestuurder en het management van de vennootschap.

In maart 2011 heeft het remuneratie- en nominatiecomité de samenstelling, de omvang en de werking van de raad van bestuur van de Vennootschap, haar belangrijkste dochtervennootschappen en de verschillende comités binnen de raad van bestuur onderzocht. Dit onderzoek hield rekening met verschillende elementen, onder meer de samenstelling en werking van de raad van bestuur en zijn comités, de grondigheid waarmee belangrijke onderwerpen en beslissingen werden voorbereid en besproken, de effectieve inbreng van elke bestuurder in termen van aanwezigheid op vergaderingen van de raad van bestuur en/of comités en de constructieve betrokkenheid in de beraadslaging en beslissingen, de evaluatie of de feitelijke samenstelling overeenkwam met de gewenste of ideale samenstelling, de toepassing van de beginselen van deugdelijk bestuur binnen de Vennootschap en haar organen, en een evaluatie van de specifieke functies zoals voorzitter van de raad van bestuur en voorzitter of lid van een comité van de raad van bestuur. Als gevolg hiervan, en om de effectiviteit van de vergaderingen van de raad van bestuur te verhogen, werd de samenstelling van de raad gewijzigd in 2011, door het terugbrengen van de grootte van de raad en de aanstelling van bijkomende onafhankelijke bestuurders.

In 2012 zal de raad van bestuur voorstellen aan de algemene aandeelhoudersvergadering om de grootte van de raad van bestuur van de Vennootschap verder terug te brengen (door de heer Shane O'Neill en de heer André Sarens niet te vervangen). De raad van bestuur van Telenet NV zal teruggebracht worden tot vijf bestuurders om de efficiëntie van de vergaderingen van de raad van bestuur op dat niveau te verhogen.

Onder voorbehoud van de goedkeuring van de nieuwe samenstelling van de raden van bestuur van de Vennootschap en van Telenet NV door de algemene aandeelhoudersvergaderingen van 25 april 2012, zal de samenstelling van de diverse comités van de raad van bestuur dienovereenkomstig aangepast worden.

De raad van bestuur gelooft dat deze wijzigingen in het belang van de Vennootschap zijn, aangezien een kleinere raad van bestuur en comités het mogelijk maken om meer diepgaande discussies te houden en de deelname van de verschillende leden aan de vergaderingen zou moeten verhogen.

Om rekening te houden met de toenemende impact en belangrijkheid van "duurzaamheid" op de operaties van Telenet, heeft de raad van bestuur op 15 februari 2012 besloten om een "duurzaamheidcomité" op te richten, dat zich zal bezighouden met alle aangelegenheden in verband met het uittekenen, de invoering en de controle op het duurzaamheidprogramma van Telenet (bekend als het "LEAP programma"). Dit comité zal samengevoegd worden met het strategisch comité, waarvan de benaming zal gewijzigd worden in "strategisch en duurzaamheidcomité".

7.5.4 Comités van de raad van bestuur

In overeenstemming met de statuten van de Vennootschap en bepaalde wettelijke verplichtingen, heeft de raad van bestuur de volgende comités opgericht: een auditcomité, een remuneratie- en nominatiecomité en een strategisch en duurzaamheidcomité.

Op 31 december 2011 waren de verschillende comités van de raad van bestuur samengesteld als volgt:

Naam Audit
comité
Renumeratie
en Nominatie
Comité
Strategisch
Comité
Frank Donck VZ WRN
Alex Brabers VZ d
André Sarens d
Charles H. Bracken d d VZ
Ruth Pirie WRN
Jim Ryan d
Michel Delloye (Cytifinance NV) d d
Julien De Wilde (De Wilde J. Management BVBA) d d
Friso van Oranje-Nassau d
Michel Allé WRN
Guido De Keersmaecker (Abaxon BVBA) WRN
Jozef Roos (JROOS BVBA) WRN
VZ: Voorzitter

WRN: Waarnemer

Op 25 april 2012 zullen de verschillende comités van de raad van bestuur samengesteld zijn als volgt, onder voorbehoud van de goedkeuring door de jaarlijkse algemene vergadering van aandeelhouders van bepaalde voorstellen opgenomen in de agenda:

Naam Audit
comité
Renumeratie- en
Nominatie
Comité
Strategisch &
Duurzaamheid
comité
Frank Donck VZ WRN
Alex Brabers VZ d
Charles H. Bracken d d VZ
Ruth Pirie WRN
Jim Ryan d
Michel Delloye (Cytindus NV) d d
Julien De Wilde (De Wilde J. Management
BVBA)
d d
Friso van Oranje-Nassau d

VZ: Voorzitter WRN: Waarnemer

Het auditcomité

De voornaamste taken van het auditcomité houden in dat het geregeld samenkomt om de raad van bestuur bij te staan en te adviseren met betrekking tot het toezicht op het financiële verslaggevingproces door de Vennootschap en haar dochtervennootschappen, het toezicht op de doeltreffendheid van de systemen voor interne controle en risicobeheer van de Vennootschap, het toezicht op de interne controle en haar doeltreffendheid, het toezicht op de wettelijke controle van de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening inclusief de opvolging van de vragen en aanbevelingen geformuleerd door de commissaris en de beoordeling van en het toezicht op het onafhankelijke karakter van de commissaris, rekening houdend met de verlening van bijkomende diensten aan de Vennootschap. Het auditcomité komt ook minstens eenmaal per jaar samen met de commissaris zonder dat het uitvoerend management hierbij aanwezig is.

Op 29 maart 2011 heeft de raad van bestuur van de Vennootschap beslist om de heer Dvorak als lid van het auditcomité te vervangen door de heer Friso van Oranje-Nassau. Momenteel is het auditcomité samengesteld uit vijf leden waarvan drie onafhankelijke bestuurders van Telenet Group Holding NV. Alle leden zijn niet uitvoerende bestuurders waarvan één het voorzitterschap waarneemt. Eén lid is een bestuurder aangewezen door het Liberty Global Consortium. De vergaderingen worden bijgewoond door de heer Michel Allé, onafhankelijke bestuurder van Telenet NV, voor zover er geen belangenconflict van toepassing is. Michel Delloye (vaste vertegenwoordiger van Cytifinance NV) zetelt als onafhankelijke bestuurder in het auditcomité en heeft een ruime ervaring in accounting, audit en financiële aangelegenheden. Voor hij lid werd van de raad van bestuur van de Vennootschap, was hij onder meer CFO en General manager van Group Brussel Lambert (GBL) in Brussel, CEO van GBL's Amerikaanse dochteronderneming in New York, Compagnie Luxembourgeoise de Télédiffusion (CLT-UFA, nu RTL Group) in Luxemburg en CEO van Central European Media Enterprises. Hij heeft ook een eigen investeringsvennootschap en zit in de raden van bestuur van diverse vennootschappen, waaronder Brederode NV en Matexi Groep NV. Daarenboven hebben ook alle andere leden een ruime ervaring en bekwaamheden in financiële aangelegenheden, wat een positieve impact heeft op de werking van het comité. Onder voorbehoud van de goedkeuring van bepaalde voorstellen met betrekking tot de nieuwe samenstelling van de raad

van bestuur van de Vennootschap door de algemene aandeelhoudersvergadering van 25 april 2012, zal het auditcomité samengesteld zijn uit vier leden, waaronder drie onafhankelijke bestuurders van Telenet Group Holding NV. Zowel de huidige als de nieuw voorgestelde samenstelling is in overeenstemming met artikel 526bis §1 van het Wetboek van vennootschappen aangaande de samenstelling van auditcomités binnen beursgenoteerde vennootschappen zoals ingevoerd in december 2008, en met de Corporate Governance Code 2009.

In 2011 kwam het comité zes maal samen om de kwartaal-, halfjaar- en jaarcijfers te onderzoeken en te bespreken telkens voordat zij voorgelegd werden aan de raad van bestuur en daarna publiek bekend gemaakt werden. Bij elke van deze vergaderingen werden de commissaris en de interne auditor uitgenodigd om zaken te bespreken in verband met interne controle, risico beheersing en mogelijke problemen opgedoken bij het controleproces.

Het comité heeft zich verder gebogen over specifieke financiële aangelegenheden die gedurende het jaar aan de orde kwamen of aangebracht werden door de commissaris (bv. de diverse obligatie-uitgiften en novatie transacties onder de Senior Credit Facility), overlegde met en adviseerde de raad van bestuur over de procedures voor financiële rapportering aan haar meerderheidsaandeelhouder Liberty Global en over de implementatie van procedures om te voldoen aan de verplichtingen opgelegd door de Amerikaanse Sarbanes-Oxley Wet. Verder heeft het auditcomité, samen met de interne controle functie (die gedeeltelijk extern uitbesteed is, zie verder onder "Interne Controle") toezicht gehouden op de werking en efficiëntie van het interne controleproces en de actiebereidheid van het management op de bevindingen en aanbevelingen van het auditcomité en op de aanbevelingen gedaan door de commissaris. Tenslotte kwam het auditcomité samen om te beraadslagen en de raad van bestuur te adviseren over de benoeming van een extern accountant kantoor om de functie van "interne auditor" van de Telenet Groep te vervullen.

De Vennootschap heeft een klokkenluiderprocedure uitgewerkt, die werd onderzocht door het auditcomité en goedgekeurd door de raad van bestuur. De Vennootschap heeft de klokkenluiderprocedure in december 2008 ingevoerd. Deze regeling laat werknemers van de Vennootschap toe hun bezorgdheden omtrent mogelijke onregelmatigheden in accounting, interne controle of audit aangelegenheden op een confidentiële wijze te melden via een telefoonlijn of een melding website. De werknemers kunnen anoniem blijven indien zij dit wensen. Klachten ontvangen via de telefoonlijn of de website worden behandeld door de Compliance Officer van de Vennootschap en de voorzitter van het auditcomité.

De voorzitter van het auditcomité brengt na elke vergadering verslag uit aan de raad van bestuur over de aangelegenheden die besproken werden in het auditcomité en formuleert de aanbevelingen van het auditcomité aan de raad van bestuur voor besluitvorming.

In 2011 heeft het auditcomité de (her)benoeming van een commissaris besproken. Het auditcomité heeft de raad van bestuur geadviseerd om aan de aandeelhouders voor te stellen om KPMG Bedrijfsrevisoren CVBA te herbenoemen als commissaris van de Vennootschap (en andere vennootschappen van de Telenet Groep) voor een periode van drie jaar. Dit besluit werd voorgelegd aan en goedgekeurd door de jaarlijkse algemene vergadering van aandeelhouders van 27 april 2011.

Het remuneratie- en nominatiecomité

Tot de voornaamste taken van het remuneratie- en nominatiecomité behoren het formuleren van voorstellen aan de raad van bestuur in verband met het remuneratiebeleid van niet-uitvoerende bestuurders en het uitvoerend management (en de hieruit voortvloeiende voorstellen die door de raad van bestuur aan de aandeelhouders voorgelegd moeten worden), de individuele vergoeding en opzegvergoeding van bestuurders en uitvoerend management, met inbegrip van variabele vergoeding en lange termijn prestatie bonussen, al dan niet gekoppeld aan aandelen (en de hieruit voortvloeiende voorstellen die door de raad van bestuur desgevallend aan de aandeelhouders voorgelegd moeten worden), het aanwerving- en personeelbehoud beleid, het bijstaan van de CEO bij de benoeming en de opvolging van het uitvoerend management, de voorbereiding van het remuneratierapport dat moet ingevoegd worden in de verklaring van deugdelijk bestuur door de raad van bestuur en het voorleggen van dit remuneratieverslag aan de jaarlijkse algemene vergadering van aandeelhouders.

Daarnaast heeft het remuneratie- en nominatiecomité als taken het uitwerken van een objectieve en professionele (her)benoemingsprocedure voor bestuurders, de periodieke evaluatie van de omvang en samenstelling

van de raad van bestuur, het zoeken van kandidaatbestuurders en het voorleggen van hun kandidatuur aan de raad van bestuur en het doen van aanbevelingen over kandidaat-bestuurders.

Het remuneratie- en nominatiecomité is volledig samengesteld uit niet-uitvoerende bestuurders, en bestaat uit drie leden. Twee van de leden zijn onafhankelijke bestuurders van de Vennootschap. De voorzitter van de raad van bestuur treedt ook op als voorzitter van het remuneratie- en nominatiecomité.

Op vandaag zijn de leden van het remuneratie- en nominatiecomité: de heer Frank Donck, voorzitter; de heer Charles Bracken en de heer Julien De Wilde (als vaste vertegenwoordiger van De Wilde J. Management BVBA). Tot 25 april 2012 zullen de vergaderingen ook bijgewoond worden door de heer Guido De Keersmaecker (als vaste vertegenwoordiger van Abaxon BVBA) en de heer Jozef Roos (als vaste vertegenwoordiger van JRoos BVBA), twee onafhankelijke bestuurders van Telenet NV, voor zover er geen belangenconflict van toepassing is.

In 2011 kwam het remuneratie- en nominatiecomité vier maal samen, in aanwezigheid van de CEO (met uitzondering van aangelegenheden waar de CEO een belangenconflict had). Het comité behandelde onder meer de evaluatie van de werking van de raad van bestuur en zijn relatie met het Executive Team, de (her) benoeming van onafhankelijke bestuurders en evaluatie van de kandida(a)t(en) en de voorgestelde vergoeding, een vernieuwd concept en samenstelling van de Telenet adviesraad, de samenstelling van de verschillende comités van de raad van bestuur en een hernieuwd concept van vergoeding voor het uitvoerend management.

De voorzitter van het remuneratie- en nominatiecomité rapporteert over de aangelegenheden die in het comité besproken worden na de vergadering aan de raad van bestuur en stelt de aanbevelingen van het remuneratieen nominatiecomité voor aan de raad van bestuur voor besluitvorming.

Het strategisch comité (vanaf 15 februari 2012 het "strategisch en duurzaamheidcomité")

Het strategisch comité komt op regelmatige tijdstippen samen om de algemene strategie van de Telenet Groep te bespreken met de CEO.

Vanaf 15 februari 2012 zal het comité zich ook bezighouden met alle aangelegenheden in verband met het uittekenen, de invoering en de controle op het duurzaamheidprogramma van Telenet (bekend als het "LEAP programma").

Het strategisch comité werd in 2011 voorgezeten door de heer Charles Bracken en bestond verder uit drie onafhankelijke bestuurders en één andere niet-uitvoerende bestuurder, voorgedragen door het Liberty Global Consortium.

Het strategisch comité kwam vier keer samen in 2011, om potentiële samenwerkingsverbanden en overnameprojecten en andere belangrijke strategische aangelegenheden voor de Telenet Groep te bespreken.

De voorzitter van het strategisch comité rapporteert over de aangelegenheden die in het comité besproken werden na elke vergadering aan de raad van bestuur en stelt de aanbevelingen van het strategisch comité voor aan de raad van bestuur voor besluitvorming.

7.5.5 Aanwezigheid

Hieronder vindt u een overzicht van de aanwezigheden op de vergaderingen van de raad van bestuur en de comités. Enkel de geplande vergaderingen van de raad van bestuur (en één ad hoc vergadering) werden opgenomen in dit overzicht, aangezien deze dienen als basis voor de berekening van de zitpenningen.

Naam Raad van
bestuur
(7)
Audit
Comité
(6)
Renumera
tie
en
Nominatie
Comité (4)
Strategisch
comité (4)
Frank Donck 7 (VZ) 3 (VZ)
Alex Brabers 7 6 (VZ) 4
Michel Delloye (Cytifinance NV) 6 5 4
Julien De Wilde
(De Wilde J. Management BVBA)
5 3 3
Friso van Oranje-Nassau 7 3 (van 4)
André Sarens 7 6
Duco Sickinghe 7
Charles H. Bracken 6 3 2 3 (van 3)(VZ)
Shane O'Neill 2 1 (van 1)
Diederik Karsten 0
Balan Nair 2 (van 5)
Manuel Kohnstamm 3
Niall Curran 6
Ruth Elisabeth Pirie 4
Jim Ryan 6 3 (van 3)
Bernard G. Dvorak 0 (van 2) 1 (van 1)
Guido De Keersmaecker
(Abaxon BVBA)
7
Jozef Roos (JROOS BVBA) 7
Michel Allé 7

VZ: Voorzitter

7.5.6 Toepassing van de regelgeving inzake belangenconflicten

In de vergadering van de raad van bestuur van 29 maart 2011 werd artikel 523 van het Wetboek van vennootschappen toegepast. Tijdens deze vergadering besprak de raad van bestuur onder meer de vaststelling van de variabele vergoeding van de CEO voor 2010, een mogelijke wijziging van zijn vaste vergoeding voor 2011 en de vaststelling van de realisatie van de prestatiecriteria (voor 2010) voor de opties toegekend aan de CEO onder het SSOP 2010-2014. De notulen van deze vergadering vermelden hierover het volgende:

"Alvorens de beraadslaging en beslissing aan te vatten over het agendapunt betreffende de bepaling van de bonus en de vaste vergoeding van de CEO en de vaststelling van de realisatie van de prestatiecriteria (voor 2010) voor de opties toegekend aan de CEO onder het SSOP 2010-2014, informeert Duco Sickinghe (CEO en gedelegeerd bestuurder) dat hij een belang van vermogensrechtelijke aard heeft dat mogelijk strijdig is met de voorgenomen beslissing, in de zin van artikel 523 van het wetboek van vennootschappen, aangezien het de bepaling van zijn variabele vergoeding betreft over 2010 en een mogelijke aanpassing van zijn toekomstige vaste vergoeding.

De CEO deelt mee dat hij de commissaris van de vennootschap zal inlichten over dit belangenconflict. Vervolgens verlaat hij de vergadering voor dit specifiek agendapunt.

De voorzitter van het HRO Comité rapporteert aan de raad van bestuur over de besprekingen gehouden binnen het remuneratiecomité op 23 februari 2011, betreffende de bepaling van de bonus van de CEO en de eventuele aanpassing van zijn vaste vergoeding en de vaststelling van de realisatie van de prestatiecriteria (voor 2010) voor de opties toegekend aan de CEO onder het SSOP 2010-2014.

Na verdere bespreking, en op voorstel van het remuneratiecomité, beslist de raad van bestuur unaniem:

  • (i) om de CEO een bonus toe te kennen van €650.000;
  • (ii) om zijn vaste vergoeding voor 2011 te verhogen tot €765.000;
  • (iii) om vast te stellen dat de maximale bonus in geld voor 2011 gelijk zal zijn aan 110% van de jaarlijkse vaste vergoeding voor 2011; en

(iv) dat de prestatiecriteria vastgesteld door het remuneratiecomité voor het prestatiejaar 2010 in overeenstemming met de bepalingen van het SSOP 2010-2014 werden behaald, zodat de eerste schijf van opties onder het SSOP 2010-2014 definitief verworven zal zijn op 1 maart 2011.

De raad van bestuur erkent dat de vaste en variabele vergoeding van de CEO marktconform is en is van mening dat deze beslissingen in het belang van de vennootschap zijn."

7.5.7 Toelichting bij de maatregelen genomen om in overeenstemming te zijn met de wetgeving in verband met handel met voorkennis en marktmanipulatie (marktmisbruik)

Telenet heeft een gedragscode aangenomen in verband met voorkennis en de handel in financiële instrumenten voor bestuurders, hogere kaderleden en andere personeelsleden die mogelijk over voorkennis zouden kunnen beschikken. De gedragscode zet uiteen wat de ongeoorloofde gedragingen zijn en welke de mogelijke sancties zijn. Transacties mogen niet plaatsvinden tijdens bepaalde sperperiodes en dienen zo snel mogelijk gemeld te worden aan de Compliance Officer van de Vennootschap. Daarnaast moeten transacties in effecten van de Vennootschap door bestuurders en leden van het Executive Team eveneens gemeld worden aan de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten in overeenstemming met de toepasselijke Belgische regelgeving.

7.6 DAGELIJKS BESTUUR

a) Algemeen

De Gedelegeerd Bestuurder en CEO van Telenet is de heer Duco Sickinghe. De Gedelegeerd Bestuurder is verantwoordelijk voor het dagelijkse bestuur van de Vennootschap.

Hij wordt daarin bijgestaan door het uitvoerend management ("Executive Team"), waarvan hij de voorzitter is, en dat geen directiecomité is in de zin van artikel 524bis van het Wetboek van vennootschappen.

Als gevolg van een wijziging in maart 2011, is het Executive Team vanaf 1 april 2011 samengesteld als volgt:

Naam Geboorte
jaar
Positie
Duco Sickinghe 1958 Chief Executive Officer en Managing Director
Jan Vorstermans 1960 Chief Operating Officer
Patrick Vincent 1963 Chief Commercial Officer
Renaat Berckmoes 1966 Chief Financial Officer
Luc Machtelinckx 1962 Executive Vice President en General Counsel
Claudia Poels 1967 Senior Vice President Human Resources
Inge Smidts 1977 Senior Vice President Residential Marketing
Herbert Vanhove 1969 Senior Vice President Product Management
Martine Tempels 1961 Senior Vice President Telenet Solutions
Ann Caluwaerts 1966 Senior Vice President Public Affairs & Media Management

Vanaf 1 maart 2012 is de heer Vincent Bruyneel toegetreden tot het Executive Team als Senior Vice President Strategy, investor Relations & Corporate Communication. Hij zal verantwoordelijk zijn voor de strategie van de Vennootschap, naast zijn vroegere taken als hoofd van investor relations en van de communicatieafdeling van de Vennootschap.

De Gedelegeerd Bestuurder kan, binnen de perken van het dagelijkse bestuur, de Vennootschap alléén verbinden binnen de grenzen van het dagelijks bestuur en voor bepaalde bevoegdheden die hem zijn verleend door de raad van bestuur. Daarnaast zijn er door de raad van bestuur aan bepaalde personen binnen de Telenet groep specifieke vertegenwoordigingsbevoegdheden gegeven. De laatste delegatie van bevoegdheden is bekendgemaakt in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad op 22 november 2011.

b) Belangenconflicten

Er wordt gevraagd aan de leden van het Executive Team om, voor zoveel als mogelijk, te vermijden dat ze daden stellen, bepaalde standpunten verdedigen en bepaalde belangen nastreven, als dit in strijd zou zijn met, of de indruk zou wekken om in strijd te zijn met de belangen van Telenet. Als dergelijke belangenconflicten zich zouden voordoen, moet het betrokken lid van het Executive Team onmiddellijk de CEO hierover informeren, die op zijn beurt de voorzitter van de raad van bestuur zal op de hoogte brengen.

Transacties en/of zakelijke contacten tussen leden van het Executive Team en één of meerdere vennootschappen van de Telenet Groep, moeten steeds plaatsvinden tegen gebruikelijke marktvoorwaarden.

c) Biografieën van de leden van het Executive Team

De volgende paragrafen geven biografische informatie weer over de leden van het Executive Team van de Vennootschap:

Duco Sickinghe, Chief Executive Officer

uco Sickinghe is al meer dan 25 jaar werkzaam in de technologie- en mediasector. Hij bezit een Nederlands Master diploma Rechten en een Master graad in Business Administration van Columbia University. Hij is vooral actief geweest in financiën, marketing, strategisch en algemeen management. De heer Sickinghe begon zijn loopbaan in de financiële afdeling van het Europese hoofdkwartier van Hewlett Packard in Zwitserland.

Vervolgens verhuisde hij naar Duitsland om de leiding te nemen over het productiegamma Laserjet voor Europa. Hij beëindigde zijn loopbaan bij HP Europe met de uitbouw van de indirecte verkoopkanalen van het bedrijf. Hij trad in dienst bij NeXT Computer, eerst als Vice President Marketing Europe en vervolgens als General Manager voor Frankrijk. Nadat hij NeXT Computer had verlaten werd hij medeoprichter en Chief Executive Director van Software Direct, dat later een joint venture werd met Hachette in Parijs. In 1996 stapte de heer Sickinghe over naar Wolters Kluwer en als Algemeen Manager van Kluwer Publishing in Nederland, werkte hij aan de overgang van de uitgeverij naar de elektronische media en herstructureerde hij de traditionele activiteiten van de vennootschap. Hij stapte over naar Cable Partners Europe begin 2001 en werd benoemd tot Chief Executive Director van Telenet in de zomer van 2001. De heer Sickinghe heeft gewoond in België, de Verenigde Staten, Frankrijk, Duitsland, Zwitserland en Nederland. De heer Sickinghe is eveneens lid van de raad van bestuur van Zenitel NV (België) en van Central European Media Enterprises Ltd (Verenigde Staten).

Jan Vorstermans, Chief Operating Officer

Jan Vorstermans trad in dienst bij Telenet in februari 2003 als Senior Vice President - Technology, Engineering en Network Operations. Vanaf oktober 2010 werd hij aangesteld tot Chief Operating Offier en deputy CEO. Van 1994 tot 2003 bekleedde de heer Vorstermans verscheidene kaderfuncties in de Belgische operaties van British Telecom, waar hij onder meer Directeur Customer Service Belgium, Directeur Operations Belgium en meest recent, Vice President Global Network Operations was.

Renaat Berckmoes, Chief Financial Officer

Renaat Berckmoes trad in dienst bij Telenet als Treasurer in november 2001 en tot eind 2006 was hij Group Treasurer en Directeur Investor Relations. In deze functie lag hij mee aan de basis van alle financieringsoperaties en acquisities van Telenet. De belangrijkste acquisities waren de aankoop van het kabelnetwerk van de Gemengde Intercommunales, Canal+ Vlaanderen, Codenet, UPC Belgium, de aankoop van de analoge en digitale klantenbasis van bepaalde zuivere intercommunales (Interkabel) en het afsluiten van de lange termijn leasingovereenkomsten op hun netwerk. De belangrijkste financieringsoperaties waarvoor hij verantwoordelijk was, waren de uitgifte van publieke obligaties door de Vennootschap in 2003, de beursgang in 2005, diverse herfinancieringen van de Senior Credit Facility van de Vennootschap en tenslotte de publieke obligatie-uitgiftes in 2010 en 2011. Voor hij Telenet vervoegde was de heer Berckmoes werkzaam bij Solutia (Chemicals) van 1998 tot 2001, waar hij werkte als Credit Manager EMEA en European Treasurer, en van 1993 tot 1998 was hij werkzaam bij KBC Bank.

Patrick Vincent, Chief Commercial Officer

Patrick Vincent trad in dienst bij Telenet in september 2004. Hij is momenteel Chief Commerical Officer. De heer Vincent begon zijn carrière in 1989 in de voedingsindustrie bij NV Huyghebaert waar hij Business Unit Manager was voor de cash & carry divisie. Van 1994 tot 1998 was hij verantwoordelijk voor de verkoop en in 1998 werd hij bevorderd tot commercieel directeur. Van 2000 tot 2004 werkte hij bij Tech Data, een bedrijf dat zich specialiseerde in informatieverspreiding, als Directeur Verkoop voor België en Luxemburg. In 2002 werd hij er benoemd tot Directeur Sales & Marketing.

Luc Machtelinckx, Executive Vice President - General Counsel

Luc Machtelinckx trad in dienst bij Telenet als Directeur Juridische Zaken in februari 1999. In deze functie was hij nauw betrokken bij de eerste commerciële stappen alsook de verdere ontwikkeling van het telefonie- en internetaanbod van Telenet. Na de overname van de kabelactiviteiten van de gemengde intercommunales, heeft de heer Machtelinckx zich gespecialiseerd in kabeltelevisie en meer specifiek een belangrijke rol gespeeld in het iDTV project. Op 1 januari 2007 werd de heer Machtelinckx benoemd tot Vice President en General Counsel, vanaf januari 2008 is hij benoemd als Senior Vice President en General Counsel. Sinds april 2009 werd hij benoemd tot Executive Vice President en General Counsel. Voor hij Telenet vervoegde werkte de heer Machtelinckx gedurende 11 jaar bij Esso Benelux in diverse juridische en HR functies alsook drie jaar bij BASF Antwerpen als Legal Manager en als Communication Manager.

Claudia Poels, Senior Vice President – Human Resources

Claudia Poels trad in dienst bij Telenet in mei 2008 als Vice President Human Resources. Sinds 15 juni 2009 maakt zij deel uit van het Executive Team als Senior Vice President Human Resources. Voor zij de Telenet Groep vervoegde, werkte mevrouw Poels sinds 1992 bij EDS, waar zij ruime ervaring opdeed in verschillende human resources disciplines. In 2002 werd mevrouw Poels gepromoveerd tot HR Directeur van de Belgische en Luxemburgse entiteit en in 2006 werd zij HR Operations Directeur voor Noord Europa.

Inge Smidts, Senior Vice President – Residential Marketing

Inge Smidts begon in november 2009 haar loopbaan bij de Telenet Group en was verantwoordelijk voor de Go-to-Market rapportering aan de Executive Vice President – Residential Marketing, tot ze in oktober 2010 het Executive Team vervoegde. Voor ze bij de Telenet Group aan de slag ging, deed Mevr. Smidts meer dan tien jaar ervaring op bij Procter & Gamble, waar ze begon als Assistant Brand Manager en regelmatig gepromoveerd werd tot ze Business Leader werd voor de papierdivisie Benelux. Mevr. Smidts behaalde een Master in de Economie aan de UFSIA in Antwerpen en een MBA in Marketing aan de IAE in Aix-en-Provence.

Herbert Vanhove, Senior Vice President – Product Management

Herbert Vanhove kwam in maart 2010 bij de Telenet Group en was verantwoordelijk voor product management voor het residentiële segment. Hij rapporteerde aan de Executive Vice President Residential Marketing tot hij in oktober 2010 het Executive Team vervoegde. Voor hij bij de Telenet Group begon te werken, bekleedde Mr. Vanhove verschillende leidinggevende functies bij Qualcomm, onder meer als Vice President en General Manager van Qualcomm's European Internet Services en de 3G ASIC productlijn vanuit San Diego (Verenigde Staten). Vooraleer hij bij Qualcomm begon, was Mr. Vanhove product manager voor de S12 telefooncentrales bij Alcatel Bell (nu Alcatel-Lucent)

in Belgium. Mr. Vanhove heeft een wetenschappelijke Master behaald in Elektrotechniek van de Universiteit van Leuven en een MBA aan de San Diego State University.

Martine Tempels, Senior Vice President – Telenet Solutions

Martine Tempels begon haar carrière bij de Telenet Group in januari 2009. Zij is verantwoordelijk voor de businessto-business divisie van de Telenet Group en vervoegde het Executive Team in oktober 2010. Mevr. Tempels begon haar carrière als Account Manager bij NCR. In 1996 verhuisde Mevr. Tempels naar EDS om Account Manager te worden en daarna kreeg ze verschillende bijkomende verantwoordelijkheden als Business Unit Manager voor de financiële en commerciële sector. In 2007 werd Mevr. Tempels benoemd tot Application Service Executive voor de Noordelijke en Centrale regio EMEA. Mevr. Tempels behaalde een Master in Economie en Bedrijfsleven aan de Vrije Universiteit Brussel.

Ann Caluwaerts, Senior Vice President – Public Affairs & Media Management

Ann Caluwaerts heeft het Executive Team van de Telenet Group vervoegd vanaf 1 april 2011, als Senior Vice President Media & Public Affairs. Ze heeft meer dan twintig jaar international ervaring in de technologie- en telecommunicatiesector. De laatste 17 jaar bekleedde mevr. Caluwaerts diverse functies binnen British Telecom (BT), een van 's werelds grootste leveranciers van communicatie oplossingen en diensten. Haar laatste functie bij BT is Vice President Service Strategy & Programs, verantwoordelijk voor de herstructurering van BT Global Services.

Vincent Bruyneel, Senior Vice President – Strategy, Investor Relations & Corporate Communication

Vincent Bruyneel startte zijn loopbaan in 1998 bij Procter & Gamble als Financial Controller voor het Europese hoofdkwartier. In 2000 verhuisde hij naar Capco, een wereldwijd adviesverlenend kantoor voor financiële diensten, om er Financieel Analist te worden, met focus op vennootschapsplanning en rapportering. Na een internationale opdracht in New York, werd hij wereldwijd hoofd inzake vennootschapsplanning en rapportering. Hij sloot zijn betrekking bij Capco af als Principal Consultant, die de groepsfinancieringsactiviteiten van de firma onder zich had. De heer Bruyneel kwam bij Telenet op het einde van 2004 en werd aangesteld tot Manager Group Planning & reporting, verantwoordleijk voor het lange termijnplan van de Vennootschap, het budget en de rapportering van de groep. In 2007 werd hij Directeur Investor Relations en in 2008 nam hij bijkomende verantwoordelijkheden op als Group Treasurer. Vanaf 2010 was de heer Bruyneel benoemd tot Vice President Investor Relations, Corporate Finance & Corporate Development. Per 1 maart 2012 vervoegde hij het Executive Team als Senior Vice President Strategy, Investor Relations & Corporate Communication.

7.7 REMUNERATIEVERSLAG

7.7.1 Vergoeding van bestuurders

De algemene vergadering van aandeelhouders van de Vennootschap keurde de principes voor vergoeding van bestuurders goed tijdens de algemene vergaderingen van 31 mei 2007 en 28 april 2010. Alle niet-uitvoerende bestuurders ontvangen een jaarlijkse vaste vergoeding, verhoogd met zitpenningen per bijgewoonde vergadering van de raad van bestuur. Alle bestuurders, met uitzondering van de CEO en de bestuurders benoemd op voordracht van het Liberty Global Consortium, ontvangen een jaarlijkse vaste vergoeding van €30.000 elk. De voorzitter van de raad van bestuur ontvangt een jaarlijkse vaste vergoeding van €60.000. Voor elke vergadering van de raad van bestuur die bestuurders bijwonen, ontvangen zij zitpenningen voor een bedrag van €2.500. De bestuurders benoemd op voordracht van het Liberty Global Consortium ontvangen een jaarlijkse vaste vergoeding van €12.000 elk. Voor iedere vergadering van de raad van bestuur die ze bijwonen, ontvingen ze zitpenningen voor een bedrag van €2.000. De jaarlijkse vaste vergoedingen zijn enkel verschuldigd indien de bestuurder tenminste de helft van de

geplande vergaderingen van de raad van bestuur bijwoont. Voor (het bijwonen van) de vergaderingen van de comités worden geen bijkomende vergoedingen toegekend. De onafhankelijke bestuurders van Telenet NV worden op dezelfde wijze vergoed als de onafhankelijke bestuurders van Telenet Group Holding NV. Daarnaast worden er in principe geen vergoedingen toegekend aan bestuurders door andere vennootschappen van de Telenet Groep.

De CEO, die de enige uitvoerende bestuurder is, ontvangt geen vergoeding voor de uitoefening van zijn mandaat als bestuurder van Telenet vennootschappen.

Voor 2011 belopen de vergoedingen aan bestuurders in totaal €413.500 voor de Vennootschap en €142.500 voor Telenet NV (zie overzichtstabel hieronder voor individuele vergoedingen).

De bestuurders die wonen in Vlaanderen en Brussel ontvangen verder een korting op de Telenet producten die zij afnemen. Deze voordelen in natura vertegenwoordigen gemiddeld een bedrag tussen €500 en €2.000 op jaarbasis. De Vennootschap gelooft dat het belangrijk is dat bestuurders vertrouwd zijn met, en een goede kennis hebben van de producten en de diensten van Telenet.

Geen enkele bestuurder (uitgezonderd de CEO van de Vennootschap) ontvangt: (i) variabele vergoeding in de zin van de Wet van 6 april 2010 en (ii) winstgerelateerde vergoedingen, opties, aandelen of andere vergoedingen.

Overeenkomstig de Belgische wetgeving worden gegevens van (transacties in) aandelenopties en aandelen die gehouden worden door bestuurders (of personen die nauw met hen verbonden zijn of vennootschappen die zij volledig controleren) gemeld aan de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten.

U vindt hieronder een overzicht van de individuele vergoedingen van elke bestuurder.

Naam Vergoeding 2011

Frank Donck (VZ) € 77.500
Alex Brabers € 47.500
Michel Delloye (Cytifinance NV) € 45.000
Julien De Wilde (De Wilde J. Management BVBA) € 42.500
Friso van Oranje-Nassau € 47.500
André Sarens € 47.500
Duco Sickinghe -
Charles H. Bracken € 24.000
James S. O'Neill € 4.000
Diederik Karsten -
Bernard G. Dvorak -
Manuel Kohnstamm € 6.000
Niall Curran € 24.000
Ruth Elisabeth Pirie € 20.000
Balan Nair € 4.000
Jim Ryan € 24.000
Guido De Keersmaecker (Abaxon BVBA) € 47.500
Jozef Roos (JROOS BVBA) € 47.500
Michel Allé € 47.500

VZ: Voorzitter

De Vennootschap verwacht dat de principes voor vergoeding van de bestuurders van de Vennootschap de volgende twee boekjaren in lijn zullen zijn met het huidige vergoedingbeleid.

7.7.2 Vergoeding van het Executive (management) Team

1. Algemene remuneratieprincipes

De bepaling en de evolutie van Telenet's remuneratiebeleid hangt nauw samen met de groei, de resultaten en het succes van de Vennootschap in zijn geheel. Het remuneratiebeleid van de Vennootschap is gebaseerd op interne billijkheid en externe marktcompetitiviteit. Deze principes vinden we terug in HR toepassingen zoals functieclassificaties, loopbaanpaden en externe benchmarking. De strategie van de Vennootschap stemt competitieve verloning af op de belangen van de aandeelhouders en andere belanghebbenden, en streeft naar een optimale balans tussen het aanbieden van competitieve salarissen

en het vermijden van buitensporige vergoedingen, met een blijvende focus op prestaties en resultaten. Dit houdt in dat het beleid van de Vennootschap op constante wijze wordt herzien en aangepast waar nodig.

Telenet streeft naar een optimale mix tussen verschillende onderdelen van het vergoedingspakket, dat bestaat uit elementen van vaste vergoeding en elementen van variabele vergoeding. Als voorbeelden hiervan kunnen we vermelden dat het beleid van de Vennootschap inzake aanvullende voordelen een goede sociale ondersteuning nastreeft inzake extralegaal pensioen en verzekeringen voor medische kosten, leven en invaliditeit. Alle werknemers van Telenet kunnen genieten van kortingen of bijkomende voordelen op Telenet producten; en aandeelhouderschap van de Vennootschap wordt aangemoedigd via aandelenaankoopprogramma's voor werknemers en andere lange termijn aanmoedigingsplannen. Telenet ervaart dat dit uitgebalanceerd vergoedingsbeleid helpt om top talent aan te trekken en te behouden.

Prestatiemanagement en het bereiken van resultaten is een ander ankerpunt in de totale remuneratiestrategie van de Vennootschap: het merendeel van onze werknemers wordt geëvalueerd op en beloond in functie van (i) het behalen van individuele doelstellingen en/of doelstellingen voor de hele onderneming en (ii) hun functioneren conform het Telenet Competentie- en Leiderschapsmodel. In het vergoedingsbeleid van de Vennootschap speelt klantenloyaliteit (gemeten door een Klanten Loyaliteit Score – zie verder hierna) een cruciale rol.

Telenet neemt ook diverse initiatieven om een goede balans tussen werk- en privéleven te creëren en te behouden bij al zijn werknemers.

2. Remuneratieprincipes voor het uitvoerend management

a) Algemeen

Het remuneratie- en nominatiecomité bereidt een voorstel voor m.b.t. de remuneratieprincipes en het vergoedingsniveau van de Gedelegeerd Bestuurder en maakt dit voor akkoord over aan de raad van bestuur.

De CEO bereidt een voorstel voor m.b.t. de bepaling van de remuneratieprincipes en het remuneratieniveau van de leden van het Executive Team (uitgezonderd de Gedelegeerd Bestuurder) en maakt dit over aan het remuneratie- en nominatiecomité. Het remuneratie- en nominatiecomité bespreekt dit voorstel (en brengt mogelijk wijzigingen aan), en maakt dit voor akkoord over aan de raad van bestuur.

Het remuneratiebeleid van de Gedelegeerd Bestuurder en de leden van het Executive Team is gebaseerd op interne billijkheid en externe marktcompetitiviteit. De Vennootschap probeert te verzekeren dat de remuneratie van het Executive Team bestaat uit een optimale mix van diverse remuneratie-elementen.

Elk lid van het Executive Team wordt vergoed in functie van (i) zijn of haar persoonlijk functioneren en (ii) vooraf overeengekomen doelstellingen (zowel individueel als op ondernemingsniveau). Het functioneren van elk lid van het Executive Team wordt beoordeeld op basis van het Telenet Competentie- en Leiderschapsmodel. Eén van de hoofddoelen voor de leden van het Executive Team is klantenloyaliteit (bv. voor 2011 was 15% van de

bonus van het management afhankelijk van klantenloyaliteit). Telenet beoordeelt en meet klantentevredenheid en klantenloyaliteit via een Klanten Loyaliteit Score (KLS), die gemeten wordt volgens een vooraf overeengekomen formule waarbij de brongegevens op maandelijkse basis verzameld worden door een onafhankelijke professionele enquêtefirma.

In 2011 keurde de algemene aandeelhoudersvergadering van 27 april 2011 de huidige vergoedingprincipes goed van de CEO en de leden van het Executive Team, in het licht van de dwingende bepalingen van de Wet van 6 april 2010 en de relevante principes van de Belgische Corporate Governance Code over vergoeding van uitvoerende personen.

Binnen de grenzen van de bestaande optie- en warrantplannen goedgekeurd door de algemene aandeelhoudersvergadering, kan de raad van bestuur, op aanbeveling van het remuneratie- en nominatiecomité, ook warranten en/of opties toekennen aan de leden van het Executive Team.

Het Aandelen Prestatieplan 2011 voor de leden van het Executive Team voorziet in een bepaling over een terugvorderingrecht van de toegekende variabele vergoeding, in geval van herziening van de jaarrekening van de Vennootschap. Er zijn geen bepalingen in die zin opgenomen in de warrantovereenkomsten en in de SSOP 2010-2014 overeenkomst met de CEO.

Overeenkomstig de Belgische wetgeving worden gegevens van (transacties in) aandelenopties en aandelen die gehouden worden door leden van het Executive Team (of personen die nauw met hen verbonden zijn of vennootschappen die zij volledig controleren) gemeld aan de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten.

De Vennootschap verwacht dat de principes voor vergoeding van de leden van het Executive Team van de Vennootschap (met inbegrip van de CEO) de volgende twee boekjaren in lijn zullen zijn met het huidige vergoedingbeleid.

b) Remuneratieprincipes voor de Gedelegeerd Bestuurder

Het jaarlijkse remuneratiepakket van de Gedelegeerd Bestuurder bestaat uit een vaste vergoeding, een

variabele vergoeding, gestorte premies voor groepsverzekering en voordelen in natura.

De variabele vergoeding in geld van de Gedelegeerd Bestuurder is afhankelijk van zijn algemene prestaties gedurende het jaar. Ieder jaar formuleert het remuneratie- en nominatiecomité een concreet voorstel voor bonus en loonsverhoging en legt dit voor ter goedkeuring aan de raad van bestuur.

Er kan een op aandelen gebaseerde vergoeding toegekend worden aan de Gedelegeerd Bestuurder. Voor details over de op aandelen gebaseerde vergoeding van de Gedelegeerd Bestuurder (inclusief de op aandelen gebaseerde vergoeding ontvangen in 2011) wordt verwezen naar sectie 3 b) hierna.

c) Remuneratieprincipes voor de leden van het Executive Team (uitgezonderd de Gedelegeerd Bestuurder)

De jaarlijks remuneratie van de leden van het Executive Team bestaat uit een vast loon (inclusief vakantiegeld en dertiende maand), een variabele vergoeding, gestorte premies voor groepsverzekering en voordelen in natura.

De overeenkomsten met de leden van het Executive Team bevatten geen specifieke verwijzingen naar de criteria die in aanmerking worden genomen voor de berekening van de variabele vergoeding, wat afwijkt van bepaling 7.17 van de Belgische Corporate Governance Code 2009. De Vennootschap zet de principes van variabele vergoeding uiteen in een algemeen beleid, omdat het gelooft dat er voldoende flexibiliteit moet kunnen zijn in de bepaling van de principes inzake variabele vergoeding in functie van wijzigende marktomstandigheden.

De variabele vergoeding in geld is afhankelijk van prestatiecriteria m.b.t. het relevante boekjaar. De bonus van elk lid van het Executive Team was voor het prestatiejaar 2011 voor 15% verbonden aan bedrijfsbrede doelstellingen van de Vennootschap zoals de Klanten Loyaliteit Score (zie hoger), en voor 85% afhankelijk van hun presteren als leider van hun afdeling en als individu. Na advies van de CEO beslist het remuneratie- en nominatiecomité over het bereiken van de prestatiecriteria door ieder lid van het Executive team als leider van hun departement en als individu.

In 2011 werd de variabele vergoeding van de CEO en de leden van het Executive Team herbekeken in functie van de bepalingen van de Wet van 6 april 2010 en de relevante principes van de Belgische Corporate Governance Code.

Op 27 oktober 2011 besliste de raad van bestuur om een totale variabele remuneratie toe te kennen aan de leden van het Executive Team, bestaande uit een cash bonus en "Prestatieaandelen" (de "2011 Prestatieaandelen"). Deze prestatieaandelen zullen pas definitief verworven zijn door de begunstigden na een periode van drie jaar en indien bepaalde vooraf bepaalde prestatiecriteria werden behaald over een periode van drie jaar.

Bijkomend zal de uitbetaling van de bonus in geld onderworpen zijn aan het behalen van bepaalde vooraf bepaalde prestatiecriteria over één jaar. Wanneer aan deze prestatiecriteria wordt voldaan, is 50% van de verworven cash bonus uitbetaalbaar in het jaar volgend op het prestatiejaar, 25% zal uitbetaald worden in het tweede jaar volgend op het prestatiejaar en 25% zal uitbetaald worden in het derde jaar na het prestatiejaar, op voorwaarde dat de betrokken leden van het Executive Team nog in dienst zijn op de relevante uit betalingsdata. Alle prestatiecriteria worden vastgelegd door de CEO en het remuneratie- en nominatiecomité en gevalideerd door de raad van bestuur.

Er kan een op aandelen gebaseerde vergoeding toegekend worden aan de leden van het Executive Team. Voor details over de op aandelen gebaseerde vergoeding van de leden van het Executive Team (inclusief de op aandelen gebaseerde vergoeding ontvangen in 2011) wordt verwezen naar sectie 4 b) hierna.

De algemene aandeelhoudersvergadering van de Vennootschap keurde de relevante bepalingen van dit vergoedingspakket goed op 27 april 2011, in overeenstemming met de Wet van 6 april 2010.

3. Vergoeding van de CEO

a) Vergoeding in geld

In 2011 werd aan de CEO, Dhr. Duco Sickinghe, de volgende vergoeding toegekend: (i) een vaste vergoeding van €765.000, (ii) een variabele vergoeding van €670.000, (iii) gestorte premies voor groepsverzekering voor een totaal bedrag van €47.716 en (iv) voordelen in natura gewaardeerd op €68.878. Zoals

vermeld in sectie 7.7.1 wordt de CEO niet vergoed voor de uitoefening van zijn mandaat als bestuurder van de Vennootschap of van andere vennootschappen van de Telenet Groep.

Het relatieve belang van deze componenten is de volgende: vaste vergoeding 49,30%, variabele vergoeding 43,18%, gestorte premies voor groepverzekering 3,08% en voordelen in natura 4,44%.

Zoals goedgekeurd door de algemene aandeelhoudersvergoeding van 27 april 2011, vormt deze variabele vergoeding in geld samen met de op aandelen gebaseerde vergoeding onder het SSOP 2010-2014 (zie hieronder), de totale variabele vergoeding van de CEO voor doeleinden van de Wet van 6 april 2010.

Het pensioenplan van de CEO is van het type vaste bijdragen. De bijdrage van de Vennootschap bedraagt voor 2011 €47.716.

De voordelen in natura bestaan uit verzekeringen voor medische kosten, leven en invaliditeit, en een bedrijfswagen. Verder ontvangt de CEO een korting op Telenet producten en diensten die hij bestelt.

Hij ontvangt geen bonus in geld verbonden aan een prestatieperiode van meer dan één jaar.

Zoals hij reeds meerdere malen heeft gedaan in de vorige jaren, zal de CEO een aanzienlijk bedrag schenken aan de Telenet Foundation. Voor dit jaar zal dit bedrag 50% van zijn netto bonus in geld bedragen. De raad van bestuur is hem zeer erkentelijk voor dit gebaar.

b) Op aandelen gebaseerde vergoeding

De CEO ontving geen aandelen van de Vennootschap tijdens het laatste boekjaar.

Op 4 september 2010 werden 850.000 opties toegekend aan de CEO van de Telenet groep onder het "Specifieke Aandelen Optie Plan 2010-2014" (het "SSOP 2010-2014"). De opties zijn van contractuele aard en zijn bijgevolg niet kwalificeerbaar als warranten.

De looptijd van de opties bedraagt zeven jaar. Bijgevolg vervallen alle definitief verworven of nog definitief te verwerven opties onder het SSOP 2010-2014 op 4

september 2017. De opties worden definitief verworven in 4 schijven, respectievelijk op 1 maart 2011, 1 maart 2012, 1 maart 2013 en 1 maart 2014.

De uitoefenprijs van de opties is gelijk aan: (i) de marktwaarde van de onderliggende aandelen op het tijdstip van de toekenning van de opties, voor de eerste schijf van 250.000 opties, (ii) de voormelde marktwaarde verhoogd met één euro, voor de tweede schijf van 200.000 opties, (iii) de voormelde marktwaarde verhoogd met twee euro, voor de derde schijf van 200.000 opties en (iv) de voormelde marktwaarde verhoogd met drie euro, voor de vierde schijf van 200.000 opties.

De definitieve verwerving van de opties (de "vesting") is gebaseerd op het verwezenlijken van bepaalde prestatie gebonden criteria. De jaarlijkse prestatiecriteria worden ieder jaar bepaald door het remuneratie- en nominatiecomité, in samenspraak met de CEO. Bij een wijziging van de controle over de Vennootschap en indien de aandelen van de Vennootschap niet langer worden genoteerd op een gereglementeerde markt, worden alle opties onmiddellijk en automatisch definitief verworven. De opties kunnen niet uitgeoefend worden vóór het einde van het derde kalenderjaar dat volgt op het jaar van de toekenning.

De aandelen die verkregen kunnen worden bij de uitoefening van de opties zijn verder onderworpen aan de volgende retentievoorwaarden (van toepassing op elke afzonderlijk uitgeoefende tranche): (i) in de 90 dagen volgend op de uitoefening van de opties, kunnen aandelen verkocht worden tot aan een bedrag dat gelijk is aan de som van de belastingen die verschuldigd was op het moment van de toekenning van de opties en de uitoefenprijs van de uitgeoefende opties, (ii) in de daaropvolgende periode van 270 dagen, kan maximaal 50% van de resterende aandelen verkocht worden vóór de beëindiging van de professionele samenwerking met de Telenet groep, en (iii) het saldo van de aandelen mag pas verkocht worden na het einde van de 18de maand volgend op de maand waarin de respectieve uitoefenperiode eindigde.

In oktober 2010 werden de eerste 250.000 aandelenopties onder dit plan toegekend tegen een uitoefenprijs van €23,00 per optie. Zowel het aantal opties als de uitoefenprijs werd aangepast na de uitbetaling van de kapitaalvermindering van de Vennootschap in juli 2011 (zie tabel hieronder). De prestatiegebonden criteria voor de eerste toekenning hielden verband met de EBITDA van de Telenet groep op geconsolideerde basis, de klantenloyaliteit/tevredenheid bereikt door de Telenet groep en de product- en diensteninnovatie binnen de Telenet groep. Op 23 februari 2011 heeft het remuneratie- en nominatiecomité vastgesteld dat de toepasselijke prestatiecriteria werden behaald voor 2010, zodat deze 250.000 opties (290.323 opties na de aanpassing aan de gevolgen van de kapitaalvermindering 2011) definitief verworven werden op 1 maart 2011.

Op 23 februari 2011 heeft het remuneratie- en nominatiecomité, in samenspraak met de CEO, de prestatiecriteria vastgelegd voor een tweede schijf van 200.000 opties onder het SSOP 2010-2014, tegen een uitoefenprijs van

€24,00 per optie. De prestatiegebonden criteria voor de tweede toekenning hielden verband met de vrije kasstroom van de Telenet groep op geconsolideerde basis, de klantentevredenheid, duurzaamheid en de product- en diensteninnovatie binnen de Telenet groep. Op 15 februari 2012 heeft het remuneratie- en nominatiecomité vastgesteld dat de toepasselijke prestatiecriteria werden behaald voor 2011, zodat deze 200.000 opties (232.258 opties na de aanpassing aan de gevolgen van de kapitaalvermindering 2011) definitief verworven werden op 1 maart 2012, tegen een uitoefenprijs van €20,67.

Op 31 december 2011 bezat de CEO de volgende opties en warranten:

Naam plan Aantal
uitstaan
de opties
Huidige
uitoefen
prijs
Uitoefen
baar
Verval
datum
ESOP 2004 Klasse A-opties 346.025 € 3,84 allemaal
uitoefenbaar
15 juni 2012
ESOP 2007 quinquies warrants 198.422 € 15,19 per kwartaal 4 december 2014
ESOP 2008 warrants 418.580 € 12,01 per kwartaal 28 mei 2013
ESOP 2009 warrants 237.680 € 10,77 per kwartaal 27 mei 2014
SSOP 2010-2014 opties
eerste toekenning 290.323 € 19,81 allemaal
uitoefenbaar
4 september 2017
tweede toekenning 232.258 € 20,67 allemaal
uitoefenbaar
4 september 2017
derde toekenning 232.258 € 21,53 1 maart 2013 (*) 4 september 2017
vierde toekenning 232.258 € 22,39 1 maart 2014 (*) 4 september 2017

(*) uitoefenbaarheid verbonden aan behalen van prestatiecriteria in het voorgaande boekjaar

De Klasse A-opties geven het recht om 346.025 Klasse A winstbewijzen te verwerven, die onder bepaalde voorwaarden inwisselbaar zijn tegen een gelijk aantal aandelen.

Alle warranten onder het ESOP 2007, ESOP 2008 en ESOP 2009 kunnen uitgeoefend worden voor een gelijk aantal aandelen.

Alle opties toegekend aan de CEO onder het SSOP 2010-2014 geven de CEO het recht om bestaande aandelen van de Vennootschap te verkrijgen, op een één-voor-één basis.

Tijdens 2011 heeft de CEO geen opties of warranten uitgeoefend en zijn géén van zijn opties of warranten vervallen.

c) Beëindigingregeling

De overeenkomst met de CEO (laatst aangepast op 15 juni 2007) bevat een beëindigingregeling die voorziet in een opzegvergoeding van tweemaal de jaarlijkse vergoeding in geval van beëindiging door de Vennootschap (behalve omwille van dringende reden). In het geval de CEO zijn overeenkomst met de Vennootschap wenst te beëindigen, dient een opzegtermijn te worden overeengekomen tussen de CEO en de Vennootschap die minstens zes maanden lang moet zijn.

In het licht van de nieuwe Belgische wetgeving inzake deugdelijk bestuur, heeft de CEO het initiatief genomen om voor te stellen zijn beëindigingregeling te reduceren, om deze in lijn te brengen met de nieuwe regels opgelegd door de Wet van 6 april 2010, die voorziet

dat beëindigingregelingen 12 maanden vergoeding niet zouden mogen overschrijden (tenzij indien anders besloten zou worden door het remuneratie- en nominatiecomité of de aandeelhoudersvergadering).

4. Remuneratie van het Executive Team

a) Vergoeding in geld

In 2011 bedroeg de totale remuneratie betaald aan de andere leden van het Executive Team (de CEO niet inbegrepen), €2.927.015. Alle leden van het Executive Team in 2011 (met uitzondering van de CEO), hebben een arbeidsovereenkomst met Telenet NV.

Dit bedrag is samengesteld als volgt: (i) een vaste vergoeding van €2.101.230, (ii) een variabele vergoeding van €409.405 (zijnde 50% van de totale bonus in geld, zie hierboven onder punt 2.c), (iii) gestorte premies voor groepsverzekering voor een bedrag van €147.736 en (iv) voordelen in natura gewaardeerd op €268.443. Al deze bedragen zijn bruto, zonder patronale sociale zekerheidsbijdragen.

De leden van het Executive team hebben een pensioenplan van het type vaste prestaties (te bereiken doel). Dit plan wordt gefinancierd door zowel werkgevers- als werknemersbijdragen. De aan het boekjaar toegekende pensioenkost "service cost" (zonder werknemersbijdragen) bedraagt €221.000.

De voordelen in natura bestaan uit verzekeringen voor medische kosten, leven en invaliditeit, een bedrijfswagen, een representatievergoeding en maaltijdcheques.

Verder ontvangen de leden van het Executive Team een korting op Telenet producten en diensten die zij bestellen.

Zij ontvangen geen bonus in geld verbonden aan een prestatieperiode van meer dan één jaar.

b) Op aandelen gebaseerde vergoeding

De leden van het Executive Team ontvingen prestatieaandelen van de Vennootschap in de loop van het laatste boekjaar. Het prestatiecriterium van toepassing op de Prestatieaandelen 2011 is het behalen van een samengestelde jaarlijkse groei voor operationele vrije

kasstroom, waarbij de operationele vrije kasstroom van 2010 wordt vergeleken met de operationele vrije kasstroom van 2013. Het bereiken van 75% tot 150% van de beoogde samengestelde jaarlijkse groei voor operationele vrije kasstroom zou er in het algemeen toe leiden dat de begunstigden 50% tot 150% van hun Telenet Prestatieaandelen 2011 verwerven, rekening houdend met vermindering of verval gebaseerd op individuele prestatie- en dienstvereisten. Het Prestatieaandelen 2011 plan bevat een bepaling over een terugvorderingrecht van de toegekende variabele vergoeding, in geval van herziening van de jaarrekening van de Vennootschap.

Een overzicht van de aantallen prestatieaandelen toegekend aan (en aanvaard door) de leden van het Executive Team kan hieronder gevonden worden:

Naam Aantal toegekende
en aanvaarde
prestatieaandelen
Jan Vorstermans 5.071
Patrick Vincent 4.068
Renaat Berckmoes 3.745
Luc Machtelinckx 3.701
Claudia Poels 3.139
Martine Tempels 2.985
Inge Smidts 2.653
Herbert Vanhove 3.316
Ann Caluwaerts 3.236

De leden van het Executive Team ontvingen geen andere aandelen van de Vennootschap tijdens het laatste boekjaar.

Op 11 augustus 2011 werden 40.000 warranten onder het ESOP 2010 toegekend aan mevrouw Ann Caluwaerts, waarvan zij 20.000 warranten aanvaardde. Nadat ze definitief verworven zijn, kunnen deze warranten uitgeoefend worden voor een gelijk aantal aandelen. Deze warranten worden definitief verworven over een periode van 4 jaar en kunnen uitgeoefend worden tot 10 augustus 2016. De uitoefenprijs per warrant is €26,35.

Op 31 december 2011 bezaten de leden van het Executive Team (met uitzondering van de CEO) in totaal 939.891 warranten onder het ESOP 2007 en 309.688 warranten onder het ESOP 2010. Elke warrant kan uitgeoefend worden voor één aandeel. De definitieve verwerving van deze warranten gebeurt geleidelijk (per kwartaal) over een periode van vier jaar. Nadat ze uitoefenbaar geworden zijn, kunnen de warranten meteen uitgeoefend worden.

Een overzicht van de warranten die gedurende 2011 werden uitgeoefend door de huidige leden van het Executive Team, vindt u hieronder:

Naam Aantal
uitgeoefende
warrants
Uitoefen
prijs
Plan
Voor aanpassing op 26 juli 2011 n.a.v. uitbetaling van kapitaalvermindering
Ronny Verhelst 40.664 € 12,75 ESOP 2007 bis
75.634 € 12,63 ESOP 2007 quater
35.000 € 24,02 ESOP 2010 primo
Luc Machtelinckx 6.041 € 12,63 ESOP 2007 quater
6.874 € 24,02 ESOP 2010 primo
Renaat Berckmoes 10.000 € 12,75 ESOP 2007 bis
Patrick Vincent 2.000 € 12,75 ESOP 2007 bis
8.000 € 12,63 ESOP 2007 quater
10.000 € 24,02 ESOP 2007 septies
Na aanpassing op 26 juli 2011 n.a.v. uitbetaling van kapitaalvermindering
Inge Smidts 5.877 € 14,83 ESOP 2007 sexies
14.516 € 20,68 ESOP 2010 primo
Luc Machtelinckx 17.332 € 10,98 ESOP 2007 bis
18.025 € 10,88 ESOP 2007 quater
11.975 € 20,68 ESOP 2010 primo
Patrick Vincent 7.000 € 10,98 ESOP 2007 bis
24.700 € 10,88 ESOP 2007 quater
21.000 € 20,68 ESOP 2007 septies
Martine Tempels 758 € 10,88 ESOP 2007 quater
1.000 € 20,68 ESOP 2010 primo

c) Beëindigingregelingen

Sommige arbeidsovereenkomsten met leden van het Executive Team, alle afgesloten voor juli 2009, bevatten beëindigingregelingen die voorzien in een opzegtermijn die 12 maanden kan overstijgen in geval van beëindiging door Telenet NV (behalve omwille van dringende reden):

Telenet NV (behalve omwille van dringende reden) voorziet in een opzegtermijn te berekenen op basis van de "formule Claeys", met een minimum van 7 maanden.

De heer Luc Machtelinckx heeft een contractuele beëindigingclausule, die, in geval van beëindiging door Telenet NV (behalve omwille van dringende reden), voorziet in een opzegtermijn te berekenen op basis van de "formule Claeys".

De heer Jan Vorstermans heeft een contractuele beëindigingclausule, die, in geval van beëindiging door De heer Herbert Vanhove heeft een contractuele beëindigingclausule, die, in geval van beëindiging door Telenet NV (behalve omwille van dringende reden of zware niet wijzig tekortkoming), voorziet in een opzegtermijn met een minimum van 8 maanden.

De arbeidsovereenkomsten met mevrouw Martine Tempels, mevrouw Inge Smidts en de heer Herbert Vanhove, allen afgesloten toen ze nog geen lid waren van het Executive Team (en voor 4 mei 2010, d.i. de datum waarop de Wet van 6 april 2010 van kracht werd), bevatten specifieke bepalingen in verband met vroegtijdige beëindiging, alhoewel ze niet voorzien in een bepaling die specificeert dat de opzegvergoeding in geval van vroegtijdige beëindiging 12 maanden vergoeding niet mag overschrijden. Dit laatste punt wijkt af van bepaling 7.18 van de Belgische Corporate Governance Code 2009. De Vennootschap sloot geen nieuwe overeenkomsten af met hen ter gelegenheid van hun aanstelling tot leden van het Executive Team.

De arbeidsovereenkomsten met de heer Renaat Berckmoes, de heer Patrick Vincent en mevrouw Claudia Poels bevatten geen specifieke bepalingen in verband met vroegtijdige beëindiging.

De overeenkomst met mevrouw Ann Caluwaerts, afgesloten na 4 mei 2010, bevat een bepaling die specificeert dat de opzegvergoeding in het geval van vroegtijdige beëindiging het maximum bedrag voorzien bij wet niet mag overschrijden.

Elke nieuwe overeenkomst die wordt afgesloten met een lid van het Executive Team na 4 mei 2010, zal in regel zijn met de wettelijke bepalingen van de Wet van 6 april 2010 en de Corporate Governance Code 2009.

In april 2011 verliet de heer Ronny Verhelst, die een lid was van het Executive Team, vrijwillig Telenet. Bij beslissing van het remuneratie- en nominatiecomité werden 17.420 van zijn niet definitief verworven warranten onder het ESOP 2007 quater en 35.000 van zijn niet definitief verworven warranten onder het ESOP 2010 primo vervallen verklaard.

7.8 CONTROLE VAN DE VENNOOTSCHAP

Externe controle door de commissaris

Voor meer informatie over de vergoeding die in 2011 aan de commissaris werd betaald voor controle- en andere werkzaamheden, verwijzen we naar Toelichting 5.30 van de Geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

Interne controle

Sedert 2009 heeft de Vennootschap Pricewaterhouse-Coopers Bedrijfsrevisoren BV ovv CVBA aangesteld tot interne auditor over de Vennootschap en haar dochtervennootschappen voor een periode van drie jaar. Vanaf 2012 heeft de Vennootschap Deloitte aangesteld als interne auditor van de Vennootschap voor een periode van drie jaar.

De interne controleactiviteiten worden uitgevoerd op basis van een door het audit comité jaarlijks goedgekeurd en opgevolgd plan. Deze interne controleactiviteiten omvatten een uiteenlopende reeks onderwerpen en zijn gericht op de evaluatie en verbetering van de specifieke controlesystemen.

Mechelen, 20 maart 2012

Namens de raad van bestuur

Duco Sickinghe Frank Donck

Gedelegeerd bestuurder Voorzitter

Telenet Group Holding NV geconsolideerde jaarrekening

1 Geconsolideerde balans

(in duizend euro) Toelichting 31 decem-
ber 2011
31 decem-
ber 2010
Activa
Vaste activa:
Materiële vaste activa 5.4 1.301.121 1.310.202
Goodwill 5.5 1.241.798 1.241.798
Overige immateriële activa 5.6 409.484 313.559
Uitgestelde belastingvorderingen 5.14 10.721 19.905
Derivaten 5.13 190 4.718
Geassocieerde deelnemingen 5.21 187 213
Overige activa 5.8 38.886 4.935
Totaal vaste activa 3.002.387 2.895.330
Vlottende activa:
Voorraden 5.9 9.139 12.612
Handelsvorderingen 5.7 93.623 79.826
Derivaten 5.13 1.988 315
Overige vlottende activa 5.8 88.000 65.016
Geldmiddelen en kasequivalenten 5.10 346.597 639.581
Totaal vlottende activa 539.347 797.350
Totaal activa 3.541.734 3.692.680
Toelichting 31 decem

ber 2011 31 december 2010

Eigen vermogen en verplichtingen
Eigen vermogen:
Geplaatst kapitaal 5.11 294.190 797.350
Uitgiftepremies en overige reserves 5.11 1.005.724 979.967
Overgedragen verlies 5.11 (1.548.156) (1.559.845)
Eigen vermogen toe te rekenen aan eigenaars van de
Vennootschap
(248.242) 217.472
Minderheidsbelangen 5.11 9 -
Totaal eigen vermogen (248.233) 217.472
Langlopende verplichtingen:
Leningen en overige financieringsverplichtingen 5.12 2.904.131 2.837.377
Derivaten 5.13 94.093 35.914
Over te dragen opbrengsten 5.18 4.380 6.428
Uitgestelde belastingverplichtingen 5.14 29.114 5.544
Overige schulden 5.15 115.598 38.145
Totaal langlopende verplichtingen 3.147.316 2.923.408
Kortlopende verplichtingen:
Leningen en overige financieringsverplichtingen 5.12 55.402 40.319
Handelsschulden 147.341 109.341
Toe te rekenen kosten en overige kortlopende
verplichtingen
5.17 319.780 283.071
Over te dragen opbrengsten 5.18 86.791 94.034
Derivaten 5.13 28.877 24.729
Kortlopende belastingschuld 5.14 4.460 306
Totaal langlopende verplichtingen 642.651 551.800
Totaal verplichtingen 3.789.967 3.475.208
Totaal eigen vermogen en verplichtingen 3.541.734 3.692.680

De toelichting is een integraal onderdeel van deze geconsolideerde jaarrekening.

(in duizend euro)

2 Geconsolideerde staat van het totaalresultaat

Voor het jaar afgesloten op 31 december
(in duizend euro, behalve aandeleninformatie) Toelichting 2011 2010
Opbrengsten 5.18 1.376.253 1.298.993
Kostprijs van geleverde diensten 5.19 (821.152) (735.781)
Brutowinst 555.101 563.212
Verkoop-, algemene en beheerskosten 5.19 (228.910) (218.681)
Resultaat uit bedrijfsactiviteiten 326.191 344.531
Financiële opbrengsten 7.808 1.513
Netto interestopbrengsten en wisselkoerswinsten 7.808 1.513
Financiële kosten (279.897) (199.158)
Netto interestkosten en wisselkoersverliezen (205.832) (152.257)
Netto verlies op afgeleide financiële instrumenten (62.673) (38.998)
Verlies bij vervroegde aflossing van schulden (11.392) (7.903)
Netto financiële kosten 5.20 (272.089) (197.645)
Aandeel in het resultaat van geassocieerde deelnemingen 5.21 (361) (412)
Winst vóór winstbelastingen 53.741 146.474
Belastingen 5.22 (36.918) (57.172)
Winst over de verslagperiode 16.823 89.302
Netto resultaat rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen - -
Totaalresultaat voor de periode 16.823 89.302
Winst toe te rekenen aan: 16.823 89.302
Eigenaars van de Vennootschap 16.829 89.302
Minderheidsbelangen (6) -
Totaalresultaat voor de periode, toe te rekenen aan: 16.823 89.302
Eigenaars van de Vennootschap 16.829 89.302
Minderheidsbelangen (6) -
Winst per aandeel
Gewone winst per aandeel in € 5.23 0,15 0,80
Verwaterde winst per aandeel in € 5.23 0,15 0,79

De toelichting is een integraal onderdeel van deze geconsolideerde jaarrekening.

3 Geconsolideerde staat van het eigen vermogen

Ge
(in duizend euro, behalve aandeleninformatie) Toe
lich
ting
Aantal
aandelen
plaatst
kapi
taal
1 januari 2010 111.761.666 1.041.812
Totaalresultaat voor de periode
Winst over de periode - -
Nettoresultaat rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen - -
Totaalresultaat voor de periode - -
Transacties met eigenaars, rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen
Kapitaaltransacties met eigenaars
Op aandelen gebaseerde vergoedingen 5.11 - -
Uitoefening van opties Klasse B 5.11 - -
Uitoefening van 2007 bis Warrants 5.11 320.449 2.637
Uitoefening van 2007 ter Warrants 5.11 10.546 83
Uitoefening van 2007 quater Warrants 5.11 217.827 1.648
Uitoefening van 2007 sexies Warrants 5.11 12.393 88
Uitgifte van aandelen via omzetting van winstbewijzen Klasse B 5.11 165.553 1.020
Uitgifte van aandelen via omzetting van dispreferentie aandelen 5.11 (60.394) -
Terugbetaling van kapitaal 5.11 - (249.938)
Totaal kapitaaltransacties met eigenaars 666.374 (244.462)

31 december 2010 112.428.040 797.350 65.812 24.007 64.798 - 825.350 (1.559.845) 217.472 - 217.472

Toewijsbaar aan aandeelhouders van de Vennootschap

Kapitaal
reserve
Reserve voor
vergoedingen
o.b.v aandelen
Wet
telijke
reserve
Reserve
eigen
aandelen
Overige
reserve
Overge
dragen
verlies
Totaal Minder
heids
belangen
Totaal
Eigen
Vermo
gen
62.803 14.440 3 - 825.350 (1.584.352) 360.056 - 360.056
- - 64.795 - - 24.507 89.302 - 89.302
- - - - - - - - -
- - 64.795 - - 24.507 89.302 - 89.302
- 9.787 - - - - 9.787 - 9.787
- 800 - - - - 800 - 800
1.663 - - - - - 4.300 - 4.300
58 - - - - - 141 - 141
1.162 - - - - - 2.810 - 2.810
126 - - - - - 214 - 214
- (1.020) - - - - - - -
- - - - - - - - -
- - - - - - (249.938) - (249.938)
3.009 9.567 - - - - (231.886) - (231.886)
65.812 24.007 64.798 - 825.350 (1.559.845) 217.472 - 217.472
(in duizend euro, behalve aandeleninformatie) Toe
lich
ting
Aantal
aandelen
Geplaatst
kapitaal
Kapitaal
reserve
1 januari 2011 112.428.040 797.350 65.812
Totaalresultaat voor de periode
Winst over de periode - - -
Nettoresultaat rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen - - -
Totaalresultaat voor de periode - - -
Transacties met eigenaars, rechtstreeks verwerkt in het eigen
vermogen
Kapitaaltransacties met eigenaars
Toewijzing van winst van vorig boekjaar aan de wettelijke reserve 5.11 - - -
Op aandelen gebaseerde vergoedingen 5.11 - - -
Verloningskost mbt aandelenaankoopprogramma voor werknemers 5.11 - - -
Uitoefening van opties Klasse B 5.11 - - -
Uitoefening van 2007 Warrants 5.11 1.806 5 22
Uitoefening van 2007 bis Warrants 5.11 192.229 999 1.309
Uitoefening van 2007 ter Warrants 5.11 1.592 6 12
Uitoefening van 2007 quater Warrants 5.11 312.280 1.602 2.104
Uitoefening van 2007 sexies Warrants 5.11 18.933 53 230
Uitoefening van 2007 septies Warrants 5.11 31.000 125 549
Uitoefening van 2010 primo Warrants 5.11 148.748 703 2.609
Uitoefening van 2010 bis Warrants 5.11 4.352 11 97
Uitgifte van aandelen via omzetting van winstbewijzen Klasse B 5.11 36.709 204 -
Ingekochte eigen aandelen 5.11 - - -
Uitgifte van aandelen mbt aandelenaankoopprogramma voor
werknemers
5.11 341.168 2.420 6.580
Terugbetaling van kapitaal 5.11 - (509.288) -
Totaal kapitaaltransacties met eigenaars 1.088.817 (503.160) 13.512
Veranderingen in eigendomsbelangen in dochterondernemingen
Verkoop van minderheidsbelang zonder verlies van controle - - -
Totaal transacties met eigenaars 1.088.817 (503.160) 13.512

31 december 2011 113.516.857 294.190 79.324 36.875 69.938 (5.763) 825.350 (1.548.156) (248.242) 9 (248.233)

De toelichting is een integraal onderdeel van deze geconsolideerde jaarrekening.

Toewijsbaar aan aandeelhouders van de Vennootschap

Reserve voor
vergoedingen
o.b.v aandelen
Wet
telijke
reserve
Reserve
eigen aan
delen
Overige
reserve
Overge
dragen
verlies
Totaal Minderheids
belangen
Totaal
Eigen
Vermo
gen
24.007 64.798 - 825.350 (1.559.845) 217.472 - 217.472
-
-
-
-
-
-
-
-
16.829
-
16.829
-
(6)
-
16.823
-
- - - - 16.829 16.829 (6) 16.823
- 5.140 - - (5.140) - - -
10.652 - - - - 10.652 - 10.652
2.353 - - - - 2.353 - 2.353
67 - - - - 67 - 67
- - - - - 27 - 27
- - - - - 2.308 - 2.308
18
- - - - - 18 -
- - - - - 3.706 - 3.706
-
-
-
-
-
-
-
-
-
-
283
674
-
-
283
674
- - - - - 3.312 - 3.312
- - - - - 108 - 108
(204) - - - - - - -
- - (5.763) - - (5.763) - (5.763)
- - - - - 9.000 9.000
- - - - - (509.288) - (509.288)
12.868 5.140 (5.763) - (5.140) (482.543) - (482.543)
- - - - - - 15
12.868 5.140 (5.763) - (5.140) (482.543) 15 (482.528)
36.875 69.938 (5.763) 825.350 (1.548.156) (248.242) 9 (248.233)

4 Geconsolideerd kasstroomoverzicht

Voor het jaar afgesloten op 31 december
(in duizend euro) Toelichting 2011 2010
Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten:
Winst over de periode 16.823 89.302
Aanpassingen voor:
Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen 5.19 381.227 313.788
Verlies op verkoop van materiële vaste activa en overige
immateriële activa
5.19 2.065 46
Winstbelastingen 5.22 36.918 57.172
Mutatie waardevermindering dubieuze debiteuren 5.7 3.895 (3.801)
Netto interestopbrengsten en wisselkoerswinsten 5.20 (7.808) (1.513)
Netto interestkosten en wisselkoersverliezen 5.20 205.832 152.257
Netto verlies op derivaten 5.20 62.673 38.998
Verlies bij vervroegde aflossing van schulden 5.20 11.392 7.903
Aandeel in het resultaat van geassocieerde deelnemingen 5.21 361 412
Op aandelen gebaseerde vergoeding 5.19 13.005 9.787
Mutatie in:
Handelsvorderingen (13.051) (454)
Overige vlottende activa 2.166 (17.173)
Over te dragen opbrengsten (9.292) (13.596)
Handelsschulden 38.212 24.242
Overige verplichtingen 286 (4.848)
Toe te rekenen kosten en overige kortlopende verplichtingen (32.702) (11.710)
Betaalde interesten (180.165) (129.006)
Ontvangen interesten 7.314 844
Ontvangen (betaalde) winstbelastingen (795) 358
Betalingen voor derivaten 5.13 - (12.940)
Ontvangsten uit derivaten 5.13 2.500 3.709
Nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten 540.856 503.777
Voor het jaar afgesloten op 31 december
(in duizend euro) Toelichting 2011 2010
Kasstroom uit investeringsactiviteiten:
Verwerving van materiële vaste activa (216.300) (194.549)
Verwerving van immateriële activa (78.254) (51.494)
Verwerving van dochterondernemingen, na aftrek van verworven
geldmiddelen
5.24 - (2.315)
Ontvangsten uit verkoop van materiële vaste activa en overige
immateriële activa
1.118 315
Opbrengsten uit de verkoop van uitzendrechten voor doorverkoop (15.600) -
Verwerving van uitzendrechten voor doorverkoop 15.600 -
Nettokasstroom gebruikt voor investeringsactiviteiten (293.436) (248.043)
Kasstroom uit financieringsactiviteiten:
Aflossing van leningen en overige financieringsverplichtingen 5.12 (697.447) (208.811)
Ontvangsten uit opname van leningen en overige
financieringsverplichtingen
5.12 700.000 735.000
Betalingen uit hoofde van financiële leaseverplichtingen (34.077) (26.467)
Betalingen van transactiekosten bij uitgifte van leningen (17.202) (20.014)
Inkoop eigen aandelen (5.763) -
Ontvangsten uit uitoefening van opties en warranten 5.11 10.503 8.264
Ontvangsten uit kapitaaltransacties met aandeelhouders 3.563 -
Opbrengst uit de verkoop van minderheidsbelangen 15 -
Ontvangsten uit aandelenaankoopprogramma 9.000 -
Terugbetaling van kapitaal 5.11 (508.996) (249.834)
Nettokasstroom uit (gebruikt in) financieringsactiviteiten (540.404) 238.138
Netto toename (afname) in geldmiddelen en kasequivalenten (292.984) 493.872
Geldmiddelen en kasequivalenten:
per 1 januari 5.10 639.581 145.709
per 31 december 5.10 346.597 639.581

Toelichting is een integraal onderdeel van deze geconsolideerde jaarrekening.

5 Toelichtingen bij de geconsolideerde jaarrekening voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011

5.1 VERSLAGGEVENDE ENTITEIT EN GEHANTEERDE GRONDSLAGEN

5.1.1 Verslaggevende entiteit

In de begeleidende geconsolideerde jaarrekening worden de resultaten voorgesteld van Telenet Group Holding NV en zijn dochtervennootschappen (hierna gezamenlijk de "Vennootschap" of "Telenet" genoemd). Via zijn breedbandnetwerk biedt de Vennootschap kabeltelevisie aan, inclusief betaaltelevisiediensten, breedbandinternet- en telefoniediensten aan particuliere abonnees in Vlaanderen en bepaalde Brusselse gemeenten. Daarnaast voorziet de Vennootschap zakelijke klanten in België van breedbandinternet, data- en spraakdiensten. De Vennootschap biedt tevens mobiele telefoniediensten aan door middel van een MVNO-partnership met Mobistar en de Vennootschap sloot ook een overeenkomst met Norkring België NV met betrekking tot het gebruik van DTT-spectrum over het Norkring-netwerk. Telenet Group Holding en zijn belangrijkste dochtervennootschappen zijn naamloze vennootschappen naar Belgisch recht. Dochtervennootschappen en special purpose entitities werden in Luxemburg opgericht met als doel om de financieringsactiviteiten van de Vennootschap te structureren.

5.1.2 Gehanteerde grondslagen

Overeenkomstig Verordening 1606/2002 van de Europese Unie van 19 juli 2002 werd de geconsolideerde jaarrekening opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards zoals die zijn goedgekeurd door de Europese Unie ("IFRS zoals goedgekeurd door de EU"). De jaarrekeningen zijn opgesteld op basis van historische kosten, behalve voor bepaalde financiële instrumenten die tegen reële waarde worden gewaardeerd. De methoden voor de bepaling van de reële waarde zijn nader besproken in toelichting 5.2.8. De belangrijkste

gehanteerde grondslagen voor financiële rapportering worden in sectie 5.2 hieronder uiteengezet.

5.1.3 Functionele valuta en presentatievaluta

De jaarrekening wordt gepresenteerd in euro, die fungeert als de functionele valuta van de Vennootschap, afgerond naar het dichtstbijzijnde duizendtal tenzij anders vermeld.

5.1.4 Gebruik van schattingen en beoordelingen

De opstelling van de jaarrekening in overeenstemming met IFRS zoals goedgekeurd door de EU vereist dat het management oordelen vormt, schattingen en veronderstellingen maakt die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en op de gerapporteerde waarde van activa en verplichtingen, de toelichting van voorwaardelijke activa en verplichtingen, en op de gerapporteerde opbrengsten en kosten. De domeinen die complexer zijn of waarvoor meer ramingen worden gemaakt, evenals de domeinen waarvoor veronderstellingen en ramingen significant zijn voor de geconsolideerde jaarrekening, worden besproken in de volgende toelichtingen:

  • d Toelichting 5.4: Materiële vaste activa
  • d Toelichting 5.5: Goodwill
  • d Toelichting 5.6: Overige immateriële activa
  • d Toelichting 5.13: Afgeleide financiële instrumentens
  • d Toelichting 5.14: Uitgestelde belastingen
  • d Toelichting 5.24: Acquisities

5.1.5 Continuïteit van de Vennootschap

Als gevolg van het aandeelhoudersvergoedingsbeleid van de Vennootschap en de kapitaalverminderingen besproken in Toelichting 5.11.1 vertoonde de geconsolideerde jaarrekening per 31 december 2011 een negatief (geconsolideerd) eigen vermogen van €248,2 miljoen.

De raad van bestuur heeft dit punt besproken en de geconsolideerde jaarrekening voorbereid door de grondslagen voor financiële rapportering consistent toe te passen op basis van voortgezette bedrijfsvoering. Hierbij werd ondermeer rekening gehouden met:

  • d te verwachte winsten voor de komende jaren;
  • d een gebudgetteerde sterk positieve kasstroom;
  • d de verschillende aanpassingen aan de schuldstructuur van de Vennootschap, zoals toegelicht in Toelichting 5.12, die geleid hebben tot een aanzienlijke verlenging van de gemiddelde looptijd van de financiële verplichtingen van de Vennootschap, evenwichtig gespreid over verschillende vervaldagen.

5.1.6 Goedkeuring door raad van bestuur

Deze geconsolideerde jaarrekening is door de raad van bestuur op 20 maart 2012 goedgekeurd voor publicatie.

5.2 BELANGRIJKE GRONDSLAGEN VOOR DE FINANCIëLE VERSLAGGEVING

De grondslagen voor de financiële verslaggeving, die hieronder worden toegelicht, werden consistent toegepast op alle in deze geconsolideerde jaarrekening vermelde perioden.

Er werden geen wijzigingen aan deze grondslagen doorgevoerd, met uitzondering van die wijzigingen zoals verduidelijkt in Toelichting 5.2.19 betreffende nieuwe standaarden, interpretaties, aanpassingen en verbeteringen.

5.2.1 Grondslagen voor consolidatie

Dochtervennootschappen

Dochtervennootschappen zijn die entiteiten waarover de Vennootschap controle heeft. Er is sprake van controle als de Vennootschap de mogelijkheid heeft om het financiële en operationele beleid van een entiteit te bepalen om voordelen te verkrijgen uit zijn activiteiten. Controle wordt verondersteld te bestaan als de Vennootschap meer dan 50% van de stemrechten bezit van een andere entiteit. Bij de beoordeling of er sprake is van controle wordt rekening gehouden met potentiële stemrechten die momenteel uitoefenbaar zijn. De jaarrekeningen van dochtervennootschappen zijn in de geconsolideerde

jaarrekening opgenomen vanaf de datum waarop voor het eerst sprake is van controle, tot aan het moment waarop deze controle eindigt. De grondslagen voor financiële verslaggeving van dochtervennootschappen zijn waar nodig aangepast aan de door de Vennootschap gehanteerde grondslagen. De geconsolideerde jaarrekening omvat de rekeningen van Telenet Group Holding NV en alle entiteiten die de Vennootschap rechtstreeks of onrechtstreeks controleert. Intragroepssaldi en -transacties, alsmede winsten en verliezen op transacties binnen de groep worden bij de opstelling van de geconsolideerde jaarrekening geëlimineerd.

Veranderingen in het eigendomsbelang van de Vennootschap in dochtervennootschappen die niet leiden tot een verlies van controle worden erkend als transacties in het eigen vermogen. Winst of verlies en elke component van het overige totaalresultaat worden toegewezen aan de eigenaars van de Vennootschap en aan minderheidsbelangen, zelfs indien dit voor minderheidsbelangen zou leiden tot een negatief saldo.

Special Purpose Entities (SPEs)

De Vennootschap heeft special purpose entities (SPEs) opgericht voor financieringsdoeleinden. De Vennootschap bezit geen rechtstreekse of onrechtstreekse deelneming in het aandelenkapitaal van deze entiteiten. Een SPE wordt geconsolideerd indien de Vennootschap besluit dat het controle heeft over de SPE na een beoordeling van de relatie tussen de SPE en de Vennootschap alsook de risico's en baten van de SPE. SPEs die gecontroleerd worden door de Vennootschap werden opgericht onder voorwaarden die strikte beperkingen opleggen op de besluitvoering van het management van de SPE. Deze strikte beperkingen leiden ertoe dat de Vennootschap het leeuwendeel van de baten uit de activiteiten en de netto activa van de SPE ontvangt en dat de Vennootschap blootgesteld wordt aan het gros van de risico's die inherent zijn aan de activiteiten van de SPE.

Geassocieerde deelnemingen en entiteiten onder gezamenlijke controle

Geassocieerde deelnemingen zijn die entiteiten waarin de Vennootschap invloed van betekenis heeft op het financiële en operationele beleid, maar waarover de Vennootschap geen controle heeft. Invloed van betekenis wordt verondersteld te bestaan indien de Vennootschap

houder is van tussen 20 en 50 procent van de stemrechten van een andere entiteit.

Entiteiten onder gezamenlijke controle zijn die entiteiten waarover de groep gezamenlijke zeggenschap heeft, waarbij deze zeggenschap in een overeenkomst is vastgelegd en waarin strategische beslissingen over het financiële en operationele beleid met unanieme instemming worden genomen.

Het resultaat van de geassocieerde deelnemingen en entiteiten onder gezamenlijke controle wordt verrekend op basis van de vermogensmutatiemethode.

De geconsolideerde jaarrekening omvat het aandeel van de Vennootschap in het totaalresultaat en de mutaties in het eigen vermogen van niet-geconsolideerde investeringen verwerkt volgens de vermogensmutatiemethode, na correctie van de grondslagen in overeenstemming met de grondslagen van de groep, vanaf de datum waarop de groep voor het eerst invloed van betekenis of gezamenlijke controle heeft, tot aan de datum waarop voor het laatst sprake is van invloed van betekenis of gezamenlijke controle. Wanneer het aandeel van de groep in de verliezen groter is dan de waarde van het belang in een geassocieerde deelneming, wordt de boekwaarde van dat belang in de balans van de groep afgeboekt tot nihil en worden verdere verliezen niet meer in aanmerking genomen behalve in de mate dat de groep een verplichting is aangegaan of betalingen heeft verricht namens een geassocieerde deelneming.

Activiteiten onder gezamenlijke controle

Een activiteit waarover gezamenlijk controle wordt uitgeoefend is een joint venture waarbij elke deelnemer in de joint venture de eigen activa aanwendt ten behoeve van de gezamenlijke activiteiten. De geconsolideerde jaarrekening omvat de activa waarover de groep controle uitoefent en de verplichtingen die de groep aangaat bij de uitoefening van de gezamenlijke activiteit, alsmede de kosten die de groep maakt en het aandeel van de opbrengsten dat de groep met de gezamenlijke activiteit verdient.

5.2.2 Segment rapportage

Operationele segmenten zijn de individuele activiteiten van de Vennootschap, die door de belangrijkste operationele besluitvormende functionaris van de Vennootschap

(chief operating decision maker, "CODM"), op regelmatige basis beoordeeld worden om middelen toe te kennen aan deze segmenten en de ontwikkeling van elk segment te beoordelen. De segment rapportage van de Vennootschap wordt getoond zoals de interne financiële informatie van de Vennootschap georganiseerd en gerapporteerd wordt aan de CEO, die de CODM is van de Vennootschap, het uitvoerende management en de raad van bestuur.

De Gedelegeerd Bestuurder, het uitvoerende management en de raad van bestuur besturen de Vennootschap als één enkele activiteit. Ze beoordelen de ontwikkeling van de Vennootschap en kennen middelen toe op basis van een algemene winst- en verliesrekening. Deze winst- en verliesrekening wordt minstens één keer per maand beoordeeld, waarbij enkel opbrengsten en directe kosten worden toegewezen aan individuele product- en dienstenclusters. De voornaamste winstmaatstaf in deze winst- en verliesrekening, zoals die door de CODM beoordeeld wordt om de prestaties van de Vennootschap te beoordelen, is Adjusted EBITDA. De winst- en verliesrekening toont geen Adjusted EBITDA per individuele product- en dienstcluster. Ondanks het feit dat de Vennootschap zowel opbrengsten als directe kosten toewijst aan de individuele product- en dienstenclusters heeft de Vennootschap geoordeeld dat zijn activiteiten één enkel operationeel segment omvatten omwille van het feit dat een aparte winst- en verliesrekening niet door de CODM wordt gebruikt om de activiteiten van de Vennootschap te besturen, de prestaties te beoordelen of middelen toe te kennen.

5.2.3 Materiële vaste activa

De materiële vaste activa worden geboekt tegen kostprijs verminderd met de gecumuleerde afschrijvingen en gecumuleerde bijzondere waardeverminderingen. Wanneer materiële vaste activa bestaan uit onderdelen met een ongelijke gebruiksduur, worden deze als afzonderlijke posten (belangrijke componenten) onder de materiële vaste activa opgenomen. In de kostprijs zijn de kosten begrepen die direct toerekenbaar zijn aan de verwerving van het actief. De kostprijs van zelfvervaardigde activa omvatten materiaalkosten, directe arbeidskosten en eventuele andere kosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan het gebruiksklaar maken van het actief, de eventuele kosten van ontmanteling en verwijdering van het actief en de herstelkosten van de locatie waar het actief zich bevindt.

Afschrijvingen worden ten laste van de staat van het totaalresultaat gebracht volgens de lineaire methode op basis van de geschatte gebruiksduur van ieder onderdeel van een materieel vast actief.

De geschatte gebruiksduur van materiële vaste activa luidt als volgt:

  • d Gebouwen en verbeteringen aan gebouwen 10-33 jaar
  • d Netwerk 3-20 jaar
  • d Meubilair, uitrusting en rollend materieel 2-10 jaar

Afschrijvingsmethoden, gebruiksduur en restwaarden worden iedere rapportagedatum opnieuw geëvalueerd.

De kosten verbonden aan de aanleg van kabeltransmissie- en distributiefaciliteiten alsook kosten verbonden aan de installatie van analoge en digitale kabel, breedbandinternet, vaste en mobiele telefoniediensten en interactieve digitale televisie ("iDTV") worden geactiveerd en afgeschreven over 2 tot 20 jaar.

Overheidssubsidies met betrekking tot activa worden geboekt als een vermindering van de kostprijs om de boekwaarde van het actiefbestanddeel te bepalen. De subsidie wordt ten gunste van de staat van het totaalresultaat gebracht over de levensduur van een afschrijfbaar actief, als een vermindering van de afschrijvingskost.

De Vennootschap past de voorschriften van IAS 23 (Herzien), Financieringskosten, toe. Volgens deze voorschriften worden financieringskosten die direct toewijsbaar zijn aan de verwerving, constructie of productie van een in aanmerking komend actief geactiveerd als onderdeel van de kost van dat actief.

De kostprijs van de vervanging van een deel van een materieel vast actief wordt in de boekwaarde van dat actief opgenomen indien het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen met betrekking tot het actief aan de Vennootschap zullen toekomen en de kostprijs van het actief betrouwbaar kan worden bepaald. De boekwaarde van het vervangen onderdeel wordt niet langer in de balans opgenomen. De kosten van het dagelijkse onderhoud van materiële vaste activa worden als kost in de staat van het totaalresultaat opgenomen in de periode waarin ze zich voordoen.

De reële waarde van materiële vaste activa die ten gevolge van een bedrijfscombinatie zijn opgenomen, is gebaseerd op de marktwaarde. De marktwaarde van onroerende activa is de geschatte waarde waarvoor een onroerende zaak op de waarderingsdatum kan worden verhandeld tussen een koper en verkoper die ter zake goed zijn geïnformeerd in een transactie op zakelijke, objectieve grondslag waarin beide partijen zorgvuldig en zonder dwang hebben gehandeld. De marktwaarde van overige materiële vaste activa is gebaseerd op de genoteerde marktprijzen van vergelijkbare activa.

11.2.4 Immateriële activa

Immateriële activa met een eindige gebruiksduur worden gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met gecumuleerde lineaire afschrijvingen over de gebruiksduur, als volgt:

  • d Netwerkgebruiksrechten Levensduur van het contractuele recht
  • d Handelsnaam 15 jaar
  • d Klantenlijsten en toeleveringscontracten 5 tot 15 jaar
  • d Uitzendrechten Levensduur van het contractuele rechtt
  • d Kosten voor de ontwikkeling van software 3 jaar
  • d Gunstige voorwaarden van leaseverplichtingen Duur van de leaseovereenkomst

Afschrijvingsmethoden, gebruiksduur en restwaarden worden iedere rapportagedatum opnieuw geëvalueerd en aangepast indien noodzakelijk.

Kosten verbonden met het onderhoud van softwareprogramma's worden in resultaat genomen wanneer ze zich voordoen. Kosten die rechtstreeks verband houden met de productie van identificeerbare en unieke softwareproducten die worden beheerd door de Vennootschap, en die waarschijnlijke economische voordelen zullen genereren over een periode langer dan één jaar die de kosten overtreffen, worden geactiveerd als immateriële activa.

Geactiveerde softwarekosten voor intern gebruik omvatten enkel externe rechtstreekse kosten van materialen en diensten die worden gebruikt bij de ontwikkeling of verwerving van de software, alsook bezoldigingen en andere personeelskosten voor werknemers die rechtstreeks verbonden zijn met, en die arbeidstijd besteden aan het project. Deze kosten worden geactiveerd tot het moment waarop het project nagenoeg afgerond is en

klaar is voor gebruik op de manier zoals oorspronkelijk bedoeld. Intern gegenereerde immateriële activa worden lineair afgeschreven over hun gebruiksduur. Als er geen intern gegenereerde immateriële activa erkend kunnen worden, worden de betreffende ontwikkelingskosten ten laste genomen in de periode waarin ze zich voordoen.

Uitzendrechten worden geactiveerd als immateriële activa als de waarde van het contract bepaald kan worden bij de ondertekening van de overeenkomst. Voor films worden de afschrijvingen op uitzendrechten tijdens de eerste drie maanden van de licentieperiode gebaseerd op het effectieve aantal vertoningen om zo het verbruikspatroon van de economische waarde vervat in de uitzendrechten correct te weerspiegelen. Voor de resterende looptijd van de licentieperiode kan het verbruikspatroon van de toekomstige economische waarde niet langer op een betrouwbare manier vastgesteld worden, zodat een lineaire afschrijving wordt gebruikt tot op het einde van de licentieperiode. Uitzendrechten met betrekking tot sportcontracten worden lineair afgeschreven over het sportseizoen.

Uitgaven na eerste opname voor geactiveerde immateriële activa worden uitsluitend geactiveerd wanneer hierdoor de toekomstige economische voordelen toenemen die zijn besloten in het specifieke actief waarop zij betrekking hebben. Alle overige uitgaven, inclusief deze voor intern gegenereerde handelsmerken, worden als kost in de staat van het totaalresultaat opgenomen wanneer ze zich voordoen.

De reële waarde van klantenlijsten die als onderdeel van een bedrijfscombinatie zijn verworven, wordt bepaald op basis van de geschatte winsten die zullen gerealiseerd worden over de geschatte resterende duur van de klantenrelatie, waarbij ook de kostprijs van andere activa die nodig zijn om dergelijke kasstromen te genereren in rekening wordt gebracht.

De reële waarde van handelsnamen die als onderdeel van een bedrijfscombinatie zijn verworven, wordt bepaald op basis van de verdisconteerde verwachte betalingen aan auteursrechten die werden vermeden omdat de handelsnaam verworven werd.

De reële waarde van andere immateriële activa is gebaseerd op de verwachte contante waarde van de kasstroom uit het gebruik en de uiteindelijke verkoop van de activa.

5.2.5 Bijzondere waardeverminderingen op financiële en niet-financiële activa

Financiële activa

Op iedere verslagdatum wordt voor een financieel actief beoordeeld of er objectieve aanwijzingen bestaan dat het actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Een financieel actief wordt verondersteld onderhevig te zijn aan een bijzondere waardevermindering indien er objectieve aanwijzingen zijn dat één of meerdere gebeurtenissen een negatief effect hebben gehad op de verwachte toekomstige kasstromen van dat actief.

Een bijzonder waardeverminderingsverlies met betrekking tot een op geamortiseerde kostprijs gewaardeerd financieel actief wordt berekend als het verschil tussen de boekwaarde en de contante waarde van de verwachte toekomstige kasstromen, verdisconteerd tegen de oorspronkelijke effectieve interest. Een bijzonder waardeverminderingsverlies met betrekking tot een voor verkoop beschikbaar financieel actief wordt berekend aan de hand van de reële waarde.

Belangrijke financiële activa worden individueel op bijzondere waardevermindering getoetst. De overige financiële activa worden ondergebracht in groepen met vergelijkbare kredietrisicokenmerken en collectief beoordeeld. Alle bijzondere waardeverminderingsverliezen worden als kost in de staat van het totaalresultaat opgenomen. Een gecumuleerd verlies met betrekking tot een voor verkoop beschikbaar financieel actief dat voorheen als kost in het eigen vermogen was opgenomen, wordt erkend in de winst of het verlies over de verslagperiode.

Een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt teruggenomen indien de terugname objectief in verband kan worden gebracht met een gebeurtenis die zich heeft voorgedaan nadat dit bijzondere waardeverminderingsverlies werd erkend.

Niet-financiële activa

De boekwaarde van de niet-financiële activa van de Vennootschap, uitgezonderd voorraden en uitgestelde belastingvorderingen, wordt op iedere verslagdatum opnieuw beoordeeld om te bepalen of er aanwijzingen zijn voor bijzondere waardeverminderingen. Indien dergelijke aanwijzingen bestaan, wordt een schatting gemaakt van de realiseerbare waarde van het actief. Van immateriële activa met een onbepaalde gebruiksduur of die nog niet

gebruiksklaar zijn, wordt ieder jaar op een zelfde datum een schatting gemaakt van de realiseerbare waarde.

Voor een actief of een kasstroomgenererende eenheid is de realiseerbare waarde gelijk aan de hoogste van de bedrijfswaarde of de reële waarde minus verkoopkosten. Bij het bepalen van de bedrijfswaarde wordt de contante waarde van de geschatte toekomstige kasstromen berekend met behulp van een disconteringsvoet vóór belasting die een afspiegeling is van zowel de actuele markttaxaties van de tijdswaarde van geld als van de specifieke risico's met betrekking tot het actief.

Voor de toetsing op bijzondere waardeverminderingen worden activa samengevoegd in de kleinste te onderscheiden groep activa die uit voortgaand gebruik kasstromen genereert die in grote lijnen onafhankelijk zijn van andere activa en groepen (de "kasstroomgenererende eenheid"). De Vennootschap heeft bepaald dat haar immateriële en materiële vaste activa één enkele kasstroomgenererende eenheid vormen voor de toetsing op bijzondere waardeverminderingen.

Een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt opgenomen indien de boekwaarde van een actief of de kasstroomgenererende eenheid waartoe het actief behoort, hoger is dan de geschatte realiseerbare waarde. Bijzondere waardeverminderingsverliezen worden in de staat van het totaalresultaat opgenomen. Bijzondere waardeverminderingsverliezen opgenomen met betrekking tot kasstroomgenererende eenheden worden eerst in mindering gebracht op de boekwaarde van eventueel aan de eenheden toegerekende goodwill, en vervolgens naar rato in mindering gebracht op de boekwaarde van de overige activa van de eenheid of groep van eenheden.

Voor activa, uitgezonderd goodwill, worden bijzondere waardeverminderingsverliezen opgenomen in voorgaande perioden bij elke verslagdatum beoordeeld op indicaties dat het verlies afgenomen is of niet langer bestaat. Een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt teruggenomen als de schattingen zijn veranderd aan de hand waarvan de realiseerbare waarde was bepaald. Een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt uitsluitend teruggenomen voor zover de boekwaarde van het actief niet hoger is dan de boekwaarde, na aftrek van afschrijvingen, die zou zijn bepaald als geen bijzonder waardeverminderingsverlies was opgenomen.

5.2.6 Bedrijfscombinaties en goodwill

Voor overnames die vóór 1 januari 2010 plaatsvonden vertegenwoordigt goodwill het verschil tussen de kostprijs van de overname en het belang van de Vennootschap in het opgenomen bedrag (doorgaans reële waarde) van de identificeerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen van de overgenomen partij op datum van de overname. Wanneer de uitkomst negatief is, wordt onmiddellijk een winst op de aankoop erkend in de geconsolideerde staat van het totaalresultaat. Transactiekosten, andere dan die verband houden met de uitgifte van obligaties of aandelen, die de Vennootschap oploopt in verband met een bedrijfscombinatie werden geactiveerd als onderdeel van de overnamekost.

Vanaf 1 januari 2010 past de Vennootschap IFRS 3 Bedrijfscombinaties (2008) toe in de financiële verslaggeving voor bedrijfscombinaties. De verandering in de grondslagen voor financiële verslaggeving werd prospectief toegepast op alle overnames sinds 1 januari 2010.

Bedrijfscombinaties worden verwerkt volgens de acquisitiemethode op de datum van de overname. De overnamedatum is de datum waarop de overnemende vennootschap controle verwerft. Met controle wordt het recht bedoeld om het financieel en operationeel beleid van een entiteit te bepalen zodat er voordelen kunnen gehaald worden uit de activiteiten van die entiteit. Bij de bepaling of er sprake is van controle houdt de Vennootschap rekening met potentiële stemrechten die op dat ogenblik uitoefenbaar zijn.

Voor overnames op of vanaf 1 januari 2010 bepaalt de Vennootschap goodwill op de datum van de overname als:

  • d de reële waarde van de overgedragen vergoeding; vermeerderd met
  • d het opgenomen bedrag van een niet-controlerend belang in de overgenomen partij; vermeerderd met
  • d de reële waarde van de bestaande deelneming in het aandelenkapitaal van de overgenomen partij indien de bedrijfscombinatie in stukken wordt bereikt; verminderd met
  • d het netto geboekte bedrag (doorgaans reële waarde) van de verworven identificeerbare activa en verplichtingen.

Wanneer de uitkomst negatief is, wordt onmiddellijk een winst op de aankoop erkend in de geconsolideerde staat van het totaalresultaat.

De overgedragen vergoedingen omvatten niet de bedragen die betrekking hebben op de afwikkeling van reeds bestaande relaties. Dergelijke bedragen worden doorgaans erkend in de geconsolideerde staat van het totaalresultaat. De kosten die betrekking hebben op de overname, andere dan die verband houden met de uitgifte van obligaties of aandelen, die de Vennootschap oploopt in verband met een bedrijfscombinatie worden meteen ten laste genomen van het totaalresultaat. Eventuele voorwaardelijke vergoedingen die verschuldigd zijn, worden tegen reële waarde erkend op de overnamedatum. Indien de voorwaardelijke vergoeding wordt geclassificeerd als eigen vermogen, dan wordt de waarde ervan niet meer herzien en wordt de afwikkeling verwerkt in het eigen vermogen. Indien de voorwaardelijke vergoeding niet wordt geclassificeerd als eigen vermogen, worden wijzigingen in de reële waarde van de voorwaardelijke vergoeding na de initiële erkenning verwerkt in de geconsolideerde staat van het totaalresultaat.

Voor deelnemingen verwerkt volgens de vermogensmutatiemethode wordt de boekwaarde van goodwill opgenomen in de boekwaarde van de investering.

Goodwill wordt initieel als een actief gewaardeerd tegen kostprijs en wordt daarna verminderd met mogelijke bijzondere waardeverminderingen.

Goodwill wordt jaarlijks getoetst op bijzondere waardevermindering, of frequenter wanneer er een aanwijzing is voor dergelijke bijzondere waardevermindering. De Vennootschap heeft één kasstroomgenererende eenheid geïdentificeerd waaraan alle goodwill werd toegewezen. Als de realiseerbare waarde van de kasstroomgenererende eenheid lager is dan de boekwaarde, wordt het verlies van de bijzondere waardevermindering eerst aan de boekwaarde van de goodwill toegewezen en vervolgens toegepast op de andere activa in verhouding tot hun respectievelijke boekwaarde. Een geboekte bijzondere waardevermindering voor goodwill wordt niet teruggenomen in een latere periode.

5.2.7 Transacties in vreemde valuta

De functionele valuta en de presentatievaluta van de Vennootschap is de euro ("€"), tevens de functionele munt van alle dochtervennootschappen van de Vennootschap. Transacties in andere valuta dan de euro worden geboekt tegen de wisselkoers die geldt op de datum van de transactie. In vreemde valuta luidende monetaire activa en verplichtingen worden per balansdatum omgerekend tegen de op die datum geldende wisselkoers. De bij omrekening optredende valutakoersverschillen worden in de winst of het verlies van de verslagperiode opgenomen. Om het wisselkoersrisico op bepaalde vreemde valuta te beheren, sluit de Vennootschap termijncontracten en opties af (zie verder voor meer informatie over de rapporteringsgrondslagen van de Vennootschap met betrekking tot dergelijke derivaten).

5.2.8 Financiële instrumenten

Niet-afgeleide financiële instrumenten

Niet-afgeleide financiële instrumenten omvatten geldmiddelen en kasequivalenten, handelsvorderingen en overige vorderingen, leningen en overige financieringsverplichtingen, en handelsschulden en overige kortlopende verplichtingen.

Geldmiddelen en kasequivalenten

Kasequivalenten bestaan in hoofdzaak uit geldmarktfondsen, handelspapier en deposito's met een originele looptijd van drie maanden of minder. Met uitzondering van geldmarktfondsen, die tegen reële waarde gewaardeerd worden en waarvan de veranderingen in reële waarde via de staat van het totaalresultaat lopen, worden geldmiddelen en kasequivalenten gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve interestmethode, desgevallend verminderd met bijzondere waardeverminderingsverliezen.

De boekwaarde van geldmiddelen en kasequivalenten benadert de reële waarde wegens hun korte looptijd.

Handelsvorderingen

Handelsvorderingen dragen geen interest en worden opgenomen aan hun geamortiseerde kostprijs met aftrek van eventuele waardeverminderingen voor dubieuze bedragen.

De reële waarde van handelsvorderingen en overige vorderingen wordt bepaald als de contante waarde

van toekomstige kasstromen, verdisconteerd aan een marktconforme interestvoet op de rapportagedatum. De boekwaarde van handelsvorderingen benadert de reële waarde wegens hun korte looptijd.

Leningen en overige financieringsverplichtingen

Interestdragende leningen worden in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen voor een bedrag gelijk aan de ontvangsten uit de opname van deze leningen en overige financieringsverplichtingen, na aftrek van rechtstreekse uitgiftekosten. De financieringskosten, met inbegrip van premies betaalbaar bij aanzuivering of vroegtijdige aflossing evenals rechtstreekse uitgiftekosten, worden erkend in de staat van het totaalresultaat aan de hand van de effectieve interestmethode. Deze financieringskosten worden opgenomen in het bedrag van de onderliggende schuld in de mate dat ze niet betaald worden in de periode waarin ze ontstaan.

De Vennootschap erkent schuldinstrumenten initieel op de dag van uitgifte. Zulke verplichtingen worden initieel erkend tegen hun reële waarde, vermeerderd met direct toewijsbare transactiekosten. Na de initiële erkenning worden deze verplichtingen opgenomen aan hun geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve interestmethode.

Handelsschulden

Handelsschulden dragen geen interest en worden geboekt aan geamortiseerde kostprijs. De boekwaarde van handelsschulden benadert de reële waarde wegens hun korte looptijd.

Afgeleide financiële instrumenten

De activiteiten van de Vennootschap zijn onderhevig aan schommelingen van de wisselkoersen van vreemde valuta en van de interestvoeten.

De Vennootschap tracht de risico's uit schommelingen van wisselkoersen en interestvoeten, resulterend uit haar operationele en financieringsactiviteiten, te beheren door gebruik te maken van bepaalde afgeleide financiële instrumenten.

Het gebruik van deze afgeleide financiële instrumenten valt onder de beleidslijnen van de Vennootschap die goedgekeurd zijn door de raad van bestuur. Deze beleidslijnen omvatten de schriftelijke principes met betrekking tot het

gebruik van afgeleide financiële instrumenten in overeenstemming met de algemene risicobeheerstrategie van de Vennootschap.

De Vennootschap heeft gebruik gemaakt van diverse afgeleide financiële instrumenten om het wisselkoersrisico en het interestrisico te beheren.

Afgeleide financiële instrumenten worden gewaardeerd tegen hun reële waarde.

De Vennootschap past geen hedge accounting toe op haar afgeleide financiële instrumenten. Bijgevolg worden wijzigingen in de reële waarde van afgeleide financiële instrumenten onmiddellijk erkend in de staat van het totaalresultaat.

Derivaten besloten in contracten of andere financiële instrumenten worden erkend als afzonderlijk afgeleid financieel instrument indien de eraan verbonden risico's en karakteristieken niet nauw verbonden zijn met het onderliggende contract, en in geval het onderliggende contract niet opgenomen wordt aan reële waarde via de staat van het totaalresultaat.

Geplaatst kapitaal

Gewone aandelen worden geclassificeerd als eigen vermogen. Bijkomende kosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de uitgifte van gewone aandelen en aandelenopties worden verwerkt als aftrekpost op het eigen vermogen, na aftrek van eventuele belastingeffecten.

Wanneer geplaatst kapitaal erkend als eigen vermogen wordt ingekocht, dan wordt het bedrag van de betaalde vergoeding, met inbegrip van direct toerekenbare kosten en na aftrek van eventuele belastingen, erkend als een vermindering van het eigen vermogen. Ingekochte aandelen worden getoond in de reserve eigen aandelen. Wanneer eigen aandelen verkocht worden of later terug uitgegeven worden, dan wordt het ontvangen bedrag erkend als een toename van het eigen vermogen, en de daaruit voortvloeiende meerwaarde of minwaarde op de transactie wordt verwerkt in de kapitaalreserve.

5.2.9 Erkenning van opbrengsten

Abonnementsbijdragen voor telefonie, internet en premiumkabeltelevisie worden door de abonnees maandelijks vooruitbetaald en erkend als opbrengsten naarmate de diensten werden geleverd, zijnde de maand nadien. Abonnementsbijdragen voor basiskabeltelevisie worden door de abonnees voornamelijk op jaarbasis vooruitbetaald en worden lineair over de volgende twaalf maanden erkend als opbrengsten. Opbrengsten uit het gebruik van premiumtelevisie, vaste en mobiele telefoniediensten en internetactiviteit worden als opbrengst erkend op het moment van gebruik.

Afzonderlijk aangerekende installatiekosten worden als opbrengst erkend naarmate de installatiewerken vorderen. Gezien de doorgaans korte installatieperiode, worden opbrengsten uit installaties doorgaans erkend op het moment van voltooiing van de installatie.

Naast de abonnementsbijdragen betalen de abonnees op basiskabeltelevisie een auteursrechtenvergoeding, aangerekend voor de programma's die zij ontvangen van openbare omroepen die worden uitgezonden over het netwerk van de Vennootschap. Deze vergoedingen dragen bij tot de auteursrechtenvergoedingen die de Vennootschap draagt, en die ze betaalt aan agentschappen die instaan voor de inning van rechten voor bepaalde inhoud verstrekt door de openbare omroepen en andere houders van auteursrechten. De Vennootschap presenteert de auteursrechten die zij ontvangt van de basiskabelabonnees op een bruto basis als een onderdeel van de opbrengsten, aangezien de Vennootschap als een hoofdschuldenaar optreedt in de betrekkingen met de openbare omroepen en de houders van de auteursrechten, en omdat deze betrekkingen niet het karakter van een loutere doorgeefregeling hebben. De Vennootschap neemt immers substantiele risico's, zowel bij de bepaling van het niveau van de auteursrechtenvergoedingen die worden aangerekend aan de abonnees, als bij de inning van deze bijdragen.

Betreffende overeenkomsten die uit meerdere componenten bestaan, wordt de erkenning van de opbrengsten toegepast op de afzonderlijk te identificeren componenten van de transactie. Een component uit een overeenkomst wordt afgezonderd indien de component zelf een waarde vertegenwoordigt voor de klant en indien de reële waarde ervan op een betrouwbare manier kan bepaald worden. De reële waarde van de ontvangen of nog te ontvangen vergoeding wordt toegewezen aan de afzonderlijke componenten van de overeenkomst op basis van de residuele reële waarde-methode.

Klanten dienen een verbrekingsvergoeding te betalen wanneer zij hun contract vroegtijdig opzeggen voor het einde van de contracttermijn. De opbrengsten uit dergelijke verbrekingsvergoedingen worden erkend op het moment van de opzegging van het contract enkel indien de inning van de verbrekingsvergoeding op redelijke wijze verzekerd is. Indien de inning van de verbrekingsvergoeding niet op redelijke wijze verzekerd kan worden op het moment van de facturatie zullen de opbrengsten geboekt worden als over te dragen opbrengsten totdat de contante betaling werd ontvangen.

Klanten dienen mogelijk een vergoeding te betalen indien ze opteren voor een goedkoper product of een lager dienstenniveau. Doorgaans wordt er van uitgegaan dat deze verlaging op zich geen waarde heeft voor de klant en deze vergoedingen worden derhalve gezien als onderdeel van de totale vergoeding voor de bestaande dienstverlening. De opbrengsten uit dit type vergoedingen worden lineair geboekt over de langst mogelijke duurtijd tussen enerzijds het betreffende contract of anderzijds de verwachte resterende levensduur van de klantenrelatie.

Met ingang van 1 januari 2011 heeft de Vennootschap zijn model voor financiële inning van bepaalde marketingnummers en -sms aangepast na een wijziging in de Belgische wetgeving. In deze wetgeving is bepaald dat de operator niet langer wettelijk verantwoordelijk is voor de inning van deze diensten, en daarom voortaan alleen zal optreden namens de externe contentaanbieders. Bijgevolg worden de gefactureerde opbrengsten die verbonden zijn aan deze marketingnummers en -sms vanaf 1 januari 2011 niet gerapporteerd als opbrengsten maar verrekend met de kosten.

5.2.10 Bedrijfskosten

Bedrijfskosten bestaan uit interconnectiekosten, kosten voor het beheer, het onderhoud en de herstelling van het netwerk, en kabelprogrammeringskosten, met inbegrip van loonkosten en aanverwante kosten van afschrijvingen en waardeverminderingen. De Vennootschap activeert de meeste installatiekosten, met inbegrip van loonkosten. Auteursrechten en licentievergoedingen betaald aan de houders van deze rechten en hun agenten, vormen het hoofdbestanddeel van de kabelprogrammeringskosten van de Vennootschap. Andere directe kosten hebben betrekking op kosten die de Vennootschap oploopt bij het verstrekken van haar diensten aan residentiële en professionele klanten, zoals interconnectiekosten en kosten

met betrekking tot dubieuze debiteuren. Netwerkkosten omvatten kosten met betrekking tot het beheer, het onderhoud en het herstel van het breedbandnetwerk van de Vennootschap, en kosten in verband met klantendiensten die nodig zijn voor het beheer van het klantenbestand.

5.2.11 Voorzieningen

Voorzieningen worden geboekt als de Vennootschap een huidige in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting heeft als gevolg van een gebeurtenis in het verleden, én het waarschijnlijk is dat de Vennootschap aan die verplichting zal moeten voldoen én het bedrag betrouwbaar kan worden ingeschat. Voor het bepalen van het bedrag van de voorzieningen maakt de Vennootschap haar beste inschatting van de uitgaven die vereist zullen zijn om aan de verplichting te voldoen. Het bedrag van voorzieningen wordt verdisconteerd naar contante waarde indien zulks een wezenlijk effect heeft.

Een voorziening voor herstructureringen wordt geboekt wanneer de Vennootschap een gedetailleerd en formeel herstructureringsplan heeft goedgekeurd en wanneer de herstructurering ofwel reeds begonnen is of publiek werd aangekondigd. Voor toekomstige operationele verliezen worden er geen voorzieningen aangelegd.

Een voorziening voor verlieslatende contracten wordt erkend wanneer de verwachte voordelen die de Vennootschap behaalt uit de uitoefening van het contract lager zijn dan de onvermijdelijke kosten die de Vennootschap maakt om de verplichtingen van het contract na te komen. De voorziening wordt bepaald tegen de reële waarde van enerzijds de verwachte kost voor de beëindiging van het contract en anderzijds de verwachte nettokost voor de verderzetting van het contract, afhankelijk welk van de twee het laagste resultaat oplevert. Vooraleer een voorziening wordt aangelegd, boekt de Vennootschap een bijzondere waardevermindering op de activa die betrekking hebben op dat contract.

5.2.12 Leases

Bij de aanvang van een overeenkomst, met inbegrip van overeenkomsten die de Vennootschap het recht geven om apparatuur, glasvezel of capaciteit voor een overeengekomen periode te gebruiken in ruil voor een reeks betalingen, bepaalt de Vennootschap of een dergelijke overeenkomst een lease is of inhoudt. Een bepaald actief wordt als het

voorwerp van een lease beschouwd indien de naleving van de overeenkomst afhankelijk is van het gebruik van dat bepaald actief. Een overeenkomst geeft het recht om het actief te gebruiken indien de overeenkomst aan de Vennootschap het recht geeft om het gebruik van het onderliggend actief te controleren.

Bij de aanvang of bij de herziening van de overeenkomst scheidt de Vennootschap betalingen en andere vergoedingen vereist door een dergelijke overeenkomst in die voor de lease en die voor andere elementen op basis van hun relatieve reële waarde.

Vervolgens neemt de leaseverplichting af naarmate betalingen worden gemaakt, en een financieringskost met betrekking tot de leaseverplichting wordt geboekt op basis van de marginale interestvoet van de Vennootschap.

Leaseovereenkomsten waarbij de groep vrijwel alle aan de eigendom verbonden risico's en voordelen op zich neemt, worden geclassificeerd als financiële leases. Geleasde activa worden gewaardeerd aan de laagste van hun reële waarde en de contante waarde van de minimale leasebetalingen bij aanvang van de lease, na aftrek van afschrijvingen en eventuele bijzondere waardeverminderingen. Elke leasebetaling wordt toegewezen aan de afbouw van de leaseverplichting en aan financieringskost, zodanig dat een constant interestpercentage bereikt wordt op het uitstaande financieringssaldo. De leaseverplichtingen, exclusief de financiële kosten, worden opgenomen in de langlopende verplichtingen. Het interestelement van de financiële kosten wordt ten laste van het resultaat genomen over de leaseperiode. Alle andere leases worden geclassificeerd als operationele leases en worden ten laste van het resultaat genomen op lineaire basis over de leaseperiode.

Activa die geleased worden, worden afgeschreven over de kortst mogelijke duurtijd, enerzijds de termijn van de lease of anderzijds gebruiksduur, tenzij dat het redelijk zeker is dat de Vennootschap op het einde van de leasetermijn de eigenaar zal worden van het actief. In dit geval worden de geleasede activa afgeschreven over hun gebruiksduur.

5.2.13 Winstbelastingen

Winstbelasting omvat de over het boekjaar verschuldigde en verrekenbare winstbelastingen, en uitgestelde winstbelastingen.

De over het boekjaar verschuldigde en verrekenbare winstbelasting is de naar verwachting te betalen winstbelasting over de belastbare winst over het boekjaar, berekend aan de hand van belastingtarieven die zijn vastgesteld op verslagdatum, dan wel waartoe materieel al op verslagdatum is besloten, en eventuele correcties op de over voorgaande jaren verschuldigde belasting.

Uitgestelde belastingen worden verwerkt op basis van de balansmethode, waarbij boekhoudkundig uitdrukking wordt gegeven aan tijdelijke verschillen tussen de boekwaarde van activa en verplichtingen ten behoeve van de financiële verslaggeving en de fiscale boekwaarde van die posten. Uitgestelde belastingverplichtingen worden doorgaans opgenomen voor alle belastbare tijdelijke verschillen, en uitgestelde belastingvorderingen worden opgenomen voor zover het waarschijnlijk is dat er in de toekomst belastbare winsten beschikbaar zullen zijn die voor de realisatie van de tijdelijke verschillen kunnen worden aangewend. Uitgestelde belastingen worden niet opgenomen voor tijdelijke verschillen die ontstaan uit de initiële erkenning van goodwill, of uit de initiële erkenning van activa of verplichtingen in een transactie die geen bedrijfscombinatie betreft en die noch de boekhoudkundige noch de fiscale winst beïnvloedt.

Uitgestelde belastingschulden worden erkend voor belastbare tijdelijke verschillen die verband houden met investeringen in dochtervennootschappen, behalve als de Vennootschap in staat is om het tijdstip te bepalen waarop het tijdelijke verschil wordt afgewikkeld én het waarschijnlijk is dat het tijdelijke verschil in de nabije toekomst niet zal worden afgewikkeld.

Een uitgestelde belastingvordering wordt erkend voor de overdracht van onbenutte overdraagbare belastingverliezen voor zover het waarschijnlijk is dat er toekomstige belastbare winst voorhanden zal zijn om deze onbenutte belastingverliezen te gebruiken. De boekwaarde van de uitgestelde belastingvorderingen wordt op elke balansdatum beoordeeld en verminderd voor zover het niet langer waarschijnlijk is dat voldoende belastbare winst voorhanden zal zijn om het geheel of een gedeelte van de uitgestelde belastingvordering te recupereren.

Uitgestelde belastingen worden gewaardeerd op basis van de belastingtarieven die naar verwachting van toepassing zullen zijn bij afwikkeling van de tijdelijke verschillen, op basis van de wetten die per verslagdatum zijn vastgesteld of materieel zijn vastgesteld. Winstbelasting wordt in de

winst of het verlies over de verslagperiode opgenomen, behoudens voor zover deze betrekking heeft op posten die rechtstreeks in het eigen vermogen worden opgenomen, in welk geval de belasting in het eigen vermogen wordt verwerkt.

Bij de bepaling van verschuldigde en verrekenbare winstbelastingen en uitgestelde winstbelastingen houdt de Vennootschap rekening met de impact van onzekere belastingposities en of bijkomende belastingen en interest verschuldigd zouden zijn. De Vennootschap is van mening dat zijn voorzieningen voor belastingverplichtingen voor alle openstaande aanslagjaren correct zijn. Deze voorzieningen weerspiegelen de beoordeling van verscheidene factoren door de Vennootschap, waaronder interpretaties van de belastingwetgeving en ervaringen uit het verleden. Deze beoordeling gaat uit van schattingen en veronderstellingen en kunnen derhalve een aantal beoordelingen inhouden over toekomstige gebeurtenissen. Nieuwe informatie kan ontstaan waardoor de Vennootschap zijn beoordeling over de accuraatheid van bestaande belastingverplichtingen dient te herzien. Zulke veranderingen aan de belastingverplichtingen zullen de winstbelasting beïnvloeden in de periode dat een dergelijke vaststelling wordt gemaakt.

Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden gesaldeerd indien er een wettelijk afdwingbaar recht bestaat om de verschuldigde belastingvorderingen en -verplichtingen te salderen en deze vorderingen en verplichtingen samenhangen met door dezelfde belastingautoriteit opgelegde winstbelasting aan dezelfde belastingplichtige entiteit.

5.2.14 Personeelsverloning

Pensioenverplichtingen

De Vennootschap voorziet zowel in te-bereiken-doel plannen als vaste-bijdrage plannen voor haar werknemers, bestuurders en bepaalde leden van het management. Onder de te-bereiken-doel plannen worden voordelen betaald aan werknemers bij hun pensionering met toepassing van formules gebaseerd op het aantal dienstjaren en de verloning op het moment van pensionering. De plannen worden doorgaans gefinancierd door betalingen van de deelnemers en de Vennootschap aan verzekeringsmaatschappijen, zoals bepaald door periodieke actuariële berekeningen.

Voor te-bereiken-doel plannen wordt de kost van de toegezegde voordelen bepaald volgens de Projected Unit Creditmethode, waarbij op elke balansdatum actuariële waarderingen worden uitgevoerd. De disconteringsvoet is het rendement per verslagdatum van obligaties met hoge kredietwaardigheid waarvan de looptijd de termijn van de verplichtingen van de groep benadert. De corridorbenadering wordt toegepast op actuariële winsten en verliezen. Dergelijke winsten en verliezen zijn het resultaat van wijzigingen van actuariële veronderstellingen inzake pensioen- en soortgelijke verbintenissen. Aldus worden alle actuariële winsten en verliezen van meer dan 10% van de contante waarde van de pensioenverplichtingen, of van de marktwaarde van de planactiva indien deze hoger is, in de staat van het totaalresultaat opgenomen over de verwachte gemiddelde resterende dienstperiode van de werknemers die deelnemen in het plan. Pensioenkosten die betrekking hebben op reeds verstreken diensttijd worden onmiddellijk erkend voor zover de betreffende voordelen reeds definitief verworven zijn. Anders wordt de pensioenkost lineair in de staat van het totaalresultaat erkend over de gemiddelde periode totdat de voordelen definitief verworven zijn. Wanneer de berekening resulteert in een positief saldo voor de groep, wordt de opname van het actief beperkt tot een bedrag dat maximaal gelijk is aan het saldo van eventuele niet opgenomen pensioenkosten van verstreken diensttijd en de contante waarde van eventuele toekomstige terugstortingen door het fonds, of van lagere toekomstige pensioenpremies.

De in de geconsolideerde balans opgenomen pensioenverplichting vertegenwoordigt de contante waarde van de te-bereiken-doel plannen na aftrek van niet-erkende pensioenkosten van verstreken diensttijd en van nieterkende actuariële winsten en verliezen, en verminderd met de reële waarde van de planactiva. Betalingen in het kader van vaste-bijdrage plannen worden erkend als kosten wanneer ze verschuldigd zijn. Betalingen in het kader van de door de overheid beheerde pensioenplannen worden verwerkt als betalingen in het kader van vaste-bijdrage plannen, waarbij de verplichtingen van de Vennootschap ten aanzien van de plannen equivalent zijn aan deze die voortvloeien uit een vaste-bijdrage plan.

Overige personeelsverloningen

De Vennootschap kent haar werknemers en/of gepensioneerde werknemers onder andere voordelen toe die samenhangen met een langdurig dienstverband, evenals premies inzake medische zorgen, brugpensioenplannen en voordelen in geval van overlijden. Om van deze voordelen te kunnen genieten, moet een werknemer doorgaans tot de pensioengerechtigde leeftijd in dienst blijven en gedurende een minimum dienstperiode gewerkt hebben. De verwachte kosten van deze voordelen worden toegerekend over de tewerkstellingsperiode op basis van een methode die vergelijkbaar is met die voor te-bereiken-doel plannen. Actuariële winsten en verliezen die voortvloeien uit ervaringsaanpassingen en wijzigingen in actuariële veronderstellingen worden onmiddellijk in resultaat genomen.

Op aandelen gebaseerde verloningen

De Vennootschap kent aan bepaalde werknemers op aandelen gebaseerde verloningen toe die gewaardeerd worden tegen reële waarde op de datum van toekenning. De reële waarde van de aandelenopties wordt op de datum van toekenning bepaald op basis van het Black-Scholes waarderingsmodel, en wordt in resultaat genomen over de periode tijdens dewelke werknemers het onvoorwaardelijk recht verwerven op de verloning. Gegevens die in het waarderingsmodel gebruikt worden zijn onder andere de aandelenkoers op de datum van toekenning, de uitoefenprijs van het instrument, de verwachte volatiliteit, de gewogen gemiddelde looptijd van de instrumenten, de verwachte dividenden en de risicovrije interestvoet. Het model wordt tevens gevoed met ramingen door het management inzake de effecten van niet-overdraagbaarheid, uitoefenbeperkingen en gedragsmatige overwegingen.

Op elke balansdatum herziet de Vennootschap haar raming van het aantal opties dat naar verwachting uitoefenbaar zal worden. De cumulatieve impact van de herziening van de originele ramingen wordt erkend, indien van toepassing, in de staat van het totaalresultaat, met een overeenkomstige aanpassing in het eigen vermogen. De ontvangsten bij uitoefening van de opties, verminderd met alle rechtstreeks toewijsbare transactiekosten, worden bijgeschreven bij het geplaatst kapitaal (nominale waarde) en de uitgiftepremies.

Personeelsverloningen op korte termijn

Personeelsverloningen op korte termijn worden op niet-verdisconteerde basis gewaardeerd, en worden opgenomen wanneer de daarmee verband houdende diensten worden gepresteerd.

Er wordt een verplichting erkend voor het bedrag dat naar verwachting in het kader van bonusplannen op korte termijn zal worden uitbetaald, indien de groep een in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting heeft als gevolg van verstreken diensttijd van werknemers en indien deze verplichting betrouwbaar kan worden bepaald.

5.2.15 Voorraden

De voorraden worden opgenomen tegen kostprijs, of netto opbrengstwaarde indien deze lager is. De kostprijs van de voorraden is gebaseerd op het 'eerst in, eerst uit'-beginsel ("fifo") en omvat de uitgaven gedaan bij verwerving van de voorraden en de overige kosten die zijn gemaakt bij het naar de bestaande locatie en in de bestaande toestand brengen daarvan. De netto opbrengstwaarde is de geschatte verkoopprijs in het kader van de normale bedrijfsvoering, verminderd met de geschatte verkoopkosten.

De reële waarde van voorraden die als onderdeel van een bedrijfscombinatie zijn verworven, wordt bepaald op basis van de geschatte verkoopprijs in het kader van de normale bedrijfsvoering, verminderd met de geschatte verkoopkosten, alsook een redelijke winstmarge waarin de verkoopinspanning tot uitdrukking komt.

5.2.16 Winst per aandeel

De groep presenteert gewone en verwaterde winst per aandeel (wpa) voor het gewone aandelenkapitaal. De gewone winst per aandeel wordt berekend aan de hand van de aan de aandeelhouders van de groep toe te rekenen winst of het verlies gedeeld door het gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen die gedurende de verslagperiode uitstaan. Bij de berekening van de verwaterde winst per aandeel worden de aan de aandeelhouders van de groep toe te rekenen winst of het verlies en het gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen die gedurende de verslagperiode uitstaan gecorrigeerd voor alle potentiële verwaterende effecten op de gewone aandelen, welke betrekking hebben op aan medewerkers en aan de Gedelegeerd Bestuurder toegekende aandelenopties.

5.2.17 Financiële opbrengsten en kosten

Financiële opbrengsten omvatten voornamelijk interestopbrengsten uit belegde tegoeden. Interestopbrengsten worden aan de staat van het totaalresultaat toegerekend naarmate ze verdiend worden, op basis van de effectieve interestmethode.

Financiële kosten omvatten voornamelijk interestkosten op leningen en andere financieringsverplichtingen, wijzigingen in de reële waarde van financiële instrumenten en netto verliezen op financiële instrumenten.

Winsten en verliezen uit wisselkoersverschillen worden netto gepresenteerd.

5.2.18 Kosten verbonden aan de verwerving van klanten

Kosten verbonden aan het verwerven van klanten zijn de direct toewijsbare kosten die de Vennootschap maakt voor het verwerven van een nieuwe klantenrelatie. Deze kosten kunnen onder andere omvatten: bonussen aan kleinhandelaars, commissies aan zelfstandige verkopers en commissies aan eigen werknemers.

Vergoedingen betaald aan een derde partij die niet de klant is, worden enkel gekapitaliseerd als immateriële activa indien de criteria voor erkenning van een immaterieel vast actief voldaan zijn, indien de vergoedingen specifiek en incrementeel zijn voor het bekomen van het klantencontract, en indien zij op betrouwbare wijze kunnen bepaald worden. Aangezien doorgaans niet voldaan wordt aan deze criteria worden kosten verbonden aan het verwerven van klanten doorgaans ten laste genomen van het resultaat.

Cash-vergoedingen betaald aan klanten worden niet beschouwd als kosten verbonden aan het verwerven van klanten, maar worden in mindering van de gerelateerde opbrengst erkend.

Voordelen in natura die aan klanten gegeven worden, voor zover deze niet als een aparte component van de verkoopstransactie dienen aangemerkt te worden, worden als kost erkend in de overeenkomstige periode.

5.2.19 Nieuwe standaarden, interpretaties, aanpassingen en verbeteringen

Standaarden, aanpassingen en interpretaties van kracht of vervroegd toegepast in 2011

De volgende standaarden, aanpassingen, interpretaties en verbeteringen werden in deze geconsolideerde jaarrekening toegepast. De toepassing van deze nieuwe en herziene IFRS standaarden had geen noemenswaardige impact op de gerapporteerde bedragen voor het huidig en vorig boekjaar, al kunnen ze de financiële verslaggeving voor toekomstige transacties of overeenkomsten beïnvloeden:

Aanpassing aan IAS 24, Toelichting betreffende verbonden partijen (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2011). Deze aanpassing wijzigt de definitie van het begrip verbonden partijen en wijzigt verder bepaalde verslaggevingsvereisten met betrekking tot entiteiten die verbonden zijn met de overheid.

Aanpassingen aan IFRIC 14: IAS 19, Voorafbetalingen van een minimale dekkingsgraad (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2011). Deze aanpassingen maken een einde aan de onbedoelde gevolgen die betrekking hebben op vrijwillige pensioenvoorafbetalingen waar sprake is van een minimaal vereiste dekkingsgraad.

IFRIC 19, Voldoen aan financiële verplichtingen door middel van aandeleninstrumenten (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 juli 2010), geeft advies over de financiële verslaggeving van swaps waarbij schuld wordt omgezet in kapitaal.

Aanpassing aan IAS32, Financiële instrumenten: classificatie van aandelenuitgiftes (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 februari 2010). De aanpassing maakt het mogelijk dat rechten, opties of warranten, met als doel om een bepaald aantal eigen vermogensinstrumenten van de entiteit te verwerven tegen een vast bedrag uit om het even welke munteenheid, worden beschouwd als eigen vermogensinstrumenten op voorwaarde dat de entiteit de rechten, opties of warranten pro rata toekent aan alle huidige eigenaars van dezelfde klasse als zijn eigen niet-afgeleide eigen vermogensinstrumenten.

Verbeteringen aan IFRS standaarden 2010 (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2011).

Standaarden, aanpassingen en interpretaties van bestaande standaarden die nog niet van kracht zijn en die niet vervroegd werden toegepast door de Vennootschap

De volgende standaarden, aanpassingen en interpretaties van bestaande standaarden werden gepubliceerd en

zijn verplicht van toepassing voor de boekjaren van de Vennootschap die beginnen na 1 januari 2011, of later. De Vennootschap heeft deze niet vervroegd toegepast. De toepassing van deze standaarden, aanpassingen en interpretaties zal naar verwachting geen noemenswaardig effect hebben op het financieel resultaat van de Vennootschap of zijn financiële positie:

Aanpassingen aan IAS 12 – Uitgestelde belastingen, Terugverdienen van onderliggende activa (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2012). Als gevolg van deze aanpassingen worden beleggingen in onroerend goed, die worden gewaardeerd tegen hun reële waarde, ten behoeve van het bepalen van uitgestelde belastingen verondersteld door de verkoop te worden terugverdiend. Dit vermoeden kan enkel worden weerlegd indien de beleggingen in onroerend goed kunnen worden afgeschreven en aangehouden worden door een business model waarvan de doelstellingen hoofdzakelijk zijn om de economische voordelen van het actief over de levensduur van het actief te benutten.

Aanpassingen aan IAS 1, Presentatie van elementen van het overig totaalresultaat (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 juli 2012).

Deze aanpassingen vereisen de indeling van elementen in het overige totaalresultaat op basis van het feit of ze al dan niet als winst of verlies kunnen worden beschouwd in volgende perioden, en wijzigen de titel van de staat van het totaalresultaat in de staat van winst of verlies en overig totaalresultaat.

Aanpassing aan IFRS 7, Verslaggevingsvereisten - Transfers van financiële activa (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 juli 2011).

Deze aanpassingen verhogen de verslaggevingsvereisten betreffende risicoblootstelling als gevolg van transfers van financiële activa die niet langer in hun geheel worden opgenomen, of financiële activa die niet langer worden opgenomen in de balans maar waarvoor de entiteit een aanhoudende betrokkenheid behoudt.

IFRS 9, Financiële Instrumenten (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2013). Deze standaard introduceert nieuwe verplichtingen voor de classificatie, bepaling en het niet langer opnemen van:

d financiële activa: erkend tegen geamortiseerde kostprijs (schuldinstrumenten indien deze worden aangehouden

om contractuele kasstromen, bestaande uit hoofdsom en rente, te verzamelen) of tegen reële waarde (eigen vermogensinstrumenten),

d financiële verplichtingen: veranderingen in de reële waarde van financiële verplichtingen die tegen reële waarde via winst- en verliesrekening worden verwerkt, die toewijsbaar zijn aan de veranderingen in kredietrisico worden als overig totaalresultaat verwerkt tenzij dit zou leiden tot een boekhoudkundige mismatch in winst en verlies of een vergroting ervan.

IFRS 10, Geconsolideerde financiële staten (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2013), introduceert een nieuwe manier om te bepalen welke investeringen geconsolideerd zouden moeten worden. Onder IFRS 10 is er slechts één grondslag voor consolidatie en dat is het begrip controle. Daarnaast introduceert IFRS 10 een nieuwe definitie van het begrip controle, en dit op basis van drie elementen:

  • d Controle over de investering;
  • d Blootstelling aan, of rechten op, aan variabele rendementen die voortvloeien uit de relatie met de investering;
  • d De mogelijkheid om macht uit te oefenen over de investering om de rendementen voor de investeerder te vergroten.

IFRS 11, Overeenkomsten tot gezamenlijke onderneming (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2013), handelt over de manier waarop een overeenkomst tot gezamenlijke onderneming, waarbij twee of meerdere partijen gezamenlijke controle hebben, moet worden ingedeeld. Onder IFRS 11 worden overeenkomsten tot gezamenlijke onderneming beschouwd als gezamenlijke activiteiten of joint ventures, afhankelijk van de rechten en de verplichtingen van de partijen in het kader van de overeenkomst. Daarnaast moeten joint ventures onder IFRS 11 verplicht verwerkt worden via de vermogensmutatiemethode.

IFRS 12, Verslaggevingsvereisten voor belangen/investeringen in andere entiteiten (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2013), behelst verschillende uitgebreide verslaggevingsvereisten voor entiteiten die een belang aanhouden in dochtervennootschappen, overeenkomsten tot gezamenlijke onderneming, entiteiten onder gezamenlijke controle en/of nietgeconsolideerde entiteiten.

IFRS 13, Bepaling van de reële waarde (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2013) definieert het begrip reële waarde, zet een kader op om de reële waarde te bepalen en vereist meer uitgebreide toelichtingen over de bepaling van de reële waarde.

IAS 19, Aanpassingen aan personeelsbeloningen (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2013). De aanpassing aan IAS 19 behelst de volgende verplichtingen:

  • d Actuariële winsten of verliezen worden meteen in het overige totaalresultaat erkend; deze verandering zal een einde brengen aan de huidige corridormethode en voor entiteiten de mogelijkheid wegnemen om alle veranderingen in te-bereiken doelplannen en in activa van het fonds te verwerken via de winst- en verliesrekening, wat momenteel onder IAS 19 nog is toegestaan; en
  • d Verwachte rendementen op activa van het fonds, die erkend worden in winst en verlies, worden berekend op basis van de rente die gebruikt wordt om de verplichting onder te-bereiken doelplannen te berekenen.

IAS 27, Enkelvoudige financiële staten (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2013), behandelt de bestaande grondslagen voor financiele verslaggeving en verslaggevingsvereisten voor enkelvoudige financiële staten, met enkele kleine verduidelijkingen.

IAS 28, Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures (effectief voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2013) maakt de volgende aanpassingen:

  • d IFRS 5 is van toepassing op een investering, of een deel van een investering, in een geassocieerde deelneming of een joint venture die beantwoordt aan de criteria om erkend te worden als aangehouden voor verkoop; en
  • d IBij de beëindiging van aanzienlijke invloed of gezamenlijke controle zal de entiteit de ingehouden interest niet opnieuw waarderen, zelfs indien de investering in een geassocieerde deelneming een investering zou worden in een joint venture of omgekeerd.

5.3 RISICOBEHEER

5.3.1 Kredietrisico

Kwalitatieve informatie

Dit risico betreft alle vormen van blootstelling aan kredietrisico verbonden aan tegenpartijen, nl. wanneer tegenpartijen hun verplichtingen aan de Vennootschap met betrekking tot leningen, hedging, betalingen en andere financiële activiteiten niet zouden nakomen. De Vennootschap is onderhevig aan kredietrisico via haar operationele en thesaurieactiviteiten.

Het grootste deel van de activa onderhevig aan kredietrisico uit operationele activiteiten zijn handelsvorderingen ten aanzien van particulieren en kleine professionele klanten in heel België. De Vennootschap heeft bijgevolg geen belangrijke concentratie van kredietrisico. De kans op materieel verlies resulterend uit niet-betalingen door deze klanten wordt niet waarschijnlijk geacht. Er worden waardeverminderingen voor niet-inbare vorderingen

Voor het jaar afgesloten op 31 december

geboekt die de mogelijke verliezen wegens niet-betaling door deze klanten dekken.

Wat het kredietrisico met betrekking tot financiële instrumenten betreft, werkt de Vennootschap met kredietrisicobeleidslijnen tegenover de tegenpartijen om het totale kredietrisico te verminderen. Deze beleidslijnen omvatten een beoordeling van de financiële toestand van een potentiële tegenpartij, de kredietwaardering en andere kredietcriteria en risicobeperkende maatregelen. De Vennootschap voert een beleid om enkel dergelijke transacties aan te gaan met Europese en Amerikaanse financiële instellingen met een hoge kredietwaardering. Om de concentratie van kredietrisico tot een minimum te beperken, gaat de Vennootschap afgeleide transacties aan met een aantal verschillende financiële instellingen. Ook kasmiddelen, termijndeposito's en commercieel papier worden geplaatst bij financiële instellingen met een hoge kredietwaardigheid.

Kwantitatieve informatie

De Vennootschap evalueert haar maximale blootstelling aan kredietrisico als volgt:

(in duizend euro) 2011 2010
Geldmiddelen en kasequivalenten (inclusief geldmarktfondsen /
depositocertificaten)
346.597 639.581
Handelsvorderingen 104.648 86.956
Derivaten 2.178 5.033
Uitstaande waarborgen bij derden voor eigen verplichtingen (contant betaald) 2.817 1.921
Totaal 456.240 733.491

Meer gedetailleerde financiële informatie is opgenomen in de respectievelijke toelichtingen bij de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

5.3.2 Liquiditeitsrisico

Kwalitatieve informatie

De belangrijkste risico's voor Telenets bronnen van liquiditeit zijn operationele risico's, inclusief risico's in verband met dalende prijzen, een verminderde groei van het aantal abonnees, hogere marketingkosten en andere gevolgen van de toenemende concurrentie, en mogelijke nadelige gevolgen van de juridische procedures van de Vennootschap, zoals beschreven in Toelichting 5.26.1. Telenets capaciteit om zijn schuld terug te betalen en zijn lopende activiteiten te financieren zal afhankelijk zijn van de capaciteit van de Vennootschap om liquiditeiten te genereren. Hoewel Telenet verwacht dat het een positieve kasstroom zal genereren na aftrek van interest en belastingen, kan de Vennootschap niet garanderen dat dit het geval zal zijn. Het is mogelijk dat de Vennootschap niet voldoende kasstroom kan genereren om zijn bedrijfsinvesteringen, lopende activiteiten en schuldverplichtingen te financieren.

Telenet Group Holding NV is een holdingbedrijf zonder bron van operationele inkomsten. Voor het genereren van fondsen is Telenet Group Holding NV dus afhankelijk van het vermogen van dochtervennootschappen om kapitaal bijeen te brengen en van dividendbetalingen. De voorwaarden van de 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility bevatten een aantal belangrijke convenanten, die de capaciteit van de Vennootschap en van zijn dochtervennootschappen, om onder andere dividenden of andere uitkeringen te betalen, bedrijfsinvesteringen te doen, bijkomende schulden aan te gaan en waarborgen te verstrekken, beperken. De overeenkomsten en instrumenten in verband met Telenets schuld bevatten beperkingen die de capaciteit van de Vennootschap om zijn activiteiten uit te voeren, nadelig zouden kunnen beïnvloeden.

Telenet is van mening dat zijn kasstroom uit bedrijfsactiviteiten en zijn huidige liquide middelen, samen met het beschikbare krediet onder de 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility, zullen volstaan om aan de huidige verwachte behoeften voor bedrijfskapitaal, bedrijfsinvesteringen en schuldaflossing te voldoen.

In februari 2011 gaf de Vennootschap €300,0 miljoen aan vastrentende schulden met vervaldag 2021 (Senior Secured Fixed Rate Notes due 2021) uit. De opbrengsten van deze emissie werden gebruikt om de uitstaande bedragen onder de Termijnleningen K en L1 onder de 2010 Gewijzigde Senior Credit Facility vervroegd terug te betalen voor een totaalbedrag van €286,5 miljoen.

Op 10 juni 2011 verbeterde de Vennootschap verder zijn schuldprofiel door €27,5 miljoen onder Termijnlening J om te ruilen naar Termijnlening G.

In juni 2011 gaf de Vennootschap €400,0 miljoen aan variabel rentende schulden met vervaldag 2021 (Senior Secured Floating Rate Notes due 2021) uit. Nadien lanceerde de Vennootschap een voorstel tot vrijwillige omruiling voor Termijnlening G onder de senior kredietfaciliteit om bestaande participaties en verbintenissen om te ruilen voor participaties en verbintenissen in nieuwe Termijnleningen met ongewijzigde vervaldatum op 31 juli 2017 (Termijnlening Q) of met een verlengde looptijd van twee jaar tot 31 juli 2019 (Termijnlening R), in beide gevallen met een herziening van de rente in lijn met de huidige marktomstandigheden. De gehele opbrengst van de uitgifte van €400,0 miljoen aan variabel rentende schulden werd gebruikt om het resterende deel van de bestaande Termijnleningen G en J volledig af te lossen.

De Vennootschap heeft toegang tot niet-opgenomen middelen onder de 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility. Op datum van 31 december 2011 had de Vennootschap toegang tot €158,0 miljoen uit het wentelkrediet (€175,0 miljoen per 31 december 2010) op voorwaarde dat aan bepaalde convenanten en andere voorwaarden voldaan wordt.

De 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility wordt meer uitgebreid behandeld in Toelichting 5.12.3 van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

Om de blootstelling aan schuld met vlottende interestvoet af te dekken, sloot de Vennootschap interestvoet-capcontracten, collar- en swapcontracten af voor een totaal nominaal bedrag van €3,4 miljard per 31 december 2011.

De Vennootschap heeft een beleid voor financieel risicobeheer ingevoerd. Met betrekking tot liquiditeits- en financieringsrisico's kunnen de belangrijkste doelstellingen als volgt worden samengevat:

  • d ervoor zorgen dat de Vennootschap te allen tijde toegang heeft tot voldoende kasmiddelen om aan haar financiële verplichtingen te voldoen, en fondsen ter beschikking te stellen voor bedrijfsinvesteringen en investeringsmogelijkheden als deze zich voordoen;
  • d ervoor zorgen dat de Vennootschap over voldoende liquiditeitsoverschotten beschikt om aan haar nietdiscretionaire financiële verplichtingen te voldoen in geval van een onverwachte verstoring van de activiteiten;
  • d ervoor zorgen dat de Vennootschap aan de convenanten en waarborgen van de schuldfaciliteiten voldoet.

Er wordt een minimale buffer aan geldmiddelen en kasequivalenten behouden om onvoorziene uitgaven te betalen. De financieringsvereisten en -strategie van de Vennootschap worden jaarlijks herzien.

Er werd een grens ingesteld voor het maximumbedrag dat per type derivaatproduct kan worden geïnvesteerd. Naast deze grens werden de toegelaten financiële tegenpartijen bepaald en werden er limietbedragen ingesteld voor elke tegenpartij, gebaseerd op hun respectievelijke kredietwaardigheidswaardering op lange termijn.

Kwantitatieve informatie

De totale contractuele verplichtingen van de Vennootschap op 31 december 2011 en 2010 waren als volgt:

Situatie op 31 december 2011
(in duizend euro)
Totaal Minder
dan 1
jaar
2
jaar
3
jaar
4
jaar
5
jaar
Na 5
jaar
Contractuele verplichtingen
Langlopende leningen(1) (3) 4.038.453 145.521 145.021 144.743 144.466 243.815 3.214.887
Financiële leaseverplichtingen (1) (3) 455.286 45.526 49.158 47.716 43.754 42.566 226.566
Operationele leaseverplichtingen 46.894 22.630 8.396 5.637 4.123 3.405 2.703
Andere contractuele
verplichtingen(2)
1.444.451 177.461 181.397 86.149 49.089 44.292 906.063
Interestderivaten (3) 223.963 35.952 30.034 30.034 27.377 25.582 74.984
Valutaderivaten 34.494 34.494 - - - - -
Toe te rekenen kosten en overige
kortlopende verplichtingen (4)
254.784 254.784 - - - - -
Handelsschulden 147.341 147.341 - - - - -
Totaal contractuele verplichtingen 6.645.666 863.709 414.006 314.279 268.809 359.660 4.425.203

Verschuldigde betalingen per periode

Verschuldigde betalingen per periode

Situatie op 31 december 2010 Totaal Minder
dan 1
jaar
2
jaar
3
jaar
4
jaar
5
jaar
Na 5
jaar
(in duizend euro)
Contractual obligations
Langlopende leningen (1) (3) 3.713.874 123.100 123.336 123.100 281.100 397.156 2.666.082
Financiële leaseverplichtingen (1) (3) 472.862 50.482 48.825 46.065 44.739 40.890 241.861
Operationele leaseverplichtingen 50.572 21.363 10.160 7.670 4.445 3.128 3.806
Andere contractuele
verplichtingen (2)
1.239.816 96.512 89.241 63.099 40.877 37.469 912.618
Interestderivaten (3) 189.288 29.190 37.454 32.035 32.035 29.127 29.447
Valutaderivaten 8.725 7.271 1.454 - - - -
Toe te rekenen kosten en overige
kortlopende verplichtingen (4)
217.941 217.941 - - - - -
Handelsschulden 109.341 109.341 - - - - -
Totaal contractuele verplichtingen 6.002.419 655.200 310.470 271.969 403.196 507.770 3.853.814

1 Inclusief interest.

2 Vertegenwoordigt vaste minimumverbintenissen onder bepaalde programmerings- en aankoopovereenkomsten, en bepaalde bedrijfskosten verbonden aan de Interkabel–acquisitie, verbintenissen onder de overeenkomst met Norkring (Toelichting 5.12.6) alsook verbintenissen betreffende bepaalde programmerings- en aankoopovereenkomsten.

3 Contractuele verplichtingen met een vlottende interestvoet worden gebaseerd op de rentevoet per 31 december 2011.

4 Uitgezonderd verloning en personeelsvoordelen, BTW en roerende voorheffing en het vlottende gedeelte van de ongunstige voorwaarden met betrekking tot de operationele kosten van Interkabel.

5.3.3 Marktrisico

De Vennootschap is blootgesteld aan marktrisico's met betrekking tot schommelingen in interestvoeten en wisselkoersen, voornamelijk tussen de Amerikaanse dollar en de euro. De Vennootschap maakt gebruik van financiële instrumenten om zijn blootstelling aan interesten wisselkoersschommelingen te beheren. Elk van deze risico's wordt hieronder besproken.

Kwalitatieve informatie met betrekking tot wisselkoersrisico

De Vennootschap realiseert bepaalde transacties in vreemde valuta. Hieruit ontstaat een blootstelling aan fluctuaties in wisselkoersen. Dit risico wordt binnen goedgekeurde beleidsparameters beheerd met valutatermijncontracten.

De functionele valuta van de Vennootschap is de euro. Telenet voert echter transacties uit in andere valuta dan euro, vooral in Amerikaanse dollar. Minder dan 5% van Telenets bedrijfskosten (vooral de kosten van hardware-uitrusting voor het netwerk, software en kabeltelevisierechten) waren in Amerikaanse dollar uitgedrukt, terwijl al de opbrengsten van de Vennootschap in euro werden gegenereerd. Telenet heeft belangrijke verplichtingen in Amerikaanse dollar in verband met de contracten die het afsloot voor het leveren van premium content. Een waardedaling van de euro ten opzichte van de Amerikaanse dollar zou de kosten in euro van de in Amerikaanse dollar uitgedrukte kosten en uitgaven verhogen, een stijging van de waarde van de euro ten opzichte van de Amerikaanse dollar zou het omgekeerde effect hebben.

De Vennootschap heeft een gedeelte van zijn kasuitstromen voor verwachte en toegezegde aankopen in Amerikaanse dollar historisch steeds ingedekt via valutatermijncontracten om het wisselkoersrisico af te dekken dat ontstaat uit:

  • d het aankopen van goederen en diensten in vreemde valuta;
  • d bedrijfsinvesteringen in vreemde valuta of die onderhevig zijn aan prijsschommelingen door wijzigingen in de wisselkoers;
  • d betalingen van royalty's, franchise- of licentievergoedingen uitgedrukt in een vreemde munt.

Hoewel de Vennootschap stappen onderneemt om zich te beschermen tegen de volatiliteit van wisselkoersen, bestaat er een residueel valutarisico als gevolg van de volatiliteit van de wisselkoersen dat een materieel negatief effect zou kunnen hebben op de financiële situatie en de bedrijfsresultaten van de Vennootschap.

Zoals hierboven vermeld, wordt er in Toelichting 5.13 bij de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap meer gedetailleerde informatie verstrekt over de valutaderivaten per 31 december 2011 en 2010.

Kwalitatieve informatie met betrekking tot interestrisico

De Vennootschap is voornamelijk onderhevig aan interestrisico uit leningen aan een vlottende interestvoet, interestdragende investeringen en financiële leases. De Vennootschap heeft een beleid opgezet om zijn blootstelling aan vlottende interestvoeten in te dekken. Het risico wordt beheerd door een passende mix van interest-swap-, cap- en collarcontracten.De Vennootschap implementeerde een beleid voor financieel risicobeheer.

Met betrekking tot het interestrisico kunnen de belangrijkste doelstellingen als volgt worden samengevat:

  • d alleen langlopende (+1 jaar) blootstellingen met betrekking tot interestvoeten worden beheerd;
  • d cash betalingen voor interest en schulden die ontstaan door loutere interestschommelingen worden tot een minimum beperkt;
  • d alle hedginginstrumenten die worden gebruikt zijn bestemd voor de reële interestrisico's en zijn toegelaten onder het beleid;
  • d convenanten betreffende interestdekkingsverhoudingen in leenovereenkomsten worden nageleefd.

Per 31 december 2011 bedroeg de totale schuld €2.959,5 miljoen, waarvan €1.229,6 miljoen verschuldigd is onder de senior kredietfaciliteit en €1.300,0 miljoen verband houdt met de vier obligaties die in 2010 en 2011 werden uitgegeven. De totale schuld omvatte ook €60,7 miljoen voor het uitstaande deel van het mobiele 3G-spectrum. De rest vertegenwoordigt voornamelijk de verplichtingen uit hoofde van financiële leaseverplichtingen in verband met de overname van Interkabel. Op 31 december 2011 droeg 43,80% van de totale financiële schuld een vaste interestvoet (2010: 32,36%).

Zoals hoger vermeld, worden de uitstaande interestderivaten op 31 december 2011 en 2010 meer gedetailleerd besproken in Toelichting 5.13 van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

Kwantitatieve informatie

Interestgevoeligheidsanalyse

Voor afgeleide financiële instrumenten en schuldverplichtingen met vlottende interestvoet heeft de Vennootschap een gevoeligheidsanalyse gemaakt die de wijziging in de reële waarde of interestkosten van deze financiële instrumenten meet op basis van hypothetische wijzigingen in de relevante toepasselijke basisinterest op het einde van het jaar, waarbij alle andere factoren constant worden gehouden.

De gevoeligheidsanalyse is uitsluitend ter illustratie bedoeld – in de praktijk wijzigen de marktinteresten zelden alleen en meestal zijn ze afhankelijk van elkaar. Een stijging (daling) van de marktinterest met 25 basispunten op de rapporteringdatum zou de winst over de verslagperiode hebben doen toenemen (dalen) en de reële waarde van de afgeleide financiële instrumenten van de Vennootschap hebben veranderd zoals weergegeven in onderstaande tabel:

(in duizend euro) 2011 2010
+0,25% -0,25% +0,25% -0,25%
Interest
Senior Credit Facility (3.763) 3.763 (5.081) 5.081
Senior Secured Floating Rate Notes (553) 553 - -
Financiële leases 30 (30) (35) 35
Interestderivaten (2.702) 2.677 1.460 (1.810)
(6.988) 6.963 (3.656) 3.306
Wijzigingen in reële waarde
Swaps 18.027 (18.027) 10.816 (10.816)
Caps 84 (65) 771 (527)
Collars 8.982 (10.378) 8.830 (9.693)
27.093 (28.470) 20.417 (21.036)
Totaal 20.105 (21.507) 16.761 (17.730)

De onderstaande tabel geeft een overzicht van de interestverplichtingen van de Vennootschap onder de uitstaande schulden met vlottende interestvoet en de rentederivaten. De bedragen die afkomstig zijn van de gevoeligheidsanalyse zijn prospectieve ramingen ("forward-looking estimates") van het marktrisico uitgaande van bepaalde marktvoorwaarden. De reële toekomstige resultaten kunnen materieel verschillen van deze geprojecteerde resultaten als gevolg van de inherente onzekerheden in de wereldwijde financiële markten.

Situatie op 31 december 2011 Verschuldigde interestbetalingen per periode
+0,25%
(in duizend euro)
Minder dan
1 jaar
2
jaar
3
jaar
4
jaar
5
jaar
Na
5 jaar
Gewijzigde SCF Termijnlening Q 20.084 20.029 20.029 20.029 20.084 9.932
Gewijzigde SCF Termijnlening R 40.256 40.146 40.146 40.146 40.256 100.201
€400 miljoen Senior Secured Notes met
vervaldag 2021
22.590 22.529 22.529 22.529 22.590 101.348
Financiële leases 185 136 81 39 27 12
Interestderivaten 24.004 18.962 18.962 16.951 15.463 53.492
Totaal 107.119 101.802 101.747 99.694 98.420 264.985
Situatie op 31 december 2011 Verschuldigde interestbetalingen per periode
-0,25%
(in duizend euro)
Minder dan
1 jaar
2
jaar
3
jaar
4
jaar
5
jaar
Na
5 jaar
Gewijzigde SCF Termijnlening Q 17.893 17.844 17.844 17.844 17.893 8.849
Gewijzigde SCF Termijnlening R 36.197 36.098 36.098 36.098 36.197 90.096
€400 miljoen Senior Secured Notes met
vervaldag 2021
20.557 20.501 20.501 20.501 20.557 92.226
Financiële leases 137 101 60 29 20 9
Interestderivaten 33.447 27.834 27.834 25.305 23.571 70.713
Totaal 108.231 102.378 102.337 99.777 98.238 261.893
Situatie op 31 december 2010
+0.25% Minder dan 2 3 4 5 Na
(in duizend euro) 1 jaar jaar jaar jaar jaar 5 jaar
Gewijzigde SCF Termijnlening G 71.610 71.807 71.610 71.610 71.610 105.469
Gewijzigde SCF Termijnlening J 3.056 3.065 3.056 3.056 2.286 -
Gewijzigde SCF Termijnlening K 6.493 6.510 6.493 6.493 - -
Gewijzigde SCF Termijnlening L1 9.623 9.649 9.623 9.623 2.373 -
Financiële leases 181 147 108 64 31 31
Interestderivaten 24.241 31.895 27.093 27.093 24.472 23.425
Totaal 115.204 123.073 117.983 117.939 100.772 128.925
Verschuldigde interestbetalingen per periode
Situatie op 31 december 2010
-0.25%
(in duizend euro)
Minder dan
1 jaar
2
jaar
3
jaar
4
jaar
5
jaar
Na
5 jaar
Gewijzigde SCF Termijnlening G 64.156 64.331 64.156 64.156 64.156 96.146
Gewijzigde SCF Termijnlening J 2.654 2.662 2.654 2.654 1.985 -
Gewijzigde SCF Termijnlening K 5.692 5.707 5.692 5.692 - -
Gewijzigde SCF Termijnlening L1 8.566 8.590 8.566 8.566 2.112 -
Financiële leases 122 99 72 43 21 21
Interestderivaten 34.138 43.013 36.978 36.978 33.782 35.470
Totaal 115.328 124.402 118.118 118.089 102.056 131.637

Voor schulden met vaste interestvoet beïnvloeden de interestwijzigingen in het algemeen de reële waarde van het schuldinstrument, maar niet de resultaten of kasstromen van de Vennootschap. Momenteel heeft de Vennootschap geen enkele verplichting om schulden met vaste interestvoet vóór het einde van de looptijd af te lossen en bijgevolg zullen het interestrisico en de wijzigingen in reële marktwaarde geen belangrijk effect hebben op de schuld met vaste interestvoet tot de Vennootschap deze schuld zou moeten herfinancieren.

Valutagevoeligheidsanalyse

De Vennootschap is vooral onderhevig aan marktrisico's met betrekking tot schommelingen in wisselkoersen tussen de Amerikaanse dollar en de euro.

De volgende tabel toont de gevoeligheid van de Vennootschap voor een stijging en daling met 10% van de betreffende wisselkoers. Deze 10% is de gevoeligheid die wordt gebruikt bij de interne rapportering van het valutarisico en geeft de beoordeling van het management weer van de redelijke mogelijke wijziging in wisselkoersen. De gevoeligheidsanalyse omvat het effect op onze in Amerikaanse dollar uitgedrukte kosten en uitgaven (vooral de kosten van hardware-uitrusting voor het netwerk, software en kabeltelevisierechten) en valutatermijncontracten.

Verschuldigde interestbetalingen per periode

Winst / (verlies) in duizend euro

31 december 2011 Valuta Bedrag in
vreemde
munt
10% stijging 10% daling
Handelsschulden USD 11.368 (975) Op totaalresultaat 797 Op totaalresultaat
GBP 10 (1) Op totaalresultaat 1 Op totaalresultaat

Winst / (verlies) in duizend euro

31 december 2010 Valuta Bedrag in
vreemde
munt
10% increase 10% decrease
Handelsschulden USD 14.616 (1.215) Op totaalresultaat 994 Op totaalresultaat
GBP 17 (2) Op totaalresultaat 2 Op totaalresultaat

5.3.4 Kapitaalrisicobeheer

De Vennootschap beheert haar kapitaal zodanig dat de entiteiten van de groep in staat zullen zijn verder te werken om winsten te realiseren voor de aandeelhouders en voordelen voor de andere belanghebbenden, en een optimale kapitaalstructuur te behouden om de kapitaalkosten te verminderen. Om de kapitaalstructuur te behouden of aan te passen, kan de Vennootschap het bedrag van de dividenden die aan de aandeelhouders worden uitgekeerd aanpassen, nieuwe aandelen uitgeven of activa verkopen om de schuld te verminderen.

De Vennootschap beheert het kapitaal op basis van de hefboomratio. Per 31 december 2011 resulteerden het uitstaande saldo van de senior kredietfaciliteit en het uitstaande kassaldo in een verhouding totale nettoschuld/EBITDA van 3,2x, in vergelijking met 2,8x per 31 december 2010. De hefboomratio wordt berekend volgens de definitie in de senior kredietfaciliteit, door de totale nettoschuld, uitgezonderd achtergestelde aandeelhoudersleningen, geactiveerde elementen van de schulden onder de clientèle- en annuïteitenvergoedingen en alle andere financiële leases, te delen door de EBITDA op jaarbasis van de laatste twee kwartalen.

De huidige verhouding totale nettoschuld/EBITDA ligt ruim onder het convenant van 6,0x en de beschikbaarheidstest van 5,0x. De Vennootschap blijft streven naar een stabiele hefboomratio die tussen 3,5x en 4,5x ligt.

Overeenkomstig de 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility heeft de Vennootschap toegang tot het bijkomende toegezegde wentelkrediet van €158,0 miljoen, mits de hoger vernoemde convenanten worden nageleefd, met beschikbaarheid tot en met 31 december 2016.

5.3.5 Reële waarde ten opzichte van boekwaarde

De reële waarden van financiële activa en verplichtingen, samen met de boekwaarden zoals weergegeven in de balans, zijn als volgt:

Voor het jaar afgesloten op 31 december Toe
lichting
2011 2010
(in duizend euro) Boek
waarde
Reële
waarde
Boek
waarde
Reële
waarde
Activa
Activa gewaardeerd tegen reële waarde
Derivaten 5.13 2.178 2.178 5.033 5.033
Geldmiddelen en kasequivalenten (b.v.
Geldmarktfondsen)
5.10 281.242 281.242 541.940 541.940
Totaal activa gewaardeerd tegen reële waarde 283.420 283.420 546.973 546.973
Activa gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs
Handelsvorderingen 5.7 93.623 93.623 79.826 79.826
Overige vlottende activa 5.8 108.165 108.165 54.956 54.956
Geldmiddelen en kasequivalenten 5.10 65.355 65.355 97.641 97.641
Totaal activa gewaardeerd aan geamortiseerde
kostprijs
267.143 267.143 232.423 232.423
Verplichtingen
Verplichtingen gewaardeerd tegen reële waarde
Derivaten 5.13 122.970 122.970 60.643 60.643
Verplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde
kostprijs
Leningen en overige financieringsverplichtingen
(exclusief uitgestelde financieringskosten)
5.12
- Gewijzigde Senior Credit Facility 1.230.123 1.199.381 1.916.479 1.918.911
- Senior Secured Fixed Rate Notes 912.100 877.789 605.562 613.312
- Senior Secured Floating Rate Notes 400.943 386.943 - -
- Uitgestelde financieringskosten (47.709) (47.709) (49.638) (49.638)
- Financiële leaseverplichtignen 332.745 301.839 340.125 330.785
- Cliëntele vergoeding > 20 jaar 70.644 63.524 65.137 74.093
- 3G Mobiel Spectrum 60.679 48.801 - -
- Overige bankleningen 8 8 31 31
Handelsschulden 147.341 147.341 109.341 109.341

5.17

Totaal verplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs

Overige schulden 5.15

5.3.5 Categorieën van reële waarde

De onderstaande tabel analyseert de reële waarde van financiële instrumenten volgens de waarderingsmethode. De verscheidene categorieën worden als volgt gedefinieerd:

  • d Categorie 1: (onaangepaste) prijsnoteringen in actieve markten voor identieke activa of verplichtingen
  • d Categorie 2: andere inputs dan de prijsnoteringen in Categorie 1, die hetzij direct (dwz prijzen) hetzij indirect (dwz van prijzen afgeleid) observeerbaar zijn voor het actief of de verplichting

389.157 389.157 270.549 270.549

3.496.031 3.367.074 3.257.586 3.267.384

d Categorie 3: inputs voor het actief of de verplichting die niet gebaseerd zijn op observeerbare marktgegevens (niet-observeerbare inputs).

Voor het jaar afgesloten op 31 december 2011 2010
(in duizend euro) Cat. 1 Cat. 2 Cat. 3 Cat. 1 Cat. 2 Cat. 3
Activa
Derivaten - 2.178 - - 5.033 -
geldmiddelen en kasequivalenten (b.v.
Geldmarktfondsen)
281.242 - - 541.940 - -
Totaal activa gewaardeerd tegen reële waarde 281.242 2.178 - 541.940 5.033 -
Verplichtingen
Derivaten - 122.970 - - 60.643 -
Totaal verplichtingen gewaardeerd tegen reële - 122.970 - - 60.643 -

De reële waarde van rentederivaten wordt door de Vennootschap berekend op basis van "vlakke swap curves". Hierbij wordt rekening gehouden met het kredietrisico van zowel de Vennootschap als de respectievelijke tegenpartijen. De Vennootschap vergelijkt daarenboven de alzo berekende reële waarde met de reële waarde van de verscheidene instrumenten, zoals aangeleverd door tegenpartijen en middels door derden ontwikkelde waarderingsmodellen.

waarde

De reële waarde van valutatermijncontracten wordt berekend door het verschil tussen de contractueel vastgelegde termijnprijs en de huidige termijnprijs voor de resterende looptijd van het contract te verdisconteren aan de hand van een risicovrije rentevoet. Deze berekening wordt dan vergeleken met de genoteerde marktprijs, voor zover deze beschikbaar is.

Gedurende het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 werden geen financiële activa of verplichtingen getransfereerd naar een andere categorie.

5.4 MATERIëLE VASTE ACTIVA

Toe Terreinen,
gebouwen
en verbe
teringen
aan
gehuurde
Activa in Meubilair,
uitrusting
en rollend
(in duizend euro) lichting gebouwen Netwerk aanbouw materieel Totaal
Kost
Per 1 januari 2010 100.240 2.557.072 53.152 54.152 2.764.616
Verwerving van
dochtervennootschap
5.24 65 - - 100 165
Toevoegingen 322 20.006 216.233 467 237.028
Overdrachten 2.981 193.988 (189.977) 2.708 9.700
Verkopen en
buitengebruikstellingen
(393) (1.881) - (132) (2.406)
Per 31 december 2010 103.215 2.769.185 79.408 57.295 3.009.103
Toevoegingen 1.726 342 249.190 942 252.200
Overdrachten 2.162 222.705 (230.778) 5.879 (32)
Verkopen en
buitengebruikstellingen
(1.023) (20.216) - (109) (21.348)
Per 31 december 2011 106.080 2.972.016 97.820 64.007 3.239.923
Gecumuleerde afschrijvingen
Per 1 januari 2010 19.847 1.389.072 - 40.729 1.449.648
Afschrijvingskosten voor het
boekjaar
5.255 235.683 - 5.533 246.471
Overdrachten - 4.157 - - 4.157
Uitgeboekt bij verkoop en
buitengebruikstelling
(393) (852) - (130) (1.375)
Per 31 december 2010 24.709 1.628.060 - 46.132 1.698.901
Afschrijvingskosten voor het
boekjaar
5.450 247.936 - 5.633 259.019
Overdrachten (7) - - (25) (32)
Uitgeboekt bij verkoop en
buitengebruikstelling
(970) (18.031) - (85) (19.086)
Per 31 december 2011 29.182 1.857.965 - 51.655 1.938.802
Boekwaarde
Per 31 december 2011 76.898 1.114.051 97.820 12.352 1.301.121
Per 31 december 2010 78.506 1.141.125 79.408 11.163 1.310.202
Boekwaarde van Financiële Leases opgenomen onder Materiële vaste activa
Per 31 december 2011 35.092 204.131 - - 239.223
Per 31 december 2010 37.786 229.958 - 34 267.778

De Vennootschap beoordeelt de verwachte gebruiksduur van materiële vaste activa op elke rapporteringdatum teneinde in te schatten of bepaalde gebeurtenissen of omstandigheden aanleiding geven

tot een herziening van de verwachte gebruiksduur. De beoordeling in 2011 heeft geen aanleiding gegeven tot het herzien van de verwachte gebruiksduur van de materiële vaste activa.

Voor verdere informatie betreffende financiële leases, zie Toelichting 5.12.7 bij de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

Voor verdere informatie betreffende de overname van dochtervennootschappen, zie Toelichting 5.24 bij de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

In 2010 activeerde de Vennootschap voor €0,4 miljoen aan financieringskosten, voornamelijk voor de bouw van Telenets eigen infrastructuur voor mobiele telefonie, aan een financieringskost van 3,9%. In 2011 bouwde of verwierf de Vennootschap geen activa die in aanmerking komen voor de activering van financieringskosten.

Voor verdere informatie betreffende activa die als zekerheid in onderpand werden gegeven, zie Toelichting 5.12.6 bij de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

De verkopen en buitengebruikstellingen van materiële vaste activa in 2011 hadden voornamelijk betrekking op:

  • dde uitboeking van volledig afgeschreven settopboxen die niet langer actief waren, voor een brutobedrag van €13,8 miljoen;
  • dde verkoop en buitengebruikstelling van HD-kaarten met een boekwaarde van €1,7 miljoen, en een brutowaarde van €4,6 miljoen, waarbij er een verlies werd geboekt van €1,1 miljoen.

5.5 GOODWILL

In 2011 traden er geen veranderingen op in goodwill en derhalve bleef de goodwill op 31 december 2011 onveranderd ten opzichte van een jaar geleden op €1.241,8 miljoen.

De Vennootschap deed haar jaarlijkse toetsing op bijzondere waardevermindering in de loop van het derde kwartaal van respectievelijk 2011 en 2010. Goodwill werd toegewezen aan één enkel kasstroomgenererende eenheid. De realiseerbare waarde van de kasstroomgenererende eenheid was gebaseerd op zijn gebruikswaarde en werd berekend door de toekomstige kasstromen uit het voortdurend gebruik van de kasstroomgenererende eenheid te verdisconteren. De gebruikswaarde in 2011 werd op een gelijkaardige manier bepaald als in 2010.

De belangrijkste assumpties voor de berekening van de realiseerbare waarde zijn de disconteringsvoet, de verwachte trends in verkoopprijzen, productaanbod, directe kosten, EBITDA marges en inschattingen

betreffende de langetermijngroei. De gebruikte disconteringsvoet is vóór winstbelastingen en werd bepaald op basis van ervaringen uit het verleden en de gewogen kapitaalkost binnen de sector, die specifiek voor de kabelindustrie werd bepaald door een onafhankelijke derde partij. Verwachte wijzigingen in verkoopprijzen en directe kosten zijn gebaseerd op ervaringen uit het verleden en de inschattingen over toekomstige evoluties in de markt. De berekeningen maken gebruik van de voorspellingen van kasstromen uit de financiële budgetten goedgekeurd door het management, het langetermijnplan van de Vennootschap tot 2016, en een disconteringsvoet vóór winstbelastingen van 9,0% (in 2010 werd een disconteringsvoet vóór winstbelastingen van 10,6% gebruikt). Die disconteringsvoet is gebaseerd op actuele marktinschattingen van de tijdswaarde van geld alsook op de specifieke risico's eigen aan de Vennootschap. De ontwikkeling van het langetermijnplan van de Vennootschap steunt op een aantal veronderstellingen waaronder:

  • dmarktgroei, de evolutie van het marktaandeel van de Vennootschap en de daaruitvoortvloeiende trend in het aantal klanten;
  • dde productmix per klant;
  • dde gemiddelde opbrengst per klant;
  • dde verwachte ontwikkeling van verschillende directe en indirecte kosten;
  • dde verwachte ontwikkeling in overige variabele en vaste kosten;
  • dde verwachte toekomstige bedrijfsinvesteringen (met uitzondering van bedrijfsinvesteringen die de prestaties van de activa van de Vennootschap verbeteren of versterken).

De veronderstellingen werden voornamelijk afgeleid van:

  • dbeschikbare gegevens uit het verleden;
  • dexterne marktonderzoeken en observaties met betrekking tot ondermeer inflatie, veranderingen in de loonindex, de evolutie in het aantal gezinnen, aansluitpunten enz.;
  • dinterne martkverwachtingen op basis van trendrapporten, de huidige stand van zaken in belangrijke onderhandelingen, enz.

Voor de raming van kasstromen voor periodes na vijf jaar werd een extrapolatie gemaakt, waarbij geen groei verondersteld werd, en dit op basis van historische gegevens en gelet op de huidige economische omstandigheden (2010: 2%). Dit groeiritme is niet hoger dan het gemiddelde langetermijngroeiritme voor de sector, zoals gepubliceerd in de rapporten van de Europese Centrale Bank (ECB).

De berekeningsmethode voor het verdisconteren van toekomstige kasstromen om de gebruikswaarde en de realiseerbare waarde te bepalen, zoals hierboven toegelicht, werd door de Vennootschap getest op redelijkheid door het resultaat van de berekening te vergelijken met de marktkapitalisatie van de Vennootschap.

De voornaamste veronderstellingen worden jaarlijks door het management van de Vennootschap herbekeken en bijgewerkt. Rekening houdend met het aanzienlijke positieve verschil tussen enerzijds de realiseerbare waarde van de kasstroomgenererende eenheid en anderzijds de boekwaarde van de goodwill is het management van de Vennootschap van mening dat wijzigingen in de belangrijkste veronderstellingen waarop de berekening gebaseerd is en die redelijkerwijs mogelijk zijn, niet tot de conclusie zouden leiden dat de boekwaarde van de goodwill de realiseerbare waarde overstijgt op 31 december 2011.

Voor verdere informatie betreffende de overnames van dochtervennootschappen, zie Toelichting 5.24 bij de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

5.6 OVERIGE IMMATERIëLE ACTIVA

(in duizend euro) Net
werk
Toe
ge
lich
bruiks
ting
rechten
Han
dels
naam
Soft
ware
Klan
ten
lijsten
Uitzend
rechten
Overige Subto
taal
Uitzend
rechten
voor
doorver
koop
Totaal
Kost
Per 1 januari 2010 9.700 121.000 207.568 228.028 21.477 21.125 608.898 - 608.898
Verwerving van dochtervennootschap 5.24 - 514 - 1.050 - - 1.564 - 1.564
Toevoegingen 31.102 - 44.046 - 4.108 - 79.256 - 79.256
Overdrachten (9.700) - - - - - (9.700) - (9.700)
Verkopen en buitengebruikstellingen (255) - - - (10.141) - (10.396) - (10.396)
Per 31 december 2010 30.847 121.514 251.614 229.078 15.444 21.125 669.622 - 669.622
Toevoegingen 71.780 - 45.786 - 100.567 - 218.133 71.961 290.094
Uitgeboekt bij verkoop en buitenge
bruikstelling
(405) - - - (4.778) - (5.183) (71.961) (77.144)
Per 31 december 2011 102.222 121.514 297.400 229.078 111.233 21.125 882.572 - 882.572
Gecumuleerde afschrijvingen
Per 1 januari 2010 3.204 70.584 148.493 69.844 5.955 2.173 300.253 - 300.253
Afschrijvingskosten voor het boekjaar 1.806 8.379 29.470 20.741 6.830 91 67.317 - 67.317
Overdrachten (4.157) - - - - - (4.157) - (4.157)
Uitgeboekt bij verkoop en buitenge
bruikstelling
(255) - - - (7.095) - (7.350) - (7.350)
Per 31 december 2010 598 78.963 177.963 90.585 5.690 2.264 356.063 - 356.063
Afschrijvingskosten voor het boekjaar 5.486 8.190 36.583 20.355 22.991 139 93.744 - 93.744
Uitgeboekt bij verkoop en buitenge
bruikstelling
(405) - - - (4.778) - (5.183) - (5.183)
Bijzonder waardeverminderingsverlies 28.464 - - - - - 28.464 - 28.464
Per 31 december 2011 34.143 87.153 214.546 110.940 23.903 2.403 473.088 - 473.088
Boekwaarde
At 31 december 2011 68.079 34.361 82.854 118.138 87.330 18.722 409.484 - 409.484
At 31 december 2010 30.249 42.551 73.651 138.493 9.754 18.861 313.559 - 313.559

De immateriële activa van de Vennootschap, andere dan goodwill, hebben een eindige levensduur en bestaan voornamelijk uit netwerkgebruiksrechten, handelsnaam, kosten met betrekking tot softwareontwikkeling en -verwerving, klantenlijsten, uitzendrechten, gunstige voorwaarden van toekomstige leases en contracten met leveranciers.

De Vennootschap beoordeelt de geschatte gebruiksduur van haar immateriële activa met een eindige levensduur voor elke rapporteringperiode, om te bepalen of gebeurtenissen of omstandigheden een herziene schatting van de gebruiksduur rechtvaardigen. De beoordeling, uitgevoerd in 2011, heeft niet geleid tot een aanpassing van de verwachte levensduur van immateriële activa.

De verkopen en buitengebruikstellingen hebben allen betrekking op volledig afgeschreven uitzendrechten op het einde van de licentieperiode.

Na een veilingprocedure in juni 2011 verwierf de Vennootschap vijf van de zes geveilde loten voor de Belgische voetbalcompetitie, waaronder de exclusieve uitzendrechten voor de belangrijkste wedstrijden, voor een termijn van drie seizoen met ingang vanaf juli 2011. Tegelijkertijd heeft de Vennootschap overeenkomsten afgesloten met verschillende derde partijen voor de gedeeltelijke of gehele doorverkoop van bepaalde van deze rechten. Rekening houdend met de driejarige termijn van het contract en de modaliteiten voor uitgestelde betalingen werd de kost of contante waarde bepaald op basis van de berekening van de netto contante waarde door de effectieve interestmethode te gebruiken met toepassing van een incrementele interestvoet van 3,89%. Dit resulteerde in de erkenning van een immaterieel actief voor de uitzendrechten aangehouden door de Vennootschap van €86,6 miljoen. Op 16 december 2011 verwierf de Vennootschap het overblijvende lot, op niet-exclusieve basis, voor twee seizoenen met ingang vanaf juli 2012. De kost of contante waarde werd berekend op basis van de effectieve interestmethode met toepassing van een incrementele interestvoet van 2,55%. Dit resulteerde in de erkenning van een bijkomend immaterieel actief van €2,0 miljoen. De immateriële activa die betrekking hebben op sportuitzendrechten worden op een pro rata basis afgeschreven naarmate het seizoen vordert.

Na een veilingprocedure georganiseerd door het BIPT in maart 2011 verwierf Telenet Tecteo Bidco NV, een

partnership tussen Telenet NV en de Waalse kabeloperator Tecteo SCRL, de vierde 3G mobiel spectrum licentie. De Vennootschap heeft het verworven mobiel spectrum erkend als een immaterieel actief voor een bedrag van €71,5 miljoen. Dit bedrag is gelijk aan de contante waarde van de jaarlijkse betalingen op de datum van verwerving. Dit immaterieel actief wordt lineair afgeschreven over de gebruiksduur van de onderliggende licentie tot 15 maart 2021. De Vennootschap heeft ook zijn calloptie uitgeoefend op een aantal frequenties binnen het 2G spectrum, die in november 2015 zullen vrijkomen. Aangezien de precieze frequenties pas in 2015 bepaald zullen worden en rekening houdend met het feit dat het erg waarschijnlijk is dat bepaalde van deze frequenties vandaag nog gebruikt worden door andere operatoren, heeft de Vennootschap geoordeeld dat het recht om vanaf 15 november 2015 spectrum te verwerven in de 2G band niet voldoet aan de definitie van een immaterieel actief op 31 december 2011.

In 2010 erkende de Vennootschap een immaterieel actief, dat betrekking had op de licentie om het spectrum voor digitale ethertelevisie (DTT) te gebruiken over het netwerk van Norkring België N.V. (zie Toelichting 5.12.7). De Vennootschap herzag zijn business plan voor DTT in de tweede helft van 2011 en nam hierbij het volgende in overweging:

  • d problemen op het vlak van signaaldekking;
  • d een gebrek aan programmeringsovereenkomsten teneinde een DTT-product te kunnen aanbieden aan Telenets klanten; en
  • d de verwachte impact van de regulering van de televisieomroepenmarkt en de markt voor breedband door de Belgische telecommunicatie- en mediaregulatoren. Omwille van deze regulering zal DTT naar verwachting een minder aantrekkelijk medium worden en zodoende is de waarschijnlijkheid dat andere partijen alsnog DTTspectrum zouden willen verwerven afgenomen. Dit heeft op zijn beurt een ongunstige impact op de licentievergoedingen die door Telenet betaald worden voor het gebruik van het DTT-spectrum.

Op 31 december 2011 had de Vennootschap nog geen commercieel aanbod voor DTT opgestart.

Op basis van het herziene business plan heeft de Vennootschap geoordeeld dat de boekwaarde van het onderliggend immaterieel actief de realiseerbare waarde overtrof. Deze realiseerbare waarde werd bepaald op basis van het herziene business plan aan een disconteringsvoet van 10,6%. Als gevolg werd er een bijzondere waardevermindering voor de immateriële activa die betrekking hebben op DTT erkend voor een totaalbedrag van €28,5 miljoen (Toelichting 5.19).

Voor verdere informatie betreffende de financiële leases van immateriële activa, zie Toelichting 5.12.7 bij de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

5.7 HANDELSVORDERINGEN

Voor het jaar afgesloten op 31 december
(in duizend euro)
2011 2010
Handelsvorderingen 104.648 86.956
Minus: Waardevermindering voor dubieuze vorderingen (11.025) (7.130)
Handelsvorderingen, netto 93.623 79.826

Per 31 december 2011 en per 31 december 2010 kan de ouderdom van de handelsvorderingen respectievelijk als volgt worden gedetailleerd: Vervallen

(in duizend euro) Niet
vervallen
1-30
dagen
31-60
dagen
61-90
dagen
91-120
dagen
>120
dagen
Totaal
31 december 2011 47.340 22.875 7.468 2.289 2.388 22.288 104.648
31 december 2010 29.382 24.879 9.013 3.629 2.929 17.124 86.956

Alle facturen met betrekking tot residentiële klanten zijn betaalbaar binnen de 20 dagen. Voor andere klanten bedraagt de betalingstermijn 30 of 60 dagen. In overeenstemming met de waarderingsregels van de Vennootschap en op basis van ervaring, worden handelsvorderingen die minder dan 120 dagen in overschrijding zijn, niet als dubieus beschouwd en dus niet in waarde verminderd. Op 31 december 2011 was er een totaal bedrag van €35,0 miljoen (2010: €40,5 miljoen) aan reeds vervallen vorderingen waarvoor nog geen waardevermindering werd opgenomen. Met betrekking tot deze handelsvorderingen zijn er geen indicaties dat de schuldenaars niet aan hun betalingsverplichtingen zullen voldoen. De kredietwaardigheid van handels- en andere vorderingen wordt beoordeeld en de Vennootschap volgt nauwlettend het kredietrisico van klanten op op basis van de door het management van de Vennootschap opgestelde kredietpolitiek.

Uitstaande handelsvorderingen van meer dan 120 dagen na vervaldag worden beschouwd als mogelijk in waarde verminderd, en worden op klantniveau aan een gedetailleerde analyse onderworpen. Er wordt een voorziening voor de waardevermindering van handelsvorderingen aangelegd op basis van objectief bewijs dat de Vennootschap de bedragen niet zal kunnen innen. Belangrijke financiële moeilijkheden van de schuldenaar, het niet nakomen van aflossingsverplichtingen en andere negatieve aanwijzingen worden beschouwd als indicatoren dat de handelsvordering in waarde is verminderd. Op basis van de vereiste en gepaste onderliggende documentatie worden de vorderingen van meer dan 120 dagen na vervaldag, maar waarvan het bedrag vermoedelijk zal kunnen worden geïnd, niet in de berekening van de voorziening voor dubieuze debiteuren opgenomen. Voor de overige vorderingen die meer dan 120 dagen in overschrijding zijn, wordt een voorziening voor dubieuze debiteuren aangelegd aan 100%.

De concentratie van kredietrisico is beperkt omdat de Vennootschap een groot aantal niet-verwante klanten heeft. We zijn bijgevolg van mening dat er naast de provisie voor dubieuze debiteuren geen verdere voorziening voor kredietrisico vereist is.

De onderstaande tabel geeft de evolutie weer in de waardevermindering voor dubieuze handelsvorderingen:

Voor het jaar afgesloten op 31 december

(in duizend euro) 2011 2010

Waardevermindering voor dubieuze vorderingen op het einde van het jaar (11.025) (7.130)
Aanwendingen 8.703 9.990
Toevoegingen (12.598) (6.190)
Waardevermindering voor dubieuze vorderingen bij aanvang van het jaar (7.130) (10.930)

Als een handelsvordering oninbaar is, wordt ze afgeschreven en wordt de aangelegde waardevermindering voor handelsvorderingen overeenkomstig aangewend. De kost voor waardevermindering van

handelsvorderingen wordt opgenomen in de kostprijs van geleverde diensten in de geconsolideerde staat van het totaalresultaat. De Vennootschap heeft geen handelsvorderingen in vreemde valuta.

5.8 OVERIGE ACTIVA

5.8.1 Overige vaste activa

Voor het jaar afgesloten op 31 december (in duizend euro) Toelichting 2011 2010 Uitstaande waarborgen bij derden voor eigen verplichtingen (contant betaald) 2.817 1.921 Financiering plannen na uitdiensttreding 5.16 5.3.4 3.082 2.913 Vorderingen n.a.v. de verkoop van sportuitzendrechten 5.6 5.3.4 32.806 - Andere 181 101 Overige vaste activa 38.886 4.935

5.8.2 Current

Voor het jaar afgesloten op 31 december (in duizend euro) Toelichting 2011 2010 Terug te vorderen roerende voorheffing 888 103 Terug te vorderen BTW - 3 Vooruitbetaalde uitzendrechten 5.521 5.684 Overige vooruitbetalingen 9.049 6.191 Toe te rekenen opbrengsten 5.3.4 50.091 52.118 Vorderingen n.a.v. de verkoop van sportuitzendrechten 5.6 5.3.4 21.215 - Overige 5.3.4 1.236 917 Overige vlottende activa 88.000 65.016 Toe te rekenen opbrengsten zijn doorgaans opbrengsten waarvoor de Vennootschap reeds een dienst of product heeft geleverd in overeenstemming met de klantovereenkomst, maar waarvoor de klant nog niet gefactureerd werd.

De vorderingen naar aanleiding van de doorverkoop van sportuitzendrechten hebben voornamelijk betrekking op de uitzendrechten voor het Belgische voetbalkampioenschap. Op hetzelfde moment als de verwerving van de exclusieve uitzendrechten voor de belangrijkste wedstrijden van de Belgische voetbalcompetitie voor drie seizoenen, met ingang van juli 2011, heeft de Vennootschap overeenkomsten afgesloten met verschillende derde partijen voor de gedeeltelijke of gehele doorverkoop van bepaalde van deze rechten. Rekening houdend met de driejarige termijn van het contract en de modaliteiten voor uitgestelde betalingen werd de kost of contante waarde bepaald op basis van de berekening van de netto contante waarde door de effectieve interestmethode te gebruiken en een incrementele interestvoet van 3,89% toe te passen. Dit resulteerde

in een initieel totaalsaldo aan vorderingen van €67,5 miljoen. Op 31 december 2011 bedroegen de uitstaande vorderingen op meer dan één jaar en op ten hoogste één jaar met betrekking tot de uitzendrechten voor het Belgische voetbal €29,3 miljoen en €19,8 miljoen, welke zijn opgenomen in de saldi van doorverkochte sportuitzendrechten zoals getoond in bovenstaande tabel.

5.9 VOORRADEN

Per 31 december 2011 bedroegen de voorraden €9,1 miljoen (2010: €12,6 miljoen). Deze voorraden bestonden hoofdzakelijk uit mobiele telefoontoestellen, draadloze modems, HD Digiboxen en powerline adaptors. Deze daling van de voorraden ten opzichte van einde 2010 met €3,5 miljoen is voornamelijk toe te schrijven aan een daling van de voorraad mobiele telefoontoestellen van €3,0 miljoen.

De hierboven beschreven daling van de voorraden houdt eveneens rekening met de afwaarderingen van voorraden tot de netto realiseerbare waarde ten belope van €1,5 miljoen (2010: 0,5 miljoen).

5.10 GELDMIDDELEN EN KASEqUIVALENTEN

(in duizend euro) 31 december
2011
31 december
2010
Banktegoeden en kasmiddelen 61.220 72.031
Depositocertificaten 4.135 25.610
Geldmarktfondsen 281.242 541.940
Geldmiddelen en kasequivalenten 346.597 639.581

Per 31 december 2011 hadden de depositocertificaten een gewogen gemiddelde interestvoet van 1,24% (2010: 0,47%) en een gemiddelde looptijd van 64 dagen (2010: 13 dagen). De geldmiddelen en kasequivalenten van de Vennootschap worden geplaatst bij gereputeerde financiële instellingen met een sterke kredietwaardigheid om zo het kredietrisico te minimaliseren.

Beleggingen op korte termijn op 31 december 2011 en 2010 werden gedaan in overeenstemming met de richtlijnen van de Vennootschap inzake risicobeheer.

5.11 EIGEN VERMOGEN

5.11.1 Kapitaal

Op 31 december 2011 had Telenet Group Holding NV de volgende aandelen uitstaan, die allemaal behandeld worden als één klasse in de berekening van de winst (verlies) per aandeel:

d 1113.421.984 gewone aandelen (2010: 112.333.167 aandelen);

  • d 94.843 Liquidatie Dispreferentie Aandelen (2010: 94.843 aandelen) in het bezit van Interkabel en Binan Investments BV (een dochtervennootschap van Liberty Global Inc.), die dezelfde rechten verlenen als de gewone aandelen, behalve dat zij onderworpen zijn aan een liquidatie dispreferentie van €8,02, zodat in geval van vereffening van Telenet Group Holding NV de Liquidatie Dispreferentie Aandelen enkel deel zouden hebben aan het deel van de opbrengsten uit de vereffening, dat hoger is dan €8,02 per aandeel. Liquidatie Dispreferentie Aandelen kunnen worden omgezet in gewone aandelen in een verhouding van 1,04 Liquidatie Dispreferentie Aandeel voor 1 gewoon aandeel; en
  • d 30 Gouden Aandelen (2010: 30 Gouden Aandelen) in het bezit van de financieringsintercommunales1 , die dezelfde rechten hebben als de gewone aandelen en die de houders ervan eveneens recht geven om vertegenwoordigers te benoemen in de Regulatoire Raad, die toezicht houdt op het garanderen van de algemene belangen met betrekking tot ons aanbod van digitale televisie.

Het geplaatst kapitaal bedroeg per 31 december 2011 €294,2 miljoen (2010: €797,3 miljoen).

Kapitaalverminderingen

Met betrekking tot de terugbetalingen van de kapitaalverminderingen goedgekeurd door de buitengewone algemene aandeelhoudersvergaderingen van Telenet Group Holding NV van 17 augustus 2007 en 28 mei 2009, van respectievelijk €6,00 en €0,50 per aandeel, werden in 2010 betalingen uitgevoerd voor een totaal bedrag van €0,2 miljoen.

Op 28 april 2010 werd door de buitengewone algemene aandeelhoudersvergadering van de Vennootschap een kapitaalvermindering van €2,23 per aandeel goedgekeurd. Deze werd uitgevoerd in de vorm van een terugbetaling van kapitaal aan alle aandeelhouders van Telenet Group Holding NV bij de sluiting van de verhandeling op Euronext Brussel op 27 juli 2010, waarbij een betaling van €249,7 miljoen werd uitgevoerd in 2010 en van €0,1 miljoen in 2011.

Deze transactie heeft het aantal uitstaande aandelen niet gewijzigd.

Op 27 april 2011 werd door de buitengewone algemene aandeelhoudersvergadering van de Vennootschap een kapitaalvermindering van €4,50 per aandeel goedgekeurd. Deze werd uitgevoerd in de vorm van een terugbetaling van kapitaal aan alle aandeelhouders van Telenet Group Holding NV bij de sluiting van de verhandeling op Euronext Brussel op 25 juli 2011, waarbij een betaling van €508,9 miljoen werd uitgevoerd in 2011. Deze transactie heeft het aantal uitstaande aandelen niet gewijzigd.

Eigen aandelen

Op 9 augustus 2011 maakte de Vennootschap de start bekend van een aandeleninkoopprogramma. Onder dit programma mag Telenet Group Holding NV van tijd tot tijd eigen aandelen inkopen voor een maximum van 1.000.000 aandelen binnen een periode van negen maanden. Alle ingekochte aandelen zullen door de Vennootschap aangehouden worden om zijn verplichtingen na te komen onder bestaande aandelenoptieplannen. Zolang deze aandelen worden aangehouden door de Vennootschap, zullen deze geen recht geven op de uitkering van dividenden.

Telenet heeft een tussenpersoon gemachtigd om Telenetaandelen in te kopen voor rekening van de Vennootschap. Deze tussenpersoon is een discretionair optredende vermogensbeheerder, die zelfstandig beslist over het tijdstip, aanbod en aantal in te kopen aandelen.

Per 31 december 2011 had de Vennootschap 220.352 eigen aandelen ingekocht, voor een totaal bedrag van €5,8 miljoen, wat 0,2% vertegenwoordigt van het totaal aantal uitstaande aandelen op 31 december 2011.

Op 16 februari 2012 maakte de Vennootschap de start bekend van een nieuw aandeleninkoopprogramma met ingang vanaf 20 februari 2012 (het "Aandeleninkoopprogramma 2012"). Onder dit programma mag de Vennootschap van tijd tot tijd eigen aandelen inkopen voor een maximum van 3.000.000 aandelen, voor een maximum bedrag van €50 miljoen, binnen een periode van zes maanden vanaf 20 februari 2012. Alle ingekochte aandelen zullen door de Vennootschap vernietigd worden.

Dit Aandeleninkoopprogramma 2012 vervangt het eerder goedgekeurde aandeleninkoopprogramma zoals

1 De financieringsintercommunales die momenteel de Gouden Aandelen aanhouden, zijn: IFIGGA, FINEA, FINGEM, IKA, FINILEK, FINIWO en FIGGA.

bekendgemaakt op 9 augustus 2011 (het "Aandeleninkoopprogramma 2011"), dat bepaalde maximum prijslimieten bevatte die vandaag de dag niet langer relevant zijn gezien de gewijzigde marktomstandigheden.

5.11.2 Op aandelen gebaseerde personeelsverloning

Klasse A en klasse B opties

In augustus 2004 kende de Vennootschap 1.500.000 Opties van Klasse A toe aan bepaalde leden van het management om in te schrijven op 1.500.000 Winstbewijzen van Klasse A ("Opties van Klasse A"). Met uitzondering van 506.712 Opties van Klasse A die definitief werden verworven onmiddellijk na de toekenning, bedroeg de periode van definitieve verwerving van de Opties van Klasse A maximum 40 maanden. Opties van Klasse A konden, voor de verlenging in 2009, worden uitgeoefend tot en met juni 2009. De buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders van 28 mei 2009 besliste om de uitoefenperiode met een bijkomende termijn van drie jaar te verlengen.

In december 2004 bood de Vennootschap 1.251.000 van de 1.350.000 toegestane Opties van Klasse B aan bepaalde leden van het management aan om in te schrijven op 1.251.000 Winstbewijzen van Klasse B ("Opties van Klasse B"). Van de 1.251.000 Opties van Klasse B aangeboden

door de Vennootschap, werden er 1.083.000 aanvaard in februari 2005. De resterende 267.000 Opties van Klasse B werden geannuleerd. Met uitzondering van 105.375 Opties van Klasse B die onmiddellijk definitief werden verworven bij de toekenning, zijn de Opties van Klasse B definitief verworven over 4 jaar en konden ze, voor de verlenging in 2009, uitgeoefend worden tot en met december 2009. De buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders van 28 mei 2009 besliste om de uitoefenperiode met een bijkomende termijn van drie jaar te verlengen.

De Winstbewijzen van Klasse A en Klasse B zijn omruilbaar in aandelen van de Vennootschap op een één-voor-één basis, mits aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan. De uitoefening geeft de houders van winstbewijzen het recht om dividenden te ontvangen gelijk aan de dividenden die eventueel worden uitgekeerd aan de houders van aandelen van de Vennootschap.

Warrantenplan 2007, Warrantenplan 2008, Warrantenplan 2009 en Warrantenplan 2010

De details betreffende het Warrantenplan 2007, het Warrantenplan, 2008, het Warrantenplan 2009 en het Warrantenplan 2010, uitgegeven door de Vennootschap, worden samengevat in de onderstaande tabel:

Uitgifte van warranten
Warrantenplan Datum goed-
keuring door de
buitengewone
algemene verga
dering van aan
deelhouders
Totaal
aantal
uitgegeven
warranten
Naam van het
aangeboden plan
Warrantenplan 2007 27 december 2007 3.300.000 Warrantenplan 2007
Warrantenplan 2007 bis
Warrantenplan 2007 ter
Warrantenplan 2007 quater
Warrantenplan 2007 quinquies
Warrantenplan 2007 sexies
Warrantenplan 2007 septies
Warrantenplan 2008 29 mei 2008 317.000 Warrantenplan 2008
Warrantenplan 2009 28 mei 2009 180.000 Warrantenplan 2009
Warrantenplan 2010 28 april 2010 2.800.000 Warrantenplan 2010 primo
Warrantenplan 2010 bis
Warrantenplan 2010 ter

Warranten onder de hierboven vermelde warrantenplannen worden definitief verworven in gelijke schijven per kwartaal over een periode van vier jaar, en geven de houder van elke warrant het recht om in te schrijven op één nieuw aandeel van Telenet Group Holding NV.

In 2010 keurde de raad van bestuur twee afzonderlijke toekenningen van warranten goed onder het Warrantenplan 2010 (ESOP 2010 primo en ESOP 2010 bis). Op 11 augustus 2011 keurde de raad van bestuur een nieuwe toekenning goed van warranten onder het Warrantenplan 2010 aan bepaalde managers in sleutelposities (ESOP 2010 ter).

Specifieke Aandelenoptieplan 2010-2014

Op 24 maart 2010 keurde de raad van bestuur een specifiek aandelenoptieplan goed voor de Gedelegeerd Bestuurder voor in totaal 850.000 aandelenopties op bestaande aandelen (het "Specifiek Aandelenoptieplan 2010-2014" of "SSOP 2010-2014"). Elk van deze aandelenopties geeft de houder ervan het recht om een bestaand aandeel van de Vennootschap te verwerven.

Op 28 april 2010 keurde de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders bepaalde voorwaarden van het SSOP 2010-2014 goed.

De toekenning van 850.000 aandelenopties onder het SSOP 2010-2014 gebeurde effectief op 4 september 2010 aan de

Gedelegeerd Bestuurder, die dit aanbod aanvaardde op 3 oktober 2010.

De definitieve verwerving van deze aandelenopties is afhankelijk van het behalen van bepaalde prestatiecriteria. Het remuneratie- en nominatiecomité bepaalt voor elke schijf in samenspraak met de Gedelegeerd Bestuurder de prestatiecriteria en elk jaar beslist het remuneratie- en nominatiecomité of deze criteria al dan niet behaald werden.

In oktober 2010 werd een eerste schijf van 250.000 aandelenopties in het kader van dit plan toegekend aan de Gedelegeerd Bestuurder tegen een uitoefenprijs van €23,00 per aandelenoptie. Het remuneratie- en nominatiecomité heeft in 2011 beslist dat de toepasselijke prestatiecriteria voor 2010 behaald werden, zodat deze 250.000 aandelenopties definitief verworven werden op 1 maart 2011.

In februari 2011 werd een tweede schijf van 200.000 aandelenopties in het kader van dit plan toegekend aan de Gedelegeerd Bestuurder tegen een uitoefenprijs van €24,00 per aandelenoptie. Het remuneratie- en nominatiecomité heeft op 15 februari 2012 vastgesteld dat de toepasselijke prestatiecriteria voor 2011 behaald werden, zodat deze 200.000 aandelenopties (232.258 aandelenopties na de aanpassing aan de gevolgen van de kapitaalvermindering in 2011) definitief verworven werden op 1 maart 2012.

Uitgifte van warranten Toegekende warranten

Datum goed-
keuring door de
Aantal
buitengewone
Totaal
war
algemene verga
aantal
ranten
dering van aan
uitgegeven
Naam van het
aange
Warrantenplan
deelhouders
warranten
aangeboden plan
Datum aanbod
boden
Aantal war
ranten aan
vaard
Begunstigden
27 december 2007
3.300.000
Warrantenplan 2007
27 december 2007
55.000
27.500 bepaalde werknemers
Warrantenplan 2007 bis
5 maart 2008
1.294.000
1.058.600 bepaalde werknemers
Warrantenplan 2007 ter
25 augustus 2008
63.000
43.000 bepaalde werknemers
Warrantenplan 2007 quater
30 juni 2009
1.298.000
1.236.000 bepaalde werknemers
Warrantenplan 2007 quinquies
4 december 2009
155.000
155.000 CEO
Warrantenplan 2007 sexies
18 december 2009
117.500
93.000 bepaalde werknemers
Warrantenplan 2007 septies
28 september 2010
189.900
189.900 bepaalde werknemers
Warrantenplan 2008
29 mei 2008
317.000
317.000 CEO
Warrantenplan 2009
28 mei 2009
180.000
180.000 CEO
Warrantenplan 2010 primo
28 september 2010
1.147.600
1.006.700 bepaalde werknemers
Warrantenplan 2010 bis
10 december 2010
70.500
50.500 bepaalde werknemers
Warrantenplan 2010 ter
11 augustus 2011
184.500
147.500 bepaalde werknemers

Op 15 februari 2012 heeft het remuneratie- en nominatiecomité, in samenspraak met de Gedelegeerd Bestuurder, de prestatiecriteria vastgelegd voor een derde schijf van 200.000 aandelenopties (232.258 aandelenopties na de aanpassing aan de gevolgen van de kapitaalvermindering 2011) onder het SSOP 2010-2014 tegen een uitoefenprijs van €25,00 (€21,53 na de aanpassing aan de gevolgen van de kapitaalvermindering in 2011). Bijgevolg wordt de toekenning van deze opties geacht plaatsgevonden te hebben op die datum. Afhankelijk van het behalen van de relevante prestatiecriteria voor het jaar 2012, zullen deze opties definitief verworven worden op 1 maart 2013.

Een vierde schijf van 200.000 aandelenopties (232.258 aandelenopties na de aanpassing aan de gevolgen van de kapitaalvermindering 2011) tegen een uitoefenprijs van €26,00 (€22,39 na de aanpassing aan de gevolgen van de kapitaalvermindering 2011) per aandelenoptie, zal voor rapporteringdoeleinden geacht worden toegekend te zijn in februari 2013 na vaststelling van de eraan verbonden prestatiecriteria. Afhankelijk van het behalen van de

relevante prestatiecriteria voor het jaar 2013, zullen deze opties definitief verworven worden op 1 maart 2014.

Alle aandelenopties die definitief verworven zijn in het kader van het Telenet Specifiek Aandelenoptieplan 2010-2014 zullen uitoefenbaar zijn tijdens vastgestelde uitoefenperiodes vanaf 1 januari 2014. Alle aandelenopties in het kader van het SSOP 2010-2014 vervallen op 4 september 2017.

Voor rapporteringdoeleinden werden de toekenningdata voor alle voornoemde toekenningen bepaald als de data waarop de begunstigden het aanbod aanvaardden. De reële waarde van de warranten en de aandelenopties die in de loop van 2011, 2010, 2009, 2008 en 2007 werden toegekend, werd bepaald op basis van het Black-Scholes waarderingsmodel.

De toekenningdata voor rapporteringdoeleinden en de onderliggende veronderstellingen voor de bepaling van de reële waarde op de toekenningdatum kunnen samengevat worden als volgt:

Datum
van toe
kenning
Reële
waarde
op datum
van toe
kenning
Aan
delen
koers
Uit
oefen
prijs
(1)
Verwach
te volati
liteit
Ver
wachte
levens
duur
optie
Ver
wach
te divi
denden
Risico
vrije inte
restvoet
Warrantenplan 2007
warranten
27 januari
2008
3,83 18,04 19,40 25,5% 3,61 jaar 0,0% 3,50%
Warrantenplan 2007
bis warranten
19 april 2008 2,79 - 4,34 14,51 14,50 24,2% - 27,7% 3,61 jaar 0,0% 4,07% - 4,20%
Warrantenplan 2007
ter warranten
25 septem
ber 2008
3,15 - 4,62 14,78 14,69 25,9% - 28,5% 3,61 jaar 0,0% 4,17% - 4,39%
Warrantenplan 2007
quater warranten
30 juli 2009 4,91 - 5,93 16,35 14,36 32,2% - 36,4% 3,61 jaar 0,0% 1,83% - 2,61%
Warrantenplan 2007
quinquies warranten
3 januari
2010
5,24 - 6,26 19,93 19,45 32,5% - 38,8% 3,61 jaar 0,0% 1,64% - 2,46%
Warrantenplan 2007
sexies warranten
17 januari
2010
6,10 - 7,15 20,97 18,98 32,5% - 38,8% 3,61 jaar 0,0% 1,45% - 2,33%
Warrantenplan 2007
septies warranten
12 November
2010
10,04 - 11,72 28,70 24,02 38,7% - 44,6% 3,61 jaar 0,0% 1,70% - 2,32%
Warrantenplan 2008
warranten
29 mei 2008 3,02 - 4,78 15,89 15,86 24,3% - 27,6% 3,61 jaar 0,0% 4,48% - 4,51%
Warrantenplan 2009
warranten
26 juni 2009 2,86 - 3,97 14,60 14,22 32,3% - 36,6% 3,61 jaar 0,0% 1,88% - 2,71%
Warrantenplan 2010
primo warranten
12 november
2010
10,04 - 11,72 28,70 24,02 38,7% - 44,6% 3,61 jaar 0,0% 1,70% - 2,32%
Warrantenplan 2010
bis warranten
24 januari
2011
8,04 - 10,43 28,76 28,79 38,8% - 43,8% 3,61 jaar 0,0% 2,74% - 3,42%
Warrantenplan 2010
ter warranten
26 septem
ber 2011
6,34 - 15,10 27,44 26,35 30,9% - 70,2% 3,61 jaar 0,0% 2,36% - 2,95%

(1) Uitoefenprijs bij toekenning, d.w.z. voor aanpassing voor latere kapitaalverminderingen.

Datum
van
toeken-
ning
Reële
waarde
op datum
van toe
kenning
Aan-
delen-
koers
Uitoefen-
prijs
Ver
wach
te
volati-
liteit
Ver
wachte
levens-
duur
optie
Ver
wachte
divi-
denden
Risi
covrij
inte-
rest-
voet
Initi
eel
Aange
past
Specifiek Aan
delenoptieplan
2010-2014
3 oktober
2010
10,18 24,77 23,00 19,81 36,9% 5,7 jaar 0,0% 2,44%
" 23 februari
2011
15,31 31,39 24,00 20,67 36,9% 5,3 jaar 0,0% 3,62%
" 15 februari
2012
11,85 28,82 25,00 21,53 32,2% 4,3 jaar 0,0% 2,08%
" 26,00 22,39

Impact van de kapitaalverminderingen op de uitstaande aandelenopties en warranten

Bij de uitbetaling van de kapitaalverminderingen in 2010 en 2011 werden alle aandelenopties en warranten door de Vennootschap aangepast, teneinde te garanderen dat de voordelen die aan de optie- en warranthouders toekomen niet verminderd werden. Het aantal aandelenopties en warranten werd verhoogd en de uitoefenprijs werd

verminderd met een factor, welke de verhouding is van de slotkoers op de beurs van het aandeel Telenet Group Holding NV op de cum datum minus het bedrag van de kapitaalvermindering ten opzichte van de slotbeurskoers op de cum datum. De cum datum is de laatste dag dat het aandeel verhandeld wordt met de relevante coupon aangehecht, zijnde de datum die valt 4 werkdagen voor de dag waarop de kapitaalvermindering is uitbetaald (de betalingsdatum).

Kapitaalvermindering

Coupon
nr.
Cum
datum
Datum uit
betaling
Bedrag ka
pitaalver
mindering
per aandeel
Factor
voor
aanpas
sing
Kapitaalvermindering 2010 3 27 juli 2010 2 augustus 2010 2,23 0,907161
Kapitaalvermindering 2011 4 25 juli 2011 29 juli 2011 4,50 0,861111

Als gevolg van deze aanpassingen bleef de reële waarde van de aandelenopties en warranten voor en na de kapitaalvermindering identiek voor alle optie- en warranthouders, zonder bijkomende verloningskost. De bovenvermelde aanpassingen aan de verschillende warrantenplannen kunnen samengevat worden als volgt:

Aantal uitstaande
opties en warranten
Uitoefenprijs van de
opties en warranten
Kapitaalvermindering 2010 voor
kapitaal
verminde
ring
na
kapitaal
verminde
ring
voor
kapitaal
verminde
ring
na
kapitaal
verminde
ring
Opties van Klasse A 270.303 297.966 4,92 4,46
Opties van Klasse B 33.300 36.709 6,16 5,59
Warrantenplan 2007 warranten 28.366 31.269 18,81 17,06
Warrantenplan 2007 bis warranten 823.650 907.942 14,06 12,75
Warrantenplan 2007 ter warranten 37.589 41.435 14,24 12,92
Warrantenplan 2007 quater warranten 1.214.617 1.338.928 13,92 12,63
Warrantenplan 2007 quinquies war
ranten
155.000 170.863 19,45 17,64
Warrantenplan 2007 sexies warranten 93.000 102.517 18,98 17,22
Warrantenplan 2008 warranten 326.981 360.444 15,38 13,95
Warrantenplan 2009 warranten 185.668 204.669 13,79 12,51
Aantal uitstaande
opties en warranten
Uitoefenprijs van de
opties en warranten
Kapitaalvermindering 2011 voor
kapitaal
verminde-
ring
na
kapitaal
verminde-
ring
voor
kapitaal
verminde-
ring
na
kapitaal
verminde-
ring
Opties van Klasse A 297.966 346.025 4,46 3,84
Warrantenplan 2007 warranten 31.269 36.313 17,06 14,69
Warrantenplan 2007 bis warranten 626.275 727.286 12,75 10,98
Warrantenplan 2007 ter warranten 33.260 38.626 12,92 11,13
Warrantenplan 2007 quater warranten 907.656 1.054.049 12,63 10,88
Warrantenplan 2007 quinquies war
ranten
170.863 198.422 17,64 15,19
Warrantenplan 2007 sexies warranten 82.167 95.419 17,22 14,83
Warrantenplan 2007 septies warranten 179.900 208.916 24,02 20,68
Warrantenplan 2008 warranten 360.444 418.580 13,95 12,01
Warrantenplan 2009 warranten 204.669 237.680 12,51 10,77
Warrantenplan 2010 primo warranten 886.555 1.029.539 24,02 20,68
Warrantenplan 2010 bis warranten 50,500 58,644 28,79 24,79

De aandelenopties onder het SSOP 2010-2014 werden eveneens aangepast na de uitbetaling van de kapitaalvermindering in 2011, waarbij het aantal aandelenopties werd verhoogd en de uitoefenprijs werd verminderd met dezelfde factor van 0,861111.

De bovenvermelde aanpassingen aan het SSOP 2010- 2014 kunnen samengevat worden als volgt:

Aantal uitstaande SSOP 2010-
2014 opties
Uitoefenprijs voor de SSOP
2010-2014 opties
voor kapitaal
vermindering
na kapitaal
vermindering
voor kapitaal
vermindering
na kapitaal
vermindering
Tranche 1 250.000 290.323 23,00 19,81
Tranche 2 200.000 232.258 24,00 20,67
Tranche 3 200.000 232.258 25,00 21,53
Tranche 4 200.000 232.258 26,00 22,39

Alle plannen

Hierna volgt een overzicht van het verloop van de aandelenopties en warranten van de Vennootschap voor de boekjaren eindigend op 31 december 2011 en op 31 december 2010:

Uitstaande opties en warranten

Aantal
opties en
warrants
Gewogen
gemiddelde
uitoefen
prijs
(in euro)
1 januari 2010 3.254.636 13,48
Toegekend
Toegekende warranten Warrantenplan 2007 quinquies 155.000 19,45
Toegekende warranten Warrantenplan 2007 sexies 93.000 18,98
Toegekende warranten Warrantenplan 2007 septies 189.900 24,02
Toegekende warranten Warrantenplan 2010 primo 1.006.700 24,02
Toegekende opties Specifiek Aandelenoptieplan 2010-2014 (tranche 1) 250.000 23,00
Bijkomend uitgegeven na aanpassing van het plan
Bijkomende Opties van Klasse A uitgegeven na aanpassing van het plan 27.663 4,46
Bijkomende Opties van Klasse B uitgegeven na aanpassing van het plan 3.409 5,59
Bijkomende warranten Warrantenplan 2007 uitgegeven na aanpassing van
het plan
2.903 17,06
Bijkomende warranten Warrantenplan 2007 bis uitgegeven na aanpassing
van het plan
84.292 12,75
Bijkomende warranten Warrantenplan 2007 ter uitgegeven na aanpassing van
het plan
3.846 12,92

Uitstaande opties en warranten

Aantal
opties en
warrants
Gewogen
gemiddelde
uitoefen
prijs
(in euro)
Bijkomende warranten Warrantenplan 2007 quater uitgegeven na aanpassing
van het plan
124.311 12,63
Bijkomende warranten Warrantenplan 2007 quinquies uitgegeven na aanpas
sing van het plan
15.863 17,64
Bijkomende warranten Warrantenplan 2007 sexies uitgegeven na aanpassing
van het plan
9.517 17,22
Bijkomende warranten Warrantenplan 2008 uitgegeven na aanpassing van
het plan
33.463 13,95
Bijkomende warranten Warrantenplan 2009 uitgegeven na aanpassing van
het plan
19.001 12,51
Uitgeoefend
Uitgeoefende Opties van Klasse B (132.105) 6,05
Uitgeoefende warranten Warrantenplan 2007 bis (320.449) 13,42
Uitgeoefende warranten Warrantenplan 2007 ter (10.546) 13,40
Uitgeoefende warranten Warrantenplan 2007 quater (217.827) 12,90
Uitgeoefende warranten Warrantenplan 2007 sexies (12.393) 17,22
Vervallen
Vervallen warranten Warrantenplan 2007 bis (18.498) 13,29
Vervallen warranten Warrantenplan 2007 ter (2.902) 14,24
Vervallen warranten Warrantenplan 2007 quater (86.583) 12,68
31 december 2010 4.472.201 16,13
Toegekend
Toegekende warranten Warrantenplan 2010 bis 50.500 28,79
Toegekende warranten Warrantenplan 2010 ter 147.500 26,35
Toegekende opties Specifiek Aandelenoptieplan 2010-2014 (tranche 2) 200.000 24,00
Bijkomend uitgegeven na aanpassing van het plan
Bijkomende Opties van Klasse A uitgegeven na aanpassing van het plan 48.059 3,84
Bijkomende warranten Warrantenplan 2007 uitgegeven na aanpassing
van het plan
5.044 14,69
Bijkomende warranten Warrantenplan 2007 bis uitgegeven na aanpassing
van het plan
101.011 10,98
Bijkomende warranten Warrantenplan 2007 ter uitgegeven na aanpassing
van het plan
5.366 11,13
Bijkomende warranten Warrantenplan 2007 quater uitgegeven na
aanpassing van het plan
146.393 10,88
Bijkomende warranten Warrantenplan 2007 quinquies uitgegeven na
aanpassing van het plan
27.559 15,19
Bijkomende warranten Warrantenplan 2007 sexies uitgegeven na
aanpassing van het plan
13.252 14,83
Bijkomende warranten Warrantenplan 2007 septies uitgegeven na
aanpassing van het plan
29.016 20,68

Uitstaande opties en warranten

Aantal
opties en
warrants
Gewogen
gemiddelde
uitoefen-
prijs
(in euro)
Bijkomende warranten Warrantenplan 2008 uitgegeven na aanpassing
van het plan
58.136 12,01
Bijkomende warranten Warrantenplan 2009 uitgegeven na aanpassing
van het plan
33.011 10,77
Bijkomende warranten Warrantenplan 2010 primo uitgegeven na
aanpassing van het plan
142.984 20,68
Bijkomende warranten Warrantenplan 2010 bis uitgegeven na aanpassing
van het plan
8.144 24,79
Bijkomende opties Specifiek aandelenoptieplan 2010-2014 uitgegeven na
aanpassing van het plan (tranche 1)
40.323 19,81
Bijkomende opties Specifiek aandelenoptieplan 2010-2014 uitgegeven na
aanpassing van het plan (tranche 2)
32.258 20,67
Uitgeoefend
Uitgeoefende Opties van Klasse B (12.179) 5,59
Uitgeoefende warranten Warrantenplan 2007 (1.806) 14,69
Uitgeoefende warranten Warrantenplan 2007 bis (192.229) 12,00
Uitgeoefende warranten Warrantenplan 2007 ter (1.592) 11,53
Uitgeoefende warranten Warrantenplan 2007 quater (312.280) 11,87
Uitgeoefende warranten Warrantenplan 2007 sexies (18.933) 14,94
Uitgeoefende warranten Warrantenplan 2007 septies (31.000) 21,76
Uitgeoefende warranten Warrantenplan 2010 primo (148.748) 22,26
Uitgeoefende warranten Warrantenplan 2010 primo (4.352) 24,79
Vervallen
Vervallen warranten Warrantenplan 2007 bis (1.992) 12,75
Vervallen warranten Warrantenplan 2007 ter (1.136) 12,92
Vervallen warranten Warrantenplan 2007 quater (17.420) 10,88
Vervallen warranten Warrantenplan 2007 sexies (7.096) 17,22
Vervallen warranten Warrantenplan 2010 primo (53.641) 23,77
Vervallen warranten Warrantenplan 2010 bis (3.488) 24,79
31 december 2011 4.752.865 14,93

De uitgeoefende opties en warranten in onderstaande tabel resulteerden in de ontvangst van betalingen van €10,5 miljoen en €8,3 miljoen tijdens de boekjaren respectievelijk eindigend op 31 december 2011 en 31 december 2010. Bij uitoefening werden de Klasse B Opties omgewisseld op een één-voor-één basis tegen Klasse B winstbewijzen, en werd er een toename geboekt op de rekening Reserve voor vergoedingen op basis van

aandelen van het eigen vermogen. Bij de omwisseling van deze winstbewijzen tegen aandelen van de Vennootschap werden deze reserves binnen het eigen vermogen getransfereerd naar Geplaatst Kapitaal, ten belope van respectievelijk €0,2 miljoen en €1,0 miljoen in de jaren 2011 en 2010. De warranten van het Warrantenplan 2007 en van het Warrantenplan 2010 werden omgezet in gewone aandelen op een één-voor-één basis.

Klasse van opties en warranten Aantal uit
geoefende
opties en
warranten
Datum
van uitoe
fening
Aandelen
koers op
datum van
uitoefening
(in euro)
Opties van Klasse B 12.179 12/04/2011 32,08
Warrantenplan 2007 warranten 1.806 12/10/2011 27,46
Warrantenplan 2007 bis warranten 111.208 12/04/2011 32,08
72.180 12/10/2011 27,46
8.841 22/12/2011 28,31
Warrantenplan 2007 ter warranten 355 12/04/2011 32,08
825 12/10/2011 27,46
412 22/12/2011 28,31
Warrantenplan 2007 quater warranten 176.205 12/04/2011 32,08
95.574 12/10/2011 27,46
40.501 22/12/2011 28,31
Warrantenplan 2007 sexies warranten 861 12/04/2011 32,08
17.072 12/10/2011 27,46
1.000 22/12/2011 28,31
Warrantenplan 2007 septies warranten 10.000 12/04/2011 32,08
14.000 12/10/2011 27,46
7.000 22/12/2011 28,31
Warrantenplan 2010 primo warranten 70.498 12/04/2011 32,08
59.909 12/10/2011 27,46
18.341 22/12/2011 28,31
Warrantenplan 2010 bis warranten 4.352 22/12/2011 28,31

Onderstaande tabel vat de informatie samen betreffende het aantal uitstaande en uitoefenbare opties en warranten op datum van 31 december 2011:

Klasse van opties en warranten Aantal
uitstaande
opties en
warranten
Aantal
uitoefen
bare opties
en
warranten
Gewogen
gemiddelde
resterende
levensduur
Huidige
uitoefen
prijs
(in euro)
Opties van Klasse A 346.025 346.025 5 maanden 3,84
Warrantenplan 2007 warranten 34.507 34.507 15 maanden 14,69
Warrantenplan 2007 bis warranten 646.265 574.614 50 maanden 10,98
Warrantenplan 2007 ter warranten 37.389 28.617 56 maanden 11,13
Warrantenplan 2007 quater warranten 900.554 410.394 30 maanden 10,88
Warrantenplan 2007 quinquies
warranten
198.422 99.209 35 maanden 15,19
Warrantenplan 2007 sexies warranten 77.347 23.787 36 maanden 14,83
Warrantenplan 2007 septies warranten 187.916 36.298 45 maanden 20,68
Warrantenplan 2008 warranten 418.580 392.417 17 maanden 12,01
Warrantenplan 2009 warranten 237.680 148.545 29 maanden 10,77
Warrantenplan 2010 primo warranten 947.295 217.149 45 maanden 20,68
Warrantenplan 2010 bis warranten 50.804 13.780 47 maanden 24,79
Warrantenplan 2010 ter warranten 147.500 9.214 55 maanden 26,35
Specifiek Aandelenoptieplan 2010-2014
tranche 1
290.323 - 68 maanden 19,81
Specifiek Aandelenoptieplan 2010-2014
tranche 2
232.258 - 68 maanden 20,67

De totale verloningskost verbonden aan de optie- en warrantplannen van de Vennootschap bedroeg €13,0 miljoen in 2011 (2010: €9,8 miljoen).

Prestatieaandelen

In december 2011 kende Telenet aan de leden van zijn Executive Team (andere dan de Gedelegeerd Bestuurder), een totaal van 31.914 prestatieaandelen toe (de "Telenet Prestatieaandelen 2011"). Het prestatiecriterium van toepassing op de Telenet Prestatieaandelen 2011 is het behalen van een samengestelde jaarlijkse groei voor operationele vrije kasstroom, waarbij de operationele vrije kasstroom van 2013 wordt vergeleken met de operationele vrije kasstroom van 2010. Het behalen van 75% tot 150% van de beoogde samengestelde jaarlijkse groei voor

operationele vrije kasstroom zou er in het algemeen toe leiden dat de begunstigden 50% tot 150% van hun Telenet Prestatieaandelen 2011 verwerven, afhankelijk van vermindering of verval gebaseerd op individuele prestatie- en dienstvereisten. De verdiende Telenet Prestatieaandelen 2011 zullen definitief verworven worden op 6 december 2014. Alle verloningskosten toerekenbaar aan de Telenet Prestatieaandelen 2011 zullen erkend worden over de vereiste dienstperiode van de voordelen en zullen opgenomen worden onder de op aandelen gebaseerde personeelsverloning in de geconsolideerde jaarrekening van de Vennotschap.

In 2011 werd geen op aandelen gebaseerde personeelsverloning geboekt met betrekking tot de Telenet Prestatieaandelen 2011.

5.11.3 Aandelenaankoopprogramma voor werknemers

Op 29 mei 2008 keurde de buitengewone vergadering van aandeelhouders van de Vennootschap de uitgifte goed van een nieuw aandelenaankoopprogramma voor werknemers ("ESPP 2011") voor een maximumbedrag van €23,5 miljoen.

In februari 2011 gaf de raad van bestuur alle werknemers van de Vennootschap de mogelijkheid om in te tekenen op nieuwe aandelen van Telenet Group Holding NV onder de voorwaarden van het ESPP 2011, tegen een korting van 16,67% op de gemiddelde aandelenkoers van Telenet Group Holding NV over dertig dagen voorafgaand aan 20 maart 2011. De intekenprijs werd op 24 maart aangekondigd. Op basis van de gemiddelde aandelenprijs van €31,65 over deze periode van 30 dagen, werden de aandelen aangeboden aan het personeel aan een inschrijvingsprijs van €26,38. Aangezien deze aandelen definitief verworven werden op het tijdstip van de transactie, heeft de Vennootschap in 2011 €2,4 miljoen erkend als op aandelen gebaseerde personeelsverloning voor de 341.168 aandelen die aangekocht werden.

5.12 LENINGEN EN OVERIGE FINANCIE- RINGSVERPLICHTINGEN

Deze Toelichting geeft informatie over de contractuele voorwaarden van de rentedragende leningen en overige financieringsverplichtingen van de Vennootschap, die opgenomen worden tegen geamortiseerde kostprijs. Voor verdere informatie over de blootstelling van de Vennootschap aan renteschommelingen en het liquiditeitsrisico, zie Toelichting 5.3.

De onderstaande bedragen omvatten de toe te rekenen interest op datum van 31 december 2011 en 2010.

31 december 31 december
2011 2010

Gewijzigde Senior Credit Facility: Wentelkrediet 294 230 Termijnlening G - 1.470.529 Termijnlening J - 79.263 Termijnlening K - 158.000 Termijnlening L1 - 208.457 Termijnlening Q 431.090 - Termijnlening R 798.739 - Senior Secured Fixed Rate Notes €500 miljoen Senior Secured Notes met vervaldag 2020 503.984 505.047 €100 miljoen Senior Secured Notes met vervaldag 2016 100.663 100.515 €300 miljoen Senior Secured Notes met vervaldag 2021 307.453 - Senior Secured Floating Rate Notes €400 miljoen Senior Secured Notes met vervaldag 2021 400.943 - Financiële leaseverplichtingen 332.745 340.125 Banklening 8 31 3G Mobiel Spectrum 60.679 - Clientèlevergoeding > 20 jaar 70.644 65.137 3.007.242 2.927.334 Minus: Over te dragen financieringskosten (47.709) (49.638) 2.959.533 2.877.696 Minus: Kortlopend gedeelte (55.402) (40.319) Totale langlopende leningen en financieringsverplichtingen 2.904.131 2.837.377

(in duizend euro)

Op datum van 31 december 2011 en 2010 zijn alle leningen en overige financieringsverplichtingen uitgedrukt in euro. Voor 43,80% van de totale leningen en overige financieringsverplichtingen (2010: 32,36%) geldt een vaste interestvoet. De gewogen gemiddelde interestvoet op het einde van het jaar bedroeg 6,26% voor leningen met vaste interestvoet (2010: 6,30%) en 4,74% voor leningen met vlottende interestvoet (2010: 4,40%). .

5.12.1 Senior Credit Facility

Op 1 augustus 2007 (de "ondertekeningdatum") ging Telenet BidCo NV (de "Ontlener"), een voormalige indirecte dochtervennootschap van Telenet Group Holding NV, een nieuwe senior kredietfaciliteit aan ("Senior Credit Facility"). Deze Senior Credit Facility voorzag voor in totaal €2.300,0 miljoen aan Termijnleningen en wentelkredieten.

Na de aanpassingen aan de Senior Credit Facility in juni en augustus 2009 ("de 2009 Gewijzigde Senior Credit Facility") bestond de Telenet Senior Credit Facility uit de Faciliteiten A, B1, B2A, B2B, C, D, E1, E2 en F, die allemaal Termijnleningen waren, en een wentelkrediet. De afronding van de 2009 Gewijzigde Senior Credit Facility leidde ondermeer tot een verlenging van een aanzienlijk deel van de vervaldagen onder de Senior Credit Facility. Het totale bedrag aan Termijnleningen en wentelkredieten bleef onveranderd en bedroeg €2.300,0 miljoen op 31 december 2009.

5.12.2 2010 Gewijzigde Senior Credit Facility

Op respectievelijk 25 juni 2010 en 28 juni 2010 werden de Termijnleningen E2 en B2A volledig opgenomen voor een totaalbedrag van respectievelijk €90,0 miljoen en €45,0 miljoen.

Op 19 juli 2010 startte de Vennootschap een vrijwillig proces voor de omruiling van bepaalde Termijnleningen onder zijn €2.300 miljoen 2009 Gewijzigde Senior Credit Facility. Met deze omruilingsoperatie beoogde de Vennootschap de gemiddelde looptijd van de schulden te verlengen. Schuldeisers konden hun bestaande participaties en verplichtingen omruilen naar participaties en verplichtingen in nieuwe Termijnleningen met een langere looptijd (31 juli 2017) en met een hogere interestvoet. Onder de 2010 Gewijzigde Senior Credit Facility werden nieuwe Termijnleningen F, G, H, I, J, K, L1 en L2 gecreëerd. Al deze Termijnleningen zijn uitgedrukt in euro. Op 12 oktober 2010 werd het proces van vrijwillige omruiling afgerond.

De omruiling van Termijnleningen A, B1, B2A, C, D en E1 leidde tot een verlenging van de gemiddelde looptijden en zorgde tevens voor gewijzigde interestvoeten. De omzetting naar Termijnleningen H, I, J, K, L1 en L2 leidde niet tot een verlenging van de gemiddelde looptijden, maar betrof enkel een overdracht naar een andere ontlener. Deze is voortaan Telenet International Finance S.à r.l. in plaats van Telenet NV. De omruiling van Termijnlening F naar Termijnlening G leidde ook enkel tot dezelfde hierboven beschreven verandering in de ontlener vermits de looptijd alsook de interestvoet dezelfde zijn als die van de Termijnlening F.

De situatie van de 2010 Gewijzigde Senior Credit Facility vlak na het omruilingsproces kan als volgt worden samengevat:

Totale
facili
teit
Opge
nomen
bedrag
Beschik
baar
bedrag
Vervaldag Interestvoet
3.000 3.000 - 31 januari 2013 Vlottend - Euribor + 2,50%
31 juli 2013
31 januari, 2014
4.000 4.000 - 31 juli 2017 Vlottend - Euribor + 3,75%
1.470.529 1.470.529 - 31 juli 2017 Vlottend - Euribor + 3,75%
72.734 72.734 - 1 augustus 2012 Vlottend - Euribor + 2,25%
39.017 39.017 - 31 januari 2013 Vlottend - Euribor + 2,50%
31 juli 2013
31 januari 2014
79.263 79.263 - 1 augustus 2015 Vlottend - Euribor + 2,75%
2010 Gewijzigde Senior Credit Facility: Na 2010 Wijziging

Termijnlening K 158.000 158.000 - 31 december 2014 Vlottend - Euribor + 3,00% Termijnlening L1 208.457 208.457 - 31 maart 2015 Vlottend - Euribor + 3,50% Termijnlening L2 90.000 90.000 - 31 maart 2015 Vlottend - Euribor + 3,50% Wentelkrediet 175.000 - 175.000 1 augustus 2014 Vlottend - Euribor + 2,125%

Na de afronding van het omzettings- en verlengingsproces op 12 oktober 2010 bleef respectievelijk €3,0 miljoen en €4,0 miljoen verschuldigd onder de Termijnleningen B1 en F. Op 29 oktober 2010 heeft de Vennootschap beslist om beide Termijnleningen geheel vervroegd terug te betalen. De nog niet afgeschreven uitgestelde financieringskosten met betrekking tot Termijnleningen B1 en F bedroegen €0,1 miljoen en werden opgenomen in de geconsolideerde staat van het totaalresultaat als verlies bij vervroegde aflossing van schulden.

Totaal nominaal bedrag 2.300.000 2.125.000 175.000

De netto opbrengsten van de uitgifte van €500,0 miljoen Senior Secured Notes met vervaldag 2020 (zie Toelichting 5.12.4) werden gedeeltelijk aangewend om de uitstaande bedragen onder de Termijnleningen H, I en L2 onder de 2010 Gewijzigde Senior Credit Facility vervroegd terug te betalen voor een totaalbedrag van €201,7 miljoen. De nog niet afgeschreven uitgestelde financieringskosten met betrekking tot Termijnleningen H, I en L2 bedroegen €7,8 miljoen en werden op 15 november 2010 opgenomen in de geconsolideerde staat van het totaalresultaat als verlies bij vervroegde aflossing van schulden.

De vervaldagen en de modaliteiten van de 2010 Gewijzigde Senior Credit Facility en de situatie op 31 december 2010 kunnen als volgt worden samengevat:

31 december 2010
(in duizend euro)
Totale
facili
teit per
Opge
nomen
bedrag
Beschik
baar
bedrag
Verval
dag
Interestvoet
2010 Gewijzigde Senior Credit Facility:
Termijnlening G 1.470.529 1.470.529 - 31 juli 2017 Vlottend - Euribor + 3,75%
Termijnlening J 79.263 79.263 - 1 augustus
2015
Vlottend - Euribor + 2,75%
Termijnlening K 158.000 158.000 - 31
december
2014
Vlottend - Euribor + 3,00%
Termijnlening L1 208.457 208.457 - 31 maart
2015
Vlottend - Euribor + 3,50%
Wentelkrediet 175.000 - 175.000 1 augustus
2014
Vlottend - Euribor + 2,125%
Totaal nominaal bedrag 2.091.249 1.916.249 175.000

5.12.3 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility

Op 28 februari 2011 werden de Termijnleningen K en L1 onder de 2010 Gewijzigde Senior Credit Facility vervroegd terugbetaald voor een totaalbedrag van €286,5 miljoen. Hiervoor werden de opbrengsten van de uitgifte van €300,0 miljoen Senior Secured Notes met vervaldag 2021 in februari 2011 (zie Toelichting 5.12.4) gebruikt. Het saldo van Termijnlening K ten belope van €80,0 miljoen werd verlengd en omgeruild naar Termijnlening G. De nog niet afgeschreven uitgestelde financieringskosten met betrekking tot Termijnleningen K en L1 bedroegen €5,3 miljoen en werden opgenomen in de geconsolideerde staat van het totaalresultaat als verlies bij vervroegde aflossing van schulden.

Op 10 juni 2011 verbeterde de Vennootschap verder zijn schuldprofiel door €27,5 miljoen onder Termijnlening J om te ruilen naar Termijnlening G.

Na de succesvolle uitgifte van €400,0 miljoen Senior Secured Notes met vervaldag 2012 in juni 2011 (zie Toelichting 5.12.4) lanceerde de Vennootschap een voorstel tot vrijwillige omruiling voor Termijnlening G onder de 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility. Bestaande schuldeisers konden hun bestaande participaties en verbintenissen in Termijnlening G omruilen voor participaties en verbintenissen in nieuwe Termijnleningen met ongewijzigde vervaldatum op 31 juli 2017 (Termijnlening Q) of met een verlengde looptijd van twee jaar tot 31 juli 2019 (Termijnlening R), in beide gevallen met een herziening van de rente in lijn met de huidige marktomstandigheden. Als gevolg van hoger beschreven omruilingsproces in juli 2011 werden respectievelijk €431,0 miljoen en €798,6 miljoen omgeruild naar respectievelijk Termijnlening Q en Termijnlening R. Verder werd de gehele opbrengst van de uitgifte van €400,0 miljoen aan Senior Secured Notes met vervaldag 2021 gebruikt om het resterende deel van de bestaande Termijnleningen G en J

volledig af te lossen voor een bedrag van respectievelijk €348,3 miljoen en €51,8 miljoen. Tegelijkertijd werd de beschikbaarheid van het wentelkrediet verlengd tot 31 december 2016. Het toegezegde niet-opgenomen bedrag onder het wentelkrediet werd herzien tot €158,0 miljoen met een vlottende interestvoet van 2,75% bovenop de EURIBIORinterestvoet. De nog niet afgeschreven uitgestelde financieringskosten met betrekking tot Termijnleningen G en J bedroegen €6,2 miljoen en werden opgenomen in de geconsolideerde staat van het totaalresultaat als verlies bij vervroegde aflossing van schulden.

De vrijwillige omruiling en herziening van de geldende interestvoeten, alsook de vervroegde terugbetalingen van Termijnleningen met een kortere looptijd, hebben geleid tot een verdere verlenging van de gemiddelde looptijd van de 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility tot ongeveer acht jaar.

De vervaldagen en de modaliteiten van de 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility en de situatie op 31 december 2011 kunnen als volgt worden samengevat:

31 december 2011
(in duizend euro)
Totale
facili
teit per
Opge
nomen
bedrag
Beschik
baar
bedrag
Verval
dag
Interestvoet
2011 Gewijzigde Senior Credit Facility:
Termijnlening Q 431.038 431.038 - 31 juli 2017 Vlottend - Euribor +
3,25%
Termijnlening R 798.634 798.634 - 31 juli 2019 Vlottend - Euribor +
3,625%
Wentelkrediet 158.000 - 158.000 31 decem
ber 2016
Vlottend - Euribor +
2,75%
Totaal nominaal bedrag 1.387.672 1.229.672 158.000

5.12.4 Senior Secured Notes

Uitgifte van €500,0 miljoen Senior Secured Notes met vervaldag 2020

Telenet Finance Luxembourg S.C.A. (hierna verwezen als "TFL") werd opgericht op 28 september 2010 naar Groothertogdom Luxemburgs recht als een financieringsvennootschap met als hoofddoel de uitgifte van Senior Secured Notes.

Op 28 oktober 2010 kondigde TFL de uitgifte aan van Senior Secured Notes met vervaldag 2020. TFL werd opgericht als een commanditaire vennootschap op

aandelen en is voor 99,99% eigendom van een stichting en voor 0,01% van Telenet Finance Luxembourg S.à r.l., een vennootschap die onafhankelijk is van de Telenet Group.

TFL is een special purpose entitity (SPE) die opgericht werd voor financieringsdoeleinden, op uitdrukkelijk verzoek van de Vennootschap. Ondanks het feit dat de Vennootschap geen rechtstreekse of onrechtstreekse deelneming bezit in het aandelenkapitaal van deze entiteit, wordt ervan uitgegaan dat de Vennootschap deze SPE controleert gelet op de aard en inhoud van hun relatie. Derhalve is TFL opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

De opbrengsten die voortvloeiden uit de uitgifte van de Senior Secured Notes (ten belope van €500,0 miljoen) werden door TFL gebruikt om een bijkomende faciliteit in euro te financieren onder de senior kredietfaciliteit (de "Finco lening" of "Faciliteit M"), die ontleend werd door Telenet International Finance S.à r.l. ('TIF").

De Senior Secured Notes werden uitgegeven op 28 oktober 2010 en alle opbrengsten werden ontvangen op 3 november 2010. De Senior Secured Notes hebben als hoofdsom €500,0 miljoen en werden tegen pari uitgegeven. De interestvoet op de Senior Secured Notes met vervaldag 2020 bedraagt 6,375% op jaarbasis en de toe te rekenen interest wordt halfjaarlijks betaald op 15 mei en 15 november, te beginnen op 15 mei 2011. De vervaldag van deze Senior Secured Notes is 15 november 2020.

De netto opbrengsten van deze uitgifte werden deels aangewend om de bestaande Termijnleningen H, I en L2 onder de 2010 Gewijzigde Senior Credit Facility van de Vennootschap vervroegd af te lossen voor een totaalbedrag van €201,7 miljoen.

Uitgifte van €100,0 miljoen Senior Secured Notes met vervaldag 2016

Telenet Finance Luxembourg II S.A. (hierna verwezen als "TFL II") werd opgericht op 28 oktober 2010 naar Groothertogdom Luxemburgs recht als een financieringsvennootschap met als hoofddoel de uitgifte van Senior Secured Notes.

Op 26 november 2010 kondigde TFL II de uitgifte aan van Senior Secured Notes met vervaldag 2016. TFL II werd opgericht als een commanditaire vennootschap op aandelen en is voor 100,0% eigendom van een stichting.

TFL II is een special purpose entitity (SPE) die opgericht werd voor financieringsdoeleinden, op uitdrukkelijk verzoek van de Vennootschap. Ondanks het feit dat de Vennootschap geen rechtstreekse of onrechtstreekse deelneming bezit in het aandelenkapitaal van deze entiteit, wordt ervan uitgegaan dat de Vennootschap deze SPE controleert gelet op de aard en inhoud van hun relatie. Derhalve is TFL II opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

De opbrengsten die voortvloeiden uit de uitgifte van de Senior Secured Notes (ten belope van €100,0 miljoen)

werden door TFL II gebruikt om een bijkomende faciliteit in euro te financieren onder de senior kredietfaciliteit (de "Proceeds lening" of "Faciliteit N"), die ontleend werd door Telenet International Finance S.à r.l. ('TIF").

De Senior Secured Notes werden uitgegeven op 26 november 2010 en alle opbrengsten werden eveneens ontvangen op 26 november 2010. De Senior Secured Notes hebben als hoofdsom €100,0 miljoen en werden tegen een premie uitgegeven aan 101,75%. De interestvoet op de Senior Secured Notes bedraagt 5,30% op jaarbasis en de toe te rekenen interest wordt halfjaarlijks betaald op 15 mei en 15 november, te beginnen op 15 mei 2011. De vervaldag van deze Senior Secured Notes is 15 november 2016.

De netto opbrengsten van deze uitgifte werden hoofdzakelijk aangewend voor algemene bedrijfsdoeleinden, met inbegrip van betalingen van een aandeelhoudersvergoeding aan de rechtstreekse en onrechtstreekse aandeelhouders van de Vennootschap.

Uitgifte van €300,0 miljoen Senior Secured Fixed Rate Notes met vervaldag 2021

Telenet Finance Luxembourg III S.C.A. (hierna verwezen als "TFL III") werd opgericht op 28 januari 2011 naar Groothertogdom Luxemburgs recht als een financieringsvennootschap met als hoofddoel de uitgifte van de Senior Secured Notes.

Op 9 februari 2011 kondigde TFL III de uitgifte aan van Senior Secured Notes met vervaldag 2021. TFL III werd opgericht als een commanditaire vennootschap op aandelen en is voor 99,99% eigendom van een stichting en voor 0,01% van Telenet Finance III Luxembourg S.à r.l., een vennootschap die onafhankelijk is van de Telenet Group.

TFL III is een special purpose entitity (SPE) die opgericht werd voor financieringsdoeleinden, op uitdrukkelijk verzoek van de Vennootschap. Ondanks het feit dat de Vennootschap geen rechtstreekse of onrechtstreekse deelneming bezit in het aandelenkapitaal van deze entiteit, wordt ervan uitgegaan dat de Vennootschap deze SPE controleert gelet op de aard en inhoud van hun relatie. Derhalve is TFL III opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

De opbrengsten die voortvloeiden uit de uitgifte van de Senior Secured Fixed Rate Notes (ten belope van €300,0 miljoen) werden door TFL III gebruikt om een bijkomende faciliteit in euro te financieren onder de senior kredietfaciliteit (de "Finco lening" of "Faciliteit O"), die ontleend werd door Telenet International Finance S.à r.l. ('TIF").

De Senior Secured Fixed Rate Notes werden uitgegeven op 9 februari 2011 en alle opbrengsten werden ontvangen op 15 februari 2011. De Senior Secured Fixed Rate Notes hebben als hoofdsom €300,0 miljoen en werden tegen pari uitgegeven. De interestvoet op de Senior Secured Fixed Rate Notes bedraagt 6,625% op jaarbasis en de toe te rekenen interest wordt halfjaarlijks betaald op 15 februari en 15 augustus, te beginnen op 15 augustus 2011. De vervaldag van deze Senior Secured Fixed Rate Notes is 15 februari 2021.

De netto opbrengsten van deze uitgifte werden hoofdzakelijk aangewend om de uitstaande bedragen onder de Termijnleningen K en L1 onder de 2010 Gewijzigde Senior Credit Facility vervroegd terug te betalen voor een totaalbedrag van €286,5 miljoen. De nog niet afgeschreven uitgestelde financieringskosten met betrekking tot Termijnleningen K en L1 bedroegen €5,3 miljoen en werden op 28 februari 2011 opgenomen in de geconsolideerde staat van het totaalresultaat als verlies bij vervroegde aflossing van schulden.

Uitgifte van €400,0 miljoen Senior Secured Floating Rate Notes met vervaldag 2021

Telenet Finance Luxembourg IV S.C.A. (hierna verwezen als "TFL IV") werd opgericht op 23 mei 2011 naar Groothertogdom Luxemburgs recht als een financieringsvennootschap met als hoofddoel de uitgifte van de Senior Secured Notes.

Op 8 juni 2011 kondigde TFL IV de uitgifte aan van Senior Secured Notes met vervaldag 2021. TFL IV werd opgericht als een commanditaire vennootschap op aandelen en is voor 99,99% eigendom van een stichting en voor 0,01% van Telenet Finance IV Luxembourg S.à r.l., een vennootschap die onafhankelijk is van de Telenet Group.

TFL IV is een special purpose entitity (SPE) die opgericht werd voor financieringsdoeleinden, op uitdrukkelijk verzoek van de Vennootschap. Ondanks het feit dat de Vennootschap geen rechtstreekse of onrechtstreekse deelneming bezit in het aandelenkapitaal van deze entiteit, wordt ervan uitgegaan dat de Vennootschap deze SPE controleert gelet op de aard en inhoud van hun relatie. Derhalve is TFL IV opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap.

De opbrengsten die voortvloeiden uit de uitgifte van de Senior Secured Floating Rate Notes (ten belope van €400,0 miljoen) werden door TFL IV gebruikt om een bijkomende faciliteit in euro te financieren onder de senior kredietfaciliteit (de "Proceeds lening" of "Faciliteit P"), die ontleend werd door Telenet International Finance S.à r.l. ('TIF").

De Senior Secured Floating Rate Notes werden uitgegeven op 8 juni 2011 en alle opbrengsten werden ontvangen op 15 juni 2011. De Senior Secured Floating Rate Notes hebben als hoofdsom €400,0 miljoen en werden tegen pari uitgegeven. De vlottende interestvoet op de Senior Secured Floating Rate Notes bedraagt 3,875% op jaarbasis bovenop de driemaands-EURIBOR-rente en de toe te rekenen interest wordt per kwartaal betaald op 15 maart, 15 juni, 15 september en 15 december, te beginnen op 15 september 2011. De vervaldag van deze Senior Secured Floating Rate Notes is 15 juni 2021.

De netto opbrengsten van deze uitgifte werden aangewend om de uitstaande bedragen ten belope van €400,1 miljoen onder de Termijnleningen G en J onder de 2010 Gewijzigde Senior Credit Facility vervroegd terug te betalen.

5.12.5 Terugbetalingschema

De totale toekomstige betalingen in hoofdsom voor alle leningen en financieringsverplichtingen van de Vennootschap, uitgezonderd de financiële leases, worden weergegeven in de volgende tabel.

Interest-
Totale Opge- Beschik- betaling
31 december 2011 facili- nomen baar Verval- Inte- verschul-
(in duizend euro) teit per bedrag bedrag dag restvoet digd
2011 Gewijzigde Senior Credit Facility:
Termijnlening Q 431.038 431.038 - 31 juli 2017 Vlottend -
Euribor +
3,25%
Maandelijks
Termijnlening R 798.634 798.634 - 31 juli 2019 Vlottend -
Euribor +
3,625%
Maandelijks
Wentelkrediet 158.000 - 158.000 31 decem
ber 2016
Vlottend -
Euribor +
2,75%
Niet van toe
passing
Senior Secured Fixed Rate Notes
€500 miljoen Senior Secured
Notes met vervaldag 2020
500.000 500.000 - 15 novem
ber 2020
Vast -
6,375%
Halfjaarlijks
(mei en nov.)
€100 miljoen Senior Secured
Notes met vervaldag 2016
100.000 100.000 - 15 novem
ber 2016
Vast -
5,30%
Halfjaarlijks
(mei en nov.)
€300 miljoen Senior Secured
Notes met vervaldag 2021
300.000 300.000 - 15 februari
2021
Vast -
6,625%
Halfjaarlijks
(feb. en aug.)
Senior Secured Floating Rate Notes
€400 miljoen Senior Secured
Notes met vervaldag 2021
400.000 400.000 - 15 juni 2021 Vlottend -
Euribor 3M
+3,875%
Kwartaal
(maart, juni,
sep. en dec.)
Totaal nominaal bedrag 2.687.672 2.529.672 158.000

5.12.6 Waarborgen en convenanten

Telenet NV en Telenet International Finance S.à r.l. waarborgen de verplichtingen van zowel Telenet NV en Telenet International Finance S.à r.l. onder de Kredietovereenkomst ("Credit Agreement") van 1 augustus 2007 (herzien op 4 oktober 2010, de "2011 Gewijzigde Senior Credit Facility"), voor zover dit door de wet is toegelaten.

Daarenboven hebben alle vennootschappen van de Telenet-groep (behalve C-CURE NV, Telenet Tecteo Bidco NV, T-VGAS NV, Telenet Mobile NV, Telenet Solutions Luxemburg S.A., Telenet Luxembourg Finance Center

S.à r.l., Finance Center Telenet S.à r.l. en Telenet Service Center N.V.) onder de 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility waarborg gegeven over vrijwel al hun activa,

waarvan de boekwaarde op het einde van 2011, respectievelijk 2010, als volgt kan worden gedetailleerd:

(in duizend euro) 31 decem-
ber 2011
31 decem-
ber 2010
Activa
Vaste activa:
Materiële vaste activa 1.298.113 1.306.982
Goodwill 1.233.438 1.235.895
Overige immateriële activa 341.387 311.927
Derivaten - 4.718
Geassocieerde deelnemingen 185 212
Overige activa 35.725 1.892
Totaal vaste activa 2.908.848 2.861.626
Vlottende activa:
Voorraden 829 1.025
Handelsvorderingen 90.799 74.059
Derivaten 1.703 315
Overige vlottende activa 75.878 55.357
Geldmiddelen en kasequivalenten 341.335 639.104
Totaal vlottende activa 510.544 769.860
Totaal activa 3.419.392 3.631.486

De bovengenoemde waarborgen omvatten:

  • d inpandgeving van alle aandelen van Telenet NV, Telenet Vlaanderen NV en Telenet International Finance S.à r.l.;
  • d een niet-gezamenlijke (niet-cumulatieve) hypotheek van (i) €800 miljoen van Telenet NV, (ii) €625 miljoen van de voormalige MixtICS NV (overgenomen door Telenet NV), (iii) €625 miljoen van Telenet Vlaanderen NV en (iv) €50 miljoen van de voormalige Telenet Solutions NV (overgenomen door Telenet NV);
  • d niet-uitgeoefende hypotheekmandaten van (i) €650 miljoen toegekend door Telenet NV (voordien Telenet BidCo NV genoemd), (ii) €450 miljoen toegekend door Telenet NV, (iii) €450 miljoen toegekend door de voormalige MixtICS NV (overgenomen door Telenet NV), en (iv) €450 miljoen toegekend door Telenet Vlaanderen NV;
  • d een niet-gezamenlijk (niet-cumulatief) pand op handelszaak van (i) €1,25 miljard toegekend door Telenet NV (voordien Telenet Operaties NV genoemd), (ii) €135 miljoen toegekend door Telenet NV, (iii) €250 miljoen toegekend door Telenet NV (voordien Telenet

BidCo NV genoemd), (iv) €865 miljoen toegekend door de voormalige MixtICS NV (overgenomen door Telenet NV), (v) €865 miljoen toegekend door Telenet Vlaanderen NV, (vi) €75 miljoen toegekend door de voormalige PayTVCo NV (overgenomen door Telenet NV), en (vii) €75 miljoen toegekend door de voormalige Telenet Solutions NV (overgenomen door Telenet NV); een gedeelte van de pand op handelszaak is toegekend op een nietgezamenlijke manier (niet-cumulatief) met bepaalde hypotheken;

  • d een niet-uitgeoefend mandaat met betrekking tot pand op handelszaak van €865 miljoen toegekend door Telenet NV;
  • d inpandgevingen van alle huidige en toekomstige vorderingen van Telenet Group Holding NV, Telenet NV en Telenet Vlaanderen NV;
  • d inpandgevingen van alle huidige en toekomstige vorderingen tussen entiteiten van de Vennootschap toegekend door Telenet International Finance S.à r.l.;en
  • d inpandgevingen op bankrekeningen toegekend door Telenet Group Holding NV, Telenet NV, Telenet Vlaanderen NV en Telenet International Finance S.à r.l.

Op datum van 31 december 2011 voldeed de Vennootschap aan alle geldende financiële convenanten.

Ten aanzien van de verplichtingen uit hoofde van de obligaties uitgegeven door Telenet Finance Luxembourg S.C.A. werden de volgende zekerheden verstrekt aan de trustee onder de obligaties namens zichzelf en de obligatiehouders:

  • d alle uitgegeven gewone aandelen van Telenet Finance Luxembourg S.C.A.;
  • d alle uitgegeven aandelen van Telenet Finance Luxembourg S.à r.l. (de algemene partner van Telenet Finance Luxembourg S.C.A.);
  • d alle rechten, eigendommen en belangen van Telenet Finance Luxembourg S.C.A. onder de 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility, de overeenkomst tussen crediteuren van 10 oktober 2007 en de bijkomende toetredingsovereenkomst voor Faciliteit M waardoor Telenet Finance Luxembourg S.C.A. een kredietverstrekker werd onder de 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility;
  • d alle rechten, eigendommen en belangen van Telenet Finance Luxembourg S.C.A. onder de commissiebrief en de dienstenovereenkomst betreffende de uitgifte van de obligaties; en
  • d alle gelden die van tijd tot tijd aangehouden worden op de bankrekeningen van Telenet Finance Luxembourg S.C.A.

De betalingsverplichtingen onder de commissiebrief en de dienstenovereenkomst van Telenet International Finance S.à r.l. worden door Telenet NV aan Telenet Finance Luxembourg S.C.A. gegarandeerd.

Ten aanzien van de verplichtingen uit hoofde van de obligaties uitgegeven door Telenet Finance Luxembourg II S.A. werden de volgende zekerheden verstrekt aan de trustee onder de obligaties voor ondermeer de obligatiehouders:

  • d inpandgeving van alle uitgegeven aandelen van Telenet Finance Luxembourg II S.A.;
  • d overdracht als zekerheid van alle rechten, eigendommen en belangen van Telenet Finance Luxembourg II S.A. onder de Senior Credit Facility en de bijkomende toetredingsovereenkomst voor Faciliteit N waardoor Telenet Finance Luxembourg II S.A. een kredietverstrekker werd onder de 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility;
  • d overdracht als zekerheid van alle rechten, eigendommen en belangen van Telenet Finance Luxembourg II

S.A. onder de commissiebrief en de dienstenovereenkomst betreffende de uitgifte van de obligaties; en

d overdracht als zekerheid van alle rechten, eigendommen en belangen van Telenet Finance Luxembourg II S.A. onder de agentuurovereenkomst met betrekking tot de uitgifte van de obligaties.

De betalingsverplichtingen onder de commissiebrief en de dienstenovereenkomst van Telenet International Finance S.à r.l. worden door Telenet NV aan Telenet Finance Luxembourg II S.A. gegarandeerd.

Ten aanzien van de verplichtingen uit hoofde van de obligaties uitgegeven door Telenet Finance Luxembourg III S.C.A. werden de volgende zekerheden verstrekt aan de trustee onder de obligaties voor ondermeer de obligatiehouders:

  • d inpandgeving van alle uitgegeven aandelen van Telenet Finance III Luxembourg S.C.A.;
  • d alle uitgegeven aandelen van Telenet Finance III Luxembourg S.à r.l. (de algemene partner van Telenet Finance III Luxembourg S.C.A.);
  • d alle rechten, eigendommen en belangen van Telenet Finance III Luxembourg S.C.A. onder de 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility, de overeenkomst tussen crediteuren van 10 oktober 2007 en de bijkomende toetredingsovereenkomst voor Faciliteit O waardoor Telenet Finance III Luxembourg S.C.A. een kredietverstrekker werd onder de 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility;
  • d alle rechten, eigendommen en belangen van Telenet Finance III Luxembourg S.C.A. onder de commissiebrief en de dienstenovereenkomst betreffende de uitgifte van de obligaties; en
  • d alle gelden die van tijd tot tijd aangehouden worden op de bankrekeningen van Telenet Finance III Luxembourg S.C.A.

De betalingsverplichtingen onder de commissiebrief en de dienstenovereenkomst van Telenet International Finance S.à r.l. worden door Telenet NV aan Telenet Finance III Luxembourg S.C.A. gegarandeerd.

Ten aanzien van de verplichtingen uit hoofde van de obligaties uitgegeven door Telenet Finance IV Luxembourg S.C.A. werden de volgende zekerheden verstrekt aan de trustee onder de obligaties voor ondermeer de obligatiehouders:

  • d inpandgeving van alle uitgegeven aandelen van Telenet Finance IV Luxembourg S.C.A.;
  • d alle uitgegeven aandelen van Telenet Finance IV Luxembourg S.à r.l. (de algemene partner van Telenet Finance IV Luxembourg S.C.A.);
  • d alle rechten, eigendommen en belangen van Telenet Finance IV Luxembourg S.C.A. onder de 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility, de overeenkomst tussen crediteuren van 10 oktober 2007 en de bijkomende toetredingsovereenkomst voor Faciliteit P waardoor Telenet Finance IV Luxembourg S.C.A. een kredietverstrekker werd onder de 2011 Gewijzigde Senior Credit Facility;
  • d alle rechten, eigendommen en belangen van Telenet Finance IV Luxembourg S.C.A. onder de commissiebrief

en de dienstenovereenkomst betreffende de uitgifte van de obligaties; en

d alle gelden die van tijd tot tijd aangehouden worden op de bankrekeningen van Telenet Finance IV Luxembourg S.C.A.

De betalingsverplichtingen onder de commissiebrief en de dienstenovereenkomst van Telenet International Finance S.à r.l. worden door Telenet NV aan Telenet Finance IV Luxembourg S.C.A. gegarandeerd.

5.12.7 Financiële leaseverplichtingen

Onderstaande tabel geeft een overzicht van de financiële leaseverplichtingen:

(in duizend euro) Minimale toekomstige lease
betalingen
Interest Contante waarde van minimale
toekomstige leasebetalingen
31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
Op ten hoogste één jaar 45.526 50.482 19.185 21.053 26.341 29.429
Van twee tot en met
vijf jaar
183.194 180.518 64.761 66.689 118.433 113.829
Na 5 jaar 226.566 241.861 43.419 49.825 183.147 192.036
Totaal minimale
leasebetalingen
455.286 472.861 127.365 137.567 327.921 335.294

Onderstaande tabel vat de verplichtingen per type financiële leaseverplichting samen:

(in duizend euro) Minimale toekomstige lease
betalingen
Interest Contante waarde van minimale
toekomstige leasebetalingen
31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
Gebouwen 39.226 44.495 6.976 8.171 32.250 36.324
Canon 374.180 383.134 107.636 114.795 266.544 268.339
Norkring (Digitale
ethertelevisie, DTT)
41.613 44.942 12.753 14.601 28.860 30.341
Andere 267 290 - - 267 290
Totaal minimale
leasebetalingen
455.286 472.861 127.365 137.567 327.921 335.294

Canon-, Clientèle- en Annuïteitenovereenkomsten

In 1996 verwierf de Vennootschap de exclusieve gebruiksrechten om één-op-één diensten, met inbegrip van breedbandinternet en telefoniediensten, aan te bieden alsook het recht om deels de capaciteit van het breedbandnetwerk te gebruiken dat in eigendom was en gecontroleerd werd door de Zuivere Intercommunales ("PICs"). In ruil voor deze toegang tot een deel van het PICs netwerk betaalde de Vennootschap zogenaamde Clientèleen Annuïteitenvergoedingen. De huidige waarde van de te betalen Clientèle- en Annuïteitenvergoedingen over de eerste 20 jaar (zijnde de gebruiksduur van de activa met de langste levensduur die onderdeel zijn van de HFC-upgrade) werden initieel erkend als netwerkgebruiksrechten onder immateriële activa en werden afgeschreven over 10 of 20 jaar in functie van de gebruiksduur van de onderliggende activa die samen behoren tot de HFC-upgrade.

Na de afronding van de overname van Interkabel in 2008 verwierf de Vennootschap de economische eigendom en controle over het volledige netwerk en behield daarenboven ook de verplichting tot het betalen van de Clientèlevergoeding voor de jaren 21 tot 50 onder de bestaande Clientèleovereenkomst. Als gevolg heeft de Vennootschap het gebruiksrecht op de volledige capaciteit van het PICs netwerk. De termijn van de Canonleaseovereenkomst bedraagt 38 jaar, waarvan nog 35 jaar overbleef per einde 2011. Onder deze overeenkomst betaalt de Vennootschap periodieke vergoedingen voor de Canonlease, die samen met de Clientèle- en Annuïteitenvergoedingen, volledige toegang tot het PICs netwerk garanderen. De activa die geactiveerd werden onder de Canonovereenkomst worden afgeschreven over een periode van 15 jaar.

Aangezien de Vennootschap de economische eigendom en controle over het volledige netwerk heeft verworven door middels van de Canon-, Clientèle-, en Annuïteitenovereenkomsten werd de netto boekwaarde van de netwerkgebruiksrechten in 2008 getransfereerd van immateriële vaste activa naar materiële vaste activa.

Voor het jaar beëindigd op 31 december 2011 bedroeg de gemiddelde reële interestvoet voor de drie hierboven vermelde vergoedingen 6,68% (2010: 6,65%).

Norkring

Op 4 mei 2010 tekende de Vennootschap een overeenkomst met Norkring België NV voor het gebruik van capaciteit op het uitzendnetwerk van Norkring. Deze overeenkomst zal Telenet in staat stellen om digitale televisie- en radiodiensten aan te bieden via de digitale frequentiekanalen van Norkring in Vlaanderen en Brussel. Doorgaans zijn Telenets diensten beschikbaar via zijn kabelnetwerk. Dankzij deze overeenkomst kan Telenet digitale televisie- en radiodiensten aanbieden buiten

de traditionele woning, meer bepaald in afgelegen woningen, caravans, vakantiehuizen en wagens.

De overeenkomst met Norkring voorziet in een gebruiksrecht van Norkrings frequentiekanalen, die vervat zitten in drie van hun multiplexers (MUX) en dit op een exclusieve en niet-exclusieve basis. Deze overeenkomst omvat een lease met betrekking tot bepaalde capaciteit waarvan de Vennootschap de exclusieve gebruiksrechten heeft gekregen, de zogenaamde "MUX 1 capaciteit". Voor deze MUX 1 capaciteit werd een immaterieel leaseactief geboekt onder "netwerkgebruiksrechten" voor een netto boekwaarde van €30,1 miljoen op 31 december 2010 (zie Toelichting 5.6). Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroeg de gemiddelde reële interestvoet voor de Norkring lease 6,23%. Betalingen onder de overeenkomst met Norkring, die geen verband houden met de "MUX 1 capaciteit" zullen opgenomen worden als operationele kosten en meteen ten laste worden genomen van het totaalresultaat.

Overige leases

De Vennootschap huurt bepaalde activa, zoals gebouwen en bepaalde voertuigen, door middel van financiële leasecontracten met een gemiddelde looptijd van respectievelijk 20 en 5 jaar.

Voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2011 bedroeg de gemiddelde reële interestvoet 3,86% (2010: 3,53%). Voor alle leases wordt een vast terugbetalingschema bepaald, en er zijn geen overeenkomsten afgesloten voor voorwaardelijke huurbetalingen. De verplichtingen van de Vennootschap in het kader van de financiële leases worden gewaarborgd door de aanspraak die de verhuurder kan maken op de gehuurde activa.

5.12.8 3G en 2G mobiel spectrum

Na een veilingprocedure georganiseerd door het BIPT in maart 2011 verwierf Telenet Tecteo Bidco NV, een partnership tussen Telenet NV en de Waalse kabeloperator Tecteo SCRL, de vierde 3G licentie (zie Toelichting 5.6). Voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 bedroeg de gemiddelde reële interestvoet voor het 3G mobiel spectrum 3,75%.

5.13 AFGELEIDE FINANCIëLE INSTRU- MENTEN

De uitstaande valutaderivaten per 31 december 2011 en 2010 zijn als volgt:

De Vennootschap maakt gebruik van diverse afgeleide financiële instrumenten om het interestrisico en het wisselkoersriciso te beheren.

(in duizend euro) 31 december
2011
31 december
2010
Valutatermijncontracten
Notioneel bedrag in US dollar 47.000 12.000
Gewogen gemiddelde uitoefenprijs (US dollar per euro) 1,363 1,375
Looptijd Van januari tot
december 2012
Van januari tot
maart 2012

De uitstaande interestderivaten per 31 december 2011 en 2010 zijn als volgt:

(in duizend euro) 31 december
2011
31 december
2010
Interestcontracten
Notioneel bedrag 2.145.000 1.200.000
Gemiddelde te betalen interestvoet 3,57% 3,85%
Gemiddelde te ontvangen interestvoet EURIBOR 3M 0,74%
Looptijd Van 2012 tot 2021 Van 2010 tot 2017
Basis Swaps
Notioneel bedrag 1.000.000 -
Gemiddelde te betalen interestvoet EURIBOR 3M -
Gemiddelde te ontvangen interestvoet EURIBOR 1M+0,31% -
Looptijd Van 2012 tot 2013 -
Caps
Notioneel bedrag 255.875 1.057.115
Gemiddelde hoogste interestvoet 3,75% 3,80%
Looptijd Van 2012 tot 2017 Van 2011 tot 2017
Collars
Notioneel bedrag 950.000 1.025.000
Gemiddelde laagste interestvoet 1,50% 1,11%
Gemiddelde hoogste interestvoet 4,00% 4,06%
Looptijd 2017 Van 2011 tot 2017

Onderstaande tabel geeft een gedetailleerde weergave van de reële waarde van de financiële en afgeleide instrumenten van de Vennootschap opgenomen op balans:

(in duizend euro) 31 december
2011
31 december
2010
Vlottende activa 1.988 315
Vaste activa 190 4.718
Kortlopende verplichtingen (28.877) (24.729)
Langlopende verplichtingen (94.093) (35.914)
(120.792) (55.610)
Interestderivaten (122.379) (56.029)
Valutaderivaten 1.703 276
In contracten besloten derivaten (116) 143
(120.792) (55.610)

De gerealiseerde en niet-gerealiseerde winsten (verliezen) op financiële en afgeleide financiële instrumenten bestaan uit de volgende bedragen:

(in duizend euro) 31 december
2011
31 december
2010
Interestderivaten (63.849) (39.228)
Valutaderivaten 1.427 45
In contracten besloten derivaten (251) 185
(62.673) (38.998)

5.13.1 Samenvatting

De gecumuleerde impact van alle hierboven beschreven afgeleide financiële instrumenten werd als volgt toegewezen aan het totaalresultaat:

(in duizend euro) Toename
(afname)
in de reële
waarde
Toename
(afname) in
het resul-
taat uit de
bedrijfsac-
tiviteit en
bedrijfsin-
vesteringen
Geldmidde-
len betaald
(ontvan-
gen)
Toename
(afname)
in het
totaalresul-
taat
1 januari 2010 (25.754) - 91.167 (116.921)
Wijziging in de reële waarde van inte
restderivaten en valutaderivaten
(42.981) - - (42.981)
In contracten besloten derivaten aan
reële waarde via de staat van het
totaalresultaat
185 - - 185
Voorafbetaalde hedgepremies CAPS - (89) - 89
Voorafbetaalde hedgepremies IRS 12.940 - 12.940 -
Cash ontvangen bij vervroegde stop
zetting CAPS & COLLARS
- - (3.709) 3.709
31 december 2010 (55.610) (89) 100.398 (155.919)
(in duizend euro) Toename
(afname)
in de reële
waarde
Toename
(afname) in
het resul
taat uit de
bedrijfsac
tiviteit en
bedrijfsin
vesteringen
Geldmidde
len betaald
(ontvan
gen)
Toename
(afname)
in het
totaalresul
taat
1 januari 2011 (55.610) (89) 100.398 (155.919)
Wijziging in de reële waarde van
interestderivaten en valutaderivaten
(64.930) - - (64.930)
In contracten besloten derivaten aan
reële waarde via de staat van het
totaalresultaat
(251) - - (251)
Impact van in contracten besloten
derivaten op het resultaat
uit de bedrijfsactiviteit en
bedrijfsinvesteringen
- (8) - 8
Cash ontvangen bij vervroegde
stopzetting CAPS & COLLARS
- - (2.500) 2.500
31 december 2011 (120.791) (97) 97.898 (218.592)

5.13.2 Reële waarde

De boekwaarden en de overeenkomstige reële waarden van de belangrijkste financiële instrumenten van de Vennootschap zijn als volgt:

(in duizend euro) 31 december 2011 31 december 2010
Boekwaarde Reële
waarde
Boekwaarde Reële
waarde
Gewijzigde Senior Credit Facility: (1.230.123) (1.199.381) (1.916.479) (1.918.911)
Senior Secured Fixed Rate Notes (912.100) (877.789) (605.562) (613.312)
Senior Secured Floating Rate Notes (400.943) (386.943) - -
Financiële leaseverplichtingen (332.745) (301.839) (340.125) (330.785)
Clientèlevergoeding > 20 jaar (70.644) (63.524) (65.137) (74.093)
3G Mobiel Spectrum (60.679) (48.801) - -
Overige bankleningen (8) (8) (31) (31)
Langlopende schulden (inclusief
kortlopend gedeelte)
(3.007.242) (2.878.285) (2.927.334) (2.937.132)
Valutaderivaten 1.703 1.703 276 276
Interest-swaps (91.190) (91.190) (55.944) (55.944)
Caps (87) (87) 1.913 1.913
Collars (31.102) (31.102) (1.998) (1.998)
In contracten besloten derivaten (116) (116) 143 143
Totaal derivaten (120.792) (120.792) (55.610) (55.610)
Totaal (3.128.034) (2.999.077) (2.982.944) (2.992.742)

De reële waarde van de interest-swaps en de valutatermijncontracten wordt door de Vennootschap berekend op basis van rentefutures en swaprentes, rekening houdend met het kredietrisico van de Vennootschap en de respectievelijke contractuele tegenpartijen van deze instrumenten. Voor de validatie van de interne berekeningen worden bevestigingen van de reële waarde gebruikt die worden ontvangen van de contractuele tegenpartijen, die allemaal commerciële banken zijn. De reële waarde van optieverwante afgeleide financiële instrumenten wordt bepaald door commerciële banken en gevalideerd door het management.

De reële waarde van de langlopende schulden van de Vennootschap wordt vastgesteld als de laagste waarde van ofwel de callprijs van het betrokken instrument of de marktwaarde zoals vastgesteld door genoteerde marktprijzen, indien beschikbaar, of, indien niet beschikbaar, tegen de contante waarde van toekomstige kasstromen verdisconteerd tegen percentages die in lijn liggen met vergelijkbare looptijden en vervaldagen van een soortgelijk kredietrisico.

De boekwaarde van financiële activa die geklasseerd worden als vlottende activa en de boekwaarde van financiele verplichtingen die geklasseerd worden als kortlopende verplichtingen benaderen de reële waarde wegens de korte looptijd van dergelijke instrumenten.

De marktgegevens dienden geïnterpreteerd te worden door het management om de reële waarde in te schatten. Hierdoor zijn de in bovenstaande tabel vermelde ramingen niet noodzakelijk een indicatie voor de bedragen die de Vennootschap zou realiseren in geval van een feitelijke inruiling op de markt.

5.14 UITGESTELDE BELASTINGEN

Telenet Group Holding NV en zijn geconsolideerde dochtervennootschappen dienen ieder een afzonderlijke belastingaangifte in, overeenkomstig de geldende lokale fiscale wetgeving. Voor financiële rapporteringsdoeleinden berekenen Telenet Group Holding NV en zijn dochtervennootschappen hun respectievelijke belastingvorderingen en -schulden op basis van een afzonderlijke belastingaangifte. Deze vorderingen en schulden worden samengevoegd in de geconsolideerde jaarrekening.

De bewegingen in uitgestelde belastingvorderingen en -schulden tijdens het jaar, zonder rekening te houden met de compensatie van saldi binnen eenzelfde belastbare entiteit, zijn als volgt:

(in duizend euro) 1 januari
2011
Opgenomen in
de geconsoli
deerde staat
van het totaal
resultaat
Verwer
ving van
dochter
vennoot
schappen
31
december
2011
Uitgestelde belastingvorderingen:
Financiële instrumenten 26.651 8.641 - 35.292
Materiële vaste activa 20.706 4.202 - 24.908
Voorzieningen 6.337 6.842 - 13.179
Fiscaal overdraagbare verliezen 44.183 (1.678) - 42.505
Overige 188 17.766 - 17.954
Uitgestelde belastingvorderingen 98.065 35.773(1) 133.838(2)
Uitgestelde belastingverplichtin
gen:
Financiële instrumenten - (11.596) - (11.596)
Immateriële activa (37.590) (16.746) - (54.336)
Uitgestelde belastingverplichtingen (83.704) (68.527)(1) (152.231)(2)
Overige (3.945) (6.667) - (10.612)
Voorzieningen (6.097) (23.439) - (29.536)
Materiële vaste activa (35.806) (10.296) - (46.102)
Investeringen (266) 217 - (49)
(in duizend euro) Geconso
lideerde
staat
van het
totaalre-
sultaat(1)
Balans(2)
Uitgestelde belastingvorderingen 35.774 133.838
Uitgestelde belastingverplichtingen (68.527) (152.231)
(32.753) (18.393)
Staat van het totaalresultaat (zie toelichting 5.22)
Uitgestelde belastingen 32.753
Winstbelastingen voor het boekjaar 4.164
36.918
Balans
Uitgestelde belastingvorderingen 10.721
Uitgestelde belastingverplichtingen (29.114)
(18.393)
2010
resultaat
schappen
2010
(in duizend euro)
1 januari Opgenomen in
de geconsoli-
deerde staat
van het totaal-
Verwer-
ving van
dochter
vennoot
31
december
------------------------------------------------------------ -- ----------- ------------------------------------------------------------------ ------------------------------------------- ----------------
Uitgestelde belastingvorderingen:
Financiële instrumenten 17.053 9.598 - 26.651
Materiële vaste activa 11.860 8.846 - 20.706
Immateriële activa 4.740 (4.740) - -
Voorzieningen 4.169 2.168 - 6.337
Fiscaal overdraagbare verliezen 111.604 (67.560) 139 44.183
Overige - 188 - 188
Uitgestelde belastingvorderingen 149.426 (51.500)(1) 139 98.065(2)
Uitgestelde belastingverplichtingen:
Immateriële activa (43.792) 6.428 (226) (37.590)
Investeringen (131) (135) - (266)
Materiële vaste activa (23.769) (12.037) - (35.806)
Overige (11.056) 378 636 (10.042)
Uitgestelde belastingverplichtingen (78.748) (5.366)(1) 410 (83.704)(2)
(in duizend euro) Geconso
lideerde
staat
van het
totaalre
sultaat(1)
Balans(2)
Uitgestelde belastingvorderingen (51.500) 98.065
Uitgestelde belastingverplichtingen (5.366) (83.704)
(56.866) 14.361
Staat van het totaalresultaat (zie toelichting 5.22)
Uitgestelde belastingen 56.866
Winstbelastingen voor het boekjaar 306
57.172
Balans
Uitgestelde belastingvorderingen 19.905
Uitgestelde belastingverplichtingen (5.544)
14.361

Op 31 december 2011 hadden Telenet Group Holding NV en zijn dochtervennootschappen gecumuleerde fiscaal overdraagbare verliezen van €291,8 miljoen (2010: €248,9 miljoen). In overeenstemming met de huidige Belgische belastingwetgeving hebben deze gecumuleerde fiscaal overdraagbare verliezen een onbeperkte levensduur en kunnen zij worden gebruikt voor verrekening van de toekomstige belastbare inkomsten van Telenet Group Holding NV en zijn dochtervennootschappen. De belastbare winst wordt verminderd met de notionele interestaftrek.

Voor fiscaal overdraagbare verliezen worden uitgestelde belastingvorderingen erkend voor zover het waarschijnlijk is dat er toekomstige belastbare winsten voorhanden zullen zijn om de compenseerbare verliezen aan te wenden.

Telenet heeft uitgestelde belastingvorderingen ten belope van €56,0 miljoen (2010: €40,4 miljoen) niet opgenomen resulterend uit fiscaal overdraagbare verliezen voor een totaal bedrag van €166,2 miljoen (2010: €118,9 miljoen) aangezien het waarschijnlijk wordt geacht dat deze uitgestelde belastingvorderingen niet zullen gerealiseerd worden in de voorzienbare toekomst.

Op 31 december 2011 werden er geen uitgestelde belastingverplichtingen (2010: €1,7 miljoen) erkend voor toekomstige dividendstromen naar de moedermaatschappij aangezien het management van oordeel is dat deze verplichting in de voorziene toekomst niet zal erkend worden.

(in duizend euro) Toelichting 31 decem-
ber 2011
31 decem-
ber 2010
Personeelsvoordelen en soortgelijke verplichtingen 5.16 7.146 5.642
Auteursrechten - 568
Verplichtingen mbt personeelsvoordelen na
uitdiensttreding
5.3.4 3.474 3.796
Verplichtingen uit langetermijnpersoneelsbeloningen 5.16 5.3.4 4.652 4.105
Verplichtingen mbt ongunstige voorwaarden Interkabel 14.160 16.214
Voorziening voor ontmantelingskosten 2.372 2.354
Schulden mbt sportuitzendrechten 5.6 5.3.4 77.594 -
Overige 6.200 5.466
Totaal overige verplichtingen 115.598 38.145

5.15 OVERIGE VERPLICHTINGEN

De verwerving van uitzendrechten voor de Belgische voetbalcompetitie door de Vennootschap (zie Toelichting 5.6) leidde bij de ondertekening van het contract tot de opname van €155,1 miljoen aan verplichtingen. Op 31 december 2011 bedroegen de langlopende en kortlopende verplichtingen met betrekking tot deze uitzendrechten respectievelijk €67,4 miljoen en €53,6 miljoen (zie Toelichting 5.17).

De operationele kosten, die door Interkabel aangerekend worden voor het onderhoud van zijn netwerk, zijn hoger dan referentiekosten van de Vennootschap voor gelijkaardige werkzaamheden. Als gevolg is er sprake van ongunstige voorwaarden. Ten tijde van de overname van

Interkabel werd de grootte van deze ongunstige voorwaarden gewaardeerd. De onderliggende verplichting op 31 december 2011 bedroeg €14,2 miljoen (2010: €16,2 miljoen).

5.16 PERSONEELSVOORDELEN EN SOORTGELIJKE VERPLICHTINGEN

Activa en verplichtingen met betrekking tot personeelsvoordelen en soortgelijke verplichtingen, opgenomen in de geconsolideerde balans, kunnen als volgt worden samengevat:

31 december 2011 31 december 2010

(in duizend euro) Toe
lich
ting
Totaal
perso
neels
voordelen
Te-berei
ken-doel
pensioen
plannen
Voorde
len na
uit
dienst
treding
Toelichting 5.16
Totaal
perso
neels
voordelen
Te-be
reiken
doel
pensioen
plannen
Voorde
len na
uitdi
enst
treding
Toelichting 5.16
Te-bereiken-doel pensioenplannen 420 420 - 385 385 -
Voordelen na uitdiensttreding 5.191 - 5.191 4.406 - 4.406
Andere pensioenplannen 1.535 - - 851 - -
Totaal personeelsvoordelen en soort
gelijke verplichtingen
5.15 7.146 420 5.191 5.642 385 4.406
Verplichtingen uit langetermijnperso
neelsbeloningen
5.15 4.652 - - 4.105 - -
Totaal korte termijn verplichting
inzake langetermijnpersoneelsbelo
ningen
438 - - 625 - -
Te-bereiken-doel pensioenplannen (3.082) (3.082) - (2.913) (2.913) -
Vaste bijdrageplannen - - - - - -
Totaal financiering plannen na uit
diensttreding
5.8.1 (3.082) (3.082) - (2.913) (2.913) -
Totaal personeelsvoordelen en soort
gelijke verplichtingen/(tegoeden)
9.154 (2.662) 5.191 7.459 (2.528) 4.406

Vaste bijdrageplannen

De totale bijdrage van de werkgever aan de vaste bijdrageplannen bedroeg voor 2011 €2,7 miljoen (2010: €1,2 miljoen).

De meeste werknemers van Telenet nemen deel aan vaste bijdrageplannen gefinancierd door middel van een pensioenfonds. De geaccumuleerde activa van het plan bedroegen €32,1 miljoen op 31 december 2011 (2010: €29,4 miljoen).

Wettelijk voorzien deze regelingen in een gemiddeld minimum gewaarborgd rendement over de loopbaan van de werknemer ten belope van 3,75% op de werknemersbijdragen en 3,25% op de werkgeversbijdragen betaald vanaf 1 januari 2004. Vermits de verplichtingen van de toegekende pensioenrechten, rekening houdend met het minimum gewaarborgd rendement, volledig gedekt waren door fondsbeleggingen en er geen terug te vorderen bijdragen waren, werden er geen bedragen opgenomen in de geconsolideerde balans voor de boekjaren beëindigd op 31 december 2011 en 2010.

Langetermijnpersoneelsbeloningen

De Vennootschap heeft in haar geconsolideerde balans een verplichting opgenomen van €4,7 miljoen op 31 december 2011 (2010: €4,1 miljoen) voor personeelsvoordelen die samenhangen met een langdurig dienstverband.

Te-bereiken-doel pensioenplannen en plannen na uitdiensttreding

De voormalige werknemers van Electrabel (ICS), en bepaalde overige werknemers, genieten van te-bereikendoel pensioenplannen, die op basis van anciënniteit en het salaris van de werknemer op het einde van de actieve loopbaan voordelen oplevert.

De gefinancierde te-bereiken-doel pensioenplannen worden gefinancierd door middel van verzekeringscontracten met gewaarborgd rendement. Deze fondsbeleggingen omvatten geen door Telenet uitgegeven aandelen of door Telenet gebruikte onroerende activa.

De Vennootschap voorziet ook plannen op het vlak van gezondheidszorg na uitdiensttreding voor voormalige werknemers van Electrabel (ICS). Deze verplichtingen worden rechtstreeks gefinancierd door de Vennootschap.

De bedragen opgenomen in de geconsolideerde balans met betrekking tot de te-bereiken-doel plannen zijn als volgt:

Te-bereiken-doel
pensioenplannen
Voordelen na
uitdiensttreding
(in duizend euro) 31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
Contante waarde van gefinancierde verplichtingen 12.018 10.951 - -
Reële waarde van fondsbeleggingen (10.093) (10.073) - -
1.925 878 - -
Contante waarde van niet gefinancierde verplich
tingen
- - 7.842 5.634
Niet opgenomen actuariële winst/(verlies) (4.587) (3.406) (2.651) (1.228)
Netto verplichtingen (vorderingen) (2.662) (2.528) 5.191 4.406

De in de geconsolideerde staat van het totaalresultaat opgenomen bedragen zijn als volgt:

Te-bereiken-doel
pensioenplannen
Voordelen na
uitdiensttreding
(in duizend euro) 31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 1.504 1.504 355 379
Interestkost over de verplichting 555 509 343 257
Verwachte rendement op fondsbeleggingen (414) (401) - -
Verliezen (winsten) uit regelingen - - - -
Actuariële verliezen opgenomen in het boekjaar 314 158 150 48
Totaal 1.959 1.770 848 684

De wijziging in de contante waarde van de toegekende pensioenrechten is als volgt:

Te-bereiken-doel
pensioenplannen
Voordelen na
uitdiensttreding
(in duizend euro) 31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
Verplichtingen inzake toegezegde pensioenrechten
per 1 januari
10.951 10.835 5.634 3.601
Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 1.504 1.504 355 379
Interestkost over de verplichting 555 509 343 257
Bijdragen door werknemers 47 44 - -
Verliezen (winsten) uit vermindering van rechten - - - -
Actuariële (winsten) verliezen 84 (1.544) 1.573 1.443
Betaalde vergoedingen (1.123) (397) (63) (46)
Verplichtingen inzake toegezegde
pensioenrechten per 31 december
12.018 10.951 7.842 5.634

De wijzigingen in de reële waarde van de fondsbeleggingen is als volgt:

Te-bereiken-doel
pensioenplannen
Voordelen na
uitdiensttreding
(in duizend euro) 31 decem-
ber 2011
31 decem-
ber 2010
31 decem-
ber 2011
31 decem-
ber 2010
Reële waarde van de fondsbeleggingen per 1
januari
10.073 8.856 - -
Verwachte rendement 414 401 - -
Bijdragen door de Vennootschap 2.093 2.223 63 46
Bijdragen door werknemers 47 44 - -
Vergoeding voor vermindering van rechten - - - -
Actuariële (winsten) verliezen (1.411) (1.054) - -
Betaalde vergoedingen (1.123) (397) (63) (46)
Reële waarde van de fondsbeleggingen per 31
december
10.093 10.073 - -

Het effectieve rendement van de fondsbeleggingen in 2011 was €(1,0) miljoen (2010: €(0,6) miljoen). Een wijziging met één procentpunt in de veronderstellingen met betrekking tot de evolutie van medische kosten zou de volgende effecten hebben:

(in duizend euro) 1% toename 1% afname
a) Totaal van de toegerekende kosten voor het
dienstjaar en interestkosten
183 (133)
b) Toegezegde pensioenrechten 1.742 (1.244)

De historiek over vijf jaar van de toegezegde pensioenrechten, de reële waarde van de fondsbeleggingen en het tekort van de pensioenregelingen is als volgt:

(in duizend euro) 2011 2010 2009 2008 2007
Toegezegde pensioenrechten 19.860 16.585 14.436 14.708 11.150
Reële waarde van de fondsbeleggingen 10.093 10.073 8.856 5.303 3.228
Tekort 9.767 6.512 5.580 9.405 7.922
Ervaringsaanpassingen van de
pensioenverplichtingen
1.352 (1.348) (945) 590 (831)
Ervaringsaanpassingen van de
fondsbeleggingen
(1.411) (1.054) (678) (265) (1.547)

De voornaamste veronderstellingen gebruikt voor de actuariële waardering zijn als volgt:

Te-bereiken-doel
pensioenplannen
Voordelen na
uitdiensttreding
2011 2010 2011 2010
Disconteringsvoet per 31 december 4,50% 4,75% 4,50% 4,75%
Toekomstige loon- en salarisverhogingen 3,07% 3,07% - -
Verwacht rendement op fondsbeleggingen 4,50% 4,50% - -
Onderliggende inflatievoet 2,00% 2,00% 2,00% 2,00%
Evolutie in medische kosten - - 4,00% 4,00%
Sterftetafel MR/FR-3 MR/FR-3 MR/FR-3 MR/FR-3

De verwachte bijdragen voor te-bereiken-doel pensioenplannen voor 2012 worden geraamd op €2,2 miljoen.

Het verwachte rendement weerspiegelt de gewaarborgde interesten onder de verzekeringscontracten alsook de verwachte verzekeringsdividenden.

5.17 TOE TE REKENEN KOSTEN EN OVERIGE KORTLOPENDE VERPLICHTINGEN

Toelich 31 decem 31 decem
(in duizend euro) ting ber 2011 ber 2010
Ontvangen waarborgen van klanten 5.3.4 22.958 23.438
Personeelskosten 5.3.4 48.653 44.139
Verschuldigde BTW en roerende voorheffing 15.616 18.904
Auteursrechten 5.3.4 787 989
Te betalen kapitaalvermindering 5.3.4 667 375
Kortlopende verplichtingen uit ongunstige voorwaarden mbt
Interkabel
727 2.087
Toe te rekenen programmatiekosten 5.3.4 41.790 43.267
Te ontvangen facturen voor investeringen 5.3.4 18.517 18.223
Overige toe te rekenen kosten - te ontvangen facturen m.b.t.: 5.3.4
Ontvangen goederen en gepresteerde diensten 5.3.4 32.221 39.444
Honoraria 5.3.4 16.954 16.198
Ontvangen magazijngoederen 5.3.4 13.868 12.176
Interconnectie 5.3.4 13.435 10.225
Advertenties, Marketing en Public Relations 5.3.4 13.247 9.712
Infrastructuur 5.3.4 7.383 5.484
Andere 5.3.4 24.385 37.555
Toe te rekenen interesten op derivaten 5.3.4 1.390 7
Schulden mbt kapitaaltransacties met aandeelhouders 5.3.4 3.563 -
Schulden mbt sportuitzendrechten 5.6
5.3.4
43.049 -
Overige kortlopende verplichtingen 5.3.4 570 848
Totaal toe te rekenen kosten en overige kortlopende
verplichtingen
319.780 283.071

5.18 OPBRENGSTEN

De opbrengsten van de Vennootschap bestaan uit:

Voor het jaar afgesloten op 31 december
(in duizend euro) 2011 2010
Kabeltelevisie:
Abonnees basiskabeltelevisie(1) 317.853 325.100
Abonnees premiumkabeltelevisie(1) 189.144 150.684
Residentieel:
Internet 441.674 426.657
Telefonie (2) 279.334 255.862
Verdelers/Overige 57.509 55.734
Bedrijfsdiensten 90.739 84.956
Totaal opbrengsten 1.376.253 1.298.993

De over te dragen opbrengsten van de Vennootschap kunnen uitgesplitst worden als volgt:

Voor het jaar afgesloten op 31 december

(in duizend euro) 2011 2010
Kabeltelevisie:
Abonnees basiskabeltelevisie(1) 47.492 64.764
Abonnees premiumkabeltelevisie(1) 4.662 6.698
Residentieel:
Internet 12.504 10.864
Telefonie (2) 4.491 3.844
Verdelers/Overige 20.395 12.779
Bedrijfsdiensten 1.627 1.513
Totaal over te dragen opbrengsten 91.171 100.462
Kortlopend gedeelte 86.791 94.034
Langlopend gedeelte 4.380 6.428

1 Basis- en premiumkabeltelevisie omvatten in hoofdzaak residentiële klanten maar bevatten ook een gering percentage.

2 Opbrengsten uit residentiële telefonie bevatten eveneens interconnectievergoedingen vanwege professionele klanten.

Over te dragen opbrengsten betreffen doorgaans door klanten vooruitbetaalde vergoedingen, zoals toegelicht in toelichting 5.2.9 van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap. Deze worden lineair in opbrengsten opgenomen over de van toepassing zijnde periode van dienstverlening.

5.19 KOSTEN PER TyPE

Voor het jaar afgesloten op 31 december Toe
lichting
(in duizend euro) 2011 2010
Personeelskosten:
Lonen, salarissen, commissies en sociale lasten 123.180 117.296
Overige personeelsvoordelen 21.186 16.512
144.366 133.808
Afschrijvingen en waardeverminderingen 5.4 259.019 246.471
Afschrijvingen 5.6 70.753 60.487
Afschrijvingen op uitzendrechten 5.6 22.991 6.830
Waardevermindering op overige immateriële activa 28.464 -
Verlies op verkoop van materiële vaste activa
en overige immateriële activa
2.065 46
Kosten voor exploitatie van het netwerk en voor diensten 395.443 378.220
Kosten voor reclame, verkoop en marketing 60.791 69.307
Op aandelen gebaseerde vergoedingen van bestuurders en
werknemers
13.005 9.787
Operationele kosten voor overnames of desinvesteringen 724 267
Overige kosten 52.284 48.971
Herstructureringskosten 157 268
Totaal kosten 1.050.062 954.462

Het gemiddeld aantal werknemers uitgedrukt in voltijdse equivalenten tewerkgesteld door de Vennootschap voor het jaar afgesloten op 31 december 2011 bedroeg 2.093 (2010: 2.000).

5.20 FINANCIëLE OPBRENGSTEN EN KOSTEN

Voor het jaar afgesloten op 31 december
(in duizend euro) 2011 2010
Opgenomen in de staat van het totaalresultaat
Financiële opbrengsten
Interestopbrengsten op termijndeposito's en handelspapier 6.586 1.513
Interestopbrengsten op vorderingen 1.018 -
Netto wisselkoerswinsten 204 -
7.808 1.513
Financiële kosten
Netto interestkosten
Interestkosten op financiële verplichtingen opgenomen aan de
geamortiseerde kostprijs
(177.924) (124.055)
Netto interestkosten op afgeleide financiële instrumenten opgenomen aan
reële waarde via de staat van het totaalresultaat
(21.931) (20.230)
Afschrijvingen van financieringskosten (5.977) (6.364)
(205.832) (150.649)
Netto verlies op derivaten (62.673) (38.998)
Verlies bij vervroegde aflossing van schulden (11.392) (7.903)
Netto verlies op wisselkoersen - (1.608)
(279.897) (199.158)
Netto financiële kosten opgenomen in de geconsolideerde staat van het
totaalresultaat
(272.089) (197.645)

5.21 AANDEEL IN HET RESULTAAT VAN GEASSOCIEERDE DEELNEMINGEN

Het aandeel van de Vennootschap in het netto resultaat van de geassocieerde deelnemingen bedroeg voor het boekjaar 2011 (€0,4) miljoen (2010: (0,4) miljoen).

In 2011 en 2010 ontving de Vennootschap geen dividenden uit haar investeringen in geassocieerde deelnemingen.

Het nettoverlies van de geassocieerde deelnemingen kan als volgt worden samengevat:

Aandeel
van de
Totale Groep in
netto het netto
(in duizend euro) Eigendom resultaat resultaat
2011
Pebble Media NV (80) (27)
Thalys (1.215) (334)
Totale aandeel in het verlies van geassocieerde
deelnemingen
(1.295) (361)
2010
Pebble Media NV (594) (198)
Thalys (1.070) (214)
Totale aandeel in het verlies van geassocieerde
deelnemingen
(1.664) (412)

Pebble Media NV

Op 22 januari 2009 investeerde Telenet NV samen met de Vlaamse Audiovisuele Regie (VAR) en Concentra Media NV in het aandelenkapitaal van een nieuwe vennootschap, Pebble Media NV. De VAR is een dochtervennootschap van de Vlaamse openbare omroep VRT en beheert het reclamebeleid van de verscheidene openbare radio- en televisiezenders. De Concentra Groep geeft verscheidene nationale, regionale en gespecialiseerde kranten en magazines uit en bezit tevens drie regionale televisiezenders. Telenet NV houdt een deelneming van 33,33% aan in de stem- en dividendrechten van Pebble Media NV. Telenets deelneming in het aandelenkapitaal van Pebble Media NV bedraagt €0,7 miljoen. Pebble Media NV is actief in de

bemiddeling voor de verkoop van online advertentieruimte en zal ook bepaalde aanvullende online adverteerdiensten aanbieden. De participatie in Pebble Media NV wordt verwerkt via de vermogensmutatiemethode.

Samengevatte financiële informatie met betrekking tot activa, verplichtingen en opbrengsten van Pebble Media NV, die gebruikt werd om het aandeel van de Vennootschap in het netto resultaat te bepalen, wordt in de onderstaande tabel weergegeven. De vermelde bedragen zijn niet aangepast voor de procentuele eigendom van de Vennootschap.

(in duizend euro) 31 december
2011
31 december
2010
Vlottende activa 4.454 3.976
Vaste activa 40 71
Totaal activa 4.494 4.047
Kortlopende verplichtingen 3.939 3.411
Langlopende verplichtingen - -
Eigen vermogen 555 636
Totaal passiva 4.494 4.047
voor het jaar afgesloten op 31 december
(in duizend euro)
2011 2010
Opbrengsten 9.082 7.288
9.082 7.288

Thalys consortium

In 2007 richtten Siemens Networks NV, 21NET Ltd en Telenet NV een consortium op, in de vorm van een tijdelijke vereniging naar Belgisch recht. De oprichting van dit consortium was het gevolg van een selectieprocedure door Thalys, de uitbater van de Europese hogesnelheidstrein, om draadloos breedbandinternet aan te bieden op bepaalde hogesnelheidstreinen over de Europese grenzen heen. Het consortium voldeed niet aan de definitie van gemeenschappelijke controle en werd derhalve beschouwd als een geassocieerde deelneming. Als gevolg wordt het resultaat van de Vennootschap in dit consortium verwerkt via de vermogensmutatiemethode.

De termijn van de overeenkomst tussen Thalys en het hoger vermelde consortium was vier jaar en eindigde in de loop van het vierde kwartaal van 2011. De finale afwikkeling van de deelneming van de Vennootschap in het consortium bedroeg €0,2 miljoen en was op 31 december 2011 opgenomen als een verplichting.

5.22 WINSTBELASTINGEN

Voor het jaar afgesloten op 31 december
(in duizend euro)
2011 2010
Winstbelastingen voor het boekjaar 4.164 306
Uitgestelde belastingen (Toelichting 5.14) 32.753 56.866
Winstbelastingen 36.918 57.172

De winstbelasting opgenomen in de geconsolideerde staat van het totaalresultaat van de Vennootschap verschilt van de theoretische winstbelasting op basis van het Belgische wettelijke belastingtarief dat van toepassing is op de Vennootschap. Het effectieve belastingtarief kan als volgt verklaard worden:

Voor het jaar afgesloten op 31 december
(in duizend euro) 2011 2010
Winst (verlies) vóór belastingen 53.741 146.474
Winstbelasting aan het Belgische wettelijk belastingtarief van
33.99%
18.267 49.787
Niet-aftrekbare kosten en verworpen uitgaven 6.545 32.271
Investeringsaftrek (4.610) (3.291)
Notionele interestaftrek (925) (5.070)
Vervallen fiscale verliezen - (3.337)
Aanpassingen opgenomen in de actuele verslagperiode met
betrekking tot voorgaande boekjaren
40 (3.582)
Impact van andere belastingtarieven 1.859 -
Aanwending van niet eerder erkende fiscale verliezen (136) (11.738)
Fiscale verliezen en tijdelijke verschillen waarvoor geen uitgestelde
belastingvorderingen werden erkend
16.018 2.494
Overige (140) (362)
Winstbelastingen voor het boekjaar 36.918 57.172

5.23 WINST PER AANDEEL

5.23.1 Gewone winst per aandeel

Bij de berekening van de gewone winst per aandeel is de winst en het gewogen gemiddelde aantal aandelen als volgt berekend:

Voor het jaar afgesloten op 31 december (in duizend euro, behalve aandeleninformatie) 2011 2010 Aan gewone aandeelhouders toe te rekenen winst 16.829 89.302 Gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen 112.952.552 112.047.884 Gewogen gemiddelde aantal winstbewijzen Klasse B 6.806 45.874 Gewogen gemiddelde aantal aandelen voor de berekening van de gewone winst per aandeel 112.959.358 112.093.758 Gewone winst per aandeel in € 0,15 0,80

5.23.2 Verwaterde winst per aandeel

Bij de berekening van de verwaterde winst per aandeel, door middel van de eigen aandelen methode, worden de aan de aandeelhouders van de groep toe te rekenen winst en het gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen die gedurende het boekjaar uitstaan, gecorrigeerd voor alle potentiële verwaterende effecten op de gewone aandelen. Voor het jaar afgesloten op 31 december 2011, had de Vennootschap veertien categorieën van potentieel verwaterende effecten op de gewone aandelen:

  • d Opties Klasse A
  • d Opties Klasse B
  • d Warrantenplan 2007
  • d Warrantenplan 2007 bis
  • d Warrantenplan 2007 ter
  • d Warrantenplan 2007 quater
  • d Warrantenplan 2007 quinquies
  • d Warrantenplan 2007 sexies
  • d Warrantenplan 2007 septies
  • d Warrantenplan 2008
  • d Warrantenplan 2009
  • d Warrantenplan 2010 primo
  • d Warrantenplan 2010 bis
  • d Warrantenplan 2010 ter

Voor het jaar afgesloten op 31 december 2010, had de Vennootschap twaalf categorieën van potentieel verwaterende effecten op de gewone aandelen:

  • d Opties Klasse A
  • d Opties Klasse B
  • d Warrantenplan 2007
  • d Warrantenplan 2007 bis
  • d Warrantenplan 2007 ter
  • d Warrantenplan 2007 quater
  • d Warrantenplan 2007 quinquies
  • d Warrantenplan 2007 sexies
  • d Warrantenplan 2007 septies
  • d Warrantenplan 2008
  • d Warrantenplan 2009

De winst in de berekening van de verwaterde winst per aandeel is hetzelfde als de winst voor de berekening van de gewone winst per aandeel, zoals hierboven toegelicht.

Voor het jaar afgesloten op 31 december (in duizend euro, behalve aandeleninfromatie) 2011 2010

12016 2010
-------------- ------
Gewogen gemiddelde aantal aandelen voor de berekening van de gewone
winst per aandeel
112,959,358 112,093,758
Aanpassingen voor:
Opties Klasse A 277.350 228.778
Opties Klasse B 2.745 26.533
Warrantenplan 2007 warranten 16.724 8.305
Warrantenplan 2007 bis warranten 432.332 390.451
Warrantenplan 2008 warranten 229.776 137.824
Warrantenplan 2007 ter warranten 22.149 17.838
Warrantenplan 2007 quater warranten 611.581 510.482
Warrantenplan 2009 warranten 137.803 84.165
Warrantenplan 2007 quinquies warranten 85.383 27.825
Warrant Plan 2007 sexies warranten 40.654 16.824
Warrant Plan 2007 septies warranten 39.862 -
Warrant Plan 2010 primo warranten 202.827 -
Warrant Plan 2010 bis warranten 3.778 -
Aandelen Aankoopprogramma 12.492 -
Gewogen gemiddelde aantal aandelen voor de berekening van de
verwaterde winst per aandeel
115.074.813 113.542.782
Verwaterde winst per aandeel in € 0,15 0,79

5.24 ACqUISITIES

In 2011 vonden er geen overnames plaats, terwijl de Vennootschap in 2010 een bedrag van €2,3 miljoen betaalde voor de volgende overnames:

voor het jaar afgesloten op 31 december Betaalde vergoeding
in geldmiddelen
(in duizend euro) Toelichting 2011 2010
Dochtervennootschappen
C-CURE NV - 1.536
Hostbasket NV - 629
Geassocieerde deelnemingen
Pebble Media NV 5.21 - 150
Totaal betaalde vergoeding in geldmiddelen - 2.315

5.24.1 C-CURE NV

Op 31 mei 2010 verwierf de Vennootschap 100% van het aandelenkapitaal van C-CURE NV, een internetbeveiligingsspecialist. De overeengekomen overnameprijs bedroeg €2,2 miljoen, of €1,5 miljoen netto na aftrek van verworven geldmiddelen. De overnameovereenkomst bevatte tevens earn-out clausules met betrekking tot omzet- en EBITDA-doelstellingen. Hiervoor werd een bedrag van €0,2 miljoen bepaald als onderdeel van de totale overnameprijs op basis van de inschatting van de reële waarde van deze voorwaardelijke vergoeding door het management.

Gedurende de zeven maanden, van juni tot en met december 2010, dat C-CURE geconsolideerd werd, realiseerde C-CURE €6,3 miljoen aan opbrengsten en boekte de onderneming een nettoresultaat van €0,6 miljoen. Indien de overname op 1 januari 2010 had plaatsgevonden, dan zouden de geconsolideerde opbrengsten van de Vennootschap €1.301,7 miljoen bedragen hebben en zou de geconsolideerde nettowinst van de Vennootschap €88,9 miljoen geweest zijn.

Telenet boekte als gevolg van deze transactie €0,04 miljoen aan rechtstreekse overnamekosten, die als kost ten laste werden genomen van het totaalresultaat.

In het vierde kwartaal van 2010 rondde de Vennootschap de allocatie van de overnameprijs over de netto activa af. Het effect van deze overname op de activa en verplichtingen van de Vennootschap kan als volgt samengevat worden:

Allocatie van de overnameprijs (in duizend euro) 31 december 2010

Vlottende activa, na aftrek verworven geldmiddelen en kasequivalenten 1,754
Materiële vaste activa 164
Immateriële activa 664
Overgenomen verplichtingen (2,708)
Goodwill 2,598
Totaal betaalde vergoeding in geldmiddelen 2,472

Een bedrag van €0,7 miljoen werd toegewezen aan immateriële activa waaronder klantenlijsten (€0,6 miljoen) en handelsnaam (€0,1 miljoen), waarvan de gebruiksduur werd bepaald als respectievelijk vier en vijf jaar.

Goodwill is voornamelijk het gevolg van verwachte synergieën door de integratie van C-CURE in de activiteiten van de Vennootschap.

Op elke rapporteringsdatum werd de reële waarde van deze voorwaardelijke vergoeding opnieuw bepaald en deze werd in eerste instantie herbekeken ten tijde van de beëindiging van de allocatie van de totale overnameprijs in december 2010. Gelet op de sterke resultaten van C-CURE NV werd beslist dat het eerder waarschijnlijk dan onwaarschijnlijk zou zijn dat de objectieven, zoals gedefinieerd in de Aandelenovernameovereenkomst, volledig gerealiseerd zouden worden. Daarom herzag de Vennootschap zijn schatting voor de earn-out clausule naar €0,5 miljoen

vanaf 31 december 2010. Deze verandering in de reële waarde van de voorwaardelijke vergoeding ten belope van €0,3 miljoen werd als kost geboekt in 2010.

In de loop van het tweede kwartaal van 2011 werd een definitieve regeling met betrekking tot de earn-out clausule ondertekend door alle betrokken partijen. Deze werd definitief vastgesteld op €0,3 miljoen, wat leidde tot een winstopname van €0,2 miljoen.

5.24.2 BelCompany

Op 30 juni 2009 nam Telenet de winkels en verkooppunten over van BelCompany in België. BelCompany is de tweede grootste onafhankelijke aanbieder van mobiele telefonie en aanverwante producten in België. Haar aanbod omvat de meest recente producten en het breedst mogelijk aanbod van mobiele telefoontoestellen, abonnementen, accessoires en voorafbetaalde producten van alle merken, naast internetproducten. De verkooppunten van BelCompany bevinden zich op toplocaties in alle middelgrote en grote steden, en situeren zich dus dicht bij de klant. De afgesproken verkoopprijs bedroeg €6,3 miljoen, na aftrek van verworven geldmiddelen. De transactie kostte Telenet €0,6 miljoen aan rechtstreekse overnamekosten, die geactiveerd werden.

In het tweede kwartaal van 2010 rondde de Vennootschap de allocatie van de overnameprijs over de netto activa af. Het effect van deze overname op de activa en verplichtingen van de Vennootschap kan als volgt samengevat worden:

Totaal betaalde vergoeding in geldmiddelen 6.300 6.568
Goodwill 4.356 5.524
Overgenomen verplichtingen (6.566) (6.566)
Immateriële activa 900 -
Materiële vaste activa 1.633 1.633
Vlottende activa, na aftrek verworven geldmiddelen en
kasequivalenten
5.977 5.977
Voor het jaar afgesloten op 31 december
(in duizend euro)
2010 2010
Aangepaste
allocatie van de
overname prijs
Initiële allocatie van
de overname prijs

Een bedrag van €0,9 miljoen werd toegewezen aan immateriële activa waaronder klantenlijsten (€0,5 miljoen) en handelsnaam (€0,4 miljoen), waarvan de gebruiksduur werd bepaald als respectievelijk één en twee jaar.

5.25 INVESTERINGS- EN FINANCIERINGSTRANSACTIES ZONDER KASSTROOM

Voor het jaar afgesloten op 31 december
(in duizend euro)
2011 2010
Verwerving van materiële vaste activa in ruil voor
leaseverplichtingen
24.856 18.564
Verwerving van gebruiksrechten in ruil voor leaseverplichtingen - 30.697
Verwerving van sportrechten (voornl. Uitzendrechten Belgisch
voetbal)
168.840 -
in ruil voor investeringsverplichtingen 71.525 -
Verwerving van uitzendrechten van 3G Mobiel spectrum
in ruil voor financieringsverplichtingen

5.26 TOEZEGGINGEN EN VOORWAARDE- LIJKE VERPLICHTINGEN

5.26.1 Juridische procedures

Telenet is betrokken bij een aantal juridische procedures die zijn ontstaan in het normale verloop van de activiteiten, gezien Telenet opereert binnen een zeer competitieve omgeving. Juridische procedures kunnen ontstaan in verband met onder meer intellectuele eigendom, reclame, campagnes, product aanbiedingen en bij acquisitie opportuniteiten. Telenet bespreekt hierna een aantal procedures, die nog in behandeling zijn en waarbij de Vennootschap betrokken is. Buiten de hieronder beschreven procedures verwacht Telenet niet dat de juridische procedures waarin het betrokken is of waarmee het wordt bedreigd, een materieel nadelig effect zullen hebben op de activiteiten of geconsolideerde financiële situatie. Telenet merkt echter op dat het resultaat van juridische procedures soms uitzonderlijk moeilijk met zekerheid te voorspellen is, en Telenet biedt hierover dan ook geen garanties.

Geschil betreffende het principeakkoord tussen Telenet en de zuivere kabelmaatschappijen, Interkabel en INDI

Op 26 november 2007 ondertekende Telenet een principeakkoord met de zuivere intercommunale kabelmaatschappijen betreffende een overdracht van alle analoge en digitale tv-diensten van de zuivere intercommunale kabelmaatschappijen, inclusief alle bestaande klanten, aan Telenet. Daarna sloten Telenet en de zuivere intercommunale kabelmaatschappijen een bindende overeenkomst (de 2008 Interkabel Overeenkomst), met ingang op 1 oktober 2008. Vanaf december 2007 heeft Belgacom verschillende juridische acties ingesteld om de tenuitvoerlegging van deze overeenkomsten te verhinderen. Belgacom spande opeenvolgende procedures in kortgeding aan bij de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen met het verzoek om een voorlopige voorziening om de zuivere intercommunale kabelmaatschappijen te beletten het principeakkoord ten uitvoer te leggen en startte een burgerlijke procedure ten gronde om de vernietiging van het principeakkoord te bekomen. In maart 2008 sprak de voorzitter van de Antwerpse rechtbank van eerste aanleg zich in kortgeding uit in het voordeel van Belgacom. Deze beslissing werd echter door het Hof van Beroep te Antwerpen ongedaan gedaan in juni 2008. Deze beslissing in beroep werd bevestigd door het hof

van Cassatie in september 2010. Op 6 april 2009 heeft de rechtbank van eerste aanleg te Antwerpen in het voordeel van Telenet en de zuivere intercommunale kabelmaatschappijen gevonnist in de burgerlijke procedure ten gronde, waarbij de vraag van Belgacom tot vernietiging van het principeakkoord en de 2008 Interkabel Overeenkomst werd afgewezen. Op 12 juni 2009 heeft Belgacom beroep aangetekend tegen deze beslissing bij het hof van Beroep te Antwerpen. In deze beroepsprocedure vraagt Belgacom nu ook schadevergoeding voor het geval de 2008 Interkabel Overeenkomst niet wordt vernietigd. De schadevergoeding wordt echter niet begroot. Bij de inleidende zitting, gehouden op 8 september 2009, werd de beroepsprocedure op vraag van Belgacom voor onbepaalde termijn uitgesteld.

Parallel met deze procedures, diende Belgacom ook klacht in bij de Regeringscommissaris, met het oog op een opschorting van de goedkeuring van het principeakkoord door de raad van bestuur van de zuivere intercommunale kabelmaatschappijen. Belgacom begon ook opschorting- en annulatieprocedures voor de Raad van State tegen deze goedkeuringen en daaropvolgend tegen de beslissingen van de raden van bestuur van de zuivere intercommunale kabelmaatschappijen die de 2008 Interkabel Overeenkomst goedkeurden met als belangrijkste argument dat zuivere intercommunales een (openbare) marktbevraging hadden moeten organiseren vooraleer het principeakkoord en de 2008 Interkabel Overeenkomst te sluiten. De inspanningen van Belgacom om de goedkeuring van deze overeenkomsten op te schorten, waren vruchteloos. De finale beslissing van de Raad van State in de zaken om annulering, die kunnen samengevoegd worden, werd nog niet uitgesproken. Nochtans heeft de auditeur van de Raad van State, die de rechters adviseert, een advies gegeven aan de Raad van State op 3 mei 2011, waarin hij aangeeft dat naar zijn mening geen publieke marktbevraging vereist was.

Het is mogelijk dat Belgacom of een andere derde partij of een overheid verdere rechtsprocedures zal aanspannen in een poging om de integratie van de analoge en digitale televisieactiviteiten van de zuivere intercommunale kabelmaatschappijen te blokkeren of een vernietiging van de 2008 Interkabel Overeenkomst te bekomen. Er kan geen zekerheid worden gegeven over het resultaat van de lopende of toekomstige procedures Nochtans zou een negatieve uitspraak in de lopende of toekomstige procedures potentieel kunnen leiden tot een vernietiging van de 2008 Interkabel Overeenkomst en/of een verplichting voor Telenet tot betaling van schadevergoeding, conform de relevante bepalingen in de 2008 Interkabel Overeenkomst, die bepalen dat Telenet slechts aansprakelijk is voor schadevergoedingen boven €20,0 miljoen. Gezien het feit dat Belgacom zijn schade niet heeft begroot en Telenet geen basis heeft om het verlies te kunnen inschatten dat Telenet zou oplopen in het onwaarschijnlijke scenario dat de 2008 Interkabel Overeenkomst vernietigd zou worden, kan Telenet geen redelijke inschatting maken van de orde van grootte van het verlies dat zou opgelopen worden in het geval de uiteindelijke beslissing in deze zaak ongunstig voor Telenet zou zijn. Telenet verwacht evenwel niet dat een ultieme oplossing van deze zaak een nadelig materieel effect zal hebben op de activiteiten of geconsolideerde financiële situatie.

Geschil in verband met interconnectie

Telenet is betrokken in wettelijke en juridische procedures met Belgacom betreffende de verhoging van de interconnectietarieven die het aan de telefoonoperatoren aanrekent voor de terminatie van telefoongesprekken naar eindgebruikers op het Gecombineerde Netwerk vanaf augustus 2002. Traditioneel werden de interconnectievergoedingen tussen operatoren van vaste telefoonlijnen (inclusief Belgacom) op wederkerige basis aangerekend, waarbij de interconnectie terminatievergoedingen die Belgacom aan Telenet aanrekende, identiek waren aan de interconnectie terminatievergoedingen die Telenet aan Belgacom aanrekende.

Deze vergoedingsovereenkomst maakte het voor Telenet echter moeilijk om rendabele telefoniediensten aan te bieden, omdat het niet over het schaalvoordeel van Belgacom beschikte en dus niet aan dezelfde eenheidskost als Belgacom kon werken. Telenet vroeg aan het BIPT de toelating om de binnenlandse en internationale interconnectietarieven te verhogen. Op 12 augustus 2002 verhoogde Belgacom de retailtarieven voor haar telefoonabonnees die naar Telenet-telefoonnummers belden, om de verhoogde terminatietarieven van Telenet te weerspiegelen. In een aantal uitspraken in juni en augustus 2002, keurde het BIPT, ondanks het protest van Belgacom, de aanvraag van Telenet goed om de tarieven die het aan andere operatoren aanrekende voor de terminatie van binnenlandse oproepen op het Gecombineerde Netwerk te verhogen. Telenet verhoogde dan ook de interconnectie terminatietarieven op 13 augustus 2002 van €0,009 tot

€0,0475 en Belgacom tekende beroep aan tegen de beslissing van het BIPT bij de Raad van State.

Op 3 juli 2002 verwierp de Raad van State een verzoek bij hoogdringendheid van Belgacom om de toepassing van de verhoogde interconnectie terminatietarieven op te schorten, maar aanvaardde wel om de zaak ten gronde te behandelen (niet in kortgeding). Belgacom diende in 2007 eveneens een schadeclaim in van €75 miljoen voor onverschuldigde betalingen en van €1 miljoen voor geleden schade bij de Rechtbank van eerste aanleg te Brussel. Op 8 april 2011 velde de Raad van State een vonnis ten gronde waarbij de beslissing van het BIPT werd geannuleerd die Telenet toeliet om niet wederkerige interconnectie tarieven toe te passen. Het vonnis oordeelde dat de beslissing van het BIPT niet voldoende was gemotiveerd. Het bevestigde evenwel de verplichting van Belgacom om redelijke interconnectie verzoeken te aanvaarden en de bevoegdheid van het BIPT om deze verplichting af te dwingen. Als Belgacom succesvol zou zijn in zijn schadeclaim, is het mogelijk dat Telenet verplicht zou worden om de teveel ingevorderde bedragen terug te storten die het heeft ingevorderd sinds augustus 2002, wat zou resulteren in een aanzienlijke schuld. Daarnaast betwistte Belgacom de geldigheid van de hogere tarieven ook voor de Rechtbank van Koophandel van Mechelen op basis van het argument van onwettige prijszetting. De rechtbank vond geen aanwijzing dat de interconnectietarieven van Telenet een inbreuk uitmaakten op de wet betreffende de eerlijke handelspraktijken, de mededingingswet of prijsreglementering zoals aangevoerd werd door Belgacom. De rechtbank besliste aldus dat de enige potentiële vordering van Belgacom beperkt was tot een contractuele vordering waarvoor de rechter die van de zaak kennis nam niet bevoegd was om uitspraak te doen. Bijgevolg wees de rechtbank de vordering af. Op 17 maart 2005 heeft het Hof van Beroep te Antwerpen het beroep van Belgacom tegen deze beslissing afgewezen.

In februari 2006 bracht Belgacom de zaak voor het Belgische Hof van Cassatie, die de beslissing van het hof van beroep te Antwerpen heeft vernietigd op 28 mei 2009 wegens onvoldoende motivering en de zaak heeft doorverwezen naar het Hof van Beroep te Gent. Onafhankelijk juridisch advies dat door Telenet werd ingewonnen, wijst erop dat er weinig kans bestaat dat een eis met terugwerkende kracht wordt ingewilligd. Bovendien werd een nieuw artikel in de telecommunicatiewet van 2005

ingeschreven, dat aan de regulator toelaat om geannuleerde BIPT beslissingen retroactief te herstellen.

Ingevolge de omzetting van nieuwe Europese regelgeving in Belgische wetgeving, besloot het BIPT een glijpad van drie jaar naar reciprociteit toe te passen vanaf 1 januari 2007. In oktober 2006 diende Belgacom bij het Hof van Beroep in Brussel een verzoek in om een snellere daling van Telenet's interconnectietarieven te eisen. Telenet diende eveneens een verzoek in bij het Brusselse Hof van Beroep met het argument dat de verlaging van onze interconnectietarieven kosten georiënteerd zou moeten zijn.

Geschillen in verband met auteursrechten

De Beroepsvereniging voor Radio- en Televisiedistributie (de "RTD", waarvan de naam later is gewijzigd in "Cable Belgium") is betrokken in geschillen met diverse agentschappen voor de inning van auteursrechten over de vergoedingen die moeten betaald worden voor het uitzenden van diverse televisieprogramma's sinds 1994. In november 2002 bereikte de RTD, samen met bepaalde Belgische kabelmaatschappijen (waaronder Telenet), overeenkomsten met de agentschappen voor de inning van auteursrechten en de omroepen. Telenet stemde erin toe om bepaalde vooruitbetalingen te verrichten en de vergoedingen geleidelijk te verhogen. Bijgevolg heeft Telenet in augustus 2003 de vergoeding voor auteursrechten verhoogd die het aan de abonnees aanrekent.

In 2006 startte Telenet een juridische procedure tegen een aantal agentschappen voor de inning van auteursrechten. Deze procedure hangt samen met een discussie tussen Telenet en deze agentschappen over de betaling – door Telenet – van vergoedingen voor auteurs- en aanverwante rechten in geval van (i) gelijktijdige uitzending, (ii) onmiddellijke injectie en (iii) contracten waarin alle rechten zijn inbegrepen.

Per 31 december 2011 hield Telenet een voorziening aan van €0,8 miljoen voor vorderingen van beheervennootschappen en/of bepaalde omroepen (die niet rechtstreeks geïnjecteerd worden in Telenet's kabelnetwerk en waarmee Telenet voor de periode tot en met 31 december 2011 geen overeenkomst over alle rechten heeft afgesloten).

Telenet is eveneens betrokken in een andere zaak met betrekking tot auteursrechten. In juli 2004 diende de CVBA Vereniging voor de inning, repartitie en de verdediging van de vertolkende en uitvoerende kunstenaars ("Uradex") een vordering in tegen de RTD voor €55 miljoen, vermeerderd met de interesten, inzake naburige rechten die verschuldigd waren door de leden van de RTD aan de kunstenaars en uitvoerders, vertegenwoordigd door Uradex, tijdens de periode van augustus 1994 tot einde juli 2004.

Op 12 april 2011 velde de Rechtbank van eerste aanleg te Mechelen een gunstig vonnis in de rechtszaak tegen Sabam, Agicoa, Uradex en andere beheervennootschappen. In het kader van deze procedure hebben een aantal beheersvennootschappen (Sabam niet inbegrepen) tegeneisen ingesteld tegen Telenet voor de betaling van de facturen die Telenet betwistte. De Rechtbank bevestigde de argumenten van Telenet in elk van de eisen en tegeneisen die het onderwerp van de procedure vormden, waardoor: (i) geen retransmissie vergoedingen betaald moeten worden door Telenet in geval van onmiddellijke injectie van omroepsignalen in het netwerk van Telenet; (ii) geen retransmissie vergoedingen betaald moeten worden in het geval van gelijktijdige uitzending van analoge en digitale signalen (en bijgevolg Telenet niet extra moet betalen voor de verdeling van lineaire digitale televisiesignalen) en (iii) overeenkomsten waarin alle rechten zijn inbegrepen, worden geldig geacht, wat betekent dat als Telenet met een omroep overeenkomt dat deze laatste verantwoordelijk is voor de clearing van auteursrechten, Telenet niet aansprakelijk is tegenover de beheersmaatschappijen. De beheersvennootschappen hebben reeds beroep ingesteld. Aangezien Sabam geen enkele tegeneis had ingesteld voor de betaling van facturen als deel van voormeld vonnis, is Sabam (niet de andere beheersvennootschappen) op 6 april 2011 een juridische procedure gestart voor de rechtbank van koophandel te Antwerpen, waarin ze de betaling eigen door Telenet van de facturen in verband met (i) vergoedingen voor het basis digitaal televisiepakket van Telenet voor de periode van 1 januari 2005 to 31 december 2010, en (ii) voorschotfacturen voor het eerste semester van 2011 voor Telenet's basis en optionele digitale televisiepakketten. De eisen houden verband met (i) onmiddellijke injectie en (ii) overeenkomsten waarin alle rechten zijn inbegrepen. De eis van Sabam is gebaseerd op argumenten die grotendeels gelijkaardig zijn aan deze die verworpen werden door de Rechtbank van eerste aanleg te Mechelen op 12 april 2011. Tegelijkertijd startte Sabam een procedure in kortgeding

voor de voorzitter van de Rechtbank van koophandel te Antwerpen om provisionele betaling te verkrijgen van de betwiste vergoedingen en voorschotten op vergoedingen. Op 30 juni 2011 sprak de voorzitter van de rechtbank van koophandel te Antwerpen een gunstig vonnis uit in deze procedure. Sabam ging in beroep.

Telenet verwacht niet dat een ultieme oplossing van deze zaak een nadelig materieel effect zal hebben op de activiteiten of financiële situatie.

Geschil met een omroep

Telenet was verwikkeld in juridische procedures met SBS Belgium over de vergoedingen die aan haar betaald moesten worden voor de uitzending van de Belgische televisiekanalen VT4 en VijfTV sinds 2004. De procedure met SBS Belgium werd buiten de rechtbank geregeld nadat beide partijen het vonnis hadden geanalyseerd uitgebracht door de Rechtbank van koophandel te Mechelen op 3 november 2011. Als deel van dit akkoord werd een distributieovereenkomst voor drie jaar getekend tussen Telenet en SBS Belgium.

Geschil in verband met een leverancier van apparatuur

Op 31 november 2005 beëindigde Telenet de overeenkomst met M-Tec NV, een leverancier van netwerkapparatuur, voor de levering van versterkers voor gebruik in het ExpressNet upstream upgrade project, na aanhoudende problemen met de kwaliteit van de door M-Tec geleverde apparatuur. Los daarvan provisioneerde Telenet kosten als gevolg van de beslissing om bepaalde apparatuur die door M-Tec was geleverd in 2005 af te schrijven. Na de beëindiging van het contract met M-Tec spande M-Tec een procedure in tegen Telenet en eiste €1,6 miljoen voor onbetaalde facturen en €5,0 miljoen schadevergoeding voor onwettige beëindiging van de overeenkomst. Telenet diende op haar beurt een tegeneis in, waarin wordt gesteld dat het op rechtmatige wijze de overeenkomst heeft beëindigd tengevolge van de herhaaldelijke schendingen van de overeenkomst en waarin schadevergoeding wordt gevorderd voor een bedrag, te bepalen door expertise. Op 7 december 2005 kende de rechtbank van eerste aanleg M-Tec €287.356 toe, vermeerderd met intresten en kosten. Telenet heeft dit bedrag op een geblokkeerde rekening gestort. In een tweede procedure bij de rechtbank van eerste aanleg te Mechelen eist M-Tec nog eens €396.520 voor onbetaalde facturen, maar in

deze zaak is nog geen uitspraak gedaan. Een voormalige leverancier van M-Tec voor het ExpressNet-contract, Unitron NV, heeft eveneens een procedure aangespannen tegen Telenet, waarover nog geen uitspraak is gedaan. Unitron heeft een aanzienlijk aantal onbetaalde facturen gericht aan M-Tec voor de levering van ExpressNetapparatuur en wil deze rechtstreeks door Telenet laten betalen. Telenet ging in beroep tegen het vonnis van de rechtbank van eerste aanleg van 7 december 2005. Op 25 september 2006 zette het Hof van Beroep in Antwerpen het vorige vonnis, in het nadeel van Telenet, om in een vonnis in diens voordeel, op basis van schending van de rechten van de verdediging. De bedragen die Telenet al had betaald op de geblokkeerde rekening op basis van het eerste vonnis, werden terugbetaald. Het Hof van Beroep stelde twee juridische experts – één technische en één financiële - aan om de feiten in verband met deze zaak te onderzoeken. Ondertussen startte de technische expert zijn onderzoek. In een eerste fase werd er een inventaris opgesteld van alle geleverde producten. De tweede fase behandelt de acceptatietests en de criteria om te bepalen of de producten geschikt waren voor het doel waarvoor ze bestemd waren. De technische expert heeft evenwel zijn werkzaamheden gestopt omdat hij van mening was dat zijn mandaat van de Rechtbank onduidelijk was in verband met zijn objectieven. Op 14 november 2011 heeft het hof van Beroep van Antwerpen de omvang van het mandaat van de technische expert vastgesteld. Volgend op die verduidelijking door het hof van beroep, heeft de technische expert zijn activiteiten hervat. Nochtans heeft M-Tec op 20 januari 2012 aangekondigd dat zij een motie gaan indienen bij het hof van beroep om de technische expert te ontslaan. Als gevolg hiervan heet de expert zijn activiteiten stopgezet.

Ondertussen heeft M-Tec een aanvraag tot gerechtelijk akkoord ingediend op 17 februari 2006, wat haar een tijdelijk moratorium toekent t.o.v. haar schuldeisers. Hierop heeft Telenet een bewarend beslag laten leggen op de bankrekeningen van M-Tec. Dit werd succesvol bestreden door M-Tec in eerste aanleg, maar Telenet won deze zaak in beroep op 28 januari 2010 voor het Hof van beroep te Antwerpen. Bovendien betwistte Telenet succesvol de geldigheid van het reorganisatieplan dat de vorderingen van de schuldeisers van M-Tec herstructureert. Dit plan voorziet immers niet in enige betaling ten gunste van Telenet, hoewel het de vordering van Telenet wel opneemt voor een bedrag van €614.000.

Ingevolge de beslissing van het Hof van Cassatie op 4 maart 2010, dat de beslissing van het Hof van beroep te Antwerpen ten onrechte de beslissing van de rechtbank van eerste aanleg in 2006 heeft verbroken om het reorganisatieplan van M-Tec goed te keuren als onderdeel van de procedure van gerechtelijk akkoord, moet de zaak behandeld worden door een ander Hof van beroep.

Telenet verwacht niet dat een ultieme oplossing van deze zaak een nadelig materieel effect zal hebben op de activiteiten of financiële situatie.

5.26.2 Operationele leaseovereenkomsten

De Vennootschap huurt bedrijfsinstallaties, rollend materieel en uitrusting op basis van opzegbare en niet-opzegbare operationele leaseovereenkomsten. Onderstaande tabel toont de toekomstige verschuldigde bedragen uit hoofde van opzegbare en niet-opzegbare leaseovereenkomsten op 31 december 2011 en 2010.

(in duizend euro) 31 decem-
ber 2011
31 decem-
ber 2010
Op ten hoogste één jaar 22.630 21.363
Van één tot vijf jaar 21.561 25.403
Na vijf jaar 2.703 3.806
Totaal minimale toekomstige betalingen voor operationele
leaseovereenkomsten
46.894 50.572
Kosten uit hoofde van operationele leaseovereenkomsten opgenomen
in de staat van het totaalresultaat
29.166 28.015

De operationele leaseovereenkomsten van de Vennootschap op 31 december 2011 en 31 december 2010 bevatten geen voorwaardelijke leasebetalingen.

5.27 VERBONDEN PARTIJEN

Tot de verbonden partijen van de Vennootschap behoren hoofdzakelijk zijn aandeelhouders die een aanzienlijke invloed kunnen uitoefenen. Zowel voor 2011 als voor 2010 betreft dit het Liberty Global Consortium.

Transacties met verbonden partijen omvatten tevens transacties met Pebble Media NV.

Onderstaande tabellen geven een overzicht van belangrijke verhoudingen en transacties met verbonden partijen:

31 december

2010

5.27.1 Balans

31 december
2010
Handelsvorderingen
527
776
Handelsschulden
219
73
5.27.2 Staat van het totaalresultaat
(in duizend euro) 31 december
2011
Bedrijfsresultaat
Opbrengsten 1.382 1.135
Bedrijfskosten (1.736) (1.165)
Andere bedrijfsopbrengsten - 22

5.27.3 Vergoedingen van management op sleutelposities

In het kader van deze toelichting wordt "management op sleutelposities" gedefinieerd als personeel betrokken bij de strategische oriëntatie van de Vennootschap.

Voor het jaar afgesloten op 31 december (in duizend euro) 2011 2010 Bezoldigingen en andere personeelsvoordelen op korte termijn 5.117 4.952 Vergoedingen na uitdiensttreding 208 178 Op aandelen gebaseerde vergoedingen 6.995 5.954 12.321 11.084

5.28 DOCHTERVENNOOTSCHAPPEN

5.28.1 Dochtervennootschappen

De gegevens van de Vennootschap en haar dochtervennootschappen op 31 december 2011 zijn als volgt:

Vennootschap Onderne
mingsnr
Adres % in
bezit
Consolidatie
methode
Telenet Group Holding NV 0477.702.333 Liersesteenweg 4, 2800
Mechelen, België
- Moeder
maatschappij
Telenet NV 0473.416.418 Liersesteenweg 4, 2800
Mechelen, België
100% Integraal ge
consolideerd
Telenet Vlaanderen NV 0458.840.088 Liersesteenweg 4, 2800
Mechelen, België
100% Integraal ge
consolideerd
T-VGAS NV 0808.321.289 Liersesteenweg 4, 2800
Mechelen, België
100% Integraal ge
consolideerd
Telenet Mobile NV 0813.219.195 Zandvoortstraat 5, 2800
Mechelen, België
100% Integraal ge
consolideerd
C-CURE NV 0463.997.817 Schaliënhoevedreef 20 H, 2800
Mechelen, België
100% Integraal ge
consolideerd
TELENET TECTEO BIDCO NV 0835.821.779 Liersesteenweg 4, 2800
Mechelen, België
74.99% Integraal ge
consolideerd
Telenet Service Center NV 0842.132.719 Liersesteenweg 4, 2800
Mechelen, België
100% Integraal ge
consolideerd
Telenet Solutions Luxembourg
S.A.
1999 22 34426 2 rue Peternelchen, L-2370
Howald, Luxembourg
100% Integraal ge
consolideerd
Telenet International Finance
S.à r.l.
2010 24 40480 2 rue Peternelchen, L-2370
Howald, Luxembourg
100% Integraal ge
consolideerd
Telenet Luxembourg Finance
Center S.à r.l.
2010 24 40464 2 rue Peternelchen, L-2370
Howald, Luxembourg
100% Integraal ge
consolideerd
Finance Center Telenet S.à r.l. 2 rue Peternelchen, L-2370
Howald, Luxembourg
100% Integraal ge
consolideerd

5.28.2 Overige geconsolideerde bedrijven

Vennootschap Ondernemingsnr Adres % in
bezit
Consolidatie
methode
Telenet Finance Luxembourg
S.C.A. (1)
RCS B.155.894 65 Boulevard Grande-Duchesse
Charlotte, L-1331 Luxembourg,
Luxembourg
0% Integraal ge
consolideerd
Telenet Finance Luxembourg
II S.A. (2)
RCS B.156.414 65 Boulevard Grande-Duchesse
Charlotte, L-1331 Luxembourg,
Luxembourg
0% Integraal ge
consolideerd
Telenet Finance III
Luxembourg S.C.A. (3)
RCS B.158.666 65 Boulevard Grande-Duchesse
Charlotte, L-1331 Luxembourg,
Luxembourg
0% Integraal ge
consolideerd
Telenet Finance IV
Luxembourg S.C.A. (4)
RCS B.161.083 65 Boulevard Grande-Duchesse
Charlotte, L-1331 Luxembourg,
Luxembourg
0% Integraal ge
consolideerd
Telenet Finance V
Luxembourg S.C.A. (5)
RCS B.164.890 65 Boulevard Grande-Duchesse
Charlotte, L-1331 Luxembourg,
Luxembourg
0% Integraal ge
consolideerd

(1) Telenet Finance Luxembourg S.C.A. werd opgericht op 28 september 2010 als een special purpose financieringsvennootschap met als voornaamste doel de uitgifte van een High Yield Obligatie. Deze vennootschap werd opgericht op vraag van de Telenet Groep, naar Luxemburgs recht, en wordt 99,99% gehouden door een Nederlandse stichting, genaamd Stichting Telenet Finance Luxembourg en 0,01% door Telenet Finance Luxembourg S.à.r.l., een 100% dochtervennootschap van dezelfde Stichting. De Indenture verbiedt de Uitgever andere activiteiten aan te gaan dan enkele zeer gelimiteerde toegelaten activiteiten. De opzet van de SPE voor de uitgifte van de High Yield Obligatie is uitgetekend om op een vooraf bepaalde wijze te werken, zodanig dat geen enkele entiteit expliciete beslissingsmacht heeft over de activiteiten van de SPE na de oprichting (d.i. deze werkt op 'autopilot'). Nagenoeg alle rechten, verplichtingen en aspecten van activiteiten die te controleren zijn, zijn op voorhand vastgelegd en beperkt door contractuele bepalingen, gedefinieerd en vastgelegd bij de oprichting. In combinatie met andere sterke indicatoren van controle over de SPE, is besloten dat Telenet Group Holding de SPE moet consolideren, die werd gecreëerd om de High Yield Obligatie uit te geven.

(2) Telenet Finance Luxembourg II S.A. werd opgericht op 28 oktober 2010 als een special purpose financieringsvennootschap met als voornaamste doel de uitgifte van een Private Placement Obligatie. Deze vennootschap werd opgericht op vraag van de Telenet Groep, naar Luxemburgs recht, en wordt 100,00% gehouden door een Nederlandse stichting, genaamd Stichting Telenet Finance Luxembourg II. De Trust Overeenkomst verbiedt de Uitgever andere activiteiten aan te gaan dan enkele zeer gelimiteerde toegelaten activiteiten. De opzet van de SPE voor de uitgifte van de Private Placement Obligatie is uitgetekend om op een vooraf bepaalde wijze te werken, zodanig dat geen enkele entiteit expliciete beslissingsmacht heeft over de activiteiten van de SPE na de oprichting (d.i. deze werkt op 'autopilot'). Nagenoeg alle rechten, verplichtingen en aspecten van activiteiten die te controleren zijn, zijn op voorhand vastgelegd en beperkt door contractuele bepalingen, gedefinieerd en vastgelegd bij de oprichting. In combinatie met andere sterke indicatoren van controle over de SPE, is besloten dat Telenet Group Holding de SPE moet consolideren, die werd gecreëerd om de Private Placement Obligatie uit te geven.

(3) Telenet Finance III Luxembourg S.C.A. werd opgericht op 28 januari 2011 als een special purpose financieringsvennootschap met als voornaamste doel de uitgifte van een High Yield Obligatie. Deze vennootschap werd opgericht op vraag van de Telenet Groep, naar Luxemburgs recht, en wordt 99,99% gehouden door een Nederlandse stichting, genaamd Stichting Telenet Finance III Luxembourg en 0,01% door Telenet Finance III S.à.r.l., een 100% dochtervennootschap van dezelfde Stichting. De Indenture verbiedt de Uitgever andere activiteiten aan te gaan dan enkele zeer gelimiteerde toegelaten activiteiten. De opzet van de SPE voor de uitgifte van de High Yield Obligatie is uitgetekend om op een vooraf bepaalde wijze te werken, zodanig dat geen enkele entiteit expliciete beslissingsmacht heeft over de activiteiten van de SPE na de oprichting (d.i. deze werkt op 'autopilot'). Nagenoeg alle rechten, verplichtingen en aspecten van activiteiten die te controleren zijn, zijn op voorhand vastgelegd en beperkt door contractuele bepalingen, gedefinieerd en vastgelegd bij de oprichting. In combinatie met andere sterke indicatoren van controle over de SPE, is besloten dat Telenet Group Holding de SPE moet consolideren, die werd gecreëerd om de High Yield Obligatie uit te geven.

(4) Telenet Finance IV Luxembourg S.C.A. werd opgericht op 23 mei 2011 als een special purpose financieringsvennootschap met als voornaamste doel de uitgifte van een High Yield Obligatie. Deze vennootschap werd opgericht op vraag van de Telenet Groep, naar Luxemburgs recht, en wordt 99,99% gehouden door een Nederlandse stichting, genaamd Stichting Telenet Finance IV Luxembourg en 0,01% door Telenet Finance IV S.à.r.l., een 100% dochtervennootschap van dezelfde Stichting. De Indenture verbiedt de Uitgever andere activiteiten aan te gaan dan enkele zeer gelimiteerde toegelaten activiteiten. De opzet van de SPE voor de uitgifte van de High Yield Obligatie is uitgetekend om op een vooraf bepaalde wijze te werken, zodanig dat geen enkele entiteit expliciete beslissingsmacht heeft over de activiteiten van de SPE na de oprichting (d.i. deze werkt op 'autopilot'). Nagenoeg alle rechten, verplichtingen en aspecten van activiteiten die te controleren zijn, zijn op voorhand vastgelegd en beperkt door contractuele bepalingen, gedefinieerd en vastgelegd bij de oprichting. In combinatie met andere sterke indicatoren van controle over de SPE, is besloten dat Telenet Group Holding de SPE moet consolideren, die werd gecreëerd om de High Yield Obligatie uit te geven.

(5) Telenet Finance V Luxembourg S.C.A. werd opgericht op 16 november 2011 als een special purpose financieringsvennootschap met als voornaamste doel de uitgifte van een High Yield Obligatie. Deze vennootschap werd opgericht op vraag van de Telenet Groep, naar Luxemburgs recht, en wordt 99,99% gehouden door een Nederlandse stichting, genaamd Stichting Telenet Finance V Luxembourg en 0,01% door Telenet Finance V S.à.r.l., een 100% dochtervennootschap van dezelfde Stichting. De opzet van de SPE voor de uitgifte van de High Yield Obligatie is uitgetekend om op een vooraf bepaalde wijze te werken, zodanig dat geen enkele entiteit expliciete beslissingsmacht heeft over de activiteiten van de SPE na de oprichting (d.i. deze werkt op 'autopilot'). Nagenoeg alle rechten, verplichtingen en aspecten van activiteiten die te controleren zijn, zijn op voorhand vastgelegd en beperkt door contractuele bepalingen, gedefinieerd en vastgelegd bij de oprichting. In combinatie met andere sterke indicatoren van controle over de SPE, is besloten dat Telenet Group Holding de SPE moet consolideren, die werd gecreëerd om de High Yield Obligatie uit te geven.

5.29 GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM

BTW-verhoging op bepaalde digitale diensten van 12% naar 21%

Op het einde van 2011 besliste de nieuwe Belgische federale regering in het kader van haar begrotingsopmaak om het BTW-tarief op bepaalde digitale diensten te verhogen. In 2005, toen digitale televisie in België gelanceerd werd, besliste de Belgische federale regering om het BTW-tarief op digitale televisieabonnementen te verlagen van het standaardtarief van 21% naar 12%, met eenzelfde BTWtarief voor betaaltelevisiediensten. Vanaf 1 januari 2012 werd het BTW-tarief voor digitale televisieabonnementen en betaaltelevisie geharmoniseerd op een BTW-tarief van 21%. Telenet heeft begin 2012 de aanrekeningen aan zijn klanten aangepast als gevolg van het verhoogde BTW-tarief.

Schulduitgifte van €175 miljoen onder de senior kredietfaciliteit

Op 8 februari 2012 kondigde Telenet een nieuwe schuldemissie van €175 miljoen aan, op een geconsolideerde basis. In dit verband heeft Telenet International Finance S.à r.l., een dochteronderneming van Telenet Group Holding NV en die optreedt als de financieringsmaatschappij van de Groep, een nieuwe Termijnlening ("Faciliteit T") uitgegeven onder zijn bestaande kredietfaciliteit. Deze Termijnlening zal op 31 december 2018 vervallen en draagt een vlottende rentemarge van 3,50% bovenop de Euribor-rente. Telenet zal de netto-opbrengsten van deze nieuwe schulduitgifte gebruiken voor de algemene bedrijfsdoeleinden van de Telenet Groep, met inbegrip van mogelijke uitkeringen aan Telenets directe en indirecte aandeelhouders of overnames.

Voorstel tot dividendbetaling en kapitaalvermindering

Op 16 februari 2012 kondigde Telenet aan dat de raad van bestuur aan de algemene aandeelhoudersvergadering zal voorstellen om (i) een dividend goed te keuren van €1,00 per aandeel en (ii) een kapitaalvermindering goed te keuren van €3,25 per aandeel.

5.30 ExTERNE CONTROLE

(alle bedragen in euro)

De algemene vergadering van aandeelhouders van 27 april 2011 heeft KPMG Bedrijfsrevisoren CVBA ("KPMG"), vertegenwoordigd door Jos Briers en Götwin Jackers, benoemd als commissaris van de Vennootschap voor een periode van drie jaar.

De honoraria met betrekking tot de controle van de (geconsolideerde) jaarrekening van Telenet Group Holding NV en haar Belgische dochterondernemingen worden goedgekeurd door de algemene vergadering van aandeelhouders, na controle en goedkeuring door het audit comité en het bestuursorgaan.

De totale honoraria van KPMG Bedrijfsrevisoren met betrekking tot boekjaar 2011 bedroegen EUR 649.190 (2010: EUR 711.370), samengesteld uit enerzijds honoraria voor de uitoefening van het commissarismandaat ten bedrage van EUR 536.950 (2010: EUR 521.650) en anderzijds honoraria voor uitzonderlijke of bijzondere opdrachten uitgevoerd voor de groep ten bedrage van EUR 112.240 (2010: EUR 189.720). Deze laatst vermelde opdrachten hadden voornamelijk betrekking op professionele diensten verleend in het kader van diverse uitgiftes van obligaties, andere controleopdrachten voorzien door het Wetboek van Vennootschappen alsook diverse ad hoc attestatieverslagen.

De totale honoraria met betrekking tot prestaties geleverd tijdens boekjaar 2011 door andere kantoren van het KPMG netwerk bedroegen EUR 81.335 (2010: EUR 62.197), samengesteld uit enerzijds honoraria voor de uitoefening van het commissarismandaat ten bedrage van EUR 50.000 (2010: EUR 20.000) en anderzijds honoraria voor uitzonderlijke of bijzondere opdrachten uitgevoerd voor de groep ten bedrage van EUR 31.335 (2010: EUR 42.197). Deze laatst vermelde opdrachten hadden voornamelijk betrekking op professionele diensten verleend in het kader van diverse uitgiftes van obligaties.

Verslag van de commissaris

Verslag van de commissaris aan de Algemene Vergadering der Aandeelhouders van Telenet Group Holding NV over de geconsolideerde jaarrekening over het boekjaar afgesloten op 31 december 2011

Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen, brengen wij u verslag uit in het kader van ons mandaat van commissaris. Dit verslag omvat ons oordeel over het getrouw beeld van de geconsolideerde jaarrekening evenals de vereiste bijkomende vermelding en inlichting.

Verklaring over de geconsolideerde jaarrekening zonder voorbehoud

Wij hebben de controle uitgevoerd van de geconsolideerde jaarrekening van Telenet Group Holding NV ("de vennootschap") en haar dochterondernemingen (samen "de groep") opgesteld in overeenstemming met International Financial Reporting Standards (IFRS), zoals aanvaard binnen de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften. Deze geconsolideerde jaarrekening omvat de geconsolideerde balans op 31 december 2011, de geconsolideerde staat van het totaalresultaat, de geconsolideerde staat van het eigen vermogen en het geconsolideerde kasstroomoverzicht voor het boekjaar afgesloten op die datum, evenals een toelichting die een overzicht van de voornaamste gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en overige informatieverschaffing bevat. Het geconsolideerde balanstotaal bedraagt EUR'000 3.541.734 en de geconsolideerde staat van het totaalresultaat toont een winst van het boekjaar van EUR'000 16.823.

Verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan voor de geconsolideerde jaarrekening

Het bestuursorgaan van de vennootschap is verantwoordelijk voor het opstellen en de getrouwe weergave van de geconsolideerde jaarrekening in overeenstemming met International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals aanvaard binnen de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften evenals voor een interne controle als het bestuursorgaan dit noodzakelijk acht om het opstellen van een geconsolideerde jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang, als gevolg van fraude of fouten.

Verantwoordelijkheid van de commissaris

Onze verantwoordelijkheid is een oordeel over deze geconsolideerde jaarrekening tot uitdrukking te

brengen op basis van onze controle. Wij hebben onze controle uitgevoerd overeenkomstig de International Standards on Auditing, de wettelijke bepalingen en volgens de in België geldende controlenormen, zoals uitgevaardigd door het Instituut van de Bedrijfsrevisoren. Deze normen vereisen dat wij voldoen aan ethische vereisten en dat wij onze controle zo plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de geconsolideerde jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.

Een controle bestaat uit het uitvoeren van controlewerkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen bedragen en toelichtingen. De geselecteerde controlewerkzaamheden zijn afhankelijk van onze beoordeling welke een inschatting omvat van de risico's dat de geconsolideerde jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschatting houden wij rekening met de interne controle van de groep die relevant is voor het opstellen en de getrouwe weergave van de geconsolideerde jaarrekening ten einde in de gegeven omstandigheden de gepaste controlewerkzaamheden te bepalen, maar niet om een oordeel over de doeltreffendheid van de interne controle van de groep tot uitdrukking te brengen. Een controle omvat tevens een beoordeling van de gegrondheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de boekhoudkundige ramingen gemaakt door het bestuursorgaan, alsook van de voorstelling van de geconsolideerde jaarrekening als geheel. Ten slotte, hebben wij van het bestuursorgaan en van de verantwoordelijken van de vennootschap de voor onze controlewerkzaamheden vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen.

Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie een redelijke basis vormt voor het uitbrengen van ons oordeel.

Oordeel

Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening afgesloten op 31 december 2011 een getrouw beeld van het vermogen, de geconsolideerde financiële toestand van de groep evenals van haar geconsolideerde resultaten en geconsolideerde kasstromen voor het boekjaar eindigend op die datum, in overeenstemming met International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals aanvaard binnen de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en bestuursrechterlijke voorschriften.

Bijkomende vermelding en inlichting

Het opstellen en de inhoud van het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening vallen onder de verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan.

Het is onze verantwoordelijkheid om in ons verslag de volgende bijkomende vermelding en inlichting op te nemen die niet van aard zijn om de draagwijdte van onze verklaring over de geconsolideerde jaarrekening te wijzigen:

  • d Het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening behandelt de door de wet vereiste inlichtingen en stemt overeen met de geconsolideerde jaarrekening. Wij kunnen ons echter niet uitspreken over de beschrijving van de voornaamste risico's en onzekerheden waarmee de groep wordt geconfronteerd, alsook van haar positie, haar voorzienbare evolutie of de aanmerkelijke invloed van bepaalde feiten op haar toekomstige ontwikkeling. Wij kunnen evenwel bevestigen dat de verstrekte gegevens geen onmiskenbare inconsistenties vertonen met de informatie waarover wij beschikken in het kader van ons mandaat.
  • d Zoals vermeld in de toelichting 5.2.19 bij de geconsolideerde jaarrekening zijn de grondslagen voor financiële verslaggeving, die zijn toegepast bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening, gewijzigd tegenover het voorgaande boekjaar.

d Zoals vermeld in de toelichting 5.1.5 bij de geconsolideerde jaarrekening, heeft het bestuursorgaan van de vennootschap de stand van het geconsolideerd eigen vermogen van de groep op 31 december 2011 overwogen, en heeft het bestuursorgaan de toepassing van de waarderingsregels in de veronderstelling van continuïteit verantwoord.

Brussel, 20 maart 2012

KPMG Bedrijfsrevisoren

Commissaris

vertegenwoordigd door

Jos Briers Götwin Jackers

Bedrijfsrevisor Bedrijfsrevisor

Verkort jaarverslag van de raad van bestuur aan de algemene vergadering van aandeelhouders

Dit hoofdstuk bevat een verkorte versie van de statutaire enkelvoudige jaarrekening en het jaarverslag van Telenet Group Holding NV (TGH).

De commissaris heeft een verklaring zonder voorbehoud afgeleverd over de statutaire enkelvoudige jaarrekening van Telenet Group Holding voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2011. Het tweede deel van het rapport van de commissaris omvat naast de bijkomende bepalingen gelijklopend met deze opgenomen in het rapport van de commissaris over de geconsolideerde jaarrekening ook een aantal specifieke bepalingen in verband met procedures in naleving van artikel 523 van het Wetboek van Vennootschappen (belangenconflicten gemeld door leden van de raad van bestuur).

De integrale versie van de jaarrekening en het jaarverslag zullen neergelegd worden bij de Nationale Bank en zijn verder beschikbaar op de website van de vennootschap (http://investors.telenet.be).

1 Verkorte niet-geconsolideerde balans

(in duizend euro) 31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
Activa
Vaste activa:
Financiële vaste activa 2.360.543 2.564.580
Totaal vaste activa 2.360.543 2.564.580
Vlottende activa:
Vorderingen op ten hoogste een jaar - 305.846
Geldbeleggingen 5.763 7.423
Liquide middelen 2.129 193
Overlopende rekeningen 138 138
Totaal vlottende activa 8.030 313.600
Totaal activa 2.368.573 2.878.180
(in duizend euro) 31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
Eigen vermogen en verplichtingen
Eigen vermogen:
Kapitaal 294.190 797.350
Uitgiftepremies 79.326 65.814
Reserves 70.782 64.935
Overgedragen winst 1.074.258 1.231.110
Totaal eigen vermogen 1.518.556 2.159.209
Verplichtingen
Schulden op meer dan een jaar 218.950 478.301
Schulden op ten hoogste een jaar 631.067 240.670
Totaal verplichtingen 850.017 718.971
Totaal eigen vermogen en verplichtingen 2.368.573 2.878.180

2 Verkorte niet-geconsolideerde resultatenrekening

December 31,
(in duizend euro) 2011 2010
Bedrijfskosten (899) (396)
Bedrijfsresultaat (899) (396)
Financieel resultaat (37.002) (42.602)
Uitzonderlijk resultaat - 1.455.285
Te bestemmen winst (verlies) van het boekjaar (37.901) 1.412.287

3 Staat van het kapitaal

For the years ended

2011 2010

(in duizend euro)

(aantal aandelen)

Geplaatst kapitaal
1 January 2011 797.349 112.428.040
12/04/11 kapitaalverhoging door omzetting winstbewijzen B 205 36.709
12/04/11 kapitaalverhoging door uitoefening warrants 2007 2.118 298.629
12/04/11 kapitaalverhoging door uitoefening warrants 2010 500 70.498
27/04/11 Kapitaalverhoging door aandelenplan werknemers 2011 2.420 341.168
27/04/11 kapitaalvermindering (509.288) -
12/10/11 kapitaalverhoging door uitoefening warrants 2007 522 201.457
12/10/11 kapitaalverhoging door uitoefening warrants 2010 155 59.909
22/12/11 kapitaalverhoging door uitoefening warrants 2007 150 57.754
22/12/11 kapitaalverhoging door uitoefening warrants 2010 59 22.693
31 December 2011 294.190 113.516.857
Samenstelling van het kapitaal
Dispreferentiële aandelen 246 94.843
Gouden aandelen - 30
Gewone aandelen zonder vermelding van nominale waarde 293.944 113.421.984

4 Samenvatting van de belangrijkste waarderingsregels

4.1 ALGEMENE WAARDERINGSREGELS

De waarderingsregels werden vastgesteld overeenkomstig de bepalingen van hoofdstuk II van het Koninklijk Besluit van 30 januari 2001 met betrekking tot de jaarrekening van ondernemingen.

Elk bestanddeel van het vermogen wordt afzonderlijk gewaardeerd. De afschrijvingen werden tot 2001 berekend op jaarbasis en vanaf 2002 op maandbasis. Als algemene regel geldt dat elk actief bestanddeel wordt gewaardeerd tegen aanschaffingswaarde en voor dat bedrag in de balans wordt opgenomen, onder aftrek van de desbetreffende afschrijvingen en waardeverminderingen. Evenwel worden de vorderingen in principe gewaardeerd tegen hun nominale waarde.

4.2 VERKORTE BIJZONDERE REGELS

4.2.1 Kosten van oprichting en kapitaalverhoging

Deze kosten worden geboekt tegen aanschaffingswaarde en worden over 4 jaar lineair afgeschreven. Kosten van oprichting en kapitaalverhoging in vreemde valuta worden behouden aan historische koers. Deze waarde wordt gebruikt voor de berekening van afschrijvingen en waardeverminderingen.

De geactiveerde uitgiftekosten met betrekking tot de Senior Notes worden gespreid over de looptijd van de lening en in resultaat genomen naar rato van het maandelijkse interestbedrag. Vanaf 2011 worden uitgiftekosten onmiddellijk ten laste van het resultaat genomen.

4.2.2 Financiële activa

Investeringen worden geboekt aan aanschaffingswaarde. Voor de deelnemingen en de aandelen die in de rubriek "Financiële vaste activa" zijn opgenomen wordt tot waardevermindering overgegaan in geval van duurzame minderwaarde of ontwaarding, verantwoord door de toestand, de rentabiliteit of de vooruitzichten van de vennootschap waarin de deelnemingen of de aandelen worden aangehouden.

4.2.3 Vorderingen op ten hoogste een jaar

Vorderingen worden in de balans opgenomen tegen de nominale waarde. Er wordt een gepaste waardevermindering toegepast indien de betaling op de vervaldag geheel of gedeeltelijk onzeker is, of wanneer de realisatiewaarde op de datum van de jaarafsluiting lager is dan hun boekwaarde.

Vorderingen in vreemde valuta worden omgerekend aan de officiële koers in voege op datum van de boeking van de factuur. Op het einde van het boekjaar worden ze omgerekend aan de officiële koers op balansdatum.

4.2.4 Geldbeleggingen en liquide middelen

Tegoeden bij financiële instellingen worden gewaardeerd aan nominale waarde.

Effecten worden gewaardeerd aan aanschaffingswaarde. Liquide middelen worden geboekt tegen hun nominale waarde.

De bijkomende kosten worden onmiddellijk ten laste van het resultaat geboekt. Er worden waardeverminderingen geboekt indien de realisatiewaarde op balansdatum lager is dan het voordien geboekte bedrag.

4.2.5 Schulden op meer dan een jaar en op ten hoogste een jaar

De schulden worden in de balans opgenomen voor hun nominale waarde. De handelsschulden in vreemde valuta worden omgerekend tegen de koers op de dag van de boeking van de inkomende factuur. Op het einde van het boekjaar worden ze herberekend aan de officiële koers op balansdatum.

4.2.6 Over te dragen kosten met betrekking tot lange termijn financiering

De financieringskosten, met inbegrip van premies betaalbaar bij aanzuivering of vroegtijdige aflossing evenals rechtstreekse uitgiftekosten, worden erkend in de winst- en verliesrekening aan de hand van de effectieve interestmethode. Met ingang vanaf 2011 worden kosten bij uitgifte van nieuwe leningen en andere schuldinstrumenten onmiddellijk ten laste van het resultaat genomen.

4.2.7 Resultatenrekening

Kosten en opbrengsten worden toegerekend op de periode waarop ze betrekking hebben.

5 15 Verkort jaarverslag over de statutaire niet-geconsolideerde jaarrekening

5.1 BESPREKING VAN DE BALANS

5.1.1 Financiële vaste activa

De deelnemingen in verbonden ondernemingen bedroegen €2.360,5 miljoen (2010: €2.564,6 miljoen) en bestonden uit:

(in euro) 31 decem-
ber 2011
31 decem-
ber 2010
Deelnemingen in verbonden ondernemingen
Telenet NV 2.360.231.563 2.564.330.184
Telenet Vlaanderen NV 249.438 249.438
Telenet Service Center NV 61.439 -
Telenet Mobile NV 62 62
T-VGAS NV 11 11
Telenet Tecteo Bidco NV 1 -
Hostbasket NV - 1
Deelnemingen in verbonden ondernemingen 2.360.542.512 2.564.579.696

De buitengewone algemene aandeelhoudersvergadering van Telenet NV van 28 juli 2011 keurde een kapitaalvermindering goed, waardoor €10,54 per aandeel of €299,1 miljoen in totaal werd terugbetaald aan de aandeelhouders. Op 20 december 2011 verhoogde Telenet NV zijn kapitaal met €95,0 miljoen door middel van een geldelijke inbreng van Telenet Group Holding NV in ruil voor de uitgifte van 7.738.090 nieuwe aandelen.

5.1.2 15.1.2 Vorderingen op ten hoogste één jaar

De vorderingen op ten hoogste één jaar bedroegen €305,8 miljoen op het einde van 2010 en bestonden voornamelijk uit de vordering die Telenet Group Holding NV hield op Telenet NV als gevolg van de kapitaalvermindering in december 2010 ten belope van €305,8 miljoen op het niveau van Telenet NV. Dit bedrag werd effectief ontvangen in april 2011.

5.1.3 Geldbeleggingen

De geldbeleggingen, zoals gerapporteerd op het einde van 2011, omvatten termijnrekeningen en deposito's op ten hoogste één jaar voor een bedrag van €5,8 miljoen in vergelijking met €7,4 miljoen per einde 2010. De samenstelling van deze geldbeleggingen kan als volgt worden samengevat:

(in euro) 31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
Geldbeleggingen
Eigen aandelen 5.763.121 -
Vastrentende effecten - 7.422.791
Geldbeleggingen 5.763.121 7.422.791

Op 9 augustus 2011 maakte de Vennootschap de start bekend van een aandeleninkoopprogramma. Onder dit programma mag Telenet Group Holding NV van tijd tot tijd eigen aandelen inkopen voor een maximum van 1.000.000 aandelen binnen een periode van negen maanden. Alle ingekochte aandelen zullen door de Vennootschap aangehouden worden om zijn verplichtingen na te komen onder bestaande aandelenoptieplannen. Zolang deze aandelen worden aangehouden door de Vennootschap, zullen deze geen recht geven op de uitkering van dividenden.

Telenet heeft een tussenpersoon gemachtigd om Telenetaandelen in te kopen voor rekening van de Vennootschap. Deze tussenpersoon is een discretionair optredende vermogensbeheerder, die zelfstandig beslist over het tijdstip, aanbod en aantal in te kopen aandelen.

5.1.4 Kapitaal

De mutaties in het kapitaal in 2011 kunnen als volgt worden samengevat:

(in euro)

12/04/2011 kapitaalverhoging door omzetting winstbewijzen B 205.203,31
12/04/2011 kapitaalverhoging door uitoefening warrants 2007 2.117.906,73
12/04/2011 kapitaalverhoging door uitoefening warrants 2010 499.978,87
27/04/2011 kapitaalverhoging door aandelenplan werknemers
2011
2.419.426,99
27/04/2011 kapitaalvermindering (509.287.698,00)
12/10/2011 kapitaalverhoging door uitoefening warrants 2007 522.095,96
12/10/2011 kapitaalverhoging door uitoefening warrants 2010 155.260,16
22/12/2011 kapitaalverhoging door uitoefening warrants 2007 149.675,27
22/12/2011 kapitaalverhoging door uitoefening warrants 2010 58.811,18
(503.159.339,53)

5.1.5 Uitgiftepremies

Naar aanleiding van de uitoefening in 2011 van warranten toegekend onder het Warrantenplan 2007 bis, ter, quater, sexies en septies en onder het Warrantenplan 2010 primo en bis, alsook de ontvangen bedragen uit het aandelenaankoopprogramma voor werknemers, werd een bedrag van €13,5 miljoen ontvangen als zijnde uitgiftepremie. Hierdoor beloopt het uitstaande saldo aan uitgiftepremies per einde 2011 €79,3 miljoen. verplichte toerekening aan de onbeschikbare reserve voor eigen aandelen zoals voorzien onder de Belgische vennootschapswetgeving. Deze laatste schrijft immers voor dat een bedrag gelijk aan de waarde waarvoor de verkregen aandelen in de balans werden ingeschreven dient toegewezen te worden aan voormelde specifieke reserve, hetzij in dit geval €5,7 miljoen.

De andere onbeschikbare reserves bedroegen €0,2 miljoen en hebben betrekking op het voorgestelde dividend toerekenbaar aan de eigen aandelen gehouden door de vennootschap.

5.1.6 Reserves

De totale reserves op jaareinde 2011 bedroegen €70,8 miljoen in vergelijking met €64,9 miljoen op 31 december 2010. Deze stijging is het gevolg van een wettelijk

Het totaal van de reserves kan als volgt worden gedetailleerd:

(in euro) 31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
Reserves
Wettelijke reserve 64.798.289 64.798.289
Onbeschikbare reserves
- voor eigen aandelen 5.763.121 -
- andere 220.352 -
Reserves 70.781.762 64.798.289

5.1.7 Schulden op meer dan één jaar

De schulden op meer dan één jaar kunnen als volgt samengevat worden:

(in euro) 31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
Schulden op meer dan één jaar
Telenet International Finance S.à r.l. 95.083.485 -
Telenet NV 123.866.023 478.300.510
Schulden op meer dan één jaar 218.949.508 478.300.510

De daling in de uitstaande schuld tegenover Telenet NV wordt in hoofdzaak verklaard door de ontvangen betaling in april 2011 van de kapitaalvermindering van Telenet NV van december 2010 (€305,8 miljoen) welke gebruikt werd om de bestaande intragroepslening door Telenet NV aan te zuiveren. De bedragen ontvangen in oktober 2011 (€299,1 miljoen) in het kader van Telenet NV's kapitaalvermindering van juli 2011, werden aangewend (i) om de intragroepslening op lange termijn vanwege Telenet NV gedeeltelijk aan te zuiveren ten bedrage van €81,5 miljoen, en (ii) om het uitstaande saldo van de lopende rekening met Telenet NV te verminderen met €217,7 miljoen. Rekening houdend met de maandelijkse intrestvoorzieningen beliep de

uitstaande schuld op meer dan één jaar tegenover Telenet NV per jaareinde 2011 €123,9 miljoen.

In december 2011 onderschreef Telenet Group Holding NV de kapitaalverhoging in Telenet NV ten bedrage van €95,0 miljoen. Dit bedrag werd geleend van Telenet International Finance S.à r.l. resulterend in een lange termijnschuld tegenover laatstvermelde.

5.1.8 Schulden op ten hoogste één jaar

De schulden op ten hoogste één jaar bedroegen €631,1 miljoen in vergelijking met €240,7 op jaareinde 2010.

(in euro) 31 decem
ber 2011
31 decem
ber 2010
Schulden op ten hoogste één jaar
Handelsschulden 200.000 221.054
Schulden m.b.t. belastingen, bezoldigingen en sociale lasten - 15.000
Overige schulden
- rekening courant Telenet NV 517.232.816 240.058.430
- andere 113.634.690 375.158
Schulden op ten hoogste één jaar 631.067.506 240.669.642

De stijging van de uitstaande schuld op de lopende rekening met Telenet NV vindt haar oorsprong in de bijkomende intragroep financiering van €509,5 miljoen vanwege laatstgenoemde met het oog op de financiering van de kapitaalvermindering van Telenet Group Holding NV in 2011. Aan de andere kant werden de in oktober 2011 ontvangen bedragen uit de kapitaalvermindering van juli 2011 van Telenet NV (€299,1 miljoen) aangewend ten belope van €217,7 miljoen tot aanzuivering van onderhavige rekening courant. De tevens op dat moment beschikbare liquiditeiten van Telenet Group Holding NV (€21,8 miljoen) werden eveneens gebruikt om de lopende rekening te reduceren. Rekening houdend met de maandelijkse intrestvoorzieningen beliep de uitstaande schuld op ten hoogste één jaar tegenover Telenet NV per jaareinde 2011 €517,2 miljoen.

De andere overige schulden ten belope van €114,0 miljoen (2010: €0,4 miljoen) bestonden voornamelijk uit het door de raad van bestuur voorgestelde dividend over het huidige boekjaar ad €113,3 miljoen. Dit bedrag omvat niet de dividendrechten gerelateerd aan de eigen aandelen gehouden door de vennootschap welke op een afzonderlijke onbeschikbare reserve werden geboekt (€0,2 miljoen). De overige €0,7 miljoen betreft het resterende uit te betalen bedrag naar aanleiding van de kapitaalvermindering van juli 2011 en in mindere mate van augustus 2010.

5.2 BESPREKING VAN DE RESULTA-TENREKENING

De resultatenrekening toont een verlies van €37.900.974,64 voor het boekjaar beëindigd op 31 december 2011 (tegenover een winst van €1.412.286.532,36 in 2010). Het netto bedrijfsverlies van het jaar bedraagt €898.889,24 (2010: €395.678,98 verlies).

De financiële kosten bedroegen €37,1 miljoen en bestonden nagenoeg integraal uit interesten verschuldigd aan Telenet NV (€37,0 miljoen) en interesten verschuldigd aan Telenet International Finance S.à r.l. (€0,1 miljoen). Vorig jaar bedroegen de interestlasten €42,6 miljoen bestaande uit interesten verschuldigd aan Telenet Communications NV (€22,7 miljoen) en intresten verschuldigd aan Telenet NV (€19,8 miljoen).

De andere financiële kosten (€0,1 miljoen) bestaan hoofdzakelijk uit bankkosten en bleven nagenoeg stabiel in vergelijking met vorig jaar.

In 2010 realiseerde Telenet Group Holding NV een buitengewone winst van €1.455,3 miljoen als gevolg van de opname van de aandelen in Telenet BidCo NV die voorheen aangehouden werden door Telenet Communications NV en die door Telenet Group Holding NV overgenomen werden na de liquidatie van Telenet Communications NV.

Wij stellen de Algemene Vergadering voor om de overgedragen winst ten belope van €1.231.110.100,93 over te dragen en van de resterende te bestemmen winst ad €1.193.209.126,29 :

  • d en bedrag van €5.763.120,98 toe te kennen aan de onbeschikbare reserves voor eigen aandelen ;
  • d een dividend uit te keren ten belope van €113.187.865,00 waarvan ;
  • d een bedrag van €220.352,00 op de eigen aandelen gehouden door de vennootschap betrekking heeft en derhalve toe te kennen aan de andere onbeschikbare reserves ; en
  • d de resterende winst voor de periode ten belope van €1.073.929.148,31 over te dragen.

Aldus bedraagt de overgedragen winst per 31 december 2011 €1.074.258.140,31.

5.3 WERKZAAMHEDEN OMTRENT ONDERZOEK EN ONTWIKKELING

Wij verwijzen hiervoor naar het geconsolideerde jaarverslag van de raad van bestuur.

5.4 VOORNAAMSTE RISICO'S EN ONZEKERHEDEN

Wij verwijzen hiervoor naar het geconsolideerde jaarverslag van de raad van bestuur.

5.5 BELANGRIJKE GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM

Wij verwijzen hiervoor naar het geconsolideerde jaarverslag van de raad van bestuur.

5.6 CONTINUïTEIT VAN DE ONDERNEMING

De continuïteit van de Vennootschap is volledig afhankelijk van de Telenet groep.

De Telenet Groep heeft nog steeds substantieel (geconsolideerd) overgedragen verliezen staan op zijn (geconsolideerde) balans, maar slaagde erin solide marges en stijgende kasstromen uit zijn bedrijfsactiviteiten te realiseren. Dit is volledig in overeenstemming met het businessplan van de Vennootschap op lange termijn, dat voorziet in een continue ontwikkeling van de winstgevende activiteiten die op termijn deze overgedragen verliezen zullen absorberen. Door de sterke groei in het aantal klanten in residentiële producten, waaronder telefonie, internet en digitale televisie, en een verdere focus op kostencontrole en procesoptimalisaties slaagde de Vennootschap er dit jaar opnieuw in om zijn operationeel resultaat en marges sterk te laten groeien.

Per 31 december 2011 bedroeg Telenets totale schuld €2.960 miljoen, waarvan €1.230 miljoen verschuldigd is onder de senior kredietfaciliteit en €1.300 miljoen verband houdt met de vier obligaties die in 2010 en 2011 werden uitgegeven. De rest van de totale schuld omvatte (i) de verplichtingen uit hoofde van financiële leaseverplichtingen in verband met de overname van Interkabel; en (ii) het uitstaande deel van het mobiele 3G-spectrum. In 2011 heeft Telenet zijn schuldaflossingsprofiel verder verbeterd tegen aantrekkelijke marktvoorwaarden en is bijgevolg het risico bij toekomstige herfinancieringen afgenomen. Door de betaling van de aandeelhoudersvergoeding in juli 2011 steeg de hefboomratio van

de Vennootschap – berekend volgens de definitie in de senior kredietfaciliteit, door de totale nettoschuld, uitgezonderd achtergestelde aandeelhoudersleningen, geactiveerde elementen van de schulden onder de clientèle- en annuïteitenvergoedingen en alle andere financiële leases, te delen door de EBITDA op jaarbasis van de laatste twee kwartalen - tot 3,2x, in vergelijking met 2,8x per 31 december 2010.

Rekening houdend met de groeiende positieve Adjusted EBITDA-resultaten van het huidige jaar, verwacht de raad van bestuur dat de groep in staat is om voldoende financiële middelen te genereren om zijn activiteiten verder uit te bouwen en tegelijk aan zijn verplichtingen te voldoen. De raad van bestuur is aldus van mening dat de huidige waarderingsregels, zoals toegevoegd bij de jaarrekening en waarbij uitgegaan wordt van de continuïteit van de onderneming, correct en verantwoord zijn in de huidige omstandigheden.

5.7 BELANGENCONFLICTEN VAN BESTUURDERS

Wij verwijzen hiervoor naar het geconsolideerde jaarverslag van de raad van bestuur.

5.8 BIJKANTOREN VAN DE VENNOOTSCHAP

Telenet Group Holding NV heeft geen bijkantoren.

5.9 UITZONDERLIJKE WERKZAAMHE-DEN VAN DE COMMISSARIS

Wij verwijzen hiervoor naar de toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening van de raad van bestuur.

5.10 HET GEBRUIK VAN FINANCIëLE INSTRUMENTEN IN HET KADER VAN INDEKKING TEGEN RENTE- EN WISSEL-KOERSRISICO'S BIJ TELENET

Wij verwijzen hiervoor naar het geconsolideerde jaarverslag van de raad van bestuur.

5.11 KWIJTING AAN DE BESTUURDERS EN AAN DE COMMISSARIS

Ingevolge de wet en de statuten, zullen de aandeelhouders op de algemene vergadering van aandeelhouders op 25 april 2012 verzocht worden aan de bestuurders en de commissaris kwijting te verlenen voor het in het boekjaar 2011 door hen uitgeoefend mandaat.

5.12 INFORMATIEVERPLICHTINGEN CONFORM ARTIKEL 34 VAN HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 14 NOVEMBER 2007 EN DE WET VAN 6 APRIL 2010

Wij verwijzen hiervoor naar het geconsolideerde jaarverslag van de raad van bestuur.

Dit verslag zal worden neergelegd overeenkomstig de wettelijke bepalingen terzake en ligt ter inzage op de zetel van de Vennootschap.

Mechelen, 20 maart 2012

Voor de raad van bestuur,

Duco Sickinghe Frank Donck

Gedelegeerd Bestuurder Voorzitter

1. Woordenlijst

Uitdrukking Verklaring
"3DTV" Driedimensionale hogedefinitietelevisie.
"3G" Mobiele communicatiestandaard van de derde generatie, door de industrie
aangeduid als IMT-2000. 3G biedt een hogere datasnelheid dan de 14,4 Kbps
van de GSM technologie.
"4G" Mobiele communicatiestandaard van de vierde generatie, waarvan verwacht
wordt dat het, eens volledig geïmplementeerd, hogere datasnelheden zal
toelaten dan 3G, gecombineerd met bijkomende netwerktoepassingen.
"Aansluitbare huizen" Telenets schatting van het aantal residentiële, SoHo- en SME-abonnees aan wie
het zijn diensten zou kunnen aanbieden.
"ADSL" Asymmetrical DSL; een technologie die toegang verschaft tot het internet en
waarmee gelijktijdig spraak- en dataverkeer kan worden verzonden over de
lokale koperen telefoonlijn.
"Afzetgebied" De zones waarbinnen Telenet actief is, bestaande uit Vlaanderen met inbegrip
van de metropool Antwerpen, Gent en éénderde van Brussel.
"ARPU" Average Revenue Per User; de gemiddelde maandelijkse opbrengst per Revenue
Generating Unit ("RGU"), een maatstaf die Telenet hanteert om de groei van
zijn opbrengsten per dienst in kaart te brengen. Een huis, een meervoudige
verblijfplaats of een commercieel pand kunnen één of meerdere RGU's omvatten.
De ARPU is de som van de opbrengsten, gedeeld door het aantal RGUs.
"B2B" Business-to-business.
"Bandbreedte" De breedte van het communicatiekanaal, of m.a.w. het verschil tussen de hoogst
en laagst mogelijke frequenties die beschikbaar zijn voor netwerksignalen.
Bandbreedte verwijst ook naar de capaciteit om informatie door te geven.
"BIPT" Belgisch Instituut voor Postdiensten en Telecommunicatie, ondermeer federale
regulator voor de telecommunicatiesector.
"Breedband" Elk circuit waarmee data significant sneller kunnen worden verzonden dan met
de klassieke telefoonlijn.
"Bundel" Een combinatie van televisie-, internet- en telefonieproducten en diensten die
aangeboden worden door één bepaalde service provider.
"CAGR" Compound annual growth rate, Samengestelde jaarlijkse groei.
"CEO" Chief Executive Officer, Gedelegeerd Bestuurder.
"CLS" Customer Loyalty Score, resultaat in verband met klantentevredenheid.
"CODM" Chief operating decision maker, de belangrijkste operationele besluitvormende
functionaris van de Vennootschap. Deze term verwijst naar de Gedelegeerd
Bestuurder van de Vennootschap.
"COSO" Committee of Sponsoring Organizations of the Treadway Commission.
"CPE" Customer premise equipment; omvat een modem of settopbox met bijhorende
bekabeling en andere toebehoren zoals een 'NIU', wat alles samen moet toelaten
om de diensten voor de klanten bereikbaar te maken.
Uitdrukking Verklaring
"CRC" Verwijst naar de Conferentie van Regulatoren inzake elektronische
communicatie, een regelgevend orgaan bestaande uit het BIPT en de regionale
regulatoren.
"CSA" Conseil Supérieur de l'Audiovisuel, Waalse regulator voor de media.
"DSL" Digital Subscriber Line; DSL is een technologie die een snelle internetconnectie
mogelijk maakt via de klassieke telefoonlijn.
"DTT" Digitale terresteriële televisie.
"EPG" Elektronische programmagids.
"ESOP" Employee Stock Option Plan, aandelenoptieplan voor werknemers. De
Vennootschap heeft in 2007 en 2010 dergelijke optieplannen uitgegeven
(respectievelijk ESOP 2007 and ESOP 2010).
"ESPP 2011" Employee share purchase plan, aandelenaankoopprogramma voor werknemers.
De Vennootschap heeft in 2011 een aandelenaankoopprogramma voor
werknemers gelanceerd.
"EuroDocsis 3.0" Data over cable service interface specification; een technologie die via een
bestaand kabeltelevisiesysteem ook hogesnelheidsdatverkeer mogelijk maakt.
"Fibernet" Verwijst naar alle breedbandinternetproducten van Telenet die betrekking
hebben op de EuroDocsis 3.0 technologie. Fibernet werd voor het eerst
gelanceerd in februari 2010 en begin 2011 werd Fibernet op grotere schaal
gecommercialiseerd. Op heden biedt Telenet twee Fibernet-producten aan, met
downloadsnelheden van repsectievelijk 50 MBps en 100 Mbps.
"FreePhone" Verwijst naar Telenets forfaitair tariefplan voor vaste telefonie. FreePhone werd
gelanceerd in 2004 en laat Telenets klanten voor vaste telefonie onbeperkt
bellen naar andere vaste lijnen in België (later aangevuld met enkele Europese
en internationale bestemmingen) tijdens de daluren.
"FreePhone Mobile" Forfaitair tariefplan voor vaste telefonie, dat door Telenet gelanceerd werd
in november 2011. Met FreePhone Mobile kunnen Telenets klanten voor vaste
telefonie tijdens de daluren gratis bellen naar mobiele nummers van alle
netwerken in België.
"Full-MVNO" Full mobile virtual network operator; een operator die mobiele diensten aanbiedt
via eigen SIMkaarten, onder zijn eigen Mobile Network Code en met eigen
interconnectie-overeenkomsten, maar zonder eigen toegekende frequenties
binnen het radiospectrum.
"Gecombineerd Netwerk" De combinatie van het netwerk van Telenet met dat van de Zuivere
Intercommunales (het Partner Netwerk).
"HD" Hogedefinitie.
"HFC" Hybrid fiber-coaxial; verwijst naar een breedbandnetwerk dat optische glasvezel
combineert met coaxkabel.
Uitdrukking Verklaring
"Homespot" Homespots zijn een uitbreiding aan Telenets hotspotnetwerk, het draadloze
WiFi-netwerk dat reeds sinds 2003 bestaat. Dankzij het netwerk van draadloze
homespots kunnen de breedbandinternetklanten van Telenet gratis gebruik
maken van het internet bij hun vrienden of familie.
"Hotspot" Een hotspot is een plek waar draadloze internettoegang wordt aangeboden.
Hotspots maken doorgaans gebruik van de WiFi-technologie.
"ICoFR" Internal Control over Financial Reporting, interne controle over de financiële
verslaggeving.
"Interconnectie" Via interconnectie kunnen gebruikers van een telefonienetwerk met de
gebruikers van een ander telefonienetwerk communiceren. Om een abonnee van
een telefonienetwerk in staat te stellen een telefoongesprek te voeren met een
ontvanger op een ander netwerk, moet de netwerkaanbieder van de abonnee
een interconnectie aangaan met het netwerk van de ontvanger.
"iDTV" Interactieve digitale televisie.
"IPT V" IP-protocol digitale televisie.
"IND I" Het niet-interactief digitaal televisieplatform dat verworven werd door het
akkoord met de Zuivere Intercommunales.
"Internet" Een groep van verbonden netwerken die de gehele wereld omvat, met inbegrip
van universitaire, zakelijke, overheids- en onderzoeksnetwerken. Al deze
netwerken maken gebruik van het IP communicatieprotocol.
"IP" Internet Protocol.
"ISP" Internet Service Provider
"IT" Informatietechnologie; een algemene term die verwijst naar het gebruik van
verschillende software- en hardwarecomponenten binnen een bedrijf.
"Klantenrelaties" De klanten die minstens één dienst aangeboden krijgen die door de Telenet
Group Holding beschouwd wordt als een RGU, zonder rekening te houden op
welke of hoeveel diensten ze geabonneerd zijn.
"Klantenverloop" Het totale aantal RGUs dat tijdens een bepaalde periode afhaakte, gedeeld
door het gemiddelde aantal RGUs voor dezelfde periode; in de statistieken zijn
geen klanten opgenomen die verhuizen binnen de zone van het Gecombineerde
Netwerk en die ervoor opteren om van Telenet dezelfde diensten te ontvangen
die ze ook op hun vorige hoofdverblijfplaats kregen. In de statistieken zijn wél
de KMOs opgenomen die de diensten van Telenet ontvangen via een coax
verbinding.
"KMO" Kleine en middelgrote onderneming.
"LG I" Liberty Global, Inc.
"Liberty Global Consortium" De hoofdaandeelhouder van de Vennootschap. Op heden zijn alle aandelen in de
Vennootschap in handen van Binan Investments B.V.
"LTE" Long term evolution technology; een standaard binnen de mobiele
netwerktechnologie die meestal aangeduid wordt als 4G.
"Mbps" Megabits per seconde; elke megabit omvat één miljoen bits.
"MHP" Multimedia Home Platform.
"MHz" Megahertz; een eenheid voor het aanduiden van een frequentie van één miljoen
Hertz.
"MICs" Verwijst naar de Gemengde Intercommunales in België. Gemengde
Intercommunales hebben, in tegenstelling tot de Zuivere Intercommunales,
Electrabel als partner.
"MPLS" Multi-protocol label switching.
Uitdrukking Verklaring
"Multiple-play" Het bundelen van verschillende telecommunicatiediensten door één provider,
zoals b.v. digitale kabeltelevisie, breedbandinternet en vaste telefonie.
"MVNO" Mobile virtual network operator; verwijst naar een bedrijf dat mobiele telefonie
aanbiedt zonder eigen toegekende frequenties binnen het radiospectrum, en
mogelijk ook zonder de infrastructuur die nodig is om mobiele telefoniediensten
aan te bieden.
"Netwerk" Een intergeconnecteerd geheel van componenten dat, in het geval van
een telecommunicatienetwerk, bestaat uit schakelaars die d.m.v. reële of
virtuele links met elkaar in verbinding staan, of met een toestel bij de klant.
Transmissieverbindingen kunnen gebruik maken van optische glasvezel- of
metaalkabel, of point to point radioverbindingen.
"NIU" Network interface unit; een klein toestelletje in de verblijfplaats van de abonnee
dat interactiviteit mogelijk maakt tussen het netwerk van Telenet en de
eindgebruiker, en dat interferentie voorkomt bij de toegang tot het netwerk.
"Partner Netwerk" Verwijst naar het netwerk van Interkabel en de Zuivere Intercommunales dat
zowat een derde van Vlaanderen beslaat. Als gevolg van het akkoord met de
Zuivere Intercommunales heeft Telenet de volledige rechten verworven om
het globale Partner Netwerk substantieel te gebruiken via een langetermijn
leasecontract.
"PICs" De Zuivere Intercommunales in België.
"PICs Overeenkomst" Verwijst naar een overeenkomst van 28 juni 2008 tussen Telenet, Interkabel, INDI
ESV en vier Zuivere Intercommunales in Vlaanderen.
"PRIME" Merknaam die door de Vennootschap gebruikt wordt voor al zijn digitale
betaaltelevisiediensten, waaronder een reeks film- en sportkanalen.
"Pulsar" Verwijst naar het investeringsproject van de Vennootschap waarbij het aantal
aangesloten huizen per optische node verminderd wordt van gemiddeld 1.400
vandaag naar gemiddeld 500 tegen het einde van 2015. Dankzij Pulsar zal
Telenet de netwerkcapaciteit fors kunnen uitbreiden en is het klaar om in te
spelen op de toekomstige consumentenbehoeften.
"PVR" Refers to Telenet International Finance S.à r.l., the Company's financing center in
Luxembourg.
Personal video recorder, een toestel of applicatiesoftware die programma's
opneemt en opslaat in een digitaal formaat op bijvoorbeeld een settopbox of
andere vormen van digitale opslag.
"Quad-play" Triple-play met toevoeging van mobiele telefonie.
"Retail minus methode" Methode voor kostenberekening, meer bepaald de retailprijs voor de
aangeboden dienst, exclusief btw en auteursrechten en verder vermindert
met de retailkosten die vermeden worden door een groothandelsdienst aan te
bieden zoals kosten voor facturatie, dienstverlening aan klanten, marketing en
verkoop.

Uitdrukking Verklaring

"RGU" Revenue Generating Unit; een afzonderlijke abonnee voor analoge kabeltelevisie,
digitale kabeltelevisie, internet of vaste telefonie. Een huis, meervoudige
verblijfplaats of commercieel pand kan één of meerdere RGU's omvatten.
Indien een residentiële klant van Telenet bijvoorbeeld geabonneerd is op
digitale kabeltelelevisie, telefonie (ongeacht het aantal telefoonlijnen) en
breedbandinternet, zou deze klant drie RGUs tellen. "De totale RGUs" zijn
de som van alle abonnees voor analoge kabel- en digitale kabeltelevisie,
internet en vaste telefonie. RGUs worden meestal geteld op basis van een
unieke verblijfplaats, zodat elke verblijfplaats voor elke dienst niet meer dan
één RGU kan bijbrengen. Aan de andere kant zal een individu twee RGU's
bijbrengen indien hij Telenet-diensten ontvangt in twee verblijfplaatsen (b.v. de
hoofdverblijfplaats en een vakantiewoning). Niet-betalende abonnees worden
tijdens de periode waarin ze van een promotie genieten geteld als volwaardige
abonnees. Sommige van hen kiezen ervoor om na een proefperiode niet langer
van de diensten gebruik te maken. Diensten die op permanente basis kostenloos
worden aangeboden (b.v. VIP abonnees, gratis diensten voor werknemers)
worden niet meegerekend in de RGUs.
"SG&A" Selling, general and administrative expenses, verkoop-, algemene en
beheerskosten.
"Shakes" De verschillende productbundels die Telent aanbiedt aan residentiële klanten.
Deze productbundels combineren twee, drie of meerdere diensten in één enkel
abonnement.
"SIM" Een Subscriber Identity Module (SIM) is een smartcard waarop de gegevens van
de International Mobile Subscriber Identity (IMSI) staan alsook de betreffende
sleutels om de gebruikers van mobiele toestellen (zoals mobiele telefoons en
tablets) te identificeren en te authenticeren.
"SOX" Verwijst naar de Amerikaanse Sarbanes-Oxley Wet van 2002.
"SPE" Special purpose entity. In 2010 richtte de Vennootschap SPEs op voor
financieringsdoeleinden. De Vennootschap bezit geen rechtstreekse of
onrechtstreekse deelneming in het aandelenkapitaal van deze entiteiten.
"SoHo" Een klein kantoor thuis.
"SSOP 2010-2014" Specific Stock Option Plan, Specifiek Aandelenoptieplan. De Vennootschap heeft
een optieplan voor de Gedelegeerd Bestuurder van de Vennootschap uitgegeven
in 2010.
"TFL" Verwijst naar Telenet Finance Luxembourg S.C.A., de emittent van Senior Secured
Notes ten belope van €500,0 miljoen die in 2020 aflopen.
"TFL II" Verwijst naar Telenet Finance Luxembourg II S.A., de emittent van Senior Secured
Notes ten belope van €100,0 miljoen die in 2016 aflopen.
"TFL III" Verwijst naar Telenet Finance III Luxembourg S.C.A., de emittent van Senior
Secured Notes ten belope van €300,0 miljoen die in 2021 aflopen.
"TFL IV" Verwijst naar Telenet Finance IV Luxembourg S.C.A., de emittent van Senior
Secured Floating Rate Notes ten belope van €400,0 miljoen die in 2021 aflopen.
"TIF" Verwijst naar Telenet International Finance S.à r.l., het financieringscenter van de
Vennootschap in Luxemburg.
"Traffic data" Data die verwerkt wordt voor de overdracht van een communicatie via een
elektronisch communicatienetwerk, of voor facturatie.
"Triple-play" Refereert naar klanten die bij Telenet een abonnement hebben voor de
combinatie van drie producten: digitale kabeltelevisie, breedbandinternet en
vaste telefonie.
"VDSL" Very high speed DSL. Een hogesnelheidsvariant van ADSL.
"Vennootschap" Telenet Group Holding NV.
Uitdrukking Verklaring
"VOD" Video on demand; een dienst die abonnees een uitgebreide
terugspeelfunctionaliteit biedt en tegelijk ook toegang tot een ruim aanbod
van programma's op aanvraag, waaronder films, live-evenementen, lokale
producties, muziekvideos, kinderprogramma's of uitzendingen voor
volwassenen.
"VoIP" Voice over internet Protocol; een telefoniedienst via het internet of via een TCP/
IP protocol, waarvan gebruik kan gemaakt worden d.m.v. een computer, een
geluidskaart, aangepaste software en een modem.
"VPN" Virtual private network; een zakelijke dienst die gebruikers toelaat om vanop
afstand toegang te krijgen tot de netwerkfunctionaliteiten.
"VRM" Vlaamse Regulator voor de Media.
"VZ" Voorzitter.
"WiFi" WiFi staat voor Wireless Fidelity. Het is een technologie voor draadloze
verbindingen met lokale netweken. WiFi legt snelle radioverbindingen
tussen terminals en servers, die op hun beurt verbonden zijn met een
hogesnelheidsnetwerk.
"Wi-Free" Verwijst naar de gratis draadloze internetdienst van Telenet. Telenets
breedbandinternetklanten kunnen door middel van het dichte netwerk van
draadloze hotspots en homespots gratis van deze dienst gebruik maken.
"WRN" Waarnemer.

Corporate Communications

Verantwoordelijke uitgever Telenet, Duco Sickinghe

Liersesteenweg 4, 2800 Mechelen

Talk to a Data Expert

Have a question? We'll get back to you promptly.