Quarterly Report • Oct 17, 2019
Quarterly Report
Open in ViewerOpens in native device viewer
| Groepsproducties | ||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 2019 (in ton) | Eigen | Derden | Q3/19 | YoY% | Eigen | Derden | YTD Q3/19 |
YoY% |
| Palmolie | 70 976 | 9 833 | 80 809 | -15,36% | 199 054 | 35 451 | 234 505 | -10,38% |
| Rubber* | 1 233 | 239 | 1 472 | -17,86% | 4 301 | 535 | 4 836 | -18,27% |
| Thee | 448 | 0 | 448 | -5,29 % | 1 760 | 0 | 1 760 | 6,15% |
| Bananen | 7 558 | 0 | 7 558 | 4,08% | 24 286 | 0 | 24 286 | 18,11% |
| 2018 (in ton) | Eigen | Derden | Q3/18 | Eigen | Derden | YTD Q3/18 |
||
| Palmolie | 79 700 | 15 778 | 95 478 | 217 512 | 44 168 | 261 680 | ||
| Rubber* | 1 469 | 323 | 1 792 | 5 190 | 727 | 5 917 | ||
| Thee | 473 | 0 | 473 | 1 658 | 0 | 1 658 | ||
| Bananen | 7 262 | 0 | 7 262 | 20 563 | 0 | 20 563 |
*Tolan Tiga Groep rubber producties worden sinds dit jaar uitgesplitst in eigen- en derden producties. De derden producties bestaan uit producties van PT Timbang Deli. De vergelijkende cijfers werden hiervoor aangepast.
De stagnatie van de vruchtontwikkeling bleef in Indonesië in het derde trimester aanhouden. Na een zeer sterk jaar 2018, was er op groepsniveau quasi geen verdere groei van de producties en werd er vooral bij de jonge mature plantages een 'rustperiode' waargenomen.
Mede door de recente droogte, waarbij de neerslag beduidend beneden het gebruikelijke peil bleef, werden voor het derde trimester zowel in de jongere aanplanten van UMW/TUM in Noord-Sumatra (-6,2%), als in de in heraanplant verkerende plantages in Agro Muko (-5,4%), lager dan verwachte groeipercentages genoteerd. Enkel de mature plantages in Noord-Sumatra behielden het hoge niveau van vorig jaar (+2,3%) maar voor de nieuwe aanplanten in Zuid-Sumatra kon zelfs een belangrijke verhoging van volumes opgetekend worden (+18,8%).
Door de droogte waren de extractieratio's in alle Indonesische productieregio's beter dan vorig jaar en dan de voorbije trimesters dit jaar. Hierdoor steeg voor het eerst dit jaar opnieuw het volume aan palmolie voor de Indonesische activiteiten (+3,3%) tegenover het derde trimester van vorig jaar. De negatieve groei voor de totale palmolieproductie voor deze regio per eind juni van -3,8% kon dan ook herleid worden naar -1,2% per eind september.
In Papoea-Nieuw-Guinea daalden, ten gevolge van het intense regenseizoen in het eerste kwartaal, de oogsten voor het eerste semester met 11,9% voor de eigen plantages en met 15,4% voor de omliggende boeren. Daarenboven werd de Groep de laatste maanden driemaal getroffen door een vulkaanuitbarsting van Mount Ulawun, die noordelijk van de plantages gelegen is. Op 26 juni en op 3 augustus werden ongeveer 6 300 hectare (44,9% van de totale aanplanten) in min of meerdere mate bedekt met een laag as en kleine steentjes, met pieken van 15 cm. Naast de onmiddellijke gevoelige daling van de productie, zal voor bijna 5 000 hectare het herstel van de beschadigde palmbladeren tot meer dan een jaar en deels zelfs tot drie jaar kunnen oplopen. Op 30 september heeft een derde uitbarsting, aan de zijkant van de krater, slechts een zeer beperkte bijkomende invloed gehad op de aanplanten en, na evacuatie van de omliggende bewoners, werden de dagelijkse activiteiten relatief snel hernomen.
Deze uitbarstingen hebben uiteraard de werkzaamheden gevoelig beïnvloed en dit niet alleen in de getroffen zones. Immers, door de opeenvolgende evacuaties van telkens meer dan 5 000 werknemers en hun families, werden de oogstactiviteiten in de overige aanplanten meermaals onderbroken. Men noteerde voor het derde kwartaal dan ook een daling van de oogsten met 51,6% voor de eigen plantages en 36,5% voor de omliggende boeren. De vertragingen in het transport en de herhaaldelijke sluiting van de Navo-fabriek hadden ook hun effect op de kwaliteit van de verwerkte vruchten en de extractie van de olie. Hierdoor daalde het volume aan geproduceerde palmolie met 48,6% voor het derde trimester en met 24,4% over de eerste negen maanden.
De daling van de totale Groepsproducties tegenover vorig jaar bedraagt 15,4% voor het derde trimester en 10,4% voor de eerste negen maanden van het jaar.
De reeds eerder gemelde negatieve effecten van de Fusicoccum-schimmel, die een uitzonderlijk lange bladwissel veroorzaakte, zijn ook in het derde trimester de producties in Noord-Sumatra (-32,3%) en Bengkulu (-19,0%) blijven beïnvloeden. In Zuid-Sumatra kon de MAS Palembang-plantage opnieuw aanknopen met stijgende volumes (+8,6%). De totale Groepsproductie blijft echter zowel voor het derde trimester (-17,9%) als voor de eerste negen maanden (-18,3%) beneden deze van het vorige jaar.
Na een sterke start van het jaar, dankzij de goede weersomstandigheden, waarbij de producties per eind juni deze van vorig jaar met 10,7% overtroffen, heerste er een aanhoudende droogte over de laatste vier maanden. Hierdoor daalden de volumes van het derde trimester met 5,3% en werd de stijging van de jaarproductie per eind september reeds bijna gehalveerd (+6,2%).
Na een uitgesproken zwak productiejaar 2018, heeft de normalisatie van de bananenproductie in Ivoorkust zich in het derde trimester verdergezet (+4,1%). De vier plantages hebben allemaal positief bijgedragen tot de stijging van 18,1% van de exportvolumes over de eerste drie kwartalen van 2019.
| YTD Q3/19 | YTD Q3/18 | YTD Q4/18 | ||
|---|---|---|---|---|
| In USD/ton | ||||
| Palmolie | CIF Rotterdam* | 530 | 631 | 598 |
| Rubber | RSS3 FOB Singapore** | 1 672 | 1 619 | 1 565 |
| Thee | Mombasa** | 2 211 | 2 653 | 2 579 |
| Bananen | CFR Europa*** | 662 | 665 | 647 |
| * Oil World Price Data |
De productietrends van de twee grootste palmolieproducenten ter wereld, Indonesië en Maleisië, lopen uiteen. De Indonesische palmolieoogst bereikte zijn piek al in augustus, met een beperkte jaargroei voor 2019 in tegenstelling tot in 2018, terwijl de piek in Maleisië pas tegen oktober wordt bereikt en voor dit land een degelijke groei plaats heeft in 2019 in vergelijking met 2018. Dit is vooral het geval in Oost-Maleisië waar de productievolumes goed blijven. De vraag naar palmolie is echter al het hele jaar 2019 zeer groot, zowel voor de exportmarkt als voor de binnenlandse biodieselmarkt. Dit heeft geleid tot een sterke daling van de voorraden tijdens het jaar, waardoor de voorraadniveaus in augustus en september lager lagen dan een jaar geleden.
Vooral in China en India was er een forse stijging van de vraag naar palmolie. In China kwam dat voor een deel doordat er minder sojabonen werden verwerkt gezien de verminderde vraag naar proteïnen, wat op zijn beurt het gevolg was van de uitdunning van de varkensstapel door de Afrikaanse varkenspest. De teruggeschroefde verwerking van sojabonen leidde tot een kleiner aanbod van sojaolie, dat dan werd vervangen door palmolie. Op het hele Indiase subcontinent steeg de palmolie-import door het aantrekkelijke prijsniveau. En aangezien de voorraadniveaus niet zijn toegenomen, maar zelfs al verschillende jaren niet meer zo laag zijn geweest, stellen we vast dat al die olie wordt verbruikt.
De handelsoorlog escaleerde en een oplossing wordt niet meteen verwacht. Daarom zou de Chinese markt de voorkeur kunnen geven aan palmolie en zonnebloemolie. Op hetzelfde moment daalde ook de sojaproductie in de Verenigde Staten als gevolg van de slechte plantomstandigheden eerder dit jaar. De wereldwijde sojamarkt werd solider ondanks de negatieve effecten van de handelsoorlog. Alles bij elkaar genomen, is de wereldwijde consumptie van plantaardige oliën zeer sterk gestegen dankzij de lage prijzen en kan de productie de vraag niet bijhouden. De wereldwijde voorraden van plantaardige oliën slinken, wat tot een aanzienlijke prijsstijging heeft geleid tijdens het derde kwartaal.
De palmolieprijs steeg van USD 490 per ton CIF Rotterdam begin juli naar USD 590 in augustus, waarna er een kleine terugval volgde. De marktvoorraden worden krapper, maar we bevinden ons nog steeds in het piekseizoen voor de productie.
De palmpitoliemarkt daarentegen blijft te kampen hebben met hoge voorraden. De prijzen volgden die van palmolie en gingen van USD 540 naar USD 660 per ton CIF Rotterdam, gevolgd door een daling in de tweede helft van september. De premies op palmolie schommelen nu tussen USD 20 en USD 50, wat historisch gezien nog steeds een zeer klein prijsverschil is.
De rubberprijzen zijn tijdens het derde kwartaal van dit jaar gestaag gedaald, aangezien het meeste nieuws voor de rubbermarkt ongunstig was. De aanslepende effecten van de Amerikaans-Chinese handelsoorlog en vooral de zwakke vraag van de Chinese auto-industrie hebben de rubberprijs naar beneden gedrukt. Het bericht van eind september dat de grootste Chinese rubberhandelaar de handel stopzet en zijn leveranciers heeft gevraagd bestaande contracten voor in totaal circa 250 000 ton niet meer uit te voeren, zette de rubberprijs nog meer onder druk.
De prijzen voor Sicom RSS3 daalden van USD 1 678 naar USD 1 454 per ton aan het einde van september.
Door de economische instabiliteit in Pakistan daalden de theeprijzen in Mombasa aan het begin van het derde kwartaal, maar vanaf het moment dat de situatie verbeterde, zijn de theeprijzen in Mombasa gestaag gestegen, hoewel de activiteit matig bleef. De maandelijkse productie in Kenia loopt sinds maart 2019 achter op de maandvolumes van 2018, en de totale oogst sinds het begin van het jaar ligt 8,34% lager. De theeprijzen in Mombasa zijn gemiddeld 17,5% gestegen tijdens het derde kwartaal, al blijven de prijzen historisch gezien laag.
De bananenmarkt van het derde kwartaal die samenvalt met de vakantieperiode – wanneer traditioneel de consumptie daalt - bleef goed geprijsd en stabiel dankzij een wereldwijd aanbod dat onder de vraag bleef, door moeilijke weersomstandigheden in de productielanden van de dollarzone.
De producties in Indonesië zijn gebruikelijk hoger in het vierde trimester. Toch verwacht men in de meeste plantages een tijdelijk effect van de voorbije uitzonderlijk droge maanden tijdens het derde trimester. Door het gebrek aan neerslag is er vertraagde rijping die mogelijk ook naar het jaareinde toe nog voelbaar zal zijn.
Ondanks een goede vruchtzetting, blijven de producties in Papoea-Nieuw-Guinea hinder ondervinden van de vulkaanuitbarstingen. Tot op heden zijn nog steeds meer dan 3 000 hectare niet oogstbaar en worden de oogstactiviteiten op meer dan 2 000 minder aangetaste hectaren bemoeilijkt. De verwachtingen voor een daling van de jaarproductie met meer dan 30% tegenover vorig jaar zijn dan ook zeer aannemelijk, en ook de langetermijn projecties moeten worden aangepast.
Onder deze omstandigheden lijkt het logisch dat in het vierde trimester de opgelopen achterstand van 10,4% over de eerste drie kwartalen zal bestendigd worden.
Voor de rubberactiviteiten zal de Fusicoccum-schimmel de producties negatief blijven beïnvloeden. De hele Indonesische rubber sector is op zoek naar effectieve middelen om deze schimmel te bestrijden zonder neveneffecten voor de omgeving. De theeproducties voor de rest van het jaar zullen in belangrijke mate afhangen van de neerslagvolumes die worden opgetekend tot op het einde van het jaar tijdens het regenseizoen dat reeds aanving in oktober. De productievolumes van bananen blijven positief in Ivoorkust, waar tevens de eerste SIPEF-plantage als Fairtrade producent gecertificeerd werd. Deze certificering zal uitgebreid worden naar de andere productiesites en zal de toekomstige marketing zeker gunstig beïnvloeden.
De prijs van palmolie is nog steeds zeer aantrekkelijk tegenover die van andere plantaardige oliën, en men verwacht een normale groei van de vraag op de wereldwijde voedingsmarkten. Ook wordt een enorme stijging van de biodieselvraag verwacht, in de eerste plaats in Indonesië, waar B30 zeer waarschijnlijk ingevoerd zal worden vanaf januari 2020. Zo is Indonesië alleen al goed voor een toename van de vraag met 2,5 tot 3 miljoen ton. Daarnaast zijn er verhogingen van de bijmengingspercentages in Maleisië, Brazilië en de Verenigde Staten. Gezien de huidige prijsverschillen met diesel, verwacht men dat ook Europa in grote mate palmolie zal blijven importeren om biodiesel te produceren. Bovendien zou de productiegroei zeer beperkt kunnen zijn, omdat de bomen een rustperiode nodig hebben na de grote opbrengsten van 2017 en 2018. De lage prijzen sinds de zomer van 2018 hebben kleinschalige telers ertoe aangezet minder meststoffen te gebruiken, maar ook veel grote plantagebedrijven hebben er alles aan gedaan om de kosten te drukken. De droge periode tijdens het eerste kwartaal van 2019 zal gevolgen hebben, maar ook de recente droogte, veroorzaakt door El Niño, en de daarmee gepaard gaande 'haze' zullen een impact hebben op de oogsten van 2020. De Indonesische overheid heeft ook besloten geen exportbelastingen te heffen tot het einde van 2019, hoewel het drempelniveau momenteel niet is bereikt.
Als al deze factoren in onze modellen ingevoerd worden, zou dit een zeer duidelijk gunstig verloop voor de palmolieprijs voorspellen. Dat zal tot uiting komen tijdens het einde van het vierde kwartaal, na de productiepiek en zodra de voorraden in de landen van oorsprong gaan dalen. De voorraden in de landen van bestemming zijn zeker aan de lage kant en men verwacht een relatief sterke exportperiode voor de producerende landen in de komende maanden. Het grootste probleem zijn de macro-economische en politieke situaties, waar er turbulente tijden beleefd worden. Hopelijk valt de impact hiervan mee. Alles bij elkaar genomen zijn de prijsvooruitzichten voor palmolie in de komende maanden rooskleurig.
Ondanks al het slechte nieuws dat de rubbermarkt in de voorbije maanden overspoelde, is de verhouding tussen vraag en aanbod meer in evenwicht dan in de afgelopen jaren. Dat zou een verdere daling van de rubberprijs moeten tegenhouden. Al moet de stopzetting van de activiteiten door de Chinese handelaar eerst worden verwerkt voordat enige prijsstijging mogelijk is.
Sommige theeproducerende gebieden in Kenia hebben te lijden onder een langdurige koude en droge periode. Hierdoor zullen de maandelijkse opbrengsten de niveaus van 2018 niet halen. Daarom wordt er verwacht dat de prijzen zullen stijgen, zij het in beperkte mate vanwege de economische situatie in Pakistan.
Na het einde van de schoolvakanties en dankzij het frissere weer, bij de aanvang van het vierde kwartaal, neemt de bananenconsumptie toe en stijgen traditioneel de bananenprijzen. Deze trend zal toelaten om een relatief stabiele markt te voorspellen tot eind 2019.
Tot op heden zijn 88% van de verwachte productievolumes voor palmolie verkocht aan een gemiddelde prijs van USD 571 per ton CIF Rotterdam, premies inclusief, tegenover 78% aan USD 694 per ton CIF Rotterdam op hetzelfde tijdstip vorig jaar.
De productievolumes blijven geleidelijk in de markt geplaatst worden, met de nodige voorzorg voor deze van Papoea-Nieuw-Guinea, gezien de bemoeilijkte oogstactiviteiten. Gelet op de huidige prijs (USD 557 per ton CIF Rotterdam) en het verwachte prijsniveau voor het vierde trimester, zal de verkoop van de resterende 12% van de jaarproductie het tot hiertoe bereikte marktgemiddelde van de verkopen licht versterken.
Voor rubber werd tot nu toe 88% van het verwachte productievolume verkocht aan een gemiddelde prijs van USD 1 544 per ton FOB. Dit is ongeveer identiek aan het bereikte prijsniveau van USD 1 548 per ton FOB op hetzelfde tijdstip vorig jaar. De verwachte prijsniveaus voor de rest van het jaar blijven dermate laag dat, ondanks kostenbesparingen, men verwacht het jaar af te sluiten met een beperkt negatieve resultaatsbijdrage voor deze bedrijfstak.
Voor de thee-activiteiten noteert de Groep momenteel een daling van de gemiddelde verkoopprijs met 15,9% tegenover dezelfde periode in 2018. De bananenexport vanuit Ivoorkust blijft in het vierde kwartaal op het verwachte niveau. Hierdoor zal Plantations J. Eglin opnieuw kunnen aansluiten bij een verbeterde resultaatscontributie vanuit deze sector.
De aanhoudend zwakke lokale munten ten opzichte van de USD, de daling van de vraag naar meststoffen en de huidige lagere dieselprijzen dragen alle bij tot de controle van de eenheidsproductiekostprijzen. Deze worden enkel negatief beïnvloed door de lager dan verwachte productievolumes.
Gelet op de korte termijn impact van de droogte in Indonesië en het uitzonderlijke effect van de vulkaanuitbarstingen in Papoea-Nieuw-Guinea, zullen de recurrente resultaten van het tweede semester in lijn zijn met deze van het eerste semester. De Groep zal dus 2019 afsluiten met een verlies.
Ondanks de tegenvallende productievolumes en de lager dan verwachte verkoopsprijzen voor palmolie, rubber en thee, blijft SIPEF, behoudens de gebruikelijke vervangingsinvesteringen en heraanplant van oudere arealen, vasthouden aan de gestage uitbouw van de palmolie-activiteiten in Zuid-Sumatra, Indonesië, met name via de Musi Rawas en Dendymarker projecten.
In Musi Rawas wordt op de vier concessies, die gecentraliseerd zijn in drie ondernemingen, de compensatie van gronden verdergezet. Dit is nog niet het geval voor de drie bijkomende concessies die in 2018 werden verworven, waarvoor de uitgevoerde onderzoeken die kaderen in de duurzaamheidsnormen ('New Planting Procedures') van de RSPO nog niet zijn afgerond. Er wordt verwacht hier, na de jaarwisseling, over te gaan tot de eerste aanplanten.
Voor het totaal van de zeven concessies werden in de voorbije negen maanden 1 104 hectare bijkomend gecompenseerd. Dit brengt het totaal op 16 645 gecompenseerde hectare, waarvan voorlopig 14 309 hectare werden verworven voor aanplanting voor eigen ontwikkeling en 2 336 hectare voor omliggende boeren.
Tevens werden op de vier eerder verworven concessies 934 hectare bijkomend voorbereid voor beplanting of beplant, om een totaal van 11 695 gecultiveerde hectare te bereiken, wat neerkomt op 70,3% van het totaal aan gecompenseerde hectaren.
Er wordt ook gestaag verder gewerkt aan de herplanting van de eigen palmplantagezones in Dendymarker, die sinds augustus 2017 door SIPEF Indonesia worden beheerd. Na de herplanting van 957 hectare in 2018, werden 954 hectare herplant in de eerste negen maanden van 2019. De bestaande plasmazone (omliggende boeren) is nog niet onder SIPEF's controle en er wordt op goedkeuring van de lokale overheden gewacht om deze ook geleidelijk te herplanten.
Door de aanhoudende droogte in de voorbije vier maanden, is de expansie-aanplant in Musi Rawas en de herplanting in Dendymarker vertraagd. Deze zal echter vanaf midden oktober, met de aanvang van het regenseizoen, opnieuw opgestart worden. Dendymarker werd tijdens deze periode ook geconfronteerd met bosbranden, buiten de zones onder controle van de Groep. Naast meldingen aan de politie en autoriteiten, werden alle middelen ingezet om verdere uitbreiding van de branden tegen te gaan. De brandhaarden werden ook gemeld door de RSPO en zijn het voorwerp van een uitgebreide rapportering.
Het blijft de intentie om het areaal van Dendymarker zo snel mogelijk te vernieuwen en de concessies van Musi Rawas te ontwikkelen. Afhankelijk van de toekomstige gegenereerde cash flow, onderhevig aan de voorlopig lagere prijzen voor palmolie, rubber en thee, zal dit herplantings- en uitbreidingsprogramma eventueel vertraagd worden om een hogere schuldgraad te vermijden.
Vertaling: dit persbericht is verkrijgbaar in het Nederlands en het Engels. De Nederlandse versie is de originele en de andere versie is een vrije vertaling. We hebben alles wat redelijkerwijs mogelijk is gedaan om verschillen tussen de taalversies te vermijden, maar als er toch verschillen zijn, dan heeft de Nederlandse versie voorrang.
Schoten, 17 oktober 2019
Voor meer informatie, gelieve contact op te nemen met:
* F. Van Hoydonck, gedelegeerd bestuurder (GSM +32 478 92 92 82)
* J. Nelis, chief financial officer
Tel.: +32 3 641 97 00 Fax : +32 3 646 57 05
[email protected] www.sipef.com (rubriek "investors")
SIPEF is een Belgische agro-industriële groep, genoteerd op Euronext Brussels en is gespecialiseerd in de - als duurzaam gecertificeerde - productie van tropische landbouwgrondstoffen, voornamelijk ruwe palmolie en palmproducten. Deze arbeidsintensieve activiteiten zijn geconcentreerd in Indonesië, Papoea-Nieuw-Guinea en Ivoorkust en worden gekenmerkt door een brede stakeholderbetrokkenheid, die de lange termijn investeringen op duurzame wijze ondersteunt.
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.