Brussel, 11 augustus (07.00 a.m. CEST)
KBC Groep: Sterke halfjaarwinst van 1,1 miljard euro. Uitkering interimdividend van 1 euro in november.
In een klimaat van aanhoudend lage rentevoeten, matige economische groei in België en stevigere groei in Centraal-Europa, boekte KBC een sterke nettowinst van 721 miljoen euro in het tweede kwartaal van 2016, meer dan de 392 miljoen euro in het voorgaande kwartaal en ook meer dan de 666 miljoen euro in het tweede kwartaal van 2015. Onze krediet- en depositovolumes bleven ook in het tweede kwartaal toenemen, een bewijs van het vertrouwen dat onze klanten in ons stellen. Ons resultaat is het gevolg van goede opbrengsten in onze traditionele bedrijfsactiviteiten, gelijkblijvende bedrijfskosten (de bankenheffingen buiten beschouwing gelaten) en een nog altijd erg laag niveau van waardeverminderingen op kredieten. Het werd ook opgetrokken door het eenmalige positieve effect van onze verkoop van Visa Europe-aandelen. Met inbegrip van de nettowinst van 392 miljoen euro van het eerste kwartaal bedraagt ons resultaat voor de eerste zes maanden van het jaar 1 113 miljoen euro, tegenover 1 176 miljoen euro voor dezelfde periode vorig jaar. De resultaten gingen gepaard met sterke fundamentals inzake onze solvabiliteit en liquiditeitspositie. De Raad van Bestuur keurde ook een nieuw dividendbeleid voor KBC Groep goed. Vanaf dit jaar, en behoudens uitzonderlijke of onvoorziene omstandigheden, zal KBC elk jaar een interim dividend van 1 euro per aandeel uitkeren in de maand november van het boekhoudkundig jaar en daarnaast een finaal dividend na de jaarlijkse aandeelhoudersvergadering.
Het interim dividend zal een voorschot zijn op het totale dividend. Het bestaande beleid waarbij we een totaal dividend (en additional tier 1-coupon) van minstens 50% van de jaarlijkse geconsolideerde winst uitkeren, wordt voortgezet. Het interim dividend van 1 euro per aandeel voor boekjaar 2016 zal op 18 november 2016 worden betaald.
Financiële hoofdlijnen van het tweede kwartaal van 2016, in vergelijking met het vorige kwartaal:
- In onze kernmarkten en kernactiviteiten deden zowel ons bank- als ons verzekeringsbedrijf het goed.
- Ons kredietvolume steeg in België (+1%), Tsjechië (+2%), Slowakije (+3%) en Bulgarije (+3%) en de klantendeposito's namen verder toe in alle landen waar we aanwezig zijn: België (+5%), Tsjechië (+3%), Slowakije (+4%), Hongarije (+4%), Bulgarije (+1%) en Ierland (+2%).
- Onze nettorente-inkomsten bleven min of meer gelijk ten opzichte van het vorige kwartaal. De negatieve invloed van de lage rentevoeten werd gecompenseerd door positieve elementen, zoals een stijging van zowel het volume op zichtrekeningen als het kredietvolume, lagere financieringskosten en renteverlagingen op spaarrekeningen. De nettorentemarge van de groep daalde licht ten opzichte van
het vorige kwartaal, van 1,96% naar 1,94%, door lagere herbeleggingsrentes en druk op de commerciële marges.
- De premie-inkomsten van onze schadeverzekeringsproducten stegen 2%, maar de schadeclaims stegen sterker (met 6%) door het barre weer en de overstromingen in België en Tsjechië. Onze gecombineerde ratio voor schadeverzekeringen bedroeg 95% year-to-date.
- Het totale beheerde vermogen bedroeg 207 miljard euro. Dat was ruwweg hetzelfde niveau als in het eerste kwartaal, omdat de beperkte netto-uitstroom van activa werd gecompenseerd door een kleine koersstijging. Na de daling in het eerste kwartaal gingen onze nettoprovisie-inkomsten opnieuw omhoog (met 4%), vooral dankzij hogere beheersvergoedingen voor beleggingsfondsen en hogere kredietvergoedingen.
- De verkoop van onze Visa Europe-aandelen zorgde voor een eenmalige extra opbrengst van 99 miljoen euro (voor belastingen), of 84 miljoen euro (na belastingen).
- De kosten bedroegen 904 miljoen euro, een daling met 24% omdat het overgrote deel van de bankenheffingen werd geboekt in het eerste kwartaal van het jaar. Laten we die heffingen buiten beschouwing, dan bleven de kosten gelijk tegenover het vorige kwartaal. De year-to-date kosteninkomstenratio bedroeg 59%. Als de bankenheffingen gelijk gespreid worden en we abstractie maken van enkele specifieke items, bedroeg de kosten-inkomstenratio 56%.
- De year-to-date kredietkosten bedroegen een uitstekende maar onhoudbaar lage 0,07% van onze kredietportefeuille. De guidance voor kredietkosten in Ierland wordt verlaagd naar 0 tot 40 miljoen euro voor het volledige jaar.
- Onze liquiditeitspositie bleef stevig en onze kapitaalbasis met een common equity ratio van 14,9% (phased-in, Deense compromismethode) – bleef ruim boven de doelstelling van de toezichthouders van 10,25% voor 2016.
Johan Thijs, Groeps-CEO:
"De aanhoudend lage rentevoeten en de volatiliteit op de financiële markten vormen een uitdaging voor alle financiële instellingen, dus ook voor ons. In die uitdagende economische omstandigheden blijven we als bank-verzekeraar onze klanten centraal stellen. We zien onze klanten als partners, waarmee we samen kunnen bouwen aan de samenleving en een duurzame economische groei kunnen creëren. Onze klanten blijven
ons hun deposito's toevertrouwen en op ons rekenen om hun projecten te realiseren en te beschermen: ook in het afgelopen kwartaal stegen onze krediet- en depositovolumes, net zoals de premie-inkomsten uit onze schadeverzekeringsactiviteiten.
In het tweede kwartaal realiseerden we een goed niveau van totale opbrengsten in onze kernactiviteiten, de bedrijfskosten bleven gelijk en de kredietkosten bleven laag. Bovendien verhoogde de eenmalige winst op de verkoop van onze Visa Europe-aandelen het resultaat. Uiteindelijk leverde ons bank-
verzekeringsmodel in het tweede kwartaal van dit jaar een sterk resultaat op van 721 miljoen euro. De solvabiliteit en liquiditeit van KBC Groep blijven erg solide. Dat blijkt uit de actuele ratio's, maar ook uit de stresstestresultaten die de EBA eind juli publiceerde. Dat is geruststellend voor onze klanten, werknemers en stakeholders. De Raad van Bestuur keurde een nieuw dividendbeleid voor KBC Groep goed. Vanaf dit jaar, en behoudens uitzonderlijke of onvoorziene omstandigheden, zal KBC elk jaar een interim dividend van 1 euro per aandeel uitkeren in de maand november van het boekhoudkundig jaar en daarnaast een finaal dividend na de jaarlijkse aandeelhoudersvergadering. Het interim dividend zal een voorschot zijn op het totale dividend. Het bestaande beleid waarbij we een totaal dividend (en additional tier 1-coupon) van minstens 50% van de jaarlijkse geconsolideerde winst uitkeren, wordt voortgezet. Het interim dividend van 1 euro per aandeel voor boekjaar 2016 zal op 18 november 2016 worden betaald.
Ons uiteindelijke doel is ervoor te zorgen dat onze activiteiten onze klanten, aandeelhouders en andere stakeholders ten goede komen en daar zetten al onze medewerkers zich voor in. De Euromoney Best Bank Awards die we in juli kregen voor België en Hongarije moedigen ons niet alleen aan, maar maken ons ook heel trots. We zijn onze klanten dan ook oprecht dankbaar voor hun vertrouwen. Dat illustreert nogmaals het succes van ons bank-verzekeringsmodel."
| Overzicht KBC-groep (geconsolideerd) |
2KW2015 |
1KW2016 |
2KW2016 |
1H2015 |
1H2016 |
| Nettoresultaat, IFRS (in miljoenen euro) |
666 |
392 |
721 |
1 176 |
1 113 |
| Gewone winst per aandeel, IFRS (in euro)* |
1,56 |
0,91 |
1,69 |
2,75 |
2,60 |
| Nettoresultaat per divisie, IFRS (in miljoenen euro) |
|
|
|
|
|
| België |
528 |
209 |
371 |
858 |
579 |
| Tsjechië |
127 |
129 |
191 |
271 |
320 |
| Internationale Markten |
68 |
60 |
123 |
92 |
183 |
| Groepscenter |
-57 |
-6 |
37 |
-44 |
31 |
Eigen vermogen van de aandeelhouders per aandeel (in euro, per einde periode) |
32,5 |
34,3 |
35,5 |
32,5 |
35,5 |
* Opmerking: als er een coupon werd betaald op de kernkapitaaleffecten verkocht aan de Vlaamse overheid (in 2015), en een coupon op de additional tier 1-instrumenten opgenomen in het eigen vermogen, dan werd die (pro rata) van de teller afgetrokken. Als er een penaltypremie moest worden betaald op de kernkapitaaleffecten (in 2015), werd die eveneens afgetrokken.
Hoofdlijnen van het kwartaal
- Onze kernstrategie blijft gefocust op het aanbieden van bank- en verzekeringsproducten en -diensten aan particulieren, kmo's en midcaps in België, Tsjechië, Slowakije, Hongarije en Bulgarije.
- Op macro-economisch vlak werd de grootste economische dreiging voor de eurozone, de brexit, werkelijkheid na het referendum in het VK op 23 juni 2016. Aanvankelijk verhoogde dat de volatiliteit op de financiële markten en woog het op het producenten- en consumentenvertrouwen. Maar tot dusver blijven de reële gevolgen nog beperkt. Toch zal het per saldo een negatieve invloed hebben op het economische herstel in de eurozone. Het zal vooral de belangrijkste oorzaak van kwetsbaarheid benadrukken, nl. de relatief zwakke investeringsgroei. De brexitbeslissing gebeurde in een klimaat van relatief gunstige economische indicatoren. De groeiversnelling van het reële bbp in de eurozone in het eerste kwartaal (tot 0,6%) had gezorgd voor een veeleer optimistisch beeld. Maar die sterke prestatie kon niet worden voortgezet in het tweede kwartaal, met een groei van maar 0,3%. Dat stemt meer overeen met het potentiële groeipercentage van de eurozone. Bijgevolg zette het werkloosheidscijfer in de eurozone zijn trage maar gestage daling voort tot 10,1% in juni. Al bij al was de economische groei in het tweede kwartaal ook in de VS verrassend zwak (0,3%, niet geannualiseerd), ondanks de forse toename van de particuliere consumptie. De zwakke groei was voornamelijk te wijten aan de teleurstellende investeringsgroei en een daling van de voorraden. Intussen blijft de inflatie wereldwijd laag. In de VS heeft de inflatie een relatief normaal niveau bereikt. In de eurozone daarentegen bedraagt het laatste kerninflatiecijfer nog altijd maar de helft van de door de Europese Centrale Bank vooropgestelde 2%. De onderliggende redenen daarvoor zijn onder meer de nog altijd hoge werkloosheidsgraad, een zwakke groei van de nominale lonen en de trade-weighted appreciatie van de euro, waardoor de inflatie van de importprijzen nog verder onder nul daalt.
- Volgens de resultaten van de Europese stresstest van de EBA, die eind juli werden bekendgemaakt, blijven we ook in 2016 goed gekapitaliseerd. De impact van de stresstest op onze fully loaded common equity tier 1-ratio (common equity ratio: 14,9% eind 2015) verhoogde die ratio met 1,3 procentpunt tot 16,2% in het basisscenario (+1,0 procentpunt op phased-in basis). In het ongunstige scenario zou onze fully loaded common equity ratio 3,6 procentpunten dalen tot 11,3% (-3,9 procentpunten op phased-in basis, eveneens met een daling tot 11,3%). We blijven dus voldoende gekapitaliseerd zelfs in een ongunstig scenario. Onze leverage ratio, die eind 2015 6,32% bedroeg, zou in het basisscenario stijgen tot 7,4%, en in het ongunstige scenario slechts dalen tot 5,7%. De uitkomst van die oefening vormt een geruststelling voor onze stakeholders die hun vertrouwen in ons stellen, dat onze instelling goed gekapitaliseerd is. We blijven er voor zorgen dat we gepaste kapitaalniveaus aanhouden.
- We blijven op een pro-actieve wijze onze plannen inzake financiële technologie uitrollen, om onze klanten in de toekomst nog beter te kunnen bedienen. In juni 2016 kondigden we aan dat de klanten van ČSOB en Era Poštovní spořitelna (Postal Savings Bank) hun aankopen zouden kunnen betalen met hun smartphone, dankzij de nieuwe app ČSOB NaNákupy (Mobile Wallet). Dat is de eerste mobiele portefeuille in Tsjechië die zowel MasterCard als Visa ondersteunt. Nog een pluspunt van de app is dat hij kan worden gebruikt zonder dat een nieuwe bankkaart of SIM-kaart nodig is. Tegen het einde van het jaar worden de mogelijkheden uitgebreid. De gebruikers zullen dan met de mobiele toepassing kunnen betalen via het internet, hun kaarten beheren en de transactiegeschiedenis bekijken. Ze zullen hun getrouwheidskaarten of ontvangstbewijzen kunnen downloaden of gedeelde boodschappenlijstjes kunnen gebruiken.
In juli kondigden we aan dat we een baanbrekende blockchaintoepassing voor kmo's gaan testen. Samen met IT-specialist Cegeka en verscheidene andere bedrijven testen we als eerste in de markt met succes
Digital Trade Chain (DTC) uit. Dat is een blockchainoplossing die kmo's toelaat op een veilige manier om te gaan met internationale handelsverrichtingen. Grote bedrijven gebruiken documentaire kredieten om het ondernemersrisico te beperken, maar die oplossing is niet altijd geschikt voor kmo's. We bouwen ondertussen verder aan DTC en onderhandelen met bijkomende partijen om het platform nog breder en toegankelijker te maken.
In juli maakten we bekend dat we met ING samenwerken aan een geïntegreerde betalings- en getrouwheidsoplossing in België. Daarmee spelen we in op de snel veranderende digitale belevingswereld van onze klanten. Deze gebruiksvriendelijke en kostenefficiënte oplossingen worden al gebruikt op de Belgische markt door meer dan een miljoen Qustomer-, CityLife- en Payconiq-gebruikers in meer dan 6 500 handelszaken, en dat netwerk zal de komende maanden nog verder uitbreiden.
In juli 2016 wonnen KBC in België en K&H in Hongarije de Euromoney Award voor Beste Bank in hun land. Euromoney nodigde 600 senior bankers van over de hele wereld uit om de 25e verjaardag van zijn Awards of Excellence te vieren. Die awards zijn gebaseerd op een voortdurend onderzoek van het marktaandeel en klanttevredenheidscijfers verzameld door de toonaangevende onderzoeksafdeling van Euromoney. De awards zijn het beste bewijs dat onze klantgerichte aanpak werkt.
Overzicht van onze resultaten en balans
In het deel Geconsolideerde jaarrekening van het kwartaalverslag vindt u een volledig overzicht van onze geconsolideerde winst-en-verliesrekening en balans volgens IFRS. In datzelfde deel vindt u ook een vereenvoudigd overzicht van de gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten, van de eigenvermogensmutaties, evenals verschillende toelichtingen bij de rekeningen.
Geconsolideerde winst-en-verliesrekening van de KBC-groep, volgens IFRS (in miljoenen euro) |
2KW 2015 |
3KW 2015 |
4KW 2015 |
1KW 2016 |
2KW 2016 |
1H 2015 |
1H 2016 |
| Nettorente-inkomsten |
1 092 |
1 062 |
1 066 |
1 067 |
1 070 |
2 183 |
2 137 |
| Rente-inkomsten |
1 804 |
1 770 |
1 725 |
1 720 |
1 654 |
3 654 |
3 375 |
| Rentelasten |
-712 |
-708 |
-659 |
-653 |
-585 |
-1 471 |
-1 238 |
| Verzekeringen Niet-leven (vóór herverzekering) |
155 |
142 |
147 |
145 |
141 |
322 |
286 |
| Verdiende premies |
326 |
335 |
338 |
341 |
349 |
646 |
690 |
| Technische lasten |
|
|
|
|
|
|
|
|
-172 |
-193 |
-191 |
-196 |
-208 |
-324 |
-404 |
| Verzekeringen Leven (vóór herverzekering) |
-51 |
-51 |
-51 |
-35 |
-38 |
-99 |
-73 |
| Verdiende premies |
265 |
289 |
445 |
426 |
402 |
567 |
827 |
| Technische lasten |
-316 |
-340 |
-496 |
-461 |
-440 |
-666 |
-901 |
| Nettoresultaat uit afgestane herverzekering |
-7 |
0 |
-10 |
-8 |
-13 |
-18 |
-21 |
| Dividendinkomsten |
39 |
13 |
12 |
10 |
36 |
51 |
46 |
Nettoresultaat uit financiële instrumenten tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening |
179 |
47 |
-68 |
93 |
154 |
236 |
247 |
| Netto gerealiseerd resultaat uit voor verkoop beschikbare fin. activa |
36 |
44 |
30 |
27 |
128 |
116 |
155 |
| Nettoprovisie-inkomsten |
465 |
383 |
371 |
346 |
360 |
924 |
706 |
Ontvangen provisies Betaalde provisies |
634 -169 |
547 -164 |
533 -162 |
507 -161 |
517 -157 |
1 267 -343 |
1 024 -318 |
| Overige netto-inkomsten |
105 |
96 |
47 |
51 |
47 |
154 |
98 |
| Totale opbrengsten |
2 013 |
1 736 |
1 543 |
1 697 |
1 885 |
3 868 |
3 581 |
| Exploitatiekosten |
-941 |
-862 |
-962 |
-1 186 |
-904 |
-2 066 |
-2 090 |
| Bijzondere waardeverminderingen |
-149 |
-49 |
-472 |
-28 |
-71 |
-226 |
-99 |
| op leningen en vorderingen |
-138 |
-34 |
-78 |
-4 |
-50 |
-211 |
-54 |
op voor verkoop beschikbare activa op goodwill |
-7 0 |
-15 0 |
-21 -344 |
-24 0 |
-20 0 |
-9 0 |
-43 0 |
| op overige |
-5 |
0 |
-29 |
-1 |
-1 |
-6 |
-2 |
| Aandeel in het resultaat van geassoc. ondernemingen en joint-ventures |
8 |
6 |
5 |
7 |
6 |
14 |
13 |
| Resultaat vóór belastingen |
930 |
831 |
114 |
489 |
916 |
1 589 |
1 405 |
| Belastingen |
-264 |
-231 |
749 |
-97 |
-194 |
-413 |
-292 |
| Nettoresultaat na belastingen uit beëindigde bedrijfsactiviteiten |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
| Resultaat na belastingen |
666 |
600 |
863 |
392 |
721 |
1 176 |
1 113 |
| toerekenbaar aan belangen van derden |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
0 |
| toerekenbaar aan de aandeelhouders v/d moedermaatschappij |
666 |
600 |
862 |
392 |
721 |
1 176 |
1 113 |
Gewone winst per aandeel (in euro) Verwaterde winst per aandeel (in euro) |
1.56 1.56 |
1.41 1.41 |
-0.36 -0.36 |
0.91 0.91 |
1.69 1.69 |
2.75 2.75 |
2.60 2.60 |
* Opmerking: als er een coupon werd betaald op de kernkapitaaleffecten verkocht aan de Vlaamse overheid, en een coupon op de additional tier 1-instrumenten opgenomen in het eigen vermogen, dan werd die (pro rata) van de teller afgetrokken. Als er een penaltypremie moest worden betaald op de kernkapitaaleffecten, werd die eveneens afgetrokken.
Hoofdlijnen van de geconsolideerde balans van KBC-groep (in miljoenen euro) |
30-06-2015 |
30-09-2015 |
31-12-2015 |
31-03-2016 |
30-06-2016 |
| Totaal activa |
256 654 |
257 632 |
252 356 |
261 551 |
265 681 |
| Leningen en voorschotten aan klanten |
126 093 |
126 971 |
128 223 |
129 703 |
131 383 |
| Effecten (eigenvermogens- en schuldinstrumenten) |
70 755 |
71 115 |
72 623 |
72 860 |
73 494 |
| Deposito's van klanten en schuldpapier |
170 159 |
171 412 |
170 109 |
173 646 |
175 870 |
| Technische voorzieningen, vóór herverzekering |
19 198 |
19 365 |
19 532 |
19 619 |
19 724 |
| Schulden m.b.t. beleggingscontracten, verzekeringen |
12 937 |
12 422 |
12 387 |
12 508 |
12 427 |
| Eigen vermogen van de aandeelhouders |
13 576 |
14 022 |
14 411 |
14 335 |
14 834 |
| Niet-stemrechtverlenende kernkapitaaleffecten |
2 000 |
2 000 |
0 |
0 |
0 |
Analyse van het kwartaal (2KW2016)
Nettoresultaat (in miljoenen euro) Opdeling van het nettoresultaat van 2KW2016 (in miljoenen euro)
Het nettoresultaat voor het tweede kwartaal van 2016 bedroeg 721 miljoen euro, tegenover 392 miljoen euro in het vorige kwartaal en 666 miljoen euro in het tweede kwartaal van 2015.
De totale opbrengsten stegen met 11% ten opzichte van het vorige kwartaal dankzij eenmalige winst op de verkoop van Visa Europe-aandelen. Laten we die eenmalige meerwaarde buiten beschouwing, dan stegen de totale opbrengsten met 5%
- Onze nettorente-inkomsten bedroegen 1 070 miljoen euro in het tweede kwartaal van 2016. Niettegenstaande het huidige lagerenteklimaat zijn de nettorente-inkomsten kwartaal-op-kwartaal ongewijzigd gebleven en jaar-op-jaar met slechts 2% gekrompen. Dat ze stabiel bleven ten opzichte van het vorige kwartaal was een gevolg van de lagere financieringskosten, hogere inkomsten uit de gestegen obligatiepositie, een goede toename van het kredietvolume en lagere rentevoeten op spaarrekeningen. Dat compenseerde de hogere druk op de kredietmarges en de negatieve gevolgen van het lagerenteklimaat op de beleggingsportefeuille. Voor de volledigheid vermelden we dat de gestegen afdekkingsverliezen op geherfinancierde woningkredieten in het tweede kwartaal dit jaar worden gecompenseerd door de vergoedingen voor de vervroegde terugbetaling van geherfinancierde kredieten. Daardoor bedroeg onze nettorentemarge voor het betrokken kwartaal 1,94%, 2 basispunten lager dan het vorige kwartaal en 12 basispunten lager dan een jaar geleden. Algemeen genomen bleven de rente-inkomsten ondersteund door volumegroei: het totale kredietvolume nam toe, zowel kwartaalop-kwartaal (met 1%) als jaar-op-jaar (met 4%), en de depositovolumes stegen kwartaal-op-kwartaal met 4% en jaar-op-jaar met 6%.
- De technische inkomsten uit onze schade- en levensverzekeringsactiviteiten daalden kwartaal-opkwartaal en jaar-op-jaar. Na aftrek van de bruto technische lasten en het nettoresultaat uit afgestane herverzekering droegen de bruto verdiende premies in het voorbije kwartaal 90 miljoen euro bij tot de
totale opbrengsten. Dat is 12% minder dan in het vorige kwartaal en 7% minder dan in het laatste kwartaal van 2015.
De verdiende premies uit onze schadeverzekeringsactiviteiten bleven stijgen, met 2% kwartaal-opkwartaal en 7% jaar-op-jaar, dankzij commerciële inspanningen en enkele prijsverhogingen. De schadeclaims in het tweede kwartaal stegen met 6% ten opzichte van het vorige kwartaal en met 21% ten opzichte van het tweede kwartaal van 2015, vooral door stormen en overstromingen. Daardoor bedroeg onze gecombineerde ratio voor de eerste zes maanden van het jaar 95%.
De verkoop van levensverzekeringsproducten met rentegarantie daalde licht (-1%) ten opzichte van het vorige kwartaal, maar steeg fors (+51%) ten opzichte van hetzelfde kwartaal vorig jaar. Anderzijds daalde de verkoop van tak 23-producten (niet inbegrepen in premie-inkomsten Leven) kwartaal-opkwartaal met 16%, maar steeg hij jaar-op-jaar met 9%.
Tijdens het tweede kwartaal van 2016 zijn de beleggingsopbrengsten uit verzekeringsactiviteiten gestegen met 24% ten opzichte van het vorige kwartaal, maar gedaald met 10% ten opzichte van het tweede kwartaal van 2015. De stijging ten opzichte van het vorige kwartaal was voornamelijk te danken aan seizoensgebonden hogere dividendinkomsten en gerealiseerde meerwaarden op aandelen. De daling ten opzichte van het tweede kwartaal van 2015 was vooral te wijten aan hogere bijzondere waardeverminderingen op voor verkoop beschikbare aandelen.
- In het tweede kwartaal en vooral na de brexitstemming bleven de financiële markten gebukt gaan onder onzekerheid en dus hield het aarzelende beleggersgedrag aan. Ons totale beheerde vermogen bleef echter op hetzelfde niveau als in het vorige kwartaal (207 miljard euro), waarbij de beperkte nettouitstroom van activa (-1%) werd gecompenseerd door een vergelijkbare positieve koersprestatie. Tegenover een jaar geleden is ons totale beheerde vermogen licht gestegen (+2%), doordat de toename van de netto-instroom de licht negatieve koersontwikkeling meer dan compenseerde. Onze assetmanagementdiensten leveren de grootste bijdrage tot onze nettoprovisie-inkomsten die, na de daling in het voorgaande kwartaal, opnieuw stegen met 4% kwartaal-op-kwartaal tot 360 miljoen euro, dankzij hogere beheersvergoedingen voor beleggingsfondsen naar aanleiding van een verschuiving in de activaspreiding uit cashposities. Ook de toename van de krediet- en garantievergoedingen droeg bij tot het verbeterde kwartaalresultaat. De nettoprovisie-inkomsten daalden daarentegen ten opzichte van een jaar geleden met 23%. Dat was te wijten aan beduidend lagere beheersvergoedingen en toetredingsvergoedingen voor beleggingsfondsen, en aan lagere vergoedingen in verband met effectentransacties.
- Het nettoresultaat uit financiële instrumenten tegen reële waarde bedroeg 154 miljoen euro in het tweede kwartaal van 2016, tegenover 93 miljoen euro in het vorige kwartaal en 179 miljoen euro in het tweede kwartaal van 2015. De relatief sterke stijging ten opzichte van het vorige kwartaal is het gevolg van eenmalige wijzigingen aan onze waardeaanpassingsmodellen (CVA/MVA).
- Alle andere inkomsten samen bedroegen 211 miljoen euro. Dat is 123 miljoen meer dan in het vorige kwartaal en 31 miljoen meer dan in hetzelfde kwartaal van vorig jaar. De cijfers voor het tweede kwartaal van 2016 profiteerden immers van een meerwaarde van 99 miljoen euro (voor belastingen) als gevolg van de verkoop van Visa Europe-aandelen. Daarnaast werd het tweede kwartaal gekenmerkt door seizoensgebonden hogere dividendinkomsten.
De exploitatiekosten werden vertekend door de vooraf geboekte bankenheffing in het vorige kwartaal: zonder die heffing bleven de exploitatiekosten gelijk met het vorige kwartaal en daalden ze met 1% ten opzichte van een jaar geleden.
Onze exploitatiekosten bedroegen 904 miljoen euro in het tweede kwartaal van 2016. Op het eerste gezicht is dat aanzienlijk lager dan in het vorige kwartaal (-24%), maar dat heeft te maken met het feit dat het grootste deel van de bankenheffing zoals gewoonlijk in de eerste helft van het jaar wordt geboekt. Laten we die heffingen (335 miljoen euro in het eerste kwartaal van 2016 en 51 miljoen in het tweede kwartaal) buiten beschouwing, dan lagen onze exploitatiekosten ongeveer even hoog als in het vorige kwartaal en daalden ze zelfs met 1% ten opzichte van een jaar geleden. Ten opzichte van het vorige kwartaal werden de kosten beïnvloed door onder meer hogere marketinguitgaven en lagere personeelskosten. De 1% daling jaar-op-jaar is het resultaat van verschillende factoren, waaronder de lagere personeelskosten, die enigszins werden gecompenseerd door hogere IT-uitgaven.
Bijgevolg bedroeg de kosten-inkomstenratio van onze bankactiviteiten 59% year-to-date, tegenover 55%
voor 2015. Als we een aantal specifieke items buiten beschouwing laten en de bankenheffingen gelijk spreiden, zou de kosten-inkomstenratio 56% bedragen (in 2015 was dat ook 55%).
Waardeverminderingen op kredieten: erg lage kredietkostenratio van 0,07% year-to-date.
- In het tweede kwartaal van 2016 bedroegen de waardeverminderingen op kredieten een gunstige 50 miljoen euro, duidelijk meer dan het diepterecord van 4 miljoen euro in het vorige kwartaal, maar minder dan de 138 miljoen euro die een jaar geleden werd geboekt. De stijging ten opzichte van het vorige kwartaal was deels te wijten aan gewijzigde modelparameters in de meeste portefeuilles, terwijl het aantal nieuwe impaired kredieten in alle segmenten beperkt bleef. De waardeverminderingen bedroegen 28 miljoen euro in België, 9 miljoen euro in Tsjechië, 6 miljoen euro in Slowakije, 1 miljoen euro in Bulgarije en 7 miljoen euro voor Groepscenter, en er was bovendien een netto-vrijgave van kredietvoorzieningen (positieve impact) met 1 miljoen euro zowel in Hongarije als in Ierland. Voor de hele groep bedroegen de waardeverminderingen op kredieten in de eerste helft van 2016 ongeveer 0,07% (geannualiseerd) van de totale kredietportefeuille.
- De waardeverminderingen op voor verkoop beschikbare financiële activa bedroegen 20 miljoen euro, een lichte daling ten opzichte van de 24 miljoen euro van het vorige kwartaal, maar een stijging ten opzichte van de 7 miljoen euro van het tweede kwartaal van 2015. In het afgelopen kwartaal hadden de waardeverminderingen vooral betrekking op aandelen in de beleggingsportefeuille van de verzekeraar.
Resultaten per divisie
Onze kwartaalwinst van 721 miljoen euro bestaat uit 371 miljoen euro voor de divisie België, 191 miljoen euro voor de divisie Tsjechië, 123 miljoen euro voor de divisie Internationale Markten en 37 miljoen euro voor Groepscenter. In het deel 'Results per business unit' van het Extended Quarterly Report 2Q2016 vindt u een volledige resultatentabel en een korte analyse per divisie, en in de analistenpresentatie krijgt u meer informatie voor elke divisie (beide zijn beschikbaar op www.kbc.com).
Sterke fundamentals: eigen vermogen, solvabiliteit en liquiditeit
- Eind juni 2016 bedroeg ons totale eigen vermogen (inclusief onze additional tier 1-uitgiften) 16,2 miljard euro, dat is 0,4 miljard euro meer dan eind 2015. De ontwikkelling van het totale eigen vermogen tijdens de eerste zes maanden van 2016 is toe te schrijven aan de opname van de halfjaarwinst (+1,1 miljard euro), de lagere waardering van de kasstroomafdekkingen (-0,5 miljard euro) en wijzigingen in toegezegdpensioenregelingen (-0,2 miljard euro).
- Onze solvabiliteitsratio's overtroffen ruim de gezamenlijke solvabiliteitstest van de toezichthouders voor 2016 (minimaal 10,25%, Basel III, phased-in volgens de Deense compromismethode). Op 30 juni 2016 bedroeg onze common equity ratio op groepsniveau (Basel III, volgens de Deense compromismethode) een stevige 14,9% (phased-in en fully loaded). De leverage ratio van de groep (Basel III, fully loaded) bedroeg 6,0%. Ondanks de invloed van een nieuwe bovengrens opgelegd door de Belgische toezichthouder, bedroeg de solvabiliteitsratio voor KBC Verzekeringen op 30 juni 2016 een goede 187% volgens het nieuwe Solvency II-kader.
- Onze liquiditeitspositie bleef uitstekend, wat zich uit in een LCR-ratio van 132% en een NSFR-ratio van 123% eind juni 2016.
Analyse van de year-to-date periode (1H2016)
Ons totale resultaat voor de eerste zes maanden van het jaar bedraagt 1 113 miljoen euro, tegenover 1 176 miljoen euro een jaar geleden.
In vergelijking met het eerste halfjaar van 2015 werd het resultaat voor het eerste halfjaar van 2016 gekenmerkt door:
- iets lagere nettorente-inkomsten (-2% tot 2 137 miljoen euro), vooral door het huidige lagerenteklimaat dat leidt tot een lager transformatieresultaat en lagere dealingroominkomsten. Dat wordt deels gecompenseerd door lagere financieringskosten en hogere rente-inkomsten uit kredietverlening. De deposito's (+6%) en het kredietvolume (+4%) stegen;
- een lagere bijdrage van de technische verzekeringsresultaten (bruto verdiende premies min bruto technische lasten en het nettoresultaat uit afgestane herverzekering: -6% tot 192 miljoen euro), deels als gevolg van hogere claims. In schadeverzekeringen bedroeg de gecombineerde ratio 95% year-todate. Bij de levensverzekeringen steeg de verkoop met bijna 30%, voornamelijk dankzij producten met rentegarantie in België;
- lagere nettoprovisie-inkomsten (-24% tot 706 miljoen euro) door beduidend lagere beheersvergoedingen en toetredingsvergoedingen voor beleggingsfondsen. Eind juni 2016 bedroeg het totale beheerde vermogen 207 miljard euro, een stijging met bijna 2% ten opzichte van een jaar geleden die voortkomt uit een stijging van de netto-instroom met 2% en een gemiddelde koersdaling van -1%;
- een nagenoeg ongewijzigd niveau voor alle andere inkomsten samen (in totaal 546 miljoen euro). Die omvatten een iets hoger nettoresultaat uit financiële instrumenten tegen reële waarde (+5% tot 247 miljoen euro), beduidend hogere netto gerealiseerde winsten uit voor verkoop beschikbare effecten (+34% tot 155 miljoen euro, dankzij een meerwaarde op de verkoop van Visa Europe-aandelen), wat lagere dividendinkomsten (-10% tot 46 miljoen euro) en een daling van de overige netto-inkomsten (- 36% tot 98 miljoen euro omdat er in het tweede kwartaal van 2015 enkele eenmalige meevallers waren);
- iets hogere exploitatiekosten (+1% tot 2 090 miljoen euro), voornamelijk als gevolg van de hogere bankenheffingen (+11%). Zonder die heffingen daalden de exploitatiekosten met 1% ten opzichte van het eerste halfjaar van 2015. Bijgevolg bedroeg de kosten-inkomstenratio 59% year-to-date, of 56% aangepast voor specifieke items;
- beduidend lagere waardeverminderingen op kredieten (-75% tot 54 miljoen euro). Daardoor bedroeg de kredietkostenratio op jaarbasis voor de hele groep een uitstekende 0,07%.
| Geselecteerde ratio's KBC Groep (geconsolideerd) |
FY2015 |
1H2016 |
| Winstgevendheid en efficiëntie |
|
|
| Rendement op eigen vermogen |
22% |
17% |
| Kosten-inkomstenratio bankactiviteiten |
55% |
59% |
| Gecombineerde ratio, schadeverzekeringsactiviteiten |
91% |
95% |
| Solvabiliteit |
|
|
| Common equity ratio volgens Basel III, Deense compromismethode (phased-in) |
15,2% |
14,9% |
| Common equity ratio volgens Basel III, Deense compromismethode (fully loaded) |
14,9% |
14,9% |
| Common equity ratio volgens FICOD-methode (fully loaded) |
14,0% |
13,5% |
| Leverage ratio volgens Basel III (fully loaded) |
6,3% |
6,0% |
| Kredietrisico |
|
|
| Kredietkostenratio |
0,23% |
0,07% |
| Impaired kredieten ratio |
8,6% |
7,8% |
| Waarvan impaired kredieten die meer dan 90 dagen achterstallig zijn |
4,8% |
4,4% |
| Liquiditeit |
|
|
| Net stable funding ratio (NSFR) |
121% |
123% |
| Liquidity coverage ratio (LCR) |
127% |
132% |
Verklaring met betrekking tot risico
- Omdat we hoofdzakelijk actief zijn als bank-verzekeraar en vermogensbeheerder, zijn we blootgesteld aan een aantal typische risico's voor die sectoren, zoals – maar zeker niet uitsluitend – kredietrisico, kredietrisico van tegenpartijen, concentratierisico, interestrisico, muntrisico, liquiditeits- en financieringsrisico, risico van aangegane verzekeringsverplichtingen, wijzigingen in de regelgeving, operationeel risico, betwistingen van klanten, concurrentie van andere en nieuwe spelers en de economie in het algemeen. Hoewel KBC al die risico's nauwlettend opvolgt en beheert binnen een strikt risicokader dat governance en limieten vastlegt, kunnen ze toch een negatieve invloed hebben op de waarde van activa of bijkomende kosten genereren boven de verwachte niveaus.
- Momenteel wordt een aantal factoren als de belangrijkste uitdagingen beschouwd voor de financiële sector in het algemeen en dus ook voor KBC. Hogere kapitaalvereisten zijn een heel belangrijk thema voor de sector. Momenteel hebben de belangrijkste initiatieven van de toezichthouders te maken met kredietrisico's, operationele risico's, tradingrisico's, ALM-risico's en consumentenbescherming. Naast de regelgeving blijft de lagerenteomgeving een permanente uitdaging. Als de lage rentevoeten aanhouden, zet dat een aanzienlijke druk op het langetermijnrendement van de banken en zeker van de verzekeraars. De financiële sector moet ook rekening houden met mogelijke systemische gevolgen van politieke en financiële ontwikkelingen, zoals de brexit of de zorgen over de banksector in sommige landen. Financiële instellingen zijn er zich van bewust dat de financiële technologie een nieuwe uitdaging vormt voor het businessmodel van traditionele spelers. Ook het cyberrisico is in de voorbije jaren een belangrijke bedreiging geworden, niet alleen voor de financiële sector, maar voor de economie in haar geheel.
- U vindt informatie met betrekking tot het risicobeheer in ons jaarverslag, onze extended quarterly reports en risk reports, die beschikbaar zijn op www.kbc.com.
- Door de onzekerheid naar aanleiding van de keuze voor een brexit in het Britse referendum op 23 juni, gaan we ervan uit dat de Fed zijn beleidsrente voor de rest van 2016 ongewijzigd zal laten en die pas in 2017 geleidelijk zal optrekken, waarschijnlijk in drie stappen van telkens 25 basispunten. Intussen heeft de ECB aangekondigd dat ze haar negatieve depositorente behoudt, of zelfs zou verlagen, tot ruim na het einde van het inkoopprogramma, dat volgens de huidige planning eindigt in maart 2017. De ECB zal haar depositorente waarschijnlijk pas ten vroegste in 2018 weer verhogen. Als gevolg van de 'vlucht naar kwaliteit' op de financiële markten na de beslissing van de Britten om uit de Europese Unie te stappen, wordt verwacht dat de Amerikaanse dollar licht in waarde zal stijgen ten opzichte van de euro in 2016 en 2017. De verwachte verdere economische expansie in de VS en de veronderstelde renteverhogingen door de Fed in 2017 zouden moeten zorgen voor een bescheiden stijging van de Amerikaanse obligatierentes. Door de wereldwijde integratie van de belangrijkste obligatiemarkten, zal dat in zekere mate ook leiden tot een stijging van de Duitse rentes.
- Ondanks het relatief zwakke tweede kwartaal op macro-economisch vlak en de groter dan gemiddelde economische en politieke onzekerheid als gevolg van de brexit, de politieke spanningen in Turkije, de vluchtelingencrisis, nakende verkiezingen in Europa en de VS, de kwetsbaarheid van de opkomende markten, enz., verwachten we toch dat de rest van 2016 een periode van aanhoudende economische groei zal zijn in zowel de eurozone als de VS. De fundamentele redenen daarvoor zijn de veerkracht van de binnenlandse vraag, in het bijzonder de gezinsconsumptie, het enigszins ondersteunende fiscale beleid en de aantrekkende investeringsgroei, met name in de VS. De bijdrage van de internationale handel aan de groei zal daarentegen naar verwachting eerder zwak zijn. Daardoor zal de economische groei in de eurozone en de VS wat lager liggen dan in 2015 en naar verwachting weer versnellen in 2017. We blijven voorzichtig positief over de groei in België, hoewel de cijfers voor 2016 en 2017 wellicht onder de niveaus voor de eurozone zullen blijven als gevolg van de aanhoudende fiscale besparingen en de relatief groter dan verwachte impact van de brexit. In Centraal-Europa zal de stevige bbp-groei waarschijnlijk wat verzwakken in 2016, aangezien de steun van de Europese cohesiefondsen voor overheidsinvesteringen zal wegvallen.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met:
Wim Allegaert, directeur Investor Relations, KBC-groep Tel +32 2 429 50 51 - E-mail: [email protected]
Viviane Huybrecht, directeur Corporate communicatie/woordvoerster KBC-groep Tel +32 2 429 85 45 - E-mail: [email protected]
* Dit nieuwsbericht bevat informatie waarop de Europese transparantieregelgeving voor beursgenoteerde bedrijven van toepassing is.
KBC Groep NV
Havenlaan 2 – 1080 Brussel Viviane Huybrecht Directeur Corporate Communicatie / woordvoerster Tel. 02 429 85 45
Persdienst Tel. 02 429 65 01 Stef Leunens Tel. 02 429 29 15 Ilse De Muyer Fax 02 429 81 60 E-mail: [email protected]
KBC-persberichten zijn beschikbaar op www.kbc.com of kunnen verkregen worden door een mail te zenden naar [email protected]
Volg ons op www.twitter.com/kbc\_group