Annual Report • Apr 29, 2022
Annual Report
Open in ViewerOpens in native device viewer

| 1. | WOORD VAN DE VOORZITTER4 | |
|---|---|---|
| 2. | VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR5 | |
| 3. | FINANCIEEL VERSLAG – IFRS 31 |
|
| 3.1. | GECONSOLIDEERDE JAARREKENING |
31 |
| 3.1.1. | GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING 31 | |
| 3.1.2. | GECONSOLIDEERD TOTAALRESULTAAT 32 | |
| 3.1.3. | GECONSOLIDEERDE BALANS 33 | |
| 3.1.4. | GECONSOLIDEERD KASSTROOMOVERZICHT 34 | |
| 3.1.5. | GECONSOLIDEERDE STAAT VAN WIJZIGINGEN IN HET EIGEN VERMOGEN 37 | |
| 3.2. | TOELICHTINGEN BIJ DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING VAN | |
| CRESCENT NV | 39 | |
| TOELICHTING 1. | BEDRIJFSINFORMATIE 39 | |
| TOELICHTING 2. | PRESENTATIEBASIS 39 | |
| TOELICHTING 3. | VOORNAAMSTE BOEKHOUDPRINCIPES 40 | |
| TOELICHTING 4. | OPERATIONELE SEGMENTEN EN TOELICHTING OVER DE ENTITEIT ALS GEHEEL 60 | |
| TOELICHTING 5. | BIJKOMENDE INFORMATIE BETREFFENDE BEDRIJFSKOSTEN VOLGENS AARD 65 | |
| TOELICHTING 6. | PERSONEELSKOSTEN EN OVERIGE SOCIALE VOORDELEN 65 | |
| TOELICHTING 7. | FINANCIËLE RESULTATEN 66 | |
| TOELICHTING 8. | BELASTINGEN EN UITGESTELDE BELASTINGEN 67 | |
| TOELICHTING 9. | VERKOPEN VAN DOCHTERONDERNEMINGEN 69 | |
| TOELICHTING 10. | GOODWILL 70 | |
| TOELICHTING 11. | IMMATERIËLE VASTE ACTIVA 76 | |
| TOELICHTING 12. | MATERIËLE VASTE ACTIVA 77 | |
| TOELICHTING 13. | LEASING EN RECHT-OP-GEBRUIK ACTIVA 79 | |
| TOELICHTING 14. TOELICHTING 15. |
OVERHEIDSSTEUN 81 HANDELS- EN OVERIGE VORDERINGEN 81 |
|
| TOELICHTING 16. | VOORRADEN 83 | |
| TOELICHTING 17. | GELDMIDDELEN EN KASEQUIVALENTEN 83 | |
| TOELICHTING 18. | FINANCIËLE SCHULDEN 84 | |
| TOELICHTING 19. | VOORZIENINGEN 87 | |
| TOELICHTING 20. | HANDELS- EN OVERIGE SCHULDEN 91 | |
| TOELICHTING 21. | EIGEN VERMOGEN 92 | |
| TOELICHTING 22. | WINST PER AANDEEL 97 | |
| TOELICHTING 23. | KAPITAALBEHEER 97 | |
| TOELICHTING 24. | BEHEER VAN FINANCIËLE RISICO'S 98 | |
| TOELICHTING 25. | REËLE WAARDE 102 | |
| TOELICHTING 26. | GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM 104 | |
| TOELICHTING 27. | BELANGEN IN DOCHTERONDERNEMINGEN 108 | |
| TOELICHTING 28. | INFORMATIE OVER DE OPDRACHTEN VAN DE REVISOREN EN HUN VERGOEDINGEN 110 | |
| TOELICHTING 29. | ONZEKERHEDEN 111 | |
| TOELICHTING 30. | TRANSACTIES MET VERBONDEN PARTIJEN 111 | |
| TOELICHTING 31. | ALTERNATIEVE PRESTATIEMAATSTAVEN 114 | |
| 4. | VERKLARING VAN DE COMMISSARIS115 | |
| 5. | ENKELVOUDIGE JAARREKENING CRESCENT NV EN | |
| TOELICHTING (VERKORTE VERSIE)123 |
| 6. | INVESTOR RELATIONS EN FINANCIËLE KALENDER128 | |
|---|---|---|
| 7. | VERKLARING VERANTWOORDELIJKE PERSONEN | 130 |
| 8. | BEDRIJFSWIJZER, STAND PER EINDE 2021131 | |
| 9. | VERKLARENDE WOORDENLIJST 132 |
|
| 10. | SOCIALE VERANTWOORDELIJKHEID134 |
Geachte Aandeelhouders,
Ondanks de aanzienlijke Covid-tegenwind gedurende het grootste deel van 2021 slaagde Crescent NV erin haar kernactiviteiten op het omzetniveau van vóór Covid te houden (op hetzelfde niveau op jaarbasis), maar slaagde er nog niet in belangrijke strategische groei-initiatieven te realiseren in zowel de diensten- als de oplossingendivisies.
Niettemin zijn we er dankzij de desinvesteringen van UEST NV en Social Distancing Tags en dankzij verdere substantiële verlagingen van overheadkosten (min 15% van jaar tot jaar) in geslaagd de winstgevendheid op te krikken naar niveaus die ambitieuze groei-investeringen mogelijk maken.
Ons strategisch partnerschap met Remoticom BV markeerde het begin van een strategische verschuiving van historische productplatformen (Cloudgate) naar volledig geïntegreerde IoToplossingen en heeft tegen het einde van het jaar al gezorgd voor een robuuste groei van de inkomende orders.
Evenzo is onze Services divisie erin geslaagd een volledig geïntegreerd softwareplatform voor de vrijetijdsindustrie te ontwikkelen en op te leveren, waarmee een moeizame investering van historische managed services naar een software as a service (SAAS) business model werd beëindigd.
Crescent Services evolueert dus resoluut naar cloud-gebaseerde softwaremogelijkheden, weg van de on-site toegevoegde waarde van infrastructuren.
We hebben dan ook alle reden om optimistisch te zijn over een robuuste groei van de winstgevendheid, aangezien de combinatie van herstructureringsmaatregelen en strategische groei-investeringen Crescent opnieuw gepositioneerd hebben als een belangrijke kanshebber om een aanzienlijk marktaandeel te veroveren in de opkomende IoT-markten.
In 2022 zal de snelle groei van de omzet in combinatie met ongewone tekorten aan componenten een ongekende druk uitoefenen op onze behoefte aan werkkapitaal.
En zo ons vermogen om aan de vraag te voldoen. Daarom heeft VZH besloten haar inspanningen op te voeren om extra liquiditeit te verschaffen door nieuw kapitaal te verstrekken, aangezien andere financieringsinstrumenten waarover Crescent beschikte minder geschikt waren om een dergelijke leemte op te vullen.
Zoals beloofd en ondanks Covid vertragingen is Crescent eindelijk opgestaan uit de overblijfselen van een onrustig verleden naar een veel betere toekomst surfend op het groeiende momentum van opkomende IoT-markten.
Ik wil van de gelegenheid gebruik maken om iedereen te bedanken die een moeizame reis met ons heeft volgehouden. We zijn vastbesloten om een mooi rendement te produceren voor hun broodnodige investeringen en zeer gewaardeerde steun.
Crescent heeft de bocht genomen.
Eric Van Zele Voorzitter Gedelegeerd Bestuurder
Geachte Aandeelhouders,
Wij hebben het genoegen U hierbij verslag uit te brengen over de activiteiten van de vennootschap gedurende het afgelopen boekjaar en de jaarrekening afgesloten per 31 december 2021 ter goedkeuring voor te leggen.
Voor een gedetailleerd overzicht betreffende de geconsolideerde resultatenrekening en de balans, verwijzen we naar het financieel verslag dat volgt.
In de geconsolideerde resultatenrekening van 2021 kunnen de meest opvallende elementen van het geconsolideerd resultaat als volgt worden samengevat in k€ (duizend EUR):
| In duizend EUR | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Omzet | 16 227 | 17 783 |
| EBITDA | 754 | 417 |
| Bedrijfsresultaat | ( 3 291) | ( 4 220) |
| Netto-resultaat | ( 4 029) | ( 4 731) |
De opbrengsten zijn met 8.7% gedaald in vergelijking met 2020. Deze daling was het meest uitgesproken in het Solutions segment. Zie verder voor bijkomende toelichtingen.
Door de verbeterde brutowinstmarge en de verdere daling van de bedrijfskosten is de EBITDA evenwel gestegen van k€ 417 naar k€ 754. Vermeldenswaard hierbij is de opname in bedrijfskosten van eenmalige herstructureringskosten van k€ 223 en niet-recurrente managementkosten van k€ 254.
In waardeverminderingen werd k€ 808 opgenomen voor impairment van goodwill ingevolge de bijstellingen van de plannen inzake installatie-oplossingen bij SAIT BV (k€ 293) en Integrations (k€ 515), en k€ 934 voor een bijzondere waardevermindering op immateriële vaste activa , bij Services ten gevolge van de herziening van de toekomstige rentabiliteit van de ontwikkelde leisure-software.
| Omzet per divisie | |||
|---|---|---|---|
| In duizend EUR | 2021 | 2020 | |
| Solutions | 7 154 | 8 064 | |
| Services | 6 613 | 7 106 | |
| Lighting | 2 460 | 2 613 | |
| Totalen | 16 227 | 17 783 |

De daling in omzet in het Solutions segment is in hoofdzaak te wijten aan de desinvestering van UEST NV eind vorig jaar (-0.5 miljoen EUR) en aan de niet verderzetting van de 'Safe Distance by Option' oplossing (-0.5 miljoen EUR).
Ook de omzet van SAIT BV is sterk gedaald (met -0.5 miljoen EUR) door het ontbreken van grotere tunnelprojecten over 2021.
Binnen de Solutions divisie is de IoT omzet daarentegen met 33% gestegen naar 4,2 miljoen EUR. Het volume verkochte Cloudgates steeg met 29%; met sensoren werd voor de eerste keer een omzet van 0.5 miljoen EUR gerealiseerd (vanuit de Greenfield Direct verkoopsovereenkomst)
De omzet van de Services-divisie is met 7% gedaald. Nochtans werd in 2021 een omzet van 0.5 miljoen EUR uit de software integratie activiteiten gehaald maar de basis omzet in IT services daalde met 13% door een nog sterkere focus op recurrente services ten nadele van projectservices; hierdoor is de netto rentabiliteit van deze IT services verbeterd omdat voor projectservices meer beroep wordt gedaan op externen.
De omzet in het Lighting segment daalde met 6% in vergelijking met 2020, maar verbeterde in het tweede semester met 16% in vergelijking met het eerste semester waarin de coronacrisis nog een remmende impact had, en verbeterde met 2% in vergelijking met het tweede semester van 2020.
| EBITDA per divisie | |||
|---|---|---|---|
| In duizend EUR | 2021 | 2020 | |
| Solutions | 467 | ( 31) | |
| Services | 1 229 | 1 302 | |
| Lighting | ( 63) | 110 | |
| Group costs | ( 879) | ( 964) | |
| Totalen | 754 | 417 |

De impact van de omzetdaling van het Solutions segment is gedeeltelijk opgevangen kunnen worden door de betere brutowinstmarge, en door de gevolgen van de reeds vorig jaar ingezette kostenbesparingen. Met name door de verbetering van de IoT activiteiten is uiteindelijk een positieve EBITDA bijdrage geleverd door het Solutions segment.
De winstgevendheid van het Services segment is door de gedaalde omzet iets afgenomen ; de verbeterde omzetmix in het voordeel van recurrente services, en de kostenoptimalisatie van migraties tussen de ondersteunende externe datacenters hebben de omzetdaling gedeeltelijk opgevangen.
In de loop van het tegenvallend eerste semester van 2021 werd besloten om de kostenstructuur van het Lighting segment sterk te verminderen, met als gevolg dat het breakeven punt gevoeilig is gedaald sinds het tweede semester en dat er terug een positieve EBITDA werd opgetekend vanaf dan, maar
ook dat in 2021 voor meer dan 0.3 miljoen EUR eenmalige en niet-recurrente kosten werden ten laste genomen.
In de balans van eind 2021 zijn volgende de belangrijkste posten:
| In duizend EUR | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Totaal eigen vermogen | 5 805 | 7 127 |
| Totaal activa | 21 188 | 24 663 |
| Vaste activa | 17 058 | 19 670 |
| waarvan Goodwill | 11 980 | 12 788 |
| Netto financiële schuld | 4 305 | 5 616 |
| Netto werkkapitaal | ( 3 765) | ( 4 711) |
Door het netto-verlies daalde het totaal eigen vermogen van de Vennootschap ondanks het feit dat in 2021 volgende kapitaalverhogingen en uitoefeningen van uitstaande warranten plaatsvonden:
| Kapitaal | Uitgiftepremie | Aandelen | Warranten | ||
|---|---|---|---|---|---|
| Beginbalans | 9 902 047 | - | 1604 939 345 | 37 000 000 | |
| 28/01/2021 | Uitoefening warranten | 180 000 | - | 9 000 000 | (9 000 000) |
| 18/03/2021 | LDA Capital Ltd | 1 014 566 | - | 32 500 000 | - |
| 31/03/2021 | Uitgifte warrantenplan LDA Capital Ltd |
- | - | - | 46 400 000 |
| 10/05/2021 | Uitoefening warranten | 158 385 | 311 615 | 23 500 000 | (23 500 000) |
| 15/07/2021 | LDA Capital Ltd | 740 925 | - | 27 750 000 | - |
| 13/12/2021 | Verval warranten | - | - | - | (1 050 000) |
Mede hierdoor daalde de netto financiële schuld met 1.3 miljoen EUR.
De afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen verklaren hoofdzakelijk de daling van de vaste activa.
De omzet voor het volledige jaar bedroeg 5.4 miljoen EUR, tegenover 4.6 miljoen EUR het vorige boekjaar. Er zijn enkele redenen voor deze omzetstijging: de basis gateway business, inclusief engineering diensten, steeg met 0.7 miljoen EUR; de verkopen van Cloudgates zelf stegen met 29% tot meer dan 10.000 toestellen. Daarbij kwamen de eerste verkopen van sensoren tbv. 0.5 miljoen EUR voor het Greenfield project; deze compenseerde ongeveer het wegvallen van de verkopen van de Safe Distance by Option oplossing die in 2020 nog goed waren voor 0.5 miljoen EUR. Verder werd ook een omzet van 0.5 miljoen EUR gerealiseerd in software integratie activiteiten.
De bedrijfskosten vóór niet-recurrente bedrijfskosten bleven op hetzelfde niveau van 2020. De nietrecurrente kosten betroffen de bijkomende afschrijving op de ontwikkelde en geactiveerde software voor het vrijetijdsplatform.
In 2020 werden er voor 1.2 miljoen EUR niet-recurrente financiële kosten geboekt ten opzichte van 0,4 miljoen EUR in 2021, zijnde een waardevermindering op een deelneming; de daling van de netto financiële kosten in 2021 ten overstaan van 2020 wordt daardoor deels verklaard in combinatie met bijkomende financiële kosten ten gevolge van waardeverminderingen op vlottend actief (0,2 miljoen EUR) en de kosten van de LDA financiering (0.2 miljoen EUR).
Het netto verlies van 2.5 miljoen EUR verminderde licht in vergelijking met de 2.6 miljoen EUR van 2020.
Door schuldoverdrachten van dochtervennootschappen aan Van Zele Holding NV naar Crescent NV, steeg de schuld van de vennootschap ten overstaan van Van Zele Holding NV, maar steeg ook haar vorderingen op dochtervennootschappen binnen de groep.
In de loop van 2021 zijn er 0.25 miljoen EUR financiële schulden terugbetaald aan Belfius Bank, en werden er door Van Zele Holding NV voor 0.5 miljoen EUR bijkomende middelen verstrekt.
De vennootschap heeft geen bijkantoren.
De Raad van Bestuur stelt voor om het niet-geconsolideerde nettoverlies van 2.5 miljoen EUR over 2021 over te dragen naar het volgende boekjaar.
Met name binnen Crescent solutions en meer specifiek in Crescent NV (voorheen Option NV) worden activiteiten op het vlak van onderzoek en ontwikkeling uitgevoerd.
Crescent NV heeft al meer dan 30 jaar ervaring in het ontwerp van hoog kwalitatieve draadloze producten. De indrukwekkende know-how en infrastructuur rond RF en EMC ontwerp binnen Crescent laten toe om klanten te ondersteunen bij het ontwerp en/of de pre-certificatie van draadloze producten teneinde een groter bereik, een grotere autonomie en/of een kleinere vormfactor te bereiken.
Het belangrijkste eigen product naast de bovengenoemde engineering services is de CloudGate familie van producten. Deze intelligente combinatie van IoT Gateway en Applicatie Platform in een compacte industrial grade box laat toe om op een eenvoudige en snelle manier IoT, IIoT (Industrial Internet of Things)en M2M oplossingen te bouwen.
CloudGate onderscheidt zich op een aantal vlakken van andere producten in dit domein:
Wegens de modulaire architectuur van het product en de beschikbaarheid van een breed portfolio van plug-in kaarten kan met één enkele box een brede waaier van sensoren en actuatoren via CloudGate met de Cloud verbonden worden.
CloudGate ondersteunt in één product een brede waaier van open communicatie-interfaces en protocols, en kan zelfs als vertaler tussen verschillende protocols ingezet worden. Gebruikers kunnen dus in klantenprojecten de optimale communicatie kiezen voor elke verbinding, en zowel tijdens als na het project van communicatietechnologie wisselen met behoud van een zeer groot deel van de investering in zowel hardware als software.
Het LuvitRed applicatieplatform (een optimalisatie van NodeRed) laat toe om zonder software ontwikkeling of ICT kennis volledige IoT applicaties te bouwen en op CloudGate zelf te draaien. De gebruiker dient daarbij enkel in een grafische interface wat blokken naar een canvas te slepen, deze blokken te verbinden met lijnen en wat parameters te configureren.
Sterker in ICT technologie onderlegde gebruikers kunnen niet alleen via de meegeleverde software development kit (SDK) hun eigen applicaties ontwikkelen en op CloudGate draaien, maar ook via de aangeboden hardware development kit (HDK) hun eigen plug-in kaarten ontwikkelen, bvb. voor ondersteuning van eigendomssoftware- en interfaces.
CloudGate biedt ook out-of-the box interfaces naar vele bestaande standaard IoT cloud platformen (zoals bijvoorbeeld Microsoft Azure)
CloudGate biedt ook een eenvoudige manier om grote installaties vanop afstand te configureren via CloudGate Universe.
Cloudgate Universe wordt nu ook verder uitgebreid richting mobile device management, waardoor CloudGate niet enkel kan geconfigureerd worden, maar ook echt beheerd. Dit betekent het ophalen van diagnostische informatie, het rapporteren van fouten en pannes, en het op afstand bekijken van de status van de koppelingen met sensoren en/of geconnecteerde apparaten.
Los van bovenstaande technische elementen onderscheidt Crescent zich ook door het bouwen van sterke strategische partnerships met eindklanten, systeemintegratoren, resellers en distributeurs met toegevoegde waarde, technologie aanbieders en netwerk operatoren.
Ook in 2021 werd dit ecosysteem verder uitgebreid.
Dit alles maakt het CloudGate klanten mogelijk om zeer snel IoT oplossingen op de markt te zetten met een lage Total Cost of Ownership, waarbij de klant zich kan focussen op zijn verticale kerncompetenties, daarbij vertrouwend op de robuuste, bewezen en veilige communicatie- en applicatie-infrastructuur van CloudGate en CloudGate Universe.
In 2019 werd samen met een aantal partners binnen een nieuw gevormd consortium een nieuw ontwikkelingstraject opgestart dat door Vlaio mee gefinancierd wordt. Het project beoogt over 2019 tot 2021 de ontwikkeling van een digitale stadspaal die als centrale spil zou moeten fungeren voor de ondersteuning van IoT-oplossingen. Het project omvat onder meer de ontwikkeling en installatie van een 'proof-of-concept' van een modulaire verlichtingspaal die smart-city toepassingen ondersteunt, waaronder het smart laden van elektrische voertuigen. Dit project werd succesvol afgerond in februari 2022.
In 2021 werd de CloudGate revisie 5 ontwikkeld. Revisie 5 is nodig omdat tegen einde 2025 de processor van de huidige revisie 4 (en alle vorige revisies) end-of-life zal zijn. Deze revisie zal tot een Cloudgate leiden die een pak performanter zal zijn omdat ook de erin gebruikte processor een stuk krachtiger is dan de processoren die voor de eerste Cloudgate revisies werden gebruikt.
Crescent NV is eind 2020 ook gestart met bijkomend onderzoek om een 5G-variant te ontwikkelen van de CloudGate. De 5G Option gateway zal worden ingezet bij IoT use cases waarvoor de beschikbaarheid van communicatieprotocollen in de gateway een belangrijke rol spelen. Deze ontwikkeling kadert binnen een door Vlaio gesubsidieerd project waarbij door de partners een 5G Gateway technologieplatform zal ontwikkeld worden.
Zoals bevestigd in het persbericht van 27 december 2021, heeft de Vennootschap de overname van Remoticom Holding afgerond. De notariële acte van de formele levering van de aandelen is op 6 januari 2022 verleden in Tilburg. Op dat ogenblik heeft de Vennootschap volledige controle over Remoticom Holding verworven. Dit impliceert dat in de jaarrekening van 2021 van de Vennootschap nog geen cijfers van Remoticom Holding werden opgenomen.
De overnameprijs voor de aandelen bedraagt 4 miljoen EUR inclusief een earn out provisie die loopt over de volgende vier jaar. Van dit bedrag zal k€ 360 in cash worden betaald, waarvan k€ 240 reeds op datum van de notariële acte voldaan was. De resterende schuld van k€ 3 640 wordt ingebracht in kapitaal zoals hieronder beschreven.
Aangezien 55% van de aandelen van Remoticom Holding BV in handen waren van Van Zele Holding NV, heeft de Raad van Bestuur voor de definitieve overname de procedure overeenkomstig artikel 7:96 en 7:97 toegepast (zie Bijlagen 1 en 3) en het rapport van het Adviescomité d.d. 22 december 2021 gepubliceerd op de website van de Vennootschap.
Na evaluatie van de beschikbare informatie, waaronder het verslag van FINVISION als onafhankelijk expert van 16.07.2021 en 21.12.2021 is het Adviescomité van oordeel dat de voorgestelde transactie geen kennelijke benadeling van de Vennootschap met zich meebrengt. Het Adviescomité adviseert de Raad van Bestuur om deze transactie goed te keuren.
Op basis van onze beoordeling en onder voorbehoud van hetgeen vermeld wordt in de volgende paragrafen zijn geen elementen onder onze aandacht gekomen die ons ertoe aanzetten van mening te zijn dat de boekhoudkundige en financiële gegevens - opgenomen in de notulen van het bestuursorgaan en in het advies van het comité in het kader van betrekkingen binnen een groep waarvan een groepsvennootschap genoteerd is - van materieel belang zijnde inconsistenties bevatten ten opzichte van de informatie waarover wij beschikken in het kader van onze opdracht.

Wij wijzen er op dat de waardering uitgaat van positieve cashflows dewelke vanaf het jaar 2024 verwacht worden, daar waar de cashflows voor 2021 nog negatief zijn en voor 2022 en 2023 breakeven ingeschat worden en dat de vooropgestelde budgetten dus in een aanzienlijke groei in omzet en brutomarge voorzien, alsook in een aanzienlijke besparing in operationele kosten. De 2021 resultaten tot nu toe verschaffen ons onvoldoende inzicht of de vooropgestelde budgetten redelijk zijn. Aangezien deze betrekking hebben op de toekomst en daarom bovendien beïnvloed kunnen worden door onvoorziene gebeurtenissen, brengen wij geen oordeel tot uitdrukking over de vraag of de gerapporteerde eigenlijke resultaten zullen overeenkomen met de verwachte resultaten zoals ze aan de gebruikte waardering ten grondslag liggen en waarbij de verschillen van materieel belang kunnen zijn.
Tevens is bij het verdisconteren van de hierboven vermelde cashflows gebruik gemaakt van een gewogen gemiddelde kapitaalkost ("WACC") die lager ligt dan deze die Crescent NV heeft gehanteerd in het kader van haar impairment analyse per 31 december 2020. Gezien de aard van onze opdracht, brengen wij geen oordeel tot uitdrukking over de vraag of de gehanteerde WACC verantwoord is in functie van een lager risicoprofiel dat zou gelden voor REMOTICOM HOLDING NV in vergelijking tot Crescent NV en waarbij de verschillen van materieel belang kunnen zijn.
Verder wijzen wij er op dat wij de verkorte halfjaarlijkse geconsolideerde jaarrekening van Crescent NV per 30 juni 2021 niet hebben gecontroleerd, noch aan een beperkt nazicht hebben onderworpen. Ook de historische cijfers van REMOTICOM HOLDING NV werden niet onderworpen aan een controle of nazicht, noch door ons, noch door een andere revisor.
Voor verdere informatie omtrent de overname van Remoticom, verwijst de raad van bestuur naar het persbericht van de Vennootschap van 27 december 2021.
We verwijzen in dit kader naar toelichting 29 - Onzekerheden.
In 2022 werd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid een gunstig gevolg gegeven aan de aanvraag voor een afbetalingsplan. Het openstaande bedrag van k€ 153 zal voor k€ 64 moeten betaald worden in 2022, voor k€ 76 in 2023 en voor k€ 13 in 2024.
Na jaareinde bereikte de vennootschap een vaststellingsovereenkomst naar aanleiding van de bij de oplevering van een softwareproject ontstane onenigheden tussen beide partijen. Hierbij werd overeengekomen dat het te betalen, op balansdatum uitstaande bedrag van k€194 door de klant betaald wordt en dat geen verdere verplichtingen voor de Vennootschap bestaan, met uitzondering van deze voorzien in het nieuwe servicecontract, waartegen ook opbrengsten voorzien zijn.
Er kan op dit moment echter nog geen validatie van de cijfers plaatsvinden in de productie van het systeem, wat een cruciaal gegeven is voor de aanvaarding ervan.
Echter heeft de klant op basis van de tests in staging wel een groot vertrouwen in de query en de uitkomst van de validatie in de productie. De verdere timing voor het draaien van de query voor de maanden voorafgaand aan januari zal in de vaststellingsovereenkomst gefinaliseerd worden.
Betreffende de vaststellingsovereenkomst worden er draft versies tussen de partijen uitgewisseld en verwachten we binnen de korst mogelijke tijd tot een finale versie te komen.
Er is bevestigd dat bovenstaande punten voorlopig afdoende opgelost en geborgd worden en dat de klant zich akkoord zal verklaren met de oplevering en bijgevolg zich niet langer op een eventuele schadeclaim dient te beroepen.
Het zal cruciaal zijn dat partijen op wekelijkse basis verdere contacten onderhouden om het platform verder te finetunen.
Op 31 maart 2022 werd door de Raad van Bestuur de vordering die Global Innovator BV had uitstaan op Crescent NV ten gevolge van 45% van de verkoop van de aandelen van Remoticom Holding BV ingebracht in kapitaal van de Vennootschap binnen het toegestaan kapitaal.
Het verslag van de Raad van Bestuur wordt in bijlage 5 opgenomen en de voornaamste elementen hiervan luiden als volgt:
De inbreng betreft de Remoticom Vordering van Global Innovator voor een individueel inbrengbedrag van 1.440.000 EUR. Dit bedrag wordt ingebracht tegen een uitgifteprijs van € 0,026 per aandeel.
Hierdoor wordt het kapitaal van de Vennootschap gebracht van 11.995.923,06 EUR op 12.387.272,39 EUR en dit mits uitgifte van 55.384.615 nieuwe aandelen, zonder aanduiding van nominale waarde. De waarde van de inbreng boven fractiewaarde zal voor 1.048.650,67 EUR worden geboekt als uitgiftepremie op een onbeschikbare rekening die zoals het kapitaal de waarborg zal uitmaken van derden en niet kan worden verminderd of opgeheven tenzij overeenkomstig de voorwaarden voor vermindering van het kapitaal, gesteld door het WVV.
| Inbreng waarde | € 1 440 000 |
|---|---|
| uitgifteprijs | € 0,026 |
| nieuwe aandelen | 55 384 615 |
| fractiewaarde | € 0,0070660 |
| verhoging kapitaal | € 391 349 |
| uitgiftepremie | € 1 048 651 |
| totale inbreng | € 1 440 000 |
| oud kapitaal van de Vennootschap | € 11 995 923 |
| nieuw kapitaal van de Vennootschap | € 12 387 272 |
| oud aantal aandelen van de Vennootschap | 1697 689 345 |
| nieuw aantal aandelen van de Vennootschap | 1753 073 960 |
De nieuwe aandelen zullen genieten van dezelfde rechten en voordelen als de bestaande aandelen en dividendgerechtigd zijn over het volledige boekjaar van hun uitgifte.
Ze zullen als volledig volgestorte aandelen worden toegekend aan de vermelde inbrenger onder punt 2.4 om deze te vergoeden voor haar inbreng in natura van de Schuldvorderingen.
Voor de verantwoording van de uitgifteprijs van de nieuwe aandelen wordt verwezen naar punt 5 van het verslag.
In de financieringsovereenkomst met LDA Capital die begin 2020 werd afgesloten, was voorzien dat de Vennootschap zich engageerde om binnen de eerste 18 maanden voor een totaalbedrag van 5 miljoen EUR op te nemen. Evenwel bleek dat tijdens de looptijd van de derde put optie die eind 2021 werd gelanceerd, dat de koers van het aandeel niet op het verhoopte niveau evolueerde zodat de eventuele kapitaalverhoging zou resulteren in een verwaarloosbaar bedrag. De Vennootschap is dan in gesprek gegaan met LDA Capital Ltd en is overeengekomen dat de eerste opnameperiode van de financieringsovereenkomst verlengd wordt tot eind 2023, waarbij de uitoefenprijs van de op 31 maart 2021 uitgegeven 46.4 miljoen warranten van € 0.046 zal worden verlaagd naar € 0.031 en hun looptijd eveneens zal worden verlengd tot 20 juli 2024, onder voorbehoud van goedkeuring door de Bijzondere Algemene Vergadering van 31 mei 2022. De raad van bestuur is van mening dat deze bestaande financieringslijn van belang blijft voor andere vormen van financiering zoals de financiering van overnames (accretive EBITDA financing). Bovendien voorkomt de Vennootschap door de verlenging van de opnameperiode, de eventuele boete (k€ 324) verbonden aan het niet opnemen van de geëngageerde 5 miljoen EUR. Bijgevolg heeft de raad van bestuur beslist om het plan te verlengen en de uitgifteprijs van de intekenrechten te verlagen, mits akkoord van de aandeelhouders.
In het eerste kwartaal van 2022 heeft Van Zele Holding NV een bijkomende kredietlijn ter beschikking gesteld van 1.5 miljoen EUR, ter versterking van het werkkapitaal van de Vennootschap en ter ondersteuning van de verwachte omzetgroei.
De Raad van Bestuur heeft beslist om de verrichtingen, hieronder beschreven, te onderwerpen aan de procedure voorzien in artikel 7:96 en Artikel 7:97 WVV. (verslagen opgenomen in bijlagen 2 en 4).
Het advies van het Comité luidde daarbij als volgt:
Na evaluatie van de beschikbare informatie, is het Adviescomité van oordeel dat de voorgestelde overdracht van vorderingen, de Kredietovereenkomst en de beoogde inbreng van schuldvorderingen in kapitaal aan de voorgesteld voorwaarden, geen kennelijke benadeling van de Vennootschap met zich meebrengt. Het Adviescomité adviseert de Raad van Bestuur om deze verrichtingen goed te keuren.
Het Besluit van de commissaris luidde als volgt :
Op grond van onze beoordeling is niets onder onze aandacht gekomen dat ons ertoe aanzet van mening te zijn dat de financiële en boekhoudkundige gegevens vermeld in het advies van het Comité van onafhankelijke bestuurders en in de notulen van het bestuursorgaan, hetwelk de voorgenomen verrichting motiveert, niet in alle van materieel belang zijnde opzichten, getrouw en consistent zijn ten opzichte van de informatie waarover wij beschikken in het kader van onze opdracht, met uitzondering van het feit dat
De verrichtingen zoals opgenomen in de verslagen (bijlagen 2 en 4) betroffen de volgende :
Vorderingen van Van Zele Holding op de Vennootschap die de raad van bestuur wenst goed te keuren zodat deze mee onderdeel uitmaken in de Kredietovereenkomst tussen de Vennootschap en Van Zele Holding:

De Vennootschap wenst bijkomende middelen op te nemen voor een bedrag van maximum k€ 1 500 aan werkkapitaal ter ondersteuning van de groei die werd ingezet in het laatste kwartaal van 2021, en welk bedrag de Raad van Bestuur noodzakelijk acht voor de realisatie van het business plan 2022.
De Kredietovereenkomst geldt voor de duur (leningsperiode) ingaande op datum van eerste storting (25 september 2018) en lopende tot het moment van volledige terugbetaling (in geld of in natura) doch uiterlijk aflopend op 31 december 2025, tenzij partijen anders overeenkomen.
In geval van een "Change of Control" bij Crescent NV zoals bepaald in artikel 1:14 WVV, heeft Van Zele Holding het recht om vervroegde (onmiddellijke) terugbetaling van de lening te eisen.
Partijen komen overeen dat de lening een interest zal genereren gedurende de gehele periode dat de lening openstaat. De interest bedraagt 5% per jaar (marktconform), maandelijks betaalbaar, hetzij, mits akkoord van Van Zele Holding, te kapitaliseren indien de intrest niet wordt betaald.
De bedragen gestort onder de Kredietovereenkomst zijn terugbetaalbaar hetzij door inbreng in kapitaal van de Vennootschap aan huidige marktvoorwaarden, hetzij mits geldelijke terugbetaling op verzoek van Van Zele Holding binnen redelijke termijn nadat de Vennootschap hiertoe werd verzocht, hetzij uiterlijk op 31 december 2025.
In het kader van een kapitaalverhoging tot inbreng in natura, kan Van Zele Holding NV er voor opteren om het uitgeleende bedrag al dan niet volledig in te brengen tegen de uitgiftevoorwaarden zoals beslist door de raad van bestuur en waarbij het Comité het redelijk acht dat deze de huidige marktwaarde van € 0,021 per aandeel niet overstijgt.
Van Zele Holding NV en Global Innovator B.V. hebben gezamenlijk een vordering op de Vennootschap van k€ 3 640 voor het onbetaald deel van de koopprijs van de aandelen van Remoticom uit hoofde van de koopovereenkomst van 24 december 2021 (hierna de "Remoticom Vorderingen"). Het deel van
de Remoticom Vorderingen waarvoor Van Zele Holding schuldeiser is bedraagt k€ 2 200 en het deel van de Remoticom Vorderingen waarvoor Global Innovator schuldeiser is bedraagt: k€ 1 440.
De Remoticom Vorderingen worden ingebracht tegen een uitgifteprijs van € 0,026 per aandeel, overeenkomstig de overeenkomst van 24 december 2021 die werd goedgekeurd bij beslissing van de raad van bestuur van 21 februari 2022 in toepassing van artikelen 7:96 en 7:97 WVV.
De raad van bestuur zal de Buitengewone Algemene Vergadering ook samenroepen om bijkomend andere vorderingen voor een totaalbedrag van 3.283.987,86 EUR in te brengen tegen een uitgifteprijs die overeenkomst met huidige marktwaarde van € 0,021 per aandeel.
Overeenkomstig artikel 7:97 WVV maakt de Vennootschap bekend dat Van Zele Holding zal deelnemen aan bovenstaande verrichtingen door inbreng van zijn vorderingen in het kader van de overname van Remoticom (2.200.000 EUR) en door inbreng van zijn vorderingen uit voorschotten aan de Vennootschap verleend of intra groep vorderingen aan de Vennootschap overgedragen (begroot op 2.835.498,57 EUR).
Na beide kapitaalverhogingen zal het kapitaal van de Vennootschap zijn gestegen van 11.995.923,06 EUR naar 14.090.155,54 EUR vertegenwoordigd door 1.994.069.719 aandelen.
Vermits BDO heeft aangegeven haar mandaat niet verder te willen zetten, is de Vennootschap op zoek naar een nieuwe commissaris, wiens benoeming later zal worden voorgelegd aan de algemene vergadering.
VARES NV, vast vertegenwoordigd door Mevr. Martine Reijnaers heeft haar vrijwillig ontslag aangeboden als onafhankelijk bestuurder. Aan de Algemene Vergadering zal de benoeming worden voorgedragen van de Heer Luc Boedt als nieuw onafhankelijke bestuurder.
DE BELGISCHE CORPORATE GOVERNANCE CODE
De belangrijkste aspecten van het beleid van de Vennootschap inzake corporate governance worden uiteengezet in het Corporate Governance Charter van Crescent NV (het 'Charter', dat beschikbaar is op https://www.crescent-ventures.com/.
Crescent hanteert het "pas toe of leg uit" systeem met betrekking tot volgende onderwerpen:
De statuten bepalen dat de Raad van Bestuur ten minste drie en hoogstens negen leden telt, die voor een termijn van hoogstens zes jaar door de Algemene Vergadering van aandeelhouders benoemd worden. De Raad van Bestuur dient ten minste drie onafhankelijke bestuurders te bevatten.
In de algemene vergadering van 31 mei 2021 werden volgende ontslagen en benoemingen aanvaard:
Naast bovenvermelde nieuwe bestuurders, bestaat de Raad van Bestuur met ingang van 20 juni 2019, en voor een periode van zes jaar, nog uit
Elke Bestuurder is ten allen tijde (ad nutum) afzetbaar door de AV, zonder opzegvergoeding.
Onder voorzitterschap van Eric Van Zele/Van Zele Holding NV vergaderde de Raad van Bestuur in 2021 8 keer waarvan 2 keer fysisch, en 6 keer virtueel.
| Naam | x/y * |
|---|---|
| van Zele Holding | 8/8 |
| Mr. Raju Dandu | 8/8 |
| Crescemus Bvba | 2/2 |
| MICHIELS INVEST & MANAGEMENT BVBA | 7/8 |
| S&S BVBA | 6/8 |
| Vares NV | 6/6 |
| Admodmum BV | 6/6 |
| Prof. dr. Liesbet VAN DER PERRE | 2/2 |
| Crespo Consultancy BV | 2/2 |
| * x/y: aanwezigheid/aantal RVB in 2021 |
De Raad van Bestuur oefende zijn bevoegdheden tijdens het boekjaar 2021 uit in overeenstemming met de beginselen die beschreven staan in het charter voor deugdelijk bestuur.
Naast zijn gewone activiteiten werkte de Raad van Bestuur intensief aan een verdere versterking van de strategie en diverse financieringsopties, ontwikkeld via een interactief proces tussen de raad en het management van Crescent.
Sinds 25 september 2019 is het Auditcomité van de Vennootschap samengesteld uit twee bestuurders, CRESPO CONSULTANCY BV, vast vertegenwoordigd door Mevr. Lieve DECLERCQ (onafhankelijke bestuurder) en MICHIELS INVEST & MANAGEMENT BV, met vaste vertegenwoordiger de Heer Johan MICHIELS (niet-uitvoerende bestuurder).
CRESPO CONSULTANCY BV werd na haar ontslag als bestuurder, vervangen in het auditcomité door VARES NV, vast vertegenwoordigd door Mevrouw Martine REIJNAERS, als Onafhankelijk Bestuurder
De bestuurders, leden van het Audit Comité, beschikken vanuit hun vroegere en huidige functies over toereikende en nodige competenties inzake boekhouding, audit en financiën om deze rol daadwerkelijk uit te oefenen.
Het Auditcomité vergaderde in 2021 drie keer; bij twee vergaderingen was ook de Heer Bert Kegels van BDO Bedrijfsrevisoren BV aanwezig.
Het Auditcomité begeleidt en controleert de boekhoudkundige en de financiële verslaggeving van de Vennootschap. Het comité draagt er zorg voor dat er voldoende interne controlemechanismen aanwezig zijn en onderzoekt in samenspraak met de commissaris van de Vennootschap alle vraagstukken inzake boekhouding en waardering. De voornaamste rol van het Auditcomité bestaat erin de financiële verslaggeving, het boekhoudkundige proces en de administratieve documenten te leiden en te controleren. Elk halfjaar worden de financiële verslagen besproken, met bijzondere aandacht voor de waarderingsbeslissingen over portefeuilledeelnames en fondsen. Het Auditcomité volgt ook de efficiëntie van de interne controle en het risicobeheer binnen Crescent.
Het Remuneratie- en Benoemingscomité heeft als rol om ervoor te zorgen dat de personeelsleden op correcte wijze worden vergoed, en dat de beste internationale gebruiken worden nageleefd bij het bepalen van de vergoeding en incentives van bestuurders en het management, alsook de benoeming van laatstgenoemden. Het Remuneratie- en Benoemingscomité adviseert de voorzitter eveneens over de vergoeding van het EXCOM. Gelet op de omvang van de Groep oefent het Remuneratiecomité ook de functie uit van Benoemingscomité.

Door de bestuurderswissels in de loop van 2021, werden de remuneratie- en benoemingsbeslissingen besproken binnen de Raad van Bestuur zelf, en kwam het Remuneratiecomité niet apart samen om te adviseren over remuneratie- en benoemingsbeslissingen.
De vergoeding van de niet-uitvoerende bestuurders wordt bepaald door de Algemene Vergadering op basis van een voorstel van de Raad van Bestuur na advies van het Remuneratiecomité. De vergoeding van de CEO wordt bepaald door de Raad na advies van het Remuneratiecomité. De vergoeding van het uitvoerend management wordt bepaald door de CEO na overleg met het Remuneratiecomité. Geen individu kan zijn/haar vergoeding zelf bepalen. Deze procedure wordt toegepast, zowel bij het bepalen van het remuneratiebeleid, als bij het bepalen van de individuele remuneratie van bestuurders en Uitvoerend Management, en zal, naar het oordeel van de Raad van Bestuur, niet worden gewijzigd in de komende twee boekjaren.
In het bepalen van de hoogte van de vergoeding voor het Uitvoerend Management Team biedt de Vennootschap een competitieve totale vergoeding aan gebaseerd op een combinatie van een basissalaris, een variabel salaris, extralegale voordelen en warranten. De methodiek voor het bepalen van de targets voor en het evalueren van de prestaties en het variabel salaris van de Executive Managers wordt beoordeeld door het Remuneratiecomité.
Aan de Algemene Vergadering van 31 mei 2022, zullen de volgende vergoedingen worden voorgesteld voor de Bestuurders op voorstel van de Remuneratiecomité d.d. ____________ (kopie van het verslag hieronder opgenomen):
Vergoedingen voor bijkomende opdrachten (zoals deelname aan afzonderlijke comités, audits, etc.), worden bepaald op k€ 1 per bestuurder per bijeenkomst.
Voor vergoeding van bijkomende kosten wordt gevraagd om de Raad van Bestuur en Remuneratiecomité over deze te laten beslissen.
Aanvullend bij voornoemde vergoeding zijn bestuurders ook gerechtigd op terugbetaling van gedane "out-of-pocket" uitgaven overeenkomstig het vastgestelde beleid van de Vennootschap hieromtrent (inzonderheid inzake reisonkosten) en voor zover zulke uitgaven redelijk zijn en vereist voor de uitoefening van hun taken als bestuurder van de Vennootschap.
Voor het boekjaar 2021 werden bovenvermelde regels al toegepast en was het totale bedrag van bestuurdersvergoedingen die in de bedrijfskosten werden opgenomen k€ 117 (2020: k€ 146).
Binnen het warrantenplan van 2020, werden voor 10 miljoen warranten toegewezen aan en geaccepteerd door niet-onafhankelijke bestuurders. Hiervan werd door de Raad van Bestuur voor in totaal 9 miljoen van deze warranten, de definitieve verwerving versneld in de loop van 2021. De kost voor de warranten toegekend aan bestuurders in 2021 bedroeg k€ 269 (2020: k€ 35).
Het Corporate Governance Charter bepaalt de samenstelling van het Uitvoerend Management Team. Op 31 december 2021 was het Uitvoerend Management Team samengesteld uit de volgende leden, onder voorzitterschap van Van Zele Holding NV, vast vertegenwoordigd door Dhr Van Zele:
Joost Van der velden, directeur Crescent Solutions
Ajust BV, vertegenwoordigd door de heer Ron Bours, directeur Crescent Services
Edwin Bex, CFO

Tot augustus 2021 was Ingenior BV, vast vertegenwoordigd door de Heer Alain Van den Broeck, lid van het Excom als directeur Crescent Solutions. De Heer Van der velden nam van hem over erna. De Heer Van den Broeck vertegenwoordigt Crescent nog binnen Smartville en leidt sinds oktober E+drive BV.
De Heer Grolleman verliet Crescent NV als directeur Lighting in juni 2021; de Heer Lievens als CLO en secretaris van de Raad van Bestuur in december 2021.
De totale basisvergoeding van het Excom per 31 december 2021 bedroeg k€ 621 (2020: k€ 774). Daarbij kwamen nog variabele vergoedingen van k€ 66 (2020: k€ 69), pensioenbijdrages van k€ 27 (2020: k€ 36) en bijkomende remuneratiecomponenten van k€ 3 (2020: k€ 2). Voor de bruto vertrekvergoeding van Gert Grolleman, werd k€ 223 in kosten opgenomen.
Binnen het warrantenplan van 2020, werden voor 23,5 miljoen warranten toegewezen aan en geaccepteerd door leden van het Excom. Hiervan werden door de Raad van Bestuur voor in totaal 15 miljoen warranten in 2020 en voor in totaal 5,5 miljoen warranten in 2021 de definitieve verwerving versneld. Er werden 1,05 miljoen warranten verbeurd verklaard door het vroegtijdig beëindigen van een samenwerking. De kost voor de warranten toegekend aan de leden van het uitvoerend management in 2021 bedroeg k€ 150 (2020: k€ 505).
Geen enkel lid van het Uitvoerend Management Team komt in aanmerking voor specifieke vertrekvergoedingen, boven op de bestaande wettelijke regelingen. Er bestaan geen bijzondere rechten van herstel, in aanvulling op de bestaande wettelijke bepalingen, die speciale bevoegdheden toekennen aan de Vennootschap om op basis van onjuiste financiële gegevens toegekende of betaalde variabele vergoedingen terug te vorderen.
Voor een gedetailleerd overzicht van de aandeelhoudersstructuur, wordt verwezen naar toelichting 21 van het financiële IFRS-rapport dat hierna volgt.
Het aandelenkapitaal per eind 2021 bedroeg 11.995.923,06 EUR vertegenwoordigd door 1.697.689.345 aandelen De aandelen hebben geen nominale waarde. Alle aandelen van de Vennootschap hebben dezelfde rechten.
Op datum van dit verslag en na de hierboven vermelde, op 31 maart 2022 doorgevoerde kapitaalverhoging bedraagt het totale kapitaal van Crescent NV 12.387.272 EUR. Het kapitaal wordt vertegenwoordigd door 1.753.073.960 volledig volgestorte gewone aandelen.
Ten gevolge van deze kapitaalverhoging en de op 4 april 2022 gemelde verkopen van aandelen door Van Zele Holding NV, is de aandeelhoudersstructuur gewijizigd en samengesteld op datum van dit verslag als volgt:
| Aandeelhouder | 31/03/2022 | ||
|---|---|---|---|
| Van Zele Holding/Eric Van Zele | 412 994 520 | 23,56% | |
| Alychlo/Marc Coucke | 168 760 954 | 9,63% | |
| Erfopvolger Jan Callewaert | 131 996 147 | 7,53% | |
| Danlaw | 103 838 830 | 5,92% | |
| Free Float | 872 301 456 | 49,76% | |
| BV Global Innovator | 63 182 053 | 3,60% | |
| Totaal aantal aandelen | 1 753 073 960 | 100,00% |
Op datum van dit verslag zijn er in totaal nog 49.850.000 uitstaande warranten; 46.400.000 aan een uitgifteprijs van € 0,046 bij LDA Capital (zie voorstel tot wijziging uitgifteprijs aan Bijzondere Algemene Vergadering van 31 mei 2022 samen met verlenging uitoefenperiode), en 3.450.000 uitstaand aan een uitoefenprijs van € 0,02; waarvan er reeds 1.350.000 definitief werden verworven.
| Overzicht warranten (in miljoen EUR) |
Uitgegeven Aanvaard Verworven Uitgeoefen | d in 2021 | Verworven, niet uitgeoefen d |
Vervallen in 2021 |
||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Warrantenplan 2020 | 37,00 | 37,00 | 33,85 | 32,50 | 1,35 | 1,05 |
| Warrantenplan LDA Capital | 46,40 | 46,40 | 46,40 | 0,00 | 46,40 | 0,00 |
| Totaal | 83,40 | 83,40 | 80,25 | 32,50 | 47,75 | 1,05 |
| Verwachte verwerving | ||||
|---|---|---|---|---|
| Overzicht warranten (in miljoen EUR) | 2022 | 2023 | 2024 | |
| Warrantenplan 2020 | 0,90 | 1,20 | 0,00 | |
| Warrantenplan LDA Capital | 0,00 | 0,00 | 46,40 | |
| Totaal | 0,90 | 1,20 | 46,40 |
Behoudens wat hierna gesteld wordt, zijn de door de Vennootschap uitgegeven kapitaalsaandelen niet onderworpen aan enige wettelijke of statutaire overdrachtsbeperkingen.
Geen
MECHANISMES VOOR DE CONTROLE VAN ENIG AANDELENPLAN VOOR WERKNEMERS WANNEER DE ZEGGENSCHAPSRECHTEN NIET RECHTSTREEKS DOOR DE WERKNEMERS WORDEN UITGEOEFEND
Er bestaan geen zulke aandelenplannen voor werknemers binnen de Vennootschap.
De aandelen van de Vennootschap zijn niet onderworpen aan wettelijke of statutaire stemkrachtbeperkingen. Ieder aandeel geeft recht op één stem.
Het stemrecht verbonden aan de aandelen van de Vennootschap zal echter in de gevallen voorzien in het Wetboek van vennootschappen en verenigingen worden geschorst.
Verder kan in principe niemand op een Algemene Vergadering van de Vennootschap aan de stemming deelnemen voor meer stemmen dan degene verbonden aan effecten waarvan hij/zij meer dan twintig (20) dagen vóór de datum van de Algemene Vergadering kennis heeft gegeven in overeenstemming met de wetgeving betreffende belangrijke deelnemingen (Artikel 7:83 Wetboek Vennootschappen en Verenigingen (WVV) juncto artikel 25/1 van de Wet van 2 mei 2007 op de openbaarmaking van belangrijke deelnemingen in emittenten waarvan aandelen zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt en houdende diverse bepalingen (Transparantiewet)).
Het stemrecht verbonden aan aandelen die met vruchtgebruik bezwaard zijn, wordt uitgeoefend door de blote eigenaar (Art.8 en 36 Statuten). Voor wat betreft in pand gegeven aandelen, komt het stemrecht toe aan de eigenaar-pandgever.
Houders van warranten en converteerbare obligaties hebben slechts een raadgevende stem op de Algemene Vergadering van aandeelhouders. (Art.31 §6 Statuten)
Er bestaan, naar het beste weten van de Raad van Bestuur van de Vennootschap, geen aandeelhoudersovereenkomsten die aanleiding kunnen geven tot beperkingen van overdracht van effecten en/of de uitoefening van het stemrecht.
De bestuurders van de Vennootschap worden benoemd door de Algemene Vergadering van aandeelhouders, die hiertoe besluit bij gewone meerderheid van stemmen. Er geldt geen aanwezigheidsquorum voor de benoeming van bestuurders.
Wanneer een rechtspersoon wordt benoemd tot bestuurder, dient deze onder haar aandeelhouders, bestuurders of werknemers een vaste vertegenwoordiger aan te stellen die gelast wordt met de uitvoering van de opdracht in naam en voor rekening van de rechtspersoon-bestuurder.
Minsten drie (3) leden van de Raad van Bestuur moeten aangeduid worden als "onafhankelijke bestuurder", welke moeten voldoen aan de criteria zoals bepaald in Artikel 7:87 WVV.
Bestuurders kunnen ten allen tijde, bij gewone meerderheid van stemmen, worden ontslagen door de Algemene Vergadering van aandeelhouders. Voor het ontslag van bestuurders geldt geen aanwezigheidsquorum.
De statuten van de Vennootschap voorzien de mogelijkheid tot coöptatie van bestuurders door de Raad van Bestuur indien een plaats van bestuurder openvalt. In dit geval hebben de overblijvende bestuurders het recht om voorlopig in de vacature te voorzien. De eerstvolgende Algemene Vergadering van aandeelhouders beslist over de definitieve benoeming. De nieuw benoemde bestuurder vervolmaakt het mandaat van de bestuurder die hij/zij vervangt.
Enkel de (buitengewone) Algemene Vergadering van de Vennootschap heeft het recht om wijzigingen aan te brengen in de Statuten van de Vennootschap.
De Algemene Vergadering van aandeelhouders kan enkel beraadslagen over statutenwijzigingen – met inbegrip van het besluit tot fusie, splitsing en ontbinding – indien de helft van het kapitaal vertegenwoordigd is. Indien aan deze aanwezigheidsvereiste niet is voldaan, dient een nieuwe buitengewone Algemene Vergadering te worden bijeengeroepen die kan beraadslagen ongeacht het vertegenwoordigde kapitaal.
Statutenwijzigingen zijn in principe alleen aangenomen indien zij worden goedgekeurd door vijfenzeventig (75%) van de uitgebrachte stemmen.
Voor de volgende statutenwijzigingen geldt evenwel een bijzondere meerderheidsvereiste van tachtig procent (80%) van de uitgebrachte stemmen:
De Bijzondere Algemene Vergadering van 31 maart 2021 heeft besloten tot wijziging van artikel 9 van de statuten, als volgt:
"De raad van bestuur is bevoegd om het kapitaal in één of meer malen te verhogen met een bedrag dat niet hoger mag zijn dan het bedrag van het geplaatst kapitaal overeenkomstig artikel 7:198 ev. van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen.

De kapitaalverhogingen waartoe krachtens deze machtiging wordt besloten kunnen geschieden overeenkomstig de door de raad van bestuur te bepalen modaliteiten zoals onder meer door middel van inbrengen in geld of in natura binnen de door het Wetboek van vennootschappen en verenigingen toegestane grenzen als door omzetting van reserves en uitgiftepremies, met of zonder uitgifte van nieuwe aandelen, met of zonder stemrecht, of door uitgifte van al dan niet achtergestelde converteerbare obligaties, of door uitgifte van inschrijvingsrechten of van obligaties waaraan inschrijvingsrechten of andere roerende waarden zijn verbonden, of van andere effecten, zoals aandelen in het kader van aandelenoptieplannen en plannen in verband met inschrijvingsrechten, etc. ten behoeve van het personeel van de Vennootschap en haar dochtervennootschappen.
De raad van bestuur kan deze bevoegdheid uitoefenen gedurende vijf (5) jaar na de bekendmaking in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van de statutenwijziging waartoe werd besloten door de buitengewone algemene vergadering die deze machtiging heeft verleend. Deze bevoegdheid kan worden hernieuwd overeenkomstig de wettelijke bepalingen.
De raad van bestuur wordt tevens bijzonder gemachtigd om, ingeval van openbaar overnamebod op effecten uitgegeven door de vennootschap gedurende een periode van drie (3) jaar die loopt vanaf de buitengewone algemene vergadering die tot deze machtiging heeft besloten, tot kapitaalverhogingen over te gaan in de voorwaarden voorzien door het Wetboek van vennootschappen.
De raad van bestuur kan, in het belang van de vennootschap, binnen de perken en overeenkomstig de voorwaarden voorgeschreven door het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, het voorkeurrecht van de aandeelhouders beperken of opheffen, wanneer een kapitaalverhoging geschiedt binnen de grenzen van het overeenkomstig dit artikel toegestaan kapitaal.
Deze beperking of opheffing kan eveneens gebeuren ten gunste van één of meer bepaalde personen. Voor het geval dat naar aanleiding van een kapitaalverhoging beslist door de raad van bestuur of naar aanleiding van de conversie van obligaties22 of de uitoefening van warrants of van rechten op andere waarden, een uitgiftepremie wordt betaald, zal deze van rechtswege op een onbeschikbare rekening geboekt worden, genaamd "Uitgiftepremie", die in dezelfde mate als het kapitaal de waarborg voor derden zal uitmaken en waarover, behoudens de mogelijkheid tot omzetting van deze reserve in kapitaal, slechts kan beschikt worden overeenkomstig de voorwaarden voor vermindering van het kapitaal, gesteld door het Wetboek van vennootschappen en verenigingen. De raad van bestuur is bevoegd, met mogelijkheid tot indeplaatsstelling, na elke kapitaalverhoging tot stand gekomen binnen de grenzen van het toegestane kapitaal de statuten in overeenstemming te brengen met de nieuwe kapitaal- en aandelentoestand en de historiek van het kapitaal aan te vullen."
Na de eerder beschreven inbreng in natura van 30 maart 2022 zal het beschikbaar saldo aan toegstaan kapitaal nog 8.949.773,67 EUR bedragen.
Het kapitaal van de Vennootschap kan verhoogd worden ingevolge een besluit van de Raad van Bestuur, binnen de grenzen van het "toegestaan kapitaal". Een machtiging hiertoe dient verleend te worden door een buitengewone Algemene Vergadering van aandeelhouders; de duurtijd en het bedrag van deze machtiging zijn beperkt, terwijl de machtiging tevens onderworpen is aan specifieke rechtvaardigingsgronden en doeleinden.
OVEREENKOMSTEN TUSSEN DE VENNOOTSCHAP EN HAAR BESTUURDERS OF WERKNEMERS DIE VOORZIEN IN VERGOEDINGEN IN GEVAL VAN ONTSLAGNEMING, ONTSLAG ZONDER GRONDIGE REDEN OF INDIEN HUN TEWERKSTELLING WORDT BEËINDIGD TEN GEVOLGE VAN EEN OVERNAMEBOD
Geen van de overeenkomsten die werden aangegaan met bestuurders van de Vennootschap of haar dochterondernemingen voorziet in een vergoeding (bovenop de normale opzegtermijn) indien zij ontslag nemen, ontslagen worden zonder grondige reden of indien hun tewerkstelling wordt beëindigd ten gevolge van een overnamebod.
De vennootschap heeft geen belangrijke overeenkomsten die bij een wijziging van controle over de vennootschap zouden wijzigen of vervallen en die een belangrijke impact op haar omzet of resultaat zouden hebben.
In overeenstemming met Artikel 3:6 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen moet het jaarverslag van de Raad van Bestuur de belangrijkste risico's en onzekerheden waarmee de onderneming geconfronteerd wordt omschrijven.
De meeste van deze risico's en onzekerheden worden bepaald door de specifieke evolutie van de markten waarin Crescent actief is.
Door de omgekeerde overname in 2018 is de facto het risicoprofiel van de Vennootschap veranderd en gemiddeld afgenomen in vergelijking met de periode van voor de overname, doordat zij nu in drie verschillende markten actief is met elk hun eigen specifieke risico's. Uiteraard zal voor de drie segmenten de gebeurlijke verslechtering van de macro-economische toestand een mogelijke negatieve rol spelen die niet zou toelaten dat het ene segment de mindere resultaten van de andere volledig kan opvangen. Verder heeft de nieuwe samenstelling van de groep ook gevolgen voor de continuïteit. Ondanks de beperkte kaspositie, hebben de segmenten Services en Lighting (deze weliswaar na kostenbeperking) aangetoond dat zij inherent kaspositief kunnen werken, en daardoor in staat zijn de negatieve resultaten van het segment Solutions grotendeels op te vangen, wat in de toekomst door de aanvulling van de Remoticom acquisitie zelf gewapend zou moeten zijn om rendabel te zijn. Hier komen wij in een aparte paragraaf verder meer uitgebreid op terug.
In het algemeen wordt deze markt gekenmerkt door snelle, opeenvolgende introducties van nieuwe technologieën. Als een gevolg daarvan is de markt erg dynamisch en moet de Groep reageren op belangrijke en elkaar opvolgende veranderingen. Specifiek worden onderstaande risico's en onzekerheden vermeld:
Crescent NV is afhankelijk van derden die draadloze datacommunicatiediensten aanbieden. Als deze diensten niet worden ingezet zoals verwacht, zouden consumenten niet in staat zijn de innovatieve producten van Crescent NV te gebruiken en zouden de bedrijfsopbrengsten kunnen dalen. De verkoopbaarheid van de producten van de Vennootschap kan schade lijden indien draadloze Telecom operatoren niet voldoende en aanvaardbare draadloze diensten kunnen aanbieden of indien de prijs van zulke diensten te hoog wordt om deze toe te passen voor de massamarkt. Daar komt bij dat toekomstige groei afhankelijk is van de installatie van de volgende generatie draadloze datanetwerken die zullen geleverd worden door derde partijen, daaronder begrepen netwerken voor welke de Vennootschap thans producten ontwikkelt. Indien deze volgende generatie netwerken niet

geïnstalleerd of algemeen aanvaard wordt of indien de installatie vertraagd wordt, dan zal er geen markt zijn voor de producten die de vennootschap ontwikkelt voor deze netwerken. Indien de Vennootschap de ontwikkeling van haar business niet behoorlijk beheert dan kan de Vennootschap belangrijke druk ervaren op haar operaties en management en ontwrichting van haar activiteiten.
Crescent NV besteedt de productie van haar producten uit aan derden en kan bijgevolg afhankelijk zijn van de ontwikkeling en productiecapaciteit van deze derden en de algemene kwaliteit van hun werk. Als een leverancier of producent zijn verplichtingen tegenover Crescent NV niet kan nakomen op het gebied van leveringen of productievooruitzichten, kan dit de toekomstige resultaten aantasten. De afnameverplichtingen op korte termijn van de Vennootschap tegenover derden-producenten waar ze beroep op doet, berusten op de raming van de klant- en marktvraag. Als de werkelijke resultaten afwijken van deze raming, door gebrekkige uitvoering door de Vennootschap of ten gevolge van marktomstandigheden, loopt Crescent NV mogelijk een commercieel risico. Leveranciers kunnen mogelijk stoppen met de levering aan aanvaardbare commerciële voorwaarden van producten aan de Vennootschap.
De producten van de Vennootschap worden steeds complexer en kunnen fouten of defecten bevatten, die hun aanvaarding in de markt kunnen tegenhouden of verminderen en leiden tot onverwachte kosten of andere negatieve zakelijke gevolgen. De grotere complexiteit van de producten verhoogt het risico op niet-ontdekte fouten en defecten.
Als Crescent NV niet in staat zou zijn nieuwe innovatieve producten te ontwerpen en te ontwikkelen die voldoende commercieel aanvaard werden, is de Vennootschap mogelijk niet in staat haar onderzoeksen ontwikkelingsuitgaven te recupereren en is zij mogelijk niet in staat haar marktaandeel te behouden en kunnen de bedrijfsopbrengsten dalen. De overgang van pure hardware producten verkoop naar de verkoop van complexe draadloze oplossingen, kan een verdere impact hebben, gezien de typische verkoopcyclus voor een hardware product korter is dan deze voor een end-to-end oplossing. De mogelijkheid om nieuwe producten te ontwerpen en te ontwikkelen is afhankelijk van een aantal factoren, waaronder, maar niet beperkt tot de volgende;
Indien Crescent NV of haar leveranciers op één van deze gebieden mislukt, of indien deze producten er niet in slagen door de markt te worden aanvaard, kan dit betekenen dat de Vennootschap niet in staat is haar onderzoeks- en ontwikkelingsuitgaven te recupereren. Dit kan leiden tot een daling van haar marktaandeel en haar bedrijfsopbrengsten. Indien Crescent NV er niet in slaagt om succesvol nieuwe producten te ontwikkelen en te verkopen, kan de Vennootschap belangrijke klanten of productorders verliezen en haar zakelijke activiteiten zouden kunnen beschadigd worden.
Het is mogelijk dat Crescent NV niet in staat is om producten te ontwikkelen die overeenstemmen met de voorschriften van regulatoren of beantwoorden aan de eisen die voor een bepaald toestel nodig zijn inzake certificatie voor toelating tot een markt of netwerk. Dit is bijv. het geval voor een product dat momenteel wordt voorbereid voor inpassing in het Helium-netwerk. De producten van de Vennootschap moeten voldoen aan de voorwaarden van de overheidsregulatoren. In vele landen is het bijvoorbeeld zo dat vele aspecten van communicatietoestellen geregeld worden, waaronder straling van elektromagnetische energie, biologische veiligheid en regels voor toestellen die op het telefonienetwerk worden aangesloten. De Vennootschap kan niet vooruitlopen op het effect op toekomstige producten van wijzigingen die door binnenlandse of buitenlandse overheden genomen worden. Indien de Vennootschap er niet in slaagt om conform te zijn met bestaande of toekomstige wetgeving of om op tijd goedkeuring te verkrijgen voor haar producten dan kan dit een belangrijk negatief effect hebben op haar financiële toestand, operationele resultaten en kasstromen.

Crescent NV kan de vraag van de klanten verkeerd inschatten en daardoor te veel of te weinig van bepaalde producten laten produceren of de Vennootschap is afhankelijk van één belangrijke leverancier voor sommige componenten welke worden gebruikt in haar producten. De beschikbaarheid en verkoop van deze afgewerkte producten kan schade lijden indien één van deze leveranciers niet kan voldoen aan de vraag- en leveringstermijnen van de Vennootschap en alternatieve en bruikbare componenten niet voor handen zijn aan redelijke voorwaarden.
De activiteiten van de Vennootschap zijn afhankelijk van haar blijvende mogelijkheid om toegang te krijgen tot de noodzakelijke technologie van derde partijen. Het kan zijn dat de Vennootschap hierop niet langer beroep kan doen ofwel dat de ervoor gevraagde prijs te hoog is. De Vennootschap heeft verschillende licentieovereenkomsten afgesloten met derde partijen voor de ontwikkeling van haar producten. Sommige van deze licentieovereenkomsten hebben geen specifieke termijn en kunnen door de Vennootschap of de andere partij opgezegd worden zonder redenen of indien zich bepaalde feiten voordoen. Er is geen zekerheid dat de Vennootschap in staat zal blijven om deze licentieovereenkomsten aan te houden of dat de technologie zoals beschreven in de licentieovereenkomsten niet zou betwist worden of dat bijkomende licenties tegen een redelijke vergoeding ter beschikking zullen gesteld worden van de Vennootschap.
Indien de Vennootschap haar bestaande licentieovereenkomsten niet kan behouden of indien ze geen nieuwe licenties kan verkrijgen voor haar bestaande of toekomstige producten dan kan de Vennootschap verplicht worden om vervangstechnologie van een lagere kwaliteit te gebruiken, indien die al bestaat, ofwel aan een hogere kostprijs welke de competitieve situatie, inkomsten en vooruitzichten ernstig schaden.
De Vennootschap zou inbreuken kunnen maken op de intellectuele eigendomsrechten van anderen. Derde partijen kunnen beweren dat de producten van de Vennootschap inbreuk plegen op hun intellectuele rechten. Deze claims kunnen aanzienlijke kosten, middelen en managementaandacht vergen en ze kunnen de reputatie van de Vennootschap schaden en negatieve effecten hebben op huidige en toekomstige relaties met klanten of leveranciers. De markt waarin de Vennootschap opereert heeft verschillende deelnemers die intellectuele eigendomsrechten bezitten of hierop aanspraak maken. In het verleden hebben we, en in de toekomst kunnen we, verschillende claims en aanspraken ontvangen van derde partijen die beweren dat onze producten hun intellectuele eigendomsrechten zouden schenden. De Vennootschap kan rechtstreeks aangesproken worden of via vorderingen tot vrijwaring voor de producten die de Vennootschap aan bepaalde klanten bezorgde. Ongeacht of deze inbreuken al dan niet gegrond zijn, kunnen we aan het volgende onderworpen zijn:
Indien de verwachte explosie van de Internet of Things markt zich doorzet, zal het aantal aan internet geconnecteerde toestellen een gigantische groei kennen waardoor ook het risico op hacking en security-incidenten exponentieel zal toenemen. De oplossingen die worden aangeboden zullen voortdurend moeten rekening houden met deze cyberbedreigingen en evolueren telkens er nieuwe

risico's opduiken. Daardoor valt niet uit te sluiten dat de kosten navenant zullen stijgen om de uitgebrachte producten en oplossingen voldoende cyberrisicoproof te maken.
Binnen de activiteiten van Crescent Solutions bestaan de inherente risico's eigen aan de projectbusiness van SAIT BV door haar eindverantwoordelijkheid als integrator van verkochte oplossingen, zonder evenwel altijd de volledige controle te hebben op alle elementen van het totaalproject waarvan een verkochte oplossing deel uitmaakt. Dit verhoogt het risico dat de projecten niet binnen de voorziene tijds- en kostenbestekken kunnen worden opgeleverd.
Crescent services staat voor de voortdurende uitdaging tot aanwerving van voldoende en competente ICT-profielen, en van het behoud van de bestaande werknemers binnen de groep. Deze moeten bovendien worden in staat gesteld om de continue technologische veranderingen binnen de ICT-sector aan te leren zodat zij de toegevoegde waarde naar de klanten kunnen blijven bieden die van hen wordt verwacht als ICT-specialisten. Bovendien wordt de algemene nood aan dergelijke profielen hoger zodat ook de kosten voor de activiteit zouden kunnen verhogen, tenzij dat deze in dezelfde mate kunnen worden doorberekend aan de eindklanten. De beschikbaarheid van ITsystemen en van de IT-beheerders neigt meer en meer naar een 7/7, 24/24 principe wat de druk op de organisatie en haar mensen verhoogt en het risico vergroot dat een afdoende dienstverlening gegarandeerd kan blijven.
De toegenomen complexiteit van ICT-systemen en de afhankelijkheid van de bedrijfswereld van deze systemen heeft ook de eisen voor security verhoogd. Crescent services moet voortdurend oog hebben voor het pro-actief beheersen van de cyber-risico's zowel in de interne ICT-infrastructuur als in deze van de klanten.
Voor de verdere uitbouw van het zakencijfer zal deze activiteit belangrijke afzetmarkten buiten haar Nederlandse thuismarkt moeten vinden. Dit vereist voldoende middelen om de nodige investeringen te kunnen doen in de gekozen doelmarkten, en een goede inschatting van de barrières die moeten overwonnen worden om succesvol te zijn. Een risico zou kunnen zijn dat de nodige middelen om tot succes te kunnen komen in de gekozen doelmarkten groter zijn dan de opbrengsten die uiteindelijk uit deze markten kunnen worden gehaald. Voor de aluminium gietonderdelen van haar luminaires is Crescent Lighting afhankelijk van Chinese leveranciers, door de toegenomen macro-economische politieke spanningen zouden deze leveranciers zelf in hun handel kunnen beperkt worden, of zouden importen duurder kunnen worden, wat impact kan hebben op de afzet van Crescent Lighting zelf. Indien deze leveranciers zouden moeten vervangen worden, kan dit extra kosten voor Crescent Lighting met zich brengen. De aan de gang zijnde beweging van klassieke lichtbronnen naar LEDalternatieven zou kunnen vertragen of versnellen en Crescent Lighting daardoor voor operationele uitdagingen stellen om op deze wijzigingen adequaat in te spelen. Daarbij valt ook niet uit te sluiten dat de marges die op LED-armaturen worden gerealiseerd onder druk zullen komen te staan. De aannames die Crescent lighting tot nog toe heeft gedaan met betrekking tot de garantiekosten voor defecte toestellen zouden kunnen herzien worden in geval van bijkomende claims en vastgestelde tekortkomingen in geleverde luminaires. Dit zou een direct kostenverhogend effect met zich kunnen brengen, maar ook een indirect effect op de reputatie en het imago van Crescent Lighting.
(1) Kredietanalyses worden uitgevoerd voor alle klanten die een bepaalde kredietbehoefte overschrijden. Het kredietrisico wordt continu opgevolgd.
De Raad van Bestuur is verantwoordelijk voor de beoordeling van risico's die inherent zijn aan de Groep alsook de doeltreffendheid van deze interne controles. Overeenkomstig de Belgische Corporate Governance Code 2020, keurt de Raad ven Bestuur het kader van interne controle en risicobeheer goed, dat wordt voorgesteld door het uitvoerend management, en beoordeelt de implementatie van dit kader.
De organisatie van de Interne controle van de Groep is gebaseerd op de vijf pijlers van het COSO1 - 2013 raamwerk:
1 COSO (Committee of Sponsoring Organizations) is een private, niet-gouvernementele internationale organisatie die erkend is op het vlak van deugdelijk bestuur, interne controle, risicomanagement en financiële rapportering.
De Raad van Bestuur heeft een Auditcomité en een Remuneratiecomité opgericht. Het Auditcomité geeft advies en controleert de financiële verslaggeving van de Groep. Het zorgt voor de aanwezigheid van voldoende interne controlemechanismen en, in samenwerking met de commissaris van de Groep, onderzoekt het vragen met betrekking tot de boekhouding en de waarderingsregels. De rol van het Remuneratiecomité is te zorgen voor een rechtvaardig beleid in verband met de vergoeding voor werknemers en Uitvoerend Management, alsook om de beste internationale gebruiken te waarborgen welke in acht worden genomen bij het bepalen van verloningen en prestatievergoedingen. Het Management bepaalt de stijl van leidinggeven en de waarden hieromtrent evenals de vaardigheden en taakomschrijvingen die nodig zijn voor alle functies en taken binnen de organisatie.
De Groep heeft het Corporate Governance Charter toegepast en de Raad van Bestuur heeft een "Dealingcode" ingevoerd, welke het gebruik van voorkennis verbiedt betreffende het handelen in financiële instrumenten van Crescent.
De Groep beschikt over een duidelijk organogram, waarin de verschillende entiteiten die tot de Groep behoren zijn opgenomen. Voor alle functies zijn de verantwoordelijkheidsgebieden gedefinieerd.
We verwijzen naar het deel "overzicht van risico's en onzekerheden" en "financiële instrumenten" in dit rapport welke de risico's beschrijven die verband houden met de evolutie van de markt en de business of zakelijke omgeving in welke de Groep opereert.
De Raad van Bestuur en het management bepalen de strategie, het budget en het middellange- tot lange termijn businessplan voor de komende periodes. Tijdens dit proces worden risico's en onzekerheden besproken en worden deze in aanmerking genomen om de strategie van de Groep en het budget verder te finaliseren.
De volgende belangrijkste risicocategorieën werden onderscheiden:
Om een onderbreking in de productie te vermijden heeft de Groep een gedeelte van de productie uitbesteed aan verschillende derden-fabrikanten (hierna ook 'productiepartners' genoemd). Niettemin stelt dit de Groep bloot aan een aantal risico's en onzekerheden die buiten haar controle liggen. Indien één van deze derden-fabrikanten vertragingen, onderbrekingen, capaciteitsproblemen of kwaliteitsproblemen in zijn productie zou kennen, dan kan de levering van producten aan klanten vertraagd of geweigerd worden en kunnen de klanten opteren om hun aankooporder te schrappen of een boete voor late levering te eisen. De kosten, kwaliteit en beschikbaarheid van productiepartners zijn essentieel voor de succesvolle productie en verkoop van de producten van de Groep. Risico's met betrekking tot overmacht bij elk punt tijdens de productie of in de toeleveringsketen kunnen leiden tot schade aan onroerende goederen en materiële schade, cyberrisico's en onderbrekingen van de bedrijfsvoering.
We verwijzen naar toelichting 25 van de geconsolideerde jaarrekening voor een gedetailleerde beschrijving van het beheer van de financiële risico's, zowel op vlak van krediet-, liquiditeits- als marktrisico.
Het terugroepen van producten is een geïdentificeerd risico waarmee de Groep zou kunnen worden geconfronteerd. De producten van de Vennootschap zijn technologisch complex, bestaan uit meerdere componenten die aangekocht worden bij verschillende partijen, omvatten een belangrijk
hardwarecomponent en een complex softwarecomponent, en moeten voldoen aan strenge industriële voorwaarden, regelgeving en eisen van de klant. De producten die door de Groep worden geproduceerd, kunnen onopgemerkte fouten of gebreken bevatten, vooral wanneer deze voor het eerst worden geïntroduceerd of wanneer nieuwe modellen of versies worden vrijgegeven. De grotere complexiteit van de producten verhoogt het risico op dergelijke fouten. Dit kan leiden tot een afwijzing of het terugroepen van dit specifieke product.
Kwaliteitsproblemen en de afhankelijkheid van één leverancier voor een specifiek product werden geïdentificeerd als een risico. De beschikbaarheid en de verkoop van afgewerkte producten kunnen schade lijden indien één van deze leveranciers niet kan voldoen aan de vraag- en leveringstermijnen van de Groep en alternatieve en bruikbare componenten niet voorhanden zijn tegen redelijke voorwaarden.
Een risico dat momenteel zwaarder begint door te wegen, is de schaarste op de componentenmarkt, wat leidt tot hogere aankoopprijzen en langere levertermijnen. Dit zou een impact kunnen hebben op de marges voorzien in de plannen van de Vennootschap in het geval dat prijsverhogingen niet kunnen worden doorgerekend aan haar eindklanten, en zou ook voor vertragingen in omzet kunnen zorgen als levertermijnen niet normailseren.
Aangezien de Groep actief is in een snel veranderende en competitieve technologische sector, dienen de strategische pijlers te worden geïdentificeerd en indien nodig te worden herbekeken. De Groep startte een industriële transformatie die nog steeds bezig is, want de Groep verliet de sterk gestandaardiseerde marktsegmenten.
Indien de Groep er niet in slaagt succesvol nieuwe producten of diensten te ontwikkelen en te introduceren in zijn productenportefeuille, kan de Groep belangrijke klanten of productbestellingen verliezen en kunnen daardoor de activiteiten van de Groep worden geschaad. Wanneer de Groep nieuwe producten of nieuwe versies van zijn bestaande producten of diensten introduceert, kunnen de huidige klanten de technologische vernieuwingen van deze producten niet nodig hebben of niet willen, en kunnen ze die mogelijk niet kopen of kopen in kleinere hoeveelheden dan de Vennootschap had verwacht. Net als de snel veranderende technologieën zou dit kunnen leiden tot een kortere levenscyclus van de producten.
De Groep heeft verschillende ondersteunende softwarepakketten die worden gebruikt voor het beheer van haar activiteiten. Een storing zou kunnen leiden tot een grote impact met betrekking tot de financiële gegevens, stamgegevens, het toezicht op de productie, inkoop- en verkoopstromen.
De coronacrisis blijft voor de nodige onzekerheid zorgen, alhoewel in veel mindere mate dan rond dezelfde periode vorig jaar; de verwachting en hoop is dat desbetreffend weer een genormaliseerde toestand kan ontstaan. Evenwel kunnen mogelijke lockdowns, met name in China waarvandaan een aantal componenten worden betrokken, een vertragende werking op uitlevering van eindproducten hebben. We verwijzen naar toelichting 29 voor verdere informatie.
Op 31 december 2021 heeft de Groep een positief eigen vermogen van k€ 5 805. De beperkte kaspositie per eind vorig boekjaar van k€ 798 daalde naar k€ 536 op 31 december 2021. De bruto financiële schuld bedroeg eind 2021 k€ 4 842 (2020: k€ 6 414).
De liquiditeitspositie van de groep blijft een aandachtspunt. In het afgelopen boekjaar werd onder het financieringsprogramma van LDA Capital Ltd k€ 1 756 nieuw kapitaal ingestort, en door de omzetting van warranten (warrantenplan 2020) bijkomend nog k€ 650. Door aandeelhouders werden in de loop van 2021 voor k€ 563 bijkomend krediet verstrekt.
Eveneens werden onder de coronamaatregelen voor k€ 83 (2020: k€ 222) aan schuldaflossingen aan banken opgeschort. Bijkomend uitstel werd bekomen in 2021 voor betalingen van sociale schulden voor k€ 159 en in 2022 werd een uitstel bekomen voor een bedrag van k€ 153; in totaal bedragen de in 2020 en 2021 uitgestelde fiscale en sociale schulden zo k€ 598 eind 2021. Zij zijn terugbetaalbaar over de komende 6 jaar, in 2022 moet er k€ 302 worden terugbetaald.
Ondanks de verdere verbetering van de kasstroom uit bedrijfsactiviteiten voor mutaties in bedrijfskapitaal in 2021, met name in het vierde kwartaal van 2021, en de verwachting dat deze verbetering in de komende jaren kan worden versterkt, heeft de Raad van Bestuur geoordeeld dat de liquiditeitspositie op structurele manier versterkt moest worden, en dat extra werkkapitaal nodig is om de plannen te laten slagen. Van Zele Holding heeft daarom begin 2022 bijkomende middelen tbv k€ 240 verstrekt en eind van het eerste kwartaal nog een bijkomende kredietlijn van k€ 1 500. Op datum van vandaag werd het volledige bedrag reeds ter beschikking gesteld aan de vennootschap.
Met LDA Capital is overeengekomen dat de financieringsovereenkomst verlengd wordt waardoor de Vennootschap tot eind 2023 de mogelijkheid behoudt bijkomend kapitaal tbv k€ 3 245 op te halen. We verwijzen naar toelichting 26 voor meer informatie. De LDA financiering zal evenwel enkel gebruikt worden voor de financiering van overnames die zullen bijdragen tot bijkomende EBITDA dewelke ook verwacht en waarschijnlijk geacht worden waardoor er geen boeteclausule van toepassing is ingevolge de verlenging van de opnameperiode. Tot slot heeft Van Zele Holding, o.a. op basis van bijkomende bankfinanciering, zich bereid verklaard om een bedrag van k€ 500 ter beschikking te stellen op eerste verzoek van de Vennootschap.
De Raad van Bestuur is van oordeel dat beide maatregelen de continuïteit van de Groep voor het komende jaar verzekerd hebben.
De controle activiteiten omvatten de maatregelen die zijn genomen door de Groep om ervoor te zorgen dat de voornaamste risico's welke werden geïdentificeerd, worden beheerst of beperkt.
De Groep beheert haar risico met betrekking tot overmacht, zijnde schade aan onroerend goed, materiële schade, onderbreking van de bedrijfsvoering, cyber risico's, door het aangaan van verzekeringsovereenkomsten ter dekking van dergelijke risico's.
Vóór de commercialisering van haar producten, voert de Groep de nodige tests uit om het niveau van technische goedkeuring te bereiken. Om de best mogelijke kwaliteitsstandaarden tijdens de productie te garanderen, heeft de Vennootschap in-house eigen test- en kalibratie systemen ontwikkeld. Deze systemen worden gebruikt bij de productie van de meeste producten van de Vennootschap. De inhouse ontwikkelde systemen laten de Vennootschap toe om de kwalitatieve parameters die worden gebruikt tijdens het productieproces, welke plaatsvindt in de fabriek van de onderaannemers van de Vennootschap, te controleren. De testresultaten worden automatisch opgeladen in een database van de Vennootschap, welke haar toelaat om de productiegeschiedenis van deze producten te controleren en na te kijken. Bovendien heeft de Groep een specifiek verzekeringscontract afgesloten, welke alle externe kosten als gevolg van een mogelijke terugroep (recall) risico dekt.
De Groep heeft haar inkoopproces gewijzigd dat wordt verwerkt door de derde partij producenten en dit onder toezicht van de Groep.
De Groep heeft haar strategische pijlers geïdentificeerd. Om de veranderende marktomstandigheden het hoofd te bieden hebben de Raad van Bestuur en het Management een aantal strategische vergaderingen met als doel de verdere strategie van de Groep te bepalen. De levenscyclus van de producten wordt nauwlettend opgevolgd.

Om de continuïteit van de ERP-systemen te garanderen, worden op een regelmatige basis back-ups gemaakt.
Een belangrijk element om de activiteiten te controleren is de jaarlijkse budget oefening waarbij strategie, risico's, businessplannen en beoogde resultaten worden getest. De prestaties ten opzichte van de doelen worden maandelijks opgevolgd door het Finance team en worden besproken tijdens vergaderingen van het Management.
Om betrouwbare financiële informatie te garanderen werd een gestandaardiseerd informatieuitwisseling proces gedefinieerd, welke consistent is voor alle entiteiten die tot de Groep behoren. Deze proces flow omvat de specifieke taken die moeten worden uitgevoerd door alle entiteiten met betrekking tot elke maandelijkse afsluiting, alsmede de vooropgestelde deadlines.
De financiële informatie wordt op kwartaalbasis voorgesteld aan het Auditcomité en de Raad van Bestuur. De informatie, welke op regelmatige tijdstippen wordt gedeeld met het personeel, is niet beperkt tot een financiële update, maar bevat ook zakelijke updates en in het geval dit nodig blijkt, strategische updates.
Het toezicht gebeurt door de Raad van Bestuur door middel van de activiteiten en verantwoordelijkheden van het Auditcomité. Het Auditcomité beoordeelt en bespreekt de driemaandelijkse financiële afsluitingen op basis van een presentatie van het financieel Management van de Groep. Notulen van de vergadering worden voorbereid met inbegrip van een opvolging van actiepunten. Gezien de structuur en de huidige omvang van de Groep, is er geen interne auditorfunctie.
De enkelvoudige jaarrekening van Crescent NV (Belgische boekhoudnormen) heeft over 2021 een nettoverlies van 2.5 miljoen EUR.
De Raad van Bestuur stelt voor om dit niet-geconsolideerde nettoverlies over te dragen naar het volgend boekjaar.
De Raad van Bestuur verklaart, naar het beste van haar kennis, het volgende:
Leuven, 27 april 2022
De Raad van Bestuur
| Voor het boekjaar afgesloten op 31 december | Toelichting | 2021 | 2020 |
|---|---|---|---|
| In duizend EUR, behalve gegevens per aandeel | |||
| Voortgezette bedrijfsactiviteiten Opbrengsten |
4 | 16 227 | 17 783 |
| Kostprijs verkochte goederen | 5 | ( 10 720) | ( 12 415) |
| Brutowinst | 5 507 | 5 368 | |
| Overige opbrengsten | 4 | 335 | 579 |
| Onderzoeks- en ontwikkelingskosten | 5 | ( 517) | ( 610) |
| Kosten van verkoop, marketing en royalty's | 5 | ( 1 336) | ( 1 697) |
| Algemene en administratieve kosten | 5 | ( 5 538) | ( 5 556) |
| Bijzondere waardeverminderingen op goodwill en immateriële activa |
10 / 11 | ( 1 742) | ( 2 881) |
| Totale bedrijfskosten | ( 9 133) | ( 10 744) | |
| Opbrengst uit de verkoop van dochterondernemingen | 9 | - | 577 |
| Bedrijfsverlies | ( 3 291) | ( 4 220) | |
| Financiële kosten | 7 | ( 869) | ( 646) |
| Financiële opbrengsten | 7 | 168 | 262 |
| Financieel resultaat | ( 701) | ( 384) | |
| Verlies vóór belastingen | ( 3 992) | ( 4 604) | |
| Belastingen | 8 | ( 37) | ( 127) |
| Nettoverlies van de periode uit voortgezette activiteiten | ( 4 029) | ( 4 731) | |
| Nettoverlies van de periode | ( 4 029) | ( 4 731) | |
| Nettoverlies van de periode toewijsbaar aan de | |||
| Aandeelhouders van de moeder | ( 4 133) | ( 4 784) | |
| Minderheidsbelangen | 104 | 53 | |
| Verlies per aandeel | |||
| Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen | 1667 125 648 | 1604 939 345 | |
| Verwaterd gewogen gemiddeld aantal gewone | |||
| aandelen | 1667 125 648 | 1604 939 345 | |
| Resultaat per aandeel voor verwatering uit voortgezette bedrijfsactiviteiten |
22 | (0,00) | (0,00) |
| Resultaat per aandeel na verwatering uit voortgezette bedrijfsactiviteiten |
22 | (0,00) | (0,00) |
| Resultaat per aandeel voor verwatering | 22 | (0,00) | (0,00) |
| Resultaat per aandeel na verwatering | 22 | (0,00) | (0,00) |
De bijgevoegde toelichtingen maken integraal deel uit van deze geconsolideerde resultatenrekening.
| Voor het boekjaar afgesloten op 31 december | Toelichting | 2021 | 2020 |
|---|---|---|---|
| In duizend EUR | |||
| Nettoverlies | ( 4 029) | ( 4 731) | |
| Andere gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten | |||
| Componenten die later mogelijks kunnen opgenomen | |||
| worden in de resultatenrekening | |||
| Wisselkoersverschillen op buitenlandse activiteiten | 2 | - | |
| Componenten die later niet zullen opgenomen worden in de resultatenrekening |
|||
| Herwaardering van toegezegde-pensioenregelingen | 19 | 12 | 17 |
| Niet-gerealiseerde resultaten voor de periode (netto van belastingen) |
14 | 17 | |
| Totale gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten voor de periode |
( 4 015) | ( 4 714) | |
| Totale gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten | |||
| voor de periode toewijsbaar aan: | |||
| Aandeelhouders van de moeder | ( 4 119) | ( 4 767) | |
| Minderheidsbelangen | 104 | 53 |
De bijgevoegde toelichtingen maken integraal deel uit van dit geconsolideerd totaalresultaat.
| Toelichting | 31 december 2021 |
31 december 2020 |
|
|---|---|---|---|
| In duizend EUR | |||
| Activa | |||
| Goodwill | 10 | 11 980 | 12 788 |
| Immateriële vaste activa | 11 | 3 020 | 3 691 |
| Materiële vaste activa | 12 | 1 770 | 2 870 |
| Overige financiële vaste activa | 14 | 9 | |
| Overige vorderingen | 15 | 90 | 83 |
| Uitgestelde belastingvorderingen | 8 | 184 | 229 |
| Vaste activa | 17 058 | 19 670 | |
| Voorraden | 16 | 887 | 1 259 |
| Handels- en overige vorderingen | 15 | 2 690 | 2 920 |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | 17 | 536 | 798 |
| Belastingvorderingen | 17 | 16 | |
| Vlottende activa | 4 130 | 4 993 | |
| Totaal activa | 21 188 | 24 663 |
| Toelichting | 31 december 2021 |
31 december 2020 |
|
|---|---|---|---|
| In duizend EUR | |||
| Verplichtingen en eigen vermogen | |||
| Geplaatst kapitaal | 21 | 11 996 | 9 902 |
| Uitgiftepremies | 23 | 312 | - |
| Overige reserves | 21 | ( 2 329) | ( 1 861) |
| Overgedragen resultaat | 21 | ( 4 231) | ( 1 180) |
| Totaal eigen vermogen toerekenbaar aan de eigenaars van de Vennootschap |
5 748 | 6 861 | |
| Minderheidsbelangen | 57 | 266 | |
| Totaal eigen vermogen | 5 805 | 7 127 | |
| Financiële schulden | 18 | 1 380 | 2 882 |
| Overige schulden | 18 | 890 | 1 334 |
| Handels- en overige sociale schulden | 20 | 1 600 | - |
| Voorzieningen | 19 | 437 | 448 |
| Uitgestelde belastingschulden | 8 | - | 44 |
| Langlopende verplichtingen | 4 307 | 4 708 | |
| Financiële schulden | 18 | 3 461 | 3 532 |
| Handels- en overige schulden | 20 | 7 342 | 8 890 |
| Voorzieningen | 19 | 5 | 78 |
| Te betalen belastingen | 8 | 268 | 328 |
| Kortlopende verplichtingen | 11 076 | 12 828 | |
| Totaal verplichtingen en eigen vermogen | 21 188 | 24 663 |
De bijgevoegde toelichtingen maken integraal deel uit van deze geconsolideerde balans.
| Voor het boekjaar afgesloten op 31 december | Toelichting | 2021 | 2020 |
|---|---|---|---|
| In duizend EUR | |||
| Bedrijfsactiviteiten | |||
| Nettoresultaat (a) | ( 4 029) | ( 4 731) | |
| Afschrijvingen op immateriële vaste activa | 5 / 11 | 589 | 670 |
| Afschrijvingen op materiële vaste activa en recht-op gebruik activa |
5 / 12 | 1 124 | 1 166 |
| Bijzondere waardeverminderingen op immateriële vaste activa |
10 / 11 | 1 742 | 2 881 |
| Verlies / (winst) uit de verkoop van materiële vaste activa en recht-op-gebruik activa |
( 54) | - | |
| (Terugname van) waardeverminderingen op vlottende en niet vlottende activa |
51 | ( 55) | |
| Verlies / (Winst) op vereffening van dochtervennootschappen |
9 | - | ( 577) |
| Toename / (afname) in voorzieningen | 4 | ( 1) | |
| Niet-gerealiseerde wisselkoers verliezen / (winsten) | - | ( 2) | |
| Financiële (opbrengsten) kosten | 7 | 701 | 384 |
| Kost van op aandelen gebaseerde betalingen | 5 | 535 | 553 |
| Belastingkost / (opbrengst) | 8 | 37 | 127 |
| Totaal (b) | 4 729 | 5 146 | |
| Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten voor mutaties in bedrijfskapitaal (c)=(a)+(b) |
700 | 415 | |
| Afname / (toename) in voorraden | 303 | 223 | |
| Afname / (toename) van handels- en overige vorderingen |
66 | 875 | |
| Toename / (afname) van handels- en overige schulden | ( 105) | 278 | |
| Toename / (afname) van uitgestelde opbrengsten | ( 199) | 463 | |
| Aanwending van voorzieningen | 19 | ( 87) | ( 142) |
| Totaal van de mutaties in bedrijfskapitaal (d) | ( 22) | 1 697 | |
| Betaalde interesten (e) | ( 350) | ( 299) | |
| Overige financiële opbrengsten / (kosten) (f) | ( 296) | ( 53) | |
| Betaalde belastingen (g) | ( 98) | ( 42) | |
| Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten (h)=(c)+(d)+(e)+(f)+(g) | ( 66) | 1 718 |
| Investeringsactiviteiten | |
|---|---|
| Verwerving van materiële vaste activa | 12 | ( 54) | ( 147) |
|---|---|---|---|
| Opbrengsten uit de verkoop van materiële vaste activa | 17 | - | |
| Verwerving van immateriële vaste activa | 11 | ( 852) | ( 1 169) |
| Inkomsten uit de verkoop van dochtervennootschappen | 9 | - | ( 160) |
| Verwerving van overige deelnemingen | ( 5) | - | |
| Kasstroom uit investeringsactiviteiten (i) | ( 894) | ( 1 476) | |
| Financieringsactiviteiten | |||
| Ontvangsten uit leningen | 61 | 1 194 | |
| Inkomsten uit volstorting kapitaal | 21 | 2 230 | - |
| Aflossingen van leningen | 18 | ( 786) | ( 303) |
| Aflossingen van leasingschulden | 13 | ( 807) | ( 769) |
| Kasstroom verstrekt / (gebruikt) uit financieringsactiviteiten (j) |
698 | 122 | |
| Netto toename/(afname) van liquide middelen = (h)+(i)+(j) |
( 262) | 364 | |
| Geldmiddelen en kasequivalenten bij het begin van het boekjaar |
17 | 798 | 434 |
| Geldmiddelen en kasequivalenten op het einde van het boekjaar |
17 | 536 | 798 |
De bijgevoegde toelichtingen maken integraal deel uit van dit geconsolideerd kasstroomoverzicht.
| Overige reserves | Overgedragen resultaat | |||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Toe lichting In duizend EUR |
Geplaatst kapitaal |
Uitgifte premies |
Op aandelen gebaseerde betalingen |
Valutakoers verschillen |
Kosten van uitgifte nieuwe aandelen |
Omgekeerde overname reserve |
Overgedragen resultaat |
Totaal | Minderheids -belang |
Totaal eigen vermogen |
| Op 1 januari 2020 | 9 902 | - | - | 203 | ( 2 617) | ( 16 092) | 19 678 | 11 074 | 213 | 11 287 |
| Nettoverlies | - | - | - | - | - | - | ( 4 784) | ( 4 784) | 53 | ( 4 731) |
| Niet-gerealiseerde resultaten voor de periode, netto van belastingen |
- | - | - | - | - | - | 17 | 17 | - | 17 |
| Totaal gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten voor de periode |
- | - | - | - | - | - | ( 4 767) | ( 4 767) | 53 | ( 4 714) |
| Wijzigingen in op aandelen gebaseerde betalingen |
- | - | 553 | - | - | - | - | 553 | - | 553 |
| Op 31 december 2020 | 9 902 | - | 553 | 203 | ( 2 617) | ( 16 092) | 14 911 | 6 861 | 266 | 7 127 |
| Nettoverlies | - | - | - | - | - | - | ( 4 133) | ( 4 133) | 104 | ( 4 029) |
| Niet-gerealiseerde resultaten voor de periode, netto van belastingen |
- | - | - | 2 | - | - | 12 | 14 | - | 14 |
| Totaal gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten voor de periode |
- | - | - | 2 | - | - | ( 4 121) | ( 4 119) | 104 | ( 4 015) |
| Wijzigingen in op aandelen gebaseerde betalingen |
22 - |
- | ( 470) | - | - | - | 1 005 | 535 | - | 535 |
| Overige reserves | Overgedragen resultaat | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| In duizend EUR | Toe lichting |
Geplaatst kapitaal |
Uitgifte premies |
Op aandelen gebaseerde betalingen |
Valutakoers verschillen |
Kosten van uitgifte nieuwe aandelen |
Omgekeerde overname reserve |
Overgedragen resultaat |
Totaal | Minderheids -belang |
Totaal eigen vermogen |
| Kapitaalverhoging | 23 | 2 094 | 312 | - | - | - | - | - | 2 406 | - | 2 406 |
| Werkelijke waarde call-optie aandelen Crescent NV |
- | - | - | - | - | - | ( 29) | ( 29) | - | ( 29) | |
| Transacties binnen het eigen vermogen: verwerving minderheidsbelang 2 Invision Managed Services BV |
9 | - | - | - | - | - | - | 95 | 95 | ( 313) | ( 218) |
| Op 31 december 2021 | 11 996 | 312 | 83 | 205 | ( 2 617) | ( 16 092) | 11 861 | 5 748 | 57 | 5 805 |
De bijgevoegde toelichtingen maken integraal deel uit van deze geconsolideerde staat van wijzigingen in het eigen vermogen.
Crescent NV (de "Vennootschap"), opgericht op 3 juli 1986, is de moedervennootschap van een aantal dochternemingen actief in IOT-technologie, smart LED verlichting en ICT-diensten.
Crescent NV is een Naamloze Vennootschap (NV) naar Belgisch recht met als maatschappelijke zetel: Geldenaaksebaan 329, 3001 Leuven.
De geconsolideerde jaarrekening van Crescent NV voor het boekjaar dat werd afgesloten op 31 december 2021 omvat Crescent NV en de bijhorende dochterondernemingen (waarnaar samen wordt verwezen met 'Crescent' of 'de Groep').
De geconsolideerde jaarrekening werd door de Raad van Bestuur vrijgegeven voor publicatie op 27 april 2022.
De geconsolideerde jaarrekening werd opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS), zoals gepubliceerd door de International Accounting Standards Board (IASB) en goedgekeurd door de Europese Unie. De geconsolideerde financiële rekeningen worden weergegeven in euro's en alle waarden zijn afgerond tot het dichtst bijzijnde duizendtal (€ 000), tenzij anders vermeld.
Lijst van standaarden en interpretaties toepasbaar voor het boekjaar beginnend op 1 januari 2021:
De toepassing van de vermelde aangepaste standaarden en interpretaties die van toepassing zijn voor boekjaren beginnend vanaf 1 januari 2021 of later hebben geen significante impact op de geconsolideerde financiële cijfers van de Groep gehad.
De Groep heeft ervoor gekozen om de volgende nieuwe Standaarden, Interpretaties en Wijzigingen, uitgevaardigd door het IASB en het IFRIC, die nog niet verplicht en/of onderschreven waren door de EU voor 31 december 2021, maar dewelke een mogelijks betekenisvolle impact kunnen hebben, niet vroegtijdig toe te passen:
De wijzigingen worden niet verwacht een materiële impact te hebben op de geconsolideerde jaarrekening van de Groep.
De Groep heeft ervoor gekozen om geen van deze standaarden of interpretaties voorafgaand aan hun inwerkingtreding toe te passen.
De geconsolideerde jaarrekening omvat de jaarrekeningen van alle dochterondernemingen die door de Groep worden gecontroleerd. Een overzicht van alle geconsolideerde entiteiten wordt weergegeven in toelichting 27.
Een onderneming wordt volledig geconsolideerd vanaf de datum van acquisitie, welke de datum is wanneer de Groep de controle verwerft, en wordt zolang geconsolideerd tot de Groep de controle verliest. Controle bestaat wanneer de Groep onderhevig is aan, of rechten heeft op, de variabele rendementen vanuit haar betrokkenheid bij de onderneming en wanneer de Groep de mogelijkheid heeft om deze rendementen te beïnvloeden vanuit haar zeggenschap over de onderneming. De Groep heeft controle over een onderneming als en alleen als de Groep:
Een verandering in het deelnemingspercentage van een dochteronderneming, zonder de zeggenschap te verliezen, wordt verwerkt als een eigen vermogen transactie. Als de Groep de controle verliest over een dochteronderneming, dan worden de activa en verplichtingen en het eventuele minderheidsbelang uitgeboekt en de reële waarde van de ontvangen betaling en de resterende investering geboekt waarbij het verschil in de geconsolideerde resultatenrekening wordt erkend.
Alle transacties tussen de ondernemingen van de Groep, alle balansen en alle niet-gerealiseerde winsten op transacties tussen groepsondernemingen, worden bij consolidatie geëlimineerd. Nietgerealiseerde verliezen worden ook geëlimineerd op dezelfde manier als niet-gerealiseerde winsten tenzij een bijzondere waardevermindering van toepassing is op het actief dat onderwerp is van de transactie. De boekhoudprincipes van dochterondernemingen worden in lijn gebracht met die van de Groep om de consistentie te verzekeren in de rapportering.
Beoordelingen, ramingen en veronderstellingen gemaakt door het management en de toepassingen onder IFRS, welke een belangrijke impact hebben op de bedragen opgenomen in de financiële rekeningen met een belangrijk risico op wijzigingen in het volgende jaar, worden hierna omschreven. De ramingen en veronderstellingen zijn gebaseerd op de informatie welke beschikbaar was op het ogenblik dat de geconsolideerde jaarrekening wordt voorbereid. Deze informatie kan in de toekomst wijzigen als gevolg van veranderingen in de markt of omstandigheden welke buiten de controle van de Groep vallen. Deze wijzigingen op de boekhoudkundige assumpties worden opgenomen in de periode waarin de herziening heeft plaatsgevonden.
Op 31 december 2021 heeft de Groep een positief eigen vermogen van k€ 5 805. De beperkte kaspositie per eind vorig boekjaar van k€ 798 daalde naar k€ 536 op 31 december 2021. De bruto financiële schuld bedroeg eind 2021 k€ 4 842 (2020: k€ 6 414).
De liquiditeitspositie van de groep blijft een aandachtspunt. In het afgelopen boekjaar werd onder het financieringsprogramma van LDA Capital Ltd k€ 1 756 nieuw kapitaal ingestort, en door de omzetting van warranten (warrantenplan 2020) bijkomend nog k€ 650. Door aandeelhouders werden in de loop van 2021 voor k€ 563 bijkomend krediet verstrekt.
Eveneens werden onder de coronamaatregelen voor k€ 83 (2020: k€ 222) aan schuldaflossingen aan banken opgeschort. Bijkomend uitstel werd bekomen in 2021 voor betalingen van sociale schulden voor k€ 159 en in 2022 werd een uitstel bekomen voor een bedrag van k€ 153; in totaal bedragen de in 2020 en 2021 uitgestelde fiscale en sociale schulden zo k€ 598 eind 2021. Zij zijn terugbetaalbaar over de komende 6 jaar, in 2022 moet er k€ 302 worden terugbetaald.
Ondanks de verdere verbetering van de kasstroom uit bedrijfsactiviteiten voor mutaties in bedrijfskapitaal in 2021, met name in het vierde kwartaal van 2021, en de verwachting dat deze verbetering in de komende jaren kan worden versterkt, heeft de Raad van Bestuur geoordeeld dat de liquiditeitspositie op structurele manier versterkt moest worden, en dat extra werkkapitaal nodig is om de plannen te laten slagen. Van Zele Holding heeft daarom begin 2022 bijkomende middelen tbv k€ 240 verstrekt en eind van het eerste kwartaal nog een bijkomende kredietlijn van k€ 1 500. Op datum van vandaag werd het volledige bedrag reeds ter beschikking gesteld aan de vennootschap.
Met LDA Capital is overeengekomen dat de financieringsovereenkomst verlengd wordt waardoor de Vennootschap tot eind 2023 de mogelijkheid behoudt bijkomend kapitaal tbv k€ 3 245 op te halen. We verwijzen naar toelichting 26 voor meer informatie. De LDA financiering zal evenwel enkel gebruikt worden voor de financiering van overnames die zullen bijdragen tot bijkomende EBITDA dewelke ook verwacht en waarschijnlijk geacht worden waardoor er geen boeteclausule van toepassing is ingevolge de verlenging van de opnameperiode. Tot slot heeft Van Zele Holding, o.a. op basis van bijkomende bankfinanciering, zich bereid verklaard om een bedrag van k€ 500 ter beschikking te stellen op eerste verzoek van de Vennootschap.
De Raad van Bestuur is van oordeel dat beide maatregelen de continuïteit van de Groep voor het komende jaar verzekerd hebben.
Het beleid voor omzetverantwoording vereist dat het management aanzienlijke beoordelingen maakt. Het management analyseert verschillende factoren, waaronder een beoordeling van specifieke transacties, historische ervaring, kredietwaardigheid van klanten en de huidige markt- en economische omstandigheden. Veranderingen in beoordelingen op basis van deze factoren kunnen van invloed zijn op de timing en het bedrag van de opbrengsten en kosten die worden erkend, en dus op de bedrijfsresultaten en financiële toestand van de Groep.
De significante schattingen en beoordelingen hebben voornamelijk betrekking op:
De Groep maakt beoordelingen bij het bepalen of een prestatieverplichting onderscheiden moet worden van overige prestatieverplichtingen in een contract, met name:
De relevante beoordelingen bestaan er voornamelijk in of de software licenties in installatie- en/of integratieprojecten onderscheiden zijn van de installatie en implementatie van het project dat in veel gevallen zowel hardware, software als overige integratie bevat. In de meeste gevallen is de licentie gecombineerd met de installatie en/of integratie van het gehele project, aangezien de software licentie op zichzelf geen voordeel heeft voor de klant zonder de overige goederen en diensten in het project.
De Groep bepaalt het stadium van voltooiing van een installatieproject die over tijd wordt vervuld, door de tot nu toe gemaakte uur- en materiaalkosten te vergelijken met de geschatte totale uur- en materiaalkosten die nodig zijn om het project te voltooien. De uur- en materiaalkost wordt beschouwd als de meest betrouwbare, beschikbare maatstaf voor de voortgang van het project. Aanpassingen aan te maken schattingen worden gemaakt in de perioden waarin feiten die tot een wijziging leiden bekend worden. Wanneer de schatting aangeeft dat er verlies zal worden geleden, wordt dit verlies in de vastgestelde periode in de resultatenrekening opgenomen. Significante ramingen en veronderstellingen zijn inherent bij het bepalen van het voltooide percentage van elk project. Verschillende aannames zouden materieel verschillende resultaten kunnen opleveren.
De Groep bepaalt de leaseperiode als de niet-opzegbare lease termijn, samen met eventuele periodes gedekt door een optie om de huurovereenkomst te verlengen indien redelijkerwijs zeker is dat deze zal uitgeoefend worden, of door eventuele periodes met een optie om de huurovereenkomst te beëindigen, indien redelijkerwijs zeker is dat deze niet wordt uitgeoefend.
De Groep heeft verschillende lease overeenkomsten met opties voor verlenging en beëindiging. De Groep past beoordelingen toe of het redelijk zeker is of de optie om te verlengen of de huurovereenkomst te beëindigen al dan niet wordt uitgeoefend. Dat wil zeggen, het houdt rekening met alle relevante factoren die daarvoor een economisch motief vormen om de verlenging of beëindiging uit te oefenen. Enkele elementen die daarbij in rekening worden gebracht zijn het al dan niet bestaan van verbeteringswerken aan de gebouwen, het al dan niet strategische belang van de locatie of het feit dat het om een hoofdzetel gaat. Na de ingangsdatum beoordeelt de Groep de leasetermijn opnieuw wanneer er een belangrijke gebeurtenis of verandering in omstandigheden is die binnen zijn macht ligt en zijn mogelijkheid om de uitoefening van de optie om te verlengen of te beëindigen bëinvloedt (bijvoorbeeld aanzienlijke verbeteringen of belangrijke aanpassingen aan het geleasde actief). De periodes gedekt door een optie om te beëindigen worden enkel in rekening gebracht als deel van de lease termijn wanneer het redelijk zeker is dat deze niet uitgeoefend zal worden.
De impact van de coronacrisis is zeker in de eerste jaarhelft nog voelbaar geweest, en heeft nog voor de nodige onzekerheid gezorgd waardoor de omzetten nog niet op het pré-corona niveau zijn teruggekeerd. Evenwel doet het activiteitspeil van het vierde kwartaal vermoeden dat samen met de vermindering van de coronarestricties, ook de activiteiten weer naar hun pré-corona peil kunnen terugkeren.
De Vennootschap heeft in 2021 de nodige maatregelen toegepast om de gezondheid van haar medewerkers te verzekeren door het telewerken maximaal te promoten en indien niet mogelijk, de social distancing op de werkplekken te respecteren, en de andere consignes van de overheid terzake na te volgen. Zij heeft ook modellen uitgewerkt waarin wordt rekening gehouden met de afwezigheid van een aantal van haar medewerkers, en scenario's geschreven om deze gebeurlijke situaties op te vangen, en zo de dienstverlening naar haar klanten blijvend te kunnen in standhouden.
Waar mogelijk werden kostenbesparende maatregelen genomen, zodat de relance van de activiteiten naast een verhoging van omzet, met een hoger rendement zou moeten kunnen.
De Groep bepaalt en wijst de aankoopprijs van een overgenomen bedrijf toe aan de overgenomen activa en aangegane verplichtingen op de datum van de bedrijfscombinatie. Het proces van de aankoopprijsallocatie vereist dat de Groep gebruik maakt van significante schattingen en veronderstellingen, inclusief:
De Groep gebruikt haar beste inschattingen en veronderstellingen als onderdeel van het proces van de aankoopprijsallocatie om de verworven activa en aangegane verplichtingen nauwkeurig te waarderen op de datum van acquisitie, onze schattingen en veronderstellingen zijn inherent onzeker en onderhevig aan verfijning.
Voorbeelden van kritische schattingen van de waardering van bepaalde immateriële activa die de Groep verworven heeft of zou kunnen verwerven in de toekomst omvatten, maar zijn niet beperkt tot:
De Groep evalueert op elke afsluitdatum of er aanwijzingen zijn dat een bijzonder waardeverminderingsverlies op immateriële en materiële vaste activa dient opgenomen te worden. Jaarlijks wordt eveneens voor elke kasstroom genererende eenheid waaraan goodwill is toegewezen, een analyse voor bijzondere waardeverminderingsverliezen uitgevoerd. Bij de berekeningen van de gebruikswaarde, dient het management de toekomstige kasstromen van de vaste activa of de kasstroom genererende eenheid in te schatten en dient zij deze te verdisconteren om de actuele waarde van deze kasstromen te bekomen.
Er werden eind 2021 bijzondere waardeverminderingsverliezen geboekt op goodwill en immateriële vaste activa voor een totaal van k€ 1 742 (2020: k€ 2 881).
De realiseerbare waarde is onderhevig aan de verdisconteringsvoet en de assumpties zoals onder andere groeivoet omzet, bruto marge en operationele kosten. Deze assumpties worden verder toegelicht in toelichting 10.
Uitgestelde belastingvorderingen worden opgenomen voor alle niet-gebruikte fiscale verliezen en andere verrekenbare tijdelijke verschillen, in de mate dat het meer dan waarschijnlijk is dat toekomstige belastbare winsten zullen worden gegenereerd tegen dewelke de vorderingen kunnen worden gebruikt. Een belangrijke beoordeling van het management is vereist om het bedrag van de opgenomen belastingvorderingen te bepalen, gebaseerd op een ingeschatte timing alsook het bedrag van toekomstige belastbare winsten samen met toekomstige planning strategieën.
De uitgestelde belastingvorderingen ten aanzien van fiscale verliezen worden opgenomen op de balans, in de mate dat ze verwacht gecompenseerd te worden met belastbare winsten in de nabije toekomst. Verdere informatie wordt gegeven in toelichting 8.
De Groep raamt haar kosten om de voorziening voor garanties te bepalen door gebruik te maken van statistische gegevens op de verkopen. De garantieperiode is in overeenstemming met de geldende wetgeving en varieert van 12 tot 60 maanden, afhankelijk van de onderliggende activiteit en van waar de klant zich bevindt.
Op 31 december 2021 was er een voorziening voor garanties ten belope van k€ 217 (2020: k€ 201) op lange termijn. We verwijzen naar toelichting 19 voor meer informatie.
De Groep kan de impliciete interestvoet niet gemakkelijk bepalen, daarom gebruikt zij de incrementele interestvoet om leaseverplichtingen te meten. De incrementele interestvoet is de rentevoet die de Groep zou betalen in een vergelijkbare economische omgeving om via een lening gedurende een vergelijkbare periode en met een vergelijkbare dekking een actief te verkrijgen van een vergelijkbare waarde als het gebruiksrecht.
De incrementele interestvoet weerspiegelt wat de groep 'zou moeten betalen', dewelke een schatting vereist wanneer er geen waarneembare tarieven beschikbaar zijn (zoals voor dochterondernemingen die geen financieringstransacties aangaan) of wanneer deze moeten worden aangepast aan de voorwaarden van de huurovereenkomst (bijvoorbeeld wanneer huurovereenkomsten niet in de functionele valuta van de dochteronderneming zijn). De Groep schat de incrementele interestvoet op basis van waarneembare inputs (zoals marktrentevoeten) indien beschikbaar.
De jaarresultaten van de individuele entiteiten die tot de Groep behoren, worden uitgedrukt in de munteenheid van de voornaamste economische ruimte waarbinnen deze entiteiten opereren (functionele munteenheid). De geconsolideerde jaarrekening wordt weergegeven in euro, de functionele en rapporteringmunteenheid van de Groep. Alle ondernemingen binnen de Groep hebben de euro als functionele munt, behalve:
Bij het opstellen van de jaarrekeningen van de individuele entiteiten worden transacties andere dan in euro, geboekt tegen wisselkoersen die gelden op datum van de transacties. Op iedere balansdatum worden monetaire activa en passiva uitgedrukt in vreemde valuta omgezet tegen de koers op de balansdatum. Niet-monetaire activa en passiva aan reële waarde, uitgedrukt in vreemde valuta worden omgerekend tegen de wisselkoers die geldt op de datum waarop de reële waarde werd bepaald. Winsten en verliezen afkomstig uit de vereffening van wisseltransacties en uit de omrekening van monetaire activa en passiva uitgedrukt in vreemde valuta worden erkend in de resultatenrekening van die periode.
Voor doeleinden van de geconsolideerde jaarrekening worden activa en passiva van buitenlandse activiteiten (VS, Japanse, Hong Kong en Zuid-Afrikaanse dochterondernemingen) omgezet in euro tegen de wisselkoersen die gelden op balansdatum. Inkomsten en uitgaven worden omgerekend tegen de gemiddelde wisselkoersen voor de periode, tenzij de wisselkoersen aanzienlijk schommelden tijdens die periode. Dan worden de wisselkoersen op datum van de transacties gebruikt. De componenten van het eigen vermogen worden aan historische koers omgezet. De wisselkoersverschillen die hieruit mogelijks voortvloeien worden geboekt als 'verschillen in valutakoers' onder de rubriek 'Eigen vermogen'. Dergelijke wisselkoersverschillen worden in resultaat genomen tijdens de periode waarin de buitenlandse activiteit afgestoten of beëindigd wordt.
De Groep erkent omzet van de volgende belangrijke inkomstenstromen binnen de 3 segmenten:
Omzet wordt gemeten op basis van de vergoeding waarop de Groep verwacht recht te hebben in een klantencontract, exclusief bedragen ontvangen voor rekening van derden.
De Groep past tevens volgende praktische uitzonderingen toe in het kader van IFRS 15:
De Groep verkoopt gateways of cloudgates binnen een B2B omgeving aan OEM, distributeurs en eindgebruikers met de daarop geïnstalleerde software die het de gebruiker mogelijk maakt de gateway aan te passen aan de eigen noden. De cloudgate wordt samen met de specifiek daarvoor ontwikkelde software die exclusieve toepassing vindt op Cloudgate, beschouwd als één enkele prestatieverplichting.
De standaard garantie van 12 of 24 maanden in overeenstemming met de geldende wetgeving is van toepassing. Deze garantie kan niet afzonderlijk worden aangekocht en dient als een garantie van het 'assurance type' beschouwd te worden. Bijgevolg verwerkt de Groep de garantie in overeenstemming met IAS 37 Provisies, voorwaardelijke verplichtingen en voorwaardelijke activa. Onder de standaard verkoopsvoorwaarden worden de producten niet verkocht met een recht op teruggave. Bijgevolg worden geen teruggaveverplichtingen opgenomen. De omzet van de producten wordt erkend wanneer controle over de goederen getransfereerd is aan de klant, namelijk wanneer de goederen geleverd zijn bij de klant.
De Groep verkoopt sensoren binnen een B2B omgeving. De levering van sensoren wordt beschouwd als één enkele prestatieverplichting en voldoet aan de definitie van een serie van afzonderlijke goederen. De belofte om de serie van sensoren te transfereren is substantieel dezelfde voor alle sensoren en vertoont hetzelfde patroon waarbij volgende 2 voorwaarden zijn voldaan:
De prijs van de sensoren is variabel afhankelijk van de afgenomen hoeveelheid. De prijs per sensor daalt gedurende de looptijd van het contract naarmate er meer sensoren worden afgenomen. De variabiliteit in de prijs heeft betrekking op de inspanningen van Crescent om aan de prestatieverplichting te voldoen. Bovendien zijn de prijswijzigingen substantieel en houden verband met een wijziging in de kosten om de verplichting te vervullen. De variabele vergoeding wordt aldus volledig toegewezen aan de serie van levering van sensoren. De omzet van de sensoren wordt erkend over tijd.
Een standaard garantie van 5 jaar is van toepassing. Deze garantie kan niet afzonderlijk worden aangekocht en dient als een garantie van het 'assurance type' beschouwd te worden. Bijgevolg verwerkt de Groep de garantie in overeenstemming met IAS 37 Provisies, voorwaardelijke verplichtingen en voorwaardelijke activa. Onder de standaard verkoopsvoorwaarden worden de producten niet verkocht met een recht op teruggave. Bijgevolg worden geen teruggaveverplichtingen opgenomen.
Onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten waarin de Groep betrokken is als partner, bestaan uit middelenverbintenissen waarbij er enkel een verplichting is om mensen en middelen te leveren die meewerken in onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten van een klant. De omzet die voortvloeit uit deze activiteiten wordt erkend als een prestatieverplichting die voldaan wordt over de periode waarover de diensten geleverd worden. De vooruitgang van de geleverde diensten wordt gemeten op basis van de gepresteerde uren en als dusdanig wordt de omzet ook herkend.
De activiteiten van de installatieoplossingen bestaan uit het leveren van een geïntegreerde totaaloplossing, netwerken of installaties, op de sites van de klant. Deze oplossingen bestaan uit één enkele prestatieverplichting waarbij een combinatie van mensen en middelen wordt ingezet om de totaaloplossing te realiseren. Onder de voorwaarden van het contract heeft de Groep een afdwingbaar recht op betaling van de vergoeding voor het werk uitgevoerd tot dan, inclusief een redelijke winstmarge. De omzet van deze activiteiten wordt erkend over tijd en gebeurt aan de hand van de opgelopen kosten ten opzichte van het uitvoeringsbudget over de looptijd waarover het project wordt uitgevoerd. De Groep erkent een contract actief wanneer de uitgevoerde werkzaamheden de ontvangen vergoeding overschrijden en een contract passief wanneer de ontvangen vergoeding de uitgevoerde werkzaamheden overschrijden.
De groep is actief in het leveren van diverse IT diensten en geïntegreerde IT diensten voor gespecifieerde toepassingen in de B2B omgeving. Deze diensten worden erkend als een prestatieverplichting voldaan over tijd. De vooruitgang van de geleverde diensten wordt gemeten op basis van de input-methode aan de hand van de gepresteerde uren en als dusdanig wordt de omzet ook erkend.
De Groep genereert opbrengsten uit de verkoop van LED-straatverlichting. De transacties bestaan uitsluitend uit de levering van armaturen waarin de technologie ingebouwd is. Een standaard garantie van 60 maanden is van toepassing. Deze garantie kan niet afzonderlijk worden aangekocht en dient als een garantie van het 'assurance type' beschouwd te worden. Bijgevolg verwerkt de Groep de garantie in overeenstemming met IAS 37 Provisies, voorwaardelijke verplichtingen en voorwaardelijke activa. Onder de standaard verkoopsvoorwaarden worden de producten niet verkocht met een recht op teruggave. Bijgevolg worden geen teruggaveverplichtingen opgenomen. De omzet van de producten wordt erkend wanneer controle over de goederen getransfereerd is aan de klant, namelijk wanneer de goederen geleverd zijn bij de klant.
In het kader van licentieovereenkomsten heeft de Groep zich ertoe verbonden royalty's te betalen voor het gebruik van bepaalde essentiële gepatenteerde technologieën in draadloze datacommunicatie, rekening houdend met normale marktomstandigheden.
Royaltyverplichtingen worden opgenomen onder de kostprijs van verkochte goederen.
Belastingen op de winst of het verlies voor het boekjaar omvatten verschuldigde en uitgestelde belastingen. De belastingen worden geboekt in de resultatenrekening tenzij ze betrekking hebben op transacties die direct in het eigen vermogen werden opgenomen. In dat geval worden de belastingen rechtstreeks geboekt in het eigen vermogen.
Verschuldigde belastingen omvatten de verwachte belastingverplichtingen op het belastbare inkomen van het jaar. De belastbare basis verschilt van het resultaat voor belastingen zoals opgenomen in de jaarrekening omdat bepaalde elementen van de inkomsten of de uitgaven in andere boekjaren belast of vrijgesteld worden en andere elementen die definitief verworpen worden of aftrekbaar zijn. 'Enacted' (waarbij de letter van de wet wordt toegepast) of 'substantially enacted' (waarbij de geest van de wet wordt toegepast, d.w.z. bepaalde aspecten) belastingtarieven worden gebruikt om de verschuldigde belastingen op balansdatum te bepalen. Voor verdere details verwijzen we naar toelichting 8.
Uitgestelde belastingen zijn voorzien, gebruik makend van de passivamethode, voor alle tijdelijke verschillen die zich voordoen tussen de aanslagvoeten van activa en passiva en hun nettoboekwaarde ten behoeve van financiële verslaggeving. 'Enacted' (waarbij de letter van de wet wordt toegepast) of 'substantially enacted' (waarbij de geest van de wet wordt toegepast, d.w.z. bepaalde aspecten) belastingtarieven worden gebruikt om de uitgestelde belastingen te bepalen.
Uitgestelde belastingverplichtingen worden algemeen erkend voor alle tijdelijke belastingverschillen. Uitgestelde belastingvorderingen worden enkel opgenomen wanneer het management het waarschijnlijk acht dat er voldoende toekomstige belastbare winsten zullen zijn om het belastingvoordeel te kunnen genieten. Uitgestelde belastingvorderingen worden op iedere balansdatum geëvalueerd en worden afgeboekt in de mate dat het niet langer waarschijnlijk is dat het gerelateerde belastingvoordeel zal worden gerealiseerd.
Uitgestelde belastingverplichtingen en -vorderingen worden tegenover elkaar afgezet indien wettelijk is toegelaten om de verschuldigde belastingen en vorderingen tegenover elkaar af te zetten en indien deze betrekking hebben op belastingen geheven door dezelfde belastingautoriteiten en indien de Groep de intentie heeft dit recht uit te voeren. Voor verdere details verwijzen we naar toelichting 8.
De voorraden grondstoffen en goederen in bewerking, worden geboekt tegen de kostprijs (FIFOmethode) of, indien die lager is, tegen de realisatiewaarde.
De voorraden van afgewerkte producten worden geboekt tegen de laagste van de kostprijs of de netto realiseerbare waarde. De kostprijs omvat directe materialen en, indien van toepassing, directe arbeidskosten en de overheadkosten die zijn gemaakt om de voorraden naar hun huidige locatie en in hun huidige toestand te brengen. De kostprijs wordt berekend volgens de FIFO methode.
De netto realiseerbare waarde is de geschatte verkoopprijs min de geschatte kosten om het product af te werken en om de verkoop te realiseren.
De Groep erkent voorraad in consignatie op haar balans tenzij er een aanzienlijke overdracht van de risico's en voordelen verbonden aan de eigendom heeft plaatsgevonden naar de geconsigneerde.
De Groep waardeert doorlopend de voorraden van verouderde artikelen of langzaam roterende artikelen, en legt waar nodig voorzieningen aan.
De materiële vaste activa van de Groep worden gewaardeerd tegen de historische kost min de gecumuleerde afschrijvingen en eventuele bijzondere waardeverminderingen. Materiële vaste activa verworven in een bedrijfscombinatie worden initieel gewaardeerd tegen hun reële waarde, die vanaf dan geldt als hun kostprijs. Kosten, opgelopen na initiële erkenning zullen deel uitmaken van de waarde van het activa of zullen als afzonderlijk activa worden behandeld in de mate dat de verbonden toekomstige economische voordelen aan de Groep toekomen en indien de gerelateerde kosten op een betrouwbare wijze kunnen worden bepaald. Indien er een belangrijk nazicht wordt uitgevoerd, wordt deze kost toegevoegd aan de boekwaarde van de materiële vaste activa als vervangingskost indien het aan de opnamecriteria voldoet. Alle andere kosten met betrekking tot onderhoud en herstelling worden ten laste genomen van de resultatenrekening op het ogenblik waarop ze zich voordoen.
De items met betrekking tot materiële vaste activa worden niet meer opgenomen op het moment van buitengebruikstelling of indien er geen toekomstige economische voordelen meer worden verwacht van het gebruik ervan. De winst of verlies, voortvloeiend uit de buitengebruikstelling van het vast actief (berekend op basis van het verschil tussen de netto verkoop en de boekwaarde van het vast actief) worden opgenomen in het resultaat van het jaar van buitengebruikstelling.
De activa worden lineair afgeschreven over de geschatte economische levensduur, met name:
| Machines en computeruitrusting | 2 tot 10 jaar |
|---|---|
| Meubilair en rollend materieel | 5 tot 10 jaar |
| Inrichtingen | 3 tot 9 jaar |
De geschatte levensduur, de restwaarden en de afschrijvingsmethode worden steeds herzien op balansdatum zodat eventuele gewijzigde inschattingen verwerkt worden op prospectieve basis.
Activa in aanbouw worden geboekt aan kostprijs. Die omvat de kosten voor de bouw en materiële vaste activa en andere directe kosten. Deze activa worden slechts afgeschreven vanaf het ogenblik waarop ze klaar zijn voor hun bestemd gebruik. Op dat ogenblik worden de activa naar de relevante rubrieken binnen de materiële vaste activa verplaatst.
De Groep beoordeelt bij aanvang van het contract of een contract een leaseovereenkomst is of bevat. Dat betekent dat het contract het recht geeft om het gebruik van een geïdentificeerd actief gedurende een bepaalde periode te controleren, in ruil voor een vergoeding.
De Groep past een enkele opname- en waarderingsbenadering toe voor alle leaseovereenkomsten, behalve voor kortlopende leaseovereenkomsten en leasing van activa met een lage waarde. De Groep neemt leaseverplichtingen op voor de leasebetalingen en recht-op-gebruik activa die het recht vertegenwoordigen om de onderliggende activa te gebruiken.
De Groep erkent recht-op-gebruik activa op de ingangsdatum van de lease (d.w.z. de onderliggende datum waarop het item beschikbaar is voor gebruik). Recht-op-gebruik activa worden gewaardeerd tegen kostprijs, verminderd met eventuele gecumuleerde afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingsverliezen en gecorrigeerd voor eventuele herwaardering van leaseverplichtingen. De kost van recht-op-gebruik activa omvat het bedrag van de opgenomen leaseverplichtingen, gemaakte initiële directe kosten en leasebetalingen op of vóór de ingangsdatum verminderd met ontvangen voordelen. Activa voor gebruiksrechten worden lineair afgeschreven over de leaseperiode.
Als de eigendom van het geleasde actief aan het einde van de leaseperiode aan de Groep wordt overgedragen of als de kosten de uitoefening van een aankoopoptie reflecteren, wordt de afschrijving berekend op basis van de geschatte gebruiksduur van het actief. De gebruiksrechten voor activa zijn ook onderworpen aan bijzondere waardeverminderingen. We verwijzen hiervoor naar de waarderingsregels onder punt 10. Bijzondere waardeverminderingen op vaste activa.
Op de ingangsdatum van de leaseovereenkomst neemt de Groep leaseverplichtingen op die worden gewaardeerd tegen de huidige waarde van de verwachte leasebetalingen over de leaseperiode. De leasebetalingen omvatten vaste betalingen verminderd met eventuele te leasevoordelen, variabele leasebetalingen die afhankelijk zijn van een index of een koers, en bedragen die naar verwachting zullen worden betaald onder restwaardegaranties. De leasebetalingen omvatten ook de uitoefenprijs van een aankoopoptie waarvan de Groep redelijkerwijs zeker is dat deze zal worden uitgeoefend en betalingen van boetes voor het beëindigen van de leaseovereenkomst, indien de leaseperiode deze optie om te beëindigen weerspiegelt.
Variabele leasebetalingen die niet afhankelijk zijn van een index of een koers worden als kost opgenomen in de resultatenrekening in de periode waarin de gebeurtenis of toestand die de betaling veroorzaakt, zich voordoet.
Bij de berekening van de huidige waarde van leasebetalingen gebruikt de Groep haar incrementele rentevoet omdat de impliciete rentevoet niet direct kan worden bepaald. Na de ingangsdatum wordt het bedrag van de leaseverplichtingen verhoogd om de aangroei van rente weer te geven en verlaagd voor de leasebetalingen. Bovendien wordt de boekwaarde van leaseverplichtingen geherwaardeerd bij aanpassingen, een wijziging in de leaseperiode, een wijziging in de leasebetalingen (bijvoorbeeld wijzigingen in toekomstige betalingen als gevolg van een wijziging in een index of koers die wordt gebruikt om dergelijke leasebetalingen te bepalen) of een wijziging in de beoordeling van een optie om het onderliggende actief te kopen.
De lease verplichtingen van de Groep worden opgenomen bij de financiële schulden.
De Groep past de vrijstelling voor de erkenning van huurovereenkomsten op korte termijn toe (d.w.z. die leaseovereenkomsten met een leaseperiode van 12 maanden of minder vanaf de ingangsdatum en die geen aankoopoptie bevatten). Het past ook de vrijstelling toe van geleasde activa met een lage waarde. Leasebetalingen op korte termijn leases en van activa met een lage waarde worden als kost opgenomen gedurende de leaseperiode.
De Groep heeft geen contracten waar het als leasinggever optreedt.
Overnames van bedrijven worden verwerkt volgens de overnamemethode. De overgedragen overnamevergoeding in een bedrijfscombinatie wordt gewaardeerd tegen reële waarde, die berekend wordt als de som van de reële waardes op de overnamedatum van de activa afgestaan door de Groep, de verplichtingen opgenomen door de Groep tegenover de vorige eigenaars van de overgenomen activiteit en de participaties afgestaan door de Groep in ruil voor de zeggenschap in de overgenomen partij. Uitgaven in verband met de overname worden opgenomen in het resultaat zodra ze zich voordoen. De identificeerbare overgenomen activa en opgelopen verplichtingen worden opgenomen tegen hun reële waarde op de overnamedatum. Goodwill wordt bepaald als het verschil tussen:
Minderheidsbelangen worden initieel gewaardeerd ofwel tegen reële waarde ofwel tegen hun evenredig aandeel in de opgenomen waarde van de identificeerbare netto activa van de overgenomen partij. Deze waarderingskeuze kan transactie per transactie gemaakt worden. Wanneer de overnamevergoeding die de Groep verschuldigd is bij een bedrijfscombinatie voorwaardelijke vorderingen of verplichtingen omvat, wordt de voorwaardelijke vergoeding gewaardeerd tegen haar reële waarde op de overnamedatum en opgenomen in de overnamevergoeding voor de bedrijfscombinatie. Latere wijzigingen in reële waarde van de voorwaardelijke vergoeding worden opgenomen in het resultaat.
Wanneer een bedrijfscombinatie in fasen tot stand komt, wordt het belang dat de Groep voorheen had in de overgenomen partij geherwaardeerd tegen de reële waarde op de overnamedatum (d.i. de datum waarop de Groep de zeggenschap verwerft), en wordt de eventuele opbrengst of last opgenomen in het resultaat. Bedragen met betrekking tot belangen in de overgenomen partij vóór de overnamedatum die voorheen rechtstreeks opgenomen werden in het eigen vermogen, worden overgedragen naar de winst-en-verliesrekening indien dat ook van toepassing zou zijn bij afstoting van de betreffende belangen.
Voor het toetsen op bijzondere waardevermindering wordt goodwill toegewezen aan de kasstroomgenererende eenheden van de Groep waarvan verwacht wordt dat zij voordelen zullen halen uit de synergiën van de bedrijfscombinatie. Kasstroomgenererende eenheden waaraan goodwill is toegewezen, worden jaarlijks getoetst op bijzondere waardeverminderingen. Dit gebeurt ook tussentijds wanneer er aanwijzingen zijn dat de boekwaarde van de eenheid hoger zou kunnen zijn dan de realiseerbare waarde. Indien de realiseerbare waarde van een kasstroomgenererende eenheid lager is dan haar boekwaarde, wordt de bijzondere waardevermindering eerst in mindering gebracht van de boekwaarde van de goodwill die aan de kasstroomgenererende eenheid werd toegewezen. Daarna wordt de bijzondere waardevermindering toegewezen aan de andere vaste activa die tot de eenheid behoren, evenredig met hun boekwaarde. Wanneer een bijzondere waardevermindering voor goodwill eenmaal is opgenomen, wordt deze in een latere periode niet teruggenomen.
Afzonderlijk verworven Immateriële vaste activa worden gewaardeerd bij de initiële opname op kostbasis verminderd met gecumuleerde afschrijvingen en gecumuleerde waardeverminderingen. Immateriële activa verworven in een bedrijfscombinatie worden initieel gewaardeerd tegen reële waarde. Intern gegenereerde immateriële activa, met uitzondering van geactiveerde ontwikkelingsprojecten, worden niet geactiveerd en de kost wordt opgenomen in het resultaat van het jaar waarin de kost zich voordoet.
Immateriële activa worden afgeschreven op basis van hun economische gebruiksduur en de nood van een uitzonderlijke waardevermindering wordt geanalyseerd wanneer zich een indicatie tot bijzondere waardevermindering voordoet. De afschrijvingsmethode en periode van het immaterieel actief met een gedefinieerde levensduur wordt minstens herzien op elk financieel jaareinde. Waar de afschrijvingen en/of bijzondere waardeverminderingen op immateriële vast activa worden geboekt in de resultatenrekening wordt weergegeven in toelichting 5.
Winsten of verliezen die hun oorzaak vinden in de buitengebruikstelling van een immaterieel actief worden berekend op basis van het verschil tussen de netto verkoopwaarde en de boekwaarde van het actief en worden opgenomen in het resultaat wanneer het actief wordt buiten gebruik gesteld.
Uitgaven voor onderzoek worden als uitgave opgenomen wanneer ze worden opgelopen.
Kosten van ontwikkelingsprojecten (voor het ontwerpen en testen van nieuwe of verbeterde producten) worden opgenomen als immateriële vaste activa conform IAS 38 Immateriële Activa, indien voldaan is aan de volgende criteria en de Groep de volgende zaken kan aantonen:
Het initieel opgenomen bedrag voor intern ontwikkelde immateriële vaste activa bestaat uit het totaal van de opgelopen kosten vanaf het moment waarop het immaterieel vast actief aan de hierboven beschreven criteria voldeed. Indien geen intern ontwikkeld immaterieel vast actief kan worden erkend, worden ontwikkelingskosten opgenomen in de resultatenrekening van de periode tijdens dewelke ze werden opgelopen.
Na hun initiële opname op de balans worden deze intern ontwikkelde immateriële activa gewaardeerd aan kost min gecumuleerde afschrijvingen en gecumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen, op dezelfde manier als de overige immateriële vaste activa. De afschrijvingen van de geactiveerde ontwikkelingskosten worden geboekt in de resultatenrekening onder de rubriek 'Onderzoeks- en Ontwikkelingskosten'.
Andere ontwikkelingsuitgaven worden opgenomen als kost wanneer ze worden opgelopen. Onderzoeks- en ontwikkelingskosten die in het vorige boekjaar werden opgenomen als kost, kunnen in een volgende periode niet worden opgenomen als een actief. Ontwikkelingskosten met een vaste gebruiksduur die werden geactiveerd, worden rechtlijnig afgeschreven over de geschatte gebruiksduur.
De overige immateriële vaste activa van de Groep omvatten concessies, patenten en licenties, software, backlog van klantenorders, technologieën en klantenbestanden.
Deze worden gewaardeerd aan kostprijs verminderd met gecumuleerde afschrijvingen en gecumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. De afschrijvingen gebeuren lineair over de verwachte economische levensduur, als volgt:
De verwachte economische levensduur en de afschrijvingsperiode worden bij iedere rapporteringperiode geëvalueerd, waarbij het effect van eventuele aanpassingen op een prospectieve basis wordt opgenomen.
De Groep evalueert in elke rapporteringsperiode de vaste activa en bepaald in geval van bijzondere gebeurtenissen of wijzigingen of er enige indicatie bestaat tot het nemen van een bijzondere waardevermindering. Indien die indicaties er zijn, wordt de realisatiewaarde van het actief geschat om de bijzondere waardevermindering vast te leggen. Indien een individueel actief geen kasstromen genereert los van andere activa, dan zal de Groep een inschatting maken van de realisatiewaarde van de eenheid die de kasstromen genereert en waartoe het actief behoort.
Voor de immateriële vaste activa zal onmiddellijk een bijzondere waardevermindering worden geboekt zodra niet meer aan de vereiste criteria (zie boekhoudprincipe 9) is voldaan. Immateriële vaste activa met een onbepaalde levensduur en immateriële vaste activa die nog niet klaar zijn voor ingebruikname worden jaarlijks getest op waardeverminderingen of telkens er een indicatie van waardevermindering is.
De realisatiewaarde is gelijk aan de hoogste van de marktwaarde verminderd met de verkoopkosten en de gebruikswaarde. De beoordeling van de gebruikswaarde gebeurt op basis van de huidige waarde van de toekomstige kasstromen, gebruik makend van de discontovoet voor belastingen die de huidige marktcondities van de tijdswaarde van geld en de specifieke risico's verbonden aan het onderliggend actief, voor zover de toekomstige kasstromen hier niet voor werden aangepast, weerspiegelt.
Indien de realisatiewaarde van het actief (of de kasstroom genererende eenheid) lager is dan de huidige boekwaarde, zal de boekwaarde verlaagd worden tot de realisatiewaarde. Deze waardeverminderingen worden opgenomen in de resultatenrekening.
Bijzondere waardeverminderingen kunnen worden teruggenomen indien er zich een wijziging voordoet bij de elementen die de bijzondere waardevermindering tot stand hebben gebracht. Deze terugname kan de eigenlijke boekwaarde voor bijzondere waardevermindering, min waardeverlies en afschrijvingen, niet overschrijden. Het terugnemen van de bijzondere waardevermindering heeft een onmiddellijk effect op het resultaat.
Een voorziening wordt opgenomen indien:
Indien er niet aan deze voorwaarden wordt voldaan, wordt geen voorziening genomen.
Het bedrag dat als voorziening erkend wordt is de beste raming van de vereisten om de huidige verplichting op de balansdatum te vereffenen, rekening houdend met de risico's en de onzekerheden die eigen zijn aan de verplichting. Indien sommige of alle economische voordelen die worden vereist om een voorziening te vergoeden, van een derde kunnen worden teruggevorderd, wordt de vordering aanzien als een activa indien het nagenoeg zeker is dat de terugbetaling zal worden ontvangen en indien het bedrag van terugbetaling betrouwbaar kan worden gemeten.
De Groep verleent garantie op haar producten vanaf de datum van verzending en/of verkoopdatum aan de eindklant. De garantietermijn is in overeenstemming met de geldende wetgeving en varieert doorgaans van 12 tot 60 maanden afhankelijk van de onderliggende activiteiten en de plaats waar de klant zich bevindt. In uitzonderlijke gevallen kan het voorkomen dat 10 jaar garantie wordt gegeven bij de verkoop van verlichtingsarmaturen. Het beleid van de Groep bestaat erin de geraamde kosten van garantieverlening te boeken op het ogenblik dat de verkoop wordt opgetekend.
Een herstructureringsprovisie wordt erkend wanneer de Groep een gedetailleerd en formeel plan voor de herstructurering heeft opgesteld en voor dewelke een gegronde verwachting kenbaar werd gemaakt aan de getroffenen, dat het plan zal worden uitgevoerd door de aanvang van de uitvoering ervan of door het bekendmaken van de belangrijkste kenmerken van het plan aan de getroffenen. De grootorde van een herstructureringsprovisie omvat enkel die uitgaven die noodzakelijkerwijs voortvloeien uit de herstructurering en welke niet worden geassocieerd met de lopende activiteiten van de onderneming.
De Groep maakt gebruik van op aandelen gebaseerde betalingen waarbij aandelen opties (hierna vernoemd als "warranten") worden toegekend aan werknemers, zelfstandigen en bestuurders. De kost van deze op aandelen gebaseerde transacties met werknemers, worden berekend op basis van de reële waarde op de datum van verwerving. De op aandelen gebaseerde betalingen worden als kost in de resultatenrekening opgenomen over de periode van verwerving, met een overeenkomstige toename van het eigen vermogen conform de vereiste van IFRS 2.7. De standaard vermeldt echter niet waar in het eigen vermogen de op aandelen gebaseerde betalingen gepresenteerd dienen te worden. De Groep heeft ervoor gekozen deze op een afzonderlijke reserve 'op aandelen gebaseerde betalingen' in het eigen vermogen te presenteren. Deze reserve wordt binnen het eigen vermogen terug overgeboekt naar overgedragen resultaat wanneer de warranten worden uitgeoefend of vervallen.
Het bedrag dat ten laste van de resultatenrekening dient te worden genomen over de verwervingsperiode wordt bepaald volgens de reële waarde van de warranten, welke wordt berekend op basis van het Black Scholes-model. Daarbij wordt rekening gehouden met de voorwaarden die van toepassing waren bij het toekennen van de warranten. Op elke balansdatum herziet de Groep haar ramingen van het aantal warranten die vermoedelijk uitoefenbaar zullen worden tenzij de verbeuring van warranten plaatsvindt wegens het niet bereiken van de drempelwaarden. Eventuele correcties zullen worden uitgevoerd in de resultatenrekening en in het eigen vermogen over de resterende looptijd van de warranten. De direct toe te schrijven transactiekosten worden in mindering gebracht van het aandelenkapitaal (nominale waarde) en uitgiftepremie op het ogenblik waarop de warranten worden uitgeoefend. Voor verdere details verwijzen we naar toelichting 21.
De Groep heeft een aantal pensioenplannen voor haar personeelsleden op basis van toegezegde bijdrageverplichtingen (defined contribution). De activa worden beheerd in afzonderlijke fondsen of groepsverzekeringen. De bijdragen worden ten laste genomen van de resultatenrekening in het jaar waarop ze betrekking hebben.
In België legt de Belgische pensioenwetgeving een minimumrendement op. Deze wetgeving bracht de verplichte kwalificatie als toegezegd pensioenregeling met zich, waardoor er op jaareinde telkens een actuariële waardering wordt uitgevoerd.
De financiële activa en de financiële verplichtingen worden opgenomen in de balans van de Groep zodra de Groep de contractuele bepalingen van het instrument onderschrijft.
Handelsvorderingen en overige vorderingen zijn in de balans opgenomen aan nominale waarde (in het algemeen het gefactureerde bedrag), verminderd met een waardevermindering voor dubieuze debiteuren. Dergelijke waardevermindering wordt opgenomen in de resultatenrekening als het waarschijnlijk is dat de Groep de vordering niet zal kunnen innen.
Voor klanten waarbij de openstaande vorderingen resulteren uit commerciële discussies, worden kortingen geboekt ten opzichte van de bedrijfsopbrengsten. In die gevallen waarbij het kredietrisico resulteert uit de mogelijkheid dat individuele klanten niet langer in staat zouden blijken om aan hun financiële verplichtingen te voldoen, worden de waardeverminderingen geboekt als waardevermindering voor dubieuze debiteuren.
De overige vorderingen worden vermeld op basis van hun nominale waarde (over het algemeen het gefactureerde bedrag) verminderd met een voorziening voor dubieuze debiteuren mocht dit noodzakelijk blijken.
Geldmiddelen en kasequivalenten omvatten contante en direct opvraagbare deposito's, beleggingen op korte termijn (< 3 maanden), kortlopende zeer liquide beleggingen die onmiddellijk kunnen worden omgezet in geldmiddelen waarvan het bedrag gekend is en die geen materieel risico van waardeverandering in zich dragen.
Met betrekking tot het geconsolideerde kasstroomoverzicht bevatten de geldmiddelen en kasequivalenten cash en korte termijn deposito's, zoals hierboven omschreven.
De Groep past de vereenvoudigde benadering toe voor het bepalen van de waardeverminderingen voor verwachte kredietverliezen (ECLs) op handelsvorderingen en overige vorderingen. De ECLs zijn gebaseerd op het verschil tussen de contractuele kasstromen en alle kasstromen welke de Groep verwacht te ontvangen, verdisconteert aan een benadering van de originele effectieve interestvoet. Een waardevermindering wordt geboekt op elke rapporteringsperiode op basis van de ECL.
De Groep gaat op elke rapporteringsperiode na of de opgebouwde provisie in verhouding tot de ouderdom van de vorderingen volstaat, waarbij vorderingen ouder dan 90 dagen worden afgewaardeerd voor 25%, ouder dan 180 dagen voor 50% en meer dan een jaar openstaand volledig worden afgewaardeerd. De provisionering volgens de ouderdomsbalans wordt verder aangevuld met specifieke informatie zoals het bestaan van afbetalingsplannen, faillissementen of andere gegevens die de provisionering in detail bijsturen. Een vordering wordt als volledig verloren beschouwd indien een laatste aanmaning via de juridische expert niet tot een succes heeft geleid. Invorderingen worden verdergezet, ook mits een afwaardering op de vordering is opgenomen, tot op het ogenblik waarop een juridisch expert wordt ingezet.
Bij het opbouwen van de provisie wordt rekening gehouden met macro-economische en toekomstige aspecten door het inbouwen van de 25% provisionering op alle vorderingen die langer dan 90 dagen openstaan en door het feit dat de analyse op de rapporteringsperiode wordt geverifieerd met een vergelijkende analyse op 3 maanden na rapporteringsdatum.
De provisies en waardeverminderingen op financiële activa worden als financiële kosten geboekt als deze activa betrekking hebben op financieringsactiviteiten. Wanneer deze activa betrekking hebben op operationele of investeringsactiviteiten, worden de provisies en waardeverminderingen als operationele kosten geboekt.
Handelsschulden en overige schulden worden opgenomen aan hun nominale waarde voor zover er geen belangrijke financieringscomponent verbonden is aan de schulden.
Leningen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rentemethode.
Financiële activa en financiële verplichtingen worden alleen gecompenseerd als er een huidige contractuele of wettelijk recht is om te compenseren en het de intentie is om enkel aan het netto bedrag te voldoen.
Een vast actief, of een groep activa die wordt afgestoten, wordt geclassificeerd als aangehouden voor verkoop wanneer de boekwaarde hoofdzakelijk gerealiseerd zal worden via een verkooptransactie eerder dan door het te blijven gebruiken. Deze voorwaarde is enkel vervuld als de verkoop heel waarschijnlijk geacht wordt en als het actief (of de groep activa die wordt afgestoten) klaar is voor onmiddellijke verkoop in zijn huidige staat. Een beëindigde bedrijfsactiviteit is een component van een entiteit die ofwel afgestoten is ofwel geclassificeerd als aangehouden voor verkoop, een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch bedrijfsgebied vertegenwoordigt en zowel operationeel als voor de financiële verslaggeving onderscheiden kan worden van de rest van de entiteit.
Er kan pas sprake zijn van een zeer waarschijnlijke verkoop als de entiteit zich verbonden heeft tot een plan voor de verkoop van het actief (of de groep activa die wordt afgestoten) en als een operationeel plan opgestart is om een koper te vinden en het plan tot een goed einde te brengen. Bovendien moet de verkoop van het actief (of van de groep activa die wordt afgestoten) actief gepromoot worden tegen een redelijke prijs in verhouding tot zijn huidige reële waarde en dient de verkoopovereenkomst naar verwachting afgesloten te worden binnen het jaar na de classificatiedatum. Activa die geclassificeerd zijn als aangehouden voor verkoop worden gewaardeerd tegen reële waarde na aftrek van verkoopkosten als deze lager is dan de boekwaarde. Een eventueel overschot van de boekwaarde tegenover de reële waarde na aftrek van verkoopkosten wordt afgeboekt als een bijzondere waardevermindering. Zodra activa geclassificeerd worden als aangehouden voor verkoop worden ze niet langer afgeschreven. Vergelijkende balansinformatie voor voorgaande perioden wordt niet herwerkt om de nieuwe classificatie in de balans te weerspiegelen.
Financieringskosten die rechtstreeks toewijsbaar zijn aan de verwerving, constructie of productie van een in aanmerking komend actief, worden geactiveerd als onderdeel van de kost van dat actief. Andere kosten van schulden worden erkend als een kost in de resultatenrekening in de periode waarin deze zich voordoet.
In het geval de Groep gebruik zou maken van afgeleide financiële instrumenten zoals termijncontracten om haar wisselkoersrisico in te dekken, worden deze afgeleide financiële instrumenten initieel opgenomen aan hun reële waarde op datum van afsluiting van het contract en worden geregeld geherwaardeerd aan hun reële waarde, opgenomen in de resultatenrekening.
Voor financiële instrumenten, waarvoor er geen actieve markt bestaat, wordt een aanvaardbare waarderingstechniek gebruikt om de reële waarde te bepalen.
Derivaten worden opgenomen als een financieel actief indien de reële waarde positief is en als financieel passief indien de reële waarde negatief is.
Elke winst of verlies van de derivaten, voortvloeiend uit de wijziging in reële waarde gedurende het jaar en welke niet onder de classificatie vallen voor hedge accounting (indekkingen) worden onmiddellijk opgenomen als winst of verlies. De Groep past momenteel geen hedge accounting toe.
Een call optie op aandelen in het voordeel van de optiehouder als vergoeding voor een uitstaande schuld, wordt gewaardeerd tegen de reële waarde van het instrument. Indien de call optie wordt uitgegeven op eigen aandelen, kwalificeert de call optie als een eigenvermogensinstrument en wijzigingen in de reële waarde van de call optie worden niet geboekt. Indien de voorwaarden van de call optie gewijzigd worden en die ongunstig zijn voor de optiehouder of indien het instrument vroegtijdig beëindigd wordt, wordt de impact hiervan niet geboekt, m.a.w. het verschil tussen de reële waarde van de call optie voor en na wijziging wordt niet in de resultatenrekening geboekt.
De winst per gewoon aandeel wordt berekend op basis van het gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen uitstaand tijdens de periode.
De winst per verwaterd aandeel wordt berekend op basis van het gewogen gemiddeld aantal verwaterde aandelen uitstaand tijdens de periode.
Een segment is een autonoom deel van de Groep dat specifieke producten of diensten levert (operationeel segment), of producten of diensten levert binnen een bepaalde economische omgeving (geografisch segment), dat aan risico's onderhevig is en opbrengsten genereert die van andere segmenten te onderscheiden zijn.
Segmentresultaten omvatten de opbrengsten en kosten die direct toe te schrijven zijn aan het segment en het relevante gedeelte van de opbrengsten en kosten die op een redelijke wijze aan het segment kunnen worden toegewezen.
De operationele segmenten worden geïdentificeerd op basis van interne rapportering omtrent de onderdelen van de Groep en welke op regelmatige basis worden beoordeeld door de "chief operating decision maker" met het doel om de nodige middelen toe te wijzen aan de segmenten en om hun prestaties te beoordelen.
Overheidssubsidies worden opgenomen wanneer er een redelijke zekerheid bestaat dat de subsidie zal worden ontvangen en aan alle bijgevoegde voorwaarden zal worden voldaan. Wanneer de subsidie betrekking heeft op kosten die in de resultatenrekening worden erkend, wordt de subsidie op een systematische basis opgenomen als opbrengst over de periodes dat de gerelateerde kosten, waarvoor de subsidie is bedoeld, in de resultatenrekening worden genomen.
Wanneer de subsidie betrekking heeft op een actief, wordt deze als opbrengst opgenomen in gelijke bedragen over de verwachte gebruiksduur van het gerelateerde actief. De Groep presenteert de overheidssubsidies gerelateerd aan een actief als uitgestelde opbrengsten, dewelke systematisch in de resultatenrekening worden genomen gespreid over de gebruiksduur van het actief.
IFRS 8 vereist dat de operationele segmenten worden geïdentificeerd op basis van de interne rapportering betreffende de componenten van de Groep welke op regelmatige basis worden besproken door het management van de Groep met als doel de nodige middelen toe te wijzen aan deze segmenten en om hun werking in te schatten.
De CEO van de Groep is de "Chief Operating Decision Maker". De CEO evalueert de prestaties van een segment op basis van omzet en recurrent bedrijfsresultaat. De rapporteringsinformatie bevat geen activa en verplichtingen per segment en deze informatie is bijgevolg niet beschikbaar per segment. Alle vaste activa bevinden zich in België en/of Nederland.
In lijn met de interne opvolging van haar activiteiten heeft de vennootschap beslist haar activiteiten op te splitsen in volgende segmenten:
Het primaire rapporteringsegment werd bepaald als zijnde het bedrijfssegment, elk segment is een autonome component van de Groep welke specifieke producten of diensten levert:
In 2020 werden de verkopen en diensten van alarmhorloges in "Solutions" gerapporteerd. Vanaf 2021 zijn er geen dergelijke verkopen meer door de verkoop van Uest NV zoals opgenomen in het jaarverslag van 2020.
Transacties tussen operationele segmenten zijn op een at arm's lenght basis, op eenzelfde manier als transacties met derde partijen.
Hierna volgt een analyse van de opbrengsten en de bedrijfsresultaten van de Groep per gerapporteerd segment:
| In duizend EUR | Solutions | Services | Lighting | Intersegm ent en niet toegewez en bedrijfsko sten |
Totaal opbrengs ten/Bedrij fsverlies |
|---|---|---|---|---|---|
| 2021 | 2021 | 2021 | 2021 | 2021 | |
| Opbrengsten van externe klanten | 7 154 | 6 613 | 2 460 | - | 16 227 |
| Intersegment opbrengsten | 478 | 237 | - | (715) | - |
| Resultaat van het operationeel segment (A) | (356) | (1 121) | (400) | - | (1 877) |
| Niet-toegewezen bedrijfskaskosten (B): | (879) | (879) | |||
| Overige groepskosten | (879) | (879) | |||
| Afschrijvingen op materiële vaste activa (C) | (432) | (520) | (172) | - | (1 124) |
| Afschrijvingen op immateriële vaste activa (D) | (105) | (399) | (85) | - | (589) |
| Bijzondere waardeverminderingen op immateriële | |||||
| vaste activa en goodwill (E) | (293) | (1 449) | - | - | (1 742) |
| Waardeverminderingen op voorraden en | |||||
| vorderingen (F) | (28) | 18 | (41) | - | (51) |
| Toename / (afname) in voorzieningen (G) | 35 | - | (39) | - | (4) |
| EBITDA (H) = (A) + (B) - (C) - (D) - (E) - (F) - (G) | 467 | 1 229 | (63) | (879) | 754 |
| Niet-toegewezen niet-kaskosten (I): | (535) | (535) | |||
| Kost van op aandelen gebaseerde betalingen | (535) | (535) | |||
| Financiële (kosten) / opbrengsten (J) | (701) | (701) | |||
| Belastingen (K) | (37) | (37) | |||
| Nettowinst /(verlies) van de periode (L) = (A) + (B) + (I) + (J) + (K) |
(356) | (1 121) | (400) | (2 152) | (4 029) |
| In duizend EUR | Solutions | Services | Lighting | Intersegm ent en niet toegewez en bedrijfsko sten |
Totaal opbrengs ten/Bedrij fsverlies |
|---|---|---|---|---|---|
| 2020 | 2020 | 2020 | 2020 | 2020 | |
| Opbrengsten van externe klanten | 8 064 | 7 106 | 2 613 | - | 17 783 |
| Intersegment opbrengsten | 396 | 483 | - | (879) | - |
| Resultaat van het operationeel segment (A) | (3 628) | 982 | (634) | - | (3 280) |
| Niet-toegewezen bedrijfskaskosten (B): | (387) | (387) | |||
| Opbrengst uit de verkoop van | |||||
| dochtervennootschappen | 577 | 577 | |||
| Overige groepskosten | (964) | (964) | |||
| Afschrijvingen op materiële vaste activa (C) | (379) | (607) | (180) | - | (1 166) |
| Afschrijvingen op immateriële vaste activa (D) | (507) | (80) | (83) | - | (670) |
| Bijzondere waardeverminderingen op immateriële | |||||
| vaste activa en goodwill | (2 443) | - | (438) | - | (2 881) |
| Waardeverminderingen op voorraden en vorderingen (E) |
67 | (12) | - | - | 55 |
| Toename / (afname) in voorzieningen (F) | 43 | - | (42) | - | 1 |
| EBITDA (G) = (A) + (B) - (C) - (D) - (E) - (F) | (409) | 1 681 | 109 | (387) | 994 |
| Niet-toegewezen niet-kaskosten (H): | (553) | (553) | |||
| Kost van op aandelen gebaseerde betalingen | (553) | (553) | |||
| Financiële (kosten) / opbrengsten (I) | (384) | (384) | |||
| Belastingen (J) | (127) | (127) | |||
| Nettowinst /(verlies) van de periode (K) = (A) + (B) + (H) + (I) + (J) |
(3 628) | 982 | (634) | (1 451) | (4 731) |
Het nettoresultaat voor de segmenten kan gereconcilieerd worden zoals weergegeven in bovenstaande tabel met de geconsolideerde resultatenrekening.
De Services divisie blijft de grootste EBITDA-bijdrager van de groep; in 2020 is ze begonnen met investeringen in de uitbouw van integratie en software activiteiten, waaruit in 2021 een omzet van 0,5 miljoen EUR is gekomen. De basis omzet in IT-services is wel gedaald met 13% door een nog sterkere focus op recurrente services ten nadele van projectservices, maar waardoor de netto rentabiliteit van deze IT services is verbeterd door dalende tussenkomsten van toeleveranciers.
De omzet van externe klanten van de Solutions divisie is gedaald met 11%. De redenen hiervoor zijn enerzijds de verdwenen omzet van Uest NV, dat eind 2020 gedesinvesteerd werd (- 6%), en de verdwenen omzet in Social Distancing (- 6%). De omzet van Crescent zelf steeg met 33%, tot 4,2 miljoen EUR. Van deze omzetgroei komt 14% van de eerste verkopen van sensoren, met name door de start van het Greenfield project; de EBITDA van het segment verbeterde van - 0,4 miljoen EUR naar + 0,5 miljoen EUR.
De omzet in het Lighting segment daalde met 6% in vergelijking met 2020, maar verbeterde in het tweede semester met 16% in vergelijking met het eerste semester en verbeterde met 2% in vergelijking met het tweede semester van 2020. In tegenstelling tot het eerste semester, is in het tweede semester de EBITDA ook terug positief uitgekomen (k€ 54). In de resultaten van het segment zijn in 2021 k€ 369 niet-recurrente kosten opgenomen, wat het Lighting segment in principe op een toekomstige EBITDA generatie van meer dan k€ 300 zou moeten brengen.
IFRS 15
De erkenning van de omzet onder IFRS 15 voor de belangrijkste producten en diensten binnen de segmenten kan als volgt gespecifieerd worden:
| In duizend EUR | 2021 | 2020 | |||
|---|---|---|---|---|---|
| Segmenten - Producten / Omzeterkenning |
Over tijd | Op een moment in de tijd |
Over tijd | Op een moment in de tijd |
|
| Solutions | |||||
| Gateways en sensoren | - | 3 528 | - | 2 742 | |
| Engineering | 845 | - | 894 | - | |
| Installaties en integratie | 3 259 | - | 4 350 | - | |
| Alarmhorloges | - | - | 375 | 99 | |
| Services | 6 850 | - | 7 589 | - | |
| Lighting | - | 2 460 | - | 2 613 | |
| Totalen | 10 954 | 5 988 | 13 208 | 5 454 |
De contract activa in voorraad bedragen voor 2021 k€ 61 (2020: k€ 118) met betrekking tot installatieoplossingen van Sait BV en in handels- en overige vorderingen k€ 195 (2020: k€ 131) bij Crescent.
De contract passiva in voorzieningen bedragen voor 2021 k€ 170 (2020: k€ 195) en in handels- en overige schulden k€ 395 (2020: k€ 645) aan over te dragen opbrengsten.
De beweging in de contract passiva in voorzieningen is opgenomen in toelichting 19 en betreft de in resultaatname van k€ 25 met betrekking tot de verrekening van de inkomsten van het servicecontract met de betrokken klant. Een deel van de contract passiva gerelateerd aan de over te dragen opbrengsten per 31 december 2020, werden erkend in de omzet van 2021. Het overige deel zal herkend worden in 2022.
De relatie tussen het moment van voldoening van de prestatieverplichtingen en het moment van facturering die resulteren in contract activa en verplichtingen is als volgt:
De Groep maakt gebruik van de praktische uitzondering betreffende de toelichting om de geaggregeerde transactieprijs te alloceren aan de nog niet voldane prestatieverplichtingen en de toelichting over wanneer de vennootschap verwacht deze bedragen te erkennen in omzet aangezien voor alle contracten steeds aan één van beide onderstaande condities is voldaan:
In 2021 wordt k€ 4 023 (2020: k€ 5 296) van de opbrengsten gerealiseerd in België, k€ 9 042 (2020: k€ 9 258) in Nederland, k€ 893 (2020: k€ 1 191) in andere EU landen en k€ 2 269 (2020: k€ 2 038) buiten de euro-zone (voornamelijk Verenigde Staten). De Groep heeft geen individuele klanten voor dewelke de Groep een omzet realiseert van meer dan 10% van de geconsolideerde omzet. Daarnaast is er geen belangrijke concentratie van omzet bij een beperkt aantal klanten.
De vaste activa bevinden zich voor k€ 8 992 (2020: k€ 9 851) in Nederland, voor k€ 8 066 (2020: k€ 9 819) in België.
De overige opbrengsten zijn gedaald van k€ 579 per 31 december 2020 tot k€ 335 per 31 december 2021. Deze daling wordt voornamelijk verklaard door volgende zaken. Per 31 december 2020 waren in de overige opbrengsten voor k€ 38 kwijtschelding van bijdrageopslagen bij de Rijksdienst voor de Sociale Zekerheid opgenomen, wat per 31 december 2021 niet het geval is. Verder heeft de Groep oude leveranciersrekeningen laten vrijvallen in het resultaat ten bedrage van k€ 16 (2020: k€ 204). De vrijgevallen te ontvangen royalties mbt Qualcomm en te ontvangen goederen zijn gestegen van k€ 89 in 2020 naar k€ 222 in 2021.
| Bedrijfskosten | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| In duizend EUR | Kostprijs verkochte goederen |
Onderzoeks en ontwikkelings kosten |
Kosten van verkoop, marketing en royalty's |
Algemene en administratieve kosten |
Totaal | |||||
| 2021 | 2020 | 2021 | 2020 | 2021 | 2020 | 2021 | 2020 | 2021 | 2020 | |
| Afschrijvingen op materiële vaste activa |
218 | 406 | 46 | 44 | 82 | 85 | 778 | 631 | 1 124 | 1 166 |
| Afschrijvingen op immateriële vaste activa |
124 | (186) | 84 | 41 | - | - | 381 | 815 | 589 | 670 |
| Waardeverminderinge n op voorraden en vorderingen |
10 | (102) | - | 1 | 10 | 15 | 31 | 31 | 51 | (55) |
| Personeelskosten | 2 570 | 2 550 | 328 | 382 | 937 | 1 061 | 954 | 963 | 4 789 | 4 956 |
| Kosten van op aandelen gebaseerde betalingen |
- | - | - | - | - | - | 536 | 553 | 536 | 553 |
| Externe advieskosten | 609 | 749 | (201) | (163) | 137 | 339 | 1 096 | 1 319 | 1 641 | 2 244 |
| Marketing & public relations |
2 | - | 1 | - | 89 | 44 | 25 | 9 | 117 | 53 |
| Huurkosten | (9) | 27 | 8 | 16 | 10 | 3 | 22 | 120 | 31 | 166 |
| Brandstof, onderhoud & verzekeringen |
158 | 134 | 44 | 45 | 32 | 23 | 147 | 122 | 381 | 324 |
| Management | - | 100 | - | - | - | 25 | 294 | 272 | 294 | 397 |
| Aankopen goederen en diensten |
6 781 | 8 541 | 5 | 41 | - | (42) | 5 | - | 6 791 | 8 540 |
| Andere | 257 | 196 | 202 | 203 | 40 | 144 | 1 269 | 721 | 1 768 | 1 264 |
| Totaal | 10 720 | 12 415 | 517 | 610 | 1 336 | 1 697 | 5 538 | 5 556 | 18 112 | 20 278 |
| In duizend EUR | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Lonen en wedden | 4 031 | 4 108 |
| Sociale-zekerheidsbijdragen | 821 | 911 |
| Overige personeelskosten | 231 | 237 |
| Bijdrage in pensioenfondsen | 253 | |
| 5 325 | 5 509 | |
| a) Totaal aantal ingeschreven personeelsleden per einde boekjaar |
73 | 77 |
| b) Gemiddeld personeelsbestand in voltijdse equivalenten |
73 | 80 |
| Bedienden | 79 | |
| Management | 5 |
De bijdragen in pensioenfondsen betreffen stortingen in toegezegde-bijdragenregelingen (defined contribution plans). We verwijzen hiervoor ook naar toelichting 19.
| In duizend EUR | 2021 | 2020 | |
|---|---|---|---|
| Interestopbrengsten | 4 | 16 | |
| Netto wisselkoers winsten | 75 | 238 | |
| Overige | 89 | 8 | |
| Financiële opbrengsten | 168 | 262 | |
| Interestkosten | ( 421) | ( 467) | |
| Netto wisselkoers verliezen | ( 156) | ( 121) | |
| Overige, in hoofdzaak bankkosten en betalingsverschillen | ( 167) | ( 58) | |
| Reële waarde aanpassing van de LDA put optie | ( 125) | - | |
| Financiële kosten | ( 869) | ( 646) | |
| Financieel netto resultaat | ( 701) | ( 384) |
Het netto financieel resultaat voor 2021 bedraagt k€ (701) (2020: k€ (384)). De financiële resultaten werden hoofdzakelijk beïnvloed door de financiële kosten gerelateerd aan bankgaranties, interestkosten en wisselkoersverschillen.
| In duizend EUR | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Belastingsinkomsten / (uitgaven) omvatten: | ||
| Verschuldigde/Terug te vorderen belastingen op het resultaat | ( 36) | ( 93) |
| Uitgestelde belastingvorderingen / (uitgaven) | ( 1) | ( 34) |
| Totale belastingsinkomsten / (uitgaven) | ( 37) | ( 127) |
| Verlies voor belastingen | ( 3 992) | ( 4 604) |
| Belastinginkomst / (uitgave) | 998 | 1 151 |
| Verschillende belastingtarieven van dochterondernemingen onder verschillende belastingregimes |
( 24) | 5 |
| Niet aftrekbare uitgaven | ( 50) | ( 72) |
| Inkomsten niet onderhevig aan taks | - | 157 |
| Bijzondere waardeverminderingen op goodwill | - | ( 278) |
| Andere permanente verschillen tussen IFRS en statutaire cijfers | ( 149) | 9 |
| Permanente verschillen tussen statutaire en fiscale cijfers | ( 6) | 3 |
| Wijziging in belastingpercentage | - | ( 67) |
| Fiscale verliezen van het huidige boekjaar welke niet werden erkend | ( 1 015) | ( 715) |
| Effect van correcties op voorgaande jaren | - | - |
| Gebruik van fiscale verliezen welke niet werden erkend in vorige jaren | 26 | 113 |
| Fiscale verliezen van voorbije boekjaren welke niet werden erkend | ( 249) | 82 |
| Aftrekbeperking en minimum belastingen | 94 | - |
| Niet erkenning van uitgestelde belastingvorderingen op tijdelijke verschillen | 214 | 143 |
| Niet erkenning van uitgestelde belastingsvorderingen op vroeger erkende | ( 6) | ( 515) |
| fiscale verliezen | ||
| Andere Belastinginkomsten / (uitgaven) opgenomen in de resultatenrekening |
130 ( 37) |
( 143) ( 127) |
De belastingvoet die werd gebruikt in bovenstaande reconciliatie voor 2021 is de vennootschapsbelastingvoet van 25% (2020: 25%) die van toepassing is op ondernemingen onderhevig aan het Belgische belastingregime. De belastingvoet voor de entiteiten buiten België is 15% (Nederland), 30% (Duitsland), 30,86% (Japan), 27% (Verenigde Staten), 16,50% (Hong Kong) en 12,50% (Ierland).
| Activa/(Verplichtingen) | |||
|---|---|---|---|
| In duizend EUR | 2021 | 2020 | 2021 |
| Fiscale verliezen, notionele interest aftrek en andere | 630 | 1 036 | ( 406) |
| Immateriële vaste activa | ( 265) | ( 691) | 426 |
| Handels- en overige vorderingen | 29 | 298 | ( 269) |
| Voorziening waardevermindering belastingsvorderingen | 26 | ( 200) | 226 |
| Overige | ( 236) | ( 214) | ( 22) |
| Totaal uitgestelde belastingsvorderingen | 184 | 229 | ( 45) |
| Immaterieel vaste activa | - | ( 44) | 44 |
| Overige | - | - | - |
| Totaal uitgestelde belastingsverplichtingen | - | ( 44) | 44 |
| Totaal uitgestelde belastingsbaten (verliezen) | ( 1) |
De Groep heeft in het totaal fiscaal overdraagbare verliezen voor een bedrag van € 158 miljoen per 31 december 2021 (2020: € 154 miljoen), ongebruikte fiscaal overdraagbare DBI van k€ 27 199 (2020: k€ 27 304) en ongebruikte fiscaal overdraagbare investeringsaftrek van k€ 8 745 (2020: k€ 8 745). Van deze verliezen werd een bedrag van € 2 miljoen (2020: € 5 miljoen) gebruikt als basis om uitgestelde belastingvorderingen te erkennen.
De vervaldagen van de overige niet-erkende fiscale verliezen zijn als volgt (in duizend EUR):
| Vervaldag | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Onbeperkt | 192 025 | 178 663 |
| 2021 | - | 1 066 |
| 2022 | - | 1 377 |
| 2023 | - | 1 009 |
| 2024 | - | 891 |
| 2025 | - | 1 655 |
| 2026 | - | 1 461 |
| 2027 | - | 919 |
| Totaal | 192 025 | 187 041 |
De verliezen die in 2020 beperkt overdraagbaar waren, hadden betrekking op vennootschappen in Nederland waar tot vorig jaar een beperkte overdraagbaarheid bestond voor fiscale verliezen in de tijd, met name alle verliezen van voor 2019 waren tot 9 jaar overdraagbaar, alle verliezen van na 2019 waren tot 6 jaar overdraagbaar. In mei 2021 werd met een effectieve datum vanaf 1 januari 2022 de wetgeving in Nederland aangepast waardoor verliezen die nog aanwezig zijn op 1 januari 2022 onbeperkt overdraagbaar geworden zijn in de tijd.
De Groep heeft een uitgestelde belastingvordering geboekt voor deze fiscaal overdraagbare verliezen en andere aftrekken per 31 december 2021 van k€ 630 (2020: k€ 1 036).
Crescent NV heeft op 28 december 2020 100% aandelen van Uest NV verkocht aan Van Zele Holding NV (VZH) voor 1 EUR, wat dezelfde is als de oorspronkelijke aankoopprijs in 2019.
De lening van KBC die aanwezig was in Uest NV op het moment van de overname door Crescent NV werd inmiddels overgenomen door Belfius en gaat mee over na de verkoop aan Van Zele Holding NV. De schuld die aanwezig was in Uest NV ten aanzien van Alychlo werd overgenomen door Crescent NV bij de overname in 2019. Deze schuld die op moment van de verkoop van Uest NV aan Van Zele Holding NV k€ 743 bedroeg werd door Crescent NV kwijtgescholden aan Uest NV. Deze kwijtschelding had geen impact in consolidatie. De verkoop van Uest NV aan Van Zele Holding NV heeft geleid tot een meerwaarde op de verkoop van k€ 577.
De earn-out verplichtingen die afkomstig waren uit de overname van Uest NV door Crescent NV worden mee overgedragen bij de verkoop aan Van Zele Holding NV. Het laatste jaar waarop een earn-out zou toegepast kunnen worden was 2021, maar de inschatting bij verkoop aan Van Zele Holding was dat er geen earn-out meer betaalbaar zou zijn op basis van de drempels.
We verwijzen tevens naar toelichting 30 Transacties met verbonden partijen.
| In duizend EUR | Goodwill |
|---|---|
| Aanschaffingswaarde | |
| Saldo op 1 januari 2021 | 39 968 |
| Saldo op 31 december 2021 | 39 968 |
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen | |
| Saldo op 1 januari 2021 | ( 27 180) |
| Bijzondere waardeverminderingen | ( 808) |
| Saldo op 31 december 2021 | ( 27 988) |
| Netto boekwaarde | |
| Op 1 januari 2021 | 12 788 |
| Op 31 december 2021 | 11 980 |
| In duizend EUR | Goodwill |
| Aanschaffingswaarde | |
| Saldo op 1 januari 2020 | 40 519 |
| Overige bewegingen | 6 |
| Verkoop van dochtervennootschappen | ( 557) |
| Saldo op 31 december 2020 | 39 968 |
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen | |
| Saldo op 1 januari 2020 | ( 26 442) |
| Bijzondere waardeverminderingen | ( 1 289) |
| Overige bewegingen | ( 6) |
| Verkoop van dochtervenootschappen | 557 |
| Saldo op 31 december 2020 | ( 27 180) |
| Netto boekwaarde | |
| Op 1 januari 2020 | 14 077 |
| Op 31 december 2020 | 12 788 |
De netto goodwill op 31 december 2021 kan aan de volgende kasstroomgenererende eenheden worden toegewezen:
| Kasstroom | (Bijzondere | ||||
|---|---|---|---|---|---|
| genererende | Onderdeel van | 31 December | waardevermind | Over | 31 december |
| eenheid | segment | 2020 | ering) | drachten | 2021 |
| Lighting | Lighting | 590 | - | 505 | 1 095 |
| IT diensten 2 Invision | Services | 5 638 | - | - | 5 638 |
| Bliksemafleiders | Solutions | 744 | - | - | 744 |
| Installatieoplossingen | Solutions | 1 227 | ( 293) | - | 934 |
| Cloudgates | Solutions | 3 569 | - | - | 3 569 |
| Integration | Services | 515 | ( 515) | - | - |
| Crescent Smart | Lighting | 505 | - | ( 505) | - |
| Lighting BV | |||||
| Totaal | 12 788 | ( 808) | - | 11 980 |
De legale entiteiten 2 Invision Managed Services België, 2 Invision Managed Services BV en 2 Invision Professional Services BV vormen samen een enkele kasstroom genererende eenheid (IT-diensten 2 Invision) aangezien contracten van de belangrijkste klanten gezamenlijk door de vennootschappen worden uitgevoerd. De legale entiteiten Innolumis Public Lighting BV en Crescent Smart Lighting BV vormen samen een enkele kasstroomgenererende eenheid, aangezien de verkopen van de 4 channel driver vanaf 2021 nog enkel inkomsten genereren via de verkoop van de lichtarmaturen.
De netto goodwill kan als volgt per legale entiteit gedetailleerd worden:
| In duizenden EUR | 31 december 2020 |
(Bijzondere waardever mindering) |
Overdracht | 31 december 2021 |
|---|---|---|---|---|
| Innolumis Public Lighting BV | 590 | - | - | 590 |
| 2 Invision Managed Services België | 1 307 | - | - | 1 307 |
| 2 Invision Managed Services BV | 4 186 | - | - | 4 186 |
| 2 Invision Professional Services BV | 145 | - | - | 145 |
| Crescent NV | 3 569 | - | - | 3 569 |
| Aardingen Maro | 744 | - | - | 744 |
| Sait BV | 1 227 | ( 293) | - | 934 |
| Live Reach Media BVBA | 515 | ( 515) | - | - |
| Crescent Smart Lighting BV | 505 | - | - | 505 |
| Totaal | 12 788 | ( 808) | - | 11 980 |
De Groep heeft per 31 december 2021 een analyse uitgevoerd voor bijzondere waardeverminderingsverliezen op goodwill waarvan de belangrijkste assumpties en bevindingen hieronder worden weergegeven per kasstroom genererende eenheid. Deze analyses zijn telkens uitgevoerd op basis van een verdisconteerd kasstroommodel welke de kasstromen bevat voor de komende 5 jaar en een residuele waarde vanaf het zesde jaar. De waarde die uit de waarderingsmodellen blijkt, zit doorgaans voor de helft tot drie kwart in de terminale waarde. De inschattingen in de verschillende oefeningen voor bijzondere waardeverminderingen zijn gebaseerd op ervaringen uit het verleden, bestaande overeenkomsten en vooruitzichten van bestaande klanten en partners, aangevuld waar relevant met marktevoluties.
Niettegenstaande de Raad van Bestuur van mening is dat de per 31 december 2021 opgenomen bedragen afdoende onderbouwd zijn door de onderliggende budgetten en businessplannen blijft de realisatie hiervan uiteraard onderhevig aan een aantal veronderstellingen waarbij sprake is van de onzekerheden zoals vermeld in toelichting 29.
De Groep heeft een oefening voor bijzondere waardeverminderingen uitgevoerd op de goodwill van de kasstroom genererende eenheid Lighting die de legale entiteit Innolumis Public Lighting bevat, alsook de entiteit Crescent Smart Lighting BV. Tot vorig jaar werd Crescent Smart Lighting sinds de aankoop van de 4 channel driver als een afzonderlijke kasstroomgenererende eenheid beschouwd. Sinds 2021 blijkt echter dat de 4 channel driver nog enkel inkomsten kan genereren via de verkoop van lichtarmaturen vanuit Innolumis Public Lighting. Deze maken deel uit van het operationeel segment "Lighting". De oefening is gebaseerd op een verdisconteerd kasstroommodel welke de kasstromen bevat voor de komende 5 jaar en een residuele waarde vanaf het zesde jaar. Er werden geen belangrijke impacten met betrekking tot Covid 19 verwerkt in de toekomstige kasstromen. Hoewel de impact van de coronacrisis de eerste jaarhelft nog voelbaar is geweest, doet het activiteitspeil van het laatste kwartaal vermoeden dat samen met de vermindering van de coronabeperkingen ook de activiteiten weer naar hun pre corona peil kunnen terugkeren. Bovendien wordt ook bijkomende omzet verwacht te realiseren door de opname van Innolumis als toeleverancier in het Smartville project.
De belangrijkste assumpties zijn de verdisconteringsvoet voor belastingen (pre-tax WACC) van 16,22% (2020: 17,28%) en een perpetuele groeivoet van 0% (2020: 0%). De overige assumpties zijn de jaarlijks verwachte groei van de omzet met een gemiddelde van 3,9% (2020: 12,0%) een brutomarge van gemiddeld 42,0% (2020: 38,7%) van de omzet en de overige operationele kosten van gemiddeld 27,6% (2020: 25,4%) van de omzet.
De realiseerbare waarde werd geschat op k€ 2 974 (2020: k€ 3 628) welke ongeveer k€ 1 926 (2020: k€ 2 259) hoger is dan de boekwaarde van de kasstroom genererende eenheid.
De realiseerbare waarde zou gelijk worden aan de boekwaarde bij volgende individuele wijzigingen in de assumpties: een daling van de brutomarge met 17,7%, een stijging van de WACC met 23,59% of een stijging van de overige operationele kosten met 27,62%.
Op basis van bovenstaande informatie heeft het management geoordeeld dat er geen bijkomende waardevermindering diende geboekt te worden.
De Groep heeft een oefening voor bijzondere waardeverminderingen uitgevoerd op de goodwill van de kasstroom genererende eenheid IT-diensten 2 Invision die de legale entiteiten 2 Invision Managed Services België, 2 Invision Managed Services en 2 Invision Professional Services omvat. Deze maakt deel uit van het operationeel segment "Services". De oefening is gebaseerd op een verdisconteerd kasstroommodel welke de kasstromen bevat voor de komende 5 jaar en een residuele waarde vanaf het zesde jaar. Er werden geen belangrijke impacten met betrekking tot Covid 19 verwerkt in de toekomstige kasstromen. Hoewel de impact van de coronacrisis de eerste jaarhelft nog voelbaar is geweest, doet het activiteitspeil van het laatste kwartaal vermoeden dat samen met de vermindering van de coronabeperkingen ook de activiteiten weer naar hun pre corona peil kunnen terugkeren.
De belangrijkste assumpties zijn de verdisconteringsvoet voor belastingen (pre-tax WACC) van 16,22% (2020: 17,28%) en een perpetuele groeivoet van 0% (2020: 0%). De overige assumpties zijn de jaarlijks verwachte groei van de omzet met een gemiddelde van 1,7% (2020: 4,6%), de brutomarge van gemiddeld 33,6% (2020: 42,9%) van de omzet en het niveau van de overige operationele kosten van gemiddeld 16,1% (2020: 29,7%) van de omzet.
De realiseerbare waarde werd geschat op k€ 7 580 (2020: k€ 6 508) welke ongeveer k€ 448 (2020: k€ 51) hoger is dan de boekwaarde van de kasstroom genererende eenheid.
De realiseerbare waarde zou gelijk worden aan de boekwaarde bij volgende individuele wijzigingen in de assumpties: een daling van de brutomarge met 2,8%, een stijging van de WACC met 0,8% of een stijging van de overige operationele kosten met 5,9%.
Op basis van bovenstaande informatie heeft het management geoordeeld dat er geen bijkomende waardevermindering diende geboekt te worden.
De Groep heeft een oefening voor bijzondere waardeverminderingen uitgevoerd op de goodwill van de kasstroom genererende eenheid bliksemafleiders die de legale entiteit Maro omvat. Deze maakt deel uit van het operationeel segment "Solutions". De oefening is gebaseerd op een verdisconteerd kasstroommodel welke de kasstromen bevat voor de komende 5 jaar en een residuele waarde vanaf het zesde jaar. Er werden geen belangrijke impacten met betrekking tot Covid 19 verwerkt in de toekomstige kasstromen. Hoewel de impact van de coronacrisis de eerste jaarhelft nog voelbaar is geweest, doet het activiteitspeil van het laatste kwartaal vermoeden dat samen met de vermindering van de coronabeperkingen ook de activiteiten weer naar hun pre corona peil kunnen terugkeren. Omdat deze activiteiten doorgaans in de buitenlucht plaatsvinden, waren er nagenoeg geen coronamaatregelen die een beperkende invloed hadden en wordt verwacht dat dit in de toekomst niet anders zal zijn.
De belangrijkste assumpties zijn de verdisconteringsvoet voor belastingen (pre-tax WACC) van 17,19% (2020: 17,67%) en een perpetuele groeivoet van 0% (2020: 0%). De overige assumpties zijn de jaarlijks verwachte groei van de omzet met een gemiddelde van 9,8% (2020: 6,1%), de brutomarge van gemiddeld 28,1% (2020: 29,9%) van de omzet en het niveau van de overige operationele kosten van gemiddeld 15,9% (2020: 16,7%) van de omzet.
De realiseerbare waarde werd geschat op k€ 848 (2020: k€ 889) welke ongeveer k€ 959 hoger (2020: k€ 525 hoger) was dan de boekwaarde van de kasstroom genererende eenheid.
De realiseerbare waarde zou gelijk worden aan de boekwaarde bij volgende individuele wijzigingen in de assumpties: een daling van de brutomarge met 47,66% of een stijging van de overige operationele kosten met 86,98%.
Op basis van bovenstaande informatie heeft het management geoordeeld dat er geen bijkomende waardevermindering diende geboekt te worden.
De Groep heeft een oefening voor bijzondere waardeverminderingen uitgevoerd op de goodwill van de kasstroom genererende eenheid installatieoplossingen die de legale entiteit Sait BV omvat. Deze maakt deel uit van het operationeel segment "Solutions". De oefening is gebaseerd op een verdisconteerd kasstroommodel welke de kasstromen bevat voor de komende 5 jaar en een residuele waarde vanaf het zesde jaar. Er werden geen belangrijke impacten met betrekking tot Covid 19 verwerkt in de toekomstige kasstromen. Hoewel de impact van de coronacrisis de eerste jaarhelft nog voelbaar is geweest, doet het activiteitspeil van het laatste kwartaal vermoeden dat samen met de vermindering van de coronabeperkingen ook de activiteiten weer naar hun pre corona peil kunnen terugkeren.
De belangrijkste assumpties zijn de verdisconteringsvoet voor belastingen (pre-tax WACC) van 16,22% (2020: 17,28%) en een perpetuele groeivoet van 0% (2020: 0%). De overige assumpties zijn de jaarlijks verwachte groei van de omzet met een gemiddelde van 4,0% (2020: 11,6%), de brutomarge van gemiddeld 27,9% (2020: 39,2%) van de omzet en het niveau van de overige operationele kosten van gemiddeld 21,4% (2020: 30,4%) van de omzet.
De realiseerbare waarde werd geschat op k€ 833 (2020: k€ 2 568) welke ongeveer k€ 293 (2020: k€ 1 268 hoger) lager was dan de boekwaarde van de kasstroom genererende eenheid.
Op basis van bovenstaande informatie heeft het management geoordeeld dat er een bijkomende waardevermindering diende geboekt te worden van k€ 293.
De Groep heeft een oefening voor bijzondere waardeverminderingen uitgevoerd op de goodwill van de kasstroom genererende eenheid cloudgates die de legale entiteit Crescent NV omvat. Deze maakt deel uit van het operationeel segment "Solutions". De oefening voor bijzondere waardeverminderingen op deze goodwill werd voor het huidige jaar gebaseerd op een verdisconteerd kasstroommodel welke de kasstromen bevat voor de komende 5 jaar en een residuele waarde vanaf het zesde jaar.
De belangrijkste assumpties zijn de verdisconteringsvoet voor belastingen (pre-tax WACC) van 17,19% (2020: 17,67%) en een perpetuele groeivoet van 0% (2020: 0%). De overige assumpties zijn de jaarlijks verwachte groei van de omzet met een gewogen gemiddelde van 18% (2020: 25,8%), de brutomarge van gewogen gemiddeld 39,1% (2020: 37,80%) van de omzet en het niveau van de overige operationele kosten van gewogen gemiddeld 25,4% (2020: 30,1%) van de omzet.
De realiseerbare waarde werd geschat op k€ 6 374 (2020: k€ 3 106) welke ongeveer k€ 2 294 (2020: k€ 851 lager) hoger was dan de boekwaarde van de kasstroom genererende eenheid.
De realiseerbare waarde zou gelijk worden aan de boekwaarde bij volgende individuele wijzigingen in de assumpties: een daling van de brutomarge met 4,10%, een stijging van de WACC met 7,3% of een stijging van de overige operationele kosten met 11,8%.
Op basis van bovenstaande informatie heeft het management geoordeeld dat er geen bijkomende waardevermindering diende geboekt te worden (2020: impairment van k€ 851).
De Groep heeft de kasstroom genererende eenheid Integrations geïdentificeerd welke resulteerde in een goodwill van k€ 515, naar aanleiding van de verwerving van Live Reach Media BVBA op 31 december 2019. Deze kasstroom genererende eenheid bevat opbrengsten van Crescent, Crescent Ventures en Live Reach Media.
De oefening voor bijzondere waardeverminderingen op deze goodwill werd voor het huidige jaar gebaseerd op een verdisconteerd kasstroommodel welke de kasstromen bevat voor de komende 5 jaar en een residuele waarde vanaf het zesde jaar. Er werden geen belangrijke impacten met betrekking tot Covid 19 verwerkt in de toekomstige kasstromen, aangezien de omzet in de plannen van deze kasstroomgenererende eenheid gebaseerd is op lopende overeenkomsten en vooruitzichten van contracterende klanten en aldus geen significante marktgerelateerde en Covid 19 gerelateerde veronderstellingen gemaakt werden.
Er werden immateriële vaste activa, meer bepaald ontwikkelde software, voor een netto boekwaarde van k€ 1 136 toegewezen aan deze kasstroom genererende eenheid vanuit Crescent NV. De netto boekwaarde van de ontwikkelde software houdt rekening met afschrijvingen van het jaar voor k€ 271 en een bijzondere waardevermindering voor k€ 312. Behoudens dit immaterieel vast actief, behoren de overige netto activa van Crescent NV tot de kasstroom genererende eenheid van de Cloudgates.
De belangrijkste assumpties die gebruikt werden in het model zijn de verdisconteringsvoet voor belastingen (pre-tax WACC) van 17,19% (2020: 17,67%) en een perpetuele groeivoet van 0% (2020: 0%). De overige assumpties zijn de jaarlijks verwachte groei van de omzet met een gemiddelde van 11,3% (2020: 35,1%), de brutomarge van gemiddeld 50,7% (2020: 45,5%) van de omzet en het niveau van de overige operationele kosten van gemiddeld 42,2% (2020: 32,0%) van de omzet.
De realiseerbare waarde werd geschat op k€ 294 (2020: k€ 2 368) welke ongeveer k€ 1 137 (2020: k€ 794 hoger) lager was dan de boekwaarde van de kasstroom genererende eenheid.
Op basis van bovenstaande informatie heeft het management geoordeeld dat er een bijkomende waardevermindering diende geboekt te worden van k€ 515 met betrekking tot de goodwill zodat deze volledig is afgewaardeerd. Daarnaast werd bovenop de waardevermindering van k€ 312 die was genomen op de ontwikkelde software een additionele waardevermindering van k€ 622 toegewezen aan het immaterieel actief op basis van de oefening voor bijzondere waardeverminderingen op de kasstroom genererende eenheid, waardoor de totale waardevermindering op de ontwikkelde software k€ 934 bedraagt. We verwijzen tevens naar toelichting 11.
Door de verkoop van de 4 channel driver aan Innolumis Public Lighting BV, worden er geen kasstromen meer gegenereerd binnen de entiteit Crescent Smart Lighting BV. CSL wordt dan ook niet meer als een aparte kasstroom genererende eenheid beschouwd, de goodwill van deze entiteit zit dan ook mee opgenomen onder de CGU Lighting.
| In duizend EUR | Geactiveer de ontwikke lingskosten |
Software | Technologie | Overige immateriële vaste activa |
Totaal |
|---|---|---|---|---|---|
| Aanschaffingswaarde | |||||
| Saldo op 1 januari 2021 | 405 | 1 651 | 3 169 | 1 834 | 7 059 |
| Verwervingen | 312 | 540 | - | - | 852 |
| Buitengebruikstellingen | - | ( 30) | - | ( 52) | ( 82) |
| Saldo op 31 december 2021 |
717 | 2 161 | 3 169 | 1 782 | 7 829 |
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen |
|||||
| Saldo op 1 januari 2021 | ( 1) | ( 150) | ( 2 697) | ( 520) | ( 3 368) |
| Afschrijvingen | ( 4) | ( 359) | ( 12) | ( 214) | ( 589) |
| Buitengebruikstellingen | - | 30 | - | 52 | 82 |
| Bijzondere waardeverminderingen |
- | ( 934) | - | - | ( 934) |
| Saldo op 31 december 2021 |
( 5) | ( 1 413) | ( 2 709) | ( 682) | ( 4 809) |
| Netto boekwaarde | |||||
| Op 1 januari 2021 | 404 | 1 501 | 472 | 1 314 | 3 691 |
| Op 31 december 2021 | 712 | 748 | 460 | 1 100 | 3 020 |
| In duizend EUR | Geactiveer de ontwikke lingskosten |
Software | Technologie | Overige immateriële vaste activa |
Total |
|---|---|---|---|---|---|
| Aanschaffingswaarde | |||||
| Saldo op 1 januari 2020 | 200 | 707 | 2 639 | 2 420 | 5 966 |
| Verwervingen | 225 | 944 | - | - | 1 169 |
| Deconsolidatie | ( 20) | - | ( 56) | - | ( 76) |
| Transfer | - | - | 586 | ( 586) | - |
| Saldo op 31 december 2020 |
405 | 1 651 | 3 169 | 1 834 | 7 059 |
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen |
|||||
| Saldo op 1 januari 2020 | - | ( 79) | ( 576) | ( 468) | ( 1 123) |
| Afschrijvingen | ( 1) | ( 71) | ( 384) | ( 214) | ( 670) |
| Bijzondere waardeverminderingen |
- | - | ( 1 592) | - | ( 1 592) |
| Deconsolidatie | - | - | 17 | - | 17 |
| Transfer | - | - | ( 162) | 162 | - |
| Saldo op 31 december 2020 |
( 1) | ( 150) | ( 2 697) | ( 520) | ( 3 368) |
| Netto boekwaarde | |||||
| Op 1 januari 2020 | 200 | 628 | 2 063 | 1 952 | 4 843 |
| Op 31 december 2020 | 404 | 1 501 | 472 | 1 314 | 3 691 |
De overige immateriële vaste activa bestaan voor k€ 1 100 netto boekwaarde uit klantenrelaties.
De bijzondere waardevermindering voor k€1 592 in 2020 had betrekking op de cloudgate technologie. De cloudgate technologie had een nog resterende gebruiksduur van 3,4 jaar, maar in het licht van de ontwikkeling van een vernieuwde technologie en de verwachte marktintroductie ervan werd veiligheidshalve beslist de resterende netto-boekwaarde van de bestaande technologie volledig af te waarderen.
In bovenstaande tabel bevat de software een individueel immaterieel actief ter waarde van k€ 514 netto boekwaarde dat wordt afgeschreven over een resterende gebruiksduur van 5 jaar. Het betreft een software platform dat een geïntegreerde totaaloplossing biedt voor ondernemingen die binnen de vrijetijdsector diensten aanbieden. Een eerste implementatie van deze software vond plaats in de eerste jaarhelft van 2021. De realiseerbaarheid van deze activa is gebleken uit de eerste oplevering van het software platform. Op basis van verdere inschatting door het management werd een afwaardering van k€ 934 geboekt. Evenwel zijn reeds andere klanten aan de slag met deelmodules van het platform en wijzen deze op het commerciële potentieel van de software.
Niettegenstaande de Raad van Bestuur van mening is dat de per 31 december 2021 opgenomen bedragen afdoende onderbouwd zijn door de onderliggende budgetten en businessplannen blijft de realisatie hiervan uiteraard onderhevig aan een aantal veronderstellingen waarbij sprake is van de onzekerheden zoals vermeld in toelichting 29.
De verwervingen bedragen k€ 852 (2020: k€ 1 169) en betreffen voornamelijk de aankoop van software voor k€ 540 en geactiveerde ontwikkelingskosten voor k€ 312 (2020: aankoop van software k€ 944).
De veranderingen in de boekwaarde van de materiële vaste activa kan als volgt gepresenteerd worden:
| Terreinen en |
Machines en computer |
Meubilair en rollend |
Recht-op gebruik |
|||
|---|---|---|---|---|---|---|
| In duizend EUR | gebouwen | uitrusting | materieel | activa | Inrichtingen | Totaal |
| Aanschaffingswaarde | ||||||
| Saldo op 1 januari 2021 | 236 | 1 645 | 567 | 3 932 | 74 | 6 454 |
| Verwervingen | 16 | 14 | 24 | 556 | - | 610 |
| Buitengebruikstellingen | - | - | ( 38) | ( 1 082) | - | ( 1 120) |
| Overige bewegingen | - | - | 43 | - | 30 | 73 |
| Saldo op 31 december 2021 | 252 | 1 659 | 596 | 3 406 | 104 | 6 017 |
| Afschrijvingen | ||||||
| Saldo op 1 januari 2021 | ( 91) | ( 1 183) | ( 476) | ( 1 773) | ( 61) | ( 3 584) |
| Afschrijvingen | ( 47) | ( 197) | ( 34) | ( 839) | ( 7) | ( 1 124) |
| Buitengebruikstellingen | - | - | 34 | 500 | - | 534 |
| Overige bewegingen | - | - | ( 43) | - | ( 30) | ( 73) |
| Saldo op 31 december 2021 | ( 138) | ( 1 380) | ( 519) | ( 2 112) | ( 98) | ( 4 247) |
| Netto boekwaarde | ||||||
| Op 1 januari 2021 | 145 | 462 | 91 | 2 159 | 13 | 2 870 |
| Op 31 december 2021 | 114 | 279 | 77 | 1 294 | 6 | 1 770 |
| Machines | Meubilair | |||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Terreinen | en | en | Recht-op | |||
| en | computer | rollend | gebruik | |||
| In duizend EUR | gebouwen | uitrusting | materieel | activa | Inrichtingen | Totaal |
| Aanschaffingswaarde | ||||||
| Saldo op 1 januari 2020 | 220 | 1 582 | 665 | 3 248 | 114 | 5 829 |
| Verwervingen | 16 | 91 | 40 | 709 | - | 856 |
| Buitengebruikstellingen | - | ( 4) | ( 138) | ( 25) | ( 40) | ( 207) |
| Verkoop dochtervennootschappen |
- | ( 24) | - | - | - | ( 24) |
| Saldo op 31 december 2020 | 236 | 1 645 | 567 | 3 932 | 74 | 6 454 |
| Afschrijvingen | ||||||
| Saldo op 1 januari 2020 | ( 45) | ( 1 003) | ( 519) | ( 958) | ( 78) | ( 2 603) |
| Afschrijvingen | ( 46) | ( 208) | ( 49) | ( 840) | ( 23) | ( 1 166) |
| Buitengebruikstellingen | - | 4 | 92 | 25 | 40 | 161 |
| Verkoop dochtervennootschappen |
- | 24 | - | - | - | 24 |
| Saldo op 31 december 2020 | ( 91) | ( 1 183) | ( 476) | ( 1 773) | ( 61) | ( 3 584) |
| Netto boekwaarde | ||||||
| Op 1 januari 2020 | 175 | 579 | 146 | 2 290 | 36 | 3 227 |
| Op 31 december 2020 | 145 | 462 | 91 | 2 159 | 13 | 2 870 |
De investeringen in materiële vaste activa in 2021 bedragen k€ 610 (2020: k€ 856). Hiervan betreft k€ 556 (2020: k€709) verwervingen van recht-op-gebruik activa die geen aanleiding geven tot een kasuitgave op de lijn verwerving van materiële vaste activa in het geconsolideerd kasstroomoverzicht, aangezien voor deze verwervingen een leaseschuld werd opgenomen.
De overige verwervingen in materiële vaste activa bedragen k€ 54 (2020: k€ 147) en geven aanleiding tot een kasuitgave in de investeringsactiviteiten.
De hoge buitengebruikstellingen op de recht-op-gebruik activa hebben hoofdzakelijk te maken met de stopzetting van de huur van het hoofdkantoor te Gaston Geenslaan 14, 3001 Leuven. We verwijzen voor meer toelichting omtrent de nieuwe huur naar Toelichting 26 Gebeurtenissen na Balansdatum.
De Groep is leasingnemer van enkele kantoorgebouwen. Het huurcontract 'Interleuven' dewelke de huur voor het gebouw van het hoofdkantoor te Gaston Geenslaan in Leuven specifieert, is jaarlijks opzegbaar. In de berekening van de leaseverplichtingen werden voorheen betalingen meegenomen tot 2026, zijnde over de totale duurtijd van het contract. De huur van het hoofdkantoor te Gaston Geenslaan 14, 3001 Leuven werd in februari 2022 echter stopgezet, wat gezorgd heeft voor een sterke daling van de leaseverplichtingen en netto boekwaarde recht-op-gebruik activa van de gebouwen in vergelijking met vorig boekjaar. We verwijzen naar Toelichting 26 Gebeurtenissen na balansdatum in het kader van het nieuwe 'Interleuven' huurcontract. De overige contracten met betrekking tot gehuurde gebouwen hebben een looptijd die varieert van 3 tot 5 jaar.
Daarnaast huurt de Groep bedrijfswagens met een gemiddelde looptijd van 4 jaar, dewelke het erkent onder IFRS 16 als recht-op-gebruik activa.
Overige gehuurde uitrusting betreft IT uitrusting dewelke de Groep huurt voor periodes van 3 tot 4 jaar.
| In duizend EUR | Terreinen en gebouwen |
Rollend materieel |
Overige uitrusting |
Totaal |
|---|---|---|---|---|
| Netto boekwaarde recht-op-gebruik activa op 1 januari 2020 |
1 275 | 660 | 355 | 2 290 |
| Afschrijvingen van het jaar | ( 277) | ( 403) | ( 160) | ( 840) |
| Verwervingen van recht-op-gebruik activa | 240 | 420 | 49 | 709 |
| Netto boekwaarde op 31 december 2020 | 1 238 | 677 | 244 | 2 159 |
| Afschrijvingen van het jaar | ( 348) | ( 360) | ( 131) | ( 839) |
| Verwervingen van recht-op-gebruik activa | 106 | 368 | 83 | 556 |
| Uitboekingen van recht-op-gebruik activa | ( 548) | ( 34) | - | ( 582) |
| Netto boekwaarde op 31 december 2021 | 448 | 651 | 196 | 1 294 |
De recht-op-gebruik activa worden gepresenteerd als materieel vast actief. We verwijzen naar toelichting 12.
De beweging van de leaseschulden is als volgt:
| In duizend EUR | 31 december 2021 | 31 december 2020 |
|---|---|---|
| Totale lease verplichting op 1 januari | 2 195 | 2 301 |
| Aflossingen van leasingschulden | ( 807) | ( 769) |
| Vervroegde stopzetting van lease verplichtingen | ( 627) | ( 46) |
| Nieuwe lease verplichtingen | 486 | 709 |
| Totale lease verplichting op 31 december | 1 247 | 2 195 |
In onderstaande tabel zijn de bedragen toegelicht die erkend werden in de geconsolideerde resultatenrekening:
| In duizend EUR | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| 2021 - Lease overeenkomsten onder IFRS 16 | ||
| Interest op lease verplichtingen | 59 | 129 |
| Kosten van korte-termijn leases en activa met lage waarde | 31 | 166 |
De interest op lease verplichtingen is opgenomen in de financiële kosten in de geconsolideerde resultatenrekening. De kosten van korte-termijn leases en activa met lage waarde is opgenomen voor k€ -9 (2020: k€ 39) in de kostprijs van de verkochte goederen in de geconsolideerde resultatenrekening, voor k€ 8 (2020: k€ 64) in de onderzoeks- en ontwikkelingskosten, voor k€ 10 (2020: k€ 7) in de kosten van verkoop, marketing en royalties en voor k€ 22 (2020: k€ 109) in de algemene en administratieve kosten.
Er zijn geen huurgelden van niet-verbreekbare onderverhuurde huurcontracten.
| In duizend EUR | 31 december 2021 31 december 2020 | |
|---|---|---|
| Op 1 januari | 296 | 148 |
| Ontvangen tijdens het jaar | 43 | 148 |
| Op 31 december | 339 | 296 |
| Korte termijn | 339 | 296 |
| Lange termijn | - | - |
De Groep is een project gestart in samenwerking met Tres BV dat bijdraagt aan het innoveren en ontwikkelingen in het domein van 'Smart Cities'. De Groep zal als partner in het project meewerken aan het ontwikkelen van een prototype van een intelligente lichtkolom. Voor het project werd een subsidiedossier ingediend en goedgekeurd bij het Vlaams Agentschap voor Innoveren en Ondernemen, VLAIO. De Groep zal een subsidie ontvangen ten belope van 45% van de geschatte kosten, wat overeenkomt met k€ 372.
Daarnaast is de Groep eveneens een project gestart in samenwerking met Verhaert New Product & Services (VNPS) en DroneMatrix, samen met onderzoekspartners IMEC en IDLab. Met dit project wil de Groep de toekomst van zijn vlaggenschipgateway CloudGate veiligstellen door een 5G-variant te ontwikkelen, prototypen en testen en dit moet leiden naar een nieuwe generatie CloudGate. Voor het project werd een subsidiedossier ingediend en goedgekeurd bij het Vlaams Agentschap voor Innoveren en Ondernemen, VLAIO. De Groep zal een subsidie ontvangen ten belope van 45% van de geschatte kosten, wat overeenkomt met k€ 162.
We verwijzen naar de waarderingsregels inzake overheidssubsidies waarin de keuze werd gemaakt de subsidies betreffende ontwikkelde actief te presenteren als uitgestelde opbrengsten, dewelke systematisch in de resultatenrekening worden genomen gespreid over de gebruiksduur van het actief. Op 31 december 2021 werd reeds k€ 296 (2020: k€ 296) en k€ 43 (2020: k€ 0) ontvangen en opgenomen als uitgestelde opbrengsten, respectievelijk voor het TRES project en het 5G-project. Deze zijn opgenomen in de rubriek van de handels- en overige schulden van de geconsolideerde balans.
| In duizend EUR | 31 december 2021 31 december 2020 | |
|---|---|---|
| Handelsvorderingen | 2 722 | 3 360 |
| Waardeverminderingen voor dubieuze vorderingen | ( 562) | ( 1 061) |
| Subtotaal | 2 160 | 2 299 |
| Terugvorderbare BTW | 186 | 62 |
| Overige vorderingen | 344 | 559 |
| Subtotaal | 530 | 621 |
| Totaal | 2 690 | 2 920 |
Handelsvorderingen zijn niet-rentedragend en hebben betalingstermijnen tussen 30 en 90 dagen.
De overige vorderingen zijn voornamelijk vooruitbetaalde kosten voor k€ 197 en LDA put optie actief voor k€ 44. We verwijzen naar toelichting 21 voor meer informatie.
In 2020 waren de overige vorderingen voornamelijk vooruitbetaalde kosten k€ 159, een vordering van Crescent Ventures NV ten opzichte van Van Zele Holding voor k€ 206 en een vordering van Crescent NV ten opzichte van Uest voor k€ 103.
Vervaldagenbalans van handelsvorderingen:
| Bruto Bedrag | Waarde verminderingen |
||||
|---|---|---|---|---|---|
| In duizend EUR | 2021 | 2020 | 2021 | 2020 | |
| < 60 dagen | 1 821 | 1 800 | - | - | |
| 60 - 90 dagen | 12 | 90 | - | - | |
| 90 - 120 dagen | 8 | 347 | - | - | |
| > 120 dagen | 881 | 1 123 | ( 562) | ( 1 061) | |
| Totaal | 2 722 | 3 360 | ( 562) | ( 1 061) |
We verwijzen eveneens naar toelichting 24 voor verdere informatie omtrent kredietrisico, de toelichting van de vervaldagenbalans van vervallen, doch inbaar geachte handelsvorderingen en de bewegingen op de waardevermindering voor dubieuze debiteuren.
| In duizend EUR | 31 december 2021 31 december 2020 | |
|---|---|---|
| Kaswaarborgen | 90 | 83 |
| Totaal | 90 | 83 |
Overige vorderingen op lange termijn zijn vooral huurwaarborgen.
| In duizend EUR | 31 december 2021 |
% | 31 december 2020 |
% |
|---|---|---|---|---|
| Grondstoffen | 906 | 49,7 % |
899 | 42,2 % |
| Goederen in bewerking | 468 | 25,7 % |
466 | 21,9 % |
| Voorraden afgewerkte producten | 389 | 21,3 % |
645 | 30,3 % |
| Werken in uitvoering | 61 | 3,3 % |
118 | 5,5 % |
| Waardevermindering op voorraden | ( 937) | ( 51,4 %) |
( 869) | ( 40,8 %) |
| Totaal | 887 | 1 259 |
De voorraden daalden van k€ 1 259 tot k€ 887 op het einde van 2021.
Op het einde van 2021 bedroeg de totale waardevermindering op voorraden k€ 937 (2020: k€ 869). Het merendeel van de waardevermindering betreft voorraden aangehouden door Crescent NV.
Er zijn geen voorraden als borg gegeven aan schuldeisers.
De contract activa in voorraad K€ 61 (2020: k€ 118) hebben betrekking op installatieoplossingen van Sait BV. Zie ook "toelichting 4: Operationele segmenten en toelichting over de entiteit als geheel" onder de rubriek IFRS 15.
| In duizend EUR | 31 december 2021 31 december 2020 | |
|---|---|---|
| Banksaldi direct opvraagbaar | 533 | 795 |
| Kasgeld | 3 | 3 |
| Totaal | 536 | 798 |
Eind 2021 en 2020 heeft de Groep geen korte termijn deposito's.
Reconciliatie van de geldmiddelen en kasequivalenten ten behoeve van het kasstroomoverzicht:
| In duizend EUR | 31 december 2021 31 december 2020 | |
|---|---|---|
| Geldmiddelen en kasequivalenten op de balans | 536 | 798 |
| Totaal | 536 | 798 |
Er zijn geen beperkingen op de geldmiddelen gedurende 2021 en 2020.
| In duizend EUR | 31 december 2021 31 december 2020 | |
|---|---|---|
| Bankleningen | 3 594 | 4 218 |
| Leasing schulden | 1 247 | 2 195 |
| Totaal financiële schulden | 4 841 | 6 413 |
| waarvan: | ||
| Langlopend | 1 380 | 2 882 |
| Kortlopend | 3 461 | 3 532 |
Lange-termijn krediet oorspronkelijk over 5 jaar van Belfius Bank tbv. € 1,5 miljoen aan Crescent Ventures NV, maandelijks terugbetaalbaar vanaf april 2019 met kapitaalaflossingen van €27 777. De rentevoet van deze lening is 2,7829%. Zij is voor 60% gewaarborgd door Gigarant. Als waarborg werden de aandelen van de dochtervennootschappen van Crescent Ventures in pand gegeven. Per 31 december 2021 stond nog k€ 888 open van deze lening, waarvan k€ 555 langlopend en k€ 333 kortlopend. Gedurende 2020 werd er door Belfius een corona-opschorting van maandelijkse terugbetalingen toegestaan vanaf april tot december waardoor in plaats van k€ 333 slechts k€ 111 werd terugbetaald en gedurende 2021 werden onder de coronamaatregelen de terugbetalingen in het tweede kwartaal opgeschort. (k€ 82)
Lange-termijn krediet over 7 jaar van KBC tbv. € 0.7 miljoen aan Crescent Ventures NV, maandelijks terugbetaalbaar met aflossingen van € 11 998. De rentevoet van deze lening is 2,27%. Als waarborg werd de overeenkomstige vordering van Crescent Ventures op Aardingen Maro Bv in pand gegeven. Per 31 december 2021 stond nog k€ 304 open van deze lening, waarvan k€ 166 langlopend en k€ 138 kortlopend.
Korte-termijn krediet van Belfius Bank tbv. € 1,5 miljoen; deze voorschotten worden doorgaans voor korte termijn opgenomen, de interestvoet is variabel en bedroeg in 2021 2,2%. Het krediet is voor 60% gewaarborgd door Gigarant. Als waarborg werden de aandelen van Crescent Ventures in pand gegeven, evenals het handelsfonds van Crescent NV voor een inschrijving van € 1,5 miljoen.
Om haar liquiditeitspositie te ondersteunen heeft de groep in juli 2020 een bijkomend financieel krediet bekomen van Belfius van € 0,5 miljoen. Dit krediet is terugbetaalbaar over 2 jaren, met een gelijke maandelijkse afbouw vanaf juli 2021. De rentevoet van deze lening bedraagt 2,2%. Het krediet is eveneens voor 60% gewaarborgd door Gigarant, het pand op het handelsfonds van Crescent NV werd verhoogd tot € 2 miljoen. Eind 2021 was dit krediet afgebouwd tot 0,25 miljoen, terugbetaalbaar in het eerste semester van 2022.
Verder hebben enkele dochtervennootschappen nog kortlopende kredieten bij financiële instellingen en leasingschulden.
Bij het aangaan van de kredieten met Belfius Bank heeft de Vennootschap zich verbonden ten aanzien van de bank, een tewerkstelling engagement te respecteren, schulden ten opzichte van dochtervennootschappen achter te stellen, het krediet niet aan te wenden ter financiering van enkele geïdentificeerde transacties, en op geregelde basis haar financiële cijfers te rapporteren. De Vennootschap overlegt op regelmatige basis met de bank om te overlopen dat geen issues bestaan rond de beschikbaarheid van de kredieten.
De Groep maakt gebruik van straight loans. De straight loans zijn kortetermijnleningen ter financiering van voorspelbare liquiditeitsbehoeften waarbij voorschotten van minimaal € 125 000 opgenomen kunnen worden met een minimum looptijd van 1 maand en een maximale looptijd van 6 maanden dewelke telkens hernieuwd kunnen worden.
Reconciliatie met het kasstroomoverzicht voor 2021:
| Verkoop | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| van | IFRS 16 | ||||||
| dochterven | Her | niet | |||||
| Openings | nootschap | classificatie | kasbewegi | ||||
| in duizend EUR | saldo | Kasstromen | pen | s | ngen | Overige | Eindsaldo |
| Langlopende financiële schulden |
|||||||
| Bankschulden | 1 312 | 22 | - | ( 578) | - | - | 756 |
| Leasing schulden | 1 570 | - | - | ( 705) | ( 241) | - | 624 |
| Kortlopende financiële schulden |
|||||||
| Bankschulden | 2 907 | ( 647) | - | 578 | - | - | 2 838 |
| Leasing schulden | 625 | ( 807) | - | 705 | 100 | - | 623 |
| Totaal verplichtingen uit financieringsactivit eiten |
6 414 | ( 1 432) | - | - | ( 141) | - | 4 841 |
| Overige schulden | 1 334 | ( 100) | - | - | - | ( 344) | 890 |
| Totaal verplichtingen uit financieringsactivit eiten en overige schulden |
7 748 | ( 1 532) | - | - | ( 141) | ( 344) | 5 731 |
De kasstroom verstrekt / (gebruikt) uit financieringsactiviteiten in de geconsolideerde kasstroomtabel bedraagt k€ 698 en bestaat uit bovenstaande kasstromen van k€ (1 532) en de kasstromen uit kapitaalverhogingen van k€ 2 230, waarvoor we verwijzen naar toelichting 21.
De overige k€ (344) betreft een reclassificatie nu opgenomen in toelichting 20 bij de kortlopende overige schulden en betreft de schuldoverdracht van schulden aan van Van Zele Holding NV van LRM en CSL naar Crescent NV.
Lange-termijn krediet over 5 jaar van Belfius Bank tbv. € 1,5 miljoen aan Crescent Ventures NV, maandelijks terugbetaalbaar vanaf april 2019 met kapitaalaflossingen van €27 777. De rentevoet van deze lening is 2,7829%. Zij is voor 60% gewaarborgd door Gigarant. Als waarborg werden de aandelen van de dochtervennootschappen van Crescent Ventures in pand gegeven. Per 31 december 2020 stond nog k€ 1 139 open van deze lening, waarvan k€ 806 langlopend en k€ 333 kortlopend. Gedurende 2020 werd er door Belfius een corona-opschorting van maandelijkse terugbetalingen toegestaan vanaf april tot december waardoor in plaats van k€ 333 slechts k€ 111 werd terugbetaald.
Lange-termijn krediet over 7 jaar van KBC tbv. € 0.7 miljoen aan Crescent Ventures NV, maandelijks terugbetaalbaar met aflossingen van € 11 998. De rentevoet van deze lening is 2,27%. Als waarborg werd de overeenkomstige vordering van Crescent Ventures op Aardingen Maro Bv in pand gegeven. Per 31 december 2020 stond nog k€ 439 open van deze lening, waarvan k€ 304 langlopend en k€ 135 kortlopend.
Korte-termijn krediet van Belfius Bank tbv. € 1,5 miljoen; deze voorschotten worden doorgaans voor korte termijn opgenomen, de interestvoet is variabel en bedraagt eind 2020 2,4%, tot mei 2020 was de interestvoet 2,1%. Het krediet is voor 60% gewaarborgd door Gigarant. Als waarborg werden de aandelen van Crescent Ventures in pand gegeven, evenals het handelsfonds van Crescent NV voor een inschrijving van € 1,5 miljoen.
Om haar liquiditeitspositie te ondersteunen heeft de groep in juli 2020 een bijkomend financieel krediet bekomen van Belfius van 0,5 miljoen EUR. Dit krediet is terugbetaalbaar over 2 jaren, met een gelijke maandelijkse afbouw vanaf juli 2021. De rentevoet van deze lening bedraagt 2,2%. Het krediet is eveneens voor 60% gewaarborgd door Gigarant
Verder hebben enkele dochtervennootschappen nog kortlopende kredieten bij financiële instellingen en leasingschulden.
Bij het aangaan van de kredieten met Belfius Bank heeft de Vennootschap zich verbonden ten aanzien van de bank, een tewerkstelling engagement te respecteren, schulden ten opzichte van dochtervennootschappen achter te stellen, het krediet niet aan te wenden ter financiering van enkele geïdentificeerde transacties, en op geregelede basis haar financiële cijfers te rapporteren. De Vennootschap overlegt op regelmatige basis met de bank om te overlopen dat geen issues bestaan rond de beschikbaarheid van de kredieten.
De Groep maakt gebruik van straight loans. De straight loans zijn kortetermijnleningen ter financiering van voorspelbare liquiditeitsbehoeften waarbij voorschotten van minimaal € 125 000 opgenomen kunnen worden met een minimum looptijd van 1 maand en een maximale looptijd van 6 maanden dewelke telkens hernieuwd kunnen worden.
Reconciliatie met het kasstroomoverzicht voor 2020:
| Verkoop van |
IFRS 16 | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| dochterven | Her | niet | |||||
| in duizend EUR | Openings saldo |
Kasstromen | nootschap pen |
classificatie s |
kasbewegi ngen |
Overige | Eindsaldo |
| Langlopende financiële schulden |
|||||||
| Bankschulden | 1 745 | 751 | ( 547) | ( 637) | - | - | 1 312 |
| Leasing schulden | 1 572 | - | - | ( 430) | 469 | ( 41) | 1 570 |
| Kortlopende financiële schulden |
|||||||
| Bankschulden | 2 523 | ( 205) | ( 95) | 637 | - | 47 | 2 907 |
| Leasing schulden | 729 | ( 769) | - | 430 | 239 | ( 4) | 625 |
| Totaal verplichtingen uit financieringsactivit eiten |
6 569 | ( 223) | ( 642) | - | 708 | 2 | 6 414 |
| Overige schulden | 957 | 345 | - | - | - | 32 | 1 334 |
| Totaal verplichtingen uit financieringsactivit eiten en overige schulden |
7 526 | 122 | ( 642) | - | 708 | 34 | 7 748 |
De kasstroom verstrekt / (gebruikt) uit financieringsactiviteiten in de geconsolideerde kasstroomtabel bedraagt k€ 122 en bestaat uit bovenstaande kasstromen van k€ -223 en k€ 345 kasstroombewegingen op de overige schulden op lange termijn.
| In duizend EUR | 1 januari 2021 |
Toevoeging | (Aan wending) |
(Terugname) | 31 december 2021 |
|---|---|---|---|---|---|
| Verliezen op leveranciersovereenkomsten |
73 | - | ( 38) | ( 35) | - |
| Juridische en overige claims | 5 | - | - | - | 5 |
| Korte termijn voorzieningen | 78 | - | ( 38) | ( 35) | 5 |
| Verplichting pensioenplannen | 52 | - | - | ( 1) | 51 |
| Voorziening voor garantieverplichtingen |
201 | 40 | ( 24) | - | 217 |
| Juridische en overige claims | 195 | - | ( 25) | - | 170 |
| Lange termijn voorzieningen | 448 | 40 | ( 49) | ( 1) | 438 |
| Totaal | 526 | 40 | ( 87) | ( 36) | 443 |
| In duizend EUR | 1 januari 2020 |
Toevoeging | (Aan wending) |
(Terugname) | 31 december 2020 |
|---|---|---|---|---|---|
| Verliezen op leveranciersovereenkomsten |
116 | - | - | ( 43) | 73 |
| Juridische en overige claims | 5 | - | - | - | 5 |
| Korte termijn voorzieningen | 121 | - | - | ( 43) | 78 |
| Verplichting pensioenplannen | 52 | - | - | - | 52 |
| Voorziening voor garantieverplichtingen |
274 | 41 | ( 114) | - | 201 |
| Juridische en overige claims | 223 | - | ( 28) | - | 195 |
| Lange termijn voorzieningen | 549 | 41 | ( 142) | - | 448 |
| Totaal | 670 | 41 | ( 142) | ( 43) | 526 |
Het merendeel van de voorziening voor verliezen op leveranciersovereenkomsten heeft betrekking op Jabil. Elk kwartaal geeft Jabil een overzicht door over hun voorraadpositie aangelegd in functie van de productie voor Crescent NV en wordt dit getoetst met de meest recente productieorders. Bij een verouderde voorraad of een teveel aan componenten wordt, als het noodzakelijk is, een provisie geboekt.
De voorziening voor garantieverplichtingen (korte- en lange termijn) betreft een verplichting naar aanleiding van verkopen van Innolumis Public Lighting BV. De garantietermijn is 5 jaar.
De lange termijn voorziening voor juridische en overige claims is het gevolg van een projectovereenkomst voor de vervanging van een mobilofoonsysteem voor openbaar transport. De initiële tijdsplanning van oplevering bepaald in het contract werd nadien niet nageleefd. De hoogte van deze claim werd begin 2019 bevestigd op k€ 250 voor de Groep en zal over de komende tien jaren verrekend worden met de inkomsten van het servicecontract met de betrokken klant. In 2021 werd k€ 25 (2020 k€ 28) aangewend van deze provisie wat overeenkomt met de korting op het servicecontract van de klant voor 2021.
Onder de "verplichting pensioenplannen" zijn de door de Groep in België aangehouden pensioenplannen opgenomen. De Groep heeft in België pensioenplannen welke juridisch gezien plannen met vaste bijdragen zijn waarop de Belgische wetgeving van toepassing is ("Wet Vandenbroucke"). Hierdoor worden alle Belgische plannen met vaste bijdragen onder IFRS gekwalificeerd als een toegezegde-pensioenregeling. De Groep heeft enkel bij Crescent NV pensioenplannen die kwalificeren als toegezegde pensioenregeling.
De Belgische wetgeving stelt dat voor toegezegde-bijdrageregelingen, de werkgever een minimum rendement dient te garanderen van een percentage dat evolueert in functie van marktrendementen, met evenwel een minimum van 1,75% en een maximum van 3,75%. Door deze minimum rendementsvereisten voor de toegezegde-bijdrageregelingen in België is de werkgever blootgesteld aan een financieel risico, aangezien er een wettelijke verplichting is tot het betalen van toekomstige bijdragen indien het fonds onvoldoende activa bevat om alle werknemersvoordelen te betalen gerelateerd aan de geleverde prestaties door de werknemers in de huidige en vorige periodes. Als gevolg dienen deze plannen geclassificeerd en boekhoudkundig verwerkt te worden als een toegezegde-pensioenregeling zoals onder IAS 19.
De Groep past voor de berekening van deze verplichting de 'Unit Credit-methode' toe.
De bedragen voor de in België aangehouden pensioenplannen worden als volgt bepaald per 31 december:
| In duizend EUR | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Verplichting uit hoofde van toegezegde-pensioenregelingen | 3 022 | 2 932 |
| Reële waarde van fondsbeleggingen | ( 2 971) | ( 2 880) |
| Netto verplichting (-actief) uit hoofde van toegezegde-pensioen-regelingen | 51 | 52 |
| In duizend EUR | Verplichting | Reële waarde activa |
Verplichting toegezegde pensioenregeling, netto |
|
|---|---|---|---|---|
| Op 1 januari 2020 | 2 791 | 2 739 | 52 | |
| Bijdragen | 26 | 67 | ( 41) | |
| Prestaties | 58 | - | 58 | |
| Actuariële verliezen / (winsten) | 37 | - | 37 | |
| Belastingen betaald op bijdragen | ( 6) | ( 6) | - | |
| Administratiekosten | ( 4) | ( 4) | - | |
| Interesten | 33 | 33 | - | |
| Verzekeringspremies | ( 3) | ( 3) | - | |
| Rendement op activa exclusief interesten | - | 54 | ( 54) | |
| Op 1 januari 2021 | 2 932 | 2 880 | 52 | |
| Bijdragen | 27 | 69 | ( 42) | |
| Prestaties | 52 | - | 52 | |
| Actuariële verliezen / (winsten) | 10 | - | 10 | |
| Betalingen van plan activa | ( 18) | ( 18) | - | |
| Belastingen betaald op bijdragen | ( 6) | ( 6) | - | |
| Administratiekosten | ( 4) | ( 4) | - | |
| Interesten | 34 | 33 | 1 | |
| Verzekeringspremies | ( 5) | ( 5) | - | |
| Rendement op activa exclusief interesten | - | 22 | ( 22) | |
| - | - | - | ||
| Op 31 december 2021 | 3 022 | 2 971 | 51 |
De activa betreffen verzekeringspolissen en vormen geen onderdeel van de eigen financiële instrumenten van de Groep.
De belangrijkste actuariële veronderstellingen zijn:
| 2021 | 2020 | |
|---|---|---|
| Gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet | 1,05% | 1,15% |
| Verwachte inflatie | 1,75% | 1,75% |
| Verwachte algemene loonsverhoging | 2,75% | 2,75% |
De levensverwachting is bepaald aan de hand van de Belgische sterfte tabel MR/FR aangepast -5 jaar.
De Groep is door zijn toegezegde-pensioenregelingen, blootgesteld aan een aantal risico's, waarvan de belangrijkste zijn:
Een stijging in de verdisconteringsvoet met 0,5% zou leiden tot een afname van de bruto verplichting uit hoofde van toegezegde-pensioenregelingen met k€ 217, een daling in de verdisconteringsvoet met 0,5% zou leiden tot een toename met k€ 183.
Voor deze pensioenplannen werden volgende bedragen opgenomen in de gerealiseerde en nietgerealiseerde resultaten:
| In duizend EUR | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Opgenomen in de resultatenrekening | ||
| Aan het dienstjaar toegekende pensioenkosten | 52 | 58 |
| Intrestkost / (opbrengst) | 1 | - |
| 53 | 58 | |
| Opgenomen als niet-gerealiseerde resultaat | ||
| Herwaardering van toegezegde pensioenregelingen | ( 12) | ( 17) |
| ( 12) | ( 17) | |
| Totaal gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten | 41 | 41 |
De verwachte werkgeversbijdragen voor het jaar 2022 bedragen k€ 43.
| In duizend EUR | 31 december 2021 31 december 2020 | ||
|---|---|---|---|
| Sociale schulden | 449 | - | |
| Handelsschulden | 1 151 | - | |
| Langlopende handelsschulden | 1 600 | - | |
| Handelsschulden | 3 674 | 5 578 | |
| Schulden met betrekking tot salarissen en belastingen | 1 234 | 1 432 | |
| Overige schulden | 1 504 | 751 | |
| Overlopende rekeningen | 930 | 1 129 | |
| Kortlopende handelsschulden | 7 342 | 8 890 | |
| Totaal | 8 942 | 8 890 |
In 2020 heeft de vennootschap de betaling van fiscale en sociale schulden uitgesteld onder de geldende coronamaatregelen in België en Nederland voor uiteindelijk k€ 435, waarvan de modaliteiten op jaareinde 2020 nog niet gekend waren en bijgevolg volledig op korte termijn gepresenteerd waren. In 2021 zijn bijkomend betalingen van k€ 289 uitgesteld, maar werd k€ 127 terugbetaald op de uitstellen van 2020. Zo blijven eind 2021 k€ 598 betalingen van fiscale en sociale schulden uitgesteld. De terugbetalingen ervan worden voorzien zoals weergeven in de tabel hieronder.
Met een drietal leveranciers werden overeenkomsten bereikt voor de afbetaling van oude schulden. De terugbetalingen ervan wordt voorzien zoals weergeven in de tabel hieronder.
| In duizend EUR | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 | 2027 | TOTAAL |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Afbetalingsplan uitgestelde fiscale en sociale schulden |
149 | 122 | 102 | 82 | 82 | 61 | 598 |
| Afbetalingsplan oude uitstaande schulden bij leveranciers |
334 | 389 | 282 | 212 | 212 | 55 | 1 484 |
De termijnen en voorwaarden van bovenvermelde schulden zijn:
De overige schulden bevatten voor k€ 1 095 (2020: k€ 440) leningen van aandeelhouders, deze zijn rentedragend aan 5% p.a.
De overlopende rekeningen bevatten hoofdzakelijk contract passiva voor k€ 395 (2020: k€ 645) zoals besproken in toelichting 4 en ontvangen subsidies voor k€ 339 (2020: k€ 296) zoals besproken in toelichting 14.
Op jaareinde 2021 had de Groep volgende aandeelhouders:
| Identiteit van de persoon, entiteit of groep van personen of entiteiten |
Aantal gewone aandelen in bezit |
Percentage aangehouden financiële instrumenten |
Aantal gewone aandelen in bezit |
Percentage aangehouden financiële instrumenten |
|---|---|---|---|---|
| 2021 | 2021 | 2020 | 2020 | |
| Eric Van Zele/Van Zele Holding NV | 484 423 091 | 28,5 % |
574 211 833 | 35,8 % |
| Erfopvolger Jan Callewaert | 131 996 147 | 7,8 % |
131 996 147 | 8,2 % |
| Marc Coucke/Alychlo | 168 760 954 | 9,9 % |
199 911 063 | 12,5 % |
| Danlaw | 103 838 830 | 6,1 % |
103 838 830 | 6,5 % |
| Overige | 808 670 323 | 47,6 % |
594 981 472 | 37,1 % |
| Totaal uitstaande aandelen | 1697 689 345 | 100 % |
1604 939 345 | 100 % |
Het geplaatste aandelenkapitaal per eind 2021 bestond uit 1 697 689 345 gewone aandelen voor een totaalbedrag van € 11 995 923. De aandelen hebben geen nominale waarde. Alle aandelen van de Vennootschap hebben dezelfde rechten. We verwijzen tevens naar het mutatieoverzicht van het geconsolideerde eigen vermogen die de bewegingen in het eigen vermogen over het boekjaar weergeeft.
De wijzigingen in het kapitaal kunnen als volgt worden voorgesteld:
| Datum | Aantal aandelen |
Geplaatst kapitaal |
Uitgiftepremies | |
|---|---|---|---|---|
| Saldo per 1 januari 2020 | 1 604 939 345 | 9 902 | - | |
| Saldo per 31 december 2020 | 1 604 939 345 | 9 902 | - |
| Aantal | Geplaatst | |||
|---|---|---|---|---|
| Datum | aandelen | kapitaal | Uitgiftepremies | |
| Saldo per 1 januari 2021 | 1 604 939 345 | 9 902 | 0 | |
| Kapitaalverhoging door uitoefening 9 | ||||
| miljoen warranten | 28 januari 2021 | 9 000 000 | 180 | 0 |
| Kapitaalverhoging door uitoefening | ||||
| put optie LDA | 18 maart 2021 | 32 500 000 | 1 015 | 0 |
| Kapitaalverhoging door uitoefening | ||||
| 23,5 miljoen warranten | 10 mei 2021 | 23 500 000 | 158 | 312 |
| Kapitaalverhoging door uitoefening | ||||
| put optie LDA | 15 juli 2021 | 27 750 000 | 741 | 0 |
| Saldo per 31 december 2021 | 1 697 689 345 | 11 996 | 312 |
De reconciliatie van de kapitaalverhogingen van het jaar met het geconsolideerd kasstroomoverzicht wordt als volgt weergegeven:
| Datum | Geplaatst kapitaal |
Uitgiftepre mies |
Ontvangste n uit kapitaalver hoging |
Put optie premie |
|
|---|---|---|---|---|---|
| Kapitaalverhoging door uitoefening 9 | 28 januari | ||||
| miljoen warranten | 2021 | 180 | 0 | 180 | 0 |
| Kapitaalverhoging door uitoefening put | 18 maart | ||||
| optie LDA | 2021 | 1 015 | 0 | 913 | 102 |
| Kapitaalverhoging door uitoefening 23,5 | |||||
| miljoen warranten | 10 mei 2021 | 158 | 312 | 470 | 0 |
| Kapitaalverhoging door uitoefening put | |||||
| optie LDA | 15 juli 2021 | 741 | 0 | 667 | 74 |
| Totaal | 2 094 | 312 | 2 230 | 176 |
Begin januari heeft Crescent een financieringsovereenkomst gesloten met LDA Capital Limited ("LDA"). LDA is een in Los Angeles gevestigde wereldwijde investeringsgroep met expertise in grensoverschrijdende transacties in de bedrijfstechnologiesector, waaronder Cybersecurity, AI, IOT en SaaS.
LDA heeft toegezegd een bedrag van maximaal EUR 9,9 miljoen (de "Capital Commitment") in contanten binnen een periode van maximaal drie jaar toe te zeggen in ruil voor nieuwe gewone aandelen in Crescent. Crescent heeft toegezegd om binnen 18 maanden een minimumbedrag van EUR 5 miljoen aan aandelen uit te geven aan LDA Capital.
Deze kapitaalverbintenis zal worden vrijgegeven op basis van kapitaalopvragingen door Crescent in de vorm van put-opties die Crescent naar eigen goeddunken mag uitoefenen. Het bedrag van de putopties zal door Crescent worden bepaald en afhankelijk zijn van bepaalde parameters zoals het handelsvolume van gewone aandelen van Crescent gedurende de voorafgaande periode van 15 handelsdagen voorafgaand aan de dag van uitgifte van een put-optie. De uitoefenprijs van de putoptie zal worden bepaald door de naar volume gewogen gemiddelde prijs (VWAP) van de aandelen van Crescent gedurende een prijsperiode van 30 dagen volgend op de dag van uitgifte van kennisgeving van een put-optie en zal worden vastgesteld op 90% van deze uitoefenprijs, wat een korting van 10% impliceert. De minimuminschrijvingsprijs van de nieuwe aandelen zal niet lager zijn dan EUR 0,03, tenzij LDA Capital en Crescent anders overeenkomen.
Crescent heeft het recht, niet de verplichting om eigen vermogensinstrumenten uit te geven onder de voorwaarden van de overeenkomst ten voordele van LDA Capital. Bij elke uitoefening van de put-optie zal LDA inschrijven op minimaal 60% van het door Crescent gevraagde volume aandelen.
De nieuwe aandelen zullen worden uitgegeven tegen een uitgifteprijs die werd bepaald door de Volume Weighted Average Price (VWAP) van de aandelen van de Vennootschap op Euronext Brussel gedurende een periode van 30 opeenvolgende handelsdagen na datum van de uitgifte van de putoptie. Van Zele Holding NV heeft 48.400.000 aandelen uitgeleend aan LDA Capital als onderpand tot de datum van uitgifte van deze nieuwe aandelen, en zal daarvoor een vergoeding van 5% p.a. ontvangen gedurende de periode dat deze aandelen werden uitgeleend. In de Buitengewone Algemene Vergadering van 31 maart 2021, werd deze vergoeding expliciet goedgekeurd.
Op 1 februari heeft Crescent NV een eerste putoptie uitgegeven aan LDA van 48.4 miljoen aandelen, die door LDA voor 32.500.000 nieuwe aandelen werd onderschreven aan een prijs per aandeel van 0,0312174 EUR. De overeenkomstige kapitaalverhoging is op 18 maart uitgevoerd voor een bedrag van 1.014.566 EUR. De kasontvangsten uit deze kapitaalverhoging bedroegen 913.109 EUR, met name de kapitaalverhoging netto van de optiepremie van 101.457 EUR.
Op 26 mei heeft Crescent NV een tweede putoptie uitgegeven aan LDA van 34 miljoen aandelen, die door LDA voor 27.750.000 nieuwe aandelen werd onderschreven aan een prijs per aandeel van 0,0267 EUR. De overeenkomstige kapitaalverhoging is op 15 juli uitgevoerd voor een bedrag van 740.925 EUR.
De kastontvangsten uit deze kapitaalverhoging bedroegen 666.833 EUR, met name de kapitaalverhoging netto van de optiepremie van 74.092 EUR.
We verwijzen tevens naar de toelichting omtrent de gebeurtenissen na balansdatum.
LDA heeft ermee ingestemd niet meer dan 19,9% van de gewone aandelen van Crescent aan te houden. Aangezien LDA een minderheidsbelang nastreeft, zal het niet betrokken zijn bij het management, noch zal het een zetel in de Raad van Bestuur bekleden. Gezien het uitgebreide netwerk van LDA in de technologiesector zal LDA echter trachten de groeiplannen van Crescent te ondersteunen door mogelijk aantrekkelijke overnamemogelijkheden te identificeren.
De put-optie overeenkomst bepaalt dat de Vennootschap aan LDA een vergoeding zal betalen van EUR 198.000 (2% van het maximumbedrag van EUR 9.900.000). De put optie overeenkomst geeft aanleiding tot een put optie actief met een initiële reële waarde van EUR 198.000 en eenzelfde initiële financiële schuld. Op elke rapporteringsdatum wordt de put optie op het actief geherwaardeerd aan reële waarde. Pro rata de uitgifte van aandelen wordt een deel van het geherwaardeerde actief getransfereerd naar eigen vermogen. De financiële schuld evolueert volgens de betalingen van deze optie premie aan LDA. De reële waarde van de put optie bedraagt op 31 december 2021 k€ 44 en is opgenomen in de lijn van de handels- en overige vorderingen op de geconsolideerde balans. De openstaande financiële schuld bedraagt k€ 22 op 31 december 2021 en is opgenomen in de rubriek handels- en overige schulden op de balans. De minderwaarde op de herwaardering van de put optie bedraagt k€ 125 per 31 december 2021 en is opgenomen onder de financiële kosten. Een bedrag van k€ 29 van de put optie werd in mindering gebracht van eigen vermogen naar aanleiding van de kapitaalverhogingen op 18 maart en 15 juli.
Als onderdeel van de kapitaalverbintenis heeft LDA het recht warranten te ontvangen voor maximaal 46.400.000 nieuwe gewone aandelen Crescent tegen een uitoefenprijs van EUR 0,046 per gewoon aandeel (behoudens gebruikelijke aanpassingen). Deze warranten zijn buiten de toepassing van IFRS 2, aangezien deze transactie kadert in de capaciteit van LDA als toekomstig aandeelhouder van Crescent en de warranten deel uitmaken van het globaal rendement op de financieringsovereenkomst. Bijgevolg worden de warranten verwerkt onder IAS 32 aangezien de transactie door Crescent gesettled zal worden door een vast aantal aandelen uit te geven in ruil voor een vergoeding. De vergoeding wordt op het moment van de uitoefening toegevoegd aan het eigen vermogen. Wijzigingen in de reële waarde van equity instrumenten worden niet erkend overeenkomstig IAS 32.
Crescent heeft op 31 maart 2021 de goedkeuring van een buitengewone algemene vergadering gevraagd en bekomen voor de uitgifte van de warrants. De warranten hebben een looptijd van drie jaar en zijn uitoefenbaar zodra ze zijn uitgegeven. Crescent heeft haar verslag van de Raad van Bestuur in het kader van de transactie met LDA Capital, overeenkomstig de artikelen 7:180, 7:191 en 7:193 WVV, beschikbaar gesteld waarin zij een verantwoording geeft van de voorgenomen transactie, in het bijzonder een verantwoording van de voorgestelde uitoefenprijs van de LDA Warrants, en een beschrijving van de gevolgen voor de financiële en aandeelhoudersrechten van de bestaande aandeelhouders in het kader van de transactie met LDA Capital.
We verwijzen omtrent een addendum aan de overeenkomst met LDA Capital tevens naar toelichting 26 – Gebeurtenissen na balansdatum.
Op 21 april 2020 heeft de Raad van Bestuur van Crescent NV een warrantenplan goedgekeurd met als doel het ondersteunen en bereiken van enkele bedrijfs- en human resourcedoelstellingen. Er werden 37.000.000 opties toegekend en aanvaard in 2020.
De belangrijkste voorwaarden van het warrantenplan "2020" zijn de volgende:
De toekenningsdatum, rekening houdend met de aanvaarding van de warranten door de begunstigden, gebeurde op verschillende tijdstippen gedurende 2020. De kost van deze op aandelen gebaseerde transactie wordt berekend op basis van de reële waarde op datum van verwerving. De reële waarde per warrant is gebaseerd op een Black-Scholes Merton waarderingsmodel met de volgende assumpties volgens datum van toekenning:
| Toekenning | 10/07/2020 | 02/08/2020 |
|---|---|---|
| Beurskoers | 0,0376 | 0,0368 |
| Uitoefenprijs | 0,02 | 0,02 |
| Volatiliteit | 88,1% | 87,0% |
| Risico vrije interest voet | 0,21% | 0,21% |
| Contractuele duurtijd | 10 | 10 |
| Dividend rendement | - | - |
| Reële waarde | 0,033 | 0,032 |
De volatiliteit is berekend op basis van de standaarddeviatie van het verwachte koersrendement van het aandeel en gebaseerd op de dagelijkse aandelenkoers van Crescent NV sinds 22 mei 2018.
Voor twee optiehouders heeft de Raad van Bestuur gedurende 2020 de definitieve verwerving versneld voor hun volledige aantal (15.000.000) aanvaarde opties. Voor drie andere optiehouders heeft de Raad van Bestuur in april 2021 de definitieve verwerving versneld voor hun volledige aantal (17.500.000) aanvaarde opties. Dit heeft geleid tot een versnelde in erkenning van de kost van op aandelen gebaseerde betalingen met een impact van k€ 383 per 31 mei 2021.
Op 28 januari 2021 werden 9.000.000 warranten uitgeoefend waardoor het kapitaal verhoogd werd met 180.000 EUR. Op 17 mei 2021 werden 23.500.000 warranten uitgeoefend waardoor het kapitaal verhoogd werd met 158.384,54 EUR en de uitgiftepremie met 311.615,46 EUR. De reserve gerelateerd aan deze warranten werd bij uitoefening overgeboekt van de reserve van op aandelen gebaseerde betalingen naar de overige reserves voor een bedrag van k€ 1 005.
De status van het aantal warranten is als volgt:
| Aantal warranten | |
|---|---|
| Balans bij het begin van het boekjaar 2020 | - |
| Toegekend gedurende het boekjaar | 37 000 000 |
| Balans op het einde van het boekjaar 2020 | 37 000 000 |
| Uitgeoefend gedurende het boekjaar | (32 500 000) |
| Verbeurd gedurende het boekjaar | (1 050 000) |
| Balans op het einde van het boekjaar 2021 | 3 450 000 |
De resterende contractuele looptijd van deze warranten is als volgt volgens datum van toekenning:
| Toekenning | 10/07/2020 | 02/08/2020 |
|---|---|---|
| Aantal uitstaande warranten op 31 december 2021 | 1 000 000 | 2 450 000 |
| Resterende contractuele looptijd in maanden | 42 | 43 |
De totale kost van de op aandelen gebaseerde betalingen per 31 december 2021 bedraagt k€ 536.
De gewone winst/(verlies) per aandeel wordt berekend door de netto winst/(verlies) toerekenbaar aan de aandeelhouders van de moeder te delen door het gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen gedurende het jaar. De Groep heeft geen potentiële gewone aandelen welke een verwaterend effect kunnen hebben. De warranten en put opties zijn niet verwaterend, aangezien het het verlies per aandeel zou dalen met meer gewone aandelen. Daardoor is de gewone en verwaterde winst/(verlies) per aandeel dezelfde.
Volgende tabel geeft het effect weer van de gewone en verwaterde winst per aandeel voor de gewone aandeelhouders:
| Winst per gewoon aandeel | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Nettoverlies (in duizend EUR) | (4 133) | ( 4 784) |
| Gewogen gemiddeld aantal uitstaande gewone aandelen: | ||
| Gewone aandelen voor verwatering (in duizenden) | 1 667 126 | 1 604 939 |
| Gewone aandelen na verwatering (in duizenden) | 1 667 126 | 1 604 939 |
| Per Aandeel (in EUR) | ||
| Winst / (verlies) per aandeel voor verwatering | (0,00) | ( 0,00) |
| Winst / (verlies) per aandeel na verwatering | (0,00) | ( 0,00) |
Volgende tabel geeft de totaal uitgegeven gewone aandelen en gewogen gemiddeld effect van de gewone aandelen weer:
| Gewogen gemiddeld aantal uitstaande gewone aandelen: | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Uitgegeven gewone aandelen per 1 januari | 1 604 939 345 | 1 604 939 345 |
| Uitgegeven aandelen door uitoefening warranten 28 januari 2021 | 9 000 000 | - |
| Uitgegeven aandelen door uitoefening put optie LDA 18 maart 2021 |
32 500 000 | - |
| Uitgegeven aandelen door uitoefening warranten 10 mei 2021 | 23 500 000 | - |
| Uitgegeven aandelen door uitoefening put optie LDA 15 juli 2021 | 27 750 000 | - |
| Totaal uitgegeven gewone aandelen | 1 697 689 345 | 1 604 939 345 |
| Uitgegeven gewone aandelen per 1 januari | 1 604 939 345 | 1 604 939 345 |
| Gemiddeld effect van de uitgegeven aandelen 28 januari 2021 | 8 334 247 | - |
| Gemiddeld effect van de uitgegeven aandelen 18 maart 2021 | 25 732 877 | - |
| Gemiddeld effect van de uitgegeven aandelen 10 mei 2021 | 15 194 521 | - |
| Gemiddeld effect van de uitgegeven aandelen 15 juli 2021 | 12 924 658 | - |
| Gewogen gemiddeld aantal uitstaande aandelen | 1 667 125 646 | 1 604 939 345 |
De Groep bepaalt het bedrag van het kapitaal in verhouding tot het risico. De Groep beheert de kapitaalstructuur en corrigeert deze bij wijzigende economische omstandigheden en financieringsbehoeften.
De objectieven van de Groep in verband met het beheren van het kapitaal zijn:
De kapitaalstructuur van de Groep bestaat uit het gedeelte van schulden op meer dan één jaar, liquide middelen, geplaatst kapitaal, uitgiftepremies, reserves en overgedragen resultaat.
| In duizend EUR | 31 december 2021 31 december 2020 | ||
|---|---|---|---|
| Netto liquide middelen/ (financiële verplichtingen) | (4 305) | (5 615) | |
| Eigen vermogen | 5 805 | 7 127 | |
| % Netto liquide middelen / (financiële verplichtingen) / Eigen vermogen |
-74,2 % |
-78,8 % |
|
| Eigen vermogen | 5 805 | 7 127 | |
| Totaal verplichtingen en eigen vermogen | 21 188 | 24 663 | |
| % Eigen vermogen / Totaal verplichtingen en eigen vermogen |
27,4 % |
28,9 % |
Voor initiatieven genomen om de liquiditeitspositie van de Groep te verbeteren verwijzen we naar de paragraaf in verband met continuïteit onder "boekhoudkundige beoordelingen, ramingen en veronderstellingen".
De "Corporate Treasury" functie beheert de financiële risico's van de Groep welke gerelateerd zijn aan de activiteiten van de Groep op een continue basis. Deze omvatten het kredietrisico, liquiditeitsrisico en valutarisico.
| In duizend EUR | Toelichting | 31 december 2021 31 december 2020 | |
|---|---|---|---|
| Financiële activa beschikbaar voor verkoop |
|||
| Overige financiële vaste activa | 14 | 9 | |
| Leningen en vorderingen | |||
| Overige vorderingen op lange termijn | 15 | 90 | 83 |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | 17 | 536 | 798 |
| Handels- en overige vorderingen | 15 | 2 646 | 2 920 |
| Financiële activa aan reële waarde | |||
| LDA put optie actief | 44 | - | |
| Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs |
|||
| Handels- en overige schulden op korte termijn |
20 | 7 342 | 8 890 |
| Financiële schulden | 18 | 4 841 | 6 414 |
| Overige leningen op lange termijn | 20 | 890 | 1 334 |
| Handels- en overige schulden op lange termijn |
20 | 1 600 | - |
Kredietrisico verwijst naar het risico dat een tegenpartij zijn contractuele verplichtingen niet zou nakomen en wat zou kunnen resulteren in een financieel verlies voor de Groep. Om het risico van financiële verliezen te beperken heeft de Groep een richtlijn uitgewerkt om enkel zakenrelaties aan te gaan met kredietwaardige tegenpartijen en om voldoende zekerheden te bekomen, indien aangewezen, om een eventueel financieel verlies te beperken.
De Groep verleent krediet aan haar klanten in het kader van de gewone bedrijfsactiviteit. Doorgaans eist de Groep geen onderpand of andere zakelijke zekerheden om de verschuldigde bedragen te dekken. Het management evalueert constant het klantenbestand op haar kredietwaardigheid. Het kredietrisico wordt continu opgevolgd.
Vooraleer een nieuwe klant wordt aanvaard hanteert de Groep externe scoringssystemen om de kredietwaardigheid van de klant in te schatten. Alle vorderingen zijn inbaar, behalve deze waarvoor een voorziening voor dubieuze debiteuren is aangelegd.
De handelsvorderingen bestaan uit een beperkt klantenbestand, voornamelijk binnen België en Nederland. De handelsvorderingen voor klanten die tot dezelfde groep behoren, worden afzonderlijk behandeld.
De netto boekwaarde van de financiële activa opgenomen in de jaarrekening geeft het maximale kredietrisico weer.
In de balans van handelsvorderingen van de Groep zijn debiteuren inbegrepen met een boekwaarde van k€ 279 (2020: k€ 452) die al meer dan 60 dagen vervallen waren op de datum van het verslag, en waarvoor de Groep geen waardevermindering heeft geboekt, aangezien ze nog steeds inbaar worden geacht. De Groep heeft geen activa in onderpand voor deze vorderingen.
Bewegingen in de voorziening voor dubieuze debiteuren:
| In duizend EUR | 31 december 2021 31 december 2020 | |
|---|---|---|
| Balans bij het begin van het boekjaar | ( 1 061) | ( 1 114) |
| Toevoeging aan de voorziening | ( 28) | ( 16) |
| Afgeschreven | - | 81 |
| Vrijgegeven | 527 | ( 12) |
| Totaal | ( 562) | ( 1 061) |
Bij het vaststellen van de inbaarheid van de handelsvorderingen houdt de Groep rekening met de kredietwaardigheid van de vorderingen vanaf de datum dat het krediet initieel werd toegekend tot aan de rapporteringsdatum. De concentratie van het kredietrisico is beperkt vanwege een brede spreiding van het klantenbestand. De winst- en verliesgevolgen voor dubieuze debiteuren worden gerapporteerd onder de verkoop- en marketingkosten.
De Groep beheert liquiditeitsrisico's door continue opvolging van voorspellingen en actuele kasstromen en door de maturiteitsprofielen van de financiële activa en passiva met elkaar te vergelijken.
De Groep heeft kredietovereenkomsten zoals toegelicht in toelichting 18. Er zijn geen onbenutte kredietfaciliteiten op eind 2021 en eind 2020.
De volgende tabel geeft een overzicht van de resterende contractuele maturiteit (niet-verdisconteerde kasstromen) van de financiële verplichtingen.
| 2021 | |||||
|---|---|---|---|---|---|
| In duizend EUR | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 | 2026 |
| Lease schulden | 610 | 411 | 155 | 27 | - |
| Financiële schulden andere dan lease schulden |
2 904 | 526 | 262 | 12 | 10 |
| Handelsschulden | 3 674 | 389 | 282 | 212 | 268 |
| Totaal | 7 188 | 1 326 | 699 | 251 | 278 |
| 2020 | |||||
| In duizend EUR | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2025 |
| Lease schulden | 831 | 656 | 437 | 233 | 146 |
| Financiële schulden andere dan lease schulden |
3 214 | 571 | 503 | 166 | - |
| Handelsschulden | 5 578 | - | - | - | - |
| Totaal | 9 623 | 1 227 | 940 | 399 | 146 |
De blootstelling aan renterisico's hebben voornamelijk betrekking op bestaande kredietfaciliteiten. Als het rentetarief 1% hoger/ lager zou geweest zijn, zou het financiële resultaat in 2021 k€ 49 lager/ hoger geweest zijn en in 2020 k€ 65 lager / hoger.
MARKTRISICO: WISSELKOERSRISICO
De Groep is niet onderhevig aan een belangrijk wisselkoersrisico aangezien het merendeel van de aankopen en verkopen gebeurt in euro. De transacties in vreemde valuta zijn relatief beperkt; bovendien is het valutarisico in USD binnen het segment Solutions grotendeels natuurlijk ingedekt doordat de waarde van aankopen en verkopen in USD vergelijkbaar is.
De impact van de coronacrisis is zeker in de eerste jaarhelft nog voelbaar geweest, en heeft nog voor de nodige onzekerheid gezorgd waardoor de omzetten nog niet op het pré-corona niveau zijn teruggekeerd. Evenwel doet het activiteitspeil van het vierde kwartaal vermoeden dat samen met de vermindering van de coronarestricties, ook de activiteiten weer naar hun pré-corona peil kunnen terugkeren.
De boekwaardes van de financiële activa en de financiële schulden benaderen de reële waarde. De toegepaste methodes en assumpties worden hieronder toegelicht.
| Financiële activa | Boekwaarde | Reële waarde | ||
|---|---|---|---|---|
| In duizend EUR | 31 december 2021 |
31 december 2020 |
31 december 2021 |
31 december 2020 |
| Leningen en vorderingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs |
||||
| Handels- en overige vorderingen | 2 646 | 2 920 | 2 646 | 2 920 |
| Overige financiële activa (langlopend) |
14 | 9 | 14 | 9 |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | 536 | 798 | 536 | 798 |
| Totaal financiële activa | 3 196 | 3 727 | 3 196 | 3 727 |
De reële waarde van de financiële activa wordt als volgt bepaald:
• De boekwaarde van de geldmiddelen en kasequivalenten, de handels- en overige vorderingen benadert de reële waarde door hun korte termijn karakter.
| Financiële verplichtingen | Boekwaarde | Reële waarde | ||
|---|---|---|---|---|
| In duizend EUR | 31 december 2021 |
31 december 2020 |
31 december 2021 |
31 december 2020 |
| Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs |
||||
| Handelsschulden | 4 825 | 5 578 | 4 825 | 5 578 |
| Financiële schulden | 4 841 | 6 413 | 4 852 | 6 421 |
| Overige leningen | 890 | 1 334 | 890 | 1 334 |
| Totaal financiële verplichtingen | 10 556 | 13 325 | 10 567 | 13 333 |
| Waarvan langlopend | 3 421 | 4 216 | 3 427 | 4 221 |
| Waarvan kortlopend | 7 135 | 9 109 | 7 140 | 9 112 |
De reële waarde van de financiële schulden wordt bepaald op basis van de volgende methodes en assumpties:
De volgende hiërarchie wordt gebruikt voor het bepalen en toelichten van de reële waarde van de financiële instrumenten:
Zoals bevestigd in het persbericht van 27 december 2021, heeft de Vennootschap de overname van Remoticom Holding afgerond. De notariële akte van de formele levering van de aandelen is op 6 januari 2022 verleden in Tilburg. Op dat ogenblik heeft de Vennootschap controle (100% van de aandelen) over Remoticom Holding BV (Remoticom) verworven van Van Zele Holding (VZH) en Global Innovator (GI) als voormalige aandeelhouders voor respectievelijk 55% en 45% van de aandelen. Dit impliceert dat in de jaarrekening van 2021 van de Vennootschap nog geen cijfers van Remoticom Holding werden opgenomen.
De Raad van Bestuur heeft voor de definitieve overname de belangenconflictprocedure toegepast, wt resulteerde in het advies van 22 december 2021 van het comité van onafhankelijke bestuurders in toepassing van Artikel 7:97 WVV. Het volledig advies werd opgenomen in het jaarverslag van de Raad van Bestuur, en werd formeel door de Raad van Bestuur bekrachtigd op 21 februari 2022.
De overname kadert in de strategie van Crescent om een brede IoT-integratiegroep te bouwen op de fundamenten van het voormalige Option. Remoticom is een pionier op het gebied van Internet of Things en ontwikkelt en produceert slimme sensoren en Internet of Things (IoT) oplossingen die bijdragen aan een veiligere, duurzamere en comfortabelere leefomgeving. Door deze overname vergroot de Crescent Group haar competenties op het gebied van sensortechnologie en communicatietechnieken, waardoor de groep een vooraanstaande positie kan innemen voor de verdere uitbouw van haar IoToplossingen en aldus voldoen aan de toenemende vraag naar geïntegreerde oplossingen voor Smart Lighting, Smart City, Smart Building en Smart Industry. Remoticom Holding BV heeft deelnemingen in 4 dochtervennootschappen waarvan 3 in Nederland en 1 in Hong-Kong.
De aandelen werden verworven tegen een initiële aankoopprijs van 3.592.000 EUR en een schuld in de vorm van een earn-out 408.000 EUR, samen 4.000.000 EUR. De earn-out is betaalbaar wanneer een cumulatieve EBITDA van 2.400.000 EUR wordt gerealiseerd over de jaren 2022 tot en met 2025 en gezamenlijk gerealiseerd door Remoticom BV, Sait BV, Aardingen Maro NV en de Option-divisie van Crescent NV.
De initiële aankoopprijs van 3.592.000 EUR wordt vergoed in de vorm van:
De betaling in aandelen gebeurt door levering van nieuwe aandelen Crescent NV van respectievelijk 44.307.692 aan GI en 84.615.385 aan VZH voor een prijs per aandeel van 0,026 EUR via inbreng van de schuldvordering.
De earn-out wordt vergoed in de vorm van:
De betaling in aandelen gebeurt door levering van 11.076.923 nieuwe aandelen Crescent NV voor een prijs per aandeel van 0,026 EUR via inbreng van de schuldvordering.
De inbreng van de schuldvorderingen bestaat uit de nominale waarde van de vorderingen ontstaan door de verkoop van Remoticom. Voor GI is dit k€ 1 800, hiervan zal k€ 1 440 met aandelen worden betaald, k€ 360 met cash. Maar 20% van de aandelen wordt pas vrijgegeven als earnout condities zijn voldaan (of in geval van niet-realisatie terug te geven om niet aan Crescent); van de cash is k€ 120 aan de earnout milestones gekoppeld en over 3 jaar te betalen.
Crescent NV heeft zich verbonden om, in geval dat Rabobank zou beroep doen op de borgtocht afgegeven door Dhr van der Velden in het kader van de financiering door Rabobank van Remoticom Holding BV, Dhr van der Velden te vrijwaren voor de maximumbedragen. De huidige kredietopname is k€ 160. Tevens heeft Crescent NV middels ondertekening van de koop-verkoopovereenkomst verklaard dat zij zichzelf als medeschuldenaar kwalificeert voor fiscale (c.q. BTW-) schulden van Remoticom. Deze zijn op de door de Nederlandse overheid gecreëerde uitstelregeling in het kader van de COVID-19 problematiek ten bedrage van maximaal € 235.483.
Betreffende de vergoeding in aandelen, zal steeds een vast aantal aandelen voor een vaste prijs worden geleverd en is er bijgevolg geen verplichting om de betalingen te vergoeden in contanten. Bijgevolg worden de vergoedingen in aandelen als eigen vermogensinstrumenten geclassifieerd. Voorwaardelijke vergoedingen geclassifieerd als eigen vermogensinstrumenten worden niet geherwaardeerd en daaropvolgende aanpassingen worden verwerkt in het eigen vermogen.
De identificatie en waardering van de reële waarde van de activa en schulden van Remoticom, alsook van de reële waarde van de aankoopprijs is in uitvoering. Verwacht wordt dat naar schatting immateriële activa in de vorm van een klantenportefeuille, intellectuele eigendomsrechten en backlog erkend kunnen worden en een fair value step-up van de voorraad gealloceerd zal worden.
Verwacht wordt dat door de overname van Remoticom de jaaromzet van de Groep zal toenemen met 20% à 25% en een EBITDA bijdrage van boven de k€ 400 kan genereren.
De Vennootschap heeft per 28 februari 2022 een aantal schulden openstaan, zowel ten gevolge van (i) de overname van de aandelen van Remoticom, als (ii) de kredieten die zijn verstrekt als werkingskapitaal van de Vennootschap.
De Schuldvorderingen (zoals hierna gedefinieerd) die de betreffende schuldeisers inbrengen zijn de volgende (in €):
| Schuldeisers | Vorderingen Remoticom |
Overige Vorderingen |
Totale Inbreng |
|---|---|---|---|
| Van Zele Holding/Eric Van Zele | 2 200 000 | 2 835 499,00 | 5 035 499,00 |
| Alychlo/Marc Coucke | 0 | 71 009,00 | 71 009,00 |
| Global Innovator | 1 440 000 | 71 928,00 | 1 511 928,00 |
| Edwin Bex | 0 | 305 552,00 | 305 552,00 |
| Totaal | 3 640 000 | 3 283 988 | 6 923 988 |
Van Zele Holding NV en Global Innovator B.V. hebben gezamenlijk een schuldvordering op de Vennootschap van k€ 3 640 voor het onbetaald deel van de koopprijs van de aandelen van Remoticom uit hoofde van de koopovereenkomst. Het deel van de Remoticom Vorderingen waarvoor Van Zele Holding schuldeiser is bedraagt k€ 2 200 en het deel van de Remoticom Vorderingen waarvoor Global Innovator schuldeiser is bedraagt k€ 1 440.
De Remoticom Vordering van Global Innovator BV werd op 31 maart 2022 ingebracht tegen een uitgifteprijs van 0,026 EUR per aandeel, overeenkomstig de overeenkomst van 24 december 2021 die werd goedgekeurd bij beslissing van de Raad van Bestuur van 21 februari 2022 in toepassing van artikelen 7:96 en 7:97 WVV.
Omwille van de afspraken tussen partijen diende de kapitaalverhoging plaats te vinden uiterlijk einde maart 2022. Daarom heeft de Raad van Bestuur in het belang van de Vennootschap beslist de inbreng van de Remoticom Vorderingen met betrekking tot GI door te voeren binnen haar machtiging tot toegestane kapitaal zoals haar werd toegekend bij beslissing van de algemene vergadering van 31 maart 2021.
Na de inbreng in natura zal het beschikbaar saldo van het toegestane kapitaal 8.949.773,67 EUR bedragen. De voorziene termijn van vijf jaar om het kapitaal te verhogen door het artikel 9 van de statuten van de Vennootschap is nog niet verstreken.
Naast de schuldvordering van k€ 2.200 van Van Zele Holding NV ten gevolge van de overname door Crescent NV van Remoticom, zal aan de Bijzondere Algemene Vergadering van 31 mei 2022 nog worden voorgesteld overige vorderingen in te brengen in het kapitaal van de Vennootschap (Overige Vorderingen). Deze vorderingen betreffen de volgende leningen die werden verstrekt aan de Vennootschap ter ondersteuning van het werkkapitaal:
Waar de vordering van Van Zele Holding NV inzake de overname door Crescent NV van Remoticom zal worden voorgesteld ingebracht te worden tegen een uitgifteprijs van 0,026 EUR per aandeel, zal voor de Overige vorderingen een uitgifteprijs van 0.021 EUR worden voorgesteld.
In de financieringsovereenkomst met LDA Capital die begin 2020 werd afgesloten, was voorzien dat de Vennootschap zich engageerde om binnen de eerste 18 maanden voor een totaalbedrag van € 5 miljoen op te nemen. Evenwel bleek dat tijdens de looptijd van de derde put optie voor 62.000.000 gewone aandelen die op 22 december 2021 werd gelanceerd, dat de koers van het aandeel niet op het verhoopte niveau evolueerde zodat de eventuele kapitaalverhoging zou resulteren in een verwaarloosbaar bedrag. De Vennootschap is dan in gesprek gegaan met LDA Capital Ltd en is overeengekomen dat de eerste opnameperiode van de financieringsovereenkomst verlengd wordt tot eind 2023, waarbij de uitoefenprijs van de op 30 maart 2021 uitgegeven 46.4 miljoen warranten van 0.046€ zal worden verlaagd naar 0.031€ en hun looptijd eveneens met 18 maanden verlengd tot 20 juli 2024. Dit dient nog bekrachtigd te worden door de Algemene Vergadering in mei 2022.
In het eerste kwartaal van 2022 heeft Van Zele Holding NV een bijkomende kredietlijn ter beschikking gesteld van € 1,5 miljoen, ter versterking van het werkkapitaal van de Vennootschap en ter ondersteuning van de verwachte omzetgroei.
Er werden geen warranten uitgeoefend na balansdatum.
Op 1 maart 2022 werd het hoofdkantoor van de Groep verplaatst van de Gaston Geenslaan 14, 3001 Leuven naar Geldenaaksebaan 329, 3001 Leuven.
Deze wijzing houdt tevens in dat ook de maatschappelijke zetel van Crescent NV, Live Reach Media, Crescent Ventures en Innolumis België werden gewijzigd naar dit nieuwe adres sinds 2022.
Zoals opgenomen in toelichting 13 werd de huur met betrekking tot het gebouw in de Gaston Geenslaan stopgezet. In 2022 zal een nieuwe huurovereenkomst onder IFRS 16 worden opgeboekt vanaf de terbeschikkingstelling van het nieuwe gebouw in de Geldenaaksebaan. De huur wordt toegestaan voor een onafgebroken periode van 9 jaar. Het is Crescent toegestaan eenzijdig een einde te stellen aan de overeenkomst, zonder enige verbrekings- of wederverhuringsvergoeding, op het einde van elke 3 jaarlijkse periode. Uitgaande van een huurperiode van 9 jaar in de veronderstelling dat Crescent geen gebruik zal maken van de vervroegde beëindigingsmodaliteiten gegeven dat het de hoofdzetel betreft en enige leasehold improvements die gedaan werden, zal dit leiden tot een initiële lease schuld en recht-op-gebruik actief van K€ 550 op 1 maart 2022.
We verwijzen in dit kader naar toelichting 29 - Onzekerheden.
In 2022 werd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid een gunstig gevolg gegeven aan de aanvraag voor een afbetalingsplan. Het openstaande bedrag van k€ 153 zal voor k€ 64 moeten betaald worden in 2022, voor k€ 76 in 2023 en voor k€ 13 in 2024.
Na jaareinde bereikte de vennootschap een vaststellingsovereenkomst naar aanleiding van de bij de oplevering van een softwareproject ontstane onenigheden tussen beide partijen. Hierbij werd overeengekomen dat het te betalen, op balansdatum uitstaande bedrag van k€194 door de klant betaald wordt en dat geen verdere verplichtingen voor de Vennootschap bestaan, met uitzondering van deze voorzien in het nieuwe servicecontract, waartegen ook opbrengsten voorzien zijn.
Er kan op dit moment echter nog geen validatie van de cijfers plaatsvinden in de productie van het systeem, wat een cruciaal gegeven is voor de aanvaarding ervan.
Echter heeft de klant op basis van de tests in staging wel een groot vertrouwen in de query en de uitkomst van de validatie in de productie. De verdere timing voor het draaien van de query voor de maanden voorafgaand aan januari zal in de vaststellingsovereenkomst gefinaliseerd worden.
Betreffende de vaststellingsovereenkomst worden er draft versies tussen de partijen uitgewisseld en verwachten we binnen de korst mogelijke tijd tot een finale versie te komen.
Er is bevestigd dat bovenstaande punten voorlopig afdoende opgelost en geborgd worden en dat de klant zich akkoord zal verklaren met de oplevering en bijgevolg zich niet langer op een eventuele schadeclaim dient te beroepen.
Het zal cruciaal zijn dat partijen op wekelijkse basis verdere contacten onderhouden om het platform verder te finetunen.
| naam van de dochteronderneming | maatschappelijke zetel | % of aandeel in het kapitaal 2021 |
% of aandeel in het kapitaal 2020 |
|---|---|---|---|
| BELGIE | |||
| Crescent NV | Geldenaaksebaan 329 3001 Leuven, België |
100% | 100% |
| NEDERLAND | |||
| 2 Invision Managed Services BV | Mauritsstraat 11 6331 AV Nuth |
100% | 100% |
| NEDERLAND | |||
| 2 Invision Professional Services BV | Mauritsstraat 11 6331 AV Nuth |
100% | 100% |
| BELGIE | |||
| 2 Invision Managed Services België NV |
Riddersbaan 12 | 95% | 83% |
| 3665 As | |||
| NEDERLAND | |||
| Innolumis Public Lighting BV | Ariane 4 3824 Amersfoort |
100% | 100% |
| BELGIE | |||
| Maro BV (vroeger M4 BV na fusie met Aardingen MARO BV) |
Ambachtstraat 17b | 90% | 90% |
| 3980 Tessenderlo | |||
| NEDERLAND | |||
| Sait BV | Ariane 2 3824 Amersfoort |
100% | 100% |
| ZUID-AFRIKA | |||
| Innolumis South Africa PTY (Ltd) | 5 President Street, Jansen Park Boksburg Gauteng 1459 |
100% | 100% |
| BELGIË | |||
| Crescent Ventures NV | Geldenaaksebaan 329 3001 Leuven, België |
100% | 100% |
| IERLAND | |||
| Option Wireless Ltd., Cork | Kilbarry Industrial Park Dublin Hill, Cork |
100% | 100% |
| DUITSLAND | |||
| Option Germany GmbH | Beim Glaspalast 1 D-86153 Augsburg - Germany |
100% | 100% |
| VERENIGDE STATEN | |||
|---|---|---|---|
| Option Wireless USA INC. | W Army Trail Road 780 Unit 192 Carol Stream, IL 60188 Illinois, |
100% | 100% |
| USA | |||
| JAPAN | |||
| Option Wireless Japan KK | 5-1, Shinbashi 5-chome Minato-ku Tokyo 105-0004, Japan |
100% | 100% |
| CHINA | |||
| Option Wireless Hong Kong LIMITED | 35/F Central Plaza 18 Harbour Road Wanchai Hong Kong, China |
100% | 100% |
| BELGIË | |||
| Live Reach Media BV | Geldenaaksebaan 329 3001 Heverlee |
100% | 100% |
| NEDERLAND | |||
| Crescent Smart Lighting BV | Ariane 4 3824 Amersfoort, Nederland |
100% | 100% |
| BELGIË | |||
| Innolumis België BV | Geldenaaksebaan 329 3001 Leuven, België |
100% | 100% |
Er werd een bijkomend belang verworven in de vennootschap 2 Invision Managed Services België NV waardoor het deelnemingspercentage is toegenomen. De vergoeding voor de bijkomende 11,7% van de aandelen bedroeg k€ 218, welke werd verwerkt als transactie binnen het eigen vermogen in de geconsolideerde staat van wijzigingen in het eigen vermogen. Deze transactie gaf geen aanleiding tot een cash out, aangezien de aankoopprijs werd genet met de openstaande rekening courant tussen Crescent Ventures NV als aankopende vennootschap en Van Zele Holding NV als verkopende vennootschap.
Op 8 oktober 2021 heeft Crescent samen met enkele sterke partners E+ Drive BV (https://www.eplusdrive.com) opgericht en zo de snelgroeiende markt van laadpalen betreden.
De kern van het E+ Drive aanbod en businessmodel is het Laadpaal as a Serviceconcept – met de levering van totaal ontzorgde laadpaal oplossingen aan openbare besturen en privébedrijven.
Crescent heeft een aandeel van 25% in de vennootschap, en stortte in 2021 als startkapitaal €5 000, in het eerste kwartaal van 2022 werd het maatschappelijk kapitaal verhoogd naar €60 000 en verhoogde Crescent haar initiële investering met €10 000. Deze deelneming staat op de geconsolideerde balans tegen aanschaffingswaarde en wordt niet mee geconsolideerd.
Crescent NV heeft op 28 december 2020 100% aandelen van UEST NV, die op haar beurt 100% van de aandelen in Uest France bezit, verkocht. Voor verdere toelichting omtrent de transactie verwijzen we naar toelichting 9.
Op 1 januari 2020 werden de vennootschappen Ne-IT Automatisering BV en Ne-IT Hosting BV gefusioneerd met 2 Invision Managed Services BV.
Op 29 december 2020 werden de vennootschappen M4 BV en Aardingen MARO BV gefusioneerd.
| In duizend EUR | 2021 | 2020 |
|---|---|---|
| Wereldwijde auditdiensten | 187 | 184 |
| Overige diensten | 21 | 14 |
| Totaal | 208 | 198 |
De risico's en onzekerheden die hieronder worden beschreven zullen van toepassing zijn op de Groep en haar activiteiten.
De vennootschap blijft geconfronteerd met een beperkte kaspositie. Niettegenstaande positieve vooruitzichten en de in 2022 toegekende bijkomende financiering werkkapitaal vanuit de aandeelhouders blijven er belangrijke onzekerheden in dit verband. Zo zal ook de integratie van het in 2022 verworven Remoticom belangrijk zijn met het oog op de verbetering van de toekomstige rendabiliteit en het garanderen van de continuïteit.
De coronacrisis blijft voor de nodige onzekerheid zorgen, alhoewel in veel mindere mate dan rond dezelfde periode vorig jaar; de verwachting en hoop is dat desbetreffend weer een genormaliseerde toestand kan ontstaan. Evenwel kunnen mogelijke lockdowns, en met name in China waarvandaan een aantal componenten worden betrokken, een vertragende werking op uitlevering van eindproducten hebben.
De Groep heeft geen handelsrelaties met Rusland, noch met Oekraïne, en verwacht dus geen rechtstreekse impact op haar zakencijfer van het in 2022 ontstane conflict. Natuurlijk kan niet uitgesloten worden dat sommige van haar klanten, die wel economisch geïmpacteerd worden, geplande investeringen uitstellen, en zo eventueel onrechtstreeks een negatieve impact hebben op de groepsomzet.
De meeste van de risico's en onzekerheden worden bepaald door de specifieke evolutie van de markten waarin Crescent actief is.
Voor de drie segmenten kan de gebeurlijke verslechtering van de macro-economische toestand een mogelijke negatieve rol spelen; voorlopig zijn er niet meteen indicaties dat de Oekraïne crisis een grote impact heeft. Maar natuurlijk zal de Vennootschap attent moeten blijven dat de inflatie en stijgende prijzen ten gevolge ervan kunnen verrekend worden in haar verkoopprijzen.
In de Services activiteiten is er de voortdurende uitdaging tot aanwerving van voldoende en competente ICT-profielen, naast het voortdurend beheersen van de cyber-risico's zowel in de interne ICT-infrastructuur als in deze van de klanten.
De tijdige certificaties van nieuwe producten die in de business plannen bij Solutions zijn voorzien en de algemene componentenschaarste en lange levertijden in de markten van Solutions en Lighting vormen een bedreiging voor de omzetstijging die zowel in het Lighting als Solutions segmenten in de komende jaren worden voorzien.
Ten slotte hebben de beperkte handelsvolumes van de aandelen van Crescent de beperkingen van het financiereingsprogramma met LDA Capital Ltd tot uiting gebracht. Alhoewel voorbehouden voor EBITDA bijdragende acquisities, bestaat de onzekerheid dat deze financiering op de gewenste ogenblikken niet de nodige fondsen kan opleveren.
In het kader van de normale activiteiten, werden transacties met verbonden partijen door de Groep steeds aangegaan op een arms-length basis.
In 2021 heeft Crescent NV voor k€ 195 (2020: k€ 206) engineering services aan Danlaw Inc verkocht, deze services worden op arm's length basis aangerekend voor de effectieve uren die Crescent NV gespendeerd heeft voor de uitvoering van deze services. Danlaw Inc. fungeert eveneens als verkoopsagent van Crescent NV onder de licentieovereenkomst die deze laatste heeft met Qualcomm. In 2020 werden hiervoor geen royalty kosten opgelopen, in 2021 bedroegen deze k€ 169 en deze zijn integraal doorgerekend aan Danlaw Inc.
Crescent is de partner die voor SnowWorld het nieuwe ticketing-, kassa- en toegangssysteem heeft ontwikkeld. Alychlo is meerderheidsaandeelhouder in zowel Crescent als in SnowWorld. De ontwikkeling van het systeem vindt tegen marktconforme tarieven plaats en de verhoudingen tussen Crescent en SnowWorld zijn zakelijk.
Er werden in 2020 en 2021 geen verplichtingen overgenomen.
In de loop van 2020, hebben enkele aandeelhouders de Vennootschap bijkomende middelen verstrekt om haar toe te laten het hoofd te bieden aan haar meest dringende liquiditeitsverplichtingen.
Zo had Van Zele Holding NV zijn krediet van k€ 883 met k€ 366 opgetrokken tot k€ 1 249. In de loop van 2021 is dit krediet verder verhoogd tot k€ 1 985. De interesten vergoed aan een interestvoet van 5% p.a. bedragen k€ 77 in de resultatenrekening van 2021. Voor de borging door Van Zele Holding NV van aandelen voor de putopties van LDA werden k€ 22 financiële kosten opgenomen in de resultatenrekening.
Andere aandeelhouders stortten gedurende 2021 bijkomend k€ 63 (2020: k€ 264) . Deze leningen worden vergoed aan een interest van 5% p.a.
Zoals opgenomen in toelichting 27 heeft de Groep een bijkomend belang verworven in de vennootschap 2Invision Managed Services België NV waardoor het deelnemingspercentage is toegenomen van 83% tot 95%. De aankopende vennootschap in de transactie betrof Crescent Ventures NV, de verkopende partij was Van Zele Holding NV. De vergoeding voor de bijkomende 11,7% van de aandelen bedroeg k€ 218, welke werd verwerkt als transactie binnen het eigen vermogen in de geconsolideerde staat van wijzigingen in het eigen vermogen. De wettelijk vereiste procedures in toepassing van de belangenconflictenregeling werden gerespecteerd.
Crescent NV heeft op 28 december 2020 100% aandelen van Uest NV verkocht aan Van Zele Holding NV (VZH) voor 1 EUR, wat dezelfde waarde is als de oorspronkelijke aankoopprijs in 2019.
VZH is bestuurder en referentie aandeelhouder in Crescent NV, en heeft om deze reden een mogelijk strijdig belang van vermogensrechtelijke aard bij de transactie. De wettelijk vereiste procedures in toepassing van de belangenconflictenregeling werden gerespecteerd.
Uest NV is verkocht in de toestand waarin het zich bevindt, waarvan VZH op de hoogte is, inclusief de nood tot herstel van het werkkapitaal geraamd op 200.000 EUR. VZH is eveneens op de hoogte dat een bijkomende significante investering vereist is voor het updaten van de hardware en het softwareplatform. Crescent beschouwt de activiteiten van UEST niet als strategisch, en verkiest haar investeringen te richten op ontwikkelingen in smart city en industrie toepassingen.
De lening van KBC die aanwezig was in Uest NV op het moment van de overname door Crescent NV werd inmiddels overgenomen door Belfius en gaat mee over na de verkoop aan Van Zele Holding NV. De schuld die aanwezig was in Uest NV ten aanzien van Alychlo werd overgenomen door Crescent NV bij de overname in 2019. Deze schuld die op moment van de verkoop van Uest NV aan Van Zele Holding NV k€ 743 bedroeg werd door Crescent NV kwijtgescholden aan Uest NV. Deze kwijtschelding had geen impact in consolidatie. De verkoop van Uest NV aan Van Zele Holding NV heeft geleid tot een meerwaarde op de verkoop van k€577.
De earn-out verplichtingen die afkomstig waren uit de overname van Uest NV door Crescent NV worden mee overgedragen bij de verkoop aan Van Zele Holding NV. Het laatste jaar waarop een earn-out zou toegepast kunnen worden is 2021, maar de inschatting is dat er geen earn-out meer betaalbaar zal zijn op basis van de drempels.
We verwijzen hiervoor naar toelichting 26 Gebeurtenissen na balansdatum. Van Zele Holding NV heeft geleidelijk aan een meerderheidsparticipatie van 55% opgebouwd in Remoticom Holding BV. Van Zele Holding NV is ook referentie aandeelhouder in Crescent NV. Voor de bekrachtiging van de definitieve beslissing van overname werd door de Raad van Bestuur op 21 februari 2022 de belangenconflictregeling gerespecteerd. De verslagen van het comité van onafhankelijke bestuurders, van de raad van bestuur en van BDO zijn beschikbaar op de website van Crescent NV.
In 2021 werden in beperkte mate engineering services aan Remoticom geleverd, zonder dat deze al een significante invloed hadden op de omzet van de Vennootschap
| Vergoedingen Raad van Bestuur en Excom (in KEUR) | 2020 | |
|---|---|---|
| Voorzitter | 24 | 30 |
| Bestuurders | 117 | 146 |
| Excom | 621 | 774 |
| Totaal vergoedingen | 762 | 950 |
| Bestuurders | 269 | 35 |
| Excom | 150 | 505 |
| Totaal warranten | 419 | 540 |
| Totaal vergoedingen en warranten | 1 181 | 1 490 |
De vergoedingen van de bestuurders, onder voorbehoud van goedkeuring door de Algemene Vergadering, zijn als volgt:
Aanvullend bij voornoemde vergoeding zijn bestuurders ook gerechtigd op terugbetaling van gedane "out-of-pocket" uitgaven overeenkomstig het vastgestelde beleid van de Vennootschap hieromtrent (inzonderheid inzake reisonkosten) en voor zover zulke uitgaven redelijk zijn en vereist voor de uitoefening van hun taken als bestuurder van de Vennootschap. Er werden geen dergelijke vergoedingen uitbetaald in 2021.
Voor zijn werk als uitvoerend voorzitter heeft Van Zele Holding NV, vertegenwoordigd door de Heer Van Zele een vergoeding van k€ 24 in 2021 (2020: k€ 30) ontvangen.
Voor het boekjaar 2021 werden bovenvermelde regels al toegepast, het totale bedrag van bestuurdersvergoedingen die in de bedrijfskosten werden opgenomen bedraagt k€ 117 (2020: k€ 146).
Binnen het warrantenplan van 2020, werden voor 10 miljoen warranten toegewezen aan en geaccepteerd door niet-onafhankelijke bestuurders. Hiervan werden door de Raad van Bestuur voor in totaal 9 miljoen van deze warranten de definitieve verwerving versneld. De kost voor de warranten toegekend aan bestuurders in 2021 bedroeg k€ 269 (2020: k€ 35).
De totale basisvergoeding van het Excom per 31 december 2021 bedroeg k€ 621 (2020: k€ 774). Daarbij kwamen nog variabele vergoedingen van k€ 66 (2020: k€ 69), pensioenbijdrages van k€ 27 (2020: k€ 36) en bijkomende remuneratiecomponenten van k€ 3 (2020: k€ 2). Voor de bruto vertrekvergoeding van Gert Grolleman, werd k€ 223 in kosten opgenomen.
Binnen het warrantenplan van 2020, werden voor 23,5 miljoen warranten toegewezen aan en geaccepteerd door leden van het Excom. Hiervan werden door de Raad van Bestuur voor in totaal 15 miljoen warranten in 2020 en voor in totaal 5,5 miljoen warranten in 2021 de definitieve verwerving versneld. Er werden 1,05 miljoen warranten verbeurd verklaard door het vroegtijdig beëindigen van een samenwerking. De kost voor de warranten toegekend aan de leden van het uitvoerend management in 2021 bedroeg k€ 150 (2020: k€ 505).
Geen enkel lid van het Uitvoerend Management Team komt in aanmerking voor specifieke vertrekvergoedingen, boven op de bestaande wettelijke regelingen. Er bestaan geen bijzondere rechten van herstel, in aanvulling op de bestaande wettelijke bepalingen, die speciale bevoegdheden toekennen aan de Vennootschap om op basis van onjuiste financiële gegevens toegekende of betaalde variabele vergoedingen terug te vorderen.
EBITDA wordt gebruikt in toelichting 4 Operationele segmenten en toelichting over de entiteit als geheel als een van de segment prestatiemaatstaven. EBITDA wordt berekend als het resultaat van het operationeel segment plus de niet-toegewezen bedrijfskaskosten, min afschrijvingen op materiële vaste activa, min afschrijvingen op immateriële vaste activa, min waardeverminderingen op voorraden en vorderingen en min toename / (afname) in voorzieningen.
De totale afschrijvingen op materiële vaste activa, de totale afschrijvingen op immateriële vaste activa en de waardeverminderingen op voorraden en vorderingen worden toegelicht in toelichting 5 Bijkomende informatie betreffende bedrijfskosten volgens aard.
De totale toename/(afname) in voorzieningen wordt gepresenteerd als een afzonderlijke lijn in het kasstroomoverzicht.
De volgende documenten zijn uittreksels uit de enkelvoudige jaarrekening van Crescent NV, opgesteld volgens de Belgische boekhoudnormen in overeenstemming met artikel 3:17 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen.
Alleen de geconsolideerde jaarrekening geeft een waarheidsgetrouw beeld van de financiële positie en prestaties van de Crescent-groep.
| 2021 | 2020 | |
|---|---|---|
| In duizend EUR | ||
| Activa | ||
| Vaste activa | 11 605 | 12 419 |
| Immateriële vaste activa | 1 270 | 1 704 |
| Materiële vaste activa | 4 | 11 |
| Financiële vaste activa | 10 331 | 10 704 |
| Vlottende activa | 5 648 | 5 087 |
| Voorraden en bestellingen in uitvoering | 350 | 605 |
| Vorderingen op ten hoogste één jaar | 5 142 | 4 358 |
| Liquide middelen | 56 | 35 |
| Overlopende rekeningen | 99 | 89 |
| Totaal activa | 17 253 | 17 506 |
| Passiva | ||
| Kapitaal en reserves | 6 939 | 7 015 |
| Kapitaal | 11 996 | 9 902 |
| Uitgiftepremies | 312 | - |
| Wettelijke reserve | 612 | 612 |
| Overgedragen winst/(verlies) | ( 6 319) | ( 3 795) |
| Kapitaalsubsidies | 339 | 296 |
| Voorzieningen | 51 | 126 |
| Schulden | 10 263 | 10 365 |
| Financiële schulden op meer dan één jaar | 2 040 | 1 240 |
| Schulden op ten hoogste één jaar | 7 822 | 8 388 |
| Overlopende rekeningen | 401 | 737 |
| Totaal verplichtingen en eigen vermogen | 17 253 | 17 506 |
| 2021 | 2020 | |
|---|---|---|
| In duizend EUR | ||
| I. Bedrijfsopbrengsten | 6 513 | 6 016 |
| Omzet | 5 428 | 4 589 |
| Waardevermeerdering (-vermindering) van de voorraden gereed product, | ||
| goederen in bewerking en bestellingen in uitvoering | ( 232) | ( 102) |
| Geactiveerde ontwikkelingsprojecten | 819 | 1 039 |
| Andere bedrijfsinkomsten (voornamelijk transacties tussen | ||
| dochterondernemingen) | 250 | 291 |
| Niet-recurrente bedrijfsopbrengsten | 248 | 199 |
| II. Bedrijfskosten | 8 129 | 7 449 |
| Handelsgoederen, grond- en hulpstoffen | 2 120 | 2 283 |
| Diensten en diverse goederen | 3 112 | 3 690 |
| Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen | 1 692 | 1 551 |
| Afschrijvingen en andere waardeverminderingen op oprichtingskosten, | ||
| immateriële en materiële vaste activa | 326 | 49 |
| Waardevermeerderingen en - verminderingen op voorraden, bestellingen in | ||
| uitvoering en handelsvorderingen | ( 463) | ( 83) |
| Voorzieningen voor risico's en kosten | ( 75) | ( 43) |
| Andere bedrijfskosten | 483 | 2 |
| Niet-recurrent bedrijfskosten | - | |
| III. Bedrijfswinst/(bedrijfsverlies) | ( 1 616) | ( 1 432) |
| IV. Financiële opbrensten | 221 | 370 |
| V. Financiële kosten | ( 1 126) | ( 1 490) |
| IX. Winst/(verlies) van het boekjaar vóór belastinge | ( 2 521) | ( 2 552) |
| X. Belastingen op het resultaat | ( 4) | ( 9) |
| XIII. Te bestemmen winst/(te verwerken verlies) van het boekjaar | ( 2 525) | ( 2 561) |
| Resultaatverwerking - verkort schema (conform Belgische boekhoudnormen) | ||
| 2021 | 2020 | |
| In duizend EUR | ||
| Overgedragen winst/(overgedragen verlies) van het vorige boekjaar | ( 3 794) | ( 1 233) |
| Te bestemmen winst/(te verwerken verlies) van het boekjaar | ( 2 525) | ( 2 561) |
| Kapitaalsvermindering door incoproratie van reserves | - | - |
| Te bestemmen winstsaldo / (te verwerken verliessaldo) | ( 6 319) | ( 3 794) |
Oprichtingskosten worden geboekt ten laste van de opbrengsten, met uitzondering van de geactiveerde kosten.
Octrooien (patenten), licenties en software worden lineair afgeschreven tegen een afschrijvingspercentage van 20 %.
Laboratorium-, test-, meet- en computerapparatuur worden lineair afgeschreven tegen een afschrijvingspercentage van 20 %. Test- en meetapparatuur (onder leasing) wordt lineair afgeschreven tegen een afschrijvingspercentage van 20 %.
Vanaf 1 januari 2005 worden de uitgaven voor onderzoek als uitgave opgenomen wanneer ze worden opgelopen.
Kosten van ontwikkelingsprojecten (voor het ontwerpen en testen van nieuwe of verbeterde producten) worden alleen opgenomen als immateriële activa als voldaan is aan alle onderstaande voorwaarden:
Andere ontwikkelingsuitgaven worden als uitgave opgenomen wanneer ze worden opgelopen. Ontwikkelingskosten die in het verleden werden opgenomen als uitgave, worden in een volgende periode niet opgenomen als activa. Ontwikkelingskosten met een vaste gebruiksduur die werden geactiveerd, worden afgeschreven vanaf het begin van de commerciële productie van het product op een rechtlijnige basis over de periode van zijn verwachte winst, die niet meer dan drie jaar bedraagt.
Rollend materieel wordt lineair afgeschreven tegen een afschrijvingspercentage van 20 %.
Kantoormeubilair en kantoormaterieel worden lineair afgeschreven tegen een afschrijvingspercentage tussen 20 % en 33,3 %.
Tijdens het boekjaar worden geen herwaarderingen op de geldbeleggingen toegepast.
De voorraden (handelsgoederen, grond- en hulpstoffen, goederen in bewerking, afgewerkte producten en producten voor herverkoop) worden gewaardeerd tegen gewogen gemiddelde prijzen bepaald op basis van de FIFO-methode of, indien die lager is, op basis van de marktwaarde (realisatiewaarde).
De producten worden gewaardeerd tegen kostprijs, voor zover rechtstreeks toerekenbaar.
Bestellingen in uitvoering worden gewaardeerd tegen vervaardigingsprijs.
Schulden op meer dan één jaar, niet-rentedragende en tegen een ongewoon lage rente zijn niet opgenomen in de passiva.
Schulden, passiva en verplichtingen in vreemde valuta worden omgerekend tegen de wisselkoers per 31 december 2021. Transacties worden omgerekend tegen dagkoers.
In de jaarrekening zijn de volgende koersverschillen gepubliceerd:
Sinds 5 augustus 2003 noteren de aandelen op de eerste markt van Euronext Brussel. De aandelen van Crescent NV (voorheen: Option NV) worden verhandeld op de continumarkt onder de ticker OPTI.
| Aantal noterende aandelen per 31/12/2021 | 1697 689 345 |
|---|---|
| Aandelenkoers per jaareinde | 0,0235 |
| Marktkapitalisatie (miljoen EUR) | 39,9 |
| Hoogste sluitkoers (EUR) - op 26 januari 2021 | 0,0388 |
| Laagste sluitkoers (EUR) - op 20 december 2021 | 0,0228 |
| Free float | 47,60% |
In 2021 werden op Euronext in totaal 742.290.102 aandelen verhandeld op 258 beursdagen wat een gemiddelde van 2.877.093 aandelen per dag betekent voor de gemiddelde dagelijkse omzet van 87.494€ en een gemiddelde VWAP (Volume weighted average price) van 0.0297 EUR.
Crescent zal in 2022 haar financiële informatie en bedrijfsupdates bekendmaken op de volgende data:
Voor nadere bijzonderheden over de informatie in deze jaarrekening of voor inlichtingen over Crescent NV en over documenten ingediend om te voldoen aan de transparantieverplichtingen van de vennootschap betreffende de kennisgeving van deelneming van aandelen, gelieve contact op te nemen met:
Crescent Edwin Bex Geldenaaksebaan 329 B-3001 Leuven, België Tel.: +32 (0)16 31 74 11 E-mail: [email protected]
De ondergetekenden, Eric Van Zele, Voorzitter Raad van Bestuur en Edwin Bex, CFO van Crescent NV, verklaren dat, voor zover hen bekend:
Leuven, 27 april 2022
Eric Van Zele Edwin Bex Voorzitter Raad van Bestuur CFO Crescent NV Crescent NV
| NAAM | CRESCENT NV |
|---|---|
| RECHTSVORM | Naamloze Vennootschap naar Belgisch recht |
| ADRES | Geldenaaksebaan 329, B-3001 LEUVEN |
| TELEFOON | +32(0)16 31 74 11 |
| [email protected] | |
| WEBSITE | www.crescent-ventures.com |
| ONDERNEMINGSNR. | 0429 375 448 |
| BTW | BE 429 375 448 |
| OPRICHTINGSDATUM | 3 juli 1986 |
| DUUR | Onbepaalde duur |
| COMMISSARIS | BDO Bedrijfsrevisoren BV |
| vertegenwoordigd door Dhr. Bert Kegels. | |
| AFSLUITDATUM BOEKJAAR | 31 december |
| MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL | € 11.995.923,06 |
| AANTAL AANDELEN | 1.697.689.345 |
| JAARLIJKSE VERGADERING | Laatste werkdag van mei om 10u |
| BEURSNOTERING | Euronext – continumarktStock – Ordinary Stock - |
| Continuous – compartment B – ticker OPTI | |
| NAAM | CRESCENT NV |
| RECHTSVORM | Naamloze Vennootschap naar Belgisch recht |
Het totale eigen vermogen gedeeld door het aantal gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen.
Winst voor aftrek van rente en belastingen.
Bedrijfsresultaat.
Recurrente Winst voor aftrek van rente en belastingen.
Bedrijfsresultaat verhoogd door aftrek van niet-weerkerende herstructureringskosten en eenmalige kostelementen.
Dit bedrag geeft een goede indicatie van het bedrijfsresultaat zonder impact van kosten uit het verleden en niet weerkerende eenmalige kosten en geeft zo een beter beeld van het inherent befrijfsresultaat en de evolutie ervan.
EBIT plus afschrijvingen en (bijzondere) waardeverminderingen.
Dit bedrag geeft de kasgeneratie of het kasverlies van de operaties aan zonder de bewegingen in werkkapitaal, investeringen en financieringen.
REBIT plus afschrijvingen en (bijzondere) waardeverminderingen.
Dit bedrag geeft de kasgeneratie of het kasverlies van de inherente operaties aan zonder de bewegingen in werkkapitaal, investeringen en financieringen, en zonder de impact van kosten uit het verleden of niet weerkerende eenmalige kosten.
Aantal aandelen uitstaand bij het begin van de periode, aangepast voor het aantal aandelen geannuleerde, wederingekochte of uitgegeven aandelen gedurende de periode vermenigvuldigd met een tijdscorrigerende factor.
Nettowinst plus niet kaskosten (o.a. afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen) gedeeld door het aantal gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen.
Aankopen van materiële en immateriële vaste activa, verminderd met de opbrengst van verkopen.
Kort- en langlopende financiële schulden verminderd met de beschikbare liquide middelen. Dit bedrag geeft een beeld van de financiële schuld die netto aflosbaar blijft.
Vlottende activa min vlottende passiva.
Het verschil tussen Voorraden en handels- en overige vorderingen enerzijds en handels-en overige schulden anderzijds. Dit bedrag geeft een indicatie van het zeer korte termijn kasoverschot of -nood.
Nettowinst gedeeld door het gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen.
Crescent heeft oog voor haar verantwoordelijkheid om zich ethisch te gedragen bij het nastreven van haar bedrijfsdoelstellingen. Daarom legt de Groep de volgende ethische verklaring af. Crescent NV, met inbegrip van al haar dochterondernemingen, aanverwante bedrijven en/of geconsolideerde holdings, neemt volgende praktijken in acht:
We zullen niet investeren in een van de volgende gebieden:
We zullen de onderstaande activiteiten niet beoefenen:
We zullen onze werknemers niet discrimineren:
We zullen de nodige controles en procedures invoeren om te verzekeren dat al onze leveranciers en onderaannemers:
In onze distributie- en leveringsakkoorden zullen we clausules opnemen die omkooppraktijken verbieden. Binnen ons personeelsbeleid werken we maatregelen uit die we kunnen en zullen nemen om corruptie te voorkomen.
Crescent is krachtens de Belgische wetgeving verplicht zijn jaarverslag in het Nederlands op te stellen. Crescent heeft ook een verkorte Engelse vertaling van dit jaarverslag gemaakt. Bij tegenstrijdigheid tussen de Engelse en Nederlandse versie van dit jaarverslag, is de Nederlandse brontekst bindend.
Dit jaarverslag is alleen in elektronische vorm beschikbaar. Deze elektronische versie kan worden gedownload via het internet op de website van Crescent (www.crescent-ventures.com). Andere informatie op de website van Crescent of op enige andere website, maakt geen deel uit van dit jaarverslag.
Dit jaarverslag bevat toekomstgerichte uitspraken, daaronder zonder beperking inbegrepen uitspraken met de woorden "is van oordeel", "verwacht", "is van plan", "is voornemens", "streeft ernaar", "naar verwachting", "naar schatting", "zal", "wil", en soortgelijke uitdrukkingen. Deze toekomstgerichte uitspraken reflecteren bekende en onbekende risico's, onzekerheden en andere factoren die tot gevolg kunnen hebben dat de werkelijke resultaten, financiële toestand, prestaties of verwezenlijkingen van Crescent, of bedrijfsresultaten wezenlijk verschillen van de toekomstige resultaten, prestaties of verwezenlijkingen uitgesproken of geïmpliceerd in deze toekomstgerichte uitspraken. Gezien deze onzekerheden wordt de lezer afgeraden overmatig te vertrouwen op deze toekomstgerichte uitspraken. Deze toekomstgerichte uitspraken zijn uitsluitend gemaakt op datum van dit jaarverslag. Crescent wijst uitdrukkelijk elke verplichting af om deze toekomstgerichte uitspraken in dit jaarverslag bij te werken rekening houdend met een wijziging van de desbetreffende verwachtingen of een verandering van gebeurtenissen, voorwaarden of omstandigheden waarop deze uitspraak berust, tenzij een dergelijke uitspraak is voorgeschreven in de geldende wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen.
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.