Annual Report • Mar 30, 2012
Annual Report
Open in ViewerOpens in native device viewer
De Plug 'n Play 3G CAMERA
Sterke beveiliging vereenvoudigen
Verbonden OP JOUW MANIER
's Werelds kleinste PERSOONLIJKE HOTSPOT
Je draadloze hoge snelheid GATEWAY
Hoge snelheid multimode MODULE-OPLOSSINGEN
2011
CONNECTIVITEIT • BEVEILIGING • GEBRUIKERSERVARING
• SMS afstandsbediening
• Vaste DSL back-up
optioneel WiFi
| 1. AAN ONZE AANDEELHOUDERS 11 |
|---|
| 2. GECONSOLIDEERD EN STATUTAIR JAARVERSLAG 2011 VAN DE RAAD VAN BESTUUR VAN OPTION NV 13 |
| 3. FINANCIEEL OVERZICHT 48 |
| 4. FINANCIEEL VERSLAG - IFRS 51 |
| 5. VERKLARING VAN DE COMMISSARIS 106 |
| 6. ENKELVOUDIGE JAARREKENING OPTION NV EN TOELICHTING (VERKORTE VERSIE) 109 |
| 7. INVESTOR RELATIONS EN FINANCIELE KALENDER 115 |
| 8. VERKLARING VERANTWOORDELIJKE PERSONEN 117 |
| 9. BEDRIJFSWIJZER, STAND PER EINDE 2011 118 |
| 10. VERKLARENDE WOORDENLIJST 119 |
| 11. SOCIALE VERANTWOORDELIJKHEID 120 |
Beste Option-aandeelhouders
2011 was een jaar van transformatie voor Option, waarin we bleven werken aan de ontwikkeling van nieuwe oplossingen binnen de krijtlijnen van onze nieuwe strategische positionering die eerder is bekendgemaakt. Want geconfronteerd met de immer stijgende prijsconcurrentie op de hardwaremarkt van connectiviteitstoestellen, hebben we de focus van onze productontwikkeling verlegd van pure, gestandaardiseerde toestellen naar onafhankelijke softwareproducten en end-to-end oplossingen en diensten voor mobiele operatoren en specifieke segmenten met een toegevoegde waarde. Daarvoor bouwde Option zijn business op rond drie strategische pijlers, met het doel om innovatieve en baanbrekende oplossingen te creëren die nieuwe, geconnecteerde en veilige diensten moeten mogelijk maken:
In lijn met deze benadering hebben we, na belangrijke managementwissels, ook de organisatie aangepast via de integratie van bestaande business units in een enkel sales- en marketingteam, met volledige sales- en marketingverantwoordelijkheden. Daarnaast hebben we een nieuwe lijn van producten en oplossingen ontwikkeld:
Een belangrijke stap in het aantrekken van verse krachten die nodig zijn voor de nieuwe strategie werd in juli 2011 gezet toen we het user experience team van Mobiwire (voorheen Sagem Wireless) binnenhaalden. Dit team is nu opgenomen in de cyclus van productontwikkeling en werkte hard aan de review en de herpositionering van onze producten, wat bijvoorbeeld resulteerde in de VIU² met fantastische apps voor zowel iPhone als Android. Ik ben ervan overtuigd dat onze verhoogde focus op user experience zal leiden tot de ontwikkeling van spannende, nieuwe producten die betrouwbare technologie combineren met een uitstekende gebruikersinterface en -ervaring.
De Onderneming ging ook een partnership aan met Autonet om een antwoord te kunnen bieden op de stijgende vraag naar geïntegreerde mobiele technologiesystemen voor de automobielmarkt. De samenwerking tussen Option en Autonet zal de eerste, mobiele IPgebaseerde Telematics Control units (TCU) voor auto's op de markt brengen. Option's draadloze modules, in combinatie met Autonet's TCU en beheerd netwerk maken dit het eerste intelligente communicatie- en stuurapparaat dat ontworpen is om een nieuw en verticaal gestructureerd ecosysteem voor auto's te maken.
Zoals aangegeven was 2011 een jaar van transformatie, waarbinnen we erin geslaagd zijn om een aantal belangrijke wijzigingen door te voeren. Ik wil graag het managementteam en alle werknemers van Option uitdrukkelijk bedanken voor hun blijvende inspanningen en creativiteit bij de heropbouw van de Onderneming. De industriële transformatie die Option inzette, wordt nu voltrokken. We geloven dat we de vereiste ingrediënten en oplossingen hebben ontwikkeld die ons moeten toelaten om opnieuw een boeiend verhaal te schrijven. Het jaar 2012 wordt het moment van de waarheid voor het succes van onze nieuwe strategie. Ik geloof oprecht dat we in die missie kunnen slagen, net zoals we erin geslaagd zijn om onszelf meer dan eens heruit te vinden in de voorbije 25 jaar!
Olivier Lefebvre Voorzitter van de Raad van Bestuur 30 maart 2012
Wij stellen u hierbij ons verslag voor inzake de statutaire en geconsolideerde resultaten van Option NV (verder ook de "Vennootschap" genoemd) betreffende het boekjaar dat op 31 december 2011 eindigde.
De geconsolideerde resultaten bevatten de financiële rekeningen van de moedervennootschap Option NV en al haar dochtervennootschappen bijgehouden tot het einde van de financiële periode: Option Wireless Ltd. (Cork, Ierland), Option Germany GmbH (Augsburg, Duitsland), Option Inc. (Alpharetta, Verenigde Staten van Amerika), Option France SAS (Parijs, Frankrijk), Option Wireless Japan KK (Tokyo, Japan), Option Wireless Germany GmbH (Kamp-Lintfort, Duitsland), Option Wireless Hong Kong Limited (Hong Kong, China), Option Wireless Technology Co. Ltd. (Suzhou, China), Option Wireless Hong Kong Limited Taiwan Branch (Taipei, Taiwan) (gezamelijk "Option" of de "Groep"). Intragroep verrichtingen werden geëlimineerd bij de consolidatie van de Vennootschappen
Gedurende het financiële jaar 2011 kondigde de Groep de overname van de Connected Consumer Electronics activa van MobiWire SA aan. Deze activa omvatten Surface UXTM software, verwante IP, en een kernteam van gebruiksdeskundige experts. Het team van user experience experten zijn in Parijs gevestigd en het bedrijf opereert onder de naam "Option France SAS" (Societe Anonyme Simplifiée), welke werd opgericht in augustus 2011.
Voor een gedetailleerd overzicht betreffende de geconsolideerde resultatenrekening en de balans, inclusief de toelichtingen conform IFRS (International Financial Reporting Standards) verwijzen we naar het financieel verslag.
De meest opvallende elementen van het geconsolideerd resultaat kunnen als volgt worden samengevat in k€ (duizend EUR):
De opbrengsten voor 2011 daalden met 13,5 % tot k€ 49 915, vergeleken met k€ 57 731 in 2010. De opbrengsten in verband met producten daalden van k€ 51 037 in 2010 naar k€ 19 252 in 2011, terwijl de opbrengsten in verband met licenties stegen van k€ 6 694 in 2010 naar k€ 30 663 in 2011. Deze 2011 licentie inkomsten waren vooral het gevolg van een samenwerkingsovereenkomst tussen de Groep en Huawei Technologies in oktober 2010, waarin Huawei ondermeer overeenkwam om een licentie te nemen op de Option uCAN ® Connection Manager software, en waarvoor een bedrag van € 27 miljoen werd betaald welke een periode van 1 jaar bestrijkt (met name de periode van 26 oktober 2010 tot 25 oktober 2011). Deze overeenkomst omvatte eveneens het potentieel voor een verlenging van de licentie voor een bedrag van maximaal € 33 miljoen. De verlenging werd uitgevoerd en zal inkomsten genereren in de periode november 2011 tot oktober 2012. De grondslagen omtrent de boekhoudkundige verwerking in verband met dergelijke licentieovereenkomsten van de Groep bepaalt dat licentie inkomsten worden opgenomen als opbrengst over de periode van de licentie. Derhalve heeft de Groep, voor het financiële jaar 2011, € 28 miljoen als opbrengst erkend (2010: € 4,9 miljoen).
De brutomarge voor 2011 bedroeg 61,6 % ten opzichte van de opbrengsten in vergelijking met een brutomarge van 26,1 % in 2010. Met een kostprijs van verkochte goederen van k€ 19 181 bedroeg de brutowinst k€ 30 733 in 2011, een stijging van meer dan 104 % in vergelijking met de brutowinst van 2010 ter waarde van k€ 15 047. De brutowinst van 2011 werd positief beïnvloed door een toename van de software en licentie opbrengsten welke hogere marges leveren in vergelijking tot de opbrengsten gegenereerd uit de verkoop van producten.
In 2011 bedroegen de bedrijfskosten, inclusief afschrijvingen k€ 34 313 in vergelijking met k€ 47 804 in 2010. Dit komt neer op een daling met 28,2%. Deze daling van de bedrijfskosten is het resultaat van de kostenbesparingen, geïnitieerd in 2009, gecombineerd met lagere kosten welke in verhouding staan tot de verkopen, alsook een doeltreffende kostencontrole binnen de Groep.
De verkoop van de dochterondernemingen "M4S" en "M4S Wireless" aan Huawei in het laatste kwartaal van 2010 voor een bedrag van € 7,1 miljoen, genereerde andere inkomsten voor een bedrag van k€ 871 in 2010.
Tijdens het boekjaar bedroeg de EBIT k€ -3 580, of -7,2 % van de opbrengsten. In 2010 bedroeg de EBIT k€ -31.886 of -55,2 % van de opbrengsten.
De Groep realiseerde een positief financieel resultaat van k€ 676 in 2011 (2010: negatief van k€ -838). Het netto wisselkoersresultaat in 2011 liep op tot k€ 259, voornamelijk te wijten aan de zwakke US dollar. De Groep ontving tevens k€ 435 interesten uit risicovrije beleggingen van de beschikbare liquide middelen (2010: k€ 59). De financiële kosten van k€ -142 vloeiden voornamelijk voort uit betaalde interesten met betrekking tot de huidige kredietlijnen alsook bankkosten, laattijdigheidsintresten en betalingsverschillen (2010: k€ -720).
Tengevolge de IFRS richtlijn met betrekking tot uitgestelde belastingvorderingen, hanteerde de Groep in dit opzicht het voorzichtigheidsprincipe en besloot om de uitgestelde belastingvordering in 2010 volledig terug te nemen, dit voor een bedrag van € 29,7 miljoen. Dit resulteerde in een negatief belastingresultaat van k€ -28 314 voor 2010. In het financiële jaar 2011 werden geen uitgestelde belastingvorderingen opgenomen. Het belastingresultaat bedroeg k€ 42.
Het nettoresultaat voor het volledige jaar 2011 bedroeg k€ -2 862 of € -0,04 per uitstaand aandeel en per aandeel na verwatering. Ter vergelijking, in 2010 bedroeg het nettoresultaat k€ -61 038 of € -0,74 per uitstaand aandeel en per aandeel na verwatering.
Het balanstotaal bedroeg k€ 47 552 op het einde van het boekjaar, tegenover k€ 63 834 het jaar voordien.
De liquide middelen bedroegen k€ 25 216 in vergelijking met k€ 30 930 op het einde van 2010. Er werden geen bedragen opgenomen van de bestaande kredietovereenkomsten (2010: k€ 4 770). In het eerste kwartaal van het boekjaar 2010 ontving de Groep betalingen voor een bedrag van € 33 miljoen met betrekking tot de finale uitbreidingen in verband met de software en licentie overeenkomst met Huawei.
De handels- en overige vorderingen daalden van k€ 7 277 tot k€ 3 924 op het einde van 2011. Deze daling is voornamelijk toe te schrijven aan de handelsvorderingen die gedaald zijn, een gevolg van de lagere verkopen over het volledige jaar 2011.
De voorraden daalden van k€ 12 425 tot k€ 6 792 op het einde van 2011. Deze daling is toe te schrijven aan een daling van de voorraadposities van goederen in bewerkingen, grondstoffen en afgewerkte producten en tevens door bijkomende afwaarderingen op de voorraden. Op het einde van 2011 bedroeg de totale provisie met betrekking tot het afwaarderen van de voorraad k€ 3 238 ten opzichte van k€ 5 644 in 2010.
De nettoboekwaarde van immateriële en materiële vaste activa kwam eind 2011 uit op k€ 10 415, vergeleken met k€ 13 106 per 31 december 2010. Deze daling is te wijten aan het herzien in 2011 van de bestaande geactiveerde R&D ontwikkelingen wat leidde tot een waardevermindering van k€ 365. Deze waardevermindering vond haar oorzaak in wijzigende technologieën en snel wijzigende marktomstandigheden. De restwaarde wordt bepaald op basis van een raming van de verwachte contributie van deze projecten in de volgende kwartalen.
In 2011 bedroegen de investeringen in materiële vaste activa, voornamelijk testapparatuur k€ 188 (2010: k€ 64). De Groep investeerde ook k€ 6 209 (2010: k€ 9 300) in immateriële vaste activa, waarvan k€ 5 744 (2010: 8 726) in geactiveerde ontwikkelingsprojecten en k€ 465 (2010: k€ 574) in bijkomende licenties.
De uitgestelde belastingsvordering, in hoofdzaak gevormd door de verliezen gerealiseerd in Option NV werd einde boekjaar 2010, op basis van IFRS richtlijnen inzake uitgestelde belastingvorderingen, in haar totaliteit teruggenomen. De Groep heeft hiervoor het voorzichtigheidsprincipe gehanteerd. In het financiële jaar 2011 werden geen bijkomende uitgestelde belastingvorderingen opgenomen.
Tijdens het boekjaar bedroegen de schulden op ten hoogste één jaar k€ 46 285 in vergelijking met k€ 59 768 in 2010. Dit is in hoofdzaak een combinatie van enerzijds:
Op een balanstotaal van k€ 47 552 bedroeg het totale eigen vermogen k€ 1 245.
Op 31 december 2011 stelde de Groep 183 voltijdse equivalenten te werk in vergelijking met 206 voltijdse equivalenten op het einde van 2010.
De bedrijfsopbrengsten voor het volledige jaar bedroegen € 39,9 miljoen (samengesteld uit een omzet van € 30,7 miljoen, geactiveerde ontwikkelingskosten van € 5,7 miljoen en overige intra-groeps opbrengsten en gerecupereerde kosten van € 3,7 miljoen). Deze bedrijfsopbrengsten namen toe in vergelijking met de bedrijfsopbrengsten van € 18,9 miljoen in 2010 (voornamelijk samengesteld uit een omzet van € 8,2 miljoen, geactiveerde ontwikkelingskosten van € 6,6 miljoen en overige intra-groeps opbrengsten van € 4,1 miljoen). De omzet in 2011 nam toe met € 22,4 miljoen, in hoofdzaak het gevolg van de opgenomen opbrengsten welke verband houden met de software en licentie overeenkomst met Huawei.
De operationele kosten daalden van € 38,2 miljoen naar € 36,3 miljoen, resulterend in een operationeel resultaat of EBIT van € 3,5 miljoen in vergelijking met een EBIT van € -19,3 miljoen in 2010, of een verbetering met € 22,8 miljoen.
De financiële opbrengsten namen toe, van € 0,6 miljoen in 2010 naar € 2,2 miljoen in 2011. In het boekjaar 2011 was er een toekenning van een dividend van € 1,5 miljoen door de Hong Kong dochtervennootschap Option Wireless Hong Kong Ltd. De financiële kosten daalden van € 0,9 miljoen in 2010 naar € 0,2 miljoen in 2011.
Tijdens het boekjaar 2011 heeft de Vennootschap de bestaande geactiveerde onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten herzien, wat resulteerde in een bijzondere waardevermindering van € 0,36 miljoen (2010: € -5 miljoen) en welke toe te schrijven was aan wijzigende technologieën, hun kortere levensduur alsook snel wijzigende marktomstandigheden. Dit bedrag werd opgenomen als een uitzonderlijk resultaat in de jaarrekening van de Vennootschap.
Ten gevolge van het bovenvermelde, wijzigde het nettoresultaat van een verlies van € -23,9 miljoen in 2010 naar een winst van € 5,1 miljoen in 2011.
De immateriële vaste activa stegen van € 8 miljoen naar € 8,6 miljoen, ten gevolge van een combinatie van de activering van ontwikkelingskosten en geboekte afschrijvingen en waardeverminderingen.
De materiële vaste activa daalden van € 4 miljoen naar € 1,3 miljoen voornamelijk wegens de geboekte afschrijvingen.
De financiële vast activa stegen van € 2,6 miljoen in 2010 naar € 3,7 miljoen in 2011 als een gevolg van de oprichting van "Option France SAS" en de participatie in Autonet gedurende het boekjaar 2011.
De voorraden daalden van € 0,6 miljoen naar € 0,2 miljoen. Deze daling is voornamelijk toe te schrijven aan een dalende voorraad van componenten en afgewerkte producten.
De handels- en overige vorderingen daalden van € 23 miljoen in 2010 naar € 14,2 miljoen in 2011, voornamelijk ten gevolge een afname in de intragroepsvorderingen op Option Wireless Ltd. (Cork, Ierland) en Option Wireless Hong Kong Ltd. (Hong Kong, China).
De liquide middelen stegen tijdens het boekjaar van € 1,7 miljoen in 2010 naar € 14,6 miljoen op het einde van 2011.
De voorziening van € 0,5 miljoen, aangelegd in 2010 en welke betrekking hadd op enkele juridische geschillen, werd in 2011 voor het grootste deel aangewend. Er werden bijkomende provisies aangelegd voor een bedrag van k€ 46.
De schulden op ten hoogste één jaar daalden van € 13,3 miljoen naar € 6,6 miljoen. Deze daling volgt voornamelijk uit een afname met € 4,8 miljoen van de financiële schulden. Op het jaareinde van 2011 maakte de Vennootschap geen gebruik van haar bestaande kredietovereenkomsten (jaareinde 2010: € 4,8 miljoen).
Op een balanstotaal van € 40,2 miljoen bedroeg het totaal eigen vermogen € 3,7 miljoen op 31 december 2010, of minder dan de helft van het maatschappelijk kapitaal. Als een gevolg hiervan diende de verplichte procedure, uiteengezet in artikel 633 van het Wetboek van Vennootschappen, te worden nageleefd en een Algemene Vergadering van Aandeelhouders diende te worden gehouden uiterlijk twee maanden nadat de verliezen zijn vastgesteld door de Raad van Bestuur van 28 februari 2011. In dit verband heeft de Raad van Bestuur een Bijzondere Aandeelhoudersvergadering bijeengeroepen op 26 april 2011 en op 16 mei 2011 en heeft een speciaal verslag opgesteld waarin zij voorstelde om de activiteiten van de Vennootschap voort te zetten en de maatregelen te identificeren die al zijn genomen en nog moeten worden genomen met als doel om haar financiële situatie te verbeteren. Deze Algemene Vergadering besliste om de Vennootschap niet te ontbinden en de activiteiten van de Vennootschap verder te zetten. Het totale eigen vermogen per 31 december 2011 bedroeg € 8,8 miljoen op een balanstotaal van € 42,8 miljoen, en meer dan de helft van het geplaatste kapitaal.
Op 31 december 2011 stelde de Vennootschap 105 werknemers te werk, die 103 voltijdse equivalenten vertegenwoordigden, in vergelijking met 113 voltijdse equivalenten op het einde van 2010.
De enkelvoudige statutaire jaarrekening van de Vennootschap (volgens Belgische boekhoudregels) toont voor het boekjaar 2011 een nettowinst van € 5,1 miljoen, ten opzichte van een nettoverlies van € - 23,9 miljoen gerealiseerd in 2010.
De Raad van Bestuur stelt voor om de niet-geconsolideerde nettowinst van k€ 5,1 over 2011 toe te voegen aan het overgedragen resultaat van het vorige boekjaar.
| Resultaatverwerking - verkort schema (conform de Belgische boekhoudnormen) | |||
|---|---|---|---|
| 31 december - in k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 | |
| Overgedragen winst / (overgedragen verlies) van het vorige boekjaar | (68 074) | (44 132) | |
| Te bestemmen winst / (te verwerken verlies) van het boekjaar | 5 122 | (23 942) | |
| Te bestemmen winstsaldo / (te verwerken verliessaldo) | (62 952) | (68 074) |
Hoewel 2011 gekenmerkt werd door een wereldwijde vertraging van de economische activiteit, bleef de markt van wireless broadband verder groeien. In 2011 werden draadloze telefoons en tablets de dominerende technologie om toegang te krijgen tot het internet, waarbij meer smartphones verkocht werden dan pc's.
De gestage opmars van smartphones werd aangestuurd door de enorme interesse voor apps gecombineerd met verbeterde content op het web die specifiek gericht is op mobiele apparaten. Gartner schat dat in 2011 17,7 miljard apps gedownload werden (een groei van 117 % tegenover 2010) en dat app-stores 15,1 miljard dollar aan inkomsten zagen binnenstromen.
Smartphones werden gedomineerd door één platform, Google's Android, goed voor 50 % van de verkochte smartphones. Apple's iOS kwam met 20 % op de tweede plaats. Met het engagement van Nokia tegenover Windows Phone en het vooruitzicht dat ze met Microsoft de kosten van smartphones kunnen doen dalen, was de verwachting enigszins dat Windows Phone als derde alternatief uit de bus zou komen.
Mobiel internet was echter niet beperkt tot smartphones alleen. Meer en meer goedkope telefoons kregen datafunctionaliteit. De ITU schat dat er in 2011 1,2 miljard mobiele webgebruikers waren. Volgens StatCounter vertegenwoordigden mobiele apparaten 8,49 % van alle website-hits wereldwijd. Dit heeft geleid tot een stijging van de inkomsten uit mobile advertising (Gartner raamt de inkomsten voor 2011 op 3,3 miljard dollar maar voorspelt dat dit bedrag tegen 2015 zal stijgen tot 20,6 miljard dollar) en een toenemende interesse voor mobile commerce en transacties. Near Field Communications (NFC), dat heeft beloofd om transacties en andere diensten aan te bieden via een simpele druk op een telefoon naar een lezer, kaart of andere telefoon, haalde opnieuw de krantenkoppen met de door Google aangekondigde ondersteuning in Android. Er werden weinig handsets gelanceerd en buiten Japan gebeurde het gros van de transacties via mobiele telefoons met USSD, SMS, Web/WAP of Apps. Gartner voorspelt dat grootschalig gebruik van NFC voor transacties via telefoons nog minstens 4 jaar op zich zal laten wachten.
De vorige strategie van MNO's – klanten aan zich proberen te binden via door MNO's beheerde applicaties – is vrijwel volledig mislukt. De belangrijkste applicaties die op smartphones gebruikt worden, zijn afkomstig van vertrouwde internet service-merken. Zo waren volgens Nielsen in de VS de populairste applicaties Google Maps, Facebook en The Weather Channel. Dit heeft ertoe geleid dat MNO's een stap terug hebben gedaan en nu bekijken hoe ze API's kunnen openstellen voor diensten die door hun netwerken worden aangeboden aan App-ontwikkelaars.
HTML5 wint aan populariteit als alternatief ontwikkelingsplatform voor native Apps. HTML5 laat rechtstreekse levering via het internet toe van een App aan meerdere devices, zonder dat er via device platform App stores hoeft gegaan te worden. ABI verwacht dat het aantal App store downloads in 2015 zal pieken. Met HTML5 kunnen HTML-pagina's offline geraadpleegd worden zonder netwerkverbinding, een groot voordeel van Apps. Hoewel het onwaarschijnlijk is dat het Apps volledig zal verdringen, vooral in de meer grafisch intensieve App-segmenten zoals games, wordt verwacht dat een toenemend aantal services dat momenteel via native Apps geleverd wordt, zal migreren naar HTML5. Hoewel HTML5 nog in zijn kinderschoenen staat, wordt het in toenemende mate gezien als het platform dat de applicatie-ontwikkeling op alle devices zal gelijkschakelen.
LTE zet zijn opmars verder, vrij fors in de VS en in mindere mate in de rest van de wereld. De GSMA meldt dat er in augustus 2011 al 26 commerciële LTE-netwerken in 18 landen waren opgezet. Diverse factoren hebben LTE vertraagd. Zoals gewoonlijk hebben terminals lang op zich laten wachten wegens het niet voorhanden zijn van LTE-chipsets die stroomverbruik, grootte en prijsniveaus leveren die geschikt zijn voor mainstream producten. LTE vormt ook een grote uitdaging vanwege de sterk uiteenlopende vereisten op het vlak van bandondersteuning in verschillende delen van de wereld. Dit betekent concreet dat LTE-apparaten radio's zullen nodig hebben die speciaal zijn ontworpen voor de verschillende markten. Dit zal waarschijnlijk de beschikbaarheid van apparaten beperken in alle markten, behalve de grootste, en een modulestrategie voor radio-integratie aantrekkelijker maken voor LTE apparaten. Afgezien van die landen waar LTE gebruikt wordt om vaste breedbandtoegang aan te bieden in landelijke gebieden die niet goed bediend worden door ADSL, is het gebruik van LTE nog steeds beperkt tot stadsdelen met een hoge dichtheid, en dit uitsluitend voor datagebruik. Verizon had in 2011 ook af te rekenen met 4 serviceonderbrekingen op zijn Amerikaanse LTE-netwerk. Het is duidelijk nog heel vroeg voor LTE, maar analisten verwachten een stijging van het aantal LTE-abonnees in 2012.
Ondertussen zorgt de explosieve toename van data (Cisco schat dat het wereldwijde mobiele dataverkeer in 2011 is toegenomen met factor 2,3; meer dan een verdubbeling voor het vierde jaar op rij), die wordt aangedreven door het gebruik van smartphones en dongles (Cisco schat dat een smartphone 35 keer meer mobiel verkeer genereert dan een normale mobiele telefoon en een pc bijna 500 keer meer) ervoor dat operatoren zich reppen om plannen te updaten om high datagebruikers te beperken en verkeer af te leiden naar andere netwerken zoals WiFi. Dit zwengelt ook de interesse aan voor WiFi-achtige netwerken op de blinde plekken die zijn achtergelaten door TVfrequenties. De focus van MNO's is verschoven van de hoogste verbindingssnelheid, meestal voldoende voor gebruikers, naar meer capaciteit.
In 2011 is er een opvallend aantal zeer publieke veiligheidsschendingen geweest waarbij Certificate Authorities, de ruggengraat van de Public Key Infrastructure die verbindingen met het internet beveiligt, zwaar onder vuur kwam te liggen. Dit leidde ertoe dat een vooraanstaande PKI CA in Europa de deuren moest sluiten en een One Time Password token-verkoper in de VS gedwongen was om miljoenen token devices terug te roepen. Zelfs de grootste merken en overheidssites waren amper opgewassen tegen de hackers. Tal van zeer publieke inbraken in internet-gebaseerde systemen resulteerden in miljoenen gestolen gegevens van klanten en intellectuele eigendom. Het ziet ernaar uit dat hierbij zowel door regeringen gesponsorde als onafhankelijke hackers betrokken waren. Minder publieke informatie is bekend over wat er gebeurt met de miljoenen kleinere internetsites maar dat komt waarschijnlijk omdat zij niet over systemen beschikken om een inbraak te detecteren of deze willen verdoezelen. Sommige regeringen hebben gereageerd met strengere voorschriften, waardoor bedrijven gedwongen waren inbraken openbaar te maken en zich de geschikte technologie aan te schaffen om aan deze voorschriften tegemoet te komen. Ook smartphones worden in toenemende mate het mikpunt van hackers en dit begint een groot probleem te worden voor bedrijfsmatig gebruik van smartphones. Een andere gesofisticeerde aanval die veel aandacht trok, was die op de Iraanse supervisory and data acquisition (SCADA) in verband met hun kernprogramma. Dit bracht het probleem van de beveiliging van M2M-systemen onder de aandacht en riep het doembeeld op van hackers die inbreken in vitale service-infrastructuur.
In 2011 was er veel interesse voor Cellular Machine to Machine-applicaties met heel wat hockeystickvoorspellingen over groei van diverse analisten. Ze wijzen er echter ook op dat veel operatoren het gefragmenteerde karakter van M2M-markten en de lage ARPU-niveaus die M2Mapplicaties genereren, nog steeds als een grote uitdaging zien. De M2M-markt is in geen geval louter cellulair en de diverse reeks segmenten en resulterende onenigheid tussen analisten maakt het moeilijk om de globale cellulaire M2M-markt te voorspellen. M2M wordt ook nog altijd gedomineerd door 2Gtechnologie, hoewel 3G opgang begint te maken in bepaalde segmenten die hogere snelheden vereisen, zoals medische beeldvorming en elektronische beeldschermen, alsook op markten waar spectrum refarming naar 3G ervoor zorgt dat bedrijven een 2G/3G-modem zien als een manier om zich enigszins in te dekken voor de toekomst. In 2011 werd een toenemend aantal operatorpartnerships met end-to-end M2M-management en middleware-fabrikanten aangekondigd, waarbij MNO's de waardeketen proberen op te klimmen, weg van pure connectiviteit. Het is niet duidelijk of ze daar zullen in slagen op alle behalve de grootste M2M-segmenten. Het gros van de inkomsten, net zoals de oplossingen die via Apps op smartphones geleverd worden, zal waarschijnlijk komen van kleinere, industriegerichte bedrijven (Informa geeft aan dat 64 % van M2M SIM- deals voor toestellen van minder dan 5K zijn). Het is nog onduidelijk hoe (en of) MNO's de ontwikkeling van deze markt zullen stimuleren via innovatie in deze bedrijven en hoeveel waarde dit hen zal opleveren. M2M-abonnementsplannen hebben nog steeds een heel lage waarde (81 % van deals <5€ ARPU/maand volgens onderzoek van Informa), met de meeste waarde in M2M-oplossingen bij databeheer en data-analyse door bedrijven die de enabled producten leveren in plaats van de communicatie-infrastructuur.
2011 was ook een jaar van ettelijke opvallende fusies, waarvan de mislukte fusie tussen AT&T en T-Mobile in de VS het meest in het oog sprong. Veel van deze fusies, zoals die tussen Google en Motorola Mobility, waren bedoeld om IP-portefeuilles te versterken om bescherming te bieden tegen een toegenomen aantal IP-gerelateerde rechtszaken. Met name fabrikanten van Android devices werden geplaagd door rechtszaken die werden aangespannen door zowel Apple als andere partijen. In 2011 werd ook Atheros overgenomen door Qualcomm, een verdere stap in de evolutie naar de integratie van verschillende radiotypes in één geïntegreerde chipset.
In 2011 leverde Option 0,4 miljoen toestellen, een daling van 55 % tegenover 2010. De inkomsten voor het jaar bedroegen € 49,9 miljoen, een daling van 14 % tegenover 2010.
Tijdens het jaar daalden de inkomsten uit producten (USB-toestellen en modules). Ze waren nog goed voor 38,5 % van de inkomsten. De inkomsten uit software en licenties vertegenwoordigden zo'n 61,5% van de inkomsten. In 2010 was dat respectievelijk 88,4% voor producten en 11,6 % voor software en licenties.
In het traditionele segment van USB-producten bleef Option kampen met aanzienlijke (prijs)concurrentie van Amerikaanse verkopers (in het bijzonder Huawei en ZTE). Hoewel de Europese markt voor dit productsegment in 2011 zeer groot bleef besloot het bedrijf om geen nieuwe USBtoestellen te ontwikkelen voor het lager tot middendeel van de markt. In plaats daarvan heeft Option de focus verschoven naar de ontwikkeling van USB-toestellen met een meer complexe functionaliteit. Op de Amerikaanse markt bleef Option met succes een high end-USB-product verkopen bij AT&T, terwijl in Europa 2011 gekenmerkt werd door de verdere verkoop van de bestaande productlijnen met verschillende telecombedrijven als klanten.
Geheel in lijn met 2010, heeft de focus op de Amerikaanse markt het bedrijf in 2011 in staat gesteld om positieve marges te behouden op de verkoop van USB-sticks. Het aandeel van de Amerikaanse inkomsten in de totaalcijfers van het bedrijf daalde in 2011 tot 15 %, waar het in 2010 nog 29 % bedroeg. Hoewel prijsdruk een invloed heeft gehad op de marges van de Amerikaanse verkopen, bleven de marges op de verkoop van USB-sticks in heel 2011 aanzienlijk hoger dan de marges die behaald werden op de verkoop van USB-sticks in Europa.
2011 was een jaar van verandering. Option had eerder beslist om haar focus te verschuiven van pure hardware-artikelen naar onafhankelijke softwareproducten, end-to-end-services voor mobiele operatoren en een portefeuille van inbouwmodules voor specifieke meerwaardesegmenten.
In 2011 namen de inkomsten uit de licensing van softwareproducten sterk toe (van € 6,7 miljoen in 2010 tot € 30,7 miljoen in 2011). Deze inkomsten werden beïnvloed door de samenwerkingsovereenkomst die in oktober 2010 getekend werd met Huawei. Het bedrijf en Huawei Technologies sloten een samenwerkingsovereenkomst af waarbij de bedrijven, inter alia, ermee instemden om een licentie te verlenen voor Option's connection manager-software. In de loop van 2011 werd de licentie verlengd tot oktober 2012.
In 2011 lanceerde Option uCAN Connect 3.0, dat werd ingezet door Telenor Norway als hun MK6 connection manager. Options expertise op het gebied van connection management was al erkend via de serviceovereenkomst met Interdigital, die leidde tot de integratie van een geavanceerde bandbreedte-managementoplossing in het uCAN Connect-platform. Deze oplossing werd gedemonstreerd op het Mobile World Congress in Barcelona in februari 2011.
Het uCAN Connect-product wordt niet alleen door de mobiele operatoren erkend als een waardevolle softwaretool. In de loop van het jaar heeft het bedrijf zijn softwareoplossingen ook verkocht aan grotere bedrijven die geïnteresseerd waren om hun werknemers mobiele breedbandoplossingen op maat te bieden. Een van de belangrijkste verschilpunten van de uCAN Connect-software is het feit dat ze op exact dezelfde manier kan gebruikt worden op verschillende platformen. Hierdoor geeft de uCAN Connect-software dezelfde gebruikservaring aan de gebruiker van een notebook ongeacht het besturingssysteem (Windows, MacOS, Linux), wat dus een heus 'cross'-platformgebruik binnen een bepaalde organisatie mogelijk maakt.
Een belangrijke stap in de transformatie van het bedrijf werd eind juli 2011 gezet toen Option het team van user experience experten van Mobiwire (het voormalige Sagem Wireless) overnam. Nadat het team geïntegreerd was en zijn intrek had genomen in de nieuwe kantoren in Parijs, werden de producten onder de loep genomen vanuit een gebruikerservaring- en 'go-to-market'-oogpunt. Als gevolg van deze doorlichting besloten we om de VIU²-producten te herpositioneren en de gebruikerservaring- en 'go-to-market'-strategie voor de producten XYfi- en uCAN Connect verder te verbeteren. Hoewel deze doorlichting een invloed heeft gehad op de ontwikkelingscyclus en 'go to market', heeft ze geleid tot boeiende nieuwe producten die betrouwbare technologie combineren met een uitstekende interface die een uitermate veelbelovende gebruikerservaring biedt. De eerste twee producten die deze nieuwe benadering goed weerspiegelen, zijn XYfi en VIU².
Met XYfi heeft het bedrijf een nieuw product in een nieuwe categorie gelanceerd door WWAN (2G & 3G) te combineren met WLAN (WiFi) in een USB-stick. De stick kan gebruikt worden als mobiele hotspot (bv. verbinden in 3G met WiFi) maar ook als WiFi-hotspot. Hierdoor verbindt XYfi niet alleen met cellulaire netwerken om WiFi te delen, maar ook met WiFi, waardoor de gebruiker een hub voor connectiviteit wordt en telecombedrijven aanzienlijke voordelen op het vlak van WiFi-offload krijgen. XYfi wordt van stroom voorzien via een USB-aansluiting, wat betekent dat gebruikers kunnen profiteren van een brede waaier van stroombronnen die USB ondersteunen. Overigens zal de XYfi worden aangeboden met een reeks elegante voedingsaccessoires, waaronder een muurstekker (aansluiting thuis) en een autostekker (aansluiting in de auto), alsook een uniek uitbreidbaar battery pack voor de grootste autonomie van alle batterij-aangedreven personal hotspot routers. Ten slotte leidde de focus van het bedrijf op de softwareontwikkeling voor XYfi tot een heel veelzijdig, eenvoudig te gebruiken en uniek product, zoals gedemonstreerd werd in Barcelona in 2012, waar het werd verkozen door Engadget1 als "Best Connectivity Device" van het Mobile World Congress 2012.
Een tweede product dat de combinatie van de verschillende expertisegebieden van Option weerspiegelt, is het opnieuw gepositioneerde product VIU². Deze 3G-camera werd oorspronkelijk ontworpen om verschillende types telefoons te ondersteunen, waaronder een groot aantal featuretelefoons. Echter, tegen de achtergrond van de almaar verder toenemende populariteit van smartphones en in het licht van het feit dat klanten het gewend raken om via een specifieke app toegang tot webgebaseerde applicaties te krijgen, besloot het bedrijf om de positionering van het product te wijzigen. De nieuwe VIU² werd in februari 2012 voorgesteld op het Mobile World Congress. Het product is heel eenvoudig te gebruiken, wordt ondersteund door een iPhone app en een Android app, en is modulair, zodat het kan uitgerust worden met verschillende sticks die verschillende soorten connectiviteittechnologie verschaffen (HSPA, EVDO, WiFi enz.)
Vorig jaar is er een toenemend aantal opvallende lekken vanuit regeringen en bedrijven geweest. Deze trend begon in 2010 maar zette zich door in 2011. Dit leidde tot een toegenomen interesse voor oplossingen om wired en draadloze datacommunicatie te beveiligen. Het bedrijf speelde op die trend in via een eerste partnerschap met KOBIL Systems GmbH, wat resulteerde in de ontwikkeling van de mIDentity 3G-oplossing. In 2011 verschoven we onze inspanningen op het gebied van beveiliging via een nieuw partnerschap, dit keer met VASCO Data Security International, Inc (Nasdaq: VDSI). VASCO is een vooraanstaand softwarebeveiligingsbedrijf dat gespecialiseerd is in authenticatieproducten. Option en VASCO ontwikkelden een nieuw product: "Cloudkey". De Vennootschap zal zijn inspanningen op het vlak van beveiligingsoplossingen in de toekomst concentreren op Cloudkey.
Cloudkey is een mobiele beveiligingsoplossing die eenvoudige en veilige toegang biedt tot cloudapplicaties en data waarbij VASCO's Digipass authenticatiemogelijkheden gecombineerd worden met Options 3G USB modem en connection management software. De oplossing kan gebruikt worden in standaard professionele en bedrijfsomgevingen om toegang te krijgen tot bedrijfsdata of het intranet, alsook in omgevingen waar gebruikers nood hebben aan eenvoudige en veilige toegang tot persoonlijke data of applicaties in de cloud. Cloudkey kan gebruikt worden door bedrijven die VASCO's DIGIPASS authenticatietoestellen al geïnstalleerd hebben, maar ook over 3G-connectiviteit moeten beschikken. Het gebruik van een privé-APN kan de toegang tot intranetsystemen verder versterken. Voor die gebruikers biedt Cloudkey een alles-in-één oplossing die eenvoudig te gebruiken is en gemakkelijk te dragen is. Cloudkey is ook voorzien van een micro-SD-gleuf, waardoor gebruikers over een extra portable storage-oplossing beschikken en toekomstige modulaire uitbreidingen van het product mogelijk zijn.
Het product kan zowel gecommercialiseerd worden via het kanaal van de mobiele netwerkoperatoren als via dat van de system integrators die gespecialiseerd zijn in de uitvoering van oplossingen die gericht zijn op beveiliging. Tot slot heeft het bedrijf een speciale ingesloten oplossing voor de beveiligingsmarkt ontwikkeld. Deze oplossing kan verkocht worden als een product voor integratie in een host device of als een platform voor verdere projectgebaseerde ontwikkeling en opstelling.
In de loop van 2011 heeft het bedrijf zijn ingesloten oplossingen verder uitgebreid met de lancering van nieuwe modules en het toegenomen gebruik van de bestaande portefeuille door de mobiele netwerkoperatoren in de VS, Europa en Azië. Voor het eerst in de geschiedenis van Option werd een toestel ontwikkeld en gelanceerd dat op CDMA/EV-DO-netwerken (netwerken die hoofdzakelijk in de VS zijn opgezet) werkt. Het bedrijf kan nu andere types ingesloten oplossingen aanbieden (LGA, 'full
1 Engadget is een vooraanstaand webtijdschrift dat dagelijks verslag doet van al wat nieuw is op het gebied van gadgets en consumentenelektronica.
size' en 'half size' PCIe mini-kaartmodules) die zijn goedgekeurd door grote mobiele netwerkoperatoren die actief zijn in verschillende geografische regio's, waaronder AT&T en Verizon in de VS en NTTDoCoMo in Japan. Bovendien werd de portefeuille van inbouwmodules verticaal uitgebreid met de ontwikkeling van ingebouwde oplossingen met geïntegreerde beveiligingselementen (OTP, smartcard-lezers enz.). Deze oplossingen kunnen verschillende gebruikssituaties ondersteunen en tevens gecommercialiseerd worden via het op beveiliging gerichte systeemintegratorenkanaal.
Option heeft 1,5 miljoen dollar geïnvesteerd in het in San Francisco gevestigde Autonet Mobile, Inc, een vooraanstaande leverancier van connectiviteit in de auto. Naast deze investering is het bedrijf ook een partnerschap aangegaan met Autonet. In het kader van dit partnerschap zal Autonet Options draadloze modules en software gebruiken om de eerste mobiele IP-gebaseerde Telematics Control Unit (TCU) voor auto's op de markt te brengen. Option's draadloze modules in combinatie met Autonet's TCU en beheerd netwerk maken dit het eerste intelligent communicatie- en stuurapparaat dat ontworpen is om een nieuw en verticaal gestructureerd ecologisch systeem voor auto's te maken. Het eerste automodel met de TCU wordt in de tweede helft van 2012 verwacht.
Het bedrijf zal zijn productontwikkeling in de toekomst verder blijven toespitsen op
Het bedrijf is begonnen met de ontwikkeling van een nieuw chipset-platform om gebruikt te worden in producten die zullen werken met de nieuwe 4G LTE-netwerken. Hoewel de twee grote Amerikaanse mobiele netwerkoperatoren vrij actief zijn geweest in de ontwikkeling van hun nieuwe 4G LTEnetwerken, hebben de Europese telecommaatschappijen zich minder gefocust op het uitrollen van nieuwe netwerken om deze nieuwe standaard te ondersteunen. Bovendien bleken de eerste generatie chipsets die in producten geïntegreerd moesten worden, nogal veel stroom te verbruiken en vrij duur te zijn, zodat we besloten te wachten op de tweede generatie LTE-chipsets. Option verwacht dat in Europa de installatie van de 4G LTE-netwerken ergens in de tweede helft van 2012 - begin 2013 goed op gang zal komen. Om zich daarop voor te bereiden, is Option bezig met de ontwikkeling van nieuwe producten. Het eerste werd aangekondigd op het Mobile World Congress 2012 in Barcelona, waar het bedrijf bekendmaakte dat het bezig is met de ontwikkeling van een nieuwe LGA-module voor 4G LTEnetwerken. De module is ontworpen rond de nieuwste chipset-generatie voor LTE van Qualcomm, de MDM9215, en de voetafdruk ervan zal vergelijkbaar zijn met de bestaande LGA-module voor 3Gnetwerken.
In overeenstemming met de vorige aankondigingen is het bedrijf blijven investeren in de uitbouw van verschillende softwarecompetenties; connection manager, content delivery platform (server), policy management en applicatieontwikkeling. Deze investering heeft geleid tot de gestage toename van het relatieve aandeel van softwareontwikkeling in de engineering-afdeling.
Aangezien we ons blijven inspannen om de prijsdruk op de hardwareproducten het hoofd te bieden door verschillende software- en hardware-ingrediënten te combineren door de ontwikkeling van endto-end-oplossingen, zullen we blijven werken met een ontwikkelingsmodel waarbij interne en uitbestede productontwikkeling het bedrijf zal toelaten om de kosten van zijn productontwikkeling te drukken, en tegelijkertijd een gediversifieerde portefeuille producten (en oplossingen) aan te bieden.
Zoals hierboven vermeld, heeft Option in het derde kwartaal de Connected Consumer Electronicsactiva van Mobiwire SA overgenomen. Tot die activa behoorde inter alia een kernteam van experts op het gebied van user experience. Het team, bestaande uit acht mensen met kantoren in Parijs, werd geïntegreerd in de bestaande organisatie. Het team heeft een heel grote bijdrage geleverd aan de nieuwe producten die gepresenteerd werden op het Mobile World Congress 2012 en heeft er mede voor gezorgd dat het bedrijf de prijs voor "Best Connectivity Device" van het Mobile World Congress 2012 heeft gekregen van Engadget (zie hierboven).
De samenstelling van het executive management van de Groep werd ook beïnvloed door de overname van Mobiwire aangezien Jerome Nadel, voormalig EVP van User Experience en Marketing van Mobiwire, bij het bedrijf in dienst kwam als eerste Chief Experience Officer. In die hoedanigheid ziet hij toe op de gebruikerservaring- en productmarketingteams en is hij verantwoordelijk voor het op de markt brengen van de nieuwe innovatieve gebruikersgerichte geconnecteerde toestellen en diensten.
Eerder in 2011 veranderde de samenstelling van het managementteam al met de aanstelling van Jan Smits als de nieuwe Chief Financial Officer (CFO) van de Groep, Bart Goedseels als Chief Operating Officer (COO) en Frédéric Nys als Executive Vice President Engineering and Technology.
De Raad van Bestuur van het bedrijf werd versterkt met de benoeming door de aandeelhouders van FVDH Beheer BVBA, vertegenwoordigd door zijn permanente afgevaardigde Francis Vanderhoydonck, als onafhankelijk bestuurder met ingang van 1 januari 2011.
Na de integratie van het team van user experience-specialisten werd de organisatie van het bedrijf verder gewijzigd door de integratie van de business units in één verkoopteam en marketingteam, met globale verkoop- en marketingbevoegdheden. De activiteiten van de teams zijn niet veranderd en blijven zich toespitsen op de kerndoelmarkten van het bedrijf:
De engineering- en productie-resources blijven een ondersteunende pool van resources die aan projecten werken die zijn goedgekeurd door het managementteam.
Na de sluiting van de vestiging in Kamp-Lintfort eind 2009, is Option Wireless Germany GmbH (Kamp-Lintfort) in liquidatie gegaan. Deze procedure liep verder in 2011 en zal naar verwachting in de loop van het 1e kwartaal van 2012 ten einde komen.
De Groep blijft de bestukking van de meeste van haar belangrijke productlijnen (USB Sticks, inbouwmodules en Routers) uitbesteden aan verschillende productiepartners in Azië (China en Japan). De afwerking van de productie gebeurt in functie van het product en de eisen van de klant of diens geografische nabijheid. Het beheer van de toevoerketen en de aankoop blijft voor alle producten in Europa gebeuren (Ierland en België).
De laatste kapitaalsverhoging gebeurde in december 2009, wat leidde tot de uitgifte van 41.249.296 nieuwe Option aandelen.
Op Groepsniveau vonden een aantal belangrijke gebeurtenissen plaats die gemeld werden op de website van de Vennootschap. We bieden een overzicht van de verschillende persmededelingen die tijdens de eerste drie maanden van het boekjaar 2012 gedaan werden:
o 1 Maart 2012: Option rapporteert resultaten van het tweede halfjaar en het volledige jaar 2011
De waarderingregels in veronderstelling van continuïteit werden zowel voor de afzonderlijke jaarrekeningen als voor de geconsolideerde jaarrekeningen van de Vennootschap gebruikt. De Raad van Bestuur is van mening dat, niettegenstaande het bestaan van belangrijke overdraagbare verliezen het gebruik van waarderingsregels in veronderstelling van continuïteit gerechtvaardigd is, het onderstaande in overweging nemend.
De Vennootschap opereert hoofdzakelijk in het draadloze data segment. Dit segment blijft een belangrijke groeimarkt. Gebruikers worden er meer en meer aan gewend dat hun toestellen draadloos zijn verbonden met het internet. Applicaties hebben het gebruik van zulke toestellen verder verbeterd, verveelvoudigd en geïntensifieerd. Het groeipotentieel van de sector is verder bewezen door de continue innovatie en ontwikkeling van nieuwe productcategorieën. De verwachte uitrolling van het 4G-netwerk zal de hele telecomindustrie verder doen groeien. Option is reeds vele jaren actief in dit marktsegment en heeft waardevolle knowhow, samenwerkingen en verkoopskanalen opgebouwd.
Op het Mobile World Congress in Barcelona heeft de Vennootschap nieuwe en hergepositioneerde producten (VIU², XYfi en een nieuwe LTE based module) aangekondigd. Daarnaast heeft de Vennootschap verder geïnvesteerd in de ontwikkeling van haar security-gerelateerde producten door een samenwerking met Vasco Data Security. Deze samenwerking heeft geleid tot de introductie van een nieuw product "Cloudkey". Het product wordt verdeeld via systeemintegratoren die gewend zijn om te werken met Vasco Data Security systemen. Hoewel de verkoopscyclus voor zo'n producten gewoonlijk langer is, is de verwachte bruto marge op de verkoop groter en de volatiliteit van verkoopsresultaten lager.
De Raad van Bestuur heeft een budget voor 2012 en een plan voor 2013 goedgekeurd rond de bestaande producten en de initiële feedback die vanuit de markt is binnengekomen met betrekking tot de nieuwe en toekomstige producten. Hoewel het grootste deel van het budget voorspellingen bevat over segmenten en kanalen die voor de Vennootschap vrij nieuw zijn, is de Raad van Bestuur toch de mening toegedaan dat het budget realistisch en terughoudend is opgesteld. De financiële en liquiditeitspositie van de Vennootschap kan mogelijk een negatieve impact in geval het businessplan enkel deels of niet tijdig wordt gerealiseerd. In de komende maanden zal de Vennootschap in staat zijn om te beoordelen in welke mate de initiële marktinteresse wordt gematerialiseerd volgens dit budget.
De voorbije jaren heeft Option stappen ondernomen om haar kostenbasis aanzienlijk te herschikken. Deze kostenvermindering heeft geresulteerd in een zeer belangrijke vermindering van operationele kosten met 45% tussen 2009 en 2011 (exclusief herstructurering en afschrijvingen). In de toekomst zal de Vennootschap zich blijven richten op een verdere optimalisatie van de kosten. Het door de Raad van Bestuur goedgekeurde budget omvat verdere kostenbesparingen die de cash burn van de Vennootschap zullen terugdringen. Deze worden naar verwachting geïmplementeerd in de komende maanden.
Op balansdatum heeft de Vennootschap een sterke liquiditeitspositie, welke de Groep in staat stelt om haar gedefinieerde marktstrategie verder te ontwikkelen. De kredietlijnen die de groep had onderhandeld in 2009 met ING en Belfius (voorheen Dexia) worden momenteel niet opgenomen en zijn niet beschikbaar, omdat de convenanten zijn geschonden. De Vennootschap bekijkt en heronderhandelt momenteel de bestaande kredietlijnen.. De Vennootschap verwacht het nodige werkkapitaal te kunnen aantrekken na een succesvolle lancering van de nieuwe producten.
Op 9 december 2004 publiceerde de Commissie voor Deugdelijk Bestuur de Belgische Code voor Deugdelijk Bestuur. Op 12 maart 2009 werd een vernieuwde versie van deze Code gepubliceerd, welke de Code gepubliceerd in 2004 heeft vervangen. Option conformeert zich uitdrukkelijk naar deze Code van 2009 en heeft op haar website WWW.OPTION.COM (ga naar het "investor relations" deel) een geactualiseerd Charter van Deugdelijk Bestuur gepubliceerd, hetgeen haar beleid en structuur inzake Deugdelijk Bestuur weergeeft, in overeenstemming met voormelde Code van 2009, dewelke integraal terug te vinden is op de volgende website:
http://www.corporategovernancecommittee.be/library/documents/final%20code/CorporateGovNLCo de2009.pdf.
De Code van 2009 heeft een hoge graad van ingebouwde flexibiliteit, hetgeen het voor elk bedrijf ongeacht haar omvang, activiteiten of cultuur, mogelijk maakt om deze te implementeren. Het is gebaseerd op een "pas toe of leg uit" systeem, welke het voor bedrijven mogelijk maakt om af te wijken van de bepalingen van de Code van 2009 wanneer specifieke omstandigheden het rechtvaardigen, mits het geven van een adequate uitleg.
De Wet van 6 april 2010 tot versterking van het deugdelijk bestuur bij de genoteerde vennootschappen en de autonome overheidsbedrijven en tot wijziging van de regeling inzake het beroepsverbod in de bank- en financiële sector heeft de toepassing van de Code voor Deugdelijk Bestuur verplicht gemaakt voor beursgenoteerde bedrijven. Een aantal van de in de Code opgenomen aanbevelingen kan evenwel nog van afgeweken worden, mits het "pas toe of leg uit" systeem wordt nageleefd.
Option hanteert het "pas toe of leg uit" systeem met betrekking tot volgende onderwerpen:
Bovendien heeft de Wet van 20 december 2010 betreffende de uitoefening van bepaalde rechten van aandeelhouders van genoteerde vennootschappen de formaliteiten betreffende de oproeping en de deelneming aan de algemene vergaderingen aanzienlijk gewijzigd. Ten gevolge van de door deze wet opgelegde wijzigingen, zal de Vennootschap haar statuten moeten aanpassen om de wettelijke bepalingen na te leven, dewelke verplicht worden toegepast vanaf 1 januari 2012. Alle bepalingen in de statuten van de Vennootschap die nog niet zijn aangepast aan deze wetgeving, worden geacht geïmplementeerd te zijn en moeten worden nageleefd vanaf 1 januari 2012.
De statuten bepalen dat de Raad van Bestuur ten minste drie en ten hoogte negen leden telt, die voor een termijn van hoogstens zes jaar door de algemene aandeelhoudersvergadering benoemd worden. In overeenstemming met de principes van de Code worden de bestuurders van de Vennootschap voor een maximumduur van vier jaren benoemd. De Raad van Bestuur dient ten minste drie onafhankelijke bestuurders te bevatten.
Op 31 december 2011 was de Raad van Bestuur samengesteld uit zes leden, namelijk:
| An Other Look To Efficiency SPRL, vertegenwoordigd door Olivier Lefebvre |
|---|
| (vaste vertegenwoordiger), onafhankelijk bestuurder, voorzitter |
| Jan Callewaert, uitvoerend bestuurder, gedelegeerd bestuurder |
| Lawrence Levy, niet-uitvoerend bestuurder |
| David A. Hytha, onafhankelijk bestuurder |
| Q-List BVBA, vertegenwoordigd door Philip Vermeulen |
| (vaste vertegenwoordiger), onafhankelijk bestuurder |
| FVDH Beheer BVBA, vertegenwoordigd door Francis Vanderhoydonck |
| (vaste vertegenwoordiger), onafhankelijk bestuurder |
Het mandaat van Q-List BVBA en An Other Look To Efficiency SPRL, benoemd bij beslissing van de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders gehouden op 26 augustus 2008, zal eindigen onmiddellijk na de Algemene Jaarvergadering van dit jaar, die gevraagd zal worden om de jaarrekeningen voor het jaar 2011 goed te keuren.
De herbenoeming van Q-List BVBA als bestuurder van de Vennootschap, en de herbenoeming van An Other Look To Efficiency SPRL als onafhankelijk bestuurder van de Vennootschap zal opgenomen worden in de agenda van de Algemene Jaarvergadering van dit jaar.
Het mandaat van de heren Callewaert, Levy en Hytha zal eindigen onmiddellijk na de Algemene Jaarvergadering, die gevraagd zal worden om de jaarrekeningen voor het jaar 2012 goed te keuren.
Zoals hierboven vermeld, werd FVDH Beheer BVBA vertegenwoordigd door Francis Vanderhoydonck (vaste vertegenwoordiger) benoemd als nieuwe onafhankelijke bestuurder ingaand op 1 januari 2011.
Het mandaat van FVDH Beheer BVBA, vertegenwoordigd door Francis Vanderhoydonck (vaste vertegenwoordiger), zal eindigen onmiddellijk na de Algemene Jaarvergadering, die gevraagd zal worden om de jaarrekeningen voor het jaar 2014 goed te keuren.
Er nam geen Bestuurder ontslag in 2011.
In 2011 kwam de Raad van Bestuur 20 maal samen, 5 maal in persoon en 15 maal via conference call. Het gemiddelde aanwezigheidsquorum bedroeg 98,33% (2010: 93,18%), met de volgende individuele aanwezigheden:
| Jan Callewaert | 95,00 % |
|---|---|
| Q-List BVBA | 100,00 % |
| David Hytha | 100,00 % |
| Lawrence Levy | 100,00 % |
| An Other Look To Efficiency BVBA | 100,00 % |
| FVDH Beheer BVBA | 95,00 % |
Tijdens 2011 kwamen de niet-uitvoerende bestuurders bijeen om de verhouding met de CEO en het Executive Management Team van de Vennootschap te bespreken.
Zoals voorgeschreven door de Code Deugdelijk Bestuur, startte de Raad van Bestuur bovendien de voorbereidingen voor het invoeren van een evaluatieproces dat geleid wordt door de voorzitter van de Raad van Bestuur. Deze evaluatie gebeurt via een vragenlijst die door de Voorzitter van de Raad van Bestuur wordt toegezonden aan alle Bestuurders. De antwoorden op deze vragenlijst werden verzameld via een externe adviseur van de Vennootschap, op anonieme basis.
De vragenlijst richt zich op verschillende onderwerpen, zoals de werking van de Raad en de Commissies, de bijdrage van elke Bestuurder, de interactie met het Executive Management en de samenstelling van de Raad van Bestuur of de Commissies. De resultaten werden besproken door de Raad van Bestuur in het eerste kwartaal van 2012 en maatregelen zijn genomen om het functioneren, de interactie en rapportering van de Raad van Bestuur en de Commissies te verbeteren. Over het geheel genomen hebben de Bestuurders hun algemene tevredenheid uitgedrukt over het functioneren van de Raad van Bestuur en de evolutie die de Vennootschap gedurende het afgelopen jaar heeft doorgemaakt. De Raad van Bestuur is verder een aantal actiepunten overeengekomen en heeft de implementatie daarvan besproken met de uitvoerende Bestuurder.
Dit jaar vraagt de Raad van Bestuur dan ook aan de Algemene Jaarvergadering om de grootte van de Raad van Bestuur te behouden, en om Q-List BVBA en An Other Look At Efficiency BVBA te herbenoemen als Bestuurders van de Vennootschap.
In 2011 paste de Raad van Bestuur de procedure voorzien in artikel 523 van het Wetboek van Vennootschappen tweemaal toe.
In 2012 paste de Raad van Bestuur op 25 januari 2012 eveneens de procedure voorzien in atikel 523 van het Wetboek van Vennootschappen toe.
In overeenstemming met de bepalingen van dit artikel worden uittreksels van de notulen waarin deze procedure werd nageleefd hieronder opgenomen in chronologische volgorde:
"Voorafgaand aan de bespreking van dit agendapunt, licht Jan Callewaert de Raad in dat hij overeenkomstig de bepalingen van Artikel 523 van het Wetboek van Vennootschappen mogelijk een tegenstrijdig belang van geldelijke aard heeft met de Vennootschap met betrekking tot de besluiten die de Raad dienaangaande zou kunnen nemen. Jan Callewaert zet verder uiteen dat hij de eigenaar is van de meerderheid van de aandelen in Mondo NV en dat de variabele vergoeding voor Mondo NV als CEO van de Vennootschap één van de onderwerpen zal zijn die zullen worden besproken door de Raad. Om die reden verlaat Jan Callewaert de vergadering, in overeenstemming met de bepalingen van het voornoemde Artikel 523 van het Wetboek van vennootschappen, en neemt hij niet deel aan de verdere gesprekken, beraadslaging en stemming.
In navolging van de aanbeveling van het Bezoldigingscomité, bespreekt en beraadslaagt de Raad van bestuur over de variabele vergoeding voor de CEO en voor het management team van de Vennootschap.
De Voorzitter van het Comité brengt verslag uit over de vergadering van het Comité m.b.t. de KPI's voor het management voor het huidig jaar.
De variabele vergoeding voor de CEO van de Vennootschap was vastgesteld op EUR 190,000. Het voorstel tot aanbeveling van het Bezoldigingscomité m.b.t. de KPI ('Key Performance Indicators') voor deze variabele vergoeding, bestaat erin het EBITDA-niveau van het budgetplan vast te stellen als de 100%-grens voor de variabele vergoeding. Bovendien is het aanbevolen de betaling van de variabele vergoeding als volgt te beperken tot beneden de 100%-grens:
90-<100% van het KPI-doel: 50% van de variabele vergoeding 80-<90% van het KPI-doel: 25% van de variabele vergoeding <80% van het KPI-doel: geen variabele vergoeding
De Raad acht deze voorgestelde KPI's in overeenstemming te zijn met de belangen van de Vennootschap vermits de KPI's zijn afgestemd op het business plan en een duidelijke motivatie zijn voor de CEO om te trachten de doelstellingen zoals opgenomen in het plan te halen."
"Voorafgaand aan de bespreking van dit agendapunt, licht David Hytha de Raad in overeenkomstig de bepalingen van Artikel 523 van het Wetboek van Vennootschappen dat hij mogelijk een tegenstrijdig belang van geldelijke aard heeft met de Vennootschap met betrekking tot de besluiten die de Raad dienaangaande zou kunnen nemen. David Hytha zet verder uiteen dat hij de eigenaar is van een kleine hoeveelheid warrants in Autonet en dat de mogelijke investering in Autonet één van de onderwerpen is die zullen worden besproken door de Raad. Om die reden verlaat David Hytha de vergadering, in overeenstemming met de bepalingen van het voornoemde Artikel 523 van het Wetboek van vennootschappen, en neemt hij niet deel aan de verdere gesprekken, beraadslaging en stemming.
De raad bespreekt de verschillende elementen van de mogelijke investering in en samenwerking met Autonet.
Er zijn veel belangrijke positieve elementen in het voorliggende voorstel:
Een strategische relatie met Autonet zal de Vennootschap toelaten om tezamen met een partner de 'automotive' markt te betreden en dit op de 'solution side' (hardware + software applicaties) en niet enkel op de 'hardware side';
De strategische relatie kan gebruik maken van de draadloze modules en software van de Vennootschap om de eerste mobiele, op IP gebaseerde 'Telematics Control Unit' (TCU) voor wagens te leveren. Het nieuwe systeem kan gebruik maken van Autonet Mobile technologie en TCU design, wat automobielconstructeurs over heel de wereld moet toelaten om hun wagens te connecteren met heel snelle mobiele netwerken en om nieuwe functies te leveren die diepgaande 'cloud computing', mobiele 'apps' en 'fleet telematics' moeten toelaten.
De draadloze modules van de Vennootschap gecombineerd met Autonet Mobile TCU en 'managed network', kunnen van dit nieuwe systeem het eerste intelligente communicatiemiddel en stuurapparaat maken dat ontworpen is om een nieuw en geverticaliseerd mobiel automotive ecosysteem te creëren. Consumenten kunnen apps downloaden naar de wagen of naar eraan gelinkte 'smartphones' en 'tablets' wat de functionaliteit en de rij-ervaring van de wagen moet versterken.
Om die reden, BESLUIT de Raad, na beraadslaging
De investering in Autonet voor een bedrag van 1,5 miljoen USD goed te keuren onder de commerciële voorwaarden zoals hierboven beschreven
Het management te mandateren om de overeenkomsten die de investering en de commerciële en licentieovereenkomsten weergeven, verder uit te onderhandelen
Het management te mandateren om de overeenkomsten met Autonet voor de investering, licentie en commerciële samenwerking met Option NV te ondertekenen, verder uit te onderhandelen, te finaliseren en uit te voeren, en in het algemeen te doen wat noodzakelijk of nuttig is voor de uitvoering en de implementatie van de bovenvermelde overeenkomsten en alle bijlagen eraan gehecht alsook voor de transacties die hieruit voortkomen.
David Hytha vervoegt opnieuw de vergadering."
"Voorafgaand aan de bespreking van dit agendapunt, licht David Hytha de Raad in overeenkomstig de bepalingen van Artikel 523 van het Wetboek van Vennootschappen dat hij mogelijk een tegenstrijdig belang van geldelijke aard heeft met de Vennootschap met betrekking tot de besluiten die de Raad dienaangaande zou kunnen nemen. David Hytha zet verder uiteen dat hij de eigenaar is van een kleine hoeveelheid warrants in Autonet en dat de mogelijke financiering van Autonet één van de onderwerpen is die zullen worden besproken door de Raad. Om die reden verlaat David Hytha de vergadering, in overeenstemming met de bepalingen van het voornoemde Artikel 523 van het Wetboek van vennootschappen, en neemt hij niet deel aan de verdere gesprekken, beraadslaging en stemming.
De vergadering bespreekt het verzoek van Autonet om verdere financiering, zoals uitgelegd door de CEO.
De vergadering herhaalt dat de Vennootschap meerdere motieven had om in Autonet te investeren, waaronder:
Sinds de laatste discussies over dit onderwerp heeft Autonet zeer goed vooruitgang geboekt, zowel commercieel als technisch. Tijdens de laatste motor show in Detroit werd de Autonet solution gepresenteerd door Chrysler, waarbij Chrysler het strategische belang benadrukte om met Autonet samen te werken.
Om hun snelle ontwikkeling te blijven ondersteunen, wil Autonet haar financiële positie verstevigen op verschillende vlakken. De Vennootschap is één van de belangrijkste partners die hiertoe kunnen bijdragen.
De vergadering stelt voor om verdere financiering aan Autonet te voorzien, via een kapitaalverhoging die zal worden onderschreven door de Vennootschap en andere referentieaandeelhouders. Voor de Vennootschap komt dit neer op een bijkomende investering van USD 200K, onder de zelfde voorwaarden als voordien (in Augustus 2011), waardoor het belang van de Vennootschap in Autonet zal stijgen van 6,67% naar 7,26%.
Gelet op (i) het succes van Autonet (ii) het belang voor de Vennootschap om voldoende werkkapitaal aan te trekken en (iii) het belang voor de Vennootschap om haar investering veilig te stellen,
Om die reden, BESLUIT de Raad, na beraadslaging
Om de onderschrijving van de kapitaalverhoging van Autonet ten belope van USD 200K goed te keuren,
De gedelegeerd bestuurder Jan Callewaert te mandateren om de bedrijfs- en commerciële details van de kapitaalverhoging, verder te onderhandelen,
De gedelegeerd bestuurder Jan Callewaert te mandateren om alle documenten die verband houden met de investering in Autonet, te ondertekenen, verder uit te onderhandelen, te finaliseren en uit te voeren, en in het algemeen te doen wat noodzakelijk of nuttig is voor de uitvoering en de implementatie van de bovenvermelde overeenkomsten en alle bijlagen eraan gehecht alsook voor de transacties die hieruit voortkomen.
David Hytha vervoegt de vergadering opnieuw."
Het beleid inzake de transacties tussen enerzijds de Vennootschap of één van haar verbonden vennootschappen en anderzijds de leden van de Raad van Bestuur of het Executive Management Team (of leden van hun directe families), die mogelijks zouden aanleiding kunnen geven tot belangenconflicten (andere dan deze gedefinieerd in het Belgische Wetboek van Vennootschappen) wordt gedefinieerd in het Charter van Deugdelijk Bestuur. In overeenstemming met de beslissing die door de Raad van Bestuur in 2006 werd genomen, geeft de Vennootschap de professionele vergoedingen aan die worden aangerekend door het Amerikaanse advocatenkantoor Brown Rudnick LLP, aangezien de heer Lawrence Levy, die de Raad van Bestuur van de Vennootschap begin 2006 vervoegde, één van de Senior Counsels was van dit advocatenkantoor.
Teneinde elke dubbelzinnigheid te vermijden, besliste de Raad van Bestuur in 2006 om op jaarlijkse basis te rapporteren inzake de vergoedingen die worden betaald aan Brown Rudnick LLP tijdens het boekjaar. In 2011 bedroegen de vergoedingen die werden betaald aan Brown Rudnick LLP in totaal k€ 19 (2010: k€ 13). Op het einde van 2010 ging de heer Lawrence Levy met pensioen bij Brown Rudnick LLP en heeft hij geen verdere commerciële banden meer met het advocatenkantoor.
In het kader van de normale activiteiten, werden transacties met verbonden partijen door de Groep steeds aangegaan op een arms-length basis.
In 2011 was het Audit comité van de Vennootschap, na beslissing van de Raad van Bestuur op 10 februari 2011, samengesteld uit drie onafhankelijke bestuurders: FVDH Beheer BVBA, Q-List BVBA en An Other Look To Efficiency SPRL. FVDH Beheer BVBA is voorzitter van het Audit Comité.
Alle leden van het Audit Comité voldoen gezien hun opleiding en professionele activiteiten aan de vereisten van deskundigheid op het gebied van boekhouding en audit. De heer Philip Vermeulen, vertegenwoordiger van Q-List BVBA heeft een aanzienlijke financiële ervaring. De heer Vermeulen heeft diverse posities in de financiële en venture capital sector aangehouden, en was werkzaam voor zowel de Chase Manhattan en Ippa Bank, evenals voor GIMV en FLV Fund. Bovendien heeft de heer Olivier Lefebvre, vertegenwoordiger van An Other Look To Efficiency SPRL, een rijke ervaring in de financiëleen kapitaalmarkten. Hij was tot voor kort lid van het NYSE Euronext Inc. management comité, lid van het Euronext NV management comité en CEO van de Brussels Stock Exchange. Hieraan voorafgaand was hij adviseur en kabinetschef van de Belgische minister van Financiën, belast met de hervorming van de Belgische financiële markten. De heer Francis Vanderhoydonck, vertegenwoordiger van FVDH Beheer BVBA heeft eveneens aanzienlijke financiële ervaring. Hij behaalde zijn masterdiploma in rechten en economische wetenschappen en een MBA aan de New York University. Van 1986 tot 1998 werkte hij bij de Generale Bank, waar hij verschillende posities heeft doorlopen in het investment banking departement. Van 1995 tot 1998 was hij verantwoordelijk voor dit departement. Nu werkt hij met Maple Finance Group, gespecialiseerd in het beheer van private equity investeringsfondsen en corporate finance.
Het Audit comité begeleidt en controleert de boekhoudkundige en de financiële verslaggeving van de Vennootschap. Het comité draagt er zorg voor dat er voldoende interne controle mechanismen aanwezig zijn en onderzoekt in samenspraak met de commissaris van de Vennootschap alle vraagstukken inzake boekhouding en waardering. Het Audit comité kwam in 2011 vier maal samen en rapporteerde aan de Raad van Bestuur over haar activiteiten en bevindingen. De individuele aanwezigheden (i.e. de aanwezigheid van een individueel lid van het Comité gedurende de periode dat hij lid van het Comité was) waren als volgt:
| Q-List BVBA | 100.00% |
|---|---|
| An Other Look To Efficiency SPRL | 75.00% |
| FVDH Beheer BVBA | 100.00% |
Het Remuneratie- en Benoemingscomité bestond aanvankelijk uit twee onafhankelijke bestuurders, Q-List BVBA en David Hytha, en één niet uitvoerende bestuurder, Lawrence Levy, die Voorzitter is van het Comité. Per 9 februari 2011 werd David Hytha vervangen door FVDH Beheer BVBA, onafhankelijk bestuurder. Bijgevolg is het Remuneratie- en Benoemingscomité Comité steeds samengesteld uit een meerderheid van onafhankelijke bestuurders en één niet-uitvoerende bestuurder.
Het Remuneratie- en Benoemingscomité heeft als rol om ervoor te zorgen dat de personeelsleden op correcte wijze worden vergoed, en dat de beste internationale gebruiken worden nageleefd bij het bepalen van de vergoeding en incentives van bestuurders en het management, alsook de benoeming van laatstgenoemden. Het Remuneratie- en Benoemingscomité adviseert de CEO eveneens over de vergoeding van het Executive Management Team. Gelet op de omvang van de Groep oefent het Remuneratiecomité ook de functie uit van benoemingscomité. Het Remuneratie- en Benoemingscomité kwam 6 maal samen in 2011 en rapporteerde aan de Raad van Bestuur over haar activiteiten en bevindingen. De individuele aanwezigheden (i.e. de aanwezigheid van een individueel lid van het Comité gedurende de periode dat hij lid van het Comité was) waren als volgt:
| Lawrence Levy | 100,00% |
|---|---|
| Q-List BVBA | 100,00% |
| David Hytha (tot 8 februari 2011) | 100,00% |
| FDVH Beheer BVBA (vanaf 9 februari 2011) | 75,00% |
De vergoeding van de niet-uitvoerende bestuurders wordt bepaald door de Algemene Aandeelhoudersvergadering op basis van een voorstel van de Raad van Bestuur na advies van het Remuneratiecomité. De vergoeding van de CEO wordt bepaald door de Raad na advies van het Remuneratiecomité. De vergoeding van het Executive Management Team wordt bepaald door de CEO na overleg met het Remuneratiecomité. Geen individu kan zijn/haar vergoeding zelf bepalen. Deze procedure wordt toegepast, zowel bij het bepalen van het remuneratiebeleid, als bij het bepalen van de individuele remuneratie van bestuurders en Executive Management, en zal, naar het oordeel van de Raad van Bestuur, niet worden gewijzigd in de komende twee boekjaren.
Wat betreft de hoogte van de vergoeding van de niet-uitvoerende bestuurders, biedt de Vennootschap een competitief pakket aan in lijn met hun functies in de Raad van Bestuur en de Comités, dat is samengesteld uit een vaste basisvergoeding plus aanwezigheidsvergoedingen. In 2008 werden warranten aangeboden aan de bestuurders.
In het bepalen van de hoogte van de vergoeding voor het Executive Management Team biedt de Vennootschap een competitieve totale vergoeding aan gebaseerd op een combinatie van een basis salaris, een variabel salaris, extra-legale voordelen en warranten. De methodiek voor het bepalen van de targets voor en het evalueren van de prestaties en het variabel salaris van het Executive Management Team wordt beoordeeld door het Remuneratiecomité.
Het Remuneratiecomité wordt bijgestaan door specialisten wanneer nodig en onderzoekt geregeld de beste gebruiken in de markt en vergelijkende marktinformatie om zo advies over competitieve vergoedingsniveaus te kunnen verlenen.
De bestuurders worden bezoldigd voor de uitvoering van hun mandaat. De Algemene Aandeelhoudersvergadering welke de bestuurders benoemt, beslist over hun bezoldiging. De bezoldiging omvat zowel een vast bedrag voor het lidmaatschap van de Raad van Bestuur als een aanwezigheidsvergoeding per vergadering van de Raad van Bestuur en de vergaderingen van de Comités van de Raad. De jaarlijkse vergoeding per bestuurder is beperkt tot een maximum bedrag van 49.000 EUR, met uitzondering van de Voorzitter (zie hieronder). De vergoeding is samengesteld uit de volgende elementen:
Gelet op het afscheiden van de posities van CEO en Voorzitter van de Raad van Bestuur (begin 2010), heeft de Algemene Aandeelhoudersvergadering van 2010 een bijkomende vergoeding goedgekeurd voor: (i) de Voorzitter van de Raad van Bestuur ten bedrage van 18.750 EUR per jaar, en (ii) de Voorzitter van het Audit Comité ten bedrage van 5.000 EUR per jaar, en dit met ingang van de aanvang van het boekjaar 2010.
De vergoeding van de leden van de Raad van Bestuur in 2011 was als volgt:
| An Other Look To Efficiency SPRL: | € 74 000 |
|---|---|
| Jan Callewaert: | € N/A |
| Q-List BVBA: | € 49 000 |
| Lawrence Levy: | € 49 000 |
| David A. Hytha: | € 49 000 |
| FVDH Beheer BVBA: | € 50 472 |
In aanvulling op voornoemde vergoeding zijn bestuurders ook gerechtigd op terugbetaling van gedane uitgaven in overeenstemming met het beleid van de Vennootschap (inzonderheid het reisbeleid) en voor zover zulke uitgaven redelijk zijn en vereist voor de uitoefening van hun taken als bestuurder van de Vennootschap.
Hoewel de Code voor Deugdelijk Bestuur bepaalt dat het niet aanbevolen is om prestatie-gerelateerde vergoedingen toe te kennen, zoals aandelen gerelateerde lange termijn incentive plannen aan nietuitvoerende bestuurders, zijn er warranten toegekend aan alle bestuurders van de Vennootschap in de volgende proporties:
Op het jaareinde van 2011 waren volgende aantallen warranten "V" toegekend aan de huidige leden van de Raad van Bestuur.
| Jan Callewaert | 50 000 |
|---|---|
| David Hytha | 50 000 |
| Lawrence Levy | 50 000 |
| Q-List BVBA | 30 000 |
| An Other Look To Efficiency SPRL | 30 000 |
| Totaal | 210 000 |
De belangrijkste modaliteiten en voorwaarden van het warrants plan "V" met betrekking tot voormelde warrants zijn als volgt:
De Raad van Bestuur is van mening dat het toekennen van warranten aan bestuurders de Vennootschap toelaat bestuurders aan te duiden op het hoogste internationaal niveau en het de Vennootschap toelaat de permanente betrokkenheid van de bestuurders te garanderen en tegelijkertijd de financiële last voor de Vennootschap te beperken. De Raad van Bestuur is ervan overtuigd dat de integriteit en ervaring van de bestuurders de beste garantie is voor goede oordeelsvorming en het beslissingsproces. Tot slot is de stapsgewijze verwerving onder het warrantenplan verspreid over een periode van vier (4) jaren waarbij het risico op korte termijn gedreven beslissingen beperkt wordt.
Het toekennen van warranten aan de leden van de Raad van Bestuur is geen echte kost voor de Vennootschap, en de uitoefening van warranten door de bestuurders kan enkel resulteren in een zeer kleine kapitaalsverwatering. Bovendien is het toekennen van warranten in lijn met het gebruik in de internationale en zeer competitieve sectoren van high-tech en telecom.
| Naam | Raden van Bestuur | Aantal deelnames aan | Aantal deelnames |
Aantal deelnames |
Aantal deelnames |
Totale vergoeding (in duizend EUR) |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Ontmoeting | Telefonisch | aan Audit | aan | aan | ||
| comités | Remuneratie -comités |
Strategische comités |
||||
| Jan Callewaert (1) | 5/5 | 14/15 | N.A | N.A | N.A | N.A (2010: N.A) |
| Q-List BVBA | 5/5 | 15/15 | 4/4 | 6/6 | N.A | 49,00 (2010: 49,00) |
| Lawrence Levy | 5/5 | 15/15 | N.A | 6/6 | N.A | 49,00 (2010: 49,00) |
| David Hytha | 5/5 | 15/15 | N.A | 2/2 (3) | N.A | 49,00 (2010: 45,75) |
| An Other Look To Efficiency SPRL |
5/5 | 15/15 | 3/4 | N.A | N.A | 74,00 (2010: 67,75) |
| FVDH Beheer BVBA (2) |
5/5 | 14/15 | 4/4 | 3/4 (4) | N.A | 50,47 (2010: N.A) |
In 2011 bedroeg de totale vergoeding voor de Raad van Bestuur k€ 271 (2010: k€ 259).
(1) Exclusief CEO-vergoeding aan Mondo NV – Vanaf 2010 maakt de vergoeding van de Raad van Bestuur deel uit van de vaste vergoeding van de CEO.
(2) Vanaf 1 januari 2011
(3) Tot 8 februari 2011
(4) Vanaf 9 februari 2011
Per 31 december 2011 was het Uitvoerend Management Team samengesteld uit de volgende leden:
| Jan Callewaert1, Stichter en Chief Executive Officer (CEO) |
|---|
| Bart Goedseels2, Chief Operating Officer (COO) |
| Patrick Hofkens, Chief Development Officer (CDO) |
| Jan Smits3, Chief Financial Officer (CFO) |
| Jerome Nadel, Chief Experience Officer (CXO) |
| Frédéric Nys, Vice President Engineering en Technical |
De managementvennootschap van Jan Callewaert (Mondo NV) is CEO van de Groep en verleent managementdiensten aan de Groep. Aansluitend op de aanbevelingen van het Remuneratiecomité heeft de Raad van Bestuur op 26 mei 2010 beslist de vergoeding die aan de CEO van de Vennootschap (Mondo NV vertegenwoordigd door Jan Callewaert) wordt betaald te wijzigen en heeft besloten om een vaste vergoeding van k€ 430 per jaar en een variabele vergoeding van maximaal k€ 190 per jaar toe te kennen. Bijkomend suggereerde de Raad van Bestuur dat de voormelde vergoeding van de CEO ook de vergoeding die aan Jan Callewaert in zijn hoedanigheid van lid van de Raad van Bestuur wordt betaald, dient te omvatten. Bijgevolg bedroeg de vaste vergoeding in 2011 voor deze diensten k€ 430(2010: k€ 430). In 2011 werd geen variabele vergoeding uitbetaald aangezien de vooropgestelde target van (gebudgetteerde EBITDA) niet werd behaald (2010: k€ 190). De CEO ontving andere voordelen voor een bedrag van k€ 15 met betrekking tot wagen-, brandstof- en forfaitaire onkostenvergoeding (2010: k€ 16). Er bestaat geen enkele pensioenregeling voor de CEO die door de Vennootschap wordt betaald.
In 2011 werd een globale bruto bezoldiging van k€ 1 228 (2010: k€ 1 440) toegekend aan de overige vijf leden van het Executive Management team (2010: zes leden van het Executive Management team). De 2011 bruto bezoldiging bevat opzegvergoedingen ten belope van k€ 350 voor een lid van het Executive Management Team welke de Vennootschap verliet in de loop van 2011. Deze opzegvergoeding werd bepaald op basis van zijn aandeel in strategische deals in 2010 en de contractueel voorziene opzegperiode.
In 2011 werd een bruto bedrag van k€ 22 toegekend als variabele vergoeding (2010: k€ 415) aan een lid van het Executive Management Team, gebaseerd op een positieve evaluatie van persoonlijke en team prestaties bij de herpositionering van de Vennootschap en haar productportefeuille. Geen andere voorziene variabele vergoeding werd uitbetaald aan het Executive Management, aangezien de herpositionering van de Vennootschap zich nog niet duidelijk genoeg aftekent wat inkomsten betreft, en de vooropgestelde doelstelling voor de variabele remuneratie (gebudgetteerde EBITDA) dus niet werden behaald.
Eveneens deel uitmakend van de vergoeding van de leden van het Executive Management Team, is er een bedrag van k€ 32 (2010: k€ 46) toegekend aan een extralegaal pensioenfonds. De leden van het Executive Management Team hebben andere voordelen ontvangen voor een bedrag van k€ 28 met betrekking tot wagen-, brandstof-, forfaitaire onkostenvergoeding en kosten in verband met hospitalisatieverzekering (2010: k€ 50).
Op het jaareinde van 2011 werden 137 500 warranten "V" gehouden door de "huidige" leden van Executive Management Team (2010: 325 000 warranten "V"). Gedurende het jaar 2011 werden 20 000 van de 50 000 warranten toegekend aan Brayoe Consultants BVBA (JP Ziegler) verbeurd bij zijn vertrek uit het Executive Management Team in 2011.
1 Mondo NV, een Vennootschap gevestigd en georganiseerd onder het Belgisch recht, vertegenwoordigd door Jan Callewaert
2Adrimaar BVBA, een Vennootschap gevestigd en georganiseerd onder het Belgisch recht, vertegenwoordigd door Bart Goedseels
3Swap NV, een Vennootschap gevestigd en georganiseerd onder het Belgisch recht, vertegenwoordigd door Jan Smits, dewelke JP Ziegler als CFO van de Vennootschap vervangt ten gevolge van een beslissing van de Raad van Bestuur dd 5 februari 2011.
In het begin van het financiële jaar 2011 verlieten Chip Frederking, Bernard Schaballie en Martin Croome het Executive Management Team en vervoegde Frédéric Nys het Executive Management Team.
Geen enkel lid van het Executive Management Team komt in aanmerking voor specifieke vertrekvergoedingen, bovenop de bestaande wettelijke regelingen en contractuele opzegperiodes. Er bestaan geen bijzondere rechten van herstel, in aanvulling op de bestaande wettelijke bepalingen, die speciale bevoegdheden toekennen aan de Vennootschap om op basis van onjuiste financiële gegevens toegekende of betaalde variabele vergoedingen terug te vorderen.
Op het jaareinde van 2011 waren volgende aantallen warranten "V" toegekend aan de huidige leden van het Executive Management Team:
| Mondo NV (Jan Callewaert) | 75 000 |
|---|---|
| Patrick Hofkens | 50 000 |
| Frédéric Nys | 12 500 |
| Totaal | 137 500 |
Alle voormelde warrants werden tijdig aanvaard.
De belangrijkste modaliteiten en voorwaarden van het warrants plan "V" met betrekking tot voormelde warrants zijn als volgt:
Het warrantenplan "V" voorziet in een versnelde verwerving in het geval van een controlewijziging.
Behoudens wat hierna gesteld wordt, zijn de door de Vennootschap uitgegeven kapitaalsaandelen niet onderworpen aan enige wettelijke of statutaire overdrachtsbeperkingen.
De warranten toegekend onder het warrantenplan "V" zijn onoverdraagbaar, behalve in geval van overlijden van de begunstigde.
Overeenkomstig artikel 14 van de statuten heeft de heer Jan Callewaert een bindend voordrachtrecht voor de benoeming van één bestuurder per schijf van 3% (drie procent) van het totaal aantal aandelen van de Vennootschap die hij rechtstreeks of onrechtstreeks bezit, met een maximum van vijf (5) bestuurders. Hij bezit dit recht op voorwaarde en zolang hij minstens 15% (vijftien procent) van het totaal aantal aandelen van de Vennootschap bezit.
Er bestaan geen zulke aandelenplannen voor werknemers binnen de Vennootschap.
De aandelen van de Vennootschap zijn niet onderworpen aan wettelijke of statutaire stemkrachtbeperkingen. Ieder aandeel geeft recht op één stem.
Het stemrecht verbonden aan de aandelen van de Vennootschap zal echter in de gevallen voorzien in het Wetboek van Vennootschappen worden geschorst.
Verder kan in principe niemand op een algemene vergadering van aandeelhouders van de Vennootschap aan de stemming deelnemen voor meer stemmen dan degene verbonden aan effecten waarvan hij/zij meer dan twintig (20) dagen vóór de datum van de algemene vergadering kennis heeft gegeven in overeenstemming met de wetgeving betreffende belangrijke deelnemingen (artikel 545 van het Wetboek van Vennootschappen).
Het stemrecht verbonden aan aandelen die met vruchtgebruik bezwaard zijn, wordt uitgeoefend door de vruchtgebruiker. Voor wat betreft in pand gegeven aandelen, komt het stemrecht toe aan de eigenaar-pandgever.
Houders van warranten hebben slechts een adviserende stem op algemene vergaderingen.
Er bestaan, naar het beste weten van de Raad van Bestuur van de Vennootschap, geen aandeelhoudersovereenkomsten die aanleiding kunnen geven tot beperkingen van overdracht van effecten en/of de uitoefening van het stemrecht.
De bestuurders van de Vennootschap worden benoemd door de algemene vergadering van aandeelhouders, die hiertoe besluit bij gewone meerderheid van stemmen. Er geldt geen aanwezigheidsquorum voor de benoeming van bestuurders.
Wanneer een rechtspersoon wordt benoemd tot bestuurder, dient deze onder haar aandeelhouders, bestuurders of werknemers een vaste vertegenwoordiger aan te stellen die gelast wordt met de uitvoering van de opdracht in naam en voor rekening van de rechtspersoon-bestuurder.
Overeenkomstig artikel 14 van de statuten heeft de heer Jan Callewaert een bindend voordrachtrecht voor de benoeming van één bestuurder per schijf van 3% (drie procent) van het totaal aantal aandelen van de Vennootschap die hij rechtstreeks of onrechtstreeks bezit, met een maximum van vijf (5) bestuurders. Hij bezit dit recht op voorwaarde en zolang hij minstens 15% (vijftien procent) van het totaal aantal aandelen van de Vennootschap bezit.
Minsten drie (3) leden van de Raad van Bestuur moeten aangeduid worden als "onafhankelijke bestuurder", welke moeten voldoen aan de criteria zoals bepaald in Artikel 524§4 van het Wetboek van vennootschappen.
Bestuurders kunnen ten allen tijde, bij gewone meerderheid van stemmen, worden ontslagen door de algemene vergadering van aandeelhouders. Voor het ontslag van bestuurders geldt geen aanwezigheidsquorum.
De statuten van de Vennootschap voorzien de mogelijkheid tot coöptatie van bestuurders door de Raad van Bestuur indien een plaats van bestuurder openvalt. In dit geval hebben de overblijvende bestuurders het recht om voorlopig in de vacature te voorzien. De eerstvolgende algemene vergadering beslist over de definitieve benoeming. De nieuw benoemde bestuurder vervolmaakt het mandaat van de bestuurder die hij/zij vervangt.
Met uitzondering van kapitaalverhogingen beslist door de Raad van Bestuur binnen de voorwaarden van het toegestaan kapitaal, heeft enkel de (buitengewone) algemene vergadering van de Vennootschap het recht om wijzigingen aan te brengen in de statuten van de Vennootschap.
De algemene aandeelhoudersvergadering kan enkel beraadslagen over statutenwijzigingen– met inbegrip van het besluit tot fusie, splitsing en ontbinding – indien de helft van het kapitaal vertegenwoordigd is. Indien aan deze aanwezigheidsvereiste niet is voldaan, dient een nieuwe buitengewone algemene vergadering te worden bijeengeroepen die kan beraadslagen ongeacht het vertegenwoordigde kapitaal.
Statutenwijzigingen zijn in principe alleen aangenomen indien zij worden goedgekeurd door vijfenzeventig (75%) van de uitgebrachte stemmen.
Voor de volgende statutenwijzigingen geldt evenwel een bijzondere meerderheidsvereiste van tachtig procent (80%) van de uitgebrachte stemmen:
Het kapitaal van de Vennootschap kan verhoogd worden ingevolge een besluit van de Raad van Bestuur, binnen de grenzen van het "toegestaan kapitaal". Een machtiging hiertoe dient verleend te worden door een buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders; de duurtijd en het bedrag van deze machtiging zijn beperkt, terwijl de machtiging tevens onderworpen is aan specifieke rechtvaardigingsgronden en doeleinden. De Raad van Bestuur is gemachtigd door de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders van 21 mei 2010 om het het kapitaal van de Vennootschap te verhogen met een bedrag van EUR 12.232.134,42 voor een duur van vijf jaar vanaf de datum van publicatie van voormelde beslissing. De Raad van Bestuur werd bovendien eveneens gemachtigd om gebruik te maken van dit toegestaan kapitaal ingeval van openbaar bod, binnen de grenzen opgelegd door het Wetboek van Vennootschappen, voor een periode van drie jaar vanaf diezelfde datum.
De machtiging aan de Raad van Bestuur van de Vennootschap om aandelen van de Vennootschap voor haar eigen rekening te verkrijgen, om te voorkomen dat de Vennootschap een ernstig en dreigend nadeel zou lijden, werd eveneens hernieuwd door voormelde buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders.
Tenslotte is de Raad van Bestuur gemachtigd om, voor een duur van vijf (5) jaren vanaf de datum van publicatie van het besluit van de buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders, het maximum aantal eigen aandelen of winstbewijzen zoals toegestaan door het Wetboek van Vennootschappen, zijnde het aantal waarvan de gezamenlijke fractiewaarde tien procent (10%) van het kapitaal niet overtreft, te verwerven voor een prijs die gelijk is aan de gemiddelde slotnotering van het aandeel over de laatste dertig (30) kalenderdagen voorafgaand aan de verrichting, verhoogd of verminderd met tien procent (10 %), alsmede, voorzover als nodig, de machtiging tot vervreemding van de eigen aandelen door verkoop of ruil of ter beurze, te hernieuwen, tegen dezelfde voorwaarden als deze gesteld voor de verwerving van de eigen aandelen.
Geen van de overeenkomsten die werden aangegaan met bestuurders van de Vennootschap of haar dochterondernemingen voorziet in een vergoeding (bovenop de normale opzegtermijn) indien zij ontslag nemen, ontslagen worden zonder grondige reden of indien hun tewerkstelling wordt beëindigd tengevolge van een overnamebod.
In overeenstemming met Artikel 96 van het Wetboek van vennootschappen moet het jaarverslag van de Raad van Bestuur de belangrijkste risico's en onzekerheden waarmee de onderneming geconfronteerd wordt omschrijven. Hoewel de meeste van deze risico's en onzekerheden bepaald worden door de markt waarin Option actief is, wensen wij onderstaande risico's en onzekerheden specifiek te vermelden:
uitvoering door de Vennootschap of tengevolge van marktomstandigheden, loopt Option mogelijk een commercieel risico. Leveranciers kunnen mogelijk stoppen met de levering aan aanvaardbare commerciële voorwaarden van producten aan de Vennootschap.
Indien de Vennootschap of haar leveranciers op één van deze gebieden mislukt, of indien deze producten er niet in slagen door de markt te worden aanvaard, kan dit betekenen dat de Vennootschap niet in staat is haar onderzoeks- en ontwikkelingsuitgaven te recupereren. Dit kan leiden tot een daling van haar marktaandeel en haar bedrijfsopbrengsten. Indien de Vennootschap er niet in slaagt om succesvol nieuwe producten te ontwikkelen en te verkopen, kan de Vennootschap belangrijke klanten of productorders verliezen en haar zakelijke activiteiten zouden kunnen beschadigd worden.
(12) De activiteiten van de Vennootschap zijn afhankelijk van haar blijvende mogelijkheid om toegang te krijgen tot de noodzakelijke technologie van derde partijen. Het kan zijn dat de Vennootschap hierop niet langer beroep kan doen ofwel dat de ervoor gevraagde prijs te hoog is. De Vennootschap heeft verschillende licentieovereenkomsten afgesloten met derde partijen voor de ontwikkeling van haar producten. Sommige van deze licentie overeenkomsten hebben geen specifieke termijn en kunnen door de Vennootschap of de andere partij opgezegd worden zonder redenen of indien zich bepaalde feiten voordoen. Er is geen zekerheid dat de Vennootschap in staat zal blijven om deze licentie overeenkomsten aan te houden of dat de technologie zoals beschreven in de licentie overeenkomsten niet zou betwist worden of dat bijkomende licenties tegen een redelijke vergoeding ter beschikking zullen gesteld worden van de Vennootschap. Indien de Vennootschap haar bestaande licentie overeenkomsten niet kan behouden of indien ze geen nieuwe licenties kan verkrijgen voor haar bestaande of toekomstige producten dan kan de Vennootschap verplicht worden om vervang technologie van een lagere kwaliteit te gebruiken, indien die al bestaat, ofwel aan een hogere kostprijs welke de competitieve situatie, inkomsten en vooruitzichten ernstig schaden.
(13) De Vennootschap zou inbreuken kunnen maken op de intellectuele eigendomsrechten van anderen. Derde partijen kunnen beweren dat de producten van de Vennootschap inbreuk plegen op hun intellectuele rechten. Deze claims kunnen aanzienlijke kosten, middelen en management aandacht vergen en ze kunnen de reputatie van de Vennootschap schaden en negatieve effecten hebben op huidige en toekomstige relaties met klanten of leveranciers. De markt waarin de Vennootschap opereert heeft verschillende deelnemers die intellectuele eigendomsrechten bezitten of hierop aanspraak maken. In het verleden hebben we, en in de toekomst kunnen we, verschillende claims en aanspraken ontvangen van derde partijen die beweren dat onze producten hun intellectuele eigendomsrechten zouden schenden. De Vennootschap kan rechtstreeks aangesproken worden of via vorderingen tot vrijwaring voor de producten die de Vennootschap aan bepaalde klanten bezorgde. Ongeacht of deze inbreuken al dan niet gegrond zijn, kunnen we aan het volgende onderworpen zijn:
De procedure inzake belangenconflicten zoals voorzien door artikel 523 van het Wetboek van Vennootschappen werd toegepast in 2011 zoals hiervoor werd uiteen gezet in de verklaring van Deugdelijk Bestuur van dit jaarverslag .
De Raad van Bestuur is verantwoordelijk voor de beoordeling van risico's die inherent zijn aan de Groep alsook de doeltreffendheid van deze interne controles. De Belgische Corporate Governance Code 2009 beveelt de risicofactoren en de maatregelen te benadrukken die de Raad van Bestuur heeft genomen om deze risico's op een aanvaardbaar niveau te houden. De organisatie van de Interne controle van de Groep is gebaseerd op de 5 pijlers van het COSO1 raamwerk:
De Raad van Bestuur heeft een Audit Comité en een Remuneratie Comité opgericht. Het Audit Comité geeft advies en controleert de financiële verslaggeving van de Groep. Het zorgt voor de aanwezigheid van voldoende interne controlemechanismen en, in samenwerking met de commissaris van de Groep, onderzoekt het vragen met betrekking tot de boekhouding en de waarderingsregels. De rol van het Remuneratie Comité is te zorgen voor een rechtvaardig beleid in verband met de vergoeding voor werknemers en Executive Management, alsook om de beste internationale gebruiken te waarborgen welke in acht worden genomen bij het bepalen van verloningen en prestatievergoedingen. Het Management bepaalt de stijl van leidinggeven en de waarden hieromtrent evenals de vaardigheden en taakomschrijvingen die nodig zijn voor alle functies en taken binnen de organisatie.
De Groep heeft het Corporate Governance Charter toegepast en de Raad van Bestuur heeft een "Code of Dealing" ingevoerd, welke het gebruik van voorkennis verbiedt betreffende het handelen in financiële instrumenten van Option.
De Groep beschikt over een duidelijk organogram, waarin de verschillende entiteiten die tot de Groep behoren zijn opgenomen. Voor alle functies zijn de verantwoordelijkheidsgebieden gedefinieerd.
We verwijzen naar het deel "overzicht van risico's en onzekerheden" en "financiële instrumenten" in dit rapport welke de risico's beschrijven die verband houden met de evolutie van de markt en de business of zakelijke omgeving in welke de Groep opereert.
De Raad van Bestuur en het management bepalen de strategie, het budget en het middellangetot lange termijn business plan voor de komende periodes. Tijdens dit proces worden risico's en onzekerheden besproken en worden deze in aanmerking genomen om de strategie van de Groep en het budget verder te finaliseren. Om het oordeel van de Raad van Bestuur omtrent de risico's te voltooien, verzocht het Audit Comité in 2008 het Management om een risicoanalyse voor te bereiden, welke werd uitgevoerd door een externe partij. Deze analyse identificeerde risico's met betrekking tot de volgende categorieën:
1 COSO (Committee of Sponsoring Organizations) is een private, niet-gouvernementele internationale organisatie die erkend is op het vlak van deugdelijk bestuur, interne controle, risicomanagement en financiële rapportering.
Om een onderbreking in de productie te vermijden besteedt de Groep een gedeelte van het productieproces uit aan verschillende derde partij fabrikanten. Niettemin stelt dit de Groep bloot aan een aantal risico's en onzekerheden buiten haar controle om. Indien één van deze partijen vertragingen, onderbrekingen, capaciteitsproblemen of kwaliteitsproblemen in zijn productie zou kennen, dan kan de levering van producten vertraagd of geweigerd worden en kunnen de klanten van de Groep opteren om hun aankooporder te schrappen. Omdat de Groep de volledige bestukking van al haar producten uitbesteedt, zijn de kosten, kwaliteit en beschikbaarheid van derde partijen producenten essentieel voor de succesvolle productie en verkoop van de producten van de Groep.
Risico's met betrekking tot overmacht kunnen leiden tot schade aan onroerende goederen alsook materiële schade, cyber risico's en onderbrekingen van de bedrijfsvoering.
Een gedetailleerde omschrijving met betrekking tot het financieel risicobeheer, zijnde kredietliquiditeit- en marktrisico is opgenomen in toelichting 21 van het jaarverslag.
Het terugroepen van producten is een geïdentificeerd risico waarmee de Groep zou kunnen worden geconfronteerd. De producten zijn technologisch complex en moeten voldoen aan strenge industriële voorwaarden, regelgeving en eisen van de klant. De producten die door de Groep worden geproduceerd kunnen onopgemerkte fouten of gebreken bevatten, vooral wanneer deze voor het eerst worden geïntroduceerd of wanneer nieuwe modellen of versies worden vrijgegeven. Dit kan leiden tot een afwijzing of het terugroepen van dit specifieke product.
Kwaliteitsproblemen en de afhankelijkheid van één leverancier voor een specifiek product werd geïdentificeerd als een risico. De beschikbaarheid en de verkoop van afgewerkte producten zou kunnen worden geschaad indien één van deze leveranciers niet in staat zou zijn om te voldoen aan de vraag en het productieschema van de Groep en indien alternatieve geschikte componenten niet beschikbaar zouden zijn onder aanvaardbare voorwaarden.
Aangezien de Groep actief is in de snel veranderende en competitieve technologische sector, dienen de strategische pijlers te worden geïdentificeerd. De Groep startte een industriële transformatie welke nog steeds bezig is, weg van de sterk gestandaardiseerde marktsegmenten.
Indien de Groep er niet in slaagt succesvol nieuwe producten te ontwikkelen en te introduceren in haar product portfolio, kan de Groep belangrijke klanten of productbestellingen verliezen met als gevolg daarvan dat de activiteiten van de Groep kunnen worden geschaad. Bovendien, als de Groep nieuwe producten of nieuwe versies van zijn bestaande producten introduceert, bestaat de mogelijkheid dat bestaande klanten deze technologische innovaties niet wensen of nodig hebben zodat ze deze producten niet wensen te kopen of misschien in kleinere hoeveelheden kopen dan de Vennootschap verwacht had. Dit, evenals snel veranderende technologieën, kunnen leiden tot een kortere levenscyclus van de producten.
De Groep heeft een ERP-systeem (SAP) dat wordt gebruikt in haar belangrijkste entiteiten. Een storing kan leiden tot een grote impact met betrekking tot de financiële gegevens, stamgegevens, het toezicht op de productie, inkoop- en verkoop stromen.
De controle activiteiten omvatten de maatregelen die zijn genomen door de Groep om ervoor te zorgen dat de voornaamste risico's welke werden geïdentificeerd, worden beheerst of beperkt. De Groep beheert haar risico met betrekking tot overmacht, zijnde schade aan onroerend goed, materiële schade, onderbreking van de bedrijfsvoering, cyber risico's, door het aangaan van verzekeringsovereenkomsten ter dekking van dergelijke risico's.
Vóór de commercialisering van haar producten, voert de Groep de nodige tests uit om het niveau van technische goedkeuring te bereiken. Om de best mogelijke kwaliteitsstandaarden tijdens de productie te garanderen, heeft de Vennootschap in-house eigen test-en kalibratie systemen ontwikkeld. Deze systemen worden gebruikt bij de productie van de meeste producten van de Vennootschap. De in-house ontwikkelde systemen laten de Vennootschap toe om de kwalitatieve parameters die worden gebruikt tijdens het productieproces, welke plaatsvindt in de fabriek van de onderaannemers van de Vennootschap, te controleren. De testresultaten worden automatisch opgeladen in een database van de Vennootschap, welke haar toelaat om de productie geschiedenis van deze producten te controleren en na te kijken. Bovendien heeft de Groep een specifiek verzekeringscontract afgesloten, welke alle externe kosten als gevolg van een mogelijke terugroep (recall) risico dekt.
De Groep heeft haar inkoop proces gewijzigd, welke nu wordt verwerkt door de derde partij producenten en dit onder toezicht van de Groep.
De Groep heeft haar strategische pijlers geïdentificeerd. Om de veranderende marktomstandigheden het hoofd te bieden hebben de Raad van Bestuur en het Management een aantal strategische vergaderingen met als doel de verdere strategie van de Groep te bepalen. De levenscyclus van de producten wordt nauwlettend opgevolgd.
Om de continuïteit van het ERP-systeem (SAP) te garanderen, worden op een dagelijkse basis back-ups gemaakt en wordt het onderhoud uitgevoerd door een ervaren derde partij. Gedurende 2009 en 2010 werden de huidige SAP-beveiligings set-up en rechten herzien tijdens het "SAP Security project" op grond waarvan nieuwe rollen werden ontwikkeld. De drijvende factoren van dit project waren gebaseerd op beheersing van integriteit (functiescheiding) en volledigheid van de cijfers / data.
Een belangrijk element om de activiteiten te controleren is de jaarlijkse budget oefening waarbij strategie, risico's, business plannen en beoogde resultaten worden getest. De prestaties ten opzichte van de doelen worden maandelijks opgevolgd door het Finance team en worden besproken tijdens vergaderingen van het Management.
Om betrouwbare financiële informatie te garanderen werd een gestandaardiseerd informatieuitwisseling proces gedefinieerd, welke consistent is voor alle entiteiten die tot de Groep behoren. Deze proces flow omvat de specifieke taken die moeten worden uitgevoerd door alle entiteiten met betrekking tot elke maandelijkse afsluiting, alsmede de vooropgestelde deadlines. De Groep heeft een accounting manual (handleiding) en werkt met een uniform rapporteringformaat, welke wordt gebruikt door al haar entiteiten met het doel om de consistentie van gegevens te waarborgen alsook om potentiële afwijkingen op te sporen. De financiële informatie wordt op kwartaalbasis voorgesteld aan het Audit Comité en de Raad van Bestuur. Na goedkeuring wordt een financieel persbericht of business update tijdig verzonden naar de markt. Na deze release wordt de volledige organisatie van de Groep op de hoogte gebracht. De informatie, welke op regelmatige tijdstippen wordt gedeeld met het personeel, is niet beperkt tot een financiële update, maar bevat ook zakelijke updates en in het geval dit nodig blijkt, strategische updates.
Het toezicht gebeurt door de Raad van Bestuur door middel van de activiteiten en verantwoordelijkheden van het Audit Comité. Het Audit Comité beoordeelt en bespreekt de driemaandelijkse financiële afsluitingen op basis van een presentatie van het financieel Management van de Groep. Notulen van de vergadering worden voorbereid met inbegrip van een opvolging van actiepunten. Gezien de structuur en de huidige omvang van de Groep, is er geen interne auditorfunctie.
De Raad van Bestuur verklaart, naar het beste van haar kennis, het volgende:
Leuven, 28 maart 2012
De Raad van Bestuur
Het kapitaal van de Vennootschap wordt vertegenwoordigd door 82 498 592 aandelen. De aandelen zijn genoteerd op de beurs Euronext Brussels onder BE0003836534.
Op het jaareinde van 2011 waren alle aandelen gedematerialiseerd met uitzondering van 1 (één) welke in geregistreerde vorm bestond.
Eind 2011 maakte de Groep melding van de volgende aandeelhouders van betekenis:
| Identiteit van de persoon, entiteit of groep van personen of entiteiten (*) |
Aantal gewone aandelen in bezit |
Percentage aangehouden financiële instrumenten |
|---|---|---|
| Jan Callewaert | 14 809 008 | 17,95% |
| Vrij verhandelbare aandelen waarvan: - UBS (Zwitserland) - SISU Capital Ltd (Verenigd Koninkrijk) |
67 689 584 1 283 492 1 331 495 |
82,05% 1,56% 1,61% |
| Totaal uitstaande aandelen | 82 498 592 | 100% |
(*) Elke categorie van de stemgerechtigde financiële instrumenten van de vennootschap voor iedere persoon, entiteit of groep van personen of entiteiten, waarvan de vennootschap weet dat ze tenminste, rechtstreeks of onrechtstreeks, 1,5 % of meer bezitten, wordt in deze lijst opgenomen.
De Buitengewone Aandeelhoudersvergadering van 26 augustus 2008 keurde het Warrantenplan "V" goed voor de uitgifte van 2 500 000 naakte warranten "V" uit te geven. Op het jaareinde van 2009 werden er in totaal 2 371 540 warranten "V" toegekend waarvan 1 982 450 warranten "V" werden aanvaard. Gedurende de financiële jaren 2009 tot 2011, werden 795 934 warranten verbeurd. We verwijzen naar toelichting 18 voor verder informatie.
De geconsolideerde jaarrekening omvat de volgende dochterondernemingen:
Op 29 oktober 2009 maakte de Groep bekend dat, rekening houdende met een kostenbesparingsplan, de kernactiviteiten van het onderzoeks- en ontwikkelingscentrum in Kamp-Lintfort (Duitsland) zullen overgebracht worden naar onderzoeks- en ontwikkelingssite te Leuven (België) en maakte haar intentie bekend om haar dochteronderneming Option Wireless Germany GMBH te Kamp-Lintfort te sluiten. Dit liquidatieproces is nog lopende en werd niet gefinaliseerd gedurende het boekjaar 2011.
Op 31 augustus 2011 kondigde de Groep de overname van de Connected Consumer Electronics activa van MobiWire S.A. aan. Deze activa omvatten Surface UXTM software, verwante IP, en een kernteam van gebruiksdeskundige experts. Het team van user experience experten is in Parijs gevestigd en het bedrijf opereert onder de naam "Option France SAS" (Société Anonyme Simplifiée), welke werd opgericht in augustus 2011.
De totale opbrengsten voor 2011 daalden met 14% tot k€ 49 915 in vergelijking met k€ 57 731 in 2010. De opbrengsten uit producten daalden van k€ 51 037 in 2010 naar k€ 19 252 in 2011, terwijl de opbrengsten in verband met licenties stegen van k€ 6 694 in 2010 naar k€ 30 663 in 2011. We verwijzen naar toelichting 3 van dit jaarverslag voor verdere informatie hieromtrent.
Wij verwijzen naar toelichting 3: "Operationele segmenten en toelichting over de entiteit als geheel" in de toelichtingen bij de geconsolideerde jaarrekening in dit jaarverslag voor verdere informatie betreffende de geografische spreiding van verkopen.
De bruto winst voor 2011 steeg met 104% ten opzichte van 2010, tot een bedrag van k€ 30 733. Dit leidde tot een brutomarge voor 2011 van 61,6%, dit in vergelijking met een brutomarge van 26,1 % in 2010. De brutowinst van 2011 werd positief beïnvloed door een toename van de software-opbrengsten welke hogere marges leveren in vergelijking met opbrengsten gegenereerd uit de verkoop van producten.
In 2011 bedroegen de bedrijfskosten, inclusief afschrijvingen, waardeverminderingen en bijzondere waardeverminderingskosten k€ 34 313 in vergelijking met k€ 47 804 in 2010. Dit vertegenwoordigt een daling van 28,2%. Deze daling van de bedrijfskosten zijn het resultaat van de kostenbesparingen, geïnitieerd in 2009, gecombineerd met lagere kosten welke in verhouding staan tot de verkopen alsook een efficiënte kostcontrole binnen de Groep.
De andere inkomsten van k€ 871 werden gerealiseerd ten gevolge van de verkoop van een entiteit van de Groep gedurende het boekjaar 2010.
Tijdens het boekjaar 2011 bedroeg het bedrijfsresultaat k€ -3 580 (of -7,2% van de opbrengsten) in vergelijking met k€ -31 886 (of -55,2% van de opbrengsten) in 2010.
In 2011 bedroeg de EBITDA k€ 5 188 (of 10,4% van de opbrengsten) in vergelijking met k€ -11 658 (of - 20,2% van de opbrengsten) voor 2010, wat neerkomst op een verbetering van k€ 16 846.
De Groep realiseerde een positief financieel resultaat van k€ 676 in 2011 (2010: k€ -838). Het netto wisselkoersresultaat liep op tot k€ 259, voornamelijk te wijten aan de blijvende zwakke US dollar. De Groep ontving tevens k€ 539 interesten uit risicovrije beleggingen van de beschikbare liquide middelen (2010: k€ 59). De financiële kosten van k€ 122 vloeiden voornamelijk voort uit betaalde interesten met betrekking tot de huidige kredietlijnen alsook bankkosten, laattijdigheidsintresten en betalingsverschillen (2010: k€ -720).
Tengevolge de IFRS richtlijn inzake uitgestelde belastingvorderingen, heeft de Groep in het boekjaar 2010 het voorzichtigheidsprincipe gehanteerd en besloten om de uitgestelde belastingvordering volledig terug te nemen.. Dit resulteerde in een negatief belastingresultaat van k€ - 28 314. Het belastingresultaat voor het financiële jaar 2011 bedroeg k€ 42.
Het resultaat per aandeel voor 2011 was als volgt:
Het nettoresultaat in 2011 bedroeg k€ -2 862 of € -0,04 per uitstaand aandeel en per aandeel na verwatering. Ter vergelijking, in 2010 bedroeg het nettoresultaat k€ -61 038 of € -0,74 per uitstaand aandeel en per aandeel na verwatering.
Het balanstotaal bedroeg k€ 47 552 op het einde van het boekjaar 2011, tegenover k€ 63 834 het jaar voordien.
De liquide middelen namen af tijdens het jaar van k€ 30 930 tot k€ 25 216 op het einde van 2011. Er werden geen bedragen opgenomen van de bestaande kredietlijnen (2010: k€ 4 770).
De handelsvorderingen en overige vorderingen daalden van k€ 7 277 tot k€ 3 924 op het einde van 2011. Deze daling is voornamelijk toe te schrijven aan de handelsvorderingen die afgenomen zijn van k€ 6 721 tot k€ 3 291 alsook de overige vorderingen (voornamelijk toe te schrijven aan een lagere BTW vordering). De portfolio van handelsvorderingen is gezond. De meeste verkopen in niet-OESO-landen werden gedekt door kredietbrieven of door een kredietverzekering aangeboden door Delcredere. Delcredere is een zelfstandig orgaan dat, onder garantie van de Belgische overheid, de taak heeft de internationale economische relaties met de niet-OESO-landen te verbeteren door het risico volgend uit export naar, import van en investeringen in de betrokken landen te verzekeren.
De voorraden daalden verder van k€ 12 425 tot k€ 6 792 op het einde van 2011. Deze daling is toe te schrijven aan de afname van de posities van de goederen in bewerking (k€ -1 439), afgewerkte producten (k€ -3 926),en grondstoffen (k€ -2 674) in vergelijking met 2010, gecombineerd met een daling van de waardevermindering op voorraden met k€ 2 406.
De nettoboekwaarde van immateriële en materiële vaste activa kwam eind 2011 uit op k€ 10 415, vergeleken met k€ 13 106 per 31 december 2010. In 2011 bedroegen de investeringen in materiële vaste activa, voornamelijk testapparatuur, k€ 188 (2010: k€ 64). De Groep investeerde ook k€ 6 209 (2010: k€ 9 300) in immateriële vaste activa, waarvan k€ 5 744 (2010: k€ 8 726) in geactiveerde ontwikkelingsprojecten en k€ 465 (2010: k€ 574) voornamelijk in bijkomende licenties.
Tijdens het boekjaar namen de schulden op ten hoogste één jaar af tot k€ 46 285 in 2011, in vergelijking met k€ 59 768 in 2010. Deze afname is hoofdzakelijk toe te schrijven aan een daling van het aantal handels- en overige schulden (k€ -12 011), een stijging van de overgedragen opbrengsten resulterende uit de recente licentie overeenkomsten
(k€ 4 458), een afname van de voorzieningen (k€ -1 149) en een afname van de andere financiële lasten met betrekking tot de terugbetaling (k€ -4 770) van de bestaande kredietlijnen.
De uitgestelde belastingsvordering, in hoofdzaak gevormd door de verliezen gerealiseerd in Option NV werden einde boekjaar 2010 op basis van IFRS richtlijnen inzake uitgestelde belastingvorderingen in haar totaliteit teruggenomen. De Groep heeft hiervoor het voorzichtigheidsprincipe gehanteerd. In het financiële jaar 2011 werden geen bijkomende uitgestelde belastingvorderingen opgenomen.
Op een balanstotaal van k€ 47 552 bedroeg het totale eigen vermogen k€ 1 245. Eind 2011 kwam de solvabiliteitsratio van de Groep bijgevolg uit op 2,6%, in vergelijking met 6,3% per einde 2010.
De kasstroom uit bedrijfsactiviteiten bedroeg in 2011 k€ 6 030, in vergelijking met k€ 5 520 het vorige jaar.
De enkelvoudige jaarrekening van Option NV (Belgische boekhoudnormen) heeft over 2011 een nettowinst van k€ 5 122, in vergelijking met het nettoverlies van k€ -23 942 in 2010.
De Raad van Bestuur stelt voor om de niet-geconsolideerde nettowinst van k€ 5 122 over 2011 toe te voegen aan het overgedragen resultaat van het vorige boekjaar.
| Resultaatverwerking - verkort schema (conform de Belgische boekhoudnormen) | |||
|---|---|---|---|
| 31 december - in k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 | |
| Overgedragen winst / (overgedragen verlies) van het vorige boekjaar | (68 074) | (44 132) | |
| Te bestemmen winst / (te verwerken verlies) van het boekjaar | 5 122 | (23 942) | |
| Te bestemmen winstsaldo / (te verwerken verliessaldo) | (62 952) | (68 074) |
| Voor het boekjaar afgesloten op 31 december | Toelichting | 2011 €000 |
2010 €000 |
|---|---|---|---|
| Opbrengsten | 3 | 49 915 | 57 731 |
| Opbrengsten van producten | 3 | 19 252 | 51 037 |
| Opbrengsten van software en licenties | 3 | 30 663 | 6 694 |
| Kostprijs verkochte goederen | 4 | (19 181) | (42 684) |
| Brutowinst | 30 733 | 15 047 | |
| Onderzoeks- en ontwikkelingskosten | 4-5 | (14 424) | (24 016) |
| Kosten van verkoop, marketing en royalty's | 4-5 | (9 852) | (11 146) |
| Algemene en administratiekosten | 4-5 | (10 036) | (12 642) |
| Totale bedrijfskosten | (34 313) | (47 804) | |
| Andere inkomsten | 25 | - | 871 |
| Bedrijfsresultaat | (3 580) | (31 886) | |
| Financiële kosten | 6 | (122) | (940) |
| Financiële opbrengsten | 6 | 798 | 102 |
| Financieel resultaat | 676 | (838) | |
| Resultaat vóór belastingen | (2 904) | (32 724) | |
| Belastingen | 7 | 42 | (28 314) |
| Nettoresultaat van de periode toerekenbaar aan de eigenaars van de Vennootschap |
(2 862) | (61 038) | |
| Resultaat per aandeel Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen |
82 498 592 | 82 498 592 | |
| Verwaterd gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen | 82 498 592 | 82 498 592 | |
| Resultaat per aandeel voor verwatering | 19 | (0,04) | (0,74) |
| Resultaat per aandeel na verwatering | 19 | (0,04) | (0,74) |
4.1.2. Geconsolideerd verslag van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten
| Voor het boekjaar afgesloten op 31 december Toelichting |
2011 €000 |
2010 €000 |
|---|---|---|
| Nettoresultaat | (2 862) | (61 038) |
| Andere gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten | ||
| Wisselkoersverschillen voortvloeiend uit valutaverschillen uit buitenlandse activiteiten |
(8) | 482 |
| Andere gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten voor de periode (netto van belastingen) |
(8) | 482 |
| Totale gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten voorde periode toewijsbaar aan de Groep |
(2 870) | (60 556) |
| Voor het boekjaar afgesloten op 31 december | 2011 | 2010 | |
|---|---|---|---|
| Toelichting | €000 | €000 | |
| ACTIVA Immateriële vast activa |
8 | 8 812 | 8 596 |
| Materiële vaste activa | 9 | 1 603 | 4 510 |
| Overige financiële activa | 11 | 1 043 | - |
| Overige vorderingen | 10 | 130 | 48 |
| Totaal der niet-vlottende activa | 11 588 | 13 155 | |
| Voorraden | 12 | 6 792 | 12 425 |
| Handels- en overige vorderingen | 10 | 3 924 | 7 277 |
| Liquide middelen | 13 | 25 216 | 30 930 |
| Belastingvorderingen | 7 | 32 | 47 |
| Totaal der vlottende activa | 35 964 | 50 679 | |
| Totaal activa | 47 552 | 63 834 | |
| SCHULDEN EN EIGEN VERMOGEN | |||
| Geplaatst kapitaal | 18 | 12 232 | 12 232 |
| Uitgiftepremies | 18 | 57 961 | 57 961 |
| Reserves | 18 | (115) | (176) |
| Overgedragen resultaat | 18 | (68 834) | (65 971) |
| Totaal eigen vermogen toerekenbaar aan de eigenaars van | |||
| de Vennootschap | 1 245 | 4 046 | |
| Uitgestelde belastingverplichtingen | - | 20 | |
| Overige lange termijn schulden | 22 | - | |
| Totaal schulden op meer dan een jaar | 22 | 20 | |
| Handels- en overige schulden | 15 | 18 126 | 30 136 |
| Overgedragen opbrengsten | 15 | 27 128 | 22 670 |
| Voorzieningen | 16 | 948 | 2 097 |
| Overige financiële schulden | 14 | 14 | 4 770 |
| Te betalen belastingen | 69 | 95 | |
| Totaal schulden op ten hoogste een jaar | 46 285 | 59 768 | |
| Totaal schulden en eigen vermogen | 47 552 | 63 834 |
| Voor het boekjaar afgesloten op 31 december | Toelichting | 2011 €000 |
2010 €000 |
|---|---|---|---|
| BEDRIJFSACTIVITEITEN | |||
| Nettoresultaat (A) | (2 862) | (61 038) | |
| Afschrijvingen op immateriële vaste activa………………………… | 8 | 5 628 | 9 725 |
| Afschrijvingen op materiële vaste activa | 9 | 2 776 | 4 368 |
| Verlies / (winst) uit de verkoop van materiële vaste activa | (75) | (300) | |
| Verlies / (winst) uit de verkoop van immateriële vaste activa | - | 14 | |
| (Terugname van) waardeverminderingen op vlottende en niet | |||
| vlottende activa | (2 309) | (690) | |
| Bijzondere waardeverminderingen op immateriële vaste activa | 8 | 365 | 6 135 |
| Bijzondere waardeverminderingen op materiële vaste activa | 9 | - | - |
| Toename / (afname) in provisies | 16 | (842) | 543 |
| Winst / (verlies) uit de verkoop van dochterondernemingen | 25 | - | (871) |
| Niet gerealiseerde wisselkoers verliezen / (winsten) | (123) | 624 | |
| Interest (opbrengsten) | 6 | (435) | (59) |
| INTEREST KOSTEN | 6 | 20 | 527 |
| Kost van op aandelen gebaseerde betalingen | 18 | 69 | 200 |
| Belastingkost / (opbrengst) | 7 | (42) | 28 314 |
| Totaal (B) | 5 032 | 48 530 | |
| Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten voor mutaties in bedrijfskapitaal | |||
| (C)=(A)+(B) | 2 170 | (12 508) | |
| Afname / (toename) in voorraden | 8 038 | 6 061 | |
| Afname / (toename) van handels- en overige vorderingen | 3 258 | 10 421 | |
| Toename / (afname) van handels- en overige schulden | (11 517) | (13 805) | |
| Toename / (afname) van uitgestelde opbrengsten | 4 458 | 21 515 | |
| Aanwending van provisies | (307) | (5 912) | |
| Totaal de mutaties in bedrijfskapitaal (D) | 3 390 | 18 280 | |
| Nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten | |||
| (E)=(C) + (D) | 6 100 | 5 772 | |
| (Betaalde) interesten (F) | (386) | (319) | |
| Ontvangen interesten (G) | 320 | 50 | |
| (Betaalde) / ontvangen belastingen (H) | (4) | 17 | |
| KASSTROOM UIT BEDRIJFSACTIVITEITEN (I)=(E)+(F)+(G)+(H) | 6 030 | 5 520 |
| INVESTERINGSACTIVITEITEN | |||
|---|---|---|---|
| Verwerving van immateriële vaste activa | 8 | (265) | (574) |
| Uitgaven van productontwikkeling, na aftrek van ontvangen subsidies | 8 | (5 744) | (8 726) |
| Investeringen in niet-geconsolideerde ondernemingen | 11 | (1 043) | - |
| Verwerving van materiële vaste activa | 9 | (167) | (64) |
| Investeringen in geassocieerde deelnemingen | (220) | - | |
| Ontvangsten uit de verkoop van immateriële vaste activa | 8 | - | 6 |
| Ontvangsten uit de verkoop van materiële vaste activa | 9 | 395 | 628 |
| Kasinstroom op de verkoop van dochterondernemingen | 25 | - | 7 145 |
| KASSTROOM UIT INVESTERINGSACTIVITEITEN (J) | (7 044) | (1 585) | |
| FINANCIERINGSACTIVITEITEN | |||
| Ontvangen uit hoofde van kapitaalsverhoging | 17 | - | - |
| Betaling met betrekking tot kosten van kapitaalsverhoging | 13 | - | - |
| Ontvangsten / (Betalingen) uit hoofde van financiële leasingschulden | 14 | - | (43) |
| Leasingschulden | 15 | 35 | - |
| Verwervingen van leningen | 14 | - | 4 770 |
| Aflossingen van leningen | 14 | (4 770) | (8 355) |
| KASSTROOM VERSTREKT / (GEBRUIKT) UIT FINANCIERINGSACTIVITEITEN | (4 735 | (3 628) | |
| (K) | |||
| Nettotoename/(afname) van liquide middelen = (I)+(J)+(K) | (5 749) | 307 | |
| Liquide middelen bij het begin van het boekjaar | 13 | 30 930 | 30 664 |
| Impact wisselkoersfluctuaties | 35 | (41) | |
| Liquide middelen op het einde van het boekjaar | 13 | 25 216 | 30 930 |
| Verschil | 5 749 | 307 |
| In k€ (duizend EUR) | Toe lichting |
Geplaatst kapitaal |
Uitgifte premies |
Op aandelen ge baseerde betalingen |
Valuta koers verschillen |
Kosten uitgifte van nieuwe aandelen |
Over gedragen resultaat |
Totaal |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Op 1 januari 2010 | 12 232 | 57 961 | 1 176 | (399) | (1 698) | (4 933) | 64 339 | |
| Nettoresultaat Andere gerealiseerde en niet |
- | - | - | - | - | (61 038) | (61 038) | |
| gerealiseerde resultaten voor de periode, netto van belastingen |
- | - | - | 482 | - | - | 482 | |
| Totaal gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten voor de periode |
- | - | - | 482 | - | (61 038) | (60 556) | |
| Op aandelen gebaseerde betalingen Kosten uitgifte van nieuwe aandelen |
18 18 |
- - |
- - |
200 - |
- - |
- 63 |
- - |
200 63 |
| Op 31 december 2010 | 12 232 | 57 961 | 1 376 | 83 | (1 635) | (65 971) | 4 046 | |
| Nettoresultaat Andere gerealiseerde en niet |
- | - | - | - | - | (2 862) | (2 862) | |
| gerealiseerde resultaten voor de periode, netto van belastingen |
- | - | - | (8) | - | - | (8) | |
| Totaal gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten voor de periode Op aandelen gebaseerde |
- | - | - | (8) | - | (2 862) | (2 870) | |
| betalingen | 18 | - | - | 69 | - | - | - | 69 |
| Op 31 december 2011 | 12 232 | 57 961 | 1 444 | 76 | (1 635) | (68 837) | 1 245 |
Option NV (de Vennootschap) is actief in de sector van de telecommunicatie en is gespecialiseerd in het ontwerp, de ontwikkeling, de productie, de installatie, de aan- en verkoop van toepassingen voor draadloze datacommunicatie zoals datakaarten, USB-apparaten, draadloze routers en (geïntegreerde) modules. De Vennootschap werd opgericht op 3 juli 1986 en stond initieel, sinds november 1997, genoteerd op de Europese contantmarkt ('Easdaq' later 'NASDAQ Europe') en staat sinds 2003 genoteerd op Eurolist van Euronext Brussel (Ticker: OPTI- code BE0003836534).
Option NV is een Naamloze Vennootschap (NV) naar Belgisch recht die haar aandelen in het openbaar te koop aanbiedt. Option NV is vertegenwoordigd in verschillende continenten. De belangrijkste vestigingen zijn de hoofdzetel in Leuven (Gaston Geenslaan 14, 3001 Leuven) enerzijds en de productiesite en logistieke vestiging in Cork (Ierland) anderzijds. De volledige lijst van alle ondernemingen die deel uitmaken van de Groep is terug te vinden in Toelichting 25: Ondernemingen behorend tot Option.
De geconsolideerde jaarrekening van de Groep voor het boekjaar dat werd afgesloten op 31 december 2011 omvat Option NV en de bijhorende dochterondernemingen (waarnaar samen wordt verwezen met 'Option' of 'de Groep'). Op de Raad van Bestuur van 28 maart 2012 werd het jaarverslag goedgekeurd voor vrijgave en verkreeg Jan Callewaert de volmacht om het verslag te ondertekenen.
De geconsolideerde financiële rekeningen zijn opgesteld volgens de "historische kost overeenkomst", behalve voor afgeleide financiële instrumenten, welke zijn gewaardeerd op hun reële waarde. De geconsolideerde financiële rekeningen worden weergegeven in euro's en alle waarden zijn afgerond tot het dichtst bijzijnde duizendtal (€ 000), tenzij anders vermeld.
De jaarrekening werd opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS), zoals gepubliceerd door de International Accounting Standards Board (IASB) en goedgekeurd door de Europese Gemeenschap.
De geconsolideerde jaarrekening omvat de jaarrekening van alle dochterondernemingen die door de Groep worden gecontroleerd. IAS 27 bepaald dat controle bestaat wanneer de Groep de bevoegdheid heeft om het financiële en operationele beleid te bepalen en zij de voordelen verwerft uit de activiteiten van de entiteiten. Controle wordt verondersteld te bestaan wanneer de Groep, rechtstreeks of onrechtstreeks, meer dan 50 % van de stemmen in handen heeft die zijn verbonden aan het aandeelkapitaal van een onderneming. Option NV heeft een 100% deelneming in al zijn dochterondernemingen (conform toelichting 25).
De resultaten van verworven of geliquideerde dochterondernemingen worden mee geconsolideerd vanaf de datum waarop de controle wordt verworven, of de consolidatie neemt een einde op de datum waarop de controle verdwijnt.
Alle transacties tussen de ondernemingen van de Groep, alle balansen en alle niet-gerealiseerde winsten op transacties tussen groepsondernemingen, worden bij consolidatie geëlimineerd. Nietgerealiseerde verliezen worden ook geëlimineerd op dezelfde manier als niet-gerealiseerde winsten tenzij een bijzondere waardevermindering van toepassing is op het activa dat onderwerp is van de transactie. De boekhoudprincipes van dochterondernemingen worden in lijn gebracht met die van de Groep om de consistentie te verzekeren in de rapportering.
Gebaseerd op een nazicht van haar financiële rekeningen heeft de Groep de presentatie en classificatie gewijzigd van sommige elementen en toelichtingen in de boekhoudprincipes. Deze kunnen als volgt worden samengevat:
o Operationele segmenten (Toelichting 3): In het financiële jaar 2011, om haar huidige marktstrategie te ondersteunen, heeft de Groep haar organisatie verder in lijn gebracht met haar doelmarkten en product segmenten, dit naar business units. Bijgevolg heeft de Groep haar interne rapportering gewijzigd en bijgevolg ook haar segment informatie. De Groep heeft de 2010 gesegmenteerde informatie aangepast in toelichting 3, dit om te kunnen worden vergeleken met de 2011 gesegmenteerde resultaten.
De toegepaste boekhoudprincipes zijn in overeenstemming met deze van vorig boekjaar, behalve voor:
Het IASB heeft volgende nieuwe en aangepaste IFRS en IFRIC interpretaties gepubliceerd:
De belangrijkste effecten van deze wijzigingen kunnen als volgt worden omschreven:
Verbeteringen aan IFRS (2009 – 2010). Deze wijzigingen werden uitgegeven in mei 2010 en werden niet toegepast vermist zij van kracht worden voor boekjaren die een aanvang nemen op of na 1 januari 2011 als deel van het van het "Annual Improvement Project (AIP). De Groep verwacht echter geen impact van de toepassing van deze verbeteringen op haar financiële positie of prestatie.
Wijziging in IFRS 1 Eerste toepassing van Internationale Financiële Rapporterings Standaarden (IFRS) – Vrijstellingen op IFRS. Deze wijziging werd uitgegeven in februari 2010 en werd van kracht op of na 1 juli 2010. Deze wijziging geeft eerste IFRS-toepassers dezelfde overgangsbepalingen welke de wijzigingen in IFRS 7 verleent aan de huidige IFRS-opstellers. Deze wijziging is een korte-termijn uitzondering en is alleen van toepassing op de jaarlijkse vergelijkende periodes die eindigen vóór 31 december 2009, tussentijdse periodes met een jaarlijkse vergelijkende periode vóór 31 december 2009 en van elke verklaring van de financiële positie gepresenteerd in deze periodes. Deze wijziging zal geen invloed hebben op de financiële positie of prestaties van de Groep.
Wijziging van IAS 24 Informatieverschaffing omtrent verbonden partijen. Deze wijzigingen werden uitgegeven in november 2009 en worden van kracht voor boekjaren die een aanvang nemen op of na 1 januari 2011. Deze Standaard vervangt IAS 24 – informatieverschaffing omtrent verbonden partijen – zoals uitgegeven in 2003. Deze wijziging op IAS 24 vereenvoudigt de informatieverplichting voor entiteiten die worden gecontroleerd of aanzienlijk worden beïnvloed door de overheid en verduidelijkt de definitie van een verbonden partij. Deze wijziging zal geen invloed hebben op de financiële positie of prestaties van de Groep.
Wijziging van IAS 32 Financiële instrumenten: Presentatie - Classificatie van claimemissies. Deze wijzigingen werden uitgegeven in oktober 2009 en worden van kracht op of na 1 februari 2010. Volgens de wijziging, de rechten van opties en warranten, uitgegeven om het verwerven van een vast aantal eigen niet -afgeleide eigen-vermogensinstrumenten van een onderneming voor een vast bedrag, worden geclassificeerd als eigen-vermogensinstrumenten, mits het bod wordt gedaan naar evenredigheid aan alle bestaande eigenaars van dezelfde klasse van deze niet-afgeleide eigenvermogensinstrumenten van de onderneming.
IFRIC 19 Aflossing van financiële verplichtingen met eigen-vermogensinstrumenten. Deze nieuwe interpretatie is uitgegeven in december 2009 en wordt van kracht op of na 1 juli 2010. Deze interpretatie behandelt de uiteenlopende boekhoudkundige verwerkingen door entiteiten welke eigenvermogensinstrumenten uitgeven, om alle of een deel van de financiële verplichting te laten uitdoven, vaak aangeduid als "schuld voor eigen vermogen - uitwisseling". Deze wijziging zal geen invloed hebben op de financiële positie of prestaties van de Groep.
Wijziging van IFRIC 14 / IAS 19 – Beperking van activa uit hoofde van toegezegde pensioenregelingen, minimale financieringsverplichtingen en hun interactie - Vooruitbetaling van een minimale financieringsverplichting. Deze wijzigingen zijn uitgegeven in december 2009 en worden van kracht voor boekjaren die aanvangen op of na 1 januari 2011. IFRIC 14 - IAS 19 werd aangepast om een onbedoeld gevolg van IFRIC 14 te verhelpen waarbij entiteiten in bepaalde omstandigheden niet toegestaan wordt om vooruitbetaalde minimale financieringsverplichtingen, te erkennen als een activa. De Groep is van oordeel dat de wijziging geen gevolgen voor de financiële positie of prestaties van de Groep zal hebben.
De Groep heeft ervoor geopteerd om geen standaarden of interpretaties toe te passen voor deze effectief dienen te worden toegepast.
Om deze jaarrekening op te stellen dient het management ramingen en veronderstellingen te maken die invloed hebben op de gepubliceerde bedragen in de jaarrekening en in de bijbehorende toelichtingen. Het gaat daarbij voornamelijk over de recupereerbaarheid van vaste activa, uitgestelde belastingen, immateriële vaste activa, garantieverplichtingen en andere waarschijnlijke verplichtingen op de afsluitingsdatum van de jaarrekening en het gepubliceerde bedrag van baten en lasten tijdens de gerapporteerde periode.
De Groep gebruikt deze ramingen voor de gewone bedrijfsuitoefening om garantieverplichtingen, verouderde stock en surplusvoorraden, dubieuze debiteuren, de economische levensduur van R&D projecten, de waardering van intellectuele eigendomsrechten, afgeleide financiële instrumenten en andere reserves te waarderen. De uiteindelijke resultaten kunnen afwijken van de gemaakte inschattingen.
Beoordelingen gemaakt door het management en de toepassingen onder IFRS, welke een belangrijke impact hebben op de bedragen opgenomen in de financiële rekeningen met een belangrijk risico op wijzigingen in het volgende jaar, worden hierna omschreven
De Groep onderverhuurt een eigen gehuurd gebouw aan een derde partij.
De Groep is van oordeel, gebaseerd op een evaluatie van de termijnen en voorwaarden opgenomen in de overeenkomst, dat zij alle risico's en voordelen van eigendom van dit gebouw geniet en bijgevolg het contract opneemt als operationele leasing.
De waarderingregels in veronderstelling van continuïteit werden zowel voor de afzonderlijke jaarrekeningen als voor de geconsolideerde jaarrekeningen van de Vennootschap gebruikt. De Raad van Bestuur is van mening dat, niettegenstaande het bestaan van belangrijke overdraagbare verliezen het gebruik van waarderingsregels in veronderstelling van continuïteit gerechtvaardigd is, het onderstaande in overweging nemend.
De Vennootschap opereert hoofdzakelijk in het draadloze data segment. Dit segment blijft een belangrijke groeimarkt. Gebruikers worden er meer en meer aan gewend dat hun toestellen draadloos zijn verbonden met het internet. Applicaties hebben het gebruik van zulke toestellen verder verbeterd, verveelvoudigd en geïntensifieerd. Het groeipotentieel van de sector is verder bewezen door de continue innovatie en ontwikkeling van nieuwe productcategorieën. De verwachte uitrolling van het 4G-netwerk zal de hele telecomindustrie verder doen groeien. Option is reeds vele jaren actief in dit marktsegment en heeft waardevolle knowhow, samenwerkingen en verkoopskanalen opgebouwd.
Op het Mobile World Congress in Barcelona heeft de Vennootschap nieuwe en hergepositioneerde producten (VIU², XYfi en een nieuwe LTE based module) aangekondigd. Daarnaast heeft de Vennootschap verder geïnvesteerd in de ontwikkeling van haar securitygerelateerde producten door een samenwerking met Vasco Data Security. Deze samenwerking heeft geleid tot de introductie van een nieuw product "Cloudkey". Het product wordt verdeeld via systeemintegratoren die gewend zijn om te werken met Vasco Data Security systemen. Hoewel de verkoopscyclus voor zo'n producten gewoonlijk langer is, is de verwachte bruto marge op de verkoop groter en de volatiliteit van verkoopsresultaten lager.
De Raad van Bestuur heeft een budget voor 2012 en een plan voor 2013 goedgekeurd rond de bestaande producten en de initiële feedback die vanuit de markt is binnengekomen met betrekking tot de nieuwe en toekomstige producten. Hoewel het grootste deel van het budget voorspellingen bevat over segmenten en kanalen die voor de Vennootschap vrij nieuw zijn, is de Raad van Bestuur toch de mening toegedaan dat het budget realistisch en terughoudend is opgesteld. De financiële en liquiditeitspositie van de Vennootschap kan mogelijk negatief worden beïnvloed in geval het businessplan enkel deels of niet tijdig wordt gerealiseerd. In de komende maanden zal de Vennootschap in staat zijn om te beoordelen in welke mate de initiële marktinteresse wordt gematerialiseerd volgens dit budget.
De voorbije jaren heeft Option stappen ondernomen om haar kostenbasis aanzienlijk te herschikken. Deze kostenvermindering heeft geresulteerd in een zeer belangrijke vermindering van operationele kosten met 45% tussen 2009 en 2011 (exclusief herstructurering en afschrijvingen). In de toekomst zal de Vennootschap zich blijven richten op een verdere optimalisatie van de kosten. Het door de Raad van Bestuur goedgekeurde budget omvat verdere kostenbesparingen die de cash burn van de Vennootschap zullen terugdringen. Deze worden naar verwachting geïmplementeerd in de komende maanden.
Op balansdatum heeft de Vennootschap een sterke liquiditeitspositie, welke de Groep in staat stelt om haar gedefinieerde marktstrategie verder te ontwikkelen. De kredietlijnen die de groep had onderhandeld in 2009 met ING en Belfius (voorheen Dexia) worden momenteel niet opgenomen en zijn niet beschikbaar, omdat de convenanten zijn geschonden. De Vennootschap bekijkt en heronderhandelt momenteel de bestaande kredietlijnen.. De Vennootschap verwacht het nodige werkkapitaal te kunnen aantrekken na een succesvolle lancering van de nieuwe producten.
De ramingen en veronderstellingen worden continu herzien. Herzieningen op boekhoudkundige veronderstellingen worden opgenomen in de periode waarin de herziening heeft plaatsgevonden en als er een belangrijk risico bestaat tot een materiële correctie op de bedragen opgenomen in de activa en passiva van het volgende boekjaar.
Ontwikkelingskosten worden gekapitaliseerd in overeenstemming met de boekhoudprincipes opgenomen in toelichting 2. De initiële kapitalisatie van de kosten is gebaseerd op het oordeel van het management dat de technologische en economische haalbaarheid is bevestigd, indien een ontwikkelingsproject een welbepaalde mijlpaal heeft bereikt in overeenstemming met een project management model. Bij het bepalen van het de gekapitaliseerde bedragen maakt het management assumpties omtrent de toekomstige winstverwachtingen van het actief, verdisconteerde waardes en de verwachte periode dat het actief inkomsten genereert.
Op 31 december 2011 bedroegen de gekapitaliseerde ontwikkelingskosten k€ 8 194 (2010: k€ 8 114). Voor verdere details verwijzen we naar toelichting 8.
De Groep evalueert op elke afsluitdatum of er aanwijzingen zijn om een uitzonderlijke waardevermindering voor alle niet financiële vaste activa op te nemen. Indien er berekeningen op de gebruikswaarde worden toegepast, dient het management de toekomstige kasstromen van de vaste activa of de cash genererende eenheid in te schatten en dient zij een verdiscontering te berekenen op de actuele waarde van deze kasstromen. Op 31 december 2011 heeft de Groep een bedrag van k€ 365 aan uitzonderlijke waardeverminderingen opgenomen op de geactiveerde ontwikkelingsprojecten (2010: k€ 6 135). Voor verdere details, met inbegrip van een sensitiviteitsanalyse en de belangrijkste assumpties, verwijzen we naar toelichting 8.
Uitgestelde belastingsvorderingen worden opgenomen voor alle niet gebruikte belastingverliezen en andere tijdelijke verschillen, in de mate dat het meer dan waarschijnlijk is dat toekomstige belastbare winsten zullen worden gegenereerd tegen dewelke de vorderingen kunnen worden gebruikt. Een belangrijke beoordeling van het management is vereist om het bedrag van de opgenomen belastingvorderingen te bepalen, gebaseerd op een ingeschatte timing alsook het bedrag van toekomstige belastbare winsten samen met toekomstige planningstrategieën. Tengevolge de IFRS richtlijn inzake uitgestelde belastingvorderingen, heeft de Groep in dit opzicht het voorzichtigheidsprincipe gehanteerd en besloten om de uitgestelde belastingvordering in 2010 volledig terug te nemen. Bijgevolg is er op de balans geen boekwaarde met betrekking tot de uitgestelde belastingvordering, opgenomen op 31 december 2010 en 2011. Alhoewel deze belastingvorderingen niet meer werden opgenomen op de balans, vervallen deze niet en mogen evenmin gebruikt worden om ze af te zetten tegenover belastbare winsten in andere entiteiten van de Groep. Verdere informatie wordt gegeven in toelichting 7.
De Groep raamt haar kosten voor de garantieprovisie door gebruik te maken van statistische gegevens op de verkopen. De garantieperiode is in overeenstemming met de geldende wetgeving en varieert van 12 tot 24 maanden, afhankelijk van waar de klant zich bevindt.
Op 31 december 2011 bedroeg de geraamde garantieprovisie k€ 83 (2010: k€ 201). Meer details hieromtrent worden gegeven in toelichting 16.
Een voorziening voor herstructurering wordt aangelegd wanneer de Groep een gedetailleerd formeel plan ontwikkeld voor de herstructurering, zoals uiteengezet in de voornaamste boekhoudprincipes in toelichting 2. In het laatste kwartaal van 2009 kondigde de Groep een tweede herstructurering aan die zowel de Vennootschap als een aantal van haar dochterondernemingen trof. Op het einde van het boekjaar 2011 werd de resterende herstructureringsprovisie geraamd op k€ 510 (2011: k€ 1 096). Verdere informatie wordt gegeven in toelichting 16.
De jaarresultaten van de individuele entiteiten die tot de Groep behoren, worden uitgedrukt in de munteenheid van de voornaamste economische ruimte waarbinnen deze entiteiten opereren (functionele munteenheid). De geconsolideerde financiële rapportering wordt weergegeven in euro, de functionele en rapporteringmunteenheid van de Vennootschap. Alle ondernemingen binnen de Groep hebben de euro als functionele munt, behalve:
Bij het opstellen van de jaarrekeningen van de individuele entiteiten worden transacties andere dan in euro, geboekt tegen wisselkoersen die gelden op datum van de transacties. Op iedere balansdatum worden monetaire activa en passiva uitgedrukt in vreemde valuta omgezet tegen de koers op de balansdatum. Niet-monetaire activa en passiva aan reële waarde, uitgedrukt in vreemde valuta worden omgerekend tegen de wisselkoers die geldt op de datum waarop de reële waarde werd bepaald. Winsten en verliezen afkomstig uit de vereffening van wisseltransacties en uit de omrekening van monetaire activa en passiva uitgedrukt in vreemde valuta worden erkend in de resultatenrekening van die periode.
Voor doeleinden van de geconsolideerde jaarrekening worden activa en passiva van buitenlandse activiteiten (VS, Japanse, Hong Kong en Taiwanese dochterondernemingen) omgezet in euro tegen de wisselkoersen die gelden op balansdatum. Inkomsten en uitgaven worden omgerekend tegen de gemiddelde wisselkoersen voor de periode, tenzij de wisselkoersen aanzienlijk schommelden tijdens die periode. Dan worden immers de wisselkoersen op datum van de transacties gebruikt. De componenten van het eigen vermogen worden aan historische koers omgezet. De wisselkoersverschillen die hieruit mogelijks voortvloeien uit de euro-omzetting van het eigen vermogen tegen de koers op rapporteringdatum, worden geboekt als 'verschillen in nettovalutakoers' onder de rubriek 'Eigen vermogen'. Dergelijke wisselkoersverschillen worden in resultaat genomen tijdens de periode waarin de buitenlandse activiteit afgestoten of beëindigd wordt.
De Groep genereert hoofdzakelijk opbrengsten uit de verkoop van haar producten: datakaarten, USB apparaten, routers, ingebouwde draadloze modules, licenties en software.
De klanten van de Groep zijn onder meer Value-Added Resellers (VAR's), Original Equipment Manufacturers (OEM's), service providers van draadloze communicatie, internationale operatoren en eindgebruikers.
Deze verkopen worden erkend als opbrengsten wanneer:
Indien aan één of meer van deze criteria niet wordt voldaan, wordt de opbrengst overgedragen tot aan alle criteria wordt voldaan.
De opbrengsten worden opgenomen aan hun reële waarde, exclusief van betalingskortingen, toegekende kortingen en belastingen op opbrengsten.
De verkochte producten van de Groep worden over het algemeen niet verkocht met recht op teruggave, tenzij de producten defect zijn en gedekt zijn door de garantieclausule (zie ook toelichting 15).
De opbrengsten van de Groep omvatten ook samengestelde producten en/of diensten zoals o.a. technische ondersteuning van haar producten. In deze gevallen wordt de totale opbrengst toegewezen aan de reële waarde van de individuele elementen, die dan gewaardeerd worden op basis van de onderliggende boekhoudprincipes, van toepassing op dat element.
Indien de marktwaarde van één of meer van de elementen niet kan worden bepaald, wordt de opbrengst gespreid over de verwachte resterende contractuele looptijd.
Niettegenstaande de verkochte producten ingebouwde software hebben, gelooft de Groep dat deze software onontbeerlijk is aan de producten die ze levert.
Opbrengsten van diensten worden erkend als de diensten zijn geleverd en wanneer er geen belangrijke prestaties meer dienen te worden geleverd en indien de inbaarheid in belangrijke mate vaststaand is. Opbrengsten uit dienstenovereenkomsten, afhankelijk van een finale aanvaarding van de klant worden uitgesteld tot zulke aanvaarding is ontvangen en alle andere voorwaarden omtrent erkenning van opbrengsten zijn vervuld. De kosten met betrekking tot dergelijke overeenkomsten worden opgenomen wanneer ze zich voordoen.
Een gedeelte van de opbrengsten van de Groep zijn afgeleid uit samenwerkingsovereenkomsten. Als gevolg van zulke samenwerkingen verklaart de Groep zich akkoord om onderzoek naar en het testen van producten uit te voeren, zoals omschreven in dergelijke overeenkomst.
Het belangrijkste deel van deze overeenkomsten voorzien voorafbetalingen met betrekking tot toegang tot technologieën, licentiekosten en te bereiken mijlpalen. Overeenkomsten die specifiek betrekking hebben op licentie- en software inkomsten worden als opbrengst erkend over de periode van de licentie.
Definitief verworven voorafbetalingen worden slechts erkend als opbrengst voor zover er producten of diensten geleverd werden in een afzonderlijke transactie en de Groep aan alle voorwaarden en verplichtingen van de onderliggende overeenkomst heeft voldaan. In het geval van blijvende betrokkenheid van de Groep, zal de voorafbetaling niet beschouwd worden als een afzonderlijke transactie en zal de erkenning van de opbrengsten op basis van de marktwaarde gespreid worden over de looptijd van de overeenkomst.
Mijlpaalopbrengsten volgende uit onderzoek worden erkend als opbrengsten zodra deze definitief verworven zijn, tenzij de Groep betrokken blijft in het programma. In dit geval wordt de mijlpaalopbrengst slechts erkend in de mate er kosten werden opgelopen (en in het licht van de globale projectopbrengsten en –kosten).
Indien er in cash wordt voorafbetaald alvorens aan bovenvermelde criteria werd voldaan, worden deze als overgedragen opbrengsten erkend.
Een beperkt aantal contracten geeft de klant recht op een kredietnota in geval van prijserosie gedurende een bepaalde periode volgend op de initiële verkoop. De mogelijke kortingen volgend uit dergelijke inkomsten worden geschat op het ogenblik van de verkoop en worden in mindering gebracht van de opbrengsten.
Financiële kortingen worden in mindering gebracht van de opbrengsten.
In het kader van licentieovereenkomsten heeft de Groep zich ertoe verbonden royalty's te betalen voor het gebruik van bepaalde essentiële gepatenteerde technologieën in draadloze datacommunicatie. De Groep gaat ervan uit dat royaltyverplichtingen bepaald kunnen worden in overeenstemming met de voorwaarden die werden bedongen met de octrooihouders. Royaltyverplichtingen worden opgenomen als 'kosten voor verkoop, marketing en royalty's.
Belastingen op de winst of het verlies voor het boekjaar omvatten verschuldigde en uitgestelde belastingen. De belastingen worden geboekt in de resultatenrekening tenzij ze betrekking hebben op transacties die direct in het eigen vermogen werden opgenomen. In dat geval worden de belastingen rechtstreeks geboekt in het eigen vermogen.
Verschuldigde belastingen omvatten de verwachte belastingverplichtingen op het belastbare inkomen van het jaar. De belastbare basis verschilt van het resultaat voor belastingen zoals opgenomen in de jaarrekening omdat bepaalde elementen van de inkomsten of de uitgaven in andere boekjaren belast of vrijgesteld worden en andere elementen die definitief verworpen worden of aftrekbaar zijn. 'Enacted' (waarbij de letter van de wet wordt toegepast) of 'substantially enacted' (waarbij de geest van de wet wordt toegepast, d.w.z. bepaalde aspecten) belastingtarieven worden gebruikt om de verschuldigde belastingen op balansdatum te bepalen. Voor verdere details verwijzen we naar toelichting 7.
Uitgestelde belastingen zijn voorzien, gebruik makend van de passivamethode, voor alle tijdelijke verschillen die zich voordoen tussen de aanslagvoeten van activa en passiva en hun nettoboekwaarde ten behoeve van financiële verslaggeving. 'Enacted' (waarbij de letter van de wet wordt toegepast) of 'substantially enacted' (waarbij de geest van de wet wordt toegepast, d.w.z. bepaalde aspecten) belastingtarieven worden gebruikt om de uitgestelde belastingen te bepalen.
Uitgestelde belastingverplichtingen worden algemeen erkend voor alle tijdelijke belastingverschillen. Uitgestelde belastingvorderingen worden enkel opgenomen wanneer het management het waarschijnlijk acht dat er voldoende toekomstige belastbare winsten zullen zijn om het belastingvoordeel te kunnen genieten. Uitgestelde belastingvorderingen worden op iedere balansdatum geëvalueerd en worden afgeboekt in de mate dat het niet langer waarschijnlijk is dat het gerelateerde belastingvoordeel zal worden gerealiseerd.
Uitgestelde belastingsverplichtingen en –vorderingen worden tegenover elkaar afgezet indien wettelijk is toegelaten om de verschuldigde belastingen en vorderingen tegenover elkaar af te zetten en indien deze betrekking hebben op belastingen geheven door dezelfde belastingsautoriteiten en indien de Groep de intentie heeft dit recht uit te voeren. Voor verdere details verwijzen we naar toelichting 7.
De voorraden grondstoffen (hoofdzakelijk elektronische componenten) en goederen in bewerking, worden geboekt tegen de kostprijs (FIFO-methode) of, indien die lager is, tegen de realisatiewaarde.
De voorraden van afgewerkte producten worden geboekt tegen de laagste van de kostprijs of de netto realiseerbare waarde. De kostprijs omvat directe materialen en, indien van toepassing, directe arbeidskosten en de overheadkosten die zijn gemaakt om de voorraden naar hun huidige locatie en in hun huidige toestand te brengen. De kostprijs wordt berekend volgens de methode van het gewogen gemiddelde.
De netto realiseerbare waarde is de geschatte verkoopprijs min de geschatte kosten om het product af te werken en om de verkoop te realiseren.
De Groep erkent voorraad in consignatie op haar balans tenzij er een aanzienlijke overdracht van de risico's en voordelen verbonden aan het eigendom heeft plaatsgevonden naar de geconsigneerde.
De Groep waardeert doorlopend de voorraden van verouderde artikelen of langzaam roterende artikelen, en legt waar nodig voorzieningen aan.
De materiële vaste activa van de Groep omvatten specifieke productieapparatuur en worden gewaardeerd tegen de historische kost min de gecumuleerde afschrijvingen en eventuele bijzondere waardeverminderingen. Kosten, opgelopen na initiële erkenning zullen deel uitmaken van de waarde van het activa of zullen als afzonderlijk activa worden behandeld in de mate dat de verbonden toekomstige economische voordelen aan de Groep toekomen en indien de gerelateerde kosten op een betrouwbare wijze kunnen worden bepaald.
Indien er een belangrijk nazicht wordt uitgevoerd, wordt deze kost toegevoegd aan de boekwaarde van de materiële vaste activa als vervangingskost indien het aan de opnamecriteria voldoet. Alle andere kosten met betrekking tot onderhoud en herstelling worden ten laste genomen van de resultatenrekening op het ogenblik waarop ze zich voordoen.
De items met betrekking op materiële vaste activa worden niet meer opgenomen op het moment van buitengebruikstelling of indien er geen toekomstige economische voordelen meer worden verwacht van het gebruik ervan. De winst of verlies, voortvloeiend uit de buitengebruikstelling van het vast actief (berekend op basis van het verschil tussen de netto verkoop en de boekwaarde van het vast actief) worden opgenomen in het resultaat van het jaar van buitengebruikstelling.
De activa worden lineair afgeschreven over de geschatte economische levensduur, met name:
| Machines en computeruitrusting | 2 tot 10 jaar |
|---|---|
| Meubilair en rollend materieel | 5 jaar |
| Inrichtingen | 3 tot 9 jaar |
De geschatte levensduur, de restwaarden en de afschrijvingsmethode worden steeds herzien op balansdatum zodat eventuele gewijzigde inschattingen verwerkt worden op vooruitziende basis.
Activa in aanbouw worden geboekt aan kostprijs. Die omvat de kosten voor de bouw en materiële vaste activa en andere directe kosten. Deze activa worden slechts afgeschreven vanaf het ogenblik waarop ze klaar zijn voor hun bestemd gebruik. Op dat ogenblik worden de activa naar de relevante rubrieken binnen de materiële vaste activa verplaatst
Leasing operaties kunnen worden opgesplitst in twee soorten van leasing:
Leasing waarbij de Groep een aanzienlijk deel van de risico's en de opbrengsten van eigendom op zich neemt worden in de categorie 'financiële leasing' ondergebracht. Zij worden gemeten tegen het laagste bedrag van de reële waarde en de geraamde huidige waarde van de minimale huurbetalingen bij het begin van de huur, te verminderen met de gecumuleerde afschrijvingen en verliezen door bijzondere waardeverminderingen.
Elke leasingbetaling wordt toegekend aan het passief en aan de financieringskosten om te komen tot een constante periodieke rentevoet op het uitstaande financieringssaldo. De overeenstemmende leasingverplichtingen, zonder financieringskosten, zijn opgenomen onder de schulden die op minder en op meer dan één jaar vervallen. Het rente-element wordt geboekt ten laste van de resultatenrekening over de leasingtermijn. Activa onder financiële leasing worden afgeschreven over de gebruiksduur van de activa volgens de door de Groep uiteengezette regels. Als er geen zekerheid bestaat of de Groep eigenaar zal worden van het actief op het einde van de huurovereenkomst, dan gebeurt de afschrijving over de kortste periode: de huurtermijn of de gebruiksduur van de activa.
Leasing waarbij een aanzienlijk deel van de risico's en de opbrengsten van eigendom effectief door de verhuurder worden behouden, worden beschouwd als operationele leasing. Betalingen voor operationele leasing worden lineair ten laste genomen van de resultatenrekening over de duur van de overeenkomst. Voor verdere details verwijzen we naar toelichting 17.
Afzonderlijk verworven Immateriële vaste activa worden gewaardeerd bij de initiële opname op kostbasis verminderd met gecumuleerde afschrijvingen en gecumuleerde waardeverminderingen. Intern gegenereerde immateriële vaste activa, met uitzondering van geactiveerde ontwikkelingsprojecten, worden niet geactiveerd en de kost wordt opgenomen in het resultaat van het jaar waarin de kost zich voordoet.
Immateriële vaste activa worden afgeschreven op basis van hun economische gebruiksduur en de nood van een uitzonderlijke waardevermindering wordt geanalyseerd wanneer zich een indicatie tot waardevermindering voordoet. De afschrijvingsmethode en periode van het immaterieel vast actief met een gedefinieerde levensduur wordt minstens herzien op elk financieel jaareinde. Winsten of verliezen die hun oorzaak vinden in de buitengebruikstelling van een immaterieel vast actief worden berekend op basis van het verschil tussen de netto verkoop en de boekwaarde van het actief en worden opgenomen in het resultaat wanneer het actief wordt buiten gebruikgesteld.
Uitgaven voor onderzoek worden als uitgave opgenomen wanneer ze worden opgelopen.
De Groep gebruikt de boekhoudkundige kostenverminderingmethode voor onderzoekssubsidies waarbij het voordeel van de subsidie wordt erkend als een vermindering van de kostprijs van de aanverwante uitgaven. Dit wanneer is voldaan aan bepaalde criteria die zijn bedongen in de voorwaarden van die subsidieovereenkomsten en voor zover de nodige garanties werden gegeven dat de subsidies effectief zullen worden ontvangen.
Kosten van ontwikkelingsprojecten (voor het ontwerpen en testen van nieuwe of verbeterde producten) worden opgenomen als immateriële activa conform IAS 38 Immateriële Activa, indien voldaan is aan de volgende criteria en de Groep de volgende zaken kan aantonen:
Het initieel opgenomen bedrag voor intern ontwikkelde immateriële vaste activa bestaat uit het totaal van de opgelopen kosten vanaf het moment waarop het immaterieel vast actief aan de hierboven beschreven criteria voldeed. Indien geen intern ontwikkeld immaterieel vast actief kan worden erkend, worden ontwikkelingskosten opgenomen in de resultatenrekening van de periode tijdens dewelke ze werden opgelopen.
Na hun initiële opname op de balans worden deze intern ontwikkelde immateriële activa gewaardeerd aan kost min gecumuleerde afschrijvingen en gecumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen, op dezelfde manier als de overige immateriële vaste activa. De afschrijvingen van de geactiveerde ontwikkelingskosten worden geboekt in de resultatenrekening onder de rubriek 'Onderzoeks- en Ontwikkelingkosten'.
Andere ontwikkelingsuitgaven worden opgenomen als kost wanneer ze worden opgelopen. Onderzoeks- en ontwikkelingskosten die in het vorige boekjaar werden opgenomen als kost, kunnen in een volgende periode niet worden opgenomen als een actief. Ontwikkelingskosten met een vaste gebruiksduur die werden geactiveerd, worden rechtlijnig afgeschreven vanaf het begin van de commerciële verzending van het gecertificeerde product over de periode van zijn verwachte opbrengst die niet meer dan twee jaar bedraagt.
Het activeren van ontwikkelingskosten, zoals hierboven gedetailleerd beschreven, creëert een tijdelijk verschil in de belastbare basis. Bijgevolg werd in dit verband een uitgestelde belastingverplichting geboekt.
De overige immateriële vaste activa van de Groep omvatten:
De Groep evalueert in elke rapporteringsperiode de vaste activa en bepaald in geval van bijzondere gebeurtenissen of wijzigingen of er enige indicatie bestaat tot het nemen van een bijzondere waardevermindering. Indien die indicaties er zijn, wordt de realisatiewaarde van het actief geschat om de bijzondere waardevermindering vast te leggen. Indien een individueel actief geen kasstromen genereert los van andere activa, dan zal de Groep een inschatting maken van de realisatiewaarde van de eenheid die de kasstromen genereert en waartoe het actief behoort.
Voor de immateriële vaste activa zal onmiddellijk een bijzondere waardevermindering worden geboekt zodra niet meer aan de vereiste criteria (zie boekhoudprincipe 8A) is voldaan. Immateriële vaste activa met een onbepaalde levensduur en immateriële vaste activa die nog niet klaar zijn voor ingebruikname worden jaarlijks getest op waardeverminderingen of telkens er een indicatie van waardevermindering is.
De realisatiewaarde is gelijk aan de hoogste van de marktwaarde verminderd met de verkoopkosten en de gebruikswaarde. De beoordeling van de gebruikswaarde gebeurt op basis van de huidige waarde van de verdisconteerde toekomstige kasstromen, gebruik makend van de discontovoet voor belastingen die de huidige marktcondities van de tijdswaarde van geld en de specifieke risico's verbonden aan het onderliggend activa voor zover de toekomstige kasstromen hier niet voor werden aangepast, weerspiegelt.
Indien de realisatiewaarde van het activa (of de kasstroom generende eenheid) lager is dan de huidige boekwaarde, zal de boekwaarde verlaagd worden tot de realisatiewaarde. Deze waardeverminderingen worden opgenomen in de resultatenrekening.
Bijzondere waardeverminderingen kunnen worden teruggenomen indien er zich een wijziging voordoet bij de elementen die de bijzondere waardevermindering tot stand hebben gebracht. Deze terugname kan de eigenlijke boekwaarde voor bijzondere waardevermindering, min waardeverlies en afschrijvingen, niet overschrijden. Het terugnemen van de bijzondere waardevermindering heeft een onmiddellijk effect op het resultaat.
Een provisie wordt opgenomen indien:
Indien er niet aan deze voorwaarden wordt voldaan, wordt geen provisie genomen.
Het bedrag dat als voorziening erkend wordt is de beste raming van de vereisten om de huidige verplichting op de balansdatum te vereffenen, rekening houdend met de risico's en de onzekerheden die eigen zijn aan de verplichting. Indien sommige of alle economische voordelen die worden vereist om een voorziening te vergoeden, van een derde kunnen worden teruggevorderd, wordt de vordering aanzien als een activa indien het nagenoeg zeker is dat de terugbetaling zal worden ontvangen en indien het bedrag van terugbetaling betrouwbaar kan worden gemeten.
De Groep verleent garantie op haar producten vanaf de datum van verzending en/of verkoopdatum aan de eindklant. De garantietermijn is in overeenstemming met de geldende wetgeving en varieert van 12 tot 24 maanden afhankelijk van de plaats waar de klant zich bevindt. Het beleid van de Groep bestaat erin de geraamde kosten van garantieverlening te boeken op het ogenblik dat de verkoop wordt opgetekend.
Op verkopen van de Groep buiten de Europese Unie is de garantietermijn beperkt tot ten hoogste één jaar.
Een herstructureringsprovisie wordt erkend wanneer de Groep een gedetailleerd en formeel plan voor de herstructurering heeft opgesteld en voor dewelke een gegronde verwachting kenbaar werd gemaakt aan de getroffenen, dat het plan zal worden uitgevoerd door de aanvang van de uitvoering ervan of door het bekendmaken van de belangrijkste kenmerken van het plan aan de getroffenen. De grootorde van een herstructureringsprovisie omvat enkel die uitgaven die noodzakelijkerwijs voortvloeien uit de herstructurering en welke niet worden geassocieerd met de lopende activiteiten van de onderneming.
De Groep heeft een aantal pensioenplannen voor haar personeelsleden op basis van vastgelegde bijdragen (defined contribution). De activa worden beheerd in afzonderlijke fondsen of groepsverzekeringen. De bijdragen worden ten laste genomen van de resultatenrekening in het jaar waarop ze betrekking hebben.
De Groep maakt gebruik van op aandelen gebaseerde vergoedingen waarbij aandelen opties (hierna vernoemd als "warranten") worden toegekend aan werknemers, zelfstandigen en bestuurders. De kost van deze op aandelen gebaseerde transacties met werknemers, worden berekend op basis van de reële waarde op de datum van verwerving. De op aandelen gebaseerde vergoedingen worden als kost in de resultatenrekening opgenomen over de periode van verwerving, met een overeenkomstige toename van het eigen vermogen.
Het bedrag dat ten laste van de resultatenrekening dient te worden genomen over de verwervingsperiode wordt bepaald volgens de reële waarde van de warrants, welke wordt berekend op basis van het Black Scholes-model. Daarbij wordt rekening gehouden met de voorwaarden die van toepassing waren bij het toekennen van de warrants. Op elke balansdatum herziet de Groep haar ramingen van het aantal warrants die vermoedelijk uitoefenbaar zullen worden tenzij de verbeuring van warrants plaatsvindt wegens het niet bereiken van de drempelwaarden. Eventuele correcties zullen worden uitgevoerd in de resultatenrekening en in het eigen vermogen over de resterende looptijd van de warrants. De direct toe te schrijven transactiekosten worden in mindering gebracht van het aandelenkapitaal (nominale waarde) en uitgiftepremie op het ogenblik waarop de warrants worden uitgeoefend.
Voor verdere details verwijzen we naar toelichting 18.
De financiële activa en de financiële passiva worden opgenomen in de balans van de Groep zodra de Groep de contractuele bepalingen van het instrument onderschrijft.
Handelsvorderingen en overige vorderingen zijn in de balans opgenomen aan nominale waarde (in het algemeen het gefactureerde bedrag), verminderd met een waardevermindering voor dubieuze debiteuren. Dergelijke waardevermindering wordt opgenomen in de resultatenrekening als het waarschijnlijk is dat de Groep de vordering niet zal kunnen innen.
Waardeverminderingen voor klanten waarbij de dubieuze bedragen resulteren uit commerciële discussies worden geboekt ten opzichte van de bedrijfsopbrengsten. In die gevallen waarbij het kredietrisico resulteert uit de mogelijkheid dat klanten niet langer in staat zouden blijken om aan hun financiële verplichtingen te voldoen, worden de waardeverminderingen geboekt als waardevermindering voor dubieuze debiteuren.
Zelfs indien één bepaald merk of een wereldwijde mobiele operator een aanzienlijk percentage van de handelsvorderingen van de Groep zou vertegenwoordigen, dan nog sluit de Groep transacties met de individuele verbonden telecomoperatoren, die vrij zijn om hun eigen contracten te onderhandelen en hun eigen aankooporders te plaatsen. Deze verbonden operatoren hebben een verschillend risicoprofiel en kunnen genieten van verschillende voorwaarden.
De overige vorderingen worden vermeld op basis van hun nominale waarde (over het algemeen het gefactureerde bedrag) verminderd met een voorziening voor dubieuze debiteuren mocht dit noodzakelijk blijken.
Handels- en overige schulden worden gewaardeerd tegen afgeschreven kostprijs. Deze is berekend, gebruik makend van de effectieve interest methode verminderd met eventuele waardeverminderingen.
Als liquide middelen zijn te beschouwen cash, termijndeposito's en de gemakkelijk realiseerbare beleggingen met een looptijd van ten hoogste drie maanden op moment van aankoop. Liquide middelen bestaan hoofdzakelijk uit termijndeposito's bij handelsbanken met een hoge kredietwaardigheidscore.
Met betrekking tot het geconsolideerde kasstroomoverzicht bevatten de liquide middelen cash en korte termijn deposito's, zoals hierboven omschreven.
Kosten van leningen worden opgenomen op het moment dat de kost zich voordoet.
De Groep maakt gebruik van afgeleide financiële instrumenten zoals termijncontracten om haar wisselkoersrisico in te dekken. Deze afgeleide financiële instrumenten worden initieel opgenomen aan hun reële waarde op datum van afsluiting van het contract en worden geregeld geherwaardeerd aan hun reële waarde, opgenomen in de resultatenrekening. Voor financiële instrumenten, waarvoor er geen actieve markt bestaat, wordt een aanvaardbare waarderingstechniek gebruikt om de reële waarde te bepalen. Derivaten worden opgenomen als een financieel actief indien de reële waarde positief is en als financieel passief indien de reële waarde negatief is. Elke winst of verlies van de derivaten, voortvloeiend uit de wijziging in reële waarde gedurende het jaar en welke niet onder de classificatie vallen voor hedge accounting (indekkingen) worden onmiddellijk opgenomen als winst of verlies.
De winst per gewoon aandeel wordt berekend op basis van het gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen uitstaand tijdens de periode.
De winst per verwaterd aandeel wordt berekend op basis van het gewogen gemiddeld aantal verwaterde aandelen uitstaand tijdens de periode.
Een segment is een autonoom deel van de Groep dat specifieke producten of diensten levert (operationeel segment), of producten of diensten levert binnen een bepaalde economische omgeving bezig is (geografisch segment), dat aan risico's onderhevig is en opbrengsten genereert die van andere segmenten te onderscheiden zijn.
Segmentresultaten omvatten de opbrengsten en kosten die direct toe te schrijven zijn aan het segment en het relevante gedeelte van de opbrengsten en kosten die op een redelijke wijze aan het segment kunnen worden toegewezen.
De operationele segmenten worden geïdentificeerd op basis van interne rapportering omtrent de onderdelen van de Groep en welke op regelmatige basis worden beoordeeld door de "chief operating decision maker" met het doel om de nodige middelen toe te wijzen aan de segmenten en om hun prestaties te beoordelen.
Segmentinformatie wordt voorgesteld met betrekking tot de operationele segmenten en geografische segmenten van de Groep. De Groep volgt haar activiteiten op projectbasis op waarbij elk project een verzameling van producten met gelijkaardige technologieën vertegenwoordigt.
De Groep heeft IFRS 8 "Operationele segmenten" toegepast, en dit met ingang van 1 januari 2009. IFRS 8 vereist dat de operationele segmenten worden geïdentificeerd op basis van de interne rapportering betreffende de componenten van de Groep welke op regelmatige basis worden besproken door het management van de Groep met als doel de nodige middelen toe te wijzen aan deze segmenten en om hun werking in te schatten. In de eerste jaarhelft van 2011, om haar huidige marktstrategie te ondersteunen, heeft de Groep haar organisatie verder in lijn gebracht met haar doelmarkten en product segmenten, dit naar business units. Bijgevolg heeft de Groep haar interne rapportering gewijzigd en bijgevolg ook haar segment informatie.
Het primaire rapporteringssegment werd bepaald als zijnde het operationele segment, elk segment is een autonoom component van de Groep welke specifieke producten of diensten levert:
Hierna een analyse van de opbrengsten en de bedrijfsresultaten van de Groep per gerapporteerd segment:
| Opbrengsten van externe klanten |
Resultaat van het operationeel segment |
||||
|---|---|---|---|---|---|
| 2011 | 2010 | 2010 | |||
| Devices & Solutions | 13 907 | 43 089 | (7 977) | (7 759) | |
| Embedded & Solutions | 6 162 | 7 257 | (2 502) | (8 782) | |
| Licenties | 28 135 | 4 956 | 27 938 | 4 956 | |
| Overige | 1 711 | 2 429 | (3 507) | (820) | |
| Totalen | 49 915 | 57 731 | 13 952 | (12 405) | |
| Niet toegewezen bedrijfskosten | (17 532) | (19 481) | |||
| Financiële (kosten) / opbrengsten | 676 | (838) | |||
| Belastingen | 42 | (28 314) | |||
| Nettoresultaat | (2 862) | (61 038) |
Het resultaat van het operationele segment vertegenwoordigt het resultaat van elk segment met inbegrip van de bedrijfskosten welke toewijsbaar zijn aan het operationele segment. De bedrijfskosten die kunnen worden toegewezen zijn in hoofdzaak de waardeverminderingen, kosten in verband met royalty's en personeelsgebonden kosten welke werden toegewezen aan het operationele segment. De overige bedrijfskosten, met inbegrip van voornamelijk de algemene- en administratiekosten, afschrijvingen en personeelsgebonden kosten niet toewijsbaar aan een specifiek segment, werden gerapporteerd onder de "niet toegewezen bedrijfskosten". De segment resultaten voor het volledige jaar van 2010 werden herzien, dit om te kunnen worden vergeleken met deze van het financiële jaar van 2011.
Met ingang van 2010 hebben de "software- en licentie" opbrengsten de drempel van 10% overschreden ten opzichte van de totale opbrengsten en werden deze opbrengsten door de Groep gerapporteerd als een afzonderlijk segment. Deze licentie inkomsten waren vooral het gevolg van een samenwerkingsovereenkomst tussen de Groep en Huawei Technologies in oktober 2010, waarin Huawei ondermeer overeenkwam om een licentie te nemen op de Option uCAN ® Connection Manager software, en waarvoor een bedrag van € 27 miljoen werd betaald welke een periode van 1 jaar bestrijkt (met name de periode van 26 oktober 2010 tot 25 oktober 2011). In het jaar 2011 werd een betaling van € 33 miljoen ontvangen voor een verlenging van de overeenkomst. Deze verlenging van de overeenkomst zal inkomsten genereren in de periode van november 2011 tot oktober 2012. De grondslagen omtrent de boekhoudkundige verwerking van de Groep in verband met dergelijke licentieovereenkomsten bepaald dat licentie inkomsten worden opgenomen als opbrengst, dit over de periode van de licentie. Derhalve heeft de Groep, voor het financiële jaar 2011, € 28,1 miljoen als opbrengst erkend (2010: € 4,9 miljoen).
De meeste verkopen vinden plaats onder wereldwijde of internationale mobiele merken en worden gefactureerd aan hun lokale of nationale netwerkoperatoren of aan de partners van deze netwerkoperatoren. Dit resulteert in een risicospreiding van een grote portefeuille bestaande uit verscheidene en gezonde debiteuren. In 2011 vertegenwoordigde één klant (groep) meer dan 10% van de in 2011 gerealiseerde opbrengsten, zijnde 56,2%. De overige klanten behorende tot de top 10 vertegenwoordigen samen 23,7% van de totaal gerealiseerde opbrengsten in 2011. .
In 2011 realiseerde de Groep 23% van de opbrengsten binnen Europa, vergeleken met 52% in 2010. De enige 2 landen waar de Groep meer dan 10% van de totale opbrengsten heeft gerealiseerd, zijn Hong Kong (met 56,2%) en de Verenigde Staten van Amerika (met 14,8%).
Gegeven het beperkt aantal klanten, worden de verkopen wereldwijd opgevolgd in plaats van op regionaal niveau.
| Opbrengsten | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Europa | 23% | 52% |
| Amerika | 15% | 29% |
| Azië | 59% | 16% |
| Andere | 3% | 3% |
Aangezien de Groep geen segmenten rapporteert op balansniveau aan het management van de Groep, kan geen informatie over activa en passiva per segment worden bekendgemaakt.
Afschrijvingen, waardeverminderingen en bijzondere waardeverminderingen zijn opgenomen in volgende lijnen van de resultatenrekening:
| In k€ (duizend EUR) | Afschrijvingen op materiële vaste activa |
Waarde verminderingen op immateriële vaste activa |
Bijzondere waarde verminderingen op immateriële vaste activa |
Totaal | ||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 2011 | 2010 | 2011 | 2010 | 2011 | 2010 | 2011 | 2010 | |
| Kostprijs verkochte goederen Bedrijfskosten, welke |
115 | 226 | 2 | 229 | - | - | 117 | 455 |
| omvatten : - Onderzoeks- en ontwikkelingskosten - Kosten van |
2 210 | 3 449 | - 5 487 |
9 267 | - 365 |
6 135 | 8 062 | 18 851 |
| verkoop, marketing en royalty's |
55 | 80 | 81 | 63 | - | - | 137 | 143 |
| - Algemene en administratiekosten |
396 | 613 | 57 | 165 | - | - | 453 | 777 |
| Totaal | 2 776 | 4 368 | 5 627 | 9 725 | 365 | 6 135 | 8 768 | 20 228 |
In 2011 heeft de Groep de geactiveerde R&D projecten herzien wat resulteerde in een bijzondere waardevermindering van k€ 365 (2010: k€ 6 135). Deze waardevermindering was voornamelijk toe te schrijven aan de wijzigende technologieën en de snel wijzigende marktomstandigheden.
De onderzoeks- en ontwikkelingskosten die in het resultaat werden opgenomen bedroegen k€ 7 039 (2010: k€ 6 004).
Personeelskosten en overige sociale voordelen zijn opgenomen in de volgende rubrieken van de resultatenrekening:
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Kostprijs verkochte goederen Onderzoeks- en ontwikkelingskosten Kosten van verkoop, marketing en royalty's Algemene en administratiekosten |
255 2 293 5 155 4 221 |
530 1 812 5 457 4 103 |
| Totaal | 11 924 | 11 901 |
Op jaareinde had 94,3%, of k€ 18 089 van de kostprijs van de verkochte goederen betrekking op materialen (2010: 96,8% of k€ 41 305).
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Lonen en wedden | 8 207 | 7 010 |
| Sociale-zekerheidsbijdragen | 2 712 | 3 036 |
| Overige personeelskosten | 542 | 1 432 |
| Bijdrage in pensioenfondsen | 388 | 423 |
| Herstructureringskosten met betrekking op personeelskosten | 74 | - |
| 11 923 | 11 901 | |
| a) Totaal aantal ingeschreven personeelsleden per einde |
||
| boekjaar | 183 | 206 |
| b) Gemiddeld personeelsbestand in voltijdse equivalenten |
191 | 231 |
| Arbeiders | 1 | 12 |
| Bedienden | 183 | 215 |
| Management | 7 | 4 |
Sinds 2003 dragen de Vennootschap en twee van haar dochterondernemingen bij tot plaatselijke pensioenfondsen, die worden beheerd door verzekeringsmaatschappijen met een hoge kredietwaardigheidsgraad. Het betreft programma's met vaste bijdragen (de zogenaamde defined contribution-plannen) waarbij de bijdrage gedeeltelijk vast is en gedeeltelijk wordt gekoppeld aan de bedrijfswinst. De bijdrage aan pensioenfondsen bedroeg k€ 388 (2010: k€ 423).
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Interestopbrengsten | 435 | 59 |
| Nettowisselkoers winsten | 259 | - |
| Overige | 104 | 43 |
| Financiële opbrengsten | 798 | 102 |
| Interestkosten | (20) | (527) |
| Nettowisselkoers verliezen | - | (220) |
| Overige, in hoofdzaak bankkosten en betalingsverschillen | (102) | (193) |
| Financiële kosten | (122) | (940) |
| Financieel netto resultaat | 676 | (838) |
De netto wisselkoerswinsten bedroegen k€ 259 of 0,5% van de totale opbrengsten van 2011 (2010: k€ - 220 of -0,4% van de totale opbrengsten van 2010) voornamelijk als gevolg van gerealiseerde wisselkoersverliezen op de USD.
In het boekjaar 2010 en 2011 heeft de Groep geen financiële afgeleide instrumenten afgesloten.
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Belastingsinkomsten / (uitgaven) omvatten: Verschuldigde/Terug te vorderen belastingen op het resultaat Uitgestelde belastingvorderingen / (uitgaven) Totale belastingsinkomsten / (uitgaven) |
22 20 42 |
(379) (27 935) (28 314) |
| Resultaat voor belastingen | (2 904) | (32 724) |
| Belastinginkomst / (uitgave) berekend aan 33,99% | 987 | 11 123 |
| Effect van niet belastbare inkomsten Effect van niet aftrekbare uitgaven Effect van concessies en andere fiscaal verrekenbare tegoeden Effect van ongebruikte fiscale verliezen welke niet werden erkend in het jaar Effect van eerder opgenomen fiscale verliezen en verrekenbare |
- (169) 638 - |
297 (169) (8 692) |
| tijdelijke verschillen, afgeschreven in het lopende jaar Effect van de verschillende belastingtarieven van |
- | (27 179) |
| dochterondernemingen onder verschillende belastingregimes | (1 414) | (3 494) |
| Belastinginkomsten / (uitgaven) opgenomen in de resultatenrekening |
42 | (28 314) |
De belastingvoet die werd gebruikt in bovenstaande reconciliatie voor 2010 en 2011 is de vennootschapsbelastingvoet van 33,99% die van toepassing is op ondernemingen onderhevig aan het Belgische belastingregime.
Tengevolge de IFRS richtlijn inzake uitgestelde belastingvorderingen, heeft de Groep in dit opzicht het voorzichtigheidsprincipe gehanteerd en besloten om de uitgestelde belastingvordering volledig terug te nemen in 2010. Alhoewel de uitgestelde belastingvorderingen niet meer werden opgenomen op de balans van de Groep, is het gebruik van deze fiscale verliezen en verrekenbare tijdelijke verschillen nog geldig en onbeperkt overdraagbaar in tijd, met uitzondering van het gedeelte dat betrekking heeft op de "notionele intrestaftrek" welke is gelimiteerd tot een periode van 7 jaar. De tot stand gebrachte belastingwaarde van deze overgedragen fiscale verliezen, welke niet meer werden opgenomen vertegenwoordigen een bedrag van € 48,0 miljoen en waarvan een bedrag van € 0,95 miljoen vervalt in 2014, een bedrag van € 0,88 miljoen vervalt in 2015, een bedrag van € 0,34 miljoen vervalt in 2016, en een bedrag van € 0,31 miljoen vervalt in 2017. Het overige gedeelte, zijnde € 45,5 miljoen is onbeperkt overdraagbaar.
| In k€ (duizend EUR) | Geactiveerde ontwikkelings kosten |
Concessies, octrooien, licenties |
Software | Totaal 2011 |
|---|---|---|---|---|
| Aanschaffingswaarde | ||||
| Saldo op 1 januari 2011 | 84 512 | 6 398 | 2 874 | 93 783 |
| Netto-valutakoersverschillen | - | - | - | - |
| Verwervingen | - | 455 | 10 | 6 209 |
| Uitgaven van productontwikkeling, na aftrek van | - | - | ||
| ontvangen subsidies | 5 744 | 5 744 | ||
| Overdracht naar andere activacategorieën | - | - | (58) | (58) |
| Buitengebruikstellingen | - | - | - | - |
| Overige bewegingen | - | - | - | - |
| Saldo op 31 december 2011 | 90 256 | 6 853 | 2 826 | 99 934 |
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen | ||||
| Saldo op 1 januari 2011 | (76 398) | (6 277) | (2 512) | (85 187) |
| Netto-valutakoersverschillen | - | - | - | - |
| Afschrijvingen | - | (169) | (160) | (329) |
| Afschrijving van gekapitaliseerde eigen | ||||
| ontwikkelingsprojecten | (5 299) | - | - | (5 299) |
| Bijzondere waardeverminderingen | (365) | - | - | (365) |
| Buitengebruikstellingen | - | - | 58 | 58 |
| Overdracht naar andere activacategorieën | - | - | - | - |
| Saldo op 31 december 2011 | (82 062) | (6 446) | (2 614) | (91 122) |
| Netto boekwaarde | ||||
| Op 1 januari 2011 | 8 114 | 121 | 362 | 8 596 |
| Op 31 december 2011 | 8 194 | 407 | 212 | 8 812 |
| Aanschaffingswaarde | ||||
| Saldo op 1 januari 2010 | 81 994 | 8 925 | 2 879 | 93 798 |
| Netto-valutakoersverschillen | - | - | - | - |
| Verwervingen | - | 547 | 27 | 574 |
| Uitgaven van productontwikkeling | 8 726 | - | - | 8 726 |
| Overdracht naar andere activacategorieën | - | - | - | - |
| Buitengebruikstellingen | (6 208) | (3 074) | (33) | (9 315) |
| Overige bewegingen | - | - | - | - |
| Saldo op 31 december 2010 | 84 512 | 6 398 | 2 874 | 93 783 |
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen | ||||
| Saldo op 1 januari 2010 Netto-valutakoersverschillen |
(62 378) - |
(7 773) - |
(2 262) - |
(72 413) - |
| Afschrijvingen | - | (1 578) | (262) | (1 840) |
| Afschrijving van gekapitaliseerde eigen | (7 885) | - | - | (7 885) |
| ontwikkelingsprojecten | ||||
| Bijzondere waardeverminderingen | (6 135) | - | - | (6 135) |
| Buitengebruikstellingen | - | 3 074 | 12 | 3 087 |
| Overdracht naar andere activacategorieën | - | - | - | - |
| Saldo op 31 december 2010 | (76 398) | (6 277) | (2 512) | (85 187) |
| Netto boekwaarde | ||||
| Op 1 januari 2010 | 19 616 | 1 152 | 617 | 21 385 |
| Op 31 december 2010 | 8 114 | 121 | 362 | 8 596 |
In 2011 herzag de Groep de bestaande geactiveerde R&D ontwikkelingen wat leidde tot een waardevermindering van k€ 365 (2010: k€ 6 135) die hoofdzakelijk haar oorzaak vindt in wijzigende technologieën en snel wijzigende marktomstandigheden. Deze analyse was gebaseerd op "platform gerelateerde" projecten met een sneller dan verwacht einde van hun levensduur, projecten met een verminderde bijdrage en op projecten met weinig of geen zicht op opbrengsten na 2011. De waarde werd bepaald op basis van een raming van de verwachte contributie van deze projecten in de volgende kwartalen.
Deze uitzonderlijke waardevermindering werd in de geconsolideerde resultatenrekening opgenomen in de lijn "onderzoeks- en ontwikkelingskosten".
De netto-boekwaarde van de onderzoeks- en ontwikkelingskosten op jaareinde 2011, ten bedrage van €k 8 194, hebben betrekking op de huidige gecommercialiseerde 3G producten alsook de nieuwe LTE ontwikkelde producten.
| In k€ (duizend EUR) | Machines en computer uitrusting |
Meubilair en rollend materieel |
Inrichtingen | Totaal 2011 |
|---|---|---|---|---|
| Aanschaffingswaarde Saldo op 1 januari 2011 |
31 002 | 1 902 | 1 855 | 34 759 |
| Netto-valutakoersverschillen Verwervingen |
2 176 |
1 10 |
- 2 |
3 188 |
| Buitengebruikstellingen | (3 599) | (251) | (212) | (4 062) |
| Overige bewegingen | (3 298) | - | - | (3 298) |
| Saldo op 31 december 2011 | 24 283 | 1 662 | 1 645 | 27 590 |
| Afschrijvingen Saldo op 1 januari 2011 |
(27 240) | (1 524) | (1 485) | (30 249) |
| Netto-valutakoersverschillen | (4) | (2) | - | (6) |
| Afschrijvingen | (2 402) | (141) | (233) | (2 776) |
| Uitzonderlijke waardeverminderingen | - | - | - | - |
| Buitengebruikstellingen | 3 293 | 243 | 210 | 3 746 |
| Overige bewegingen | 3 298 | - | - | 3 298 |
| Saldo op 31 december 2011 | (23 055) | (1 424) | (1 508) | (25 987) |
| Netto boekwaarde | ||||
| Op 1 januari 2011 | 3 762 | 378 | 370 | 4 510 |
| Op 31 december 2011 | 1 228 | 238 | 137 | 1 603 |
| Aanschaffingswaarde | ||||
| Saldo op 1 januari 2010 | 33 446 | 2 112 | 1 841 | 37 399 |
| Netto-valutakoersverschillen | 8 | 28 | 2 | 38 |
| Verwervingen | 50 | 8 | 6 | 64 |
| Buitengebruikstellingen Overdracht naar andere activacategorieën |
(2 368) (134) |
(238) (8) |
- 6 |
(2 606) (136) |
| Saldo op 31 december 2010 | 31 002 | 1 902 | 1 855 | 34 759 |
| Afschrijvingen | ||||
| Saldo op 1 januari 2010 | (25 599) | (1 449) | (1 194) | (28 242) |
| Netto-valutakoersverschillen | 1 | (15) | (1) | (15) |
| Afschrijvingen | (3 890) | (208) | (269) | (4 367) |
| Uitzonderlijke waardeverminderingen Buitengebruikstellingen |
- 2 140 |
- 86 |
- 15 |
- 2 241 |
| Overdracht naar andere activacategorieën | 108 | 62 | (36) | 134 |
| Saldo op 31 december 2010 | (27 240) | (1 524) | (1 485) | (30 249) |
| Netto boekwaarde | ||||
| Op 1 januari 2010 | 7 847 | 663 | 647 | 9 157 |
| Op 31 december 2010 | 3 762 | 378 | 370 | 4 510 |
Het grootste gedeelte van de buitengebruikstellingen in machines en computeruitrusting, voor een netto-bedrag van €k 316, heeft betrekking op testmateriaal in Option NV.
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Handelsvorderingen | 4 090 | 7 424 |
| Waardeverminderingen voor dubieuze vorderingen |
(799) | (703) |
| Subtotaal | 3 291 | 6 721 |
| Terugvorderbare BTW | 329 | 509 |
| Overige vorderingen | 304 | 47 |
| 633 | 556 | |
| Subtotaal | ||
| Totaal | 3 924 | 7 277 |
In verband met de voorwaarden met betrekking tot vorderingen op verbonden partijen, refereren we naar toelichting 23.
Handelsvorderingen zijn niet-rentegevend en hebben een gemiddelde termijn van 60 tot 90 dagen.
De overige vorderingen bestaan hoofdzakelijk uit over te dragen kosten en toe te rekenen opbrengsten.
| In k€ (duizend EUR) | Bruto Bedrag | Waardeverminderingen voor dubieuze vorderingen |
||
|---|---|---|---|---|
| 2011 | 2010 | 2011 | 2010 | |
| < 60 dagen | 2 986 | 6 570 | - | - |
| 60 - 90 dagen | 55 | 78 | - | - |
| 90 - 120 dagen | 216 | 13 | - | - |
| > 120 dagen | 833 | 763 | (799) | (703) |
| 4 090 | 7 424 | (799) | (703) |
We verwijzen eveneens naar toelichting 21 voor verdere informatie omtrent kredietrisico.
Zelfs indien één bepaald merk of een wereldwijde mobiele operator een aanzienlijk percentage van de handelsvorderingen van de Groep zou vertegenwoordigen, dan nog sluit de Groep transacties met de individuele verbonden telecomoperatoren, die vrij zijn om hun eigen contracten te onderhandelen en hun eigen aankooporders te plaatsen. Deze verbonden operatoren hebben een verschillend risicoprofiel en kunnen genieten van verschillende voorwaarden.
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Kaswaarborgen | 130 | 48 |
| 130 | 48 |
Overige vorderingen op lange termijn zijn voornamelijk toe te wijzen aan huurwaarborgen in de belangrijkste vestigingen.
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Overige Financiële activa | 1 043 | - |
| 1 043 | - | |
In september 2011 investeerde de Groep €k 1 043 (oftewel 6;67%) in Autonet Mobile Inc. Dit partnership zal de Groep's draadloze modules en software aanwenden om de eerstemobiele IP-gebaseerde Telematics Control Unit (TCU) voor auto's voort te brengen. De draadloze modules van de Groep in combinatie met de Autonet TCU en de beschikbare netwerken maken dit tot het eerste intelligente communicatie- en beheertoestel, ontworpen voor nieuwe, verticale mobiele markten binnen het autosegment.
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | % | 2010 | % |
|---|---|---|---|---|
| Grondstoffen | 1 932 | 28,4% | 4 606 | 37,1% |
| Goederen in bewerking | 5 725 | 84,3% | 7 164 | 57,7% |
| Voorraden afgewerkte producten | 2 373 | 34,9% | 6 299 | 50,7% |
| Waardevermindering op voorraden | (3 238) | (47,6%) | (5 644) | (45.4)% |
| 6 792 | 12 425 |
Grondstoffen bestaan voornamelijk uit chipsets en componenten. Goederen in bewerking zijn geassembleerde gedrukte schakelingen (PCB's of printed circuit boards) en de voorraad afgewerkte producten betreft goederen klaar voor verzending naar de eindklant.
De voorraden daalden van k€ 12 425 tot k€ 6 792 per eind 2011. Deze daling wordt verklaard door dalende voorraadposities van de grondstoffen, goederen in bewerking en afgewerkte producten. Per einde 2011 bedroeg de waardevermindering op voorraden k€ 3 238 (2010: k€ 5 644).
De daling op de waardevermindering op voorraden van k€ 2 406 werd opgenomen in de kostprijs van de verkochte goederen, met als doel overtollige voorraadposities in te dekken en voorraadwaarden voor sommige producten in lijn te brengen met hun netto realiseerbare waarde. Daarnaast werd een bedrag van € 2 miljoen in de kosten opgenomen als een resultaat van afschrijvingen op voorraden in 2011 (2010: € 3,6 miljoen).
Er zijn geen voorraden als borg gegeven aan schuldeisers.
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Korte termijnbeleggingen | 10 000 | 18 896 |
| Middelen bij financiële instellingen | 15 206 | 12 014 |
| Kasgeld | 10 | 20 |
| 25 216 | 30 930 |
De middelen bij financiële instellingen bevatten korte termijnbeleggingen (tussen 1 dag en 3 maanden) in 2011 voor een bedrag van k€ 10 000 (2010: k€ 18 896).
De schulden op ten hoogste één jaar bestonden uit:
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Kredietovereenkomst ING | - | 3 390 |
| Kredietovereenkomst Belfius | - | 1 380 |
| Overige financiële schulden | - | 4 770 |
Hierna een korte beschrijving in verband met de kredietovereenkomsten die de Vennootschap heeft afgesloten met ING en Belfius.
De Vennootschap heeft op 15 mei 2009 een kredietovereenkomst gesloten met ING, op grond waarvan aan de Vennootschap een krediet van € 7,5 miljoen werd toegekend (op te nemen in kasdeponeringen of voorschotten). Gedurende het financieel jaar 2010 werd het bedrag welke maximaal kon worden opgenomen als kasvoorschotten of leningen verminderd tot € 5 miljoen. Op 31 december 2011 werd geen bedrag opgenomen op grond van dit krediet (2010: € 3,4 miljoen).
Krachtens het ABB principe (Asset Borrowing Base) zoals bepaald in de ING kredietovereenkomst, mag het totaal aan opgenomen bedragen onder de ING kredietovereenkomst, vermeerderd met het totaal aan opgenomen bedragen onder de Belfius kredietovereenkomst (zie hierna) niet de drempel van 60% van het totaal bedrag (op geconsolideerd niveau) aan (in een bepaalde maand uitstaande) handelsvorderingen (met uitzondering van vervallen vorderingen, vorderingen ten opzichte van groepsvennootschappen en vorderingen die opeisbaar zijn na 60 dagen) overschrijden. Opdat ING het bedrag aan uitstaande handelsvorderingen kan nagaan, moet Option ING halfmaandelijks een overzicht bezorgen van haar handelsvorderingen. Bovendien moet Option steeds de volgende verhouding in acht nemen voor wat betreft het totaal bedrag aan opgenomen kredieten onder beide kredietovereenkomsten: 60% van dat totaal bedrag moet worden opgenomen onder de ING kredietovereenkomst en 40% onder de Belfius kredietovereenkomst.
De interestvoet toepasselijk op de ING kredieten is EURIBOR +3%.
Op 18 juni 2009 heeft de Vennootschap een kredietovereenkomst gesloten met Belfius Bank België NV voor een bedrag van € 5 miljoen. Gedurende het financieel jaar 2010 werd het bedrag welke maximaal kon worden opgenomen als kasvoorschotten of leningen verminderd tot € 3,3 miljoen. Zoals hierboven aangegeven, is het ABB principe van toepassing op alle bedragen die worden opgenomen onder deze kredietovereenkomst (met inbegrip van het 60/40 principe). Op 31 december 2011 werd geen bedrag opgenomen op grond van deze kredietovereenkomst (2010: € 1,4 miljoen).
De interest van toepassing op cash voorschotten is gelijk aan de som van de base rate (8.50% per annum zoals gewijzigd van tijd tot tijd) en de verplichte kosten (zoals berekend op grond van de principes uiteengezet in een bijlage bij de kredietovereenkomst). De interest van toepassing op leningen is gelijk aan de som van de margin (300% per annum) EURIBOR en verplichte kosten (zoals berekend op grond van de principes uiteengezet in een bijlage bij de kredietovereenkomst).
De kredietlijnen met ING en Belfius hebben een aantal convenanten, een hefboomeffect convenant, een convenant met betrekking tot de solvabiliteit en convenant met betrekking tot het eigen vermogen. Ingevolge de geleden verliezen is het netto eigen vermogen van de Vennootschap gedaald onder de drempel en bijgevolg is de Vennootschap momenteel in schending met de eigen vermogen en sovabiliteits convenant. De Vennootschap is in onderhandeling met betrekking tot de kredietovereenkomst.
Het pand op het handelsfonds van de Vennootschap ten gunste van financiële instellingen voor toegestane kredieten bestaat uit:
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Pand op het handelsfonds (ING) | 15 000 | 15 000 |
| Pand op het handelsfonds (Belfius) | 5 000 | 5 000 |
Er werd ten gunste van ING een pand op de handelszaak van de Vennootschap (in eerste rang) gevestigd voor een bedrag van € 15 miljoen in hoofdsom en Option Wireless Ltd. heeft een "floating charge of book debts" en "specified account" verleend.
Er werd een pand op alle huidige en toekomstige vorderingen van Option Wireless Ltd. toegekend aan Belfius, evenals een pand op de handelszaak van de Vennootschap voor een bedrag van € 5 miljoen (welke pari passu rangschikt met het pand van ING).
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Handelsschulden Schulden met betrekking tot salarissen en belastingen |
15 202 1 888 |
26 118 1 370 |
| Overige schulden | 1 035 | 2 648 |
| 18 125 | 30 136 |
De termijnen en voorwaarden van bovenvermelde schulden zijn:
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Uitgestelde opbrengsten | 27 128 | 22 670 |
| 27 128 | 22 670 |
De toename van de uitgestelde opbrengsten is in hoofdzaak het resultaat van het afsluiten van een software licentie-overeenkomst met een derde partij, welke werd voorafbetaald en een periode dekt tot oktober 2012.
| In k€ (duizend EUR) | 2010 | Toe voeging |
(Aan wending) |
(Terug neming) |
2011 |
|---|---|---|---|---|---|
| Voorziening voor garantieverplichtingen Verliezen op leveranciersovereenkomsten |
201 268 |
(118) (81) |
83 187 |
||
| Juridische en overige claims Voorziening voor herstructurering |
532 1 096 |
46 | (160) (147) |
(250) (439) |
168 510 |
| 2 097 | 46 | (307) | (888) | 948 |
Een groot deel van de voorzieningen, aangelegd in 2010, werden teruggenomen of aangewend. De resultaten van de juridische en overige claims kunnen afwijken van de gemaakte inschattingen.
Een belangrijk gedeelte met betrekking op de verliezen op leveranciersovereenkomsten werd teruggenomen gedurende 2011. Een bedrag van k€ 118 werd teruggenomen op de voorziening voor garantieverplichtingen, voornamelijk te wijten aan een verwachte afname van het aantal eenheden welke onder garantie zullen worden teruggestuurd. In 2009 kondigde de Groep aan en implementeerde een herstructureringsplan welke resulteerde in een resterende voorziening van k€ 1 096 op het einde van 2010. In de loop van 2011 heeft de Groep een bedrag van k€ 147 hiervan aangewend, en een bedrag van €k 439 teruggenomen als gevolg van de overwaardering van de provisie
Huurgelden van niet-verbreekbare operationele leasingcontracten zijn als volgt betaalbaar:
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Minder dan één jaar | 1 322 | 1 393 |
| Tussen één en vijf jaar | 3 919 | 3 268 |
| Meer dan vijf jaar | - | - |
| 5 241 | 4 660 |
De Groep huurt een aantal kantoren, wagens en kantoormateriaal via operationele leasing. De leasing loopt gewoonlijk over een initiële periode van vijf tot tien jaar, met een optie om de leasing na die datum te hernieuwen. De aflossingen worden jaarlijks geïndexeerd. Geen enkele van de leasingcontracten omvat bijkomende huurverplichtingen.
In 2011 werd k€ 1 569 aan operationele leasing geboekt als een kost in de resultatenrekening (2010: k€ 2 210).
Huurgelden van niet-verbreekbare onderverhuurde huurcontracten zijn als volgt betaalbaar:
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Minder dan één jaar | 480 | 297 |
| Tussen één en vijf jaar | 480 | 202 |
| Meer dan vijf jaar | - | - |
| 960 | 499 |
In de loop van 2010 sloot Option NV een overeenkomst af met betrekking tot een onderverhuur met een derde partij welke een einde neemt in 2012. In de loop van 2011 sloot Option NV twee nieuwe onderverhuur overeenkomsten af waarvan één een einde neemt in december 2013 en één eindigde op 31 december 2011. Geen enkele van de leasingcontracten omvat bijkomende huurverplichtingen. In 2011 werd k€ 455 (2010: k€ 124) opgenomen in de resultatenrekening als huuropbrengsten.
Op het jaareinde 2011 maakte de Groep melding van volgende belangrijke aandeelhouders:
| Identiteit van de persoon, entiteit of groep van personen of entiteiten |
Aantal gewone aandelen in bezit |
Percentage aangehouden financiële instrumenten |
|---|---|---|
| Jan Callewaert | 14 809 008 | 17,95% |
| Vrij verhandelbare aandelen waarvan: - UBS (Zwitserland) - SISU Capital Ltd (Verenigd Koninkrijk) |
67 689 584 1 283 492 1 331 495 |
82,05% 1,56% 1,61% |
| Totaal uitstaande aandelen | 82 498 592 | 100% |
Het toegestane aandelenkapitaal per eind 2011 bestond uit 82 498 592 gewone aandelen voor een totaalbedrag van k€ 12 232. De aandelen hebben geen nominale waarde en zijn allen uitgegeven en volledig volstort. Alle aandelen van de Vennootschap hebben dezelfde rechten.
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Op 31 december 2011 en 2010 | 57 961 | 57 961 |
In 2010 en 2011 waren er geen bewegingen op de uitgiftepremies.
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Op 31 december 2011 en 2010 | 1 444 | 1 376 |
De op aandelen gebaseerde betalingsreserve wordt aangewend om de reële waardering op te nemen van de warrants die de werknemers ontvangen als een gedeelte van hun vergoedingen.
Op 26 augustus 2008 keurde de Buitengewone Algemene Vergadering der Aandeelhouders de uitgifte van 2 500 000 warranten "V" goed. Met dien verstande dat geen enkele van de 2 200 000 warranten "U" werden toegekend aan personeel van de Groep, besliste de vergadering over te gaan tot de terugname en vernietiging van de 2 200 000 warranten "U". Het nieuwe plan "V" is aangeboden aan Bestuurders, leden van het Executive Management Team, werknemers en personen aangeduid bij naam (als omschreven in het warrantenplan "V").
Een totaal van 2 241 540 warrants "V" werden aangeboden in de loop van het boekjaar 2008:
Daarenboven werden er in 2009 een totaal van 130 000 warranten "V" toegekend aan nieuwe leden van het Executive Management Team (100% aanvaard in 2009). In de loop van 2010 en 2011 werden geen warranten "V" toegekend.
De belangrijkste modaliteiten en voorwaarden van het warrants plan "V" met betrekking tot voormelde warrants zijn als volgt:
De warranten werden gewaardeerd, gebruik makende van het Black & Scholes model. Waar nodig werd de verwachte levensduur in het model aangepast conform een best mogelijke inschatting van het Management. De verwachte volatiliteit is gebaseerd op de historische volatiliteit van de koerswaarde van het aandeel over de voorbije 4 jaar. Het risicovrije interestpercentage is gebaseerd op de OLO Bonds, zoals gewaardeerd door de Nationale Bank van België.
De volgende gegevens werden in het model ingevoerd om de geaccepteerde warrants "V" te waarderen in de loop van 2008, 2009, 2010 en 2011 met inbegrip van de gewogen gemiddelde waarde van de warrants "V":
| Gegevens ingebracht in het model |
Warrants aangeboden en aanvaard door Bestuurders en EMT leden in 2008 |
Warrants aangeboden in 2008 en aanvaard door personeels leden in 2009 |
Warrants aangeboden in 2008 en aanvaard door zelfstandigen in 2009 |
Warrants aangeboden en aanvaard door EMT leden in 2009 |
Warrants aangeboden en aanvaard door EMT leden in 2009 |
Warrants aangeboden en aanvaard door EMT leden in 2009 |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Aangeboden op | 26 augustus 2008 |
23 december 2008 |
23 december 2008 |
8 mei 2009 |
8 mei 2009 |
3 december 2009 |
| Aandelenkoers op datum van acceptatie Uitoefenprijs Verwachte volatiliteit Verwachte levensduur van de warranten "V" Risicovrij interestpercentage Aantal aanvaarde warrants "V" Aantal uitstaande gewone aandelen |
2,09 2,84 60,94% 4 jaar 3,59% 665 000 41 249 296 |
1,58 1,86 72,05% 3 jaar 2,88% 1 141 950 41 249 296 |
0,85 2,84 89,12% 4 jaar 3,03% 45 500 41 249 296 |
1,93 1,41 95,11% 4 jaar 2,35% 50 000 41 249 296 |
1,29 2,84 95,11% 4 jaar 2,35% 50 000 41 249 296 |
0,61 0,95 96,60% 4 jaar 2,18% 30 000 41 249 296 |
| Gewogen gemiddelde waarde per warrant |
0,86 | 0,70 | 0,35 | 1,40 | 0,69 | 0,37 |
Volgende geeft de uitstaande warranten "V" weer, toegekend en geaccepteerd onder het plan bij het begin en einde van elk boekjaar en welke bestaande waren gedurende de huidige en vorige rapporteringsperiode:
| Aantal Warrants "V" | Gewogen gemiddelde uitoefenprijs |
|
|---|---|---|
| Balans bij het begin van het boekjaar 2008 | 0 | - |
| Aanvaard gedurende het boekjaar | 665 000 | 2,84 |
| Uitgeoefend gedurende het boekjaar | - | - |
| Vervallen gedurende het boekjaar | - | - |
| Balans op het einde van het boekjaar 2008 | 665 000 | 2,84 |
| Balans bij het begin van het boekjaar 2009 | 665 000 | 2,84 |
| Aanvaard gedurende het boekjaar | 1 317 450 | 1,89 |
| Uitgeoefend gedurende het boekjaar | - | - |
| Vervallen gedurende het boekjaar | (328 456) | 2,08 |
| Balans op het einde van het boekjaar 2009 | 1 653 994 | 2,24 |
| Balans bij het begin van het boekjaar 2010 | 1 653 994 | 2,24 |
| Aanvaard gedurende het boekjaar | - | - |
| Uitgeoefend gedurende het boekjaar | - | - |
| Vervallen gedurende het boekjaar | (285 278) | 2,22 |
| Balans op het einde van het boekjaar 2010 | 1 368 716 | 2,24 |
| Balans bij het begin van het boekjaar 2011 | 1 368 716 | 2,24 |
| Aanvaard gedurende het boekjaar | - | - |
| Uitgeoefend gedurende het boekjaar | - | - |
| Vervallen gedurende het boekjaar | (182 200) | 2,19 |
| Balans op het einde van het boekjaar 2011 | 1 186 516 | 2,23 |
De uitgaven van de geaccepteerde warranten "V" werden berekend op k€ 69 voor het boekjaar 2011 (2010: k€ 200).
De gewogen gemiddelde resterende contractuele levensduur van de openstaande warranten "V" aan het eind van de periode bedraagt 11 maanden (2010: 23 maanden).
Volgende geeft het aantal warranten "V" weer welke werden verworven in 2009, 2010 en 2011, dit volgens de verwervingsdata:
| Aantal warrants "V" verworven in 2009, 2010 en 2011 | ||
|---|---|---|
| Datum waarop de warrants "V" werden aangeboden | Datum van verwerving |
Aantal |
| 26 augustus 2008 (Bestuurders en EMT leden) | 26/02/2009 26/08/2009 26/08/2010 |
133 000 123 000 97 000 |
| 23 december 2008 (Personeelsleden) | 26/08/2011 23/06/2009 23/12/2009 |
15 000 214 602 163 223 |
| 23 december 2008 (Zelfstandigen) | 23/12/2010 23/12/2011 23/06/2009 23/12/2009 |
103 297 10 598 9 100 8 100 |
| 23 december 2008 (Zelfstandigen) | 23/12/2010 23/12/2011 23/06/2009 23/12/2009 |
5 600 4 600 4 000 4 000 |
| 8 mei 2009 (EMT leden) | 23/12/2010 23/12/2011 08/11/2009 08/05/2010 |
4 000 4 000 20 000 12 500 |
| 3 december 2009 (EMT leden) | 08/05/2011 03/06/2010 03/12/2010 03/12/2011 |
27 500 6 000 6 000 6 000 |
| Totaal | 981 120 |
Geen van de warranten "V" werden uitgeoefend gedurende het financiële jaar 2009, 2010 en 2011.
De reserves in verband met transacties in vreemde valuta omvatten alle wisselkoersverschillen die voortvloeien uit de omzetting van financiële staten van buitenlandse activiteiten (zie ook boekhoudprincipe 1).
De winst per aandeel voor verwatering wordt berekend rekening houdend met het gewogen gemiddeld aantal gewone uitstaande aandelen in de desbetreffende periode. De winst per aandeel na verwatering wordt berekend rekening houden met het verwaterd gewogen gemiddelde aantal gewone uitstaande aandelen, met inbegrip van het verwateringseffect van de warranten.
Volgende geeft het effect weer van de winst per aandeel voor en na verwatering voor de laatste twee boekjaren:
| Winst per gewoon aandeel | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Nettoresultaat (in duizend EUR) | (2 862) | (61 038) |
| Gewogen gemiddeld aantal uitstaande gewone aandelen: Gewone aandelen voor verwatering Gewone aandelen na verwatering |
82 498 592 82 498 592 |
82 498 592 82 498 592 |
| Per Aandeel (in EUR) Winst / (verlies) per aandeel voor verwatering Winst / (verlies) per aandeel na verwatering |
(0,04) (0,04) |
(0,74) (0,74) |
Verwijzend naar IAS33, hebben warranten slechts een effect na verwatering indien hun omzetting naar gewone aandelen zou leiden tot een vermindering van de waarde per aandeel. Rekening houdend met het negatieve resultaat van de Groep, blijft de winst per aandeel voor en na verwatering gelijk.
De Groep bepaalt het bedrag van het kapitaal in verhouding tot het risico. De Groep beheert de kapitaalstructuur en corrigeert deze bij wijzigende economische omstandigheden en financieringsbehoeften.
De objectieven van de Groep in verband met het beheren van het kapitaal zijn :
De strategie en objectieven van de Groep bleven ongewijzigd gedurende de boekjaren eindigend op 31 december 2011 en 31 december 2010.
De kapitaalstructuur van de Groep bestaat uit het gedeelte van schulden op meer dan één jaar, liquide middelen, geplaatst kapitaal, uitgiftepremies, reserves en overgedragen resultaat.
In 2011 daalde de schuld, welke wordt gedefinieerd als lange- en korte termijn leningen (met uitsluiting van afgeleiden) met k€ 4 770 (2010: afname met k€ 3 878), in hoofdzaak resulterende uit een terugbetaling van de bestaande kredietfaciliteiten De netto schuldgraad op jaareinde bedroeg :
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Financiële schulden op ten hoogste één jaar |
(14) | (4 770) |
| Liquide middelen Netto |
25 216 25 202 |
30 930 26 160 |
| Eigen vermogen | 1 245 | 4 046 |
| Netto schuldgraad | 2 024,3% | 646,6% |
De "Corporate Treasury" functie beheert de financiële risico's van de Groep welke gerelateerd zijn aan de activiteiten van de Groep op een continue basis. Deze omvatten het kredietrisico, liquiditeitsrisico en valutarisico.
Afgeleide financiële instrumenten worden gebruikt als indekking tegen fluctuaties van wisselkoersen en interestlasten. Deze instrumenten zijn onderhevig aan het risico van wijzigende markttarieven volgend op de aanschaf. Deze wijzigingen worden doorgaans gecompenseerd door tegenovergestelde gevolgen voor het ingedekte element.
Categorieën van wezenlijke financiële instrumenten:
| In K€ (duizend EUR) | Toelichting | 2011 | 2010 |
|---|---|---|---|
| Financiële activa gewaardeerd aan kost | |||
| Liquide middelen | 13 | 25 216 | 30 930 |
| Handelsvorderingen | 10 | 3 291 | 6 721 |
| Terug te vorderen BTW | 10 | 329 | 509 |
| Belastingvorderingen | 7 | 32 | 48 |
| Overige financiële vaste activa | 11 | 1 043 | - |
| Afgeleide financiële instrumenten | 14 | - | - |
| Financiële passiva gewaardeerd aan kost | |||
| Handelsschulden | 15 | 15 202 | 26 118 |
| Schulden met betrekking tot salarissen en belastingen | 15 | 1 888 | 1 370 |
| Overige financiële schulden | 14 | - | 4 770 |
| Te betalen belastingen | 7 | 69 | 95 |
| Afgeleide financiële instrumenten | 14 | - | - |
Kredietrisico verwijst naar het risico dat een tegenpartij zijn contractuele verplichtingen niet zou nakomen en wat zou kunnen resulteren in een financieel verlies voor de Groep. Om het risico van financiële verliezen te beperken heeft de Groep een richtlijn uitgewerkt om enkel zakenrelaties aan te gaan met kredietwaardige tegenpartijen en om voldoende zekerheden te bekomen, indien aangewezen, om een eventueel financieel verlies uit verbrekingen te beperken.
Vooraleer een nieuwe klant wordt aanvaard hanteert de Groep externe scoringssystemen om de kredietwaardigheid van de klant in te schatten. De Groep legt ook kredietlimieten op per klant, in lijn met het interne beleid voor kredietbeheer. De limieten en de score per klant worden regelmatig opnieuw geëvalueerd.
Kredietanalyses worden uitgevoerd voor alle klanten die een bepaalde kredietbehoefte overschrijden. Het kredietrisico wordt continu opgevolgd.
Option verleent krediet aan zijn klanten in het kader van de gewone bedrijfsactiviteit. Doorgaans eist de Groep geen onderpand of andere zakelijke zekerheden om de verschuldigde bedragen te dekken. Het management evalueert constant het klantenbestand op haar kredietwaardigheid. Alle vorderingen zijn inbaar, behalve deze waarvoor een voorziening voor dubieuze debiteuren is aangelegd.
De handelsvorderingen bestaan uit een uitgebreid klantenbestand, verspreid over verschillende geografische gebieden. De handelsvorderingen voor klanten die tot dezelfde groep behoren, worden afzonderlijk behandeld.
Slechts één klant vertegenwoordigt 5,6% van de handelsvorderingen per einde 2011 [en waarvan een belangrijk gedeelte van het bedrag niet vervallen is op jaareinde]. In 2010 vertegenwoordigde één klant 8,3% van alle handelsvorderingen van de Groep.
De gemiddelde kredietperiode voor verkochte producten bedraagt 60 dagen. Intresten worden niet systematisch aangerekend op vervallen vorderingen. In 2011 voerde de Groep een gedetailleerde analyse uit op al haar handelsvorderingen die ouder waren dan 90 dagen.
De netto boekwaarde van de financiële activa opgenomen in de jaarrekening geeft het maximale kredietrisico weer.
In de balans van handelsvorderingen van de Groep zijn debiteuren inbegrepen met een boekwaarde van k€ 305 (2010: k€ 151) die vervallen waren op de datum van het verslag, en waarvoor de Groep geen waardevermindering heeft geboekt, aangezien ze nog steeds inbaar worden geacht. De Groep heeft geen activa in onderpand voor deze vorderingen. De gemiddelde openstaande termijn voor deze vorderingen ligt tussen de 60 en 90 dagen.
Vervaldagenbalans van vervallen, doch inbaar geachte handelsvorderingen:
| In K€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| 60 - 90 dagen | 55 | 78 |
| 90 - 120 dagen | 216 | 13 |
| > 120 dagen | 34 | 60 |
| 305 | 151 |
Bewegingen in de voorziening voor dubieuze debiteuren:
| In K€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Balans bij het begin van het boekjaar | 703 | 281 |
| Toevoeging aan de voorziening | 632 | 458 |
| Afgeschreven | (532) | (33) |
| Vrijgegeven | (4) | (3) |
| 799 | 703 |
Bij het vaststellen van de inbaarheid van de handelsvorderingen houdt de Groep rekening met de kredietwaardigheid van de vorderingen vanaf de datum dat het krediet initieel werd toegekend tot aan de rapporteringsdatum. De concentratie van het kredietrisico is beperkt vanwege een brede spreiding van het klantenbestand.
Vervaldagenbalans van de handelsvorderingen waarop een waardevermindering werd geboekt:
| In K€ (duizend EUR) Bruto bedrag |
2011 | 2010 |
|---|---|---|
| 60 - 90 dagen | - | - |
| 90 - 120 dagen | - | - |
| > 120 dagen | 799 | 703 |
| 799 | 703 |
De Groep beheert liquiditeitsrisico's door continue opvolging van voorspellingen en actuele kasstromen en door de maturiteitsprofielen van de financiële activa en passiva met elkaar te vergelijken.
De Vennootschap heeft een bestaande kredietovereenkomst afgesloten met ING, op grond waarvan aan de Vennootschap een krediet van € 5 miljoen werd toegekend (op te nemen in kasdeponeringen of voorschotten) alsook een kredietovereenkomst met Belfius Bank België NV voor een bedrag van € 3,3 miljoen. Voor verdere informatie verwijzen we naar toelichting 13, onderverdeling "financiële schulden op ten hoogste één jaar". Bovendien ontving de Groep in het laatste kwartaal van het financiële jaar 2010 € 27 miljoen en in het eerste kwartaal van het financiële jaar 2011 een bedrag van € 33 miljoen aan liquide middelen uit een software licentie-overeenkomst
De volgende tabel geeft een overzicht van de overblijvende contractuele maturiteit van de financiële verplichtingen
| In K€ (duizend EUR) | 2011 | 2012 | 2013 | 2014 |
|---|---|---|---|---|
| 2011 | ||||
| Handelsschulden | - | 15 202 | - | - |
| Schulden met betrekking tot | ||||
| salarissen en belastingen | - | 1 888 | - | - |
| Te betalen belastingen | - | 69 | - | - |
| Kredietfaciliteiten en andere | ||||
| leningen | - | - | - | - |
| - | 17 159 | - | - | |
| 2010 | ||||
| Handelsschulden | 26 118 | - | - | - |
| Schulden met betrekking tot | ||||
| salarissen en belastingen | 1 370 | - | - | |
| Te betalen belastingen | 95 | - | - | - |
| IWT lening | 4 770 | - | - | - |
| 32 353 | - | - | - |
De Groep is niet onderhevig aan een significant intrestrisico. De Groep heeft geen financiële activa of schulden en interestderivaten met vlottende rentevoet.
De Groep is onderhevig aan een belangrijk wisselkoersrisico aangezien het merendeel van de aankopen gebeurt in US dollar. Om dit risico te beperken tracht de Groep om de in- en uitgaande kasstromen in valuta, andere dan de euro, met elkaar in lijn te brengen. Op basis van de gemiddelde volatiliteit van de US dollar en het Britse pond schatte de Groep de mogelijke verandering van de wisselkoers van deze munteenheid ten opzichte van de euro:
| 2011 EUR/USD |
Sluitkoers 31 december 2011 1,2939 |
Mogelijke volatiliteit in % 13,28 |
Mogelijke sluitkoers 31 december 2011 1,221 – 1,4657 |
|---|---|---|---|
| 2010 | Sluitkoers 31 december 2010 |
Mogelijke volatiliteit in % |
Mogelijke sluitkoers 31 december 2010 |
De bedragen in USD op 31 december 2011 en 2010 op de balans van de Groep waren :
| Netto Boekwaarde – In k\$ (Duizend USD) |
31 december 2011 |
31 december 2010 |
|---|---|---|
| Handelsschulden | (2 776) | (11 365) |
| Handelsvorderingen | 4 394 | 2 773 |
| Liquide middelen | 1 627 | 1 489 |
| 3 245 | (7 103) |
Als de US dollar verzwakte/verstevigde in 2011 volgens de bovenstaande geschatte wijzigingen ten opzichte van de euro dan zou het nettoresultaat van de Groep in 2011 met k€ 333 toenemen/afnemen.
Als de US dollar verzwakte/verstevigde in 2010 volgens de bovenstaande geschatte wijzigingen ten opzichte van de euro dan zou het nettoresultaat van de Groep in 2010 met k€ 710 toenemen/afnemen.
Deze analyse is representatief voor de Groep over het jaar met uitzondering van de afgeleide financiële instrumenten, indien afgesloten en voor welke wij verwijzen naar toelichting 6 van dit verslag.
In uitvoering van licentieovereenkomsten moet de Groep royalty's betalen voor het gebruik van essentiële octrooien - intellectuele eigendomsrechten (IPR) – in draadloze 2,5G en 3G-producten. De Groep heeft geleidelijk licentieovereenkomsten gesloten met de houders van basisoctrooien waardoor de onzekerheid in verband met dergelijke niet-uitgeoefende aanspraken in hoge mate werd weggewerkt. Net als tijdens het vorige boekjaar bleef de Groep op basis van een goede inschatting van de verplichtingen de nodige voorzieningen opbouwen, inclusief de aan gang zijnde discussies met patenthouders. De Groep is van mening dat voor deze essentiële octrooien voldoende voorzieningen werden aangelegd op 31 december 2011. Het management is van oordeel dat het bedrag van de uiteindelijke verplichting ten aanzien van deze vorderingen de geconsolideerde financiële positie van de Groep niet wezenlijk zal aantasten.
De financiële rekeningen bevatten de financiële rekeningen van Option NV en haar dochtermaatschappijen, zoals opgenomen in onderstaande tabel:
| 2011 | 2010 | |
|---|---|---|
| - Option Wireless Ltd, Cork (Ierland) o |
100% | 100% |
| - Option Germany GmbH, Augsburg (Duitsland) o |
100% | 100% |
| - Option Wireless Germany GmbH, Kamp-Lintfort (Duitsland) o |
100% | 100% |
| - Option Japan KK (Japan) o |
100% | 100% |
| - Option Wireless Hong Kong Limited (China) o |
100% | 100% |
| - Option Wireless Technology (Suzhou) Co. Ltd. (China) o |
100% | 100% |
| - Option Wireless Hong Kong Limited Taiwan Branch (Taiwan). o |
100% | 100% |
| - Option Wireless USA Inc. (Verenigde Staten) o |
100% | 100% |
| - Option France SAS (Frankrijk) o |
100% | - |
Op 31 augustus 2011 kondigde de Groep de overname van de Connected Consumer Electronics activa van MobiWire S.A. aan. Deze activa omvatten Surface UXTM software, verwante IP, en een kernteam van gebruiksdeskundige experts. Het team van user experience experten is in Parijs gevestigd en het bedrijf opereert onder de naam "Option France SAS" (Société Anonyme Simplifiée), welke werd opgericht.
Sinds 1997 heeft de Groep een professionele relatie met het advocatenkantoor Brown Rudnick LLP, gevestigd in de Verenigde Staten. De heer Lawrence Levy die sinds begin 2006 in de Raad van Bestuur zetelt is één van de Senior Counsels binnen het advocatenkantoor. In de toekomst wil de Groep de samenwerking met het advocatenkantoor behouden. De heer Lawrence Levy zal in zijn hoedanigheid van Senior Counsel van Brown Rudnick LLP niet rechtstreeks werken op dossiers van de Groep. Op het einde van 2010 ging Dhr. Lawrence Levy met pensioen bij Brown Rudnick LLP en heeft hij geen verdere commerciële banden meer met het advocatenkantoor.
In 2011 betaalde de Groep Brown Rudnick LLP k€ 18 (2010: k€ 13) aan honoraria.
De transacties, in het kader van normale bedrijfsvoering, die de Groep afsloot met verbonden partijen gebeurden onder normale marktvoorwaarden.
| Naam | Aantal deelnames aan | Aantal | Aantal | |||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Raden van Bestuur | Aantal | deelnames | deelnames | |||
| deelnames | aan | aan | ||||
| aan Audit | Remuneratie | strategische | Totale vergoeding | |||
| Ontmoeting | Telefonisch | comités | comités | comités | (in duizend EUR) | |
| Jan Callewaert (1) | 5/5 | 14/15 | NVT | NVT | NVT | NVT (2010: NVT) |
| Q-List BVBA | 5/5 | 15/15 | 4/4 | 6/6 | NVT | 49,00 (2010: 49,00) |
| Lawrence Levy | 5/5 | 15/15 | NVT | 6/6 | NVT | 49,00(2010: 49,00) |
| David Hytha | 5/5 | 15/15 | NVT | 2/2 | NVT | 49,00 (2010: 45,75) |
| An Other Look To Efficiency SPRL |
5/5 | 15/15 | 3/4 | NVT | NVT | 74,00(2010: 67,75) |
| FVDH Beheer BVBA (2) |
5/5 | 14/15 | 4/4 | 3/4 | NVT | 50,47 (2010: NVT) |
In 2011 bedroeg de totale vergoeding voor de Raad van Bestuur k€ 271 (2010: k€ 259).
(1) Exclusief CEO-vergoeding aan Mondo NV – Vanaf 2010 maakt de vergoeding van de Raad van Bestuur deel uit van de vaste vergoeding van de CEO.
(2) Vanaf 1 januari 2011
Eén van de niet-uitvoerende leden van de Raad van Bestuur van de Vennootschap ontving een vergoeding van k€ 5 (2010: k€ 0) in zijn hoedanigheid van bestuurder van Option Wireless Ltd. (Ierland).
De volgende aantallen warranten "V" werden toegekend aan de leden van de Raad van Bestuur in de loop van 2008. Geen warranten "V" werden toegekend aan de leden van de Raad van Bestuur in de loop van 2009, 2010 en 2011. Gedurende het jaar 2010 vonden er enkele wijzigingen plaats met betrekking tot de leden van de Raad van Bestuur. Gedurende het financiële jaar 2010 en 2011, werden 130 000 warranten verbeurd vermits Jan Loeber, Arnoud De Meyer en Visinnova BVBA (vertegenwoordigd door Patrick De Smedt) uittraden uit de Raad van Bestuur in 2010. Gedurende 2011 werden geen warranten verbeurd verklaard.
Op het jaareinde van 2011 waren volgende aantallen warranten "V" toegekend aan de "huidige" leden van de Raad van Bestuur.
| Jan Callewaert | 50 000 |
|---|---|
| David Hytha | 50 000 |
| Lawrence Levy | 50 000 |
| Q-List BVBA | 30 000 |
| An Other Look To Efficiency SPRL | 30 000 |
| Totaal | 210 000 |
De CEO van de Groep is de eigenaar van een managementvennootschap (Mondo NV), welke managementdiensten verleent aan de Groep. Aansluitend op de aanbevelingen van het Remuneratiecomité heeft de Raad van Bestuur op 26 mei 2010 de vergoeding die aan de CEO van de Vennootschap (Mondo NV vertegenwoordigd door Jan Callewaert) werd betaald, gewijzigd. De Raad van Bestuur nam de beslissing om een vaste vergoeding van k€ 430 per jaar en een variabele vergoeding van maximaal k€ 190 per jaar toe te kennen. Bijkomend suggereerde de Raad van Bestuur dat de voormelde vergoeding van de CEO ook de vergoeding die aan Jan Callewaert in zijn hoedanigheid van lid van de Raad van Bestuur wordt betaald, dient te omvatten. Bijgevolg bedroeg de vaste vergoeding in 2011 voor deze diensten k€ 430 (2010: k€ 430). In 2011 werdgeen variabele vergoeding toegekend (2010: k€ 190). De CEO ontving andere voordelen voor een bedrag van k€ 15 met betrekking tot wagen-, brandstof- en forfaitaire onkostenvergoeding (2010: k€ 16).
In 2011 werd een globale bruto bezoldiging van k€ 1 228 (2010: k€ 1 440) toegekend aan de overige vijf leden van het Executive Management team (2010: zes leden van het Executive Management team). De 2011 brutobezoldiging bevatten opzegvergoedingen voor één lid van het Executive Management team welke de Vennootschap verliet in de loop van 2011. In 2011 werd een bedrag van k€ 22 toegekend als variabele vergoeding voor de prestaties in 2011 (2010: k€ 415). Eveneens deel uitmakend van de vergoeding van de leden van het Executive Management Team, is er voor deze leden een bedrag van k€ 32 (2010: k€ 46) toegekend aan een extralegaal pensioenfonds. De leden van het Executive Management Team hebben andere voordelen ontvangen voor een bedrag van k€ 28 met betrekking tot wagen-, brandstof-, forfaitaire onkostenvergoeding en kosten in verband met hospitalisatieverzekering (2010: k€ 50).
Op het jaareinde van 2011 werden 137 500 warranten "V" gehouden door de "huidige" leden van Executive Management Team (2010: 325 000 warranten "V"). Gedurende het jaar 2011 vonden er enkele wijzigingen plaats met betrekking tot de leden van het executive Management Team. Gedurende het jaar 2011 werden 20 000 van de 50 000 warranten toegekend aan Brayoe Consultants BVBA (JP Ziegler) verbeurd bij zijn vertrek uit het Executive Management Team in 2011. In het begin van het financiële jaar 2011 verlieten Chip Frederking, Bernard Schaballie en Martin Croome het Executive Management Team en vervoegde Frédéric Nys het Executive Management Team.
Op het jaareinde van 2011 waren volgende aantallen warranten "V" toegekend aan de "huidige" leden van het Executive Management Team:
| Mondo NV (Jan Callewaert) | 75 000 |
|---|---|
| Patrick Hofkens | 50 000 |
| Frédéric Nys | 12 500 |
| Totaal | 137 500 |
Na balansdatum, 31 december 2011, deden zich volgende gebeurtenissen of transacties voor welke dienen te worden vermeld:
o In februari 2012 was Option was aanwezig tijdens het Mobile World Congress in Barcelona, waar het de Cloudkey en de VIU² voorstelde. De onderneming lanceerde daar ook officieel de XYFI, 's werelds kleinste 3G & WIFI personal hotspot. De XYFI wordt op de markt gebracht met een reeks elegante stroomaccessoires, waaronder een muur- en autostekker en een uniek uitbreidingsbatterijpak dat borg staat voor de langste autonomie van alle batterij-gevoede personal hotspot routers.
| NAAM VAN DE DOCHTERONDERNEMING |
MAATSCHAPPELIJKE ZETEL | % OF AANDEEL IN HET KAPITAAL |
|---|---|---|
| OPTION NV | Gaston Geenslaan 14 | Consoliderende |
| 3001 Leuven, België | maatschappij | |
| IERLAND | ||
| OPTION WIRELESS Ltd, Cork | Kilbarry Industrial Park | 100 % |
| Dublin Hill, Cork | ||
| DUITSLAND | ||
| OPTION GERMANY GmbH | Beim Glaspalast 1 | 100 % |
| D-86153 Augsburg - Germany | ||
| DUITSLAND | ||
| OPTION WIRELESS GERMANY GmbH | SüdstraBe 9 | 100 % |
| 47475 Kamp - Lintfort – Germany | ||
| VERENIGDE STATEN | ||
| OPTION WIRELESS USA INC. | 13010 Morris Road | 100 % |
| Building 1, suite 600 | ||
| Alpharetta, GA 30004 | ||
| USA | ||
| JAPAN | ||
| OPTION WIRELESS JAPAN KK | 5-1, Shinbashi 5-chome | 100 % |
| Minato-ku | ||
| Tokyo 105-0004, Japan | ||
| CHINA | ||
| OPTION WIRELESS HONG KONG LIMITED | 35/F Central Plaza | 100 % |
| 18 Harbour Road | ||
| Wanchai Hong Kong, China | ||
| CHINA | ||
| OPTION WIRELESS TECHNOLOGY CO. | 909-1 Genway Building | 100 % |
| LIMITED | 188 Wangdun Road | |
| Suzhou Industrial Park (SIP) | ||
| Suzhou 215123, Jiangsu Province, China | ||
| TAIWAN | ||
| OPTION WIRELESS HONG KONG | 4F Theta Building | 100 % |
| LIMITED,TAIWAN BRANCH | 10, Lane 360, Ne-Hu Road, Sec 1, Taipei City, | |
| TAIWAN | ||
| FRANKRIJK | ||
| OPTION FRANCE SAS | 6, Place de la Madeleine | 100 % |
| 75008 Paris, France |
Lijst van ondernemingen, in hun totaliteit geconsolideerd in de financiele rekeningen
Op 31 augustus 2011 kondigde de Groep de overname van de Connected Consumer Electronics activa van MobiWire S.A. aan. Deze activa omvatten Surface UXTM software, verwante IP, en een kernteam van gebruiksdeskundige experts. Het team van user experience experten is in Parijs gevestigd en het bedrijf opereert onder de naam "Option France SAS" (Société Anonyme Simplifiée), welke werd opgericht.
In 2010 sloot de Vennootschap een overeenkomst tot de verkoop van de M4S entiteiten. De opbrengst van de verkoop overschreed de netto activa en resulteerde in een winst van €k 871.
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 |
|---|---|---|
| Ontvangen netto vergoeding in contanten | - | 7 145 |
| Netto activa welke werd verkocht | - | (6 274) |
| Winst op de verkoop | - | 871 |
De volgende vergoedingen voor revisoren werden als kosten opgenomen in de rapporteringsperiode:
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 | 2009 |
|---|---|---|---|
| Wereldwijde auditdiensten | 180 | 271 | 356 |
| Belastingadviezen | 44 | 79 | 171 |
| Overige diensten | 3 | 11 | 126 |
| 227 | 361 | 653 |
De volgende documenten zijn uittreksels uit de enkelvoudige jaarrekening van Option NV, opgesteld volgens de Belgische boekhoudnormen in overeenstemming met artikel 105 van het Wetboek van Vennootschappen.
Alleen de geconsolideerde jaarrekening zoals die uiteengezet is in de vorige pagina's geeft een waarheidsgetrouw beeld van de financiële positie en prestaties van de Option-groep.
De bedrijfsrevisor heeft een "goedkeurende verklaring met een toelichtende paragraaf" ondertekend met betrekking tot de enkelvoudige jaarrekening van Option NV voor het boekjaar eindigend op 31 december 2011.
| ACTIVA | |||
|---|---|---|---|
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 | 2009 |
| Vaste activa | 13 637 | 14 664 | 22 709 |
| Immateriële vaste activa | 8 558 | 7 973 | 11 542 |
| Materiële vaste activa | 1 333 | 4 082 | 8 033 |
| Financiële vaste activa | 3 746 | 2 609 | 3 134 |
| 29 214 | 25 502 | 36 384 | |
| Vlottende activa Voorraden en bestellingen in uitvoering |
250 | 638 | 1 170 |
| Vorderingen op ten hoogste één jaar | 14 203 | 23 078 | 13 658 |
| Liquide middelen | 14 620 | 1 701 | 21 408 |
| Overlopende rekeningen | 141 | 85 | 148 |
| 42 851 | 40 166 | 59 093 | |
| Totaal activa | |||
| PASSIVA | |||
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 | 2009 |
| Kapitaal en reserves | 8 836 | 3 714 | 27 656 |
| Kapitaal | 12 232 | 12 232 | 12 232 |
| Uitgiftpremies | 58 944 | 58 944 | 58 944 |
| Wettelijke reserve | 612 | 612 | 612 |
| Overgedragen winst/(verlies) | (62 952) | (68 074) | (44 132) |
| Voorzieningen | 168 | 526 | 1 826 |
| Schulden | 33 847 | 35 926 | 29 611 |
| Financiële schulden op meer dan één jaar | 22 | - | |
| Schulden op ten hoogste één jaar | 6 654 | 13 294 | 28 731 |
| Overlopende rekeningen | 27 171 | 22 632 | 860 |
| Totaal passiva | 42 851 | 40 166 | 59 093 |
Op een balanstotaal van € 40,2 miljoen bedroeg het totale eigen vermogen per 31 december 2010 € 3,7 miljoen, ofwel minder dan de helft van het geplaatste kapitaal. Als een gevolg hiervan dient de verplichte procedure, uiteengezet in artikel 633 van het Wetboek van Vennootschappen, te worden nageleefd en een Algemene Vergadering van Aandeelhouders dient te worden gehouden uiterlijk twee maanden nadat de verliezen zijn vastgesteld door de Raad van Bestuur van 28 februari 2011. In dit verband heeft de Raad van Bestuur een Bijzondere Aandeelhoudersvergadering bijeengeroepen op 26 april en op 16 mei 2011 en heeft een speciaal verslag opgesteld waarin zij voorstelde om de activiteiten van de Vennootschap verder te zetten en de maatregelen te identificeren die werden genomen om haar financiële situatie te verbeteren. Deze Algemene Vergadering besliste om de Vennootschap niet te ontbinden en de activiteiten van de Vennootschap verder te zetten. Het totale eigen vermogen per 31 december 2011 bedroeg € 8,8 miljoen op een balanstotaal van € 42,9 miljoen, ofwel meer dan de helft van het geplaatste kapitaal.
WINST- EN VERLIESREKENING (VERKORT SCHEMA)
| In k€ (duizend EUR) | 2011 | 2010 | 2009 |
|---|---|---|---|
| I. Bedrijfsopbrengsten Bedrijfsopbrengsten Waardevermeerdering (-vermindering) van de voorraden gereed |
39 860 30 691 |
18 880 8 250 |
19 004 4 396 |
| product, goederen in bewerking en bestellingen in uitvoering Geactiveerde ontwikkelingsprojecten Andere bedrijfsinkomsten (voornamelijk transacties tussen |
(290) 5 700 |
(113) 6 609 |
(772) 9 531 |
| dochterondernemingen) | 3 760 | 4 134 | 5 839 |
| II. Bedrijfskosten | (36 344) | (38 178) | (57 738) |
| Handelsgoederen, grond- en hulpstoffen | 851 | 1 029 | 3 898 |
| Diensten en diverse goederen | 17 004 | 17 436 | 21 843 |
| Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen Afschrijvingen en andere waardeverminderingen op |
10 425 | 11 606 | 15 736 |
| oprichtingskosten, immateriële en materiële vaste activa | 7 535 | 9 141 | 14 021 |
| Waardevermeerderingen en –verminderingen op voorraden, | |||
| Bestellingen in uitvoering en handelsvorderingen | 343 | 234 | 387 |
| Voorzieningen voor risico's en kosten Andere bedrijfskosten |
- 186 |
(1 299) 32 |
1 826 28 |
| III. Bedrijfswinst/(bedrijfsverlies) IV. Financiële opbrengsten V. Financiële kosten VI. Winst/(verlies) uit de gewone bedrijfsuitoefening vóór belasting VII. Uitzonderlijke opbrengsten VIII. Uitzonderlijke kosten X. Belastingen op het resultaat IX. Winst/(verlies) van het boekjaar vóór belasting XIII. Te bestemmen winst/(te verwerken verlies) van het boekjaar |
3 516 2 201 (230) 5 487 - (365) 5 122 - 5 122 |
(19 299) 617 (914) (19 596) 640 (4 985) (23 942) (23 942) |
(38 734) 30 315 (7 267) (15 686) - (1 732) (17 418) - (17 418) |
| RESULTAATVERWERKING – VERKORT SCHEMA (CONFORM DE BELGISCHE BOEKHOUDNORMEN) In k€ (duizend EUR) |
2011 | 2010 | 2009 |
| Te bestemmen winstsaldo/(te verwerken verliessaldo) | (68 074) | (44 132) | (26 714) |
|---|---|---|---|
| Te bestemmen winst/(te verwerken verlies) van het boekjaar | 5 122 | (23 942) | (17 418) |
| Overgedragen winst/(overgedragen verlies) van het vorige boekjaar | (62 952) | (68 074) | (44 132) |
Oprichtingskosten worden geboekt ten laste van de opbrengsten, met uitzondering van de geactiveerde kosten.
Octrooien (patenten), licenties en software worden lineair afgeschreven tegen een afschrijvingspercentage van 20 % tot 50 %.
Laboratorium-, test-, meet- en computerapparatuur worden lineair afgeschreven tegen een afschrijvingspercentage van 20 % tot 50 %. Test- en meetapparatuur (onder leasing) wordt lineair afgeschreven tegen een afschrijvingspercentage tussen 10 % en 50 %.
Vanaf 1 januari 2005 worden de uitgaven voor onderzoek als uitgave opgenomen wanneer ze worden opgelopen.
Kosten van ontwikkelingsprojecten (voor het ontwerpen en testen van nieuwe of verbeterde producten) worden alleen opgenomen als immateriële activa als voldaan is aan alle onderstaande voorwaarden:
Andere ontwikkelingsuitgaven worden als uitgave opgenomen wanneer ze worden opgelopen. Ontwikkelingskosten die in het verleden werden opgenomen als uitgave, worden in een volgende periode niet opgenomen als activa. Ontwikkelingskosten met een vaste gebruiksduur die werden geactiveerd, worden afgeschreven vanaf het begin van de commerciële productie van het product op een rechtlijnige basis over de periode van zijn verwachte winst, die niet meer dan drie jaar bedraagt.
Rollend materieel wordt lineair afgeschreven tegen een afschrijvingspercentage van 20 %.
Kantoormeubilair en kantoormaterieel worden lineair afgeschreven tegen een afschrijvingspercentage van 10 % tot 33,3 %. Kantoormaterieel (onder leasing) wordt lineair afgeschreven tegen een afschrijvingspercentage tussen 20 % en 50 %.
Tijdens het boekjaar worden geen herwaarderingen op de geldbeleggingen toegepast.
De voorraden (handelsgoederen, grond- en hulpstoffen, goederen in bewerking, afgewerkte producten en producten voor herverkoop) worden gewaardeerd tegen aanschaffingswaarde bepaald op basis van de FIFO-methode of, indien die lager is, op basis van de marktwaarde (realisatiewaarde).
De producten worden gewaardeerd tegen kostprijs, voor zover rechtstreeks toerekenbaar.
Bestellingen in uitvoering worden gewaardeerd tegen productiekosten.
Schulden op meer dan één jaar, niet-rentedragende en tegen een ongewoon lage rente zijn niet opgenomen in de passiva.
Schulden, passiva en verplichtingen in vreemde valuta worden omgerekend tegen de wisselkoers per 31 december 2010. Transacties worden omgerekend tegen dagkoers.
In de jaarrekening zijn de volgende koersverschillen gepubliceerd:
De volgende deelnemingen in dochterondernemingen zijn geboekt met vermelding van het aantal geregistreerde rechten en het deelnemingspercentage:
| Per 31 december 2011 | Maatschappelijke rechten gehouden door de Vennootschap (volgens aantal) |
% gehouden door de Vennootschap |
% gehouden door dochter ondernemingen |
|---|---|---|---|
| Option Germany – Augsburg (D) | 1 | 100% | 0% |
| Option Wireless– Cork (IRL) | 2 000 000 | 100% | 0% |
| Option Wireless Hong Kong Limited – China | 10 000 | 100% | 0% |
| Option France SAS | 10 000 | 100% | 0% |
Zoals vermeld in toelichting 24 van dit jaarverslag werd op 31 augustus 2011 de overname van de Connected Consumer Electronics activa van MobiWire S.A. door de Groep aangekondigd. Deze activa omvatten Surface UXTM software, verwante IP, en een kernteam van gebruiksdeskundige experts. Het team van user experience experten is in Parijs gevestigd en het bedrijf opereert onder de naam "Option France SAS" (Société Anonyme Simplifiée), welke werd opgericht.
| Geplaatst kapitaal per 31 december 2011 |
Bedragen (in EUR) |
Aantal aandelen |
|---|---|---|
| Per einde van het vorige boekjaar | 12 232 134 | 82 498 592 |
| Per einde van het boekjaar | 12 232 134 | 82 498 592 |
| Samenstelling van het kapitaal per 31 december 2011 |
||
| Soorten aandelen Aandelen op naam en aan toonder Op naam Aan toonder |
82 498 592 - 82 498 592 |
Toegestaan kapitaal
Op 31 december 2011 bedroeg het toegestaan kapitaal (niet-uitgegeven) k€ 12 232.
De aandelen van Option stonden oorspronkelijk genoteerd in US dollar op NASDAQ Europe (de voormalige EASDAQ) na de beursgang van 26 november 1997. Sinds 5 augustus 2003 noteren de aandelen op de eerste markt van Euronext Brussel. De aandelen van Option NV worden verhandeld op de continumarkt onder de ticker OPTI.
Sinds september van 2003 maakt het Option-aandeel deel uit van de kwaliteitsindex NextEconomy. Voordien was Option al houder van het kwaliteitslabel CSR Ethibel.
Met het oog op een verhoogde liquiditeit van het aandeel en een verhoogde visibiliteit voor de Amerikaanse investeerders heeft Option beslist om een "Level 1 American Depository Receipts (ADR) program" te implementeren. Een F-6 registratieverklaring werd neergelegd bij de "Securities and Exchange Commission".
Het level-1-ADR-programma kan als volgt worden samengevat:
| 2011 | 2010 | 2009 | |
|---|---|---|---|
| Aantal uitstaande aandelen | 82 498 592 | 82 498 592 | 82 498 592 |
| Aandelenkoers per jaareinde | 0,30 | 0,58 | 0,78 |
| Marktkapitalisatie (miljoen EUR) | 25 | 48 | 64 |
| Hoogste koers (EUR) | 0,64 | 0,91 | 1,52 |
| (25 november 2011) | (6 januari 2010) | (4 september 2009) | |
| Laagste koers (EUR) | 0,28 | 0,34 | 0,57 |
| (5 januari 2011) | (24 september 2010)) | (17 maart 2009) | |
| Free float | 82,05% | 82,05% | 82,05% |
In 2011 werden op Euronext in totaal 48 166 565 aandelen verhandeld op 257 beursdagen wat een gemiddelde van 187 418 aandelen per dag betekent.
De Raad van Bestuur van Option heeft ervoor geopteerd om vanaf 2010 en hieropvolgend haar financiële rapportering naar de markt te wijzigen naar een halfjaarlijkse rapportering met bedrijfsupdates voor het eerste en het derde kwartaal van elk jaar. Option's huidige rapportering, zijnde driemaandelijks, dateert al van de IPO van de onderneming op EASDAQ. Option is van oordeel dat deze wijziging voordelen biedt, zowel voor de markt als voor de Vennootschap zelf.
Een zicht op Option's halfjaarlijkse prestaties is zinvoller en minder verwarrend dan deze op kwartaalbasis vermits twee belangrijke herstructureringen werden geïmplementeerd in de eerste jaarhelft van 2010. Ten eerste is er de aanzienlijke vermindering van de bedrijfskosten, welke Option reeds in belangrijke mate heeft doorgevoerd, die zal leiden tot zowel éénmalige kosten als tot het herschikken van de supply chain van de onderneming naar een meer kostefficiënt Aziatisch toeleveringsmodel. Het resultaat hiervan zal voor de onderneming tijdens deze overgangsperiode leiden tot een financiële impact op korte termijn.
Ten tweede is de Vennootschap sinds de eerste jaarhelft van 2010 de koers aan het wijzigen: van het verkopen van technologisch uitmuntende en agressief geprijsde producten die concurreren met standaardproducten van andere bedrijven, naar een productlijn die door de integratie van ingebouwde software kan worden gecustomiseerd door onze distributeurs. Dit zal een meer competitieve postionering creëren.
Option zal in 2011 haar halfjaarlijkse financiële informatie en bedrijfsupdates bekendmaken op de volgende data – voor beursuren:
| Bedrijfsupdate eerste kwartaal Resultaten tweede kwartaal en "Tussentijds Financieel Verslag" Vrijdag 31 augustus 2012 Bedrijfsupdate derde kwartaal |
Donderdag 26 april 2012 Donderdag 25 oktober 2012 |
|---|---|
| Algemene Vergadering der Aandeelhouders 2012 | Maandag 30 april 2012 om 10u00 te Leuven |
Algemene Vergadering der Aandeelhouders 2013 Dinsdag 30 april 2013 om 10u00 te Leuven
Indien aanvaard door de Buitengewone Algemene Vergadering der Aandeelhouders, dan gaat deze Algemene Vergadering door op vrijdag 31 mei 2013.
Voor nadere bijzonderheden over de informatie in deze jaarrekening of voor inlichtingen over Option NV en over documenten ingediend om te voldoen aan de transparantieverplichtingen van de vennootschap betreffende de kennisgeving van deelneming van aandelen, gelieve contact op te nemen met:
Jan Smits Chief Financial Officer Gaston Geenslaan 14 B-3001 Leuven, België Tel.: +32 (0)16 31 74 11 Fax: +32 (0)16 31 74 90 E-mail: [email protected]
De ondergetekenden, Jan Callewaert, CEO van Option NV, en Jan Smits, CFO van Option NV, verklaren dat, voor zover hen bekend:
Leuven, 30 maart 2012
Jan Callewaert Jan Smits CEO CFO Option NV Option NV
| NAAM | OPTION NV |
|---|---|
| RECHTSVORM | Naamloze Vennootschap naar Belgisch recht |
| ADRES | Gaston Geenslaan 14, B-3001 LEUVEN |
| TELEFOON | +32(0)16 31 74 11 |
| FAX | +32(0)16 31 74 90 |
| [email protected] | |
| WEBSITE | www.option.com |
| ONDERNEMINGSNR. | 0429 375 448 |
| BTW | BE 429 375 448 |
| OPRICHTINGSDATUM | 3 juli 1986 |
| DUUR | Onbepaalde duur |
| COMMISSARIS-REVISOR | Deloitte-Auditors |
| vertegenwoordigd door Dhr. Geert Verstraeten. | |
| AFSLUITDATUM BOEKJAAR | 31 december |
| MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL | 12 232 134,42 EUR |
| AANTAL AANDELEN | 82 498 592 |
| JAARLIJKSE VERGADERING | Laatste werkdag van april1 |
| BEURSNOTERING | Euronext – continumarktStock – Ordinary Stock - |
| Continuous – compartment B – ticker OPTI | |
| DEPOSITOBANK | BNP PARIBAS FORTIS |
| LID VAN INDEX | Bel SmallMid |
| OVERIGE LABELS | Ethibel Pioneer SRI Kempen |
1 Indien aanvaard door de Buitengewone Algemene Vergadering der Aandeelhouders, dan gaat deze Algemene Vergadering vanaf 2013 door op de laatste werkdag van mei.
Het totale eigen vermogen gedeeld door het aantal gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen.
EBIT (Earnings Before Interest and Taxes) Winst voor aftrek van rente en belastingen. Bedrijfsresultaat.
EBITDA (Earnings Before Interest, Taxes, Depreciation and Amortization) EBIT plus afschrijvingen en waardeverminderingen.
NETTOSCHULDGRAAD Netto financiële schuld gedeeld door eigen vermogen.
Aantal aandelen uitstaand bij het begin van de periode, aangepast voor het aantal aandelen geannuleerde, wederingekochte of uitgegeven aandelen gedurende de periode vermenigvuldigd met een tijdscorrigerende factor.
Nettowinst plus niet kaskosten (o.a. afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen) gedeeld door het aantal gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen.
Aankopen van materiële en immateriële vaste activa, verminderd met de opbrengst van verkopen.
Kort- en langlopende financiële schulden verminderd met de beschikbare liquide middelen.
Eigen vermogen gedeeld door totale activa.
Vlottende activa min vlottende passiva.
WINST PER AANDEEL
Nettowinst gedeeld door het gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen.
Option heeft oog voor haar verantwoordelijkheid om zich ethisch te gedragen bij het nastreven van haar bedrijfsdoelstellingen. Daarom legt de Groep de volgende ethische verklaring af. Option NV, met inbegrip van al haar dochterondernemingen, aanverwante bedrijven en/of geconsolideerde holdings, neemt volgende praktijken in acht:
We zullen niet investeren in een van de volgende gebieden:
We zullen de onderstaande activiteiten niet beoefenen:
We zullen onze werknemers niet discrimineren:
We zullen de nodige controles en procedures invoeren om te verzekeren dat al onze leveranciers en onderaannemers:
In onze distributie- en leveringsakkoorden zullen we clausules opnemen die omkooppraktijken verbieden. Binnen ons personeelsbeleid werken we maatregelen uit die we kunnen en zullen nemen om corruptie te voorkomen. Als beursgenoteerde onderneming komt Option de bepalingen inzake Corporate Governance na, aangezien zij lid is van de ETHIBEL Sustainability index.
De activiteiten van Option Wireless Ltd omvatten: "Creëren, produceren en leveren van producten en oplossingen voor draadloze communicatie". De organisatie erkent haar ecologische verantwoordelijkheid ten overstaan van haar personeel, aandeelhouders, klanten en het algemene publiek en streeft ernaar de bedrijfsomgeving van haar faciliteiten voortdurend te verbeteren. Daartoe verbindt de organisatie zich ertoe te allen tijde te beschikken over een gedocumenteerd milieubeheersysteem (Environmental Management System) dat voldoet aan de norm: ISO 14001:2004 en rekening te houden met alle reglementaire en wettelijke vereisten die relevant zijn voor haar sector, de lokale bedrijfsomgeving en de vereisten van haar klanten.
De organisatie heeft de volgende doelstellingen:
Het bovenstaande beleid wordt gesteund door de directie van Option Wireless Ltd, die de noodzakelijke middelen zal inzetten om ervoor te zorgen dat de doelstellingen en beoogde doelen kunnen worden verwezenlijkt. We creëren de passende programma's om onze doelstellingen te verwezenlijken en zullen die onderzoeken op de Annual Management Review en de Quarterly Objective Review Meetings.
Het certificaat van registratie van kwaliteitssysteem aan I.S. EN ISO 9001:2008 werd op 17 juni 2010 aan Option Wireless Ltd afgeleverd door de National Standards Authority van Ierland. (geldig tot 3 maart 2013)
Het certificaat van registratie van het milieusysteem volgens I.S. EN ISO 14001:2004 werd op 9 december 2011door de National Standards Authority van Ierland aan Option Wireless Ltd afgeleverd. (geldig tot 8 april 2014)
Option is krachtens de Belgische wetgeving verplicht zijn jaarverslag in het Nederlands op te stellen. Option heeft ook een Engelse vertaling van dit jaarverslag gemaakt. Bij tegenstrijdigheid tussen de Engelse en Nederlandse versie van dit jaarverslag, is de Nederlandse brontekst bindend.
Dit jaarverslag kan gratis worden aangevraagd bij:
Option NV T.a.v. Investor Relations Gaston Geenslaan 14 3001 Leuven, Belgium Phone: +32(0)16 317 411 Fax: +32(0)16 317 490 E-mail: [email protected]
Dit jaarverslag is ook in elektronische vorm beschikbaar. Deze elektronische versie geldt uitsluitend ter informatie en kan worden gedownload via het internet op de website van Option (www.option.com). Uitsluitend de gedrukte versie van het jaarverslag, gepubliceerd in België overeenkomstig de toepasselijke wet- en regelgeving, is wettelijk bindend. Option aanvaardt geen aansprakelijkheid voor de volledigheid of juistheid van het jaarverslag dat via het internet beschikbaar is. Andere informatie op de website van Option of op enige andere website, maakt geen deel uit van dit jaarverslag.
Dit jaarverslag bevat toekomstgerichte uitspraken, daaronder zonder beperking inbegrepen uitspraken met de woorden "is van oordeel", "verwacht", "is van plan", "is voornemens", "streeft ernaar", "naar verwachting", "naar schatting", "zal", "wil", en soortgelijke uitdrukkingen. Deze toekomstgerichte uitspraken reflecteren bekende en onbekende risico's, onzekerheden en andere factoren die tot gevolg kunnen hebben dat de werkelijke resultaten, financiële toestand, prestaties of verwezenlijkingen van Option, of bedrijfsresultaten wezenlijk verschillen van de toekomstige resultaten, prestaties of verwezenlijkingen uitgesproken of geïmpliceerd in deze toekomstgerichte uitspraken. Gezien deze onzekerheden wordt de lezer afgeraden overmatig te vertrouwen op deze toekomstgerichte uitspraken. Deze toekomstgerichte uitspraken zijn uitsluitend gemaakt op datum van dit jaarverslag. Option wijst uitdrukkelijk elke verplichting af om deze toekomstgerichte uitspraken in dit jaarverslag bij te werken rekening houdend met een wijziging van de desbetreffende verwachtingen of een verandering van gebeurtenissen, voorwaarden of omstandigheden waarop deze uitspraak berust, tenzij een dergelijke uitspraak is voorgeschreven in de geldende wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen.
CONNECTIVITEIT • BEVEILIGING • GEBRUIKERSERVARING CONNECTIVITY • SECURITY • EXPERIENCE
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.