AI Terminal

MODULE: AI_ANALYST
Interactive Q&A, Risk Assessment, Summarization
MODULE: DATA_EXTRACT
Excel Export, XBRL Parsing, Table Digitization
MODULE: PEER_COMP
Sector Benchmarking, Sentiment Analysis
SYSTEM ACCESS LOCKED
Authenticate / Register Log In

ageas SA/NV

Annual Report Apr 6, 2022

3905_rns_2022-04-06_edf1cf54-344d-4151-b3d8-0bb5d3d47d0c.pdf

Annual Report

Open in Viewer

Opens in native device viewer

De impact van verbinding

Jaarverslag 2021

Ageas, in het hart van de maatschappij, verweven in het leven van mensen.

Inhoudstafel

A Verslag van de raad van bestuur 8
1
Bericht van de CEO en voorzitter
9
2
Financiële kerncijfers en hoogtepunten
12
3
Strategie en bedrijfsmodel van Ageas
20
4
Duurzaamheid centraal in alles wat wij doen
43
5
Corporate Governance Statement
64
B Geconsolideerde jaarrekening 2021 85
Geconsolideerde resultatenrekening 87
Geconsolideerd overzicht van het comprehensive income 88
Geconsolideerd overzicht van wijzigingen in het eigen vermogen 89
Geconsolideerd kasstroomoverzicht 90
C Algemene informatie 91
Covid-19 92
1
Juridische structuur
93
2
Samenvatting grondslagen voor financiële verslaggeving en consolidatie
94
3
Overnames en desinvesteringen
120
4
Risicomanagement
122
5
Toezicht en solvabiliteit
154
6
Beloningen en vergoeding
158
7
Verbonden partijen
172
8
Informatie operationele segmenten
174
D Toelichting op de geconsolideerde balans 186
9
Geldmiddelen en kasequivalenten
187
10 Financiële beleggingen 188
11
Vastgoedbeleggingen
194
12 Leningen 196
13 Investeringen volgens de equity- 198
14 Herverzekering en overige vorderingen 201
15 Overlopende rente en overige activa 202
16 Materiële vaste activa 203
17
Goodwill en overige immateriële activa
205
18 Eigen vermogen 208
19 Verzekeringsverplichtingen 213
20 Achtergestelde schulden 218
21 Schulden 221
22 Actuele en uitgestelde belastingen 223
23 RPN (I) 225
24 Overlopende rente en overige verplichtingen 227
25 Voorzieningen 228
26 Minderheidsbelangen 229
27 Derivaten 230
28 Toezeggingen 232

29 Reële waarde van Financiële activa en financiële passiva 233

E Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening 235
30 Verzekeringspremies 236
31 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 239
32 Resultaat op verkoop en herwaarderingen 240
33 Baten uit beleggingen inzake Unit-Linked contracten 241
34 Commissiebaten 242
35 Overige baten 243
36 Schadelasten en uitkeringen 244
37 Financieringslasten 245
38 Wijzigingen bijzondere waardeverminderingen 246
39 Commissielasten 247
40 Personeelskosten 248
41
Overige lasten
249
42 Belastingen op de winst 251
F Toelichting op posten niet opgenomen in de geconsolideerde balans 252
43 Voorwaardelijke verplichtingen 253
44 Gebeurtenissen na balansdatum 256
Verklaring van de Raad van Bestuur 257
Verslag van de commissaris 258
G Statutaire jaarrekening 2021 ageas SA/NV 263
Algemene informatie 264
Aanvullende toelichting op onderdelen in de balans en de winst-en-verliesrekening en reglementaire voorschriften 265
Belangenconflict 303
Verslag van de commissaris 304
H Overige informatie 308
Waarschuwing ten aanzien van mededelingen met betrekking tot de toekomst 309
Beschikbaarheid van bedrijfsdocumenten voor openbare inzage 310
Registratie van gedematerialiseerde aandelen 311
GRI Index 312
UN GC voortgangsverslag Index 315
UNEP FI PSI Index 318
Begrippenlijst en Afkortingen 320

Over Ageas

Onze bestaansreden

Ageas is een beursgenoteerde internationale verzekeringsgroep met een erfgoed dat zich uitstrekt over een periode van bijna 200 jaar. Wij bieden particuliere en zakelijke klanten Levens- en Niet-levensverzekeringsproducten en we zijn ook actief in Herverzekering. Onze klanten staan bij ons centraal. We helpen hen om zich voor te bereiden op de toekomst, we beschermen hen en voorkomen negatieve gebeurtenissen, en we verlenen bijstand wanneer ze dat nodig hebben. Onze producten en diensten anticiperen op de risico's die onze klanten lopen en dekken ze af. We zorgen ervoor dat ons aanbod zowel nu als in de toekomst is afgestemd op hun behoeften.

Wij zijn een van de grootste verzekeringsmaatschappijen van Europa en zijn ook in Azië goed vertegenwoordigd. In totaal heeft Ageas vestigingen in 14 landen (België, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Portugal, Turkije, China, Maleisië, India, Thailand, Vietnam, Laos, Cambodja, Singapore en de Filipijnen) via een combinatie van 100%-dochterondernemingen en

langetermijnpartnerships met sterke financiële instellingen en belangrijke distributeurs. Ageas behoort tot de marktleiders in de landen waar het aanwezig is.

Elke dag staan meer dan 40.000 bekwame en gemotiveerde medewerkers klaar voor onze bijna 45 miljoen klanten. Onze kernwaarden – Care, Dare, Deliver en Share – vertegenwoordigen wie we zijn en hoe we werken.

Als 'Supporter van jouw leven' streven wij ernaar sociale en economische waarde te scheppen voor onze klanten, medewerkers, partners, investeerders en de maatschappij als geheel.

In 2021 rapporteerde Ageas een bruto-premie-inkomen van bijna EUR 40 miljard (tegen 100%). Ageas staat genoteerd op de Euronext Brussel en is opgenomen in de BEL20 index.

Actief in 14 landen Focus op Europa & Azië

Verslag van de Raad van Bestuur

Het Ageas Jaarverslag 2021 bevat het Verslag van de Raad van Bestuur van Ageas, opgesteld op basis van de in België toepasselijke wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften (op grond van artikel 3:6 en artikel 3:32 van de Wetboek van vennootschappen en verenigingen), de Geconsolideerde Jaarrekening Ageas 2021 (met vergelijkende cijfers voor 2020), opgesteld conform de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals aanvaard door de Europese Unie en de Verkorte Jaarrekening van ageas SA/NV.

Niet-financiële informatie werd bekendgemaakt in overeenstemming met de Europese richtlijn over nietfinanciële informatie, nationale wetgeving over ESG-aspecten en aanbevelingen van toezichthouders zoals de Euronextadviezen voor ESG-rapportage gepubliceerd in januari 2020. De informatie en de gegevens in het jaarverslag zijn opgesteld in overeenstemming met de standaarden (core) van het Global Reporting Initiative (GRI)1 .

Alle bedragen in de cijferopstellingen van dit Jaarverslag luiden in miljoenen euro's, tenzij anders vermeld.

1 De GRI Standards kunnen beschouwd worden als het meest gebruikelijke rapporteringsformaat voor economische, sociale en milieu-impacten. Duurzaamheidsrapportering gebaseerd op deze Standaarden geven een inzicht in de positieve en negatieve bijdrage van een organisatie tot duurzame ontwikkeling. De zogenaamde "core" optie houdt in dat er minstens een indicator voor elk materiaal onderwerp opgenomen is in het jaarverslag. Detailinformatie kan gevonden worden in de GRI inhoudstafel in sectie H.

Bericht van de CEO en voorzitter

CEO Hans De Cuyper en voorzitter Bart De Smet blikken terug op het afgelopen jaar bij Ageas en lichten een tip van de sluier op over wat we de komende jaren nog kunnen verwachten.

Beste stakeholder,

2021 was het jaar waarin we de laatste fase van Connect21 hebben voltooid en we de verhaallijn voor de komende jaren hebben uitgeschreven. We hebben nagedacht over de trends die op ons afkomen en ons vooral afgevraagd welke kansen die ons bieden voor een duurzame groei op lange termijn. Dat alles hebben we vertaald in het nieuwe plan Impact24 dat de komende drie jaar en ook daarna als richtlijn zal dienen. Maar alle plannen ontstaan binnen een globale context. De wereld heeft de laatste twaalf maanden niet stilgestaan. Integendeel: alles evolueert steeds maar sneller.

Nieuwe uitdagingen in 2021

Als 2020 het 'jaar van corona' was, dan had 2021 het jaar moeten worden waarin de wereld haar normale, weliswaar nieuwe gang van zaken weer hervatte. Heel even leek dat ook te gebeuren, maar corona-varianten wilden van geen wijken weten. De wereldeconomie begon sneller en sterker dan verwacht te herstellen, in een tempo dat van markt tot markt verschilde. Terwijl de wereldhandel uit zijn winterslaap ontwaakte, begon de inflatie ook toe te nemen.

Corona was een katalysator voor de toenemende sociale ongelijkheid, met een aanzienlijke kloof in inkomen, gezondheid en onderwijs als gevolg. Als verzekeraar krijgt dit onze volle aandacht. We ondersteunen onze stakeholders door ze te beschermen en ze ook voor te bereiden op de wereld van morgen. Dit is al bijna twee eeuwen lang onze bestaansreden en vandaag is het relevanter dan ooit.

2021 was ook het jaar waarin de klimaatverandering een nieuw record bereikte. De ambitie van 1,5°C maximum temperatuurtoename behoeft inmiddels geen verdere toelichting. Terwijl ruim 190 landen in Glasgow bij elkaar kwamen ter gelegenheid van de COP26 om nogmaals te bevestigen zich aan deze kritieke drempel te zullen houden, werd het de wereld duidelijk dat er sneller tot actie moest worden overgegaan. Wij zijn een belegger van een aanzienlijke omvang en staan in nauw contact met een groot aantal klanten. Daarom heeft Ageas een belangrijke rol te spelen om de informatiekloof te dichten en onze klanten een duwtje in de rug te geven bij de overgang naar een duurzamere wereld.

Dit jaar hebben we de klimaatverandering aan den lijve ondervonden, toen de grootschalige overstromingen huis en haard van zoveel van onze klanten in België en het VK verwoestten. We leven mee met iedereen die zo familie of vrienden heeft verloren. Dankzij de buitengewone steun van onze medewerkers, agenten, makelaars en partners, hebben we er alles aan gedaan om onze klanten op dit uiterst kritieke moment zo goed mogelijk van dienst te zijn en te helpen.

Duurzaamheid centraal

Als verzekeraar zien we het als onze plicht tegenover onze stakeholders om een duurzaam bedrijf te zijn, dat bestand is tegen de tand des tijds. We hebben een verantwoordelijkheid ten aanzien van toekomstige generaties: we moeten nu ingrijpen om wereldwijde maatschappelijke problemen aan te pakken. De strategische oefening die we vorig jaar hebben gemaakt, liet ons toe om dit te vertalen in een plan met concrete actiepunten en ambitieuze doelstellingen.

Duurzaamheid is in alle aspecten van onze nieuwe strategie, Impact24, geïntegreerd. We willen voor al onze medewerkers een "Great place to Grow" zijn, gekenmerkt door diversiteit en inclusiviteit.

Als verzekeraar zien we het als onze plicht tegenover onze stakeholders om een duurzaam bedrijf te zijn, dat bestand is tegen de tand des tijds.

We breiden ons aanbod verder uit met meer duurzame producten die onze klanten kunnen helpen bij de transitie naar een duurzamere wereld. We hebben een belofte gemaakt om onze eigen activiteiten CO2-neutraal te maken en om tegen 2024 tot EUR 10 miljard te investeren in ESGinitiatieven. Toen we die belofte maakten, hadden we al EUR 6 miljard geïnvesteerd. We kunnen dan ook verheugd melden dat we intussen

het doel van EUR 10 miljard veel eerder dan verwacht hebben bereikt. We zullen de lat blijven verhogen en onze investeringen opschroeven in onder andere sociale huisvesting, rusthuizen en hernieuwbare energie infrastructuren. Dat wij zoveel belang hechten aan duurzaamheid wordt ook weerspiegeld in de gestage verbetering van vijf van de zes ESG-ratings waar we ons actief op toeleggen.

Bij Ageas wordt onze ecologische voetafdruk jaar na jaar kleiner en onze bijdrage aan de maatschappij groter. In 2021 hebben we de lat nog wat hoger gelegd: we zullen de bedrijven waarin we beleggen, uitdagen en ondersteunen, en de klanten die onze producten gebruiken, stimuleren, zodat we samen een duurzamere wereld tot stand kunnen brengen.

In dit verslag vindt u meer informatie over de wereldwijde en lokale initiatieven die inspelen op de veranderende behoeften van onze klanten en de maatschappij op het vlak van gezondheidszorg, vergrijzing, mobiliteit en zoveel meer.

Bij Ageas wordt onze ecologische voetafdruk jaar na jaar kleiner en onze bijdrage aan de maatschappij groter. In 2021 hebben we de lat nog wat hoger gelegd: we zullen de bedrijven waarin we beleggen, uitdagen en ondersteunen, en de klanten die onze producten gebruiken, stimuleren, zodat we samen een duurzamere wereld tot stand kunnen brengen.

Hans De Cuyper, CEO Ageas

Sterke resultaten weerspiegelen onze veerkracht

We zijn niet alleen trots op onze prestaties in 2021, maar we zijn ook tevreden over de manier waarop we ze bereikten. Onze lokale verwezenlijkingen vertellen samen het hele verhaal over wat er het afgelopen jaar in de wereld van Ageas is gebeurd.

De Groep heeft sterke financiële resultaten behaald. Zonder de impact van RPN(i), kwamen we uit op een nettoresultaat aan de bovenkant van de winstverwachting van EUR 945 miljoen in 2021. De Solvency II-ratio (197%) ligt boven het streefdoel en we keren een dividend van EUR 2,75 uit, wat overeenstemt met een uitkeringsratio van 52%, in lijn met de Connect21 doelstelling. Ook heeft Ageas zowel in Europa als in Azië op commercieel vlak sterk gepresteerd, met een duidelijke groei van het premie-inkomen in Unit-Linked en Niet-Leven.

Door de verwoestende overstromingen tijdens de zomer in België en het VK is het aantal schadeclaims gestegen tot een niveau dat we nog nooit voor één natuurramp hebben meegemaakt, maar dit werd gecompenseerd door de sterke resultaten van al onze activiteiten. Zo blijkt maar weer dat onze Groep dankzij onze geografische spreiding en onze gediversifieerde portefeuille in Leven, Niet-Leven en Herverzekering goed stand kan houden.

Onze activiteiten, vooral in Leven, moesten het hoofd blijven bieden aan het lagerenteklimaat, dat dit jaar ook een invloed had op de Chinese markt. Maar dankzij onze capaciteit om ons vermogensbeheer snel af te stemmen op de ontwikkeling van de rentevoeten en ook dankzij de solide balans van Taiping Life, zijn de resultaten sterk en veerkrachtig gebleven, wat de waarde van groeimarkten in Azië benadrukt. De verwerving van een belang in Taiping Re zorgde voor nog meer diversificatie, wat dan weer gunstig is voor onze premie-inkomsten Niet-Leven in Azië.

We breiden ons partnership op de snelgroeiende Turkse markt uit, met de voltooiing van de acquisitie van AvivaSA. De levens- en pensioenverzekeraar werd omgedoopt tot 'AgeSA' en levert in zijn eerste jaar al een positieve bijdrage aan onze resultaten Leven in Europa.

Door deze uitstekende prestaties hebben we alle financiële doelstellingen van het plan Connect21 bereikt. Zowel onze Europese als Aziatische entiteiten leverden een bijdrage aan de groei in de premie-inkomsten en het nettoresultaat van de Groep tijdens de voorbije drie jaar. Vandaag bedraagt de bijdrage van Azië aan het bruto premie-inkomen ongeveer 46% (Ageas' deel) en 38% aan het nettoresultaat verzekeringsresultaat. Dat toont aan hoe waardevol onze groeimarkten zijn, ondersteund door ons uniek partnershipmodel. Door hun lokale autonomie kunnen onze operationele entiteiten en joint ventures flexibel reageren op de lokale markt.

Alweer speelde de veerkracht van de Groep een essentiële rol, en die veerkracht is mede te danken aan onze goed gediversifieerde en evenwichtige activiteiten. Tijdens lock-downs en periodes van isolatie valt onze veerkracht ook samen met die van onze mensen. Zij maken het verschil, en onze mensen zijn de allerbeste.

De veerkracht van de Groep speelde een essentiële rol, en die veerkracht is mede te danken aan onze goed gediversifieerde en evenwichtige activiteiten. Maar veerkracht is ook iets waar onze mensen voor zorgen. Zij maken het verschil, en onze mensen zijn de allerbeste.

Bart De Smet, Voorzitter Ageas

In beweging voor onze mensen

Onze mensen zijn ook niet ongevoelig voor de gebeurtenissen van het afgelopen jaar, en wij bieden hen op alle mogelijke manieren ondersteuning. Maar we willen meer doen. We willen dat onze 40.000 medewerkers ons beschouwen als een "Great place to Grow". Onder andere door een samenwerking die gebaseerd is op vertrouwen, door opleidings- en carrièremogelijkheden te bieden om onze medewerkers voor te bereiden op de toekomst, door hen meer kwaliteit te bieden in hun werk en hun carrière en door diversiteit en inclusie te stimuleren. We zijn trots dat we in het begin van het jaar in België en in het VK het Top Employer-certificaat in ontvangst mochten nemen. Dat label weerspiegelt onze aanhoudende inspanningen om op al onze markten een inspirerende werkgever te zijn.

Een andere manier om deze ambitie te verwezenlijken, is door een inspirerende kantooromgeving te scheppen die hybride werken en samenwerking mogelijk maakt. We verhuizen ons hoofdkantoor in België naar het Manhattan gebouw in Brussel, een volledig duurzaam kantoor. In het hoofdkantoor van dochteronderneming AG in Brussel hebben we een nieuwe opleidingscampus gebouwd, en onze Portugese teams verhuizen naar nieuwe kantoren in Lissabon en Porto. Al deze gebouwen zijn ontworpen als ultramoderne en duurzame werkomgevingen waar onze medewerkers in verbinding kunnen blijven en optimaal kunnen samenwerken.

Impact op de toekomst

Connect21 geeft ons een sterk uitgangspunt voor de komende jaren. Bij de ontwikkeling van Impact24 richtten wij ons op strategische keuzes en investeringen voor de lange termijn, niet alleen voor de drie volgende jaren. Met dit plan zullen we onze kernactiviteiten versterken en uitbreiden, door ons volledige potentieel te benutten. We zullen nieuwe groeikansen aangrijpen om onze activiteiten toekomstbestendig te maken. En we beogen fusies en overnames waarmee wij onze toonaangevende positie in bestaande markten kunnen versterken. Bovendien zorgen we ervoor dat duurzaamheid centraal staat in alles wat wij doen.

De impact die we maken zou nog ver na 2024 voelbaar moeten zijn. De wereld verandert sneller dan ooit tevoren. Wij moeten mee evolueren, en dat zullen we ook doen.

Dit is het perfecte moment om onze mensen en onze partners voor hun bijdrage te bedanken. We zijn ook dankbaar voor onze klanten en beleggers, voor hun loyauteit tegenover Ageas. We kijken nu samen met u uit naar een succesvol jaar. En in een wereld die recent nog getuige werd van zo veel leed in Oekraïne, hopen we op een toekomst waarin vrede en stabiliteit terugkeren voor de mensheid.

Hans De Cuyper, CEO

Bart De Smet, Voorzitter

Financiële kerncijfers en hoogtepunten

2.1

Hoogtepunten in 2021

Een nieuw jaar, een nieuwe reeks uitdagingen... Maar ook een aantal opmerkelijke verwezenlijkingen voor de Ageas Groep. We lichten hier enkele hoogtepunten van het afgelopen jaar uit.

20 april

Moody's bevestigt ratingverhoging naar A1 met stabiele outlook

De ratingverhoging weerspiegelde de vastgestelde verbeteringen in het kredietprofiel van de Groep en zijn weerbaarheid voor kredietschokken.

Moody's verhoogde de rating van Ageas en AG naar A1. De redenen hiervoor waren onder meer de oplossing van juridische problemen uit het verleden, verbeteringen in de onderliggende resultaten, de sterke kapitalisatie en de afbouw van de schuldenlast, naast het vermogen van de Groep om ondanks de coronacrisis in 2020 solide winsten te boeken en een sterke kapitaalpositie te handhaven.

24 februari

Ageas rapporteert ondanks corona uitstekende resultaten voor de Groep

Ageas rapporteerde voor het volledige jaar sterke en veerkrachtige verzekeringsresultaten in zowel Leven als Niet-Leven, waardoor de Groep een bruto cashdividend van EUR 2,65 per aandeel kan voorstellen.

4 mei

Ageas verwerft een belang van 40% in AvivaSA in Turkije

Via deze acquisitie, met een kostprijs van EUR 140 miljoen, verstevigt Ageas verder zijn positie in de snelgroeiende Turkse markt.

Dankzij het nieuwe partnership met de beursgenoteerde levens- en pensioenverzekeraar AvivaSA, intussen omgedoopt tot AgeSA, verwierf Ageas een aanwezigheid in de snelgroeiende markt Leven in Turkije. Ageas was reeds sinds 2012 aanwezig in het Niet-Leven segment in Turkije.

5 mei Ageas voltooit verkoop van belang in Tesco Underwriting 1 juni

Ageas ging akkoord met de verkoop van zijn belang van 50,1% in Tesco Underwriting Ltd. aan Tesco Bank.

De joint venture op het vlak van Niet-Levensverzekeringen tussen Ageas en Tesco Bank was in 2010 opgericht voor de onderschrijving van de auto- en woningverzekeringen onder de Tesco Bank-merknaam. Dankzij de verkoop kan Ageas UK zich verder toeleggen op zijn kernactiviteiten.

Ageas kondigt details aan van nieuw strategisch plan Impact24

Impact24 luidt voor Ageas een nieuw hoofdstuk in, met een duidelijke focus op groei.

Met de eindmeet voor Connect21 in zicht, kondigde Ageas een nieuw strategisch driejarenplan aan voor de periode 2022-2024, dat ook als leidraad dient voor zijn keuzes op de langere termijn. In een notendop: Impact24 is een duurzame groeistrategie op lange termijn die voortbouwt op de essentiële troeven van de Groep en nieuwe groeikansen aangrijpt. Duurzaamheid neemt daarbij een centrale plaats in.

25 juni Fitch bevestigt ratingverhoging naar AAmet stabiele outlook

De ratingverhoging weerspiegelt Ageas' aanhoudend sterke financiële prestaties en sterke kapitaalpositie.

Fitch Ratings verhoogde de Insurer Financial Strength (IFS) Rating van ageas NV/SA, AG Insurance en Ageas Insurance Limited naar 'AA-'. De ratingverhoging weerspiegelt de sterke financiële prestaties en de bijzonder sterke kapitaalpositie, ondanks nadelige en volatiele marktomstandigheden als gevolg van de pandemie, naast een sterk bedrijfsprofiel.

10 augustus

Betere Sustainalytics-score bevestigt de inspanningen die Ageas levert op het vlak van duurzaamheid

Ageas' aanhoudende inspanningen om de verstrekte informatie over ESG en de transparantie te verbeteren, worden weerspiegeld in de betere ESGrisicoscore.

Ageas verbetert jaar na jaar gestaag zijn ESG-scores uitgereikt door zes toonaangevende ESG-ratingbureaus. Zo verbeterde Sustainalytics zijn rating van een middelmatige risicoscore van 28,7 naar een lage risicoscore van 18,8, waardoor Ageas in het klassement van de verzekeringssector bijna in het bovenste kwartiel eindigt.

18 oktober Ageas start leerstoel

'Sustainable insurance'

In samenwerking met de Universiteit Antwerpen zet Ageas zich in voor een onderzoeksprogramma gericht op duurzaam verzekeren.

Verzekeraars beschikken over de kennis en de middelen om op het vlak van financiële inclusie en solidariteit het verschil te maken. Bovendien kunnen ze duurzaam gedrag aanmoedigen via verantwoorde beleggingen of de verzekeringsproducten en -diensten die ze aanbieden. Dankzij deze leerstoel kan Ageas in dit debat een centrale rol spelen.

7 december

Ageas viert 20e verjaardag van het partnership met China Taiping Group

Ageas is trots op de langst bestaande joint venture met China Taiping Group: een succesvolle samenwerking die al 20 jaar standhoudt en aantoont dat partnerships deel uitmaken van het DNA van Ageas.

Ageas was zich al in 2001 bewust van het groeipotentieel in China. Door optimaal gebruik te maken van de unieke positie van China Taiping Group, in combinatie met de wereldwijde ervaring van Ageas op het vlak van verzekeringen, is Taiping Life Insurance vandaag een van de toonaangevende en meest gerespecteerde verzekeraars van China, met 19.000 medewerkers, 370.000 agenten en 1.400 (verkoop)kantoren. Het is ook een van de meest vertrouwde verzekeringsmerken op de markt en bedient 15 miljoen klanten. Dit jaar werd ook de 20e verjaardag van het partnerschap met Maybank in Maleisië gevierd. Raadpleeg voor meer informatie over al deze gebeurtenissen

20 juli Ageas herdenkt de slachtoffers van de overstromingen in België

Op deze dag waren we in gedachten bij de slachtoffers van de ergste natuurramp die België de laatste decennia heeft getroffen.

Onze medewerkers, agenten, makelaars en partners deden al het mogelijke om klanten die hun huis en bezittingen verloren, zo snel mogelijk te compenseren. Als toonaangevende woningverzekeraar nam AG deel aan gesprekken met de regering en bood het de nodige ondersteuning, data en expertise om de crisis te beheren.

1 september Nieuwe functie: Chief Development & Sustainability Officer (CDSO)

Gilke Eeckhoudt benoemd als nieuwe CDSO om de uitvoering van Impact24 mee in goede banen te leiden.

Namens de Groep zal zij alle transversale bedrijfsinitiatieven leiden binnen Business Development, Technology Development & Sustainability, ter ondersteuning van de implementatie van het nieuwe strategische plan Impact24. Gilke treedt ook toe tot het Management Committee van de Groep.

23 november

Ageas kondigt verhuizing aan naar nieuw duurzaam kantoor

Ageas verhuist zijn hoofdkantoor naar het Brusselse Manhattan Center, een uiting van zijn ambitie om voor zijn medewerkers een 'Great place to Grow' te zijn.

Ageas creëert een duurzame werkomgeving die aansluit bij zijn strategie om van duurzaamheid in alle activiteiten een centraal thema te maken. Ook elders gaat men verder op deze evolutie, met nieuwe gebouwen in Portugal en een nieuwe AG Campus in Brussel. Deze verhuizingen resulteerden in inspirerende en duurzame werkplekken, met voldoende ruimte om samen te werken en ideeën uit te wisselen, ondersteund door een slimme digitale werkomgeving.

de webversie van het jaarverslag.

Omschrijving Doelstellingen 2021
Combined Ratio Niet-Leven (%) < 96% 95,4%
Operationele marge producten met gegarandeerde rente (bps) 85-95 99
Operationele marge Unit-Linked producten (bps) 30-40 35
Groep Solvency II ratio (%) 175% 197%
Winst per aandeel (CAGR) 5-7% 11%
Pay-out ratio (%) ≥ 50% 52%

Blik terug op de consequent sterke prestaties van Ageas in de afgelopen vijf jaar, aan de hand van verschillende KPI's.

14 Ageas Jaarverslag 2021

2.2 Kerncijfers

2021 2020
Netto resultaat Ageas 845 1.141
Per segment:
- België 400 411
- VK 61 65
- Europa 119 136
- Azië 403 269
- Herverzekering 87 79
- Algemene Rekening & Eliminatie (225) 181
waarvan RPN(I) (101) (61)
Per type:
- Leven 743 570
- Niet-Leven 328 391
- Algemene Rekening & Eliminatie (225) 180
Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen (in miljoenen) 187 188
Winst per aandeel (in EUR) 4,52 6,07
Bruto-premie inkomen (incl. niet-geconsolideerde deelnemingen aan 100%) 39.777 35.572
- waarvan premie-inkomen van niet-geconsolideerde deelnemingen 29.022 26.107
Ageas' deel in premie-inkomsten (incl. niet-geconsolideerde entiteiten) 16.134 14.535
Per segment:
- België 5.006 4.575
- VK 1.406 1.525
- Continentaal Europa 2.341 1.873
- Azië 7.381 6.561
Per type:
- Leven 11.225 9.978
- Niet-Leven 4.909 4.557
Combined ratio 95,4% 91,3%
Operationele marge producten met intrestgarantie (bps) 99 90
Operationele marge Unit-Linked producten (bps) 35 29
2021 2020
Eigen vermogen 11.914 11.555
Netto eigen vermogen per aandeel (in EUR) 64,14 61,80
Netto eigen vermogen per aandeel (in EUR) exclusief ongerealiseerde winsten en verliezen 43,43 39,64
Rendement Eigen Vermogen - Ageas Groep (exclusief ongerealiseerde winsten) 10,9% 15,5%
Group solvency II ageas 197% 193%
Technische Verplichtingen Leven (geconsolideerde entiteiten) 78.192 78.692

2.3 2021 was een goed jaar met een verzekeringsresultaat van meer dan EUR 1 miljard en een premie-inkomen van bijna EUR 40 miljard.

Dankzij sterke commerciële prestaties in de meeste regio's en vooral in het Leven-segment, is het premie-inkomen in 2021 aanzienlijk gestegen tot bijna EUR 40 miljard. De duurzame operationele marge op producten met gegarandeerde rente, de verbeterde marge op Unit-Linked producten en de combined ratio in Niet-Leven weerspiegelen de uitstekende operationele prestaties van de geconsolideerde entiteiten, die de tegenvallers door de lagere intrestvoeten en de uitzonderlijke weersomstandigheden compenseren. In combinatie met de sterke bijdrage van de niet-geconsolideerde entiteiten, waarbij Azië de verwachtingen in het vierde kwartaal sterk overtrof, bedroeg het nettoresultaat voor de verzekeringsactiviteiten meer dan EUR 1 miljard. Het nettoresultaat van de Groep, exclusief RPN(i) bedroeg EUR 945 miljoen. 2021 was ook het laatste jaar van Ageas' Connect21-strategie. In dit laatste jaar van de strategische cyclus bevestigde de Groep zijn duurzame, sterke operationele prestaties van vorige jaren, en behaalde zo alle financiële doelstellingen.

Groep

Het premie-inkomen van de Groep sinds het begin van dit jaar, met inbegrip van de niet-geconsolideerde entiteiten (tegen 100%), steeg tot EUR 40 miljard, evenredig gespreid over de mature business in Europa en de niet-gecontroleerde partnerships in Azië. Op vergelijkbare basis en rekening houdend met de verkoop van het belang van de Groep in Tesco Underwriting en de verwerving van een belang in AgeSA (Turkije) en Taiping Re (China), is het premie-inkomen van de Groep met 6% gestegen. In Azië was het premie-inkomen Leven te danken aan de sterke persistentie in China en de integratie van Taiping Re. In Europa was de groei van het premie-inkomen Leven vooral toe te schrijven aan de verkoop van Unit-Linked producten in België en in Portugal, waar de overgang naar minder kapitaalintensieve producten wordt voortgezet. Het premie-inkomen in Niet-Leven steeg vooral dankzij sterke commerciële prestaties in België en de integratie van Taiping Re. In Continentaal Europa is het premie-inkomen in Niet-Leven zowel in Portugal als in Turkije gestegen. In Turkije werd de groei echter volledig gecompenseerd door het wisselkoerseffect van de Turkse lira.

De sterke operationele prestaties van de verzekeringsactiviteiten, zowel in Leven als Niet-Leven, resulteerden in een nettoverzekeringsresultaat van EUR 1,071 miljoen. De nettowinst van de Groep bedroeg EUR 845 miljoen, rekening houdend met een negatief resultaat in de General Account van EUR 225 miljoen, inclusief een negatieve impact van EUR 101 miljoen in verband met de RPN(i)-herwaardering.

De combined ratio Niet-Leven van de geconsolideerde entiteiten bedroeg 95,4%, een weerspiegeling van de sterke operationele resultaten in alle productlijnen, inclusief de kosten van de overstromingen in België en het VK. De kosten in verband met ongunstige weersomstandigheden voor de Groep bedroegen EUR 160 miljoen. In Autoverzekeringen bereikte de schadefrequentie tijdens het vierde kwartaal geleidelijk weer het niveau van vóór de coronacrisis, omdat de mobiliteitsbeperkingen in Europa zijn opgeheven.

De operationele marge van producten met gegarandeerde rente in Leven kwam uit op 99 basispunten, ruim boven het streefdoel van 85-95 basispunten, dankzij een solide beleggingsresultaat en gerealiseerde nettomeerwaarden. De inkomsten uit vastgoed in België herstellen geleidelijk van de impact van Covid-19. De operationele marge van Unit-Linked van de Groep bedroeg eind december 35 basispunten, mooi binnen de doelstelling, dankzij een bevredigende marge in België en een sterk herstel in Continentaal Europa, dankzij de hogere volumes.

De Solvency IIageas-ratio van Ageas bedroeg 197%, in vergelijking met 193% aan het einde van vorig jaar. De stijging was te danken aan de sterke operationele prestaties van de verzekeringsactiviteiten, ruim voldoende voor de opbouw van het verwachte dividend, en verder gesteund door modelwijzigingen. Het gegenereerde operationele vrije kapitaal over 2021 bedroeg EUR 625 miljoen exclusief de bijdrage bovenop het wettelijk vastgelegde kapitaal voor de overstromingen in België. Het gegenereerde vrije kapitaal profiteerde van een sterke bijdrage in dividenden van de nietgecontroleerde deelnemingen van EUR 185 miljoen.

De totale liquide activa bedroegen EUR 1,1 miljard. De EUR 725 miljoen die de operationele entiteiten sinds het begin van het jaar hebben opgestroomd, hebben de holdingkosten, het dividend van EUR 485 miljoen dat in het tweede kwartaal aan de aandeelhouders van Ageas is uitgekeerd en de cash-out van EUR 55 miljoen in verband met het voortgezette aandeleninkoopprogramma in 2021, ruimschoots gecompenseerd. De overname van een belang van 40% in het Turkse levensverzekeringsbedrijf AgeSA leidde tot een cash-out van EUR 140 miljoen, terwijl de verkoop van Tesco EUR 143 miljoen bijdroeg.

Als we terugblikken op 2021, mogen we trots zijn dat we beter dan de markt hebben gepresteerd, en dit in alle segmenten ondanks de grote uitdagingen. Uiteraard hebben de blijvende gevolgen van de coronacrisis en de verwoestende overstromingen tijdens de zomer heel veel menselijk leed veroorzaakt dat we nog lang in onze gedachten zullen meedragen.

Heidi Delobelle, CEO AG

Per business segment

BELGIË

Het nettoresultaat bedroeg EUR 400 miljoen tegenover EUR 411 miljoen in 2020. In 2021 is het premie-inkomen zowel in Leven als in Niet-Leven opmerkelijk gestegen. Het premie-inkomen in Leven groeide sterk dankzij de uitstekende groei van Unit-Linked (+52% op jaarbasis), onder impuls van de commerciële campagnes in het makelaarskanaal en het bankkanaal. Het premie-inkomen in Niet-Leven tekende een uitzonderlijke groei op van 9% in vergelijking met 2020, met een stijging in alle segmenten dankzij de gezamenlijke inspanningen van AG en zijn distributiepartners.

De operationele marges van producten met gegarandeerde rente in Leven kwamen uit op 97 basispunten dankzij een solide beleggingsresultaat en een betere onderschrijvingsmarge. De marge van vorig jaar had te lijden onder de volatiliteit op de financiële markten. Tijdens het vierde kwartaal profiteerde de marge van producten met gegarandeerde rente van meerwaarden, voornamelijk op vastgoed. De operationele marge Unit-Linked was met 37 basispunten sterk.

De combined ratio van Niet-Leven voor 2021 leed onder het uitzonderlijk sterke effect van de overstromingen tijdens de zomer. Die hadden een impact van 10% op de combined ratio, deels gecompenseerd door aanpassingen in de schadereserves in eigendommen- en ongevallenverzekeringen in het vierde kwartaal. Zonder de impact van deze uitzonderlijke posten weerspiegelde de combined ratio in alle segmenten sterke onderliggende prestaties.

VERENIGD KONINKRIJK

Het nettoresultaat bedroeg EUR 61 miljoen tegenover EUR 65 miljoen in 2020.

Het premie-inkomen sinds het begin van dit jaar is op vergelijkbare basis – rekening houdend met de verkoop van Tesco Underwriting – licht gestegen tot EUR 1,4 miljard. De aanhoudende groei in Woningverzekeringen compenseerde de lagere premies in Autoverzekeringen als gevolg van een gedisciplineerde prijsaanpak in een markt met aanhoudend lage gemiddelde premies.

De combined ratio van Niet-Leven bedroeg 96,2%. Dit weerspiegelt een sterk operationeel resultaat dat ruimschoots de kosten compenseerde, veroorzaakt door slechte weersomstandigheden die zowel de combined ratio van Woningverzekeringen als die van Overige verzekeringen troffen, en de enigszins hogere reserves voor toekomstige schadekosten. De stijging van de schadekosten op jaarbasis weerspiegelt de geleidelijke toename van het voertuiggebruik na de opheffing van de beperkingen tijdens de pandemie.

2021 was een sterk jaar voor Ageas VK. We versterkten verder onze focus binnen onze activiteiten met aandacht voor groei in de uitgekozen markten. We gaven voorrang aan de retail klantendivisie waarbij we de relatie met de makelaars en de aggregators verder uitbreidden. Hierdoor steeg ons aantal klanten met meer dan 200.000.

Ant Middle, CEO UK

In 2021 zette Ageas in Portugal verdere belangrijke stappen om de organisatie nog klantgerichter te maken, en creëerde het tegelijk het perfecte platform voor de lancering van het nieuwe strategische plan Impact24. Ageas Portugal leverde ook een sterke financiële prestatie in 2021 met een groei van de verkoop boven het marktgemiddelde. De merkbekendheid van de onderneming blijft verbeteren. De Portugese markt onderscheidt het merk Ageas binnen de verzekeringssector als vernieuwend, creatief met een energieke aanpak.

Steven Braekeveldt, CEO Portugal

CONTINENTAAL EUROPA

Het nettoresultaat van Continentaal Europa, zijnde naast Portugal ook de activiteiten in Frankrijk en Turkije, bedroeg EUR 119 miljoen vergeleken met EUR 136 miljoen in 2020.

Ageas boekte uitstekende commerciële prestaties in Continentaal Europa, met een hoger premie-inkomen zowel in Leven als Niet-Leven. In Leven steeg het premie-inkomen sinds het begin van het jaar op vergelijkbare basis met 53% tot EUR 3.5 miljard (zonder de bijdrage van AgeSA in Turkije, overgenomen in mei 2021), dankzij de sterke verkoop van Unit-Linked producten. Voorts bleven de flexibele pensioenproducten buiten balans in Portugal groeien en genereerden ze een premie-inkomen van EUR 207 miljoen. Het premie-inkomen in Niet-Leven steeg tegen constante wisselkoersen met 18%, dankzij de gevoelig hogere omzet uit ongevallenen ziekteverzekeringen.

De operationele marge van producten met gegarandeerde rente bedroeg 108 basispunten, een sterk resultaat, mede dankzij een solide onderschrijvingsresultaat. De marge in Unit-Linked bleef na de verandering in productmix en het hogere premie-inkomen gestaag stijgen.

De combined ratio over het jaar kwam uit op een solide 88%. Vanaf het tweede kwartaal lag de schadefrequentie opnieuw op het niveau van voor de coronacrisis.

Het resultaat van Leven vertoonde een aanzienlijke stijging, rekening houdend met de positieve bijdrage van EUR 20 miljoen van de vrijval van reserves in Portugal in 2020. Het resultaat profiteerde van het goede onderschrijvingsresultaat in Portugal, verder gesteund door de bijdrage van AgeSA (EUR 11 miljoen) in Turkije sinds mei 2021. Het resultaat van Niet-Leven weerspiegelde de normalisering van de schadefrequentie van autoverzekeringen en de hogere schadekosten van ziekteverzekeringen in Portugal. Daarnaast hadden de hoge inflatie en ongunstige schadeervaringen een invloed op de bijdrage van Aksigorta in Turkije.

AZIË

Het nettoresultaat bedroeg EUR 403 miljoen tegenover EUR 269 miljoen in 2020.

Tegen constante wisselkoersen steeg het premie-inkomen in Azië tijdens het jaar met 8% tot EUR 28,2 miljard (aan 100%). De organische groei die werd opgetekend in Leven en Niet-Leven werd verder ondersteund door de bijdrage van Taiping Re. De Technische verplichtingen Leven stegen met 18% aan constante wisselkoersen dankzij de groei van het aantal nieuwe contracten en de sterke persistentie. In China was de groei te danken aan nieuwe contracten voor producten van hoge waarde en een sterke eindejaarscampagne. In Niet-Leven profiteerde het premie-inkomen van de bijdrage van Taiping Re, terwijl het premie-inkomen op vergelijkbare basis 4% hoger lag, vooral dankzij Maleisië.

Met een nettoresultaat van EUR 403 miljoen, gesteund door een solide onderliggend resultaat, leverde Azië een sterke bijdrage aan het algemene nettoresultaat van de Groep. Het resultaat in Leven profiteerde van de degelijke operationele prestaties in China, Maleisië en Thailand, terwijl de verdere ongunstige ontwikkeling van de discontovoet in China werd gecompenseerd door de hogere netto gerealiseerde meerwaarden en een lager effectief belastingtarief. In Niet-Leven leverden alle entiteiten een positieve bijdrage aan het resultaat voor het volledige jaar.

2021 was een jaar waarin we nog intenser ingezet hebben op de 'customer journey'. We hebben gezocht naar manieren om de klantenervaring verder te optimaliseren. We hebben projecten opgestart in China, Vietnam en de Filipijnen waarbij technologie en dienstenplatforms uitgerold werden om een echte cultuur en proces rond engagement naar de klanten toe te creëren. Data-analyse moet hierbij ook de klantbeleving verder verbeteren.

Gary Crist, CEO Asia

Het herverzekeringsverhaal van Ageas blijft zich verder ontwikkelen sinds de oprichting van een interne herverzekeraar, Intreas, in 2015. Herverzekering was eerst een kleine interne activiteit, maar is intussen uitgegroeid tot een belangrijk segment binnen de Groep. Het zorgt voor synergieën op het vlak van de business en de kapitaalsvereisten waardoor we onze basisactiviteiten kunnen beschermen en versterken.

Antonio Cano, MD Europe (inclusief Herverzekering)

HERVERZEKERING

Het nettoresultaat bedroeg EUR 87 miljoen tegenover EUR 79 miljoen in 2020. Het premie-inkomen Herverzekeringen voor het volledige jaar bedroeg EUR 1,4 miljard uit de quotashare-overeenkomsten, terwijl een intern herverzekeringscontract Leven dat in het begin van het jaar met Ageas France werd gesloten, een premie-inkomen van EUR 29 miljoen genereerde. Inclusief de traditionele beschermingsactiviteiten ligt het totale premie-inkomen van EUR 1,6 miljard, in lijn met het vorige jaar.

In 2021 is het herverzekeringsresultaat met 10% gestegen dankzij sterke prestaties in het vierde kwartaal, die profiteerden van een herziening van de reserves van de overeenkomst voor Auto met het VK en aanpassingen van de reserves in België. Het resultaat voor het volledige jaar profiteerde van een iets lagere schadefrequentie in het lopende jaar voor Autoverzekeringen op het niveau van de afdragende entiteiten, zij het in veel mindere mate dan vorig jaar. De impact van ongunstige weersomstandigheden, voornamelijk in België en in mindere mate in het VK, werd hiermee gedeeltelijk gecompenseerd.

2.4 Gebeurtenissen na de datum van de geconsolideerde balans

Ageas heeft op 15 februari 2022 aangekondigd dat zijn dochteronderneming Ageas UK Ltd een overeenkomst had gesloten met AXA Insurance UK PLC over de verkoop van zijn professionele verzekeringen voor nieuwe klanten. Op het niveau van Ageas Groep zal de transactie een initiële positieve impact hebben van EUR 45,5 miljoen op het nettoresultaat, te boeken in de eerste helft van 2022.

Ageas houdt de ontwikkelingen in Oekraïne en Rusland nauwlettend in de gaten, met name wat betreft de indirecte macro-economische effecten, zoals de toekomstige ontwikkeling van de rente en de inflatie in de markten waarin wij actief zijn. De Groep is in geen van beide landen actief via dochterondernemingen of filialen.

Meer informatie in toelichting F.44.

2.5 Statutaire resultaten van ageas SA/NV volgens Belgische boekhoudregels

Ageas SA/NV rapporteerde voor het boekjaar 2021 op basis van de Belgische boekhoudregels een positief nettoresultaat van EUR 505 miljoen (2020: EUR 672 miljoen) en een eigen vermogen van EUR 5.570 miljoen (2020: EUR 5.687 miljoen).

Een meer gedetailleerde toelichting bij het statutaire nettoresultaat van ageas SA/NV en andere Belgische wettelijke verplichtingen in overeenstemming met artikel 3:6 van het Belgische Wetboek van vennootschappen en verenigingen, bevindt zich in de jaarrekening van ageas SA/NV. PwC heeft een oordeel zonder voorbehoud afgeleverd over de jaarrekening van ageas SA/NV.

Onze lokale en regionale CEO's deelden hun visie op de uitdagingen en opportuniteiten die ze in België, continentaal Europa, het VK en Azië ervaren. Lees de volledige interviews hier.

Strategie en bedrijfsmodel van Ageas

2021 was het laatste jaar van de Connect21-strategie. Ageas heeft alle financiële doelstellingen behaald en aanzienlijke vooruitgang geboekt bij de implementatie van zijn strategische keuzes. Ageas zocht actief toenadering tot al zijn stakeholders en heeft zijn motto, 'Supporter van jouw leven' echt waargemaakt. In juni 2021 werd de nieuwe driejarenstrategie voor de periode 2022-2024 geïntroduceerd. Impact24 is een duurzame groeistrategie voor de lange termijn, zowel voor de Groep als voor zijn mensen, die voortbouwt op de basis van Connect21.

De hoofdpunten van Connect21 die de laatste drie jaar bepalend waren voor de strategie, zijn ook onder Impact24 nog steeds erg relevant.

Supporter van jouw leven

Als 'Supporter van jouw leven' streeft de Groep ernaar waarde te scheppen voor klanten, medewerkers, partners, beleggers en de maatschappij als geheel. Voor elk van deze stakeholdersgroepen formuleerde Ageas specifieke beloften en dienovereenkomstige prestatieindicatoren (KPI's).

Impact24 leidt Ageas naar een pad naar duurzame groei op lange termijn

De afgelopen tien jaar is Ageas geleidelijk geëvolueerd tot een winstgevende verzekeringsmaatschappij die constant op zoek is naar manieren om zich verder te ontwikkelen, waarbij de klant centraal staat. Bij de opzet van het strategisch plan Connect21 in 2018 is Ageas teruggegaan naar de basis en heeft het de essentie van zijn bestaan onderzocht. Ageas beseft dat de wereld alsmaar complexer wordt, wat betekent dat de rol van een verzekeraar voortdurend verandert en uitgebreider wordt om te voldoen aan de veranderende behoeften van alle stakeholders.

Ageas streeft ernaar om zich te buigen over onzekerheden en mogelijkheden, zodat zijn klanten in alle gemoedsrust ten volle van elke fase van hun leven kunnen genieten. Met zijn competenties en vaardigheden biedt Ageas oplossingen op het gebied van gezondheid, welzijn, huisvesting en mobiliteit, evenals voor zaken die gepaard gaan met ouder worden, waaronder spaar- en pensioenoplossingen.

Ontdek meer over de aanpak en langetermijnvisie visie van Ageas, en hoe trends worden opgevolgd. Ageas gebruikt de nieuwste technologische ontwikkelingen om een uitmuntende klantenervaring te creëren en biedt oplossingen die verder gaan dan de traditionele grenzen van verzekeringen: preventie, voorbereiding, bescherming en ondersteuning. In deze nieuwe domeinen die buiten de traditionele verzekeringsactiviteiten vallen, is Ageas zich ook bewust van zijn bredere rol in de maatschappij en speelt in op de maatschappelijke uitdagingen waar Ageas de meeste waarde kan bijdragen. Het onderschrijven van de VN Principles for Responsible Investment (PRI) voor zijn beleggingen, van de UNEP FI Principes of Sustainable Insurance (PSI), de VN Global Compact principes (GC) en het aannemen van een selectie van relevante duurzame VN ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's) ondersteunen deze inspanningen.

Impact24 werd in de loop van 2021 ontwikkeld en is een logisch vervolg van Connect21. Ageas houdt van consistentie en bleef trouw aan de vier kernwaarden: Care, Dare, Deliver en Share. Ageas heeft al aangetoond dat het zijn keuzes, waarden en financiële doelstellingen kan waarmaken. Door het succes van zijn keuzes in het verleden beschikt het nu over een ankerpunt en een sterk platform voor toekomstige groei.

Aan de basis van Impact24 ligt het DNA van Ageas en al datgene wat het al heel goed doet. Het plan biedt ook de flexibiliteit om te investeren in toekomstige trends die waarschijnlijk een impact zullen hebben op de wereld, niet alleen in 2024, maar in 2030 of zelfs later. Impact24 was het resultaat van een nauwe samenwerking van meer dan 100 Ageasprofessionals uit de hele Groep. De expertise van collega's uit lokale entiteiten en het hoofdkantoor vulden elkaar goed aan. Dankzij de intern ontwikkelde Horizon Scan, die menselijke en artificiële intelligentie combineert, kan Ageas de belangrijkste opkomende trends continu in de gaten blijven houden. Dat was, samen met de materialiteitsbeoordeling inzake duurzaamheid, de ruggengraat van het plan. De acht strategische keuzes zijn met elkaar verbonden, en KPI's en doelstellingen maken de verantwoordingsniveaus duidelijk. Ageas en zijn stakeholders kunnen zo de vooruitgang van de Groep op uiterst gedisciplineerde wijze volgen. De nieuwe niet-financiële en duurzaamheidsdoelstellingen versterken ons engagement om zowel economische als maatschappelijke waarde te creëren. We willen een positieve invloed hebben en zaken op de juiste manier aanpakken. Daarom staat duurzaamheid centraal in alles wat Ageas doet. Ageas heeft een zorgplicht en verantwoordelijkheid tegenover toekomstige generaties. Dit plan is gemaakt om topprestaties te leveren voor alle stakeholders, zoals hier weergegeven:

De implementatie van Connect21 en intussen Impact24 is een geleidelijk proces in een wereld die voortdurend verandert. Het nieuwe strategische plan weerspiegelt zowel ontwikkelingen in de regelgeving als snel veranderende behoeften van stakeholders. Het bouwt verder op de fundering en de verwezenlijkingen van Connect21, zonder dat het bedrijfsmodel is veranderd. Ageas weet dat het zijn concurrentievoordeel op lange termijn alleen kan behouden als het blijft evolueren en zichzelf opnieuw blijft heruitvinden.

die centraal staan.

Ontdek het nieuwe strategische plan van Ageas op onze Impact24-website.

Ageas' bedrijfsmodel

In het schema hierna wordt het bedrijfsmodel van Ageas weergegeven en de keuzes die in Impact24 zijn gemaakt.

ONS DOEL

Vanuit zijn doel en zijn kernwaarden – Care, Dare, Deliver en Share – biedt Ageas in 14 Europese en Aziatische landen Leven- en Niet-Levenoplossingen aan miljoenen particulieren en bedrijfsklanten. Dankzij zijn belofte om preventief te werk te gaan, voor te bereiden, te beschermen en te ondersteunen helpt Ageas zijn klanten hun risico's te anticiperen, te beheren en in te dekken. Het zet hiervoor een gamma aan producten die specifiek ontworpen zijn om tegemoet te komen aan de behoeften van vandaag en in de toekomst.

Ageas onderscheidt zich door zijn expertise op het gebied van partnerships en heeft langetermijnovereenkomsten gesloten met toonaangevende lokale financiële instellingen en distributeurs over de hele wereld, waardoor het altijd dicht bij de klant staat. In de toekomst zal Ageas deze wederzijds voordelige partnerships en ecosystemen blijven uitbouwen en versterken. Door producten en diensten te ontwikkelen die verder gaan dan alleen verzekeringen streeft de onderneming ernaar om in een razendsnel veranderende wereld in te spelen op nieuwe behoeften en prioriteiten.

Net als andere bedrijven opereert Ageas binnen een dynamisch wet- en regelgevingskader, waarin rekening moet worden gehouden met Solvency II en MiFID, en recenter ook de geactualiseerde IFRSregelgeving, de Algemene Verordening gegevensbescherming, de Europese taxonomieverordening en de SFDR. Ageas speelt ook in op regelgeving of kaders zoals PRI, PSI, GC en de SDG's van de VN en principes rond klimaatverandering zoals de richtlijnen van de Task Force for Climate related Financial Disclosures (TCFD). En er is nog meer regelgeving op komst, zoals de Europese klokkenluidersrichtlijn, die naar verwachting in 2022 van kracht wordt, en de Europese richtlijn betreffende duurzaamheidsrapportering door ondernemingen (CSRD), waarschijnlijk van kracht vanaf het boekjaar 2023.

Het is tot slot vanzelfsprekend dat Ageas zijn beloften uitsluitend kan waarmaken met de steun van goed opgeleide en betrokken medewerkers en het kapitaal dat aandeelhouders ter beschikking stellen.

Het bedrijfsmodel van Ageas genereert verschillende soorten inkomstenstromen:

  • Onderschrijving: het resultaat van de geïnde verzekeringspremies minus schadeclaims en daarmee verband houdende kosten. Het poolen of onderling spreiden van de risico's van verzekerde individuen of bedrijven binnen een grotere portefeuille van verzekerde activa is de essentie van verzekeringen. De klant betaalt eenmalig of periodiek een premie, om risico's in verband met leven, woningen, auto's, reizen of specifiekere soorten risico's te dekken. Ageas verzekert die risico's en keert schadevergoedingen uit in het geval van een ongunstige gebeurtenis. In de toekomst kunnen ook inkomsten uit andere bronnen worden gegenereerd, afhankelijk van de mate waarin Ageas erin slaagt om zijn diensten buiten de traditionele verzekeringsactiviteiten te ontwikkelen.
  • Onderschrijving / herverzekering: Ageas besloot in 2015 om een interne herverzekeringsactiviteit op te richten waardoor het de herverzekeringsbescherming van de Groep kan poolen, een deel van de risicodekking voor eigen rekening kan behouden en de diversificatievoordelen met betrekking tot zijn solvabiliteitskader kan beheren. In 2020 begon ageas NV/SA ook in het segment Leven deel te nemen aan bestaande herverzekeringsprogramma's van zijn groepsentiteiten met de ambitie om de expertise van en blootstelling aan herverzekeringen verder te ontwikkelen.
  • Beleggingen: het financiële nettoresultaat gegenereerd via de belegging van premies in andere opbrengstgenererende activa, zoals staats- of bedrijfsobligaties, leningen, aandelen of vastgoed. Door te beleggen in een brede en gediversifieerde waaier aan activa, gespreid over vele sectoren, ondersteunt Ageas ook actief de economie en de maatschappij, en genereert het tegelijkertijd een financieel rendement dat in eerste instantie ten goede komt aan alle polishouders en in een tweede stap terugvloeit naar zijn aandeelhouders of obligatiehouders.

Met een groepsbreed doel en waarden, en duidelijke strategische keuzes en bedrijfsmodel streeft Ageas ernaar een echte 'Supporter van jouw leven' te zijn en waarde te scheppen voor alle stakeholders: klanten, medewerkers, partners, beleggers en de maatschappij. De KPI's opgenomen in Impact24 zijn ten opzichte van Connect21 voor de eerste maal uitgebreid met niet-financiële KPI's. Ze weerspiegelen de prioriteiten die Ageas heeft vooropgesteld in vier zogenoemde impactgebieden: Onze mensen, Producten, Beleggingen en Planeet.

Dit jaarverslag beoogt de lezer alle relevante informatie te bieden die hij of zij nodig heeft om de inspanningen te beoordelen die Ageas levert om te voldoen aan de financiële en niet-financiële verwachtingen van al zijn stakeholders.

Duurzaamheid centraal in alles wat wij doen

4.1 Duurzaamheid: een integraal onderdeel van onze activiteiten

Als verzekeringsgroep staat Ageas in het middelpunt van een aantal maatschappelijke thema's die een grote rol spelen in het leven van iedereen. Vergrijzing, gezondheidsgerelateerde thema's, nieuwe woonvormen, mobiliteit en klimaatverandering creëren allemaal risico's én kansen voor Ageas.

Aan het einde van Connect21 is het tijd om stil te staan bij waar dit plan voor stond en hoe het de afgelopen drie jaar werkelijkheid is geworden. Voor de eerste keer werd er in het kader van Connect21 expliciet rekening gehouden met een vijfde stakeholder: de samenleving. De bedoeling was om een onderneming te worden die gestuurd wordt door haar stakeholders, om waarde te scheppen voor alle stakeholders en tegelijkertijd rekening te houden met landspecifieke factoren.

De afbeelding symboliseert het engagement van Ageas tegenover de stakeholders en een duidelijke uitspraak over wie de Groep wil zijn, een echte 'Supporter van jouw leven'.

En ... Ageas heeft zich geëngageerd om de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen van de VN (UN SDG's) na te leven. Op basis van zijn kerncompetenties heeft Ageas ervoor gekozen zich actief in te zetten voor de volgende 10 SDG's:

Ageas bewandelt een pad van duurzaamheid, gebouwd op een sterke fundering, die begint bij zijn DNA. Als we terugblikken op de laatste drie jaar, dan zijn er een aantal verwezenlijkingen die opvallen:

  • de concrete toenadering tot stakeholders om een duidelijker beeld te krijgen over hun voornaamste prioriteiten voor Ageas voor de komende drie tot vijf jaar (materialiteitsbeoordeling).
  • verhoogde transparantie ten aanzien van de buitenwereld over hoe duurzaamheid binnen de Ageas Groep leeft, de formele interne integratie in processen, de versterking van kennis over de kansen die het met zich mee kan brengen en de aanpassing van het bestuursmodel om de expliciete ambities in het kader van Impact24 te weerspiegelen. En
  • de ondersteuning van de ontwikkeling van Impact24, het nieuwe strategische plan, met voor het eerst in de geschiedenis van Ageas formele doelstellingen op het vlak van duurzaamheid.

Invloed op beoordelingen en beslissingen van belanghebbenden

Significantie van de economische, milieu-en sociale effecten van de verslaggevende organisatie

Voortbouwend op de inzichten van de materialiteitsbeoordeling van de Groep, hebben Ageas Portugal en AG in België hun eigen materialiteitsbeoordeling uitgevoerd, gericht op de lokale activiteiten. AG breidde het toepassingsgebied van zijn initiatief uit naar meer dan 2.000 respondenten, zowel particuliere als bedrijfsklanten, een groep van stakeholders die indirect was opgenomen in de groepsbeoordeling. Het resultaat voor beide groepen stemde overeen met het resultaat voor de Groep, waarbij enkele onderwerpen in de materialiteitsmatrix iets hoger of iets lager uitvielen. Naast de lijst van belangrijke onderwerpen op groepsniveau, werden er door elke dochteronderneming ook andere onderwerpen geïdentificeerd die de lokale stakeholders belangrijk vonden. In Portugal waren dat 'duurzame en efficiënte processen' en 'investeren in de gemeenschap', en hoewel 'duurzame inkopen en partners' niet de hoogste score behaalde, beschouwt AG het als een gebied dat zo'n potentiële impact heeft dat het de moeite waard is om te ontwikkelen.

Ageas' materialiteitsbeoordeling herbevestigd door lokale materialiteitsbeoordelingen

Om een uitvoerig inzicht te verkrijgen in de duurzaamheidsonderwerpen die voor het bedrijf het meest relevant zijn, heeft Ageas in 2020 zijn eerste materialiteitsbeoordeling uitgevoerd. Daarbij werd een dubbele materialiteitsbenadering toegepast in de selectie van de onderwerpen die stakeholders moesten beoordelen op hun belang voor de toekomst van de Ageas Groep (lees meer over hoe Ageas dat heeft aangepakt in het jaarverslag 2020). Het resultaat van deze eerste ESG-materialiteitsbeoordeling wordt gepresenteerd in de volgende materialiteitsgrafiek:

MATERIALITEITSMATRIX AGEAS GROEP UITERST MATERIËLE ONDERWERPEN

  • 9 Financiële veerkracht
  • 7 Verantwoordelijk bestuur

MATERIËLE ONDERWERPEN

  • 11 Verzekeringsproducten en diensten die beschermen tegen maatschappelijke uitdagingen
  • 14 Maatschappelijk verantwoorde beleggingen gericht op maatschappelijke uitdagingen
  • 12 Begrijpelijke, eerlijke en transparante informatie voor klanten
  • 2 Gezondheid en welzijn van onze medewerkers
  • 3 Persoonlijke en professionele ontwikkeling van onze medewerkers
  • 10 Verzekeringsproducten en-diensten die verantwoord gedrag stimuleren

MATIG MATERIËLE ONDERWERPEN

  • 1 Ecologische voetafdruk van onze bedrijfsactiviteiten
  • 4 Gelijke kansen voor onze medewerkers
  • 6 Bescherming van medewerkers- en klantengegevens
  • 13 Financiële inclusie van klanten(toegankelijkheid tot verzekering)
  • 8 Engegement naar de lokale gemeenschap toe
  • 5 Deelname aan het publieke debat over maatschappelijke uitdagingen.

Duurzaamheid, een nieuwe strategische keuze in Impact24

De resultaten van de materialiteitsbeoordeling en de uitkomst van de Horizon Scan waren inspiratie voor Impact24, het nieuwe strategische driejarenplan van de Groep. Dat bepaalt de strategische richting voor de jaren 2022-2024 en geeft duurzaamheid een centrale plaats in de activiteiten. Er zijn duidelijke ambities en doelstellingen gedefinieerd, en dit plan is de komende jaren voor de hele Groep een leidraad om ervoor te zorgen dat een duurzaam beheer van de onderneming volledig verankerd is in alle activiteiten en het DNA van de onderneming tot uiting komt.

De duurzaamheidsambities zijn geconcentreerd rond vier impactgebieden: Onze Mensen, Klanten, Maatschappij & Planeet.

Onze Mensen, Klanten, Maatschappij & Planeet

Dit zijn onze ambities:

  • We streven naar een divers personeelsbestand, waarbij we een eerlijke en gelijke behandeling van onze medewerkers waarborgen en een cultuur van continu leren bevorderen en zorg dragen voor de gezondheid en het welzijn van onze mensen.
  • We leveren transparante producten en diensten die economische en maatschappelijke waarde creëren, en stimuleren onze klanten bij de transitie naar een duurzamere wereld.
  • We versterken de verantwoordelijke langetermijnbenadering in onze beleggingen en willen bijdragen aan oplossingen rond duurzame steden, lokale economieën en klimaatverandering.
  • Binnen de hele Groep reduceren we onze ecologische impact en we streven ernaar binnen onze eigen activiteiten 'broeikasgasneutraal' te zijn.

Meer informatie over de 9 duurzaamheidsdoelstellingen en het strategische plan Impact24 is te vinden op de website van Impact24 De voortgang van deze doelstellingen wordt besproken in het Jaarverslag 2022 van Ageas.

Governance van duurzaamheid

Sinds Connect21 is governance van duurzaamheid een formeel onderdeel, en het Sustainability-team van de Groep rapporteert rechtstreeks aan de CEO van Ageas, wat benadrukt hoe belangrijk de onderneming ESG vindt en hoezeer ze zich ervoor wil inzetten. Er zijn aan het Executive Committee en Management Committee en aan de Raad van Bestuur regelmatig presentaties en updates verstrekt, zowel over de globale vooruitgang als over meer technische aspecten, om de vergaring van kennis tot op het hoogste niveau van de organisatie mogelijk te maken en te stimuleren. Zo werd er samen met de Raad van Bestuur bijvoorbeeld een specifieke grondige sessie georganiseerd om een urgentiematrix op te stellen die het maturiteitsniveau koppelde aan de materiële onderwerpen zoals die uit de materialiteitspeiling naar voren kwamen.

Binnen de Raad van Bestuur nemen de vier subcomités elk een specifieke rol in verband met duurzaamheid voor hun rekening. Het Nomination en Corporate Governance Committee doet aanbevelingen over ecologische en sociale aangelegenheden, over governancekwesties en niet-financiële KPI's. Het Renumeration Committee adviseert hoe duurzaamheid in de prestatie-KPI's kan worden opgenomen (zie toelichting A 5.7 Rapport van het Remuneration Committee voor meer informatie). Het Risk and Capital Committee volgt de definitie en de bewaking van ESG-risico's (zie toelichting C 4 Risicomanagement). Het Audit Committee heeft tot slot de verantwoordelijkheid voor de beoordeling, de herziening en de goedkeuring van de jaarrekening, inclusief de niet-financiële informatie.

De centrale Sustainability-afdeling van de Groep speelt een cruciale rol in de bepaling en uitvoering van de duurzaamheidsstrategie, samen met een sterk, lokaal, gedecentraliseerd netwerk van betrokken ambassadeurs. Die ambassadeurs vertegenwoordigen de verschillende activiteiten, belangrijkste dochterondernemingen en de meest relevante centrale afdelingen. Naast de vertegenwoordigde commerciële activiteiten, nl. België, het VK, Portugal en het regionale Aziatische hoofdkantoor voor alle Aziatische landen, omvat het netwerk ambassadeurs in het domein van Risk, HR, Communications en Investments. Dit team was de laatste jaren de motor achter de verschillende initiatieven in de hele organisatie. Naast het Sustainability-netwerk leveren ook collega's van andere betrokken afdelingen, zoals Legal, Compliance en Finance, meer gerichte bijdragen om specifieke vaardigheden te introduceren die hebben geleid tot betere en meer evenwichtige oplossingen en om ervoor te zorgen dat de relevante duurzaamheidsprincipes soepel en snel in de dagelijkse processen kunnen worden geïntegreerd. Dit model is bijzonder succesvol gebleken, wat al een eerste golf van aanzienlijke verwezenlijkingen en vooruitgang heeft opgeleverd.

Om de strategie Impact24 te implementeren, is er een nieuwe afdeling opgericht onder leiding van de Chief Development and Sustainability Officer (CDSO), die alle transversale initiatieven in de hele Groep overziet. De CDSO zetelt in het Management Committee van Ageas. Group Sustainability is een onderdeel van deze nieuwe organisatie, om ervoor te zorgen dat duurzaamheid volledig verankerd is in alle processen, en vooral in de ontwikkeling van nieuwe producten. Voorts is er een Steering Committee, voorgezeten door de CEO van de Groep, dat zich bezighoudt met eventuele strategische discussies die bij de implementatie van Impact24 kunnen ontstaan, waardoor de ESG-overgang nog soepeler zou moeten verlopen. De nieuwe organisatie werd op 1 september 2021 gelanceerd en is sinds begin 2022 volledig operationeel.

Toepassingsgebied en opzet van de toelichting over de bekendmaking van niet-financiële informatie

Informatie wordt bekendgemaakt in overeenstemming met de Europese richtlijn over niet-financiële informatie, nationale wetgeving over ESGaspecten en aanbevelingen van toezichthouders zoals de Euronext-adviezen voor ESG-rapportage gepubliceerd in januari 2020. Er wordt uitvoeriger ingegaan op de vooruitgang die per de stakeholdergroep wordt geboekt in verband met het resultaat van de ESG-materialiteitsbeoordeling die in 2020 werd uitgevoerd, maar de verstrekte informatie stemt ook overeen met de beloftes die in het kader van Connect21 zijn overeengekomen. Aangezien 2021 het laatste jaar van de Connect21-strategie is, is het opzet van de rapportering vergelijkbaar met vorig jaar. In het jaarverslag van volgend jaar zal worden stilgestaan bij de ambities van Impact24. De selectie van de KPI's wordt getoetst aan lopende initiatieven en standaarden zoals de algemene maatstaven en de consequente rapportering van duurzame waardecreatie van het World Economic Forum en de SASB-standaard voor de verzekeringssector. Die benchmarks vormen een extra bron van inspiratie voor de verdere ontwikkeling van KPI's. Waar mogelijk en passend verstrekt Ageas naast kwalitatieve informatie ook een aantal kwantitatieve nietfinanciële indicatoren.

Voor de tweede maal zijn de informatie en de gegevens in het Jaarverslag opgesteld in overeenstemming met de GRI-standaarden (core). De GRIstandaarden vertegenwoordigen de internationale beste praktijken voor openbare rapportering over uiteenlopende economische, ecologische en sociale effecten. Een duurzaamheidsrapportering op basis van de Standaarden verstrekt informatie over de positieve of negatieve bijdragen van een organisatie aan duurzame ontwikkeling. De inhoudsindex van het GRI (zie sectie H) geeft aan voor welke indicatoren Ageas rapporteert en waar de betreffende informatie kan worden gevonden. Net als vorig jaar werden de principes van geïntegreerde rapportering waar mogelijk toegepast. 2021 is het eerste jaar waarin in de rapportering rekening houdt met de Europese taxonomie, meer specifiek de activiteiten en beleggingen die voor de taxonomie in aanmerking komen. Die informatie is gerapporteerd in een speciale toelichting 4.6 over de Europese taxonomie.

Ageas heeft het Global Compact van de Verenigde Naties ondertekend en houdt zich aan de Principes voor Duurzaam Verzekeren (PSI). De verslagen over 2021 zijn in dit jaarverslag opgenomen in de vorm van referentie-indexen in sectie H Overige Informatie UN GC Progress Report Index en sectie H Overige informatie UNEP FI PSI Index. Sinds het begin van 2022 heeft Ageas bevestigd dat het zich blijft inzetten om de Stakeholder Capitalism Metrics van het World Economic Forum in te voeren en toe te passen. De rapportering kan worden geraadpleegd op de website waar Ageas rapporteert over duurzaamheid, en in het tweede TCFD-rapport (https://sustainability.ageas.com/reporting).

Meer informatie mbt de strategie en het bedrijfsmodel van Ageas is te vinden in de sectie A.3 van dit verslag; toelichting C.4 Risicomanagement bespreekt de risico's mbt duurzaamheid.

Dit verslag is opgesteld voor de hele Ageas Groep en stemt overeen met de consolidatiekring die in het geconsolideerde jaarverslag is gebruikt voor financiële informatie, tenzij anders aangegeven.

Raadpleeg de pagina rapportering op de duurzaamheidswebsite van Ageas voor actuele informatie over onze inspanningen om te voldoen aan de financiële en niet-financiële verwachtingen van onze stakeholders.

4.2 Onze klanten en partners

Materiële onderwerpen die ter sprake komen met betrekking tot klanten

  • Verzekeringsproducten en diensten die beschermen tegen maatschappelijke uitdagingen
  • Begrijpelijke, eerlijke en transparante informatie voor klanten
  • Verzekeringsproducten en diensten die verantwoordelijk gedrag aanmoedigen

Onze wereld maakt een diepgaande verandering door, met steeds meer maatschappelijke uitdagingen die door de gezondheidscrisis worden uitvergroot. Als wereldwijde verzekeraar is het Ageas' taak om zijn klanten te beschermen tegen ongewenste gebeurtenissen, zodat mensen in alle gemoedsrust kunnen doorgaan met hun leven, sparen en investeren. Maar als een 'supporter van jouw leven' wil Ageas een stap verder gaan dan deze basisplicht, en ervoor zorgen dat mensen ten volle van hun leven kunnen genieten. Met Impact24 legt Ageas de lat hoger, om zijn klanten te ondersteunen bij de overgang naar een duurzamere wereld, door best practices die al in 2021 bestonden, in te zetten als opstapje om deze strategie de komende drie jaar uit te voeren.

Binnen Connect21 zijn de activiteiten uitgebreid naar preventie en ondersteuning, om onze klanten te helpen op potentiële risico's te anticiperen, naast de gebruikelijke bescherming en hulp in geval van een ongunstige gebeurtenis. Dankzij die bredere ambitie kan Ageas zijn klanten oplossingen bieden die economische en maatschappelijke waarde creëren, wat leidt tot nieuwe types van partnerships, naast onze traditionele allianties. Al deze toezeggingen zijn formeel omgezet in duidelijke beloftes van Ageas ten aanzien van zijn klanten en partners, die ook in de nieuwe strategie Impact24 zijn opgenomen.

Dit is wat wij aan onze klanten beloven:

  • We helpen klanten beschermen wat ze hebben, en hun dromen waar te maken.
  • We gaan met onze klanten op lange termijn een engagement aan.
  • We bieden een uitstekende klantenervaring.
  • We bieden een gepersonaliseerde aanpak aan, op basis van duidelijke en open communicatie.

De beloften aan klanten zijn sterk gekoppeld aan de sterke banden van de onderneming met partners, omdat veel klanten via die partners worden bediend. Aan onze partners beloven wij het volgende:

  • We investeren in partnerships of allianties op lange termijn.
  • We geven vertrouwen aan partners die onze waarden en ambities delen.
  • We willen voortdurend evolueren en partnerships verbeteren in het voordeel van iedereen.
  • We gaan op zoek naar kansen waarmee we samen kunnen slagen.

De Ageas Groep bedient rechtstreeks of onrechtstreeks bijna 45 miljoen klanten in 14 Europese en Aziatische landen, door een combinatie van 100%-dochtermaatschappijen en langdurige partnerships met solide financiële instellingen en belangrijke distributeurs. Ageas biedt particuliere en zakelijke klanten Leven- en Niet-Leven verzekeringsproducten aan die speciaal ontwikkeld zijn om een antwoord te bieden op hun specifieke noden, zowel vandaag als in de toekomst.

Ageas wil tegemoetkomen aan de verwachtingen van stakeholders die tot uiting zijn gekomen in de materialiteitsbeoordeling: "Verzekeringsproducten en diensten die beschermen tegen maatschappelijke uitdagingen; begrijpelijke, eerlijke en transparante informatie voor klanten en verzekeringsproducten en diensten die verantwoord gedrag bevorderen" zijn als essentiële onderwerpen in aanmerking genomen. Deze beloftes worden in onze activiteiten in de praktijk gebracht, zoals blijkt uit de talrijke initiatieven die hier worden beschreven. Bovendien biedt Impact24 nu een kader om die benadering verder te versterken.

Verzekeringsproducten en diensten die beschermen tegen maatschappelijke uitdagingen

Gezondheid en welzijn

Door de pandemie zijn mensen zich in de hele wereld bewuster geworden van het belang van gezondheid en welzijn. Ageas staat volledig achter SDG3 door zorg te dragen voor de gezondheid en het welzijn van mensen, en achter SDG8, waarbij de samenwerking met andere partners essentieel is om nieuwe kansen te bieden voor groei.

Een goed voorbeeld van de initiatieven op het vlak van gezondheid en welzijn is Clínica Médis, de tandklinieken in Portugal, een innovatief en uniek concept dat tegemoetkomt aan de behoeften van zoveel mensen en dat iedereen, klanten van Médis of niet, toegang biedt tot mondzorg. De 11 tandklinieken, met ongeveer 100 tandartsen en ruim 130 medewerkers, bieden professionals ook kansen om hun inkomen te stabiliseren en om groei te bewerkstelligen. Sinds 2019 konden meer dan 22.000 patiënten gebruikmaken van een onderscheidende service dankzij een persoonlijk behandelingsplan dat aangeeft wat de belangrijkste behandelingen zijn die ook binnen hun budget passen en dat betalingen in termijnen aanbiedt. Dat vertaalt zich in een NPS van 81 op 100, een weerspiegeling van trouwe en tevreden klanten. Sinds maart is de eerste hub van tandklinieken actief om nieuwe concepten en diensten te testen om ervoor te zorgen dat onze benadering toekomstbestendig is. In die context wordt momenteel een nieuwe dienst aangeboden: klinische analyse. Als dat een succes wordt, wordt die dienst ook in andere klinieken aangeboden.

Ook in Portugal werd in het begin van de pandemie Médico Online gelanceerd, een initiatief dat het afgelopen jaar een enorm succes was, met 48.000 gebruikers en een NPS van 4,8 op 5. Via deze telegeneeskundedienst kunnen mensen via hun mobiele telefoon een arts spreken en gebruikmaken van de klinische platforms die via Médis beschikbaar zijn. Als er medicijnen of behandelingen worden voorgeschreven, ontvangen klanten alle informatie via e-mail of sms.

Een betere toegang tot medische hulp buiten ziekenhuizen bleef tijdens de pandemie een universele bezorgdheid, en dus besloot MB Ageas Life in Vietnam om 10.000 online medische consultaties en corona-sneltests aan de gemeenschap te schenken, aangezien veel mensen in Vietnam zelfs geen toegang hebben tot elementaire medische diensten en apparatuur.

AG in België maakt een positieve impact op de mentale gezondheid van mensen door het Return to Work-traject. De cijfers in België zijn zorgwekkend: bijna een half miljoen Belgen zijn al meer dan een jaar thuis met ziekteverlof en wel 24% verklaart dat de kans groot is dat ze in de komende drie jaar als gevolg van stress niet meer zullen kunnen werken. Voor stressgerelateerde aandoeningen is er speciale zorg vereist, maar al te vaak zijn de behandelingsmogelijkheden gefragmenteerd en zijn de wachttijden te lang. Daarom ontwikkelde AG in 2017 'Return to Work', een vrijwillig programma voor personeelsleden dat proactieve hulp op maat biedt, zodat medewerkers met stressklachten (bijv. een burn-out) weer gezond aan het werk kunnen gaan. Het aantal Return to Work-programma's is elk jaar verdubbeld, en zo'n 70% van de voltooide hulptrajecten is succesvol gebleken. Medewerkers die wegens stressklachten langdurig met ziekteverlof waren, konden na ongeveer zes tot acht maanden weer terugkomen naar het werk. Dit is een enorme verwezenlijking, want gemiddeld in de markt is 50% van het personeel dat wegens een soortgelijke stoornis met ziekteverlof is en voor wie een dergelijk hulptraject niet beschikbaar is, twee jaar later nog steeds niet voldoende genezen om weer aan het werk te gaan.

De toekomst van onze gezondheid berust op preventie

Als verzekeraar investeren we steeds meer in preventie, en gaan we partnerships aan waardoor we zorg kunnen dragen voor de gezondheid van mensen in plaats van hun ziekten. En aangezien kanker nog steeds een van de dodelijkste ziekten is, worden er door verschillende bedrijven van Ageas preventieve screeningsinitiatieven gepromoot.

In 2021 nam Ageas Portugal Group het voortouw met een grootschalige nationale campagne ter preventie van darmkanker. Darmkanker is de op twee na meest voorkomende vorm van kanker bij mannen en de op één na meest voorkomende vorm bij vrouwen in Portugal. Je zou dan ook verwachten dat screenings gemeengoed zijn, want als de ziekte tijdig kan worden opgespoord, is de overlevingskans 90%. Helaas is het onderwerp nog steeds enigszins taboe. Daarom lanceerde Médis, samen met de Portugese apothekersvereniging en de Ageas Foundation, een overtuigende campagne om 50-plussers (die het meeste risico lopen) uit te nodigen voor een screening. De kits werden aangeboden tegen een symbolische prijs van EUR 5 per test, en de eerste kits waren gratis, zo ook voor klanten van Médis. Aan de hand van een stripboek en indrukwekkende getuigenissen werd de aandacht voor screening naar een nieuw niveau getild. Meer dan 4.000 mensen besloten zich door deze campagne te laten screenen, en van hen testte 4,2% positief, wat bewijst hoe belangrijk dergelijke initiatieven zijn.

Portugal was niet het enige land om te ijveren voor de preventie van darmkanker. AG Insurance begon in België al enkele jaren geleden het partnership met 'Stop darmkanker', want ook in België is darmkanker, na longkanker, de op één na meest voorkomende vorm van kanker bij zowel mannen als vrouwen. Door dit partnership steunt AG inspanningen rond preventie om mensen aan te sporen om gezond te leven. AG biedt ook financiële steun aan andere organisaties, zoals de Belgische Stichting tegen Kanker en Move4Cancer.

In Maleisië spoort Etiqa vrouwen al jaren aan om een borstscreening te laten uitvoeren via zijn gratis mammografieprogramma, dat al 17.000 kansarme vrouwen op het hele Maleisische schiereiland wist te bereiken. Recenter, in november, de maand waarin er aandacht gaat naar de gezondheid van mannen, is er een campagne gestart om mannen aan te zetten tot regelmatige prostaatscreenings, aangezien die vorm van kanker gemakkelijk kan worden behandeld als ze vroegtijdig wordt opgespoord.

Goed zorg dragen voor onze mentale gezondheid is even belangrijk. Ageas UK organiseerde op dit vlak een erg gewaardeerd initiatief, namelijk weerbaarheidstraining voor makelaars. Weerbaarheid was het thema van het belangrijkste jaarlijkse evenement voor makelaars en verzekeraars. Ageas UK had al in training over dit onderwerp geïnvesteerd voor zijn medewerkers, en breidde het initiatief nu uit naar zijn makelaars. Met de hulp van een professionele welzijnsexpert werd er een reeks video's ontwikkeld met praktische tips over emotionele weerbaarheid, speciaal voor makelaars. Eén op vier makelaars nam deel. Het evenement was dus een waar succes. Dit initiatief was één reden waarom Ageas UK tijdens de Insurance Times Awards werd verkozen tot Personal Lines Insurer of the Year.

Vergrijzing

Wetenschappers zijn verdeeld in hun prognoses over de groei van de wereldbevolking, maar ze zijn het eens over het feit dat de bevolking ouder wordt. De wereld vergrijst, en dat heeft belangrijke sociale en economische gevolgen, waar we ons nu op moeten voorbereiden. Ageas past zijn aanbod aan en onderzoekt verschillende manieren om aan de behoeften van deze steeds grotere groep te voldoen, waarbij ecosystemen en partnerships een strategische rol spelen. Op dat vlak geeft Ageas blijk van zijn inzet ten aanzien van SDG 3, maar ook SDG 1 en SDG 9.

In mei 2021 lanceerde Etiqa Singapore AMBER, een ecosysteem voor pensioenen. Het nieuwe platform is een aanvulling op de steeds uitgebreidere waaier van financiële oplossingen van de verzekeraar die gericht zijn op sparen en pensioenplanning, door klanten een meer holistische benadering te bieden voor hun leven na hun pensioen.

Naarmate de bevolking veroudert en de vraag naar pensioengerichte diensten blijft toenemen, wil AMBER klanten informeren over het belang van pensioenplanning en over hoe ze dat kunnen doen. Tegelijkertijd biedt het haalbare manieren om geld opzij te zetten voor een langer en actiever leven na het pensioen, dat bovendien meer voldoening biedt. Een van de pensioenproducten is de ePREMIER-pensioenregeling, een spaarverzekering die een gewaarborgd maandelijks inkomen biedt, en de vrijheid om te kiezen wanneer het pensioen ingaat, en hoe lang de premies worden uitbetaald. De polishouder is tijdens de hele duur van de polis beschermd. Een ander pensioenproduct dat weldra door Etiqa wordt geïntroduceerd, biedt dekking voor ouderdomsgerelateerde ziekten en flexibele opties voor pensioeninkomsten.

Het AMBER-ecosysteem behandelt ook aspecten in verband met de fysieke en mentale gezondheid van ouder worden, en biedt een waaier van pensioengerelateerde informatie en diensten om het leven van (weldra) gepensioneerden gemakkelijker te maken. Uit een peiling bleek dat mensen drie pensioenbehoeften erg belangrijk vonden: emotioneel en mentaal gezond blijven (98%), fysiek gezond blijven (98%) en minder afhankelijk zijn van anderen (97%).

In de geest van het motto van de organisatie, 'verzekeringen menselijk maken', reageert AMBER op deze behoeften met Amber Adviser, een dienst die klanten koppelt aan beschikbare lokale dienstverleners op basis van hun unieke behoeften, van woonzorgcentra, zorgverleners en verpleegkundigen, tot professionele diensten zoals kinesitherapie en tandverzorging. Leden van AMBER profiteren van speciale ledentarieven voor alle diensten die ze via het platform boeken.

Ook biedt Ageas Portugal Group een holistische benadering aan de seniorengemeenschap, met 'MaisIdadeMais', een nieuw overkoepelend concept voor senioren met een waardepropositie op basis van vier belangrijke pijlers: meer inkomen, meer bescherming, meer welzijn en meer gezondheid. Wat gezondheid betreft, is de omzet van het in 2020 geïntroduceerde Médis vintage met 50% gestegen. De nieuwe diensten die zorg en hulp bieden, gericht op de reële behoeften van klanten zoals griepvaccins en thuiszorgdiensten, zijn duidelijk een succes. Door diensten zoals Médico Online en Telemedicine is het gebruiksgemak voor klanten verder toegenomen. En het nieuwe concept van spaardecumulatieoplossingen voor gepensioneerden heeft van Ageas een pionier op de markt gemaakt. De nieuwe formule voor dekking van persoonlijke ongevallen voor senioren met flexibele dekking en begeleidende diensten zoals reis- of thuishulp, zorgt voor een nog meer omvattende bescherming. Dat is ook het geval met een nieuwe oplossing voor levensbedreigende ziekten voor senioren, met extra diensten zoals financiële steun voor begrafenissen. Ageas Portugal Group heeft nog heel wat andere diensten in de pijplijn en ontwikkelt een echt ecosysteem voor senioren.

Inclusie

Ageas wil zorgen voor de meest kwetsbaren in onze maatschappij, en onderzoekt oplossingen die verzekeringen betaalbaarder en toegankelijker maken, wat aansluit bij SDG 1 'Geen armoede' en SDG 10 'Ongelijkheid verminderen'.

Aksigorta biedt zijn klanten de eerlijkste prijs dankzij artificiële intelligentie. De basis van verzekering is de berekening van risico's die in de toekomst kunnen ontstaan en de kosten die daaruit voortvloeien. Door die risico's gevoeliger en nauwkeuriger te berekenen, kunnen er producten worden ontwikkeld met een billijkere prijs die beter geschikt zijn voor de klant. Naast de traditionele risicomodellen die door actuarissen worden ontwikkeld, deed Aksigorta een beroep op datawetenschappers en AI-algoritmen, zodat de verkeers- en autoverzekeringen van Aksigorta veel betaalbaarder en concurrerender werden. Aksigorta brengt een win-winsituatie tot stand door het budget van zijn klanten te beschermen, en tegelijkertijd profiteert het in termen van winstgevendheid en marktaandeel. Aksigorta is nu de snelst groeiende verzekeringsmaatschappij in de sector van de autoverzekeringen.

Ageas France heeft zich zodanig georganiseerd dat het kan inspelen op de bijzondere behoeften van mensen met een beperking. De onderneming zorgt voor het juiste juridische kader zodat de meest kwetsbaren in onze samenleving kunnen genieten van voordelige fiscale voorwaarden en aanzienlijke belastingverlagingen wanneer ze een levensverzekering afsluiten. Hoewel het product al geruime tijd bestaat, is het nog niet zo goed bekend, omdat de afhandeling van alle administratieve procedures voor verzekeraars complex is. Ageas France is een van de spelers op de Franse markt die zich inzet voor dit kwetsbare segment, en dat vandaag ongeveer 5% van zijn portefeuille vertegenwoordigt, of EUR 21 miljoen.

In lijn met de belofte van Ageas UK, 'Understanding People and Simplifying Insurance', werd het Ageas Care Programme ontwikkeld om kwetsbare klanten te steunen.

De eerste stap van dit trainingsprogramma was mensen helpen om vanuit verschillende standpunten een beter inzicht te krijgen in de kenmerken van kwetsbaarheid: fysieke of mentale gezondheid, leeftijd, levensgebeurtenissen of criminaliteit. In eerste instantie werd het programma beschikbaar gemaakt voor het team dat contact heeft met klanten, en vervolgens ook voor een breder intern publiek, zodat alle

inzichten volledig verankerd raakten in onze cultuur en manier van werken. Om die inzichten te verbeteren, nam Ageas UK de tijd om naar honderden oproepen van klanten te luisteren, klachten te analyseren en te praten met liefdadigheidsinstellingen om specifieke kwetsbaarheden en de impact die ze op een klant kunnen hebben, beter te begrijpen. Op basis daarvan werd er een gids opgesteld die iedereen kon gebruiken om kwetsbare klanten beter te helpen, gaande van prijsbepaling, via productontwikkeling tot goede communicatiemethoden. Omgaan met kwetsbare klanten, vooral in extreme gevallen, kan erg confronterend zijn voor de medewerker die de oproep beantwoordt. Nog moeilijker is het als die medewerker van thuis uit werkt, zonder de mogelijkheid om er even met een collega over te praten. Een belangrijk deel van de training is dan ook gericht op de bescherming van de mentale gemoedsgesteldheid van medewerkers, wat vooral tijdens de pandemie erg belangrijk is. Een chatbot die gebruikmaakt van ingebouwde triggerwoorden maakt in een vroeg stadium duidelijk dat een klant mogelijk kwetsbaar is, zodat de medewerker de klant op de best mogelijke manier

Tiq Invest in Maleisië maakt beleggen toegankelijker. Toen Etiqa in Maleisië een nieuw beleggingsproduct voor zijn klanten wilde ontwikkelen, moest dat vooral eenvoudig, flexibel en laagdrempelig zijn, zodat ook minderbedeelden het zouden kunnen gebruiken. Als een voordelige online aan beleggingen gekoppelde verzekeringspolis kleurt Tiq Invest buiten de lijntjes met polisbeheerkosten van slechts 0,75% per jaar van de waarde van de rekening, een van de laagste tarieven op de lokale verzekeringsmarkt. Via de klantenportal 'TiqConnect' of de app 'Tiq by Etiqa' kunnen polishouders gratis op elk moment gemakkelijk extra geld storten, geld opnemen of van belegging veranderen.

kan helpen.

Klimaatverandering

Verzekeraars hebben een rol te vervullen in het beheer van de klimaatverandering, en groener leven is niet langer gewoon maar hip. De voorbeelden hierna illustreren hoe Ageas zich inzet ten aanzien van SDG 13, maar ook SDG 9 en SDG 17.

Gewasverzekering helpt boeren het hoofd te bieden aan de impact van de klimaatverandering. In 2020 sloegen AG en de Nederlandse gespecialiseerde verzekeraar Hagelunie de handen in elkaar om een aanbod te ontwikkelen zodat Vlaamse landbouwers hun veldgewassen via de uitgebreide weersverzekering tegen klimaatrisico's konden verzekeren tegen schade. Landbouwers zijn vaak een van de eerste slachtoffers van extreme weersomstandigheden: meer stormen, langdurige regenbuien, windstoten, hagelstormen en lange perioden van droogte kunnen een verwoestende impact hebben of in het slechtste geval de hele oogst vernietigen. Het partnership combineert de kennis van de landbouwsector en het uitgebreide distributienetwerk van AG met de gespecialiseerde expertise van Hagelunie op het vlak van landbouwrisico's. Aan het einde van het tweede oogstseizoen waren de resultaten alweer erg bemoedigend, zowel wat het aantal gesloten contracten betreft als in termen van schadebeheer, hoewel het moeilijk blijft om alle boeren te bereiken. De extreem natte zomer van 2021 had een aanzienlijke impact op de landbouwsector, hoewel de meeste boeren hierop anticipeerden door gewassen eerder te oogsten. De verloren oogst werd gecompenseerd door deze nieuwe verzekeringspolis, waarbij tot 80% van de geleden schade werd uitbetaald.

Gewasverzekering staat ook in Azië op de agenda, waar er nieuwe technologieën worden toegepast op onderschrijving (bijv. schatting van de opbrengst) en schadebeoordeling (door satellietbeelden of drones). Via onze joint venture met Taiping Re is Ageas in dit domein actief, waarbij polissen voornamelijk in China worden gesloten.

AG steunt de transitie naar een groener wagenpark en biedt wereldwijde oplossingen via Optimile en SoSimply. AG werd twee jaar geleden naast partners BNP Paribas en Touring aandeelhouder van de scaleup Optimile, omdat het zag dat multimodale mobiliteitsdiensten over langetermijnpotentieel beschikken. In 2021 werd er door de partners nog eens EUR 8 miljoen geïnvesteerd in de ontwikkeling van Optimile in het segment 'charging-as-a-service' (CAAS).

Aangezien het aantal elektrische voertuigen alsmaar toeneemt, vooral in de commerciële sector, was er in België ook steeds meer behoefte aan openbare laadstations. In grote lijnen betekent dit dat er meer dan 100.000 nieuwe openbaar toegankelijke laadstations moeten komen als het land tegen 2026 zijn doel van 100% elektrische bedrijfswagens wil bereiken.

Dankzij het cloudplatform van Optimile kunnen bedrijven het opladen van elektrische wagens gemakkelijk integreren in de wereldwijde mobiliteitsopties die zij aanbieden aan hun klanten en medewerkers. De laadkaart en bijbehorende smartphone-app Mobiflow biedt onmiddellijk toegang tot een van de grootste Europese netwerken van laadstations, met ruim 135.000 locaties in 19 landen. Ook kan er informatie worden geraadpleegd over de prijzen en hoelang het opladen duurt, wat de transparantie bevordert. Dit ecosysteem werd in 2021 verder ontwikkeld via een nieuw partnership met SoSimply, een dochteronderneming van AG Insurance.SoSimply, dat vaklui aanbiedt voor onderhoud of herstellingen aan woningen, installeert de hardware van de laadstations op kantoor of thuis, zodat bestuurders beter toegang hebben tot laadfaciliteiten.

De eigen medewerkers van AG kunnen nu al gebruikmaken van het CAASaanbod, en makelaars tonen aanzienlijke belangstelling om de infrastructuur voor hun klanten en personeel te installeren. Vanaf 2022 is dit aanbod ook toegankelijk voor een brede doelgroep van b2b-kmo's, detailhandelaars en zelfstandigen, waarmee ze hun klanten een alles-in-éénoplossing kunnen bieden van leasing, CAAS en verzekering. Voor de gemoedsrust van onze klanten wordt er extra dekking toegevoegd aan de woningverzekering (dekking voor problemen die worden veroorzaakt door het laadstation) en aan de autoverzekering (gepaste hulp- en schadediensten voor hybride en elektrische voertuigen). Het uiteindelijke doel bestaat erin de overschakeling naar een elektrisch voertuig zo gemakkelijk mogelijk te maken.

Nog steeds in België wordt er met de steun van AG een Eco-score ontwikkeld, een kwaliteitslabel voor milieuvriendelijke reparatie van voertuigen in de auto-industrie. Voor de reparatie van voertuigen wordt de schade traditioneel in euro geraamd. Vooralsnog wordt de impact van de gekozen reparatiemethode op het milieu niet in aanmerking genomen. Dat gaat veranderen met de Eco Repair Score®, die begin 2021 door expertisebureau Vonck en VITO (Vlaams Instituut voor Technologische Ontwikkeling) werd geïntroduceerd. Het is een kwantitatieve maatstaf die de impact van de reparatie van voertuigen meetbaar kan verkleinen. Wie inspanningen wilde leveren om de impact op het milieu terug te dringen, had vroeger geen kwantitatieve benchmark – die bestond gewoon niet. Het partnership met VITO is essentieel voor de ontwikkeling van deze standaard: zij beschikken over jarenlange expertise in de beoordeling van ecologische duurzaamheid. De Eco Repair Score® zal niet alleen worden gebruikt voor individuele reparaties, maar ook voor een Eco Repair Scan van volledige portefeuilles en de presentatie van een Eco Repair Index voor de hele auto-industrie. AG levert samen met andere partners niet alleen financiële ondersteuning, maar deelt ook expertise en data om het model te testen en te valideren.

Technologie en digitaal, voor eenvoudigere en toegankelijkere producten

In een wereld waar werk en dienstverlening op afstand steeds belangrijker zijn geworden, zijn onze digitale producten blijven evolueren, vaak dankzij nieuwe technologieën zoals AI, en verbeteren ze de toegankelijkheid, het gemak en de transparantie voor onze klanten. Deze nieuwe wereld van digitale mogelijkheden, mede als gevolg van de pandemie, geeft ons de kans om de klantbeleving te herbekijken, en om verzekeren veel gemakkelijker te maken, als uiting van onze inzet ten aanzien van SDG 9 en SDG 17.

Er is een reeks nieuwe levensverzekeringsproducten ontwikkeld, gericht op jonge, digitaal onderlegde klanten, omdat beleggingsproducten vaak als te complex worden gezien, en de drempel vaak te hoog wordt beschouwd. Het is de bedoeling om dit soort producten toegankelijker en aantrekkelijker te maken voor een breder publiek, ook jongere mensen, die traditioneel mogelijk minder aandacht hebben voor levensverzekeringen en sparen op lange termijn. Deze producten bieden niet alleen de bescherming om ten volle van het leven te genieten, maar ze leveren vooral voordeel op in periodes van aanhoudend lage rentevoeten.

Een voorbeeld van deze nieuwe generatie producten is Uppie in België, een volledig online beleggingsproduct, ontwikkeld in samenwerking met de nieuwe partner KeyTrade Bank. Beleggen kan al vanaf EUR 10, waardoor het product ook toegankelijk is voor een breder en jonger publiek. Sparen of beleggen is op die manier niet alleen eenvoudig en transparant, maar er zijn ook geen lastige formaliteiten. Het is een volledig digitale ervaring, met een intuïtieve interface en digitale diensten. Allemaal geschreven in duidelijke, eenvoudige taal, met video- en audio-ondersteuning.

In Portugal bevestigde YOLO! zijn unieke positionering in het veeleer traditionele segment van levensverzekeringsproducten door de bescherming van klanten te garanderen, zodat zij ten volle van het leven kunnen genieten. 'YOLO!' – het op sociale netwerken veel gebruikte acroniem voor 'You Only Live Once' – deed zijn naam eer aan, want er is duidelijk belangstelling bij jongere groepen die traditioneel minder aandacht hebben voor levensverzekeringsproducten. Het is een flexibele levensverzekering waarmee de klant over een hoger kapitaal bij leven kan beschikken dan bij overlijden. Daarnaast biedt het product ook bescherming in geval van een reeks ernstige ziekten. YOLO! biedt de klant een simulator om een beter inzicht te kunnen verkrijgen in zijn behoeften en vereiste bescherming, al naargelang de levensstijl. Dankzij het innovatieve mechanisme 'Life Cycle' kunnen de dekking en het kapitaal ook worden aangepast aan de belangrijkste momenten van het leven: een huwelijk, de aankoop van een woning, een geboorte of een adoptie. YOLO! is ook gebaseerd op vooruitstrevende technologie die klanten classificeert op basis van een model dat gebruikmaakt van machinaal leren en die het inschrijvingsproces gemakkelijker maakt.

Na het eerste jaar oversteeg de verkoop de initiële ambitie en nam het aantal nieuwe polissen met 20.000 toe, een stijging van meer dan 160% en ook een verjonging van de portefeuille Life Risk. Het succes van YOLO! werd nog verder versterkt door de lancering in de apps van Milleniumbcp en Activobank.

Ook in Azië is het afsluiten van een levensverzekering gemakkelijker en betaalbaarder gemaakt. Dash Pet (dat staat voor 'Protect, Earn and Transact') is een overkoepelende polis met beschermingsoplossingen op aanvraag, aangeboden via Singtel, het grootste mobiele netwerk van Singapore.

Zo bereikt Etiqa Singapore jonge klanten die de flexibiliteit van dagelijkse premie-aanpassingen en een naadloze klantenservice belangrijk vinden. 20.000 klanten hebben zich al aangesloten en omdat er nog een aantal nieuwe functies gepland zijn, kunnen we een verdere stijging verwachten..

We sluiten de lijst van voorbeelden af met Troo Flex in de Filipijnen, een digitale verzekering die naar wens kan worden aangepast en die uitsluitend beschikbaar is op de Komo-app voor digitaal bankieren van East West Rural Bank, bedoeld om verzekeringen eenvoudig toegankelijk te maken en aanpasbaar aan de behoeften van klanten. Komo staat voor 'Keep Our Money Online', een uitsluitend digitale bankdienst waarmee klanten online rekeningen kunnen openen en transacties kunnen beheren. Bovendien genieten klanten een van de hoogste rentetarieven die vandaag door banken in de Filipijnen worden geboden.

De verzekeringsoplossing Troo Flex is bedoeld voor jonge Filipijnse professionals van 20 tot 30 jaar oud die al over een bankrekening beschikken en die goed overweg kunnen met digitale processen en diensten. Klanten kunnen waar en wanneer dan ook vanaf hun smartphone hun eigen plan voor gezondheid en bescherming samenstellen en afsluiten, want ook het onderschrijvingsproces is vereenvoudigd. Ze kunnen een levensverzekeringsdekking van wel ₱ 1 miljoen krijgen (ongeveer EUR 17.500), met uitkeringen in geval van een dodelijk ongeval of invaliditeit en voor andere ernstige ziekten.

Artificiële intelligentie is intrinsiek verbonden met digitalisering als middel om de klantenbeleving te verbeteren, en bijvoorbeeld chatbots zorgen voor nieuwe manieren in de manier waarop verzekeraars werken en met hun klanten communiceren.

Chompoo is een door AI aangestuurde chatbot ontwikkeld door Muang Thai Life, die alle callcentermedewerkers en agenten bijstaat om complexere producten zoals ziekteverzekeringen en beschermingsproducten te verkopen. De chatbot beantwoordt alle vragen en biedt informatie op een manier die gemakkelijk te begrijpen is, wat een uitstekende en snelle dienstverlening aan klanten mogelijk maakt. De chatbot werkt via Chompoo, het grootste berichtenplatform van Thailand. Daardoor heeft de klant een natuurlijke, naadloze ervaring, alsof hij met vrienden praat. Chompoo kan vandaag ondersteuning bieden voor 9 producten. In totaal hebben meer dan 3.000 gebruikers de chatbot 'geadopteerd'. Hij heeft al meer dan 33.000 vragen beantwoord, met een nauwkeurigheidsgraad van 89%.

De dienst zal weldra rechtstreeks voor klanten beschikbaar zijn via MTL Click, de belangrijkste klantenapp van Muang Thai Life.

Ageas UK is technologie blijven uitrollen om de klantenbeleving in zijn callcenters te verbeteren. Zo werden er meer voicebots ingezet, in 2021 goed voor 350.000 gesprekken, wat geleid heeft tot een betere efficiëntie en waardoor er ongeveer 45 seconden minder tijd aan de telefoon met consultants werd besteed. Bovendien regelt ruim een derde van onze klanten in autoverzekeringen alles nu direct online, inclusief de registratie van hun claim en de follow-up van het verdere verloop. Dankzij deze verbeteringen kunnen callcentermedewerkers nu meer tijd besteden aan gesprekken met klanten die echt belangrijk zijn.

Begrijpelijke, eerlijke en transparante informatie

Transparant en begrijpelijk communiceren met klanten blijft een topprioriteit voor Ageas. Digitalisering heeft een belangrijke rol gespeeld om onze producten te vereenvoudigen en transparanter te maken. Met Impact24 willen we dat onze klanten vinden dat al onze producten gemakkelijk te begrijpen zijn. Ter illustratie van deze belofte die SDG 4 in de praktijk brengt, verschaffen we hulpmiddelen om mensen te helpen weloverwogen beslissingen te nemen en investeren we in financiële geletterdheid.

Etiqa in Maleisië en de Zweedse woonwinkel IKEA hebben hun krachten gebundeld om IKEA-klanten een nieuwe verzekeringsoplossing voor de inboedel van hun woning te bieden. De polis kan online worden afgesloten en is bedoeld om woonverzekeringen eenvoudiger, goedkoper en toegankelijker te maken voor het grote publiek. Met 200.000 bezoeken per dag is het aanbod erg populair. Dankzij een volledig digitale aanvraagprocedure kunnen klanten de aankoop doen via de website van IKEA en hun verzekeringspolissen vervolgens online beheren. De uitgebreide polis biedt een inboedelverzekering, een persoonlijke aansprakelijkheidsverzekering en een persoonlijke ongevallenverzekering. Het hele proces is snel en eenvoudig, ongeacht of het gaat om het sluiten van een polis, het indienen van een claim of het ontvangen van een uitkering. Klanten zonder claim verdienen bonuspunten. Het product kreeg de toepasselijke naam HEMSAKER, van de Zweedse woorden voor 'thuis' en 'veilig'. Een veilige thuis is overigens misschien nu meer dan ooit iets waar we allemaal naar verlangen. In 2021 nam het aantal polissen met 115% toe.

Na het succes van de radioprogrammareeks uit 2020 waarin verzekeringsproducten op een eenvoudige en transparante manier werden uitgelegd, heeft Ageas Portugal Group in 2021 meegewerkt aan een nieuwe reeks. Nu ging het vooral over preventie, maar met een twist. Een bekende Portugese komiek speelde verschillende rollen om te laten zien hoe er thuis of in het verkeer ongelukken gebeuren, of hoe iemand gemakkelijk geconfronteerd kan worden met gezondheidsproblemen, en vervolgens hoe die situaties kunnen worden voorkomen. Het programma bestond uit 24 afleveringen en bereikte tot 2.350.000 luisteraars.

Ageas Portugal Group neemt zijn verantwoordelijkheid serieus om klanten op een open en transparante manier te informeren en te sensibiliseren, zoals geïllustreerd door het Voz Clara-project of 'duidelijke stem', gericht op het gebruik van eenvoudige, menselijke taal om de afstand met de klant te verkleinen. Het project bestaat uit vier pijlers. De eerste is de organisatie van een cursus, gegeven door een externe partner aan mensen die vaak schriftelijk met klanten moeten communiceren. Alle medewerkers kunnen deelnemen aan een digitale cursus. De tweede pijler is een herziening van alle uitgaande communicatie en documenten van Ageas Portugal Group naar de klant. De twee resterende pijlers zijn de bewaking van de resultaten via interne, halfjaarlijkse audits, en de onderscheiding van teams die de 'voz clara' op uitmuntende wijze in de praktijk brengen.

In samenwerking met ColorADD lanceerde de Ageas Foundation in Portugal een innovatieve nieuwe app waarmee gebruikers met kleurenblindheid via de camera van een mobiel toestel de kleuren van voorwerpen kunnen herkennen. In een wereld waar 90% van de communicatie via kleuren gebeurt, worden naar schatting 350 miljoen mensen met kleurenblindheid gediscrimineerd, waardoor zij voor hulp afhankelijk zijn van anderen. Dat kan hun dagelijks leven – en zo veel dingen die voor ons zo gewoon zijn – aanzienlijk beperken, zowel in het sociale leven als op het werk.

De nieuwe app die kleurherkenning mogelijk maakt, speelt een essentiële rol wanneer kleur wordt gebruikt voor identificatie- of oriëntatiedoeleinden, of gewoon om keuzes te maken. Ageas Portugal Group is de enige verzekeringsmaatschappij ter wereld die in zijn communicatie de kleurcodes van ColorADD integreert. Ageas Portugal Group en ColorADD zijn trouwe, gevestigde partners, vanwege de overtuiging dat communicatie en taal zo inclusief mogelijk moeten zijn. Als Groep is Ageas een sterke voorvechter van inclusie op elk niveau, en dit initiatief laat dat blijken.

Bijna 5 jaar na de lancering van Yongo, een spaar- en beleggingsplatform voor kinderen bij AG in België, werd de benadering verder vereenvoudigd door de waardepropositie uit te breiden naar ouders. De nadruk lag op wat zij het belangrijkst vonden, en we gingen met deze digitale generatie op een eenvoudige en transparante manier in gesprek over sparen voor de toekomstige behoeften van hun kinderen onder de 8 jaar. Weldra krijgen ook grootouders toegang tot het platform, zodat ze voor hun kleinkinderen een spaarpotje kunnen aanleggen. Yongo was het eerste aanbod van deze nieuwe generatie beleggingen die zich richtten op een jonger, digitaal onderlegd publiek, met begrijpelijke en toegankelijke oplossingen zoals Uppie en Yolo!

Verzekeringsproducten en diensten die verantwoordelijk gedrag aanmoedigen

Ageas is zich ervan bewust dat het als toonaangevende verzekeraar een unieke rol te spelen heeft, door preventief en verantwoordelijk gedrag van klanten aan te moedigen wanneer ze met de uitdagingen van onze maatschappij worden geconfronteerd. Het wil zijn verzekeringsexpertise combineren met de behoeften van de maatschappij om productinnovatie te stimuleren en duurzaamheid een integraal onderdeel te maken van zijn productontwikkeling. Verschillende voorbeelden laten zien hoe SDG 9, SDG 11, SDG 13 en SDG 17 in de praktijk worden gebracht.

Duurzame oplossingen

Ageas heeft een breed aanbod aan duurzame beleggingsoplossingen voor particuliere en institutionele investeerders (zie ook sectie 4.5):

  • Groepsverzekeringen voldoen aan strikte duurzaamheidscriteria zoals een op normen gebaseerde screening op mensenrechten en IAO-conventies, een negatieve screening op gokken, slechte behandeling van dieren enz.
  • Duurzame Unit-Linkedoplossingen gericht op duurzame thema's (diversiteit, klimaat enz.) en duurzame strategieën (uitsluiting van controversiële sectoren, best-in-class, reductie CO2-voetafdruk enz.)

AG biedt ook een breed en steeds groter assortiment van duurzame producten, waaronder pensioenproducten, langetermijnsparen en Unit-Linkedproducten. De meeste beschikken over het Towards Sustainability-label, een externe certificering. AG besloot zich op deze certificering te richten, wat de tijdelijke terugval in het totale aantal gecertificeerde producten in vergelijking met 2020 verklaart, evenals de verhoging in de categorie 'zonder certificering', aangezien bepaalde producten momenteel van label veranderen. AG streeft ernaar het aantal gecertificeerde producten verder uit te breiden en is momenteel de enige verzekeraar op de markt die volledig gecertificeerde tak 21-producten kan bieden. In 2021 is het aantal duurzame oplossingen blijven groeien dankzij de sterke belangstelling van cliënten, voornamelijk in het Unit-Linkedsegment, waardoor het totale bedrag uitkomt op EUR 12,8 miljard, een stijging van 15% in vergelijking met 2020.

Ontdek hoe onze steeds transparantere producten en diensten economische en maatschappelijke waarde creëren.

Bevordering van milieubewustzijn

Het bekroonde project van Ageas UK van groene auto-onderdelen blijft de ene troef na de andere uitspelen. Inmiddels worden er voor ongeveer 20 tot 25% van de reparaties groene auto-onderdelen gebruikt. En dankzij Ageas' innovatieve beslissing om zijn bergingswerkzaamheden te combineren met zijn voorraden van groene onderdelen, komt een op vijf van de gebruikte groene auto-onderdelen van zijn eigen geborgen voertuigen. Dankzij dit vooruitdenkende project kan de gebruiksduur van reeds bestaande materialen worden verlengd en hoeft er tegelijkertijd minder kunststof en metaal te worden geproduceerd. In de context van de wereldwijde bevoorradingsproblemen blijken groene onderdelen ook nog eens een snellere oplossing te zijn. Het is dan ook geen verrassing dat de vereniging van Britse verzekeraars ABI (Association of British Insurers) ervoor koos om groene onderdelen een rol te geven in haar film die vertoond werd op COP26 om te laten zien hoe de verzekeringssector steeds meer inspanningen levert om een netto-uitstoot van nul te bereiken.

Etiqa is de enige toonaangevende speler in autoverzekeringen en takaful in Maleisië die de dienst 'minder rijden, minder betalen' aanbiedt, en zo rekening houdt met de economische moeilijkheden van klanten, vooral als gevolg van corona, en tegelijkertijd een regeling promoot die op natuurlijke wijze aanspoort om minder te vervuilen. Wie minder dan 5.000 km rijdt, krijgt een premiekorting van 30%, en daarbij wordt het opgegeven aantal kilometers gekoppeld aan een glijdende schaal van voordelen. Om aanspraak te maken op de korting hoeven klanten alleen een foto van hun kilometerteller en nummerplaat door te geven via de Smile-app van Etiqa. Zo ontstaat er ook een sterkere band met de klant. Met dit initiatief van 'minder rijden, meer besparen' toont Etiqa duidelijk aan hoe zakelijke uitdagingen aan maatschappelijke uitdagingen, zoals het milieu, kunnen worden gekoppeld om tot een uitkomst te komen waar zowel de klant als onze planeet baat bij heeft.

Met 'Fiat Connect Motor Insurance' was Aksigorta de eerste op de Turkse markt die een app introduceerde om data over het gebruik van voertuigen bij te houden. Dankzij de samenwerking met Fiat kan zowel het aantal dagen gebruik van het voertuig als het rijgedrag van de klant worden geanalyseerd. Die data worden door Aksigorta geëvalueerd en worden in aanmerking genomen bij de autoverzekeringsprijs. Bestuurders die de app gebruiken en blijk geven van goed rijgedrag, kunnen profiteren van kortingen van meer dan 10% op autoverzekeringspolissen, afhankelijk van de gebruiksperiode van de auto. Met dit project verkocht Aksigorta in 2021 ongeveer 4.600 polissen.

Uit een peiling onder medewerkers bleek dat energiezuinige beglazing de allerbelangrijkste factor is om een woning energie-efficiënter te maken. Daarom besloot Ageas Portugal Group bij zijn medewerkers een proefproject te starten om een dienst te ontwikkelen die in eerste instantie bewustzijn wilde promoten over het belang van efficiëntere oplossingen op middellange tot lange termijn, om ondersteuning en advies te bieden over de juiste keuze van uitrusting voor elk pand en om een partnership met een leverancier aan te bieden die de best gepaste oplossing garandeert tegen een concurrerende prijs. Als eerste resultaat werd er met een leverancier een partnership aangegaan waarbij medewerkers een korting kregen als ze ramen vervingen door energiezuinigere ramen.Er liggen aanzienlijke kansen in het verschiet. Ageas Portugal Group heeft momenteel immers een portefeuille van 600.000 woonpolissen. Dit project bevindt zich natuurlijk nog maar in een vroeg stadium, maar het laat wel zien dat wij vastberaden zijn om onze klanten oplossingen te bieden waarmee ze een duurzame keuze kunnen maken. Ageas Portugal Group heeft in dit domein al een solide staat van dienst, met bijvoorbeeld oplossingen voor lekken.

Meting van de effectiviteit van onze beloften aan klanten

Ageas blijft investeren om de NPS van zijn klanten te meten. Ageas ontwikkelt consequent de touchpoint-NPS, niet alleen in zijn geconsolideerde markten, maar ook binnen zijn partnerships. Geleidelijk aan neemt de implementatiegraad toe. Aksigorta in Turkije meet reeds al zijn klantenbelevingen, en in 2021 rolde Ageas Portugal Group de NPS uit voor al zijn merken en productlijnen. In combinatie met een feedbackloop is gebleken dat dit een uitstekende benadering is om de klantenbeleving continu te verbeteren. Dat is ook het geval bij Ageas UK, dat een solide trackrecord geniet in de organisatie van een betere klantenbeleving, door het traject van de klant van begin tot einde beter te begrijpen.

In 2021 stelden we enige volatiliteit vast in de resultaten van de concurrerende NPS. Médis in Portugal wist het marktsegment van de gezondheidszorg voor te blijven en Ageas UK scoorde ruim beter dan de markt, maar enkele merken daalden tot onder het marktgemiddelde, ondanks goede resultaten in de touchpoint-NPS. Via Impact24 legt Ageas zich nog meer toe op deze belangrijke indicator om vooruitgang in de klantenbeleving te meten. Ageas' klanten kunnen rekenen op de best-in-class klantenervaring met een top kwartiel NPS en zijn verzekerd van een continue vooruitgang.

Aantal klanten incl. niet-consolideerde deelnemingen (in miljoen) 2021 2020
België 2,91 2,97
Verenigd Koninkrijk 4,32 5,16
Europa 9,68 5,18
Azië 27,66 25,53
Totaal 44,57 38,84
Aanwezigheid
Aantal landen met directe of indirecte aanwezigheid 14 14
Klanttevredenheid
% van geconsolideerde entiteiten met NPS benchmarking tov concurrenten 58% 58%
% van geconsolideerde entiteiten met NPS score op of boven het lokale marktgemiddelde 75% 92%
% van klantentrajecten/contactpunten met consistente opvolging op transactionele NPS 71% 61%

4.3 Onze medewerkers

Materiële onderwerpen die ter sprake komen met betrekking tot medewerkers

  • Gezondheid en welzijn van onze werknemers
  • Persoonlijke en professionele ontwikkeling van onze werknemers.

De aanhoudende coronacrisis is meer dan ooit voor alle medewerkers een moeilijke periode: voor hun welzijn, het groepsgevoel, de samenwerkingsmogelijkheden en het gevoel om deel uit te maken van een groter doel. Maar tijdens het denkproces om de manier van werken bij Ageas anders in te vullen en vorm te geven aan zijn eigen "Toekomst van werken", heeft het personeel van Ageas blijk gegeven van een buitengewone authentieke betrokkenheid en engagement om de gemaakte beloftes naar zijn stakeholders waar te maken.

Net als zijn klanten nemen de medewerkers van Ageas een centrale plaats in bij de activiteiten. Ageas wil zijn 40.000 medewerkers, verspreid over Europa en de joint ventures in Azië, die elke dag samen hun uiterste best doen, volledig ondersteunen, en bouwt daarom voort op de beloften die het aan zijn mensen heeft gedaan. Ageas is zich bewust van de bijdrage van elk individu en stimuleert een diverse, inclusieve samenwerkingscultuur op basis van wederzijds vertrouwen. Het investeert in mensen en schept een omgeving van permanent welzijn waar mensen kunnen blijven leren, en investeert daarnaast ook in ontwikkeling en talentmanagement. Tegelijkertijd investeert het in plaatsen om te werken, door kantoren te ontwerpen met stimulerende ontmoetingsplaatsen om samen te werken, samen te creëren en samen te leren, en creëert het tegelijkertijd handige, goed uitgeruste thuiskantoren, voor een beter evenwicht tussen werk en privéleven.

'Sm@rter Together' in de hele Groep

Als voorbereiding op en in afwachting van Ageas' nieuwe strategische plan Impact24, dat in de loop van 2021 is ontwikkeld, zijn er verschillende initiatieven opgestart die blijk geven van de ambitie van de Groep om voor alle medewerkers een 'Great place to Grow' te zijn.

Om die ambitie te ondersteunen is 'Sm@rter Together' in het leven geroepen, een speciale workflow om de uitdagingen van 'werk in de toekomst' vast te stellen en er gerichte oplossingen voor te bedenken. Dankzij 'Sm@rter Together' kon deze uitdaging vanuit de hele Groep worden benaderd, met:

  • Aangepaste HR-beleidslijnen en -procedures om snel en flexibel te kunnen reageren op de nieuwe realiteit, rekening houdend met de toename in hybride werken en werken op afstand, en tegelijkertijd om kantoorwerk vanuit een andere invalshoek te benaderen en te reorganiseren.
  • Aanhoudende investeringen in nieuwe kantoren, die 'Great places to Grow in aanbouw' worden genoemd.
  • Investeringen in digitale samenwerkingstools en de ontwikkeling van digitale vaardigheden voor alle medewerkers, wat nog nooit zo belangrijk was.
  • De ontwikkeling van veranderingsprocessen om een flexibele vorm van leiderschap, cultuur en samenwerking in teams in de nieuwe werkrealiteit te ondersteunen, en die tegelijk ook de waarden van Ageas weerspiegelen.

Great places to Grow in aanbouw

Een 'Great place to Grow' voor de medewerkers van Ageas is vooral een dynamische werkomgeving. Corona heeft alles in een stroomversnelling gebracht en heeft ervoor gezorgd dat Ageas anders over 'werken in de toekomst' is gaan denken. En dat gaat niet alleen over het nieuwe fenomeen van hybride werk. De juiste fysieke kantooromgeving waar mensen met elkaar contact kunnen houden, is ook belangrijk.

De werkomgeving die Ageas tot stand wil brengen, is inspirerend, flexibel, digitaal slim; samenwerking op basis van vertrouwen en het welzijn van de medewerkers staan centraal. Een ruimte die de cultuur en de waarden weerspiegelt, de ruggengraat van de onderneming.

In 2021 zijn er nieuwe duurzame werkplekken ontworpen en gebouwd, waar mensen bij elkaar kunnen komen of gemakkelijk contact kunnen houden met collega's die op afstand werken, en tegelijkertijd hun werk doen in een ruimte die voor de activiteit het best geschikt is.

Een snelle rondleiding langs alle sites in aanbouw

Ten eerste zijn er de aangekondigde plannen voor een nieuw hoofdkantoorgebouw voor het Ageas Corporate Centre. De verhuizing naar een splinternieuwe locatie, het Brusselse Manhattan Center, vindt plaats in eerste kwartaal van 2023. Het gebouw is volledig gerenoveerd. Het is ontworpen met oog op de toekomst, met voorrang voor duurzaamheid en welzijn. Deze nieuwe thuisbasis stemt overeen met de waarden en de visie van Ageas en weerspiegelt de ambitie van de Groep om voor alle medewerkers een Great place to Grow te zijn.

Ten tweede is er de uitbreiding van de kantoren van AG Insurance, waarin een nieuw opleidings- en innovatiecentrum is ondergebracht, de AG Campus. In dit nieuwe concept van leren en ontwikkeling kunnen medewerkers hun individuele talenten met elkaar delen en zich weer door anderen laten inspireren. Medewerkers kunnen profiteren van de modernste leertechnieken om hun vaardigheden en expertise te ontplooien, allemaal in een volledig duurzame omgeving waarin gestreefd wordt naar een nettokoolstofuitstoot van nul. En ten slotte zijn er in Portugal in Porto en Lissabon nieuwe kantoren gebouwd om zes kantoren op geografisch verschillende locaties terug te brengen tot twee. Deze ultramoderne kantoren brengen de medewerkers dichter bij elkaar en creëren de omstandigheden voor een nieuwe manier van werken, uitgedrukt in het programma Olá amanhã ('Hello Tomorrow'), met ook hier met een speciaal opleidings- en ontwikkelingscentrum.

Deze nieuwe gebouwen streven bij de voltooiing naar een BREEAMcertificering, die de sociale, ecologische en economische prestaties waarborgt. Van het ecologische beheer van energie-, water- en afvalverbruik tot het gebruik van duurzame of herbruikbare materialen, steeds met oog voor het welzijn van Ageas' medewerkers.

Gezondheid en welzijn

Een 'Supporter van jouw leven' zijn, is niet alleen een duidelijke belofte aan klanten, maar ook aan medewerkers. Er worden continu inspanningen geleverd om Ageas' bedrijfscultuur waar de mensen het belangrijkst zijn, verder uit te bouwen, en in alle entiteiten, zowel lokaal als in de hele Groep, worden er nieuwe initiatieven op het vlak van gezondheid en welzijn geïntroduceerd voor alle medewerkers.

De Ageas Challenge

In 2019 werd in heel de wereld de Ageas Challenge gelanceerd. Eind 2021 was bijna 50% van de medewerkers verbonden via een digitaal platform dat uitdagingen bood op het vlak van welzijn, rond bewegen, gezonde voeding en waarbij het hele jaar door algemene ideeën over gezond leven werden gedeeld. Een groep collega's die in september 2020 waren geselecteerd om zich voor te bereiden op en deel te nemen aan een olympische triatlon in Lissabon, konden door de nog steeds geldende coronabeperkingen niet persoonlijk deelnemen. Inmiddels konden de meesten wel deelnemen aan een lokale, alternatieve triatlon in België of het VK. Tegelijkertijd bleven ze dromen van een deelname in 2022, samen met een nieuwe geselecteerde groep van 50 medewerkers uit alle Ageas-entiteiten.

Het globale doel voor de Ageas Challenge dat in 2021 was vooropgesteld, was 3 miljoen kilometer aan actieve beweging. Eind 2021 was er ruim 2,8 miljoen kilometer geregistreerd dankzij deelnemers die dagelijks hun aantal stappen telden of gingen wandelen, lopen, fietsen, zwemmen en tal van andere activiteiten deden. Uitdagingen in 2021 waren onder meer de Ageas Tour Challenge waarbij deelnemers virtueel van de ene Ageasregio naar een andere wandelden, en de Tour de France Challenge, waarbij virtuele teams in dezelfde periode op de fiets dezelfde afstand aflegden als professionele wielrenners. Nieuw in 2021 was het concept van de 'grijze trui' voor deelnemers boven de 50, en ook nieuw was een uitdaging gebaseerd op het concept van de Olympische Spelen, waarbij teams vijf sportuitdagingen moesten voltooien en vijf olympische ringen moesten winnen voor hun eigen Ageas-medaille.

Lokaal kwam elke operationele entiteit met specifieke oplossingen om het mentale, fysieke en financiële welzijn van hun medewerkers te steunen, met initiatieven zoals 'Ageas O'Clock' in Portugal.

Ageas O'Clock' helpt medewerkers om het hoofd te bieden aan de uitdagingen van thuiswerk

In 2021 waren veel Portugese medewerkers om veiligheidsredenen in verband met corona genoodzaakt om vooral van thuis uit te werken. Hoewel werken op afstand heel wat positieve kanten heeft, gaat het ook met een nieuwe reeks uitdagingen gepaard. Meer vergaderingen, meer e-mails dan ooit en medewerkers die steeds meer druk ervaren om hun dagtaken beter te organiseren.

Het was voor iedereen onbekend terrein, en voor de geestelijke gezondheid van elke medewerker was het absoluut noodzakelijk dat de grens tussen werk en privéleven werd gerespecteerd. Tegelijkertijd was het cruciaal om de gemaakte beloften aan klanten te blijven waarmaken.

Ageas Portugal Group was zich goed bewust van deze uitdaging en introduceerde daarom het concept 'Ageas O'Clock', met speciale richtlijnen voor timemanagement bij thuiswerk. Er werd een eenvoudige reeks van richtlijnen rond vier thema's uitgewerkt:

  • Manieren om e-mails beter te beheren en prioriteiten te bepalen;
  • Regels om efficiënter te vergaderen en de tijd van anderen te respecteren;
  • Richtlijnen over goede praktijken bij virtuele contacten met collega's;
  • Aanbevelingen voor managers, om hen eraan te herinneren om met elk teamlid een duidelijke manier van samenwerken vast te stellen en vervolgens vertrouwen te geven.

Eind 2021 bevestigde 78% van de Portugese medewerkers en managers die werden gevraagd naar de toepassing van de 'Ageas O'Clock'-richtlijnen, dat de regels volop werden toegepast en in de dagelijkse werkomgeving tot echte verbeteringen leidden. Het leerproces is nog niet afgelopen, maar tegelijkertijd is het initiatief in de context van een hybride werkmodel, de nieuwe realiteit, bijzonder nuttig. Er is nog een flinke weg af te leggen, maar veel medewerkers zijn erg gemotiveerd, en moedigen hun collega's dan ook aan om over te schakelen naar de spreekwoordelijke 'Ageas O'Clock'-tijdzone.

Employee Assistance Programme

Het Employee Assistance Program (EAP) bij AG en Ageas Corporate Centre is een dienst die steeds vaker door de medewerkers en hun gezin wordt gebruikt. Het EAP biedt medewerkers, hun partners en thuiswonende kinderen de gelegenheid om gratis gebruik te maken van een waaier aan professionele diensten, van juridisch advies en psychologische ondersteuning, tot budgetadvies en steun aan leidinggevenden.

De diensten worden geleverd door een externe partij, met adviseurs die gebonden zijn door het beroepsgeheim en die alle gegevens strikt vertrouwelijk verwerken.Medewerkers kunnen eenvoudig van deze dienst gebruikmaken via een gratis telefoonnummer, door een e-mail te versturen of via het onlineplatform. Daarnaast kunnen mensen een onlinebibliotheek raadplegen met artikelen met tips en tricks over onderwerpen die met welzijn te maken hebben, en gebruikmaken van 'Happy Care', een onlinezelfhulptool die mensen helpt om hun mentale weerbaarheid te versterken via oefeningen, getuigenissen, advies en informatie.

Ageas leverde een directe bijdrage aan SDG 3 door bij zijn medewerkers een actieve en gezonde levensstijl te stimuleren.

Beheer, behoud en ontplooiing van talent voor onze medewerkers

Hoewel talentmanagement in de breedste zin van het woord lokaal bij alle operationele entiteiten hoog op het prioriteitenlijstje staat, als antwoord op de specifieke behoeften van medewerkers op alle niveaus, heeft Ageas het talentmanagement binnen de hele Groep ook steeds verder uitgewerkt, door de ambities en de beloftes die bij de start van Connect21 zijn vooropgesteld, uit te voeren en waar te maken, en door de fundering te leggen voor een doeltreffend talentmanagement in Impact24.

De beloften van Connect21 waarmaken Goed leiderschap

De grote investering in de ontwikkeling van leiderschapsvaardigheden, die in 2020 begon met de uitrol van het ontwikkelingsparcours voor executives, de Executive Development Journey, werd ook in 2021 voortgezet. De Executive Development Journey biedt senior managers de gelegenheid om hun gedrag als leidinggevende bij Ageas te beoordelen. Het parcours, ontwikkeld in samenwerking met een professionele derde partij, biedt een combinatie van online vragenlijsten en coachingsessies, ontworpen om goede leiderschapskwaliteiten te ontdekken, maar ook aspecten die nog beter kunnen worden ontwikkeld. Na een succesvol proefproject en een versneld traject voor het Management Committee werd het programma verder uitgerold naar 111 senior managers in de hele Groep. Door lokale entiteiten wordt er nu een beknoptere versie van het programma georganiseerd voor het volgende managementniveau.

De Ageas Academy ontwikkelde een 360°-leadership-scan op maat, op basis van de vier waarden: Care, Share, Deliver en Dare. Hierdoor konden ontwikkelingskansen in verschillende programma's worden vastgesteld en geanalyseerd, zowel in de lokale entiteiten als op het niveau van de Groep. 120 senior managers gebruikten de scan als basis voor hun Executive Development Journey. Daarnaast zijn er in lokale ontwikkelingsinitiatieven en gesprekken zo'n 130 leadership-scans gebruikt. Het geconsolideerde resultaat van de scan werd geïntegreerd in lokale change-programma's, die een invloed hadden op het bredere leiderschap in de entiteiten en de Groep. Programma's in verband met feedbackcultuur, permanente ontwikkeling en gesprekken op basis van vertrouwen hebben binnen de entiteiten bijgedragen aan een beter behoud van personeel.

Dare series en programma's onder leiding van een instructeur

De Academy bleef virtuele programma's leveren om de ontwikkeling van leiderschapskwaliteiten, aanpassingsvermogen, weerbaarheid en technologie te ondersteunen. Zo telde de Academy in 2021 364 deelnemers aan de programma's onder leiding van een instructeur, 2.202 deelnemers aan e-learningprogramma's en online ontwikkelingsplatforms en 1.025 deelnemers aan maandelijkse toespraken van externe deskundigen, de DARE series. De Dare series behandelden onderwerpen zoals (i) talent is de nieuwe munteenheid, (ii) blockchain, (iii) duurzaamheid (v) klantgerichtheid, (vi) de wedergeboorte van de homo universalis, ... waarbij alle sessies werden opgenomen en gedeeld en beschikbaar werden gesteld om ze op verzoek te bekijken.

De voorbereiding van Impact24

Het plan rond de vaardigheden nodig om Impact24 uit te voeren zal zich toeleggen op de leiderschaps- en gedragsvaardigheden die nodig zijn voor een 'Great place to Grow', op de commerciële en digitale expertise die nodig is voor 'Grow the Core', op de expertise inzake ecosystemen en platformen om nieuwe groeikansen te ontwikkelen en op een goede beheersing van alles wat te maken heeft met duurzaamheid. Om de implementatie van duurzaamheid te ondersteunen is er in september 2021 een nieuw e-learningprogramma gelanceerd voor de Top 800.

Op het vlak van talentmanagement wijzen opvolgingsplannen voor het senior management op een solide talentbasis, wat de operationele risico's voor de bedrijfscontinuïteit beperkt. Daarnaast zijn er door de identificatie van sleutelpersonen en mensen met hoog potentieel, speciale carrièregesprekken en -trajecten opgesteld om carrièreambities te ondersteunen en ervoor te zorgen dat talent behouden blijft. Naast de aanhoudende initiatieven inzake ontwikkeling, carrière en opvolging zijn er verschillende nieuwe initiatieven georganiseerd om de verwezenlijking van de ambities van de Groep te verzekeren, meer specifiek:

  • Elke entiteit zal een pool van jong talent met een evenwichtige genderspreiding samenstellen met mensen die zich kunnen ontplooien tot functies in de lokale management committees en na verloop van tijd in het Management Committee van de Groep.
  • Er zal een plan worden opgesteld om deze talentpool te coachen en te ontwikkelen.
  • Er zullen functionele pools van getalenteerde mensen en opvolgers (bijv. Risk, Finance, ...) worden vastgelegd om talenten dieper in de organisatie te identificeren, zodat ze duidelijker zichtbaar worden voor het topmanagement. Door deze benadering wordt de functionele pool voor vacatures in de context van fusies en overnames of opvolging groter.
  • De opvolgingsplanning wordt verder in vraag gesteld en aangevuld zodat een evenwichtige genderspreiding gegarandeerd is.
  • De uiteindelijke shortlists voor functies binnen het senior management moeten zowel een mannelijke als een vrouwelijke kandidaat omvatten.
  • Carrièregesprekken met leden van het Management Committee zijn bedoeld om talent buiten de hiërarchische structuur zichtbaarder te maken.
  • Het toepassingsgebied van de oefening zal worden uitgebreid tot de Top 800 om zo een langetermijnperspectief op mogelijke ontwikkelingen te creëren.

Lokale oplossingen voor lokale markten

Bij AG Insurance (België) werd opgemerkt dat medewerkers in de leeftijdsgroep 45+ slechts aan half zoveel opleidingsprogramma's deelnamen als andere medewerkers. Maar die groep medewerkers kan net bogen op waardevolle ervaring, en hun permanente ontwikkeling is belangrijk, ongeacht hun anciënniteit.

Er werd een doel overeengekomen om de wisselwerking tussen deze medewerkers te versterken, om hun netwerk en samenwerkingskansen te verstevigen en om hun nieuwsgierigheid en leergierigheid te stimuleren. Om dat doel te bereiken en het bewustzijn in deze doelgroep te vergroten, werd er een gemeenschappelijk platform opgezet – en dat was het begin van de 'Experienced Talent Community'!

Die groep wordt gesteund via verschillende initiatieven bedoeld om te inspireren, te verbinden, te leren en om kennis en ervaring te delen. Naast een specifieke groep op Connect AG (Workplace) zijn er vier inspiratiesessies georganiseerd, met als rode draad de vier waarden: Jij bepaalt de richting (Care), Het begint allemaal met nieuwsgierigheid (Share), Maak je eigen toekomst (Deliver) en Waag de sprong (Dare). Tijdens elke sessie deelden zowel interne als externe sprekers hun ervaring en expertise. Deelnemers hadden tijdens elke sessie de kans om met elkaar te praten en van gedachten te wisselen, en zowel tijdens de plenaire sessie als kleinere sessies in groepjes werden er interacties georganiseerd. De eerste reacties waren positief en het initiatief zal in 2022 worden voortgezet.

Deze initiatieven sluiten aan bij SDG 4.

Betrokkenheid van werknemers

Om de betrokkenheid en de inzet van het personeel te stimuleren, blijft feedback via regelmatige betrokkenheidsenquêtes, zowel lokaal als wereldwijd, essentieel om een sterke strategische focus te behouden. Dat helpt om groei, cultuur en leiderschap te stimuleren.

Niettegenstaande de uitdagingen van de huidige pandemie werd hetzelfde of een licht verbeterd resultaat opgetekend. Ten minste 50% van de operationele entiteiten van Ageas behaalde een employee-NPS in het bovenste kwartiel.

De globale participatiegraad bleef voor de meeste bedrijven hetzelfde of werd beter, met een participatiegraad van 100% voor het Ageas Regional Office in Azië en de Filipijnen.

De volgende stellingen lieten een goede score optekenen:

  • "Ik ben bereid om een extra inspanning te leveren" en "Ik werk graag samen met mijn team" kregen de meeste steun: 91% van de medewerkers was het er mee eens of helemaal mee eens, en
  • de score van 'Ik heb vertrouwen in mijn leidinggevende' leverde jaar op jaar de beste verbetering op, en behaalde 84% in 2021.

Natuurlijk moesten alle operationele entiteiten voorrang geven aan de ongeziene uitdagingen waar corona de wereld mee confronteerde. Er ging vooral aandacht naar communicatie, welzijn en steun voor regelingen die werk op afstand mogelijk maakten. Daarnaast hebben bepaalde bedrijven ook specifieke initiatieven georganiseerd om te werken aan de ervaring van de medewerker, en meer specifiek om vooruitgang te boeken op het vlak van Diversiteit en Inclusie.

Er werden in 2021 voornamelijk inspanningen geleverd op het vlak van gezondheid en welzijn, waarmee de basis werd gelegd voor Impact24 en de voortgezette digitalisering van processen, de voorbereiding van Sm@ rter Together, de opleiding voor managers om virtueel leiding te geven aan teams, de revitalisering van hoe, wanneer en waar vergaderingen kunnen worden gehouden en het gebruik van betrokkenheidstools zoals Peakon waarmee er in real-time en flexibel op behoeften van medewerkers kan worden gereageerd.

In de context van Impact24 en de prioriteiten van Human Resources is het steeds belangrijker om mensen het gevoel te geven dat ze erbij horen en tegelijkertijd talent aan te trekken en te behouden. Het zal essentieel zijn om vaker en op alle belangrijke momenten van de levenscyclus van medewerkers te peilen naar hun ervaring.

Diversiteit en inclusie

Ageas wil zich duidelijk inzetten voor diversiteit en inclusie, wat tot uiting komt in zijn Diversiteit en Inclusie policy, en in de ambitieuze niet-financiële doelstellingen die deel uitmaken van de Impact24-strategie. Ageas levert in de hele Groep inspanningen om ervoor te zorgen dat alle medewerkers – wie ze ook zijn – zich welkom en gerespecteerd voelen en de kans hebben om hun potentieel in de organisatie te ontplooien. Het plan voor Diversiteit en Inclusie van de Groep dat begin 2020 werd gelanceerd, streeft naar de totstandbrenging van een inclusieve werkplek voor iedereen, ongeacht gender, leeftijd, invaliditeit, afkomst, nationaliteit, seksuele geaardheid, geloofsovertuiging enz.

Er is een Global Diversity Forum opgericht met vertegenwoordigers uit de activiteitensegmenten van Ageas uit de hele wereld en vertegenwoordigers van enkele van de joint ventures. Dit forum stuurt de inspanningen om de diversiteitsdoelstellingen van Impact24 te verwezenlijken, en werkt een strategie uit die andere aspecten van diversiteit en inclusie in de hele organisatie ondersteunt. Het internationale personeelsbestand van de Groep – met 64 nationaliteiten wereldwijd en meer dan 21 nationaliteiten in het hoofdkantoor alleen – weerspiegelt de internationale en inclusieve aard van de activiteiten van Ageas, dat talent in al zijn vormen met open armen welkom heet.

Hoewel de uitdagingen op het gebied van een evenwichtige genderverdeling een primaire doelstelling zijn op het vlak van diversiteit en inclusie, heeft het Global Inclusion Forum voor 2021 drie prioritaire gebieden vooropgesteld: 'Gender', 'Invaliditeit' en '5 Generaties'. Een aantal initiatieven werden georganiseerd:

  • Er is een communicatie- en bewustmakingscampagne ontwikkeld en ook via berichten op Workplace zijn er in de loop van het jaar specifieke thema's behandeld. Er zijn bijvoorbeeld posts geplaatst over rassendiscriminatie, over feestelijke gebeurtenissen zoals Eid Mubarak, Ramadan Kareem en Chinees Nieuwjaar. In het kader van Internationale Vrouwendag zijn er career spotlights met vrouwelijke topexecutives gepubliceerd.
  • In samenwerking met Women in Insurance (UK) en European Women on Boards werden er ontwikkelingskansen aangeboden aan getalenteerde vrouwelijke managers en medewerkers met hoog potentieel.
  • Alle entiteiten zijn na corona geëvolueerd tot een nieuwe hybride werkorganisatie met een mix van thuiswerk en werken op kantoor. Deze flexibelere werkorganisatie biedt een beter evenwicht tussen werk en privéleven.
  • Er zijn voor alle entiteiten rapporten over gendergelijkheid opgesteld, inclusief de loonkloof tussen mannen en vrouwen, variërend van 5% voor de best scorende entiteit binnen de Groep tot 25% voor de minst scorende entiteit. Die meet het verschil tussen het gemiddelde salaris van mannen en het gemiddelde salaris van vrouwen. De kloof is voornamelijk te verklaren omdat vrouwen op hogere niveaus en in technische functies ondervertegenwoordigd zijn, en oververtegenwoordigd in lagere en administratieve functies. Een gedetailleerdere analyse die kijkt of er in bepaalde entiteiten gelijk loon geldt voor gelijke functies, bevestigt dat gender geen onderscheidende factor is voor het loon voor dezelfde functie.

Voor de toekomst zijn er drie specifieke doelstellingen vastgesteld, om het aantal vrouwen in seniormanagementfuncties te verhogen, en om uiterlijk tegen eind 2024 de doelstellingen te bereiken:

  • Glass Ceiling Index (GCI) dit is een externe KPI die wordt gebruikt door Women in Finance om de relatieve aanwezigheid van vrouwen in een seniormanagementfunctie te meten in verhouding tot het aantal vrouwen in de onderneming. Een optimale score is 100%.
  • Opvolgingsplannen met evenwichtige genderverdeling voor Top 800.
  • Gender Diversity Index (GDI) dit is een externe KPI die wordt gebruikt door European Women on Boards om de relatieve aanwezigheid van vrouwen in raden van bestuur en op het niveau van het uitvoerend management in een onderneming te meten. De GDI varieert van 0 tot 2 met een optimale score van 1.

Ageas is lid van het Belgische initiatief 'Women in Finance' en 'European Women on Boards'. Daarnaast is het lid van andere op diversiteit gerichte organisaties in verschillende lokale markten.

De geboekte vooruitgang in deze doelstellingen en de loonkloof tussen mannen en vrouwen wordt weergegeven in de onderstaande tabel.

Women in Insurance, een overtuigde overwinning

Ageas wil een Great place to Grow creëren met een open, inclusieve en inspirerende cultuur voor iedereen. In de context van Impact24 heeft Ageas nogmaals bevestigd zich te zullen inzetten om de diversiteit van zijn senior management verder uit te breiden. Als een manier om die ambitie waar te maken ontwikkelde Ageas UK het programma 'Women in Insurance' (WIN), dat specifiek gericht is op de carrièreontwikkeling en ondersteuning van vrouwelijke collega's.

WIN is een intern initiatief, ontworpen om vrouwelijke collega's te voorzien van de vaardigheden, de capaciteiten en het vertrouwen dat ze nodig hebben om zich kandidaat te stellen voor interessante kansen op leidinggevend niveau. Dat zorgt ervoor dat Ageas vrouwen blijft ontplooien richting promotie. Het is een belangrijke stap om binnen de talentpools vast te stellen welke vrouwen over een hoog potentieel beschikken. In de afgelopen 5 jaar hebben inmiddels 157 vrouwen het WIN-programma afgerond. Een kwart van hen kreeg promotie. In 2021 werd het programma op afstand voortgezet, maar deelnemers beschreven het programma nog steeds als verhelderend, inzichtelijk en stimulerend.

Ontdek hoe we een Great place to Grow willen creëren voor onze mensen.

Meting van de effectiviteit van onze beloften aan werknemers

In deze tabel wordt alle relevante niet-financiële informatie verstrekt, zoals hierboven vermeld, met vergelijkende informatie per 31 december 2021 en 2020:

Personeel 2021 2020
Aantal medewerkers Ageas incl. niet-geconsolideerde entiteiten 40.012 38.612
Aantal medewerkers geconsolideerde entiteiten 10.723 11.179
Gemiddelde leeftijd (# jaar) 42,8 42,9
Gemiddelde anciënniteit (# jaar) 14,0 14,2
Verloop (%) 10,6 9,2
Vacatures (%) 3,6 2,0
Diversiteit & inclusie
Man/vrouw (totale verdeling in %) 46% - 54% 46% - 54%
Senior management man/vrouw (top 800, verdeling in %) 65% - 35% 66% - 34%
Topmanagement man/vrouw (top 300, verdeling in %) 73% - 27% 74% - 26 %
Executive management man/vrouw (verdeling in %) 80% - 20% 89% - 11%
Raad van bestuur man/vrouw (in %) 64% - 36% 67% - 33 %
Nationaliteiten in het hoofdkantoor (aantal) 21 22
Nationaliteiten bij geconsolideerde entiteiten (aantal) 64 60
Glazenplafondindex (GPI) 50% 48%
Genderdiversiteitindex (GDI) 0,68 0,48
Loonkloof tussen mannen en vrouwen (laagste / hoogste in %) 5% - 25 % 12% - 27%
Betrokkenheid van medewerkers
eNPS score 62,4 51,2
Employee engagement score 72,5 69,5
Employee engagement survey (participation rate in %) 87% 87%
Denison Global Organisation Culture Survey (participation rate in %) n/a 72%
Ontwikkeling van medewerkers - Ageas Academy
Aantal deelnemers:
Programma's onder begeleiding van een coach 364 243
Dare Series 1.025 472
Online 2.022 1.476
Aantal programma's (met coach, dare series & online) 35 32
Gemiddelde score voor kwaliteit en inhoud (score van 1 tot 10) 8,5 8,1
Ontwikkeling van medewerkers - Globaal
Opleidingsuren per medewerker 28 27
Welzijn van medewerkers
Totaal ziekteverzuim (%) 6,1 5,6
Kort ziekteverzuim (%) 3,3 2,4
Langdurig ziekteverzuim (%) 2,8 3,2
Ageas Challenge (aantal registraties) 5.162 4.610
Personeelskosten
Totale personeelskosten (in mln. euro) 852 834
Gemiddeld salaris t.o.v. salaris van de CEO 20,6 24,2

n/a : niet van toepassing

4.4 Onze investeerders

Materiële onderwerpen met betrekking tot beleggers

  • Financiële weerbaarheid
  • Verantwoord bestuur

Het belangrijkste voor Ageas is op lange termijn waarde creëren, in financiële én niet-financiële aspecten. Zo wil het tegemoetkomen aan de verwachtingen van investeerders om een verantwoorde, ethische onderneming te zijn die haar beloften nakomt.

Onze beloften ten aanzien van onze beleggers zijn de volgende:

  • We streven naar duurzame groei op lange termijn. We willen competitieve rendementen en een stabiel en groeiend dividend aanbieden.
  • We zetten ons in om onze financiële doelen te bereiken.
  • We willen sterke relaties aangaan en bevorderen met investeerders die ons op lange termijn steunen, op basis van vertrouwen, geloof en transparantie.

Ageas heeft zich duidelijk geëngageerd ten aanzien van een aantal financiële doelstellingen, die in Impact24 zijn geactualiseerd.

Die doelstellingen weerspiegelen enerzijds een streven naar continuïteit en consistentie, maar spelen tegelijkertijd in op de veranderende verwachtingen die investeerders ten aanzien van de onderneming hebben. Financiële doelstellingen moeten de langetermijnstrategie van Ageas ondersteunen, rekening houdend met de technologische, maatschappelijke en andere uitdagingen waar het bedrijf mee wordt geconfronteerd.

De financiële doelstellingen beogen een goed evenwicht tussen operationele doelen, kapitaalbeheerdoelen maar ook solvabiliteitsdoelen. De ontwikkeling van een reeks niet-financiële doelstellingen dient te voldoen aan de groeiende verwachting van investeerders wat betreft de bredere rol van een onderneming ten opzichte van haar stakeholders.

In 2021 bleek uit een peiling onder onze investeerders dat Ageas nog steeds wordt gezien als een verantwoordelijke, ethische onderneming met een belangrijke rol in de samenleving, en dat naleving van de regelgeving en transparantie als troeven worden beschouwd.

Meting van de effectiviteit van onze beloften aan investeerders

De verwezenlijking van de financiële doelstellingen in het laatste jaar van Connect21 wordt beschreven in sectie 'A.2 Financiële kerncijfers en ontwikkelingen'. De bestuursbenadering van Ageas wordt gedetailleerd beschreven in sectie 'A.5 Corporate Governance Statement'.

Met behulp van een gecertificeerde externe partij identificeert Ageas halfjaarlijks de aandeelhouders. Op 30 juni 2021 werd 89% van de aandeelhouders geïdentificeerd en bleek dat institutionele aandeelhouders 54% van alle uitstaande Ageas-aandelen in bezit hebben. In de tabel hierna wordt een overzicht gegeven van onze langdurige relatie met onze belangrijkste institutionele aandeelhouders.

Blik terug op de consequent sterke prestaties van Ageas in de afgelopen 5 jaar, aan de hand van verschillende KPI's.

Beleggersloyauteit 2021 2020
% van uitstaande aandelen vertegenwoordigd door top 100 aandeelhouders 50% 45%
% aandeelhouders die aandelen reeds minimum 10 jaar aanhoudt 54% 53%
% aandelen die reeds minimum 10 jaar worden aangehouden 33% 28%

4.5 Onze maatschappij

Materieel onderwerp met betrekking tot de maatschappij

Maatschappelijk verantwoorde beleggingen gericht op maatschappelijke uitdagingen

Ageas schept blijvende waarde op lange termijn. Bij de afsluiting van de strategische cyclus van Connect21 zijn we ons nog meer bewust van onze troeven en waar we als een verantwoorde speler in de maatschappij een impact kunnen maken.

In het kader van Connect21 is het stakeholdermodel uitgebreid met 'de maatschappij' als vijfde stakeholdercategorie. Net als voor andere groepen stakeholders zijn de prioriteiten vastgelegd in een aantal beloften:

  • Onze rol als verzekeraar betekent dat wij actief bijdragen aan een betere maatschappij, ook buiten de verzekeringssector: voorbereiding op de vergrijzing van de bevolking, bescherming tegen ongunstige gebeurtenissen en werken aan een gezondere maatschappij.
  • Ons bedrijf vormt een platform waarmee wij het verschil kunnen maken en in onze kernactiviteiten maatschappelijke waarde in evenwicht kunnen brengen met economische waarde.

Ageas wil op drie manieren bijdragen aan een betere maatschappij:

  • Strategie voor verantwoord en duurzaam beleggen;
  • Meer aandacht voor milieuvriendelijke activiteiten en duurzaam operationeel gedrag;
  • Filantropische initiatieven.

In 2021 heeft Ageas zijn activa op een duurzame en verantwoorde manier blijven beleggen, en een bijdrage geleverd aan oplossingen voor duurzame steden, de klimaatuitdaging en heeft Ageas lokale economieën versterkt.

Dankzij verschillende initiatieven is Ageas erin geslaagd om onze

koolstofvoetafdruk binnen onze activiteiten verder te verlagen. In de hele wereld blijft Ageas via verschillende partnerships en concrete initiatieven blijk geven van zijn engagement om lokale gemeenschappen en filantropische initiatieven te steunen.

Een strategie voor verantwoord en duurzaam beleggen

Ageas heeft op het vlak van duurzaamheid een lange staat van dienst. De eerste duurzame beleggingsoplossing werd al in 2007 geïntroduceerd via AG, de Belgische dochteronderneming van de Groep, die zo'n 75% van de beleggingsportefeuille van Ageas vertegenwoordigt. Die strategie werd verder ontwikkeld en leidde eind 2018 tot de ondertekening van de principes voor duurzaam beleggen van de Verenigde Naties (UN Principles of Responsible Investment of UN PRI) door zowel Ageas Groep als AG.

Door de ondertekening van de UN PRI engageren bedrijven zich formeel om ecologische, sociale en governance aspecten als fundamentele hoeksteen in hun besluitvormingskader voor beleggingen op te nemen. Sindsdien is het kader binnen de organisatie geleidelijk aan uitgerold. In 2020 heeft zowel Ageas als AG Insurance het eerste transparantieverslag volgens de UN PRI gepubliceerd. In 2021 leverden beide entiteiten het tweede verslag in. De verslagen zullen naar verwachting in de loop van 2022 worden gepubliceerd.

Een sterkere benadering

Ageas stelt zijn benadering ten aanzien van verantwoord beleggen continu bij, in lijn met de sterkere ambitie die de Groep in de context van duurzaamheid heeft vooropgesteld. In 2021 heeft de Groep zijn uitsluitingsbeleid versterkt, door formeel nieuwe activiteiten en sectoren uit te sluiten, zoals de goksector, boringen in het poolgebied, schalieolie en -gas, teerzanden en de verhandeling van voedingsmiddelenderivaten.

Dit zijn de belangrijkste toegepaste beleggingsprincipes:

Voor de geconsolideerde entiteiten hanteert Ageas een reeks uitsluitingscriteria, onder andere voor controversiële wapens (antipersoonsmijnen, clustermunitie/-bommen, nucleaire, chemische en biologische wapens enz.), belastingparadijzen2 en landen waarvoor internationale sancties en embargo's gelden en wapenproducenten. Deze uitsluitingsregels zijn van toepassing voor alle beleggingen, behalve voor obligatieposities uit het verleden, waarvoor de vervaldatum wordt afgewacht.

De integratie van duurzaamheidsfactoren (ESG) is in alle

beleggingscategorieën een vaste component van het besluitvormingsproces geworden. Deze factoren kunnen risico's en kansen voor bedrijven vormen en maken daarom integraal deel uit van de beleggingsanalyse. Voor de entiteiten waar de meeste activa intern worden beheerd, wordt een bedrijfsspecifieke ESG-integratiebenadering toegepast. Als het beheer van de meeste activa is uitbesteed aan externe beheerders, genieten zij die de PRI van de VN hebben ondertekend de voorkeur. Voor infrastructuurbeleggingen worden bij de analyse de Equator-principes3 in aanmerking genomen.

In de context van de implementatie van de UN PRI en de aanbevelingen van TCFD heeft Ageas, en meer specifiek AG in België, het voortouw genomen en vooruitgang geboekt door in dialoog te treden met bedrijven waarin wordt belegd. Op die manier wil AG het ESG-profiel van de bedrijven waarin het belegt, verbeteren om zo zijn beleggingsdoelstellingen op lange termijn te verwezenlijken.

Na de updates in deze benadering zijn alle beleggingen beoordeeld op hun duurzame waarde is het toepassingsgebied van andere sociale en duurzame beleggingen uitgebreid en zijn er aan de lijst van duurzame beleggingen twee nieuwe categorieën toegevoegd (zie de tabel aan het einde van deze sectie):

  • Groene gebouwen en
  • Activiteiten in overeenstemming met de EU-taxonomie

Groene gebouwen verwijzen voornamelijk naar gebouwen die eigendom zijn van AG Real Estate en die over een certificering beschikken zoals BREEAM, WELL, LEED (van minstens Good, Silver of gelijkwaardig). De andere nieuwe categorie van 'activiteiten in overeenstemming met de EU-taxonomie' houdt verband met de nieuwe Europese taxonomieverordening: alle bedrijven die binnen het toepassingsgebied van de verordening vallen, moeten hun activiteiten die in aanmerking komen voor en die in overeenstemming zijn met de taxonomie bekendmaken. Op basis van de momenteel beschikbare geschatte informatie die is verschaft door de externe dataleverancier van Ageas over activiteiten die in overeenstemming zijn met de taxonomie, wordt dit bedrag toegevoegd op een afzonderlijke regel bij de duurzame beleggingen. Momenteel is dit een beste schatting voor een beperkt aantal bedrijven waarin Ageas heeft belegd, geen beoordeling over de volledige portefeuille, aangezien de verordening alleen vereist dat bedrijven hun met de taxonomie in overeenstemming zijnde activiteiten in 2022 rapporteren (dus begin 2023 extern gerapporteerd). Na verloop van tijd zullen er meer en meer betrouwbare gegevens beschikbaar worden, en dat aantal zal naar verwachting toenemen naarmate er meer informatie, kennis en bedrijven zijn die de transitie maken naar overeenstemmende activiteiten. De informatie die Ageas verschaft over in aanmerking komende beleggingen is opgenomen in sectie '4.6 Europese taxonomie'.

Binnen Impact24 heeft Ageas nog uitdrukkelijker kenbaar gemaakt dat het de ambitie heeft om een actieve rol te spelen in de transitie naar een duurzamere wereld, en een bijdrage wil leveren aan oplossingen voor de klimaatverandering. Door zijn beleggingen wil Ageas bijdragen aan de

doelstelling van een netto-nuluitstoot van broeikasgassen tegen 2050 die in de Europese Green Deal is opgenomen. In deze context integreert Ageas de principes die zijn beschreven in de aanbeveling van TCFD als onderdeel van zijn kader voor verantwoord beleggen. Dat kader omvat specifieke principes die verband houden met de klimaatverandering en die de overschakeling naar een koolstofarme economie in aanmerking nemen. Vooral tijdens het afgelopen jaar is er verdere vooruitgang geboekt om de investeringen in infrastructuur voor hernieuwbare energie aanzienlijk uit te breiden om de overschakeling naar een koolstofarme economie te ondersteunen. De koolstofvoetafdruk van de aandelen- en bedrijfsobligatieportefeuille wordt berekend in België en in het VK. Enkele klimaatgerelateerde maatstaven die gedefinieerd worden in de verordening betreffende informatieverschaffing over duurzaamheid (SFDR) in de financiëledienstensector zullen in de toekomst verder in de processen worden geïntegreerd. In België zijn de eerste stappen genomen om de koolstofvoetafdruk van de steeds grotere infrastructuurportefeuille te meten, die eind 2021 58 projecten telde en in 2022 nog verder zal worden uitgewerkt. De bewaking en de berekening van de koolstofintensiteit, de koolstofvoetafdruk en andere maatstaven zullen worden gevalideerd en ook in de andere geconsolideerde entiteiten worden toegepast.

Specifiek wat de milieuaspecten betreft, wordt in de besluitvorming rekening gehouden met de volgende principes:

  • Uitsluiting van de meest gevoelige sectoren:
    • Uitsluiting van beleggingen in steenkoolgerelateerde activiteiten zoals mijnbouw en de opwekking van elektriciteit. Voor cashflowmatching voor technische ALM mogen alleen obligatieposities in onze eigen portefeuille nog steeds tot aan hun vervaldatum worden behouden.
    • Er zijn geen nieuwe beleggingen in steenkoolgerelateerde sectoren toegestaan, en de bestaande posities zullen tegen 2030 volledig worden verkocht.
    • Sinds 2021, uitsluiting van bedrijven actief in onconventionele olie en gas, zoals boringen in het poolgebied, schalieolie en -gas, teerzanden, ...
  • Er gelden aanvullende beperkende criteria voor beleggingen in conventionele energiesectoren, specifiek voor beleggingsproducten met een focus op duurzaamheid.
  • Meer beleggingen in economische activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie, zoals infrastructuur voor hernieuwbare energie en infrastructuur voor duurzame mobiliteit, en in groene obligaties;
  • Steun voor ondernemingen in de overgangsfase. In de ESGintegratiebenadering wordt er in het bijzonder aandacht besteed aan milieufactoren zoals verbruik van hernieuwbare energie, koolstofvoetafdruk, programma om broeikasgassen te verminderen, milieubeleid en kwantitatieve informatie over de klimaatstrategie van de onderneming, inclusief een verbintenis ten aanzien van SBTi (Science Based Targets initiative). Die informatie is ook volledig geïntegreerd in de beleggingsprocessen.

Deze besluiten, die op alle beleggingsactiviteiten van invloed zijn, vormen een natuurlijke ontwikkeling voor Ageas als zorgvuldige, maatschappelijk betrokken investeerder voor de lange termijn en bevestigen de intentie om een verantwoord belegger te zijn.

Specifiek wat de milieudoelstellingen betreft, heeft het de ambitie om het gedrag van bedrijven te beïnvloeden om goede ESG-praktijken te bevorderen en milieuproblemen zoals de klimaatverandering aan te pakken.

3 https://equator-principles.com/about-the-equator-principles/

2 Belastingparadijs heeft de betekenis zoals vastgesteld door de EU

Daarom is AG in 2020 toegetreden tot het initiatief Climate Action 100+. Dat is een initiatief van investeerders om 's werelds grootste producenten van broeikasgassen aan te sporen om dringend maatregelen op het vlak van klimaatverandering te nemen en te helpen de doelstellingen van het Akkoord van Parijs te verwezenlijken. In 2021 hebben Ageas en AG het CDP (Carbon Disclosure Project) ondertekend, een initiatief dat bedrijven, steden en overheden aanspoort om klimaatgerelateerde gegevens te meten en te publiceren, en om strategieën te implementeren om de milieuproblemen in verband met de klimaatverandering aan te pakken.

Ageas is ook voornemens om zijn stemrechten op dit vlak aan te wenden om een maximale invloed te kunnen uitoefenen op de overschakeling naar een koolstofarme economie. Meer precies zal AG zijn aandeelhoudersrechten altijd uitoefenen wanneer het ten minste 1% van het aandelenkapitaal van een bedrijf in handen heeft. Voor participaties die minder dan 1% vertegenwoordigen, overweegt Ageas voor elk geval afzonderlijk om zijn stemrechten al dan niet uit te oefenen.

In navolging van zijn betrokkenheidsbeleid is AG in 2021 6 keer direct in dialoog getreden en bijna 50 keer via een collectieve dialoog via Climate Action 100+. Het betrokkenheidsbeleid zal in de loop van 2022, in navolging van AG, geleidelijk aan worden uitgerold in alle andere geconsolideerde entiteiten.

Investeren in innovatieve en duurzame activa

De laatste twee jaar heeft de coronapandemie een diepgaande negatieve impact gehad op het leven en de financiën van zovelen. In België was AG een van de eerste investeerders in de verschillende Belgische herstelfondsen zoals het Federale Belgian Recovery Fund, het Vlaamse Welvaartfonds, het Waalse fonds Amerigo en het Brusselse fonds Boosting. Brussels. Globaal heeft elk fonds de ambitie om te helpen bedrijven door de crisis te loodsen en een bijdrage te leveren aan de overschakeling naar een duurzamere economie. De totale verbintenis van AG Insurance bedraagt EUR 60 miljoen.

Ageas levert ook directe financiering op lange termijn in de reële economie, inclusief infrastructuurprojecten om de reële klimaattransitie te stimuleren, vooral via zijn activiteiten in België, maar ook in Frankrijk, het VK en Portugal.

In de praktijk werkt dit via twee dimensies, specifiek voor wat betreft de doelstellingen die verband houden met het milieu en de klimaatverandering. Die omvatten:

  • Groene beleggingen:
    • IInfrastructuurprojecten in samenwerking met AG Real Estate in hernieuwbare energie, o.a. onshore en offshore windmolenparken en zonnepanelen, groen transport, gecertificeerde gebouwen;
    • Groene obligaties en activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie;
  • Duurzame producten (meer informatie in sectie '4.2 Onze klanten en partners'):
    • Spaar- en beleggingsproducten met een erkende externe certificering zoals het Towards Sustainability-label;
    • Thematische beleggingsproducten met een focus op klimaatverandering.

Wat de sociale aspecten betreft, vertaalt dit zich in de praktijk via sociale leningen of investeringen in infrastructuur voor onderwijs, woonzorgcentra en ziekenhuizen.

In 2021 heeft Ageas meer dan EUR 1 miljard in duurzame investeringen belegd. Dat omvat meer dan EUR 600 miljoen aan investeringen in infrastructuur. Nieuwe investeringen in hernieuwbare energie in 2021 zijn onder meer parken van zonnepanelen in Spanje, een pan-Europese portefeuille van onshore windmolenparken (België, Duitsland, Spanje, Portugal en Frankrijk), onshore windmolens in Portugal en een geconcentreerde zonne-energiecentrale in Spanje. Digitale infrastructuur zoals glasvezel is ook een groeiende sector waarin Ageas in 2021 heel actief is geweest.

Daarnaast werd bijna EUR 230 miljoen geïnvesteerd in sociale huisvesting, EUR 40 miljoen in gezondheidszorg (ziekenhuizen), EUR 70 miljoen in activiteiten in lijn met de EU-taxonomie en EUR 80 miljoen in groene en duurzame obligaties.

Uitbreiding van de duurzaamheidsprincipes binnen AG Real Estate

AG Real Estate (AGRE), de meest gediversifieerde private vastgoedinvesteerder in België en een 100%-dochteronderneming van AG, beheert zijn investeringen actief en op duurzame wijze. Het heeft ook een belang van 51% in Interparking, een van de toonaangevende Europese exploitanten van openbare parkeervoorzieningen. Beide ondernemingen leveren aanzienlijke inspanningen om hun activa en activiteiten te moderniseren zodat ze aan de hoogste milieunormen voldoen. In het beleid van AG Real Estate inzake duurzame ontwikkeling worden er specifiekere richtlijnen verstrekt voor het beheer van zijn portefeuille en die principes zijn een integraal onderdeel van zijn kwaliteitsnormen.

Omdat het Management Committee van AG Real Estate zich bewust is van de impact van zijn vastgoedportefeuille op milieu en maatschappij, heeft het in de loop van 2020 beslist om een 'CSR Committee' op te richten (Corporate Social Responsibility of Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen). Dat comité is verantwoordelijk voor de uitvoering van de duurzaamheidsstrategie van AG Real Estate en voor het toezicht op de acties van de respectievelijke teams. De missie van het CSR Committee bestaat erin om AG Real Estate te helpen meer vooruitgang te boeken naar een volledige naleving van alle SDG's van de VN, in lijn met de strategie van Ageas.

Het is de bedoeling dat de duurzaamheidsstrategie van AG Real Estate in de volledige organisatie wordt geïntegreerd. De strategie berust op vijf pijlers: governance, stakeholder van de stad, sociaal engagement en sponsoring, omgeving en klant en tot slot team. In elk van die pijlers zijn er initiatieven genomen en verder versterkt. Ook is AG Real Estate in 2021 toonaangevende acties gestart op de vastgoedmarkt.

Continue verbetering van de ecologische voetafdruk van zijn gebouwen

Eind 2021 werd bijna 80% van de kantoorgebouwen op afstand gecontroleerd op vier factoren: elektriciteit, gas, water en CO2. Dankzij deze technologische hulpmiddelen kan het verbruik worden teruggedrongen: Op een like-for-likebasis bedragen de verminderingen voor elektriciteit, gas en water respectievelijk 24%, 16% en 42% ten opzichte van het referentiejaar 2016.

De kantoorgebouwen in de portefeuille zijn onderworpen aan het BREEAM In Use-certificaat, waarbij er tijdens de laatste jaren voorlopige beoordelingen worden uitgevoerd. Deze inspanning werd ook in 2021 geleverd, met de verwachting dat de meeste certificaten in de eerste helft van 2022 zullen worden afgeleverd, en waarbij gestreefd wordt naar een minimumniveau van 'very good'.

Meer groene energieverbintenissen

AG Real Estate heeft in het Franse Le Havre op zijn HAVLOG-platform van 92.000 m² het grootste zonnepanelendak op een logistiek gebouw geïnstalleerd, ontworpen om de koolstofvoetafdruk van het gebouw te verlagen en te voorzien in de elektriciteitsbehoefte van de inwoners van de twee gemeenten waar het gebouw is gevestigd (18.500 inwoners).

Dit soort initiatief is voor AG Real Estate niet nieuw. Vorig jaar rond deze tijd investeerde het in een zonnepanelendak via een joint venture met Heylen Warehouses (België). Deze buitengewone installatie bestrijkt 12,6 hectare en kan stroom voorzien voor het equivalent van 4.500 gezinnen. Jaarlijks wordt er bovendien bijna 12.000 ton aan CO2-equivalente uitstoot bespaard.

Stakeholder van de stad

Er worden in verschillende projecten nieuwe behoeften van de stad behandeld, bijvoorbeeld via het project Delta in Brussel. Dit nieuwe stadsdistrict, gesticht door de bouw van het splinternieuwe Chirec-ziekenhuis, waarbij AG Real Estate een woonzorgcentrum en een hotel oplevert, biedt nu diensten aan meerdere generaties, met name in de vorm van residentiële functies en studentenaccommodatie. Of via zijn investering in Cohabs, die komt tegemoet aan de toenemende behoefte aan leefbaar wonen, betaalbaarheid en een nieuw leven voor beschikbaar vastgoed, én AGRE kan op deze manier zijn portefeuille verder diversifiëren. Meest recent is er de inhuldiging van een nieuw project in de uitzonderlijke Kasteleinswijk in Brussel. Dit charmante herenhuis biedt 19 kamers, gedeeltelijk bedoeld voor eenoudergezinnen of volwassenen in een overgangsfase.

Een win-winsituatie voor het milieu

Een van de nieuwe projecten van 2021 was de start van de bouw van twee residentiële projecten in Leuven (België). Tijdens de bouwfase moest het grondwater worden opgepompt. In plaats van het water te lozen in de rivier brachten ondergrondse leidingen het naar de dichtbijgelegen brouwerij van Stella Artois, zodat het kon worden gebruikt voor de technische verwerkingsactiviteiten van de brouwerij.

Scholen van Morgen

AGRE heeft de laatste tien jaar bijgedragen aan de bouw van 182 schoolprojecten in Vlaanderen, waaronder 8 passieve projecten, met een totale oppervlakte van 710.000 m² en ruimte voor wel 133.000 leerlingen. 168 moderne en energiezuinige schoolprojecten (meer dan 600.000 m²) zijn al in gebruik. 2021 is het jaar waarin gestart werd met de bouw van de laatste school. Op basis van de beschikbare gegevens wordt er door de nieuwe gebouwen 60% en meer aan gas en water bespaard in vergelijking met oudere gebouwen. Wat elektriciteit betreft, bedraagt de besparing ongeveer 20%, omdat de integratie van nieuwe technologieën een deel van de besparingen compenseert.

Openbare parkeerplaatsen zijn nu meer dan een plaats om een auto te parkeren

Interparking beheert vandaag bijna 950 parkeerfaciliteiten in 9 Europese landen en bedient ongeveer 120 miljoen klanten per jaar (vóór corona).

Interparking is ervan overtuigd dat bovenal multimodaliteit de sleutel is voor een succesvolle groene en efficiënte mobiliteit. Interparking biedt parkeerplaatsen dicht bij belangrijke openbaarvervoerknooppunten, zoals metro, tram, bus, treinstations of luchthavens. In België kunnen gebruikers van het openbaar vervoer hun vervoerbewijs rechtstreeks opladen op hun Pcard+. De Pcard+ biedt niet alleen toegang tot parkeerfaciliteiten tegen aantrekkelijke tarieven, maar ook toegang tot openbaarvervoernetwerken in de regio Brussel. In 2021 werd er een digitale versie van de Pcard+ ontwikkeld, beschikbaar via een mobiele app, die in februari 2022 werd geïntroduceerd. In de toekomst zullen er geleidelijk aan nieuwe functies aan worden toegevoegd. Nieuwe parkeerplaatsen die met deze nieuwe app compatibel zijn, worden continu aan de lijst toegevoegd.

Gebruikers kunnen vandaag diverse transportmogelijkheden gebruiken om in en rond steden te reizen, zoals auto, tram, bus, metro, trein en deelfietsen. In Berlijn kan met 'E-Park & Rail' online een parkeerplaats worden gereserveerd bij Berlin Südkreuz bij de aankoop van een treinkaartje. In Amsterdam en Haarlem kunnen klanten dankzij de dienst 'Park&Bike' tegen een voordelige prijs een fiets reserveren om door de straten van de stad te fietsen.

Via de bevordering van openbaar vervoer voor korte afstanden draagt dit initiatief bij aan SDG 11 en 13. De omschakeling naar duurzame en schonere steden wordt gestimuleerd door het gebruik van het openbaar vervoer, dat minder broeikasgas uitstoot dan het gebruik van eigen vervoermiddelen.

In de context van reizen met minder uitstoot van broeikasgassen ging Interparking in september 2021 een partnership aan met Ziegler Logistics, 'Cargo-bikes', een groen initiatief om de logistiek in de binnenstad slimmer en duurzamer te maken. Deze thuisbezorgingsdienst combineert drie innovatieve elementen om grote pakketten in het centrum van Brussel te leveren met bijna geen CO2-uitstoot: een elektrische shuttle verbindt de belangrijkste hub met een microhub in het centrum, in de Interparking Albertina. Van daaruit vertrekken de bakfietsen naar hun eindbestemming. Deze dienst is niet alleen groener, maar ook efficiënter. De Cargo Bike XXL doet tot 50 stops per dag, terwijl een conventionele distributievrachtwagen in hetzelfde tijdsbestek gemiddeld slechts 25 keer stopt.

Hoewel de meeste parkeergarages die door Interparking worden geëxploiteerd al jaren parkeerplaatsen voor fietsen beschikbaar stellen, is er in 2021 een partnershipovereenkomst met de stad Antwerpen geïmplementeerd voor het beheer van 32 parkeerplaatsen, waarvan er 12 uitsluitend bestemd zijn voor tweewielers. Hierdoor zijn er in totaal 756 parkeerplaatsen voor fietsen beschikbaar. Het bedrijf installeerde in de fietsparkeerplaatsen in Brugge ook dynamische borden om bovengronds in reële tijd aan te geven hoeveel vrije plaatsen er nog voor fietsers waren. Bovendien komt er in het kader van de herontwikkeling van de Loi/Wetparkeerplaats (Brussel, België), die eind 2021 van start is gegaan en die in 2022 zou moeten worden voltooid, een volledige verdieping speciaal voor fietsers en eigenaars van bakfietsen, met laadstations voor elektrische fietsen en een winkel voor onderhoud voor tweewielers.

De eerste groene kredietlijn in België, aangegaan in 2018 met betalingsvoorwaarden afhankelijk van de verwezenlijking van milieuverbintenissen, is in 2020 met succes voltooid op de twee genoemde doelstellingen. De onderneming ondertekende in 2021 een nieuwe groene renteswap op vijf jaar met BNP Paribas Fortis, inclusief de volgende milieuverbintenissen:

  • Behoud van de 'CO2 Neutral'-certificering volgens een onafhankelijke en gecertificeerde instantie in alle landen waar de Interparking-groep actief is.
  • Jaarlijks +300 extra plaatsen voor elektrische voertuigen.

Interparking loste deze verwachting in het eerste jaar van deze overeenkomst in: het aantal plaatsen voor elektrische voertuigen steeg van net iets meer dan 1.000 tot bijna 1.600 in 2021.

In de tussentijd werd het 'long in de stad'-initiatief door Interparking verder uitgerold, nadat het in januari 2019 was ingehuldigd in de Beffroi-parking in Namen (België). Er waren toen vier ionisatiesystemen geïnstalleerd (die tot 70% van de stofdeeltjes neutraliseerden, 40% fijn stof en 20% ultrafijn stof). Tot heden zijn er in de hele groep in totaal 57 systemen uitgerold. Eind 2021 werd er een bijkomende bestelling van 75 eenheden geplaatst, een weerspiegeling van Interparkings verlangen om deze technologie breed in zijn hele netwerk in te zetten.

Interparking experimenteert in Nederland ook met voordelige tarieven voor klanten die in auto's met een lage emissie of elektrische voertuigen rijden (maximaal 20% korting). Het succes van deze actie om consumentengedrag te stimuleren, is afhankelijk van de data in verband met de ecologische klasse van een wagen die door de Nederlandse regering beschikbaar wordt gesteld, wat in de toekomst mogelijk niet langer het geval zal zijn.

Alle initiatieven dragen bij aan de verwezenlijking van de klimaatdoelen van SDG 13, die Interparking na aan het hart liggen.

Meer aandacht voor milieuvriendelijke activiteiten en duurzaam operationeel gedrag

Ageas blijft zijn CO2-uitstoot meten op basis van het internationale GHG-protocol, inclusief uitstootcategorieën van deelgebied 1, deelgebied 2 en deels deelgebied 3. De meting omvat alle geconsolideerde entiteiten: het hoofdkantoor van de Groep in Brussel, het regionale kantoor in Hongkong en de dochtermaatschappijen AG Real Estate en Interparking. Het toepassingsgebied van de meting is in 2021 uitgebreid door ook Frankrijk en IT-apparatuur en opslag op te nemen, een stijging in de totale uitstoot van meer dan 2.800 ton CO2e, voornamelijk m.b.t. tot IT.

De berekeningen voor 2019 resulteerden in een bijna stabiel niveau van de CO2-uitstoot van bijna 30.000 ton CO2e. In 2020 werd er een aanzienlijke daling vastgesteld, wat in grote mate de uitzonderlijke omstandigheden in verband met corona weerspiegelde, wat in 2021 wordt bevestigd: minder reizen, minder gebruik van de kantoorgebouwen en minder woon-werkverkeer resulteerden in een totale uitstoot van 17.912 ton CO2e inclusief de impact van de scope-aanpassing.

In de samenvattende tabel aan het einde van dit hoofdstuk wordt er meer informatie verstrekt over de berekening. De belangrijkste bijdragen aan de CO2-voetafdruk van Ageas komen uit deelgebied 1, autovloot (45%) en in deelgebied 3 woon-werkverkeer (22%). Door de uitzonderlijke omstandigheden in 2020 en 2021 is het deelgebied zakenreizen fors gedaald, en bedraagt nu 2% van de uitstoot (in vergelijking met 14% in 2019). Dit komt overeen met de organisatiestructuur van de Groep met sterke banden in Europa en Azië. In deze laatste regio worden de activiteiten aangestuurd vanuit het regionale kantoor in Hongkong en voor de follow-up van het management zijn veelvuldige reizen noodzakelijk. De nieuwe categorie 'IT' heeft een weging van 14%.

Om zijn CO2-uitstoot structureel terug te dringen, startte Ageas in 2020 met een aantal initiatieven die finaal de uitstoot en de ecologische voetafdruk voor de hele Groep zullen verlagen. De voornaamste initiatieven zijn:

  • Geleidelijke herziening van het beleid voor leasewagens in de hele Groep, bedoeld om hybride en elektrische wagens onder medewerkers te promoten.
  • Aangepaste organisatie- en werkomgeving die 'Sm@rter Together' is gedoopt, waarbij medewerkers actief worden aangemoedigd om meer gewone werkuren van thuis uit te werken. Opgelet: de berekening van de CO2e houdt wel rekening met het effect van de uitstoot van een thuiskantoor.
  • Herzien van het reisbeleid om reizen structureel terug te dringen. Vertegenwoordigers van Ageas in de lokale raden van bestuur van onze Aziatische joint ventures zullen bijvoorbeeld één op twee lokale bestuursvergaderingen virtueel bijwonen.
  • Overschakeling naar groene elektriciteit in Portugal.
  • Goedkeuring van een milieubeleid voor de hele Groep, met de expliciete toezegging om een langetermijnproces van continue verbetering te ontwikkelen, om het milieu beter te beschermen en de negatieve ecologische voetafdruk als dusdanig tot een minimum te beperken, en kansen op milieugebied te maximaliseren.

De ambitie van klimaatneutrale activiteiten is een van de doelstellingen van Impact24. Daarom heeft Ageas de doelstelling vooropgesteld om zijn CO2-uitstoot voor 2022 met 30% te verlagen in vergelijking met 2019, het basisjaar (laatste volledig jaar pre-corona). De focus ligt dan ook in eerste instantie op het zo veel mogelijk verlagen van de CO2-uitstoot, en vervolgens de resterende uitstoot te compenseren. Die doelstelling van een lagere uitstoot is ook een van de componenten van de managementbonus voor 2022.

Sinds 2015 heeft Interparking een CO2-neutraal label dankzij bijvoorbeeld de steun aan het Gold Standard Wanrou-project in Benin, dat kookvuren levert aan huishoudens in landelijke dorpen in het noorden van het land, en vanaf 2018 behaalde ook AG zijn CO2-neutraal label.

Duidelijke verwachtingen stellen ten aanzien van leveranciers

Ageas legt zich niet alleen toe op een milieuvriendelijker beheer van zijn activiteiten, maar wil ook de organisatie op een meer maatschappelijk verantwoorde manier beheren, en verwacht ook hetzelfde van zijn leveranciers. Sommige dochtermaatschappijen hebben zelfs sneller gereageerd en niet gewacht tot het inkoopbeleid van de Groep was bijgewerkt, en hebben in hun proces voor de beoordeling van leveranciers formeel ESG-criteria opgenomen. Bijvoorbeeld bij AG, waar er voor alle belangrijke leveranciers een gedetailleerde vragenlijst moet worden ingevuld, of in Portugal, voor de selectie van de leverancier voor de catering in de nieuwe gebouwen. De gekozen leverancier is bijvoorbeeld bekend omdat hij in zijn teams mensen met een beperking opneemt.

Ageas, een verantwoordelijke belastingbetaler

Ageas is te allen tijde een verantwoordelijke belastingbetaler, met toereikende procedures en controlemaatregelen, zodat alle belastingverplichtingen nauwkeurig worden berekend en alle verschuldigde belastingen tijdig worden betaald. Zo eerbiedigt Ageas alle internationale en nationale belastingwetten in alle landen waar het actief is. Ageas hanteert geen kunstmatige structuren die commercieel niet te rechtvaardigen zijn en die uitsluitend zijn bedoeld om belastingen te ontwijken. Met dat engagement neemt Ageas zijn verantwoordelijkheid als werkgever en als lokale stakeholder ten aanzien van de lokale gemeenschappen, om de lokale economie en haar burgers fundamenteel te steunen. Er wordt op transparante wijze verslag uitgebracht over alle vennootschapsbelastingen voor de geconsolideerde entiteiten (zie de details in de tabel aan het einde van deze sectie).

Filantropische initiatieven

De invoering van het kader voor duurzame ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties (SDG's) komt ook duidelijk tot uiting in de talrijke initiatieven waarmee Ageas blijk wil geven van zijn sterke betrokkenheid en engagement ten aanzien van de maatschappij.

De coronapandemie heeft bijzonder specifieke maatschappelijke problemen veroorzaakt, en in deze context is Ageas verschillende initiatieven blijven uitrollen om de situatie onder controle te krijgen, met aandacht voor specifieke lokale behoeften. En zo heeft Ageas zijn motto, 'Supporter van jouw leven', echt waargemaakt. In totaal ging EUR 3,1 miljoen naar filantropische initiatieven die door Ageas werden gesteund. Daarvan ging bijna EUR 0,7 miljoen naar specifieke initiatieven in verband met corona.

Ook in 2021 heeft Ageas zijn engagement in bredere zin ten aanzien van de maatschappij laten blijken. Dit zijn enkele van de meest in het oog springende initiatieven:

Ageas en de Universiteit van Antwerpen hebben een leerstoel Duurzaam Verzekeren opgericht om diepgaand onderzoek naar dit onderwerp te verrichten. Doctoraatsstudente Kristien Doumen, onder leiding van één van de toonaangevende academici op het vlak van duurzaamheid, professor Luc Van Liedekerke, krijgt de opdracht om onderzoek te doen naar de grote maatschappelijke problemen die kansen bieden waar verzekeraars op kunnen inspelen. Dit onderzoeksproject zal onder andere verkennen hoe duurzaamheid tot nieuwe verzekeringsproducten of -diensten kan leiden, die onze klanten kunnen helpen bij de overschakeling naar duurzamere oplossingen. Aangezien bedrijven als Ageas meer onder druk staan om iets te doen aan de impact van de klimaatverandering, cybercriminaliteit en digitalisering, sociale inclusie en diversiteit, de vergrijzing en zo veel meer, is dit initiatief goed getimed.

Ageas Group Portugal steunt het Ethics Forum, een initiatief dat door Católica Porto Business School werd ontwikkeld om na te denken over ethisch zakendoen. Dit is niet alleen een forum dat ijvert voor een solide bedrijfsethiek, maar ook een platform om tussen organisaties kennis te delen. Het Ethics Forum biedt ook ondersteuning aan bedrijven om wat ze leren om te zetten in de praktijk en te integreren op de werkvloer, om een sterke ethische cultuur tot stand te brengen.

In samenwerking met Boğaziçi University heeft Aksigorta het Digital Security Platform gelanceerd, een uitgebreide tool om bij te leren en informatie te verkrijgen. Dit unieke platform streeft ernaar om digitale risico's op het niveau van de maatschappij uit te leggen en om iedereen die online actief is, van deze belangrijke problematiek bewust te maken.

Ageas Portugal biedt ook ondersteuning aan start-ups met een sociaal doel. Toen Ageas Portugal Group investeerde in Mustard Seed MAZE (MSM), het eerste durfkapitaalfonds van Portugal, werd het de grootste vennootschappelijke belegger voor impactstart-ups. MSM investeert exclusief in technische start-ups die direct inspelen op maatschappelijke en ecologische uitdagingen. Door zijn investering in en samenwerking met MSM krijgt Ageas Portugal Group toegang tot een hele reeks start-ups, die boeiende nieuwe kansen voor het verzekeringswezen en daarbuiten aanreiken. Dit fonds onderscheidt zich van vergelijkbare fondsen doordat het alleen belegt in innovatieve oplossingen die een antwoord bieden op maatschappelijke uitdagingen, en doordat het samen met de start-ups

waarin het belegt, bepaalde impactdoelstellingen vastlegt. In 2021 bracht MSM hulde aan Katrien Buys, Head of Strategy, Innovation and Sustainability bij Ageas Portugal Group, door haar te bekronen met de 'Maze Runner'-prijs. Elk jaar wordt deze speciale Maze Runneraward uitgereikt als erkenning voor de 'tomeloze inspanningen van een persoon om sociale en ecologische problemen aan te pakken.

Bij het sluiten van partnerships om 'de kern van de activiteiten van Ageas uit te breiden', komen er verschillende SDG's aan bod: SDG17, maar ook SDG 3, SDG 8, SDG 9, SDG 11 en SDG 16.

Volgens zijn interpretatie van de waarde 'Care' werkt Ageas UK sinds 2012 samen met de Road Safety Foundation om campagne te voeren voor veiligere wegen en dus minder doden en ernstige gewonden. 2021 was het laatste jaar van deze samenwerking, maar in de loop der jaren zijn er verschillende initiatieven georganiseerd, onder andere de ontwikkeling van een interactieve kaart voor het 20e jaarverslag van de Road Safety Foundation 'Looking Back, Moving Forward', waarin er aandacht werd besteed aan welke wegen in Groot-Brittannië aanzienlijk waren verbeterd en welke wegen nog steeds aanzienlijke risico's inhielden. Een investeringspakket van GBP 1,2 miljard zou meer dan 5.000 km wegen verbeteren en in de komende 20 jaar meer dan 8.000 dodelijke en ernstige ongevallen vermijden. Dat zou tegelijkertijd een boost geven aan het Britse economische herstel en bescherming bieden aan de National Health Service, door over die periode bijna GBP 4,4 miljard te besparen. Dit initiatief sluit aan bij de SDG 9 en SDG 11 die streven naar verbetering van mobiliteit, en beoogt bij te dragen aan duurzamere steden in het VK. Het won vooral tijdens de pandemie aan populariteit (zie sectie '4.2 Onze klanten en partners').

In Portugal blijft Ageas zijn aanwezigheid en merkidentiteit versterken. Vandaag zijn er in totaal 11 lokale merken, binnen het verzekeringswezen en daarbuiten. Buiten de verzekeringssector is Ageas een partner voor veel lokale verenigingen en organisaties op het gebied van gezondheid (zie sectie '4.2 Onze klanten en partners'), maar ook in het onderwijs en ter bescherming van de nationale natuur en het nationale erfgoed.

Ageas Portugal Group investeert sterk in kunst en cultuur als strategische pijler van de merkpositionering en streeft hierbij naar merkbekendheid terwijl het tegelijk bijdraagt aan de maatschappelijke ontwikkeling. Eén van de elementen waar Ageas Portugal Group zich op richt is dat 'Iedereen recht heeft op cultuur' en dat cultuur als zodanig altijd toegankelijk en inclusief moet zijn. Ageas Portugal Group wil jong talent promoten en blijven steunen, onder andere via de prijs die Ageas uitreikt aan nieuw theatertalent. De onderneming ondersteunt ook nationale culturele evenementen, zoals het Festival Internacional de Música de Marvão, en is het de belangrijkste partner van belangrijke en iconische Portugese culturele instellingen zoals het Coliseu Porto Ageas, Casa da Musica en het Teatro Nacional D. Maria. In 2021 is er een speciaal solidariteitsinitiatief georganiseerd ter ondersteuning van de professionals in de culturele sector en hun gezinnen, gezien de enorme impact van de pandemie op hun inkomen: 'Drie voor allemaal' (of Três por Todos in het Portugees) zond op het Portugese radiostation Renascença, samen met de gemeenteraad van Lissabon drie dagen lang live muziekoptredens en interviews uit met verschillende figuren uit de cultuursector. Tegelijkertijd werd er geld ingezameld voor de audiovisuele unie, die voedselhulp biedt aan audiovisuele professionals.

Deze initiatieven horen bij de SDG 8, SDG 11 en SDG 17 omdat ze bijdragen aan de bevordering van de lokale cultuur. Dat moet dan weer leiden tot meer toerisme en bevordert het behoud van de nationale cultuur door lokale partnerships in de culturele sector.

Om een maatschappij tot stand te brengen die bewuster en beter geïnformeerd is, blijft Ageas Portugal Group investeren in de bevordering van financiële geletterdheid bij jongeren en volwassenen via een nieuwe reeks radio-uitzendingen waarin verzekeringsproducten op een eenvoudige en transparante manier worden uitgelegd. De nadruk ligt daarbij vooral op preventie. Meer informatie is opgenomen in sectie '4.2 Onze klanten en partners'.

Met de Ageas Foundation geeft Ageas in Portugal ondersteuning aan een krachtig plan voor sociale ontwikkeling dat berust op drie pijlers: ondernemerschap en sociale innovatie, vrijwilligerswerk door bedrijven en een duurzame impact op de maatschappij. Een van de belangrijke projecten bij in 2021 was de 'Scola de Impacto', een omscholingsprogramma voor sociaal kwetsbare mensen dat in het voorbije jaar alleen meer dan 200 mensen wist te bereiken. Ook werkte de Foundation opnieuw samen met de Nova School of Business and Economics in Lissabon aan 'Impact Experience'. Er ging vooral aandacht naar twee ontwikkelingsprogramma's voor 26 organisaties met een sociaal doel. Beide initiatieven passen binnen de verwezenlijking van de doelen van SDG 4.

In Azië blijven maatschappelijke initiatieven hoog op de agenda voornamelijk gericht op de doelen van SDG 1, SDG 3 en SDG 4.

In India is Ageas Federal Life Insurance medesponsor van de bouw van een ziekenhuis voor Covid-19 met meerdere specialiteiten en van een liefdadigheidsinstelling in het centrum van Mumbai. Bij die laatste levert het een financiële bijdrage aan de aankoop van uitrusting en machines, en biedt het diagnosediensten en behandelingen aan behoeftige patiënten tegen extreem redelijke tarieven op basis van de kostprijs. Gemiddeld 350 patiënten per dag bezoeken de centra voor een consultatie met een arts en/of voor medische tests. Steun aan het onderwijs gebeurt in de vorm van hulp aan de 'Innovative Minds School of Excellence' in Talegaon. Bijna 600 lokale kinderen uit de tribale gordel van Maharashtra volgen op deze school les, en de omvorming van de klassen tot digitale klassen helpt om het lesmateriaal visueel uit te breiden en om de taalbarrière tussen leerkracht en leerling te overbruggen, waardoor leerlingen sneller kunnen leren.

Zelfde focusgebieden in Thailand: Muang Thai Life Assurance geeft helmen aan bestuurders van motortaxi's in Ratchada en Huai Khwang in het kader van de verkeersveiligheidscampagne en steunt de bouw van het 'Trade & Finance Lab: Wall Street @ UTCC'. Dit lab bestaat uit een trading room, verschillende lesruimtes en een raad voor financiële producten voor de universiteit van de Thaise Kamer van Koophandel, zodat studenten virtueel kunnen oefenen en meer ervaring kunnen opdoen buiten de lesruimtes.

Troo organiseerde online interactieve workshops voor Filipijnse leerkrachten om goede praktijken te delen op het gebied van design thinking, en om leerkrachten te helpen om effectiever en creatiever te werk te gaan in een virtuele setting. Het initiatief ging van start in de regio Metro Manila en wordt nu uitgerold naar andere gebieden in de Filipijnen. In India hielp Ageas Federal Life Insurance om klassieke klaslokalen om te vormen naar digitale klassen, zodat er ook tijdens de coronapandemie kon worden lesgegeven.

Ontdek meer over de verantwoorde langetermijnaanpak van Ageas wat betreft zijn investeringen en het verkleinen van de impact op het milieu.

Meting van de effectiviteit van onze beloften aan de maatschappij

In de tabellen hierna wordt alle relevante niet-financiële informatie verstrekt, zoals hierboven vermeld, met vergelijkende informatie per 31 december 2021 en 2020:

Duurzame investeringen (in EUR mio) 2021 2020
Totale activa onder beheer 100.129 101.153
- waarvan Leven, Niet-Leven & Eigen vermogen 81.230 84.065
- waarvan Unit-Linked 18.899 17.088
Intern beheerde activa - Percentage van de nieuwe investeringen onderworpen aan een ESG-analyse Meer dan 95% Meer dan 95%
Extern beheerde activa - Percentage van de extern beheerde activa beheerd door derden die UN PRI ondertekenden 85% 90%
Aandeel van de nieuwe investeringen in kool (), tabak (), wapens (), niet-conventionele olie en gas(), goksector(*) 0% 0%
Duurzame investeringen (General Account) met een positieve impact 9.911 6.623
Blootstelling aan duurzame investeringen, inclusief staatsobligaties (***) 12% 8%
Blootstelling aan duurzame investeringen, exclusief staatsobligaties (***) 23% 15%
Milieu 3.069 1.217
- Hernieuwbare energie (inclusief zonnepanelen en windparken) 575 420
- Groene mobiliteit (inclusief bus, trein, metro, tram enz) 426 457
- Groene gebouwen 665 niet opgenomen
- Groene obligaties en andere groene investeringen 707 340
- Activiteiten in overeenstemming met EU taxonomie (****) 696 niet opgenomen
Sociaal en duurzaam 6.842 5.406
- Sociale woningen 3.771 3.864
- Andere maatschappelijke, duurzame investeringen (inclusief onderwijs, rusthuizen, ziekenhuizen, glasvezelinfrastructuur) 3.071 1.542
(*) Rekening houdend met inkomensgrens

(**) Nieuwe uitsluitingen sinds 30 september 2021

(***) exclusief de activa uit Unit-Linkedbusiness; duurzaam investeren is beschreven in Impact 24, dubbeltellingen werden vermeden

(****) beursgenoteerde bedrijven, volgens inkomsten (op basis van informatie van externe leverancier van ESG gegevens). Als een investering onder verschillende categorieën valt, wordt de investering bij slechts 1 categorie opgenomen om dubbeltelling te vermijden

Duurzame oplossingen (pensioen-, langetermijnspaar- en beleggingsverzekeringsproducten) 12.757 11.194
% vs. totaal oplossingen 17% 15%
- Producten met externe duurzaamheidscertificering (inclusief Towards Sustainability label) 8.654 10.693
- Producten zonder externe duurzaamheidscertificering (inclusief ESG thematische fondsen) 4.103 501
Filantropie - Investering ten voordele van de gemeenschap (in EUR miljoen) 2021 2020
Schenkingen in geld 3,1 6,6
Inkomstenbelastingen per segment (in EUR miljoen) 2021 2020
ageas SA/NV 20 19
België 136 143
Verenigd Koninkrijk 1 5
Continentaal Europa 58 66
Totaal inkomstenbelastingen 215 233

CO2 Voetafdruk 2021 2020***

Deelgebied Totaal
(t CO2e)
Relatief
aandeel
Totaal
(t CO2e)
Relatief
aandeel
Directe energie - gas en zware brandstoffen 2.028 11% 1.810 11%
Toepassingsgebied 1 Koelmiddelen 181 1% 266 2%
Eigen voertuigen 8.108 45% 7.474 45%
Totaal toepassingsgebied 1 10.317 57% 9.550 57%
Toepassingsgebied 2 Elektriciteit – netto** 479 3% 1.180 7%
Totaal toepassingsgebied 2 479 3% 1.180 7%
Toepassingsgebied 3 Woon-werkverkeer 3.998 22% 5.235 31%
Zakenreizen 273 2% 559 3%
Verworven goederen en diensten
Papier 205 1% 180 1%
IT 2.583 14% niet gemeten
Afval 57 0% 76 0%
Totaal toepassingsgebied 3 7.116 40% 6.050 36%
Totaal tonnen CO2e bruto 17.912 16.780
CO2-compensatie (AG en Interparking) * 8.551
Totaal in ton CO2e netto 17.912 8.229
Ton CO2e per VTE 1,8 1,6

* nog te bepalen bij het tekenen van de offsetting overeenkomsten

** inclusief warmtenet

*** aanpassing van de cijfers van 2020 op basis van verbeterde gegevensverzameling

Elektriciteit in detail (tCO2e) 2021 2020
Elektriciteit - bruto 3.931 5.005
CO2e vermeden door groene stroom 3.452 3.825
Elektriciteit – netto 479 1.180

4.6 EU Taxonomie De ambitie van de EU voor de financiering van duurzame groei

Het actieplan van de Europese Commissie over de financiering van duurzame groei bestaat erin kapitaalstromen te richten op duurzame investeringen en markttransparantie te waarborgen, en voert op die manier de Europese Green Deal uit: een klimaat neutrale, ecologisch duurzame economie die werkt voor mensen en zorgt voor een rechtvaardige transitie die werkgelegenheid creëert en niemand in de steek laat. Om die doelstelling te bereiken, riep de Commissie op tot de invoering van een Europees classificatiesysteem voor duurzame activiteiten, in het bijzonder de EU taxonomie. Die wetgeving biedt bedrijven, beleggers en beleidsmakers de definities en criteria op basis waarvan economische activiteiten als ecologisch duurzaam kunnen worden beschouwd, en zal naar verwachting helpen om investeringen te verschuiven naar die activiteiten waar ze het meest nodig zijn.

Verordening (EU) 2020/852 (de 'Taxonomieverordening' ) is in het Publicatieblad van de Europese Unie gepubliceerd op 22 juni 2020 en is op 12 juli 2020 in werking getreden. In de verordening worden onder andere transparantievereisten uiteengezet voor financiële en niet-financiële ondernemingen, voor de manier waarop en in welke mate de activiteiten van de betreffende onderneming verband houden met economische activiteiten die in aanmerking komen als ecologisch duurzaam. In het kader van de Taxonomieverordening heeft de Europese Commissie de bevoegdheid gekregen om een gedelegeerde verordening goed te keuren waarin de inhoud en de presentatie van de te verstrekken informatie wordt verduidelijkt. Die gedelegeerde verordening (de 'Artikel 8-Gedelegeerde Verordening') is op 6 juli 2021 goedgekeurd.

De Taxonomieverordening gaat uit van zes milieudoelstellingen waaraan economische activiteiten een bijdrage kunnen leveren: de mitigatie van klimaatverandering, de adaptatie aan klimaatverandering, het duurzaam gebruik en de bescherming van water en maritieme hulpbronnen, de transitie naar een circulaire economie, de preventie en bestrijding van verontreiniging, en de bescherming en het herstel van de biodiversiteit en ecosystemen. De Europese Commissie heeft de bevoegdheid gekregen om technische screeningscriteria vast te stellen om onder meer de voorwaarden te bepalen waaronder een specifieke economische activiteit kan worden aangemerkt als substantieel bijdragend aan deze milieudoelstellingen. De eerste gedelegeerde verordening die de technische screeningscriteria vaststelt, behandelt de mitigatie van klimaatverandering en de adaptatie aan klimaatverandering (de 'Gedelegeerde Verordening Klimaat') en is goedgekeurd op 21 april 2021. De gedelegeerde verordening voor de vier andere milieudoelstellingen zal naar verwachting in 2022 worden goedgekeurd, met een eerste rapportering over 2022 in 2023.

Bekendmakingsvereisten voor verzekeringsen herverzekeringsinstellingen

Artikel 10 van de Artikel 8-Gedelegeerde Verordening voorziet een gefaseerde inwerkingtreding van de bekendmakingsvereisten vanaf 1 januari 2022. Over het boekjaar 2021 en 2022 (rapportering in 2022 en 2023), hoeven financiële instellingen zoals Ageas alleen te rapporteren over de vraag of hun activiteiten en hun beleggingsactiva in aanmerking komen voor de taxonomie, en vanaf het boekjaar 2023 (rapportering in 2024) moet er worden gerapporteerd over de mate van afstemming op de taxonomie.

Momenteel betekent een 'voor de taxonomie in aanmerking komende economische activiteit' in overeenstemming met de Artikel 8-Gedelegeerde Verordening, een economische activiteit die in de Gedelegeerde Verordening Klimaat is beschreven, ongeacht of die economische activiteit voldoet aan enige of alle technische screeningscriteria die daarin zijn vastgesteld, en betekent een

'niet voor de taxonomie in aanmerking komende economische activiteit' elke economische activiteit die niet in de Gedelegeerde Verordening Klimaat is beschreven.Het al dan niet in aanmerking komen voor de taxonomie is geen indicator voor de milieuprestaties en de duurzaamheid van de betreffende activiteit. Het is veeleer een indicator dat die activiteit kan worden getest op de vereisten voor ecologisch duurzame economische activiteiten zoals uiteengezet in artikel 3 van de Taxonomieverordening (d.w.z. de activiteit (i) draagt substantieel bij aan een of meer van de in de taxonomieverordening beschreven milieudoelstellingen, (ii) voldoet aan de technische screeningscriteria voor de betreffende milieudoelstelling, (iii) doet geen ernstige afbreuk aan enige van de andere milieudoelstellingen, en (iv) wordt verricht met inachtneming van de in artikel 18 van de Taxonomieverordening vastgestelde minimumgaranties) en heeft het potentieel om te zijn afgestemd op de taxonomie als ze aan deze vereisten voldoet.

Ageas is een verzekeringsgroep, die zelf ook herverzekeringsactiviteiten ontwikkelt. Deze eerste rapportering over activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie is opgesteld in overeenstemming met de transparantievereisten die gelden voor financiële instellingen, zoals beschreven in artikel 10(3) en bijlage IX en X van Artikel 8-Gedelegeerde Verordening, de bepalingen voor de overgangsperiode en de aanvullende richtsnoeren in het taxonomie FAQ-document dat door de Europese Commissie is uitgegeven, in de recentste versie van februari 2022. Deze rapportering is opgesteld voor de hele Ageas Groep en stemt overeen met de consolidatiekring die in het geconsolideerde jaarverslag is gebruikt voor financiële informatie.

De verzekeringstechnische activiteiten van Ageas – rapportering over in aanmerking komende activiteiten

Het toepassingsgebied voor de rapportering voor nietlevensverzekeringen is beperkt tot acht segmenten van de Niet-Levenactiviteiten (Levenactiviteiten vallen buiten het toepassingsgebied), die klimaatgerelateerde gevaren onderschrijven.

Die segmenten zijn dezelfde als in het verplichte jaarlijkse verslag over de solvabiliteit en financiële toestand (SFCR), hoewel slechts acht van de twaalf binnen het toepassingsgebied voor de taxonomierapportering vallen. Deze bestaande rapportering wordt gebruikt als het uitgangspunt voor de rapportering over in aanmerking komende verzekeringsactiviteiten van brutopremies (GWP). Voor de segmenten binnen het toepassingsgebied van de Europese taxonomie zijn de algemene voorwaarden van de verzekeringspolissen geanalyseerd om de dekking van klimaatgevaren te bevestigen. Voor elk segment met ten minste één polis met impliciete en expliciete dekking voor klimaatgevaren, wordt het volledige bedrag van de brutopremies van het segment als in aanmerking komend beschouwd, min de GWP die betrekking hebben op uitdrukkelijk uitgesloten verzekeringsactiviteiten (bijv. verzekering van de opslag van fossiele brandstoffen). Aangezien deze gegevens rechtstreeks afkomstig zijn uit de financiële informatiesystemen van Ageas, zijn ze opgenomen in de tabel met de informatie die verplicht moet worden verstrekt en is er geen vrijwillig verstrekte informatie.

Ageas verricht ook herverzekeringsactiviteiten, zowel intern als extern. De taxonomie-informatie omvat het geconsolideerde overzicht van de herverzekeringsactiviteiten. Dit betekent dat de intern herverzekerde GWP zijn opgenomen in de KPI 'in aanmerking komende' en 'niet in aanmerking

komende activiteiten', en dat de KPI 'waarvan herverzekerd' alleen de externe herverzekering weergeeft. De KPI 'waarvan retrocessie' omvat het totale GWP-bedrag afkomstig van interne en externe herverzekeringsactiviteiten die werden geretrocedeerd.

Brutopremies Niet-Leven (her)verzekering 2021 Totaal absolute premies
in EUR mio
% van de premies
KPI 1 - voor taxonomie in aanmerking komende activiteiten 3.973 92%
Waarvan herverzekerd via derden 335
Waarvan afkomstig van herverzekeringsactiviteiten 79
Waarvan herverzekerd (retrocessie) 76
KPI 2 - voor taxonomie niet in aanmerking komende activiteiten 364 8%
Totaal (her)verzekeringsactiviteiten Niet-Leven 4.337 100%

De beleggingsactiviteiten van Ageas – rapportering over in aanmerking komende activiteiten

De Taxonomieverordening vereist van bedrijven en beleggers die binnen het toepassingsgebied vallen dat ze bekendmaken welke activiteiten in aanmerking komen voor of zijn afgestemd op de taxonomie. Door de openbaarmaking van welke activiteiten in aanmerking komen voor of zijn afgestemd op de taxonomie, kunnen bedrijven en beleggingsportefeuilles worden vergeleken.

Voor een financiële instelling zoals Ageas betekent dit, wat zijn informatieverschaffing over beleggingen betreft, dat de bedrijven en projecten waarin het belegt, hun taxonomiegegevens moeten doorgeven (in overeenstemming met de Artikel 8-Gedelegeerde Verordening) zodat Ageas zijn taxonomierapportering kan opmaken. De kwaliteit van het beleggingsrapport van Ageas is bijgevolg afhankelijk van de beschikbaarheid van taxonomiegegevens, en uiteraard van de kwaliteit en de betrouwbaarheid van dergelijke gegevens.

Aangezien alle bedrijven (financiële en niet-financiële) hun taxonomierapportering pas vanaf 2022 starten, zijn er op de datum van dit rapport weinig of geen bedrijfsgegevens beschikbaar. Ageas volgt nauwgezet de evolutie met betrekking tot de mate waarin deze informatieverschaffing wordt geïntegreerd door bedrijven waarin het belegt, en het zal enige tijd vergen om de nodige datareeksen samen te stellen. Aangezien het element van de onderliggende rapportering door bedrijven ontbreekt, worden financiële instellingen die deze bedrijfsrapportering nodig hebben voor hun eigen taxonomierapportering over beleggingen, geconfronteerd met verschillende struikelblokken wanneer ze de gegevens die in hun taxonomierapportering moeten worden opgenomen, onderzoeken en selecteren.

Ageas stelt vast dat uit het taxonomie FAQ-document van de Europese Commissie blijkt dat de informatie die financiële instellingen moeten verschaffen over activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie, gebaseerd moet zijn op werkelijke informatie, en dat schattingen en benadering (via proxy) alleen op vrijwillige basis mogen worden gerapporteerd en geen deel mogen uitmaken van de informatie die verplicht moet worden verstrekt. Tegelijkertijd moet Ageas evalueren wat het beste plan van aanpak is om de gegevens te presenteren, maar toch voorzichtig te werk te gaan, zodat het een zo holistisch en correct mogelijk beeld verschaft van de onderdelen van zijn portefeuille die al dan niet in aanmerking komen voor de taxonomie. Bijgevolg is Ageas van oordeel dat de volgende gesplitste rapportering de meest geschikte manier is om deze eerste taxonomierapportering te benaderen:

Het eerste deel bevat de gegevens die verplicht moeten worden bekendgemaakt en waarvoor Ageas over werkelijke informatie beschikte die tijdig beschikbaar was voor dit rapport. Dat deel bevat alleen gegevens over kwantitatieve indicatoren in verband met zijn blootstelling aan: (i) vastgoedactiva en infrastructuurinvesteringen, (ii) obligaties van centrale overheden, centrale banken en supranationale emittenten, en (iii) derivaten.

Het tweede deel bevat de gegevens die vrijwillig mogen worden bekendgemaakt, die Ageas niet in zijn verplichte taxonomierapport mag bekendmaken en die Ageas niet hoeft bekend te maken, maar waarvan Ageas wel beslist heeft om dat vrijwillig te doen, om een beter beeld te verschaffen van zijn beleggingsportefeuille vanuit een taxonomiestandpunt. Dat deel bevat gegevens over zijn blootstelling aan: (i) gegevens van bedrijfsemittenten verstrekt door een wereldwijd erkende aanbieder van ESG-gegevens maar die momenteel gebaseerd zijn op schattingen, en (ii) beleggingen waarvoor er momenteel geen taxonomiegegevens beschikbaar zijn.

In elk van de twee delen wordt er een tabel met kwantitatieve gegevens gepresenteerd, gevolgd door een kwalitatieve verklaring met verdere toelichting en details over de kwantitatieve gegevens. De beleggingen worden in het overzicht hierna gerapporteerd tegen reële waarde per 31 december 2021.

Informatie die verplicht moet worden verstrekt

Activiteiten Waarde in EUR mio % van totale AUM
Economische activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie 6.477 6,0%
Economische activiteiten die niet in aanmerking komen voor de taxonomie 4.161 3,9%
Obligaties van centrale overheden, centrale banken en supranationale emittenten 45.175 42,0%
Derivaten 317 0,3%

Er zijn drie redenen waarom er slechts een beperkt aantal beleggingsactiva zijn die al dan niet in aanmerking komen voor de taxonomie: (i) zoals hierboven uitgelegd waren de beschikbare gegevens voor dit eerste taxonomierapport erg beperkt, (ii) een groot deel van de beleggingen van Ageas betreft posities in obligaties van centrale overheden, en (iii) verschillende beleggingen zijn gericht op activa en projecten waarvoor het openbaar maken van taxonomiegegevens niet verplicht is. De komende jaren, naarmate er meer gegevens beschikbaar worden, zal het aandeel van de in aanmerking komende activa naar verwachting toenemen.

A. Vastgoedactiva en infrastructuurinvesteringen

Deze activa zijn momenteel de enige activa waarvoor er betrouwbare en voldoende gedetailleerde gegevens beschikbaar zijn voor de uitvoering van een interne beoordeling op het al dan niet in aanmerking komen voor de taxonomie, volgens de gedetailleerde beschrijvingen in de gedelegeerde handelingen. Ze vertegenwoordigen ongeveer 10% van de totale activa onder beheer en betreffen investeringen in infrastructuurprojecten gefinancierd via leningen of fondsen, voornamelijk via AG Insurance, en vastgoedactiva die vrijwel volledig vertegenwoordigd zijn door de activiteiten van AG Real Estate en Interparking.

B. Blootstellingen aan centrale overheden, centrale banken en supranationale emittenten

In deze categorie zijn de volgende blootstellingen opgenomen:

  • Obligaties uitgegeven door centrale overheden: traditionele overheidsobligaties (zoals OLO's), die het grootste deel van de blootstelling binnen deze categorie vertegenwoordigen.
  • Obligaties uitgegeven door regionale overheden: voornamelijk posities in leningen en obligaties uitgegeven door het Brusselse, Vlaamse en Waalse gewest en de regionale regeringen van verschillende andere landen uit continentaal Europa.
  • Obligaties uitgegeven door gemeentelijke overheden, voornamelijk in België en in Europa.
  • Supranationale emittenten en centrale banken: bijvoorbeeld posities in obligaties uitgegeven door de Europese Unie, de Europese Investeringsbank of leningen verstrekt door de Europese Commissie en bepaalde ontwikkelingsbanken.

Omdat er momenteel geen gepaste berekeningsmethodologie voor deze blootstellingen bestaat, worden ze door de EU behandeld als een aparte categorie. Dergelijke beleggingen kunnen niet gemakkelijk worden toegewezen aan een specifieke economische activiteit of een specifiek project, waardoor het complex is om te beoordelen of ze in aanmerking komen voor en/of zijn afgestemd op de taxonomie. Deze blootstellingen zijn dan ook volledig afgescheiden. Deze rapporteringsmethode voor blootstellingen aan overheden kan in de loop van de tijd evolueren en verder veranderen, nadat de EU de behoefte om dergelijke blootstellingen aan overheden op te nemen in de KPI-berekening, heeft geëvalueerd. De Artikel-8 Gedelegeerde Verordening voorziet momenteel niet in een definitie van 'blootstellingen aan centrale overheden'. Vanwege de reden om dergelijke blootstellingen apart te behandelen, zoals hierboven uitgelegd, worden in deze categorie ook obligaties van regionale en gemeentelijke overheden opgenomen, aangezien dezelfde redenering hier van toepassing is. Dit volgt de redenering van de Europese Bankautoriteit, die een lijst publiceert van regionale overheden, lokale overheden en overheidsinstanties die voor de berekening van kapitaalvereisten als centrale overheden kunnen worden beschouwd, in overeenstemming met de Europese Verordening Kapitaalvereisten.

Deze blootstellingen aan overheden vormen een aanzienlijk deel van de totale blootstelling van Ageas, d.w.z. ongeveer 42% van de totale activa onder beheer. De verklaring daarvoor is dat Ageas als (her) verzekeringsgroep voornamelijk langlopende verplichtingen heeft onder haar activiteit Leven.

C.Blootstelling aan derivaten

Derivaten worden momenteel behandeld als een aparte categorie omdat de EU van oordeel is dat derivaten hoofdzakelijk worden gebruikt om het tegenpartijrisico te beperken, eerder dan om vermogensbestanddelen of een economische activiteit te financieren. In dit deel van de rapportering is de blootstelling aan derivaten erg beperkt, en het betreft veelal derivaten die gebruikt worden voor risico-indekkingsdoeleinden. Derivaten die worden aangegaan in het kader van gestructureerde Unit-Linked producten zijn niet opgenomen in de informatie die verplicht moet worden verstrekt, maar in de informatie die vrijwillig wordt verstrekt (zie hieronder).

Informatie die vrijwillig wordt verstrekt

Activiteiten Waarde in EUR mio % van totale AUM
Omzet
CapEx
Economische activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie 2.951 2,7%
Economische activiteiten die niet in aanmerking komen voor de taxonomie 15.290 14,2%
Economische activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie 2.639 2,5%
Economische activiteiten die niet in aanmerking komen voor de taxonomie 15.602 14,5%
Emittenten waarvoor geen gegevens beschikbaar zijn 33.243 30,9%

A. Bedrijfsemittenten waarover er schattingen beschikbaar zijn

Zoals hierboven uitgelegd wordt, is 2022, zelfs voor bedrijven die al enige tijd vallen onder de NFRD, het eerste jaar waarin ze moeten rapporteren over taxonomie. Informatie vanwege de bedrijven zelf (als emittenten van aandelen en bedrijfsobligaties) zal pas beschikbaar zijn wanneer zij hun jaarverslagen publiceren, zodat de informatie over activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie pas in de loop van 2022 beschikbaar wordt, en informatie over

activiteiten die zijn afgestemd op de taxonomie ten vroegste in de loop van 2023. Toch geven aanbieders van ESG-gegevens nu al gegevens door op basis van hun schattingen, en ook Ageas maakt daar gebruik van. Volgens de richtsnoeren verstrekt in het taxonomie FAQ-document van de Europese Commissie kan deze informatie vrijwillig worden verstrekt.

Bedrijven waarover er via aanbieders van ESG-gegevens gegevens beschikbaar zijn over activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie (hoewel die momenteel beperkt zijn tot schattingen), vertegenwoordigen ongeveer 69% van Ageas' bedrijfsbeleggingen, waarvan 16% naar schatting in aanmerking komt voor de taxonomie, en 84% niet.

Voor Unit-Linked fondsen is er voor zover mogelijk een doorkijkbenadering toegepast (tot 66% van de totale waarde). Omwille van de vergelijkbaarheid en coherentie van de verschillende rapporten over al dan niet voor taxonomie in aanmerking komende activiteiten, is de verstrekte informatie over het al dan niet voor de taxonomie in aanmerking komen van de activa en activiteiten van financiële instellingen gebaseerd op de gegevens over het al dan niet voor de taxonomie in aanmerking komen van de onderliggende bedrijven waarin wordt belegd of tegenpartijen (omzet en kapitaaluitgaven).

B. Beleggingen waarvoor er geen gegevens beschikbaar zijn

Ageas beschikt voor een aanzienlijk deel van de beleggingsportefeuille (nl. 31% van de totale activa onder beheer) niet over taxonomiegegevens, omdat:

  • het bedrijf waarin wordt belegd onderworpen is aan de NFRD, maar geen taxonomierapport opstelt en de aanbieder van ESG-gegevens de taxonomiegegevens nog niet heeft verzameld. Of
  • het beleggingen van het type 'Geldmiddelen en kasequivalenten' zijn. Of
  • deze activa door hun aard (momenteel) niet vallen onder de openbaarmakingsverplichtingen in het kader van de taxonomie:
  • Loans (a.o. social housing loans, mortgage loans), including certain funding structures (often SPVs) which provide (mortgage) loans
    • Leningen (o.a. sociale huisvestingsleningen, hypotheekleningen), inclusief bepaalde financieringsstructuren (vaak speciale investeringsvehikels) die (hypotheek)leningen verstrekken.
    • Bedrijfsemittenten (aandelen en bedrijfsobligaties) waarvoor er (nog) geen taxonomiegegevens beschikbaar zijn omdat het bedrijf waarin wordt belegd niet onderworpen is aan de NFRD en geen taxonomierapport opstelt (zoals kmo's en niet-EU-bedrijven).
    • Verschillende soorten fondsen: private-equityfondsen, privatedebtfondsen, geldmarktfondsen.
    • Unit-Linked fondsen: het deel waarvoor de doorkijkbenadering niet kon worden toegepast (d.w.z. voor het CEU-segment).

Als een voorzichtige en defensieve langetermijnbelegger is Ageas van oordeel dat milieugebonden, sociale en governanceoverwegingen (de zogenaamde ESG-factoren) in essentiële zin bepalend zijn voor de beleggingsprestaties, zowel vanuit een rendements- als een risicostandpunt. Voor het beheer van zijn beleggingen hanteert Ageas een langetermijnvisie die gebaseerd is op voorzichtigheid, verantwoordelijkheid en duurzaamheid. De benadering van Ageas ten aanzien van duurzaam en verantwoord beleggen is gebaseerd op drie principes:

  • De uitsluiting van controversiële activiteiten: in overeenstemming met de huidige verordeningen en erkende standaarden en op basis van zijn eigen overtuigingen sluit Ageas landen, sectoren en bedrijven uit waarvan het meent dat ze een negatieve impact hebben op maatschappij en milieu.
  • De integratie van ESG--factoren in de beleggingsbeslissingsprocedure: om de belangrijkste ongunstige effecten van hun beleggingen te beperken, nemen de portefeuillebeheerders bij alle beleggingsbeslissingen relevante ESG-factoren in aanmerking.

Het stembeleid en het beleid inzake actief aandeelhouderschap voor bedrijfsemittenten: als verantwoorde belegger oefent Ageas zijn stemrechten uit en treedt het met bepaalde geselecteerde bedrijven in dialoog over ESG-praktijken. De doelstelling is om de activiteit of het gedrag van een bedrijf te beïnvloeden en het duurzaamheidsrisico van de portefeuilles terug te dringen.

Ageas' benadering ten aanzien van verantwoord beleggen wordt beschreven in een algemeen kader voor duurzame en verantwoorde beleggingen dat geldt voor al zijn beleggingen in het algemeen. Er zijn ook specifieke kaders voor verantwoord beleggen ontwikkeld voor verzekeringsproducten die gebaseerd zijn op beleggingen en die een Belgisch referentielabel hebben verkregen, een kwaliteitsnorm voor duurzaam en maatschappelijk verantwoorde financiële producten.

Voor zijn op beleggingen gebaseerde verzekeringsproducten zijn Ageas, en meer specifiek zijn operationele entiteiten die onder deze verordening vallen, sinds maart 2021 onderworpen aan de verordening betreffende informatieverschaffing over duurzaamheid in de financiëledienstensector (SFDR), en zullen ze de aanvullende vereisten die de komende jaren van kracht worden, naleven.

In juni 2021 lanceerde Ageas zijn Impact24-strategie. Ageas heeft duurzaamheid centraal gesteld in zijn activiteiten om groei te stimuleren en een meer inclusieve en duurzame maatschappij op te bouwen. Voor zijn beleggingsactiviteiten heeft Ageas de ambitie om zijn duurzame beleggingen uit te breiden, om ESG-factoren in alle beleggingsbeslissingen te integreren en om de overschakeling naar een koolstofneutrale economie tegen 2050 te ondersteunen met tegen 2050 een portefeuille met een nettouitstoot van nul. De implementatie van deze strategie zou tot gevolg moeten hebben dat een groter deel van zijn portefeuille wordt belegd in beleggingen die beschouwd worden als activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie (en later die zijn afgestemd op de taxonomie). Als (her) verzekeringsgroep die tegelijkertijd een voorzichtige langetermijnbelegger is, zal een aanzienlijk deel van de activa echter belegd blijven in obligaties van verschillende (lokale) overheden.

Ageas' kijk op de toekomst

Ondanks de hierboven beschreven uitdagingen inzake de beschikbaarheid van gegevens en de onzekerheden die op EU-niveau nog bestaan over de precieze vereisten, namelijk wat en hoe er exact moet worden gerapporteerd, wordt het gewaardeerd dat de EU aanzienlijke stappen heeft genomen om dit grootschalige taxonomieproject in gang te zetten, wat op zich al een grote sprong voorwaarts is naar een ecologisch duurzame Europese economie. Lezers dienen er bij dit eerste taxonomierapport rekening mee te houden dat de rapportering over in aanmerking komende activiteiten in de eerste jaren ook een rol heeft om de bedrijven zelf beter vertrouwd te maken met de taxonomie en om hen voor te bereiden op de openbaarmaking van activiteiten die zijn afgestemd op de taxonomie in de toekomst, zoals dat door de Europese Commissie wordt gesteld in haar richtlijnen voor taxonomierapportering. De huidige benadering om taxonomiegerelateerde informatie te verschaffen kan in de komende jaren aanzienlijk veranderen. Hoewel een aanzienlijk deel van de verstrekte gegevens gebaseerd is op schattingen, is Ageas van mening dat de taxonomie-informatie die hier wordt verstrekt, ook nu al een nuttig inzicht biedt. Ageas heeft er dan ook vertrouwen in dat de taxonomie over een paar jaar volledig geïmplementeerd zal zijn en een belangrijk deel van zijn nietfinanciële rapportering zal vertegenwoordigen.

4.7 Ethisch verantwoord verzekeren

Materieel onderwerp met betrekking tot alle stakeholders Verantwoord bestuur

Integriteit, de toetssteen van ethisch gedrag

Integriteit is het belangrijkste uitgangspunt voor goede bedrijfspraktijken, de expliciete afwijzing van enige vorm van discriminatie, de strijd tegen corruptie en fraude, de verplichting om uitsluitend met vertrouwde en betrouwbare externe partijen overeenkomsten te sluiten, het eerbiedigen van mensenrechten en de onvoorwaardelijke inzet van nultolerantie bij onwettige en onaanvaardbare praktijken.

Het beleidskader

De principes van Integriteit zijn aanwezig in elk aspect van het beleidskader van Ageas, dat continu wordt bewaakt aan de hand van een goed gestructureerd bestuur en duidelijk gedefinieerde taken. Alle beleidslijnen worden ten minste om de drie jaar door de Raad van Bestuur herzien en formeel goedgekeurd, en daarnaast telkens wanneer er aanleiding is voor een herziening van het beleid, bijvoorbeeld door een belangrijke wijziging in de wetgeving.

Dit beleidskader is gebaseerd op het regelgevingsklimaat waarbinnen de Groep opereert en weerspiegelt een analyse van de risico's waaraan de Groep is blootgesteld vanuit integriteits-, governance-, maatschappelijk en milieuperspectief. Lokale entiteiten krijgen een jaar de tijd om de beleidslijnen van de Groep om te zetten in een lokaal beleid.

Dit beleidskader behandelt alle aspecten van de activiteiten van Ageas. De belangrijkste in verband met Integriteit worden hierna besproken: corruptie, belangenconflicten, gegevensbescherming, klokkenluidersbeleid en mensenrechten.

Strijd tegen corruptie

De Integriteitsprincipes, weerspiegeld in de gedragscode, het integriteitsbeleid en het TCF-beleid (Treating Customers Fairly) van Ageas, zijn aanwezig in elk aspect van het beleidskader van Ageas, en komen samen tot uiting in de bedrijfscultuur, met de preventie en de bestrijding van corruptie, de vrijwaring van ethisch gedrag en de preventie van criminele activiteiten.

Verschillende beleidslijnen over de naleving van de regelgeving bieden een reeks processen die samen een vast geheel van beschermende, opsporende en bewakende vereisten vormen voor de preventie van criminele activiteiten. Concreet gaat het om:

  • Het beleid ter bestrijding van omkoperij en corruptie beschrijft de gedragshouding waarmee Ageas beoogt om actief te zijn en zijn zakelijke activiteiten uit te voeren, en vermeldt de principes en regels die moeten worden nageleefd om actieve of passieve corruptie, of de schijn daarvan, te vermijden, in het bijzonder als het gaat om geschenken, voordelen en uitnodigingen.
  • Het beleid inzake belangenconflicten is gericht op de plicht van iedereen om waakzaam te blijven voor mogelijke of werkelijke belangenconflicten en de gevolgen daarvan voor de effectieve verwezenlijking van de doelstellingen van de onderneming, stelt een procedure vast voor de melding van dergelijke situaties en voorziet in de regels en beperkingen voor externe mandaten en functies, en voor financiële participaties in bedrijven of handelsvennootschappen.
  • Het beleid inzake persoonlijke transacties definieert de regels en verplichtingen waar Insiders van Ageas zich aan moeten houden wanneer zij persoonlijke financiële transacties verrichten in effecten van Ageas en andere welbepaalde effecten, in overeenstemming met de verordening inzake marktmisbruik.
  • Het beleid ter bestrijding van het witwassen van geld definieert de preventiemaatregelen die moeten worden geïmplementeerd en de duediligencevereisten op het vlak van de strijd tegen het witwassen van geld en de preventie van financiering van terrorisme.
  • Het sanctiebeleid bepaalt de normen die moeten worden toegepast bij de aanvaarding van klanten en leveranciers, bij beleggingen en bij fusies en overnames, op basis van de internationale beperkingen, dwingende sancties en uitsluitingslijsten en de restrictieve maatregelen volgens de aanbevelingen van internationale organisaties. Het vermeldt ook specifieke aandachtspunten die leiden tot verbeterde duediligenceprocedures.
  • Het beleid ten aanzien van deskundigheid en betrouwbaarheid ('Fit and Proper') bepaalt het kader en de regels die moeten worden toegepast om ervoor te zorgen dat de verplichtingen op het gebied van deskundigheid en betrouwbaarheid permanent worden nageleefd.

Beleidslijnen die vallen onder de verantwoordelijkheid van andere afdelingen omvatten ook principes en regels die bijdragen aan de preventie van corruptie, meer specifiek de aanvaardings- en due-diligencevereisten ten aanzien van derde partijen en leveranciers van producten en diensten. De twee belangrijkste zijn het inkoopbeleid en het outsourcingbeleid.

Meer informatie over onderwerpen die in de beleidslijnen van Ageas aan bod komen, vindt u op de website over duurzaamheid.

56 Ageas Jaarverslag 2021

De Compliance-functie is verantwoordelijk voor de belangrijkste beleidslijnen die rechtstreeks van belang zijn in de strijd tegen corruptie, en speelt bijgevolg een bepalende rol bij de uitvoering van die beleidslijnen in de hele Groep. De Compliance Community bestaat uit alle Complianceafdelingen van de Ageas Groep en is het centrale kanaal bij uitstek om de principes en de benaderingen voor alle entiteiten consequent vast te stellen en overal consistent toe te passen. Monitoring- en rapporteringsactiviteiten worden uitgevoerd door de Compliance Officers in de groepsentiteiten en worden door de Group Director Compliance geconsolideerd ten behoeve van het Executive Committee en de Raad van Bestuur, aan wie zij een permanent overzicht bieden van de werkelijke situatie in de hele Groep. Compliance voert bewakings- en controleactiviteiten uit volgens een gestructureerde, gepaste en evenredige benadering om potentiële gevallen van niet-naleving en risico's op te sporen, en om corrigerende maatregelen te definiëren, ze op te volgen en over de resultaten van die maatregelen te rapporteren aan het Executive Committee en het Management Committee, en ook de Raad van Bestuur.

Voorkomen van belangenconflicten

De strijd tegen corruptie vereist ook een sterk preventiekader met een duidelijke nadruk op belangenconflicten, inclusief beschermende maatregelen, opsporing, afwikkeling, follow-up en melding van mogelijke en werkelijke belangenconflicten.

Ageas heeft een verregaand beleid inzake belangenconflicten ingevoerd, als onderdeel van de solide en kwalitatief hoogstaande governance van het bedrijf en zijn activiteiten. Een reeks wettelijke en regelgevende bepalingen leggen in dit verband duidelijke verplichtingen op. Een belangenconflict is een situatie met aan elkaar tegengestelde belangen, die de ethische verwezenlijking van de gerechtvaardigde doelen van Ageas en/of zijn stakeholders in gevaar brengt, of een situatie die hier de schijn van wekt. Belangenconflicten kunnen gepaard gaan met en/of leiden tot corruptie.

Ageas heeft ook een register van belangenconflicten ingevoerd waarin geregistreerd wordt welke belangenconflicten er zijn, hoe ze worden behandeld en wat het uiteindelijke resultaat is.

De positionering van Ageas ten aanzien van lobbying is in 2021 beschreven in een richtlijn die is goedgekeurd door de Raad van Bestuur. Ageas is ingeschreven in het transparantieregister van de EU om te kunnen profiteren van enkele voordelen die daarmee verbonden zijn, namelijk om e-mailberichten te ontvangen over de activiteiten van de comités van het Parlement en om berichten te ontvangen over raadplegingen en draaiboeken voor specifieke domeinen. Besprekingen in de Raad van Bestuur en het Executive Committee bevestigden de verbintenis bepaald in de Anti-Bribery en Corruption policy dat Ageas, zijn medewerkers of agenten geen directe of indirecte bijdragen mogen leveren aan politieke partijen, organisaties of personen die politiek actief zijn als middel om voordeel te behalen bij zakelijke transacties. De Groep betaalde in 2021 voor EUR 5.3 mio aan lidmaatschappen van sector- en beroepsverenigingen.

Zorgvuldige bescherming van uw gegevens

Ageas erkent dat (persoons)gegevens een belangrijk actief vormen. Nu de toenemende digitalisering leidt tot een steeds grotere digitale voetafdruk en meer complexiteit, wordt die voetafdruk ook steeds belangrijker en aantrekkelijker en moet die ook worden beschermd. In combinatie met andere informatie kunnen gegevens inzichten bieden over klanten, producten en diensten. Ze kunnen ook bijdragen aan innovatie en aan het behalen van strategische doelstellingen. Als gegevens echter niet juist worden beheerd, kan dat tot vele risico's leiden, waaronder nietnaleving van wet- en regelgeving, evenals beveiligingsrisico's. Daarom is gegevensbeheer voor Ageas een aandachtspunt om het volgende te waarborgen en te verbeteren:

  • Het vermogen om consequente besluiten te nemen over de waarde van gegevens
  • Aanpasbaarheid aan veranderingen in de externe omstandigheden
  • Technische inzet en prestatie van de onderliggende systemen
  • Dagelijkse activiteiten
  • Naleving van wet- en regelgeving
  • Reputatie van de onderneming

Ageas ijvert voor de bescherming van (persoons)gegevens. Het is een centraal onderdeel van zijn procedures. Alle informatie waarover Ageas beschikt moet afdoende worden beschermd tegen een grote reeks van bedreigingen waaronder malware, computerhacking, DDOS-aanvallen, computerfraude, phishing, social engineering, evenals het verlies, de diefstal of openbaarmaking van vertrouwelijke informatie (waaronder – gevoelige – persoonsgegevens), brand enz. Informatiebeveiliging wordt gerealiseerd door de implementatie van geschikte niet-technische (bijvoorbeeld beleid, processen, procedures, richtlijnen, toezicht door organisatiestructuren) en technische (bijvoorbeeld perimetercontrole, toegangscontrole, bewaking, veilige codes enz.) controlemaatregelen.

In lijn met de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) heeft Ageas zijn beheerkader voor persoonsgegevens, bestaande uit de regels en principes ten aanzien van de verwerking en bescherming van persoonsgegevens binnen Ageas, zijn dochtermaatschappijen en gelieerde ondernemingen, de afgelopen jaren herzien. Deze regels geven enerzijds de betrokkenen meer rechten en houden anderzijds strikte en formele regels voor Ageas in bij de verwerking van persoonsgegevens. De processen zijn geformaliseerd en alle relevante informatie wordt aan de betrokkenen medegedeeld, inclusief informatie over de overdracht van gegevens buiten de Europese Economische Ruimte. Op die manier versterkt Ageas de transparantie en controle en beschermt het de belangen van klanten, medewerkers en andere belangrijke stakeholders op het gebied van gegevensbescherming. Dit kader bestaat uit beleidslijnen en standaarden die bestuursfuncties en -verantwoordelijkheden, processen en tools beschrijven die ervoor zorgen dat persoonsgegevens in de hele organisatie consistent worden beheerd. Dat vertaalt zich in een algemene procedure voor het beheer, de escalatie van incidenten, ongeacht het type data en het daarmee gepaard gaande risico, waar verschillende afdelingen aan samenwerken en bij betrokken zijn, zoals Legal, Information Security, Compliance en Risk Management. Het bestaande kader wordt regelmatig herzien om het te actualiseren volgens de wereldwijde en lokale regelgeving.

Ageas investeert ook in permanente bewustwording en verplichte opleiding met betrekking tot de beheerprocessen voor persoonsgegevens. Beheer van persoonsgegevens maakt deel uit van het kader voor risicobeheer van de Ageas Groep (zie voor meer info Algemene informatie sectie C.4 Risicomanagement) en wordt aangevuld door een beleid voor gegevensbeheer en een beleid voor informatiebeveiliging, gedetailleerd beschreven in het informatiebeveiligingskader van Ageas. Dat laatste is geïnspireerd door internationale normen zoals de ISO 27K-reeks en door best practices uit de sector over informatiebeveiliging. Net als andere beleidslijnen van Ageas zijn deze beleidsplannen verplicht voor alle dochterondernemingen van Ageas en hebben met Ageas verbonden ondernemingen een inspanningsverplichting om deze te implementeren.

Ageas in verbintenissen en cijfers:

  • We verbinden ons ertoe om in de sector toonaangevende normen te implementeren voor zowel informatiebeveiliging (ISO 27K-serie / ISF SoGP) als gegevensbescherming (ISO 27K / ENISA).
  • We verbinden ons ertoe om persoonsgegevens voor hun vermelde doel te verzamelen en te verwerken.
  • We verbinden ons ertoe om persoonsgegevens niet voor commerciële doeleinden te verkopen aan derden.
  • We verbinden ons ertoe om bij de verwerking van persoonsgegevens om duidelijke, specifieke en geïnformeerde toestemming te vragen.
  • We verbinden ons ertoe om continu te investeren in maatregelen voor informatiebeveiliging en gegevensbescherming.

De Ageas Groep volgt gegevenslekken op de voet op, beoordeelt ze aan de hand van sectorale normen op basis van een inschatting van de ernst van het incident, en rapporteert ze waar nodig aan de relevante autoriteiten en/of personen. In 1% van de gevallen (tov 3% vorig jaar) zijn inbreuken in verband met persoonsgegevens gemeld aan de autoriteiten.

Klokkenluidersbeleid

Het klokkenluidersbeleid van Ageas is bedoeld om situaties of omstandigheden op te vangen die negatieve gevolgen kunnen hebben of die mogelijk corruptie kunnen inhouden.

Er zijn verschillende kanalen waar incidenten of wantoestanden kunnen worden gemeld of waar er een klacht kan worden ingediend.

Dankzij het beleid voor de melding van compliance-incidenten (het Internal Alert System) kunnen wantoestanden of incidenten worden gemeld die ernstige nadelige gevolgen hebben of zouden kunnen hebben voor de financiële positie, resultaten en/of reputatie van Ageas, en dit via een goed gestructureerde procedure die zowel door medewerkers als door derden kan worden gebruikt. Er kunnen zich immers momenten voordoen waarop een medewerker of een derde partij oprecht bezorgd is over dergelijke wantoestand. Dankzij de in het beleid beschreven procedure kunnen dergelijke zorgen snel worden geëscaleerd naar de gepaste instantie voor onderzoek, om de situatie in alle vertrouwen en zonder vrees voor represailles op te lossen. Elk geval wordt altijd strikt vertrouwelijk behandeld.

Met het oog op de effectieve omzetting van de Europese klokkenluidersrichtlijn worden er nu al technologische oplossingen in aanmerking genomen, zodat ze in de toekomst volledig volgens de vereisten van de richtlijn kunnen worden geïmplementeerd. De Compliance Community zal aan dit project verschillende werksessies wijden.

Een ander kanaal om incidenten op te sporen, is de procedure voor de klachtenbehandeling. In dit beleid zijn de regels beschreven die gelden voor de behandeling van klachten van klanten, polishouders, aandeelhouders, leveranciers en andere externe partijen. Het is ontstaan uit de belofte van Ageas om ervoor te zorgen dat al zijn stakeholders eerlijk worden behandeld. Dit wordt vertaald in de plicht van de onderneming om polishouders en andere stakeholders te informeren over de regelingen die Ageas heeft ingevoerd voor de indiening van klachten en het proces om klachten te behandelen.

Due diligence en controlemaatregelen

Er gelden wereldwijd een reeks controlemaatregelen die zijn afgeleid van de beleidsprincipes en -procedures. Controlemaatregelen worden beschreven, toegewezen en gedocumenteerd:

  • Klanten, stakeholders, leveranciers en andere derde partijen worden onderworpen aan een passende en relevante due diligence: ze worden geïdentificeerd, er wordt gecontroleerd of er geen belangenconflicten zijn, of ze voldoen aan de AML/CTF- vereisten, sancties en wat hun status is in het kader van FATCA en de CRS .
  • Contracten met leveranciers van producten en diensten en adviseurs moeten door de juridische afdeling verplicht en formeel worden goedgekeurd alvorens ze worden ondertekend.
  • In de Accounting-afdeling worden alle derden, leveranciers en dienstenaanbieders geïdentificeerd en wordt een aantal identificatiecriteria continu opgevolgd. Alle kosten moeten worden gedocumenteerd. Voor de aanvaarding en de betaling van kosten moet er een tweestapsprocedure worden gevolgd met twee handtekeningen.
  • Er geldt een bewakingsproces voor beloningen en incentives aan en van distributeurs van producten.
  • Bovendien voorziet het beleid ten aanzien van deskundigheid en betrouwbaarheid in procedures, standaarden en processen zodat de status van de aangewezen betrokken personen op het vlak van deskundigheid en betrouwbaarheid te allen tijde feilloos is.

Op het vlak van beleggingen en fusies en overnames worden die controle maatregelen, waar gepast, opgenomen in beleidslijnen en procedures, die ook geavanceerdere en diepgaandere due-diligencevereisten definiëren.

Alle Ageas-medewerkers moeten niet alleen deze controleprocedures volgen, ze hebben ook een meldingsplicht. In de praktijk worden alle medewerkers van in het begin van hun dienstverband geïnformeerd over hun plicht om alle beleidslijnen te volgen en de nodige initiatieven te nemen om hun meldingsplicht te vervullen, naast de criteria die in de overeenstemmende beleidslijnen zijn beschreven. Indien er na een melding daadwerkelijk een probleem blijkt te bestaan, wordt er door de bevoegde instantie een beslissing genomen, die aan de melder wordt meegedeeld. Die beslissing is bindend. Bijvoorbeeld: een geschenk dat niet voldoet aan de criteria voor aanvaarding moet aan de afzender worden terugbezorgd, of een extern mandaat dat niet verenigbaar is met de functie bij Ageas moet worden geweigerd.

Zaken die aan de afdeling Compliance moeten worden gemeld, zijn onder meer:

  • Gegeven of ontvangen geschenken, voordelen of uitnodigingen
  • Externe mandaten of functies
  • Financiële participatie in een activiteit of transactie
  • Persoonlijke transacties met effecten van Ageas en/of andere aan beperkingen onderworpen effecten zoals aangemerkt door Compliance

Zaken die aan de afdeling Legal moeten worden gemeld, zijn onder meer:

  • Lidmaatschap van sector- en beroepsverenigingen
  • Potentiële en werkelijke belangenconflicten

Mensenrechten

De eerbiediging van mensenrechten door Ageas is een essentieel element van zijn wereldwijd beleidskader. Concreet komt het in verschillende domeinen tot uiting, en Ageas' verbintenis wordt duidelijk beschreven in de leidende beginselen over mensenrechten en arbeidsrechten.

Ageas houdt zich aan de universele verklaring van de rechten van de mens van de VN en de centrale conventies van de Internationale Arbeidsorganisatie, en de volgende verbintenissen gelden voor alle medewerkers en onderaannemers van Ageas die voor of namens de onderneming werken: "We doen zaken op een manier die de rechten van alle mensen eerbiedigt, met respect voor de mensenrechten en zonder ons schuldig te maken aan misbruik van mensenrechten, zoals beschreven in de Leidende Beginselen van de VN op het gebied van bedrijfsvoering en mensenrechten."

Risicobeoordeling inzake mensenrechten

In 2020 heeft Ageas zich formeel aangesloten bij de Tien Principes van Global Compact van de Verenigde Naties over mensenrechten, arbeidsrechten, milieu- en corruptiebestrijding. In 2021 heeft Ageas zijn eerste risicobeoordeling inzake mensenrechten uitgevoerd in het hele bedrijf, om in het oog springende problemen in verband met mensenrechten op te sporen, te beheren en te melden.

De aanpak van Ageas

Op basis van de zelfbeoordelingstool van Global Compact van de VN en de Leidende Beginselen van de VN op het gebied van bedrijfsvoering en mensenrechten heeft Ageas een vragenlijst opgesteld die door alle geconsolideerde entiteiten moest worden ingevuld.

De zelfbeoordelingstool omvat een reeks vragen die peilen naar de positie van een bedrijf ten aanzien van specifieke rechten, bijv. gezondheid en veiligheid, opleiding, werkuren, loon, discriminatie, kinderarbeid enz. De Leidende Beginselen van de VN op het gebied van bedrijfsvoering en mensenrechten zijn dan weer gericht op de beleidslijnen en procedures waarover een bedrijf zou moeten beschikken om aan zijn verantwoordelijkheid voor de eerbiediging van mensenrechten te kunnen voldoen.

Initiële resultaten van hoog niveau

Uit de voltooiing van deze beoordeling inzake mensenrechten is gebleken dat de verschillende entiteiten momenteel over een breed scala aan beleidslijnen en procedures beschikken die niet alleen blijk geven van Ageas' verbintenis om aan zijn verantwoordelijkheid voor de eerbiediging van mensenrechten te voldoen, maar die ook beschrijven hoe die verbintenis moet worden waargemaakt. Het betreft procedures en controlemaatregelen om een beter inzicht te verkrijgen in de impact die Ageas heeft op mensenrechten, om enige mogelijke nadelige impact tot een minimum te beperken en waar mogelijk een zo positief mogelijke impact te creëren.

De beoordeling inzake mensenrechten heeft aangetoond dat de procedures en controlemaatregelen in bepaalde entiteiten beter ontwikkeld zijn dan in andere, en dat er een mogelijkheid bestaat om goede praktijken uit te wisselen en waar nodig een meer gezamenlijke benadering te introduceren.

Omdat Ageas veel belang hecht aan dit onderwerp, is er een werkgroep aangeduid om de resultaten van deze beoordeling op te volgen en voor de hele groep een actieplan op te stellen, om iedereen bewust te blijven maken van de naleving en de uitvoering van Ageas' benadering van mensenrechten, zowel intern als extern.

In het oog springende mensenrechtenkwesties

De opsporing van in het oog springende mensenrechtenkwesties houdt in dat er beoordeeld wordt welke rechten door de activiteiten en zakenrelaties van de onderneming het grootste risico lopen, en waar dus de meeste aandacht en middelen moeten worden ingezet.

In de tabel hierna worden die rechten besproken waarvan Ageas meent dat ze de grootste kans hebben om direct of indirect door zijn bedrijfsactiviteiten te worden beïnvloed.

Meest pertinente Rechtstreekse invloed op Onrechtstreekse invloed op
mensenrechten
kwesties*
Medewerkers Verzekeringen Derde partijen/
aankoop
Beleggingen Fusies en
overnames
Discriminatie en intimidatie
op de werkplek
Arbeidsrechten
Financiële moeilijkheden
Privacy
Mensenrechtenkwesties
Algemeen

* Voor geconsolideerde entiteiten

Als werkgever levert Ageas inspanningen om een omgeving tot stand te brengen die gekenmerkt wordt door uiteenlopende culturen en achtergronden en die iedereen aanspoort om diversiteit in al haar facetten te omarmen. Raadpleeg de sectie 'A.4.3 Onze medewerkers' voor meer informatie.

Ageas houdt er wel rekening mee dat discriminatie en intimidatie op het werk kunnen voorkomen, en het heeft dan ook duidelijke richtlijnen opgesteld over wat het van zijn medewerkers verwacht, bijvoorbeeld in de gedragscode en het beleid inzake diversiteit en inclusie. Ook zijn er mechanismen die peilen naar wat medewerkers vinden, zoals enquêtes over de betrokkenheid van medewerkers, en een beleid voor de melding van compliance-incidenten (het Internal Alert System), dat eerder in dit hoofdstuk werd vermeld. Daarnaast worden in het kader voor deskundigheid en betrouwbaarheid de regels, normen en procedures beschreven die moeten verzekeren dat organen en personen met een leidinggevende functie te allen tijde blijk geven van deskundigheid en betrouwbaarheid.

Als verzekeraar wil Ageas ervoor zorgen dat de verzekeringsproducten en diensten die het aanbiedt voldoen aan de eisen en behoeften van zijn klanten. Als Ageas de omstandigheden en behoeften van zijn klanten niet begrijpt, dan zouden ongeschikte producten en diensten het welzijn en de levensstandaard van klanten negatief kunnen beïnvloeden en leiden tot financiële moeilijkheden. In de sectie 'A.4.2 Onze klanten en partners' wordt beschreven hoe de behoeften van klanten centraal staan bij het ontwerp van producten. Het TCF-beleid geeft een reeks minimumnormen om een eerlijke behandeling van de klant te garanderen, zodat onder andere producten en diensten beantwoorden aan vastgestelde behoeften van klanten, dat klanten duidelijke, volledige en transparante informatie en degelijk advies krijgen, dat klanten worden geïnformeerd over wat er wel en wat er niet door het product wordt gedekt, en dat ze na de verkoop niet geconfronteerd worden met onredelijke barrières om van product of van leverancier te veranderen, en om een claim of een klacht in te dienen.

Ageas heeft een productgoedkeuringsbeleid geïmplementeerd waarin wordt bepaald dat nieuwe producten en belangrijke wijzigingen in bestaande producten aan een strenge goedkeuringsprocedure moeten worden onderworpen, die ook rekening houdt met ESG-aspecten, en dat de werking van het product na de introductie regelmatig moet worden gecontroleerd. Er bestaat een uitgebreide reeks van maatstaven om de prestaties van een product te controleren, zoals het aantal claims, het aantal weerlegde claims, schaderatio, klachten, in welke mate de doelmarkt wordt bereikt enz. En er worden maatregelen genomen om enige vastgestelde zwakke punten aan te pakken, zodat de klant zo weinig mogelijk schade lijdt.

Hoger in deze sectie wordt er meer informatie verstrekt over gegevensbeveiliging / privacy.

Als leverancier van goederen en diensten heeft Ageas banden met tal van bedrijven. Het inkoopbeleid en het outsourcingbeleid van Ageas bevatten specifieke verwijzingen naar mensenrechten, en van derden waarmee Ageas zaken doet, wordt verwacht dat ze de toepasselijke wet- en regelgeving te allen tijde volgen en de internationaal erkende mensenrechten en de bredere normen inzake ecologische, sociale en governancefactoren (ESG-normen) naleven. In 2021 werd er aan dit onderwerp extra aandacht besteed, zoals beschreven in de sectie 'A.4.5 Onze maatschappij'. Er worden slechts overeenkomsten gesloten met leveranciers en dienstverleners als ze in het kader van de duediligenceprocedure op bevredigende wijze antwoorden op de vragen over mensenrechten en ESG. Er worden in contracten clausules opgenomen die derde partijen verplichten om Ageas onmiddellijk op de hoogte te brengen van enige schending van de wet- of regelgeving of internationaal aanvaarde normen. Er gelden auditrechten zodat Ageas onafhankelijke controles kan uitvoeren.

Verzekeraars zijn aanzienlijke institutionele investeerders en Ageas is geen uitzondering. De integratie van het in aanmerking nemen van risico's in verband met mensenrechten bij zowel negatieve als positieve screeningprocedures is één van de onderdelen waarmee in het kader voor verantwoord beleggen rekening wordt gehouden. Meer informatie vindt u in de sectie 'A.4.5 Onze maatschappij'.

De essentiële rol van de Compliancefunctie

De Compliancefunctie speelt een belangrijke rol bij de bevordering en de vrijwaring van Integriteit in de organisatie. Compliance is gepositioneerd als een onafhankelijke controlefunctie, naast Risk Management en de Actuariële functie, in de tweede verdedigingslinie van de organisatie, en wil ervoor zorgen dat Ageas altijd en overal op zo'n manier zakendoet dat het, wanneer het ooit in de toekomst vragen moet beantwoorden over zijn bedrijfspraktijken, oprecht kan verklaren dat het zaken op precies dezelfde manier zou aanpakken als toen, rekening houdend met de op dat moment geldende situatie.

De Compliancefunctie moet verhinderen dat de onderneming de gevolgen draagt – in het bijzonder verlies van reputatie of geloofwaardigheid, die een ernstig financieel nadeel kunnen veroorzaken – van de niet-naleving van wettelijke en reglementaire of deontologische bepalingen.

De Compliancefunctie is een onafhankelijke functie binnen Ageas die redelijke zekerheid beoogt te bieden (vanuit een ex-postperspectief) dat de onderneming, haar medewerkers en stakeholders de wetten, de regelgeving, de interne regels en de ethische normen naleven.

Een bepalende factor: de compliancecultuur

In 2021 zijn er verschillende initiatieven georganiseerd om de compliancecultuur in de Groep te meten, om minder sterk geïmplementeerde aspecten te identificeren en om waar nodig relevant maatregelen te definiëren. Meer precies waren er een compliance-enquête, afgenomen bij alle medewerkers om te peilen naar hun standpunt over compliance, een lijst van KPI's voor het meten van de compliancecultuur, gedefinieerd door een specifieke werkgroep voor compliance, de feedback van verschillende activiteiten over onderwerpen zoals AI en ethiek, ESG-duurzaamheid, training en bewustwording. Het resultaat van deze ruime controle van het niveau van de compliancecultuur bij Ageas toont aan dat de fundamentals er zijn en er is vastgesteld in welke gebieden er ruimte voor verbetering is, wat is vertaald in een actieplan voor het (de) komende ja(a)r(en), die waar relevant in de jaarplannen van Compliance zullen worden opgenomen.

Training en bewustwording

In het kader van zijn jaarplan organiseert Compliance een breed en permanent opleidingsprogramma voor medewerkers en het management.

Alle trainingssessies van Compliance zijn verplicht en deelname aan deze sessies wordt gecontroleerd in het kader van de rapportering aan de bestuursorganen. Het is de bedoeling om 100% van het doelpubliek te bereiken.

In de hele Groep is het programma zo nauwkeurig mogelijk afgestemd op de trainingsbehoeften. In de holdingmaatschappij en in de dochtermaatschappijen zijn er bijvoorbeeld trainingsinitiatieven die verband houden met een consistente reeks onderwerpen: ethiek en deontologie, governance en beleid, belangenconflicten, corruptie, preventie van criminele activiteiten, de strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, eerlijke behandeling van klanten en proces voor de goedkeuring van producten, transacties met derden.

De inhoud, de frequentie en de timing van trainingssessies zijn afgestemd op het doelpubliek, dat kan variëren van een deel van de medewerkers op basis van hun specifieke behoeften of werkgebieden, naar alle medewerkers van elk niveau.

In elke entiteit is er een welkomstprogramma voor nieuwe medewerkers, die vlak na hun aanwerving een introductiesessie moeten bijwonen. Op die meeting worden de verplichtingen op het vlak van compliance beschreven en uitgelegd, met een expliciete nadruk op de verplichtingen van werknemers inzake governance en beleidslijnen, hoe ze moeten omgaan met persoonlijke transacties, geschenken en voordelen, externe mandaten of functies, en aangevuld met een reeks onderwerpen zoals het klokkenluidersbeleid, het kader voor deskundigheid en betrouwbaarheid, de algemene regels voor concurrentie, vertrouwelijkheid en activa- en gegevensbescherming. Op regelmatige basis worden er bewustmakingsinitiatieven georganiseerd, om de kennis van medewerkers over complianceaangelegenheden en -verplichtingen up-to-date te houden. Die hebben de vorm van onlinetests die alle medewerkers verplicht moeten afleggen.

Het trainingsprogramma wordt continu gescreend zodat het geschikt blijft voor het beoogde doel en wordt bijgewerkt wanneer dat nodig is. Er wordt onderzocht welke onderdelen zwakker zijn zodat het programma kan worden aangepast.

In 2021 is er voor de hele Groep een trainingsinitiatief georganiseerd. Al het personeel in de geconsolideerde entiteiten en in het hoofdkantoor kon deelnemen aan een programma van 10 interactieve modules. De modules waren gericht op Gedrag, en meer bepaald op de strijd tegen het witwassen van geld en de financiering van terrorisme, giften en geschenken en externe mandaten. Er werd uitgegaan van een deelnemingsgraad van 100%, met een minimale succespercentage van 80% van de definitieve tests van elke module.

Meting van de effectiviteit van onze benadering

Ageas reflecteert voortdurend over hoe correct gedrag te promoten en hoe initiatieven te meten. Het dashboard werd in 2021 uitgebreid met enkele nieuwe indicatoren.

In de afdeling Compliance:

  • Volgens het Compliance jaarplan worden meldingen elk kwartaal opgevolgd. Er wordt een kwalitatieve analyse uitgevoerd.
  • Aan het einde van elk jaar wordt er naar al het personeel een complianceenquête verstuurd, om de tijdens het verstreken jaar uitgevoerde meldingen te (her)bevestigen en om te controleren of de informatie overeenstemt met de driemaandelijkse opvolging. Gemiddeld vereist slechts 5,5% van alle antwoorden (tegenover 7% vorig jaar) verdere analyse om een mogelijk probleem te voorkomen en/of op te lossen.

Alle bewakings- en controleactiviteiten die door Compliance worden uitgevoerd, worden gerapporteerd aan het Executive Committee en aan de Raad van Bestuur, via het Risk and Capital Committee. In die rapportering wordt ook melding gemaakt van het aantal gevallen van interne fraude binnen de hele Groep.

In de afdeling Legal:

Jaarlijks wordt er naar al het personeel een enquête verstuurd om informatie te verzamelen of te bevestigen over lidmaatschappen en over het plaatsvinden van of de betrokkenheid bij mogelijke of werkelijke belangenconflicten, en hoe die zijn opgelost.

Participatiegraad training 2021 2020
Onthaalsessies 100% 100%
Initiatieven rond bewustmaking 90% 90%
Enquête rond de perceptie van de medewerkers over de compliancecultuur 66%
Interactieve modules over deontologie op groepsniveau (bestrijding van witwaspraktijken en terrorismefinanciering, belangenconflicten, externe mandaten) 95%
Succespercentage van interactieve modules over deontologie op groepsniveau 92%
Jaarlijkse enquête van Compliance: controle van persoonlijke transacties, giften en uitnodigingen, externe mandaten of functies 100% 95%
Jaarlijkse enquête van Legal: lidmaatschappen en verzamelen van informatie over (potentiële) belangenconflicten 90% 100%
Inbreuken
Aantal gevallen van interne fraude 1 2*
*dit cijfer is enkel van de laatste 6 maanden van 2020
Lobbyactiviteiten - lidmaatschappen (in EUR) 2021 2020*
Lobbyactiviteiten 0,8 0,0
Lidmaatschappen 5,3 0,3

* Scope omvat alleen ageas SA/NV

5.1 Raad van Bestuur

De Raad van Bestuur functioneert binnen het kader van de Belgische wetgeving, de vereisten van de Nationale Bank van België (NBB), de Belgische Corporate Governance Code, de normale bestuurspraktijken in België en de statuten. De rol en verantwoordelijkheden van de Raad van Bestuur evenals zijn samenstelling, structuur en organisatie worden in detail beschreven in het Ageas Corporate Governance Charter dat kan worden geraadpleegd op de Ageas-website.

5.1.1 Samenstelling

Op 31 december 2021 was de Raad van Bestuur samengesteld uit 14 leden: Bart De Smet (Voorzitter), Guy de Selliers de Moranville (Vicevoorzitter), Jane Murphy, Richard Jackson, Lucrezia Reichlin, Yvonne Lang Ketterer, Katleen Vandeweyer, Sonali Chandmal, Jean-Michel Chatagny, Hans De Cuyper (CEO), Christophe Boizard (CFO), Emmanuel Van Grimbergen (CRO), Filip Coremans (MDA) en Antonio Cano (MDE).

De mandaten van Lionel Perl en Jan Zegering Hadders liepen af in mei 2021 en werden niet herniewd.

Jean-Michel Chatagny is benoemd als nieuw lid van de Raad van Bestuur op de algemene vergadering van aandeelhouders van 18 mei 2021.

De mandaten van Bart De Smet en Katleen Vandeweyer werden hernieuwd op de algemene aandeelhoudersvergadering van 18 mei 2021. In lijn met het besluit van de Raad van Bestuur is Bart De Smet na het vertrek van Jozef De Mey in oktober 2020, benoemd tot Voorzitter van de Raad van Bestuur.

Volgens de Belgische Corporate Governance Code van 2020 moet de Raad van Bestuur in de Corporate Governance Statement de redenen beschrijven waarom de benoeming van de voormalige CEO tot Voorzitter de vereiste autonomie van de nieuwe CEO niet ondermijnt.

De Raad van Bestuur heeft de positieve en negatieve gevolgen van de beslissing om Bart De Smet aan te stellen tot Voorzitter grondig bestudeerd en is ervan overtuigd dat zijn aanstelling tot Voorzitter in het belang van de Groep is.

Gezien de respectievelijke profielen van Bart De Smet en Hans De Cuyper heeft de Raad van Bestuur er vertrouwen in dat de aanstelling van Bart De Smet de vereiste autonomie van Hans De Cuyper niet ondermijnt. In elk geval heeft de Raad van Bestuur Bart De Smet uitdrukkelijk gevraagd om zich hiervoor in te zetten, en de Raad van Bestuur volgt de toestand effectief op regelmatige basis.

De Raad van Bestuur bestaat uit zeven onafhankelijke (zoals gedefinieerd in de Belgische Corporate Governance Code 2020) niet-uitvoerende bestuurders en zeven niet-onafhankelijke bestuurders. Vijf van de veertien bestuurders van Ageas zijn vrouw(en).

5.1.2 Vergaderingen

.

In 2021 heeft de Raad van Bestuur elf keer vergaderd. Informatie over de aanwezigheid bij vergaderingen kan worden geraadpleegd in sectie 5.5 Raad van Bestuur.

In 2021 behandelde de Raad van Bestuur onder meer de volgende zaken:

  • De nieuwe strategische cyclus 2022 2024, Impact24, namelijk de strategie van Ageas als geheel en van elk van de bedrijfsonderdelen over een periode van drie jaar.
  • De lopende ontwikkelingen bij elk van de bedrijfsonderdelen van Ageas.
  • De voorbereiding van de Algemene Vergaderingen van Aandeelhouders.
  • De geconsolideerde financiële kwartaal-, halfjaar- en jaarverslagen.
  • Het Jaarverslag 2020 en de verplichte rapportage aan de NBB (inclusief de RSR-, SFCR- en SOGA-rapporten).
  • Persberichten.
  • Het budget over de cyclus 2022-2024.
  • Dividend-, kapitaal- en solvabiliteitszaken van de onderneming.
  • De opvolgingsplanning van de Raad van Bestuur en het Executive Management.
  • De governance en het functioneren van het Executive Committee en het Management Committee.
  • Het bezoldigingsbeleid.
  • De beoordeling van de onafhankelijke controlefuncties.
  • De opvolging van de verantwoordelijke voor de actuariële functie.
  • Diverse fusie- en overnamedossiers.
  • Duurzaamheidsaangelegenheden, inclusief de evolutie van de wetgeving en de integratie van duurzaamheid als centraal thema van de nieuwe Impact24-strategie.

De Raad van Bestuur kreeg ook speciale opleidingen en intensieve cursussen over het komende nieuwe IFRS-kader (IFRS 9 en 17) en ESGaangelegenheden.

De leden van het Executive Committee brachten tijdens de vergaderingen van de Raad van Bestuur verslag uit over de resultaatontwikkeling en de algemene prestaties van de verschillende activiteiten.

5.1.3 Bestuurscommissies

Het mandaat, de rol en de verantwoordelijkheden van elk Advisory Board Committee zijn omschreven in het Ageas Corporate Governance Charter, dat kan worden geraadpleegd op de website van Ageas.

tInformatie over aanwezigheid bij de vergaderingen van de bestuurscomités is te vinden in sectie '5.5 Raad van Bestuur'.

5.1.4 Nomination and Corporate Governance Committee (NCGC)

Op 31 december 2021 bestond het Nomination and Corporate Governance Committee uit de volgende leden: Bart De Smet (Voorzitter), Guy de Selliers de Moranville, Richard Jackson, Yvonne Lang Ketterer en Jane Murphy. De CEO woonde de vergaderingen bij, behalve tijdens besprekingen over zijn eigen situatie.

Het Nomination and Corporate Governance Committee is in 2021 vier keer bijeengekomen, inclusief één gezamenlijke vergadering met het Remuneration Committee.

De volgende zaken werden besproken:

  • De beoordeling van nieuwe kandidaten voor de Raad van Bestuur met het oog op de algemene vergadering van 2022.
  • De opvolgingsplanning van de niet-uitvoerende leden van de Raad van Bestuur.
  • De opvolgingsplanning van het Executive Management.
  • De objectieven van de CEO en de overige leden van het Executive Management.
  • De prestaties van de CEO en de overige leden van het Executive Management.
  • Herbeoordeling van het Corporate Governance Charter en de statuten, waaronderde lijst met competenties voor de nominatie van een nieuw bestuurslid. Er wordt nu expliciet verwezen naar expertise/kennis op vlak van technologie, ESG-criteria, regelgeving en wetgeving.

De Voorzitter van het Nomination and Corporate Governance Committee heeft na elke vergadering over deze onderwerpen verslag uitgebracht aan de Raad van Bestuur en heeft ten behoeve van de definitieve besluitvorming de aanbevelingen van de commissie aan de Raad van Bestuur voorgelegd.

5.1.5 Audit Committee

In de loop van 2021 is de samenstelling van het Audit Committee veranderd. Lucrezia Reichlin en Katleen Vandeweyer traden als nieuwe leden toe tot het comité ter vervanging van Jan Zegering Hadders en Sonali Chandmal.

Op 31 december 2021 was het Audit Committee samengesteld uit drie onafhankelijke bestuurders: Richard Jackson (Voorzitter), Lucrezia Reichlin en Katleen Vandeweyer.

Naast de leden van het Executive Committee werden de vergaderingen bijgewoond door de interne en externe accountants en het Head of Finance. De Director of Compliance woonde de vergaderingen bij tot augustus 2021.

Op basis van de nieuwe reglementering besloot de Raad van Bestuur dat de verantwoordelijke voor de Compliancefunctie vanaf oktober 2021 zou rapporteren aan het Risk and Capital Committee en niet langer aan het Audit Committee.

Het Audit Committee is in 2021 acht keer bijeengekomen, inclusief één gezamenlijke vergadering met het Risk and Capital Committee. De volgende zaken zijn aan de orde geweest:

  • Het bewaken van de integriteit van de driemaandelijkse, halfjaarlijkse en jaarlijkse geconsolideerde financiële overzichten, inclusief de toelichting, de consequente toepassing van of wijzigingen in de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling, de consolidatiescope, de kwaliteit van het afsluitingsproces en belangrijke punten die door de CFO of de externe auditors werden aangedragen.
  • Het bewaken van de bevindingen en aanbevelingen van de interne en externe auditors over de kwaliteit van de interne audit en het boekhoudproces.
  • Het beoordelen van de plannen voor compliance, interne en externe audit en rapportering.
  • Het beoordelen van het ontwerp en de operationele doeltreffendheid van het systeem voor interne controle in het algemeen en van het risicobeheersysteem in het bijzonder.
  • Het beoordelen van het rapport over de toereikendheidstoets met betrekking tot de verzekeringsverplichtingen.
  • De implementatie van IFRS 9 en IFRS 17.

Tijdens de gemeenschappelijke vergadering met het Risk and Capital Committee bespraken de leden de status van de invoering van IFRS 9 en 17.

De voorzitter van het Audit Committee had elk kwartaal een-opeenbesprekingen met de interne en externe accountants. Hij bracht over deze beraadslagingen van het Committee verslag uit aan de Raad van Bestuur en presenteerde de aanbevelingen van het Audit Committee aan de Raad van Bestuur ten behoeve van de besluitvorming.

5.1.6 Remuneration Committee

In de loop van 2021 is Lionel Perl vervangen door Sonali Chandmal. Guy de Selliers de Moranville trad eveneens toe tot het Remuneration Committee.

Op 31 december 2021 bestond het Remuneration Committee uit de volgende leden: Jane Murphy (Voorzitter), Sonali Chandmal, Katleen Vandeweyer en Guy de Selliers de Moranville.

Het Remuneration Committee wordt bijgestaan door Willis Towers Watson, een extern gespecialiseerd consultancybureau dat marktinformatie en advies verstrekt over algemeen gehanteerde beloningselementen, best practices en verwachte ontwikkelingen. Willis Towers Watson verstrekt geen materiële diensten die verband houden met beloningen of bijkomende voordelen aan het Executive Committee van Ageas, of een ander onderdeel van de Ageas-organisatie.

De CEO en de Group Director Human Resources woonden de vergaderingen bij, behalve wanneer er kwesties werden besproken die betrekking hadden op hun eigen situatie.

Het Remuneration Committee is drie keer bijeengekomen, inclusief één gezamenlijke vergadering met het Nomination and Corporate Governance Committee.

In 2021 besprak het Remuneration Committee en diende het aanbevelingen in aan de Raad van Bestuur over:

  • De benchmarking en beoordeling van de bezoldiging van de leden van het Management Committee en het Executive Committee ten opzichte van de geldende marktpraktijken.
  • De bekendmaking van de bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur en het Executive Committee in de toelichting bij de Geconsolideerde jaarrekening.
  • Het verslag van het Remuneration Committee zoals beschreven in de Corporate Governance Statement.
  • De feedback over de stemming van de aandeelhouders over het bezoldigingsverslag.
  • Het aan aandelen gekoppelde incentiveplan ten behoeve van het senior management.
  • De bezoldiging van de nieuwe functie CDSO.

Tijdens de gezamenlijke vergaderingen met het Corporate Governance Committee werden de volgende onderwerpen besproken en ter goedkeuring voorgelegd aan de Raad van Bestuur:

  • De individuele (kwantitatieve en kwalitatieve) doelstellingen voor de leden van het Management Committee en het Executive Committee.
  • De doelstellingen voor de bedrijfs-KPI's.
  • De specifieke KPI's voor de Chief Risk Officer. (zie sectie 5.7.6 voor nadere details over de specifieke KPI's).
  • De beoordeling van de resultaten van de individuele doelstellingen en de KPI's voor het bedrijf.
  • De individuele Short-Term Incentive (STI) en Long-Term Incentive (LTI) van de leden van het Management Committee en het Executive Committee op basis van de bovenvermelde beoordeling.

De Voorzitter van het Remuneration Committee rapporteerde na elke vergadering over bovengenoemde zaken aan de Raad van Bestuur en adviseerde de Raad van Bestuur zo nodig ten behoeve van de besluitvorming. Nadere informatie over het Remuneration Committee is te vinden in het Verslag van het Remuneration Committee (zie ook sectie 5.7 van dit hoofdstuk).

5.1.7 Risk & Capital Committee (RCC)

In de loop van 2021 verving Jean-Michel Chatagny Lucrezia Reichlin als lid van het Risk and Capital Committee. Per 31 december 2021 bestond het Risk & Capital Committee uit de volgende leden: Yvonne Lang Ketterer (Voorzitter), Guy de Selliers de Moranville en Jean-Michel Chatagny.

Het Risk and Capital Committee kwam acht keer bijeen, inclusief één gezamenlijke vergadering met het Audit Committee. De vergaderingen werden bijgewoond door de leden van het Executive Committee.

De volgende zaken werden in 2021 in het Risk and Capital Committee besproken:

  • Het monitoren van het risicobeheer op basis van managementrapporten.
  • Het monitoren op kwartaalbasis van de prestaties van het vermogensbeheer, per segment en per beleggingscategorie.
  • Het beoordelen van de risicobeleidslijnen opgesteld door het management, waaronder ook het nazicht van het beleid inzake informatiebeveiliging en milieu.
  • Het bewaken van de kapitaalallocatie en de solvabiliteit van de Ageas Groep.
  • Het bewaken van de belangrijkste risico's en dreigende risico's.
  • De bedrijfsrisico's, met specifieke sessies per segment en voor de herverzekeringsactiviteiten.
  • Het rapport inzake informatiebeveiliging.
  • De rapporten van de Actuariële functies.
  • Solvency II-modelwijzigingen.

Gegeven de nieuwe strategie Impact24 kregen ook de niet-financiële indicatoren, zoals duurzaamheidsdoelstellingen, bijzondere aandacht.

Naast de leden van het Executive Committee en interne risicodeskundigen werd de vergadering vanaf augustus 2021 ook bijgewoond door de Director of Compliance, ingevolge de nieuwe regelgeving.

De Voorzitter van het Risk and Capital Committee rapporteerde na elke vergadering over bovengenoemde zaken aan de Raad van Bestuur en adviseerde de Raad van Bestuur zo nodig ten behoeve van de besluitvorming.

Tijdens de gemeenschappelijke vergadering met het Audit Committee bespraken de leden de status van de invoering van IFRS 9 en 17.

5.2 Executive management

Het Executive Management van Ageas bestaat uit de leden van het Executive Committee en de leden van het Management Committee. De rol van het Executive Management is leidinggeven aan Ageas in overeenstemming met de waarden, strategieën, beleidslijnen, plannen en budgetten die de Raad van Bestuur heeft opgesteld.

Het Executive Committee bestaat uitsluitend uit leden van de Raad van Bestuur. De CEO is de Voorzitter van het Executive Committee, dat één keer per week vergadert volgens een vooraf bepaald vergaderschema. Bijkomende vergaderingen worden gehouden indien dat nodig blijkt.

In 2021 is de samenstelling van het Executive Committee niet veranderd.

Het Executive Committee van Ageas bestond eind 2021 uit:

  • Hans De Cuyper, CEO, verantwoordelijk voor Strategy, M&A, Audit, Human Resources, Communications en Company Secretary.
  • Christophe Boizard, CFO, verantwoordelijk voor Finance, Investments, Investor Relations, Business Performance Management en Legal & Tax.
  • Emmanuel Van Grimbergen, CRO, verantwoordelijk voor Risk, Compliance, Actuariële activiteiten en Validatie.
  • Antonio Cano, MD Europe, verantwoordelijk voor het bewaken van de prestaties van de entiteiten in Europa, voor herverzekering en voor vastgoedinvesteringen binnen de Groep.
  • Filip Coremans, MD Asia, verantwoordelijk voor het bewaken van de prestaties van de entiteiten in Azië en voor de activiteiten die vallen onder het CDSO departement, waaronder Business & Technology Development en ESG-aangelegenheden binnen de Groep.

Het Management Committee bestond eind 2021 uit:

  • De vijf leden van het Group Executive Committee.
  • De Chief Development and Sustainability Officer (CDSO), Gilke Eeckhoudt.
  • De verantwoordelijken voor de vier operationele segmenten: Heidi Delobelle - CEO België, Steven Braekeveldt - CEO Portugal, Ant Middle-CEO Verenigd Koninkrijk, en Gary Crist - CEO Azië.

5.3 Intern risicobeheer

Wat het systeem voor risicobeheer en interne controle betreft, is de Raad van Bestuur verantwoordelijk voor de goedkeuring van toereikende kaders voor risicobeheer en -controle. In dat verband hanteert Ageas binnen de hele Groep een procedure voor de rapportering van belangrijke risico's om de belangrijkste (bestaande en dreigende) risico's in kaart te brengen die een impact kunnen hebben op onze doelstellingen. Het beoordeelt eveneens het controlekader dat op punt staat om ervoor te zorgen dat deze risico's continu worden beheerd. De Raad van Bestuur, het management en alle medewerkers voeren deze activiteiten op het vlak van risicobeheer en -controle voortdurend uit, om de volgende zaken in redelijkheid te kunnen waarborgen:

  • Doeltreffendheid en efficiëntie van de activiteiten.
  • Kwalitatief hoogwaardige informatie.
  • Naleving van wet- en regelgeving en van interne beleidslijnen en procedures met betrekking tot de bedrijfsvoering.
  • Bescherming van activa en identificatie en beheer van verplichtingen.
  • Verwezenlijking van de bedrijfsdoelstellingen en tegelijkertijd implementatie van de bedrijfsstrategie.

Raadpleeg voor gedetailleerde informatie over het interne controlekader toelichting 4 Risicomanagement in de Algemene informatie van Ageas.

5.4 Corporate Governance referentiecodes en diversiteit

5.4.1 Corporate Governance referentiecodes

De Belgische Corporate Governance Code is gebaseerd op het 'pas toe of leg uit'-principe. Dat betekent dat bedrijven de Code moeten naleven of in de 'Corporate Governance Statement' moeten uitleggen waarom ze hiervan afwijken.

Zoals vermeld in punt 5.1.1 is het mandaat van Bart De Smet op de algemene vergadering van aandeelhouders van 18 mei 2021 verlengd. In lijn met het besluit van de Raad van Bestuur is Bart De Smet, na het vertrek van Jozef De Mey in oktober 2020, benoemd tot Voorzitter van de Raad van Bestuur.

Volgens de Belgische Corporate Governance Code van 2020 moet de Raad van Bestuur in de Corporate Governance Statement beschrijven waarom de benoeming van de voormalige CEO tot Voorzitter de vereiste autonomie van de nieuwe CEO niet ondermijnt.

De Raad van Bestuur heeft de positieve en negatieve gevolgen van de beslissing om Bart De Smet aan te stellen tot Voorzitter grondig bestudeerd en is ervan overtuigd dat de positieve gevolgen sterk doorwegen, en dat zijn aanstelling tot Voorzitter in het belang van de Groep is.

Gezien de respectievelijke profielen van Bart De Smet en Hans De Cuyper heeft de Raad van Bestuur er vertrouwen in dat de aanstelling van Bart De Smet de vereiste autonomie van Hans De Cuyper niet ondermijnt. In elk geval heeft de Raad van Bestuur Bart De Smet uitdrukkelijk gevraagd om zich hiervoor in te zetten, en de Raad van Bestuur blijft de toestand effectief opvolgen.

5.4.2 Diversiteit

Het diversiteitsbeleid is van toepassing op alle senior managers en leden van de Raad van Bestuur in de hele Groep:

  • Ageas streeft naar een Raad van Bestuur waarvan de samenstelling een diversiteit aan achtergrond, kennis, ervaring en competenties weerspiegelt.
  • Benoemingen voor de Raad van Bestuur moeten plaatsvinden op basis van geschiktheid, maar houden ook rekening met diversiteit en de mix van vaardigheden die nodig is om de strategie van Ageas zo goed mogelijk te realiseren.
  • Het wettelijk vereiste minimum van 33% leden van het tegenovergestelde geslacht wordt in de Raad van Bestuur van Ageas toegepast.

Per 31 december 2021 bestond de Raad van Bestuur van Ageas uit vier mannelijke niet-uitvoerende bestuurders en vijf vrouwelijke niet-uitvoerende bestuurders, naast vijf mannelijke uitvoerende bestuursleden. Wat betreft nationaliteiten bestaat de Raad van Bestuur uit zes bestuurders met de Belgische nationaliteit, één bestuurder met de Nederlandse nationaliteit, één bestuurder met de Italiaanse nationaliteit, één bestuurder met de Franse nationaliteit, twee bestuurders met de Zwitserse nationaliteit, één bestuurder met de Belgische-Canadese nationaliteit, één bestuurder met de Britse nationaliteit en één bestuurder met de Indiase nationaliteit. De samenstelling van de Raad van Bestuur waarborgt diversiteit wat betreft competenties en expertise, om een evenwichtig en solide besluitvormingsproces te verkrijgen.

Het Executive Committee van Ageas bestond uit vijf leden, waarvan drie met de Belgische, één met de Franse en één met de Nederlandse nationaliteit. Tijdens de jaarlijkse update aan de Raad van Bestuur wordt voor de opvolgingsplanning speciale aandacht besteed aan diversiteit. In het algemeen bestaat het senior management van de Ageas Groep uit 73% mannelijke senior managers en 27% vrouwelijke senior managers.

5.4.3. Evaluatie van de Raad van Bestuur

In lijn met de Belgische Corporate Governance Code 2020 heeft de Raad van Bestuur besloten om een beroep te doen op de onafhankelijkheid en de expertise van GUBERNA voor de uitvoering van een formele externe evaluatieoefening, op basis van een schriftelijke vragenlijst, aangevuld met individuele gesprekken met alle leden van de Raad van Bestuur. De benadering van GUBERNA bestaat erin Ageas duidelijke inzichten te bieden in de huidige effectiviteit van zijn Raad van Bestuur door vast te stellen wat de troeven en wat de uitdagingen zijn. Op basis van goede praktijken inzake deugdelijk bestuur zijn die inzichten vervolgens vertaald naar specifieke aanbevelingen, erop gericht om de toegevoegde waarde van de Raad voor zijn aandeelhouders, uitvoerend comité en de onderneming meer in het algemeen, verder te maximaliseren. In het rapport zijn de voornaamste bevindingen opgenomen, evenals een gedetailleerdere analyse van de informatie die uit de gesprekken en vragenlijsten was afgeleid.

De algemene conclusie was als volgt (uittreksel uit het rapport van GUBERNA van mei 2021).

In de recente geschiedenis heeft de Raad van Bestuur van Ageas een aantal veranderingen waargenomen en ook een aantal veranderingen teweeggebracht. Na Connect21, is het nieuwe strategische plan Impact24 vrijwel klaar voor de start. Wereldwijd wordt de nieuwe herverzekeringstak verder ontwikkeld, wat betekent dat de focus van Ageas' activiteiten breder is geworden. Als we onze aandacht richten op de wijzigingen in de Raad van Bestuur zelf, dan heeft er een belangrijke overgang plaatsgevonden, waarbij de voormalige CEO Voorzitter is geworden, en de CEO van de Belgische dochtermaatschappij (AG Insurance) de CEO van Ageas. In de nabije toekomst gaan er twee gevestigde leden van de Raad van Bestuur weg en komen er twee nieuwe profielen bij, elk met hun eigen specifieke vaardigheden en netwerk. De Raad van Bestuur is zich nog steeds aan de nieuwe situatie aan het aanpassen, en bereidt zich tegelijkertijd voor op nieuwe uitdagingen. Deze evaluatie van de Raad van Bestuur houdt rekening met deze context van verandering en deze recente overgang, en wil een momentopname bieden van de Raad van Bestuur nu, zoals hij in deze periode werkt. De bestuursstructuur van Ageas is vrij goed ontwikkeld en voldoet in grote mate aan de geldende vereisten inzake corporate governance. Het Corporate Governance Charter van Ageas, dat vaak wordt geactualiseerd (het recentst in 2019), is een uitgebreid document waarin alle formele bestuursaspecten aan bod komen. De cijfers hierna zijn een samenvatting van de antwoorden van de ondervraagde bestuursleden op de vraag 'Hoe zou u de huidige toegevoegde waarde van de Raad van Bestuur beoordelen?'. De meeste bestuurders beoordeelden de toegevoegde waarde als 'zeer goed', wat wijst op een hoog niveau van waardering.

  • Goed: 2
  • Zeer goed: 2
  • Uitstekend: 11

Globaal zijn de respondenten het erover eens dat de Raad van Bestuur van Ageas zeer goed presteert, zowel wat de uitvoering van zijn functies en taken betreft, als wat zijn werking betreft. Toch werden er enkele interessante punten geopperd. Governance is inderdaad een dynamische aangelegenheid die in de loop van de tijd evolueert, om de onderneming en haar besluitvormingsorganen te wapenen tegen de uitdagingen waarmee ze wordt geconfronteerd. In het bijzonder bestaat er geen één kader voor goed bestuur dat overal en altijd kan worden toegepast. De implementatie van bestuursprincipes vereist de nodige flexibiliteit en aanpassing aan de specifieke kenmerken, cultuur en context van de betreffende onderneming (de zogenaamde 'voorrang van inhoud boven vorm'-benadering). Deze achterliggende gedachte is van essentieel belang in de beoordelingsmethodologie voor raden van bestuur van GUBERNA, die gericht is op de creatie van toegevoegde waarde door de raad van bestuur.

5.5 Raad van Bestuur

Bart De Smet Voorzitter I Voorzitter CGC

Hans De Cuyper CEO

Guy de Selliers de Moranville Vicevoorzitter

Jane Murphy Voorzitter RemCo

Jean-Michel Chatagny Lid

Lucrezia Reichlin Lid

Yvonne Lang Ketterer Voorzitter RCC

Richerd Jackson Voorzitter AC

Sonali Chandmal Lid

Katleen Vandeweyer Lid

Emmanuel Van Grimbergen CRO

Christophe Boizard CFO

Filip Coremans MD Asia

Antonio Cano MD Europe

Voorzitter

Bart De Smet

  • 1957 Belgische nationaliteit Man
  • Op 31 december 2021: Voorzitter van de Raad van Bestuur en Voorzitter van het Nomination and Corporate Governance Committee.
  • Eerste benoeming in 2009. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2025.

Niet-uitvoerende bestuursleden

Guy de Selliers de Moranville

  • 1952 Belgische nationaliteit Man
  • Op 31 december 2021 Vicevoorzitter van de Raad van Bestuur, lid van het Risk and Capital Committee, lid van het Nomination and Corporate Governance Committee en lid van het Remuneration Committee.
  • Eerste benoeming in 2009. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2023.

Richard Jackson

  • 11956 Britse nationaliteit Onafhankelijk bestuurder Man
  • Op 31 december 2021 lid van de Raad van Bestuur, Voorzitter van het Audit Committee en lid van het Nomination & Corporate Governance Committee.
  • Eerste benoeming in 2013. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2024.

Jane Murphy

  • 1967 Belgische/Canadese nationaliteit Onafhankelijk bestuurder Vrouw
  • Op 31 december 2021, lid van de Raad van Bestuur, Voorzitter van het Remuneration Committee en lid van het Nomination and Corporate Governance Committee.
  • Eerste benoeming in 2013. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2024.

Yvonne Lang Ketterer

  • 1965 Zwitserse nationaliteit Onafhankelijk bestuurder Vrouw
  • Op 31 december 2021 lid van de Raad van Bestuur, Voorzitter van het Risk & Capital Committee en lid van het Nomination & Corporate Governance Committee.
  • Eerste benoeming in 2016. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2024.

Lucrezia Reichlin

  • 1954 Italiaanse nationaliteit Onafhankelijk bestuurder Vrouw
  • Op 31 december 2021 lid van de Raad van Bestuur en van het Audit Committee.
  • Eerste benoeming in 2013. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2024.

Sonali Chandmal

  • 1968 Belgische/Indiase nationaliteit Onafhankelijk bestuurder Vrouw
  • Op 31 december 2021 lid van de Raad van Bestuur en van het Audit Committee.
  • Eerste benoeming in 2018. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2022.

Katleen Vandeweyer

  • 1969 Belgische nationaliteit Onafhankelijk bestuurder Vrouw
  • Op 31 december 2021 lid van de Raad van Bestuur, lid van het Remuneration Committee en lid van het Audit Committee.
  • Eerste benoeming in 2017. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2025.

Jean-Michel Chatagny

  • 1959 Zwitserse nationaliteit Onafhankelijk bestuurder Man
  • Op 31 december 2021 lid van de Raad van Bestuur en van het Risk & Capital Committee.
  • Eerste benoeming in 2021. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2025.

Christophe Boizard

CFO

Antonio Cano MD Europe

Filip Coremans MD Asia

Leden van het Executive Committee Uitvoerende bestuursleden

Hans De Cuyper

  • 1969 Belgische nationaliteit Uitvoerend bestuurder Man
  • Chief Executive Officer
  • Eerste benoeming in 2020. Mandaat als lid van de Raad van Bestuur loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2024.

Christophe Boizard

  • 1959 Franse nationaliteit Uitvoerend bestuurder Man
  • Chief Financial Officer
  • Eerste benoeming als lid van de Raad van Bestuur in 2015. Mandaat als lid van de Raad van Bestuur loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2023.

Filip Coremans

  • 1964 Belgische nationaliteit Uitvoerend bestuurder Man
  • Managing Director Asia
  • Eerste benoeming als lid van de Raad van Bestuur in 2015. Mandaat als lid van de Raad van Bestuur loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2023.

Antonio Cano

  • 1963 Nederlandse nationaliteit Uitvoerend bestuurder Man
  • Managing Director Europe
  • Eerste benoeming als lid van de Raad van Bestuur in 2016. Mandaat als lid van de Raad van Bestuur loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2024.

Emmanuel Van Grimbergen

  • 1968 Belgische nationaliteit Uitvoerend bestuurder Man
  • Chief Risk Officer
  • Eerste benoeming als lid van de Raad van Bestuur in 2019. Mandaat als lid van de Raad van Bestuur loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2023.

Valérie Van Zeveren

Secretaris van de onderneming

Emmanuel Van Grimbergen CRO

Een volledig overzicht van de profielen van de leden van onze Raad van Bestuur, het Management en het Executive Committee is te vinden op het Management-gedeelte van de corporate website van Ageas.

Aanwezigheid op vergaderingen van de Raad van Bestuur en de comités

De aanwezigheid bij de vergaderingen van de Raad van Bestuur, het Audit Committee, Risk and Capital Committee, Remuneration Committee en Nomination and Corporate Governance Committee was als volgt:

Vergaderingen Vergaderingen Vergaderingen Vergaderingen
Raad van Bestuur** Audit Committee Corporate Governance
Committee
Remuneration Committee Risk & Capita Committee l
Naam Gehouden Bijgewoond Gehouden* Bijgewoond Gehouden** Bijgewoond Gehouden** Bijgewoond Gehouden* Bijgewoond
Hans De Cuyper 12 12 (100%)
Antonio Cano 12 12 (100%)
Christophe Boizard 12 12 (100%)
Emmanuel Van Grimbergen 12 12 (100%)
Filip Coremans 12 12 (100%)
Bart De Smet 12 12 (100%) 3 3
Guy de Selliers de Moranville**** 12 12 (100%) 3 3 1 1 8 8
Jan Zegering Hadders*** 6 6 (100%) 3 3
Jane Murphy 12 12 (100%) 3 3 3 3
Katleen Vandeweyer* 12 10 (92%) 4 3 3 3
Lionel Perl*** 6 6 (100%) 2 2
Lucrezia Reichlin* 12 11 (92%) 4 4 3 3
Richard Jackson 12 12 (100%) 7 7 3 3
Sonali Chandmal** 12 12 (100%) 3 3 1 1
Yvonne Lang Ketterer 12 12 (100%) 3 3 8 8
Nieuw lid van de Raad van Bestuur per mei 2021 (gehouden vergaderingen zijn sinds de Algemene Vergadering)
Jean-Michel Chatagny*** 8 8 (100%) 5 5

* Inclusief de gezamenlijke vergadering van het RCC/AC.

** Inclusief één gezamenlijke vergadering van het RC/NCGC. Alle niet-uitvoerende bestuurders waren aanwezig op die vergadering.

*** De mandaten van de heren Perl en Zegering Hadders zijn afgelopen in mei 2021.

**** De heer de Selliers is in juni 2021 tot het Remuneration Committee toegetreden.

***** Mevrouw Reichlin heeft het Risk and Capital Committee verlaten en is in juni 2021 tot het Audit Committee toegetreden.

****** Mevrouw Chandmal heeft het Audit Committee verlaten en is in juni 2021 tot het Remuneration Committee toegetreden.

******* Mevrouw Vandeweyer is in juni 2021 toegetreden tot het Audit Committee.

******** Het totale aantal vergaderingen omvat de aanwezigheid op de algemene vergadering van mei 2021.

Opgelet: de leden van het Executive Committee hebben de vergaderingen van de comités bijgewoond als genodigden en niet als leden. Daarom is hun aanwezigheid niet aangegeven in de tabel.

5.6 Geconsolideerde informatie over de implementatie van de Europese overnamerichtlijn in het jaarverslag Ageas

De Raad van Bestuur verklaart om wettelijke redenen dat het Jaarverslag Ageas 2021 is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke regels ter implementatie van de Europese overnamerichtlijn. Die regels traden in België per 1 januari 2008 in werking. De Raad van Bestuur geeft hierbij de volgende verklaring voor de diverse elementen die onder de nieuwe regels vallen:

  • Een volledig overzicht van de huidige kapitaalstructuur wordt gegeven in toelichting D.18 Eigen Vermogen en toelichting D.20 Achtergestelde schulden van de Geconsolideerde jaarrekening 2021 van Ageas.
  • Beperkingen op de overdracht van aandelen zijn alleen van toepassing op preferente aandelen (indien uitgegeven) en de effecten zoals die zijn beschreven in toelichting D.20 Achtergestelde schulden van de toelichting op de Geconsolideerde jaarrekening 2021 van Ageas.
  • Onder toelichting D.1 Juridische structuur van de Geconsolideerde jaarrekening van Ageas en onder 'Staat van het kapitaal en de aandeelhoudersstructuur van de onderneming op de balansdatum' in de Jaarrekening van ageas SA/NV wordt een overzicht gegeven van belangrijke aandelenbelangen die (door derden) worden aangehouden en die de wettelijke drempel in België overschrijden, dan wel de drempels zoals die in de statuten van ageas SA/NV zijn vastgelegd.
  • Er zijn, buiten de in toelichting D.18 Eigen Vermogen en toelichting 20 Achtergestelde schulden van de toelichting op de Geconsolideerde jaarrekening 2021 van Ageas beschreven rechten, geen speciale rechten verbonden aan de uitgegeven aandelen.
  • Aandelen(optie)regelingen worden, voor zover van toepassing, beschreven in toelichting C.6 sectie 6.2 Aandelenregelingen en met aandelen verbonden incentiveprogramma's bij de Geconsolideerde jaarrekening 2021 van Ageas. Het besluit tot uitgifte van aandelenplannen en opties ligt bij de Raad van Bestuur en is in voorkomend geval onderhevig aan lokale wettelijke beperkingen.
  • Behoudens de informatie in toelichting D.18 Eigen Vermogen, toelichting C.7 Verbonden partijen en toelichting D.20 Achtergestelde schulden bij de Geconsolideerde jaarrekening 2021 van Ageas, is Ageas zich niet bewust van eventuele afspraken tussen aandeelhouders die de overdracht van aandelen of de uitoefening van stemrecht zouden kunnen beperken.
  • Leden van de Raad van Bestuur worden benoemd of ontslagen door een meerderheid van stemmen uitgebracht op de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van ageas SA/NV. Statutenwijzigingen kunnen alleen worden doorgevoerd nadat de Algemene Vergadering van Aandeelhouders daartoe een resolutie heeft goedgekeurd. Als minder dan 50% van de aandeelhouders vertegenwoordigd is, wordt een tweede vergadering bijeengeroepen die de resolutie met 75% van de stemmen kan goedkeuren, ongeacht of er een aanwezigheidsquorum wordt gehaald.
  • De Raad van Bestuur van Ageas heeft het recht om aandelen uit te geven en in te kopen, in overeenstemming met de daartoe verleende goedkeuring door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van ageas SA/NV. De huidige toelating voor de aandelen van ageas SA/NV loopt af op 16 juni 2023.
  • Ageas SA/NV is geen directe contractpartij bij een belangrijke overeenkomst die in werking treedt, wordt gewijzigd en/of beëindigd bij een eventuele wijziging van de zeggenschap als gevolg van een openbare overname. Voor een aantal van zijn dochterondernemingen geldt echter wel een dergelijke clausule in het geval van een directe of indirecte wijziging van de zeggenschap.
  • Ageas SA/NV heeft geen afspraken met bestuursleden of werknemers gemaakt die voorzien in de betaling van een speciale vertrekpremie als het dienstverband als gevolg van een openbare overname wordt beëindigd.
  • Er zijn geen verschillende aandelenklassen en geen preferente aandelen uitgegeven. Bijkomende informatie over de aandelen van Ageas wordt uiteengezet in toelichting D.18 Eigen Vermogen van de Geconsolideerde jaarrekening.
  • Aandeelhouders van Ageas zijn verplicht te voldoen aan bepaalde meldingseisen als hun deelneming in Ageas boven of onder bepaalde drempels komt, zoals voorgeschreven door de Belgische wet en door de statuten van ageas SA/NV. Aandeelhouders moeten de Vennootschap en de FSMA inlichten als hun deelneming stijgt tot boven of daalt tot onder 3% of 5% (en bij elk veelvoud van 5%) van de stemrechten. Ageas publiceert die informatie op zijn website.

5.7 Verslag van het Remuneration Committee

Geachte aandeelhouder, namens het Remuneration Committee verstrek ik u graag het remuneratieverslag voor 2021. Bij wijze van inleiding wil ik enkele belangrijke gebeurtenissen toelichten die in 2021 hebben plaatsgevonden:

  • 2021 was het laatste jaar van onze Connect21-strategie, die ondanks de moeilijke omstandigheden als gevolg van de coronapandemie een groot succes was. We hebben alle financiële doelstellingen bereikt en hebben aanzienlijke vooruitgang geboekt voor onze stakeholders en onze duurzaamheidscijfers.
  • Het nieuwe strategische plan voor de periode 2022-2024, Impact24, werd in 2021 uitgewerkt en gelanceerd. In het plan worden duidelijke financiële ambities vooropgesteld voor onze kernactiviteiten en voor onze nieuwe groeimotoren, en krijgt duurzaamheid een nog belangrijkere plaats, wat duidelijk tot uiting komt in onze prestatie-KPI's. De toegenomen aandacht voor doelstellingen inzake kapitaalbeheer zal in onze financiële KPI's worden weerspiegeld. In deze context hebben we ook een aantal komende veranderingen besproken in afwachting van IFRS 9/17 en C-ROSS 2.
  • Om de implementatie van Impact24 te ondersteunen en onze duurzaamheidsbenadering te versterken, heeft de Raad van Bestuur beslist om het Management Committee uit te breiden met een Chief Development and Sustainability Officer (CDSO). Gilke Eeckhoudt is op 1 september 2021 benoemd tot CDSO Ageas.
  • We hechten veel waarde aan de dialoog met en feedback van onze aandeelhouders. Na de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van vorig jaar namen we contact op met een selectie van onze aandeelhouders om meer diepgaande feedback te krijgen over hun stem over het remuneratieverslag 2020. Op basis van die feedback hebben we een gedetailleerder overzicht opgenomen van de verwezenlijking van niet-financiële en financiële KPI's en het effect daarvan op de variabele bezoldiging. Daarnaast hebben we ook een benchmarkingoefening uitgevoerd op de voorwaarden voor onvoorwaardelijke toekenning van het LTI-plan.
  • De coronapandemie eiste ook in 2021 alle aandacht op, waardoor we onze bezoldigingspraktijken goed moesten bewaken, in overeenstemming met de richtlijnen van de toezichthoudende autoriteiten.

In dit remuneratieverslag blikken we terug op het jaar 2021. We brengen verslag uit over de prestaties van Ageas en hoe die een impact hebben gehad op de bezoldiging van het Executive Committee.

Het remuneratieverslag omvat een samenvatting van het bezoldigingsbeleid voor onze Raad van Bestuur en ons Executive Management en verstrekt transparante informatie over de bezoldiging van de Raad van Bestuur en het Executive Management, inclusief variabele bezoldiging en op aandelen gebaseerde beloningen.

Ik nodig u uit om dit remuneratieverslag samen te lezen met hoofdstuk 6.3 Bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur en het Executive Committee van het jaarverslag, een integraal onderdeel van het remuneratieverslag.

In dit remuneratieverslag worden de doelstellingen van ons bezoldigingsbeleid nogmaals beschreven en wordt er een overzicht verstrekt van de belangrijkste onderwerpen die we in 2021 in het Remuneration Committee hebben besproken. Net als in het verleden hebben we het beleid voor de bezoldiging van de Raad van Bestuur en het Executive Committee consequent uitgevoerd.

Ik kijk ernaar uit om ons remuneratieverslag te presenteren op de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 18 mei 2022.

Jane Murphy

Voorzitter van het Remuneration Committee

29 maart 2022

5.7.1 Remuneration Committee

Het Remuneration Committee is samengesteld uit Jane Murphy (Voorzitter), Katleen Vandeweyer, Sonali Chandmal en Guy de Selliers. Lionel Perl trad af als lid van het Remuneration Committee na de Algemene Vergadering van Aandeelhouders in mei 2021. Sonali Chandmal en Guy de Selliers zijn op dezelfde dag lid geworden van het Remuneration Committee. Het Committee kwam in het verslagjaar drie keer bijeen, waarvan één keer samen met het Nomination and Corporate Governance Committee. De CEO en de Group HR Director woonden de vergaderingen van het Remuneration Committee bij, met uitzondering van de discussies over zaken die henzelf betreffen. Informatie over de aanwezigheid bij vergaderingen kan worden geraadpleegd in sectie '5.5 Raad van Bestuur'.

Het Remuneration Committee wordt bijgestaan door Willis Towers Watson, een externe professionele dienstverlener. Willis Towers Watson verstrekt geen materiële diensten die verband houden met beloningen of bijkomende voordelen aan het Executive Committee van Ageas, of een ander onderdeel van de Ageas-organisatie.

5.7.2 Belangrijkste doelstellingen van het bezoldigingsbeleid

De belangrijkste doelstellingen van ons beleid zijn een marktconforme beloning, gedegen principes voor risicobeheer, volledige transparantie over de bezoldiging en naleving van bestaande en komende Belgische wetgeving en Europese regelgeving.

Marktconforme beloning

Het doel van de beloning van zowel de Raad van Bestuur als van het Executive Committee is:

  • een eerlijke en marktconforme beloning om het vermogen van de organisatie om essentiële talenten aan te trekken, te motiveren en te behouden in een internationale marktomgeving te verzekeren;
  • in beloning een onderscheid te maken op basis van prestaties, en erkenning opbrengen voor wie consequent vooraf bepaalde objectieve doelstellingen op het niveau van de Groep, de operationele entiteiten of op individueel vlak realiseert of overtreft;
  • te streven naar waardecreatie op lange termijn en te verzekeren dat de belangen van het management zijn afgesteld op de belangen van stakeholders.

Gedegen risicobeheer

Het bezoldigingsbeleid omvat richtlijnen:

  • tom gedegen principes voor deugdelijk bestuur en verantwoord ondernemen te hanteren en om de wettelijke vereisten na te leven;
  • om bezoldigingspraktijken te hanteren die bijdragen aan een gedegen risicobeheer en die niet leiden tot het nemen van risico's die de limieten voor risicotolerantie van Ageas overschrijden.

Transparantie

De Raad van Bestuur zal het jaarlijkse bezoldigingsverslag ter goedkeuring voorleggen aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Het bezoldigingsverslag biedt gedetailleerde informatie over de werkzaamheden van het Remuneration Committee en de bezoldigingspraktijken voor het betreffende boekjaar. De Raad van Bestuur zal het bezoldigingsbeleid ten minste elke 4 jaar en bij elke belangrijke update ter goedkeuring voorleggen aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders.

Naleving van bestaande en komende wetgeving

Ageas bestudeert de bestaande en toekomstige wetgeving nauwkeurig en anticipeert waar dat gepast is op eventuele wijzigingen. Bij de opstelling van het bezoldigingsbeleid en het bezoldigingsverslag van Ageas wordt rekening gehouden met de Solvency II-richtlijn, de Europese Aandeelhoudersrechtenrichtlijn II, de omzetting daarvan in de Belgische wetgeving, de Belgische Corporate Governance Code 2020 en de herziene circulaire van de NBB 2016_31 (over de verwachtingen van de Nationale Bank van België inzake het goverancesysteem voor de verzekerings- en herverzekeringssector).

5.7.3 Wat bespraken wij in 2021?

In 2021 besprak het Remuneration Committee en deed het aanbevelingen aan de Raad van Bestuur over:

  • Het aan aandelen gekoppelde incentiveplan ten behoeve van het senior management.
  • De richtlijnen van de toezichthoudende autoriteiten over variabele bezoldiging in de context van de coronapandemie.
  • De bekendmaking van de bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur en het Executive Committee in de toelichting bij de Geconsolideerde jaarrekening.
  • Het verslag van het Remuneration Committee zoals beschreven in de Corporate Governance Statement.
  • De bezoldiging van de nieuwbenoemde Chief Development and Sustainability Officer (CDSO).
  • De benchmarking en beoordeling van de bezoldiging van de leden van het Management Committee ten opzichte van de geldende marktpraktijken.
  • De feedback over de stemming van de aandeelhouders over het bezoldigingsverslag.
  • Het LTB-plan voor het senior management in het VK in de context van de herziening van de pensioenbijdrage.
  • Feedback van het nieuwe Remuneration Committee van Ageas Portugal.

Tijdens de gezamenlijke vergadering met het uitgebreide Nomination and Corporate Governance Committee werden de volgende onderwerpen besproken en ter goedkeuring voorgelegd aan de Raad van Bestuur:

  • De individuele (kwantitatieve en kwalitatieve) doelstellingen voor de leden van het Management Committee en het Executive Committee.
  • De doelstellingen voor de bedrijfs-KPI's.
  • De specifieke KPI's voor de Chief Risk Officer; (zie toelichting 5.7.6 voor nadere details over de specifieke KPI's).
  • De beoordeling van de resultaten van de individuele doelstellingen en de KPI's voor het bedrijf.
  • De individuele Short-Term Incentive (STI) en Long-Term Incentive (LTI) van de leden van het Management Committee en het Executive Committee op basis van de bovenvermelde beoordelingen.

5.7.4 Beleidsimplementatie in 2021

Raad van Bestuur

De bezoldiging van de Raad van Bestuur bestaat uit een vaste jaarlijkse bezoldiging en een aanwezigheidspremie. Sinds 2018 bedraagt de vaste jaarlijkse bezoldiging EUR 120.000 voor de Voorzitter en EUR 60.000 voor de andere niet-uitvoerende leden van de Raad van Bestuur. De niet-uitvoerende leden van de Raad van Bestuur ontvangen een aanwezigheidspremie van EUR 2.000 per vergadering van de Raad van Bestuur en EUR 1.500 per vergadering van een bestuurscommissie. Voor de Voorzitter van de Raad van Bestuur en de bestuurscommissies is de aanwezigheidspremie vastgesteld op respectievelijk EUR 2.500 per vergadering van de Raad van Bestuur en EUR 2.000 per vergadering van een bestuurscommissie. In 2021 werden er geen wijzigingen aan deze bedragen voorgesteld.

In lijn met principe 7.6 van de nieuwe Belgische Corporate Governance Code 2020 zullen niet-uitvoerende bestuursleden maximaal 20% van hun vaste bezoldiging in de vorm van Ageas-aandelen ontvangen. Dat principe zal worden toegepast bij volgende verhogingen van de bezoldiging van de Raad van Bestuur.

Wijzigingen in het Executive Committee

Er hebben in 2021 geen wijzigingen plaatsgevonden in het Executive Committee.

Hans De Cuyper CEO EUR 2.000.000 EUR 1.500.000 EUR 1.000.000 EUR 500.000 Christophe Boizard CFO Antonio Cano MD Europe Filip Coremans MD Asia Emmanuel Van Grimbergen CRO Variabele bezoldiging Vaste bezoldiging

Executive Committee Totale bezoldiging 2021

5.7.5 Totale bezoldiging en op aandelen gebaseerde beloning

Raad van Bestuur

De totale bezoldiging van niet-uitvoerende bestuurders bedroeg in het boekjaar 2021 EUR 1,48 miljoen (2020: EUR 1,77 miljoen). De daling kan verklaard worden door een lager aantal bestuursvergaderingen en vergaderingen van bestuurscommissies. De vergoeding is inclusief de basisbeloning voor het bestuurslidmaatschap en een vergoeding voor de aanwezigheid op bestuursvergaderingen en vergaderingen van bestuurscommissies, op het niveau van de Ageas Groep en de dochtermaatschappijen van Ageas. Raadpleeg toelichting C.6.3.1 van het jaarverslag voor gedetailleerde individuele informatie over de bezoldiging van de Raad van Bestuur.

Bezoldiging van het Executive Committee

In 2021 bedroeg de totale bezoldiging, inclusief pensioenbijdragen en secundaire arbeidsvoorwaarden van het Executive Committee EUR 7.197.532 tegenover EUR 7.749.540 in 2020. Raadpleeg toelichting C.6.3.2 van het jaarverslag voor gedetailleerde individuele informatie over de bezoldiging van het Executive Committee.

Penisoenlasten

5.7.6 Naleving van het beleid en toepassing van prestatiecriteria

Eenjarige variabele bonus (STI)

Alle variabele bezoldigingen met betrekking tot de prestaties in 2021 zijn bepaald in overeenstemming met het bezoldigingsbeleid. De eenjarige variabele bonus (STI) voor de leden van het Executive Committee wordt vastgesteld aan de hand van de verwezenlijking van persoonlijke prestatiecriteria (weging van 30%) en prestatiecriteria voor de onderneming (weging van 70%). De persoonlijke prestaties worden gemeten aan de hand van specifieke strategische handelingen en een beoordeling op de criteria van het leiderschapskader van Ageas. De prestatiecriteria voor de onderneming bestaan uit zowel financiële KPI's als KPI's die verband houden met stakeholders. Voor de CRO gelden specifieke criteria die zijn verbonden met de Risk Function. In de tabel hierna wordt een overzicht verstrekt van de KPI's, hun respectieve weging en de mate waarin ze volgens de beoordeling van de Raad van Bestuur zijn gerealiseerd.

De algemene verwezenlijking leidde tot de volgende betalingen van de beoogde STI voor het prestatiejaar 2021:

  • Hans De Cuyper (CEO): 120% van de doelstelling
  • Christophe Boizard (CFO): 116% van de doelstelling
  • -
  • Emmanuel Van Grimbergen (CRO): 117% van de doelstelling
  • Antonio Cano (MD Europe): 118% van de doelstelling
  • Filip Coremans (MD Asia): 120% van de doelstelling.
  • -
  • U vindt hierna een gedetailleerd overzicht van alle KPI's, hun gewicht, drempel, doelstellingen, maximum, werkelijke niveaus en de gerelateerde uitbetaling van de STI.
Naam persoon Ageas
prestatiescore (1)
Gewicht Individuele
prestatiescore
Gewicht Risicofunctie
prestatiescore
Gewicht Totaal
prestatiescore
Hans De Cuyper 116% 70% 129% 30% na 0% 120%
Christophe Boizard 116% 70% 115% 30% na 0% 116%
116% 40% 121% 30% 115% 30% 117%
Emmanuel Van Grimbergen (2) 116% 70% 122% 30% na 0% 118%
Antonio Cano 116% 70% 129% 30% na 0% 120%
Filip Coremans

(1) Detail van de Ageas-prestatiescore: zie de details hierna

(2) Voor de CRO weegt de Ageas Business prestatie voor 40%, de extra 30% is gekoppeld aan de prestatie van de risicofunctie.

De individuele prestatiescore die voor 30% meetelt, omvat een individuele beoordeling op basis van het Ageas Leadership Framework. Dit framework definieert 11 leiderschapsgedragingen die gekoppeld zijn aan de Ageas waarden 'Care', 'Dare', 'Share' en 'Deliver' en die verwacht worden van de Ageas leidinggevenden. De waardering voor dit onderdeel gebeurt op basis van een zelfbeoordeling, de input van de peer review, de input van de CEO voor de Exco-leden en van de voorzitter voor de CEO. De definitieve score wordt toegekend na calibratiegesprekken in de Raad van Bestuur. Naast deze leiderschapsscore, die voor de helft van de individuele component weegt, werd elk ExCo-lid beoordeeld op een aantal specifieke doelstellingen die verband hielden met zijn verantwoordelijkheidsgebied en de uitvoering van het strategisch plan Connect21.

Voor de CRO wegen specifieke KPI's met betrekking tot de Risk functie voor 30% mee in de beoordeling. Deze KPI's omvatten kwalitatieve en operationele doelstellingen inzake Enterprise Risk Management (ERM), informatiebeveiliging en GDPR, inzake ESG- en klimaatgerelateerde informatieverstrekking, inzake optimalisering van de balans en SCR en inzake de compliancefunctie.

De Ageas Business score wordt bepaald door de prestaties op een aantal financiële KPI's en stakeholdergerelateerde KPI's. Deze KPI's zijn gemeenschappelijk voor alle leden van de ExCo. Het gewicht van dit onderdeel bedraagt 70%, behalve voor de CRO, voor wie het 40% is.

Ageas-cijfers Ge
wicht
Drempel Doelstelling Maximum Huidig Verwezen
lijking
Uitbetaling
als % van het
Maximum
Financieel Nettowinst 17,5% 741,0 926,2 1.194,9 945,4 18,74% 107,10%
Winst per aandeel
(WPA)
10,5% 4,07 5,09 6,57 5,06 10,17% 96,90%
Groei 7,0% 7,24% 103,40%
Combined Ratio 10,5% 97,1% 94,1% 93,1% 95,4% 4,55% 43,30%
Operationele
marge Producten
met gegaran
deerde rente
7,0% 0,81% 0,91% 1,01% 0,99% 12,60% 180,00%
Operationele
marge Unit-Linked
3,5% 0,26% 0,31% 0,41% 0,35% 4,90% 140,00%
Stakeholders NPS medewerkers 3,5% geen NPS-data en
participatie <40%
NPS [0-25P] en
participatie >=70%
NPS [75-100P] en
participatie >=80%
NPS= 62,48 =
bovenste kwartiel,
participatie = 86,9%
7,00% 200,00%
NPS klanten 3,5% gemiddelde van operationele entiteiten 5,18% 148,00%
ESG-rating 7,0% geen
ratingverbetering
CO2 >30.000 ton
4 van 6 ratings beter
CO2 [20.000-22.000]
ton
6 van 6 ratings beter
CO2 <18.000 ton
55 van 6 ratings
beter CO2 <15.600
ton
10,50% 150,00%
Totaal 70% 81% 116%

Detail van de Ageas-prestatiescore (1)

(1) Scores variëren van 0% tot 100% voor behaalde doelstellingen, tot maximaal 200% voor overtroffen doelstellingen

De vastgestelde financiële KPI's zijn volledig afgestemd op het strategische plan en het budget van Connect21. Het gewicht van de verschillende KPI's bleef stabiel in vergelijking met vorig jaar, met uitzondering van het gewicht van de nettowinst, die licht werd verhoogd om rekening te houden met de groeiende impact van de herverzekeringsactiviteit.

De KPI's voor stakeholders omvatten:

  • Werknemers NPS: de net promotor score voor werknemers is gebaseerd op de resultaten van de betrokkenheidsenquêtes die in alle geconsolideerde entiteiten en in de belangrijkste joint ventures worden gehouden. Met een deelnamepercentage van 86,9% en een topkwartiel NPS van 62,48 (benchmark Deloitte) werd voor deze KPI een maximumscore behaald.
  • Klanten NPS: de net promotor score voor klanten wordt gemeten op basis van concurrerende en transactionele NPS. De gemiddelde score voor alle operationele bedrijven resulteerde in een score van 148% op een bereik van 0-200%.
  • ESG: De score van 150% voor de ESG-KPI is gebaseerd op de verbetering van de ratings van de ESG-ratingagentschappen (5 van de 6 ratings zijn het voorbije jaar verbeterd), op de vermindering van de CO2 uitstoot en op de vooruitgang die werd geboekt met de TCFD.

Voor meer gedetailleerde informatie over de stakeholder-KPI's verwijzen wij naar toelichting '4. Duurzaamheid in het middelpunt van alles wat we doen'..

Meerjarige variabele bonus (LTI)

De toekenning van de meerjarige variabele bonus (LTI) is gebaseerd op de verwezenlijking van de 'Ageas Business Score', die voortvloeit uit de realisatie van de financiële KPI's zoals vermeld in de bovenstaande tabel.

Bij een Ageas Business Score van 5 (op een schaal van 1 tot 7) besloot de Raad van Bestuur tot toekenning van 150% van de doelstelling voor de LTI (gelijk aan 67,5% van de basisbeloning).

5.7.7 Afwijkingen van het bezoldigingsbeleid

Er waren tijdens het werkjaar 2021 geen afwijkingen van het beleid.

5.7.8 Vergelijkende informatie over wijzigingen in de bezoldiging en prestaties van de onderneming

De totale bezoldiging van de CEO voor 2021 in verhouding tot de gemiddelde bezoldiging van een werknemer leidt tot een proportionele verhouding van 20,6. Tegenover de laagste bezoldiging van een werknemer bij ageas SA/NV leidt dit tot een proportionele verhouding van 33,4. Raadpleeg toelichting 6.3.2 van het jaarverslag voor een tabel met gedetailleerde en vergelijkende informatie.

5.7.9 Stemmen en feedback van de aandeelhouders

We stellen de dialoog met onze aandeelhouders op prijs en nemen hun feedback op in de agenda en de besprekingen van het Remuneration Committee. Het bezoldigingsbeleid werd ter goedkeuring voorgelegd aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van mei 2020 en goedgekeurd. Er hebben sindsdien geen wijzigingen plaatsgevonden in het beleid.

Het bezoldigingsverslag 2020 werd goedgekeurd met 63,66% van de stemmen. Zoals reeds vermeld, hechten we veel waarde aan de dialoog met en feedback van onze aandeelhouders. We namen contact op met aandeelhouders om meer diepgaande feedback te krijgen over hun stem over het bezoldigingsverslag 2020. Op basis van die feedback is er een gedetailleerder overzicht opgenomen van de verwezenlijking van niet-financiële en financiële KPI's en het effect daarvan op de variabele bezoldiging. Ook hebben we een benchmarkingoefening uitgevoerd op de voorwaarden voor onvoorwaardelijke toekenning van het LTI-plan, maar het resultaat van deze oefening bevestigde gemengde waarnemingen over de toegepaste maatstaven door onze peers en daarom hebben we besloten om de geldende voorwaarden voor onvoorwaardelijke toekenning te handhaven, terwijl we het topic wel blijven opvolgen.

5.7.10 Vooruitblik op 2022

Het Remuneration Committee besprak de competitieve benchmarking van de bezoldiging van de leden van het Management Committee en het Executive Committee ten opzichte van de geldende marktpraktijken. Bij zijn aanstelling werd het salaris van de CEO vastgesteld op EUR 650.000, aan de onderkant van de marge van EUR 650.000 tot EUR 900.000 bruto/jaar die door de Algemene Vergadering van aandeelhouders voor de CEO-vergoeding werd goedgekeurd. Het Remuneratiecomité is van mening dat de CEO sinds zijn aanstelling uitzonderlijk goed heeft gepresteerd met de succesvolle afsluiting van het Connect21-plan waarbij alle financiële doelstellingen werden bereikt, de ontwikkeling en communicatie van het nieuwe strategische plan Impact24 met een sterke focus op duurzame groei, inclusief de impact op de organisatie van de Groep met de oprichting van het Chief Development and Sustainability Office. Uit de benchmarking van Willis Towers Watson is gebleken dat in vergelijking met de BEL20 en de Europese peer group zijn totale directe beloning on target aanzienlijk lager is dan de mediaan van de marktreferentiegroepen. Daarom heeft het Remuneration Committee aanbevolen – met de goedkeuring van de Raad van Bestuur – om de basisbeloning van de CEO van Ageas te verhogen tot EUR 750.000 bruto per jaar, binnen de vork van EUR 650.000 tot EUR 900.000 bruto per jaar, zoals goedgekeurd door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Deze verhoging geldt vanaf januari 2022.

Er werden geen andere wijzigingen in de verloning van het Executive Committee voorgesteld.

Het Remuneration Committee heeft de competitieve benchmarking voor de bezoldiging van de Raad van Bestuur goedgekeurd. Op basis van die informatie werd beslist om voor 2022 geen wijzigingen in de bezoldiging van de Raad van Bestuur voor te stellen.

Tot slot zal er specifieke aandacht worden besteed aan de impact op bezoldigingspraktijken van komende wijzigingen in de reglementering en de verslaggeving, zoals C-Ross 2 en IFRS 9/17.

Raad van Bestuur 29 maart 2022

5.7.11 Ons Bezoldigingsbeleid 2021 in het kort

Behaald

Executive Committee

Het Remuneration Committee beoordeelt jaarlijks het bezoldigingsbeleid van de leden van het Executive Committee van Ageas. Het totale bezoldigingspakket van de leden van het Executive Committee bestaat uit de volgende componenten, die in dit verslag nader worden toegelicht:

De onderstaande grafiek toont de bezoldigingsmix (basisbeloning t.o.v. STI t.o.v. LTI) voor een lid van het Executive Committee, zowel bij het behalen van de doelstelling als maximaal:

Maximum

Vaste bezoldiging

Vaste bezoldiging Principes
Basisbeloning De basisbeloning wordt jaarlijks herbeoordeeld en vergeleken met die van andere BEL 20-bedrijven en grote Europese verzekeraars. De beoogde doelstelling is
om de basisbeloning van het Executive Committee te positioneren binnen een bandbreedte van 80 tot 120% van de gekozen mediane marktreferentie
Overige voordelen De leden van het Executive Committee ontvangen bijkomende voordelen in lijn met het bezoldigingsbeleid van Ageas, inclusief gezondheidszorgverzekering,
overlijdens- en invaliditeitsdekking en een bedrijfswagen.

Variabele bezoldiging

1. Eenjarige variabele bonus (STI)

Principes

De Short-Term Incentive (STI) als aan de doelstelling wordt voldaan, bedraagt 50% van de basisbeloning. Dit kan oplopen tot maximaal 100% van de basisbeloning.

Voor de STI geldt een uitstelperiode van drie jaar, dat wil zeggen dat de STI voor prestatiejaar N als volgt wordt uitbetaald:

  • 50% in N + 1
  • 25% in N + 2
  • 25% in N + 3
  • Overeenkomstig het bezoldigingsbeleid moet de prestatie gedurende de uitstelperiode standhouden en zodoende kunnen de STI-betalingen naar boven of naar beneden worden gecorrigeerd.

Het Short-Term Incentive Plan omvat een terugvorderingsbepaling.

Prestatiecriteria

Voor alle leden van het Executive Committee worden de jaarprestaties vergeleken met zowel persoonlijke als voor het bedrijf als geheel geldende prestatiecriteria. Voor de CRO gelden er specifieke criteria die verband houden met de Risk Function.

  • WPA
  • Groei
  • Combined Ratio
  • Operationele marge producten met gegarandeerde rente
  • Operationele marge Unit-Linked
  • NPS medewerkers
  • NPS klanten
  • ESG-rating

Toekenning

2. Meerjarige variabele bonus (LTI)

Principes

De doelstelling van de Long-Term Incentive (LTI) bedraagt 45% van de basisbeloning voor alle leden van het Executive Committee. Dit kan oplopen tot maximaal 90% van de basisbeloning.

Prestatieaandelen/onvoorwaardelijke toekenning en bezitsperiode

De prestatieaandelen worden 3,5 jaar na de voorwaardelijke toekenning onvoorwaardelijk toegekend. Nadat de aandelen onvoorwaardelijk zijn toegekend, moeten ze nog 1,5 jaar in bezit worden gehouden (in totaal 5 jaar na de datum van voorwaardelijke toekenning). Na deze blokkeringsperiode mogen de begunstigden de onvoorwaardelijk toegekende aandelen verkopen onder bepaalde voorwaarden zoals vastgelegd in het bezoldigingsbeleid.

Prestatiecriteria

Er wordt een tweestapsmethodiek gebruikt om het aantal voorwaardelijk toe te kennen aandelen te bepalen (stap 1) evenals het aantal onvoorwaardelijk toe te kennen aandelen na de prestatieperiode (stap 2).

Stap 1 – Voorwaardelijke toekenning

Het aantal toe te kennen aandelen in het kader van dit plan is gebaseerd op de 'Ageas Business Score', die voortvloeit uit de realisatie van de KPI's voor het bedrijf (raadpleeg het bovenstaande onderdeel STI voor nadere details) en wordt als volgt berekend:

AGEAS Business Score % van doelstelling % van basisbeloning
<3 0% 0%
3 50% 22,50%
4 (behaald doel) 100% 45%
5 150% 67,50%
6 or 7 200% 90%

Stap 2 – Onvoorwaardelijke toekenning

Voor de onvoorwaardelijke toekenning 3,5 jaar na de toekenning wordt een relatieve TSR-prestatiemeting (totaal aandeelhoudersrendement) ten opzichte van een vergelijkingsgroep toegepast. De onderstaande tabel toont het schema voor onvoorwaardelijke toekenning van de prestatieaandelen. In elk geval zal het totale aantal aandelen dat bij de onvoorwaardelijke toekenning wordt toegewezen nooit meer bedragen dan een aantal aandelen dat gelijk is aan 90% van de basisbeloning gedeeld door de aandelenkoers bij de initiële toekenning.

Percentiel TSR-score Onvoorwaardelijke toekenning %
≥75% 200%
≥60%-<75% 150%
≥40%-<60% 100%
≥25%-<40% 50%
<25% 0%

Vergelijkingsgroep

De volgende bedrijven, die een vergelijkbaar bedrijfsmodel hebben en waaronder een aantal concurrenten, vormen de vergelijkingsgroep voor de toekenning van 2021:

AEGON NV KBC GROEP NV
ALLIANZ SE-REG MAPFRE SA
ASSICURAZIONI GENERALI NATIONALE NEDERLANDEN
AVIVA PLC PRUDENTIAL PLC
AXA SA SAMPO OYJ-A SHS
BALOISE INSURANCE SWISS LIFE HOLDING AG-REG
BNP PARIBAS VIENNA INSURANCE GROUP AG
CNP ASSURANCES ZURICH INSURANCE GROUP AG

Verplichte aandelenparticipatie

Leden van het Executive Committee moeten minimaal voor een bedrag gelijk aan 100% van hun brutobasisbeloning aan aandelen aanhouden. Zolang zij deze drempel niet hebben bereikt of eraan voldoen, mogen zij geen aandelen verkopen die hen in het kader van het LTI-plan onvoorwaardelijk worden toegekend (exclusief de verkoop van aandelen om de belastingen bij onvoorwaardelijke toekenning te dekken).

De waardering van deze eis vindt jaarlijks plaats op basis van het aandelenbezit van de Executive Director per 31 december.

Buitengewone items en pensioen

Beloningscomponent Principes
Buitengewone items Voor elk lid van het Executive Committee bedraagt de beëindigingsvergoeding 12 maandsalarissen, wat in bepaalde omstandigheden kan worden
opgetrokken naar 18 maanden, (met inbegrip van het niet-concurrentiebeding). Gedetailleerdere informatie over de verbrekingsafspraken die gelden voor
het Executive Committee staat in ons bezoldigingsbeleid dat is te raadplegen op de website van Ageas.
Pensioen Leden van het Executive Committee nemen deel aan een toegezegdebijdragepensioenregeling. De pensioenbijdrage voor leden van het Executive Committee
is gelijk aan 25% van (basisbeloning + variabele beloning). Die regeling omvat ook een dekking bij overlijden.

Raad van Bestuur

Raad van Bestuur van ageas SA/NV

Zoals vastgelegd in het beleid ontvangen niet-uitvoerende bestuursleden van Ageas een vaste vergoeding en een aanwezigheidspremie, terwijl leden van Committees slechts een aanwezigheidspremie ontvangen. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de vaste vergoedingen en aanwezigheidspremies die sinds 1 januari 2018 gelden voor leden van de Raad van Bestuur van Ageas.

Raad van Bestuur Committee
Voorzitter Lid Voorzitter Lid
Vaste vergoeding EUR 120.000 EUR 60.000 N/A N/A
Aanwezigheidspremie EUR 2.500 EUR 2.000 EUR 2.000 EUR 1.500

In overeenstemming met het bezoldigingsbeleid ontvangen niet-uitvoerende bestuursleden geen variabele en of aandelengekoppelde beloningen en bouwen ze geen pensioenrechten op.

In lijn met principe 7.6 van de nieuwe Belgische Corporate Governance Code 2020 zullen niet-uitvoerende bestuursleden maximaal 20% van hun vaste bezoldiging in de vorm van Ageas-aandelen ontvangen. Dat principe zal worden toegepast bij volgende verhogingen van de bezoldiging van de Raad van Bestuur.

De bezoldiging van uitvoerend bestuurders (d.w.z. de leden van het Executive Committee) houdt uitsluitend verband met hun functie van lid van het Executive Committee.

Vertegenwoordiging ageas SA/NV in geconsolideerde entiteiten Ageas Groep

De bezoldiging van niet-uitvoerend bestuurders die ageas SA/NV vertegenwoordigen in geconsolideerde entiteiten van de Ageas Groep is sinds 1 januari 2019 afgestemd overeenkomstig de onderstaande tabel:

Raad van Bestuur Committee
Voorzitter Lid Voorzitter Lid
Vaste vergoeding EUR 60.000 EUR 45.000 N/A N/A
Aanwezigheidspremie EUR 2.500 EUR 2.000 EUR 2.000 EUR 1.500

Geconsolideerde jaarrekening 2021

Ageas Jaarverslag 2021 85

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Geconsolideerde balans

(voor winstbestemming)

86 | 240

31 december 31 december
Toelichting 2021 2020
Activa
Geldmiddelen en kasequivalenten 9 1.937 2.241
Financiële beleggingen 10 59.952 63.710
Vastgoedbeleggingen 11 3.117 2.889
Leningen 12 14.492 13.398
Beleggingen inzake unit-linked contracten 18.899 17.088
Investeringen volgens de equity-methode 13 5.328 4.929
Herverzekering en overige vorderingen 14 2.149 1.961
Actuele belastingvorderingen 53 49
Uitgestelde belastingvorderingen 22 100 98
Overlopende rente en overige activa 15 2.039 1.885
Materiële vaste activa 16 1.732 1.827
Goodwill en overige immateriële activa 17 1.322 1.229
Activa aangehouden voor verkoop 19 114
Totaal activa 111.139 111.418
Passiva
Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 19.1 28.673 29.973
Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 19.2 30.617 31.629
Verplichtingen inzake unit-linked contracten 19.3 18.901 17.090
Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-Leven 19.4 7.889 7.404
Achtergestelde schulden 20 2.748 2.758
Schulden 21 3.616 3.920
Actuele belastingverplichtingen 16 89
Uitgestelde belastingverplichtingen 22 971 1.105
RPN(I) 23 520 420
Overlopende rente en overige verplichtingen 24 2.834 2.934
Voorzieningen 25 182 322
Verplichtingen met betrekking tot vaste activa aangehouden voor verkoop
Totaal verplichtingen 96.967 97.644
Eigen vermogen 18 11.914 11.555
Minderheidsbelangen 26 2.258 2.219
Totaal eigen vermogen 14.172 13.774
Totaal verplichtingen en eigen vermogen 111.139 111.418

Geconsolideerde balans

87 | 240

Baten

Kosten

Gegevens per aandeel (EUR)

worden gepresenteerd.

Toelichting 2021 2020

Geconsolideerde resultatenrekening

Toelichting 2021 2020

- Bruto premie-inkomen 8.979 8.435 - Wijziging in niet-verdiende premies 14 (22) - Uitgaande herverzekeringspremies (460) (411)

- Schadelasten en uitkeringen, bruto (7.757) (6.966) - Schadelasten en uitkeringen, aandeel herverzekeraars 286 151

Schadelasten en uitkeringen, netto 36 (7.471) (6.815) Lasten inzake unit-linked contracten (1.572) (610) Financieringslasten 37 (138) (139) Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen 38 (41) (172) Wijzigingen in voorzieningen 25 15 36 Commissielasten 39 (1.213) (1.138) Personeelslasten 40 (852) (834) Overige lasten 41 (1.269) (1.165) Totale lasten (12.541) (10.837)

Resultaat voor belastingen 1.231 1.533

Belastingbaten (lasten) 42 (215) (233)

Nettoresultaat over de periode 1.016 1.300 Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 26 171 159 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 845 1.141

Gewoon resultaat per aandeel 18 4,52 6,07 Verwaterd resultaat per aandeel 18 4,52 6,06

Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder 'Discretionaire winstdelingscomponent') kan als volgt

Bruto premie-inkomen 8.979 8.435 Premies inzake beleggingscontracten 30 1.826 1.057 Bruto premies 10.805 9.492

Netto verdiende premies 30 8.533 8.002 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 31 2.427 2.392 Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) 23 (101) (61) Resultaat op verkoop en herwaarderingen 32 294 639 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 33 1.406 484 Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode 13 464 328 Commissiebaten 34 467 385 Overige baten 35 282 201 Totale baten 13.772 12.370

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Geconsolideerde resultatenrekening

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Geconsolideerde resultatenrekening

87 | 240

31 december 31 december

Geconsolideerde balans

Toelichting 2021 2020

Geldmiddelen en kasequivalenten 9 1.937 2.241 Financiële beleggingen 10 59.952 63.710 Vastgoedbeleggingen 11 3.117 2.889 Leningen 12 14.492 13.398 Beleggingen inzake unit-linked contracten 18.899 17.088 Investeringen volgens de equity-methode 13 5.328 4.929 Herverzekering en overige vorderingen 14 2.149 1.961 Actuele belastingvorderingen 53 49 Uitgestelde belastingvorderingen 22 100 98 Overlopende rente en overige activa 15 2.039 1.885 Materiële vaste activa 16 1.732 1.827 Goodwill en overige immateriële activa 17 1.322 1.229 Activa aangehouden voor verkoop 19 114 Totaal activa 111.139 111.418

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 19.1 28.673 29.973 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 19.2 30.617 31.629 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 19.3 18.901 17.090 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-Leven 19.4 7.889 7.404 Achtergestelde schulden 20 2.748 2.758 Schulden 21 3.616 3.920 Actuele belastingverplichtingen 16 89 Uitgestelde belastingverplichtingen 22 971 1.105 RPN(I) 23 520 420 Overlopende rente en overige verplichtingen 24 2.834 2.934 Voorzieningen 25 182 322

Totaal verplichtingen 96.967 97.644 Eigen vermogen 18 11.914 11.555 Minderheidsbelangen 26 2.258 2.219 Totaal eigen vermogen 14.172 13.774 Totaal verplichtingen en eigen vermogen 111.139 111.418

86 | 240

Activa

Passiva

Verplichtingen met betrekking tot vaste activa aangehouden voor verkoop

(voor winstbestemming)

Toelichting 2021 2020
Baten
- Bruto premie-inkomen 8.979 8.435
- Wijziging in niet-verdiende premies 14 (22)
- Uitgaande herverzekeringspremies (460) (411)
Netto verdiende premies 30 8.533 8.002
Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 31 2.427 2.392
Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) 23 (101) (61)
Resultaat op verkoop en herwaarderingen 32 294 639
Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 33 1.406 484
Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode 13 464 328
Commissiebaten 34 467 385
Overige baten 35 282 201
Totale baten 13.772 12.370
Kosten
- Schadelasten en uitkeringen, bruto (7.757) (6.966)
- Schadelasten en uitkeringen, aandeel herverzekeraars 286 151
Schadelasten en uitkeringen, netto 36 (7.471) (6.815)
Lasten inzake unit-linked contracten (1.572) (610)
Financieringslasten 37 (138) (139)
Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen 38 (41) (172)
Wijzigingen in voorzieningen 25 15 36
Commissielasten 39 (1.213) (1.138)
Personeelslasten 40 (852) (834)
Overige lasten 41 (1.269) (1.165)
Totale lasten (12.541) (10.837)
Resultaat voor belastingen 1.231 1.533
Belastingbaten (lasten) 42 (215) (233)
Nettoresultaat over de periode 1.016 1.300
Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 26 171 159
Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 845 1.141
Gegevens per aandeel (EUR)
Gewoon resultaat per aandeel 18 4,52 6,07
Verwaterd resultaat per aandeel 18 4,52 6,06

Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder 'Discretionaire winstdelingscomponent') kan als volgt worden gepresenteerd.

Toelichting 2021 2020
Bruto premie-inkomen 8.979 8.435
Premies inzake beleggingscontracten 30 1.826 1.057
Bruto premies 10.805 9.492

88 | 240

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Geconsolideerd overzicht van het comprehensive income

Geconsolideerd overzicht van het comprehensive income 89 | 240

Nettoresultaat Niet-

Aandelen Uitgifte Overige verschillen aan winsten en Eigen Minderheids- eigen kapitaal premie reserves reserve aandeelhouders verliezen vermogen belangen vermogen

Stand per 1 januari 2020 1.502 2.051 2.663 95 979 3.931 11.221 2.260 13.481 Nettoresultaat over de periode 1.141 1.141 159 1.300 Herwaardering van investeringen 212 212 (21) 191 Herwaardering IAS 19 (42) (42) (12) (54) Wisselkoersverschillen (355) (355) (1) (356)

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

vermogen niet-eigenaren (42) (355) 1.141 212 956 125 1.081

Dividend (485) (485) (167) (652) Wijziging in kapitaal 8 8 Eigen aandelen (131) (131) (131) Op aandelen gebaseerde beloning 1 1 1

het eigen vermogen (1) (7) (7) (7) (14)

Stand per 1 januari 2021 1.502 2.051 2.978 (260) 1.141 4.143 11.555 2.219 13.774 Nettoresultaat over de periode 845 845 171 1.016 Herwaardering van investeringen (296) (296) (7) (303) Herwaardering IAS 19 79 79 18 97 Wisselkoersverschillen 290 290 1 291

vermogen niet-eigenaren 79 290 845 (296) 918 183 1.101

Dividend (485) (485) (140) (625) Wijziging in kapitaal 2 2 Eigen aandelen (52) (52) (52) Op aandelen gebaseerde beloning (1) (1) (1)

het eigen vermogen (1) (20) (1) (21) (6) (27)

Stand per 31 december 2021 1.502 2.051 3.640 29 845 3.847 11.914 2.258 14.172 (1) Overige wijzigingen in het eigen vermogen omvatten de verandering in de reële waarde van de geschreven putoptie op Interparking aandelen, schadevergoedingen betaald aan BNP Paris Fortis SA/NV voor de aangehouden Ageas aandelen met betrekking tot de CASHES-obligaties (zie toelichting 43.2) en, indien van toepassing, kapitaaluitkeringen aan houders van FRESH- en

Overdracht 979 (979)

Overdracht 1.141 (1.141)

CASHES-obligaties omdat het dividendenrendement van Ageas meer dan 5% bedroeg.

Totaal verandering eigen

Overige veranderingen in

Totaal verandering eigen

Overige veranderingen in

Koers- toewijsbaar gerealiseerde Totaal

Geconsolideerd overzicht van wijzigingen

in het eigen vermogen

Toelichting 2021 2020
COMPREHENSIVE INCOME
Onderdelen die niet naar de resultatenrekening zullen worden geclassificeerd:
De herberekening van de verplichting inzake de toegezegde pensioenregeling
Gerelateerde belasting
De herberekening van de verplichting inzake de toegezegde pensioenregeling
6 131
(34)
97
(71)
17
(54)
Totaal van onderdelen die niet naar resultatenrekening worden geclassificeerd: 97 (54)
Onderdelen die (kunnen) worden geherclassificeerd naar de resultatenrekening:
Wijzigingen in amortisatie van investeringen tot einde looptijd aangehouden
Gerelateerde belasting
Wijzigingen in amortisatie van investeringen tot einde looptijd aangehouden
10 2
2
4
(1)
3
Wijzigingen in herwaardering van voor verkoop beschikbare beleggingen (1)
Gerelateerde belasting
(298)
161
81
(37)
Wijzigingen in herwaardering van investeringen beschikbaar voor verkoop
Aandeel in niet-gerealiseerde resultaten van de investeringen volgens de equity-methode
10
13
(137)
(168)
44
144
Wijzigingen in omrekeningsverschillen 291 (356)
Totaal van onderdelen die (kunnen) worden geherclassificeerd naar resultatenrekening: (12) (165)
Overig comprehensive income over de periode, na belastingen 85 (219)
Nettoresultaat over de periode 1.016 1.300
Totaal comprehensive income over de periode 1.101 1.081
Nettoresultaat toewijsbaar aan minderheidsbelangen
Overig comprehensive income toewijsbaar aan minderheidsbelangen
Totaal comprehensive income toewijsbaar aan minderheidsbelangen
171
12
183 159
(34)
125
Totaal comprehensive income over de periode, toewijsbaar aan de aandeelhouders 918 956

(1) De wijzigingen in herwaardering van investeringen beschikbaar voor verkoop, zijn met inbegrip van kasstroomafdekkingen en na koersverschillen en shadow accounting.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Geconsolideerd overzicht van wijzigingen in het eigen vermogen

Geconsolideerd overzicht van wijzigingen

in het eigen vermogen

88 | 240

COMPREHENSIVE INCOME

Onderdelen die niet naar de resultatenrekening zullen worden geclassificeerd:

Onderdelen die (kunnen) worden geherclassificeerd naar de resultatenrekening:

De herberekening van de verplichting inzake de toegezegde pensioenregeling 131 (71) Gerelateerde belasting (34) 17 De herberekening van de verplichting inzake de toegezegde pensioenregeling 6 97 (54)

Wijzigingen in amortisatie van investeringen tot einde looptijd aangehouden 2 4 Gerelateerde belasting (1) Wijzigingen in amortisatie van investeringen tot einde looptijd aangehouden 10 2 3 Wijzigingen in herwaardering van voor verkoop beschikbare beleggingen (1) (298) 81 Gerelateerde belasting 161 (37) Wijzigingen in herwaardering van investeringen beschikbaar voor verkoop 10 (137) 44 Aandeel in niet-gerealiseerde resultaten van de investeringen volgens de equity-methode 13 (168) 144

Wijzigingen in omrekeningsverschillen 291 (356)

Nettoresultaat toewijsbaar aan minderheidsbelangen 171 159 Overig comprehensive income toewijsbaar aan minderheidsbelangen 12 (34)

(1) De wijzigingen in herwaardering van investeringen beschikbaar voor verkoop, zijn met inbegrip van kasstroomafdekkingen en na koersverschillen en shadow accounting.

Totaal van onderdelen die (kunnen) worden geherclassificeerd naar resultatenrekening: (12) (165)

Overig comprehensive income over de periode, na belastingen 85 (219) Nettoresultaat over de periode 1.016 1.300 Totaal comprehensive income over de periode 1.101 1.081

Totaal comprehensive income toewijsbaar aan minderheidsbelangen 183 125 Totaal comprehensive income over de periode, toewijsbaar aan de aandeelhouders 918 956

Totaal van onderdelen die niet naar resultatenrekening worden geclassificeerd: 97 (54)

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Toelichting 2021 2020

Geconsolideerd overzicht van het comprehensive income 89 | 240

Aandelen Uitgifte Overige Koers-
verschillen
Nettoresultaat
toewijsbaar
aan
Niet
gerealiseerde
winsten en
Eigen Minderheids- Totaal
eigen
kapitaal premie reserves reserve aandeelhouders verliezen vermogen belangen vermogen
Stand per 1 januari 2020 1.502 2.051 2.663 95 979 3.931 11.221 2.260 13.481
Nettoresultaat over de periode 1.141 1.141 159 1.300
Herwaardering van investeringen 212 212 (21) 191
Herwaardering IAS 19 (42) (42) (12) (54)
Wisselkoersverschillen (355) (355) (1) (356)
Totaal verandering eigen
vermogen niet-eigenaren (42) (355) 1.141 212 956 125 1.081
Overdracht 979 (979)
Dividend (485) (485) (167) (652)
Wijziging in kapitaal 8 8
Eigen aandelen (131) (131) (131)
Op aandelen gebaseerde beloning 1 1 1
Overige veranderingen in
het eigen vermogen (1) (7) (7) (7) (14)
Stand per 1 januari 2021 1.502 2.051 2.978 (260) 1.141 4.143 11.555 2.219 13.774
Nettoresultaat over de periode 845 845 171 1.016
Herwaardering van investeringen (296) (296) (7) (303)
Herwaardering IAS 19 79 79 18 97
Wisselkoersverschillen 290 290 1 291
Totaal verandering eigen
vermogen niet-eigenaren 79 290 845 (296) 918 183 1.101
Overdracht 1.141 (1.141)
Dividend (485) (485) (140) (625)
Wijziging in kapitaal 2 2
Eigen aandelen (52) (52) (52)
Op aandelen gebaseerde beloning (1) (1) (1)
Overige veranderingen in
het eigen vermogen (1) (20) (1) (21) (6) (27)
Stand per 31 december 2021 1.502 2.051 3.640 29 845 3.847 11.914 2.258 14.172

(1) Overige wijzigingen in het eigen vermogen omvatten de verandering in de reële waarde van de geschreven putoptie op Interparking aandelen, schadevergoedingen betaald aan BNP Paris Fortis SA/NV voor de aangehouden Ageas aandelen met betrekking tot de CASHES-obligaties (zie toelichting 43.2) en, indien van toepassing, kapitaaluitkeringen aan houders van FRESH- en CASHES-obligaties omdat het dividendenrendement van Ageas meer dan 5% bedroeg.

90 | 240

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Geconsolideerd kasstroomoverzicht

Toelichting 2021 2020
Geldmiddelen en kasequivalenten per 1 januari 9 2.241 3.745
Resultaat voor belastingen 1.231 1.533
Aanpassingen voor niet-geldelijke posten opgenomen in het resultaat voor belastingen:
Herberekening RPN(I)
Resultaat op verkoop en herwaarderingen
Aandeel in resultaat van deelnemingen
Afschrijvingen en oprenting
Bijzondere waardeverminderingen
Voorzieningen
Op aandelen gebaseerde beloningen
Totaal aanpassingen voor niet-geldelijke posten opgenomen in het resultaat voor belastingen
23
32
13
41
38
25
40
101
(294)
(464)
833
41
(15)
7
209 61
(639)
(328)
854
172
(36)
3
87
Wijzigingen in operationele activa en passiva:
Voor handelsdoeleinden aangehouden derivaten (activa en passiva)
Leningen
Herverzekering en overige vorderingen
Beleggingen inzake unit-linked contracten
Opbrengsten uit uitgifte van schulden
Betalingen van schulden
Verplichtingen inzake verzekerings- en beleggingscontracten
Verplichtingen inzake unit-linked contracten
Netto wijzigingen in alle overige operationele activa en passiva
Dividend ontvangen van deelnemingen
Betaalde winstbelastingen
Totaal wijzigingen in operationele activa en passiva
10
12
14
21
21
19.1 & 19.2 & 19.4
19.3
13
17
(1.093)
(57)
(1.812)
13
(375)
(1.723)
2.045
524
219
(263)
(2.505) (9)
(2.331)
(176)
(659)
1.053
(90)
987
560
(2.248)
169
(205)
(2.949)
Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten (1.065) (1.329)
Investeringsactiviteiten binnen de groep
Aankoop van beleggingen
Opbrengsten uit verkoop en aflossingen beleggingen
Aankoop van vastgoedbeleggingen
Opbrengsten uit verkoop van vastgoedbeleggingen
Aankopen van materiële vaste activa
Opbrengsten uit verkoop van materiële vaste activa
Investeringen in dochterondernemingen en deelnemingen
(inclusief kapitaalverhogingen in deelnemingen)
Desinvesteringen in dochterondernemingen en deelnemingen
(inclusief kapitaalterugbetalingen van deelnemingen)
Aankoop van immateriële vaste activa
Opbrengsten uit verkoop van immateriële vaste activa
Kasstroom uit beleggingsactiviteiten
10
10
11
11
16
16
3
3
17
(1)
(4.751)
6.547
(377)
177
(50)
24
(233)
200
(97)
1.439 2
(5.955)
7.431
(557)
328
(262)
7
(440)
175
(96)
2
635
Opbrengsten uit uitgifte van achtergestelde schulden
Terugbetaling van achtergestelde schulden
Aankoop van eigen aandelen
Dividenden uitgekeerd aan aandeelhouders van moedervennootschappen
Dividenden uitgekeerd aan minderheidsbelangen
Terugbetaling van kapitaal (inclusief minderheidsbelangen)
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
20
20
(56)
(485)
(140)
(3)
(684) 498
(507)
(131)
(485)
(167)
(12)
(804)
Effect van wisselkoersverschillen op geldmiddelen en kasequivalenten 6 (6)
Geldmiddelen en kasequivalenten per 31 december 9 1.937 2.241
Bijkomende toelichting inzake kasstromen uit bedrijfsactiviteiten
Ontvangen rente
Ontvangen dividenden van beleggingen
Betaalde rente
31 1.840
161
(142)
1.909
128
(132)

Geconsolideerd kasstroomoverzicht

C

Algemene informatie

Ageas Jaarverslag 2021 91

90 | 240

Toelichting 2021 2020

Geconsolideerd kasstroomoverzicht

Geldmiddelen en kasequivalenten per 1 januari 9 2.241 3.745 Resultaat voor belastingen 1.231 1.533

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Totaal aanpassingen voor niet-geldelijke posten opgenomen in het resultaat voor belastingen 209 87

Totaal wijzigingen in operationele activa en passiva (2.505) (2.949) Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten (1.065) (1.329)

Herberekening RPN(I) 23 101 61 Resultaat op verkoop en herwaarderingen 32 (294) (639) Aandeel in resultaat van deelnemingen 13 (464) (328) Afschrijvingen en oprenting 41 833 854 Bijzondere waardeverminderingen 38 41 172 Voorzieningen 25 (15) (36) Op aandelen gebaseerde beloningen 40 7 3

Voor handelsdoeleinden aangehouden derivaten (activa en passiva) 10 17 (9) Leningen 12 (1.093) (2.331) Herverzekering en overige vorderingen 14 (57) (176) Beleggingen inzake unit-linked contracten (1.812) (659) Opbrengsten uit uitgifte van schulden 21 13 1.053 Betalingen van schulden 21 (375) (90) Verplichtingen inzake verzekerings- en beleggingscontracten 19.1 & 19.2 & 19.4 (1.723) 987 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 19.3 2.045 560 Netto wijzigingen in alle overige operationele activa en passiva 524 (2.248) Dividend ontvangen van deelnemingen 13 219 169 Betaalde winstbelastingen (263) (205)

Investeringsactiviteiten binnen de groep (1) 2 Aankoop van beleggingen 10 (4.751) (5.955) Opbrengsten uit verkoop en aflossingen beleggingen 10 6.547 7.431 Aankoop van vastgoedbeleggingen 11 (377) (557) Opbrengsten uit verkoop van vastgoedbeleggingen 11 177 328 Aankopen van materiële vaste activa 16 (50) (262) Opbrengsten uit verkoop van materiële vaste activa 16 24 7

(inclusief kapitaalverhogingen in deelnemingen) 3 (233) (440)

(inclusief kapitaalterugbetalingen van deelnemingen) 3 200 175 Aankoop van immateriële vaste activa 17 (97) (96) Opbrengsten uit verkoop van immateriële vaste activa 2

Opbrengsten uit uitgifte van achtergestelde schulden 20 498 Terugbetaling van achtergestelde schulden 20 (507) Aankoop van eigen aandelen (56) (131) Dividenden uitgekeerd aan aandeelhouders van moedervennootschappen (485) (485) Dividenden uitgekeerd aan minderheidsbelangen (140) (167) Terugbetaling van kapitaal (inclusief minderheidsbelangen) (3) (12)

Ontvangen rente 1.840 1.909 Ontvangen dividenden van beleggingen 31 161 128 Betaalde rente (142) (132)

Kasstroom uit beleggingsactiviteiten 1.439 635

Kasstroom uit financieringsactiviteiten (684) (804) Effect van wisselkoersverschillen op geldmiddelen en kasequivalenten 6 (6) Geldmiddelen en kasequivalenten per 31 december 9 1.937 2.241

Aanpassingen voor niet-geldelijke posten opgenomen in het resultaat voor belastingen:

Wijzigingen in operationele activa en passiva:

Investeringen in dochterondernemingen en deelnemingen

Desinvesteringen in dochterondernemingen en deelnemingen

Bijkomende toelichting inzake kasstromen uit bedrijfsactiviteiten

93 | 240

ageas SA/NV, statutair gevestigd te Markiesstraat 1,

moedermaatschappij van de Ageas Groep. Het jaarverslag omvat de geconsolideerde

jaarrekening van de Ageas Groep en de jaarrekening van ageas SA/NV. Ageas Groep voert levens-, niet-levensverzekeringsen herverzekeringsactiviteiten

Ageas aandelen zijn genoteerd op de gereguleerde markt van Euronext in Brussel. Daarnaast heeft

1 Juridische structuur

Bekende aandeelhouders van ageas SA/NV, gebaseerd op de officiële meldingen zijn per 31

ageas SA/NV en haar dochtermaatschappijen hebben zelf 2,13% van de eigen aandelen in eigendom. Dit belang heeft betrekking op de FRESH (zie toelichting 18 Eigen vermogen en toelichting 20 Achtergestelde schulden), de 'restricted share'-programma's en de inkoopprogramma's van eigen aandelen (zie toelichting 18 Eigen vermogen).

Volledig geconsolideerde entiteiten van Ageas in Continentaal Europa zijn in Portugal: Millenniumbcp Ageas (51%), Ocidental Seguros (100%), Médis (100%), Ageas Portugal Vida (100%) en Ageas Portugal Seguros (100%) en in Frankrijk: Ageas France (100%). De volledige lijst van ondernemingen binnen de reikwijdte van de Groep wordt gepubliceerd in 'Group Public

Dit figuur (en volgende) staat 'klein' in het WERK-worddocument omdat het origineel in Indesign er bovenop wordt gezet in de juiste kwaliteit. Organogrammen in de rest van het document dus klein ter illustratie waar een figuur gaat komen.

Disclosure QRTs' die kan worden geraadpleegd op de website:

https://www.ageas.com/investors/quarterly-results

Ageas een gesponsord ADR-programma in de Verenigde Staten.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Per 31 december 2021 is de juridische structuur van Ageas als volgt.

Finteas NV is per 22 december 2021 geliquideerd.

december 2021:

Fosun 10,01%; BlackRock, Inc 5,23%, Ping An 5,17%; Schroders Plc 3,02%;

Brussel, België is de

uit in Europa en Azië.

Covid-19

92 | 240

Sedert begin 2020, heeft de Covid-19 pandemie geleid tot bijkomende onzekerheden in de werk omgeving van Ageas.

  • De impact op de resultaten wordt uiteengezet in deel A van dit Jaarverslag. Ook de impacten op de maatschappij, onze werknemers en initiatieven inzake filantropie worden in dit deel weergegeven.
  • De impact op onze risico classificatie is opgenomen in deel C, 4.6.

(deze is hoger dan vorige – dat klopt!)

  • De impact op het gebruik van aannames en schattingen is weergegeven in deel C, 2.3.
  • Impacten op de diverse lijnen van de resultatenrekeningen worden uiteengezet in deel A en in diverse toelichtingen in delen C en D (zie toelichtingen 2.2.1., 14, 31, 38, 41).

1 Juridische structuur

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Juridische structuur

ageas SA/NV, statutair gevestigd te Markiesstraat 1, Brussel, België is de moedermaatschappij van de Ageas Groep. Het jaarverslag omvat de geconsolideerde jaarrekening van de Ageas Groep en de jaarrekening van ageas SA/NV. Ageas Groep voert levens-, niet-levensverzekeringsen herverzekeringsactiviteiten uit in Europa en Azië.

93 | 240

92 | 240

Sedert begin 2020, heeft de Covid-19 pandemie geleid tot bijkomende onzekerheden in de werk omgeving van Ageas.

De impact op de resultaten wordt uiteengezet in deel A van dit Jaarverslag. Ook de impacten op de maatschappij, onze werknemers en initiatieven inzake filantropie worden in dit deel

Covid-19

De impact op het gebruik van aannames en schattingen is weergegeven in deel C, 2.3.

diverse toelichtingen in delen C en D (zie toelichtingen 2.2.1., 14, 31, 38, 41).

Impacten op de diverse lijnen van de resultatenrekeningen worden uiteengezet in deel A en in

De impact op onze risico classificatie is opgenomen in deel C, 4.6.

weergegeven.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

(deze is hoger dan vorige – dat klopt!)

Ageas aandelen zijn genoteerd op de gereguleerde markt van Euronext in Brussel. Daarnaast heeft Ageas een gesponsord ADR-programma in de Verenigde Staten.

Bekende aandeelhouders van ageas SA/NV, gebaseerd op de officiële meldingen zijn per 31 december 2021:

  • Fosun 10,01%;
  • BlackRock, Inc 5,23%,
  • Ping An 5,17%;
  • Schroders Plc 3,02%;
  • ageas SA/NV en haar dochtermaatschappijen hebben zelf 2,13% van de eigen aandelen in eigendom. Dit belang heeft betrekking op de FRESH (zie toelichting 18 Eigen vermogen en toelichting 20 Achtergestelde schulden), de 'restricted share'-programma's en de inkoopprogramma's van eigen aandelen (zie toelichting 18 Eigen vermogen).

Per 31 december 2021 is de juridische structuur van Ageas als volgt. Finteas NV is per 22 december 2021 geliquideerd.

Volledig geconsolideerde entiteiten van Ageas in Continentaal Europa zijn in Portugal: Millenniumbcp Ageas (51%), Ocidental Seguros (100%), Médis (100%), Ageas Portugal Vida (100%) en Ageas Portugal Seguros (100%) en in Frankrijk: Ageas France (100%). De volledige lijst van ondernemingen binnen de reikwijdte van de Groep wordt gepubliceerd in 'Group Public Disclosure QRTs' die kan worden geraadpleegd op de website: https://www.ageas.com/investors/quarterly-results

94 | 240

Samenvatting grondslagen voor financiële verslaggeving en consolidatie

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

De Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas van 2021 ('geconsolideerde jaarrekening'), inclusief alle toelichtingen, is opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) die van toepassing zijn per 1 januari 2021, zoals gepubliceerd door de International Accounting Standards Board (IASB) en goedgekeurd door de Europese Unie (EU).

2.1 Grondslagen voor financiële verslaggeving

Deze geconsolideerde jaarrekening is opgemaakt op basis van dezelfde grondslagen voor financiële verslaggeving als deze die Ageas heeft toegepast voor het boekjaar dat eindigde op 31 december 2020, met uitzondering van de wijzigingen opgenomen in onderstaande paragraaf 2.2.

2 Samenvatting grondslagen voor financiële

verslaggeving en consolidatie 95 | 240

2.2

verslaggeving

kracht (zoals goedgekeurd door de EU).

IFRS 7, IFRS 4 en IFRS 16

rentebenchmarks behandelen:

beginnen op of na 1 januari 2020.

beginnen op of na 1 januari 2021.

Wijzigingen in de grondslagen voor financiële

EURIBOR voor EUR 849 miljoen en een nominaal bedrag aan achtergestelde schulden met variabele rentevoet, eveneens gelinkt aan

In 2019 is de EURIBOR hervormd naar een hybride methode en heeft de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) de European Money Markets Institute (EMMI) aangesteld als beheerder van de EURIBOR-rentebenchmark. Hierdoor kunnen entiteiten die onder toezicht staan van de EU de EURIBOR in de nabije toekomst blijven gebruiken. Vanaf 2022, zal de European Securities and Market Authority (ESMA) de FSMA opvolgen als beheerder van de EURIBOR. De ESMA heeft al in september 2020 bevestigd dat ze niet van plan is om de

Ageas volgt de ontwikkelingen rond de rentebenchmarkhervorming verder op. Omdat de kans bestaat dat de EURIBOR-rentebenchmark in de toekomst zal ophouden te bestaan, worden alternatieven opgenomen in nieuwe contracten en volgt Ageas de ontwikkelingen rond de EURIBOR op voor de bestaande contracten, opdat hun continuïteit niet in het gedrang komt in de onwaarschijnlijke situatie dat de EURIBOR wordt stopgezet. Per 31 december 2021 hebben deze wijzigingen in de IFRS-standaarden geen impact op de geconsolideerde balans en

Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen – Wijzigingen in IFRS 16 Sinds 1 januari 2019 past Ageas de standaard IFRS 16

Ten gevolge van de Covid-19 pandemie, hebben verschillende verhuurders tijdelijke huurtoegevingen toegekend aan huurders, onder de vorm van uitstel van huurbetalingen of vermindering van het huurbedrag, eventueel gecompenseerd door een verhoging van de huur in toekomstige periodes. Om de boekhoudkundige gevolgen van deze Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen te behandelen, heeft de IASB in

mei 2020 wijzigingen gepubliceerd in IFRS 16 over Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen. De EU heeft deze wijzigingen goedgekeurd in oktober 2020. Deze wijzigingen bieden huurders de praktische oplossing niet te moeten beoordelen of de Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen, die resulteren in een vermindering van de verschuldigde huurbedragen tot en met 30 juni 2021, moeten worden aanzien als een wijziging van de leaseovereenkomst. Ageas heeft als

huurder niet genoten van tijdelijke Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen die zouden resulteren in een wijziging van de leaseovereenkomst. Bijgevolg hebben deze wijzigingen in IFRS 16 geen

Gezien de huidige situatie van de Covid-19 pandemie, heeft de IASB in maart 2021 besloten om de praktische oplossing hierboven te verlengen voor Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen die resulteren in een vermindering van de verschuldigde huurbedragen tot en met 30 juni 2022. De EU heeft deze verlenging goedgekeurd in augustus 2021. Omdat Ageas als huurder tot op heden niet heeft genoten van tijdelijke Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen, wordt verwacht dat deze wijzigingen in IFRS 16 geen impact zullen hebben op de geconsolideerde balans en resultatenrekening van Ageas.

2016 en goedgekeurd door de EU in november 2017.

'Leaseovereenkomsten' toe, zoals gepubliceerd door de IASB in januari

de EURIBOR, voor EUR 442.8 miljoen.

EURIBOR-rentebenchmark af te voeren.

resultatenrekening van Ageas.

gevolgen voor Ageas.

2.2.1 Wijzigingen in de IFRS-standaarden in het huidige boekjaar In 2021, werden de volgende nieuwe of herziene IFRS-standaarden, interpretaties en wijzigingen in IFRS-standaarden en interpretaties van

Rentebenchmarkhervorming (fase 2) – Wijzigingen in IFRS 9, IAS 39,

betalingsverplichtingen ondergaan een grondige hervorming en transitie

De IASB heeft twee wijzigingen in IFRS-standaarden gepubliceerd die de boekhoudkundige gevolgen van deze hervormingen van de

In september 2019 heeft de IASB wijzigingen gepubliceerd in IFRS 9, IAS 39 en IFRS 7 'Rentebenchmarkhervorming' (fase 1). De EU heeft deze wijzigingen goedgekeurd in januari 2020 en deze wijzigingen zijn van toepassing voor boekhoudperiodes die

In augustus 2020 heeft de IASB wijzigingen gepubliceerd in IFRS 9, IAS 39, IFRS 7 en IFRS 16 'Rentebenchmarkhervorming' (fase 2). De EU heeft deze wijzigingen goedgekeurd in januari 2021 en deze wijzigingen zijn van toepassing voor boekhoudperiodes die

Ageas heeft geen van beide wijzigingen vervroegd toegepast.

De wijzigingen in fase 1 behandelen potentiële thema's die zich voordoen in de periode voorafgaand aan de vervanging van de huidige rentebenchmarks door alternatieve rentebenchmarks. De wijzigingen in fase 2 behandelen potentiële thema's gerelateerd aan de wijziging van de huidige rentebenchmark in een alternatieve rentebenchmark.

De wijzigingen in de IFRS-standaarden voorzien in (verplicht toe te passen) tijdelijke uitzonderingen op bepaalde vereisten inzake hedge accounting voor afdekkingsrelaties waarop de onzekerheid rond de rentebenchmarkhervorming rechtstreeks van invloed is. De wijzigingen laten toe dat bestaande afdekkingsrelaties blijven doorlopen gedurende

rentebenchmarkhervorming en voorzien in een oplossing voor situaties waarin de transitie van de huidige rentebenchmark in een alternatieve benchmark als gevolg heeft dat de contractuele kasstromen van activa, verplichtingen of huurovereenkomsten wijzigen. Wijzigingen in contractuele kasstromen, die een direct gevolg zijn van de rentebenchmarkhervorming, worden aanzien als een wijziging in de variabele interestvoet (vergelijkbaar met een wijziging in de marktrente of marktinterest), eerder dan dat deze tot gevolg hebben dat een activa

Deze geconsolideerde jaarrekening per 31 december 2021 omvat een nominaal bedrag aan afdekkingsrelaties die gelinkt zijn aan de

de periode waarin er onzekerheid bestaat over de

of verplichting niet langer wordt opgenomen op de balans.

De rentebenchmarks die in de financiële markt worden gebruikt als

referentievoet voor de bepaling van interestvoeten en

om te voldoen aan nieuwe reglementaire voorschriften en marktbehoeften. Als gevolg van deze hervorming kunnen sommige bestaande rentebenchmarks, zoals Eonia en Libor, worden opgeheven.

Deze geconsolideerde jaarrekening is opgemaakt in de veronderstelling van continuïteit van de bedrijfsvoering ('going concern') en is opgesteld in euro's, de functionele valuta van de moedermaatschappij van Ageas. Alle bedragen zijn afgerond naar het dichtstbijzijnde miljoen, tenzij anders aangegeven.

Activa en passiva opgenomen op de balans van Ageas hebben gewoonlijk een looptijd van meer dan 12 maanden, met uitzondering van geldmiddelen en kasequivalenten, herverzekerings- en overige vorderingen, overlopende rente en overige activa, verplichtingen met betrekking tot verzekeringscontracten niet-leven, sommige schulden zoals terugkoopovereenkomsten van effecten, overlopende rente en overige verplichtingen en actuele belastingvorderingen en -schulden.

De belangrijkste IFRS-standaarden die zijn toegepast voor de waardering van de activa en verplichtingen zijn:

  • IAS 1 voor de presentatie van de jaarrekening;
  • IAS 16 voor materiële vaste activa;
  • IAS 19 voor personeelsbeloningen;
  • IAS 23 voor financieringskosten (leningen);
  • IAS 28 voor investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures;
  • IAS 32 voor financiële instrumenten presentatie; IAS 36 voor bijzondere waardevermindering van activa;
  • IAS 38 voor immateriële activa;
  • IAS 39 voor financiële instrumenten opname en waardering;
  • IAS 40 voor vastgoedbeleggingen;
  • IFRS 3 voor bedrijfscombinaties;
  • IFRS 4 voor verzekeringscontracten;
  • IFRS 7 voor financiële instrumenten informatieverschaffing;
  • IFRS 8 voor operationele segmenten;
  • IFRS 10 voor de geconsolideerde jaarrekening;
  • IFRS 12 voor informatieverschaffing over belangen in andere entiteiten;
  • IFRS 13 voor waardering tegen reële waarde;
  • IFRS 15 voor opbrengsten van contracten met klanten; en
  • IFRS 16 voor leaseovereenkomsten.

2.2

94 | 240

De Geconsolideerde

International Accounting Standards Board (IASB) en goedgekeurd door de Europese

Unie (EU).

Jaarrekening van Ageas van 2021 ('geconsolideerde jaarrekening'), inclusief alle toelichtingen, is opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) die van toepassing zijn per 1 januari 2021, zoals gepubliceerd door de

2.1

Samenvatting grondslagen voor

anders aangegeven.

verplichtingen zijn:

IAS 1 voor de presentatie van de jaarrekening;

IAS 32 voor financiële instrumenten – presentatie; IAS 36 voor bijzondere waardevermindering van activa;

IAS 39 voor financiële instrumenten – opname en waardering;

IFRS 7 voor financiële instrumenten - informatieverschaffing;

IFRS 15 voor opbrengsten van contracten met klanten; en

IFRS 12 voor informatieverschaffing over belangen in andere entiteiten;

IAS 16 voor materiële vaste activa; IAS 19 voor personeelsbeloningen; IAS 23 voor financieringskosten (leningen);

IAS 38 voor immateriële activa;

IAS 40 voor vastgoedbeleggingen; IFRS 3 voor bedrijfscombinaties; IFRS 4 voor verzekeringscontracten;

IFRS 8 voor operationele segmenten; IFRS 10 voor de geconsolideerde jaarrekening;

IFRS 16 voor leaseovereenkomsten.

IFRS 13 voor waardering tegen reële waarde;

Grondslagen voor financiële verslaggeving

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

financiële verslaggeving en consolidatie

Deze geconsolideerde jaarrekening is opgemaakt op basis van dezelfde grondslagen voor financiële verslaggeving als deze die Ageas heeft toegepast voor het boekjaar dat eindigde op 31 december

2 Samenvatting grondslagen voor financiële

verslaggeving en consolidatie 95 | 240

Deze geconsolideerde jaarrekening is opgemaakt in de veronderstelling van continuïteit van de bedrijfsvoering ('going concern') en is opgesteld in euro's, de functionele valuta van de

moedermaatschappij van Ageas. Alle bedragen zijn afgerond naar het dichtstbijzijnde miljoen, tenzij

Activa en passiva opgenomen op de balans van Ageas hebben gewoonlijk een looptijd van meer dan 12 maanden, met uitzondering van geldmiddelen en kasequivalenten, herverzekerings- en overige vorderingen, overlopende rente en overige activa, verplichtingen met betrekking tot verzekeringscontracten niet-leven, sommige schulden zoals terugkoopovereenkomsten van effecten, overlopende rente en overige verplichtingen en actuele belastingvorderingen en -schulden.

De belangrijkste IFRS-standaarden die zijn toegepast voor de waardering van de activa en

IAS 28 voor investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures;

2020, met uitzondering van de wijzigingen opgenomen in onderstaande paragraaf 2.2.

Wijzigingen in de grondslagen voor financiële verslaggeving

2.2.1 Wijzigingen in de IFRS-standaarden in het huidige boekjaar

In 2021, werden de volgende nieuwe of herziene IFRS-standaarden, interpretaties en wijzigingen in IFRS-standaarden en interpretaties van kracht (zoals goedgekeurd door de EU).

Rentebenchmarkhervorming (fase 2) – Wijzigingen in IFRS 9, IAS 39, IFRS 7, IFRS 4 en IFRS 16

De rentebenchmarks die in de financiële markt worden gebruikt als referentievoet voor de bepaling van interestvoeten en betalingsverplichtingen ondergaan een grondige hervorming en transitie om te voldoen aan nieuwe reglementaire voorschriften en marktbehoeften. Als gevolg van deze hervorming kunnen sommige bestaande rentebenchmarks, zoals Eonia en Libor, worden opgeheven.

De IASB heeft twee wijzigingen in IFRS-standaarden gepubliceerd die de boekhoudkundige gevolgen van deze hervormingen van de rentebenchmarks behandelen:

  • In september 2019 heeft de IASB wijzigingen gepubliceerd in IFRS 9, IAS 39 en IFRS 7 'Rentebenchmarkhervorming' (fase 1). De EU heeft deze wijzigingen goedgekeurd in januari 2020 en deze wijzigingen zijn van toepassing voor boekhoudperiodes die beginnen op of na 1 januari 2020.
  • In augustus 2020 heeft de IASB wijzigingen gepubliceerd in IFRS 9, IAS 39, IFRS 7 en IFRS 16 'Rentebenchmarkhervorming' (fase 2). De EU heeft deze wijzigingen goedgekeurd in januari 2021 en deze wijzigingen zijn van toepassing voor boekhoudperiodes die beginnen op of na 1 januari 2021.

Ageas heeft geen van beide wijzigingen vervroegd toegepast.

De wijzigingen in fase 1 behandelen potentiële thema's die zich voordoen in de periode voorafgaand aan de vervanging van de huidige rentebenchmarks door alternatieve rentebenchmarks. De wijzigingen in fase 2 behandelen potentiële thema's gerelateerd aan de wijziging van de huidige rentebenchmark in een alternatieve rentebenchmark.

De wijzigingen in de IFRS-standaarden voorzien in (verplicht toe te passen) tijdelijke uitzonderingen op bepaalde vereisten inzake hedge accounting voor afdekkingsrelaties waarop de onzekerheid rond de rentebenchmarkhervorming rechtstreeks van invloed is. De wijzigingen laten toe dat bestaande afdekkingsrelaties blijven doorlopen gedurende de periode waarin er onzekerheid bestaat over de rentebenchmarkhervorming en voorzien in een oplossing voor situaties waarin de transitie van de huidige rentebenchmark in een alternatieve benchmark als gevolg heeft dat de contractuele kasstromen van activa, verplichtingen of huurovereenkomsten wijzigen. Wijzigingen in contractuele kasstromen, die een direct gevolg zijn van de rentebenchmarkhervorming, worden aanzien als een wijziging in de variabele interestvoet (vergelijkbaar met een wijziging in de marktrente of marktinterest), eerder dan dat deze tot gevolg hebben dat een activa of verplichting niet langer wordt opgenomen op de balans.

Deze geconsolideerde jaarrekening per 31 december 2021 omvat een nominaal bedrag aan afdekkingsrelaties die gelinkt zijn aan de

EURIBOR voor EUR 849 miljoen en een nominaal bedrag aan achtergestelde schulden met variabele rentevoet, eveneens gelinkt aan de EURIBOR, voor EUR 442.8 miljoen.

In 2019 is de EURIBOR hervormd naar een hybride methode en heeft de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) de European Money Markets Institute (EMMI) aangesteld als beheerder van de EURIBOR-rentebenchmark. Hierdoor kunnen entiteiten die onder toezicht staan van de EU de EURIBOR in de nabije toekomst blijven gebruiken. Vanaf 2022, zal de European Securities and Market Authority (ESMA) de FSMA opvolgen als beheerder van de EURIBOR. De ESMA heeft al in september 2020 bevestigd dat ze niet van plan is om de EURIBOR-rentebenchmark af te voeren.

Ageas volgt de ontwikkelingen rond de rentebenchmarkhervorming verder op. Omdat de kans bestaat dat de EURIBOR-rentebenchmark in de toekomst zal ophouden te bestaan, worden alternatieven opgenomen in nieuwe contracten en volgt Ageas de ontwikkelingen rond de EURIBOR op voor de bestaande contracten, opdat hun continuïteit niet in het gedrang komt in de onwaarschijnlijke situatie dat de EURIBOR wordt stopgezet. Per 31 december 2021 hebben deze wijzigingen in de IFRS-standaarden geen impact op de geconsolideerde balans en resultatenrekening van Ageas.

Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen – Wijzigingen in IFRS 16

Sinds 1 januari 2019 past Ageas de standaard IFRS 16 'Leaseovereenkomsten' toe, zoals gepubliceerd door de IASB in januari 2016 en goedgekeurd door de EU in november 2017.

Ten gevolge van de Covid-19 pandemie, hebben verschillende verhuurders tijdelijke huurtoegevingen toegekend aan huurders, onder de vorm van uitstel van huurbetalingen of vermindering van het huurbedrag, eventueel gecompenseerd door een verhoging van de huur in toekomstige periodes. Om de boekhoudkundige gevolgen van deze Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen te behandelen, heeft de IASB in mei 2020 wijzigingen gepubliceerd in IFRS 16 over Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen. De EU heeft deze wijzigingen goedgekeurd in oktober 2020. Deze wijzigingen bieden huurders de praktische oplossing niet te moeten beoordelen of de Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen, die resulteren in een vermindering van de verschuldigde huurbedragen tot en met 30 juni 2021, moeten worden aanzien als een wijziging van de leaseovereenkomst. Ageas heeft als huurder niet genoten van tijdelijke Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen die zouden resulteren in een wijziging van de leaseovereenkomst. Bijgevolg hebben deze wijzigingen in IFRS 16 geen gevolgen voor Ageas.

Gezien de huidige situatie van de Covid-19 pandemie, heeft de IASB in maart 2021 besloten om de praktische oplossing hierboven te verlengen voor Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen die resulteren in een vermindering van de verschuldigde huurbedragen tot en met 30 juni 2022. De EU heeft deze verlenging goedgekeurd in augustus 2021. Omdat Ageas als huurder tot op heden niet heeft genoten van tijdelijke Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen, wordt verwacht dat deze wijzigingen in IFRS 16 geen impact zullen hebben op de geconsolideerde balans en resultatenrekening van Ageas.

2.2.2 Toekomstige wijzigingen IFRS-standaarden

96 | 240

De volgende nieuwe of herziene IFRS-standaarden, interpretaties en wijzigingen van IFRS-standaarden en interpretaties worden van kracht voor boekhoudperiodes die beginnen op 1 januari 2022 of later. Ageas heeft geen IFRS-standaarden toegepast die al zijn gepubliceerd door de IASB maar nog niet effectief zijn.

Verlenging van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9 – Wijzigingen in IFRS 4

De IASB heeft in juli 2014 de standaard IFRS 9 'Financiële instrumenten' gepubliceerd en de EU heeft deze standaard goedgekeurd in november 2016. Ondanks dat IFRS 9 van toepassing is voor boekhoudperiodes die beginnen op of na 1 januari 2018, is Ageas de standaard IAS 39 'Financiële instrumenten – opname en waardering' blijven toepassen. Ageas zal IFRS 9 voor het eerst toepassen vanaf 1 januari 2023. Onderstaande paragrafen verklaren waarom Ageas ondertussen de standaard IAS 39 blijft toepassen.

In juni 2020 heeft de IASB, samen met de publicatie van wijzigingen in IFRS 17, wijzigingen gepubliceerd in IFRS 4 'Verlenging van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9'. Via deze wijzigingen bevestigt de IASB dat verzekeringsondernemingen de initiële toepassingsdatum van IFRS 9 en IFRS 17 kunnen aligneren. De EU heeft deze wijzigingen in IFRS 4 goedgekeurd in december 2020.

De wijzigingen in IFRS 4 bieden twee alternatieven om het effect van de verschillende initiële toepassingsdata van IFRS 9 en IFRS 17 tot een minimum te beperken. Deze opties zijn de overlappingsbenadering en de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9.

De tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9 is een optionele tijdelijke vrijstelling die kan worden toegepast voor boekhoudperiodes die beginnen vóór 1 januari 2023, dit voor entiteiten die overwegend verzekeringscontracten uitgeven. Ageas heeft op de referentiedatum

van 31 december 2015 nagegaan of haar activiteiten overwegend verband houden met verzekering en concludeerde dat ze in aanmerking kwam voor de toepassing van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9. Dit betekent dat:

97 | 240

AAA 5.289 AA 30.991 A 13.749 BBB 14.565 Totaal beleggingskwaliteit 64.594

AAA 5.722 AA 34.102 A 12.615 BBB 15.195 Totaal beleggingskwaliteit 67.634

Bruto boekwaarde per 31 december 2021 onder toepassing van IAS 39 en reële

IAS 28 'Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures'

vereist dat een entiteit uniforme grondslagen voor financiële verslaggeving toepast wanneer zij de vermogensmutatiemethode gebruikt. Ageas wijkt tijdelijk af van deze regel voor zijn deelneming in Maybank Ageas Holdings Berhad. Deze entiteit past IFRS 9 toe sinds 2018, terwijl Ageas over dezelfde rapporteringsperiodes de tijdelijke vrijstelling voor de toepassing van IFRS 9 gebruikte. Deze afwijking van de toepassing van uniforme grondslagen is toegestaan door paragraaf 39I van de wijzigingen in IFRS 4 over de verlenging van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9. Het financieel jaarverslag van Maybank Ageas Holdings Berhad kan worden geraadpleegd op de

(https://www.etiqa.com.my/v2/about-us/financial-report).

volgende website:

waarde voor financiële activa die voldoen aan de SPPI-test en die geen laag kredietrisico hebben

Voorziening is bepaald

Voorziening is bepaald

Als een ECL gedurende levensduur

IFRS 17 Verzekeringscontracten

standaard IFRS 17 zal toepassen.

verzekeringsnemers.

De IASB heeft in mei 2017 IFRS 17 'Verzekeringscontracten' gepubliceerd en heeft in juni 2020 wijzigingen in IFRS 17 gepubliceerd. IFRS 17 is van toepassing voor boekhoudperiodes die beginnen op of na 1 januari 2023, wat ook de initiële datum is waarop Ageas de

De EU heeft de standaard IFRS 17, inclusief de wijzigingen in IFRS 17 van juni 2020, goedgekeurd in november 2021. Deze goedkeuring omvat ook een (optionele) Europese vrijstelling van de toepassing van de vereiste om contracten te groeperen in cohorten van een jaar voor groepen van verzekeringscontracten met directe winstdelingselementen, groepen van beleggingscontracten met discretionaire winstdelingselementen en groepen van verzekeringscontracten waarbij risico's en kasstromen worden gedeeld tussen verschillende generaties van

Bruto boekwaarde kredietrisico sinds op balansdatum vorderingen waardeper 31 december 2021 onder Als een ECL voor initiële opname maar niet gewaardeerd vermindering toepassing van IAS 39 voor financiële de komende maar zonder verworven met overeenkomstig verworven activa die voldoen aan de SPPI-test 12 maanden waardevermindering waardevermindering IFRS 9 §5.5.15 financiële activa

Zonder kredietbeoordeling 4.832 4 18 952 26 Totaal 69.722 82 44 952 26

Bruto boekwaarde kredietrisico sinds op balansdatum vorderingen waardeper 31 december 2020 onder Als een ECL voor initiële opname maar niet gewaardeerd vermindering toepassing van IAS 39 voor financiële de komende maar zonder verworven met overeenkomstig verworven activa die voldoen aan de SPPI-test 12 maanden waardevermindering waardevermindering IFRS 9 §5.5.15 financiële activa

Zonder kredietbeoordeling 4.985 6 20 916 47 Totaal 73.190 129 50 916 47

Bruto boekwaarde onder toepassing van IAS 39 1.357 Reële waarde 1.326 Verschil 31

Minder dan beleggingskwaliteit 296 78 26

Minder dan beleggingskwaliteit 570 123 30

Als een ECL gedurende levensduur

Significant toegenomen Met waarde- vermindering Handels-en overige Met

Significant toegenomen Met waarde- vermindering Handels-en overige Met

  • De boekwaarde van de verplichtingen die voortvloeien uit contracten die vallen binnen het toepassingsgebied van IFRS 4 significant is in vergelijking met de totale boekwaarde van alle verplichtingen van Ageas; en
  • Het percentage van de totale boekwaarde van de met verzekering verband houdende verplichtingen, ten opzichte van de totale boekwaarde van alle verplichtingen van Ageas, hoger is dan 90 procent.

Ageas heeft de analyse of haar activiteiten overwegend verband houden met verzekering niet opnieuw beoordeeld op een latere datum, omdat er geen substantiële veranderingen hebben plaatsvonden in de activiteiten van Ageas die een dergelijke herbeoordeling noodzakelijk zouden maken.

Omdat Ageas in aanmerking komt voor de toepassing van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9, besloot Ageas om hiervan gebruik te maken en de initiële toepassingsdatum van beide standaarden te aligneren. Ondertussen loopt binnen Ageas een gecombineerd implementatieproject voor de implementatie van IFRS 9 en IFRS 17. Dit implementatieproject houdt rekening met de wijzigingen in IFRS 17 'Initiële toepassing van IFRS 17 en IFRS 9 – vergelijkende informatie' die de IASB in december 2021 heeft gepubliceerd.

Gezien de beslissing van Ageas om gebruik te maken van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9, verschaft Ageas volgende informatie over de reële waarde en de kredietrisicoblootstelling, welke de gebruikers van de geconsolideerde jaarrekening van Ageas moet toelaten om de jaarrekening van Ageas te vergelijken met andere ondernemingen, die IFRS 9 toepassen.

Mutatie in reële waarde
Reële waarde op 31 december 2021 Reële waarde op 31 december 2020 in 2021
Voldoen aan Voldoen niet aan Voldoen aan Voldoen niet aan Voldoen aan Voldoen niet aan
Reële waarde van financiële activa (in miljoen euro) SPPI-test SPPI-test SPPI-test SPPI-test SPPI-test SPPI-test
Geldmiddelen en kasequivalenten 1.900 38 2.177 64 (277) (26)
Schuldeffecten incl. structured notes 55.905 127 61.038 167 (5.133) (40)
Aandelen en overige beleggingen 5.669 4.875 794
Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden 6 16 (10)
Derivaten voor afdekkingsdoeleinden 34 3 31
Leningen 15.155 297 14.338 597 817 (300)
Beleggingen inzake unit-linked contracten 18.899 17.088 1.811
Overige vorderingen 802 858 (56)
Voorziening is bepaald
Als een ECL gedurende levensduur
Significant toegenomen Met waarde- vermindering Handels-en overige Met
Bruto boekwaarde kredietrisico sinds op balansdatum vorderingen waarde
per 31 december 2021 onder Als een ECL voor initiële opname maar niet gewaardeerd vermindering
toepassing van IAS 39 voor financiële de komende maar zonder verworven met overeenkomstig verworven
activa die voldoen aan de SPPI-test 12 maanden waardevermindering waardevermindering IFRS 9 §5.5.15 financiële activa
AAA 5.289
AA 30.991
A 13.749
BBB 14.565
Totaal beleggingskwaliteit 64.594
Minder dan beleggingskwaliteit 296 78 26
Zonder kredietbeoordeling 4.832 4 18 952 26
Totaal 69.722 82 44 952 26
Voorziening is bepaald
Als een ECL gedurende levensduur
Significant toegenomen Met waarde- vermindering Handels-en overige Met
Bruto boekwaarde kredietrisico sinds op balansdatum vorderingen waarde
per 31 december 2020 onder Als een ECL voor initiële opname maar niet gewaardeerd vermindering
toepassing van IAS 39 voor financiële de komende maar zonder verworven met overeenkomstig verworven
activa die voldoen aan de SPPI-test 12 maanden waardevermindering waardevermindering IFRS 9 §5.5.15 financiële activa
AAA 5.722
AA 34.102
A 12.615
BBB 15.195
Totaal beleggingskwaliteit 67.634
Minder dan beleggingskwaliteit 570 123 30
Zonder kredietbeoordeling 4.985 6 20 916 47
Totaal 73.190 129 50 916 47

Bruto boekwaarde per 31 december 2021 onder toepassing van IAS 39 en reële waarde voor financiële activa die voldoen aan de SPPI-test en die geen laag kredietrisico hebben

97 | 240

96 | 240

2.2.2 Toekomstige wijzigingen IFRS-standaarden

IASB maar nog niet effectief zijn.

Wijzigingen in IFRS 4

De volgende nieuwe of herziene IFRS-standaarden, interpretaties en wijzigingen van IFRS-standaarden en interpretaties worden van kracht voor boekhoudperiodes die beginnen op 1 januari 2022 of later. Ageas heeft geen IFRS-standaarden toegepast die al zijn gepubliceerd door de van 31 december 2015 nagegaan of haar activiteiten overwegend verband houden met verzekering en concludeerde dat ze in aanmerking kwam voor de toepassing van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing

De boekwaarde van de verplichtingen die voortvloeien uit contracten die vallen binnen het toepassingsgebied van IFRS 4 significant is in vergelijking met de totale boekwaarde van alle

Het percentage van de totale boekwaarde van de met verzekering verband houdende verplichtingen, ten opzichte van de totale boekwaarde van alle verplichtingen van Ageas, hoger is dan 90

Ageas heeft de analyse of haar activiteiten overwegend verband houden met verzekering niet opnieuw beoordeeld op een latere datum, omdat er geen substantiële veranderingen hebben plaatsvonden in de activiteiten van Ageas die een dergelijke herbeoordeling noodzakelijk zouden

Omdat Ageas in aanmerking komt voor de toepassing van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9, besloot Ageas om hiervan gebruik te maken en de initiële toepassingsdatum van beide standaarden te aligneren. Ondertussen loopt binnen Ageas een gecombineerd implementatieproject voor de implementatie van IFRS 9 en IFRS 17. Dit implementatieproject houdt rekening met de wijzigingen in IFRS 17 'Initiële toepassing van IFRS 17 en IFRS 9 – vergelijkende informatie' die de IASB in december 2021 heeft gepubliceerd.

Gezien de beslissing van Ageas om gebruik te maken van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9, verschaft Ageas volgende informatie over de reële waarde en de kredietrisicoblootstelling, welke de gebruikers van de geconsolideerde jaarrekening van Ageas moet toelaten om de jaarrekening van Ageas te vergelijken met andere

Mutatie in reële waarde

van IFRS 9. Dit betekent dat:

procent.

maken.

verplichtingen van Ageas; en

ondernemingen, die IFRS 9 toepassen.

Voldoen aan Voldoen niet aan Voldoen aan Voldoen niet aan Voldoen aan Voldoen niet aan

Reële waarde op 31 december 2021 Reële waarde op 31 december 2020 in 2021

Reële waarde van financiële activa (in miljoen euro) SPPI-test SPPI-test SPPI-test SPPI-test SPPI-test SPPI-test

Geldmiddelen en kasequivalenten 1.900 38 2.177 64 (277) (26) Schuldeffecten incl. structured notes 55.905 127 61.038 167 (5.133) (40) Aandelen en overige beleggingen 5.669 4.875 794 Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden 6 16 (10) Derivaten voor afdekkingsdoeleinden 34 3 31 Leningen 15.155 297 14.338 597 817 (300) Beleggingen inzake unit-linked contracten 18.899 17.088 1.811

Overige vorderingen 802 858 (56)

Verlenging van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9 –

goedgekeurd in november 2016. Ondanks dat IFRS 9 van toepassing is voor boekhoudperiodes die beginnen op of na 1 januari 2018, is Ageas de standaard IAS 39 'Financiële instrumenten – opname en waardering' blijven toepassen. Ageas zal IFRS 9 voor het eerst toepassen vanaf 1 januari 2023. Onderstaande paragrafen verklaren waarom Ageas

In juni 2020 heeft de IASB, samen met de publicatie van wijzigingen in IFRS 17, wijzigingen gepubliceerd in IFRS 4 'Verlenging van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9'. Via deze wijzigingen bevestigt de IASB dat verzekeringsondernemingen de initiële toepassingsdatum van IFRS 9 en IFRS 17 kunnen aligneren. De EU heeft deze wijzigingen in IFRS 4 goedgekeurd in december 2020.

De wijzigingen in IFRS 4 bieden twee alternatieven om het effect van de verschillende initiële toepassingsdata van IFRS 9 en IFRS 17 tot een minimum te beperken. Deze opties zijn de overlappingsbenadering en

De tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9 is een optionele tijdelijke vrijstelling die kan worden toegepast voor boekhoudperiodes die beginnen vóór 1 januari 2023, dit voor entiteiten die overwegend verzekeringscontracten uitgeven. Ageas heeft op de referentiedatum

De IASB heeft in juli 2014 de standaard IFRS 9 'Financiële instrumenten' gepubliceerd en de EU heeft deze standaard

ondertussen de standaard IAS 39 blijft toepassen.

de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9.

Bruto boekwaarde onder toepassing van IAS 39 1.357
Reële waarde 1.326
Verschil 31

IAS 28 'Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures' vereist dat een entiteit uniforme grondslagen voor financiële verslaggeving toepast wanneer zij de vermogensmutatiemethode gebruikt. Ageas wijkt tijdelijk af van deze regel voor zijn deelneming in Maybank Ageas Holdings Berhad. Deze entiteit past IFRS 9 toe sinds 2018, terwijl Ageas over dezelfde rapporteringsperiodes de tijdelijke vrijstelling voor de toepassing van IFRS 9 gebruikte. Deze afwijking van de toepassing van uniforme grondslagen is toegestaan door paragraaf 39I van de wijzigingen in IFRS 4 over de verlenging van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9. Het financieel jaarverslag van Maybank Ageas Holdings Berhad kan worden geraadpleegd op de volgende website:

(https://www.etiqa.com.my/v2/about-us/financial-report).

IFRS 17 Verzekeringscontracten

De IASB heeft in mei 2017 IFRS 17 'Verzekeringscontracten' gepubliceerd en heeft in juni 2020 wijzigingen in IFRS 17 gepubliceerd. IFRS 17 is van toepassing voor boekhoudperiodes die beginnen op of na 1 januari 2023, wat ook de initiële datum is waarop Ageas de standaard IFRS 17 zal toepassen.

De EU heeft de standaard IFRS 17, inclusief de wijzigingen in IFRS 17 van juni 2020, goedgekeurd in november 2021. Deze goedkeuring omvat ook een (optionele) Europese vrijstelling van de toepassing van de vereiste om contracten te groeperen in cohorten van een jaar voor groepen van verzekeringscontracten met directe winstdelingselementen, groepen van beleggingscontracten met discretionaire winstdelingselementen en groepen van verzekeringscontracten waarbij risico's en kasstromen worden gedeeld tussen verschillende generaties van verzekeringsnemers.

98 | 240

IFRS 17 is een allesomvattende nieuwe boekhoudstandaard voor verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en beleggingscontracten met discretionaire winstdelingselementen die grondslagen omvat over de opname en waardering, presentatie en toelichtingen van nieuwe en lopende groepen van contracten. Vanaf 1 januari 2023 zal de standaard IFRS 17 de huidige standaard IFRS 4 'Verzekeringscontracten' vervangen, welke gepubliceerd is in 2005. De IASB verwacht dat de standaard IFRS 17 zal leiden tot een grotere vergelijkbaarheid en transparantie in de boekhoudkundige verwerking van verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en beleggingscontracten met discretionaire winstdelingselementen in vergelijking met de standaard IFRS 4, die grotendeels gebaseerd is op de verderzetting van lokale boekhoudregels.

IFRS 17 introduceert een boekhoudkundig waarderingsmodel voor verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en beleggingscontracten met discretionaire winstdelingselementen dat gebaseerd is op de actuele waarde. De belangrijkste kenmerken van dit nieuwe boekhoudkundige waarderingsmodel onder IFRS 17 zijn:

  • Waardering van de contante waarde van de toekomstige kasstromen, die tevens een expliciete risico-aanpassing omvat voor niet-financieel risico, op het einde van elke rapporteringsperiode (de vervullingskasstromen);
  • Een contractuele dienstenmarge (Contractual Service Margin CSM), die de niet-verdiende winst vertegenwoordigt die de entiteit zal erkennen wanneer zij in de toekomst diensten uit hoofde van een verzekeringscontract verleent;
  • Sommige wijzigingen in de verwachte vervullingskasstromen resulteren in een aanpassing van de CSM en worden bijgevolg erkend in de resultatenrekening in de toekomstige periodes waarin diensten uit hoofde van een verzekeringscontract worden verleend;
  • Het effect van wijzigingen in de verdisconteringsvoet wordt ofwel erkend in de resultatenrekening ofwel deels in de resultatenrekening en deels in de overige niet-gerealiseerde resultaten in het eigen vermogen, dit in functie van de boekhoudkundige grondslag die de onderneming heeft gekozen;
  • Een vereenvoudigd waarderingsmodel, de premietoerekeningsbenadering (Premium Allocation Approach – PAA), kan worden toegepast voor verzekeringscontracten die voldoen aan specifieke voorwaarden, zoals een dekkingsperiode van maximaal één jaar;
  • Verzekeringscontracten met directe winstdelingselementen worden gewaardeerd aan de hand van de Variable Fee Approach (VFA). Dit is een variatie op het algemene waarderingsmodel, waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke winstdelende kenmerken van deze verzekeringscontracten;
  • De presentatie van opbrengsten en lasten uit verzekeringsactiviteiten in de resultatenrekening is gebaseerd op het concept van diensten uit hoofde van een verzekeringscontract die de verzekeringsonderneming heeft geleverd in de boekhoudperiode;

Gegarandeerde bedragen, die polishouders altijd ontvangen, ongeacht of er zich een verzekerde gebeurtenis voordoet (nietafgescheiden beleggingscomponenten) worden rechtstreeks op de balans erkend en beïnvloeden de resultatenrekening niet;

99 | 240

2.3

negatieve zin).

Activa

Financiële instrumenten Niveau 2:

Niveau 3:

Leningen:

. Het waarderingsmodel . Inactieve markten

. Het waarderingsmodel

. Inactieve markten

Vastgoedbeleggingen:

Het waarderingsmodel

de marktontwikkelingen

Waarderingstest van goodwill: Het waarderingsmodel

De gebruikte rentevoet

Overige immateriële vaste activa:

Uitgestelde belastingvorderingen: Interpretatie van de belastingwetgeving

Financiële en economische variabelen

De aan de entiteit inherente risicopremie

Bepaling van de gebruiksduur en restwaarde

risico's van verzekeringsactiviteiten mitigeert.

Bedrag en tijdstip van toekomstig belastbaar inkomen

rentevoet

Deelnemingen:

. Gebruik van niet-waarneembare input

Bepaling van de gebruiksduur en restwaarde

Gebruik van parameters als kredietrisico-spread, looptijd en

Onzekerheden gerelateerd aan de beleggingsmix, de activiteiten en

Het gebruik van schattingen

De opstelling van de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas vereist het gebruik van bepaalde oordelen, schattingen en aannames, welke de gerapporteerde bedragen voor activa, passiva, opbrengsten en lasten beïnvloeden. Bij elke schatting bestaat er van nature een belangrijk risico dat de boekwaarde van activa en passiva in de loop van het volgende boekjaar in belangrijke mate worden aangepast (in positieve of aannames onderhevig aan een verhoogde onzekerheid. Hierdoor kunnen de erkende bedragen afwijken van de vorige schattingen en aannames. De Covid-19 pandemie heeft aanleiding gegeven tot een herziening van de gebruikte schattingen en onderliggende assumpties, meer bepaald voor wat betreft de reële waardes van (niet genoteerde) financiële activa en verplichtingen die worden gewaardeerd aan de hand van een waarderingstechniek (niveau 2 of 3), de reële waardes van vastgoedbeleggingen en materiële vaste activa, uitgestelde

belastingvorderingen, verzekeringsverplichtingen, hedge accounting, de

waardering van geassocieerde ondernemingen en goodwill.

Verplichtingen betreffende verzekeringscontracten

. De gebruikte actuariële aannames

toereikendheidstoets (LAT-test)

LAT aanpassing

rapporteringsperiode . Schadebehandelingskosten

De gebruikte actuariële aannames

van gebeurtenissen in het verleden De berekening van de beste inschatting

Uitgestelde belastingverplichtingen: Interpretatie van belastingwetgeving

. De verwachte rendementscurve gebruikt bij de

. De verwachte schadelast die aan het eind van de rapporteringsperiode wordt gerapporteerd . De verwachte schadelast voor voorgevallen maar nietgerapporteerde schadeclaims aan het einde van de

De waarschijnlijkheid van een huidige verplichting als gevolg

Bedrag en tijdstip van toekomstig belastbaar inkomen

. Het herbeleggingsprofiel van de beleggingsportefeuille,

kredietrisico-spread en looptijd, bij de bepaling van de schaduw

Ondanks dat de onzekere vooruitzichten op korte, middellange en lange termijn ten gevolge van de Covid-19 pandemie gedaald zijn ten opzichte van het jaar 2020, blijven de gebruikte oordelen, schattingen en

De onderstaande tabel vermeldt de schattingsonzekerheid van de belangrijkste oordelen, schattingen en aannames:

Passiva

Leven:

Niet-Leven:

Pensioenverplichtingen:

Voorzieningen:

De toelichtingen bij deze Geconsolideerde Jaarrekening verlenen bijkomende informatie over de toepassing van deze oordelen, schattingen en aannames en hun effect op de gerapporteerde cijfers. Toelichting 4 'Risicomanagement' van deze Geconsolideerde Jaarrekening beschrijft hoe Ageas de diverse

De gebruikte rentevoet Inflatie- en salarisontwikkelingen

  • Verhoogde transparantie over de winstgevendheid van verzekeringscontracten: opbrengsten en lasten uit verzekeringsactiviteiten worden afzonderlijk gepresenteerd van de verzekeringsfinancieringsbaten en -lasten; en
  • Uitgebreide toelichtingen hebben tot doel om de bedragen op de balans en in de resultatenrekening, gerelateerd aan verzekeringscontracten, te verduidelijken.

Gegeven de alineëring van de initiële toepassingsdatum van de standaarden IFRS 9 'Financiële instrumenten' en IFRS 17 'Verzekeringscontracten', loopt momenteel een gezamenlijk implementatieproject binnen Ageas. De toepassing van IFRS 9 en IFRS 17 zal leiden tot belangrijke wijzigingen in de grondslagen voor financiële rapportering en tot belangrijke wijzigingen in de presentatie in de geconsolideerde jaarrekening van Ageas. Deze wijzigingen zullen een belangrijke impact hebben op het eigen vermogen, nettoresultaat en de niet-gerealiseerde resultaten in het eigen vermogen. Ageas is niet momenteel nog niet in de mogelijkheid om een betrouwbare kwantitatieve inschatting toe te lichten van de impact van beide standaarden.

Overige wijzigingen in IFRS-standaarden

De overige wijzigingen in de IFRS-standaarden, interpretaties en wijzigingen van IFRS-standaarden en interpretaties, die per 1 januari 2022 of later van kracht worden, zullen naar verwachting geen significante impact hebben op de geconsolideerde balans en resultatenrekening van Ageas. Niet alle wijzigingen zijn al goedgekeurd door de EU. Deze wijzigingen betreffen:

  • Wijzigingen in IAS 1 'Classificatie van verplichtingen als kortlopend of langlopend';
  • Wijzigingen in IAS 1 en IFRS Practice Statement 2 'Toelichting van grondslagen voor financiële verslaggeving';
  • Wijzigingen in IAS 8 'Definitie van boekhoudkundige schattingen';
  • Wijzigingen in IAS 12 'Uitgestelde belastingen gerelateerd aan éénzelfde transactie';
  • Wijzigingen in IAS 16 'Materiële vaste activa: opbrengsten vóór gebruik';
  • Wijzigingen in IAS 37 'Verlieslatende contracten: kost van de uitvoering van een contract';
  • Wijzigingen in IFRS 3 'Referenties naar het raamwerk voor de opstelling en presentatie van jaarrekeningen'; en
  • Jaarlijkse verbeteringen aan de IFRS-standaarden (cyclus 2018- 2020): wijzigingen in IFRS 1 'Eerste toepassing van IFRSstandaarden', wijzigingen in IFRS 9 'Financiële instrumenten', wijzigingen aan voorbeelden horende bij IFRS 16 'Leaseovereenkomsten' en wijzigingen in IAS 41 'Landbouw'.

2.3 Het gebruik van schattingen

De opstelling van de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas vereist het gebruik van bepaalde oordelen, schattingen en aannames, welke de gerapporteerde bedragen voor activa, passiva, opbrengsten en lasten beïnvloeden. Bij elke schatting bestaat er van nature een belangrijk risico dat de boekwaarde van activa en passiva in de loop van het volgende boekjaar in belangrijke mate worden aangepast (in positieve of negatieve zin).

Ondanks dat de onzekere vooruitzichten op korte, middellange en lange termijn ten gevolge van de Covid-19 pandemie gedaald zijn ten opzichte van het jaar 2020, blijven de gebruikte oordelen, schattingen en

aannames onderhevig aan een verhoogde onzekerheid. Hierdoor kunnen de erkende bedragen afwijken van de vorige schattingen en aannames. De Covid-19 pandemie heeft aanleiding gegeven tot een herziening van de gebruikte schattingen en onderliggende assumpties, meer bepaald voor wat betreft de reële waardes van (niet genoteerde) financiële activa en verplichtingen die worden gewaardeerd aan de hand van een waarderingstechniek (niveau 2 of 3), de reële waardes van vastgoedbeleggingen en materiële vaste activa, uitgestelde belastingvorderingen, verzekeringsverplichtingen, hedge accounting, de waardering van geassocieerde ondernemingen en goodwill.

De onderstaande tabel vermeldt de schattingsonzekerheid van de belangrijkste oordelen, schattingen en aannames:

Activa

99 | 240

98 | 240

IFRS 17 is een allesomvattende nieuwe boekhoudstandaard voor

Gegarandeerde bedragen, die polishouders altijd ontvangen, ongeacht of er zich een verzekerde gebeurtenis voordoet (nietafgescheiden beleggingscomponenten) worden rechtstreeks op de balans erkend en beïnvloeden de resultatenrekening niet; Verhoogde transparantie over de winstgevendheid van verzekeringscontracten: opbrengsten en lasten uit

verzekeringsfinancieringsbaten en -lasten; en

standaarden.

Overige wijzigingen in IFRS-standaarden

door de EU. Deze wijzigingen betreffen:

grondslagen voor financiële verslaggeving';

of langlopend';

gebruik';

éénzelfde transactie';

uitvoering van een contract';

verzekeringsactiviteiten worden afzonderlijk gepresenteerd van de

Uitgebreide toelichtingen hebben tot doel om de bedragen op de balans en in de resultatenrekening, gerelateerd aan verzekeringscontracten, te verduidelijken.

Gegeven de alineëring van de initiële toepassingsdatum van de standaarden IFRS 9 'Financiële instrumenten' en IFRS 17 'Verzekeringscontracten', loopt momenteel een gezamenlijk

De overige wijzigingen in de IFRS-standaarden, interpretaties en wijzigingen van IFRS-standaarden en interpretaties, die per 1 januari 2022 of later van kracht worden, zullen naar verwachting geen significante impact hebben op de geconsolideerde balans en resultatenrekening van Ageas. Niet alle wijzigingen zijn al goedgekeurd

Wijzigingen in IAS 1 'Classificatie van verplichtingen als kortlopend

Wijzigingen in IAS 1 en IFRS Practice Statement 2 'Toelichting van

Wijzigingen in IAS 8 'Definitie van boekhoudkundige schattingen'; Wijzigingen in IAS 12 'Uitgestelde belastingen gerelateerd aan

Wijzigingen in IAS 16 'Materiële vaste activa: opbrengsten vóór

Wijzigingen in IAS 37 'Verlieslatende contracten: kost van de

Wijzigingen in IFRS 3 'Referenties naar het raamwerk voor de opstelling en presentatie van jaarrekeningen'; en

Jaarlijkse verbeteringen aan de IFRS-standaarden (cyclus 2018- 2020): wijzigingen in IFRS 1 'Eerste toepassing van IFRSstandaarden', wijzigingen in IFRS 9 'Financiële instrumenten',

'Leaseovereenkomsten' en wijzigingen in IAS 41 'Landbouw'.

wijzigingen aan voorbeelden horende bij IFRS 16

implementatieproject binnen Ageas. De toepassing van IFRS 9 en IFRS 17 zal leiden tot belangrijke wijzigingen in de grondslagen voor financiële rapportering en tot belangrijke wijzigingen in de presentatie in de geconsolideerde jaarrekening van Ageas. Deze wijzigingen zullen een belangrijke impact hebben op het eigen vermogen, nettoresultaat en de niet-gerealiseerde resultaten in het eigen vermogen. Ageas is niet momenteel nog niet in de mogelijkheid om een betrouwbare kwantitatieve inschatting toe te lichten van de impact van beide

beleggingscontracten met discretionaire winstdelingselementen die grondslagen omvat over de opname en waardering, presentatie en toelichtingen van nieuwe en lopende groepen van contracten. Vanaf 1 januari 2023 zal de standaard IFRS 17 de huidige standaard IFRS 4 'Verzekeringscontracten' vervangen, welke gepubliceerd is in 2005. De IASB verwacht dat de standaard IFRS 17 zal leiden tot een grotere vergelijkbaarheid en transparantie in de boekhoudkundige verwerking

verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en

van verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en beleggingscontracten met discretionaire winstdelingselementen in vergelijking met de standaard IFRS 4, die grotendeels gebaseerd is op

verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en

IFRS 17 introduceert een boekhoudkundig waarderingsmodel voor

beleggingscontracten met discretionaire winstdelingselementen dat gebaseerd is op de actuele waarde. De belangrijkste kenmerken van dit nieuwe boekhoudkundige waarderingsmodel onder IFRS 17 zijn: Waardering van de contante waarde van de toekomstige

Een contractuele dienstenmarge (Contractual Service Margin – CSM), die de niet-verdiende winst vertegenwoordigt die de entiteit zal erkennen wanneer zij in de toekomst diensten uit hoofde van

Sommige wijzigingen in de verwachte vervullingskasstromen resulteren in een aanpassing van de CSM en worden bijgevolg erkend in de resultatenrekening in de toekomstige periodes waarin diensten uit hoofde van een verzekeringscontract worden verleend; Het effect van wijzigingen in de verdisconteringsvoet wordt ofwel

erkend in de resultatenrekening ofwel deels in de

Een vereenvoudigd waarderingsmodel, de

kenmerken van deze verzekeringscontracten; De presentatie van opbrengsten en lasten uit

die de verzekeringsonderneming heeft geleverd in de

van maximaal één jaar;

boekhoudperiode;

resultatenrekening en deels in de overige niet-gerealiseerde resultaten in het eigen vermogen, dit in functie van de boekhoudkundige grondslag die de onderneming heeft gekozen;

premietoerekeningsbenadering (Premium Allocation Approach – PAA), kan worden toegepast voor verzekeringscontracten die voldoen aan specifieke voorwaarden, zoals een dekkingsperiode

Verzekeringscontracten met directe winstdelingselementen worden gewaardeerd aan de hand van de Variable Fee Approach (VFA). Dit is een variatie op het algemene waarderingsmodel, waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke winstdelende

verzekeringsactiviteiten in de resultatenrekening is gebaseerd op het concept van diensten uit hoofde van een verzekeringscontract

kasstromen, die tevens een expliciete risico-aanpassing omvat voor niet-financieel risico, op het einde van elke rapporteringsperiode (de

de verderzetting van lokale boekhoudregels.

vervullingskasstromen);

een verzekeringscontract verleent;

Financiële instrumenten

  • Niveau 2:
    • . Het waarderingsmodel
    • . Inactieve markten
  • Niveau 3:
    • . Het waarderingsmodel
    • . Gebruik van niet-waarneembare input
    • . Inactieve markten

Vastgoedbeleggingen:

Bepaling van de gebruiksduur en restwaarde

Leningen:

  • Het waarderingsmodel
  • Gebruik van parameters als kredietrisico-spread, looptijd en rentevoet

Deelnemingen:

Onzekerheden gerelateerd aan de beleggingsmix, de activiteiten en de marktontwikkelingen

Waarderingstest van goodwill:

  • Het waarderingsmodel
  • Financiële en economische variabelen
  • De gebruikte rentevoet
  • De aan de entiteit inherente risicopremie

Overige immateriële vaste activa:

Bepaling van de gebruiksduur en restwaarde

Uitgestelde belastingvorderingen:

  • Interpretatie van de belastingwetgeving
  • Bedrag en tijdstip van toekomstig belastbaar inkomen

Passiva

Verplichtingen betreffende verzekeringscontracten

  • Leven:
    • . De gebruikte actuariële aannames
    • . De verwachte rendementscurve gebruikt bij de toereikendheidstoets (LAT-test)
    • . Het herbeleggingsprofiel van de beleggingsportefeuille, kredietrisico-spread en looptijd, bij de bepaling van de schaduw LAT aanpassing
  • Niet-Leven:
    • . De verwachte schadelast die aan het eind van de rapporteringsperiode wordt gerapporteerd
    • . De verwachte schadelast voor voorgevallen maar nietgerapporteerde schadeclaims aan het einde van de rapporteringsperiode
    • . Schadebehandelingskosten

Pensioenverplichtingen:

  • De gebruikte actuariële aannames
  • De gebruikte rentevoet
  • Inflatie- en salarisontwikkelingen

Voorzieningen:

  • De waarschijnlijkheid van een huidige verplichting als gevolg van gebeurtenissen in het verleden
  • De berekening van de beste inschatting

Uitgestelde belastingverplichtingen:

  • Interpretatie van belastingwetgeving
  • Bedrag en tijdstip van toekomstig belastbaar inkomen

De toelichtingen bij deze Geconsolideerde Jaarrekening verlenen bijkomende informatie over de toepassing van deze oordelen, schattingen en aannames en hun effect op de gerapporteerde cijfers. Toelichting 4 'Risicomanagement' van deze Geconsolideerde Jaarrekening beschrijft hoe Ageas de diverse risico's van verzekeringsactiviteiten mitigeert.

2.4 Gebeurtenissen na de balansdatum

Gebeurtenissen na balansdatum hebben betrekking op gebeurtenissen, gunstig of ongunstig, die zich voordoen tussen de balansdatum en de datum waarop de geconsolideerde jaarrekening van Ageas wordt goedgekeurd voor publicatie door de Raad van Bestuur.

Er zijn twee soorten gebeurtenissen:

100 | 240

  • Gebeurtenissen die wijzen op omstandigheden die bestonden op de balansdatum en die leiden tot een aanpassing van de bedragen in de geconsolideerde jaarrekening van Ageas; en
  • Gebeurtenissen die wijzen op omstandigheden die zijn ontstaan na balansdatum en die niet leiden tot een aanpassing van de bedragen in de geconsolideerde jaarrekening van Ageas. De aard van de gebeurtenis alsook een schatting van de financiële gevolgen ervan, of een mededeling dat dergelijke schatting niet mogelijk is, wordt toegelicht.

Een overzicht van gebeurtenissen na de balansdatum is opgenomen in toelichting 44, 'Gebeurtenissen na balansdatum' van deze geconsolideerde jaarrekening.

2.5 Segmentinformatie

De gerapporteerde operationele segmenten van Ageas zijn voornamelijk gebaseerd op geografische gebieden. Die onderverdeling naar regio's is ingegeven door het feit dat de activiteiten in de bewuste regio's van vergelijkbare aard zijn en dezelfde economische kenmerken delen.

De operationele segmenten van Ageas zijn:

  • België;
  • Verenigd Koninkrijk (VK);
  • Continentaal Europa;
  • Azië;
  • Herverzekering; en
  • Algemene Rekening.

Activiteiten binnen de groep die geen verband houden met verzekeringsactiviteiten en eliminatieverschillen worden los van de verzekeringsactiviteiten gerapporteerd, in het operationeel segment Algemene Rekening. Het operationeel segment Algemene Rekening omvat activiteiten zoals groepsfinanciering en overige holdingactiviteiten alsook de investering in Royal Park Investments en de verplichtingen uit hoofde van de CASHES/RPN(I).

Transacties tussen de verschillende operationele segmenten vinden plaats tegen marktconforme commerciële condities, zoals die van toepassing zouden zijn tussen niet-verwante derden. Eliminaties worden afzonderlijk gerapporteerd.

2.6 Consolidatiegrondslagen

De geconsolideerde jaarrekening van Ageas omvat de jaarrekeningen van ageas SA/NV (de moederonderneming) en haar dochterondernemingen.

101 | 240

Gedeeltelijke verkoop van een belang in een dochteronderneming Het resultaat van een gedeeltelijke verkoop van een belang in een

Indien er geen wijziging is in de zeggenschap, wordt de transactie verwerkt als een transactie binnen het eigen vermogen (d.w.z. een transactie met aandeelhouders in hun hoedanigheid van

verkoop ervan bijzonder waarschijnlijk is. Een verkoop is bijzonder

Het gepaste managementniveau heeft zich verbonden tot een plan

Er is een operationeel plan opgestart om een koper te vinden en het

Het actief wordt op actieve wijze voor verkoop op de markt gebracht tegen een prijs die redelijk is ten opzichte van zijn actuele reële

De verkoop naar verwachting zal worden afgerond binnen de 12 maanden na de datum van aanmerking tot verkoop; en De handelingen die nodig zijn om het plan te voltooien geven aan dat het onwaarschijnlijk is dat belangrijke wijzigingen aan het plan zullen worden aangebracht of dat het plan zal worden ingetrokken.

De waarschijnlijkheid dat de verkoop zal worden goedgekeurd door de aandeelhouders maakt deel uit van de beoordeling of de verkoop al dan niet bijzonder waarschijnlijk is. Als de verkoop onderworpen is aan een goedkeuring door de regelgever, wordt een verkoop alleen beschouwd

Een vast actief (of groep activa die wordt afgestoten) geclassificeerd als

Gewaardeerd tegen de laagste waarde van zijn boekwaarde en de reële waarde minus verkoopkosten (met uitzondering van de activa

Vlottende activa en alle verplichtingen worden gewaardeerd in overeenstemming met de van toepassing zijnde IFRS-standaarden; Zijn niet onderworpen aan afschrijving of waardevermindering; en Worden afzonderlijk voorgesteld in de balans (activa en verplichtingen worden niet gecompenseerd).

De datum van verkoop van een dochteronderneming of van een groep van activa die wordt afgestoten, is de datum waarop de zeggenschap wordt overgedragen. De geconsolideerde resultatenrekening omvat de resultaten van deze dochteronderneming of groep van activa die wordt afgestoten tot op de datum van verkoop. Het resultaat bij verkoop is het verschil tussen a) de opbrengst van de verkoop en b) de boekwaarde van de netto-activa plus alle bijbehorende goodwill en bedragen die zijn geaccumuleerd in het de overige niet-gerealiseerde resultaten (bijvoorbeeld, wisselkoersverschillen en de reserve activa voor

Een beëindigde bedrijfsactiviteit is een component van Ageas die ofwel is afgestoten, ofwel is geclassificeerd als aangehouden voor verkoop,

Het vertegenwoordigt een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit

Het is een dochteronderneming die uitsluitend is overgenomen met

Resultaten op beëindigde bedrijfsactiviteiten worden afzonderlijk

Het maakt deel uit van een gecoördineerd plan om een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch

als zijnde bijzonder waarschijnlijk na deze goedkeuring.

die vrijgesteld zijn van deze regel, zoals IFRS 4 verzekeringsverplichtingen, financiële activa, uitgestelde

aangehouden voor verkoop wordt:

verkoop).

belastingen en pensioenplannen);

en dat aan de volgende criteria voldoet:

of geografisch bedrijfsgebied;

bedrijfsgebied af te stoten; of

gerapporteerd in de resultatenrekening.

de bedoeling om te worden doorverkocht.

waarschijnlijk als:

waarde;

plan te voltooien;

voor de verkoop van het actief;

Indien er verlies is van zeggenschap, wordt de transactie verwerkt in de resultatenrekening, berekend op het totale belang. Het resterende belang van de dochteronderneming wordt gewaardeerd tegen de reële waarde op het moment van verlies van de

zeggenschap. Als het verlies van de zeggenschap het gevolg is van een niet-monetaire storting van een dochteronderneming bij een deelneming of joint venture, dan wordt het resultaat slechts naar rato van het aan de andere investeerders overgedragen procentuele belang in de dochteronderneming in aanmerking genomen. Dit leidt tot een gedeeltelijke winstverantwoording.

Participaties in geassocieerde ondernemingen zijn beleggingen waarbij Ageas een significante invloed heeft op het financiële of operationele beleid, maar geen zeggenschap of gedeelde zeggenschap heeft.

Participaties in geassocieerde ondernemingen worden gewaardeerd op basis van de vermogensmutatiemethode. Bij aankoop wordt de deelname gewaardeerd tegen kostprijs, waarbij transactiekosten worden meegenomen. Daarna wordt ons aandeel in het nettoresultaat van het boekjaar verwerkt als 'Aandeel in het resultaat van geassocieerde ondernemingen'. Het aandeel van Ageas in de mutaties in het eigen vermogen van de deelneming na de overname wordt verwerkt in overige niet-gerealiseerde resultaten. Dividenden ontvangen uit geassocieerde ondernemingen verminderen de boekwaarde van de belegging.

Participaties in joint ventures, waarbij de gemeenschappelijke zeggenschap in een overeenkomst Ageas rechten verschaft ten aanzien van de netto activa van deze gemeenschappelijke overeenkomst, worden op dezelfde methode verwerkt als beleggingen in geassocieerde

Winsten op transacties tussen Ageas en beleggingen gewaardeerd volgens de equity methode worden geëlimineerd naar rato van het aandeel van Ageas. Verliezen worden eveneens geëlimineerd, tenzij uit de transactie blijkt dat het overgedragen actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Verliezen worden geboekt totdat de boekwaarde van de investering tot nul is gedaald. Verdere verliezen worden alleen verantwoord voor zover Ageas gehouden is aan in rechte afdwingbare of een feitelijke verplichtingen of betalingen heeft verricht

Ageas past de standaard IAS 39 toe voor lange termijn belangen (zoals leningen) in een geassocieerde onderneming of joint venture die deel uitmaken van onze totale investering in die geassocieerde onderneming of de joint venture, maar waarvoor de vermogensmethode niet wordt

Verkoop van dochterondernemingen, bedrijfsonderdelen en vaste activa Een vast actief (of groep van activa die wordt afgestoten, zoals dochterondernemingen) wordt aangehouden voor verkoop indien het in zijn huidige staat onmiddellijk beschikbaar is voor verkoop en als de

namens de geassocieerde onderneming.

dochteronderneming wordt als volgt verwerkt:

aandeelhouder); of

Geassocieerde ondernemingen

ondernemingen.

toegepast.

Bedrijfscombinaties

Bedrijfscombinaties die voldoen aan de definitie van een bedrijf en waarvan de zeggenschap is overgedragen aan Ageas, worden erkend op basis van de zogenaamde 'acquisition method'. Om als een bedrijf te worden aanzien, moeten de overgenomen activiteiten en activa ten minste een middel en een substantieel proces omvatten die samen een significante bijdrage leveren tot het vermogen om een productie tot stand te brengen. Het overgenomen proces (of groep van processen) is substantieel als het van cruciaal belang is voor het vermogen om verworven middelen tot een productie te ontwikkelen of in een productie om te zetten of van cruciaal belang is voor het vermogen om producten te blijven produceren.

De verkrijgingsprijs van de overname wordt bepaald als de reële waarde van de opgeofferde waarde op het overnamemoment (gecorrigeerd voor een eventueel minderheidsbelang). Voor elke bedrijfscombinatie heeft Ageas de optie enig minderheidsbelang te waarderen tegen de reële waarde of tegen het evenredig deel van het minderheidsbelang in de identificeerbare netto-activa van de overgenomen partij.

In geval van een stapsgewijze overname wordt, op moment van uitbreiding van het belang, het eerder gehouden belang geherwaardeerd tegen reële waarde en via het resultaat verantwoord.

Dochterondernemingen

Dochterondernemingen zijn die entiteiten waarin Ageas, direct of indirect, het financiële en operationele beleid kan sturen teneinde er voordelen uit te halen ('zeggenschap'). Bij de evaluatie van de zeggenschap over een andere entiteit, wordt het bestaan en effect van materiële potentiële stemrechten van substantiële aard, die thans uitoefenbaar of thans converteerbaar zijn, in aanmerking genomen.

Dochterondernemingen worden geconsolideerd vanaf de datum van overdracht van de effectieve zeggenschap tot op de einddatum van deze zeggenschap.

Dochterondernemingen die uitsluitend zijn verworven met de bedoeling te worden doorverkocht, worden verantwoord als 'vaste activa aangehouden voor verkoop'.

Alle significante transacties tussen ondernemingen, binnen de groep (saldi, winsten en verliezen uit transacties tussen ondernemingen van Ageas) worden geëlimineerd.

<-- PDF CHUNK SEPARATOR -->

Gedeeltelijke verkoop van een belang in een dochteronderneming

Het resultaat van een gedeeltelijke verkoop van een belang in een dochteronderneming wordt als volgt verwerkt:

  • Indien er geen wijziging is in de zeggenschap, wordt de transactie verwerkt als een transactie binnen het eigen vermogen (d.w.z. een transactie met aandeelhouders in hun hoedanigheid van aandeelhouder); of
  • Indien er verlies is van zeggenschap, wordt de transactie verwerkt in de resultatenrekening, berekend op het totale belang. Het resterende belang van de dochteronderneming wordt gewaardeerd tegen de reële waarde op het moment van verlies van de zeggenschap. Als het verlies van de zeggenschap het gevolg is van een niet-monetaire storting van een dochteronderneming bij een deelneming of joint venture, dan wordt het resultaat slechts naar rato van het aan de andere investeerders overgedragen procentuele belang in de dochteronderneming in aanmerking genomen. Dit leidt tot een gedeeltelijke winstverantwoording.

Geassocieerde ondernemingen

101 | 240

100 | 240

2.4

Gebeurtenissen na de balansdatum

Er zijn twee soorten gebeurtenissen:

toegelicht.

2.5

België;

Azië;

geconsolideerde jaarrekening.

Segmentinformatie

Verenigd Koninkrijk (VK); Continentaal Europa;

hoofde van de CASHES/RPN(I).

afzonderlijk gerapporteerd.

Herverzekering; en Algemene Rekening.

De operationele segmenten van Ageas zijn:

Activiteiten binnen de groep die geen verband houden met verzekeringsactiviteiten en eliminatieverschillen worden los van de verzekeringsactiviteiten gerapporteerd, in het operationeel segment Algemene Rekening. Het operationeel segment Algemene Rekening omvat activiteiten zoals groepsfinanciering en overige holdingactiviteiten alsook de investering in Royal Park Investments en de verplichtingen uit

Transacties tussen de verschillende operationele segmenten vinden plaats tegen marktconforme commerciële condities, zoals die van toepassing zouden zijn tussen niet-verwante derden. Eliminaties worden

Gebeurtenissen na balansdatum hebben betrekking op gebeurtenissen, gunstig of ongunstig, die zich voordoen tussen de balansdatum en de datum waarop de geconsolideerde jaarrekening van Ageas wordt goedgekeurd voor publicatie door de Raad van Bestuur.

2.6

Consolidatiegrondslagen

dochterondernemingen.

Bedrijfscombinaties

te blijven produceren.

Dochterondernemingen

deze zeggenschap.

aangehouden voor verkoop'.

Ageas) worden geëlimineerd.

De geconsolideerde jaarrekening van Ageas omvat de jaarrekeningen

Bedrijfscombinaties die voldoen aan de definitie van een bedrijf en waarvan de zeggenschap is overgedragen aan Ageas, worden erkend op basis van de zogenaamde 'acquisition method'. Om als een bedrijf te worden aanzien, moeten de overgenomen activiteiten en activa ten minste een middel en een substantieel proces omvatten die samen een significante bijdrage leveren tot het vermogen om een productie tot stand te brengen. Het overgenomen proces (of groep van processen) is substantieel als het van cruciaal belang is voor het vermogen om verworven middelen tot een productie te ontwikkelen of in een productie om te zetten of van cruciaal belang is voor het vermogen om producten

De verkrijgingsprijs van de overname wordt bepaald als de reële waarde van de opgeofferde waarde op het overnamemoment (gecorrigeerd voor een eventueel minderheidsbelang). Voor elke bedrijfscombinatie heeft Ageas de optie enig minderheidsbelang te waarderen tegen de reële waarde of tegen het evenredig deel van het minderheidsbelang in de

identificeerbare netto-activa van de overgenomen partij.

tegen reële waarde en via het resultaat verantwoord.

In geval van een stapsgewijze overname wordt, op moment van uitbreiding van het belang, het eerder gehouden belang geherwaardeerd

Dochterondernemingen zijn die entiteiten waarin Ageas, direct of indirect, het financiële en operationele beleid kan sturen teneinde er voordelen uit te halen ('zeggenschap'). Bij de evaluatie van de zeggenschap over een andere entiteit, wordt het bestaan en effect van materiële potentiële stemrechten van substantiële aard, die thans uitoefenbaar of thans converteerbaar zijn, in aanmerking genomen.

Dochterondernemingen worden geconsolideerd vanaf de datum van overdracht van de effectieve zeggenschap tot op de einddatum van

Dochterondernemingen die uitsluitend zijn verworven met de bedoeling te worden doorverkocht, worden verantwoord als 'vaste activa

Alle significante transacties tussen ondernemingen, binnen de groep (saldi, winsten en verliezen uit transacties tussen ondernemingen van

van ageas SA/NV (de moederonderneming) en haar

Gebeurtenissen die wijzen op omstandigheden die bestonden op de balansdatum en die leiden tot een aanpassing van de bedragen in

Gebeurtenissen die wijzen op omstandigheden die zijn ontstaan na balansdatum en die niet leiden tot een aanpassing van de bedragen in de geconsolideerde jaarrekening van Ageas. De aard van de gebeurtenis alsook een schatting van de financiële gevolgen ervan, of een mededeling dat dergelijke schatting niet mogelijk is, wordt

Een overzicht van gebeurtenissen na de balansdatum is opgenomen in

De gerapporteerde operationele segmenten van Ageas zijn voornamelijk gebaseerd op geografische gebieden. Die onderverdeling naar regio's is ingegeven door het feit dat de activiteiten in de bewuste regio's van vergelijkbare aard zijn en dezelfde economische kenmerken delen.

de geconsolideerde jaarrekening van Ageas; en

toelichting 44, 'Gebeurtenissen na balansdatum' van deze

Participaties in geassocieerde ondernemingen zijn beleggingen waarbij Ageas een significante invloed heeft op het financiële of operationele beleid, maar geen zeggenschap of gedeelde zeggenschap heeft.

Participaties in geassocieerde ondernemingen worden gewaardeerd op basis van de vermogensmutatiemethode. Bij aankoop wordt de deelname gewaardeerd tegen kostprijs, waarbij transactiekosten worden meegenomen. Daarna wordt ons aandeel in het nettoresultaat van het boekjaar verwerkt als 'Aandeel in het resultaat van geassocieerde ondernemingen'. Het aandeel van Ageas in de mutaties in het eigen vermogen van de deelneming na de overname wordt verwerkt in overige niet-gerealiseerde resultaten. Dividenden ontvangen uit geassocieerde ondernemingen verminderen de boekwaarde van de belegging.

Participaties in joint ventures, waarbij de gemeenschappelijke zeggenschap in een overeenkomst Ageas rechten verschaft ten aanzien van de netto activa van deze gemeenschappelijke overeenkomst, worden op dezelfde methode verwerkt als beleggingen in geassocieerde ondernemingen.

Winsten op transacties tussen Ageas en beleggingen gewaardeerd volgens de equity methode worden geëlimineerd naar rato van het aandeel van Ageas. Verliezen worden eveneens geëlimineerd, tenzij uit de transactie blijkt dat het overgedragen actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Verliezen worden geboekt totdat de boekwaarde van de investering tot nul is gedaald. Verdere verliezen worden alleen verantwoord voor zover Ageas gehouden is aan in rechte afdwingbare of een feitelijke verplichtingen of betalingen heeft verricht namens de geassocieerde onderneming.

Ageas past de standaard IAS 39 toe voor lange termijn belangen (zoals leningen) in een geassocieerde onderneming of joint venture die deel uitmaken van onze totale investering in die geassocieerde onderneming of de joint venture, maar waarvoor de vermogensmethode niet wordt toegepast.

Verkoop van dochterondernemingen, bedrijfsonderdelen en vaste activa

Een vast actief (of groep van activa die wordt afgestoten, zoals dochterondernemingen) wordt aangehouden voor verkoop indien het in zijn huidige staat onmiddellijk beschikbaar is voor verkoop en als de

verkoop ervan bijzonder waarschijnlijk is. Een verkoop is bijzonder waarschijnlijk als:

  • Het gepaste managementniveau heeft zich verbonden tot een plan voor de verkoop van het actief;
  • Er is een operationeel plan opgestart om een koper te vinden en het plan te voltooien;
  • Het actief wordt op actieve wijze voor verkoop op de markt gebracht tegen een prijs die redelijk is ten opzichte van zijn actuele reële waarde;
  • De verkoop naar verwachting zal worden afgerond binnen de 12 maanden na de datum van aanmerking tot verkoop; en
  • De handelingen die nodig zijn om het plan te voltooien geven aan dat het onwaarschijnlijk is dat belangrijke wijzigingen aan het plan zullen worden aangebracht of dat het plan zal worden ingetrokken.

De waarschijnlijkheid dat de verkoop zal worden goedgekeurd door de aandeelhouders maakt deel uit van de beoordeling of de verkoop al dan niet bijzonder waarschijnlijk is. Als de verkoop onderworpen is aan een goedkeuring door de regelgever, wordt een verkoop alleen beschouwd als zijnde bijzonder waarschijnlijk na deze goedkeuring.

Een vast actief (of groep activa die wordt afgestoten) geclassificeerd als aangehouden voor verkoop wordt:

  • Gewaardeerd tegen de laagste waarde van zijn boekwaarde en de reële waarde minus verkoopkosten (met uitzondering van de activa die vrijgesteld zijn van deze regel, zoals IFRS 4 verzekeringsverplichtingen, financiële activa, uitgestelde belastingen en pensioenplannen);
  • Vlottende activa en alle verplichtingen worden gewaardeerd in overeenstemming met de van toepassing zijnde IFRS-standaarden;
  • Zijn niet onderworpen aan afschrijving of waardevermindering; en
  • Worden afzonderlijk voorgesteld in de balans (activa en verplichtingen worden niet gecompenseerd).

De datum van verkoop van een dochteronderneming of van een groep van activa die wordt afgestoten, is de datum waarop de zeggenschap wordt overgedragen. De geconsolideerde resultatenrekening omvat de resultaten van deze dochteronderneming of groep van activa die wordt afgestoten tot op de datum van verkoop. Het resultaat bij verkoop is het verschil tussen a) de opbrengst van de verkoop en b) de boekwaarde van de netto-activa plus alle bijbehorende goodwill en bedragen die zijn geaccumuleerd in het de overige niet-gerealiseerde resultaten (bijvoorbeeld, wisselkoersverschillen en de reserve activa voor verkoop).

Een beëindigde bedrijfsactiviteit is een component van Ageas die ofwel is afgestoten, ofwel is geclassificeerd als aangehouden voor verkoop, en dat aan de volgende criteria voldoet:

  • Het vertegenwoordigt een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch bedrijfsgebied;
  • Het maakt deel uit van een gecoördineerd plan om een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch bedrijfsgebied af te stoten; of
  • Het is een dochteronderneming die uitsluitend is overgenomen met de bedoeling om te worden doorverkocht.

Resultaten op beëindigde bedrijfsactiviteiten worden afzonderlijk gerapporteerd in de resultatenrekening.

2.7 Transacties en saldi in vreemde valuta

102 | 240

Voor elke individuele entiteit van Ageas worden transacties in vreemde valuta gerapporteerd tegen de valutakoers op de datum van de transactie.

Monetaire posten die in vreemde valuta luiden worden iedere balansdatum omgerekend op basis van de slotkoers. Voor monetaire activa, waarvan de wijzigingen in reële waarde onder de overige resultaten worden opgenomen, zoals voor verkoop beschikbare effecten, wordt de wisselkoerscomponent met betrekking tot deze wijzigingen in reële waarde ook onder de overige resultaten opgenomen.

Niet-monetaire posten die tegen de historische kostprijs worden gewaardeerd, die in vreemde valuta luiden, worden omgerekend op basis van de historische wisselkoers op aankoopdatum. Niet-monetaire posten die tegen de reële waarde worden gewaardeerd, worden omgerekend op basis van de wisselkoers op de datum waarop de reële waarde wordt bepaald. De hieruit voortvloeiende koersverschillen worden in de resultatenrekening verwerkt als de wijzigingen in reële waarde tevens in de resultatenrekening worden opgenomen, of worden verwerkt onder de overige niet-gerealiseerde resultaten wanneer de wijziging in reële waarde ook onder de overige niet-gerealiseerde resultaten wordt verwerkt.

Omrekening van vreemde valuta

In het consolidatieproces, wordt de balans van entiteiten waarvan de functionele valuta niet de euro is, omgerekend op basis van de slotkoers. De resultatenrekening en het kasstroomoverzicht van deze entiteiten worden omgerekend tegen de gemiddelde wisselkoers voor het lopende jaar (of uitzonderlijk tegen de wisselkoers op de transactiedatum indien de wisselkoersen significant schommelen).

103 | 240

2.8

van de jaarrekening

2.8.1 Financiële activa

Classificatie van financiële activa

beschikbare beleggingen;

Waardering van financiële activa

waardevermindering ondergaan.

resultatenrekening.

wisselkoersen of aandelenkoersen; en

te houden;

instrumenten op de datum van aankoop:

Verantwoording en waardering bij het opstellen

Voor instrumenten met een variabele rente worden de kasstromen regelmatig opnieuw geschat om de rentebewegingen in de markt weer te geven. Als de initiële waardering van het instrument met een variabele rente (bijna) gelijk is aan de hoofdsom, heeft de schatting geen significant effect op de boekwaarde van het instrument en wordt er geen aanpassing gedaan op de rentebaten, die op basis van het toerekeningsbeginsel worden opgenomen. Indien echter een instrument met variabele rente wordt verkregen tegen een significante premie of korting, wordt deze premie of korting afgeschreven over de verwachte looptijd van het instrument en opgenomen in de berekening van de ERM. De boekwaarde zal elke periode opnieuw worden berekend door de contante waarde van geschatte toekomstige kasstromen tegen de actuele effectieve rentevoet te berekenen. Alle aanpassingen worden

Voor handelsdoeleinden aangehouden beleggingen, derivaten en activa die zijn aangemerkt als aangehouden tegen reële waarde met waardeverandering in de resultatenrekening, worden verantwoord tegen reële waarde. Veranderingen in de reële waarde worden verantwoord in de resultatenrekening. De (gerealiseerde en ongerealiseerde) resultaten worden verantwoord als 'Resultaat op verkopen en herwaarderingen'. Rente ontvangen (betaald) op activa (verplichtingen) aangehouden voor handelsdoeleinden wordt verantwoord als rentebaten (rentelasten). Ontvangen dividenden worden verantwoord als 'Rentebaten, dividenden

Het grootste deel van de financiële beleggingen van Ageas (zijnde obligatieleningen en aandelenbelangen) behoort tot de categorie 'Voor verkoop beschikbaar' en wordt opgenomen tegen reële waarde. Veranderingen in de reële waarde worden rechtstreeks in het eigen vermogen verantwoord (overig comprehensive income) tot de belegging wordt verkocht. Op het moment van verkoop wordt de cumulatieve verandering in de reële waarde in het eigen vermogen overgedragen naar de resultatenrekening. Opbrengsten uit voor verkoop beschikbare schuldeffecten worden verantwoord met gebruik van de effectieve-

resultatenrekening en dividenden worden na ontvangst verwerkt als

Voor die verzekeringsportefeuilles waar de niet-gerealiseerde winsten of verliezen op obligaties een rechtstreeks effect hebben op de waardering van de verzekeringsverplichtingen past Ageas in overeenstemming met IFRS 4 'shadow accounting' toe. Dit betekent dat de wijzigingen in de niet-gerealiseerde winsten en verliezen van invloed zijn op de waardering van de verzekeringsverplichtingen en hetgeen impliceert waarom deze wijzigingen geen deel uitmaken van het eigen vermogen.

Een financieel actief (of een groep financiële activa) geclassificeerd als voor verkoop beschikbaar, leningen en vorderingen of tot einde looptijd aangehouden wordt beschouwd als onderhevig aan een bijzondere

Er objectief bewijs is van de waardevermindering als gevolg van een of meer verliesgebeurtenissen of aanleidingen (bijvoorbeeld ernstige financiële problemen bij de emittent), die hebben plaatsgevonden na de eerste opname van het actief; en Deze verliesgebeurtenis (of gebeurtenissen) een impact

heeft/hebben op de geraamde toekomstige kasstromen van het financieel actief (of de groep van financiële activa) die betrouwbaar

rentemethode. Periodieke amortisatie en bijzondere waardeminderingsverliezen worden verantwoord in de

Bijzondere waardeverminderingen van financiële activa

verantwoord in de resultatenrekening.

en overige beleggingsbaten'.

opbrengsten.

waardevermindering als:

kan worden geraamd.

verplichtingen op basis van de aard van de onderliggende transacties.

Ageas classificeert en waardeert financiële activa en verplichtingen op

Het management bepaalt de passende classificatie van de financiële

Tot einde looptijd aangehouden: omvat schuldeffecten met een vaste looptijd, waarbij het management voornemens is en in de mogelijkheid verkeert om deze instrumenten tot einde looptijd aan

Leningen en vorderingen: omvat schuldeffecten met vaste of bepaalbare betalingen, die niet marktgenoteerd zijn in een actieve markt en die bij de eerste opname niet worden aangemerkt als voor

handelsdoeleinden aangehouden, noch als voor verkoop

Voor verkoop beschikbaar: omvat voor onbepaalde duur aan te houden effecten die kunnen worden verkocht om te voorzien in liquiditeitsbehoeften of bij wijzigingen van rentevoeten,

. Voor handelsdoeleinden aangehouden: omvat effecten die zijn aangeschaft met winst op korte termijn als doelstelling; . Financiële effecten opgenomen tegen de reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening.

Financiële activa aangehouden tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening:

Tot einde looptijd aangehouden beleggingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs na aftrek van bijzondere

waardeverminderingen. Elk verschil met de reële waarde bij de eerste opname, voortvloeiend uit transactiekosten, initiële premies of kortingen, wordt geamortiseerd over de looptijd van de belegging met behulp van de effectieve-rentemethode. Indien wordt vastgesteld dat een tot einde looptijd aangehouden actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan, wordt de bijzondere waardevermindering verantwoord in de

Leningen en vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs na aftrek van bijzondere waardeverminderingen. Bij de eerste opname worden leningen en vorderingen gewaardeerd op de reële waarde inclusief transactiekosten en initiële premies of kortingen. De geamortiseerde kostprijs wordt berekend met gebruik van de effectieverentemethode (ERM), rekening houdend met kortingen of premies bij aankoop en kosten die integraal deel uitmaken van de ERM. De ERMamortisatie wordt verwerkt in de resultatenrekening. Winsten en verliezen worden verantwoord in de resultatenrekening als de beleggingen niet langer worden verantwoord of een bijzondere

Ageas bepaalt de classificatie en waardering van activa en

Een financieel instrument is een overeenkomst die leidt tot een financieel actief van één partij en een financiële verplichting of

eigenvermogen-instrument van een andere partij.

basis van de aard van de onderliggende transacties.

Wisselkoersverschillen uit omrekening worden verantwoord in het eigen vermogen. Bij verkoop van een entiteit die in vreemde valuta luidt, worden de koersverschillen erkend in de resultatenrekening als onderdeel van het resultaat van de verkoop.

Wisselkoersverschillen die ontstaan bij de omrekening van monetaire posten, leningen en andere valuta-instrumenten, aangemerkt als afdekking van een netto-investering in een entiteit die in vreemde valuta luidt, worden erkend in het eigen vermogen, met uitzondering voor eventuele afdekkingsineffectiviteit, die onmiddellijk in de resultatenrekening wordt erkend.

Goodwill en wijzigingen in de reële waarde, die voortvloeien uit de acquisitie van een entiteit die in vreemde valuta luidt, worden erkend als activa en verplichtingen van deze entiteit en worden op balansdatum tegen de slotkoers omgerekend. Alle wisselkoersverschillen die hieruit voortvloeien worden in het eigen vermogen erkend. Bij verkoop van deze entiteit worden de niet gerealiseerde wisselkoersverschillen in de resultatenrekening erkend.

In de volgende tabel worden de koersen van de belangrijkste valuta voor Ageas weergegeven.

Koersen per
einde periode
Gemiddelde
koers
1 euro = 31 december 2021 31 december 2020 2021 2020
Britse pond 0,84 0,90 0,86 0,89
Amerikaanse dollar 1,13 1,23 1,18 1,14
Hongkong dollar 8,83 9,51 9,19 8,86
Turkse lira 15,23 9,11 10,51 8,05
Chinese yuan renminbi 7,19 8,02 7,63 7,87
Indiase roepie 84,23 89,66 87,44 84,64
Maleisische ringgit 4,72 4,93 4,90 4,80
Filipijnse peso 57,76 59,13 58,30 56,62
Thaise baht 37,65 36,73 37,84 35,71
Vietnamese dong 25.989 28.108 27.105 26.450

2.8

103 | 240

102 | 240

2.7

transactie.

opgenomen.

resultaten wordt verwerkt.

Transacties en saldi in vreemde valuta

Voor elke individuele entiteit van Ageas worden transacties in vreemde valuta gerapporteerd tegen de valutakoers op de datum van de

Omrekening van vreemde valuta

onderdeel van het resultaat van de verkoop.

resultatenrekening wordt erkend.

resultatenrekening erkend.

1 euro = 31 december 2021 31 december 2020 2021 2020

Britse pond 0,84 0,90 0,86 0,89 Amerikaanse dollar 1,13 1,23 1,18 1,14 Hongkong dollar 8,83 9,51 9,19 8,86 Turkse lira 15,23 9,11 10,51 8,05 Chinese yuan renminbi 7,19 8,02 7,63 7,87 Indiase roepie 84,23 89,66 87,44 84,64 Maleisische ringgit 4,72 4,93 4,90 4,80 Filipijnse peso 57,76 59,13 58,30 56,62 Thaise baht 37,65 36,73 37,84 35,71 Vietnamese dong 25.989 28.108 27.105 26.450

In het consolidatieproces, wordt de balans van entiteiten waarvan de functionele valuta niet de euro is, omgerekend op basis van de slotkoers. De resultatenrekening en het kasstroomoverzicht van deze entiteiten worden omgerekend tegen de gemiddelde wisselkoers voor het lopende jaar (of uitzonderlijk tegen de wisselkoers op de transactiedatum indien de wisselkoersen significant schommelen).

Wisselkoersverschillen uit omrekening worden verantwoord in het eigen vermogen. Bij verkoop van een entiteit die in vreemde valuta luidt, worden de koersverschillen erkend in de resultatenrekening als

Wisselkoersverschillen die ontstaan bij de omrekening van monetaire posten, leningen en andere valuta-instrumenten, aangemerkt als afdekking van een netto-investering in een entiteit die in vreemde valuta luidt, worden erkend in het eigen vermogen, met uitzondering voor eventuele afdekkingsineffectiviteit, die onmiddellijk in de

Goodwill en wijzigingen in de reële waarde, die voortvloeien uit de acquisitie van een entiteit die in vreemde valuta luidt, worden erkend als activa en verplichtingen van deze entiteit en worden op balansdatum tegen de slotkoers omgerekend. Alle wisselkoersverschillen die hieruit voortvloeien worden in het eigen vermogen erkend. Bij verkoop van deze entiteit worden de niet gerealiseerde wisselkoersverschillen in de

Koersen per Gemiddelde einde periode koers

Monetaire posten die in vreemde valuta luiden worden iedere balansdatum omgerekend op basis van de slotkoers. Voor monetaire activa, waarvan de wijzigingen in reële waarde onder de overige resultaten worden opgenomen, zoals voor verkoop beschikbare effecten, wordt de wisselkoerscomponent met betrekking tot deze wijzigingen in reële waarde ook onder de overige resultaten

Niet-monetaire posten die tegen de historische kostprijs worden gewaardeerd, die in vreemde valuta luiden, worden omgerekend op basis van de historische wisselkoers op aankoopdatum. Niet-monetaire posten die tegen de reële waarde worden gewaardeerd, worden omgerekend op basis van de wisselkoers op de datum waarop de reële waarde wordt bepaald. De hieruit voortvloeiende koersverschillen worden in de resultatenrekening verwerkt als de wijzigingen in reële waarde tevens in de resultatenrekening worden opgenomen, of worden verwerkt onder de overige niet-gerealiseerde resultaten wanneer de wijziging in reële waarde ook onder de overige niet-gerealiseerde

In de volgende tabel worden de koersen van de belangrijkste valuta voor Ageas weergegeven.

Verantwoording en waardering bij het opstellen van de jaarrekening

Ageas bepaalt de classificatie en waardering van activa en verplichtingen op basis van de aard van de onderliggende transacties.

2.8.1 Financiële activa

Een financieel instrument is een overeenkomst die leidt tot een financieel actief van één partij en een financiële verplichting of eigenvermogen-instrument van een andere partij.

Ageas classificeert en waardeert financiële activa en verplichtingen op basis van de aard van de onderliggende transacties.

Classificatie van financiële activa

Het management bepaalt de passende classificatie van de financiële instrumenten op de datum van aankoop:

  • Tot einde looptijd aangehouden: omvat schuldeffecten met een vaste looptijd, waarbij het management voornemens is en in de mogelijkheid verkeert om deze instrumenten tot einde looptijd aan te houden;
  • Leningen en vorderingen: omvat schuldeffecten met vaste of bepaalbare betalingen, die niet marktgenoteerd zijn in een actieve markt en die bij de eerste opname niet worden aangemerkt als voor handelsdoeleinden aangehouden, noch als voor verkoop beschikbare beleggingen;
  • Voor verkoop beschikbaar: omvat voor onbepaalde duur aan te houden effecten die kunnen worden verkocht om te voorzien in liquiditeitsbehoeften of bij wijzigingen van rentevoeten, wisselkoersen of aandelenkoersen; en
  • Financiële activa aangehouden tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening:
    • . Voor handelsdoeleinden aangehouden: omvat effecten die zijn aangeschaft met winst op korte termijn als doelstelling;
    • . Financiële effecten opgenomen tegen de reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening.

Waardering van financiële activa

Tot einde looptijd aangehouden beleggingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs na aftrek van bijzondere waardeverminderingen. Elk verschil met de reële waarde bij de eerste opname, voortvloeiend uit transactiekosten, initiële premies of kortingen, wordt geamortiseerd over de looptijd van de belegging met behulp van de effectieve-rentemethode. Indien wordt vastgesteld dat een tot einde looptijd aangehouden actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan, wordt de bijzondere waardevermindering verantwoord in de resultatenrekening.

Leningen en vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs na aftrek van bijzondere waardeverminderingen. Bij de eerste opname worden leningen en vorderingen gewaardeerd op de reële waarde inclusief transactiekosten en initiële premies of kortingen. De geamortiseerde kostprijs wordt berekend met gebruik van de effectieverentemethode (ERM), rekening houdend met kortingen of premies bij aankoop en kosten die integraal deel uitmaken van de ERM. De ERMamortisatie wordt verwerkt in de resultatenrekening. Winsten en verliezen worden verantwoord in de resultatenrekening als de beleggingen niet langer worden verantwoord of een bijzondere waardevermindering ondergaan.

Voor instrumenten met een variabele rente worden de kasstromen regelmatig opnieuw geschat om de rentebewegingen in de markt weer te geven. Als de initiële waardering van het instrument met een variabele rente (bijna) gelijk is aan de hoofdsom, heeft de schatting geen significant effect op de boekwaarde van het instrument en wordt er geen aanpassing gedaan op de rentebaten, die op basis van het toerekeningsbeginsel worden opgenomen. Indien echter een instrument met variabele rente wordt verkregen tegen een significante premie of korting, wordt deze premie of korting afgeschreven over de verwachte looptijd van het instrument en opgenomen in de berekening van de ERM. De boekwaarde zal elke periode opnieuw worden berekend door de contante waarde van geschatte toekomstige kasstromen tegen de actuele effectieve rentevoet te berekenen. Alle aanpassingen worden verantwoord in de resultatenrekening.

Voor handelsdoeleinden aangehouden beleggingen, derivaten en activa die zijn aangemerkt als aangehouden tegen reële waarde met waardeverandering in de resultatenrekening, worden verantwoord tegen reële waarde. Veranderingen in de reële waarde worden verantwoord in de resultatenrekening. De (gerealiseerde en ongerealiseerde) resultaten worden verantwoord als 'Resultaat op verkopen en herwaarderingen'. Rente ontvangen (betaald) op activa (verplichtingen) aangehouden voor handelsdoeleinden wordt verantwoord als rentebaten (rentelasten). Ontvangen dividenden worden verantwoord als 'Rentebaten, dividenden en overige beleggingsbaten'.

Het grootste deel van de financiële beleggingen van Ageas (zijnde obligatieleningen en aandelenbelangen) behoort tot de categorie 'Voor verkoop beschikbaar' en wordt opgenomen tegen reële waarde. Veranderingen in de reële waarde worden rechtstreeks in het eigen vermogen verantwoord (overig comprehensive income) tot de belegging wordt verkocht. Op het moment van verkoop wordt de cumulatieve verandering in de reële waarde in het eigen vermogen overgedragen naar de resultatenrekening. Opbrengsten uit voor verkoop beschikbare schuldeffecten worden verantwoord met gebruik van de effectieverentemethode. Periodieke amortisatie en bijzondere waardeminderingsverliezen worden verantwoord in de resultatenrekening en dividenden worden na ontvangst verwerkt als opbrengsten.

Voor die verzekeringsportefeuilles waar de niet-gerealiseerde winsten of verliezen op obligaties een rechtstreeks effect hebben op de waardering van de verzekeringsverplichtingen past Ageas in overeenstemming met IFRS 4 'shadow accounting' toe. Dit betekent dat de wijzigingen in de niet-gerealiseerde winsten en verliezen van invloed zijn op de waardering van de verzekeringsverplichtingen en hetgeen impliceert waarom deze wijzigingen geen deel uitmaken van het eigen vermogen.

Bijzondere waardeverminderingen van financiële activa

Een financieel actief (of een groep financiële activa) geclassificeerd als voor verkoop beschikbaar, leningen en vorderingen of tot einde looptijd aangehouden wordt beschouwd als onderhevig aan een bijzondere waardevermindering als:

  • Er objectief bewijs is van de waardevermindering als gevolg van een of meer verliesgebeurtenissen of aanleidingen (bijvoorbeeld ernstige financiële problemen bij de emittent), die hebben plaatsgevonden na de eerste opname van het actief; en
  • Deze verliesgebeurtenis (of gebeurtenissen) een impact heeft/hebben op de geraamde toekomstige kasstromen van het financieel actief (of de groep van financiële activa) die betrouwbaar kan worden geraamd.

Voor aandelen omvatten de eventuele objectieve aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen onder meer het feit of de reële waarde per de balansdatum significant (25%) beneden de boekwaarde ligt of per de balansdatum gedurende een langere periode beneden de boekwaarde is geweest (365 opeenvolgende dagen).

Afhankelijk van het type financieel actief, kan de realiseerbare waarde als volgt worden geschat:

  • De reële waarde op basis van een waarneembare marktprijs;
  • De reële waarde op basis van niet-waarneembare marktgegevens; of
  • Op basis van de reële waarde van zekerheden.

Indien wordt vastgesteld dat een voor verkoop beschikbaar actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan, wordt het bedrag van de bijzondere waardevermindering opgenomen in de resultatenrekening. Niet-gerealiseerde en voorheen in het eigen vermogen opgenomen verliezen van voor verkoop beschikbare activa die een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan, worden overgedragen naar de resultatenrekening op het moment dat de bijzondere waardevermindering zich voordoet.

Indien in een volgende periode de reële waarde van een schuldinstrument dat is geclassificeerd als beschikbaar voor verkoop, stijgt en de stijging objectief in verband kan worden gebracht met een gebeurtenis die plaatsvond na de opname van het bedrag van de bijzondere waardevermindering in de resultatenrekening, valt het bedrag van de bijzondere waardevermindering vrij, waarbij het bedrag van de vrijval wordt verwerkt in de resultatenrekening. Verdere positieve herwaarderingen van als voor verkoop beschikbare schuldinstrumenten worden opgenomen in overig comprehensive income.

Bijzondere waardeverminderingen voor als voor verkoop beschikbare aandeleninstrumenten worden niet via de resultatenrekening teruggenomen. Stijgingen in de reële waarde na de bijzondere waardevermindering worden rechtstreeks verwerkt in overig comprehensive income.

Transactie en afwikkelingsdatum

Alle aan- en verkopen van financiële activa en verplichtingen die moeten worden afgewikkeld binnen het door regelgeving of marktconventie vastgestelde tijdsbestek, worden opgenomen op de transactiedatum, namelijk de datum waarop Ageas als partij betrokken wordt bij de contractuele bepalingen van de financiële activa.

Andere termijnaankopen en -verkopen dan degene die moeten worden afgewikkeld binnen het tijdsbestek dat door regelgeving of marktconventie is vastgesteld, worden tot het moment van afwikkeling opgenomen als afgeleide termijntransacties.

Classificatie en waardering van financiële verplichtingen

De IFRS-classificatie van financiële verplichtingen bepaalt de waardering en verwerking ervan in de resultatenrekening als volgt:

  • Financiële verplichtingen tegen de reële waarde met waardeveranderingen omvatten:
    • i) Voor handelsdoeleinden aangehouden financiële verplichtingen, inclusief derivaten die niet voor hedgeaccounting in aanmerking komen; en
  • ii) Financiële verplichtingen die Ageas onherroepelijk bij eerste opname of eerste toepassing van IFRS heeft aangemerkt als aangehouden tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening omdat:
    • Het basiscontract een in het contract besloten derivaat bevat dat anders zou moeten worden afgezonderd;

105 | 240

De basisprincipes voor het bepalen van de reële waarde zijn: Maximaal gebruik van relevante waarneembare (markt-)gegevens en minimaal gebruik van niet-waarneembare gegevens (zoals

Als er geen marktprijs op een actieve markt beschikbaar is, wordt de reële waarde berekend op basis van de contante waarde-methode of andere waarderingsmethoden gebaseerd op waarneembare marktgegevens op de balansdatum. Deze informatie kan hetzij direct waarneembaar zijn (prijzen) of indirect waarneembaar (afgeleid van prijzen zoals rente of wisselkoersen). Wanneer Ageas kwantitatieve niet-observeerbare informatie gebruikt bij de waardering tegen reële

Als er een waarderingsmethode gebruikelijk is in de markt om de prijs van een instrument te bepalen en van deze waarderingsmethode is aangetoond dat de bepaalde waardering een betrouwbare schatting oplevert van de prijs bij een daadwerkelijke markttransactie, dan gebruikt Ageas deze waarderingsmethode. Tot de veel gebruikte waarderingsmethoden in financiële markten behoren recente

optiewaarderingsmodellen) en actuele vervangingswaarde. Een geaccepteerde waarderingsmethode houdt rekening met alle factoren die marktpartijen voor de prijsvorming belangrijk achten. Deze methode dient tevens consistent te zijn met algemeen aanvaarde economische modellen voor de waardering van financiële instrumenten. Deze technieken zijn onderhevig aan inherente beperkingen, zoals de schatting van de voor risico gecorrigeerde disconteringsvoet. Het gebruik van andere assumpties en veronderstellingen zou resulteren in

De niveau 3 posities zijn voornamelijk gevoelig voor een verandering van de verwachte kasstromen. Bijgevolg varieert hun reële waarde in verhouding tot de veranderingen in deze kasstromen. De veranderingen in de waarde van deze niveau 3 posities worden verantwoord in de overige niet-gerealiseerde resultaten in het eigen vermogen.

De gebruikte methoden en hypothesen om de reële waarde te bepalen, zijn grotendeels afhankelijk van het feit of het instrument verhandeld wordt op een financiële markt en welke informatie gebruikt kan worden in de waarderingsmodellen. Hierna wordt een samenvatting gegeven van de verschillende financiële instrumenten met de hiervoor

geclassificeerde effecten en van effecten tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening wordt bepaald aan de hand van marktprijzen van actieve markten. Indien geen genoteerde prijzen in een actieve markt beschikbaar zijn, wordt de reële waarde bepaald aan de hand van contante-waarde berekeningen. Meer bepaald voor asset-backed securities houden de verwachte kasstromen die worden gebruikt in de contantewaarde berekening rekening met de oorspronkelijke

verzekeringstechnische criteria, kenmerken van de lening nemer (zoals leeftijd en kredietscores), loan-to-value ratio's, verwachte

vooruitbetalingsniveaus. Disconteringsfactoren worden hierbij gebaseerd op een swapcurve, plus een spread die de

risicokenmerken van het instrument uitdrukt. De reële waarde van als tot de vervaldag aangehouden geclassificeerde effecten (alleen nodig voor informatieverschaffing) worden op dezelfde

schommelingen in de huizenprijzen en verwachte

waarde, is deze informatie niet binnenshuis ontwikkeld.

markttransacties, discounted cash flows (inclusief

een andere reële waarde.

gehanteerde reële waarderingsmethode:

wijze bepaald.

i) De reële waarde van als voor verkoop beschikbaar

Uitsluitend wijzigingen van de schattingsmethode als er een verbetering kan worden aangetoond of als de verandering noodzakelijk is vanwege wijzigingen in de marktsituatie of de

Bij het bepalen van de reële waarde wordt de volgende hiërarchie gebruikt voor het bepalen en vermelden van de reële waarde, in de

Niveau 2: reële waarde vastgesteld met gebruik van informatie anders dan de in niveau 1 opgenomen genoteerde prijzen die (op de markt) waarneembaar zijn, hetzij direct (d.w.z. prijzen) of indirect (d.w.z. ontleend aan prijzen, zoals rentetarieven of wisselkoersen); Niveau 3: reële waarde vastgesteld met gebruik van informatie die niet (volledig) op waarneembare gegevens is gebaseerd;

De plaatsing van de waardering van de reële waarde in de hiërarchie wordt bepaald op basis van het laagste niveau van input dat van belang

Een financieel instrument wordt beschouwd als marktgenoteerd in een actieve markt als genoteerde prijzen eenvoudig en regelmatig opvraagbaar zijn bij een beurs, dealer, broker, industriële groep, pricing service of regelgevende/toezichthoudende instanties en als deze prijzen

Als er een significante daling is in het volume of het activiteitsniveau voor het actief of de verplichting, worden de transacties of genoteerde prijzen beoordeeld en kan er een alternatieve waarderingsmethode of meerdere waarderingsmethoden (bijv. contante-waardetechnieken)

is voor de waardering van de reële waarde in zijn geheel.

doorgaans het gebruik van waarderingstechnieken.

De bepaling van de reële waarde volgens niveau 2 en 3 vereist

een weergave zijn van feitelijke en regelmatig terugkerende markttransacties op basis van vrij economisch verkeer. Indien een financieel instrument wordt verhandeld in een actieve en liquide markt is de genoteerde prijs of waarde de beste indicator voor de reële waarde ervan. Die reële waarde wordt niet gecorrigeerd voor een groot pakket aandelen, tenzij er een bindende afspraak is gemaakt om de aandelen te verkopen tegen een andere prijs dan de marktprijs. De meest geschikte marktprijs voor een actief in bezit of een uit te geven passief is de huidige biedprijs, en voor een aan te kopen actief of een passief in bezit, de laatprijs. Middenkoersen worden gebruikt als basis voor het bepalen van de reële waarde van activa en verplichtingen met

aangepaste) genoteerde prijzen in een actieve markt voor identieke activa of verplichtingen. Dit betekent dat de genoteerde prijzen eenvoudig beschikbaar zijn en werkelijke en regelmatig voorkomende markttransacties op basis van vrij economisch

Niveau 1: reële waarde vastgesteld met gebruik van (niet

interne schattingen en aannames);

beschikbaarheid van informatie.

genoemde volgorde:

Kostprijs.

verkeer weerspiegelen;

tegengestelde marktrisico's.

worden toegepast.

  • Het een inconsistentie in waardering of verantwoording opheft of aanzienlijk vermindert ('rapporteringsmismatch'); of
  • Het een groep financiële activa en/of verplichtingen betreft, die gewaardeerd worden op basis van de reële waarde.
  • Andere financiële verplichtingen worden in eerste instantie opgenomen tegen de reële waarde minus transactiekosten. Vervolgens worden andere financiële verplichtingen gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, gebruikmakend van de effectieve-rentemethode, waarbij de periodieke amortisatie wordt verwerkt in de resultatenrekening.

Achtergestelde verplichtingen en schulden worden bij eerste opname tegen reële waarde gewaardeerd (onder aftrek van transactiekosten) en worden vervolgens gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs met behulp van de effectieve-rentemethode, waarbij de periodieke afschrijving wordt opgenomen in de resultatenrekening.

Transactiekosten

Transactiekosten op financiële instrumenten verwijzen naar de extra kosten die direct zijn toe te rekenen aan de verwerving of vervreemding van een financieel actief of een financiële verplichting. Daarin zijn inbegrepen commissies die worden betaald aan agenten, adviseurs, brokers en effectenhandelaren, evenals heffingen opgelegd door toezichthouders en effectenbeurzen evenals overdrachtsbelasting en andere heffingen.

Deze transactiekosten worden verantwoord in de eerste waardering van de financiële activa en verplichtingen, behalve indien de financiële activa of verplichtingen worden gewaardeerd tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening. In dat geval worden de transactiekosten direct als kosten opgenomen.

Reële waarde van financiële instrumenten

De reële waarde is de waarde waartegen een actief of toegekend aandeleninstrument kan worden verhandeld en een verplichting kan worden afgewikkeld tussen ter zake goed geïnformeerde, tot markttransactie bereidwillige partijen.

De reële waarde die getoond wordt, is de 'clean fair value' overeenkomend met de totale reële waarde ('dirty' fair value) exclusief opgelopen rente en transactiekosten. De opgelopen rente wordt afzonderlijk geclassificeerd.

De reële waarde van een verplichting of een eigenvermogensinstrument de gevolgen van het risico dat het instrument niet presteert. Dit risico omvat, maar hoeft niet beperkt te zijn tot, het eigen risico van de entiteit.

Een actief of verplichting wordt in eerste instantie gewaardeerd tegen de reële waarde. Als de transactieprijs afwijkt van deze reële waarde, wordt de hieruit voortvloeiende winst of verlies in de resultatenrekening verwerkt, tenzij IFRS anders voorschrijft.

De basisprincipes voor het bepalen van de reële waarde zijn:

  • Maximaal gebruik van relevante waarneembare (markt-)gegevens en minimaal gebruik van niet-waarneembare gegevens (zoals interne schattingen en aannames);
  • Uitsluitend wijzigingen van de schattingsmethode als er een verbetering kan worden aangetoond of als de verandering noodzakelijk is vanwege wijzigingen in de marktsituatie of de beschikbaarheid van informatie.

Bij het bepalen van de reële waarde wordt de volgende hiërarchie gebruikt voor het bepalen en vermelden van de reële waarde, in de genoemde volgorde:

  • Niveau 1: reële waarde vastgesteld met gebruik van (niet aangepaste) genoteerde prijzen in een actieve markt voor identieke activa of verplichtingen. Dit betekent dat de genoteerde prijzen eenvoudig beschikbaar zijn en werkelijke en regelmatig voorkomende markttransacties op basis van vrij economisch verkeer weerspiegelen;
  • Niveau 2: reële waarde vastgesteld met gebruik van informatie anders dan de in niveau 1 opgenomen genoteerde prijzen die (op de markt) waarneembaar zijn, hetzij direct (d.w.z. prijzen) of indirect (d.w.z. ontleend aan prijzen, zoals rentetarieven of wisselkoersen);
  • Niveau 3: reële waarde vastgesteld met gebruik van informatie die niet (volledig) op waarneembare gegevens is gebaseerd;
  • Kostprijs.

105 | 240

ii) Financiële verplichtingen die Ageas onherroepelijk bij eerste opname of eerste toepassing van IFRS heeft aangemerkt als aangehouden tegen reële waarde met waardeveranderingen

  • Het basiscontract een in het contract besloten derivaat bevat dat anders zou moeten worden afgezonderd; - Het een inconsistentie in waardering of verantwoording

  • Het een groep financiële activa en/of verplichtingen betreft, die gewaardeerd worden op basis van de reële

in de resultatenrekening omdat:

waarde.

verwerkt in de resultatenrekening.

Transactiekosten

andere heffingen.

opheft of aanzienlijk vermindert ('rapporteringsmismatch'); of

Andere financiële verplichtingen worden in eerste instantie opgenomen tegen de reële waarde minus transactiekosten. Vervolgens worden andere financiële verplichtingen gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, gebruikmakend van de effectieve-rentemethode, waarbij de periodieke amortisatie wordt

Achtergestelde verplichtingen en schulden worden bij eerste opname tegen reële waarde gewaardeerd (onder aftrek van transactiekosten) en worden vervolgens gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs met behulp van de effectieve-rentemethode, waarbij de periodieke afschrijving wordt opgenomen in de resultatenrekening.

Transactiekosten op financiële instrumenten verwijzen naar de extra kosten die direct zijn toe te rekenen aan de verwerving of vervreemding van een financieel actief of een financiële verplichting. Daarin zijn inbegrepen commissies die worden betaald aan agenten, adviseurs, brokers en effectenhandelaren, evenals heffingen opgelegd door toezichthouders en effectenbeurzen evenals overdrachtsbelasting en

Deze transactiekosten worden verantwoord in de eerste waardering van de financiële activa en verplichtingen, behalve indien de financiële activa of verplichtingen worden gewaardeerd tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening. In dat geval worden de

De reële waarde is de waarde waartegen een actief of toegekend aandeleninstrument kan worden verhandeld en een verplichting kan worden afgewikkeld tussen ter zake goed geïnformeerde, tot

overeenkomend met de totale reële waarde ('dirty' fair value) exclusief opgelopen rente en transactiekosten. De opgelopen rente wordt

De reële waarde van een verplichting of een eigenvermogensinstrument de gevolgen van het risico dat het instrument niet presteert. Dit risico omvat, maar hoeft niet beperkt te zijn tot, het eigen risico van de entiteit.

Een actief of verplichting wordt in eerste instantie gewaardeerd tegen de reële waarde. Als de transactieprijs afwijkt van deze reële waarde, wordt de hieruit voortvloeiende winst of verlies in de resultatenrekening

De reële waarde die getoond wordt, is de 'clean fair value'

transactiekosten direct als kosten opgenomen.

Reële waarde van financiële instrumenten

markttransactie bereidwillige partijen.

verwerkt, tenzij IFRS anders voorschrijft.

afzonderlijk geclassificeerd.

104 | 240

Voor aandelen omvatten de eventuele objectieve aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen onder meer het feit of de reële waarde per de balansdatum significant (25%) beneden de boekwaarde ligt of per de balansdatum gedurende een langere periode beneden de

Afhankelijk van het type financieel actief, kan de realiseerbare waarde

Indien wordt vastgesteld dat een voor verkoop beschikbaar actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan, wordt het bedrag van de bijzondere waardevermindering opgenomen in de resultatenrekening. Niet-gerealiseerde en voorheen in het eigen vermogen opgenomen verliezen van voor verkoop beschikbare activa die een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan, worden overgedragen naar de

schuldinstrument dat is geclassificeerd als beschikbaar voor verkoop, stijgt en de stijging objectief in verband kan worden gebracht met een gebeurtenis die plaatsvond na de opname van het bedrag van de bijzondere waardevermindering in de resultatenrekening, valt het bedrag van de bijzondere waardevermindering vrij, waarbij het bedrag van de vrijval wordt verwerkt in de resultatenrekening. Verdere positieve herwaarderingen van als voor verkoop beschikbare schuldinstrumenten

Bijzondere waardeverminderingen voor als voor verkoop beschikbare aandeleninstrumenten worden niet via de resultatenrekening teruggenomen. Stijgingen in de reële waarde na de bijzondere waardevermindering worden rechtstreeks verwerkt in overig

Alle aan- en verkopen van financiële activa en verplichtingen die moeten worden afgewikkeld binnen het door regelgeving of marktconventie vastgestelde tijdsbestek, worden opgenomen op de transactiedatum, namelijk de datum waarop Ageas als partij betrokken wordt bij de

Andere termijnaankopen en -verkopen dan degene die moeten worden

marktconventie is vastgesteld, worden tot het moment van afwikkeling

i) Voor handelsdoeleinden aangehouden financiële verplichtingen, inclusief derivaten die niet voor hedge-

accounting in aanmerking komen; en

De reële waarde op basis van een waarneembare marktprijs; De reële waarde op basis van niet-waarneembare marktgegevens;

boekwaarde is geweest (365 opeenvolgende dagen).

Op basis van de reële waarde van zekerheden.

resultatenrekening op het moment dat de bijzondere

Indien in een volgende periode de reële waarde van een

worden opgenomen in overig comprehensive income.

contractuele bepalingen van de financiële activa.

opgenomen als afgeleide termijntransacties.

waardeveranderingen omvatten:

afgewikkeld binnen het tijdsbestek dat door regelgeving of

Classificatie en waardering van financiële verplichtingen De IFRS-classificatie van financiële verplichtingen bepaalt de waardering en verwerking ervan in de resultatenrekening als volgt: Financiële verplichtingen tegen de reële waarde met

waardevermindering zich voordoet.

comprehensive income.

Transactie en afwikkelingsdatum

als volgt worden geschat:

of

De plaatsing van de waardering van de reële waarde in de hiërarchie wordt bepaald op basis van het laagste niveau van input dat van belang is voor de waardering van de reële waarde in zijn geheel.

De bepaling van de reële waarde volgens niveau 2 en 3 vereist doorgaans het gebruik van waarderingstechnieken.

Een financieel instrument wordt beschouwd als marktgenoteerd in een actieve markt als genoteerde prijzen eenvoudig en regelmatig opvraagbaar zijn bij een beurs, dealer, broker, industriële groep, pricing service of regelgevende/toezichthoudende instanties en als deze prijzen een weergave zijn van feitelijke en regelmatig terugkerende markttransacties op basis van vrij economisch verkeer. Indien een financieel instrument wordt verhandeld in een actieve en liquide markt is de genoteerde prijs of waarde de beste indicator voor de reële waarde ervan. Die reële waarde wordt niet gecorrigeerd voor een groot pakket aandelen, tenzij er een bindende afspraak is gemaakt om de aandelen te verkopen tegen een andere prijs dan de marktprijs. De meest geschikte marktprijs voor een actief in bezit of een uit te geven passief is de huidige biedprijs, en voor een aan te kopen actief of een passief in bezit, de laatprijs. Middenkoersen worden gebruikt als basis voor het bepalen van de reële waarde van activa en verplichtingen met tegengestelde marktrisico's.

Als er een significante daling is in het volume of het activiteitsniveau voor het actief of de verplichting, worden de transacties of genoteerde prijzen beoordeeld en kan er een alternatieve waarderingsmethode of meerdere waarderingsmethoden (bijv. contante-waardetechnieken) worden toegepast.

Als er geen marktprijs op een actieve markt beschikbaar is, wordt de reële waarde berekend op basis van de contante waarde-methode of andere waarderingsmethoden gebaseerd op waarneembare marktgegevens op de balansdatum. Deze informatie kan hetzij direct waarneembaar zijn (prijzen) of indirect waarneembaar (afgeleid van prijzen zoals rente of wisselkoersen). Wanneer Ageas kwantitatieve niet-observeerbare informatie gebruikt bij de waardering tegen reële waarde, is deze informatie niet binnenshuis ontwikkeld.

Als er een waarderingsmethode gebruikelijk is in de markt om de prijs van een instrument te bepalen en van deze waarderingsmethode is aangetoond dat de bepaalde waardering een betrouwbare schatting oplevert van de prijs bij een daadwerkelijke markttransactie, dan gebruikt Ageas deze waarderingsmethode. Tot de veel gebruikte waarderingsmethoden in financiële markten behoren recente markttransacties, discounted cash flows (inclusief optiewaarderingsmodellen) en actuele vervangingswaarde. Een geaccepteerde waarderingsmethode houdt rekening met alle factoren die marktpartijen voor de prijsvorming belangrijk achten. Deze methode dient tevens consistent te zijn met algemeen aanvaarde economische modellen voor de waardering van financiële instrumenten. Deze technieken zijn onderhevig aan inherente beperkingen, zoals de schatting van de voor risico gecorrigeerde disconteringsvoet. Het gebruik van andere assumpties en veronderstellingen zou resulteren in een andere reële waarde.

De niveau 3 posities zijn voornamelijk gevoelig voor een verandering van de verwachte kasstromen. Bijgevolg varieert hun reële waarde in verhouding tot de veranderingen in deze kasstromen. De veranderingen in de waarde van deze niveau 3 posities worden verantwoord in de overige niet-gerealiseerde resultaten in het eigen vermogen.

De gebruikte methoden en hypothesen om de reële waarde te bepalen, zijn grotendeels afhankelijk van het feit of het instrument verhandeld wordt op een financiële markt en welke informatie gebruikt kan worden in de waarderingsmodellen. Hierna wordt een samenvatting gegeven van de verschillende financiële instrumenten met de hiervoor gehanteerde reële waarderingsmethode:

i) De reële waarde van als voor verkoop beschikbaar geclassificeerde effecten en van effecten tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening wordt bepaald aan de hand van marktprijzen van actieve markten. Indien geen genoteerde prijzen in een actieve markt beschikbaar zijn, wordt de reële waarde bepaald aan de hand van contante-waarde berekeningen. Meer bepaald voor asset-backed securities houden de verwachte kasstromen die worden gebruikt in de contantewaarde berekening rekening met de oorspronkelijke verzekeringstechnische criteria, kenmerken van de lening nemer (zoals leeftijd en kredietscores), loan-to-value ratio's, verwachte schommelingen in de huizenprijzen en verwachte vooruitbetalingsniveaus. Disconteringsfactoren worden hierbij gebaseerd op een swapcurve, plus een spread die de risicokenmerken van het instrument uitdrukt. De reële waarde van als tot de vervaldag aangehouden geclassificeerde effecten (alleen nodig voor informatieverschaffing) worden op dezelfde wijze bepaald.

  • ii) De reële waarde van derivaten wordt verkregen uit actieve markten of wordt, indien van toepassing, bepaald met behulp van contante-waarde berekeningen en optie-waarderingsmodellen. Genoteerde marktprijzen zijn de meest betrouwbare reële waarde voor op een erkende beurs verhandelde derivaten. Voor derivaten die niet op een erkende beurs worden verhandeld, is de reële waarde die waarde die gerealiseerd kan worden door beëindiging of afwikkeling van het derivaat. Factoren die van invloed zijn op de waardering van de individuele derivaten zijn onder andere de kredietrating van de tegenpartij en de complexiteit van het derivaat. Wanneer deze factoren afwijken van de basisfactoren die ten grondslag liggen aan de notering, kan een aanpassing van de genoteerde prijs worden overwogen. Gangbare methoden voor de waardering van een renteswap hanteren een vergelijking van het rendement (de yield) van de swap met de huidige swaprentecurve. De swaprentecurve wordt afgeleid van de genoteerde swaprentevoeten. Over het algemeen zijn er aan- en verkoopkoersen van handelaars beschikbaar voor gangbare renteswaps met tegenpartijen waarvan de effecten 'investment grade' zijn.
  • iii) De reële waarde voor niet-beursgenoteerde private equitybeleggingen wordt geschat aan de hand van de toepasselijke marktvergelijkingsfactoren (bijvoorbeeld koers/winstverhouding of koers/kasstroomverhouding) om de specifieke omstandigheden van de emittent uit te drukken. Niveau 3 waarderingen voor private equity en durfkapitaal maken gebruik van reële waarden die zijn opgenomen in het geauditeerde financieel verslag van de relevante deelnemingen.
  • iv) De reële waarde van schulden en uitgegeven achtergestelde leningen wordt bepaald met behulp van modellen voor contantewaarde berekeningen, op basis van de huidige marginale rentevoet die Ageas hanteert voor leningen van hetzelfde type. Voor leningen met een variabele rente die frequent wijzigen en geen aanwijsbare wijziging van het kredietrisico vertonen, benadert de reële waarde de boekwaarde. Voor het waarderen van in leningen opgenomen rentevoetplafonds en vooruitbetalingsopties en die in overeenstemming met IFRS separaat worden verantwoord, worden optie-waarderingsmodellen gebruikt.
  • v) De reële waarde voor verbintenissen en garanties die niet uit de balans blijken, wordt gebaseerd op vergoedingen die actueel worden berekend bij soortgelijke overeenkomsten, waarbij rekening wordt gehouden met de overige voorwaarden van de overeenkomsten en de kredietwaardigheid van de tegenpartijen.

Niet-beursgenoteerde financiële instrumenten worden vaak verhandeld op over-the-counter (OTC) markten waar de marktprijzen verkrijgbaar zijn via handelaren of andere bemiddelaars. Vanuit verschillende bronnen zijn beursnoteringen verkrijgbaar voor een aantal financiële instrumenten die geregeld worden verhandeld op een OTC-markt. De financiële pers, verschillende beurspublicaties en informatie van individuele marketmakers zijn voorbeelden van deze bronnen.

Covid-19 heeft niet geleid tot een wijziging van de methode die gebruikt is voor de bepaling van de reële waarde van financiële instrumenten, zoals hierboven beschreven. Indien van toepassing, houdt de bepaling van de reële waarde rekening met bijkomende onzekerheden omwille van de Covid-19 pandemie.

Gedetailleerdere informatie over de toepassing van deze waarderingsmethoden en aannames is vermeld in de desbetreffende toelichtingen in de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas.

Saldering van financiële activa en passiva

Financiële activa en verplichtingen worden gesaldeerd en het nettobedrag wordt in de balans gerapporteerd wanneer er een wettelijk afdwingbaar recht is om de verantwoorde bedragen te salderen en de intentie bestaat om tot een afwikkeling op netto basis te komen, dan wel tegelijkertijd het actief te realiseren en de verplichting af te wikkelen.

107 | 240

verantwoord.

opgesteld:

rente verantwoord.

verantwoord in de resultatenrekening.

transactie de resultatenrekening beïnvloedt.

beëindigd.

Afdekkingen van vaststaande toezeggingen zijn reële-waarde afdekkingen, uitgezonderd afdekkingen van de valutarisico's van een vaststaande verbintenis, die als kasstroomafdekking worden

Het bovenstaande is ook het geval indien de afdekking niet langer voldoet aan de criteria voor hedge accounting, of op een andere wijze wordt stopgezet, maar de verwachte transacties of vaststaande toezeggingen naar verwachting wel zullen plaatsvinden. Indien de verwachte transacties of vaststaande toezeggingen naar verwachting niet meer zullen plaatsvinden, worden de in het eigen vermogen uitgestelde bedragen rechtstreeks overgebracht naar de

2.8.3 Verkoop- en terugkoopovereenkomsten en (uit)lenen van

Effecten die zijn aangekocht als gevolg van een overeenkomst tot terugverkoop ('reverse repo') worden niet verantwoord in de balans. Het recht om geldmiddelen te ontvangen van een tegenpartij wordt opgenomen onder 'Leningen'. Het verschil tussen de verkoopprijs en de terugkoopprijs wordt verantwoord als rente en toegerekend over de looptijd van de overeenkomsten met behulp van de effectieve-

Effecten uitgeleend aan tegenpartijen blijven op de balans staan. Op gelijksoortige wijze worden geleende effecten niet in de balans verantwoord. Indien geleende effecten aan derden worden verkocht, worden de opbrengsten uit de verkoop en de schuld uit de verplichting tot teruggave van de zekerheid verantwoord. De verplichting tot teruggave van de zekerheid wordt gewaardeerd tegen reële waarde en verantwoord in de resultatenrekening. Geleende of ontvangen geldmiddelen in verband met het lenen of uitlenen van effecten worden

Geldmiddelen en kasequivalenten omvatten liquide middelen, vrij beschikbare tegoeden bij (centrale) banken en andere financiële instrumenten met een vervaldatum korter dan drie maanden vanaf de

Ageas presenteert de kasstromen uit bedrijfsactiviteiten op basis van de indirecte methode, waarbij het nettoresultaat wordt aangepast met het oog op de gevolgen van transacties van niet-geldelijke aard, eventuele overlopende posten voor al ontvangen of toekomstige kasontvangsten of kasbetalingen uit exploitatie en posten van baten of lasten in verband

Ontvangen en betaalde rente worden in het kasstroomoverzicht verantwoord als kasstromen uit bedrijfsactiviteiten. Ontvangen dividenden worden in het kasstroomoverzicht verantwoord als kasstromen uit bedrijfsactiviteiten. Betaalde dividenden worden verantwoord als kasstromen uit financieringsactiviteiten.

verantwoord onder 'Leningen' of onder 'Schulden'.

2.8.4 Geldmiddelen en kasequivalenten

met investerings- of financieringskasstromen.

datum van verwerving.

Kasstroomoverzicht

Effecten die onder een terugkoopovereenkomst ('repo') vallen, blijven op de balans staan zolang substantieel alle risico's en opbrengsten van het eigendom bij Ageas blijven. De van dergelijke verkopen ontvangen opbrengsten worden geneutraliseerd door onder 'Schulden' een dienovereenkomstige financiële verplichting op te nemen.

resultatenrekening.

rentemethode.

effecten

In het kader van hedge accounting wordt de volgende documentatie

Zowel bij aanvang van de afdekking als gedurende de periode van afdekking, wordt de beoordeling gedocumenteerd in hoeverre de derivaten die bij afdekkingstransacties worden gebruikt zeer effectief zijn bij het compenseren van het risico van veranderingen in de reële waarde van de afgedekte positie of aan het afgedekte

Bij het begin van de transactie worden de relatie tussen afdekkingsinstrumenten en de afgedekte items, evenals de doelstelling en strategie op het vlak van risicobeheer met betrekking

Activa, verplichtingen, vaststaande toezeggingen of verwachte transacties waarbij een externe partij betrokken is, worden als afgedekte items aangemerkt. Een afgedekte positie kan ook een specifiek risico zijn dat deel uitmaakt van het totale risico van de afgedekte positie.

De verandering in reële waarde van een afgedekte positie die aan het afgedekte risico toe te rekenen is en de verandering in reële waarde van het afdekkingsinstrument in een reële-waarde afdekking worden verantwoord in de resultatenrekening. De verandering in reële waarde van rentedragende derivaten wordt afzonderlijk van de overlopende

Indien de afdekking niet langer voldoet aan de criteria van hedge accounting of anderszins wordt beëindigd, wordt de aanpassing van de boekwaarde van een afgedekt rentedragend financieel instrument die uit hedge accounting voortvloeit afgeschreven op basis van de nieuwe effectieve rentevoet, berekend op de datum waarop de afdekking is

Veranderingen in reële waarde van derivaten die zijn aangewezen en in aanmerking komen als kasstroomafdekkingen worden in het eigen vermogen onder Ongerealiseerde winsten en verliezen verantwoord. Het bedrag aan eigen vermogen wordt geherclassificeerd naar de resultatenrekening als de indekte positie van invloed is op de resultatenrekening. Niet-effectieve afdekkingen worden onmiddellijk

Indien de afdekking van een verwachte transactie of vaststaande toezegging tot de opname van een niet-financieel actief of een nietfinanciële verplichting leidt, worden de winsten en verliezen die eerder in het eigen vermogen waren uitgesteld, overgeboekt van het eigen vermogen en verantwoord in de eerste waardering van dat nietfinanciële actief of die niet-financiële verplichting. In andere gevallen worden in het eigen vermogen verantwoorde bedragen naar de resultatenrekening overgeboekt en als baten of lasten verantwoord in de periodes waarin de afgedekte vaststaande toezegging of verwachte

tot afdekkingstransacties gedocumenteerd;

risico toe te rekenen kasstromen.

2.8.2 Voor afdekking gebruikte derivaten en financiële instrumenten

Derivaten zijn financiële instrumenten zoals swaps, termijncontracten, futures en (geschreven en gekochte) optiecontracten. De waarde van deze financiële instrumenten verandert als gevolg van veranderingen in diverse onderliggende variabelen. Derivaten vergen weinig tot geen aanvangsinvestering en worden op een tijdstip in de toekomst afgewikkeld.

Alle derivaten worden op de balans verantwoord tegen reële waarde op de transactiedatum. Er wordt onderscheid gemaakt tussen:

  • Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden; en
  • Derivaten voor afdekkingsdoeleinden.

In een contract besloten derivaten

Financiële activa of verplichtingen kunnen in contracten besloten derivaten omvatten. Dergelijke financiële instrumenten worden dikwijls hybride financiële instrumenten genoemd. Tot hybride financiële instrumenten behoren omgekeerde converteerbare obligaties (obligaties waarvoor de terugbetaling de vorm van aandelen kan aannemen) en/of obligaties met geïndexeerde interestbetalingen.

Indien het basiscontract niet wordt gewaardeerd tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening en er geen nauw verband bestaat tussen de kenmerken en risico's van het in een contract besloten derivaat en de kenmerken en risico's van het basiscontract, dient het in een contract besloten derivaat te worden gescheiden van het basiscontract en te worden gewaardeerd tegen reële waarde als een op zichzelf staand derivaat. Reële-waardeveranderingen worden in de resultatenrekening verantwoord. Het basiscontract wordt verantwoord en gewaardeerd door toepassing van de regels van de betreffende categorie van het financiële instrument.

Indien het basiscontract wordt gewaardeerd tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening of een nauw verband bestaat tussen de kenmerken en risico's van het in een contract besloten derivaat en de kenmerken en risico's van het basiscontract, wordt het in een contract besloten derivaat niet gescheiden en wordt het hybridische financieel instrument gewaardeerd als een enkel instrument.

De af te scheiden derivaten worden naargelang het geval verantwoord als hedging derivaten of derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden.

Afdekking

Op de datum dat Ageas een derivatencontract afsluit, wordt dit contract aangemerkt als hetzij:

  • Een indekking van de reële waarde: een indekking van de reële waarde van een opgenomen actief of verplichting;
  • Een indekking van een netto-investering in een buitenlandse entiteit; of
  • Een kasstroomindekking: een indekking van toekomstige kasstromen toewijsbaar aan een opgenomen actief of een voorziene transactie.

Afdekkingen van vaststaande toezeggingen zijn reële-waarde afdekkingen, uitgezonderd afdekkingen van de valutarisico's van een vaststaande verbintenis, die als kasstroomafdekking worden verantwoord.

107 | 240

106 | 240

grade' zijn.

gebruikt.

van de Covid-19 pandemie.

ii) De reële waarde van derivaten wordt verkregen uit actieve

De swaprentecurve wordt afgeleid van de genoteerde swaprentevoeten. Over het algemeen zijn er aan- en verkoopkoersen van handelaars beschikbaar voor gangbare renteswaps met tegenpartijen waarvan de effecten 'investment

iii) De reële waarde voor niet-beursgenoteerde private equitybeleggingen wordt geschat aan de hand van de toepasselijke marktvergelijkingsfactoren (bijvoorbeeld koers/winstverhouding of koers/kasstroomverhouding) om de specifieke omstandigheden van de emittent uit te drukken. Niveau 3 waarderingen voor private equity en durfkapitaal maken gebruik van reële waarden die zijn opgenomen in het geauditeerde financieel verslag van de relevante deelnemingen. iv) De reële waarde van schulden en uitgegeven achtergestelde leningen wordt bepaald met behulp van modellen voor contantewaarde berekeningen, op basis van de huidige marginale rentevoet die Ageas hanteert voor leningen van hetzelfde type. Voor leningen met een variabele rente die frequent wijzigen en geen aanwijsbare wijziging van het kredietrisico vertonen, benadert de reële waarde de boekwaarde. Voor het waarderen

van in leningen opgenomen rentevoetplafonds en vooruitbetalingsopties en die in overeenstemming met IFRS separaat worden verantwoord, worden optie-waarderingsmodellen

v) De reële waarde voor verbintenissen en garanties die niet uit de balans blijken, wordt gebaseerd op vergoedingen die actueel worden berekend bij soortgelijke overeenkomsten, waarbij rekening wordt gehouden met de overige voorwaarden van de overeenkomsten en de kredietwaardigheid van de tegenpartijen.

Niet-beursgenoteerde financiële instrumenten worden vaak verhandeld op over-the-counter (OTC) markten waar de marktprijzen verkrijgbaar zijn via handelaren of andere bemiddelaars. Vanuit verschillende bronnen zijn beursnoteringen verkrijgbaar voor een aantal financiële instrumenten die geregeld worden verhandeld op een OTC-markt. De financiële pers, verschillende beurspublicaties en informatie van individuele marketmakers zijn voorbeelden van deze bronnen.

Covid-19 heeft niet geleid tot een wijziging van de methode die gebruikt is voor de bepaling van de reële waarde van financiële instrumenten, zoals hierboven beschreven. Indien van toepassing, houdt de bepaling van de reële waarde rekening met bijkomende onzekerheden omwille

waarderingsmethoden en aannames is vermeld in de desbetreffende toelichtingen in de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas.

Gedetailleerdere informatie over de toepassing van deze

markten of wordt, indien van toepassing, bepaald met behulp van contante-waarde berekeningen en optie-waarderingsmodellen. Genoteerde marktprijzen zijn de meest betrouwbare reële waarde voor op een erkende beurs verhandelde derivaten. Voor derivaten die niet op een erkende beurs worden verhandeld, is de reële waarde die waarde die gerealiseerd kan worden door beëindiging of afwikkeling van het derivaat. Factoren die van invloed zijn op de waardering van de individuele derivaten zijn onder andere de kredietrating van de tegenpartij en de complexiteit van het derivaat. Wanneer deze factoren afwijken van de basisfactoren die ten grondslag liggen aan de notering, kan een aanpassing van de genoteerde prijs worden overwogen. Gangbare methoden voor de waardering van een renteswap hanteren een vergelijking van het rendement (de yield) van de swap met de huidige swaprentecurve. Saldering van financiële activa en passiva

afgewikkeld.

Financiële activa en verplichtingen worden gesaldeerd en het nettobedrag wordt in de balans gerapporteerd wanneer er een wettelijk afdwingbaar recht is om de verantwoorde bedragen te salderen en de intentie bestaat om tot een afwikkeling op netto basis te komen, dan wel tegelijkertijd het actief te realiseren en de verplichting af te wikkelen.

2.8.2 Voor afdekking gebruikte derivaten en financiële instrumenten Derivaten zijn financiële instrumenten zoals swaps, termijncontracten, futures en (geschreven en gekochte) optiecontracten. De waarde van deze financiële instrumenten verandert als gevolg van veranderingen in diverse onderliggende variabelen. Derivaten vergen weinig tot geen aanvangsinvestering en worden op een tijdstip in de toekomst

Alle derivaten worden op de balans verantwoord tegen reële waarde op

de transactiedatum. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden; en

Financiële activa of verplichtingen kunnen in contracten besloten derivaten omvatten. Dergelijke financiële instrumenten worden dikwijls hybride financiële instrumenten genoemd. Tot hybride financiële instrumenten behoren omgekeerde converteerbare obligaties (obligaties waarvoor de terugbetaling de vorm van aandelen kan aannemen) en/of

Indien het basiscontract niet wordt gewaardeerd tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening en er geen nauw verband bestaat tussen de kenmerken en risico's van het in een contract besloten derivaat en de kenmerken en risico's van het basiscontract, dient het in een contract besloten derivaat te worden gescheiden van het basiscontract en te worden gewaardeerd tegen reële waarde als een op zichzelf staand derivaat. Reële-waardeveranderingen worden in de resultatenrekening verantwoord. Het basiscontract wordt verantwoord en gewaardeerd door toepassing van de regels van de betreffende

Indien het basiscontract wordt gewaardeerd tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening of een nauw verband bestaat tussen de kenmerken en risico's van het in een contract besloten derivaat en de kenmerken en risico's van het basiscontract, wordt het in een contract besloten derivaat niet gescheiden en wordt het hybridische financieel instrument gewaardeerd als een enkel instrument.

De af te scheiden derivaten worden naargelang het geval verantwoord

Op de datum dat Ageas een derivatencontract afsluit, wordt dit contract

Een indekking van de reële waarde: een indekking van de reële waarde van een opgenomen actief of verplichting; Een indekking van een netto-investering in een buitenlandse

Een kasstroomindekking: een indekking van toekomstige kasstromen toewijsbaar aan een opgenomen actief of een

als hedging derivaten of derivaten aangehouden voor

Derivaten voor afdekkingsdoeleinden.

obligaties met geïndexeerde interestbetalingen.

categorie van het financiële instrument.

handelsdoeleinden.

aangemerkt als hetzij:

entiteit; of

voorziene transactie.

Afdekking

In een contract besloten derivaten

In het kader van hedge accounting wordt de volgende documentatie opgesteld:

  • Bij het begin van de transactie worden de relatie tussen afdekkingsinstrumenten en de afgedekte items, evenals de doelstelling en strategie op het vlak van risicobeheer met betrekking tot afdekkingstransacties gedocumenteerd;
  • Zowel bij aanvang van de afdekking als gedurende de periode van afdekking, wordt de beoordeling gedocumenteerd in hoeverre de derivaten die bij afdekkingstransacties worden gebruikt zeer effectief zijn bij het compenseren van het risico van veranderingen in de reële waarde van de afgedekte positie of aan het afgedekte risico toe te rekenen kasstromen.

Activa, verplichtingen, vaststaande toezeggingen of verwachte transacties waarbij een externe partij betrokken is, worden als afgedekte items aangemerkt. Een afgedekte positie kan ook een specifiek risico zijn dat deel uitmaakt van het totale risico van de afgedekte positie.

De verandering in reële waarde van een afgedekte positie die aan het afgedekte risico toe te rekenen is en de verandering in reële waarde van het afdekkingsinstrument in een reële-waarde afdekking worden verantwoord in de resultatenrekening. De verandering in reële waarde van rentedragende derivaten wordt afzonderlijk van de overlopende rente verantwoord.

Indien de afdekking niet langer voldoet aan de criteria van hedge accounting of anderszins wordt beëindigd, wordt de aanpassing van de boekwaarde van een afgedekt rentedragend financieel instrument die uit hedge accounting voortvloeit afgeschreven op basis van de nieuwe effectieve rentevoet, berekend op de datum waarop de afdekking is beëindigd.

Veranderingen in reële waarde van derivaten die zijn aangewezen en in aanmerking komen als kasstroomafdekkingen worden in het eigen vermogen onder Ongerealiseerde winsten en verliezen verantwoord. Het bedrag aan eigen vermogen wordt geherclassificeerd naar de resultatenrekening als de indekte positie van invloed is op de resultatenrekening. Niet-effectieve afdekkingen worden onmiddellijk verantwoord in de resultatenrekening.

Indien de afdekking van een verwachte transactie of vaststaande toezegging tot de opname van een niet-financieel actief of een nietfinanciële verplichting leidt, worden de winsten en verliezen die eerder in het eigen vermogen waren uitgesteld, overgeboekt van het eigen vermogen en verantwoord in de eerste waardering van dat nietfinanciële actief of die niet-financiële verplichting. In andere gevallen worden in het eigen vermogen verantwoorde bedragen naar de resultatenrekening overgeboekt en als baten of lasten verantwoord in de periodes waarin de afgedekte vaststaande toezegging of verwachte transactie de resultatenrekening beïnvloedt.

Het bovenstaande is ook het geval indien de afdekking niet langer voldoet aan de criteria voor hedge accounting, of op een andere wijze wordt stopgezet, maar de verwachte transacties of vaststaande toezeggingen naar verwachting wel zullen plaatsvinden. Indien de verwachte transacties of vaststaande toezeggingen naar verwachting niet meer zullen plaatsvinden, worden de in het eigen vermogen uitgestelde bedragen rechtstreeks overgebracht naar de resultatenrekening.

2.8.3 Verkoop- en terugkoopovereenkomsten en (uit)lenen van effecten

Effecten die onder een terugkoopovereenkomst ('repo') vallen, blijven op de balans staan zolang substantieel alle risico's en opbrengsten van het eigendom bij Ageas blijven. De van dergelijke verkopen ontvangen opbrengsten worden geneutraliseerd door onder 'Schulden' een dienovereenkomstige financiële verplichting op te nemen.

Effecten die zijn aangekocht als gevolg van een overeenkomst tot terugverkoop ('reverse repo') worden niet verantwoord in de balans. Het recht om geldmiddelen te ontvangen van een tegenpartij wordt opgenomen onder 'Leningen'. Het verschil tussen de verkoopprijs en de terugkoopprijs wordt verantwoord als rente en toegerekend over de looptijd van de overeenkomsten met behulp van de effectieverentemethode.

Effecten uitgeleend aan tegenpartijen blijven op de balans staan. Op gelijksoortige wijze worden geleende effecten niet in de balans verantwoord. Indien geleende effecten aan derden worden verkocht, worden de opbrengsten uit de verkoop en de schuld uit de verplichting tot teruggave van de zekerheid verantwoord. De verplichting tot teruggave van de zekerheid wordt gewaardeerd tegen reële waarde en verantwoord in de resultatenrekening. Geleende of ontvangen geldmiddelen in verband met het lenen of uitlenen van effecten worden verantwoord onder 'Leningen' of onder 'Schulden'.

2.8.4 Geldmiddelen en kasequivalenten

Geldmiddelen en kasequivalenten omvatten liquide middelen, vrij beschikbare tegoeden bij (centrale) banken en andere financiële instrumenten met een vervaldatum korter dan drie maanden vanaf de datum van verwerving.

Kasstroomoverzicht

Ageas presenteert de kasstromen uit bedrijfsactiviteiten op basis van de indirecte methode, waarbij het nettoresultaat wordt aangepast met het oog op de gevolgen van transacties van niet-geldelijke aard, eventuele overlopende posten voor al ontvangen of toekomstige kasontvangsten of kasbetalingen uit exploitatie en posten van baten of lasten in verband met investerings- of financieringskasstromen.

Ontvangen en betaalde rente worden in het kasstroomoverzicht verantwoord als kasstromen uit bedrijfsactiviteiten. Ontvangen dividenden worden in het kasstroomoverzicht verantwoord als kasstromen uit bedrijfsactiviteiten. Betaalde dividenden worden verantwoord als kasstromen uit financieringsactiviteiten.

2.8.5 Vastgoedbeleggingen en vastgoed voor eigen gebruik

Classificatie en waardering van vastgoed voor eigen gebruik Vastgoed geclassificeerd als vastgoed voor eigen gebruik omvat voornamelijk:

Kantoorgebouwen die Ageas gebruikt; en

108 | 240

Commerciële gebouwen die worden gebruikt om bedrijfsactiviteiten uit te voeren.

Alle voor eigen gebruik aangehouden vastgoed en alle vaste activa worden gewaardeerd tegen kostprijs, verminderd met geaccumuleerde afschrijvingen (behalve voor terreinen die niet worden afgeschreven) en eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. De kostprijs is het equivalent van de contante prijs die is betaald of de

reële waarde van elke andere vergoeding die is gegeven om het actief te verwerven op het moment van de verwerving of de bouw van het actief.

109 | 240

Overboekingen naar of van vastgoedbeleggingen vinden alleen plaats

waarde mag niet hoger zijn dan de boekwaarde die zou zijn bepaald, na

Financieringskosten worden over het algemeen als last verantwoord in

Uitgaven voor het actief en financieringskosten worden gedaan; en Werkzaamheden die nodig zijn om het actief klaar te maken voor het bedoelde gebruik of de verkoop ervan in gang zijn gezet.

Het activeren van financieringskosten wordt beëindigd wanneer het daarbij behorend actief in materiële zin gereed is; hetzij voor verkoop hetzij voor gebruik. Indien de vervaardiging voor langere tijd wordt onderbroken, wordt eveneens de rentetoerekening uitgesteld. Indien de vervaardiging in fasen plaatsvindt en elke afzonderlijke fase beschouwd kan worden als een afzonderlijk actief, wordt de toerekening van rente aan desbetreffend actief beëindigd indien het actief in materiële zin

Voor een lening die met een bepaald actief samenhangt wordt de effectieve rentevoet op die lening toegepast. In andere gevallen wordt

Voor kwalificerende activa waarvan de aanvangsdatum op of voor 1 januari 2008 valt, geldt dat de financieringskosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de verwerving of bouw van een kwalificerend actief (een actief waarvoor gedurende langere tijd werkzaamheden nodig waren om het actief klaar te maken voor het bedoelde gebruik of de verkoop ervan) als last worden verantwoord in de periode waarin ze

Een immaterieel vast actief is een identificeerbaar niet-monetair actief en wordt uitsluitend verantwoord als het toekomstige economische voordelen oplevert en de kostprijs van het actief betrouwbaar kan

Immateriële vaste activa worden op de balans verantwoord tegen kostprijs, verminderd met eventuele geaccumuleerde afschrijving en eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. De restwaarde en de geschatte gebruiksduur van immateriële vaste

Immateriële activa met een bepaalde levensduur worden lineair afgeschreven over hun geschatte gebruiksduur. Op immateriële vaste activa met een onbepaalde gebruiksduur zoals goodwill wordt niet afgeschreven, maar deze worden minstens eenmaal per jaar getoetst op bijzondere waardevermindering. Geïdentificeerde eventuele bijzondere waardeverminderingsverliezen worden in de resultatenrekening

activa worden op elke balansdatum opnieuw bekeken.

een gewogen gemiddeld betaalde rentevoet toegepast.

2.8.6 Goodwill en overige immateriële activa

Financieringskosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de verwerving of bouw van een actief worden, terwijl het actief in opbouw is, geactiveerd als onderdeel van de kosten van dat actief. De activering

van financieringskosten dient in te gaan wanneer:

afschrijvingen, als in voorgaande jaren geen bijzondere waardevermindering voor het actief was opgenomen.

Financieringskosten

gereed is.

zijn gemaakt.

Immateriële activa

worden bepaald.

verantwoord.

de periode waarin ze zijn gemaakt.

Naar vastgoedbeleggingen aan het einde van het eigen gebruik, bij aanvang van een operationele lease aan een andere partij of aan

Vanuit vastgoedbeleggingen bij aanvang van het eigen gebruik of bij aanvang van ontwikkeling met het oog op verkoop.

Wanneer het resultaat van een bouwcontract op betrouwbare wijze kan worden geschat, worden de contractopbrengsten en -kosten in verband met het bouwcontract verantwoord als baten, respectievelijk lasten met verwijzing naar het stadium van uitvoering van de contractactiviteit op balansdatum. Wanneer het waarschijnlijk is dat de totale contractkosten hoger zullen zijn dan de totale contractopbrengsten wordt het verwachte verlies onmiddellijk als last verantwoord in de resultatenrekening.

als er een wijziging is van het gebruik:

het einde van de bouw of ontwikkeling; en

Bijzondere waardevermindering op vastgoed voor eigen

Net als andere niet-financiële activa ondergaat vastgoed voor eigen gebruik een bijzondere waardevermindering als de boekwaarde hoger is

De realiseerbare waarde wordt bepaald als het hoogste bedrag van hetzij: de reële waarde verminderd met verkoopkosten of de

De reële waarde verminderd met verkoopkosten is het bedrag dat zou kunnen worden verkregen door de verkoop van een actief in een ordelijke transactie tussen marktpartijen (op basis van waarneembare en niet-waarneembare marktgegevens), na aftrek

toekomstige kasstromen waarvan verwacht wordt dat ze zullen voortvloeien uit het voortgezette gebruik van een actief en uit de vervreemding van dat actief aan het einde van de gebruiksduur,

De bedrijfswaarde is de contante waarde van geschatte

Aan het einde van iedere verslagperiode beoordeelt Ageas of er objectieve aanwijzingen bestaan dat het actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Hierbij wordt rekening gehouden met diverse informatiebronnen, zowel extern (bijvoorbeeld belangrijke wijzigingen in het economische klimaat) als intern (bijvoorbeeld desinvesteringsplannen). Indien dergelijke aanwijzingen bestaan (en uitsluitend dan), verlaagt Ageas de boekwaarde van het actief naar de geschatte realiseerbare waarde en het bedrag van de verandering in het

zonder aftrek van overdrachtsbelasting.

lopende jaar wordt verwerkt in de resultatenrekening.

Na opname van een bijzondere waardevermindering wordt de afschrijving voor toekomstige perioden gecorrigeerd voor de herziene boekwaarde onder vermindering van de restwaarde over de resterende gebruiksduur van het actief. Voor vastgoed wordt de gebruiksduur van elk belangrijk onderdeel afzonderlijk bepaald en aan het eind van het

Indien in een volgende periode het bedrag van de bijzondere waardeverminderingen op niet-financiële activa, uitgezonderd dalingen in de goodwill, daalt als gevolg van een gebeurtenis die zich voordoet

waardeverandering vrij in de resultatenrekening. Deze verhoogde

na de waardevermindering, valt de eerder opgenomen

gebruik en vastgoedbeleggingen

dan de realiseerbare waarde.

van verkoopkosten;

jaar herbeoordeeld.

bedrijfswaarde.

De afschrijvingen op gebouwen worden berekend volgens de lineaire methode teneinde de kosten van die activa af te schrijven gedurende de geschatte levensduur tot de restwaarde. De levensduur van IT, kantooren andere apparatuur wordt afzonderlijk vastgesteld voor elk actief. De levensduur van de gebouwen wordt afzonderlijk bepaald voor elk belangrijk deel (componentenbenadering) en wordt elk jaareinde herzien. De vastgoedbeleggingen worden gesplitst in de volgende componenten: ruwbouw, ramen en deuren, technische uitrusting, ruwe afwerking en detailafwerking.

De maximale levensduur van de componenten is als volgt:

Ruwbouw 50 jaar voor kantoren en winkelpanden
70 jaar voor woningen
Ramen en deuren 30 jaar voor kantoren en winkelpanden
40 jaar voor woningen
Technische uitrusting 15 jaar voor parkeergarages
20 jaar voor kantoren
25 jaar voor winkelpanden
40 jaar voor woningen
Ruwe afwerking 15 jaar voor parkeergarages
20 jaar voor kantoren
25 jaar voor winkelpanden
40 jaar voor woningen
Detailafwerking 10 jaar voor kantoren, winkelpanden en woningen
  • Terreinen hebben een ongelimiteerde levensduur en worden derhalve niet afgeschreven.
  • Als algemene regel wordt uitgegaan van een restwaarde van nihil.
  • Kosten voor reparaties en onderhoud worden in de resultatenrekening als last verantwoord in de periode waarin de kosten zijn gemaakt. Uitgaven die de voordelen van vastgoed of vaste activa zodanig verbeteren of uitbreiden dat hun oorspronkelijke gebruik wordt uitgebreid, worden geactiveerd en vervolgens afgeschreven.
  • Financieringskosten voor de financiering van de bouw van materiële vaste activa worden op dezelfde manier behandeld als de financieringskosten voor vastgoedbeleggingen.

Classificatie en waardering van vastgoedbeleggingen

Een vastgoedbelegging is vastgoed dat Ageas aanhoudt om huuropbrengsten of een waardestijging te realiseren. Ageas kan bepaalde vastgoedbeleggingen ook voor eigen gebruik aanwenden. Indien de beleggingen aangewend voor eigen gebruik afzonderlijk kunnen worden verkocht of geleased via financiële lease, worden die delen verantwoord als materiële vaste activa. Indien de beleggingen aangewend voor eigen gebruik niet afzonderlijk kunnen worden verkocht, worden die delen alleen als vastgoedbeleggingen behandeld als Ageas een onbelangrijk deel voor eigen gebruik aanhoudt.

Omwille de vergelijkbaarheid hanteert Ageas een kostprijsmodel, zowel voor vastgoedbeleggingen als voor vastgoed voor eigen gebruik. Na de initiële opname wordt al het vastgoed gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met cumulatieve afschrijvingen (volgens een lineaire methode) en eventuele cumulatieve bijzondere

waardeverminderingsverliezen. Wijzigingen in de reële waarde van de

vastgoedbeleggingen worden zodoende niet verantwoord in de resultatenrekening (tenzij er een bijzondere waardevermindering heeft plaatsgevonden) of in overig comprehensive income.

De restwaarde en de geschatte gebruiksduur van vastgoed-beleggingen worden afzonderlijk bepaald voor elk belangrijk onderdeel (componentenbenadering) en worden op elke balansdatum opnieuw bekeken. Voor vastgoedbeleggingen wordt dezelfde maximale geschatte gebruiksduur van de componenten toegepast als voor vastgoed aangehouden voor eigen gebruik.

Ageas verhuurt zijn vastgoedbeleggingen door middel van diverse nietopzegbare huurcontracten. Bepaalde contracten bevatten verlengingsopties voor diverse tijdsperioden. De met deze contracten verbonden huurinkomsten worden in de loop van de tijd verantwoord als beleggingsbaten, en wel lineair over de huurperiode.

Overboekingen naar of van vastgoedbeleggingen vinden alleen plaats als er een wijziging is van het gebruik:

109 | 240

108 | 240

voornamelijk:

uit te voeren.

Technische uitrusting

Ruwe afwerking

vervolgens afgeschreven.

voor vastgoedbeleggingen.

Classificatie en waardering van vastgoedbeleggingen Een vastgoedbelegging is vastgoed dat Ageas aanhoudt om huuropbrengsten of een waardestijging te realiseren. Ageas kan bepaalde vastgoedbeleggingen ook voor eigen gebruik aanwenden. Indien de beleggingen aangewend voor eigen gebruik afzonderlijk kunnen worden verkocht of geleased via financiële lease, worden die delen verantwoord als materiële vaste activa. Indien de beleggingen aangewend voor eigen gebruik niet afzonderlijk kunnen worden verkocht, worden die delen alleen als vastgoedbeleggingen behandeld als Ageas een onbelangrijk deel voor eigen gebruik aanhoudt.

methode) en eventuele cumulatieve bijzondere

2.8.5 Vastgoedbeleggingen en vastgoed voor eigen gebruik

Classificatie en waardering van vastgoed voor eigen gebruik Vastgoed geclassificeerd als vastgoed voor eigen gebruik omvat

Commerciële gebouwen die worden gebruikt om bedrijfsactiviteiten

reële waarde van elke andere vergoeding die is gegeven om het actief te verwerven op het moment van de verwerving of de bouw van het

De afschrijvingen op gebouwen worden berekend volgens de lineaire methode teneinde de kosten van die activa af te schrijven gedurende de geschatte levensduur tot de restwaarde. De levensduur van IT, kantooren andere apparatuur wordt afzonderlijk vastgesteld voor elk actief. De levensduur van de gebouwen wordt afzonderlijk bepaald voor elk belangrijk deel (componentenbenadering) en wordt elk jaareinde herzien. De vastgoedbeleggingen worden gesplitst in de volgende componenten: ruwbouw, ramen en deuren, technische uitrusting, ruwe

vastgoedbeleggingen worden zodoende niet verantwoord in de resultatenrekening (tenzij er een bijzondere waardevermindering heeft

De restwaarde en de geschatte gebruiksduur van vastgoed-beleggingen

Ageas verhuurt zijn vastgoedbeleggingen door middel van diverse niet-

verlengingsopties voor diverse tijdsperioden. De met deze contracten verbonden huurinkomsten worden in de loop van de tijd verantwoord als

plaatsgevonden) of in overig comprehensive income.

vastgoed aangehouden voor eigen gebruik.

worden afzonderlijk bepaald voor elk belangrijk onderdeel (componentenbenadering) en worden op elke balansdatum opnieuw bekeken. Voor vastgoedbeleggingen wordt dezelfde maximale geschatte gebruiksduur van de componenten toegepast als voor

opzegbare huurcontracten. Bepaalde contracten bevatten

beleggingsbaten, en wel lineair over de huurperiode.

actief.

afwerking en detailafwerking.

Alle voor eigen gebruik aangehouden vastgoed en alle vaste activa worden gewaardeerd tegen kostprijs, verminderd met geaccumuleerde afschrijvingen (behalve voor terreinen die niet worden afgeschreven) en eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. De kostprijs is het equivalent van de contante prijs die is betaald of de

Ruwbouw 50 jaar voor kantoren en winkelpanden

Ramen en deuren 30 jaar voor kantoren en winkelpanden

Detailafwerking 10 jaar voor kantoren, winkelpanden en woningen

Terreinen hebben een ongelimiteerde levensduur en worden derhalve niet afgeschreven.

Als algemene regel wordt uitgegaan van een restwaarde van nihil.

Omwille de vergelijkbaarheid hanteert Ageas een kostprijsmodel, zowel voor vastgoedbeleggingen als voor vastgoed voor eigen gebruik. Na de initiële opname wordt al het vastgoed gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met cumulatieve afschrijvingen (volgens een lineaire

waardeverminderingsverliezen. Wijzigingen in de reële waarde van de

70 jaar voor woningen

40 jaar voor woningen

15 jaar voor parkeergarages 20 jaar voor kantoren 25 jaar voor winkelpanden 40 jaar voor woningen

15 jaar voor parkeergarages 20 jaar voor kantoren 25 jaar voor winkelpanden 40 jaar voor woningen

Kosten voor reparaties en onderhoud worden in de resultatenrekening als last verantwoord in de periode waarin de kosten zijn gemaakt. Uitgaven die de voordelen van vastgoed of vaste activa zodanig verbeteren of uitbreiden dat hun oorspronkelijke gebruik wordt uitgebreid, worden geactiveerd en

Financieringskosten voor de financiering van de bouw van materiële vaste activa worden op dezelfde manier behandeld als de financieringskosten

De maximale levensduur van de componenten is als volgt:

Kantoorgebouwen die Ageas gebruikt; en

  • Naar vastgoedbeleggingen aan het einde van het eigen gebruik, bij aanvang van een operationele lease aan een andere partij of aan het einde van de bouw of ontwikkeling; en
  • Vanuit vastgoedbeleggingen bij aanvang van het eigen gebruik of bij aanvang van ontwikkeling met het oog op verkoop.

Wanneer het resultaat van een bouwcontract op betrouwbare wijze kan worden geschat, worden de contractopbrengsten en -kosten in verband met het bouwcontract verantwoord als baten, respectievelijk lasten met verwijzing naar het stadium van uitvoering van de contractactiviteit op balansdatum. Wanneer het waarschijnlijk is dat de totale contractkosten hoger zullen zijn dan de totale contractopbrengsten wordt het verwachte verlies onmiddellijk als last verantwoord in de resultatenrekening.

Bijzondere waardevermindering op vastgoed voor eigen gebruik en vastgoedbeleggingen

Net als andere niet-financiële activa ondergaat vastgoed voor eigen gebruik een bijzondere waardevermindering als de boekwaarde hoger is dan de realiseerbare waarde.

De realiseerbare waarde wordt bepaald als het hoogste bedrag van hetzij: de reële waarde verminderd met verkoopkosten of de bedrijfswaarde.

  • De reële waarde verminderd met verkoopkosten is het bedrag dat zou kunnen worden verkregen door de verkoop van een actief in een ordelijke transactie tussen marktpartijen (op basis van waarneembare en niet-waarneembare marktgegevens), na aftrek van verkoopkosten;
  • De bedrijfswaarde is de contante waarde van geschatte toekomstige kasstromen waarvan verwacht wordt dat ze zullen voortvloeien uit het voortgezette gebruik van een actief en uit de vervreemding van dat actief aan het einde van de gebruiksduur, zonder aftrek van overdrachtsbelasting.

Aan het einde van iedere verslagperiode beoordeelt Ageas of er objectieve aanwijzingen bestaan dat het actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Hierbij wordt rekening gehouden met diverse informatiebronnen, zowel extern (bijvoorbeeld belangrijke wijzigingen in het economische klimaat) als intern (bijvoorbeeld desinvesteringsplannen). Indien dergelijke aanwijzingen bestaan (en uitsluitend dan), verlaagt Ageas de boekwaarde van het actief naar de geschatte realiseerbare waarde en het bedrag van de verandering in het lopende jaar wordt verwerkt in de resultatenrekening.

Na opname van een bijzondere waardevermindering wordt de afschrijving voor toekomstige perioden gecorrigeerd voor de herziene boekwaarde onder vermindering van de restwaarde over de resterende gebruiksduur van het actief. Voor vastgoed wordt de gebruiksduur van elk belangrijk onderdeel afzonderlijk bepaald en aan het eind van het jaar herbeoordeeld.

Indien in een volgende periode het bedrag van de bijzondere waardeverminderingen op niet-financiële activa, uitgezonderd dalingen in de goodwill, daalt als gevolg van een gebeurtenis die zich voordoet na de waardevermindering, valt de eerder opgenomen waardeverandering vrij in de resultatenrekening. Deze verhoogde

waarde mag niet hoger zijn dan de boekwaarde die zou zijn bepaald, na afschrijvingen, als in voorgaande jaren geen bijzondere waardevermindering voor het actief was opgenomen.

Financieringskosten

Financieringskosten worden over het algemeen als last verantwoord in de periode waarin ze zijn gemaakt.

Financieringskosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de verwerving of bouw van een actief worden, terwijl het actief in opbouw is, geactiveerd als onderdeel van de kosten van dat actief. De activering van financieringskosten dient in te gaan wanneer:

  • Uitgaven voor het actief en financieringskosten worden gedaan; en
  • Werkzaamheden die nodig zijn om het actief klaar te maken voor het bedoelde gebruik of de verkoop ervan in gang zijn gezet.

Het activeren van financieringskosten wordt beëindigd wanneer het daarbij behorend actief in materiële zin gereed is; hetzij voor verkoop hetzij voor gebruik. Indien de vervaardiging voor langere tijd wordt onderbroken, wordt eveneens de rentetoerekening uitgesteld. Indien de vervaardiging in fasen plaatsvindt en elke afzonderlijke fase beschouwd kan worden als een afzonderlijk actief, wordt de toerekening van rente aan desbetreffend actief beëindigd indien het actief in materiële zin gereed is.

Voor een lening die met een bepaald actief samenhangt wordt de effectieve rentevoet op die lening toegepast. In andere gevallen wordt een gewogen gemiddeld betaalde rentevoet toegepast.

Voor kwalificerende activa waarvan de aanvangsdatum op of voor 1 januari 2008 valt, geldt dat de financieringskosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de verwerving of bouw van een kwalificerend actief (een actief waarvoor gedurende langere tijd werkzaamheden nodig waren om het actief klaar te maken voor het bedoelde gebruik of de verkoop ervan) als last worden verantwoord in de periode waarin ze zijn gemaakt.

2.8.6 Goodwill en overige immateriële activa

Immateriële activa

Een immaterieel vast actief is een identificeerbaar niet-monetair actief en wordt uitsluitend verantwoord als het toekomstige economische voordelen oplevert en de kostprijs van het actief betrouwbaar kan worden bepaald.

Immateriële vaste activa worden op de balans verantwoord tegen kostprijs, verminderd met eventuele geaccumuleerde afschrijving en eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. De restwaarde en de geschatte gebruiksduur van immateriële vaste activa worden op elke balansdatum opnieuw bekeken.

Immateriële activa met een bepaalde levensduur worden lineair afgeschreven over hun geschatte gebruiksduur. Op immateriële vaste activa met een onbepaalde gebruiksduur zoals goodwill wordt niet afgeschreven, maar deze worden minstens eenmaal per jaar getoetst op bijzondere waardevermindering. Geïdentificeerde eventuele bijzondere waardeverminderingsverliezen worden in de resultatenrekening verantwoord.

Value of Business acquired (VOBA)

110 | 240

Value of business acquired (VOBA) vertegenwoordigt het verschil tussen de reële waarde bij acquisitie gewaardeerd op basis van de waarderingsgrondslagen van Ageas en de boekwaarde van een portefeuille van verzekerings- en beleggingscontracten, verworven in het kader van een acquisitie van een business of een portefeuille.

VOBA wordt verantwoord als immaterieel actief en afgeschreven over de verwachte periode van de opbrengsten van de verworven portefeuille. Op elke verslagdatum maakt VOBA deel uit van de toereikendheidstoets voor verplichtingen om te beoordelen of de verplichtingen die voortvloeien uit verzekerings- en beleggingscontracten toereikend zijn.

Intern gegenereerde immateriële vaste activa

Intern gegenereerde immateriële vaste activa worden geactiveerd wanneer Ageas alle navolgende punten kan aantonen:

  • De technische uitvoerbaarheid om het immaterieel vast actief te voltooien, zodat het beschikbaar zal zijn voor gebruik of verkoop;
  • De intentie het immaterieel vast actief te voltooien en te gebruiken of te verkopen;
  • Het vermogen om het immaterieel vast actief te gebruiken of te verkopen;
  • Hoe het immaterieel vast actief waarschijnlijke toekomstige economische voordelen zal genereren;
  • De beschikbaarheid van adequate technische, financiële en andere middelen om de ontwikkeling te voltooien en het immaterieel vast actief te gebruiken of te verkopen; en
  • Het vermogen om de uitgaven die aan het immaterieel vast actief kunnen worden toegerekend tijdens zijn ontwikkeling betrouwbaar te waarderen.

Alleen immateriële vaste activa die door ontwikkeling ontstaan worden geactiveerd. Alle andere intern gegenereerde immateriële activa worden niet geactiveerd en de uitgaven worden weergegeven in de resultatenrekening in het jaar waarin de uitgaven zich voordoen.

Software

Software voor de computer, die niet zonder specifieke software werkt, zoals het besturingssysteem, vormt een integraal onderdeel van de betreffende hardware en wordt behandeld als materiële vaste activa. Wanneer de software geen integraal onderdeel van de betreffende hardware uitmaakt, worden de kosten die zijn gemaakt tijdens de ontwikkelingsfase en waarvoor Ageas kan aantonen dat aan alle hierboven vermelde criteria voldaan is, geactiveerd als immateriële vaste activa en lineair afgeschreven over de geschatte gebruiksduur. Over het algemeen wordt dergelijke software afgeschreven over maximaal 5 jaar.

Overige immateriële activa met bepaalde gebruiksduur

Overige immateriële vaste activa met bepaalde gebruiksduur, zoals parkeerconcessies, handelsmerken en licenties worden doorgaans lineair over hun geschatte gebruiksduur afgeschreven. Immateriële vaste activa met bepaalde gebruiksduur worden op elke verslagdatum getoetst op bijzondere waardeverminderingen.

Parkeerconcessies worden opgenomen als immateriële vaste activa als Ageas het recht heeft het gebruik van de concessie-infrastructuur in rekening te brengen. De ontvangen immateriële vaste activa worden bij eerste opname gewaardeerd op de reële waarde, als prijs voor de bouw- of moderniseringsdiensten in een serviceconcessieovereenkomst. De toepasselijke reële waarde wordt bepaald met

verwijzing naar de reële waarde van de geleverde bouw- of moderniseringsdiensten. Na de eerste opname worden de parkeerconcessies verantwoord tegen kostprijs, verminderd met eventuele geaccumuleerde afschrijvingen en eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. De geschatte gebruiksduur van een immaterieel vast actief binnen een

111 | 240

In het geval van een bijzonder waardeverminderingsverlies verlaagt Ageas eerst de boekwaarde van de aan de kasstroomgenererende eenheid toegerekende goodwill en vervolgens de andere activa van de eenheid naar rato van de boekwaarde van elk actief in de eenheid. Eerder verantwoorde bijzondere waardeverminderingsverliezen met

De uitoefenprijs van een aankoopoptie als het redelijk zeker is dat

Betalingen voor boetes bij beëindiging van de lease, als de leasetermijn het waarschijnlijk maakt dat Ageas deze optie zal

De leaseverplichting wordt verdisconteerd met toepassing van het impliciete rentetarief van de lease. Als dit percentage niet eenvoudig kan worden bepaald, wordt het incrementele financieringstarief van Ageas toegepast. Als incrementeel financieringstarief past Ageas een breed beschikbare samengestelde curve toe, die is gebaseerd op een steekproef van bestaande secundaire obligaties van financiële emittenten met een rating A, verhoogd met een risicopremie. Voor parkeergarages wordt een risicovrije rente toegepast, gelijk aan de renteswap voor een soortgelijke looptijd, verhoogd met een

De boekwaarde van de leaseverplichting stijgt vervolgens om de rente op de leaseverplichting te weerspiegelen en daalt om de uitgevoerde leasebetalingen te weerspiegelen. De leaseverplichting wordt herberekend teneinde de leaseveranderingen of wijzigingen in de leasebetalingen te weerspiegelen, inclusief een wijziging in een index of

De rente op de leaseverplichting in elke periode vertegenwoordigt het bedrag dat een constant periodiek rentetarief over het resterende saldo van de leaseverplichting levert. De rente op de leaseverplichting wordt

Het gebruiksrechtactief wordt gewaardeerd tegen de kostprijs en omvat de initieel opgenomen leaseverplichting, gecorrigeerd voor eventuele leasebetalingen die hebben plaatsgevonden bij of voor de aanvang van de lease, eventueel ontvangen lease-incentives, eventuele initiële directe kosten voor Ageas en een raming van de kosten die gepaard gaan met de ontmanteling en verwijdering van het onderliggende actief.

Vervolgens wordt het gebruiksrechtactief gewaardeerd tegen de kostprijs, onder aftrek van de opgelopen afschrijvingen en eventuele bijzonder waardeverminderingen. Het gebruiksrechtactief wordt lineair afgeschreven over de gebruiksduur van het actief of de looptijd van de lease, naargelang welke korter is. Net als andere niet-financiële activa ondergaat een gebruiksrechtactief een bijzondere waardevermindering wanneer de boekwaarde van dat actief hoger is dan de realiseerbare waarde. De afschrijving van het gebruiksrechtactief en eventuele bijzondere waardeverminderingen worden verwerkt in de

Bij een herwaardering van de leaseverplichting in het licht van wijzigingen in de lease of in de leasebetalingen wordt het gebruiksrechtactief gecorrigeerd voor deze herwaardering.

lineaire basis over de looptijd van de lease.

Het bovengenoemde waarderingsmodel wordt niet gebruikt voor lease van activa met een lage waarde voor Ageas of kortlopende leases, waarbij de looptijd van de lease bij aanvang hiervan 12 maanden of minder bedraagt. Voor deze leases worden de uitgevoerde leasebetalingen als kosten opgenomen in de resultatenrekening, op

verwerkt in de resultatenrekening, samen met de variabele leasebetalingen die niet zijn opgenomen in de waardering van de leaseverplichting in de periode waarin de gebeurtenis of voorwaarde die

de aanleiding voor deze betalingen is zich voordoet.

Ageas deze optie zal uitoefenen; en

tarief gebruikt om deze betalingen te bepalen.

uitoefenen.

risicopremie.

resultatenrekening.

Activa die als gevolg van operationele leaseovereenkomsten worden geleased, worden verantwoord in de balans van Ageas onder 'vastgoedbeleggingen' (gebouwen) en onder 'materiële vaste activa' (materieel en motorvoertuigen). Deze activa worden verantwoord tegen kostprijs, verminderd met geaccumuleerde afschrijvingen. Leasingbaten, na aftrek van eventuele aan leasingnemers gegeven voordelen, worden lineair afgeschreven over de leaseperiode. De directe aanvangskosten die Ageas heeft gemaakt, worden toegevoegd aan de boekwaarde van het geleasede actief en worden over de leaseperiode verantwoord onder

Ageas sloot ook financiële leaseovereenkomsten af waarbij vrijwel alle aan het eigendom van de geleasede activa verbonden risico's en beloningen, behalve het juridische eigendom, aan de cliënt worden overgedragen. Activa geleased onder een financiële lease worden verwerkt als vordering tegen een bedrag gelijk aan de netto-investering in de lease. De netto-investering in de lease omvat de contante waarden van de leasebetalingen en de eventuele waarborg op de restwaarden. Het verschil tussen het actief en de contante waarde van de vordering wordt verantwoord als onverdiende financiële baten. Financiële baten worden gedurende de looptijd van de leaseovereenkomst verantwoord op basis van een patroon dat een constant periodiek rendement op uitstaande netto-investering van de financiële leaseovereenkomst weerspiegelt. De directe initiële kosten voor Ageas worden opgenomen in de initiële waardering van de netto-investering in de lease en verminderen het bedrag aan inkomsten dat in de loop van de

betrekking tot goodwill worden niet teruggeboekt.

lasten op dezelfde basis als de lease-opbrengsten.

leasetermijn wordt opgenomen.

een brede waaier aan voorwaarden.

leaseverplichting opgenomen.

Ageas least terreinen, gebouwen, apparatuur en auto's. De leasevoorwaarden worden afzonderlijk overeengekomen en omvatten

Eenzelfde waarderingsmodel is van toepassing op activa die worden geleased onder zowel operationele als financiële leasetransacties. Bij dit waarderingsmodel worden bij aanvang een gebruiksrechtactief en een

De leaseverplichting omvat de contante waarde van de volgende leasebetalingen die niet zijn betaald op de aanvangsdatum, inclusief leasebetalingen die verschuldigd zijn onder redelijk zekere

aftrek van eventuele te ontvangen lease-incentives; Variabele leasebetalingen afhankelijk van een index of een tarief, initieel gewaardeerd met gebruik van de index of het tarief op de

Vaste betalingen (inclusief naar hun wezen vaste betalingen) onder

Bedragen die Ageas naar verwachting verschuldigd is in het kader

Ageas als lessee

verlengingsopties:

aanvangsdatum;

van garanties op de restwaarde;

2.8.7 Geleasde activa

Ageas als lessor

serviceconcessieovereenkomst is de periode die begint op het moment dat Ageas het gebruik van de concessie-infrastructuur in rekening kan brengen, tot het einde van de concessieperiode. De op de parkeerconcessies toegepaste principes voor bijzondere waardevermindering zijn dezelfde als die voor vastgoedbeleggingen worden toegepast.

Goodwill

Goodwill van bedrijfscombinaties na 1 januari 2010

Bij eerste opname wordt goodwill gewaardeerd tegen kostprijs, zijnde het positieve verschil tussen de reële waarde van de verkrijgingsprijs en:

  • Het deel van Ageas in de reële waarde van de identificeerbare activa en verplichtingen; en
  • De reële waarde van enig eerder aangehouden belang in de overgenomen partij.

Na de eerste opnamen, wordt goodwill gewaardeerd tegen kostprijs minus eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen.

Goodwill van bedrijfscombinaties vóór 1 januari 2010

Ten opzichte van het hierboven gemelde, gelden de volgende verschillen:

Bedrijfscombinaties werden verantwoord op basis van de zogenaamde 'purchase method'. Direct aan de overname toerekenbare transactiekosten maakten onderdeel uit van de verkrijgingsprijs. Een eventueel minderheidsbelang werd gewaardeerd tegen het proportionele aandeel in de reële waarde van de identificeerbare activa en verplichtingen van de overgenomen partij.

In geval van een stapsgewijze overname werd elke 'stap' afzonderlijk verwerkt. Elk nieuw verkregen belang had geen effect op eerder verwerkte goodwill.

Voorwaardelijke vergoedingen werden uitsluitend en alleen verantwoord als Ageas een verplichting had en er waarschijnlijk economische uitstroom ging plaatsvinden, waarvan een betrouwbare schatting kon worden gemaakt. Latere aanpassingen aan de voorwaardelijke vergoeding hadden effect op de goodwill.

Bijzondere waardevermindering van goodwill

Goodwill is een immaterieel vast actief met een onbepaalde levensduur en, net als alle andere immateriële vaste activa met onbepaalde levensduur, wordt de boekwaarde van deze immateriële vaste activa jaarlijks beoordeeld, of frequenter, als gebeurtenissen of veranderingen van omstandigheden aangeven dat een dergelijke boekwaarde niet realiseerbaar is. In dat geval wordt de realiseerbare waarde bepaald voor de kasstroomgenererende eenheid waaraan goodwill is toegerekend. Deze waarde wordt dan vergeleken met de boekwaarde van de kasstroomgenererende eenheid en als de realiseerbare waarde lager is dan de boekwaarde wordt een bijzonder waardeverminderingsverlies verantwoord. Bijzondere waardeverminderingsverliezen worden onmiddellijk verantwoord in de resultatenrekening.

In het geval van een bijzonder waardeverminderingsverlies verlaagt Ageas eerst de boekwaarde van de aan de kasstroomgenererende eenheid toegerekende goodwill en vervolgens de andere activa van de eenheid naar rato van de boekwaarde van elk actief in de eenheid. Eerder verantwoorde bijzondere waardeverminderingsverliezen met betrekking tot goodwill worden niet teruggeboekt.

2.8.7 Geleasde activa

Ageas als lessor

111 | 240

110 | 240

Value of Business acquired (VOBA)

Value of business acquired (VOBA) vertegenwoordigt het verschil tussen de reële waarde bij acquisitie gewaardeerd op basis van de waarderingsgrondslagen van Ageas en de boekwaarde van een portefeuille van verzekerings- en beleggingscontracten, verworven in het kader van een acquisitie van een business of een portefeuille.

verwijzing naar de reële waarde van de geleverde bouw- of moderniseringsdiensten. Na de eerste opname worden de parkeerconcessies verantwoord tegen kostprijs, verminderd met eventuele geaccumuleerde afschrijvingen en eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. De geschatte gebruiksduur

brengen, tot het einde van de concessieperiode. De op de parkeerconcessies toegepaste principes voor bijzondere

Goodwill van bedrijfscombinaties na 1 januari 2010

Goodwill van bedrijfscombinaties vóór 1 januari 2010 Ten opzichte van het hierboven gemelde, gelden de volgende

'purchase method'. Direct aan de overname toerekenbare transactiekosten maakten onderdeel uit van de verkrijgingsprijs. Een eventueel minderheidsbelang werd gewaardeerd tegen het

en verplichtingen van de overgenomen partij.

vergoeding hadden effect op de goodwill.

Bijzondere waardevermindering van goodwill

lager is dan de boekwaarde wordt een bijzonder

waardeverminderingsverlies verantwoord. Bijzondere waardeverminderingsverliezen worden onmiddellijk verantwoord in de

activa en verplichtingen; en

overgenomen partij.

serviceconcessieovereenkomst is de periode die begint op het moment dat Ageas het gebruik van de concessie-infrastructuur in rekening kan

waardevermindering zijn dezelfde als die voor vastgoedbeleggingen

Bij eerste opname wordt goodwill gewaardeerd tegen kostprijs, zijnde het positieve verschil tussen de reële waarde van de verkrijgingsprijs en: Het deel van Ageas in de reële waarde van de identificeerbare

De reële waarde van enig eerder aangehouden belang in de

Na de eerste opnamen, wordt goodwill gewaardeerd tegen kostprijs minus eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen.

Bedrijfscombinaties werden verantwoord op basis van de zogenaamde

proportionele aandeel in de reële waarde van de identificeerbare activa

In geval van een stapsgewijze overname werd elke 'stap' afzonderlijk verwerkt. Elk nieuw verkregen belang had geen effect op eerder

Voorwaardelijke vergoedingen werden uitsluitend en alleen verantwoord als Ageas een verplichting had en er waarschijnlijk economische uitstroom ging plaatsvinden, waarvan een betrouwbare schatting kon worden gemaakt. Latere aanpassingen aan de voorwaardelijke

Goodwill is een immaterieel vast actief met een onbepaalde levensduur en, net als alle andere immateriële vaste activa met onbepaalde levensduur, wordt de boekwaarde van deze immateriële vaste activa jaarlijks beoordeeld, of frequenter, als gebeurtenissen of veranderingen van omstandigheden aangeven dat een dergelijke boekwaarde niet realiseerbaar is. In dat geval wordt de realiseerbare waarde bepaald voor de kasstroomgenererende eenheid waaraan goodwill is toegerekend. Deze waarde wordt dan vergeleken met de boekwaarde van de kasstroomgenererende eenheid en als de realiseerbare waarde

van een immaterieel vast actief binnen een

worden toegepast.

Goodwill

verschillen:

verwerkte goodwill.

resultatenrekening.

VOBA wordt verantwoord als immaterieel actief en afgeschreven over de verwachte periode van de opbrengsten van de verworven portefeuille. Op elke verslagdatum maakt VOBA deel uit van de toereikendheidstoets voor verplichtingen om te beoordelen of de

Intern gegenereerde immateriële vaste activa worden geactiveerd

De technische uitvoerbaarheid om het immaterieel vast actief te voltooien, zodat het beschikbaar zal zijn voor gebruik of verkoop; De intentie het immaterieel vast actief te voltooien en te gebruiken

Het vermogen om het immaterieel vast actief te gebruiken of te

De beschikbaarheid van adequate technische, financiële en andere middelen om de ontwikkeling te voltooien en het immaterieel vast

Het vermogen om de uitgaven die aan het immaterieel vast actief kunnen worden toegerekend tijdens zijn ontwikkeling betrouwbaar

Alleen immateriële vaste activa die door ontwikkeling ontstaan worden geactiveerd. Alle andere intern gegenereerde immateriële activa worden

Software voor de computer, die niet zonder specifieke software werkt, zoals het besturingssysteem, vormt een integraal onderdeel van de betreffende hardware en wordt behandeld als materiële vaste activa. Wanneer de software geen integraal onderdeel van de betreffende hardware uitmaakt, worden de kosten die zijn gemaakt tijdens de ontwikkelingsfase en waarvoor Ageas kan aantonen dat aan alle hierboven vermelde criteria voldaan is, geactiveerd als immateriële vaste activa en lineair afgeschreven over de geschatte gebruiksduur. Over het algemeen wordt dergelijke software afgeschreven over

niet geactiveerd en de uitgaven worden weergegeven in de resultatenrekening in het jaar waarin de uitgaven zich voordoen.

Overige immateriële activa met bepaalde gebruiksduur

getoetst op bijzondere waardeverminderingen.

Overige immateriële vaste activa met bepaalde gebruiksduur, zoals parkeerconcessies, handelsmerken en licenties worden doorgaans lineair over hun geschatte gebruiksduur afgeschreven. Immateriële vaste activa met bepaalde gebruiksduur worden op elke verslagdatum

Parkeerconcessies worden opgenomen als immateriële vaste activa als Ageas het recht heeft het gebruik van de concessie-infrastructuur in rekening te brengen. De ontvangen immateriële vaste activa worden bij eerste opname gewaardeerd op de reële waarde, als prijs voor de bouw- of moderniseringsdiensten in een serviceconcessieovereenkomst. De toepasselijke reële waarde wordt bepaald met

Hoe het immaterieel vast actief waarschijnlijke toekomstige

verplichtingen die voortvloeien uit verzekerings- en

wanneer Ageas alle navolgende punten kan aantonen:

Intern gegenereerde immateriële vaste activa

economische voordelen zal genereren;

actief te gebruiken of te verkopen; en

beleggingscontracten toereikend zijn.

of te verkopen;

te waarderen.

Software

maximaal 5 jaar.

verkopen;

Activa die als gevolg van operationele leaseovereenkomsten worden geleased, worden verantwoord in de balans van Ageas onder 'vastgoedbeleggingen' (gebouwen) en onder 'materiële vaste activa' (materieel en motorvoertuigen). Deze activa worden verantwoord tegen kostprijs, verminderd met geaccumuleerde afschrijvingen. Leasingbaten, na aftrek van eventuele aan leasingnemers gegeven voordelen, worden lineair afgeschreven over de leaseperiode. De directe aanvangskosten die Ageas heeft gemaakt, worden toegevoegd aan de boekwaarde van het geleasede actief en worden over de leaseperiode verantwoord onder lasten op dezelfde basis als de lease-opbrengsten.

Ageas sloot ook financiële leaseovereenkomsten af waarbij vrijwel alle aan het eigendom van de geleasede activa verbonden risico's en beloningen, behalve het juridische eigendom, aan de cliënt worden overgedragen. Activa geleased onder een financiële lease worden verwerkt als vordering tegen een bedrag gelijk aan de netto-investering in de lease. De netto-investering in de lease omvat de contante waarden van de leasebetalingen en de eventuele waarborg op de restwaarden. Het verschil tussen het actief en de contante waarde van de vordering wordt verantwoord als onverdiende financiële baten. Financiële baten worden gedurende de looptijd van de leaseovereenkomst verantwoord op basis van een patroon dat een constant periodiek rendement op uitstaande netto-investering van de financiële leaseovereenkomst weerspiegelt. De directe initiële kosten voor Ageas worden opgenomen in de initiële waardering van de netto-investering in de lease en verminderen het bedrag aan inkomsten dat in de loop van de leasetermijn wordt opgenomen.

Ageas als lessee

Ageas least terreinen, gebouwen, apparatuur en auto's. De leasevoorwaarden worden afzonderlijk overeengekomen en omvatten een brede waaier aan voorwaarden.

Eenzelfde waarderingsmodel is van toepassing op activa die worden geleased onder zowel operationele als financiële leasetransacties. Bij dit waarderingsmodel worden bij aanvang een gebruiksrechtactief en een leaseverplichting opgenomen.

De leaseverplichting omvat de contante waarde van de volgende leasebetalingen die niet zijn betaald op de aanvangsdatum, inclusief leasebetalingen die verschuldigd zijn onder redelijk zekere verlengingsopties:

  • Vaste betalingen (inclusief naar hun wezen vaste betalingen) onder aftrek van eventuele te ontvangen lease-incentives;
  • Variabele leasebetalingen afhankelijk van een index of een tarief, initieel gewaardeerd met gebruik van de index of het tarief op de aanvangsdatum;
  • Bedragen die Ageas naar verwachting verschuldigd is in het kader van garanties op de restwaarde;
  • De uitoefenprijs van een aankoopoptie als het redelijk zeker is dat Ageas deze optie zal uitoefenen; en
  • Betalingen voor boetes bij beëindiging van de lease, als de leasetermijn het waarschijnlijk maakt dat Ageas deze optie zal uitoefenen.

De leaseverplichting wordt verdisconteerd met toepassing van het impliciete rentetarief van de lease. Als dit percentage niet eenvoudig kan worden bepaald, wordt het incrementele financieringstarief van Ageas toegepast. Als incrementeel financieringstarief past Ageas een breed beschikbare samengestelde curve toe, die is gebaseerd op een steekproef van bestaande secundaire obligaties van financiële emittenten met een rating A, verhoogd met een risicopremie. Voor parkeergarages wordt een risicovrije rente toegepast, gelijk aan de renteswap voor een soortgelijke looptijd, verhoogd met een risicopremie.

De boekwaarde van de leaseverplichting stijgt vervolgens om de rente op de leaseverplichting te weerspiegelen en daalt om de uitgevoerde leasebetalingen te weerspiegelen. De leaseverplichting wordt herberekend teneinde de leaseveranderingen of wijzigingen in de leasebetalingen te weerspiegelen, inclusief een wijziging in een index of tarief gebruikt om deze betalingen te bepalen.

De rente op de leaseverplichting in elke periode vertegenwoordigt het bedrag dat een constant periodiek rentetarief over het resterende saldo van de leaseverplichting levert. De rente op de leaseverplichting wordt verwerkt in de resultatenrekening, samen met de variabele leasebetalingen die niet zijn opgenomen in de waardering van de leaseverplichting in de periode waarin de gebeurtenis of voorwaarde die de aanleiding voor deze betalingen is zich voordoet.

Het gebruiksrechtactief wordt gewaardeerd tegen de kostprijs en omvat de initieel opgenomen leaseverplichting, gecorrigeerd voor eventuele leasebetalingen die hebben plaatsgevonden bij of voor de aanvang van de lease, eventueel ontvangen lease-incentives, eventuele initiële directe kosten voor Ageas en een raming van de kosten die gepaard gaan met de ontmanteling en verwijdering van het onderliggende actief.

Vervolgens wordt het gebruiksrechtactief gewaardeerd tegen de kostprijs, onder aftrek van de opgelopen afschrijvingen en eventuele bijzonder waardeverminderingen. Het gebruiksrechtactief wordt lineair afgeschreven over de gebruiksduur van het actief of de looptijd van de lease, naargelang welke korter is. Net als andere niet-financiële activa ondergaat een gebruiksrechtactief een bijzondere waardevermindering wanneer de boekwaarde van dat actief hoger is dan de realiseerbare waarde. De afschrijving van het gebruiksrechtactief en eventuele bijzondere waardeverminderingen worden verwerkt in de resultatenrekening.

Bij een herwaardering van de leaseverplichting in het licht van wijzigingen in de lease of in de leasebetalingen wordt het gebruiksrechtactief gecorrigeerd voor deze herwaardering.

Het bovengenoemde waarderingsmodel wordt niet gebruikt voor lease van activa met een lage waarde voor Ageas of kortlopende leases, waarbij de looptijd van de lease bij aanvang hiervan 12 maanden of minder bedraagt. Voor deze leases worden de uitgevoerde leasebetalingen als kosten opgenomen in de resultatenrekening, op lineaire basis over de looptijd van de lease.

Kasstroomoverzicht

112 | 240

In het geconsolideerde kasstroomoverzicht worden leasebetalingen gepresenteerd als kasstroom uit bedrijfsactiviteiten, als onderdeel van 'schulden'.

2.8.8 Leningen

Vorderingen op banken, overheden en klanten omvatten leningen die Ageas heeft geïnitieerd door rechtstreeks geld te verschaffen aan de lener of tussenpersoon. Deze leningen worden tegen geamortiseerde kosten opgenomen.

Titels van schuldvorderingen die op de primaire markt rechtstreeks van de emittent werden overgenomen worden als lening verantwoord op voorwaarde dat er geen actieve markt voor deze titels is.

Leningen die worden geïnitieerd of aangekocht met het voornemen ze op korte termijn te verkopen of te securitiseren worden verantwoord als activa aangehouden voor handelsdoeleinden.

Leningen die worden aangemerkt als aangehouden tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening of als voor verkoop beschikbaar worden als zodanig verantwoord bij eerste opname.

Kredietverbintenissen die bepalen dat een lening kan worden opgenomen binnen het tijdskader dat algemeen door regelgeving of een marktconventie is vastgesteld, worden niet in de balans verantwoord.

De marginale kosten en ontvangen provisies voor het afsluiten van leningen worden geamortiseerd over de looptijd van de lening als een aanpassing van de rentebaten.

Bijzondere waardevermindering op leningen

Een kredietrisico voor een specifieke waardevermindering op een lening vastgesteld als er een objectieve aanwijzing bestaat dat Ageas niet alle bedragen zal kunnen innen die verschuldigd zijn in overeenstemming met de contractuele voorwaarden. Het bedrag van de waardevermindering is het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde, zijnde de contante waarde van de verwachte kasstromen of de waarde van de zekerheden indien de lening door een zekerheid is gedekt, verminderd met de kosten om deze zekerheden te realiseren.

Een 'bestaande maar niet gerapporteerde' (incurred but not reported, 'IBNR') waardevermindering op leningen wordt verantwoord wanneer er een objectieve aanwijzingen is dat verliezen aanwezig zijn in componenten van de leningenportefeuille, zonder dat leningen die een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan specifiek zijn geïdentificeerd. De IBNR wordt geschat op basis van historische patronen van verliezen in elk segment, die het huidige economische klimaat waarin de leners opereren weergeven en die op basis van een analyse van de politiek-economische situatie in bepaalde landen rekening houdt met een verhoogd risico van betalingsmoeilijkheden.

Bijzondere waardeverminderingen worden verantwoord als een daling van de boekwaarde van 'vorderingen op banken' en 'vorderingen op klanten'.

Bijzondere waardeverminderingen op niet uit de balans blijkende kredietverbintenissen worden verantwoord als 'voorzieningen'.

113 | 240

het eigen vermogen.

Amortisatie in lijn met verdiende premies

Amortisatie in lijn met verwachte brutomarge

Voor levensverzekerings- en beleggingsproducten, in beide gevallen met discretionaire winstdeling, worden de DAC afgeschreven over de verwachte looptijd van de contracten op basis van de waarde van de geschatte brutomarge of -winstbedragen op basis van het verwachte beleggingsrendement. De verwachte brutomarge omvat verwachte premies en beleggingsresultaat, verminderd met uitkeringen en administratieve kosten, wijzigingen in de netto premiereserve en, indien van toepassing, verwachte dividend voor polishouders. Afwijkingen tussen de werkelijke resultaten en de op basis van ervaring geschatte resultaten worden verantwoord in de resultatenrekening in de verslagperiode waarin die afwijkingen zich voordoen. De overlopende acquisitiekosten worden aangepast om rekening te houden met het amortisatie-effect van ongerealiseerde winsten (verliezen) die in het eigen vermogen zijn verantwoord alsof ze gerealiseerd waren met de overeenkomstige aanpassing aan ongerealiseerde winsten (verliezen) in elk scenario aanzienlijke aanvullende voordelen moet uitkeren, exclusief scenario's zonder economische betekenis (dat wil zeggen zonder waarneembaar effect op de economische betekenis van de transactie). Verzekeringscontracten kunnen ook een financieel risico overdragen.

Beleggingscontracten (met of zonder discretionaire winstdeling) zijn contracten die een aanzienlijk financieel risico overdragen. Een financieel risico is het risico van een mogelijke toekomstige verandering in een of meer van de volgende variabelen: een bepaalde rentevoet, prijs van een financieel instrument, grondstoffenprijs, valutakoersen, index van prijzen of rentevoeten, kredietwaardigheid of kredietindex of andere variabele, mits, in geval van een niet-financiële variabele, de

Als een contract als een verzekeringscontract is aangemerkt, blijft het een verzekeringscontract tot het einde van de looptijd, zelfs als het verzekeringsrisico aanzienlijk afneemt tijdens deze periode, tenzij alle

beleggingscontracten met DPF worden verantwoord overeenkomstig IFRS 4. Beleggingscontracten die geen significant verzekeringsrisico

Voor levensverzekeringscontracten worden toekomstige verplichtingen voor polisuitkeringen berekend met behulp van een nettopremiemethode (de contante waarde van toekomstige nettokasstromen), waarbij wordt uitgegaan van actuariële veronderstellingen op basis van historische

rechten en verplichtingen nietig verklaard of beëindigd zijn. Beleggingscontracten kunnen echter na aanvang worden aangemerkt als verzekeringscontracten als het verzekeringsrisico aanzienlijk wordt.

Verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en

overdragen worden verantwoord overeenkomstig IAS 39.

ervaring en standaarden binnen de verzekeringssector.

Winstdelende polissen omvatten eventuele verplichtingen die contractuele dividenden of andere winstdelingen weerspiegelen. Voor bepaalde contracten zijn de toekomstige verplichtingen voor polisuitkeringen geherwaardeerd om de huidige marktrente te

De beleggingsovereenkomsten zonder winstdeling zijn voornamelijk unit-linked overeenkomsten waarbij Ageas de beleggingen namens de polishouder aanhoudt en deze tegen reële waarde waardeert. Eigen aandelen aangehouden voor polishouders worden geëlimineerd. Unitlinked overeenkomsten zijn specifieke levensverzekeringscontracten waarop artikel 25 van EU-richtlijn 2002/83/EG op van toepassing is. De uitkeringen van deze overeenkomsten zijn gekoppeld aan icbe's (instellingen voor collectieve belegging in effecten), aan een

aandelenmandje, een referentiewaarde, of aan een combinatie van die waarden, of units, die in de overeenkomsten zijn vastgelegd. De verplichtingen voor unit-linked overeenkomsten worden gewaardeerd tegen waarde per eenheid (= de reële waarde van het fonds waarin de unit-linked overeenkomst is belegd, gedeeld door het aantal van de units van het fonds), waarbij veranderingen in de reële waarde worden verantwoord in de resultatenrekening. De reële waarde bedraagt nooit minder dan het uit te keren bedrag bij afkoop (indien van toepassing), rekening houdend met de vereiste opzegtermijn voor zover van

Levensverzekeringen

reflecteren.

toepassing.

Toekomstige polisuitkeringen

variabele niet specifiek voor een contractpartij is.

Voor kortlopende contracten worden de overlopende acquisitiekosten geamortiseerd over de verslagperiode waarin de betreffende geschreven premies worden verdiend. Toekomstige

Amortisatie in lijn met betreffende opbrengsten van geleverde diensten Sommige beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling die door verzekeringsinstellingen zijn uitgegeven betreffen zowel het initiëren van een financieel instrument als het verlenen van diensten op het gebied van beleggingsbeheer. Indien duidelijk identificeerbaar worden de marginale kosten met betrekking tot het recht om diensten op het gebied van beleggingsbeheer te verlenen verantwoord als actief en worden ze geamortiseerd als de desbetreffende opbrengsten worden

verslaggevingsdatum getoetst op realiseerbaarheid. Commissies voor het beheer van beleggingen op deze contracten worden verantwoord als

Verplichtingen inzake (her)verzekerings- en beleggingscontracten

Beleggingscontracten met discretionaire winstdelingscomponent

Aan polishouders verbonden verplichtingen worden geclassificeerd op basis van de kenmerken van de onderliggende verzekeringscontracten

Verzekeringscontracten zijn die contracten waarin Ageas een aanzienlijk verzekeringsrisico van een andere partij (de polishouder) heeft geaccepteerd door ermee in te stemmen de polishouder te compenseren indien een bepaalde onzekere toekomstige gebeurtenis (de verzekerde gebeurtenis) nadelige gevolgen heeft voor de polishouder. Er is uitsluitend sprake van aanzienlijk verzekeringsrisico indien een verzekeraar als gevolg van een verzekerde gebeurtenis in

verwerkt. Het betreffende immateriële actief wordt op elke

opbrengsten wanneer deze diensten worden verleend.

2.8.11 Verplichtingen inzake (her)verzekerings- en

(discretionary participation features (DPF)); en

beleggingscontracten

Beleggingscontracten zonder DPF.

en de specifieke risico's van deze contracten:

Classificatie van contracten

houden verband met: Verzekeringscontracten; Herverzekeringscontracten;

beleggingsopbrengsten met een risicovrij rendementspercentage worden in aanmerking genomen bij het inschatten van de realiseerbaarheid van de overlopende acquisitiekosten.

Wanneer een specifieke lening wordt geïdentificeerd als oninbaar en alle wettelijke en procedurele middelen uitgeput zijn, wordt de lening in mindering gebracht op de daarmee verband houdende lasten van bijzondere waardevermindering; latere realisaties worden onder wijzigingen in de bijzondere waardeverminderingen in de resultatenrekening verantwoord.

2.8.9 Herverzekering en overige vorderingen

Herverzekering

Ageas aanvaardt en/of cedeert herverzekeringen in het kader van de normale bedrijfsvoering. Herverzekeringsvorderingen omvatten hoofdzakelijk saldi die verschuldigd zijn door zowel verzekerings- als herverzekeringsondernemingen voor gecedeerde verzekeringsverplichtingen. Bedragen die vorderbaar zijn op of verschuldigd zijn aan herverzekeraars worden geschat op een wijze die strookt met de bedragen die verbonden zijn aan de herverzekerde polissen en die in overeenstemming zijn met het herverzekeringscontract.

Herverzekering wordt in de balans op bruto basis gepresenteerd, tenzij een recht op verrekening bestaat.

Overige vorderingen

Overige vorderingen, die voortvloeien uit de normale bedrijfsvoering en door toedoen van Ageas ontstaan, worden bij eerste opname tegen reële waarde verantwoord en vervolgens tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerd aan de hand van de effectieve-rentemethode, onder aftrek van bijzondere waardeverminderingen.

2.8.10 Overlopende acquisitiekosten

Algemeen

De kosten van nieuwe en hernieuwde verzekeringen, die alle variëren en hoofdzakelijk verband houden met de productie van nieuwe verzekeringen, worden uitgesteld en afgeschreven, resulterend in overlopende acquisitiekosten (deferred acquisition costs (DAC)). DAC omvatten voornamelijk commissies, onderschrijvings-, agenten- en polisuitgifte-kosten. De afschrijvingsmethode is gebaseerd op de verwachte verdiende premie of de geschatte brutowinstmarges. DAC worden periodiek getoetst op realiseerbaarheid op basis van schattingen van toekomstige winsten van de onderliggende contracten.

Amortisatie in verhouding tot verwachte premies

Voor levensverzekerings- en beleggingsproducten, in beide gevallen zonder discretionaire winstdeling, worden de DAC geamortiseerd in verhouding tot de verwachte premies. Veronderstellingen wat betreft verwachte premies worden geschat op de datum van de polisuitgifte en worden consequent toegepast tijdens de looptijd van de contracten. Afwijkingen van de op basis van ervaring geschatte resultaten worden weergegeven in de resultatenrekening in de verslagperiode waarin die afwijkingen zich voordoen. Voor deze contracten worden de DAC over het algemeen voor de totale looptijd van de polis afgeschreven.

Amortisatie in lijn met verwachte brutomarge

113 | 240

112 | 240

'schulden'.

Kasstroomoverzicht

2.8.8 Leningen

kosten opgenomen.

In het geconsolideerde kasstroomoverzicht worden leasebetalingen gepresenteerd als kasstroom uit bedrijfsactiviteiten, als onderdeel van Bijzondere waardeverminderingen op niet uit de balans blijkende kredietverbintenissen worden verantwoord als 'voorzieningen'.

Wanneer een specifieke lening wordt geïdentificeerd als oninbaar en alle wettelijke en procedurele middelen uitgeput zijn, wordt de lening in mindering gebracht op de daarmee verband houdende lasten van bijzondere waardevermindering; latere realisaties worden onder wijzigingen in de bijzondere waardeverminderingen in de

Ageas aanvaardt en/of cedeert herverzekeringen in het kader van de normale bedrijfsvoering. Herverzekeringsvorderingen omvatten hoofdzakelijk saldi die verschuldigd zijn door zowel verzekerings- als herverzekeringsondernemingen voor gecedeerde verzekeringsverplichtingen. Bedragen die vorderbaar zijn op of verschuldigd zijn aan herverzekeraars worden geschat op een wijze die strookt met de bedragen die verbonden zijn aan de herverzekerde polissen en die in

Herverzekering wordt in de balans op bruto basis gepresenteerd, tenzij

Overige vorderingen, die voortvloeien uit de normale bedrijfsvoering en door toedoen van Ageas ontstaan, worden bij eerste opname tegen reële waarde verantwoord en vervolgens tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerd aan de hand van de effectieve-rentemethode, onder aftrek

De kosten van nieuwe en hernieuwde verzekeringen, die alle variëren en hoofdzakelijk verband houden met de productie van nieuwe verzekeringen, worden uitgesteld en afgeschreven, resulterend in overlopende acquisitiekosten (deferred acquisition costs (DAC)). DAC omvatten voornamelijk commissies, onderschrijvings-, agenten- en polisuitgifte-kosten. De afschrijvingsmethode is gebaseerd op de verwachte verdiende premie of de geschatte brutowinstmarges. DAC worden periodiek getoetst op realiseerbaarheid op basis van schattingen van toekomstige winsten van de onderliggende contracten.

Voor levensverzekerings- en beleggingsproducten, in beide gevallen zonder discretionaire winstdeling, worden de DAC geamortiseerd in verhouding tot de verwachte premies. Veronderstellingen wat betreft verwachte premies worden geschat op de datum van de polisuitgifte en worden consequent toegepast tijdens de looptijd van de contracten. Afwijkingen van de op basis van ervaring geschatte resultaten worden weergegeven in de resultatenrekening in de verslagperiode waarin die afwijkingen zich voordoen. Voor deze contracten worden de DAC over het algemeen voor de totale looptijd van de polis afgeschreven.

resultatenrekening verantwoord.

een recht op verrekening bestaat.

van bijzondere waardeverminderingen.

2.8.10 Overlopende acquisitiekosten

Amortisatie in verhouding tot verwachte premies

Overige vorderingen

Algemeen

Herverzekering

2.8.9 Herverzekering en overige vorderingen

overeenstemming zijn met het herverzekeringscontract.

Vorderingen op banken, overheden en klanten omvatten leningen die Ageas heeft geïnitieerd door rechtstreeks geld te verschaffen aan de lener of tussenpersoon. Deze leningen worden tegen geamortiseerde

Titels van schuldvorderingen die op de primaire markt rechtstreeks van de emittent werden overgenomen worden als lening verantwoord op

Leningen die worden geïnitieerd of aangekocht met het voornemen ze op korte termijn te verkopen of te securitiseren worden verantwoord als

Leningen die worden aangemerkt als aangehouden tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening of als voor verkoop beschikbaar worden als zodanig verantwoord bij eerste opname.

opgenomen binnen het tijdskader dat algemeen door regelgeving of een marktconventie is vastgesteld, worden niet in de balans verantwoord. De marginale kosten en ontvangen provisies voor het afsluiten van leningen worden geamortiseerd over de looptijd van de lening als een

Een kredietrisico voor een specifieke waardevermindering op een lening vastgesteld als er een objectieve aanwijzing bestaat dat Ageas niet alle bedragen zal kunnen innen die verschuldigd zijn in overeenstemming

Kredietverbintenissen die bepalen dat een lening kan worden

voorwaarde dat er geen actieve markt voor deze titels is.

activa aangehouden voor handelsdoeleinden.

aanpassing van de rentebaten.

realiseren.

klanten'.

Bijzondere waardevermindering op leningen

met de contractuele voorwaarden. Het bedrag van de

waardevermindering is het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde, zijnde de contante waarde van de verwachte kasstromen of de waarde van de zekerheden indien de lening door een zekerheid is gedekt, verminderd met de kosten om deze zekerheden te

Een 'bestaande maar niet gerapporteerde' (incurred but not reported, 'IBNR') waardevermindering op leningen wordt verantwoord wanneer er

Bijzondere waardeverminderingen worden verantwoord als een daling van de boekwaarde van 'vorderingen op banken' en 'vorderingen op

een objectieve aanwijzingen is dat verliezen aanwezig zijn in componenten van de leningenportefeuille, zonder dat leningen die een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan specifiek zijn geïdentificeerd. De IBNR wordt geschat op basis van historische patronen van verliezen in elk segment, die het huidige economische klimaat waarin de leners opereren weergeven en die op basis van een analyse van de politiek-economische situatie in bepaalde landen rekening houdt met een verhoogd risico van betalingsmoeilijkheden.

Voor levensverzekerings- en beleggingsproducten, in beide gevallen met discretionaire winstdeling, worden de DAC afgeschreven over de verwachte looptijd van de contracten op basis van de waarde van de geschatte brutomarge of -winstbedragen op basis van het verwachte beleggingsrendement. De verwachte brutomarge omvat verwachte premies en beleggingsresultaat, verminderd met uitkeringen en administratieve kosten, wijzigingen in de netto premiereserve en, indien van toepassing, verwachte dividend voor polishouders. Afwijkingen tussen de werkelijke resultaten en de op basis van ervaring geschatte resultaten worden verantwoord in de resultatenrekening in de verslagperiode waarin die afwijkingen zich voordoen. De overlopende acquisitiekosten worden aangepast om rekening te houden met het amortisatie-effect van ongerealiseerde winsten (verliezen) die in het eigen vermogen zijn verantwoord alsof ze gerealiseerd waren met de overeenkomstige aanpassing aan ongerealiseerde winsten (verliezen) in het eigen vermogen.

Amortisatie in lijn met verdiende premies

Voor kortlopende contracten worden de overlopende acquisitiekosten geamortiseerd over de verslagperiode waarin de betreffende geschreven premies worden verdiend. Toekomstige beleggingsopbrengsten met een risicovrij rendementspercentage worden in aanmerking genomen bij het inschatten van de realiseerbaarheid van de overlopende acquisitiekosten.

Amortisatie in lijn met betreffende opbrengsten van geleverde diensten

Sommige beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling die door verzekeringsinstellingen zijn uitgegeven betreffen zowel het initiëren van een financieel instrument als het verlenen van diensten op het gebied van beleggingsbeheer. Indien duidelijk identificeerbaar worden de marginale kosten met betrekking tot het recht om diensten op het gebied van beleggingsbeheer te verlenen verantwoord als actief en worden ze geamortiseerd als de desbetreffende opbrengsten worden verwerkt. Het betreffende immateriële actief wordt op elke verslaggevingsdatum getoetst op realiseerbaarheid. Commissies voor het beheer van beleggingen op deze contracten worden verantwoord als opbrengsten wanneer deze diensten worden verleend.

2.8.11 Verplichtingen inzake (her)verzekerings- en beleggingscontracten

Verplichtingen inzake (her)verzekerings- en beleggingscontracten houden verband met:

  • Verzekeringscontracten;
  • Herverzekeringscontracten;
  • Beleggingscontracten met discretionaire winstdelingscomponent (discretionary participation features (DPF)); en
  • Beleggingscontracten zonder DPF.

Classificatie van contracten

Aan polishouders verbonden verplichtingen worden geclassificeerd op basis van de kenmerken van de onderliggende verzekeringscontracten en de specifieke risico's van deze contracten:

Verzekeringscontracten zijn die contracten waarin Ageas een aanzienlijk verzekeringsrisico van een andere partij (de polishouder) heeft geaccepteerd door ermee in te stemmen de polishouder te compenseren indien een bepaalde onzekere toekomstige gebeurtenis (de verzekerde gebeurtenis) nadelige gevolgen heeft voor de polishouder. Er is uitsluitend sprake van aanzienlijk verzekeringsrisico indien een verzekeraar als gevolg van een verzekerde gebeurtenis in

elk scenario aanzienlijke aanvullende voordelen moet uitkeren, exclusief scenario's zonder economische betekenis (dat wil zeggen zonder waarneembaar effect op de economische betekenis van de transactie). Verzekeringscontracten kunnen ook een financieel risico overdragen.

Beleggingscontracten (met of zonder discretionaire winstdeling) zijn contracten die een aanzienlijk financieel risico overdragen. Een financieel risico is het risico van een mogelijke toekomstige verandering in een of meer van de volgende variabelen: een bepaalde rentevoet, prijs van een financieel instrument, grondstoffenprijs, valutakoersen, index van prijzen of rentevoeten, kredietwaardigheid of kredietindex of andere variabele, mits, in geval van een niet-financiële variabele, de variabele niet specifiek voor een contractpartij is.

Als een contract als een verzekeringscontract is aangemerkt, blijft het een verzekeringscontract tot het einde van de looptijd, zelfs als het verzekeringsrisico aanzienlijk afneemt tijdens deze periode, tenzij alle rechten en verplichtingen nietig verklaard of beëindigd zijn. Beleggingscontracten kunnen echter na aanvang worden aangemerkt als verzekeringscontracten als het verzekeringsrisico aanzienlijk wordt.

Verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en beleggingscontracten met DPF worden verantwoord overeenkomstig IFRS 4. Beleggingscontracten die geen significant verzekeringsrisico overdragen worden verantwoord overeenkomstig IAS 39.

Levensverzekeringen

Toekomstige polisuitkeringen

Voor levensverzekeringscontracten worden toekomstige verplichtingen voor polisuitkeringen berekend met behulp van een nettopremiemethode (de contante waarde van toekomstige nettokasstromen), waarbij wordt uitgegaan van actuariële veronderstellingen op basis van historische ervaring en standaarden binnen de verzekeringssector.

Winstdelende polissen omvatten eventuele verplichtingen die contractuele dividenden of andere winstdelingen weerspiegelen. Voor bepaalde contracten zijn de toekomstige verplichtingen voor polisuitkeringen geherwaardeerd om de huidige marktrente te reflecteren.

De beleggingsovereenkomsten zonder winstdeling zijn voornamelijk unit-linked overeenkomsten waarbij Ageas de beleggingen namens de polishouder aanhoudt en deze tegen reële waarde waardeert. Eigen aandelen aangehouden voor polishouders worden geëlimineerd. Unitlinked overeenkomsten zijn specifieke levensverzekeringscontracten waarop artikel 25 van EU-richtlijn 2002/83/EG op van toepassing is. De uitkeringen van deze overeenkomsten zijn gekoppeld aan icbe's (instellingen voor collectieve belegging in effecten), aan een aandelenmandje, een referentiewaarde, of aan een combinatie van die waarden, of units, die in de overeenkomsten zijn vastgelegd. De verplichtingen voor unit-linked overeenkomsten worden gewaardeerd tegen waarde per eenheid (= de reële waarde van het fonds waarin de unit-linked overeenkomst is belegd, gedeeld door het aantal van de units van het fonds), waarbij veranderingen in de reële waarde worden verantwoord in de resultatenrekening. De reële waarde bedraagt nooit minder dan het uit te keren bedrag bij afkoop (indien van toepassing), rekening houdend met de vereiste opzegtermijn voor zover van toepassing.

Bepaalde producten bevatten financiële garanties die ook worden gewaardeerd tegen reële waarde en worden verantwoord in verplichtingen met betrekking tot unit-linked overeenkomsten, waarbij de reële-waardeverandering wordt verantwoord in de resultatenrekening. Er wordt rekening gehouden met verzekeringsrisico's op basis van actuariële veronderstellingen.

Stortingen en onttrekkingen worden rechtstreeks in de balans verwerkt als mutatie van de verplichting, zonder invloed op de resultatenrekening.

Gewaarborgde minimumrendementen

114 | 240

De financieringscomponent voor levensverzekeringscontracten met gegarandeerde minimumrendementen wordt gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Aanvullende verplichtingen zijn vastgesteld teneinde de verwachte langetermijnrente te weerspiegelen. Deze aanvullende verplichtingen worden berekend als het verschil tussen de contante waarde en de boekwaarde van de gegarandeerde bedragen.

De verplichtingen met betrekking tot lijfrentepolissen tijdens de opbouwperiode zijn gelijk aan de cumulatieve saldi van de polishouder. Na de opbouwperiode zijn de verplichtingen gelijk aan de contante waarde van de verwachte toekomstige betalingen. Wijzigingen in sterftetabellen uit voorgaande jaren worden volledig in deze verplichtingen weergegeven.

Discretionaire winstdeling

De meeste levensverzekerings- of beleggingscontracten voorzien in een gegarandeerde vergoeding. Sommige contracten kunnen ook een recht op winstdeling bevatten (discretionary participation features (DPF)). Dit element geeft de houder van het contract het recht om, boven op gegarandeerde elementen, aanvullende uitkeringen en bonussen te ontvangen:

  • Die waarschijnlijk een aanzienlijk deel van de totale contractuele uitkeringen vormen;
  • Waarvan het bedrag of de timing volgens contract naar goeddunken van Ageas is;
  • Die contractueel gebaseerd zijn op:
    • . De prestatie van een specifieke 'pool' van contracten of een bepaald type contract;
    • . Gerealiseerde en/of ongerealiseerde beleggingsrendementen op een specifieke 'pool' van activa in handen van Ageas;
    • . De winst of het verlies van Ageas, een fonds of een andere entiteit die het contract uitgeeft.

Voor levensverzekeringscontracten en beleggingscontracten met DPF worden vergoedingen ten gunste van polishouders berekend uitgaande van het contractueel verschuldigde bedrag op basis van de statutaire nettowinst, beperkingen en betaaltermijnen. De DPF-component inzake beleggingscontracten betreft een voorwaardelijke toezegging met betrekking tot ongerealiseerde winsten en verliezen. Deze toezegging blijft hierdoor onderdeel van de ongerealiseerde winsten en verliezen zoals begrepen in het eigen vermogen. Indien de toezegging onvoorwaardelijk wordt, vindt overboeking naar de Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven plaats.

Beleggingscontracten zonder DPF worden bij de eerste opname gewaardeerd tegen reële waarde en vervolgens tegen geamortiseerde kostprijs en verantwoord als een depositoverplichting.

115 | 240

Toereikendheidstoets voor de verplichtingen

Afzonderlijke toetsen worden uitgevoerd voor:

leven-producten;

verplichtingen Leven; en

verplichtingen Leven.

aanmerking gekomen.

Forward Rate-extrapolatie gebruikt).

leven-producten; en

gezondheidsproducten.

de juridische entiteit.

Op elke rapporteringsdatum voert Ageas toereikendheidstoetsen (Liability Adequacy Test (LAT)) uit teneinde te waarborgen dat de

(Niet-verdiende) premiereserves afkomstig van Niet-leven-

Verplichtingen Leven en verplichtingen gezondheid die lijken op die van verplichtingen Leven, inclusief annuïteiten afkomstig van NietAls de lokale LAT-vereisten strenger zijn dan de bovengenoemde,

In sommige onderdelen van Ageas heeft de realisatie van winsten en

In een aantal van deze onderdelen past Ageas shadow accounting toe op de veranderingen in de reële waarde van de voor verkoop beschikbare beleggingen en van de activa en verplichtingen die van invloed zijn op de waardering van de verzekeringsverplichtingen. Shadow accounting betekent dat ongerealiseerde winsten of verliezen op voor verkoop beschikbare activa, die in het eigen vermogen worden opgenomen zonder de resultatenrekening te beïnvloeden, van invloed zijn op de waardering van verzekeringsverplichtingen (of overgedragen acquisitiekosten of value of business acquired) op dezelfde manier als

Als onderdeel van shadow accounting breiden sommige ondernemingen van Ageas de standaard-LAT uit met een shadow-LAT-toetsing. Onder de shadow-LAT wordt het bedrag aan ongerealiseerde meerwaarden, verwerkt in overig comprehensive income, bovenop het overschot dat voortvloeit uit de standaard-LAT, verantwoord als een shadow-

De overblijvende ongerealiseerde veranderingen in de reële waarde van voor verkoop beschikbare financiële activa (na toepassing van shadow accounting) die onderhevig zijn aan discretionaire winstdeling, worden aangemerkt als een afzonderlijk onderdeel van het eigen vermogen.

Een bijkomende uitgestelde-winstdelingsverplichting (deferred profit sharing liability, DPL) wordt toegerekend op basis van een constructieve verplichting of op basis van het bedrag dat wettelijk of contractueel moet worden betaald op verschillen tussen statutaire baten en IFRS-baten en ongerealiseerde winsten of verliezen die onder eigen vermogen zijn

De boekhoudkundige verwerking van herverzekeringscontracten hangt af van het feit of er binnen het contract significante verzekeringsrisico's

Herverzekeringscontracten waarbij een aanzienlijk verzekeringsrisico

Herverzekeringscontracten die niet een aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen, worden verantwoord op basis van de deposit method en onder leningen of schulden verantwoord als financiële activa of verplichtingen. Een dergelijk financieel actief of dergelijke financiële verplichting wordt verantwoord tegen de betaalde, respectievelijk ontvangen vergoeding, verminderd met eventuele, expliciet geïdentificeerde premies of vergoedingen die toekomen aan de herverzekerde. De betaalde, respectievelijk ontvangen bedragen die uit deze contracten voortvloeien, worden verantwoord als deposito's met

wordt overgedragen, worden verantwoord naar gelang het

verzekeringsverplichtingen en de daaraan gerelateerde acquisitie-

passen de lokale entiteiten de lokale regels toe.

verliezen directe gevolgen voor de waardering van de

gerealiseerde winsten of verliezen dat zouden doen.

Shadow accounting

kosten.

verplichting.

verantwoord.

Herverzekering

worden overgedragen.

verzekeringscontract.

behulp van de effectieve-rentemethode.

producten en verplichtingen gezondheid die niet lijken op die van

Voorzieningen voor te betalen schades afkomstig van Niet-levenproducten en verplichtingen gezondheid die niet lijken op die van

In het kader van deze LAT's kijkt Ageas naar de beste schattingen, overeenkomend met de contante waarde van alle contractuele kasstromen, inclusief verwante kasstromen zoals commissies en kosten. De contractlimieten van Solvency II worden toegepast, maar zijn in Nietleven beperkt tot diegene die binnen de IFRS-reserves vallen.

Voor verplichtingen Leven (en verplichtingen gezondheid die lijken op die van verplichtingen Leven, inclusief annuïteiten afkomstig van Nietleven-producten) omvat de LAT ook de kasstromen voortvloeiend uit

Beleggingsinkomsten worden bepaald met gebruik van het actuele boekrendement van de bestaande portefeuille, gebaseerd op de veronderstelling dat na het einde van de looptijd van de financiële instrumenten herbelegging plaatsvindt tegen een risicovrije rente plus een bedrijfsspecifiek aanpassing voor volatiliteit op basis van EIOPAmethodiek. Voor directe beleggingen in vastgoed, worden de werkelijke huuropbrengsten tot de volgende contractuele verlengingsperiode in

Voor Niet-leven wordt de contante waarde van alle kasstromen bepaald, gebruikmakend van een risicovrije disconteringsvoet verhoogd met een bedrijfsspecifieke volatiliteitsaanpassing op basis van de EIOPAmethodiek (na het laatste liquide punt wordt de zogenaamde Ultimate

opgenomen, als een bijzondere waardevermindering van het DACof VOBA-type of als een verlies. Als het tekort in een volgende periode vermindert, wordt de daling van het tekort via de resultatenrekening teruggeboekt. Een tekort wordt gedefinieerd als: Een negatieve contante waarde van de toekomstige marge voor Leven-producten en op Leven-producten lijkende

gezondheidsproducten, inclusief annuïteiten afkomstig uit Niet-

Het positieve verschil tussen de netto contante waarde van de kasstromen en de dienovereenkomstige IFRS-reserves voor Niet-

De LAT-toetsing houdt rekening met het effect van herverzekering, en voor rechtstreekse vastgoedbeleggingen worden de werkelijke huuropbrengsten tot de volgende contractuele verlengingsperiode in rekening genomen. De LAT-toetsing wordt bepaald op het niveau van

leven-producten en niet op Leven-producten lijkende

Elk tekort in de LAT wordt meteen in de resultatenrekening

embedded opties en waarborgen en beleggingsbaten.

opgenomen verzekeringsverplichtingen toereikend zijn.

In een contract besloten derivaten

Als er geen nauw verband bestaat tussen in een contract besloten derivaten en de basiscontracten, worden in een contract besloten derivaten gescheiden van de basiscontracten en verantwoord tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening. Actuariële veronderstellingen worden op elke verslaggevingsdatum beoordeeld en de daaruit voortvloeiende impact wordt in de resultatenrekening verwerkt.

Splitsing

De depositocomponent van een verzekeringscontract wordt gesplitst als aan de twee volgende voorwaarden wordt voldaan:

    1. De depositocomponent (inclusief eventuele erin besloten afkoopopties) kan afzonderlijk worden gewaardeerd (dat wil zeggen zonder rekening te houden met de verzekeringscomponent); en
    1. de grondslagen van de financiële verslaggeving van Ageas vereisen niet anderszins de opname van alle verplichtingen en rechten die voortvloeien uit de depositocomponent.

Momenteel heeft Ageas alle rechten en verplichtingen met betrekking tot uitgegeven verzekeringscontracten opgenomen, conform de regels voor verslaggeving. Dientengevolge heeft Ageas geen gesplitste depositocomponent met betrekking tot de verzekeringscontracten opgenomen.

Niet-levensverzekeringen

Claims

Claims en schadebehandelingskosten worden in de resultatenrekening verantwoord op het moment dat de uitgaven worden gedaan. Nietbetaalde claims en schadebehandelingskosten omvatten schattingen voor gerapporteerde claims en voorzieningen voor claims die zijn voorgevallen maar niet gerapporteerd. De schattingen van voorgevallen maar niet gerapporteerde claims worden gebaseerd op ervaring uit het verleden, de huidige ontwikkeling van claims en het heersende sociale, economische en wettelijke kader. De verplichting voor schadeverzekeringsclaims en schadebehandelingskosten (na aftrek van schadeloosstellingen, verhaalde schaden, verkrijging van het eigendom van verzekerde zaken en subrogatie) is gebaseerd op schattingen van verwachte verliezen en houdt rekening met de beoordeling door het management wat betreft de verwachte inflatie, de kosten voor afhandeling van claims, juridische risico's en trends in de ontwikkeling van compensatietoekenningen. Schadeverplichtingen inzake arbeidsongeschiktheid worden verantwoord tegen de netto contante waarde. De opgenomen verplichtingen zijn toereikend om de uiteindelijke kosten van claims en schadebehandelingskosten te dekken. De daaruit voortvloeiende aanpassingen worden in de resultatenrekening verantwoord.

Ageas verdisconteert de verplichtingen voor schade enkel voor claims met bepaalbare en periodieke betalingstermijnen.

Toereikendheidstoets voor de verplichtingen

115 | 240

114 | 240

actuariële veronderstellingen.

verplichtingen weergegeven.

uitkeringen vormen;

Die contractueel gebaseerd zijn op:

bepaald type contract;

beleggingscontracten Leven plaats.

entiteit die het contract uitgeeft.

van Ageas is;

Discretionaire winstdeling

ontvangen:

Gewaarborgde minimumrendementen

Bepaalde producten bevatten financiële garanties die ook worden gewaardeerd tegen reële waarde en worden verantwoord in

verplichtingen met betrekking tot unit-linked overeenkomsten, waarbij de reële-waardeverandering wordt verantwoord in de resultatenrekening. Er wordt rekening gehouden met verzekeringsrisico's op basis van

Beleggingscontracten zonder DPF worden bij de eerste opname gewaardeerd tegen reële waarde en vervolgens tegen geamortiseerde

Als er geen nauw verband bestaat tussen in een contract besloten derivaten en de basiscontracten, worden in een contract besloten derivaten gescheiden van de basiscontracten en verantwoord tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening. Actuariële veronderstellingen worden op elke verslaggevingsdatum beoordeeld en de daaruit voortvloeiende impact wordt in de

De depositocomponent van een verzekeringscontract wordt gesplitst als

  1. De depositocomponent (inclusief eventuele erin besloten afkoopopties) kan afzonderlijk worden gewaardeerd (dat wil

  2. de grondslagen van de financiële verslaggeving van Ageas vereisen niet anderszins de opname van alle verplichtingen en

Momenteel heeft Ageas alle rechten en verplichtingen met betrekking tot uitgegeven verzekeringscontracten opgenomen, conform de regels voor

Claims en schadebehandelingskosten worden in de resultatenrekening verantwoord op het moment dat de uitgaven worden gedaan. Nietbetaalde claims en schadebehandelingskosten omvatten schattingen voor gerapporteerde claims en voorzieningen voor claims die zijn voorgevallen maar niet gerapporteerd. De schattingen van voorgevallen maar niet gerapporteerde claims worden gebaseerd op ervaring uit het verleden, de huidige ontwikkeling van claims en het heersende sociale,

schadeverzekeringsclaims en schadebehandelingskosten (na aftrek van schadeloosstellingen, verhaalde schaden, verkrijging van het eigendom van verzekerde zaken en subrogatie) is gebaseerd op schattingen van verwachte verliezen en houdt rekening met de beoordeling door het management wat betreft de verwachte inflatie, de kosten voor afhandeling van claims, juridische risico's en trends in de ontwikkeling van compensatietoekenningen. Schadeverplichtingen inzake arbeidsongeschiktheid worden verantwoord tegen de netto contante waarde. De opgenomen verplichtingen zijn toereikend om de

uiteindelijke kosten van claims en schadebehandelingskosten te dekken.

Ageas verdisconteert de verplichtingen voor schade enkel voor claims

rechten die voortvloeien uit de depositocomponent.

verslaggeving. Dientengevolge heeft Ageas geen gesplitste depositocomponent met betrekking tot de verzekeringscontracten

economische en wettelijke kader. De verplichting voor

De daaruit voortvloeiende aanpassingen worden in de

met bepaalbare en periodieke betalingstermijnen.

resultatenrekening verantwoord.

kostprijs en verantwoord als een depositoverplichting.

aan de twee volgende voorwaarden wordt voldaan:

zeggen zonder rekening te houden met de

verzekeringscomponent); en

In een contract besloten derivaten

resultatenrekening verwerkt.

Splitsing

opgenomen.

Claims

Niet-levensverzekeringen

Stortingen en onttrekkingen worden rechtstreeks in de balans verwerkt als mutatie van de verplichting, zonder invloed op de resultatenrekening.

De financieringscomponent voor levensverzekeringscontracten met gegarandeerde minimumrendementen wordt gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Aanvullende verplichtingen zijn vastgesteld teneinde de verwachte langetermijnrente te weerspiegelen. Deze aanvullende verplichtingen worden berekend als het verschil tussen de contante waarde en de boekwaarde van de gegarandeerde bedragen.

De verplichtingen met betrekking tot lijfrentepolissen tijdens de opbouwperiode zijn gelijk aan de cumulatieve saldi van de polishouder. Na de opbouwperiode zijn de verplichtingen gelijk aan de contante waarde van de verwachte toekomstige betalingen. Wijzigingen in sterftetabellen uit voorgaande jaren worden volledig in deze

De meeste levensverzekerings- of beleggingscontracten voorzien in een gegarandeerde vergoeding. Sommige contracten kunnen ook een recht op winstdeling bevatten (discretionary participation features (DPF)). Dit element geeft de houder van het contract het recht om, boven op gegarandeerde elementen, aanvullende uitkeringen en bonussen te

Die waarschijnlijk een aanzienlijk deel van de totale contractuele

Waarvan het bedrag of de timing volgens contract naar goeddunken

. De prestatie van een specifieke 'pool' van contracten of een

. Gerealiseerde en/of ongerealiseerde beleggingsrendementen op een specifieke 'pool' van activa in handen van Ageas; . De winst of het verlies van Ageas, een fonds of een andere

Voor levensverzekeringscontracten en beleggingscontracten met DPF worden vergoedingen ten gunste van polishouders berekend uitgaande van het contractueel verschuldigde bedrag op basis van de statutaire nettowinst, beperkingen en betaaltermijnen. De DPF-component inzake beleggingscontracten betreft een voorwaardelijke toezegging met betrekking tot ongerealiseerde winsten en verliezen. Deze toezegging blijft hierdoor onderdeel van de ongerealiseerde winsten en verliezen zoals begrepen in het eigen vermogen. Indien de toezegging

onvoorwaardelijk wordt, vindt overboeking naar de Verplichtingen inzake

Op elke rapporteringsdatum voert Ageas toereikendheidstoetsen (Liability Adequacy Test (LAT)) uit teneinde te waarborgen dat de opgenomen verzekeringsverplichtingen toereikend zijn.

Afzonderlijke toetsen worden uitgevoerd voor:

  • Verplichtingen Leven en verplichtingen gezondheid die lijken op die van verplichtingen Leven, inclusief annuïteiten afkomstig van Nietleven-producten;
  • (Niet-verdiende) premiereserves afkomstig van Niet-levenproducten en verplichtingen gezondheid die niet lijken op die van verplichtingen Leven; en
  • Voorzieningen voor te betalen schades afkomstig van Niet-levenproducten en verplichtingen gezondheid die niet lijken op die van verplichtingen Leven.

In het kader van deze LAT's kijkt Ageas naar de beste schattingen, overeenkomend met de contante waarde van alle contractuele kasstromen, inclusief verwante kasstromen zoals commissies en kosten. De contractlimieten van Solvency II worden toegepast, maar zijn in Nietleven beperkt tot diegene die binnen de IFRS-reserves vallen.

Voor verplichtingen Leven (en verplichtingen gezondheid die lijken op die van verplichtingen Leven, inclusief annuïteiten afkomstig van Nietleven-producten) omvat de LAT ook de kasstromen voortvloeiend uit embedded opties en waarborgen en beleggingsbaten. Beleggingsinkomsten worden bepaald met gebruik van het actuele boekrendement van de bestaande portefeuille, gebaseerd op de veronderstelling dat na het einde van de looptijd van de financiële instrumenten herbelegging plaatsvindt tegen een risicovrije rente plus een bedrijfsspecifiek aanpassing voor volatiliteit op basis van EIOPAmethodiek. Voor directe beleggingen in vastgoed, worden de werkelijke huuropbrengsten tot de volgende contractuele verlengingsperiode in aanmerking gekomen.

Voor Niet-leven wordt de contante waarde van alle kasstromen bepaald, gebruikmakend van een risicovrije disconteringsvoet verhoogd met een bedrijfsspecifieke volatiliteitsaanpassing op basis van de EIOPAmethodiek (na het laatste liquide punt wordt de zogenaamde Ultimate Forward Rate-extrapolatie gebruikt).

  • Elk tekort in de LAT wordt meteen in de resultatenrekening opgenomen, als een bijzondere waardevermindering van het DACof VOBA-type of als een verlies. Als het tekort in een volgende periode vermindert, wordt de daling van het tekort via de resultatenrekening teruggeboekt. Een tekort wordt gedefinieerd als:
  • Een negatieve contante waarde van de toekomstige marge voor Leven-producten en op Leven-producten lijkende gezondheidsproducten, inclusief annuïteiten afkomstig uit Nietleven-producten; en
  • Het positieve verschil tussen de netto contante waarde van de kasstromen en de dienovereenkomstige IFRS-reserves voor Nietleven-producten en niet op Leven-producten lijkende gezondheidsproducten.

De LAT-toetsing houdt rekening met het effect van herverzekering, en voor rechtstreekse vastgoedbeleggingen worden de werkelijke huuropbrengsten tot de volgende contractuele verlengingsperiode in rekening genomen. De LAT-toetsing wordt bepaald op het niveau van de juridische entiteit.

Als de lokale LAT-vereisten strenger zijn dan de bovengenoemde, passen de lokale entiteiten de lokale regels toe.

Shadow accounting

In sommige onderdelen van Ageas heeft de realisatie van winsten en verliezen directe gevolgen voor de waardering van de verzekeringsverplichtingen en de daaraan gerelateerde acquisitiekosten.

In een aantal van deze onderdelen past Ageas shadow accounting toe op de veranderingen in de reële waarde van de voor verkoop beschikbare beleggingen en van de activa en verplichtingen die van invloed zijn op de waardering van de verzekeringsverplichtingen. Shadow accounting betekent dat ongerealiseerde winsten of verliezen op voor verkoop beschikbare activa, die in het eigen vermogen worden opgenomen zonder de resultatenrekening te beïnvloeden, van invloed zijn op de waardering van verzekeringsverplichtingen (of overgedragen acquisitiekosten of value of business acquired) op dezelfde manier als gerealiseerde winsten of verliezen dat zouden doen.

Als onderdeel van shadow accounting breiden sommige ondernemingen van Ageas de standaard-LAT uit met een shadow-LAT-toetsing. Onder de shadow-LAT wordt het bedrag aan ongerealiseerde meerwaarden, verwerkt in overig comprehensive income, bovenop het overschot dat voortvloeit uit de standaard-LAT, verantwoord als een shadowverplichting.

De overblijvende ongerealiseerde veranderingen in de reële waarde van voor verkoop beschikbare financiële activa (na toepassing van shadow accounting) die onderhevig zijn aan discretionaire winstdeling, worden aangemerkt als een afzonderlijk onderdeel van het eigen vermogen.

Een bijkomende uitgestelde-winstdelingsverplichting (deferred profit sharing liability, DPL) wordt toegerekend op basis van een constructieve verplichting of op basis van het bedrag dat wettelijk of contractueel moet worden betaald op verschillen tussen statutaire baten en IFRS-baten en ongerealiseerde winsten of verliezen die onder eigen vermogen zijn verantwoord.

Herverzekering

De boekhoudkundige verwerking van herverzekeringscontracten hangt af van het feit of er binnen het contract significante verzekeringsrisico's worden overgedragen.

Herverzekeringscontracten waarbij een aanzienlijk verzekeringsrisico wordt overgedragen, worden verantwoord naar gelang het verzekeringscontract.

Herverzekeringscontracten die niet een aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen, worden verantwoord op basis van de deposit method en onder leningen of schulden verantwoord als financiële activa of verplichtingen. Een dergelijk financieel actief of dergelijke financiële verplichting wordt verantwoord tegen de betaalde, respectievelijk ontvangen vergoeding, verminderd met eventuele, expliciet geïdentificeerde premies of vergoedingen die toekomen aan de herverzekerde. De betaalde, respectievelijk ontvangen bedragen die uit deze contracten voortvloeien, worden verantwoord als deposito's met behulp van de effectieve-rentemethode.

Deposito's van herverzekeraars in het kader van in herverzekering gecedeerde zaken die een aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen, zijn gelijk aan het op balansdatum verschuldigde bedrag.

Verplichtingen met betrekking tot gecedeerde herverzekeringsactiviteiten die geen aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen, kunnen worden beschouwd als financiële verplichtingen en deze verplichtingen worden op dezelfde wijze als andere financiële verplichtingen verantwoord.

2.8.12 Schuldbewijzen, achtergestelde verplichtingen en overige schulden

Schuldbewijzen, achtergestelde schulden en overige financieringen worden eerst verantwoord tegen reële waarde met inbegrip van de directe transactiekosten. Vervolgens worden ze gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs en eventuele verschillen tussen de nettoopbrengst en de aflossingsprijs worden verantwoord in de resultatenrekening over de periode van de lening op basis van de effectieve-rentemethode.

Schulden die in een vast aantal eigen aandelen van Ageas kunnen worden omgezet, worden bij de eerste opname gescheiden in twee componenten:

  • a) Een schuldinstrument, gewaardeerd door bepaling van de reële waarde van een soortgelijke verplichting (inclusief eventuele niet aan aandelen gerelateerde derivatenkenmerken) zonder hiermee verbonden aandelencomponent; en
  • b) Een aandeleninstrument waarvan de boekwaarde de optie vertegenwoordigt om het instrument in gewone aandelen te converteren, bepaald door de boekwaarde van de financiële verplichting af te trekken van de waarde van het samengestelde instrument als geheel.

Indien Ageas de schulden, achtergestelde verplichtingen en overige leningen aflost, worden deze uit de balans verwijderd en wordt het verschil tussen de boekwaarde van de verplichting en de betaalde vergoeding in de resultatenrekening verantwoord.

2.8.13 Personeelsvergoedingen

Pensioenverplichtingen

Ageas kent wereldwijd een aantal toegezegdpensioen- en toegezegdebijdrage-pensioenregelingen in overeenstemming met lokale voorwaarden of sectorgebonden praktijken. De pensioenregelingen worden doorgaans gefinancierd door betalingen aan verzekeraars of aan door trustees beheerde regelingen. De financiering wordt bepaald aan de hand van periodieke actuariële berekeningen. Gekwalificeerde actuarissen berekenen de pensioenactiva en -verplichtingen minimaal één keer per jaar.

Een toegezegdpensioenregeling is een pensioenregeling waarbij een vaste toezegging aan een werknemer op pensioenleeftijd wordt vastgelegd, doorgaans afhankelijk van een of meer factoren zoals leeftijd of dienstjaren.

Een toegezegdebijdrageregeling is een pensioenregeling waarbij Ageas vaste bijdragen betaalt. Onder IAS 19 wordt een regeling met een toegezegde bijdrage en een gewaarborgd rendement echter beschouwd als een toegezegd-pensioenregeling vanwege het (wettelijk vastgestelde) gewaarborgde rendement dat in deze regelingen is opgenomen.

Voor toegezegdpensioenregelingen worden de pensioenkosten en daarmee verband houdende pensioenactiva of -verplichtingen geschat op basis van de projected unit credit-methode. In deze methode:

117 | 240

Andere verplichtingen na uitdiensttreding

methode die gelijk is aan de methode voor

de hand van actuariële berekeningen.

opties en aandelen onder voorwaarden.

resultatenrekening.

De uitoefenkoers;

rubriek Eigen aandelen.

elementen:

Sommige ondernemingen van Ageas bieden werknemers vergoedingen

Personeelsrechten

Voorzieningen

van medewerkers tot de balansdatum.

Personeelsrechten inzake jaarlijkse toegezegde vakantiedagen en uit hoofde van langdurige diensttijd verdiende vakantiedagen worden verantwoord wanneer deze rechten werknemers toekomen. Een voorziening wordt gemaakt voor de geschatte verplichting voor vakantiedagen en extra vakantiedagen vanwege langdurige diensttijd

2.8.14 Voorzieningen en voorwaardelijke verplichtingen

Voorzieningen zijn verplichtingen die onzekerheden met zich meebrengen in hoogte of tijdstip van betaling. Voorzieningen worden verantwoord op de balans indien er een bestaande (wettelijke of constructieve) verplichting is tot overdracht van economische voordelen, zoals kasstromen, als gevolg van gebeurtenissen in het verleden en indien op de balansdatum een betrouwbare schatting mogelijk is.

verantwoordelijk is. Voorzieningen worden geschat op basis van alle relevante factoren en informatie die op balansdatum bestaan en worden

Voorwaardelijke verplichtingen zijn onzekerheden waarvan het bedrag niet met voldoende betrouwbaarheid kan worden geschat of wanneer het niet waarschijnlijk is dat betaling vereist zal zijn om de verplichting af

Kosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de uitgifte van nieuwe aandelen of aandelenopties, met uitzondering van die bij een bedrijfscombinatie, worden in mindering gebracht op het eigen vermogen na aftrek van eventuele daarmee verband houdende

Wanneer de moedermaatschappij of haar dochterondernemingen aandelenkapitaal van Ageas kopen of rechten verkrijgen om aandelenkapitaal van Ageas te kopen, wordt de betaalde vergoeding inclusief eventuele toerekenbare transactiekosten, na aftrek van winstbelastingen, in mindering gebracht op het eigen vermogen.

Dividenden die worden betaald op ingekochte eigen aandelen die in handen van ondernemingen van Ageas zijn, worden geëlimineerd wanneer de Geconsolideerde Jaarrekening wordt opgesteld.

Aandelen Ageas die Ageasfinlux S.A. in het kader van FRESHkapitaaleffecten aanhoudt, zijn niet dividend- of kapitaalgerechtigd. Deze aandelen worden geëlimineerd voor de berekening van het dividend, de nettowinst en het eigen vermogen per aandeel. De kostprijs van de aandelen wordt in mindering gebracht op het eigen vermogen.

Componenten van samengestelde financiële instrumenten

(verplichtingen en delen van het eigen vermogen) worden verantwoord

Samengestelde financiële instrumenten

in de respectievelijke rubrieken van de balans.

Voorzieningen worden aangelegd voor bepaalde garantieovereenkomsten waarvoor Ageas bij niet-betaling

verdisconteerd tegen de risicovrije rentevoet.

2.8.15 Eigenvermogenscomponenten

Aandelenkapitaal en kosten van aandelenuitgifte

Voorwaardelijke verplichtingen

te wikkelen.

winstbelastingen.

Eigen aandelen

toegezegdpensioenregelingen. De verplichtingen worden bepaald aan

Aandelenopties en regelingen voor deelneming in aandelenkapitaal Aandelenopties en aandelen onder voorwaarden (restricted shares), zowel via aandelen als contant afgerekende regelingen, worden aan bestuurders en werknemers toegekend als tegenprestatie voor ontvangen diensten. De reële waarde van de ontvangen diensten wordt bepaald aan de hand van de reële waarde van de toegekende aandelenopties en aandelen onder voorwaarden. De kosten van aandelenopties en aandelendeelnameplannen worden gewaardeerd op de toekenningsdatum op basis van de reële waarde van de opties en aandelen onder voorwaarden en worden in de resultatenrekening verantwoord, hetzij direct op de datum van toekenning indien er geen sprake is van een vesting period, hetzij over de vesting period van de

In aandelen afgerekende regelingen worden verwerkt als toename van het eigen vermogen en worden geherwaardeerd voor het aantal aandelen tot aan de voorwaarden voor vesting is voldaan.

In contanten afgerekende regelingen worden verwerkt als toename van

Aantal aandelen tot voldaan is aan de voorwaarden voor vesting en

Herberekende kosten worden tijdens de vesting period verantwoord in de resultatenrekening. Kosten met betrekking tot de huidige en voorgaande perioden worden rechtstreeks verantwoord in de

De reële waarde van de aandelenopties wordt bepaald met gebruik van een optiewaarderingsmodel dat rekening houdt met de volgende

De verwachte volatiliteit van het onderliggende aandeel en de

Het risicovrije tarief over de verwachte looptijd van de optie.

Wanneer de opties worden uitgeoefend en nieuwe aandelen worden uitgegeven, wordt de ontvangen opbrengst na aftrek van eventuele transactiekosten in het aandelenkapitaal verantwoord (nominale waarde) en het surplus bij de uitgiftepremie (het agio). Indien voor dit doel eigen aandelen zijn ingekocht, worden deze geëlimineerd in de

verplichtingen en worden geherwaardeerd voor zowel:

De aandelenkoers op de datum van toekenning;

De verwachte looptijd van de optie;

verwachte dividenden hiervoor; en

Wijziging in de reële waarde van de restricted-shares.

na uitdiensttreding, zoals leningen tegen voordelige rente en gezondheidszorg verzekeringen. Een werknemer kan gewoonlijk van deze vergoedingen profiteren als de werknemer in dienst blijft tot en met de pensioenleeftijd en een minimumperiode in dienstverband is geweest. De verwachte kosten van die vergoedingen worden toegerekend over de periode van tewerkstelling, op basis van een

  • Wordt voor elke periode van diensttijd een extra eenheid vergoeding toegekend en elke eenheid wordt afzonderlijk gewaardeerd om de uiteindelijke verplichting op te bouwen;
  • Worden de kosten van die vergoedingen in de resultatenrekening als last verantwoord om de pensioenkosten te spreiden over de diensttijd van de werknemers;
  • Wordt de pensioenverplichting gewaardeerd tegen de contante waarde van de geschatte toekomstige uitstromen van geldmiddelen, verdisconteerd tegen een rentevoet gebaseerd op de marktrendementen van kwalitatief hoogwaardige bedrijfsobligaties waarvan de looptijd overeenkomt met de resterende looptijd van de betreffende verplichting.

Herwaarderingen, bestaande uit actuariële winsten en verliezen, het effect van het actiefplafond en het rendement op fondsbeleggingen (exclusief nettorente) worden via overig comprehensive income direct opgenomen in de balans in de periode waarin deze herwaarderingen zich voordoen. Herwaarderingen worden in latere perioden niet geherclassificeerd in de resultatenrekening. De nettorente wordt berekend door de disconteringsvoet op de nettoverplichting of het actief uit hoofde van de toegezegdpensioenregeling toe te passen.

Pensioenkosten van verstreken diensttijd worden in de resultatenrekening opgenomen op het eerstvolgende moment:

  • op de datum van de wijziging van de regeling of van de planinperking; en
  • op de datum waarop Ageas de herstructureringskosten erkent.

De fondsbeleggingen die bij de pensioenverplichtingen van een entiteit behoren, moeten aan bepaalde criteria voldoen om te worden verantwoord als In aanmerking komende fondsbeleggingen van pensioenregelingen. Die criteria hebben betrekking op het feit dat deze activa juridisch los dienen te staan van Ageas of de crediteuren van Ageas. Indien dit niet het geval is, worden de activa verantwoord in de relevante rubriek in de balans (zoals beleggingen, materiële vaste activa enz.). Indien de activa aan de criteria voldoen, worden deze activa met de pensioenverplichting verrekend.

Indien de reële waarde van fondsbeleggingen met de contante waarde van de verplichtingen van een toegezegdpensioenregeling wordt verrekend, kan het resultaat leiden tot een negatieve waarde (een actief). In dat geval mag het verantwoorde actief niet groter zijn dan de contante waarde van economische voordelen in de vorm van terugbetalingen uit de regeling of verlagingen van toekomstige bijdragen aan de regeling ('actiefplafond').

Voorzorgsregelingen die voordelen voor langdurige diensttijd voorzien maar geen pensioenregelingen zijn, worden gewaardeerd tegen contante waarde op basis van de projected unit credit-methode.

De bijdragen van Ageas voor toegezegdebijdrage-pensioenregelingen worden verwerkt in de resultatenrekening in het jaar waar deze betrekking op hebben, behalve in het geval van toegezegdebijdrageregelingen met een gegarandeerd rendement, die boekhoudkundig worden behandeld als een toegezegdpensioenregeling.

Andere verplichtingen na uitdiensttreding

117 | 240

116 | 240

verantwoord.

schulden

effectieve-rentemethode.

componenten:

Deposito's van herverzekeraars in het kader van in herverzekering gecedeerde zaken die een aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen, Voor toegezegdpensioenregelingen worden de pensioenkosten en daarmee verband houdende pensioenactiva of -verplichtingen geschat op basis van de projected unit credit-methode. In deze methode: Wordt voor elke periode van diensttijd een extra eenheid vergoeding toegekend en elke eenheid wordt afzonderlijk gewaardeerd om de uiteindelijke verplichting op te bouwen; Worden de kosten van die vergoedingen in de resultatenrekening als last verantwoord om de pensioenkosten te spreiden over de

Wordt de pensioenverplichting gewaardeerd tegen de contante waarde van de geschatte toekomstige uitstromen van geldmiddelen,

Herwaarderingen, bestaande uit actuariële winsten en verliezen, het effect van het actiefplafond en het rendement op fondsbeleggingen (exclusief nettorente) worden via overig comprehensive income direct opgenomen in de balans in de periode waarin deze herwaarderingen zich voordoen. Herwaarderingen worden in latere perioden niet geherclassificeerd in de resultatenrekening. De nettorente wordt berekend door de disconteringsvoet op de nettoverplichting of het actief

uit hoofde van de toegezegdpensioenregeling toe te passen.

op de datum waarop Ageas de herstructureringskosten erkent.

De fondsbeleggingen die bij de pensioenverplichtingen van een entiteit behoren, moeten aan bepaalde criteria voldoen om te worden verantwoord als In aanmerking komende fondsbeleggingen van pensioenregelingen. Die criteria hebben betrekking op het feit dat deze activa juridisch los dienen te staan van Ageas of de crediteuren van Ageas. Indien dit niet het geval is, worden de activa verantwoord in de relevante rubriek in de balans (zoals beleggingen, materiële vaste activa enz.). Indien de activa aan de criteria voldoen, worden deze activa met

Indien de reële waarde van fondsbeleggingen met de contante waarde van de verplichtingen van een toegezegdpensioenregeling wordt verrekend, kan het resultaat leiden tot een negatieve waarde (een actief). In dat geval mag het verantwoorde actief niet groter zijn dan de contante waarde van economische voordelen in de vorm van

terugbetalingen uit de regeling of verlagingen van toekomstige bijdragen

Voorzorgsregelingen die voordelen voor langdurige diensttijd voorzien maar geen pensioenregelingen zijn, worden gewaardeerd tegen contante waarde op basis van de projected unit credit-methode.

De bijdragen van Ageas voor toegezegdebijdrage-pensioenregelingen worden verwerkt in de resultatenrekening in het jaar waar deze

toegezegdebijdrageregelingen met een gegarandeerd rendement, die

betrekking op hebben, behalve in het geval van

boekhoudkundig worden behandeld als een toegezegd-

Pensioenkosten van verstreken diensttijd worden in de resultatenrekening opgenomen op het eerstvolgende moment: op de datum van de wijziging van de regeling of van de

marktrendementen van kwalitatief hoogwaardige bedrijfsobligaties waarvan de looptijd overeenkomt met de resterende looptijd van de

verdisconteerd tegen een rentevoet gebaseerd op de

diensttijd van de werknemers;

betreffende verplichting.

planinperking; en

de pensioenverplichting verrekend.

aan de regeling ('actiefplafond').

pensioenregeling.

zijn gelijk aan het op balansdatum verschuldigde bedrag.

Verplichtingen met betrekking tot gecedeerde herverzekeringsactiviteiten die geen aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen, kunnen worden beschouwd als financiële verplichtingen en deze verplichtingen worden op dezelfde wijze als andere financiële verplichtingen

2.8.12 Schuldbewijzen, achtergestelde verplichtingen en overige

Schuldbewijzen, achtergestelde schulden en overige financieringen worden eerst verantwoord tegen reële waarde met inbegrip van de directe transactiekosten. Vervolgens worden ze gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs en eventuele verschillen tussen de nettoopbrengst en de aflossingsprijs worden verantwoord in de resultatenrekening over de periode van de lening op basis van de

Schulden die in een vast aantal eigen aandelen van Ageas kunnen worden omgezet, worden bij de eerste opname gescheiden in twee

a) Een schuldinstrument, gewaardeerd door bepaling van de reële waarde van een soortgelijke verplichting (inclusief eventuele niet aan aandelen gerelateerde derivatenkenmerken) zonder hiermee

b) Een aandeleninstrument waarvan de boekwaarde de optie vertegenwoordigt om het instrument in gewone aandelen te converteren, bepaald door de boekwaarde van de financiële verplichting af te trekken van de waarde van het samengestelde

Indien Ageas de schulden, achtergestelde verplichtingen en overige leningen aflost, worden deze uit de balans verwijderd en wordt het verschil tussen de boekwaarde van de verplichting en de betaalde

verbonden aandelencomponent; en

vergoeding in de resultatenrekening verantwoord.

Ageas kent wereldwijd een aantal toegezegdpensioen- en

toegezegdebijdrage-pensioenregelingen in overeenstemming met lokale voorwaarden of sectorgebonden praktijken. De pensioenregelingen worden doorgaans gefinancierd door betalingen aan verzekeraars of aan door trustees beheerde regelingen. De financiering wordt bepaald aan de hand van periodieke actuariële berekeningen. Gekwalificeerde actuarissen berekenen de pensioenactiva en -verplichtingen minimaal

Een toegezegdpensioenregeling is een pensioenregeling waarbij een vaste toezegging aan een werknemer op pensioenleeftijd wordt vastgelegd, doorgaans afhankelijk van een of meer factoren zoals

Een toegezegdebijdrageregeling is een pensioenregeling waarbij Ageas vaste bijdragen betaalt. Onder IAS 19 wordt een regeling met een toegezegde bijdrage en een gewaarborgd rendement echter beschouwd

als een toegezegd-pensioenregeling vanwege het (wettelijk vastgestelde) gewaarborgde rendement dat in deze regelingen is

instrument als geheel.

2.8.13 Personeelsvergoedingen

Pensioenverplichtingen

één keer per jaar.

leeftijd of dienstjaren.

opgenomen.

Sommige ondernemingen van Ageas bieden werknemers vergoedingen na uitdiensttreding, zoals leningen tegen voordelige rente en gezondheidszorg verzekeringen. Een werknemer kan gewoonlijk van deze vergoedingen profiteren als de werknemer in dienst blijft tot en met de pensioenleeftijd en een minimumperiode in dienstverband is geweest. De verwachte kosten van die vergoedingen worden toegerekend over de periode van tewerkstelling, op basis van een methode die gelijk is aan de methode voor toegezegdpensioenregelingen. De verplichtingen worden bepaald aan

de hand van actuariële berekeningen.

Aandelenopties en regelingen voor deelneming in aandelenkapitaal

Aandelenopties en aandelen onder voorwaarden (restricted shares), zowel via aandelen als contant afgerekende regelingen, worden aan bestuurders en werknemers toegekend als tegenprestatie voor ontvangen diensten. De reële waarde van de ontvangen diensten wordt bepaald aan de hand van de reële waarde van de toegekende aandelenopties en aandelen onder voorwaarden. De kosten van aandelenopties en aandelendeelnameplannen worden gewaardeerd op de toekenningsdatum op basis van de reële waarde van de opties en aandelen onder voorwaarden en worden in de resultatenrekening verantwoord, hetzij direct op de datum van toekenning indien er geen sprake is van een vesting period, hetzij over de vesting period van de opties en aandelen onder voorwaarden.

In aandelen afgerekende regelingen worden verwerkt als toename van het eigen vermogen en worden geherwaardeerd voor het aantal aandelen tot aan de voorwaarden voor vesting is voldaan.

In contanten afgerekende regelingen worden verwerkt als toename van verplichtingen en worden geherwaardeerd voor zowel:

  • Aantal aandelen tot voldaan is aan de voorwaarden voor vesting en
  • Wijziging in de reële waarde van de restricted-shares.

Herberekende kosten worden tijdens de vesting period verantwoord in de resultatenrekening. Kosten met betrekking tot de huidige en voorgaande perioden worden rechtstreeks verantwoord in de resultatenrekening.

De reële waarde van de aandelenopties wordt bepaald met gebruik van een optiewaarderingsmodel dat rekening houdt met de volgende elementen:

  • De aandelenkoers op de datum van toekenning;
  • De uitoefenkoers;
  • De verwachte looptijd van de optie;
  • De verwachte volatiliteit van het onderliggende aandeel en de verwachte dividenden hiervoor; en
  • Het risicovrije tarief over de verwachte looptijd van de optie.

Wanneer de opties worden uitgeoefend en nieuwe aandelen worden uitgegeven, wordt de ontvangen opbrengst na aftrek van eventuele transactiekosten in het aandelenkapitaal verantwoord (nominale waarde) en het surplus bij de uitgiftepremie (het agio). Indien voor dit doel eigen aandelen zijn ingekocht, worden deze geëlimineerd in de rubriek Eigen aandelen.

Personeelsrechten

Personeelsrechten inzake jaarlijkse toegezegde vakantiedagen en uit hoofde van langdurige diensttijd verdiende vakantiedagen worden verantwoord wanneer deze rechten werknemers toekomen. Een voorziening wordt gemaakt voor de geschatte verplichting voor vakantiedagen en extra vakantiedagen vanwege langdurige diensttijd van medewerkers tot de balansdatum.

2.8.14 Voorzieningen en voorwaardelijke verplichtingen

Voorzieningen

Voorzieningen zijn verplichtingen die onzekerheden met zich meebrengen in hoogte of tijdstip van betaling. Voorzieningen worden verantwoord op de balans indien er een bestaande (wettelijke of constructieve) verplichting is tot overdracht van economische voordelen, zoals kasstromen, als gevolg van gebeurtenissen in het verleden en indien op de balansdatum een betrouwbare schatting mogelijk is. Voorzieningen worden aangelegd voor bepaalde garantieovereenkomsten waarvoor Ageas bij niet-betaling verantwoordelijk is. Voorzieningen worden geschat op basis van alle relevante factoren en informatie die op balansdatum bestaan en worden verdisconteerd tegen de risicovrije rentevoet.

Voorwaardelijke verplichtingen

Voorwaardelijke verplichtingen zijn onzekerheden waarvan het bedrag niet met voldoende betrouwbaarheid kan worden geschat of wanneer het niet waarschijnlijk is dat betaling vereist zal zijn om de verplichting af te wikkelen.

2.8.15 Eigenvermogenscomponenten

Aandelenkapitaal en kosten van aandelenuitgifte

Kosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de uitgifte van nieuwe aandelen of aandelenopties, met uitzondering van die bij een bedrijfscombinatie, worden in mindering gebracht op het eigen vermogen na aftrek van eventuele daarmee verband houdende winstbelastingen.

Eigen aandelen

Wanneer de moedermaatschappij of haar dochterondernemingen aandelenkapitaal van Ageas kopen of rechten verkrijgen om aandelenkapitaal van Ageas te kopen, wordt de betaalde vergoeding inclusief eventuele toerekenbare transactiekosten, na aftrek van winstbelastingen, in mindering gebracht op het eigen vermogen.

Dividenden die worden betaald op ingekochte eigen aandelen die in handen van ondernemingen van Ageas zijn, worden geëlimineerd wanneer de Geconsolideerde Jaarrekening wordt opgesteld.

Aandelen Ageas die Ageasfinlux S.A. in het kader van FRESHkapitaaleffecten aanhoudt, zijn niet dividend- of kapitaalgerechtigd. Deze aandelen worden geëlimineerd voor de berekening van het dividend, de nettowinst en het eigen vermogen per aandeel. De kostprijs van de aandelen wordt in mindering gebracht op het eigen vermogen.

Samengestelde financiële instrumenten

Componenten van samengestelde financiële instrumenten (verplichtingen en delen van het eigen vermogen) worden verantwoord in de respectievelijke rubrieken van de balans.

Andere eigenvermogenscomponenten

118 | 240

Andere elementen die in eigen vermogen worden verantwoord hebben betrekking op:

  • Mutaties in het eigen vermogen van deelnemingen (zie paragraaf 2.6);
  • Buitenlandse valuta's (zie paragraaf 2.7);
  • Voor verkoop beschikbare beleggingen (zie paragraaf 2.8.1);
  • Cash flow hedges (zie paragraaf 2.8.2);
  • Discretionaire winstdeling (zie paragraaf 2.8.11);
  • Actuariële winsten en verliezen op toegezegdpensioenregelingen (zie paragraaf 2.8.13);
  • Aandelenopties en regelingen voor aandelen onder voorwaarden (zie paragraaf 2.8.13); en
  • Dividend, eigen aandelen en intrekking van aandelen.

2.8.16 Bruto premie-inkomen

Kortlopende tegenover langlopende contracten

Een kortlopend verzekeringscontract is een contract dat voorziet in verzekeringsbescherming voor een vaste, maar korte periode en dat de verzekeraar de mogelijkheid geeft om het contract op te zeggen of de bepalingen ervan te wijzigen aan het einde van een contractperiode.

Een langlopend contract is een contract waarvan de bepalingen over het algemeen niet eenzijdig kunnen worden gewijzigd, zoals een nietopzegbaar of gewaarborgd hernieuwbaar contract, en dat de uitvoering van verschillende functies en diensten (waaronder verzekeringsbescherming) voor een lange periode bepaalt.

Ontvangen premie-inkomen

Premies uit levensverzekeringscontracten en langlopende beleggingsovereenkomsten met discretionaire winstdeling worden verwerkt als baten zodra deze door de polishouder verschuldigd zijn. De geschatte toekomstige opbrengsten en kosten wordt verrekend met deze baten met als doel de winst te verantwoorden gedurende de geschatte duur van de verzekeringen. Dit 'matching'-proces wordt uitgevoerd aan de hand van een bepaling van de verplichtingen uit hoofde van de verzekeringscontracten en beleggingsovereenkomsten met discretionaire winstdeling alsmede aan de hand van vooraf te betalen kosten zoals polisacquisitiekosten.

Verdiend premie-inkomen

Voor verzekeringsovereenkomsten met een korte looptijd (hoofdzakelijk Niet-leven) worden de premies direct bij ingang van de overeenkomst verwerkt. Die premies worden in de resultatenrekening pro-rata gedurende de termijn van de verzekeringsdekking verantwoord als Verdiend. De voorziening voor niet-verdiende premies bevat het gedeelte van de geboekte premies voor de nog niet afgelopen termijn van de dekking.

2.8.17 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten

Voor alle rentedragende instrumenten worden de rentebaten en -lasten verantwoord in de resultatenrekening (ongeacht of deze instrumenten zijn geclassificeerd als tot einde looptijd aangehouden, voor verkoop beschikbaar, tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening, als derivaten of als overige activa of passiva) op basis van het toerekeningsbeginsel met behulp van de effectieverentemethode op basis van de werkelijke aankoopprijs inclusief directe transactiekosten. In die rentebaten zijn onder andere begrepen de verdiende coupons op instrumenten met een vaste of variabele rente en de waardevermeerdering of amortisatie van de transactiekosten, de korting of de premie.

119 | 240

verantwoord.

verantwoord.

Wordt een financieel instrument tegen de reële waarde in de winst- en verliesrekening verwerkt, dan worden de commissies bij eerste opname Uitgestelde belastingvorderingen zijn in toekomstige perioden terug te vorderen winstbelastingen met betrekking tot verrekenbare tijdelijke verschillen, voorwaartse compensatie van niet-gecompenseerde fiscale verliezen en voorwaartse compensatie van ongebruikte fiscaal

Uitgestelde belastingen worden volledig verantwoord op basis van de balansmethode op tijdelijke verschillen tussen de fiscale waarde van de

De per balansdatum vastgestelde of grotendeels vastgestelde tarieven

Uitgestelde belastingvorderingen worden verantwoord voor zover het waarschijnlijk is dat er fiscale toekomstige winst beschikbaar zal zijn om een deel of de gehele uitgestelde belastingvordering te verrekenen.

Een uitgestelde belastingvordering wordt opgenomen voor belastbare tijdelijke verschillen die verband houden met investeringen in

dochterondernemingen, geassocieerde deelnemingen en joint ventures, tenzij het tijdstip waarop het tijdelijke verschil wordt afgewikkeld kan worden bepaald en het waarschijnlijk is dat het tijdelijke verschil in de

Huidige en uitgestelde belastingen die betrekking hebben op herwaardering tegen reële waarde van balansposten die rechtstreeks als lasten of baten in eigen vermogen worden verwerkt (zoals voor verkoop beschikbare beleggingen en kasstroomafdekkingen), worden ook rechtstreeks als baten of lasten in het eigen vermogen verantwoord en worden vervolgens samen met de uitgestelde winst of het uitgestelde

De gewone winst per aandeel wordt berekend door de voor gewone aandeelhouders beschikbare nettowinst te delen door het gewogen gemiddelde van het aantal uitstaande gewone aandelen gedurende het jaar, met uitsluiting van het gemiddeld aantal gewone aandelen die door Ageas zijn gekocht en als eigen aandelen worden aangehouden.

Voor de verwaterde winst per aandeel wordt het gewogen gemiddelde van het aantal uitstaande gewone aandelen aangepast op basis van de veronderstelling dat alle gewone aandelen die tot verwatering zullen leiden worden geconverteerd, zoals converteerbare obligatieleningen, preferente aandelen, aandelenopties en aan werknemers toegekende aandelen onder voorwaarden. Potentiële of voorwaardelijke aandelenuitgiftes worden behandeld als verwaterend wanneer hun conversie in aandelen de nettowinst per aandeel zou doen verminderen.

Het effect van de beëindigde bedrijfsactiviteiten op de gewone en de verwaterde resultaten per aandeel wordt weergegeven door het nettoresultaat voor beëindigde bedrijfsactiviteiten te delen door het gemiddeld aantal gewone uitstaande aandelen gedurende het jaar, exclusief het gemiddeld aantal door Ageas gekochte gewone aandelen

activa en verplichtingen en de boekwaarde daarvan in de

worden gebruikt om de uitgestelde belastingen te bepalen.

nabije toekomst niet zal worden afgewikkeld.

verlies in de resultatenrekening verantwoord.

2.8.21 Winst per aandeel

en gehouden als eigen aandelen.

verrekenbare tegoeden.

Geconsolideerde Jaarrekening.

Commissies verwerkt wanneer de diensten worden geleverd Commissies worden in het algemeen als baten verwerkt per de datum dat de diensten worden geleverd. Indien het onwaarschijnlijk is dat een specifieke leenovereenkomst wordt aangegaan en de lening wordt niet als derivaat aangemerkt, dan wordt de bereidstellingsprovisie op basis van tijdsevenredigheid gedurende de bereidstellingstermijn als bate

Herverzekeringscommissies worden verantwoord als verdiend, deelname aan herverzekeringen worden na ontvangst als inkomsten

Commissies verwerkt na afronding van de onderliggende transactie Commissies die voortvloeien uit het onderhandelen over of deelnemen in de onderhandeling over een transactie voor een derde worden verantwoord wanneer de onderliggende transactie wordt voltooid. Commissiebaten worden verantwoord wanneer de prestatieverplichting uitgevoerd is. Consortiumcommissie wordt verantwoord in het resultaat

verzekeringsrisico niet significant is, betreffen de vergoeding voor de verzekeringsdekking, administratiekosten en afkoopkosten. Commissies worden als baten verwerkt per de datum dat de diensten worden geleverd. Aan de lastenkant staan sterfteclaims en bijgeschreven rente.

Actuele belastingverplichtingen zijn verschuldigde (terug te vorderen) winstbelastingen met betrekking tot de fiscale winst (het fiscale verlies)

Winstbelasting die op winsten moet worden betaald, wordt als last verantwoord op basis van de belastingwetgeving die in elk rechtsgebied geldt in de periode waarin de winsten ontstaan. De belastingeffecten

winstbelastingsverliezen worden verantwoord als een uitgestelde belastingvordering indien het waarschijnlijk is dat er toekomstige fiscale winst wordt gerealiseerd waarmee die verliezen kunnen worden

Als een juridische entiteit oordeelt dat het niet waarschijnlijk is dat de desbetreffende belastingdienst de toegepaste belastingbehandeling aanvaardt, dan toont deze juridische entiteit de onzekerheidsfactor voor

waarschijnlijke bedrag te gebruiken, of de verwachte waarde, gebaseerd op een reeks mogelijke uitkomsten, afhankelijk welke methode de onzekerheid de uitkomst van de onzekerheid het beste voorspelt.

Uitgestelde belastingverplichtingen zijn in toekomstige perioden te betalen winstbelastingen met betrekking tot fiscale tijdelijke verschillen.

elke onzekere belastingbehandeling door hetzij het meest

van voor voorwaartse compensatie beschikbare

van het instrument als baten verantwoord.

wanneer de syndicaatvorming is voltooid.

Commissies uit beleggingsovereenkomsten

2.8.20 Winstbelastingen

over een periode.

verrekend.

Uitgestelde belastingen

Actuele belastingverplichtingen

De baten uit beleggingscontracten waarbij het gedekte

Is een financieel actief eenmaal afgewaardeerd tot de geschatte realiseerbare waarde, dan worden de rentebaten daarna gebaseerd op de effectieve rente die ook is gebruikt voor het contant maken van de toekomstige kasstromen voor de bepaling van de realiseerbare waarde.

Dividenden worden opgenomen in de resultatenrekening wanneer het dividend is gedeclareerd.

Ageas treedt op als verhuurder voor niet-opzegbare huurcontracten die verlengingsopties kunnen bevatten, voor vastgoedbeleggingen en voor bepaald vastgoed voor eigen gebruik. Huurinkomsten en andere inkomsten worden, onder aftrek van aan huurders toegekende huurincentives, opgenomen volgens het toerekeningsbeginsel, en worden lineair opgenomen tenzij er overtuigende aanwijzingen zijn dat de voordelen over de periode van de leaseovereenkomst niet gelijkmatig aangroeien.

2.8.18 Gerealiseerde en ongerealiseerde winsten en verliezen

Bij financiële instrumenten die worden aangemerkt als voor verkoop aangehouden, vertegenwoordigen de gerealiseerde winsten of verliezen op verkopen en desinvesteringen het verschil tussen de ontvangen opbrengsten en de oorspronkelijke boekwaarde van het verkochte actief, verminderd met eventuele in de resultatenrekening verantwoorde bijzondere waardeverminderingen en gecorrigeerd voor het effect van eventuele hedge accounting. Gerealiseerde winsten en verliezen uit verkopen worden in de resultatenrekening verantwoord in de rubriek Resultaat op verkoop en herwaarderingen.

Bij financiële instrumenten die via de resultatenrekening tegen de reële waarde worden gewaardeerd, wordt het verschil tussen de boekwaarde aan het einde van de huidige verslagperiode en de voorgaande verslagperiode in de resultatenrekening opgenomen onder Resultaat op verkoop en herwaarderingen.

Bij derivaten wordt het verschil tussen de 'schone' reële waarde (dat wil zeggen, zonder het niet-gerealiseerde gedeelte van de rentebijboekingen) aan het einde van de lopende verslagperiode en de voorgaande verslagperiode in de resultatenrekening verantwoord onder Resultaat op verkoop en herwaarderingen.

Bij terugboeking of een bijzondere waardevermindering op een financieel actief, worden de eerder rechtstreeks in het eigen vermogen verwerkte ongerealiseerde winsten en verliezen overgedragen naar de resultatenrekening.

2.8.19 Commissiebaten

Commissies als integraal onderdeel van effectieve rente

Commissies die een integraal onderdeel vormen van de effectieve rente van een financieel instrument worden in het algemeen behandeld als een aanpassing op de effectieve rente. Dat is het geval bij commissies die worden ontvangen als vergoeding voor activiteiten zoals het evalueren van de financiële toestand van de kredietnemer, het evalueren en boeken van garanties etc. en ook voor commissies die worden ontvangen bij de uitgifte van tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerde financiële verplichtingen. Beide soorten commissies worden uitgesteld en verwerkt als aanpassing van het effectieve rentetarief van het onderliggende financieel instrument, gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs.

Wordt een financieel instrument tegen de reële waarde in de winst- en verliesrekening verwerkt, dan worden de commissies bij eerste opname van het instrument als baten verantwoord.

Commissies verwerkt wanneer de diensten worden geleverd

119 | 240

118 | 240

betrekking op:

2.6);

Andere eigenvermogenscomponenten

Buitenlandse valuta's (zie paragraaf 2.7);

Cash flow hedges (zie paragraaf 2.8.2); Discretionaire winstdeling (zie paragraaf 2.8.11);

Kortlopende tegenover langlopende contracten

van verschillende functies en diensten (waaronder verzekeringsbescherming) voor een lange periode bepaalt.

betalen kosten zoals polisacquisitiekosten.

Premies uit levensverzekeringscontracten en langlopende beleggingsovereenkomsten met discretionaire winstdeling worden verwerkt als baten zodra deze door de polishouder verschuldigd zijn. De geschatte toekomstige opbrengsten en kosten wordt verrekend met deze baten met als doel de winst te verantwoorden gedurende de geschatte duur van de verzekeringen. Dit 'matching'-proces wordt uitgevoerd aan de hand van een bepaling van de verplichtingen uit hoofde van de verzekeringscontracten en beleggingsovereenkomsten met discretionaire winstdeling alsmede aan de hand van vooraf te

(zie paragraaf 2.8.13);

2.8.16 Bruto premie-inkomen

Ontvangen premie-inkomen

Verdiend premie-inkomen

van de dekking.

(zie paragraaf 2.8.13); en

Andere elementen die in eigen vermogen worden verantwoord hebben

de waardevermeerdering of amortisatie van de transactiekosten, de

Is een financieel actief eenmaal afgewaardeerd tot de geschatte realiseerbare waarde, dan worden de rentebaten daarna gebaseerd op de effectieve rente die ook is gebruikt voor het contant maken van de toekomstige kasstromen voor de bepaling van de realiseerbare waarde.

Dividenden worden opgenomen in de resultatenrekening wanneer het

Ageas treedt op als verhuurder voor niet-opzegbare huurcontracten die verlengingsopties kunnen bevatten, voor vastgoedbeleggingen en voor bepaald vastgoed voor eigen gebruik. Huurinkomsten en andere inkomsten worden, onder aftrek van aan huurders toegekende huurincentives, opgenomen volgens het toerekeningsbeginsel, en worden lineair opgenomen tenzij er overtuigende aanwijzingen zijn dat de voordelen over de periode van de leaseovereenkomst niet gelijkmatig

2.8.18 Gerealiseerde en ongerealiseerde winsten en verliezen Bij financiële instrumenten die worden aangemerkt als voor verkoop aangehouden, vertegenwoordigen de gerealiseerde winsten of verliezen op verkopen en desinvesteringen het verschil tussen de ontvangen opbrengsten en de oorspronkelijke boekwaarde van het verkochte actief, verminderd met eventuele in de resultatenrekening verantwoorde bijzondere waardeverminderingen en gecorrigeerd voor het effect van eventuele hedge accounting. Gerealiseerde winsten en verliezen uit verkopen worden in de resultatenrekening verantwoord in de rubriek

Bij financiële instrumenten die via de resultatenrekening tegen de reële waarde worden gewaardeerd, wordt het verschil tussen de boekwaarde aan het einde van de huidige verslagperiode en de voorgaande verslagperiode in de resultatenrekening opgenomen onder Resultaat op

Bij derivaten wordt het verschil tussen de 'schone' reële waarde (dat wil

rentebijboekingen) aan het einde van de lopende verslagperiode en de voorgaande verslagperiode in de resultatenrekening verantwoord onder

Commissies die een integraal onderdeel vormen van de effectieve rente van een financieel instrument worden in het algemeen behandeld als een aanpassing op de effectieve rente. Dat is het geval bij commissies die worden ontvangen als vergoeding voor activiteiten zoals het evalueren van de financiële toestand van de kredietnemer, het evalueren en boeken van garanties etc. en ook voor commissies die worden ontvangen bij de uitgifte van tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerde financiële verplichtingen. Beide soorten commissies worden uitgesteld en verwerkt als aanpassing van het effectieve rentetarief van het onderliggende financieel instrument, gewaardeerd

Bij terugboeking of een bijzondere waardevermindering op een financieel actief, worden de eerder rechtstreeks in het eigen vermogen verwerkte ongerealiseerde winsten en verliezen overgedragen naar de

Commissies als integraal onderdeel van effectieve rente

zeggen, zonder het niet-gerealiseerde gedeelte van de

Resultaat op verkoop en herwaarderingen.

Resultaat op verkoop en herwaarderingen.

verkoop en herwaarderingen.

resultatenrekening.

2.8.19 Commissiebaten

tegen de geamortiseerde kostprijs.

korting of de premie.

dividend is gedeclareerd.

aangroeien.

Mutaties in het eigen vermogen van deelnemingen (zie paragraaf

Actuariële winsten en verliezen op toegezegdpensioenregelingen

Aandelenopties en regelingen voor aandelen onder voorwaarden

Een kortlopend verzekeringscontract is een contract dat voorziet in verzekeringsbescherming voor een vaste, maar korte periode en dat de verzekeraar de mogelijkheid geeft om het contract op te zeggen of de bepalingen ervan te wijzigen aan het einde van een contractperiode.

Een langlopend contract is een contract waarvan de bepalingen over het algemeen niet eenzijdig kunnen worden gewijzigd, zoals een nietopzegbaar of gewaarborgd hernieuwbaar contract, en dat de uitvoering

Voor verzekeringsovereenkomsten met een korte looptijd (hoofdzakelijk Niet-leven) worden de premies direct bij ingang van de overeenkomst verwerkt. Die premies worden in de resultatenrekening pro-rata gedurende de termijn van de verzekeringsdekking verantwoord als Verdiend. De voorziening voor niet-verdiende premies bevat het gedeelte van de geboekte premies voor de nog niet afgelopen termijn

Voor alle rentedragende instrumenten worden de rentebaten en -lasten verantwoord in de resultatenrekening (ongeacht of deze instrumenten zijn geclassificeerd als tot einde looptijd aangehouden, voor verkoop beschikbaar, tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening, als derivaten of als overige activa of passiva) op basis van het toerekeningsbeginsel met behulp van de effectieverentemethode op basis van de werkelijke aankoopprijs inclusief directe transactiekosten. In die rentebaten zijn onder andere begrepen de verdiende coupons op instrumenten met een vaste of variabele rente en

2.8.17 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten

Dividend, eigen aandelen en intrekking van aandelen.

Voor verkoop beschikbare beleggingen (zie paragraaf 2.8.1);

Commissies worden in het algemeen als baten verwerkt per de datum dat de diensten worden geleverd. Indien het onwaarschijnlijk is dat een specifieke leenovereenkomst wordt aangegaan en de lening wordt niet als derivaat aangemerkt, dan wordt de bereidstellingsprovisie op basis van tijdsevenredigheid gedurende de bereidstellingstermijn als bate verantwoord.

Herverzekeringscommissies worden verantwoord als verdiend, deelname aan herverzekeringen worden na ontvangst als inkomsten verantwoord.

Commissies verwerkt na afronding van de onderliggende transactie

Commissies die voortvloeien uit het onderhandelen over of deelnemen in de onderhandeling over een transactie voor een derde worden verantwoord wanneer de onderliggende transactie wordt voltooid. Commissiebaten worden verantwoord wanneer de prestatieverplichting uitgevoerd is. Consortiumcommissie wordt verantwoord in het resultaat wanneer de syndicaatvorming is voltooid.

Commissies uit beleggingsovereenkomsten

De baten uit beleggingscontracten waarbij het gedekte verzekeringsrisico niet significant is, betreffen de vergoeding voor de verzekeringsdekking, administratiekosten en afkoopkosten. Commissies worden als baten verwerkt per de datum dat de diensten worden geleverd. Aan de lastenkant staan sterfteclaims en bijgeschreven rente.

2.8.20 Winstbelastingen

Actuele belastingverplichtingen

Actuele belastingverplichtingen zijn verschuldigde (terug te vorderen) winstbelastingen met betrekking tot de fiscale winst (het fiscale verlies) over een periode.

Winstbelasting die op winsten moet worden betaald, wordt als last verantwoord op basis van de belastingwetgeving die in elk rechtsgebied geldt in de periode waarin de winsten ontstaan. De belastingeffecten van voor voorwaartse compensatie beschikbare

winstbelastingsverliezen worden verantwoord als een uitgestelde belastingvordering indien het waarschijnlijk is dat er toekomstige fiscale winst wordt gerealiseerd waarmee die verliezen kunnen worden verrekend.

Als een juridische entiteit oordeelt dat het niet waarschijnlijk is dat de desbetreffende belastingdienst de toegepaste belastingbehandeling aanvaardt, dan toont deze juridische entiteit de onzekerheidsfactor voor elke onzekere belastingbehandeling door hetzij het meest waarschijnlijke bedrag te gebruiken, of de verwachte waarde, gebaseerd op een reeks mogelijke uitkomsten, afhankelijk welke methode de onzekerheid de uitkomst van de onzekerheid het beste voorspelt.

Uitgestelde belastingen

Uitgestelde belastingverplichtingen zijn in toekomstige perioden te betalen winstbelastingen met betrekking tot fiscale tijdelijke verschillen. Uitgestelde belastingvorderingen zijn in toekomstige perioden terug te vorderen winstbelastingen met betrekking tot verrekenbare tijdelijke verschillen, voorwaartse compensatie van niet-gecompenseerde fiscale verliezen en voorwaartse compensatie van ongebruikte fiscaal verrekenbare tegoeden.

Uitgestelde belastingen worden volledig verantwoord op basis van de balansmethode op tijdelijke verschillen tussen de fiscale waarde van de activa en verplichtingen en de boekwaarde daarvan in de Geconsolideerde Jaarrekening.

De per balansdatum vastgestelde of grotendeels vastgestelde tarieven worden gebruikt om de uitgestelde belastingen te bepalen.

Uitgestelde belastingvorderingen worden verantwoord voor zover het waarschijnlijk is dat er fiscale toekomstige winst beschikbaar zal zijn om een deel of de gehele uitgestelde belastingvordering te verrekenen.

Een uitgestelde belastingvordering wordt opgenomen voor belastbare tijdelijke verschillen die verband houden met investeringen in dochterondernemingen, geassocieerde deelnemingen en joint ventures, tenzij het tijdstip waarop het tijdelijke verschil wordt afgewikkeld kan worden bepaald en het waarschijnlijk is dat het tijdelijke verschil in de nabije toekomst niet zal worden afgewikkeld.

Huidige en uitgestelde belastingen die betrekking hebben op herwaardering tegen reële waarde van balansposten die rechtstreeks als lasten of baten in eigen vermogen worden verwerkt (zoals voor verkoop beschikbare beleggingen en kasstroomafdekkingen), worden ook rechtstreeks als baten of lasten in het eigen vermogen verantwoord en worden vervolgens samen met de uitgestelde winst of het uitgestelde verlies in de resultatenrekening verantwoord.

2.8.21 Winst per aandeel

De gewone winst per aandeel wordt berekend door de voor gewone aandeelhouders beschikbare nettowinst te delen door het gewogen gemiddelde van het aantal uitstaande gewone aandelen gedurende het jaar, met uitsluiting van het gemiddeld aantal gewone aandelen die door Ageas zijn gekocht en als eigen aandelen worden aangehouden.

Voor de verwaterde winst per aandeel wordt het gewogen gemiddelde van het aantal uitstaande gewone aandelen aangepast op basis van de veronderstelling dat alle gewone aandelen die tot verwatering zullen leiden worden geconverteerd, zoals converteerbare obligatieleningen, preferente aandelen, aandelenopties en aan werknemers toegekende aandelen onder voorwaarden. Potentiële of voorwaardelijke aandelenuitgiftes worden behandeld als verwaterend wanneer hun conversie in aandelen de nettowinst per aandeel zou doen verminderen.

Het effect van de beëindigde bedrijfsactiviteiten op de gewone en de verwaterde resultaten per aandeel wordt weergegeven door het nettoresultaat voor beëindigde bedrijfsactiviteiten te delen door het gemiddeld aantal gewone uitstaande aandelen gedurende het jaar, exclusief het gemiddeld aantal door Ageas gekochte gewone aandelen en gehouden als eigen aandelen.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Overnames en desinvesteringen

De volgende significante overnames en desinvesteringen zijn gedaan in 2021 en 2020. Details over eventuele overnames en desinvesteringen na balansdatum zijn opgenomen in toelichting 44 Gebeurtenissen na balansdatum.

3.1 Overnames in 2021

AgeSA (voorheen: AvivaSA) (CEU)

Op 5 mei 2021 kondigde Ageas aan dat het alle goedkeuringen van de regelgevende instanties had verkregen en de overname van Aviva plc, een belang van 40% in het Turkse beursgenoteerde levensverzekerings- en pensioenbedrijf AgeSA, had voltooid. Het overnamebedrag is GBP 119 miljoen (EUR 143 miljoen inclusief transactiekosten). AgeSA wordt verwerkt volgens de vermogensmutatiemethode.

3 Overnames en desinvesteringen

121 | 240

3.3

3.5

Overnames in 2020

de vermogensmutatiemethode.

Additionele acquisitie in IFLIC (Azië)

Taiping Reinsurance Co. Ltd. (TPRe) (Azië)

Op 27 november 2020 verwierf Ageas een belang van 24,99% in Taiping Reinsurance Company Limited (TPRe) door in te schrijven op een kapitaalverhoging van HKD 3 miljard (EUR 336 miljoen). TPRe is een dochteronderneming van China Taiping Insurance Holdings (CTIH). Het belang in de deelneming TPRe wordt boekhoudkundig verwerkt via

de transactie heeft IFLIC de nieuwe naam Ageas Federal Life Insurance

In het tweede kwartaal van 2020 leidde een verlies van zeggenschap in de Sicav Equities Euro tot de deconsolidatie van deze entiteit, wat

geassocieerde deelneming SCI Frey Retail Fund 2 voor een bedrag van EUR 41 miljoen, waarmee een meerwaarde van EUR 8 miljoen werd gerealiseerd. In het laatste kwartaal van 2020 heeft AG Insurance zijn belangen in de geassocieerde deelneming BG1 verkocht voor een totaalbedrag van EUR 125 miljoen, met een meerwaarde van EUR 32

2021 2020

Overnames Desinvesteringen Overnames Desinvesteringen

resulteerde in een meerwaarde van EUR 26 miljoen.

In het derde kwartaal van 2020 verkocht AG Insurance de

Company gekregen.

AG Insurance (België)

Desinvesteringen in 2020

3.4

miljoen.

In de onderstaande tabel zijn de activa en verplichtingen als gevolg van overnames en desinvesteringen van dochterondernemingen en deelnemingen per

Geldmiddelen en kasequivalenten 7 (6) Financiële beleggingen 5

(inclusief kapitaalterugbetalingen) 202 (171) 427 (141)

Overige (5) (27) Netto verworven activa / Netto vervreemde activa 233 (176) 447 (115) Resultaat bij beëindiging bedrijfsactiviteiten, bruto 24 66 Resultaat op beëindigde bedrijfsactiviteiten, na belasting 24 66

Totaal aankoopprijs / verkoopopbrengst (233) 200 (447) 181 Min: Verworven/vervreemde geldmiddelen en kasequivalenten 7 (6) Geldmiddelen aangewend voor acquisities / ontvangen bij verkopen (233) 200 (440) 175

Vastgoedbeleggingen 34 33

Overlopende rente en overige verplichtingen 2 13 Minderheidsbelangen 1 7

Op 30 december 2020 heeft Ageas een aanvullend belang van 23% verworven in de Indiase levensverzekerings-joint venture IDBI Federal Life Insurance Company Ltd. (IFLIC) voor een bedrag van INR 5,1 miljard (EUR 58 miljoen inclusief transactiekosten). Met deze transactie verhoogde Ageas zijn belang in IFLIC tot 49% en wordt het de grootste aandeelhouder in de joint venture die het samen met IDBI Bank en Federal Bank exploiteert. Ageas blijft de geassocieerde deelneming boekhoudkundig verwerken volgens de vermogensmutatiemethode. Na

de datum van de overname of desinvestering weergegeven.

Activa en verplichtingen van overnames en desinvesteringen

Geldmiddelen aangewend voor acquisities / ontvangen bij verkopen:

Beleggingen in deelnemingen

Activa en verplichtingen van overnames en desinvesteringen

AG Insurance (België)

In 2021 verhoogde AG Insurance zijn belang in CCN (Centre de Communication Nord, gemengd herontwikkelingsproject in Brussel) van 5% tot 50%, dit wordt nog steeds verwerkt volgens de vermogensmutatiemethode.

3.2 Desinvesteringen in 2021

Tesco Underwriting Ltd. (TU) (VK)

Op 14 oktober 2020 heeft Ageas aangekondigd dat Tesco Bank het 50,1%-belang van Ageas in de geassocieerde onderneming Tesco Underwriting Limited zal overnemen. Dienovereenkomstig werd de boekwaarde van de geassocieerde deelneming in de jaarrekening 2020 gepresenteerd als aangehouden voor verkoop. De verkoop werd op 4 mei 2021 afgerond voor een vergoeding van GBP 112 miljoen. De impact van de verkoop op de resultaten van de eerste 6 maanden van 2021 was een winst van EUR 4,2 miljoen. Deze winst is verdeeld over de posten "Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten" en "Resultaat op verkoop en herwaarderingen" van de resultatenrekening.

AG Insurance (België)

In 2021 werd Transimmo volledig geconsolideerd door AG Insurance en werd het niet langer opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode.

3.3 Overnames in 2020

121 | 240

120 | 240

De volgende significante

na balansdatum.

overnames en desinvesteringen zijn gedaan in 2021 en 2020. Details over eventuele

3.1

3.2

Overnames in 2021

vermogensmutatiemethode.

vermogensmutatiemethode.

Desinvesteringen in 2021

Tesco Underwriting Ltd. (TU) (VK)

AG Insurance (België)

resultatenrekening.

AG Insurance (België)

opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode.

AgeSA (voorheen: AvivaSA) (CEU)

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Op 5 mei 2021 kondigde Ageas aan dat het alle goedkeuringen van de regelgevende instanties had verkregen en de overname van Aviva plc, een belang van 40% in het Turkse beursgenoteerde levensverzekerings- en pensioenbedrijf AgeSA, had voltooid. Het overnamebedrag is GBP 119 miljoen (EUR 143 miljoen inclusief transactiekosten). AgeSA wordt verwerkt volgens de

3 Overnames en desinvesteringen

In 2021 verhoogde AG Insurance zijn belang in CCN (Centre de Communication Nord, gemengd herontwikkelingsproject in Brussel) van 5% tot 50%, dit wordt nog steeds verwerkt volgens de

Op 14 oktober 2020 heeft Ageas aangekondigd dat Tesco Bank het 50,1%-belang van Ageas in de geassocieerde onderneming Tesco Underwriting Limited zal overnemen. Dienovereenkomstig werd de boekwaarde van de geassocieerde deelneming in de jaarrekening 2020 gepresenteerd als aangehouden voor verkoop. De verkoop werd op 4 mei 2021 afgerond voor een vergoeding van GBP 112 miljoen. De impact van de verkoop op de resultaten van de eerste 6 maanden van 2021 was een winst van EUR 4,2 miljoen. Deze winst is verdeeld over de posten "Rentebaten, dividend

en overige beleggingsbaten" en "Resultaat op verkoop en herwaarderingen" van de

In 2021 werd Transimmo volledig geconsolideerd door AG Insurance en werd het niet langer

overnames en desinvesteringen na balansdatum zijn opgenomen in toelichting 44 Gebeurtenissen

Taiping Reinsurance Co. Ltd. (TPRe) (Azië)

Op 27 november 2020 verwierf Ageas een belang van 24,99% in Taiping Reinsurance Company Limited (TPRe) door in te schrijven op een kapitaalverhoging van HKD 3 miljard (EUR 336 miljoen). TPRe is een dochteronderneming van China Taiping Insurance Holdings (CTIH). Het belang in de deelneming TPRe wordt boekhoudkundig verwerkt via de vermogensmutatiemethode.

Additionele acquisitie in IFLIC (Azië)

Op 30 december 2020 heeft Ageas een aanvullend belang van 23% verworven in de Indiase levensverzekerings-joint venture IDBI Federal Life Insurance Company Ltd. (IFLIC) voor een bedrag van INR 5,1 miljard (EUR 58 miljoen inclusief transactiekosten). Met deze transactie verhoogde Ageas zijn belang in IFLIC tot 49% en wordt het de grootste aandeelhouder in de joint venture die het samen met IDBI Bank en Federal Bank exploiteert. Ageas blijft de geassocieerde deelneming boekhoudkundig verwerken volgens de vermogensmutatiemethode. Na

de transactie heeft IFLIC de nieuwe naam Ageas Federal Life Insurance Company gekregen.

3.4 Desinvesteringen in 2020

AG Insurance (België)

In het tweede kwartaal van 2020 leidde een verlies van zeggenschap in de Sicav Equities Euro tot de deconsolidatie van deze entiteit, wat resulteerde in een meerwaarde van EUR 26 miljoen.

In het derde kwartaal van 2020 verkocht AG Insurance de geassocieerde deelneming SCI Frey Retail Fund 2 voor een bedrag van EUR 41 miljoen, waarmee een meerwaarde van EUR 8 miljoen werd gerealiseerd. In het laatste kwartaal van 2020 heeft AG Insurance zijn belangen in de geassocieerde deelneming BG1 verkocht voor een totaalbedrag van EUR 125 miljoen, met een meerwaarde van EUR 32 miljoen.

3.5 Activa en verplichtingen van overnames en desinvesteringen

In de onderstaande tabel zijn de activa en verplichtingen als gevolg van overnames en desinvesteringen van dochterondernemingen en deelnemingen per de datum van de overname of desinvestering weergegeven.

2021 2020
Overnames Desinvesteringen Overnames Desinvesteringen
Activa en verplichtingen van overnames en desinvesteringen
Geldmiddelen en kasequivalenten 7 (6)
Financiële beleggingen 5
Vastgoedbeleggingen 34 33
Beleggingen in deelnemingen
(inclusief kapitaalterugbetalingen) 202 (171) 427 (141)
Overlopende rente en overige verplichtingen 2 13
Minderheidsbelangen 1 7
Overige (5) (27)
Netto verworven activa / Netto vervreemde activa 233 (176) 447 (115)
Resultaat bij beëindiging bedrijfsactiviteiten, bruto 24 66
Resultaat op beëindigde bedrijfsactiviteiten, na belasting 24 66
Geldmiddelen aangewend voor acquisities / ontvangen bij verkopen:
Totaal aankoopprijs / verkoopopbrengst (233) 200 (447) 181
Min: Verworven/vervreemde geldmiddelen en kasequivalenten 7 (6)
Geldmiddelen aangewend voor acquisities / ontvangen bij verkopen (233) 200 (440) 175

4.1 Risicobeheer: doelstellingen

Als multinationale aanbieder van verzekeringen creëert Ageas waarde door een gepast en effectief beheer van verzekeringsrisico's, zowel op afzonderlijk als op algemeen portefeuilleniveau. In het kader van zijn verzekeringsactiviteiten biedt Ageas zowel Levens- als Nietlevensverzekeringen aan. Bijgevolg wordt het geconfronteerd met een aantal risico's die de verwezenlijking van bedrijfsdoelstellingen kunnen beïnvloeden.

Ageas wil uitsluitend risico's nemen:

zijn bedrijfs- en risicocultuur).

  • waarin het bedrijf een goed inzicht heeft.
  • die het adequaat kan beoordelen en beheersen, hetzij op afzonderlijk niveau, hetzij op algemeen portefeuilleniveau.
  • die het zich kan veroorloven (d.w.z. die binnen de risk appetite van Ageas blijven).
  • die een acceptabele verhouding tussen risico en rendement vertonen (rekening houdend met het engagement van Ageas ten aanzien van zijn stakeholders, de samenleving en de waarden van

De belangrijkste doelstellingen van het risicobeheer van Ageas zijn:

Het nemen van risico is consistent met de strategie en met de risk appetite.

4 Risicomanagement 123 | 240

Risicocultuur vormt een essentieel onderdeel van de algemene bedrijfscultuur die de Raad van Bestuur, het Management Committee en het Executive Committee van Ageas trachten te bevorderen en te verankeren. De risicocultuur van Ageas, die hierna wordt beschreven, vloeit voort uit de bedrijfscultuur van Ageas. De principes van de bedrijfscultuur en de belangrijkste componenten van de risicocultuur geven richting aan acties en beslissingen, en

Om het risicobewustzijn te bevorderen en de risicocultuurwaarden in de hele organisatie te verankeren, worden er in de hele Groep regelmatig risicotrainingen gegeven (bijv. over risicogebeurtenissen voorkomend in de risicoclassificatie van Ageas) en wordt er regelmatig over risico

Definieert een risk appetite om te waarborgen dat het risico op insolvabiliteit te allen tijde op redelijke niveaus gehandhaafd blijft en dat het risicoprofiel binnen de vastgestelde limieten blijft. Brengt een sterke cultuur van risicobewustzijn tot stand waarin managers hun plicht vervullen om inzicht te hebben in en zich bewust te zijn van de risico's van hun activiteiten, deze risico's adequaat beheren en hierover transparant rapporteren. Waarborgt identificatie & validatie, beoordeling & stellen van prioriteiten, vastleggen, bewaken en beheren van risico's die het behalen van strategische en bedrijfsdoelstellingen beïnvloeden

Ondersteunt het besluitvormingsproces door erop toe te zien dat informatie over risico's tijdig beschikbaar is voor besluitvormers en

of kunnen beïnvloeden.

besluitvormingsproces.

consistent en betrouwbaar is.

Verankert strategisch risicobeheer in het totale

weerspiegelen de denkwijze en de houding die in de onderneming worden verwacht.

De essentiële elementen van Ageas' gewenste risico- (en bedrijfs)cultuur worden hierna weergegeven.

gecommuniceerd (bijv. via het intranet, via e-mail en via andere interne communicatiesoftware).

Ageas definieert risico als de afwijking van verwachte resultaten die een impact kunnen hebben op de solvabiliteit, de inkomsten of de liquiditeit van Ageas, evenals op zijn bedrijfsdoelstellingen of toekomstige kansen.

Ageas heeft een kader voor Enterprise Risk Management ('ERM') opgesteld en geïmplementeerd, geïnspireerd door COSO4 ERM en interne controlekaders, dat de sleutelcomponenten omvat die de ondersteunende basis van het risicobeheersysteem vormen. ERM kan worden gedefinieerd als het proces waarbij kritieke risico's systematisch en uitvoerig worden geïdentificeerd, hun impact wordt beoordeeld en er geïntegreerde strategieën worden geïmplementeerd om een redelijke mate van zekerheid te verkrijgen dat de doelstellingen van de onderneming worden behaald. Het ERM-kader van Ageas (afgebeeld in het bovenstaande diagram) bepaalt de volgende doelstellingen op het

4 Committee of Sponsoring Organizations of the Treadway Commission.

4.2

hoogste niveau:

Risicomanagementkader

  • Er gelden gepaste incentives die een gemeenschappelijk beeld van onze risicocultuur bevorderen.
  • Er is tijdig geschikte en juiste informatie beschikbaar om een passende strategische besluitvorming mogelijk te maken.
  • Er bestaat aantoonbaar een passende risicogovernance, die afdoende en doeltreffend is.
  • Er geldt een passend beleidskader voor Enterprise Risk Management (ERM) (inclusief limieten en minimumnormen), dat wordt begrepen en dat verankerd is in de dagelijkse bedrijfsactiviteiten.
  • Risicoprocessen zijn van hoge kwaliteit en efficiënt, waardoor een juiste en informatieve risicorapportage mogelijk is, die het besluitvormingsproces versterkt.

NB - Interne controle, informatiebeveiliging en gegevensbeheer worden beheerd onder de ERM. *Naast 4A en 4B bestaan er nog andere risicorapporten die worden gedocumenteerd binnen het Ageas Enterprise Risk Management Framework.

Risicocultuur vormt een essentieel onderdeel van de algemene bedrijfscultuur die de Raad van Bestuur, het Management Committee en het Executive Committee van Ageas trachten te bevorderen en te verankeren. De risicocultuur van Ageas, die hierna wordt beschreven, vloeit voort uit de bedrijfscultuur van Ageas. De principes van de bedrijfscultuur en de belangrijkste componenten van de risicocultuur geven richting aan acties en beslissingen, en weerspiegelen de denkwijze en de houding die in de onderneming worden verwacht.

De essentiële elementen van Ageas' gewenste risico- (en bedrijfs)cultuur worden hierna weergegeven.

WAARDEN VAN ONZE RISICOCULTUUR ONZE BEDRIJFSWAARDEN We zijn ethisch en integer in alles wat we doen We hebben een gedeelde verantwoordelijkheid om onze cultuur van risicobewustzijn op alle niveaus te handhaven We bevorderen een omgeving van open communicatie en kritisch vragen stellen, waarbij mensen in besluitvormingsprocessen worden aangemoedigd om uiteenlopende standpunten in te nemen en waardoor hun betrokkenheid wordt vergroot We begrijpen zowel het goede (opwaartse risico) als het slechte (neerwaartse risico) dat uit onze beslissingen kan voortvloeien We nemen onze verantwoordelijkheid, leggen persoonlijk verantwoording af, nemen tijdig beslissingen en rapporteren transparant over de risico's die we nemen We hebben de juiste menselijke profielen, incentives, beloning en remuneratie die is afgestemd op onze gewenste risicocultuur WE CARE - we geven blijk van respect, helpen mensen rondom ons en blijven trouw aan onszelf WE DARE - we durven onze grenzen te verleggen en zijn niet bang om een kans te wagen WE DELIVER - we krijgen dingen voor elkaar en komen onze beloften na WE SHARE - we leren samen, we inspireren anderen en we delen ons succes met al onze stakeholders

Om het risicobewustzijn te bevorderen en de risicocultuurwaarden in de hele organisatie te verankeren, worden er in de hele Groep regelmatig risicotrainingen gegeven (bijv. over risicogebeurtenissen voorkomend in de risicoclassificatie van Ageas) en wordt er regelmatig over risico gecommuniceerd (bijv. via het intranet, via e-mail en via andere interne communicatiesoftware).

4.2 Risicomanagementkader

122 | 240

4.1

beïnvloeden.

Risicobeheer: doelstellingen

Ageas wil uitsluitend risico's nemen: waarin het bedrijf een goed inzicht heeft.

zijn bedrijfs- en risicocultuur).

Ageas blijven).

Als multinationale aanbieder van verzekeringen creëert Ageas waarde door een gepast en effectief beheer van verzekeringsrisico's, zowel op afzonderlijk als op algemeen portefeuilleniveau. In het kader van zijn verzekeringsactiviteiten biedt Ageas zowel Levens- als Nietlevensverzekeringen aan. Bijgevolg wordt het geconfronteerd met een aantal risico's die de verwezenlijking van bedrijfsdoelstellingen kunnen De belangrijkste doelstellingen van het risicobeheer van Ageas zijn: Het nemen van risico is consistent met de strategie en met de risk

Er is tijdig geschikte en juiste informatie beschikbaar om een passende strategische besluitvorming mogelijk te maken. Er bestaat aantoonbaar een passende risicogovernance, die

Er geldt een passend beleidskader voor Enterprise Risk

wordt begrepen en dat verankerd is in de dagelijkse

Er gelden gepaste incentives die een gemeenschappelijk beeld van

4 Risicomanagement 123 | 240

Management (ERM) (inclusief limieten en minimumnormen), dat

Risicoprocessen zijn van hoge kwaliteit en efficiënt, waardoor een juiste en informatieve risicorapportage mogelijk is, die het

appetite.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

onze risicocultuur bevorderen.

afdoende en doeltreffend is.

besluitvormingsproces versterkt.

bedrijfsactiviteiten.

die het adequaat kan beoordelen en beheersen, hetzij op afzonderlijk niveau, hetzij op algemeen portefeuilleniveau. die het zich kan veroorloven (d.w.z. die binnen de risk appetite van

die een acceptabele verhouding tussen risico en rendement vertonen (rekening houdend met het engagement van Ageas ten aanzien van zijn stakeholders, de samenleving en de waarden van

Ageas definieert risico als de afwijking van verwachte resultaten die een impact kunnen hebben op de solvabiliteit, de inkomsten of de liquiditeit van Ageas, evenals op zijn bedrijfsdoelstellingen of toekomstige kansen.

Ageas heeft een kader voor Enterprise Risk Management ('ERM') opgesteld en geïmplementeerd, geïnspireerd door COSO4 ERM en interne controlekaders, dat de sleutelcomponenten omvat die de ondersteunende basis van het risicobeheersysteem vormen. ERM kan worden gedefinieerd als het proces waarbij kritieke risico's systematisch en uitvoerig worden geïdentificeerd, hun impact wordt beoordeeld en er geïntegreerde strategieën worden geïmplementeerd om een redelijke mate van zekerheid te verkrijgen dat de doelstellingen van de onderneming worden behaald. Het ERM-kader van Ageas (afgebeeld in het bovenstaande diagram) bepaalt de volgende doelstellingen op het hoogste niveau:

  • Definieert een risk appetite om te waarborgen dat het risico op insolvabiliteit te allen tijde op redelijke niveaus gehandhaafd blijft en dat het risicoprofiel binnen de vastgestelde limieten blijft.
  • Brengt een sterke cultuur van risicobewustzijn tot stand waarin managers hun plicht vervullen om inzicht te hebben in en zich bewust te zijn van de risico's van hun activiteiten, deze risico's adequaat beheren en hierover transparant rapporteren.
  • Waarborgt identificatie & validatie, beoordeling & stellen van prioriteiten, vastleggen, bewaken en beheren van risico's die het behalen van strategische en bedrijfsdoelstellingen beïnvloeden of kunnen beïnvloeden.
  • Ondersteunt het besluitvormingsproces door erop toe te zien dat informatie over risico's tijdig beschikbaar is voor besluitvormers en consistent en betrouwbaar is.
  • Verankert strategisch risicobeheer in het totale besluitvormingsproces.

4 Committee of Sponsoring Organizations of the Treadway Commission.

4.3 Risicobeheer: organisatie en bestuur

124 | 240

Een sterk en doeltreffend risicogovernancekader, ondersteund door een solide risicocultuur, is kritisch voor de totale effectiviteit van de risicomanagementmaatregelen van Ageas. De Raad van Bestuur is uiteindelijk verantwoordelijk voor het algemene Risicobeheer. Deze wordt in de uitvoering van zijn taken bijgestaan door verschillende belangrijke bestuursorganen zoals hieronder weergegeven en zoals

verder in deze sectie wordt toegelicht (verantwoordelijkheden in verband met risicobeheer en interne controle worden in deze sectie uitgelegd – raadpleeg toelichting 'A.5 Corporate Governance Statement' van dit Jaarverslag voor meer informatie over governance in verband met de comités op het niveau van de Raad van Bestuur, het Executive Committee en het Management Committee.).

125 | 240

De volgende organen geven advies – uiteindelijk aan het Executive Committee en/of de Raad van Bestuur, tenzij ze expliciet van het Executive Committee en/of de Raad van Bestuur de opdracht hebben met de lokale Model Control Boards mogelijk maakt. Het MCB waarborgt dat de gebruikte modellen geschikt zijn en passen bij de taken waarvoor deze worden ingezet. Waar gepast wordt de MCB zelf geadviseerd door risicotechnische commissies. Een aparte MCB wordt georganiseerd voor de bespreking van specifieke modellen van Ageas

Risicotechnische commissies, zoals het Ageas Financial Risk Technical Committee, het Ageas Life Technical Committee, het Ageas Non Life Technical Committee en het Ageas Operational Risk Technical Committee fungeren als technisch deskundige organen. Zij zien toe op de consistentie van de methodieken en modellen die bij de lokale dochtermaatschappijen van Ageas worden toegepast. Zij verzamelen de bedrijfsvereisten en stemmen de Ageas Groep - platforms op elkaar af. Zo zorgen zij ervoor dat de relevante risicobeoordelingen zijn afgestemd op de bedrijfsvereisten en op de algemene reglementaire vereisten. De commissies fungeren verder als adviesorganen voor het ARF en de

De Group Risk Function, die valt onder de verantwoordelijkheid van de Group Chief Risk Officer (CRO), is verantwoordelijk is voor het bewaken van en verslag uitbrengen over het algehele risicoprofiel van de Groep, inclusief het totale risicoprofiel van de verzekeringsmaatschappijen. Die functie ontwikkelt, formuleert en implementeert het ERM-kader dat via regelmatig bijgewerkte risicobeleidslijnen wordt gedocumenteerd. De risicofunctie zorgt dat de totale modelgovernance geschikt is en houdt daarbij rekening met de opmerkingen van het onafhankelijke Model Validation-team van Ageas. De functie coördineert ook grote

risicogerelateerde projecten. Group Risk (dat ook deel uitmaakt van het Duurzaamheidsnetwerk) volgt het onderwerp 'duurzaamheid' en houdt toezicht op ontwikkelingen zoals actieplannen van de Europese Commissie, de opinies van de EIOPA (European Insurance and Occupational Pensions Authority), verklaringen van toezichthouders en

wijzigingen in regelgeving en bereidt passende acties voor.

Informatiebeveiliging is een onderdeel van het ERM-kader. Het Executive Committee (ExCo) is uiteindelijk verantwoordelijk voor het beleid voor informatiebeveiliging en het ontwerp, de implementatie en de juiste uitvoering van de bijhorende controlemaatregelen. Het ExCo wijst de dagelijkse verantwoordelijkheid voor deze regelingen toe aan de Group Chief Information Security Officer (CISO), die binnen de Group Risk-organisatie verantwoording aflegt aan het senior management. De CISO op het niveau van de Groep en de lokale CISO's ontwikkelen en onderhouden de informatiebeveiligingsstrategie en het bijbehorende beleid dat het bestuurskader voor informatiebeveiliging ondersteunt, en coördineren informatiebeveiliging in de hele organisatie. De CISO op het niveau van de Groep en de lokale CISO's houden toezicht op de informatiebeveiligingsprogramma's en de hieraan gekoppelde initiatieven. Zij brengen minstens twee keer per jaar verslag uit over informatiebeveiligingsrisico's aan de desbetreffende stuurgroepen/ Risk Committees, het Executive Management en de Raad van Bestuur.

NV/SA m.b.t. holding- en herverzekeringsactiviteiten.

Risicotechnische commissies

MCB.

Group Risk Function

Het Ageas Investment Committee (AGICO) adviseert het Executive Committee, bewaakt de algemene activablootstellingen en zorgt ervoor dat die risico's in overeenstemming zijn met het risicokader en binnen de vastgestelde limieten worden beheerst. Het adviseert het management over beleggingsbeslissingen. Het is ook de rol van het AGICO om aanbevelingen te doen op het gebied van strategische activa-allocatie en Asset & Liability Management, en om de algemene beleggingsstrategie van de Groep te optimaliseren en ervoor te zorgen dat er maatregelen worden getroffen om risico's te beperken wanneer dat nodig is. Het AGICO is onderverdeeld in een Aziatisch deel en Europees deel zodat er aan elke regio gerichte aandacht wordt besteed.

Ageas Risk Committee (ARC) adviseert het Executive Committee over alle risicogerelateerde onderwerpen. Die commissie ziet erop toe dat alle risico´s die van invloed zijn op de verwezenlijking van strategische, operationele en financiële doelstellingen onmiddellijk worden geïdentificeerd, gemeten, beheerst, gerapporteerd en bewaakt (aan de hand van toereikende risk appetite-limieten). Ook zorgt de commissie

Het Ageas Risk Forum (ARF) adviseert het Ageas Risk Committee over vraagstukken in verband met het Enterprise Risk Management-kader. De Risk Officers van de Groep en de regionale en lokale Risk Officers zijn lid van het ARF. Daardoor worden kennis en best practices uitgewisseld en kan het ERM-kader van de Groep verder worden ontwikkeld en voortdurend worden verbeterd. Waar gepast wordt het

ARF zelf geadviseerd door risicotechnische commissies.

De Ageas Model Control Board (MCB) adviseert het Ageas Risk Committee over vraagstukken verbonden met de modellen en methodieken. De MCB bestaat uit Group Risk Model Managers en regionale en lokale vertegenwoordigers, wat een goede communicatie

ervoor dat er een toereikend bestuur en organisatie voor risicomanagement bestaat en dat men zich daaraan houdt (zoals voorgeschreven door het ERM-kader). De Chief Risk Officers en Chief Financial Officers van de Groep en de regionale en lokale CRO's en CFO's zijn lid van het ARC, zodat er bij beslissingen of aanbevelingen van het ARC rekening wordt gehouden met de visie en expertise van de activiteiten. De belangrijkste risicoaangelegenheden en methodieken worden herzien en bepaald door het Executive Committee en door de Raad van Bestuur. Het ARC wordt zelf geadviseerd door het Ageas Risk Forum over onderwerpen in verband met het risicobeheerkader en door de Model Control Board van Ageas, die ervoor zorgt dat er relevante modellen worden gehanteerd die geschikt zijn voor de taak waarvoor ze

gekregen om voor specifieke taken beslissingen te nemen:

Ageas Investment Committee

Ageas Risk Committee (ARC)

worden gebruikt.

Ageas Risk Forum (ARF)

Ageas Model Control Board (MCB)

* Lokale CISO's vallen functioneel onder het lokale risicobeheer.

De volgende organen geven advies – uiteindelijk aan het Executive Committee en/of de Raad van Bestuur, tenzij ze expliciet van het Executive Committee en/of de Raad van Bestuur de opdracht hebben gekregen om voor specifieke taken beslissingen te nemen:

Ageas Investment Committee

125 | 240

verder in deze sectie wordt toegelicht (verantwoordelijkheden in verband met risicobeheer en interne controle worden in deze sectie uitgelegd – raadpleeg toelichting 'A.5 Corporate Governance Statement' van dit Jaarverslag voor meer informatie over governance in verband met de comités op het niveau van de Raad van Bestuur, het Executive

Committee en het Management Committee.).

124 | 240

4.3

Risicobeheer: organisatie en bestuur

Een sterk en doeltreffend risicogovernancekader, ondersteund door een solide risicocultuur, is kritisch voor de totale effectiviteit van de risicomanagementmaatregelen van Ageas. De Raad van Bestuur is uiteindelijk verantwoordelijk voor het algemene Risicobeheer. Deze wordt in de uitvoering van zijn taken bijgestaan door verschillende belangrijke bestuursorganen zoals hieronder weergegeven en zoals

Het Ageas Investment Committee (AGICO) adviseert het Executive Committee, bewaakt de algemene activablootstellingen en zorgt ervoor dat die risico's in overeenstemming zijn met het risicokader en binnen de vastgestelde limieten worden beheerst. Het adviseert het management over beleggingsbeslissingen. Het is ook de rol van het AGICO om aanbevelingen te doen op het gebied van strategische activa-allocatie en Asset & Liability Management, en om de algemene beleggingsstrategie van de Groep te optimaliseren en ervoor te zorgen dat er maatregelen worden getroffen om risico's te beperken wanneer dat nodig is. Het AGICO is onderverdeeld in een Aziatisch deel en Europees deel zodat er aan elke regio gerichte aandacht wordt besteed.

Ageas Risk Committee (ARC)

Ageas Risk Committee (ARC) adviseert het Executive Committee over alle risicogerelateerde onderwerpen. Die commissie ziet erop toe dat alle risico´s die van invloed zijn op de verwezenlijking van strategische, operationele en financiële doelstellingen onmiddellijk worden geïdentificeerd, gemeten, beheerst, gerapporteerd en bewaakt (aan de hand van toereikende risk appetite-limieten). Ook zorgt de commissie ervoor dat er een toereikend bestuur en organisatie voor risicomanagement bestaat en dat men zich daaraan houdt (zoals voorgeschreven door het ERM-kader). De Chief Risk Officers en Chief Financial Officers van de Groep en de regionale en lokale CRO's en CFO's zijn lid van het ARC, zodat er bij beslissingen of aanbevelingen van het ARC rekening wordt gehouden met de visie en expertise van de activiteiten. De belangrijkste risicoaangelegenheden en methodieken worden herzien en bepaald door het Executive Committee en door de Raad van Bestuur. Het ARC wordt zelf geadviseerd door het Ageas Risk Forum over onderwerpen in verband met het risicobeheerkader en door de Model Control Board van Ageas, die ervoor zorgt dat er relevante modellen worden gehanteerd die geschikt zijn voor de taak waarvoor ze worden gebruikt.

Ageas Risk Forum (ARF)

Het Ageas Risk Forum (ARF) adviseert het Ageas Risk Committee over vraagstukken in verband met het Enterprise Risk Management-kader. De Risk Officers van de Groep en de regionale en lokale Risk Officers zijn lid van het ARF. Daardoor worden kennis en best practices uitgewisseld en kan het ERM-kader van de Groep verder worden ontwikkeld en voortdurend worden verbeterd. Waar gepast wordt het ARF zelf geadviseerd door risicotechnische commissies.

Ageas Model Control Board (MCB)

De Ageas Model Control Board (MCB) adviseert het Ageas Risk Committee over vraagstukken verbonden met de modellen en methodieken. De MCB bestaat uit Group Risk Model Managers en regionale en lokale vertegenwoordigers, wat een goede communicatie met de lokale Model Control Boards mogelijk maakt. Het MCB waarborgt dat de gebruikte modellen geschikt zijn en passen bij de taken waarvoor deze worden ingezet. Waar gepast wordt de MCB zelf geadviseerd door risicotechnische commissies. Een aparte MCB wordt georganiseerd voor de bespreking van specifieke modellen van Ageas NV/SA m.b.t. holding- en herverzekeringsactiviteiten.

Risicotechnische commissies

Risicotechnische commissies, zoals het Ageas Financial Risk Technical Committee, het Ageas Life Technical Committee, het Ageas Non Life Technical Committee en het Ageas Operational Risk Technical Committee fungeren als technisch deskundige organen. Zij zien toe op de consistentie van de methodieken en modellen die bij de lokale dochtermaatschappijen van Ageas worden toegepast. Zij verzamelen de bedrijfsvereisten en stemmen de Ageas Groep - platforms op elkaar af. Zo zorgen zij ervoor dat de relevante risicobeoordelingen zijn afgestemd op de bedrijfsvereisten en op de algemene reglementaire vereisten. De commissies fungeren verder als adviesorganen voor het ARF en de MCB.

Group Risk Function

De Group Risk Function, die valt onder de verantwoordelijkheid van de Group Chief Risk Officer (CRO), is verantwoordelijk is voor het bewaken van en verslag uitbrengen over het algehele risicoprofiel van de Groep, inclusief het totale risicoprofiel van de verzekeringsmaatschappijen. Die functie ontwikkelt, formuleert en implementeert het ERM-kader dat via regelmatig bijgewerkte risicobeleidslijnen wordt gedocumenteerd. De risicofunctie zorgt dat de totale modelgovernance geschikt is en houdt daarbij rekening met de opmerkingen van het onafhankelijke Model Validation-team van Ageas. De functie coördineert ook grote risicogerelateerde projecten. Group Risk (dat ook deel uitmaakt van het Duurzaamheidsnetwerk) volgt het onderwerp 'duurzaamheid' en houdt toezicht op ontwikkelingen zoals actieplannen van de Europese Commissie, de opinies van de EIOPA (European Insurance and Occupational Pensions Authority), verklaringen van toezichthouders en wijzigingen in regelgeving en bereidt passende acties voor.

Informatiebeveiliging is een onderdeel van het ERM-kader. Het Executive Committee (ExCo) is uiteindelijk verantwoordelijk voor het beleid voor informatiebeveiliging en het ontwerp, de implementatie en de juiste uitvoering van de bijhorende controlemaatregelen. Het ExCo wijst de dagelijkse verantwoordelijkheid voor deze regelingen toe aan de Group Chief Information Security Officer (CISO), die binnen de Group Risk-organisatie verantwoording aflegt aan het senior management. De CISO op het niveau van de Groep en de lokale CISO's ontwikkelen en onderhouden de informatiebeveiligingsstrategie en het bijbehorende beleid dat het bestuurskader voor informatiebeveiliging ondersteunt, en coördineren informatiebeveiliging in de hele organisatie. De CISO op het niveau van de Groep en de lokale CISO's houden toezicht op de informatiebeveiligingsprogramma's en de hieraan gekoppelde initiatieven. Zij brengen minstens twee keer per jaar verslag uit over informatiebeveiligingsrisico's aan de desbetreffende stuurgroepen/ Risk Committees, het Executive Management en de Raad van Bestuur.

Group Data Protection Function

126 | 240

De functionaris voor gegevensbescherming (Data Protection Officer - DPO) is een onafhankelijke functie die het management ondersteunt met betrekking tot de verantwoordelijkheid om naleving van de GDPR (AVG) te waarborgen. De DPO bewaakt de naleving van de AVG en ook van andere wetgeving en regulering inzake gegevensbescherming (inbegrepen de interne Ageas richtlijnen) via passende beheerstructuren en controlemaatregelen, en voert analyses uit van beveiligings- privacyen gegevensbeschermingsrisico's. De resultaten van die analyses worden minstens één keer per jaar gerapporteerd aan de Raad van Bestuur. De DPO escaleert issues naar de lokale toezichthouder voor gegevensbescherming indien duidelijk wordt dat de entiteit persoonsgegevens zal verwerken die schade en/of bezorgdheid bij de betrokkenen kunnen veroorzaken. De DPO organiseert ook opleidingsprogramma's voor medewerkers om ervoor te zorgen dat ze hun verantwoordelijkheden en plichten binnen de entiteit begrijpen.

Group Actuarial Function

Een onafhankelijke functie die rechtstreeks onder de CRO valt om de samenwerking met het risicobeheersysteem te faciliteren. De belangrijkste taak van de Actuarial Function is het verstrekken van actuariële beoordelingen wat betreft drie belangrijke onderwerpen (technische voorzieningen, onderschrijving en herverzekering) en coördineert daarnaast de berekening van technische voorzieningen en waarborgt een afdoende mate aan consistentie binnen de hele Groep.

Group Compliance Function

Een onafhankelijke controlefunctie binnen Ageas die ernaar streeft om een redelijke mate van zekerheid te verschaffen dat de onderneming en haar werknemers voldoen aan de wetgeving, regelgeving, interne regels en ethische normen.

Group Internal Audit Function

De interne auditfunctie draagt bij aan de verwezenlijking van de doelstellingen van Ageas door professionele en onafhankelijke zekerheid te verschaffen over het effectieve karakter van procedures voor bestuur risicobeheer en controle. Als en wanneer dat gepast is, formuleert Audit aanbevelingen om die procedures te optimaliseren.

Lokale Operationele Entiteiten of entiteiten waarover de groep de controle heeft (OpCo's)

Elke OpCo is verantwoordelijk voor de aanwezigheid van een allesomvattend kader voor risicobeheer en voor het beheer van de risico's binnen de limieten, het beleid en de richtlijnen vastgesteld door toezichthouders, de Ageas Groep en zijn lokale Raad van Bestuur.

127 | 240

4.3.1 Drie 'lines of defence'

doelstellingen te behalen en tegelijkertijd risico's doeltreffend te beheren.

Ageas heeft een model met drie 'lines of defence' geïmplementeerd – de drie lijnen hebben allemaal als uiteindelijk doel om het bedrijf te helpen zijn

Daarnaast heeft elke OpCo verplicht:

  • een Risk Committee en een Audit Committee die de Raad van Bestuur bijstaan in het toezicht.
  • een Management Risk Committee, dat ondersteuning biedt aan het eigen managementteam door ervoor te zorgen dat de belangrijkste risico's goed doorgrond worden en dat de juiste risicobeheerprocedures van kracht zijn.
  • een ALM Committee dat marktrisico's volgt zodat deze risico's worden beheerst in overeenstemming met het risicokader en binnen de afgesproken limieten, en om specifieke beslissingen te nemen of aanbevelingen te doen over ALM.
  • een lokale Model Control Board die afstemt met de MCB van Ageas.
  • een Risicofunctie (of Risk Officer) die de werkzaamheden van het Risk Committee ondersteunt en de risicorapportage verzorgt en opinies verstrekt aan de lokale CEO, de lokale Raad van Bestuur en het management van de Ageas Groep.
  • een Actuariële Functie in overeenstemming met de reglementaire vereisten van Solvency II.
  • een Compliancefunctie die het bestuurs- of leidinggevend orgaan adviseert over de naleving van wettelijke en administratieve bepalingen en over het beleid op groepsniveau en op lokaal niveau indien daarin aanvullende eisen worden gesteld. Compliance onderzoekt de mogelijke impact van veranderingen in de wettelijke omgeving op de activiteiten van de betrokken onderneming en signaleert compliancerisico's.
  • een Chief Information Security Officer (CISO) die het lokale senior management ondersteunt.
  • een functionaris voor gegevensbescherming die aan het hoogste lokale managementniveau rapporteert en de contactpersoon voor de lokale toezichthouder voor gegevensbescherming is.
  • een Interne Auditfunctie die de adequaatheid en doeltreffendheid van het interne beheersingssysteem en overige elementen van het risicobeheerssysteem evalueert.

4.3.1 Drie 'lines of defence'

127 | 240

126 | 240

Group Data Protection Function

Group Actuarial Function

Group Compliance Function

Group Internal Audit Function

en ethische normen.

De functionaris voor gegevensbescherming (Data Protection Officer - DPO) is een onafhankelijke functie die het management ondersteunt met betrekking tot de verantwoordelijkheid om naleving van de GDPR (AVG) te waarborgen. De DPO bewaakt de naleving van de AVG en ook van andere wetgeving en regulering inzake gegevensbescherming (inbegrepen de interne Ageas richtlijnen) via passende beheerstructuren en controlemaatregelen, en voert analyses uit van beveiligings- privacyen gegevensbeschermingsrisico's. De resultaten van die analyses worden minstens één keer per jaar gerapporteerd aan de Raad van Bestuur. De DPO escaleert issues naar de lokale toezichthouder voor

Lokale Operationele Entiteiten of entiteiten waarover de groep de

een Risk Committee en een Audit Committee die de Raad van

een Management Risk Committee, dat ondersteuning biedt aan het eigen managementteam door ervoor te zorgen dat de belangrijkste risico's goed doorgrond worden en dat de juiste

een ALM Committee dat marktrisico's volgt zodat deze risico's worden beheerst in overeenstemming met het risicokader en binnen de afgesproken limieten, en om specifieke beslissingen te

een lokale Model Control Board die afstemt met de MCB van

een Risicofunctie (of Risk Officer) die de werkzaamheden van het Risk Committee ondersteunt en de risicorapportage verzorgt en opinies verstrekt aan de lokale CEO, de lokale Raad van Bestuur

een Actuariële Functie in overeenstemming met de reglementaire

een Compliancefunctie die het bestuurs- of leidinggevend orgaan adviseert over de naleving van wettelijke en administratieve bepalingen en over het beleid op groepsniveau en op lokaal niveau indien daarin aanvullende eisen worden gesteld. Compliance onderzoekt de mogelijke impact van veranderingen in de wettelijke omgeving op de activiteiten van de betrokken

een Chief Information Security Officer (CISO) die het lokale senior

een functionaris voor gegevensbescherming die aan het hoogste lokale managementniveau rapporteert en de contactpersoon voor de lokale toezichthouder voor gegevensbescherming is. een Interne Auditfunctie die de adequaatheid en doeltreffendheid van het interne beheersingssysteem en overige elementen van het

Elke OpCo is verantwoordelijk voor de aanwezigheid van een allesomvattend kader voor risicobeheer en voor het beheer van de risico's binnen de limieten, het beleid en de richtlijnen vastgesteld door toezichthouders, de Ageas Groep en zijn lokale Raad van Bestuur.

controle heeft (OpCo's)

Ageas.

Daarnaast heeft elke OpCo verplicht:

Bestuur bijstaan in het toezicht.

risicobeheerprocedures van kracht zijn.

nemen of aanbevelingen te doen over ALM.

en het management van de Ageas Groep.

onderneming en signaleert compliancerisico's.

vereisten van Solvency II.

management ondersteunt.

risicobeheerssysteem evalueert.

gegevensbescherming indien duidelijk wordt dat de entiteit

persoonsgegevens zal verwerken die schade en/of bezorgdheid bij de betrokkenen kunnen veroorzaken. De DPO organiseert ook opleidingsprogramma's voor medewerkers om ervoor te zorgen dat ze hun verantwoordelijkheden en plichten binnen de entiteit begrijpen.

Een onafhankelijke functie die rechtstreeks onder de CRO valt om de samenwerking met het risicobeheersysteem te faciliteren. De belangrijkste taak van de Actuarial Function is het verstrekken van actuariële beoordelingen wat betreft drie belangrijke onderwerpen (technische voorzieningen, onderschrijving en herverzekering) en coördineert daarnaast de berekening van technische voorzieningen en waarborgt een afdoende mate aan consistentie binnen de hele Groep.

Een onafhankelijke controlefunctie binnen Ageas die ernaar streeft om een redelijke mate van zekerheid te verschaffen dat de onderneming en haar werknemers voldoen aan de wetgeving, regelgeving, interne regels

De interne auditfunctie draagt bij aan de verwezenlijking van de doelstellingen van Ageas door professionele en onafhankelijke zekerheid te verschaffen over het effectieve karakter van procedures voor bestuur risicobeheer en controle. Als en wanneer dat gepast is, formuleert Audit aanbevelingen om die procedures te optimaliseren.

Ageas heeft een model met drie 'lines of defence' geïmplementeerd – de drie lijnen hebben allemaal als uiteindelijk doel om het bedrijf te helpen zijn doelstellingen te behalen en tegelijkertijd risico's doeltreffend te beheren.

EERSTE 'LINE OF DEFENCE' (Eigenaar)

  • Implementeert het Enterprise Risk Management-kader
  • Inbedt een gepaste risicocultuur
  • Identificeert de risico's, aanvaardt de verantwoordelijkheid voor de risico's, meet en beheert de risico's binnen de activiteiten en zorgt ervoor dat Ageas niet lijdt onder onverwachte gebeurtenissen
  • Implementeert beleidslijnen en controlemaatregelen om risico's te beheren (in lijn met de vereisten en de 'risk appetite' van de Groep), en zorgt voor een e ectieve dagelijkse werking
  • Identificeert en implementeert maatregelen om bestaande en dreigende risico's te beheren
  • Rapporteert over risicobeheer en analyseert hoe groot de kans is dat belangrijke bedrijfsdoelstellingen worden verwezenlijkt
  • Toont aan de Raad van Bestuur en de toezichthouder aan dat de risicocontrolemaatregelen gepast en e ectief zijn
  • Naleving van de reglementering

DERDE 'LINE OF DEFENCE' (Interne Audit)

TWEEDE 'LINE OF DEFENCE'

(Risk Management, Compliance, DPO, CISO and Actuarial Function)

  • Adviseert het senior management en de Raad van Bestuur over het bepalen van de strategie op het hoogste niveau en de aggregatie van de 'risk appetite'
  • Opstelling en onderhoud van het Enterprise Risk Management-kader
  • Faciliteert, beoordeelt en bewaakt de doeltre ende werking van het risicobeheersysteem
  • Verstrekt opleidingen en training over risico's
  • Treedt op als een onafhankelijke risicoadviseur
  • Houdt toezicht op en stelt kritische vragen bij belangrijke risico's en hoe die worden gemeten en beheerd
  • Houdt toezicht op de naleving van de 'risk appetite' en beleidslijnen
  • Houdt toezicht op het e ectieve gebruik van risicoprocedures en -controlemaatregelen
  • Controleert de naleving van de reglementering en informeert het bedrijf over de vereisten
  • Biedt het senior management en de Raad van Bestuur een redelijke mate van onafhankelijke bevestiging over de toereikendheid en doeltre endheid van governance, risicobeheer en controlemaatregelen

4.4 Doelstellingen kapitaalbeheer

128 | 240

Kapitaal is een schaars en strategisch middel. Een duidelijk gedefinieerde, zorgvuldige en gedisciplineerde managementbenadering is noodzakelijk om de efficiënte en effectieve inzet ervan te waarborgen. De kapitaalbeheerbenadering die Ageas volgt, beoogt om de behoeften en eisen van alle stakeholders inclusief aandeelhouders, schuldbeleggers, toezichthouders, ratingbureaus en klanten tegen elkaar af te wegen.

De belangrijkste doelstellingen van kapitaalbeheer bij Ageas zijn:

  • optimalisatie van de structuur, samenstelling en allocatie van kapitaal binnen Ageas.
  • waarborgen van waardecreatie door het financieren van winstgevende groei, evenals bescherming van de levensvatbaarheid en winstgevendheid van de onderneming.
  • waarborgen van optimale dividendniveau's, zowel voor de Groep als voor de dochtermaatschappijen.

4.4.1 Kapitaalbeheerkader

De doelstellingen van Ageas op het vlak van kapitaalbeheer moeten worden gerealiseerd door het volgen van duidelijk gedefinieerde processen. Deze worden bepaald door een duidelijk gedefinieerd beleid en procedures, om ervoor te zorgen dat de kapitaalbeheerpraktijken binnen de Groep en de OpCo's begrepen, gedocumenteerd en bewaakt worden (met indien noodzakelijk corrigerende maatregelen).

Het kapitaalbeheerkader van Ageas definieert regels en principes op het vlak van deze aspecten:

  • Kapitaalplanning, d.w.z. het kapitaalniveau dat de Groep nastreeft definiëren, hetgeen wordt bepaald door:
    • . Wettelijke vereisten en verwachte veranderingen.
    • . Regelgevingsvereisten en verwachte veranderingen.
    • . Groeiambities en toekomstige kapitaalverbintenissen.
    • . Het risk appetite-beleid.
  • Allocatie van kapitaal d.w.z. vaststellen welk kapitaalgebruik Ageas voorziet, hetgeen wordt bepaald door:
    • . Optimalisering van risico/rendement.
    • . Het dividendbeleid (en toekomstige kapitaalverhogingen).
  • Kapitaalstructurering, d.w.z. behoud van een efficiënt evenwicht tussen eigen en vreemd vermogen.
  • Kapitaalbeheergovernance, d.w.z. vaststellen van duidelijke taken en verantwoordelijkheden voor mensen en besluitvormingsorganen die bij kapitaalbeheerprocessen zijn betrokken.

4.5 Beoordelen van solvabiliteit en kapitaal

4.5.1 Het meten van kapitaalvereisten

Onder Solvency II gebruikt Ageas het Partieel Intern Model (PIM) om zijn Solvency-kapitaalvereisten te meten onder Pijler 1. Het PIM combineert de standaardformule van Solvency II met het Intern Model voor het verzekeringstechnisch risico Niet-Leven van de belangrijkste entiteiten binnen die business. Ageas vult de Pijler I PIM aan met een eigen interne analyse om zijn Solvency-kapitaalvereisten te meten (de SCRageas genoemd) onder Pijler 2. Naast het Partieel Intern Model voor Niet-leven verfijnt de SCRageas de Standaardformule met de volgende elementen:

129 | 240

Solvabiliteit

4.6

Risicoclassificatie

Gezien hun belang voor de operationele continuïteit van Ageas en het vermogen om zijn verplichtingen ten opzichte van zijn stakeholders te

Winsten

Liquiditeit.

Om een consistente en alomvattende benadering van risico-identificatie te waarborgen, heeft Ageas een risicoclassificatie gedefinieerd voor de belangrijkste risico's waar de Groep mee geconfronteerd kan worden. De risicoclassificatie (hierna) ligt in lijn met de risicocategorieën van Solvency II,

minste 100%.

minste 100%.

. De afwijking van de gebudgetteerde IFRS-winst per einde jaar als gevolg van een gecombineerde 1/10 financiële

. Met het volgende vroegtijdige waarschuwingsmechanisme: De afwijking van de voorspelde IFRS-winst per einde jaar (of gebudgetteerde IFRS-winst indien de prognose lager is dan het budget) als gevolg van een gecombineerde 1/10 financiële verliesgebeurtenis blijft beperkt tot 100%.

. De liquiditeitsratio volgens het basisscenario bedraagt ten

. De liquiditeitsratio volgens het stressscenario bedraagt ten

verliesgebeurtenis blijft beperkt tot 100%.

. De Risk Consumption (RC, zijnde het niveau van bufferkapitaal dat wordt verbruikt door het huidige risicoprofiel, in overeenstemming met een verlies van 1 op 30 jaar) blijft onder het budget voor Risk Appetite (RA) van Ageas, bepaald op 40% van het Eigen Vermogen (EV), na

. De Capital Consumption (CC) blijft onder het Target Capital (TC), vastgesteld op 175% van de SCRageas.

hetgeen de afstemming van interne en externe rapportages vergemakkelijkt.

vervullen, worden de volgende criteria vooropgesteld:

aftrek van verwachte dividenden.

  • herziene behandeling van spreadrisico.
  • opname van de fundamentele spread voor blootstellingen aan EUoverheden (en gelijkwaardig).
  • uitsluiting van niet-fundamentele spread op andere schuld.
  • intern model Real Estate
  • uitsluiting van overgangsmaatregelen.

Deze SCRageas wordt daarna vergeleken met het in aanmerking komende eigen vermogen om de algehele kapitaaltoereikendheid van de Groep te bepalen en de Solvency IIageas ratio vast te stellen.

Raadpleeg voor meer informatie over Solvency II, toelichting 5 Regelgevend toezicht en solvabiliteit.

De algehele kapitaalvereisten worden elk kwartaal en elk jaar op Groepsniveau gecontroleerd:

  • via een Solvabiliteits- en Kapitaalrapport op kwartaalbasis, zorgt de Raad van Bestuur van Ageas ervoor dat de kapitaaltoereikendheid op nettobasis wordt bereikt.
  • de Raad van Bestuur van Ageas beoordeelt en stuurt eveneens proactief de kapitaaltoereikendheid van de Groep aan op een meerjarenbasis, waarbij rekening wordt gehouden met de strategie en voorspelde zakelijke cijfers en risicoveronderstellingen. Dit wordt gedaan aan de hand van een proces dat 'Own Risk & Solvency Assessment' (beoordeling van het eigen risico en de solvabiliteit) wordt genoemd en dat wordt ingebed in het meerjarige begrotingsen planningsproces van Ageas.

4.5.2 Risk appetite-kader

Het risk appetite-kader bestaat uit criteria die worden gebruikt om de bereidwilligheid van het management te formuleren om risico te nemen in een specifiek domein. Het risk appetite-kader van Ageas is van toepassing op alle dochtermaatschappijen van Ageas (gedefinieerd als entiteiten waarin Ageas, rechtstreeks of niet rechtstreeks aandeelhouder is en de operationele zeggenschap heeft), en op basis van een inspanningsverplichting op gelieerde ondernemingen (gedefinieerd als entiteiten waarin Ageas, rechtstreeks of niet rechtstreeks aandeelhouder is maar niet de operationele zeggenschap heeft).

Het risk appetite-kader moet er vooral voor zorgen dat:

  • de blootstelling aan een aantal belangrijke risico's van elke Opco en de Groep als geheel binnen gekende, aanvaardbare en gecontroleerde niveaus blijft.
  • de risk appetite-criteria duidelijk worden gedefinieerd zodat de werkelijke blootstellingen en activiteiten kunnen worden vergeleken met de criteria die op het niveau van de Raad van Bestuur werden goedgekeurd, waardoor risico's kunnen worden opgevolgd en waardoor kan worden bevestigd dat risico's worden beheerst en dat de Raad van Bestuur in staat en bereid is om deze blootstellingen te aanvaarden.
  • de risicolimieten op een transparante en duidelijke manier worden verbonden aan de feitelijke risicocapaciteit van een Opco en de Groep.

Gezien hun belang voor de operationele continuïteit van Ageas en het vermogen om zijn verplichtingen ten opzichte van zijn stakeholders te vervullen, worden de volgende criteria vooropgesteld:

Solvabiliteit

129 | 240

SCRageas genoemd) onder Pijler 2. Naast het Partieel Intern Model voor Niet-leven verfijnt de SCRageas de Standaardformule met de volgende

opname van de fundamentele spread voor blootstellingen aan EU-

uitsluiting van niet-fundamentele spread op andere schuld.

Deze SCRageas wordt daarna vergeleken met het in aanmerking komende eigen vermogen om de algehele kapitaaltoereikendheid van de Groep te bepalen en de Solvency IIageas ratio vast te stellen.

Raadpleeg voor meer informatie over Solvency II, toelichting 5

De algehele kapitaalvereisten worden elk kwartaal en elk jaar op

via een Solvabiliteits- en Kapitaalrapport op kwartaalbasis, zorgt de Raad van Bestuur van Ageas ervoor dat de kapitaaltoereikendheid

de Raad van Bestuur van Ageas beoordeelt en stuurt eveneens proactief de kapitaaltoereikendheid van de Groep aan op een meerjarenbasis, waarbij rekening wordt gehouden met de strategie en voorspelde zakelijke cijfers en risicoveronderstellingen. Dit wordt gedaan aan de hand van een proces dat 'Own Risk & Solvency Assessment' (beoordeling van het eigen risico en de solvabiliteit) wordt genoemd en dat wordt ingebed in het meerjarige begrotings-

Het risk appetite-kader bestaat uit criteria die worden gebruikt om de bereidwilligheid van het management te formuleren om risico te nemen in een specifiek domein. Het risk appetite-kader van Ageas is van toepassing op alle dochtermaatschappijen van Ageas (gedefinieerd als entiteiten waarin Ageas, rechtstreeks of niet rechtstreeks aandeelhouder is en de operationele zeggenschap heeft), en op basis van een inspanningsverplichting op gelieerde ondernemingen (gedefinieerd als entiteiten waarin Ageas, rechtstreeks of niet rechtstreeks aandeelhouder

de blootstelling aan een aantal belangrijke risico's van elke Opco en de Groep als geheel binnen gekende, aanvaardbare en

de risk appetite-criteria duidelijk worden gedefinieerd zodat de werkelijke blootstellingen en activiteiten kunnen worden vergeleken met de criteria die op het niveau van de Raad van Bestuur werden goedgekeurd, waardoor risico's kunnen worden opgevolgd en waardoor kan worden bevestigd dat risico's worden beheerst en dat de Raad van Bestuur in staat en bereid is om deze blootstellingen

de risicolimieten op een transparante en duidelijke manier worden verbonden aan de feitelijke risicocapaciteit van een Opco en de

herziene behandeling van spreadrisico.

uitsluiting van overgangsmaatregelen.

overheden (en gelijkwaardig).

Regelgevend toezicht en solvabiliteit.

op nettobasis wordt bereikt.

en planningsproces van Ageas.

is maar niet de operationele zeggenschap heeft).

gecontroleerde niveaus blijft.

te aanvaarden.

Groep.

Het risk appetite-kader moet er vooral voor zorgen dat:

4.5.2 Risk appetite-kader

Groepsniveau gecontroleerd:

intern model Real Estate

elementen:

128 | 240

4.4

elkaar af te wegen.

kapitaal binnen Ageas.

4.4.1 Kapitaalbeheerkader

vlak van deze aspecten:

4.5

als voor de dochtermaatschappijen.

Doelstellingen kapitaalbeheer

Kapitaal is een schaars en strategisch middel. Een duidelijk

en eisen van alle stakeholders inclusief aandeelhouders, schuldbeleggers, toezichthouders, ratingbureaus en klanten tegen

De belangrijkste doelstellingen van kapitaalbeheer bij Ageas zijn: optimalisatie van de structuur, samenstelling en allocatie van

De doelstellingen van Ageas op het vlak van kapitaalbeheer moeten worden gerealiseerd door het volgen van duidelijk gedefinieerde processen. Deze worden bepaald door een duidelijk gedefinieerd beleid en procedures, om ervoor te zorgen dat de kapitaalbeheerpraktijken binnen de Groep en de OpCo's begrepen, gedocumenteerd en bewaakt

Het kapitaalbeheerkader van Ageas definieert regels en principes op het

Kapitaalplanning, d.w.z. het kapitaalniveau dat de Groep nastreeft

Allocatie van kapitaal d.w.z. vaststellen welk kapitaalgebruik Ageas

. Het dividendbeleid (en toekomstige kapitaalverhogingen). Kapitaalstructurering, d.w.z. behoud van een efficiënt evenwicht

Kapitaalbeheergovernance, d.w.z. vaststellen van duidelijke taken en verantwoordelijkheden voor mensen en besluitvormingsorganen

Onder Solvency II gebruikt Ageas het Partieel Intern Model (PIM) om zijn Solvency-kapitaalvereisten te meten onder Pijler 1. Het PIM combineert de standaardformule van Solvency II met het Intern Model voor het verzekeringstechnisch risico Niet-Leven van de belangrijkste entiteiten binnen die business. Ageas vult de Pijler I PIM aan met een eigen interne analyse om zijn Solvency-kapitaalvereisten te meten (de

worden (met indien noodzakelijk corrigerende maatregelen).

. Wettelijke vereisten en verwachte veranderingen. . Regelgevingsvereisten en verwachte veranderingen. . Groeiambities en toekomstige kapitaalverbintenissen.

definiëren, hetgeen wordt bepaald door:

voorziet, hetgeen wordt bepaald door: . Optimalisering van risico/rendement.

tussen eigen en vreemd vermogen.

4.5.1 Het meten van kapitaalvereisten

die bij kapitaalbeheerprocessen zijn betrokken.

Beoordelen van solvabiliteit en kapitaal

. Het risk appetite-beleid.

waarborgen van waardecreatie door het financieren van winstgevende groei, evenals bescherming van de levensvatbaarheid en winstgevendheid van de onderneming. waarborgen van optimale dividendniveau's, zowel voor de Groep

gedefinieerde, zorgvuldige en gedisciplineerde managementbenadering is noodzakelijk om de efficiënte en effectieve inzet ervan te waarborgen. De kapitaalbeheerbenadering die Ageas volgt, beoogt om de behoeften

  • . De Risk Consumption (RC, zijnde het niveau van bufferkapitaal dat wordt verbruikt door het huidige risicoprofiel, in overeenstemming met een verlies van 1 op 30 jaar) blijft onder het budget voor Risk Appetite (RA) van Ageas, bepaald op 40% van het Eigen Vermogen (EV), na aftrek van verwachte dividenden.
  • . De Capital Consumption (CC) blijft onder het Target Capital (TC), vastgesteld op 175% van de SCRageas.

Winsten

  • . De afwijking van de gebudgetteerde IFRS-winst per einde jaar als gevolg van een gecombineerde 1/10 financiële verliesgebeurtenis blijft beperkt tot 100%.
  • . Met het volgende vroegtijdige waarschuwingsmechanisme: De afwijking van de voorspelde IFRS-winst per einde jaar (of gebudgetteerde IFRS-winst indien de prognose lager is dan het budget) als gevolg van een gecombineerde 1/10 financiële verliesgebeurtenis blijft beperkt tot 100%.
  • Liquiditeit.
    • . De liquiditeitsratio volgens het basisscenario bedraagt ten minste 100%.
    • . De liquiditeitsratio volgens het stressscenario bedraagt ten minste 100%.

4.6 Risicoclassificatie

Om een consistente en alomvattende benadering van risico-identificatie te waarborgen, heeft Ageas een risicoclassificatie gedefinieerd voor de belangrijkste risico's waar de Groep mee geconfronteerd kan worden. De risicoclassificatie (hierna) ligt in lijn met de risicocategorieën van Solvency II, hetgeen de afstemming van interne en externe rapportages vergemakkelijkt.

De risico-in-uitvoeringscyclus (afgebeeld in de illustratie van het ERMkader, sectie 4.1) en de risicoclassificatie zijn fundamenteel voor ons rapportageproces aangaande de belangrijkste risico's (Key Risk Reporting of KRR) en ons rapportageproces aangaande dreigende risico's (Emerging Risk Reporting of ERR).

4.6.1 Key Risk Reporting (KRR)

130 | 240

KRR bestaat uit een systematische benadering om de belangrijkste (bestaande) risico's te identificeren en te beperken die een bedreiging vormen voor de verwezenlijking van de zakelijke en strategische doelstellingen van Ageas. Het proces houdt rekening met alle soorten risico's in onze risicotaxonomie om de belangrijkste risico's te identificeren, de risico-oorzaken te analyseren en de geschikte strategieën voor risicorespons toe te passen. Tijdens dit proces worden geïdentificeerde risico's beoordeeld en beheerd met behulp van de risicoratingmethodiek van Ageas. Waarschijnlijkheids- en impactcriteria (financieel en niet-financieel) worden gebruikt om de mate van zorgwekkendheid te bepalen die aangeeft wanneer er maatregelen moeten worden genomen. Elke Opco, in voorkomend geval ook rekening houdend met gelieerde ondernemingen, evalueert de belangrijkste risico's ten minste één keer per kwartaal en de belangrijkste risico's worden ook op groepsniveau bewaakt en gerapporteerd. De belangrijkste resultaten van het proces worden gedocumenteerd in een driemaandelijks Group Top Risk Report.

De belangrijkste risico's waarmee Ageas in 2021 te maken kreeg, zijn:

  • volatiele / ongunstige marktschommelingen (met inbegrip van gevolgen van de coronapandemie).
  • renterisico: aanhoudend lage rentevoeten / plotse stijging van de rente gecombineerd met massaal verval.
  • risico van hogere inflatie.
  • risico van informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en gegevensbescherming).

Volatiele / ongunstige marktschommelingen (met inbegrip van gevolgen van de coronapandemie).

Door de coronapandemie en de onzekerheid van het herstel daarvan (met inbegrip van de inflatie en problemen in verband met de toeleveringsketens) zijn volatiele / ongunstige marktschommelingen toegenomen.

Na de ongekende en massale interventies van centrale banken en regeringen om een aantal van de economische en financiële gevolgen van de pandemie te helpen stabiliseren, worden steunmaatregelen stilaan afgebouwd. De gevolgen van hogere tekorten en schulden zijn moeilijk in te schatten en te meten.

De evolutie van de coronacrisis en de gevolgen daarvan zijn in heel 2021 op de voet gevolgd en geëvalueerd, en entiteiten van Ageas hebben zowel financiële als operationele veerkracht getoond te midden van de verontrustende omstandigheden die door de pandemie zijn veroorzaakt.

Renterisico: aanhoudend lage rentevoeten / plotse stijging van de rente gecombineerd met massaal verval .

De centrale banken in geavanceerde economieën kunnen de rente laag houden, aangezien overheden worstelen met het beheer van hun hogere schuldenlast. Sommige zullen in de toekomst wellicht een hogere inflatie tolereren om dat doel te bereiken. Het grootste risico is

een plotse stijging van de inflatie zonder een stijging van de nominale rentevoeten (een daling van de reële rentevoeten).

131 | 240

Cyberbeveiligingsrisico's worden aangepakt door de implementatie en inbedding van het kader voor informatiebeveiliging van de Groep, dat deel uitmaakt van het bredere Enterprise Risk Management-kader. Daarnaast is er een Group Information Security Community opgericht, voorgezeten door de Group Chief Information Security Officer (CISO). Deze Community is een platform waar er binnen de Opco's van de Ageas Groep informatiebeveiliging en best practices over informatiebeveiliging kunnen worden uitgewisseld. Ook kunnen er synergieën en gezamenlijke initiatieven met betrekking tot

met behulp van de Ageas' opkomende risicobeoordelingsmethodologie, waarbij criteria van nabijheid en impact worden gebruikt om de meest geschikte aanpak aan te geven. Regio's / OpCo's stellen jaarlijks rapporten over lokale dreigende risico's op, en op basis daarvan wordt er een Emerging Risk Report voor de Groep opgesteld. Het jaarlijkse Emerging Risk Report van de Groep wordt gepresenteerd aan de organen die risico's beheren, waaronder de Raad van Bestuur. Maatregelen en ontwikkelingen op het gebied van dreigende risico's worden vervolgens elk kwartaal opgevolgd binnen het Group Top Risk

De belangrijkste (korte nabijheid, belangrijke impact) dreigende risico's

Merk op dat bepaalde van deze dreigende risico's ook gerapporteerd worden als belangrijkste risico's – de (momenteel) bestaande effecten van deze risico's worden beheerd via het KRR-proces, terwijl de dreigende / toekomstige verwachte risico-effecten worden gevolgd via het rapporteringsproces voor dreigende risico's (ERR-proces).

Vooralsnog is de werkelijke impact op de activiteit minimaal, en de rapportering van dit risico weerspiegelt de aanwijzingen uit de hele sector dat het aantal gevallen van kwaadaardige activiteit toeneemt, en hoe belangrijk het is om controlemaatstaven regelmatig te herzien en aan de omstandigheden aan te passen, in een landschap waar de dreigingen continu veranderen. Binnen de sector en binnen onze activiteiten blijft het aantal gevallen van oplichting toenemen: pogingen tot phishing, frauduleuze berichten die worden verstuurd om een slachtoffer gevoelige informatie te ontfutselen of om kwaadaardige software op de infrastructuur van het slachtoffer te installeren.

Raadpleeg de maatregelen die vallen onder de KRR 'Informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en

Maatschappelijke duurzaamheid en ethisch zakendoen Milieuduurzaamheid (klimaatverandering / extreem weer)

Cybercriminaliteit (PESTLE-categorie – Technological) Door het toegenomen gebruik van technologie (Internet of Things, wearables, digitalisering, cloudcomputing, enz.), waardoor gegevens nog waardevoller worden, zijn er ook meer cyberaanvallen gericht op zowel persoonlijke als bedrijfsgegevens. Door COVID-19 zijn medewerkers in de hele wereld overgeschakeld naar thuiswerk of werk op andere locaties, waarbij voor het werk in grote mate gebruik werd gemaakt van computersystemen, mobiele toestellen en het internet. Er zijn aanwijzingen dat mensen met kwaadaardige bedoelingen deze kwetsbaarheden in hun eigen voordeel uitbuiten, en het aantal gevallen van cybercriminaliteit neemt toe. 'Stille cyberrisico's' vereisen specifieke aandacht: ze omvatten de potentiële cybergerelateerde verliezen uit traditionele niet-levensverzekeringen die eigenlijk niet waren bedoeld

voor Ageas aan het einde van 2021 zijn:

Report.

Cybermisdaad Werk in de toekomst

om het cyberrisico te dekken.

gegevensbescherming)'.

Er is een Security Operating Centre opgericht zodat er 24 uur per dag en 7 dagen per week een overzicht is van de kritieke infrastructuur van Ageas, zodat beveiligingsteams onmiddellijk kunnen reageren op enige vastgestelde bedreigingen op het vlak van veiligheid – inclusief cyberaanvallen – die een kritieke impact kunnen hebben op de activiteiten van Ageas. Daarnaast heeft de Ageas Groep specifieke opleidingsprogramma's over data- en informatiebeveiliging (naast continue sensibiliserings- en trainingsinitiatieven), om de operationele

Op basis van de Information Security Forum Security HealthCheck (ISF SHC) wordt er een jaarlijkse beoordeling van de informatiebeveiliging uitgevoerd5. Het wereldwijde resultaat van de verzekeringssector wordt als benchmark gebruikt. De resultaten van deze beoordeling worden door een onafhankelijke derde partij gecontroleerd en bevestigd. Elke lokale Ageas-entiteit stemt in met en definieert lokale acties op basis van de resultaten van deze jaarlijkse beoordeling. De vooruitgang van deze acties wordt bewaakt binnen de Information Security Community.

Ageas heeft ook een proces voor dreigende risico's geïmplementeerd (Emerging Risk Process). Dit is een risico-identificatie oefening om mogelijke dreigingen / risico's vast te stellen die kunnen ontstaan uit nieuwe trends / kansen voor het bedrijf en die gezien hun aard onzeker

Een Horizon Scan-proces onder leiding van Group Strategy vindt jaarlijks plaats met stakeholders uit alle entiteiten van de Groep die samen een werkgroep vormen, Think2030, een toekomstgerichte groep met een strategische focus. Vastgestelde nieuwe trends krijgen vervolgens een score op basis van artificiële intelligentie en de opinie van Ageas-medewerkers. Al deze componenten vormen de basis voor de samenstelling van de Horizon Scan-radar om de focus en de prioriteiten te bepalen in het Horizon Scan-rapport. Het Horizon Scanrapport, regionale / Opco radars en rapporten over dreigende risico's verschaffen samen met tal van externe bronnen (rapporten uit de verzekeringssector, forums, rapporten van vergelijkbare bedrijven…) belangrijke inputfactoren voor het rapporteringsproces van dreigende

Dreigende risico's die relevant zijn voor het bedrijf, worden ingedeeld aan de hand van de PESTLE-methode (Political, Economic, Social, Technological, Legal, Environmental), worden beoordeeld en beheerd

5 ISF SHC is beschikbaar in verschillende indelingen: als ISF Standard of Good Practice (SoGP) en/of als ISO 27k-indeling. De wereldwijde resultaten voor de Ageas Groep worden gerapporteerd in de ISF SoGP-indeling, met 17 hoofdstukken die als

uitgangspunt dienen voor de beoordeling.

informatiebeveiliging worden geïdentificeerd.

veerkracht van Ageas verder te versterken.

4.6.2 Emerging Risk Reporting (met inbegrip van

duurzaamheidsrisico's)

en moeilijk kwantificeerbaar zijn.

risico's.

Ondanks de stijging die tijdens de eerste drie kwartalen van 2021 werd waargenomen, bevindt de rente zich nog steeds op een historisch laag/negatief niveau, onder andere omdat de coronacrisis neerwaartse druk uitoefent en als gevolg van het daarmee verband houdende monetaire beleid, wat de evenwichten waarop het bedrijfsmodel van levensverzekeringen gebaseerd is, verder onder druk zet.

Door deze economische onzekerheden ontstaat het risico van potentiële verliezen door schommelingen in spreads, correcties van de aandelenmarkt, wanbetaling van tegenpartijen, ratingverlagingen voor de beleggingsportefeuille, en makelaars en klanten die hun schulden mogelijk niet kunnen aflossen.

Ageas heeft maatregelen genomen om de blootstelling aan dit risico te beperken.

Risico van hogere inflatie

Belangrijke economieën worden momenteel geconfronteerd met een inflatie die flink boven de doelstellingen van de centrale bank ligt. Men is het er nog niet over eens of de stijging tijdelijk is en het gevolg van logistieke problemen door de heropening van de wereldwijde economie, of dat het een langduriger effect betreft.

De algemene stijging van de inflatie is deels een gevolg van het economische herstel dat de laatste tijd wordt waargenomen, dat zich moet aanpassen aan de (waarschijnlijk tijdelijke) knelpunten in de productie- en transportprocessen tijdens de lockdownperioden. Tegelijkertijd zijn er andere factoren die bij dit fenomeen duidelijk een rol spelen, zoals de energiecrisis: hoewel de energieprijzen in het verleden vaak in vrijwel hetzelfde tempo daalden als stegen, zouden factoren zoals het klimaatakkoord van Parijs, de Europese Green Deal, geopolitieke spanningen (bijv. Oekraïne-Rusland, VS, ...), verschillende landen die een verschillend energiebeleid voeren, ... kunnen betekenen dat de prijzen van fossiele brandstof hoog blijven en mogelijk zelfs blijven stijgen.

Een plotse stijging van de inflatie (door het economische herstel na de coronacrisis) die niet onmiddellijk gevolgd wordt door een stijging van de nominale rentevoeten (waardoor de reële rentevoeten dalen), wordt voor verzekeraars als een extra risico beschouwd. Er is voor de ORSA in 2021 een stresstest uitgevoerd.

Informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en gegevensbescherming)

Terwijl de wereldwijde focus op de pandemie blijft liggen, blijven cybercriminelen inspanningen leveren om de situatie uit te buiten. Door de coronacrisis werkt het grootste deel van het personeel van onze Opco's en JV's van thuis uit, waardoor we mogelijk kwetsbaarder zijn voor het risico van informatiebeveiliging (inclusief cyberrisico's). Hoewel activiteiten / dreigingen van cybercriminaliteit in aantal toenemen, zijn er in entiteiten van Ageas nog geen belangrijke geslaagde cyberaanvallen gerapporteerd. Training, waakzaamheid en sensibilisering van al het personeel is essentieel om cyberdreigingen te bestrijden, en er wordt dan ook aanzienlijk veel tijd en moeite besteed om ervoor te zorgen dat medewerkers zich bewust zijn van de laatste technieken die mensen met slechte bedoelingen kunnen gebruiken.

Cyberbeveiligingsrisico's worden aangepakt door de implementatie en inbedding van het kader voor informatiebeveiliging van de Groep, dat deel uitmaakt van het bredere Enterprise Risk Management-kader. Daarnaast is er een Group Information Security Community opgericht, voorgezeten door de Group Chief Information Security Officer (CISO). Deze Community is een platform waar er binnen de Opco's van de Ageas Groep informatiebeveiliging en best practices over informatiebeveiliging kunnen worden uitgewisseld. Ook kunnen er synergieën en gezamenlijke initiatieven met betrekking tot informatiebeveiliging worden geïdentificeerd.

131 | 240

130 | 240

De risico-in-uitvoeringscyclus (afgebeeld in de illustratie van het ERMkader, sectie 4.1) en de risicoclassificatie zijn fundamenteel voor ons rapportageproces aangaande de belangrijkste risico's (Key Risk Reporting of KRR) en ons rapportageproces aangaande dreigende

een plotse stijging van de inflatie zonder een stijging van de nominale

Ondanks de stijging die tijdens de eerste drie kwartalen van 2021 werd waargenomen, bevindt de rente zich nog steeds op een historisch laag/negatief niveau, onder andere omdat de coronacrisis neerwaartse druk uitoefent en als gevolg van het daarmee verband houdende monetaire beleid, wat de evenwichten waarop het bedrijfsmodel van

Door deze economische onzekerheden ontstaat het risico van potentiële

Ageas heeft maatregelen genomen om de blootstelling aan dit risico te

Belangrijke economieën worden momenteel geconfronteerd met een inflatie die flink boven de doelstellingen van de centrale bank ligt. Men is het er nog niet over eens of de stijging tijdelijk is en het gevolg van logistieke problemen door de heropening van de wereldwijde economie,

De algemene stijging van de inflatie is deels een gevolg van het economische herstel dat de laatste tijd wordt waargenomen, dat zich moet aanpassen aan de (waarschijnlijk tijdelijke) knelpunten in de productie- en transportprocessen tijdens de lockdownperioden. Tegelijkertijd zijn er andere factoren die bij dit fenomeen duidelijk een rol spelen, zoals de energiecrisis: hoewel de energieprijzen in het verleden vaak in vrijwel hetzelfde tempo daalden als stegen, zouden factoren zoals het klimaatakkoord van Parijs, de Europese Green Deal, geopolitieke spanningen (bijv. Oekraïne-Rusland, VS, ...), verschillende landen die een verschillend energiebeleid voeren, ... kunnen betekenen dat de prijzen van fossiele brandstof hoog blijven en mogelijk zelfs

Een plotse stijging van de inflatie (door het economische herstel na de coronacrisis) die niet onmiddellijk gevolgd wordt door een stijging van de nominale rentevoeten (waardoor de reële rentevoeten dalen), wordt voor verzekeraars als een extra risico beschouwd. Er is voor de ORSA in

rentevoeten (een daling van de reële rentevoeten).

levensverzekeringen gebaseerd is, verder onder druk zet.

verliezen door schommelingen in spreads, correcties van de aandelenmarkt, wanbetaling van tegenpartijen, ratingverlagingen voor de beleggingsportefeuille, en makelaars en klanten die hun schulden

mogelijk niet kunnen aflossen.

Risico van hogere inflatie

of dat het een langduriger effect betreft.

beperken.

blijven stijgen.

2021 een stresstest uitgevoerd.

gegevensbescherming)

Informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en

met slechte bedoelingen kunnen gebruiken.

Terwijl de wereldwijde focus op de pandemie blijft liggen, blijven cybercriminelen inspanningen leveren om de situatie uit te buiten. Door de coronacrisis werkt het grootste deel van het personeel van onze Opco's en JV's van thuis uit, waardoor we mogelijk kwetsbaarder zijn voor het risico van informatiebeveiliging (inclusief cyberrisico's). Hoewel activiteiten / dreigingen van cybercriminaliteit in aantal toenemen, zijn er in entiteiten van Ageas nog geen belangrijke geslaagde cyberaanvallen gerapporteerd. Training, waakzaamheid en sensibilisering van al het personeel is essentieel om cyberdreigingen te bestrijden, en er wordt dan ook aanzienlijk veel tijd en moeite besteed om ervoor te zorgen dat medewerkers zich bewust zijn van de laatste technieken die mensen

KRR bestaat uit een systematische benadering om de belangrijkste (bestaande) risico's te identificeren en te beperken die een bedreiging vormen voor de verwezenlijking van de zakelijke en strategische doelstellingen van Ageas. Het proces houdt rekening met alle soorten risico's in onze risicotaxonomie om de belangrijkste risico's te identificeren, de risico-oorzaken te analyseren en de geschikte strategieën voor risicorespons toe te passen. Tijdens dit proces worden geïdentificeerde risico's beoordeeld en beheerd met behulp van de risicoratingmethodiek van Ageas. Waarschijnlijkheids- en impactcriteria (financieel en niet-financieel) worden gebruikt om de mate van zorgwekkendheid te bepalen die aangeeft wanneer er maatregelen moeten worden genomen. Elke Opco, in voorkomend geval ook rekening houdend met gelieerde ondernemingen, evalueert de belangrijkste risico's ten minste één keer per kwartaal en de belangrijkste risico's worden ook op groepsniveau bewaakt en gerapporteerd. De belangrijkste resultaten van het proces worden gedocumenteerd in een driemaandelijks Group Top Risk Report.

De belangrijkste risico's waarmee Ageas in 2021 te maken kreeg, zijn: volatiele / ongunstige marktschommelingen (met inbegrip van

renterisico: aanhoudend lage rentevoeten / plotse stijging van de

Volatiele / ongunstige marktschommelingen (met inbegrip van gevolgen

Door de coronapandemie en de onzekerheid van het herstel daarvan (met inbegrip van de inflatie en problemen in verband met de toeleveringsketens) zijn volatiele / ongunstige marktschommelingen

Na de ongekende en massale interventies van centrale banken en regeringen om een aantal van de economische en financiële gevolgen van de pandemie te helpen stabiliseren, worden steunmaatregelen stilaan afgebouwd. De gevolgen van hogere tekorten en schulden zijn

De evolutie van de coronacrisis en de gevolgen daarvan zijn in heel 2021 op de voet gevolgd en geëvalueerd, en entiteiten van Ageas hebben zowel financiële als operationele veerkracht getoond te midden van de verontrustende omstandigheden die door de pandemie zijn

Renterisico: aanhoudend lage rentevoeten / plotse stijging van de rente

De centrale banken in geavanceerde economieën kunnen de rente laag houden, aangezien overheden worstelen met het beheer van hun hogere schuldenlast. Sommige zullen in de toekomst wellicht een hogere inflatie tolereren om dat doel te bereiken. Het grootste risico is

risico van informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en

gevolgen van de coronapandemie).

risico van hogere inflatie.

van de coronapandemie).

toegenomen.

veroorzaakt.

gegevensbescherming).

moeilijk in te schatten en te meten.

gecombineerd met massaal verval .

rente gecombineerd met massaal verval.

risico's (Emerging Risk Reporting of ERR).

4.6.1 Key Risk Reporting (KRR)

Er is een Security Operating Centre opgericht zodat er 24 uur per dag en 7 dagen per week een overzicht is van de kritieke infrastructuur van Ageas, zodat beveiligingsteams onmiddellijk kunnen reageren op enige vastgestelde bedreigingen op het vlak van veiligheid – inclusief cyberaanvallen – die een kritieke impact kunnen hebben op de activiteiten van Ageas. Daarnaast heeft de Ageas Groep specifieke opleidingsprogramma's over data- en informatiebeveiliging (naast continue sensibiliserings- en trainingsinitiatieven), om de operationele veerkracht van Ageas verder te versterken.

Op basis van de Information Security Forum Security HealthCheck (ISF SHC) wordt er een jaarlijkse beoordeling van de informatiebeveiliging uitgevoerd5. Het wereldwijde resultaat van de verzekeringssector wordt als benchmark gebruikt. De resultaten van deze beoordeling worden door een onafhankelijke derde partij gecontroleerd en bevestigd. Elke lokale Ageas-entiteit stemt in met en definieert lokale acties op basis van de resultaten van deze jaarlijkse beoordeling. De vooruitgang van deze acties wordt bewaakt binnen de Information Security Community.

4.6.2 Emerging Risk Reporting (met inbegrip van duurzaamheidsrisico's)

Ageas heeft ook een proces voor dreigende risico's geïmplementeerd (Emerging Risk Process). Dit is een risico-identificatie oefening om mogelijke dreigingen / risico's vast te stellen die kunnen ontstaan uit nieuwe trends / kansen voor het bedrijf en die gezien hun aard onzeker en moeilijk kwantificeerbaar zijn.

Een Horizon Scan-proces onder leiding van Group Strategy vindt jaarlijks plaats met stakeholders uit alle entiteiten van de Groep die samen een werkgroep vormen, Think2030, een toekomstgerichte groep met een strategische focus. Vastgestelde nieuwe trends krijgen vervolgens een score op basis van artificiële intelligentie en de opinie van Ageas-medewerkers. Al deze componenten vormen de basis voor de samenstelling van de Horizon Scan-radar om de focus en de prioriteiten te bepalen in het Horizon Scan-rapport. Het Horizon Scanrapport, regionale / Opco radars en rapporten over dreigende risico's verschaffen samen met tal van externe bronnen (rapporten uit de verzekeringssector, forums, rapporten van vergelijkbare bedrijven…) belangrijke inputfactoren voor het rapporteringsproces van dreigende risico's.

Dreigende risico's die relevant zijn voor het bedrijf, worden ingedeeld aan de hand van de PESTLE-methode (Political, Economic, Social, Technological, Legal, Environmental), worden beoordeeld en beheerd met behulp van de Ageas' opkomende risicobeoordelingsmethodologie, waarbij criteria van nabijheid en impact worden gebruikt om de meest geschikte aanpak aan te geven. Regio's / OpCo's stellen jaarlijks rapporten over lokale dreigende risico's op, en op basis daarvan wordt er een Emerging Risk Report voor de Groep opgesteld. Het jaarlijkse Emerging Risk Report van de Groep wordt gepresenteerd aan de organen die risico's beheren, waaronder de Raad van Bestuur. Maatregelen en ontwikkelingen op het gebied van dreigende risico's worden vervolgens elk kwartaal opgevolgd binnen het Group Top Risk Report.

De belangrijkste (korte nabijheid, belangrijke impact) dreigende risico's voor Ageas aan het einde van 2021 zijn:

  • Cybermisdaad
  • Werk in de toekomst
  • Maatschappelijke duurzaamheid en ethisch zakendoen
  • Milieuduurzaamheid (klimaatverandering / extreem weer)

Merk op dat bepaalde van deze dreigende risico's ook gerapporteerd worden als belangrijkste risico's – de (momenteel) bestaande effecten van deze risico's worden beheerd via het KRR-proces, terwijl de dreigende / toekomstige verwachte risico-effecten worden gevolgd via het rapporteringsproces voor dreigende risico's (ERR-proces).

Cybercriminaliteit (PESTLE-categorie – Technological)

Door het toegenomen gebruik van technologie (Internet of Things, wearables, digitalisering, cloudcomputing, enz.), waardoor gegevens nog waardevoller worden, zijn er ook meer cyberaanvallen gericht op zowel persoonlijke als bedrijfsgegevens. Door COVID-19 zijn medewerkers in de hele wereld overgeschakeld naar thuiswerk of werk op andere locaties, waarbij voor het werk in grote mate gebruik werd gemaakt van computersystemen, mobiele toestellen en het internet. Er zijn aanwijzingen dat mensen met kwaadaardige bedoelingen deze kwetsbaarheden in hun eigen voordeel uitbuiten, en het aantal gevallen van cybercriminaliteit neemt toe. 'Stille cyberrisico's' vereisen specifieke aandacht: ze omvatten de potentiële cybergerelateerde verliezen uit traditionele niet-levensverzekeringen die eigenlijk niet waren bedoeld om het cyberrisico te dekken.

Vooralsnog is de werkelijke impact op de activiteit minimaal, en de rapportering van dit risico weerspiegelt de aanwijzingen uit de hele sector dat het aantal gevallen van kwaadaardige activiteit toeneemt, en hoe belangrijk het is om controlemaatstaven regelmatig te herzien en aan de omstandigheden aan te passen, in een landschap waar de dreigingen continu veranderen. Binnen de sector en binnen onze activiteiten blijft het aantal gevallen van oplichting toenemen: pogingen tot phishing, frauduleuze berichten die worden verstuurd om een slachtoffer gevoelige informatie te ontfutselen of om kwaadaardige software op de infrastructuur van het slachtoffer te installeren.

Raadpleeg de maatregelen die vallen onder de KRR 'Informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en gegevensbescherming)'.

5 ISF SHC is beschikbaar in verschillende indelingen: als ISF Standard of Good Practice (SoGP) en/of als ISO 27k-indeling. De wereldwijde resultaten voor de Ageas Groep worden gerapporteerd in de ISF SoGP-indeling, met 17 hoofdstukken die als uitgangspunt dienen voor de beoordeling.

Werk in de toekomst (PESTLE-categorie – Social)

132 | 240

Het toenemende gebruik van AI op het werk, de uitbreiding van het personeelsbestand (intern en extern: consultants, dienstverleners, ...), werken op afstand, flexwerk, duurzaamheid, afhankelijkheid van technologie, aantrekken en behouden van talent, werkloosheid, maatschappelijke verschuivingen... zijn allemaal aspecten die mee bepalen hoe werk er in de toekomst uitziet.

COVID-19 heeft het tempo versneld waarin bedrijven reageren op en nadenken over de toekomst van werk in hun organisatie. Daardoor is de concurrentie op de markt om talent aan te trekken en te behouden, toegenomen. Factoren zoals duurzaamheid en meer thuiswerk kunnen daarnaast tot gevolg hebben dat bedrijven minder kantoorruimte huren of verhuizen (mogelijke impact op de vastgoedportefeuille). Op lange termijn is het waarschijnlijk dat mensen steeds vaker zullen samenwerken met machines en robots – de sociale aspecten op het werk kunnen verder achteruitgaan, wat mogelijk kan leiden tot mentale gezondheidsproblemen met een impact op het algemene welzijn, menselijke contacten en ervaringen.

Met de inbreng van stakeholders heeft Ageas projecten en maatregelen genomen om samen te kunnen bepalen hoe werk in de toekomst eruit kan zien. De projecten 'Future of work', 'New way of working','digital workplace' en 'smart automation' zijn de belangrijkste maatregelen die op dit vlak worden ondernomen.

Maatschappelijke duurzaamheid en ethisch zakendoen (PESTLE-categorie – Social)

Maatschappelijke duurzaamheid gaat over de vaststelling en het beheer van effecten die het bedrijfsleven heeft op mensen (van werknemers en klanten naar gemeenschappen).

De maatschappij vindt milieugebonden en sociale kwesties steeds belangrijker, en kiest steeds vaker voor bewust consumeren in plaats van statusgevoelige consumptie. Transparant en overtuigd ethisch zakendoen, ondersteund door producten, diensten, maatschappelijke / milieugebonden initiatieven en maatregelen, is belangrijker dan ooit voor de levensvatbaarheid en het succes van de onderneming op lange termijn.

Als een bedrijf in een steeds complexere wereld (technologische vooruitgang, big data, AI, duurzaamheid/ESG, toeleveringsproblemen, pandemieën, virussen, cybercriminaliteit, ...) niet zichtbaar ethisch zakendoet, dan zou dat bijzonder schadelijk kunnen zijn voor het voortbestaan van het bedrijf op lange termijn, vanuit het standpunt van de regelgeving, zijn reputatie en klantenbinding.

Ethisch gebruik van AI en Explainable AI zijn onderwerpen die in een Data Management & Governance Taskforce prioritair worden behandeld. Ethische AI en Interpretable / Explainable AI worden onderzocht met het oog op prijsbepaling, waarbij de precieze behoeften van beoefenaars worden beoordeeld. Wat Duurzaamheid betreft, wordt er in dit rapport gerapporteerd over de gerichte inspanningen ten aanzien van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen en in het bijzonder het sociale aspect van ESG, verantwoord verzekeren, verantwoord beleggen en verantwoord ondernemen. Met de start van een nieuwe strategische cyclus van 3 jaar ('Impact 24') begint het werk aan Productinnovatie om te streven naar het doel van 25% GWP (Gross Written Premiums) uit producten die onze klanten stimuleren in de overschakeling naar een duurzamere wereld tegen 2024, en om 100% van de producten te herzien op transparantie tegen 2024.

133 | 240

geïdentificeerd in het kader van het 2021 Emerging Risk Process:

De onderstaande Group Emerging Risk Radar weerspiegelt de dreigende risico's die het meest relevant zijn voor de bedrijfsactiviteiten en die zijn

Milieuduurzaamheid (klimaatverandering / extreem weer) (PESTLE-categorie – Environmental)

De opwarming van de aarde, veroorzaakt door menselijk toedoen, is momenteel een bepalende factor in de klimaatverandering. Extreem weer omvat onverwachte, ongewone, onvoorspelbare, ernstige of voor het seizoen ongebruikelijke weersomstandigheden. Extreme gebeurtenissen zijn vaak gebaseerd op de geregistreerde weergeschiedenis van een locatie en gedefinieerd als behorende tot de meest ongewone tien procent.

De klimaatverandering bedreigt het vermogen van de wereldwijde verzekeringssector om de risico's van de samenleving te beheersen: frequentere extreme weersomstandigheden zorgen voor steeds hogere onverzekerde verliezen en maken dat bepaalde activa onverzekerbaar worden. Er worden meer natuurrampen verwacht, die bijvoorbeeld gevolgen kunnen hebben voor brand- en inboedelverzekeringen, maar ook voor de winstgevendheid van de sector, waarbij aan rampen gerelateerde kosten onhoudbaar worden. En aangezien de fysieke gevolgen van de klimaatverandering ook zorgen voor frequentere en extremere wereldwijde weersomstandigheden, zal dit een directe impact hebben op herverzekeringen, waardoor de risk appetite van herverzekeraars wellicht verandert.

In het kader van 'Impact 24', de strategische driejarencyclus van Ageas, zal Ageas een verantwoorde langetermijnbenadering hanteren voor de manier waarop Ageas investeert, om bij te dragen aan oplossingen voor duurzame steden, lokale economieën en klimaatverandering. Ageas zet zich ook in voor de reductie van de uitstoot van broeikasgassen – in dit strategische impactgebied heeft Ageas maatregelen gedefinieerd om zijn impact op het milieu te verminderen. In het kader van de ORSA 2021-oefening heeft Ageas een scenarioprogramma uitgevoerd. De aanpak en de daaruit voortvloeiende maatregelen worden verder in dit deel gedetailleerder beschreven.

De onderstaande Group Emerging Risk Radar weerspiegelt de dreigende risico's die het meest relevant zijn voor de bedrijfsactiviteiten en die zijn geïdentificeerd in het kader van het 2021 Emerging Risk Process:

133 | 240

132 | 240

Werk in de toekomst (PESTLE-categorie – Social)

bepalen hoe werk er in de toekomst uitziet.

menselijke contacten en ervaringen.

op dit vlak worden ondernomen.

(PESTLE-categorie – Social)

termijn.

klanten naar gemeenschappen).

Het toenemende gebruik van AI op het werk, de uitbreiding van het personeelsbestand (intern en extern: consultants, dienstverleners, ...), werken op afstand, flexwerk, duurzaamheid, afhankelijkheid van technologie, aantrekken en behouden van talent, werkloosheid, maatschappelijke verschuivingen... zijn allemaal aspecten die mee

Ethisch gebruik van AI en Explainable AI zijn onderwerpen die in een Data Management & Governance Taskforce prioritair worden behandeld. Ethische AI en Interpretable / Explainable AI worden onderzocht met het oog op prijsbepaling, waarbij de precieze behoeften van beoefenaars worden beoordeeld. Wat Duurzaamheid betreft, wordt er in dit rapport gerapporteerd over de gerichte inspanningen ten aanzien van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen en in het bijzonder het sociale aspect van ESG, verantwoord verzekeren, verantwoord beleggen en verantwoord ondernemen. Met de start van een nieuwe strategische cyclus van 3 jaar ('Impact 24') begint het werk aan Productinnovatie om te streven naar het doel van 25% GWP (Gross Written Premiums) uit producten die onze klanten stimuleren in de overschakeling naar een duurzamere wereld tegen 2024, en om 100%

van de producten te herzien op transparantie tegen 2024.

Milieuduurzaamheid (klimaatverandering / extreem weer)

De opwarming van de aarde, veroorzaakt door menselijk toedoen, is momenteel een bepalende factor in de klimaatverandering. Extreem weer omvat onverwachte, ongewone, onvoorspelbare, ernstige of voor het seizoen ongebruikelijke weersomstandigheden. Extreme gebeurtenissen zijn vaak gebaseerd op de geregistreerde

weergeschiedenis van een locatie en gedefinieerd als behorende tot de

De klimaatverandering bedreigt het vermogen van de wereldwijde verzekeringssector om de risico's van de samenleving te beheersen: frequentere extreme weersomstandigheden zorgen voor steeds hogere onverzekerde verliezen en maken dat bepaalde activa onverzekerbaar worden. Er worden meer natuurrampen verwacht, die bijvoorbeeld gevolgen kunnen hebben voor brand- en inboedelverzekeringen, maar ook voor de winstgevendheid van de sector, waarbij aan rampen gerelateerde kosten onhoudbaar worden. En aangezien de fysieke gevolgen van de klimaatverandering ook zorgen voor frequentere en extremere wereldwijde weersomstandigheden, zal dit een directe impact

hebben op herverzekeringen, waardoor de risk appetite van

In het kader van 'Impact 24', de strategische driejarencyclus van Ageas, zal Ageas een verantwoorde langetermijnbenadering hanteren voor de manier waarop Ageas investeert, om bij te dragen aan oplossingen voor duurzame steden, lokale economieën en klimaatverandering. Ageas zet zich ook in voor de reductie van de uitstoot van broeikasgassen – in dit strategische impactgebied heeft Ageas maatregelen gedefinieerd om zijn impact op het milieu te verminderen. In het kader van de ORSA 2021-oefening heeft Ageas een scenarioprogramma uitgevoerd. De aanpak en de daaruit voortvloeiende maatregelen worden verder in dit

(PESTLE-categorie – Environmental)

meest ongewone tien procent.

herverzekeraars wellicht verandert.

deel gedetailleerder beschreven.

COVID-19 heeft het tempo versneld waarin bedrijven reageren op en nadenken over de toekomst van werk in hun organisatie. Daardoor is de concurrentie op de markt om talent aan te trekken en te behouden, toegenomen. Factoren zoals duurzaamheid en meer thuiswerk kunnen daarnaast tot gevolg hebben dat bedrijven minder kantoorruimte huren of verhuizen (mogelijke impact op de vastgoedportefeuille). Op lange termijn is het waarschijnlijk dat mensen steeds vaker zullen samenwerken met machines en robots – de sociale aspecten op het werk kunnen verder achteruitgaan, wat mogelijk kan leiden tot mentale gezondheidsproblemen met een impact op het algemene welzijn,

Met de inbreng van stakeholders heeft Ageas projecten en maatregelen genomen om samen te kunnen bepalen hoe werk in de toekomst eruit kan zien. De projecten 'Future of work', 'New way of working','digital workplace' en 'smart automation' zijn de belangrijkste maatregelen die

Maatschappelijke duurzaamheid gaat over de vaststelling en het beheer van effecten die het bedrijfsleven heeft op mensen (van werknemers en

De maatschappij vindt milieugebonden en sociale kwesties steeds belangrijker, en kiest steeds vaker voor bewust consumeren in plaats van statusgevoelige consumptie. Transparant en overtuigd ethisch zakendoen, ondersteund door producten, diensten, maatschappelijke / milieugebonden initiatieven en maatregelen, is belangrijker dan ooit voor de levensvatbaarheid en het succes van de onderneming op lange

Als een bedrijf in een steeds complexere wereld (technologische vooruitgang, big data, AI, duurzaamheid/ESG, toeleveringsproblemen, pandemieën, virussen, cybercriminaliteit, ...) niet zichtbaar ethisch zakendoet, dan zou dat bijzonder schadelijk kunnen zijn voor het voortbestaan van het bedrijf op lange termijn, vanuit het standpunt van

de regelgeving, zijn reputatie en klantenbinding.

Maatschappelijke duurzaamheid en ethisch zakendoen

In de kijker: Risicobeoordeling Klimaatverandering

Met zijn nieuwe strategie Impact 24 stelt Ageas duurzaamheid en langetermijndenken centraal in de besluitvorming van de Groep om een positieve en blijvende impact te realiseren voor alle stakeholders. In de nieuwe strategie zal Ageas nog meer inzetten op de langdurige, verantwoorde benadering van beleggen (de ambitie van een nettouitstoot van nul tegen 2050) en zijn milieu-impact terugdringen om broeikasgasneutraal te worden in zijn eigen activiteiten. Hoewel het Management ervan overtuigd is dat deze stappen van kritiek belang zijn om de problematiek van de klimaatverandering aan te pakken, streeft Ageas naar een efficiënt beheer van de potentiële gevolgen op middellange en lange termijn van verschillende ontwikkelingen op het vlak van klimaatverandering en de implicaties daarvan voor de verzekeringsactiviteiten en de bedrijfsactiviteiten.

Om de risico's van klimaatverandering op korte, middellange en lange termijn beter te beheersen en te begrijpen hoe deze het bedrijfsmodel zullen beïnvloeden, voerde Ageas in 2021 voor het eerst stresstests uit op het gebied van klimaatverandering als onderdeel van het ORSAproces. Ageas heeft zijn benadering gebaseerd op de stresstestbenadering van de Bank of England / Prudential Regulation Authority (PRA) voor het Climate Biennial Exploratory Scenario (CBES), het tweejarige verkennende scenario voor het klimaat.

Scenario's

134 | 240

PRA 2021 Biennial Exploratory Scenario (BeS) diende als inspiratie voor stresstests voor overgangs- en fysieke risico's bij activa en verplichtingen, rekening houdend met het type belegging en de sectorallocatie.

De effecten van de drie hypothetische klimaatscenario's bestrijken een periode van 30 jaar voor geselecteerde meetwaarden van hun bedrijfsmodellen en activawaarderingen:

  • Vroeg ingrijpen: de overschakeling naar een economie met een netto-uitstoot van nul begint in 2021, dus koolstoftaksen en andere beleidsmaatregelen worden tijdens de duur van het scenario geleidelijk aan strenger, wat leidt tot een daling van de wereldwijde uitstoot van koolstofdioxide tot nul rond 2050. De opwarming van het klimaat is beperkt tot 1,8°C tegen het einde van het scenario (2050) ten opzichte van het pre-industriële niveau. Sommige sectoren worden meer nadelig beïnvloed door de overgang dan andere, maar de globale impact op de bbp-groei is beperkt, vooral in de laatste helft van het scenario, zodra een aanzienlijk deel van de vereiste overschakeling heeft plaatsgevonden en de productiviteitsvoordelen van investeringen in groene technologie stilaan tot uiting komen.
  • Laat ingrijpen: de overschakeling wordt uitgesteld tot 2031. Op dat moment neemt de intensiteit van het klimaatbeleid plots toe, wat leidt tot een geslaagde terugdringing van de uitstoot van broeikasgassen tot nul rond 2050, maar de overschakeling die nodig is om dat te verwezenlijken, is abrupt en daardoor chaotisch.

De opwarming van het klimaat is beperkt tot 1,8°C tegen het einde van het scenario (2050) ten opzichte van het pre-industriële niveau. Als de verlaging van de uitstoot binnen een korter tijdsbestek plaatsvindt, leidt dat tot een aanzienlijke macro-economische ontwrichting op korte termijn. Dat heeft een invloed op de hele economie, maar concentreert zich vooral in koolstofintensieve sectoren.

135 | 240

pad.

Impactbeoordeling

via 2 primaire kanalen beoordelen:

overstromingen, stormen)

Het scenario 'zonder bijkomende maatregelen' komt overeen met het scenario 'huidig beleid' van het NGFS, met dien verstande dat de meeste fysieke risico's die zich na 2050 manifesteren, naar voren worden gehaald om ze in de stresstest op te nemen. De onderliggende veronderstellingen zijn verkregen door het GCAM 5.3 Integrated Assessment Model te beschouwen op het 90ste percentiel, in tegenstelling tot het 50ste percentiel voor de scenario's 'vroeg ingrijpen' en 'laat ingrijpen'. Dit scenario komt ruwweg overeen met het RCP 6.0°- Aangezien de risico's in verband met de klimaatverandering pas over een lange termijn optreden, is de beoordeling niet beperkt tot de horizon voor het meerjarenbudget, maar loopt ze tot 2050 door 6 referentiejaren in aanmerking te nemen, namelijk 2026, 2031, 2035, 2040, 2045 en

Voor de activa weerspiegelen de effecten een onmiddellijke gevoeligheid onder de 3 scenario's, met een schok per type activa en sector, met een groter effect voor minder duurzame sectoren en een kleiner effect voor duurzamere sectoren. Ageas selecteerde ook de relevante financiële variabelen voor de ORSA-oefening, namelijk overheidsobligaties, bedrijfsobligaties, risicovrije curves, vastgoed en aandelen. Voor elke individuele sector worden evoluties van de bruto toegevoegde waarde (Gross Value Added – GVA) in aanmerking genomen, die weergeeft in welke mate elke individuele sector is

De effectbeoordeling van de klimaatverandering op de

entiteiten die vallen onder het Interne Model Niet-Leven.

in alle scenario's als beheersbaar worden beschouwd.

verzekeringstechnische verplichtingen was een lokale oefening, gericht op zowel een kwalitatieve als een kwantitatieve beoordeling. Fysieke risico's worden geassocieerd met meer claims en hogere verliezen door klimaatgebeurtenissen (zoals overstromingen, stormen, ...) en veranderingen in klimaattrends (zoals veranderingen in de weersomstandigheden of de stijging van de zeespiegel).

Ter ondersteuning van het proces van de ontwikkeling van modellen voor klimaatverandering, voor interne risicobeoordeling en op verzoek van toezichthoudende instanties/ratingbureaus, heeft Ageas ook beslist om samen te werken met verschillende externe partners die worden beschouwd als leiders op het gebied van klimaatverandering in de verzekeringssector en met name bij de uitvoering van specifieke kwantitatieve oefeningen die zich toeleggen op natuurrampen voor

De resultaten van de kwantitatieve scenarioanalyse, uitgevoerd om de impact van fysieke risico's op de verzekeringstechnische verplichtingen te beoordelen, tonen uiteindelijk aan dat de bedrijfsbrede bruto-effecten op toekomstige verliezen uit risico's (overstromingen, verzakkingen, …)

20506.

blootgesteld aan klimaatrisico's.

Door deze drie scenario's te beoordelen kan Ageas de financiële impact

Fysieke risico's: geassocieerd met meer claims en hogere verliezen door klimaatgebeurtenissen (zoals overstromingen, droogte, stormen) en veranderingen in klimaattrends (zoals veranderingen in de weersomstandigheden of de stijging van de zeespiegel). Fysieke risico's kunnen worden onderverdeeld in twee categorieën: - Acute fysieke risico's: die ontstaan als gevolg van bepaalde gebeurtenissen, vooral weergerelateerde gebeurtenissen (bijv.

  • Chronische fysieke risico's: die ontstaan als gevolg van verschuivingen in klimaatpatronen op langere termijn (bijv. temperatuursveranderingen, de stijging van de zeespiegel,

Overgangsrisico's houden verband met de waardeverliezen van activa en hogere operationele kosten door ontwrichtingen en verschuivingen die gepaard gaan met een (plotse) overgang van een koolstofintensieve naar een koolstofarme economie.

Met deze scenario's houdt Ageas ook rekening met de aanbevelingen van de EIOPA die in april 2021 zijn gepubliceerd in haar opinie over het toezicht op het gebruik van risicoscenario's op het vlak van klimaatverandering bij de ORSA, waarbij verzekeringsondernemingen worden aangeraden belangrijke risico's op het vlak van klimaatverandering te identificeren, en de materialiteit van de blootstellingen vast te stellen door een combinatie van kwalitatieve en kwantitatieve analyse.

6 2026 kan in deze context nog steeds worden beschouwd als representatief voor de MYB-horizon (2022-2026), 2031 is het scharnierjaar in het subscenario waarbij pas laat wordt ingegrepen, terwijl de andere gebaseerd zijn op perioden van 5 jaar tot 2050. Alle berekeningen beginnen vanaf de balans in het tweede kwartaal van 2021, en bijgevolg omvatten ze geen andere schommelingen in de reële waarde van activa dan degene die in het subscenario zijn voorzien. Voor een langetermijnprognose is dit duidelijk geen realistische veronderstelling, maar het biedt wel een hulpmiddel voor vergelijking en laat zien hoe de huidige activamix op lange termijn kwetsbaar is voor langetermijntrends die

verband houden met de klimaatverandering.

veranderingen in het grondwaterniveau)

Het scenario zonder bijkomende maatregelen. In dit scenario worden er geen nieuwe beleidsmaatregelen in verband met het klimaat geïntroduceerd bovenop de bestaande die al voor 2021 zijn geïmplementeerd. De Bank heeft dat scenario gekalibreerd op basis van de fysieke risico's die naar verwachting werkelijkheid zouden kunnen worden in de periode van 2050 tot 2080 als er geen verdere beleidsmaatregelen zouden worden genomen. Als er geen beleidsmaatregelen voor de overschakeling worden ingevoerd, neemt de concentratie van de uitstoot van broeikasgassen in de atmosfeer steeds verder toe, waardoor de wereldwijde temperatuur blijft stijgen tot een niveau dat tegen het einde van het scenario 3,3°C hoger ligt dan de pre-industriële niveaus. Dat leidt tot chronische veranderingen in neerslag, ecosystemen en de zeespiegel. Ook de frequentie en de ernst van extreme weersomstandigheden nemen toe: hittegolven, droogte, bosbranden, tropische stormen en overstromingen. Er zijn permanente gevolgen voor de woon- en werkomstandigheden, voor gebouwen en infrastructuur. Veranderingen in fysieke gevaren zijn ongelijkmatig verdeeld, en tropische en subtropische gebieden zullen zwaarder worden getroffen. Veel effecten van fysieke risico's zullen naar verwachting ernstiger worden later in de 21ste eeuw, en sommige zullen onomkeerbaar zijn. De struikelblokken waaraan de economie het hoofd moet bieden, zouden in de toekomst naar verwachting dus nog verder toenemen.

De CBES-scenariospecificatie gaat uit van een subreeks van de klimaatscenario's van het Network for Greening the Financial System (NGFS), die bedoeld zijn om centrale banken en toezichthouders een gemeenschappelijk uitgangspunt te verschaffen voor de analyse van klimaatrisico's in verschillende toekomstscenario's. De Bank of England heeft de scenario's van het NGFS uitgebreid door extra kanalen voor risicotransmissie en extra variabelen toe te voegen (daarbij werken ze samen met klimaatwetenschappers, academici en experts uit de sector). Daardoor zijn de CBES-scenario's niet identiek aan degene die door het NGFS worden opgesteld, maar ze zijn wel voor veel variabelen consistent.

Zowel het scenario 'vroeg ingrijpen' als het scenario 'laat ingrijpen' komen overeen met het NGFS-scenario 'Zero 2050', met als verschil dat de schok van de overgang plotseling komt en in het scenario 'laat ingrijpen' tot extra economische ontwrichting leidt. De NGFS-aannames die de risico's van de overgangen bepalen, zijn afgeleid met behulp van het geïntegreerde evaluatiemodel REMIND-MAgPIE 2.1-4.2. Beide scenario's komen ruwweg overeen met het RCP 2,6°-pad.

Het scenario 'zonder bijkomende maatregelen' komt overeen met het scenario 'huidig beleid' van het NGFS, met dien verstande dat de meeste fysieke risico's die zich na 2050 manifesteren, naar voren worden gehaald om ze in de stresstest op te nemen. De onderliggende veronderstellingen zijn verkregen door het GCAM 5.3 Integrated Assessment Model te beschouwen op het 90ste percentiel, in tegenstelling tot het 50ste percentiel voor de scenario's 'vroeg ingrijpen' en 'laat ingrijpen'. Dit scenario komt ruwweg overeen met het RCP 6.0° pad.

Impactbeoordeling

135 | 240

De opwarming van het klimaat is beperkt tot 1,8°C tegen het einde van het scenario (2050) ten opzichte van het pre-industriële niveau. Als de verlaging van de uitstoot binnen een korter tijdsbestek plaatsvindt, leidt dat tot een aanzienlijke macro-economische ontwrichting op korte termijn. Dat heeft een invloed op de hele economie, maar concentreert zich vooral in koolstofintensieve

Het scenario zonder bijkomende maatregelen. In dit scenario worden er geen nieuwe beleidsmaatregelen in verband met het klimaat geïntroduceerd bovenop de bestaande die al voor 2021 zijn geïmplementeerd. De Bank heeft dat scenario gekalibreerd op basis van de fysieke risico's die naar verwachting werkelijkheid zouden kunnen worden in de periode van 2050 tot 2080 als er geen verdere beleidsmaatregelen zouden worden genomen. Als er geen beleidsmaatregelen voor de overschakeling worden ingevoerd, neemt de concentratie van de uitstoot van broeikasgassen in de atmosfeer steeds verder toe, waardoor de wereldwijde temperatuur blijft stijgen tot een niveau dat tegen het einde van het scenario 3,3°C hoger ligt dan de pre-industriële niveaus. Dat leidt tot chronische veranderingen in neerslag, ecosystemen en de zeespiegel. Ook de frequentie en de ernst van extreme weersomstandigheden nemen toe: hittegolven, droogte, bosbranden, tropische stormen en overstromingen. Er zijn permanente gevolgen voor de woon- en werkomstandigheden, voor gebouwen en infrastructuur. Veranderingen in fysieke gevaren zijn ongelijkmatig verdeeld, en tropische en subtropische gebieden zullen zwaarder worden getroffen. Veel effecten van fysieke risico's zullen naar verwachting ernstiger worden later in de 21ste eeuw, en sommige zullen onomkeerbaar zijn. De struikelblokken waaraan de economie het hoofd moet bieden, zouden in de toekomst naar

verwachting dus nog verder toenemen.

consistent.

De CBES-scenariospecificatie gaat uit van een subreeks van de klimaatscenario's van het Network for Greening the Financial System (NGFS), die bedoeld zijn om centrale banken en toezichthouders een gemeenschappelijk uitgangspunt te verschaffen voor de analyse van klimaatrisico's in verschillende toekomstscenario's. De Bank of England heeft de scenario's van het NGFS uitgebreid door extra kanalen voor risicotransmissie en extra variabelen toe te voegen (daarbij werken ze samen met klimaatwetenschappers, academici en experts uit de sector). Daardoor zijn de CBES-scenario's niet identiek aan degene die door het NGFS worden opgesteld, maar ze zijn wel voor veel variabelen

Zowel het scenario 'vroeg ingrijpen' als het scenario 'laat ingrijpen' komen overeen met het NGFS-scenario 'Zero 2050', met als verschil dat de schok van de overgang plotseling komt en in het scenario 'laat ingrijpen' tot extra economische ontwrichting leidt. De NGFS-aannames die de risico's van de overgangen bepalen, zijn afgeleid met behulp van het geïntegreerde evaluatiemodel REMIND-MAgPIE 2.1-4.2. Beide scenario's komen ruwweg overeen met het RCP 2,6°-pad.

sectoren.

134 | 240

Scenario's

sectorallocatie.

In de kijker: Risicobeoordeling Klimaatverandering

verzekeringsactiviteiten en de bedrijfsactiviteiten.

proces. Ageas heeft zijn benadering gebaseerd op de

het tweejarige verkennende scenario voor het klimaat.

bedrijfsmodellen en activawaarderingen:

stilaan tot uiting komen.

Met zijn nieuwe strategie Impact 24 stelt Ageas duurzaamheid en langetermijndenken centraal in de besluitvorming van de Groep om een positieve en blijvende impact te realiseren voor alle stakeholders. In de nieuwe strategie zal Ageas nog meer inzetten op de langdurige, verantwoorde benadering van beleggen (de ambitie van een nettouitstoot van nul tegen 2050) en zijn milieu-impact terugdringen om broeikasgasneutraal te worden in zijn eigen activiteiten. Hoewel het Management ervan overtuigd is dat deze stappen van kritiek belang zijn om de problematiek van de klimaatverandering aan te pakken, streeft Ageas naar een efficiënt beheer van de potentiële gevolgen op middellange en lange termijn van verschillende ontwikkelingen op het vlak van klimaatverandering en de implicaties daarvan voor de

Om de risico's van klimaatverandering op korte, middellange en lange termijn beter te beheersen en te begrijpen hoe deze het bedrijfsmodel zullen beïnvloeden, voerde Ageas in 2021 voor het eerst stresstests uit op het gebied van klimaatverandering als onderdeel van het ORSA-

stresstestbenadering van de Bank of England / Prudential Regulation Authority (PRA) voor het Climate Biennial Exploratory Scenario (CBES),

PRA 2021 Biennial Exploratory Scenario (BeS) diende als inspiratie voor stresstests voor overgangs- en fysieke risico's bij activa en verplichtingen, rekening houdend met het type belegging en de

De effecten van de drie hypothetische klimaatscenario's bestrijken een periode van 30 jaar voor geselecteerde meetwaarden van hun

Vroeg ingrijpen: de overschakeling naar een economie met een netto-uitstoot van nul begint in 2021, dus koolstoftaksen en andere beleidsmaatregelen worden tijdens de duur van het scenario geleidelijk aan strenger, wat leidt tot een daling van de wereldwijde uitstoot van koolstofdioxide tot nul rond 2050. De opwarming van het klimaat is beperkt tot 1,8°C tegen het einde van het scenario (2050) ten opzichte van het pre-industriële niveau. Sommige sectoren worden meer nadelig beïnvloed door de overgang dan andere, maar de globale impact op de bbp-groei is beperkt, vooral in de laatste helft van het scenario, zodra een aanzienlijk deel van

de vereiste overschakeling heeft plaatsgevonden en de productiviteitsvoordelen van investeringen in groene technologie

Laat ingrijpen: de overschakeling wordt uitgesteld tot 2031. Op dat moment neemt de intensiteit van het klimaatbeleid plots toe, wat leidt tot een geslaagde terugdringing van de uitstoot van broeikasgassen tot nul rond 2050, maar de overschakeling die nodig is om dat te verwezenlijken, is abrupt en daardoor chaotisch.

Door deze drie scenario's te beoordelen kan Ageas de financiële impact via 2 primaire kanalen beoordelen:

  • Fysieke risico's: geassocieerd met meer claims en hogere verliezen door klimaatgebeurtenissen (zoals overstromingen, droogte, stormen) en veranderingen in klimaattrends (zoals veranderingen in de weersomstandigheden of de stijging van de zeespiegel). Fysieke risico's kunnen worden onderverdeeld in twee categorieën:
    • Acute fysieke risico's: die ontstaan als gevolg van bepaalde gebeurtenissen, vooral weergerelateerde gebeurtenissen (bijv. overstromingen, stormen)
    • Chronische fysieke risico's: die ontstaan als gevolg van verschuivingen in klimaatpatronen op langere termijn (bijv. temperatuursveranderingen, de stijging van de zeespiegel, veranderingen in het grondwaterniveau)
  • Overgangsrisico's houden verband met de waardeverliezen van activa en hogere operationele kosten door ontwrichtingen en verschuivingen die gepaard gaan met een (plotse) overgang van een koolstofintensieve naar een koolstofarme economie.

Met deze scenario's houdt Ageas ook rekening met de aanbevelingen van de EIOPA die in april 2021 zijn gepubliceerd in haar opinie over het toezicht op het gebruik van risicoscenario's op het vlak van klimaatverandering bij de ORSA, waarbij verzekeringsondernemingen worden aangeraden belangrijke risico's op het vlak van klimaatverandering te identificeren, en de materialiteit van de blootstellingen vast te stellen door een combinatie van kwalitatieve en kwantitatieve analyse.

Aangezien de risico's in verband met de klimaatverandering pas over een lange termijn optreden, is de beoordeling niet beperkt tot de horizon voor het meerjarenbudget, maar loopt ze tot 2050 door 6 referentiejaren in aanmerking te nemen, namelijk 2026, 2031, 2035, 2040, 2045 en 20506.

Voor de activa weerspiegelen de effecten een onmiddellijke gevoeligheid onder de 3 scenario's, met een schok per type activa en sector, met een groter effect voor minder duurzame sectoren en een kleiner effect voor duurzamere sectoren. Ageas selecteerde ook de relevante financiële variabelen voor de ORSA-oefening, namelijk overheidsobligaties, bedrijfsobligaties, risicovrije curves, vastgoed en aandelen. Voor elke individuele sector worden evoluties van de bruto toegevoegde waarde (Gross Value Added – GVA) in aanmerking genomen, die weergeeft in welke mate elke individuele sector is blootgesteld aan klimaatrisico's.

De effectbeoordeling van de klimaatverandering op de verzekeringstechnische verplichtingen was een lokale oefening, gericht op zowel een kwalitatieve als een kwantitatieve beoordeling. Fysieke risico's worden geassocieerd met meer claims en hogere verliezen door klimaatgebeurtenissen (zoals overstromingen, stormen, ...) en veranderingen in klimaattrends (zoals veranderingen in de weersomstandigheden of de stijging van de zeespiegel).

Ter ondersteuning van het proces van de ontwikkeling van modellen voor klimaatverandering, voor interne risicobeoordeling en op verzoek van toezichthoudende instanties/ratingbureaus, heeft Ageas ook beslist om samen te werken met verschillende externe partners die worden beschouwd als leiders op het gebied van klimaatverandering in de verzekeringssector en met name bij de uitvoering van specifieke kwantitatieve oefeningen die zich toeleggen op natuurrampen voor entiteiten die vallen onder het Interne Model Niet-Leven.

De resultaten van de kwantitatieve scenarioanalyse, uitgevoerd om de impact van fysieke risico's op de verzekeringstechnische verplichtingen te beoordelen, tonen uiteindelijk aan dat de bedrijfsbrede bruto-effecten op toekomstige verliezen uit risico's (overstromingen, verzakkingen, …) in alle scenario's als beheersbaar worden beschouwd.

6 2026 kan in deze context nog steeds worden beschouwd als representatief voor de MYB-horizon (2022-2026), 2031 is het scharnierjaar in het subscenario waarbij pas laat wordt ingegrepen, terwijl de andere gebaseerd zijn op perioden van 5 jaar tot 2050. Alle berekeningen beginnen vanaf de balans in het tweede kwartaal van 2021, en bijgevolg omvatten ze geen andere schommelingen in de reële waarde van activa dan degene die in het subscenario zijn voorzien. Voor een langetermijnprognose is dit duidelijk geen realistische veronderstelling, maar het biedt wel een hulpmiddel voor vergelijking en laat zien hoe de huidige activamix op lange termijn kwetsbaar is voor langetermijntrends die verband houden met de klimaatverandering.

Risicobeperkende maatregelen

136 | 240

In de risicobeheerstrategie van Ageas worden er al verschillende risicobeperkende maatregelen geïdentificeerd en in aanmerking genomen, zowel voor activa als voor verplichtingen.

  • Impact24: volgens haar strategie zegt de Ageas Groep toe om EUR 10 miljard te besteden aan investeringen die positief bijdragen aan de transitie naar een duurzamere wereld, en dat ESG-factoren in aanmerking worden genomen bij 100% van de beleggingen.
  • De naleving van een kader voor verantwoord beleggen dat vereist dat ESG-factoren geïntegreerd worden in de beleggingsanalyse en het besluitvormingsproces.
  • Beleggingsbeleid: bijgewerkt met specifieke verwijzingen naar de identificatie, mitigatie en bewaking van klimaatrisico's.
  • Oordeelkundig kiezen in welke sectoren er wordt belegd. Aangezien de sectoren die het best bestand zijn tegen fysieke risico's niet noodzakelijk de sectoren zijn die het best bestand zijn tegen overgangsrisico's, moet er voor deze keuze arbitrage worden toegepast.
  • Herverzekeringsvergoeding moet de schadekosten voor natuurrampen opvangen. Risico's van natuurrampen (vooral diegene die voortvloeien uit overstromingen en stormen) worden al regelmatig op lokaal niveau gecontroleerd om ervoor te zorgen dat de modellen voor rampen en de herverzekeringsmitigatie passend blijven voor ons risicoprofiel.
  • Klimaatgerelateerde fysieke risico's op korte termijn worden in sterke mate gecompenseerd door de korte duur van verplichtingen, waardoor flexibele risicoselectie en prijszetting mogelijk zijn.
  • Externe partnerships: nauwe contacten met externe bedrijven waarvan gemeend wordt dat ze in de verzekeringssector over het beste inzicht in de klimaatverandering beschikken.
  • 'New way of working' voor medewerkers: flexibel werken en werken op afstand voor onze medewerkers mogelijk maken (beperkt de kans dat natuurrampen de activiteiten in gevaar brengen).

Het is belangrijk om op te merken dat deze oefening de eerste was die Ageas in dit belangrijke domein heeft uitgevoerd, en dat het bedrijf inspanningen zal blijven leveren om (i) modellen voor klimaatverandering te ontwikkelen en uit te breiden om extra risico's (zoals bosbranden, verzakkingen, ...) en de mogelijke gevolgen af te dekken, en (ii) deze initiële modelbenaderingen te verfijnen zodat de verkregen resultaten zo betekenisvol mogelijk zijn.

4.7 Details inzake verschillende risicoposities

De volgende secties geven meer details van de verschillende risicoblootstellingen van Ageas.

4.7.1 Financieel risico

Financieel risico betreft alle risico's die samenhangen met de waarde en resultaatontwikkeling van activa en verplichtingen die van invloed kunnen zijn op de solvabiliteit, winst en liquiditeit als gevolg van veranderingen in financiële omstandigheden. Onder andere:

  • marktrisico;
  • risico dat optreedt wanneer een tegenpartij in gebreke blijft;
  • liquiditeitsrisico;
  • risico van immateriële activa.

Het financieel risico is voor veel van de activiteiten van Ageas het meest materiële risico. In het risicokader voor alle activiteiten worden beleggingsbeleid, limieten, stresstests en regelmatige monitoring gecombineerd om de aard en omvang van de financiële risico's te beheersen en ervoor te zorgen dat de genomen risico's aanvaardbaar zijn voor de klant en de aandeelhouder en dat daar een overeenkomstig rendement tegenover staat.

137 | 240

basispunten in overweging wordt genomen.

Aandelenrisico's treden op als gevolg van de gevoeligheid van activa en verplichtingen en financiële instrumenten voor veranderingen in het niveau of volatiliteit van marktprijzen voor aandelen of hun rendement,

die van invloed kunnen zijn op de winst en de solvabiliteit.

Deze risico's worden beheerst door op basis van de risk appetite limieten vast te stellen en door een beleggingsbeleid dat een aantal controlemaatregelen vereist, zoals welke maatregelen er moeten worden getroffen bij aanzienlijke waardedalingen. Door dit risico in een eerder stadium proactief te beheren, is de blootstelling aan het

B. AANDELENRISICO

Type van actief

waarvan:

Gevoeligheden

geconsolideerde entiteiten.

Onderstaande tabel geeft het effect weer op de resultatenrekening volgens de IFRS en het eigen vermogen onder IFRS als gevolg van een daling in de rentevoeten voor geconsolideerde entiteiten. Er wordt een opwaartse/neerwaartse schok toegepast die overeenstemt met een terugkeerperiode van 1/30 jaar (gemiddeld circa 75 basispunten). Sommige entiteiten gebruiken een vereenvoudigde methode waarbij een parallelle verschuiving van 100

Rentevoet - daling 4 396 4 433 Rentevoet - stijging 2 (1.407) (8) (1.389)

Directe aandelen beleggingen 3.058 2.523 Aandelen fondsen 916 691 Private equity 191 118 Activa-allocatie fondsen 39 41 Totaal economische blootstelling aandelen 4.204 3.373 Obligatiefondsen 424 417 Geldmarktfondsen 221 244 Vastgoedfondsen (SICAFI/REITS) 1.023 1.002 Totaal blootstelling aandelen volgens IFRS-definitie 5.872 5.036

Beschikbaar voor verkoop (zie toelichting 10) 5.669 4.875 Aangehouden tegen reële waarde (zie toelichting 10) 203 161

Aandelen - Neerwaarts risico (281) (1.262) (170) (888)

Onderstaande tabel geeft het bruto effect weer op de resultatenrekening volgens de IFRS en het eigen vermogen onder IFRS als gevolg van een aandelenschok die overeenstemt met een daling in een terugkeerperiode van 1/30 jaar (circa 30% voor in de EER genoteerde aandelen) voor

crisis.

2021 2020 Effect op eigen Effect op eigen

2021 2020

2021 2020 Effect op eigen Effect op eigen

Effect op vermogen vlgs. Effect op vermogen vlgs. resultatenrekening IFRS resultatenrekening IFRS

Effect op Vermogen Effect op Vermogen Resultatenrekening vlgs. IFRS Resultatenrekening vlgs. IFRS

aandelenrisico door middel van verkoop en afdekking snel gedaald.

verzekeringsmaatschappijen solvabel blijven tijdens een financiële

Voor risicomanagementdoeleinden definieert Ageas zijn aandelenposities op basis van de economische realiteit van onderliggende activa en risico's. De totale economische positie in aandelen tegen reële waarde wordt in de volgende tabel geïllustreerd, inclusief aansluiting op de gepubliceerde cijfers onder IFRS.

Hiermee worden verliezen beperkt en kunnen

De lokale dochtermaatschappijen van Ageas bepalen de totale beleggingsmix op basis van onderzoek naar de juiste strategische mix en de adequaatheid ervan vanuit ALM oogpunt. Over de tactische allocatie beslissen ze naar aanleiding van de ontwikkelingen van de marktsituatie en -vooruitzichten. In het besluitvormingsproces gaat het bij de juiste streefmix om het vinden van een evenwicht tussen risk appetite, kapitaalvereisten, risico en rendement op de lange termijn, de verwachtingen van de polishouders, afspraken over winstdeling, belastingen en liquiditeit. De missie van de Group Risk-functie is onder meer de bewaking van de totale blootstellingen ten opzichte van de risk appetite voor financieel risico en de nauwe samenwerking met de lokale dochtermaatschappijen om het beleid en de 'best practices' tot stand te brengen die door het lokale bestuur moeten worden goedgekeurd zodat ze een onderdeel vormen van de reguliere activiteiten op lokaal niveau.

4.7.1.1 Marktrisico

Marktrisico komt voort uit ongunstige veranderingen in de financiële situatie als gevolg, direct of indirect, van fluctuaties van het niveau en de volatiliteit van marktprijzen van activa en verplichtingen. Het omvat de volgende subrisico's:

  • a. renterisico.
  • b. aandelenrisico.
  • c. spreadrisico.
  • d. valutarisico.
  • e. vastgoedrisico.
  • f. marktrisicoconcentratie.
  • g. inflatierisico.

Bij de in deze toelichting vermelde gevoeligheden is de impact voor minderheidsbelangen niet inbegrepen.

A. RENTERISICO

Renterisico bestaat voor alle activa en verplichtingen die gevoelig zijn voor veranderingen in de rentetermijnstructuur of in de volatiliteit van de rente. Dit geldt zowel voor reële als voor nominale termijnstructuren. Het risico doet zich voor als gevolg van een 'mismatch' tussen de gevoeligheid van activa en passiva voor veranderingen in de rentetarieven en de bijbehorende volatiliteit, die een ongunstige impact kan hebben op de winsten en de solvabiliteit.

Ageas meet, bewaakt en beheerst het renterisico aan de hand van een aantal indicatoren zoals kasstroomverschillenanalyse en stresstests. Het beleggingsbeleid en het ALM-beleid vereisen gewoonlijk een duidelijke afstemming tenzij afwijking geaccordeerd is. Langer lopende zaken kunnen lastiger zijn om af te stemmen aangezien geschikte activa ontbreken. In de matchingstrategie wordt rekening gehouden met de risk appetite, de beschikbaarheid van de (langetermijn)activa, de huidige en verwachte marktrente en de garantieniveaus. In voorkomende gevallen wordt gebruik gemaakt van derivaten om het renterisico af te dekken. Wij wijzen erop dat lage rentetarieven worden gedefinieerd als een strategisch risico, met focus op de structuur van vaste/variabele kosten.

Onderstaande tabel geeft het effect weer op de resultatenrekening volgens de IFRS en het eigen vermogen onder IFRS als gevolg van een daling in de rentevoeten voor geconsolideerde entiteiten. Er wordt een opwaartse/neerwaartse schok toegepast die overeenstemt met een terugkeerperiode van 1/30 jaar (gemiddeld circa 75 basispunten). Sommige entiteiten gebruiken een vereenvoudigde methode waarbij een parallelle verschuiving van 100 basispunten in overweging wordt genomen.

2021 2020
Effect op eigen Effect op eigen
Effect op Vermogen Effect op Vermogen
Resultatenrekening vlgs. IFRS Resultatenrekening vlgs. IFRS
Rentevoet - daling 4 396 4 433
Rentevoet - stijging 2 (1.407) (8) (1.389)

B. AANDELENRISICO

137 | 240

136 | 240

Risicobeperkende maatregelen

het besluitvormingsproces.

blijven voor ons risicoprofiel.

toegepast.

4.7

In de risicobeheerstrategie van Ageas worden er al verschillende risicobeperkende maatregelen geïdentificeerd en in aanmerking

Impact24: volgens haar strategie zegt de Ageas Groep toe om EUR 10 miljard te besteden aan investeringen die positief bijdragen aan de transitie naar een duurzamere wereld, en dat ESG-factoren in aanmerking worden genomen bij 100% van de beleggingen. De naleving van een kader voor verantwoord beleggen dat vereist dat ESG-factoren geïntegreerd worden in de beleggingsanalyse en

Het financieel risico is voor veel van de activiteiten van Ageas het meest materiële risico. In het risicokader voor alle activiteiten worden beleggingsbeleid, limieten, stresstests en regelmatige monitoring gecombineerd om de aard en omvang van de financiële risico's te beheersen en ervoor te zorgen dat de genomen risico's aanvaardbaar zijn voor de klant en de aandeelhouder en dat daar een overeenkomstig

De lokale dochtermaatschappijen van Ageas bepalen de totale beleggingsmix op basis van onderzoek naar de juiste strategische mix en de adequaatheid ervan vanuit ALM oogpunt. Over de tactische allocatie beslissen ze naar aanleiding van de ontwikkelingen van de marktsituatie en -vooruitzichten. In het besluitvormingsproces gaat het bij de juiste streefmix om het vinden van een evenwicht tussen risk appetite, kapitaalvereisten, risico en rendement op de lange termijn, de verwachtingen van de polishouders, afspraken over winstdeling, belastingen en liquiditeit. De missie van de Group Risk-functie is onder meer de bewaking van de totale blootstellingen ten opzichte van de risk appetite voor financieel risico en de nauwe samenwerking met de lokale dochtermaatschappijen om het beleid en de 'best practices' tot stand te brengen die door het lokale bestuur moeten worden goedgekeurd zodat ze een onderdeel vormen van de reguliere activiteiten op lokaal niveau.

Marktrisico komt voort uit ongunstige veranderingen in de financiële situatie als gevolg, direct of indirect, van fluctuaties van het niveau en de volatiliteit van marktprijzen van activa en verplichtingen.

Bij de in deze toelichting vermelde gevoeligheden is de impact voor

Renterisico bestaat voor alle activa en verplichtingen die gevoelig zijn voor veranderingen in de rentetermijnstructuur of in de volatiliteit van de rente. Dit geldt zowel voor reële als voor nominale termijnstructuren. Het

Ageas meet, bewaakt en beheerst het renterisico aan de hand van een aantal indicatoren zoals kasstroomverschillenanalyse en stresstests. Het beleggingsbeleid en het ALM-beleid vereisen gewoonlijk een duidelijke afstemming tenzij afwijking geaccordeerd is. Langer lopende zaken kunnen lastiger zijn om af te stemmen aangezien geschikte activa ontbreken. In de matchingstrategie wordt rekening gehouden met de risk appetite, de beschikbaarheid van de (langetermijn)activa, de huidige en verwachte marktrente en de garantieniveaus. In voorkomende gevallen wordt gebruik gemaakt van derivaten om het renterisico af te dekken. Wij wijzen erop dat lage rentetarieven worden gedefinieerd als een strategisch risico, met focus op de structuur van vaste/variabele kosten.

risico doet zich voor als gevolg van een 'mismatch' tussen de gevoeligheid van activa en passiva voor veranderingen in de rentetarieven en de bijbehorende volatiliteit, die een ongunstige impact

rendement tegenover staat.

4.7.1.1 Marktrisico

a. renterisico. b. aandelenrisico. c. spreadrisico. d. valutarisico. e. vastgoedrisico. f. marktrisicoconcentratie.

g. inflatierisico.

A. RENTERISICO

Het omvat de volgende subrisico's:

minderheidsbelangen niet inbegrepen.

kan hebben op de winsten en de solvabiliteit.

Beleggingsbeleid: bijgewerkt met specifieke verwijzingen naar de identificatie, mitigatie en bewaking van klimaatrisico's. Oordeelkundig kiezen in welke sectoren er wordt belegd. Aangezien de sectoren die het best bestand zijn tegen fysieke risico's niet noodzakelijk de sectoren zijn die het best bestand zijn tegen overgangsrisico's, moet er voor deze keuze arbitrage worden

Herverzekeringsvergoeding moet de schadekosten voor natuurrampen opvangen. Risico's van natuurrampen (vooral diegene die voortvloeien uit overstromingen en stormen) worden al regelmatig op lokaal niveau gecontroleerd om ervoor te zorgen dat de modellen voor rampen en de herverzekeringsmitigatie passend

Klimaatgerelateerde fysieke risico's op korte termijn worden in sterke mate gecompenseerd door de korte duur van verplichtingen, waardoor flexibele risicoselectie en prijszetting mogelijk zijn. Externe partnerships: nauwe contacten met externe bedrijven waarvan gemeend wordt dat ze in de verzekeringssector over het

'New way of working' voor medewerkers: flexibel werken en werken op afstand voor onze medewerkers mogelijk maken (beperkt de kans dat natuurrampen de activiteiten in gevaar brengen).

Het is belangrijk om op te merken dat deze oefening de eerste was die Ageas in dit belangrijke domein heeft uitgevoerd, en dat het bedrijf

klimaatverandering te ontwikkelen en uit te breiden om extra risico's (zoals bosbranden, verzakkingen, ...) en de mogelijke gevolgen af te dekken, en (ii) deze initiële modelbenaderingen te verfijnen zodat de

beste inzicht in de klimaatverandering beschikken.

inspanningen zal blijven leveren om (i) modellen voor

verkregen resultaten zo betekenisvol mogelijk zijn.

risicoblootstellingen van Ageas.

4.7.1 Financieel risico

marktrisico;

liquiditeitsrisico;

risico van immateriële activa.

Details inzake verschillende risicoposities

De volgende secties geven meer details van de verschillende

risico dat optreedt wanneer een tegenpartij in gebreke blijft;

Financieel risico betreft alle risico's die samenhangen met de waarde en resultaatontwikkeling van activa en verplichtingen die van invloed kunnen zijn op de solvabiliteit, winst en liquiditeit als gevolg van veranderingen in financiële omstandigheden. Onder andere:

genomen, zowel voor activa als voor verplichtingen.

Aandelenrisico's treden op als gevolg van de gevoeligheid van activa en verplichtingen en financiële instrumenten voor veranderingen in het niveau of volatiliteit van marktprijzen voor aandelen of hun rendement, die van invloed kunnen zijn op de winst en de solvabiliteit.

Deze risico's worden beheerst door op basis van de risk appetite limieten vast te stellen en door een beleggingsbeleid dat een aantal controlemaatregelen vereist, zoals welke maatregelen er moeten worden getroffen bij aanzienlijke waardedalingen. Door dit risico in een eerder stadium proactief te beheren, is de blootstelling aan het

aandelenrisico door middel van verkoop en afdekking snel gedaald. Hiermee worden verliezen beperkt en kunnen verzekeringsmaatschappijen solvabel blijven tijdens een financiële crisis.

Voor risicomanagementdoeleinden definieert Ageas zijn aandelenposities op basis van de economische realiteit van onderliggende activa en risico's. De totale economische positie in aandelen tegen reële waarde wordt in de volgende tabel geïllustreerd, inclusief aansluiting op de gepubliceerde cijfers onder IFRS.

2021 2020
Type van actief
Directe aandelen beleggingen 3.058 2.523
Aandelen fondsen 916 691
Private equity 191 118
Activa-allocatie fondsen 39 41
Totaal economische blootstelling aandelen 4.204 3.373
Obligatiefondsen 424 417
Geldmarktfondsen 221 244
Vastgoedfondsen (SICAFI/REITS) 1.023 1.002
Totaal blootstelling aandelen volgens IFRS-definitie 5.872 5.036
waarvan:
Beschikbaar voor verkoop (zie toelichting 10) 5.669 4.875
Aangehouden tegen reële waarde (zie toelichting 10) 203 161

Gevoeligheden

Onderstaande tabel geeft het bruto effect weer op de resultatenrekening volgens de IFRS en het eigen vermogen onder IFRS als gevolg van een aandelenschok die overeenstemt met een daling in een terugkeerperiode van 1/30 jaar (circa 30% voor in de EER genoteerde aandelen) voor geconsolideerde entiteiten.

2021 2020
Effect op eigen Effect op eigen
Effect op
resultatenrekening
vermogen vlgs.
IFRS
Effect op
resultatenrekening
vermogen vlgs.
IFRS
Aandelen - Neerwaarts risico (281) (1.262) (170) (888)

C. SPREADRISICO

138 | 240

Spreadrisico ontstaat door de gevoeligheid van de waarde van activa en verplichtingen en financiële instrumenten voor veranderingen in het niveau of in de volatiliteit van de spreads van de risicovrije rentetermijnstructuur.

Een aanzienlijk deel van de verplichtingen van Ageas is in bepaalde mate niet liquide. Ageas streeft ernaar kredietbeleggingen bij voorkeur tot einde looptijd aan te houden. De impact van het spreadrisico op lange termijn wordt hierdoor aanzienlijk beperkt, omdat Ageas deze beleggingen doorgaans tot einde looptijd aanhoudt, in lijn met zijn illiquide langlopende verplichtingen. Hoewel de volatiliteit op korte termijn aanzienlijk kan zijn, is het onwaarschijnlijk dat Ageas wordt gedwongen tegen bodemprijzen te verkopen. Ageas kan echter wel besluiten om deze activa te vereffenen als het meent dat dit de beste aanpak is.

Voor interne risicomanagementdoeleinden neemt Ageas de gevoeligheid voor het fundamentele spreadrisico op lange termijn in aanmerking overeenkomstig het Solvency II "Volatility Adjustment" concept, maar houdt daarbij rekening met de specifieke kenmerken van de portefeuille. Dit wordt gezien als meer in overeenstemming met het bedrijfsmodel van Ageas, waarbij de realisatie van minderwaarden doorgaans wordt vermeden, vergeleken met een pure mark-tomarketbenadering.

139 | 240

na afdekking genoteerd in euro's.

Waarvan geïnvesteerd in dochtermaatschappijen

Waarvan geïnvesteerd in dochtermaatschappijen

E. VASTGOEDRISICO

vastgoed of hun rendement.

Type van actief Boekwaarde

Gevoeligheden

Buiten balans (22) (678)

Buiten balans (21) (462)

Vastgoedrisico ontstaat als het resultaat van de gevoeligheid van activa en verplichtingen voor het niveau of de volatiliteit van marktprijzen van

Met het oog op risicomanagement definieert Ageas de blootstelling aan vastgoed op basis van de marktwaarde van deze activa met inbegrip van activa die worden aangehouden voor eigen gebruik en IFRS 16 leaseactiva. Deze blootstelling verschilt van de blootstelling

gerapporteerd onder de IFRS definities, die niet-gerealiseerde winsten

overeenstemt met een terugkeerperiode van 1/30 jaar (gemiddeld 14%).

Materiële vaste activa; terreinen en gebouwen voor eigen gebruik

Ongerealiseerde herwaarderingen (Economische blootstelling)

In de volgende tabel zijn de belangrijkste valutarisicoposities per 31 december weergegeven. Het betreft hier nettoposities (activa minus verplichtingen),

Per 31 december 2021 HKD GBP USD CNY INR MYR PHP THB VND RON TRY Overige Totaal activa 332 4.975 1.343 2.529 297 510 54 1.072 21 26 142 51 Totaal verplichtingen 11 4.011 1 1 7 Totaal activa minus verplichtingen 321 964 1.342 2.529 297 510 54 1.072 21 25 142 44

Netto positie 321 942 664 2.529 297 510 54 1.072 21 25 142 44

Per 31 december 2020 HKD GBP USD CNY INR MYR PHP THB VND RON TRY Overige

Totaal activa 343 3.639 963 2.078 284 462 95 1.271 17 29 67 67 Totaal verplichtingen 10 2.620 1 1 5 Totaal activa minus verplichtingen 333 1.019 962 2.078 284 462 95 1.271 17 28 67 62

Netto positie 333 998 500 2.078 284 462 95 1.271 17 28 67 62

Vastgoed (zie toelichting 11) 3.117 2.889

Vastgoed (zie toelichting 11) 1.249 1.270 Terreinen en gebouwen voor eigen gebruik (zie toelichting 16) 723 623 Totaal economische blootstelling op vastgoed 8.027 7.690

Onderstaande tabel geeft het effect weer op de resultatenrekening en het eigen vermogen onder IFRS van een stressscenario op de vastgoedmarkt dat

Neerwaarts vastgoedrisico (203) (307) (189) (281)

en parkeergarages (zie toelichting 16) 1.592 1.678 Vastgoed voor verkoop (zie toelichting 15) 323 228 Totaal (tegen geamortiseerde kostprijs) 5.032 4.795 Vastgoed fondsen (tegen reële waarde) 1.023 1.002 Totaal vastgoed blootstelling volgens IFRS definitie 6.055 5.797

of verliezen uitsluiten. De tabel hieronder definieert wat Ageas beschouwt als economische blootstelling aan vastgoed en hoe dit wordt

Voor interne risicomanagementdoeleinden past Ageas in de belangrijkste dochtermaatschappijen een intern vastgoedmodel toe. In dit model wordt vastgoedrisico behandeld overeenkomstig de onderliggende economische blootstelling in plaats van volgens de IFRS-

2021 2020

2021 2020 Effect op eigen Effect op eigen

Effect op vermogen vlgs. Effect op vermogen vlgs. resultatenrekening IFRS resultatenrekening IFRS

aangesloten bij de cijfers gerapporteerd onder IFRS.

classificatie van de activa.

en deelnemingen 324 1.003 64 2.078 269 462 54 1.271 17 29 67

en deelnemingen 332 939 63 2.529 297 510 54 1.072 21 26 142

Dit verklaart ook waarom Ageas de behandeling van het spreadrisico van de standaardformule in de SCRageas als volgt heeft herzien:

  • Opname van fundamentele spread voor EU blootstellingen aan overheidsobligaties en equivalenten.
  • Uitsluiting van niet-fundamentele spread op andere schuld.

Gevoeligheden

De gevoeligheden die in aanmerking worden genomen voor de impact van de verbreding van de creditspreads op de resultatenrekening en het eigen vermogen onder IFRS zijn afhankelijk van de kredietrating en de duration van de betreffende activa. Die stressscenario's stemmen overeen met een terugkeerperiode van 1/30 en variëren van +70 basispunten voor activa met een AAA-rating tot +200 basispunten voor activa met een BBB-rating. Bepaalde operationele entiteiten hanteren een vereenvoudigde methode waarbij er op de volledige kredietportefeuille een schok van +100 basispunten wordt toegepast.

Onderstaande tabel geeft het effect weer op de resultatenrekening en het eigen vermogen onder IFRS als gevolg van een spreadgevoeligheidsschok.

2021
Effect op eigen Effect op eigen
Effect op vermogen vlgs. Effect op vermogen vlgs.
resultatenrekening IFRS resultatenrekening IFRS
Spreadrisico - Verbredening creditspread (14) (1.291) (15) (1.385)

D. VALUTARISICO

Het valutarisico vloeit voort uit de gevoeligheid van activa en verplichtingen voor veranderingen in het niveau van valutakoersen als er een 'mismatch' is tussen de relevante valuta's van activa en verplichtingen. Op groepsniveau omvat dit risico situaties waarin Ageas activa (in dochtermaatschappijen en geassocieerde deelnemingen) of verplichtingen (van financiering) heeft in andere valuta's dan de euro.

In het beleggingsbeleid van Ageas wordt dit risico beperkt door de eis dat de 'valutamismatch' tussen activa en verplichtingen binnen

dochtermaatschappijen tot een minimum wordt beperkt. in veel gevallen wordt dat risico volledig geëlimineerd.

Het is beleid bij Ageas om de aandelenbeleggingen en permanente financiering in buitenlandse valuta's voor dochtermaatschappijen en geassocieerde deelnemingen niet af te dekken. Ageas accepteert de 'mismatch' die voortvloeit uit het eigendom van lokale dochtermaatschappijen in niet-euro valuta's als normaal voor een internationale groep.

In de volgende tabel zijn de belangrijkste valutarisicoposities per 31 december weergegeven. Het betreft hier nettoposities (activa minus verplichtingen), na afdekking genoteerd in euro's.

Per 31 december 2021 HKD GBP USD CNY INR MYR PHP THB VND RON TRY Overige
Totaal activa 332 4.975 1.343 2.529 297 510 54 1.072 21 26 142 51
Totaal verplichtingen 11 4.011 1 1 7
Totaal activa minus verplichtingen 321 964 1.342 2.529 297 510 54 1.072 21 25 142 44
Buiten balans (22) (678)
Netto positie 321 942 664 2.529 297 510 54 1.072 21 25 142 44
Waarvan geïnvesteerd in dochtermaatschappijen
en deelnemingen 332 939 63 2.529 297 510 54 1.072 21 26 142
Per 31 december 2020 HKD GBP USD CNY INR MYR PHP THB VND RON TRY Overige
Totaal activa 343 3.639 963 2.078 284 462 95 1.271 17 29 67 67
Totaal verplichtingen 10 2.620 1 1 5
Totaal activa minus verplichtingen 333 1.019 962 2.078 284 462 95 1.271 17 28 67 62
Buiten balans (21) (462)
Netto positie 333 998 500 2.078 284 462 95 1.271 17 28 67 62
Waarvan geïnvesteerd in dochtermaatschappijen
en deelnemingen 324 1.003 64 2.078 269 462 54 1.271 17 29 67

E. VASTGOEDRISICO

139 | 240

138 | 240

C. SPREADRISICO

rentetermijnstructuur.

aanpak is.

D. VALUTARISICO

Spreadrisico ontstaat door de gevoeligheid van de waarde van activa en verplichtingen en financiële instrumenten voor veranderingen in het niveau of in de volatiliteit van de spreads van de risicovrije

de portefeuille. Dit wordt gezien als meer in overeenstemming met het bedrijfsmodel van Ageas, waarbij de realisatie van minderwaarden doorgaans wordt vermeden, vergeleken met een pure mark-to-

Dit verklaart ook waarom Ageas de behandeling van het spreadrisico van de standaardformule in de SCRageas als volgt heeft herzien: Opname van fundamentele spread voor EU blootstellingen aan

De gevoeligheden die in aanmerking worden genomen voor de impact van de verbreding van de creditspreads op de resultatenrekening en het eigen vermogen onder IFRS zijn afhankelijk van de kredietrating en de duration van de betreffende activa. Die stressscenario's stemmen overeen met een terugkeerperiode van 1/30 en variëren van +70 basispunten voor activa met een AAA-rating tot +200 basispunten voor activa met een BBB-rating. Bepaalde operationele entiteiten hanteren

kredietportefeuille een schok van +100 basispunten wordt toegepast.

Effect op vermogen vlgs. Effect op vermogen vlgs. resultatenrekening IFRS resultatenrekening IFRS

dochtermaatschappijen tot een minimum wordt beperkt. in veel gevallen

Het is beleid bij Ageas om de aandelenbeleggingen en permanente financiering in buitenlandse valuta's voor dochtermaatschappijen en geassocieerde deelnemingen niet af te dekken. Ageas accepteert de

dochtermaatschappijen in niet-euro valuta's als normaal voor een

'mismatch' die voortvloeit uit het eigendom van lokale

wordt dat risico volledig geëlimineerd.

internationale groep.

2021 2020 Effect op eigen Effect op eigen

Uitsluiting van niet-fundamentele spread op andere schuld.

een vereenvoudigde methode waarbij er op de volledige

overheidsobligaties en equivalenten.

marketbenadering.

Gevoeligheden

Onderstaande tabel geeft het effect weer op de resultatenrekening en het eigen vermogen onder IFRS als gevolg van een spreadgevoeligheidsschok.

Spreadrisico - Verbredening creditspread (14) (1.291) (15) (1.385)

Een aanzienlijk deel van de verplichtingen van Ageas is in bepaalde mate niet liquide. Ageas streeft ernaar kredietbeleggingen bij voorkeur tot einde looptijd aan te houden. De impact van het spreadrisico op lange termijn wordt hierdoor aanzienlijk beperkt, omdat Ageas deze beleggingen doorgaans tot einde looptijd aanhoudt, in lijn met zijn illiquide langlopende verplichtingen. Hoewel de volatiliteit op korte termijn aanzienlijk kan zijn, is het onwaarschijnlijk dat Ageas wordt gedwongen tegen bodemprijzen te verkopen. Ageas kan echter wel besluiten om deze activa te vereffenen als het meent dat dit de beste

Voor interne risicomanagementdoeleinden neemt Ageas de gevoeligheid voor het fundamentele spreadrisico op lange termijn in aanmerking overeenkomstig het Solvency II "Volatility Adjustment" concept, maar houdt daarbij rekening met de specifieke kenmerken van

Het valutarisico vloeit voort uit de gevoeligheid van activa en verplichtingen voor veranderingen in het niveau van valutakoersen als er een 'mismatch' is tussen de relevante valuta's van activa en verplichtingen. Op groepsniveau omvat dit risico situaties waarin Ageas activa (in dochtermaatschappijen en geassocieerde deelnemingen) of verplichtingen (van financiering) heeft in andere valuta's dan de euro.

In het beleggingsbeleid van Ageas wordt dit risico beperkt door de eis dat de 'valutamismatch' tussen activa en verplichtingen binnen

Vastgoedrisico ontstaat als het resultaat van de gevoeligheid van activa en verplichtingen voor het niveau of de volatiliteit van marktprijzen van vastgoed of hun rendement.

Met het oog op risicomanagement definieert Ageas de blootstelling aan vastgoed op basis van de marktwaarde van deze activa met inbegrip van activa die worden aangehouden voor eigen gebruik en IFRS 16 leaseactiva. Deze blootstelling verschilt van de blootstelling gerapporteerd onder de IFRS definities, die niet-gerealiseerde winsten

of verliezen uitsluiten. De tabel hieronder definieert wat Ageas beschouwt als economische blootstelling aan vastgoed en hoe dit wordt aangesloten bij de cijfers gerapporteerd onder IFRS.

Voor interne risicomanagementdoeleinden past Ageas in de belangrijkste dochtermaatschappijen een intern vastgoedmodel toe. In dit model wordt vastgoedrisico behandeld overeenkomstig de onderliggende economische blootstelling in plaats van volgens de IFRSclassificatie van de activa.

2021 2020
Type van actief
Boekwaarde
Vastgoed (zie toelichting 11) 3.117 2.889
Materiële vaste activa; terreinen en gebouwen voor eigen gebruik
en parkeergarages (zie toelichting 16) 1.592 1.678
Vastgoed voor verkoop (zie toelichting 15) 323 228
Totaal (tegen geamortiseerde kostprijs) 5.032 4.795
Vastgoed fondsen (tegen reële waarde) 1.023 1.002
Totaal vastgoed blootstelling volgens IFRS definitie 6.055 5.797
Ongerealiseerde herwaarderingen (Economische blootstelling)
Vastgoed (zie toelichting 11) 1.249 1.270
Terreinen en gebouwen voor eigen gebruik (zie toelichting 16) 723 623
Totaal economische blootstelling op vastgoed 8.027 7.690

Gevoeligheden

Onderstaande tabel geeft het effect weer op de resultatenrekening en het eigen vermogen onder IFRS van een stressscenario op de vastgoedmarkt dat overeenstemt met een terugkeerperiode van 1/30 jaar (gemiddeld 14%).

2021 2020
Effect op eigen Effect op eigen
Effect op vermogen vlgs. Effect op vermogen vlgs.
resultatenrekening IFRS resultatenrekening IFRS
Neerwaarts vastgoedrisico (203) (307) (189) (281)

F. MARKTCONCENTRATIERISICO

140 | 240

Marktconcentratierisico heeft betrekking op risico's die ontstaan door een gebrek aan diversificatie van de activaportefeuille door een grote totale positie bij individuele tegenpartijen, of een aantal gecorreleerde tegenpartijen.

Concentratierisico kan ontstaan als gevolg van een grote totale positie bij individuele tegenpartijen dan wel een totale positie bij een aantal positief gecorreleerde tegenpartijen (dat wil zeggen, partijen die onder vergelijkbare omstandigheden in gebreke blijven) die potentieel tot aanzienlijke bijzondere waardeverminderingen zouden kunnen leiden in het geval van faillissement of niet-betaling.

Het vermijden van concentraties is een fundamentele factor in de kredietrisicostrategie van Ageas om liquide en gediversifieerde portefeuilles aan te houden. Elke dochtermaatschappij is verantwoordelijk voor haar eigen tegenpartijlimieten, waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke situatie van de bewuste dochtermaatschappij en vereisten op het niveau van de Groep. Het voortdurend monitoren valt eveneens onder de verantwoordelijkheid van de individuele werkmaatschappijen. De Groep volgt deze limieten aan de hand van periodieke rapportages en bewaakt de totale positie.

Met het oog op het beheer van de concentratie van kredietrisico is het risicobeleid van Ageas gericht op het spreiden van kredietrisico over verschillende sectoren en landen. Ageas houdt de grootste posities in individuele entiteiten, bedrijfsgroepen (total one obligor) en andere potentiële concentraties (sectoren en regio's) nauwlettend in de gaten. Dit om een goede spreiding te bevorderen en eventueel significant concentratierisico op tijd te signaleren.

141 | 240

ratings.

nadeel ontstaat dat het risico van het thuisland toeneemt.

De tabel hieronder geeft een overzicht van de concentratie van het kredietrisico per type en locatie van de tegenpartij per 31 december.

Overheid

Overheid

31 december 2021 Instellingen Instellingen Klanten Klanten Overige Totaal

België 20.604 2.308 2.343 1.681 166 27.102 VK 235 1.415 905 37 2.592 Continentaal Europa 19.700 13.512 5.730 20 46 39.008 - Frankrijk 6.193 4.265 1.362 20 22 11.862 - Portugal 2.530 255 241 21 3.047 - Overige 10.977 8.992 4.127 3 24.099 Azië 493 65 2 560 Overige landen 102 3.323 21 52 3.498 Totaal 40.641 21.051 9.064 1.701 303 72.760

31 december 2020 Instellingen Instellingen Klanten Klanten Overige Totaal

België 22.153 2.281 1.833 1.619 245 28.131 VK 216 1.544 820 48 2.628 Continentaal Europa 21.388 15.204 5.075 22 82 41.771 - Frankrijk 6.706 4.769 1.337 22 57 12.891 - Portugal 2.882 352 166 10 3.410 - Overige 11.800 10.083 3.572 15 25.470 Azië 279 1 280 Overige landen 110 3.385 18 56 3.569 Totaal 43.867 22.693 7.746 1.641 432 76.379

De tabel hieronder toont de hoogste blootstellingen op de uiteindelijke moedermaatschappij gemeten aan reële waarde en nominale waarde met hun

Hoogste blootstelling top 10 Groepsrating Reële waarde Nominale waarde

Koninkrijk België AA- 20.069 15.166 Franse republiek AA 6.274 4.777 Portugese republiek BBB 3.792 3.119 Koninkrijk Spanje A- 2.418 1.797 Oostenrijkse republiek AA+ 2.307 1.744 Italiaanse republiek BBB 1.541 1.537 Bondsrepubliek Duitsland AAA 1.446 1.101 BNP Paribas SA A+ 1.039 834 Europese Investeringsbank AAA 1.106 918 Europese Financiële Stabiliteitsfaciliteit (EFSF) AA+ 771 613 Totaal 40.763 31.606

Het Koninkrijk België blijft de belangrijkste tegenpartij, in overeenstemming met de strategie om zich 'op de thuismarkt terug te plooien' waardoor het

en officiële Krediet- Zakelijke Retail-

en officiële Krediet- Zakelijke Retail-

G. INFLATIERISICO

Het inflatierisico ontstaat door de impact van het volatiliteitsniveau van de inflatie op de waarde van activa en verplichtingen.

Ageas streeft er niet naar om het inflatierisico actief te beheersen, maar kan wel beslissen om activa te houden waarvan het rendement uitdrukkelijk aan de inflatie is gekoppeld. Bovendien zijn bepaalde verzekeringsverplichtingen expliciet of impliciet gekoppeld aan de inflatie. Hoewel Ageas van oordeel is dat het inflatierisico niet voldoende wordt aangepakt in het stelsel van het wettelijk kapitaal of door indirecte methoden, kan Ageas het inflatierisico wel expliciet afdekken in het kader van Pijler II. Dit wordt momenteel gedaan in landen waar er een aanzienlijk inflatierisico bestaat in verband met lijfrente in het kader van bedrijfsongevallenverzekeringen.

Onderstaande tabel geeft informatie over de concentratie van het kredietrisico per type en locatie van de Ageas entiteit per 31 december.

Overheid
en officiële Krediet- Zakelijke Retail
31 december 2021 Instellingen Instellingen Klanten Klanten Overige Totaal
België 33.435 15.281 7.924 1.681 78 58.399
VK 340 1.142 1.708 38 3.228
Continentaal Europa 6.344 2.539 712 20 82 9.697
- Frankrijk 2.014 792 51 20 22 2.899
- Portugal 4.330 1.747 661 60 6.798
Azië 4 8 12
Herverzekering 522 979 236 1.737
Algemene rekening en eliminaties* 1.106 (1.516) 97 (313)
Totaal 40.641 21.051 9.064 1.701 303 72.760
Overheid
en officiële Krediet- Zakelijke Retail
31 december 2020 Instellingen Instellingen Klanten Klanten Overige Totaal
België 36.168 16.502 6.820 1.619 81 61.190
VK 332 1.127 1.578 39 3.076
Continentaal Europa 6.867 3.017 669 22 92 10.667
- Frankrijk 2.192 889 70 22 42 3.215
- Portugal 4.675 2.128 599 50 7.452
Azië 4 1 5
Herverzekering 500 833 114 8 1.455
Algemene rekening en eliminaties* 1.210 (1.435) 211 (14)
Totaal 43.867 22.693 7.746 1.641 432 76.379

* De post 'Algemene rekening en eliminaties' is in 2021 voornamelijk verbonden met het herverzekeringsprogramma en Group Treasury.

De tabel hieronder geeft een overzicht van de concentratie van het kredietrisico per type en locatie van de tegenpartij per 31 december.

141 | 240

140 | 240

tegenpartijen.

F. MARKTCONCENTRATIERISICO

het geval van faillissement of niet-betaling.

Marktconcentratierisico heeft betrekking op risico's die ontstaan door een gebrek aan diversificatie van de activaportefeuille door een grote totale positie bij individuele tegenpartijen, of een aantal gecorreleerde Met het oog op het beheer van de concentratie van kredietrisico is het risicobeleid van Ageas gericht op het spreiden van kredietrisico over verschillende sectoren en landen. Ageas houdt de grootste posities in individuele entiteiten, bedrijfsgroepen (total one obligor) en andere potentiële concentraties (sectoren en regio's) nauwlettend in de gaten. Dit om een goede spreiding te bevorderen en eventueel significant

Het inflatierisico ontstaat door de impact van het volatiliteitsniveau van

Ageas streeft er niet naar om het inflatierisico actief te beheersen, maar kan wel beslissen om activa te houden waarvan het rendement uitdrukkelijk aan de inflatie is gekoppeld. Bovendien zijn bepaalde verzekeringsverplichtingen expliciet of impliciet gekoppeld aan de inflatie. Hoewel Ageas van oordeel is dat het inflatierisico niet voldoende wordt aangepakt in het stelsel van het wettelijk kapitaal of door indirecte methoden, kan Ageas het inflatierisico wel expliciet afdekken in het kader van Pijler II. Dit wordt momenteel gedaan in landen waar er een aanzienlijk inflatierisico bestaat in verband met lijfrente in het kader van

de inflatie op de waarde van activa en verplichtingen.

concentratierisico op tijd te signaleren.

bedrijfsongevallenverzekeringen.

en officiële Krediet- Zakelijke Retail-

en officiële Krediet- Zakelijke Retail-

Onderstaande tabel geeft informatie over de concentratie van het kredietrisico per type en locatie van de Ageas entiteit per 31 december.

Overheid

Overheid

* De post 'Algemene rekening en eliminaties' is in 2021 voornamelijk verbonden met het herverzekeringsprogramma en Group Treasury.

31 december 2021 Instellingen Instellingen Klanten Klanten Overige Totaal

België 33.435 15.281 7.924 1.681 78 58.399 VK 340 1.142 1.708 38 3.228 Continentaal Europa 6.344 2.539 712 20 82 9.697 - Frankrijk 2.014 792 51 20 22 2.899 - Portugal 4.330 1.747 661 60 6.798 Azië 4 8 12 Herverzekering 522 979 236 1.737 Algemene rekening en eliminaties* 1.106 (1.516) 97 (313) Totaal 40.641 21.051 9.064 1.701 303 72.760

31 december 2020 Instellingen Instellingen Klanten Klanten Overige Totaal

België 36.168 16.502 6.820 1.619 81 61.190 VK 332 1.127 1.578 39 3.076 Continentaal Europa 6.867 3.017 669 22 92 10.667 - Frankrijk 2.192 889 70 22 42 3.215 - Portugal 4.675 2.128 599 50 7.452 Azië 4 1 5 Herverzekering 500 833 114 8 1.455 Algemene rekening en eliminaties* 1.210 (1.435) 211 (14) Totaal 43.867 22.693 7.746 1.641 432 76.379

G. INFLATIERISICO

Concentratierisico kan ontstaan als gevolg van een grote totale positie bij individuele tegenpartijen dan wel een totale positie bij een aantal positief gecorreleerde tegenpartijen (dat wil zeggen, partijen die onder vergelijkbare omstandigheden in gebreke blijven) die potentieel tot aanzienlijke bijzondere waardeverminderingen zouden kunnen leiden in

Het vermijden van concentraties is een fundamentele factor in de kredietrisicostrategie van Ageas om liquide en gediversifieerde portefeuilles aan te houden. Elke dochtermaatschappij is

wordt gehouden met de specifieke situatie van de bewuste dochtermaatschappij en vereisten op het niveau van de Groep. Het voortdurend monitoren valt eveneens onder de verantwoordelijkheid van de individuele werkmaatschappijen. De Groep volgt deze limieten aan de hand van periodieke rapportages en bewaakt de totale positie.

verantwoordelijk voor haar eigen tegenpartijlimieten, waarbij rekening

Overheid Krediet-
Instellingen
Zakelijke
Klanten
Retail
Klanten
Overige Totaal
31 december 2021 en officiële
Instellingen
België 20.604 2.308 2.343 1.681 166 27.102
VK 235 1.415 905 37 2.592
Continentaal Europa 19.700 13.512 5.730 20 46 39.008
- Frankrijk 6.193 4.265 1.362 20 22 11.862
- Portugal 2.530 255 241 21 3.047
- Overige 10.977 8.992 4.127 3 24.099
Azië 493 65 2 560
Overige landen 102 3.323 21 52 3.498
Totaal 40.641 21.051 9.064 1.701 303 72.760
Overheid
en officiële Krediet- Zakelijke Retail
31 december 2020 Instellingen Instellingen Klanten Klanten Overige Totaal
België 22.153 2.281 1.833 1.619 245 28.131
VK 216 1.544 820 48 2.628
Continentaal Europa 21.388 15.204 5.075 22 82 41.771
- Frankrijk 6.706 4.769 1.337 22 57 12.891
- Portugal 2.882 352 166 10 3.410
- Overige 11.800 10.083 3.572 15 25.470
Azië 279 1 280
Overige landen 110 3.385 18 56 3.569
Totaal 43.867 22.693 7.746 1.641 432 76.379

De tabel hieronder toont de hoogste blootstellingen op de uiteindelijke moedermaatschappij gemeten aan reële waarde en nominale waarde met hun ratings.

Hoogste blootstelling top 10 Groepsrating Reële waarde Nominale waarde
Koninkrijk België AA- 20.069 15.166
Franse republiek AA 6.274 4.777
Portugese republiek BBB 3.792 3.119
Koninkrijk Spanje A- 2.418 1.797
Oostenrijkse republiek AA+ 2.307 1.744
Italiaanse republiek BBB 1.541 1.537
Bondsrepubliek Duitsland AAA 1.446 1.101
BNP Paribas SA A+ 1.039 834
Europese Investeringsbank AAA 1.106 918
Europese Financiële Stabiliteitsfaciliteit (EFSF) AA+ 771 613
Totaal 40.763 31.606

Het Koninkrijk België blijft de belangrijkste tegenpartij, in overeenstemming met de strategie om zich 'op de thuismarkt terug te plooien' waardoor het nadeel ontstaat dat het risico van het thuisland toeneemt.

4.7.1.2 Risico dat optreedt als een tegenpartij in gebreke blijft

Het risico dat optreedt wanneer een tegenpartij in gebreke blijft, omvat twee subrisico's:

a. wanbetalingsrisico.

142 | 240

b. tegenpartijrisico.

De blootstelling aan het kredietrisico is opgenomen in toelichting 9 Geldmiddelen en kasequivalenten, toelichting 12 Leningen, toelichting 27 Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden en toelichting 28 Toezeggingen.

De tabel hieronder geeft informatie over de bijzondere waardevermindering voor kredietrisico op 31 december.

Uitstaand
met bijzondere
waarde-
Waarde-
verminderingen
voor specifiek
2021
Dekkings-
Uitstaand
met bijzondere
waarde-
Waarde-
verminderingen
voor specifiek
2020
Dekkings
verminderingen kredietrisico ratio verminderingen kredietrisico ratio
Rentedragende investeringen (zie toelichting 10)
Totaal leningen (zie toelichting 12)
Overige vorderingen (zie toelichting 14)
6
43
32
(21)
(25)
(52)
350,0%
58,1%
162,5%
10
48
34
(22)
(26)
(54)
220,0%
54,2%
158,8%
Totaal uitstaand bedrag onderhevig aan 81 (98) 121,0% 92 (102) 110,9%

A. WANBETALINGSRISICO

Het wanbetalingsrisico voor beleggingen vertegenwoordigt het risico dat beleggingen van Ageas daadwerkelijk in gebreke blijven. Waardeschommelingen als gevolg van marktvolatiliteit op korte termijn vallen onder het marktrisico. Dit omvat geen contracten die vallen onder het tegenpartijrisico (zie B).

Dit risico wordt beheerd aan de hand van limieten waarbij rekening wordt gehouden met het soort kredietpositie, de kredietkwaliteit en, waar nodig, de looptijden. Regelmatige bewaking en waarschuwingssystemen helpen eveneens bij het beheer van kredietrisico.

Beleggingsposities worden bewaakt aan de hand van een driemaandelijkse limietoverschrijdingsrapportage. Limieten worden bewaakt op basis van de reële waarde binnen de activaclassificatie. De limieten per categorie zijn als volgt gedefinieerd.

Voor overheidsobligaties geldt een limiet per land op diverse manieren:

  • 'Macrolimieten' gedefinieerd als percentages van het bruto binnenlands product (bbp), de staatsschuld en investeringen.
  • 'Total one obligor' (TOO)-limieten als de maximale positie in één tegenpartij op basis van kredietratings.

(Her)beleggingsbeperkingen: Een grotere blootstelling aan staatsobligaties met een BBB-rating is alleen toegestaan onder de voorwaarde van een stabiel vooruitzicht. Zonder de goedkeuring van het Ageas Risk Committee geen nieuwe beleggingen in staatsleningen met een rating van BBB of lager.

143 | 240

1 Leningen

Beleggingsclassificatie

Minder dan beleggingskwaliteit

2 Rentedragende beleggingen

Totaal investeringen in rentedragende effecten,

beleggingen wordt getoond.

Beleggingsclassificatie

In de onderstaande tabel wordt de kredietkwaliteit van Leningen weergegeven.

AAA 1.402 1.361 AA 2.335 2.235 A 2.262 2.119 BBB 331 170 Beleggingsclassificatie 6.330 5.885

Zonder kredietbeoordeling 7.016 6.363 Hypothecaire leningen 1.175 1.179 Totaal bruto investeringen in leningen 14.521 13.427 Bijzondere waardeverminderingen (29) (29) Totaal netto investeringen in leningen (zie toelichting 12) 14.492 13.398

Onderstaande tabel zet de kredietkwaliteit van rentedragende beleggingen uiteen waarbij per 31 december een constant aandeel van investment grade

AAA 4.010 4.359 AA 27.883 31.065 A 6.432 8.907 BBB 13.820 12.385 Beleggingsclassificatie 52.145 56.716 Minder dan beleggingskwaliteit 195 277 Zonder kredietbeoordeling 1.734 1.665 Totaal netto investeringen in rentedragende effecten 54.074 58.658 Bijzondere waardeverminderingen 21 22

bruto (zie toelichting 10) 54.095 58.680

2021 2020 Boekwaarde Boekwaarde

2021 2020 Boekwaarde Boekwaarde

Voor bedrijfsobligaties gelden eveneens meerdere criteria:

  • Totale blootstelling aan bedrijfsobligaties als percentage van de portefeuille.
  • Limieten afhankelijk van het solvabiliteitskapitaal vereist voor spreadrisico.
  • Limieten per sector op basis van de kredietrating.
  • Bewaking van de geconcentreerde blootstelling.
  • Total one obligor.

De creditrating die Ageas toepast is gebaseerd op de op één na best beschikbare rating van Moody's, Fitch en Standard & Poors. Voor specifieke soorten blootstellingen kunnen er andere ratingbureaus worden gebruikt, bijvoorbeeld AM Best voor herverzekeringstegenpartijen. In de volgende paragrafen wordt nader ingegaan op de kredietkwaliteit van: leningen, rentedragende beleggingen, staatsobligaties, bedrijfsobligaties, banken en andere financiële instellingen.

1 Leningen

143 | 240

142 | 240

a. wanbetalingsrisico. b. tegenpartijrisico.

A. WANBETALINGSRISICO

het tegenpartijrisico (zie B).

4.7.1.2 Risico dat optreedt als een tegenpartij in gebreke blijft

aangehouden voor handelsdoeleinden en toelichting 28 Toezeggingen.

Het wanbetalingsrisico voor beleggingen vertegenwoordigt het risico dat

Waardeschommelingen als gevolg van marktvolatiliteit op korte termijn vallen onder het marktrisico. Dit omvat geen contracten die vallen onder

Dit risico wordt beheerd aan de hand van limieten waarbij rekening wordt gehouden met het soort kredietpositie, de kredietkwaliteit en, waar nodig, de looptijden. Regelmatige bewaking en waarschuwingssystemen

Voor overheidsobligaties geldt een limiet per land op diverse manieren: 'Macrolimieten' gedefinieerd als percentages van het bruto binnenlands product (bbp), de staatsschuld en investeringen. 'Total one obligor' (TOO)-limieten als de maximale positie in één

beleggingen van Ageas daadwerkelijk in gebreke blijven.

helpen eveneens bij het beheer van kredietrisico.

limieten per categorie zijn als volgt gedefinieerd.

tegenpartij op basis van kredietratings.

Beleggingsposities worden bewaakt aan de hand van een driemaandelijkse limietoverschrijdingsrapportage. Limieten worden bewaakt op basis van de reële waarde binnen de activaclassificatie. De

Het risico dat optreedt wanneer een tegenpartij in gebreke blijft, omvat twee subrisico's:

De tabel hieronder geeft informatie over de bijzondere waardevermindering voor kredietrisico op 31 december.

De blootstelling aan het kredietrisico is opgenomen in toelichting 9 Geldmiddelen en kasequivalenten, toelichting 12 Leningen, toelichting 27 Derivaten

Rentedragende investeringen (zie toelichting 10) 6 (21) 350,0% 10 (22) 220,0% Totaal leningen (zie toelichting 12) 43 (25) 58,1% 48 (26) 54,2% Overige vorderingen (zie toelichting 14) 32 (52) 162,5% 34 (54) 158,8% Totaal uitstaand bedrag onderhevig aan 81 (98) 121,0% 92 (102) 110,9%

Uitstaand Waarde- 2021 Uitstaand Waarde- 2020

waarde- voor specifiek Dekkings- waarde- voor specifiek Dekkingsverminderingen kredietrisico ratio verminderingen kredietrisico ratio

(Her)beleggingsbeperkingen: Een grotere blootstelling aan

staatsleningen met een rating van BBB of lager.

Voor bedrijfsobligaties gelden eveneens meerdere criteria: Totale blootstelling aan bedrijfsobligaties als percentage van de

Limieten per sector op basis van de kredietrating. Bewaking van de geconcentreerde blootstelling.

Limieten afhankelijk van het solvabiliteitskapitaal vereist voor

De creditrating die Ageas toepast is gebaseerd op de op één na best beschikbare rating van Moody's, Fitch en Standard & Poors. Voor specifieke soorten blootstellingen kunnen er andere ratingbureaus worden gebruikt, bijvoorbeeld AM Best voor herverzekeringstegenpartijen. In de volgende paragrafen wordt nader ingegaan op de

kredietkwaliteit van: leningen, rentedragende beleggingen, staatsobligaties, bedrijfsobligaties, banken en andere financiële

staatsobligaties met een BBB-rating is alleen toegestaan onder de voorwaarde van een stabiel vooruitzicht. Zonder de goedkeuring van het Ageas Risk Committee geen nieuwe beleggingen in

met bijzondere verminderingen met bijzondere verminderingen

portefeuille.

spreadrisico.

Total one obligor.

instellingen.

In de onderstaande tabel wordt de kredietkwaliteit van Leningen weergegeven.

2021 2020
Boekwaarde Boekwaarde
Beleggingsclassificatie
AAA 1.402 1.361
AA 2.335 2.235
A 2.262 2.119
BBB 331 170
Beleggingsclassificatie 6.330 5.885
Minder dan beleggingskwaliteit
Zonder kredietbeoordeling 7.016 6.363
Hypothecaire leningen 1.175 1.179
Totaal bruto investeringen in leningen 14.521 13.427
Bijzondere waardeverminderingen (29) (29)
Totaal netto investeringen in leningen (zie toelichting 12) 14.492 13.398

2 Rentedragende beleggingen

Onderstaande tabel zet de kredietkwaliteit van rentedragende beleggingen uiteen waarbij per 31 december een constant aandeel van investment grade beleggingen wordt getoond.

2021 2020
Boekwaarde Boekwaarde
Beleggingsclassificatie
AAA 4.010 4.359
AA 27.883 31.065
A 6.432 8.907
BBB 13.820 12.385
Beleggingsclassificatie 52.145 56.716
Minder dan beleggingskwaliteit 195 277
Zonder kredietbeoordeling 1.734 1.665
Totaal netto investeringen in rentedragende effecten 54.074 58.658
Bijzondere waardeverminderingen 21 22
Totaal investeringen in rentedragende effecten,
bruto (zie toelichting 10) 54.095 58.680

OVERHEIDSOBLIGATIES

144 | 240

In de onderstaande tabel wordt informatie gegeven over de kredietkwaliteit van overheidsobligaties.

31 december 2021 31 december 2020
Naar IFRS classificatie
Voor verkoop beschikbaar 31.140 34.302
Tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening
Held to maturity (tot einde looptijd aangehouden) 4.351 4.416
Totaal overheidsobligaties (zie toelichting 10) 35.491 38.718
Naar rating
AAA 2.251 2.273
AA 25.546 28.261
A 1.269 3.604
BBB 6.381 4.532
Totaal beleggingskwaliteit 35.447 38.670
Minder dan beleggingskwaliteit 25 27
Zonder kredietbeoordeling 19 21
Totaal minder dan beleggingsclassificatie en zonder kredietbeoordeling 44 48
Totaal overheidsobligaties 35.491 38.718

145 | 240

enz.).

diversificatie.

GEBREKE BLIJFT

B. RISICO DAT OPTREEDT ALS EEN TEGENPARTIJ IN

van onverwachte wanbetaling of een verslechtering van de

Het tegenpartijrisico houdt rekening met potentiële verliezen als gevolg

De financiële verplichtingen van Ageas en de lokale dochtermaatschappijen van Ageas betreffen vaak langetermijnverplichtingen en in het algemeen zijn activa die worden aangehouden om aan deze verplichtingen te voldoen langetermijnactiva en illiquide activa. Vorderingen en andere uitstromen van kasmiddelen kunnen

onvoorspelbaar zijn en aanzienlijk verschillen van verwachte bedragen. Als er geen liquide middelen beschikbaar zijn om een financiële verplichting na te komen als deze opeisbaar is, zullen er liquide middelen moeten worden geleend en/of zullen illiquide activa moeten worden verkocht (met mogelijk een aanzienlijk verlies tot gevolg) om aan de verplichting te voldoen. Verliezen zouden ontstaan door de korting die moet worden verleend om de activa te liquideren.

Als verzekeringsmaatschappij genereert Ageas normaal gesproken contante middelen en blijft dit risico daardoor relatief laag. Ageas houdt een kaspositie aan om bestand te zijn tegen slechte liquiditeitsomstandigheden als deze zich voordoen. Er wordt bijzondere aandacht besteed aan de verklaringen van de centrale banken over potentiële veranderingen in het monetaire beleid. Dividenduitkeringen aan aandeelhouders, evenals de kosten van de holding worden gefinancierd door dividenduitkeringen van de operationele verzekeringsentiteiten van

De oorzaken van liquiditeitsrisico in de operationele bedrijven kunnen worden gesplitst in factoren die een plotselinge toename van de behoefte aan contanten veroorzaken en factoren die leiden tot een onverwachte daling van de beschikbare middelen om aan de behoefte aan contanten te voldoen. Er zijn de volgende liquiditeitsrisico's: Verzekeringstechnische liquiditeitsrisico's: het risico dat Ageas of een lokale dochtermaatschappij een belangrijke som moet betalen om onvoorziene veranderingen te dekken in consumentengedrag (afkooprisico), plotselinge stijgingen van de frequentie van schadevorderingen of plotselinge grote schadevorderingen die ontstaan door grote of rampzalige gebeurtenissen zoals stormen,

Marktliquiditeitsrisico: het risico dat het verkoopproces zelf resulteert in verliezen door marktomstandigheden of hoge

Financierings-liquiditeitsrisico: het risico dat Ageas of een dochtermaatschappij niet in staat is voldoende middelen van buitenaf aan te trekken, omdat de activa illiquide zijn op het moment dat het nodig is (bijvoorbeeld om aan een onverwachte

Ieder bedrijf van Ageas moet ervoor zorgen dat wordt voldaan aan alle liquiditeitsvereisten. Liquiditeitsrisico's worden geïdentificeerd en bewaakt zodat de omstandigheden waarin liquiditeitsproblemen mogelijk kunnen zijn, bekend zijn en worden begrepen (bijv. onverwachte ongunstige wijzigingen in het uitloopprofiel van de verplichtingen, massaal verval, vertraging in nieuwe polissen, wijziging in de rating enz.) en men weet hoe hierop kan worden ingespeeld (bijv. de liquiditeit

aswolken, grieppandemieën enz.

grote schadevordering te voldoen).

concentraties.

van activa in een crisis).

Ageas.

kredietwaardigheid van tegenpartijen en debiteuren. De reikwijdte van het wanbetalingsrisico voor tegenpartijen omvat risicobeperkende contracten (zoals herverzekeringsovereenkomsten, effectiseringen en afgeleide producten), geldmiddelen, te ontvangen sommen van tussenpersonen, gediversifieerde hypotheekportefeuilles en andere kredietblootstelling die elders niet gedekt is (garanties, polishouders

Het risico dat een tegenpartij in gebreke blijft kan ontstaan door de inkoop van herverzekeringen of andere risicoverminderende contracten. Ageas beperkt deze vorm van risico door strikt beleid bij de keuze van tegenpartijen, eisen die worden gesteld aan zekerheden en door

Binnen Ageas wordt dit risico verminderd door de toepassing van het tegenpartijrisicobeleid en het nauwlettend volgen van de uitstaande posities van tegenpartijen. Diversificatie en het vermijden van blootstelling aan tegenpartijen met een lage kredietrating zijn

Een bijzondere waardevermindering voor een specifiek kredietrisico wordt vastgesteld als er objectieve aanwijzingen zijn dat Ageas niet alle verschuldigde bedragen in overeenstemming met de contractuele voorwaarden zal kunnen innen. De omvang van de bijzondere waardevermindering is het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde. In het geval van aan de markt verhandelde effecten is de realiseerbare waarde gelijk aan de reële waarde.

Bijzondere waardeverminderingen zijn gebaseerd op de laatste schatting door Ageas van de nog mogelijke inning en vertegenwoordigen het verlies dat Ageas denkt te zullen lijden.

faillissementsprocedure van de debiteur is afgerond en alle zekerheden zijn benut, dat de debiteur en/of garantiegever in staat van insolventie verkeren/verkeert, dat alle normale inspanningen voor de inning zijn geleverd of dat het punt van economisch verlies (dat wil zeggen, het moment waarop alle kosten samen hoger zijn dan het bedrag dat nog

Liquiditeitsrisico treedt op als Ageas onvoldoende liquide middelen heeft en niet in staat is om beleggingen en overige activa liquide te maken en te voldoen aan haar financiële verplichtingen wanneer die verschuldigd zijn. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren door een onverwachte vraag naar contanten van polishouders en andere contractuele partijen waaraan niet kan worden voldaan zonder verliezen te lijden of de bedrijfsvoering te schaden als gevolg van beperkingen op de te liquideren activa. Deze beperkingen kunnen structureel zijn of kunnen te wijten zijn aan

Voorwaarden voor afschrijving kunnen zijn dat de

kan worden geïnd) is bereikt.

4.7.1.3 Liquiditeitsrisico

marktontwrichtingen.

sleutelelementen om dit risico te ondervangen.

BEDRIJFSOBLIGATIES

In de onderstaande tabel wordt informatie gegeven over de kredietkwaliteit van bedrijfsobligaties.

31 december 2021 31 december 2020
Naar IFRS classificatie
Voor verkoop beschikbaar 11.680 12.526
Totaal bedrijfsobligaties (zie toelichting 10) 11.680 12.526
Naar rating
AAA 40 41
AA 648 876
A 3.617 3.687
BBB 6.368 6.781
Totaal beleggingskwaliteit 10.674 11.385
Minder dan beleggingskwaliteit 163 239
Zonder kredietbeoordeling 843 902
Totaal minder dan beleggingsclassificatie en zonder kredietbeoordeling 1.006 1.141
Totaal bedrijfsobligaties 11.680 12.526

BANKEN EN ANDERE FINANCIËLE INSTELLINGEN

In de onderstaande tabel wordt informatie gegeven over de kredietkwaliteit van banken en andere financiële instellingen.

31 december 2021 31 december 2020
Naar IFRS classificatie
Voor verkoop beschikbaar 6.715 7.229
Tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 134 130
Totaal banken en andere financiële instellingen(zie toelichting 10) 6.849 7.359
Naar rating
AAA 1.719 2.037
AA 1.674 1.916
A 1.544 1.604
BBB 1.070 1.072
Totaal beleggingskwaliteit 6.007 6.629
Minder dan beleggingskwaliteit 7 10
Zonder kredietbeoordeling 835 720
Totaal minder dan beleggingsclassificatie en zonder kredietbeoordeling 842 730
Totaal banken en andere financiële instellingen 6.849 7.359

B. RISICO DAT OPTREEDT ALS EEN TEGENPARTIJ IN GEBREKE BLIJFT

145 | 240

144 | 240

OVERHEIDSOBLIGATIES

Tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening

BANKEN EN ANDERE FINANCIËLE INSTELLINGEN

Naar IFRS classificatie

BEDRIJFSOBLIGATIES

Naar IFRS classificatie

Naar IFRS classificatie

Naar rating

Naar rating

Naar rating

In de onderstaande tabel wordt informatie gegeven over de kredietkwaliteit van overheidsobligaties.

In de onderstaande tabel wordt informatie gegeven over de kredietkwaliteit van bedrijfsobligaties.

Voor verkoop beschikbaar 31.140 34.302

Held to maturity (tot einde looptijd aangehouden) 4.351 4.416 Totaal overheidsobligaties (zie toelichting 10) 35.491 38.718

AAA 2.251 2.273 AA 25.546 28.261 A 1.269 3.604 BBB 6.381 4.532 Totaal beleggingskwaliteit 35.447 38.670 Minder dan beleggingskwaliteit 25 27 Zonder kredietbeoordeling 19 21 Totaal minder dan beleggingsclassificatie en zonder kredietbeoordeling 44 48 Totaal overheidsobligaties 35.491 38.718

Voor verkoop beschikbaar 11.680 12.526 Totaal bedrijfsobligaties (zie toelichting 10) 11.680 12.526

AAA 40 41 AA 648 876 A 3.617 3.687 BBB 6.368 6.781 Totaal beleggingskwaliteit 10.674 11.385 Minder dan beleggingskwaliteit 163 239 Zonder kredietbeoordeling 843 902 Totaal minder dan beleggingsclassificatie en zonder kredietbeoordeling 1.006 1.141 Totaal bedrijfsobligaties 11.680 12.526

Voor verkoop beschikbaar 6.715 7.229 Tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 134 130 Totaal banken en andere financiële instellingen(zie toelichting 10) 6.849 7.359

AAA 1.719 2.037 AA 1.674 1.916 A 1.544 1.604 BBB 1.070 1.072 Totaal beleggingskwaliteit 6.007 6.629 Minder dan beleggingskwaliteit 7 10 Zonder kredietbeoordeling 835 720 Totaal minder dan beleggingsclassificatie en zonder kredietbeoordeling 842 730 Totaal banken en andere financiële instellingen 6.849 7.359

In de onderstaande tabel wordt informatie gegeven over de kredietkwaliteit van banken en andere financiële instellingen.

31 december 2021 31 december 2020

31 december 2021 31 december 2020

31 december 2021 31 december 2020

Het tegenpartijrisico houdt rekening met potentiële verliezen als gevolg van onverwachte wanbetaling of een verslechtering van de kredietwaardigheid van tegenpartijen en debiteuren. De reikwijdte van het wanbetalingsrisico voor tegenpartijen omvat risicobeperkende contracten (zoals herverzekeringsovereenkomsten, effectiseringen en afgeleide producten), geldmiddelen, te ontvangen sommen van tussenpersonen, gediversifieerde hypotheekportefeuilles en andere kredietblootstelling die elders niet gedekt is (garanties, polishouders enz.).

Het risico dat een tegenpartij in gebreke blijft kan ontstaan door de inkoop van herverzekeringen of andere risicoverminderende contracten. Ageas beperkt deze vorm van risico door strikt beleid bij de keuze van tegenpartijen, eisen die worden gesteld aan zekerheden en door diversificatie.

Binnen Ageas wordt dit risico verminderd door de toepassing van het tegenpartijrisicobeleid en het nauwlettend volgen van de uitstaande posities van tegenpartijen. Diversificatie en het vermijden van blootstelling aan tegenpartijen met een lage kredietrating zijn sleutelelementen om dit risico te ondervangen.

Een bijzondere waardevermindering voor een specifiek kredietrisico wordt vastgesteld als er objectieve aanwijzingen zijn dat Ageas niet alle verschuldigde bedragen in overeenstemming met de contractuele voorwaarden zal kunnen innen. De omvang van de bijzondere waardevermindering is het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde. In het geval van aan de markt verhandelde effecten is de realiseerbare waarde gelijk aan de reële waarde.

Bijzondere waardeverminderingen zijn gebaseerd op de laatste schatting door Ageas van de nog mogelijke inning en vertegenwoordigen het verlies dat Ageas denkt te zullen lijden. Voorwaarden voor afschrijving kunnen zijn dat de faillissementsprocedure van de debiteur is afgerond en alle zekerheden zijn benut, dat de debiteur en/of garantiegever in staat van insolventie verkeren/verkeert, dat alle normale inspanningen voor de inning zijn geleverd of dat het punt van economisch verlies (dat wil zeggen, het moment waarop alle kosten samen hoger zijn dan het bedrag dat nog kan worden geïnd) is bereikt.

4.7.1.3 Liquiditeitsrisico

Liquiditeitsrisico treedt op als Ageas onvoldoende liquide middelen heeft en niet in staat is om beleggingen en overige activa liquide te maken en te voldoen aan haar financiële verplichtingen wanneer die verschuldigd zijn. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren door een onverwachte vraag naar contanten van polishouders en andere contractuele partijen waaraan niet kan worden voldaan zonder verliezen te lijden of de bedrijfsvoering te schaden als gevolg van beperkingen op de te liquideren activa. Deze beperkingen kunnen structureel zijn of kunnen te wijten zijn aan marktontwrichtingen.

De financiële verplichtingen van Ageas en de lokale dochtermaatschappijen van Ageas betreffen vaak langetermijnverplichtingen en in het algemeen zijn activa die worden aangehouden om aan deze verplichtingen te voldoen langetermijnactiva en illiquide activa. Vorderingen en andere uitstromen van kasmiddelen kunnen onvoorspelbaar zijn en aanzienlijk verschillen van verwachte bedragen. Als er geen liquide middelen beschikbaar zijn om een financiële verplichting na te komen als deze opeisbaar is, zullen er liquide middelen moeten worden geleend en/of zullen illiquide activa moeten worden verkocht (met mogelijk een aanzienlijk verlies tot gevolg) om aan de verplichting te voldoen. Verliezen zouden ontstaan door de korting die moet worden verleend om de activa te liquideren.

Als verzekeringsmaatschappij genereert Ageas normaal gesproken contante middelen en blijft dit risico daardoor relatief laag. Ageas houdt een kaspositie aan om bestand te zijn tegen slechte liquiditeitsomstandigheden als deze zich voordoen. Er wordt bijzondere aandacht besteed aan de verklaringen van de centrale banken over potentiële veranderingen in het monetaire beleid. Dividenduitkeringen aan aandeelhouders, evenals de kosten van de holding worden gefinancierd door dividenduitkeringen van de operationele verzekeringsentiteiten van Ageas.

De oorzaken van liquiditeitsrisico in de operationele bedrijven kunnen worden gesplitst in factoren die een plotselinge toename van de behoefte aan contanten veroorzaken en factoren die leiden tot een onverwachte daling van de beschikbare middelen om aan de behoefte aan contanten te voldoen. Er zijn de volgende liquiditeitsrisico's:

  • Verzekeringstechnische liquiditeitsrisico's: het risico dat Ageas of een lokale dochtermaatschappij een belangrijke som moet betalen om onvoorziene veranderingen te dekken in consumentengedrag (afkooprisico), plotselinge stijgingen van de frequentie van schadevorderingen of plotselinge grote schadevorderingen die ontstaan door grote of rampzalige gebeurtenissen zoals stormen, aswolken, grieppandemieën enz.
  • Marktliquiditeitsrisico: het risico dat het verkoopproces zelf resulteert in verliezen door marktomstandigheden of hoge concentraties.
  • Financierings-liquiditeitsrisico: het risico dat Ageas of een dochtermaatschappij niet in staat is voldoende middelen van buitenaf aan te trekken, omdat de activa illiquide zijn op het moment dat het nodig is (bijvoorbeeld om aan een onverwachte grote schadevordering te voldoen).

Ieder bedrijf van Ageas moet ervoor zorgen dat wordt voldaan aan alle liquiditeitsvereisten. Liquiditeitsrisico's worden geïdentificeerd en bewaakt zodat de omstandigheden waarin liquiditeitsproblemen mogelijk kunnen zijn, bekend zijn en worden begrepen (bijv. onverwachte ongunstige wijzigingen in het uitloopprofiel van de verplichtingen, massaal verval, vertraging in nieuwe polissen, wijziging in de rating enz.) en men weet hoe hierop kan worden ingespeeld (bijv. de liquiditeit van activa in een crisis).

Een overzicht van de verwachte uitstromen als gevolg van verzekeringsverplichtingen (behalve Unit-linked) wordt hierna verstrekt. Die kasstromen weerspiegelen een actuariële beste schatting op basis van contractlimieten volgens Solvency II. De totale uitstromen van de Groep als gevolg van verplichtingen worden niet gebruikt voor beheerdoeleinden, aangezien de liquiditeit wordt beheerd binnen de individuele verzekeringsmaatschappijen.

Netto uitgaande kasstromen uit verzekeringsverplichtingen per 31 december 2021 Jaar 1
2022
Jaar 2
2023
Jaar 3
2024
Jaar 4
2025
Jaar 5
2026
Verplichtingen van polishouders, exclusief unit-linked business, exclusief herverzekering 8.098 6.711 6.275 4.759 4.863
Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4 Jaar 5
Netto uitgaande kasstromen uit verzekeringsverplichtingen per 31 december 2020 2021 2022 2023 2024 2025
Verplichtingen van polishouders, exclusief unit-linked business, exclusief herverzekering 7.243 6.559 5.891 5.720 4.233

4.7.1.4 Risico van immateriële activa

Het risico van immateriële activa is het risico van verlies, of een ongunstige waardeontwikkeling van immateriële activa door een wijziging in de verwachte toekomstige voordelen die uit de immateriële activa kunnen worden gehaald. Immateriële activa kunnen bestaan uit de waarde van verworven activiteiten, parkeerconcessies en intellectuele eigendommen.

4.7.2 Verzekeringstechnisch risico

Verzekeringstechnische risico's betreffen alle risico's van verzekeringsverplichtingen als gevolg van afwijkingen in claims door de onzekerheid en timing van die claims, alsmede afwijkingen in uitgaven en verval, in vergelijking met de onderliggende hypothesen gemaakt bij de acceptatie van de polis.

Het levenrisico omvat het sterfterisico, het langlevenrisico, het invaliditeitsrisico, het morbiditeitsrisico (d.w.z. ziekte met mogelijk dodelijke afloop), het verval- en behoudrisico, het kostenrisico, het catastroferisico en het herzieningsrisico.

Tot de Niet-levenrisico's behoren het reserverisico, het premierisico en catastroferisico's. Het reserverisico hangt samen met de te betalen schadeclaims terwijl het premierisico betrekking heeft op toekomstige schadevorderingen (met uitzondering van catastrofeschades). Het catastroferisico betreft schadeclaims die door rampgebeurtenissen worden veroorzaakt, zowel natuurrampen als door mensen veroorzaakte rampen.

Elke maatschappij beheert verzekeringstechnische risico's door middel van acceptatiebeleid, productgoedkeuringsbeleid, reserveringsbeleid, beleid voor schadebeheer en herverzekeringsbeleid. Er wordt vooral op gelet dat de klantengroep die een product koopt inderdaad overeenkomt met de onderliggende aannames over klanten bij de ontwikkeling en prijsstelling van het product.

Het acceptatiebeleid wordt lokaal vastgesteld als onderdeel van het algehele Enterprise Risk Management-kader en wordt beoordeeld door actuariële medewerkers die de feitelijke schadehistorie evalueren. Er wordt gebruikgemaakt van een reeks indicatoren en hulpmiddelen voor het maken van statistische analyses om de acceptatienormen te verfijnen, met als doel het schadeverloop te verbeteren en/of te waarborgen dat de prijsstelling op de juiste wijze wordt bijgesteld.

De verzekeringsmaatschappijen streven ernaar om de premies op een niveau vast te stellen waarbij het bedrag van de premies samen met de beleggingsinkomsten die daarmee worden gegenereerd groter is dan het totale bedrag van verwachte schaden, schadeafhandelingskosten en beheerskosten. De juistheid van de prijsstelling wordt getoetst met behulp van diverse technieken en belangrijke prestatie-indicatoren die passen bij de betreffende portefeuille. Dit gebeurt zowel a priori (bijvoorbeeld beoordeling van de winstgevendheid) als a posteriori (bijvoorbeeld embedded value, combined ratio's).

147 | 240

4.7.2.1 Verzekeringsrisico's Leven Het levensverzekeringsrisico ontstaat uit de

A. STERFTE-/LANGLEVENRISICO

verzekeringstechnische criteria.

aangepast.

Ageas gebruik van ervaringstabellen met adequate

criteria, zoals leeftijd, polisjaar, verzekerde som en andere

beheren (onder G).

levensverzekeringsverplichtingen in relatie tot de gevaren die verzekerd zijn en de processen die bij de bedrijfsvoering worden gebruikt.

Verzekeringstechnische risico's Leven bestaan hoofdzakelijk uit sterfte- /langlevenrisico, invaliditeitsrisico/morbiditeitsrisico, verval- en behoudrisico, leven-kostenrisico, herzienings- en catastroferisico. Deze paragraaf beschrijft eerst deze risico's (onder A t/m F). Daarna wordt beschreven hoe de dochtermaatschappijen van Ageas deze risico's

Sterfterisico is het risico van verlies of van nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van de sterftecijfers, waarbij een toename van het sterftecijfer leidt tot een toename van de waarde van de verzekeringsverplichtingen. De sterftetabellen die gebruikt worden ten behoeve van de prijsstelling bevatten voorzichtige marges. Zoals gebruikelijk in de sector maken de dochtermaatschappijen van

zekerheidstoeslagen. Elk jaar moeten de veronderstellingen worden herzien om de verwachte sterftecijfers te vergelijken met de

ervaringsgegevens. Deze analyse vindt plaats op basis van een aantal

Langlevenrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van de sterftecijfers, waarbij een daling van het sterftecijfer leidt tot een toename van de waarde van de verzekeringsverplichtingen. Dit risico wordt beheerd door het aantal vastgestelde sterftegevallen binnen de portefeuille jaarlijks te evalueren. Wanneer blijkt dat de levensverwachting sneller toeneemt dan de sterftetabellen aangeven, worden extra voorzieningen aangelegd en worden de prijzen van nieuwe producten dienovereenkomstig

B. ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSRISICO/ INVALIDITEITSRISICO Invaliditeitsrisico/morbiditeitsrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van invaliditeits-, ziekte- of morbiditeitspercentages. Dit risico kan zich

ziektekostenpolissen en ongevallenverzekeringen voor werknemers. De verzekeringsmaatschappijen van Ageas beperken het invaliditeitsrisico door medische selectiecriteria en een passende herverzekering.

Vervalrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van het percentage

bijvoorbeeld voordoen in portefeuilles met invaliditeits- en

C. VERVAL- EN BEHOUDRISICO

Voor risicobewaking neemt Ageas de solvabiliteitskapitaalvereiste (SCR) volgens Solvency II per subrisico in aanmerking. In de tabel hierna wordt de

Samenstelling SCR met betrekking tot verzekeringsrisico 31 december 2021 31 december 2020

Levensverzekeringstechnisch risico 944 842 Gezondheidzorg verzekeringtechnisch risico 338 331 Niet-leven verzekeringstechnisch risico 875 796

polisverval en -behoud, onder andere in de vorm van polisverlenging, afkoop, premieverlagingen en andere factoren die tot lagere premies leiden. Behoudrisico is vaak een andere naam voor de volatiliteit van het premieverval en vervangingen van verlopen polissen, annuleringen

De ontwikkeling en prijsstelling van verzekeringspolissen is mede gebaseerd op aannames over de kosten van het verkopen en administreren van de polissen totdat deze vervallen of uitkeren en over het verwachte behoud. Het risico van een andere feitelijke ontwikkeling en de eventuele gevolgen daarvan worden in het stadium van de productontwikkeling in kaart gebracht. Dat risico kan worden verminderd via het productontwerp, bijvoorbeeld met een boeteclausule voor vervroegde aflossing of retentiebonussen, aanloopkosten of het spreiden van de provisie aan verzekeringsagenten om de belangen op elkaar af te stemmen of door een aanpassing van de marktwaarde waarbij de risico's in geval van verval volledig door de polishouders worden gedragen. In bepaalde markten wordt het vervalrisico ook

Leven-kostenrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in

veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van de kosten

(her)verzekeringsovereenkomsten. Het kostenrisico ontstaat als de voorziene kosten bij de prijsstelling van een garantie ontoereikend zijn

Herzieningsrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van het herzieningspercentage dat op lijfrentes wordt toegepast als gevolg van veranderingen in het juridische klimaat of in de gezondheidstoestand

de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van

om in het volgende jaar de werkelijke kosten op te vangen.

Levenscatastroferisico komt voort uit extreme of ongeregelde gebeurtenissen die levensbedreigend zijn, bijvoorbeeld nucleaire explosie, pandemie van een nieuwe infectieziekte, terrorisme of

G. HET BEHEERSEN VAN VERZEKERINGSRISICO'S LEVEN BINNEN DE VERZEKERINGSBEDRIJVEN VAN AGEAS Via interne risicorapportering per kwartaal worden verzekeringsrisico's Leven bewaakt om beter inzicht te hebben in hun blootstelling aan bepaalde gebeurtenissen en hun ontwikkeling. De meeste levensverzekeringsdochtermaatschappijen staan blootgesteld aan gelijksoortige gebeurtenissen zoals (massaal) verval, kosten en

binnen de wettelijke bedenktijd of afkopen.

beperkt door fiscale incentives.

D. LEVEN-KOSTENRISICO

E. HERZIENINGSRISICO

F. CATASTROFERISICO

van de verzekerde.

natuurrampen.

sterfte/langleven.

die worden gemaakt bij de uitvoering van

SCR voor elk type verzekeringstechnisch risico weergegeven, met vermelding van de relatieve niveaus van risico en capital consumption.

De factoren waarmee rekening wordt gehouden bij de prijsstelling voor verzekeringen verschillen per product en zijn afhankelijk van de geboden dekking en uitkeringen. De volgende factoren worden in het algemeen in overweging genomen:

  • verwachte claims van verzekeringnemers en daarmee verband houdende verwachte uitkeringen en de timing daarvan.
  • de mate en aard van de onzekerheid aangaande de verwachte uitkeringen. In dit verband worden onder meer analyses gemaakt van schadestatistieken en de ontwikkeling van jurisprudentie, economische omstandigheden en demografische ontwikkelingen.
  • overige productiekosten voor het betreffende product, zoals distributie-, marketing-, polisadministratie- en schadeadministratiekosten.
  • financiële omstandigheden die de tijdswaarde van geld weerspiegelen.
  • eisen ten aanzien van de solvabiliteit.
  • beoogde niveaus van de winstgevendheid.
  • omstandigheden in de verzekeringsmarkt, met name de prijsstelling van concurrenten voor vergelijkbare producten.

In zijn blootstelling aan de hierboven genoemde risico's profiteert Ageas van diversificatie over geografische regio's, productgroepen en zelfs verschillende verzekeringsrisicofactoren, zodat Ageas niet blootgesteld wordt aan grote concentraties verzekeringsrisico's. Daarnaast hebben de verzekeringsmaatschappijen van Ageas specifieke maatregelen getroffen om de blootstelling aan de concentratie van verzekeringsrisico's te verkleinen. Bijvoorbeeld producten die afkoopkosten in rekening brengen en/of producten die worden aangepast aan de marktwaarde beperken het verlies voor de verzekeringsmaatschappij en herverzekeringscontracten leiden tot een beperkte blootstelling aan grote verliezen.

Voor risicobewaking neemt Ageas de solvabiliteitskapitaalvereiste (SCR) volgens Solvency II per subrisico in aanmerking. In de tabel hierna wordt de SCR voor elk type verzekeringstechnisch risico weergegeven, met vermelding van de relatieve niveaus van risico en capital consumption.

Samenstelling SCR met betrekking tot verzekeringsrisico 31 december 2021 31 december 2020
Levensverzekeringstechnisch risico 944 842
Gezondheidzorg verzekeringtechnisch risico 338 331
Niet-leven verzekeringstechnisch risico 875 796

4.7.2.1 Verzekeringsrisico's Leven

147 | 240

146 | 240

4.7.1.4 Risico van immateriële activa

4.7.2 Verzekeringstechnisch risico

catastroferisico en het herzieningsrisico.

intellectuele eigendommen.

de acceptatie van de polis.

prijsstelling van het product.

rampen.

Het risico van immateriële activa is het risico van verlies, of een ongunstige waardeontwikkeling van immateriële activa door een wijziging in de verwachte toekomstige voordelen die uit de immateriële activa kunnen worden gehaald. Immateriële activa kunnen bestaan uit de waarde van verworven activiteiten, parkeerconcessies en

Verzekeringstechnische risico's betreffen alle risico's van

Het levenrisico omvat het sterfterisico, het langlevenrisico, het invaliditeitsrisico, het morbiditeitsrisico (d.w.z. ziekte met mogelijk dodelijke afloop), het verval- en behoudrisico, het kostenrisico, het

verzekeringsverplichtingen als gevolg van afwijkingen in claims door de onzekerheid en timing van die claims, alsmede afwijkingen in uitgaven en verval, in vergelijking met de onderliggende hypothesen gemaakt bij

Tot de Niet-levenrisico's behoren het reserverisico, het premierisico en catastroferisico's. Het reserverisico hangt samen met de te betalen schadeclaims terwijl het premierisico betrekking heeft op toekomstige schadevorderingen (met uitzondering van catastrofeschades). Het catastroferisico betreft schadeclaims die door rampgebeurtenissen worden veroorzaakt, zowel natuurrampen als door mensen veroorzaakte

Elke maatschappij beheert verzekeringstechnische risico's door middel van acceptatiebeleid, productgoedkeuringsbeleid, reserveringsbeleid, beleid voor schadebeheer en herverzekeringsbeleid. Er wordt vooral op gelet dat de klantengroep die een product koopt inderdaad overeenkomt met de onderliggende aannames over klanten bij de ontwikkeling en

Het acceptatiebeleid wordt lokaal vastgesteld als onderdeel van het algehele Enterprise Risk Management-kader en wordt beoordeeld door actuariële medewerkers die de feitelijke schadehistorie evalueren. Er wordt gebruikgemaakt van een reeks indicatoren en hulpmiddelen voor het maken van statistische analyses om de acceptatienormen te verfijnen, met als doel het schadeverloop te verbeteren en/of te waarborgen dat de prijsstelling op de juiste wijze wordt bijgesteld.

Een overzicht van de verwachte uitstromen als gevolg van verzekeringsverplichtingen (behalve Unit-linked) wordt hierna verstrekt. Die kasstromen weerspiegelen een actuariële beste schatting op basis van contractlimieten volgens Solvency II. De totale uitstromen van de Groep als gevolg van verplichtingen worden niet gebruikt voor beheerdoeleinden, aangezien de liquiditeit wordt beheerd binnen de individuele verzekeringsmaatschappijen.

Netto uitgaande kasstromen uit verzekeringsverplichtingen per 31 december 2021 2022 2023 2024 2025 2026

Verplichtingen van polishouders, exclusief unit-linked business, exclusief herverzekering 8.098 6.711 6.275 4.759 4.863

Netto uitgaande kasstromen uit verzekeringsverplichtingen per 31 december 2020 2021 2022 2023 2024 2025

Verplichtingen van polishouders, exclusief unit-linked business, exclusief herverzekering 7.243 6.559 5.891 5.720 4.233

Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4 Jaar 5

Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4 Jaar 5

De verzekeringsmaatschappijen streven ernaar om de premies op een niveau vast te stellen waarbij het bedrag van de premies samen met de beleggingsinkomsten die daarmee worden gegenereerd groter is dan het totale bedrag van verwachte schaden, schadeafhandelingskosten en beheerskosten. De juistheid van de prijsstelling wordt getoetst met behulp van diverse technieken en belangrijke prestatie-indicatoren die passen bij de betreffende portefeuille. Dit gebeurt zowel a priori (bijvoorbeeld beoordeling van de winstgevendheid) als a posteriori

De factoren waarmee rekening wordt gehouden bij de prijsstelling voor verzekeringen verschillen per product en zijn afhankelijk van de geboden dekking en uitkeringen. De volgende factoren worden in het

verwachte claims van verzekeringnemers en daarmee verband houdende verwachte uitkeringen en de timing daarvan. de mate en aard van de onzekerheid aangaande de verwachte uitkeringen. In dit verband worden onder meer analyses gemaakt van schadestatistieken en de ontwikkeling van jurisprudentie, economische omstandigheden en demografische ontwikkelingen. overige productiekosten voor het betreffende product, zoals distributie-, marketing-, polisadministratie- en

financiële omstandigheden die de tijdswaarde van geld

van concurrenten voor vergelijkbare producten.

getroffen om de blootstelling aan de concentratie van verzekeringsrisico's te verkleinen. Bijvoorbeeld producten die afkoopkosten in rekening brengen en/of producten die worden aangepast aan de marktwaarde beperken het verlies voor de verzekeringsmaatschappij en herverzekeringscontracten leiden tot een

beperkte blootstelling aan grote verliezen.

omstandigheden in de verzekeringsmarkt, met name de prijsstelling

In zijn blootstelling aan de hierboven genoemde risico's profiteert Ageas van diversificatie over geografische regio's, productgroepen en zelfs verschillende verzekeringsrisicofactoren, zodat Ageas niet blootgesteld wordt aan grote concentraties verzekeringsrisico's. Daarnaast hebben de verzekeringsmaatschappijen van Ageas specifieke maatregelen

(bijvoorbeeld embedded value, combined ratio's).

algemeen in overweging genomen:

schadeadministratiekosten.

eisen ten aanzien van de solvabiliteit. beoogde niveaus van de winstgevendheid.

weerspiegelen.

Het levensverzekeringsrisico ontstaat uit de

levensverzekeringsverplichtingen in relatie tot de gevaren die verzekerd zijn en de processen die bij de bedrijfsvoering worden gebruikt.

Verzekeringstechnische risico's Leven bestaan hoofdzakelijk uit sterfte- /langlevenrisico, invaliditeitsrisico/morbiditeitsrisico, verval- en behoudrisico, leven-kostenrisico, herzienings- en catastroferisico. Deze paragraaf beschrijft eerst deze risico's (onder A t/m F). Daarna wordt beschreven hoe de dochtermaatschappijen van Ageas deze risico's beheren (onder G).

A. STERFTE-/LANGLEVENRISICO

Sterfterisico is het risico van verlies of van nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van de sterftecijfers, waarbij een toename van het sterftecijfer leidt tot een toename van de waarde van de verzekeringsverplichtingen. De sterftetabellen die gebruikt worden ten behoeve van de prijsstelling bevatten voorzichtige marges. Zoals gebruikelijk in de sector maken de dochtermaatschappijen van Ageas gebruik van ervaringstabellen met adequate zekerheidstoeslagen. Elk jaar moeten de veronderstellingen worden herzien om de verwachte sterftecijfers te vergelijken met de ervaringsgegevens. Deze analyse vindt plaats op basis van een aantal criteria, zoals leeftijd, polisjaar, verzekerde som en andere verzekeringstechnische criteria.

Langlevenrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van de sterftecijfers, waarbij een daling van het sterftecijfer leidt tot een toename van de waarde van de verzekeringsverplichtingen. Dit risico wordt beheerd door het aantal vastgestelde sterftegevallen binnen de portefeuille jaarlijks te evalueren. Wanneer blijkt dat de levensverwachting sneller toeneemt dan de sterftetabellen aangeven, worden extra voorzieningen aangelegd en worden de prijzen van nieuwe producten dienovereenkomstig aangepast.

B. ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSRISICO/ INVALIDITEITSRISICO

Invaliditeitsrisico/morbiditeitsrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van invaliditeits-, ziekte- of morbiditeitspercentages. Dit risico kan zich bijvoorbeeld voordoen in portefeuilles met invaliditeits- en ziektekostenpolissen en ongevallenverzekeringen voor werknemers. De verzekeringsmaatschappijen van Ageas beperken het invaliditeitsrisico door medische selectiecriteria en een passende herverzekering.

C. VERVAL- EN BEHOUDRISICO

Vervalrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van het percentage

polisverval en -behoud, onder andere in de vorm van polisverlenging, afkoop, premieverlagingen en andere factoren die tot lagere premies leiden. Behoudrisico is vaak een andere naam voor de volatiliteit van het premieverval en vervangingen van verlopen polissen, annuleringen binnen de wettelijke bedenktijd of afkopen.

De ontwikkeling en prijsstelling van verzekeringspolissen is mede gebaseerd op aannames over de kosten van het verkopen en administreren van de polissen totdat deze vervallen of uitkeren en over het verwachte behoud. Het risico van een andere feitelijke ontwikkeling en de eventuele gevolgen daarvan worden in het stadium van de productontwikkeling in kaart gebracht. Dat risico kan worden verminderd via het productontwerp, bijvoorbeeld met een boeteclausule voor vervroegde aflossing of retentiebonussen, aanloopkosten of het spreiden van de provisie aan verzekeringsagenten om de belangen op elkaar af te stemmen of door een aanpassing van de marktwaarde waarbij de risico's in geval van verval volledig door de polishouders worden gedragen. In bepaalde markten wordt het vervalrisico ook beperkt door fiscale incentives.

D. LEVEN-KOSTENRISICO

Leven-kostenrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van de kosten die worden gemaakt bij de uitvoering van (her)verzekeringsovereenkomsten. Het kostenrisico ontstaat als de

voorziene kosten bij de prijsstelling van een garantie ontoereikend zijn om in het volgende jaar de werkelijke kosten op te vangen.

E. HERZIENINGSRISICO

Herzieningsrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van het herzieningspercentage dat op lijfrentes wordt toegepast als gevolg van veranderingen in het juridische klimaat of in de gezondheidstoestand van de verzekerde.

F. CATASTROFERISICO

Levenscatastroferisico komt voort uit extreme of ongeregelde gebeurtenissen die levensbedreigend zijn, bijvoorbeeld nucleaire explosie, pandemie van een nieuwe infectieziekte, terrorisme of natuurrampen.

G. HET BEHEERSEN VAN VERZEKERINGSRISICO'S LEVEN BINNEN DE VERZEKERINGSBEDRIJVEN VAN AGEAS

Via interne risicorapportering per kwartaal worden verzekeringsrisico's Leven bewaakt om beter inzicht te hebben in hun blootstelling aan bepaalde gebeurtenissen en hun ontwikkeling. De meeste levensverzekeringsdochtermaatschappijen staan blootgesteld aan gelijksoortige gebeurtenissen zoals (massaal) verval, kosten en sterfte/langleven.

H. GEVOELIGHEDEN OP TECHNISCHE VOORZIENINGEN

Het voornaamste hulpmiddel waarover Ageas beschikt om de gevoeligheid van de levensverzekeringsverplichtingen voor verzekeringstechnische risico's te bewaken is de driemaandelijkse risicorapportering, waarin de kapitaalvereisten per subrisico zijn opgenomen. Voor geconsolideerde entiteiten die onderworpen zijn aan Solvency II of een gelijkwaardig regime, weerspiegelen deze kapitaalvereisten de impact op het Eigen vermogen volgens Solvency II onder extreme stressscenario's voor de onderschrijvingsveronderstellingen (bijv. afkoopratio's, sterftecijfers, invaliditeits- en morbiditeitspercentages, kosten, ...) die overeenstemmen met een stressscenario van 1 op 200.

De meeste technische voorzieningen Leven bij Ageas houden verband met de spaar- en pensioenactiviteiten. Daardoor houden de belangrijkste onzekerheden over de levensverzekeringsverplichtingen van Ageas verband met marktrisico's zoals het niveau van de vastrentende spreads, het rendement op risicoactiva en de termijnstructuur van rentevoeten, en niet zozeer met verzekeringstechnische risico's zoals verval-, mortaliteits- of kostenrisico's. Voor beschermings-, lijfrente- of gezondheidsproducten kunnen verzekeringstechnische risico's voor individuele entiteiten relatief groter zijn, maar op het niveau van de Groep zijn dit niet de voornaamste risico's.

Daarom rapporteert Ageas niet regelmatig over kwantitatieve eersteordegevoeligheden voor de hele Groep. In plaats daarvan worden die risico's bewaakt in het kader van de gewone risicorapportering waarbij een economisch uitgangspunt gehanteerd wordt.

4.7.2.2 Verzekeringsrisico's Niet-leven

De verzekeringstechnische risico's Niet-leven bestaan voornamelijk uit het reserverisico, premierisico, catastroferisico en vervalrisico. Deze paragraaf beschrijft eerst deze risico's (onder A t/m D). Daarna wordt beschreven hoe de dochtermaatschappijen van Ageas deze risico's beheersen (onder E), in subparagraaf F worden de schaderatio's weergegeven, onder G de risicogevoeligheden Niet-leven en onder H zijn de schadereservetabellen te vinden.

A. RESERVERISICO

Reserverisico houdt verband met de uitstaande claims en is het risico van nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van schommelingen in het tijdstip en het bedrag van de afhandeling en kosten van schaden.

B. PREMIERISICO

Premierisico Niet-leven is het risico dat de premie ontoereikend is om alle verplichtingen te dekken, inclusief schade en kosten als gevolg van schommelingen in de schadefrequentie, de ernst van de schadeclaims, het tijdstip van de afhandeling of nadelige veranderingen in de kosten.

Het schaderisico bij Niet-leven kan om diverse redenen afwijken van de verwachte uitkomst. In een analyse wordt doorgaans anders omgegaan met claims met een lange of met een korte looptijd. Zo worden claims met een korte looptijd (zoals autoschade en schade aan goederen) over het algemeen binnen enkele dagen of weken gemeld en kort daarna afgewikkeld. De afwikkeling van claims met een lange looptijd, zoals bij lichamelijke letsels of aansprakelijkheid, kan daarentegen jaren in beslag nemen. Bij claims met een lange looptijd is, als gevolg van de aard van de schade, informatie over de gebeurtenis (bijvoorbeeld over de vereiste medische behandeling) niet altijd direct beschikbaar. Daarnaast is schade met een lange looptijd moeilijker te analyseren, zijn hiervoor meer gedetailleerde werkzaamheden vereist en is de mate van onzekerheid groter dan bij schade met een korte looptijd.

149 | 240

E. HET BEHEERSEN VAN NIET-LEVEN-RISICO'S DOOR DE VERZEKERINGSDOCHTERMAATSCHAPPIJEN

Op Groepsniveau is in verband met het bovenstaande een aantal rapportageschema's, zoals KPI-rapporten en toereikendheidstoetsen

Daarnaast is een intern model ontwikkeld om het verzekeringstechnisch risico Niet-leven voor de entiteiten en de groep beter te beheren. Het model wordt gebruikt om de optimale herverzekeringsprogramma's te vinden en zo de Niet-leven-risico's van de entiteiten te beperken, maar

verzekeren en risico's nemen. Hieronder vallen regels voor risicoacceptatie, richtlijnen op het gebied van schadebeheer, herverzekeringsactiviteiten en management in het algemeen.

ingevoerd, zowel voor schade- en premiereserves.

ook om risicoconcentratie binnen de Groep te vermijden. Weergerelateerde schadeclaims zijn een goed voorbeeld van concentratierisico's voor de Groep. Klimaatverandering verdient in dit verband bijzondere aandacht. Voor de modellen betreffende natuurverschijnselen worden externe modellen gebruikt. Ageas

G. GEVOELIGHEDEN OP TECHNISCHE VOORZIENINGEN

De reserves die in de balans zijn verantwoord voor schadeclaims en de kosten van schadeclaims worden naar schadejaar door de actuarissen en de afdeling schadebeheer geanalyseerd. Uitkeringen en reserves worden daarom in een tabel met twee tijdsperiodes weergegeven: schadejaar (jaar van de schade, in de kolommen) en kalenderjaar (ontwikkelingsjaar, op de regels). Deze zogenoemde uitfaserende driehoek laat zien hoe de schadereserve zich in de tijd ontwikkelt als gevolg van gedane betalingen en nieuwe schattingen van de uiteindelijke schade per de betreffende balansdatum.

Geconsolideerde resultatenrekening met 5%.

H. SCHADERESERVETABELLEN

Het beheersen van Niet-Leven-risico's binnen Ageas volgt de voor elke Niet-Leven-entiteit geldende instructies en richtlijnen op het gebied van waarborgt een permanente opvolging van de implicatie van klimaatverandering op deze modellen en er vindt een permanente

Schaderatio is een maatstaf die wordt gebruikt om de geschiktheid te beoordelen van het gedeelte van de premies dat wordt gehanteerd om schadeclaims te dekken. Schaderatio wordt gedefinieerd als de totale (geschatte) kosten van schade als percentage van de verdiende premies. Combined ratio is de som van schade- en lastenratio (inclusief

Over het algemeen genomen mag een combined ratio onder de 100 procent worden verwacht met een doelstelling van minder dan 96%. Vanwege de intrinsieke veranderlijkheid van het schadeclaimproces en/of ondoelmatige premies, kan de combined ratio soms boven de 100 procent bedragen. Deze situatie wordt aangepakt door middel van het

De combined ratio en de schaderatio zijn te raadplegen in toelichting 8

Alle schadeclaims zijn het gevolg van verzekeringsovereenkomsten zoals gedefinieerd onder IFRS, inclusief alle schadeovereenkomsten waarvan de reserves in driehoeksformaat kunnen worden verantwoord. De genoemde belangrijkste cijfers zijn niet contant gemaakt. De contant gemaakte schadereserve en een aantal andere verplichtingen (bijv. permanente arbeidsongeschiktheid of lijfrentes uit zorg- of ongevallenverzekeringen of schadeverzekeringen voor auto's) zijn

Alle bedragen in de tabel worden berekend tegen de van toepassing

opgenomen in de reconciliatieregels.

zijnde wisselkoers per jaareinde 2021.

Effect op resultaat Effect op resultaat voor belasting per voor belasting per

beheersen van Niet-leven risico's (zie punt E hierboven).

dialoog plaats met de aanbieders van deze modellen.

F. SCHADERATIO'S

commissies).

Segmentrapportering.

De in de onderstaande tabel getoonde Niet-leven risicogevoeligheden gaan uit van het effect op het resultaat voor belasting, rekening houdend met een afname van de kosten zoals inbegrepen in de Geconsolideerde resultatenrekening met 10% en een toename van schadelasten zoals inbegrepen in de

Gevoeligheden Niet-leven 31 december 2021 31 december 2020

Lasten (10%) 145 123 Schadelasten 5% (126) (107)

De verzekeringsmaatschappijen van Ageas houden rekening met de ervaringen met vergelijkbare gevallen en historische trends, zoals het voorzieningenpatroon, de groei van de blootstelling, schade-uitkeringen, de omvang van lopende en nog niet uitgekeerde schadegevallen, evenals gerechtelijke uitspraken en economische omstandigheden. Indien de ervaring hetzij onvoldoende wordt geacht of volledig afwezig, in het licht van de specifieke aard van de schadegebeurtenis 7 dan gebruikt Ageas betrouwbare (externe of overige) bronnen en beoordelingen, rekening houdend met zijn risicopositie.

Om het claimrisico te verminderen, passen de

verzekeringsmaatschappijen van Ageas een selectie- en acceptatiebeleid toe. De prijsstelling wordt per klantensegment en per soort activiteit bepaald, waarbij gebruik wordt gemaakt van de kennis of verwachtingen ten aanzien van de toekomstige ontwikkeling van de frequentie en omvang van claims. Daarnaast profiteren de verzekeringsmaatschappijen van Ageas van spreidingseffecten omdat de Niet-levenbedrijven actief zijn op een groot aantal verschillende terreinen en in een groot aantal verschillende regio's. Aan het gemiddeld aantal claims verandert dit niets, maar de variatie in de totale schadeportefeuille neemt hierdoor wel af, en daarmee ook het risico. Het risico van onverwacht grote schadeclaims wordt door polisbeperkingen, beheer van het concentratierisico en herverzekeringen ingeperkt.

C. CATASTROFERISICO

Catastroferisico betreft claims in verband met rampen, namelijk natuurrampen zoals storm, overstromingen, aardbevingen, ernstige vorst, tsunami's en door mensen veroorzaakte rampen zoals terrorisme, explosies of schadegevallen met doden waarbij tal van slachtoffers betrokken zijn of die neveneffecten hebben zoals vervuiling, storing in bedrijfsactiviteiten.

De vermindering van het catastroferisico vindt plaats via concentratierisicobeer en herverzekering.

D. VERVALRISICO

Vervalrisico heeft betrekking op de toekomstige premies in een premievoorziening waarbij een verwachte winst is voorzien. Vervalrisico is het risico van meer verval dan verwacht, waardoor de winst minder is dan verwacht.

7 Bijv. ENID (Events not in data)-gebeurtenissen.

E. HET BEHEERSEN VAN NIET-LEVEN-RISICO'S DOOR DE VERZEKERINGSDOCHTERMAATSCHAPPIJEN

149 | 240

148 | 240

H. GEVOELIGHEDEN OP TECHNISCHE VOORZIENINGEN Het voornaamste hulpmiddel waarover Ageas beschikt om de gevoeligheid van de levensverzekeringsverplichtingen voor verzekeringstechnische risico's te bewaken is de driemaandelijkse risicorapportering, waarin de kapitaalvereisten per subrisico zijn opgenomen. Voor geconsolideerde entiteiten die onderworpen zijn aan Solvency II of een gelijkwaardig regime, weerspiegelen deze

met claims met een lange of met een korte looptijd. Zo worden claims met een korte looptijd (zoals autoschade en schade aan goederen) over het algemeen binnen enkele dagen of weken gemeld en kort daarna afgewikkeld. De afwikkeling van claims met een lange looptijd, zoals bij lichamelijke letsels of aansprakelijkheid, kan daarentegen jaren in beslag nemen. Bij claims met een lange looptijd is, als gevolg van de aard van de schade, informatie over de gebeurtenis (bijvoorbeeld over de vereiste medische behandeling) niet altijd direct beschikbaar. Daarnaast is schade met een lange looptijd moeilijker te analyseren, zijn hiervoor meer gedetailleerde werkzaamheden vereist en is de mate van

onzekerheid groter dan bij schade met een korte looptijd.

Om het claimrisico te verminderen, passen de verzekeringsmaatschappijen van Ageas een selectie- en

De verzekeringsmaatschappijen van Ageas houden rekening met de ervaringen met vergelijkbare gevallen en historische trends, zoals het voorzieningenpatroon, de groei van de blootstelling, schade-uitkeringen, de omvang van lopende en nog niet uitgekeerde schadegevallen, evenals gerechtelijke uitspraken en economische omstandigheden. Indien de ervaring hetzij onvoldoende wordt geacht of volledig afwezig, in het licht van de specifieke aard van de schadegebeurtenis 7 dan gebruikt Ageas betrouwbare (externe of overige) bronnen en beoordelingen, rekening houdend met zijn risicopositie.

acceptatiebeleid toe. De prijsstelling wordt per klantensegment en per soort activiteit bepaald, waarbij gebruik wordt gemaakt van de kennis of verwachtingen ten aanzien van de toekomstige ontwikkeling van de frequentie en omvang van claims. Daarnaast profiteren de

verzekeringsmaatschappijen van Ageas van spreidingseffecten omdat de Niet-levenbedrijven actief zijn op een groot aantal verschillende terreinen en in een groot aantal verschillende regio's. Aan het gemiddeld aantal claims verandert dit niets, maar de variatie in de totale schadeportefeuille neemt hierdoor wel af, en daarmee ook het risico.

Het risico van onverwacht grote schadeclaims wordt door polisbeperkingen, beheer van het concentratierisico en

Catastroferisico betreft claims in verband met rampen, namelijk natuurrampen zoals storm, overstromingen, aardbevingen, ernstige vorst, tsunami's en door mensen veroorzaakte rampen zoals terrorisme, explosies of schadegevallen met doden waarbij tal van slachtoffers betrokken zijn of die neveneffecten hebben zoals vervuiling, storing in

De vermindering van het catastroferisico vindt plaats via

Vervalrisico heeft betrekking op de toekomstige premies in een premievoorziening waarbij een verwachte winst is voorzien. Vervalrisico is het risico van meer verval dan verwacht, waardoor de winst minder is

concentratierisicobeer en herverzekering.

herverzekeringen ingeperkt.

C. CATASTROFERISICO

bedrijfsactiviteiten.

D. VERVALRISICO

dan verwacht.

kapitaalvereisten de impact op het Eigen vermogen volgens Solvency II

onderschrijvingsveronderstellingen (bijv. afkoopratio's, sterftecijfers,

De meeste technische voorzieningen Leven bij Ageas houden verband

Daarom rapporteert Ageas niet regelmatig over kwantitatieve eersteordegevoeligheden voor de hele Groep. In plaats daarvan worden die risico's bewaakt in het kader van de gewone risicorapportering waarbij

De verzekeringstechnische risico's Niet-leven bestaan voornamelijk uit het reserverisico, premierisico, catastroferisico en vervalrisico. Deze paragraaf beschrijft eerst deze risico's (onder A t/m D). Daarna wordt beschreven hoe de dochtermaatschappijen van Ageas deze risico's beheersen (onder E), in subparagraaf F worden de schaderatio's weergegeven, onder G de risicogevoeligheden Niet-leven en onder H

Reserverisico houdt verband met de uitstaande claims en is het risico

verzekeringsverplichtingen als gevolg van schommelingen in het tijdstip

Premierisico Niet-leven is het risico dat de premie ontoereikend is om alle verplichtingen te dekken, inclusief schade en kosten als gevolg van schommelingen in de schadefrequentie, de ernst van de schadeclaims, het tijdstip van de afhandeling of nadelige veranderingen in de kosten.

Het schaderisico bij Niet-leven kan om diverse redenen afwijken van de verwachte uitkomst. In een analyse wordt doorgaans anders omgegaan

een economisch uitgangspunt gehanteerd wordt.

4.7.2.2 Verzekeringsrisico's Niet-leven

zijn de schadereservetabellen te vinden.

7 Bijv. ENID (Events not in data)-gebeurtenissen.

van nadelige veranderingen in de waarde van de

en het bedrag van de afhandeling en kosten van schaden.

A. RESERVERISICO

B. PREMIERISICO

invaliditeits- en morbiditeitspercentages, kosten, ...) die overeenstemmen met een stressscenario van 1 op 200.

met de spaar- en pensioenactiviteiten. Daardoor houden de belangrijkste onzekerheden over de levensverzekeringsverplichtingen van Ageas verband met marktrisico's zoals het niveau van de vastrentende spreads, het rendement op risicoactiva en de termijnstructuur van rentevoeten, en niet zozeer met verzekeringstechnische risico's zoals verval-, mortaliteits- of kostenrisico's. Voor beschermings-, lijfrente- of gezondheidsproducten kunnen verzekeringstechnische risico's voor individuele entiteiten relatief groter zijn, maar op het niveau van de Groep zijn dit niet de

onder extreme stressscenario's voor de

voornaamste risico's.

Het beheersen van Niet-Leven-risico's binnen Ageas volgt de voor elke Niet-Leven-entiteit geldende instructies en richtlijnen op het gebied van verzekeren en risico's nemen. Hieronder vallen regels voor risicoacceptatie, richtlijnen op het gebied van schadebeheer, herverzekeringsactiviteiten en management in het algemeen.

Op Groepsniveau is in verband met het bovenstaande een aantal rapportageschema's, zoals KPI-rapporten en toereikendheidstoetsen ingevoerd, zowel voor schade- en premiereserves.

Daarnaast is een intern model ontwikkeld om het verzekeringstechnisch risico Niet-leven voor de entiteiten en de groep beter te beheren. Het model wordt gebruikt om de optimale herverzekeringsprogramma's te vinden en zo de Niet-leven-risico's van de entiteiten te beperken, maar ook om risicoconcentratie binnen de Groep te vermijden. Weergerelateerde schadeclaims zijn een goed voorbeeld van concentratierisico's voor de Groep. Klimaatverandering verdient in dit verband bijzondere aandacht. Voor de modellen betreffende natuurverschijnselen worden externe modellen gebruikt. Ageas

waarborgt een permanente opvolging van de implicatie van klimaatverandering op deze modellen en er vindt een permanente dialoog plaats met de aanbieders van deze modellen.

F. SCHADERATIO'S

Schaderatio is een maatstaf die wordt gebruikt om de geschiktheid te beoordelen van het gedeelte van de premies dat wordt gehanteerd om schadeclaims te dekken. Schaderatio wordt gedefinieerd als de totale (geschatte) kosten van schade als percentage van de verdiende premies. Combined ratio is de som van schade- en lastenratio (inclusief commissies).

Over het algemeen genomen mag een combined ratio onder de 100 procent worden verwacht met een doelstelling van minder dan 96%. Vanwege de intrinsieke veranderlijkheid van het schadeclaimproces en/of ondoelmatige premies, kan de combined ratio soms boven de 100 procent bedragen. Deze situatie wordt aangepakt door middel van het beheersen van Niet-leven risico's (zie punt E hierboven).

De combined ratio en de schaderatio zijn te raadplegen in toelichting 8 Segmentrapportering.

G. GEVOELIGHEDEN OP TECHNISCHE VOORZIENINGEN

De in de onderstaande tabel getoonde Niet-leven risicogevoeligheden gaan uit van het effect op het resultaat voor belasting, rekening houdend met een afname van de kosten zoals inbegrepen in de Geconsolideerde resultatenrekening met 10% en een toename van schadelasten zoals inbegrepen in de Geconsolideerde resultatenrekening met 5%.

Gevoeligheden Niet-leven Effect op resultaat
voor belasting per
31 december 2021
Effect op resultaat
voor belasting per
31 december 2020
Lasten (10%) 145 123
Schadelasten 5% (126) (107)

H. SCHADERESERVETABELLEN

De reserves die in de balans zijn verantwoord voor schadeclaims en de kosten van schadeclaims worden naar schadejaar door de actuarissen en de afdeling schadebeheer geanalyseerd. Uitkeringen en reserves worden daarom in een tabel met twee tijdsperiodes weergegeven: schadejaar (jaar van de schade, in de kolommen) en kalenderjaar (ontwikkelingsjaar, op de regels). Deze zogenoemde uitfaserende driehoek laat zien hoe de schadereserve zich in de tijd ontwikkelt als gevolg van gedane betalingen en nieuwe schattingen van de uiteindelijke schade per de betreffende balansdatum.

Alle schadeclaims zijn het gevolg van verzekeringsovereenkomsten zoals gedefinieerd onder IFRS, inclusief alle schadeovereenkomsten waarvan de reserves in driehoeksformaat kunnen worden verantwoord. De genoemde belangrijkste cijfers zijn niet contant gemaakt. De contant gemaakte schadereserve en een aantal andere verplichtingen (bijv. permanente arbeidsongeschiktheid of lijfrentes uit zorg- of ongevallenverzekeringen of schadeverzekeringen voor auto's) zijn opgenomen in de reconciliatieregels.

Alle bedragen in de tabel worden berekend tegen de van toepassing zijnde wisselkoers per jaareinde 2021.

De schadereserve-ontwikkelingstabel per schadejaar is als volgt.

Schadejaar

150 | 240

2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021
Betalingen op:
N 1.046 997 1.107 1.083 1.327 1.235 1.241 1.257 1.182 1.449
N + 1 494 503 512 522 506 520 534 498 437
N + 2 120 115 131 135 123 118 130 130
N + 3 90 75 82 103 90 94 83
N + 4 67 60 62 51 72 62
N + 5 51 31 51 48 44
N + 6 21 18 23 17
N + 7 16 18 4
N + 8 12 8
N + 9 9
Schadekosten: (Cumulatieve betalingen
+ uitstaande claims reserve)
N 2.102 2.082 2.184 2.176 2.618 2.384 2.369 2.418 2.224 2.645
N + 1 2.069 2.027 2.168 2.160 2.618 2.359 2.409 2.308 2.157
N + 2 2.072 1.968 2.168 2.215 2.513 2.330 2.373 2.388
N + 3 2.048 1.951 2.183 2.149 2.401 2.271 2.301
N + 4 2.070 1.984 2.144 2.098 2.386 2.263
N + 5 2.074 1.971 2.101 2.105 2.360
N + 6 2.056 1.943 2.091 2.101
N + 7 2.042 1.934 2.067
N + 8 2.041 1.929
N + 9 2.031
Uiteindelijk verlies, geschat op de initiële datum 2.102 2.082 2.184 2.176 2.618 2.384 2.369 2.418 2.224 2.645
Uiteindelijk verlies, geschat in voorgaand jaar 2.041 1.934 2.091 2.105 2.386 2.271 2.373 2.308 2.224
Uiteindelijk verlies, geschat in huidig jaar 2.031 1.929 2.067 2.101 2.360 2.263 2.301 2.388 2.157 2.645
Surplus (tekort) huidig jaar ten opzichte
van initieel schadejaar 71 153 117 75 258 121 68 30 67
Surplus (tekort) huidig jaar
ten opzichte van vorig jaar 10 5 24 4 26 8 72 (80) 67
Uitstaande claims reserve voor 2012 482
Uitstaande claims reserve van 2012 tot 2021 3.428
Overige verplichtingen
(niet in tabel) 2.178
Claims ongevallenverzekeringen
en gezondheidszorg 1.563
Totaal schadereserves in de balans 7.649

151 | 240

boekjaar 2020.

herverzekering.

van het uiteindelijke verlies.

Niet-leven.

verdeeld.

4.7.2.3 Gezondheidsrisico

De schadereserve-ontwikkelingstabel per schadejaar (zie hierboven) laat de ontwikkeling zien van de uiteindelijke totale schade (in gedane betalingen en uitstaande schadereserves) voor elk schadejaar (zoals aangegeven in de kolom), per ontwikkelingsjaar (zoals aangegeven in de regel) vanaf het jaar van het optreden van de schade tot en met

De onderdelen van gezondheidsverzekeringsrisico moeten worden opgesplitst afhankelijk van het type verplichtingen: indien gelijkaardig aan levensrisico of gemodelleerd op basis van gelijkaardige technieken als die voor levensverplichtingen – we verwijzen naar sectie 4.7.2.1 Levensverzekeringsrisico's. Voor verplichtingen gelijkaardig aan Nietleven verplichtingen of gemodelleerd op een gelijkaardige manier, verwijzen we naar sectie 4.7.2.2 Verzekeringsrisico's Niet-leven.

Operationele risico's worden gedefinieerd als de risico's van verlies als gevolg van ontoereikende of falende interne processen, medewerkers,

Ageas beschouwt het operationeel risico als een overkoepelend risico dat een aantal subrisico's omvat: arbeidspraktijken en veiligheid op de werkvloer; uitvoering, oplevering en procesmanagement; technologie; interne fraude; externe fraude; schade aan materiële activa (inclusief fysieke beveiliging); klanten, producten, bedrijfs- en juridische praktijken; gedrag; naleving van de regelgeving; derden; wettelijke rapportage, informatieverschaffing en belastingen; bedrijfscontinuïteit, crisismanagement en operationele weerbaarheid; datamanagement; informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging); en modelrisico.

Om een afdoend beheer van operationele risico's te waarborgen, heeft Ageas in de hele Groep beleidslijnen en processen ingevoerd met

betrekking tot onder meer de volgende onderwerpen: beheer van de continuïteit van de onderneming;

incidentenbeheer en verzameling van verliesgegevens; beoordeling van de toereikendheid van de interne controle; in kaart brengen en rapporteren van de belangrijkste risico's.

verantwoordelijkheden met betrekking tot risicobeheer.

om onze belangrijkste operationele risico's af te dekken.

2021 mee is geconfronteerd, is nog steeds het risico van informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en

gegevensbescherming). Meer informatie wordt verstrekt in 4.6.

De strategie van Ageas voor het verminderen van operationele risico's is het minimaliseren van operationele fouten of onderbrekingen die tot reputatieschade en/of financiële verliezen kunnen leiden, ongeacht of deze door interne of externe factoren worden veroorzaakt. Wij doen dit met een sterk en robuust intern controlesysteem (ICS). Opleidings- en trainingsinitiatieven voor risicobewustzijn maken deel uit van de activiteiten van de Ageas-entiteiten omdat deze cruciaal zijn om te waarborgen dat medewerkers voldoende inzicht hebben in hun rollen en

Ageas past de standaardformule toe om het operationele risicokapitaal te berekenen. Ageas hanteert ook een op scenario's gebaseerde benadering die gebruik maakt van opinies van deskundigen en interne en externe gegevens. De geschatte frequentie en ernst worden voor elk operationeel risicoscenario vertaald in het meest waarschijnlijke potentiële verlies en het potentiële verlies in het slechtste scenario. De scenario-outputs worden gebruikt om te bepalen of het op de standaardformule gebaseerde operationele risicokapitaal voldoende is

Een van de belangrijkste operationele risico's waar de Ageas Groep in

beheer van het frauderisico; Informatiebeveiliging; Datamanagement; outsourcing en inkoop; eerlijke behandeling van klanten;

4.7.3 Operationeel risico

systemen of externe gebeurtenissen.

In de driehoek 'Betalingen' is het totale bedrag aan schadebetalingen

De tweede driehoek, 'Schadekosten', geeft de som van de cumulatieve betalingen en de uitstaande claimsreserve inclusief IBN(E)R voor elk

De regels 'Uiteindelijk verlies', geschat per de datum dat de schade voor het eerst optrad, per het vorige boekjaar en het huidige boekjaar weerspiegelt het feit dat de schatting fluctueert met de kennis en informatie die over de schadeclaim is vergaard. Hoe langer de ontwikkelingsperiode van de claims, hoe nauwkeuriger de inschatting

Het bedrag bij 'Totaal schadeverplichting in de balans' wordt verder toegelicht in sectie 19.4 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten

De belangrijkste gebeurtenis met betrekking tot het verzekeringsrisico in 2021 waren de overstromingen van juli, die kunnen worden beschouwd als de grootste natuurramp in de recente geschiedenis van België. De totale kosten ervan op het niveau van de Belgische markt worden geraamd op meer dan 2 miljard. Deze bedragen overschrijden aanzienlijk de limiet voor de dekking van overstromingen waarin de Belgische wet sinds 2006 voorziet en die momenteel 350 miljoen euro bedraagt op het niveau van de Belgische markt. De huidige schattingen van de terugkeerperiode van deze gebeurtenis lopen uiteen, maar externe wetenschappelijke studies maken melding van een

terugkeerperiode van 400 jaar. Merk wel op dat deze terugkeerperiode aanzienlijk kan worden beïnvloed door de klimaatverandering. Door het uitzonderlijke karakter van de gebeurtenis hebben de Belgische verzekeringsmaatschappijen en de gewestregeringen een overeenkomst bereikt, waarbij de verzekeringsmaatschappijen hun tussenkomst verhoogden tot het dubbele van de wettelijke limiet en de gewestregeringen ermee instemden de extra kosten tot een bepaald bedrag te dekken. Bovendien worden de door de gewesten te vergoeden kosten voorgefinancierd door de verzekeraars via een lening aan het Waalse Gewest en via een driemaandelijkse afrekening voor de andere twee gewesten. Aan het eind van het jaar bedroeg deze lening aan het Waalse Gewest 103,5 miljoen euro. Merk op dat als de totale schadelast het in de overeenkomst vermelde bedrag overschrijdt, verdere onderhandelingen zullen plaatsvinden, hetgeen betekent dat er op de sluitingsdatum nog steeds onzekerheid bestaat over de wijze waarop de kosten in verband met deze overschade zullen worden

Het verzekeringstechnisch risico Gezondheid geeft het risico weer dat ontstaat uit de verplichtingen van de gezondheidsverzekeringen. Of dat nu gebeurt op een gelijkaardige technische basis als die van de levensverzekering of niet, voortvloeiend uit zowel de gedekte gevaren

en de processen die worden gebruikt in de bedrijfsvoering.

weergegeven, verminderd met terugvorderingen, exclusief

schadejaar weer. Dit is voor aftrek van herverzekering.

De schadereserve-ontwikkelingstabel per schadejaar (zie hierboven) laat de ontwikkeling zien van de uiteindelijke totale schade (in gedane betalingen en uitstaande schadereserves) voor elk schadejaar (zoals aangegeven in de kolom), per ontwikkelingsjaar (zoals aangegeven in de regel) vanaf het jaar van het optreden van de schade tot en met boekjaar 2020.

151 | 240

150 | 240

Schadejaar

Betalingen op:

Schadekosten: (Cumulatieve betalingen + uitstaande claims reserve)

Surplus (tekort) huidig jaar ten opzichte

Surplus (tekort) huidig jaar

Overige verplichtingen

Claims ongevallenverzekeringen

De schadereserve-ontwikkelingstabel per schadejaar is als volgt.

2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021

N 1.046 997 1.107 1.083 1.327 1.235 1.241 1.257 1.182 1.449 N + 1 494 503 512 522 506 520 534 498 437 N + 2 120 115 131 135 123 118 130 130 N + 3 90 75 82 103 90 94 83 N + 4 67 60 62 51 72 62 N + 5 51 31 51 48 44 N + 6 21 18 23 17 N + 7 16 18 4 N + 8 12 8 N + 9 9

N 2.102 2.082 2.184 2.176 2.618 2.384 2.369 2.418 2.224 2.645 N + 1 2.069 2.027 2.168 2.160 2.618 2.359 2.409 2.308 2.157 N + 2 2.072 1.968 2.168 2.215 2.513 2.330 2.373 2.388 N + 3 2.048 1.951 2.183 2.149 2.401 2.271 2.301 N + 4 2.070 1.984 2.144 2.098 2.386 2.263 N + 5 2.074 1.971 2.101 2.105 2.360 N + 6 2.056 1.943 2.091 2.101 N + 7 2.042 1.934 2.067 N + 8 2.041 1.929 N + 9 2.031

Uiteindelijk verlies, geschat op de initiële datum 2.102 2.082 2.184 2.176 2.618 2.384 2.369 2.418 2.224 2.645 Uiteindelijk verlies, geschat in voorgaand jaar 2.041 1.934 2.091 2.105 2.386 2.271 2.373 2.308 2.224 Uiteindelijk verlies, geschat in huidig jaar 2.031 1.929 2.067 2.101 2.360 2.263 2.301 2.388 2.157 2.645

Uitstaande claims reserve voor 2012 482 Uitstaande claims reserve van 2012 tot 2021 3.428

(niet in tabel) 2.178

en gezondheidszorg 1.563 Totaal schadereserves in de balans 7.649

van initieel schadejaar 71 153 117 75 258 121 68 30 67

ten opzichte van vorig jaar 10 5 24 4 26 8 72 (80) 67

In de driehoek 'Betalingen' is het totale bedrag aan schadebetalingen weergegeven, verminderd met terugvorderingen, exclusief herverzekering.

De tweede driehoek, 'Schadekosten', geeft de som van de cumulatieve betalingen en de uitstaande claimsreserve inclusief IBN(E)R voor elk schadejaar weer. Dit is voor aftrek van herverzekering.

De regels 'Uiteindelijk verlies', geschat per de datum dat de schade voor het eerst optrad, per het vorige boekjaar en het huidige boekjaar weerspiegelt het feit dat de schatting fluctueert met de kennis en informatie die over de schadeclaim is vergaard. Hoe langer de ontwikkelingsperiode van de claims, hoe nauwkeuriger de inschatting van het uiteindelijke verlies.

Het bedrag bij 'Totaal schadeverplichting in de balans' wordt verder toegelicht in sectie 19.4 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-leven.

De belangrijkste gebeurtenis met betrekking tot het verzekeringsrisico in 2021 waren de overstromingen van juli, die kunnen worden beschouwd als de grootste natuurramp in de recente geschiedenis van België. De totale kosten ervan op het niveau van de Belgische markt worden geraamd op meer dan 2 miljard. Deze bedragen overschrijden aanzienlijk de limiet voor de dekking van overstromingen waarin de Belgische wet sinds 2006 voorziet en die momenteel 350 miljoen euro bedraagt op het niveau van de Belgische markt. De huidige schattingen van de terugkeerperiode van deze gebeurtenis lopen uiteen, maar externe wetenschappelijke studies maken melding van een terugkeerperiode van 400 jaar. Merk wel op dat deze terugkeerperiode aanzienlijk kan worden beïnvloed door de klimaatverandering. Door het uitzonderlijke karakter van de gebeurtenis hebben de Belgische verzekeringsmaatschappijen en de gewestregeringen een overeenkomst bereikt, waarbij de verzekeringsmaatschappijen hun tussenkomst verhoogden tot het dubbele van de wettelijke limiet en de gewestregeringen ermee instemden de extra kosten tot een bepaald bedrag te dekken. Bovendien worden de door de gewesten te vergoeden kosten voorgefinancierd door de verzekeraars via een lening aan het Waalse Gewest en via een driemaandelijkse afrekening voor de andere twee gewesten. Aan het eind van het jaar bedroeg deze lening aan het Waalse Gewest 103,5 miljoen euro. Merk op dat als de totale schadelast het in de overeenkomst vermelde bedrag overschrijdt, verdere onderhandelingen zullen plaatsvinden, hetgeen betekent dat er op de sluitingsdatum nog steeds onzekerheid bestaat over de wijze waarop de kosten in verband met deze overschade zullen worden verdeeld.

4.7.2.3 Gezondheidsrisico

Het verzekeringstechnisch risico Gezondheid geeft het risico weer dat ontstaat uit de verplichtingen van de gezondheidsverzekeringen. Of dat nu gebeurt op een gelijkaardige technische basis als die van de levensverzekering of niet, voortvloeiend uit zowel de gedekte gevaren en de processen die worden gebruikt in de bedrijfsvoering.

De onderdelen van gezondheidsverzekeringsrisico moeten worden opgesplitst afhankelijk van het type verplichtingen: indien gelijkaardig aan levensrisico of gemodelleerd op basis van gelijkaardige technieken als die voor levensverplichtingen – we verwijzen naar sectie 4.7.2.1 Levensverzekeringsrisico's. Voor verplichtingen gelijkaardig aan Nietleven verplichtingen of gemodelleerd op een gelijkaardige manier, verwijzen we naar sectie 4.7.2.2 Verzekeringsrisico's Niet-leven.

4.7.3 Operationeel risico

Operationele risico's worden gedefinieerd als de risico's van verlies als gevolg van ontoereikende of falende interne processen, medewerkers, systemen of externe gebeurtenissen.

Ageas beschouwt het operationeel risico als een overkoepelend risico dat een aantal subrisico's omvat: arbeidspraktijken en veiligheid op de werkvloer; uitvoering, oplevering en procesmanagement; technologie; interne fraude; externe fraude; schade aan materiële activa (inclusief fysieke beveiliging); klanten, producten, bedrijfs- en juridische praktijken; gedrag; naleving van de regelgeving; derden; wettelijke rapportage, informatieverschaffing en belastingen; bedrijfscontinuïteit, crisismanagement en operationele weerbaarheid; datamanagement; informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging); en modelrisico.

Om een afdoend beheer van operationele risico's te waarborgen, heeft Ageas in de hele Groep beleidslijnen en processen ingevoerd met betrekking tot onder meer de volgende onderwerpen:

  • beheer van de continuïteit van de onderneming;
  • beheer van het frauderisico;
  • Informatiebeveiliging;
  • Datamanagement;
  • outsourcing en inkoop;
  • eerlijke behandeling van klanten;
  • incidentenbeheer en verzameling van verliesgegevens;
  • beoordeling van de toereikendheid van de interne controle;
  • in kaart brengen en rapporteren van de belangrijkste risico's.

De strategie van Ageas voor het verminderen van operationele risico's is het minimaliseren van operationele fouten of onderbrekingen die tot reputatieschade en/of financiële verliezen kunnen leiden, ongeacht of deze door interne of externe factoren worden veroorzaakt. Wij doen dit met een sterk en robuust intern controlesysteem (ICS). Opleidings- en trainingsinitiatieven voor risicobewustzijn maken deel uit van de activiteiten van de Ageas-entiteiten omdat deze cruciaal zijn om te waarborgen dat medewerkers voldoende inzicht hebben in hun rollen en verantwoordelijkheden met betrekking tot risicobeheer.

Ageas past de standaardformule toe om het operationele risicokapitaal te berekenen. Ageas hanteert ook een op scenario's gebaseerde benadering die gebruik maakt van opinies van deskundigen en interne en externe gegevens. De geschatte frequentie en ernst worden voor elk operationeel risicoscenario vertaald in het meest waarschijnlijke potentiële verlies en het potentiële verlies in het slechtste scenario. De scenario-outputs worden gebruikt om te bepalen of het op de standaardformule gebaseerde operationele risicokapitaal voldoende is om onze belangrijkste operationele risico's af te dekken.

Een van de belangrijkste operationele risico's waar de Ageas Groep in 2021 mee is geconfronteerd, is nog steeds het risico van informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en gegevensbescherming). Meer informatie wordt verstrekt in 4.6.

4.7.4 Strategische & bedrijfsrisico's

152 | 240

Deze risicocategorie omvat externe en interne factoren die een invloed kunnen hebben op het vermogen van Ageas om zijn huidige ondernemingsplan uit te voeren en zijn huidige doelstellingen te bereiken, en om zich te positioneren met het oog op de verwezenlijking van aanhoudende groei en waardecreatie.

Twee van de belangrijkste strategische en bedrijfsrisico's waarmee de Ageas Groep in 2021 is geconfronteerd, zijn nog steeds het renterisico: aanhoudend lage rentevoeten / plotse stijging van de rente gecombineerd met massaal verval, en het risico van hogere inflatie. Meer informatie wordt verstrekt in 4.6.

4.7.4.1 Strategisch risico

Het risico voor de organisatie dat voortvloeit uit een onduidelijk inzicht in de strategie en een onduidelijke omzetting daarvan, onvoldoende vastgestelde niveaus van onzekerheid (risico) in verband met de strategie en/of problemen tijdens de implementatiefasen. Het omvat de volgende risico's:

  • Bedrijfsmodelrisico: het risico voor de organisatie dat voortvloeit uit ons bedrijfsmodel
  • (en dat van invloed is op de zakelijke beslissingen die wij nemen). Partnershiprisico:

het risico voor de organisatie dat voortvloeit uit partnerships, de afhankelijkheid van partnergerelateerde distributiekanalen, de beperkte operationele controle die inherent is aan joint ventures, de aanbieding van verzekeringsdiensten als onderdeel van een breder 'partnership-ecosysteem' (bijv. koppeling van verzekeringsproducten aan dienstverleners zoals Amazon, nutsbedrijven op het gebied van connected homes enz.).

De Ageas Groep heeft een sterk strategisch kader voor risicobeheer om op deze risico's te anticiperen en om ze te rapporteren en te verminderen. Het ORSA-rapport biedt een beoordeling van de algemene toereikendheid van de solvabiliteit voor de gebudgetteerde periode van drie jaar (multi-year budget of MYB), waarbij strategische risico's zijn inbegrepen.

4.7.4.2 Veranderingsrisico

Risico's voor de organisatie die voortvloeien uit het beheer van veranderingen (bijv. programma's en projecten) of het onvermogen om snel genoeg in te spelen op bedrijfstak- en marktveranderingen (bijv. regelgeving en producten).

4.7.4.3 Bedrijfstakrisico

Risico's die voortvloeien uit interne en/of externe omgevingsfactoren zoals:

macro-economische factoren die voortvloeien uit economische factoren (bijv. inflatie, deflatie, werkloosheid, veranderend consumentenvertrouwen /-gedrag enz.) die van invloed kunnen zijn op de activiteiten. Rente / inflatie / deflatie kan ook optreden via financiële en/of verzekeringsrisico's.

153 | 240

4.7.5 Herverzekering

het kredietrisico.

geliquideerd.

Productsegmenten

Indien noodzakelijk sluiten de verzekeringsbedrijven van Ageas herverzekeringscontracten af om de verzekeringstechnische risico's te verminderen. Deze herverzekering kan op polis-per-polis-basis (per risico) plaatsvinden of op portefeuillebasis (per gebeurtenis). Deze laatste gebeurtenissen zijn voornamelijk weergerelateerd (bijv. orkanen, aardbevingen en overstromingen) of ontstaan door menselijk handelen, met vele claims veroorzaakt door een afzonderlijke gebeurtenis. Voor de selectie van herverzekeringsmaatschappijen zijn voornamelijk de prijsstelling en de beheersing van het tegenpartijrisico bepalend. Het beheer van het tegenpartijrisico is geïntegreerd in het totale beheer van

De verzekeringsmaatschappijen in scope voor Intreas zijn:

Specifieke minderheidsparticipaties in bijvoorbeeld Thailand, Turkije

Om in overeenstemming te zijn met zijn risk appetite, vermindert ageas NV/SA een gedeelte van het risico op de aangegane contracten door de aankoop van groepsretrocessiedekkingen en/of dekkingen die zijn eigen balans beschermen. ageas NV/SA onderschrijft ook proportionele overeenkomsten, die een deel van de Niet-leven-activiteiten van de

Sinds de overdracht van de activiteiten van Intreas aan ageas NV/SA werd de governance aangepast om te voldoen en te opereren binnen het risicomanagementkader van Ageas en om de procesbeheersing te

Waarschijnlijk maximaal Waarschijnlijk maximaal

catastrofedekking voor Auto overige onder de vastgoedherverzekeringsovereenkomsten valt, wordt het genoemde behoud beschouwd als het

De premies die per productsegment zijn betaald aan herverzekeraars worden gepresenteerd in Toelichting 30 'Verzekeringspremies'.

maximale bedrag waaraan Ageas blootgesteld is.

Voor het behoud per gebeurtenis nemen we de maximale gecombineerde blootstelling van AIL, AGI en ageas NV/SA in

AG Insurance, België; Ageas Insurance Limited, VK; Ageas Ocidental, Portugal; Ageas Seguros Non-Life, Portugal;

Medis, Portugal; Ageas Frankrijk;

en India.

dochtermaatschappijen dekken.

laten voldoen aan de standaarden van de Groep.

Ageas richtte een interne herverzekeringsmaatschappij op, genaamd Intreas NV, die in juni 2015 een licentie in Nederland verkreeg. In 2018 verkreeg Ageas een vergunning voor Leven en voor Niet-Leven voor ageas NV/SA in België. In de loop van 2019 werden de activiteiten van Intreas NV volledig overgedragen aan ageas NV/SA en werd Intreas NV

De reden voor het aanvragen van een vergunning voor ageas NV/SA is het optimaliseren van het herverzekeringsprogramma van Ageas door het harmoniseren van risicoprofielen doorheen gecontroleerde limieten/entiteiten en om het kapitaalbeheer te verbeteren.

De tabel geeft het hoogste bedrag (met als maximum een

de Groep voor een soortgelijke dekking waarvoor Ageas de verantwoordelijkheid neemt om dreigende risico's te beperken. Bedragen die hoger zijn dan in de tabel weergegeven, worden overgedragen naar derde herverzekeraars. De hoogte hangt af van het type gebeurtenis dat door deze herverzekeringsovereenkomsten wordt gedekt: per individueel risico of per gebeurtenis. Aangezien de

rendementsperiode van 200 jaar) per risico weer voor alle entiteiten van

In de volgende tabel wordt een overzicht gegeven van het behoud van het risico per productsegment van Ageas (in miljoen EUR).

2021 verlies per risico verlies per gebeurtenis

Auto, wettelijke aansprakelijkheid 4 4 Terrorism 4 43 Vastgoed 4 99 Wettelijke aansprakelijkheid algemeen 4 7 Bedrijfsongevallenverzekering 3 3 Persoonlijke ongevallen 3 3

aanmerking.

  • geopolitieke factoren die ons vermogen beïnvloeden om activiteiten uit te voeren of te ontwikkelen in de verschillende landen waar wij actief zijn / willen zijn.
  • veranderende voorkeuren / klantgedrag.
  • innovatie vanuit interne (eigen verzekeringsdiensten en gelanceerde producten enz.) en externe factoren (bijv. blockchain, zelfrijdende auto's enz.).
  • concurrentierisico's ontstaan door veranderingen in het concurrentielandschap of de marktpositie.

4.7.4.4 Systeemrisico

Het risico van verstoring van financiële dienstverleners met mogelijk ernstige gevolgen voor het financiële systeem en/of de reële economie. Systeemrisicogebeurtenissen kunnen hun oorsprong vinden in, zich verspreiden via, of buiten Ageas blijven.

4.7.4.5 Duurzaamheidsrisico

Een duurzaamheidsrisico is een onzekere ecologische, sociale of governance-gebeurtenis (ESG) die, indien ze plaatsvindt, een aanzienlijke negatieve impact op Ageas kan hebben. Het zijn ook de kansen die Ageas mogelijk kan aangrijpen vanwege veranderingen in omgevings- of sociale factoren. Ecologie heeft betrekking op de kwaliteit en de werking van het natuurlijke milieu en de natuurlijke systemen, en onze positieve bijdrage daaraan. Sociaal heeft betrekking op de rechten, het welzijn en de belangen van mensen en gemeenschappen. Governance heeft betrekking op elementen zoals de structuur van de Raad van Bestuur, het loon van managers, aandeelhoudersrechten en de interactie met stakeholders…

De impact van ESG-risico's wordt in overweging genomen en gerapporteerd volgens twee pijlers:

  • Fysiek risico (risico's die ontstaan als gevolg van de fysieke effecten van de klimaatverandering) – de impact op het bedrijf doordat fysieke risico's zich voordoen (bijv. schade aan de vastgoedportefeuille, aan het welzijn van mensen door lange lockdowns / snelle veranderingen in werkcultuur, technologie…).
  • Overgangsrisico (risico's die ontstaan als gevolg van de overschakeling naar een koolstofarme en klimaatbestendige economie) – de impact op het bedrijf als gevolg van de overgangsmaatregelen die worden genomen/ingezet met het oog op een ESG-ondersteunde economie.

Duurzaamheidsrisico's zijn een onderdeel van de risicoclassificatie en worden in overweging genomen via de risico-in-uitvoeringscyclus binnen de Ageas Key Risk Reporting (KRR) en Emerging Risk Reporting (ERR) processen. Daarnaast zijn er in het kader van de ORSA van 2021 stresstests voor klimaatverandering uitgevoerd.

op de activiteiten. Rente / inflatie / deflatie kan ook optreden via

geopolitieke factoren die ons vermogen beïnvloeden om activiteiten uit te voeren of te ontwikkelen in de verschillende landen waar wij

gelanceerde producten enz.) en externe factoren (bijv. blockchain,

financiële en/of verzekeringsrisico's.

veranderende voorkeuren / klantgedrag.

innovatie vanuit interne (eigen verzekeringsdiensten en

concurrentierisico's ontstaan door veranderingen in het concurrentielandschap of de marktpositie.

Het risico van verstoring van financiële dienstverleners met mogelijk ernstige gevolgen voor het financiële systeem en/of de reële economie. Systeemrisicogebeurtenissen kunnen hun oorsprong vinden in, zich

Een duurzaamheidsrisico is een onzekere ecologische, sociale of governance-gebeurtenis (ESG) die, indien ze plaatsvindt, een aanzienlijke negatieve impact op Ageas kan hebben. Het zijn ook de kansen die Ageas mogelijk kan aangrijpen vanwege veranderingen in omgevings- of sociale factoren. Ecologie heeft betrekking op de kwaliteit en de werking van het natuurlijke milieu en de natuurlijke systemen, en onze positieve bijdrage daaraan. Sociaal heeft betrekking op de rechten, het welzijn en de belangen van mensen en gemeenschappen. Governance heeft betrekking op elementen zoals de structuur van de Raad van Bestuur, het loon van managers, aandeelhoudersrechten en

De impact van ESG-risico's wordt in overweging genomen en

Overgangsrisico (risico's die ontstaan als gevolg van de overschakeling naar een koolstofarme en klimaatbestendige economie) – de impact op het bedrijf als gevolg van de overgangsmaatregelen die worden genomen/ingezet met het oog

Duurzaamheidsrisico's zijn een onderdeel van de risicoclassificatie en worden in overweging genomen via de risico-in-uitvoeringscyclus binnen de Ageas Key Risk Reporting (KRR) en Emerging Risk Reporting (ERR) processen. Daarnaast zijn er in het kader van de ORSA van 2021

op een ESG-ondersteunde economie.

stresstests voor klimaatverandering uitgevoerd.

Fysiek risico (risico's die ontstaan als gevolg van de fysieke effecten van de klimaatverandering) – de impact op het bedrijf doordat fysieke risico's zich voordoen (bijv. schade aan de vastgoedportefeuille, aan het welzijn van mensen door lange lockdowns / snelle veranderingen in werkcultuur, technologie…).

actief zijn / willen zijn.

zelfrijdende auto's enz.).

verspreiden via, of buiten Ageas blijven.

4.7.4.5 Duurzaamheidsrisico

de interactie met stakeholders…

gerapporteerd volgens twee pijlers:

4.7.4.4 Systeemrisico

152 | 240

4.7.4 Strategische & bedrijfsrisico's

van aanhoudende groei en waardecreatie.

Meer informatie wordt verstrekt in 4.6.

4.7.4.1 Strategisch risico

volgende risico's: Bedrijfsmodelrisico:

inbegrepen.

zoals:

4.7.4.2 Veranderingsrisico

regelgeving en producten).

4.7.4.3 Bedrijfstakrisico

Partnershiprisico:

Deze risicocategorie omvat externe en interne factoren die een invloed kunnen hebben op het vermogen van Ageas om zijn huidige ondernemingsplan uit te voeren en zijn huidige doelstellingen te bereiken, en om zich te positioneren met het oog op de verwezenlijking

Twee van de belangrijkste strategische en bedrijfsrisico's waarmee de Ageas Groep in 2021 is geconfronteerd, zijn nog steeds het renterisico:

Het risico voor de organisatie dat voortvloeit uit een onduidelijk inzicht in de strategie en een onduidelijke omzetting daarvan, onvoldoende vastgestelde niveaus van onzekerheid (risico) in verband met de strategie en/of problemen tijdens de implementatiefasen. Het omvat de

het risico voor de organisatie dat voortvloeit uit ons bedrijfsmodel (en dat van invloed is op de zakelijke beslissingen die wij nemen).

het risico voor de organisatie dat voortvloeit uit partnerships, de afhankelijkheid van partnergerelateerde distributiekanalen, de beperkte operationele controle die inherent is aan joint ventures, de aanbieding van verzekeringsdiensten als onderdeel van een breder

verzekeringsproducten aan dienstverleners zoals Amazon, nutsbedrijven op het gebied van connected homes enz.).

op deze risico's te anticiperen en om ze te rapporteren en te

Risico's voor de organisatie die voortvloeien uit het beheer van veranderingen (bijv. programma's en projecten) of het onvermogen om snel genoeg in te spelen op bedrijfstak- en marktveranderingen (bijv.

Risico's die voortvloeien uit interne en/of externe omgevingsfactoren

macro-economische factoren die voortvloeien uit economische factoren (bijv. inflatie, deflatie, werkloosheid, veranderend consumentenvertrouwen /-gedrag enz.) die van invloed kunnen zijn

De Ageas Groep heeft een sterk strategisch kader voor risicobeheer om

verminderen. Het ORSA-rapport biedt een beoordeling van de algemene toereikendheid van de solvabiliteit voor de gebudgetteerde periode van drie jaar (multi-year budget of MYB), waarbij strategische risico's zijn

'partnership-ecosysteem' (bijv. koppeling van

aanhoudend lage rentevoeten / plotse stijging van de rente gecombineerd met massaal verval, en het risico van hogere inflatie.

4.7.5 Herverzekering

Indien noodzakelijk sluiten de verzekeringsbedrijven van Ageas herverzekeringscontracten af om de verzekeringstechnische risico's te verminderen. Deze herverzekering kan op polis-per-polis-basis (per risico) plaatsvinden of op portefeuillebasis (per gebeurtenis). Deze laatste gebeurtenissen zijn voornamelijk weergerelateerd (bijv. orkanen, aardbevingen en overstromingen) of ontstaan door menselijk handelen, met vele claims veroorzaakt door een afzonderlijke gebeurtenis. Voor de selectie van herverzekeringsmaatschappijen zijn voornamelijk de prijsstelling en de beheersing van het tegenpartijrisico bepalend. Het beheer van het tegenpartijrisico is geïntegreerd in het totale beheer van het kredietrisico.

Ageas richtte een interne herverzekeringsmaatschappij op, genaamd Intreas NV, die in juni 2015 een licentie in Nederland verkreeg. In 2018 verkreeg Ageas een vergunning voor Leven en voor Niet-Leven voor ageas NV/SA in België. In de loop van 2019 werden de activiteiten van Intreas NV volledig overgedragen aan ageas NV/SA en werd Intreas NV geliquideerd.

De reden voor het aanvragen van een vergunning voor ageas NV/SA is het optimaliseren van het herverzekeringsprogramma van Ageas door het harmoniseren van risicoprofielen doorheen gecontroleerde limieten/entiteiten en om het kapitaalbeheer te verbeteren.

De verzekeringsmaatschappijen in scope voor Intreas zijn:

  • AG Insurance, België;
  • Ageas Insurance Limited, VK;
  • Ageas Ocidental, Portugal;
  • Ageas Seguros Non-Life, Portugal;
  • Medis, Portugal;
  • Ageas Frankrijk;
  • Specifieke minderheidsparticipaties in bijvoorbeeld Thailand, Turkije en India.

Om in overeenstemming te zijn met zijn risk appetite, vermindert ageas NV/SA een gedeelte van het risico op de aangegane contracten door de aankoop van groepsretrocessiedekkingen en/of dekkingen die zijn eigen balans beschermen. ageas NV/SA onderschrijft ook proportionele overeenkomsten, die een deel van de Niet-leven-activiteiten van de dochtermaatschappijen dekken.

Sinds de overdracht van de activiteiten van Intreas aan ageas NV/SA werd de governance aangepast om te voldoen en te opereren binnen het risicomanagementkader van Ageas en om de procesbeheersing te laten voldoen aan de standaarden van de Groep.

In de volgende tabel wordt een overzicht gegeven van het behoud van het risico per productsegment van Ageas (in miljoen EUR).

2021 Waarschijnlijk maximaal
verlies per risico
Waarschijnlijk maximaal
verlies per gebeurtenis
Productsegmenten
Auto, wettelijke aansprakelijkheid 4 4
Terrorism 4 43
Vastgoed 4 99
Wettelijke aansprakelijkheid algemeen 4 7
Bedrijfsongevallenverzekering 3 3
Persoonlijke ongevallen 3 3

De tabel geeft het hoogste bedrag (met als maximum een rendementsperiode van 200 jaar) per risico weer voor alle entiteiten van de Groep voor een soortgelijke dekking waarvoor Ageas de verantwoordelijkheid neemt om dreigende risico's te beperken. Bedragen die hoger zijn dan in de tabel weergegeven, worden overgedragen naar derde herverzekeraars. De hoogte hangt af van het type gebeurtenis dat door deze herverzekeringsovereenkomsten wordt gedekt: per individueel risico of per gebeurtenis. Aangezien de

catastrofedekking voor Auto overige onder de vastgoedherverzekeringsovereenkomsten valt, wordt het genoemde behoud beschouwd als het maximale bedrag waaraan Ageas blootgesteld is.

Voor het behoud per gebeurtenis nemen we de maximale gecombineerde blootstelling van AIL, AGI en ageas NV/SA in aanmerking.

De premies die per productsegment zijn betaald aan herverzekeraars worden gepresenteerd in Toelichting 30 'Verzekeringspremies'.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Toezicht en solvabiliteit

Ageas SA/NV is de ultieme moedermaatschappij van de Ageas Groep. De Nationale Bank van België (NBB) heeft ageas SA/NV aangemerkt als een Verzekeringsholding. Sinds juni 2018 heeft de NBB aan ageas SA/NV een vergunning toegekend om alle leven en niet-leven herverzekeringsactiviteiten uit te voeren. NBB is de toezichthoudende instantie en ontvangt in die hoedanigheid specifieke rapporten die de basis vormen voor het prudentieel toezicht op het niveau van de groep. In zijn rol van toezichthoudende instantie voor de groep faciliteert de NBB groepstoezicht via een college van toezichthouders. Toezichthouders in de EERlidstaten waarin Ageas actief is, zijn in dit college vertegenwoordigd. Het college werkt op basis van Europese richtlijnen, waarborgt dat de samenwerking, uitwisseling van informatie en gezamenlijk overleg tussen de toezichthoudende instanties plaatsvindt en bevordert de convergentie van toezichthoudende activiteiten.

5.1 Kapitaalbeheer Ageas onder Solvency II - Partieel Intern Model (Pijler I)

5 Toezicht en solvabiliteit 155 | 240

De aansluiting tussen het eigen vermogen volgens de IFRS en het eigen vermogen volgens Solvency II en de resulterende solvabiliteitsratio volgens het

IFRS eigen vermogen 14.172 13.774 Eigen vermogen 11.914 11.555 Minderheidsbelangen 2.258 2.219 Achtergestelde verplichtingen die in aanmerking komen 2.807 2.936 Perimeter wijzigingen aan IFRS waarde (5.646) (5.326) Uitsluiting van verwachte dividenden (495) (485) Proportionele consolidatie (295) (296) Verwijdering uit de balans van beleggingen in deelnemingen (4.856) (4.545) Waarderingsverschillen - (niet geaudit) (2.348) (2.472) Herwaardering van vastgoedinvesteringen 1.783 1.667 Verwijdering uit de balans van parking concessies (407) (360) Verwijdering uit de balans van goodwill (610) (596)

(Technische voorzieningen, herverzekeringsvorderingen, VOBA en overlopende acquisitiekosten) (7.036) (8.137)

(Obligaties aangehouden tot einde looptijd, leningen, hypotheken) 3.384 4.442 Belastingimpact op waarderingsverschillen 521 617 Overige 17 (106) Totaal Solvency II eigen vermogen - (niet geaudit) 8.985 8.912 Niet in aanmerking komend beschikbaar kapitaal (1.029) (1.043) Totaal in aanmerking komend Solvency II eigen vermogen - (niet geaudit) 7.956 7.869 Vereist kapitaal voor de Groep volgens het Partieel Intern Model (SCR) – (niet-geaudit) 4.226 3.962 Kapitaalratio 188,3% 198,6%

waarvan - (niet geaudit): 7.956 7.869 Tier 1 5.205 5.048 Tier 1 restricted 1.164 1.205 Tier 2 1.524 1.537 Tier 3 63 79

Het eigen vermogen steeg tussen Q4 2020 en Q4 2021 van EUR 7.869 miljoen naar EUR 7.956 miljoen, verklaard door dividenden ontvangen van de participaties in Azië die niet in de SII-consolidatiekring worden opgenomen, de operationele resultaten van de verzekeringsactiviteiten en gunstige schommelingen op de financiële markten (intresten en aandelen, grotendeels uitgehold door inflatie). Het eigen vermogen wordt ook beïnvloed door de

31 december 2021 31 december 2020

31 december 2021 31 december 2020

Partieel Intern Model is de volgende:

Herwaardering van balansonderdelen gerelateerd aan de verzekeringsactiviteiten - (niet geaudit)

Herwaardering van activa die onder IFRS niet aan reële waarde kunnen worden geboekt

Totaal in aanmerking komend eigen vermogen onder Solvency II,

terugkoop van eigen aandelen en het verwachte uitgaande dividend.

Niet in aanmerking komend beschikbaar kapitaal is verbonden met belangen van derden.

Sinds 1 januari 2016 is het toezicht op Ageas op geconsolideerd niveau onder het Solvency IIraamwerk. In plaats van de Standaardformule toe te passen gebruikt Ageas het Partieel Intern Model (PIM) voor de Pijler 1-rapportage waarbij het grootste deel van de schadeverzekeringsrisico's worden gemodelleerd aan de hand van Ageas-specifieke formules.

Voor volledig geconsolideerde entiteiten is de consolidatiekring voor Solvency II vergelijkbaar met die van IFRS, met een uitzondering voor Interparking, dat in Solvency II proportioneel geconsolideerd wordt en in IFRS volledig. De Europese beleggingen in deelnemingen worden prorata opgenomen, zonder enige diversificatievoordelen. Alle niet-Europese deelnemingen worden uitgesloten van beschikbaar en vereist kapitaal, aangezien de toepasselijke solvabiliteitsstelsels niet als gelijkwaardig aan Solvency II worden beschouwd. Na de verkoop van Tesco Underwriting in Q2 2021, heeft Ageas geen Europese deelnemingen meer die pro rata worden opgenomen. In Q4 2021 wordt de Turkse deelneming AgeSa, die in mei 2021 werd aangekocht, pro rata, maar zonder diversificatie in de Solvency II consolidatiekring opgenomen.

In het Partieel Intern Model (PIM) past Ageas overgangsmaatregelen toe inzake de technische voorzieningen in Portugal en Frankrijk en de grandfathering van uitgegeven hybride schuld.

De aansluiting tussen het eigen vermogen volgens de IFRS en het eigen vermogen volgens Solvency II en de resulterende solvabiliteitsratio volgens het Partieel Intern Model is de volgende:

31 december 2021 31 december 2020
IFRS eigen vermogen 14.172 13.774
Eigen vermogen 11.914 11.555
Minderheidsbelangen 2.258 2.219
Achtergestelde verplichtingen die in aanmerking komen 2.807 2.936
Perimeter wijzigingen aan IFRS waarde (5.646) (5.326)
Uitsluiting van verwachte dividenden (495) (485)
Proportionele consolidatie (295) (296)
Verwijdering uit de balans van beleggingen in deelnemingen (4.856) (4.545)
Waarderingsverschillen - (niet geaudit) (2.348) (2.472)
Herwaardering van vastgoedinvesteringen 1.783 1.667
Verwijdering uit de balans van parking concessies (407) (360)
Verwijdering uit de balans van goodwill (610) (596)
Herwaardering van balansonderdelen gerelateerd aan de verzekeringsactiviteiten - (niet geaudit)
(Technische voorzieningen, herverzekeringsvorderingen, VOBA en overlopende acquisitiekosten) (7.036) (8.137)
Herwaardering van activa die onder IFRS niet aan reële waarde kunnen worden geboekt
(Obligaties aangehouden tot einde looptijd, leningen, hypotheken) 3.384 4.442
Belastingimpact op waarderingsverschillen 521 617
Overige 17 (106)
Totaal Solvency II eigen vermogen - (niet geaudit) 8.985 8.912
Niet in aanmerking komend beschikbaar kapitaal (1.029) (1.043)
Totaal in aanmerking komend Solvency II eigen vermogen - (niet geaudit) 7.956 7.869
Vereist kapitaal voor de Groep volgens het Partieel Intern Model (SCR) – (niet-geaudit) 4.226 3.962
Kapitaalratio 188,3% 198,6%
31 december 2021 31 december 2020
Totaal in aanmerking komend eigen vermogen onder Solvency II,
waarvan - (niet geaudit): 7.956 7.869
Tier 1 5.205 5.048
Tier 1 restricted 1.164 1.205
Tier 2 1.524 1.537
Tier 3 63 79

Het eigen vermogen steeg tussen Q4 2020 en Q4 2021 van EUR 7.869 miljoen naar EUR 7.956 miljoen, verklaard door dividenden ontvangen van de participaties in Azië die niet in de SII-consolidatiekring worden opgenomen, de operationele resultaten van de verzekeringsactiviteiten en gunstige schommelingen op de financiële markten (intresten en aandelen, grotendeels uitgehold door inflatie). Het eigen vermogen wordt ook beïnvloed door de terugkoop van eigen aandelen en het verwachte uitgaande dividend.

Niet in aanmerking komend beschikbaar kapitaal is verbonden met belangen van derden.

154 | 240

Ageas SA/NV is de ultieme moedermaatschappij van de Ageas Groep. De Nationale Bank van België (NBB) heeft ageas SA/NV aangemerkt als een Verzekeringsholding. Sinds juni 2018 heeft de NBB aan ageas SA/NV een vergunning toegekend om alle leven en niet-leven herverzekeringsactiviteiten uit te 5.1

Kapitaalbeheer Ageas onder Solvency II - Partieel Intern Model (Pijler I)

5 Toezicht en solvabiliteit 155 | 240

Sinds 1 januari 2016 is het toezicht op Ageas op geconsolideerd niveau onder het Solvency IIraamwerk. In plaats van de Standaardformule toe te passen gebruikt Ageas het Partieel Intern Model (PIM) voor de Pijler 1-rapportage waarbij het grootste deel van de schadeverzekeringsrisico's

Voor volledig geconsolideerde entiteiten is de consolidatiekring voor Solvency II vergelijkbaar met

geconsolideerd wordt en in IFRS volledig. De Europese beleggingen in deelnemingen worden prorata opgenomen, zonder enige diversificatievoordelen. Alle niet-Europese deelnemingen worden uitgesloten van beschikbaar en vereist kapitaal, aangezien de toepasselijke solvabiliteitsstelsels niet als gelijkwaardig aan Solvency II worden beschouwd. Na de verkoop van Tesco Underwriting in Q2 2021, heeft Ageas geen Europese deelnemingen meer die pro rata worden opgenomen. In Q4 2021 wordt de Turkse deelneming AgeSa, die in mei 2021 werd aangekocht, pro rata, maar zonder

In het Partieel Intern Model (PIM) past Ageas overgangsmaatregelen toe inzake de technische voorzieningen in Portugal en Frankrijk en de grandfathering van uitgegeven hybride schuld.

die van IFRS, met een uitzondering voor Interparking, dat in Solvency II proportioneel

worden gemodelleerd aan de hand van Ageas-specifieke formules.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

diversificatie in de Solvency II consolidatiekring opgenomen.

voeren. NBB is de toezichthoudende instantie en ontvangt in die hoedanigheid specifieke rapporten die de basis vormen voor het prudentieel toezicht op het niveau van de groep. In zijn rol van toezichthoudende

instantie voor de groep faciliteert de NBB groepstoezicht via een college van toezichthouders. Toezichthouders in de EERlidstaten waarin Ageas actief is,

vertegenwoordigd. Het college werkt op basis van Europese richtlijnen, waarborgt dat de samenwerking, uitwisseling van informatie en gezamenlijk

toezichthoudende instanties plaatsvindt en bevordert de

toezichthoudende activiteiten.

zijn in dit college

overleg tussen de

convergentie van

De solvabiliteitskapitaalvereisten kunnen als volgt worden samengevat:

31 december 2021 31 december 2020
Marktrisico 5.000 4.648
Tegenpartij kredietrisico 323 325
Levensverzekeringstechnisch risico 944 842
Gezondheidzorg verzekeringtechnisch risico 338 331
Niet-leven verzekeringstechnisch risico 875 796
Diversificatie tussen de hierboven vermelde risico's (1.673) (1.549)
Niet-diversifieerbare risico's 552 537
Absorberend vermogen van technische voorzieningen om verliezen te compenseren (1.378) (1.193)
Absorberend vermogen van uitgestelde belastingen om verliezen te compenseren (755) (774)
Vereist kapitaal voor de Groep volgens
het Partieel Intern Model (SCR) – (niet-geaudit) 4.226 3.962
Impact van Schade Intern Model op Niet-Leven Verzekeringstechnisch Risico 226 245
Impact van Schade Intern Model op Diversificatie en andere risico's (117) (122)
Impact van Schade intern Model op correctie
voor het vermogen via Uitgestelde Belastingen 12 8
Vereist Kapitaal voor de Groep onder de Standaardformule – (niet-geaudit) 4.347 4.093

5.2 Kapitaalbeheer Ageas onder Solvency II – SCRageas (Pijler 2 – niet geaudit)

Ageas is van mening dat een sterke kapitaalbasis in de individuele verzekeringsactiviteiten een noodzaak is, enerzijds als een competitief voordeel en anderzijds omdat het nodig is om de geplande groei te financieren.

Voor zijn kapitaalbeheer hanteert Ageas een interne benadering gebaseerd op het Partieel Intern Model met een aangepast spread risico, waarbij een Intern Model wordt toegepast voor Vastgoed (vanaf 2016), overgangsmaatregelen worden verwijderd (met uitzondering van de grandfathering van uitgegeven hybride schuld en de verlenging van rapportagedeadlines) en een aanpassing voor de reële waardering van IAS 19-reserves.

Onder deze aanpassing wordt het spread risico berekend op het fundamenteel gedeelte van het spreadrisico voor alle obligaties. Dit betekent dat eveneens een SCR-last wordt toegekend aan overheidsobligaties uit de EU met een hoge rating en verlaagt het spread risico voor alle andere obligaties. De technische voorzieningen worden gewaardeerd tegen de contante waarde met gebruik van een rentecurve zoals voorgeschreven door EIOPA. In plaats van de standaard volatiliteitsaanpassing passen de ondernemingen een bedrijfsspecifieke volatiliteitsaanpassing toe, of gebruiken een model voor verwachte verliezen gebaseerd op de samenstelling van hun specifieke activaportefeuille. Deze SCR wordt SCRageas genoemd.

157 | 240

componenten:

De aansluiting van de SCRageas met het Partieel Intern Model SCR is de volgende:

In aanmerking komend groepsvermogen gebaseerd op

Insurance SCRageas daalde van EUR 4.103 miljoen in Q4 2020 tot EUR 4.033 miljoen in Q4 2021, grotendeels verklaard door volgende

Deze stijgingen werden meer dan gecompenseerd door de stijging in de verliesabsorptiecapaciteit van de Technische Provisies.

De beoogde kapitaalratio wordt gesteld op 175% gebaseerd op SCRageas.

Marktrisico steeg door nieuwe investeringen in aandelen en vastgoed, welke grotendeels gecompenseerd werden door een aanpassing aan het kredietmodel in België in Q4 2021. De risicotoename is een rechtstreeks gevolg van het zoeken naar rendement, maar gebeurt binnen vooraf bepaalde risico-limieten. Leven en niet-leven verzekeringstechnisch risico steeg grotendeels

door hogere verval, kosten en catastroferisico's.

Partieel Intern Model SCR Groep 4.226 3.962 Uitsluiting van Algemene Rekening (101) (71) Partieel Intern Model SCR Verzekeringsactiviteiten 4.125 3.891 Impact van Intern Model Vastgoed (184) (271) Bijkomend Spreadrisico 252 623 Min diversificatie (13) 11 Min correctie technische voorziening (156) (80) Min Beperking correctie voor het vermogen van uitgesteld belastingverlies 9 (72) Insurance SCR ageas 4.033 4.103

Partieel Intern Model 7.956 7.869 Uitsluiting van Algemene Rekening (204) (289) Herwaardering technische voorziening (112) (221) Terugboeking van parking concessies 399 362 Herberekening van niet-beschikbaar (107) 40 In aanmerking komend groepsvermogen onder Solvency II ageas 7.932 7.761

België 6.116 2.884 212,1% 5.882 3.019 194,8% VK 751 431 174,2% 840 463 181,5% Continentaal Europa 1.172 728 161,0% 1.051 634 165,8% Herverzekering 905 405 223,3% 832 407 204,4%

Totaal Ageas 8.135 4.128 197,1% 8.057 4.171 193,2%

Algemene Rekening inclusief eliminatie en diversificatie 904 211 1.035 161 Niet-Overdraagbaar eigen vermogen / Diversificatie (1.713) (531) (1.583) (513)

31 december 2021 31 december 2020

31 december 2021 31 december 2020

Sinds 2021 bevat de verliesabsorptiecapaciteit van de Technische Provisies ook de overlopende rekening. De overlopende rekening werd aan het modelraamwerk toegevoegd om de manier waarop het financiële resultaat binnen een normale bedrijfsvoering beheerd wordt beter te reflecteren. Het vorige model berekende kapitaalswinsten en verliezen die consistent waren met de Solvency II contractgrenzen (runoff basis), en gaf een vertekend beeld van de toekomstige gerealiseerde

De stijging in SCR als gevolg van de toevoeging van AgeSA werd gedeeltelijk gecompenseerd door de daling van SCR na de verkoop van

31 december 2021 31 december 2020

Eigen Solvabiliteits- Eigen Solvabiliteitsvermogen SCR ratio vermogen SCR ratio

financiële marge bij een normale bedrijfsvoering.

Tesco Underwriting.

De aansluiting van de SCRageas met het Partieel Intern Model SCR is de volgende:

157 | 240

156 | 240

Vereist kapitaal voor de Groep volgens

Impact van Schade intern Model op correctie

(Pijler 2 – niet geaudit)

5.2

financieren.

IAS 19-reserves.

De solvabiliteitskapitaalvereisten kunnen als volgt worden samengevat:

Kapitaalbeheer Ageas onder Solvency II – SCRageas

Ageas is van mening dat een sterke kapitaalbasis in de individuele verzekeringsactiviteiten een noodzaak is, enerzijds als een competitief voordeel en anderzijds omdat het nodig is om de geplande groei te

Voor zijn kapitaalbeheer hanteert Ageas een interne benadering gebaseerd op het Partieel Intern Model met een aangepast spread risico, waarbij een Intern Model wordt toegepast voor Vastgoed (vanaf 2016), overgangsmaatregelen worden verwijderd (met uitzondering van de grandfathering van uitgegeven hybride schuld en de verlenging van rapportagedeadlines) en een aanpassing voor de reële waardering van

Marktrisico 5.000 4.648 Tegenpartij kredietrisico 323 325 Levensverzekeringstechnisch risico 944 842 Gezondheidzorg verzekeringtechnisch risico 338 331 Niet-leven verzekeringstechnisch risico 875 796 Diversificatie tussen de hierboven vermelde risico's (1.673) (1.549) Niet-diversifieerbare risico's 552 537 Absorberend vermogen van technische voorzieningen om verliezen te compenseren (1.378) (1.193) Absorberend vermogen van uitgestelde belastingen om verliezen te compenseren (755) (774)

het Partieel Intern Model (SCR) – (niet-geaudit) 4.226 3.962

voor het vermogen via Uitgestelde Belastingen 12 8 Vereist Kapitaal voor de Groep onder de Standaardformule – (niet-geaudit) 4.347 4.093

Impact van Schade Intern Model op Niet-Leven Verzekeringstechnisch Risico 226 245 Impact van Schade Intern Model op Diversificatie en andere risico's (117) (122)

31 december 2021 31 december 2020

Onder deze aanpassing wordt het spread risico berekend op het fundamenteel gedeelte van het spreadrisico voor alle obligaties. Dit betekent dat eveneens een SCR-last wordt toegekend aan overheidsobligaties uit de EU met een hoge rating en verlaagt het spread risico voor alle andere obligaties. De technische voorzieningen worden gewaardeerd tegen de contante waarde met gebruik van een rentecurve zoals voorgeschreven door EIOPA. In plaats van de standaard volatiliteitsaanpassing passen de ondernemingen een bedrijfsspecifieke volatiliteitsaanpassing toe, of gebruiken een model voor verwachte verliezen gebaseerd op de samenstelling van hun specifieke activaportefeuille. Deze SCR wordt SCRageas genoemd.

31 december 2021 31 december 2020
Partieel Intern Model SCR Groep 4.226 3.962
Uitsluiting van Algemene Rekening (101) (71)
Partieel Intern Model SCR Verzekeringsactiviteiten 4.125 3.891
Impact van Intern Model Vastgoed (184) (271)
Bijkomend Spreadrisico 252 623
Min diversificatie (13) 11
Min correctie technische voorziening (156) (80)
Min Beperking correctie voor het vermogen van uitgesteld belastingverlies 9 (72)
Insurance SCR ageas 4.033 4.103
31 december 2021 31 december 2020
In aanmerking komend groepsvermogen gebaseerd op
Partieel Intern Model 7.956 7.869
Uitsluiting van Algemene Rekening (204) (289)
Herwaardering technische voorziening (112) (221)
Terugboeking van parking concessies 399 362
Herberekening van niet-beschikbaar (107) 40
In aanmerking komend groepsvermogen onder Solvency II ageas 7.932 7.761

Insurance SCRageas daalde van EUR 4.103 miljoen in Q4 2020 tot EUR 4.033 miljoen in Q4 2021, grotendeels verklaard door volgende componenten:

  • Marktrisico steeg door nieuwe investeringen in aandelen en vastgoed, welke grotendeels gecompenseerd werden door een aanpassing aan het kredietmodel in België in Q4 2021. De risicotoename is een rechtstreeks gevolg van het zoeken naar rendement, maar gebeurt binnen vooraf bepaalde risico-limieten.
  • Leven en niet-leven verzekeringstechnisch risico steeg grotendeels door hogere verval, kosten en catastroferisico's.
  • Deze stijgingen werden meer dan gecompenseerd door de stijging in de verliesabsorptiecapaciteit van de Technische Provisies.

Sinds 2021 bevat de verliesabsorptiecapaciteit van de Technische Provisies ook de overlopende rekening. De overlopende rekening werd aan het modelraamwerk toegevoegd om de manier waarop het financiële resultaat binnen een normale bedrijfsvoering beheerd wordt beter te reflecteren. Het vorige model berekende kapitaalswinsten en verliezen die consistent waren met de Solvency II contractgrenzen (runoff basis), en gaf een vertekend beeld van de toekomstige gerealiseerde financiële marge bij een normale bedrijfsvoering.

De stijging in SCR als gevolg van de toevoeging van AgeSA werd gedeeltelijk gecompenseerd door de daling van SCR na de verkoop van Tesco Underwriting.

31 december 2021 31 december 2020
Eigen Solvabiliteits- Eigen Solvabiliteits
vermogen SCR ratio vermogen SCR ratio
België 6.116 2.884 212,1% 5.882 3.019 194,8%
VK 751 431 174,2% 840 463 181,5%
Continentaal Europa 1.172 728 161,0% 1.051 634 165,8%
Herverzekering 905 405 223,3% 832 407 204,4%
Algemene Rekening inclusief eliminatie en diversificatie 904 211 1.035 161
Niet-Overdraagbaar eigen vermogen / Diversificatie (1.713) (531) (1.583) (513)
Totaal Ageas 8.135 4.128 197,1% 8.057 4.171 193,2%

De beoogde kapitaalratio wordt gesteld op 175% gebaseerd op SCRageas.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Beloningen en vergoeding

6.1 (Personeels)vergoedingen

Dit hoofdstuk heeft betrekking op vergoedingen na uitdiensttreding, andere langetermijnpersoneelsbeloningen en beëindigingsvergoedingen. Vergoedingen na uitdiensttreding zijn personeelsbeloningen, zoals pensioenen en gezondheidszorg regelingen, die worden uitgekeerd na beëindiging van de arbeidsrelatie. Andere langetermijnpersoneelsbeloningen zijn personeelsbeloningen die niet (volledig) betaalbaar zijn binnen twaalf maanden na de periode waarin de medewerkers de betreffende dienst hebben verleend, zoals jubileumuitkeringen en langdurige arbeidsongeschiktheidsuitkering en. Beëindigingsvergoedingen zijn personeelsvergoedingen die betaalbaar zijn ten gevolge van het voortijdig beëindigen van de arbeidsovereenkomst met een

De volgende tabel geeft een overzicht van alle personeelsvergoedingen binnen Ageas.

2021 2020
Pensioenregelingen met vaste toezeggingen 727 825
Overige vergoedingen na uitdiensttreding 137 153
Overige lange-termijn-personeelsbeloningen 17 18
Verplichtingen voor ontslagvergoedingen 5 4
Totaal verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen (activa) 886 1.000

6 Beloningen en vergoeding 159 | 240

6.1.1 Vergoedingen na uitdiensttreding

het merendeel van haar medewerkers.

valuta-, rente- en marktrisico.

Bedragen in de balans:

stand blijven na pensionering van medewerkers.

Pensioenregelingen op basis van beschikbare premies Ageas financiert wereldwijd een aantal regelingen op basis van beschikbare premies. Bij dit type regelingen blijft de verplichting van de werkgever beperkt tot de uitkering van de vergoedingen die zijn berekend in overeenstemming met het reglement. In 2021 bedroegen de werkgeversbijdragen voor regelingen op basis van beschikbare premies EUR 11 miljoen (2020: EUR 11 miljoen). Deze bijdragen worden verantwoord onder Personeelskosten (zie toelichting 40).

Pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen en andere vergoedingen na uitdiensttreding

Ageas heeft pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen voor

In België, heeft Ageas regelingen met toegezegde bijdragen, opgezet in overeenstemming met de Wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen (WAP plannen). Deze plannen verbinden de werkgever tot de betaling van een toelage berekend volgens het pensioenreglement, en het toekennen van een gewaarborgd minimum rendement gelinkt aan de rentes op Belgische overheidsobligaties, met

maatschappelijke doelstelling van werknemerspensioenen te verzekeren en om het aanvullend karakter verder te verstevigen in vergelijking met de wettelijke pensioenen verandert het engagement van de werkgever ten aanzien van deze plannen. Per 1 januari 2016 is de door de werkgever gegarandeerde rentevoet gelijk aan een percentage (gelijk aan 65%) van het gemiddelde rendement op de 24 voorgaande maanden tot 1 juni van de Belgische OLO's met een looptijd van 10 jaar. Dit rendement zal worden toegepast op 1 januari van het volgende jaar. Deze berekening resulteert in een gegarandeerde rentevoet van 1,75%

Door deze minimale rendementsgaranties voldoen WAP plannen strikt genomen niet aan de definitie van toegezegdebijdragenregelingen van IAS 19. Hoewel IAS 19 geen rekening houdt met de boekhoudkundige verwerking van hybride plannen, kunnen dergelijke plannen dankzij de wetswijziging per 1 januari 2016 boekhoudkundig worden verwerkt met behulp van de 'projected unit credit'-methode. Bijgevolg heeft Ageas de verplichtingen uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen vanaf 1

De onderstaande tabel geeft een overzicht van de bedragen die per 31

Pensioenregelingen Overige vergoedingen met vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020

716 816 137 153

december zijn opgenomen in de balans in verband met pensioenregelingen en overige vergoedingen na uitdiensttreding.

een ondergrens van 1,75% en een bovengrens van 3,75%.

De wet van 18 december 2015 om de houdbaarheid en

op 1 januari 2021 (1,75% op 1 januari 2020).

januari 2016 geschat volgens IAS 19.

Toegezegdpensioenregelingen worden berekend op basis van het aantal dienstjaren en het salarisniveau. De pensioenverplichtingen worden bepaald aan de hand van sterftecijfers, het personeelsverloop, de loonstijging en economische aannames met betrekking tot bijvoorbeeld de inflatie en het disconteringspercentage. De

disconteringsvoet wordt per land of per regio vastgesteld op basis van het rendement (per de einddatum) van bedrijfsobligaties met een AArating. Door deze pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen is de groep blootgesteld aan actuariële risico's, zoals langleven-,

Naast pensioenuitkeringen omvatten de kosten van regelingen op basis van vaste toezeggingen ook andere kosten, zoals de vergoeding van een deel van de premies van gezondheidszorg verzekeringen, die in

Contante waarde van verplichtingen met kwalificerende beleggingen 294 307

Reële waarde van kwalificerende beleggingen (363) (353)

Actiefplafond / minimale financieringsvereisten 10 8 Overige bedragen verantwoord in de balans 1 1

Activa voor plannen met vaste toezeggingen (81) (45)

Contante waarde van verplichtingen zonder kwalificerende beleggingen 785 862 137 153 Contante waarde van de verplichting 1.079 1.169 137 153

Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 727 825 137 153

Verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen 808 870 137 153

Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 727 825 137 153

Verplichtingen en gerelateerde prestatiekosten worden volgens de 'projected unit credit' methode berekend. Het doel van deze methode is de beloningen toe te rekenen naar rato van het aantal dienstjaren waarbij rekening wordt gehouden met toekomstige salarisverhogingen en de toewijzingsbeginselen van de pensioenregeling.

De verplichting voor toegezegdpensioenregelingen vertegenwoordigt de netto contante waarde van de toegekende beloningen per verslagdatum. De aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten vertegenwoordigen de contante waarde van de beloningen die resulteren uit het dienstverband van de werknemer gedurende de periode.

De pensioenkosten omvatten nettorentelasten, berekend door toepassing van de disconteringsvoet op de nettopensioenschuld. De disconteringsvoet is een voet van toepassing op hoogwaardige bedrijfsobligaties als er sprake is van een actieve markt voor zulke obligaties, en een voet van toepassing op overheidsobligaties op andere markten.

Bepaalde activa kunnen worden beperkt tot hun recupereerbare bedrag in de vorm van een reductie in toekomstige contributies of een cash terugbetaling (actiefplafond). Bovendien kan er een verplichting omwille van een minimumvereiste inzake financiering worden geregistreerd.

Actuariële winsten en verliezen voor vergoedingen na uitdiensttreding worden geregistreerd in overig comprehensive income, terwijl die voor Andere personeelsbeloningen op lange termijn en uitdiensttredingsvergoedingen in de resultatenrekening worden geboekt.

werknemer.

6.1.1 Vergoedingen na uitdiensttreding

158 | 240

6.1

(Personeels)vergoedingen

op vergoedingen na uitdiensttreding, andere

personeelsbeloningen en beëindigingsvergoedingen.

langetermijn-

Vergoedingen na

worden uitgekeerd na beëindiging van de arbeidsrelatie. Andere

personeelsbeloningen zijn personeelsbeloningen die niet (volledig) betaalbaar zijn binnen twaalf maanden na de periode waarin de medewerkers de betreffende dienst hebben

langetermijn-

verleend, zoals

langdurige

werknemer.

jubileumuitkeringen en

arbeidsongeschiktheidsuitkering en. Beëindigingsvergoedingen zijn personeelsvergoedingen die betaalbaar zijn ten gevolge van het voortijdig beëindigen van de arbeidsovereenkomst met een

Dit hoofdstuk heeft betrekking

De volgende tabel geeft een overzicht van alle personeelsvergoedingen binnen Ageas.

Pensioenregelingen met vaste toezeggingen 727 825 Overige vergoedingen na uitdiensttreding 137 153 Overige lange-termijn-personeelsbeloningen 17 18 Verplichtingen voor ontslagvergoedingen 5 4 Totaal verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen (activa) 886 1.000

Verplichtingen en gerelateerde prestatiekosten worden volgens de 'projected unit credit' methode berekend. Het doel van deze methode is de beloningen toe te rekenen naar rato van het aantal dienstjaren waarbij rekening wordt gehouden met toekomstige salarisverhogingen en de

De verplichting voor toegezegdpensioenregelingen vertegenwoordigt de netto contante waarde van de toegekende beloningen per verslagdatum. De aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten vertegenwoordigen de contante waarde van de beloningen die resulteren uit het dienstverband van

De pensioenkosten omvatten nettorentelasten, berekend door toepassing van de disconteringsvoet op de nettopensioenschuld. De disconteringsvoet is een voet van toepassing op hoogwaardige bedrijfsobligaties als er sprake is van een actieve markt voor zulke obligaties, en een voet van

Bepaalde activa kunnen worden beperkt tot hun recupereerbare bedrag in de vorm van een reductie in toekomstige contributies of een cash terugbetaling (actiefplafond). Bovendien kan er een verplichting omwille van een minimumvereiste inzake financiering worden geregistreerd.

Actuariële winsten en verliezen voor vergoedingen na uitdiensttreding worden geregistreerd in overig comprehensive income, terwijl die voor Andere personeelsbeloningen op lange termijn en

uitdiensttredingsvergoedingen in de resultatenrekening worden geboekt.

toewijzingsbeginselen van de pensioenregeling.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

toepassing op overheidsobligaties op andere markten.

de werknemer gedurende de periode.

2021 2020

6 Beloningen en vergoeding 159 | 240

uitdiensttreding zijn personeelsbeloningen, zoals pensioenen en gezondheidszorg regelingen, die

Pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen en andere vergoedingen na uitdiensttreding

Ageas heeft pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen voor het merendeel van haar medewerkers.

Toegezegdpensioenregelingen worden berekend op basis van het aantal dienstjaren en het salarisniveau. De pensioenverplichtingen worden bepaald aan de hand van sterftecijfers, het personeelsverloop, de loonstijging en economische aannames met betrekking tot bijvoorbeeld de inflatie en het disconteringspercentage. De disconteringsvoet wordt per land of per regio vastgesteld op basis van het rendement (per de einddatum) van bedrijfsobligaties met een AArating. Door deze pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen is de groep blootgesteld aan actuariële risico's, zoals langleven-, valuta-, rente- en marktrisico.

Naast pensioenuitkeringen omvatten de kosten van regelingen op basis van vaste toezeggingen ook andere kosten, zoals de vergoeding van een deel van de premies van gezondheidszorg verzekeringen, die in stand blijven na pensionering van medewerkers.

Pensioenregelingen op basis van beschikbare premies

Ageas financiert wereldwijd een aantal regelingen op basis van beschikbare premies. Bij dit type regelingen blijft de verplichting van de werkgever beperkt tot de uitkering van de vergoedingen die zijn berekend in overeenstemming met het reglement. In 2021 bedroegen de werkgeversbijdragen voor regelingen op basis van beschikbare premies EUR 11 miljoen (2020: EUR 11 miljoen). Deze bijdragen worden verantwoord onder Personeelskosten (zie toelichting 40).

In België, heeft Ageas regelingen met toegezegde bijdragen, opgezet in overeenstemming met de Wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen (WAP plannen). Deze plannen verbinden de werkgever tot de betaling van een toelage berekend volgens het pensioenreglement, en het toekennen van een gewaarborgd minimum rendement gelinkt aan de rentes op Belgische overheidsobligaties, met een ondergrens van 1,75% en een bovengrens van 3,75%.

De wet van 18 december 2015 om de houdbaarheid en maatschappelijke doelstelling van werknemerspensioenen te verzekeren en om het aanvullend karakter verder te verstevigen in vergelijking met de wettelijke pensioenen verandert het engagement van de werkgever ten aanzien van deze plannen. Per 1 januari 2016 is de door de werkgever gegarandeerde rentevoet gelijk aan een percentage (gelijk aan 65%) van het gemiddelde rendement op de 24 voorgaande maanden tot 1 juni van de Belgische OLO's met een looptijd van 10 jaar. Dit rendement zal worden toegepast op 1 januari van het volgende jaar. Deze berekening resulteert in een gegarandeerde rentevoet van 1,75% op 1 januari 2021 (1,75% op 1 januari 2020).

Door deze minimale rendementsgaranties voldoen WAP plannen strikt genomen niet aan de definitie van toegezegdebijdragenregelingen van IAS 19. Hoewel IAS 19 geen rekening houdt met de boekhoudkundige verwerking van hybride plannen, kunnen dergelijke plannen dankzij de wetswijziging per 1 januari 2016 boekhoudkundig worden verwerkt met behulp van de 'projected unit credit'-methode. Bijgevolg heeft Ageas de verplichtingen uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen vanaf 1 januari 2016 geschat volgens IAS 19.

De onderstaande tabel geeft een overzicht van de bedragen die per 31 december zijn opgenomen in de balans in verband met pensioenregelingen en overige vergoedingen na uitdiensttreding.

Pensioenregelingen Overige vergoedingen
met vaste toezeggingen na uitdiensttreding
2021 2020 2021 2020
Contante waarde van verplichtingen met kwalificerende beleggingen 294 307
Contante waarde van verplichtingen zonder kwalificerende beleggingen 785 862 137 153
Contante waarde van de verplichting 1.079 1.169 137 153
Reële waarde van kwalificerende beleggingen (363) (353)
716 816 137 153
Actiefplafond / minimale financieringsvereisten 10 8
Overige bedragen verantwoord in de balans 1 1
Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 727 825 137 153
Bedragen in de balans:
Verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen 808 870 137 153
Activa voor plannen met vaste toezeggingen (81) (45)
Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 727 825 137 153

De verplichtingen uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen zijn opgenomen onder 'Overlopende rente en overige verplichtingen' (zie toelichting 24) en de activa uit hoofde van pensioenregelingen met vaste toezeggingen vallen onder 'Overlopende rente en overige activa' (zie toelichting 15).

Omdat Ageas als financiële instelling gespecialiseerd is in het beheer van regelingen voor personeelsvergoedingen zijn een aantal pensioenregelingen voor medewerkers verzekerd via verzekeringsbedrijven die deel uitmaken van de Groep. Derhalve, en in overeenstemming met IFRS, worden deze activa niet tot het toetsingsvermogen gerekend en mogen deze niet worden gerekend tot

de fondsbeleggingen. Om die reden worden deze regelingen aangemerkt als 'niet gefinancierd'.

Vanuit economisch oogpunt wordt de nettoverplichting inzake toegezegdpensioenregelingen gecompenseerd door de niet tot het toetsingsvermogen gerekende fondsbeleggingen die binnen Ageas worden aangehouden (2021: EUR 544 miljoen; 2020: EUR 531 miljoen). Economisch gezien resulteert dit voor 2021 in een netto pensioenverplichting van EUR 184 miljoen (2020: EUR 294 miljoen) voor verplichtingen uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen.

161 | 240

Actiefplafond / minimale financieringsvereisten

Actiefplafond / minimale financieringsvereisten

Personeelskosten (zie toelichting 40).

Actuariële (winsten) verliezen m.b.t.:

De herberekening van de netto verplichting inzake de

toegezegdpensioenregeling wordt onder overig comprehensive income verantwoord. Herberekeningen van kwalificerende beleggingen zijn met name het verschil tussen de eigenlijke return van kwalificerende beleggingen en verwachte disconteringsvoet. Herberekeningen van de toegezegdpensioenverplichtingen geven de verandering in actuariële

Het actiefplafond houdt verband met Ageas-entiteiten in Portugal.

De samenstelling van herberekeningen per 31 december is als volgt.

De volgende tabel toont de veranderingen in het actiefplafond en/of minimale financieringsvereisten.

uitdiensttreding voor het jaar eindigend per 31 december en die van invloed zijn op de resultatenrekening.

Pensioenkosten van verstreken diensttijd - verworven en niet-verworven rechten 2 Schikkingen (1)

Rendement op kwalificerende beleggingen, exclusief effect op de rente (3) (29) Herberekening van actiefplafond / minimale financieringsvereisten 2 (4)

per 1 januari 8 12 Herberekening 2 (4)

per 31 december 10 8

De volgende tabel geeft een overzicht van de componenten die betrekking hebben op de toegezegdpensioenregelingen en overige uitkeringen na

Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 57 53 4 4 Netto rentekosten 1 5 1 1

Totale lasten voor regelingen met vaste toezeggingen 58 59 5 5

wijziging in demografische veronderstellingen (7) 14

ervaringsaanpassingen (19) (3) (2) (3) Herberekening van de verplichting inzake de toegezegdpensioenregeling, netto (actief) (113) 60 (18) 11

De netto rentekosten en andere zijn verantwoord als Financieringslasten (zie toelichting 37). Alle overige kosten worden verantwoord als

wijziging in financiële veronderstellingen (86) 96 (16)

2021 2020

Pensioenregelingen met Overige vergoedingen vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020

Pensioenregelingen met Overige vergoedingen vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020

veronderstellingen (demografische en financiële veronderstellingen) en

Ervaringsaanpassingen zijn de actuariële winsten en verliezen die ontstaan door verschillen tussen de actuariële veronderstellingen aan het begin van het jaar en de werkelijke uitkomsten gedurende het jaar.

de ervaringsaanpassingen weer.

De onderstaande tabel geeft een overzicht van de mutaties in de netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen in de balans.

Pensioenregelingen
met vaste toezeggingen
Overige vergoedingen
na uitdiensttreding
2021 2020 2021 2020
Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste
toezeggingen per 1 januari 825 742 153 140
Totale lasten voor regelingen met vaste toezeggingen 58 59 5 5
Bijdragen werkgevers (4) (3)
Bijdragen werknemers betaald aan de werkgever 2 2
Uitkeringen direct betaald door de werkgever (40) (37) (3) (3)
Wisselkoersverschillen (2) 1
Overige 1 1
Herberekening (113) 60 (18) 11
Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen per 31 december 727 825 137 153

De onderstaande tabel geeft een overzicht van de mutaties in de verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen.

Pensioenregelingen
met vaste toezeggingen
Overige vergoedingen
na uitdiensttreding
2021 2020 2021 2020
Verplichtingen voor regelingen met vaste
toezeggingen per 1 januari 1.169 1.071 153 140
Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 57 53 4 4
Rentelasten 5 10 1 1
Pensioenkosten van verstreken diensttijd - verworven en niet-verworven rechten 2
Herberekening (112) 93 (18) 11
Bijdragen werknemers betaald aan de werkgever 2 2
Uitkeringen (18) (13)
Uitkeringen direct betaald door de werkgever (40) (37) (3) (3)
Wisselkoersverschillen 16 (12)
Verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen per 31 december 1.079 1.169 137 153

De volgende tabel toont de mutaties in de reële waarde van de kwalificerende beleggingen.

Pensioenregelingen met vaste toezeggingen 2021 2020
Reële waarde van kwalificerende beleggingen per 1 januari 353 343
Rentebaten 4 5
Herberekening (rendement op de kwalificerende beleggingen,exclusief rente-effect) 3 29
Bijdragen werkgevers 2 2
Uitkeringen (16) (12)
Wisselkoersverschillen 18 (13)
Overige (1) (1)
Reële waarde van kwalificerende beleggingen per 31 december 363 353

De volgende tabel toont de veranderingen in het actiefplafond en/of minimale financieringsvereisten.

2021 2020
Actiefplafond / minimale financieringsvereisten
per 1 januari 8 12
Herberekening 2 (4)
Actiefplafond / minimale financieringsvereisten
per 31 december 10 8

Het actiefplafond houdt verband met Ageas-entiteiten in Portugal.

161 | 240

160 | 240

toelichting 15).

De verplichtingen uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen zijn opgenomen onder 'Overlopende rente en overige verplichtingen' (zie toelichting 24) en de activa uit hoofde van pensioenregelingen met vaste toezeggingen vallen onder 'Overlopende rente en overige activa' (zie

de fondsbeleggingen. Om die reden worden deze regelingen

Vanuit economisch oogpunt wordt de nettoverplichting inzake toegezegdpensioenregelingen gecompenseerd door de niet tot het toetsingsvermogen gerekende fondsbeleggingen die binnen Ageas worden aangehouden (2021: EUR 544 miljoen; 2020: EUR 531 miljoen).

pensioenverplichting van EUR 184 miljoen (2020: EUR 294 miljoen) voor verplichtingen uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen.

Pensioenregelingen Overige vergoedingen met vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020

Pensioenregelingen Overige vergoedingen met vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020

Economisch gezien resulteert dit voor 2021 in een netto

aangemerkt als 'niet gefinancierd'.

De onderstaande tabel geeft een overzicht van de mutaties in de netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen in de balans.

Bijdragen werkgevers (4) (3) Bijdragen werknemers betaald aan de werkgever 2 2

Wisselkoersverschillen (2) 1 Overige 1 1

De onderstaande tabel geeft een overzicht van de mutaties in de verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen.

Pensioenkosten van verstreken diensttijd - verworven en niet-verworven rechten 2

Bijdragen werknemers betaald aan de werkgever 2 2 Uitkeringen (18) (13)

Wisselkoersverschillen 16 (12)

De volgende tabel toont de mutaties in de reële waarde van de kwalificerende beleggingen.

toezeggingen per 1 januari 825 742 153 140 Totale lasten voor regelingen met vaste toezeggingen 58 59 5 5

Uitkeringen direct betaald door de werkgever (40) (37) (3) (3)

Herberekening (113) 60 (18) 11 Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen per 31 december 727 825 137 153

toezeggingen per 1 januari 1.169 1.071 153 140 Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 57 53 4 4 Rentelasten 5 10 1 1

Herberekening (112) 93 (18) 11

Uitkeringen direct betaald door de werkgever (40) (37) (3) (3)

Verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen per 31 december 1.079 1.169 137 153

Pensioenregelingen met vaste toezeggingen 2021 2020

Reële waarde van kwalificerende beleggingen per 1 januari 353 343 Rentebaten 4 5 Herberekening (rendement op de kwalificerende beleggingen,exclusief rente-effect) 3 29 Bijdragen werkgevers 2 2 Uitkeringen (16) (12) Wisselkoersverschillen 18 (13) Overige (1) (1) Reële waarde van kwalificerende beleggingen per 31 december 363 353

Omdat Ageas als financiële instelling gespecialiseerd is in het beheer van regelingen voor personeelsvergoedingen zijn een aantal pensioenregelingen voor medewerkers verzekerd via

verzekeringsbedrijven die deel uitmaken van de Groep. Derhalve, en in

toetsingsvermogen gerekend en mogen deze niet worden gerekend tot

overeenstemming met IFRS, worden deze activa niet tot het

Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste

Verplichtingen voor regelingen met vaste

De volgende tabel geeft een overzicht van de componenten die betrekking hebben op de toegezegdpensioenregelingen en overige uitkeringen na uitdiensttreding voor het jaar eindigend per 31 december en die van invloed zijn op de resultatenrekening.

Pensioenregelingen met
vaste toezeggingen
Overige vergoedingen
na uitdiensttreding
2021 2020 2021 2020
Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 57 53 4 4
Netto rentekosten 1 5 1 1
Pensioenkosten van verstreken diensttijd - verworven en niet-verworven rechten 2
Schikkingen (1)
Totale lasten voor regelingen met vaste toezeggingen 58 59 5 5

De netto rentekosten en andere zijn verantwoord als Financieringslasten (zie toelichting 37). Alle overige kosten worden verantwoord als Personeelskosten (zie toelichting 40).

De samenstelling van herberekeningen per 31 december is als volgt.

Pensioenregelingen met
vaste toezeggingen
Overige vergoedingen
na uitdiensttreding
2021 2020 2021 2020
Rendement op kwalificerende beleggingen, exclusief effect op de rente (3) (29)
Herberekening van actiefplafond / minimale financieringsvereisten
Actuariële (winsten) verliezen m.b.t.:
2 (4)
wijziging in demografische veronderstellingen
wijziging in financiële veronderstellingen
(7)
(86)
96 (16) 14
ervaringsaanpassingen
Herberekening van de verplichting inzake de toegezegdpensioenregeling, netto (actief)
(19)
(113)
(3)
60
(2)
(18)
(3)
11

De herberekening van de netto verplichting inzake de

toegezegdpensioenregeling wordt onder overig comprehensive income verantwoord. Herberekeningen van kwalificerende beleggingen zijn met name het verschil tussen de eigenlijke return van kwalificerende beleggingen en verwachte disconteringsvoet. Herberekeningen van de toegezegdpensioenverplichtingen geven de verandering in actuariële

veronderstellingen (demografische en financiële veronderstellingen) en de ervaringsaanpassingen weer.

Ervaringsaanpassingen zijn de actuariële winsten en verliezen die ontstaan door verschillen tussen de actuariële veronderstellingen aan het begin van het jaar en de werkelijke uitkomsten gedurende het jaar.

De volgende tabel is een weergave van de gewogen gemiddelde looptijd van de toegezegdpensioenregeling in jaren.

2021 Pensioenregelingen
met vaste toezeggingen
Overige vergoedingen
na uitdiensttreding
Gewogen gemiddelde looptijd van de toegezegdpensioenregeling 15 23

De volgende tabel geeft een overzicht van de voornaamste actuariële veronderstellingen die zijn toegepast voor de landen in de eurozone.

Pensioenregelingen
met vaste toezeggingen
Overige vergoedingen
na uitdiensttreding
2021 2020 2021 2020
Laag Hoog Laag Hoog Laag Hoog Laag Hoog
Disconteringsvoet 0,3% 1,1% 0,0% 0,6% 1,0% 1,2% 0,5% 0,6%
Toekomstige salarisverhogingen (prijsinflatie inbegrepen) 1,5% 4,2% 1,5% 4,1%
Toekomstige pensioenverhogingen (prijsinflatie inbegrepen) 1,5% 1,8% 1,5% 1,7%
Evolutie medische kosten 2,0% 3,8% 2,0% 3,8%

De disconteringsvoet voor Pensioenregelingen is gewogen voor de netto verplichting inzake de toegezegdpensioenregeling (activa). De meest uitgebreide pensioenplannen situeren zich in België, met disconteringsvoeten variërend van 0,28% tot 1,14%. De toekomstige salarisverhogingen variëren in 2021 van 1,50% voor oudere personeelsleden tot 4,20% voor jongere personeelsleden.

De volgende tabel bevat de voornaamste actuariële veronderstellingen die zijn toegepast voor de overige landen.

Pensioenregelingen met vaste toezeggingen 2021 2020
Disconteringsvoet 1,8% 1,3%
Toekomstige salarisverhogingen (prijsinflatie inbegrepen)

De eurozone vertegenwoordigt 80% van de totale verplichting voor regelingen met vaste toezeggingen van Ageas. Onder overige landen valt uitsluitend het Verenigd Koninkrijk. Uitkeringen na uitdiensttreding in landen buiten de eurozone en het Verenigd Koninkrijk worden aangemerkt als niet van materieel belang.

Een toe- of afname van 1% in de veronderstelde actuariële veronderstellingen zou het volgende effect hebben op de pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen en overige vergoedingen na uitdiensttreding.

163 | 240

voor medische kosten.

Verenigd Koninkrijk.

pensioenverplichtingen.

van uitkeringen na uitdiensttreding.

Effect van de veronderstelde trendmatige veranderingen van de medische kosten:

De samenstelling van de kwalificerende beleggingen is als volgt.

Een toe- of afname van de veronderstelde trendmatige groei met 1% van de medische kosten zou het volgende effect hebben op de uitkeringsverplichting

Contante waarde van de verplichting 136 153

1% toename 26,9% 25,1% 1% afname (20,0%) (18,7%)

Aandelen 41 11,3% 65 18,4% Obligaties 230 63,4% 157 44,5% Verzekeringscontracten 27 7,4% 30 8,5% Vastgoedportefeuille 29 8,0% 41 11,6% Geldmiddelen 4 1,1% 6 1,7% Overige 32 8,8% 54 15,3% Totaal 363 100,0% 353 100,0%

De kwalificerende beleggingen bestaan voornamelijk uit vastrentende waarden, gevolgd door aandelen, vastgoed (fondsen) en beleggingscontracten die zijn afgesloten bij verzekeringsmaatschappijen. Volgens het interne beleggingsbeleid van Ageas dienen voor de financiering van pensioenregelingen beleggingen in derivaten en opkomende markten te worden vermeden. Het bedrag in 'Overige' houdt verband met twee gediversifieerde fondsen in het

Aandelen 39 7,0% 35 6,4% Obligaties 431 77,1% 432 79,3% Verzekeringscontracten 15 2,7% 14 2,6% Vastgoedportefeuille 58 10,4% 57 10,5% Converteerbare obligaties 13 2,3% 10 1,8% Geldmiddelen 3 0,5% (3) (0,6%) Totaal 559 100,0% 545 100,0%

De samenstelling van de pensioenplanbeleggingen voor de niet-kwalificerende beleggingen voor pensioenregelingen is als volgt.

Ageas past het beleid voor asset-allocatie geleidelijk aan om zo de looptijd van de beleggingen beter af te stemmen op de looptijd van de

Naar verwachting zal Ageas als werkgever in het boekjaar eindigend op 31 december 2021 de volgende bijdragen betalen aan regelingen ten behoeve

Verwachte bijdragen voor volgend jaar 15 Verwachte bijdragen voor volgend jaar voor ongekwalificeerde pensioenplanbeleggingen 45

Medische kosten

Pensioenregelingen met vaste toezeggingen

2021 2020

31 December 2021 % 31 December 2020 %

31 December 2021 % 31 December 2020 %

Pensioenregelingen Overige vergoedingen
met vaste toezeggingen na uitdiensttreding
2021 2020 2021 2020
Contante waarde van de verplichting 1.079 1.169 137 153
Effect van wijzigingen in de veronderstelde disconteringsvoet:
1% toename (13,0%) (13,0%) (19,3%) (19,5%)
1% afname 16,1% 16,3% 25,3% 25,8%
Effect van wijzigingen in de veronderstelde toekomstige salarisverhogingen:
1% toename 12,4% 11,4%
1% afname (10,2%) (9,4%)
Effect van wijzigingen in de veronderstelde pensioenverhogingen:
1% toename 9,0% 8,8%
1% afname (7,8%) (7,6%)

Een toe- of afname van de veronderstelde trendmatige groei met 1% van de medische kosten zou het volgende effect hebben op de uitkeringsverplichting voor medische kosten.

2021 Medische kosten
2020
Contante waarde van de verplichting 136 153
Effect van de veronderstelde trendmatige veranderingen van de medische kosten:
1% toename 26,9% 25,1%
1% afname (20,0%) (18,7%)

De samenstelling van de kwalificerende beleggingen is als volgt.

163 | 240

162 | 240

De volgende tabel is een weergave van de gewogen gemiddelde looptijd van de toegezegdpensioenregeling in jaren.

Toekomstige salarisverhogingen (prijsinflatie inbegrepen) 1,5% 4,2% 1,5% 4,1% Toekomstige pensioenverhogingen (prijsinflatie inbegrepen) 1,5% 1,8% 1,5% 1,7%

De volgende tabel bevat de voornaamste actuariële veronderstellingen die zijn toegepast voor de overige landen.

1% toename 12,4% 11,4% 1% afname (10,2%) (9,4%)

1% toename 9,0% 8,8% 1% afname (7,8%) (7,6%)

van 1,50% voor oudere personeelsleden tot 4,20% voor jongere personeelsleden.

Toekomstige salarisverhogingen (prijsinflatie inbegrepen)

aangemerkt als niet van materieel belang.

Effect van wijzigingen in de veronderstelde disconteringsvoet:

Effect van wijzigingen in de veronderstelde pensioenverhogingen:

Effect van wijzigingen in de veronderstelde toekomstige salarisverhogingen:

De eurozone vertegenwoordigt 80% van de totale verplichting voor regelingen met vaste toezeggingen van Ageas. Onder overige landen valt uitsluitend het Verenigd Koninkrijk. Uitkeringen na uitdiensttreding in

landen buiten de eurozone en het Verenigd Koninkrijk worden

2021 met vaste toezeggingen na uitdiensttreding

Gewogen gemiddelde looptijd van de toegezegdpensioenregeling 15 23

Disconteringsvoet 0,3% 1,1% 0,0% 0,6% 1,0% 1,2% 0,5% 0,6%

Evolutie medische kosten 2,0% 3,8% 2,0% 3,8%

De disconteringsvoet voor Pensioenregelingen is gewogen voor de netto verplichting inzake de toegezegdpensioenregeling (activa). De meest uitgebreide pensioenplannen situeren zich in België, met disconteringsvoeten variërend van 0,28% tot 1,14%. De toekomstige salarisverhogingen variëren in 2021

Pensioenregelingen met vaste toezeggingen 2021 2020

Disconteringsvoet 1,8% 1,3%

Contante waarde van de verplichting 1.079 1.169 137 153

1% toename (13,0%) (13,0%) (19,3%) (19,5%) 1% afname 16,1% 16,3% 25,3% 25,8%

De volgende tabel geeft een overzicht van de voornaamste actuariële veronderstellingen die zijn toegepast voor de landen in de eurozone.

Pensioenregelingen Overige vergoedingen

Pensioenregelingen Overige vergoedingen met vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020 Laag Hoog Laag Hoog Laag Hoog Laag Hoog

Pensioenregelingen Overige vergoedingen met vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020

Een toe- of afname van 1% in de veronderstelde actuariële veronderstellingen zou het volgende effect hebben op de pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen en overige

vergoedingen na uitdiensttreding.

31 December 2021 % 31 December 2020 %
Aandelen 41 11,3% 65 18,4%
Obligaties 230 63,4% 157 44,5%
Verzekeringscontracten 27 7,4% 30 8,5%
Vastgoedportefeuille 29 8,0% 41 11,6%
Geldmiddelen 4 1,1% 6 1,7%
Overige 32 8,8% 54 15,3%
Totaal 363 100,0% 353 100,0%

De kwalificerende beleggingen bestaan voornamelijk uit vastrentende waarden, gevolgd door aandelen, vastgoed (fondsen) en beleggingscontracten die zijn afgesloten bij verzekeringsmaatschappijen. Volgens het interne beleggingsbeleid van Ageas dienen voor de financiering van pensioenregelingen beleggingen in derivaten en opkomende markten te worden vermeden. Het bedrag in 'Overige' houdt verband met twee gediversifieerde fondsen in het Verenigd Koninkrijk.

De samenstelling van de pensioenplanbeleggingen voor de niet-kwalificerende beleggingen voor pensioenregelingen is als volgt.

31 December 2021 % 31 December 2020 %
Aandelen 39 7,0% 35 6,4%
Obligaties 431 77,1% 432 79,3%
Verzekeringscontracten 15 2,7% 14 2,6%
Vastgoedportefeuille 58 10,4% 57 10,5%
Converteerbare obligaties 13 2,3% 10 1,8%
Geldmiddelen 3 0,5% (3) (0,6%)
Totaal 559 100,0% 545 100,0%

Ageas past het beleid voor asset-allocatie geleidelijk aan om zo de looptijd van de beleggingen beter af te stemmen op de looptijd van de pensioenverplichtingen.

Naar verwachting zal Ageas als werkgever in het boekjaar eindigend op 31 december 2021 de volgende bijdragen betalen aan regelingen ten behoeve van uitkeringen na uitdiensttreding.

Pensioenregelingen
met vaste toezeggingen
Verwachte bijdragen voor volgend jaar 15
Verwachte bijdragen voor volgend jaar voor ongekwalificeerde pensioenplanbeleggingen 45

6.1.2 Andere langetermijn personeelsbeloningen

164 | 240

De Andere langetermijn personeelsbeloningen bestaan uit verplichtingen van de werkgever tot het uitkeren van bijvoorbeeld jubileumpremies. De tabel hieronder geeft de netto verplichtingen weer. De verplichtingen met betrekking tot Andere langetermijnpersoneelsbeloningen zijn opgenomen in de balans onder Overlopende rente en overige verplichtingen (zie toelichting 24).

165 | 240

6.2

Restricted shares;

shares')

Management Committee.

Verstrekte voorwaardelijke aandelen (vervallen)

6.2.2 Aandelengekoppelde incentives

aandelengekoppelde incentives.

De volgende tabel toont de mutaties gedurende het boekjaar in de verplichtingen inzake Beëindigingsvergoedingen.

toelichting 37). Alle overige kosten worden verantwoord als Personeelskosten (zie toelichting 40).

Met aandelen verbonden incentive programma's

6.2.1 Toekenning van aandelen onder voorwaarden ('restricted

Voor de leden van het Executive en het Management Committee geldt een Long-term incentive plan (LTI). Bij deze regeling worden prestatieaandelen voorwaardelijk toegekend waarbij na 3,5 jaar onvoorwaardelijke toekenning volgt. Het aantal toe te kennen aandelen in het kader van dit plan is gebaseerd op de 'Ageas Business Score', die voortvloeit uit de realisatie van de KPI's voor het bedrijf. Voor de onvoorwaardelijke toekenning na 3,5 jaar wordt een relatieve TSRprestatiemeting (totaal aandeelhoudersrendement) ten opzichte van een

tussen 0 en de waarde van 125.160 Ageas-aandelen op 1 april 2022 (plan 2019). tussen 0 en de waarde van 135.480 Ageas-aandelen op 1 april 2023 (plan 2020). tussen 0 en de waarde van 141.400 Ageas-aandelen op 1 april 2024 (plan 2021).

Het kan hierbij gaan om de volgende instrumenten:

Ageas maakt gebruik van de mogelijkheid om zijn werknemers en leden van het Executive Committee en het Management Committee in aandelen en aan aandelen gerelateerde instrumenten te belonen.

Netto verplichting per 1 januari 4 5 Totale lasten 2 1 Uitkeringen direct betaald door de werkgever (1) (2) Netto verplichting per 31 december 5 4

Kosten die gerelateerd zijn aan Beëindigingsvergoedingen worden hieronder getoond. De netto rentekosten zijn verantwoord als Financieringslasten (zie

Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 2 1 Totale lasten 2 1

De volgende tabel toont het verloop van de toezeggingen van restricted shares gedurende het jaar aan leden van het Executive Committee en het

(aantal aandelen in '000) 2022 2021

Aantal onder voorwaarden verstrekte aandelen per 1 maart 194 212

Verstrekte voorwaardelijke aandelen - gevestigd (72) Aantal onder voorwaarden verstrekte aandelen per 31 december 140

In 2019, 2020 en 2021 heeft Ageas een aandelengerelateerd incentiveprogramma voor het senior management opgezet. Afhankelijk van de prestatie van het aandeel Ageas ten opzichte van vergelijkbare ondernemingen over de periode van drie jaar volgend op de lancering van elk van de plannen en op

voorwaarde van een voortgezet dienstverband worden de senior managers beloond met een betaling in contanten gelijk aan een waarde:

De verplichting die voortvloeit uit deze in contanten afgewikkelde transacties wordt op elke verslagdatum bepaald tegen de reële waarde.

2021 2020

2021 2020

vergelijkingsgroep toegepast. Nadat de aandelen onvoorwaardelijk zijn toegekend, moeten ze nog 1,5 jaar in bezit worden gehouden (in totaal 5 jaar na de datum van voorwaardelijke toekenning). Na deze blokkeringsperiode mogen de begunstigden de onvoorwaardelijk toegekende aandelen verkopen onder bepaalde voorwaarden zoals vastgelegd in het bezoldigingsbeleid. Meer details over dit plan zijn te vinden in het verslag van het Remuneration Committee in sectie 5.7.11.

Voor 2017 werden in totaal 71.870 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning, voor 2018 werden in totaal 35.612 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning, voor 2019 werden in totaal 51.393 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning en voor 2020 werden

Voor het prestatiejaar 2021 werden in totaal 53.918 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning aan de leden van het Executive Committee

53.269 prestatieaandelen toegekend voor toezegging.

en het Management Committee.

2021 2020
Contante waarde van de verplichting 17 18
Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 17 18

De volgende tabel toont de mutaties gedurende het boekjaar in de verplichtingen inzake Andere langetermijnpersoneelsbeloningen.

2021 2020
Netto verplichting per 1 januari 18 17
Totale lasten 1
Uitkeringen direct betaald door de werkgever (1)
Netto verplichting per 31 december 17 18

De onderstaande tabel geeft een overzicht van de actuariële veronderstellingen die zijn gehanteerd voor het berekenen van de verplichtingen met betrekking tot andere langetermijnpersoneelsbeloningen.

2021
Laag Hoog Laag Hoog
Disconteringsvoet 0,32% 0,70% 0,03% 0,29%
Toekomstige salarisverhogingen 2,10% 4,20% 2,00% 4,10%

De kosten van de Andere langetermijn personeelsbeloningen worden hierna getoond. De rentekosten zijn verantwoord als Financieringslasten (zie toelichting 37) en de overige kosten zijn verantwoord als Personeelskosten (zie toelichting 40).

2021 2020
Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 1 1
Onmiddellijk verantwoorde netto actuariële verliezen (winsten) (1)
Totale lasten 1

6.1.3 Beëindigingsvergoedingen

Beëindigingsvergoedingen zijn personeelsbeloningen die betaalbaar zijn in verband met het beëindigen van de arbeidsrelatie met een werknemer vóór de normale pensioendatum of het besluit van een werknemer om vrijwillig ontslag te accepteren in ruil voor deze vergoeding.

De onderstaande tabel toont verplichtingen die samenhangen met Beëindigingsvergoedingen die in de balans begrepen zijn onder Overlopende rente en overige verplichtingen (zie toelichting 24).

2021 2020
Contante waarde van de verplichting 5 4
Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 5 4

De volgende tabel toont de mutaties gedurende het boekjaar in de verplichtingen inzake Beëindigingsvergoedingen.

2021 2020
Netto verplichting per 1 januari 4 5
Totale lasten 2 1
Uitkeringen direct betaald door de werkgever (1) (2)
Netto verplichting per 31 december 5 4

Kosten die gerelateerd zijn aan Beëindigingsvergoedingen worden hieronder getoond. De netto rentekosten zijn verantwoord als Financieringslasten (zie toelichting 37). Alle overige kosten worden verantwoord als Personeelskosten (zie toelichting 40).

2021 2020
Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 2 1
Totale lasten 2 1

6.2 Met aandelen verbonden incentive programma's

Ageas maakt gebruik van de mogelijkheid om zijn werknemers en leden van het Executive Committee en het Management Committee in aandelen en aan aandelen gerelateerde instrumenten te belonen.

Het kan hierbij gaan om de volgende instrumenten:

Restricted shares;

165 | 240

164 | 240

6.1.2 Andere langetermijn personeelsbeloningen

betrekking tot andere langetermijnpersoneelsbeloningen.

6.1.3 Beëindigingsvergoedingen

overige verplichtingen (zie toelichting 24).

onder Overlopende rente en overige verplichtingen (zie toelichting 24).

De Andere langetermijn personeelsbeloningen bestaan uit verplichtingen van de werkgever tot het uitkeren van bijvoorbeeld jubileumpremies. De tabel hieronder geeft de netto verplichtingen weer. De verplichtingen met betrekking tot Andere langetermijnpersoneelsbeloningen zijn opgenomen in de balans

Contante waarde van de verplichting 17 18 Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 17 18

Netto verplichting per 1 januari 18 17 Totale lasten 1

Netto verplichting per 31 december 17 18

Disconteringsvoet 0,32% 0,70% 0,03% 0,29% Toekomstige salarisverhogingen 2,10% 4,20% 2,00% 4,10%

Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 1 1

Totale lasten 1

Beëindigingsvergoedingen zijn personeelsbeloningen die betaalbaar zijn in verband met het beëindigen van de arbeidsrelatie met een werknemer vóór de

De onderstaande tabel toont verplichtingen die samenhangen met Beëindigingsvergoedingen die in de balans begrepen zijn onder Overlopende rente en

Contante waarde van de verplichting 5 4 Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 5 4

De kosten van de Andere langetermijn personeelsbeloningen worden hierna getoond. De rentekosten zijn verantwoord als Financieringslasten (zie

De onderstaande tabel geeft een overzicht van de actuariële veronderstellingen die zijn gehanteerd voor het berekenen van de verplichtingen met

De volgende tabel toont de mutaties gedurende het boekjaar in de verplichtingen inzake Andere langetermijnpersoneelsbeloningen.

Uitkeringen direct betaald door de werkgever (1)

Onmiddellijk verantwoorde netto actuariële verliezen (winsten) (1)

normale pensioendatum of het besluit van een werknemer om vrijwillig ontslag te accepteren in ruil voor deze vergoeding.

toelichting 37) en de overige kosten zijn verantwoord als Personeelskosten (zie toelichting 40).

2021 2020

2021 2020

2021 2020

2021 2020

2021 2020

Laag Hoog Laag Hoog

aandelengekoppelde incentives.

6.2.1 Toekenning van aandelen onder voorwaarden ('restricted shares')

Voor de leden van het Executive en het Management Committee geldt een Long-term incentive plan (LTI). Bij deze regeling worden prestatieaandelen voorwaardelijk toegekend waarbij na 3,5 jaar onvoorwaardelijke toekenning volgt. Het aantal toe te kennen aandelen in het kader van dit plan is gebaseerd op de 'Ageas Business Score', die voortvloeit uit de realisatie van de KPI's voor het bedrijf. Voor de onvoorwaardelijke toekenning na 3,5 jaar wordt een relatieve TSRprestatiemeting (totaal aandeelhoudersrendement) ten opzichte van een

vergelijkingsgroep toegepast. Nadat de aandelen onvoorwaardelijk zijn toegekend, moeten ze nog 1,5 jaar in bezit worden gehouden (in totaal 5 jaar na de datum van voorwaardelijke toekenning). Na deze blokkeringsperiode mogen de begunstigden de onvoorwaardelijk toegekende aandelen verkopen onder bepaalde voorwaarden zoals vastgelegd in het bezoldigingsbeleid. Meer details over dit plan zijn te vinden in het verslag van het Remuneration Committee in sectie 5.7.11.

Voor 2017 werden in totaal 71.870 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning, voor 2018 werden in totaal 35.612 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning, voor 2019 werden in totaal 51.393 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning en voor 2020 werden 53.269 prestatieaandelen toegekend voor toezegging.

Voor het prestatiejaar 2021 werden in totaal 53.918 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning aan de leden van het Executive Committee en het Management Committee.

De volgende tabel toont het verloop van de toezeggingen van restricted shares gedurende het jaar aan leden van het Executive Committee en het Management Committee.

(aantal aandelen in '000) 2022 2021
Aantal onder voorwaarden verstrekte aandelen per 1 maart 194 212
Verstrekte voorwaardelijke aandelen (vervallen)
Verstrekte voorwaardelijke aandelen - gevestigd (72)
Aantal onder voorwaarden verstrekte aandelen per 31 december 140

6.2.2 Aandelengekoppelde incentives

In 2019, 2020 en 2021 heeft Ageas een aandelengerelateerd incentiveprogramma voor het senior management opgezet. Afhankelijk van de prestatie van het aandeel Ageas ten opzichte van vergelijkbare ondernemingen over de periode van drie jaar volgend op de lancering van elk van de plannen en op voorwaarde van een voortgezet dienstverband worden de senior managers beloond met een betaling in contanten gelijk aan een waarde:

  • tussen 0 en de waarde van 125.160 Ageas-aandelen op 1 april 2022 (plan 2019).
  • tussen 0 en de waarde van 135.480 Ageas-aandelen op 1 april 2023 (plan 2020).
  • tussen 0 en de waarde van 141.400 Ageas-aandelen op 1 april 2024 (plan 2021).

De verplichting die voortvloeit uit deze in contanten afgewikkelde transacties wordt op elke verslagdatum bepaald tegen de reële waarde.

6.3

166 | 240

Bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur en de leden van het Executive Committee

6.3.1 Bezoldiging van de Raad van Bestuur

Wijzigingen in de Raad van Bestuur in 2021

De Raad van Bestuur bestaat momenteel uit veertien leden: Bart De Smet (voorzitter), Guy de Selliers de Moranville (vicevoorzitter), Katleen Vandeweyer, Jane Murphy, Richard Jackson, Lucrezia Reichlin, Yvonne Lang Ketterer, Sonali Chandmal en Jean-Michel Chatagny als nietuitvoerend bestuurders en Hans De Cuyper (CEO), Christophe Boizard (CFO), Filip Coremans (MD Asia), Antonio Cano (MD Europe) en Emmanuel Van Grimbergen (CRO) als uitvoerend bestuurders.

Lionel Perl en Jan Zegering Hadders traden af als lid van de Raad van Bestuur op de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 19 mei 2021 en Jean-Michel Chatagny werd op dezelfde vergadering benoemd tot lid van de Raad van Bestuur van ageas sa/nv.

Wat betreft het lidmaatschap van de Raad van Bestuur van nietuitvoerende bestuurders in dochtermaatschappijen van Ageas, zijn Bart De Smet en Richard Jackson lid van de Raad van Bestuur van Ageas UK Ltd, is Guy de Selliers de Moranville Voorzitter van de Raad van Bestuur van AG Insurance SA/NV en is Katleen Vandeweyer een lid van deze Raad. Jane Murphy is lid van de Raad van Bestuur van Ageas France S.A. en Yvonne Lang Ketterer en Sonali Chandmal zijn lid van de Raad van Bestuur van Ageas Portugal Holdings SGSP (PT), van Médis (Companhia Portuguesa de Seguros de Saude S.A.), Ageas Portugal - Companhia Portuguesa de Seguros S.A..en Ageas Portugal - Companhia Portuguesa de Seguros de Vida S.A.

167 | 240

De bezoldiging ontvangen door de leden van de Raad van Bestuur voor hun mandaat in 2021 in dochtermaatschappijen van Ageas is als volgt.

(1) De leden van de Executive Board worden niet bezoldigd als bestuursleden maar als leden van het Directiecomité.

De onderstaande tabel geeft een overzicht van alle verloningscomponenten voor leden van het Executive Committee.

  • 1 - - 2 - - 3 - - 4 - - 5 -

Naam persoon Basisver loning Premies voordelen variabel variabel (1) (1+4)/5 (2+3)/5

H. De Cuyper 650.000 - 86.748 389.676 438.750 - 171.504 1.736.678 52% 48% C. Boizard 485.000 - 101.086 280.575 327.375 - 196.890 1.390.926 56% 44% E. Van Grimbergen 485.000 - 62.629 284.211 327.375 - 161.352 1.320.567 54% 46% A. Cano 485.000 - 77.750 285.667 327.375 - 197.691 1.373.483 55% 45% F. Coremans 485.000 - 73.937 290.759 327.375 - 198.807 1.375.878 55% 45%

Totaal 2.590.000 - 402.150 1.530.888 1.748.250 0 926.244 7.197.532

Voor de onvoorwaardelijke toekenning na 3,5 jaar wordt een relatieve TSR-prestatiemeting ten opzichte van een peer groep toegepast

Vaste Variabele Buitengewone Totale Proportie bezoldiging bezoldiging items Pensioenlasten bezoldiging van

(zie toelichting 6.3.2 voor details over hun vergoeding)

6.3.2.1 Het Executive Committee in 2021

6.3.2 Bezoldiging van leden van het Executive Committee van

6.3.2.2 Totale bezoldiging 2021 van het Executive Committee In 2021 bedroeg de totale bezoldiging, inclusief pensioenbijdragen en secundaire arbeidsvoorwaarden van het Executive Committee EUR 7.197.532 tegenover EUR 7.749.540 in 2020. Dit bestond uit:

Per 31 december 2021 bestond het Executive Committee van Ageas uit Hans De Cuyper (CEO), Christophe Boizard (CFO), Filip Coremans (MD Asia), Antonio Cano (MD Europe) en Emmanuel Van Grimbergen

(1) Marktwaarde van meerjaarsvariabele beloning op het moment van voorwaardelijke toekenning.

(2) Exclusief onkostenvergoeding.

Ageas.

(CRO).

Naam persoon (1) Functie Vaste vergoeding 2021 Aanwezigheidspremie 2021 Totaal (2)

Bart De Smet Voorzitter 41.250 12.000 53.250 Guy de Selliers de Moranville Vice-voorzitter 60.000 26.000 86.000 Jan Zegering Hadders Niet-uitvoerend bestuurder 15.000 7.000 22.000 Lionel Perl Niet-uitvoerend bestuurder 85.678 5.500 91.178 Richard Jackson Niet-uitvoerend bestuurder 33.750 11.500 45.250 Jane Murphy Niet-uitvoerend bestuurder 45.000 24.000 69.000 Lucrezia Reichlin Niet-uitvoerend bestuurder - - - Yvonne Lang Ketterer Niet-uitvoerend bestuurder 33.750 13.500 47.250 Sonali Chandmal Niet-uitvoerend bestuurder 33.750 14.500 48.250 Katleen Vandeweyer Niet-uitvoerend bestuurder 30.000 18.000 48.000 Jean-Michel Chatagny Niet-uitvoerend bestuurder - - - Hans De Cuyper Chief Executive Officer (CEO) - - - Christophe Boizard Chief Financial Officer (CFO) - - - Filip Coremans Managing Director Azië (MD Azië) - - - Antonio Cano Managing Director Europa (MD Europa) - - - Emmanuel Van Grimbergen Chief Risk Officer (CRO) - - - Totaal 378.178 132.000 510.178

een vaste bezoldiging van EUR 2.992.150 (vergeleken met

2.590.000 en secundaire arbeidsvoorwaarden

vorm van aandelen ter waarde van EUR 1.748.250; pensioenkosten van EUR 926.244 (exclusief belastingen) (in

en een bedrijfswagen) van EUR 402.150;

vergelijking met EUR 986.122 in 2020).

Overige Eenjaars Meerjaars Vast Variabel

EUR 2.939.758 in 2020) bestaande uit een basisbeloning van EUR

(gezondheidszorgverzekering, overlijdens- en invaliditeitsdekking

een variabele bezoldiging van EUR 3.279.138 (vergeleken met EUR 3.395.201 in 2020) bestaande uit een eenjarige variabele bonus (STI) van EUR 1.530.888 in contanten uit te betalen over een periode van drie jaar en een meerjarige variabele bonus (LTI) in de

Voor zover deze posities worden vergoed, worden de betaalde bedragen vermeld in de tabellen hieronder.

Bezoldiging van de Raad van Bestuur

De totale bezoldiging van niet-uitvoerende bestuurders bedroeg in het boekjaar 2021 EUR 1,.48 miljoen (2020: EUR 1,77 miljoen). De vergoeding is inclusief de basisverloning voor het bestuurslidmaatschap en een vergoeding voor de aanwezigheid op bestuursvergaderingen en vergaderingen van bestuurscommissies, op het niveau van de Ageas Groep en de dochtermaatschappijen van Ageas.

In de onderstaande tabel wordt een gedetailleerd overzicht gegeven van de bezoldiging die in 2021 door de leden van de Raad van Bestuur is ontvangen. Ook opgenomen is het aandelenbezit van de bestuursleden per 31 december 2021.

Vaste vergoeding
Aanwezigheidspremie
Aandelen Ageas
Naam persoon (1) Functie (2) 2021 2021 Totaal (4) per 31/12/2021
Bart De Smet Voorzitter 120.000 37.500 157.500 37.121
Guy de Selliers de Moranville Vice-voorzitter 60.000 42.000 102.000 264.390 (5)
Lionel Perl Niet-uitvoerend bestuurder 25.000 13.000 38.000 -
Jan Zegering Hadders Niet-uitvoerend bestuurder 25.000 16.000 41.000 -
Yvonne Lang Ketterer Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 44.000 104.000 -
Richard Jackson Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 42.500 102.500 -
Jane Murphy Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 34.000 94.000 -
Lucrezia Reichlin Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 34.000 94.000 -
Katleen Vandeweyer Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 29.000 89.000 -
Sonali Chandmal Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 33.000 93.000 -
Jean-Michel Chatagny Niet-uitvoerend bestuurder 35.000 23.500 58.500 -
Hans De Cuyper Chief Executive Officer (CEO) (3) - - see infra 6.145
Christophe Boizard Chief Financial Officer (CFO) (3) - - see infra 26.548
Filip Coremans Managing Director Azië (MD Azië) (3) - - see infra 13.501
Antonio Cano Managing Director Europa (MD Europa) (3) - - see infra 16.076
Emmanuel Van Grimbergen Chief Risk Officer (CRO) (3) - - see infra 8.554
Totaal 625.000 348.500 973.500 372.335

(1) Jean-Michel Chatagny trad toe tot de Raad vanaf 01/05/2021. Lionel Perl en Jan Zegering Hadders traden af per 01/05/2021.

(2) Bestuursleden ontvangen tevens een vergoeding voor het bijwonen van een commissievergadering op uitnodiging.

(3) De uitvoerende bestuursleden worden niet vergoed als leden van de Raad van Bestuur maar als Executive Committee leden.

(4) Exclusief onkostenvergoeding.

(5) 240.000 Indirect gehouden aandelen via trusts . Dit aantal omvat een correctie ten opzichte van vorige publicaties. Dhr. de Selliers bevestigt dat deze correctie moet gemaakt worden omwille van een praktische vergissing en bevestigt dat er door de Trust geen transacties in Ageas aandelen werden gedaan in 2021.

De bezoldiging ontvangen door de leden van de Raad van Bestuur voor hun mandaat in 2021 in dochtermaatschappijen van Ageas is als volgt.

Naam persoon (1) Functie Vaste vergoeding 2021 Aanwezigheidspremie 2021 Totaal (2)
Bart De Smet Voorzitter 41.250 12.000 53.250
Guy de Selliers de Moranville Vice-voorzitter 60.000 26.000 86.000
Jan Zegering Hadders Niet-uitvoerend bestuurder 15.000 7.000 22.000
Lionel Perl Niet-uitvoerend bestuurder 85.678 5.500 91.178
Richard Jackson Niet-uitvoerend bestuurder 33.750 11.500 45.250
Jane Murphy Niet-uitvoerend bestuurder 45.000 24.000 69.000
Lucrezia Reichlin Niet-uitvoerend bestuurder - - -
Yvonne Lang Ketterer Niet-uitvoerend bestuurder 33.750 13.500 47.250
Sonali Chandmal Niet-uitvoerend bestuurder 33.750 14.500 48.250
Katleen Vandeweyer Niet-uitvoerend bestuurder 30.000 18.000 48.000
Jean-Michel Chatagny Niet-uitvoerend bestuurder - - -
Hans De Cuyper Chief Executive Officer (CEO) - - -
Christophe Boizard Chief Financial Officer (CFO) - - -
Filip Coremans Managing Director Azië (MD Azië) - - -
Antonio Cano Managing Director Europa (MD Europa) - - -
Emmanuel Van Grimbergen Chief Risk Officer (CRO) - - -
Totaal 378.178 132.000 510.178

(1) De leden van de Executive Board worden niet bezoldigd als bestuursleden maar als leden van het Directiecomité.

(zie toelichting 6.3.2 voor details over hun vergoeding)

(2) Exclusief onkostenvergoeding.

167 | 240

166 | 240

6.3

Bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur

Wat betreft het lidmaatschap van de Raad van Bestuur van nietuitvoerende bestuurders in dochtermaatschappijen van Ageas, zijn Bart De Smet en Richard Jackson lid van de Raad van Bestuur van Ageas UK Ltd, is Guy de Selliers de Moranville Voorzitter van de Raad van Bestuur van AG Insurance SA/NV en is Katleen Vandeweyer een lid van deze Raad. Jane Murphy is lid van de Raad van Bestuur van Ageas France S.A. en Yvonne Lang Ketterer en Sonali Chandmal zijn lid van de Raad van Bestuur van Ageas Portugal Holdings SGSP (PT), van Médis (Companhia Portuguesa de Seguros de Saude S.A.), Ageas Portugal - Companhia Portuguesa de Seguros S.A..en Ageas Portugal -

Voor zover deze posities worden vergoed, worden de betaalde

De totale bezoldiging van niet-uitvoerende bestuurders bedroeg in het boekjaar 2021 EUR 1,.48 miljoen (2020: EUR 1,77 miljoen). De vergoeding is inclusief de basisverloning voor het bestuurslidmaatschap en een vergoeding voor de aanwezigheid op bestuursvergaderingen en vergaderingen van bestuurscommissies, op het niveau van de Ageas

Vaste vergoeding Aanwezigheidspremie Aandelen Ageas

Companhia Portuguesa de Seguros de Vida S.A.

Groep en de dochtermaatschappijen van Ageas.

bedragen vermeld in de tabellen hieronder.

Bezoldiging van de Raad van Bestuur

In de onderstaande tabel wordt een gedetailleerd overzicht gegeven van de bezoldiging die in 2021 door de leden van de Raad van Bestuur is ontvangen.

Naam persoon (1) Functie (2) 2021 2021 Totaal (4) per 31/12/2021 Bart De Smet Voorzitter 120.000 37.500 157.500 37.121 Guy de Selliers de Moranville Vice-voorzitter 60.000 42.000 102.000 264.390 (5) Lionel Perl Niet-uitvoerend bestuurder 25.000 13.000 38.000 - Jan Zegering Hadders Niet-uitvoerend bestuurder 25.000 16.000 41.000 - Yvonne Lang Ketterer Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 44.000 104.000 - Richard Jackson Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 42.500 102.500 - Jane Murphy Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 34.000 94.000 - Lucrezia Reichlin Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 34.000 94.000 - Katleen Vandeweyer Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 29.000 89.000 - Sonali Chandmal Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 33.000 93.000 - Jean-Michel Chatagny Niet-uitvoerend bestuurder 35.000 23.500 58.500 - Hans De Cuyper Chief Executive Officer (CEO) (3) - - see infra 6.145 Christophe Boizard Chief Financial Officer (CFO) (3) - - see infra 26.548 Filip Coremans Managing Director Azië (MD Azië) (3) - - see infra 13.501 Antonio Cano Managing Director Europa (MD Europa) (3) - - see infra 16.076 Emmanuel Van Grimbergen Chief Risk Officer (CRO) (3) - - see infra 8.554 Totaal 625.000 348.500 973.500 372.335

(5) 240.000 Indirect gehouden aandelen via trusts . Dit aantal omvat een correctie ten opzichte van vorige publicaties. Dhr. de Selliers bevestigt dat deze correctie moet gemaakt worden omwille

De Raad van Bestuur bestaat momenteel uit veertien leden: Bart De Smet (voorzitter), Guy de Selliers de Moranville (vicevoorzitter), Katleen Vandeweyer, Jane Murphy, Richard Jackson, Lucrezia Reichlin, Yvonne Lang Ketterer, Sonali Chandmal en Jean-Michel Chatagny als nietuitvoerend bestuurders en Hans De Cuyper (CEO), Christophe Boizard (CFO), Filip Coremans (MD Asia), Antonio Cano (MD Europe) en Emmanuel Van Grimbergen (CRO) als uitvoerend bestuurders.

Lionel Perl en Jan Zegering Hadders traden af als lid van de Raad van Bestuur op de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 19 mei 2021 en Jean-Michel Chatagny werd op dezelfde vergadering benoemd

Ook opgenomen is het aandelenbezit van de bestuursleden per 31 december 2021.

(1) Jean-Michel Chatagny trad toe tot de Raad vanaf 01/05/2021. Lionel Perl en Jan Zegering Hadders traden af per 01/05/2021. (2) Bestuursleden ontvangen tevens een vergoeding voor het bijwonen van een commissievergadering op uitnodiging. (3) De uitvoerende bestuursleden worden niet vergoed als leden van de Raad van Bestuur maar als Executive Committee leden.

van een praktische vergissing en bevestigt dat er door de Trust geen transacties in Ageas aandelen werden gedaan in 2021.

en de leden van het Executive Committee

6.3.1 Bezoldiging van de Raad van Bestuur

tot lid van de Raad van Bestuur van ageas sa/nv.

(4) Exclusief onkostenvergoeding.

Wijzigingen in de Raad van Bestuur in 2021

6.3.2 Bezoldiging van leden van het Executive Committee van Ageas.

6.3.2.1 Het Executive Committee in 2021

Per 31 december 2021 bestond het Executive Committee van Ageas uit Hans De Cuyper (CEO), Christophe Boizard (CFO), Filip Coremans (MD Asia), Antonio Cano (MD Europe) en Emmanuel Van Grimbergen (CRO).

6.3.2.2 Totale bezoldiging 2021 van het Executive Committee

In 2021 bedroeg de totale bezoldiging, inclusief pensioenbijdragen en secundaire arbeidsvoorwaarden van het Executive Committee EUR 7.197.532 tegenover EUR 7.749.540 in 2020. Dit bestond uit:

  • een vaste bezoldiging van EUR 2.992.150 (vergeleken met EUR 2.939.758 in 2020) bestaande uit een basisbeloning van EUR 2.590.000 en secundaire arbeidsvoorwaarden (gezondheidszorgverzekering, overlijdens- en invaliditeitsdekking en een bedrijfswagen) van EUR 402.150;
  • een variabele bezoldiging van EUR 3.279.138 (vergeleken met EUR 3.395.201 in 2020) bestaande uit een eenjarige variabele bonus (STI) van EUR 1.530.888 in contanten uit te betalen over een periode van drie jaar en een meerjarige variabele bonus (LTI) in de vorm van aandelen ter waarde van EUR 1.748.250;
  • pensioenkosten van EUR 926.244 (exclusief belastingen) (in vergelijking met EUR 986.122 in 2020).

De onderstaande tabel geeft een overzicht van alle verloningscomponenten voor leden van het Executive Committee.

- 1 - - 2 - - 3 - - 4 - - 5 -
Vaste Variabele Buitengewone Totale Proportie
bezoldiging bezoldiging items
Pensioenlasten
bezoldiging van
Overige Eenjaars Meerjaars Vast Variabel
Naam persoon Basisver loning Premies voordelen variabel variabel (1) (1+4)/5 (2+3)/5
H. De Cuyper 650.000 - 86.748 389.676 438.750 - 171.504 1.736.678 52% 48%
C. Boizard 485.000 - 101.086 280.575 327.375 - 196.890 1.390.926 56% 44%
E. Van Grimbergen 485.000 - 62.629 284.211 327.375 - 161.352 1.320.567 54% 46%
A. Cano 485.000 - 77.750 285.667 327.375 - 197.691 1.373.483 55% 45%
F. Coremans 485.000 - 73.937 290.759 327.375 - 198.807 1.375.878 55% 45%
Totaal 2.590.000 - 402.150 1.530.888 1.748.250 0 926.244 7.197.532

(1) Marktwaarde van meerjaarsvariabele beloning op het moment van voorwaardelijke toekenning.

Voor de onvoorwaardelijke toekenning na 3,5 jaar wordt een relatieve TSR-prestatiemeting ten opzichte van een peer groep toegepast

A VASTE BEZOLDIGING

De vaste bezoldiging bestaat uit een basisverloning, premies en overige secundaire arbeidsvoorwaarden zoals gezondheidszorgverzekering, overlijdensen invaliditeitsdekking en een bedrijfswagen.

Basisverloning

168 | 240

De onderstaande tabel toont de basisverloning van het Executive Committee voor 2021, vergeleken met die van 2020.

Naam persoon 2021 (1) 2020 (1) %
Bart De Smet (CEO) na 583.333 na
Hans De Cuyper (CEO) 650.000 108.333 na
Christophe Boizard (CFO) 485.000 485.000 100%
Emmanuel Van Grimbergen (CRO)(2) 485.000 400.000 121%
Antonio Cano (MD Europa) 485.000 485.000 100%
Filip Coremans (MD Azië) 485.000 485.000 100%
Totaal 2.590.000 2.546.666 102%

(1) Voor Bart De Smet tot 22/10/2020 en voor Hans De Cuyper vanaf 22/10/2020.

(2) De basisverloning van Emmanuel Van Grimbergen is een jaar na zijn aanstelling in lijn met de andere ExCo-leden gebracht

Zitpenningen

De leden van het Executive Committee ontvingen geen vergoedingen voor hun deelname aan vergaderingen van de Raad van Bestuur.

Overige voordelen

De leden van het Executive Committee ontvingen in totaal EUR 402.150 aan overige voordelen in lijn met het bezoldigingsbeleid.

B. VARIABELE BEZOLDIGING

De variabele bezoldiging bestaat uit de kortetermijnbonus (STI eenjaarsvariabel) en de langetermijnbonus (LTI - meerjaarsvariabel).

STI (eenjaarsvariabel)

Deze wordt bepaald door de Ageas Business Score voor het desbetreffende jaar en de individuele score (en functieprestaties voor de CRO) en resulteerde in de volgende STI-uitbetalingspercentages (on target = 50% van de basisverloning, maximale vork 0-100% van de basisverloning):

  • Hans De Cuyper (CEO): 120% van de doelstelling;
  • Christophe Boizard (CFO): 116% van de doelstelling;
  • Emmanuel Van Grimbergen (CRO): 117% van de doelstelling;
  • Antonio Cano (MD Europe): 118% van de doelstelling;
  • Filip Coremans (MD Asia): 120% van de doelstelling.

U vindt een gedetailleerd overzicht van de beoordeling van alle prestatie-KPI's in sectie 5.7.6.

Voor het prestatiejaar 2021 werd er een STI met een totaalbedrag van EUR 1.530.888 toegekend. 50% van dit bedrag wordt in 2022 uitgekeerd; het resterende gedeelte wordt uitgesteld naar 2023 en 2024 en wordt aangepast aan de prestatie.

169 | 240

LTI (meerjaars variabel)

Toekenning gedaan in 2021

Onvoorwaardelijke toekenning 2021

Met een Ageas Business Score van 5 (op een schaal van 1 tot 7) besloot de Raad van Bestuur tot een toekenning voor 2021 van 150% van de on target (d.w.z. 67,5% van de basisverloning). Gebaseerd op de gewogen gemiddelde prijs (VWAP) van het Ageas-aandeel van EUR

Het aantal voor 2021 toegekende aandelen staat in de volgende tabel:

Het LTI-plan 2017 is op 30 juni 2021 onvoorwaardelijk toegekend. Volgens de algemene voorwaarden van het LTI-plan 2017 is het aanvankelijke aantal Ageas-aandelen waarvan de toekenning was toegezegd, aangepast op basis van de relatieve TSR-prestatie van Ageas binnen een vooraf bepaalde groep van vergelijkbare

(1) Heeft betrekking op voorwaardelijk toegekende aandelen in de functie van CEO van AG Insurance (2) Heeft betrekking op voorwaardelijk toegekende aandelen in de functie van Group Risk Officer.

C. BUITENGEWONE ITEMS EN PENSIOENLASTEN.

Committee.

43,4821 over de maand februari 2022, leidde dit tot een voorwaardelijke toekenning van 40.206 aandelen voor een bedrag van EUR 1.748.250 in vergelijking met 2020, toen er 37.620 aandelen zijn toegekend voor een bedrag van EUR 1.719.000. De aandelen worden geblokkeerd tot 2027 en zullen bij de onvoorwaardelijke toekenning op 30 juni van N+4 worden gecorrigeerd op basis van de relatieve TSR-score (totaal aandeelhoudersrendement) van het aandeel Ageas over de

ondernemingen. Deze prestatie situeerde zich in het bovenste kwartiel In elk geval kan het totale aantal aandelen dat bij de onvoorwaardelijke toekenning wordt toegewezen nooit meer bedragen dan een aantal aandelen dat gelijk is aan 90% van de basisverloning/koers van het

Aantal aandelen Aangepast aantal Aantal ter Aantal tot voorzien voor onvoorwaardelijk financiering van 1 januari 2023 toekenning toegekend inkomstenbelasting geblokkeerde

Ageas-aandeel bij de initiële toekenning.

Aandelenkoers op Aantal toegekende

prestatieperiode.

Naam persoon Datum toekenning toekenningsdatum aandelen

Hans De Cuyper (CEO) 01.03.2022 43,4821 10.090 Christophe Boizard (CFO) 01.03.2022 43,4821 7.529 Emmanuel Van Grimbergen (CRO) 01.03.2022 43,4821 7.529 Antonio Cano (MD Europa) 01.03.2022 43,4821 7.529 Filip Coremans (MD Azië) 01.03.2022 43,4821 7.529 Totaal 40.206

In de onderstaande tabel wordt een overzicht verstrekt van het aantal onvoorwaardelijk toegekende aandelen voor elk lid van het ExCo.

Naam persoon voor 2017 op 30 juni 2021 verkochte aandelen aandelen

Hans De Cuyper (1) 5.973 5.973 2.924 3.049 Christophe Boizard 9.715 9.715 4.756 4.959 Emmanuel Van Grimbergen (2) 4.430 4.430 2.169 2.261 Antonio Cano 9.715 9.715 4.756 4.959 Filip Coremans 9.715 9.715 4.756 4.959 Totaal 39.548 39.548 19.361 20.187

Een totaalbedrag van EUR 926.244 werd bijgedragen aan een pensioenregeling van het type 'defined contribution' voor de leden van het Executive

Naam persoon Pensioenbijdrage

Hans De Cuyper 171.504 Christophe Boizard 196.890 Emmanuel Van Grimbergen 161.352 Antonio Cano 197.691 Filip Coremans 198.807 Totaal 926.244

De in 2022 uitbetaalde STI bestaat uit 50% van de STI verdiend voor het prestatiejaar 2021, 25% van de STI voor 2020 en 25% van de STI voor 2019. De uitbetalingen overeenkomend met de prestatiejaren 2019 en 2020 werden aangepast op basis van de resultaten over de jaren 2021 en 2020.

Hierna worden de afzonderlijke bedragen voor elk lid van het Executive Committee vermeld:

STI toegekend
voor
In 2021 betaalde STI
voor de prestatiejaren
prestatiejaar 2021 2020 2019
Naam persoon 2021 50% 25% 25% Totaal
Hans De Cuyper (CEO) (1) 389.676 194.838 17.064 - 211.902
Christophe Boizard (CFO) 280.575 140.287 74.385 75.683 290.355
Emmanuel Van Grimbergen (CRO) 284.211 142.105 60.527 34.893 237.525
Antonio Cano (MD Europa) 285.667 142.833 75.114 76.775 294.722
Filip Coremans (MD Azië) 290.759 145.379 76.751 76.775 298.905
Totaal 1.530.888 1.333.409

(1) Vanaf 22 Oktober 2020.

LTI (meerjaars variabel)

169 | 240

168 | 240

Basisverloning

Zitpenningen

Overige voordelen

STI (eenjaarsvariabel)

basisverloning):

(1) Vanaf 22 Oktober 2020.

B. VARIABELE BEZOLDIGING

A VASTE BEZOLDIGING

en invaliditeitsdekking en een bedrijfswagen.

(1) Voor Bart De Smet tot 22/10/2020 en voor Hans De Cuyper vanaf 22/10/2020.

De variabele bezoldiging bestaat uit de kortetermijnbonus (STI eenjaarsvariabel) en de langetermijnbonus (LTI - meerjaarsvariabel).

Deze wordt bepaald door de Ageas Business Score voor het

Hans De Cuyper (CEO): 120% van de doelstelling; Christophe Boizard (CFO): 116% van de doelstelling; Emmanuel Van Grimbergen (CRO): 117% van de doelstelling; Antonio Cano (MD Europe): 118% van de doelstelling; Filip Coremans (MD Asia): 120% van de doelstelling.

desbetreffende jaar en de individuele score (en functieprestaties voor de CRO) en resulteerde in de volgende STI-uitbetalingspercentages (on target = 50% van de basisverloning, maximale vork 0-100% van de

Hierna worden de afzonderlijke bedragen voor elk lid van het Executive Committee vermeld:

De vaste bezoldiging bestaat uit een basisverloning, premies en overige secundaire arbeidsvoorwaarden zoals gezondheidszorgverzekering, overlijdens-

Naam persoon 2021 (1) 2020 (1) %

Bart De Smet (CEO) na 583.333 na Hans De Cuyper (CEO) 650.000 108.333 na Christophe Boizard (CFO) 485.000 485.000 100% Emmanuel Van Grimbergen (CRO)(2) 485.000 400.000 121% Antonio Cano (MD Europa) 485.000 485.000 100% Filip Coremans (MD Azië) 485.000 485.000 100% Totaal 2.590.000 2.546.666 102%

U vindt een gedetailleerd overzicht van de beoordeling van alle

Voor het prestatiejaar 2021 werd er een STI met een totaalbedrag van EUR 1.530.888 toegekend. 50% van dit bedrag wordt in 2022 uitgekeerd; het resterende gedeelte wordt uitgesteld naar 2023 en 2024

De in 2022 uitbetaalde STI bestaat uit 50% van de STI verdiend voor het prestatiejaar 2021, 25% van de STI voor 2020 en 25% van de STI voor 2019. De uitbetalingen overeenkomend met de prestatiejaren 2019 en 2020 werden aangepast op basis van de resultaten over de jaren

STI toegekend In 2021 betaalde STI voor voor de prestatiejaren prestatiejaar 2021 2020 2019

prestatie-KPI's in sectie 5.7.6.

2021 en 2020.

Naam persoon 2021 50% 25% 25% Totaal

Hans De Cuyper (CEO) (1) 389.676 194.838 17.064 - 211.902 Christophe Boizard (CFO) 280.575 140.287 74.385 75.683 290.355 Emmanuel Van Grimbergen (CRO) 284.211 142.105 60.527 34.893 237.525 Antonio Cano (MD Europa) 285.667 142.833 75.114 76.775 294.722 Filip Coremans (MD Azië) 290.759 145.379 76.751 76.775 298.905 Totaal 1.530.888 1.333.409

en wordt aangepast aan de prestatie.

De leden van het Executive Committee ontvingen geen vergoedingen voor hun deelname aan vergaderingen van de Raad van Bestuur.

De leden van het Executive Committee ontvingen in totaal EUR 402.150 aan overige voordelen in lijn met het bezoldigingsbeleid.

De onderstaande tabel toont de basisverloning van het Executive Committee voor 2021, vergeleken met die van 2020.

(2) De basisverloning van Emmanuel Van Grimbergen is een jaar na zijn aanstelling in lijn met de andere ExCo-leden gebracht

Toekenning gedaan in 2021

Met een Ageas Business Score van 5 (op een schaal van 1 tot 7) besloot de Raad van Bestuur tot een toekenning voor 2021 van 150% van de on target (d.w.z. 67,5% van de basisverloning). Gebaseerd op de gewogen gemiddelde prijs (VWAP) van het Ageas-aandeel van EUR

Het aantal voor 2021 toegekende aandelen staat in de volgende tabel:

43,4821 over de maand februari 2022, leidde dit tot een voorwaardelijke toekenning van 40.206 aandelen voor een bedrag van EUR 1.748.250 in vergelijking met 2020, toen er 37.620 aandelen zijn toegekend voor een bedrag van EUR 1.719.000. De aandelen worden geblokkeerd tot 2027 en zullen bij de onvoorwaardelijke toekenning op 30 juni van N+4 worden gecorrigeerd op basis van de relatieve TSR-score (totaal aandeelhoudersrendement) van het aandeel Ageas over de prestatieperiode.

Aandelenkoers op Aantal toegekende
Naam persoon Datum toekenning toekenningsdatum aandelen
Hans De Cuyper (CEO) 01.03.2022 43,4821 10.090
Christophe Boizard (CFO) 01.03.2022 43,4821 7.529
Emmanuel Van Grimbergen (CRO) 01.03.2022 43,4821 7.529
Antonio Cano (MD Europa) 01.03.2022 43,4821 7.529
Filip Coremans (MD Azië) 01.03.2022 43,4821 7.529
Totaal 40.206

Onvoorwaardelijke toekenning 2021

Het LTI-plan 2017 is op 30 juni 2021 onvoorwaardelijk toegekend. Volgens de algemene voorwaarden van het LTI-plan 2017 is het aanvankelijke aantal Ageas-aandelen waarvan de toekenning was toegezegd, aangepast op basis van de relatieve TSR-prestatie van Ageas binnen een vooraf bepaalde groep van vergelijkbare

ondernemingen. Deze prestatie situeerde zich in het bovenste kwartiel In elk geval kan het totale aantal aandelen dat bij de onvoorwaardelijke toekenning wordt toegewezen nooit meer bedragen dan een aantal aandelen dat gelijk is aan 90% van de basisverloning/koers van het Ageas-aandeel bij de initiële toekenning.

In de onderstaande tabel wordt een overzicht verstrekt van het aantal onvoorwaardelijk toegekende aandelen voor elk lid van het ExCo.

Naam persoon Aantal aandelen
voorzien voor
toekenning
voor 2017
Aangepast aantal
onvoorwaardelijk
toegekend
Aantal ter
financiering van
inkomstenbelasting
op 30 juni 2021 verkochte aandelen
Aantal tot
1 januari 2023
geblokkeerde
aandelen
Hans De Cuyper (1) 5.973 5.973 2.924 3.049
Christophe Boizard 9.715 9.715 4.756 4.959
Emmanuel Van Grimbergen (2) 4.430 4.430 2.169 2.261
Antonio Cano 9.715 9.715 4.756 4.959
Filip Coremans 9.715 9.715 4.756 4.959
Totaal 39.548 39.548 19.361 20.187

(1) Heeft betrekking op voorwaardelijk toegekende aandelen in de functie van CEO van AG Insurance

(2) Heeft betrekking op voorwaardelijk toegekende aandelen in de functie van Group Risk Officer.

C. BUITENGEWONE ITEMS EN PENSIOENLASTEN.

Een totaalbedrag van EUR 926.244 werd bijgedragen aan een pensioenregeling van het type 'defined contribution' voor de leden van het Executive Committee.

Naam persoon Pensioenbijdrage
Hans De Cuyper 171.504
Christophe Boizard 196.890
Emmanuel Van Grimbergen 161.352
Antonio Cano 197.691
Filip Coremans 198.807
Totaal 926.244

6.3.2.3 Aandelen gerelateerde bezoldiging

170 | 240

Zoals hierboven vermeld, werd de LTI-regeling toegekend tegen 150% van de on target , hetgeen resulteerde in de toekenning van 40,206 aandelen voor een bedrag van EUR 1.748.250.

Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal aandelen dat in voorgaande jaren werd toegekend. Die aandelen zullen pas op 30 juni van N+4 onvoorwaardelijk worden toegekend en worden aangepast met inachtneming van de relatieve TSR-prestatie over de prestatieperiode.

171 | 240

Bedrijfsprestaties

Gemiddelde bezoldiging

Pay ratio gemiddelde beloning

(2) Bandbreedte is 0-200%. (3) Total Shareholder Return.

Loonverhouding laagste beloning (7)

(5) Als vermeld in de jaarrekeningen.

(1) Totale bezoldiging als gedefinieerd in tabel bij 6.3.2.2.

(4) FTE voor de geconsolideerde entiteiten van Ageas.

(7) Salaris in laagste salarisschaal op het niveau van ageas SA/NV.

Totale bezoldiging Executive Committee (1)

Jaarlijkse wijziging 2017 Var 2018 Var 2019 Var 2020 Var 2021 var

Hans De Cuyper (vanaf 22/10/2020) 0 0 0 292.097 1.736.678 Christophe Boizard 1.467.481 62% 1.161.803 (21%) 1.396.680 20% 1.419.062 2% 1.390.926 (2%) Filip Coremans 1.452.109 68% 1.144.313 (21%) 1.376.144 20% 1.405.707 2% 1.375.878 (2%) Antonio Cano 1.430.608 1.130.143 (21%) 1.381.156 22% 1.402.383 2% 1.373.483 (2%) Emmanuel Van Grimbergen (vanaf 01/06/2019) N/A N/A 619.993 1.090.275 1.320.567 21%

Ageas Business Score % (2) 182% 93% 130% 136% 116% TSR 01-01/31-12 van JR (3) 14,52% 1,21% 40,86% (10,70%) 10,00%

ten opzichte van CEO-verloning (6) 29,0 22,7 26,0 24,1 20,6

ten opzichte van CEO-verloning (6) 40,1 33,4

(6) Ter vergelijking met voorgaande jaren wordt de CEO-vergoeding 2020 berekend als de som van de totale vergoeding van B. De Smet en H. De Cuyper.

van medewerkers op voltijdsbasis 73.299 5% 73.512 0.3% 77.372 5,3% 83.029 7% 84.355 2% FTE per 31/12 (4) 11.261,0 11.009,0 10.741,5 10.044,7 10.100,2 Totaal personeelslasten (5) 825.400.000 809.300.000 831.100.000 834.000.000 852.000.000

Aantal aandelen
voorzien voor
toekenning
Aantal aandelen
voorzien voor
toekenning
Aantal aandelen
voorzien voor
toekenning
Aantal aandelen
voorzien voor
toekenning
Naam persoon over 2018 over 2019 over 2020 over 2021
Bart De Smet 6.941 9.790 8.617 0
Hans De Cuyper (1) 2.954 4.196 5.293 10.090
Christophe Boizard 4.805 6.783 7.165 7.529
Emmanuel Van Grimbergen (2) 2.228 4.504 5.909 7.529
Antonio Cano 4.805 6.783 7.165 7.529
Filip Coremans 4.805 6.783 7.165 7.529
Totaal 26.538 38.839 41.314 40.206

(1) De aandelen toegekend tot 22 oktober 2020 hebben betrekking op zijn mandaat als CEO van AG Insurance. 1.600 aandelen voor 2020 hebben betrekking op zijn mandaat als CEO van Ageas.

(2) De aandelen toegekend tot 1 juni 2019 hebben betrekking op zijn mandaat als Group Risk Officer

6.3.2.4 Verplichte aandelenparticipatie

Leden van het ExCo moeten 100% van hun brutobasisbeloning in aandelen aanhouden. U vindt hierna de waardering van die verplichte aandelenparticipatie per 31/12/2021. Als de drempel niet wordt bereikt, mag het lid van het ExCo geen aandelen verkopen die in het kader van het LTIplan onvoorwaardelijk worden toegekend. (exclusief de verkoop van aandelen om de belastingen bij onvoorwaardelijke toekenning te dekken).

Naam persoon Aantal
aandelen
Aandelenkoers
op 31/12/2021
Waarde op
31/12/2021
Basisverloning Verhouding
Hans De Cuyper 6.145 45,55 279.905 650.000 43%
Christophe Boizard 26.548 45,55 1.209.261 485.000 249%
Emmanuel Van Grimbergen 8.554 45,55 389.635 485.000 80%
Antonio Cano 16.076 45,55 732.262 485.000 151%
Filip Coremans 13.501 45,55 614.971 485.000 127%

6.3.2.5 Aanvullende informatie

Ageas paste dit jaar geen terugvorderingsbepalingen toe.

6.3.2.6 Jaarlijkse wijziging in bezoldiging van de uitvoerende bestuurders ten opzichte van het bredere personeelsbestand en de bedrijfsprestaties

De onderstaande tabel geeft een overzicht van de ontwikkeling van de totale bezoldiging van de leden van het Executive Committee vergeleken met de ontwikkeling van de gemiddelde bezoldiging van werknemers. De pay ratio wordt zowel uitgedrukt als de verhouding tussen de bezoldiging van de CEO en de gemiddelde bezoldiging van werknemers, als de verhouding tussen de bezoldiging van de CEO en de laagste bezoldiging van een werknemer op het niveau van ageas sa/nv.

Jaarlijkse wijziging 2017 Var 2018 Var 2019 Var 2020 Var 2021 var
Totale bezoldiging Executive Committee (1)
Hans De Cuyper (vanaf 22/10/2020) 0 0 0 292.097 1.736.678
Christophe Boizard 1.467.481 62% 1.161.803 (21%) 1.396.680 20% 1.419.062 2% 1.390.926 (2%)
Filip Coremans 1.452.109 68% 1.144.313 (21%) 1.376.144 20% 1.405.707 2% 1.375.878 (2%)
Antonio Cano 1.430.608 1.130.143 (21%) 1.381.156 22% 1.402.383 2% 1.373.483 (2%)
Emmanuel Van Grimbergen (vanaf 01/06/2019) N/A N/A 619.993 1.090.275 1.320.567 21%
Bedrijfsprestaties
Ageas Business Score % (2) 182% 93% 130% 136% 116%
TSR 01-01/31-12 van JR (3) 14,52% 1,21% 40,86% (10,70%) 10,00%
Gemiddelde bezoldiging
van medewerkers op voltijdsbasis 73.299 5% 73.512 0.3% 77.372 5,3% 83.029 7% 84.355 2%
FTE per 31/12 (4) 11.261,0 11.009,0 10.741,5 10.044,7 10.100,2
Totaal personeelslasten (5) 825.400.000 809.300.000 831.100.000 834.000.000 852.000.000
Pay ratio gemiddelde beloning
ten opzichte van CEO-verloning (6) 29,0 22,7 26,0 24,1 20,6
Loonverhouding laagste beloning (7)
ten opzichte van CEO-verloning (6) 40,1 33,4

(1) Totale bezoldiging als gedefinieerd in tabel bij 6.3.2.2.

(2) Bandbreedte is 0-200%.

171 | 240

170 | 240

6.3.2.3 Aandelen gerelateerde bezoldiging

aandelen voor een bedrag van EUR 1.748.250.

6.3.2.4 Verplichte aandelenparticipatie

6.3.2.5 Aanvullende informatie

Ageas paste dit jaar geen terugvorderingsbepalingen toe.

Zoals hierboven vermeld, werd de LTI-regeling toegekend tegen 150% van de on target , hetgeen resulteerde in de toekenning van 40,206

(1) De aandelen toegekend tot 22 oktober 2020 hebben betrekking op zijn mandaat als CEO van AG Insurance.

1.600 aandelen voor 2020 hebben betrekking op zijn mandaat als CEO van Ageas. (2) De aandelen toegekend tot 1 juni 2019 hebben betrekking op zijn mandaat als Group Risk Officer

Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal aandelen dat in voorgaande jaren werd toegekend. Die aandelen zullen pas op 30 juni van N+4 onvoorwaardelijk worden toegekend en worden aangepast met inachtneming van de relatieve TSR-prestatie over de prestatieperiode.

Aantal aandelen Aantal aandelen Aantal aandelen Aantal aandelen voorzien voor voorzien voor voorzien voor voorzien voor toekenning toekenning toekenning toekenning

Aantal Aandelenkoers Waarde op

6.3.2.6 Jaarlijkse wijziging in bezoldiging van de uitvoerende

en de bedrijfsprestaties

bestuurders ten opzichte van het bredere personeelsbestand

De onderstaande tabel geeft een overzicht van de ontwikkeling van de totale bezoldiging van de leden van het Executive Committee vergeleken met de ontwikkeling van de gemiddelde bezoldiging van werknemers. De pay ratio wordt zowel uitgedrukt als de verhouding tussen de bezoldiging van de CEO en de gemiddelde bezoldiging van werknemers, als de verhouding tussen de bezoldiging van de CEO en de laagste bezoldiging van een werknemer op het niveau van ageas

Naam persoon over 2018 over 2019 over 2020 over 2021

Bart De Smet 6.941 9.790 8.617 0 Hans De Cuyper (1) 2.954 4.196 5.293 10.090 Christophe Boizard 4.805 6.783 7.165 7.529 Emmanuel Van Grimbergen (2) 2.228 4.504 5.909 7.529 Antonio Cano 4.805 6.783 7.165 7.529 Filip Coremans 4.805 6.783 7.165 7.529 Totaal 26.538 38.839 41.314 40.206

Leden van het ExCo moeten 100% van hun brutobasisbeloning in aandelen aanhouden. U vindt hierna de waardering van die verplichte

aandelenparticipatie per 31/12/2021. Als de drempel niet wordt bereikt, mag het lid van het ExCo geen aandelen verkopen die in het kader van het LTIplan onvoorwaardelijk worden toegekend. (exclusief de verkoop van aandelen om de belastingen bij onvoorwaardelijke toekenning te dekken).

Naam persoon aandelen op 31/12/2021 31/12/2021 Basisverloning Verhouding

Hans De Cuyper 6.145 45,55 279.905 650.000 43% Christophe Boizard 26.548 45,55 1.209.261 485.000 249% Emmanuel Van Grimbergen 8.554 45,55 389.635 485.000 80% Antonio Cano 16.076 45,55 732.262 485.000 151% Filip Coremans 13.501 45,55 614.971 485.000 127%

sa/nv.

(3) Total Shareholder Return.

(4) FTE voor de geconsolideerde entiteiten van Ageas.

(5) Als vermeld in de jaarrekeningen.

(6) Ter vergelijking met voorgaande jaren wordt de CEO-vergoeding 2020 berekend als de som van de totale vergoeding van B. De Smet en H. De Cuyper.

(7) Salaris in laagste salarisschaal op het niveau van ageas SA/NV.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Verbonden partijen

De wet van 28 april 2020 tot uitvoering van Richtlijn 2017/828 van het Europees Parlement en de Raad introduceerde een nieuw regime voor transacties met verbonden partijen, dat van toepassing is op alle leden van de Ageas groep. De wet werd van kracht op 16 mei 2020. Dit nieuwe regime houdt onder meer een sterkere verplichting in voor Ageas om te rapporteren over de toepassing van de procedure voor transacties met verbonden partijen, zowel onmiddellijk wanneer de transactie plaatsvindt, als in het jaarverslag voor het relevante financiële jaar.

Met Ageas verbonden partijen zijn deelnemingen en joint ventures, pensioenfondsen, bestuursleden (bestaande uit de niet-uitvoerende en de uitvoerende leden van de Raad van Bestuur van Ageas), uitvoerende managers, naaste familieleden van de hiervoor genoemde personen, entiteiten waarover de hiervoor genoemde personen zeggenschap hebben of die substantieel door hen worden beïnvloed en eventuele overige verbonden entiteiten. Ageas gaat bij de bedrijfsvoering regelmatig transacties aan met verbonden partijen. Dergelijke transacties hebben met name betrekking op leningen, deposito's en herverzekeringscontracten en vinden plaats onder dezelfde commerciële voorwaarden als transacties met niet-verbonden partijen.

7 Verbonden partijen 173 | 240

Transacties en uitstaande posities tussen volledig geconsolideerde entiteiten van de Ageas groep werden geëlimineerd. Onderstaande tabellen bevatten

Rentebaten 13 12 Verzekeringspremies 42 21 Commissiebaten 6 6

Overige baten 6 4 Wijzigingen in voorzieningen voor verzekerings- en beleggingscontracten (26) (13) Commissielasten (35) (25)

Financiële beleggingen 63 64 Aandeel herverzekering, handels- en andere debiteuren 52 18 Verbonden partijen leningen 482 433 Overige activa 2 2 Verplichtingen inzake verzekerings- en beleggingscontracten 45 18

Overige verplichtingen 13 2

Verbonden partijen leningen per 1 januari 433 391 Toevoegingen of voorschotten 62 70 Terugbetalingen (13) (28) Verbonden partijen leningen per 31 december 482 433

Gerealiseerde meerwaarden 15

Schuldbewijzen, achtergestelde schulden en overige financieringen 4

De wijzigingen gedurende het jaar eindigend op 31 december in de Vorderingen op verbonden partijen zijn als volgt.

2021 2020

2021 2020

2021 2020

de openstaande posities met geassocieerde deelnemingen en joint ventures.

Resultatenrekening - verbonden partijen

Balans - verbonden partijen

Dochtermaatschappijen van Ageas kunnen in het kader van de normale bedrijfsuitoefening kredieten, leningen of garanties verstrekken aan bestuursleden, uitvoerende managers, naaste familieleden van bestuursleden dan wel aan naaste familieleden van de uitvoerende managers.

Per 31 december 2021 waren er geen uitstaande of nieuwe leningen, kredieten of bankgaranties verstrekt aan bestuursleden en uitvoerende managers, aan naaste familieleden van bestuursleden dan wel aan naaste familieleden van uitvoerende managers. In financieel jaar 2021 vonden er binnen Ageas groep bijgevolg geen transacties plaats waarop de procedure van toepassing op transacties tussen verbonden partijen diende toegepast te worden.

Transacties en uitstaande posities tussen volledig geconsolideerde entiteiten van de Ageas groep werden geëlimineerd. Onderstaande tabellen bevatten de openstaande posities met geassocieerde deelnemingen en joint ventures.

2021 2020
Resultatenrekening - verbonden partijen
Rentebaten 13 12
Verzekeringspremies 42 21
Commissiebaten 6 6
Gerealiseerde meerwaarden 15
Overige baten 6 4
Wijzigingen in voorzieningen voor verzekerings- en beleggingscontracten (26) (13)
Commissielasten (35) (25)
2021 2020
Balans - verbonden partijen
Financiële beleggingen 63 64
Aandeel herverzekering, handels- en andere debiteuren 52 18
Verbonden partijen leningen 482 433
Overige activa 2 2
Verplichtingen inzake verzekerings- en beleggingscontracten 45 18
Schuldbewijzen, achtergestelde schulden en overige financieringen 4
Overige verplichtingen 13 2

De wijzigingen gedurende het jaar eindigend op 31 december in de Vorderingen op verbonden partijen zijn als volgt.

172 | 240

De wet van 28 april 2020 tot uitvoering van Richtlijn 2017/828 van het Europees Parlement en de Raad

Met Ageas verbonden partijen zijn deelnemingen en joint ventures, pensioenfondsen, bestuursleden (bestaande uit de niet-uitvoerende en de uitvoerende leden van de Raad van Bestuur van Ageas), uitvoerende managers, naaste familieleden van de hiervoor genoemde personen, entiteiten waarover de hiervoor genoemde personen zeggenschap hebben of die substantieel door hen worden beïnvloed en eventuele overige verbonden entiteiten. Ageas gaat bij de bedrijfsvoering regelmatig transacties aan met verbonden partijen. Dergelijke transacties hebben met name betrekking op leningen, deposito's en herverzekeringscontracten en vinden plaats onder dezelfde

7 Verbonden partijen 173 | 240

Dochtermaatschappijen van Ageas kunnen in het kader van de normale bedrijfsuitoefening kredieten, leningen of garanties verstrekken aan bestuursleden, uitvoerende managers, naaste familieleden van bestuursleden dan wel aan naaste familieleden van de uitvoerende managers.

Per 31 december 2021 waren er geen uitstaande of nieuwe leningen, kredieten of bankgaranties verstrekt aan bestuursleden en uitvoerende managers, aan naaste familieleden van bestuursleden dan wel aan naaste familieleden van uitvoerende managers. In financieel jaar 2021 vonden er binnen Ageas groep bijgevolg geen transacties plaats waarop de procedure van toepassing op

commerciële voorwaarden als transacties met niet-verbonden partijen.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

transacties tussen verbonden partijen diende toegepast te worden.

introduceerde een nieuw regime voor transacties met verbonden partijen, dat van toepassing is op alle leden van de Ageas groep. De wet werd van kracht op 16 mei 2020. Dit nieuwe regime houdt onder meer een sterkere verplichting in voor Ageas om te rapporteren over de toepassing

van de procedure voor transacties met verbonden partijen, zowel onmiddellijk wanneer de transactie

plaatsvindt, als in het jaarverslag voor het relevante financiële jaar.

2021 2020
Verbonden partijen leningen per 1 januari 433 391
Toevoegingen of voorschotten 62 70
Terugbetalingen (13) (28)
Verbonden partijen leningen per 31 december 482 433

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Informatie operationele segmenten

8.1 Algemene informatie

Operationele segmenten

Ageas is georganiseerd in zes operationele segmenten:

België;

174 | 240

  • Verenigd Koninkrijk (VK);
  • Continentaal Europa (CEU);
  • Azië;
  • Herverzekering; en
  • Algemene Rekening.

Ageas is van mening dat de meest gepaste wijze van rapportering van de operationele segmenten onder IFRS gebaseerd is op de regio's waarin Ageas opereert: België, Verenigd Koninkrijk, Continentaal Europa, Azië en Herverzekering. Verder rapporteert Ageas activiteiten die niet verband houden met de kernactiviteit verzekeringen, zoals groepsfinanciering en andere holdingactiviteiten, in de Algemene Rekening als een separaat operationeel segment.

Deze segmentbenadering komt overeen met de reikwijdte van de managementverantwoordelijkheden.

Transacties tussen de verschillende operationele segmenten vinden plaats tegen marktconforme condities.

Allocatieregels

In overeenstemming met het businessmodel van Ageas verantwoorden de verzekeringsmaatschappijen de ondersteunende activiteiten direct in de operationele segmenten.

Het alloceren van balansposten aan operationele segmenten geschiedt op basis van een bottom-up aanpak, gebaseerd op aan externe klanten verkochte producten.

Voor de balansposten die niet gerelateerd zijn aan, aan externe klanten verkochte producten, wordt een op maat gemaakte methode gehanteerd, aangepast aan het specifieke businessmodel van elk gerapporteerd segment.

8.2 België

De Belgische verzekeringsactiviteiten, onder de naam AG Insurance, hebben een lange bestaansgeschiedenis. AG Insurance is ook voor 100% eigenaar van AG Real Estate dat de vastgoedactiviteiten van AG beheert.

8 Informatie operationele segmenten 175 | 240

8.5 Azië

8.6

8.8

Activa

Passiva

Verplichtingen inzake verzekeringscontracten

Verplichtingen inzake beleggingscontracten

Verplichtingen inzake verzekeringscontracten

Herverzekering

Ageas is actief in een aantal landen in Azië. Het regionale kantoor bevindt zich in Hongkong. De activiteiten zijn georganiseerd in de vorm van joint ventures met toonaangevende lokale partners en financiële instellingen in China, Maleisië, Thailand, India, de Filipijnen en Vietnam. Deze activiteiten worden onder IFRS verantwoord als deelnemingen.

Groeps-rapportagedoeleinden worden de herverzekeringsactiviteiten van ageas SA/NV vermeld in het segment Herverzekeringen terwijl de

De Algemene Rekening omvat activiteiten die geen verband houden met de kernactiviteit verzekeren, zoals groepsfinancieringen en andere activiteiten van de holding. Onder de Algemene Rekening vallen tevens de investering in Royal Park Investments en de verplichting uit hoofde

Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties

bestaande activiteiten in de Algemene Rekening blijven.

8.7

31 december 2021 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen Rekening Groep Totaal

Geldmiddelen en kasequivalenten 655 168 237 4 149 1.213 724 1.937 Financiële beleggingen 47.331 1.459 9.702 1.458 59.950 5 (3) 59.952 Vastgoedbeleggingen 2.850 268 (1) 3.117 3.117 Leningen 13.582 37 344 85 (1) 14.047 1.315 (870) 14.492 Beleggingen inzake unit-linked contracten 12.387 6.512 18.899 18.899 Investeringen volgens de equity-methode 370 146 4.811 5.327 2 (1) 5.328 Herverzekering en overige vorderingen 1.353 1.690 429 9 151 (1.575) 2.057 203 (111) 2.149 Actuele belastingvorderingen 19 2 32 53 53 Uitgestelde belastingvorderingen 18 29 53 100 100 Overlopende rente en overige activa 1.493 159 195 153 (13) 1.987 154 (102) 2.039 Materiële vaste activa 1.612 75 35 2 1.724 8 1.732 Goodwill en overige immateriële activa 604 269 449 1.322 1.322 Activa aangehouden voor verkoop 19 19 19 Totaal activa 82.293 3.888 18.402 4.826 1.996 (1.590) 109.815 2.411 (1.087) 111.139

Leven 25.008 3.669 13 (2) 28.688 (15) 28.673

Leven 25.609 5.008 30.617 30.617 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 12.387 6.515 (1) 18.901 18.901

Niet-Leven 4.345 2.605 844 1.643 (1.548) 7.889 7.889 Achtergestelde schulden 1.143 142 175 1.460 2.118 (830) 2.748 Schulden 3.608 6 39 2 (5) 3.650 6 (40) 3.616 Actuele belastingverplichtingen 33 1 (18) 16 16 Uitgestelde belastingverplichtingen 878 1 76 1 956 15 971 RPN(I) 520 520 Overlopende rente en overige verplichtingen 2.250 170 339 9 170 (35) 2.903 131 (200) 2.834 Voorzieningen 38 24 6 68 114 182 Totaal verplichtingen 75.299 2.949 16.653 11 1.826 (1.590) 95.148 2.904 (1.085) 96.967 Eigen vermogen 5.025 939 1.461 4.815 170 3 12.413 (493) (6) 11.914 Minderheidsbelangen 1.969 288 (3) 2.254 4 2.258 Totaal eigen vermogen 6.994 939 1.749 4.815 170 14.667 (493) (2) 14.172 Totaal verplichtingen en eigen vermogen 82.293 3.888 18.402 4.826 1.996 (1.590) 109.815 2.411 (1.087) 111.139 Aantal werknemers 6.111 2.089 1.663 69 9.932 169 10.101

van de RPN(I).

Algemene Rekening

In juni 2018 verkreeg Ageas SA/NV een vergunning van de Nationale Bank van België om herverzekeringsactiviteiten uit te voeren. Voor

Balans per operationeel segment

AG Insurance richt zich op particulieren en kleine, middelgrote en grote bedrijven. AG Insurance biedt een uitgebreid assortiment producten aan in Leven en Niet-leven, dat via verschillende kanalen wordt verkocht zoals onafhankelijke makelaars en via de bankkanalen van BNP Paribas Fortis SA/NV en dochterondernemingen. AG Employee Benefits is de entiteit die zich toespitst op de verkoop van collectieve en zorgverzekeringsproducten, voornamelijk aan grotere ondernemingen.

8.3 Verenigd Koninkrijk (VK)

Ageas is in het Verenigd Koninkrijk een van de gevestigde algemene verzekeraars en hanteert een multichannel-distributiestrategie met makelaars, affinity-partners en directe distributie. De visie bestaat erin om op de algemene verzekeringsmarkt in het VK een winstgevende groei te realiseren door een breed scala van verzekeringsoplossingen aan te bieden, toegespitst op particuliere verzekeringen en verzekeringen voor bedrijven.

8.4 Continentaal Europa

Continentaal Europa bestaat uit de verzekeringsactiviteiten van Ageas in Europa, met uitzondering van België en het Verenigd Koninkrijk. Ageas is in dit segment actief in drie landen: Portugal, Frankrijk en Turkije. Het productprogramma omvat Leven (in Portugal en Frankrijk) en Niet-Leven (in Portugal en Turkije). Dankzij een aantal belangrijke partnerschappen met bedrijven met een aanzienlijke marktpositie zijn deze markten toegankelijk geworden.

8.5 Azië

174 | 240

8.1

België;

Azië;

Algemene informatie

Verenigd Koninkrijk (VK); Continentaal Europa (CEU);

Ageas is georganiseerd in zes operationele segmenten:

Rekening als een separaat operationeel segment.

managementverantwoordelijkheden.

plaats tegen marktconforme condities.

de operationele segmenten.

verkochte producten.

gerapporteerd segment.

Allocatieregels

Ageas is van mening dat de meest gepaste wijze van rapportering van de operationele segmenten onder IFRS gebaseerd is op de regio's waarin Ageas opereert: België, Verenigd Koninkrijk, Continentaal Europa, Azië en Herverzekering. Verder rapporteert Ageas activiteiten die niet verband houden met de kernactiviteit verzekeringen, zoals groepsfinanciering en andere holdingactiviteiten, in de Algemene

8.2 België

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

beheert.

8.3

8.4

De Belgische verzekeringsactiviteiten, onder de naam AG Insurance, hebben een lange bestaansgeschiedenis. AG Insurance is ook voor 100% eigenaar van AG Real Estate dat de vastgoedactiviteiten van AG

8 Informatie operationele segmenten 175 | 240

AG Insurance richt zich op particulieren en kleine, middelgrote en grote bedrijven. AG Insurance biedt een uitgebreid assortiment producten aan in Leven en Niet-leven, dat via verschillende kanalen wordt verkocht zoals onafhankelijke makelaars en via de bankkanalen van BNP Paribas Fortis SA/NV en dochterondernemingen. AG Employee Benefits is de

zorgverzekeringsproducten, voornamelijk aan grotere ondernemingen.

Ageas is in het Verenigd Koninkrijk een van de gevestigde algemene verzekeraars en hanteert een multichannel-distributiestrategie met makelaars, affinity-partners en directe distributie. De visie bestaat erin om op de algemene verzekeringsmarkt in het VK een winstgevende groei te realiseren door een breed scala van verzekeringsoplossingen

Continentaal Europa bestaat uit de verzekeringsactiviteiten van Ageas in Europa, met uitzondering van België en het Verenigd Koninkrijk. Ageas is in dit segment actief in drie landen: Portugal, Frankrijk en Turkije. Het productprogramma omvat Leven (in Portugal en Frankrijk) en Niet-Leven (in Portugal en Turkije). Dankzij een aantal belangrijke partnerschappen met bedrijven met een aanzienlijke marktpositie zijn

aan te bieden, toegespitst op particuliere verzekeringen en

entiteit die zich toespitst op de verkoop van collectieve en

Verenigd Koninkrijk (VK)

verzekeringen voor bedrijven.

Continentaal Europa

deze markten toegankelijk geworden.

Deze segmentbenadering komt overeen met de reikwijdte van de

Transacties tussen de verschillende operationele segmenten vinden

In overeenstemming met het businessmodel van Ageas verantwoorden de verzekeringsmaatschappijen de ondersteunende activiteiten direct in

Het alloceren van balansposten aan operationele segmenten geschiedt op basis van een bottom-up aanpak, gebaseerd op aan externe klanten

Voor de balansposten die niet gerelateerd zijn aan, aan externe klanten

verkochte producten, wordt een op maat gemaakte methode gehanteerd, aangepast aan het specifieke businessmodel van elk

Operationele segmenten

Herverzekering; en Algemene Rekening. Ageas is actief in een aantal landen in Azië. Het regionale kantoor bevindt zich in Hongkong. De activiteiten zijn georganiseerd in de vorm van joint ventures met toonaangevende lokale partners en financiële instellingen in China, Maleisië, Thailand, India, de Filipijnen en Vietnam. Deze activiteiten worden onder IFRS verantwoord als deelnemingen.

8.6 Herverzekering

In juni 2018 verkreeg Ageas SA/NV een vergunning van de Nationale Bank van België om herverzekeringsactiviteiten uit te voeren. Voor

Groeps-rapportagedoeleinden worden de herverzekeringsactiviteiten van ageas SA/NV vermeld in het segment Herverzekeringen terwijl de bestaande activiteiten in de Algemene Rekening blijven.

8.7 Algemene Rekening

De Algemene Rekening omvat activiteiten die geen verband houden met de kernactiviteit verzekeren, zoals groepsfinancieringen en andere activiteiten van de holding. Onder de Algemene Rekening vallen tevens de investering in Royal Park Investments en de verplichting uit hoofde van de RPN(I).

8.8 Balans per operationeel segment

Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties
31 december 2021 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen Rekening Groep Totaal
Activa
Geldmiddelen en kasequivalenten 655 168 237 4 149 1.213 724 1.937
Financiële beleggingen 47.331 1.459 9.702 1.458 59.950 5 (3) 59.952
Vastgoedbeleggingen 2.850 268 (1) 3.117 3.117
Leningen 13.582 37 344 85 (1) 14.047 1.315 (870) 14.492
Beleggingen inzake unit-linked contracten 12.387 6.512 18.899 18.899
Investeringen volgens de equity-methode 370 146 4.811 5.327 2 (1) 5.328
Herverzekering en overige vorderingen 1.353 1.690 429 9 151 (1.575) 2.057 203 (111) 2.149
Actuele belastingvorderingen 19 2 32 53 53
Uitgestelde belastingvorderingen 18 29 53 100 100
Overlopende rente en overige activa 1.493 159 195 153 (13) 1.987 154 (102) 2.039
Materiële vaste activa 1.612 75 35 2 1.724 8 1.732
Goodwill en overige immateriële activa 604 269 449 1.322 1.322
Activa aangehouden voor verkoop 19 19 19
Totaal activa 82.293 3.888 18.402 4.826 1.996 (1.590) 109.815 2.411 (1.087) 111.139
Passiva
Verplichtingen inzake verzekeringscontracten
Leven 25.008 3.669 13 (2) 28.688 (15) 28.673
Verplichtingen inzake beleggingscontracten
Leven 25.609 5.008 30.617 30.617
Verplichtingen inzake unit-linked contracten 12.387 6.515 (1) 18.901 18.901
Verplichtingen inzake verzekeringscontracten
Niet-Leven 4.345 2.605 844 1.643 (1.548) 7.889 7.889
Achtergestelde schulden 1.143 142 175 1.460 2.118 (830) 2.748
Schulden 3.608 6 39 2 (5) 3.650 6 (40) 3.616
Actuele belastingverplichtingen 33 1 (18) 16 16
Uitgestelde belastingverplichtingen 878 1 76 1 956 15 971
RPN(I) 520 520
Overlopende rente en overige verplichtingen 2.250 170 339 9 170 (35) 2.903 131 (200) 2.834
Voorzieningen 38 24 6 68 114 182
Totaal verplichtingen 75.299 2.949 16.653 11 1.826 (1.590) 95.148 2.904 (1.085) 96.967
Eigen vermogen 5.025 939 1.461 4.815 170 3 12.413 (493) (6) 11.914
Minderheidsbelangen 1.969 288 (3) 2.254 4 2.258
Totaal eigen vermogen 6.994 939 1.749 4.815 170 14.667 (493) (2) 14.172
Totaal verplichtingen en eigen vermogen 82.293 3.888 18.402 4.826 1.996 (1.590) 109.815 2.411 (1.087) 111.139
Aantal werknemers 6.111 2.089 1.663 69 9.932 169 10.101
Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties
31 december 2020 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen Rekening Groep Totaal
Activa
Geldmiddelen en kasequivalenten 811 163 333 4 40 (1) 1.350 891 2.241
Financiële beleggingen 50.428 1.420 10.480 1.379 1 63.708 5 (3) 63.710
Vastgoedbeleggingen 2.662 226 1 2.889 2.889
Leningen 12.690 25 306 57 13.078 1.165 (845) 13.398
Beleggingen inzake unit-linked contracten 10.654 6.434 17.088 17.088
Investeringen volgens de equity-methode 376 71 4.478 (1) 4.924 4 1 4.929
Herverzekering en overige vorderingen 1.123 1.564 430 1 65 (1.435) 1.748 310 (97) 1.961
Actuele belastingvorderingen 15 2 32 49 49
Uitgestelde belastingvorderingen 10 29 60 (1) 98 98
Overlopende rente en overige activa 1.350 135 209 182 (17) 1.859 127 (101) 1.885
Materiële vaste activa 1.708 73 35 2 1 1.819 8 1.827
Goodwill en overige immateriële activa 523 248 447 (1) 1.217 12 1.229
Activa aangehouden voor verkoop 109 5 114 114
Totaal activa 82.350 3.768 19.068 4.485 1.723 (1.453) 109.941 2.522 (1.045) 111.418
Passiva
Verplichtingen inzake verzekeringscontracten
Leven 26.070 3.912 7 (2) 29.987 (14) 29.973
Verplichtingen inzake beleggingscontracten
Leven 26.155 5.474 31.629 31.629
Verplichtingen inzake unit-linked contracten 10.654 6.436 17.090 17.090
Verplichtingen inzake verzekeringscontracten
Niet-Leven 4.086 2.427 843 1.388 (1.340) 7.404 7.404
Achtergestelde schulden 1.142 157 175 1.474 2.128 (844) 2.758
Schulden 3.878 7 45 2 (19) 3.913 7 3.920
Actuele belastingverplichtingen 51 38 89 89
Uitgestelde belastingverplichtingen 996 2 92 (1) 1.089 16 1.105
RPN(I) 420 420
Overlopende rente en overige verplichtingen 2.329 147 380 8 208 (91) 2.981 139 (186) 2.934
Voorzieningen 43 25 7 75 247 322
Totaal verplichtingen 75.404 2.765 17.402 10 1.603 (1.453) 95.731 2.957 (1.044) 97.644
Eigen vermogen 4.987 1.003 1.406 4.475 120 1 11.992 (435) (2) 11.555
Minderheidsbelangen 1.959 260 (1) 2.218 1 2.219
Totaal eigen vermogen 6.946 1.003 1.666 4.475 120 14.210 (435) (1) 13.774
Totaal verplichtingen en eigen vermogen 82.350 3.768 19.068 4.485 1.723 (1.453) 109.941 2.522 (1.045) 111.418
Aantal werknemers 5.785 2.431 1.599 65 9.880 165 10.045

177 | 240

8.9

Baten

Kosten

Rentebaten, dividend

Baten uit beleggingen

- Schadelasten en uitkeringen

Wijzigingen in bijzondere

Nettoresultaat toewijsbaar

worden gepresenteerd.

Aandeel in het resultaat van de investeringen

Resultatenrekening per operationeel segment

Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties

Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties

2021 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal

- Bruto premie-inkomen 5.748 1.406 1.775 1.623 (1.571) 8.981 (2) 8.979 - Wijziging in niet-verdiende premies (8) 30 (8) (61) 62 15 (1) 14 - Uitgaande herverzekeringspremies (806) (646) (404) (83) 1.479 (460) (460) Netto verdiende premies 4.934 790 1.363 1.479 (30) 8.536 (3) 8.533

en overige beleggingsbaten 2.186 38 181 21 2.426 38 (37) 2.427 Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (101) (101) Resultaat op verkoopen herwaarderingen 240 12 41 3 296 (4) 2 294

inzake unit-linked contracten 1.062 344 1.406 1.406

volgens de equity-methode 14 21 429 (1) 463 1 464 Commissiebaten 506 219 269 7 (534) 467 467 Overige baten 234 33 30 (1) 296 8 (22) 282 Overige baten 9.176 1.092 2.249 429 1.510 (566) 13.890 (58) (60) 13.772

- Schadelasten en uitkeringen, bruto (5.574) (826) (1.295) (892) 827 (7.760) 3 (7.757)

aandeel herverzekeraars 513 357 182 35 (801) 286 286 Schadelasten en uitkeringen, netto (5.061) (469) (1.113) (857) 26 (7.474) 3 (7.471) Lasten inzake unit-linked contracten (1.167) (405) (1.572) (1.572) Financieringslasten (88) (7) (11) (1) 1 (106) (68) 36 (138)

waardeverminderingen (38) (3) (41) (41) Wijzigingen in voorzieningen 2 2 13 15 Commissielasten (718) (247) (225) (558) 535 (1.213) (1.213) Personeelslasten (560) (127) (110) (22) (2) 0 (821) (35) 4 (852) Overige lasten (872) (180) (171) (4) (5) 4 (1.228) (60) 19 (1.269) Totale lasten (8.502) (1.030) (2.038) (26) (1.423) 566 (12.453) (150) 62 (12.541) Resultaat voor belastingen 674 62 211 403 87 1.437 (208) 2 1.231 Belastingbaten (lasten) (136) (1) (58) (1) (196) (19) (215) Nettoresultaat over de periode 538 61 153 403 87 (1) 1.241 (227) 2 1.016 Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 138 34 (1) 171 171

aan de aandeelhouders 400 61 119 403 87 1.070 (227) 2 845

Totale baten van externe klanten 9.502 1.475 2.462 429 0 13.868 (96) 13.772 Totale baten intern (326) (383) (213) 1.510 (566) 22 38 (60) Totale baten 9.176 1.092 2.249 429 1.510 (566) 13.890 (58) (60) 13.772

Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder 'discretionaire winstdelingscomponent' kan als volgt

2021 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal

Bruto premie-inkomen 5.748 1.406 1.775 1.623 (1.571) 8.981 (2) 8.979 Premies inzake beleggingscontracten 927 900 (1) 1.826 1.826 Bruto premie 6.675 1.406 2.675 1.623 (1.572) 10.807 (2) 10.805

8.9 Resultatenrekening per operationeel segment

177 | 240

Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties

31 december 2020 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen Rekening Groep Totaal

Geldmiddelen en kasequivalenten 811 163 333 4 40 (1) 1.350 891 2.241 Financiële beleggingen 50.428 1.420 10.480 1.379 1 63.708 5 (3) 63.710 Vastgoedbeleggingen 2.662 226 1 2.889 2.889 Leningen 12.690 25 306 57 13.078 1.165 (845) 13.398 Beleggingen inzake unit-linked contracten 10.654 6.434 17.088 17.088 Investeringen volgens de equity-methode 376 71 4.478 (1) 4.924 4 1 4.929 Herverzekering en overige vorderingen 1.123 1.564 430 1 65 (1.435) 1.748 310 (97) 1.961 Actuele belastingvorderingen 15 2 32 49 49 Uitgestelde belastingvorderingen 10 29 60 (1) 98 98 Overlopende rente en overige activa 1.350 135 209 182 (17) 1.859 127 (101) 1.885 Materiële vaste activa 1.708 73 35 2 1 1.819 8 1.827 Goodwill en overige immateriële activa 523 248 447 (1) 1.217 12 1.229 Activa aangehouden voor verkoop 109 5 114 114 Totaal activa 82.350 3.768 19.068 4.485 1.723 (1.453) 109.941 2.522 (1.045) 111.418

Leven 26.070 3.912 7 (2) 29.987 (14) 29.973

Leven 26.155 5.474 31.629 31.629 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 10.654 6.436 17.090 17.090

Niet-Leven 4.086 2.427 843 1.388 (1.340) 7.404 7.404 Achtergestelde schulden 1.142 157 175 1.474 2.128 (844) 2.758 Schulden 3.878 7 45 2 (19) 3.913 7 3.920 Actuele belastingverplichtingen 51 38 89 89 Uitgestelde belastingverplichtingen 996 2 92 (1) 1.089 16 1.105 RPN(I) 420 420 Overlopende rente en overige verplichtingen 2.329 147 380 8 208 (91) 2.981 139 (186) 2.934 Voorzieningen 43 25 7 75 247 322 Totaal verplichtingen 75.404 2.765 17.402 10 1.603 (1.453) 95.731 2.957 (1.044) 97.644 Eigen vermogen 4.987 1.003 1.406 4.475 120 1 11.992 (435) (2) 11.555 Minderheidsbelangen 1.959 260 (1) 2.218 1 2.219 Totaal eigen vermogen 6.946 1.003 1.666 4.475 120 14.210 (435) (1) 13.774 Totaal verplichtingen en eigen vermogen 82.350 3.768 19.068 4.485 1.723 (1.453) 109.941 2.522 (1.045) 111.418 Aantal werknemers 5.785 2.431 1.599 65 9.880 165 10.045

176 | 240

Activa

Passiva

Verplichtingen inzake verzekeringscontracten

Verplichtingen inzake beleggingscontracten

Verplichtingen inzake verzekeringscontracten

Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties
2021 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal
Baten
- Bruto premie-inkomen 5.748 1.406 1.775 1.623 (1.571) 8.981 (2) 8.979
- Wijziging in niet-verdiende premies (8) 30 (8) (61) 62 15 (1) 14
- Uitgaande herverzekeringspremies (806) (646) (404) (83) 1.479 (460) (460)
Netto verdiende premies 4.934 790 1.363 1.479 (30) 8.536 (3) 8.533
Rentebaten, dividend
en overige beleggingsbaten 2.186 38 181 21 2.426 38 (37) 2.427
Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (101) (101)
Resultaat op verkoopen herwaarderingen 240 12 41 3 296 (4) 2 294
Baten uit beleggingen
inzake unit-linked contracten 1.062 344 1.406 1.406
Aandeel in het resultaat van de investeringen
volgens de equity-methode 14 21 429 (1) 463 1 464
Commissiebaten 506 219 269 7 (534) 467 467
Overige baten 234 33 30 (1) 296 8 (22) 282
Overige baten 9.176 1.092 2.249 429 1.510 (566) 13.890 (58) (60) 13.772
Kosten
- Schadelasten en uitkeringen, bruto (5.574) (826) (1.295) (892) 827 (7.760) 3 (7.757)
- Schadelasten en uitkeringen
aandeel herverzekeraars 513 357 182 35 (801) 286 286
Schadelasten en uitkeringen, netto (5.061) (469) (1.113) (857) 26 (7.474) 3 (7.471)
Lasten inzake unit-linked contracten (1.167) (405) (1.572) (1.572)
Financieringslasten (88) (7) (11) (1) 1 (106) (68) 36 (138)
Wijzigingen in bijzondere
waardeverminderingen (38) (3) (41) (41)
Wijzigingen in voorzieningen 2 2 13 15
Commissielasten (718) (247) (225) (558) 535 (1.213) (1.213)
Personeelslasten (560) (127) (110) (22) (2) 0 (821) (35) 4 (852)
Overige lasten (872) (180) (171) (4) (5) 4 (1.228) (60) 19 (1.269)
Totale lasten (8.502) (1.030) (2.038) (26) (1.423) 566 (12.453) (150) 62 (12.541)
Resultaat voor belastingen 674 62 211 403 87 1.437 (208) 2 1.231
Belastingbaten (lasten) (136) (1) (58) (1) (196) (19) (215)
Nettoresultaat over de periode 538 61 153 403 87 (1) 1.241 (227) 2 1.016
Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 138 34 (1) 171 171
Nettoresultaat toewijsbaar
aan de aandeelhouders 400 61 119 403 87 1.070 (227) 2 845
Totale baten van externe klanten 9.502 1.475 2.462 429 0 13.868 (96) 13.772
Totale baten intern (326) (383) (213) 1.510 (566) 22 38 (60)
Totale baten 9.176 1.092 2.249 429 1.510 (566) 13.890 (58) (60) 13.772

Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder 'discretionaire winstdelingscomponent' kan als volgt worden gepresenteerd.

Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties
2021 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal
Bruto premie-inkomen 5.748 1.406 1.775 1.623 (1.571) 8.981 (2) 8.979
Premies inzake beleggingscontracten 927 900 (1) 1.826 1.826
Bruto premie 6.675 1.406 2.675 1.623 (1.572) 10.807 (2) 10.805
Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties
2020 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal
Baten
- Bruto premies 5.428 1.382 1.598 1.641 (1.611) 8.438 (3) 8.435
- Wijziging in niet-verdiende premies (7) (10) (3) (45) 43 (22) (22)
- Uitgaande herverzekeringspremies (733) (760) (433) (55) 1.570 (411) (411)
Netto verdiende premies 4.688 612 1.162 1.541 2 8.005 (3) 8.002
Rentebaten, dividend
en overige beleggingsbaten 2.131 38 202 21 (1) 2.391 39 (38) 2.392
Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (61) (61)
Resultaat op verkoop en herwaarderingen 267 26 1 (1) 293 340 6 639
Baten uit beleggingen inzake
unit-linked contracten 359 125 484 484
Aandeel in het resultaat van de investeringen
volgens de equity-methode 1 14 16 295 326 2 328
Commissiebaten 437 240 236 4 (532) 385 385
Overige baten 160 34 19 (1) 212 7 (18) 201
Totale baten 8.043 938 1.786 295 1.567 (533) 12.096 327 (53) 12.370
Kosten
- Schadelasten en uitkeringen, bruto (5.088) (771) (1.094) (1.000) 985 (6.968) 2 (6.966)
- Schadelasten en uitkeringen,
aandeel herverzekeraars 385 476 239 36 (985) 151 151
Schadelasten en uitkeringen, netto (4.703) (295) (855) (964) (6.817) 2 (6.815)
Lasten inzake unit-linked contracten (420) (191) 1 (610) (610)
Financieringslasten (92) (9) (12) (1) (114) (63) 38 (139)
Wijzigingen in bijzondere
waardeverminderingen (145) (26) (1) (172) (172)
Wijzigingen in voorzieningen (8) (8) 44 36
Commissielasten (668) (253) (204) (547) 534 (1.138) (1.138)
Personeelslasten (549) (132) (100) (23) (1) 0 (805) (32) 3 (834)
Overige lasten (783) (179) (157) (3) 25 (1) (1.098) (82) 15 (1.165)
Totale lasten (7.368) (868) (1.545) (26) (1.488) 533 (10.762) (133) 58 (10.837)
Resultaat voor belastingen 675 70 241 269 79 1.334 194 5 1.533
Belastingbaten (lasten) (143) (5) (66) (214) (19) (233)
Nettoresultaat over de periode 532 65 175 269 79 1.120 175 5 1.300
Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 121 39 (1) 159 159
Nettoresultaat toewijsbaar
aan de aandeelhouders 411 65 136 269 79 1 961 175 5 1.141
Totale baten van externe klanten 8.345 1.413 2.031 294 0 12.083 287 12.370
Totale baten intern (302) (475) (245) 1 1.567 (533) 13 40 (53)
Totale baten 8.043 938 1.786 295 1.567 (533) 12.096 327 (53) 12.370

179 | 240

8.10

Activa

Passiva

Balans gesplitst in Leven en Niet-leven

Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties

31 december 2021 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen Rekening groep Totaal

Geldmiddelen en kasequivalenten 773 440 1.213 724 1.937 Financiële beleggingen 52.720 7.229 1 59.950 5 (3) 59.952 Vastgoedbeleggingen 2.908 209 3.117 3.117 Leningen 12.704 1.382 (39) 14.047 1.315 (870) 14.492 Beleggingen inzake unit-linked contracten 18.899 18.899 18.899 Investeringen volgens de equity-methode 4.535 792 5.327 2 (1) 5.328 Herverzekering en overige vorderingen 457 1.959 (359) 2.057 203 (111) 2.149 Actuele belastingvorderingen 23 30 53 53 Uitgestelde belastingvorderingen 42 58 100 100 Overlopende rente en overige activa 1.153 836 (2) 1.987 154 (102) 2.039 Materiële vaste activa 1.411 314 (1) 1.724 8 1.732 Goodwill en overige immateriële activa 968 353 1 1.322 1.322 Activa aangehouden voor verkoop 17 1 1 19 19 Totaal activa 96.610 13.603 (398) 109.815 2.411 (1.087) 111.139

Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 28.688 28.688 (15) 28.673 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 30.617 30.617 30.617 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 18.901 18.901 18.901 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten 7.889 7.889 7.889 Achtergestelde schulden 1.101 399 (40) 1.460 2.118 (830) 2.748 Schulden 3.269 381 3.650 6 (40) 3.616 Actuele belastingverplichtingen 7 9 16 16 Uitgestelde belastingverplichtingen 768 188 956 15 971 RPN(I) 520 520 Overlopende rente en overige verplichtingen 2.239 1.021 (357) 2.903 131 (200) 2.834 Voorzieningen 29 39 68 114 182 Totaal verplichtingen 85.619 9.926 (397) 95.148 2.904 (1.085) 96.967 Eigen vermogen 9.076 3.338 (1) 12.413 (493) (6) 11.914 Minderheidsbelangen 1.915 339 2.254 4 2.258 Totaal eigen vermogen 10.991 3.677 (1) 14.667 (493) (2) 14.172 Totaal verplichtingen en eigen vermogen 96.610 13.603 (398) 109.815 2.411 (1.087) 111.139 Aantal werknemers 3.969 5.962 9.932 169 10.101

Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder 'discretionaire winstdelingscomponent' kan als volgt worden gepresenteerd.

Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties
2020 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal
Bruto premie-inkomen 5.428 1.382 1.598 1.641 (1.611) 8.438 (3) 8.435
Premies inzake beleggingscontracten 672 385 1.057 1.057
Bruto premie-inkomen 6.100 1.382 1.983 1.641 (1.611) 9.495 (3) 9.492

8.10 Balans gesplitst in Leven en Niet-leven

179 | 240

Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties

Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties

2020 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal

- Bruto premies 5.428 1.382 1.598 1.641 (1.611) 8.438 (3) 8.435 - Wijziging in niet-verdiende premies (7) (10) (3) (45) 43 (22) (22) - Uitgaande herverzekeringspremies (733) (760) (433) (55) 1.570 (411) (411) Netto verdiende premies 4.688 612 1.162 1.541 2 8.005 (3) 8.002

en overige beleggingsbaten 2.131 38 202 21 (1) 2.391 39 (38) 2.392 Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (61) (61) Resultaat op verkoop en herwaarderingen 267 26 1 (1) 293 340 6 639

unit-linked contracten 359 125 484 484

volgens de equity-methode 1 14 16 295 326 2 328 Commissiebaten 437 240 236 4 (532) 385 385 Overige baten 160 34 19 (1) 212 7 (18) 201 Totale baten 8.043 938 1.786 295 1.567 (533) 12.096 327 (53) 12.370

- Schadelasten en uitkeringen, bruto (5.088) (771) (1.094) (1.000) 985 (6.968) 2 (6.966)

aandeel herverzekeraars 385 476 239 36 (985) 151 151 Schadelasten en uitkeringen, netto (4.703) (295) (855) (964) (6.817) 2 (6.815) Lasten inzake unit-linked contracten (420) (191) 1 (610) (610) Financieringslasten (92) (9) (12) (1) (114) (63) 38 (139)

waardeverminderingen (145) (26) (1) (172) (172) Wijzigingen in voorzieningen (8) (8) 44 36 Commissielasten (668) (253) (204) (547) 534 (1.138) (1.138) Personeelslasten (549) (132) (100) (23) (1) 0 (805) (32) 3 (834) Overige lasten (783) (179) (157) (3) 25 (1) (1.098) (82) 15 (1.165) Totale lasten (7.368) (868) (1.545) (26) (1.488) 533 (10.762) (133) 58 (10.837) Resultaat voor belastingen 675 70 241 269 79 1.334 194 5 1.533 Belastingbaten (lasten) (143) (5) (66) (214) (19) (233) Nettoresultaat over de periode 532 65 175 269 79 1.120 175 5 1.300 Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 121 39 (1) 159 159

aan de aandeelhouders 411 65 136 269 79 1 961 175 5 1.141

Totale baten van externe klanten 8.345 1.413 2.031 294 0 12.083 287 12.370 Totale baten intern (302) (475) (245) 1 1.567 (533) 13 40 (53) Totale baten 8.043 938 1.786 295 1.567 (533) 12.096 327 (53) 12.370

Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder 'discretionaire winstdelingscomponent' kan als volgt

2020 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal

Bruto premie-inkomen 5.428 1.382 1.598 1.641 (1.611) 8.438 (3) 8.435 Premies inzake beleggingscontracten 672 385 1.057 1.057 Bruto premie-inkomen 6.100 1.382 1.983 1.641 (1.611) 9.495 (3) 9.492

178 | 240

Baten

Kosten

Rentebaten, dividend

Baten uit beleggingen inzake

- Schadelasten en uitkeringen,

Wijzigingen in bijzondere

Nettoresultaat toewijsbaar

worden gepresenteerd.

Aandeel in het resultaat van de investeringen

Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties
31 december 2021 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen Rekening groep Totaal
Activa
Geldmiddelen en kasequivalenten 773 440 1.213 724 1.937
Financiële beleggingen 52.720 7.229 1 59.950 5 (3) 59.952
Vastgoedbeleggingen 2.908 209 3.117 3.117
Leningen 12.704 1.382 (39) 14.047 1.315 (870) 14.492
Beleggingen inzake unit-linked contracten 18.899 18.899 18.899
Investeringen volgens de equity-methode 4.535 792 5.327 2 (1) 5.328
Herverzekering en overige vorderingen 457 1.959 (359) 2.057 203 (111) 2.149
Actuele belastingvorderingen 23 30 53 53
Uitgestelde belastingvorderingen 42 58 100 100
Overlopende rente en overige activa 1.153 836 (2) 1.987 154 (102) 2.039
Materiële vaste activa 1.411 314 (1) 1.724 8 1.732
Goodwill en overige immateriële activa 968 353 1 1.322 1.322
Activa aangehouden voor verkoop 17 1 1 19 19
Totaal activa 96.610 13.603 (398) 109.815 2.411 (1.087) 111.139
Passiva
Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 28.688 28.688 (15) 28.673
Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 30.617 30.617 30.617
Verplichtingen inzake unit-linked contracten 18.901 18.901 18.901
Verplichtingen inzake verzekeringscontracten 7.889 7.889 7.889
Achtergestelde schulden 1.101 399 (40) 1.460 2.118 (830) 2.748
Schulden 3.269 381 3.650 6 (40) 3.616
Actuele belastingverplichtingen 7 9 16 16
Uitgestelde belastingverplichtingen 768 188 956 15 971
RPN(I) 520 520
Overlopende rente en overige verplichtingen 2.239 1.021 (357) 2.903 131 (200) 2.834
Voorzieningen 29 39 68 114 182
Totaal verplichtingen 85.619 9.926 (397) 95.148 2.904 (1.085) 96.967
Eigen vermogen 9.076 3.338 (1) 12.413 (493) (6) 11.914
Minderheidsbelangen 1.915 339 2.254 4 2.258
Totaal eigen vermogen 10.991 3.677 (1) 14.667 (493) (2) 14.172
Totaal verplichtingen en eigen vermogen 96.610 13.603 (398) 109.815 2.411 (1.087) 111.139
Aantal werknemers 3.969 5.962 9.932 169 10.101
Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties
31 december 2020 Leven Niet-leven verzekeringen Verzekeringen rekening groep Totaal
Activa
Geldmiddelen en kasequivalenten 959 391 1.350 891 2.241
Financiële beleggingen 56.248 7.460 63.708 5 (3) 63.710
Vastgoedbeleggingen 2.673 216 2.889 2.889
Leningen 11.928 1.188 (38) 13.078 1.165 (845) 13.398
Beleggingen inzake unit-linked contracten 17.088 17.088 17.088
Investeringen volgens de equity-methode 4.177 838 (91) 4.924 4 1 4.929
Herverzekering en overige vorderingen 397 1.694 (343) 1.748 310 (97) 1.961
Actuele belastingvorderingen 23 26 49 49
Uitgestelde belastingvorderingen 37 61 98 98
Overlopende rente en overige activa 1.210 650 (1) 1.859 127 (101) 1.885
Materiële vaste activa 1.487 332 1.819 8 1.827
Goodwill en overige immateriële activa 900 578 (261) 1.217 12 1.229
Activa aangehouden voor verkoop 5 109 114 114
Totaal activa 97.132 13.543 (734) 109.941 2.522 (1.045) 111.418
Passiva
Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 29.987 29.987 (14) 29.973
Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 31.629 31.629 31.629
Verplichtingen inzake unit-linked contracten 17.090 17.090 17.090
Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-Leven 7.404 7.404 7.404
Achtergestelde schulden 1.103 410 (39) 1.474 2.128 (844) 2.758
Schulden 3.429 484 3.913 7 3.920
Actuele belastingverplichtingen 75 13 1 89 89
Uitgestelde belastingverplichtingen 871 219 (1) 1.089 16 1.105
RPN(I) 420 420
Overlopende rente en overige verplichtingen 2.313 1.010 (342) 2.981 139 (186) 2.934
Voorzieningen 32 43 75 247 322
Totaal verplichtingen 86.529 9.583 (381) 95.731 2.957 (1.044) 97.644
Eigen vermogen 8.720 3.616 (344) 11.992 (435) (2) 11.555
Minderheidsbelangen 1.883 344 (9) 2.218 1 2.219
Totaal eigen vermogen 10.603 3.960 (353) 14.210 (435) (1) 13.774
Totaal verplichtingen en eigen vermogen 97.132 13.543 (734) 109.941 2.522 (1.045) 111.418
Aantal werknemers 3.673 6.207 9.880 165 10.045

181 | 240

8.11

Baten

Kosten

Aandeel in het resultaat van de investeringen

Resultatenrekening gesplitst in Leven en Niet-leven

Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties

Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties

2021 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen rekening groep Totaal

- Bruto premies 4.392 4.589 8.981 (2) 8.979 - Wijziging in niet-verdiende premies 14 1 15 (1) 14 - Uitgaande herverzekeringspremies (28) (432) (460) (460) Netto verdiende premies 4.364 4.171 1 8.536 (3) 8.533 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.179 263 (16) 2.426 38 (37) 2.427 Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (101) (101) Resultaat op verkoop en herwaarderingen 246 50 296 (4) 2 294 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 1.406 1.406 1.406

volgens de equity-methode 413 51 (1) 463 1 464 Commissiebaten 339 127 1 467 467 Overige baten 203 94 (1) 296 8 (22) 282 Totale baten 9.150 4.756 (16) 13.890 (58) (60) 13.772

- Schadelasten en uitkeringen, bruto (4.914) (2.847) 1 (7.760) 3 (7.757) - Schadelasten en uitkeringen, aandeel herverzekeraars 17 269 286 286 Schadelasten en uitkeringen, netto (4.897) (2.578) 1 (7.474) 3 (7.471) Lasten inzake unit-linked contracten (1.572) (1.572) (1.572) Financieringslasten (82) (26) 2 (106) (68) 36 (138) Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen (41) (41) (41) Wijzigingen in voorzieningen 2 1 (1) 2 13 15 Commissielasten (410) (803) (1.213) (1.213) Personeelslasten (417) (404) (821) (35) 4 (852) Overige lasten (700) (541) 13 (1.228) (60) 19 (1.269) Totale lasten (8.117) (4.351) 15 (12.453) (150) 62 (12.541) Resultaat voor belastingen 1.033 405 (1) 1.437 (208) 2 1.231 Belastingbaten (lasten) (145) (51) (196) (19) (215) Nettoresultaat over de periode 888 354 (1) 1.241 (227) 2 1.016 Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 145 26 171 171 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 743 328 (1) 1.070 (227) 2 845 Totale baten van externe klanten 9.124 4.754 (10) 13.868 (96) 13.772

Totale baten intern 26 2 (6) 22 38 (60)

Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder DPF) kan als volgt worden gepresenteerd.

Totale baten 9.150 4.756 (16) 13.890 (58) (60) 13.772

2021 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen rekening groep Totaal

Bruto premie-inkomen 4.392 4.589 8.981 (2) 8.979 Premies inzake beleggingscontracten 1.826 1.826 1.826 Bruto premie-inkomen 6.218 4.589 10.807 (2) 10.805

8.11 Resultatenrekening gesplitst in Leven en Niet-leven

181 | 240

Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties

31 december 2020 Leven Niet-leven verzekeringen Verzekeringen rekening groep Totaal

Geldmiddelen en kasequivalenten 959 391 1.350 891 2.241 Financiële beleggingen 56.248 7.460 63.708 5 (3) 63.710 Vastgoedbeleggingen 2.673 216 2.889 2.889 Leningen 11.928 1.188 (38) 13.078 1.165 (845) 13.398 Beleggingen inzake unit-linked contracten 17.088 17.088 17.088 Investeringen volgens de equity-methode 4.177 838 (91) 4.924 4 1 4.929 Herverzekering en overige vorderingen 397 1.694 (343) 1.748 310 (97) 1.961 Actuele belastingvorderingen 23 26 49 49 Uitgestelde belastingvorderingen 37 61 98 98 Overlopende rente en overige activa 1.210 650 (1) 1.859 127 (101) 1.885 Materiële vaste activa 1.487 332 1.819 8 1.827 Goodwill en overige immateriële activa 900 578 (261) 1.217 12 1.229 Activa aangehouden voor verkoop 5 109 114 114 Totaal activa 97.132 13.543 (734) 109.941 2.522 (1.045) 111.418

Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 29.987 29.987 (14) 29.973 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 31.629 31.629 31.629 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 17.090 17.090 17.090 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-Leven 7.404 7.404 7.404 Achtergestelde schulden 1.103 410 (39) 1.474 2.128 (844) 2.758 Schulden 3.429 484 3.913 7 3.920 Actuele belastingverplichtingen 75 13 1 89 89 Uitgestelde belastingverplichtingen 871 219 (1) 1.089 16 1.105 RPN(I) 420 420 Overlopende rente en overige verplichtingen 2.313 1.010 (342) 2.981 139 (186) 2.934 Voorzieningen 32 43 75 247 322 Totaal verplichtingen 86.529 9.583 (381) 95.731 2.957 (1.044) 97.644 Eigen vermogen 8.720 3.616 (344) 11.992 (435) (2) 11.555 Minderheidsbelangen 1.883 344 (9) 2.218 1 2.219 Totaal eigen vermogen 10.603 3.960 (353) 14.210 (435) (1) 13.774 Totaal verplichtingen en eigen vermogen 97.132 13.543 (734) 109.941 2.522 (1.045) 111.418 Aantal werknemers 3.673 6.207 9.880 165 10.045

180 | 240

Activa

Passiva

Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties
2021 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen rekening groep Totaal
Baten
- Bruto premies 4.392 4.589 8.981 (2) 8.979
- Wijziging in niet-verdiende premies 14 1 15 (1) 14
- Uitgaande herverzekeringspremies (28) (432) (460) (460)
Netto verdiende premies 4.364 4.171 1 8.536 (3) 8.533
Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.179 263 (16) 2.426 38 (37) 2.427
Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (101) (101)
Resultaat op verkoop en herwaarderingen 246 50 296 (4) 2 294
Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 1.406 1.406 1.406
Aandeel in het resultaat van de investeringen
volgens de equity-methode 413 51 (1) 463 1 464
Commissiebaten 339 127 1 467 467
Overige baten 203 94 (1) 296 8 (22) 282
Totale baten 9.150 4.756 (16) 13.890 (58) (60) 13.772
Kosten
- Schadelasten en uitkeringen, bruto (4.914) (2.847) 1 (7.760) 3 (7.757)
- Schadelasten en uitkeringen, aandeel herverzekeraars 17 269 286 286
Schadelasten en uitkeringen, netto (4.897) (2.578) 1 (7.474) 3 (7.471)
Lasten inzake unit-linked contracten (1.572) (1.572) (1.572)
Financieringslasten (82) (26) 2 (106) (68) 36 (138)
Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen (41) (41) (41)
Wijzigingen in voorzieningen 2 1 (1) 2 13 15
Commissielasten (410) (803) (1.213) (1.213)
Personeelslasten (417) (404) (821) (35) 4 (852)
Overige lasten (700) (541) 13 (1.228) (60) 19 (1.269)
Totale lasten (8.117) (4.351) 15 (12.453) (150) 62 (12.541)
Resultaat voor belastingen 1.033 405 (1) 1.437 (208) 2 1.231
Belastingbaten (lasten) (145) (51) (196) (19) (215)
Nettoresultaat over de periode 888 354 (1) 1.241 (227) 2 1.016
Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 145 26 171 171
Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 743 328 (1) 1.070 (227) 2 845
Totale baten van externe klanten 9.124 4.754 (10) 13.868 (96) 13.772
Totale baten intern 26 2 (6) 22 38 (60)
Totale baten 9.150 4.756 (16) 13.890 (58) (60) 13.772

Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder DPF) kan als volgt worden gepresenteerd.

2021 Leven Niet-leven Eliminaties
verzekeringen
Totaal
verzekeringen
Algemene
rekening
Eliminaties
groep
Totaal
Bruto premie-inkomen 4.392 4.589 8.981 (2) 8.979
Premies inzake beleggingscontracten
Bruto premie-inkomen
1.826
6.218
4.589 1.826
10.807
(2) 1.826
10.805
Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties
2020 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen rekening groep Totaal
Baten
- Bruto premies 4.140 4.298 8.438 (3) 8.435
- Wijziging in niet-verdiende premies (23) 1 (22) (22)
- Uitgaande herverzekeringspremies (29) (382) (411) (411)
Netto verdiende premies 4.111 3.893 1 8.005 (3) 8.002
Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.152 257 (18) 2.391 39 (38) 2.392
Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (61) (61)
Resultaat op verkoop en herwaarderingen 280 13 293 340 6 639
Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 484 484 484
Aandeel in het resultaat van de investeringen
volgens de equity-methode 262 64 326 2 328
Commissiebaten 274 117 (6) 385 385
Overige baten 130 83 (1) 212 7 (18) 201
Totale baten 7.693 4.427 (24) 12.096 327 (53) 12.370
Kosten
- Schadelasten en uitkeringen, bruto (4.645) (2.332) 9 (6.968) 2 (6.966)
- Schadelasten en uitkeringen,aandeel herverzekeraars 22 138 (9) 151 151
Schadelasten en uitkeringen, netto (4.623) (2.194) (6.817) 2 (6.815)
Lasten inzake unit-linked contracten (610) (610) (610)
Financieringslasten (86) (29) 1 (114) (63) 38 (139)
Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen (163) (9) (172) (172)
Wijzigingen in voorzieningen (5) (3) (8) 44 36
Commissielasten (368) (776) 6 (1.138) (1.138)
Personeelslasten (406) (400) 1 (805) (32) 3 (834)
Overige lasten (616) (498) 16 (1.098) (82) 15 (1.165)
Totale lasten (6.877) (3.909) 24 (10.762) (133) 58 (10.837)
Resultaat voor belastingen 816 518 1.334 194 5 1.533
Belastingbaten (lasten) (127) (87) (214) (19) (233)
Nettoresultaat over de periode 689 431 1.120 175 5 1.300
Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 119 40 159 159
Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 570 391 961 175 5 1.141
Totale baten van externe klanten 7.660 4.420 3 12.083 287 12.370
Totale baten intern 33 7 (27) 13 40 (53)
Totale baten 7.693 4.427 (24) 12.096 327 (53) 12.370

183 | 240

8.12

Operationeel resultaat Verzekeringen

van het concept operationeel resultaat.

- "Brand en overige schade

Overig niet-technisch resultaat,

Key performance indicators Leven

Operationele kosten Leven in % van het gemiddeld beheerd vermogen Leven

Key performance indicators Niet-leven

- Operationele marge

- Operationele marge

Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode,

Voor de analyse van de verzekeringsresultaten maakt Ageas gebruik

operationele resultaat of resultaat van niet-geconsolideerde partnerships is verwerkt. De definities van de alternatieve prestatiemaatstaven

Binnen de diverse verzekeringssegmenten worden de Leven- en Niet-Leven activiteiten afzonderlijk beheerd. Tot de Leven-activiteiten behoren onder meer verzekeringscontracten die risico's dekken gerelateerd aan leven en overlijden van personen. Het segment Leven omvat daarnaast beleggingscontracten met en zonder discretionaire winstdeling (DPF). Het segment Niet-leven bestaan uit vier onderdelen: Ongevallen- en Gezondheidszorg verzekeringen, Autoverzekeringen, Brandverzekeringen en Overige schade aan eigendommen (die het risico dekken van schade aan eigendommen dan wel verplichtingen

Herver- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties Totaal

worden onder de tabellen toegelicht.

inzake claims) en Overige verzekeringen.

Het operationele resultaat voor de verschillende segmenten en productlijnen en de reconciliatie met de winst voor belastingen wordt hieronder getoond.

2021 België VK CEU Azië zekering verzekeringen zekeringen rekening groep Ageas

Bruto premie-inkomen Leven 4.366 1.853 44 (45) 6.218 6.218 Bruto premie-inkomen Niet-leven 2.309 1.406 822 1.579 (1.527) 4.589 (2) 4.587 Operationele kosten (623) (224) (213) (3) 2 (1.061) (1.061) - Gegarandeerde producten 448 89 1 1 539 539 - Unit-linked producten 49 21 70 70 Operationeel resultaat Leven 497 110 1 1 609 609 - Ongevallen en gezondheidszorg 41 1 37 6 (1) 84 84 - Auto 157 77 10 37 (17) 264 264

aan eigendommen" (142) (4) 23 22 (10) (111) (111) - Overige 69 (6) 7 21 6 97 2 99 Operationeel resultaat Niet-leven 125 68 77 86 (22) 334 2 336 Operationeel resultaat 622 68 187 87 (21) 943 2 945

niet gealloceerd 11 427 (1) 437 1 438

inclusief brokerage 52 (6) 13 (24) 22 57 (209) (152) Resultaat voor belastingen 674 62 211 403 87 1.437 (208) 2 1.231

Netto-onderschrijvingsmarge 0,01% 0,40% 13,29% 0,10% 0,10% Beleggingsmarge 0,82% 0,35% 0,72% 0,72% Operationele marge 0,83% 0,75% 13,29% 0,82% 0,82%

Gegarandeerde producten' 0,97% 1,08% 13,29% 0,99% 0,99%

Unit-linked producten 0,37% 0,32% 0,35% 0,35%

(op jaarbasis) 0,41% 0,49% 6,40% 0,43% 0,43%

Kostenratio 33,2% 36,4% 25,2% 38,4% 34,8% 34,8% Schaderatio 65,0% 59,4% 58,9% 57,2% 60,6% 60,6% Combined ratio 98,2% 95,8% 84,1% 95,6% 95,4% 95,4% Operationele marge 8,3% 8,7% 17,1% 6,0% 8,0% 8,1% Technische voorzieningen 67.349 2.605 16.036 1.656 (1.551) 86.095 (15) 86.080

beleggingscontracten worden verantwoord en derhalve ook niet in het

Het operationeel resultaat omvat de netto verdiende premies, commissies en gealloceerde beleggingsopbrengsten en gerealiseerde meer- of minderwaarden, na aftrek van netto schadelasten, uitkeringen en alle operationele lasten, inclusief de kosten voor schadeafhandeling, beleggingskosten, commissies en andere lasten, gealloceerd aan verzekerings- en/of beleggingscontracten. Het verschil tussen het operationele resultaat en de winst voor belastingen omvat alle opbrengsten en kosten die niet onder verzekerings- en/of

Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder DPF) kan als volgt worden gepresenteerd.

2020 Leven Niet-leven Eliminaties
verzekeringen
Totaal
verzekeringen
Algemene
rekening
Eliminaties
groep
Totaal
Bruto premie-inkomen 4.140 4.298 8.438 (3) 8.435
Premies inzake beleggingscontracten 1.057 1.057 1.057
Bruto premie-inkomen 5.197 4.298 9.495 (3) 9.492

8.12 Operationeel resultaat Verzekeringen

183 | 240

Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties

Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties

2020 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen rekening groep Totaal

- Bruto premies 4.140 4.298 8.438 (3) 8.435 - Wijziging in niet-verdiende premies (23) 1 (22) (22) - Uitgaande herverzekeringspremies (29) (382) (411) (411) Netto verdiende premies 4.111 3.893 1 8.005 (3) 8.002 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.152 257 (18) 2.391 39 (38) 2.392 Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (61) (61) Resultaat op verkoop en herwaarderingen 280 13 293 340 6 639 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 484 484 484

volgens de equity-methode 262 64 326 2 328 Commissiebaten 274 117 (6) 385 385 Overige baten 130 83 (1) 212 7 (18) 201 Totale baten 7.693 4.427 (24) 12.096 327 (53) 12.370

- Schadelasten en uitkeringen, bruto (4.645) (2.332) 9 (6.968) 2 (6.966) - Schadelasten en uitkeringen,aandeel herverzekeraars 22 138 (9) 151 151 Schadelasten en uitkeringen, netto (4.623) (2.194) (6.817) 2 (6.815) Lasten inzake unit-linked contracten (610) (610) (610) Financieringslasten (86) (29) 1 (114) (63) 38 (139) Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen (163) (9) (172) (172) Wijzigingen in voorzieningen (5) (3) (8) 44 36 Commissielasten (368) (776) 6 (1.138) (1.138) Personeelslasten (406) (400) 1 (805) (32) 3 (834) Overige lasten (616) (498) 16 (1.098) (82) 15 (1.165) Totale lasten (6.877) (3.909) 24 (10.762) (133) 58 (10.837) Resultaat voor belastingen 816 518 1.334 194 5 1.533 Belastingbaten (lasten) (127) (87) (214) (19) (233) Nettoresultaat over de periode 689 431 1.120 175 5 1.300 Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 119 40 159 159 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 570 391 961 175 5 1.141 Totale baten van externe klanten 7.660 4.420 3 12.083 287 12.370

Totale baten intern 33 7 (27) 13 40 (53)

Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder DPF) kan als volgt worden gepresenteerd.

Totale baten 7.693 4.427 (24) 12.096 327 (53) 12.370

2020 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen rekening groep Totaal

Bruto premie-inkomen 4.140 4.298 8.438 (3) 8.435 Premies inzake beleggingscontracten 1.057 1.057 1.057 Bruto premie-inkomen 5.197 4.298 9.495 (3) 9.492

182 | 240

Baten

Kosten

Aandeel in het resultaat van de investeringen

Voor de analyse van de verzekeringsresultaten maakt Ageas gebruik van het concept operationeel resultaat.

Het operationeel resultaat omvat de netto verdiende premies, commissies en gealloceerde beleggingsopbrengsten en gerealiseerde meer- of minderwaarden, na aftrek van netto schadelasten, uitkeringen en alle operationele lasten, inclusief de kosten voor schadeafhandeling, beleggingskosten, commissies en andere lasten, gealloceerd aan verzekerings- en/of beleggingscontracten. Het verschil tussen het operationele resultaat en de winst voor belastingen omvat alle opbrengsten en kosten die niet onder verzekerings- en/of beleggingscontracten worden verantwoord en derhalve ook niet in het

operationele resultaat of resultaat van niet-geconsolideerde partnerships is verwerkt. De definities van de alternatieve prestatiemaatstaven worden onder de tabellen toegelicht.

Binnen de diverse verzekeringssegmenten worden de Leven- en Niet-Leven activiteiten afzonderlijk beheerd. Tot de Leven-activiteiten behoren onder meer verzekeringscontracten die risico's dekken gerelateerd aan leven en overlijden van personen. Het segment Leven omvat daarnaast beleggingscontracten met en zonder discretionaire winstdeling (DPF). Het segment Niet-leven bestaan uit vier onderdelen: Ongevallen- en Gezondheidszorg verzekeringen, Autoverzekeringen, Brandverzekeringen en Overige schade aan eigendommen (die het risico dekken van schade aan eigendommen dan wel verplichtingen inzake claims) en Overige verzekeringen.

Het operationele resultaat voor de verschillende segmenten en productlijnen en de reconciliatie met de winst voor belastingen wordt hieronder getoond.

Herver- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties Totaal
2021 België VK CEU Azië zekering verzekeringen zekeringen rekening groep Ageas
Bruto premie-inkomen Leven 4.366 1.853 44 (45) 6.218 6.218
Bruto premie-inkomen Niet-leven 2.309 1.406 822 1.579 (1.527) 4.589 (2) 4.587
Operationele kosten (623) (224) (213) (3) 2 (1.061) (1.061)
-
Gegarandeerde producten
448 89 1 1 539 539
-
Unit-linked producten
49 21 70 70
Operationeel resultaat Leven 497 110 1 1 609 609
-
Ongevallen en gezondheidszorg
41 1 37 6 (1) 84 84
-
Auto
157 77 10 37 (17) 264 264
-
"Brand en overige schade
aan eigendommen" (142) (4) 23 22 (10) (111) (111)
-
Overige
69 (6) 7 21 6 97 2 99
Operationeel resultaat Niet-leven 125 68 77 86 (22) 334 2 336
Operationeel resultaat 622 68 187 87 (21) 943 2 945
Aandeel in het resultaat van de investeringen
volgens de equity-methode,
niet gealloceerd 11 427 (1) 437 1 438
Overig niet-technisch resultaat,
inclusief brokerage 52 (6) 13 (24) 22 57 (209) (152)
Resultaat voor belastingen 674 62 211 403 87 1.437 (208) 2 1.231
Key performance indicators Leven
Netto-onderschrijvingsmarge 0,01% 0,40% 13,29% 0,10% 0,10%
Beleggingsmarge 0,82% 0,35% 0,72% 0,72%
Operationele marge 0,83% 0,75% 13,29% 0,82% 0,82%
-
Operationele marge
Gegarandeerde producten' 0,97% 1,08% 13,29% 0,99% 0,99%
-
Operationele marge
Unit-linked producten 0,37% 0,32% 0,35% 0,35%
Operationele kosten Leven in % van het
gemiddeld beheerd vermogen Leven
(op jaarbasis) 0,41% 0,49% 6,40% 0,43% 0,43%
Key performance indicators Niet-leven
Kostenratio 33,2% 36,4% 25,2% 38,4% 34,8% 34,8%
Schaderatio 65,0% 59,4% 58,9% 57,2% 60,6% 60,6%
Combined ratio 98,2% 95,8% 84,1% 95,6% 95,4% 95,4%
Operationele marge 8,3% 8,7% 17,1% 6,0% 8,0% 8,1%
Technische voorzieningen 67.349 2.605 16.036 1.656 (1.551) 86.095 (15) 86.080
Herver- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties Totaal
2020 België VK CEU Azië zekering verzekeringen zekeringen rekening groep Ageas
Bruto premie-inkomen Leven 3.991 1.208 15 (17) 5.197 5.197
Bruto premie-inkomen Niet-leven 2.109 1.382 775 1.626 (1.594) 4.298 (3) 4.295
Operationele kosten (607) (212) (203) (3) (1.025) (1.025)
-
Gegarandeerde producten
373 137 1 511 511
-
Unit-linked producten
38 11 49 49
Operationeel resultaat Leven 411 148 1 560 560
-
Ongevallen en gezondheidszorg
33 1 46 4 (2) 82 82
-
Auto
94 68 24 40 2 228 228
-
Brand en overige schade
aan eigendommen 53 (5) 18 30 96 96
-
Overige
45 (9) 7 3 46 (3) 43
Operationeel resultaat Niet-leven 225 55 95 77 452 (3) 449
Operationeel resultaat 636 55 243 78 1.012 (3) 1.009
Aandeel in het resultaat van de investeringen
volgens de equity-methode,
niet gealloceerd 14 16 293 1 324 1 325
Overig niet-technisch resultaat,
inclusief brokerage 39 1 (18) (24) 1 (1) (2) 193 8 199
Resultaat voor belastingen 675 70 241 269 79 1.334 194 5 1.533
Key performance indicators Leven
Netto-onderschrijvingsmarge (0,03%) 0,62% 37,28% 0,12% 0,12%
Beleggingsmarge 0,73% 0,36% 0,64% 0,64%
Operationele marge 0,70% 0,98% 37,28% 0,76% 0,76%
-
Operationele marge
Gegarandeerde producten 0,77% 1,59% 37,28% 0,90% 0,90%
-
Operationele marge
Unit-linked producten 0,38% 0,17% 0,29% 0,29%
Operationele kosten Leven in %
van het gemiddeld beheerd vermogen Leven 0,41% 0,45% 1,14% 0,42% 0,42%
Key performance indicators Niet-leven
Kostenratio 36,1% 47,1% 28,4% 33,6% 36,1% 36,1%
Schaderatio 51,7% 48,3% 49,0% 62,7% 55,2% 55,2%
Combined ratio 87,8% 95,4% 77,4% 96,3% 91,3% 91,3%
Operationele marge 16,4% 8,9% 25,2% 5,1% 11,6% 11,5%
Technische voorzieningen 66.965 2.427 16.665 1.395 (1.342) 86.110 (14) 86.096

185 | 240

Definities van alternatieve resultaatmaatstaven in de tabellen:

Netto-onderschrijvingsresultaat : Het verschil tussen de netto verdiende premies en de som van de werkelijke schade-uitkeringen en de mutatie van de

gecorrigeerd voor de opgelopen technische rente van de verzekeringsverplichtingen.

Voor Niet-Leven het Netto beleggingsresultaat gedeeld door de netto verdiende premie.

Niet-Leven het operationele resultaat gedeeld door de netto verdiende premie.

Schaderatio : De kosten van claims, onder aftrek van herverzekering, als percentage van de netto verdiende premies.

schadeafhandelingskosten, algemene kosten, provisies en herverzekering.

geconsolideerde partnerships is verwerkt.

reserves voor niet verdiende premies.

aftrek van herverzekering.

verzekeringsverplichtingen, beide gecorrigeerd voor herverzekering. Het resultaat wordt weergegeven onder aftrek van

hieraan verbonden beleggingskosten. De beleggingsresultaten voor Leven worden daarnaast gecorrigeerd voor het aan de polishouders als technische rente en winstdeling toegewezen bedrag. Het beleggingsresultaat voor Ongevallen & Leven (onderdeel van niet-Leven) wordt ook

resultaten. Het verschil tussen het operationele resultaat en de winst voor belastingen omvat alle opbrengsten en kosten die niet onder de verzekerings- en/of beleggingscontracten worden verantwoord en derhalve ook niet in het operationele resultaat of resultaat van niet-

Dit zijn de totale lasten van de verzekeraar als percentage van de netto verdiende premies. Dit is de som van de schade- en de lastenratio.

Netto-onderschrijvingsmarge : Voor Leven het netto-onderschrijvingsresultaat op jaarbasis, gedeeld door de gemiddelde netto verzekeringsverplichtingen Leven tijdens de verslagperiode. Voor Niet-Leven het netto-onderschrijvingsresultaat gedeeld door de netto verdiende premie. Netto beleggingsresultaat : De som van beleggingsopbrengsten en gerealiseerde meer- of minderwaarden op activa die verzekeringsverplichtingen dekken, na aftrek van de

Nettobeleggingsmarge : Voor Leven het beleggingsresultaat op jaarbasis, gedeeld door de gemiddelde netto verzekeringsverplichtingen Leven tijdens de verslagperiode.

Netto operationeel resultaat : De som van het netto-onderschrijvingsresultaat, beleggingsresultaat en overige aan de verzekerings- en/of beleggingscontracten toegewezen

Netto operationele marge : Voor leven het operationele resultaat op jaarbasis voor de periode, gedeeld door de gemiddelde netto verzekeringsverplichtingen Leven. Voor

Netto verdiende premies : De premies Niet-Leven die de risico's voor de huidige periode dekken, verrekend met de premies betaald aan herverzekeraars en mutatie in

Lastenratio : De lasten als percentage van de netto verdiende premies. De lasten omvatten de interne kosten van schadeafhandelingscommissies, onder

Combined ratio : Een maatstaf voor de winstgevendheid in Niet-Leven, de verhouding tussen de totale kosten van de verzekeraar en de netto verdiende premies.

Definities van alternatieve resultaatmaatstaven in de tabellen:

185 | 240

Herver- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties Totaal

2020 België VK CEU Azië zekering verzekeringen zekeringen rekening groep Ageas

Bruto premie-inkomen Leven 3.991 1.208 15 (17) 5.197 5.197 Bruto premie-inkomen Niet-leven 2.109 1.382 775 1.626 (1.594) 4.298 (3) 4.295 Operationele kosten (607) (212) (203) (3) (1.025) (1.025) - Gegarandeerde producten 373 137 1 511 511 - Unit-linked producten 38 11 49 49 Operationeel resultaat Leven 411 148 1 560 560 - Ongevallen en gezondheidszorg 33 1 46 4 (2) 82 82 - Auto 94 68 24 40 2 228 228

aan eigendommen 53 (5) 18 30 96 96 - Overige 45 (9) 7 3 46 (3) 43 Operationeel resultaat Niet-leven 225 55 95 77 452 (3) 449 Operationeel resultaat 636 55 243 78 1.012 (3) 1.009

niet gealloceerd 14 16 293 1 324 1 325

inclusief brokerage 39 1 (18) (24) 1 (1) (2) 193 8 199 Resultaat voor belastingen 675 70 241 269 79 1.334 194 5 1.533

Netto-onderschrijvingsmarge (0,03%) 0,62% 37,28% 0,12% 0,12% Beleggingsmarge 0,73% 0,36% 0,64% 0,64% Operationele marge 0,70% 0,98% 37,28% 0,76% 0,76%

Gegarandeerde producten 0,77% 1,59% 37,28% 0,90% 0,90%

Unit-linked producten 0,38% 0,17% 0,29% 0,29%

van het gemiddeld beheerd vermogen Leven 0,41% 0,45% 1,14% 0,42% 0,42%

Kostenratio 36,1% 47,1% 28,4% 33,6% 36,1% 36,1% Schaderatio 51,7% 48,3% 49,0% 62,7% 55,2% 55,2% Combined ratio 87,8% 95,4% 77,4% 96,3% 91,3% 91,3% Operationele marge 16,4% 8,9% 25,2% 5,1% 11,6% 11,5% Technische voorzieningen 66.965 2.427 16.665 1.395 (1.342) 86.110 (14) 86.096

184 | 240

- Brand en overige schade

Overig niet-technisch resultaat,

Key performance indicators Leven

- Operationele marge

- Operationele marge

Operationele kosten Leven in %

Key performance indicators Niet-leven

Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode,

Netto-onderschrijvingsresultaat : Het verschil tussen de netto verdiende premies en de som van de werkelijke schade-uitkeringen en de mutatie van de
verzekeringsverplichtingen, beide gecorrigeerd voor herverzekering. Het resultaat wordt weergegeven onder aftrek van
schadeafhandelingskosten, algemene kosten, provisies en herverzekering.
Netto-onderschrijvingsmarge : Voor Leven het netto-onderschrijvingsresultaat op jaarbasis, gedeeld door de gemiddelde netto verzekeringsverplichtingen Leven tijdens de
verslagperiode. Voor Niet-Leven het netto-onderschrijvingsresultaat gedeeld door de netto verdiende premie.
Netto beleggingsresultaat : De som van beleggingsopbrengsten en gerealiseerde meer- of minderwaarden op activa die verzekeringsverplichtingen dekken, na aftrek van de
hieraan verbonden beleggingskosten. De beleggingsresultaten voor Leven worden daarnaast gecorrigeerd voor het aan de polishouders als
technische rente en winstdeling toegewezen bedrag. Het beleggingsresultaat voor Ongevallen & Leven (onderdeel van niet-Leven) wordt ook
gecorrigeerd voor de opgelopen technische rente van de verzekeringsverplichtingen.
Nettobeleggingsmarge : Voor Leven het beleggingsresultaat op jaarbasis, gedeeld door de gemiddelde netto verzekeringsverplichtingen Leven tijdens de verslagperiode.
Voor Niet-Leven het Netto beleggingsresultaat gedeeld door de netto verdiende premie.
Netto operationeel resultaat : De som van het netto-onderschrijvingsresultaat, beleggingsresultaat en overige aan de verzekerings- en/of beleggingscontracten toegewezen
resultaten. Het verschil tussen het operationele resultaat en de winst voor belastingen omvat alle opbrengsten en kosten die niet onder de
verzekerings- en/of beleggingscontracten worden verantwoord en derhalve ook niet in het operationele resultaat of resultaat van niet
geconsolideerde partnerships is verwerkt.
Netto operationele marge : Voor leven het operationele resultaat op jaarbasis voor de periode, gedeeld door de gemiddelde netto verzekeringsverplichtingen Leven. Voor
Niet-Leven het operationele resultaat gedeeld door de netto verdiende premie.
Netto verdiende premies : De premies Niet-Leven die de risico's voor de huidige periode dekken, verrekend met de premies betaald aan herverzekeraars en mutatie in
reserves voor niet verdiende premies.
Lastenratio : De lasten als percentage van de netto verdiende premies. De lasten omvatten de interne kosten van schadeafhandelingscommissies, onder
aftrek van herverzekering.
Schaderatio : De kosten van claims, onder aftrek van herverzekering, als percentage van de netto verdiende premies.
Combined ratio : Een maatstaf voor de winstgevendheid in Niet-Leven, de verhouding tussen de totale kosten van de verzekeraar en de netto verdiende premies.
Dit zijn de totale lasten van de verzekeraar als percentage van de netto verdiende premies. Dit is de som van de schade- en de lastenratio.

TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS

186 Ageas Jaarverslag 2021

187 | 240

Geldmiddelen en

verkrijging.

kasequivalenten zijn direct beschikbare kasgelden en andere financiële instrumenten met een looptijd van minder dan drie maanden, na de datum van

31 december 2021 31 december 2020

Geldmiddelen 2 2 Vorderingen op banken 1.750 2.053 Overige 185 186 Totaal geldmiddelen en kasequivalenten 1.937 2.241

9 Geldmiddelen en kasequivalenten

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Toelichting op de geconsolideerde balans

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Geldmiddelen en kasequivalenten

Geldmiddelen en kasequivalenten zijn direct beschikbare kasgelden en andere financiële instrumenten met een looptijd van minder dan drie maanden, na de datum van verkrijging.

187 | 240

31 december 2021 31 december 2020
Geldmiddelen 2 2
Vorderingen op banken 1.750 2.053
Overige 185 186
Totaal geldmiddelen en kasequivalenten 1.937 2.241

9 Geldmiddelen en kasequivalenten

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Financiële beleggingen

De samenstelling van de financiële beleggingen is als volgt.

188 | 240

31 december 2021 31 december 2020
Financiële beleggingen
-
Tot einde looptijd aangehouden
4.351 4.416
-
Voor verkoop beschikbaar
55.582 59.317
-
Tegen reële waarde met waardeveranderingen
in de resultatenrekening 340 297
-
Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden
6 16
Totaal bruto 60.279 64.046
Bijzondere waardeverminderingen:
-
op voor verkoop beschikbare beleggingen
(327) (336)
Totaal bijzondere waardeverminderingen (327) (336)
Totaal 59.952 63.710

10 Financiële beleggingen 189 | 240

31 december 2020

Voor verkoop beschikbare beleggingen

Voor verkoop beschikbare beleggingen

Voor verkoop beschikbare beleggingen

10.2

De overheidsobligaties aangemerkt als beleggingen tot einde looptijd aangehouden naar land van uitgifte per 31 december zijn als volgt.

31 december 2021 Historische/geamortiseerde kostprijs Reële waarde

Belgische overheid 4.304 6.399 Portugese overheid 47 98 Totaal 4.351 6.497

Belgische overheid 4.313 6.937 Portugese overheid 103 164 Totaal 4.416 7.101

31 december 2021 kostprijs winsten verliezen bruto verminderingen waarde

Overheidsobligaties 25.944 5.241 (45) 31.140 31.140 Bedrijfsobligaties 17.329 1.109 (23) 18.415 (20) 18.395 Gestructureerde schuldinstrumenten 50 2 52 (1) 51 Voor verkoop beschikbare beleggingen in obligaties 43.323 6.352 (68) 49.607 (21) 49.586 Private equity en durfkapitaal 173 20 (1) 192 192 Aandelen 4.551 1.258 (28) 5.781 (306) 5.475 Overige beleggingen 2 2 2

in aandelen en overige beleggingen 4.726 1.278 (29) 5.975 (306) 5.669

Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 48.049 7.630 (97) 55.582 (327) 55.255

31 december 2020 kostprijs winsten verliezen bruto verminderingen waarde

Overheidsobligaties 26.910 7.392 34.302 34.302 Bedrijfsobligaties 18.083 1.699 (7) 19.775 (22) 19.753 Gestructureerde schuldinstrumenten 49 2 51 51 Voor verkoop beschikbare beleggingen in obligaties 45.042 9.093 (7) 54.128 (22) 54.106 Private equity en durfkapitaal 99 19 118 118 Aandelen 4.281 816 (29) 5.068 (314) 4.754 Overige beleggingen 3 3 3

in aandelen en overige beleggingen 4.383 835 (29) 5.189 (314) 4.875

Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 49.425 9.928 (36) 59.317 (336) 58.981

Een bedrag van EUR 2.032 miljoen van de voor verkoop beschikbare beleggingen is aangehouden als onderpand (2020: EUR 2.288 miljoen).

Historische/ Bruto Bruto Bijzondere

Historische/ Bruto Bruto Bijzondere

geamortiseerde ongerealiseerde ongerealiseerde Totaal waarde Reële

geamortiseerde ongerealiseerde ongerealiseerde Totaal waarde Reële

10.1 Beleggingen tot einde looptijd aangehouden

Overheidsobligaties Totaal
Totaal beleggingen tot einde looptijd aangehouden
op 1 januari 2020 4.438 4.438
Einde looptijd (18) (18)
Amortisatie (4) (4)
Totaal beleggingen tot einde looptijd aangehouden
op 31 december 2020 4.416 4.416
Einde looptijd (58) (58)
Amortisatie (7) (7)
Totaal beleggingen tot einde looptijd aangehouden
op 31 december 2021 4.351 4.351
Reële waarde op 31 december 2020 7.101 7.101
Reële waarde op 31 december 2021 6.497 6.497

De reële waarde van overheidsobligaties aangemerkt als tot einde looptijd aangehouden beleggingen is gebaseerd op beurskoersen in actieve markten (niveau 1).

De overheidsobligaties aangemerkt als beleggingen tot einde looptijd aangehouden naar land van uitgifte per 31 december zijn als volgt.

31 december 2021 Historische/geamortiseerde kostprijs Reële waarde
Belgische overheid 4.304 6.399
Portugese overheid 47 98
Totaal 4.351 6.497
31 december 2020
Belgische overheid 4.313 6.937
Portugese overheid 103 164
Totaal 4.416 7.101

10.2 Voor verkoop beschikbare beleggingen

31 december 2021 31 december 2020

10 Financiële beleggingen 189 | 240

Overheidsobligaties Totaal

  • Tot einde looptijd aangehouden 4.351 4.416 - Voor verkoop beschikbaar 55.582 59.317

in de resultatenrekening 340 297 - Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden 6 16 Totaal bruto 60.279 64.046

  • op voor verkoop beschikbare beleggingen (327) (336) Totaal bijzondere waardeverminderingen (327) (336) Totaal 59.952 63.710

op 1 januari 2020 4.438 4.438 Einde looptijd (18) (18) Amortisatie (4) (4)

op 31 december 2020 4.416 4.416 Einde looptijd (58) (58) Amortisatie (7) (7)

op 31 december 2021 4.351 4.351

Reële waarde op 31 december 2020 7.101 7.101 Reële waarde op 31 december 2021 6.497 6.497

De reële waarde van overheidsobligaties aangemerkt als tot einde looptijd aangehouden

beleggingen is gebaseerd op beurskoersen in actieve markten (niveau 1).

188 | 240

De samenstelling van de financiële beleggingen is als

Financiële beleggingen

10.1

  • Tegen reële waarde met waardeveranderingen

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Beleggingen tot einde looptijd aangehouden

Totaal beleggingen tot einde looptijd aangehouden

Totaal beleggingen tot einde looptijd aangehouden

Totaal beleggingen tot einde looptijd aangehouden

Bijzondere waardeverminderingen:

volgt.

31 december 2021 Historische/
geamortiseerde
kostprijs
Bruto
ongerealiseerde
winsten
Bruto
ongerealiseerde
verliezen
Totaal
bruto
Bijzondere
waarde
verminderingen
Reële
waarde
Overheidsobligaties 25.944 5.241 (45) 31.140 31.140
Bedrijfsobligaties 17.329 1.109 (23) 18.415 (20) 18.395
Gestructureerde schuldinstrumenten 50 2 52 (1) 51
Voor verkoop beschikbare beleggingen in obligaties 43.323 6.352 (68) 49.607 (21) 49.586
Private equity en durfkapitaal 173 20 (1) 192 192
Aandelen 4.551 1.258 (28) 5.781 (306) 5.475
Overige beleggingen 2 2 2
Voor verkoop beschikbare beleggingen
in aandelen en overige beleggingen 4.726 1.278 (29) 5.975 (306) 5.669
Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 48.049 7.630 (97) 55.582 (327) 55.255
31 december 2020 Historische/
geamortiseerde
kostprijs
Bruto
ongerealiseerde
winsten
Bruto
ongerealiseerde
verliezen
Totaal
bruto
Bijzondere
waarde
verminderingen
Reële
waarde
Overheidsobligaties 26.910 7.392 34.302 34.302
Bedrijfsobligaties 18.083 1.699 (7) 19.775 (22) 19.753
Gestructureerde schuldinstrumenten 49 2 51 51
Voor verkoop beschikbare beleggingen in obligaties 45.042 9.093 (7) 54.128 (22) 54.106
Private equity en durfkapitaal 99 19 118 118
Aandelen 4.281 816 (29) 5.068 (314) 4.754
Overige beleggingen 3 3 3
Voor verkoop beschikbare beleggingen
in aandelen en overige beleggingen 4.383 835 (29) 5.189 (314) 4.875
Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 49.425 9.928 (36) 59.317 (336) 58.981

Een bedrag van EUR 2.032 miljoen van de voor verkoop beschikbare beleggingen is aangehouden als onderpand (2020: EUR 2.288 miljoen).

De waardering van Voor verkoop beschikbare beleggingen is gebaseerd op:

Niveau 1: genoteerde prijzen in actieve markten;

190 | 240

  • Niveau 2: waarneembare marktgegevens in actieve markten;
  • Niveau 3: niet-waarneembare gegevens (prijzen van tegenpartijen).
31 december 2021 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal
Overheidsobligaties 30.589 551 31.140
Bedrijfsobligaties 16.002 1.953 440 18.395
Gestructureerde schuldinstrumenten 51 51
Aandelen, private equity en overige beleggingen 3.186 1.547 936 5.669
Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 49.777 4.102 1.376 55.255
31 december 2020 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal
Overheidsobligaties 33.900 402 34.302
Bedrijfsobligaties 18.178 1.103 472 19.753
Gestructureerde schuldinstrumenten 8 42 1 51
Aandelen, private equity en overige beleggingen 2.554 1.482 839 4.875
Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 54.640 3.029 1.312 58.981

De veranderingen in niveau 3-waarderingen zijn als volgt.

2021 2020
Stand per 1 januari 1.312 1.282
Einde looptijd/aflossing of terugbetaling over de periode (63) (28)
Aankoop 182 126
Opbrengst van verkopen (140) (30)
Gerealiseerde winsten (verliezen) 21
Bijzondere waardeverminderingen (3)
Ongerealiseerde winsten (verliezen) 67 (36)
Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen (2)
Stand per 31 december 1.376 1.312

Niveau 3-waarderingen voor private equity en durfkapitaal maken gebruik van reële waarden die worden bekendgemaakt in het geauditeerde financieel verslag van de relevante deelnemingen. Niveau 3-waarderingen voor aandelen en asset-backed securities maken gebruik van de methode van de gedisconteerde kasstromen. Verwachte kasstromen houden rekening met de oorspronkelijke

verzekeringstechnische criteria, de kenmerken van de leningnemer (zoals leeftijd en kredietscores), loan-to-value-ratio's, verwachte schommelingen in de huizenprijzen en verwachte

vooruitbetalingsniveaus, enz. De verwachte kasstromen worden gedisconteerd tegen voor risico gecorrigeerde rentes. Marktdeelnemers maken vaak gebruik van dergelijke gedisconteerde

kasstroomtechnieken om private equity en durfkapitaal te waarderen. Voor de waardering van deze instrumenten maken wij eveneens tot op zekere hoogte gebruik van deze prijzen. Deze technieken zijn onderhevig aan inherente beperkingen, zoals een schatting van de gepaste voor risico gecorrigeerde disconteringsvoet, en verschillende gegevens en veronderstellingen zouden verschillende resultaten opleveren.

191 | 240

Tsjechische overheid

Overheidsobligaties naar land van uitgifte

Historische/ Bruto

Historische/ Bruto

geamortiseerde Ongerealiseerde Reële

31 december 2021 kostprijs winsten (verliezen) waarde

Belgische overheid 10.891 2.203 13.094 Franse overheid 4.689 1.106 5.795 Portugese overheid 2.124 357 2.481 Oostenrijkse overheid 1.722 402 2.124 Spaanse overheid 2.107 287 2.394 Italiaanse overheid 1.159 342 1.501 Duitse overheid 830 235 1.065 Nederlandse overheid 463 58 521 Ierse overheid 332 33 365 Britse overheid 222 13 235 Poolse overheid 274 35 309 Slowaakse overheid 200 44 244

Finse overheid 91 14 105 Verenigde Staten van Amerika: overheid 2 2 Overige overheden 838 67 905 Totaal 25.944 5.196 31.140

31 december 2020 Kostprijs winsten (verliezen) waarde

Belgische overheid 11.336 3.289 14.625 Franse overheid 4.745 1.515 6.260 Oostenrijkse overheid 2.311 467 2.778 Portugese overheid 2.040 556 2.596 Spaanse overheid 2.021 427 2.448 Italiaanse overheid 1.171 437 1.608 Duitse overheid 859 290 1.149 Nederlandse overheid 497 94 591 Ierse overheid 336 54 390 Britse overheid 190 26 216 Poolse overheid 283 52 335 Slowaakse overheid 159 58 217 Tsjechische overheid 32 32 Finse overheid 91 19 110 Verenigde Staten van Amerika: overheid 2 2 Overige overheden 837 108 945 Totaal 26.910 7.392 34.302

geamortiseerde Ongerealiseerde Reële

De niveau 3-posities zijn met name gevoelig voor een verandering in het niveau van de verwachte toekomstige kasstromen, en dienovereenkomstig varieert hun reële waarde in verhouding tot de veranderingen in deze kasstromen. De veranderingen in de waarde van deze niveau 3-instrumenten worden verantwoord in het overige comprehensive income. Kwantitatieve, niet-waarneembare inputs, welke worden gebruikt bij waarderingen tegen reële waarde, worden niet door de entiteit ontwikkeld.

Overheidsobligaties naar land van uitgifte

191 | 240

190 | 240

De waardering van Voor verkoop beschikbare beleggingen is gebaseerd op:

31 december 2021 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal

Overheidsobligaties 30.589 551 31.140 Bedrijfsobligaties 16.002 1.953 440 18.395 Gestructureerde schuldinstrumenten 51 51 Aandelen, private equity en overige beleggingen 3.186 1.547 936 5.669 Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 49.777 4.102 1.376 55.255

31 december 2020 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal

Overheidsobligaties 33.900 402 34.302 Bedrijfsobligaties 18.178 1.103 472 19.753 Gestructureerde schuldinstrumenten 8 42 1 51 Aandelen, private equity en overige beleggingen 2.554 1.482 839 4.875 Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 54.640 3.029 1.312 58.981

Stand per 1 januari 1.312 1.282 Einde looptijd/aflossing of terugbetaling over de periode (63) (28) Aankoop 182 126 Opbrengst van verkopen (140) (30)

Ongerealiseerde winsten (verliezen) 67 (36) Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen (2) Stand per 31 december 1.376 1.312

opleveren.

de entiteit ontwikkeld.

Gerealiseerde winsten (verliezen) 21 Bijzondere waardeverminderingen (3)

2021 2020

zekere hoogte gebruik van deze prijzen. Deze technieken zijn onderhevig aan inherente beperkingen, zoals een schatting van de gepaste voor risico gecorrigeerde disconteringsvoet, en verschillende gegevens en veronderstellingen zouden verschillende resultaten

niveau van de verwachte toekomstige kasstromen, en

De niveau 3-posities zijn met name gevoelig voor een verandering in het

dienovereenkomstig varieert hun reële waarde in verhouding tot de veranderingen in deze kasstromen. De veranderingen in de waarde van deze niveau 3-instrumenten worden verantwoord in het overige comprehensive income. Kwantitatieve, niet-waarneembare inputs, welke worden gebruikt bij waarderingen tegen reële waarde, worden niet door

Niveau 2: waarneembare marktgegevens in actieve markten; Niveau 3: niet-waarneembare gegevens (prijzen van tegenpartijen).

Niveau 1: genoteerde prijzen in actieve markten;

De veranderingen in niveau 3-waarderingen zijn als volgt.

Niveau 3-waarderingen voor private equity en durfkapitaal maken gebruik van reële waarden die worden bekendgemaakt in het geauditeerde financieel verslag van de relevante deelnemingen. Niveau 3-waarderingen voor aandelen en asset-backed securities maken gebruik van de methode van de gedisconteerde kasstromen. Verwachte

verzekeringstechnische criteria, de kenmerken van de leningnemer (zoals leeftijd en kredietscores), loan-to-value-ratio's, verwachte

vooruitbetalingsniveaus, enz. De verwachte kasstromen worden gedisconteerd tegen voor risico gecorrigeerde rentes. Marktdeelnemers

kasstroomtechnieken om private equity en durfkapitaal te waarderen. Voor de waardering van deze instrumenten maken wij eveneens tot op

kasstromen houden rekening met de oorspronkelijke

schommelingen in de huizenprijzen en verwachte

maken vaak gebruik van dergelijke gedisconteerde

Historische/ Bruto
geamortiseerde Ongerealiseerde Reële
31 december 2021 kostprijs winsten (verliezen) waarde
Belgische overheid 10.891 2.203 13.094
Franse overheid 4.689 1.106 5.795
Portugese overheid 2.124 357 2.481
Oostenrijkse overheid 1.722 402 2.124
Spaanse overheid 2.107 287 2.394
Italiaanse overheid 1.159 342 1.501
Duitse overheid 830 235 1.065
Nederlandse overheid 463 58 521
Ierse overheid 332 33 365
Britse overheid 222 13 235
Poolse overheid 274 35 309
Slowaakse overheid 200 44 244
Tsjechische overheid
Finse overheid 91 14 105
Verenigde Staten van Amerika: overheid 2 2
Overige overheden 838 67 905
Totaal 25.944 5.196 31.140
Historische/ Bruto
geamortiseerde Ongerealiseerde Reële
31 december 2020 Kostprijs winsten (verliezen) waarde
Belgische overheid 11.336 3.289 14.625
Franse overheid 4.745 1.515 6.260
Oostenrijkse overheid 2.311 467 2.778
Portugese overheid 2.040 556 2.596
Spaanse overheid 2.021 427 2.448
Italiaanse overheid 1.171 437 1.608
Duitse overheid 859 290 1.149
Nederlandse overheid 497 94 591
Ierse overheid 336 54 390
Britse overheid 190 26 216
Poolse overheid 283 52 335
Slowaakse overheid 159 58 217
Tsjechische overheid 32 32
Finse overheid 91 19 110
Verenigde Staten van Amerika: overheid 2 2
Overige overheden 837 108 945
Totaal 26.910 7.392 34.302

De volgende tabel toont de netto ongerealiseerde winsten en verliezen op Voor verkoop beschikbare beleggingen opgenomen in het eigen vermogen. Beleggingen in aandelen en overige beleggingen zijn inclusief private equity en durfkapitaal.

31 december 2021 31 december 2020
Voor verkoop beschikbare beleggingen in obligaties
Boekwaarde 49.586 54.106
Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 6.284 9.086
- Gerelateerde belasting (1.586) (2.300)
Shadow accounting (2.251) (4.511)
- Gerelateerde belasting 652 1.228
Netto ongerealiseerde winsten en verliezen 3.099 3.503
31 december 2021 31 december 2020
Voor verkoop beschikbare beleggingen in aandelen en overige beleggingen:
Boekwaarde 5.669 4.875
Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 1.249 806
- Gerelateerde belasting (134) (113)
Shadow accounting (756) (531)
- Gerelateerde belasting 118 74
Netto ongerealiseerde winsten en verliezen 477 236

De wijzigingen in de bijzondere waardeverminderingen op voor verkoop beschikbare beleggingen zijn.

31 december 2021 31 december 2020
Stand per 1 januari (336) (269)
Aan- en verkoop dochterondernemingen 38
Toename bijzondere waardeverminderingen (34) (154)
Terugname bij de verkoop/desinvestering 42 49
Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen 1
Stand per 31 december (327) (336)

10.3 Beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening

31 december 2021 31 december 2020
Overheidsobligaties
Bedrijfsobligaties 134 132
Gestructureerde schuldinstrumenten 3 4
Obligaties 137 136
Aandeleneffecten 36 12
Overige beleggingen 167 149
Aandelen en overige beleggingen 203 161
Totaal beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 340 297

Beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening betreffen voornamelijk beleggingen in verband met de verzekeringsverplichtingen waarvan de kasstromen contractueel of uit hoofde van discretionaire winstdeling zijn gekoppeld aan de resultaatontwikkeling van deze activa en waar in de waardering daarvan mede rekening wordt gehouden met actuele informatie. Hierdoor wordt de kans aanzienlijk verkleind dat er in de verslaglegging een 'mismatch' optreedt door het op verschillende grondslagen berekenen van activa en verplichtingen en de daarmee samenhangende winsten en verliezen.

Overige beleggingen, gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in winst of verlies, zijn gerelateerd aan beleggingen in het vastgoedfonds.

193 | 240

Overheidsobligaties

Overheidsobligaties

10.4

10.5

Securities lending

De waardering van beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening is gebaseerd op:

31 december 2021 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal

Bedrijfsobligaties 134 134 Gestructureerde schuldinstrumenten 3 3 Aandeleneffecten 36 36 Overige beleggingen 61 69 37 167

waardeveranderingen in de resultatenrekening 61 206 73 340

31 december 2020 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal

Bedrijfsobligaties 130 2 132 Gestructureerde schuldinstrumenten 4 4 Aandeleneffecten 12 12 Overige beleggingen 149 149

waardeveranderingen in de resultatenrekening 149 134 14 297

10.6

units.

entiteiten

Belangen in niet-geconsolideerde gestructureerde

AG Insurance, een dochtermaatschappij van Ageas Groep, houdt notes die een belang vertegenwoordigen (via de ontvangst van aflossingen en rente) in een gestructureerde entiteiten die niet wordt geconsolideerd.

leasevorderingen en genereren middelen via de uitgifte van notes of

Deze gestructureerde notes en units worden opgenomen in Voor verkoop beschikbare beleggingen'. Behoudens de notes en units heeft AG Insurance geen andere belangen in deze gestructureerde entiteiten. De maximale verliesblootstelling van AG Insurance is beperkt tot de

De boekwaarde van het belang van AG Insurance in het Fonds van hypotheekleningen bedraagt EUR 410 miljoen per 31 december 2021 (EUR 447 miljoen per 31 december 2020). De boekwaarde van het belang van AG Insurance in door Huuropbrengsten gedekte vorderingen bedraagt EUR 35 miljoen per 31 december 2021 (EUR 22 miljoen per 31 December 2020). De boekwaarde van het belang van AG Insurance in Private Equity bedraagt EUR 27 miljoen per 31 december 2021 (EUR 0

Het Fonds van hypotheekleningen is volledig eigendom van AG Insurance en de totale activa van de door Huuropbrengsten gedekte vorderingen bedraagt EUR 339 miljoen per 31 december 2021 (EUR

De gestructureerde entiteiten beleggen in hypotheek- en

boekwaarde van de aangehouden notes of units.

miljoen per 31 december 2020).

348 miljoen per 31 december 2020).

Niveau 1 : genoteerde prijzen in actieve markten;

De waarderingen per jaareinde zijn als volgt.

Totaal beleggingen tegen reële waarde met

Totaal beleggingen tegen reële waarde met

toelichting 27 Derivaten voor nadere details.

738 miljoen (EUR 1.006 miljoen vorig jaar).

Voor handelsdoeleinden aangehouden derivaten

In het kader van effectenleenovereenkomsten hebben we derden gemachtigd om bepaalde effecten gedurende een beperkte periode te gebruiken, waarna zij de effecten aan ons retourneren. Gedurende die tijd blijven we inkomsten genereren uit deze effecten. De effecten gelden eveneens als onderpand onder de vorm van "andere effecten met een dekkingsgraad van minimaal 105%". Aan het einde van het jaar hadden dergelijke overeenkomsten betrekking op een bedrag van EUR

Voor handelsdoeleinden aangehouden derivaten worden gebaseerd op niveau 2 (waarneembare marktgegevens in actieve markten). Zie ook

Niveau 2 : waarneembare marktgegevens in actieve markten; Niveau 3 : niet-waarneembare gegevens (prijzen van tegenpartijen).

De nominale waarde van schuldeffecten tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening bedroeg op 31 december 2021 EUR 133 miljoen (31 december 2020: EUR 134 miljoen).

De waardering van beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening is gebaseerd op:

  • Niveau 1 : genoteerde prijzen in actieve markten;
  • Niveau 2 : waarneembare marktgegevens in actieve markten;
  • Niveau 3 : niet-waarneembare gegevens (prijzen van tegenpartijen).

De waarderingen per jaareinde zijn als volgt.

193 | 240

192 | 240

10.3

Overheidsobligaties

Voor verkoop beschikbare beleggingen in obligaties

Voor verkoop beschikbare beleggingen in aandelen en overige beleggingen:

Beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening betreffen voornamelijk beleggingen in verband met de verzekeringsverplichtingen waarvan de kasstromen contractueel of uit hoofde van discretionaire winstdeling zijn gekoppeld aan de resultaatontwikkeling van deze activa en waar in de waardering daarvan mede rekening wordt gehouden met actuele informatie. Hierdoor wordt de kans aanzienlijk verkleind dat er in de verslaglegging een 'mismatch' optreedt door het op verschillende grondslagen berekenen van activa en verplichtingen en de daarmee samenhangende winsten en verliezen.

De volgende tabel toont de netto ongerealiseerde winsten en verliezen op Voor verkoop beschikbare beleggingen opgenomen in het eigen vermogen.

Boekwaarde 49.586 54.106 Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 6.284 9.086 - Gerelateerde belasting (1.586) (2.300) Shadow accounting (2.251) (4.511) - Gerelateerde belasting 652 1.228 Netto ongerealiseerde winsten en verliezen 3.099 3.503

Boekwaarde 5.669 4.875 Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 1.249 806 - Gerelateerde belasting (134) (113) Shadow accounting (756) (531) - Gerelateerde belasting 118 74 Netto ongerealiseerde winsten en verliezen 477 236

Stand per 1 januari (336) (269) Aan- en verkoop dochterondernemingen 38 Toename bijzondere waardeverminderingen (34) (154) Terugname bij de verkoop/desinvestering 42 49

Stand per 31 december (327) (336)

Bedrijfsobligaties 134 132 Gestructureerde schuldinstrumenten 3 4 Obligaties 137 136 Aandeleneffecten 36 12 Overige beleggingen 167 149 Aandelen en overige beleggingen 203 161 Totaal beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 340 297

31 december 2021 31 december 2020

31 december 2021 31 december 2020

31 december 2021 31 december 2020

31 december 2021 31 december 2020

Overige beleggingen, gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in winst of verlies, zijn gerelateerd aan

De nominale waarde van schuldeffecten tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening bedroeg op 31 december 2021 EUR 133 miljoen (31 december 2020: EUR 134 miljoen).

beleggingen in het vastgoedfonds.

Beleggingen in aandelen en overige beleggingen zijn inclusief private equity en durfkapitaal.

De wijzigingen in de bijzondere waardeverminderingen op voor verkoop beschikbare beleggingen zijn.

Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen 1

Beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening

31 december 2021 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal
Overheidsobligaties
Bedrijfsobligaties 134 134
Gestructureerde schuldinstrumenten 3 3
Aandeleneffecten 36 36
Overige beleggingen 61 69 37 167
Totaal beleggingen tegen reële waarde met
waardeveranderingen in de resultatenrekening 61 206 73 340
31 december 2020 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal
Overheidsobligaties
Bedrijfsobligaties 130 2 132
Gestructureerde schuldinstrumenten 4 4
Aandeleneffecten 12 12
Overige beleggingen 149 149
Totaal beleggingen tegen reële waarde met
waardeveranderingen in de resultatenrekening 149 134 14 297

10.4 Voor handelsdoeleinden aangehouden derivaten

Voor handelsdoeleinden aangehouden derivaten worden gebaseerd op niveau 2 (waarneembare marktgegevens in actieve markten). Zie ook toelichting 27 Derivaten voor nadere details.

10.5 Securities lending

In het kader van effectenleenovereenkomsten hebben we derden gemachtigd om bepaalde effecten gedurende een beperkte periode te gebruiken, waarna zij de effecten aan ons retourneren. Gedurende die tijd blijven we inkomsten genereren uit deze effecten. De effecten gelden eveneens als onderpand onder de vorm van "andere effecten met een dekkingsgraad van minimaal 105%". Aan het einde van het jaar hadden dergelijke overeenkomsten betrekking op een bedrag van EUR 738 miljoen (EUR 1.006 miljoen vorig jaar).

10.6

Belangen in niet-geconsolideerde gestructureerde entiteiten

AG Insurance, een dochtermaatschappij van Ageas Groep, houdt notes die een belang vertegenwoordigen (via de ontvangst van aflossingen en rente) in een gestructureerde entiteiten die niet wordt geconsolideerd. De gestructureerde entiteiten beleggen in hypotheek- en leasevorderingen en genereren middelen via de uitgifte van notes of units.

Deze gestructureerde notes en units worden opgenomen in Voor verkoop beschikbare beleggingen'. Behoudens de notes en units heeft AG Insurance geen andere belangen in deze gestructureerde entiteiten. De maximale verliesblootstelling van AG Insurance is beperkt tot de boekwaarde van de aangehouden notes of units.

De boekwaarde van het belang van AG Insurance in het Fonds van hypotheekleningen bedraagt EUR 410 miljoen per 31 december 2021 (EUR 447 miljoen per 31 december 2020). De boekwaarde van het belang van AG Insurance in door Huuropbrengsten gedekte vorderingen bedraagt EUR 35 miljoen per 31 december 2021 (EUR 22 miljoen per 31 December 2020). De boekwaarde van het belang van AG Insurance in Private Equity bedraagt EUR 27 miljoen per 31 december 2021 (EUR 0 miljoen per 31 december 2020).

Het Fonds van hypotheekleningen is volledig eigendom van AG Insurance en de totale activa van de door Huuropbrengsten gedekte vorderingen bedraagt EUR 339 miljoen per 31 december 2021 (EUR 348 miljoen per 31 december 2020).

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Vastgoedbeleggingen

Beleggingen in vastgoed hebben met name betrekking op kantoren en winkelpanden.

194 | 240

31 december 2021 31 december 2020
Vastgoedbeleggingen 3.120 2.891
Bijzondere waardeverminderingen (3) (2)
Totaal vastgoedbeleggingen 3.117 2.889
2021 2020
Kostprijs per 1 januari 3.661 3.338
Wijziging in grondslagen van de financiële verslaggeving
Aan- en verkoop dochterondernemingen
Toevoegingen/aankopen
35
303
33
496
Verbeteringen 74 61
Verkopen (100) (235)
Overboeking van (naar) materiële vaste activa (1)
Wisselkoersverschillen
Overige (43) (31)
Kostprijs per 31 december 3.930 3.661
Cumulatieve afschrijvingen per 1 januari (770) (730)
Aan- en verkoop dochterondernemingen
Afschrijvingen (97) (94)
Terugname afschrijving door desinvesteringen 32 46
Overboeking van (naar) materiële vaste activa 1
Overige 25 7
Cumulatieve afschrijvingen per 31 december (810) (770)
Cumulatieve bijzondere waardevermindering per 1 januari (2) (5)
Aan- en verkoop van dochterondernemingen
Toename bijzondere waardeverminderingen (1)
Terugname van bijzondere waardeverminderingen
Terugname bijzondere waardeverminderingen door desinvesteringen 4
Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december (3) (2)
Netto vastgoedbeleggingen per 31 december 3.117 2.889

11 Vastgoedbeleggingen 195 | 240

Jaarlijkse waarderingsbepalingen, waarbij de onafhankelijke taxaties elke drie jaar veranderen, behelzen bijna alle vastgoedbeleggingen. Reële waarden (niveau 3) zijn gebaseerd op niet-observeerbare marktgegevens en/of verdisconteerde kasstromen. Verwachte kasstromen uit vastgoed houden rekening met verwachte groeipercentages van huurinkomsten, periodes van leegstand, bezettingsgraad en lease-incentives zoals huurvrije perioden en andere

Vastgoed verhuurd op basis van operationele lease

worden betaald door huurders. De verwachte netto-kasstromen worden verdisconteerd aan de hand van op risico aangepaste disconteringsvoet. Om de disconteringsvoet te bepalen, wordt met een aantal factoren rekening gehouden, zoals de kwaliteit van het gebouw en zijn locatie (toplocatie vs. secundaire locatie), kredietkwaliteit van de huurder en huurvoorwaarden. Voor ontwikkelingsvastgoed (dus in opbouw) wordt de reële waarde bepaald op de kostprijs tot het vastgoed in gebruik is

31 december 2021 31 december 2020

2021 2020

genomen.

Reële waarden gebaseerd op marktinformatie 483 302 Reële waarden gebaseerd op onafhankelijke waardering 3.823 3.797 Totaal reële waarde van vastgoedbeleggingen 4.306 4.099 Totale boekwaarde (inclusief leaseverplichting) 3.057 2.829 Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 1.249 1.270 Ongerealiseerde winsten (verliezen) polishouders (40) (36) Belasting (342) (344) Netto ongerealiseerd(e) winst/verlies (niet opgenomen in eigen vermogen) 867 890

Tot 3 maanden 51 52 3 maanden tot 1 jaar 145 147 1 jaar tot 2 jaar 167 162 2 jaar tot 3 jaar 134 140 3 jaar tot 4 jaar 110 111 4 jaar tot 5 jaar 101 94 Langer dan 5 jaar 630 677 Totaal niet verdisconteerde te ontvangen leasebetalingen 1.338 1.383

Een bedrag van EUR 66 miljoen in 2021 van de totale minimumbetalingen te ontvangen via niet-opzegbare leaseovereenkomsten houdt verband met

terreinen, gebouwen en uitrusting (2020: EUR 80 miljoen). De rest heeft betrekking op vastgoedbeleggingen.

Ageas verhuurt bepaalde activa (voornamelijk vastgoed voor beleggingsdoeleinden) aan externe partijen op basis van operationele leaseovereenkomsten. De toekomstige minimale leasetermijnen inzake niet-opzegbare overeenkomsten bedragen per 31 december:

kosten die niet

Per 31 december 2021 en 31 december 2020 was er geen onroerend als zekerheid gesteld (zie ook toelichting 21 Leningen).

Jaarlijkse waarderingsbepalingen, waarbij de onafhankelijke taxaties elke drie jaar veranderen, behelzen bijna alle vastgoedbeleggingen. Reële waarden (niveau 3) zijn gebaseerd op niet-observeerbare marktgegevens en/of verdisconteerde kasstromen. Verwachte kasstromen uit vastgoed houden rekening met verwachte groeipercentages van huurinkomsten, periodes van leegstand, bezettingsgraad en lease-incentives zoals huurvrije perioden en andere kosten die niet

194 | 240

Beleggingen in vastgoed hebben

met name betrekking op kantoren en winkelpanden. worden betaald door huurders. De verwachte netto-kasstromen worden verdisconteerd aan de hand van op risico aangepaste disconteringsvoet. Om de disconteringsvoet te bepalen, wordt met een aantal factoren rekening gehouden, zoals de kwaliteit van het gebouw en zijn locatie (toplocatie vs. secundaire locatie), kredietkwaliteit van de huurder en huurvoorwaarden. Voor ontwikkelingsvastgoed (dus in opbouw) wordt de reële waarde bepaald op de kostprijs tot het vastgoed in gebruik is genomen.

31 december 2021 31 december 2020
Reële waarden gebaseerd op marktinformatie 483 302
Reële waarden gebaseerd op onafhankelijke waardering 3.823 3.797
Totaal reële waarde van vastgoedbeleggingen 4.306 4.099
Totale boekwaarde (inclusief leaseverplichting) 3.057 2.829
Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 1.249 1.270
Ongerealiseerde winsten (verliezen) polishouders (40) (36)
Belasting (342) (344)
Netto ongerealiseerd(e) winst/verlies (niet opgenomen in eigen vermogen) 867 890

Vastgoed verhuurd op basis van operationele lease

31 december 2021 31 december 2020

2021 2020

11 Vastgoedbeleggingen 195 | 240

Vastgoedbeleggingen 3.120 2.891 Bijzondere waardeverminderingen (3) (2) Totaal vastgoedbeleggingen 3.117 2.889

Kostprijs per 1 januari 3.661 3.338

Aan- en verkoop dochterondernemingen 35 33 Toevoegingen/aankopen 303 496 Verbeteringen 74 61 Verkopen (100) (235) Overboeking van (naar) materiële vaste activa (1)

Overige (43) (31) Kostprijs per 31 december 3.930 3.661 Cumulatieve afschrijvingen per 1 januari (770) (730)

Afschrijvingen (97) (94) Terugname afschrijving door desinvesteringen 32 46 Overboeking van (naar) materiële vaste activa 1 Overige 25 7 Cumulatieve afschrijvingen per 31 december (810) (770) Cumulatieve bijzondere waardevermindering per 1 januari (2) (5)

Toename bijzondere waardeverminderingen (1)

Terugname bijzondere waardeverminderingen door desinvesteringen 4 Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december (3) (2) Netto vastgoedbeleggingen per 31 december 3.117 2.889

Per 31 december 2021 en 31 december 2020 was er geen onroerend als zekerheid gesteld (zie ook

Wijziging in grondslagen van de financiële verslaggeving

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Wisselkoersverschillen

Aan- en verkoop dochterondernemingen

Aan- en verkoop van dochterondernemingen

toelichting 21 Leningen).

Terugname van bijzondere waardeverminderingen

Ageas verhuurt bepaalde activa (voornamelijk vastgoed voor beleggingsdoeleinden) aan externe partijen op basis van operationele leaseovereenkomsten. De toekomstige minimale leasetermijnen inzake niet-opzegbare overeenkomsten bedragen per 31 december:

2021 2020
Tot 3 maanden 51 52
3 maanden tot 1 jaar 145 147
1 jaar tot 2 jaar 167 162
2 jaar tot 3 jaar 134 140
3 jaar tot 4 jaar 110 111
4 jaar tot 5 jaar 101 94
Langer dan 5 jaar 630 677
Totaal niet verdisconteerde te ontvangen leasebetalingen 1.338 1.383

Een bedrag van EUR 66 miljoen in 2021 van de totale minimumbetalingen te ontvangen via niet-opzegbare leaseovereenkomsten houdt verband met terreinen, gebouwen en uitrusting (2020: EUR 80 miljoen). De rest heeft betrekking op vastgoedbeleggingen.

31 december 2021 31 december 2020
Overheid en officiële instellingen 5.120 5.110
Commerciële leningen 6.984 5.970
Hypothecaire leningen 1.175 1.179
Polisbeleningen 527 462
Rentedragende deposito's 390 340
Leningen aan banken 325 366
Totaal 14.521 13.427
Verminderd met bijzondere waardeverminderingen (29) (29)
Totaal leningen 14.492 13.398

12 Leningen 197 | 240

12.3

12.4

Onderpand op leningen

Ontvangen onderpanden

waardeverminderingen.

Ontvangen onderpanden

De volgende tabel geeft een overzicht van de ontvangen onderpanden en garanties als afdekking voor leningen.

(1) Het bedrag aan ontvangen onderpanden en garanties dat hoger is dan het kredietrisico heeft betrekking op leningen

(1) Het bedrag aan ontvangen onderpanden en garanties dat hoger is dan het kredietrisico heeft betrekking op leningen

waarvoor de zekerheden hoger zijn dan de onderliggende individuele lening.

Belangen in niet-geconsolideerde gestructureerde entiteiten AG Insurance houdt, samen met Ageas France, Ageas Portugal en Ageas Reinsurance notes die een belang vertegenwoordigen (via de ontvangst van aflossingen en rente) in gestructureerde entiteiten die niet worden geconsolideerd. De gestructureerde entiteiten beleggen in hypotheekvorderingen en genereren middelen via de uitgifte van notes.

waarvoor de zekerheden hoger zijn dan de onderliggende individuele lening.

Bijzondere waardevermindering op leningen

Totaal kredietrisico op leningen 2021 2020

Boekwaarde 14.492 13.398

Stand per 1 januari 26 4 27 1 Toename bijzondere waardeverminderingen 2 2 3

Stand per 31 december 25 4 26 4

Totaal uitstaand bedrag aan leningen onderhevig aan bijzondere waardeverminderingen 2021 2020

Uitstaand met bijzondere waardeverminderingen 43 48

Materiële vaste activa 30 44 Meerwaarde onderpand en garanties t.o.v. bijzondere waardeverminderingen (1) 8 17

2020).

De volgende tabel geeft een overzicht van de ontvangen onderpanden en garanties als afdekking voor leningen die onderhevig zijn aan bijzondere

Terugname bijzondere waardeverminderingen (2) (2) Afschrijvingen van oninbare leningen (1) (1)

Financiële instrumenten 386 373 Materiële vaste activa 1.999 2.076 Overige onderpand en garanties 104 98 Niet gegarandeerd uitstaand bedrag 12.003 10.851 Meerwaarde onderpand t.o.v. kredietrisico (1) 919 1.001

Specifiek 2021 Specifiek 2020 kredietrisico IBNR kredietrisico IBNR

Behoudens de notes hebben AG Insurance, Ageas France, Ageas Reinsurance en Ageas Portugal geen andere belangen in deze gestructureerde entiteiten. De maximale verliesblootstelling van AG Insurance, Ageas France, Ageas Reinsurance en Ageas Portugal is beperkt tot de boekwaarde van de aangehouden notes (EUR 2.355 miljoen per 31 december 2021 en EUR 2.298 miljoen per 31 december

12.1 Commerciële leningen

(om afstand tot de tekst te kunnen maken).

31 december 2021 31 december 2020
Vastgoed 459 367
Infrastructuur 1.624 1.280
Zakelijke 4.705 4.098
Financiële leasevorderingen 163 165
Overige 33 60
Totaal commerciële leningen 6.984 5.970

Ageas heeft kredietlijnen verstrekt voor een totaalbedrag van EUR 1.024 miljoen (31 december 2020: EUR 982 miljoen).

12.2 Looptijden Leasing

Financiële leasevorderingen 31 december 2021 31 december 2020
Minder dan 1 jaar 3 3
1 jaar tot 3 jaar 7 5
3 jaar tot 5 jaar 25 5
Langer dan 5 jaar 128 152
Totaal financiële leasevorderingen 163 165

12.3 Onderpand op leningen

31 december 2021 31 december 2020

12 Leningen 197 | 240

31 december 2021 31 december 2020

Overheid en officiële instellingen 5.120 5.110 Commerciële leningen 6.984 5.970 Hypothecaire leningen 1.175 1.179 Polisbeleningen 527 462 Rentedragende deposito's 390 340 Leningen aan banken 325 366 Totaal 14.521 13.427 Verminderd met bijzondere waardeverminderingen (29) (29) Totaal leningen 14.492 13.398

Vastgoed 459 367 Infrastructuur 1.624 1.280 Zakelijke 4.705 4.098 Financiële leasevorderingen 163 165 Overige 33 60 Totaal commerciële leningen 6.984 5.970

Ageas heeft kredietlijnen verstrekt voor een totaalbedrag van EUR 1.024 miljoen (31 december

Financiële leasevorderingen 31 december 2021 31 december 2020

Minder dan 1 jaar 3 3 1 jaar tot 3 jaar 7 5 3 jaar tot 5 jaar 25 5 Langer dan 5 jaar 128 152 Totaal financiële leasevorderingen 163 165

12.1

Commerciële leningen

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

2020: EUR 982 miljoen).

Looptijden Leasing

12.2

196 | 240

De volgende tabel geeft een overzicht van de ontvangen onderpanden en garanties als afdekking voor leningen.

Totaal kredietrisico op leningen 2021 2020
Boekwaarde 14.492 13.398
Ontvangen onderpanden
Financiële instrumenten 386 373
Materiële vaste activa 1.999 2.076
Overige onderpand en garanties 104 98
Niet gegarandeerd uitstaand bedrag 12.003 10.851
Meerwaarde onderpand t.o.v. kredietrisico (1) 919 1.001

(1) Het bedrag aan ontvangen onderpanden en garanties dat hoger is dan het kredietrisico heeft betrekking op leningen waarvoor de zekerheden hoger zijn dan de onderliggende individuele lening.

12.4 Bijzondere waardevermindering op leningen

Specifiek
kredietrisico
2021
IBNR
Specifiek
kredietrisico
2020
IBNR
Stand per 1 januari 26 4 27 1
Toename bijzondere waardeverminderingen 2 2 3
Terugname bijzondere waardeverminderingen (2) (2)
Afschrijvingen van oninbare leningen (1) (1)
Stand per 31 december 25 4 26 4

De volgende tabel geeft een overzicht van de ontvangen onderpanden en garanties als afdekking voor leningen die onderhevig zijn aan bijzondere waardeverminderingen.

Totaal uitstaand bedrag aan leningen onderhevig aan bijzondere waardeverminderingen 2021 2020
Uitstaand met bijzondere waardeverminderingen 43 48
Ontvangen onderpanden
Materiële vaste activa 30 44
Meerwaarde onderpand en garanties t.o.v. bijzondere waardeverminderingen (1) 8 17

(1) Het bedrag aan ontvangen onderpanden en garanties dat hoger is dan het kredietrisico heeft betrekking op leningen

waarvoor de zekerheden hoger zijn dan de onderliggende individuele lening.

Belangen in niet-geconsolideerde gestructureerde entiteiten

AG Insurance houdt, samen met Ageas France, Ageas Portugal en Ageas Reinsurance notes die een belang vertegenwoordigen (via de ontvangst van aflossingen en rente) in gestructureerde entiteiten die niet worden geconsolideerd. De gestructureerde entiteiten beleggen in hypotheekvorderingen en genereren middelen via de uitgifte van notes.

Behoudens de notes hebben AG Insurance, Ageas France, Ageas Reinsurance en Ageas Portugal geen andere belangen in deze gestructureerde entiteiten. De maximale verliesblootstelling van AG Insurance, Ageas France, Ageas Reinsurance en Ageas Portugal is beperkt tot de boekwaarde van de aangehouden notes (EUR 2.355 miljoen per 31 december 2021 en EUR 2.298 miljoen per 31 december 2020).

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Investeringen volgens de equity-methode

De volgende tabel geeft overzicht van de belangrijkste beleggingen in geassocieerde ondernemingen en joint ventures. Het percentage belang kan variëren als er in een land verschillende geassocieerde ondernemingen en joint ventures zijn waarin de Groep een onderscheiden percentage van het aandelenkapitaal in bezit heeft.

198 | 240

% 2021 2020
belang Boekwaarde Boekwaarde
Geassocieerde ondernemingen en joint ventures
Taiping Holdings China 12,00% - 24,90% 2.529 2.078
Muang Thai Group Holding Thailand 7,83% - 30,87% 1.072 1.271
Maybank Ageas Holding Berhad Maleisië 30,95% 510 462
Taiping Reinsurance Company Limited China 24,99% 328 327
CCN België 50,00% 52 6
AgeSA Turkije 40,00% 98
Aksigorta Turkije 36,00% 44 67
DTHP België 33,00% 63 64
East West Ageas Life Filipijnen 50,00% 54 54
Pleyel België 56,50% 25 29
Ageas Federal Life Insurance Company India 49,00% 90 88
Royal Sundaram General Insurance Company Limited India 40,00% 207 181
EPB NV (Eurocommercial properties) België 25,60% 51 51
MB Ageas Life JSC Vietnam 32,09% 21 17
Royal Park Investments België 44,71% 1 4
Overige 183 236
Totaal 5.328 4.929

13 Investeringen volgens de equity-methode 199 | 240

Hieronder wordt een overzicht gegeven van de investeringen volgens de equity-methode.

Bijbehorende goodwill 286

Royal Sundaram General

Royal Sundaram General

Aandeel in eigen Aandeel in

Aandeel in eigen Aandeel in

Totale Totale Eigen vermogen van Totale Totale Netto- resultaat van activa passiva vermogen deelnemingen baten lasten resultaat deelnemingen

Totale Totale Eigen vermogen van Totale Totale Netto- resultaat van activa passiva vermogen deelnemingen baten lasten resultaat deelnemingen

(100% (100% (100% en joint ventures (100% (100% (100% en joint ventures Ontvangen

2021 belang) belang) belang) (Ageas deel) belang) belang) belang) (Ageas deel) dividend

Taiping Holdings 118.344 108.055 10.289 2.525 24.424 (23.277) 1.147 283 160 Muang Thai Group Holding 17.973 14.444 3.529 1.039 2.666 (2.398) 268 80 9 Maybank Ageas Holding Berhad 9.873 8.292 1.581 489 1.829 (1.659) 170 53 16

Aksigorta 438 368 70 26 318 (288) 30 11 14 Ageas Federal Life Insurance Co. 1.740 1.583 157 77 400 (391) 9 4 6

Royal Park Investments 7 7 1 1 1

Overige 183 24 13 Totaal 5.328 464 219

2020 belang) belang) belang) (Ageas deel) belang) belang) belang) (Ageas deel) dividend

Taiping Holdings 91.751 83.288 8.463 2.075 21.435 (20.577) 858 213 113 Muang Thai Group Holding 17.876 13.708 4.168 1.237 2.625 (2.549) 76 23 9 Maybank Ageas Holding Berhad 8.642 7.213 1.429 442 2.301 (2.157) 144 45 17

Tesco Insurance Ltd 221 (193) 28 14 8

Aksigorta 621 519 102 37 375 (329) 46 16 11 Ageas Federal Life Insurance Co. 1.427 1.313 114 56 396 (383) 13 3 1

Royal Park Investments 8 8 4 5 (2) 4 1 2

Overige 236 12 16 Totaal 4.929 328 177

Taiping Reinsurance Co. Limited 5.972 4.784 1.188 297 236 (231) 5 1 BG1 10 (8) 2 1

DTHP 801 606 195 64 60 (80) (20) (6) East West Ageas Life 196 88 108 54 50 (62) (12) (6) Pleyel 250 76 174 29 3 (10) (7) (4)

Insurance Company Limited 819 673 146 59 313 (285) 28 11

MB Ageas Life JSC 153 100 53 17 141 (128) 13 4

EPB NV (Eurocommercial properties) 555 358 197 51 33 (33)

Bijbehorende goodwill 271

Insurance Company Limited 968 777 191 77 321 (300) 21 9 EPB NV (Eurocommercial properties) 542 342 200 51 31 (29) 2 1 MB Ageas Life JSC 278 212 66 21 224 (215) 9 3

Taiping Reinsurance Co. Limited 7.183 6.068 1.115 279 1.908 (1.900) 8 2 CCN 121 17 104 52 2 (3) (1) (1) AgeSA 614 413 201 80 185 (158) 27 11 DTHP 860 670 190 63 58 (80) (22) (7) East West Ageas Life 251 143 108 54 75 (84) (9) (5) Pleyel 249 83 166 25 3 (11) (8) (5)

(100% (100% (100% en joint ventures (100% (100% (100% en joint ventures Ontvangen

De toename in de boekwaarde van CCN houdt verband met de bijkomende verwerving van een belang van 45% in 2021 (zie toelichting 3 Overnames en desinvesteringen voor nadere details).

AgeSA (voorheen AvivaSA) werd in mei 2021 verworven door Ageas Group (zie toelichting 3 Overnames en desinvesteringen voor nadere details).

Hieronder wordt een overzicht gegeven van de investeringen volgens de equity-methode.

% 2021 2020 belang Boekwaarde Boekwaarde

13 Investeringen volgens de equity-methode 199 | 240

198 | 240

De volgende tabel geeft overzicht van de belangrijkste beleggingen in geassocieerde ondernemingen en joint

zijn waarin de Groep een onderscheiden percentage van het aandelenkapitaal in bezit

heeft.

ventures. Het percentage belang kan variëren als er in een land verschillende geassocieerde ondernemingen en joint ventures Geassocieerde ondernemingen en joint ventures

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Taiping Holdings China 12,00% - 24,90% 2.529 2.078 Muang Thai Group Holding Thailand 7,83% - 30,87% 1.072 1.271 Maybank Ageas Holding Berhad Maleisië 30,95% 510 462 Taiping Reinsurance Company Limited China 24,99% 328 327 CCN België 50,00% 52 6

Aksigorta Turkije 36,00% 44 67 DTHP België 33,00% 63 64 East West Ageas Life Filipijnen 50,00% 54 54 Pleyel België 56,50% 25 29 Ageas Federal Life Insurance Company India 49,00% 90 88 Royal Sundaram General Insurance Company Limited India 40,00% 207 181 EPB NV (Eurocommercial properties) België 25,60% 51 51 MB Ageas Life JSC Vietnam 32,09% 21 17 Royal Park Investments België 44,71% 1 4 Overige 183 236 Totaal 5.328 4.929

De toename in de boekwaarde van CCN houdt verband met de bijkomende verwerving van een belang van 45% in 2021 (zie toelichting 3 Overnames en desinvesteringen voor nadere details).

AgeSA (voorheen AvivaSA) werd in mei 2021 verworven door Ageas Group (zie toelichting 3

Overnames en desinvesteringen voor nadere details).

AgeSA Turkije 40,00% 98

Aandeel in eigen Aandeel in
Totale Totale Eigen vermogen van Totale Totale Netto- resultaat van
activa passiva vermogen deelnemingen baten lasten resultaat deelnemingen
(100% (100% (100% en joint ventures (100% (100% (100% en joint ventures Ontvangen
2021 belang) belang) belang) (Ageas deel) belang) belang) belang) (Ageas deel) dividend
Taiping Holdings 118.344 108.055 10.289 2.525 24.424 (23.277) 1.147 283 160
Muang Thai Group Holding 17.973 14.444 3.529 1.039 2.666 (2.398) 268 80 9
Maybank Ageas Holding Berhad 9.873 8.292 1.581 489 1.829 (1.659) 170 53 16
Taiping Reinsurance Co. Limited 7.183 6.068 1.115 279 1.908 (1.900) 8 2
CCN 121 17 104 52 2 (3) (1) (1)
AgeSA 614 413 201 80 185 (158) 27 11
DTHP 860 670 190 63 58 (80) (22) (7)
East West Ageas Life 251 143 108 54 75 (84) (9) (5)
Pleyel 249 83 166 25 3 (11) (8) (5)
Aksigorta 438 368 70 26 318 (288) 30 11 14
Ageas Federal Life Insurance Co. 1.740 1.583 157 77 400 (391) 9 4 6
Royal Sundaram General
Insurance Company Limited 968 777 191 77 321 (300) 21 9
EPB NV (Eurocommercial properties) 542 342 200 51 31 (29) 2 1
MB Ageas Life JSC 278 212 66 21 224 (215) 9 3
Royal Park Investments 7 7 1 1 1
Bijbehorende goodwill 286
Overige 183 24 13
Totaal 5.328 464 219
Aandeel in eigen Aandeel in
Totale Totale Eigen vermogen van Totale Totale Netto- resultaat van
activa passiva vermogen deelnemingen baten lasten resultaat deelnemingen
(100% (100% (100% en joint ventures (100% (100% (100% en joint ventures Ontvangen
2020 belang) belang) belang) (Ageas deel) belang) belang) belang) (Ageas deel) dividend
Taiping Holdings 91.751 83.288 8.463 2.075 21.435 (20.577) 858 213 113
Muang Thai Group Holding 17.876 13.708 4.168 1.237 2.625 (2.549) 76 23 9
Maybank Ageas Holding Berhad 8.642 7.213 1.429 442 2.301 (2.157) 144 45 17
Taiping Reinsurance Co. Limited 5.972 4.784 1.188 297 236 (231) 5 1
BG1 10 (8) 2 1
Tesco Insurance Ltd 221 (193) 28 14 8
DTHP 801 606 195 64 60 (80) (20) (6)
East West Ageas Life 196 88 108 54 50 (62) (12) (6)
Pleyel 250 76 174 29 3 (10) (7) (4)
Aksigorta 621 519 102 37 375 (329) 46 16 11
Ageas Federal Life Insurance Co. 1.427 1.313 114 56 396 (383) 13 3 1
Royal Sundaram General
Insurance Company Limited 819 673 146 59 313 (285) 28 11
EPB NV (Eurocommercial properties) 555 358 197 51 33 (33)
MB Ageas Life JSC 153 100 53 17 141 (128) 13 4
Royal Park Investments 8 8 4 5 (2) 4 1 2
Bijbehorende goodwill 271
Overige 236 12 16
Totaal 4.929 328 177

Deelnemingen en joint ventures zijn onderworpen aan de dividendbeperkingen uit hoofde van vereisten ten aanzien van minimumvermogen en solvabiliteit die worden gesteld door de lokale toezichthouders in de landen waar deze deelnemingen opereren. Dividendbetalingen van deelnemingen worden soms onderworpen aan afspraken met aandeelhouders met de partners in de onderneming. In sommige situaties is consensus tussen de aandeelhouders vereist voordat het dividend wordt aangekondigd.

Daarnaast kunnen afspraken met aandeelhouders (gerelateerd aan partijen die een belang hebben in een onderneming waarin Ageas een minderheidsbelang heeft) onder andere zijn:

  • specifieke bepalingen over stemrechten of de uitkering van dividend;
  • gesloten periodes waarin alle partijen in het bezit van aandelen vóór een bepaalde periode geen aandelen mogen verkopen tenzij met toestemming van de andere betrokken partijen;

201 | 240

31 december 2021 31 december 2020

voor verzekerings- en beleggingscontracten 801 720 Vorderingen op polishouders 409 353 Vorderingen inzake commissiebaten 110 108 Vorderingen op tussenpersonen 379 337 Vorderingen uit hoofde van herverzekering 136 31 Overige 366 466 Totaal bruto 2.201 2.015 Bijzondere waardeverminderingen (52) (54) Totaal netto 2.149 1.961

14 Herverzekering en overige vorderingen

Onder 'Overige' vallen BTW en andere indirecte belastingen, alsook de vooruitbetaling van EUR 109 miljoen (31 december 2020: EUR 215 miljoen) aan de Stichting Forsettlement (zie toelichting 25

herverzekering en overige vorderingen 2021 2020

Stand per 1 januari 54 49 Toename bijzondere waardeverminderingen 8 17 Terugname bijzondere waardeverminderingen (5) (2) Afschrijvingen van niet-inbare bedragen (4) (10)

Stand per 31 december 52 54

In 2020, hielden de toenames in bijzondere waardeverminderingen en afboekingen van oninbare bedragen verband met Covid-19-gerelateerde huurvorderingen die Ageas heeft afgeschreven voor

voor verzekerings- en beleggingscontracten 2021 2020

Stand per 1 januari 720 729 Wijziging verplichtingen huidig jaar 179 104 Wijzigingen in de verplichtingen voor voorgaande jaren (19) (54) Betaalde schaden huidig jaar (42) (28) Betaalde schaden voorgaande jaren (39) (72) Overige netto-toevoegingen via de resultatenrekening (17) 59 Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen 19 (18) Stand per 31 december 801 720

Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen (1)

Aandeel herverzekeraars in verplichtingen

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Verloop van de bijzondere waardeverminderingen op

de huur van winkelvastgoed en kantoorgebouwen.

Verloop in het aandeel herverzekeraars in verplichtingen

Voorzieningen).

  • optie tot (door)verkoop aan de andere bij de overeenkomst betrokken partij(en), inclusief de onderliggende methode die voor de waardering van de aandelen wordt gehanteerd;
  • 'earn out'-mechanisme waarbij de oorspronkelijke verkoper van de aandelen additionele opbrengsten ontvangt indien bepaalde doelstellingen worden gerealiseerd;
  • exclusiviteitsbepalingen of niet-concurrentiebedingen in verband met de verkoop van verzekeringsproducten.

Royal Park Investments

200 | 240

Na de verkoop van de activa en de afwikkeling van de verplichtingen, blijft de overblijvende activiteit van RPI voornamelijk beperkt tot de afwikkeling van rechtszaken tegen een aantal Amerikaanse financiële instellingen.

<-- PDF CHUNK SEPARATOR -->

Herverzekering en overige vorderingen

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

200 | 240

Deelnemingen en joint ventures zijn onderworpen aan de dividendbeperkingen uit hoofde van vereisten ten aanzien van minimumvermogen en solvabiliteit die worden gesteld door de lokale toezichthouders in de landen waar deze deelnemingen opereren. Dividendbetalingen van deelnemingen worden soms onderworpen aan afspraken met aandeelhouders met de partners in de onderneming. In sommige situaties is consensus tussen de aandeelhouders vereist

specifieke bepalingen over stemrechten of de uitkering van

met toestemming van de andere betrokken partijen; optie tot (door)verkoop aan de andere bij de overeenkomst

de waardering van de aandelen wordt gehanteerd;

doelstellingen worden gerealiseerd;

met de verkoop van verzekeringsproducten.

gesloten periodes waarin alle partijen in het bezit van aandelen vóór een bepaalde periode geen aandelen mogen verkopen tenzij

betrokken partij(en), inclusief de onderliggende methode die voor

201 | 240

'earn out'-mechanisme waarbij de oorspronkelijke verkoper van de aandelen additionele opbrengsten ontvangt indien bepaalde

exclusiviteitsbepalingen of niet-concurrentiebedingen in verband

dividend;

Na de verkoop van de activa en de afwikkeling van de verplichtingen, blijft de overblijvende activiteit van RPI voornamelijk beperkt tot de afwikkeling van

Daarnaast kunnen afspraken met aandeelhouders (gerelateerd aan partijen die een belang hebben in een onderneming waarin Ageas een

rechtszaken tegen een aantal Amerikaanse financiële instellingen.

voordat het dividend wordt aangekondigd.

minderheidsbelang heeft) onder andere zijn:

Royal Park Investments

31 december 2021 31 december 2020 Aandeel herverzekeraars in verplichtingen voor verzekerings- en beleggingscontracten 801 720 Vorderingen op polishouders 409 353 Vorderingen inzake commissiebaten 110 108 Vorderingen op tussenpersonen 379 337 Vorderingen uit hoofde van herverzekering 136 31 Overige 366 466 Totaal bruto 2.201 2.015 Bijzondere waardeverminderingen (52) (54) Totaal netto 2.149 1.961

14 Herverzekering en overige vorderingen

Onder 'Overige' vallen BTW en andere indirecte belastingen, alsook de vooruitbetaling van EUR 109 miljoen (31 december 2020: EUR 215 miljoen) aan de Stichting Forsettlement (zie toelichting 25 Voorzieningen).

Verloop van de bijzondere waardeverminderingen op
herverzekering en overige vorderingen 2021 2020
Stand per 1 januari 54 49
Toename bijzondere waardeverminderingen 8 17
Terugname bijzondere waardeverminderingen (5) (2)
Afschrijvingen van niet-inbare bedragen (4) (10)
Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen (1)
Stand per 31 december 52 54

In 2020, hielden de toenames in bijzondere waardeverminderingen en afboekingen van oninbare bedragen verband met Covid-19-gerelateerde huurvorderingen die Ageas heeft afgeschreven voor de huur van winkelvastgoed en kantoorgebouwen.

Verloop in het aandeel herverzekeraars in verplichtingen

voor verzekerings- en beleggingscontracten 2021 2020
Stand per 1 januari 720 729
Wijziging verplichtingen huidig jaar 179 104
Wijzigingen in de verplichtingen voor voorgaande jaren (19) (54)
Betaalde schaden huidig jaar (42) (28)
Betaalde schaden voorgaande jaren (39) (72)
Overige netto-toevoegingen via de resultatenrekening (17) 59
Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen 19 (18)
Stand per 31 december 801 720

202 | 240

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Overlopende rente en overige activa

31 december 2021 31 december 2020
Overlopende acquisitiekosten 418 408
Overlopende overige kosten 114 96
Overlopende baten 1.000 1.043
Derivaten gehouden voor afdekkingsdoeleinden 34 3
Vastgoed aangehouden voor verkoop 323 228
Activa voor plannen met vaste toezeggingen 81 45
Overige 69 63
Totaal bruto 2.039 1.886
Bijzondere waardeverminderingen (1)
Totaal netto 2.039 1.885

15 Overlopende rente en overige activa 203 | 240

Tot materiële vaste activa behoren kantoorgebouwen en openbare parkeergarages.

31 december 2021 31 december 2020

16 Materiële vaste activa

gebouwen voor Apparatuur eigen gebruik en motorvoertuigen parkeergarages en IT-apparatuur Geleased Geleased

Terreinen en

Parkeergarages 1.383 1.461 Terreinen en gebouwen voor eigen gebruik 209 217 Verbeteringen aan gehuurde objecten 28 28 Apparatuur, motorvoertuigen en IT-apparatuur 112 121

Totaal 1.732 1.827

2021 In eigendom (gebruiksrecht) In eigendom (gebruiksrecht)

Kostprijs per 1 januari 1.938 613 346 40 Toevoegingen 24 47 21 14 Terugname door desinvesteringen (18) (17) (33) (7)

Kostprijs per 31 december 1.899 641 334 47 Cumulatieve afschrijvingen per 1 januari (738) (124) (247) (17) Afschrijvingen (40) (63) (30) (11) Terugname afschrijving door desinvesteringen 6 15 32 4

Cumulatieve afschrijvingen per 31 december (767) (171) (245) (24)

Totaal per 31 december 1.122 470 89 23

per 1 januari (10) (1) (1)

Wisselkoersverschillen en overige 1 1

Wisselkoersverschillen en overige (45) (2)

Wisselkoersverschillen en overige 5 1

Cumulatieve bijzondere waardevermindering

Toename bijzondere waardeverminderingen Terugname van bijzondere waardeverminderingen Terugname bijzondere waardeverminderingen

Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen

per 31 december (10)

door desinvesteringen

Gebouwen in aanbouw

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Overlopende baten betreffen met name overlopende renteopbrengsten op overheidsobligaties (2021: EUR 657 miljoen; 2020: EUR 676 miljoen), bedrijfsobligaties (2021: EUR 212 miljoen; 2020: EUR 234 miljoen).

Overlopende acquisitiekosten

2021 2020
Stand per 1 januari 408 425
Geactiveerde overlopende acquisitiekosten 419 417
Afschrijvingen (419) (423)
Overige aankopen en verkopen van activiteiten (2)
Overige aanpassingen inclusief omrekeningsverschillen 12 (10)
Stand per 31 december 418 408

Tot materiële vaste activa behoren kantoorgebouwen en openbare parkeergarages.

31 december 2021 31 december 2020

15 Overlopende rente en overige activa 203 | 240

2021 2020

Overlopende acquisitiekosten 418 408 Overlopende overige kosten 114 96 Overlopende baten 1.000 1.043 Derivaten gehouden voor afdekkingsdoeleinden 34 3 Vastgoed aangehouden voor verkoop 323 228 Activa voor plannen met vaste toezeggingen 81 45 Overige 69 63 Totaal bruto 2.039 1.886 Bijzondere waardeverminderingen (1) Totaal netto 2.039 1.885

Overlopende baten betreffen met name overlopende renteopbrengsten op overheidsobligaties (2021: EUR 657 miljoen; 2020: EUR 676 miljoen), bedrijfsobligaties (2021: EUR 212 miljoen; 2020:

Stand per 1 januari 408 425 Geactiveerde overlopende acquisitiekosten 419 417 Afschrijvingen (419) (423)

Overige aanpassingen inclusief omrekeningsverschillen 12 (10) Stand per 31 december 418 408

Overige aankopen en verkopen van activiteiten (2)

EUR 234 miljoen).

Overlopende acquisitiekosten

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

202 | 240

31 december 2021 31 december 2020
Parkeergarages 1.383 1.461
Terreinen en gebouwen voor eigen gebruik 209 217
Verbeteringen aan gehuurde objecten 28 28
Apparatuur, motorvoertuigen en IT-apparatuur 112 121
Gebouwen in aanbouw
Totaal 1.732 1.827

16 Materiële vaste activa

Terreinen en
gebouwen voor
eigen gebruik en
Apparatuur
motorvoertuigen
parkeergarages en IT-apparatuur
Geleased Geleased
2021 In eigendom (gebruiksrecht) In eigendom (gebruiksrecht)
Kostprijs per 1 januari 1.938 613 346 40
Toevoegingen 24 47 21 14
Terugname door desinvesteringen (18) (17) (33) (7)
Wisselkoersverschillen en overige (45) (2)
Kostprijs per 31 december 1.899 641 334 47
Cumulatieve afschrijvingen per 1 januari (738) (124) (247) (17)
Afschrijvingen (40) (63) (30) (11)
Terugname afschrijving door desinvesteringen 6 15 32 4
Wisselkoersverschillen en overige 5 1
Cumulatieve afschrijvingen per 31 december (767) (171) (245) (24)
Cumulatieve bijzondere waardevermindering
per 1 januari (10) (1) (1)
Toename bijzondere waardeverminderingen
Terugname van bijzondere waardeverminderingen
Terugname bijzondere waardeverminderingen
door desinvesteringen
Wisselkoersverschillen en overige 1 1
Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen
per 31 december (10)
Totaal per 31 december 1.122 470 89 23

204 | 240

Terreinen en gebouwen voor Apparatuur, motorvoertuigen
eigen gebruik en parkeergarages en IT-apparatuur
Geleased Geleased
2020 In eigendom (gebruiksrecht) In eigendom (gebruiksrecht)
Kostprijs per 1 januari 1.821 522 383 32
Toevoegingen 112 92 39 12
Terugname door desinvesteringen (1) (6) (13) (4)
Wisselkoersverschillen en overige 6 5 (63)
Kostprijs per 31 december 1.938 613 346 40
Cumulatieve afschrijvingen per 1 januari (694) (66) (288) (9)
Afschrijvingen (40) (63) (32) (10)
Terugname afschrijving door desinvesteringen 1 5 9 1
Wisselkoersverschillen en overige (5) 64 1
Cumulatieve afschrijvingen per 31 december (738) (124) (247) (17)
Cumulatieve bijzondere waardevermindering per 1 januari (10) (1) (1)
Toename bijzondere waardeverminderingen
Terugname van bijzondere waardeverminderingen
Terugname bijzondere waardeverminderingen door desinvesteringen
Wisselkoersverschillen en overige
Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december (10) (1) (1)
Totaal per 31 december 1.190 488 98 23

Een bedrag van EUR 166 miljoen van de materiële vaste activa is verpand als zekerheid (31 december 2020: EUR 173 miljoen).

Vastgoed, met uitzondering van parkeergarages, worden elk jaar extern gewaardeerd, waarbij de onafhankelijke taxateurs elke drie jaar gewijzigd worden. De reële waarde is gebaseerd op niveau 3 waarderingen.

Ageas bepaalt de reële waarde van parkeergarages aan de hand van inhousemodellen die ook niet-waarneembare marktgegevens gebruiken (niveau 3). De reële waarden die hieruit voortvloeien worden aangepast

aan de hand van de beschikbare marktgegevens en/of transacties. Niveau 3 waarderingstechnieken worden gebruikt voor de waardering van parkeergarages, voornamelijk met verdisconteerde kasstromen. Bij de bepaling van de verwachte kasstromen van parkeergarages wordt met een aantal factoren rekening gehouden, zoals de verwachte inflatie en economische groei van afzonderlijke parkeerterreinen. De verwachte netto kasstromen worden verdisconteerd aan de hand van voor risico gecorrigeerde disconteringsvoeten. Om de disconteringsvoet te bepalen wordt met een aantal factoren rekening gehouden zoals de kwaliteit van de parkeergarage en de locatie ervan.

205 | 240

31 december 2021 31 december 2020

Goodwill VOBA serviceconcessies 2021 2020 2021 2020 2021 2020

Openbare parkeergarages

Goodwill 616 602 Serviceconcessies openbare parkeergarages 537 450 VOBA 33 45 Software 83 64 Overige immateriële vaste activa 53 68 Totaal 1.322 1.229

17 Goodwill en overige immateriële activa

Mutaties in goodwill, VOBA en serviceconcessies openbare parkeergarages zijn onderstaand

Kostprijs per 1 januari 630 644 529 529 726 684 Toevoegingen 1 68 52 Terugname door desinvesteringen (1) Wisselkoersverschillen en overige 18 (15) 50 (9) Kostprijs per 31 december 648 630 529 529 844 726 Cumulatieve afschrijvingen per 1 januari (485) (471) (265) (242) Afschrijvingslasten (11) (13) (26) (24) Terugname afschrijving door desinvesteringen 1 Wisselkoersverschillen en overige (5) Cumulatieve afschrijvingen per 31 december (496) (484) (296) (265)

per 1 januari (28) (30) (11) (11)

per 31 december (32) (28) (11) (11)

Totaal per 31 december 616 602 33 45 537 450

vermeld.

Cumulatieve bijzondere waardevermindering

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen

Toename bijzondere waardeverminderingen (2) Terugname van bijzondere waardeverminderingen

Wisselkoersverschillen en overige (2) 2

Reële waarde van terreinen en gebouwen voor eigen gebruik en parkeergarages:

31 december 2021 31 december 2020
Totaal reële waarde van terreinen en gebouwen vooreigen gebruik en parkeergarages 1.837 1.811
Totale boekwaarde (inclusief leaseverplichting) 1.114 1.188
Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 723 623
Belasting (176) (164)
Netto ongerealiseerd(e) winst/verlies (niet opgenomen in eigen vermogen) 547 459

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Goodwill en overige immateriële activa

204 | 240

Toename bijzondere waardeverminderingen Terugname van bijzondere waardeverminderingen

Wisselkoersverschillen en overige

waarderingen.

Terugname bijzondere waardeverminderingen door desinvesteringen

Een bedrag van EUR 166 miljoen van de materiële vaste activa is verpand als zekerheid (31 december 2020: EUR 173 miljoen).

Vastgoed, met uitzondering van parkeergarages, worden elk jaar extern gewaardeerd, waarbij de onafhankelijke taxateurs elke drie jaar gewijzigd worden. De reële waarde is gebaseerd op niveau 3-

Ageas bepaalt de reële waarde van parkeergarages aan de hand van inhousemodellen die ook niet-waarneembare marktgegevens gebruiken (niveau 3). De reële waarden die hieruit voortvloeien worden aangepast

Reële waarde van terreinen en gebouwen voor eigen gebruik en parkeergarages:

Terreinen en gebouwen voor Apparatuur, motorvoertuigen eigen gebruik en parkeergarages en IT-apparatuur

aan de hand van de beschikbare marktgegevens en/of transacties. Niveau 3 waarderingstechnieken worden gebruikt voor de waardering van parkeergarages, voornamelijk met verdisconteerde kasstromen. Bij de bepaling van de verwachte kasstromen van parkeergarages wordt met een aantal factoren rekening gehouden, zoals de verwachte inflatie en economische groei van afzonderlijke parkeerterreinen. De verwachte netto kasstromen worden verdisconteerd aan de hand van voor risico gecorrigeerde disconteringsvoeten. Om de disconteringsvoet te bepalen wordt met een aantal factoren rekening gehouden zoals de kwaliteit van

31 december 2021 31 december 2020

de parkeergarage en de locatie ervan.

2020 In eigendom (gebruiksrecht) In eigendom (gebruiksrecht)

Kostprijs per 1 januari 1.821 522 383 32 Toevoegingen 112 92 39 12 Terugname door desinvesteringen (1) (6) (13) (4)

Kostprijs per 31 december 1.938 613 346 40 Cumulatieve afschrijvingen per 1 januari (694) (66) (288) (9) Afschrijvingen (40) (63) (32) (10) Terugname afschrijving door desinvesteringen 1 5 9 1 Wisselkoersverschillen en overige (5) 64 1 Cumulatieve afschrijvingen per 31 december (738) (124) (247) (17)

Totaal per 31 december 1.190 488 98 23

Totaal reële waarde van terreinen en gebouwen vooreigen gebruik en parkeergarages 1.837 1.811 Totale boekwaarde (inclusief leaseverplichting) 1.114 1.188 Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 723 623 Belasting (176) (164) Netto ongerealiseerd(e) winst/verlies (niet opgenomen in eigen vermogen) 547 459

Wisselkoersverschillen en overige 6 5 (63)

Cumulatieve bijzondere waardevermindering per 1 januari (10) (1) (1)

Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december (10) (1) (1)

Geleased Geleased

205 | 240

31 december 2021 31 december 2020
Goodwill 616 602
Serviceconcessies openbare parkeergarages 537 450
VOBA 33 45
Software 83 64
Overige immateriële vaste activa 53 68
Totaal 1.322 1.229

17 Goodwill en overige immateriële activa

Mutaties in goodwill, VOBA en serviceconcessies openbare parkeergarages zijn onderstaand vermeld.

Openbare
parkeergarages
2020
684
52
(1)
18 (15) 50 (9)
648 630 529 529 844 726
(485) (471) (265) (242)
(11) (13) (26) (24)
1
(5)
(496) (484) (296) (265)
(11)
(2)
(2) 2
(32) (28) (11) (11)
450
2021
630
(28)
616
Goodwill
2020
644
1
(30)
602
2021
529
33
VOBA
2020
529
45
serviceconcessies
2021
726
68
(11)
537

Bijzondere waardevermindering van goodwill

206 | 240

Goodwill wordt jaarlijks aan het eind van het jaar getoetst op bijzondere waardeverminderingen door vergelijking van de opbrengstwaarde van kasstroomgenererende eenheden (CGU) met hun boekwaarde. De opbrengstwaarde is de reële waarde verminderd met verkoopkosten of de waarde in gebruik als deze hoger is. Het type van de overgenomen onderneming, het niveau van de operationele integratie en gezamenlijk management zijn bepalend voor de definiëring van een CGU. Op basis van deze criteria heeft Ageas CGU's op landniveau aangemerkt.

De realiseerbare waarde van een CGU wordt bepaald door berekening van de contante waarde van de verwachte toekomstige kasstromen van die CGU. De belangrijkste aannames die zijn gebruikt in het kasstroommodel zijn afhankelijk van de inputgegevens die verschillende financiële en economische variabelen weerspiegelen, zoals de risicovrije rente in een land en een premie die het inherente risico van de betreffende entiteit weergeeft.

207 | 240

Overige

Overige omvat goodwill in Frankrijk en België.

De belangrijkste bijdrage aan VOBA wordt geleverd door Millenniumbcp Ageas. VOBA zal naar verwachting als volgt worden afgeschreven.

2022 10 2023 8 2024 6 2025 9 Totaal 33

Geschatte afschrijving VOBA

Afschrijvingsschema VOBA

Deze variabelen worden bepaald op basis van een beoordeling door het management. Indien een onderneming een beursnotering kent, wordt de marktwaarde eveneens als element in de evaluatie betrokken.

De volgende tabel toont de samenstelling van de goodwill en de bijzondere waardeverminderingen van de belangrijkste kasstroomgenererende eenheden per 31 december 2021.

Bedrag
goodwill
Bijzondere waarde-
verminderingen
Netto-
bedrag
Bedrijfsonderdeel Methode gebruikt voor
realiseerbare waarde
Kasstroom genererende eenheid (CGU)
Ageas Portugal 337 337 Continentaal Europa Waarde in gebruik
Ageas (VK) 280 30 250 Verenigd Koninkrijk (VK) Waarde in gebruik
Overige 31 2 29 Waarde in gebruik
Totaal 648 32 616

Ageas Portugal

Voor Ageas Portugal bedraagt de goodwill EUR 337 miljoen (2020: EUR 337 miljoen). In 2016 is de juridische structuur in Portugal vereenvoudigd en alle Portugese entiteiten zijn nu eigendom van Ageas Portugal Holding en worden door Ageas Portugal Holding gecontroleerd, waarbij een centraal Executive Committee op landniveau alle strategische beslissingen neemt. Daarom wordt Ageas Portugal beschouwd als één CGU.

Voor de berekening van de bedrijfswaarde wordt gebruikgemaakt van verwachte dividenden op basis van het bedrijfsplan voor drie jaar zoals dat door het lokale management en het management van Ageas is goedgekeurd.

De schattingen voor de periode daarna zijn geëxtrapoleerd op basis van een groeipercentage van 2,0 procent, een inschatting van de verwachte inflatie in Portugal. De gebruikte disconteringsvoet van 8,92% is gebaseerd op de risicovrije rentevoet, de aandelenrisicopremie en een bèta-coëfficiënt. Uit de toets op bijzondere waardeverminderingen bleek dat de realiseerbare waarde de boekwaarde van de CGU inclusief goodwill overtrof. Er was derhalve geen aanleiding voor een bijzondere waardevermindering van de goodwill voor Ageas Portugal.

Op basis van de uitgevoerde gevoeligheidsanalyse van de veronderstellingen zou de goodwill voor Ageas Portugal nog steeds geen bijzondere waardevermindering moeten ondergaan als de groei grotendeels negatief was of de disconteringsvoet met meer dan 5,6% zou stijgen.

Ageas VK

De goodwill voor Ageas VK bedraagt GBP 235 miljoen (2020: GBP 235 miljoen). Netto, na bijzondere waardeverminderingen, bedraagt de goodwill GBP 210 miljoen (2020: GBP 210 miljoen). In het Verenigd Koninkrijk zijn alle entiteiten eigendom en onder controle van Ageas VK Holding met een eigen Executive Committee dat alle strategische beslissingen neemt. Daarom wordt Ageas VK beschouwd als één CGU.

Voor de berekening van de bedrijfswaarde wordt gebruikgemaakt van verwachte dividenden op basis van het bedrijfsplan voor drie jaar zoals dat door het lokale management en het management van Ageas is goedgekeurd. De schattingen voor de periode daarna zijn geëxtrapoleerd op basis van een groeipercentage van 2,0 procent, een inschatting van de verwachte inflatie.

De gebruikte disconteringsvoet van 5,9% is gebaseerd op de risicovrije rentevoet, de aandelenrisicopremie en een bèta-coëfficiënt. Uit de toets op bijzondere waardeverminderingen bleek dat de realiseerbare waarde de boekwaarde van de CGU inclusief goodwill overtrof en zodoende vond geen bijzondere waardevermindering op de goodwill plaats.

Op basis van de uitgevoerde gevoeligheidsanalyse van de veronderstellingen zou de goodwill voor de activiteiten in het VK nog steeds geen bijzondere waardevermindering moeten ondergaan als groeitempo op lange termijn negatief zou zijn en de disconteringsvoet met meer dan 6,0% zou stijgen.

Overige

207 | 240

De realiseerbare waarde van een CGU wordt bepaald door berekening van de contante waarde van de verwachte toekomstige kasstromen van

kasstroommodel zijn afhankelijk van de inputgegevens die verschillende financiële en economische variabelen weerspiegelen, zoals de risicovrije rente in een land en een premie die het inherente risico van

Deze variabelen worden bepaald op basis van een beoordeling door het management. Indien een onderneming een beursnotering kent, wordt de

De goodwill voor Ageas VK bedraagt GBP 235 miljoen (2020: GBP 235 miljoen). Netto, na bijzondere waardeverminderingen, bedraagt de goodwill GBP 210 miljoen (2020: GBP 210 miljoen). In het Verenigd Koninkrijk zijn alle entiteiten eigendom en onder controle van Ageas VK Holding met een eigen Executive Committee dat alle strategische beslissingen neemt. Daarom wordt Ageas VK beschouwd als één CGU.

Voor de berekening van de bedrijfswaarde wordt gebruikgemaakt van verwachte dividenden op basis van het bedrijfsplan voor drie jaar zoals dat door het lokale management en het management van Ageas is goedgekeurd. De schattingen voor de periode daarna zijn

geëxtrapoleerd op basis van een groeipercentage van 2,0 procent, een

De gebruikte disconteringsvoet van 5,9% is gebaseerd op de risicovrije rentevoet, de aandelenrisicopremie en een bèta-coëfficiënt. Uit de toets op bijzondere waardeverminderingen bleek dat de realiseerbare waarde de boekwaarde van de CGU inclusief goodwill overtrof en zodoende vond geen bijzondere waardevermindering op de goodwill plaats.

Op basis van de uitgevoerde gevoeligheidsanalyse van de veronderstellingen zou de goodwill voor de activiteiten in het VK nog steeds geen bijzondere waardevermindering moeten ondergaan als groeitempo op lange termijn negatief zou zijn en de disconteringsvoet

inschatting van de verwachte inflatie.

met meer dan 6,0% zou stijgen.

die CGU. De belangrijkste aannames die zijn gebruikt in het

marktwaarde eveneens als element in de evaluatie betrokken.

Bedrag Bijzondere waarde- Netto- Methode gebruikt voor goodwill verminderingen bedrag Bedrijfsonderdeel realiseerbare waarde

de betreffende entiteit weergeeft.

De volgende tabel toont de samenstelling van de goodwill en de bijzondere waardeverminderingen van de belangrijkste kasstroomgenererende eenheden

Ageas Portugal 337 337 Continentaal Europa Waarde in gebruik Ageas (VK) 280 30 250 Verenigd Koninkrijk (VK) Waarde in gebruik Overige 31 2 29 Waarde in gebruik

Ageas VK

Totaal 648 32 616

206 | 240

per 31 december 2021.

Ageas Portugal

goedgekeurd.

zou stijgen.

beschouwd als één CGU.

Kasstroom genererende eenheid (CGU)

Bijzondere waardevermindering van goodwill

Goodwill wordt jaarlijks aan het eind van het jaar getoetst op bijzondere waardeverminderingen door vergelijking van de opbrengstwaarde van kasstroomgenererende eenheden (CGU) met hun boekwaarde. De opbrengstwaarde is de reële waarde verminderd met verkoopkosten of de waarde in gebruik als deze hoger is. Het type van de overgenomen onderneming, het niveau van de operationele integratie en gezamenlijk management zijn bepalend voor de definiëring van een CGU. Op basis van deze criteria heeft Ageas CGU's op landniveau aangemerkt.

Voor Ageas Portugal bedraagt de goodwill EUR 337 miljoen (2020: EUR 337 miljoen). In 2016 is de juridische structuur in Portugal vereenvoudigd en alle Portugese entiteiten zijn nu eigendom van Ageas Portugal Holding en worden door Ageas Portugal Holding gecontroleerd,

Voor de berekening van de bedrijfswaarde wordt gebruikgemaakt van verwachte dividenden op basis van het bedrijfsplan voor drie jaar zoals dat door het lokale management en het management van Ageas is

De schattingen voor de periode daarna zijn geëxtrapoleerd op basis van een groeipercentage van 2,0 procent, een inschatting van de verwachte inflatie in Portugal. De gebruikte disconteringsvoet van 8,92% is gebaseerd op de risicovrije rentevoet, de aandelenrisicopremie en een bèta-coëfficiënt. Uit de toets op bijzondere waardeverminderingen bleek dat de realiseerbare waarde de boekwaarde van de CGU inclusief goodwill overtrof. Er was derhalve geen aanleiding voor een bijzondere

waardevermindering van de goodwill voor Ageas Portugal.

Op basis van de uitgevoerde gevoeligheidsanalyse van de veronderstellingen zou de goodwill voor Ageas Portugal nog steeds geen bijzondere waardevermindering moeten ondergaan als de groei grotendeels negatief was of de disconteringsvoet met meer dan 5,6%

waarbij een centraal Executive Committee op landniveau alle strategische beslissingen neemt. Daarom wordt Ageas Portugal Overige omvat goodwill in Frankrijk en België.

Afschrijvingsschema VOBA

De belangrijkste bijdrage aan VOBA wordt geleverd door Millenniumbcp Ageas. VOBA zal naar verwachting als volgt worden afgeschreven.

Geschatte afschrijving VOBA
2022 10
2023 8
2024 6
2025 9
Totaal 33

De samenstelling van het eigen vermogen per 31 december 2021 is als volgt.

208 | 240

Aandelenkapitaal

Gewone aandelen 1.502
Uitgiftepremies 2.051
Overige reserves 3.640
Koersverschillenreserve 29
Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 845
Ongerealiseerde winsten en verliezen 3.847
Eigen vermogen 11.914

18 Eigen vermogen

209 | 240

18.2

18.3

18.4

in duizenden

Aflossing van FRESH-effecten

onderliggende aandelen van ageas SA/NV.

toelichting 20 Achtergestelde schulden.

Uitstaande aandelen

Op 3 januari 2020 kondigde Ageas aan dat in totaal 65,50% (EUR 818.750.000) van de totale hoofdsom van de uitstaande FRESHeffecten werd teruggekocht tegen een contante betaling van EUR 513 miljoen. De aangekochte FRESH-effecten werden op 13 januari 2020 omgeruild tegen 2.599.206 onderliggende aandelen van ageas SA/NV. Inkoopprogramma eigen aandelen 2021-2022

en een omvang had van EUR 150 miljoen.

aandelen gedaald naar 191.033.128.

'Restricted share' programma

in duizenden aandelen aandelen aandelen

Aantal aandelen per 1 januari 2020 198.374 (7.820) 190.554

Netto gekocht/verkocht (3.592) (3.592) Aantal aandelen per 31 december 2020 194.553 (7.591) 186.962

Netto gekocht/verkocht (1.297) (1.297) Gebruikt voor aandelenplannen management 72 72 Aantal aandelen per 31 december 2021 191.033 (5.296) 185.737

Aantal aandelen uitgegeven per 31 december 2021 191.033

Aandelen aangehouden door ageas SA/NV 4.051 Aandelen gerelateerd aan FRESH (zie toelichting 20) 1.219 Aandelen gerelateerd aan CASHES (zie toelichtingen 23 en 43) 3.959 Aandelen gerechtigd tot dividend en stemrecht 181.804

appetite overschrijdt.

Intrekking van aandelen (3.821) 3.821

Intrekking van aandelen (3.520) 3.520

Ageas presenteerde op 11 augustus 2021 een nieuw inkoopprogramma van eigen aandelen dat zou lopen van 1 september 2021 tot 29 juli 2022

De Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 19 mei 2021 van ageas SA/NV keurde de intrekking goed van 3.520.446 eigen aandelen. Als gevolg hiervan is het totale aantal uitgegeven

Ageas heeft een 'restricted share' programma voor de leden van het Executive en het Management Committee opgezet (zie ook toelichting 6

De netto-investeringen in activiteiten, die de euro niet als functionele valuta hebben, worden door Ageas niet afgedekt, tenzij het effect van eventuele wisselkoersbewegingen naar de inschatting van Ageas de risk

Uitgegeven Eigen Uitstaande

sectie 6.2 Met aandelen verbonden incentiveprogramma's).

Op 2 april 2020 kocht Ageas een bijkomend aantal FRESH-effecten van een externe derde partij, die eveneens werden omgeruild voor 150.000

Deze aandelen blijven op de balans van de Groep staan als eigen aandelen en geven nog steeds geen recht op dividenden of stemrechten. Nadere informatie over de FRESH is te vinden in

Dividend- en stemgerechtigde aandelen

De koersverschillenreserve vormt een afzonderlijke component van het eigen vermogen waarin koersverschillen worden verantwoord die voortkomen uit de omrekening van de resultaten en financiële posities van buitenlandse activiteiten die zijn opgenomen in de Geconsolideerde

Aandelen niet gerechtigd tot dividend en stemrecht:

Koersverschillenreserve

Jaarrekening van Ageas.

18.1 Uitgegeven aandelen en potentieel aantal aandelen

Met inachtneming van de bepalingen die met betrekking tot ageas SA/NV zijn vastgelegd, voor zover de wet daarin voorziet, en in het belang van de Vennootschap, heeft de Raad van Bestuur van Ageas de goedkeuring van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 19 mei 2021 ontvangen om gedurende een periode van drie jaar (2021-2023) het aandelenkapitaal voor algemene doeleinden met maximaal EUR 150.000.000 uit te breiden.

Uitgaande van een fractiewaarde van EUR 7,86 kan Ageas hiermee maximaal 19.000.000 aandelen uitgeven, wat neerkomt op circa 10% van het totale uitstaande aandelenkapitaal van de Vennootschap. Deze goedkeuring stelt de Vennootschap bovendien in staat om te voldoen aan de verplichtingen die zijn aangegaan in verband met de uitgifte van de financiële instrumenten. Tevens kunnen aandelen worden uitgegeven ten gevolge van de zogenaamde alternatieve coupon vereffeningsmethode (ACVM), geïntegreerd in bepaalde hybride financiële instrumenten (zie hiervoor toelichting 43 Voorwaardelijke verplichtingen).

Eigen aandelen

Eigen aandelen zijn uitgegeven gewone aandelen die door Ageas zijn teruggekocht. Deze aandelen worden afgetrokken van het eigen vermogen en worden verantwoord onder overige reserves.

Het totaal aantal eigen aandelen (5,3 miljoen) bestaat uit voor de FRESH aangehouden aandelen (1,2 miljoen), onderliggende aandelen van teruggekochte FRESH-effecten (2,8 miljoen) en de resterende aandelen afkomstig uit het aandeleninkoopprogramma (1,3 miljoen), waarvan 0,1 miljoen worden gebruikt voor definitieve toekenningen in het kader van het 'restricted share programme'.

Aflossing van FRESH-effecten

18 Eigen vermogen 209 | 240

208 | 240

De samenstelling van het eigen vermogen per 31 december 2021 Aandelenkapitaal

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

18.1

Eigen aandelen

Gewone aandelen 1.502 Uitgiftepremies 2.051 Overige reserves 3.640 Koersverschillenreserve 29 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 845 Ongerealiseerde winsten en verliezen 3.847 Eigen vermogen 11.914

Met inachtneming van de bepalingen die met betrekking tot ageas SA/NV zijn vastgelegd, voor zover de wet daarin voorziet, en in het belang van de Vennootschap, heeft de Raad van Bestuur van Ageas de goedkeuring van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 19 mei 2021 ontvangen om gedurende een periode van drie jaar (2021-2023) het aandelenkapitaal voor

Uitgaande van een fractiewaarde van EUR 7,86 kan Ageas hiermee maximaal 19.000.000 aandelen

Vennootschap. Deze goedkeuring stelt de Vennootschap bovendien in staat om te voldoen aan de verplichtingen die zijn aangegaan in verband met de uitgifte van de financiële instrumenten. Tevens kunnen aandelen worden uitgegeven ten gevolge van de zogenaamde alternatieve coupon vereffeningsmethode (ACVM), geïntegreerd in bepaalde hybride financiële instrumenten (zie

Eigen aandelen zijn uitgegeven gewone aandelen die door Ageas zijn teruggekocht. Deze aandelen worden afgetrokken van het eigen vermogen en worden verantwoord onder overige reserves.

Het totaal aantal eigen aandelen (5,3 miljoen) bestaat uit voor de FRESH aangehouden aandelen (1,2 miljoen), onderliggende aandelen van teruggekochte FRESH-effecten (2,8 miljoen) en de resterende aandelen afkomstig uit het aandeleninkoopprogramma (1,3 miljoen), waarvan 0,1 miljoen worden gebruikt voor definitieve toekenningen in het kader van het 'restricted share programme'.

uitgeven, wat neerkomt op circa 10% van het totale uitstaande aandelenkapitaal van de

Uitgegeven aandelen en potentieel aantal aandelen

algemene doeleinden met maximaal EUR 150.000.000 uit te breiden.

hiervoor toelichting 43 Voorwaardelijke verplichtingen).

is als volgt.

Op 3 januari 2020 kondigde Ageas aan dat in totaal 65,50% (EUR 818.750.000) van de totale hoofdsom van de uitstaande FRESHeffecten werd teruggekocht tegen een contante betaling van EUR 513 miljoen. De aangekochte FRESH-effecten werden op 13 januari 2020 omgeruild tegen 2.599.206 onderliggende aandelen van ageas SA/NV.

Op 2 april 2020 kocht Ageas een bijkomend aantal FRESH-effecten van een externe derde partij, die eveneens werden omgeruild voor 150.000 onderliggende aandelen van ageas SA/NV.

Deze aandelen blijven op de balans van de Groep staan als eigen aandelen en geven nog steeds geen recht op dividenden of stemrechten. Nadere informatie over de FRESH is te vinden in toelichting 20 Achtergestelde schulden.

Inkoopprogramma eigen aandelen 2021-2022

Ageas presenteerde op 11 augustus 2021 een nieuw inkoopprogramma van eigen aandelen dat zou lopen van 1 september 2021 tot 29 juli 2022 en een omvang had van EUR 150 miljoen.

De Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 19 mei 2021 van ageas SA/NV keurde de intrekking goed van 3.520.446 eigen aandelen. Als gevolg hiervan is het totale aantal uitgegeven aandelen gedaald naar 191.033.128.

'Restricted share' programma

Ageas heeft een 'restricted share' programma voor de leden van het Executive en het Management Committee opgezet (zie ook toelichting 6 sectie 6.2 Met aandelen verbonden incentiveprogramma's).

18.2 Uitstaande aandelen

Uitgegeven Eigen Uitstaande
in duizenden aandelen aandelen aandelen
Aantal aandelen per 1 januari 2020 198.374 (7.820) 190.554
Intrekking van aandelen (3.821) 3.821
Netto gekocht/verkocht (3.592) (3.592)
Aantal aandelen per 31 december 2020 194.553 (7.591) 186.962
Intrekking van aandelen (3.520) 3.520
Netto gekocht/verkocht (1.297) (1.297)
Gebruikt voor aandelenplannen management 72 72
Aantal aandelen per 31 december 2021 191.033 (5.296) 185.737

18.3 Dividend- en stemgerechtigde aandelen

in duizenden

Aantal aandelen uitgegeven per 31 december 2021 191.033
Aandelen niet gerechtigd tot dividend en stemrecht:
Aandelen aangehouden door ageas SA/NV 4.051
Aandelen gerelateerd aan FRESH (zie toelichting 20) 1.219
Aandelen gerelateerd aan CASHES (zie toelichtingen 23 en 43) 3.959
Aandelen gerechtigd tot dividend en stemrecht 181.804

18.4 Koersverschillenreserve

De koersverschillenreserve vormt een afzonderlijke component van het eigen vermogen waarin koersverschillen worden verantwoord die voortkomen uit de omrekening van de resultaten en financiële posities van buitenlandse activiteiten die zijn opgenomen in de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas.

De netto-investeringen in activiteiten, die de euro niet als functionele valuta hebben, worden door Ageas niet afgedekt, tenzij het effect van eventuele wisselkoersbewegingen naar de inschatting van Ageas de risk appetite overschrijdt.

18.5

210 | 240

Ongerealiseerde winsten en verliezen begrepen in het eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders

De ongerealiseerde winsten en verliezen, zoals begrepen in het eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders, zijn als volgt.

Geherclassificeerd
Voor verkoop in tot einde loop- Herwaardering
beschikbare tijd aangehouden van deelnemingen Cash flow DPF
31 december 2021 beleggingen beleggingen en joint ventures hedges component Totaal
Bruto 7.538 (31) 1.133 5 8.645
Gerelateerde belasting (1.720) 8 (1.712)
Shadow accounting (3.007) (3.007)
Gerelateerde belasting 770 770
Minderheidsbelangen (875) 9 14 3 (849)
Discretionaire winstdelingscomponent (DPF) 15 (15)
Totaal 2.721 (14) 1.147 8 (15) 3.847
Geherclassificeerd
Voor verkoop in tot einde loop- Herwaardering
beschikbare tijd aangehouden van deelnemingen Cash flow DPF
31 december 2020 beleggingen beleggingen en joint ventures hedges component Totaal
Bruto 9.899 (33) 1.300 (22) 11.144
Gerelateerde belasting (2.415) 8 1 (2.406)
Shadow accounting (5.042) (5.042)
Gerelateerde belasting 1.302 1.302
Minderheidsbelangen (890) 10 23 2 (855)
Discretionaire winstdelingscomponent (DPF) 19 (19)
Totaal 2.873 (15) 1.323 (19) (19) 4.143

Reële waardeveranderingen van derivaten die zijn aangewezen en in aanmerking komen als kasstroomafdekkingen, worden in het eigen vermogen verantwoord als een ongerealiseerde winst of verlies. Nieteffectieve afdekkingen worden onmiddellijk verantwoord in de resultatenrekening.

Ageas sluit verzekeringscontracten af met gegarandeerde winstdelingen en winstdelingscomponenten waarvan de omvang en het moment van toekenning volledig tot de discretie van Ageas behoren. Afhankelijk van

de contractuele en wettelijke voorwaarden en condities worden ongerealiseerde waardeveranderingen in de reële waarde van de beleggingsmix verband houdende met dergelijke contracten, na de toepassing van shadow accounting, verantwoord in een afzonderlijke discretionaire winstdelingscomponent (DPF) als onderdeel van de nietgerealiseerde winsten en verliezen in het eigen vermogen en als nietgerealiseerde winsten en verliezen met betrekking tot voor verkoop beschikbare beleggingen.

211 | 240

Wijziging ongerealiseerde winsten en verliezen

Wijziging ongerealiseerde winsten en verliezen

Terugname ongerealiseerde verliezen

Overname en desinvestering van

Dividendcapaciteit

uitkeren aan hun aandeelhouders.

dividend zou dalen tot onder dat niveau.

voordat het dividend wordt aangekondigd.

De dochterondernemingen van Ageas zijn onderhevig aan juridische beperkingen ten aanzien van de hoogte van het dividend dat zij mogen

Volgens het Belgische Wetboek van Vennootschappen moet een onderneming 5% van de nettowinst over het boekjaar toevoegen aan een wettelijke reserve tot deze reserve gelijk is aan 10% van het aandelenkapitaal. Een onderneming mag geen dividend uitkeren indien het nettovermogen van de onderneming lager is dan het totaal van het gestorte kapitaal en de niet-uitkeerbare reserves of na uitkering van

Dochterondernemingen en deelnemingen zijn tevens onderworpen aan de dividendbeperkingen uit hoofde van vereisten ten aanzien van minimumvermogen en solvabiliteit die worden gesteld door de lokale

toezichthouders in de landen waar zij opereren en aan aandeelhouderscontracten met de partners in het organisatie. In sommige situaties is consensus tussen de aandeelhouders vereist

18.6

Terugname ongerealiseerde verliezen

Overname en desinvestering van

De mutaties in bruto ongerealiseerde winsten en verliezen, zoals begrepen in het eigen vermogen, zijn als volgt.

Geherclassificeerd Voor verkoop in tot einde loop- Herwaardering

Bruto ongerealiseerde winsten (verliezen) per 1 januari 2020 8.660 (38) 1.156 (54) 9.724

tijdens de verslagperiode 1.539 144 5 1.688 Terugname ongerealiseerde (winsten) verliezen door verkoop (221) 20 (201)

door bijzondere waardeverminderingen (53) (53)

investeringen volgens de equity-mehtode (26) (26) Amortisatie 4 4 Wisselkoersverschillen en overige 1 7 8 Bruto ongerealiseerde winsten (verliezen) per 31 december 2020 9.899 (33) 1.300 (22) 11.144

tijdens de verslagperiode (2.175) (158) 29 (2.304) Terugname ongerealiseerde (winsten) verliezen door verkoop (182) (182)

door bijzondere waardeverminderingen (3) (3)

investeringen volgens de equity-mehtode (9) (9) Amortisatie 2 2 Wisselkoersverschillen en overige (1) (2) (3) Bruto ongerealiseerde winsten (verliezen) per 31 december 2021 7.538 (31) 1.133 5 8.645

beschikbare tijd aangehouden van deelnemingen Cash flow

beleggingen beleggingen en joint ventures hedges Totaal

Daarnaast kunnen aandeelhoudersovereenkomsten (gerelateerd aan partijen die een belang hebben in een onderneming waarin Ageas een

specifieke bepalingen over stemrechten of de uitkering van

met toestemming van de andere betrokken partijen; optie tot (door)verkoop aan de andere, bij de overeenkomst betrokken partij(en), inclusief de onderliggende methode die voor

de waardering van de aandelen wordt gehanteerd;

doelstellingen zijn gerealiseerd;

Dividendvoorstel voor het jaar 2021

FRESH-transactie.

verkoop van verzekeringsproducten.

gesloten perioden waarin alle partijen in het bezit van aandelen vóór een bepaalde periode geen aandelen mogen verkopen tenzij

earn-out mechanismen waarbij de oorspronkelijke verkoper van de aandelen additionele opbrengsten ontvangt indien bepaalde

exclusiviteitsbepalingen of concurrentiebedingen in verband met de

De solvabiliteits- en kaspositie van Ageas hebben het afgelopen jaar erg goed standgehouden en de activiteiten bleven sterk. Bijgevolg stelt de Raad van Bestuur van Ageas, volledig in overeenstemming met de aanbevelingen van de Nationale Bank van België, voor om over het boekjaar 2021 een bruto cash dividend van EUR 2,75 per aandeel uit te keren. Dat stemt overeen met een payoutratio van 52% op het nettoresultaat van de Groep, zonder de impact van de RPN(I) en de

minderheidsbelang heeft) het volgende bevatten:

dividend;

De mutaties in bruto ongerealiseerde winsten en verliezen, zoals begrepen in het eigen vermogen, zijn als volgt.

Voor verkoop
beschikbare
Geherclassificeerd
in tot einde loop-
tijd aangehouden
Herwaardering
van deelnemingen
Cash flow
beleggingen beleggingen en joint ventures hedges Totaal
Bruto ongerealiseerde winsten (verliezen) per 1 januari 2020 8.660 (38) 1.156 (54) 9.724
Wijziging ongerealiseerde winsten en verliezen
tijdens de verslagperiode 1.539 144 5 1.688
Terugname ongerealiseerde (winsten) verliezen door verkoop (221) 20 (201)
Terugname ongerealiseerde verliezen
door bijzondere waardeverminderingen (53) (53)
Overname en desinvestering van
investeringen volgens de equity-mehtode (26) (26)
Amortisatie 4 4
Wisselkoersverschillen en overige 1 7 8
Bruto ongerealiseerde winsten (verliezen) per 31 december 2020 9.899 (33) 1.300 (22) 11.144
Wijziging ongerealiseerde winsten en verliezen
tijdens de verslagperiode (2.175) (158) 29 (2.304)
Terugname ongerealiseerde (winsten) verliezen door verkoop (182) (182)
Terugname ongerealiseerde verliezen
door bijzondere waardeverminderingen (3) (3)
Overname en desinvestering van
investeringen volgens de equity-mehtode (9) (9)
Amortisatie 2 2
Wisselkoersverschillen en overige (1) (2) (3)
Bruto ongerealiseerde winsten (verliezen) per 31 december 2021 7.538 (31) 1.133 5 8.645

18.6 Dividendcapaciteit

211 | 240

210 | 240

18.5

Ongerealiseerde winsten en verliezen begrepen in het eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders

Geherclassificeerd Voor verkoop in tot einde loop- Herwaardering

31 december 2021 beleggingen beleggingen en joint ventures hedges component Totaal

Bruto 7.538 (31) 1.133 5 8.645 Gerelateerde belasting (1.720) 8 (1.712) Shadow accounting (3.007) (3.007) Gerelateerde belasting 770 770 Minderheidsbelangen (875) 9 14 3 (849)

Totaal 2.721 (14) 1.147 8 (15) 3.847

Geherclassificeerd Voor verkoop in tot einde loop- Herwaardering

31 december 2020 beleggingen beleggingen en joint ventures hedges component Totaal

Bruto 9.899 (33) 1.300 (22) 11.144 Gerelateerde belasting (2.415) 8 1 (2.406) Shadow accounting (5.042) (5.042) Gerelateerde belasting 1.302 1.302 Minderheidsbelangen (890) 10 23 2 (855)

Totaal 2.873 (15) 1.323 (19) (19) 4.143

beschikbare tijd aangehouden van deelnemingen Cash flow DPF-

beschikbare tijd aangehouden van deelnemingen Cash flow DPF-

beschikbare beleggingen.

de contractuele en wettelijke voorwaarden en condities worden ongerealiseerde waardeveranderingen in de reële waarde van de beleggingsmix verband houdende met dergelijke contracten, na de toepassing van shadow accounting, verantwoord in een afzonderlijke discretionaire winstdelingscomponent (DPF) als onderdeel van de nietgerealiseerde winsten en verliezen in het eigen vermogen en als nietgerealiseerde winsten en verliezen met betrekking tot voor verkoop

De ongerealiseerde winsten en verliezen, zoals begrepen in het eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders, zijn als volgt.

Discretionaire winstdelingscomponent (DPF) 15 (15)

Discretionaire winstdelingscomponent (DPF) 19 (19)

Reële waardeveranderingen van derivaten die zijn aangewezen en in aanmerking komen als kasstroomafdekkingen, worden in het eigen vermogen verantwoord als een ongerealiseerde winst of verlies. Nieteffectieve afdekkingen worden onmiddellijk verantwoord in de

Ageas sluit verzekeringscontracten af met gegarandeerde winstdelingen en winstdelingscomponenten waarvan de omvang en het moment van toekenning volledig tot de discretie van Ageas behoren. Afhankelijk van

resultatenrekening.

De dochterondernemingen van Ageas zijn onderhevig aan juridische beperkingen ten aanzien van de hoogte van het dividend dat zij mogen uitkeren aan hun aandeelhouders.

Volgens het Belgische Wetboek van Vennootschappen moet een onderneming 5% van de nettowinst over het boekjaar toevoegen aan een wettelijke reserve tot deze reserve gelijk is aan 10% van het aandelenkapitaal. Een onderneming mag geen dividend uitkeren indien het nettovermogen van de onderneming lager is dan het totaal van het gestorte kapitaal en de niet-uitkeerbare reserves of na uitkering van dividend zou dalen tot onder dat niveau.

Dochterondernemingen en deelnemingen zijn tevens onderworpen aan de dividendbeperkingen uit hoofde van vereisten ten aanzien van minimumvermogen en solvabiliteit die worden gesteld door de lokale toezichthouders in de landen waar zij opereren en aan aandeelhouderscontracten met de partners in het organisatie. In sommige situaties is consensus tussen de aandeelhouders vereist voordat het dividend wordt aangekondigd.

Daarnaast kunnen aandeelhoudersovereenkomsten (gerelateerd aan partijen die een belang hebben in een onderneming waarin Ageas een minderheidsbelang heeft) het volgende bevatten:

  • specifieke bepalingen over stemrechten of de uitkering van dividend;
  • gesloten perioden waarin alle partijen in het bezit van aandelen vóór een bepaalde periode geen aandelen mogen verkopen tenzij met toestemming van de andere betrokken partijen;
  • optie tot (door)verkoop aan de andere, bij de overeenkomst betrokken partij(en), inclusief de onderliggende methode die voor de waardering van de aandelen wordt gehanteerd;
  • earn-out mechanismen waarbij de oorspronkelijke verkoper van de aandelen additionele opbrengsten ontvangt indien bepaalde doelstellingen zijn gerealiseerd;
  • exclusiviteitsbepalingen of concurrentiebedingen in verband met de verkoop van verzekeringsproducten.

Dividendvoorstel voor het jaar 2021

De solvabiliteits- en kaspositie van Ageas hebben het afgelopen jaar erg goed standgehouden en de activiteiten bleven sterk. Bijgevolg stelt de Raad van Bestuur van Ageas, volledig in overeenstemming met de aanbevelingen van de Nationale Bank van België, voor om over het boekjaar 2021 een bruto cash dividend van EUR 2,75 per aandeel uit te keren. Dat stemt overeen met een payoutratio van 52% op het nettoresultaat van de Groep, zonder de impact van de RPN(I) en de FRESH-transactie.

18.7 Rendement op eigen vermogen

Ageas berekent het rendement op het eigen vermogen door het resultaat op jaarbasis voor de periode te delen door het gemiddeld netto vermogen aan het begin en het eind van de periode.

213 | 240

19.1

Verplichtingen inzake

verzekeringscontracten Leven

31 december 2021 31 december 2020

19 Verzekeringsverplichtingen

2021 2020

Verplichting voor toekomstige uitkering aan polishouders 26.561 26.516 Verplichting voor winstdeling polishouders 245 182 Shadow accounting 1.884 3.292 Voor eliminaties 28.690 29.990 Eliminaties (17) (17) Bruto 28.673 29.973 Herverzekering (13) (34) Netto 28.660 29.939

De wijzigingen in de verplichtingen inzake levensverzekeringscontracten (voor herverzekering en

Stand per 1 januari 29.990 28.773 Bruto premie-inkomen 2.023 2.064 Tijdswaarde 601 662 Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (1.783) (2.084) Transfer tussen verplichtingen (80) 267 Aanpassing shadow accounting (1.350) 835 Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (711) (527) Stand per 31 december 28.690 29.990

De shadow accountingaanpassing houdt verband met de niet-gerealiseerde winsten en verliezen op

De regel 'Overige wijzigingen, inclusief risicodekking' geeft hoofdzakelijk verzekerings- en actuariële

Het effect van wijzigingen in veronderstellingen die gebruikt worden voor het waarderen van de verplichtingen die voortvloeien uit verzekeringscontracten Leven, was in 2021 en 2020 niet

risico's van garanties in de contracten weer en varieert daarom in het volume.

eliminaties) zijn als volgt.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

de beleggingsportefeuille.

materieel.

2021 2020
Rendement eigen vermogen - Verzekeringen
(exclusief ongerealiseerde meer- en minderwaarden) 13,0% 12,4%

18.8 Winst per aandeel

212 | 240

In de volgende tabel worden de uitgangspunten voor de bepaling van de winst per aandeel weergegeven.

2021 2020
Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 845 1.141
Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen voor gewoon resultaat per aandeel (in duizenden) 186.765 187.938
Aanpassingen voor:
- aandelen onder voorwaarden (in duizenden) verwacht te worden toegekend 140 159
Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen
voor verwaterd resultaat per aandeel (in duizenden) 186.905 188.097
Gewoon resultaat per aandeel (in euro's per aandeel) 4,52 6,07
Verwaterd resultaat per aandeel (in euro's per aandeel) 4,52 6,06

Aangezien aandelen in verband met de FRESH niet voor dividend in aanmerking komen en er geen stemrechten mee zijn verbonden, werden deze uitgesloten van de berekening van de gewone winst per aandeel.

Aandelen Ageas uitgegeven in verband met CASHES behoren tot de gewone aandelen. Deze aandelen hebben geen recht op dividend en hebben ook geen stemrechten.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Verzekeringsverplichtingen

19.1 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven

213 | 240

212 | 240

18.7

18.8

Rendement op eigen vermogen

het begin en het eind van de periode.

Rendement eigen vermogen - Verzekeringen

Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen

uitgesloten van de berekening van de gewone winst per aandeel.

Winst per aandeel

Aanpassingen voor:

geen stemrechten.

Ageas berekent het rendement op het eigen vermogen door het resultaat op jaarbasis voor de periode te delen door het gemiddeld netto vermogen aan

(exclusief ongerealiseerde meer- en minderwaarden) 13,0% 12,4%

Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 845 1.141 Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen voor gewoon resultaat per aandeel (in duizenden) 186.765 187.938

  • aandelen onder voorwaarden (in duizenden) verwacht te worden toegekend 140 159

Gewoon resultaat per aandeel (in euro's per aandeel) 4,52 6,07 Verwaterd resultaat per aandeel (in euro's per aandeel) 4,52 6,06

Aangezien aandelen in verband met de FRESH niet voor dividend in aanmerking komen en er geen stemrechten mee zijn verbonden, werden deze

Aandelen Ageas uitgegeven in verband met CASHES behoren tot de gewone aandelen. Deze aandelen hebben geen recht op dividend en hebben ook

voor verwaterd resultaat per aandeel (in duizenden) 186.905 188.097

In de volgende tabel worden de uitgangspunten voor de bepaling van de winst per aandeel weergegeven.

2021 2020

2021 2020

31 december 2021 31 december 2020
Verplichting voor toekomstige uitkering aan polishouders 26.561 26.516
Verplichting voor winstdeling polishouders 245 182
Shadow accounting 1.884 3.292
Voor eliminaties 28.690 29.990
Eliminaties (17) (17)
Bruto 28.673 29.973
Herverzekering (13) (34)
Netto 28.660 29.939

19 Verzekeringsverplichtingen

De wijzigingen in de verplichtingen inzake levensverzekeringscontracten (voor herverzekering en eliminaties) zijn als volgt.

2021 2020
Stand per 1 januari 29.990 28.773
Bruto premie-inkomen 2.023 2.064
Tijdswaarde 601 662
Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (1.783) (2.084)
Transfer tussen verplichtingen (80) 267
Aanpassing shadow accounting (1.350) 835
Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (711) (527)
Stand per 31 december 28.690 29.990

De shadow accountingaanpassing houdt verband met de niet-gerealiseerde winsten en verliezen op de beleggingsportefeuille.

De regel 'Overige wijzigingen, inclusief risicodekking' geeft hoofdzakelijk verzekerings- en actuariële risico's van garanties in de contracten weer en varieert daarom in het volume.

Het effect van wijzigingen in veronderstellingen die gebruikt worden voor het waarderen van de verplichtingen die voortvloeien uit verzekeringscontracten Leven, was in 2021 en 2020 niet materieel.

19.2 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven

214 | 240

31 december 2021 31 december 2020
Verplichting voor toekomstige uitkering aan polishouders 29.256 29.672
Verplichting voor winstdeling polishouders 286 250
Shadow accounting 1.075 1.707
Bruto 30.617 31.629
2021 2020
Stand per 1 januari 31.629 32.243
Bruto premie-inkomen 1.928 1.800
Tijdswaarde 319 307
Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (2.289) (2.608)
Transfer tussen verplichtingen (255) (350)
Aanpassing shadow accounting (632) 312
Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (83) (75)
Stand per 31 december 30.617 31.629

De shadow accountingaanpassing houdt verband met de nietgerealiseerde winsten en verliezen op de beleggingsportefeuille. De overdracht van verplichtingen houdt voornamelijk verband met interne bewegingen tussen productportefeuilles. De regel 'Overige wijzigingen, inclusief risicodekking' geeft hoofdzakelijk verzekerings- en actuariële risico's van garanties in de contracten weer en varieert daarom in het volume.

Het effect van wijzigingen in veronderstellingen die gebruikt worden voor het waarderen van de verplichtingen die voortvloeien uit beleggingscontracten Leven, was in 2021 en 2020 niet materieel.

215 | 240

19.3

Verplichtingen inzake unit-linked contracten

Verzekeringscontracten 3.352 2.904 Beleggingscontracten 15.549 14.186 Totaal 18.901 17.090

Stand per 1 januari 2.904 2.741 Bruto premie-inkomen 394 294 Wijzigingen in reële waarde / tijdswaarde 280 66 Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (204) (152) Transfer tussen verplichtingen (11) (34) Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (11) (11) Stand per 31 december 3.352 2.904

Stand per 1 januari 14.186 13.697 Bruto premie-inkomen 1.825 1.056 Wijzigingen in reële waarde / tijdswaarde 1.019 323 Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (1.809) (1.298) Transfer tussen verplichtingen 367 442 Wisselkoersverschillen 1 (3) Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (40) (31) Stand per 31 december 15.549 14.186

De overdracht van verplichtingen betreft vooral interne bewegingen tussen verschillende productcontracten. 'Overige wijzigingen, inclusief risicodekking'

Het verloop van de verplichtingen inzake unit-linked contracten op basis van verzekeringscontracten is als volgt.

Het verloop van de verplichtingen inzake unit-linked contracten op basis van beleggingscontracten is als volgt.

geeft hoofdzakelijk verzekerings- en actuariële risico's van garanties in de contracten weer.

31 december 2021 31 december 2020

2021 2020

2021 2020

19.3 Verplichtingen inzake unit-linked contracten

215 | 240

31 december 2021 31 december 2020

Het effect van wijzigingen in veronderstellingen die gebruikt worden voor

het waarderen van de verplichtingen die voortvloeien uit beleggingscontracten Leven, was in 2021 en 2020 niet materieel.

2021 2020

214 | 240

19.2

volume.

Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven

De shadow accountingaanpassing houdt verband met de nietgerealiseerde winsten en verliezen op de beleggingsportefeuille. De overdracht van verplichtingen houdt voornamelijk verband met interne bewegingen tussen productportefeuilles. De regel 'Overige wijzigingen, inclusief risicodekking' geeft hoofdzakelijk verzekerings- en actuariële risico's van garanties in de contracten weer en varieert daarom in het

Verplichting voor toekomstige uitkering aan polishouders 29.256 29.672 Verplichting voor winstdeling polishouders 286 250 Shadow accounting 1.075 1.707 Bruto 30.617 31.629

Stand per 1 januari 31.629 32.243 Bruto premie-inkomen 1.928 1.800 Tijdswaarde 319 307 Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (2.289) (2.608) Transfer tussen verplichtingen (255) (350) Aanpassing shadow accounting (632) 312 Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (83) (75) Stand per 31 december 30.617 31.629

31 december 2021 31 december 2020
Verzekeringscontracten 3.352 2.904
Beleggingscontracten 15.549 14.186
Totaal 18.901 17.090

Het verloop van de verplichtingen inzake unit-linked contracten op basis van verzekeringscontracten is als volgt.

2021 2020
Stand per 1 januari 2.904 2.741
Bruto premie-inkomen 394 294
Wijzigingen in reële waarde / tijdswaarde 280 66
Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (204) (152)
Transfer tussen verplichtingen (11) (34)
Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (11) (11)
Stand per 31 december 3.352 2.904

Het verloop van de verplichtingen inzake unit-linked contracten op basis van beleggingscontracten is als volgt.

2021 2020
Stand per 1 januari 14.186 13.697
Bruto premie-inkomen 1.825 1.056
Wijzigingen in reële waarde / tijdswaarde 1.019 323
Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (1.809) (1.298)
Transfer tussen verplichtingen 367 442
Wisselkoersverschillen 1 (3)
Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (40) (31)
Stand per 31 december 15.549 14.186

De overdracht van verplichtingen betreft vooral interne bewegingen tussen verschillende productcontracten. 'Overige wijzigingen, inclusief risicodekking' geeft hoofdzakelijk verzekerings- en actuariële risico's van garanties in de contracten weer.

19.4 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-leven

216 | 240

De volgende tabel geeft een overzicht van de verplichtingen die voortvloeien uit Niet-leven verzekeringscontracten.

31 december 2021 31 december 2020
Schadeverplichting 7.620 7.076
Niet-verdiende premies 1.730 1.614
Verplichting voor winstdeling polishouders 38 11
Voor eliminaties 9.437 8.744
Eliminaties (1.548) (1.340)
Bruto 7.889 7.404
Herverzekering (789) (686)
Netto 7.100 6.718

217 | 240

19.5

Verzekeringsverplichtingen en toereikendheidstoetsen

Overzicht verzekeringsverplichtingen per bedrijfssegment

De toereikendheidstoetsen per jaareinde 2021 hebben de toereikendheid van de verzekeringsverplichtingen bevestigd.

31 december 2021 Niet-leven premies claims Leven linked Gegarandeerd

België 4.345 363 3.933 63.003 12.387 50.616

Continentaal Europa 844 200 644 15.191 6.515 8.676 Herverzekering 1.643 459 1.184 13 13 Eliminaties (1.548) (1.548) (16) (1) (15) Totaal verzekeraars 7.889 1.730 6.110 78.191 18.901 59.290

31 december 2020 Niet-leven premies claims Leven linked Gegarandeerd

België 4.086 355 3.689 62.878 10.654 52.224

Continentaal Europa 843 192 651 15.821 6.436 9.385 Herverzekering 1.388 376 1.012 7 7 Eliminaties (1.340) (1.341) (14) (14) Totaal verzekeraars 7.404 1.614 5.747 78.692 17.090 61.602

Niet-leven bruto Leven bruto split split in verplichtingen in verplichtingen:

Niet-leven bruto Leven bruto split split in verplichtingen in verplichtingen:

Totaal Niet-verdiende Uitstaande Totaal Unit- Leven

Totaal Niet-verdiende Uitstaande Totaal Unit- Leven

In de onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de verplichtingen per bedrijfssegment.

VK 2.605 708 1.897

VK 2.427 691 1.736

Het verloop van de verplichtingen inzake Niet-leven verzekeringscontracten (voor herverzekering en eliminaties) is als volgt.

2021 2020
Stand per 1 januari 8.744 8.588
Aankoop/Verkoop dochterondernemingen
Toevoeging verplichtingen huidig jaar 3.131 2.559
Betaalde schaden huidig jaar (1.481) (1.223)
Wijziging verplichtingen huidig jaar 1.650 1.336
Toevoeging verplichtingen voorgaande jaren (285) (227)
Betaalde schaden voorgaande jaren (1.066) (1.188)
Wijzigingen in de verplichtingen voor voorgaande jaren (1.351) (1.415)
Wijziging verplichtingen (huidig en voorgaande jaren) 300 (79)
Wijziging in niet-verdiende premies (14) 22
Transfer tussen verplichtingen (70) (106)
Wisselkoersverschillen 170 (140)
Overige wijzigingen 307 459
Stand per 31 december 9.437 8.744

19.5 Verzekeringsverplichtingen en toereikendheidstoetsen

De toereikendheidstoetsen per jaareinde 2021 hebben de toereikendheid van de verzekeringsverplichtingen bevestigd.

Overzicht verzekeringsverplichtingen per bedrijfssegment

217 | 240

216 | 240

19.4

Aankoop/Verkoop dochterondernemingen

Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-leven

De volgende tabel geeft een overzicht van de verplichtingen die voortvloeien uit Niet-leven verzekeringscontracten.

Het verloop van de verplichtingen inzake Niet-leven verzekeringscontracten (voor herverzekering en eliminaties) is als volgt.

Toevoeging verplichtingen huidig jaar 3.131 2.559 Betaalde schaden huidig jaar (1.481) (1.223) Wijziging verplichtingen huidig jaar 1.650 1.336 Toevoeging verplichtingen voorgaande jaren (285) (227) Betaalde schaden voorgaande jaren (1.066) (1.188) Wijzigingen in de verplichtingen voor voorgaande jaren (1.351) (1.415)

Schadeverplichting 7.620 7.076 Niet-verdiende premies 1.730 1.614 Verplichting voor winstdeling polishouders 38 11 Voor eliminaties 9.437 8.744 Eliminaties (1.548) (1.340) Bruto 7.889 7.404 Herverzekering (789) (686) Netto 7.100 6.718

Stand per 1 januari 8.744 8.588

Wijziging verplichtingen (huidig en voorgaande jaren) 300 (79) Wijziging in niet-verdiende premies (14) 22 Transfer tussen verplichtingen (70) (106) Wisselkoersverschillen 170 (140) Overige wijzigingen 307 459 Stand per 31 december 9.437 8.744

31 december 2021 31 december 2020

2021 2020

In de onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de verplichtingen per bedrijfssegment.

Niet-leven bruto
split in verplichtingen
Leven bruto split
in verplichtingen:
Totaal Niet-verdiende Uitstaande Totaal Unit- Leven
31 december 2021 Niet-leven premies claims Leven linked Gegarandeerd
België 4.345 363 3.933 63.003 12.387 50.616
VK 2.605 708 1.897
Continentaal Europa 844 200 644 15.191 6.515 8.676
Herverzekering 1.643 459 1.184 13 13
Eliminaties (1.548) (1.548) (16) (1) (15)
Totaal verzekeraars 7.889 1.730 6.110 78.191 18.901 59.290
Niet-leven bruto
split in verplichtingen
Leven bruto split
in verplichtingen:
Totaal Niet-verdiende Uitstaande Totaal Unit- Leven
31 december 2020 Niet-leven premies claims Leven linked Gegarandeerd
België 4.086 355 3.689 62.878 10.654 52.224
VK 2.427 691 1.736
Continentaal Europa 843 192 651 15.821 6.436 9.385
Herverzekering 1.388 376 1.012 7 7
Eliminaties (1.340) (1.341) (14) (14)
Totaal verzekeraars 7.404 1.614 5.747 78.692 17.090 61.602

218 | 240

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Achtergestelde schulden

31 december 2021 31 december 2020
Uitgegeven door Ageasfinlux S.A.
FRESH Restricted Tier 1 Notes 384 384
Uitgegeven door ageas SA/NV
Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable
Temporary Write-Down Restricted Tier 1 Notes 744 750
Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes 989 994
Uitgegeven door AG Insurance
Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Loan 74 74
Fixed Rate Reset Dated Subordinated Tier 2 Notes 398 397
Fixed to Floating Callable Subordinated Tier 2 Notes 100 100
Uitgegeven door Millenniumbcp Ageas
Fixed to Floating Rate Callable Subordinated Restricted Tier 1 Loan 59 59
Totaal achtergestelde schulden 2.748 2.758

20 Achtergestelde schulden 219 | 240

20.1

Moody's en BBB door Fitch.

FRESH Grandfathered Restricted Tier 1 Notes

Ageasfinlux S.A. heeft op 7 mei 2002 een Floating Rate Equity-linked Subordinated Hybrid obligatielening zonder afloopdatum (FRESH) uitgegeven ten bedrage van EUR 1.250 miljoen tegen een variabele rentevoet van de 3-maands Euribor verhoogd met 135 basispunten. De effecten hebben geen einddatum, maar kunnen worden ingeruild tegen Ageas-aandelen tegen een prijs van 315 EUR naar eigen inzicht van de houder. De effecten zullen automatisch worden omgezet naar Ageasaandelen indien de prijs van het Ageas-aandeel hoger is dan of gelijk aan EUR 472,50 tijdens twintig opeenvolgende beurshandelsdagen. De effecten kwalificeren als Grandfathered Tier 1 kapitaal onder Solvency II. FRESH heeft een rating van A- door Standard & Poor's, Baa2 door

Deze aandelen zijn erkend in de balans van de Groep als eigen aandelen en geven geen recht op dividenden of stemrechten. Het totale aantal uitstaande aandelen van ageas SA/NV als gevolg van de

Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes

Op 24 november 2020 gaf ageas SA/NV schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes ter waarde van

De notes hebben een vaste coupon van 1,875%, jaarlijks betaalbaar tot de eerste renteherzieningsdatum (24 november 2031). Vanaf de eerste renteherzieningsdatum zal de coupon driemaandelijks betaalbaar zijn tegen een 3-maand Euribor variabele rente vermeerderd met een initiële kredietspread en een step-up van 100 basispunten. Merk op dat Ageas naar eigen keuze kan beslissen om het instrument vanaf 24 mei 2031, namelijk 6 maanden vóór de eerste renteherzieningsdatum, af te lossen.

Het instrument komt in aanmerking als Tier 2-kapitaal voor zowel Ageas Groep als ageas SA/NV krachtens de Europese wettelijke vereisten voor verzekeraars (Solvency II) en heeft een rating A- van zowel Standard &

Poor's als Fitch. Het instrument staat genoteerd aan de gereglementeerde markt van de Luxemburgse effectenbeurs.

Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable Temporary Write-Down Restricted Tier 1 Notes

Op 10 december 2019 gaf ageas SA/NV achtergestelde schuldeffecten uit voor een totale hoofdsom van EUR 750 miljoen in de vorm van Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable Temporary Write-Down

Deze notes hebben een vaste jaarlijks betaalbare coupon van 3,875% met renteherziening in juni 2030 (geen step-up) en daarna elke vijf jaar. Zij hebben geen vastgestelde vervaldatum en ageas SA/NV kan deze, behalve in bepaalde specifieke omstandigheden, niet aflossen voor de

De effecten komen in aanmerking als restricted Tier 1-kapitaal voor zowel Ageas Groep als ageas SA/NV krachtens de Europese wettelijke vereisten voor verzekeraars (Solvency II) en hebben een rating BBB van Standard & Poor's en BBB van Fitch. De notes staan genoteerd aan de

De netto-opbrengsten van de uitgifte van dit instrument werden gebruikt voor algemene bedrijfsdoeleinden en teneinde de wettelijk vereiste solvabiliteit van de Ageas Groep en haar operationele entiteiten te versterken, onder meer door vervanging van de FRESH-effecten die werden teruggekocht in het bod dat Ageas hier in 2019 op deed (zie

gereguleerde markt van de Luxemburgse effectenbeurs.

zesmaandsperiode voorafgaand aan juni 2030.

transactie blijft onveranderd.

EUR 500 miljoen die in 2051 vervallen.

20.2

20.3

20.1).

Restricted Tier 1 Notes.

De effecten werden uitgegeven door Ageasfinlux S.A., met ageas SA/NV als mededebiteur. Terugbetaling van de hoofdsom vindt niet in geld plaats. De houders van de FRESH kunnen ten opzichte van de mededebiteuren alleen recht doen gelden op de momenteel uitstaande 1,2 miljoen Ageas-aandelen die Ageasfinlux S.A. ten gunste van de houders van de FRESH in onderpand heeft gegeven. In afwachting van het omruilen van de FRESH tegen Ageas aandelen hebben deze Ageas aandelen geen dividend- of stemrecht (het per 31 december 2021 gerapporteerde aantal uitstaande Ageas aandelen is reeds inclusief de 1,2 miljoen Ageas aandelen die zijn uitgegeven voor deze omruil).

In het geval dat geen dividend wordt betaald op aandelen Ageas, of dat het vast te stellen dividend met betrekking tot een boekjaar onder de drempel ligt (dividendrendement minder dan 0,5%), of in bepaalde andere uitzonderlijke omstandigheden, zal de betaling van coupons plaatsvinden in overeenstemming met de zogenaamde Alternative Coupon Settlement Method (ACSM). De ACSM houdt in dat nieuwe aandelen Ageas worden uitgegeven en geleverd aan de houders van de FRESH. Tot op heden zijn alle coupons contant betaald. Als de ACSM in werking treedt en het beschikbare toegestane maatschappelijke kapitaal ontoereikend is om ageas SA/NV in staat te stellen de ACSMverplichting na te komen, wordt de couponbetaling opgeschort tot het moment dat de uitgifte van nieuwe aandelen weer mogelijk is.

Op 19 november 2019 lanceerde Ageas via zijn volledige

voorwaarden van de FRESH te wijzigen.

dochtermaatschappij Ageasfinlux S.A. een bod tot aankoop in contanten van de uitstaande FRESH-effecten. Tegelijktertijd startte Ageasfinlux S.A. een instemmingsprocedure om de aankoop van de FRESHeffecten toe te staan. Instemming van ten minste de meerderheid van de totale uitstaande hoofdsom van de FRESH was noodzakelijk om de

Op 3 januari 2020 kondigde Ageas aan dat in totaal 65,50% (EUR 818.750.000) van de totale hoofdsom van de uitstaande FRESHeffecten was teruggekocht. In het begin van het 2e kwartaal van 2020 kocht Ageas vervolgens FRESH-effecten voor een totale hoofdsom van EUR 47.250.000 op vraag van een derde partij, Zie toelichting 32 voor de impact op het resultaat van transacties welke betrekking hebben op FRESH-aandelen. Alle in 2020 aangekochte FRESH-effecten werden ingeruild tegen 2.749.206 onderliggende aandelen van ageas SA/NV.

31 december 2021 31 december 2020
Stand per 1 januari 2.758 3.117
Opbrengsten van uitgifte 498
Aflossing (507)
Gerealiseerde meerwaarden (359)
Wisselkoersverschillen en andere (10) 9
Stand per 31 december 2.748 2.758

Het grootste deel van de uitstaande achtergestelde verplichtingen per 31 december 2021 betreft posities met een looptijd van meer dan vijf jaar.

20.1 FRESH Grandfathered Restricted Tier 1 Notes

218 | 240

Ageasfinlux S.A. heeft op 7 mei 2002 een Floating Rate Equity-linked Subordinated Hybrid obligatielening zonder afloopdatum (FRESH) uitgegeven ten bedrage van EUR 1.250 miljoen tegen een variabele rentevoet van de 3-maands Euribor verhoogd met 135 basispunten. De effecten hebben geen einddatum, maar kunnen worden ingeruild tegen Ageas-aandelen tegen een prijs van 315 EUR naar eigen inzicht van de houder. De effecten zullen automatisch worden omgezet naar Ageasaandelen indien de prijs van het Ageas-aandeel hoger is dan of gelijk aan EUR 472,50 tijdens twintig opeenvolgende beurshandelsdagen. De effecten kwalificeren als Grandfathered Tier 1 kapitaal onder Solvency II. FRESH heeft een rating van A- door Standard & Poor's, Baa2 door Moody's en BBB door Fitch.

De effecten werden uitgegeven door Ageasfinlux S.A., met ageas SA/NV als mededebiteur. Terugbetaling van de hoofdsom vindt niet in geld plaats. De houders van de FRESH kunnen ten opzichte van de mededebiteuren alleen recht doen gelden op de momenteel uitstaande 1,2 miljoen Ageas-aandelen die Ageasfinlux S.A. ten gunste van de houders van de FRESH in onderpand heeft gegeven. In afwachting van het omruilen van de FRESH tegen Ageas aandelen hebben deze Ageas aandelen geen dividend- of stemrecht (het per 31 december 2021 gerapporteerde aantal uitstaande Ageas aandelen is reeds inclusief de 1,2 miljoen Ageas aandelen die zijn uitgegeven voor deze omruil).

31 december 2021 31 december 2020

20 Achtergestelde schulden 219 | 240

31 december 2021 31 december 2020

FRESH Restricted Tier 1 Notes 384 384

Temporary Write-Down Restricted Tier 1 Notes 744 750 Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes 989 994

Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Loan 74 74 Fixed Rate Reset Dated Subordinated Tier 2 Notes 398 397 Fixed to Floating Callable Subordinated Tier 2 Notes 100 100

Fixed to Floating Rate Callable Subordinated Restricted Tier 1 Loan 59 59 Totaal achtergestelde schulden 2.748 2.758

Stand per 1 januari 2.758 3.117 Opbrengsten van uitgifte 498 Aflossing (507) Gerealiseerde meerwaarden (359) Wisselkoersverschillen en andere (10) 9 Stand per 31 december 2.748 2.758

Het grootste deel van de uitstaande achtergestelde verplichtingen per 31 december 2021 betreft

Uitgegeven door Ageasfinlux S.A.

Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Uitgegeven door ageas SA/NV

Uitgegeven door AG Insurance

Uitgegeven door Millenniumbcp Ageas

posities met een looptijd van meer dan vijf jaar.

In het geval dat geen dividend wordt betaald op aandelen Ageas, of dat het vast te stellen dividend met betrekking tot een boekjaar onder de drempel ligt (dividendrendement minder dan 0,5%), of in bepaalde andere uitzonderlijke omstandigheden, zal de betaling van coupons plaatsvinden in overeenstemming met de zogenaamde Alternative Coupon Settlement Method (ACSM). De ACSM houdt in dat nieuwe aandelen Ageas worden uitgegeven en geleverd aan de houders van de FRESH. Tot op heden zijn alle coupons contant betaald. Als de ACSM in werking treedt en het beschikbare toegestane maatschappelijke kapitaal ontoereikend is om ageas SA/NV in staat te stellen de ACSMverplichting na te komen, wordt de couponbetaling opgeschort tot het moment dat de uitgifte van nieuwe aandelen weer mogelijk is.

Op 19 november 2019 lanceerde Ageas via zijn volledige dochtermaatschappij Ageasfinlux S.A. een bod tot aankoop in contanten van de uitstaande FRESH-effecten. Tegelijktertijd startte Ageasfinlux S.A. een instemmingsprocedure om de aankoop van de FRESHeffecten toe te staan. Instemming van ten minste de meerderheid van de totale uitstaande hoofdsom van de FRESH was noodzakelijk om de voorwaarden van de FRESH te wijzigen.

Op 3 januari 2020 kondigde Ageas aan dat in totaal 65,50% (EUR 818.750.000) van de totale hoofdsom van de uitstaande FRESHeffecten was teruggekocht. In het begin van het 2e kwartaal van 2020 kocht Ageas vervolgens FRESH-effecten voor een totale hoofdsom van EUR 47.250.000 op vraag van een derde partij, Zie toelichting 32 voor de impact op het resultaat van transacties welke betrekking hebben op FRESH-aandelen. Alle in 2020 aangekochte FRESH-effecten werden ingeruild tegen 2.749.206 onderliggende aandelen van ageas SA/NV.

Deze aandelen zijn erkend in de balans van de Groep als eigen aandelen en geven geen recht op dividenden of stemrechten. Het totale aantal uitstaande aandelen van ageas SA/NV als gevolg van de transactie blijft onveranderd.

20.2 Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes

Op 24 november 2020 gaf ageas SA/NV schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes ter waarde van EUR 500 miljoen die in 2051 vervallen.

De notes hebben een vaste coupon van 1,875%, jaarlijks betaalbaar tot de eerste renteherzieningsdatum (24 november 2031). Vanaf de eerste renteherzieningsdatum zal de coupon driemaandelijks betaalbaar zijn tegen een 3-maand Euribor variabele rente vermeerderd met een initiële kredietspread en een step-up van 100 basispunten. Merk op dat Ageas naar eigen keuze kan beslissen om het instrument vanaf 24 mei 2031, namelijk 6 maanden vóór de eerste renteherzieningsdatum, af te lossen.

Het instrument komt in aanmerking als Tier 2-kapitaal voor zowel Ageas Groep als ageas SA/NV krachtens de Europese wettelijke vereisten voor verzekeraars (Solvency II) en heeft een rating A- van zowel Standard & Poor's als Fitch. Het instrument staat genoteerd aan de gereglementeerde markt van de Luxemburgse effectenbeurs.

20.3 Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable Temporary Write-Down Restricted Tier 1 Notes

Op 10 december 2019 gaf ageas SA/NV achtergestelde schuldeffecten uit voor een totale hoofdsom van EUR 750 miljoen in de vorm van Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable Temporary Write-Down Restricted Tier 1 Notes.

Deze notes hebben een vaste jaarlijks betaalbare coupon van 3,875% met renteherziening in juni 2030 (geen step-up) en daarna elke vijf jaar. Zij hebben geen vastgestelde vervaldatum en ageas SA/NV kan deze, behalve in bepaalde specifieke omstandigheden, niet aflossen voor de zesmaandsperiode voorafgaand aan juni 2030.

De effecten komen in aanmerking als restricted Tier 1-kapitaal voor zowel Ageas Groep als ageas SA/NV krachtens de Europese wettelijke vereisten voor verzekeraars (Solvency II) en hebben een rating BBB van Standard & Poor's en BBB van Fitch. De notes staan genoteerd aan de gereguleerde markt van de Luxemburgse effectenbeurs.

De netto-opbrengsten van de uitgifte van dit instrument werden gebruikt voor algemene bedrijfsdoeleinden en teneinde de wettelijk vereiste solvabiliteit van de Ageas Groep en haar operationele entiteiten te versterken, onder meer door vervanging van de FRESH-effecten die werden teruggekocht in het bod dat Ageas hier in 2019 op deed (zie 20.1).

20.4 Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes

220 | 240

Op 10 april 2019 gaf ageas SA/NV zijn eerste schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes voor EUR 500 miljoen die in 2049 vervallen.

Deze notes hebben een vaste coupon van 3,25%, jaarlijks betaalbaar tot de eerste call-datum (2 juli 2029). Vanaf de eerste call-datum zal de coupon driemaandelijks betaalbaar zijn tegen een 3-maand Euribor variabele rente vermeerderd met een initiële kredietspread en een stepup van 100 basispunten.

Dit instrument komt in aanmerking als Tier 2-kapitaal voor zowel Ageas Groep als ageas SA/NV krachtens de Europese wettelijke vereisten voor verzekeraars (Solvency II) en heeft een rating van A- volgens Standard & Poor's en Fitch. De note staat genoteerd aan de gereguleerde markt van de Luxemburgse effectenbeurs.

20.5 Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Loan

Op 27 juni 2019 verstrekten Ageas en BNP Paribas Cardif aan AG Insurance een achtergestelde lening van EUR 300 miljoen (Ageas: EUR 225 miljoen, BNP Paribas Cardif: EUR 75 miljoen) als gedeeltelijke vervanging voor de USD 550 miljoen die in maart 2019 werden afgelost. Op het niveau van de Ageas Groep wordt de intragroepslening tussen Ageas en AG Insurance geëlimineerd.

20.6 Fixed Rate Reset Dated Subordinated Tier 2 Notes

Op 31 maart 2015 heeft AG Insurance voor een bedrag van EUR 400 miljoen Fixed Rate Subordinated Tier 2 Notes (achtergestelde obligaties tegen vaste rente) uitgegeven met een rentevoet van 3,5% en een looptijd van 32 jaar. De obligaties kunnen worden afgelost naar eigen keuze van AG Insurance, in hun geheel maar niet gedeeltelijk, op de eerste calldatum op 30 juni 2027 of op willekeurig welke andere rentevervaldag daarna. Op de eerste calldatum en op elke vijfde verjaardag van de eerste calldatum zal de rentevoet opnieuw bepaald worden, als de som van de vijfjarige euro mid swap rente verhoogd met

3,875%. De obligaties zijn genoteerd aan de Beurs van Luxemburg en kwalificeren als Tier 2 kapitaal onder Solvency II. Ze hebben een rating A- van zowel Standard & Poor's als Fitch.

221 | 240

31 december 2021 31 december 2020

21 Schulden

31 december 2021 31 december 2020

Terugkoopovereenkomsten 2.078 2.312 Leningen 838 898 Schulden aan banken 2.916 3.210 Depots van herverzekeraars 74 77 Leaseverplichtingen 560 570 Overige financieringen 66 63 Totaal schulden 3.616 3.920

Terugkoopovereenkomsten zijn zekergestelde kortlopende leningen die worden gebruikt voor de afdekking van specifieke beleggingen met rentevoeten die opnieuw kunnen worden vastgesteld en

Daarnaast heeft Ageas vastgoed met een boekwaarde van EUR 166 miljoen als zekerheid gesteld

De leaseverplichtingen worden gewaardeerd tegen de contante waarde van de leasebetalingen en wordt verdisconteerd op basis van de impliciete rentevoet van de leaseovereenkomst. De rentelasten op de leaseverplichting en de afschrijvingskosten voor het met een gebruiksrecht

Stand per 1 januari 3.920 2.956 Opbrengsten van uitgifte 73 1.053 Betalingen (375) (90) Wisselkoersverschillen en overige wijzigingen (2) 1 Stand per 31 december 3.616 3.920

De boekwaarde van de schulden is een redelijke benadering van de reële waarde doordat de looptijden van contracten minder dan een jaar bedragen (terugkoopovereenkomsten) en/of doordat contracten een variabele rente dragen (leningen van banken). De reële waarde is derhalve

met het oog op kasbeheer.

voor leningen en overige (2020: EUR 173 miljoen).

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

gebaseerd op waarneembare marktgegevens (niveau 2).

overeenstemmend actief worden afzonderlijk van elkaar gepresenteerd.

20.7 Fixed-to-Floating Callable Subordinated Tier 2 Notes

Op 18 december 2013 plaatste AG Insurance voor een bedrag van EUR 450 miljoen Fixed-to-Floating Callable Subordinated Tier 2 Notes (achtergestelde obligaties met vaste naar variabele rente), met een looptijd van 31 jaar en een rentevoet van 5,25%. De obligaties kunnen worden afgelost naar eigen keuze van AG Insurance, in hun geheel maar niet gedeeltelijk, op de eerste calldatum op 18 juni 2024 of op willekeurig welke andere rentevervaldag daarna. Op hun eerste calldatum zullen de obligaties rente dragen aan een variabele rentevoet van 3-maands Euribor verhoogd met 4,136% per jaar, betaalbaar per kwartaal.

De obligaties kwalificeren als Tier 2 onder Solvency II en hebben een rating A- van Standard & Poor's en Fitch. De obligaties zijn onderschreven door ageas SA/NV (EUR 350 miljoen) en BNP Paribas Fortis SA/NV (EUR 100 miljoen) en zijn genoteerd aan de Beurs van Luxemburg. Het gedeelte verstrekt door ageas SA/NV wordt geëlimineerd omdat het een intra-groepstransactie betreft.

20.8 Fixed-to-Floating Callable Subordinated Grandfathered Restricted Tier 1 Loan

Op 5 december 2014 hebben Ageas Insurance International N.V. (51%) (AII) en BCP Investments B.V. (49%) een achtergestelde lening van EUR 120 miljoen verstrekt aan Millenniumbcp Ageas tegen 4,75% per jaar tot de eerste calldatum in december 2019 en 6-maands Euribor + 475 basispunten per jaar daarna. Vanaf het 2e kwartaal van 2020 is de lening die voorheen eigendom was van Ageas Insurance International overgedragen naar de balans van ageas SA/NV. Het deel verstrekt door ageas SA/NV wordt geëlimineerd omdat het een intra-groepstransactie betreft. De obligaties kwalificeren als 'Grandfathered' Tier 1 kapitaal onder Solvency II.

21 Schulden

221 | 240

220 | 240

20.4

20.5

20.6

500 miljoen die in 2049 vervallen.

van de Luxemburgse effectenbeurs.

Ageas en AG Insurance geëlimineerd.

up van 100 basispunten.

Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes

3,875%. De obligaties zijn genoteerd aan de Beurs van Luxemburg en kwalificeren als Tier 2 kapitaal onder Solvency II. Ze hebben een rating

Fixed-to-Floating Callable Subordinated Tier

Op 18 december 2013 plaatste AG Insurance voor een bedrag van EUR 450 miljoen Fixed-to-Floating Callable Subordinated Tier 2 Notes (achtergestelde obligaties met vaste naar variabele rente), met een looptijd van 31 jaar en een rentevoet van 5,25%. De obligaties kunnen worden afgelost naar eigen keuze van AG Insurance, in hun geheel maar niet gedeeltelijk, op de eerste calldatum op 18 juni 2024 of op willekeurig welke andere rentevervaldag daarna. Op hun eerste calldatum zullen de obligaties rente dragen aan een variabele rentevoet van 3-maands Euribor verhoogd met 4,136% per jaar, betaalbaar per

De obligaties kwalificeren als Tier 2 onder Solvency II en hebben een rating A- van Standard & Poor's en Fitch. De obligaties zijn onderschreven door ageas SA/NV (EUR 350 miljoen) en BNP Paribas Fortis SA/NV (EUR 100 miljoen) en zijn genoteerd aan de Beurs van Luxemburg. Het gedeelte verstrekt door ageas SA/NV wordt geëlimineerd omdat het een intra-groepstransactie betreft.

Op 5 december 2014 hebben Ageas Insurance International N.V. (51%) (AII) en BCP Investments B.V. (49%) een achtergestelde lening van EUR 120 miljoen verstrekt aan Millenniumbcp Ageas tegen 4,75% per jaar tot de eerste calldatum in december 2019 en 6-maands Euribor + 475 basispunten per jaar daarna. Vanaf het 2e kwartaal van 2020 is de lening die voorheen eigendom was van Ageas Insurance International overgedragen naar de balans van ageas SA/NV. Het deel verstrekt door ageas SA/NV wordt geëlimineerd omdat het een intra-groepstransactie betreft. De obligaties kwalificeren als 'Grandfathered' Tier 1 kapitaal

Fixed-to-Floating Callable Subordinated Grandfathered Restricted Tier 1 Loan

A- van zowel Standard & Poor's als Fitch.

20.7

2 Notes

kwartaal.

20.8

onder Solvency II.

Op 10 april 2019 gaf ageas SA/NV zijn eerste schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes voor EUR

Deze notes hebben een vaste coupon van 3,25%, jaarlijks betaalbaar tot de eerste call-datum (2 juli 2029). Vanaf de eerste call-datum zal de coupon driemaandelijks betaalbaar zijn tegen een 3-maand Euribor variabele rente vermeerderd met een initiële kredietspread en een step-

Dit instrument komt in aanmerking als Tier 2-kapitaal voor zowel Ageas Groep als ageas SA/NV krachtens de Europese wettelijke vereisten voor verzekeraars (Solvency II) en heeft een rating van A- volgens Standard & Poor's en Fitch. De note staat genoteerd aan de gereguleerde markt

Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Loan

Op 27 juni 2019 verstrekten Ageas en BNP Paribas Cardif aan AG Insurance een achtergestelde lening van EUR 300 miljoen (Ageas: EUR 225 miljoen, BNP Paribas Cardif: EUR 75 miljoen) als gedeeltelijke vervanging voor de USD 550 miljoen die in maart 2019 werden afgelost. Op het niveau van de Ageas Groep wordt de intragroepslening tussen

Fixed Rate Reset Dated Subordinated Tier 2 Notes

Op 31 maart 2015 heeft AG Insurance voor een bedrag van EUR 400 miljoen Fixed Rate Subordinated Tier 2 Notes (achtergestelde obligaties tegen vaste rente) uitgegeven met een rentevoet van 3,5% en een looptijd van 32 jaar. De obligaties kunnen worden afgelost naar eigen keuze van AG Insurance, in hun geheel maar niet gedeeltelijk, op de eerste calldatum op 30 juni 2027 of op willekeurig welke andere rentevervaldag daarna. Op de eerste calldatum en op elke vijfde verjaardag van de eerste calldatum zal de rentevoet opnieuw bepaald worden, als de som van de vijfjarige euro mid swap rente verhoogd met

31 december 2021 31 december 2020
Terugkoopovereenkomsten 2.078 2.312
Leningen 838 898
Schulden aan banken 2.916 3.210
Depots van herverzekeraars 74 77
Leaseverplichtingen 560 570
Overige financieringen 66 63
Totaal schulden 3.616 3.920

(om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Terugkoopovereenkomsten zijn zekergestelde kortlopende leningen die worden gebruikt voor de afdekking van specifieke beleggingen met rentevoeten die opnieuw kunnen worden vastgesteld en met het oog op kasbeheer.

Daarnaast heeft Ageas vastgoed met een boekwaarde van EUR 166 miljoen als zekerheid gesteld voor leningen en overige (2020: EUR 173 miljoen).

De boekwaarde van de schulden is een redelijke benadering van de reële waarde doordat de looptijden van contracten minder dan een jaar bedragen (terugkoopovereenkomsten) en/of doordat contracten een variabele rente dragen (leningen van banken). De reële waarde is derhalve gebaseerd op waarneembare marktgegevens (niveau 2).

De leaseverplichtingen worden gewaardeerd tegen de contante waarde van de leasebetalingen en wordt verdisconteerd op basis van de impliciete rentevoet van de leaseovereenkomst. De rentelasten op de leaseverplichting en de afschrijvingskosten voor het met een gebruiksrecht overeenstemmend actief worden afzonderlijk van elkaar gepresenteerd.

31 december 2021 31 december 2020
Stand per 1 januari 3.920 2.956
Opbrengsten van uitgifte 73 1.053
Betalingen (375) (90)
Wisselkoersverschillen en overige wijzigingen (2) 1
Stand per 31 december 3.616 3.920

De volgende tabel toont de niet-verdisconteerde kasstromen van de leningen, afgezien van de leaseverplichtingen, ingedeeld per relevante looptijdgroep op 31 december.

223 | 240

Een nadere detaillering van de uitgestelde winstbelastingen per

Uitgestelde belastingvorderingen op:

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Schuldbewijzen en achtergestelde schulden

Uitgestelde belastingverplichtingen op:

Beleggingen (beschikbaar voor verkoop) 14 13 1 8 Vastgoedbeleggingen 13 9 4 1 Leningen aan klanten 2 2 1 Materiële vaste activa 42 41 (1)

22 Actuele en uitgestelde belastingen

Verzekeringspolis en claim reserves 664 1.111 (15)

Voorzieningen voor pensioenen en uitkeringen na uitdiensttreding 84 121 6 Overige voorzieningen 8 10 (1) Overlopende kosten en vooruit ontvangen opbrengsten 1 (1) 1 Niet-aangewende compensabele verliezen 106 98 4 (6) Overige 100 98 2 3 Bruto uitgestelde belastingvorderingen 1.041 1.512 9 (2)

Netto uitgestelde belastingvorderingen 1.013 1.485 9 (2)

Beleggingen (beschikbaar voor verkoop) 1.489 2.079 (2) (3) Vastgoedbeleggingen 98 94 (3) 5 Leningen aan klanten 2 1 (1) Materiële vaste activa 124 135 9 4 Immateriële vaste activa (exclusief goodwill) 80 84 3 4

Overige voorzieningen 11 7 (4) (10) Overlopende acquisitiekosten 36 33 (3) (1)

Belastingvrij gerealiseerde reserves 21 23 2 2 Overige 21 34 6 7 Totaal uitgestelde belastingverplichtingen 1.884 2.492 7 8 Uitgestelde belastingopbrengsten (lasten) 16 6

Immateriële vaste activa (exclusief goodwill) 8 8

Niet-opgenomen uitgestelde belastingvorderingen (28) (27)

Schuldbewijzen en achtergestelde schulden 1

Vooruitbetaalde lasten en overlopende baten 1 1

Netto uitgestelde belastingen (871) (1.007)

Balans Resultatenrekening 2021 2020 2021 2020

31 december is als volgt.

31 december 2021 31 december 2020
Minder dan 1 jaar 2.898 2.554
1 jaar tot 3 jaar 28 358
3 jaar tot 5 jaar 36 310
Langer dan 5 jaar 94 128
Totaal 3.056 3.350

Leaseverplichtingen als leasingnemer (niet verdisconteerd)

222 | 240

Minimum lease betalingen
2021 2020
Minder dan 1 jaar 80 82
1 jaar tot 2 jaar 77 74
2 jaar tot 3 jaar 64 72
3 jaar tot 4 jaar 58 58
4 jaar tot 5 jaar 47 51
Langer dan 5 jaar 440 441
Totaal 766 778
Jaarlijkse huurlasten 6 5
Toekomstige financieringslasten 206 208

223 | 240

222 | 240

op 31 december.

Leaseverplichtingen als leasingnemer (niet verdisconteerd)

De volgende tabel toont de niet-verdisconteerde kasstromen van de leningen, afgezien van de leaseverplichtingen, ingedeeld per relevante looptijdgroep

Minder dan 1 jaar 2.898 2.554 1 jaar tot 3 jaar 28 358 3 jaar tot 5 jaar 36 310 Langer dan 5 jaar 94 128 Totaal 3.056 3.350

Minder dan 1 jaar 80 82 1 jaar tot 2 jaar 77 74 2 jaar tot 3 jaar 64 72 3 jaar tot 4 jaar 58 58 4 jaar tot 5 jaar 47 51 Langer dan 5 jaar 440 441 Totaal 766 778 Jaarlijkse huurlasten 6 5 Toekomstige financieringslasten 206 208

31 december 2021 31 december 2020

Minimum lease betalingen

2021 2020

Actuele en uitgestelde belastingen

(om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Een nadere detaillering van de uitgestelde winstbelastingen per 31 december is als volgt.

Balans Resultatenrekening
2021 2020 2021 2020
Uitgestelde belastingvorderingen op:
Beleggingen (beschikbaar voor verkoop) 14 13 1 8
Vastgoedbeleggingen 13 9 4 1
Leningen aan klanten 2 2 1
Materiële vaste activa 42 41 (1)
Immateriële vaste activa (exclusief goodwill) 8 8
Verzekeringspolis en claim reserves 664 1.111 (15)
Schuldbewijzen en achtergestelde schulden
Voorzieningen voor pensioenen en uitkeringen na uitdiensttreding 84 121 6
Overige voorzieningen 8 10 (1)
Overlopende kosten en vooruit ontvangen opbrengsten 1 (1) 1
Niet-aangewende compensabele verliezen 106 98 4 (6)
Overige 100 98 2 3
Bruto uitgestelde belastingvorderingen 1.041 1.512 9 (2)
Niet-opgenomen uitgestelde belastingvorderingen (28) (27)
Netto uitgestelde belastingvorderingen 1.013 1.485 9 (2)
Uitgestelde belastingverplichtingen op:
Beleggingen (beschikbaar voor verkoop) 1.489 2.079 (2) (3)
Vastgoedbeleggingen 98 94 (3) 5
Leningen aan klanten 2 1 (1)
Materiële vaste activa 124 135 9 4
Immateriële vaste activa (exclusief goodwill) 80 84 3 4
Schuldbewijzen en achtergestelde schulden 1
Overige voorzieningen 11 7 (4) (10)
Overlopende acquisitiekosten 36 33 (3) (1)
Vooruitbetaalde lasten en overlopende baten 1 1
Belastingvrij gerealiseerde reserves 21 23 2 2
Overige 21 34 6 7
Totaal uitgestelde belastingverplichtingen 1.884 2.492 7 8
Uitgestelde belastingopbrengsten (lasten) 16 6
Netto uitgestelde belastingen (871) (1.007)

22 Actuele en uitgestelde belastingen

224 | 240

Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden gesaldeerd wanneer sprake is van een wettelijk afdwingbaar recht om actuele belastingvorderingen te salderen met actuele belastingverplichtingen en wanneer de uitgestelde belastingen betrekking hebben op dezelfde belastingautoriteit. Na deze saldering zijn deze bedragen in de balans als volgt.

2021 2020
Uitgestelde belastingvorderingen 100 98
Uitgestelde belastingverplichtingen 971 1.105
Netto uitgestelde belastingen (871) (1.007)

Per 31 december 2021 bedroegen de actuele en uitgestelde belastingen opgenomen in het eigen vermogen respectievelijk EUR 42 miljoen en EUR 900 miljoen. (2020: EUR 54 miljoen en EUR 1.050 miljoen).

Uitgestelde belastingvorderingen worden verantwoord voor zover het waarschijnlijk is dat er voldoende toekomstig belastbaar resultaat zal zijn waarmee de uitgestelde belastingvordering verrekend kan worden. Er zijn uitgestelde belastingvorderingen verantwoord met betrekking tot niet benutte (gevorderde) belastingverliezen alsmede

belastingverminderingen tegen een geschatte belastingwaarde van EUR

79 miljoen (2020: EUR 71 miljoen). De fiscale verliezen die niet zijn verantwoord bedragen per 31 december 2021 EUR 3.200 miljoen (2020: EUR 3.308 miljoen). Het grootste deel van de (gevorderde) overgedragen fiscale verliezen zijn ontstaan door de vereffening van Brussels Liquidation Holding (het voormalige Fortis Brussels, waartoe de bankactiviteiten van Fortis voorheen behoorden). Voor belastingdoeleinden ontstond het verlies op de verkoop van Fortis Bank pas op het moment van de vereffening.

225 | 240

De RPN(I) is een financieel instrument dat leidt tot

Fortis SA/NV.

kwartaalbetalingen gedaan door of ontvangen van BNP Paribas

RPN(I).

BNP Paribas Fortis SA/NV heeft in 2007, met ageas SA/NV als mededebiteur, CASHES uitgegeven. CASHES zijn converteerbare effecten die in aandelen Ageas kunnen worden omgezet tegen een vooraf vastgestelde prijs van EUR 239,40 per aandeel. BNP Paribas Fortis SA/NV en ageas SA/NV, die op dat moment beide deel uitmaakten van de Fortis Groep, hebben een financieel instrument geïntroduceerd, de 'Relative Performance Note' (RPN), ter voorkoming van boekhoudkundige volatiliteit van de aandelen Ageas en van de in de boeken van BNP Paribas Fortis SA/NV tegen reële waarde geboekte CASHES. Bij de opsplitsing van Fortis in 2009 zijn BNP Paribas Fortis SA/NV en Ageas overeengekomen rente te betalen over een in deze RPN vermeld referentiebedrag. Deze rentebetaling per kwartaal wordt gewaardeerd als een financieel instrument en aangeduid als

23 RPN (I)

De RPN(I) bestaat zolang er uitstaande CASHES in de markt zijn. In 2007 zijn aanvankelijk 12.000 CASHES uitgegeven. In februari 2012 lanceerde BNP Paribas een openbaar bod op CASHES aan een prijs van 47,5% en werden 7.553 aangeboden CASHES effecten omgezet in Ageas aandelen; Ageas betaalde een schadevergoeding van EUR 287 miljoen aan BNP Paribas aangezien de

In mei 2015 kwamen Ageas en BNP Paribas overeen dat BNP Paribas te allen tijde CASHES kan aankopen van individuele beleggers, op voorwaarde dat de aangekochte effecten worden omgezet in Ageas aandelen; bij een dergelijke conversie wordt de pro-rata vrijval van de RPN(I) verplichting betaald aan BNP Paribas, terwijl Ageas de break-up fee ontvangt die gekoppeld is aan de prijs

BNP Paribas kocht en converteerde in de eerste negen maanden van 2016 656 CASHES onder deze overeenkomst; Ageas betaalde 44 miljoen EUR voor de pro-rata schikking van de RPN(I), na aftrek van de ontvangen break-up fee. De overeenkomst tussen Ageas en BNP Paribas liep eind

het verschil tussen EUR 2.350 miljoen en de marktwaarde van 13 miljoen aandelen Ageas

het verschil tussen EUR 3.000 miljoen bij de uitgifte en de marktwaarde van de CASHES zoals

het aantal uitstaande CASHES (3.791 op 31 december 2021) gedeeld door het aantal CASHES

Ageas betaalt rente aan BNP Paribas Fortis SA/NV over het gemiddelde referentiebedrag in het kwartaal (als het resultaat hierboven negatief wordt, betaalt BNP Paribas Fortis SA/NV aan Ageas); de rente bedraagt 3-maands Euribor plus 90 basispunten. Ageas gaf 6,3% van de totaal uitstaande

aandelen van AG Insurance in onderpand ten gunste van BNP Paribas Fortis SA/NV.

conversie aanleiding gaf tot een pro-rata vrijval van de RPN(I) verplichting.

waartegen BNP Paribas de CASHES kan kopen.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Per 31 december 2021 resteren 3.791 uitstaande CASHES.

waarin het instrument wordt geconverteerd, minus

effecten dat oorspronkelijk werd uitgegeven (12.000).

genoteerd aan de beurs van Luxemburg, vermenigvuldigd met

2016 af en werd niet verlengd.

Referentiebedrag en rentebetalingen Het referentiebedrag wordt als volgt berekend:

23 RPN (I)

225 | 240

2021 2020

79 miljoen (2020: EUR 71 miljoen). De fiscale verliezen die niet zijn verantwoord bedragen per 31 december 2021 EUR 3.200 miljoen (2020:

belastingdoeleinden ontstond het verlies op de verkoop van Fortis Bank

EUR 3.308 miljoen). Het grootste deel van de (gevorderde) overgedragen fiscale verliezen zijn ontstaan door de vereffening van Brussels Liquidation Holding (het voormalige Fortis Brussels, waartoe

de bankactiviteiten van Fortis voorheen behoorden). Voor

pas op het moment van de vereffening.

224 | 240

Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden gesaldeerd wanneer sprake is van een wettelijk afdwingbaar recht om actuele belastingvorderingen te salderen met actuele belastingverplichtingen en wanneer de uitgestelde belastingen betrekking hebben op dezelfde

Uitgestelde belastingvorderingen 100 98 Uitgestelde belastingverplichtingen 971 1.105 Netto uitgestelde belastingen (871) (1.007)

belastingautoriteit. Na deze saldering zijn deze bedragen in de balans als volgt.

Per 31 december 2021 bedroegen de actuele en uitgestelde belastingen opgenomen in het eigen vermogen respectievelijk EUR 42 miljoen en EUR 900 miljoen. (2020: EUR 54 miljoen en EUR 1.050 miljoen).

Uitgestelde belastingvorderingen worden verantwoord voor zover het waarschijnlijk is dat er voldoende toekomstig belastbaar resultaat zal zijn waarmee de uitgestelde belastingvordering verrekend kan worden. Er zijn uitgestelde belastingvorderingen verantwoord met betrekking tot

belastingverminderingen tegen een geschatte belastingwaarde van EUR

niet benutte (gevorderde) belastingverliezen alsmede

De RPN(I) is een financieel instrument dat leidt tot kwartaalbetalingen gedaan door of ontvangen van BNP Paribas Fortis SA/NV.

BNP Paribas Fortis SA/NV heeft in 2007, met ageas SA/NV als mededebiteur, CASHES uitgegeven. CASHES zijn converteerbare effecten die in aandelen Ageas kunnen worden omgezet tegen een vooraf vastgestelde prijs van EUR 239,40 per aandeel. BNP Paribas Fortis SA/NV en ageas SA/NV, die op dat moment beide deel uitmaakten van de Fortis Groep, hebben een financieel instrument geïntroduceerd, de 'Relative Performance Note' (RPN), ter voorkoming van boekhoudkundige volatiliteit van de aandelen Ageas en van de in de boeken van BNP Paribas Fortis SA/NV tegen reële waarde geboekte CASHES. Bij de opsplitsing van Fortis in 2009 zijn BNP Paribas Fortis SA/NV en Ageas overeengekomen rente te betalen over een in deze RPN vermeld referentiebedrag. Deze rentebetaling per kwartaal wordt gewaardeerd als een financieel instrument en aangeduid als RPN(I).

De RPN(I) bestaat zolang er uitstaande CASHES in de markt zijn. In 2007 zijn aanvankelijk 12.000 CASHES uitgegeven. In februari 2012 lanceerde BNP Paribas een openbaar bod op CASHES aan een prijs van 47,5% en werden 7.553 aangeboden CASHES effecten omgezet in Ageas aandelen; Ageas betaalde een schadevergoeding van EUR 287 miljoen aan BNP Paribas aangezien de conversie aanleiding gaf tot een pro-rata vrijval van de RPN(I) verplichting.

In mei 2015 kwamen Ageas en BNP Paribas overeen dat BNP Paribas te allen tijde CASHES kan aankopen van individuele beleggers, op voorwaarde dat de aangekochte effecten worden omgezet in Ageas aandelen; bij een dergelijke conversie wordt de pro-rata vrijval van de RPN(I) verplichting betaald aan BNP Paribas, terwijl Ageas de break-up fee ontvangt die gekoppeld is aan de prijs waartegen BNP Paribas de CASHES kan kopen.

BNP Paribas kocht en converteerde in de eerste negen maanden van 2016 656 CASHES onder deze overeenkomst; Ageas betaalde 44 miljoen EUR voor de pro-rata schikking van de RPN(I), na aftrek van de ontvangen break-up fee. De overeenkomst tussen Ageas en BNP Paribas liep eind 2016 af en werd niet verlengd.

Per 31 december 2021 resteren 3.791 uitstaande CASHES.

Referentiebedrag en rentebetalingen

Het referentiebedrag wordt als volgt berekend:

(om afstand tot de tekst te kunnen maken).

  • het verschil tussen EUR 2.350 miljoen en de marktwaarde van 13 miljoen aandelen Ageas waarin het instrument wordt geconverteerd, minus
  • het verschil tussen EUR 3.000 miljoen bij de uitgifte en de marktwaarde van de CASHES zoals genoteerd aan de beurs van Luxemburg, vermenigvuldigd met
  • het aantal uitstaande CASHES (3.791 op 31 december 2021) gedeeld door het aantal CASHES effecten dat oorspronkelijk werd uitgegeven (12.000).

Ageas betaalt rente aan BNP Paribas Fortis SA/NV over het gemiddelde referentiebedrag in het kwartaal (als het resultaat hierboven negatief wordt, betaalt BNP Paribas Fortis SA/NV aan Ageas); de rente bedraagt 3-maands Euribor plus 90 basispunten. Ageas gaf 6,3% van de totaal uitstaande aandelen van AG Insurance in onderpand ten gunste van BNP Paribas Fortis SA/NV.

Waardering

226 | 240

Ageas past een transferbegrip toe om de RPN(I)-verplichting tegen reële waarde te registreren. IFRS 13 definieert reële waarde als de prijs die ontvangen zou worden bij de verkoop van een actief of betaald zou moeten worden bij het overdragen van een verplichting in een ordelijke transactie tussen marktpartijen op de waarderingsdatum. De definitie van reële waarde gaat expliciet uit van een 'eindprijs', gelinkt aan de prijs 'die betaald moet worden bij het overdragen van een verplichting'. Als zulke prijzen niet beschikbaar zijn en de verplichting wordt door een andere entiteit als een actief gehouden, dan moet de verplichting worden gewaardeerd vanuit het perspectief van een marktpartij die het actief aanhoudt. Ageas waardeert zijn verplichting tegen het referentiebedrag.

Het RPN-referentiebedrag is gebaseerd op de prijs van de CASHES en de koers van het Ageas aandeel. Het referentiebedrag steeg van EUR 420 miljoen op het einde van 2020 naar EUR 520.4 miljoen op 31 december 2021, voornamelijk als gevolg van een koersstijging van de prijs van de CASHES van 84,17% op 31 december 2020 naar 95,61% op 31 december 2021, slechts gedeeltelijk gecompenseerd door de prijsstijging van het Ageas aandeel van EUR 43,58 tot EUR 45,55 over dezelfde periode.

227 | 240

31 december 2021 31 december 2020

Uitgestelde baten 155 139 Overlopende financieringslasten 50 57 Overlopende lasten 101 99 Derivaten gehouden voor afdekkingsdoeleinden 26 27 Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden 15 8 Verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen 808 870 Verplichtingen voor overige vergoedingen na uitdiensttreding 137 153 Verplichtingen voor ontslagvergoedingen 5 4

24 Overlopende rente en overige verplichtingen

personeelsbeloningen op lange termijn 17 18 Verplichtingen voor personeelsbeloningen op korte termijn 107 92

putopties op minderheidsbelang 108 101 Handelsschulden 213 261 Schulden aan agenten, polishouders en tussenpersonen 485 509 Btw en overige te betalen belastingen 167 149 Te betalen dividenden 16 16 Schulden aan herverzekeraars 25 31 Overige verplichtingen 399 400 Totaal 2.834 2.934

De regel 'overige verplichtingen' heeft betrekking op verplichtingen in verband met de vereffening van aandelentransacties, ontvangen geldmiddelen die moeten worden gealloceerd aan beleggingen

Uitgestelde baten en overlopende bedragen worden beschouwd als kortlopende verplichtingen met

De volgende tabellen tonen de niet-verdisconteerde kasstromen van de BTW en overige te betalen belastingen, handelsschulden, schulden aan agenten, polishouders en tussenpersonen, schulden

31 december 2021 Minder dan 1 jaar 1 tot 3 jaar 3 tot 5 jaar Langer dan 5 jaar

Niet-verdisconteerde cashflow 1.118 149 3 31 Totaal 1.118 149 3 31

31 december 2020 Minder dan 1 jaar 1 tot 3 jaar 3 tot 5 jaar Langer dan 5 jaar

Niet-verdisconteerde cashflow 1.162 169 4 33 Totaal 1.162 169 4 33

Details over personeelsvergoedingen zijn te vinden in toelichting 6 sectie 6.1

Verplichtingen voor overige

Verplichtingen inzake geschreven

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Personeelsvergoedingen.

en kleine uitgaven die moeten worden betaald.

aan herverzekeraars en overige verplichtingen.

een looptijd van minder dan een jaar.

Gevoeligheid van de waarde van RPN(I)

Per 31 december 2021 leidt een toename van de prijs van de CASHES met 1%, uitgedrukt in een percentage van de fractiewaarde, tot een stijging van het referentiebedrag met EUR 9,5 miljoen, terwijl een stijging van EUR 1,00 van het Ageas aandeel, het referentiebedrag met EUR 4 miljoen zal doen dalen.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign

227 | 240

Het RPN-referentiebedrag is gebaseerd op de prijs van de CASHES en de koers van het Ageas aandeel. Het referentiebedrag steeg van EUR 420 miljoen op het einde van 2020 naar EUR 520.4 miljoen op 31 december 2021, voornamelijk als gevolg van een koersstijging van de prijs van de CASHES van 84,17% op 31 december 2020 naar 95,61% op 31 december 2021, slechts gedeeltelijk gecompenseerd door de prijsstijging van het Ageas aandeel van EUR 43,58 tot EUR 45,55 over

Per 31 december 2021 leidt een toename van de prijs van de CASHES met 1%, uitgedrukt in een percentage van de fractiewaarde, tot een stijging van het referentiebedrag met EUR 9,5 miljoen, terwijl een stijging van EUR 1,00 van het Ageas aandeel, het referentiebedrag met

dezelfde periode.

Gevoeligheid van de waarde van RPN(I)

EUR 4 miljoen zal doen dalen.

226 | 240

Waardering

referentiebedrag.

Ageas past een transferbegrip toe om de RPN(I)-verplichting tegen reële waarde te registreren. IFRS 13 definieert reële waarde als de prijs die ontvangen zou worden bij de verkoop van een actief of betaald zou moeten worden bij het overdragen van een verplichting in een ordelijke transactie tussen marktpartijen op de waarderingsdatum. De definitie van reële waarde gaat expliciet uit van een 'eindprijs', gelinkt aan de prijs 'die betaald moet worden bij het overdragen van een verplichting'. Als zulke prijzen niet beschikbaar zijn en de verplichting wordt door een andere entiteit als een actief gehouden, dan moet de verplichting worden gewaardeerd vanuit het perspectief van een marktpartij die het actief aanhoudt. Ageas waardeert zijn verplichting tegen het

Overlopende rente en overige verplichtingen

(om afstand tot de tekst te kunnen maken).

31 december 2021 31 december 2020
Uitgestelde baten 155 139
Overlopende financieringslasten 50 57
Overlopende lasten 101 99
Derivaten gehouden voor afdekkingsdoeleinden 26 27
Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden 15 8
Verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen 808 870
Verplichtingen voor overige vergoedingen na uitdiensttreding 137 153
Verplichtingen voor ontslagvergoedingen 5 4
Verplichtingen voor overige
personeelsbeloningen op lange termijn 17 18
Verplichtingen voor personeelsbeloningen op korte termijn 107 92
Verplichtingen inzake geschreven
putopties op minderheidsbelang 108 101
Handelsschulden 213 261
Schulden aan agenten, polishouders en tussenpersonen 485 509
Btw en overige te betalen belastingen 167 149
Te betalen dividenden 16 16
Schulden aan herverzekeraars 25 31
Overige verplichtingen 399 400
Totaal 2.834 2.934

24 Overlopende rente en overige verplichtingen

Details over personeelsvergoedingen zijn te vinden in toelichting 6 sectie 6.1 Personeelsvergoedingen.

De regel 'overige verplichtingen' heeft betrekking op verplichtingen in verband met de vereffening van aandelentransacties, ontvangen geldmiddelen die moeten worden gealloceerd aan beleggingen en kleine uitgaven die moeten worden betaald.

Uitgestelde baten en overlopende bedragen worden beschouwd als kortlopende verplichtingen met een looptijd van minder dan een jaar.

De volgende tabellen tonen de niet-verdisconteerde kasstromen van de BTW en overige te betalen belastingen, handelsschulden, schulden aan agenten, polishouders en tussenpersonen, schulden aan herverzekeraars en overige verplichtingen.

31 december 2021 Minder dan 1 jaar 1 tot 3 jaar 3 tot 5 jaar Langer dan 5 jaar
Niet-verdisconteerde cashflow 1.118 149 3 31
Totaal 1.118 149 3 31
31 december 2020 Minder dan 1 jaar 1 tot 3 jaar 3 tot 5 jaar Langer dan 5 jaar
Niet-verdisconteerde cashflow 1.162 169 4 33
Totaal 1.162 169 4 33

228 | 240

De voorzieningen hebben hoofdzakelijk betrekking op juridische geschillen en reorganisaties en zijn gebaseerd op de best mogelijke schattingen zoals beschikbaar aan het einde van de periode op basis van het oordeel van het management waarbij in de meeste gevallen rekening wordt gehouden met de adviezen van juridische adviseurs. Het tijdstip van de uitgaande kasstromen die samenhangen met deze voorzieningen is per definitie onzeker, gezien de onvoorspelbaarheid van de uitkomst van en de tijd die gemoeid is met het afwikkelen van processen/geschillen. De lopende gerechtelijke procedures worden beschreven in toelichting 43 Voorwaardelijke verplichtingen.

Globale schikking gerelateerd aan de Fortis-gebeurtenissen van 2007 en 2008

Op 14 maart 2016 kondigden Ageas en de claimantenorganisaties, Deminor, Stichting FortisEffect, Stichting Investor Claims Against Fortis (SICAF) en de VEB een voorstel aan voor schikking (de "Schikking") van alle burgerlijke rechtszaken over het voormalige Fortis voor gebeurtenissen van 2007 en 2008 voor een bedrag van EUR 1,2 miljard.

25 Voorzieningen 229 | 240

In de navolgende tabel wordt een

Eigen Eigen

Eigen Eigen

Activa Passiva vermogen Activa Passiva vermogen per per per per per per 31 dec. 31 dec. 31 dec. 31 dec. 31 dec. 31 dec.

% van Resultaat vermogen % van Resultaat vermogen Minder- per per minder- per per heids- 31 dec. 31 dec. heids- 31 dec. 31 dec. belangen 2021 2021 belangen 2020 2020

26 Minderheidsbelangen

AG Insurance (België) 25,0% 95 1.617 25,0% 97 1.637

49% eigendom van 25,0% 43 352 25,0% 24 322

(onderdeel van CEU) 49,0% 34 286 49,0% 39 258 Overige (1) 3 (1) 2 Totaal Minderheidsbelangen 171 2.258 159 2.219

Minderheidsbelangen vertegenwoordigt de deelneming van een derde partij in het eigen vermogen

Ageas Insurance verstrekte Parkimo, een minderheidsaandeelhouder van Interparking, een onvoorwaardelijke putoptie voor haar belang van 10,05% in Interparking. De putoptie werd gewaardeerd tegen reële waarde van het verwachte af re rekenen bedrag van EUR 109 miljoen

Nadere informatie met betrekking tot de balans van AG Insurance is opgenomen in toelichting 8 informatie operationele segmenten. Details van de andere dochteronderneming waarin Ageas een

Financiële informatie (100% belang) 2021 2021 2021 2020 2020 2020

Millenniumbcp Ageas 10.226 9.846 379 10.848 10.526 322

minderheidsbelangen (NCI) in de

Groepsmaatschappij

(onderdeel van AG Insurance) vooral Interparking NCI voor

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

minderheidsaandeelhouders van AG Real Estate Millenniumbcp Ageas

(2020: EUR 100 miljoen).

Dochterondernemingen

Dochteronderneming

van de dochtermaatschappijen van Ageas.

minderheidsbelang heeft, zijn opgenomen in de volgende tabel.

AG Real Estate

overzicht gegeven van de

entiteiten van Ageas.

belangrijkste

Daarnaast maakte Ageas op 14 maart 2016 bekend dat het ook tot overeenstemming was gekomen met de D&O verzekeraars (Directors & Officers), de bestuurders en functionarissen betrokken bij de lopende geschillen en BNP Paribas Fortis, om voor een bedrag van EUR 290 miljoen te schikken.

Op 24 maart 2017 hield het Gerechtshof te Amsterdam een openbare hoorzitting. Tijdens deze zitting hoorde het Hof het verzoek om het schikkingsakkoord bindend te verklaren, alsook de argumenten die ertegen werden ingebracht. Op 16 juni 2017 nam het Hof de tussentijdse beslissing om de schikking in de initiële vorm niet bindend te verklaren. Op 12 december 2017 dienden de aanvragers een gewijzigde en bijgewerkte schikking in bij het Gerechtshof te Amsterdam. Deze aangepaste schikking hield rekening met de voornaamste bezwaren van het Gerechtshof en het totale budget werd met EUR 100 miljoen opgetrokken naar EUR 1,3 miljard.

Op 13 juli 2018 verklaarde het Gerechtshof Amsterdam de schikking bindend voor in aanmerking komende aandeelhouders (d.w.z. personen die aandelen Fortis in bezit hadden op onverschillig welk tijdstip tussen het sluiten van de handel op 28 februari 2007 en het sluiten van de handel op 14 oktober 2008), overeenkomstig de Nederlandse Wet Collectieve afwikkeling Massaschade, "WCAM". Door de Schikking bindend te verklaren, meende het Gerechtshof dat de krachtens de schikking aangeboden vergoeding redelijk is en dat de claimantenorganisaties Deminor, SICAF en FortisEffect de belangen van de begunstigden van de Schikking naar behoren behartigen.

Op 21 december 2018 verschafte Ageas duidelijkheid door eerder dan op de uiterste datum af te zien van zijn beëindigingsrecht. Zodoende is de Schikking definitief. De periode voor het indienen van vorderingen begon op 27 juli 2018 en eindigde op 28 juli 2019. Per 31 december 2021 werd er EUR 1.199 miljoen uitbetaald aan in aanmerking komende aandeelhouders.

De belangrijkste componenten van de voorziening per 31 december 2021 van EUR 114 miljoen (31 december 2020: 246 miljoen) zijn:

  • EUR 1.309 miljoen voor het akkoord omtrent de WCAM-schikking;
  • EUR 5 miljoen verbonden met staartrisico, inclusief opgelopen kosten;
  • minus EUR 1.199 miljoen die al aan in aanmerking komende aandeelhouders werd uitgekeerd.

De bedragen worden weergegeven op de regel 'voorzieningen' in de balans en op de regel 'wijzigingen in voorzieningen' in de resultatenrekening.

Het verloop van de voorzieningen gedurende het jaar is als volgt.

31 december 2021 31 december 2020
Stand per 1 januari 322 582
Aan- en verkoop dochterondernemingen
Toename (Afname) voorziening (15) (36)
Aanwendingen in de loop van het jaar (127) (223)
Wisselkoersverschillen en overige 2 (1)
Stand per 31 december 182 322

26 Minderheidsbelangen

In de navolgende tabel wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste minderheidsbelangen (NCI) in de entiteiten van Ageas.

228 | 240

De voorzieningen hebben hoofdzakelijk betrekking op juridische geschillen en

adviezen van juridische adviseurs. Het tijdstip van de uitgaande kasstromen die samenhangen met deze voorzieningen is per definitie

onzeker, gezien de

lopende gerechtelijke

verplichtingen.

procedures worden beschreven in toelichting 43 Voorwaardelijke

onvoorspelbaarheid van de uitkomst van en de tijd die gemoeid is met het afwikkelen van processen/geschillen. De

reorganisaties en zijn gebaseerd op de best mogelijke schattingen zoals beschikbaar aan het einde van de periode op basis van het oordeel van het management waarbij in de meeste gevallen rekening wordt gehouden met de Globale schikking gerelateerd aan de Fortis-gebeurtenissen van 2007 en 2008

totale budget werd met EUR 100 miljoen opgetrokken naar EUR 1,3 miljard.

EUR 1.199 miljoen uitbetaald aan in aanmerking komende aandeelhouders.

EUR 1.309 miljoen voor het akkoord omtrent de WCAM-schikking; EUR 5 miljoen verbonden met staartrisico, inclusief opgelopen kosten;

'wijzigingen in voorzieningen' in de resultatenrekening.

Het verloop van de voorzieningen gedurende het jaar is als volgt.

(31 december 2020: 246 miljoen) zijn:

Aan- en verkoop dochterondernemingen

2007 en 2008 voor een bedrag van EUR 1,2 miljard.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Op 14 maart 2016 kondigden Ageas en de claimantenorganisaties, Deminor, Stichting FortisEffect, Stichting Investor Claims Against Fortis (SICAF) en de VEB een voorstel aan voor schikking (de "Schikking") van alle burgerlijke rechtszaken over het voormalige Fortis voor gebeurtenissen van

Daarnaast maakte Ageas op 14 maart 2016 bekend dat het ook tot overeenstemming was gekomen met de D&O verzekeraars (Directors & Officers), de bestuurders en functionarissen betrokken bij de lopende geschillen en BNP Paribas Fortis, om voor een bedrag van EUR 290 miljoen te schikken.

Op 24 maart 2017 hield het Gerechtshof te Amsterdam een openbare hoorzitting. Tijdens deze zitting hoorde het Hof het verzoek om het schikkingsakkoord bindend te verklaren, alsook de argumenten die ertegen werden ingebracht. Op 16 juni 2017 nam het Hof de tussentijdse beslissing om de schikking in de initiële vorm niet bindend te verklaren. Op 12 december 2017 dienden de aanvragers een gewijzigde en bijgewerkte schikking in bij het Gerechtshof te Amsterdam. Deze aangepaste schikking hield rekening met de voornaamste bezwaren van het Gerechtshof en het

Op 13 juli 2018 verklaarde het Gerechtshof Amsterdam de schikking bindend voor in aanmerking komende aandeelhouders (d.w.z. personen die aandelen Fortis in bezit hadden op onverschillig welk tijdstip tussen het sluiten van de handel op 28 februari 2007 en het sluiten van de handel op 14 oktober 2008), overeenkomstig de Nederlandse Wet Collectieve afwikkeling Massaschade, "WCAM". Door de Schikking bindend te verklaren, meende het Gerechtshof dat de krachtens de schikking aangeboden vergoeding redelijk is en dat de claimantenorganisaties Deminor, SICAF en FortisEffect de belangen van de begunstigden van de Schikking naar behoren behartigen.

Op 21 december 2018 verschafte Ageas duidelijkheid door eerder dan op de uiterste datum af te zien van zijn beëindigingsrecht. Zodoende is de Schikking definitief. De periode voor het indienen van vorderingen begon op 27 juli 2018 en eindigde op 28 juli 2019. Per 31 december 2021 werd er

De belangrijkste componenten van de voorziening per 31 december 2021 van EUR 114 miljoen

minus EUR 1.199 miljoen die al aan in aanmerking komende aandeelhouders werd uitgekeerd.

Stand per 1 januari 322 582

Toename (Afname) voorziening (15) (36) Aanwendingen in de loop van het jaar (127) (223) Wisselkoersverschillen en overige 2 (1) Stand per 31 december 182 322

31 december 2021 31 december 2020

25 Voorzieningen 229 | 240

De bedragen worden weergegeven op de regel 'voorzieningen' in de balans en op de regel

Eigen
% van Resultaat vermogen % van Resultaat vermogen
Minder- per per minder- per per
heids- 31 dec. 31 dec. heids- 31 dec. 31 dec.
belangen 2021 2021 belangen 2020 2020
Groepsmaatschappij
AG Insurance (België) 25,0% 95 1.617 25,0% 97 1.637
AG Real Estate
(onderdeel van AG Insurance)
vooral Interparking NCI voor
49% eigendom van 25,0% 43 352 25,0% 24 322
minderheidsaandeelhouders
van AG Real Estate
Millenniumbcp Ageas
(onderdeel van CEU) 49,0% 34 286 49,0% 39 258
Overige (1) 3 (1) 2
Totaal Minderheidsbelangen 171 2.258 159 2.219

Minderheidsbelangen vertegenwoordigt de deelneming van een derde partij in het eigen vermogen van de dochtermaatschappijen van Ageas.

Ageas Insurance verstrekte Parkimo, een minderheidsaandeelhouder van Interparking, een onvoorwaardelijke putoptie voor haar belang van 10,05% in Interparking. De putoptie werd gewaardeerd tegen reële waarde van het verwachte af re rekenen bedrag van EUR 109 miljoen (2020: EUR 100 miljoen).

Dochterondernemingen

Nadere informatie met betrekking tot de balans van AG Insurance is opgenomen in toelichting 8 informatie operationele segmenten. Details van de andere dochteronderneming waarin Ageas een minderheidsbelang heeft, zijn opgenomen in de volgende tabel.

Eigen
Eigen
Activa Passiva vermogen Activa Passiva vermogen
per per per per per per
31 dec. 31 dec. 31 dec. 31 dec. 31 dec. 31 dec.
Financiële informatie (100% belang) 2021 2021 2021 2020 2020 2020
Dochteronderneming
Millenniumbcp Ageas 10.226 9.846 379 10.848 10.526 322

230 | 240

Valutacontracten

Futures zijn overeenkomsten die tegen een specifieke prijs en op een specifieke datum in de toekomst moeten worden afgewikkeld en die op diezelfde markten kunnen worden verhandeld. Termijncontracten zijn maatovereenkomsten tussen twee entiteiten die tegen een vandaag overeengekomen prijs op een specifieke datum in de toekomst worden afgewikkeld. De valutatermijncontracten en -futures betreffen hoofdzakelijk overeenkomsten die het valutarisico op activa die in buitenlandse valuta's luiden af te dekken.

27 Derivaten 231 | 240

Handelsderivaten

Valutacontracten

Rentecontracten

Effecten/Index contracten

Hedging-derivaten

Valutacontracten

Rentecontracten

Reële waarden ondersteund door waarneembare marktgegevens

31 december 2021 31 december 2020

31 december 2021 31 december 2020

Activa Passiva bedrag Activa Passiva bedrag

Nominaal Nominaal

Activa Passiva bedrag Activa Passiva bedrag

Nominaal Nominaal

Reële waarde Reële waarde

Reële waarde Reële waarde

Forwards en futures 2 14 346 14 1 560 Swaps 8 6 Totaal 2 14 354 14 1 566

Swaps 4 174 2 7 213 Totaal 4 174 2 7 213

Totaal 6 15 538 16 8 779

Over the counter (OTC) 6 15 538 16 8 779 Totaal 6 15 538 16 8 779

Forwards en futures 6 12 183 3 140 Totaal 6 12 183 3 140

Swaps 28 14 1.233 27 834 Totaal 28 14 1.233 27 834 Totaal 34 26 1.416 3 27 974

Over the counter (OTC) 34 26 1.416 3 27 974 Totaal 34 26 1.416 3 27 974

Reële waarden ondersteund door waarneembare marktgegevens 11 3 20 Reële waarden op basis van een waarderingsmodel 34 15 7 Totaal 34 26 3 27

Reële waarden op basis van een waarderingsmodel 6 15 16 8 Totaal 6 15 16 8

Opties en warrants 10 Totaal 10

Overige 1

Renteswaps en cross-currency swaps

(om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Swapcontracten zijn overeenkomsten tussen twee partijen waarin één verzameling kasstromen wordt geruild voor een andere verzameling kasstromen. Betalingen zijn gebaseerd op de nominale waarde van de swap. Ageas gebruikt hoofdzakelijk renteswaps om de kasstromen van ontvangen of betaalde rente te beheersen en (cross) valutaswapcontracten om kasstromen die in buitenlandse valuta's luiden te beheersen.

Handelsderivaten

27 Derivaten 231 | 240

230 | 240

Valutacontracten

activa die in buitenlandse valuta's luiden af te dekken.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Renteswaps en cross-currency swaps

valuta's luiden te beheersen.

Futures zijn overeenkomsten die tegen een specifieke prijs en op een specifieke datum in de toekomst moeten worden afgewikkeld en die op diezelfde markten kunnen worden verhandeld. Termijncontracten zijn maatovereenkomsten tussen twee entiteiten die tegen een vandaag overeengekomen prijs op een specifieke datum in de toekomst worden afgewikkeld. De valutatermijncontracten en -futures betreffen hoofdzakelijk overeenkomsten die het valutarisico op

Swapcontracten zijn overeenkomsten tussen twee partijen waarin één verzameling kasstromen wordt geruild voor een andere verzameling kasstromen. Betalingen zijn gebaseerd op de nominale waarde van de swap. Ageas gebruikt hoofdzakelijk renteswaps om de kasstromen van ontvangen of betaalde rente te beheersen en (cross) valutaswapcontracten om kasstromen die in buitenlandse

31 december 2021 31 december 2020
Reële waarde Reële waarde
Nominaal Nominaal
Activa Passiva bedrag Activa Passiva bedrag
Valutacontracten
Forwards en futures 2 14 346 14 1 560
Swaps 8 6
Totaal 2 14 354 14 1 566
Rentecontracten
Swaps 4 174 2 7 213
Totaal 4 174 2 7 213
Effecten/Index contracten
Opties en warrants 10
Totaal 10
Overige 1
Totaal 6 15 538 16 8 779
Reële waarden ondersteund door waarneembare marktgegevens
Reële waarden op basis van een waarderingsmodel 6 15 16 8
Totaal 6 15 16 8
Over the counter (OTC) 6 15 538 16 8 779
Totaal 6 15 538 16 8 779

Hedging-derivaten

31 december 2021 31 december 2020
Reële waarde Reële waarde
Nominaal Nominaal
Activa Passiva bedrag Activa Passiva bedrag
Valutacontracten
Forwards en futures 6 12 183 3 140
Totaal 6 12 183 3 140
Rentecontracten
Swaps 28 14 1.233 27 834
Totaal 28 14 1.233 27 834
Totaal 34 26 1.416 3 27 974
Reële waarden ondersteund door waarneembare marktgegevens 11 3 20
Reële waarden op basis van een waarderingsmodel 34 15 7
Totaal 34 26 3 27
Over the counter (OTC) 34 26 1.416 3 27 974
Totaal 34 26 1.416 3 27 974

232 | 240

Ontvangen en gedane toezeggingen waren als volgt.

Verplichtingen 31 december 2021 31 december 2020
Ontvangen verplichtingen
Kredietlijnen 1.071 1.114
Onderpand & garanties ontvangen 4.182 4.435
Overige niet in de balans gewaardeerde rechten 207 38
Totaal ontvangen 5.460 5.587
Verstrekte verplichtingen
Garanties, Financieel en Prestatiegerelateerde Kredietbrieven 199 292
Beschikbare kredietlijnen 1.024 982
Onderpand & garanties verstrekt 2.184 2.459
In bewaring gegeven activa en vorderingen 738 1.006
Kapitaal rechten en verplichtingen 292 189
Vastgoedtoezeggingen 531 419
Overige niet in de balans opgenomen verplichtingen 1.297 961
Totaal verstrekt 6.265 6.308

28 Toezeggingen 233 | 240

In de volgende tabel wordt de reële waarde weergegeven van de financiële activa en passiva

Activa

Passiva

Tot einde looptijd gehouden

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

29 Reële waarde van Financiële activa en financiële passiva

Instrumenten zonder vast einde looptijd

Instrumenten zonder optionele kenmerken

Instrumenten met optiekenmerken

vorderingen

Achtergestelde obligaties of

Preferente aandelen (niet beursgenoteerd)

Private equity Private equity en niet-

31 december 2021 31 december 2020

Niveau Boekwaarde Reële waarde Boekwaarde Reële waarde

Methode van de gedisconteerde kasstromen; de gebruikte rentecurve voor de discontering is de swapcurve plus spread (activa) of de swapcurve min spread

(verplichtingen); de spread is gebaseerd op de commerciële marge berekend op basis van het gemiddelde aan nieuwe

Het product wordt gesplitst en de lineaire component (zonder optiekenmerk) wordt gewaardeerd met behulp van de methode van de gedisconteerde kasstromen en de optiecomponent wordt gewaardeerd op basis van een

Doorgaans gebaseerd op de waarderingsrichtlijnen van de European Venture Capital Association. Vaak worden ratio's gebruikt zoals ondernemingswaarde/EBITDA, koers-

wordt de methode van de gedisconteerde kasstromen

polissen tijdens de laatste drie maanden.

brokers in een inactieve markt (niveau 3).

Geldmiddelen en kasequivalenten 2 1.937 1.937 2.241 2.241

Achtergestelde schulden 2 2.748 2.757 2.758 2.847 Schulden exclusief leaseverplichtingen 2 3.056 3.056 3.350 3.363 Totaal financiële verplichtingen 5.804 5.813 6.108 6.210

De berekening van de reële waarde van financiële instrumenten die niet actief worden verhandeld

Nominale waarde.

optiewaarderingsmodel.

Achtergestelde activa De waardering is gebaseerd op prijzen verkregen van

kasstroom en koers-winst enz.

Preferente aandelen Als het aandeel is geclassificeerd als vreemd vermogen

gebruikt.

op financiële markten, kan als volgt worden samengevat.

Type instrument Producten Ageas Reële waarde berekening

Zichtrekeningen, spaarrekeningen enz.

Gewone leningen, deposito's enz.

Hypotheekleningen en overige instrumenten met optionele kenmerken

beursgenoteerde deelnemingen

financiële beleggingen 1 4.351 6.497 4.416 7.101 Leningen 2 14.492 15.452 13.398 14.936 Herverzekering en overige vorderingen 2 2.149 2.146 1.961 1.961 Totaal financiële activa 22.929 26.032 22.016 26.239

gewaardeerd aan

geamortiseerde kostprijs.

Het merendeel van de ontvangen toezeggingen bestaat uit ontvangen onderpand en garanties, vooral van klanten ontvangen onderpand op woninghypotheken en in mindere mate ook commerciële leningen en leningen aan polishouders.

Andere niet in de balans gewaardeerde toezeggingen op 31 december 2021 omvatten voor EUR 521 miljoen uitstaande kredietaanbiedingen (31 december 2020: EUR 185 miljoen).

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign

28 Toezeggingen 233 | 240

232 | 240

Ontvangen en gedane

toezeggingen waren als volgt.

Verplichtingen 31 december 2021 31 december 2020

Kredietlijnen 1.071 1.114 Onderpand & garanties ontvangen 4.182 4.435 Overige niet in de balans gewaardeerde rechten 207 38 Totaal ontvangen 5.460 5.587

Garanties, Financieel en Prestatiegerelateerde Kredietbrieven 199 292 Beschikbare kredietlijnen 1.024 982 Onderpand & garanties verstrekt 2.184 2.459 In bewaring gegeven activa en vorderingen 738 1.006 Kapitaal rechten en verplichtingen 292 189 Vastgoedtoezeggingen 531 419 Overige niet in de balans opgenomen verplichtingen 1.297 961 Totaal verstrekt 6.265 6.308

Het merendeel van de ontvangen toezeggingen bestaat uit ontvangen onderpand en garanties, vooral van klanten ontvangen onderpand op woninghypotheken en in mindere mate ook

Andere niet in de balans gewaardeerde toezeggingen op 31 december 2021 omvatten voor EUR

521 miljoen uitstaande kredietaanbiedingen (31 december 2020: EUR 185 miljoen).

commerciële leningen en leningen aan polishouders.

Ontvangen verplichtingen

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Verstrekte verplichtingen

Reële waarde van Financiële activa en financiële passiva

(om afstand tot de tekst te kunnen maken).

29 Reële waarde van Financiële activa en financiële passiva

In de volgende tabel wordt de reële waarde weergegeven van de financiële activa en passiva gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs.

31 december 2021 31 december 2020
Niveau Boekwaarde Reële waarde Boekwaarde Reële waarde
Activa
Geldmiddelen en kasequivalenten 2 1.937 1.937 2.241 2.241
Tot einde looptijd gehouden
financiële beleggingen 1 4.351 6.497 4.416 7.101
Leningen 2 14.492 15.452 13.398 14.936
Herverzekering en overige vorderingen 2 2.149 2.146 1.961 1.961
Totaal financiële activa 22.929 26.032 22.016 26.239
Passiva
Achtergestelde schulden 2 2.748 2.757 2.758 2.847
Schulden exclusief leaseverplichtingen 2 3.056 3.056 3.350 3.363
Totaal financiële verplichtingen 5.804 5.813 6.108 6.210

De berekening van de reële waarde van financiële instrumenten die niet actief worden verhandeld op financiële markten, kan als volgt worden samengevat.

Type instrument Producten Ageas Reële waarde berekening
Instrumenten zonder vast
einde looptijd
Zichtrekeningen,
spaarrekeningen enz.
Nominale waarde.
Instrumenten zonder
optionele kenmerken
Gewone leningen,
deposito's enz.
Methode van de gedisconteerde kasstromen; de gebruikte
rentecurve voor de discontering is de swapcurve plus
spread (activa) of de swapcurve min spread
(verplichtingen); de spread is gebaseerd op de commerciële
marge berekend op basis van het gemiddelde aan nieuwe
polissen tijdens de laatste drie maanden.
Instrumenten met
optiekenmerken
Hypotheekleningen en
overige instrumenten met
optionele kenmerken
Het product wordt gesplitst en de lineaire component
(zonder optiekenmerk) wordt gewaardeerd met behulp van
de methode van de gedisconteerde kasstromen en de
optiecomponent wordt gewaardeerd op basis van een
optiewaarderingsmodel.
Achtergestelde obligaties of
vorderingen
Achtergestelde activa De waardering is gebaseerd op prijzen verkregen van
brokers in een inactieve markt (niveau 3).
Private equity Private equity en niet
beursgenoteerde
deelnemingen
Doorgaans gebaseerd op de waarderingsrichtlijnen van de
European Venture Capital Association. Vaak worden ratio's
gebruikt zoals ondernemingswaarde/EBITDA, koers
kasstroom en koers-winst enz.
Preferente aandelen (niet
beursgenoteerd)
Preferente aandelen Als het aandeel is geclassificeerd als vreemd vermogen
wordt de methode van de gedisconteerde kasstromen
gebruikt.

Ageas heeft een beleid geformuleerd om de onzekerheden met betrekking tot de berekening van reële waarde door middel van waarderingsmethoden en interne modellen te kunnen kwantificeren en bewaken. Gerelateerde onzekerheden worden benoemd in het modelrisicoconcept.

234 | 240

Modelrisico ontstaat wanneer de productwaarderingsmethode die gehanteerd wordt nog niet is gestandaardiseerd, of wanneer gebruik wordt gemaakt van inputgegevens die niet rechtstreeks in de markt zichtbaar zijn, maar op aannames zijn gebaseerd.

De ontwikkeling van nieuwe, geavanceerde producten in de markt heeft geleid tot de ontwikkeling van wiskundige modellen waarmee deze producten kunnen worden gewaardeerd. Deze modellen repliceren het complexe patroon van de functie van een optie op basis van aannames

over het stochastische gedrag van de onderliggende variabelen, numerieke algoritmen en andere theoretische benaderingen die nodig zijn om de complexiteit van het financiële instrument na te bootsen.

Voorts zijn de onderliggende hypothesen van een model afhankelijk van de algemene marktomstandigheden (specifieke rentestanden, volatiliteit etc.) op het moment van ontwikkeling van het model. Er bestaat geen garantie dat het model nog steeds de juiste resultaten weergeeft wanneer marktcondities radicaal veranderen.

Eventuele modelonzekerheden worden zo precies mogelijk gekwantificeerd. Dit vormt de basis voor de aanpassing van de reëlewaardeberekening door de waarderingsmethoden en interne modellen.

234 | 240

modelrisicoconcept.

Ageas heeft een beleid geformuleerd om de onzekerheden met betrekking tot de berekening van reële waarde door middel van waarderingsmethoden en interne modellen te kunnen kwantificeren en bewaken. Gerelateerde onzekerheden worden benoemd in het

over het stochastische gedrag van de onderliggende variabelen, numerieke algoritmen en andere theoretische benaderingen die nodig zijn om de complexiteit van het financiële instrument na te bootsen.

wanneer marktcondities radicaal veranderen.

Eventuele modelonzekerheden worden zo precies mogelijk gekwantificeerd. Dit vormt de basis voor de aanpassing van de reëlewaardeberekening door de waarderingsmethoden en interne modellen.

Voorts zijn de onderliggende hypothesen van een model afhankelijk van de algemene marktomstandigheden (specifieke rentestanden, volatiliteit etc.) op het moment van ontwikkeling van het model. Er bestaat geen garantie dat het model nog steeds de juiste resultaten weergeeft

Modelrisico ontstaat wanneer de productwaarderingsmethode die gehanteerd wordt nog niet is gestandaardiseerd, of wanneer gebruik wordt gemaakt van inputgegevens die niet rechtstreeks in de markt

De ontwikkeling van nieuwe, geavanceerde producten in de markt heeft geleid tot de ontwikkeling van wiskundige modellen waarmee deze producten kunnen worden gewaardeerd. Deze modellen repliceren het complexe patroon van de functie van een optie op basis van aannames

zichtbaar zijn, maar op aannames zijn gebaseerd.

Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening

Ageas Jaarverslag 2021 235

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Verzekeringspremies

Het bruto premie-inkomen Leven bestaat uit de bruto ontvangen premies van de verzekeringsmaatschappijen voor uitgegeven verzekeringsen beleggingscontracten. Het premie-inkomen van

236 | 240

verzekeringscontracten en van beleggingscontracten met DPF wordt verantwoord in de resultatenrekening. De premieinstroom van

beleggingscontracten zonder DPF, met name unit-linked contracten, wordt - na aftrek van commissies - direct verantwoord als verplichting (deposit accounting). Vergoedingen worden in de resultatenrekening als baten opgenomen.

Bruto premie-inkomen Leven 6.218 5.197
Bruto premie-inkomen Niet-leven 4.589 4.298
Algemene rekening en eliminaties (2) (3)
Totaal bruto premie-inkomen 10.805 9.492

2021 2020

30 Verzekeringspremies 237 | 240

Leven

Unit-linked contracten

Niet unit-linked contracten

Beleggingscontracten met DPF

Niet-leven

2021 2020

2021 2020

Ongevallen Brand & schade

Ongevallen Brand & schade

Geboekte eenmalige premies 236 178 Geboekte periodieke premies 250 115 Totaal unit-linked contracten 486 293

Geboekte eenmalige premies 354 338 Geboekte periodieke premies 872 969 Totaal collectief 1.226 1.307 Geboekte eenmalige premies 322 321 Geboekte periodieke premies 431 421 Totaal individueel 753 742 Totaal niet unit-linked contracten 1.979 2.049

Geboekte eenmalige premies 1.427 1.278 Geboekte periodieke premies 500 521 Totaal beleggingscontracten met DPF 1.927 1.799 Geboekte premies Leven 4.392 4.140

Geboekte eenmalige premies 1.752 1.012 Geboekte periodieke premies 74 45 Premies inzake beleggingscontracten 1.826 1.057 Bruto premie-inkomen Leven 6.218 5.197

Bruto premies Leven 4.392 4.140 Uitgaande herverzekeringspremies (28) (29) Netto verdiende premies Leven 4.364 4.111

2021 & gezondheidszorg en overige Totaal

Bruto geboekte premies 1.093 3.496 4.589 Wijziging in niet-verdiende premies, bruto 14 14 Bruto verdiende premies 1.093 3.510 4.603 Uitgaande herverzekeringspremies (50) (383) (433) Aandeel herverzekeraars in niet-verdiende premies (2) 3 1 Netto verdiende premies Niet-leven 1.041 3.130 4.171

2020 & gezondheidszorg en overige Totaal

Bruto geboekte premies 969 3.329 4.298 Wijziging in niet-verdiende premies, bruto 6 (29) (23) Bruto verdiende premies 975 3.300 4.275 Uitgaande herverzekeringspremies (42) (339) (381) Aandeel herverzekeraars in niet-verdiende premies (2) 1 (1) Netto verdiende premies Niet-leven 931 2.962 3.893

Brand, schade en overige bevat de verzekeringspremies voor auto, brand en overige schade aan eigendommen.

2021 2020
Netto verdiende premies Leven 4.364 4.111
Netto verdiende premies Niet-leven 4.171 3.893
Algemene rekening en eliminaties (2) (2)
Totaal netto verdiende premies 8.533 8.002

Leven

2021 2020

30 Verzekeringspremies 237 | 240

2021 2020

Bruto premie-inkomen Leven 6.218 5.197 Bruto premie-inkomen Niet-leven 4.589 4.298 Algemene rekening en eliminaties (2) (3) Totaal bruto premie-inkomen 10.805 9.492

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Netto verdiende premies Leven 4.364 4.111 Netto verdiende premies Niet-leven 4.171 3.893 Algemene rekening en eliminaties (2) (2) Totaal netto verdiende premies 8.533 8.002

236 | 240

Het bruto premie-inkomen Leven bestaat uit de bruto ontvangen

verzekeringsmaatschappijen voor uitgegeven verzekeringsen beleggingscontracten. Het

verzekeringscontracten en van beleggingscontracten met DPF

beleggingscontracten zonder DPF, met name unit-linked contracten, wordt - na aftrek van commissies - direct verantwoord

premies van de

premie-inkomen van

wordt verantwoord in de resultatenrekening. De premie-

als verplichting (deposit accounting). Vergoedingen worden in de resultatenrekening

als baten opgenomen.

instroom van

2021 2020
Unit-linked contracten
Geboekte eenmalige premies 236 178
Geboekte periodieke premies 250 115
Totaal unit-linked contracten 486 293
Niet unit-linked contracten
Geboekte eenmalige premies 354 338
Geboekte periodieke premies 872 969
Totaal collectief 1.226 1.307
Geboekte eenmalige premies 322 321
Geboekte periodieke premies 431 421
Totaal individueel 753 742
Totaal niet unit-linked contracten 1.979 2.049
Beleggingscontracten met DPF
Geboekte eenmalige premies 1.427 1.278
Geboekte periodieke premies 500 521
Totaal beleggingscontracten met DPF 1.927 1.799
Geboekte premies Leven 4.392 4.140
Geboekte eenmalige premies 1.752 1.012
Geboekte periodieke premies 74 45
Premies inzake beleggingscontracten 1.826 1.057
Bruto premie-inkomen Leven 6.218 5.197
2021 2020
Bruto premies Leven 4.392 4.140
Uitgaande herverzekeringspremies (28) (29)
Netto verdiende premies Leven 4.364 4.111

Niet-leven

Brand, schade en overige bevat de verzekeringspremies voor auto, brand en overige schade aan eigendommen.

Ongevallen Brand & schade
2021 & gezondheidszorg en overige Totaal
Bruto geboekte premies 1.093 3.496 4.589
Wijziging in niet-verdiende premies, bruto 14 14
Bruto verdiende premies 1.093 3.510 4.603
Uitgaande herverzekeringspremies (50) (383) (433)
Aandeel herverzekeraars in niet-verdiende premies (2) 3 1
Netto verdiende premies Niet-leven 1.041 3.130 4.171
Ongevallen Brand & schade
2020 & gezondheidszorg en overige Totaal
Bruto geboekte premies 969 3.329 4.298
Wijziging in niet-verdiende premies, bruto 6 (29) (23)
Bruto verdiende premies 975 3.300 4.275
Uitgaande herverzekeringspremies (42) (339) (381)
Aandeel herverzekeraars in niet-verdiende premies (2) 1 (1)
Netto verdiende premies Niet-leven 931 2.962 3.893

De verdeling van de netto verdiende premies Niet-leven per verzekeringssegment is als volgt.

238 | 240

Ongevallen Brand & schade
2021 & gezondheidszorg en overige Totaal
België 548 953 1.501
VK 6 785 791
Continentaal Europa 245 203 448
Herverzekering 242 1.193 1.435
Eliminatie (4) (4)
Netto verdiende premies Niet-leven 1.041 3.130 4.171

239 | 240

Rentebaten

Rentebaten uit derivaten aangehouden

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

2021 2020

Rentebaten op geldmiddelen en kasequivalenten 2 3 Rentebaten op leningen aan banken 25 19 Rentebaten op beleggingen 1.355 1.446 Rentebaten op leningen aan klanten 292 259

31 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten

voor handelsdoeleinden en overige 9 3 Totaal rentebaten 1.683 1.730 Dividenden op aandelen 161 128 Huurbaten uit vastgoedbeleggingen 211 206 Huurbaten van parkeergarage 346 302 Overige beleggingsbaten 26 26 Totaal rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.427 2.392

Huurinkomsten uit parkeergarages, in het bijzonder deze in luchthavens en stadscentra, ondervonden een negatieve impact in 2021 en 2020 door de COVID-19-pandemie.

Ongevallen Brand & schade
2020 & gezondheidszorg en overige Totaal
België 473 904 1.377
VK 15 597 612
Continentaal Europa 219 158 377
Herverzekering 224 1.302 1.526
Eliminatie 1 1
Netto verdiende premies Niet-leven 931 2.962 3.893

239 | 240

238 | 240

De verdeling van de netto verdiende premies Niet-leven per verzekeringssegment is als volgt.

2021 & gezondheidszorg en overige Totaal

België 548 953 1.501 VK 6 785 791 Continentaal Europa 245 203 448 Herverzekering 242 1.193 1.435 Eliminatie (4) (4) Netto verdiende premies Niet-leven 1.041 3.130 4.171

2020 & gezondheidszorg en overige Totaal

België 473 904 1.377 VK 15 597 612 Continentaal Europa 219 158 377 Herverzekering 224 1.302 1.526 Eliminatie 1 1 Netto verdiende premies Niet-leven 931 2.962 3.893

Ongevallen Brand & schade

Ongevallen Brand & schade

Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten

(om afstand tot de tekst te kunnen maken).

2021 2020
Rentebaten
Rentebaten op geldmiddelen en kasequivalenten 2 3
Rentebaten op leningen aan banken 25 19
Rentebaten op beleggingen 1.355 1.446
Rentebaten op leningen aan klanten 292 259
Rentebaten uit derivaten aangehouden
voor handelsdoeleinden en overige 9 3
Totaal rentebaten 1.683 1.730
Dividenden op aandelen 161 128
Huurbaten uit vastgoedbeleggingen 211 206
Huurbaten van parkeergarage 346 302
Overige beleggingsbaten 26 26
Totaal rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.427 2.392

31 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten

Huurinkomsten uit parkeergarages, in het bijzonder deze in luchthavens en stadscentra, ondervonden een negatieve impact in 2021 en 2020 door de COVID-19-pandemie.

(om afstand tot de tekst te kunnen maken).

240 | 240

Resultaat op verkoop en herwaarderingen

2021 2020
Obligaties aangehouden voor verkoop 17 50
Aandelen aangehouden voor verkoop 120 24
Financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden 9 1
Vastgoedbeleggingen 115 157
Gerealiseerde winst (verlies) op de verkoop van
aandelen van dochtermaatschappijen 1 26
Investeringen volgens de equity-methode 23 40
Materiële vaste activa 8 (1)
Activa en passiva tegen reële waarde met waardeveranderingen
in de resultatenrekening 10 (3)
Afdekkingsresultaten (5) (14)
Overige (4) 359
Totaal resultaat op verkoop en herwaarderingen 294 639

32 Resultaat op verkoop en herwaarderingen 241 | 240

2021 2020

(On)gerealiseerde winsten / (verliezen) - verzekeringscontracten 268 55 (On)gerealiseerde winsten / (verliezen) - beleggingscontracten 964 453 (On)gerealiseerde winsten / (verliezen) 1.232 508 Beleggingsbaten - verzekeringscontracten 15 8 Beleggingsbaten - beleggingscontracten 159 (32) Beleggingsbaten 174 (24) Totaal baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 1.406 484

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

33 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten

In 2021 is de equity markets hersteld na een daling te wijten aan de covid-19 pandemie in 2020. Daarnaast waren er hogere gerealiseerde winsten in 2021.

De lijn 'Overige' in 2020 houdt voornamelijk verband met de tenderoperatie op de FRESH-effecten in het eerste kwartaal, gevolgd door de terugkoop van een aanvullend aantal FRESH-effecten in het tweede kwartaal. De twee transacties genereerden een winst van EUR 332 miljoen, na aftrek van het resultaat op de bijbehorende renteswap.

2021 2020

32 Resultaat op verkoop en herwaarderingen 241 | 240

Obligaties aangehouden voor verkoop 17 50 Aandelen aangehouden voor verkoop 120 24 Financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden 9 1 Vastgoedbeleggingen 115 157

aandelen van dochtermaatschappijen 1 26 Investeringen volgens de equity-methode 23 40 Materiële vaste activa 8 (1)

in de resultatenrekening 10 (3) Afdekkingsresultaten (5) (14) Overige (4) 359 Totaal resultaat op verkoop en herwaarderingen 294 639

In 2021 is de equity markets hersteld na een daling te wijten aan de covid-19 pandemie in 2020.

De lijn 'Overige' in 2020 houdt voornamelijk verband met de tenderoperatie op de FRESH-effecten in het eerste kwartaal, gevolgd door de terugkoop van een aanvullend aantal FRESH-effecten in het tweede kwartaal. De twee transacties genereerden een winst van EUR 332 miljoen, na aftrek van

Gerealiseerde winst (verlies) op de verkoop van

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Activa en passiva tegen reële waarde met waardeveranderingen

Daarnaast waren er hogere gerealiseerde winsten in 2021.

het resultaat op de bijbehorende renteswap.

240 | 240

Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten

(om afstand tot de tekst te kunnen maken).

33 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten

2021 2020
(On)gerealiseerde winsten / (verliezen) - verzekeringscontracten 268 55
(On)gerealiseerde winsten / (verliezen) - beleggingscontracten 964 453
(On)gerealiseerde winsten / (verliezen) 1.232 508
Beleggingsbaten - verzekeringscontracten 15 8
Beleggingsbaten - beleggingscontracten 159 (32)
Beleggingsbaten 174 (24)
Totaal baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 1.406 484

242 | 240

2021 2020
Herverzekering 107 98
Verzekeringen en beleggingen 245 168
Vermogensbeheer 32 28
Garantie- en bereidstellingcommissies 1 1
Overige servicevergoedingen 82 90
Totaal commissiebaten 467 385

34 Commissiebaten 243 | 240

2021 2020

35 Overige baten

Opbrengsten uit verkoop van voor verkoop aangehouden vastgoed 128 60 Teruggave van personeels- en overige kosten van derde partijen 27 26 Overige 127 115 Totaal overige baten 282 201

De overige baten omvatten de verkoopprijs van de gebouwen beschikbaar voor verkoop van de vastgoed ontwikkelingsprojecten van AGRE voor een bedrag van EUR 128,3 miljoen (EUR 60,4 miljoen vorig jaar), doorfacturaties van servicekosten in verband met verhuuractiviteiten, de omzetcijfers van de dienstverlenende bedrijven en de doorfacturatie van loon- en overige kosten aan

derde partijen.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

De regel 'Overige servicevergoedingen' heeft voornamelijk betrekking op vergoedingen ontvangen van Ageas makelaars voor de verkoop van verzekeringspolissen aan derde partijen.

35 Overige baten

2021 2020

34 Commissiebaten 243 | 240

Herverzekering 107 98 Verzekeringen en beleggingen 245 168 Vermogensbeheer 32 28 Garantie- en bereidstellingcommissies 1 1 Overige servicevergoedingen 82 90 Totaal commissiebaten 467 385

De regel 'Overige servicevergoedingen' heeft voornamelijk betrekking op vergoedingen ontvangen

van Ageas makelaars voor de verkoop van verzekeringspolissen aan derde partijen.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

242 | 240

2021 2020
Opbrengsten uit verkoop van voor verkoop aangehouden vastgoed 128 60
Teruggave van personeels- en overige kosten van derde partijen 27 26
Overige 127 115
Totaal overige baten 282 201

De overige baten omvatten de verkoopprijs van de gebouwen beschikbaar voor verkoop van de vastgoed ontwikkelingsprojecten van AGRE voor een bedrag van EUR 128,3 miljoen (EUR 60,4 miljoen vorig jaar), doorfacturaties van servicekosten in verband met verhuuractiviteiten, de omzetcijfers van de dienstverlenende bedrijven en de doorfacturatie van loon- en overige kosten aan derde partijen.

244 | 240

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Schadelasten en uitkeringen

2021 2020
Levensverzekeringen 4.897 4.623
Niet-levensverzekeringen 2.578 2.194
Algemene rekening en eliminaties (4) (2)
Totaal schadelasten en uitkeringen, netto 7.471 6.815
2021 2020
Uitkeringen en afkopen, bruto 4.805 5.098
Wijzigingen verplichtingen levensverzekering, bruto 109 (453)
Totaal schadelasten en uitkeringen Leven, bruto 4.914 4.645
Aandeel herverzekeraars in schadelasten en uitkeringen (17) (22)
Totaal schadelasten en uitkeringen Leven, netto 4.897 4.623
2021 2020
Schaden, bruto 2.547 2.411
Wijzigingen in verplichtingen inzake verzekeringscontracten, bruto 300 (79)
Totaal schadelasten en uitkeringen Niet-leven, bruto 2.847 2.332
Aandeel herverzekeraars in betaalde schaden (193) (157)
Aandeel herverzekeraars in wijziging in verplichtingen
inzake verzekeringscontracten (76) 19
Totaal schadelasten en uitkeringen Niet-leven, netto 2.578 2.194

36 Schadelasten en uitkeringen 245 | 240

2021 2020

37 Financieringslasten

Achtergestelde schulden 85 78 Leaseverplichting 17 16 Leningen van banken 19 17 Derivaten 5 7 Overige 12 21 Totaal financieringslasten 138 139

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

37 Financieringslasten

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Financieringslasten

2021 2020

36 Schadelasten en uitkeringen 245 | 240

2021 2020

2021 2020

Levensverzekeringen 4.897 4.623 Niet-levensverzekeringen 2.578 2.194 Algemene rekening en eliminaties (4) (2) Totaal schadelasten en uitkeringen, netto 7.471 6.815

Uitkeringen en afkopen, bruto 4.805 5.098 Wijzigingen verplichtingen levensverzekering, bruto 109 (453) Totaal schadelasten en uitkeringen Leven, bruto 4.914 4.645 Aandeel herverzekeraars in schadelasten en uitkeringen (17) (22) Totaal schadelasten en uitkeringen Leven, netto 4.897 4.623

Schaden, bruto 2.547 2.411 Wijzigingen in verplichtingen inzake verzekeringscontracten, bruto 300 (79) Totaal schadelasten en uitkeringen Niet-leven, bruto 2.847 2.332 Aandeel herverzekeraars in betaalde schaden (193) (157)

inzake verzekeringscontracten (76) 19 Totaal schadelasten en uitkeringen Niet-leven, netto 2.578 2.194

Aandeel herverzekeraars in wijziging in verplichtingen

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

244 | 240

2021 2020
Achtergestelde schulden 85 78
Leaseverplichting 17 16
Leningen van banken 19 17
Derivaten 5 7
Overige 12 21
Totaal financieringslasten 138 139

246 | 240

2021 2020
Beleggingen in aandelen en overige beleggingen
34
152
Investeringen in schuldbewijzen 2
Vastgoedbeleggingen 1
Leningen 2
Herverzekering en overige vorderingen
3
15
Materiële vaste activa
Goodwill en overige immateriële activa
2
Overlopende rente en overige activa
2
Totaal wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen
41
172

38 Wijzigingen bijzondere waardeverminderingen 247 | 240

2021 2020

39 Commissielasten

Effecten 4 6 Tussenpersonen 1.154 1.084 Vermogensbeheer 6 6 Bewaarneming 6 6 Overige commissielasten 43 36 Totaal commissielasten 1.213 1.138

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Het niveau aan bijzondere waardeverminderingen op aandelenbeleggingen in 2020 weerspiegelt de ongunstige evolutie op de aandelenmarkten als gevolg van de Covid-19 pandemie, vooral in het eerste en tweede kwartaal van het jaar. De toename van de bijzondere waardeverminderingen in 2020 op herverzekeringen en overige vorderingen heeft te maken met Covid-19 gerelateerde huurconcessies die Ageas als lessor heeft gegeven voor de lease van winkelpanden en kantoorgebouwen.

39 Commissielasten

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Commissielasten

2021 2020

Beleggingen in aandelen en overige beleggingen 34 152 Investeringen in schuldbewijzen 2 Vastgoedbeleggingen 1 Leningen 2 Herverzekering en overige vorderingen 3 15

38 Wijzigingen bijzondere waardeverminderingen 247 | 240

Totaal wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen 41 172

Het niveau aan bijzondere waardeverminderingen op aandelenbeleggingen in 2020 weerspiegelt de ongunstige evolutie op de aandelenmarkten als gevolg van de Covid-19 pandemie, vooral in het eerste en tweede kwartaal van het jaar. De toename van de bijzondere waardeverminderingen in 2020 op herverzekeringen en overige vorderingen heeft te maken met Covid-19 gerelateerde huurconcessies die Ageas als lessor heeft gegeven voor de lease van winkelpanden en

Goodwill en overige immateriële activa 2 Overlopende rente en overige activa 2

Materiële vaste activa

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

kantoorgebouwen.

246 | 240

2021 2020
Effecten 4 6
Tussenpersonen 1.154 1.084
Vermogensbeheer 6 6
Bewaarneming 6 6
Overige commissielasten 43 36
Totaal commissielasten 1.213 1.138

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Personeelskosten

248 | 240

2021 2020
Salarissen 590 583
Sociale-zekerheidslasten 129 126
Lasten pensioenregelingen op basis van pensioenregelingen
met vaste toezeggingen 57 54
Lasten pensioenregelingen op basis van beschikbare premies 11 11
Op aandelen gebaseerde beloning 7 3
Overige 58 57
Totaal personeelskosten 852 834

40 Personeelskosten 249 | 240

2021 2020

41 Overige lasten

Afschrijving van materiële vaste activa

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Afschrijving van immateriële vaste activa

Operationele en overige directe kosten verband houdend

Operationele en overige directe kosten verband houdend

Overige

Gebouwen voor eigen gebruik en parkeergarages 103 103 Verbeteringen aan gehuurde objecten 5 5 Vastgoedbeleggingen 97 94 Bedrijfsmiddelen 32 34

Gekochte software 7 7 Zelf ontwikkelde software 4 3 Value of Business acquired (VOBA) 11 13 Overige immateriële vaste activa 30 28

Overige huurlasten en gerelateerde lasten 18 18 Variabele leasebetalingen 51 48

met vastgoedbeleggingen 51 51

met vastgoed voor eigen gebruik 53 57 Advieskosten 121 126 Geactiveerde overlopende acquisitiekosten (416) (418) Afschrijving overlopende acquisitiekosten 418 423 Marketing en public relations 62 60 IT-kosten 197 174 Onderhouds- en reparatiekosten 19 23 Kostprijs van vastgoed aangehouden voor verkoop 116 53 Overige 290 263 Totaal overige lasten 1.269 1.165

De parkeerbeheerder van Ageas maakt gebruik van regelingen waarbij een variabele lease wordt betaald voor parkeergarages. De variabele leasekosten weerspiegelt de lagere omzet van deze

De regel 'Operationele en overige directe kosten verband houdend met vastgoedbeleggingen' wordt

parkeergarages in beide 2020 en 2021 ten gevolge van de Covid-19 pandemie.

deels gecompenseerd door inkomsten zoals vermeld in toelichting 35 'Overige baten'.

Overige is inclusief hoofdzakelijk andere korte termijn werknemersvoordelen.

In toelichting 6 sectie 6.1 Personeelsvergoedingen is nadere informatie te vinden over de personele vergoedingen na dienstverband en andere langetermijnpersoneelsbeloningen, waaronder pensioenkosten uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen en toegezegdebijdrageregelingen.

41 Overige lasten

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Overige lasten

2021 2020

40 Personeelskosten 249 | 240

Salarissen 590 583 Sociale-zekerheidslasten 129 126

met vaste toezeggingen 57 54 Lasten pensioenregelingen op basis van beschikbare premies 11 11 Op aandelen gebaseerde beloning 7 3 Overige 58 57 Totaal personeelskosten 852 834

In toelichting 6 sectie 6.1 Personeelsvergoedingen is nadere informatie te vinden over de personele vergoedingen na dienstverband en andere langetermijnpersoneelsbeloningen, waaronder pensioenkosten uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen en toegezegdebijdrageregelingen.

Overige is inclusief hoofdzakelijk andere korte termijn werknemersvoordelen.

Lasten pensioenregelingen op basis van pensioenregelingen

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

248 | 240

2021 2020
Afschrijving van materiële vaste activa
Gebouwen voor eigen gebruik en parkeergarages 103 103
Verbeteringen aan gehuurde objecten 5 5
Vastgoedbeleggingen 97 94
Bedrijfsmiddelen 32 34
Afschrijving van immateriële vaste activa
Gekochte software 7 7
Zelf ontwikkelde software 4 3
Value of Business acquired (VOBA) 11 13
Overige immateriële vaste activa 30 28
Overige
Overige huurlasten en gerelateerde lasten 18 18
Variabele leasebetalingen 51 48
Operationele en overige directe kosten verband houdend
met vastgoedbeleggingen 51 51
Operationele en overige directe kosten verband houdend
met vastgoed voor eigen gebruik 53 57
Advieskosten 121 126
Geactiveerde overlopende acquisitiekosten (416) (418)
Afschrijving overlopende acquisitiekosten 418 423
Marketing en public relations 62 60
IT-kosten 197 174
Onderhouds- en reparatiekosten 19 23
Kostprijs van vastgoed aangehouden voor verkoop 116 53
Overige 290 263
Totaal overige lasten 1.269 1.165

De parkeerbeheerder van Ageas maakt gebruik van regelingen waarbij een variabele lease wordt betaald voor parkeergarages. De variabele leasekosten weerspiegelt de lagere omzet van deze parkeergarages in beide 2020 en 2021 ten gevolge van de Covid-19 pandemie.

De regel 'Operationele en overige directe kosten verband houdend met vastgoedbeleggingen' wordt deels gecompenseerd door inkomsten zoals vermeld in toelichting 35 'Overige baten'.

41.1 Kosten revisoren

250 | 240

Voor 2021 en 2020 zijn deze als volgt samengesteld:

vergoedingen voor controleopdrachten: hierbij zijn inbegrepen de vergoedingen voor het controleren van de statutaire, de geconsolideerde jaarrekening(en) en de beoordeling van het tussentijds financieel verslag;

251 | 240

2021 2020

42 Belastingen op de winst

2021 2020

Belasting over het boekjaar 235 255 Aanpassing belastingen voorgaande jaren (4) (16) Totaal actuele belastinglast 231 239 Uitgestelde belastingen van het boekjaar (5) (15) Invloed belastingtariefwijzigingen op uitgestelde belastingen (11) (5)

tijdelijke verschillen die uitgestelde winstbelastingen verminderen 14 Totaal uitgestelde belastinglasten (16) (6) Totaal belastingen 215 233

Hieronder volgt een afstemming van de verwachte winstbelastingen op de feitelijke

topholding ageas SA/NV, wordt als belastingpercentage voor de groep het geldend

winstbelastingen. Vanwege de consolidatie van de financiële verslaggeving door de Belgische

belastingpercentage voor vennootschapsbelasting in België gehanteerd. Afwijkingen tussen de verwachte winstbelastingen en de feitelijke winstbelastingen in de verschillende rechtsgebieden waar de Ageas Groep actief is en die het gevolg zijn van lokale belastingwetten en –regels, worden opgenomen tegen de van toepassing zijnde lokale belastingpercentages en kunnen worden

Resultaat voor belastingen 1.231 1.533 Toepasselijk belastingpercentage voor de groep 25,00% 25,00% Verwachte winstbelastingen 308 383

Fiscaal vrijgestelde inkomsten (inclusief dividend en vermogenswinsten) (29) (73) Aandeel in nettoresultaat van deelnemingen en joint ventures (111) (81) Niet-aftrekbare posten 21 16 Voorheen niet opgenomen belastingverliezen en tijdelijke verschillen (80)

Invloed van wijziging belastingtarief op tijdelijke verschillen (11) (5)

van voorgaande jaren (4) (17)

deelnemingen en joint ventures 19 24

Overige (11) 43 Werkelijke winstbelastingen 215 233

niet-verrekenbaar geachte belastingverliezen van het huidig jaar 33 23

Uitgestelde belastingen voortvloeiend uit de afboeking (of terugname)

Voorheen niet erkende belastingverliezen, belastingfaciliteiten en

van een uitgestelde belastingvordering

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

onderverdeeld in de volgende categorieën.

Afboeking en terugname van afboeking van, uitgestelde belastingvorderingen inclusief

Lokale winstbelasting (staat/stad/regio/gemeente)

Invloed van afwijkende buitenlandse belastingtarieven Aanpassingen voor actuele en uitgestelde belastingen

Uitgestelde belastingen op investeringen in dochterondernemingen,

Stijging (daling) tegen lokale belastingen als gevolg van:

  • vergoedingen voor controle gerelateerde opdrachten: hierbij zijn inbegrepen vergoedingen voor werkzaamheden verricht in het kader van prospectussen, vergoedingen voor bijzondere controles en advisering die geen verband houdt met statutaire controles;
  • vergoedingen voor belastingadviezen;
  • overige niet-controle gerelateerde vergoedingen: dit betreft onder meer kosten van ondersteuning en advisering.
Statutaire
revisoren
Ageas
2021
Overige
revisoren
Ageas
Statutaire
revisoren
Ageas
2020
Overige
revisoren
Ageas
Kosten revisoren 4 2 4 1
Controle-gerelateerde kosten 1 1
Belastingadvieskosten
Overige niet-controlegerelateerde kosten
Totaal 5 2 5 1

(om afstand tot de tekst te kunnen maken). Belastingen op de winst

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign

251 | 240

250 | 240

41.1

Kosten revisoren

Belastingadvieskosten

Overige niet-controlegerelateerde kosten

Voor 2021 en 2020 zijn deze als volgt samengesteld:

vergoedingen voor belastingadviezen;

jaarrekening(en) en de beoordeling van het tussentijds financieel verslag;

vergoedingen voor controleopdrachten: hierbij zijn inbegrepen de vergoedingen voor het controleren van de statutaire, de geconsolideerde

vergoedingen voor controle gerelateerde opdrachten: hierbij zijn inbegrepen vergoedingen voor werkzaamheden verricht in het kader van

Kosten revisoren 4 2 4 1

Totaal 5 2 5 1

Controle-gerelateerde kosten 1 1

2021 2020

Statutaire Overige Statutaire Overige revisoren revisoren revisoren revisoren Ageas Ageas Ageas Ageas

prospectussen, vergoedingen voor bijzondere controles en advisering die geen verband houdt met statutaire controles;

overige niet-controle gerelateerde vergoedingen: dit betreft onder meer kosten van ondersteuning en advisering.

2021 2020
Belasting over het boekjaar 235 255
Aanpassing belastingen voorgaande jaren (4) (16)
Totaal actuele belastinglast 231 239
Uitgestelde belastingen van het boekjaar (5) (15)
Invloed belastingtariefwijzigingen op uitgestelde belastingen (11) (5)
Uitgestelde belastingen voortvloeiend uit de afboeking (of terugname)
van een uitgestelde belastingvordering
Voorheen niet erkende belastingverliezen, belastingfaciliteiten en
tijdelijke verschillen die uitgestelde winstbelastingen verminderen 14
Totaal uitgestelde belastinglasten (16) (6)
Totaal belastingen 215 233

42 Belastingen op de winst

Hieronder volgt een afstemming van de verwachte winstbelastingen op de feitelijke winstbelastingen. Vanwege de consolidatie van de financiële verslaggeving door de Belgische topholding ageas SA/NV, wordt als belastingpercentage voor de groep het geldend belastingpercentage voor vennootschapsbelasting in België gehanteerd. Afwijkingen tussen de verwachte winstbelastingen en de feitelijke winstbelastingen in de verschillende rechtsgebieden waar de Ageas Groep actief is en die het gevolg zijn van lokale belastingwetten en –regels, worden opgenomen tegen de van toepassing zijnde lokale belastingpercentages en kunnen worden onderverdeeld in de volgende categorieën.

2021 2020
Resultaat voor belastingen 1.231 1.533
Toepasselijk belastingpercentage voor de groep 25,00% 25,00%
Verwachte winstbelastingen 308 383
Stijging (daling) tegen lokale belastingen als gevolg van:
Fiscaal vrijgestelde inkomsten (inclusief dividend en vermogenswinsten) (29) (73)
Aandeel in nettoresultaat van deelnemingen en joint ventures (111) (81)
Niet-aftrekbare posten 21 16
Voorheen niet opgenomen belastingverliezen en tijdelijke verschillen (80)
Afboeking en terugname van afboeking van,
uitgestelde belastingvorderingen inclusief
niet-verrekenbaar geachte belastingverliezen van het huidig jaar 33 23
Invloed van wijziging belastingtarief op tijdelijke verschillen (11) (5)
Invloed van afwijkende buitenlandse belastingtarieven
Aanpassingen voor actuele en uitgestelde belastingen
van voorgaande jaren (4) (17)
Uitgestelde belastingen op investeringen in dochterondernemingen,
deelnemingen en joint ventures 19 24
Lokale winstbelasting
(staat/stad/regio/gemeente)
Overige (11) 43
Werkelijke winstbelastingen 215 233

TOELICHTING OP POSTEN NIET OPGENOMEN IN DE GECONSOLIDEERDE BALANS

253 | 240

43.1

procedures

Voorwaardelijke verplichtingen gerelateerd aan gerechtelijke

procedures.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

schikking te steunen.

EUR 100 miljoen te leveren.

schikking definitief werd.

met de gebeurtenissen.

toelichting 25 Voorzieningen).

zegde haar steun toe aan het schikkingsvoorstel van 2017.

Bovendien, als gevolg van de gebeurtenissen en ontwikkelingen die hebben plaatsgevonden met betrekking tot de voormalige Fortis-groep tussen mei 2007 en oktober 2008 (zoals de acquisitie van delen van ABN AMRO en de kapitaalverhoging in september/oktober 2007, de aankondiging van het solvabiliteitsplan in juni 2008, de desinvestering van de bankactiviteiten en de Nederlandse verzekeringsactiviteiten in september/oktober 2008) is Ageas betrokken bij een aantal gerechtelijke

43 Voorwaardelijke verplichtingen

Op 14 maart 2016 kondigde Ageas een schikking aan met verscheidene claimantenorganisaties die aandeelhouders vertegenwoordigen in collectieve procedures voor de Belgische en Nederlandse rechtbanken. Op 23 mei 2016 verzochten de partijen bij de schikking, Ageas, Deminor, Stichting FortisEffect, Stichting Investor Claims Against Fortis, VEB en Stichting FORsettlement, het Gerechtshof Amsterdam de schikking bindend te verklaren voor alle in aanmerking komende Fortis aandeelhouders die niet binnen een bepaalde periode hebben gekozen voor een opt-out, overeenkomstig de Nederlandse Wet voor Collectieve Afwikkeling Massaschade. Ageas heeft tevens een overeenkomst bereikt met de heer Arnauts en de heer Lenssens, twee advocaten die namens een aantal eisers juridische stappen hebben genomen tegen Ageas, en in 2017 met de in Luxemburg gevestigde onderneming Archand s.à.r.l. en hieraan verbonden personen, om de

Op 16 juni 2017 nam het Hof de tussentijdse beslissing om de schikking in de initiële vorm niet bindend te verklaren. Op 16 oktober 2017 besloot Ageas een ultieme bijkomende inspanning van

Op 12 december 2017 dienden de partijen een aangevuld en gewijzigd schikkingsvoorstel in. Consumentenclaim, een tegenstander van de schikking in haar oorspronkelijke vorm van 2016,

Op 13 juli 2018 verklaarde het Gerechtshof Amsterdam de schikking bindend voor in aanmerking komende aandeelhouders (d.w.z. personen die aandelen Fortis in bezit hadden op onverschillig welk tijdstip tussen het sluiten van de handel op 28 februari 2007 en het sluiten van de handel op 14 oktober 2008). Ageas zag op 21 december 2018 af van haar beëindigingsrecht, waardoor de

Dit betekent dat in aanmerking komende aandeelhouders recht hebben op vergoeding voor de gebeurtenissen van 2007-2008, met volledige vrijwaring van aansprakelijkheid voor deze

gebeurtenissen, en conform de (overige) bepalingen van het schikkingsakkoord. Verder betekent het dat in aanmerking komende aandeelhouders die niet tijdig hebben gekozen voor een opt-out (uiterlijk op 31 december 2018), ongeacht of ze al dan niet tijdig een claim indienen, deze vrijwaring van aansprakelijkheid van rechtswege erkennen en afstand doen van eventuele rechten in verband

De periode voor het indienen van vorderingen begon op 27 juli 2018 en eindigde op 28 juli 2019. Per

aandeelhouders, en werd een voorziening van EUR 114 miljoen opgenomen voor de schikking (zie

31 december 2021 werd EUR 1.199 miljoen uitbetaald aan in aanmerking komende

De Ageas-groep is, zoals vele andere financiële groepen, gedaagde in een aantal vorderingen, geschillen en rechtszaken die een gevolg zijn van de normale bedrijfsvoering.

Toelichting op posten niet opgenomen in de geconsolideerde balans

252 Ageas Jaarverslag 2021

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Voorwaardelijke verplichtingen

43.1 Voorwaardelijke verplichtingen gerelateerd aan gerechtelijke procedures

253 | 240

F

Toelichting op posten

niet opgenomen in de

geconsolideerde balans

De Ageas-groep is, zoals vele andere financiële groepen, gedaagde in een aantal vorderingen, geschillen en rechtszaken die een gevolg zijn van de normale bedrijfsvoering.

Bovendien, als gevolg van de gebeurtenissen en ontwikkelingen die hebben plaatsgevonden met betrekking tot de voormalige Fortis-groep tussen mei 2007 en oktober 2008 (zoals de acquisitie van delen van ABN AMRO en de kapitaalverhoging in september/oktober 2007, de aankondiging van het solvabiliteitsplan in juni 2008, de desinvestering van de bankactiviteiten en de Nederlandse verzekeringsactiviteiten in september/oktober 2008) is Ageas betrokken bij een aantal gerechtelijke procedures.

43 Voorwaardelijke verplichtingen

Op 14 maart 2016 kondigde Ageas een schikking aan met verscheidene claimantenorganisaties die aandeelhouders vertegenwoordigen in collectieve procedures voor de Belgische en Nederlandse rechtbanken. Op 23 mei 2016 verzochten de partijen bij de schikking, Ageas, Deminor, Stichting FortisEffect, Stichting Investor Claims Against Fortis, VEB en Stichting FORsettlement, het Gerechtshof Amsterdam de schikking bindend te verklaren voor alle in aanmerking komende Fortis aandeelhouders die niet binnen een bepaalde periode hebben gekozen voor een opt-out, overeenkomstig de Nederlandse Wet voor Collectieve Afwikkeling Massaschade. Ageas heeft tevens een overeenkomst bereikt met de heer Arnauts en de heer Lenssens, twee advocaten die namens een aantal eisers juridische stappen hebben genomen tegen Ageas, en in 2017 met de in Luxemburg gevestigde onderneming Archand s.à.r.l. en hieraan verbonden personen, om de schikking te steunen.

Op 16 juni 2017 nam het Hof de tussentijdse beslissing om de schikking in de initiële vorm niet bindend te verklaren. Op 16 oktober 2017 besloot Ageas een ultieme bijkomende inspanning van EUR 100 miljoen te leveren.

Op 12 december 2017 dienden de partijen een aangevuld en gewijzigd schikkingsvoorstel in. Consumentenclaim, een tegenstander van de schikking in haar oorspronkelijke vorm van 2016, zegde haar steun toe aan het schikkingsvoorstel van 2017.

Op 13 juli 2018 verklaarde het Gerechtshof Amsterdam de schikking bindend voor in aanmerking komende aandeelhouders (d.w.z. personen die aandelen Fortis in bezit hadden op onverschillig welk tijdstip tussen het sluiten van de handel op 28 februari 2007 en het sluiten van de handel op 14 oktober 2008). Ageas zag op 21 december 2018 af van haar beëindigingsrecht, waardoor de schikking definitief werd.

Dit betekent dat in aanmerking komende aandeelhouders recht hebben op vergoeding voor de gebeurtenissen van 2007-2008, met volledige vrijwaring van aansprakelijkheid voor deze gebeurtenissen, en conform de (overige) bepalingen van het schikkingsakkoord. Verder betekent het dat in aanmerking komende aandeelhouders die niet tijdig hebben gekozen voor een opt-out (uiterlijk op 31 december 2018), ongeacht of ze al dan niet tijdig een claim indienen, deze vrijwaring van aansprakelijkheid van rechtswege erkennen en afstand doen van eventuele rechten in verband met de gebeurtenissen.

De periode voor het indienen van vorderingen begon op 27 juli 2018 en eindigde op 28 juli 2019. Per 31 december 2021 werd EUR 1.199 miljoen uitbetaald aan in aanmerking komende aandeelhouders, en werd een voorziening van EUR 114 miljoen opgenomen voor de schikking (zie toelichting 25 Voorzieningen).

Nu de schikking definitief is geworden, hebben de partijen die de schikking steunen bevestigd hun juridische procedures te zullen beëindigen.

De partijen die op tijd bekendmaakten voor een opt-out te kiezen, kunnen hun juridische procedures in Nederland hervatten, of in voorkomend geval, in België hervatten of voortzetten.

In de paragrafen hieronder geven we een overzicht van alle overblijvende procedures, die hetzij beëindigd zijn in de loop van 2021, hetzij niet beëindigd waren per 31 december 2021. Die procedures maken voorwaardelijke verplichtingen uit waar geen voorzieningen voor zijn aangelegd.

1. In Nederland

1.1 Cebulon

254 | 240

Op 14 juli 2020 is de Nederlandse vennootschap Cebulon een juridische procedure gestart tegen Ageas en enkele medegedaagden, aangaande beweerdelijk misleidende communicatie in de periode 2007-2008. Cebulon eist in haar hoedanigheid van voormalige Fortis aandeelhouder een schadevergoeding voor de rechtbank van Utrecht. Er heeft een inleidingszitting plaatsgevonden op 9 september 2020. De partijen zijn conclusies aan het uitwisselen.

1.2 Nederlandse individuele investeerder

Op 29 januari 2021, is een Nederlandse individuele investeerder een juridische procedure gestart tegen Ageas. Hij eist compensatie voor de schade die hij beweerdelijk heeft geleden door de Fortis crisis in 2007- 2008, voor de rechtbank van Utrecht. De inleidingszitting heeft plaatsgevonden op 10 maart 2021. De partijen zijn conclusies aan het uitwisselen.

2 In België

2.1 Modrikamen

Een aantal aandeelhouders, vertegenwoordigd door mr. Modrikamen, heeft op 28 januari 2009 een procedure ingeleid voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel waarbij oorspronkelijk de vernietiging van de verkoop van ASR aan de Nederlandse staat en de verkoop van Fortis Bank aan de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij (FPIM) (en vervolgens aan BNP Paribas) dan wel schadevergoeding werd gevraagd. Op 8 december 2009 besliste de rechtbank onder meer dat zij niet bevoegd is voor de vorderingen tegen de Nederlandse verweerders. Op 17 januari 2013 bevestigde het Hof van Beroep dit vonnis op dit punt. In juli 2014 tekende mr. Modrikamen hiertegen cassatieberoep aan. Op 23 oktober 2015 verwierp het Hof van Cassatie dit beroep. Mr. Modrikamen zette de procedure ten gronde voor de Rechtbank van Koophandel voort inzake de verkoop van Fortis Bank waarbij de betaling van een schadevergoeding door BNP Paribas aan Ageas alsmede door

Ageas aan de eisers werd nagestreefd. In een tussenvonnis op 4 november 2014 verklaarde de rechtbank de vordering van ongeveer 50 % van de eisers onontvankelijk. Op 29 april 2016 besloot de Rechtbank van Koophandel te Brussel de zaak te schorsen in afwachting van het resultaat van de strafprocedure. Ageas sloot een dadingsovereenkomst met mr. Modrikamen en zijn cliënten die tijdig een opt-out formulier hebben ingediend op 7 juni 2020, waardoor deze procedure niet langer door deze personen wordt nagestreefd tegen Ageas. Deze procedure is gereactiveerd. Er zijn evenwel geen vorderingen meer tegen Ageas.

255 | 240

3 Vrijwaringsbedingen

gerechtelijke uitspraak.

juridische procedures.

43.2

mogelijke wissel.

In 2008 heeft Fortis aan sommige voormalige topmanagers en bestuurders, bij hun vertrek, een contractuele vrijwaring verleend voor juridische kosten, en in sommige gevallen ook voor de financiële gevolgen van een eventuele gerechtelijke uitspraak in het geval dat tegen deze personen een rechtszaak zou worden aangespannen in verband met hun mandaat binnen de onderneming. Ageas betwist de geldigheid van deze contractuele vrijwaringsbedingen voor zover ze betrekking hebben op de financiële gevolgen van een eventuele

aandelen Ageas die BNP Paribas Fortis SA/NV aanhoudt; deze

BNP Paribas Fortis SA/NV betaalt de coupon voor de CASHES per kwartaal tegen een variabele rente van 3-maands Euribor plus 200 basispunten, tot de omwisseling van de CASHES in aandelen Ageas plaatsvindt. Indien geen dividend wordt betaald op aandelen Ageas, of het vast te stellen dividend met betrekking tot een boekjaar onder de drempel ligt (dividendrendement lager dan 0,5%), of in bepaalde andere omstandigheden, zal de betaling van coupons door ageas SA/NV verplicht plaatsvinden via de uitgifte van nieuwe aandelen in overeenstemming met de zogenaamde Alternative Coupon Settlement Method (ACSM), terwijl BNP Paribas Fortis SA/NV dan aan Ageas instrumenten dient uit te geven die als hybride Tier 1 instrumenten kunnen worden aangemerkt als compensatie voor de coupons die werden betaald door ageas SA/NV. Als de ACSM in werking treedt en het beschikbare maatschappelijke kapitaal ontoereikend is voor ageas SA/NV om de ACSM verplichting na te komen, wordt de couponbetaling opgeschort tot het moment dat de uitgifte van nieuwe aandelen weer

In een akkoord gesloten in 2012, dat onder andere heeft geleid tot een tender en tevens conversie van de CASHES, heeft Ageas ingestemd BNP Paribas Fortis SA/NV een jaarlijkse vergoeding te betalen die overeenkomt met het bruto dividend van de aandelen die BNP Paribas

Voorts hebben een aantal particuliere klanten van Ageas Frankrijk, een 100% dochteronderneming van Ageas Insurance International, vorderingen tegen Ageas Frankrijk ingediend in verband met de vermeende eenzijdige wijziging van de voorwaarden van een unit-linked product door het doorrekenen van bepaalde transactiekosten. Eisers vroegen niet alleen de terugbetaling van deze kosten, maar beweerden

arbitrageverrichtingen uit te voeren tussen unit-linked fondsen en een gewaarborgd fonds door gebruik te maken van de laatst bekende valutadata, en eisten tevens een verbod op de doorrekening van de kosten. In november 2014 erkende het Parijse Hof van Beroep de beslissing in eerste aanleg om de vorderingen als gegrond te verklaren en stelde het experts aan om de omvang van de schadevergoeding vast te stellen. Nadat Ageas France hiertegen cassatieberoep had ingesteld bij het Franse Hof van Cassatie, heeft dit Hof van Cassatie op 8 september 2016 het arrest van het Hof van Beroep in Parijs grotendeels vernietigd en de zaak verwezen naar het Hof van Beroep in Versailles. De procedure bij het Hof van Beroep is Versailles is stopgezet. Een procedure in eerste aanleg, die een aantal jaren was opgeschort in afwachting van het besluit van het Franse Hof van Cassatie, is door twee eisers gereactiveerd. Er is een zitting gehouden in de eerste helft van oktober 2019, de partijen zijn conclusies aan het uitwisselen. De partijen hebben een schikking gesloten in december 2021. Deze

Overige voorwaardelijke verplichtingen

ook benadeeld te zijn wegens verloren kansen om

aandelen zijn ten gunste van die houders verpand.

mogelijk is.

43.3

Fortis SA/NV nog aanhoudt.

procedure is beëindigd.

Voorts heeft Ageas, zoals gebruikelijk bij dat soort transacties, overeenkomsten afgesloten met een aantal financiële instellingen die de

In het kader van een schikking met de verzekeraars van de bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering en van de

die in het kader van de schikking zijn opgericht.

Voorwaardelijke verplichtingen

dochterondernemingen

prospectusaansprakelijkheidsverzekering, met betrekking tot de gebeurtenissen en ontwikkelingen rond de voormalige Fortis groep in 2007 en 2008, heeft Ageas een vrijwaring verleend aan de verzekeraars voor het totale dekkingsbedrag van de betrokken polissen. Daarnaast ging Ageas ook vrijwaringsverbintenissen aan ten gunste van enkele voormalige Fortis bestuurders en functionarissen en ten gunste van BNP Paribas Fortis met betrekking tot toekomstige verdedigingskosten, en ten gunste van de bestuurders van de twee Nederlandse stichtingen

inzake hybride instrumenten van voormalige

totaalbedrag vertegenwoordigen van EUR 948 miljoen.

In 2007 heeft BNP Paribas Fortis SA/NV CASHES (Convertible And Subordinated Hybrid Equity-linked Securities) uitgegeven, waarbij ageas SA/NV als medeschuldenaar optrad (BNP Paribas Fortis SA/NV was op dat moment een dochteronderneming). Van de oorspronkelijk uitgegeven 12.000 effecten, blijven er 3.791 effecten uitstaan, die een

De obligaties hebben geen vervaldatum en kunnen niet in contanten worden afgelost, maar kunnen alleen worden ingewisseld tegen aandelen Ageas aan een koers van EUR 239,40 per aandeel. De CASHES worden automatisch omgezet in aandelen Ageas als de koers van het aandeel Ageas gedurende twintig achtereenvolgende beurswerkdagen gelijk is aan of hoger is dan EUR 359,10. BNP Paribas Fortis SA/NV bezit 3.958.859 aandelen Ageas met het oog op de

De enige verhaalmogelijkheid van de houders van de CASHES tegen elk van de mededebiteuren met betrekking tot de hoofdsom zijn de

kapitaalverhogingen van 2007 en 2008. Deze overeenkomsten bevatten vrijwaringsbedingen die onder bepaalde voorwaarden voor Ageas verplichtingen tot schadeloosstelling impliceren. Sommige van die financiële instellingen zijn betrokken bij de in dit hoofdstuk beschreven

plaatsing van Fortis aandelen faciliteerden tijdens de

2.2 Deminor

Een aantal personen rond Deminor International heeft op 13 januari 2010 (momenteel onder de naam DRS Belgium) een procedure ingeleid voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel, waarbij ze schadevergoeding nastreven op grond van beweerde onvolledige of misleidende informatieverstrekking door Fortis in de periode maart 2007 tot oktober 2008. Op 28 april 2014 verklaarde de rechtbank in een tussenvonnis de vordering van ongeveer 25 % van de eisers onontvankelijk. De partijen zijn bezig met het beëindigen van deze procedure, we verwachten dat deze procedure binnenkort beëindigd zal zijn.

2.3 Overige vorderingen namens individuele aandeelhouders

Op 12 september 2012 hebben Patripart, een (voormalige) Fortis aandeelhouder, en haar moedermaatschappij Patrinvest een procedure aangespannen voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel, waarbij schadevergoeding wordt gevorderd op basis van het beweerde gebrek aan of misleidende informatie van Fortis in de context van de kapitaalverhoging in 2007. Op 1 februari 2016 verwierp de rechtbank de vordering over de hele lijn. Op 16 maart 2016 heeft Patrinvest beroep aangetekend bij het Brusselse Hof van Beroep. De partijen hebben schriftelijke stukken uitgewisseld en wachten nu een pleitdatum en het besluit van het Hof af; hiervoor is nog geen datum vastgesteld.

Op 29 april 2013 hebben een aantal personen vertegenwoordigd door mr. Arnauts een procedure ingeleid voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel, waarbij ze schadevergoeding nastreven op grond van beweerde onvolledige of misleidende informatieverstrekking door Fortis in 2007 en 2008. Deze procedure is opgeschort in afwachting van de afloop van de strafprocedure. De partijen zijn bezig met het beëindigen van deze procedure, we verwachten dat deze procedure binnenkort beëindigd zal zijn.

Op 19 september 2013 werd een gelijkaardige burgerlijke procedure gestart voor de Rechtbank van Eerste Aanleg in Brussel door een aantal (voormalige) aandeelhouders van Fortis, vertegenwoordigd door mr. Lenssens. Deze procedure is opgeschort in afwachting van de afloop van de strafprocedure. De partijen zijn bezig met het beëindigen van deze procedure, we verwachten dat deze procedure binnenkort beëindigd zal zijn.

3 Vrijwaringsbedingen

255 | 240

254 | 240

beëindigen.

zijn aangelegd.

  1. In Nederland

conclusies aan het uitwisselen.

1.2 Nederlandse individuele investeerder

1.1 Cebulon

uitwisselen.

2 In België

2.1 Modrikamen

Nu de schikking definitief is geworden, hebben de partijen die de schikking steunen bevestigd hun juridische procedures te zullen

Ageas aan de eisers werd nagestreefd. In een tussenvonnis op 4 november 2014 verklaarde de rechtbank de vordering van ongeveer 50 % van de eisers onontvankelijk. Op 29 april 2016 besloot de Rechtbank van Koophandel te Brussel de zaak te schorsen in afwachting van het resultaat van de strafprocedure. Ageas sloot een dadingsovereenkomst met mr. Modrikamen en zijn cliënten die tijdig een opt-out formulier hebben ingediend op 7 juni 2020, waardoor deze procedure niet langer door deze personen wordt nagestreefd tegen Ageas. Deze procedure is gereactiveerd. Er zijn evenwel geen vorderingen meer tegen Ageas.

Een aantal personen rond Deminor International heeft op 13 januari 2010 (momenteel onder de naam DRS Belgium) een procedure ingeleid

2.3 Overige vorderingen namens individuele aandeelhouders Op 12 september 2012 hebben Patripart, een (voormalige) Fortis aandeelhouder, en haar moedermaatschappij Patrinvest een procedure aangespannen voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel, waarbij schadevergoeding wordt gevorderd op basis van het beweerde gebrek aan of misleidende informatie van Fortis in de context van de

kapitaalverhoging in 2007. Op 1 februari 2016 verwierp de rechtbank de vordering over de hele lijn. Op 16 maart 2016 heeft Patrinvest beroep aangetekend bij het Brusselse Hof van Beroep. De partijen hebben schriftelijke stukken uitgewisseld en wachten nu een pleitdatum en het besluit van het Hof af; hiervoor is nog geen datum vastgesteld.

Op 29 april 2013 hebben een aantal personen vertegenwoordigd door mr. Arnauts een procedure ingeleid voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel, waarbij ze schadevergoeding nastreven op grond van beweerde onvolledige of misleidende informatieverstrekking door Fortis in 2007 en 2008. Deze procedure is opgeschort in afwachting van de afloop van de strafprocedure. De partijen zijn bezig met het beëindigen van deze procedure, we verwachten dat deze procedure binnenkort

Op 19 september 2013 werd een gelijkaardige burgerlijke procedure gestart voor de Rechtbank van Eerste Aanleg in Brussel door een aantal (voormalige) aandeelhouders van Fortis, vertegenwoordigd door mr. Lenssens. Deze procedure is opgeschort in afwachting van de afloop van de strafprocedure. De partijen zijn bezig met het beëindigen van deze procedure, we verwachten dat deze procedure binnenkort

voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel, waarbij ze schadevergoeding nastreven op grond van beweerde onvolledige of misleidende informatieverstrekking door Fortis in de periode maart 2007 tot oktober 2008. Op 28 april 2014 verklaarde de rechtbank in een tussenvonnis de vordering van ongeveer 25 % van de eisers onontvankelijk. De partijen zijn bezig met het beëindigen van deze procedure, we verwachten dat deze procedure binnenkort beëindigd zal

2.2 Deminor

beëindigd zal zijn.

beëindigd zal zijn.

zijn.

De partijen die op tijd bekendmaakten voor een opt-out te kiezen, kunnen hun juridische procedures in Nederland hervatten, of in voorkomend geval, in België hervatten of voortzetten.

overblijvende procedures, die hetzij beëindigd zijn in de loop van 2021, hetzij niet beëindigd waren per 31 december 2021. Die procedures maken voorwaardelijke verplichtingen uit waar geen voorzieningen voor

Op 14 juli 2020 is de Nederlandse vennootschap Cebulon een juridische procedure gestart tegen Ageas en enkele medegedaagden, aangaande beweerdelijk misleidende communicatie in de periode 2007-2008. Cebulon eist in haar hoedanigheid van voormalige Fortis aandeelhouder een schadevergoeding voor de rechtbank van Utrecht. Er heeft een inleidingszitting plaatsgevonden op 9 september 2020. De partijen zijn

Op 29 januari 2021, is een Nederlandse individuele investeerder een juridische procedure gestart tegen Ageas. Hij eist compensatie voor de schade die hij beweerdelijk heeft geleden door de Fortis crisis in 2007- 2008, voor de rechtbank van Utrecht. De inleidingszitting heeft plaatsgevonden op 10 maart 2021. De partijen zijn conclusies aan het

Een aantal aandeelhouders, vertegenwoordigd door mr. Modrikamen, heeft op 28 januari 2009 een procedure ingeleid voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel waarbij oorspronkelijk de vernietiging van de verkoop van ASR aan de Nederlandse staat en de verkoop van Fortis Bank aan de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij (FPIM) (en vervolgens aan BNP Paribas) dan wel schadevergoeding werd gevraagd. Op 8 december 2009 besliste de rechtbank onder meer dat zij niet bevoegd is voor de vorderingen tegen de Nederlandse verweerders. Op 17 januari 2013 bevestigde het Hof van Beroep dit vonnis op dit punt. In juli 2014 tekende mr. Modrikamen hiertegen cassatieberoep aan. Op 23 oktober 2015 verwierp het Hof van Cassatie dit beroep. Mr. Modrikamen zette de procedure ten gronde voor de Rechtbank van Koophandel voort inzake de verkoop van Fortis Bank waarbij de betaling van een schadevergoeding door BNP Paribas aan Ageas alsmede door

In de paragrafen hieronder geven we een overzicht van alle

In 2008 heeft Fortis aan sommige voormalige topmanagers en bestuurders, bij hun vertrek, een contractuele vrijwaring verleend voor juridische kosten, en in sommige gevallen ook voor de financiële gevolgen van een eventuele gerechtelijke uitspraak in het geval dat tegen deze personen een rechtszaak zou worden aangespannen in verband met hun mandaat binnen de onderneming. Ageas betwist de geldigheid van deze contractuele vrijwaringsbedingen voor zover ze betrekking hebben op de financiële gevolgen van een eventuele gerechtelijke uitspraak.

Voorts heeft Ageas, zoals gebruikelijk bij dat soort transacties, overeenkomsten afgesloten met een aantal financiële instellingen die de plaatsing van Fortis aandelen faciliteerden tijdens de kapitaalverhogingen van 2007 en 2008. Deze overeenkomsten bevatten vrijwaringsbedingen die onder bepaalde voorwaarden voor Ageas verplichtingen tot schadeloosstelling impliceren. Sommige van die financiële instellingen zijn betrokken bij de in dit hoofdstuk beschreven juridische procedures.

In het kader van een schikking met de verzekeraars van de bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering en van de prospectusaansprakelijkheidsverzekering, met betrekking tot de gebeurtenissen en ontwikkelingen rond de voormalige Fortis groep in 2007 en 2008, heeft Ageas een vrijwaring verleend aan de verzekeraars voor het totale dekkingsbedrag van de betrokken polissen. Daarnaast ging Ageas ook vrijwaringsverbintenissen aan ten gunste van enkele voormalige Fortis bestuurders en functionarissen en ten gunste van BNP Paribas Fortis met betrekking tot toekomstige verdedigingskosten, en ten gunste van de bestuurders van de twee Nederlandse stichtingen die in het kader van de schikking zijn opgericht.

43.2

Voorwaardelijke verplichtingen inzake hybride instrumenten van voormalige dochterondernemingen

In 2007 heeft BNP Paribas Fortis SA/NV CASHES (Convertible And Subordinated Hybrid Equity-linked Securities) uitgegeven, waarbij ageas SA/NV als medeschuldenaar optrad (BNP Paribas Fortis SA/NV was op dat moment een dochteronderneming). Van de oorspronkelijk uitgegeven 12.000 effecten, blijven er 3.791 effecten uitstaan, die een totaalbedrag vertegenwoordigen van EUR 948 miljoen.

De obligaties hebben geen vervaldatum en kunnen niet in contanten worden afgelost, maar kunnen alleen worden ingewisseld tegen aandelen Ageas aan een koers van EUR 239,40 per aandeel. De CASHES worden automatisch omgezet in aandelen Ageas als de koers van het aandeel Ageas gedurende twintig achtereenvolgende beurswerkdagen gelijk is aan of hoger is dan EUR 359,10. BNP Paribas Fortis SA/NV bezit 3.958.859 aandelen Ageas met het oog op de mogelijke wissel.

De enige verhaalmogelijkheid van de houders van de CASHES tegen elk van de mededebiteuren met betrekking tot de hoofdsom zijn de

aandelen Ageas die BNP Paribas Fortis SA/NV aanhoudt; deze aandelen zijn ten gunste van die houders verpand.

BNP Paribas Fortis SA/NV betaalt de coupon voor de CASHES per kwartaal tegen een variabele rente van 3-maands Euribor plus 200 basispunten, tot de omwisseling van de CASHES in aandelen Ageas plaatsvindt. Indien geen dividend wordt betaald op aandelen Ageas, of het vast te stellen dividend met betrekking tot een boekjaar onder de drempel ligt (dividendrendement lager dan 0,5%), of in bepaalde andere omstandigheden, zal de betaling van coupons door ageas SA/NV verplicht plaatsvinden via de uitgifte van nieuwe aandelen in overeenstemming met de zogenaamde Alternative Coupon Settlement Method (ACSM), terwijl BNP Paribas Fortis SA/NV dan aan Ageas instrumenten dient uit te geven die als hybride Tier 1 instrumenten kunnen worden aangemerkt als compensatie voor de coupons die werden betaald door ageas SA/NV. Als de ACSM in werking treedt en het beschikbare maatschappelijke kapitaal ontoereikend is voor ageas SA/NV om de ACSM verplichting na te komen, wordt de couponbetaling opgeschort tot het moment dat de uitgifte van nieuwe aandelen weer mogelijk is.

In een akkoord gesloten in 2012, dat onder andere heeft geleid tot een tender en tevens conversie van de CASHES, heeft Ageas ingestemd BNP Paribas Fortis SA/NV een jaarlijkse vergoeding te betalen die overeenkomt met het bruto dividend van de aandelen die BNP Paribas Fortis SA/NV nog aanhoudt.

43.3 Overige voorwaardelijke verplichtingen

Voorts hebben een aantal particuliere klanten van Ageas Frankrijk, een 100% dochteronderneming van Ageas Insurance International, vorderingen tegen Ageas Frankrijk ingediend in verband met de vermeende eenzijdige wijziging van de voorwaarden van een unit-linked product door het doorrekenen van bepaalde transactiekosten. Eisers vroegen niet alleen de terugbetaling van deze kosten, maar beweerden ook benadeeld te zijn wegens verloren kansen om arbitrageverrichtingen uit te voeren tussen unit-linked fondsen en een gewaarborgd fonds door gebruik te maken van de laatst bekende valutadata, en eisten tevens een verbod op de doorrekening van de kosten. In november 2014 erkende het Parijse Hof van Beroep de beslissing in eerste aanleg om de vorderingen als gegrond te verklaren en stelde het experts aan om de omvang van de schadevergoeding vast te stellen. Nadat Ageas France hiertegen cassatieberoep had ingesteld bij het Franse Hof van Cassatie, heeft dit Hof van Cassatie op 8 september 2016 het arrest van het Hof van Beroep in Parijs grotendeels vernietigd en de zaak verwezen naar het Hof van Beroep in Versailles. De procedure bij het Hof van Beroep is Versailles is stopgezet. Een procedure in eerste aanleg, die een aantal jaren was opgeschort in afwachting van het besluit van het Franse Hof van Cassatie, is door twee eisers gereactiveerd. Er is een zitting gehouden in de eerste helft van oktober 2019, de partijen zijn conclusies aan het uitwisselen. De partijen hebben een schikking gesloten in december 2021. Deze procedure is beëindigd.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Gebeurtenissen na balansdatum

256 | 240

Ageas heeft op 15 februari 2022 aangekondigd dat zijn dochteronderneming Ageas UK Ltd een overeenkomst had gesloten met AXA Insurance UK PLC over de verkoop van zijn professionele verzekeringen voor nieuwe klanten. Op het niveau van Ageas Groep zal de transactie een initiële positieve impact hebben van EUR 45,5 miljoen op het nettoresultaat, te boeken in de eerste helft van 2022.

44 Gebeurtenissen na balansdatum

257 | 240

De Raad van Bestuur van Ageas is verantwoordelijk voor het

De Raad van Bestuur heeft op 29 maart 2022 de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas en het

Verklaring van de Raad van Bestuur

De Raad van Bestuur verklaart dat, naar zijn beste weten, de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas een getrouw en juist beeld geeft van de activa, verplichtingen, financiële positie en het resultaat van Ageas en van onzekerheden waarmee Ageas geconfronteerd wordt en dat de informatie die in deze jaarrekening is opgenomen geen tekortkomingen bevat die het noodzakelijk

De Raad van Bestuur van Ageas verklaart tevens dat het Verslag van de Raad van Bestuur een juist beeld geeft van de ontwikkelingen en resultaten van de dochtermaatschappijen van de Groep. Het jaarverslag van Ageas bestaande uit de Geconsolideerde Jaarrekening en het Verslag van de Raad van Bestuur zal ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Algemene Vergadering van

Verslag van de Raad van Bestuur beoordeeld en goedgekeurd voor publicatie.

maken om de reikwijdte van enige berichtgeving significant aan te passen.

Aandeelhouders op 18 mei 2022.

Voorzitter Bart De Smet

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Managing Director Europe Antonio Cano Managing Director Asia Filip Coremans Niet-uitvoerende Bestuurders Richard Jackson

Chief Executive Officer Hans De Cuyper Chief Financial Officer Christophe Boizard Chief Risk Officer Emmanuel Van Grimbergen

Vicevoorzitter Guy de Selliers de Moranville

Yvonne Lang Ketterer Jane Murphy Lionel Perl Lucrezia Reichlin Katleen Vandeweyer Jan Zegering Hadders Sonali Chandmal Jean-Michel Chatagny

Brussel, 29 maart 2022

Raad van Bestuur

Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas per 31 december 2021, in overeenstemming met International Financial Reporting Standards zoals aanvaard door de Europese Unie, met de

Europese Transparantie Richtlijn (2004/109/EC) en het Verslag van de Raad van Bestuur in overeenstemming met de toepasselijke wettelijke en toezichtvereisten in België.

opstellen van de

Ageas houdt de ontwikkelingen in Oekraïne en Rusland nauwlettend in de gaten, met name wat betreft de indirecte macro-economische effecten, zoals de toekomstige ontwikkeling van de rente en de inflatie in de markten waarin wij actief zijn. De Groep is in geen van beide landen actief via dochterondernemingen of filialen. De te verwachten directe gevolgen worden als onbelangrijk beschouwd, gezien de onbeduidende directe blootstelling van de Groep aan deze markten.

Verklaring van de Raad van Bestuur

De Raad van Bestuur van Ageas is verantwoordelijk voor het opstellen van de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas per 31 december 2021, in overeenstemming met International Financial Reporting Standards zoals aanvaard door de Europese Unie, met de Europese Transparantie Richtlijn (2004/109/EC) en het Verslag van de Raad van Bestuur in overeenstemming met de toepasselijke wettelijke en toezichtvereisten in België.

257 | 240

Ageas heeft op 15 februari 2022 aangekondigd dat zijn dochteronderneming Ageas UK Ltd een overeenkomst had gesloten met AXA Insurance UK PLC over de verkoop van zijn professionele verzekeringen voor nieuwe klanten. Op het niveau van Ageas Groep zal de transactie een initiële positieve impact hebben van EUR 45,5 miljoen op het nettoresultaat, te boeken in de eerste helft

44 Gebeurtenissen na balansdatum

Ageas houdt de ontwikkelingen in Oekraïne en Rusland nauwlettend in de gaten, met name wat betreft de indirecte macro-economische effecten, zoals de toekomstige ontwikkeling van de rente en de inflatie in de markten waarin wij actief zijn. De Groep is in geen van beide landen actief via dochterondernemingen of filialen. De te verwachten directe gevolgen worden als onbelangrijk beschouwd, gezien de onbeduidende directe blootstelling van de Groep aan deze markten.

van 2022.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

256 | 240

De Raad van Bestuur heeft op 29 maart 2022 de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas en het Verslag van de Raad van Bestuur beoordeeld en goedgekeurd voor publicatie.

Verklaring van de Raad van Bestuur

De Raad van Bestuur verklaart dat, naar zijn beste weten, de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas een getrouw en juist beeld geeft van de activa, verplichtingen, financiële positie en het resultaat van Ageas en van onzekerheden waarmee Ageas geconfronteerd wordt en dat de informatie die in deze jaarrekening is opgenomen geen tekortkomingen bevat die het noodzakelijk maken om de reikwijdte van enige berichtgeving significant aan te passen.

De Raad van Bestuur van Ageas verklaart tevens dat het Verslag van de Raad van Bestuur een juist beeld geeft van de ontwikkelingen en resultaten van de dochtermaatschappijen van de Groep. Het jaarverslag van Ageas bestaande uit de Geconsolideerde Jaarrekening en het Verslag van de Raad van Bestuur zal ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders op 18 mei 2022.

Brussel, 29 maart 2022

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Raad van Bestuur

  • Voorzitter Bart De Smet Vicevoorzitter Guy de Selliers de Moranville Chief Executive Officer Hans De Cuyper Chief Financial Officer Christophe Boizard Chief Risk Officer Emmanuel Van Grimbergen Managing Director Europe Antonio Cano Managing Director Asia Filip Coremans Niet-uitvoerende Bestuurders Richard Jackson
    • Yvonne Lang Ketterer Jane Murphy Lionel Perl Lucrezia Reichlin Katleen Vandeweyer Jan Zegering Hadders Sonali Chandmal Jean-Michel Chatagny

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Verslag van de commissaris

VERSLAG VAN DE COMMISSARIS AAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS VAN AGEAS OVER DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING VOOR HET BOEKJAAR AFGESLOTEN OP 31 DECEMBER 2021

258 | 240

In het kader van de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van Ageas (de "Vennootschap") en haar filialen (samen "de Groep"), leggen wij u ons Commissarisverslag voor. Dit bevat ons verslag over de geconsolideerde jaarrekening en de overige door wet- en regelgeving gestelde eisen. Het vormt één geheel en is ondeelbaar.

Verslag van de commissaris 259 | 240

Kernpunten van de controle

Beschrijving van het kernpunt van de controle

uit de toereikendheidstest zouden voortvloeien.

en regelgeving binnen de verzekeringssector.

alsook aan de algemene kosten.

De toereikendheidstest van de technische voorzieningen is gebaseerd op actuariële technieken. De test is relatief complex aangezien hij steunt op een aantal veronderstellingen met betrekking tot toekomstige gebeurtenissen die een belangrijke mate van beoordeling vereisen. Deze kunnen worden beïnvloed door toekomstige economische omstandigheden en het ondernemingsbeleid alsook door specifieke wet-

De veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gehanteerd worden, hangen voor de verzekeringsactiviteiten niet-leven hoofdzakelijk af van de betaalde bedragen voor schadegevallen, van het aantal opgelopen doch nog niet aangegeven schadegevallen en van de schaderegelingskosten.

Voor de verzekeringsactiviteiten leven hangen de veronderstellingen die

voorzieningen gehanteerd worden, voornamelijk af van de risico's die verbonden zijn aan sterfte, aan levensverwachting, aan de gevolgen van de lagere financiële rendementen (en met name de interestvoeten)

schaduwboekhouding ('shadow accounting', een in IFRS 4 omschreven

in het kader van de toereikendheidstest van de technische

Bovendien heeft de Groep ervoor geopteerd de techniek van

eventuele opname van een bijkomende voorziening die door de toepassing van deze boekhoudkundige optie tot stand komt ("de

optie) toe te passen en bijgevolg over te gaan tot de

Per jaareinde 31 december 2021 bedragen de technische voorzieningen, zoals in toelichting 19 bij de geconsolideerde jaarrekening gedetailleerd, EUR 86.080 miljoen en vertegenwoordigen ze ongeveer 77% van het balanstotaal van de Groep. De technische voorzieningen van de verzekeringsactiviteiten niet-leven worden hoofdzakelijk bepaald op basis van een voorzichtige inschatting van schadedossiers uitgevoerd door de beheerders van schadedossiers, rekening houdend met de beschikbare informatie op datum van de afsluiting van het boekjaar. De technische voorzieningen van de verzekeringsactiviteiten leven worden berekend op basis van de actuariële technieken beschreven in de wet alsook overeenkomstig de technische parameters die uit de verzekeringscontracten voortvloeien. Zoals in toelichting 2.8.11 van de geconsolideerde jaarrekening is vermeld, wordt in het kader van de afsluiting van het boekjaar een test uitgevoerd om de toereikendheid van de verzekeringsverplichtingen (leven en niet-leven) ten aanzien van de geschatte toekomstige kasstromen na te gaan. In voorkomend geval worden de technische voorzieningen verhoogd met het bedrag van de eventuele tekorten die

deze aangelegenheden.

verzekeringsactiviteiten

Kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die naar ons professioneel oordeel het meest significant waren bij de controle van de geconsolideerde jaarrekening van de huidige verslagperiode. Deze aangelegenheden zijn behandeld in de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening als geheel en bij het vormen van ons oordeel hierover, en wij verschaffen geen afzonderlijk oordeel over

schaduwvoorziening"). Voor de verzekerings- en beleggingscontracten leven die aan IFRS 4 onderworpen zijn en die niet uit afgescheiden fondsen bestaan, wordt deze schaduwvoorziening bepaald als het negatieve verschil tussen het resultaat van de toereikendheidstest (cf. voorgaande paragraaf) en de netto niet-gerealiseerde meerwaarden van

de beleggingen die aan deze contracten zijn toegewezen.

Gezien het bovenstaande, wordt de waardering van de schaduwvoorziening beïnvloed door de uitkomst van de

Deze verschillende elementen in combinatie met de eventuele onzekerheid die inherent is aan de technieken van modellering en aan het discretionaire karakter van de veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest gehanteerd werden, zijn de voornaamste redenen om dit als een kernpunt van onze controle te

Onze auditbenadering betreffende het kernpunt van de controle We hebben testen uitgevoerd met betrekking tot de operationele doeltreffendheid van de controles die de Groep heeft opgezet om zich te

toereikendheidstest van de technische voorzieningen gebruikt worden. Met de hulp van onze interne experten in actuariële wetenschappen hebben we eveneens de gepastheid van de gehanteerde veronderstellingen in het licht van de huidige marktomstandigheden beoordeeld alsook de geschiktheid ervan gelet op de in de loop van het

Voor de levensverzekeringsactiviteiten hebben we de door de directie voorbereide analyse van de bewegingen van technische voorzieningen voor levensverzekeringen beoordeeld en, indien nodig, de elementen

We hebben ons er bovendien van vergewist dat de (inkomende en uitgaande) kasstromen die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gebruikt zijn, consistent zijn ten opzichte van de stromen die in de berekening van de beste inschatting van technische voorzieningen onder het referentiekader « Solvabiliteit II »

Voor een steekproef van contracten hebben we de juistheid getest van

belangrijkste technische systemen opgenomen zijn en die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gebruikt

Ten slotte hebben we onze bevindingen bevestigd met de actuariële

Op basis van onze controlewerkzaamheden menen we dat de in de toereikendheidstest gehanteerde veronderstellingen in het licht van de

huidige marktomstandigheden en gelet op de technische resultaten van het afgelopen boekjaar redelijk zijn.

vergewissen van de kwaliteit van de gegevens die in de

Voor de verzekeringsactiviteiten niet-leven hebben we, op onafhankelijke wijze, het niveau van adequaatheid van de schadereserves herberekend op basis van erkende actuariële technieken. Vervolgens hebben we onze resultaten vergeleken met de resultaten van de Groep en hebben we de nodige onderliggende documentatie bekomen die de waargenomen significante verschillen

boekjaar opgenomen technische resultaten.

toereikendheidstest.

beschouwen.

verantwoordt.

van de aansluiting onderzocht.

gehanteerd worden.

zijn.

de kerngegevens die in de

functie van de Groep.

Toereikendheid van het bedrag van de technische voorzieningen van de

Wij werden benoemd in onze hoedanigheid van Commissaris door de Algemene vergadering van 19 mei 2021, overeenkomstig het voorstel van de Raad van bestuur uitgebracht op aanbeveling van het Auditcomité. Ons mandaat loopt af op de datum van de Algemene vergadering die beraadslaagt over de jaarrekening voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2023. Wij hebben de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap uitgevoerd gedurende vier opeenvolgende boekjaren.

Verslag over de geconsolideerde jaarrekening

Oordeel zonder voorbehoud

Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de geconsolideerde jaarrekening van de Groep, die de geconsolideerde balans op 31 december 2021 omvat, alsook de geconsolideerde resultatenrekening, het geconsolideerd overzicht van het comprehensive income, het geconsolideerd overzicht van wijzigingen in het eigen vermogen, het geconsolideerd kasstroomoverzicht over het boekjaar afgesloten op die datum, en de toelichting met de belangrijkste gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Deze geconsolideerde jaarrekening vertoont een totaal van de geconsolideerde balans van EUR 111.139 miljoen en de geconsolideerde resultatenrekening sluit af met een winst van het boekjaar ("Nettoresultaat over de periode") van EUR 1.016 miljoen.

Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van het vermogen en de geconsolideerde financiële toestand van de Groep per 31 december 2021, alsook van zijn geconsolideerde resultaten en van zijn geconsolideerde kasstromen over het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften.

Basis voor het oordeel zonder voorbehoud

Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens de internationale controlestandaarden (ISA's) zoals van toepassing in België. Wij hebben bovendien de door de IAASB goedgekeurde internationale controlestandaarden toegepast die van toepassing zijn op de huidige afsluitdatum en nog niet goedgekeurd zijn op nationaal niveau. Onze verantwoordelijkheden op grond van deze standaarden zijn verder beschreven in de sectie "Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening" van ons verslag. Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip van deze met betrekking tot de onafhankelijkheid.

Wij hebben van de Raad van bestuur en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen.

Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.

Kernpunten van de controle

258 | 240

VERSLAG VAN DE COMMISSARIS AAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS VAN

AGEAS OVER DE GECONSOLIDEERDE

DECEMBER 2021

JAARREKENING VOOR HET BOEKJAAR AFGESLOTEN OP 31 In het kader van de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van Ageas (de "Vennootschap") en haar filialen (samen "de Groep"), leggen wij u ons Commissarisverslag voor. Dit bevat ons verslag over de geconsolideerde jaarrekening en de overige door wet- en regelgeving

Wij werden benoemd in onze hoedanigheid van Commissaris door de Algemene vergadering van 19 mei 2021, overeenkomstig het voorstel van de Raad van bestuur uitgebracht op aanbeveling van het Auditcomité. Ons mandaat loopt af op de datum van de Algemene vergadering die beraadslaagt over de jaarrekening voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2023. Wij hebben de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap uitgevoerd gedurende vier

Verslag van de commissaris 259 | 240

Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de geconsolideerde jaarrekening van de Groep, die

belangrijkste gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Deze geconsolideerde jaarrekening vertoont een totaal van de geconsolideerde balans van EUR 111.139 miljoen en de geconsolideerde resultatenrekening sluit af met een winst van het boekjaar

Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van het vermogen en de

Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens de internationale controlestandaarden (ISA's) zoals van toepassing in België. Wij hebben bovendien de door de IAASB goedgekeurde internationale controlestandaarden toegepast die van toepassing zijn op de huidige afsluitdatum en nog niet goedgekeurd zijn op nationaal niveau. Onze verantwoordelijkheden op grond van deze standaarden zijn verder beschreven in de sectie "Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening" van ons verslag. Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip

Wij hebben van de Raad van bestuur en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze

Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als

geconsolideerde financiële toestand van de Groep per 31 december 2021, alsook van zijn geconsolideerde resultaten en van zijn geconsolideerde kasstromen over het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en

de geconsolideerde balans op 31 december 2021 omvat, alsook de geconsolideerde resultatenrekening, het geconsolideerd overzicht van het comprehensive income, het geconsolideerd overzicht van wijzigingen in het eigen vermogen, het geconsolideerd kasstroomoverzicht over het boekjaar afgesloten op die datum, en de toelichting met de

gestelde eisen. Het vormt één geheel en is ondeelbaar.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Verslag over de geconsolideerde jaarrekening

("Nettoresultaat over de periode") van EUR 1.016 miljoen.

opeenvolgende boekjaren.

Oordeel zonder voorbehoud

reglementaire voorschriften.

basis voor ons oordeel.

Basis voor het oordeel zonder voorbehoud

van deze met betrekking tot de onafhankelijkheid.

controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen.

Kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die naar ons professioneel oordeel het meest significant waren bij de controle van de geconsolideerde jaarrekening van de huidige verslagperiode. Deze aangelegenheden zijn behandeld in de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening als geheel en bij het vormen van ons oordeel hierover, en wij verschaffen geen afzonderlijk oordeel over deze aangelegenheden.

Toereikendheid van het bedrag van de technische voorzieningen van de verzekeringsactiviteiten

Beschrijving van het kernpunt van de controle

Per jaareinde 31 december 2021 bedragen de technische voorzieningen, zoals in toelichting 19 bij de geconsolideerde jaarrekening gedetailleerd, EUR 86.080 miljoen en vertegenwoordigen ze ongeveer 77% van het balanstotaal van de Groep. De technische voorzieningen van de verzekeringsactiviteiten niet-leven worden hoofdzakelijk bepaald op basis van een voorzichtige inschatting van schadedossiers uitgevoerd door de beheerders van schadedossiers, rekening houdend met de beschikbare informatie op datum van de afsluiting van het boekjaar. De technische voorzieningen van de verzekeringsactiviteiten leven worden berekend op basis van de actuariële technieken beschreven in de wet alsook overeenkomstig de technische parameters die uit de verzekeringscontracten voortvloeien. Zoals in toelichting 2.8.11 van de geconsolideerde jaarrekening is vermeld, wordt in het kader van de afsluiting van het boekjaar een test uitgevoerd om de toereikendheid van de verzekeringsverplichtingen (leven en niet-leven) ten aanzien van de geschatte toekomstige kasstromen na te gaan. In voorkomend geval worden de technische voorzieningen verhoogd met het bedrag van de eventuele tekorten die uit de toereikendheidstest zouden voortvloeien.

De toereikendheidstest van de technische voorzieningen is gebaseerd op actuariële technieken. De test is relatief complex aangezien hij steunt op een aantal veronderstellingen met betrekking tot toekomstige gebeurtenissen die een belangrijke mate van beoordeling vereisen. Deze kunnen worden beïnvloed door toekomstige economische omstandigheden en het ondernemingsbeleid alsook door specifieke weten regelgeving binnen de verzekeringssector.

De veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gehanteerd worden, hangen voor de verzekeringsactiviteiten niet-leven hoofdzakelijk af van de betaalde bedragen voor schadegevallen, van het aantal opgelopen doch nog niet aangegeven schadegevallen en van de schaderegelingskosten.

Voor de verzekeringsactiviteiten leven hangen de veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gehanteerd worden, voornamelijk af van de risico's die verbonden zijn aan sterfte, aan levensverwachting, aan de gevolgen van de lagere financiële rendementen (en met name de interestvoeten) alsook aan de algemene kosten.

Bovendien heeft de Groep ervoor geopteerd de techniek van schaduwboekhouding ('shadow accounting', een in IFRS 4 omschreven optie) toe te passen en bijgevolg over te gaan tot de eventuele opname van een bijkomende voorziening die door de toepassing van deze boekhoudkundige optie tot stand komt ("de

schaduwvoorziening"). Voor de verzekerings- en beleggingscontracten leven die aan IFRS 4 onderworpen zijn en die niet uit afgescheiden fondsen bestaan, wordt deze schaduwvoorziening bepaald als het negatieve verschil tussen het resultaat van de toereikendheidstest (cf. voorgaande paragraaf) en de netto niet-gerealiseerde meerwaarden van de beleggingen die aan deze contracten zijn toegewezen.

Gezien het bovenstaande, wordt de waardering van de schaduwvoorziening beïnvloed door de uitkomst van de toereikendheidstest.

Deze verschillende elementen in combinatie met de eventuele onzekerheid die inherent is aan de technieken van modellering en aan het discretionaire karakter van de veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest gehanteerd werden, zijn de voornaamste redenen om dit als een kernpunt van onze controle te beschouwen.

Onze auditbenadering betreffende het kernpunt van de controle

We hebben testen uitgevoerd met betrekking tot de operationele doeltreffendheid van de controles die de Groep heeft opgezet om zich te vergewissen van de kwaliteit van de gegevens die in de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gebruikt worden.

Met de hulp van onze interne experten in actuariële wetenschappen hebben we eveneens de gepastheid van de gehanteerde veronderstellingen in het licht van de huidige marktomstandigheden beoordeeld alsook de geschiktheid ervan gelet op de in de loop van het boekjaar opgenomen technische resultaten.

Voor de verzekeringsactiviteiten niet-leven hebben we, op onafhankelijke wijze, het niveau van adequaatheid van de schadereserves herberekend op basis van erkende actuariële technieken. Vervolgens hebben we onze resultaten vergeleken met de resultaten van de Groep en hebben we de nodige onderliggende documentatie bekomen die de waargenomen significante verschillen verantwoordt.

Voor de levensverzekeringsactiviteiten hebben we de door de directie voorbereide analyse van de bewegingen van technische voorzieningen voor levensverzekeringen beoordeeld en, indien nodig, de elementen van de aansluiting onderzocht.

We hebben ons er bovendien van vergewist dat de (inkomende en uitgaande) kasstromen die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gebruikt zijn, consistent zijn ten opzichte van de stromen die in de berekening van de beste inschatting van technische voorzieningen onder het referentiekader « Solvabiliteit II » gehanteerd worden.

Voor een steekproef van contracten hebben we de juistheid getest van de kerngegevens die in de

belangrijkste technische systemen opgenomen zijn en die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gebruikt zijn.

Ten slotte hebben we onze bevindingen bevestigd met de actuariële functie van de Groep.

Op basis van onze controlewerkzaamheden menen we dat de in de toereikendheidstest gehanteerde veronderstellingen in het licht van de huidige marktomstandigheden en gelet op de technische resultaten van het afgelopen boekjaar redelijk zijn.

Waardering van de financiële instrumenten die niet genoteerd zijn op een gereglementeerde markt

Beschrijving van het kernpunt van de controle

260 | 240

De Groep bezit financiële instrumenten die niet genoteerd zijn op een gereglementeerde markt. Het gaat voornamelijk om obligaties van ondernemingen, aandelen in niet-beursgenoteerde vennootschappen en leningen, waarvan de details te vinden zijn in toelichting 10.2 en 10.3, niveaus 2 en 3, bij de geconsolideerde jaarrekening. De technieken en modellen die worden gebruikt om deze financiële activa te waarderen, maken gebruik van diverse veronderstellingen die, voor veel van hen, gepaard gaan met een bepaalde mate van beoordeling. Hoeveel elementen de reële waarde van het financieel instrument kunnen beïnvloeden hangt overigens af van zowel het type instrument als van het instrument zelf. Bijgevolg zou het gebruik van diverse waarderingstechnieken en -veronderstellingen in sterk uiteenlopende schattingen van reële waarde kunnen resulteren.

De onzekerheid die aan deze evaluatietechnieken en -modellen per type instrument verbonden is, is de voornaamste reden om dit als een kernpunt van onze controle te beschouwen.

Onze auditbenadering betreffende het kernpunt van de controle

Wij hebben inzicht verkregen in de interne controleomgeving wat betreft de waardering van financiële instrumenten, daarin begrepen de uitgevoerde controles op de prijzen en het validatieproces van de modellen.

We hebben steekproefsgewijs financiële instrumenten uitgekozen en, met behulp van onze experten inzake waardering van financiële instrumenten, een nazicht uitgevoerd van de gehanteerde inschattingen en voornaamste gehanteerde veronderstellingen voor het bepalen van de reële waarde, rekening houdend met de marktgegevens. We hebben eveneens, wanneer zulks gepast werd geacht, de basisgegevens die voor de bepaling van de reële waarde gebruikt zijn getest. Onze experten hebben voor de steekproef van de geselecteerde financiële instrumenten de reële waarde op onafhankelijke wijze herberekend. Ten slotte hebben we de naleving van de toepassing van de door de Groep gehanteerde waarderingsregels beoordeeld.

We beschouwen de voornaamste veronderstellingen die bij het bepalen van de marktwaarde gehanteerd zijn als redelijk. Uit onze onafhankelijke testen is geen significante uitzondering gebleken wat betreft het bepalen van de marktwaarde van de beleggingen waarvoor geen genoteerde prijs op een actieve markt bestaat.

Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening

De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften, alsook voor de interne beheersing die de Raad van bestuur noodzakelijk acht voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten.

Bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening is de Raad van bestuur verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de Groep om zijn continuïteit te handhaven, het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling, tenzij de Raad van bestuur het voornemen heeft om de Groep te liquideren of om de bedrijfsactiviteiten te beëindigen, of geen realistisch alternatief heeft dan dit te doen.

261 | 240

het evalueren van de geschiktheid van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van de door de Raad van bestuur gemaakte schattingen en van de

Overige door wet- en regelgeving gestelde eisen

De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening.

In het kader van onze opdracht en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm bij de in België van toepassing zijnde internationale controlestandaarden (ISA's), is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening te verifiëren, alsook verslag over deze

Aspecten betreffende het jaarverslag over de geconsolideerde

Wetboek van vennootschappen en verenigingen.

Na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening, zijn wij van oordeel dat dit jaarverslag overeenstemt met de geconsolideerde jaarrekening voor hetzelfde boekjaar en is opgesteld overeenkomstig het artikel 3:32 van het

In de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening, zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, in het bijzonder op basis van de kennis verkregen tijdens de controle, of het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat, hetzij informatie die onjuist vermeld is of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, dienen wij u geen afwijking van materieel belang te melden.

De op grond van artikel 3:32, §2 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen vereiste niet-financiële informatie werd opgenomen in het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening. De Vennootschap heeft zich bij het opstellen van deze niet-financiële informatie gebaseerd op de "Sustainable Development Goals" van de Verenigde Naties. Overeenkomstig artikel 3:80, §1, 5° van het Wetboek van

vennootschappen en verenigingen spreken wij ons evenwel niet uit over

overeenstemming met het in het jaarverslag vermelde referentiemodel.

De honoraria voor de bijkomende opdrachten die verenigbaar zijn met de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening bedoeld in artikel 3:65 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen werden correct vermeld en uitgesplitst in de toelichting

Ons bedrijfsrevisorenkantoor en ons netwerk hebben geen opdrachten verricht die onverenigbaar zijn met de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening en ons bedrijfsrevisorenkantoor is in de loop van ons mandaat

de vraag of deze niet-financiële informatie is opgesteld in

Vermeldingen betreffende de onafhankelijkheid

onafhankelijk gebleven tegenover de Groep.

bij de geconsolideerde jaarrekening.

Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur

Verantwoordelijkheden van de Commissaris

aangelegenheden uit te brengen.

jaarrekening

het concluderen of de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is, en het concluderen, op basis van de verkregen controle-informatie, of er een onzekerheid van materieel belang bestaat met betrekking tot gebeurtenissen of omstandigheden die significante twijfel kunnen doen ontstaan over de mogelijkheid van de Groep om zijn continuïteit te handhaven. Indien wij concluderen dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn wij ertoe gehouden om de aandacht in ons Commissarisverslag te vestigen op de daarop betrekking hebbende toelichtingen in de geconsolideerde jaarrekening, of, indien deze toelichtingen inadequaat zijn, om ons oordeel aan te passen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van ons Commissarisverslag. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat de Groep zijn

daarop betrekking hebbende toelichtingen;

continuïteit niet langer kan handhaven;

verantwoordelijk voor ons oordeel.

om onze onafhankelijkheid te waarborgen.

beeld;

het evalueren van de algehele presentatie, structuur en inhoud van de geconsolideerde jaarrekening, en van de vraag of de geconsolideerde jaarrekening de onderliggende transacties en gebeurtenissen weergeeft op een wijze die leidt tot een getrouw

het verkrijgen van voldoende en geschikte controle-informatie met betrekking tot de financiële informatie van de entiteiten of bedrijfsactiviteiten binnen de Groep gericht op het tot uitdrukking brengen van een oordeel over de geconsolideerde jaarrekening. Wij zijn verantwoordelijk voor de aansturing van, het toezicht op en de uitvoering van de groepscontrole. Wij blijven ongedeeld

Wij communiceren met het Auditcomité onder meer over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante

controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die wij identificeren gedurende onze controle. Wij verschaffen aan het Auditcomité tevens een verklaring dat wij de relevante deontologische voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd, en wij communiceren met hen over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden en, waar van toepassing, over de daarmee verband houdende maatregelen

Uit de aangelegenheden die met het Auditcomité zijn gecommuniceerd bepalen wij die zaken die het meest significant waren bij de controle van de geconsolideerde jaarrekening van de huidige verslagperiode, en die derhalve de kernpunten van onze controle uitmaken. Wij beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze aangelegenheden is verboden door wet- of regelgeving.

Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening

Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de geconsolideerde jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, en het uitbrengen van een Commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISA's is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van deze geconsolideerde jaarrekening, beïnvloeden.

Bij de uitvoering van onze controle leven wij het wettelijk, reglementair en normatief kader na dat van toepassing is op de controle van de jaarrekening in België. Een wettelijke controle biedt evenwel geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de Groep, noch omtrent de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee de Raad van bestuur de bedrijfsvoering van de Groep ter hand heeft genomen of zal nemen. Onze verantwoordelijkheden inzake de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling worden hieronder beschreven.

Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISA's, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. We voeren tevens de volgende werkzaamheden uit:

  • het identificeren en inschatten van de risico's dat de geconsolideerde jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, het bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden die op deze risico's inspelen en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Het risico van het niet detecteren van een van materieel belang zijnde afwijking is groter indien die afwijking het gevolg is van fraude dan indien zij het gevolg is van fouten, omdat bij fraude sprake kan zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten om transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het omzeilen van de interne beheersing;
  • het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle, met als doel controlewerkzaamheden op te zetten die in de gegeven omstandigheden geschikt zijn maar die niet zijn gericht op het geven van een oordeel over de effectiviteit van de interne beheersing van de Groep;

het evalueren van de geschiktheid van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van de door de Raad van bestuur gemaakte schattingen en van de daarop betrekking hebbende toelichtingen;

261 | 240

260 | 240

modellen.

een gereglementeerde markt

Beschrijving van het kernpunt van de controle

Waardering van de financiële instrumenten die niet genoteerd zijn op

Bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening is de Raad van bestuur verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de Groep om zijn continuïteit te handhaven, het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling, tenzij de Raad van bestuur het voornemen heeft om de Groep te liquideren of om de bedrijfsactiviteiten te beëindigen, of geen realistisch alternatief heeft dan

Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening

Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de geconsolideerde jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, en het uitbrengen van een Commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISA's is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van deze geconsolideerde jaarrekening, beïnvloeden.

Bij de uitvoering van onze controle leven wij het wettelijk, reglementair en normatief kader na dat van toepassing is op de controle van de jaarrekening in België. Een wettelijke controle biedt evenwel geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de Groep, noch omtrent de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee de Raad van bestuur de bedrijfsvoering van de Groep ter hand heeft genomen of zal nemen. Onze verantwoordelijkheden inzake de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling worden hieronder

Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISA's, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. We voeren

geconsolideerde jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, het bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden die op deze risico's inspelen en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Het risico van het niet detecteren van een van materieel belang zijnde afwijking is groter indien die afwijking het gevolg is van fraude dan indien zij het gevolg is van fouten, omdat bij fraude sprake kan zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten om transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het

het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle, met als doel controlewerkzaamheden op te zetten die in de gegeven omstandigheden geschikt zijn maar die niet zijn gericht op het geven van een oordeel over de effectiviteit van de

tevens de volgende werkzaamheden uit:

omzeilen van de interne beheersing;

interne beheersing van de Groep;

het identificeren en inschatten van de risico's dat de

dit te doen.

beschreven.

De Groep bezit financiële instrumenten die niet genoteerd zijn op een gereglementeerde markt. Het gaat voornamelijk om obligaties van ondernemingen, aandelen in niet-beursgenoteerde vennootschappen en leningen, waarvan de details te vinden zijn in toelichting 10.2 en 10.3, niveaus 2 en 3, bij de geconsolideerde jaarrekening. De technieken en modellen die worden gebruikt om deze financiële activa te waarderen, maken gebruik van diverse veronderstellingen die, voor veel van hen, gepaard gaan met een bepaalde mate van beoordeling. Hoeveel elementen de reële waarde van het financieel instrument kunnen beïnvloeden hangt overigens af van zowel het type instrument als van

het instrument zelf. Bijgevolg zou het gebruik van diverse

schattingen van reële waarde kunnen resulteren.

kernpunt van onze controle te beschouwen.

waarderingstechnieken en -veronderstellingen in sterk uiteenlopende

De onzekerheid die aan deze evaluatietechnieken en -modellen per type instrument verbonden is, is de voornaamste reden om dit als een

Onze auditbenadering betreffende het kernpunt van de controle Wij hebben inzicht verkregen in de interne controleomgeving wat betreft de waardering van financiële instrumenten, daarin begrepen de uitgevoerde controles op de prijzen en het validatieproces van de

We hebben steekproefsgewijs financiële instrumenten uitgekozen en, met behulp van onze experten inzake waardering van financiële instrumenten, een nazicht uitgevoerd van de gehanteerde

inschattingen en voornaamste gehanteerde veronderstellingen voor het

marktgegevens. We hebben eveneens, wanneer zulks gepast werd geacht, de basisgegevens die voor de bepaling van de reële waarde gebruikt zijn getest. Onze experten hebben voor de steekproef van de

onafhankelijke wijze herberekend. Ten slotte hebben we de naleving

We beschouwen de voornaamste veronderstellingen die bij het bepalen van de marktwaarde gehanteerd zijn als redelijk. Uit onze onafhankelijke testen is geen significante uitzondering gebleken wat betreft het bepalen van de marktwaarde van de beleggingen waarvoor geen genoteerde

Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur voor het opstellen van de geconsolideerde

De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften, alsook voor de interne beheersing die de Raad van bestuur noodzakelijk acht voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van

bepalen van de reële waarde, rekening houdend met de

geselecteerde financiële instrumenten de reële waarde op

van de toepassing van de door de Groep gehanteerde

waarderingsregels beoordeeld.

prijs op een actieve markt bestaat.

jaarrekening

fouten.

  • het concluderen of de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is, en het concluderen, op basis van de verkregen controle-informatie, of er een onzekerheid van materieel belang bestaat met betrekking tot gebeurtenissen of omstandigheden die significante twijfel kunnen doen ontstaan over de mogelijkheid van de Groep om zijn continuïteit te handhaven. Indien wij concluderen dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn wij ertoe gehouden om de aandacht in ons Commissarisverslag te vestigen op de daarop betrekking hebbende toelichtingen in de geconsolideerde jaarrekening, of, indien deze toelichtingen inadequaat zijn, om ons oordeel aan te passen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van ons Commissarisverslag. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat de Groep zijn continuïteit niet langer kan handhaven;
  • het evalueren van de algehele presentatie, structuur en inhoud van de geconsolideerde jaarrekening, en van de vraag of de geconsolideerde jaarrekening de onderliggende transacties en gebeurtenissen weergeeft op een wijze die leidt tot een getrouw beeld;
  • het verkrijgen van voldoende en geschikte controle-informatie met betrekking tot de financiële informatie van de entiteiten of bedrijfsactiviteiten binnen de Groep gericht op het tot uitdrukking brengen van een oordeel over de geconsolideerde jaarrekening. Wij zijn verantwoordelijk voor de aansturing van, het toezicht op en de uitvoering van de groepscontrole. Wij blijven ongedeeld verantwoordelijk voor ons oordeel.

Wij communiceren met het Auditcomité onder meer over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die wij identificeren gedurende onze controle.

Wij verschaffen aan het Auditcomité tevens een verklaring dat wij de relevante deontologische voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd, en wij communiceren met hen over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden en, waar van toepassing, over de daarmee verband houdende maatregelen om onze onafhankelijkheid te waarborgen.

Uit de aangelegenheden die met het Auditcomité zijn gecommuniceerd bepalen wij die zaken die het meest significant waren bij de controle van de geconsolideerde jaarrekening van de huidige verslagperiode, en die derhalve de kernpunten van onze controle uitmaken. Wij beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze aangelegenheden is verboden door wet- of regelgeving.

Overige door wet- en regelgeving gestelde eisen

Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur

De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening.

Verantwoordelijkheden van de Commissaris

In het kader van onze opdracht en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm bij de in België van toepassing zijnde internationale controlestandaarden (ISA's), is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening te verifiëren, alsook verslag over deze aangelegenheden uit te brengen.

Aspecten betreffende het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening

Na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening, zijn wij van oordeel dat dit jaarverslag overeenstemt met de geconsolideerde jaarrekening voor hetzelfde boekjaar en is opgesteld overeenkomstig het artikel 3:32 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen.

In de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening, zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, in het bijzonder op basis van de kennis verkregen tijdens de controle, of het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat, hetzij informatie die onjuist vermeld is of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, dienen wij u geen afwijking van materieel belang te melden.

De op grond van artikel 3:32, §2 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen vereiste niet-financiële informatie werd opgenomen in het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening. De Vennootschap heeft zich bij het opstellen van deze niet-financiële informatie gebaseerd op de "Sustainable Development Goals" van de Verenigde Naties. Overeenkomstig artikel 3:80, §1, 5° van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen spreken wij ons evenwel niet uit over de vraag of deze niet-financiële informatie is opgesteld in overeenstemming met het in het jaarverslag vermelde referentiemodel.

Vermeldingen betreffende de onafhankelijkheid

  • Ons bedrijfsrevisorenkantoor en ons netwerk hebben geen opdrachten verricht die onverenigbaar zijn met de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening en ons bedrijfsrevisorenkantoor is in de loop van ons mandaat onafhankelijk gebleven tegenover de Groep.
  • De honoraria voor de bijkomende opdrachten die verenigbaar zijn met de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening bedoeld in artikel 3:65 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen werden correct vermeld en uitgesplitst in de toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening.

Europees uniform elektronisch formaat (ESEF)

262 | 240

Wij hebben ook, overeenkomstig de ontwerpnorm inzake de controle van de overeenstemming van de financiële overzichten met het Europees uniform elektronisch formaat (hierna "ESEF"), de controle uitgevoerd van de overeenstemming van het ESEF-formaat met de technische reguleringsnormen vastgelegd door de Europese Gedelegeerde Verordening nr. 2019/815 van 17 december 2018 (hierna: "Gedelegeerde Verordening").

Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen, in overeenstemming met de ESEF vereisten, van de geconsolideerde financiële overzichten in de vorm van een elektronisch bestand in ESEF-formaat (hierna "geconsolideerde financiële overzichten") opgenomen in het jaarlijks financieel verslag.

Het is onze verantwoordelijkheid voldoende en geschikte onderbouwende informatie te verkrijgen om te concluderen dat het formaat en de markeertaal van de digitale geconsolideerde financiële overzichten in alle van materieel belang zijnde opzichten voldoen aan de ESEF-vereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening.

Op basis van de door ons uitgevoerde werkzaamheden zijn wij van oordeel dat het formaat van en de markering van de informatie in de digitale geconsolideerde financiële overzichten opgenomen in het jaarlijks financieel verslag van Ageas per 31 December 2021 in alle van materieel belang zijnde opzichten in overeenstemming zijn met de ESEF vereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening.

Andere vermelding

Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het Auditcomité bedoeld in artikel 79 van de wet van 13 maart 2016 betreffende het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, waarin verwezen wordt naar artikel 11 van de Verordening (EU) nr. 537/2014.

Diegem, 29 maart 2022

De Commissaris PwC Bedrijfsrevisoren BV Vertegenwoordigd door

Roland Jeanquart Kurt Cappoen Bedrijfsrevisor Bedrijfsrevisor

262 | 240

Europees uniform elektronisch formaat (ESEF)

opgenomen in het jaarlijks financieel verslag.

"Gedelegeerde Verordening").

Wij hebben ook, overeenkomstig de ontwerpnorm inzake de controle van de overeenstemming van de financiële overzichten met het Europees uniform elektronisch formaat (hierna "ESEF"), de controle uitgevoerd van de overeenstemming van het ESEF-formaat met de technische reguleringsnormen vastgelegd door de Europese

Andere vermelding

Diegem, 29 maart 2022

De Commissaris PwC Bedrijfsrevisoren BV Vertegenwoordigd door

van de Verordening (EU) nr. 537/2014.

Roland Jeanquart Kurt Cappoen Bedrijfsrevisor Bedrijfsrevisor

Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het Auditcomité bedoeld in artikel 79 van de wet van 13 maart 2016 betreffende het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, waarin verwezen wordt naar artikel 11

Gedelegeerde Verordening nr. 2019/815 van 17 december 2018 (hierna:

Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen, in overeenstemming met de ESEF vereisten, van de geconsolideerde financiële overzichten in de vorm van een elektronisch bestand in ESEF-formaat (hierna "geconsolideerde financiële overzichten")

Het is onze verantwoordelijkheid voldoende en geschikte onderbouwende informatie te verkrijgen om te concluderen dat het formaat en de markeertaal van de digitale geconsolideerde financiële overzichten in alle van materieel belang zijnde opzichten voldoen aan de ESEF-vereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening.

vereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening.

Op basis van de door ons uitgevoerde werkzaamheden zijn wij van oordeel dat het formaat van en de markering van de informatie in de digitale geconsolideerde financiële overzichten opgenomen in het jaarlijks financieel verslag van Ageas per 31 December 2021 in alle van materieel belang zijnde opzichten in overeenstemming zijn met de ESEF

Statutaire jaarrekening 2021 ageas SA/NV

Ageas Jaarverslag 2021 263

Algemene informatie

1. Voorwoord

264 | 240

Het merendeel van de 'algemene informatie' is opgenomen in het verslag van de Raad van Bestuur van Ageas. Deze algemene informatie bevat alleen informatie over ageas SA/NV die niet elders is verstrekt.

2. Identificatie

Ageas SA/NV is een naamloze vennootschap. De onderneming is statutair gevestigd in de Markiesstraat 1 te 1000 Brussel. De vennootschap is ingeschreven in het rechtspersonenregister van Brussel onder nr. 0451.406.524.

3. Oprichting en publicatie

De vennootschap is opgericht op 6 november 1993 onder de naam 'Fortis Capital Holding'.

4. Plaatsen waar de documenten door het publiek kunnen worden geraadpleegd

De statuten van ageas SA/NV kunnen worden geraadpleegd op de Griffie van de Rechtbank van Koophandel te Brussel, op de maatschappelijke zetel van de vennootschap en op de website van Ageas.

Beslissingen over de benoeming en het ontslag van bestuurders van de vennootschap worden onder meer gepubliceerd in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad. Financiële berichten over de vennootschap evenals de oproepingen

tot de Algemene Vergaderingen worden gepubliceerd in de financiële pers, kranten en tijdschriften. De jaarrekeningen van de vennootschap zijn verkrijgbaar op de maatschappelijke zetel en worden eveneens gedeponeerd bij de Nationale Bank van België. Ze worden elk jaar naar de aandeelhouders op naam verstuurd en naar de personen die erom vragen.

Algemene informatie 265 | 240

1.1

1.2

verliesrekening

1.2.1.2 Beleggingen

1.2.1.1 Immateriële vaste activa

FX revaluatie van EUR 11 miljoen).

1.2.1 Activa

Statutaire resultaten van ageas SA/NV volgens

Overige beleggingen (EUR 987 miljoen)

verliesrekening en reglementaire voorschriften

kredietinstellingen (EUR 270 miljoen).

(2021: EUR 59 miljoen; 2020: EUR 52 miljoen)

(2021: EUR 507 miljoen; 2020: EUR 720 miljoen)

(2021: EUR 337 miljoen; 2020: EUR 319 miljoen)

(2021: EUR 197 miljoen; 2020: EUR 272 miljoen) Dit onderdeel omvat de eigen aandelen verworven via

1.2.1.6 Vooruitbetalingen en overlopende baten (2021: EUR 28 miljoen; 2020: EUR 26 miljoen)

en bestuurders van de vennootschap.

rente op intercompany-leningen.

voor ingehouden fondsen.

1.2.1.4 Debiteuren

1.2.1.5 Overige activa

ForSettlement.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Aanvullende toelichting op onderdelen in de balans en de winst-en-

Eigen aandelen

Deze bestaan uit een aandelenportefeuille (EUR 59 miljoen), vastrentende waarden (EUR 658 miljoen) en deposito's bij

Deposito's bij cederende ondernemingen (EUR 582 miljoen) Dit onderdeel omvat de ontvangen deposito's verbonden met binnenkomende herverzekeringsovereenkomsten met overeenkomsten

1.2.1.3 Deel van de herverzekeraar in de technische voorzieningen

Vorderingen bevatten EUR 114 miljoen in verband met de Stichting

aandeleninkoopprogramma's, aankopen van eigen aandelen van gelieerde ondernemingen en eigen aandelen verworven ten behoeve van de 'restricted shares'-programma's voor sommige personeelsleden

De overlopende baten hebben voornamelijk betrekking op aangegroeide

ageas SA/NV rapporteerde voor het boekjaar 2021 een nettowinst van EUR 505 miljoen (2020:EUR 672 miljoen) en een eigen vermogen van

Belgische boekhoudregels

EUR 5.570 miljoen (2020: EUR 5.687 miljoen).

(2021: EUR 12 miljoen; 2020: EUR 13 miljoen)

(2021: EUR 9.199 miljoen; 2020: EUR 9.032 miljoen)

Investeringen in deelnemingen (EUR 7.359 miljoen)

De investeringen in Ageas Insurance International (EUR 6.436 miljoen) en Royal Park Investments (EUR 0,03 miljoen) toonden een kleine daling ten opzichte van 31 december 2020 (kleine daling door de verdere kapitaalvermindering in Royal Park Investments).

Notes, obligaties en vorderingen bestaan uit leningen aan gelieerde ondernemingen (EUR 923 miljoen) en uit deelnemingen (EUR 6.436 miljoen). De grote mutatie ten opzichte van vorig jaar is het gevolg van nieuwe leningen ((EUR 40 miljoen – Interparking en EUR 65 miljoen – Maybank Ageas Holding Berhad) en terugbetaling van leningen van Ageas Insurance International (EUR 176 miljoen) en Ageas UK (EUR 9 miljoen: zijnde EUR 20 miljoen – deels gecompenseerd door een GBP

Toelichting bij de balans en de winst- en

5. Bedragen

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

De bedragen in deze aanvullende informatie zijn in miljoenen euro's, tenzij anders is vermeld.

6. Oordeel van de commissaris

PwC heeft een oordeel zonder voorbehoud afgegeven over de jaarrekening van ageas SA/NV.

7 Herverzekering

Ageas sa/nv heeft een herverzekeringsvergunning voor zowel de Levenals de Niet-Leven-activiteiten.

Er zijn met verschillende ondernemingen van de Ageas Groep interne herverzekeringsactiviteiten opgezet (voornamelijk Quota Sharecontracten (QS) en Loss Portfolio Transfers (LPT)). De betrokken ondernemingen van de Groep zijn voornamelijk de Niet-Leven-entiteiten van Portugal, AG Insurance, Ageas Insurance Limited en Ageas France.

Voorts zijn er enkele herverzekeringsactiviteiten opgezet met joint ventures van ageas sa/nv, maar die vertegenwoordigen slechts een beperkt aantal.

Aanvullende toelichting op onderdelen in de balans en de winst-en-verliesrekening en reglementaire voorschriften

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Aanvullende toelichting op onderdelen in de balans en de winst-en-

1.1

Algemene informatie 265 | 240

zijn verkrijgbaar op de maatschappelijke zetel en worden eveneens gedeponeerd bij de Nationale Bank van België. Ze worden elk jaar naar de aandeelhouders op naam verstuurd en naar de personen die erom

De bedragen in deze aanvullende informatie zijn in miljoenen euro's,

Ageas sa/nv heeft een herverzekeringsvergunning voor zowel de Leven-

Er zijn met verschillende ondernemingen van de Ageas Groep interne herverzekeringsactiviteiten opgezet (voornamelijk Quota Sharecontracten (QS) en Loss Portfolio Transfers (LPT)). De betrokken ondernemingen van de Groep zijn voornamelijk de Niet-Leven-entiteiten van Portugal, AG Insurance, Ageas Insurance Limited en Ageas France.

Voorts zijn er enkele herverzekeringsactiviteiten opgezet met joint ventures van ageas sa/nv, maar die vertegenwoordigen slechts een

PwC heeft een oordeel zonder voorbehoud afgegeven over de

vragen.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

  1. Bedragen

tenzij anders is vermeld.

7 Herverzekering

beperkt aantal.

  1. Oordeel van de commissaris

jaarrekening van ageas SA/NV.

als de Niet-Leven-activiteiten.

264 | 240

  1. Voorwoord

  2. Identificatie

Brussel onder nr. 0451.406.524.

geraadpleegd

  1. Oprichting en publicatie

'Fortis Capital Holding'.

Ageas.

de oproepingen

Het merendeel van de 'algemene informatie' is opgenomen in het verslag van de Raad van Bestuur van Ageas. Deze algemene informatie bevat alleen informatie over ageas SA/NV die niet elders is verstrekt.

Ageas SA/NV is een naamloze vennootschap. De onderneming is statutair gevestigd in de Markiesstraat 1 te 1000 Brussel. De vennootschap is ingeschreven in het rechtspersonenregister van

De vennootschap is opgericht op 6 november 1993 onder de naam

  1. Plaatsen waar de documenten door het publiek kunnen worden

De statuten van ageas SA/NV kunnen worden geraadpleegd op de Griffie van de Rechtbank van Koophandel te Brussel, op de maatschappelijke zetel van de vennootschap en op de website van

Beslissingen over de benoeming en het ontslag van bestuurders van de vennootschap worden onder meer gepubliceerd in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad. Financiële berichten over de vennootschap evenals

tot de Algemene Vergaderingen worden gepubliceerd in de financiële pers, kranten en tijdschriften. De jaarrekeningen van de vennootschap

Statutaire resultaten van ageas SA/NV volgens Belgische boekhoudregels

ageas SA/NV rapporteerde voor het boekjaar 2021 een nettowinst van EUR 505 miljoen (2020:EUR 672 miljoen) en een eigen vermogen van EUR 5.570 miljoen (2020: EUR 5.687 miljoen).

1.2

Toelichting bij de balans en de winst- en verliesrekening

1.2.1 Activa

1.2.1.1 Immateriële vaste activa

(2021: EUR 12 miljoen; 2020: EUR 13 miljoen)

1.2.1.2 Beleggingen

(2021: EUR 9.199 miljoen; 2020: EUR 9.032 miljoen)

Investeringen in deelnemingen (EUR 7.359 miljoen)

De investeringen in Ageas Insurance International (EUR 6.436 miljoen) en Royal Park Investments (EUR 0,03 miljoen) toonden een kleine daling ten opzichte van 31 december 2020 (kleine daling door de verdere kapitaalvermindering in Royal Park Investments).

Notes, obligaties en vorderingen bestaan uit leningen aan gelieerde ondernemingen (EUR 923 miljoen) en uit deelnemingen (EUR 6.436 miljoen). De grote mutatie ten opzichte van vorig jaar is het gevolg van nieuwe leningen ((EUR 40 miljoen – Interparking en EUR 65 miljoen – Maybank Ageas Holding Berhad) en terugbetaling van leningen van Ageas Insurance International (EUR 176 miljoen) en Ageas UK (EUR 9 miljoen: zijnde EUR 20 miljoen – deels gecompenseerd door een GBP FX revaluatie van EUR 11 miljoen).

Overige beleggingen (EUR 987 miljoen)

verliesrekening en reglementaire voorschriften

Deze bestaan uit een aandelenportefeuille (EUR 59 miljoen), vastrentende waarden (EUR 658 miljoen) en deposito's bij kredietinstellingen (EUR 270 miljoen).

Deposito's bij cederende ondernemingen (EUR 582 miljoen)

Dit onderdeel omvat de ontvangen deposito's verbonden met binnenkomende herverzekeringsovereenkomsten met overeenkomsten voor ingehouden fondsen.

1.2.1.3 Deel van de herverzekeraar in de technische voorzieningen (2021: EUR 59 miljoen; 2020: EUR 52 miljoen)

1.2.1.4 Debiteuren

(2021: EUR 507 miljoen; 2020: EUR 720 miljoen) Vorderingen bevatten EUR 114 miljoen in verband met de Stichting ForSettlement.

1.2.1.5 Overige activa

(2021: EUR 337 miljoen; 2020: EUR 319 miljoen)

Eigen aandelen

(2021: EUR 197 miljoen; 2020: EUR 272 miljoen) Dit onderdeel omvat de eigen aandelen verworven via aandeleninkoopprogramma's, aankopen van eigen aandelen van gelieerde ondernemingen en eigen aandelen verworven ten behoeve van de 'restricted shares'-programma's voor sommige personeelsleden en bestuurders van de vennootschap.

1.2.1.6 Vooruitbetalingen en overlopende baten

(2021: EUR 28 miljoen; 2020: EUR 26 miljoen) De overlopende baten hebben voornamelijk betrekking op aangegroeide rente op intercompany-leningen.

1.2.2 Passiva

266 | 240

1.2.2.1 Eigen Vermogen

(2021: EUR 5.570 miljoen; 2020: EUR 5.687 miljoen)

Kapitaal (2021: EUR 1.502 miljoen; 2020: EUR 1.502 miljoen)

Uitgiftepremies (2021: EUR 2.051 miljoen; 2020: EUR 2.051 miljoen)

Wettelijke reserve

(2021: EUR 125 miljoen; 2020: EUR 100 miljoen) 5 procent van de voor winstbestemming beschikbare winst werd toegevoegd aan de wettelijke reserve.

Onbeschikbare reserves

(2021: EUR 219 miljoen; 2020: EUR 294 miljoen) Onbeschikbare reserves hebben betrekking op de door ageas en door gelieerde ondernemingen aangehouden eigen aandelen.

Beschikbare reserves

(2021: EUR 813 miljoen; 2020: EUR 865 miljoen) De daling van de beschikbare reserves weerspiegelt de overdracht naar de onbeschikbare reserves met betrekking tot het inkoopprogramma voor eigen aandelen (EUR 56 miljoen).

Overgedragen winst / verlies

(2021: EUR 860 miljoen; 2020: EUR 875 miljoen) Het boekjaar 2021 werd afgesloten met een winst van EUR 505 miljoen. Na winstbestemming aan de wettelijke reserves (EUR 25 miljoen) en het voorgestelde dividend (EUR 495 miljoen, ofwel EUR 2,75 per aandeel) bedraagt de overgedragen winst EUR 860 miljoen.

1.2.2.2 Achtergestelde verplichtingen

(2021: EUR 1.745 miljoen; 2020: EUR 1.745 miljoen) Geen wijzigingen te rapporteren voor 2021.

Daarvoor waren er 3 achtergestelde schulden uitgegeven:

  • Op 10 april 2019 gaf ageas SA/NV zijn eerste schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Notes voor EUR 500 miljoen die in 2049 vervallen.
  • Op 10 december 2019 gaf ageas SA/NV achtergestelde schuldeffecten uit voor een totale hoofdsom van EUR 750 miljoen in de vorm van Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable Temporary Write-Down Restricted Tier 1 Notes.
  • Op 17 november 2020 gaf ageas SA/NV achtergestelde schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Notes ter waarde van EUR 500 miljoen die in 2051 vervallen.

1.2.2.3 Technische voorzieningen

(2021: EUR 1.563 miljoen; 2020: EUR 1.373 miljoen) De reserves voor niet-verdiende premies (EUR 332 miljoen) en voorzieningen voor schadeclaims (EUR 1.196 miljoen) hebben betrekking op binnenkomende herverzekeringsprogramma's binnen de groep.

Er is een egalisatiereserve (EUR 34 miljoen) aangelegd.

1.2.2.4 Voorzieningen

(2021: EUR 635 miljoen; 2020: EUR 666 miljoen) De daling van de voorzieningen wordt voornamelijk verklaard door de verlaging (EUR 132 miljoen) van de voorziening voor de schikking, voornamelijk na betalingen aan in aanmerking komende aandeelhouders in 2020 en de stijging in de RPN(I)-voorziening (EUR 101 miljoen). Zie toelichting 25 'Voorzieningen' van de geconsolideerde jaarrekening voor meer informatie.

267 | 240

1.3

verenigingen)

statutaire jaarrekening van ageas SA/NV.

onderzoek en ontwikkeling

onderzoek en ontwikkeling uitgevoerd.

1.3.3 Bijkantoren van de vennootschap

1.3.4 Gebeurtenissen na balansdatum

betrekking tot de toekomst'.

Niet van toepassing.

noodzakelijk zouden maken.

Belangenconflict

Reglementaire vereisten (art. 3:6 en 3:32 van het Belgisch Wetboek van vennootschappen en

1.3.5 Overige informatie die volgens het Belgisch Wetboek van vennootschappen en verenigingen in dit verslag moeten

Zoals voorgeschreven in de wet en de statuten van de vennootschap, verzoeken wij de Algemene Vergadering van Aandeelhouders om de Raad van Bestuur en de commissaris te willen ontlasten van hun

In 2021 heeft er geen kapitaalverhoging, noch een uitgifte van warrants

Niet-controlegerelateerde opdrachten uitgevoerd door de bedrijfsrevisor De bedrijfsrevisor heeft in 2021 een aanvullende adviesopdracht

Zie toelichting 4 'Risicobeheer' bij de Geconsolideerde Jaarrekening.

Zie het Verslag van de Raad van Bestuur, punt 5.7 'Verslag van het

Zie het Verslag van de Raad van Bestuur, punt 5 'Corporate

worden opgenomen

Kapitaalverhoging en uitgifte van warrants

Gebruik van financiële instrumenten

Corporate Governance Statement

Bezoldigingsverslag

Governance Statement' in het Jaarverslag.

Remuneration Committee' in het Jaarverslag.

mandaat.

plaatsgevonden.

uitgevoerd.

Ontlasting van de bestuurders en de commissaris

Als gevolg van een belangenconflict en zoals vereist door artikel 7:96 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, is een uittreksel van de notulen van de betreffende vergaderingen van de Raad van Bestuur opgenomen in het verslag van de Raad van Bestuur bij de

1.3.1 Informatie over de omstandigheden die de ontwikkeling van de vennootschap aanmerkelijk kunnen beïnvloeden Zie de toelichting 'Waarschuwing ten aanzien van mededelingen met

1.3.2 Informatie omtrent de werkzaamheden op het gebied van

De vennootschap heeft geen werkzaamheden op het gebied van

Er hebben na de balansdatum geen materiële gebeurtenissen plaatsgevonden die wijzigingen aan de in de jaarrekening per 31 december 2021 opgenomen bedragen of de toelichting hierbij

1.2.2.5 Crediteuren

(2021: EUR 591 miljoen; 2020: EUR 654 miljoen) De daling van de te betalen bedragen wordt voornamelijk verklaard door de terugbetaling van een vendor note (EUR 107 miljoen), gedeeltelijk gecompenseerd door een stijging in de schulden gerelateerd aan de herverzekeringsactiviteiten (EUR 44 miljoen).

1.2.2.6 Overlopende rekeningen

(2021: EUR 37 miljoen; 2020: EUR 36 miljoen) Uitgestelde kosten houden voornamelijk verband met de aangegroeide rente op de achtergestelde verplichtingen.

1.2.3 Winst-en-verliesrekening

1.2.3.1 Saldo technische rekening - niet-levensverzekeringen

(2021: EUR 84 miljoen; 2020: EUR 54 miljoen). Dit resultaat omvat voornamelijk het resultaat op de inkomende Quota Share-overeenkomsten en Loss Portfolio Transfer-contracten in het kader van de herverzekeringsactiviteit in Niet-Leven. De toename is grotendeels te verklaren door een stijging in ontvangen premies, gedeeltelijk gecompenseerd door een kleine stijging van de schaderatio op deze contracten in 2021.

1.2.3.2 Saldo technische rekening - levensverzekeringen

(2021: EUR 2 miljoen; 2020: EUR 1 miljoen)

1.2.3.3 Niet-technische rekening: beleggingsbaten

(2021: EUR 657 miljoen; 2020: EUR 811 miljoen) De beleggingsbaten omvatten voornamelijk het ontvangen dividend van Ageas Insurance International (EUR 612 miljoen) en de rente op leningen aan gelieerde ondernemingen (EUR 43 miljoen).

1.2.3.4 Niet-technische rekening: beleggingskosten

(2021: EUR 84 miljoen; 2020: EUR 75 miljoen) Deze kosten omvatten o.m. de rente op de achtergestelde verplichtingen (EUR 55 miljoen).

1.2.3.5 Overige baten

(2021: EUR 39 miljoen; 2020: EUR 52 miljoen) De daling van de overige baten heeft betrekking op de aanpassing aan de voorziening voor de Fortisschikking (EUR 13 miljoen).

1.2.3.6 Overige lasten

(2021: EUR 193 miljoen; 2020: EUR 172 miljoen)

De samenstelling van kosten is als volgt:

  • Diensten en diverse goederen................................ EUR 53 miljoen
  • Personeelskosten................................................... EUR 30 miljoen
  • Kosten schikkingsstichtingen.................................. EUR 7 miljoen
  • Afwikkelingsbedrag RPN(I)..................................... EUR 101 miljoen

1.3

267 | 240

266 | 240

Kapitaal

Uitgiftepremies

Wettelijke reserve

Onbeschikbare reserves

Beschikbare reserves

1.2.2 Passiva

1.2.2.1 Eigen Vermogen

(2021: EUR 5.570 miljoen; 2020: EUR 5.687 miljoen)

1.2.2.4 Voorzieningen

1.2.2.5 Crediteuren

jaarrekening voor meer informatie.

1.2.2.6 Overlopende rekeningen

1.2.3 Winst-en-verliesrekening

op deze contracten in 2021.

verplichtingen (EUR 55 miljoen).

1.2.3.5 Overige baten

1.2.3.6 Overige lasten

(2021: EUR 635 miljoen; 2020: EUR 666 miljoen)

(2021: EUR 591 miljoen; 2020: EUR 654 miljoen)

herverzekeringsactiviteiten (EUR 44 miljoen).

(2021: EUR 37 miljoen; 2020: EUR 36 miljoen)

(2021: EUR 84 miljoen; 2020: EUR 54 miljoen).

rente op de achtergestelde verplichtingen.

De daling van de voorzieningen wordt voornamelijk verklaard door de verlaging (EUR 132 miljoen) van de voorziening voor de schikking, voornamelijk na betalingen aan in aanmerking komende

aandeelhouders in 2020 en de stijging in de RPN(I)-voorziening (EUR 101 miljoen). Zie toelichting 25 'Voorzieningen' van de geconsolideerde

De daling van de te betalen bedragen wordt voornamelijk verklaard door de terugbetaling van een vendor note (EUR 107 miljoen), gedeeltelijk gecompenseerd door een stijging in de schulden gerelateerd aan de

Uitgestelde kosten houden voornamelijk verband met de aangegroeide

Dit resultaat omvat voornamelijk het resultaat op de inkomende Quota Share-overeenkomsten en Loss Portfolio Transfer-contracten in het kader van de herverzekeringsactiviteit in Niet-Leven. De toename is grotendeels te verklaren door een stijging in ontvangen premies, gedeeltelijk gecompenseerd door een kleine stijging van de schaderatio

De beleggingsbaten omvatten voornamelijk het ontvangen dividend van Ageas Insurance International (EUR 612 miljoen) en de rente op leningen aan gelieerde ondernemingen (EUR 43 miljoen).

De daling van de overige baten heeft betrekking op de aanpassing aan

Diensten en diverse goederen................................ EUR 53 miljoen Personeelskosten................................................... EUR 30 miljoen Kosten schikkingsstichtingen.................................. EUR 7 miljoen Afwikkelingsbedrag RPN(I)..................................... EUR 101 miljoen

1.2.3.1 Saldo technische rekening - niet-levensverzekeringen

1.2.3.2 Saldo technische rekening - levensverzekeringen

1.2.3.3 Niet-technische rekening: beleggingsbaten (2021: EUR 657 miljoen; 2020: EUR 811 miljoen)

1.2.3.4 Niet-technische rekening: beleggingskosten (2021: EUR 84 miljoen; 2020: EUR 75 miljoen)

(2021: EUR 39 miljoen; 2020: EUR 52 miljoen)

(2021: EUR 193 miljoen; 2020: EUR 172 miljoen)

De samenstelling van kosten is als volgt:

Deze kosten omvatten o.m. de rente op de achtergestelde

de voorziening voor de Fortisschikking (EUR 13 miljoen).

(2021: EUR 2 miljoen; 2020: EUR 1 miljoen)

(2021: EUR 1.502 miljoen; 2020: EUR 1.502 miljoen)

(2021: EUR 2.051 miljoen; 2020: EUR 2.051 miljoen)

(2021: EUR 125 miljoen; 2020: EUR 100 miljoen)

(2021: EUR 219 miljoen; 2020: EUR 294 miljoen)

(2021: EUR 813 miljoen; 2020: EUR 865 miljoen)

(2021: EUR 860 miljoen; 2020: EUR 875 miljoen)

bedraagt de overgedragen winst EUR 860 miljoen.

(2021: EUR 1.745 miljoen; 2020: EUR 1.745 miljoen) Geen wijzigingen te rapporteren voor 2021.

Daarvoor waren er 3 achtergestelde schulden uitgegeven:

Op 10 december 2019 gaf ageas SA/NV achtergestelde

Temporary Write-Down Restricted Tier 1 Notes. Op 17 november 2020 gaf ageas SA/NV achtergestelde

(2021: EUR 1.563 miljoen; 2020: EUR 1.373 miljoen) De reserves voor niet-verdiende premies (EUR 332 miljoen) en voorzieningen voor schadeclaims (EUR 1.196 miljoen) hebben betrekking op binnenkomende herverzekeringsprogramma's binnen de

Er is een egalisatiereserve (EUR 34 miljoen) aangelegd.

voor eigen aandelen (EUR 56 miljoen).

1.2.2.2 Achtergestelde verplichtingen

500 miljoen die in 2049 vervallen.

1.2.2.3 Technische voorzieningen

groep.

Overgedragen winst / verlies

gelieerde ondernemingen aangehouden eigen aandelen.

toegevoegd aan de wettelijke reserve.

5 procent van de voor winstbestemming beschikbare winst werd

Onbeschikbare reserves hebben betrekking op de door ageas en door

De daling van de beschikbare reserves weerspiegelt de overdracht naar de onbeschikbare reserves met betrekking tot het inkoopprogramma

Het boekjaar 2021 werd afgesloten met een winst van EUR 505 miljoen. Na winstbestemming aan de wettelijke reserves (EUR 25 miljoen) en het voorgestelde dividend (EUR 495 miljoen, ofwel EUR 2,75 per aandeel)

Op 10 april 2019 gaf ageas SA/NV zijn eerste schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Notes voor EUR

schuldeffecten uit voor een totale hoofdsom van EUR 750 miljoen in de vorm van Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable

schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Notes ter waarde van EUR 500 miljoen die in 2051 vervallen.

Reglementaire vereisten (art. 3:6 en 3:32 van het Belgisch Wetboek van vennootschappen en verenigingen)

Belangenconflict

Als gevolg van een belangenconflict en zoals vereist door artikel 7:96 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, is een uittreksel van de notulen van de betreffende vergaderingen van de Raad van Bestuur opgenomen in het verslag van de Raad van Bestuur bij de statutaire jaarrekening van ageas SA/NV.

1.3.1 Informatie over de omstandigheden die de ontwikkeling van de vennootschap aanmerkelijk kunnen beïnvloeden

Zie de toelichting 'Waarschuwing ten aanzien van mededelingen met betrekking tot de toekomst'.

1.3.2 Informatie omtrent de werkzaamheden op het gebied van onderzoek en ontwikkeling

De vennootschap heeft geen werkzaamheden op het gebied van onderzoek en ontwikkeling uitgevoerd.

1.3.3 Bijkantoren van de vennootschap

Niet van toepassing.

1.3.4 Gebeurtenissen na balansdatum

Er hebben na de balansdatum geen materiële gebeurtenissen plaatsgevonden die wijzigingen aan de in de jaarrekening per 31 december 2021 opgenomen bedragen of de toelichting hierbij noodzakelijk zouden maken.

1.3.5 Overige informatie die volgens het Belgisch Wetboek van vennootschappen en verenigingen in dit verslag moeten worden opgenomen

Ontlasting van de bestuurders en de commissaris

Zoals voorgeschreven in de wet en de statuten van de vennootschap, verzoeken wij de Algemene Vergadering van Aandeelhouders om de Raad van Bestuur en de commissaris te willen ontlasten van hun mandaat.

Kapitaalverhoging en uitgifte van warrants

In 2021 heeft er geen kapitaalverhoging, noch een uitgifte van warrants plaatsgevonden.

Niet-controlegerelateerde opdrachten uitgevoerd door de bedrijfsrevisor

De bedrijfsrevisor heeft in 2021 een aanvullende adviesopdracht uitgevoerd.

Gebruik van financiële instrumenten

Zie toelichting 4 'Risicobeheer' bij de Geconsolideerde Jaarrekening.

Corporate Governance Statement

Zie het Verslag van de Raad van Bestuur, punt 5 'Corporate Governance Statement' in het Jaarverslag.

Bezoldigingsverslag

Zie het Verslag van de Raad van Bestuur, punt 5.7 'Verslag van het Remuneration Committee' in het Jaarverslag.

268 | 240

10 EUR
NAT. Datum neerlegging Nr. Blz. E. D. VOL1.

269 | 240

10 EUR

Commissaris, vertegenwoordigd door Dhr. CAPPOEN Kurt (lidmaatschapsnummer A01969) en JEANQUART Roland (lidmaatschapsnummer A01313)

VOLLEDIGE LIJST met naam,voornamen, beroep, woonplaats (adres, nummer, postnummer en gemeente) en functie in de onderneming, van de BESTUURDERS, ZAAKVOERDERS en COMMISSARISSEN

PwC Reviseurs d'Entreprises srl / Bedrijfsrevisoren bv, Culliganlaan 5, 1831 Diegem, België

Mandaat van 16/05/2018 tot 19/05/2021 en van 19/05/2021 tot 15/05/2024

JACKSON Richard, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024 LANG KETTERER Yvonne, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024 REICHLIN Lucrezia, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024 CHANDMAL Sonali, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 16/05/2018 tot 18/05/2022 VAN GRIMBERGEN Emmanuel, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023 HADDERS Jan Zegering, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 19/05/2021 CHATAGNY Jean-Michel, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 19/05/2021 tot 21/05/2025

NAT. Datum neerlegging Nr. Blz. E. D. VOL1.

JAARREKENING IN EUROS

NAAM : AGEAS
Rechtsvorm : NV
Adres : Markiesstraat 1 - Bus: 7
Postnummer : 1000
Gemeente : Brussel
Rechtspersonenregister (RPR) - Rechtbank van Koophandel van : Brussel, nederlandstalige
Internetadres* : www.ageas.com
Ondernemingnummer : 451.406.524
Datum : 2020/07/03 van de neerlegging van de oprichtingsakte OF van het
recentste stuk dat de datum van bekendmaking van de
oprichtingsakte en van de akte tot statutenwijziging vermeldt.
JAARREKENING goedgekeurd door de algemene vergadering van : 2022/05/18
met betrekking tot het boekjaar dat de periode dekt van : 2021/01/01 tot 2021/12/31
Vorig boekjaar van : 2020/01/01 tot 2020/12/31
De bedragen van het vorige boekjaar zijn identiek met die welke eerder openbaar werden gemaakt : ja/neen **

DE SMET Bart, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Voorzitter van de Raad Van Bestuur, mandaat van 22/10/2020 tot 19/05/2021 en van 19/05/2021 tot 21/05/2025

DE CUYPER Hans, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 22/10/2020 tot 15/05/2024

CANO Antonio, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024

de SELLIERS de MORANVILLE Guy, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Ondervoorzitter van de Raad Van Bestuur, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023

VANDEWEYER Kathleen, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 17/05/2017 tot 19/05/2021 en van 19/05/2021 tot 21/05/2025

PERL Lionel, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 19/05/2021

MURPHY Jane, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/04/2024

COREMANS Filip, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023

BOIZARD Christophe, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023
Zijn gevoegd bij deze jaarrekening:
- het verslag van de commissarissen **
(eventueel vervolg op blz. VOL 1bis)
- Het jaarverslag **
Totaal aantal neergelegde bladen :
Nummers van de bladen van het standaardformulier die niet werden neergelegd omdat ze niet dienstig zijn :
Handtekening Handtekening
(naam en hoedanigheid) (naam en hoedanigheid)
Bart De Smet - Voorzitter Raad van Bestuur Hans De Cuyper - CEO

* Facultatieve vermelding.

** Schrappen wat niet van toepassing is

10 EUR
NAT. Datum neerlegging Nr. Blz. E. D. VOL1.

VOLLEDIGE LIJST met naam,voornamen, beroep, woonplaats (adres, nummer, postnummer en gemeente) en functie in de onderneming, van de BESTUURDERS, ZAAKVOERDERS en COMMISSARISSEN

269 | 240

268 | 240

10 EUR

NAAM ......................................................................................................................................................... : AGEAS Rechtsvorm ................................................................................................................................................ : NV

Postnummer ............................................................................................................................................... : 1000 Gemeente .................................................................................................................................................. : Brussel

JAARREKENING goedgekeurd door de algemene vergadering van .......................................................... : 2022/05/18

De bedragen van het vorige boekjaar zijn identiek met die welke eerder openbaar werden gemaakt ........ : ja/neen **

DE CUYPER Hans, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 22/10/2020 tot 15/05/2024 CANO Antonio, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024

Totaal aantal neergelegde bladen ........................................................................................................................................................ : Nummers van de bladen van het standaardformulier die niet werden neergelegd omdat ze niet dienstig zijn ...................................... :

PERL Lionel, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 19/05/2021 MURPHY Jane, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/04/2024 COREMANS Filip, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023 BOIZARD Christophe, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023

Zijn gevoegd bij deze jaarrekening: - het verslag van de commissarissen **

* Facultatieve vermelding. ** Schrappen wat niet van toepassing is

  • Het jaarverslag **

Handtekening Handtekening

(naam en hoedanigheid) (naam en hoedanigheid) Bart De Smet - Voorzitter Raad van Bestuur Hans De Cuyper - CEO

VOLLEDIGE LIJST met naam,voornamen, beroep, woonplaats (adres, nummer, postnummer en gemeente) en functie in de onderneming, van de BESTUURDERS, ZAAKVOERDERS en COMMISSARISSEN

Adres .......................................................................................................................................................... : Markiesstraat 1 - Bus: 7

Rechtspersonenregister (RPR) - Rechtbank van Koophandel van.............................................................. : Brussel, nederlandstalige Internetadres* ............................................................................................................................................ : www.ageas.com Ondernemingnummer ................................................................................................................................. : 451.406.524

met betrekking tot het boekjaar dat de periode dekt van ............................................................................ : 2021/01/01 tot 2021/12/31 Vorig boekjaar van .................................................................................................................................... : 2020/01/01 tot 2020/12/31

NAT. Datum neerlegging Nr. Blz. E. D. VOL1.

JAARREKENING IN EUROS

Datum......................................................................................................................................................... : 2020/07/03 van de neerlegging van de oprichtingsakte OF van het

DE SMET Bart, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Voorzitter van de Raad Van Bestuur, mandaat van 22/10/2020 tot 19/05/2021 en van 19/05/2021 tot 21/05/2025

de SELLIERS de MORANVILLE Guy, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Ondervoorzitter van de Raad Van Bestuur, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023 VANDEWEYER Kathleen, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 17/05/2017 tot 19/05/2021 en van 19/05/2021 tot 21/05/2025

recentste stuk dat de datum van bekendmaking van de oprichtingsakte en van de akte tot statutenwijziging vermeldt.

(eventueel vervolg op blz. VOL 1bis)

  • JACKSON Richard, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024
  • LANG KETTERER Yvonne, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024
  • REICHLIN Lucrezia, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024
  • CHANDMAL Sonali, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 16/05/2018 tot 18/05/2022
  • VAN GRIMBERGEN Emmanuel, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023
  • HADDERS Jan Zegering, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 19/05/2021
  • CHATAGNY Jean-Michel, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 19/05/2021 tot 21/05/2025

PwC Reviseurs d'Entreprises srl / Bedrijfsrevisoren bv, Culliganlaan 5, 1831 Diegem, België

Commissaris, vertegenwoordigd door Dhr. CAPPOEN Kurt (lidmaatschapsnummer A01969) en JEANQUART Roland (lidmaatschapsnummer A01313) Mandaat van 16/05/2018 tot 19/05/2021 en van 19/05/2021 tot 15/05/2024

btw EUR VOL 1bis
----- ----- ----------

271 | 240

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening

  • Andere ondernemingen waarmee een

  • Bons, obligaties en vorderingen 222.22 65.488.301

niet-vastrentende effecten (staat nr.1) 223.1 58.726.861 54.077.627

Afdeling I.Balans op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen

B. Immateriële activa (staat nr. 1) 21 11.695.245 12.728.534 equivalent fonds, onder aftrek van

deelnemings- verhouding bestaat 222.2 65.518.228 1.739.814 B. Achtergestelde schulden

III. Overige financiële beleggingen 223 987.214.268 986.216.420 Bbis. Fonds voor toekomstige

  1. Obligaties en andere C. Technische voorzieningen

  2. Deelnemingen in gemeen- I. Voorziening voor niet-verdiende

  3. Deposito's bij krediet- instellingen 223.6 270.007.011 350.007.011 IV. Voorziening voor winstdeling

IV. Deposito's bij cederende ondernemingen 224 852.207.952 781.269.664 V. Voorziening voor egalisatie

D. Beleggingen betreffende de D. Technische voorzieningen verrichtingen verbonden aan een betreffende de verrichtingen beleggingsfonds van de groep van verbonden aan een beleggingsfonds activiteiten 'Leven' en van de groep van activiteiten 'Leven' waarbij het beleggingsrisico 23 wanneer het beleggingsrisico niet niet gedragen wordt door gedragen wordt door de onderneming de onderneming (staat nr. 7) 15

  1. Goodwill 212.1 2. Niet opgevraagd kapitaal (-) 111.2

  2. Vooruitbetalingen 212.3 III. Herwaarderings-meerwaarden 113

voor bedrijfsdoeleinden 221.1 b) andere 114.22 2. Overige 221.2 3. Vrijgestelde reserve 114.3

  1. Deelnemingen 222.11 6.436.159.584 6.436.159.584 2. Overgedragen verlies (-) 115.2 2. Bons, obligaties en vorderingen 222.12 857.733.369 826.222.351 VI. - -

  2. Aandelen, deelnemingen en andere toewijzingen 13

  3. Hypothecaire leningen en hypoth. kredieten 223.4 II. Voorziening voor verzekering'leven' 142

  4. Overige 223.7 en restorno's 144

Actief Codes boekjaar boekjaar Passief Codes boekjaar boekjaar

A. - - A. Eigen vermogen (staat nr. 5) 11 5.570.129.147 5.687.437.539

I. Oprichtingskosten 211 11.603.033 12.448.772 het niet-opgevraagd kapitaal 111 1.502.364.273 1.502.364.273 II. Immateriële vaste activa 212 92.212 279.762 1. Geplaatst kapitaal 111.1 1.502.364.273 1.502.364.273

  1. Overige immateriële vaste activa 212.2 92.212 279.762 II. Uitgiftepremies 112 2.050.976.359 2.050.976.359

C. Beleggingen (staten nrs. 1, 2 en 3) 22 9.198.833.400 9.031.607.834 1. Wettelijke reserve 114.1 125.060.297 99.801.708 I. Terreinen en gebouwen (staat nr. 1) 221 2. Onbeschikbare reserve 114.2 218.514.432 294.312.045 1. Onroerende goederen bestemd a) voor eigen aandelen 114.21 218.514.432 294.312.045

II. Beleggingen in verbonden ondernemingen en 4. Beschikbare reserve 114.4 813.079.621 864.863.957 deelnemingen (staten nrs. 1, 2 en 18) 222 7.359.411.181 7.264.121.749 V. Overgedragen resultaat 115 860.134.165 875.119.198 - Verbonden ondernemingen 222.1 7.293.892.953 7.262.381.935 1. Overgedragen winst 115.1 860.134.165 875.119.198

  1. Deelnemingen 222.21 29.927 1.739.814 (staten nrs.7 en 18) 12 1.745.427.640 1.744.860.670

vastrentende effecten (staat nr.1) 223.2 658.480.395 582.131.782 (staat nr. 7) 14 1.562.792.214 1.372.683.963

schappelijke beleggingen 223.3 premies en lopende risico's 141 332.447.484 316.933.343

  1. Overige leningen 223.5 III. Voorziening voor te betalen schaden 143 1.196.287.848 1.021.355.376

Afgesloten Vorig Afgesloten Vorig

IV. Reserves 114 1.156.654.350 1.258.977.709

en catastrofen 145 34.056.882 34.395.244

VI. Andere technische voor-zieningen 146

I. Geplaatst kapitaal of

  • Het bestuursorgaan verklaart dat geen enkele opdracht voor nazicht of correctie werd gegeven aan iemand die daar wettelijk niet toe gemachtigd is met toepassing van de artikelen 34 en 37 van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen.
  • Werd de jaarrekening geverifieerd of gecorrigeerd door een externe accountant of door een bedrijfsrevisor die niet de commissaris is? JA/NEEN (1). Indien JA, moeten hierna worden vermeld: naam, voornamen, beroep en woonplaats van elke externe accountant of bedrijfsrevisor en zijn lidmaatschapsnummer bij zijn Instituut, evenals de aard van zijn opdracht
    • A. Het voeren van de boekhouding van de onderneming (2);
    • B. Het opstellen van de jaarrekening van de onderneming (2);
    • C. Het verifiëren van deze jaarrekening;
    • D. Het corrigeren van deze jaarrekening).
  • Indien taken bedoeld onder A. (Het voeren van de boekhouding van de onderneming) of onder B. (Het opstellen van de jaarrekening) uitgevoerd zijn door erkende boekhouders of door erkende boekhouders-fiscalisten, kunnen hierna worden vermeld: naam, voornamen, beroep en woonplaats van elke erkende boekhouder of erkende boekhouder-fiscalist en zijn lidmaatschapsnummer bij het Beroepsinstituut van erkende Boekhouders en Fiscalisten, evenals de aard van zijn opdracht (A. Het voeren van de boekhouding van de onderneming; B. Het opstellen van de jaarrekening).
  • (1) Schrappen wat niet van toepassing is.
  • (2) Facultatieve vermelding.

270 | 240

Lidmaatschaps Aard van de opdracht
Naam, voornamen, beroep en woonplaats nummer (A, B, C en/of D)

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling I.Balans op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

271 | 240

270 | 240

evenals de aard van zijn opdracht

(1) Schrappen wat niet van toepassing is. (2) Facultatieve vermelding.

C. Het verifiëren van deze jaarrekening; D. Het corrigeren van deze jaarrekening).

onderneming; B. Het opstellen van de jaarrekening).

A. Het voeren van de boekhouding van de onderneming (2); B. Het opstellen van de jaarrekening van de onderneming (2);

btw EUR VOL 1bis

Werd de jaarrekening geverifieerd of gecorrigeerd door een externe accountant of door een bedrijfsrevisor die niet de commissaris is? JA/NEEN (1).

34 en 37 van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen.

Naam, voornamen, beroep en woonplaats Lidmaatschaps-

Het bestuursorgaan verklaart dat geen enkele opdracht voor nazicht of correctie werd gegeven aan iemand die daar wettelijk niet toe gemachtigd is met toepassing van de artikelen

Indien JA, moeten hierna worden vermeld: naam, voornamen, beroep en woonplaats van elke externe accountant of bedrijfsrevisor en zijn lidmaatschapsnummer bij zijn Instituut,

Indien taken bedoeld onder A. (Het voeren van de boekhouding van de onderneming) of onder B. (Het opstellen van de jaarrekening) uitgevoerd zijn door erkende boekhouders of door erkende boekhouders-fiscalisten, kunnen hierna worden vermeld: naam, voornamen, beroep en woonplaats van elke erkende boekhouder of erkende boekhouder-fiscalist en zijn lidmaatschapsnummer bij het Beroepsinstituut van erkende Boekhouders en Fiscalisten, evenals de aard van zijn opdracht (A. Het voeren van de boekhouding van de

nummer

Aard van de opdracht (A, B, C en/of D)

Afgesloten Vorig Afgesloten Vorig Actief Codes boekjaar boekjaar Passief Codes boekjaar boekjaar A. - - A. Eigen vermogen (staat nr. 5) 11 5.570.129.147 5.687.437.539 I. Geplaatst kapitaal of B. Immateriële activa (staat nr. 1) 21 11.695.245 12.728.534 equivalent fonds, onder aftrek van I. Oprichtingskosten 211 11.603.033 12.448.772 het niet-opgevraagd kapitaal 111 1.502.364.273 1.502.364.273 II. Immateriële vaste activa 212 92.212 279.762 1. Geplaatst kapitaal 111.1 1.502.364.273 1.502.364.273 1. Goodwill 212.1 2. Niet opgevraagd kapitaal (-) 111.2 2. Overige immateriële vaste activa 212.2 92.212 279.762 II. Uitgiftepremies 112 2.050.976.359 2.050.976.359 3. Vooruitbetalingen 212.3 III. Herwaarderings-meerwaarden 113 IV. Reserves 114 1.156.654.350 1.258.977.709 C. Beleggingen (staten nrs. 1, 2 en 3) 22 9.198.833.400 9.031.607.834 1. Wettelijke reserve 114.1 125.060.297 99.801.708 I. Terreinen en gebouwen (staat nr. 1) 221 2. Onbeschikbare reserve 114.2 218.514.432 294.312.045 1. Onroerende goederen bestemd a) voor eigen aandelen 114.21 218.514.432 294.312.045 voor bedrijfsdoeleinden 221.1 b) andere 114.22 2. Overige 221.2 3. Vrijgestelde reserve 114.3 II. Beleggingen in verbonden ondernemingen en 4. Beschikbare reserve 114.4 813.079.621 864.863.957 deelnemingen (staten nrs. 1, 2 en 18) 222 7.359.411.181 7.264.121.749 V. Overgedragen resultaat 115 860.134.165 875.119.198 - Verbonden ondernemingen 222.1 7.293.892.953 7.262.381.935 1. Overgedragen winst 115.1 860.134.165 875.119.198 1. Deelnemingen 222.11 6.436.159.584 6.436.159.584 2. Overgedragen verlies (-) 115.2 2. Bons, obligaties en vorderingen 222.12 857.733.369 826.222.351 VI. - - - Andere ondernemingen waarmee een deelnemings- verhouding bestaat 222.2 65.518.228 1.739.814 B. Achtergestelde schulden 3. Deelnemingen 222.21 29.927 1.739.814 (staten nrs.7 en 18) 12 1.745.427.640 1.744.860.670 4. Bons, obligaties en vorderingen 222.22 65.488.301 III. Overige financiële beleggingen 223 987.214.268 986.216.420 Bbis. Fonds voor toekomstige 1. Aandelen, deelnemingen en andere toewijzingen 13 niet-vastrentende effecten (staat nr.1) 223.1 58.726.861 54.077.627 2. Obligaties en andere C. Technische voorzieningen vastrentende effecten (staat nr.1) 223.2 658.480.395 582.131.782 (staat nr. 7) 14 1.562.792.214 1.372.683.963 3. Deelnemingen in gemeen- I. Voorziening voor niet-verdiende schappelijke beleggingen 223.3 premies en lopende risico's 141 332.447.484 316.933.343 4. Hypothecaire leningen en hypoth. kredieten 223.4 II. Voorziening voor verzekering'leven' 142 5. Overige leningen 223.5 III. Voorziening voor te betalen schaden 143 1.196.287.848 1.021.355.376 6. Deposito's bij krediet- instellingen 223.6 270.007.011 350.007.011 IV. Voorziening voor winstdeling 7. Overige 223.7 en restorno's 144 IV. Deposito's bij cederende ondernemingen 224 852.207.952 781.269.664 V. Voorziening voor egalisatie en catastrofen 145 34.056.882 34.395.244 VI. Andere technische voor-zieningen 146 D. Beleggingen betreffende de D. Technische voorzieningen verrichtingen verbonden aan een betreffende de verrichtingen beleggingsfonds van de groep van verbonden aan een beleggingsfonds activiteiten 'Leven' en van de groep van activiteiten 'Leven' waarbij het beleggingsrisico 23 wanneer het beleggingsrisico niet niet gedragen wordt door gedragen wordt door de onderneming de onderneming (staat nr. 7) 15

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling I.Balans op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

272 | 240

Afgesloten Vorig Afgesloten Vorig
Actief Codes boekjaar Boekjaar Passief Codes boekjaar boekjaar
Dbis. Deel van de herverzekeraars E. Voorzieningen voor overige
in de technische voorzieningen 24 58.573.396 52.013.297 risico's en kosten 16 634.775.225 666.042.856
I. Voorziening voor niet-verdiende I. Voorziening voor pensioenen en
premies en lopende risico's 241 1.602.252 842.415 soortgelijke verplichtingen 161
II. Voorziening voor verzekering'leven' 242 II. Voorziening voor belastingen 162
III. Voorziening voor te betalen schaden 243 56.971.143 51.170.882 III. Andere voorzieningen (staat nr. 6) 163 634.775.225 666.042.856
IV. Voorziening voor winstdeelname
en restorno's 244 F. Deposito's ontvangen van
V. Andere technische voorzieningen 245 herverzekeraars 17
VI. Voorzieningen betreffende de verrichtingen
verbonden aan een beleggingsfonds van
de groep van activiteiten 'leven'
waarbij het beleggingsrisico niet
gedragen wordt door de onderneming 246
G. Schulden (staten nrs. 7 en 18) 42 590.710.245 654.072.485
E. Vorderingen (staten nrs. 18 en 19) 41 506.633.785 719.940.883 I. Schulden uit hoofde van recht
I. Vorderingen uit hoofde van streekse verzekeringsverrichtingen 421
rechtstreekse verzekerings-verrichtingen 411 II. Schulden uit hoofde van
1. Verzekeringnemers 411.1 herverzekeringsverrichtingen 422 64.577.872 20.324.418
2. Tussenpersonen 411.2 III. Niet-achtergestelde obligatieleningen 423
3. Overige 411.3 1. Converteerbare leningen 423.1
II. Vorderingen uit hoofde van 2. Niet-converteerbare leningen 423.2
herverzekeringsverrichtingen 412 81.891.610 15.164.021 IV. Schulden t.a.v kredietinstellingen 424
III. Overige vorderingen 413 424.742.175 704.776.862 V. Overige schulden 425 526.132.373 633.748.067
IV. Opgevraagd, niet gestort kapitaal 414 1. Schulden wegens belastingen,
bezoldigingen en sociale lasten
425.1 6.116.446 5.878.515
F. Overige activabestanddelen 25 336.958.055 319.036.790 a) belastingen 425.11 25.621 25.621
I. Materiële activa 251 820.089 782.370 b) bezoldigingen en sociale lasten 425.12 6.090.826 5.852.895
II. Beschikbare waarden 252 139.098.212 45.596.762 2. Overige 425.2 520.015.926 627.869.552
III. Eigen aandelen 253 197.027.252 272.645.156
IV. Overige 254 12.503 12.503 H. Overlopende rekeningen
(staat nr. 8) 434/436 36.642.202 35.966.269
G. Overlopende rekeningen
(staat nr. 4) 431/433 27.782.795 25.736.445
I. Verworven, niet-vervallen
intresten en huurgelden 431 22.985.496 21.686.623
II. Overgedragen acquisitiekosten 432
1. Verzekeringsverrichtingen niet-leven 432.1
2. Verzekeringsverrichtingen leven 432.2
III. Overige overlopende rekeningen 433 4.797.299 4.049.822
TOTAAL 21/43 10.140.476.675 10.161.063.783 TOTAAL 11/43 10.140.476.675 10.161.063.783

273 | 240

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening

I. Technische rekening niet-levensverzekering

Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

c) Wijziging van de voorziening voor niet-verdiende premies en lopende risico's,

2. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgebracht van de

b) Wijziging van de voorziening voor te betalen schaden,

aa) wijziging van de voorziening voor te betalen schaden,

bb) wijziging van de voorziening voor te betalen schaden,

a) Opbrengsten van beleggingen in verbonden ondern.of deze waarmee

d) Wijziging van de voorziening voor niet-verdiende premies en lopende risico's, deel

Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen

niet-technische rekening (post 6) 711

een deelnemingsverhouding bestaat 712.1 aa) verbonden ondernemingen 712.11 1 deelnemingen 712.111 2 bons, obligaties en vorderingen 712.112 bb) andere ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 712.12 1 deelnemingen 712.121 2 bons, obligaties en vorderingen 712.122

aa) opbrengsten van terreinen en gebouwen 712.21

c) Terugneming van waardecorrecties op beleggingen 712.3 d) Meerwaarden op de realisatie 712.4

Inhoud Codes boekjaar boekjaar

1. Verdiende premies, onder aftrek van herverzekering 710 1.414.323.152 1.343.303.325 a) Brutopremies (staat nr.10) 710.1 1.512.236.974 1.406.998.161 b) Uitgaande herverzekeringspremies (-) 710.2 (83.159.518) (55.588.030)

zonder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 710.3 (15.514.141) (8.949.221)

van de herverzekeraars (stijging +, daling -) 710.4 759.837 842.415

2bis. Opbrengsten van beleggingen 712 28.534.930 20.774.887

b) Opbrengsten van andere beleggingen 712.2 28.534.930 20.774.887

3. Overige technische opbrengsten, onder aftrek van herverzekering 714 (1) 1.757.781 4. Schadelast, onder aftrek van herverzekering (-) 610 (856.284.152) (771.299.681) a) Betaalde netto-bedragen 610.1 692.563.504 645.071.639 aa) bruto-bedragen (staat nr.10) 610.11 724.373.437 651.310.261 bb) deel van de herverzekeraars (-) 610.12 (31.809.933) (6.238.622)

zonder aftrek van herverzekering (stijging +, daling -) 610.2 163.720.648 126.228.042

zonder aftrek van herverzekering (staat nr. 10) (stijging +, daling -) 610.21 169.520.909 154.721.732

deel van de herverzekeraars (stijging -, daling +) 610.22 (5.800.261) (28.493.690)

bb) opbrengsten van andere beleggingen 712.22 28.534.930 20.774.887

Afgesloten Vorig

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

I. Technische rekening niet-levensverzekering

273 | 240

272 | 240

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening

IV. Voorziening voor winstdeelname

G. Overlopende rekeningen

I. Verworven, niet-vervallen

II. Overgedragen acquisitiekosten 432 1. Verzekeringsverrichtingen niet-leven 432.1 2. Verzekeringsverrichtingen leven 432.2

VI. Voorzieningen betreffende de verrichtingen verbonden aan een beleggingsfonds van de groep van activiteiten 'leven' waarbij het beleggingsrisico niet

gedragen wordt door de onderneming 246

Afdeling I.Balans op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen

Dbis. Deel van de herverzekeraars E. Voorzieningen voor overige

I. Voorziening voor niet-verdiende I. Voorziening voor pensioenen en

en restorno's 244 F. Deposito's ontvangen van

E. Vorderingen (staten nrs. 18 en 19) 41 506.633.785 719.940.883 I. Schulden uit hoofde van recht-

rechtstreekse verzekerings-verrichtingen 411 II. Schulden uit hoofde van

IV. Overige 254 12.503 12.503 H. Overlopende rekeningen

III. Eigen aandelen 253 197.027.252 272.645.156

(staat nr. 4) 431/433 27.782.795 25.736.445

intresten en huurgelden 431 22.985.496 21.686.623

III. Overige overlopende rekeningen 433 4.797.299 4.049.822

premies en lopende risico's 241 1.602.252 842.415 soortgelijke verplichtingen 161 II. Voorziening voor verzekering'leven' 242 II. Voorziening voor belastingen 162

V. Andere technische voorzieningen 245 herverzekeraars 17

I. Vorderingen uit hoofde van streekse verzekeringsverrichtingen 421

  1. Tussenpersonen 411.2 III. Niet-achtergestelde obligatieleningen 423 3. Overige 411.3 1. Converteerbare leningen 423.1 II. Vorderingen uit hoofde van 2. Niet-converteerbare leningen 423.2 herverzekeringsverrichtingen 412 81.891.610 15.164.021 IV. Schulden t.a.v kredietinstellingen 424

Actief Codes boekjaar Boekjaar Passief Codes boekjaar boekjaar

in de technische voorzieningen 24 58.573.396 52.013.297 risico's en kosten 16 634.775.225 666.042.856

III. Voorziening voor te betalen schaden 243 56.971.143 51.170.882 III. Andere voorzieningen (staat nr. 6) 163 634.775.225 666.042.856

  1. Verzekeringnemers 411.1 herverzekeringsverrichtingen 422 64.577.872 20.324.418

III. Overige vorderingen 413 424.742.175 704.776.862 V. Overige schulden 425 526.132.373 633.748.067 IV. Opgevraagd, niet gestort kapitaal 414 1. Schulden wegens belastingen, 425.1 6.116.446 5.878.515

F. Overige activabestanddelen 25 336.958.055 319.036.790 a) belastingen 425.11 25.621 25.621 I. Materiële activa 251 820.089 782.370 b) bezoldigingen en sociale lasten 425.12 6.090.826 5.852.895 II. Beschikbare waarden 252 139.098.212 45.596.762 2. Overige 425.2 520.015.926 627.869.552

TOTAAL 21/43 10.140.476.675 10.161.063.783 TOTAAL 11/43 10.140.476.675 10.161.063.783

bezoldigingen en sociale lasten

Afgesloten Vorig Afgesloten Vorig

G. Schulden (staten nrs. 7 en 18) 42 590.710.245 654.072.485

(staat nr. 8) 434/436 36.642.202 35.966.269

Afgesloten Vorig
Inhoud Codes boekjaar boekjaar
1. Verdiende premies, onder aftrek van herverzekering 710 1.414.323.152 1.343.303.325
a) Brutopremies (staat nr.10) 710.1 1.512.236.974 1.406.998.161
b) Uitgaande herverzekeringspremies (-) 710.2 (83.159.518) (55.588.030)
c) Wijziging van de voorziening voor niet-verdiende premies en lopende risico's,
zonder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 710.3 (15.514.141) (8.949.221)
d) Wijziging van de voorziening voor niet-verdiende premies en lopende risico's, deel
van de herverzekeraars (stijging +, daling -) 710.4 759.837 842.415
2. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgebracht van de
niet-technische rekening (post 6) 711
2bis. Opbrengsten van beleggingen 712 28.534.930 20.774.887
a) Opbrengsten van beleggingen in verbonden ondern.of deze waarmee
een deelnemingsverhouding bestaat 712.1
aa) verbonden ondernemingen 712.11
1 deelnemingen 712.111
2 bons, obligaties en vorderingen 712.112
bb) andere ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 712.12
1 deelnemingen 712.121
2 bons, obligaties en vorderingen 712.122
b) Opbrengsten van andere beleggingen 712.2 28.534.930 20.774.887
aa) opbrengsten van terreinen en gebouwen 712.21
bb) opbrengsten van andere beleggingen 712.22 28.534.930 20.774.887
c) Terugneming van waardecorrecties op beleggingen 712.3
d) Meerwaarden op de realisatie 712.4
3. Overige technische opbrengsten, onder aftrek van herverzekering 714 (1) 1.757.781
4. Schadelast, onder aftrek van herverzekering (-) 610 (856.284.152) (771.299.681)
a) Betaalde netto-bedragen 610.1 692.563.504 645.071.639
aa) bruto-bedragen (staat nr.10) 610.11 724.373.437 651.310.261
bb) deel van de herverzekeraars (-) 610.12 (31.809.933) (6.238.622)
b) Wijziging van de voorziening voor te betalen schaden,
zonder aftrek van herverzekering (stijging +, daling -) 610.2 163.720.648 126.228.042
aa) wijziging van de voorziening voor te betalen schaden,
zonder aftrek van herverzekering (staat nr. 10) (stijging +, daling -) 610.21 169.520.909 154.721.732
bb) wijziging van de voorziening voor te betalen schaden,
deel van de herverzekeraars (stijging -, daling +) 610.22 (5.800.261) (28.493.690)

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

I. Technische rekening niet-levensverzekering

274 | 240

Afgesloten Vorig
Inhoud Codes boekjaar boekjaar
5. Wijziging van de andere technische voorzieningen, onder aftrek
van herverzekering (stijging -, daling+) 611
6. Winstdeling en restorno's, onder aftrek van herverzekering (-) 612
7. Netto-bedrijfskosten (-) 613 (548.049.307) (516.087.950)
a) Acquisitiekosten 613.1 552.668.944 517.802.122
b) Wijziging van het bedrag van de geactiveerde
acquisitiekosten (stijging -, daling +) 613.2
c) Administratiekosten 613.3 2.596.568 2.687.677
d) Van de herverzekeraars ontvangen commissie-lonen en winstdeelnemingen (-) 613.4 (7.216.204) (4.401.849)
7bis. Beleggingslasten (-) 614 (7.169.126) (6.384.102)
a) Beheerslasten van beleggingen 614.1 7.169.126 5.742.211
b) Waardecorrecties op beleggingen 614.2
c) Minderwaarden op de realisatie 614.3 641.891
8. Overige technische lasten, onder aftrek van herverzekering (-) 616 52.276.959
9. Wijziging van de voorziening voor egalisatie en catastrofen, onder
aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 619 (338.362) 17.773.424
10. Resultaat van de technische rekening niet-levensverzekering
Winst (+) 710 / 619 83.970.817 54.290.837
Verlies (-) 619 / 710

275 | 240

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening

II. Technische rekening levensverzekering

a) Opbrengsten van beleggingen in verbonden onderneming-

Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen

b) Uitgaande herverzekeringspremies (-) 720.2

en of deze waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 722.1 aa) verbonden ondernemingen 722.11 1° deelnemingen 722.111 2° bons, obligaties en vorderingen 722.112 bb) andere ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 722.12 1° deelnemingen 722.121 2° bons, obligaties en vorderingen 722.122 b) Opbrengsten van andere beleggingen 722.2 aa) opbrengsten van terreinen en gebouwen 722.21 bb) opbrengsten van andere beleggingen 722.22 c) Terugneming van waardecorrecties op beleggingen 722.3 d) Meerwaarden op de realisatie 722.4

2. Opbrengsten van beleggingen 722

3. Waardecorrecties op beleggingen van de actiefpost D. (opbrengsten) 723 4. Overige technische opbrengsten, onder aftrek van herverzekering 724

bb) deel van de herverzekeraars (-) 620.12

(stijging -, daling +) 620.22

aa) wijziging van de voorziening voor te betalen schaden, zonder aftrek van herverzekering

bb) wijziging van de voorziening voor te betalen schaden,deel van de herverzekeraars

Inhoud Codes boekjaar boekjaar

1. Premies, onder aftrek van herverzekering 720 44.245.200 14.958.856 a) Brutopremies (staat nr.10) 720.1 44.245.200 14.958.856

5. Schadelast, onder aftrek van herverzekering (-) 620 (36.428.975) (8.308.269) a) Betaalde netto-bedragen 620.1 31.029.408 866.965 aa) bruto-bedragen 620.11 31.029.408 866.965

b) Wijziging van de voorziening voor te betalen schaden,onder aftrek van herverzekering (stijging +, daling -) 620.2 5.399.567 7.441.304

(stijging +, daling -) 620.21 5.399.567 7.441.304

Afgesloten Vorig

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

II. Technische rekening levensverzekering

275 | 240

Afgesloten Vorig

274 | 240

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening

I. Technische rekening niet-levensverzekering

b) Wijziging van het bedrag van de geactiveerde

5. Wijziging van de andere technische voorzieningen, onder aftrek

9. Wijziging van de voorziening voor egalisatie en catastrofen, onder

10. Resultaat van de technische rekening niet-levensverzekering

Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen

van herverzekering (stijging -, daling+) 611

acquisitiekosten (stijging -, daling +) 613.2

b) Waardecorrecties op beleggingen 614.2

Verlies (-) 619 / 710

6. Winstdeling en restorno's, onder aftrek van herverzekering (-) 612

Inhoud Codes boekjaar boekjaar

7. Netto-bedrijfskosten (-) 613 (548.049.307) (516.087.950) a) Acquisitiekosten 613.1 552.668.944 517.802.122

c) Administratiekosten 613.3 2.596.568 2.687.677 d) Van de herverzekeraars ontvangen commissie-lonen en winstdeelnemingen (-) 613.4 (7.216.204) (4.401.849)

7bis. Beleggingslasten (-) 614 (7.169.126) (6.384.102) a) Beheerslasten van beleggingen 614.1 7.169.126 5.742.211

c) Minderwaarden op de realisatie 614.3 641.891

aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 619 (338.362) 17.773.424

Winst (+) 710 / 619 83.970.817 54.290.837

8. Overige technische lasten, onder aftrek van herverzekering (-) 616 52.276.959

Afgesloten Vorig
Inhoud Codes boekjaar boekjaar
1. Premies, onder aftrek van herverzekering 720 44.245.200 14.958.856
a) Brutopremies (staat nr.10) 720.1 44.245.200 14.958.856
b) Uitgaande herverzekeringspremies (-) 720.2
2. Opbrengsten van beleggingen 722
a) Opbrengsten van beleggingen in verbonden onderneming
en of deze waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 722.1
aa)
verbonden ondernemingen
722.11
1° deelnemingen 722.111
2° bons, obligaties en vorderingen 722.112
bb)
andere ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat
722.12
1° deelnemingen 722.121
2° bons, obligaties en vorderingen 722.122
b) Opbrengsten van andere beleggingen 722.2
aa)
opbrengsten van terreinen en gebouwen
722.21
bb)
opbrengsten van andere beleggingen
722.22
c) Terugneming van waardecorrecties op beleggingen 722.3
d) Meerwaarden op de realisatie 722.4
3. Waardecorrecties op beleggingen van de actiefpost D. (opbrengsten) 723
4. Overige technische opbrengsten, onder aftrek van herverzekering 724
5. Schadelast, onder aftrek van herverzekering (-) 620 (36.428.975) (8.308.269)
a) Betaalde netto-bedragen 620.1 31.029.408 866.965
aa)
bruto-bedragen
620.11 31.029.408 866.965
bb)
deel van de herverzekeraars (-)
620.12
b) Wijziging van de voorziening voor te betalen schaden,onder aftrek van herverzekering (stijging +, daling -) 620.2 5.399.567 7.441.304
aa)
wijziging van de voorziening voor te betalen schaden, zonder aftrek van herverzekering
(stijging +, daling -) 620.21 5.399.567 7.441.304
bb)
wijziging van de voorziening voor te betalen schaden,deel van de herverzekeraars
(stijging -, daling +) 620.22

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

II. Technische rekening levensverzekering

276 | 240

Afgesloten Vorig
Inhoud Codes boekjaar boekjaar
6. Wijziging van de andere technische voorzieningen,
onder aftrek van herverzekering (stijging-, daling+) 621 0 0
a) Wijziging van de voorziening voor verzekering 'leven', onder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 621.1 0 0
aa) wijziging van de voorziening voor verzekering 'leven',
zonder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 621.11 0 0
bb) wijziging van de voorziening voor verzekering 'leven',
deel van de herverzekeraars (stijging +, daling -) 621.12 0 0
b) Wijziging van de andere technische voorzieningen zonder aftrek van herverzekering
(stijging -, daling +) 621.2 0 0
7. Winstdeling en restorno's, onder aftrek van herverzekering (-) 622 0 0
8. Netto-bedrijfskosten (-) 623 (6.094.077) (5.277.584)
a) Acquisitiekosten 623.1 5.444.935 5.235.128
b) Wijziging van het bedrag van de geactiveerde acquisitiekosten
(stijging -, daling +) 623.2 0
c) Administratiekosten 623.3 649.142 42.456
d) Van de herverzekeraars ontvangen commissie-lonen en winstdeelnemingen (-) 623.4 0 0
9. Beleggingslasten (-) 624 0 0
a) Beheerslasten van beleggingen 624.1 0 0
b) Waardecorrecties op beleggingen 624.2 0 0
c) Minderwaarden op de realisatie 624.3 0 0
10. Waardecorrecties op beleggingen van de actiefpost D. (kosten) (-) 625 0 0
11. Overige technische lasten, onder aftrek van herverzekering (-) 626 0 0
12. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgeboekt naar een
niet-technische rekening (post 4) (-) 627 0 0
12bis. Wijziging van het fonds voor toekomstige dotaties (stijging -, daling +) 628 0 0
13. Resultaat van de technische rekening levensverzekering
Winst (+) 720 / 628 1.722.148 1.373.003
Verlies (-) 628 / 720 0 0

277 | 240

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening

III. Niet-technische rekening

Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

1. Resultaat van de technische rekening niet levensverzekering (post 10)

2. Resultaat van de technische rekening levensverzekering (post 13)

a) Opbrengsten van beleggingen in verbonden ondernemingen of

6. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgeboekt naar de

8bis. Resultaat uit de gewone bedrijfsuitoefening,vóór belasting

Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen

Inhoud Codes boekjaar boekjaar

Winst (+) (710 / 619) 83.970.817 54.290.837 Verlies (-) (619 / 710) 0 0

Winst (+) (720 / 628) 1.722.148 1.373.003 Verlies (-) (628 / 720) 0 0 3. Opbrengsten van beleggingen 730 656.697.569 810.922.368

deze waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 730.1 656.503.830 804.898.016 b) Opbrengsten van andere beleggingen 730.2 193.739 236.700 aa) opbrengsten van terreinen en gebouwen 730.21 0 0 bb) opbrengsten van andere beleggingen 730.22 193.739 236.700 c) Terugneming van waardecorrecties op beleggingen 730.3 0 0 d) Meerwaarden op de realisatie 730.4 0 5.787.653

4. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgeboekt van de 0 0

5. Beleggingslasten (-) 630 (83.620.891) (75.374.004) a) Beheerslasten van beleggingen 630.1 83.620.891 75.374.004 b) Waardecorrecties op beleggingen 630.2 0 0 c) Minderwaarden op de realisatie 630.3 0 0

technische rekening niet-levensverzekering (post 2) (-) 631 0 0

7. Overige opbrengsten (staat nr. 13) 732 39.221.928 52.342.001 8. Overige kosten (staat nr. 13) (-) 632 (192.746.943) (171.749.888)

Winst (+) 710 / 632 505.244.628 671.804.316 Verlies (-) 632 / 710 0 0 9. - - 0 0 10.- - 0 0

technische rekening levensverzekering (post 12) 731

Afgesloten Vorig

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

III. Niet-technische rekening

277 | 240

Afgesloten Vorig

276 | 240

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening

II. Technische rekening levensverzekering

6. Wijziging van de andere technische voorzieningen,

aa) wijziging van de voorziening voor verzekering 'leven',

bb) wijziging van de voorziening voor verzekering 'leven',

b) Wijziging van het bedrag van de geactiveerde acquisitiekosten

12. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgeboekt naar een

13. Resultaat van de technische rekening levensverzekering

b) Wijziging van de andere technische voorzieningen zonder aftrek van herverzekering

Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen

Inhoud Codes boekjaar boekjaar

onder aftrek van herverzekering (stijging-, daling+) 621 0 0 a) Wijziging van de voorziening voor verzekering 'leven', onder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 621.1 0 0

zonder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 621.11 0 0

deel van de herverzekeraars (stijging +, daling -) 621.12 0 0

(stijging -, daling +) 621.2 0 0

7. Winstdeling en restorno's, onder aftrek van herverzekering (-) 622 0 0 8. Netto-bedrijfskosten (-) 623 (6.094.077) (5.277.584) a) Acquisitiekosten 623.1 5.444.935 5.235.128

c) Administratiekosten 623.3 649.142 42.456 d) Van de herverzekeraars ontvangen commissie-lonen en winstdeelnemingen (-) 623.4 0 0

9. Beleggingslasten (-) 624 0 0 a) Beheerslasten van beleggingen 624.1 0 0 b) Waardecorrecties op beleggingen 624.2 0 0 c) Minderwaarden op de realisatie 624.3 0 0

10. Waardecorrecties op beleggingen van de actiefpost D. (kosten) (-) 625 0 0 11. Overige technische lasten, onder aftrek van herverzekering (-) 626 0 0

niet-technische rekening (post 4) (-) 627 0 0

12bis. Wijziging van het fonds voor toekomstige dotaties (stijging -, daling +) 628 0 0

Winst (+) 720 / 628 1.722.148 1.373.003 Verlies (-) 628 / 720 0 0

(stijging -, daling +) 623.2 0

Afgesloten Vorig
Inhoud Codes boekjaar boekjaar
1. Resultaat van de technische rekening niet levensverzekering (post 10)
Winst (+) (710 / 619) 83.970.817 54.290.837
Verlies (-) (619 / 710) 0 0
2. Resultaat van de technische rekening levensverzekering (post 13)
Winst (+) (720 / 628) 1.722.148 1.373.003
Verlies (-) (628 / 720) 0 0
3. Opbrengsten van beleggingen 730 656.697.569 810.922.368
a) Opbrengsten van beleggingen in verbonden ondernemingen of
deze waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 730.1 656.503.830 804.898.016
b) Opbrengsten van andere beleggingen 730.2 193.739 236.700
aa)
opbrengsten van terreinen en gebouwen
730.21 0 0
bb)
opbrengsten van andere beleggingen
730.22 193.739 236.700
c) Terugneming van waardecorrecties op beleggingen 730.3 0 0
d) Meerwaarden op de realisatie 730.4 0 5.787.653
4. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgeboekt van de 0 0
technische rekening levensverzekering (post 12) 731
5. Beleggingslasten (-) 630 (83.620.891) (75.374.004)
a) Beheerslasten van beleggingen 630.1 83.620.891 75.374.004
b) Waardecorrecties op beleggingen 630.2 0 0
c) Minderwaarden op de realisatie 630.3 0 0
6. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgeboekt naar de
technische rekening niet-levensverzekering (post 2) (-) 631 0 0
7. Overige opbrengsten (staat nr. 13) 732 39.221.928 52.342.001
8. Overige kosten (staat nr. 13) (-) 632 (192.746.943) (171.749.888)
8bis. Resultaat uit de gewone bedrijfsuitoefening,vóór belasting
Winst (+) 710 / 632 505.244.628 671.804.316
Verlies (-) 632 / 710 0 0
9. - - 0 0
10.- - 0 0

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

III. Niet-technische rekening

278 | 240

Inhoud Codes Afgesloten
boekjaar
Vorig
boekjaar
11. Uitzonderlijke opbrengsten (staat nr. 14) 733 0 0
12. Uitzonderlijke kosten (staat nr. 14) (-) 633 0 0
13.
Winst (+)
Uitzonderlijk resultaat
Verlies (-)
733 / 633
633 / 733
0
0
0
0
14. - - 0 0
15. Belastingen op het resultaat (-/+) 634 / 734 72.858 146.856
15bis. Uitgestelde belastingen (-/+) 635 / 735 0 0
16.
Winst (+)
Resultaat van het boekjaar
Verlies (-)
710 / 635
635 / 710
505.171.770
0
671.657.460
0
17. a) Onttrekking aan de belastingvrije
b) Overboeking naar de belastingvrije reserves (-)
736
636
0
0
0
0
18.
Winst (+)
Te bestemmen resultaat van het boekjaar
Verlies (-)
710 / 636
636 / 710
505.171.770
0
671.657.460
0

279 | 240

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening

III. Niet-technische rekening

D. Over te dragen resultaat

Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen

Overgedragen verlies van het vorig boekjaar (-) 637.1

  1. aan het kapitaal en aan de uitgiftepremies 737.2

  2. aan het kapitaal en aan de uitgiftepremies 637.2

  3. aan de overige reserves 637.32

  4. Over te dragen verlies 737.4

  5. Bestuurders of zaakvoerders 637.6 3. Andere rechthebbenden 637.7

E. Tussenkomst van de vennoten in het verlies 737.5

Inhoud Codes boekjaar boekjaar

A. Te bestemmen winstsaldo 710 / 637.1 1.380.290.968 1.393.742.555 Te verwerken verliessaldo (-) 637.1 / 710 0 0 1. Te bestemmen winst van het boekjaar 710 / 636 505.171.770 671.657.460 Te verwerken verlies van het boekjaar (-) 636 / 710 0 0 2. Overgedragen winst van het vorig boekjaar 737.1 875.119.198 722.085.095

B. Onttrekking aan het eigen vermogen 737.2 / 737.3 0 435.621.265

  1. aan de reserves 737.3 435.621.265

C. Toevoeging aan het eigen vermogen (-) 637.2 / 637.3 (25.258.589) (33.582.873)

  1. aan de wettelijke reserve 637.31 25.258.589 33.582.873

  2. Over te dragen winst (-) 637.4 (860.134.165) (875.119.198)

F. Uit te keren winst (-) 637.5 / 637.7 (494.898.214) (920.661.749) 1. Vergoeding van het kapitaal 637.5 494.898.214 920.661.749

Afgesloten Vorig

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

III. Niet-technische rekening

279 | 240

Afgesloten Vorig

278 | 240

Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening

III. Niet-technische rekening

13. Uitzonderlijk resultaat

16. Resultaat van het boekjaar

18. Te bestemmen resultaat van het boekjaar

Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro)

Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen

Inhoud Codes boekjaar boekjaar

11. Uitzonderlijke opbrengsten (staat nr. 14) 733 0 0 12. Uitzonderlijke kosten (staat nr. 14) (-) 633 0 0

Winst (+) 733 / 633 0 0 Verlies (-) 633 / 733 0 0 14. - - 0 0 15. Belastingen op het resultaat (-/+) 634 / 734 72.858 146.856 15bis. Uitgestelde belastingen (-/+) 635 / 735 0 0

Winst (+) 710 / 635 505.171.770 671.657.460 Verlies (-) 635 / 710 0 0 17. a) Onttrekking aan de belastingvrije 736 0 0 b) Overboeking naar de belastingvrije reserves (-) 636 0 0

Winst (+) 710 / 636 505.171.770 671.657.460 Verlies (-) 636 / 710 0 0

Afgesloten Vorig
Inhoud Codes boekjaar boekjaar
A. Te bestemmen winstsaldo 710 / 637.1 1.380.290.968 1.393.742.555
Te verwerken verliessaldo (-) 637.1 / 710 0 0
1. Te bestemmen winst van het boekjaar 710 / 636 505.171.770 671.657.460
Te verwerken verlies van het boekjaar (-) 636 / 710 0 0
2. Overgedragen winst van het vorig boekjaar 737.1 875.119.198 722.085.095
Overgedragen verlies van het vorig boekjaar (-) 637.1
B. Onttrekking aan het eigen vermogen 737.2 / 737.3 0 435.621.265
1. aan het kapitaal en aan de uitgiftepremies 737.2
2. aan de reserves 737.3 435.621.265
C. Toevoeging aan het eigen vermogen (-) 637.2 / 637.3 (25.258.589) (33.582.873)
1. aan het kapitaal en aan de uitgiftepremies 637.2
2. aan de wettelijke reserve 637.31 25.258.589 33.582.873
3. aan de overige reserves 637.32
D. Over te dragen resultaat
1. Over te dragen winst (-) 637.4 (860.134.165) (875.119.198)
2. Over te dragen verlies 737.4
E. Tussenkomst van de vennoten in het verlies 737.5
F. Uit te keren winst (-) 637.5 / 637.7 (494.898.214) (920.661.749)
1. Vergoeding van het kapitaal 637.5 494.898.214 920.661.749
2. Bestuurders of zaakvoerders 637.6
3. Andere rechthebbenden 637.7

280 | 240

Betrokken
activa-posten
Betrokken
activa-posten
Betrokken
activa-posten
Benaming Codes B.
Immateriële
activa
C.I.
Terreinen
en gebouwen
C.II.1.
Deelnemingen
in verbonden
ondernemingen
C.II.2.
obligaties en
vorderingen
ondernemingen
C.II.3.
Bons, Deelnemingen in
ondernemingen
waarmee een
in verbonden deelnemingsver-
houding bestaat
C.II.4.
Bons, obligaties,
vorderingen in
ondernemingen
waarmee een
deelnemingsver-
houding bestaat
C.III.1.
Aandelen,
deelnemingen
en andere niet
vastrentende
effecten
C.III.2.
Obligaties
en andere
vastrentende
effecten
1 2 3 4 5 6 7 8
a) AANSCHAFFINGSWAARDE
Per einde van het vorige boekjaar 08.01.01 15.341.933 0 6.436.159.584 826.222.351 1.739.814 0 54.077.627 582.131.782
Mutaties tijdens het boekjaar : (133.987) 0 0 31.511.018 (1.709.887) 65.488.301 4.649.234 76.348.613
- Aanschaffingen 8.01.021 445.085 0 0 31.511.018 0 65.488.301 4.649.234 95.000.292
- Nieuwe oprichtingskosten 8.01.022 0 0 0 0 0 0 0 0
- Overdrachten en
buitengebruikstellingen (-) 8.01.023 0 0 0 0 0 0 0 (12.207.816)
- Overboeking naar een andere post (+)(-) 8.01.024 0 0 0 0 0 0 0 0
- Andere mutaties (+)(-) 8.01.025 (579.071) 0 0 0 (1.709.887) 0 0 (6.443.863)
Per einde van het boekjaar 08.01.03 15.207.946 0 6.436.159.584 857.733.369 29.927 65.488.301 58.726.861 658.480.395
b) MEERWAARDEN
Per einde van het vorige boekjaar 08.01.04 0 0 0 0 0 0 0 0
Mutaties tijdens het boekjaar : 0 0 0 0 0 0 0 0
- Geboekt 8.01.051 0 0 0 0 0 0 0 0
- Verworven van derden 8.01.052 0 0 0 0 0 0 0 0
- Afgeboekt (-) 8.01.053 0 0 0 0 0 0 0 0
- Overboeking naar een andere post (+)(-) 8.01.054 0 0 0 0 0 0 0 0
Per einde van het boekjaar 08.01.06 0 0 0 0 0 0 0 0
c) AFSCHRIJVINGEN EN
WAARDEVERMINDERINGEN
Per einde van het vorige boekjaar 08.01.07 2.613.399 0 0 0 0 0 0 0
Mutaties tijdens het boekjaar : 899.303 0 0 0 0 0 0 0
- Geboekt 8.01.081 1.478.374 0 0 0 0 0 0 0
- Teruggenomen want overtollig (-) 8.01.082 0 0 0 0 0 0 0 0
- Verworven van derden 8.01.083 0 0 0 0 0 0 0 0
- Afgeboekt (-) 8.01.084 0 0 0 0 0 0 0 0
- Overboeking naar een andere post (+)(-) 8.01.085 (579.071) 0 0 0 0 0 0 0
Per einde van het boekjaar 08.01.09 3.512.702 0 0 0 0 0 0 0
d) NIET-OPGEVRAAGDE BEDRAGEN
(art. 29, § 1.)
Per einde van het vorige boekjaar 08.01.10 0 0 0 0 0 0 0 0
Mutaties tijdens het boekjaar (+)(-) 08.01.11 0 0 0 0 0 0 0 0
Per einde van het boekjaar 08.01.12 0 0 0 0 0 0 0 0
e) RESULTATEN UIT DE OMREKENING
VAN VREEMDE VALUTA
Per einde van het vorige boekjaar (+)(-) 08.01.13 0 0 0 0 0 0 0 0
Mutaties tijdens het boekjaar (+)(-) 08.01.14 0 0 0 0 0 0 0 0
Per einde van het boekjaar (+)(-) 08.01.15 0 0 0 0 0 0 0 0
NETTO BOEKWAARDE
PER EINDE VAN HET BOEKJAAR
(a) + (b) - (c) - (d) +/- (e) 08.01.16 11.695.245 0 6.436.159.584 857.733.369 29.927 65.488.301 58.726.861 658.480.395

No. 1. Staat van de immateriële activa, de onroerende goederen die tot belegging dienen en de effecten bestemd voor belegging.

281 | 240

NAAM, volledig adres van de zetel en,

(*) volgens officiele codificatie.

Royal Park Investments NV Markiesstraat 1 B - 1000 Brussel

Ageas Insurance International NV

Markiesstraat 1 B - 1000 Brussel

Nr. 2. Staat betreffende de deelnemingen en maatschappelijke rechten in andere ondernemingen

Hieronder worden de ondernemingen vermeld waarin de onderneming een deelneming bezit in de zin van het koninklijk besluit van 17 november 1994 (opgenomen in de posten C.II.1., C.II.3., D.II.1. en D.II.3. van de activa), alsmede de andere ondernemingen waarin de onderneming maatschappelijke

zo het een naar Belgisch recht betreft, de onderneming dochter Jaarrekening Munt- Eigen Nettohet B.T.W.- of NATIONAAL NUMMER (rechtstreeks) ondernemingen per Eenheid (*) vermogen resultaat

NN 0807.882.811 3.800.000 45 0 31.12.2020 EUR 5.143 2.903

NN 0718.677.849 792.001.700 100 0 31.12.2020 EUR 5.981.008 931.050

Maatschappelijke rechten gehouden door Gegevens geput uit de laatst beschikbare jaarrekening

aantal % % (in duizenden munteenheden)

(+) of (-)

rechten bezit (opgenomen in de posten C.III.1. en D.III.1. van de activa)ten belope van ten minste tien procent van het geplaatste kapitaal.

Nr. 2. Staat betreffende de deelnemingen en maatschappelijke rechten in andere ondernemingen

281 | 240

280 | 240

a) AANSCHAFFINGSWAARDE

  • Overdrachten en

b) MEERWAARDEN

c) AFSCHRIJVINGEN EN WAARDEVERMINDERINGEN

d) NIET-OPGEVRAAGDE BEDRAGEN

e) RESULTATEN UIT DE OMREKENING VAN VREEMDE VALUTA

NETTO BOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR

(art. 29, § 1.)

No. 1. Staat van de immateriële activa, de onroerende goederen die tot belegging dienen en de effecten bestemd voor belegging.

Benaming Codes Immateriële Terreinen Deelnemingen Bons, Deelnemingen in Bons, obligaties, Aandelen, Obligaties

Per einde van het vorige boekjaar 08.01.01 15.341.933 0 6.436.159.584 826.222.351 1.739.814 0 54.077.627 582.131.782 Mutaties tijdens het boekjaar : (133.987) 0 0 31.511.018 (1.709.887) 65.488.301 4.649.234 76.348.613 - Aanschaffingen 8.01.021 445.085 0 0 31.511.018 0 65.488.301 4.649.234 95.000.292 - Nieuwe oprichtingskosten 8.01.022 0 0 0 0 0 0 0 0

buitengebruikstellingen (-) 8.01.023 0 0 0 0 0 0 0 (12.207.816) - Overboeking naar een andere post (+)(-) 8.01.024 0 0 0 0 0 0 0 0 - Andere mutaties (+)(-) 8.01.025 (579.071) 0 0 0 (1.709.887) 0 0 (6.443.863) Per einde van het boekjaar 08.01.03 15.207.946 0 6.436.159.584 857.733.369 29.927 65.488.301 58.726.861 658.480.395

Per einde van het vorige boekjaar 08.01.04 0 0 0 0 0 0 0 0 Mutaties tijdens het boekjaar : 0 0 0 0 0 0 0 0 - Geboekt 8.01.051 0 0 0 0 0 0 0 0 - Verworven van derden 8.01.052 0 0 0 0 0 0 0 0 - Afgeboekt (-) 8.01.053 0 0 0 0 0 0 0 0 - Overboeking naar een andere post (+)(-) 8.01.054 0 0 0 0 0 0 0 0 Per einde van het boekjaar 08.01.06 0 0 0 0 0 0 0 0

Per einde van het vorige boekjaar 08.01.07 2.613.399 0 0 0 0 0 0 0 Mutaties tijdens het boekjaar : 899.303 0 0 0 0 0 0 0 - Geboekt 8.01.081 1.478.374 0 0 0 0 0 0 0 - Teruggenomen want overtollig (-) 8.01.082 0 0 0 0 0 0 0 0 - Verworven van derden 8.01.083 0 0 0 0 0 0 0 0 - Afgeboekt (-) 8.01.084 0 0 0 0 0 0 0 0 - Overboeking naar een andere post (+)(-) 8.01.085 (579.071) 0 0 0 0 0 0 0 Per einde van het boekjaar 08.01.09 3.512.702 0 0 0 0 0 0 0

Per einde van het vorige boekjaar 08.01.10 0 0 0 0 0 0 0 0 Mutaties tijdens het boekjaar (+)(-) 08.01.11 0 0 0 0 0 0 0 0 Per einde van het boekjaar 08.01.12 0 0 0 0 0 0 0 0

Per einde van het vorige boekjaar (+)(-) 08.01.13 0 0 0 0 0 0 0 0 Mutaties tijdens het boekjaar (+)(-) 08.01.14 0 0 0 0 0 0 0 0 Per einde van het boekjaar (+)(-) 08.01.15 0 0 0 0 0 0 0 0

(a) + (b) - (c) - (d) +/- (e) 08.01.16 11.695.245 0 6.436.159.584 857.733.369 29.927 65.488.301 58.726.861 658.480.395

Betrokken Betrokken Betrokken activa-posten activa-posten activa-posten B. C.I. C.II.1. C.II.2. C.II.3. C.II.4. C.III.1. C.III.2.

activa en gebouwen in verbonden obligaties en ondernemingen vorderingen in deelnemingen en andere

1 2 3 4 5 6 7 8

ondernemingen vorderingen waarmee een ondernemingen en andere niet vastrentende

ondernemingen houding bestaat deelnemingsver- effecten

in verbonden deelnemingsver- waarmee een vastrentende effecten

houding bestaat

Hieronder worden de ondernemingen vermeld waarin de onderneming een deelneming bezit in de zin van het koninklijk besluit van 17 november 1994 (opgenomen in de posten C.II.1., C.II.3., D.II.1. en D.II.3. van de activa), alsmede de andere ondernemingen waarin de onderneming maatschappelijke rechten bezit (opgenomen in de posten C.III.1. en D.III.1. van de activa)ten belope van ten minste tien procent van het geplaatste kapitaal.

Maatschappelijke rechten gehouden door Gegevens geput uit de laatst beschikbare jaarrekening
NAAM, volledig adres van de zetel en,
zo het een naar Belgisch recht betreft,
het B.T.W.- of NATIONAAL NUMMER
de onderneming
(rechtstreeks)
dochter
ondernemingen
Jaarrekening
per
Munt-
Eenheid (*)
Eigen
vermogen
Netto
resultaat
aantal % % (+) of (-)
(in duizenden munteenheden)
(*) volgens officiele codificatie.
Royal Park Investments NV
Markiesstraat 1
B - 1000 Brussel
NN 0807.882.811 3.800.000 45 0 31.12.2020 EUR 5.143 2.903
Ageas Insurance International NV
Markiesstraat 1
B - 1000 Brussel
NN 0718.677.849
792.001.700 100 0 31.12.2020 EUR 5.981.008 931.050

Nr. 3. Actuele waarde van de beleggingen (art. 38)

282 | 240

Activa - posten Codes Bedragen
C. Beleggingen 8.03 9.279.728.564
I. Terreinen en gebouwen. 8.03.221 0
II. Beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen.
-
Verbonden ondernemingen.
1. Deelnemingen.
2. Bons, obligaties en vorderingen.
-
Andere ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat.
3. Deelnemingen
4. Bons, obligaties en vorderingen.
8.03.222
8.03.222.1
8.03.222.11
8.03.222.12
8.03.222.2
8.03.222.21
8.03.222.22
7.436.625.253
7.371.989.355
6.436.159.584
935.829.771
64.635.898
32.906
64.602.992
III. Overige financiële beleggingen.
1. Aandelen, deelnemingen en andere niet-vastrentende effecten.
2. Obligaties en andere vastrentende effecten.
3. Deelbewijzen in gemeenschappelijke beleggingen.
4. Hypothecaire leningen en hypothecaire kredieten.
5. Overige leningen.
6. Deposito's bij kredietinstellingen.
7. Overige
8.03.223
8.03.223.1
8.03.223.2
8.03.223.3
8.03.223.4
8.03.223.5
8.03.223.6
8.03.223.7
966.915.531
62.027.018
663.703.528
0
0
0
270.007.011
0
IV. Deposito's bij cederende ondernemingen. 8.03.224 876.187.780

283 | 240

Nr. 3bis Gegevens betreffende het niet-gebruik van de waarderingsmethode op basis van de reële waarde

C.III.1 Aandelen, deelnemingen en andere niet-vastrentende effecten: zie waarderingsregels in staat Nr. 20 Waarderingsregels

C.III.2 Obligaties en andere vastrentende effecten: zie waarderingsregels in staat Nr. 20 Waarderingsregels

Nr.4 Staat betreffende de overige overlopende rekeningen van het actief

die niet gewaardeerd worden op basis van de reële waarde, met opgave van de omvang,

de afzonderlijke activa, dan wel van passende groepen van deze afzonderlijke activa

veronderstelling ten grondslag liggen dat de boekwaarde zal kunnen worden gerealiseerd :

Uitsplitsing van de actiefpost G.III. indien daaronder een belangrijk bedrag voorkomt.

genomen tegen een hoger bedrag dan hun reële waarde : de nettoboekwaarde en de reële waarde van

de aard en het ingedekte risico van de instrumenten

A. Schatting van de reële waarde voor elke categorie afgeleide financiële instrumenten Netto boekwaarde Reële waarde

B. Voor de financiële vaste activa, vermeld in de posten C.II. en C.III., die in aanmerking worden Netto boekwaarde Reële waarde

C.III.1 Aandelen, deelnemingen en andere niet-vastrentende effecten 17.546.000 16.813.279 C.III.2 Obligaties en andere vastrentende effecten 200.923.155 196.572.250

Bedrag

Voor elk van de in B. vermelde financiële vaste activa, dan wel de in B. bedoelde passende groepen van deze afzonderlijke activa, die in aanmerking worden genomen tegen een hoger bedrag dan hun reële waarde, moeten hierna ook de redenen worden vermeld waarom de boekwaarde niet is verminderd, met opgave van de aard van de aanwijzingen die aan de

Over te dragen kosten 4.797.299

Nr. 3bis Gegevens betreffende het niet-gebruik van de waarderingsmethode op basis van de reële waarde

A. Schatting van de reële waarde voor elke categorie afgeleide financiële instrumenten Netto boekwaarde Reële waarde
die niet gewaardeerd worden op basis van de reële waarde, met opgave van de omvang,
de aard en het ingedekte risico van de instrumenten
B. Voor de financiële vaste activa, vermeld in de posten C.II. en C.III., die in aanmerking worden Netto boekwaarde Reële waarde
genomen tegen een hoger bedrag dan hun reële waarde : de nettoboekwaarde en de reële waarde van
de afzonderlijke activa, dan wel van passende groepen van deze afzonderlijke activa
C.III.1 Aandelen, deelnemingen en andere niet-vastrentende effecten 17.546.000 16.813.279
C.III.2 Obligaties en andere vastrentende effecten 200.923.155 196.572.250

Voor elk van de in B. vermelde financiële vaste activa, dan wel de in B. bedoelde passende groepen van deze afzonderlijke activa, die in aanmerking worden genomen tegen een hoger bedrag dan hun reële waarde, moeten hierna ook de redenen worden vermeld waarom de boekwaarde niet is verminderd, met opgave van de aard van de aanwijzingen die aan de veronderstelling ten grondslag liggen dat de boekwaarde zal kunnen worden gerealiseerd :

C.III.1 Aandelen, deelnemingen en andere niet-vastrentende effecten: zie waarderingsregels in staat Nr. 20 Waarderingsregels

C.III.2 Obligaties en andere vastrentende effecten: zie waarderingsregels in staat Nr. 20 Waarderingsregels

Nr.4 Staat betreffende de overige overlopende rekeningen van het actief

Uitsplitsing van de actiefpost G.III. indien daaronder een belangrijk bedrag voorkomt. Over te dragen kosten 4.797.299

283 | 240

282 | 240

Nr. 3. Actuele waarde van de beleggingen (art. 38)

Activa - posten Codes Bedragen

C. Beleggingen 8.03 9.279.728.564

I. Terreinen en gebouwen. 8.03.221 0

II. Beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen. 8.03.222 7.436.625.253 - Verbonden ondernemingen. 8.03.222.1 7.371.989.355 1. Deelnemingen. 8.03.222.11 6.436.159.584 2. Bons, obligaties en vorderingen. 8.03.222.12 935.829.771 - Andere ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat. 8.03.222.2 64.635.898 3. Deelnemingen 8.03.222.21 32.906 4. Bons, obligaties en vorderingen. 8.03.222.22 64.602.992

III. Overige financiële beleggingen. 8.03.223 966.915.531 1. Aandelen, deelnemingen en andere niet-vastrentende effecten. 8.03.223.1 62.027.018 2. Obligaties en andere vastrentende effecten. 8.03.223.2 663.703.528 3. Deelbewijzen in gemeenschappelijke beleggingen. 8.03.223.3 0 4. Hypothecaire leningen en hypothecaire kredieten. 8.03.223.4 0 5. Overige leningen. 8.03.223.5 0 6. Deposito's bij kredietinstellingen. 8.03.223.6 270.007.011 7. Overige 8.03.223.7 0

IV. Deposito's bij cederende ondernemingen. 8.03.224 876.187.780

Bedrag

Nr.5 Staat van het kapitaal

284 | 240

Codes Bedragen Aantal aandelen
A. MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL
1. Geplaatst kapitaal (post A.I.1. van de passiva)
- Per einde van het vorige boekjaar 8.05.111.101 1.502.364.273 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
- Wijzigingen tijdens het boekjaar : 8.05.111.103
- Per einde van het boekjaar 8.05.111.102 1.502.364.273 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx
2. Samenstelling van het kapitaal
2.1. Soorten aandelen volgens het vennootschapsrecht 8.05.1.20 1.502.364.273 191.033.128
Volgestorte aandelen zonder aanwijzing van nominale waarde
2.2. Gewone aandelen op naam of aan gedematerialiseerd
Op naam 8.05.1.21 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 9.982.383
Gedematerialiseerd 8.05.1.22 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 181.050.745
Niet-opgevraagd bedrag Opgevraagd niet-gestort
Codes (post A.I.2. van de passiva) bedrag(actiefpost E.I.V.)
B. NIET-GESTORT KAPITAAL (art.51 - S.W.H.V.)
Aandeelhouders die nog moeten volstorten 8.05.3
TOTAAL 8.05.2

285 | 240

Waarvan:

Nr.5. Staat van het kapitaal (vervolg)

F. DEELBEWIJZEN BUITEN KAPITAAL 8.05.6

Nr.5. Staat van het kapitaal (vervolg en slot)

Fosun 10,01% BlackRock Inc. 5,23% Ping An 5,17% Schröder Plc. 3,02%

  • gehouden door de vennootschap zelf 8.05.6.1 - gehouden door haar dochters 8.05.6.2

Belangrijkste aandeelhouders (boven de statutaire drempel van 3%) op 31/12/2021

Nr.6 Staat van de voorzieningen voor overige risico's en kosten - andere voorzieningen

Uitsplitsing van de passiefpost E.III. indien daaronder een belangrijk bedrag voorkomt.

Codes Bedrag

Codes aandelen stemrecht

Aantal Daaraan verbonden

Bedragen

E. TOEGESTAAN, NIET-GEPLAATST KAPITAAL 8.05.5 148.000.000

G. DE AANDEELHOUDERSSTRUCTUUR VAN DE ONDERNEMING OP DE DATUM VAN JAARAFSLUITING, MET DE VOLGENDE INDELING:

van het koninklijke besluit van 21 augustus 2008 houdende nadere regels betreffende bepaalde multilaterale handelsfaciliteiten:

Op 31 december 2021 bezaten de leden van de raad van bestuur van ageas SA/NV samen 104.562 aandelen van ageas SA/NV.

Voorziening Fortis settlement 114.375.225 voorziening RPN(I) 520.400.000

ontvangen ingevolge artikel 631, §2, laatste lid, en artikel 632, §2, laatste lid, van het Wetboek van vennootschappen:

aandeelhoudersstructuur van de onderneming op de datum van de jaarafsluiting, zoals die blijkt uit de kennisgevingen die de onderneming heeft

aandeelhoudersstructuur van de onderneming op de datum van de jaarafsluting, zoals die blijkt uit de kennisgevingen die de onderneming heeft ontvangen ingevolge artikel 14, vierde lid, van de wet van 2 mei 2007 op de openbaarmaking van belangrijke deelnemingen of ingevolge artikel 5

Nr.5. Staat van het kapitaal (vervolg)

Codes Kapitaalbedrag Aantal aandelen
C. AANDELEN VAN DE ONDERNEMING GEHOUDEN DOOR
-
de onderneming zelf
8.05.3.1 197.027.253 4.051.147
-
haar dochters
8.05.3.2 21.487.178 1.244.518
D. VERPLICHTINGEN TOT UITGIFTE VAN AANDELEN
1. Als gevolg van de uitoefening van CONVERSIERECHTEN.
-
Bedrag van de lopende converteerbare leningen
8.05.4.1
-
Bedrag van het te plaatsen kapitaal
8.05.4.2
-
Maximum aantal uit te geven aandelen
8.05.4.3
2. Als gevolg van de uitoefening van de INSCHRIJVINGSRECHTEN.
-
Aantal inschrijvingsrechten in omloop
8.05.4.4
-
Bedrag van het te plaatsen kapitaal.
8.05.4.5
-
Maximum aantal uit te geven aandelen
8.05.4.6
3. Als gevolg van de betaling van derden in aandelen.
-
Bedrag van het te plaatsen kapitaal.
8.05.4.7
-
Maximum aantal uit te geven aandelen
8.05.4.8

Nr.5. Staat van het kapitaal (vervolg)

285 | 240

Codes Bedragen Aantal aandelen

Codes (post A.I.2. van de passiva) bedrag(actiefpost E.I.V.)

Codes Kapitaalbedrag Aantal aandelen

Niet-opgevraagd bedrag Opgevraagd niet-gestort

  • Per einde van het vorige boekjaar 8.05.111.101 1.502.364.273 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx

  • Per einde van het boekjaar 8.05.111.102 1.502.364.273 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx

2.1. Soorten aandelen volgens het vennootschapsrecht 8.05.1.20 1.502.364.273 191.033.128

Op naam 8.05.1.21 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 9.982.383 Gedematerialiseerd 8.05.1.22 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 181.050.745

  • de onderneming zelf 8.05.3.1 197.027.253 4.051.147 - haar dochters 8.05.3.2 21.487.178 1.244.518

284 | 240

Nr.5 Staat van het kapitaal

A. MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL

  1. Samenstelling van het kapitaal

  2. Geplaatst kapitaal (post A.I.1. van de passiva)

  3. Wijzigingen tijdens het boekjaar : 8.05.111.103

Volgestorte aandelen zonder aanwijzing van nominale waarde

Aandeelhouders die nog moeten volstorten 8.05.3

  • Bedrag van de lopende converteerbare leningen 8.05.4.1 - Bedrag van het te plaatsen kapitaal 8.05.4.2 - Maximum aantal uit te geven aandelen 8.05.4.3

  • Aantal inschrijvingsrechten in omloop 8.05.4.4 - Bedrag van het te plaatsen kapitaal. 8.05.4.5 - Maximum aantal uit te geven aandelen 8.05.4.6

  • Bedrag van het te plaatsen kapitaal. 8.05.4.7 - Maximum aantal uit te geven aandelen 8.05.4.8

  • Als gevolg van de uitoefening van de INSCHRIJVINGSRECHTEN.

TOTAAL 8.05.2

2.2. Gewone aandelen op naam of aan gedematerialiseerd

B. NIET-GESTORT KAPITAAL (art.51 - S.W.H.V.)

Nr.5. Staat van het kapitaal (vervolg)

C. AANDELEN VAN DE ONDERNEMING GEHOUDEN DOOR

D. VERPLICHTINGEN TOT UITGIFTE VAN AANDELEN 1. Als gevolg van de uitoefening van CONVERSIERECHTEN.

  1. Als gevolg van de betaling van derden in aandelen.
Codes Bedrag
E. TOEGESTAAN, NIET-GEPLAATST KAPITAAL 8.05.5 148.000.000
Aantal Daaraan verbonden
Codes aandelen stemrecht
F. DEELBEWIJZEN BUITEN KAPITAAL
Waarvan:
8.05.6
- gehouden door de vennootschap zelf
- gehouden door haar dochters
8.05.6.1
8.05.6.2

Nr.5. Staat van het kapitaal (vervolg en slot)

G. DE AANDEELHOUDERSSTRUCTUUR VAN DE ONDERNEMING OP DE DATUM VAN JAARAFSLUITING, MET DE VOLGENDE INDELING:

  • aandeelhoudersstructuur van de onderneming op de datum van de jaarafsluiting, zoals die blijkt uit de kennisgevingen die de onderneming heeft ontvangen ingevolge artikel 631, §2, laatste lid, en artikel 632, §2, laatste lid, van het Wetboek van vennootschappen:
  • aandeelhoudersstructuur van de onderneming op de datum van de jaarafsluting, zoals die blijkt uit de kennisgevingen die de onderneming heeft ontvangen ingevolge artikel 14, vierde lid, van de wet van 2 mei 2007 op de openbaarmaking van belangrijke deelnemingen of ingevolge artikel 5 van het koninklijke besluit van 21 augustus 2008 houdende nadere regels betreffende bepaalde multilaterale handelsfaciliteiten:

Belangrijkste aandeelhouders (boven de statutaire drempel van 3%) op 31/12/2021

  • Fosun 10,01%
  • BlackRock Inc. 5,23%
  • Ping An 5,17%
  • Schröder Plc. 3,02%

Op 31 december 2021 bezaten de leden van de raad van bestuur van ageas SA/NV samen 104.562 aandelen van ageas SA/NV.

Nr.6 Staat van de voorzieningen voor overige risico's en kosten - andere voorzieningen

Bedragen
Uitsplitsing van de passiefpost E.III. indien daaronder een belangrijk bedrag voorkomt.
Voorziening Fortis settlement
voorziening RPN(I)
114.375.225
520.400.000

Nr. 7. Staat van de technische voorzieningen en schulden

286 | 240

a) Uitsplitsing van de schulden (of een deel van de schulden) waarvan de resterende looptijd méér dan 5 jaar is.

Betrokken posten van de passiva Codes Bedragen
B. Achtergestelde schulden. 8.07.1.12 1.745.427.640
I. Converteerbare leningen 8.07.1.121
II. Niet-converteerbare leningen 8.07.1.122 1.745.427.640
G. Schulden 8.07.1.42
I. Schulden uit hoofde van rechtstreekse verzekeringsverrichtingen 8.07.1.421
II. Schulden uit hoofde van herverzekeringsverrichtingen 8.07.1.422
III. Niet-achtergestelde obligatieleningen. 8.07.1.423
1. Converteerbare leningen. 8.07.1.423.1
2. Niet-converteerbare leningen. 8.07.1.423.2
IV. Schulden ten aanzien van kredietinstellingen 8.07.1.424
V. Overige schulden 8.07.1.425
TOTAAL 8.07.1.5 1.745.427.640

287 | 240

  1. Belastingen (post G.V.1.a) van de passiva)

  2. Bezoldigingen en sociale lasten (post G.V.1.b) van de passiva)

Nr.7. Staat van de technische voorzieningen en schulden (vervolg en slot) c) Schulden met betrekking tot belastingen, bezoldigingen en sociale lasten

Nr.8. Staat betreffende de overlopende rekeningen van het passief

Uitsplitsing van de passiefpost H indien daaronder een belangrijk bedrag voorkomt.

a) Vervallen belastingsschulden 8.07.3.425.11.1

a) Vervallen schulden ten aanzien van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid 8.07.3.425.12.1

Nr. 9. Activa- en passivabestanddelen met betrekking tot het beheer voor eigen rekening

ten gunste van een derde van de pensioen- fondsen (art. 40bis.)

TOTAAL TOTAAL (*) Met vermelding van de cijfers en letters betreffende de inhoud van de betrokken post of sub-post van de balans

(voorbeeld : C.III.2. obligaties en andere vastrentende effecten).

Betrokken posten van de passiva Codes Bedragen

b) Niet-vervallen belastingsschulden 8.07.3.425.11.2 25.621

b) Andere schulden met betrekking tot bezoldigingen en sociale lasten 8.07.3.425.12.2 6.090.826

Toe te rekenen kosten – Aandelenplannen 5.328.241 Toe te rekenen - Andere 4.386.577 Toe te rekenen kosten – Stichtingen 1.093.230 Toe te rekenen kosten - Interesten 25.834.155

Betrokken posten en sub-posten van het actief (*) Afgesloten boekjaar Betrokken posten en sub-posten van het passief (*) Afgesloten boekjaar

Bedragen

36.642.202

Nr.7. Staat van de technische voorzieningen en schulden (vervolg)

b) Schulden (of gedeelte van de schulden) en technische voorzieningen (of gedeelte van de technische voorzieningen) gewaarborgd door zakelijke zekerheden gesteld of onherroepelijk beloofd op de activa van de onderneming.

Betrokken posten van de passiva Codes Bedragen
B. Achtergestelde schulden.
I. Converteerbare leningen
II.
Niet-converteerbare leningen
8.07.2.12
8.07.2.121
8.07.2.122
C. Technische voorzieningen 8.07.2.14 601.545.886
D.
Technische voorzieningen betreffende de verrichtingen verbonden aan een beleggingsfonds van de
groep van activiteiten 'Leven' wanneer het beleggingsrisico niet gedragen wordt door de onderneming
8.07.2.15
G. Schulden
I. Schulden uit hoofde van rechtstreekse verzekeringsverrichtingen.
II. Schulden uit hoofde van herverzekeringsverrichtingen.
III.Niet-achtergestelde obligatieleningen
1. Converteerbare leningen
2. Niet-converteerbare leningen
IV.Schulden ten aanzien van kredietinstellingen
V. Overige schulden
- schulden wegens belastingen, bezoldigingen en sociale lasten
a) belastingen
b) bezoldigingen en sociale lasten
- schulden van huurfinanciering en gelijkaardige
- overige
8.07.2.42
8.07.2.421
8.07.2.422
8.07.2.423
8.07.2.423.1
8.07.2.423.2
8.07.2.424
8.07.2.425
8.07.2.425.1
8.07.2.425.11
8.07.2.425.12
8.07.2.425.26
8.07.2.425.3
TOTAAL 8.07.2.5 601.545.886

Nr.7. Staat van de technische voorzieningen en schulden (vervolg en slot)

287 | 240

286 | 240

Nr. 7. Staat van de technische voorzieningen en schulden

a) Uitsplitsing van de schulden (of een deel van de schulden) waarvan de resterende looptijd méér dan 5 jaar is.

I. Converteerbare leningen 8.07.1.121

G. Schulden 8.07.1.42 I. Schulden uit hoofde van rechtstreekse verzekeringsverrichtingen 8.07.1.421 II. Schulden uit hoofde van herverzekeringsverrichtingen 8.07.1.422 III. Niet-achtergestelde obligatieleningen. 8.07.1.423 1. Converteerbare leningen. 8.07.1.423.1 2. Niet-converteerbare leningen. 8.07.1.423.2 IV. Schulden ten aanzien van kredietinstellingen 8.07.1.424 V. Overige schulden 8.07.1.425

zakelijke zekerheden gesteld of onherroepelijk beloofd op de activa van de onderneming.

B. Achtergestelde schulden. 8.07.2.12 I. Converteerbare leningen 8.07.2.121 II. Niet-converteerbare leningen 8.07.2.122

D. Technische voorzieningen betreffende de verrichtingen verbonden aan een beleggingsfonds van de 8.07.2.15 groep van activiteiten 'Leven' wanneer het beleggingsrisico niet gedragen wordt door de onderneming

G. Schulden 8.07.2.42 I. Schulden uit hoofde van rechtstreekse verzekeringsverrichtingen. 8.07.2.421 II. Schulden uit hoofde van herverzekeringsverrichtingen. 8.07.2.422 III.Niet-achtergestelde obligatieleningen 8.07.2.423 1. Converteerbare leningen 8.07.2.423.1 2. Niet-converteerbare leningen 8.07.2.423.2 IV.Schulden ten aanzien van kredietinstellingen 8.07.2.424 V. Overige schulden 8.07.2.425 - schulden wegens belastingen, bezoldigingen en sociale lasten 8.07.2.425.1 a) belastingen 8.07.2.425.11 b) bezoldigingen en sociale lasten 8.07.2.425.12 - schulden van huurfinanciering en gelijkaardige 8.07.2.425.26 - overige 8.07.2.425.3

Nr.7. Staat van de technische voorzieningen en schulden (vervolg)

Betrokken posten van de passiva Codes Bedragen

B. Achtergestelde schulden. 8.07.1.12 1.745.427.640

II. Niet-converteerbare leningen 8.07.1.122 1.745.427.640

TOTAAL 8.07.1.5 1.745.427.640

b) Schulden (of gedeelte van de schulden) en technische voorzieningen (of gedeelte van de technische voorzieningen) gewaarborgd door

Betrokken posten van de passiva Codes Bedragen

C. Technische voorzieningen 8.07.2.14 601.545.886

TOTAAL 8.07.2.5 601.545.886

c) Schulden met betrekking tot belastingen, bezoldigingen en sociale lasten

Betrokken posten van de passiva Codes Bedragen
1. Belastingen (post G.V.1.a) van de passiva)
a) Vervallen belastingsschulden
b) Niet-vervallen belastingsschulden
8.07.3.425.11.1
8.07.3.425.11.2
25.621
2. Bezoldigingen en sociale lasten (post G.V.1.b) van de passiva)
a) Vervallen schulden ten aanzien van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid
b) Andere schulden met betrekking tot bezoldigingen en sociale lasten
8.07.3.425.12.1
8.07.3.425.12.2
6.090.826

Nr.8. Staat betreffende de overlopende rekeningen van het passief

Bedragen
Uitsplitsing van de passiefpost H indien daaronder een belangrijk bedrag voorkomt.
Toe te rekenen kosten – Aandelenplannen 5.328.241
Toe te rekenen - Andere 4.386.577
Toe te rekenen kosten – Stichtingen 1.093.230
Toe te rekenen kosten - Interesten 25.834.155
36.642.202

Nr. 9. Activa- en passivabestanddelen met betrekking tot het beheer voor eigen rekening ten gunste van een derde van de pensioen- fondsen (art. 40bis.)

Betrokken posten en sub-posten van het actief (*) Afgesloten boekjaar Betrokken posten en sub-posten van het passief (*) Afgesloten boekjaar
TOTAAL TOTAAL

(*) Met vermelding van de cijfers en letters betreffende de inhoud van de betrokken post of sub-post van de balans (voorbeeld : C.III.2. obligaties en andere vastrentende effecten).

Nr. 10. Inlichtingen betreffende de technische rekeningen

I. Niet-Levensverzekering

288 | 240

Inhoud Codes Totaal RECHTSTREEKSE RECHTSTREEKSE RECHTSTREEKSE AANGE
ZAKEN ZAKEN ZAKEN NOMEN
Tot. Ongevallen Motor- Motor- Scheep- Brand en Algemene Krediet Diverse Rechts- Hulp- ZAKEN
en rijtuigen rijtuigen vaart andere Burger- en geldelijke bijstand verlening
gezond Burger- andere Luchtvaart schade lijke Borgtocht verliezen
heids- lijke takken Transport aan Aansprake
zorg Aansprake- goederen lijkheid
lijkheid
takken tak takken takken takken tak takken tak tak tak
1 en 2 10 3 en 7 4,5,6,7, 8 en 9 13 14 en 15 16 17 18
11 en 12
0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
Brutopremies. 8.10.01.710.1 1.512.236.974 1.512.236.974
Verdiende brutopremies 8.10.02 1.496.722.833 1.496.722.833
Bruto schaden 8.10.03 893.894.346 893.894.346
Bruto bedrijfskosten 8.10.04 555.265.512 555.265.512
Herverzekeringssaldo 8.10.05 (40.887.374) (40.887.374)
Commissielonen (art. 37) 8.10.06

289 | 240

Wat personeel betreft:

gestelde personen

Nr.°11.Staat betreffende de personeelsleden in dienst

A. Volgende gegevens over het boekjaar en over het vorige boekjaar met betrekking tot de werknemers ingeschreven in het personeelsregister en

a) het totale aantal op afsluitdatum van het boekjaar 8.11.10 162 157

artikel 15, § 4, van het Wetboek van Vennootschappen,en uitgesplitst naar volgende categorieën 8.11.11 161 149

c) het aantal gepresteerde uren 8.11.12 234.318 225.263

B. Volgende gegevens over het boekjaar en over het vorige boekjaar met betrekking tot de uitzendkrachten ende ter beschikking van de onderneming

a) het totale aantal op afsluitdatum van het boekjaar 8.11.20 0 0

manier als de werknemers ingeschreven in het personeelsregister 8.11.21 0 0 c) het aantal gepresteerde uren 8.11.22 406 187

  • Bedienden 8.11.11.2 161 149

Afgesloten Vorig

Afgesloten Vorig

Code boekjaar boekjaar

Code boekjaar boekjaar

verbonden met de onderneming door een arbeidsovereenkomst of een startbaanovereenkomst

  • Directiepersoneel 8.11.11.1

  • Arbeiders 8.11.11.3 - Andere 8.11.11.4

b) het gemiddelde personeelsbestand tewerkgesteld door de onderneming tijdens het boekjaar en

tijdens het vorige boekjaar, berekend in voltijdse equivalenten overeenkomstig

b) het gemiddeld aantal in voltijdse equivalenten berekend op een analoge

II. Levensverzekering

Inhoud Codes Bedragen
A. Rechtstreekse zaken
1) Brutopremies : 8.10.07.720.1 0
a) 1. Individuele premies : 8.10.08 0
2. Premies betreffende groepsverzekeringsovereenkomsten : 8.10.09 0
b) 1. Periodieke premies : 8.10.10 0
2. Enige premies : 8.10.11 0
c) 1. Premies van overeenkomsten zonder winstdeling : 8.10.12 0
2. Premies van overeenkomsten met winstdeling : 8.10.13 0
3. Premies van overeenkomsten waarbij het beleggingsrisico
niet gedragen wordt door de onderneming: 8.10.14 0
2) Herverzekeringssaldo : 8.10.15 0
3) Commissielonen (art. 37): 8.10.16 0
B. Aangenomen zaken
Bruto premies : 8.10.17.720.1 44.245.200

III. Niet-levensverzekering en levensverzekering, rechtstreekse zaken

Bruto premies :
- in België : 8.10.18
- in de andere Lid-Staten van de E.E.G : 8.10.19
- in de overige landen : 8.10.20

Nr.°11.Staat betreffende de personeelsleden in dienst

Wat personeel betreft:

289 | 240

288 | 240

Nr. 10. Inlichtingen betreffende de technische rekeningen

  1. Premies van overeenkomsten waarbij het beleggingsrisico

III. Niet-levensverzekering en levensverzekering, rechtstreekse zaken

  • in België : 8.10.18 - in de andere Lid-Staten van de E.E.G : 8.10.19 - in de overige landen : 8.10.20

Inhoud Codes Totaal RECHTSTREEKSE RECHTSTREEKSE RECHTSTREEKSE AANGE-

heids- lijke takken Transport aan Aansprakezorg Aansprake- goederen lijkheid

11 en 12

lijkheid

Brutopremies. 8.10.01.710.1 1.512.236.974 1.512.236.974 Verdiende brutopremies 8.10.02 1.496.722.833 1.496.722.833 Bruto schaden 8.10.03 893.894.346 893.894.346 Bruto bedrijfskosten 8.10.04 555.265.512 555.265.512 Herverzekeringssaldo 8.10.05 (40.887.374) (40.887.374)

Inhoud Codes Bedragen

1) Brutopremies : 8.10.07.720.1 0 a) 1. Individuele premies : 8.10.08 0 2. Premies betreffende groepsverzekeringsovereenkomsten : 8.10.09 0 b) 1. Periodieke premies : 8.10.10 0 2. Enige premies : 8.10.11 0 c) 1. Premies van overeenkomsten zonder winstdeling : 8.10.12 0 2. Premies van overeenkomsten met winstdeling : 8.10.13 0

niet gedragen wordt door de onderneming: 8.10.14 0 2) Herverzekeringssaldo : 8.10.15 0 3) Commissielonen (art. 37): 8.10.16 0

Bruto premies : 8.10.17.720.1 44.245.200

ZAKEN ZAKEN ZAKEN NOMEN

Tot. Ongevallen Motor- Motor- Scheep- Brand en Algemene Krediet Diverse Rechts- Hulp- ZAKEN en rijtuigen rijtuigen vaart andere Burger- en geldelijke bijstand verlening

takken tak takken takken takken tak takken tak tak tak 1 en 2 10 3 en 7 4,5,6,7, 8 en 9 13 14 en 15 16 17 18

0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12

gezond Burger- andere Luchtvaart schade lijke Borgtocht verliezen

I. Niet-Levensverzekering

Commissielonen (art. 37) 8.10.06

II. Levensverzekering

A. Rechtstreekse zaken

B. Aangenomen zaken

Bruto premies :

A. Volgende gegevens over het boekjaar en over het vorige boekjaar met betrekking tot de werknemers ingeschreven in het personeelsregister en verbonden met de onderneming door een arbeidsovereenkomst of een startbaanovereenkomst

Afgesloten Vorig
Code boekjaar boekjaar
a) het totale aantal op afsluitdatum van het boekjaar 8.11.10 162 157
b) het gemiddelde personeelsbestand tewerkgesteld door de onderneming tijdens het boekjaar en
tijdens het vorige boekjaar, berekend in voltijdse equivalenten overeenkomstig
artikel 15, § 4, van het Wetboek van Vennootschappen,en uitgesplitst naar volgende categorieën 8.11.11 161 149
- Directiepersoneel 8.11.11.1
- Bedienden 8.11.11.2 161 149
- Arbeiders 8.11.11.3
- Andere 8.11.11.4
c) het aantal gepresteerde uren 8.11.12 234.318 225.263

B. Volgende gegevens over het boekjaar en over het vorige boekjaar met betrekking tot de uitzendkrachten ende ter beschikking van de onderneming gestelde personen

Code Afgesloten
boekjaar
Vorig
boekjaar
a) het totale aantal op afsluitdatum van het boekjaar
b) het gemiddeld aantal in voltijdse equivalenten berekend op een analoge
8.11.20 0 0
manier als de werknemers ingeschreven in het personeelsregister
c) het aantal gepresteerde uren
8.11.21
8.11.22
0
406
0
187

290 | 240

Nr.12. Staat betreffende het geheel van de administratie- en beheerskosten, uitgesplitst volgens aard

(Een asteriks (*) rechts van de inhoud van een post of een sub-post duidt op het bestaan van een definitie of een verklarende nota in hoofdstuk III van de bijlage bij het huidige besluit)

291 | 240

Nr.13. Overige opbrengsten, overige kosten

Nr.14. Uitzonderlijke resultaten.

A. Uitsplitsing van de UITZONDERLIJKE OPBRENGSTEN

B. Uitsplitsing van de ANDERE UITZONDERLIJKE KOSTEN

(post 11. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat.

(post 12. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat.

A. Uitsplitsing van de OVERIGE OPBRENGSTEN (post 7. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat. 39.221.928 Doorbelasting kosten 8.274.087 Wijziging voorziening Fortis settlement 12.863.275 Positieve wisselkoersresultaten 17.714.562 Overige 370.004

B. Uitsplitsing van de OVERIGE KOSTEN (post 8. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat. 192.362.473 Voorziening schadevergoeding RPN(I) 100.600.000 Diensten en diverse goederen 53.258.760 Personeelskosten 30.093.514 Afschrijvingen 424.265 Werkingskosten stichtingen 7.476.737 Overige 509.197

Bedragen

Bedragen

Benaming Codes Bedragen
I. Personeelskosten*
1. a) Bezoldigingen
8.12.1
8.12.111
1.615.406
1.615.406
b) Pensioenen 8.12.112 0
c) Andere rechtstreekse sociale voordelen 8.12.113 0
2. Patronale bijdragen voor sociale verzekeringen 8.12.12 0
3. Patronale toelagen en premies voor buitenwettelijke verzekeringen 8.12.13 0
4. Andere personeelsuitgaven 8.12.14 0
5. Voorzieningen voor pensioenen, bezoldigingen en sociale lasten 8.12.15 0
a) Dotaties (+) 8.12.15.1 0
b) Bestedingen en terugnemingen (-) 8.12.15.2 0
6. Uitzendkrachten of personen ter beschikking gesteld van de onderneming 8.12.16 0
II. Diverse goederen en diensten* 8.12.2 1.630.303
III. Afschrijvingen en waardeverminderingen op immateriële 8.12.3 0
en materiële activa, andere dan de beleggingen*
IV. Voorzieningen voor overige risico's en lasten* 8.12.4 0
1. Dotaties (+) 8.12.41 0
2. Bestedingen en terugnemingen (-) 8.12.42 0
V. Overige lopende lasten* 8.12.5 725.263
1. Fiscale bedrijfskosten* 8.12.51 0
a) Onroerende voorheffing 8.12.511 0
b) Overige 8.12.512 0
2. Bijdragen gestort aan openbare instellingen* 8.12.52 0
3. Theoretische kosten* 8.12.53 0
4. Overige 8.12.54 725.263
VI. Teruggewonnen administratiekosten en overige lopende opbrengsten (-) 8.12.6 0
1. Teruggewonnen administratiekosten 8.12.61 0
a) Ontvangen vergoedingen voor beheersprestaties van collectieve
pensioenfondsen voor rekening van derden 8.12.611 0
b) Overige* 8.12.612 0
2. Overige lopende opbrengsten. 8.12.62 0
TOTAAL 8.12.7 4.390.399

* Aldus gewijzigd bij artikel 10, § 2 van het koninklijk besluit van 4 augustus 1996.

Nr.13. Overige opbrengsten, overige kosten

291 | 240

290 | 240

en materiële activa, andere dan de beleggingen*

a) Ontvangen vergoedingen voor beheersprestaties van collectieve

* Aldus gewijzigd bij artikel 10, § 2 van het koninklijk besluit van 4 augustus 1996.

Nr.12. Staat betreffende het geheel van de administratie- en beheerskosten, uitgesplitst volgens aard

(Een asteriks (*) rechts van de inhoud van een post of een sub-post duidt op het bestaan van een definitie of een verklarende nota in hoofdstuk III van de bijlage bij het huidige besluit)

Benaming Codes Bedragen

I. Personeelskosten* 8.12.1 1.615.406 1. a) Bezoldigingen 8.12.111 1.615.406 b) Pensioenen 8.12.112 0 c) Andere rechtstreekse sociale voordelen 8.12.113 0 2. Patronale bijdragen voor sociale verzekeringen 8.12.12 0 3. Patronale toelagen en premies voor buitenwettelijke verzekeringen 8.12.13 0 4. Andere personeelsuitgaven 8.12.14 0 5. Voorzieningen voor pensioenen, bezoldigingen en sociale lasten 8.12.15 0 a) Dotaties (+) 8.12.15.1 0 b) Bestedingen en terugnemingen (-) 8.12.15.2 0 6. Uitzendkrachten of personen ter beschikking gesteld van de onderneming 8.12.16 0

II. Diverse goederen en diensten* 8.12.2 1.630.303

III. Afschrijvingen en waardeverminderingen op immateriële 8.12.3 0

IV. Voorzieningen voor overige risico's en lasten* 8.12.4 0 1. Dotaties (+) 8.12.41 0 2. Bestedingen en terugnemingen (-) 8.12.42 0

V. Overige lopende lasten* 8.12.5 725.263 1. Fiscale bedrijfskosten* 8.12.51 0 a) Onroerende voorheffing 8.12.511 0 b) Overige 8.12.512 0 2. Bijdragen gestort aan openbare instellingen* 8.12.52 0 3. Theoretische kosten* 8.12.53 0 4. Overige 8.12.54 725.263

VI. Teruggewonnen administratiekosten en overige lopende opbrengsten (-) 8.12.6 0 1. Teruggewonnen administratiekosten 8.12.61 0

TOTAAL 8.12.7 4.390.399

pensioenfondsen voor rekening van derden 8.12.611 0 b) Overige* 8.12.612 0 2. Overige lopende opbrengsten. 8.12.62 0

Bedragen
A. Uitsplitsing van de OVERIGE OPBRENGSTEN (post 7. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat. 39.221.928
Doorbelasting kosten 8.274.087
Wijziging voorziening Fortis settlement 12.863.275
Positieve wisselkoersresultaten 17.714.562
Overige 370.004
B. Uitsplitsing van de OVERIGE KOSTEN (post 8. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat. 192.362.473
Voorziening schadevergoeding RPN(I) 100.600.000
Diensten en diverse goederen 53.258.760
Personeelskosten 30.093.514
Afschrijvingen 424.265
Werkingskosten stichtingen 7.476.737
Overige 509.197

Nr.14. Uitzonderlijke resultaten.

Bedragen

A. Uitsplitsing van de UITZONDERLIJKE OPBRENGSTEN (post 11. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat.

B. Uitsplitsing van de ANDERE UITZONDERLIJKE KOSTEN (post 12. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat.

Nr.15. Belastingen op het resultaat

292 | 240

Codes Bedragen
A.
UITSPLITSING VAN DE POST 15 a) 'Belastingen':
8.15.1.634 72.858
1. Belastingen op het resultaat van het boekjaar: 8.15.1.634.1
a. Voorafbetalingen en terugbetaalbare voorheffingen 8.15.1.634.11
b. Andere verrekenbare bestanddelen 8.15.1.634.12
c. Overschot van de voorafbetalingen en/of van de geactiveerde terugbetaalbare voorheffingen (-) 8.15.1.634.13
d. Geraamde belastingsupplementen (opgenomen onder post G.V.1.a) van de passiva) 8.15.1.634.14
2. Belastingen op het resultaat van vorige boekjaren : 8.15.1.634.2 72.858
a) Verschuldigde of betaalde belastingsupplementen : 8.15.1.634.21 72.858
b) Geraamde belastingsupplementen (onder post G.V.1.a van de passiva) of belasting
supplementen waarvoor een voorziening werd gevormd (onder post E.II.2 van de passiva) 8.15.1.634.22
B. BELANGRIJKSTE OORZAKEN VAN DE VERSCHILLEN TUSSEN DE WINST VOOR BELASTINGEN,
zoals deze blijkt uit de jaarrekening, EN DE GERAAMDE BELASTBARE WINST, met bijzondere vermelding
van die welke voortspruiten uit het tijdsverschil tussen de vaststelling van de boekwinst en de fiscale winst
(in de mate waarin het resultaat van het boekjaar op belangrijke wijze werd beïnvloed op het stuk van de belastingen).
winst voor belastingen 505.244.628
DBI (505.244.628)
C. INVLOED VAN DE UITZONDERLIJKE RESULTATEN OP DE BELASTINGEN
OP HET RESULTAAT VAN HET BOEKJAAR
D. BRONNEN VAN BELASTINGLATENTIES (in de mate waarin deze informatie
belangrijk is om een inzicht te verkrijgen in de financiële positie van de onderneming).
1. Actieve latenties 8.15.4.1 12.984.839.378
- Gecumuleerde fiscale verliezen die aftrekbaar zijn van latere belastbare winsten 8.15.4.11 10.551.989.298
- DBI aftrek 2.432.850.080
2. Passieve latenties 8.15.4.2

293 | 240

A. Taksen :

Nr.16. Andere taksen en belastingen ten laste van derden.

B. De ingehouden bedragen ten laste van derden bij wijze van :

  1. Taksen op verzekeringsovereenkomsten ten laste van derden 8.16.11 2. Andere taksen ten laste van de onderneming 8.16.12

  2. Bedrijfsvoorheffing 8.16.21 11.182.081 7.597.319 2. Roerende voorheffing (op dividenden) 8.16.22 125.314.084 125.543.837

Bedragen van Bedragen van het

Codes het boekjaar vorige boekjaar

Nr.16. Andere taksen en belastingen ten laste van derden.

293 | 240

Codes Bedragen

A. UITSPLITSING VAN DE POST 15 a) 'Belastingen': 8.15.1.634 72.858

  1. Belastingen op het resultaat van vorige boekjaren : 8.15.1.634.2 72.858 a) Verschuldigde of betaalde belastingsupplementen : 8.15.1.634.21 72.858

winst voor belastingen 505.244.628 DBI (505.244.628)

  1. Actieve latenties 8.15.4.1 12.984.839.378 - Gecumuleerde fiscale verliezen die aftrekbaar zijn van latere belastbare winsten 8.15.4.11 10.551.989.298 - DBI aftrek 2.432.850.080

  2. Passieve latenties 8.15.4.2

  3. Belastingen op het resultaat van het boekjaar: 8.15.1.634.1 a. Voorafbetalingen en terugbetaalbare voorheffingen 8.15.1.634.11 b. Andere verrekenbare bestanddelen 8.15.1.634.12 c. Overschot van de voorafbetalingen en/of van de geactiveerde terugbetaalbare voorheffingen (-) 8.15.1.634.13 d. Geraamde belastingsupplementen (opgenomen onder post G.V.1.a) van de passiva) 8.15.1.634.14

supplementen waarvoor een voorziening werd gevormd (onder post E.II.2 van de passiva) 8.15.1.634.22

b) Geraamde belastingsupplementen (onder post G.V.1.a van de passiva) of belasting-

B. BELANGRIJKSTE OORZAKEN VAN DE VERSCHILLEN TUSSEN DE WINST VOOR BELASTINGEN, zoals deze blijkt uit de jaarrekening, EN DE GERAAMDE BELASTBARE WINST, met bijzondere vermelding van die welke voortspruiten uit het tijdsverschil tussen de vaststelling van de boekwinst en de fiscale winst (in de mate waarin het resultaat van het boekjaar op belangrijke wijze werd beïnvloed op het stuk van de belastingen).

C. INVLOED VAN DE UITZONDERLIJKE RESULTATEN OP DE BELASTINGEN

D. BRONNEN VAN BELASTINGLATENTIES (in de mate waarin deze informatie belangrijk is om een inzicht te verkrijgen in de financiële positie van de onderneming).

OP HET RESULTAAT VAN HET BOEKJAAR

292 | 240

Nr.15. Belastingen op het resultaat

Codes Bedragen van
het boekjaar
Bedragen van het
vorige boekjaar
A. Taksen :
1. Taksen op verzekeringsovereenkomsten ten laste van derden 8.16.11
2. Andere taksen ten laste van de onderneming 8.16.12
B. De ingehouden bedragen ten laste van derden bij wijze van :
1. Bedrijfsvoorheffing 8.16.21 11.182.081 7.597.319
2. Roerende voorheffing (op dividenden) 8.16.22 125.314.084 125.543.837

Nr.17. Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen (art. 14)

294 | 240

(Een asteriks (*) rechts van de inhoud van een post of een sub-post duidt op het bestaan van een definitie of een verklarende nota in hoofdstuk III van de bijlage bij het besluit van 17/11/1994)

295 | 240

Nr.18. Betrekkingen met verbonden ondernemingen en met ondernemingen

  • achtergestelde 8.18.222.021

D. II. Beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen 8.18.232 1 + 3 Deelnemingen 8.18.232.01 2 + 4 Bons, obligaties en vorderingen 8.18.232.02 - achtergestelde 8.18.232.021 - overige 8.18.232.022

I. Vorderingen uit hoofde van rechtstreekse verzekeringsverrichtingen 8.18.411

F. Achtergestelde schulden 8.18.12

I. Schulden uit hoofde van recht-streekse verzekeringsverrichtingen 8.18.421

III. Niet-achtergestelde obligatie-leningen 8.18.423 IV. Schulden ten aanzien van kredietinstellingen 8.18.424 V. Overige schulden 8.18.425

een deelnemingsverhouding bestaat (vervolg en slot).

  • Door de onderneming gestelde of onherroepelijk beloofde PERSOONLIJKE EN ZAKELIJKE ZEKERHEDEN als waarborg voor schulden of verplichtingen

onherroepelijk beloofde PERSOONLIJKE EN ZAKELIJKE ZEKERHEDEN

  • Door verbonden ondernemingen gestelde of

Nr.18. Betrekkingen met verbonden ondernemingen en met ondernemingen waarmee

van verbonden ondernemingen 8.18.50

als waarborg voor schulden of verplichtingen van de onderneming 8.18.51

  • Andere betekenisvolle financiële verplichtingen 8.18.52

  • Opbrengsten van terreinen en gebouwen 8.18.53

  • Opbrengsten van andere beleggingen 8.18.54 16.401.809 13.194.862

Betrokken balansposten Codes boekjaar boekjaar boekjaar boekjaar

C. II. Beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen 8.18.222 7.293.892.953 7.262.381.935 65.518.228 1.739.814 1 + 3 Deelnemingen 8.18.222.01 6.436.159.584 6.436.159.584 29.927 1.739.814

2 + 4 Bons, obligaties en vorderingen 8.18.222.02 857.733.369 826.222.351 65.488.301

  • overige 8.18.222.022 857.733.369 826.222.351 65.488.301

E. Vorderingen 8.18.41 391.165.728 500.207.496

G. Schulden 8.18.42 26.803.487 12.430.965

II. Schulden uit hoofde van herverzekeringsverrichtingen 8.18.422 26.803.487 12.430.965

II. Vorderingen uit hoofde van herverzekeringsverrichtingen 8.18.412 81.891.610 15.164.021 III. Overige vorderingen 8.18.413 309.274.118 485.043.475

Verbonden Ondernemingen waarmee een ondernemingen deelnemingsverhouding bestaat Afgesloten Vorig Afgesloten Vorig

Verbonden ondernemingen

Codes Afgesloten boekjaar Vorig boekjaar

waarmee een deelnemingsverhouding bestaat.

Codes Bedragen
A. Zekerheden door derden gesteld of onherroepelijk beloofd voor rekening van de onderneming* : 8.17.00
B. Persoonlijke zekerheden door de onderneming gesteld of onherroepelijk beloofd voor rekening van derden* 8.17.01
C. Zakelijke zekerheden door de onderneming gesteld of onherroepelijk beloofd op haar eigen middelen als
zekerheid van de rechten en verplichtingen* :
a) van de onderneming : 8.17.020 601.545.886
b) van derden : 8.17.021
D. Ontvangen zekerheden* (andere dan in baar geld) :
a) effecten en waarden van herverzekeraars 8.17.030
(CFR. Hoofdstuk III, Omschrijving en toelichting : actiefposten C.III.1 en 2 en passiefpost F)
b) overige: 8.17.031
E. Termijnverrichtingen* :
a) Verrichtingen op effecten (aankopen) : 8.17.040
b) Verrichtingen op effecten (verkopen) : 8.17.041
c) Verrichtingen op vreemde valuta (te ontvangen) : 8.17.042
d) Verrichtingen op vreemde valuta (te leveren) : 8.17.043
e) Verrichtingen op rente (aankopen, ) : 8.17.044
f) Verrichtingen op rente (verkopen, ) : 8.17.045
g) Overige verrichtingen (aankopen, ) : 8.17.046
h) Overige verrichtingen (verkopen, ) : 8.17.047
F. Goederen en waarden van derden gehouden door de onderneming* : 8.17.05
G. Aard en zakelijk doel van de regelingen die niet in de balans zijn opgenomen, financiële gevolgen ervan,
mits derisico's of voordelen die uit dergelijke regelingen voortvloeien van enige betekenis zijn en voor
zover de bekendmaking van deze risico's of voordelen noodzakelijk is voor de beoordeling van
de financiële positie van de onderneming. 8.17.06
Gbis Aard en de financiële gevolgen van materiële gebeurtenissen die zich na de balansdatum hebben voorgedaan
en die niet in de resultatenrekening of balans werden opgenomen.
Gelieve te refereren naar toelichting 44 Gebeurtenissen na balansdatum in het
Ageas Geconsolideerde jaarverslag.
8.17.06B
H. Overige (nader te bepalen) : 8.17.07

Nr.18. Betrekkingen met verbonden ondernemingen en met ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat.

295 | 240

294 | 240

bijlage bij het besluit van 17/11/1994)

zekerheid van de rechten en verplichtingen* :

D. Ontvangen zekerheden* (andere dan in baar geld) :

E. Termijnverrichtingen* :

Nr.17. Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen (art. 14)

C. Zakelijke zekerheden door de onderneming gesteld of onherroepelijk beloofd op haar eigen middelen als

(CFR. Hoofdstuk III, Omschrijving en toelichting : actiefposten C.III.1 en 2 en passiefpost F)

G. Aard en zakelijk doel van de regelingen die niet in de balans zijn opgenomen, financiële gevolgen ervan, mits derisico's of voordelen die uit dergelijke regelingen voortvloeien van enige betekenis zijn en voor zover de bekendmaking van deze risico's of voordelen noodzakelijk is voor de beoordeling van

en die niet in de resultatenrekening of balans werden opgenomen. Gelieve te refereren naar toelichting 44 Gebeurtenissen na balansdatum in het

Gbis Aard en de financiële gevolgen van materiële gebeurtenissen die zich na de balansdatum hebben voorgedaan

(Een asteriks (*) rechts van de inhoud van een post of een sub-post duidt op het bestaan van een definitie of een verklarende nota in hoofdstuk III van de

a) van de onderneming : 8.17.020 601.545.886

A. Zekerheden door derden gesteld of onherroepelijk beloofd voor rekening van de onderneming* : 8.17.00

B. Persoonlijke zekerheden door de onderneming gesteld of onherroepelijk beloofd voor rekening van derden* 8.17.01

b) van derden : 8.17.021

a) effecten en waarden van herverzekeraars 8.17.030

b) overige: 8.17.031

a) Verrichtingen op effecten (aankopen) : 8.17.040 b) Verrichtingen op effecten (verkopen) : 8.17.041 c) Verrichtingen op vreemde valuta (te ontvangen) : 8.17.042 d) Verrichtingen op vreemde valuta (te leveren) : 8.17.043 e) Verrichtingen op rente (aankopen, ...) : 8.17.044 f) Verrichtingen op rente (verkopen, ...) : 8.17.045 g) Overige verrichtingen (aankopen, ...) : 8.17.046 h) Overige verrichtingen (verkopen, ...) : 8.17.047

F. Goederen en waarden van derden gehouden door de onderneming* : 8.17.05

de financiële positie van de onderneming. 8.17.06

Ageas Geconsolideerde jaarverslag. 8.17.06B

H. Overige (nader te bepalen) : 8.17.07

Codes Bedragen

Verbonden
Ondernemingen waarmee een
ondernemingen
deelnemingsverhouding bestaat
Afgesloten Vorig Afgesloten Vorig
Codes boekjaar boekjaar boekjaar boekjaar
1.739.814
1.739.814
8.18.222.022 857.733.369 826.222.351 65.488.301
8.18.41 391.165.728 500.207.496
8.18.413 309.274.118 485.043.475
8.18.12
8.18.222
8.18.222.01
8.18.222.02
8.18.222.021
8.18.232
8.18.232.01
8.18.232.02
8.18.232.021
8.18.232.022
8.18.411
8.18.412
8.18.42
8.18.421
8.18.422
8.18.423
8.18.424
8.18.425
7.293.892.953
6.436.159.584
857.733.369
81.891.610
26.803.487
26.803.487
7.262.381.935
6.436.159.584
826.222.351
15.164.021
12.430.965
12.430.965
65.518.228
29.927
65.488.301

Nr.18. Betrekkingen met verbonden ondernemingen en met ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat (vervolg en slot).

Verbonden ondernemingen
Codes Afgesloten boekjaar Vorig boekjaar
-
Door de onderneming gestelde of onherroepelijk beloofde PERSOONLIJKE
EN ZAKELIJKE ZEKERHEDEN als waarborg voor schulden of verplichtingen
van verbonden ondernemingen
8.18.50
-
Door verbonden ondernemingen gestelde of
onherroepelijk beloofde PERSOONLIJKE EN ZAKELIJKE ZEKERHEDEN
als waarborg voor schulden of verplichtingen van de onderneming
8.18.51
-
Andere betekenisvolle financiële verplichtingen
8.18.52
-
Opbrengsten van terreinen en gebouwen
8.18.53
-
Opbrengsten van andere beleggingen
8.18.54 16.401.809 13.194.862

Nr.19. Financiële betrekkingen met :

296 | 240

  • A. bestuurders en zaakvoerders;
  • B. natuurlijke of rechtspersonen die de onderneming rechtstreeks of onrechtstreeks controleren zonder verbonden ondernemingen te zijn;

297 | 240

Nr.20. Waarderingsregels.

  1. Waardeverminderingen

  2. Terreinen en gebouwen

  3. Andere

toelichting', Afdeling II, post 'Theoretische huur'.)

  1. Vorming en aanpassing van de afschrijvingen

  2. Beleggingen andere dan terreinen en gebouwen

  3. Voorzieningen voor risico's en kosten 4. Technische voorzieningen 5. Herwaarderingen 6. Andere

A. Regels die gelden voor de waardering van inventarissen (behalve de beleggingen van de actiefpost D)

B. Regels die gelden voor de waardering van inventarissen voor wat betreft de beleggingen van de actiefpost D.

(Deze staat wordt onder meer beoogd in de artikelen : 12bis, § 5 ; 15 ; 19, 3de lid ; 22bis, 3de lid; 24, 2de lid ; 27, 1°, laatste lid en 2°, laatste lid ; 27bis, § 4, laatste lid ; 28, § 2, 1ste en 4de lid ; 34, 2de lid ; 34quinquies, 1ste lid ; 34sexies, 6°, laatste lid ; 34septies, § 2 en door Hoofdstuk III. 'Omschrijving en

C. andere ondernemingen welke door de sub. B vermelde personen rechtstreeks gecontroleerd worden.

Codes Bedragen
1. Uitstaande vorderingen op deze personen 8.19.1
2. Waarborgen toegestaan in hun voordeel 8.19.2
3. Andere betekenisvolle verplichtingen aangegaan in hun voordeel 8.19.3
4. Rechtstreekse en onrechtstreekse bezoldigingen en ten laste van de resultatenrekening toegekende,
- aan bestuurders en zaakvoerders 8.19.41 6.842.462
- aan oud-bestuurders en oud-zaakvoerders 8.19.42

de interestvoet, de voornaamste voorwaarden en de eventueel afgeloste of afgeschreven bedragen of bedragen waarvan werd afgezien betreffende de bovenvermelde posten 1., 2. en 3.

Nr.19bis.Financiële betrekkingen met :

De Commissaris(sen) en de personen met wie hij (zij) verbonden is (zijn)

Codes Bedragen
1. Bezoldiging van de commissaris(sen) 8.19.5 700.650
2. Bezoldiging voor uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachten
uitgevoerd binnen de vennootschap door de commissaris(sen)
-
Andere controleopdrachten
8.19.6
8.19.61
171.611
171.611
-
Belastingadviesopdrachten
8.19.62
-
Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten
8.19.63
3. Bezoldiging voor uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachten uitgevoerd binnen
de vennootschap door personen met wie de commissaris(sen) verbonden is (zijn) 8.19.7 0
-
Andere controleopdrachten
8.19.71 0
-
Belastingadviesopdrachten
8.19.72 0
-
Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten
8.19.73 0

Vermeldingen in toepassing van het artikel 133, paragraaf 6 van het Wetboek van vennootschappen

Nr.20. Waarderingsregels.

297 | 240

296 | 240

Nr.19. Financiële betrekkingen met :

betreffende de bovenvermelde posten 1., 2. en 3.

Nr.19bis.Financiële betrekkingen met :

De Commissaris(sen) en de personen met wie hij (zij) verbonden is (zijn)

  1. Bezoldiging voor uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachten

  2. Bezoldiging voor uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachten uitgevoerd binnen

Vermeldingen in toepassing van het artikel 133, paragraaf 6 van het Wetboek van vennootschappen

A. bestuurders en zaakvoerders;

B. natuurlijke of rechtspersonen die de onderneming rechtstreeks of onrechtstreeks controleren zonder verbonden ondernemingen te zijn;

  • aan bestuurders en zaakvoerders 8.19.41 6.842.462

  • Bezoldiging van de commissaris(sen) 8.19.5 700.650

uitgevoerd binnen de vennootschap door de commissaris(sen) 8.19.6 171.611 - Andere controleopdrachten 8.19.61 171.611

de vennootschap door personen met wie de commissaris(sen) verbonden is (zijn) 8.19.7 0 - Andere controleopdrachten 8.19.71 0 - Belastingadviesopdrachten 8.19.72 0 - Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten 8.19.73 0

Codes Bedragen

Codes Bedragen

C. andere ondernemingen welke door de sub. B vermelde personen rechtstreeks gecontroleerd worden.

  1. Uitstaande vorderingen op deze personen 8.19.1 2. Waarborgen toegestaan in hun voordeel 8.19.2 3. Andere betekenisvolle verplichtingen aangegaan in hun voordeel 8.19.3

  2. aan oud-bestuurders en oud-zaakvoerders 8.19.42

  3. Belastingadviesopdrachten 8.19.62 - Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten 8.19.63

de interestvoet, de voornaamste voorwaarden en de eventueel afgeloste of afgeschreven bedragen of bedragen waarvan werd afgezien

  1. Rechtstreekse en onrechtstreekse bezoldigingen en ten laste van de resultatenrekening toegekende,

(Deze staat wordt onder meer beoogd in de artikelen : 12bis, § 5 ; 15 ; 19, 3de lid ; 22bis, 3de lid; 24, 2de lid ; 27, 1°, laatste lid en 2°, laatste lid ; 27bis, § 4, laatste lid ; 28, § 2, 1ste en 4de lid ; 34, 2de lid ; 34quinquies, 1ste lid ; 34sexies, 6°, laatste lid ; 34septies, § 2 en door Hoofdstuk III. 'Omschrijving en toelichting', Afdeling II, post 'Theoretische huur'.)

  • A. Regels die gelden voor de waardering van inventarissen (behalve de beleggingen van de actiefpost D)
      1. Vorming en aanpassing van de afschrijvingen
      1. Waardeverminderingen
      1. Voorzieningen voor risico's en kosten
      1. Technische voorzieningen
      1. Herwaarderingen
      1. Andere
  • B. Regels die gelden voor de waardering van inventarissen voor wat betreft de beleggingen van de actiefpost D.
      1. Beleggingen andere dan terreinen en gebouwen
      1. Terreinen en gebouwen
      1. Andere

De waarderingsregels zijn opgesteld in overeenstemming met het Koninklijk Besluit van 17 november 1994 op de jaarrekening van de verzekerings- en herverzekeringsondernemingen.

Oprichtingskosten

298 | 240

De kosten van een kapitaalsverhoging worden afgeschreven over maximaal 5 jaar. Kosten voor uitgifte van een lening worden afgeschreven over de looptijd van de lening, of desgevallend tot de eerste call date.

Immateriële vaste activa

Kosten van software worden op het actief geboekt tegen aanschaffingsprijs, verminderd met de daaraan verbonden afschrijvingen. Deze kosten worden afgeschreven over een periode van 5 jaar.

Beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen

De beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen worden op het actief geboekt tegen aanschaffingswaarde, inclusief bijkomende kosten, en verminderd met de daaraan verbonden waardeverminderingen.

Tot een waardevermindering op deelnemingen, aandelen en deelbewijzen die in deze post zijn opgenomen wordt overgegaan in geval van een duurzame minderwaarde of ontwaarding, verantwoord door de toestand, de rentabiliteit of de vooruitzichten van de vennootschap waarin de deelneming, aandelen en deelbewijzen worden aangehouden. Waarderverminderingen worden niet gehandhaafd in die mate waarin ze op balansdatum hoger zijn dan wat vereist is volgens een actuele beoordeling.

Op vorderingen en vastrentende effecten worden waardeverminderingen toegepast op balansdatum, zo er voor het geheel of een gedeelte van de vordering onzekerheid bestaat over de betaling hiervan op de vervaldag.

Overige financiële beleggingen

De aandelen en gelijkgestelde deelbewijzen worden op het actief geboekt tegen hun aanschaffingswaarde verminderd met de daaraan verbonden waardeverminderingen. De bijkomende kosten worden opgenomen in de resultatenrekening van het boekjaar in de loop waarvan ze werden aangegaan. Op balansdatum maken de aandelen het voorwerp uit van een evaluatie teneinde het eventuele blijvende karakter van de latente minderwaarden te bepalen op basis van hun permanentie en de evolutie van de beursmarkten. Voor beursgenoteerde aandelen en deelbewijzen wordt automatisch een waardevermindering geboekt in geval de beurskoers op balansdatum 25% lager is dan hun aanschaffingswaarde, of indien de beurskoers tijdens 365 opeenvolgende dagen onder de aanschaffingswaarde ligt. Die regel is van toepassing behalve indien blijkt dat andere indicatoren meer relevant blijken te zijn. Indien de evaluatie leidt tot een waarde lager dan de boekhoudkundige waarde, wordt er een

waardevermindering, gelijk aan het verschil tussen de boekhoudkundige waarde en de evaluatiewaarde doorgevoerd. Als de waardering leidt tot een waarde die hoger is dan de boekhoudkundige waarde, wordt een terugneming, gelijk aan het verschil tussen de boekhoudkundige waarde en de waarderingswaarde, verricht ten belope van de voordien geboekte waardeverminderingen. Voor niet-genoteerde aandelen en deelnemingen wordt een gelijkaardige waardering verricht dan diegene voor deelnemingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen zoals hierboven toegelicht, op basis van de intrinsieke waarde.

299 | 240

Materiële vaste activa

Beschikbare waarden

aanschaffingswaarde.

hun aanschaffingswaarde.

Achtergestelde schulden

Technische voorzieningen

pro rata temporis methode berekend.

Eigen aandelen

valuta

Elektronische uitrusting, meubilair en kosten van inrichting worden op het actief geboekt tegen aanschaffingsprijs, verminderd met de daaraan verbonden afschrijvingen. Meubilair en elektronische uitrusting worden over een termijn van 3 jaar afgeschreven. De kosten van inrichting

betreffende lopende en na het einde van het boekjaar te dragen overeenkomsten, hoger zal zijn dan het geheel van de niet-verdiende

De voorziening voor te betalen schaden bevat het totaal van de geschatte kosten van de afwikkeling van alle al dan niet aangemelde schaden welke tot het einde van het boekjaar hebben plaatsgevonden, verminderd met de bedragen die reeds met betrekking tot zulke schaden

herverzekeringsovereenkomst apart bepaald op basis van de door de cedenten meegedeelde informatie per productcategorie, dekking en jaar en alle andere elementen in ons bezit. Zo nodig wordt de voorziening

De voorziening voor egalisatie en catastrofen is een reglementaire voorziening die wordt aangelegd met als doel om in de komende jaren, hetzij het niet-terugkerend technisch verlies te compenseren, hetzij de schommelingen in de schaderatio te nivelleren. Het normbedrag voor deze voorziening wordt bepaald volgens de forfaitaire methode (NBB

De voorzieningen voor risico's en kosten beogen naar hun aard duidelijk omschreven verliezen of kosten te dekken die op de balansdatum waarschijnlijk of zeker zijn, doch waarvan het bedrag niet vaststaat. De voorzieningen voor risico's en kosten moeten voldoen aan de eisen van

De voorzieningen voor risico's en kosten worden geïndividualiseerd naar gelang van de risico's en kosten met dezelfde aard die ze moeten

Voorzieningen voor pensioenen en soortgelijke verplichtingen De vennootschap heeft pensioenplannen voor haar werknemers met toegezegde doelregeling en plannen met toegezegde bijdrageregeling met een wettelijk gegarandeerd minimumrendement. De eerste zijn het voorwerp van aanvullende voorzieningen aan de wiskundige reserves die op de balans opgenomen zijn. Deze aanvullende voorzieningen weerspiegelen de verplichtingen eigen aan de werkgever en worden bepaald volgens principes gelijksoortig aan IAS 19. De vennootschap verwerkt de pensioenplannen met toegezegde bijdrageregeling volgens de intrinsieke-waarde methode. Volgens deze methode wordt de op te nemen pensioenverplichting gebaseerd op de som van de positieve verschillen tussen de wettelijk gewaarborgde minimumreserve op de berekeningsdatum (berekend door de bijdragen uit het verleden op te renten tegen het gegarandeerde minimumrendement, zoals gedefinieerd in Artikel 24 van de Wet betreffende de Aanvullende Pensioenen (WAP), tot de berekeningsdatum) en de werkelijk opgebouwde reserve (reserve berekend door de bijdragen uit het verleden op te renten tegen de technische rentevoet, rekening houdend met winstdelingen, tot de

aangevuld op basis van beschikbare statistische informatie.

premies met betrekking tot deze overeenkomsten.

zijn betaald. De voorziening wordt voor elke

Voorzieningen voor andere risico's en kosten

voorzichtigheid, oprechtheid en goede trouw.

mededeling D151).

dekken.

berekeningsdatum).

Op beschikbare waarden worden waardeverminderingen toegepast wanneer de realisatiewaarde op balansdatum lager is dan de

Transacties en omrekening van monetaire activa en passiva in vreemde

Transacties in vreemde valuta worden geboekt tegen de wisselkoers op transactiedatum. Monetaire activa en passiva uitgedrukt in vreemde valuta worden omgerekend in euro tegen de wisselkoersen op balansdatum. De winsten of verliezen voortvloeiend uit deze

omrekening, evenals de gerealiseerde wisselkoersverschillen, worden in de resultatenrekening opgenomen. De omrekeningsverschillen van de technische voorzieningen, uitgedrukt in vreemde valuta, zijn begrepen in de post 'Overige technische lasten, onder aftrek van herverzekering' in

De achtergestelde schulden worden bij eerste opname geboekt tegen reële waarde. Wanneer het actuariële rendement berekend bij de uitgifte, met inachtneming van hun terugbetalingswaarde, verschilt van het nominaal rendement, wordt het verschil tussen de initiële reële waarde en de terugbetalingswaarde pro rata temporis over de resterende looptijd van de schuld in resultaat genomen als bestanddeel van de rentekost van deze effecten en, naar gelang het geval, toegevoegd of afgetrokken van de initiële reële waarde.

De voorziening voor niet-verdiende premies omvat het bedrag dat overeenstemt met het gedeelte van de ontvangen premies dat moet worden toegerekend aan een volgend boekjaar of aan volgende boekjaren om de schadelast en de administratiekosten te dekken. De voorziening voor niet-verdiende premies wordt in beginsel volgens de

Een voorziening voor lopende risico's wordt samengesteld ter aanvulling van de voorziening voor niet-verdiende premies wanneer blijkt dat het geschatte deel van de schadelast en van de administratiekosten

de technische rekening 'niet-levensverzekering'.

Voor eigen aandelen op het actief van de balans wordt een onbeschikbare reserve gevormd, gelijk aan de waarde waarvoor de verkregen aandelen zijn ingeschreven. Waardeverminderingen worden geboekt wanneer op de balansdatum hun realisatiewaarde lager ligt dan

worden over een termijn van 9 jaar afgeschreven.

Obligaties, vorderingen, leningen en andere vastrentende effecten worden gewaardeerd tegen aanschaffingswaarde, exclusief bijkomende kosten en verminderd met de daaraan verbonden waardeverminderingen. Indien evenwel hun actuariële rendement berekend bij aankoop, met inachtneming van hun terugbetalingswaarde op de vervaldag, verschilt van hun nominale rendement, dan wordt het verschil tussen de aanschaffingswaarde en de terugbetalingswaarde pro rata temporis over de resterende looptijd van de effecten in resultaat genomen als bestanddeel van de renteopbrengst van deze effecten en, naargelang de situatie, toegevoegd aan of afgetrokken van de aanschaffingswaarde van de effecten. De bijkomende kosten worden opgenomen in de resultatenrekening van het boekjaar in de loop waarvan ze werden aangegaan.

Waardeverminderingen worden toegepast in de mate dat er een risico bestaat dat de emittent zijn verbintenissen niet of niet volledig zou nakomen. De evaluatie van dit risico gebeurt op basis van de notie van credit event zoals nader gespecificeerd door IAS 39.58-62 (EU-versie). In voorkomend geval wordt de waardevermindering eveneens bepaald volgens de principes van IAS 39.

De meer- en minderwaarden uit de verkoop van vastrentende effecten in het kader van arbitrageverrichtingen mogen gespreid in het resultaat genomen worden samen met de toekomstige opbrengsten van de in het kader van de arbitrage verworven of verkochte effecten.

Deposito's bij cederende ondernemingen

Deposito's bij cederende ondernemingen omvatten vorderingen op de cederende ondernemingen welke overeenstemmen met de bij deze ondernemingen of bij een derde gestelde garanties of door deze ondernemingen ingehouden bedragen.

Waardeverminderingen worden aangelegd overeenkomstig de hierboven opgenomen waarderingsregels voor "overige financiële beleggingen – obligaties, vorderingen, leningen en andere vastrentende effecten".

Vorderingen

De vorderingen worden tegen hun nominale waarde of aanschaffingsprijs geboekt, al naar gelang. Waardeverminderingen worden toegepast in de mate dat er een risico bestaat dat de debiteur zijn verbintenissen niet of niet volledig zou nakomen. De evaluatie van dit risico gebeurt op basis van de notie van credit event zoals nader gespecificeerd door IAS 39.58-62 (EU-versie). In voorkomend geval wordt de waardevermindering eveneens bepaald volgens de principes van IAS 39.

Materiële vaste activa

299 | 240

een waarde die hoger is dan de boekhoudkundige waarde, wordt een terugneming, gelijk aan het verschil tussen de boekhoudkundige waarde en de waarderingswaarde, verricht ten belope van de voordien geboekte

deelnemingen wordt een gelijkaardige waardering verricht dan diegene voor deelnemingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen zoals hierboven toegelicht, op basis van de intrinsieke waarde.

Obligaties, vorderingen, leningen en andere vastrentende effecten worden gewaardeerd tegen aanschaffingswaarde, exclusief bijkomende

waardeverminderingen. Indien evenwel hun actuariële rendement berekend bij aankoop, met inachtneming van hun terugbetalingswaarde op de vervaldag, verschilt van hun nominale rendement, dan wordt het verschil tussen de aanschaffingswaarde en de terugbetalingswaarde pro rata temporis over de resterende looptijd van de effecten in resultaat genomen als bestanddeel van de renteopbrengst van deze effecten en, naargelang de situatie, toegevoegd aan of afgetrokken van de aanschaffingswaarde van de effecten. De bijkomende kosten worden opgenomen in de resultatenrekening van het boekjaar in de loop

Waardeverminderingen worden toegepast in de mate dat er een risico bestaat dat de emittent zijn verbintenissen niet of niet volledig zou nakomen. De evaluatie van dit risico gebeurt op basis van de notie van credit event zoals nader gespecificeerd door IAS 39.58-62 (EU-versie). In voorkomend geval wordt de waardevermindering eveneens bepaald

De meer- en minderwaarden uit de verkoop van vastrentende effecten in het kader van arbitrageverrichtingen mogen gespreid in het resultaat genomen worden samen met de toekomstige opbrengsten van de in het

Deposito's bij cederende ondernemingen omvatten vorderingen op de cederende ondernemingen welke overeenstemmen met de bij deze ondernemingen of bij een derde gestelde garanties of door deze

Waardeverminderingen worden aangelegd overeenkomstig de hierboven opgenomen waarderingsregels voor "overige financiële beleggingen – obligaties, vorderingen, leningen en andere vastrentende

De vorderingen worden tegen hun nominale waarde of

aanschaffingsprijs geboekt, al naar gelang. Waardeverminderingen worden toegepast in de mate dat er een risico bestaat dat de debiteur zijn verbintenissen niet of niet volledig zou nakomen. De evaluatie van dit risico gebeurt op basis van de notie van credit event zoals nader gespecificeerd door IAS 39.58-62 (EU-versie). In voorkomend geval wordt de waardevermindering eveneens bepaald volgens de principes

kader van de arbitrage verworven of verkochte effecten.

waardeverminderingen. Voor niet-genoteerde aandelen en

kosten en verminderd met de daaraan verbonden

waarvan ze werden aangegaan.

volgens de principes van IAS 39.

Deposito's bij cederende ondernemingen

ondernemingen ingehouden bedragen.

effecten".

Vorderingen

van IAS 39.

298 | 240

Oprichtingskosten

eerste call date.

5 jaar.

Immateriële vaste activa

waardeverminderingen.

een actuele beoordeling.

Overige financiële beleggingen

op de vervaldag.

De waarderingsregels zijn opgesteld in overeenstemming met het Koninklijk Besluit van 17 november 1994 op de jaarrekening van de

De kosten van een kapitaalsverhoging worden afgeschreven over maximaal 5 jaar. Kosten voor uitgifte van een lening worden afgeschreven over de looptijd van de lening, of desgevallend tot de

afschrijvingen. Deze kosten worden afgeschreven over een periode van

De beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen worden op het actief geboekt tegen aanschaffingswaarde, inclusief bijkomende

vennootschap waarin de deelneming, aandelen en deelbewijzen worden aangehouden. Waarderverminderingen worden niet gehandhaafd in die mate waarin ze op balansdatum hoger zijn dan wat vereist is volgens

Op vorderingen en vastrentende effecten worden waardeverminderingen toegepast op balansdatum, zo er voor het geheel of een gedeelte van de vordering onzekerheid bestaat over de betaling hiervan

De aandelen en gelijkgestelde deelbewijzen worden op het actief geboekt tegen hun aanschaffingswaarde verminderd met de daaraan verbonden waardeverminderingen. De bijkomende kosten worden opgenomen in de resultatenrekening van het boekjaar in de loop waarvan ze werden aangegaan. Op balansdatum maken de aandelen het voorwerp uit van een evaluatie teneinde het eventuele blijvende karakter van de latente minderwaarden te bepalen op basis van hun

beursgenoteerde aandelen en deelbewijzen wordt automatisch een waardevermindering geboekt in geval de beurskoers op balansdatum 25% lager is dan hun aanschaffingswaarde, of indien de beurskoers tijdens 365 opeenvolgende dagen onder de aanschaffingswaarde ligt. Die regel is van toepassing behalve indien blijkt dat andere indicatoren meer relevant blijken te zijn. Indien de evaluatie leidt tot een waarde

waardevermindering, gelijk aan het verschil tussen de boekhoudkundige waarde en de evaluatiewaarde doorgevoerd. Als de waardering leidt tot

permanentie en de evolutie van de beursmarkten. Voor

lager dan de boekhoudkundige waarde, wordt er een

Kosten van software worden op het actief geboekt tegen aanschaffingsprijs, verminderd met de daaraan verbonden

Beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen

Tot een waardevermindering op deelnemingen, aandelen en deelbewijzen die in deze post zijn opgenomen wordt overgegaan in geval van een duurzame minderwaarde of ontwaarding, verantwoord door de toestand, de rentabiliteit of de vooruitzichten van de

kosten, en verminderd met de daaraan verbonden

verzekerings- en herverzekeringsondernemingen.

Elektronische uitrusting, meubilair en kosten van inrichting worden op het actief geboekt tegen aanschaffingsprijs, verminderd met de daaraan verbonden afschrijvingen. Meubilair en elektronische uitrusting worden over een termijn van 3 jaar afgeschreven. De kosten van inrichting worden over een termijn van 9 jaar afgeschreven.

Beschikbare waarden

Op beschikbare waarden worden waardeverminderingen toegepast wanneer de realisatiewaarde op balansdatum lager is dan de aanschaffingswaarde.

Eigen aandelen

Voor eigen aandelen op het actief van de balans wordt een onbeschikbare reserve gevormd, gelijk aan de waarde waarvoor de verkregen aandelen zijn ingeschreven. Waardeverminderingen worden geboekt wanneer op de balansdatum hun realisatiewaarde lager ligt dan hun aanschaffingswaarde.

Transacties en omrekening van monetaire activa en passiva in vreemde valuta

Transacties in vreemde valuta worden geboekt tegen de wisselkoers op transactiedatum. Monetaire activa en passiva uitgedrukt in vreemde valuta worden omgerekend in euro tegen de wisselkoersen op balansdatum. De winsten of verliezen voortvloeiend uit deze omrekening, evenals de gerealiseerde wisselkoersverschillen, worden in de resultatenrekening opgenomen. De omrekeningsverschillen van de technische voorzieningen, uitgedrukt in vreemde valuta, zijn begrepen in de post 'Overige technische lasten, onder aftrek van herverzekering' in de technische rekening 'niet-levensverzekering'.

Achtergestelde schulden

De achtergestelde schulden worden bij eerste opname geboekt tegen reële waarde. Wanneer het actuariële rendement berekend bij de uitgifte, met inachtneming van hun terugbetalingswaarde, verschilt van het nominaal rendement, wordt het verschil tussen de initiële reële waarde en de terugbetalingswaarde pro rata temporis over de resterende looptijd van de schuld in resultaat genomen als bestanddeel van de rentekost van deze effecten en, naar gelang het geval, toegevoegd of afgetrokken van de initiële reële waarde.

Technische voorzieningen

De voorziening voor niet-verdiende premies omvat het bedrag dat overeenstemt met het gedeelte van de ontvangen premies dat moet worden toegerekend aan een volgend boekjaar of aan volgende boekjaren om de schadelast en de administratiekosten te dekken. De voorziening voor niet-verdiende premies wordt in beginsel volgens de pro rata temporis methode berekend.

Een voorziening voor lopende risico's wordt samengesteld ter aanvulling van de voorziening voor niet-verdiende premies wanneer blijkt dat het geschatte deel van de schadelast en van de administratiekosten

betreffende lopende en na het einde van het boekjaar te dragen overeenkomsten, hoger zal zijn dan het geheel van de niet-verdiende premies met betrekking tot deze overeenkomsten.

De voorziening voor te betalen schaden bevat het totaal van de geschatte kosten van de afwikkeling van alle al dan niet aangemelde schaden welke tot het einde van het boekjaar hebben plaatsgevonden, verminderd met de bedragen die reeds met betrekking tot zulke schaden zijn betaald. De voorziening wordt voor elke herverzekeringsovereenkomst apart bepaald op basis van de door de cedenten meegedeelde informatie per productcategorie, dekking en jaar en alle andere elementen in ons bezit. Zo nodig wordt de voorziening aangevuld op basis van beschikbare statistische informatie.

De voorziening voor egalisatie en catastrofen is een reglementaire voorziening die wordt aangelegd met als doel om in de komende jaren, hetzij het niet-terugkerend technisch verlies te compenseren, hetzij de schommelingen in de schaderatio te nivelleren. Het normbedrag voor deze voorziening wordt bepaald volgens de forfaitaire methode (NBB mededeling D151).

Voorzieningen voor andere risico's en kosten

De voorzieningen voor risico's en kosten beogen naar hun aard duidelijk omschreven verliezen of kosten te dekken die op de balansdatum waarschijnlijk of zeker zijn, doch waarvan het bedrag niet vaststaat. De voorzieningen voor risico's en kosten moeten voldoen aan de eisen van voorzichtigheid, oprechtheid en goede trouw.

De voorzieningen voor risico's en kosten worden geïndividualiseerd naar gelang van de risico's en kosten met dezelfde aard die ze moeten dekken.

Voorzieningen voor pensioenen en soortgelijke verplichtingen

De vennootschap heeft pensioenplannen voor haar werknemers met toegezegde doelregeling en plannen met toegezegde bijdrageregeling met een wettelijk gegarandeerd minimumrendement. De eerste zijn het voorwerp van aanvullende voorzieningen aan de wiskundige reserves die op de balans opgenomen zijn. Deze aanvullende voorzieningen weerspiegelen de verplichtingen eigen aan de werkgever en worden bepaald volgens principes gelijksoortig aan IAS 19. De vennootschap verwerkt de pensioenplannen met toegezegde bijdrageregeling volgens de intrinsieke-waarde methode. Volgens deze methode wordt de op te nemen pensioenverplichting gebaseerd op de som van de positieve verschillen tussen de wettelijk gewaarborgde minimumreserve op de berekeningsdatum (berekend door de bijdragen uit het verleden op te renten tegen het gegarandeerde minimumrendement, zoals gedefinieerd in Artikel 24 van de Wet betreffende de Aanvullende Pensioenen (WAP), tot de berekeningsdatum) en de werkelijk opgebouwde reserve (reserve berekend door de bijdragen uit het verleden op te renten tegen de technische rentevoet, rekening houdend met winstdelingen, tot de berekeningsdatum).

Nr. 21. Wijzigingen in de waarderingsregels (art. 16) (art. 17)

A. Vermelding van de wijzigingen en hun verantwoordingen.

300 | 240

B. Verschil in raming dat uit de wijzigingen volgt (te vermelden in het boekjaar waarin deze wijzgiging zich, voor het eerst, heeft voorgedaan).

Betrokken posten en subposten (*) Bedragen Betrokken posten en subposten (*) Bedragen

301 | 240

ja /neen (*) :

ja /neen (*):

ja /neen (*):

* Het overbodige schrappen.

Nr.22. Verklaring met betrekking tot de geconsolideerde jaarrekening.

en herverzekeringsondernemingen, een geconsolideerde jaarrekening en een geconsolideerd jaarverslag

  • Verantwoording van het vervullen van de voorwaarden voorzien in artikel 8, paragrafen 2 en 3 van het koninklijk besluit van 6 maart 1990 betreffende de geconsolideerde jaarrekening van de ondernemingen :

  • Naam, volledig adres van de zetel en indien het een ondernemingen naar Belgisch recht betreft, het B.T.W.-nummer of het nationaal nummer van de moederonderneming die de geconsolideerde

jaarrekening opstelt en publiceert en voor dewelke de vrijstelling werd toegestaan :

  • De onderneming stelt op en publiceert, overeenkomstig het koninklijk besluit betreffende de geconsolideerde jaarrekening van verzekeringsondernemingen

  • De onderneming stelt noch een geconsolideerde jaarrekening, noch een geconsolideerd jaarverslag op, omwille van de volgende reden(en) (*) : * de onderneming oefent, alleen of gezamenlijk, geen controle uit op één of meerdere filialen naar Belgisch of buitenlands recht;

* de onderneming is zelf een filiaal van een moederonderneming die een geconsolideerde jaarrekening opstelt en publiceert :

Nr.22. Verklaring met betrekking tot de geconsolideerde jaarrekening (vervolg en slot).

B. Inlichtingen te verstrekken door de onderneming wanneer ze gemeenschappelijke filiale is.

  • Naam, volledig adres van de zetel en, zo het een onderneming naar Belgisch recht betreft, het ondernemingsnummer van de moederonderneming(en) en de aanduiding of deze moederonderneming(en) een geconsolideerde jaarrekening, waarin haar jaarrekening door consolidatie opgenomen is, opstelt (opstellen) en openbaar maakt (maken) (**) :

  • Indien de moederonderneming(en) (een) onderneming(en) naar buitenlands recht is (zijn), de plaats waar de hiervoor bedoelde geconsolideerde jaarrekening verkrijgbaar is (**) :

geheel van ondernemingen waarvan de vennootschap als dochter deel uitmaakt en waarvoor een geconsolideerde jaarrekening wordt opgesteld en openbaar gemaakt.

(**) Wordt de jaarrekening van de onderneming op verschillende niveaus geconsolideerd, dan worden deze gegevens verstrekt, enerzijds voor het grootste geheel en anderzijds voor het kleinste

A. Inlichtingen te verstrekken door alle ondernemingen.

(*) Met vermelding van de cijfers en letters betreffende de inhoud van de betrokken post of sub-post van de balans (voorbeeld : C.III.2. Obligaties en andere vastrentende effecten).

<-- PDF CHUNK SEPARATOR -->

  • Nr.22. Verklaring met betrekking tot de geconsolideerde jaarrekening.
  • A. Inlichtingen te verstrekken door alle ondernemingen.

300 | 240

Nr. 21. Wijzigingen in de waarderingsregels (art. 16) (art. 17)

(voorbeeld : C.III.2. Obligaties en andere vastrentende effecten).

(te vermelden in het boekjaar waarin deze wijzgiging zich, voor het eerst, heeft voorgedaan).

(*) Met vermelding van de cijfers en letters betreffende de inhoud van de betrokken post of sub-post van de balans

Betrokken posten en subposten (*) Bedragen Betrokken posten en subposten (*) Bedragen

A. Vermelding van de wijzigingen en hun verantwoordingen.

B. Verschil in raming dat uit de wijzigingen volgt

  • De onderneming stelt op en publiceert, overeenkomstig het koninklijk besluit betreffende de geconsolideerde jaarrekening van verzekeringsondernemingen en herverzekeringsondernemingen, een geconsolideerde jaarrekening en een geconsolideerd jaarverslag ja /neen (*) :
  • De onderneming stelt noch een geconsolideerde jaarrekening, noch een geconsolideerd jaarverslag op, omwille van de volgende reden(en) (*) : * de onderneming oefent, alleen of gezamenlijk, geen controle uit op één of meerdere filialen naar Belgisch of buitenlands recht; ja /neen (*):
    • * de onderneming is zelf een filiaal van een moederonderneming die een geconsolideerde jaarrekening opstelt en publiceert : ja /neen (*):
  • Verantwoording van het vervullen van de voorwaarden voorzien in artikel 8, paragrafen 2 en 3 van het koninklijk besluit van 6 maart 1990 betreffende de geconsolideerde jaarrekening van de ondernemingen :
  • Naam, volledig adres van de zetel en indien het een ondernemingen naar Belgisch recht betreft, het B.T.W.-nummer of het nationaal nummer van de moederonderneming die de geconsolideerde jaarrekening opstelt en publiceert en voor dewelke de vrijstelling werd toegestaan :

* Het overbodige schrappen.

Nr.22. Verklaring met betrekking tot de geconsolideerde jaarrekening (vervolg en slot).

  • B. Inlichtingen te verstrekken door de onderneming wanneer ze gemeenschappelijke filiale is.
  • Naam, volledig adres van de zetel en, zo het een onderneming naar Belgisch recht betreft, het ondernemingsnummer van de moederonderneming(en) en de aanduiding of deze moederonderneming(en) een geconsolideerde jaarrekening, waarin haar jaarrekening door consolidatie opgenomen is, opstelt (opstellen) en openbaar maakt (maken) (**) :
  • Indien de moederonderneming(en) (een) onderneming(en) naar buitenlands recht is (zijn), de plaats waar de hiervoor bedoelde geconsolideerde jaarrekening verkrijgbaar is (**) :
  • (**) Wordt de jaarrekening van de onderneming op verschillende niveaus geconsolideerd, dan worden deze gegevens verstrekt, enerzijds voor het grootste geheel en anderzijds voor het kleinste geheel van ondernemingen waarvan de vennootschap als dochter deel uitmaakt en waarvoor een geconsolideerde jaarrekening wordt opgesteld en openbaar gemaakt.

Nr. 23. Bijkomende inlichtingen die de onderneming, op basis van het besluit van 17/11/94, moet verstrekken

303 | 240

Gezien belangenconflicten werden gemeld, zijn uittreksels van de notulen van de betrokken vergaderingen opgenomen in huidig Verslag van de Raad van

Vergadering van de Raad van Bestuur van 23 februari – belangenconflict voor de leden van het

Belangenconflict

Voor het 4e agendapunt werd opgemerkt dat de niet-uitvoerende leden van de Raad van Bestuur een voorafgaande vergadering hadden zonder de uitvoerende leden, behalve de CEO (en zonder de CEO toen het punt over hem aan de orde was), om over de volgende onderwerpen te beraadslagen

Bijgevolg kan worden gemeld dat de uitvoerende leden die voor de bovenvermelde onderwerpen een belangenconflict hebben, niet hebben deelgenomen aan de beraadslaging of besluitvorming

Vergadering van de Raad van Bestuur van 9 november – belangenconflict voor de leden van het

De Voorzitter heeft de leden van de Raad van Bestuur op de hoogte gebracht dat de leden van het Executive Committee niet zouden deelnemen aan de beraadslaging of de besluitvorming over de benchmarking van de bezoldiging van de leden van het Executive Committee en het Management

Executive Committee voor wat betreft de beoordeling van de bezoldiging

Executive Committee voor wat betreft de beoordeling van de bezoldiging

Committee, gepland onder punt 8 - Rapport van het Remuneration Committee.

Beoordeling individuele doelstellingen EXCO/MCO 2020

Beoordeling van de bedrijfs-KPI's 2020 Langetermijnbonus – toekenning

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Aan aandelen gekoppeld incentiveplan

Individuele doelstellingen EXCO/MCO 2021

en te beslissen:

Bedrijfs-KPI's 2021

over deze onderwerpen.

Bestuur.

De onderneming, in voorkomend geval, somt de bijkomende inlichtingen op, vereist:

  • door de artikelen : 2bis. ; 4, 2de lid ; 10, 2de lid ; 11, 3de lid ; 19, 4de lid ; 22; 27bis, § 3, laatste lid ; 33, 2de lid ; 34 sexies, § 1, 4° ; 39.
  • in Hoofdstuk III, Afdeling I. van de toelichting : voor de actiefposten C.II.1., C.II.3., C.III.7.c) en F.IV. en voor de passiefpost C.I.b) en C.IV.

Vermelding in toepassing van het artikel 27 bis, §3, laatste lid:

De impact op de resultatenrekening voor 2020, prorata temporis over de resterende looptijd van de effecten, van het verschil tussen de aanschaffingswaarde en de terugbetalingswaarde vertegenwoordigt een kost van EUR 6.443.863 EUR..

RPN(I) Waardering

302 | 240

Ageas past een transferbegrip toe om de RPN(I)-verplichting tegen reële waarde te registreren. IFRS 13 definieert reële waarde als de prijs die ontvangen zou worden bij de verkoop van een actief of betaald zou moeten worden bij het overdragen van een verplichting in een ordelijke transactie tussen marktpartijen op de waarderingsdatum. De definitie van reële waarde gaat expliciet uit van een 'eindprijs', gelinkt aan de prijs 'die betaald moet worden bij het overdragen van een verplichting'. Als zulke prijzen niet beschikbaar zijn en de verplichting wordt door een andere entiteit als een actief gehouden, dan moet de verplichting worden gewaardeerd vanuit het perspectief van een marktpartij die het actief aanhoudt. Ageas waardeert zijn verplichting tegen het referentiebedrag.

Het RPN-referentiebedrag is gebaseerd op de prijs van de CASHES en de koers van het Ageas aandeel. Het referentiebedrag steeg van EUR 419,8 miljoen op het einde van 2020 naar EUR 520,4 miljoen op 31 december 2021, voornamelijk als gevolg van een stijging van de koers van CASHES van 84,17% naar 95,61% over 2021, en een koersstijging van het Ageas aandeel van EUR 43,58 naar EUR 45,55 over dezelfde periode.

Gelieve te refereren naar toelichting 23 – RPN (I) in het Ageas Geconsolideerde Jaarverslag.

Voorwaardelijke verplichtingen gerelateerd aan gerechtelijke procedures

Gelieve te refereren naar toelichting 43 – Voorwaardelijke verplichtingen in het Ageas Geconsolideerde Jaarverslag.

Nr. 24 Transacties door de onderneming aangegaan met verbonden partijen, onder andere voorwaarden dan de marktvoorwaarden

De onderneming vermeldt de transacties die zij met verbonden partijen is aangegaan, met opgave van het bedrag van deze transacties, de aard van de relatie met de verbonden partij, alsook alle andere informatie over de transacties die nodig is om een beter inzicht te krijgen in de financiële positie van de onderneming indien het om transacties van enige betekenis gaat die niet werden verricht onder de normale marktvoorwaarden.

De voormelde informatiegegevens kunnen overeenkomstig hun aard worden samengevoegd, behalve wanneer gescheiden informatie nodig is om inzicht te krijgen in de gevolgen van de transacties met verbonden partijen voor de financiële positie van de onderneming.

De voormelde informatie hoeft niet te worden verstrekt voor de transacties die zijn aangegaan tussen twee of meer leden van een groep, mits de dochterondernemingen die partij zijn bij de transactie, geheel eigendom zijn van een dergelijk lid.

Onder 'verbonden partij' wordt hetzelfde verstaan als in de internationale standaarden voor jaarrekeningen die zijn goedgekeurd overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1606/2002.

NIHIL. Het concept 'marktvoorwaarden' is, voor de toepassing van deze bijlage, gelijkgesteld met het concept 'on an arm's length basis' dat de internationale rapporteringsnormen IFRS hanteren.

Belangenconflict

Belangenconflict

Gezien belangenconflicten werden gemeld, zijn uittreksels van de notulen van de betrokken vergaderingen opgenomen in huidig Verslag van de Raad van Bestuur.

303 | 240

302 | 240

  • door de artikelen :

RPN(I) Waardering

referentiebedrag.

Verordening (EG) nr. 1606/2002.

internationale rapporteringsnormen IFRS hanteren.

en

  • in Hoofdstuk III, Afdeling I. van de toelichting : voor de actiefposten C.II.1., C.II.3., C.III.7.c) en F.IV.

Vermelding in toepassing van het artikel 27 bis, §3, laatste lid:

voor de passiefpost C.I.b) en C.IV.

Nr. 23. Bijkomende inlichtingen die de onderneming, op basis van het besluit van 17/11/94, moet verstrekken

De impact op de resultatenrekening voor 2020, prorata temporis over de resterende looptijd van de effecten, van het verschil tussen de aanschaffingswaarde

Ageas past een transferbegrip toe om de RPN(I)-verplichting tegen reële waarde te registreren. IFRS 13 definieert reële waarde als de prijs die ontvangen zou worden bij de verkoop van een actief of betaald zou moeten worden bij het overdragen van een verplichting in een ordelijke transactie tussen marktpartijen op de waarderingsdatum. De definitie van reële waarde gaat expliciet uit van een 'eindprijs', gelinkt aan de prijs 'die betaald moet worden bij het overdragen van een verplichting'. Als zulke prijzen niet beschikbaar zijn en de verplichting wordt door een andere entiteit als een actief gehouden, dan moet de verplichting worden gewaardeerd vanuit het perspectief van een marktpartij die het actief aanhoudt. Ageas waardeert zijn verplichting tegen het

Het RPN-referentiebedrag is gebaseerd op de prijs van de CASHES en de koers van het Ageas aandeel. Het referentiebedrag steeg van EUR 419,8 miljoen op het einde van 2020 naar EUR 520,4 miljoen op 31 december 2021, voornamelijk als gevolg van een stijging van de koers van CASHES van

De onderneming vermeldt de transacties die zij met verbonden partijen is aangegaan, met opgave van het bedrag van deze transacties, de aard van de relatie met de verbonden partij, alsook alle andere informatie over de transacties die nodig is om een beter inzicht te krijgen in de financiële positie van de

De voormelde informatiegegevens kunnen overeenkomstig hun aard worden samengevoegd, behalve wanneer gescheiden informatie nodig is om inzicht

De voormelde informatie hoeft niet te worden verstrekt voor de transacties die zijn aangegaan tussen twee of meer leden van een groep, mits de

Onder 'verbonden partij' wordt hetzelfde verstaan als in de internationale standaarden voor jaarrekeningen die zijn goedgekeurd overeenkomstig

NIHIL. Het concept 'marktvoorwaarden' is, voor de toepassing van deze bijlage, gelijkgesteld met het concept 'on an arm's length basis' dat de

84,17% naar 95,61% over 2021, en een koersstijging van het Ageas aandeel van EUR 43,58 naar EUR 45,55 over dezelfde periode.

Gelieve te refereren naar toelichting 43 – Voorwaardelijke verplichtingen in het Ageas Geconsolideerde Jaarverslag.

onderneming indien het om transacties van enige betekenis gaat die niet werden verricht onder de normale marktvoorwaarden.

te krijgen in de gevolgen van de transacties met verbonden partijen voor de financiële positie van de onderneming.

De onderneming, in voorkomend geval, somt de bijkomende inlichtingen op, vereist:

en de terugbetalingswaarde vertegenwoordigt een kost van EUR 6.443.863 EUR..

2bis. ; 4, 2de lid ; 10, 2de lid ; 11, 3de lid ; 19, 4de lid ; 22; 27bis, § 3, laatste lid ; 33, 2de lid ; 34 sexies, § 1, 4° ; 39.

Gelieve te refereren naar toelichting 23 – RPN (I) in het Ageas Geconsolideerde Jaarverslag.

Nr. 24 Transacties door de onderneming aangegaan met verbonden partijen, onder andere voorwaarden dan de marktvoorwaarden

dochterondernemingen die partij zijn bij de transactie, geheel eigendom zijn van een dergelijk lid.

Voorwaardelijke verplichtingen gerelateerd aan gerechtelijke procedures

Vergadering van de Raad van Bestuur van 23 februari – belangenconflict voor de leden van het Executive Committee voor wat betreft de beoordeling van de bezoldiging

Voor het 4e agendapunt werd opgemerkt dat de niet-uitvoerende leden van de Raad van Bestuur een voorafgaande vergadering hadden zonder de uitvoerende leden, behalve de CEO (en zonder de CEO toen het punt over hem aan de orde was), om over de volgende onderwerpen te beraadslagen en te beslissen:

  • Beoordeling individuele doelstellingen EXCO/MCO 2020
  • Beoordeling van de bedrijfs-KPI's 2020
  • Langetermijnbonus – toekenning
  • Individuele doelstellingen EXCO/MCO 2021

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

  • Bedrijfs-KPI's 2021
  • Aan aandelen gekoppeld incentiveplan

Bijgevolg kan worden gemeld dat de uitvoerende leden die voor de bovenvermelde onderwerpen een belangenconflict hebben, niet hebben deelgenomen aan de beraadslaging of besluitvorming over deze onderwerpen.

Vergadering van de Raad van Bestuur van 9 november – belangenconflict voor de leden van het Executive Committee voor wat betreft de beoordeling van de bezoldiging

De Voorzitter heeft de leden van de Raad van Bestuur op de hoogte gebracht dat de leden van het Executive Committee niet zouden deelnemen aan de beraadslaging of de besluitvorming over de benchmarking van de bezoldiging van de leden van het Executive Committee en het Management Committee, gepland onder punt 8 - Rapport van het Remuneration Committee.

Verslag van de commissaris

VERSLAG VAN DE COMMISSARIS AAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS VAN AGEAS OVER DE JAARREKENING VOOR HET BOEKJAAR AFGESLOTEN OP 31 DECEMBER 2021

304 | 240

In het kader van de wettelijke controle van de jaarrekening van Ageas (de "Vennootschap"), leggen wij u ons Commissarisverslag voor. Dit bevat ons verslag over de jaarrekening alsook de overige door wet- en regelgeving gestelde eisen. Het vormt één geheel en is ondeelbaar.

Verslag van de commissaris 305 | 240

Kernpunten van de controle

Beschrijving van het kernpunt van de controle

dochterondernemingen van de Vennootschap.

en regelgeving binnen de verzekeringssector.

schaderegelingskosten.

Kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die naar ons professioneel oordeel het meest significant waren bij de controle

Onze auditbenadering betreffende het kernpunt van de controle We hebben tests uitgevoerd met betrekking tot de operationele doeltreffendheid van de controles die de dochterondernemingen van de Vennootschap hebben opgezet om zich te vergewissen van de kwaliteit van de gegevens die in de toereikendheidstest van de technische

We hebben, op onafhankelijke wijze, het niveau van adequaatheid van de schadereserves herberekend op basis van erkende actuariële technieken. Vervolgens hebben we onze resultaten vergeleken met de

onderliggende documentatie bekomen die de waargenomen significante

Ten slotte hebben we onze bevindingen bevestigd met de actuariële

Op basis van onze controlewerkzaamheden menen we dat de in de toereikendheidstest gehanteerde veronderstellingen in het licht van de huidige marktomstandigheden en gelet op de technische resultaten van

Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur

De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met het in België van toepassing zijnde boekhoudkundig referentiestelsel, alsook voor de interne beheersing die de Raad van bestuur noodzakelijk acht voor het opstellen van de jaarrekening die geen afwijking van materieel

voor het opstellen van de jaarrekening

belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten.

Bij het opstellen van de jaarrekening is de Raad van bestuur verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de Vennootschap om haar continuïteit te handhaven, het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling, tenzij de Raad van bestuur het voornemen heeft om de Vennootschap te liquideren of om de bedrijfsactiviteiten te beëindigen, of geen realistisch

resultaten van de Vennootschap en hebben we de nodige

voorzieningen gebruikt worden.

verschillen verantwoordt.

functie van de Vennootschap.

het afgelopen boekjaar redelijk zijn.

alternatief heeft dan dit te doen.

aangelegenheden zijn behandeld in de context van onze controle van de jaarrekening als geheel en bij het vormen van ons oordeel hierover, en wij verschaffen geen afzonderlijk oordeel over deze aangelegenheden.

Per jaareinde 31 december 2021 bedragen de technische voorzieningen

De toereikendheidstest van de technische voorzieningen is gebaseerd op actuariële technieken. De test is relatief complex aangezien hij steunt op een aantal veronderstellingen met betrekking tot toekomstige gebeurtenissen die een belangrijke mate van beoordeling vereisen. Deze kunnen worden beïnvloed door toekomstige economische omstandigheden en het ondernemingsbeleid alsook door specifieke wet-

De veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gehanteerd worden, hangen hoofdzakelijk af van de betaalde bedragen voor schadegevallen, van het aantal opgelopen doch nog niet aangegeven schadegevallen en van de

Deze verschillende elementen in combinatie met de eventuele onzekerheid die inherent is aan de technieken van modellering en aan het discretionaire karakter van de veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest gehanteerd werden, zijn de voornaamste redenen om dit als een kernpunt van onze controle te beschouwen.

Toereikendheid van het bedrag van de technische voorzieningen

EUR 1.562.792.214. Toelichting 20 bij de jaarrekening bevat gedetailleerde informatie over de waardering van technische voorzieningen (punt "Technische voorzieningen"). Technische voorzieningen worden bepaald op basis van door de cederende ondernemingen verstrekte informatie. Dit zijn voornamelijk

van de jaarrekening van de huidige verslagperiode. Deze

Wij werden benoemd in onze hoedanigheid van Commissaris door de Algemene vergadering van 19 mei 2021, overeenkomstig het voorstel van de Raad van bestuur uitgebracht op aanbeveling van het Auditcomité. Ons mandaat loopt af op de datum van de Algemene vergadering die beraadslaagt over de jaarrekening voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2023. Wij hebben de wettelijke controle van de jaarrekening van de Vennootschap uitgevoerd gedurende vier opeenvolgende boekjaren.

Verslag over de jaarrekening

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Oordeel zonder voorbehoud

Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de jaarrekening van de Vennootschap, die de balans op 31 december 2021 omvat, alsook de resultatenrekening van het boekjaar afgesloten op die datum en de toelichting. Deze jaarrekening vertoont een balanstotaal van EUR 10.140.476.675 en de resultatenrekening sluit af met een winst van het boekjaar van EUR 505.171.770.

Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van het vermogen en de financiële toestand van de Vennootschap per 31 december 2021, alsook van haar resultaten over het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met het in België van toepassing zijnde boekhoudkundig referentiestelsel.

Basis voor het oordeel zonder voorbehoud

Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens de internationale controlestandaarden (ISA's) zoals van toepassing in België. Wij hebben bovendien de door de IAASB goedgekeurde internationale controlestandaarden toegepast die van toepassing zijn op de huidige afsluitdatum en nog niet goedgekeurd zijn op nationaal niveau. Onze verantwoordelijkheden op grond van deze standaarden zijn verder beschreven in de sectie "Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor de controle van de jaarrekening" van ons verslag. Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip van deze met betrekking tot de onafhankelijkheid.

Wij hebben van de Raad van bestuur en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen.

Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.

Kernpunten van de controle

304 | 240

VERSLAG VAN DE COMMISSARIS AAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS VAN

AGEAS OVER DE

DECEMBER 2021

JAARREKENING VOOR HET BOEKJAAR AFGESLOTEN OP 31 In het kader van de wettelijke controle van de jaarrekening van Ageas (de "Vennootschap"), leggen wij u ons Commissarisverslag voor. Dit bevat ons verslag over de jaarrekening alsook de overige

Verslag van de commissaris 305 | 240

Wij werden benoemd in onze hoedanigheid van Commissaris door de Algemene vergadering van 19 mei 2021, overeenkomstig het voorstel van de Raad van bestuur uitgebracht op aanbeveling van het Auditcomité. Ons mandaat loopt af op de datum van de Algemene vergadering die beraadslaagt over de jaarrekening voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2023. Wij hebben de wettelijke controle van de jaarrekening van de Vennootschap uitgevoerd gedurende vier opeenvolgende

Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de jaarrekening van de Vennootschap, die de balans op 31 december 2021 omvat, alsook de resultatenrekening van het boekjaar afgesloten op die datum en de toelichting. Deze jaarrekening vertoont een balanstotaal van EUR 10.140.476.675

Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van het vermogen en de financiële toestand van de Vennootschap per 31 december 2021, alsook van haar resultaten over het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met het in België van toepassing zijnde

Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens de internationale controlestandaarden (ISA's) zoals van toepassing in België. Wij hebben bovendien de door de IAASB goedgekeurde internationale controlestandaarden toegepast die van toepassing zijn op de huidige afsluitdatum en nog niet goedgekeurd zijn op nationaal niveau. Onze verantwoordelijkheden op grond van deze standaarden zijn verder beschreven in de sectie "Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor de controle van de jaarrekening" van ons verslag. Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip van deze met betrekking tot

Wij hebben van de Raad van bestuur en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze

Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als

en de resultatenrekening sluit af met een winst van het boekjaar van EUR 505.171.770.

door wet- en regelgeving gestelde eisen. Het vormt één geheel en is ondeelbaar.

boekjaren.

Verslag over de jaarrekening

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Oordeel zonder voorbehoud

boekhoudkundig referentiestelsel.

de onafhankelijkheid.

basis voor ons oordeel.

Basis voor het oordeel zonder voorbehoud

controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen.

Kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die naar ons professioneel oordeel het meest significant waren bij de controle van de jaarrekening van de huidige verslagperiode. Deze aangelegenheden zijn behandeld in de context van onze controle van de jaarrekening als geheel en bij het vormen van ons oordeel hierover, en wij verschaffen geen afzonderlijk oordeel over deze aangelegenheden.

Toereikendheid van het bedrag van de technische voorzieningen

Beschrijving van het kernpunt van de controle

Per jaareinde 31 december 2021 bedragen de technische voorzieningen EUR 1.562.792.214. Toelichting 20 bij de jaarrekening bevat gedetailleerde informatie over de waardering van technische voorzieningen (punt "Technische voorzieningen"). Technische voorzieningen worden bepaald op basis van door de cederende ondernemingen verstrekte informatie. Dit zijn voornamelijk dochterondernemingen van de Vennootschap.

De toereikendheidstest van de technische voorzieningen is gebaseerd op actuariële technieken. De test is relatief complex aangezien hij steunt op een aantal veronderstellingen met betrekking tot toekomstige gebeurtenissen die een belangrijke mate van beoordeling vereisen. Deze kunnen worden beïnvloed door toekomstige economische omstandigheden en het ondernemingsbeleid alsook door specifieke weten regelgeving binnen de verzekeringssector.

De veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gehanteerd worden, hangen hoofdzakelijk af van de betaalde bedragen voor schadegevallen, van het aantal opgelopen doch nog niet aangegeven schadegevallen en van de schaderegelingskosten.

Deze verschillende elementen in combinatie met de eventuele onzekerheid die inherent is aan de technieken van modellering en aan het discretionaire karakter van de veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest gehanteerd werden, zijn de voornaamste redenen om dit als een kernpunt van onze controle te beschouwen.

Onze auditbenadering betreffende het kernpunt van de controle

We hebben tests uitgevoerd met betrekking tot de operationele doeltreffendheid van de controles die de dochterondernemingen van de Vennootschap hebben opgezet om zich te vergewissen van de kwaliteit van de gegevens die in de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gebruikt worden.

We hebben, op onafhankelijke wijze, het niveau van adequaatheid van de schadereserves herberekend op basis van erkende actuariële technieken. Vervolgens hebben we onze resultaten vergeleken met de resultaten van de Vennootschap en hebben we de nodige onderliggende documentatie bekomen die de waargenomen significante verschillen verantwoordt.

Ten slotte hebben we onze bevindingen bevestigd met de actuariële functie van de Vennootschap.

Op basis van onze controlewerkzaamheden menen we dat de in de toereikendheidstest gehanteerde veronderstellingen in het licht van de huidige marktomstandigheden en gelet op de technische resultaten van het afgelopen boekjaar redelijk zijn.

Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur voor het opstellen van de jaarrekening

De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met het in België van toepassing zijnde boekhoudkundig referentiestelsel, alsook voor de interne beheersing die de Raad van bestuur noodzakelijk acht voor het opstellen van de jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten.

Bij het opstellen van de jaarrekening is de Raad van bestuur verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de Vennootschap om haar continuïteit te handhaven, het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling, tenzij de Raad van bestuur het voornemen heeft om de Vennootschap te liquideren of om de bedrijfsactiviteiten te beëindigen, of geen realistisch alternatief heeft dan dit te doen.

Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor de controle van de jaarrekening

306 | 240

Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, en het uitbrengen van een Commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISA's is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van deze jaarrekening, beïnvloeden.

Bij de uitvoering van onze controle leven wij het wettelijk, reglementair en normatief kader na dat van toepassing is op de controle van de jaarrekening in België. Een wettelijke controle biedt evenwel geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de Vennootschap, noch omtrent de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee de Raad van bestuur de bedrijfsvoering van de Vennootschap ter hand heeft genomen of zal nemen. Onze verantwoordelijkheden inzake de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling worden hieronder beschreven.

Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISA's, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. We voeren tevens de volgende werkzaamheden uit:

  • het identificeren en inschatten van de risico's dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, het bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden die op deze risico's inspelen en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Het risico van het niet detecteren van een van materieel belang zijnde afwijking is groter indien die afwijking het gevolg is van fraude dan indien zij het gevolg is van fouten, omdat bij fraude sprake kan zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten om transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het omzeilen van de interne beheersing;
  • het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle, met als doel controlewerkzaamheden op te zetten die in de gegeven omstandigheden geschikt zijn maar die niet zijn gericht op het geven van een oordeel over de effectiviteit van de interne beheersing van de Vennootschap;
  • het evalueren van de geschiktheid van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van de door de Raad van bestuur gemaakte schattingen en van de daarop betrekking hebbende toelichtingen;
  • het concluderen of de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is, en het concluderen, op basis van de verkregen controle-informatie, of er een onzekerheid van materieel belang bestaat met betrekking tot

gebeurtenissen of omstandigheden die significante twijfel kunnen doen ontstaan over de mogelijkheid van de Vennootschap om haar continuïteit te handhaven. Indien wij concluderen dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn wij ertoe gehouden om de aandacht in ons Commissarisverslag te vestigen op de daarop betrekking hebbende toelichtingen in de jaarrekening, of, indien deze toelichtingen inadequaat zijn, om ons oordeel aan te passen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van ons Commissarisverslag. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat de Vennootschap haar continuïteit niet langer kan handhaven;

307 | 240

melden.

Aspecten betreffende het jaarverslag

Na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag, zijn wij van oordeel dat dit jaarverslag overeenstemt met de jaarrekening voor hetzelfde boekjaar, en is opgesteld overeenkomstig de artikelen 3:5 en 3:6 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen.

werden correct vermeld en uitgesplitst in de toelichting bij de

Onverminderd formele aspecten van ondergeschikt belang, werd de boekhouding gevoerd in overeenstemming met de in België van toepassing zijnde wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften. De resultaatverwerking die aan de Algemene vergadering wordt voorgesteld, stemt overeen met de wettelijke en statutaire

Wij dienen u geen verrichtingen of beslissingen mede te delen die

Wij hebben de vermogensrechtelijke gevolgen van de beslissingen van de Raad van bestuur van 23 februari 2021 en 9 november 2021 zoals beschreven in een stuk "Belangenconflict" van het jaarverslag

in overtreding met de statuten of het Wetboek van vennootschappen en verenigingen zijn gedaan of genomen. Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het Auditcomité bedoeld in artikel 79 van de wet van 13 maart 2016 betreffende het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, waarin verwezen wordt naar artikel

11 van de Verordening (EU) nr. 537/2014.

beoordeeld en hebben u niets te melden.

Roland Jeanquart Kurt Cappoen Bedrijfsrevisor Bedrijfsrevisor

jaarrekening.

Andere vermeldingen

bepalingen.

Diegem, 29 maart 2022

De Commissaris PwC Bedrijfsrevisoren BV Vertegenwoordigd door

In de context van onze controle van de jaarrekening, zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, in het bijzonder op basis van de kennis verkregen tijdens de controle, of het jaarverslag een afwijking van materieel belang bevat, hetzij informatie die onjuist vermeld is of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, dienen wij u geen afwijking van materieel belang te

De op grond van artikel 3:6, §4 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen vereiste niet-financiële informatie werd opgenomen in het jaarverslag. De Vennootschap heeft zich bij het opstellen van deze niet-financiële informatie gebaseerd op de « Sustainable Development Goals » van de Verenigde Naties. Overeenkomstig artikel 3:75, §1, 6° van het voormeld Wetboek spreken wij ons evenwel niet uit over de vraag of deze niet-financiële informatie is opgesteld in overeenstemming

De sociale balans, neer te leggen bij de Nationale Bank van België overeenkomstig artikel 3:12, §1, 8° van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, bevat, zowel qua vorm als qua inhoud alle door dit Wetboek voorgeschreven inlichtingen, waaronder deze betreffende de informatie inzake de lonen en de vormingen, en bevat geen van materieel belang zijnde inconsistenties ten aanzien van de informatie waarover wij beschikken in het kader van onze opdracht.

Ons bedrijfsrevisorenkantoor en ons netwerk hebben geen opdrachten verricht die onverenigbaar zijn met de wettelijke controle van de jaarrekening en ons bedrijfsrevisorenkantoor is in de loop van ons mandaat onafhankelijk gebleven tegenover de

De honoraria voor de bijkomende opdrachten die verenigbaar zijn met de wettelijke controle van de jaarrekening bedoeld in artikel 3:65 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen

met het in het jaarverslag vermelde referentiemodel.

Vermelding betreffende de sociale balans

Vermeldingen betreffende de onafhankelijkheid

Vennootschap.

het evalueren van de algehele presentatie, structuur en inhoud van de jaarrekening, en van de vraag of de jaarrekening de onderliggende transacties en gebeurtenissen weergeeft op een wijze die leidt tot een getrouw beeld.

Wij communiceren met het Auditcomité onder meer over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die wij identificeren gedurende onze controle.

Wij verschaffen aan het Auditcomité tevens een verklaring dat wij de relevante deontologische voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd, en wij communiceren met hen over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden en, waar van toepassing, over de daarmee verband houdende maatregelen om onze onafhankelijkheid te waarborgen.

Uit de aangelegenheden die met het Auditcomité zijn gecommuniceerd bepalen wij die zaken die het meest significant waren bij de controle van de jaarrekening van de huidige verslagperiode, en die derhalve de kernpunten van onze controle uitmaken. Wij beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze aangelegenheden is verboden door wet- of regelgeving.

Overige door wet- en regelgeving gestelde eisen

Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur

De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag, van de documenten die overeenkomstig de wettelijke en reglementaire voorschriften dienen te worden neergelegd, voor het naleven van de wettelijke en reglementaire voorschriften die van toepassing zijn op het voeren van de boekhouding, alsook voor het naleven van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen en van de statuten van de Vennootschap.

Verantwoordelijkheden van de Commissaris

In het kader van onze opdracht en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm bij de in België van toepassing zijnde internationale controlestandaarden (ISA's), is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag, bepaalde documenten die overeenkomstig de wettelijke en reglementaire voorschriften dienen te worden neergelegd, alsook de naleving uit de statuten en van bepaalde verplichtingen van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen te verifiëren, alsook verslag over deze aangelegenheden uit te brengen.

Aspecten betreffende het jaarverslag

307 | 240

gebeurtenissen of omstandigheden die significante twijfel kunnen doen ontstaan over de mogelijkheid van de Vennootschap om haar continuïteit te handhaven. Indien wij concluderen dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn wij ertoe gehouden om de aandacht in ons Commissarisverslag te vestigen op de daarop betrekking hebbende toelichtingen in de jaarrekening, of, indien deze toelichtingen inadequaat zijn, om ons oordeel aan te passen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van ons Commissarisverslag. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat de Vennootschap haar continuïteit niet langer kan

het evalueren van de algehele presentatie, structuur en inhoud van de jaarrekening, en van de vraag of de jaarrekening de onderliggende transacties en gebeurtenissen weergeeft op een

Wij communiceren met het Auditcomité onder meer over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante

controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die wij identificeren gedurende onze controle.

Wij verschaffen aan het Auditcomité tevens een verklaring dat wij de relevante deontologische voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd, en wij communiceren met hen over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden en, waar van toepassing, over de daarmee verband houdende maatregelen

Uit de aangelegenheden die met het Auditcomité zijn gecommuniceerd bepalen wij die zaken die het meest significant waren bij de controle van de jaarrekening van de huidige verslagperiode, en die derhalve de kernpunten van onze controle uitmaken. Wij beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze

Overige door wet- en regelgeving gestelde eisen

De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag, van de documenten die overeenkomstig de wettelijke en reglementaire voorschriften dienen te worden neergelegd, voor het naleven van de wettelijke en reglementaire voorschriften die van toepassing zijn op het voeren van de boekhouding, alsook voor het naleven van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen en van

In het kader van onze opdracht en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm bij de in België van toepassing zijnde internationale controlestandaarden (ISA's), is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag, bepaalde documenten die overeenkomstig de wettelijke en reglementaire voorschriften dienen te worden neergelegd, alsook de naleving uit de statuten en van bepaalde verplichtingen van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen te verifiëren, alsook verslag over

aangelegenheden is verboden door wet- of regelgeving.

Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur

de statuten van de Vennootschap.

Verantwoordelijkheden van de Commissaris

deze aangelegenheden uit te brengen.

wijze die leidt tot een getrouw beeld.

om onze onafhankelijkheid te waarborgen.

handhaven;

306 | 240

Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor

Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, en het uitbrengen van een Commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISA's is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van deze

Bij de uitvoering van onze controle leven wij het wettelijk, reglementair en normatief kader na dat van toepassing is op de controle van de jaarrekening in België. Een wettelijke controle biedt evenwel geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de Vennootschap, noch omtrent de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee de Raad van bestuur de bedrijfsvoering van de Vennootschap ter hand heeft genomen of zal nemen. Onze verantwoordelijkheden

Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISA's, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. We voeren

het identificeren en inschatten van de risico's dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van

het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle, met als doel controlewerkzaamheden op te zetten die in de gegeven omstandigheden geschikt zijn maar die niet zijn gericht op het geven van een oordeel over de effectiviteit van de

het evalueren van de geschiktheid van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van de door de Raad van bestuur gemaakte schattingen en van de

het concluderen of de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is, en het concluderen, op basis van de verkregen controle-informatie, of er een onzekerheid van materieel belang bestaat met betrekking tot

interne beheersing van de Vennootschap;

daarop betrekking hebbende toelichtingen;

fraude of van fouten, het bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden die op deze risico's inspelen en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Het risico van het niet detecteren van een van materieel belang zijnde afwijking is groter indien die afwijking het gevolg is van fraude dan indien zij het gevolg is van fouten, omdat bij fraude sprake kan zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten om transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het omzeilen van de

inzake de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling worden hieronder beschreven.

tevens de volgende werkzaamheden uit:

interne beheersing;

de controle van de jaarrekening

jaarrekening, beïnvloeden.

Na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag, zijn wij van oordeel dat dit jaarverslag overeenstemt met de jaarrekening voor hetzelfde boekjaar, en is opgesteld overeenkomstig de artikelen 3:5 en 3:6 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen.

In de context van onze controle van de jaarrekening, zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, in het bijzonder op basis van de kennis verkregen tijdens de controle, of het jaarverslag een afwijking van materieel belang bevat, hetzij informatie die onjuist vermeld is of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, dienen wij u geen afwijking van materieel belang te melden.

De op grond van artikel 3:6, §4 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen vereiste niet-financiële informatie werd opgenomen in het jaarverslag. De Vennootschap heeft zich bij het opstellen van deze niet-financiële informatie gebaseerd op de « Sustainable Development Goals » van de Verenigde Naties. Overeenkomstig artikel 3:75, §1, 6° van het voormeld Wetboek spreken wij ons evenwel niet uit over de vraag of deze niet-financiële informatie is opgesteld in overeenstemming met het in het jaarverslag vermelde referentiemodel.

Vermelding betreffende de sociale balans

De sociale balans, neer te leggen bij de Nationale Bank van België overeenkomstig artikel 3:12, §1, 8° van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, bevat, zowel qua vorm als qua inhoud alle door dit Wetboek voorgeschreven inlichtingen, waaronder deze betreffende de informatie inzake de lonen en de vormingen, en bevat geen van materieel belang zijnde inconsistenties ten aanzien van de informatie waarover wij beschikken in het kader van onze opdracht.

Vermeldingen betreffende de onafhankelijkheid

  • Ons bedrijfsrevisorenkantoor en ons netwerk hebben geen opdrachten verricht die onverenigbaar zijn met de wettelijke controle van de jaarrekening en ons bedrijfsrevisorenkantoor is in de loop van ons mandaat onafhankelijk gebleven tegenover de Vennootschap.
  • De honoraria voor de bijkomende opdrachten die verenigbaar zijn met de wettelijke controle van de jaarrekening bedoeld in artikel 3:65 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen

werden correct vermeld en uitgesplitst in de toelichting bij de jaarrekening.

Andere vermeldingen

  • Onverminderd formele aspecten van ondergeschikt belang, werd de boekhouding gevoerd in overeenstemming met de in België van toepassing zijnde wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften.
  • De resultaatverwerking die aan de Algemene vergadering wordt voorgesteld, stemt overeen met de wettelijke en statutaire bepalingen.
  • Wij dienen u geen verrichtingen of beslissingen mede te delen die in overtreding met de statuten of het Wetboek van vennootschappen en verenigingen zijn gedaan of genomen.
  • Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het Auditcomité bedoeld in artikel 79 van de wet van 13 maart 2016 betreffende het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, waarin verwezen wordt naar artikel 11 van de Verordening (EU) nr. 537/2014.
  • Wij hebben de vermogensrechtelijke gevolgen van de beslissingen van de Raad van bestuur van 23 februari 2021 en 9 november 2021 zoals beschreven in een stuk "Belangenconflict" van het jaarverslag beoordeeld en hebben u niets te melden.

Diegem, 29 maart 2022

De Commissaris PwC Bedrijfsrevisoren BV Vertegenwoordigd door

Roland Jeanquart Kurt Cappoen Bedrijfsrevisor Bedrijfsrevisor

Other statements

of association.

(EU) N° 537/2014.

Roland Jeanquart

Kurt Cappoen

Réviseur d'Entreprises / Bedrijfsrevisor

Réviseur d'Entreprises / Bedrijfsrevisor

Without prejudice to formal aspects of minor importance, the accounting records were maintained in accordance with the legal 309 | 240

Bepaalde mededelingen die zijn opgenomen in dit Jaarverslag, waaronder de mededelingen die worden gedaan in de hiervan deel uitmakende hoofdstukken Bericht aan de aandeelhouders, Overzicht activiteiten, Verslag van het Executive Committee en toelichting 5 Risicomanagement, Andere, meer algemene factoren die de resultaten kunnen beïnvloeden, zijn onder meer:

Waarschuwing ten aanzien van mededelingen

met betrekking tot de toekomst

het niveau en de ontwikkeling van de sterfte, morbiditeit en van de bestendigheid van de

valutakoersen, met inbegrip van de koers van de euro ten opzichte van de US dollar; veranderingen in het prijs- en concurrentieklimaat, met inbegrip van een toename van de

veranderingen in de binnen- en buitenlandse wetgeving, voorschriften en belastingen;

veranderingen in het beleid van centrale banken en/of buitenlandse overheden; en algemene concurrentiefactoren op wereldwijde, regionale en/of nationale schaal.

het niet in staat zijn om bepaalde risico's op economisch verantwoorde wijze te herverzekeren;

veranderingen in de wet- en regelgeving betreffende de bancaire, verzekerings-, beleggings-

veranderingen in de rente en de ontwikkelingen op de financiële markten;

regionale of algemene veranderingen in de waardering van activa;

de algemene economische omstandigheden;

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

verzekeringsportefeuille;

concurrentie in België;

de toereikendheid van verliesreserves;

grote (natuur)rampen;

en/of effectensector;

frequentie en omvang van verzekerde schadegevallen;

toekomstverwachtingen en andere uitspraken over de toekomst die zijn gebaseerd op de huidige visie, ramingen en aannames van het management met betrekking tot toekomstige

gebeurtenissen. Deze

of impliciet in deze

tot de krediet- en

beleggingsportefeuilles.

mededelingen worden gedaan onder voorbehoud van bepaalde risico's en onzekerheden die tot gevolg kunnen hebben dat de werkelijke resultaten, prestaties of gebeurtenissen wezenlijk afwijken van die welke expliciet

mededelingen zijn weergegeven, waaronder het niveau van de voorzieningen met betrekking

betreffen

There are no transactions undertaken or decisions taken in breach of the Company's articles of association or the Companies' and

We have evaluated the property effects resulting from the decisions

and regulatory requirements applicable in Belgium. The appropriation of results proposed to the general meeting complies with the legal provisions and the provisions of the articles

Associations' Code that we have to report to you. This report is consistent with the additional report to the Audit committee referred to in article 79 of the law of 13 March 2016 on the legal status and supervision of insurance or reinsurance companies, which makes reference to article 11 of the Regulation

222 | 240

you.

Aspects related to the directors' report

Statements related to independence

Company in the course of our mandate.

itemized in the notes to the annual accounts.

In our opinion, after having performed specific procedures in relation to the directors' report, the directors' report is consistent with the annual accounts for the year under audit, and it is prepared in accordance with the articles 3:5 and 3:6 of the Companies' and Associations' Code.

The non-financial information required by virtue of article 3:6, §4 of the Companies' and Associations' Code is included in the directors' report.

Our registered audit firm and our network did not provide services which are incompatible with the statutory audit of the annual accounts and our registered audit firm remained independent of the

The fees for additional services which are compatible with the statutory audit of the annual accounts referred to in article 3:65 of the Companies' and Associations' Code are correctly disclosed and

308 Ageas Jaarverslag 2021

In the context of our audit of the annual accounts, we are also responsible for considering, in particular based on the knowledge acquired resulting from the audit, whether the directors' report is materially misstated or contains information which is inadequately disclosed or otherwise misleading. In light of the procedures we have performed, there are no material misstatements we have to report to

OVERIGE INFORMATIE

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Waarschuwing ten aanzien van mededelingen met betrekking tot de toekomst

Bepaalde mededelingen die zijn opgenomen in dit Jaarverslag, waaronder de mededelingen die worden gedaan in de hiervan deel uitmakende hoofdstukken Bericht aan de aandeelhouders, Overzicht activiteiten, Verslag van het Executive Committee en toelichting 5 Risicomanagement, betreffen

309 | 240

H

Overige informatie

toekomstverwachtingen en andere uitspraken over de toekomst die zijn gebaseerd op de huidige visie, ramingen en aannames van het management met betrekking tot toekomstige gebeurtenissen. Deze mededelingen worden gedaan onder voorbehoud van bepaalde risico's en onzekerheden die tot gevolg kunnen hebben dat de werkelijke resultaten, prestaties of gebeurtenissen wezenlijk afwijken van die welke expliciet of impliciet in deze mededelingen zijn weergegeven, waaronder het niveau van de voorzieningen met betrekking

tot de krediet- en

beleggingsportefeuilles.

Andere, meer algemene factoren die de resultaten kunnen beïnvloeden, zijn onder meer:

Waarschuwing ten aanzien van mededelingen

met betrekking tot de toekomst

  • de algemene economische omstandigheden;
  • veranderingen in de rente en de ontwikkelingen op de financiële markten; frequentie en omvang van verzekerde schadegevallen;
  • het niveau en de ontwikkeling van de sterfte, morbiditeit en van de bestendigheid van de verzekeringsportefeuille;
  • valutakoersen, met inbegrip van de koers van de euro ten opzichte van de US dollar;
  • veranderingen in het prijs- en concurrentieklimaat, met inbegrip van een toename van de concurrentie in België;
  • veranderingen in de binnen- en buitenlandse wetgeving, voorschriften en belastingen;
  • regionale of algemene veranderingen in de waardering van activa;
  • grote (natuur)rampen;
  • het niet in staat zijn om bepaalde risico's op economisch verantwoorde wijze te herverzekeren;
  • de toereikendheid van verliesreserves;
  • veranderingen in de wet- en regelgeving betreffende de bancaire, verzekerings-, beleggingsen/of effectensector;
  • veranderingen in het beleid van centrale banken en/of buitenlandse overheden; en
  • algemene concurrentiefactoren op wereldwijde, regionale en/of nationale schaal.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Beschikbaarheid van bedrijfsdocumenten voor openbare inzage

De statuten van de vennootschappen ageas SA/NV kunnen geraadpleegd worden op de Griffie van de Rechtbank van Koophandel in Brussel (ageas SA/NV) en op het hoofdkantoor van de vennootschap.

Het Jaarverslag wordt gedeponeerd bij de Nationale Bank van België (ageas SA/NV). De beslissingen inzake (her)benoeming en vertrek van bestuurders worden onder andere gepubliceerd in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad (ageas SA/NV).

De vennootschap biedt de

korte tijd als

aandeelhouders de mogelijkheid om hun gedematerialiseerde aandelen kosteloos te laten registreren. Ageas heeft een snelle omzettingsprocedure ontwikkeld zodat de aandelen op ageas SA/NV, Corporate Administration Markiesstraat 1, 1000 Brussel, België E-mail: [email protected]

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Informatie en communicatie

De vennootschap stuurt haar berichten, zoals het jaarverslag, kosteloos aan de houders van geregistreerde gedematerialiseerde aandelen. De vennootschap nodigt elke houder van

gedematerialiseerde aandelen die bij de vennootschap geregistreerd werden persoonlijk uit om deel te nemen aan de Algemene Vergaderingen en bezorgt hen de agenda, de voorstellen voor besluiten en de volmachten voor hun vertegenwoordiging en voor hun deelname aan de stemming. Op de datum waarop het dividend wordt uitgekeerd, crediteert de vennootschap automatisch de

Registratie van gedematerialiseerde aandelen

bankrekeningen die haar werden opgegeven door de houders van gedematerialiseerde aandelen die bij de vennootschap geregistreerd werden, met het bedrag van de hen toekomende dividenden.

gedematerialiseerde aandelen geleverd kunnen worden.

Beschikbaarheid van bedrijfsdocumenten voor openbare inzage 311 | 240

De financiële berichten over de vennootschap alsmede de oproepingen tot de algemene vergaderingen worden gepubliceerd in de financiële pers, de kranten en de informatieperiodieken. Het Jaarverslag, samen met een lijst van alle participaties van Ageas, is gratis beschikbaar op de maatschappelijke zetel van de vennootschap in Brussel voor alle aandeelhouders en alle geïnteresseerde derden.

Het Jaarverslag wordt eveneens neergelegd bij de Nationale Bank van België. Het Jaarverslag wordt alleen op papier verzonden naar aandeelhouders op naam op hun uitdrukkelijk verzoek en is beschikbaar op de Ageas-website.

Informatieverstrekking aan aandeelhouders en investeerders

Genoteerde aandelen

Het aandeel Ageas is genoteerd op Euronext Brussel. Daarnaast heeft Ageas een gesponsord ADRprogramma in de Verenigde Staten.

Type aandelen

De aandelen kunnen op naam of gedematerialiseerd worden gehouden.

Registratie van gedematerialiseerde aandelen

De vennootschap biedt de aandeelhouders de mogelijkheid om hun gedematerialiseerde aandelen kosteloos te laten registreren. Ageas heeft een snelle omzettingsprocedure ontwikkeld zodat de aandelen op korte tijd als gedematerialiseerde aandelen

310 | 240

De statuten van de

Koophandel in Brussel (ageas SA/NV) en op het hoofdkantoor van de vennootschap.

vennootschappen ageas SA/NV kunnen geraadpleegd worden op de Griffie van de Rechtbank van

Het Jaarverslag wordt gedeponeerd bij de Nationale Bank van België (ageas SA/NV). De beslissingen inzake (her)benoeming en vertrek van bestuurders worden onder andere gepubliceerd

Beschikbaarheid van bedrijfsdocumenten voor openbare inzage 311 | 240

De financiële berichten over de vennootschap alsmede de oproepingen tot de algemene vergaderingen worden gepubliceerd in de financiële pers, de kranten en de informatieperiodieken. Het Jaarverslag, samen met een lijst van alle participaties van Ageas, is gratis beschikbaar op de maatschappelijke zetel van de vennootschap in Brussel voor alle aandeelhouders en alle

Het Jaarverslag wordt eveneens neergelegd bij de Nationale Bank van België. Het Jaarverslag wordt alleen op papier verzonden naar aandeelhouders op naam op hun uitdrukkelijk verzoek en is

Het aandeel Ageas is genoteerd op Euronext Brussel. Daarnaast heeft Ageas een gesponsord ADR-

Informatieverstrekking aan aandeelhouders en investeerders

De aandelen kunnen op naam of gedematerialiseerd worden gehouden.

in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad (ageas SA/NV).

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

geïnteresseerde derden.

Genoteerde aandelen

Type aandelen

beschikbaar op de Ageas-website.

programma in de Verenigde Staten.

geleverd kunnen worden.

ageas SA/NV, Corporate Administration Markiesstraat 1, 1000 Brussel, België E-mail: [email protected]

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Informatie en communicatie

De vennootschap stuurt haar berichten, zoals het jaarverslag, kosteloos aan de houders van geregistreerde gedematerialiseerde aandelen. De vennootschap nodigt elke houder van gedematerialiseerde aandelen die bij de vennootschap geregistreerd werden persoonlijk uit om deel te nemen aan de Algemene Vergaderingen en bezorgt hen de agenda, de voorstellen voor besluiten en de volmachten voor hun vertegenwoordiging en voor hun deelname aan de stemming. Op de datum waarop het dividend wordt uitgekeerd, crediteert de vennootschap automatisch de bankrekeningen die haar werden opgegeven door de houders van gedematerialiseerde aandelen die bij de vennootschap geregistreerd werden, met het bedrag van de hen toekomende dividenden.

Registratie van gedematerialiseerde aandelen

De GRI inhoudstafel geeft een overzicht van de toelichting over de materiële duurzaamheidsaspecten in het jaarverslag van Ageas 2020 alsook op de website indien relevant. Ageas rapporteert in overeenstemming met de GRI standaard optie core. Dit betekent dat voor elk materieel onderwerp er minstens 1 indicator is opgenomen, tenzij anders aangegeven. Indien er meerdere indicatoren worden gerapporteerd, zijn deze ook in de inhoudstafel opgenomen.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

GRI Index 313 | 240

GRI standards

Overleg met belanghebbenden

GRI 103 - Management approach

201 - Economische performantie

203 - Indirecte economische impacten

205 - Anti-corruptie

Economisch

Bestuur

Rapportering

referentie Indicator Sectie in het jaarverslag 2021 (JV)

102-45 Entiteiten opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening JV C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur

102-50 Verslagperiode JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - eerste pagina

102-52 Verslaggevingscyclus JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - eerste pagina 102-53 Contactpersoon voor vragen over het verslag Website https://www.ageas.com/nl/contact/investors-relations 102-54 Rapporteringseisen in overeenstemming met GRI standards JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - eerste pagina

102-55 GRI-inhoudsopgave JV H. Overige informatie - GRI index

102-48 Herformulering van informatie Niet van toepassing 102-49 Wijzigingen tov vorig verslag Niet van toepassing

102-56 Externe assurance Niet van toepassing

201-3 Dekking van de verplichtingen in verband met het vastgestelde en

andere uitkeringsplannen

102-18 Bestuursstructuur JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate goverance statement

102-40 Lijst van groepen belanghebbenden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business 102-41 Collectieve arbeidsovereenkomsten Website Guidance on human and labour rights - https://sustainability.ageas.com/reporting 102-42 Identificatie en beheer van de selectie van belanghebbenden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business 102-43 Benadering en betrokkenheid van belanghebbenden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business 102-44 Belangrijkste onderwerpen en bezorgdheden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business

102-46 Inhouds- en grensbepaling van het verslag JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business 102-47 Overzicht van materiële onderwerpen JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business

102-51 Datum van het meest recente verslag Website Investeerders - kwartaalresultaten : https://www.ageas.com/nl/investors/quarterly-results

103-1 Uitleg omtrent het onderwerp en zijn afbakening JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business

103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas

103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 201-1 Directe economische waarde gegenereerd en gedistribueerd JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 2 Financiële kerncijfers en hoogtepunten

103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij

103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 203-1 Investeringen in infrastructuur en diensten die ondersteund worden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij

103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren

103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur – 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren

205-2 Communicatie en training inzake anti-corruptiebeleid en -procedures JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren

C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur

A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement

B. Geconsolideerde jaarrekening - Geconsolideerde resultatenrekening C. Algemene informatie - 8 Informatie operationele segmenten E. Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening

A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement

A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement

A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement

C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement

JV C. Algemene informatie - 6 Beloningen en vergoeding - sectie 6.1

C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement

C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement

AGEAS - GRI INHOUDSINDEX - OPTIE CORE

GRI standards
referentie
Indicator Sectie in het jaarverslag 2021 (JV)
GRI 101 - Algemene principes
GRI 102 - Algemene informatie
Organisatieprofiel
102-1 Naam van de organisatie JV Eerste pagina van het jaarverslag
102-2 Voornaamste activiteiten, merken, producten en diensten JV
Website
A Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas
https://www.ageas.com/nl/about/de-onderneming
102-3 Locatie van het hoofdkantoor JV C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur
102-4 Locatie van de activiteiten JV
Website
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas
https://www.ageas.com/nl/about/de-onderneming
102-5 Eigendomsstructuur en de rechtsvorm JV C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur
102-6 Afzetmarkten JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas
102-7 Omvang van de organisatie JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 2 Financiële hoogtepunten
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.2 Onze klanten en partners
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers
B. Geconsolideerde jaarrekening
102-8 Informatie over personeelsbestand en andere werknemers JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers
102-9 Bevoorradingsketen JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas
102-10 Significante veranderingen in de organisatie en de
bevoorradingsketen
Niet van toepassing
102-11 Toepassing van het voorzorgsprincipe JV C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement
102-12 Externe initiatieven PRI, PSI, UN Global Compact
102-13 Lidmaatschappen van verenigingen Lobbying and membership disclosure 2021 on https://sustainability.ageas.com/reporting
Strategie
102-14 Verklaring van de hoogste beslissingsbevoegde van de organisatie JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 1. Boodschap van de CEO en Voorzitter
Ethiek en integriteit
102-16 Waarden, principes, standaarden en gedragsnormen JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement
C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement
GRI standards
referentie
Indicator Sectie in het jaarverslag 2021 (JV)
Bestuur
102-18 Bestuursstructuur JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate goverance statement
C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur
Overleg met belanghebbenden
102-40 Lijst van groepen belanghebbenden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business
102-41 Collectieve arbeidsovereenkomsten Website Guidance on human and labour rights - https://sustainability.ageas.com/reporting
102-42 Identificatie en beheer van de selectie van belanghebbenden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business
102-43 Benadering en betrokkenheid van belanghebbenden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business
102-44 Belangrijkste onderwerpen en bezorgdheden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business
Rapportering
102-45 Entiteiten opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening JV C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur
102-46 Inhouds- en grensbepaling van het verslag JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business
102-47 Overzicht van materiële onderwerpen JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business
102-48 Herformulering van informatie Niet van toepassing
102-49 Wijzigingen tov vorig verslag Niet van toepassing
102-50 Verslagperiode JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - eerste pagina
102-51 Datum van het meest recente verslag Website Investeerders - kwartaalresultaten : https://www.ageas.com/nl/investors/quarterly-results
102-52 Verslaggevingscyclus JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - eerste pagina
102-53 Contactpersoon voor vragen over het verslag Website https://www.ageas.com/nl/contact/investors-relations
102-54 Rapporteringseisen in overeenstemming met GRI standards JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - eerste pagina
102-55 GRI-inhoudsopgave JV H. Overige informatie - GRI index
102-56 Externe assurance Niet van toepassing
GRI 103 - Management approach
103-1 Uitleg omtrent het onderwerp en zijn afbakening JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business
Economisch
201 - Economische performantie
103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement
C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement
103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement
201-1 Directe economische waarde gegenereerd en gedistribueerd JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 2 Financiële kerncijfers en hoogtepunten
B. Geconsolideerde jaarrekening - Geconsolideerde resultatenrekening
C. Algemene informatie - 8 Informatie operationele segmenten
E. Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening
201-3 Dekking van de verplichtingen in verband met het vastgestelde en
andere uitkeringsplannen
JV C. Algemene informatie - 6 Beloningen en vergoeding - sectie 6.1

203 - Indirecte economische impacten

GRI Index 313 | 240

312 | 240

opgenomen.

GRI standards

Organisatieprofiel

Strategie

Ethiek en integriteit

GRI 101 - Algemene principes GRI 102 - Algemene informatie

AGEAS - GRI INHOUDSINDEX - OPTIE CORE

102-2 Voornaamste activiteiten, merken, producten en diensten JV

102-4 Locatie van de activiteiten JV

102-10 Significante veranderingen in de organisatie en de bevoorradingsketen

De GRI inhoudstafel geeft een overzicht van de toelichting over de materiële duurzaamheidsaspecten in het jaarverslag van Ageas 2020 alsook op de website indien relevant. Ageas rapporteert in overeenstemming met de GRI standaard optie core. Dit betekent dat voor elk materieel onderwerp er minstens 1 indicator is opgenomen, tenzij anders aangegeven. Indien er meerdere indicatoren worden gerapporteerd, zijn deze ook in de inhoudstafel

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Website

Website

102-6 Afzetmarkten JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas 102-7 Omvang van de organisatie JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 2 Financiële hoogtepunten

102-9 Bevoorradingsketen JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas

102-13 Lidmaatschappen van verenigingen Lobbying and membership disclosure 2021 on https://sustainability.ageas.com/reporting

102-14 Verklaring van de hoogste beslissingsbevoegde van de organisatie JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 1. Boodschap van de CEO en Voorzitter

A Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas

A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas

A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.2 Onze klanten en partners A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers

A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement

C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement

https://www.ageas.com/nl/about/de-onderneming

https://www.ageas.com/nl/about/de-onderneming

B. Geconsolideerde jaarrekening

Niet van toepassing

referentie Indicator Sectie in het jaarverslag 2021 (JV)

102-1 Naam van de organisatie JV Eerste pagina van het jaarverslag

102-3 Locatie van het hoofdkantoor JV C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur

102-5 Eigendomsstructuur en de rechtsvorm JV C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur

102-11 Toepassing van het voorzorgsprincipe JV C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement

102-12 Externe initiatieven PRI, PSI, UN Global Compact

102-8 Informatie over personeelsbestand en andere werknemers JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers

102-16 Waarden, principes, standaarden en gedragsnormen JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers

103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement
C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement
103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement
203-1 Investeringen in infrastructuur en diensten die ondersteund worden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij
205 - Anti-corruptie
103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement
C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement
103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur – 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement
205-2 Communicatie en training inzake anti-corruptiebeleid en -procedures JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren
GRI standards
referentie
Indicator Sectie in het jaarverslag 2021 (JV)
207 - Belastingen
103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement
Tax policy - https://www.ageas.com/about/sustainability
103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement
207-4 Rapportering per land JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij
Milieu-gerelateerd
305 - Emissions
103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij
103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement
305-1 Directe BKG-uitstoot (scope 1) JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij
305-2 Energie gerelateerde indirecte BKG-uitstoot (scope 2) JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij
305-3 Overige indirecte BKG uitstoot (scope 3) JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij
305-4 BKG uitstoot intensiteit JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij
Sociaal
103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze werknemers
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement
103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement
403 - Gezondheid en veiligheid op het werk
403-6 Promotie van de gezondheid van de werknemer JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers
404 - Training en opleiding
404-2 Programma's om de vaardigheden van werknemers aan te scherpen
en programma's voor een soepele overschakeling
JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers
405 - Diversiteit en gelijke kansen
405-1 Diversiteit bij het bestuur en werknemers JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers

Overige belangrijke onderwerpen

103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.2 Onze klanten en partners
A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate Governance statement
103-3 Evaluatie van de managementaanpak A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate Governance statement
Verzekeringsproducten en -diensten die bescherming bieden tegen
maatschappelijke uitdagingen
JV In aanvulling op GR302
Doelstelling vastgelegd in de Impact24-strategie: GWP-percentage van producten die
bijdragen aan de transitie naar een meer duurzame wereld
Eerste rapportage over 2022 - https://strategy.ageas.com/impact24/report/impact24
Verzekeringsproducten en -diensten die verantwoord gedrag
stimuleren
JV In aanvulling op GR302
Doelstelling vastgelegd in de Impact24-strategie: GWP-percentage van producten die
bijdragen aan de transitie naar een meer duurzame wereld
Eerste rapportage over 2022 - https://strategy.ageas.com/impact24/report/impact24
Begrijpelijke, eerlijke en transparante klanteninformatie JV In aanvulling op GR302
Doelstelling vastgelegd in de Impact24-strategie: percentage van producten die beoordeeld
werden op transparantie

A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement

315 | 240

Ageas heeft in augustus 2020 de Principes van United Nations Global Compact ondertekend. Ageas verbindt zich ertoe de Tien Principes van het UN Global Compact met betrekking tot mensenrechten, arbeidsnormen, het milieu en de strijd tegen corruptie te ondersteunen en jaarlijks verslag uit te brengen en Ageas publiceerde zijn eerste voortgangsverslag in september 20218, waarin een overzicht werd gegeven van de identiteit van Ageas en de stand van zaken op dat moment. Vanaf het tweede verslag rapporteert Ageas ook over de vooruitgang in de loop van het jaar, waarbij de timing wordt afgestemd op het jaarverslag. Dit bevestigt de overtuiging dat niet-financiële informatie, zoals dit

UN GC voortgangsverslag Index

De tabel hieronder bevat informatie en gedetailleerde verwijzingen naar het Jaarverslag 2021 van Ageas, of informatie die terug te vinden is op de Ageas duurzaamheidswebpagina's die de UN

voortgangsverslag, even belangrijk is als financiële informatie.

Global Compact-principes behandelen.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

te communiceren naar zijn stakeholders over de

Principes. De onlangs

Global Compact.

8

vooruitgang die wordt geboekt bij de implementatie van deze

gelanceerde Impact24-strategie herbevestigt Ageas' inzet voor de Tien Principes van het UN

8 https://headless-api.ageas.com/sites/default/files/2021-

09/2020%20UN%20Global%20Compact%20progress%20report_0.pdf

Eerste rapportage over 2022 - https://strategy.ageas.com/impact24/report/impact24

UN GC voortgangsverslag Index

UN GC voortgangsverslag Index

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

315 | 240

314 | 240

GRI standards

207 - Belastingen

Milieu-gerelateerd

305 - Emissions

Sociaal

403 - Gezondheid en veiligheid op het werk

404-2 Programma's om de vaardigheden van werknemers aan te scherpen en programma's voor een soepele overschakeling

Verzekeringsproducten en -diensten die bescherming bieden tegen

Verzekeringsproducten en -diensten die verantwoord gedrag

404 - Training en opleiding

405 - Diversiteit en gelijke kansen

Overige belangrijke onderwerpen

stimuleren

maatschappelijke uitdagingen

referentie Indicator Sectie in het jaarverslag 2021 (JV)

103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement

103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 207-4 Rapportering per land JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij

103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 305-1 Directe BKG-uitstoot (scope 1) JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij 305-2 Energie gerelateerde indirecte BKG-uitstoot (scope 2) JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij 305-3 Overige indirecte BKG uitstoot (scope 3) JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij 305-4 BKG uitstoot intensiteit JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij

103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement

403-6 Promotie van de gezondheid van de werknemer JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers

405-1 Diversiteit bij het bestuur en werknemers JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers

Begrijpelijke, eerlijke en transparante klanteninformatie JV In aanvulling op GR302

103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business

103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business

103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business

JV In aanvulling op GR302

JV In aanvulling op GR302

werden op transparantie

103-3 Evaluatie van de managementaanpak A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate Governance statement

Tax policy - https://www.ageas.com/about/sustainability

A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij

A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze werknemers A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement

JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers

A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement

A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.2 Onze klanten en partners A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate Governance statement

bijdragen aan de transitie naar een meer duurzame wereld

bijdragen aan de transitie naar een meer duurzame wereld

Doelstelling vastgelegd in de Impact24-strategie: GWP-percentage van producten die

Doelstelling vastgelegd in de Impact24-strategie: GWP-percentage van producten die

Doelstelling vastgelegd in de Impact24-strategie: percentage van producten die beoordeeld

Eerste rapportage over 2022 - https://strategy.ageas.com/impact24/report/impact24

Eerste rapportage over 2022 - https://strategy.ageas.com/impact24/report/impact24

Eerste rapportage over 2022 - https://strategy.ageas.com/impact24/report/impact24

Ageas heeft in augustus 2020 de Principes van United Nations Global Compact ondertekend. Ageas verbindt zich ertoe de Tien Principes van het UN Global Compact met betrekking tot mensenrechten, arbeidsnormen, het milieu en de strijd tegen corruptie te ondersteunen en jaarlijks verslag uit te brengen en te communiceren naar zijn stakeholders over de vooruitgang die wordt geboekt bij de implementatie van deze Principes. De onlangs gelanceerde Impact24-strategie herbevestigt Ageas' inzet voor de Tien Principes van het UN Global Compact.

Ageas publiceerde zijn eerste voortgangsverslag in september 20218, waarin een overzicht werd gegeven van de identiteit van Ageas en de stand van zaken op dat moment. Vanaf het tweede verslag rapporteert Ageas ook over de vooruitgang in de loop van het jaar, waarbij de timing wordt afgestemd op het jaarverslag. Dit bevestigt de overtuiging dat niet-financiële informatie, zoals dit voortgangsverslag, even belangrijk is als financiële informatie.

De tabel hieronder bevat informatie en gedetailleerde verwijzingen naar het Jaarverslag 2021 van Ageas, of informatie die terug te vinden is op de Ageas duurzaamheidswebpagina's die de UN Global Compact-principes behandelen.

8 8 https://headless-api.ageas.com/sites/default/files/2021- 09/2020%20UN%20Global%20Compact%20progress%20report\_0.pdf

10 principes van het Global Compact van de VN Acties van Ageas in 2021 Referenties
1
Mensenrechten
Strategie:

Ageas herbevestigt zijn commitment aan de SDG's

Lancering van de Impact24-strategie met
doelstellingen voor duurzame producten en
investeringen
A.3
A.4.1
Governance:
PRINCIPE 1:
Duurzaamheidsbeleid als onderdeel van het
algemene beleid van de Groep
A.4.1
A.5
Bedrijven moeten de bescherming van internationaal
uitgevaardigde mensenrechten steunen en respecteren;
en
PRINCIPE 2:
Ervoor zorgen dat ze niet medeplichtig zijn aan
schendingen van de mensenrechten.
Beleidslijnen:

Ageas gedragscode

actualisering aankoopbeleid van de Groep

actualisering goedkeuringsbeleid van producten

actualisering beleidskader

actualisering kader voor verantwoord beleggen,
inclusief het stembeleid en aandeelhouderschap
A.4.7
Website https://sustainability.ageas.com/reporting
Monitoring:

Eerste risicobeoordeling inzake mensenrechten

Onze klanten en partners

Onze maatschappij - een strategie voor verantwoord
en duurzaam beleggen

Inbreuken tav klanten
A.4.7
A.4.2
A.4.5
A.4.7

3 Milieu

PRINCIPE 7:

PRINCIPE 8:

PRINCIPE 9:

4 Anti-corruptie

PRINCIPE 10:

inclusief afpersing en omkoping.

uitdagingen steunen;

voor het milieu te bevorderen; en

technologieën aanmoedigen.

Bedrijven moeten een voorzorgsaanpak van milieu-

Strategie:

Beleidslijnen: Ageas gedragscode

Opvolging: TCFD-verslag CO2-verslag Onze klanten en partners

Beleidslijnen: Ageas gedragscode

Opvolging:

Ageas herbevestigt zijn commitment aan de SDG's Lancering van de Impact24-strategie met doelstellingen voor duurzame producten en investeringen, en voor CO2-reductie bij de eigen

actualisering kader voor verantwoord beleggen, inclusief het stembeleid en aandeelhouderschap

Onze maatschappij - een strategie voor verantwoord

Up-to-date beleidskader inclusief anti-omkoping en corruptie, anti-witwassen, 'fit & proper-test',

Nieuw beleid inzake lobbyen en lidmaatschappen

Ethisch verantwoord verzekeren, inclusief KPI's Bekendmakingmaking van belastingen

Bekendmaking van lobbying, politieke bijdragen en

actualisering aankoopbeleid van de Groep actualisering goedkeuringsbeleid van producten

Onze maatschappij - meer aandacht voor milieuvriendelijke activiteiten en duurzaam A.3

A.4.1

A.4.7

A.4.2

A.4.5

A.4.5

A.4.6

A.4.7

A.4.7

Website https://sustainability.ageas.com/reporting

Website https://sustainability.ageas.com/reporting

Website https://sustainability.ageas.com/reporting

Website https://sustainability.ageas.com/reporting

activiteiten en bij investeringen

actualisering milieubeleid

en duurzaam beleggen

operationeel gedrag EU taxonomie

belangenconflicten, ...

lidmaatschappen

Initiatieven nemen om een grotere verantwoordelijkheid

De ontwikkeling en verspreiding van milieuvriendelijke

Bedrijven moeten corruptie in al haar vormen bestrijden,

2 Arbeid

316 | 240

PRINCIPE 3:
Bedrijven moeten de vrijheid van vereniging en de
effectieve erkenning van het recht op collectieve
onderhandelingen hooghouden;
Strategie:

Ageas herbevestigt zijn commitment aan de SDG's

Lancering van de Impact24-strategie met
doelstellingen voor diversiteit en
opleiding/ontwikkeling van de werknemers van
A.3
PRINCIPE 4: Ageas A.4.1
De eliminatie van alle vormen van gedwongen en Beleidslijnen:
verplichte arbeid;
Ageas gedragscode

actualisering beleidskader, met inbegrip van
A.4.7
PRINCIPE 5:
De effectieve afschaffing van kinderarbeid; en
specifiek beleid inzake diversiteit en inclusie, en
inzake mensen- en arbeidsrechten

actualisering aankoopbeleid van de Groep
Website https://sustainability.ageas.com/reporting
PRINCIPE 6:
De uitbanning van discriminatie op het gebied van arbeid
en beroep.
Monitoring:

Onze werknemers, inclusief personeelsgerelateerde
KPI's en maatstaven inzake
werknemersbetrokkenheid
A.4.3

3 Milieu

317 | 240

316 | 240

1 Mensenrechten

PRINCIPE 1:

PRINCIPE 2:

en

2 Arbeid

PRINCIPE 3:

PRINCIPE 4:

PRINCIPE 5:

PRINCIPE 6:

en beroep.

verplichte arbeid;

Bedrijven moeten de bescherming van internationaal uitgevaardigde mensenrechten steunen en respecteren;

Ervoor zorgen dat ze niet medeplichtig zijn aan schendingen van de mensenrechten.

Bedrijven moeten de vrijheid van vereniging en de effectieve erkenning van het recht op collectieve

De eliminatie van alle vormen van gedwongen en

De effectieve afschaffing van kinderarbeid; en

De uitbanning van discriminatie op het gebied van arbeid

onderhandelingen hooghouden;

10 principes van het Global Compact van de VN Acties van Ageas in 2021 Referenties

Strategie:

Governance:

Beleidslijnen: Ageas gedragscode

Monitoring:

Strategie:

Ageas

Beleidslijnen: Ageas gedragscode

Monitoring:

investeringen

Ageas herbevestigt zijn commitment aan de SDG's Lancering van de Impact24-strategie met doelstellingen voor duurzame producten en

Duurzaamheidsbeleid als onderdeel van het algemene beleid van de Groep

actualisering aankoopbeleid van de Groep actualisering goedkeuringsbeleid van producten

actualisering kader voor verantwoord beleggen, inclusief het stembeleid en aandeelhouderschap

Eerste risicobeoordeling inzake mensenrechten

Onze maatschappij - een strategie voor verantwoord

Ageas herbevestigt zijn commitment aan de SDG's Lancering van de Impact24-strategie met doelstellingen voor diversiteit en

opleiding/ontwikkeling van de werknemers van

Onze werknemers, inclusief personeelsgerelateerde

werknemersbetrokkenheid A.4.3

actualisering beleidskader, met inbegrip van specifiek beleid inzake diversiteit en inclusie, en

inzake mensen- en arbeidsrechten actualisering aankoopbeleid van de Groep

KPI's en maatstaven inzake

actualisering beleidskader

Onze klanten en partners

en duurzaam beleggen Inbreuken tav klanten

A.3

A.4.1

A.4.1 A.5

A.4.7

A.4.7 A.4.2

A.4.5 A.4.7

A.3

A.4.1

A.4.7

Website https://sustainability.ageas.com/reporting

Website https://sustainability.ageas.com/reporting

Strategie:

Ageas herbevestigt zijn commitment aan de SDG's
A.3
Lancering van de Impact24-strategie met
doelstellingen voor duurzame producten en
investeringen, en voor CO2-reductie bij de eigen
activiteiten en bij investeringen A.4.1
PRINCIPE 7: Beleidslijnen:
Bedrijven moeten een voorzorgsaanpak van milieu
Ageas gedragscode
uitdagingen steunen;
actualisering kader voor verantwoord beleggen,
inclusief het stembeleid en aandeelhouderschap A.4.7
PRINCIPE 8:
actualisering milieubeleid
Website https://sustainability.ageas.com/reporting
Initiatieven nemen om een grotere verantwoordelijkheid
actualisering aankoopbeleid van de Groep
voor het milieu te bevorderen; en
actualisering goedkeuringsbeleid van producten
Opvolging:
PRINCIPE 9:
TCFD-verslag
Website https://sustainability.ageas.com/reporting
De ontwikkeling en verspreiding van milieuvriendelijke
CO2-verslag
technologieën aanmoedigen.
Onze klanten en partners
A.4.2

Onze maatschappij - een strategie voor verantwoord
en duurzaam beleggen A.4.5

Onze maatschappij - meer aandacht voor
milieuvriendelijke activiteiten en duurzaam A.4.5
operationeel gedrag

EU taxonomie
A.4.6
4
Anti-corruptie
Beleidslijnen:

PRINCIPE 10:

Bedrijven moeten corruptie in al haar vormen bestrijden, inclusief afpersing en omkoping.

Ageas gedragscode

Up-to-date beleidskader inclusief anti-omkoping en A.4.7
corruptie, anti-witwassen, 'fit & proper-test', Website https://sustainability.ageas.com/reporting
belangenconflicten,
Nieuw beleid inzake lobbyen en lidmaatschappen
Opvolging:
Ethisch verantwoord verzekeren, inclusief KPI's
Bekendmakingmaking van belastingen A.4.7
Bekendmaking van lobbying, politieke bijdragen en Website https://sustainability.ageas.com/reporting

lidmaatschappen

UNEP FI PSI Index

UNEP FI PSI Index 319 | 240

2 We werken samen met onze klanten en zakenpartners om aandacht te vragen voor milieu-, sociale en bestuursaspecten, om risico's te beheren en oplossingen

3 We werken samen met overheden, toezichthouders en andere belangrijke stakeholders om de brede maatschappij aan te zetten tot actie betreffende milieu-,

4 We tonen verantwoordelijkheid en transparantie door regelmatig onze vooruitgang bij de toepassing van de

principes openbaar te maken.

sociale en bestuursaangelegenheden.

Lancering van de Impact24-strategie met voor het eerst nietfinanciële doelstellingen voor duurzame producten en investeringen, inclusief een actieplan voor de verwezenlijking

Update van policy's, bv. op het vlak van PRAP, het kader voor verantwoord beleggen, inclusief stembeleid en engagement

Actieve betrokkenheid, rechtstreeks en via Action 100+ A.4.5

Eerste openbaarmaking over EU-taxonomie A.4.6

Actieve promotie van duurzame initiatieven, zoals minder rijden, groene auto-onderdelen ('green parts'), en duurzame

Actieve promotie van maatschappelijk gerelateerde

Oprichting van leerstoel Duurzaam Verzekeren aan de

Samenwerking met verschillende universiteiten rond ethiek,

Samenwerking met onderwijswereld om sociaal kwetsbare

Jaarlijkse openbaarmaking in het jaarverslag van Ageas in overeenstemming met de GRI-standaarden (core) Thematische openbaarmakingen over bijvoorbeeld TCFD, CO2, belastingen, lobbying, lidmaatschappen, GC-principes

Reactie op verschillende ESG-ratingbureaus, zoals CDP

verzekeringen en in de wereld actief te promoten, bv. World

Meerdere lidmaatschappen om ESG-aspecten in

Economic Forum, engagement voor de PRI's

initiatieven zoals verkeersveiligheid, MAZE, ziekten, financiële

investeringen, inclusief in vastgoed

Voortzetting van de implementering van de TCFD en

rapportering hierover

geletterdheid

Universiteit Antwerpen

mensen te ondersteunen

verzekeringen, ...

van de VN

A.3

https://sustainability.ageas.com/reporting

https://sustainability.ageas.com/reporting

A.4.2

A.4.5

https://www.ageas.com/investors/quarterly-results https://sustainability.ageas.com/reporting

te ontwikkelen.

Ageas is op 15 september 2020 officieel ondertekenaar geworden van de Principles for Sustainable Insurance (PSI) van het United Nations Environment Programme Finance Initiative (UNEPFI). Dit initiatief van de verzekeringssector stimuleert een sectorbrede inzet voor ESG-integratie. Het eerste statusrapport van Ageas, gepubliceerd in september 20219, gaf een overzicht van de stand van zaken en de vooruitgang die was geboekt ten opzichte van de belangrijkste uitgangspunten van het UNEP FI PSI gebaseerd op de situatie op 30 juni 2021.

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Als ondertekenaar van de PSI zal Ageas vanaf nu jaarlijks de vooruitgang bekendmaken die is geboekt bij het verankeren van de principes in alle aspecten van de bedrijfsvoering, in lijn met de timing van het Jaarverslag. De tabel hieronder verwijst naar de activiteiten die Ageas in 2021 heeft ondernomen om haar betrokkenheid bij de PSI aan te tonen.

Principes van duurzaam verzekeren Acties van Ageas in 2021 Referenties
1 We integreren in onze besluitvorming milieu-, sociale en
bestuursaspecten met betrekking tot onze
verzekeringsactiviteiten.
Lancering van de Impact24-strategie met voor het eerst niet
financiële doelstellingen voor duurzame investeringen,
medewerkers en planeet, en een herbevestiging van het
engagement voor de SDG's
A.3
Governance inzake duurzaamheid als onderdeel van het
algehele bestuur van de Groep
A.4.1
Voortzetting van de implementering van de TCFD en
rapportering hierover
https://sustainability.ageas.com/reporting
Update van policy's of nieuwe policy's, bv. op het vlak van
PRAP, milieu, inkoop, lobbying en lidmaatschappen, het
kader voor verantwoord beleggen, inclusief stembeleid en
engagement
A.4.5
E-learning over duurzaamheid A.4.3
Eerste risicobeoordeling inzake mensenrechten A.4.7
Acties ten aanzien van medewerkers en de samenleving en
monitoring van resultaten door middel van KPI's
A.4.3

9 https://headless-api.ageas.com/sites/default/files/2021-09/2020%20UNEP%20FI%20PSI%20Progress%20report.pdf

2 We werken samen met onze klanten en zakenpartners
om aandacht te vragen voor milieu-, sociale en
bestuursaspecten, om risico's te beheren en oplossingen
Lancering van de Impact24-strategie met voor het eerst niet
financiële doelstellingen voor duurzame producten en
investeringen, inclusief een actieplan voor de verwezenlijking
A.3
te ontwikkelen. Voortzetting van de implementering van de TCFD en
rapportering hierover
https://sustainability.ageas.com/reporting
Update van policy's, bv. op het vlak van PRAP, het kader voor
verantwoord beleggen, inclusief stembeleid en engagement
https://sustainability.ageas.com/reporting
Actieve promotie van duurzame initiatieven, zoals minder
rijden, groene auto-onderdelen ('green parts'), en duurzame
investeringen, inclusief in vastgoed
A.4.2
Actieve betrokkenheid, rechtstreeks en via Action 100+ A.4.5
Eerste openbaarmaking over EU-taxonomie A.4.6
3 We werken samen met overheden, toezichthouders en
andere belangrijke stakeholders om de brede
maatschappij aan te zetten tot actie betreffende milieu-,
sociale en bestuursaangelegenheden.




Actieve promotie van maatschappelijk gerelateerde
initiatieven zoals verkeersveiligheid, MAZE, ziekten, financiële
geletterdheid
Oprichting van leerstoel Duurzaam Verzekeren aan de
Universiteit Antwerpen
Samenwerking met verschillende universiteiten rond ethiek,
verzekeringen,
Samenwerking met onderwijswereld om sociaal kwetsbare
mensen te ondersteunen
Meerdere lidmaatschappen om ESG-aspecten in
verzekeringen en in de wereld actief te promoten, bv. World
Economic Forum, engagement voor de PRI's
A.4.5
4 We tonen verantwoordelijkheid en transparantie door
regelmatig onze vooruitgang bij de toepassing van de
principes openbaar te maken.


Jaarlijkse openbaarmaking in het jaarverslag van Ageas in
overeenstemming met de GRI-standaarden (core)
Thematische openbaarmakingen over bijvoorbeeld TCFD,
CO2, belastingen, lobbying, lidmaatschappen, GC-principes
van de VN
Reactie op verschillende ESG-ratingbureaus, zoals CDP
https://www.ageas.com/investors/quarterly-results
https://sustainability.ageas.com/reporting

Ageas is op 15 september 2020 officieel ondertekenaar geworden van de Principles for Sustainable Insurance (PSI)

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

verzekeringssector stimuleert een sectorbrede inzet voor ESG-integratie. Het eerste statusrapport van Ageas, gepubliceerd in september 20219, gaf een overzicht van de stand van zaken en de vooruitgang die was geboekt ten

opzichte van de belangrijkste uitgangspunten van het UNEP FI PSI gebaseerd op de situatie op 30 juni 2021.

Als ondertekenaar van de PSI zal Ageas vanaf nu jaarlijks de vooruitgang bekendmaken die is geboekt bij het verankeren van de principes in alle aspecten van de bedrijfsvoering, in lijn met de timing van het Jaarverslag. De tabel hieronder verwijst naar de activiteiten die Ageas in 2021 heeft

Lancering van de Impact24-strategie met voor het eerst nietfinanciële doelstellingen voor duurzame investeringen, medewerkers en planeet, en een herbevestiging van het

Governance inzake duurzaamheid als onderdeel van het

Update van policy's of nieuwe policy's, bv. op het vlak van PRAP, milieu, inkoop, lobbying en lidmaatschappen, het kader voor verantwoord beleggen, inclusief stembeleid en

Voortzetting van de implementering van de TCFD en

A.3

UNEP FI PSI Index 319 | 240

A.4.1

https://sustainability.ageas.com/reporting

A.4.5

A.4.3

A.4.7

A.4.3

Principes van duurzaam verzekeren Acties van Ageas in 2021 Referenties

engagement voor de SDG's

algehele bestuur van de Groep

rapportering hierover

E-learning over duurzaamheid

Eerste risicobeoordeling inzake mensenrechten

Acties ten aanzien van medewerkers en de samenleving en monitoring van resultaten door middel van KPI's

engagement

9 https://headless-api.ageas.com/sites/default/files/2021-09/2020%20UNEP%20FI%20PSI%20Progress%20report.pdf

van het United Nations Environment Programme Finance Initiative (UNEPFI). Dit initiatief van de

ondernomen om haar betrokkenheid bij de PSI aan te tonen.

1 We integreren in onze besluitvorming milieu-, sociale en bestuursaspecten met betrekking tot onze

verzekeringsactiviteiten.

Begrippenlijst en Afkortingen

Geamortiseerde kostprijs

320 | 240

Bedrag waarvoor het financieel actief of de financiële verplichting bij de eerste opname in de balans wordt opgenomen, verminderd met aflossingen op de hoofdsom, vermeerderd of verminderd met de via de effectieve-rentemethode bepaalde geaccumuleerde afschrijving van het verschil tussen dat eerste bedrag en het aflossingsbedrag, en verminderd met eventuele afboekingen wegens bijzondere waardeverminderingen.

Door activa gedekte effecten

Obligaties of andere schuldeffecten, gedekt door schuldinstrumenten (anders dan hypotheken) of schuldvorderingen.

Geassocieerde deelneming

Een onderneming waarin Ageas invloed van betekenis heeft zonder overwegende zeggenschap.

Basispunt (bp) Een honderste procentpunt (0,01%).

Cash flow hedge

Een afdekking van het risico op schommelingen in de kasstromen van een actief of een verplichting of van een verwachte toekomstige transactie en die voortkomen uit variabele koersen of prijzen.

Clean fair value

De reële waarde, exclusief het ongerealiseerde deel van de opgelopen rente.

Clearing

De administratieve vereffening van effecten, futures en opties via een verrekeningsagentschap en de eraan verbonden financiële instellingen (clearing members).

Contractlimieten

Onder Solvency II maken in principe alle met een verzekeringscontract verband houdende verplichtingen, met inbegrip van verplichtingen die verband houden met unilaterale rechten van de

verzekeringsonderneming om de reikwijdte van de overeenkomst en de met betaalde premies verband houdende verplichtingen te vernieuwen of te verlengen, deel uit van de overeenkomst. De verplichtingen die verband houden met de verzekeringsdekking die door de verzekeringsonderneming wordt geboden na de toekomstige datum waarop de verzekeringsonderneming een unilateraal recht heeft om (a)

de overeenkomst te beëindigen, (b) uit hoofde van de overeenkomst te betalen premies af te wijzen of (c) de uit hoofde van de overeenkomst te bepalen premies of uitkeringen zodanig te wijzigen dat de premies de risico's volledig weerspiegelen die niet tot de overeenkomst behoren, tenzij de verzekeringsonderneming de verzekeringnemer ertoe kan verplichten de toekomstige premies van dat deel te betalen.

Begrippenlijst en Afkortingen 321 | 240

Discretionaire winstdeling

uitkeringen vormen;

van de emittent is en

aanvullende voordelen te ontvangen:

entiteit die het contract uitgeeft.

In een contract besloten derivaten

aankoopcontract.

Employee benefits

verrichte diensten.

Reële waarde

Verwachte kredietverliezen

Reële waarde afdekking

gerapporteerde netto winst.

Financiële lease

Goodwill

verplichtingen.

gegeven premies.

Bruto geboekte premies

Een contractueel recht om, in aanvulling op gegarandeerde voordelen,

Hedge accounting

resultaten verschaffen.

Verzekeringscontract

Beleggingscontract

Immateriële vast actief

worden bepaald.

ISO-valutalijst

Vastgoedbeleggingen

stijging van de kapitaalwaarde.

AUD Australië, dollars CAD Canada, dollars CHF Zwitserland, francs CNY China, yuan/renminbi DKK Denemarken, kroner GBP Verenigd Koninkrijk, ponden HKD Hongkong, dollar HUF Hongarije, Forint INR India, Rupees MAD Marokko, Dirham MYR Maleisië, ringgit PHP Filipijnse peso PLN Polen, Zloty RON Roemenie, Leu SEK Zweden, kronor THB Thailand, baht TRY Turkije, nieuwe lira TWD Taiwan, nieuwe dollars USD Verenigde Staten, dollars ZAR Zuid-Afrika, rand

Bijzondere waardevermindering

schade berokkent aan de verzekerde.

significant verzekeringsrisico overdraagt.

IFRS

Verantwoording van de compenserende effecten van veranderingen in de reële waarde van het afdekkingsinstrument en de reële waarde van het afgedekte instrument in de resultatenrekening van dezelfde periode.

De standaard internationale boekhoudregels voor het opstellen van jaarrekeningen per 1 januari 2005 voor alle beursgenoteerde ondernemingen binnen de Europese Unie, die de jaarcijfers beter vergelijkbaar maken en beter inzicht in de financiële positie en

Het bedrag waarmee de boekwaarde van een actief zijn realiseerbare waarde overtreft. In dergelijke gevallen zal de boekwaarde via de resultatenrekening teruggebracht worden tot de reële waarde.

Contracten die aan de ene partij (Ageas, dochtermaatschappijen of deelnemingen) een aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen van de andere Partij (de verzekeringsnemer) door overeen te komen om de verzekeringsnemer te vergoeden voor een onvoorziene gebeurtenis die

Een levensverzekeringscontract dat het financiële risico, maar geen

Een identificeerbaar, niet-monetair actief. Het immaterieel vast actief wordt verantwoord tegen kostprijs als het toekomstige economische voordelen zal opleveren en de kostprijs van het actief betrouwbaar kan

Vastgoed dat wordt aangehouden omwille van huuropbrengsten of een

die waarschijnlijk een aanzienlijk deel van de totale contractuele

Die contractueel gebaseerd zijn op: (i) de prestaties van een bepaalde pool van contracten of een bepaald type contract; (ii) gerealiseerde en/of ongerealiseerde beleggingsresultaten van een bepaalde pool van door de emittent gehouden activa; of (iii) de winst of het verlies van de vennootschap, het fonds of een andere

waarvan het bedrag of de timing volgens contract naar goeddunken

Een afgeleid instrument dat in een ander contract, het basiscontract, ligt besloten. Het basiscontract kan een schuld- of aandeleninstrument zijn,

Het geheel van niet-verplichte verzekeringen en andere voorzieningen die werknemers, naast hun salaris, ontvangen in ruil voor door hen

Een leaseovereenkomst die vrijwel alle aan de eigendom van een actief verbonden risico's en beloningen overdraagt. Het eigendom kan

Een afdekking om de blootstelling te beperken aan schommelingen in de reële waarde van een actief of een verplichting (dan wel een deel daarvan), of een vaststaande verbintenis. De schommeling van de reële waarde is verbonden aan een specifiek risico en is van invloed op de

Een leaseovereenkomst die vrijwel alle aan de eigendom van een actief verbonden risico's en beloningen overdraagt. Het eigendom kan

Dit vertegenwoordigt het positieve verschil tussen enerzijds de reële

bedrijfscombinatie toe te schrijven kosten, en anderzijds het belang van Ageas in de reële waarde van de activa, passiva en voorwaardelijke

Totale premies (al dan niet verdiend) voor in een bepaalde periode aangegane verzekeringscontracten, zonder aftrek van in herverzekering

eigenvermogeninstrumenten plus eventuele direct aan de

een lease, een verzekeringscontract of een verkoop- of

Het gewogen gemiddelde van de kredietverliezen met het

respectievelijke wanbetalingsrisico als weging.

uiteindelijk wel of niet worden overgedragen.

uiteindelijk wel of niet worden overgedragen.

waarde van de activa, passiva en uitgegeven

Kredietverlies

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Het verschil tussen alle contractuele kasstromen die aan een entiteit verschuldigd zijn overeenkomstig het contract en alle kasstromen die de entiteit verwacht te ontvangen (d.w.z. alle mankerende bedragen), gedisconteerd tegen de oorspronkelijke effectieve rentevoet.

Credit spread

Het renteverschil tussen overheidsobligaties en bedrijfsobligaties (ook wel 'credits' genoemd).

Custody (bewaarneming)

Overeenkomst, meestal tussen een belegger en een bank (maar eventueel ook een agent of een trustbedrijf), waarbij de belegger effecten, goud of andere kostbaarheden tegen betaling in bewaring geeft bij de bank, die daarvoor een vergoeding in rekening brengt.

Overlopende acquisitiekosten

De kosten van nieuwe en hernieuwde verzekeringen omvatten voornamelijk commissies, uitgaven met betrekking tot tussenpersonen en uitgifte van nieuwe polissen. Deze variëren naar gelang en houden hoofdzakelijk verband met de productie van nieuwe verzekeringen en worden uitgesteld en afgeschreven.

Derivaat

Een financieel instrument zoals een swap, futures- of termijncontract of optie (geschreven of gekocht). Dat financiële instrument heeft een waarde die verandert naar gelang de veranderingen in de onderliggende waarde. Het instrument vergt weinig tot geen aanvangsinvestering en wordt op een tijdstip in de toekomst afgewikkeld.

Invaliditeitsverzekering

Verzekering tegen de financiële gevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid.

Contantewaardeberekening

Een waarderingsmethode waarbij de verwachte toekomstige kasstromen verdisconteerd worden tegen een rentevoet die de tijdswaarde van het geld uitdrukt alsook een risicopremie die een weerspiegeling vormt van de extra opbrengst die beleggers verlangen om het risico te compenseren dat de verwachte kasstroom niet wordt gerealiseerd.

Discretionaire winstdeling

320 | 240

Geamortiseerde kostprijs

waardeverminderingen.

Door activa gedekte effecten

Geassocieerde deelneming

overwegende zeggenschap.

Een honderste procentpunt (0,01%).

Basispunt (bp)

Cash flow hedge

Clean fair value

(clearing members).

Contractlimieten

rente.

Clearing

(anders dan hypotheken) of schuldvorderingen.

Bedrag waarvoor het financieel actief of de financiële verplichting bij de eerste opname in de balans wordt opgenomen, verminderd met aflossingen op de hoofdsom, vermeerderd of verminderd met de via de effectieve-rentemethode bepaalde geaccumuleerde afschrijving van het verschil tussen dat eerste bedrag en het aflossingsbedrag, en verminderd met eventuele afboekingen wegens bijzondere

Obligaties of andere schuldeffecten, gedekt door schuldinstrumenten

Een onderneming waarin Ageas invloed van betekenis heeft zonder

Een afdekking van het risico op schommelingen in de kasstromen van een actief of een verplichting of van een verwachte toekomstige transactie en die voortkomen uit variabele koersen of prijzen.

De reële waarde, exclusief het ongerealiseerde deel van de opgelopen

De administratieve vereffening van effecten, futures en opties via een verrekeningsagentschap en de eraan verbonden financiële instellingen

Onder Solvency II maken in principe alle met een verzekeringscontract verband houdende verplichtingen, met inbegrip van verplichtingen die

verzekeringsonderneming om de reikwijdte van de overeenkomst en de met betaalde premies verband houdende verplichtingen te vernieuwen of te verlengen, deel uit van de overeenkomst. De verplichtingen die

verband houden met unilaterale rechten van de

verband houden met de verzekeringsdekking die door de verzekeringsonderneming wordt geboden na de toekomstige datum waarop de verzekeringsonderneming een unilateraal recht heeft om (a) de overeenkomst te beëindigen, (b) uit hoofde van de overeenkomst te betalen premies af te wijzen of (c) de uit hoofde van de overeenkomst te Een contractueel recht om, in aanvulling op gegarandeerde voordelen, aanvullende voordelen te ontvangen:

  • die waarschijnlijk een aanzienlijk deel van de totale contractuele uitkeringen vormen;
  • waarvan het bedrag of de timing volgens contract naar goeddunken van de emittent is en
  • Die contractueel gebaseerd zijn op: (i) de prestaties van een bepaalde pool van contracten of een bepaald type contract; (ii) gerealiseerde en/of ongerealiseerde beleggingsresultaten van een bepaalde pool van door de emittent gehouden activa; of (iii) de winst of het verlies van de vennootschap, het fonds of een andere entiteit die het contract uitgeeft.

In een contract besloten derivaten

Een afgeleid instrument dat in een ander contract, het basiscontract, ligt besloten. Het basiscontract kan een schuld- of aandeleninstrument zijn, een lease, een verzekeringscontract of een verkoop- of aankoopcontract.

Employee benefits

bepalen premies of uitkeringen zodanig te wijzigen dat de premies de risico's volledig weerspiegelen die niet tot de overeenkomst behoren, tenzij de verzekeringsonderneming de verzekeringnemer ertoe kan verplichten de toekomstige premies van dat deel te betalen.

Begrippenlijst en Afkortingen 321 | 240

Het verschil tussen alle contractuele kasstromen die aan een entiteit verschuldigd zijn overeenkomstig het contract en alle kasstromen die de entiteit verwacht te ontvangen (d.w.z. alle mankerende bedragen), gedisconteerd tegen de oorspronkelijke effectieve rentevoet.

Het renteverschil tussen overheidsobligaties en bedrijfsobligaties (ook

Overeenkomst, meestal tussen een belegger en een bank (maar eventueel ook een agent of een trustbedrijf), waarbij de belegger effecten, goud of andere kostbaarheden tegen betaling in bewaring geeft bij de bank, die daarvoor een vergoeding in rekening brengt.

De kosten van nieuwe en hernieuwde verzekeringen omvatten voornamelijk commissies, uitgaven met betrekking tot tussenpersonen en uitgifte van nieuwe polissen. Deze variëren naar gelang en houden hoofdzakelijk verband met de productie van nieuwe verzekeringen en

Een financieel instrument zoals een swap, futures- of termijncontract of optie (geschreven of gekocht). Dat financiële instrument heeft een waarde die verandert naar gelang de veranderingen in de onderliggende waarde. Het instrument vergt weinig tot geen aanvangsinvestering en

Een waarderingsmethode waarbij de verwachte toekomstige kasstromen verdisconteerd worden tegen een rentevoet die de tijdswaarde van het geld uitdrukt alsook een risicopremie die een weerspiegeling vormt van

Kredietverlies

Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken).

Credit spread

Derivaat

Invaliditeitsverzekering

arbeidsongeschiktheid.

Contantewaardeberekening

wel 'credits' genoemd).

Custody (bewaarneming)

Overlopende acquisitiekosten

worden uitgesteld en afgeschreven.

wordt op een tijdstip in de toekomst afgewikkeld.

Verzekering tegen de financiële gevolgen van langdurige

de extra opbrengst die beleggers verlangen om het risico te compenseren dat de verwachte kasstroom niet wordt gerealiseerd. Het geheel van niet-verplichte verzekeringen en andere voorzieningen die werknemers, naast hun salaris, ontvangen in ruil voor door hen verrichte diensten.

Verwachte kredietverliezen

Het gewogen gemiddelde van de kredietverliezen met het respectievelijke wanbetalingsrisico als weging.

Reële waarde

Een leaseovereenkomst die vrijwel alle aan de eigendom van een actief verbonden risico's en beloningen overdraagt. Het eigendom kan uiteindelijk wel of niet worden overgedragen.

Reële waarde afdekking

Een afdekking om de blootstelling te beperken aan schommelingen in de reële waarde van een actief of een verplichting (dan wel een deel daarvan), of een vaststaande verbintenis. De schommeling van de reële waarde is verbonden aan een specifiek risico en is van invloed op de gerapporteerde netto winst.

Financiële lease

Een leaseovereenkomst die vrijwel alle aan de eigendom van een actief verbonden risico's en beloningen overdraagt. Het eigendom kan uiteindelijk wel of niet worden overgedragen.

Goodwill

Dit vertegenwoordigt het positieve verschil tussen enerzijds de reële waarde van de activa, passiva en uitgegeven

eigenvermogeninstrumenten plus eventuele direct aan de bedrijfscombinatie toe te schrijven kosten, en anderzijds het belang van Ageas in de reële waarde van de activa, passiva en voorwaardelijke verplichtingen.

Bruto geboekte premies

Totale premies (al dan niet verdiend) voor in een bepaalde periode aangegane verzekeringscontracten, zonder aftrek van in herverzekering gegeven premies.

Hedge accounting

Verantwoording van de compenserende effecten van veranderingen in de reële waarde van het afdekkingsinstrument en de reële waarde van het afgedekte instrument in de resultatenrekening van dezelfde periode.

IFRS

De standaard internationale boekhoudregels voor het opstellen van jaarrekeningen per 1 januari 2005 voor alle beursgenoteerde ondernemingen binnen de Europese Unie, die de jaarcijfers beter vergelijkbaar maken en beter inzicht in de financiële positie en resultaten verschaffen.

Bijzondere waardevermindering

Het bedrag waarmee de boekwaarde van een actief zijn realiseerbare waarde overtreft. In dergelijke gevallen zal de boekwaarde via de resultatenrekening teruggebracht worden tot de reële waarde.

Verzekeringscontract

Contracten die aan de ene partij (Ageas, dochtermaatschappijen of deelnemingen) een aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen van de andere Partij (de verzekeringsnemer) door overeen te komen om de verzekeringsnemer te vergoeden voor een onvoorziene gebeurtenis die schade berokkent aan de verzekerde.

Beleggingscontract

Een levensverzekeringscontract dat het financiële risico, maar geen significant verzekeringsrisico overdraagt.

Immateriële vast actief

Een identificeerbaar, niet-monetair actief. Het immaterieel vast actief wordt verantwoord tegen kostprijs als het toekomstige economische voordelen zal opleveren en de kostprijs van het actief betrouwbaar kan worden bepaald.

Vastgoedbeleggingen

Vastgoed dat wordt aangehouden omwille van huuropbrengsten of een stijging van de kapitaalwaarde.

ISO-valutalijst

AUD Australië, dollars
CAD Canada, dollars
CHF Zwitserland, francs
CNY China, yuan/renminbi
DKK Denemarken, kroner
GBP Verenigd Koninkrijk, ponden
HKD Hongkong, dollar
HUF Hongarije, Forint
INR India, Rupees
MAD Marokko, Dirham
MYR Maleisië, ringgit
PHP Filipijnse peso
PLN Polen, Zloty
RON Roemenie, Leu
SEK Zweden, kronor
THB Thailand, baht
TRY Turkije, nieuwe lira
TWD Taiwan, nieuwe dollars
USD Verenigde Staten, dollars
ZAR Zuid-Afrika, rand

Liquiditeitsratio

322 | 240

Een maatstaf waarmee kan worden beoordeeld of de instromende kasmiddelen van Ageas voldoende zijn voor een liquiditeitspositie waarmee een efficiënte bedrijfsvoering mogelijk is, de reputatie van Ageas in de markt kan worden gehandhaafd en de uitstroom van kasmiddelen in normale marktsituaties kan worden gedekt.

Marktkapitalisatie

De waarde die door de beurs aan de vennootschap wordt toegekend. Marktkapitalisatie is gelijk aan het aantal uitstaande aandelen vermenigvuldigd met de geldende koers van het aandeel.

NCI

Non-controlling interest (minderheidsbelang).

Netto-investeringshedge

Een afdekking van het financiële risico van een netto investering in een buitenlandse entiteit door een transactie met een compenserend risicoprofiel af te sluiten.

Notioneel bedrag

Aantal valuta-eenheden, aantal aandelen, een aantal eenheden in gewicht of volume of andere eenheden gespecificeerd in een derivatencontract.

Operationele lease

Een overeenkomst die het gebruik van een goed toelaat tegen periodieke betalingen, maar geen overdracht inhoudt van een eigendomstitel. Het financiële risico blijft bij de schuldeiser of leasinggever.

Operationele marge

Het bedrijfsresultaat gedeeld door de nettopremies. Het bedrijfsresultaat is de winst of het verlies uit alle activiteiten, inclusief het technisch en beleggingsresultaat.

Optie

Het recht, maar niet de verplichting, om een effect gedurende een bepaalde periode of op een bepaalde datum tegen een bepaalde prijs te kopen (calloptie) of verkopen (putoptie).

Private equity

Effecten van bedrijven die niet aan een beurs zijn genoteerd. Omdat een markt ontbreekt, moet een belegger zelf een koper vinden als hij zijn aandeel in een dergelijk bedrijf wil verkopen.

Voorzieningen

Voorzieningen zijn verplichtingen die onzekerheden met zich meebrengen in hoogte of tijdstip van betaling. Voorzieningen worden verantwoord op de balans indien er een bestaande (wettelijke of constructieve) verplichting is tot overdracht van economische voordelen, zoals kasstromen, als gevolg van gebeurtenissen in het verleden en indien op de balansdatum een betrouwbare schatting mogelijk is.

Omgekeerde terugkoopovereenkomst

De aankoop van een effect waaraan een overeenkomst gekoppeld wordt om het op een toekomstige datum tegen een hogere prijs terug te verkopen.

Shadow accounting

Onder IFRS 4 kunnen niet gerealiseerde resultaten op activa die gelden als dekking voor de verzekeringsverplichtingen in de waardering van

verzekeringsverplichtingen worden opgenomen op eenzelfde wijze als gerealiseerde resultaten. De hieraan gerelateerde aanpassing van de verzekeringsverplichtingen (of overlopende acquisitiekosten of immateriële activa) worden uitsluitend verantwoord in het eigen vermogen indien de niet-gerealiseerde meerwaarden rechtstreeks is het eigen vermogen worden verantwoord.

323 | 240

Afkortingen

AFS Voor verkoop beschikbaar ALM Asset and liability management

CDS Credit default swap CEU Continentaal Europa

ECL Verwachte kredietverliezen

IBNR Incurred but not reported

LAT Liability adequacy test MCS Mandatory Convertible Securities

SPE Special purpose entity VK Verenigd Koninkrijk

OTC Over the counter

EPS Earnings per share (winst per aandeel) Euribor Euro inter bank offered rate EV Embedded value

AVG Algemene verordening gegevensbescherming

CASHES Convertible and Subordinated Hybrid Equity-linked Securities

DPF Discretionary participation features (discretionaire winstdelingscomponent)

CGU Cash generating unit (kasstroomgenererende eenheid)

FRESH Floating rate equity linked subordinated hybrid bond HTM Held to maturity (tot einde looptijd aangehouden) HFT Held for trading (aangehouden voor handelsdoeleinden)

IFRIC International Financial Reporting Interpretations Committee

SPPI Solely Payments of Principal and Interest (uitsluitend betaling hoofdsom en rente)

IFRS International Financial Reporting Standards

Effectenuitleentransacties

Een lening van een effect van de ene partij aan de andere, die op zijn beurt het effect dient terug te bezorgen op de eindvervaldag van de transactie. Tegenover een dergelijke lening staat veelal een onderpand. Dit type transactie geeft aan de eigenaar van het effect de mogelijkheid om extra rendement te behalen.

SPPI (Solely Payments of Principal and Interest)

Een financieel actief voldoet aan de SPPI-test indien de contractuele voorwaarden van het financieel actief op specifieke data uitsluitend aanleiding zijn voor betaling van aflossingen op de hoofdsom en rente op de uitstaande hoofdsom.

Stressliquiditeitsratio

Een serie maatstaven waarmee kan worden beoordeeld of de instromende kasmiddelen van Ageas voldoende zijn voor een liquiditeitspositie waarmee een efficiënte bedrijfsvoering mogelijk is, de reputatie van Ageas kan worden gehandhaafd en verliezen uit posten in de verplichtingen gedurende perioden met liquiditeitsspanningen te vermijden.

Gestructureerde schuldinstrumenten

Gestructureerde kredietinstrumenten zijn waardepapieren, die gecreëerd worden door het herverpakken van kasstromen uit financiële contracten en bevatten obligaties gedekt door overige activa (ABS), obligaties gedekt door hypotheken (MBS) en schuldpapieren met onderpand (CDO's).

Achtergestelde obligatie (lening)

Een lening (of effect) dat lager staat in de rangorde van schulden die aanspraak kunnen maken op activa en inkomsten.

Dochteronderneming

Ondernemingen waarin Ageas, direct of indirect, het financiële en operationele beleid kan sturen teneinde voordelen uit deze activiteiten te verwerven ('beleidsbepalende invloed').

Transactiedatum

De datum waarop Ageas toetreedt tot de contractuele bepalingen van het instrument.

Value of Business acquired (VOBA)

De contante waarde van toekomstige winsten (ook gedefinieerd als 'value of business acquired' of 'VOBA') uit verworven verzekeringscontracten. De VOBA wordt verantwoord als immaterieel actief en afgeschreven over de opnameperiode van de premie of bruto winst van de polissen.

VaR

Afkorting van Value at Risk. Een techniek op basis van de statistische analyse van historische marktontwikkelingen en fluctuaties. De VaR bepaalt de kans dat het verlies op een portefeuille een bepaald bedrag zal overschrijden.

Afkortingen

323 | 240

verzekeringsverplichtingen worden opgenomen op eenzelfde wijze als gerealiseerde resultaten. De hieraan gerelateerde aanpassing van de verzekeringsverplichtingen (of overlopende acquisitiekosten of immateriële activa) worden uitsluitend verantwoord in het eigen vermogen indien de niet-gerealiseerde meerwaarden rechtstreeks is het

Een lening van een effect van de ene partij aan de andere, die op zijn beurt het effect dient terug te bezorgen op de eindvervaldag van de transactie. Tegenover een dergelijke lening staat veelal een onderpand. Dit type transactie geeft aan de eigenaar van het effect de mogelijkheid

Een financieel actief voldoet aan de SPPI-test indien de contractuele voorwaarden van het financieel actief op specifieke data uitsluitend aanleiding zijn voor betaling van aflossingen op de hoofdsom en rente

Een serie maatstaven waarmee kan worden beoordeeld of de instromende kasmiddelen van Ageas voldoende zijn voor een liquiditeitspositie waarmee een efficiënte bedrijfsvoering mogelijk is, de reputatie van Ageas kan worden gehandhaafd en verliezen uit posten in de verplichtingen gedurende perioden met liquiditeitsspanningen te

Gestructureerde kredietinstrumenten zijn waardepapieren, die gecreëerd worden door het herverpakken van kasstromen uit financiële contracten en bevatten obligaties gedekt door overige activa (ABS), obligaties gedekt door hypotheken (MBS) en schuldpapieren met

Een lening (of effect) dat lager staat in de rangorde van schulden die

Ondernemingen waarin Ageas, direct of indirect, het financiële en operationele beleid kan sturen teneinde voordelen uit deze activiteiten te

De datum waarop Ageas toetreedt tot de contractuele bepalingen van

De contante waarde van toekomstige winsten (ook gedefinieerd als

verzekeringscontracten. De VOBA wordt verantwoord als immaterieel actief en afgeschreven over de opnameperiode van de premie of bruto

Afkorting van Value at Risk. Een techniek op basis van de statistische analyse van historische marktontwikkelingen en fluctuaties. De VaR bepaalt de kans dat het verlies op een portefeuille een bepaald bedrag

'value of business acquired' of 'VOBA') uit verworven

aanspraak kunnen maken op activa en inkomsten.

eigen vermogen worden verantwoord.

Effectenuitleentransacties

om extra rendement te behalen.

op de uitstaande hoofdsom.

Gestructureerde schuldinstrumenten

Achtergestelde obligatie (lening)

verwerven ('beleidsbepalende invloed').

Value of Business acquired (VOBA)

Stressliquiditeitsratio

onderpand (CDO's).

Dochteronderneming

Transactiedatum

het instrument.

winst van de polissen.

zal overschrijden.

VaR

vermijden.

SPPI (Solely Payments of Principal and Interest)

322 | 240

Liquiditeitsratio

Marktkapitalisatie

Netto-investeringshedge

risicoprofiel af te sluiten.

Notioneel bedrag

derivatencontract.

Operationele lease

Operationele marge

beleggingsresultaat.

kopen (calloptie) of verkopen (putoptie).

Omgekeerde terugkoopovereenkomst

zijn aandeel in een dergelijk bedrijf wil verkopen.

leasinggever.

Optie

Private equity

Voorzieningen

verkopen.

Shadow accounting

NCI

Een maatstaf waarmee kan worden beoordeeld of de instromende kasmiddelen van Ageas voldoende zijn voor een liquiditeitspositie waarmee een efficiënte bedrijfsvoering mogelijk is, de reputatie van Ageas in de markt kan worden gehandhaafd en de uitstroom van kasmiddelen in normale marktsituaties kan worden gedekt.

De waarde die door de beurs aan de vennootschap wordt toegekend. Marktkapitalisatie is gelijk aan het aantal uitstaande aandelen vermenigvuldigd met de geldende koers van het aandeel.

Een afdekking van het financiële risico van een netto investering in een buitenlandse entiteit door een transactie met een compenserend

Aantal valuta-eenheden, aantal aandelen, een aantal eenheden in gewicht of volume of andere eenheden gespecificeerd in een

Een overeenkomst die het gebruik van een goed toelaat tegen periodieke betalingen, maar geen overdracht inhoudt van een eigendomstitel. Het financiële risico blijft bij de schuldeiser of

Het bedrijfsresultaat gedeeld door de nettopremies. Het bedrijfsresultaat is de winst of het verlies uit alle activiteiten, inclusief het technisch en

Het recht, maar niet de verplichting, om een effect gedurende een bepaalde periode of op een bepaalde datum tegen een bepaalde prijs te

Effecten van bedrijven die niet aan een beurs zijn genoteerd. Omdat een markt ontbreekt, moet een belegger zelf een koper vinden als hij

De aankoop van een effect waaraan een overeenkomst gekoppeld wordt om het op een toekomstige datum tegen een hogere prijs terug te

Onder IFRS 4 kunnen niet gerealiseerde resultaten op activa die gelden als dekking voor de verzekeringsverplichtingen in de waardering van

Voorzieningen zijn verplichtingen die onzekerheden met zich meebrengen in hoogte of tijdstip van betaling. Voorzieningen worden verantwoord op de balans indien er een bestaande (wettelijke of constructieve) verplichting is tot overdracht van economische voordelen, zoals kasstromen, als gevolg van gebeurtenissen in het verleden en indien op de balansdatum een betrouwbare schatting mogelijk is.

Non-controlling interest (minderheidsbelang).

AFS Voor verkoop beschikbaar
ALM Asset and liability management
AVG Algemene verordening gegevensbescherming
CASHES Convertible and Subordinated Hybrid Equity-linked Securities
CDS Credit default swap
CEU Continentaal Europa
CGU Cash generating unit (kasstroomgenererende eenheid)
DPF Discretionary participation features (discretionaire winstdelingscomponent)
ECL Verwachte kredietverliezen
EPS Earnings per share (winst per aandeel)
Euribor Euro inter bank offered rate
EV Embedded value
FRESH Floating rate equity linked subordinated hybrid bond
HTM Held to maturity (tot einde looptijd aangehouden)
HFT Held for trading (aangehouden voor handelsdoeleinden)
IBNR Incurred but not reported
IFRIC International Financial Reporting Interpretations Committee
IFRS International Financial Reporting Standards
LAT Liability adequacy test
MCS Mandatory Convertible Securities
OTC Over the counter
SPPI Solely Payments of Principal and Interest (uitsluitend betaling hoofdsom en rente)
SPE Special purpose entity
VK Verenigd Koninkrijk

Ageas en ageas SA/NV Markiesstraat 1 1000 Brussel, België Tel: +32 (0) 2 557 57 11 Fax: +32 (0) 2 557 57 50 Internet: www.ageas.com E-mail: [email protected]

Talk to a Data Expert

Have a question? We'll get back to you promptly.