Annual Report • Sep 19, 2019
Annual Report
Open in ViewerOpens in native device viewer


Aedifica is een Belgische beursgenoteerde vennootschap die gespecialiseerd is in investeringen in Europees zorgvastgoed en in het bijzonder in huisvesting voor senioren.
Aedifica heeft zich in de afgelopen jaren verankerd als referentie in de Europese beursgenoteerde vastgoedsector en heeft de ambitie om die positie de komende jaren verder uit te bouwen.
Door te investeren in kwalitatieve zorggebouwen die recurrente en geïndexeerde huurinkomsten genereren en een meerwaardepotentieel bieden, wil Aedifica zijn aandeelhouders een zekere en duurzame vastgoedinvestering bieden met een aantrekkelijk rendement.
Aedifica is sinds 2006 genoteerd op Euronext Brussels (gereglementeerde markt).

| Risicofactoren | 2 | ||||
|---|---|---|---|---|---|
| Dit is Aedifica | 14 | ||||
| Brief aan de aandeelhouders | 18 | ||||
| Tijdslijn | |||||
| Beheersverslag | 22 | ||||
| 1. | Strategie | 25 | |||
| 2. | Belangrijke operaties voor en na de afsluiting d.d. 30 juni 2019 | 28 | |||
| 3. | Synthese van de geconsolideerde rekeningen per 30 juni 2019 | 36 | |||
| 4. | Bestemming van het resultaat | 41 | |||
| 5. | Voornaamste risico's | 41 | |||
| 6. | Groepsstructuur | 41 | |||
| 7. | Vooruitzichten voor 2019/2020 | 44 | |||
| 8. | Corporate governanceverklaring | 46 | |||
| EPRA | 66 | ||||
| Vastgoedverslag | 76 | ||||
| 1. | De zorgvastgoedmarkt | 78 | |||
| 2. | Evolutie van de geconsolideerde vastgoedportefeuille op 30 juni 2019 | 83 | |||
| 3. | Analyse van de vastgoedportefeuille op 30 juni 2019 | 84 | |||
| 4. | Samenvattende tabel van de vastgoedbeleggingen op 30 juni 2019 | 90 | |||
| 5. | Verslag van de waarderingsdeskundigen | 102 | |||
| Aedifica op de beurs | 104 | ||||
| 1. | Beurskoers en volume | 108 | |||
| 2. | Dividend | 108 | |||
| 3. | Aandeelhoudersstructuur | 109 | |||
| 4. | Agenda van de aandeelhouder | 109 | |||
| Maatschappelijk verantwoord ondernemen | 110 | ||||
| Jaarrekening | 114 | ||||
| 1. | Geconsolideerde jaarrekening 2018/2019 | 117 | |||
| Toelichtingen bij de geconsolideerde jaarrekening | 123 | ||||
| Verslag van de commissaris | 173 | ||||
| 2. | Verkorte statutaire jaarrekening 2018/2019 | 178 | |||
| Permanente documenten | |||||
| Lexicon |
1
* Alternatieve prestatiemaatstaf (Alternative Performance Measure – APM) in de zin van de ESMArichtlijnen (European Securities and Market Authority) van 5 oktober 2015. Al jarenlang hanteert Aedifica in haar financiële communicatie alternatieve prestatiemaatstaven in overeenstemming met de richtlijnen die door de ESMA werden uitgevaardigd. Een aantal van die APM's wordt aanbevolen door de Europese Vereniging van Beursgenoteerde Vastgoedvennootschappen (European Public Real Estate Association – EPRA), andere werden vastgelegd door de sector of door Aedifica om de lezer een beter inzicht te geven in de resultaten en prestaties. De APM's in dit jaarlijks financieel verslag zijn aangeduid met een asterisk (*). De prestatiemaatstaven die door IFRS-regels of bij wet zijn bepaald en de indicatoren die niet gebaseerd zijn op de rubrieken van de resultatenrekening of de balans, worden niet beschouwd als APM's. De APM's worden gedefinieerd, besproken en verbonden met de post, het totaal of het subtotaal van de financiële staten die daarvoor het relevantst zijn, in toelichting 57 van de
geconsolideerde jaarrekening.
Aedifica oefent haar activiteit uit in een omgeving die voortdurend in evolutie is en die dus bepaalde risico's met zich meebrengt. De concretisering van die risico's kan een ongunstige invloed hebben op de Vennootschap, haar activiteit, haar perspectieven, haar financiële situatie of haar resultaten. Met die risico's moet dus in het kader van een investeringsbeslissing rekening gehouden worden.
Aedifica stelt zich als doel om die risico's zo goed mogelijk te beheren om recurrente huurinkomsten te genereren en om een potentieel aan meerwaarden op te bouwen.
De voornaamste risicofactoren waarmee Aedifica geconfronteerd wordt, maken het voorwerp uit van een regelmatige opvolging, zowel door het directiecomité als door de raad van bestuur, die ter zake een voorzichtig beleid hebben uitgestippeld en die het, indien nodig, regelmatig zullen blijven aanpassen. De lezers worden erop gewezen dat de volgende lijst van risico's niet exhaustief is en dat deze lijst opgesteld is op basis van informatie die gekend was op 4 september 2019. Andere onbekende of onwaarschijnlijke risico's kunnen bestaan, of risico's waarvan niet wordt aangenomen dat ze een ongunstige invloed kunnen hebben op de Vennootschap, op haar activiteit of haar financiële situatie.
De activiteit van de Groep wordt beïnvloed door de algemene economische conjunctuur en ondergaat de invloed van de economische cycli, aangezien die zowel een effect hebben op de beschikbare inkomsten van de huurders (en dus op hun capaciteit om aan hun verplichtingen te voldoen), de vraag naar huurpanden en de waardering van het vastgoed, als op de beschikbaarheid en kostprijs van de financieringen. Een verslechtering van de voornaamste macro-economische indicatoren zou de activiteiten en de ontwikkelingsvooruitzichten van Aedifica negatief kunnen beïnvloeden.
De Vennootschap wordt eveneens blootgesteld aan het risico van het in gebreke blijven of van faillissement van haar medecontractanten: dienstverleners, banken die kredieten en indekkingen verlenen, aannemers, enz.
In verband met de algemene economische trends wordt ook verwezen naar het persbericht van 6 juni 2019 van de Raad van Bestuur van de Europese Centrale Bank (ECB) dat 'verwacht dat de basisrentetarieven van de ECB ten minste de gehele eerste helft van 2020 op hun huidige niveau zullen blijven, en in ieder geval zo lang als noodzakelijk is om te zorgen voor een verdergaande duurzame convergentie van de inflatie naar een niveau onder, maar dicht bij 2% op middellange termijn', wat wijst op lage groeiverwachtingen, lage renteverwachtingen en lage inflatieverwachtingen op korte termijn.
Om die risico's te beperken, streeft Aedifica, binnen de krijtlijnen van haar investeringsstrategie, naar een diversificatie van haar investeringen, zowel geografisch als in functie van diverse diversificatiethema's (o.a. typologie van gebouwen, huurders, zorgmarktsegmenten, alternatieve aanwendbaarheid, overheidsfinanciering, enz.).
Verder wordt erop gewezen dat zorgvastgoed een sterk groeipotentieel heeft. Dat komt omdat er een demografisch gedreven stijgende vraag is naar zorgvastgoed in de landen waar Aedifica actief is, terwijl het aanbod
MAPLE COURT, SCARBOROUGH (UK)

MAPLE COURT, SCARBOROUGH (UK)

de neiging vertoont te stagneren of trager te groeien door beperkingen die door overheidsinstanties worden opgelegd. Ondanks de diversificatie-inspanningen van de Groep, kan een negatieve verschuiving in de belangrijkste macro-economische indicatoren of wanbetaling van zijn verschillende partners nog steeds een negatieve impact hebben op de activa, de activiteiten, de financiële positie en de vooruitzichten van de Groep.
Het niveau van de huurprijzen, de huurleegstand en de waardering van de gebouwen wordt sterk beïnvloed door de vraag en het aanbod op de markt. De belangrijkste risico's waaraan de Vennootschap is blootgesteld, betreffen de bezettingsgraad van haar gebouwen, de mogelijkheid om bij nieuwe huurcontracten of bij de verlenging van huurcontracten de huurprijzen en de waarde van de vastgoedportefeuille te handhaven, en betreffen eveneens het risico van minderwaarden bij eventuele verkopen. Ook zou een daling van het huurrendement kunnen voortvloeien uit een verhoging van de acquisitieprijzen.
Aedifica anticipeert op die risico's door een gediversifieerd investeringsbeleid te voeren op het vlak van geografische spreiding, zorguitbaters en zorgvastgoedsegmenten. Elk van de submarkten waarin Aedifica investeert, richt zich tot verschillende soorten huurders en wordt getypeerd door eigen onderscheidende kenmerken (bijvoorbeeld op het vlak van regulering, huurcontracten van verschillende duur, financiering van de huurders, enz.). Aangezien de huurinkomsten afkomstig zijn uit langetermijncontracten, bedraagt de gewogen gemiddelde resterende duur van de huurovereenkomsten 21 jaar. Daardoor heeft Aedifica een goed zicht op haar toekomstige inkomsten.
Aedifica wil eveneens haar patrimonium blijven uitbreiden, zodat het gewicht van elk gebouw in haar portefeuille tot een minimum beperkt blijft, en om het professionalisme van haar beheer en haar operationele marge* door schaalvoordelen te verbeteren. Om dat te bereiken, onderhoudt de Vennootschap nauwe betrekkingen met haar belangrijkste huurders; bovendien wordt ze in elk land geadviseerd door gekwalificeerde lokale experts. De diversificatie, de groei van de portefeuille, het beheer van de portefeuille en de operationele marge* van de Vennootschap kunnen echter het risico van een lagere bezettingsgraad, een daling van de contractuele huurprijzen of van de waarde van de gebouwen bij de vernieuwing van het contract, minderwaarden bij de verkoop of een stijging van de aankoopprijzen niet volledig uitsluiten en deze elementen kunnen een negatief effect hebben op het vermogen, de activiteiten, de financiële positie en de vooruitzichten van de Vennootschap.
Aedifica streeft binnen de krijtlijnen van haar investeringsstrategie naar een diversificatie van haar investeringen.
Bij vaste rentevoeten wordt Aedifica beperkt blootgesteld aan het inflatierisico, omdat de huuropbrengsten geïndexeerd worden (in België en Nederland: jaarlijks, voornamelijk afhankelijk van de evolutie van de lokale consumptieprijzenindex of, in België, van de gezondheidsindex; in Duitsland is de indexeringsformule specifiek voor elk contract; in het Verenigd Koninkrijk is de huur over het algemeen gekoppeld aan de Retail Price Index, met een specifieke minimumindexering in de meeste gevallen). De impact van inflatie op de huurinkomsten kan geschat worden op 1,4 miljoen € op jaarbasis voor een variatie van de index met 100 basispunten.
In geval van stijging van de nominale rentevoeten leidt een zwakke inflatie daarentegen tot een stijging van de reële rentevoeten en vormt dit een belangrijk risico dat wordt gekenmerkt door een snellere verhoging van de financiële lasten, dan van de indexatie van de inkomsten. Aedifica heeft de nodige maatregelen getroffen om zich in te dekken tegen dat soort risico's (zie sectie 3.3 hierna). Dergelijke maatregelen kunnen het inflatierisico en het risico van hogere reële rentevoeten, die een negatieve invloed kunnen hebben op de activa, de activiteiten, de financiële positie en de vooruitzichten van de Vennootschap, echter niet volledig uitsluiten.
In geval van negatieve inflatie stellen de meeste huurovereenkomsten, maar niet alle, een ondergrens vast op het niveau van de basishuur.
Gezien het dynamisme van de grote groepen van operatoren die zorgvastgoed uitbaten en de consolidatie die sinds enkele jaren aan de gang is in de sector, vallen één of meerdere concentraties tussen twee of meer groepen die juridische entiteiten controleren waarmee de Groep huur- of erfpachtovereenkomsten gesloten heeft, niet uit te sluiten. Dat zou de diversificatiegraad van de Groep kunnen beïnvloeden. Zulke concentraties binnen de portefeuille kunnen het gevolg zijn van acquisities, maar kunnen ook op een passieve manier ontstaan door overnames en fusies van bestaande huurders. Dergelijke concentraties kwamen in het verleden al voor in de portefeuille van Aedifica. Dat resulteerde in een significante professionalisering van de betrokken operatoren.
Door de groei van Aedifica's portefeuille wordt de concentratie van huurders verwaterd, zoals bijvoorbeeld door de recente aankoop van 90 zorgvastgoedsites in het Verenigd Koninkrijk, die aan 14 verschillende gevestigde uitbaters verhuurd zijn. De integratie van nieuwe huurders zorgt voor een betere spreiding van de huurinkomsten over een grotere groep huurders. Door de toegenomen spreiding over verschillende huurders is het concentratierisico aanzienlijk afgenomen.
Indien de diversificatiedrempel van 20%, zoals omschreven in artikel 30 van de Wet van 12 mei 2014, zou worden overschreden, is het de Vennootschap niet toegestaan nog investeringen, desinvesteringen of andere maatregelen te nemen die dat percentage verder zouden kunnen verhogen.
Op 30 juni 2019 overschrijdt geen enkele groep (verbonden aan rechtspersonen waarmee de Vennootschap een huurovereenkomst heeft gesloten) die limiet van 20% van de geconsolideerde activa van de Vennootschap. De gegevens van die exploitatiegroepen worden vermeld in het vastgoedverslag, dat deel uitmaakt van dit jaarlijks financieel verslag, en in toelichting 3 bij de geconsolideerde jaarrekening.
Een eventueel uiteenvallen of verdwijnen van de Europese Monetaire Unie of politieke instabiliteit in de Europese Unie kan leiden tot een stijging van de financieringskosten en de kapitalisatievoet. Die elementen zouden kunnen leiden tot een daling van de reële waarde van de vastgoedportefeuille van de Vennootschap, wat op zijn beurt een negatieve impact zou hebben op het eigen vermogen, het nettoresultaat en de intrinsieke waarde van de aandelen, en zou leiden tot een stijging van de schuldratio (uitgedrukt als een percentage van de waarde van de activa).
De investeringsactiviteit van de Vennootschap in het Verenigd Koninkrijk betreft investeringen in vastgoed dat wordt uitgebaat als woonzorgcentra voor senioren. Omdat het binnenlandse karakter van die activiteiten geen grensoverschrijdende handel impliceert, zou geen enkele vorm van Brexit een rechtstreekse invloed mogen hebben op deze activiteiten. De ontwikkelingen met betrekking tot een mogelijke Brexit kunnen echter wel leiden tot schommelingen in de wisselkoers van het Britse pond ten opzichte van de euro en daarmee van invloed zijn op de waarde van de vastgoedinvesteringen in het Verenigd Koninkrijk, de huuropbrengsten en het nettoresultaat van Aedifica, alle uitgedrukt in euro.
Het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie zou een impact kunnen hebben op de macro-economische evolutie in het Verenigd Koninkrijk en zou tot politieke instabiliteit kunnen leiden.

Sinds de verkoop van het appartementen- en het hotelsegment in de loop van het boekjaar 2018/2019, bestaat het gehele zakencijfer van Aedifica uit huurgelden die gegenereerd worden door verhuring aan professionele uitbaters van zorggebouwen. Bij het vertrek van huurders op een vervaldag of bij de afloop van het huurcontract zou het kunnen dat de nieuwe huurcontracten lagere huurgelden opbrengen dan de lopende huurcontracten. Een somber economisch klimaat kan ook leiden tot heronderhandelingen van de lopende huurovereenkomsten, en met name tot huurkortingen op lopende contracten. Dat gebeurt om het niveau van de huur die de huurders betalen terug in evenwicht te brengen met de potentiële toekomstige inkomsten van die huurders en zo dus de duurzaamheid van de kasstromen die gegenereerd worden door de betreffende gebouwen in stand te houden. Dat kan een negatieve invloed hebben op de omzet en de kasstromen van de Vennootschap.
Om die risico's te beperken, voert Aedifica een gediversifieerd investeringsbeleid, waarbij zowel vanuit geografisch oogpunt als inzake andere thema's naar diversificatie gestreefd wordt (zoals bijvoorbeeld het beoogde type huurders, de alternatieve aanwendbaarheid van gebouwen, de afhankelijkheid van overheidsfinanciering of de aard van de contracten). In het zorgvastgoedsegment investeert Aedifica bijvoorbeeld zowel in exploitatiegebonden zorggebouwen (zoals rustoorden), als in gebouwen met appartementen die gericht zijn op senioren die zelfstandig willen wonen met zorg op aanvraag.
De Vennootschap is blootgesteld aan het risico van het financieel in gebreke blijven van haar huurders. Wanbetaling door de huurders en een daling van de bezettingsgraad van de gebouwen kunnen mogelijk een negatieve invloed op de resultaten hebben. Bovendien is de Groep niet verzekerd in geval van dergelijke wanbetaling door de huurders. Om dat risico te beperken, zorgt Aedifica voor een grondige analyse van het businessplan van de uitbaters, een permanente opvolging van de financiële resultaten van bestaande huurders en een nauwgezette procedure voor de facturatie en de opvolging van huurders met betalingsmoeilijkheden. Bovendien wordt er in de meeste gevallen een huurgarantie afgesproken met de uitbater (onder de vorm van bankgaranties, geblokkeerde rekeningen of andere garanties), in overeenstemming met de gangbare marktpraktijk.
Niettegenstaande het voorgaande bestaat het risico van huurderving en kan het risico van huurleegstand in de toekomst stijgen. De toevoegingen aan de waardeverminderingen op dubieuze vorderingen over het boekjaar bedragen minder dan 0,1 miljoen € op huurinkomsten ten bedrage van 118 miljoen €.
De aantrekkelijkheid van Aedifica's vastgoedportefeuille en de waardering ervan zijn afhankelijk van de perceptie van de gebouwen door de huurders of potentiële kopers, meer bepaald inzake de kwaliteit, staat van onderhoud en veiligheid van de gebouwen.
Aedifica heeft daarom een interne structuur uitgebouwd voor het beheer van haar portefeuille. Aedifica's propertymanagers staan dagelijks in contact met de uitbaters van de zorgvastgoedsites. Voor het beheer van de portefeuille in het Verenigd Koninkrijk heeft Aedifica een overeenkomst gesloten met een externe dienstverlener die exclusief voor Aedifica werkt. Niettemin kan de Groep het risico niet volledig uitsluiten dat de gepercipieerde kwaliteit van de gebouwen, het onderhoudsprogramma en hun veiligheidsniveau een invloed hebben op de waardering van de gebouwen van de Groep.
De Groep heeft de volle eigendom van de meeste van haar gebouwen. Voor de gebouwen waarvan zij mede-eigenaar is of die het voorwerp zijn van een splitsing van eigendom, kunnen echter specifieke risico's bestaan, verbonden aan de op de betreffende mede-eigendom of splitsing toepasselijke regels.
Aedifica's propertymanagers staan dagelijks in contact met de uitbaters van de zorgvastgoedsites.
SARA SENIORENRESIDENZ, BITTERFELD-WOLFEN (DE)

In het kader van het normale beheer van haar patrimonium is en kan de Groep in de toekomst partij zijn bij juridische procedures. Er werd een bijkomende provisie aangelegd van 50 k€ om hangende procedures af te dekken. Rekening houdend met de onzekerheid van elk geschil, kan er niet worden uitgesloten dat daaruit verplichtingen voor de Groep zullen ontstaan in de toekomst.
Aedifica voert een beleid van constant onderhoud en renovatie van haar vastgoedportefeuille om de bestaande huurprijzen te behouden, en zelfs te verhogen, maar ook om wederverhuring of de verkoop van haar vastgoedactiva te vergemakkelijken. Ondanks die maatregelen blijft het risico van waardevermindering van de gebouwen bestaan. In het zorgvastgoedsegment zijn de contracten die met de huurders afgesloten worden vaak van het type 'triple net' (België, Verenigd Koninkrijk en (gedeeltelijk) Nederland) of 'double net' (Duitsland en (gedeeltelijk) Nederland), de onderhoudskosten vallen dan volledig (triple net) of hoofdzakelijk (double net) ten laste van de huurders.
Aedifica koopt eveneens gebouwen aan in toekomstige staat van afwerking en ontwikkelt in beperkte mate zelf projecten, wat haar toelaat zich op lange termijn te verzekeren van een goede kwaliteit van haar gebouwen.
Een team van architecten/ingenieurs is verantwoordelijk om het beheer van de bouw- en renovatieprojecten op te volgen en om zich te verzekeren van de goede afwerking van de werven die toevertrouwd zijn aan gespecialiseerde aannemers. Hoewel de Groep bij de onderhandeling van de contracten met die aannemers de risico's verbonden aan de uitvoering van grote werken tracht te beperken (onder meer vertraging, overschrijding van het budget, organisatorische problemen, enz.), kunnen die echter niet volledig worden uitgesloten.
In het geval van een aankoop van een onroerend goed waarvoor belangrijke renovatiewerken nodig zijn, weerspiegelt de reële waarde van het gebouw op het ogenblik dat het in het patrimonium wordt geïntegreerd meestal de staat van het gebouw vóór de renovatie. De kost van de renovatie is opgenomen in het financieel plan van Aedifica.
Het risico op vernieling van de gebouwen ten gevolge van brand of andere rampen is verzekerd voor een totale nieuwwaarde van 2.104 miljoen € (met uitsluiting van de grond), wat ca. 93% van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen in exploitatie inclusief de activa bestemd voor verkoop* op 30 juni 2019 (met inbegrip van gronden) vertegenwoordigt.
De verzekeringspolissen zijn doorgaans gesloten door de vastgoeduitbaters. Die polissen dekken eveneens de huurleegstand tijdens de heropbouw van het gebouw, maar sluiten sommige risico's uit (de vrijwillige daad van de verzekeringnemer, oorlogsrisico, nucleair risico, verborgen gebreken, slijtage en asbest, enz.). Daarnaast verzekert Aedifica zelf de risico's van onderverzekering of het ontbreken van dekking, bijvoorbeeld in geval van het niet betalen van premies, nalatigheid om een verzekering te sluiten, enz. De door Aedifica betaalde premies bedragen 90 k€ voor het boekjaar 2018/2019.
De Groep is blootgesteld aan schommelingen van de reële waarde van haar portefeuille zoals blijkt uit de driemaandelijkse onafhankelijke expertises (toepassing van IAS 40). De informatie die van onafhankelijke waarderingsdeskundigen ontvangen wordt, staat toe om, indien nodig, snel de nodige corrigerende maatregelen te treffen om het hoofd te kunnen bieden aan een eventueel waardeverlies van een gebouw. Bovendien beschikt de Groep over een manager die specifiek verantwoordelijk is voor de dagelijkse opvolging van de waardering van de gebouwen. Op 30 juni 2019 zou een waardeschommeling van 1% van het vastgoedpatrimonium een weerslag hebben van ca. 290,93 miljoen € op het nettoresultaat, van ca. 0,93 € op het nettoactief per aandeel en van ca. 0,4% op de schuldratio.
Overeenkomstig de toepasselijke reglementering kan het vastgoed om reden van openbaar nut door de bevoegde overheid worden onteigend.
Een groot aantal gebouwen in Aedifica's vastgoedportefeuille werd verworven in het kader van fusies, splitsingen of verwervingen van aandelen. Hoewel Aedifica bij dat soort transacties de gebruikelijke voorzorgen neemt, onder meer door de uitvoering van due diligence-audits op de ingebrachte goederen en de overgenomen of verworven vennootschappen, en door bepaalde contractuele garanties te eisen, kan echter niet worden uitgesloten dat bij deze transacties andere verborgen passiva aan de Vennootschap werden overgedragen die niet verhaalbaar zijn op de overdrager.
Het financiële beleid van Aedifica is erop gericht een permanente toegang tot krediet te verzekeren, de schuldgraad te controleren en het rente- en wisselkoersrisico op te volgen en te minimaliseren. De Groep blijft echter onderworpen aan financieringsrisico's, daarnaast kan een verandering in de rentevoeten of wisselkoersen een negatieve invloed hebben op de activa, de activiteiten, de financiële positie en de vooruitzichten van de Groep.
Aedifica's schuldgraad (in de zin van het koninklijk besluit van 13 juli 2014) is vermeld in sectie 3.3 van het beheersverslag. Op 30 juni 2019 bedraagt die 36,7% op statutair niveau en 37,2% op geconsolideerd niveau. In die sectie wordt ook de bijkomende theoretische schuldcapaciteit van Aedifica vermeld, rekening houdend met de maximaal toegelaten schuldratio voor GVV's (65% van de totale activa) of met de bankconvenanten (60% van de totale activa). De schuldratio wordt elk kwartaal opgevolgd en zijn evolutie wordt geschat tijdens de goedkeuringsprocedure van elk omvangrijk investeringsproject. Wanneer de geconsolideerde schuldgraad meer dan 50% bedraagt, moet een financieel plan met een uitvoeringsschema worden opgesteld waarin een beschrijving wordt gegeven van de maatregelen die genomen zullen worden om te verhinderen dat die ratio meer dan 65% zou gaan bedragen (artikel 24 van het koninklijk besluit van 13 juli 2014). In april 2019 heeft Aedifica zo'n financieel plan bij de FSMA ingediend, nadat de geconsolideerde schuldgraad de drempel van 50% had overschreden. Over dat financieel plan heeft de commissaris een bijzonder verslag opgesteld, waarin hij bevestigde dat hij de opstelling van het plan heeft geverifieerd (met name wat betreft de economische grondslagen ervan) en dat de cijfers uit dat plan overeenstemmen met die van Aedifica's boekhouding. Dat financieel plan beoogde hoofdzakelijk een verlaging van de geconsolideerde schuldgraad door een openbare aanbieding tot inschrijving op nieuwe aandelen in het kader van een kapitaalverhoging in geld. Die kapitaalverhoging werd met succes afgerond op 7 mei 2019 (zie sectie 2.1.4 van het beheersverslag), waardoor de geconsolideerde schuldgraad opnieuw daalde tot 37,2% (op 30 juni 2019), ruim onder de drempel van 50%. De Vennootschap heeft in elk van haar vijf laatste verrichtingsnota's (2010, 2012, 2015, 2017 en 2019) verklaard dat ze op lange termijn een gepaste schuldgraad van ongeveer 50 tot 55% wil handhaven.
Aangezien het financiële model van Aedifica gebaseerd is op een structurele schuldpositie, blijft de cashpositie die belegd is bij een financiële instelling relatief beperkt. Deze bedroeg ca. 15 miljoen € op 30 juni 2019.
Op 30 juni 2019 heeft Aedifica geen enkel Belgisch, Nederlands of Brits gebouw in hypotheek of in pand gegeven ten voordele van haar schuldeisers. In Duitsland is het wel gebruikelijk dat vastgoed in het kader van een bankfinanciering in hypotheek wordt gegeven. In dat verband zijn, op 30 juni 2019, 11 van de 49 Duitse gebouwen in hypotheek gegeven, met naleving van artikel 43 van de wet van 12 mei 2014 (het totale bedrag dat gedekt is door de hypotheken mag niet meer bedragen dan 50% van de totale reële waarde en de hypotheek die bepaald vastgoed bezwaart, slaat op maximum 75% van de waarde van dat bezwaard goed). Het valt niet uit te sluiten dat in het kader van bijkomende financiering, bijkomende hypotheken zouden worden verstrekt.
Aedifica heeft een sterke en duurzame relatie met haar financiële instellingen, die een gediversifieerde pool vormen van een jaarlijks toenemend aantal Europese instellingen. De kenmerken van de kredietlijnen van Aedifica zijn beschreven in toelichting 40 van de geconsolideerde jaarrekening in dit jaarlijks financieel verslag.
Op 30 juni 2019 heeft Aedifica 744 miljoen € (2018: 742 miljoen €) opgenomen van het totale bedrag van 1.404 miljoen € aan bevestigde bankfinancieringen. Het beschikbare saldo, 660 miljoen €, is voldoende om de kortetermijnbehoeften evenals de bestaande projecten tot het einde van het boekjaar 2019/2020 te financieren. In het financieel voor het boekjaar 2019/2020 werden totale netto-investeringen opgenomen ten bedrage van ca. 535 miljoen €. Het betreft voornamelijk betalingen in het kader van de pipeline van ontwikkelingsprojecten (ca. 260 miljoen €), betalingen in het kader van de acquisities die werden aangekondigd sinds 1 juli 2019 (60 miljoen €) en bijkomende hypothetische investeringen voor een bedrag van 215 miljoen €.
Aedifica streeft ernaar haar financieringsbronnen nog verder te diversifiëren. Binnen dat kader heeft Aedifica in 2018 een programma voor de uitgifte van thesauriebewijzen met verschillende looptijden opgestart. Het thesauriebewijzenprogramma op korte termijn wordt integraal gedekt door de beschikbare bedragen op de bevestigde langlopende kredietlijnen.
Rekening houdend met het wettelijk statuut van de GVV's en gelet op de aard van de goederen waarin Aedifica investeert, is het risico van niet-hernieuwing van de kredietlijnen op termijn (behalve bij onvoorziene gebeurtenissen) klein, zelfs in een context van verscherping van de kredietcondities. Niettemin is een risico van stijging van de kredietmarges mogelijk na vervaldatum van die kredietlijnen.
Tevens loopt Aedifica een liquiditeitsrisico in geval van opzegging van haar kredietlijnen. De Vennootschap is blootgesteld aan het risico dat haar financieringscontracten worden geannuleerd, herzien, opgezegd of tot een vervroegde terugbetalingsverplichting leiden, mocht zij de verbintenissen (convenanten) niet nakomen die bij de ondertekening van die contracten werden bedongen om bepaalde financiële ratio's in acht te nemen. Die verbintenissen zijn marktconform en vereisen onder andere dat de schuldgraad die gedefinieerd wordt door het koninklijk besluit van 13 juli 2014 het plafond van 60% niet overschrijdt en dat de EBITDA groter dient te zijn dan tweemaal de netto financiële lasten. Bovendien is de Vennootschap in geval van wijziging van de controle over de Vennootschap, in geval van niet-nakoming van haar verplichtingen en meer algemeen in geval van in gebreke blijven zoals bedoeld in die contracten, blootgesteld aan het risico van een gedwongen vervroegde terugbetaling. Een geval van in gebreke blijven met betrekking tot één contract kan leiden tot een geval van in gebreke blijven met betrekking tot alle contracten ('cross-default' clausules). Hoewel, volgens de informatie in haar bezit en van de vooruitzichten die op die basis redelijkerwijs zouden kunnen worden gemaakt, de Vennootschap tot op heden geen kennis heeft van elementen die erop wijzen dat in de voorzienbare toekomst één of meer van deze ratio's niet zouden kunnen worden nageleefd, kan het risico van niet-nakoming van de verbintenissen niet worden uitgesloten. Bovendien heeft de Vennootschap niet de controle over het naleven van bepaalde verbintenissen die tot een vervroegde beëindiging van de kredietovereenkomsten kunnen leiden, zoals in geval van een wijziging van de controle over de Vennootschap.
De hierboven beschreven controle- en diversificatiemaatregelen kunnen de financiële risico's waarmee de Vennootschap geconfronteerd kan worden echter niet volledig uitsluiten.
Aedifica gaat bijna al haar financiële schulden aan tegen een variabele rentevoet. Daardoor kan zij, desgevallend, profiteren van lage rentevoeten. Om het risico van stijgende rentevoeten in te dekken, voert Aedifica een beleid dat erop gericht is de rentevoeten van minstens 60% van haar financiële schulden (zowel de bestaande als de waarschijnlijke) in te dekken over meerdere jaren. Er wordt op gewezen dat de Vennootschap bepaalde schulden aan vaste rentevoet heeft overgenomen, afkomstig van reeds bestaande investeringskredieten die verbonden waren aan vastgoedvennootschappen die door de Vennootschap verworven of geabsorbeerd werden. Op 30 juni 2019 zijn de bedragen die in euro werden opgenomen op de kredietlijnen met een variabele rentevoet, voor 98% (95% op 30 juni 2018) ingedekt door indekkingsinstrumenten (swaps en caps). Met inbegrip van de kredietlijnen in Britse pond bedraagt het indekkingspercentage 78%.
Dit beleid is gebaseerd op het feit dat een stijging van de nominale rentevoeten zonder gelijktijdige groei van de inflatie een verhoging van de reële rentevoeten tot gevolg heeft. Die verhoging kan niet gecompenseerd worden door een stijging van de huurinkomsten via indexatie. Bovendien stelt men in geval van inflatiegroei een verschil in de tijd vast tussen de stijging van de nominale rentevoeten en de indexatie van de huurinkomsten.
Om het renterisico te beheren heeft Aedifica dus voor indekkingen gezorgd (interest rate swaps en caps). Alle indekkingen worden afgesloten met onbesproken tegenpartijen en met betrekking tot bestaande of zeer waarschijnlijke risico's. De analyse van de indekkingen wordt verstrekt in het beheersverslag en in de geconsolideerde jaarrekening (toelichting 33 van de geconsolideerde jaarrekening in dit jaarlijks financieel verslag). De indekkingen kunnen voor lange periodes worden afgesloten: evenwel (en conform de marktpraktijk) bepalen de overeenkomsten die met de betrokken banken gesloten zijn dat sommige gebeurtenissen ertoe kunnen leiden dat de indekkingen stopgezet worden of dat er zekerheden gesteld moeten worden (bijvoorbeeld in contanten) ten voordele van deze banken.
De variatie van de rentecurve heeft een beperkte invloed op de toekomstige lasten van de schulden, doordat minimaal 60% van de schulden ingedekt is met interest rate swaps (IRS), die de schulden met variabele rente omzetten in schulden met vaste rente, of met caps. Elke variatie van de rentecurve heeft een invloed op de reële waarde van de indekkingen in het resultaat en/of in het eigen vermogen (post van de balans getiteld 'I.C.d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS'). Een sensibiliteitsanalyse wordt gegeven in toelichting 33 van de geconsolideerde jaarrekening in dit jaarlijks financieel verslag.
Bepaalde externe gebeurtenissen zouden een verhoging van de kredietmarge ten laste van de Groep kunnen veroorzaken, door toepassing van 'increased costs' clausules die in bancaire overeenkomsten opgenomen werden. Dergelijke clausules laten de kredietverstrekkende banken toe om de kostprijs van het verstrekte krediet te verhogen, o.a. indien die banken door hun toezichthoudende autoriteiten onderworpen worden aan strengere solvabiliteits-, liquiditeits- of andere kapitaalvereisten. Er wordt echter op gewezen dat in de loop van de crisissen die sinds 2007 de financiële wereld hebben getroffen, geen enkele bank ooit een van die clausules heeft ingeroepen ten opzichte van de Groep. Dat kan echter niet worden gezien als een garantie voor de toekomst.
Het sluiten van een financieringscontract of van een indekkingsinstrument doet een tegenpartijrisico op een financiële instelling

Aedifica streeft ernaar haar financieringsbronnen nog verder te diversifiëren.
ontstaan in geval van het in gebreke blijven van deze instelling. Om dat tegenpartijrisico te beperken, doet Aedifica een beroep op verschillende vooraanstaande nationale en Europese banken om de diversificatie van tegenpartijen voor haar financieringen en voor de indekkingsinstrumenten te verzekeren. Daarbij besteedt Aedifica bijzondere aandacht aan de prijs-kwaliteitsverhouding van de geleverde diensten, met dien verstande dat het tegenpartijrisico niet kan worden uitgesloten en dat het falen van één of meer van de tegenpartijen van Aedifica een negatieve impact kan hebben op de activa, de activiteiten, de financiële positie en de vooruitzichten van de Vennootschap.
In overeenstemming met de marktpraktijken bevatten de kredietovereenkomsten marktverstoringsclausules en clausules van belangrijke verandering van omstandigheden ('MAC'-clausules of 'material adverse changes') die, in sommige extreme omstandigheden, bijkomende kosten voor de Vennootschap kunnen genereren, en zelfs in nog extremere gevallen tot stopzetting van het krediet kunnen leiden.
Aedifica heeft een bankrelatie met de banken die in toelichting 40 van de geconsolideerde jaarrekening in dit jaarlijks financieel verslag vermeld zijn. De bancaire tegenpartijen voor de indekkingsinstrumenten zijn, in dalende orde van belang, ING, BNP Paribas Fortis, KBC en Banque Européenne du Crédit Mutuel.
Aedifica realiseert haar omzet en haar kosten in de eurozone en ook in Britse pond sinds de aankoop van de Britse portefeuille op 1 februari 2019.
Toekomstige wisselkoersschommelingen kunnen de waarde van de vastgoedinvesteringen in het Verenigd Koninkrijk, de huurinkomsten en het nettoresultaat van Aedifica, uitgedrukt in euro, beïnvloeden. Een wijziging van 0,10 van de GBP/EUR wisselkoers heeft een impact van ca. 55,5 miljoen € op de reële waarde van de vastgoedbeleggingen van de Groep in het Verenigd Koninkrijk, van ca. 3,4 miljoen € op de huurinkomsten van de Groep en van ca. 1,8 miljoen € op het nettoresultaat van de Groep.
De aanschaffingsprijs van de zorgportefeuille in het Verenigd Koninkrijk werd in Britse ponden uitgedrukt. Om het wisselkoersrisico als gevolg van deze overname te beperken, sloot Aedifica termijncontracten waarin de wisselkoers van de euro ten opzichte van het Britse pond werd vastgelegd. Bovendien sloot Aedifica een deel van haar overbruggingskredietovereenkomst af in Britse ponden. Dit deel van de overbruggingsfinanciering in Britse ponden (150 miljoen £) vormt een gedeeltelijke natuurlijke afdekking van wisselkoersschommelingen op de balans en beperkt de impact op de schuldratio. Het GBP-gedeelte van de overbruggingskredietovereenkomst, dat een looptijd van 12 maanden vanaf 21 december 2018 heeft, zal geherfinancierd worden door middel van een nieuwe langetermijnfinancieringsovereenkomst die eveneens in GBP zal worden aangegaan.
Er wordt een actief afdekkingsbeleid gevoerd om het GBP/EUR-wisselkoersrisico en de invloed ervan op het resultaat van Aedifica te beperken, indien en wanneer dat nodig wordt geacht. Dat afdekkingsbeleid houdt onder andere rekening met de volatiliteit van de wisselkoers die regelmatig wordt opgevolgd en de kosten van de afdekking (die zelf afhankelijk is van verschillende elementen). Een actief afdekkingsbeleid kan het wisselkoersrisico echter niet volledig uitsluiten en de Vennootschap blijft er dus aan blootgesteld. Indien de evolutie van de wisselkoers niet zou worden afgedekt, dan zou de Vennootschap kunnen worden blootgesteld aan lagere huurinkomsten en hogere kosten, wat een negatieve impact zou kunnen hebben op de activa, de activiteiten, de financiële positie en de vooruitzichten van de Vennootschap.
De jaarlijkse budgetten en de financiële vooruitzichten over meerdere jaren zijn een belangrijk hulpmiddel voor de besluitvorming en voor de opvolging van het beheer. Die budgetten en vooruitzichten komen voort uit een computermodel dat draait op basis van hypotheses en dat aan programmerings- of manipulatiefouten blootgesteld kan zijn. De eventuele foute hypotheses en programmerings- of manipulatiefouten kunnen, indien ze onopgemerkt blijven, de conformiteit met de eisen van de regelgeving (het respecteren van de verplichtingen verbonden aan het statuut van openbare GVV, zoals bijvoorbeeld de gelimiteerde schuldratio) en van de contracten (bijvoorbeeld het respecteren van de verbintenissen ten opzichte van de banken), alsook de prestaties van de Vennootschap en het vertrouwen dat ze van de markten geniet, beïnvloeden.
Bovendien kan blijken dat eerdere financiële vooruitzichten niet meer relevant zijn, aangezien de omstandigheden kunnen evolueren. Ook berusten de financiële vooruitzichten op assumpties die mogelijk aan de controle van de Vennootschap ontsnappen.
De Groep is blootgesteld aan de evolutie van de alsmaar toenemende en complexere wetten en regels en ook aan de mogelijke evolutie van hun interpretatie of toepassing door de administraties of de rechtbanken.
Nieuwe (Europese, nationale, federale, gewestelijke of lokale) regelgeving of wijzigingen van bestaande regelgeving, onder meer op het vlak van fiscaliteit, milieu, stedenbouw, mobiliteitsbeleid, privacy en duurzame ontwikkeling en nieuwe bepalingen in verband met de verhuur van onroerende goederen en de vernieuwing van de vergunningen waaraan de Vennootschap of de gebruikers van de onroerende goederen van de Vennootschap zich moeten houden, of een wijziging in de toepassing en/of interpretatie van dergelijke voorschriften door de administratie (met inbegrip van de belastingadministratie) of de hoven en rechtbanken, kunnen de administratieve kosten en verplichtingen van de Vennootschap verhogen, alsook een belangrijke invloed hebben op haar rendement, de reële waarde van haar activa en op haar huurders.

Aedifica realiseert haar omzet en haar kosten in de eurozone en sinds de aankoop van de Britse portefeuille op 1 februari 2019 ook in Britse pond.
Veranderingen in het EU-referentiekader zoals de IFRS en de omzetting van nieuwe initiatieven in nationale wetgeving in het kader van AIFMD (Alterntive Investment Fund Managers Directive) en EMIR (European Market Infrastructure Regulation) kunnen ook gevolgen hebben voor de verslaggeving, de kapitaalvereisten, het gebruik van derivaten en de organisatie van de Venootschap. Ze kunnen ook bepalend zijn voor de operationele activiteiten van de venootschap en de praktische en juridische organisatie ervan, de toepasselijke belastingen en eventueel de waardering.
Hoewel de Vennootschap toeziet op de naleving van de regelgeving en daarbij een beroep doet op alle nodige expertise, blijft zij blootgesteld aan het risico van niet-naleving van de reglementaire verplichtingen en aan milieurisico's.
Sinds 17 oktober 2014 is de Vennootschap door de FSMA erkend als een 'openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap naar Belgisch recht', afgekort 'openbare GVV' naar Belgisch recht. In haar hoedanigheid van openbare GVV, en met het oog op het behoud van dat statuut, is de Vennootschap onderworpen aan de bepalingen van de wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen en het koninklijk besluit van 13 juli 2014 (hierna samen de 'GVV-Wetgeving' genoemd), die beperkingen inhouden ten aanzien van (onder meer) de activiteiten, de schuldratio, de resultaatverwerking, belangenconflicten en corporate governance. Het (blijvend) beantwoorden aan deze specifieke vereisten is onder meer afhankelijk van het vermogen van de Vennootschap om op succesvolle wijze haar activa en schuldpositie te beheren, en van de naleving van strikte interne controleprocedures. De Vennootschap zou mogelijk niet in staat kunnen zijn om aan deze vereisten te beantwoorden in geval van een significante wijziging in haar financiële situatie of anderszins.
Als openbare GVV is Aedifica blootgesteld aan het risico van toekomstige wijzigingen van de wetgeving inzake gereglementeerde vastgoedvennootschappen. De Vennootschap volgt daarom systematisch de evolutie op van zowel de lokale (België, Duitsland, Nederland en het Verenigd Koninkrijk) als de Europese wetgeving, met name via de in 2016 opgerichte VZW BE-REIT Association, waarvan ze medeoprichter is.
Daarnaast is er ook het risico dat de toezichthouder (de FSMA) sancties oplegt in geval van schending van de toepasselijke regels, met inbegrip van het verlies van de erkenning van het statuut van openbare GVV. In dat geval verliest de Vennootschap het voordeel van het bijzonder fiscaal stelsel van openbare GVV (zie ook onder punt 4.3 hierna). Bovendien wordt het verlies van de erkenning als openbare GVV in de regel in de kredietovereenkomsten van de Vennootschap aangemerkt als een gebeurtenis waardoor de kredieten die de Vennootschap heeft afgesloten vervroegd opeisbaar worden, en zou het verlies van dat statuut een negatieve impact hebben op de activiteiten, de resultaten, het rendement, de financiële toestand en de vooruitzichten van de Vennootschap.
Als openbare GVV geniet Aedifica een specifiek fiscaal regime. De resultaten (huurinkomsten en meerwaarden van verkopen verminderd met de bedrijfskosten en financiële lasten) zijn vrijgesteld van de vennootschapsbelasting op het niveau van de openbare GVV (d.w.z. de openbare GVV is onderworpen aan de vennootschapsbelasting tegen het normale belastingpercentage, maar slechts op een beperkte belastbare basis, bestaande uit de som van (1) de abnormale of goedgunstige voordelen die de GVV ontvangt en (2) de uitgaven en kosten die niet aftrekbaar zijn als beroepskosten, met uitzondering van afschrijvingen en minderwaarden op aandelen) terwijl dochterondernemingen die niet de status van een GVV of een gespecialiseerde vastgoedbevak hebben, onderworpen blijven aan de vennootschapsbelasting. In de mate dat de Vennootschap rechtstreeks onroerende goederen in het buitenland aanhoudt, is het mogelijk dat de Vennootschap onderworpen is aan lokale belastingen. Ook de activa in de dochtervennootschappen van de Vennootschap in Duitsland, Luxemburg, Nederland en Jersey zijn aan de aldaar toepasselijke gemeenrechtelijke venootschapsbelasting onderworpen.
Vennootschappen – andere dan GVV's of gespecialiseerde vastgoedbeleggingsfondsen – die door de Vennootschap werden of worden opgeslorpt, zijn een exit taks verschuldigd betaalbaar op hun latente meerwaarden en vrijgestelde reserves. Indien vastgoed wordt verworven door een fusie waarbij de Vennootschap een normale belaste vastgoedvennootschap overneemt, is een exit taks verschuldigd op de latente meerwaarden en belastingvrije reserves van de vastgoedvennootschap (belastbare fusie) van 12,50% voor verrichtingen (zoals belastbare fusies) die vanaf 1 januari 2018 worden uitgevoerd. Voor de verrichtingen vanaf 1 januari 2020 zal het tarief van de exit taks opnieuw verhoogd worden tot 15%. Bovendien werd ook de bijkomende crisisbijdrage (toe te voegen aan de exit taks) hervormd, de inwerkingtreding is echter niet gekoppeld aan transacties vanaf een specifieke datum, maar is gerelateerd aan een belastingjaar. De aanvullende crisisbijdrage werd vanaf het belastingjaar 2019 verlaagd van 3% tot 2% (ten opzichte van een belastbaar tijdperk dat op zijn vroegst op 1 januari 2018 begint). De aanvullende crisisbijdrage zal worden afgeschaft met ingang van het belastingjaar 2021 (met betrekking tot een belastbaar tijdperk dat op zijn vroegst vanaf 1 januari 2020 begint). Voor bedrijfsherstructureringen is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar waarin de transactie plaatsvindt. Samengevat betekent dit dat fusies die plaatsvinden in 2018 (met betrekking tot het belastingjaar 2018) onderworpen waren aan een exit taks van 12,875% (i.e. 12,50% plus de bijkomende crisisbijdrage van 3%). Fusies die in 2019 worden of zullen worden uitgevoerd (met betrekking tot het MARTHA FLORA HOORN, HOORN (NL)

belastingjaar 2019) zullen onderworpen zijn aan een exit taks van 12,75% (12,50% plus de bijkomende crisisbijdrage van 2%). Fusies die in 2020 (in verband met het belastingjaar 2020) worden uitgevoerd, zijn onderworpen aan een exitheffing van 15,30% (d.w.z. 15% plus de extra crisisbijdrage van 2%). Fusies die vanaf 1 januari 2021 worden uitgevoerd, zijn onderworpen aan een belastingtarief van 15% (zonder extra crisisbijdrage).
De exit taks wordt berekend volgens de bepalingen van de circulaire Ci.RH.423/567.729 van 23 december 2004, waarvan de interpretatie of de praktische toepassing op elk moment kan worden gewijzigd. De 'marktwaarde' van vastgoed zoals bedoeld in die circulaire wordt berekend na aftrek van de registratierechten of de BTW. Die marktwaarde verschilt van (en kan dus lager zijn dan) de reële waarde van het vastgoed zoals vermeld in de IFRS-balans van de Vennootschap. Aedifica is van oordeel dat ze alle punten in de bepalingen van de circulaire voor de berekening van de exit taksen die ze verschuldigd was, heeft nageleefd.
De Belgische roerende voorheffing op dividenden bedraagt in principe 30%, onder voorbehoud van vermindering of vrijstelling op grond van de toepasselijke Belgische bepalingen of belastingverdragen. Vanaf 1 januari 2017 werd echter een verminderde roerende voorheffing van 15% voorzien voor dividenden uitgekeerd door een GVV, die minstens 60% van zijn onroerend goed rechtstreeks of onrechtstreeks investeert in zogenaamd 'gezondheidszorg-vastgoed' (nieuw artikel 269, §1, 3° van het Belgische Wetboek van Inkomstenbelastingen '92). Onroerend goed in de gezondheidszorg wordt gedefinieerd als een onroerend goed dat gelegen is in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte en dat uitsluitend of hoofdzakelijk wordt gebruikt of bestemd is als wooneenheden die zijn aangepast aan woon- of gezondheidszorg. Indien het onroerend goed niet uitsluitend wordt gebruikt of bestemd is voor residentiële zorg of gezondheidszorg, of slechts als zodanig wordt gebruikt gedurende een deel van het belastbaar tijdperk, wordt voor de bepaling van het percentage van 60% enkel rekening gehouden met de verhouding van de tijd en de oppervlakte die daadwerkelijk aan residentiële zorg of gezondheidszorg wordt besteed. Aangezien de Vennootschap meer dan 60% van haar vastgoedportefeuille belegt in zorgvastgoed, genieten de aandeelhouders vanaf 1 januari 2017 van dit verlaagde tarief van 15%. Indien de Vennootschap deze 60%-drempel niet langer zou halen, dan zou het tarief van de roerende voorheffing opnieuw verhoogd worden van 15% tot 30% (d.w.z. het gewone tarief van de roerende voorheffing).
Bovendien zou de Vennootschap bij verlies van de erkenning van het statuut van GVV, wat een ernstig en aanhoudend verzuim door de Vennootschap van de wet van 12 mei 2014 en/ of van het koninklijk besluit van 13 juli 2014 veronderstelt, het voordeel van haar specifiek fiscaal regime en de verlaagde roerende voorheffing verliezen. Bovendien wordt het verlies van de erkenning over het algemeen beschouwd als een geval van vervroegde terugbetaling van de bankkredieten.
Wat de Nederlandse activiteiten betreft, beoogt de Groep een fiscaal transparant regime als Fiscale Beleggingsinstelling ('FBI') voor haar Nederlandse dochtervennootschap. Uit voorzichtigheidsoverwegingen heeft de Groep de fiscale lasten met betrekking tot het niet bekomen van een FBI-statuut volledig ten laste genomen in het resultaat. In tussentijd blijft Aedifica, bijgestaan door externe consultants, ijveren voor het bekomen van het FBI-statuut, wat een positief effect zal hebben op de resultaten van de Groep.
De constante groei van Aedifica zou tot een schaarste van de beschikbare financiering kunnen leiden (hetzij in de vorm van eigen vermogen, hetzij in de vorm van schulden). Om dat risico tegen te gaan, ontwikkelt de Groep een steeds ruimer netwerk van feitelijke en potentiële aanbieders van financiële middelen. Daarnaast zou het groeiritme een operationeel risico kunnen veroorzaken, bijvoorbeeld wanneer de kosten sneller toenemen dan de inkomsten, wanneer er vergissingen of uitvoeringsproblemen plaatsvinden, wanneer er tekortkomingen zijn in de follow-up van acquisities ('post-closing') of wanneer de groeiende informatiestroom niet adequaat beheerd wordt. Om die risico's tegen te gaan, werkt Aedifica op regelmatige basis ook haar procedures en haar informatiesysteem bij; ze komt tegemoet aan de uitdagingen die haar groei en haar internationale karakter met zich meebrengen door haar procedures verder te formaliseren, zonder afbreuk te doen aan haar uitvoeringsflexibiliteit en –wendbaarheid. Daarnaast breidt de Groep haar team uit met personen die over een gespecialiseerd profiel beschikken. Het groeiende netwerk van huidige en potentiële leveranciers en financiële partners, verbeterde procedures en informatiesystemen en andere maatregelen van de Groep kunnen de hierboven vermelde risico's echter niet volledig uitsluiten.
Ook een gebrek aan groei vormt een risico voor een onderneming als Aedifica; dat zou de verwachtingen van de beurs kunnen schokken, een vertrouwensbreuk met de partners van de Groep kunnen uitlokken of de toegang tot kapitaal kunnen bemoeilijken. Aedifica toont echter een sterke wil om haar zin voor dynamiek en ondernemerschap te handhaven, en de sleutelfiguren van het team breiden permanent hun netwerk uit om op de hoogte te blijven van wat er zich op de markt afspeelt en om alle interessante opportuniteiten te bestuderen. Bovendien investeert Aedifica in de uitbouw van landenteams om dicht bij de lokale markt te staan en zo nieuwe opportuniteiten te kunnen identificeren. Dat kan het risico op een gebrek aan groei, de daaruit volgende gewijzigde verwachtingen van de beurs, een verlies aan vertrouwen van de partners en een moeilijkere toegang tot kapitaal voor de Groep echter niet volledig uitsluiten.
De internationalisering van de activiteiten van de Groep zou nieuwe risico's met zich mee kunnen brengen, met betrekking tot de toenemende complexiteit van het beheer van de dagelijkse activiteiten van de Groep (specifieke kenmerken van elke buitenlandse markt, culturele barrières, taalbarrières, integratie, vastgoedbeheer, enz.) en de accumulatie van de reglementaire risico's in de verschillende landen. Aedifica doet een beroep op lokale experts die ondersteuning bieden in haar internationale ontwikkeling, en implementeert de nodige structuren en procedures om een vlotte internationale ontwikkeling te garanderen. Door de uitbouw van teams per land waar Aedifica actief is (lokale managementteams), onderhoudt de groep een nauw contact met de lokale markt, waardoor nieuwe opportuniteiten kunnen worden geïdentificeerd. De aanwerving van die deskundigen en het opzetten van die structuren en procedures kunnen het risico van de toegenomen complexiteit in het dagelijkse beheer van de activiteiten van de Groep en de combinatie van het multi-jurisdictionele regelgevingsrisico echter niet volledig uitsluiten.

Reputatie speelt een sleutelrol voor een beursgenoteerde groep in volle groei. Mocht de reputatie van de Groep schade ondervinden, dan zou dat haar groeiperspectieven kunnen aantasten en de toegang tot kapitaal kunnen bemoeilijken. Dankzij haar track record van meer dan tien jaar, heeft de Groep momenteel een excellente reputatie en blijft ze in contact met verschillende stakeholders om die reputatie te behouden. De Groep kan het risico dat haar reputatie wordt geschaad echter niet volledig uitsluiten.
Een discrepantie tussen de verwachtingen van de beursmarkt en de prestaties van de Groep zou de perspectieven van de Groep kunnen aantasten en bijgevolg een verlies van vertrouwen kunnen veroorzaken bij de financiële analysten en investeerders.
Daarnaast zou de verspreiding van bevoorrechte informatie onder aandeelhouders voorafgaand aan de publicatie ervan, een effect kunnen hebben op de beurskoers van het aandeel; de compliance officer implementeert de benodigde procedures om het vertrouwelijke karakter van bevoorrechte informatie te verzekeren tot het moment van publicatie.
Nalatigheden op het vlak van rapportering zouden de feitelijkheid kunnen ondermijnen van de informatie die de besluitvormers ter beschikking hebben. Daarom heeft de Groep een adequaat intern en extern rapporteringsproces ontwikkeld, met trapsgewijze controles op verschillende niveaus, zowel intern (personeelsleden, directiecomité, auditcomité en raad van bestuur) als extern (audit). Niettemin kan het risico van tekortkomingen in de rapportering niet volledig uitgesloten worden.
Informatica vormt een instrument van fundamenteel belang voor een onderneming met een omvang als die van Aedifica. Een verlies of onbeschikbaarheid van gegevens zou een verstoring van de beheers- en investeringsactiviteiten en/of een verstoring van het interne en externe rapporteringsproces kunnen veroorzaken. De Groep beschikt sinds januari 2019 over een IT-manager en laat zich bijstaan door een externe partner voor het beheer van de informatica-infrastructuur (hardware en software), de beveiliging van de toegang tot gegevens en het bewaren van die gegevens. Daarnaast werd er een cyber-securitypolis afgesloten, die de Groep verzekert tegen verschillende soorten cybercriminaliteit. De Groep kan echter het risico van verlies of het niet beschikbaar zijn van gegevens over investeringsactiviteiten of interne en externe rapporteringsprocessen niet volledig uitsluiten.
Rekening houdend met haar relatief kleine team, is Aedifica in geval van het vertrek van bepaalde personeelsleden die een sleutelfunctie bekleden, aan een zeker risico van desorganisatie blootgesteld. Het onverwachte vertrek van sommige personeelsleden zou eveneens nadelige gevolgen kunnen hebben voor de ontwikkeling van de Groep.
Daarom heeft Aedifica een human-resourcesbeleid ontwikkeld dat erop gericht is om de sleutelfiguren van het team in de mate van het mogelijke binnen het bedrijf te houden door (onder andere) het voeren van een gepast verloningsbeleid en het aanbieden van een opleidingsprogramma en de mogelijkheid om intern door te groeien. Daarnaast voorziet de Groep enkele overlappende functies ('back-ups'). Bovendien voert de Groep een proactief recruteringsbeleid, dat tijdens de voorbije boekjaren aanleiding gaf tot de creatie van verschillende nieuwe functies. Aedifica's personeels- en rekruteringsbeleid kunnen het risico van vertrek van sleutelfiguren echter niet volledig uitsluiten.

Om een vlotte internationale ontwikkeling te garanderen, doet Aedifica een beroep op lokale experts en implementeert de Groep de nodige structuren en procedures.

Op basis van de reële waarde (bepaald door de waarderingsdeskundigen), die om de drie maanden wordt herschat. Voor zorgvastgoed is het bruto- rendement doorgaans gelijk aan het nettorendement ('triple net' contracten). De exploitatielasten, de onderhoudskosten en het risico van huurderving worden in België, het Verenigd Koninkrijk en (veelal ook) Nederland namelijk doorgaans volledig ten laste genomen door de exploitant. In Duitsland (en Nederland, in sommige gevallen) is het nettorendement doorgaans lager dan het brutorendement, aangezien sommige lasten ten laste zijn van de eigenaar ('double net' contracten).
'Weighted average unexpired lease term': gewogen gemiddelde resterende looptijd van de huurovereenkomsten.

"Aedifica heeft over de loop van het boekjaar een recordbedrag van meer dan 910 miljoen € aan investeringen afgesloten."
Stefaan Gielens, CEO
In volle expansie
| Sites | 261 | 135 |
|---|---|---|
| Residenten | >19.000 | >11.000 |
| Oppervlakte | 1.198.000 m² | 708.000 m² |
| Reële waarde | 2.270 miljoen € | 1.431 miljoen € |
| Huurrendement1 | 5,9% | 5,7% |
2018/2019 2017/2018
MARTHA FLORA BOSCH EN DUIN, BOSCH EN DUIN (NL)




21 jaar WAULT2

Bezettingsgraad
15


"Aan het einde van het boekjaar 2018/2019 is Aedifica een 100% pure-play investeerder in Europees zorgvastgoed." Stefaan Gielens, CEO

118 miljoen € Huurinkomsten
3,74 €/aandeel EPRA Earnings*
2,80 €/aandeel Dividend
37,2% Geconsolideerde schuldgraad

31 Mannen
29 Vrouwen
41 jaar Gemiddelde leeftijd
29 uur Gemiddeld aantal uren opleiding
| Patrimonium (x1.000 €) | 30 juni 2019 | 30 juni 2018 |
|---|---|---|
| Vastgoedbeleggingen in exploitatie inclusief de activa bestemd voor verkoop* | 2.269.744 | 1.705.350 |
| Projectontwikkelingen | 51.206 | 35.183 |
| Totaal van vastgoedbeleggingen inclusief de activa bestemd voor verkoop* | 2.320.949 | 1.740.533 |
| Nettoactiefwaarde per aandeel (in €) | 30 juni 2019 | 30 juni 2018 |
| Nettoactiefwaarde na aftrek van het dividend 2017/20181 , vóór variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten* |
60,16 | 51,18 |
| Effect van de variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten | -2,05 | -1,95 |
| Nettoactiefwaarde na aftrek van het dividend 2017/20181 | 58,11 | 49,24 |
| Geconsolideerde resultatenrekening - analytisch schema (x1.000 €) | 30 juni 2019 | 30 juni 2018 |
| Huurinkomsten | 118.413 | 91.677 |
| Met verhuur verbonden kosten | -41 | -80 |
| Nettohuurresultaat | 118.372 | 91.597 |
| Operationele kosten* | -21.230 | -14.322 |
| Operationeel resultaat vóór het resultaat op de portefeuille | 97.142 | 77.275 |
| Exploitatiemarge* (%) | 82 | 84 |
| Financieel resultaat vóór variaties in reële waarde* | -20.168 | -15.319 |
| Belastingen | -4.498 | -3.553 |
| Aandeel in het resultaat van geassocieerde vennootschappen en joint-ventures m.b.t. EPRA Earnings* | 282 | 0 |
| Minderheidsbelangen m.b.t. EPRA Earnings* | -613 | 0 |
| EPRA Earnings* (aandeelhouders van de groep) | 72.145 | 58.403 |
| Noemer (IAS 33) | 19.274.471 | 17.990.607 |
| EPRA Earnings* (aandeelhouders van de groep) per aandeel (€/aandeel) | 3,74 | 3,25 |
| EPRA Earnings* | 72.145 | 58.403 |
| Variatie van de reële waarde van financiële activa en passiva | -7.304 | -2.157 |
| Variatie van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen | 63.317 | 15.018 |
| Resultaat verkoop vastgoedbeleggingen | 7.321 | 789 |
| Negatieve goodwill / depreciatie van goodwill | 0 | -344 |
| Uitgestelde belastingen m.b.t. EPRA-correcties | -6.216 | 146 |
| Aandeel in het resultaat van geassocieerde vennootschappen en joint-ventures m.b.t. EPRA-correcties | 853 | 0 |
| Minderheidsbelangen m.b.t. EPRA-correcties | -6.618 | 0 |
| Afrondingsverschil | -1 | 0 |
| Nettoresultaat (aandeelhouders van de groep) | 123.497 | 71.856 |
| Noemer (IAS 33) | 19.274.471 | 17.990.607 |
| Nettoresultaat per aandeel (aandeelhouders van de groep - IAS 33 - €/aandeel) | 6,41 | 3,99 |
| Geconsolideerde balans (x1.000 €) | 30 juni 2019 | 30 juni 2018 |
| Vastgoedbeleggingen inclusief de activa bestemd voor verkoop* | 2.320.949 | 1.740.533 |
| Andere activa opgenomen in de schuldratio | 65.061 | 24.418 |
|---|---|---|
| Andere activa | 117 | 1.692 |
| Totaal activa | 2.386.127 | 1.766.643 |
| Eigen vermogen | ||
| Eigen vermogen vóór variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten* | 1.480.082 | 977.086 |
| Effect van de variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten | -50.533 | -35.439 |
| Minderheidsbelangen | 103 | 0 |
| Eigen vermogen | 1.429.652 | 941.647 |
| Schulden en verplichtingen opgenomen in de schuldratio | 888.158 | 781.449 |
| Andere verplichtingen | 68.317 | 43.547 |
| Totaal van het eigen vermogen en verplichtingen | 2.386.127 | 1.766.643 |
| Schuldratio (%) | 37,2 | 44,3 |
| Key performance indicatoren volgens het EPRA-referentiesysteem | 30 juni 2019 | 30 juni 2018 |
|---|---|---|
| EPRA Earnings* (in €/aandeel) | 3,74 | 3,25 |
| EPRA NAV* (in €/aandeel) | 60,64 | 51,52 |
| EPRA NNNAV* (in €/aandeel) | 57,81 | 48,86 |
| EPRA Net Initial Yield (NIY) (in%) | 5,5 | 5,2 |
| EPRA Topped-up NIY (in%) | 5,5 | 5,2 |
| EPRA Vacancy Rate (in%) | 0 | 1 |
| EPRA Cost Ratio (including direct vacancy costs)* (in%) | 18 | 16 |
| EPRA Cost Ratio (excluding direct vacancy costs)* (in%) | 18 | 16 |
2018/2019 gaat de geschiedenis in als een strategisch sleuteljaar voor Aedifica. Over de loop van het boekjaar werd een recordbedrag van meer dan 910 miljoen € aan investeringen uitgevoerd en aangekondigd, waardoor de Groep zijn portefeuille aanzienlijk uitbreidde en zijn intrede maakte in een vierde Europese markt. Daarnaast werden de niet-strategische activiteiten afgebouwd, waardoor Aedifica aan het einde van het boekjaar een 100% pure-play investeerder werd in Europees zorgvastgoed. Bovendien heeft Aedifica in mei 2019 de grootste kapitaalverhoging ooit in de Belgische GVV-sector afgerond, waardoor de Groep gewapend is om haar groeiritme voort te zetten. Al die stappen zorgden ervoor dat Aedifica zich het afgelopen boekjaar op de kaart zette als een referentie in de Europese beursgenoteerde vastgoedsector.
Eind 2015 gaf Aedifica het startschot voor zijn strategische transformatie tot Europese pureplay investeerder in zorgvastgoed door de lancering van de baseline 'housing with care'. Nu, minder dan vier jaar later, heeft de Groep zijn pure-play ambities gerealiseerd door de desinvestering van de niet-strategische delen van de portefeuille.
Over de loop van het boekjaar hebben we in twee fases 75% van de aandelen verkocht in Immobe NV, de vennootschap waarin Aedifica zijn bedrijfstak 'appartementsgebouwen' heeft ingebracht. In juni 2019 hebben we onze pureplay strategie voltooid door de verkoop van de hotelportefeuille. Onze portefeuille omvat nu

Stefaan Gielens Chief Executive Officer Serge Wibaut voorzitter van de raad van bestuur

"In 2018/2019 werden de niet-strategische activiteiten afgebouwd, waardoor Aedifica aan het einde van het boekjaar een 100% pureplay investeerder werd in Europees zorgvastgoed."
Serge Wibaut, voorzitter van de raad van bestuur uitsluitend nog zorgvastgoed, waardoor we ons meer dan ooit kunnen focussen op de kernactiviteit waarin we een jarenlange ervaring hebben opgebouwd.
Aedifica's Europese pure-play ambities kwamen eveneens tot uiting in de investeringen die in 2018/2019 werden uitgevoerd en aangekondigd. De internationale expansie van de Groep zette zich onverminderd voort door de acquisitie en oplevering van meer dan 140 zorgvastgoedsites, niet alleen in België, Duitsland en Nederland, waar Aedifica in 2018 voor het tweede jaar op rij de grootste investeerder in zorgvastgoed was (volgens een studie van CBRE), maar ook in een vierde markt.
In februari 2019 maakten we immers onze intrede in een vierde Europese markt door de acquisitie van een zorgvastgoedportefeuille van 90 zorgvastgoedsites gebouwen in het Verenigd Koninkrijk, onze meest omvangrijke acquisitie tot op heden. Deze portefeuille met 14 nieuwe uitbaters zorgt voor een substantiële verbetering van de huurdersdiversificatie en versterkt Aedifica's uitzonderlijke WAULT van 21 jaar.
Alle investeringen die Aedifica in zijn vier markten heeft uitgevoerd, hebben de vastgoedportefeuille tijdens het boekjaar 2018/2019 doen groeien tot 261 sites met een capaciteit voor meer dan 19.000 bewoners. De reële waarde van de vastgoedbeleggingen in exploitatie inclusief de activa bestemd voor verkoop* is met 564 miljoen € gestegen (+33%) tot 2.270 miljoen € (tegenover 1.705 miljoen € aan het begin van het boekjaar). Daarnaast heeft de Groep op 30 juni 2019 een totaal investeringsbudget in ontwikkelingsprojecten van ca. 428 miljoen € (zie punt 4.2 van het vastgoedverslag). Al die projecten zijn bovendien reeds voorverhuurd. Rekening houdend met de reële waarde van de vastgoedbeleggingen en de ontwikkelingsprojecten die gerealiseerd zullen worden over een periode van drie jaar, zal Aedifica's totale portefeuille op termijn de kaap van 2,7 miljard € bereiken.
Naast bovenstaande investeringen hebben we in mei 2019 Aedifica's eigen vermogen versterkt door een openbare kapitaalverhoging van 418 miljoen €. Deze kapitaalverhoging heeft samen met de desinvestering van de niet-strategische segmenten de geconsolideerde schuldgraad significant verminderd tot 37,2% op 30 juni 2019 (tegenover 55,5% op 31 maart 2019), waardoor de Groep over voldoende financiële middelen beschikt om haar groeiritme voort te zetten. Bovendien werden er dit boekjaar nieuwe langlopende bankfinancieringen afgesloten voor ca. 200 miljoen €.
Dat Aedifica's groeistrategie het vertrouwen van de markt blijft genieten, kwam tot uiting in de evolutie van de beurskoers, die tijdens het boekjaar gestegen is van 78,10 € (30 juni 2018) tot 83,90 € (30 juni 2019), en tijdens de zomermaanden zelfs een recordhoogte van 105,80 € bereikte. Op basis van de beurskoers op 30 juni 2019 heeft het Aedifica-aandeel een premie van 39,5% ten opzichte van het nettoactief per aandeel vóór variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten*, of een premie van 44,4% ten opzichte van het nettoactief per aandeel.
Aedifica focust niet alleen op investeringen en groei, maar ook op het beheer van zijn bestaande vastgoedpatrimonium. Het resultaat van die inzet uit zich in een uitstekende huuromzet (+29%). De EPRA Earnings* is met 24% gestegen tot 72,1 miljoen € (tegenover 58,4 miljoen € op 30 juni 2018), hetzij 3,74 € per aandeel (tegenover 3,25 € op 30 juni 2018), een stijging van 15%. Aedifica's nettoresultaat bedraagt 123 miljoen € (tegenover 72 miljoen € voor het boekjaar 2017/2018).
Aedifica dankt die uitstekende resultaten van het voorbije boekjaar aan het enthousiasme, de competentie en de inzet van al haar medewerkers. De raad van bestuur wil daarom ook dit jaar het team van Aedifica oprecht feliciteren en bedanken voor hun bijdrage aan de ontwikkeling van de Groep.
Op basis van die resultaten zal Aedifica's raad van bestuur aan de gewone algemene vergadering van 22 oktober 2019 een brutodividend van 2,80 € per aandeel voorstellen (onderworpen aan een verlaagde roerende voorheffing van 15%), een stijging van 12% in vergelijking met het dividend dat over het vorige boekjaar werd uitgekeerd. Het dividend zal verdeeld worden over twee coupons (coupon nr.21 bedraagt 2,38 € en werd al onthecht, coupon nr.22 bedraagt 0,42 €).
"Aedifica heeft in mei 2019 zijn eigen vermogen versterkt door een openbare kapitaalverhoging van 418 miljoen euro, de grootste ooit in de Belgische GVVsector."
Stefaan Gielens, CEO
Het voorbije boekjaar heeft Aedifica bewezen dat het zijn groeiambities waar kan maken en ook tijdens 2019/2020 wil de Groep verdergaan op het ingeslagen pad. Diverse nieuwe investeringsopportuniteiten worden geanalyseerd. Ook zonder rekening te houden met nieuwe investeringsopportuniteiten, wordt de toekomstige groei van de Groep verzekerd door de omvangrijke pipeline van investeringsprojecten. Door die combinatie van nieuwe investeringen en bestaande afspraken rond de acquisitie, renovatie, uitbreiding, herontwikkeling en bouw van talrijke sites, kan Aedifica een portefeuille opbouwen van kwalitatieve gebouwen die aantrekkelijke nettorendementen bieden en zich verder verankeren als pure-play investeerder in Europees zorgvastgoed.
Voor het boekjaar 2019/2020 worden EPRA Earnings* verwacht van 87 miljoen € of 3,55 € per aandeel rekening houdend met het groter aantal aandelen. De raad van bestuur voorziet een brutodividend dat met 7% stijgt tot 3,00 € per aandeel.
Voorzitter van de raad van bestuur
Chief Executive Officer



In mei 2019 heeft Aedifica zijn engagementen op het vlak van duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen scherpgesteld in zijn allereerste duurzaamheidsverslag. Op basis van de 'Sustainable Development Goals' (SDG's) van de Verenigd Naties stelde Aedifica een ambitieus actieplan op, waarin de doelstellingen worden oplijst die de Groep tegen 2025 wil verwezenlijken op het vlak van duurzaamheid, verantwoorde bedrijfsvoering en op sociaal gebied.

In 2018/2019 volbracht Aedifica zijn strategische ambitie en groeide uit tot een 100% pure-play investeerder in Europees zorgvastgoed door de desinvestering van de niet-strategische delen van zijn portefeuille. De appartementsgebouwen-tak werd ingebracht in Immobe NV, waarvan over de loop van het boekjaar 75% van de aandelen werd verkocht aan een strategische partner. In juni 2019 werd ook de hotelportefeuille verkocht. Het kapitaal dat vrijkwam door de desinvestering van beide portefeuilles biedt bovendien bijkomende mogelijkheden om Aedifica's groeistrategie te financieren.
In de loop van het boekjaar 2018/2019 is de reële waarde van Aedifica's zorgvastgoedportefeuille met 857 miljoen € gegroeid van 1.413 miljoen € tot 2.270 miljoen €. Naast de omvangrijke acquisitie van de portefeuille van 90 zorgvastgoedsites in het Verenigd Koninkrijk, heeft Aedifica talrijke acquisities voltooid of aangekondigd in België, Duitsland en Nederland. Bovendien werden in 2018/2019 16 ontwikkelingsprojecten opgeleverd. In totaal werden er in het afgelopen boekjaar meer dan 8.500 eenheden aan de portefeuille toegevoegd.
versterken, werd er begin mei 2019 voor de vijfde keer sinds Aedifica's beursgang een openbare kapitaalverhoging in geld voltooid. De kapitaalverhoging kon op veel bijval van investeerders rekenen en was met 418 miljoen € (incl. uitgiftepremie) de grootste kapitaalverhoging ooit in de geschiedenis van de Belgische GVV-sector. Door deze kapitaalinjectie beschikt Aedifica over voldoende middelen om in de toekomst zijn groei te financieren.

Aedifica investeerde in februari 2019 ca. 450 miljoen £ in een portefeuille van 90 zorgvastgoedsites in het Verenigd Koninkrijk en voltooide zo haar grootste acquisitie tot op heden. Door deze investering in een nieuwe Europese markt, zorgt Aedifica niet alleen voor een geografische diversificatie van zijn portefeuille, maar ook voor een uitbreiding van zijn huurdersbestand met 14 nieuwe zorguitbaters. Deze omvangrijke transactie werd in mei 2019 bekroond met de 'Deal of the Year 2018' award van het magazine Trends, een erkenning van Aedifica's strategisch en financieel leiderschap.



37,2% Geconsolideerde schuldgraad op 30 juni 2019
2,3 miljard€ Reële waarde van de vastgoedbeleggingen
op 30 juni 2019

+29% Geconsolideerde huurinkomsten ten opzichte van 30 juni 2018
+24% EPRA Earnings* ten opzichte van 30 juni 2018

De stijging van het aantal zorgbehoevende senioren zal de komende 40 jaar de vraag naar zorgvastgoed doen toenemen.


DE STATENHOF, LEIDEN (NL)

Aedifica is een Belgische beursgenoteerde vennootschap die gespecialiseerd is in investeringen in Europees zorgvastgoed en in het bijzonder in huisvesting voor senioren met een zorgvraag. Aedifica heeft zich in de afgelopen jaren verankerd als referentie in de Europese beursgenoteerde vastgoedsector en heeft de ambitie om die positie de komende jaren verder uit te bouwen. Door te investeren in kwalitatieve zorggebouwen die recurrente en geïndexeerde huurinkomsten genereren en een meerwaardepotentieel bieden, wil Aedifica zijn aandeelhouders een zekere en duurzame vastgoedinvestering bieden met een aantrekkelijk rendement.
De Europese bevolking is in toenemende mate aan het vergrijzen en blijft gemiddeld langer leven. In België, Duitsland, Nederland en het Verenigd Koninkrijk, de vier markten waar Aedifica actief is, zou tegen 2060 meer dan 25% van de bevolking ouder dan 65 zijn en meer dan 10% ouder dan 80. Die stijging van het aantal zorgbehoevende senioren zal tijdens de komende veertig jaar de vraag naar zorgvastgoed doen toenemen. Daarnaast beschikken de overheden slechts over beperkte middelen om tegemoet te komen aan die stijgende vraag, waardoor er ook op private investeerders gerekend wordt voor de financiering van vastgoedinfrastructuur die beantwoordt aan de zorg- en huisvestingsbehoeften van de vergrijzende bevolking. Bovendien wordt de langetermijnbehoefte aan zorgvastgoedinvesteringen eveneens ondersteund door de consolidatie van de zorguitbaters op Europese schaal, waarbij vastgoed verkocht wordt om de verdere groei van de zorggroepen te financieren. Door de demografische trends op lange termijn, de beperkte publieke middelen en de consolidatie van de zorguitbaters, investeert Aedifica dus in een vastgoedsector met een sterk groeipotentieel.

Aedifica investeert in kwalitatieve zorggebouwen die recurrente en geïndexeerde huurinkomsten genereren en een meerwaardepotentieel bieden.

Aedifica is de voorbije jaren uitgegroeid tot een specialist in zorgvastgoedinvesteringen. De Groep kan door de jarenlange ervaring en kennis die het heeft opgebouwd op een flexibele manier inspelen op de toegenomen vraag van de markt en de specifieke vastgoedbehoeften van zorguitbaters. Door de langetermijnsamenwerking die met zorguitbaters wordt aangegaan, staat Aedifica in constante dialoog met zijn huurders. Dankzij die duurzame wisselwerking kent de Groep de specifieke behoeften van die uitbaters, waardoor het samen met hen kan nadenken over en investeren in de ontwikkeling van gebouwen die innovatieve zorgconcepten en technologieën integreren. Die specialisatiestrategie maakt Aedifica tot de ideale partner voor investeringen in zorgvastgoed en onderscheidt de Groep van andere investeerders in deze sector.
Aedifica hanteert in essentie een buy-and-holdstrategie die zich per definitie op de lange termijn richt. De Groep wil zijn zorgvastgoedportefeuille verder uitbouwen en optimaliseren door sale-and-rent-backtransacties van bestaande gebouwen, en door rechtstreeks te investeren in de constructie van nieuwe gebouwen en in de renovatie en/of uitbreiding van bestaande sites. Die projecten zijn steeds volledig voorverhuurd. Om eventuele risico's te beperken en een te grote afhankelijkheid van een bepaald socialezekerheidssysteem te vermijden, bouwt Aedifica aan een evenwichtige portefeuille door zijn investeringen te diversifiëren, zowel vanuit geografisch oogpunt als op het vlak van huurders en doelgroepen.
RESIDENTIE KARTUIZERHOF, LIERDE (BE)

Aedifica heeft een geografische spreiding opgebouwd in België, Duitsland, Nederland en het Verenigd Koninkrijk. Omdat de Groep momenteel actief is in vier verschillende Europese landen, is hij niet afhankelijk van één bepaald socialezekerheidssysteem en kan hij zijn huurdersbestand verder diversifiëren. In Duitsland, Nederland en het Verenigd Koninkrijk is de consolidatie van de sector nog volop op gang, waardoor er daar meer investeringsopportuniteiten zijn en de gemiddelde huurrendementen er hoger liggen dan in de mature Belgische markt. Daarnaast wil Aedifica nieuwe Europese markten verkennen. Meer informatie over de zorgvastgoedmarkt in de vier landen waarin Aedifica actief is, is terug te vinden in het Vastgoedverslag van dit jaarlijks financieel verslag.
Aedifica stelt zijn gebouwen ter beschikking aan meer dan 55 groepen van professionele en gespecialiseerde zorguitbaters op basis van langetermijncontracten die hoge huurrendementen bieden. Elke zorggroep die vastgoed van Aedifica uitbaat, genereert minder dan 15% van de totale huurinkomsten van de Groep, die daardoor over een diverse inkomstenstroom beschikt. Ook in de toekomst wil Aedifica zijn huurdersbestand blijven diversifiëren.
Aedifica diversifieert bovendien zijn portefeuille door te investeren in zorgvastgoed voor verschillende doelgroepen. De primaire focus van investeringen ligt op alle soorten huisvesting voor senioren met een zorgvraag, waardoor de Groep zowel aan de verwachtingen van de zorguitbaters als aan de groeiende vraag die voortvloeit uit de demografische evolutie tegemoet komt. Daarnaast wordt er ook geïnvesteerd in vastgoed voor andere soorten zorgbehoevenden. Dit zijn de segmenten die Aedifica binnen zijn zorgvastgoedportefeuille onderscheidt:
zorggebouwen voor zorgafhankelijke senioren zijn de vaste verblijfplaats van senioren die er permanent gebruik maken van collectieve diensten op huishoudelijk vlak, bijstand in het dagelijkse leven en verpleegkundige of paramedische zorgen. Dat soort gebouwen wordt in België 'woonzorgcentrum' en 'maison de repos' genoemd, in Duitsland 'Pflegeheim', in Nederland 'zorgresidentie' of 'verpleeghuis' en in het Verenigd Koninkrijk 'care home'.

Verdeling van de contractuele huurgelden per exploitatiegroep (%)

Verdeling van de contractuele huurgelden per exploitatiegroep (%) 1

op aanvraag. Op sommige sites wordt huisvesting voor senioren ook gecombineerd met andere soorten zorg, zoals bijvoorbeeld medische centra.
zorggebouwen voor andere doelgroepen dan senioren bieden permanente huisvesting aan personen die (ongeacht de leeftijd) door een beperking of een ziekte hoge zorgbehoeften hebben. Dit segment is echter slechts een klein deel van Aedifica's portefeuille (ca. 1%).
Aedifica is zich bewust van zijn rol in de samenleving en nam zijn verantwoordelijkheden op door de ontwikkeling van een ambitieus actieplan rond maatschappelijk verantwoord ondernemen, dat de Groep tegen 2025 wil uitvoeren. Dat actieplan werd gebaseerd op de 'Sustainable Development Goals' (SDG's) en omschrijft de doelstellingen die Aedifica wil verwezenlijken op het vlak van duurzaamheid, verantwoorde bedrijfsvoering en op sociaal gebied. Meer informatie over dat actieplan en wat reeds verwezenlijkt werd is terug te vinden in Aedifica's duurzaamheidsverslag (beschikbaar op de website).
Aedifica's ambitieuze groeistrategie werpt zijn vruchten af: de reële waarde van de vastgoedbeleggingen inclusief de activa bestemd voor verkoop* kende de voorbije dertien jaar een gemiddeld jaarlijks groeipercentage van 26% en bedraagt 2,3 miljard € (op 30 juni 2019). Aedifica wil dat groeiritme ook de komende jaren aanhouden en op die manier verder schaalvoordelen creëren, in het bijzonder:
In de wereld van Europees zorgvastgoed is de sector van huisvesting voor senioren momenteel het meest ontwikkeld en bijgevolg ook het meest relevant voor Aedifica. De bevolkingsvergrijzing zal waarschijnlijk een grote invloed hebben op de 'consumptie' van zorg, wat zich zou kunnen vertalen in de ontwikkeling van andere sectoren die meer op 'cure' (zorghotels, revalidatiecentra, ziekenhuizen, medische centra, enz.) dan 'care' gericht zijn. Aedifica bestudeert daarom de mogelijkheid om in nieuwe zorgvastgoedsegmenten te investeren en analyseert voortdurend de zorgbehoeften die uit demografische evoluties ontstaan. Daarnaast bestudeert Aedifica eveneens de mogelijkheden om binnen Europa in nieuwe geografische markten te investeren met een focus op zorgvastgoed.
De investeringen en opleveringen van het boekjaar 2018/2019 staan hieronder opgelijst in secties 2.1.1 en 2.1.2. Ze worden ook beschreven in de persberichten die beschikbaar zijn op www.aedifica.eu.
In de loop van het boekjaar 2018/2019 heeft Aedifica de acquisitie van 129 zorgvastgoedsites uitgevoerd of aangekondigd, goed voor een totale capaciteit van meer dan 8.600 eenheden. Het totale bedrag van aangekondigde en uitgevoerde investeringen bedroeg op 30 juni 2019 meer dan 910 miljoen €.
| Type | Ligging | Datum | Investering (miljoen €) 1 |
Pipeline (miljoen €) 2 |
Brutohuur rendement (ca.%) |
Oplevering | Huur contract |
Uitbater | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| België | 64 | 13 | |||||||
| Residentie Kartuizerhof |
Acquisitie | Lierde | 08/10/18 | 20 | - | 5% | 27 jaar - NNN |
Vulpia | |
| Residentie van de Vrede |
Acquisitie | Evere | 08/10/18 | 15 | 2 | 5% | 2020 | 27 jaar - NNN |
Vulpia |
| Hof van Schoten | Acquisitie | Schoten | 14/12/18 | 18 | - | 5% | 27 jaar - NNN |
Hof van Schoten |
|
| Rembertus | Acquisitie & ontwikkeling |
Malines | 15/04/19 | 4 | 11 | 5% | Q4 2020 | 27 jaar - NNN |
Armonea |
| Bremdael | Acquisitie | Herentals | 20/06/19 | 7 | - | 5% | 27 jaar - NNN |
Bremdael | |
| Duitsland | 71 | 154 | |||||||
| Seniorenquartier Schwerin, Seniorenquartier Lübbecke, Seniorenquartier Kaltenkirchen |
Acquisitie & ontwikkeling 3 |
Schwerin, Lübbecke, Kalten kirchen |
11/07/18 | 4 | 36 | 5,5% | Q3/Q4 2019 |
30 jaar - NNN |
EMVIA Living |
| Seniorenzen trum Sonneberg, Haus Cordula I & II, Hansa Pflege- und Betreuungszentrum Dornum |
Acquisitie | Sonne berg, Rothen berg, Dornum |
29/08/18 | 23 | - | 6% | 20 jaar - NN |
Azurit | |
| Argentum portfolio (4 sites) |
Acquisitie | Bad Sachsa |
28/09/18 | 19 | - | 7% | 30 jaar - NN |
Argentum | |
| Seniorenwohn park Hartha |
Acquisitie | Tharandt | 12/12/18 | - | 12 | 6% | 30 jaar - NN |
EMVIA Living |
|
| Zur alten Linde | Acquisitie | Rabenau | 12/12/18 | - | 6 | 6% | 30 jaar - NN |
EMVIA Living |
|
| Seniorenheim J.J. Kaendler |
Acquisitie | Meissen | 01/02/19 | 4 | - | 6,5% | 30 jaar - NN |
Argentum | |
| Haus Steinbachhof |
Acquisitie | Chemnitz | 26/02/19 | - | 16 | 6% | 19 jaar - NN |
Casa Reha |
|
| Seniorenhaus Wiederitzsch |
Acquisitie | Leipzig | 26/02/19 | - | 7 | 6% | 24 jaar - NN |
Convivo | |
| Pflegecampus Plauen |
Acquisitie & ontwikkeling |
Plauen | 15/04/19 | 1,5 | 11 | 5,5% | Q3 2020 | 25 jaar - NN |
Aspida |
| Haus am Jungfernstieg |
Acquisitie | Neu münster |
29/05/19 | 5,5 | - | 6,5% | 30 jaar - NN |
Convivo | |
| SARA Senioren residenz |
Acquisitie | Bitterfeld Wolfen |
13/05/19 | 10 | - | 6% | 30 jaar - NN |
SARA | |
| Wolfsburg, Heiligenhafen, Espelkamp, Beverstedt |
Acquisitie & ontwikkeling 4 |
Wolfsburg, Heiligen hafen, Espel kamp, Beverstedt |
23/05/19 | 4 | 66 | 5,5% | Q2/Q3 2020 |
30 jaar - NNN |
EMVIA Living |
| Type | Ligging | Datum | Investering (miljoen €) 1 |
Pipeline (miljoen €) 2 |
Brutohuur rendement (ca.%) |
Oplevering | Huur contract |
Uitbater | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Nederland | 58 | 50 | |||||||
| Sorghuys Tilburg | Acquisitie & herontwikkeling |
Berkel Enschot |
19/07/18 | 1 | 3 | 6,5% | Q3 2019 | 25 jaar - NNN |
Ontzorgd Wonen Groep |
| Nieuw Heerenhage |
Acquisitie & ontwikkeling 5 |
Heeren veen |
26/09/18 | 2 | 20 | 5,5% | Q1 2021 | 25 jaar - NNN |
Stichting Rendant |
| Verpleegcentrum Scheemda |
Acquisitie & ontwikkeling |
Scheemda | 27/09/18 | 1 | 4 | 7% | Q4 2019 | 25 jaar - NN |
Stichting Ooster lengte |
| De Statenhof Hoogbouw, Residentie Sibelius, Residentie Boldershof |
Acquisitie | Leiden, Oss, Amersfoort |
05/10/18 | 35 | 12 | 5,5% | Q4 2019 2022 Q4 2019 |
25 jaar - NNN |
Ontzorgd Wonen Groep |
| Het Gouden Hart Harderwijk |
Acquisitie & ontwikkeling |
Harderwijk | 26/10/18 | 3,5 | 6,5 | 6% | Q1 2020 | 25 jaar - NNN |
Het Gou den Hart |
| Kening State | Acquisitie | Franeker | 13/12/18 | 11 | - | 5% | 25 jaar - NNN |
Ontzorgd Wonen Groep |
|
| Stepping Stones Zwolle |
Acquisitie & ontwikkeling |
Zwolle | 18/12/18 | 1 | 4,5 | 6% | Q3 2020 | 25 jaar - NNN |
Stepping Stones Home & Care |
| Meldestraat | Acquisitie | Noord oostpolder |
20/06/19 | 3 | - | 6% | 20 jaar - NN |
Omega Groep |
|
| Verenigd Koninkrijk |
503 | 0 | |||||||
| Portefeuille van 90 zorgvastgoed sites in het Verenigd Koninkrijk |
Acquisitie | Verenigd Koninkrijk |
01/02/19 | 503 | - | 7% | NNN contracten (WAULT > 22 jaar) |
14 ver schillende uitbaters |
|
| Totaal | 696 | 217 |
opgelijst in de pipeline van projecten en renovaties (zie sectie 4.2 van het vastgoedverslag op pagina 100). 3. Specht Gruppe fase I. 4. Specht Gruppe fase II. 5. Samenwerkingsovereenkomst met Stichting Rendant en HEVO.
Aedifica investeert 450 miljoen £ in het Verenigd Koninkrijk: op 1 februari 2019 voegde Aedifica het Verenigd Koninkrijk als vierde land aan haar portefeuille toe door de acquisitie van een portefeuille van 90 zorgvastgoedsites (waarop 92 rustoorden worden uitgebaat). Aedifica's VK-portefeuille heeft een evenwichtige geografische spreiding en omvat meer dan 5.700 eenheden. De portefeuille biedt bovendien een potentieel voor verbetering door lopende en reeds geïdentificeerde uitbreidings- en renovatieprojecten. De conventionele aanschaffingswaarde van de portefeuille, die verworven werd met een korting van ca. 5% ten opzichte van de onafhankelijk geschatte reële waarde van de gebouwen, bedraagt ca. 450 miljoen £. De huurovereenkomsten in deze portefeuille, die gesloten werden met een gediversifieerd huurdersbestand van 14 gevestigde uitbaters, zijn geïndexeerde triple net-overeenkomsten met een gewogen gemiddelde resterende looptijd van meer dan 22 jaar. Het initiële brutohuurrendement bedraagt ca. 7%. Aedifica zal haar zorgvastgoedportefeuille in het Verenigd Koninkrijk beheren en uitbreiden met ondersteuning van een lokaal extern management team, die reeds de voorbije vijf jaar diensten heeft geleverd voor het beheer van deze portefeuille.
129 zorgvastgoedsites Acquisities uitgevoerd of aangekondigd in de loop van 2018/2019
Door de talrijke investeringen die de Groep in de loop van het boekjaar 2018/2019 heeft uitgevoerd en de ontwikkelingsprojecten die werden opgeleverd, is de reële waarde van Aedifica's zorgvastgoedportefeuille met meer dan 850 miljoen € gegroeid. In totaal werden er in het afgelopen boekjaar meer dan 8.500 eenheden aan de portefeuille toegevoegd. Hieronder en hiernaast wordt die omvangrijke uitbreiding geïllustreerd met enkele voorbeelden van acquisities en opleveringen.
Dit woonzorgcentrum in Lierde werd recent afgewerkt en heeft een capaciteit voor 128 senioren met een zorgvraag.
Haus Steinbachhof in Chemnitz werd in 2017 opgeleverd. Het rustoord is gelegen in een residentiële wijk en biedt plaats aan 151 senioren met hoge zorgbehoeften.
Dit woonzorggebouw is gelegen in een residentiële wijk nabij het centrum van Leiden. Aedifica voorziet een budget van ca. 2 miljoen € voor de afwerking van het gebouw, dat na oplevering van de werken plaats zal bieden aan 108 senioren.

Crystal Court in Harrogate is gespecialiseerd in zorg voor senioren met een dementieindicatie. Het rustoord heeft een capaciteit voor 60 ouderen.


Seniorenquartier Lübbecke (Lübbecke – DE) Seniorenquartier Lübbecke is de eerste zorgcampus die werd opgeleverd uit het samenwerkingsakkoord met Specht Gruppe. De tweede zorgcampus werd ondertussen in augustus 2019 in Schwerin opgeleverd. Tegen het einde van het boekjaar 2019/2020 zullen er in totaal reeds vier zorgcampussen uit het akkoord afgewerkt zijn.

In maart 2019 werd Huize Groot Waardijn opgeleverd. Deze nieuwe zorgresidentie is gelegen in een residentiële wijk nabij het centrum van Tilburg en biedt plaats aan 26 senioren met hoge zorgbehoeften.
Deze zorgresidentie met een capaciteit voor 29 residenten werd specifiek gebouwd voor senioren met een dementie-indicatie. Bij de bouw werd volop ingezet op een duurzaam design: ca. 300 zonnepalen voorzien het hele gebouw van groene energie, materialen van het oorspronkelijke gebouw dat is afgebroken werden herbruikt, er werden warmptepompen geïnstalleerd, enz.

King's Manor is het eerste nieuwbouwproject dat werd opgeleverd in het Verenigd Koninkrijk. Dit moderne woonzorggebouw heeft een capaciteit voor 66 zorgafhankelijke senioren.



In de loop van het boekjaar werden 16 ontwikkelingsprojecten uit de pipeline opgeleverd na voltooiing van de werken. Die projecten omvatten zowel nieuwbouwwerken als renovaties, uitbreidingen en herontwikkelingen. Door die opleveringen werden meer dan 400 nieuwe eenheden aan Aedifica's portefeuille toegevoegd. Het totale budget van alle projecten die tijdens het afgelopen boekjaar werden opgeleverd, bedraagt ca. 85 miljoen €. De opgeleverde sites staan in de onderstaande tabel opgelijst.
Verkoop van het belang in Immobe NV: zoals eerder meegedeeld1 , heeft Aedifica haar bedrijfstak 'appartementsgebouwen' ingebracht in Immobe NV. Op 12 juli 2018 hebben Aedifica en Primonial European Residential Fund (PERF) de overeenkomsten ondertekend voor de verkoop in twee fasen van 75% van de aandelen in Immobe NV. Op 31 oktober 2018 werd de eerste fase uitgevoerd, die de verkoop omvatte van 50% van de aandelen (min één aandeel). Op 27 maart 2019 werd de tweede fase van de aandelenverkoop uitgevoerd. Aedifica bezit nu nog slechts een participatie van 25% van de aandelen (min één aandeel) in Immobe NV. Gelijktijdig met de contro-
| Type | Ligging | Datum | Brutohuur rendement (ca.%) |
Huurcontract | Uitbater | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| België | ||||||
| De Stichel | Uitbreiding & renovatie | Vilvoorde | 14/09/18 | 6% | 27 jaar - NNN | Armonea |
| Huize Lieve Moenssens | Uitbreiding & renovatie | Dilsen Stokkem |
17/09/18 | 6% | 27 jaar - NNN | Armonea |
| Heydeveld | Uitbreiding | Opwijk | 12/12/18 | 5,5% | 20 jaar - NNN | Senior Living Group |
| Vinkenbosch | Renovatie | Hasselt | 08/02/19 | 5,5% | 26 jaar - NNN | Senior Living Group |
| Plantijn | Uitbreiding & renovatie | Kapellen | 23/04/19 | 6% | 27 jaar - NNN | Armonea |
| Duitsland | ||||||
| Seniorenquartier Lübbecke | Ontwikkeling | Lübbecke | 31/03/19 | 5,5% | 30 jaar - NN | EMVIA Living |
| Nederland | ||||||
| Martha Flora Bosch & Duin | Ontwikkeling | Zeist | 21/09/18 | 6,5% | 25 jaar - NNN | Martha Flora |
| Huize ter Beegden | Herontwikkeling | Beegden | 26/11/18 | 6,5% | 20 jaar - NNN | Compartijn |
| September Nijverdal | Ontwikkeling | Nijverdal | 19/12/18 | 6,5% | 20 jaar - NNN | Wonen bij Sep tember |
| Huize Roosdael | Herontwikkeling | Roosendaal | 01/02/19 | 6,5% | 20 jaar - NNN | Compartijn |
| Huize Groot Waardijn | Ontwikkeling | Tilburg | 12/03/19 | 6,5% | 20 jaar - NNN | Compartijn |
| Huize De Compagnie | Herontwikkeling | Ede | 25/03/19 | 6,5% | 20 jaar - NNN | Compartijn |
| Martha Flora Rotterdam | Ontwikkeling | Rotterdam | 16/04/19 | 6,5% | 20 jaar - NNN | Martha Flora |
| Huize Eresloo | Ontwikkeling | Eersel | 16/05/19 | 6,5% | 20 jaar - NNN | Compartijn |
| Villa Nova | Ontwikkeling | Leusden | 24/06/19 | 6,5% | 25 jaar - NNN | Stepping Stones Home & Care |
| Verenigd Koninkrijk | ||||||
| King's Manor | Ontwikkeling | Ottery St. Mary |
04/06/19 | 7% | 30 jaar - NNN | Maria Mallaband Care Group |
lewijziging, werd het statuut van Immobe omgevormd van institutionele gereglementeerde vastgoedvennootschap (IGVV) tot gespecialiseerd vastgoedbeleggingsfonds (GVBF). Naar aanleiding van deze transactie is Immobe geen perimetervennootschap meer en wordt Immobe geconsolideerd via de vermogensmutatiemethode.
Tijdens het boekjaar 2018/2019 heeft Aedifica nieuwe langlopende bankfinancieringen afgesloten voor een totaalbedrag van 200 miljoen € die vervallen tussen 2023 en 2025, waarvan 55 miljoen € herfinancieringen zijn van kredietlijnen die in 2018 en 2019 zouden vervallen.
Ter financiering van de acquisitie van de zorgvastgoedportefeuille in het Verenigd Koninkrijk (zie sectie 2.1.1 hierboven) werd in december 2018 een overbruggingskrediet afgesloten, dat werd benut op 31 januari 2019. Dat overbruggingskrediet heeft een looptijd van 12 maanden en bestaat uit twee tranches van respectievelijk 180 miljoen € en 150 miljoen £. De tranche in euro werd op 8 mei 2019 terugbetaald met de opbrengst van de kapitaalverhoging.
Zo werd tijdens het boekjaar 2018/2019 ongeveer 550 miljoen € aan bankfinancieringen afgesloten of heronderhandeld.
Het bedrag van het thesauriebewijzenprogramma, dat in juni 2018 werd opgestart, werd eind juni 2019 verhoogd van 150 miljoen € naar 300 miljoen €. Dat bedrag bestaat uit 225 miljoen € voor thesauriebewijzen met een looptijd van minder dan één jaar (voorheen 100 miljoen €) en 75 miljoen € voor thesauriebewijzen met een looptijd van meer dan één jaar (voorheen 50 miljoen €). Het thesauriebewijzenprogramma op korte termijn wordt integraal gedekt door de beschikbare bedragen op de bevestigde langlopende kredietlijnen. In december 2018 werd er binnen het kader van het thesauriebewijzenprogramma op lange termijn een private plaatsing voltooid van 15 miljoen € met een looptijd van 10 jaar tegen een vaste rentevoet van 2,176%.
Rekening houdend met de hierboven vermelde elementen, zien de vervaldata van de financiële schulden bij Aedifica's zestien kredietverstrekkers er op 30 juni 2019 als volgt uit:
| Financiële schuld (in miljoen €)2 | Lijnen | Opname | Waarvan thesaurie bewijzen |
|---|---|---|---|
| 2019/2020 | 267 | 267 | 100 |
| 2020/2021 | 58 | 58 | |
| 2021/2022 | 171 | 76 | |
| 2022/2023 | 205 | 75 | |
| 2023/2024 | 225 | 70 | |
| 2024/2025 | 371 | 179 | |
| >2025/2026 | 220 | 133 | 15 |
| Totaal op 30 juni 2019 | 1.519 | 859 | 115 |
| Gemiddelde resterende looptijd (in jaren)3 | 4,8 | 4,9 |


Niet-opgenomen kredietlijnen
Zie persberichten van 13 juli 2018, 31 oktober 2018 en 27 maart 2019.
Bedragen in £ werden omgezet in € op basis van de wisselkoers van 28 juni 2019 (1,1154 €/£).
Zonder rekening te houden met de kortlopende thesauriebewijzen en het overbruggingskrediet.
Zonder rekening te houden met de kortetermijnfinancieringen (de kortlopende thesauriebewijzen en het overbruggingskrediet), bedraagt de gemiddelde resterende looptijd van de financiële schulden op 30 juni 2019 4,9 jaar.
nr. 21 onthecht die het recht op het pro rata temporis dividend over het lopende boekjaar voor de periode van 1 juli 2018 tot en met 6 mei 2019 vertegenwoordigt. Na deze transactie bedraagt het totale aantal aandelen van Aedifica 24.588.568 en bedraagt het maatschappelijk kapitaal 648.837.816,39 €.
Inbreng in natura: op 20 juni 2019 werden 12.590 aandelen gecreëerd door de inbreng in natura van een opstalrecht in het kader van de acquisitie van woonzorgcentrum Bremdael in Herentals (België).

Na de afsluiting van het boekjaar 2018/2019 op 30 juni 2019, heeft Aedifica investeringen aangekondigd of uitgevoerd voor een totaalbedrag van 77 miljoen €. De sites staan in de onderstaande tabel opgelijst.
| Type | Ligging | Datum | Investering (miljoen €)1 |
Pipeline (miljoen €)2 |
Brutohuur rendement (ca.%) |
Oplevering | Huur contract |
Uitbater | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Nederland | 59 | 11 | |||||||
| Rumah Saya | Acquisitie | Apeldoorn | 09/07/19 | 10 | - | 6% | 15 jaar - NNN |
Stichting Nusantara |
|
| Residentie La Tour, Villa Casimir |
Acquisitie & heront wikkeling |
Roermond | 09/07/19 | 4 | 8 | 6% | 2020 | 20 jaar - NNN |
Ontzorgd Wonen Groep |
| Vinea Domini | Acquisitie & heront wikkeling |
Witmar sum |
07/08/19 | 1 | 3 | 6% | 2020 | 25 jaar - NNN |
Ontzorgd Wonen Groep |
| Woonconcept portefeuille (5 sites) |
Acquisitie | Hooge veen |
28/08/19 | 44 | - | 6,5% | NN contracten (WAULT 26 jaar) |
NNCZ | |
| Duitsland | - | 7 | |||||||
| Seniorenhaus Lessingstrasse |
Acquisitie | Wurzen | 21/08/19 | - | 7 | 5,5% | Q3 2021 | 25 jaar - NN |
Senio renhaus Lessings trasse |
| Totaal | 59 | 18 |
De bedragen in deze kolom omvatten de conventionele aanschaffingswaarde van de grondposities en de bestaande opstallen. Deze investeringen gene- reren huurinkomsten (ook sites die in aanbouw zijn genereren al beperkte huurinkomsten, met name op de reeds verworven terreinen).
De bedragen in deze kolom zijn de budgetten voor ontwikkelingsprojecten die Aedifica zal financieren. Die projecten zijn steeds voorverhuurd.
Na de afsluiting van het boekjaar werden de volgende ontwikkelingsprojecten uit de pipeline opgeleverd na voltooiing van de nieuwbouwwerken.
| Type | Ligging | Datum | Investering (miljoen €)3 |
Brutohuur rendement (ca.%) |
Huurcontract | Uitbater | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Duitsland | 52 | ||||||
| Zur alten Linde Seniorenwohnpark Hartha |
Acquisitie | Rabenau Tharandt |
8/07/19 | 18 | 6% | 30 jaar - NN | EMVIA Living |
| Haus Steinbachhof Seniorenhaus Wiederitzsch |
Acquisitie | Chemnitz Leipzig |
9/07/19 | 23 | 6% | 19 jaar - NN 24 jaar - NN |
Casa Reha Convivo |
| Seniorenquartier Schwerin |
Ontwikkeling | Schwerin | 15/08/19 | 11 | 5,5% | 30 jaar - NN | EMVIA Living |
| Verenigd Koninkrijk | 3 | ||||||
| Cowdray Club | Renovatie | Aberdeen | 23/08/19 | 3 | 7% | 25 jaar - NNN | Renaissance |
| Totaal | 55 |
De commentaren en analyses hieronder verwijzen naar de geconsolideerde jaarrekening die achteraan in dit jaarlijks financieel verslag werd opgenomen.
Tijdens het boekjaar (1 juli 2018 – 30 juni 2019) is de reële waarde van de vastgoedbeleggingen in exploitatie inclusief de activa bestemd voor verkoop* met 564 miljoen € gestegen van 1.705 miljoen € tot 2.270 miljoen € (hetzij 2.321 miljoen € voor de vastgoedbeleggingen inclusief de activa bestemd voor verkoop* en de projectontwikkelingen). Die stijging (van 33%) komt voornamelijk voort uit de netto-acquisities (zie sectie 2.1.1 hierboven), uit de oplevering van voltooide projecten (zie sectie 2.1.2 hierboven) en uit de variatie van de reële waarde van vastgoedbeleggingen in exploitatie die in het resultaat opgenomen wordt (+76,4 miljoen € of +3,4%).
Op 30 juni 2019 tellen de vastgoedbeleggingen in exploitatie inclusief de activa bestemd voor verkoop* 261 zorgvastgoedsites, met een totale capaciteit voor meer dan 19.000 bewoners en een totale bebouwde oppervlakte van ca. 1.198.000 m².
Geografisch is de portefeuille als volgt gespreid (in reële waarde):
De globale bezettingsgraad1 van de portefeuille bedraagt 100% op 30 juni 2019.
De gewogen gemiddelde resterende looptijd van de huurovereenkomsten (WAULT2 ) van de hele portefeuille bedraagt 21 jaar. De stijging ten opzichte van de WAULT op 30 juni 2018 (20 jaar) valt te verklaren door de acquisitie van de zorgvastgoedportefeuille in het Verenigd Koninkrijk, die een WAULT heeft van 22 jaar.
De geconsolideerde resultatenrekening is in dit jaarlijks financieel verslag opgenomen. In de volgende secties van het beheersverslag wordt de resultatenrekening in een analytische vorm voorgesteld en geanalyseerd. De resultatenrekening dekt een periode van 12 maanden, van 1 juli 2018 tot en met 30 juni 2019. De acquisities werden geboekt op datum van effectieve controleoverdracht. Die operaties hebben bijgevolg een verschillende weerslag op de resultatenrekening, naargelang zij plaatsvonden bij de aanvang, tijdens of op het einde van de periode.
De geconsolideerde omzet (geconsolideerde huurinkomsten) van het boekjaar stijgt met 29% ten opzichte van het vorige boekjaar en bedraagt 118,4 miljoen €.
De sectorale variatie van de geconsolideerde omzet (+26,7 miljoen €, hetzij +29,1% of +1,4% bij ongewijzigde portefeuille*) is hieronder vermeld:
| Geconsolideerde resultatenrekening - analytisch schema (x1.000 €) |
30 juni 2019 | 30 juni 2018 |
|---|---|---|
| Huurinkomsten | 118.413 | 91.677 |
| Met verhuur verbonden kosten | -41 | -80 |
| Nettohuurresultaat | 118.372 | 91.597 |
| Operationele kosten* | -21.230 | -14.322 |
| Operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille | 97.142 | 77.275 |
| Exploitatiemarge* (%) | 82 | 84 |
| Financieel resultaat vóór variaties in reële waarde* | -20.168 | -15.319 |
| Belastingen | -4.498 | -3.553 |
| Aandeel in het resultaat van geassocieerde vennootschappen en joint-ventures m.b.t. EPRA Earnings* |
282 | 0 |
| Minderheidsbelangen m.b.t. EPRA Earnings* | -613 | 0 |
| EPRA Earnings* (aandeelhouders van de groep) | 72.145 | 58.403 |
| Noemer (IAS 33) | 19.274.471 | 17.990.607 |
| EPRA Earnings* (aandeelhouders van de groep) per aandeel (€/aandeel) |
3,74 | 3,25 |
| EPRA Earnings* | 72.145 | 58.404 |
| Variatie van de reële waarde van financiële activa en passiva | -7.304 | -2.157 |
| Variatie van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen | 63.317 | 15.018 |
| Resultaat verkoop vastgoedbeleggingen | 7.321 | 789 |
| Negative goodwill/depreciatie van goodwill | 0 | -344 |
| Uitgestelde belastingen m.b.t. EPRA-correcties | -6.216 | 146 |
| Aandeel in het resultaat van geassocieerde vennootschappen en joint-ventures m.b.t. EPRA correcties |
853 | 0 |
| Minderheidsbelangen m.b.t. EPRA correcties | -6.618 | 0 |
| Afrondingsverschil | -1 | 0 |
| Nettoresultaat (aandeelhouders van de groep) | 123.497 | 71.856 |
| Noemer (IAS 33) | 19.274.471 | 17.990.607 |
| Nettoresultaat per aandeel (aandeelhouders van de groep - IAS 33 - €/aandeel) |
6,41 | 3,99 |
Berekend volgens de EPRA-methodologie.
Weighted average unexpired lease term.
De huurinkomsten van de appartementsgebouwen worden ot eind maart 2019 opgenomen in de geconsolideerde resultatenrekening. Als gevolg van de verkoop van 75% van de participatie in Immobe NV wordt de resterende participatie sinds 31 maart 2019 geconsolideerd volgens de vermogensmutatiemethode en de huurinkomsten worden niet langer opgenomen in de geconsolideerde resultatenrekening.
De huurinkomsten van de hotels worden vanaf 14 juni 2019 niet langer opgenomen in de consolidatie van Aedifica als gevolg van de verkoop van het hotelportfolio.
Na aftrek van de met verhuur verbonden kosten bedraagt het nettohuurresultaat 118,4 miljoen € (+29% ten opzichte van 30 juni 2018).
Het vastgoedresultaat bedraagt 117,6 miljoen € (30 juni 2018: 90,7 miljoen €). Dat resultaat, verminderd met de andere directe kosten, leidt tot een operationeel vastgoedresultaat van 111,9 miljoen € (30 juni 2018: 86,1 miljoen €). Dat impliceert een operationele marge* (zie lexicon) van 94,6% (30 juni 2018: 94%).
Na aftrek van de algemene kosten ten bedrage van 14,7 miljoen € (op 30 juni 2018: 11,0 miljoen €) en rekening houdend met de andere operationele inkomsten en lasten ten bedrage van -0,1 miljoen € (op 30 juni 2018: +2,2 miljoen €), stijgt het operationele resultaat vóór het resultaat op de portefeuille met 26% tot 97,1 miljoen € (op 30 juni 2018: 77,3 miljoen €), dat impliceert een exploitatiemarge* (zie lexicon) van 82% (op 30 juni 2018: 84%).
Rekening houdend met de kasstromen die gegenereerd worden door de indekkingsinstrumenten, bedragen de netto-interestlasten van Aedifica 17,2 miljoen € (30 juni 2018: 14,3 miljoen €). De gemiddelde effectieve interestvoet vóór activering van tussentijdse interesten* met inbegrip van de commissies voor ongebruikte kredietlijnen bedraagt 2,0%, lager dan tijdens het vorige boekjaar (2,2%). Rekening houdend met de andere financiële opbrengsten en lasten, en zonder de netto-impact van de herwaardering van de indekkingsinstrumenten aan hun reële waarde (deze impact, die geen kasstroom is, wordt volgens de IAS 39-norm geboekt en maakt geen deel uit van de EPRA Earnings* zoals hieronder uitgelegd), leidt het financiële resultaat vóór variaties in reële waarde* tot een nettolast van 20,2 miljoen € (op 30 juni 2018: 15,3 miljoen €).
De belastingen bestaan uit verschuldigde belastingen, uitgestelde belastingen en de exit taks. In overeenstemming met het bijzondere belastingstelsel van de GVV's omvatten de verschuldigde belastingen (last van 4,5 miljoen €; 30 juni 2018: last van 3,6 miljoen €) voornamelijk de Belgische belasting op de verworpen uitgaven van Aedifica, de belasting op winst die door Aedifica in het buitenland werd behaald en de belasting op de winst van geconsolideerde dochterondernemingen. In de Nederlandse dochtervennootschap (Aedifica Nederland BV) werd er voorzichtigheidshalve voor geopteerd werd om een gemeenrechtelijke belastingdruk ten laste te nemen in het resultaat, niettegenstaande het feit dat de dochtervennootschap onverminderd aanspraak maakt op de toepassing van het fiscaal transparante regime van een 'Fiscale Beleggingsinstelling'. De uitgestelde belastingen worden hieronder verklaard.
Het aandeel in het resultaat van geassocieerde vennootschappen en joint-ventures (1,135 miljoen €) bevat het resultaat van de participatie in Immobe NV die sinds 31 maart 2019 geconsolideerd wordt volgens de vermogensmutatiemethode.
De minderheidsbelangen (7,2 miljoen €) bevatten hoofdzakelijk het aandeel in het resultaat dat toebehoort aan de minderheidsaandeelhouders van Immobe NV tot 31 maart 2019.
Het aandeel in het resultaat van de geassocieerde vennootschappen en joint-ventures en de minderheidsbelangen worden zoals hieronder beschreven opgedeeld in enerzijds een gedeelte EPRA Earnings* en anderzijds de elementen die geen kasstroom zijn.
De EPRA Earnings* (zie toelichting 57.7) bedragen 72,1 miljoen € (30 juni 2018: 58,4 miljoen €), hetzij 3,74 € per aandeel, berekend op basis van het gewogen gemiddeld aantal uitstaande aandelen in omloop (30 juni 2018: 3,25 € per aandeel). Dat resultaat (absoluut en per aandeel) is hoger dan het budget van 3,70 €, aangekondigd in het prospectus van de kapitaalverhoging van 7 mei 2019, en hoger dan het budget van 3,45 € aangekondigd in het jaarverslag 2017/2018.
De resultatenrekening telt bovendien elementen die geen kasstroom zijn (m.a.w. noncash) en die fluctueren in functie van externe marktparameters. Het betreft de variatie van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen (in de boekhouding opgenomen volgens de IAS 40-norm), de variatie van de reële waarde
Op 30 juni 2019 tellen de vastgoedbeleggingen in exploitatie inclusief de activa bestemd voor verkoop* 261 panden.



van de financiële activa en passiva (in de boekhouding opgenomen volgens de IAS 39-norm), andere resultaten op de portefeuille, de exit taks en de uitgestelde belastingen (die voortvloeien uit de IAS 40-norm):
Rekening houdend met de hierboven vermelde niet-monetaire elementen, bedraagt het nettoresultaat (aandeel van de groep) 124 miljoen € (30 juni 2018: 71,9 miljoen €). Het gewone resultaat per aandeel ('basic earnings per share' zoals gedefinieerd door IAS 33) bedraagt 6,41 € (30 juni 2018: 3,99 €).
Het statutaire gecorrigeerde resultaat, zoals gedefinieerd in de bijlage van het koninklijk besluit van 13 juli 2014 met betrekking tot gereglementeerde vastgoedvennootschappen, bedraagt 64,1 miljoen € (30 juni 2018: 55,4 miljoen €), berekend in toelichting 50. Dat is een stijging van 16%. Rekening houdend met het recht op het dividend van de aandelen uitgegeven tijdens het boekjaar betekent dit een bedrag van 3,31 € per aandeel (30 juni 2018: 3,05 € per aandeel).
Op 30 juni 2019 bestaan de activa op de balans van Aedifica voor 97% uit vastgoedbeleggingen inclusief de activa bestemd voor verkoop* (30 juni 2018: 99%), die gewaardeerd worden volgens de IAS 40-norm (geboekt aan reële waarde zoals bepaald door de waarderingsdeskundigen, namelijk Cushman & Wakefield Belgium NV, Deloitte Consulting & Advisory CVBA, CBRE GmbH, DTZ Zadelhoff VOF, Savills Consultancy BV en Cushman & Wakefield Debenham Tie Leung Limited), en die een bedrag van 2.321 miljoen € vertegenwoordigen (30 juni 2018: 1.741 miljoen €). Deze rubriek omvat:
De post 'Andere activa opgenomen in de schuldratio' bevat tevens de deelnemingen in geassocieerde vennootschappen en joint-ventures. Daarin wordt de resterende participatie van 25% in Immobe NV opgenomen en die bedraagt op 30 juni 2019 33,9 miljoen €.
De andere activa opgenomen in de schuldratio vertegenwoordigen 3% van het totaal van de balans (30 juni 2018: 1%).
Sinds de oprichting van Aedifica is haar kapitaal geëvolueerd ingevolge diverse vastgoedoperaties (inbrengen, fusies, enz.) en de kapitaalverhogingen in geld van oktober 2010, december 2012, juni 2015, maart 2017 en mei 2019. Het kapitaal bedraagt 649 miljoen € op 30 juni 2019 (30 juni 2018: 480 miljoen €). De uitgiftepremie bedraagt op 30 juni 2019 565 miljoen € (30 juni 2018: 298 miljoen €). Ter herinnering: de IFRS-normen bepalen dat de kosten verbonden aan een kapitaalverhoging in mindering van het statutaire kapitaal moeten worden voorgesteld. Het eigen vermogen (of nettoactiva), dat de intrinsieke waarde van Aedifica vertegenwoordigt, rekening houdend met de reële waarde van het vastgoedpatrimonium, bedraagt:
1.480 miljoen € vóór het effect van de variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten* (30 juni 2018: 977 miljoen € inclusief het dividend van 46 miljoen € dat ondertussen in november 2018 werd uitgekeerd);

of 1.430 miljoen € rekening houdend met het effect van variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten (30 juni 2018: 942 miljoen €, inclusief het dividend van 46 miljoen € dat ondertussen in november 2018 werd uitgekeerd).
Op 30 juni 2019 bedragen de schulden en passiva die worden opgenomen in de schuldratio (zoals gedefinieerd door het koninklijk besluit van 13 juli 2014 met betrekking tot gereglementeerde vastgoedvennootschappen) 888 miljoen € (30 juni 2018: 781 miljoen €). Daarvan betreft 859 miljoen € (30 juni 2018: 740 miljoen €) het bedrag dat effectief is getrokken op de kredietlijnen van de Vennootschap (meer details hierover zijn te vinden in toelichting 40). De schuldratio van Aedifica bedraagt dus 37,2% op geconsolideerd niveau (30 juni 2018: 44,3%) en 36,7% op statutair niveau (30 juni 2018: 42,5%). Aangezien de maximaal toegelaten schuldratio voor GVV's 65% van de totale activa bedraagt, beschikt Aedifica heden nog over een geconsolideerde schuldcapaciteit van 663 miljoen € bij constante activa (d.w.z. zonder groei van de vastgoedportefeuille) en van 1.894 miljoen € bij variabele activa (d.w.z. met groei van de vastgoedportefeuille). Omgekeerd zou de huidige balansstructuur, indien alle andere parameters gelijk blijven, een vermindering van de reële waarde van de gebouwen met 44% kunnen absorberen alvorens de maximale schuldratio te bereiken. Ten opzichte van de huidige bankcovenants waartoe Aedifica zich heeft verbonden en waarbij de schuldratio tot 60% beperkt wordt, bedragen de drie hiervoor vermelde drempels 544 miljoen € bij constante activa, 1.359 miljoen € bij variabele activa en -39%.
De andere passiva van 68 miljoen € (30 juni 2018: 44 miljoen €) vertegenwoordigen voornamelijk de reële waarde van de financiële indekkingsinstrumenten (30 juni 2019: 48 miljoen €; 30 juni 2018: 33 miljoen €).
| Geconsolideerde balans (x1.000 €) | 30 juni 2019 | 30 juni 2018 |
|---|---|---|
| Vastgoedbeleggingen inclusief de activa bestemd voor verkoop* |
2.320.949 | 1.740.533 |
| Andere activa opgenomen in de schuldratio | 65.061 | 24.418 |
| Andere activa | 117 | 1.692 |
| Totaal activa | 2.386.127 | 1.766.643 |
| Eigen vermogen | ||
| Eigen vermogen vóór variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten* |
1.480.082 | 977.086 |
| Effect van de variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten |
-50.533 | -35.439 |
| Minderheidsbelangen | 103 | 0 |
| Eigen vermogen | 1.429.652 | 941.647 |
| Schulden en verplichtingen opgenomen in de schuld-ratio | 888.158 | 781.449 |
| Andere verplichtingen | 68.317 | 43.547 |
| Totaal van het eigen vermogen en verplichtingen | 2.386.127 | 1.766.643 |
| Schuldratio (%) | 37,2% | 44,3% |
| Nettoactiefwaarde per aandeel (in €) | 30 juni 2019 | 30 juni 2018 |
|---|---|---|
| Nettoactiefwaarde na aftrek van het dividend 2017/2018, vóór variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten* |
60,16 | 51,18 |
| Effect van de variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten |
-2,05 | -1,95 |
| Nettoactiefwaarde na aftrek van het dividend 2017/2018 | 58,11 | 49,24 |
| Aantal aandelen in omloop (zonder eigen aandelen) | 24.601.158 | 18.200.829 |
De tabel hieronder toont de evolutie van de nettoactiefwaarde per aandeel.
Ter herinnering: de IFRS-normen bepalen dat de jaarrekening moet worden voorgelegd vóór de bestemming van het resultaat. Het nettoactief van 53,68 € per aandeel op 30 juni 2018 omvatte derhalve nog het dividend dat in november 2018 werd uitgekeerd en moet bijgevolg verminderd worden met 2,50 € per aandeel om de nettoactiefwaarde per aandeel op 30 juni 2018 te kunnen vergelijken met de nettoactiefwaarde per aandeel op 30 juni 2019. Dat bedrag stemt overeen met het totaalbedrag aan uitgekeerde dividenden (ten bedrage van 46 miljoen €) gedeeld door het aantal aandelen in omloop op 30 juni 2018 (18.200.829).
Vóór de impact (niet-monetair, d.w.z. noncash) van de variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten en na uitkering van het dividend 2017/2018 in november 2018, bedraagt de nettoactiefwaarde per aandeel op basis van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen 60,16 € op 30 juni 2019 (51,18 € per aandeel op 30 juni 2018).
De geconsolideerde kasstroomtabel, die wordt voorgesteld in de geconsolideerde jaarrekening (opgenomen als bijlage), toont totale kasstromen ten bedrage van +4,8 miljoen € (30 juni 2018: +2,5 miljoen €). Die vloeien voort uit de netto operationele stromen van +88,8 miljoen € (30 juni 2018: +85,0 miljoen €), de netto-investeringsstromen van -602,0 miljoen € (30 juni 2018: -159,5 miljoen €) en de nettofinancieringsstromen van +518,1 miljoen € (30 juni 2018: +76,9 miljoen €).
De huurinkomsten van deze sector bedragen 106,5 miljoen € (30 juni 2018: 76,5 miljoen €) of 90% van de totale huurinkomsten van Aedifica. Aangezien de huurovereenkomsten meestal 'triple net' (zie lexicon) zijn, is het exploitatieresultaat van de gebouwen vrijwel identiek aan het nettohuurresultaat. De reële waarde van de vastgoedbeleggingen inclusief de activa bestemd voor verkoop* die aan deze sector worden toegerekend, in overeenstemming met de IFRS 8-norm, bedraagt 2.321 miljoen € (30 juni 2018: 1.431 miljoen €), hetzij 100% van de reële waarde van Aedifica's vastgoedbeleggingen in exploitatie inclusief activa bestemd voor verkoop*.
De huurinkomsten van deze sector bedragen 7,8 miljoen € (30 juni 2018: 10,5 miljoen €) of 6,6% van de totale huurinkomsten van Aedifica. Na aftrek van de kosten die rechtstreeks verband houden met deze activiteit bedraagt het exploitatieresultaat van de gebouwen 4,6 miljoen € (30 juni 2018: 6,3 miljoen €). Aangezien 75% van de participatie in Immobe NV (de vennootschap waarin de appartementsgebouwenportefeuille werd ingebracht) werd verkocht tijdens 2018/2019, bedraagt de reële waarde van de vastgoedbeleggingen die aan deze sector worden toegerekend, in overeenstemming met de IFRS 8-norm, nul (30 juni 2018: 207 miljoen €).
De huurinkomsten van deze sector bedragen 4,1 miljoen € (30 juni 2018: 4,9 miljoen €) of 3,4% van de totale huurinkomsten van Aedifica. Na aftrek van de kosten die rechtstreeks verband houden met deze activiteit, bedraagt het exploitatieresultaat van de gebouwen 4,0 miljoen € (30 juni 2018: 4,9 miljoen €). Aangezien de hotelportefeuille op 14 juni 2019 werd verkocht, bedraagt de reële waarde van de vastgoedbeleggingen die aan deze sector worden toegerekend, in overeenstemming met de IFRS 8-norm, nul (30 juni 2018: 68 miljoen €).
De raad van bestuur stelt aan de gewone algemene vergadering van de aandeelhouders van 22 oktober 2019 voor om de jaarrekening per 30 juni 2019 van Aedifica NV goed te keuren. Een samenvatting daarvan wordt verstrekt in het hoofdstuk 'Verkorte statutaire jaarrekening' op pagina 178. De raad van bestuur stelt eveneens voor een brutodividend uit te keren van 2,80 € per aandeel, waardoor de pay-out ratio 85% bedraagt.
De tabel op pagina 183 geeft de bestemming weer van het statutaire resultaat van het boekjaar 2018/2019.
Het voorgestelde dividend stemt overeen met artikel 13, § 1, lid 1 van het koninklijk besluit van 13 juli 2014 met betrekking tot gereglementeerde vastgoedvennootschappen, aangezien het bedrag ervan hoger is dan het vereiste minimum van 80% van het gecorrigeerde resultaat verminderd met de daling van de schuldenlast in de loop van het boekjaar zoals blijkt uit de statutaire jaarrekening.
Het voorgestelde dividend zal, na goedkeuring door de algemene vergadering, in principe worden uitbetaald vanaf woensdag 30 oktober 2019 ('payment date' van het dividend m.b.t. het boekjaar 2018/2019) via bankoverschrijving. Het dividend zal verdeeld worden over twee coupons: nr. 21 (2,38 €, onthecht op 24 april 2019) en nr. 22 (0,42 €, in principe onthecht op 28 oktober 2019). Na aftrek van de roerende voorheffing van 15%1 , zal het nettodividend 2,38 € bedragen, verdeeld over coupon nr.21 (2,023 €) en coupon nr.22 (0,357 €).
Aedifica oefent haar activiteit uit in een omgeving die voortdurend in evolutie is en die dus bepaalde risico's met zich meebrengt. De concretisering van die risico's kan een ongunstige invloed hebben op de Groep, zijn activiteiten, perspectieven, financiële situatie of resultaten. Met die risico's moet in het kader van een investeringsbeslissing dus rekening gehouden worden. Aedifica stelt zich als doel om die risico's zo goed mogelijk te beheren.
De voornaamste risicofactoren (die uitgebreid beschreven worden in het hoofdstuk 'Risicofactoren') waarmee Aedifica geconfronteerd wordt, worden regelmatig opgevolgd, zowel door het directiecomité als door de raad van bestuur, die ter zake een voorzichtig beleid hebben uitgestippeld en die dat beleid aanpassen indien nodig.
Op 30 juni 2019 heeft Aedifica NV perimetervennootschappen in vijf verschillende landen: België, Luxemburg, Duitsland, Nederland en het Verenigd Koninkrijk (inclusief Jersey).
Al het vastgoed dat gelegen is in België, is in het bezit van Aedifica NV, met uitzondering van het vastgoed dat in het bezit is van de Belgische dochtervennootschappen Résidence de la Paix NV, Verlien BVBA, Buitenheide BVBA, Bremdael Invest Comm. VA en Hof Van Bremdael NV. Die dochtervennootschappen zullen waarschijnlijk in de loop van het boekjaar 2019/2020 met Aedifica NV gefuseerd worden.
Het vastgoed dat gelegen is in Duitsland, is in het bezit van Aedifica NV, Aedifica's Luxemburgse dochtervennootschappen en enkele van Aedifica's Duitse dochtervennootschappen.
Al het vastgoed dat gelegen is in Nederland, is in het bezit van Aedifica Nederland BV.
Al het vastgoed dat gelegen is in het Verenigd Koninkrijk, is in het bezit van Aedifica's dochtervennootschappen in Jersey, met uitzondering van één site die in het bezit is van Maple Court Nursing Home Limited, een Engelse dochtervennootschap van Aedifica. De groepsstructuur van de entiteiten in het Verenigd Koninkrijk zullen over het boekjaar 2019/2020 geherstructureerd worden.
Het organigram op pagina 42-43 toont de dochtervennootschappen van de Groep en het aandeel van de Groep in elk van die dochtervennootschappen.

brutodividend voor 2018/2019

85% Statutaire pay-out ratio
Aedifica NV: Groepsstructuur op 30 juni 2019
* De overige 6% wordt aangehouden door een investeerder die niet verbonden is met Aedifica.

* Dit is geen afzonderlijke juridische entiteit, maar een 'Jersey Property Unit Trust', waarvoor BNP Paribas Jersey Trust Corporation Limited optreedt als 'trustee'.
De vooruitzichten werden opgesteld door de raad van bestuur in het kader van de opmaak van het budget voor het boekjaar 2019/2020 op een basis die vergelijkbaar is met de historische financiële informatie.

Dankzij haar investeringen in zorgvastgoed beschikt Aedifica over geïndexeerde langetermijnhuurinkomsten die hoge nettorendementen genereren.
e) Financiële hypotheses:
De raad van bestuur blijft aandachtig de evolutie volgen van de economische en financiële context en de eventuele invloed daarvan op de activiteiten van de Groep.
In het huidige economische klimaat zijn de voornaamste troeven van Aedifica de volgende:
Gelet op het voorgaande en de hypotheses hierboven (zie sectie 7.1), voorziet de raad van bestuur van de Vennootschap voor het boekjaar 2019/2020, op basis van de voorziene vastgoedportefeuille, en zonder onvoorziene ontwikkelingen, 144 miljoen € aan huurinkomsten. Dat leidt tot een EPRA Earnings* van 87 miljoen € of 3,55 € per aandeel, en staat de uitkering toe van een brutodividend van 3,00 € per aandeel (een stijging van 7% ten opzichte van het dividend dat de raad van bestuur voor het boekjaar 2018/2019 voorstelt), en dit rekening houdend met het groter aantal aandelen als gevolg van de kapitaalverhoging van mei 2019.
De bovenvermelde vooruitzichten zijn projecties waarvan de effectieve verwezenlijking onder meer afhangt van de evolutie van de vastgoed- en de financiële markt. Ze houden geen verbintenis in hoofde van de Vennootschap in en maken niet het voorwerp uit van een revisorale controle. Niettemin heeft de commissaris, Ernst & Young Bedrijfsrevisoren BV O.V.V. CVBA, vertegenwoordigd door de heer Joeri Klaykens, volgend verslag afgeleverd (dit verslag van de commissaris wordt getrouw weergegeven en er is, voor zover Aedifica daar kennis van heeft, geen enkel feit weggelaten dat de informatie onvolledig of misleidend zou maken):
'In onze hoedanigheid als commissaris van de vennootschap, hebben we het huidig verslag opgemaakt over de ramingen van de geconsolideerde balans en resultatenrekening van de vennootschap vervat in hoofdstuk 7 in het beheersverslag van hun jaarverslag zoals goedgekeurd op 3 september 2019 door de raad van bestuur van de Vennootschap.
De assumpties vervat in hoofdstuk 7 leiden tot de volgende ramingen van het resultaat (exclusief de variaties in de reële waarde) voor het boekjaar 2019-2020.
Datum: 30 juni 2019
EPRA Earnings: 87 miljoen €
De geconsolideerde financiële ramingen en de belangrijke hypothesen die aan de grondslag liggen van de financiële ramingen, zijn opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur van de vennootschap in overeenstemming met de richtlijnen van Reglement (EG) n° 809/2004.
Het is onze verantwoordelijkheid een oordeel tot uitdrukking te brengen over de geconsolideerde financiële ramingen, zoals vereist door Bijlage I, punt 13.2 van het Reglement (EG) n°809/2004. We zijn niet vereist, noch geven we een opinie over de mate waarin het resultaat behaald kan worden of over de onderliggende hypothesen van de ramingen.
Wij hebben onze werkzaamheden uitgevoerd volgens de in België geldende auditnormen zoals uitgevaardigd door het Instituut van de Bedrijfsrevisoren inclusief gerelateerde richtlijnen van haar onderzoeksinstituut en op basis van de norm 'International Standard on Assurance Engagements 3400' met betrekking tot de controle van prospectieve financiële informatie. Onze werkzaamheden omvatten een beoordeling van de door de raad van bestuur uitgevoerde procedures in het kader van de opmaak van de financiële ramingen en van de conformiteit van de ramingen met de boekhoudprincipes zoals normaal door Aedifica NV toegepast.
We hebben onze werkzaamheden dusdanig gepland en uitgevoerd met als doel om alle informatie en verduidelijkingen te verkrijgen die noodzakelijk zijn om ons in staat te stellen redelijke zekerheid te verkrijgen dat de ramingen opgemaakt werden op basis van de vermelde hypothesen.
Aangezien de financiële ramingen en hypothesen waarop ze zich baseren gerelateerd zijn aan de toekomst en bijgevolg kunnen beïnvloed worden door onvoorziene omstandigheden, kunnen we ons niet uitspreken over in welke mate de werkelijke resultaten zullen overeenstemmen met degene die opgenomen zijn in de financiële ramingen. Deze verschillen kunnen belangrijk zijn.
Naar ons oordeel:
Ernst & Young Bedrijfsrevisoren BCVBA, Commissaris vertegenwoordigd door Joeri Klaykens (handelend in naam van een BVBA), vennoot.'
SARA SENIORENRESIDENZ, BITTERFELD-WOLFEN (DE)

Als toonaangevende speler in de beursgenoteerde vastgoedsector, hecht Aedifica veel belang aan een transparant, ethisch en deugdelijk bestuur van de Vennootschap. Dit hoofdstuk geeft een overzicht van de regels en principes op basis waarvan het 'deugdelijk bestuur' (corporate governance) van de Vennootschap is georganiseerd.
Deze verklaring bevat de belangrijkste regels die Aedifica heeft aangenomen in toepassing van de wetgeving en aanbevelingen inzake deugdelijk bestuur en maakt deel uit van het jaarverslag, overeenkomstig artikel 96, § 2 en § 3 van het Wetboek van vennootschappen.
De Vennootschap hanteert de Belgische Corporate Governance Code die door de Commissie Corporate Governance werd gepubliceerd op 12 maart 2009 ('Governance Code 2009', beschikbaar op www.corporategovernancecommittee.be) als referentiecode.
Het Corporate Governance Charter werd opgesteld door Aedifica's raad van bestuur met als doel om informatie te verschaffen rond de principes van deugdelijk bestuur die binnen de Vennootschap toegepast worden. De Vennootschap heeft ook een 'klokkenluidersregeling' uitgewerkt die deel uitmaakt van het Corporate Governance Charter. Het charter werd voor het laatst aangepast op 18 december 2018 en kan geraadpleegd worden op de website (www.aedifica.eu).
Aedifica heeft een performant interne controleen risicobeheersysteem ingevoerd, zoals vereist door de GVV-wetgeving en de corporate governanceregels.
De uitbouw van dat interne controle- en risicobeheersysteem is een verantwoordelijkheid van Aedifica's directiecomité. De raad van bestuur is verantwoordelijk voor de bepaling en evaluatie van de risico's waarmee de Vennootschap geconfronteerd kan worden, en voor de opvolging van de doeltreffendheid van de interne controle.
In overeenstemming met de GVV-wetgeving heeft Aedifica verantwoordelijken aangesteld op het vlak van risicobeheer, compliance en interne audit.
Mevrouw Ingrid Daerden (CFO, effectieve leider en lid van het directiecomité) werd aangesteld als risk manager. Zij zorgt voor de implementatie van maatregelen en procedures voor het identificeren, monitoren en vermijden van de risico's waarmee de Vennootschap geconfronteerd kan worden. Wanneer risico's zich effectief voordoen, neemt zij maatregelen om de impact van die risico's te beperken en de gevolgen ervan zoveel mogelijk in te schatten en op te volgen.
De heer Sven Bogaerts (CM&AO, effectieve leider en lid van het directiecomité) werd aangesteld als compliance officer. Hij ziet erop toe dat de Vennootschap, bestuurders, effectieve leiders, werknemers en gevolmachtigden de rechtsregels in verband met de integriteit van de Vennootschap naleven.
De persoon belast met de interneauditfunctie beoordeelt permanent op onafhankelijke wijze de activiteiten van de Vennootschap en onderzoekt de doeltreffendheid van de bestaande procedures en methodes op het vlak van interne controle. De interneauditfunctie wordt uitgeoefend door een externe consultant, BDO Risk Advisory Services BV BVBA (vertegenwoordigd door de heer Christophe Quiévreux), onder het toezicht en de verantwoordelijkheid van de heer Eric Hohl (niet-uitvoerend bestuurder).
Aedifica baseert zijn systeem voor risicobeheer en interne controle op het COSO-model voor interne controle (Committee of Sponsoring Organisations of the Threadway Commission – www.coso.org). Dat model (versie 2013) definieert de vereisten van een doeltreffend systeem voor interne controle aan de hand van zeventien principes, verdeeld over vijf componenten:
Principe 1: de organisatie toont haar engagement voor integriteit en ethische waarden.
Inzake ethiek heeft Aedifica sinds 2010 een ethisch charter ('gedragscode') dat deel uitmaakt van het Corporate Governance Charter, waarin onder meer regels worden vastgelegd rond belangenconflicten, beroepsgeheim, aankoop en verkoop van aandelen, misbruik van vennootschapsgoederen, professionele geschenken en respect voor personen.


HUIZE ERESLOO, EERSEL (NL)
Inzake integriteit voldoet Aedifica aan de wettelijke eisen rond belangenconflicten (zie hieronder).
Principe 2: de raad van bestuur is onafhankelijk ten opzichte van het management en superviseert de ontwikkeling en de werking van de interne controle.
Aedifica's raad van bestuur telt 9 leden, van wie 6 onafhankelijken in de zin van artikel 526ter van het Wetboek van Vennootschappen en van Bijlage A van de Code 2009 (zie hieronder). Gezien hun ervaring (zie hieronder) beschikken de bestuurders over de nodige competenties in het kader van de uitoefening van hun mandaat. De raad van bestuur waakt over de doeltreffendheid van de maatregelen inzake risicobeheer en interne controle die genomen worden door de effectieve leiders.
Principe 3: de effectieve leiders bepalen, onder toezicht van de raad van bestuur, de structuren, de rapportageprocedures, alsook de gepaste rechten en verantwoordelijkheden om de doelstellingen te bereiken.
Aedifica beschikt over een raad van bestuur, een auditcomité, een benoemings- en bezoldigingscomité, een investeringscomité en een directiecomité waarvan de rollen hieronder worden beschreven. In overeenstemming met de GVV-wetgeving, zijn de leden van het directiecomité (die allen effectieve leiders zijn) verantwoordelijk voor het dagelijks beheer van de Vennootschap, waarover ze rapporteren aan de raad van bestuur. Het directiecomité is ook verantwoordelijk voor maatregelen rond interne controle en risicobeheer.
Principe 4: de organisatie engageert zich om competente medewerkers aan te trekken, op te leiden en binnen de organisatie te houden.
De competentie van het directiecomité en van het personeel wordt verzekerd door passende opleidingen en wervingsprocedures in functie van gedefinieerde profielen. Aedifica ondersteunt de persoonlijke ontwikkeling van zijn medewerkers en biedt hen een comfortabele en stimulerende werkomgeving aan die is afgestemd op hun noden. Personeelsveranderingen worden gepland in functie van de loopbaanplanning van werknemers en in functie van de kans dat zij tijdelijk (zwangerschapsverlof, ouderschapsverlof) of definitief (pensionering) het bedrijf zouden verlaten.
Principe 5: de organisatie houdt personen aansprakelijk voor hun verantwoordelijkheden inzake interne controle.
Elke medewerker heeft minstens één evaluatiegesprek per jaar met zijn verantwoordelijke, op basis van een schema dat de relaties tussen de Vennootschap en de medewerker uitgebreid aankaart.
Principe 6: de organisatie omschrijft de doelstellingen duidelijk genoeg om de risico's met betrekking tot die doelstellingen te kunnen identificeren en evalueren.
Aedifica's doelstellingen worden in dit jaarlijks financieel verslag duidelijk omschreven in sectie 1 ('Strategie') van het beheersverslag. Inzake risicocultuur stelt de Vennootschap zich op als goede huisvader.
Principe 7: de organisatie identificeert de risico's voor de verwezenlijking van haar doelstellingen en analyseert die risico's om vast te stellen hoe zij die zou moeten beheren.
De raad van bestuur identificeert en evalueert op regelmatige basis Aedifica's voornaamste risico's en publiceert zijn bevindingen in de jaarlijkse en halfjaarlijkse financiële verslagen en de tussentijdse verklaringen. Die risicoanalyse geeft aanleiding tot het nemen van maatregelen omtrent eventuele geïdentificeerde zwakke plekken. Meer informatie over de risico's is in dit jaarlijks financieel verslag terug te vinden in het hoofdstuk 'Risicofactoren'.
Principe 8: de organisatie heeft aandacht voor het risico op fraude bij de evaluatie van de risico's die de verwezenlijking van de doelstellingen in het gedrang zouden kunnen brengen.
Elke poging tot fraude wordt onmiddellijk geanalyseerd, om de impact ervan op de Vennootschap te beperken en om elke nieuwe poging te voorkomen.
Principe 9: de organisatie identificeert en evalueert veranderingen die een aanzienlijke impact zouden kunnen hebben op het interne controlesysteem.
Belangrijke veranderingen worden op een continue basis geïdentificeerd en geanalyseerd, zowel door het directiecomité als de raad van bestuur. Die analyse wordt verwerkt in het hoofdstuk 'Risicofactoren'.

De organisatie selecteert, ontwikkelt en voert continue en/of punctuele evaluaties uit om na te gaan of de componenten voor de interne controle zijn opgezet en of zij functioneren.
Principe 10: de organisatie selecteert en ontwikkelt controleactiviteiten waarmee risico's voor de verwezenlijking van doelstellingen tot een aanvaardbaar niveau teruggebracht kunnen worden.
Principe 11: de organisatie selecteert en ontwikkelt algemene informaticacontroles om de verwezenlijking van haar doelstellingen te bevorderen.
De Vennootschap kiest haar technologie volgens een 'best-of-breed'-benadering. Binnen de onderneming heeft elke technologische toepassing een verantwoordelijke werknemer, terwijl het beheer van de infrastructuur (hardware en netwerk) en de veiligheid en bestendigheid van de data worden toevertrouwd aan een (interne) IT-manager en een (externe) partner (op basis van een service level agreement).
Principe 12: de organisatie werkt controleactiviteiten uit met een beleid dat bepaalt wat er verwacht wordt en met procedures die dat beleid in de praktijk omzetten.
Interne processen worden permanent verbeterd door ze te formaliseren, rekening houdend met het evenwicht tussen formalisering en de omvang van de onderneming.
Principe 13: de organisatie gebruikt relevante en kwaliteitsvolle informatie voor de werking van de interne controle.
Het informatiesysteem dat de Vennootschap gebruikt, levert op regelmatige tijdstippen betrouwbare en volledige informatie. Dat systeem komt tegemoet aan de noden van zowel de interne controle als van de externe rapportering.
Principe 14: de organisatie communiceert intern de informatie, inclusief de doelstellingen en verantwoordelijkheden voor de interne controle, die nodig is om de werking van deze interne controle te ondersteunen.
De interne informatie met betrekking tot de interne controle wordt op een transparante manier verspreid binnen de Vennootschap. Zo heeft iedereen een duidelijk beeld van het beleid van Aedifica, de procedures, de doelstellingen, de rollen en verantwoordelijkheden. De communicatie is aangepast aan de omvang van de vennootschap en bestaat voornamelijk uit algemene personeelscommunicatie, werkvergaderingen en mailverkeer.
Principe 15: de organisatie communiceert met derden over zaken die de werking van de interne controle beïnvloeden.
Externe communicatie (gericht op de aandeelhouders en andere externe stakeholders) is essentieel voor een beursgenoteerd vennootschap en Aedifica legt zich dagelijks toe op deze taak. De externe communicatie van de interne controle loopt parallel met de opstelling en publicatie van de periodieke informatie, wordt gecontroleerd door het auditcomité en wordt goedgekeurd door de raad van bestuur.
Principe 16: de organisatie selecteert, ontwikkelt en voert continue en/of punctuele evaluaties uit om na te gaan of de componenten voor de interne controle zijn opgezet en of zij functioneren.
Om de correcte en daadwerkelijke toepassing van de componenten van de interne controle te verzekeren, heeft Aedifica een interne auditfunctie opgezet die de voornaamste processen omvat. De interne audit wordt georganiseerd volgens een meerjarencyclus en de specifieke omvang ervan wordt jaarlijks bepaald in samenspraak met het auditcomité, de verantwoordelijke voor de interne audit in de zin van de GVV-wetgeving (de heer Eric Hohl, niet-uitvoerend bestuurder – zie hierboven) en de persoon die de interne audit

uitvoert (zie hierboven). Gezien de onafhankelijkheidsvereisten en rekening houdend met het evenredigheidsbeginsel, heeft Aedifica ervoor gekozen de interne audit uit te besteden aan een gespecialiseerde consultant die onder het toezicht en de verantwoordelijkheid staat van de interne auditverantwoordelijke.
Principe 17: de organisatie evalueert en communiceert tijdig de zwaktes van de interne controle aan de partijen die belast zijn met het nemen van corrigerende maatregelen (het directiecomité en de raad van bestuur).
De aanbevelingen van de interne audit worden gecommuniceerd aan het auditcomité, dat ervoor zorgt dat het directiecomité corrigerende maatregelen nemen.
Op 30 juni 2019 bezit geen enkele aandeelhouder van Aedifica meer dan 5% van het kapitaal. De free float bedraagt dus 100% (toestand op 30 juni 2019, op basis van het aantal aandelen in handen van de betrokken aandeelhouders op 28 juni 2019). De kennisgevingen in het kader van de transparantiewetgeving en de controleketens zijn beschikbaar op de website.
Na de afsluiting van het boekjaar 2018/2019 heeft Aedifica op 5 juli 2019 een transparantiekennisgeving ontvangen naar aanleiding van de overschrijding van de drempel van 5% van de stemrechten in Aedifica NV door BlackRock, Inc, dat nu 5,00% van de stemrechten bezit. Op de afsluitingsdatum van dit verslag heeft Aedifica geen enkele transparantiekennisgeving ontvangen die de situatie op 5 juli 2019 zou wijzigen. Volgens de definitie van Euronext bedraagt de free float 100%.
Op 30 juni 2019 bestond Aedifica's raad van bestuur uit negen leden, onder wie zes onafhankelijken in de zin van artikel 526ter van het Wetboek van Vennootschappen en van Bijlage A van de Code 2009. De bestuurders staan opgelijst op pagina 50. Ze worden benoemd voor een maximale duur van drie jaar door de algemene vergadering, die hen steeds kan afzetten. Ze zijn herbenoembaar.
Tijdens de gewone algemene vergadering van 23 oktober 2018 werden de volgende bestuurders benoemd tot het einde van de gewone algemene vergadering van 2021:
Aedifica houdt rekening met verschillende diversiteitsaspecten (zoals gender, leeftijd, professionele achtergrond, enz.) voor de samenstelling van zijn raad van bestuur en zijn directiecomité, overeenkomstig de wet van 3 september 2017 betreffende de publicatie van niet-financiële informatie en informatie over diversiteit door bepaalde grote ondernemingen en groepen. Meer informatie daarover vindt de lezer in sectie 5 van deze corporate governanceverklaring.










Het bestuurdersmandaat van de heer Jean Franken zal onmiddellijk na de gewone algemene vergadering van 22 oktober 2019 vervallen. Op die gewone algemene vergadering zal worden voorgesteld om zijn mandaat te hernieuwen.
In geval van benoeming door de algemene vergadering en goedkeuring van de FSMA zal hij tot het einde van de gewone algemene vergadering van 2022 in de raad van bestuur zetelen als onafhankelijk bestuurder.
Tijdens het boekjaar 2018/2019 heeft de raad van bestuur 12 keer vergaderd om voornamelijk de volgende punten te bespreken:
Binnen de raad van bestuur werden drie gespecialiseerde comités opgericht: het auditcomité, het benoemings- en bezoldigingscomité en het investeringscomité, die de raad van bestuur bijstaan en adviseren in hun specifieke domeinen. Die comités hebben geen beslissingsbevoegdheid, maar vormen een adviesorgaan en rapporteren aan de raad van bestuur, die vervolgens de beslissingen neemt.
Op 30 juni 2019 bestaat het auditcomité uit drie onafhankelijke bestuurders: mevrouw Marleen Willekens (voorzitter van het auditcomité), mevrouw Katrien Kesteloot en de heer Serge Wibaut. Hoewel de CEO en de CFO geen deel uitmaken van het auditcomité, wonen ze de vergaderingen bij.
De huidige samenstelling van het auditcomité en de aan het comité toevertrouwde taken voldoen aan de voorwaarden die zijn opgelegd door de wet van 17 december 2008 betreffende de oprichting van een auditcomité binnen beursgenoteerde en financiële vennootschappen. De onafhankelijke bestuurders van Aedifica voldoen aan de criteria vervat in artikel 526ter van het Wetboek van Vennootschappen en aan bijlage A van de Code 2009. Bovendien beschikken alle leden van het auditcomité over de nodige bekwaamheid op vlak van boekhouding en audit, zowel door hun opleidingsniveau als door hun ervaring in die materie.
Gedurende het boekjaar 2018/2019 is het comité vijfmaal samengekomen. De commissaris van de Vennootschap werd tijdens het boekjaar tweemaal gehoord door het auditcomité.
Het auditcomité heeft als opdracht om toe te zien op de juistheid en de waarachtigheid van de rapportering van de jaarlijkse en halfjaarlijkse rekeningen, op de kwaliteit van de interne en externe controle en op de informatie die wordt verstrekt aan de aandeelhouders en de markt. Tijdens het boekjaar 2018/2019 werden de volgende punten besproken:
Op 30 juni 2019 bestaat het benoemings- en bezoldigingscomité uit drie onafhankelijke bestuurders: mevrouw Elisabeth May-Roberti (voorzitter van het benoemings- en bezoldigingscomité), de heer Jean Franken en de heer Luc Plasman. Hoewel de heer Serge Wibaut (voorzitter van de raad van bestuur) en de heer Stefaan Gielens (CEO) geen deel uitmaken van dit comité, worden beiden uitgenodigd om gedeeltelijk deel te nemen aan bepaalde vergaderingen van het comité, afhankelijk van de onderwerpen die behandeld worden.
De huidige samenstelling van het benoemings- en bezoldigingscomité en de aan het comité toevertrouwde taken voldoen aan de voorwaarden opgelegd door de wet van 6 april 2010. Het benoemings- en bezoldigingscomité bestaat volledig uit onafhankelijke bestuurders, in de zin van artikel 526ter van het Wetboek van Vennootschappen, en beschikt over de vereiste expertise op het vlak van bezoldigingsbeleid.
Tijdens het boekjaar 2018/2019 heeft het comité achtmaal vergaderd om de volgende punten te bespreken:
Op 30 juni 2019 bestaat het investeringscomité uit drie onafhankelijke bestuurders en de uitvoerende bestuurder: de heer Jean Franken (voorzitter van het investeringscomité), de heer Serge Wibaut, de heer Luc Plasman, en de heer Stefaan Gielens.
Tijdens het boekjaar 2018/2019 heeft het comité zevenmaal vergaderd om talrijke dossiers rond investeringsopportuniteiten te analyseren en evalueren. Bovendien hebben de leden van het comité regelmatig op informele wijze (elektronisch of telefonisch) overleg gepleegd wanneer een formele vergadering niet nodig was.
| Naam | Raad van bestuur | Audit comité |
Benoe mings en bezoldi gings comité |
Investerings comite |
Bezoldi ging van het mandaat (€) |
Zitpennin gen1 (€) |
Totale bezoldi ging (€) |
||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Aanwezig heden |
Volmachten | Totaal | Aanwezig heden |
Aanwezig heden |
Aanwezig hede |
||||
| Jean Franken | 11 | - | 11/12 | - | 7/8 | 7/7 | 25.000 | 23.600 | 48.600 |
| Jean Franken IMMOBE2 |
4 | 4/4 | 6.000 | 4.000 | 10.000 | ||||
| Stefaan Gielens | 12 | - | 12/12 | - | - | 7/7 | 0 | 0 | 0 |
| Eric Hohl | 11 | - | 11/12 | - | - | - | 15.000 | 11.000 | 26.000 |
| Katrien Kesteloot | 9 | - | 9/12 | 5/5 | - | - | 15.000 | 12.600 | 27.600 |
| Elisabeth May-Roberti |
12 | - | 12/12 | - | 8/8 | - | 25.000 | 19.200 | 44.200 |
| Marleen Willekens | 9 | - | 9/12 | 5/5 | - | - | 25.000 | 12.600 | 37.600 |
| Luc Plasman | 11 | - | 11/12 | - | 8/8 | 7/7 | 15.000 | 24.500 | 39.500 |
| Adeline Simont | 11 | - | 11/12 | - | - | - | 15.000 | 11.000 | 26.000 |
| Serge Wibaut | 11 | - | 11/12 | 5/5 | - | 5/7 | 50.000 | 19.100 | 69.100 |
| Totaal | 191.000 | 137.600 | 328.600 |
Er worden geen zitpenningen toegekend voor vergaderingen waaraan bestuurders per volmacht deelnemen.
De hier vermelde aanwezigheden en bezoldigingen houden rekening met het mandaat van bestuurder in Immobe NV dat de heer Jean Franken als onafhankelijk bestuurder van de Vennootschap in toepassing van artikel 73 van de GVV-Wet heeft uitgeoefend van 31 oktober 2018 tot en met 27 maart 2019. In die hoedanigheid heeft de heer Jean Franken 4 vergaderingen van de raad van bestuur van Immobe NV bijgewoond. Dit mandaat werd bezoldigd door de Vennootschap overeenkomstig de principes beschreven onder titel 8.8.1 van de corporate governanceverklaring, met name: 6.000 € vaste vergoeding en 4.000 € zitpenningen.

DIRECTIECOMITÉ (VAN LINKS NAAR RECHTS) — CHARLES-ANTOINE VAN AELST, LAURENCE GACOIN, STEFAAN GIELENS, INGRID DAERDEN, SVEN BOGAERTS
De raad van bestuur heeft in mei 2015 beslist om een directiecomité op te richten in de zin van artikel 524bis van het Wetboek van Vennootschappen. Het directiecomité is samengesteld uit de volgende personen, die tevens allen effectieve leiders zijn in de zin van de wet van 12 mei 2014.
| Naam | Functie |
|---|---|
| Stefaan Gielens | Chief Executive Officer (CEO) |
| Ingrid Daerden | Chief Financial Officer (CFO) |
| Laurence Gacoin | Chief Operating Officer (COO) |
| Charles-Antoine van Aelst |
Chief Investment Officer (CIO) |
| Sven Bogaerts | Chief Mergers & Acquisitions Officer (CM&AO) |
De heer Stefaan Gielens is sinds 1 februari 2006 Chief Executive Officer van Aedifica. Zijn mandaat als CEO en voorzitter van het directiecomité is van onbepaalde duur. Hij was reeds een effectieve leider van de Vennootschap vóór de oprichting van het directiecomité. Hij is bovendien een uitvoerend bestuurder (zie hierboven).
Uitgeoefende mandaten gedurende de laatste 5 jaar en beroepsloopbaan: diverse functies en mandaten binnen de Aedifica-groep, de KBC-groep en de Almafin-groep; advocaat bij de balie van Brussel.
Mevrouw Ingrid Daerden is sinds 1 september 2018 Chief Financial Officer van de Vennootschap. Zij is lid van het directiecomité en effectieve leider; haar mandaat is van onbepaalde duur.
Mevrouw Laurence Gacoin vervult sinds 1 januari 2015 de functie van Chief Operating Officer. Sinds 12 mei 2015 is zij effectieve leider en lid van het directiecomité; haar mandaat is van onbepaalde duur.
De heer Charles-Antoine van Aelst is sinds 1 oktober 2017 Chief Investment Officer. Hij is lid van het directiecomité en effectieve leider; zijn mandaat is van onbepaalde duur.
De heer Sven Bogaerts is sinds 1 oktober 2017 Chief Mergers & Acquisitions Officer. Hij is lid van het directiecomité en effectieve leider; zijn mandaat is van onbepaalde duur.
Voor de bevoegdheidsverdeling tussen het directiecomité en de raad van bestuur en voor de overige aspecten van de werking van het directiecomité wordt verwezen naar Aedifica's Corporate Governance Charter (versie van 18 december 2018), dat beschikbaar is op de website (www.aedifica.eu).
Zie het remuneratieverslag in sectie 8 hierna voor meer informatie over de bezoldiging van de directiecomitéleden.
Genderdiversiteit van de raad van bestuur

29 vrouwen 31 mannen
Aedifica's raad van bestuur is ervan overtuigd dat diversiteit (op basis van o.a. gender, leeftijd, professionele achtergrond, enz.), gelijkheid van kansen en respect voor menselijk kapitaal de basis vormen van de goede werking van de Groep op alle niveaus. Die waarden verrijken de visie, de gedachtewisselingen en de interne dynamiek van de Vennootschap en dragen op die manier bij tot de groei van Aedifica.
Aedifica houdt rekening met diversiteit in al zijn aspecten bij de benoeming en de hernieuwing van de mandaten van de bestuurders, en de aanduiding van de leden van de gespecialiseerde comités en het directiecomité. De doelstelling is om te focussen op de complementariteit van competenties, ervaring en profielen in de samenstelling van die organen, naast de vereiste deskundigheid en eerbaarheid voor de uitoefening van die functies. Die doelstelling wordt door de raad van bestuur in praktijk gebracht door een evaluatie van de bestaande en nodige competenties, kennis en ervaring, voorafgaand aan elke benoeming.
Het resultaat van Aedifica's bijzondere aandacht voor diversiteit, vertaalt zich in de samenstelling van de raad van bestuur en het directiecomité. De genderdiversiteit binnen de raad van bestuur (zoals vereist wordt door artikel 518 bis van het Wetboek van Vennootschappen, inzake de genderdiversiteit in de raad van bestuur) wordt gewaarborgd door de huidige samenstelling van de raad, die vier vrouwen en vijf mannen telt (zie diagram). Die ratio van 44% overschrijdt dus ruimschoots de minimumdrempel van één derde, die door de wet wordt opgelegd. De genderdiversiteit weerspiegelt zich ook in de huidige samenstelling van het directiecomité, dat twee vrouwen en drie mannen telt (oftewel een ratio van 40%; zie diagram). Gender is echter niet het enige aspect van diversiteit waarvoor Aedifica aandacht heeft. De Groep zorgt ervoor dat ook haar diversiteitsprincipes rond leeftijd en professionele achtergrond zich in de samenstelling van de raad van bestuur en het directiecomité weerspiegelen. Beide bestuursorganen zijn immers samengesteld uit leden van verschillende leeftijden met complementaire levenslopen, beroepservaringen en competenties (de beschrijvingen van de leden van de raad van bestuur en het directiecomité staan opgelijst in sectie 8.4.1 en 8.4.6 hierboven).
Aedifica is ervan overtuigd dat diversiteitsprincipes zich niet uitsluitend beperken tot de raad van bestuur of het directiecomité. Naast de door de wet vereiste diversiteitscriteria, houdt de Groep eveneens rekening met diversiteit in al zijn vormen bij de keuze van haar werknemers, die een complementair team vormen met een goede variatie qua gender (zie diagram), leeftijd, opleiding, culturele achtergrond, enz. Dat stimuleert de interne creativiteit en zorgt voor een goede mix tussen ervaring en innovatie. Meer informatie over de medewerkers van Aedifica vindt de lezer in het hoofdstuk 'Maatschappelijk verantwoord ondernemen' op pagina 110.
Onder leiding van zijn voorzitter evalueert de raad van bestuur regelmatig (en ten minste om de twee tot drie jaar) zijn omvang, zijn samenstelling, zijn prestaties en die van zijn comités. Ook de interactie tussen de raad van bestuur en het directiecomité wordt geëvalueerd.
Die evaluatie heeft vier doelstellingen:
De raad van bestuur wordt voor die evaluatie bijgestaan door het benoemings- en bezoldigingscomité en indien nodig ook door externe deskundigen.
De bijdrage van elke bestuurder wordt regelmatig geëvalueerd, zodat indien nodig de samenstelling van de raad van bestuur kan worden aangepast aan eventueel gewijzigde omstandigheden. Bij een herbenoeming worden de bijdrage en de prestaties van de bestuurder geëvalueerd op basis van een vooraf bepaalde en transparante procedure. De raad van bestuur zorgt ervoor dat er passende plannen bestaan voor de opvolging van de bestuurders en ziet erop toe dat bij alle benoemingen en herbenoemingen (zowel van uitvoerende als niet-uitvoerende bestuurders) het evenwicht van competenties en ervaring in de raad van bestuur behouden blijft.
De niet-uitvoerende bestuurders evalueren regelmatig hun interactie met het directiecomité. Daartoe komen zij minstens eenmaal per jaar samen in afwezigheid van de leden van het directiecomité.
De algemene vergadering heeft op 23 oktober 2018 de toekenning aan de leden van het directiecomité van een recht op het verwerven van aandelen van de Vennootschap goedgekeurd. Dit gebeurde binnen het kader van het 'long term incentive plan' dat werd aangekondigd in het jaarlijks financieel verslag 2008/2009. De leden van het directiecomité hebben aldus een bijkomende brutobezoldiging ontvangen van 175.000 € voor de CEO en 300.000 € voor alle overige leden van het directiecomité (CFO, COO, CLO, CIO en CM&AO) samen. Na aftrek van de bedrijfsvoorheffing hebben zij Aedifica-aandelen kunnen verwerven aan een eenheidsprijs gelijk aan de laatst gekende slotkoers op de beurs, vermenigvuldigd met een factor van 100/120ste in overeenstemming met commentaar 36/16 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen. In uitvoering van dit 'long term incentive plan' heeft de CEO 1.288 aandelen en de overige leden van het directiecomité samen 2.216 aandelen verworven. De leden van het directiecomité hebben zich er onherroepelijk toe verbonden die aandelen gedurende een periode van twee jaar te behouden. Deze door Aedifica verkochte aandelen waren voorheen eigen aandelen van de Vennootschap die werden verworven op de beurs.
Naar aanleiding van de verwezenlijking door de Vennootschap van haar langetermijnstrategie om uit te groeien tot een pure-play investeerder in Europees zorgvastgoed (gelet op, onder meer, de desinvestering van de appartementen- en hotelportefeuille en de verwerving van een significante zorgvastgoedportefeuille over de laatste jaren, zoals in België, Nederland, Duitsland, alsook recent in het Verenigd Koninkrijk), die de Vennootschap – dankzij de geslaagde kapitaalverhoging van mei 2019 – zal toelaten om haar rol als referentie in de Europese beursgenoteerde zorgvastgoedsector verder te verstevigen, heeft de raad van bestuur van de Vennootschap van 14 mei 2019 beslist om de leden van het directiecomité binnen het kader van voormeld 'long term incentive plan' een eenmalige bijkomende brutobezoldiging toe te kennen van 250.000 € voor de CEO en 400.000 € voor de overige leden van het directiecomité (CFO, COO, CIO en CM&AO) samen. Na aftrek van de bedrijfsvoorheffing moeten zij de beschikbare nettobedragen aanwenden om Aedifica-aandelen te verwerven aan een eenheidsprijs gelijk aan de laatst gekende slotkoers op de beurs, vermenigvuldigd met een factor van 100/120ste in overeenstemming met commentaar 36/16 van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen. De uitvoering van dit 'long term incentive plan' is gespreid over de boekjaren 2018/2019 en 2019/2020. Op de datum van dit remuneratieverslag heeft de CEO 1.173 aandelen en de overige leden van het directiecomité samen 2.348 aandelen verworven. De leden van het directiecomité hebben zich er onherroepelijk toe verbonden die aandelen gedurende een periode van drie jaar te behouden. Deze door Aedifica verkochte aandelen waren voorheen eigen aandelen van de Vennootschap die werden verworven op de beurs.
Voor het volgende boekjaar 2019/2020 zal aan de algemene vergadering worden voorgesteld om in het kader van het 'long-term incentive plan' aan de directiecomitéleden (de CEO, CFO, COO, CIO en CM&AO) het recht toe te kennen om definitief aandelen te verwerven voor een brutobedrag van 234.000 € (CEO) en 509.000 € (voor alle overige leden van het directiecomité samen), in overeenstemming met het principe 7.13 van de Code 2009 en met artikel 520ter van het Wetboek van vennootschappen. De leden van het directiecomité hebben zich er onherroepelijk toe verbonden die aandelen gedurende een periode van twee jaar te behouden. Deze lock-up verplichting komt te vervallen, onder meer ingeval van openbaar bod en wijziging van controle over Aedifica. Tevens zal een contractuele 'claw back' regeling worden opgenomen in de addenda aan de managementovereenkomsten waarbij er een (gedeeltelijke) teruggaveplicht van de in uitvoering van het 'long-term incentive plan' 2019/2020 verkregen aandelen wordt voorzien ingeval van beëindiging van de managementovereenkomst in bepaalde gevallen en binnen bepaalde perioden.
Het bezoldigingsbeleid van de leden van de raad van bestuur en van de leden van het directiecomité is gebaseerd op de geldende wetgeving, de Corporate Governance Code en de marktpraktijken en -tendensen.
Het bezoldigingsbeleid stelt een bezoldiging voorop die voldoende is voor het aantrekken, behouden en motiveren van bestuurders en de effectieve leiders die voldoen aan het profiel bepaald door de raad van bestuur. Daarbij wordt erover gewaakt dat de kost van de verschillende vergoedingen onder controle blijft. Het benoemings- en remuneratiecomité laat regelmatig een vergelijkend onderzoek (benchmark van andere vergelijkbare bedrijven) uitvoeren van zowel de bezoldiging van de niet-uitvoerende en uitvoerende bestuurders als deze van de effectieve leiders, om er zeker van te zijn dat de remuneratie nog steeds gepast is en conform aan de marktpraktijken, rekening houdend met de omvang, groei en internationalisering van de onderneming, haar financiële situatie, haar positie binnen het economische milieu en het niveau van verantwoordelijkheden die de bestuurders en effectieve leiders dragen.
De laatste evaluatie van het bezoldigingsbeleid van de leden van de raad van bestuur en leden van het directiecomité vond plaats in juni 2019 met medewerking van de onafhankelijke gespecialiseerde consultant Willis Towers Watson.
| Totale bezoldiging voor het boekjaar 2018/2019 (in €) | Stefaan Gielens - CEO | Andere | Totaal |
|---|---|---|---|
| Vaste vergoeding (managementovereenkomst) | 433.903 | 838.087 | 1.271.990 |
| Vaste vergoeding ('long-term incentive plan') | 300.000 | 500.000 | 800.000 |
| Variabele vergoeding | 216.900 | 409.303 | 626.203 |
| Pensioenplan | 70.979 | 109.555 | 180.534 |
| Verzekeringspremie | 6.847 | 15.277 | 22.124 |
| Voordelen in natura | 4.630 | 15.194 | 19.824 |
| Totaal | 1.033.259 | 1.887.416 | 2.920.676 |
Tijdens het boekjaar 2018/2019 werd het bezoldigingsbeleid van de niet-uitvoerende bestuurders en van de effectieve leiders uitgewerkt op basis van volgende uitgangspunten:
niet-uitvoerende bestuurders: het continuïteitsprincipe met het verleden werd toegepast (met betrekking tot de wijze van vergoeding).
De bezoldiging van de niet-uitvoerende bestuurders en de effectieve leiders werd op volgende manier vastgelegd:
Voor het boekjaar 2018/2019 zullen de leden van de raad van bestuur een totaalbedrag van 328.600 € ontvangen.
effectieve leiders: de bezoldiging van de directiecomitéleden werd vastgesteld op basis van de managementcontracten die in 2006 (CEO), 2014 (COO), 2017 (CIO en CM&AO) en 2018 (CFO) gesloten zijn, met inbegrip van de hierboven vermelde wijzigingen, en op basis van de toekenningscriteria voor de variabele vergoedingen die beschreven werden in sectie 8.9.1 van de corporate governanceverklaring.
De bezoldiging van de effectieve leiders omvat een basisvergoeding (een vaste vergoeding, overeenkomstig de managementcontracten), een variabele vergoeding (waarvoor geen enkel terugvorderingsrecht ten gunste van de Vennootschap vastgesteld is), een pensioenplan (een groepsverzekering met bepaalde bijdragen en bijkomende dekkingen) en andere bezoldigingscomponenten (premie voor een hospitalisatieverzekering en arbeidsongevallendekking, voordelen in natura verbonden aan het gebruik van een bedrijfswagen). Daarnaast bevat de (vaste) basisvergoeding bedragen die voortvloeien uit het 'long-term incentive plan', waarvoor vanaf het boekjaar 2019/2020 een terugvorderingsrecht ten gunste van de Vennootschap wordt voorgesteld (zie sectie 7 hiervoor). De betrokken bedragen zijn opgelijst in de tabel op pagina 57.
De effectieve leiders ontvangen geen vergoeding voor hun bestuurdersmandaten binnen de Aedifica-groep. Aedifica's dochtervennootschappen vergoeden op geen enkele wijze de effectieve leiders van Aedifica.
De bruto variabele vergoeding voor de effectieve leiders wordt als volgt bepaald:
de variabele bezoldiging voor het boekjaar 2018/2019 bestaat uit een individueel (bruto) bedrag dat ten hoogste gelijk is aan 50% van de vaste jaarlijkse brutovergoeding zonder de voordelen van alle aard, het pensioenplan en het 'long term incentive plan'. De bepaling van de effectieve bedragen heeft het voorwerp uitgemaakt van een globale waardering door de raad van bestuur op basis van de kwantitatieve en kwalitatieve doelstellingen die vermeld zijn in het remuneratierapport van het jaarlijks financieel verslag 2017/2018 en werden opgenomen in de addenda van de managementcontracten. De variabele vergoeding mag slechts worden toegekend indien de EPRA Earnings* (vroeger 'geconsolideerd resultaat vóór variaties in reële waarde' genaamd) per aandeel, zoals bepaald in het budget, voor minstens 90% wordt gerealiseerd. Tevens werden de volgende criteria voor de toekenning van een variabele vergoeding geselecteerd: de EPRA Earnings* per aandeel (gewicht van 65%), de geconsolideerde exploitatiemarge* (operationeel resultaat vóór het resultaat op de portefeuille gedeeld door het nettohuurresultaat) (gewicht van 10%) en andere (gewicht van 25%). Op 3 september 2019 heeft de raad van bestuur beslist om 216.900 € aan de CEO toe te kennen als variabele vergoeding en 409.303 € aan de overige leden van het directiecomité (CFO, COO, CIO en CM&AO) samen.
SENIORENWOHNPARK HARTHA, THARANDT (DE)

Het benoemings- en bezoldigingscomité heeft een 'long-term incentive plan' uitgewerkt voor de leden van het directiecomité. De details van dat plan werden opgenomen in sectie 7 van de Verklaring inzake Corporate Governance hierboven.
Ter informatie: de ratio tussen de totale bezoldiging 2018/2019 van de CEO en de gemiddelde bezoldiging van de werknemers van Aedifica is 11.
Daarnaast stelt Aedifica een bedrijfswagen ter beschikking aan de effectieve leiders (sinds hun aantreden). De jaarlijkse kost daarvan voor de Vennootschap bedroeg in 2018/2019 (huur en brandstof) 25.000 € excl. BTW voor de CEO en 59.000 € excl. BTW in totaal voor de andere effectieve leiders. Ze beschikken ook over een laptop en een smartphone. Bovendien worden de effectieve leiders door de Vennootschap vergoed voor de zakelijke kosten die ze maken binnen het kader van hun functie; ze krijgen daarvoor een forfaitaire vergoeding van representatiekosten toegekend voor een maandelijks bedrag van 300 €.
Voor het boekjaar 2019/2020 heeft de raad van bestuur op haar vergadering van 20 juni 2019 beslist om, op voorstel van het benoemingsen bezoldigingscomité, teneinde een gepast en motiverend marktconform bezoldigingsniveau te bieden, de bezoldiging van de leden van het directiecomité met ingang van 1 juli 2019 aan te passen als volgt:
De managementcontracten met de effectieve leiders lopen ten einde:
Daarnaast voorzien deze overeenkomsten in specifieke vertrekvoorwaarden in geval van een wijziging van de controle van de Vennootschap. Dit wordt in sectie 8.9.6 van de corporate governanceverklaring besproken.
Er is slechts één geval mogelijk waarbij een vertrekpremie van meer dan 12 maanden aan een effectieve leider moet worden betaald, met name in geval van opzegging van de overeenkomst met de CEO in het kader van een controlewijziging van Aedifica. In dat geval heeft de CEO recht op een vertrekpremie van 18 maanden. Het benoemings- en bezoldigingscomité wijst erop dat die vertrekpremie werd overeengekomen in het managementcontract dat in 2006 met de CEO is afgesloten en dat die in lijn ligt met de marktpraktijken. Conform artikel 554 van het Wetboek van vennootschappen vereist deze vertrekpremie geen goedkeuring door de algemene vergadering.
De raad van bestuur zal aan de algemene vergadering van de aandeelhouders de volgende wijzigingen van het bezoldigingsbeleid van zijn niet-uitvoerende leden, voorstellen met betrekking tot de jaarlijkse vaste vergoeding van de voorzitter en de leden van het auditcomité:
De Vennootschap heeft beslist om aan de heer Eric Hohl, niet-uitvoerend bestuurder van de Vennootschap, een jaarlijkse vaste vergoeding ten bedrage van 5.000 € toe te kennen als vergoeding voor zijn bijzondere opdracht als eindverantwoordelijke voor de interne audit (conform artikel 17 van de GVV-wet).
De bestuurders, de leden van het directiecomité, de personen belast met het dagelijks bestuur, de effectieve leiders en de lasthebbers van de Vennootschap kunnen niet optreden als tegenpartij in verrichtingen met de Vennootschap of met een vennootschap die zij controleert, noch enig voordeel halen uit verrichtingen met voormelde vennootschappen, behalve wanneer de verrichting gedaan wordt in het belang van de Vennootschap, binnen het geplande investeringsbeleid en overeenkomstig normale marktvoorwaarden. In voorkomend geval dient de Vennootschap de FSMA hierover vooraf in te lichten.
De verrichtingen vermeld in de eerste alinea, alsook de gegevens vermeld in de voorafgaande kennisgeving worden onmiddellijk openbaar gemaakt en worden in het jaarlijks financieel verslag en, in voorkomend geval, in het halfjaarlijks financieel verslag toegelicht.
De voorafgaande kennisgeving geldt niet voor de verrichtingen die zijn voorzien in artikel 38 van de wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen. Artikelen 523 en 524 van het Wetboek van vennootschappen blijven onverkort van toepassing, net zoals artikel 37 van de hogervermelde wet.
Tijdens het boekjaar 2018/2019 heeft er zich geen enkel belangenconflict voorgedaan met betrekking tot een vastgoedtransactie. De drie belangenconflicten die zich in de loop van het boekjaar hebben voorgedaan, betroffen de bezoldiging van de leden van het directiecomité en worden hieronder verduidelijkt.
'In toepassing van artikel 523 W. Venn. en artikel 37 GVV-Wet meldt de uitvoerend bestuurder (de heer Stefaan Gielens) dat hij een belang van vermogensrechtelijke aard heeft dat strijdig is met het bedrijf en dat hij de commissaris hiervan op de hoogte zal brengen. De overige leden van het directiecomité (mevr. Laurence Gacoin, mevr. Ingrid Daerden, dhr. Charles-Antoine Van Aelst en dhr. Sven Bogaerts), die geen lid zijn van de raad van bestuur (en aldus geen belangenconflict hebben in de zin van artikel 523 W.Venn.), melden dat zij een belangenconflict hebben in de zin van artikel 37 GVV-Wet. Alle leden van het directiecomité verlaten de vergadering.
De voorzitster van het benoemings- en bezoldigingscomité, brengt verslag uit aan de raad over de beraadslagingen van het comité dat voorstelt om de bruto variabele vergoeding voor de leden van het directiecomité als volgt te bepalen:
van bestuur worden vastgesteld en geëvalueerd. Het comité stelt voor deze doelstellingen vast te stellen aan de hand van criteria die worden gewogen op basis van hun belang. De criteria voor de toekenning van de variabele beloning zijn de volgende:
In geval van de realisatie van een EPS hoger of lager dan dit budget wordt dit deel van het maximumbedrag van de variabele vergoeding naar boven of naar beneden aangepast binnen een vork tussen 50% en 150% naar verhouding van het verschil tussen het budget en de EPS-waarden van respectievelijk 10% lager en 10% hoger dan het budget. Concreet betekent dit dat een gerealiseerde EPS van minder dan 90% van het budget geen variabele vergoeding zal opleveren andere dan diegene die eventueel wordt verkregen dankzij de exploitatiemarge* en/of individuele doelstellingen.
Omgekeerd indien een EPS van 110% of meer van het budget wordt gerealiseerd, zal dit leiden tot een tranche van maximaal 150% van de tranche die verschuldigd is in geval van een EPS wordt bereikt gelijk aan het budget, naast de variabele tranches die eventueel door de exploitatiemarge en/ of individuele doelstellingen worden verkregen.
Daarna brengt de voorzitster van het benoemings- en bezoldigingscomité verslag uit aan de raad over de beraadslagingen van het comité omtrent de andere aspecten van de bezoldiging van de directiecomitéleden:
(i) CEO:
De raad keurt de voorstellen van het benoemings- en remuneratiecomité goed.'
'In toepassing van artikel 523 W. Venn. en artikel 37 GVV-Wet meldt de uitvoerend bestuurder (de heer Stefaan Gielens) dat hij een belang van vermogensrechtelijke aard heeft dat strijdig is met het bedrijf en dat hij de commissaris hiervan op de hoogte zal brengen. De overige leden van het directiecomité (mevr. Laurence Gacoin, mevr. Ingrid Daerden, dhr. Charles-Antoine Van Aelst en dhr. Sven Bogaerts), die geen lid zijn van de raad van bestuur (en aldus geen belangenconflict hebben in de zin van artikel 523 W.Venn.), melden dat zij een belangenconflict hebben in de zin van artikel 37 GVV-Wet. Alle leden van het directiecomité verlaten de vergadering.
De voorzitster van het benoemings- en bezoldigingscomité brengt verslag uit over de vergadering van het benoemings- en bezoldigingscomité. Het benoemings- en bezoldigingscomité stelt vast dat Aedifica haar langjarige strategie om uit te groeien tot een pure-play investeerder in Europees zorgvastgoed heeft kunnen verwezenlijken (gelet op, onder meer, de desinvestering van de appartementen- en hotelportefeuille en de verwerving van een significante zorgvastgoedportefeuille over de laatste jaren, zoals in België, Nederland, Duitsland, alsook recent in het Verenigd Koninkrijk), en dat dankzij de geslaagde kapitaalverhoging Aedifica klaar is om haar rol als referentie in de Europese beursgenoteerde zorgvastgoedsector verder te verstevigen.
In dat kader stelt het benoemings- en bezoldigingscomité voor om een eenmalige vergoeding in de vorm van een participatie in het 'long term incentive plan' toe te kennen aan de leden van het directiecomité. Dit voor een bedrag van 250.000 € (bruto) voor de CEO, en 400.000 € (bruto) voor overige leden van het directiecomité samen (elk 100.000 € (bruto))
De uitvoerend bestuurder en de andere leden van het directiecomité vervoegen opnieuw de vergadering.'
'In toepassing van artikel 523 W. Venn. en artikel 37 GVV-Wet meldt de uitvoerend bestuurder (de heer Stefaan Gielens) dat hij een belang van vermogensrechtelijke aard heeft dat strijdig is met het bedrijf en dat hij de commissaris hiervan op de hoogte zal brengen. De overige leden van het directiecomité (mevr. Laurence Gacoin, mevr. Ingrid Daerden, dhr. Charles-Antoine Van Aelst en dhr. Sven Bogaerts), die geen lid zijn van de raad van bestuur (en aldus geen belangenconflict hebben in de zin van artikel 523 W.Venn.), melden dat zij een belangenconflict hebben in de zin van artikel 37 GVV-Wet. Alle leden van het directiecomité verlaten de vergadering.
De voorzitster van het benoemings- en bezoldigingscomité brengt verslag uit over de vergadering van het benoemings- en bezoldigingscomité, dat – op basis van een vergelijkende marktstudie van de bezoldiging van de bestuurders en leden van het directiecomité uitgevoerd door de onafhankelijke gespecialiseerde consultant Willis Towers Watson – voorstelt om de vaste jaarlijkse vergoeding van alle leden van het directiecomité te verhogen.
Op aanbeveling van het benoemings- en bezoldigingscomité, beslist de raad van bestuur de vaste jaarlijkse vergoeding van de leden van het directiecomité vanaf het boekjaar 2019/2020 te verhogen tot 500.000 € voor de CEO en 1.100.000 € voor de overige leden van het directiecomité gezamenlijk.
De voorzitster van het benoemings- en bezoldigingscomité zal de details meedelen aan de CEO die de individuele leden van het directiecomité zal inlichten.
De voorzitster van het benoemings- en bezoldigingscomité licht daarnaast het advies toe van het benoemings- en bezoldigingscomité over:
De leden van het directiecomité vervoegen opnieuw de vergadering en nemen kennis van de beslissing van de raad van bestuur.'
De onafhankelijke compliancefunctie wordt uitgevoerd overeenkomstig artikel 17 van de wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen (zie hierboven) en bijlage B van de Belgische Corporate Governance Code. De heer Sven Bogaerts, CM&AO, voert de functie van compliance officer uit. Hij heeft onder meer als opdracht om te waken over de naleving van de gedragsregels en de verklaringen met betrekking tot transacties op aandelen van de Vennootschap, verricht voor eigen rekening door bestuurders en andere personen die door de laatstgenoemden worden aangesteld, om het risico op misbruik van voorkennis te beperken.
De compliance officer stelt de lijst op van personen die over informatie beschikken waarvan zij weten of zouden moeten weten dat het bevoorrechte informatie is en werkt deze lijst bij. Hij zorgt ervoor dat de betrokken personen op de hoogte worden gebracht van hun vermelding op die lijst.
Bovendien waakt hij over het vaststellen door de raad van bestuur van de zogenaamde 'gesloten periodes'. Tijdens die periodes zijn transacties op financiële instrumenten of financiële derivaten van Aedifica verboden voor de bestuurders van Aedifica en voor alle personen die op de hierboven vermelde lijst staan, alsook voor alle personen met wie zij nauw verbonden zijn. De gesloten periodes zijn de volgende:
Bestuurders, directiecomitéleden en nauw aan hen verwante personen die de intentie hebben om transacties uit te voeren die betrekking hebben op financiële instrumenten of financiële derivaten van Aedifica, moeten de compliance officer minstens 48 uur vóór de uitvoering van de transacties schriftelijk op de hoogte brengen. Indien de compliance officer zelf de intentie heeft om zulke transacties uit te voeren, dan moet hij de voorzitter van de raad van bestuur minstens 48 uur vóór de uitvoering van de transacties schriftelijk daarvan op de hoogte brengen. De compliance officer, of desgevallend de voorzitter van de raad van bestuur, laat de betrokken persoon binnen 48 uur na ontvangst van de schriftelijke kennisgeving weten of er volgens hem redenen bestaan om te denken dat de geplande transactie een inbreuk vormt op de regels. De bestuurders, de leden van het directiecomité en de nauw aan hen verwante personen moeten de uitvoering van de transacties binnen de twee werkdagen aan de Vennootschap bevestigen. De compliance officer moet een schriftelijk spoor bewaren van alle kennisgevingen over de geplande en gerealiseerde transacties, en de ontvangst van zulke kennisgevingen schriftelijk bevestigen.
De bestuurders, de leden van het directiecomité en de nauw aan hen verwante personen moeten de transacties op aandelen van de Vennootschap die zij voor eigen rekening uitvoeren, melden bij de FSMA. Aan de hiervoor bedoelde meldingsplicht moet uiterlijk drie werkdagen na het uitvoeren van de transacties worden voldaan.
Aedifica beschikt over een interne procedure om potentiële of daadwerkelijke inbreuken op de geldende wettelijke regels, haar Corporate Governance Charter en haar gedragscode te melden. Deze procedure voor het melden van onregelmatigheden vormt een bijlage bij het Corporate Governance Charter.
Aedifica heeft geen onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten zoals bedoeld in artikelen 96 en 119 van het Wetboek van vennootschappen.
Overeenkomstig artikel 608 van het Wetboek van Vennootschappen geeft de raad van bestuur hierna een uiteenzetting over de door de raad van bestuur besliste kapitaalverhogingen in de loop van het boekjaar en geeft de raad, in voorkomend geval, een passende toelichting met betrekking tot de voorwaarden en de werkelijke gevolgen van de kapitaalverhogingen waarbij de raad van bestuur het voorkeurrecht van de aandeelhouders heeft beperkt of uitgesloten.
In uitvoering van de beslissing van de raad van bestuur van 23 oktober 2018 om het kapitaal te verhogen in het kader van het toegestaan kapitaal door inbreng in natura in de context van het keuzedividend, werd het kapitaal (zie sectie 2.1.4 van het beheersverslag) op 20 november 2018 verhoogd met 6.348.821,62 € om het van 480.279.540,67 € op 486.628.362,29 € te brengen. 240.597 nieuwe aandelen, zonder nominale waarde, werden uitgegeven. Zij zijn van dezelfde soort en genieten dezelfde rechten en voordelen als de bestaande aandelen. Die nieuwe aandelen nemen vanaf 1 juli 2018 deel in de winsten van de Vennootschap voor het boekjaar 2018/2019.
Ingevolge een beslissing van de raad van bestuur van 23 april 2019 om het kapitaal te verhogen in het kader van het toegestaan kapitaal door een inbreng in geld met onher leidbare toewijzingsrechten, werd het kapitaal (zie sectie 2.1.4 van het beheersverslag) op 7 mei 2019 verhoogd met 162.209.454,10 € om het van 486.628.362,29 € op 648.837.816,39 € te brengen. 6.147.142 nieuwe aandelen, zonder nominale waarde, werden uitgegeven. Die nieuwe aandelen nemen vanaf 7 mei 2019 prorata temporis deel in de winsten van de Vennootschap voor het boekjaar 2018/2019.
In het kader van het toegestaan kapitaal (zie sectie 2.1.4 van het beheersverslag), werd bij beslissing van de raad van bestuur van 20 juni 2019 het kapitaal verhoogd met 332.222,20 € om het van 648.837.816,39 € op 649.170.038,59 € te brengen via een inbreng in natura. 12.590 nieuwe aandelen, zonder nominale waarde, werden uitgegeven. Zij zijn van dezelfde soort en genieten dezelfde rechten en voordelen als de bestaande aandelen. Die nieuwe aandelen nemen vanaf 7 mei 2019 prorata temporis deel in de winsten van de Vennootschap voor het boekjaar 2018/2019.
Een passende toelichting met betrekking tot de voorwaarden en de werkelijke gevolgen van de kapitaalverhoging van 7 mei 2019 waarbij het voorkeurrecht van de aandeelhouders werd opgeheven en waarbij een onherleidbaar toewijzingsrecht werd toegekend, wordt gegeven in het bijzonder verslag van de raad van bestuur opgemaakt met toepassing van artikel 596 van het Wetboek van Vennootschappen d.d. 23 april 2019. In geval van een kapitaalverhoging via inbreng in natura hebben de aandeelhouders geen voorkeurrecht en wordt geen bijzonder verslag opgemaakt met toepassing van artikel 596 van het Wetboek van Vennootschappen.
Overeenkomstig artikel 34 van het koninklijk besluit van 14 november 2007 betreffende de verplichtingen van emittenten van financiële instrumenten die zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt, geeft Aedifica een opsomming van en desgevallend toelichting bij de volgende elementen, voor zover die elementen van aard zijn een gevolg te hebben in geval van een openbaar overnamebod.
De overdracht van de aandelen van Aedifica is aan geen enkele wettelijke of statutaire beperking onderworpen. Teneinde aan (potentiële) beleggers in aandelen van Aedifica een afdoende liquiditeit te waarborgen, voorziet artikel 21 van de wet van 12 mei 2014 erin dat de aandelen van Aedifica worden toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt. Alle 24.601.158 Aedifica-aandelen zijn genoteerd op Euronext Brussels (gereglementeerde markt).
Aedifica heeft geen houders van effecten waaraan bijzondere zeggenschapsrechten verbonden zijn.
Mechanisme voor de controle van enig aandelenplan voor werknemers wanneer de zeggenschapsrechten niet rechtstreeks door de werknemers worden uitgeoefend Aedifica heeft geen aandelenplan voor werknemers.
Op 30 juni 2019 bezat Aedifica geen eigen aandelen.
Voor zover Aedifica er kennis van heeft, bestaan er geen aandeelhoudersovereenkomsten die aanleiding zouden kunnen geven tot beperkingen van de overdracht van effecten en/of van de uitoefening van het stemrecht.
Benoeming en vervanging van de leden van het bestuursorgaan : in overeenstemming met artikel 11 van de statuten worden de leden van de raad van bestuur voor een maximale duur van drie jaar benoemd door de algemene vergadering van aandeelhouders, die hen te allen tijde kan afzetten. Ze zijn herkiesbaar. Het mandaat van de uittredende en niet-herkozen bestuurders eindigt onmiddellijk na de algemene vergadering die in de nieuwe benoemingen voorziet.
Ingeval één of meerdere mandaten openvallen, kunnen de overblijvende bestuurders, bijeengekomen in raad, voorlopig voor vervanging zorgen tot aan de eerstvolgende bijeenkomst van de algemene vergadering die dan over de definitieve aanstelling beslist. Dat recht wordt een verplichting telkens als het aantal bestuurders effectief in functie of het aantal onafhankelijke bestuurders niet langer het statutaire minimum bereikt. De bestuurder die wordt benoemd ter vervanging van een andere, voltooit het mandaat van degene die hij vervangt.
Statutenwijzigingen : aangaande de wijziging van de statuten wordt er verwezen naar de op Aedifica van toepassing zijnde regelgeving. In het bijzonder wordt erop gewezen dat ieder ontwerp tot wijziging van de statuten van Aedifica vooraf moet worden goedgekeurd door de FSMA.

Overeenkomstig artikel 6.4 van de statuten is het de raad van bestuur toegestaan om het maatschappelijk kapitaal in één of meerdere malen te verhogen ten belope van een maximumbedrag van:
met dien verstande dat het maatschappelijk kapitaal in het kader van het toegestaan kapitaal nooit verhoogd zal kunnen worden boven het maximumbedrag van 374.000.000 € op de data en volgens de modaliteiten te bepalen door de raad van bestuur, in overeenstemming met artikel 603 van het Wetboek van Vennootschappen, en zoals uitgelegd in toelichting 38 van de jaarrekening.
Deze toestemming wordt verleend voor een hernieuwbare periode van 5 jaar te rekenen vanaf de publicatie in de Bijlagen van het Belgisch Staatsblad van het proces-verbaal van de buitengewone algemene vergadering van 28 oktober 2016.
Op 30 juni 2019 bedraagt het saldo van het toegestaan kapitaal 1) 116.922.135,53 € indien de te realiseren kapitaalverhoging voorziet in de mogelijkheid tot uitoefening van het voorkeurrecht of van het onherleidbaar toewijzingsrecht door de aandeelhouders van de Vennootschap, 2) 60.441.140,21 € voor elke andere vorm van kapitaalverhoging. Van het maximumbedrag van het toegestaan kapitaal (374.000.000 €) is nog 102.563.275,74 € beschikbaar om het maatschappelijk kapitaal van de Vennootschap te verhogen.
Bovendien kan Aedifica, volgens artikel 6.2 van de statuten, haar eigen aandelen verwerven door aankoop, of ze in pand nemen, in overeenstemming met de voorwaarden waarin werd voorzien in het Wetboek van Vennootschappen, mits mededeling van de verrichting aan de FSMA. Aedifica heeft op 30 juni 2019 2.508 eigen aandelen in pand.
Het is gebruikelijk dat kredietovereenkomsten zogenaamde 'change of control'-clausules bevatten die de kredietverstrekker de mogelijkheid bieden om de onmiddellijke terugbetaling van de uitstaande kredieten, interesten en overige uitstaande bedragen te eisen in geval van een wijziging van controle over de Vennootschap.
De volgende kredietovereenkomsten bevatten dergelijke clausule van controlewijziging:
Daarnaast bevatten de thesauriebewijzen die op 17 december 2018 werden uitgegeven in het kader van het thesauriebewijzenprogramma op lange termijn een soortgelijke clausule van controlewijziging.
Elk van deze clausules betreffende een wijziging van controle werden door de algemene vergadering goedgekeurd (zie notulen van voorgaande algemene vergaderingen), met uitzondering van de clausules die zijn opgenomen in het voormelde thesauriebewijzenprogramma en in de kredietovereenkomsten die in de loop van het afgelopen boekjaar werden afgesloten en waarvoor de goedkeuring van de clausule van controlewijziging zal worden gevraagd aan de algemene vergadering van 22 oktober 2019.
Indien de managementovereenkomst met de CEO binnen de zes maanden na een openbaar overnamebod door één van de partijen wordt beëindigd zonder dat er sprake is van een zware fout, dan heeft de CEO recht op een verbrekingsvergoeding gelijk aan achttien maanden bezoldiging.
In de overeenkomsten gesloten met de andere directiecomitéleden en de werknemers van Aedifica werd er geen dergelijke contractuele clausule opgenomen.
Opgemaakt te Brussel op 3 september 2019.


EPRA ('European Public Real Estate Association') is de stem van de Europese beursgenoteerde vastgoedsector. De EPRA-indexen zijn een wereldwijde benchmark en de meest gebruikte investeringsindex voor beursgenoteerd vastgoed.
Aedifica sluit zich aan bij de tendens om de rapportering te standaardiseren met het oog op een betere kwaliteit en vergelijkbaarheid van de informatie en stelt het merendeel van de door EPRA aanbevolen prestatiemaatstaven ter beschikking van de investeerders. Enkele EPRA-indicatoren worden beschouwd als alternatieve prestatiemaatstaven (APM's); zij worden eveneens besproken in toelichting 57 van de jaarrekening van dit jaarlijks financieel verslag.
In 2014 heeft Aedifica de 'EPRA Silver Award' en de 'EPRA Most Improved Award' gewonnen voor het jaarlijks financieel verslag 2012/2013.
In 2015, 2016, 2017, 2018 en 2019 werd aan Aedifica vijf keer op rij de 'EPRA Gold Award' uitgereikt voor haar jaarlijks financieel verslag. Aedifica blijft op die manier in de kopgroep van de Europese vennootschappen die worden geëvalueerd door EPRA.
In 2019 heeft Aedifica de 'EPRA Silver Award' en de 'EPRA Most Improved Award' gewonnen voor het Duurzaamheidsverslag 2018.


SENIORENWOHNPARK HARTHA, THARANDT (DE)
| 30 juni 2019 | 30 juni 2018 | ||
|---|---|---|---|
| EPRA Earnings* | x1.000 € | 72.145 | 58.403 |
| Resultaat afkomstig van de operationele activiteiten |
€ / aandeel | 3,74 | 3,25 |
| EPRA NAV* | x1.000 € | 1.491.930 | 937.795 |
| Netto Actief Waarde (NAW) aangepast om rekening te houden met de reële waarde van de vastgoedbeleggingen en met uitsluiting van bepaalde elementen die niet kaderen in een financieel model van vastgoed investeringen op lange termijn |
€ / aandeel | 60,64 | 51,52 |
| EPRA NNNAV* | x1.000 € | 1.422.220 | 889.279 |
| EPRA NAV* aangepast om rekening te houden met de reële waarde van de financiële instrumenten, de schulden en de uitgestelde belastingen |
€ / aandeel | 57,81 | 48,86 |
| EPRA Net Initial Yield (NIY) | % | 5,5 | 5,2 |
| Geannualiseerde bruto huurinkomsten op basis van de lopende huren ('passing rents') op afsluitingsdatum van de jaarrekeningen, met uitsluiting van de vastgoedkosten, gedeeld door de marktwaarde van de portefeuille verhoogd met de geschatte mutatie-rechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen |
|||
| EPRA Topped-up NIY | % | 5,5 | 5,2 |
| Deze ratio voert een correctie uit op het EPRA NIY met betrekking tot het teneinde lopen van de gratuïteiten en andere huurvoordelen |
|||
| EPRA Vacancy Rate | % | 0 | 1 |
| Geschatte Huurwaarde (GHW) van leegstaande oppervlaktes gedeeld door de GHW van de totale portefeuille |
|||
| EPRA Cost Ratio (including direct vacancy costs)* |
% | 18 | 16 |
| Administratieve en operationele kosten (met inbegrip van de directe kosten van de niet verhuurde gebouwen) gedeeld door de bruto huurinkomsten |
|||
| EPRA Cost Ratio (excluding direct vacancy costs)* |
% | 18 | 16 |
| Administratieve en operationele kosten (verminderd met de directe kosten van de niet-verhuurde gebouwen) gedeeld door de bruto huurinkomsten |
Deze gegevens in dit hoofdstuk zijn niet vereist door de GVV-regelgeving en zijn niet onderworpen aan een nazicht door de publieke instanties. De Commissaris is nagegaan (beperkt nazicht) of deze gegevens werden berekend volgens de definities van de EPRA Best Practices Recommendations Guidelines en of de financiële gegevens die gebruikt werden bij de berekening van deze ratio's overeenstemmen met de boekhoudkundige gegevens die in de geauditeerde geconsolideerde jaar- rekeningen zijn opgenomen.

2019
2019
Stefaan Gielens, CEO
| 30 juni 2019 | 30 juni 2018 | |
|---|---|---|
| IFRS nettoresultaat (aandeelhouders van de groep) zoals vermeld in de jaarrekening | 123.497 | 71.855 |
| Correcties om de EPRA Earnings* te berekenen: | ||
| (i) Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen en activa bestemd voor verkoop | -63.317 | -15.018 |
| (ii) Resultaat op de verkoop van vastgoedbeleggingen | -7.251 | -789 |
| (iii) Resultaat op de verkoop van activa bestemd voor verkoop | -70 | 0 |
| (iv) Taks op resultaat op verkoop | 0 | 0 |
| (v) Negatieve goodwill / depreciatie van goodwill | 0 | 344 |
| (vi) Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva (IFRS 39) en close out-kosten | 7.304 | 2.157 |
| (vii) Kosten en interesten met betrekking tot acquisities en joint-ventures (IFRS 3) | 0 | 0 |
| (viii) Uitgestelde belastingen m.b.t. EPRA correcties | 6.216 | -146 |
| (ix) EPRA correcties (i) tot (viii) volgens joint-ventures | -853 | 0 |
| (x) Minderheidsbelangen m.b.t. EPRA correcties | 6.618 | 0 |
| Afrondingsverschil | 1 | 0 |
| EPRA Earnings* (aandeelhouders van de groep) | 72.145 | 58.403 |
| Aantal aandelen (noemer IAS 33) | 19.274.471 | 17.990.607 |
| EPRA Earnings per aandeel (EPRA EPS - in €/aandeel) | 3,74 | 3,25 |
| 30 juni 2019 | 30 juni 2018 | |
|---|---|---|
| NAW volgens de jaarrekeningen (aandeelhouders van de groep) | 1.429.549 | 896.145 |
| NAW volgens de jaarrekeningen (in €/aandeel) (aandeelhouders van de groep) | 58,11 | 49,24 |
| Invloed van de uitoefening van opties, converteerbare schulden en andere eigenvermogeninstrumenten (verwaterd) |
0 | 0 |
| Verwaterde NAW, na uitoefening van opties, converteerbare schulden en andere eigen vermogeninstrumenten |
1.429.549 | 896.145 |
| Toe te voegen: | ||
| (i.a) Herwaardering van de vastgoedbeleggingen (als het IAS 40 "cost model" van toepassing is) | 0 | 0 |
| (i.b) Herwaardering van de projectontwikkelingen in aanbouw (als het IAS 40 «cost model» van toepassing is) |
0 | 0 |
| (i.c) Herwaardering van andere vaste activa | 0 | 0 |
| (ii) Herwaardering van de vorderingen financiële leasing | 0 | 0 |
| (iii) Herwaardering van de activa bestemd voor verkoop | 0 | 0 |
| Uit te sluiten: | ||
| (iv) Reële waarde van de financiële instrumenten | 50.533 | 35.439 |
| (v.a) Uitgestelde belastingen | 11.848 | 6.211 |
| (v.b) Deel van de goodwill als gevolg van de uitgestelde belastingen | 0 | 0 |
| Toe te voegen/uit te sluiten: | ||
| Aanpassingen (i) tot (v) voor joint-ventures | 0 | 0 |
| EPRA NAV* (aandeelhouders van de groep) | 1.491.930 | 937.795 |
| Aantal aandelen | 24.601.158 | 18.200.829 |
| EPRA NAV* (in €/aandeel) (aandeelhouders van de groep) | 60,64 | 51,52 |
| 30 juni 2019 | 30 juni 2018 | |
|---|---|---|
| EPRA NAV* (aandeelhouders van de groep) | 1.491.930 | 937.795 |
| Toe te voegen: | ||
| (i) Reële waarde van de financiële instrumenten | -50.533 | -35.439 |
| (ii) Reële waarde van de schuld | -7.329 | -6.866 |
| (iii) Uitgestelde belastingen | -11.848 | -6.211 |
| EPRA NNNAV* (aandeelhouders van de groep) | 1.422.220 | 889.279 |
| Aantal aandelen | 24.601.158 | 18.200.829 |
| EPRA NNNAV* (in €/aandeel) (aandeelhouders van de groep) | 57,81 | 48,86 |
| 30 juni 2019 | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Zorgvastgoed | Appartements gebouwen |
Hotels | Niet toewijsbaar |
Transacties tussen segmenten |
Totaal | |
| Vastgoedbeleggingen - in volledige eigendom |
2.315.709 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2.315.709 |
| Vastgoedbeleggingen - deelnemingen in joint-ventures |
0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Activa bestemd voor verkoop (inclusief deelnemingen in joint-ventures) |
5.240 | 0 | 0 | 0 | - | 5.240 |
| Min: Projectontwikkelingen | -51.205 | - | - | - | - | -51.205 |
| Vastgoedbeleggingen in exploitatie | 2.269.744 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2.269.744 |
| Geschatte belastingaftrek van transactiekosten |
101.443 | 0 | 0 | 0 | 0 | 101.443 |
| Investeringswaarde van vastgoedbeleggingen in exploitatie |
2.371.187 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2.371.187 |
| Geannualiseerde brutohuurinkomsten |
133.739 | 0 | 0 | 0 | 0 | 133.739 |
| Vastgoedkosten1 | -4.036 | 0 | 0 | 0 | 0 | -4.036 |
| Geannualiseerde nettohuurinkomsten | 129.703 | 0 | 0 | 0 | 0 | 129.703 |
| Plus: Huur bij afloop van huurvrije periodes of andere huurkortingen |
0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Geannualiseerde en gecorrrigeerde nettohuurinkomsten |
129.703 | 0 | 0 | 0 | 0 | 129.703 |
| EPRA NIY (in%) | 5,5 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | - | 5,5 |
| EPRA Topped-up NIY (in%) | 5,5 | 0,0 | 0,0 | 0,0 | - | 5,5 |
| 30 juni 2018 | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Zorgvastgoed | Appartements gebouwen |
Hotels | Niet toewijsbaar |
Transacties tussen segmenten |
Totaal | |
| Vastgoedbeleggingen - in volledige eigendom |
1.426.736 | 206.938 | 67.606 | 35.183 | 0 | 1.736.463 |
| Vastgoedbeleggingen - deelnemingen in joint-ventures |
0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Activa bestemd voor verkoop (inclusief deelnemingen in joint-ventures) |
4.070 | 0 | 0 | - | - | 4.070 |
| Min: Projectontwikkelingen | - | - | - | -35.183 | - | -35.183 |
| Vastgoedbeleggingen in exploitatie | 1.430.806 | 206.938 | 67.606 | 0 | 0 | 1.705.350 |
| Geschatte belastingaftrek van transactiekosten |
51.721 | 5.175 | 1.749 | 0 | 0 | 58.645 |
| Investeringswaarde van vastgoedbeleggingen in exploitatie |
1.482.527 | 212.113 | 69.355 | 0 | 0 | 1.763.995 |
| Geannualiseerde brutohuurinkomsten |
81.610 | 10.681 | 4.233 | 0 | 0 | 96.524 |
| Vastgoedkosten1 | -1.477 | -3.623 | -28 | 0 | -182 | -5.311 |
| Geannualiseerde nettohuurinkomsten | 80.133 | 7.058 | 4.205 | 0 | -182 | 91.213 |
| Plus: Huur bij afloop van huurvrije periodes of andere huurkortingen |
0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Geannualiseerde en gecorrrigeerde nettohuurinkomsten |
80.133 | 7.058 | 4.205 | 0 | -182 | 91.213 |
| EPRA NIY (in%) | 5,4 | 3,3 | 6,1 | 0,0 | - | 5,2 |
| EPRA Topped-up NIY (in%) | 5,4 | 3,3 | 6,1 | 0,0 | - | 5,2 |
| 30 juni 2019 | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Brutohuur inkomsten1 |
Nettohuur inkomsten2 |
Huurbare oppervlaktes (in m²) |
Contractuele huurgelden3 |
Geschatte huurwaarde (GHW) op leegstand |
Geschatte huurwaarde (GHW) |
EPRA Vacancy rate (in%) |
|
| Segment | |||||||
| Zorgvastgoed | 106.387 | 103.143 | 1.168.116 | 133.739 | 0 | 136.703 | 0 |
| Appartementsgebouwen4 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Hotels5 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Niet toewijsbaar | 0 | 0 | |||||
| Transacties tussen segmenten |
0 | 0 | |||||
| Totaal vastgoedbeleggingen in exploitatie |
106.387 | 103.143 | 1.168.116 | 133.739 | 0 | 136.703 | 0 |
| Reconciliatie met de geconsolideerde resultatenrekening IFRS |
|||||||
| Vastgoed verkocht gedurende het boekjaar 2018/2019 |
11.852 | 8.650 | |||||
| Gebouwen bestemd voor verkoop |
133 | 133 | |||||
| Andere aanpassingen | 0 | 0 | |||||
| Totaal vastgoedbeleggingen in exploitatie |
118.372 | 111.926 |
| 30 juni 2018 | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Brutohuur inkomsten1 |
Nettohuur inkomsten2 |
Huurbare oppervlaktes (in m²) |
Contractuele huurgelden3 |
Geschatte huurwaarde (GHW) op leegstand |
Geschatte huurwaarde (GHW) |
EPRA Vacancy rate (in%) |
|
| Segment | |||||||
| Zorgvastgoed | 76.446 | 75.057 | 743.453 | 81.610 | 0 | 86.346 | 0 |
| Appartementsgebouwen | 10.418 | 6.323 | 95.683 | 10.682 | 939 | 10.7994 | 9 |
| Hotels | 4.186 | 4.179 | 35.564 | 4.233 | 0 | 4.042 | 0 |
| Niet toewijsbaar | 0 | 0 | |||||
| Transacties tussen segmenten |
-182 | -182 | |||||
| Totaal vastgoedbeleggingen in exploitatie |
90.868 | 85.377 | 874.699 | 96.525 | 939 | 101.187 | 1 |
| Reconciliatie met de geconsolideerde resultatenrekening IFRS |
|||||||
| Vastgoed verkocht gedurende het boekjaar 2017/2018 |
729 | 698 | |||||
| Gebouwen bestemd voor verkoop |
0 | 0 | |||||
| Andere aanpassingen | 0 | 0 | |||||
| Totaal vastgoedbeleggingen in exploitatie |
91.597 | 86.075 |
Het totaal van de 'brutohuurinkomsten over de periode' dat in de EPRA Best Practices wordt bepaald, gereconcilieerd met de geconsolideerde IFRSresultatenrekening, komt overeen met het 'nettohuurresultaat' in de geconsolideerde IFRS-rekeningen.
Het totaal van de 'nettohuurinkomsten over de periode' dat bepaald wordt in de EPRA Best Practices, gereconcilieerd met de geconsolideerde IFRSresultatenrekening, komt overeen met het 'operationeel vastgoedresultaat' in de geconsolideerde IFRS-rekeningen. 3. Lopende huur op de datum van de afsluiting, vermeerderd met de toekomstige huur op contracten die op 30 juni 2018 of op 30 juni 2019 waren
getekend.
Verkoop van de 'appartementsgebouwen'-bedrijfstak op 27 maart 2019.
Verkoop van de hotelportefeuille op 14 juni 2019.
| 30 juni 2018 | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Nettohuur inkomsten bij ongewijzigde portefeuille1 |
Acquisities | Verkoop | In exploitatie | Nettohuur inkomsten van de peri ode2 |
Nettohuur inkomsten bij ongewijzigde portefeuille1 |
Evolutie van de nettohuur inkomsten bij ongewijzigde portefeuille |
|
| Segment | |||||||
| Zorgvastgoed | 71.245 | 27.620 | 0 | 4.411 | 103.276 | 69.895 | 2% |
| Appartementsgebouwen3 | 0 | 0 | 4.642 | 0 | 4.462 | 0 | - |
| Hotels4 | 0 | 0 | 4.020 | 0 | 4.020 | 0 | - |
| Niet toewijsbaar | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | - |
| Transacties tussen segmenten |
0 | 0 | -12 | 0 | -12 | 0 | - |
| Totaal vastgoedbeleggingen in exploitatie |
71.245 | 27.620 | 8.650 | 4.411 | 111.926 | 69.895 | 2% |
| Reconciliatie met de geconsolideerde resultatenrekening IFRS |
|||||||
| Vastgoed verkocht gedurende het boekjaar |
0 | ||||||
| Gebouwen bestemd voor verkoop |
0 | ||||||
| Andere aanpassingen | 0 | ||||||
| Totaal vastgoedbeleggingen in exploitatie |
111.926 |
Vastgoedbeleggingen in exploitatie aangehouden gedurende 2 opeenvolgende boekjaren.
Het totaal van de 'nettohuurinkomsten over de periode' dat bepaald wordt in de EPRA Best Practices, gereconcilieerd met de geconsolideerde IFRS-
resultatenrekening, komt overeen met het 'operationeel vastgoedresultaat' in de geconsolideerde IFRS-rekeningen.
Verkoop van de 'appartementsgebouwen'-bedrijfstak op 27 maart 2019.
Verkoop van de hotelportefeuille op 14 juni 2019.
| 30 juni 2019 | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Reële waarde | Variatie in de reële waarde |
EPRA NIY (in%) |
Omslagpercentage1 (in%) |
||||
| Segment | |||||||
| Zorgvastgoed | 2.269.744 | 63.791 | 5,5 | 2 | |||
| Appartementsgebouwen2 | 0 | 13.491 | 0 | ||||
| Hotels3 | 0 | -900 | 0 | ||||
| Totaal vastgoedbeleggingen in exploitatie inclusief de activa bestemd voor verkoop* |
2.269.744 | 76.382 | 5,5 | 2 | |||
| Reconciliatie met de geconsolideerde IFRS balans |
|||||||
| Projectontwikkelingen | 51.205 | -13.065 | |||||
| Totaal vastgoedbeleggingen in exploitatie inclusief de activa bestemd voor verkoop* |
2.320.949 | 63.317 |
| 30 juni 2018 | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Reële waarde | Variatie in de reële waarde |
EPRA NIY (in%) |
Omslagpercentage1 (in%) |
|||
| Segment | ||||||
| Zorgvastgoed | 1.430.806 | 22.475 | 5,4 | 5 | ||
| Appartementsgebouwen | 206.938 | 2.474 | 3,3 | -8 | ||
| Hotels | 67.606 | 277 | 6,1 | -5 | ||
| Totaal vastgoedbeleggingen in exploitatie inclusief de activa bestemd voor verkoop* |
1.705.350 | 25.226 | 5,2 | 4 | ||
| Reconciliatie met de geconsolideerde IFRS balans |
||||||
| Projectontwikkelingen | 35.183 | -10.208 | ||||
| Totaal vastgoedbeleggingen in exploitatie inclusief de activa bestemd voor verkoop* |
1.740.533 | 15.018 |
Dit omslagpercentage houdt geen rekening met een gemeubelde bezetting van sommige appartementen.
Verkoop van de 'appartementsgebouwen'-bedrijfstak op 27 maart 2019.
Verkoop van de hotelportefeuille op 14 juni 2019.
| 30 juni 2019 | ||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Lopende huur van de huurovereenkomsten die aflopen (x 1.000 €) | ||||||||
| Gemiddelde resterende duur1 (in jaren) |
Op hoogstens één jaar |
Op meer dan één jaar en minder dan twee jaar |
Op meer dan twee jaar en minder dan vijf jaar |
Op meer dan vijf jaar |
||||
| Segment | ||||||||
| Zorgvastgoed | 21 | 0 | 38 | 558 | 133.142 | |||
| Appartementsgebouwen2 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||
| Hotels3 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |||
| Totaal vastgoedbeleggingen in exploitatie inclusief de activa bestemd voor verkoop* |
21 | 0 | 38 | 558 | 133.142 |
Opzegging bij de volgende opzeggingsmogelijkheid.
Verkoop van de 'appartementsgebouwen'-bedrijfstak op 27 maart 2019.
Verkoop van de hotelportefeuille op 14 juni 2019.
| 30 juni 2019 | ||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Huidige kostprijs |
Geschatte toekomstige kostprijs |
Te activeren intercalaire interesten |
Geschatte totale kostprijs |
Geplande afwerkings datum |
Verhuurde oppervlakte (in m²) |
% voor verhuurd |
GHW na afloop |
|
| Totaal | 52 | 372 | 4 | 428 | 2021/2022 | ± 110.000 | 100 | 23,2 |
| 30 juni 2018 | ||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Huidige kostprijs |
Geschatte toekomstige kostprijs |
Te activeren intercalaire interesten |
Geschatte totale kostprijs |
Geplande afwerkings datum |
Verhuurde oppervlakte (in m²) |
% voor verhuurd |
GHW na afloop |
|
| Totaal | 37 | 417 | 5 | 459 | 2021/2022 | ± 118.000 | 100 | 25,4 |
De verdeling van deze projecten wordt in sectie 4.2 van het vastgoedverslag hierna gegeven.
| 30 juni 2019 | 30 juni 2018 | |
|---|---|---|
| Administratieve/operationele uitgaven volgens de financiële IFRS-resultaten | -21.271 | -14.402 |
| Met verhuur verbonden kosten | -41 | -80 |
| Recuperatie van vastgoedkosten | 59 | 84 |
| Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen | -820 | -985 |
| Technische kosten | -1.077 | -1.379 |
| Commerciële kosten | -317 | -552 |
| Kosten en taksen van niet-verhuurde goederen | -58 | -136 |
| Beheerkosten vastgoed | -2.763 | -1.273 |
| Andere vastgoedkosten | -1.470 | -1.281 |
| Algemene kosten van de vennootschap | -14.692 | -10.963 |
| Andere operationele opbrengsten en kosten | -92 | 2.163 |
| EPRA Costs (including direct vacancy costs)* (A) | -21.271 | -14.402 |
| Kosten en taksen van niet-verhuurde goederen | 58 | 136 |
| EPRA Costs (excluding direct vacancy costs)* (B) | -21.213 | -14.266 |
| Brutohuurinkomsten (C) | 118.413 | 91.677 |
| EPRA Cost Ratio (including direct vacancy costs)* (A/C) | 18% | 16% |
| EPRA Cost Ratio (excluding direct vacancy costs)* (B/C) | 18% | 16% |
| Algemene en gekapitaliseerde exploitatiekosten (inclusief aandeel van de joint-ventures) | 92 | 85 |
Aedifica activeert bepaalde projectmanagementkosten.
| 30 juni 2019 | 30 juni 2018 | |
|---|---|---|
| Geactiveerde investeringskosten met betrekking tot vastgoedbeleggingen | ||
| (1) Acquisities | 712.151 | 127.250 |
| (2) Ontwikkeling | 101.191 | 63.900 |
| (3) Vastgoed in exploitatie | 6.413 | 3.677 |
| (4) Andere (intercalaire interesten en project management) | 1.175 | 567 |
| Geactiveerde investeringskosten | 820.930 | 195.394 |
De hierboven vermelde gegevens komen uit toelichting 29 van de geconsolideerde financiële staten.


In België is het aantal ROB- en RVT-bedden in de loop van de voorbije jaren gestaag gegroeid tot ca. 146.000 eenheden die verspreid liggen over het hele land. Op basis van de demografische vooruitzichten en de stijging van de levensverwachting, blijkt dat de verhoging van het aanbod nog steeds niet tegemoet komt aan de vraag. De verdeling van de bedden tussen de verschillende types van uitbaters is in de loop van de jaren relatief stabiel gebleven. In Vlaanderen beheert de publieke sector ca. 30% van de bedden, de non-profit-sector ca. 37% en de private sector de overige 33%. In Wallonië beheert de publieke sector ca. 29% van de bedden, de non-profit-sector ca. 21% en de private sector de overige 50%. In Brussel ligt het aantal bedden dat door de private sector beheerd wordt hoger dan 60%. De professionalisering van de sector dwingt de private uitbaters ertoe zich te concentreren en te structureren, waardoor de drie grootste private spelers van het land (Colisée via Armonea, Orpea en Korian via Senior Living Group) vandaag meer dan 23.000 bedden beheren (bijna 17% van het totale aantal bedden in België).

RESIDENTIE SPORENPARK, BERINGEN (BE)
Uit het meest recente cijfermateriaal blijkt dat de levensverwachting in België en Europa blijft stijgen en vandaag 78,2 jaar bedraagt voor mannen en 83,2 jaar voor vrouwen. Die stijging zal zich ook de komende jaren blijven voortzetten, waardoor in 2030 de levensverwachting 81 jaar zal bedragen voor mannen en 85,7 jaar voor vrouwen. Als de periode waarin ouderen met gezondheidsproblemen geconfronteerd worden stabiel blijft (ca. 15 jaar voor mannen en ca. 18 jaar voor vrouwen), zal de vooruitgang op het vlak van gezondheidszorg, domotica en thuiszorg een steeds belangrijkere rol spelen en ervoor zorgen dat vroegtijdige opnames in woonzorgcentra beperkt kunnen worden. Een opname in een woonzorgcentrum zou daardoor pas (gemiddeld) rond de leeftijd van 86 jaar gebeuren, terwijl de gemiddelde verblijfsduur stabiel blijft op 580 à 590 dagen. Toch lijkt de duur van het verblijf in woonzorgcentra licht af te nemen. Voor nieuwkomers bedraagt momenteel de gemiddelde verblijfsduur ongeveer 370 dagen.
Bovendien wijzen de meest recente demografische vooruitzichten van Eurostat erop dat de bevolkingsvergrijzing in Europa en België zich voortzet. Tegen 2030 zou daardoor in België het aantal personen van 80 jaar en ouder stijgen van 610.000 tot 790.000 (een stijging van 180.000 personen in 15 jaar, of 12.000 personen per jaar). Volgens de OESO loopt de behoefte aan zorg in woonzorgcentra recht evenredig met leeftijd. Vanaf een leeftijd van 75 jaar zou 25% van de ouderen behoefte hebben aan verzorging in woonzorgcentra, vanaf een leeftijd van 80 jaar zou dat aantal oplopen tot 30% à 40% en zelfs tot meer dan 50% vanaf een leeftijd van 85 jaar en ouder. Op basis van de demografische vooruitzichten en de cijfers van de OESO, kan er geschat worden dat er jaarlijks behoefte zou zijn aan 3.000 à 4.000 nieuwe bedden in woonzorgcentra. Daarbij dient te worden opgemerkt de nood aan bedden hoger is in Vlaanderen dan in Brussel en Wallonië.
1. Op 8 juli 2019 in het Frans opgesteld door, en in dit jaarlijks financieel verslag opgeno- men met akkoord van, Cushman & Wakefield Belgium NV.
In die context lijkt het logisch dat zorgvastgoed steeds meer interesse opwekt als vastgoedinvestering. De overeenkomsten die op (zeer) lange termijn met uitbaters gesloten worden, de geïndexeerde huurprijzen en de triple net huurcontracten zijn daarbij van doorslaggevend belang, zowel voor de GVV's die zich als eerste op die markt begeven hebben, als voor verzekeraars en pensioenfondsen. De belangrijkste elementen voor investeerders zijn dus de solvabiliteit van de uitbater en het gevoerde subsidiebeleid.
Sinds 2012 werd er jaarlijks gemiddeld meer dan 200 miljoen € geïnvesteerd in de Belgische zorgvastgoedsector (in 2015 en 2016 zelfs ca. 300 miljoen €). In 2017 en 2018 bedroeg het investeringsvolume telkens ca. 150 miljoen €, maar door een gebrek aan transparantie in de communicatie over transacties kan men vermoeden dat de effectieve volumes eerder rond de 200 miljoen € liggen. In 2019 zal het investeringsvolume in Belgisch zorgvastgoed waarschijnlijk een recordhoogte bereiken. De toenemende aantrekkingskracht van zorgvastgoedinvesteringen, de professionalisering van de uitbaters in de sector en de interestvoeten die nog steeds historisch laag zijn, hebben de voorbije jaren het rendementsniveau doen dalen. De initiële nettorendementen (op basis van triple net langetermijnovereenkomsten) die in 2011 en 2012 nog 6% bedroegen, zakken eind 2018 onder de drempel van 5%. Uit meest recente transacties van 2019 valt af te leiden dat het initiële nettorendement nog verder gedaald is tot 4,5%, het laagste niveau tot op heden. In die context worden de vereisten inzake de kwaliteit, de polyvalentie en, meer algemeen, de duurzaamheid van investeringen steeds belangrijker.
Om de flexibiliteit en de complementariteit van het vastgoed te verhogen, werden er de voorbije jaren verschillende initiatieven genomen om de huisvesting van verschillende groepen zorgbehoevende personen samen te brengen (of het nu gaat om assistentiewoningen, huisvesting voor jongeren met een beperking, enz.).
Op basis van de demografische vooruitzichten en het specifieke karakter van de zorgvastgoedsector, lijkt het duidelijk dat de markt voor investeringen het ook in de loop van de komende jaren goed zal blijven doen. Die markt zal mogelijk nieuwe spelers aantrekken, maar zal in elk geval de positie van de reeds gevestigde spelers bevestigen, aangezien zij al over een grondige kennis van de sector beschikken. Tijdens de komende maanden wordt er geen daling van het rendementsniveau verwacht.
De demografische vooruitzichten wijzen erop dat de bevolkingsvergrijzing in Europa en België zich voortzet. Tegen 2030 zou daardoor in België het aantal personen van 80 jaar en ouder stijgen van 610.000 tot 790.000.

RESIDENTIE KARTUIZERHOF, LIERDE (BE)
De Duitse zorgmarkt is een groeimarkt. Volgens het Statistisches Bundesamt telt Duitsland momenteel meer dan drie miljoen personen die zorgbehoevend zijn volgens de voorwaarden van de Duitse socialezekerheidswetgeving. Er wordt verwacht dat tijdens de komende jaren het aandeel van de zorgbehoevenden binnen de gehele bevolking significant zal toenemen. Volgens de meest recente gegevens van eind 2017 telt Duitsland ongeveer 82,8 miljoen inwoners, van wie ongeveer 17,7 miljoen inwoners ouder zijn dan 65 jaar en van wie in totaal 3,4 miljoen personen zorgbehoevend zijn. Van die 3,4 miljoen zorgbehoevenden worden 2,6 miljoen personen (76%) thuis verzorgd, in de meeste gevallen gebeurt dat door familieleden (68%) of thuiszorgdiensten (32%). 818.000 zorgbehoevenden verblijven voltijds in woonzorgcentra. Tegen 2030 zouden er 3,5 miljoen personen zorgbehoevend zijn, maar er wordt verwacht dat het aantal familieleden dat op een informele manier zorg verstrekt, zal dalen. Dat is een gevolg van de ontwikkelingen binnen de demografische structuur van de samenleving, veranderende familiestructuren, grotere afstanden tussen de woningen van familieleden en een toename van het aantal werkende vrouwen van hogere leeftijd. De vergrijzing van de bevolking zal nog toenemen door de vergrijzing van de generatie babyboomers (geboren tussen 1956 en 1965) die 60 geworden zijn of 60 zullen worden in de komende jaren. Daardoor zal ook de specifieke huisvestingsbehoefte voor senioren in de komende decennia toenemen.
Eind 2018 waren er in Duitsland ca. 952.000 bedden beschikbaar in meer dan 14.400 woonzorgcentra, waarvan 94% bestemd is voor senioren en 6% bestemd is voor personen met een beperking, psychische problemen of een terminale ziekte. Die woonzorgcentra worden uitgebaat door operatoren zonder winstoogmerk (ca. 53%), private operatoren (ca. 42%) of publieke operatoren (ca. 5%).
Volgens verschillende marktanalyses zou de rustoordcapaciteit tegen 2030 met ca. 340.000 eenheden moeten toenemen. De vergrijzing van de bevolking biedt aldus aanzienlijke groeien consolidatieperspectieven in de sector van de collectieve zorghuisvesting in Duitsland.
In de eerste helft van 2019 bedroeg het investeringsvolume in de Duitse zorgvastgoedmarkt ca. 840 miljoen €. Woonzorgcentra blijven de meest gegeerde activa op de zorgvastgoedmarkt: in dat vastgoedtype werd bijna 610 miljoen € geïnvesteerd, dat is ca. 73% van het totale volume.
ADVITA HAUS ZUR ALTEN BERUFSSCHULE, ZSCHOPAU (DE)


Volgens verschillende marktanalyses zou de rustoordcapaciteit tegen 2030 met ca. 340.000 eenheden moeten toenemen.
In vergelijking met vorig semester is het transactievolume van de binnenlandse investeerders met ca. 46% gestegen tot ca. 398 miljoen €, terwijl het transactievolume van de buitenlandse investeerders met bijna 70% daalde tot ca. 442 miljoen €. Investeerders uit Europese landen waren bijzonder actief en namen 91% van het totale transactievolume voor hun rekening (47% van het totaal kwam van investeerders uit Duitsland, gevolgd door investeerders uit Frankrijk (17%) en Luxemburg (12%)).
Tijdens het eerste semester van 2019 bleef het 'prime' initiële nettorendement voor woonzorgcentra stabiel op 4,75%. Zorgvastgoed wordt nog steeds beschouwd als een duurzame en gangbare activacategorie, waarvoor sporadisch al transacties geregistreerd worden met een rendement van minder dan 5%. Bovendien worden zorgvastgoedsites minder snel verouderd verklaard dankzij een hogere kwaliteit van de gebouwen in vergelijking met het verleden, waardoor de risicopremie voor zorgvastgoed als activacategorie blijft dalen.
Tijdens de volgende maanden zal de Duitse zorgvastgoedmarkt zich waarschijnlijk iets trager ontwikkelen door een aanhoudend tekort van woonzorgcentra op de markt. Bovendien zal het gebrek aan bouwgronden en verplegend personeel ervoor zorgen dat ook in de toekomst het aantal vrije bedden schaars blijft. Toch blijven de marktomstandigheden gunstig en is er nog steeds een hoge behoefte aan investeringsmiddelen (zowel voor nieuwbouwprojecten als voor de renovatie van bestaande gebouwen). De demografische ontwikkelingen binnen de samenleving hebben een cruciale invloed op de hoge vraag naar zorgplaatsen en bijgevolg ook zorgvastgoed.


De Nederlandse particuliere zorgaanbieders spelen in op deze trends. Inmiddels zijn er ca. 300 locaties en de verwachting is dat er tot 2025 nog tientallen particuliere woonzorglocaties hun deuren zullen openen in Nederland. Uit die groei blijkt dat een steeds groter wordende groep ouderen kwaliteit wil en ook kan betalen.
Gemiddeld beschikt een particuliere woonzorglocatie over ca. 20 wooneenheden. Dat is de kracht en het onderscheidingsvermogen ten opzichte van de verpleeghuizen en serviceflats met aantallen van 60 tot 200 bewoners. De verschillende particuliere woonzorglocaties worden uitgebaat door ca. 85 exploitanten. Daarbij valt op dat met name het aantal particuliere woonzorgaanbieders met meer dan 15 vestigingen in afgelopen jaren sterk is gestegen.

zorginstellingen. De verwachting is dat er tot 2025 nog tientallen particuliere woonzorglocaties hun deuren zullen openen in Nederland.
Nederland heeft in 2019 een bevolkingsomvang van ca. 17,3 miljoen inwoners. De bevolkingsomvang zal volgens het Centraal Bureau van de Statistiek licht groeien tot 18,1 miljoen in 2040. Of de bevolkingsomvang daarna nog blijft groeien is onzeker. Zeker is dat het aantal ouderen in deze periode fors toeneemt. Van 3,1 miljoen 65-plussers tot 4,8 miljoen in 2040 (26% van de bevolking). En van 0,7 miljoen 80-plussers tot 2 miljoen in 2040 (11%). Zo'n 20% van deze groep heeft zorg nodig, ruim 5% heeft zware zorg nodig zoals die in een verpleeghuis wordt aangeboden. Dit zijn vooral mensen met een psychogeriatrische indicatie (dementie). Dat aantal zal volgens 'Alzheimer Nederland' tot 2040 meer dan verdubbelen. Daarmee is de ouderenzorg in Nederland een 'groeimarkt' bij uitstek.
HUIZE DE COMPAGNIE, EDE (NL)
Een steeds groter deel van deze mensen kiest niet voor een reguliere zorginstelling maar voor zorg aan huis of voor een particuliere woonzorglocatie (zoals de woonzorglocaties van Domus Magnus, Martha Flora, Het Gouden Hart, Compartijn en Stepping Stones). Dat heeft te maken met de volgende factoren:
Het Verenigd Koninkrijk is een van de grootste markten in Europa en beschikt over interessante parameters voor investeringen in zorgvastgoed. Er wordt verwacht dat het aantal senioren in het VK aanzienlijk zal toenemen. Dat geldt in het bijzonder voor het aantal personen ouder dan 80 jaar, dat naar verwachting meer dan zal verdubbelen tegen 2050. Een steeds ouder wordende bevolking met hogere zorgbehoeften zal naar verwachting in de nabije toekomst de vraag naar zorgvastgoed gevoelig verhogen en biedt gunstige vooruitzichten voor de bezettingsgraden. Met ca. 5.500 zorgexploitanten, waarvan een groot gedeelte onafhankelijke privéspelers zijn die kleine en verouderde gebouwen uitbaten, is de seniorenzorgmarkt in het VK nog erg gefragmenteerd. De vier grootste zorgexploitanten hebben een marktaandeel van 15% in de totale bedcapaciteit, terwijl de top 30 instaat voor 30%.
Rustoorduitbaters in het VK worden gereguleerd en moeten een goedkeuring verkrijgen van de toezichthouder vóór en tijdens hun activiteiten. De toezichthouder controleert de rustoorden op regelmatige basis en maakt haar rapporten publiek beschikbaar.
De seniorenzorgmarkt in het VK wordt gefinancierd door een mix van publieke middelen ('Local Authorities' en National Health Services) en private middelen ('self-payers'). Het aandeel van residenten die hun verblijf financieren met private middelen is de voorbije jaren het snelst gestegen en vertegenwoordigt 45% van de hele markt. Personen die aan voorwaarden voldoen met betrekking tot zorgbehoeften, kunnen na een evaluatie van hun financiële situatie sociale zorgdiensten bekomen bij 'Local Authorities'. Het aandeel van residenten dat door 'Local Authorities' gefinancierd wordt, vertegenwoordigt gemiddeld 46% van de markt. De National Health Services financieren senioren met primaire zorgbehoeften en vertegenwoordigen 9% van de markt.
Het gerapporteerde transactievolume voor 2018 bedroeg ca. 1,49 miljard £, ca. 13% meer dan in 2017. Die stijging wijst op de weerbaarheid van de sector ten opzichte van de onzekerheden van de Brexit. De rendementen blijven gespreid: prime-vastgoed daalt tot minder dan 4%, terwijl vastgoed in het middensegment een rendement van 7% of meer heeft. Ondanks de gefragmenteerde samenstelling van de markt en het overwicht van eigenaars-uitbaters, blijven REITS en beursgenoteerde vastgoedbedrijven qua volume de belangrijkste kopers.
Het Verenigd Koninkrijk is een van de grootste markten in Europa en beschikt over interessante parameters voor investeringen in zorgvastgoed. Er wordt verwacht dat het aantal personen ouder dan 80 jaar meer dan zal verdubbelen tegen 2050.

ALEXANDER COURT, DAGENHAM (UK)

| (x 1.000 €) | 30 juni 2019 | 31 maart 2019 | 31 dec. 2018 | 30 sept. 2018 | 30 juni 2018 |
|---|---|---|---|---|---|
| Vastgoedbeleggingen in reële waarde | |||||
| Zorgvastgoed2 | 2.269.744 | 2.205.706 | 1.624.647 | 1.504.999 | 1.430.806 |
| Appartementsgebouwen | - | - | 215.439 | 207.100 | 206.938 |
| Hotels | - | 66.205 | 66.710 | 66.729 | 67.606 |
| Totaal van de vastgoedbeleggingen in exploitatie in reële waarde |
2.269.744 | 2.271.911 | 1.906.795 | 1.778.828 | 1.705.350 |
| Projectontwikkelingen | 51.206 | 59.373 | 57.333 | 45.263 | 35.183 |
| Totaal van de vastgoedbeleggingen in reële waarde |
2.320.949 | 2.331.284 | 1.964.129 | 1.824.091 | 1.740.533 |
| Contractuele huurgelden3 | 133.739 | 134.800 | 106.390 | 100.941 | 96.525 |
| Contractuele huurgelden + GHW op leegstand | 133.739 | 134.800 | 107.345 | 101.944 | 97.464 |
| Geschatte huurwaarde (GHW)3 | 136.703 | 137.792 | 111.330 | 105.084 | 101.186 |
| Bezettingsgraad2 van de vastgoedbeleggingen (in%) |
|||||
| Totale portefeuille (behalve gemeubelde appartementen) |
100,0% | 100,0% | 99,1% | 99,0% | 99,0% |
| Gemeubelde appartementen | - | - | 83,2% | 82,6% | 84,1% |
Inclusief de activa bestemd voor verkoop*.
Lexicon.

De reële waarde van de vastgoedbeleggingen inclusief de activa bestemd voor verkoop* kende de voorbije dertien jaar een gemiddeld jaarlijks groeipercentage van 26%.




Geen enkel gebouw vertegenwoordigt meer dan 3% van de geconsolideerde activa.


≥ 15 jaar
Gewogen gemiddelde resterende looptijd van de huurovereenkomsten (WAULT): 21 jaar

De globale bezettingsgraad op 30 juni 2019 bedraagt 100%.
Aedifica's vastgoedbeleggingen zijn verzekerd voor een waarde van 2.104 miljoen €.

Andere < 3%
| Land | Exploitatiegroep die juridische entiteiten contro leert waarmee Aedifica een contractuele relatie heeft |
Huurders | Aan tal sites |
30/06/2019 | 30/06/2018 |
|---|---|---|---|---|---|
| Duitsland | 49 | 17% | 18% | ||
| Vitanas | 5 | 3% | 4% | ||
| Vitanas GmbH & Co. KGaA | 5 | 3% | 4% | ||
| Orpea | 5 | 2% | 3% | ||
| Bonifatius Seniorendienste GmbH | 1 | 0% | 1% | ||
| Senioren Wohnpark Weser GmbH | 3 | 1% | 2% | ||
| Seniorenresidenz Kierspe GmbH | 1 | 0% | 1% | ||
| Residenz Management | 6 | 2% | 3% | ||
| Ambulanter Pflegedienst Weser GmbH | 3 | 1% | 1% | ||
| Katholische Hospitalgesellschaft Südwestfalen gGmbH Olpe |
2 | 1% | 1% | ||
| Medeor Senioren-Residenz GmbH | 1 | 1% | 1% | ||
| Alloheim | 4 | 2% | 2% | ||
| AGO Dresden Betriebsgesellschaft für Sozialeinrichtungen mbH |
1 | 0% | 1% | ||
| AGO Herkenrath Betriebsgesellschaft für Sozialeinrichtungen mbH |
1 | 0% | 1% | ||
| AGO Weisseritz Betriebsgesellschaft für Sozialeinrichtungen mbH |
1 | 0% | 0% | ||
| Senator Senioren- und Pflegeeinrichtungen GmbH | 1 | 1% | 1% | ||
| EMVIA | 8 | 1% | 1% | ||
| EMVIA | 7 | 1% | 0% | ||
| Residenz Zehlendorf Kranken- und Pflegeheim GmbH | 1 | 0% | 1% | ||
| Argentum | 5 | 1% | 0% | ||
| Seniorenheim J.J. Kaendler GmbH | 1 | 0% | 0% | ||
| Tannenhof Fachpflegeheime GmbH | 4 | 1% | 0% | ||
| Azurit Rohr | 4 | 1% | 0% | ||
| Azurit Rohr GmbH | 4 | 1% | 0% | ||
| Andere | 2 | 1% | 1% | ||
| Schloss Bensberg Management GmbH | 1 | 1% | 1% | ||
| Seniorenresidenz Laurentiusplatz GmbH | 1 | 0% | 0% | ||
| Convivo | 2 | 1% | 1% | ||
| Parkresidenz Pflege & Betreuung GmbH | 1 | 0% | 1% | ||
| Seniorencentrum Haus am Jungfernstieg GmbH | 1 | 0% | 0% | ||
| Cosiq | 2 | 0% | 1% | ||
| Cosiq GmbH | 1 | 0% | 0% | ||
| Pflegetema Odenwald GmbH | 1 | 0% | 0% | ||
| SARA | 1 | 0% | 0% | ||
| SARA Seniorenresidenzen GmbH | 1 | 0% | 0% | ||
| Deutsche Pflege und Wohnstift2 | 1 | 0% | 1% | ||
| Deutsche Pflege und Wohnstift GmbH | 1 | 0% | 1% | ||
| DRK Kreisverband Nordfriesland e. V. |
1 | 0% | 1% | ||
| DRK Pflegedienste Nordfriesland gGmbH | 1 | 0% | 1% | ||
| Advita | 1 | 0% | 0% | ||
| Zusammen Zuhause GmbH | 1 | 0% | 0% | ||
| Volkssolidarität | 1 | 0% | 0% | ||
| Volkssolidarität Südthüringen e. V. | 1 | 0% | 0% | ||
| Aspida | 1 | 0% | 0% | ||
| Aspida GmbH | 1 | 0% | 0% |
| Land | Exploitatiegroep die juridische entiteiten contro leert waarmee Aedifica een contractuele relatie heeft |
Huurders | Aan tal sites |
30/06/2019 | 30/06/2018 |
|---|---|---|---|---|---|
| Nederland | 43 | 14% | 13% | ||
| Vitalis | 3 | 3% | 4% | ||
| Stichting Vitalis Residentiële Woonvormen | 3 | 3% | 4% | ||
| Ontzorgd Wonen Groep | 8 | 3% | 1% | ||
| Boeijend Huys Ouderenzorg BV | 1 | 0% | 0% | ||
| European Care Residence Hotels and Resorts BV | 4 | 1% | 0% | ||
| Ontzorgd Wonen Nederland BV | 1 | 0% | 0% | ||
| Residentie Mariëndaal Facilitair BV | 1 | 1% | 1% | ||
| Zorghuis Smakt Facilitair BV | 1 | 0% | 0% | ||
| Compartijn | 6 | 2% | 1% | ||
| Compartijn Exploitatie BV | 6 | 2% | 1% | ||
| Martha Flora | 6 | 2% | 2% | ||
| Bronovo Martha Flora BV | 1 | 0% | 1% | ||
| Martha Flora BV | 2 | 0% | 0% | ||
| Martha Flora Bosch en Duin BV | 1 | 0% | 0% | ||
| Martha Flora Hilversum BV | 1 | 0% | 1% | ||
| Martha Flora Lochem BV | 1 | 0% | 0% | ||
| Domus Magnus | 4 | 2% | 2% | ||
| DM Benvenuta BV | 1 | 0% | 0% | ||
| DM Molenenk BV | 1 | 1% | 1% | ||
| DM Walgaerde BV | 1 | 0% | 0% | ||
| Panta Rhei V BV | 1 | 1% | 1% | ||
| Stepping Stones Home & Care1 | 4 | 1% | 1% | ||
| Poort van Sachsen Weimar BV | 1 | 0% | 1% | ||
| Stepping Stones Leusden BV | 1 | 0% | 0% | ||
| Stepping Stones Zwolle BV | 1 | 0% | 0% | ||
| Villa Spes Nostra BV | 1 | 0% | 0% | ||
| Het Gouden Hart | 4 | 1% | 1% | ||
| Het Gouden Hart Driebergen BV | 1 | 0% | 0% | ||
| Het Gouden Hart Kampen Holding BV | 1 | 0% | 1% | ||
| Het Gouden Hart van Leersum BV | 1 | 0% | 0% | ||
| HGH Wonen I BV | 1 | 0% | 0% | ||
| Andere | 1 | 1% | 1% | ||
| Stichting Zorggroep Noorderboog | 1 | 1% | 1% | ||
| Stichting Oosterlengte | 3 | 0% | 0% | ||
| Meerdere huurders | 2 | 0% | 0% | ||
| Stichting Oosterlengte | 1 | 0% | 0% | ||
| Stichting Leger des Heils Welzijns en Gezondheidszorg |
1 | 0% | 0% | ||
| Stichting Leger des Heils Welzijns- en Gezondheidszorg |
1 | 0% | 0% | ||
| Orpea | 1 | 0% | 0% | ||
| September Nijverdal BV | 1 | 0% | 0% | ||
| Omega | 1 | 0% | 0% | ||
| Omega | 1 | 0% | 0% | ||
| Stichting Rendant | 1 | 0% | 0% | ||
| Stichting Rendant | 1 | 0% | 0% |
| Land | Exploitatiegroep die juridische entiteiten contro leert waarmee Aedifica een contractuele relatie heeft |
Huurders | Aan tal sites |
30/06/2019 | 30/06/2018 |
|---|---|---|---|---|---|
| Verenigd Koningrijk | 90 | 27% | 0% | ||
| Burlington | 19 | 5% | 0% | ||
| Burlington Care (Yorkshire) Ltd | 7 | 2% | 0% | ||
| Burlington Care Ltd | 12 | 3% | 0% | ||
| Maria Mallaband | 12 | 5% | 0% | ||
| Belvoir Vale Care Homes Ltd | 1 | 1% | 0% | ||
| Countrywide Care | 1 | 0% | 0% | ||
| MMCG (2) Ltd | 9 | 3% | 0% | ||
| MMCG (3) Ltd | 1 | 1% | 0% | ||
| Care UK | 12 | 3% | 0% | ||
| Care UK Community Partnership Ltd | 12 | 3% | 0% | ||
| Bondcare Group | 12 | 3% | 0% | ||
| Bondcare (London) Ltd | 9 | 2% | 0% | ||
| Ultima Care Centres (No 1) Ltd | 3 | 1% | 0% | ||
| Andere | 4 | 2% | 0% | ||
| Amore Elderly Care (Wednesfield) Ltd | 1 | 0% | 0% | ||
| Athorpe Health Care Ltd | 1 | 0% | 0% | ||
| Autism Care (UK) Ltd | 1 | 1% | 0% | ||
| Burgess Care Ltd | 1 | 1% | 0% | ||
| Renaissance | 8 | 2% | 0% | ||
| Renaissance Care (No 1) Ltd | 8 | 2% | 0% | ||
| Four Seasons | 6 | 2% | 0% | ||
| Four Seasons (Beechcare) Ltd | 1 | 0% | 0% | ||
| Four Seasons (DFK) Ltd | 2 | 1% | 0% | ||
| Four Seasons (FJBK) Ltd | 1 | 0% | 0% | ||
| Laurels Lodge Ltd | 1 | 0% | 0% | ||
| Tamaris Management Services Ltd | 1 | 0% | 0% | ||
| Brighterkind | 3 | 1% | 0% | ||
| Brighterkind (Quercus) Ltd | 2 | 1% | 0% | ||
| Highfields Care Home Ltd | 1 | 0% | 0% | ||
| Caring Homes | 4 | 1% | 0% | ||
| Brooklyn House Ltd | 1 | 0% | 0% | ||
| Guysfield House Ltd | 1 | 0% | 0% | ||
| Sanford House Ltd | 1 | 0% | 0% | ||
| Stour Sudbury Ltd | 1 | 0% | 0% | ||
| Harbour Healthcare | 4 | 1% | 0% | ||
| Harbour Healthcare 2 Ltd | 4 | 1% | 0% | ||
| Majesticare | 3 | 1% | 0% | ||
| Majesticare (Lashbook) Ltd | 1 | 0% | 0% | ||
| Majesticare (Oak Lodge) Ltd | 1 | 0% | 0% | ||
| Majesticare (The Mount) Ltd | 1 | 0% | 0% | ||
| Select Healthcare | 3 | 1% | 0% | ||
| DRB Healthcare Ltd | 3 | 1% | 0% | ||
| Hotels | 0 | 0% | 4% | ||
| Andere huurders | 0 | 0% | 11% | ||
| Totaal | 261 | 100% | 100% |
| Totale opper vlakte (m²) |
Aantal residentiële eenheden |
Contractuële huurgelden1 |
Geschatte huurwaarde (GHW)1 |
Bouw- / renovatie jaar |
Adres | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Vastgoedbeleggingen | 1.105.647 | 19.020 | 132.671.658 | 136.702.685 | ||
| België | 460.095 | 7.929 | 56.184.344 | 58.923.089 | ||
| Senior Living Group | 156.981 | 2.690 | 18.734.629 | 19.497.555 | ||
| Au Bon Vieux Temps | 7.868 | 104 | 859.775 | 835.800 | 2016 | 1435 Mont-Saint-Guibert, Rue de Corbais 14 |
| Beerzelhof | 5.025 | 61 | 333.715 | 488.000 | 2007 | 2580 Beerzel, Mechelbaan 53 |
| Coham | 6.956 | 120 | 899.382 | 842.000 | 2007 | 3945 Ham, Meulenven 16 |
| De Edelweis | 6.914 | 122 | 794.389 | 943.000 | 2014 | 3130 Begijnendijk, Liersesteenweg 165-171 |
| De Witte Bergen | 8.262 | 119 | 1.028.933 | 955.150 | 2006 | 2460 Lichtaart, Diestweg 1 |
| Ennea | 1.848 | 34 | 203.519 | 154.700 | 1998 | 9100 Sint-Niklaas, Lepelhoekstraat 19 |
| Ezeldijk | 7.101 | 105 | 733.979 | 882.000 | 2016 | 3290 Diest, Bogaardenstraat 13 |
| Helianthus | 4.799 | 67 | 492.564 | 506.000 | 2014 | 9090 Melle, Brusselsesteenweg 332 |
| Heydeveld | 6.167 | 110 | 645.000 | 712.200 | 2017 | 1745 Opwijk, Ringlaan 28-30 |
| Kasteelhof | 3.500 | 81 | 368.093 | 443.070 | 2005 | 9200 Dendermonde, Steenweg van Aalst 110 |
| Les Jardins de la Mémoire |
6.852 | 110 | 735.944 | 791.999 | 2018 | 1070 Anderlecht, Lenniksebaan 792 |
| Oosterzonne | 4.948 | 82 | 739.065 | 648.725 | 2016 | 3690 Zutendaal, Nieuwstraat 2-6 |
| Op Haanven | 6.587 | 111 | 706.238 | 784.000 | 2016 | 2431 Veerle-Laakdal, Oude Geelsebaan 33 |
| Residentie Aux Deux Parcs |
1.618 | 53 | 332.793 | 304.000 | project | 1090 Jette, Duysburghstraat 21 |
| Residentie Boneput | 2.993 | 78 | 477.350 | 457.900 | 2003 | 3960 Bree, Boneputstraat 5 |
| Résidence du Plateau | 8.069 | 143 | 1.336.263 | 1.263.000 | 2007 | 1300 Wavre, Chaussée d'Ottenbourg 221 |
| Residentie Exclusiv | 4.253 | 104 | 746.947 | 711.000 | 2013 | 1140 Evere, Jan-Baptist Desmethstraat 50 |
| Résidence l'Air du Temps |
7.197 | 137 | 918.109 | 1.020.000 | 2016 | 4032 Chênée, Rue des Haisses 60 |
| Résidence Les Cheveux d'Argent |
4.996 | 99 | 429.824 | 555.000 | 2016 | 4845 Jalhay, Avenue Fernand Jérôme 38 |
| Residentie Sporenpark | 9.261 | 127 | 1.116.251 | 1.121.000 | 2013 | 3582 Beringen, Stationsstraat 20 |
| Seniorenhof | 3.116 | 52 | 323.106 | 224.941 | 1997 | 3700 Tongeren, Bilzersteenweg 306 |
| De Maretak | 5.684 | 122 | 556.452 | 797.000 | 2006 | 1500 Halle, Ziekenhuis 10 |
| Melopee | 2.967 | 70 | 518.120 | 489.000 | 1993 | 1080 Sint-Jans-Molenbeek, Melopeestraat 50 |
| Sorgvliet | 4.517 | 83 | 552.891 | 533.520 | 2007 | 3350 Linter, Helen-Bosstraat 60 |
| 't Hoge | 4.632 | 81 | 585.358 | 650.000 | 2018 | 8500 Kortrijk, 't Hoge 55-57 |
| Uilenspiegel | 6.863 | 97 | 746.553 | 683.550 | 2007 | 3600 Genk, Socialestraat 4 |
| Villa Vinkenbosch | 9.153 | 114 | 988.687 | 1.057.000 | 2018 | 3510 Hasselt, Lindekensveldstraat 56 |
| Wielant | 4.834 | 104 | 565.330 | 644.000 | 2001 | 8570 Anzegem/Ingooigem, Schellebellestraat 8 |
| Armonea | 123.762 | 2.054 | 15.665.432 | 16.091.540 | ||
| De Notelaar | 8.651 | 94 | 1.019.896 | 1.117.000 | 2011 | 2550 Olen, Notelaar 1 |
| De Stichel | 8.429 | 153 | 911.832 | 1.116.440 | 2018 | 1800 Vilvoorde, Romeinsesteenweg 145 |
| Totale opper vlakte (m²) |
Aantal residentiële eenheden |
Contractuële huurgelden1 |
Geschatte huurwaarde (GHW)1 |
Bouw- / renovatie jaar |
Adres | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Eyckenborch | 8.771 | 141 | 1.151.437 | 990.000 | 2015 | 1755 Gooik, Bronnenweg 2 |
| Gaerveld | 6.994 | 115 | 832.855 | 874.000 | 2008 | 3500 Hasselt, Runkstersteenweg 212 |
| Hestia | 12.682 | 222 | 1.419.400 | 1.776.000 | 2018 | 1780 Wemmel, Zijp 20 |
| Huize Lieve Moenssens | 4.597 | 78 | 574.622 | 561.600 | 2017 | 3650 Dilsen-Stokkem, Lieve Moenssenlaan 3 |
| Koning Albert I | 7.775 | 110 | 968.346 | 977.000 | 2012 | 1700 Dilbeek, Keperenberg 36 |
| Larenshof | 6.988 | 117 | 1.067.339 | 1.028.000 | 2014 | 9270 Laarne, Schoolstraat 11-13-15 |
| Les Charmes en Famenne |
3.165 | 96 | 311.468 | 417.600 | 2012 | 5560 Houyet, Rue du Tchaurnia 32 |
| Marie-Louise | 1.959 | 30 | 389.087 | 199.500 | 2014 | 1780 Wemmel, Zijp 157 |
| Overbeke | 6.917 | 113 | 836.692 | 881.400 | 2012 | 9230 Wetteren, Bovenboekakker 6-8 |
| Plantijn | 7.310 | 110 | 996.471 | 825.000 | 2018 | 2950 Kapellen, Koningin Astridlaan 5 |
| Pont d'Amour | 8.984 | 150 | 1.029.868 | 1.022.000 | 2015 | 5500 Dinant, Rue Pont d'Amour 58 |
| Residentie Gaerveld | 1.504 | 20 | 177.780 | 170.000 | 2008 | 3500 Hasselt, Kramerslaan 7 |
| Rietdijk | 2.155 | 60 | 369.523 | 415.000 | 2012 | 1800 Vilvoorde, Bolwerkstraat 7 |
| Salve | 6.730 | 117 | 1.128.073 | 1.058.000 | 2014 | 2930 Brasschaat, Rustoordlei 77 |
| Senior Flandria | 7.501 | 108 | 648.042 | 752.000 | 1989 | 8310 Brugge, Baron Ruzettelaan 58 |
| La Pairelle | 6.016 | 118 | 803.462 | 840.000 | 2015 | 5100 Wépion, Chaussée de Dinant 708-710 |
| Ter Venne | 6.634 | 102 | 1.029.238 | 1.071.000 | 2012 | 9830 Sint-Martens-Latem, Vennelaan 21 |
| Vulpia | 91.625 | 1.327 | 10.192.250 | 10.626.590 | ||
| Blaret | 9.578 | 107 | 1.110.881 | 934.650 | 2016 | 1640 Sint-Genesius-Rode, Zoomlaan 1 |
| Demerhof | 10.657 | 120 | 979.224 | 1.020.000 | 2013 | 3200 Aarschot, Wissenstraat 20 |
| Halmolen | 9.200 | 140 | 1.077.444 | 1.088.000 | 2013 | 2980 Halle-Zoersel, Halmolenweg 68 |
| La Ferme Blanche | 4.240 | 90 | 568.991 | 605.200 | 2016 | 4350 Remicourt, Rue Modeste Rigo 10 |
| Leopoldspark | 10.888 | 153 | 1.272.667 | 1.277.460 | 2016 | 3970 Leopoldsburg, Koningsstraat 39 |
| Résidence de la Paix | 3.793 | 107 | 730.000 | 881.000 | 2017 | 1140 Evere, Frans Léonstraat 40 |
| Residentie Den Boomgaard |
6.274 | 90 | 700.311 | 702.000 | 2016 | 3380 Glabbeek, Stationstraat 2A |
| Residentie Kartuizerhof | 10.845 | 128 | 658.905 | 1.016.480 | 2018 | 9572 Sint-Martens-Lierde, Tempel 20A |
| Residentie Poortvelden | 5.307 | 60 | 473.187 | 462.000 | 2014 | 3200 Aarschot, Jan Hammeneckerlaan 4-4A |
| 't Spelthof | 4.076 | 100 | 800.839 | 707.000 | project | 3211 Binkom, Kerkstraat 5 |
| Twee Poorten | 8.413 | 129 | 1.018.132 | 1.057.800 | 2014 | 3300 Tienen, Raeymaeckersvest 30 |
| Villa Temporis | 8.354 | 103 | 801.668 | 875.000 | 2017 | 3500 Hasselt, Excelsiorlaan 6 |
| Totale opper vlakte (m²) |
Aantal residentiële eenheden |
Contractuële huurgelden1 |
Geschatte huurwaarde (GHW)1 |
Bouw- / renovatie jaar |
Adres | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Orpea | 47.985 | 1.159 | 7.026.515 | 7.405.100 | ||
| Bel Air | 5.350 | 161 | 750.442 | 855.000 | project | 1030 Schaarbeek, Lambermontlaan 227 |
| Château Chenois | 6.354 | 115 | 916.935 | 1.074.000 | 2007 | 1410 Waterloo, Chemin des Postes 260 |
| Jardins de Provence | 2.280 | 72 | 412.743 | 416.000 | 1996 | 1070 Anderlecht, Sylvain Dupuislaan 94-96 |
| New Philip | 3.914 | 111 | 502.796 | 520.000 | 1999 | 1190 Vorst, Monte-Carlolaan 178 |
| Résidence Augustin | 4.832 | 94 | 558.365 | 672.100 | 2006 | 1190 Vorst, Alsembergsesteenweg 305 |
| Résidence du Golf | 6.424 | 194 | 812.010 | 997.000 | 1989 | 1070 Anderlecht, Voorstraat 119-121 |
| Résidence Grange des Champs |
3.396 | 75 | 444.042 | 512.000 | 1994 | 1420 Braine-l'Alleud, Rue Grange des Champs 140 |
| Résidence Parc Palace | 6.719 | 162 | 1.296.075 | 1.170.000 | 1978 | 1180 Ukkel, Frans Lyceumlaan 2 |
| Résidence Service | 8.716 | 175 | 1.333.106 | 1.189.000 | 2007 | 1180 Ukkel, Frans Lyceumlaan 6 |
| Hof van Schoten BVBA |
8.313 | 101 | 840.000 | 1.079.000 | ||
| Hof van Schoten | 8.313 | 101 | 840.000 | 1.079.000 | 2014 | 2900 Schoten, Botermelkdijk 282-286 |
| Time for Quality | 5.824 | 58 | 446.800 | 667.000 | ||
| Klein Veldeken | 5.824 | 58 | 446.800 | 667.000 | 2014 | 1730 Asse, Klein Veldeken 12A |
| Résidence de La Houssière NV |
4.484 | 94 | 601.951 | 545.200 | ||
| Résidence La Houssière |
4.484 | 94 | 601.951 | 545.200 | 2006 | 7090 Braine-le-Comte, Avenue de la Houssière 207 |
| Buitenhof VZW | 4.386 | 80 | 576.882 | 739.000 | ||
| Buitenhof | 4.386 | 80 | 576.882 | 739.000 | 2007 | 2930 Brasschaat, Papestraat 24 |
| Dorian groep | 4.827 | 104 | 561.666 | 550.357 | ||
| De Duinpieper | 4.827 | 104 | 561.666 | 550.357 | 2018 | 8400 Oostende, De Rudderstraat 2 |
| Silver Care Homes | 4.526 | 91 | 591.994 | 545.200 | ||
| Prinsenhof | 4.526 | 91 | 591.994 | 545.200 | 2016 | 3582 Koersel, Heerbaan 375 |
| Bremdael VZW | 3.500 | 66 | 350.000 | 518.862 | ||
| Bremdael | 3.500 | 66 | 350.000 | 518.862 | 2012 | 2200 Herentals, Ernest Claesstraat 62-64 |
| Pierre Invest NV | 2.272 | 65 | 466.596 | 476.000 | ||
| Bois de la Pierre | 2.272 | 65 | 466.596 | 476.000 | 2018 | 1300 Wavre, Venelle du Bois de la Pierre 20 |
| Le Carrosse | 1.290 | 36 | 97.653 | 148.000 | ||
| La Boule de Cristal | 1.290 | 36 | 97.653 | 148.000 | 1998 | 5564 Wanlin, Rue du Château 47 |
| Andere | 320 | 4 | 31.975 | 33.685 | ||
| Villa Bois de la Pierre | 320 | 4 | 31.975 | 33.685 | 2000 | 1300 Wavre, Venelle du Bois de la Pierre 20 |
| Duitsland | 189.483 | 3.650 | 22.278.424 | 22.129.765 | ||
| Vitanas | 29.662 | 657 | 3.791.796 | 3.507.603 | ||
| Am Kloster | 5.895 | 136 | 752.007 | 689.764 | 2002 | 38820 Halberstadt, Roderhöfer Strasse 7 |
| Frohnau | 4.101 | 107 | 590.817 | 516.745 | 2018 | 13465 Berlin, Welfenallee 37 |
| Patricia | 7.556 | 174 | 1.050.324 | 1.156.070 | 2010 | 90429 Nürnberg, Bärenschanzstrasse 44 |
| 9 | |
|---|---|
| 3 |
| Totale opper vlakte (m²) |
Aantal residentiële eenheden |
Contractuële huurgelden1 |
Geschatte huurwaarde (GHW)1 |
Bouw- / renovatie jaar |
Adres | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Rosenpark | 4.934 | 79 | 470.018 | 370.021 | 2001 | 91486 Uehlfeld, Am kleinen Zeckernberg 1 |
| St. Anna | 7.176 | 161 | 928.629 | 775.004 | 2001 | 91315 Höchstadt, Am Brauhaus 1 |
| Residenz Management |
18.814 | 362 | 2.946.768 | 2.937.118 | ||
| Bremerhaven I | 6.077 | 85 | 911.415 | 911.490 | 2016 | 27570 Bremerhaven, Grashoffstrasse 1 |
| Bremerhaven II | 2.129 | 42 | 297.129 | 293.806 | 2003 | 27570 Bremerhaven, Grashoffstrasse 36/38 |
| Cuxhaven | 810 | 9 | 103.684 | 102.127 | 2010 | 27472 Cuxhaven, Segelckestrasse 28 |
| Die Rose im Kalletal | 4.027 | 96 | 682.962 | 685.892 | 2009 | 32689 Kalletal, Rosenweg 10 |
| Senioreneinrichtung Haus Elisabeth |
3.380 | 80 | 585.587 | 577.980 | 2010 | 57482 Wenden-Rothemühle, Kölner Strasse 3 |
| Senioreneinrichtung Haus Matthäus |
2.391 | 50 | 365.992 | 365.823 | 2009 | 57462 Olpe-Rüblinghausen, Biggestrasse 65 |
| Orpea | 20.507 | 444 | 3.173.267 | 3.169.914 | ||
| Bonifatius Seniorenzentrum |
3.967 | 80 | 617.833 | 606.951 | 2009 | 53359 Rheinbach, Schweitzerstrasse 2 |
| Seniorenresidenz Am Stübchenbach |
5.874 | 130 | 807.926 | 828.234 | 2010 | 38667 Bad Harzburg, Stübchentalstrasse 10 |
| Seniorenresidenz Kierspe |
3.721 | 79 | 565.907 | 546.987 | 2011 | 58566 Kierspe, Montigny Allee 6 |
| Seniorenresidenz Klosterbauerschaft |
3.497 | 80 | 609.193 | 608.478 | 2010 | 32278 Kirchlengern, Heenfeld 5 |
| Seniorenresidenz Mathilde |
3.448 | 75 | 572.408 | 579.264 | 2010 | 32130 Enger, Brandstrasse 14 |
| Alloheim | 18.695 | 378 | 2.317.172 | 2.410.359 | ||
| AGO Dresden | 5.098 | 116 | 583.234 | 670.950 | 2012 | 1159 Dresden, Wernerstrasse 37 |
| AGO Herkenrath | 4.000 | 80 | 577.423 | 613.273 | 2010 | 51429 Bergisch Gladbach, Kirchgasse 1 |
| AGO Kreischa | 3.670 | 84 | 416.516 | 414.896 | 2011 | 1731 Kreischa, Dresdner Strasse 4-6 |
| Bonn | 5.927 | 98 | 740.000 | 711.240 | 2018 | 53129 Bonn, Hinter Hoben 179 |
| Argentum | 16.086 | 294 | 1.623.000 | 1.479.982 | ||
| Haus Alaba | 2.560 | 64 | 225.000 | 238.061 | 1975 | 37441 Bad Sachsa, Gartenstrasse 2 |
| Haus Arche | 531 | 13 | 75.000 | 31.832 | 1900 | 37441 Bad Sachsa, Roonstrasse 15 |
| Haus Concolor | 5.715 | 74 | 510.000 | 411.480 | 2008 | 37441 Bad Sachsa, Kyffhäuserstasse 23 |
| Haus Nobilis | 3.186 | 70 | 525.000 | 516.122 | 2015 | 37441 Bad Sachsa, Bismarckstrasse 28 |
| Seniorenheim J.J. Kaendler |
4.094 | 73 | 288.000 | 282.486 | 2010 | 1662 Meissen, Ossietzkystrasse 39A |
| Azurit Rohr | 22.253 | 321 | 1.483.734 | 1.586.098 | ||
| Azurit Seniorenresidenz Sonneberg |
4.876 | 101 | 583.416 | 614.402 | 2011 | 96515 Sonneberg, Cuno-Hoffmeister-Strasse 4 |
| Azurit Seniorenresidenz Cordula 1 |
4.970 | 75 | 312.051 | 357.824 | 2016 | 64760 Oberzent-Rothenberg, Waldstrasse 30 |
| Totale opper | Aantal | Contractuële | Geschatte | Bouw- / | Adres | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| vlakte (m²) | residentiële eenheden |
huurgelden1 | huurwaarde (GHW)1 |
renovatie jaar |
||
| Azurit Seniorenresidenz Cordula 2 |
1.204 | 39 | 162.267 | 176.954 | 1993 | 64760 Oberzent-Rothenberg, Odenwälder Landstrasse 48 |
| Hansa Pflege-und Betreuungszentrum Dornum |
11.203 | 106 | 426.000 | 436.917 | 2016 | 26553 Dornum, Lütje Loog 1 |
| EMVIA | 8.780 | 260 | 1.176.276 | 1.127.320 | ||
| Lübbecke | 4.240 | 80 | 576.276 | 572.400 | 2019 | 32312 Lübbecke, Osnabrücker Strasse 27 |
| Residenz Zehlendorf | 4.540 | 180 | 600.000 | 554.920 | 2002 | 14165 Berlin, Claszeile 40-48 |
| Convivo | 8.570 | 139 | 1.003.309 | 1.058.061 | ||
| Haus am Jungfernstieg | 2.457 | 60 | 363.309 | 361.179 | 2010 | 24534 Neumünster, Boostedter Strasse 11-13 |
| Park Residenz | 6.113 | 79 | 640.000 | 696.882 | 2001 | 24534 Neumünster, Goebenstrasse 1 |
| Schloss Bensberg Management GmbH |
8.215 | 87 | 997.227 | 1.159.496 | ||
| Service-Residenz Schloss Bensberg |
8.215 | 87 | 997.227 | 1.159.496 | 2002 | 51429 Bergisch Gladbach, Im Schlosspark 10 |
| SARA | 7.900 | 126 | 640.000 | 616.177 | ||
| SARA Seniorenresidenz | 7.900 | 126 | 640.000 | 616.177 | 2017 | 6766 Bitterfeld-Wolfen, Strasse der Republik 4 |
| Cosiq GmbH | 5.534 | 120 | 667.698 | 639.441 | ||
| Pflegeteam Odenwald | 1.202 | 32 | 222.218 | 223.563 | 2012 | 69483 Wald-Michelbach, Lotzenweg 38 |
| Seniorenresidenz an den Kienfichten |
4.332 | 88 | 445.480 | 415.879 | 2017 | 6846 Dessau-Rosslau, Oechelhaeuserstrasse 62 |
| Deutsche Pflege und Wohnstift GmbH |
4.310 | 126 | 638.136 | 724.060 | ||
| Seniorenheim am Dom | 4.310 | 126 | 638.136 | 724.060 | 2008 | 38820 Halberstadt, Domplatz 37 |
| Advita Pflegedienst | 6.422 | 91 | 470.811 | 462.384 | ||
| Advita Haus Zur Alten Berufsschule |
6.422 | 91 | 470.811 | 462.384 | 2016 | 9405 Zschopau, Moritz-Nietzel-Strasse 12 |
| Deutsches Rotes Kreuz Kreisverband Nordfriesland e. V. |
4.088 | 83 | 522.000 | 490.560 | ||
| DRK Käthe-Bernhardt Haus |
4.088 | 83 | 522.000 | 490.560 | 2008 | 25813 Husum, Ferdinand-Tönnies-Strasse 1 |
| Seniorenresidenz Laurentiusplatz GmbH |
5.506 | 79 | 424.989 | 363.661 | ||
| Laurentiusplatz | 5.506 | 79 | 424.989 | 363.661 | 2018 | 42103 Wuppertal, Auer Schulstrasse 12 |
| Volkssolidarität | 4.141 | 83 | 402.240 | 397.531 | ||
| Goldene Au | 4.141 | 83 | 402.240 | 397.531 | 2010 | 96515 Sonneberg, Bettelhecker Strasse 1 |
| Nederland | 218.161 | 1.728 | 18.706.761 | 21.330.289 | ||
| Stichting Vitalis Residentiële Woonvormen |
90.981 | 446 | 3.891.815 | 4.735.000 | ||
| Genderstate | 8.813 | 44 | 508.734 | 590.000 | 1991 | 5616 Eindhoven, Maria Van Bourgondiëlaan 8 |
| Parc Imstenrade | 57.181 | 263 | 2.060.373 | 2.580.000 | 2006 | 6418 Heerlen, Parc Imstenrade 66 |
| Petruspark | 24.987 | 139 | 1.322.708 | 1.565.000 | 2018 | 5623 Eindhoven, Monseigneur Swinkelsstraat 2 |
| Totale opper vlakte (m²) |
Aantal residentiële eenheden |
Contractuële huurgelden1 |
Geschatte huurwaarde (GHW)1 |
Bouw- / renovatie jaar |
Adres | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Ontzorgd Wonen Groep |
51.069 | 412 | 3.428.619 | 3.677.365 | ||
| De Statenhof | 6.468 | 54 | 428.400 | 428.400 | 2017 | 2324 Leiden, Bachstraat 590 |
| De Statenhof Hoogbouw2 |
6.457 | 54 | 267.750 | 267.750 | 1967 | 2324 Leiden, Bachstraat 590 |
| Franeker | 10.750 | 70 | 630.000 | 738.900 | 2016 | 8802 Franeker, Kening State 1 |
| Residentie Boldershof | 2.261 | 33 | 321.300 | 321.300 | 1974 | 3811 Amersfoort, Bolderhof 2 |
| Residentie Sibelius | 14.294 | 96 | 811.015 | 811.015 | 2017 | 5343 Oss, Sibeliuspark 136 |
| Zorghuis Smakt | 2.111 | 30 | 202.031 | 230.000 | 2010 | 5817 Smakt, Sint Jozeflaan 56 |
| Zorgresidentie Mariëndaal |
8.728 | 75 | 768.123 | 880.000 | 2011 | 5363 Velp, Tolschestraat 20 |
| Compartijn | 15.606 | 173 | 2.683.686 | 2.930.000 | ||
| Huize de Compagnie | 3.471 | 42 | 580.000 | 635.000 | 2019 | 6711 Ede, Nieuwe Kazernelaan 10 |
| Huize Eresloo | 2.350 | 28 | 421.875 | 455.000 | 2019 | 5525 Duizel, De Hendrick Robinetlaan 3 |
| Huize Groot Waardijn | 1.918 | 26 | 421.875 | 455.000 | 2019 | 5025 Tilburg, Ringbaan West 324 |
| Huize Roosdael | 2.950 | 26 | 421.875 | 470.000 | 2019 | 4701 Roosendaal, Laan van Henegouwen 16 |
| Huize Ter Beegden | 1.983 | 19 | 305.000 | 335.000 | 2019 | 6099 Beegden, Heerstraat Zuid 20 |
| Kerckebosch | 2.934 | 32 | 533.061 | 580.000 | 2017 | 3708 Zeist, Hoog Kanje 274 |
| Martha Flora | 12.788 | 140 | 2.368.622 | 2.595.000 | ||
| Martha Flora Bosch en Duin |
2.241 | 27 | 455.000 | 490.000 | 2018 | 3735 Bosch en Duin, Dennenweg 2 |
| Martha Flora Den Haag | 2.259 | 28 | 559.577 | 605.000 | 2018 | 2597 Den Haag, Badhuisweg 165-167 |
| Martha Flora Hilversum | 4.055 | 31 | 567.231 | 630.000 | 2017 | 1217 Hilversum, Melkpad 24 |
| Martha Flora Hoorn | 780 | 12 | 81.683 | 95.000 | 2012 | 1624 Hoorn, Koepoortweg 73 |
| Martha Flora Lochem | 1.012 | 13 | 169.130 | 185.000 | 2013 | 7241 Lochem, Zuthenseweg 91 |
| Martha Flora Rotterdam | 2.441 | 29 | 536.000 | 590.000 | 2019 | 3055 Rotterdam, Mozartlaan 25 |
| Domus Magnus | 8.072 | 99 | 2.091.297 | 2.280.000 | ||
| Benvenuta | 924 | 10 | 220.360 | 240.000 | 2009 | 1217 Hilversum, Bussumergrintweg 40 |
| Holland | 2.897 | 34 | 849.960 | 915.000 | 2013 | 3743 Baarn, Javalaan 1-3 |
| Molenenk | 2.811 | 40 | 708.112 | 775.000 | 2017 | 7425 Deventer, Laan van Borgele 7 |
| Villa Walgaerde | 1.440 | 15 | 312.864 | 350.000 | 2017 | 1217 Hilversum, Sweelincklaan 16 |
| Stepping Stones Home & Care |
6.400 | 93 | 1.242.387 | 1.380.000 | ||
| Saksen Weimar | 2.291 | 42 | 531.448 | 600.000 | 2015 | 6822 Arnhem, Compagnieplaats 22 |
| Spes Nostra | 2.454 | 30 | 460.239 | 505.000 | 2016 | 3451 Vleuten, Hindersteinlaan 30 |
| Villa Nova | 1.655 | 21 | 250.700 | 275.000 | 2019 | 3834 Leusden, Clarenburg 1 |
| Het Gouden Hart | 6.243 | 72 | 1.010.683 | 1.110.000 | ||
| HGH Driebergen | 353 | 9 | 79.493 | 85.000 | 1925 | 3971 Driebergen, Diederichslaan 21 |
| HGH Kampen | 3.610 | 37 | 510.370 | 570.000 | 2017 | 8261 Kampen, Koornmarkt 1 |
| HGH Leersum | 2.280 | 26 | 420.820 | 455.000 | 2018 | 3965 Leersum, Rijksstraatweg 46 |
| Stichting Zorggroep Noorderboog |
13.555 | 140 | 811.153 | 1.300.000 | ||
| Oeverlanden | 13.555 | 140 | 811.153 | 1.300.000 | 2017 | 7944 Meppel, Reestlaan 2 |
| Totale opper vlakte (m²) |
Aantal residentiële eenheden |
Contractuële huurgelden1 |
Geschatte huurwaarde (GHW)1 |
Bouw- / renovatie jaar |
Adres | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Stichting Leger des Heils Welzijns- en Gezondheidszorg |
6.014 | 75 | 321.960 | 321.960 | ||
| De Merenhoef | 6.014 | 75 | 321.960 | 321.960 | 2019 | 3600 Maarssen, Merenhoef 1 |
| Stichting Oosterlengte |
4.380 | 32 | 401.852 | 490.000 | ||
| Het Dokhuis | 4.380 | 32 | 401.852 | 490.000 | 2017 | 9665 Oude Pekela, Raadhuislaan 41-47 |
| Orpea | 1.466 | 20 | 248.000 | 275.000 | ||
| September Nijverdal | 1.466 | 20 | 248.000 | 275.000 | 2019 | 7442 Nijverdal, Salomonsonstraat 51 |
| Omega | 1.587 | 26 | 206.688 | 235.964 | ||
| Meldestraat | 1.587 | 26 | 206.688 | 235.964 | 2019 | 8302 Emmeloord, Meldestraat 16 |
| Verenigd Koningkrijk | 237.909 | 5.713 | 31.829.056 | 30.768.821 | ||
| Maria Mallaband | 38.302 | 908 | 5.492.520 | 6.055.000 | ||
| Ashmead | 4.557 | 110 | 628.092 | 725.000 | 2004 | Putney SW15 3AY, 201 Cortis Road |
| Belvoir Vale | 2.158 | 56 | 1.067.027 | 535.000 | 2016 | Widmerpool NG12 5QL, Old Melton Road |
| Blenheim | 2.288 | 64 | 239.466 | 325.000 | 2015 | Ruislip HA4 7DP, Ickenham Road |
| Coplands | 3.445 | 79 | 482.041 | 630.000 | 2016 | Wembley HAO 2EN, 1 Copland Avenue |
| Eltandia Hall | 3.531 | 83 | 354.731 | 505.000 | 1999 | Norbury SW16 4HA, Middle Way |
| Glennie House | 2.279 | 52 | 120.000 | 190.000 | 2014 | Auchinleck KA18 2HH, William McComb Court |
| Heritage | 2.972 | 72 | 584.410 | 780.000 | 2015 | Tooting SW17 6D, 30 Gearing Close |
| Kings Court (MM) | 2.329 | 60 | 209.834 | 280.000 | 2016 | Swindon SN1 3N, Kent Road |
| Knights Court | 3.100 | 80 | 280.668 | 425.000 | 2017 | Edgware HA8 7DB, 107 High Street |
| Ottery | 3.513 | 62 | 685.000 | 685.000 | 2019 | Ottery St Mary EX11 1FQ, Pavey Run |
| River View | 5.798 | 137 | 657.604 | 775.000 | 2001 | Reading RG30 7TP, Rodway Road |
| The Windmill | 2.332 | 53 | 183.648 | 200.000 | 2015 | Slough SL1 3SY, 104 Bath Road |
| Burlington | 46.518 | 1.158 | 6.589.897 | 5.740.000 | ||
| Bessingby Hall | 2.471 | 65 | 465.688 | 425.000 | 2014 | Bessingby YO16 4UH, Bridlington |
| Cherry Trees | 3.178 | 81 | 241.186 | 235.000 | 2017 | Barnsley S71 5QU, Cherry's Road |
| Crystal Court | 2.879 | 60 | 500.000 | 485.000 | 2012 | Harrogate HG3 1LH, Pannal Grange |
| Figham House | 2.131 | 63 | 512.745 | 435.000 | 2017 | Beverley HU17 0PH, Figham Road |
| Foresters Lodge | 2.241 | 69 | 302.763 | 380.000 | 2017 | Bridlington YO16 4NL, 46 St John's Avenue |
| Highfield Care Centre | 3.260 | 88 | 450.000 | 350.000 | 2015 | Castleford WF10 2DY, 1 Leeds Road |
| Maple Court | 3.045 | 64 | 485.000 | 455.000 | 2018 | Scarborough YO12 6EY, 182 Barrowcliff Road |
| Maple Lodge | 1.673 | 55 | 187.589 | 195.000 | 2017 | Scotton DL9 4LJ, Low Hall Lane |
| Priestley | 1.520 | 40 | 250.000 | 250.000 | 2016 | Birstall WF17 9EN, Market Street |
| Randolph House | 2.433 | 60 | 214.388 | 180.000 | 2015 | Scunthorpe DN15 8EA, Ferry Road West |
| Southlands | 1.812 | 48 | 371.530 | 200.000 | 2015 | Driffield YO25 9PE, 15 Hobman Lane |
| The Elms | 1.280 | 37 | 288.395 | 150.000 | 1995 | Sutton HU7 4US, Lowgate |
| The Elms & Oakwood | 5.361 | 80 | 375.179 | 355.000 | 2016 | Louth LN11 0DG, Elm Drive |
| The Grange | 2.919 | 73 | 266.450 | 265.000 | 2015 | Darlington DL1 3PT, Whinbush Way |
| The Hawthornes | 1.512 | 40 | 250.000 | 225.000 | 2017 | Birkenshaw BD11 2AP, Mill Lane |
| Totale opper vlakte (m²) |
Aantal residentiële eenheden |
Contractuële huurgelden1 |
Geschatte huurwaarde (GHW)1 |
Bouw- / renovatie jaar |
Adres | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| The Lawns | 2.459 | 62 | 198.763 | 210.000 | 2017 | Darlington DL1 4EG, Ridsdale Street |
| The Limes | 3.414 | 97 | 755.220 | 585.000 | 2017 | Driffield YO25 5DT, Scarborough Road |
| The Sycamores | 1.627 | 40 | 250.000 | 235.000 | 2016 | Wakefield WF1 3PB, Norton Road |
| York House | 1.302 | 36 | 225.000 | 125.000 | 2016 | Dewsbury WF12 7AH, Old Bank Road |
| Care UK | 32.368 | 740 | 3.614.504 | 3.455.000 | ||
| Armstrong House | 2.799 | 71 | 301.553 | 325.000 | 2016 | Gateshead NE8 4YG, 101 Lobley Hill Road |
| Cheviot Court | 2.978 | 73 | 512.227 | 500.000 | 2016 | South Shields NE34 6RF, 63 Horsley Hill Square |
| Church View | 1.653 | 42 | 129.089 | 170.000 | 2015 | Seaham SR7 9PG, Church Lane |
| Collingwood Court | 2.525 | 63 | 464.722 | 440.000 | 2016 | North Shields NE29 0LD, Front Street |
| Elwick Grange | 2.493 | 60 | 286.062 | 250.000 | 2002 | Hartlepool TS26 9LX, Ewick Road |
| Grangewood Care Centre |
2.317 | 50 | 299.487 | 245.000 | 2016 | Houghton Le Spring DH4 4RB, Shiney Row |
| Hadrian House | 2.487 | 55 | 285.029 | 280.000 | 2016 | Blaydon NE21 4AG, Garden Street |
| Hadrian Park | 2.892 | 73 | 233.394 | 215.000 | 2004 | Billingham TS23 3DF, Marsh House Ave |
| Ponteland Manor | 2.160 | 52 | 165.234 | 165.000 | 2016 | Ponteland NE20 9PZ, Thornhill Road |
| Stanley Park | 3.240 | 71 | 400.694 | 420.000 | 2015 | Stanley DH9 6AH, Wear Road |
| The Terrace | 2.190 | 40 | 227.197 | 185.000 | 2016 | Richmond DL10 7AX, Maison Dieu |
| Ventress Hall | 4.635 | 90 | 309.815 | 260.000 | 2017 | Darlington DL3 7AZ, 22-28 Trinity Road |
| Bondcare Group | 33.879 | 831 | 3.406.822 | 3.835.000 | ||
| Alexander Court | 3.347 | 82 | 443.003 | 450.000 | 2002 | Dagenham RM10 7UU, 320 Rainham Road |
| Ashwood | 2.722 | 70 | 280.000 | 300.000 | 2017 | Hayes UB4 8DR, 1A Derwent Drive |
| Beech Court | 2.135 | 51 | 262.729 | 270.000 | 1999 | Romford, RM1 2AJ, 298-304 South Street |
| Brook House | 3.155 | 74 | 296.000 | 350.000 | 2017 | Thamesmead SE28 8GA, 20 Meadowford Close |
| Chatsworth Grange | 2.558 | 66 | 250.000 | 290.000 | 2017 | Sheffield S12 2BX, 2 Hollybank Road |
| Clarendon | 2.132 | 51 | 168.074 | 215.000 | 2017 | Croydon CR7 8RR, 7A Zion Place |
| Coniston Lodge | 3.733 | 92 | 368.000 | 400.000 | 2003 | Feltham TW14 9BD, Fern Grove |
| Derwent Lodge | 2.612 | 62 | 248.000 | 250.000 | 2000 | Feltham TW14 9AY, Fern Grove |
| Green Acres | 2.352 | 62 | 250.000 | 250.000 | 2017 | Leeds LS9 7PY, Rigton Drive |
| Moorland Gardens | 3.472 | 79 | 400.000 | 420.000 | 2004 | Luton LU2 7NX, Old Bedford Road |
| Springfield | 3.153 | 80 | 194.242 | 280.000 | 2000 | Ilford IG2 6PS, 20 Springfield Drive |
| The Fountains | 2.510 | 62 | 246.775 | 360.000 | 2000 | Rainham RM13 7TU, 12 Theydon Gardens |
| Renaissance | 19.936 | 452 | 2.084.003 | 2.278.821 | ||
| Beech Manor | 2.507 | 46 | 202.274 | 225.000 | 2017 | Blairgowrie PH10 6LJ, Golf Course Road |
| Jesmond | 2.922 | 65 | 429.664 | 420.000 | 2015 | Aberdeen AB22 8UR, Jesmond Drive |
| Totale opper vlakte (m²) |
Aantal residentiële eenheden |
Contractuële huurgelden1 |
Geschatte huurwaarde (GHW)1 |
Bouw- / renovatie jaar |
Adres | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Letham Park | 2.954 | 70 | 362.289 | 360.000 | 2017 | Edinburgh EH6 4NN, 205-207 Ferry Road |
| Meadowlark | 2.005 | 57 | 165.039 | 210.000 | 2015 | Forres IV36 2JT, Mannachie Road |
| Persley Castle | 1.550 | 40 | 220.337 | 215.000 | 2017 | Aberdeen AB21 9XU, Mugiemoss Road |
| The Cowdray Club | 2.581 | 35 | 50.014 | 143.821 | 2016 | Aberdeen AB11 6UD, 1-5 Fonthill Road |
| Torry | 3.028 | 81 | 324.385 | 370.000 | 2016 | Aberdeen AB11 8HR, 36 Balnagask Road |
| Whitecraigs | 2.389 | 58 | 330.000 | 335.000 | 2001 | Glasgow G46 7UZ, 24 Stewarton Road |
| Four Seasons | 15.781 | 387 | 1.961.653 | 2.120.000 | ||
| Beechcare | 2.739 | 65 | 594.825 | 700.000 | 2017 | Darenth DA2 7QT, Darenth Road South |
| Grosvenor Park | 2.312 | 61 | 225.300 | 290.000 | 2016 | Darlington DL1 4SU, Burnside Road |
| Hilltop Manor | 2.809 | 80 | 367.716 | 320.000 | 2015 | Tunstal ST6 6JN, High Lane |
| Meadowbrook | 3.334 | 69 | 349.066 | 300.000 | 2015 | Gobowen SY10 7HD, Tympath Lane |
| Riverside View | 2.362 | 59 | 225.300 | 310.000 | 2016 | Darlington DL1 2TP, Hutton Avenue |
| The Lodge | 2.226 | 53 | 199.446 | 200.000 | 2016 | South Shields NE34 0JR, 14 Farnham Road |
| Lifeways | 3.880 | 67 | 1.887.358 | 1.275.000 | ||
| Heath Farm | 2.832 | 47 | 1.191.554 | 765.000 | 2009 | Scopwick LN4 3JD, Heath Road, |
| Sharmers Fields House | 1.048 | 20 | 695.804 | 510.000 | 2010 | Leamington Spa CV31 1XH, Fosse Way |
| Brighterkind | 6.177 | 156 | 1.461.270 | 1.430.000 | ||
| Ashurst Park | 2.145 | 47 | 580.809 | 470.000 | 2016 | Tunbridge Wells TN3 0RD, Fordcombe Road |
| Highfields (Notts) | 1.554 | 49 | 445.742 | 415.000 | 2016 | Edingley NG22 8BX, Station Road |
| Kingsmills | 2.478 | 60 | 434.718 | 545.000 | 2010 | Inverness IV2 3RE, 10 Kingsmills Park |
| Caring Homes | 8.898 | 221 | 1.439.340 | 1.115.000 | ||
| Brooklyn House | 1.616 | 38 | 328.985 | 245.000 | 2016 | Attleborough NR17 2AG, Queens Road |
| Guysfield | 2.052 | 51 | 385.820 | 185.000 | 2015 | Letchworth SG6 2AB, Willian Road |
| Hillside House and Mellish House |
3.629 | 92 | 471.295 | 410.000 | 2016 | Sudbury, CO10 0EH, 20 Kings Hill |
| Sanford House | 1.601 | 40 | 253.240 | 275.000 | 2016 | East Dereham NR19 2SD, Swanton Road |
| Harbour Healthcare | 11.582 | 293 | 1.111.170 | 1.040.000 | ||
| Bentley Rosedale Manor |
2.896 | 78 | 369.819 | 320.000 | 2017 | Crewe CW1 4LB, Sherbourne Road |
| Devonshire House & Lodge |
3.167 | 77 | 232.179 | 225.000 | 2017 | Plymouth PL6 7JW, Woolwell Road |
| Elburton Heights | 3.076 | 69 | 241.186 | 245.000 | 2017 | Plymouth PL9 8EJ, 33 Springfield Road |
| Tree Tops Court | 2.442 | 69 | 267.985 | 250.000 | 2015 | Leek ST13 8XP, Park Road |
| Majesticare | 4.669 | 126 | 966.241 | 940.000 | ||
| Lashbrook House | 1.741 | 46 | 350.000 | 345.000 | 2016 | Lower Shiplake RG9 3LP, Mill Road |
| Oak Lodge | 1.699 | 45 | 325.525 | 265.000 | 2018 | Chard TA20 2HN, Lordsleaze Lane |
| The Mount | 1.229 | 35 | 290.716 | 330.000 | 2015 | Wargrave RG10 8DY, School Hill |
| Select Healthcare | 7.462 | 195 | 778.365 | 715.000 | ||
| Cromwell Court | 2.896 | 67 | 221.450 | 275.000 | 1995 | Warrington, WA1 2TH, 76 Church Street |
| Totale opper vlakte (m²) |
Aantal residentiële eenheden |
Contractuële huurgelden1 |
Geschatte huurwaarde (GHW)1 |
Bouw- / renovatie jaar |
Adres | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Delves Court | 2.246 | 62 | 216.300 | 210.000 | 2017 | Walsall WS5 4NZ, 2 Walstead Road |
| Plas Rhosnesni | 2.320 | 66 | 340.615 | 230.000 | 2017 | Wrexham LL13 9NH, Cefn Road |
| Priory Group | 3.755 | 77 | 534.690 | 350.000 | ||
| Bentley Court | 3.755 | 77 | 534.690 | 350.000 | 2016 | Wednesfield WV11 1PX, 29 Nordley Road |
| Conniston Care | 4.702 | 102 | 501.223 | 420.000 | ||
| Athorpe Lodge & The Glades |
4.702 | 102 | 501.223 | 420.000 | 2017 | Dinnington S25 2NY, Falcon Way |
| Projecten in ontwikkeling2 |
92.601 | 1.205 | 1.067.019 | |||
| België | 8.027 | 100 | 153.966 | |||
| Armonea | 8.027 | 100 | 153.966 | |||
| Rembertus | 8.027 | 100 | 153.966 | project | 2600 Mechelen, Brusselsesteenweg 245 |
|
| Duitsland | 56.811 | 768 | 545.959 | |||
| EMVIA | 51.716 | 648 | 471.335 | |||
| Beverstedt | 5.475 | 80 | 29.214 | project | 27616 Beverstedt, Adolf-Butenandt-Strasse 1 |
|
| Espelkamp | 9.458 | 113 | 71.411 | project | 32339 Espelkamp, Frotheimer Weg 118 |
|
| Heiligenhafen | 7.391 | 104 | 59.130 | project | 23774 Heiligenhafen, Lütjenburger Weg 71 |
|
| Kaltenkirchen | 6.650 | 123 | 117.180 | project | 24568 Kaltenkirchen, Am Bahnhof 2 | |
| Schwerin | 5.000 | 87 | 37.800 | project | 19057 Schwerin, Dohlenweg 2 | |
| Wolfsburg | 17.742 | 141 | 156.600 | project | 38446 Wolfsburg, Planstrasse, C/E | |
| Aspida | 5.095 | 120 | 74.624 | |||
| Pflegecampus Plauen | 5.095 | 120 | 74.624 | project | 8523 Plauen, Heinrichstrasse-Bergstrasse |
|
| Nederland | 27.763 | 337 | 367.095 | |||
| Stichting Oosterlengte |
7.360 | 120 | 110.250 | |||
| LTS Winschoten | 4.560 | 84 | 72.000 | project | 9671 Winschoten, Poststraat 2 | |
| Verpleegcentrum Scheemda |
2.800 | 36 | 38.250 | project | 9679 Scheemda, Trekweg 13 | |
| Het Gouden Hart | 4.202 | 45 | 109.737 | |||
| HGH Harderwijk | 4.202 | 45 | 109.737 | project | 3843 Harderwijk, Veldkamp 1 | |
| Stichting Rendant | 13.142 | 126 | 52.715 | |||
| Nieuw Heerenhage | 13.142 | 126 | 52.715 | project | 8446 Heerenveen, Heerenhage 1 | |
| Ontzorgd Wonen Groep |
1.289 | 22 | 43.513 | |||
| Sorghuys Tilburg | 1.289 | 22 | 43.513 | project | 5056 Berkel-Enschot, Bosschweg 33 |
|
| Stepping Stones Home & Care |
1.770 | 24 | 50.880 | |||
| Stepping Stones Zwolle | 1.770 | 24 | 50.880 | project | 8024 Zwolle, Kranenburgweg 8 | |
| Totaal vastgoedbeleggingen in exploitatie |
1.182.712 | 20.225 | 133.738.677 | 136.702.685 |
Zie lexicon.
Hoewel deze sites nog in aanbouw zijn, genereren ze al beperkte huurinkomsten. Dat verklaart waarom deze sites in de tabel werden opgenomen en waarom de vermelding van het aantal wooneenheden en de geschatte huurwaarde ontbreken.
| Projecten en renovaties (in miljoen €)1 |
Plaats | Ge raamd inv. bedrag |
Inves terings bedrag uitgevoerd op 30 juni 2019 |
Nog uit te voeren |
Opmerking | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| I. Lopende projecten | 197 | 50 | 148 | |||
| Oplevering 2019/2020 | 87 | 43 | 45 | |||
| BE | Plantijn III | Kapellen | 1 | 0 | 1 | Uitbreiding en renovatie van een rustoord |
| BE | 't Hoge III | Kortrijk | 2 | 1 | 1 | Uitbreiding van een rustoord |
| BE | De Duinpieper | Oostende | 2 | 1 | 1 | Uitbreiding en renovatie van een rustoord |
| BE | Kasteelhof | Dendermonde | 3 | 0 | 3 | Uitbreiding van een rustoord |
| DE | Schwerin3 | Schwerin | 11 | 7 | 4 | Bouw van een zorgcampus |
| DE | Laurentiusplatz | Wuppertal | 1 | 0 | 1 | Renovatie van een rustoord |
| DE | Kaltenkirchen3 | Kaltenkirchen | 15 | 8 | 7 | Bouw van een zorgcampus |
| DE | Residenz Zehlendorf | Berlijn | 6 | 4 | 2 | Renovatie van een rustoord |
| DE | Beverstedt3 | Beverstedt | 10 | 2 | 8 | Bouw van een zorgcampus |
| NL | Sorghuys Tilburg2 | Berkel-Enschot | 3 | 2 | 1 | Bouw van een zorgresidentie |
| NL | LTS Winschoten2 | Winschoten | 13 | 10 | 3 | Bouw van een zorgresidentie |
| NL | De Merenhoef | Maarssen | 1 | 0 | 1 | Uitbreiding en renovatie van een verpleeghuis |
| NL | De Statenhof | Leiden | 2 | 0 | 1 | Uitbreiding en renovatie van een rustoord |
| NL | Residentie Boldershof | Amersfoort | 1 | 0 | 1 | Renovatie van een rustoord |
| NL | Verpleegcentrum Scheemda2 | Scheemda | 4 | 0 | 4 | Bouw van een verpleeghuis |
| NL | Het Gouden Hart Harderwijk2 | Harderwijk | 7 | 2 | 4 | Bouw van een site van huisvesting voor senioren |
| UK | Cowdray Club | Aberdeen | 3 | 3 | 0 | Renovatie van een rustoord |
| UK | MMCG projecten | Engeland/ Schotland |
1 | 0 | 1 | Renovatie van een rustoord |
| UK | Bessingby Hall | Ruislip | 1 | 0 | 1 | Renovatie van een rustoord |
| Oplevering 2020/2021 | 110 | 7 | 103 | |||
| BE | Résidence Aux Deux Parcs | Jette | 3 | 1 | 2 | Uitbreiding van een rustoord |
| BE | Residentie 't Spelthof | Binkom | 6 | 0 | 6 | Uitbreiding van een rustoord |
| NL | Nieuw Heerenhage2 | Heerenveen | 20 | 3 | 18 | Bouw van een site van huisvesting voor senioren |
| NL | Residentie Sibelius | Oss | 9 | 0 | 9 | Renovatie van een site van huisvesting voor senioren |
| NL | Stepping Stones Zwolle2 | Zwolle | 5 | 0 | 5 | Bouw van een zorgresidentie |
| DE | Pflegecampus Plauen2 | Plauen | 11 | 1 | 10 | Bouw van een rustoord |
| DE | Espelkamp3 | Espelkamp | 15 | 1 | 14 | Bouw van een zorgcampus |
| DE | Heiligenhafen3 | Heiligenhafen | 13 | 0 | 13 | Bouw van een zorgcampus |
| DE | Wolfsburg3 | Wolfsburg | 28 | 1 | 27 | Bouw van een zorgcampus |
| II. Grondreserves | ||||||
| BE | Terrain Bois de la Pierre | Waver (BE) | 2 | 2 | 0 | - |
| III. Acquisities onder opschortende voorwaarden |
41 | 0 | 41 | |||
| Oplevering 2019/2020 | 41 | 0 | 41 | |||
| DE | Haus Steinbachhof | Chemnitz | 16 | 0 | 16 | Acquisitie van een rustoord |
| DE | Seniorenhaus Wiederitzsch | Leipzig | 7 | 0 | 7 | Acquisitie van een rustoord |
| DE | Zur alten Linde | Rabenau | 6 | 0 | 6 | Acquisitie van een rustoord |
| DE | Seniorenwohnpark Hartha | Hartha | 12 | 0 | 12 | Acquisitie van een rustoord |
| Projecten en renovaties (in miljoen €)1 |
Plaats | Ge raamd inv. bedrag |
Inves terings bedrag uitgevoerd op 30 juni 2019 |
Nog uit te voeren |
Opmerking | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| IV. Projecten onder opschortende voorwaarden |
188 | 0 | 188 | |||
| Oplevering 2019/2020 | 16 | 0 | 16 | |||
| DE | Azurit Weimar | Weimar | 16 | 0 | 16 | Acquisitie van een nieuw rustoord |
| Oplevering 2020/2021 | 117 | 0 | 117 | |||
| BE | Uilenspiegel | Genk | 2 | 0 | 2 | Uitbreiding van een rustoord |
| BE | Sorgvliet | Linter | 5 | 0 | 5 | Uitbreiding van een rustoord |
| NL | Rendant Aldlânstate | Leeuwarden | 20 | 0 | 20 | Bouw van een site van huisvesting voor senioren |
| BE | Residentie van de Vrede | Evere | 2 | 0 | 2 | Uitbreiding van een rustoord |
| BE | Rembertus | Mechelen | 12 | 0 | 12 | Acquisitie van een nieuw rustoord |
| DE | Specht Gruppe (2020/2021) | Duitsland | 76 | 0 | 76 | Bouw en acquisitie van zorgcampussen |
| Oplevering 2021/2022 | 54 | 0 | 54 | |||
| DE | Specht Gruppe (2021/2022) | Duitsland | 54 | 0 | 54 | Bouw en acquisitie van zorgcampussen |
| Totaal pipeline | 428 | 52 | 376 | |||
| Variatie van de reële waarde | - | 2 | ||||
| Afrondingen | - | -2 | - | |||
| Bedrag op de balans | 51 |
Al deze projecten zijn reeds voorverhuurd. Bij het totale investeringsbudget moet nog 18 miljoen € worden toegevoegd door de acquisities die werden uitgevoerd op 9 juli 2019 (8 miljoen €), 7 augustus 2019 (3 miljoen €) en 21 augustus 2019 (7 miljoen €) (zie sectie 2.2.1 van het beheersverslag). Van bovenstaand investeringsbudget werd reeds 55 miljoen € gerealiseerd door de voltooiing van de acquisitie van vier zorgvastgoedsites in Duitsland op 9 juli 2019, de oplevering van een zorgcampus in Schwerin op 15 augustus 2019 en de oplevering van renovatiewerken in Aberdeen op 23 augustus 2019 (zie sectie 2.2.2 van het beheersverslag).
1. Bedragen in GBP werden omgezet in EUR op basis van de wisselkoers van 28 juni 2019 (1,1154 €/£).

SENIORENHAUS WIEDERITZSCH, LEIPZIG (DE)
Geachte,
Wij hebben het genoegen u onze raming van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen van de Aedifica-groep op datum van 30 juni 2019 voor te leggen.
Aedifica heeft aan elk van de zes waarderingsdeskundigen gevraagd de reële waarde (waarvan de investeringswaarde wordt afgeleid2 ) van een deel van haar portefeuille van vastgoedbeleggingen te bepalen. De schattingen werden gemaakt rekening houdend met zowel de opmerkingen en de definities vermeld in de verslagen als met de richtlijnen van de International Valuation Standards, uitgegeven door IVSC.
We hebben individueel als waarderingsdeskundigen gehandeld en we hebben een relevante en erkende kwalificatie, evenals up-to-date ervaring met gebouwen van een gelijkaardig type en met een gelijkaardige ligging als de geëvalueerde gebouwen. De opinie van de waarderingsdeskundigen is gebaseerd op recente marktconforme transacties van vergelijkbare goederen.
Bij de schatting van de goederen wordt er rekening gehouden met zowel de lopende huurovereenkomsten als met alle rechten en verplichtingen die voortvloeien uit deze overeenkomsten. Elk gebouw werd afzonderlijk geschat. De schattingen houden geen rekening met een potentiële meerwaarde die verwezenlijkt zou kunnen worden door de portefeuille in zijn geheel op de markt aan te bieden. Onze schattingen houden geen rekening met marketingkosten eigen aan een transactie, zoals makelaarslonen of publiciteitskosten. Onze schattingen zijn gebaseerd op een inspectie van de onroerende goederen en op de inlichtingen geleverd door Aedifica, waaronder de huursituatie en de oppervlaktes, de schetsen of plannen, de huurlasten en de belastingen in verband met het betrokken goed, de conformiteit en de milieuvervuiling. De verstrekte gegevens werden juist en volledig geacht. Onze schattingen gaan ervan uit dat niet-meegedeelde elementen niet van dien aard zijn om de waarde van het goed te beïnvloeden.
Op basis van de zes schattingen, bedraagt de geconsolideerde reële waarde van de vastgoedportefeuille 2.320.949.118 €3 op 30 juni 2019, waarvan 2.269.743.524 € voor de vastgoedbeleggingen in exploitatie4 . De portefeuille is momenteel volledig verhuurd en dus voor 100% bezet. De contractuele huurgelden bedragen 133.738.677 €, wat overeenkomt met een initieel huurrendement van 5,89% ten opzichte van de reële waarde van de gebouwen in exploitatie.
Bovenstaande bedragen omvatten de reële waarden en contractuele huurgelden van de vastgoedbeleggingen in het Verenigd Koninkrijk in pond sterling en omgerekend in euro op basis van de wisselkoers op 28 juni 2019 (1,1154 €/£; koers van de laatste werkdag van het boekjaar).
Op 30 juni 2019:
In het kader van een rapportering die beantwoordt aan de International Financial Reporting Standards, geven onze schattingen de reële waarde weer. De reële waarde (of 'fair value') wordt door de IAS 40- en IFRS 13-normen gedefinieerd als 'de prijs die in geval van verkoop van activa zou worden ontvangen of in geval van overdracht van passiva zou worden betaald, naar aanleiding van een gewone transactie tussen marktdeelnemers op datum van de waardering'. IVSC acht dat de definitie van de reële waarde onder IAS 40 en IFRS 13 over het algemeen strookt met de marktwaarde.
1. Het expertiseverslag is opgenomen met de goedkeuring van Cushman & Wakefield Belgium NV, Deloitte Consulting & Advisory CVBA, CBRE GmbH, DTZ Zadelhoff VOF, Savills Consultancy BV en Cushman & Wakefield Debenham Tie Leung Limited. De som van de delen van de portefeuille die individueel geëvalueerd werden door de zes bovenvermelde waarderingsdeskundigen, omvat de gehele geconsolideerde portefeuille van Aedifica. 2. De 'investeringswaarde' wordt door Aedifica gedefinieerd als de door een waarderingsdeskundige vastgestelde waarde, zonder aftrek van

De reële waarde op 30 juni 2019 van het door Cushman & Wakefield NV gewaardeerde deel van de portefeuille van Aedifica wordt geschat op 520.585.500 miljoen € en de investeringswaarde ervan (vóór aftrek van mutatierechten6 ) op 533.909.000 miljoen €.
Christophe Ackermans7 26 juli 2019
De reële waarde op 30 juni 2019 van het door Deloitte Consulting & Advisory CVBA gewaardeerde deel van de portefeuille van Aedifica wordt geschat op 513.162.927 miljoen € en de investeringswaarde ervan (vóór aftrek van mutatierechten8 ) op 525.992.000 miljoen €. Frédéric Sohet en Patricia Lanoije 26 juli 2019
De reële waarde op 30 juni 2019 van het door CBRE GmbH gewaardeerde deel van de portefeuille van Aedifica wordt geschat op 406.160.000 miljoen € en de investeringswaarde ervan (vóór aftrek van mutatierechten9 ) op 434.789.655 miljoen €.
Sandro Höselbarth en Tim Schulte 26 juli 2019
De reële waarde op 30 juni 2019 van het door DTZ Zadelhoff VOF gewaardeerde deel van de portefeuille van Aedifica wordt geschat op 296.380.000 miljoen € en de investeringswaarde ervan (vóór aftrek van mutatierechten10) op 308.820.000 miljoen €.
Paul Smolenaers en Fabian Pauwelse 26 juli 2019
De reële waarde op 30 juni 2019 van het door Savills Consultancy BV gewaardeerde deel van de portefeuille van Aedifica wordt geschat op 57.700.000 miljoen € en de investeringswaarde ervan (vóór aftrek van mutatierechten10) op 60.390.000 miljoen €.
Martijn Onderstal en Jochem van der Grinten 26 juli 2019
De reële waarde op 30 juni 2019 van het door Cushman & Wakefield Debenham Tie Leung Ltd gewaardeerde deel van de portefeuille van Aedifica wordt geschat op
472.441.000 miljoen £ (526.960.691 miljoen € op basis van de wisselkoers van 1,1154 €/£ op 28 juni 2019; koers van de laatste werkdag van het boekjaar) en de investeringswaarde ervan (vóór aftrek van mutatierechten11) op 503.631.851 miljoen £ (561.750.967 miljoen € op basis van de wisselkoers van 1,1154 €/£ op 28 juni 2019; koers van de laatste werkdag van het kboekjaar).
Tom Robinson en Martin Robb 26 juli 2019
De waarderingsdeskundige heeft enkel een gedeelte van de portefeuille van Aedifica gewaardeerd en neemt bijgevolg geen verantwoordelijkheid voor de waardering van de volledige portefeuille. De waarderingsdeskundige tekent enkel voor de juistheid van de cijfers van de door hem gewaardeerde objecten. Er zal verder geen aansprakelijkheid voor andere waarderingsdeskundigen worden aanvaard.
De mutatierechten moeten in deze context aangepast worden aan de marktomstandigheden. Na analyse van een groot aantal transacties in België, kwamen de Belgische vastgoeddeskundigen die handelen op vraag van beursgenoteerde vastgoedmaatschappijen in een werkgroep tot de volgende vaststelling: gezien de waaier van methodes van eigendomsoverdracht die in België worden gebruikt, is het gewogen gemiddelde van de mutatierechten gewaardeerd op 2,5% voor transacties van vastgoedbeleggingen met een globale waarde hoger dan 2,5 miljoen €. De investeringswaarde beantwoordt dus aan de fair value plus 2,5% mutatierechten. De fair value wordt ook berekend door de investeringswaarde door 1,025 te delen. Voor gebouwen in België met een globale waarde lager dan 2,5 miljoen € moet rekening worden gehouden met mutatierechten van 10,0% tot 12,5% naargelang de gewesten waar deze gebouwen zich bevinden. Hun reële waarde stemt dus overeen met de "waarde kosten koper". In dit bijzondere geval wordt bij de bepaling van de reële waarde van residentiële gebouwen rekening gehouden met de potentiële meerwaarde in geval van verkoop per appartement.
7. BVBA. 8. Zie voetnoot 6 hierboven.
9. Voetnoot 6 is niet van toepassing op de gebouwen in Duitsland. Bij de schatting van de investeringswaarde werden de in Duitsland toepasselijke aktekosten en beroepskosten in beschouwing genomen.
10. Voetnoot 6 is niet van toepassing op de gebouwen in Nederland. Bij de schatting van de investeringswaarde werden de in Nederland toepasselijke aktekosten en beroepskosten in beschouwing genomen.
11. Voetnoot 6 is niet van toepassing op de gebouwen in het Verenigd Koninkrijk. Bij de schatting van de investeringswaarde werden de in het Verenigd Koninkrijk toepasselijke aktekosten in beschouwing genomen. De investeringswaarde komt overeen met de brutowaarde vóór aftrek van de SDLT (Stamp Duty Land Tax) en beroepskosten.



Aedifica biedt investeerders een uniek alternatief voor rechtstreekse investeringen in vastgoed, waarbij alle voordelen van een optimaal onroerend inkomen gepaard gaan met een beperkt risicoprofiel. Aedifica heeft immers een investeringsstrategie die haar aandeelhouders tegelijkertijd een aantrekkelijk rendement, een recurrent dividend en groei- en meerwaardemogelijkheden kan bieden.


de nettoactiefwaarde per aandeel van 23 oktober 2006 (IPO) tot 30 juni 2019


HAUS ZUR ALTEN BERUFSSCHULE, ZSCHOPAU (DE)
Het aandeel van Aedifica (AED) is sinds 2006 genoteerd op Euronext Brussels. Sindsdien heeft Aedifica vijf kapitaalverhogingen in geld met voorkeurrecht of onherleidbaar toewijzingsrecht afgerond:
Aedifica is in de Bel Mid Index opgenomen met een gewicht van ca. 8,4% (30 juni 2019). Daarnaast is het Aedifica-aandeel eveneens opgenomen in de EPRA- , MSCI- en Stoxx Europe 600 indexen.

| 30 juni 2019 | 30 juni 2018 | |
|---|---|---|
| Slotkoers (in €) | 83,90 | 78,10 |
| Nettoactiefwaarde per aandeel vóór variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten (in €) |
60,16 | 51,18 |
| Premie (+) / Discount (-) vóór variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten* |
39,5% | 52,6% |
| Nettoactiefwaarde per aandeel* (in €) | 58,11 | 49,24 |
| Premie (+) / Discount (-) | 44,4% | 58,6% |
| Beurskapitalisatie | 2.064.037.156 | 1.421.484.745 |
| Free float1 | 100,0% | 100,0% |
| Totaal aantal genoteerde aandelen | 24.601.158 | 18.200.829 |
| Noemer voor de berekening van de Nettoactiefwaarde per aandeel* |
24.601.158 | 18.200.829 |
| Gemiddeld dagelijks volume | 24.982 | 18.711 |
| Omloopsnelheid2 | 32,5% | 26,4% |
| Brutodividend per aandeel (in €)3 | 2,80 | 2,50 |
| Brutodividendrendement4 | 3,3% | 3,2% |
Zie persbericht van 3 juli 2019 en sectie 3 hierna.
Totaal volume van de gedurende het jaar verhandelde aandelen, gedeeld door het totaal aantal aandelen, volgens de definitie van Euronext.
2018/2019: dividend voorgesteld aan de gewone algemene vergadering.
Bruto uitgekeerd dividend per aandeel gedeeld door de beurskoers bij afsluiting van het boekjaar.
| 30 juni 2019 | 30 juni 2018 | |
|---|---|---|
| Aantal aandelen in omloop | 24.601.158 | 18.200.829 |
| Totaal aantal aandelen | 24.601.158 | 18.200.829 |
| Aantal beursgenoteerde aandelen5 | 24.601.158 | 18.200.829 |
| Gewogen gemiddeld aantal uitstaande aandelen in omloop (noemer volgens IAS 33) |
19.274.471 | 17.990.607 |
| Aantal dividendrechten6 | 19.365.386 | 18.200.829 |
6.147.142 op 7 mei 2019 en 12.590 op 20 juni 2019. 6. Rekening houdend met het recht op een dividend toegekend aan de aandelen uitgegeven tijdens het boekjaar. Het aantal dividenrechten bedraagt 18.441.426 voor coupon nr. 21 en 24.601.158 voor coupon nr. 22.

NAAR AANLEIDING VAN DE AFRONDING VAN DE KAPITAALVERHOGING VAN 418 MILJOEN €, WERD HET AEDIFICA-TEAM OP 7 MEI 2019 UITGENODIGD NAAR DE BEURS VAN BRUSSEL, WAAR CEO STEFAAN GIELENS DE OPENINGSBEL LUIDDE.
De koers van het Aedifica-aandeel schommelde over de loop van het boekjaar tussen 69,50 € en 84,51 € en sloot het boekjaar af op 83,90 €, een stijging van meer dan 7% ten opzichte van 30 juni 2018 (78,10 €).
Op basis van de beurskoers op 30 juni 2019 heeft het Aedifica-aandeel een premie van:
Die premie ten opzichte van de nettoactiefwaarde is een blijk van vertrouwen in Aedifica's track record en weerspiegelt o.a. Aedifica's pureplay-focus op zorgvastgoed, de toekomstige groei van de Groep, het stabiele karakter van de gegenereerde winsten op lange termijn en het aantrekkelijke dividend. De grafiek op pagina 106 toont de evolutie van de premie van Aedifica's beurskoers ten opzichte van de nettoactiefwaarde per aandeel.
Tussen Aedifica's beursgang (na aftrek van de coupons die voorkeurrechten of onherleidbare toewijzingsrechten in het kader van de hierbovenvermelde kapitaalverhogingen vertegenwoordigden) en 30 juni 2019, is de koers van het Aedifica-aandeel met 130,6% gestegen, tegenover een stijging van 43,5% voor de Bel Mid-index en een daling van 20,5% voor de EPRA Europe-index over dezelfde periode.
Tijdens het boekjaar nam ook de liquiditeit van het Aedifica-aandeel toe. Het gemiddelde dagelijkse volume bedroeg ca. 2.011.000 € of ca. 25.000 aandelen, waardoor de omloopsnelheid tot 32,5% stijgt. Aedifica blijft zich inspannen om haar investeerdersbasis verder te verbreden door regelmatig deel te nemen aan roadshows en events voor zowel institutionele als particuliere beleggers.
Voor het boekjaar 2018/2019 stelt Aedifica een brutodividend voor van 2,80 € per aandeel, een stijging van 12% ten opzichte van het uitgekeerde dividend voor het boekjaar 2017/2018 (2,50 €). Na goedkeuring door de gewone algemene vergadering van dinsdag 22 oktober 2019, zal dat bedrag pro rata temporis worden toegewezen aan coupon nr. 21 (2,38 €, voor de periode van 1 juli 2018 t.e.m. 6 mei 2019) en coupon nr. 22 (0,42 €, voor de periode van 7 mei 2019 t.e.m. 30 juni 2019). Coupon nr. 21 werd reeds onthecht op 24 april 2019 naar aanleiding van een kapitaalverhoging in geld. Het dividend met betrekking tot het boekjaar 2018/2019 zal in principe worden uitbetaald vanaf woensdag 30 oktober 2019.
Aangezien Aedifica een GVV is die meer dan 60% van haar vastgoedportefeuille in Europees zorgvastgoed investeert, bedraagt de roerende voorheffing op het dividend slechts 15%. Na aftrek van die roerende voorheffing van 15%, zal het nettodividend 2,38 € bedragen, verdeeld over coupon nr. 21 (2,023 €) en coupon nr. 22 (0,357 €).
Aedifica op de beurs


Op 30 juni 2019 bezit geen enkele aandeelhouder van Aedifica meer dan 5% van het kapitaal. De free float bedraagt dus 100% (toestand op 30 juni 2019, op basis van het aantal aandelen in handen van de betrokken aandeelhouders op 28 juni 2019). De kennisgevingen in het kader van de transparantiewetgeving en de controleketens zijn beschikbaar op de website.
Na de afsluiting van het boekjaar 2018/2019 heeft Aedifica op 5 juli 2019 een transparantiekennisgeving ontvangen naar aanleiding van de overschrijding van de drempel van 5% van de stemrechten in Aedifica NV door BlackRock, Inc, dat nu 5,00% van de stemrechten bezit. Op de afsluitingsdatum van dit verslag heeft Aedifica geen enkele transparantiekennisgeving ontvangen die de situatie op 5 juli 2019 zou wijzigen. Volgens de definitie van Euronext bedraagt de free float 100%.
| Gewone algemene vergadering 2019 | 22/10/2019 |
|---|---|
| Uitkering van het dividend voor de periode van 01/07/2018 t.e.m. 06/05/2019 |
|
| Coupon | 21 |
| Onthechting (ex-date) | 24/04/2019 |
| Registratie (record date) | 25/04/2019 |
| Betaaldatum | vanaf 30/10/2019 |
| Uitkering van het dividend voor de periode van 07/05/2019 t.e.m. 30/06/2019 |
|
| Coupon | 22 |
| Onthechting (ex-date) | 28/10/2019 |
| Registratie (record date) | 29/10/2019 |
| Betaaldatum | vanaf 30/10/2019 |
| Tussentijdse verklaring 30/09/2019 | 13/11/2019 |
| Halfjaarlijks financieel verslag 31/12/2019 | 19/02/2020 |
| Tussentijdse verklaring 31/03/2020 | 13/05/2020 |
| Jaarlijks persbericht 30/06/2020 | 02/09/2020 |
| Jaarlijks financieel verslag 2019/2020 | September 2020 |
| Gewone algemene vergadering 2020 | 27/10/2020 |
| Uitkering van het dividend m.b.t. het boekjaar 2019/2020 | vanaf 04/11/2020 |
Financiële dienst verantwoordelijk voor de betaling van het dividend: Bank Degroof Petercam (main paying agent) of eender welke andere financiële instelling.
Vooruitzichten (zie sectie 7 van het beheersverslag in dit jaarlijks financieel verslag).
Deze data zijn onder voorbehoud van wijzigingen
109

Label verkregen voor 2018/2019
Het eerste duurzaamheidsverslag van Aedifica is een weerspiegeling van het engagement waarnaar de Groep expliciet in zijn motto verwijst ('housing with care') en van de verantwoordelijkheid op lange termijn die Aedifica opneemt.
Aedifica streeft naar kwaliteit in al zijn activiteiten en is zich bewust van zijn rol in de samenleving. Maatschappelijk verantwoord ondernemen maakt daarom integraal deel uit van de strategie en het dagelijks management van Aedifica.
In mei 2019 heeft Aedifica zijn eerste duurzaamheidsverslag gepubliceerd, met betrekking tot het kalenderjaar 2018. Het verslag is een weerspiegeling van het engagement waarnaar de Groep expliciet in zijn motto verwijst ('housing with care') en van de verantwoordelijkheid die Aedifica opneemt bij de uitbouw en het beheer van zijn vastgoedportefeuille ten aanzien van alle stakeholders en de maatschappij in het algemeen.
Alle informatie rond Aedifica's inspanningen op het vlak van maatschappelijk verantwoord ondernemen is terug te vinden in het duurzaamheidsverslag 2018, dat beschikbaar is op de website (https://www.aedifica.be/nl/duurzaamheidsverslag).
Het duurzaamheidsverslag beschrijft het ambitieuze actieplan dat Aedifica tegen 2025 wil uitvoeren. De basis voor de kwantitatieve doelstellingen is 2017. Het actieplan werd gebaseerd op de 'Social Development Goals' (SDG's) van de Verenigde Naties en omschrijft de langetermijndoelstellingen die Aedifica wil verwezenlijken op het vlak van duurzaamheid, verantwoorde bedrijfsvoering en op sociaal gebied. Op de pagina hiernaast wordt het actieplan voor 2025 verder uitgewerkt.

RESIDENTIE SPORENPARK, BERINGEN (BE)



Energiemanagement; Aanpassing aan klimaatverandering; Mobiliteit
Levenscyclusimpact van nieuwe ontwikkelingen; Innovatie in gebouwen


| 1. Geconsolideerde jaarrekening 2018/2019 |
117 | |
|---|---|---|
| 1.1 Geconsolideerde resultatenrekening | 117 | |
| 1.2 Overzicht van gerealiseerde en | 118 | |
| niet-gerealiseerde resultaten | ||
| 1.3 Geconsolideerde balans | 118 | |
| 1.4 Geconsolideerd kasstroomoverzicht | 120 | |
| 1.5 Geconsolideerd mutatieoverzicht van | 121 | |
| het eigen vermogen | ||
| 1.6 Toelichtingen bij de geconsolideerde jaarrekening | 123 | |
| Toelichting 1: | algemene informatie | 123 |
| Toelichting 2: | grondslagen voor financiële verslaggeving | 123 |
| Toelichting 3: | operationele segmenten | 130 |
| Toelichting 4: | huurinkomsten | 133 |
| Toelichting 5: | met verhuur verbonden kosten | 133 |
| Toelichting 6: | recuperatie van vastgoedkosten | 133 |
| Toelichting 7: | recuperatie van huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen |
133 |
| Toelichting 8: | kosten van de huurders en gedragen door de eigenaar op huurschade en wederinstaatstelling op het einde van de huur |
134 |
| Toelichting 9: | huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen |
134 |
| Toelichting 10: andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven |
134 | |
| Toelichting 11: | technische kosten | 134 |
| Toelichting 12: | commerciële kosten | 134 |
| Toelichting 13: kosten en taksen van niet-verhuurde goederen |
135 | |
| Toelichting 14: beheerkosten vastgoed | 135 | |
| Toelichting 15: andere vastgoedkosten | 135 | |
| Toelichting 16: algemene kosten van de vennootschap | 135 | |
| Toelichting 17: andere operationele opbrengsten en kosten | 136 | |
| Toelichting 18: resultaat verkoop vastgoedbeleggingen | 136 | |
| Toelichting 19: resultaat verkoop andere niet-financiële activa |
136 | |
| Toelichting 20: variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen |
136 | |
| Toelichting 21: | financiële opbrengsten | 137 |
| Toelichting 22: netto-interestkosten | 137 | |
| Toelichting 23: andere financiële kosten | 137 | |
| Toelichting 24: vennootschapsbelasting | 138 | |
| Toelichting 25: exit taks | 138 | |
| Toelichting 26: resultaat per aandeel | 139 | |
| Toelichting 27: goodwill | 139 | |
| Toelichting 28: immateriële vaste activa | 140 | |
| Toelichting 29: vastgoedbeleggingen | 140 | |
| Toelichting 30: projectontwikkelingen | 143 |
| Toelichting 31: | andere materiële vaste activa | 143 |
|---|---|---|
| Toelichting 32: financiële vaste activa en andere langlopende financiële verplichtingen |
143 | |
| Toelichting 33: indekkingsinstrumenten | 144 | |
| Toelichting 34: handelsvorderingen | 147 | |
| Toelichting 35: belastingsvorderingen en andere vlottende activa |
148 | |
| Toelichting 36: kas en kasequivalenten | 148 | |
| Toelichting 37: overlopende rekeningen | 148 | |
| Toelichting 38: eigen vermogen | 149 | |
| Toelichting 39: voorzieningen | 150 | |
| Toelichting 40: langlopende financiële schulden | 151 | |
| Toelichting 41: handelsschulden en andere kortlopende schulden |
152 | |
| Toelichting 42: overlopende rekeningen | 153 | |
| Toelichting 43: personeelskosten | 153 | |
| Toelichting 44: financieel risicobeheer | 154 | |
| Toelichting 45: voorwaardelijke elementen en verplichtingen |
157 | |
| Toelichting 46: verwervingen en verkopen van vastgoedbeleggingen |
160 | |
| Toelichting 47: variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva |
162 | |
| Toelichting 48: relaties met verbonden partijen | 162 | |
| Toelichting 49: gebeurtenissen na balansdatum | 163 | |
| Toelichting 50: gecorrigeerd resultaat vastgelegd door het KB van 13 juli 2014 |
164 | |
| Toelichting 51: lijst van dochterondernemingen, geassocieerde ondernemingen en joint ventures |
164 | |
| Toelichting 52: naleving van verplichtingen van het GVV-status |
166 | |
| Toelichting 53: vergoeding van de commissaris | 166 | |
| Toelichting 54: uitgestelde belastingen | 167 | |
| Toelichting 55: reële waarde | 167 | |
| Toelichting 56: verkoopopties toegestaan aan aandeelhouders zonder zeggenschap |
168 | |
| Toelichting 57: alternatieve prestatiemaatstaven (Alternative Performance Measures – APM) |
168 | |
| Toelichting 58: Bedrijfscombinaties | 172 | |
| Toelichting 59: Deelneming in geassocieerde vennootschappen 172 en joint-ventures |
||
| 1.7 Verslag van de commissaris | 173 | |
| 2. Verkorte statutaire jaarrekening 2018/2019 |
178 |
| Verkorte statutaire resultatenrekening | 178 |
|---|---|
| Verkort statutair overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten |
179 |
| Verkorte statutaire balans | 179 |
| Verkort statutair mutatieoverzicht van het eigen vermogen | 181 |
| Verkorte statutaire resultaatverwerking | 183 |
1 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
| (x 1.000 €) Toelichtingen |
2019 | 2018 | ||
|---|---|---|---|---|
| I. | Huurinkomsten | 4 | 118.413 | 91.677 |
| II. | Terugnemingen overgedragen en verdisconteerde huren | 0 | 0 | |
| III. | Met verhuur verbonden kosten | 5 | -41 | -80 |
| Nettohuurresultaat | 118.372 | 91.597 | ||
| IV. | Recuperatie van vastgoedkosten | 6 | 59 | 84 |
| V. | Recuperatie van huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen |
7 | 2.751 | 2.469 |
| VI. | Kosten van de huurders en gedragen door de eigenaar op huurschade en wederinstaatstelling op het einde van de huur |
8 | 0 | 0 |
| VII. | Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen | 9 | -2.751 | -2.469 |
| VIII. | Andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven | 10 | -820 | -985 |
| Vastgoedresultaat | 117.611 | 90.696 | ||
| IX. | Technische kosten | 11 | -1.077 | -1.379 |
| X. | Commerciële kosten | 12 | -317 | -552 |
| XI. | Kosten en taksen van niet-verhuurde goederen | 13 | -58 | -136 |
| XII. | Beheerkosten vastgoed | 14 | -2.763 | -1.273 |
| XIII. | Andere vastgoedkosten | 15 | -1.470 | -1.281 |
| Vastgoedkosten | -5.685 | -4.621 | ||
| Operationeel vastgoedresultaat | 111.926 | 86.075 | ||
| XIV. | Algemene kosten van de vennootschap | 16 | -14.692 | -10.963 |
| XV. | Andere operationele opbrengsten en kosten | 17 | -92 | 2.163 |
| Operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille | 97.142 | 77.275 | ||
| XVI. | Resultaat verkoop vastgoedbeleggingen | 18 | 7.321 | 789 |
| XVII. | Resultaat verkoop andere niet-financiële activa | 19 | 0 | 0 |
| XVIII. | Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen | 20 | 63.317 | 15.018 |
| XIX. | Ander portefeuilleresultaat | 20 | 0 | -344 |
| Operationeel resultaat | 167.780 | 92.738 | ||
| XX. | Financiële opbrengsten | 21 | 154 | 554 |
| XXI. | Netto-interestkosten | 22 | -17.193 | -14.321 |
| XXII. | Andere financiële kosten | 23 | -3.129 | -1.552 |
| XXIII. | Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva | 47 | -7.304 | -2.157 |
| Financieel resultaat | -27.472 | -17.476 | ||
| XXIV. | Aandeel in het resultaat van geassocieerde vennootschappen en joint-ventures | 59 | 1.134 | 0 |
| Resultaat voor belastingen | 141.442 | 75.262 | ||
| XXV. | Vennootschapsbelasting | 24 | -10.136 | -6.066 |
| XXVI. | Exit taks | 25 | -578 | 2.659 |
| Belastingen | -10.714 | -3.407 | ||
| Nettoresultaat | 130.728 | 71.855 | ||
| Toerekenbaar aan: | ||||
| Minderheidsbelangen | 7.231 | 0 | ||
| Aandeelhouders van de groep | 123.497 | 71.855 | ||
| Gewoon resultaat per aandeel (€) | 26 | 6,41 | 3,99 | |
| Verwaterd resultaat per aandeel (€) | 26 | 6,41 | 3,99 |
117
| (x 1.000 €) | 2018 | |
|---|---|---|
| I. Nettoresultaat |
130.728 | 71.855 |
| II. Gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten herbruikbaar in de resultatenrekening |
||
| A. Impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen |
0 | 0 |
| B. Variaties in het effectieve deel van de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten in een kasstroomdekking zoals gedefinieerd in IFRS |
-9.620 | -871 |
| D. Omrekeningsverschillen die voortvloeien uit de omrekening van een buitenlandse activiteit |
-4.093 | |
| H. Andere elementen van het globaal resultaat, na belasting |
-3.466 | 831 |
| Gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten | 71.815 | |
| Toerekenbaar aan: | ||
| Minderheidsbelangen | 7.231 | 0 |
| Aandeelhouders van de groep | 106.318 | 71.815 |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 2
| ACTIVA | Toelichtingen | 2019 | 2018 | |
|---|---|---|---|---|
| (x 1.000 €) | ||||
| I. | Vaste activa | |||
| A. | Goodwill | 27 | 0 | 1.856 |
| B. | Immateriële vaste activa | 28 | 407 | 301 |
| C. | Vastgoedbeleggingen | 29 | 2.315.709 | 1.736.463 |
| D. | Andere materiële vaste activa | 31 | 1.326 | 2.569 |
| E. | Financiële vaste activa | 32 | 307 | 1.888 |
| F. | Vorderingen financiële leasing | 0 | 0 | |
| G. | Handelsvorderingen en andere vaste activa | 0 | 0 | |
| H. | Uitgestelde belastingen - activa | 54 | 0 | 0 |
| I. | Deelnemingen in geassocieerde vennootschappen en joint-ventures | 59 | 33.931 | 0 |
| Totaal vaste activa | 2.351.680 | 1.743.077 | ||
| II. | Vlottende activa | |||
| A. | Activa bestemd voor verkoop | 29 | 5.240 | 4.070 |
| B. | Financiële vlottende activa | 0 | 0 | |
| C. | Vorderingen financiële leasing | 0 | 0 | |
| D. Handelsvorderingen | 34 | 11.216 | 7.518 | |
| E. | Belastingvorderingen en andere vlottende activa | 35 | 1.257 | 446 |
| F. | Kas en kasequivalenten | 36 | 15.405 | 10.589 |
| G. | Overlopende rekeningen | 37 | 1.329 | 943 |
| Totaal vlottende activa | 34.447 | 23.566 | ||
| TOTAAL ACTIVA | 2.386.127 | 1.766.643 |
| EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN | Toelichtingen | 2019 | 2018 | |
|---|---|---|---|---|
| (x 1.000 €) | ||||
| EIGEN VERMOGEN | 38 | |||
| I. | Eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders van de moedervennootschap | |||
| A. | Kapitaal | 624.713 | 465.126 | |
| B. | Uitgiftepremies | 565.068 | 297.569 | |
| C. | Reserves | 116.271 | 107.097 | |
| a. Wettelijke reserve | 0 | 0 | ||
| b. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed | 171.274 | 153.582 | ||
| c. Reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen |
-40.977 | -37.953 | ||
| d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-24.960 | -16.436 | ||
| e. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-18.991 | -17.659 | ||
| f. Reserve voor het saldo van de wisselkoersverschillen op monetaire activa en passiva | -4.573 | 0 | ||
| g. Reserve voor omrekening van een buitenlandse activiteiten | -4.093 | 0 | ||
| h. Reserve voor eigen aandelen | 0 | 0 | ||
| k. Reserve voor fiscale latenties met betrekking tot vastgoed gelegen in het buitenland | -3.824 | -1.311 | ||
| m. Andere reserves | 796 | -1.957 | ||
| n. Overgedragen resultaten van vorige boekjaren | 41.619 | 28.831 | ||
| D. | Nettoresultaat van het boekjaar | 123.497 | 71.855 | |
| Totaal eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders van de moedervennootschap | 1.429.549 | 941.647 | ||
| II. | Minderheidsbelangen | 103 | 0 | |
| TOTAAL EIGEN VERMOGEN | 1.429.652 | 941.647 | ||
| VERPLICHTINGEN | ||||
| I. | Langlopende verplichtingen | |||
| A. | Voorzieningen | 39 | 0 | 0 |
| B. | Langlopende financiële schulden | 40 | 584.193 | 716.927 |
| a. Kredietinstellingen | 569.226 | 716.927 | ||
| c. Andere | 14.967 | 0 | ||
| C. | Andere langlopende financiële verplichtingen | 32 | 52.774 | 37.599 |
| a. Toegelaten afdekkingsinstrumenten | 48.170 | 33.210 | ||
| b. Andere | 4.604 | 4.389 | ||
| D. | Handelsschulden en andere langlopende schulden | 0 | 0 | |
| E. | Andere langlopende verplichtingen | 0 | 0 | |
| F. | Uitgestelde belastingen - verplichtingen | 54 | 11.848 | 6.211 |
| Totaal langlopende verplichtingen | 648.815 | 760.737 | ||
| II. | Kortlopende verplichtingen | |||
| A. | Voorzieningen | 39 | 0 | 0 |
| B. | Kortlopende financiële schulden | 40 | 272.317 | 22.830 |
| a. Kredietinstellingen | 172.317 | 22.830 | ||
| c. Andere | 100.000 | 0 | ||
| C. | Andere kortlopende financiële verplichtingen | 0 | 0 | |
| D. | Handelsschulden en andere kortlopende schulden | 41 | 27.044 | 37.303 |
| a. Exit taks | 3.106 | 8.818 | ||
| b. Andere | 23.938 | 28.485 | ||
| E. | Andere kortlopende verplichtingen | 0 | 0 | |
| F. | Overlopende rekeningen | 42 | 8.299 | 4.126 |
| Totaal kortlopende verplichtingen | 307.660 | 64.259 | ||
| TOTAAL VERPLICHTINGEN | 956.475 | 824.996 | ||
| TOTAAL EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN | 2.386.127 | 1.766.643 |
3 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 2
0 0
-9.620 -871
1.2 Overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten
A. Impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van
B. Variaties in het effectieve deel van de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten in een
II. Gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten herbruikbaar in de resultatenrekening
vastgoedbeleggingen
Toerekenbaar aan:
(x 1.000 €) I. Vaste activa
II. Vlottende activa
1.3 Geconsolideerde balans
kasstroomdekking zoals gedefinieerd in IFRS
(x 1.000 €) 2019 2018
I. Nettoresultaat 130.728 71.855
H. Andere elementen van het globaal resultaat, na belasting -3.466 831 Gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten 113.549 71.815
ACTIVA Toelichtingen 2019 2018
A. Goodwill 27 0 1.856 B. Immateriële vaste activa 28 407 301 C. Vastgoedbeleggingen 29 2.315.709 1.736.463 D. Andere materiële vaste activa 31 1.326 2.569 E. Financiële vaste activa 32 307 1.888 F. Vorderingen financiële leasing 0 0 G. Handelsvorderingen en andere vaste activa 0 0 H. Uitgestelde belastingen - activa 54 0 0 I. Deelnemingen in geassocieerde vennootschappen en joint-ventures 59 33.931 0 Totaal vaste activa 2.351.680 1.743.077
A. Activa bestemd voor verkoop 29 5.240 4.070 B. Financiële vlottende activa 0 0 C. Vorderingen financiële leasing 0 0 D. Handelsvorderingen 34 11.216 7.518 E. Belastingvorderingen en andere vlottende activa 35 1.257 446 F. Kas en kasequivalenten 36 15.405 10.589 G. Overlopende rekeningen 37 1.329 943 Totaal vlottende activa 34.447 23.566
TOTAAL ACTIVA 2.386.127 1.766.643
Minderheidsbelangen 7.231 0 Aandeelhouders van de groep 106.318 71.815
D. Omrekeningsverschillen die voortvloeien uit de omrekening van een buitenlandse activiteit -4.093
| (x 1.000 €) | Toelichtingen | 2019 | 2018 |
|---|---|---|---|
| KASSTROOM UIT DE BEDRIJFSACTIVITEITEN | |||
| Nettoresultaat | 123.497 | 71.855 | |
| Minderheidsbelangen | 7.231 | 0 | |
| Belastingen | 24 | 10.134 | 6.066 |
| Afschrijvingen | 651 | 804 | |
| Waardeverminderingen | 5 | 10 | 57 |
| Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen en van projectontwikkelingen (+/-) | 20 | -63.317 | -15.018 |
| Gerealiseerde nettomeerwaarden | 18 | -7.322 | -789 |
| Financieel resultaat | 27.472 | 17.475 | |
| Depreciatie van goodwill | 0 | 335 | |
| Variaties in de reële waarde van deelnemingen verwerkt via vermogensmutatie | 59 | -1.134 | 0 |
| Variaties in handelsvorderingen (+/-) | -4.297 | -856 | |
| Variaties in belastingvorderingen en andere vlottende activa (+/-) | -1.073 | 1.233 | |
| Variaties in overlopende rekeningen (activa) (+/-) | -717 | -58 | |
| Variaties in handelsschulden en andere kortlopende schulden (behalve exit taks) (+/-) | -7.095 | 5.955 | |
| Variaties in overlopende rekeningen (passiva) (+/-) | 5.612 | -792 | |
| Kasstroom uit de bedrijfsactiviteiten | 89.652 | 86.267 | |
| Betaalde belastingen | -894 | -1.275 | |
| Nettokasstroom uit de bedrijfsactiviteiten | 88.758 | 84.992 | |
| KASSTROOM UIT DE INVESTERINGSACTIVITEITEN | |||
| Aanschaffingen van immateriële vaste activa | -62 | -201 | |
| Aanschaffingen van vastgoedvennootschappen en vastgoedbeleggingen in exploitatie | -654.405 | -115.911 | |
| Aanschaffingen van materiële vaste activa | 549 | -1.591 | |
| Aanschaffingen van projectontwikkelingen | -109.508 | -57.349 | |
| Verkoop van vastgoedbeleggingen | 65.297 | 15.517 | |
| Nettovariatie van niet-vlottende vorderingen | -247 | 56 | |
| Netto-investeringen in overige vaste activa | 96.325 | 0 | |
| Nettokasstroom uit de investeringsactiviteiten | -602.051 | -159.479 | |
| KASSTROOM UIT DE FINANCIERINGSACTIVITEITEN Kapitaalverhoging, na aftrek van de kosten° |
408.702 | 0 | |
| Verkoop van eigen aandelen | 0 | 0 | |
| Dividend van het voorbije boekjaar | -28.119 | -34.478 | |
| Nettovariatie van bankkredietlijnen | 40 | 106.555 | 125.795 |
| Nettovariatie van de andere financiële verplichtingen | 99.493 | -1.092 | |
| Netto financiële elementen betaalde (-) / ontvangen (+) | -18.474 | -16.264 | |
| Terugbetaling van financiële schulden van verworven vennootschappen | -21.579 | -18.350 | |
| Terugbetaling van behoefte aan bedrijfskapitaal van verworven vennootschappen | -28.469 | 21.330 | |
| Nettokasstroom uit de financieringsactiviteiten | 518.109 | 76.941 | |
| TOTALE KASSTROOM VAN DE PERIODE | |||
| Totale kasstroom van de periode | 4.816 | 2.454 | |
| RECONCILIATIE MET DE BALANS | |||
| Kas- en kasequivalenten aan het begin van het boekjaar | 10.589 | 8.135 | |
| Totale kasstroom van de periode | 4.816 | 2.454 | |
| Kas- en kasequivalenten op het einde van het boekjaar | 36 | 15.405 | 10.589 |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 4
° Sommige soorten kapitaalverhogingen (inbrengen in natura, partiële splitsingen) leiden niet tot kasstromen.
5 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 4
1.4 Geconsolideerd kasstroomoverzicht
KASSTROOM UIT DE BEDRIJFSACTIVITEITEN
KASSTROOM UIT DE INVESTERINGSACTIVITEITEN
KASSTROOM UIT DE FINANCIERINGSACTIVITEITEN
TOTALE KASSTROOM VAN DE PERIODE
RECONCILIATIE MET DE BALANS
(x 1.000 €) Toelichtingen 2019 2018
Nettoresultaat 123.497 71.855 Minderheidsbelangen 7.231 0 Belastingen 24 10.134 6.066 Afschrijvingen 651 804 Waardeverminderingen 5 10 57 Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen en van projectontwikkelingen (+/-) 20 -63.317 -15.018 Gerealiseerde nettomeerwaarden 18 -7.322 -789 Financieel resultaat 27.472 17.475 Depreciatie van goodwill 0 335 Variaties in de reële waarde van deelnemingen verwerkt via vermogensmutatie 59 -1.134 0 Variaties in handelsvorderingen (+/-) -4.297 -856 Variaties in belastingvorderingen en andere vlottende activa (+/-) -1.073 1.233 Variaties in overlopende rekeningen (activa) (+/-) -717 -58 Variaties in handelsschulden en andere kortlopende schulden (behalve exit taks) (+/-) -7.095 5.955 Variaties in overlopende rekeningen (passiva) (+/-) 5.612 -792 Kasstroom uit de bedrijfsactiviteiten 89.652 86.267 Betaalde belastingen -894 -1.275 Nettokasstroom uit de bedrijfsactiviteiten 88.758 84.992
Aanschaffingen van immateriële vaste activa -62 -201 Aanschaffingen van vastgoedvennootschappen en vastgoedbeleggingen in exploitatie -654.405 -115.911 Aanschaffingen van materiële vaste activa 549 -1.591 Aanschaffingen van projectontwikkelingen -109.508 -57.349 Verkoop van vastgoedbeleggingen 65.297 15.517 Nettovariatie van niet-vlottende vorderingen -247 56 Netto-investeringen in overige vaste activa 96.325 0 Nettokasstroom uit de investeringsactiviteiten -602.051 -159.479
Kapitaalverhoging, na aftrek van de kosten° 408.702 0 Verkoop van eigen aandelen 0 0 Dividend van het voorbije boekjaar -28.119 -34.478 Nettovariatie van bankkredietlijnen 40 106.555 125.795 Nettovariatie van de andere financiële verplichtingen 99.493 -1.092 Netto financiële elementen betaalde (-) / ontvangen (+) -18.474 -16.264 Terugbetaling van financiële schulden van verworven vennootschappen -21.579 -18.350 Terugbetaling van behoefte aan bedrijfskapitaal van verworven vennootschappen -28.469 21.330 Nettokasstroom uit de financieringsactiviteiten 518.109 76.941
Totale kasstroom van de periode 4.816 2.454
Kas- en kasequivalenten aan het begin van het boekjaar 10.589 8.135 Totale kasstroom van de periode 4.816 2.454 Kas- en kasequivalenten op het einde van het boekjaar 36 15.405 10.589
° Sommige soorten kapitaalverhogingen (inbrengen in natura, partiële splitsingen) leiden niet tot kasstromen.
| (x 1.000 €) | 2017 | Kapitaal verhoging in speciën |
Kapitaal verhoging in natura |
Verwerving / verkoop eigen aandelen |
Geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten |
Verwerking van het resultaat |
Andere overdrachten en af rondings verschil |
2018 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Kapitaal | 459.231 | 0 | 5.895 | 0 | 0 | 0 | 0 | 465.126 |
| Uitgiftepremies | 287.194 | 0 | 10.376 | 0 | 0 | 0 | -1 | 297.569 |
| Reserves | 78.256 | 0 | 0 | 0 | -40 | 28.880 | 1 | 107.097 |
| a. Wettelijke reserve | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| b. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed |
131.253 | 0 | 0 | 0 | 0 | 20.842 | 1.487 | 153.582 |
| c. Reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen |
-29.397 | 0 | 0 | 0 | 0 | -9.026 | 470 | -37.953 |
| d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-16.418 | 0 | 0 | 0 | -40 | 22 | 0 | -16.436 |
| e. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-23.712 | 0 | 0 | 0 | 0 | 6.053 | 0 | -17.659 |
| h. Reserve voor eigen aandelen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| k. Reserve voor fiscale latenties met betrekking tot vastgoed gelegen in het buitenland |
230 | 0 | 0 | 0 | 0 | -1.541 | 0 | -1.311 |
| m. Andere reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | -1.957 | -1.957 |
| n. Overgedragen resultaten van vorige boekjaren |
16.300 | 0 | 0 | 0 | 0 | 12.530 | 1 | 28.831 |
| Resultaat van het boekjaar | 63.358 | 0 | 0 | 0 | 71.855 | -63.358 | 0 | 71.855 |
| Totaal eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders van de moedervennootschap |
888.039 | 0 | 16.271 | 0 | 71.815 | -34.478 | 0 | 941.647 |
| Minderheidsbelangen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| TOTAAL EIGEN VERMOGEN | 888.039 | 0 | 16.271 | 0 | 71.815 | -34.478 | 0 | 941.647 |
121
| (x 1.000 €) | 2018 | Kapitaal verhoging in speciën |
Kapitaal verhoging in natura |
Verwerving / verkoop eigen aandelen |
Geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten |
Verwerking van het resultaat |
Andere overdrachten en af rondings verschil |
2019 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Kapitaal | 465.126 | 153.002 | 6.585 | 0 | 0 | 0 | 0 | 624.713 |
| Uitgiftepremies | 297.569 | 255.796 | 11.702 | 0 | 0 | 0 | 1 | 565.068 |
| Reserves | 107.097 | 0 | 0 | 0 | -17.179 | 26.354 | -1 | 116.271 |
| a. Wettelijke reserve | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| b. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed |
153.582 | 0 | 0 | 0 | 0 | 22.255 | -4.563 | 171.274 |
| c. Reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en - kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen |
-37.953 | 0 | 0 | 0 | 0 | -6.792 | 3.768 | -40.977 |
| d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-16.436 | 0 | 0 | 0 | -8.513 | -11 | 0 | -24.960 |
| e. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-17.659 | 0 | 0 | 0 | 0 | -1.332 | 0 | -18.991 |
| f. Reserve voor het saldo van de wisselkoersverschillen op monetaire activa en passiva |
0 | 0 | 0 | 0 | -4.573 | 0 | 0 | -4.573 |
| g. Reserve voor omrekening van een buitenlandse activiteiten |
0 | 0 | 0 | 0 | -4.093 | 0 | 0 | -4.093 |
| h. Reserve voor eigen | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| aandelen k. Reserve voor fiscale latenties met betrekking tot vastgoed gelegen in het buitenland |
-1.311 | 0 | 0 | 0 | 0 | -2.513 | 0 | -3.824 |
| m. Andere reserves | -1.957 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.957 | 796 | 796 |
| n. Overgedragen resultaten van vorige boekjaren |
28.831 | 0 | 0 | 0 | 0 | 12.790 | -2 | 41.619 |
| Resultaat van het boekjaar | 71.855 | 0 | 0 | 0 | 123.497 | -71.855 | 0 | 123.497 |
| Totaal eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders van de moedervennootschap |
941.647 | 408.798 | 18.287 | 0 | 106.318 | -45.501 | 0 | 1.429.549 |
| Minderheidsbelangen | 0 | 0 | 0 | 0 | 103 | 0 | 0 | 103 |
| TOTAAL EIGEN VERMOGEN | 941.647 | 408.798 | 18.287 | 0 | 106.421 | -45.501 | 0 | 1.429.652 |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 6
7 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 6
Andere overdrachten en afrondingsverschil
2019
Verwerking van het resultaat
(x 1.000 €) 2018 Kapitaal-
b. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed
c. Reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen
d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS
e. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS
f. Reserve voor het saldo van de wisselkoersverschillen op monetaire activa en passiva
g. Reserve voor omrekening van een buitenlandse
h. Reserve voor eigen
k. Reserve voor fiscale latenties met betrekking tot vastgoed gelegen in het
n. Overgedragen resultaten van vorige boekjaren
Totaal eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders van de moedervennootschap
activiteiten
aandelen
buitenland
verhoging in speciën
Kapitaalverhoging in natura
Kapitaal 465.126 153.002 6.585 0 0 0 0 624.713 Uitgiftepremies 297.569 255.796 11.702 0 0 0 1 565.068 Reserves 107.097 0 0 0 -17.179 26.354 -1 116.271 a. Wettelijke reserve 0 0 0 0 0 0 0 0
Verwerving / verkoop eigen aandelen
Geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en nietgerealiseerde resultaten
153.582 0 0 0 0 22.255 -4.563 171.274
-37.953 0 0 0 0 -6.792 3.768 -40.977
-16.436 0 0 0 -8.513 -11 0 -24.960
-17.659 0 0 0 0 -1.332 0 -18.991
0 0 0 0 -4.573 0 0 -4.573
0 0 0 0 -4.093 0 0 -4.093
0 0 0 0 0 0 0 0
-1.311 0 0 0 0 -2.513 0 -3.824
28.831 0 0 0 0 12.790 -2 41.619
941.647 408.798 18.287 0 106.318 -45.501 0 1.429.549
m. Andere reserves -1.957 0 0 0 0 1.957 796 796
Resultaat van het boekjaar 71.855 0 0 0 123.497 -71.855 0 123.497
Minderheidsbelangen 0 0 0 0 103 0 0 103 TOTAAL EIGEN VERMOGEN 941.647 408.798 18.287 0 106.421 -45.501 0 1.429.652 Aedifica NV (in het jaarverslag 'de Vennootschap' of 'de moedermaatschappij' genoemd) is een naamloze vennootschap die voor het statuut van openbare GVV naar Belgisch recht gekozen heeft (gereglementeerde vastgoedvennootschap). De Vennootschap is ingeschreven in het rechtspersonenregister (RPR) van Brussel onder het nummer 0877.248.501. De voornaamste aandeelhouders worden in toelichting 38 van dit jaarverslag opgesomd. De maatschappelijke zetel van de Vennootschap is op volgend adres gevestigd: Belliardstraat 40, B-1040 Brussel (telefoon: +32 (0)2 626 07 70).
De Aedifica-groep (in de jaarrekening 'de Groep' genoemd) bestaat uit de moedermaatschappij en haar dochterondernemingen. De dochtervennootschappen van de Aedifica-groep worden in toelichting 51 opgesomd.
Aedifica is een Belgische beursgenoteerde vennootschap die gespecialiseerd is in investeringen in Europees zorgvastgoed en in het bijzonder in huisvesting voor senioren met een zorgvraag. Aedifica heeft zich in de afgelopen jaren verankerd als referentie in de Europese beursgenoteerde vastgoedsector en heeft de ambitie om die positie de komende jaren verder uit te bouwen. Door te investeren in kwalitatieve zorggebouwen die recurrente en geïndexeerde huurinkomsten genereren en een meerwaardepotentieel bieden, wil Aedifica zijn aandeelhouders een zekere en duurzame vastgoedinvestering bieden met een aantrekkelijk rendement.
Het aandeel van Aedifica (AED) is sinds oktober 2006 genoteerd op Euronext Brussels (gereglementeerde markt).
Op 3 september 2019 heeft de raad van bestuur de geconsolideerde jaarrekening goedgekeurd voor publicatie. De aandeelhouders van Aedifica hebben de mogelijkheid om de geconsolideerde jaarrekening na publicatie te wijzigen op de jaarlijkse algemene vergadering van de aandeelhouders, die op 22 oktober 2019 zal plaatsvinden.
De geconsolideerde jaarrekening dekt de periode van 12 maanden afgesloten op 30 juni 2019. Ze is opgesteld volgens de 'International Financial Reporting Standards' ('IFRS') en de bijhorende 'International Financial Reporting Interpretations Committee' ('IFRIC') interpretaties gepubliceerd en van kracht op 30 juni 2019 die werden goedgekeurd door de Europese Unie ('EU').
Ze komen overeen met de normen en interpretaties gepubliceerd door de 'International Accounting Standards Board' ('IASB') die van kracht zijn op 30 juni 2019. De jaarrekening is ook opgesteld in overeenstemming met het koninklijk besluit van 13 juli 2014 met betrekking tot gereglementeerde vastgoedvennootschappen.
De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in euro en is in duizenden euro's voorgesteld.
De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met het principe van de historische kost met uitzondering van de volgende categorieën van activa en passiva die tegen reële waarde gewaardeerd zijn: vastgoedbeleggingen, vastgoedbeleggingen bestemd voor verkoop, financiële activa en passiva al dan niet bestemd voor indekking (in het bijzonder derivaten), verkoopopties toegestaan aan aandeelhouders zonder zeggenschap en deelnemingen in geassocieerde vennootschappen en joint-ventures.
De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld op basis van het toerekeningsbeginsel en op basis van de continuïteit van de bedrijfsactiviteiten in een voorzienbare tijdshorizon.
In het kader van de opstelling van haar geconsolideerde jaarrekening moet de Vennootschap bepaalde significante oordelen formuleren in toepassing van de boekhoudprincipes (zoals voornamelijk over de classificatie van huurcontracten, de identificatie van de bedrijfscombinaties en de berekening van de uitgestelde belastingen) en tot bepaalde schattingen overgaan (zoals voornamelijk in de herziening van de boekwaarde van de goodwill). Om deze hypotheses te formuleren mag het management zich baseren op zijn ervaring, de bijstand van derden (onder andere vastgoedexperts) en andere pertinente factoren. De reële resultaten kunnen verschillen van deze schattingen. Indien nodig worden deze laatste regelmatig herzien en bijgevolg gewijzigd.
De volgende nieuwe normen, nieuwe wijzigingen en nieuwe interpretaties zijn verplicht van toepassing voor de Groep sinds 1 juli 2018, maar hadden geen impact op de huidige geconsolideerde financiële staten:
123
IFRS 15 voorziet een uniek en allesomvattend model van principes die een entiteit moet toepassen voor de boekhoudkundige verwerking van opbrengsten die voortvloeien uit contracten met klanten. Bij de inwerkingtreding heeft deze nieuwe standaard zowel IAS 18 (met betrekking tot opbrengsten uit de verkoop van goederen en het leveren van diensten) als IAS 11 (met betrekking tot ontwikkelingsprojecten en de daarbij horende interpretaties) vervangen.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 8
IFRS 15 heeft geen materiële impact gehad op de statutaire of geconsolideerde jaarrekeningen van Aedifica, aangezien leaseovereenkomsten, die de voornaamste bron van opbrengsten van Aedifica vertegenwoordigen, buiten het toepassingsgebied van IFRS 15 vallen. De principes van IFRS 15 zijn evenwel van toepassing op de niet-leasecomponenten die kunnen vervat zijn in een leaseovereenkomst of in afzonderlijke overeenkomsten, zoals bijvoorbeeld onderhoudsgerelateerde diensten aangerekend aan de huurder. Rekening houdend met het feit dat dergelijke niet-leasecomponenten relatief beperkt zijn qua bedrag en doorgaans diensten betreffen die zowel onder IAS 18 als onder IFRS 15 over de tijd heen erkend worden, was er geen materiële impact op de geconsolideerde en statutaire jaarrekening.
De volgende nieuwe normen, nieuwe wijzigingen en nieuwe interpretaties zijn verplicht van toepassing voor de Groep sinds 1 juli 2018, maar hadden geen significante impact op de huidige geconsolideerde financiële staten:
IFRS 9 werd gepubliceerd door het IASB in juli 2014 en aangenomen door de Europese Unie in november 2016. IFRS 9 omvat bepalingen omtrent de classificatie en waardering van financiële activa en financiële verplichtingen, bijzondere waardeverminderingen van financiële activa alsook algemene bepalingen van hedge accounting. IFRS 9 vervangt grotendeels IAS 39 'Financiële Instrumenten: Opname en Waardering'.
Op basis van een analyse van Aedifica's situatie op 30 juni 2019 heeft IFRS 9 geen materiële impact gehad op de statutaire of geconsolideerde jaarrekeningen. Met betrekking tot de bijzondere waardeverminderingen van financiële activa gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs, inclusief handelsvorderingen, zal de initiële toepassing van het te verwachten kredietverliesmodel onder IFRS 9 resulteren in een vervroegde erkenning van kredietverliezen in vergelijking met het toegepaste verliesmodel onder IAS 39. Rekening houdend met het relatief beperkte bedrag van uitstaande handelsvorderingen, gecombineerd met een daaraan geassocieerd laag kredietrisico, was er geen materiële impact op de geconsolideerde jaarrekening.
Bepaalde nieuwe normen, wijzigingen en interpretaties van bestaande normen werden gepubliceerd, en zullen verplicht toepasbaar zijn op de boekjaren die op of na 1 juli 2019 beginnen. Die wijzigingen, die de Groep niet vervroegd heeft toegepast, zijn de volgende (situatie op 16 juli 2019):
IFRS 16 voorziet een globaal model voor de identificatie van lease-overeenkomsten en hun boekhoudkundige verwerking in de jaarrekening van zowel leasinggever als leasingnemer. Bij de inwerkingtreding heeft deze standaard IAS 17 'Lease-overeenkomsten' en de daarmee gepaard gaande interpretaties vervangen. IFRS 16 introduceert belangrijke wijzigingen met betrekking tot de boekhoudkundige verwerking van lease-overeenkomsten in hoofde van de leasingnemer, waarbij het onderscheid tussen operationele en financiële leases wegvalt en activa en verplichtingen erkend worden voor alle lease-overeenkomsten (behalve uitzonderingen voor korte-termijnleases of activa met een lage waarde). In tegenstelling tot de verwerking van lease-overeenkomsten door de lessee, behoudt IFRS 16 nagenoeg alle bepalingen uit IAS 17 'Lease-overeenkomsten' met betrekking tot de verwerking van lease-overeenkomsten door de leasinggever. Dat wil zeggen dat leasinggevers de lease-overeenkomsten moeten blijven classificeren als operationele of financiële lease-overeenkomsten.
Aangezien Aedifica nagenoeg uitsluitend optreedt als leasinggever, zal IFRS 16 geen materiële impact hebben op de geconsolideerde jaarrekeningen. In de beperkte gevallen waar Aedifica de leasingnemer is in lease-overeenkomsten geklasseerd als operationele leases onder IAS 17 en deze contracten niet tot de uitzonderingen zoals voorzien in IFRS 16 behoren (bv. huur van wagens, vastgoed gebruikt door de Groep, enz.), zal er een gebruiksrecht en bijhorende verplichting dienen erkend te worden in de statutaire en geconsolideerde jaarrekening. Het totale bedrag dat geactiveerd wordt als gevolg van de toepassing van IFRS 16, komt overeen met de netto reële waarde van de bedrijfswagens en het gebouw dat door de Groep als kantoor gebruikt wordt. De impact op de geconsolideerde balans op 30 juni 2019 zou 2,2 miljoen € bedragen. Die waarde zal lineair afgeschreven worden over de looptijd van de contracten. Een schuld die overeenstemt met de netto courante waarde zal daarvoor worden geboekt. Die schuld zal worden afgeschreven via de 'effectieverentemethode'.
De Groep bepaalt momenteel wat de gevolgen van de invoering van de hierboven vermelde wijzigingen zouden kunnen zijn.
De belangrijkste grondslagen toegepast in de voorbereiding van de geconsolideerde jaarrekening worden hieronder beschreven. Die grondslagen werden op constante wijze op alle voorgestelde boekjaren toegepast.
De nummering van de paragrafen hieronder is dezelfde als de rubrieken van de balans en de resultatenrekening.
9 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Alle entiteiten waarin Aedifica (rechtstreeks of onrechtstreeks) meer dan de helft van de stemrechten bezit of de controlebevoegdheid over de exploitatie heeft, worden als dochterondernemingen beschouwd en worden in de algemene consolidatie opgenomen. De algemene consolidatie omvat alle activa en passiva van de dochterondernemingen, evenals de opbrengsten en lasten. De minderheidsbelangen worden in een aparte rubriek van de balans en de resultatenrekening geboekt. In overeenstemming met IFRS 10 worden de dochterondernemingen in de consolidatie opgenomen zodra de controle is verworven en worden zij uit de consolidatie weggelaten zodra de controle wegvalt. Alle transacties, de rekeningensaldi, met inbegrip van de niet-gerealiseerde resultaten tussen vennootschappen van de Groep, worden uitgesloten.
De entiteiten waarin Aedifica (rechtstreeks of onrechtstreeks) niet beschikt over meer dan de helft van de stemrechten of de controlebevoegdheid over de exploitatie, maar waarop Aedifica gezamenlijke zeggenschap of een significante invloed heeft, worden beschouwdt als geassocieerde vennootschappen of joint-ventures en worden geconsolideerd volgens de vermogensmutatiemethode. De deelneming wordt initieel tegen kostprijs geboekt en wordt vervolgens aangepast rekening houdend met de veranderingen na de verwerving van het aandeel van de investeerder in het nettoactief van de betrokken entiteit.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 8
wijziging van de IAS-normen 16 en 38 'Verduidelijking van aanvaardbare afschrijvingsmethoden';
wijziging van de IAS-norm 27 'Toepassing van de equity-methode in de enkelvoudige jaarrekening';
wijziging van de IFRS-normen 10 en 12 en de IAS-norm 28 'Investment Entities: Applying the Consolidation Exception'; - wijziging van de IFRS-norm 11 'Administratieve verwerking van verwervingen van belangen in gezamenlijke bedrijfsactiviteiten';
IFRS 15 voorziet een uniek en allesomvattend model van principes die een entiteit moet toepassen voor de boekhoudkundige verwerking van opbrengsten die voortvloeien uit contracten met klanten. Bij de inwerkingtreding heeft deze nieuwe standaard zowel IAS 18 (met betrekking tot opbrengsten uit de verkoop van goederen en het leveren van diensten) als IAS 11 (met betrekking tot ontwikkelingsprojecten
IFRS 15 heeft geen materiële impact gehad op de statutaire of geconsolideerde jaarrekeningen van Aedifica, aangezien leaseovereenkomsten, die de voornaamste bron van opbrengsten van Aedifica vertegenwoordigen, buiten het toepassingsgebied van IFRS 15 vallen. De principes van IFRS 15 zijn evenwel van toepassing op de niet-leasecomponenten die kunnen vervat zijn in een leaseovereenkomst of in afzonderlijke overeenkomsten, zoals bijvoorbeeld onderhoudsgerelateerde diensten aangerekend aan de huurder. Rekening houdend met het feit dat dergelijke niet-leasecomponenten relatief beperkt zijn qua bedrag en doorgaans diensten betreffen die zowel onder IAS 18 als onder IFRS 15 over de tijd heen erkend worden, was er geen materiële impact op de geconsolideerde en statutaire
De volgende nieuwe normen, nieuwe wijzigingen en nieuwe interpretaties zijn verplicht van toepassing voor de Groep sinds 1 juli 2018, maar
IFRS 9 werd gepubliceerd door het IASB in juli 2014 en aangenomen door de Europese Unie in november 2016. IFRS 9 omvat bepalingen omtrent de classificatie en waardering van financiële activa en financiële verplichtingen, bijzondere waardeverminderingen van financiële activa alsook algemene bepalingen van hedge accounting. IFRS 9 vervangt grotendeels IAS 39 'Financiële Instrumenten: Opname en
Op basis van een analyse van Aedifica's situatie op 30 juni 2019 heeft IFRS 9 geen materiële impact gehad op de statutaire of geconsolideerde jaarrekeningen. Met betrekking tot de bijzondere waardeverminderingen van financiële activa gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs, inclusief handelsvorderingen, zal de initiële toepassing van het te verwachten kredietverliesmodel onder IFRS 9 resulteren in een vervroegde erkenning van kredietverliezen in vergelijking met het toegepaste verliesmodel onder IAS 39. Rekening houdend met het relatief beperkte bedrag van uitstaande handelsvorderingen, gecombineerd met een daaraan geassocieerd laag
hadden geen significante impact op de huidige geconsolideerde financiële staten:
kredietrisico, was er geen materiële impact op de geconsolideerde jaarrekening.
wijziging van de IFRS-norm 2 'Classificatie en waardering van op aandelen gebaseerde betalingstransacties';
wijziging van de IFRS-norm 4 'Toepassing van IFRS 9 Financiële instrumenten in combinatie met IFRS 4 Verzekeringscontracten';
nieuwe IFRS-norm 16 'Lease-overeenkomsten' (toepasbaar vanaf 1 januari 2019 en toegepast door de Groep vanaf 1 juli 2019):
leasinggevers de lease-overeenkomsten moeten blijven classificeren als operationele of financiële lease-overeenkomsten.
Bepaalde nieuwe normen, wijzigingen en interpretaties van bestaande normen werden gepubliceerd, en zullen verplicht toepasbaar zijn op de boekjaren die op of na 1 juli 2019 beginnen. Die wijzigingen, die de Groep niet vervroegd heeft toegepast, zijn de volgende (situatie op
IFRS 16 voorziet een globaal model voor de identificatie van lease-overeenkomsten en hun boekhoudkundige verwerking in de jaarrekening van zowel leasinggever als leasingnemer. Bij de inwerkingtreding heeft deze standaard IAS 17 'Lease-overeenkomsten' en de daarmee gepaard gaande interpretaties vervangen. IFRS 16 introduceert belangrijke wijzigingen met betrekking tot de boekhoudkundige verwerking van lease-overeenkomsten in hoofde van de leasingnemer, waarbij het onderscheid tussen operationele en financiële leases wegvalt en activa en verplichtingen erkend worden voor alle lease-overeenkomsten (behalve uitzonderingen voor korte-termijnleases of activa met een lage waarde). In tegenstelling tot de verwerking van lease-overeenkomsten door de lessee, behoudt IFRS 16 nagenoeg alle bepalingen uit IAS 17 'Lease-overeenkomsten' met betrekking tot de verwerking van lease-overeenkomsten door de leasinggever. Dat wil zeggen dat
Aangezien Aedifica nagenoeg uitsluitend optreedt als leasinggever, zal IFRS 16 geen materiële impact hebben op de geconsolideerde jaarrekeningen. In de beperkte gevallen waar Aedifica de leasingnemer is in lease-overeenkomsten geklasseerd als operationele leases onder IAS 17 en deze contracten niet tot de uitzonderingen zoals voorzien in IFRS 16 behoren (bv. huur van wagens, vastgoed gebruikt door de Groep, enz.), zal er een gebruiksrecht en bijhorende verplichting dienen erkend te worden in de statutaire en geconsolideerde jaarrekening. Het totale bedrag dat geactiveerd wordt als gevolg van de toepassing van IFRS 16, komt overeen met de netto reële waarde van de bedrijfswagens en het gebouw dat door de Groep als kantoor gebruikt wordt. De impact op de geconsolideerde balans op 30 juni 2019 zou 2,2 miljoen € bedragen. Die waarde zal lineair afgeschreven worden over de looptijd van de contracten. Een schuld die overeenstemt met de netto courante waarde zal daarvoor worden geboekt. Die schuld zal worden afgeschreven via de 'effectieve-
wijziging van de IAS-norm 40 'Herclassificaties van vastgoedbeleggingen';
verduidelijking van de IFRS-norm 15 'Opbrengsten van contacten met klanten'; - 'Annual improvements to IFRS Standards 2014-2016' gepubliceerd in december 2016; - nieuwe IFRIC-interpretatie 22 'Transacties in vreemde valuta en vooruitbetalingen'.
nieuwe IFRS-norm 15 'Opbrengsten uit contracten met klanten':
en de daarbij horende interpretaties) vervangen.
jaarrekening.
Waardering'.
16 juli 2019):
rentemethode'.
Aedifica is hoofdzakelijk actief in de eurozone. De euro is daarom de functionele munt van de Groep en de geconsolideerde jaarrekening. De functionele munt van de dochterondernemingen in het Verenigd Koninkrijk is GBP. Transacties in vreemde valuta worden omgerekend naar de desbetreffende functionele valuta van de groepsentiteiten tegen de wisselkoers die geldt op de transactiedatum. Wisselkoerswinsten en -verliezen die voortvloeien uit de afwikkeling van die transacties, of uit de omrekening van monetaire activa en passiva in vreemde valuta, worden geboekt in de resultatenrekening. Uitzonderingen op die regel zijn de leningen in vreemde valuta die investeringen in buitenlandse dochterondernemingen afdekken en leningen binnen de Groep die voldoen aan de definitie van een netto-investering in een buitenlandse activiteit. In zulke gevallen worden de wisselkoersverschillen in een afzonderlijke component van het eigen vermogen geboekt tot de verkoop van de investering.
Activa en passiva van de buitenlandse entiteiten worden omgerekend naar euro tegen de wisselkoersen die gelden op de balansdatum. De resultatenrekening wordt omgerekend tegen de gemiddelde wisselkoers over de periode of tegen de actuele koers voor belangrijke posten. De wisselkoersverschillen die daaruit voortvloeien, worden geboekt in andere gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten en worden opgenomen in de resultatenrekening van de Groep op het ogenblik van de verkoop van de activiteit.
De belangrijkste wisselkoersen die gebruikt werden om de bedragen in vreemde valuta om te rekenen tijdens het boekjaar 2018/2019, zijn de volgende: - balans: 1 € = 0,89655 £
Bedrijfscombinaties worden verwerkt door de overnamemethode toe te passen. Het surplus van de kostprijs van de bedrijfscombinatie ten opzichte van het belang van de overnemende partij in de netto reële waarde van de identificeerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen, opgenomen overeenkomstig IFRS 3, vormt een goodwill en wordt opgenomen als een actief. Indien dit surplus negatief is, wordt het onmiddellijk in de resultatenrekening opgenomen. Na de eerste opname wordt goodwill gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met eventuele gecumuleerde bijzondere waardeverminderingen.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 10
De immateriële vaste activa worden geactiveerd aan hun aanschaffingswaarde en afgeschreven volgens de lineaire methode tegen een jaarlijks percentage van 14,29% (7 jaar) à 33% (3 jaar).
Wanneer een onroerend goed onder bezwarende titel wordt verkregen, of door inbreng in natura van een gebouw tegen de uitgifte van nieuwe aandelen, via fusie door overneming van een vastgoedmaatschappij of via partiële splitsing, worden de aktekosten, de audit- en de bijstandskosten, de wederbeleggingsvergoedingen, de handlichtingskosten van de financieringen van de overgenomen vennootschappen en andere kosten verbonden aan de operatie, beschouwd als deel uitmakend van de aankoopprijs en worden zij geactiveerd.
De onroerende goederen in portefeuille, of die in de portefeuille worden opgenomen door aankoop onder bezwarende titel of door inbreng, worden door de onafhankelijke waarderingsdeskundigen tegen reële waarde gewaardeerd.
De reële waarde voor vastgoedbeleggingen in België wordt als volgt berekend:
1) wanneer de vastgoedexpert vindt dat het gebouw per appartement kan worden verkocht, wordt de reële waarde bepaald als de laagste waarde tussen de investeringswaarde per stuk / (1 + % van de mutatiekosten afhankelijk van het gewest waar het gebouw is gelegen) en de investeringswaarde / (1 + gemiddelde percentage van de transactiekosten zoals bepaald door de BE-REIT Association);
2) wanneer de vastgoedexpert vindt dat het gebouw niet per appartement kan worden verkocht, is de reële waarde gelijk aan de investeringswaarde / (1 + % van de mutatierechten afhankelijk van het gewest waar het gebouw is gelegen).
Het gemiddelde percentage van de transactiekosten zoals bepaald door de BE-REIT Association wordt jaarlijks herzien en indien nodig aangepast per drempel van 0,5%. De vastgoedexperten bevestigen dit gekozen aftrekpercentage in hun periodieke verslagen aan de aandeelhouders. Het bedraagt momenteel 2,5%.
De reële waarde voor vastgoedbeleggingen in het buitenland houdt rekening met aktekosten die lokaal toepasbaar zijn.
De mutatierechten bij een aankoop, evenals elke variatie in de reële waarde van de gebouwen in de loop van het boekjaar, worden rechtstreeks erkend in de resultatenrekening.
Indien, naar aanleiding van een in sectie I.C 1.1 ('Aanschaffingswaarde') hierboven vermelde transactie, uit de waardering van de onroerende goederen door de expert een reële waarde resulteert die verschilt van de aanschaffingswaarde, zoals bepaald in sectie I.C 1.1., wordt het verschil op lijn 'XVIII. Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen' van de resultatenrekening geboekt.
Werken aan Aedifica-gebouwen worden, naargelang hun aard, boekhoudkundig op twee verschillende manieren verwerkt. De uitgaven voor onderhouds- en herstellingswerken die geen bijkomende functionaliteit toevoegen of het comfortniveau van het gebouw niet verbeteren, worden in de courante kosten van het boekjaar geboekt, dat wil zeggen in mindering van het nettoresultaat uit de gewone bedrijfsvoering. De kosten in verband met twee soorten werken worden daarentegen geactiveerd:
a) zware renovaties: deze komen normaal om de 25 à 35 jaar voor en vergen een nagenoeg volledige reconstructie van het gebouw met, meestal, een hergebruik van de bestaande ruwbouw en de toepassing van de modernste bouwtechnieken. Na afloop van een dergelijke zware renovatie, kan het gebouw als nieuw worden beschouwd en wordt het ook zo in de voorstelling van de vastgoedportefeuille opgenomen.
b) inrichtingswerken: het gaat om occasionele werken die een functionaliteit aan het gebouw toevoegen of het comfortniveau aanzienlijk verbeteren en die een verhoging van de huur, en dus van de geschatte verhuurwaarde, mogelijk maken.
De kosten voor deze werken worden eveneens geactiveerd, omdat en in de mate dat de expert normaal de impact ervan op de waarde van het gebouw erkent. De kosten die kunnen worden geactiveerd, hebben betrekking op de materialen, de aannemingswerken, de technische studies en de erelonen van de architect (tot 30 juni 2006 werden enkel de externe architectkosten geactiveerd; sinds 1 juli 2006 worden de externe en de interne architectkosten geactiveerd). Indien deze waarde afwijkt van de reële waarde, wordt het verschil in de resultatenrekening geboekt (kosten).
Voor projecten die meer dan één jaar in beslag nemen, worden de tussentijdse interesten gekapitaliseerd.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 10
Bedrijfscombinaties worden verwerkt door de overnamemethode toe te passen. Het surplus van de kostprijs van de bedrijfscombinatie ten opzichte van het belang van de overnemende partij in de netto reële waarde van de identificeerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen, opgenomen overeenkomstig IFRS 3, vormt een goodwill en wordt opgenomen als een actief. Indien dit surplus negatief is, wordt het onmiddellijk in de resultatenrekening opgenomen. Na de eerste opname wordt goodwill gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met
De immateriële vaste activa worden geactiveerd aan hun aanschaffingswaarde en afgeschreven volgens de lineaire methode tegen een jaarlijks
Wanneer een onroerend goed onder bezwarende titel wordt verkregen, of door inbreng in natura van een gebouw tegen de uitgifte van nieuwe aandelen, via fusie door overneming van een vastgoedmaatschappij of via partiële splitsing, worden de aktekosten, de audit- en de bijstandskosten, de wederbeleggingsvergoedingen, de handlichtingskosten van de financieringen van de overgenomen vennootschappen en
De onroerende goederen in portefeuille, of die in de portefeuille worden opgenomen door aankoop onder bezwarende titel of door inbreng,
Het gemiddelde percentage van de transactiekosten zoals bepaald door de BE-REIT Association wordt jaarlijks herzien en indien nodig aangepast per drempel van 0,5%. De vastgoedexperten bevestigen dit gekozen aftrekpercentage in hun periodieke verslagen aan de
De mutatierechten bij een aankoop, evenals elke variatie in de reële waarde van de gebouwen in de loop van het boekjaar, worden rechtstreeks
Indien, naar aanleiding van een in sectie I.C 1.1 ('Aanschaffingswaarde') hierboven vermelde transactie, uit de waardering van de onroerende goederen door de expert een reële waarde resulteert die verschilt van de aanschaffingswaarde, zoals bepaald in sectie I.C 1.1., wordt het verschil
Werken aan Aedifica-gebouwen worden, naargelang hun aard, boekhoudkundig op twee verschillende manieren verwerkt. De uitgaven voor onderhouds- en herstellingswerken die geen bijkomende functionaliteit toevoegen of het comfortniveau van het gebouw niet verbeteren, worden in de courante kosten van het boekjaar geboekt, dat wil zeggen in mindering van het nettoresultaat uit de gewone bedrijfsvoering. De kosten in
a) zware renovaties: deze komen normaal om de 25 à 35 jaar voor en vergen een nagenoeg volledige reconstructie van het gebouw met, meestal, een hergebruik van de bestaande ruwbouw en de toepassing van de modernste bouwtechnieken. Na afloop van een dergelijke zware renovatie, kan het gebouw als nieuw worden beschouwd en wordt het ook zo in de voorstelling van de vastgoedportefeuille
b) inrichtingswerken: het gaat om occasionele werken die een functionaliteit aan het gebouw toevoegen of het comfortniveau aanzienlijk
1) wanneer de vastgoedexpert vindt dat het gebouw per appartement kan worden verkocht, wordt de reële waarde bepaald als de laagste waarde tussen de investeringswaarde per stuk / (1 + % van de mutatiekosten afhankelijk van het gewest waar het gebouw is gelegen) en de investeringswaarde / (1 + gemiddelde percentage van de transactiekosten zoals bepaald door de BE-REIT
2) wanneer de vastgoedexpert vindt dat het gebouw niet per appartement kan worden verkocht, is de reële waarde gelijk aan de
andere kosten verbonden aan de operatie, beschouwd als deel uitmakend van de aankoopprijs en worden zij geactiveerd.
investeringswaarde / (1 + % van de mutatierechten afhankelijk van het gewest waar het gebouw is gelegen).
De reële waarde voor vastgoedbeleggingen in het buitenland houdt rekening met aktekosten die lokaal toepasbaar zijn.
op lijn 'XVIII. Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen' van de resultatenrekening geboekt.
verbeteren en die een verhoging van de huur, en dus van de geschatte verhuurwaarde, mogelijk maken.
worden door de onafhankelijke waarderingsdeskundigen tegen reële waarde gewaardeerd.
De reële waarde voor vastgoedbeleggingen in België wordt als volgt berekend:
transactiekosten zoals bepaald door de BE-REIT Association); - gebouwen met een investeringswaarde lager dan 2,5 miljoen €:
I.A. Goodwill
I.B. Immateriële vaste activa
I.C. Vastgoedbeleggingen 1. Oorspronkelijke boeking 1.1. Aanschaffingswaarde
1.2. De reële waarde
Association);
erkend in de resultatenrekening.
opgenomen.
2. Boeking van de werken (latere uitgaven)
aandeelhouders. Het bedraagt momenteel 2,5%.
1.3. Verwerking van de verschillen bij de opname in portefeuille
verband met twee soorten werken worden daarentegen geactiveerd:
eventuele gecumuleerde bijzondere waardeverminderingen.
percentage van 14,29% (7 jaar) à 33% (3 jaar).
Overeenkomstig IAS 40 past Aedifica het model van de reële waarde toe en boekt dus geen afschrijvingen op de gebouwen, op de zakelijke rechten op gebouwen noch op de in financiële leasing aan de Vennootschap gegeven onroerende goederen.
11 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
De onroerende goederen van Aedifica of van een van de vastgoedmaatschappijen waarover de GVV de controle heeft, worden door de waarderingsdeskundigen gewaardeerd telkens wanneer Aedifica overgaat tot de uitgifte van aandelen, de opneming van de aandelen in de notering aanvraagt of ze anders dan op de beurs inkoopt. De uitgifte- of inkoopprijs wordt op deze waardering gebaseerd. Aedifica is niet gebonden door deze waardering, maar wanneer de waardering lager is dan de uitgifte- of inkoopprijs, moet de GVV de reden hiervan verantwoorden (in het kader van een bijzonder verslag).
Er is evenwel geen nieuwe waardering nodig wanneer aandelen worden uitgegeven binnen 4 maanden na de laatste waardering van de betrokken onroerende goederen en voor zover de waarderingsdeskundigen bevestigen dat de algemene economische situatie en de staat van deze onroerende goederen geen nieuwe waardering vereisen.
Aan het einde van elk van de eerste drie kwartalen van het boekjaar werkt de waarderingsdeskundige de berekening van de reële waarde bij op basis van de evolutie van de markt en de eigen kenmerken van de betrokken onroerende goederen. Deze actualisering wordt gebouw per gebouw uitgevoerd en heeft betrekking op het geheel van de portefeuille van de onroerende goederen van Aedifica of, eventueel, van een vastgoedmaatschappij waarover zij de controle heeft.
Aan het einde van elk boekjaar geeft een waarderingsdeskundige een nauwkeurige waardering van volgende elementen van de vaste activa:
Deze waarderingen zijn voor Aedifica dwingend wat de opstelling van de jaarrekening betreft. De boekwaarde van de onroerende goederen opgenomen in de jaarrekening komt dus overeen met de reële waarde waartegen die goederen door de waarderingsdeskundige van Aedifica werden gewaardeerd.
De variaties van de reële waarde van de onroerende goederen, zoals door de waarderingsdeskundige vastgesteld, worden uitgedrukt telkens wanneer de inventaris wordt opgemaakt. Zij worden in het resultaat op de portefeuille van het boekjaar geboekt.
Bij de realisatie van de vaste activa worden de gerealiseerde meerwaarden in het resultaat van het boekjaar geboekt onder de rubriek 'XVI. Resultaat verkoop vastgoedbeleggingen'.
Bij de herclassificatie van een vastgoedbelegging naar vastgoed voor eigen gebruik als materieel vast actief wordt de kostprijs gelijkgesteld aan de reële waarde op de datum van de herclassificatie. Indien de entiteit slechts een beperkt deel van het vastgoed zelf gebruikt, wordt dit geheel tegen reële waarde gewaardeerd als een vastgoedbelegging.
De onroerende goederen waaraan bouw, verbouwings- of uitbreidingswerken worden uitgevoerd en die als grondslag gebruikt worden voor projectontwikkelingen worden volgens de vordering der werken gewaardeerd tegen hun aanschaffingswaarde, met inbegrip van de registratierechten, niet-aftrekbare BTW alsook de indirecte kosten: tussentijdse interesten, bouwplaatsverzekering, erelonen van advocaten, architecten en andere kosten voor technisch advies en andere. Indien deze waarde verschillend is van de reële waarde die door de onafhankelijke waarderingsdeskundige wordt geschat, wordt het verschil op de resultatenrekening geboekt om de boekwaarde van de betreffende projectontwikkeling terug te brengen op zijn reële waarde. De kosten van de studiefase van de bouw, verbouwings- of uitbreidingswerken worden aan hun aanschaffingswaarde gewaardeerd.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 12
De materiële vaste activa die geen onroerende goederen zijn en waarvan de levensduur in de tijd is beperkt, worden geboekt tegen hun aanschaffingswaarde. De methode van waardering per bestanddeel is niet van toepassing (verwaarloosbare belangrijkheid). Men past een lineaire afschrijving toe, pro rata temporis. De restwaarden worden als verwaarloosbaar beschouwd en bijgevolg worden de afschrijvingen tegen 100% van de aanschaffingswaarde doorgevoerd.
Volgende percentages zijn van toepassing:
Veranderingen in de reële waarde van derivaten die voldoen aan de criteria voor hedge accounting volgens IAS 9 en die beschouwd worden als een indekking van toekomstige thesauriestromen (verbonden met een specifiek risico afkomstig van opgenomen activa of passiva, een vaste verbintenis, of een operatie die zeer waarschijnlijk zal plaatsvinden) en waarvan de dekking effectief is, worden onmiddellijk geboekt in het eigen vermogen (rubriek 'I.C.d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS') en elk niet effectief ingedekt deel wordt geboekt in de resultatenrekening.
De indekkingsinstrumenten die niet aan de criteria van IAS 9 voor de toepassing van hedge accounting voldoen, worden in de balans aan hun reële waarde opgenomen; de variatie van hun reële waarde wordt rechtstreeks in de resultatenrekening opgenomen.
De financiële activa bestemd voor verkoop worden gewaardeerd tegen de reële waarde (marktwaarde of, indien dit niet mogelijk is, de aanschaffingswaarde). De wijzigingen van de reële waarde worden geboekt onder de hierboven genoemde rubriek 'I.C.i. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van financiële activa beschikbaar voor verkoop'). Vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs.
Wanneer een gebouw buiten België wordt verworven en de netto-inkomsten derhalve onderworpen zijn aan een buitenlandse belasting op het resultaat, wordt een uitgestelde belasting op de latente meerwaarde geboekt op de balans (tijdelijk verschil tussen reële waarde en fiscale boekwaarde van het gebouw in kwestie).
De deelnemingen in geassocieerde vennootschappen en joint-ventures betreffen de deelnemingen van de Groep in ondernemingen waarover de Groep geen of slechts gezamenlijke zeggenschap heeft. Die deelnemingen in geassocieerde vennootschappen en joint-ventures worden gewaardeerd tegen reële waarde via de resultatenrekening en worden geconsolideerd via de vermogensmutatiemethode. Het gaat uitsluitend over Immobe NV.
De onroerende goederen die niet als strategisch worden beschouwd en die zullen worden verkocht, worden geboekt onder de rubriek II.A. Zij worden gewaardeerd tegen hun reële waarde, volgens IFRS 5.
Vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs. Bijzondere waardeverminderingen worden geboekt volgens de vereenvoudigde 'expected credit loss'-methode (ECL), in overeenstemming met IFRS 9.
De kosten opgelopen tijdens het boekjaar en geheel of gedeeltelijk toe te rekenen aan het volgende boekjaar, worden geboekt in de overlopende rekeningen op basis van een evenredigheidsregel. De inkomsten en fracties van inkomsten ontvangen in de loop van een of meerdere volgende boekjaren, maar die betrekking hebben op het betrokken boekjaar, worden voor het bedrag met betrekking tot het betrokken boekjaar geboekt.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 12
De onroerende goederen waaraan bouw, verbouwings- of uitbreidingswerken worden uitgevoerd en die als grondslag gebruikt worden voor projectontwikkelingen worden volgens de vordering der werken gewaardeerd tegen hun aanschaffingswaarde, met inbegrip van de registratierechten, niet-aftrekbare BTW alsook de indirecte kosten: tussentijdse interesten, bouwplaatsverzekering, erelonen van advocaten, architecten en andere kosten voor technisch advies en andere. Indien deze waarde verschillend is van de reële waarde die door de onafhankelijke waarderingsdeskundige wordt geschat, wordt het verschil op de resultatenrekening geboekt om de boekwaarde van de betreffende projectontwikkeling terug te brengen op zijn reële waarde. De kosten van de studiefase van de bouw, verbouwings- of
De materiële vaste activa die geen onroerende goederen zijn en waarvan de levensduur in de tijd is beperkt, worden geboekt tegen hun aanschaffingswaarde. De methode van waardering per bestanddeel is niet van toepassing (verwaarloosbare belangrijkheid). Men past een lineaire afschrijving toe, pro rata temporis. De restwaarden worden als verwaarloosbaar beschouwd en bijgevolg worden de afschrijvingen tegen
Veranderingen in de reële waarde van derivaten die voldoen aan de criteria voor hedge accounting volgens IAS 9 en die beschouwd worden als een indekking van toekomstige thesauriestromen (verbonden met een specifiek risico afkomstig van opgenomen activa of passiva, een vaste verbintenis, of een operatie die zeer waarschijnlijk zal plaatsvinden) en waarvan de dekking effectief is, worden onmiddellijk geboekt in het eigen vermogen (rubriek 'I.C.d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS') en elk niet effectief ingedekt deel wordt geboekt in de resultatenrekening.
De indekkingsinstrumenten die niet aan de criteria van IAS 9 voor de toepassing van hedge accounting voldoen, worden in de balans aan hun
De financiële activa bestemd voor verkoop worden gewaardeerd tegen de reële waarde (marktwaarde of, indien dit niet mogelijk is, de aanschaffingswaarde). De wijzigingen van de reële waarde worden geboekt onder de hierboven genoemde rubriek 'I.C.i. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van financiële activa beschikbaar voor verkoop'). Vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde
Wanneer een gebouw buiten België wordt verworven en de netto-inkomsten derhalve onderworpen zijn aan een buitenlandse belasting op het resultaat, wordt een uitgestelde belasting op de latente meerwaarde geboekt op de balans (tijdelijk verschil tussen reële waarde en fiscale
De deelnemingen in geassocieerde vennootschappen en joint-ventures betreffen de deelnemingen van de Groep in ondernemingen waarover de Groep geen of slechts gezamenlijke zeggenschap heeft. Die deelnemingen in geassocieerde vennootschappen en joint-ventures worden gewaardeerd tegen reële waarde via de resultatenrekening en worden geconsolideerd via de vermogensmutatiemethode. Het gaat uitsluitend
De onroerende goederen die niet als strategisch worden beschouwd en die zullen worden verkocht, worden geboekt onder de rubriek II.A.
Vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs. Bijzondere waardeverminderingen worden geboekt volgens de
De kosten opgelopen tijdens het boekjaar en geheel of gedeeltelijk toe te rekenen aan het volgende boekjaar, worden geboekt in de overlopende rekeningen op basis van een evenredigheidsregel. De inkomsten en fracties van inkomsten ontvangen in de loop van een of meerdere volgende boekjaren, maar die betrekking hebben op het betrokken boekjaar, worden voor het bedrag met betrekking tot het betrokken boekjaar geboekt.
reële waarde opgenomen; de variatie van hun reële waarde wordt rechtstreeks in de resultatenrekening opgenomen.
6. Projectontwikkelingen
I.D. Andere materiële vaste activa
2. Andere financiële vaste activa
I.H. Activa van uitgestelde belastingen
boekwaarde van het gebouw in kwestie).
II.A. Activa bestemd voor verkoop
II.G. Overlopende rekeningen in de actiefzijde
I.I. Deelnemingen in geassocieerde vennootschappen en joint-ventures
Zij worden gewaardeerd tegen hun reële waarde, volgens IFRS 5.
vereenvoudigde 'expected credit loss'-methode (ECL), in overeenstemming met IFRS 9.
kostprijs.
over Immobe NV.
II.C/D/E. Vorderingen
I.E. Financiële vaste activa 1. Indekkingsinstrumenten
100% van de aanschaffingswaarde doorgevoerd.
Volgende percentages zijn van toepassing: - installaties, machines en uitrusting: 20%;
uitbreidingswerken worden aan hun aanschaffingswaarde gewaardeerd.
Een voorziening wordt geboekt in de balans wanneer de Groep een in rechte afdwingbare verplichting of feitelijke verplichting heeft naar aanleiding van een gebeurtenis uit het verleden, en waarbij het zeer waarschijnlijk is dat er een uitgaande kasstroom vereist zal zijn om aan de verplichting te voldoen. Voorzieningen worden bepaald door de verwachte toekomstige kasstromen aan de marktrente te actualiseren en zullen desgevallend het specifieke risico gelinkt aan de verplichting weerspiegelen.
13 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
De Vennootschap kan zich ertoe verbinden de belangen zonder zeggenschap in dochtervennootschappen in handen van derden over te nemen indien deze laatste hun verkoopopties zouden uitoefenen. De uitoefenprijs van zulke opties toegestaan aan aandeelhouders zonder zeggenschap wordt opgenomen op de lijn 'I.C.b. Andere langlopende financiële verplichtingen – Andere'.
Wanneer een gebouw buiten België wordt verworven en de netto-inkomsten derhalve onderworpen zijn aan een buitenlandse belasting op het resultaat, wordt een uitgestelde belasting op de latente meerwaarde geboekt op de balans (tijdelijk verschil tussen reële waarde en fiscale boekwaarde van het gebouw in kwestie).
De schulden worden uitgedrukt tegen hun geamortiseerde kostprijs op de datum van afsluiting van het boekjaar. De schulden in vreemde valuta worden bij de afsluiting op de balansdatum in euro omgezet. Wisselkoerswinsten of -verliezen bij de herwaardering van schulden in vreemde valuta worden geboekt in de resultatenrekening, met uitzondering van de wisselkoerswinsten en -verliezen met betrekking tot een indekking van een buitenlandse netto-investering, die rechtstreeks in de gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten geboekt worden.
De schadevergoedingen die door een huurder worden gestort wegens het verbreken van zijn huurcontract, worden in resultaat genomen op het ogenblik van de effectieve inning.
Het is de bedoeling van de rubrieken I tot XV om het operationeel resultaat weer te geven zoals dit is gerealiseerd door het beheer van de portefeuille van verhuurde goederen, met inbegrip van de algemene kosten van de venootschap.
Alle huurovereenkomsten van Aedifica zijn operationele leases waarbij Aedifica de verhuurder is. De leasebaten zijn op tijdsevenredige basis opgenomen over de leaseperiode, in overeenstemming met IAS 17.
Het is de bedoeling van de rubrieken XVI tot XVIII om alle transacties en boekhoudkundige verrichtingen met betrekking tot de waarde van de portefeuille in de resultatenrekening weer te geven:
De winst of het verlies op de verkoop van een vastgoedbelegging is het verschil tussen de opbrengsten van de verkoop, verminderd met de transactiekosten, en de laatst gerapporteerde reële waarde van het verkochte vastgoed. Het resultaat wordt gerealiseerd op het moment van de overdracht van de risico's en voordelen.
In principe zijn de mutatierechten ten laste van de koper van het gebouw, behalve bij een 'acte en main'-transactie. In dat geval zijn de mutatierechten ten laste van de verkoper en worden zij afgetrokken van de koopprijs en bijgevolg ook van de gerealiseerde meerwaarde.
Om de effectief gerealiseerde meer- of minwaarde te berekenen, moeten de mutatierechten bij een verkoop niet worden afgetrokken van het verschil tussen de bekomen prijs en de boekwaarde van de gebouwen. De mutatierechten worden immers reeds in de resultatenrekening opgenomen op het moment van de acquisitie.
De raad van bestuur waardeert de verbintenissen en verhalen tegen de nominale waarde van de juridische verbintenis zoals die in het contract voorkomt; bij gebrek aan nominale waarde of voor de grensgevallen, worden zij pro memoria vermeld.
De contracten die Aedifica heeft afgesloten in het kader van de groepsverzekering zijn van het type 'toegezegde bijdrage'. Deze contracten zijn in toelichting 39 geanalyseerd.
De volgende operationele segmenten werden geïdentificeerd in toepassing van de IFRS-norm 8:
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 14
Die segmentatie is consistent met de organisatorische structuur van de Groep en de interne rapportering bestemd voor de hoogst geplaatste functionaris die belangrijke operationele beslissingen neemt, zoals gedefinieerd door IFRS 8. De boekhoudkundige methoden in toelichting 2 worden gebruikt voor de interne rapportering, en dus ook voor de segmentaire rapportering hieronder.
Alle opbrengsten zijn afkomstig van externe klanten verspreid over heel Europa, waaronder België (66.186 k€), Duitsland (21.354 k€), Nederland (15.800 k€) en het Verenigd Koninkrijk (15.073 k€). Alle vaste activa zijn gelegen in Europa, waaronder België (1.033.748 k€), Duitsland (406.160 k€), Nederland (354.080 k€) en het Verenigd Koninkrijk (526.960 k€). In 2017/2018 waren alle opbrengsten afkomstig van externe klanten verspreid over heel Europa, waaronder België (65.968 k€), Duitsland (15.593 k€) en Nederland (10.298 k€). Alle vaste activa waren gelegen in Europa, waaronder België (1.089.751 k€), Duitsland (285.398 k€) en Nederland (243.050 k€).
Elke groep van entiteiten die onder een gezamenlijke controle staan, worden als eenzelfde klant beschouwd volgens de IFRS-norm 8. De opbrengsten afkomstig van transacties met deze klanten moeten gemeld worden indien ze 10% van de omzet overschrijden. Dit betreft:
De vermelde huren vertegenwoordigen de omzet van de Vennootschap over het boekjaar en verschillen van de contractuele huurgelden (die de situatie voorstellen op het tijdstip van afsluiting van een boekjaar) op basis waarvan de analyses in het vastgoedverslag van het huidige jaarlijks financieel verslag uitgevoerd zijn.
15 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 14
Toelichting 3: Operationele segmenten
net rendement opleveren (wat de lage beheerkosten verklaart);
De volgende operationele segmenten werden geïdentificeerd in toepassing van de IFRS-norm 8:
worden gebruikt voor de interne rapportering, en dus ook voor de segmentaire rapportering hieronder.
gelegen in Europa, waaronder België (1.089.751 k€), Duitsland (285.398 k€) en Nederland (243.050 k€).
(2017/2018: 18%), die voorgesteld worden in het segment 'zorgvastgoed';
zorgvastgoed: het betreft hoofdzakelijk rusthuizen en serviceflatgebouwen, met huurovereenkomsten op lange termijn die vaak een triple
appartementsgebouwen: het betreft in steden gelegen appartementsgebouwen die worden verhuurd. Gelijkvloerse handelspanden en
Die segmentatie is consistent met de organisatorische structuur van de Groep en de interne rapportering bestemd voor de hoogst geplaatste functionaris die belangrijke operationele beslissingen neemt, zoals gedefinieerd door IFRS 8. De boekhoudkundige methoden in toelichting 2
Alle opbrengsten zijn afkomstig van externe klanten verspreid over heel Europa, waaronder België (66.186 k€), Duitsland (21.354 k€), Nederland (15.800 k€) en het Verenigd Koninkrijk (15.073 k€). Alle vaste activa zijn gelegen in Europa, waaronder België (1.033.748 k€), Duitsland (406.160 k€), Nederland (354.080 k€) en het Verenigd Koninkrijk (526.960 k€). In 2017/2018 waren alle opbrengsten afkomstig van externe klanten verspreid over heel Europa, waaronder België (65.968 k€), Duitsland (15.593 k€) en Nederland (10.298 k€). Alle vaste activa waren
Elke groep van entiteiten die onder een gezamenlijke controle staan, worden als eenzelfde klant beschouwd volgens de IFRS-norm 8. De opbrengsten afkomstig van transacties met deze klanten moeten gemeld worden indien ze 10% van de omzet overschrijden. Dit betreft: - de 28 gebouwen die verhuurd worden aan juridische entiteiten die gecontroleerd worden door Senior Living Group (een dochtervennootschap van de Korian-groep), waarvan de huren 15% van de totale huurinkomsten van het boekjaar 2018/2019 voorstellen
De vermelde huren vertegenwoordigen de omzet van de Vennootschap over het boekjaar en verschillen van de contractuele huurgelden (die de situatie voorstellen op het tijdstip van afsluiting van een boekjaar) op basis waarvan de analyses in het vastgoedverslag van het huidige jaarlijks
kantoorruimten zijn in de cijfers begrepen; ze worden als extra rendement beschouwd voor de residentiële ruimten;
Toelichting 3.1: Voor te stellen segmenten
'zorgvastgoed'.
financieel verslag uitgevoerd zijn.
| Boekjaar afgesloten op 30 juni (x 1.000 €) | 2018 | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Zorgvastgoed | Appartements gebouwen |
Hotels | Niet toewijsbaar |
Transacties tussen segmenten° |
TOTAAL | ||
| SECTORAAL RESULTAAT | |||||||
| I. | Huurinkomsten | 76.454 | 10.489 | 4.916 | 0 | -182 | 91.677 |
| II. | Terugnemingen overgedragen en verdisconteerde huren | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| III. | Met verhuur verbonden kosten | -8 | -60 | -12 | 0 | 0 | -80 |
| Nettohuurresultaat | 76.446 | 10.429 | 4.904 | 0 | -182 | 91.597 | |
| IV. | Recuperatie van vastgoedkosten | 0 | 83 | 1 | 0 | 0 | 84 |
| V. | Recuperatie van huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen |
1.285 | 1.157 | 27 | 0 | 0 | 2.469 |
| VI. | Kosten van de huurders en gedragen door de eigenaar op huurschade en wederinstaatstelling op het einde van de huur |
0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| VII. | Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen |
-1.285 | -1.157 | -27 | 0 | 0 | -2.469 |
| VIII. | Andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven | -97 | -907 | 19 | 0 | 0 | -985 |
| Vastgoedresultaat | 76.349 | 9.605 | 4.924 | 0 | -182 | 90.696 | |
| IX. | Technische kosten | -400 | -951 | -28 | 0 | 0 | -1.379 |
| X. | Commerciële kosten | -13 | -539 | 0 | 0 | 0 | -552 |
| XI. | Kosten en taksen van niet-verhuurde goederen | 5 | -142 | 1 | 0 | 0 | -136 |
| XII. | Beheerkosten vastgoed | -658 | -613 | -2 | 0 | 0 | -1.273 |
| XIII. | Andere vastgoedkosten | -226 | -1.039 | -16 | 0 | 0 | -1.281 |
| Vastgoedkosten | -1.292 | -3.284 | -45 | 0 | 0 | -4.621 | |
| Operationeel vastgoedresultaat | 75.057 | 6.321 | 4.879 | 0 | -182 | 86.075 | |
| XIV. | Algemene kosten van de vennootschap | -187 | -54 | -2 | -10.902 | 182 | -10.963 |
| XV. | Andere operationele opbrengsten en kosten | 53 | 28 | -32 | 2.114 | 0 | 2.163 |
| OPERATIONEEL RESULTAAT VOOR HET RESULTAAT OP DE PORTEFEUILLE |
74.923 | 6.295 | 4.845 | -8.788 | 0 | 77.275 | |
| ACTIVA VAN DE SEGMENTEN | |||||||
| Vastgoedbeleggingen in exploitatie | 1.426.736 | 206.938 | 67.606 | - | - | 1.701.280 | |
| Projectontwikkelingen | - | - | - | 35.183 | - | 35.183 | |
| Vastgoedbeleggingen | 1.736.463 | ||||||
| Activa bestemd voor verkoop | 4.070 | 0 | 0 | - | - | 4.070 | |
| Andere activa | - | - | - | 26.110 | - | 26.110 | |
| Totaal activa | 1.766.643 | ||||||
| SECTORALE AFSCHRIJVINGEN | 0 | -569 | 0 | -235 | 0 | -804 | |
| SECTORALE INVESTERINGEN | |||||||
| Vastgoedbeleggingen in exploitatie | 127.250 | 0 | 0 | - | - | 127.250 | |
| Projectontwikkelingen | - | - | - | 0 | - | 0 | |
| Vastgoedbeleggingen | 127.250 | 0 | 0 | 0 | 0 | 127.250 | |
| VASTGOEDBELEGGINGEN IN AANSCHAFFINGSWAARDE | 1.297.561 | 178.414 | 68.903 | - | - | 1.544.878 | |
| VARIATIES IN DE REËLE WAARDE VAN VASTGOEDBELEGGINGEN |
22.475 | 2.474 | 277 | -10.208 | 0 | 15.018 | |
| VERZEKERDE WAARDE | 1.340.428 | 189.405 | 86.397 | - | - | 1.616.230 | |
| BRUTORENDEMENT IN REËLE WAARDE | 5,7% | 5,1% | 6,3% | - | - | 5,7% |
° Voornamelijk eliminatie van de interne huur voor de kantoren van de vennootschap.
| Boekjaar afgesloten op 30 juni (x 1.000 €) | 2019 | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Zorgvastgoed | Appartements gebouwen |
Hotels | Niet toewijsbaar |
Transacties tussen |
TOTAAL | |||
| SECTORAAL RESULTAAT | segmenten° | |||||||
| I. | Huurinkomsten | 106.545 | 7.822 | 4.058 | 0 | -12 | 118.413 | |
| II. | Terugnemingen overgedragen en verdisconteerde huren | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
| III. | Met verhuur verbonden kosten | -25 | 14 | -30 | 0 | 0 | -41 | |
| Nettohuurresultaat | 106.520 | 7.836 | 4.028 | 0 | -12 | 118.372 | ||
| IV. | Recuperatie van vastgoedkosten | 0 | 59 | 0 | 0 | 0 | 59 | |
| V. | Recuperatie van huurlasten en belastingen normaal | 1.883 | 868 | 0 | 0 | 0 | 2.751 | |
| VI. | gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen Kosten van de huurders en gedragen door de eigenaar op huurschade en wederinstaatstelling op het einde van de huur |
0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | |
| VII. | Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de | -1.883 | -868 | 0 | 0 | 0 | -2.751 | |
| VIII. | huurder op verhuurde gebouwen Andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven |
-155 | -682 | 17 | 0 | 0 | -820 | |
| Vastgoedresultaat | 106.365 | 7.213 | 4.045 | 0 | -12 | 117.611 | ||
| IX. | Technische kosten | -374 | -685 | -18 | 0 | 0 | -1.077 | |
| X. | Commerciële kosten | -31 | -286 | 0 | 0 | 0 | -317 | |
| XI. | Kosten en taksen van niet-verhuurde goederen | 0 | -54 | -4 | 0 | 0 | -58 | |
| XII. | Beheerkosten vastgoed | -2.286 | -479 | 0 | 2 | 0 | -2.763 | |
| XIII. | Andere vastgoedkosten | -400 | -1.067 | -3 | 0 | 0 | -1.470 | |
| Vastgoedkosten | -3.091 | -2.571 | -25 | 2 | 0 | -5.685 | ||
| Operationeel vastgoedresultaat | 103.274 | 4.642 | 4.020 | 2 | -12 | 111.926 | ||
| XIV. | Algemene kosten van de vennootschap | -180 | -3 | -1 | -14.520 | 12 | -14.692 | |
| XV. | Andere operationele opbrengsten en kosten | -47 | 54 | -9 | -90 | 0 | -92 | |
| OPERATIONEEL RESULTAAT VOOR HET RESULTAAT OP | 103.047 | 4.693 | 4.010 | -14.608 | 0 | 97.142 | ||
| DE PORTEFEUILLE | ||||||||
| ACTIVA VAN DE SEGMENTEN | ||||||||
| Vastgoedbeleggingen in exploitatie | 2.264.504 | - | - | - | - | 2.264.504 | ||
| Projectontwikkelingen | 51.205 | - | - | - | - | 51.205 | ||
| Vastgoedbeleggingen | 2.315.709 | |||||||
| Activa bestemd voor verkoop | 5.240 | - | - | - | - | 5.240 | ||
| Andere activa | - | 33.931 | - | 31.247 | - | 65.178 | ||
| Totaal activa | 2.386.127 | |||||||
| SECTORALE AFSCHRIJVINGEN | - | -306 | - | -534 | - | -840 | ||
| SECTORALE INVESTERINGEN | ||||||||
| Vastgoedbeleggingen in exploitatie | 698.727 | - | - | - | - | 698.727 | ||
| Projectontwikkelingen | 13.424 | - | - | - | 13.424 | |||
| Vastgoedbeleggingen | 712.151 | - | - | - | - | 712.151 | ||
| VASTGOEDBELEGGINGEN IN AANSCHAFFINGSWAARDE | 2.313.361 | - | - | - | - | 2.313.361 | ||
| VARIATIES IN DE REËLE WAARDE VAN VASTGOEDBELEGGINGEN |
50.726 | 13.491 | -900 | - | - | 63.317 | ||
| VERZEKERDE WAARDE | 2.103.661 | - | - | - | - | 2.103.661 | ||
| BRUTORENDEMENT IN REËLE WAARDE | 5,9% | 0,0% | 0,0% | - | - | 5,9% | ||
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 16
° Voornamelijk eliminatie van de interne huur voor de kantoren van de vennootschap.
17 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 16
Transacties tussen segmenten°
TOTAAL
2.386.127
- 712.151
Hotels Niet toewijsbaar
1.883 868 0 0 0 2.751
-1.883 -868 0 0 0 -2.751
103.047 4.693 4.010 -14.608 0 97.142
-
50.726 13.491 -900 - - 63.317
-
0 0 0 0 0 0
Boekjaar afgesloten op 30 juni (x 1.000 €) 2019
SECTORAAL RESULTAAT
de huur
DE PORTEFEUILLE
ACTIVA VAN DE SEGMENTEN
SECTORALE INVESTERINGEN
VASTGOEDBELEGGINGEN
VARIATIES IN DE REËLE WAARDE VAN
V. Recuperatie van huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen
VI. Kosten van de huurders en gedragen door de eigenaar op huurschade en wederinstaatstelling op het einde van
VII. Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de
OPERATIONEEL RESULTAAT VOOR HET RESULTAAT OP
huurder op verhuurde gebouwen
Zorgvastgoed Appartements-
I. Huurinkomsten 106.545 7.822 4.058 0 -12 118.413 II. Terugnemingen overgedragen en verdisconteerde huren 0 0 0 0 0 0 III. Met verhuur verbonden kosten -25 14 -30 0 0 -41 Nettohuurresultaat 106.520 7.836 4.028 0 -12 118.372 IV. Recuperatie van vastgoedkosten 0 59 0 0 0 59
VIII. Andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven -155 -682 17 0 0 -820 Vastgoedresultaat 106.365 7.213 4.045 0 -12 117.611 IX. Technische kosten -374 -685 -18 0 0 -1.077 X. Commerciële kosten -31 -286 0 0 0 -317 XI. Kosten en taksen van niet-verhuurde goederen 0 -54 -4 0 0 -58 XII. Beheerkosten vastgoed -2.286 -479 0 2 0 -2.763 XIII. Andere vastgoedkosten -400 -1.067 -3 0 0 -1.470 Vastgoedkosten -3.091 -2.571 -25 2 0 -5.685 Operationeel vastgoedresultaat 103.274 4.642 4.020 2 -12 111.926 XIV. Algemene kosten van de vennootschap -180 -3 -1 -14.520 12 -14.692 XV. Andere operationele opbrengsten en kosten -47 54 -9 -90 0 -92
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 2.264.504 - - - - 2.264.504 Projectontwikkelingen 51.205 - - - - 51.205 Vastgoedbeleggingen 2.315.709 Activa bestemd voor verkoop 5.240 - - - - 5.240 Andere activa - 33.931 - 31.247 - 65.178 Totaal activa
SECTORALE AFSCHRIJVINGEN - -306 - -534 - -840
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 698.727 - - - - 698.727 Projectontwikkelingen 13.424 - - - 13.424
VASTGOEDBELEGGINGEN IN AANSCHAFFINGSWAARDE 2.313.361 - - - - 2.313.361
VERZEKERDE WAARDE 2.103.661 - - - - 2.103.661
BRUTORENDEMENT IN REËLE WAARDE 5,9% 0,0% 0,0% - - 5,9%
Vastgoedbeleggingen 712.151 -
° Voornamelijk eliminatie van de interne huur voor de kantoren van de vennootschap.
gebouwen
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Huur | 118.353 | 91.600 |
| Gegarandeerde inkomsten | 0 | 0 |
| Huurkortingen | -10 | -3 |
| Vergoedingen voor vroegtijdig verbroken huurcontracten | 70 | 80 |
| TOTAAL | 118.413 | 91.677 |
Alle verhuringen van gebouwen zijn operationele leases.
De stijging van de huurinkomsten vloeit voort uit de groei van de portefeuille tijdens het boekjaar 2018/2019.
Het door IAS 17 vereiste overzicht van toekomstige minimale leasebetalingen onder niet-opzegbare operationele leases (per vervaldag) wordt geschat op basis van de volgende hypotheses (die zeer voorzichtig zijn):
Het overzicht van toekomstige minimale leasebetalingen onder niet-opzegbare operationele leases is het volgende:
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Op hoogstens één jaar | 134.811 | 88.437 |
| Op meer dan één jaar en minder dan vijf jaar | 535.482 | 342.883 |
| Op meer dan vijf jaar | 2.226.806 | 1.454.681 |
| TOTAAL | 2.897.099 | 1.886.001 |
De huurinkomsten bevatten voorwaardelijke leasebetalingen ten bedrage van 122 k€ (30 juni 2018: 124 k€).
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Te betalen huur op gehuurde activa | -5 | -23 |
| Waardeverminderingen op handelsvorderingen | -36 | -57 |
| TOTAAL | -41 | -80 |
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Verkregen vergoedingen op huurschade | 59 | 84 |
| TOTAAL | 59 | 84 |
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Doorrekening van huurlasten gedragen door de eigenaar | 1.150 | 1.443 |
| Doorrekening van voorheffingen en belastingen op verhuurde gebouwen | 1.601 | 1.026 |
| TOTAAL | 2.751 | 2.469 |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 18
Aedifica heeft geen materiële bedragen ten laste genomen met betrekking tot huurschade en wederinstaatstelling op het einde van de huur die een specifieke vermelding vereisen.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Huurlasten gedragen door de eigenaar | -1.150 | -1.443 |
| Voorheffingen en belastingen op verhuurde gebouwen | -1.601 | -1.026 |
| TOTAAL | -2.751 | -2.469 |
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Reiniging | -275 | -280 |
| Energie | -233 | -194 |
| Afschrijving van meubelen | -304 | -526 |
| Personeelskosten | -137 | -186 |
| Andere | 129 | 201 |
| TOTAAL | -820 | -985 |
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Recurrente technische kosten | ||
| Herstellingen | -172 | -282 |
| Verzekeringspremies | -90 | -110 |
| Personeelskosten | -486 | -583 |
| Onderhoud | -165 | -185 |
| Erelonen experts | -164 | -219 |
| TOTAAL | -1.077 | -1.379 |
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Makelaarscommissies | -137 | -313 |
| Publiciteit | -120 | -142 |
| Erelonen van advocaten en juridische kosten | -2 | -14 |
| Andere | -58 | -83 |
| TOTAAL | -317 | -552 |
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Kosten | -58 | -136 |
| TOTAAL | -58 | -136 |
19 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 18
Toelichting 8: Kosten van de huurders en gedragen door de eigenaar op huurschade en
Aedifica heeft geen materiële bedragen ten laste genomen met betrekking tot huurschade en wederinstaatstelling op het einde van de huur die
Toelichting 9: Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen
(x 1.000 €) 2019 2018
Huurlasten gedragen door de eigenaar -1.150 -1.443 Voorheffingen en belastingen op verhuurde gebouwen -1.601 -1.026 TOTAAL -2.751 -2.469
(x 1.000 €) 2019 2018
Reiniging -275 -280 Energie -233 -194 Afschrijving van meubelen -304 -526 Personeelskosten -137 -186 Andere 129 201 TOTAAL -820 -985
(x 1.000 €) 2019 2018
Herstellingen -172 -282 Verzekeringspremies -90 -110 Personeelskosten -486 -583 Onderhoud -165 -185 Erelonen experts -164 -219 TOTAAL -1.077 -1.379
(x 1.000 €) 2019 2018
Makelaarscommissies -137 -313 Publiciteit -120 -142 Erelonen van advocaten en juridische kosten -2 -14 Andere -58 -83 TOTAAL -317 -552
Toelichting 10: Andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven
wederinstaatstelling op het einde van de huur
een specifieke vermelding vereisen.
Toelichting 11: Technische kosten
Toelichting 12: Commerciële kosten
Recurrente technische kosten
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Externe beheervergoedingen | -1.201 | -146 |
| (Interne) beheerkosten van het patrimonium | -1.562 | -1.127 |
| TOTAAL | -2.763 | -1.273 |
In 2019 groeiden de externe beheervergoedingen voor het beheer van de portefeuille in het Verenigd Koninkrijk.
De (interne) beheerkosten groeiden samen met het patrimonium in Duitsland.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Onroerende voorheffing en andere taksen | -1.470 | -1.281 |
| TOTAAL | -1.470 | -1.281 |
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Advocaten/notarissen | -1.087 | -310 |
| Auditors | -588 | -254 |
| Vastgoedexperts | -702 | -759 |
| IT | -208 | -203 |
| Verzekeringen | -112 | -96 |
| Public relations, communicatie, marketing, reclame | -334 | -405 |
| Bestuurders en uitvoerend management | -3.327 | -2.933 |
| Personeelskosten | -2.934 | -2.418 |
| Afschrijvingen op andere vaste activa | -535 | -279 |
| Taksen | -943 | -890 |
| Andere | -3.922 | -2.416 |
| TOTAAL | -14.692 | -10.963 |
135
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Vergoedingen bij schadegevallen | 50 | 7 |
| Andere | -142 | 2.156 |
| TOTAAL | -92 | 2.163 |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 20
De andere operationele opbrengsten en kosten in 2018 omvatten niet-recurrente opbrengsten van 2,0 miljoen €. Die inkomsten komen voort uit een overeenkomst die met een uitbater was afgesloten rond de verkoop van zijn operationele activiteiten aan een andere uitbater.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Netto verkopen van de onroerende goederen (verkoopprijs - transactiekosten) | 169.003 | 15.517 |
| Boekwaarde van de verkochte onroerende goederen | -161.682 | -14.728 |
| TOTAAL | 7.321 | 789 |
De netto verkopen van de onroerende goederen tijdens het boekjaar 2018/2019 omvatten de verkoop van (i) de hotels, (ii) 75% van de aandelen van Immobe NV en (iii) 22 assistentiewoningen op de site Residentie Poortvelden.
Gedurende het vorige boekjaar en het huidige boekjaar heeft Aedifica geen enkel resultaat op de verkoop van andere niet-financiële activa geboekt.
Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen:
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Positieve variaties | 110.366 | 35.900 |
| Negatieve variaties | -47.049 | -20.882 |
| TOTAAL | 63.317 | 15.018 |
| bestaande uit: vastgoedbeleggingen in exploitatie | 76.382 | 25.226 |
| projectontwikkelingen | -13.065 | -10.208 |
Ander resultaat op de portefeuille:
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Depreciatie van goodwill | 0 | -335 |
| Andere | 0 | -9 |
| TOTAAL | 0 | -344 |
Tijdens het afgelopen boekjaar heeft de Groep geen waardevermindering geboekt op de goodwill.
21 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 20
Toelichting 17: Andere operationele opbrengsten en kosten
Toelichting 18: Resultaat verkoop vastgoedbeleggingen
van Immobe NV en (iii) 22 assistentiewoningen op de site Residentie Poortvelden.
geboekt.
portefeuille
Ander resultaat op de portefeuille:
Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen:
Toelichting 19: Resultaat verkoop andere niet-financiële activa
Tijdens het afgelopen boekjaar heeft de Groep geen waardevermindering geboekt op de goodwill.
(x 1.000 €) 2019 2018
Vergoedingen bij schadegevallen 50 7 Andere -142 2.156 TOTAAL -92 2.163
De andere operationele opbrengsten en kosten in 2018 omvatten niet-recurrente opbrengsten van 2,0 miljoen €. Die inkomsten komen voort uit
(x 1.000 €) 2019 2018
Netto verkopen van de onroerende goederen (verkoopprijs - transactiekosten) 169.003 15.517 Boekwaarde van de verkochte onroerende goederen -161.682 -14.728 TOTAAL 7.321 789
De netto verkopen van de onroerende goederen tijdens het boekjaar 2018/2019 omvatten de verkoop van (i) de hotels, (ii) 75% van de aandelen
Gedurende het vorige boekjaar en het huidige boekjaar heeft Aedifica geen enkel resultaat op de verkoop van andere niet-financiële activa
Toelichting 20: Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen en ander resultaat op de
(x 1.000 €) 2019 2018
Positieve variaties 110.366 35.900 Negatieve variaties -47.049 -20.882 TOTAAL 63.317 15.018 bestaande uit: vastgoedbeleggingen in exploitatie 76.382 25.226
(x 1.000 €) 2019 2018
Depreciatie van goodwill 0 -335 Andere 0 -9 TOTAAL 0 -344
projectontwikkelingen -13.065 -10.208
een overeenkomst die met een uitbater was afgesloten rond de verkoop van zijn operationele activiteiten aan een andere uitbater.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Geïnde interesten | 28 | 15 |
| Andere | 126 | 539 |
| TOTAAL | 154 | 554 |
De financiële opbrengsten van 2018/2019 omvatten gerealiseerde- en niet-gerealiseerde wisselkoersverschillen voor een totaal van 0,1 miljoen €.
De financiële opbrengsten van 2017/2018 omvatten niet-recurrente opbrengsten van 0,5 miljoen €, die de vergoeding vertegenwoordigen die Aedifica ontving naar aanleiding van de inbreng in natura van 7 juni 2018, ter vergoeding van de toekenning van het volledige dividendrecht voor het boekjaar 2017/2018 aan de aandelen die die dag werden uitgegeven.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Nominale interestlasten op leningen | -11.180 | -9.209 |
| Kosten van toegelaten afdekkingsinstrumenten | ||
| Toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-1.925 | -2.362 |
| Toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-5.103 | -3.229 |
| Subtotaal | -7.028 | -5.591 |
| Inkomsten uit toegelaten afdekkingsinstrumenten | ||
| Toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
0 | 0 |
| Toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
0 | 0 |
| Subtotaal | 0 | 0 |
| Interesten vervat in de kost van de betrokken activa | 1.083 | 483 |
| Andere interestkosten | -68 | -4 |
| TOTAAL | -17.193 | -14.321 |
De kosten en inkomsten van financiële instrumenten aangehouden voor indekkingsdoeleinden zijn de door Aedifica betaalde of gekregen intereststromen met betrekking tot de derivaten die voorgesteld worden in toelichting 32 en geanalyseerd worden in toelichting 33. De variaties in reële waarde van deze derivaten worden voorgesteld in toelichting 47.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Bankkosten en andere commissies | -2.511 | -1.478 |
| Andere | -618 | -74 |
| TOTAAL | -3.129 | -1.552 |
De post 'Bankkosten en andere commissies' bevat 1.738 k€ aan commissies voor ongebruikte kredietlijnen (2018: 995 k€).
De toename in de post 'Andere' wordt verklaard door gerealiseerde en niet-gerealiseerde wisselkoersverschillen (-476 k€).
137
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Moedervennootschap | ||
| Resultaat voor belastingen | 93.665 | 65.288 |
| Resultaat vrijgesteld van belasting dankzij het GVV-regime | -93.665 | -65.288 |
| Belastbaar resultaat in België als gevolg van verworpen uitgaven | 293 | 382 |
| Belgische verschuldigde en verrekenbare belasting aan het tarief van 29,58% | -87 | -130 |
| Correctie Belgische verschuldigde en verrekenbare belasting van vorig boekjaar | 23 | -58 |
| Buitenlandse verschuldigde en verrekenbare belasting | -1.946 | -1.046 |
| Buitenlandse uitgestelde belastingen: herkomsten | 726 | 350 |
| Buitenlandse uitgestelde belastingen: afwikkelingen | -1.662 | -1.048 |
| Subtotaal | -2.946 | -1.932 |
| Dochterondernemingen | ||
| Belgische verschuldigde en verrekenbare belasting | -54 | -625 |
| Buitenlandse verschuldigde en verrekenbare belasting | -2.434 | -1.694 |
| Buitenlandse uitgestelde belastingen: herkomsten | 1.392 | 700 |
| Buitenlandse uitgestelde belastingen: afwikkelingen | -6.094 | -2.515 |
| Subtotaal | -7.190 | -4.134 |
| Vennootschapsbelasting | -10.136 | -6.066 |
| Exit taks | -578 | 2.659 |
| TOTAAL BELASTINGEN | -10.714 | -3.407 |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 22
De belastingen bestaan uit verschuldigde en verrekenbare belastingen en uitgestelde belastingen.
De verschuldigde en verrekenbare belastingen omvatten voornamelijk de Belgische belasting op de verworpen uitgaven van Aedifica (de GVV's genieten een specifiek fiscaal statuut, waardoor ze enkel belast worden op de verworpen uitgaven, zoals voornamelijk gewestbelastingen, wagenkosten, representatiekosten, sociale kosten, giften, enz.), de belasting op winst die in het buitenland werd behaald en de belasting op de winst van geconsolideerde dochterondernemingen.
De uitgestelde belastingen vloeien voort uit de boeking tegen hun reële waarde van gebouwen in het buitenland in overeenstemming met de IAS 40-norm. Deze uitgestelde belastingen (die geen kasstroom zijn, m.a.w. non-cash) zijn niet opgenomen in de EPRA Earnings* (zie toelichting 54).
De positieve variatie van de exit taks in 2018 was een gevolg van de daling van het toepasbare belastingspercentage van 16,995% naar 12,75%.
De bedragen met betrekking tot de exit taks zijn opgenomen en besproken in toelichting 24.
23 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Het resultaat per aandeel ('EPS' zoals vastgesteld door IAS 33) wordt als volgt berekend:
| 2019 | 2018 | |
|---|---|---|
| Nettoresultaat (aandeelhouders van de groep) (x 1.000 €) | 123.497 | 71.855 |
| Gewogen gemiddeld aantal aandelen in omloop voor de periode | 19.274.471 | 17.990.607 |
| Gewone EPS (in €) | 6,41 | 3,99 |
| Verwaterde EPS (in €) | 6,41 | 3,99 |
De EPRA Earnings* is een prestatiemaatstaf die niet gedefinieerd is door de IFRS-normen (zie toelichting 57). Aedifica maakt gebruik van dit begrip om aan de EPRA-aanbevelingen te voldoen en om de operationele en financiële prestaties te volgen. De EPRA Earnings* staat in het geval van Aedifica gelijk aan het nettoresultaat (aandeelhouders van de groep) na uitsluiting van de variaties van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen (aandeelhouder van de groep) (en de betreffende bewegingen van uitgestelde belastingen), van de indekkingsinstrumenten en het resultaat van de verkoop van vastgoedbeleggingen.
Het wordt als volgt berekend:
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 22
Toelichting 24: Vennootschapsbelasting
Moedervennootschap
Dochterondernemingen
winst van geconsolideerde dochterondernemingen.
toelichting 54).
Toelichting 25: Exit taks
(x 1.000 €) 2019 2018
Resultaat voor belastingen 93.665 65.288 Resultaat vrijgesteld van belasting dankzij het GVV-regime -93.665 -65.288 Belastbaar resultaat in België als gevolg van verworpen uitgaven 293 382 Belgische verschuldigde en verrekenbare belasting aan het tarief van 29,58% -87 -130 Correctie Belgische verschuldigde en verrekenbare belasting van vorig boekjaar 23 -58 Buitenlandse verschuldigde en verrekenbare belasting -1.946 -1.046 Buitenlandse uitgestelde belastingen: herkomsten 726 350 Buitenlandse uitgestelde belastingen: afwikkelingen -1.662 -1.048 Subtotaal -2.946 -1.932
Belgische verschuldigde en verrekenbare belasting -54 -625 Buitenlandse verschuldigde en verrekenbare belasting -2.434 -1.694 Buitenlandse uitgestelde belastingen: herkomsten 1.392 700 Buitenlandse uitgestelde belastingen: afwikkelingen -6.094 -2.515 Subtotaal -7.190 -4.134 Vennootschapsbelasting -10.136 -6.066 Exit taks -578 2.659 TOTAAL BELASTINGEN -10.714 -3.407
De verschuldigde en verrekenbare belastingen omvatten voornamelijk de Belgische belasting op de verworpen uitgaven van Aedifica (de GVV's genieten een specifiek fiscaal statuut, waardoor ze enkel belast worden op de verworpen uitgaven, zoals voornamelijk gewestbelastingen, wagenkosten, representatiekosten, sociale kosten, giften, enz.), de belasting op winst die in het buitenland werd behaald en de belasting op de
De uitgestelde belastingen vloeien voort uit de boeking tegen hun reële waarde van gebouwen in het buitenland in overeenstemming met de IAS 40-norm. Deze uitgestelde belastingen (die geen kasstroom zijn, m.a.w. non-cash) zijn niet opgenomen in de EPRA Earnings* (zie
De positieve variatie van de exit taks in 2018 was een gevolg van de daling van het toepasbare belastingspercentage van 16,995% naar 12,75%.
De belastingen bestaan uit verschuldigde en verrekenbare belastingen en uitgestelde belastingen.
De bedragen met betrekking tot de exit taks zijn opgenomen en besproken in toelichting 24.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Nettoresultaat (aandeelhouders van de groep) | 123.497 | 71.855 |
| Min: Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen (zie toelichting 20) | -63.317 | -15.018 |
| Min: Resultaat verkoop vastgoedbeleggingen (zie toelichting 18) | -7.321 | -789 |
| Min: Uitgestelde belastingen m.b.t. EPRA correcties (zie toelichting 25 en 54) | 6.216 | -146 |
| Min: Variaties in reële waarde van financiële activa en passiva (zie toelichting 47) | 7.304 | 2.157 |
| Min: Negative goodwill / depreciatie van goodwill (zie toelichting 20) | 0 | 344 |
| Plus : Aandeel in het resultaat van geassocieerde vennootschappen en joint-ventures m.b.t. EPRA correcties | -853 | 0 |
| Plus : Minderheidsbelangen m.b.t. EPRA correcties | 6.618 | 0 |
| Afrondingsverschil | 1 | 0 |
| EPRA Earnings* | 72.145 | 58.403 |
| Gewogen gemiddeld aantal aandelen in omloop voor de periode | 19.274.471 | 17.990.607 |
| EPRA Earnings* per aandeel (in €) | 3,74 | 3,25 |
De bereking volgens het model dat door EPRA wordt aanbevolen, bevindt zich in het EPRA-hoofdstuk van het jaarlijks financieel verslag.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Brutobedrag bij het begin van het boekjaar | 2.191 | 1.856 |
| Gecumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen bij het begin van het boekjaar | -335 | 0 |
| Boekwaarde bij het begin van het boekjaar | 1.856 | 1.856 |
| Toevoegingen / Overdracht | -1.856 | 335 |
| Bijzondere waardeverminderingsverliezen | 0 | -335 |
| BOEKWAARDE OP HET EINDE VAN HET BOEKJAAR | 0 | 1.856 |
| bestaande uit: brutowaarde | 335 | 2.191 |
| gecumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen | -335 | -335 |
Overeenkomstig de vereisten van IAS 36 'Bijzondere waardevermindering van activa' heeft de Groep voornamelijk de boekwaarde van de goodwill geanalyseerd.
De initiële goodwill ten bedrage van 1.856 k€ kwam voort uit de verwerving van de onderneming Ixelinvest, eigenaar van het Complex Opperstraat, waar Aedifica gemeubelde appartementen verhuurde. Naar aanleiding van de verkoop van 75% van de aandelen van Immobe NV, is Immobe nu geboekt volgens de vermogensmutatiemetode (zie toelichting 58). Die verandering van consolidatiemethode verklaart waarom de goodwill tijdens het boekjaar 2018/2019 uit de balans is verdwenen. De goodwill werd aan een waardetest onderworpen op de dag van de overdracht. Er werd geen waardvermindering geregistreerd.
De resterende goodwill van 335 k€ komt voort uit de verwerving van de onderneming Schloss Bensberg Management GmbH. Die goodwill werd op nul gebracht tijdens het boekjaar 2017/2018. De waardetest tijdens het boekjaar 2018/2019 heeft niet geleid tot een herwaardering.
De immateriële vaste activa hebben alle een beperkte levensduur. Het betreft voornamelijk computersoftware. De afschrijvingen worden in het resultaat op de lijn 'algemene lasten' opgenomen.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 24
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Brutobedrag bij het begin van het boekjaar | 833 | 645 |
| Gecumuleerde afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingsverliezen | -532 | -424 |
| Boekwaarde bij het begin van het boekjaar | 301 | 221 |
| Toevoegingen: apart verworven elementen | 228 | 188 |
| Vervreemdingen | -1 | 0 |
| Afschrijvingen | -122 | -108 |
| BOEKWAARDE OP HET EINDE VAN HET BOEKJAAR | 407 | 301 |
| bestaande uit: brutowaarde | 1.061 | 833 |
| gecumuleerde afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingsverliezen | -654 | -532 |
| (x 1.000 €) | Vastgoedbeleggingen in exploitatie |
Projectontwikkelingen | TOTAAL |
|---|---|---|---|
| BOEKWAARDE OP 1/07/2017 | 1.523.235 | 17.174 | 1.540.409 |
| Verwervingen | 127.250 | 0 | 127.250 |
| Verkoop | -14.728 | 0 | -14.728 |
| Geactiveerde interestlasten | 0 | 482 | 482 |
| Geactiveerde personeelskosten | 0 | 85 | 85 |
| Andere geactiveerde kosten | 3.677 | 63.900 | 67.577 |
| In exploitatie opgenomen | 36.250 | -36.250 | 0 |
| Variatie van de reële waarde (zie toelichting 20) | 25.226 | -10.208 | 15.018 |
| Andere elementen in resultaat genomen | 0 | 0 | 0 |
| Overdracht naar eigen vermogen | 0 | 0 | 0 |
| Activa bestemd voor verkoop | 370 | 0 | 370 |
| BOEKWAARDE OP 30/06/2018 | 1.701.280 | 35.183 | 1.736.463 |
| BOEKWAARDE OP 1/07/2018 | 1.701.280 | 35.183 | 1.736.463 |
| Verwervingen | 698.727 | 13.424 | 712.151 |
| Verkoop | -291.407 | 0 | -291.407 |
| Geactiveerde interestlasten | 0 | 1.083 | 1.083 |
| Geactiveerde personeelskosten | 0 | 92 | 92 |
| Andere geactiveerde kosten | 6.413 | 101.191 | 107.604 |
| In exploitatie opgenomen | 86.441 | -86.441 | 0 |
| Variatie van de reële waarde (zie toelichting 20) | 76.382 | -13.065 | 63.317 |
| Andere elementen in resultaat genomen | 0 | 0 | 0 |
| Overdracht naar eigen vermogen | -12.162 | -262 | -12.424 |
| Activa bestemd voor verkoop | -1.170 | 0 | -1.170 |
| BOEKWAARDE OP 30/06/2019 | 2.264.504 | 51.205 | 2.315.709 |
De reële waarde wordt ondersteund door marktgegevens en is gebaseerd op een waardering uitgevoerd door onafhankelijke waarderingsdeskundigen met een relevante en erkende beroepskwalificatie en die beschikken over recente ervaring met betrekking tot de ligging en de aard van de vastgoedbeleggingen in het bezit van Aedifica. Alle vastgoedbeleggingen situeren zich in België, Duitsland, Nederland en het Verenigd Koninkrijk.
De portefeuille van vastgoedbeleggingen in exploitatie wordt op 30 juni 2019 gewaardeerd door de onafhankelijke waarderingsdeskundigen tegen de reële waarde. De gemiddelde kapitalisatievoet die toegepast wordt op de contractuele huurgelden bedraagt 5,89% (volgens de evaluatiemethodes – 1ste bullet – in sectie 1.11 van de permanente documenten van dit jaarlijks financieel verslag 2018/2019). Een stijging van 0,10% van deze kapitalisatievoet zou resulteren in een negatieve variatie van ongeveer 38 miljoen € van de reële waarde op die portefeuille.
De projectontwikkelingen worden beschreven in het vastgoedverslag van dit jaarlijks financieel verslag.
25 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 24
Projectontwikkelingen TOTAAL
Toelichting 28: Immateriële vaste activa
resultaat op de lijn 'algemene lasten' opgenomen.
Toelichting 29: Vastgoedbeleggingen
Verenigd Koninkrijk.
(x 1.000 €) Vastgoedbeleggingen
De immateriële vaste activa hebben alle een beperkte levensduur. Het betreft voornamelijk computersoftware. De afschrijvingen worden in het
(x 1.000 €) 2019 2018
Brutobedrag bij het begin van het boekjaar 833 645 Gecumuleerde afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingsverliezen -532 -424 Boekwaarde bij het begin van het boekjaar 301 221 Toevoegingen: apart verworven elementen 228 188 Vervreemdingen -1 0 Afschrijvingen -122 -108 BOEKWAARDE OP HET EINDE VAN HET BOEKJAAR 407 301 bestaande uit: brutowaarde 1.061 833
BOEKWAARDE OP 1/07/2017 1.523.235 17.174 1.540.409 Verwervingen 127.250 0 127.250 Verkoop -14.728 0 -14.728 Geactiveerde interestlasten 0 482 482 Geactiveerde personeelskosten 0 85 85 Andere geactiveerde kosten 3.677 63.900 67.577 In exploitatie opgenomen 36.250 -36.250 0 Variatie van de reële waarde (zie toelichting 20) 25.226 -10.208 15.018 Andere elementen in resultaat genomen 0 0 0 Overdracht naar eigen vermogen 0 0 0 Activa bestemd voor verkoop 370 0 370 BOEKWAARDE OP 30/06/2018 1.701.280 35.183 1.736.463
BOEKWAARDE OP 1/07/2018 1.701.280 35.183 1.736.463 Verwervingen 698.727 13.424 712.151 Verkoop -291.407 0 -291.407 Geactiveerde interestlasten 0 1.083 1.083 Geactiveerde personeelskosten 0 92 92 Andere geactiveerde kosten 6.413 101.191 107.604 In exploitatie opgenomen 86.441 -86.441 0 Variatie van de reële waarde (zie toelichting 20) 76.382 -13.065 63.317 Andere elementen in resultaat genomen 0 0 0 Overdracht naar eigen vermogen -12.162 -262 -12.424 Activa bestemd voor verkoop -1.170 0 -1.170 BOEKWAARDE OP 30/06/2019 2.264.504 51.205 2.315.709
De reële waarde wordt ondersteund door marktgegevens en is gebaseerd op een waardering uitgevoerd door onafhankelijke waarderingsdeskundigen met een relevante en erkende beroepskwalificatie en die beschikken over recente ervaring met betrekking tot de ligging en de aard van de vastgoedbeleggingen in het bezit van Aedifica. Alle vastgoedbeleggingen situeren zich in België, Duitsland, Nederland en het
De portefeuille van vastgoedbeleggingen in exploitatie wordt op 30 juni 2019 gewaardeerd door de onafhankelijke waarderingsdeskundigen tegen de reële waarde. De gemiddelde kapitalisatievoet die toegepast wordt op de contractuele huurgelden bedraagt 5,89% (volgens de evaluatiemethodes – 1ste bullet – in sectie 1.11 van de permanente documenten van dit jaarlijks financieel verslag 2018/2019). Een stijging van 0,10% van deze kapitalisatievoet zou resulteren in een negatieve variatie van ongeveer 38 miljoen € van de reële waarde op die portefeuille.
gecumuleerde afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingsverliezen -654 -532
in exploitatie
De activa bestemd voor verkoop (opgenomen op lijn II.A van de actiefzijde van de balans) bedraagt 5,2 miljoen € op 30 juni 2019. Het betreft residentiële eenheden (zorgvastgoed) gelegen in Leiden (provincie Zuid-Holland, Nederland) die als niet-strategische activa worden beschouwd.
De acquisities van het boekjaar worden beschreven in het beheersverslag van dit jaarlijks financieel verslag.
Alle vastgoedbeleggingen worden beschouwd als 'niveau 3' op de schaal van de reële waarde die wordt gedefinieerd door IFRS 13. Deze schaal telt drie niveaus: Niveau 1: prijzen genoteerd op de activamarkten; Niveau 2: andere observeerbare gegevens dan de genoteerde prijzen opgenomen in niveau 1; Niveau 3: niet-waarneembare gegevens. Tijdens het boekjaar 2018/2019 waren er geen overdrachten tussen niveaus 1, 2 en 3.
De evaluatiemethodes (benadering door kapitalisatie en benadering door actualisatie van de financiële stromen) zijn vermeld in sectie 1.11 van de permanente documenten van dit jaarlijks financieel verslag 2018/2019.
De voornaamste kwantitatieve informatie over de waardering van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen die zijn gebaseerd op nietwaarneembare gegevens (niveau 3) en die hieronder zijn weergegeven, zijn uittreksels uit de rapporten van de onafhankelijke waarderingsdeskundigen:
| Types activa | Reële waarde op 30 juni 2019 (x 1.000 €) |
Evaluatiemethode | Niet-waarneembare gegevens |
Min | Max | Gewogen gemiddelde |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Zorgvastgoed | 2.269.744 | DCF & Kapitalisatie | GHW / m² | 39 | 543 | 143 |
| m² | 353 | 57.181 | 6.548 | |||
| Inflatie | 1,5% | 2,0% | 1,7% | |||
| Actualisatiegraad | 4,3% | 7,8% | 5,8% | |||
| Kapitalisatiegraad | 4,2% | 10,0% | 6,0% | |||
| Resterende duur (jaar) | 2 | 33 | 21 | |||
| Projectontwikkelingen | 51.205 | DCF & Kapitalisatie | GHW / m² | 85 | 229 | 161 |
| m² | 1.289 | 17.742 | 5.471 | |||
| Inflatie | 1,5% | 2,0% | 1,9% | |||
| Actualisatiegraad | 4,9% | 7,1% | 5,9% | |||
| Kapitalisatiegraad | 4,6% | 7,5% | 5,7% | |||
| Resterende duur (jaar) | 12 | 32 | 24 | |||
| Totaal | 2.320.949 |
De waardering van de gebouwen is gebaseerd op een bezettingsgraad van 100% voor de hele zorgvastgoedportefeuille. De verschillende parameters die in de kapitalisatiemethode worden toegepast, kunnen variëren afhankelijk van de locatie van de activa, de kwaliteit van het gebouw, de kwaliteit van de uitbater, de looptijd van de huurovereenkomst, enz. Dat verklaart de significante verschillen tussen de minimum- en maximumbedragen voor die niet-waarneembare gegevens. De kapitalisatiegraad wordt door de waarderingsdeskundige bepaald op basis van economische gegevens en benchmarking, en houdt rekening met een risicopremie. De zorgvastgoedmarkt in het Verenigd Koninkrijk is minder matuur en heeft een financieringsstuctuur die een hogere kapitalisatiegraad in minder welvarende regio's verklaart.
141
| Types activa | Reële waarde op 30 juni 2018 (x 1.000 €) |
Evaluatiemethode | Niet-waarneembare gegevens |
Min | Max | Gewogen gemiddelde |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Zorgvastgoed | 1.430.806 | DCF | GHW / m² | 45 | 309 | 134 |
| m² | 353 | 57.181 | 7.892 | |||
| Inflatie | 1,5% | 2,0% | 1,7% | |||
| Actualisatiegraad | 4,6% | 7,6% | 5,8% | |||
| Resterende duur (jaar) | 2 | 30 | 22 | |||
| Appartementsgebouwen | 206.938 | Kapitalisatie | GHW / m² | 71 | 163 | 118 |
| m² | 275 | 13.880 | 5.579 | |||
| Kapitalisatiegraad | 4,3% | 6,2% | 4,9% | |||
| Hotels | 67.606 | DCF | GHW / m² | 51 | 156 | 130 |
| m² | 320 | 11.369 | 8.010 | |||
| Inflatie | 1,5% | 1,5% | 1,5% | |||
| Actualisatiegraad | 6,7% | 8,6% | 6,9% | |||
| Resterende duur (jaar) | 2 | 30 | 25 | |||
| Kapitalisatie | GHW / m² | 0 | 0 | 0 | ||
| Kapitalisatiegraad | 0,0% | 0,0% | 0,0% | |||
| Projectontwikkelingen | 35.183 | DCF | GHW / m² | 81 | 242 | 174 |
| m² | 1.466 | 7.310 | 3.807 | |||
| Inflatie | 1,5% | 2,0% | 1,6% | |||
| Actualisatiegraad | 5,4% | 6,9% | 6,3% | |||
| Resterende duur (jaar) | 13 | 28 | 21 | |||
| Totaal | 1.740.533 |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 26
Overeenkomstig de wettelijke bepalingen worden de gebouwen elk kwartaal aan reële waarde gewaardeerd door zes waarderingsdeskundigen die benoemd zijn door de Vennootschap. Die verslagen zijn gebaseerd op:
De verslagen van de waarderingsdeskundigen worden nagekeken door de Senior Valuation & Asset Manager, de Group Controller en de effectieve leiders van de Vennootschap. Dat omvat een nazicht van de variaties in de reële waarde sinds de vorige balans. Wanneer de effectieve leiders van mening zijn dat de verslagen van de waarderingsdeskundigen coherent zijn, worden ze voorgelegd aan het auditcomité. Na gunstig advies van het auditcomité worden die verslagen voorgelegd aan de raad van bestuur.
De gevoeligheid van de reële waarde voor een variatie van de voornaamste hierboven vermelde niet-waarneembare gegevens wordt over het algemeen als volgt voorgesteld (indien alle parameters gelijk blijven):
| Niet-waarneembare gegevens | Effect op de reële waarde | |||
|---|---|---|---|---|
| ingeval de waarde van het niet waarneembare gegeven daalt |
ingeval de waarde van het niet waarneembare gegeven stijgt |
|||
| GHW / m² | negatief | positief | ||
| Kapitalisatiegraad | positief | negatief | ||
| Inflatie | negatief | positief | ||
| Actualisatiegraad | positief | negatief | ||
| Resterende duur (jaar) | negatief | positief |
Die niet-waarneembare gegevens kunnen overigens onderling verbonden zijn omdat ze deels bepaald worden door de marktomstandigheden.
27 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 26
m² 353 57.181 7.892 Inflatie 1,5% 2,0% 1,7% Actualisatiegraad 4,6% 7,6% 5,8% Resterende duur (jaar) 2 30 22
m² 275 13.880 5.579 Kapitalisatiegraad 4,3% 6,2% 4,9%
m² 320 11.369 8.010 Inflatie 1,5% 1,5% 1,5% Actualisatiegraad 6,7% 8,6% 6,9% Resterende duur (jaar) 2 30 25
Kapitalisatiegraad 0,0% 0,0% 0,0%
m² 1.466 7.310 3.807 Inflatie 1,5% 2,0% 1,6% Actualisatiegraad 5,4% 6,9% 6,3% Resterende duur (jaar) 13 28 21
Kapitalisatie GHW / m² 0 0 0
Min Max Gewogen
ingeval de waarde van het nietwaarneembare gegeven stijgt
gemiddelde
Types activa Reële waarde
Totaal 1.740.533
controle;
marktkennis.
op 30 juni 2018 (x 1.000 €)
die benoemd zijn door de Vennootschap. Die verslagen zijn gebaseerd op:
advies van het auditcomité worden die verslagen voorgelegd aan de raad van bestuur.
Niet-waarneembare gegevens Effect op de reële waarde
GHW / m² negatief positief Kapitalisatiegraad positief negatief Inflatie negatief positief Actualisatiegraad positief negatief Resterende duur (jaar) negatief positief
algemeen als volgt voorgesteld (indien alle parameters gelijk blijven):
Evaluatiemethode Niet-waarneembare
Zorgvastgoed 1.430.806 DCF GHW / m² 45 309 134
Appartementsgebouwen 206.938 Kapitalisatie GHW / m² 71 163 118
Hotels 67.606 DCF GHW / m² 51 156 130
Projectontwikkelingen 35.183 DCF GHW / m² 81 242 174
Overeenkomstig de wettelijke bepalingen worden de gebouwen elk kwartaal aan reële waarde gewaardeerd door zes waarderingsdeskundigen
door de Vennootschap aangebrachte informatie zoals de contractuele huurgelden, de huurcontracten, de investeringsbudgetten, enz. Die gegevens worden ontleend aan het informatiesysteem van de Vennootschap en zijn daardoor onderworpen aan haar omgeving voor interne
veronderstellingen en evaluatiemodellen die ontwikkeld zijn door de waarderingsdeskundigen op basis van hun professionele oordeel en
De verslagen van de waarderingsdeskundigen worden nagekeken door de Senior Valuation & Asset Manager, de Group Controller en de effectieve leiders van de Vennootschap. Dat omvat een nazicht van de variaties in de reële waarde sinds de vorige balans. Wanneer de effectieve leiders van mening zijn dat de verslagen van de waarderingsdeskundigen coherent zijn, worden ze voorgelegd aan het auditcomité. Na gunstig
De gevoeligheid van de reële waarde voor een variatie van de voornaamste hierboven vermelde niet-waarneembare gegevens wordt over het
ingeval de waarde van het nietwaarneembare gegeven daalt
Die niet-waarneembare gegevens kunnen overigens onderling verbonden zijn omdat ze deels bepaald worden door de marktomstandigheden.
gegevens
Deze toelichting is zonder voorwerp sinds de toepassing van de verbetering van de IAS-norm 40 'Vastgoedbeleggingen' op 1 juli 2009. De variaties inzake projectontwikkelingen zijn opgenomen in toelichting 29. De projectontwikkelingen worden tevens beschreven in sectie 4.2 van het vastgoedverslag van het jaarlijks financieel verslag 2018/2019.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Brutobedrag bij het begin van het boekjaar | 8.155 | 6.544 |
| Gecumuleerde afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingsverliezen bij het begin van het boekjaar | -5.586 | -4.933 |
| Boekwaarde bij het begin van het boekjaar | 2.569 | 1.611 |
| Toevoegingen | 329 | 1.610 |
| Vervreemdingen | -1.191 | 0 |
| Afschrijvingen | -381 | -652 |
| BOEKWAARDE OP HET EINDE VAN HET BOEKJAAR | 1.326 | 2.569 |
| bestaande uit: brutowaarde | 2.220 | 8.155 |
| gecumuleerde afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingsverliezen | -894 | -5.586 |
De lijn 'Vervreemdingen' betreft materiële vaste activa voor eigen gebruik (voornamelijk meubilair dat gebruikt wordt voor de exploitatie van de gemeubelde appartementen). Vanwege de afbouw van de participatie in Immobe NV en de daarmee gepaard gaande verandering van de consolidatiemethode, loopt die lijn op tot 1.191 k€.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Leningen en vorderingen | ||
| Borgstellingen | 304 | 0 |
| Andere langlopende vorderingen | -114 | 196 |
| Activa bestemd voor verkoop | ||
| Deelnemingen in verbonden ondernemingen (zie toelichting 51) | 0 | 0 |
| Activa aan reële waarde via resultaat | ||
| Indekkingsinstrumenten (zie toelichting 33) | 117 | 1.692 |
| Andere | ||
| Indekkingsinstrumenten (zie toelichting 33) | 0 | 0 |
| Andere | ||
| Deelnemingen in verbonden ondernemingen (zie toelichting 51) | 0 | 0 |
| TOTAAL VAN DE FINANCIËLE VASTE ACTIVA | 307 | 1.888 |
| Verplichtingen aan reële waarde via resultaat | ||
| Indekkingsinstrumenten (zie toelichting 33) | -27.244 | -21.877 |
| Andere | -4.604 | -4.389 |
| Andere langlopende financiële verplichtingen | ||
| Indekkingsinstrumenten (zie toelichting 33) | -20.926 | -11.333 |
| TOTAAL VAN DE ANDERE LANGLOPENDE FINANCIËLE VERPLICHTINGEN | -52.774 | -37.599 |
De andere langlopende vorderingen (die deel uitmaken van de categorie 'geamortiseerde kostprijs' volgens IFRS 9) produceren interesten en zullen in de volgende boekjaren gerecupereerd worden of geëlimineerd zullen worden voor intercompany saldos. De borgstellingen aan reële waarde (304 k€; 0 k€ op 30 juni 2018) omvatten geblokkeerde geldmiddelen in Duitsland.
De activa en verplichtingen aan reële waarde via resultaat bestaan voornamelijk uit indekkingsinstrumenten waarop hedge accounting (volgens IFRS 9) niet toegepast is. Ze vertegenwoordigen economische indekkingen tegen risico's met betrekking tot interestvoeten. De intereststromen en de variaties van de reële waarde van alle indekkingen worden vermeld in toelichting 22 en 47.
De andere verplichtingen aan reële waarde via resultaat (4.604 k€; 4.389 k€ op 30 juni 2018) omvatten de verkoopopties toegestaan aan aandeelhouders zonder zeggenschap (zie toelichtingen 47 en 56).
Aedifica gaat bijna al haar financiële schulden aan tegen een variabele rentevoet en kan daardoor, in voorkomend geval, profiteren van lage rentevoeten. Om het risico van stijgende rentevoeten in te dekken, heeft Aedifica indekkingen genomen waarbij de schuld tegen een variabele rentevoet wordt omgezet in een schuld tegen een vaste rentevoet of met een bovengrens ('cash flow hedges').
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 28
Daarnaast heeft de acquisitie van de zorgvastgoedportefeuille in het Verenigd Koninkrijk (aangekondigd eind december 2018 en voltooid in februari 2019) de Groep blootgesteld aan een risico op wisselkoersschommelingen. Op 31 december 2018 heeft Aedifica de geraamde betaling van die acquisitie gedeeltelijk ingedekt door termijnaankopen van Britse ponden. Daarnaast heeft Aedifica de kasstromen die voortvloeien uit financiële inkomsten van intragroepsleningen gedeeltelijk afgedekt met termijnverkopen van Britse ponden.
Alle indekkingen ('interest rate swaps' of 'IRS', caps en collars) hebben betrekking op bestaande of zeer waarschijnlijke risico's. Op vroeger onderhandelde derivaten wordt hedge accounting toegepast die aan de criteria voor de toepassing van hedge accounting voldoet. In overeenstemming met wat gebruikelijk is in de sector, heeft Aedifica ervoor gekozen om geen hedge accounting meer toe te passen op derivaten die recent onderhandeld werden, zelfs niet wanneer ze aan die strikte criteria voldoen. Hedge accounting wordt ook niet toegepast op vroeger onderhandelde derivaten die niet aan die criteria voldoen. Al die derivaten, ongeacht de methode waarmee ze geboekt worden, vormen een economische indekking tegen het risico op stijgende rentevoeten. Alle indekkingen zijn afgesloten in het kader van het in toelichting 44 beschreven financiële risicobeheer. De reële waarde van de instrumenten wordt door de banken berekend op basis van de contante waarde van de geschatte toekomstige thesauriestromen. Deze reële waarde wordt toegepast conform IFRS 13 om het eigen kredietrisico ('debit valuation adjustment' of 'DVA') en de kredietwaardering van de tegenpartij ('credit valuation adjustment' of 'CVA') weer te geven. De tabellen hierna geven een overzicht van de indekkingen.
| INSTRUMENT | Referentiebedragen | Begin | Frequentie | Duur | Indekkingsboekhouding | Rentevoet | Reële waarde |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Overzicht op 30 juni 2018 |
(x 1.000 €) | (maanden) | (jaren) | (ja/nee) | (in %) | (x 1.000 €) | |
| IRS* | 9.789 | 1/04/2011 | 3 | 32 | Ja | 4,89 | -5.081 |
| IRS* | 24.829 | 31/07/2014 | 3 | 29 | Nee | 4,39 | -9.619 |
| IRS | 15.000 | 1/07/2018 | 3 | 7 | Nee | 3,28 | -2.980 |
| IRS | 12.000 | 1/07/2018 | 3 | 7 | Nee | 3,25 | -2.358 |
| IRS | 8.000 | 1/07/2018 | 3 | 7 | Nee | 3,35 | -1.626 |
| IRS | 25.000 | 3/04/2017 | 3 | 8 | Nee | 1,99 | -2.566 |
| IRS | 25.000 | 2/11/2016 | 3 | 6 | Ja | 1,30 | -1.278 |
| IRS | 25.000 | 2/11/2016 | 3 | 6 | Ja | 1,68 | -1.672 |
| Cap | 50.000 | 1/10/2015 | 3 | 3 | Nee | 0,50 | 0 |
| Cap | 50.000 | 1/10/2015 | 3 | 4 | Nee | 0,35 | 3 |
| IRS | 25.000 | 2/11/2016 | 3 | 6 | Ja | 1,87 | -1.875 |
| IRS | 25.000 | 3/10/2016 | 3 | 5 | Nee | 2,88 | -2.728 |
| Cap | 50.000 | 1/07/2016 | 3 | 4 | Nee | 0,50 | 2 |
| Cap | 100.000 | 1/11/2017 | 3 | 2 | Nee | 0,50 | 2 |
| Cap | 50.000 | 1/07/2017 | 3 | 4 | Nee | 0,50 | 39 |
| Cap | 50.000 | 1/11/2016 | 3 | 5 | Nee | 0,50 | 203 |
| Cap | 50.000 | 1/01/2019 | 3 | 2 | Nee | 0,35 | 52 |
| Cap | 50.000 | 1/11/2019 | 3 | 2 | Nee | 0,50 | 202 |
| Cap | 50.000 | 1/11/2017 | 3 | 4 | Nee | 0,25 | 277 |
| IRS | 75.000 | 2/01/2020 | 3 | 2 | Ja | 0,33 | -243 |
| IRS | 50.000 | 1/01/2021 | 3 | 3 | Ja | 0,80 | -266 |
| IRS | 50.000 | 1/01/2021 | 3 | 2 | Ja | 0,64 | -155 |
| IRS | 50.000 | 1/11/2019 | 3 | 3 | Ja | 0,39 | -176 |
| IRS | 50.000 | 1/11/2019 | 3 | 5 | Ja | 0,78 | -578 |
| IRS | 50.000 | 3/01/2022 | 3 | 1 | Ja | 0,65 | -8 |
| IRS | 50.000 | 3/01/2022 | 3 | 2 | Ja | 0,73 | 31 |
| CAP | 50.000 | 1/11/2017 | 3 | 2 | Nee | 0,00 | 25 |
| CAP | 50.000 | 1/11/2017 | 3 | 2 | Nee | 0,00 | 25 |
| CAP | 100.000 | 1/04/2019 | 3 | 2 | Nee | 0,25 | 192 |
| CAP | 100.000 | 1/01/2019 | 3 | 2 | Nee | 0,00 | 216 |
| CAP | 100.000 | 1/01/2019 | 3 | 3 | Nee | 0,00 | 423 |
| TOTAAL | 1.469.618 | -31.518 |
° Afschrijfbaar referentiebedrag over de duur van de swap. Aedifica en de bank kunnen deze contracten om de 10 jaar vroegtijdig vereffenen.
| INSTRUMENT | Referentiebedragen | Begin | Frequentie | Duur (jaren) | Indekkingsboekhouding | Rentevoet | Reële waarde |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Overzicht op 30 juni 2019 |
(x 1.000 €) | (maanden) | (ja/nee) | (in %) | (x 1.000 €) | ||
| IRS | 25.000 | 2/11/2016 | 3 | 6 | Ja | 1,30 | -1.357 |
| IRS | 75.000 | 2/01/2020 | 3 | 2 | Ja | 0,33 | -1.207 |
| IRS | 50.000 | 1/01/2021 | 3 | 3 | Ja | 0,80 | -1.653 |
| IRS | 50.000 | 3/01/2022 | 3 | 2 | Ja | 0,73 | -961 |
| IRS | 25.000 | 2/05/2019 | 3 | 6 | Ja | 1,10 | -2.054 |
| IRS | 50.000 | 1/02/2022 | 3 | 2 | Nee | 0,34 | -554 |
| IRS | 25.000 | 1/07/2019 | 3 | 6 | Nee | 1,69 | -2.937 |
| IRS | 50.000 | 1/01/2021 | 3 | 2 | Ja | 0,64 | -1.036 |
| IRS* | 9.582 | 1/04/2011 | 3 | 32 | Ja | 4,89 | -6.044 |
| IRS | 25.000 | 2/05/2019 | 3 | 6 | Ja | 1,19 | -2.203 |
| IRS | 15.000 | 1/07/2018 | 3 | 7 | Nee | 3,28 | -3.237 |
| IRS | 8.000 | 1/07/2018 | 3 | 7 | Nee | 3,35 | -1.758 |
| IRS | 12.000 | 1/07/2018 | 3 | 7 | Nee | 3,25 | -2.568 |
| IRS | 50.000 | 1/02/2022 | 3 | 3 | Nee | 0,46 | -871 |
| IRS* | 23.846 | 31/07/2014 | 3 | 29 | Nee | 4,39 | -11.505 |
| IRS | 25.000 | 3/04/2017 | 3 | 8 | Nee | 1,99 | -3.069 |
| IRS | 50.000 | 1/11/2019 | 3 | 5 | Ja | 0,78 | -2.694 |
| IRS | 50.000 | 3/01/2022 | 3 | 1 | Ja | 0,65 | -486 |
| IRS | 50.000 | 1/11/2019 | 3 | 3 | Ja | 0,39 | -1.231 |
| IRS** | 3.646 | 8/10/2018 | 3 | 13 | Nee | 3,06 | -745 |
| CAP | 50.000 | 1/05/2020 | 3 | 2 | Nee | 0,00 | 38 |
| CAP | 50.000 | 1/10/2015 | 3 | 4 | Nee | 0,35 | 0 |
| CAP | 50.000 | 1/11/2017 | 3 | 2 | Nee | 0,00 | 1 |
| CAP | 50.000 | 1/07/2017 | 3 | 4 | Nee | 0,50 | 1 |
| CAP | 50.000 | 1/01/2019 | 3 | 2 | Nee | 0,35 | 2 |
| CAP | 50.000 | 1/11/2016 | 3 | 5 | Nee | 0,50 | 7 |
| CAP | 50.000 | 1/11/2019 | 3 | 2 | Nee | 0,50 | 7 |
| CAP | 50.000 | 1/11/2017 | 3 | 4 | Nee | 0,25 | 14 |
| CAP | 50.000 | 1/11/2017 | 3 | 2 | Nee | 0,00 | 1 |
| CAP | 100.000 | 1/04/2019 | 3 | 2 | Nee | 0,25 | 7 |
| CAP | 100.000 | 1/01/2019 | 3 | 2 | Nee | 0,00 | 9 |
| CAP | 100.000 | 1/01/2019 | 3 | 2 | Nee | 0,00 | 22 |
| CAP | 50.000 | 4/05/2020 | 3 | 1 | Nee | 0,00 | 8 |
| TOTAAL | 1.472.074 | -48.053 |
° Afschrijfbaar referentiebedrag over de duur van de swap. Aedifica en de bank kunnen deze contracten om de 10 jaar vroegtijdig vereffenen.
° Afschrijfbaar referentiebedrag over de duur van de swap.
29 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Het totale referentiebedrag van 1.472 miljoen € dat in de tabel hierboven vermeld is, wordt als volgt verdeeld: - lopende instrumenten: 172 miljoen €;
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 28
Toelichting 33: Indekkingsinstrumenten
1.1 Beheer van het risico op stijgende rentevoeten
een overzicht van de indekkingen.
30 juni 2018
INSTRUMENT Referentiebedragen
(x 1.000 €)
Aedifica gaat bijna al haar financiële schulden aan tegen een variabele rentevoet en kan daardoor, in voorkomend geval, profiteren van lage rentevoeten. Om het risico van stijgende rentevoeten in te dekken, heeft Aedifica indekkingen genomen waarbij de schuld tegen een variabele
Daarnaast heeft de acquisitie van de zorgvastgoedportefeuille in het Verenigd Koninkrijk (aangekondigd eind december 2018 en voltooid in februari 2019) de Groep blootgesteld aan een risico op wisselkoersschommelingen. Op 31 december 2018 heeft Aedifica de geraamde betaling van die acquisitie gedeeltelijk ingedekt door termijnaankopen van Britse ponden. Daarnaast heeft Aedifica de kasstromen die voortvloeien uit
Alle indekkingen ('interest rate swaps' of 'IRS', caps en collars) hebben betrekking op bestaande of zeer waarschijnlijke risico's. Op vroeger onderhandelde derivaten wordt hedge accounting toegepast die aan de criteria voor de toepassing van hedge accounting voldoet. In overeenstemming met wat gebruikelijk is in de sector, heeft Aedifica ervoor gekozen om geen hedge accounting meer toe te passen op derivaten die recent onderhandeld werden, zelfs niet wanneer ze aan die strikte criteria voldoen. Hedge accounting wordt ook niet toegepast op vroeger onderhandelde derivaten die niet aan die criteria voldoen. Al die derivaten, ongeacht de methode waarmee ze geboekt worden, vormen een economische indekking tegen het risico op stijgende rentevoeten. Alle indekkingen zijn afgesloten in het kader van het in toelichting 44 beschreven financiële risicobeheer. De reële waarde van de instrumenten wordt door de banken berekend op basis van de contante waarde van de geschatte toekomstige thesauriestromen. Deze reële waarde wordt toegepast conform IFRS 13 om het eigen kredietrisico ('debit valuation adjustment' of 'DVA') en de kredietwaardering van de tegenpartij ('credit valuation adjustment' of 'CVA') weer te geven. De tabellen hierna geven
Duur (jaren)
Indekkingsboekhouding
(ja/nee)
Rentevoet (in %)
Reële waarde
rentevoet wordt omgezet in een schuld tegen een vaste rentevoet of met een bovengrens ('cash flow hedges').
financiële inkomsten van intragroepsleningen gedeeltelijk afgedekt met termijnverkopen van Britse ponden.
Begin Frequentie
(maanden)
° Afschrijfbaar referentiebedrag over de duur van de swap. Aedifica en de bank kunnen deze contracten om de 10 jaar vroegtijdig vereffenen.
Overzicht op (x 1.000 €)
IRS* 9.789 1/04/2011 3 32 Ja 4,89 -5.081 IRS* 24.829 31/07/2014 3 29 Nee 4,39 -9.619 IRS 15.000 1/07/2018 3 7 Nee 3,28 -2.980 IRS 12.000 1/07/2018 3 7 Nee 3,25 -2.358 IRS 8.000 1/07/2018 3 7 Nee 3,35 -1.626 IRS 25.000 3/04/2017 3 8 Nee 1,99 -2.566 IRS 25.000 2/11/2016 3 6 Ja 1,30 -1.278 IRS 25.000 2/11/2016 3 6 Ja 1,68 -1.672 Cap 50.000 1/10/2015 3 3 Nee 0,50 0 Cap 50.000 1/10/2015 3 4 Nee 0,35 3 IRS 25.000 2/11/2016 3 6 Ja 1,87 -1.875 IRS 25.000 3/10/2016 3 5 Nee 2,88 -2.728 Cap 50.000 1/07/2016 3 4 Nee 0,50 2 Cap 100.000 1/11/2017 3 2 Nee 0,50 2 Cap 50.000 1/07/2017 3 4 Nee 0,50 39 Cap 50.000 1/11/2016 3 5 Nee 0,50 203 Cap 50.000 1/01/2019 3 2 Nee 0,35 52 Cap 50.000 1/11/2019 3 2 Nee 0,50 202 Cap 50.000 1/11/2017 3 4 Nee 0,25 277 IRS 75.000 2/01/2020 3 2 Ja 0,33 -243 IRS 50.000 1/01/2021 3 3 Ja 0,80 -266 IRS 50.000 1/01/2021 3 2 Ja 0,64 -155 IRS 50.000 1/11/2019 3 3 Ja 0,39 -176 IRS 50.000 1/11/2019 3 5 Ja 0,78 -578 IRS 50.000 3/01/2022 3 1 Ja 0,65 -8 IRS 50.000 3/01/2022 3 2 Ja 0,73 31 CAP 50.000 1/11/2017 3 2 Nee 0,00 25 CAP 50.000 1/11/2017 3 2 Nee 0,00 25 CAP 100.000 1/04/2019 3 2 Nee 0,25 192 CAP 100.000 1/01/2019 3 2 Nee 0,00 216 CAP 100.000 1/01/2019 3 3 Nee 0,00 423 TOTAAL 1.469.618 -31.518
De som van de reële waarde van de indekkingsinstrumenten van de tabel hierboven (-48.053 k€) wordt als volgt opgesplitst: 117 k€ wordt op lijn I.E. van de actiefzijde van de geconsolideerde balans vermeld (zie toelichting 32) en 48.170 k€ wordt op lijn I.C.a. van de passiefzijde van de geconsolideerde balans vermeld. Rekening houdend met de boekwaarde van de betaalde premies op de caps (2.808 k€) bedraagt het effect van de variaties in reële waarde van de rente-indekkingsinstrumenten op het eigen vermogen van de Vennootschap -50.861 k€.
Alle indekkingen (termijncontracten voor de aankoop van valuta) hebben betrekking op bestaande of zeer waarschijnlijke risico's. De indekkingsinstrumenten zijn derivaten waarop Aedifica niet systematisch hedge accounting toepast en die een economische indekking vormen tegen het risico op wisselkoersschommelingen. Alle indekkingen zijn afgesloten in het kader van het in toelichting 44 beschreven financiële risicobeheer. Op 30 juni 2019 waren er geen open derivaten om het risico op wisselkoersschommelingen af te dekken, omdat die derivaten op een periodieke en in de tijd beperkte basis worden aangegaan.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Variatie van de reële waarde van de afgeleide financiële instrumenten | ||
| Bij het begin van het boekjaar | -11.290 | -16.418 |
| Variatie van het effectieve deel van de reële waarde van de indekkingsinstrumenten (niet-vervallen interesten) | -11.611 | -3.551 |
| Transfers naar resultatenrekening van vervallen interesten uit indekkingsinstrumenten | 1.979 | 2.703 |
| Transfers naar reserverekening m.b.t. beëindigde indekkingen | 0 | 5.976 |
| OP HET EINDE VAN HET BOEKJAAR | -20.922 | -11.290 |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 30
De in eigen vermogen geboekte bedragen zullen in het financiële resultaat opgenomen worden naargelang de betaling van de interesten van de gedekte schuld tussen 1 juli 2019 en 31 juli 2043.
Op balansdatum bevat het eigen vermogen het effectieve deel (volgens IFRS 9) van de variatie van de reële waarde (-9.620 k€) van de financiële instrumenten die overeenstemmen met de derivaten waarvoor hedge accounting mag worden toegepast, en het niet-effectieve deel van het boekjaar 2017/2018 (verlies van 11 k€) dat in 2017/2018 door een beslissing van de gewone algemene vergadering van oktober 2018 hieraan toegewezen werd. Die derivaten zijn van 'niveau 2', volgens IFRS 13p81. Het niet-effectieve deel (volgens IAS 39) bedraagt -4 k€ op 30 juni 2019.
Het financieel resultaat bevat een verlies van 5.798 k€ (30 juni 2018: een verlies van 502 k€) die de variatie voorstelt van de reële waarde van de derivaten waarvoor hedge accounting (volgens IFRS 9, zoals vermeld in het algemeen kader hierboven) niet van toepassing is, evenals de niet-lineaire afschrijving van de reële waarde van de beëindigde derivaten te rekenen vanaf hun datum van beëindiging ten bedrage van 1.107 k€ (30 juni 2018: 831 k€) (zie toelichting 47). Laatstgenoemde werd overgedragen naar de rubriek 'II. H. Andere elementen van het globaal resultaat, na belasting' van het geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten. Die derivaten zijn derivaten van 'niveau 2', volgens IFRS 13p81. Het financieel resultaat bevat ook de afschrijving van de premies die betaald werden bij de intekening op de caps ten bedrage van 1.375 k€ (30 juni 2018: 821 k€) en het saldo van een termijncontract ten bedrage van 328 k€.
De reële waarde van de indekkingsinstrumenten is onderhevig aan de evolutie van de rentevoeten op de financiële markten. Die evolutie verklaart deels de variatie van de reële waarde van de indekkingsinstrumenten tussen 1 juli 2018 en 30 juni 2019. Dat leidde tot een verlies van 6.581 k€, geboekt in resultatenrekening, en tot een verlies van 8.513 k€, geboekt in het eigen vermogen.
Een verandering van de rentecurve zou een invloed hebben op de reële waarde van de instrumenten waarop overeenkomstig IFRS 9 hedge accounting wordt toegepast, en dus op het eigen vermogen (lijn 'I.C.d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS'). Indien alle overige factoren gelijk blijven, zou een stijging van 10 basispunten van de rentevoeten op balansdatum een positieve impact hebben van 2.832 k€ (1.389 k€ op 30 juni 2018) op het eigen vermogen. Een vermindering van 10 basispunten zou een negatieve impact hebben voor ongeveer hetzelfde bedrag. De invloed van een verandering van de rentevoeten op de reële waarde van de instrumenten waarop hedge accounting niet toegepast wordt, kan niet zo nauwkeurig bepaald worden, want die derivaten bevatten een optie, waarvan de reële waarde evolueert op een asymmetrische en niet-lineaire wijze die ook afhankelijk kan zijn van andere parameters (volatiliteit van de rentevoeten). De gevoeligheid van de 'mark-to-market' van deze instrumenten voor een stijging van de rentevoeten met 10 basispunten werd geschat op een positief effect van 1.220 k€ (517 k€ op 30 juni 2018) op de resultatenrekening. Een vermindering van 10 basispunten van de rentevoeten zou een negatieve impact van gelijkaardige grootte hebben op de resultatenrekening.
31 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 30
gedekte schuld tussen 1 juli 2019 en 31 juli 2043.
grootte hebben op de resultatenrekening.
Variatie van de reële waarde van de afgeleide financiële instrumenten
(x 1.000 €) 2019 2018
Bij het begin van het boekjaar -11.290 -16.418 Variatie van het effectieve deel van de reële waarde van de indekkingsinstrumenten (niet-vervallen interesten) -11.611 -3.551 Transfers naar resultatenrekening van vervallen interesten uit indekkingsinstrumenten 1.979 2.703 Transfers naar reserverekening m.b.t. beëindigde indekkingen 0 5.976 OP HET EINDE VAN HET BOEKJAAR -20.922 -11.290
De in eigen vermogen geboekte bedragen zullen in het financiële resultaat opgenomen worden naargelang de betaling van de interesten van de
Op balansdatum bevat het eigen vermogen het effectieve deel (volgens IFRS 9) van de variatie van de reële waarde (-9.620 k€) van de financiële instrumenten die overeenstemmen met de derivaten waarvoor hedge accounting mag worden toegepast, en het niet-effectieve deel van het boekjaar 2017/2018 (verlies van 11 k€) dat in 2017/2018 door een beslissing van de gewone algemene vergadering van oktober 2018 hieraan toegewezen werd. Die derivaten zijn van 'niveau 2', volgens IFRS 13p81. Het niet-effectieve deel (volgens IAS 39) bedraagt -4 k€ op 30 juni 2019.
Het financieel resultaat bevat een verlies van 5.798 k€ (30 juni 2018: een verlies van 502 k€) die de variatie voorstelt van de reële waarde van de derivaten waarvoor hedge accounting (volgens IFRS 9, zoals vermeld in het algemeen kader hierboven) niet van toepassing is, evenals de niet-lineaire afschrijving van de reële waarde van de beëindigde derivaten te rekenen vanaf hun datum van beëindiging ten bedrage van 1.107 k€ (30 juni 2018: 831 k€) (zie toelichting 47). Laatstgenoemde werd overgedragen naar de rubriek 'II. H. Andere elementen van het globaal resultaat, na belasting' van het geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten. Die derivaten zijn derivaten van 'niveau 2', volgens IFRS 13p81. Het financieel resultaat bevat ook de afschrijving van de premies die betaald werden bij de intekening op de caps ten
De reële waarde van de indekkingsinstrumenten is onderhevig aan de evolutie van de rentevoeten op de financiële markten. Die evolutie verklaart deels de variatie van de reële waarde van de indekkingsinstrumenten tussen 1 juli 2018 en 30 juni 2019. Dat leidde tot een verlies van 6.581 k€,
Een verandering van de rentecurve zou een invloed hebben op de reële waarde van de instrumenten waarop overeenkomstig IFRS 9 hedge accounting wordt toegepast, en dus op het eigen vermogen (lijn 'I.C.d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS'). Indien alle overige factoren gelijk blijven, zou een stijging van 10 basispunten van de rentevoeten op balansdatum een positieve impact hebben van 2.832 k€ (1.389 k€ op 30 juni 2018) op het eigen vermogen. Een vermindering van 10 basispunten zou een negatieve impact hebben voor ongeveer hetzelfde bedrag. De invloed van een verandering van de rentevoeten op de reële waarde van de instrumenten waarop hedge accounting niet toegepast wordt, kan niet zo nauwkeurig bepaald worden, want die derivaten bevatten een optie, waarvan de reële waarde evolueert op een asymmetrische en niet-lineaire wijze die ook afhankelijk kan zijn van andere parameters (volatiliteit van de rentevoeten). De gevoeligheid van de 'mark-to-market' van deze instrumenten voor een stijging van de rentevoeten met 10 basispunten werd geschat op een positief effect van 1.220 k€ (517 k€ op 30 juni 2018) op de resultatenrekening. Een vermindering van 10 basispunten van de rentevoeten zou een negatieve impact van gelijkaardige
bedrage van 1.375 k€ (30 juni 2018: 821 k€) en het saldo van een termijncontract ten bedrage van 328 k€.
geboekt in resultatenrekening, en tot een verlies van 8.513 k€, geboekt in het eigen vermogen.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| NETTO HANDELSVORDERINGEN | 11.216 | 7.518 |
De inning van de handelsvorderingen is gepland binnen de twaalf maanden. Hun boekwaarde benadert hun reële waarde en ze brengen geen interest op.
Het kredietrisico voor de handelsvorderingen is beperkt als gevolg van het gediversifieerde cliënteel en van de door de huurders verleende bankgaranties (2019: 31,0 miljoen €; 2018: 33,6 miljoen €). In het Verenigd Koninkrijk worden onderpanden op de handelsondernemingen gebruikt als garantie. De bedragen in de balans zijn netto na waardeverminderingen op dubieuze vorderingen. Het maximale kredietrisico is de boekwaarde van de vorderingen in de balans.
De handelsvorderingen kunnen als volgt geanalyseerd worden:
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Vervallen op minder dan 90 dagen | 2.741 | 787 |
| Vervallen op meer dan 90 dagen | 389 | 326 |
| Subtotaal | 3.130 | 1.113 |
| Niet-vervallen | 8.127 | 6.515 |
| Waardeverminderingen | -41 | -110 |
| BOEKWAARDE | 11.216 | 7.518 |
De waardeverminderingen zijn op volgende wijze geëvolueerd:
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Bij het begin van het boekjaar | -110 | -83 |
| Toevoegingen | -30 | -76 |
| Bestedingen | 0 | 31 |
| Terugnames | 5 | 18 |
| Fusies / Overdrachten | 94 | 0 |
| OP HET EINDE VAN HET BOEKJAAR | -41 | -110 |
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Belastingen | 285 | 186 |
| Andere | 972 | 260 |
| TOTAAL | 1.257 | 446 |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 32
De belastingvorderingen hebben betrekking op een belastingskrediet. Andere vorderingen zijn voornamelijk een vrijgevallen escrow-rekening.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Korte termijnbeleggingen | 0 | 0 |
| Liquide middelen | 15.405 | 10.589 |
| TOTAAL | 15.405 | 10.589 |
Kas en kasequivalenten zijn activa die interesten opbrengen tegen verschillende rentevoeten. De bedragen op 30 juni 2019 en op 30 juni 2018 waren direct opvraagbare deposito's. Gedurende het boekjaar waren er kortetermijnbeleggingen, voornamelijk voor periodes van één week tot één maand.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Niet-vervallen vastgoedopbrengsten | 194 | 93 |
| Vooraf betaalde vastgoedkosten | 951 | 818 |
| Andere | 184 | 32 |
| TOTAAL | 1.329 | 943 |
33 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 32
Toelichting 35: Belastingvorderingen en andere vlottende activa
Toelichting 36: Kas en kasequivalenten
Toelichting 37: Overlopende rekeningen
één maand.
(x 1.000 €) 2019 2018
Belastingen 285 186 Andere 972 260 TOTAAL 1.257 446
De belastingvorderingen hebben betrekking op een belastingskrediet. Andere vorderingen zijn voornamelijk een vrijgevallen escrow-rekening.
(x 1.000 €) 2019 2018
Korte termijnbeleggingen 0 0 Liquide middelen 15.405 10.589 TOTAAL 15.405 10.589
Kas en kasequivalenten zijn activa die interesten opbrengen tegen verschillende rentevoeten. De bedragen op 30 juni 2019 en op 30 juni 2018 waren direct opvraagbare deposito's. Gedurende het boekjaar waren er kortetermijnbeleggingen, voornamelijk voor periodes van één week tot
(x 1.000 €) 2019 2018
Niet-vervallen vastgoedopbrengsten 194 93 Vooraf betaalde vastgoedkosten 951 818 Andere 184 32 TOTAAL 1.329 943 Aedifica heeft drie kapitaalverhogingen uitgevoerd tijdens het boekjaar 2018/2019:
Het kapitaal is op de volgende manier geëvolueerd sinds het begin van het boekjaar:
| Aantal aandelen | Bedrag (x 1.000 €) | |
|---|---|---|
| Situatie bij het begin van het vorige boekjaar | 17.975.820 | 474.342 |
| Kapitaalverhoging van 7 juni 2018 | 225.009 | 5.937 |
| Situatie op het einde van het vorige boekjaar | 18.200.829 | 480.280 |
| Kapitaalverhoging van 20 november 2018 | 240.597 | 6.349 |
| Kapitaalverhoging van 7 mei 2019 | 6.147.142 | 162.209 |
| Kapitaalverhoging van 20 juni 2019 | 12.590 | 332 |
| Situatie op het einde van het boekjaar | 24.601.158 | 649.170 |
Het hierboven vermelde kapitaal wordt voorgesteld vóór aftrek van de kapitaalverhogingskosten (het in de balans vermelde kapitaal wordt, in overeenstemming met IFRS-normen, voorgesteld na aftrek van die kosten).
Op 30 juni 2019 bezit geen enkele aandeelhouder van Aedifica meer dan 5% van het kapitaal. De free float bedraagt dus 100% (toestand op 30 juni 2019, op basis van het aantal aandelen in handen van de betrokken aandeelhouders op 28 juni 2019 – zie ook sectie 3 van het hoofdstuk 'Aedifica op de beurs'). De kennisgevingen in het kader van de transparantiewetgeving en de controleketens zijn beschikbaar op de website. Na de afsluiting van het boekjaar 2018/2019 heeft Aedifica op 5 juli 2019 een transparantiekennisgeving ontvangen naar aanleiding van de overschrijding van de drempel van 5% van de stemrechten in Aedifica NV door BlackRock, Inc, dat nu 5,00% van de stemrechten bezit. Op de afsluitingsdatum van dit verslag heeft Aedifica geen enkele transparantiekennisgeving ontvangen die de situatie op 5 juli 2019 zou wijzigen. Volgens de definitie van Euronext bedraagt de free float 100%.
Alle 24.601.158 aandelen die waren uitgegeven op 30 juni 2019, zijn genoteerd op Euronext Brussels (gereglementeerde markt).
De kapitaalverhogingen worden beschreven in de 'permanente documenten' van het jaarlijks financieel verslag 2018/2019. Alle geplaatste aandelen zijn volledig volgestort en zonder nominale waarde. De aandelen zijn nominatief of gedematerialiseerd en elk aandeel verleent één stemrecht.
Het is de raad van bestuur toegestaan om het maatschappelijk kapitaal in één of meerdere malen te verhogen ten belope van een maximumbedrag van:
met dien verstande dat het maatschappelijk kapitaal in het kader van het toegestaan kapitaal nooit verhoogd zal kunnen worden boven het maximumbedrag van 374.000.000 € op de data en volgens de modaliteiten te bepalen door de raad van bestuur, in overeenstemming met artikel 603 van het Wetboek van vennootschappen. Deze toestemming is aan de raad van bestuur verleend voor een hernieuwbare periode van vijf jaar te rekenen vanaf de publicatie in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad van het proces-verbaal van de buitengewone algemene vergadering van 28 oktober 2016. Bij elke kapitaalverhoging zal de raad van bestuur de prijs, de eventuele uitgiftepremie en de uitgiftevoorwaarden van de nieuwe effecten bepalen, tenzij de algemene vergadering er zelf over beslist. De kapitaalverhogingen die aldus door de raad van bestuur worden beslist, kunnen onderschreven worden in geld of in natura of bij wijze van een gemengde inbreng of door incorporatie van reserves of door uitgiftepremies, met of zonder de creatie van nieuwe effecten. Die kapitaalverhogingen kunnen eveneens verwezenlijkt worden door de uitgifte van converteerbare obligaties of inschrijvingsrechten.
Op 30 juni 2019 bedraagt het saldo van het toegestaan kapitaal:
Van het maximumbedrag van het toegestaan kapitaal (374.000.000 €) is nog 102.563.275,74 € beschikbaar om het maatschappelijk kapitaal van de Vennootschap te verhogen.
149
De raad van bestuur heeft de uitkering van een brutodividend van 2,80 € per aandeel voorgesteld, hetzij een totaal dividend van 54.223 k€, te verdelen over twee coupons (coupon nr. 21: 2,38 €; coupon nr. 22: 0,42 €).
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 34
Rekening houdend met het koninklijk besluit van 13 juli 2014 bedragen op 30 juni 2019 de beschikbare (statutaire) reserves die berekend zijn in overeenstemming met artikel 617 van het Wetboek van vennootschappen 34.221 k€ na de hierboven voorgestelde dividenduitkering (2018: 24.226 k€). De details van de berekeningen zijn opgenomen in de toelichting van de verkorte statutaire jaarrekening als bijlage.
Aedifica beschouwt als kapitaal in de zin van IAS 1p134 de som van het eigen vermogen. Het niveau van dit kapitaal wordt op basis van de geconsolideerde schuldratio opgevolgd (berekend in overeenstemming met het koninklijk besluit van 13 juli 2014 – zie toelichting 52). Die ratio mag niet meer dan 60% bedragen volgens de met de banken afgesloten overeenkomsten (zie toelichtingen 40 en 44). Dit kapitaal wordt opgevolgd met het oog op de continuïteit van de bedrijfsactiviteiten en de financiering van de groei.
In België financiert Aedifica verschillende pensioenregelingen op basis van vaste bijdragen die open staan voor nieuwe begunstigden. Het betreft pensioensregelingen op basis van kapitalisatie voor alle begunstigden, nl. voor bedienden, directie en de leden van het directiecomité (effectieve leiders). Deze regelingen worden beheerd via groepsverzekeringen die rendementen garanderen. Deze regelingen omvatten geen persoonlijke bijdragen van de begunstigden.
Op 23 oktober 2015 heeft de Belgische regering het voorstel van de 'Groep van 10' betreffende het gewaarborgd rendement op regelingen op basis van vaste bijdragen officieel goedgekeurd; de nieuwe wet dd. 18 december 2015 werd op 24 december 2015 gepubliceerd. Voor de klassieke 'tak 21' verzekeringscontracten wordt het nieuwe gewaarborgd rendement toegekend op toekomstige bijdragen (van de werknemer en van de werkgever), en dit vanaf 1 januari 2016. Het vorige gewaarborgd rendement (3,25% op de bijdragen van de werknemer en 3,75% op de bijdragen van de werkgever) blijft echter van toepassing op de verworven minimumreserve op 31 december 2015. Het nieuwe gewaarborgd rendement is gebaseerd op de Belgische Staatsobligaties op 10 jaar (OLO 10) met een minimum van 1,75% en een maximum van 3,75%. Op dit ogenblik is het minimum rendement van 1,75% van toepassing sinds 1 januari 2016. Dit zou een passief in de balans van de werkgever kunnen veroorzaken. Deze rendementsverplichting is niet van toepassing op de pensioenregeling voor de leden van het directiecomité met zelfstandig statuut.
Onder deze regelingen bezat Aedifica op 30 juni 2019 geëxternaliseerde activa van 449 k€. Tijdens het boekjaar 2019/2020 zal de verwachte bijdrage voor deze regelingen ongeveer 142 k€ bedragen.
Een actuariële evaluatie waarbij de verplichtingen (benadering 'Traditional unit credit method' (TUC)) in functie van de huidige minimum reserve geprojecteerd worden met het gewaarborgde minimum rendement en geactualiseerd wordt met de actualisatie voet zoals beschreven in IAS19 en waarbij de activa gelijk worden gesteld aan de huidige individuele wiskundige reserves verhoogd met de reserves aanwezig in de financieringsfondsen geeft aanleiding tot een aansprakelijkheid van lager dan 8 k€ op 30 juni 2019.
Vermits de interestvoeten die door de verzekeraars worden gewaarborgd sinds 2013 gedaald zijn tot onder het niveau van 3,25% en vanaf juli 2015 tot onder het niveau van 1,75%, bestaat er een risico van toekomstige onderfinanciering, dat weliswaar beperkt is ten opzichte van de geëxternaliseerde activa.
De ten laste genomen bedragen voor de voordelen op lange termijn toegekend aan de leden van het directiecomité zijn voorgesteld in het remuneratieverslag van het jaarlijks financieel verslag 2018/2019.
Gedurende het boekjaar 2015/2016 werd er een aanvullende regeling op basis van vaste bijdragen opgericht in Duitsland. Voor deze regeling dient er geen provisie te worden opgenomen aangezien het volgens IAS 19 niet gaat over een 'te bereiken doel'-regeling, in tegenstelling tot de hierboven vermelde regelingen op basis van vaste bijdragen in België.
Gedurende het boekjaar 2018/2019 werd er een aanvullende regeling op basis van vaste bijdragen opgericht in Nederland. Voor deze regeling dient er geen provisie te worden opgenomen aangezien het volgens IAS 19 niet gaat over een 'te bereiken doel'-regeling, in tegenstelling tot de hierboven vermelde regelingen op basis van vaste bijdragenin België.
35 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 34
De raad van bestuur heeft de uitkering van een brutodividend van 2,80 € per aandeel voorgesteld, hetzij een totaal dividend van 54.223 k€, te
Rekening houdend met het koninklijk besluit van 13 juli 2014 bedragen op 30 juni 2019 de beschikbare (statutaire) reserves die berekend zijn in overeenstemming met artikel 617 van het Wetboek van vennootschappen 34.221 k€ na de hierboven voorgestelde dividenduitkering (2018:
Aedifica beschouwt als kapitaal in de zin van IAS 1p134 de som van het eigen vermogen. Het niveau van dit kapitaal wordt op basis van de geconsolideerde schuldratio opgevolgd (berekend in overeenstemming met het koninklijk besluit van 13 juli 2014 – zie toelichting 52). Die ratio mag niet meer dan 60% bedragen volgens de met de banken afgesloten overeenkomsten (zie toelichtingen 40 en 44). Dit kapitaal wordt
In België financiert Aedifica verschillende pensioenregelingen op basis van vaste bijdragen die open staan voor nieuwe begunstigden. Het betreft pensioensregelingen op basis van kapitalisatie voor alle begunstigden, nl. voor bedienden, directie en de leden van het directiecomité (effectieve leiders). Deze regelingen worden beheerd via groepsverzekeringen die rendementen garanderen. Deze regelingen omvatten geen persoonlijke
Op 23 oktober 2015 heeft de Belgische regering het voorstel van de 'Groep van 10' betreffende het gewaarborgd rendement op regelingen op basis van vaste bijdragen officieel goedgekeurd; de nieuwe wet dd. 18 december 2015 werd op 24 december 2015 gepubliceerd. Voor de klassieke 'tak 21' verzekeringscontracten wordt het nieuwe gewaarborgd rendement toegekend op toekomstige bijdragen (van de werknemer en van de werkgever), en dit vanaf 1 januari 2016. Het vorige gewaarborgd rendement (3,25% op de bijdragen van de werknemer en 3,75% op de bijdragen van de werkgever) blijft echter van toepassing op de verworven minimumreserve op 31 december 2015. Het nieuwe gewaarborgd rendement is gebaseerd op de Belgische Staatsobligaties op 10 jaar (OLO 10) met een minimum van 1,75% en een maximum van 3,75%. Op dit ogenblik is het minimum rendement van 1,75% van toepassing sinds 1 januari 2016. Dit zou een passief in de balans van de werkgever kunnen veroorzaken. Deze rendementsverplichting is niet van toepassing op de pensioenregeling voor de leden van het directiecomité met
Onder deze regelingen bezat Aedifica op 30 juni 2019 geëxternaliseerde activa van 449 k€. Tijdens het boekjaar 2019/2020 zal de verwachte
Een actuariële evaluatie waarbij de verplichtingen (benadering 'Traditional unit credit method' (TUC)) in functie van de huidige minimum reserve geprojecteerd worden met het gewaarborgde minimum rendement en geactualiseerd wordt met de actualisatie voet zoals beschreven in IAS19 en waarbij de activa gelijk worden gesteld aan de huidige individuele wiskundige reserves verhoogd met de reserves aanwezig in de
Vermits de interestvoeten die door de verzekeraars worden gewaarborgd sinds 2013 gedaald zijn tot onder het niveau van 3,25% en vanaf juli 2015 tot onder het niveau van 1,75%, bestaat er een risico van toekomstige onderfinanciering, dat weliswaar beperkt is ten opzichte van de
De ten laste genomen bedragen voor de voordelen op lange termijn toegekend aan de leden van het directiecomité zijn voorgesteld in het
Gedurende het boekjaar 2015/2016 werd er een aanvullende regeling op basis van vaste bijdragen opgericht in Duitsland. Voor deze regeling dient er geen provisie te worden opgenomen aangezien het volgens IAS 19 niet gaat over een 'te bereiken doel'-regeling, in tegenstelling tot de
Gedurende het boekjaar 2018/2019 werd er een aanvullende regeling op basis van vaste bijdragen opgericht in Nederland. Voor deze regeling dient er geen provisie te worden opgenomen aangezien het volgens IAS 19 niet gaat over een 'te bereiken doel'-regeling, in tegenstelling tot de
24.226 k€). De details van de berekeningen zijn opgenomen in de toelichting van de verkorte statutaire jaarrekening als bijlage.
opgevolgd met het oog op de continuïteit van de bedrijfsactiviteiten en de financiering van de groei.
financieringsfondsen geeft aanleiding tot een aansprakelijkheid van lager dan 8 k€ op 30 juni 2019.
verdelen over twee coupons (coupon nr. 21: 2,38 €; coupon nr. 22: 0,42 €).
Toelichting 39: Voorzieningen
bijdrage voor deze regelingen ongeveer 142 k€ bedragen.
remuneratieverslag van het jaarlijks financieel verslag 2018/2019.
hierboven vermelde regelingen op basis van vaste bijdragen in België.
hierboven vermelde regelingen op basis van vaste bijdragenin België.
bijdragen van de begunstigden.
zelfstandig statuut.
geëxternaliseerde activa.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Langlopende financiële schulden | 584.193 | 716.927 |
| Bankinstellingen | 569.226 | 716.927 |
| Andere | 14.967 | 0 |
| Kortlopende financiële schulden | 272.317 | 22.830 |
| Bankinstellingen | 172.317 | 22.830 |
| Andere | 100.000 | 0 |
| TOTAAL | 856.510 | 739.757 |
Aedifica beschikt op 30 juni 2019 over bevestigde kredieten (voorgesteld op de lijnen 'kortlopende financiële schulden' en 'langlopende financiële schulden', en die behoren tot de categorie 'financiële verplichtingen gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs' volgens IFRS 9) van 1.404 miljoen €, verleend door zestien kredietverstrekkers waaronder dertien banken (ABN AMRO Bank, Bank für Sozialwirtschaft, Bank Degroof Petercam, Banque Européenne du Crédit Mutuel, Belfius Bank, BNP Paribas Deutschland, BNP Paribas Fortis, Caisse d'Epargne et de Prévoyance Nord France Europe, Deutsche Postbank, ING Belgium, J.P. Morgan Securities, KBC Bank en Triodos Bank), een verzekeringsmaatschappij (Argenta Assuranties), een spaarbank (Argenta Spaarbank) en een coöperatieve bankgroep (Groupe BPCE).
Daarnaast werd het bedrag van het thesauriebewijzenprogramma, dat in juni 2018 werd opgestart, eind juni 2019 verhoogd van 150 miljoen € naar 300 miljoen €. Dat bedrag bestaat uit 225 miljoen € voor thesauriebewijzen met een looptijd van minder dan één jaar (voorheen 100 miljoen €) en 75 miljoen € voor thesauriebewijzen met een looptijd van meer dan één jaar (voorheen 50 miljoen €).
De gemiddelde effectieve rentevoet* (inclusief kredietmarge en het effect van de indekkingsinstrumenten) bedroeg over de loop van het boekjaar 1,7% na activering van tussentijdse interesten (2,0% in 2017/2018) of 1,8% voor activering van tussentijdse interesten (2,1% in 2017/2018). Rekening houdend met de duur van de trekkingen, benadert de boekwaarde van de financiële schulden met variabele rentevoet hun reële waarde (797 miljoen €). De indekkingen van de rentevoeten worden besproken in toelichting 33. De reële waarde van de financiële schulden met vaste rentevoet (60 miljoen €) wordt geschat op 67 miljoen €.
Op 30 juni 2019 heeft de Groep geen enkel Belgisch, Nederlands of Brits gebouw in hypotheek of in pand gegeven aan zijn schuldeisers. In Duitsland is het wel gebruikelijk dat vastgoed in het kader van een bankfinanciering in hypotheek wordt gegeven. In dit verband zijn 11 van de 49 Duitse gebouwen in hypotheek gegeven. Zij voldoen aan de eisen van artikel 43 van de wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen.
De indeling tussen de kortlopende financiële schulden en de langlopende financiële schulden is gebaseerd op de vervaldata van de kredietlijnen waarop de trekkingen worden gemaakt in plaats van op basis van de vervaldata van de trekkingen.
De vervaldata van de financiële schulden bij Aedifica's zestien kredietverstrekkers zien er op 30 juni 2019 als volgt uit:
| Financiële schuld (in miljoen €) 1 |
Lijnen | Opname | waarvan thesaurie bewijzen |
|---|---|---|---|
| 2019/2020 | 267 | 267 | 100 |
| 2020/2021 | 58 | 58 | |
| 2021/2022 | 171 | 76 | |
| 2022/2023 | 205 | 75 | |
| 2023/2024 | 225 | 70 | |
| 2024/2025 | 371 | 179 | |
| >2025/2026 | 220 | 133 | 15 |
| Totaal op 30 juni 2019 | 1.519 | 859 | 115 |
| Gemiddelde resterende looptijd (in jaren) 2 | 4,8 | 4,9 |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 36
1 Bedragen in GBP werden omgezet in EUR op basis van de wisselkoers van 30 juni 2019.
2 Zonder rekening te houden met de kortlopende thesauriebewijzen en het overbruggingskrediet.
Zonder rekening te houden met de kortetermijnfinancieringen (de kortlopende thesauriebewijzen en het overbruggingskrediet), bedraagt de gemiddelde resterende looptijd van de financiële schulden op 30 juni 2019 4,9 jaar.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Exit taks | 3.106 | 8.818 |
| Andere | ||
| Leveranciers | 15.868 | 15.923 |
| Huurders | 641 | 6.772 |
| Belastingen | 5.836 | 4.489 |
| Bezoldigingen en sociale lasten | 1.570 | 1.278 |
| Dividenden van de voorbije boekjaren | 23 | 23 |
| TOTAAL | 27.044 | 37.303 |
De betaling van het grootste deel van de handelsschulden en andere kortlopende schulden (die behoren tot de categorie 'financiële verplichtingen gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs' volgens IFRS 9, met uitzondering van de belastingen – IAS 12 – en de bezoldigingen en sociale lasten – IAS 19) wordt voorzien binnen de 12 maanden. Hun boekwaarde benadert hun reële waarde.
De afname van de post 'exit taks' hield verband met de terugbetaling door de belastingsautoriteiten van reeds verrichte voorafbetalingen in vorig boekjaar.
De afname van de post 'huurders' hield verband met de opening van een tijdelijke lopende rekening met een uitbater, dewelke in de loop van het boekjaar werd terugbetaald.
De toename van de post 'Belastingen' houdt verband met de internationale groei van de Groep.
De buitenlandse dochtervennootschappen zijn onderworpen aan de toepasselijke gemeenrechtelijke vennootschapsbelasting.
37 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 36
Lijnen Opname waarvan
thesauriebewijzen
De vervaldata van de financiële schulden bij Aedifica's zestien kredietverstrekkers zien er op 30 juni 2019 als volgt uit:
2020/2021 58 58 2021/2022 171 76 2022/2023 205 75 2023/2024 225 70 2024/2025 371 179
Gemiddelde resterende looptijd (in jaren) 2 4,8 4,9
1 Bedragen in GBP werden omgezet in EUR op basis van de wisselkoers van 30 juni 2019. 2 Zonder rekening te houden met de kortlopende thesauriebewijzen en het overbruggingskrediet.
gemiddelde resterende looptijd van de financiële schulden op 30 juni 2019 4,9 jaar.
Toelichting 41: Handelsschulden en andere kortlopende schulden
lasten – IAS 19) wordt voorzien binnen de 12 maanden. Hun boekwaarde benadert hun reële waarde.
De toename van de post 'Belastingen' houdt verband met de internationale groei van de Groep.
2019/2020 267 267 100
2025/2026 220 133 15 Totaal op 30 juni 2019 1.519 859 115
Zonder rekening te houden met de kortetermijnfinancieringen (de kortlopende thesauriebewijzen en het overbruggingskrediet), bedraagt de
(x 1.000 €) 2019 2018
Exit taks 3.106 8.818
Leveranciers 15.868 15.923 Huurders 641 6.772 Belastingen 5.836 4.489 Bezoldigingen en sociale lasten 1.570 1.278 Dividenden van de voorbije boekjaren 23 23 TOTAAL 27.044 37.303
De betaling van het grootste deel van de handelsschulden en andere kortlopende schulden (die behoren tot de categorie 'financiële verplichtingen gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs' volgens IFRS 9, met uitzondering van de belastingen – IAS 12 – en de bezoldigingen en sociale
De afname van de post 'exit taks' hield verband met de terugbetaling door de belastingsautoriteiten van reeds verrichte voorafbetalingen in vorig
De afname van de post 'huurders' hield verband met de opening van een tijdelijke lopende rekening met een uitbater, dewelke in de loop van
De buitenlandse dochtervennootschappen zijn onderworpen aan de toepasselijke gemeenrechtelijke vennootschapsbelasting.
Financiële schuld (in miljoen €) 1
Andere
boekjaar.
het boekjaar werd terugbetaald.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Vooraf ontvangen vastgoedopbrengsten | 3.832 | 1.349 |
| Gelopen niet-vervallen interesten | 2.666 | 1.990 |
| Andere niet-vervallen kosten | 1.801 | 787 |
| TOTAAL | 8.299 | 4.126 |
De stijging is te wijten aan de nieuwe dochtervennootschappen in het Verenigd Koninkrijk.
Het totaal van de personeelskosten (zonder effectieve leiders en bestuurders voorgesteld in toelichting 16) wordt in de resultatenrekening als volgt opgedeeld:
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Reinigingskosten (zie toelichting 10) | -137 | -186 |
| Technische kosten (zie toelichting 11) | -486 | -583 |
| Commerciële kosten | -59 | -83 |
| Algemene kosten (zie toelichting 16) | -2.934 | -2.418 |
| Beheerkosten vastgoed (zie toelichting 14) | -1.562 | -1.127 |
| Geactiveerde kosten | -92 | -85 |
| TOTAAL | -5.270 | -4.482 |
Aantal personeelsleden op het einde van het boekjaar (zonder de effectieve leiders en bestuurders):
| 2019 | 2018 | |
|---|---|---|
| Totaal exclusief stagiaires en studenten | 55 | 65 |
| Stagiaires | 0 | 0 |
| Studenten | 0 | 1 |
| TOTAAL | 55 | 66 |
Het aantal personeelsleden is gedaald tengevolge van de verkoop van 75% van de participatie in Immobe NV. De personeelskosten met betrekking tot Immobe werden tot eind maart 2019 in de resultatenrekening geboekt.
153
Het financiële beleid van Aedifica is erop gericht een permanente toegang tot krediet te verzekeren, de schuldgraad te controleren en het renteen wisselkoersrisico op te volgen en te minimaliseren. De Groep blijft echter onderworpen aan financieringsrisico's, daarnaast kan een verandering in de rentevoeten of wisselkoersen een negatieve invloed hebben op de activa, de activiteiten, de financiële positie en de vooruitzichten van de Groep.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 38
Aedifica's schuldgraad (in de zin van het koninklijk besluit van 13 juli 2014) is vermeld in sectie 3.3 van het beheersverslag. Op 30 juni 2019 bedraagt die 36,7% op statutair niveau en 37,2% op geconsolideerd niveau. In die sectie wordt ook de bijkomende theoretische schuldcapaciteit van Aedifica vermeld, rekening houdend met de maximaal toegelaten schuldratio voor GVV's (65% van de totale activa) of met de bankconvenanten (60% van de totale activa). De schuldratio wordt elk kwartaal opgevolgd en zijn evolutie wordt geschat tijdens de goedkeuringsprocedure van elk omvangrijk investeringsproject. Wanneer de geconsolideerde schuldgraad meer dan 50% bedraagt, moet een financieel plan met een uitvoeringsschema worden opgesteld waarin een beschrijving wordt gegeven van de maatregelen die genomen zullen worden om te verhinderen dat die ratio meer dan 65% zou gaan bedragen (artikel 24 van het koninklijk besluit van 13 juli 2014). In april 2019 heeft Aedifica zo'n financieel plan bij de FSMA ingediend, nadat de geconsolideerde schuldgraad de drempel van 50% had overschreden. Over dat financieel plan heeft de commissaris een bijzonder verslag opgesteld, waarin hij bevestigde dat hij de opstelling van het plan heeft geverifieerd (met name wat betreft de economische grondslagen ervan) en dat de cijfers uit dat plan overeenstemmen met die van Aedifica's boekhouding. Dat financieel plan beoogde hoofdzakelijk een verlaging van de geconsolideerde schuldgraad door een openbare aanbieding tot inschrijving op nieuwe aandelen in het kader van een kapitaalverhoging in geld. Die kapitaalverhoging werd met succes afgerond op 7 mei 2019 (zie sectie 2.1.4 van het beheersverslag), waardoor de geconsolideerde schuldgraad opnieuw daalde tot 37,2% (op 30 juni 2019), ruim onder de drempel van 50%. De Vennootschap heeft in elk van haar vijf laatste verrichtingsnota's (2010, 2012, 2015, 2017 en 2019) verklaard dat ze op lange termijn een gepaste schuldgraad van ongeveer 50 tot 55% wil handhaven.
Aangezien het financiële model van Aedifica gebaseerd is op een structurele schuldpositie, blijft de cashpositie die belegd is bij een financiële instelling relatief beperkt. Deze bedroeg ca. 15 miljoen € op 30 juni 2019.
Op 30 juni 2019 heeft Aedifica geen enkel Belgisch, Nederlands of Brits gebouw in hypotheek of in pand gegeven ten voordele van haar schuldeisers. In Duitsland is het wel gebruikelijk dat vastgoed in het kader van een bankfinanciering in hypotheek wordt gegeven. In dat verband zijn, op 30 juni 2019, 11 van de 49 Duitse gebouwen in hypotheek gegeven, met naleving van artikel 43 van de wet van 12 mei 2014 (het totale bedrag dat gedekt is door de hypotheken mag niet meer bedragen dan 50% van de totale reële waarde en de hypotheek die bepaald vastgoed bezwaart, slaat op maximum 75% van de waarde van dat bezwaard goed). Het valt niet uit te sluiten dat in het kader van bijkomende financiering, bijkomende hypotheken zouden worden verstrekt.
Aedifica heeft een sterke en duurzame relatie met haar financiële instellingen, die een gediversifieerde pool vormen van een jaarlijks toenemend aantal Europese instellingen. De kenmerken van de kredietlijnen van Aedifica zijn beschreven in toelichting 40.
Op 30 juni 2019 heeft Aedifica 744 miljoen € (2018: 742 miljoen €) opgenomen van het totale bedrag van 1.404 miljoen € aan bevestigde bankfinancieringen. Het beschikbare saldo, 660 miljoen €, is voldoende om de kortetermijnbehoeften evenals de bestaande projecten tot het einde van het boekjaar 2019/2020 te financieren. In het financieel plan voor het boekjaar 2019/2020 werden totale netto-investeringen opgenomen ten bedrage van ca. 535 miljoen €. Het betreft voornamelijk betalingen in het kader van de pipeline van ontwikkelingensprojecten (ca. 260 miljoen €), betalingen in het kader van de acquisities die werden aangekondigd sinds 1 juli 2019 (60 miljoen €) en bijkomende hypothetische investeringen voor een bedrag van 215 miljoen €.
Aedifica streeft ernaar haar financieringsbronnen nog verder te diversifiëren. Binnen dat kader heeft Aedifica in 2018 een programma voor de uitgifte van thesauriebewijzen met verschillende looptijden opgestart. Het thesauriebewijzenprogramma op korte termijn wordt integraal gedekt door de beschikbare bedragen op de bevestigde langlopende kredietlijnen.
Rekening houdend met het wettelijk statuut van de GVV's en gelet op de aard van de goederen waarin Aedifica investeert, is het risico van niethernieuwing van de kredietlijnen op termijn (behalve bij onvoorziene gebeurtenissen) klein, zelfs in een context van verscherping van de kredietcondities. Niettemin is een risico van stijging van de kredietmarges mogelijk na vervaldatum van die kredietlijnen.
Tevens loopt Aedifica een liquiditeitsrisico in geval van opzegging van haar kredietlijnen. De Vennootschap is blootgesteld aan het risico dat haar financieringscontracten worden geannuleerd, herzien, opgezegd of tot een vervroegde terugbetalingsverplichting leiden, mocht zij de verbintenissen (convenanten) niet nakomen die bij de ondertekening van die contracten werden bedongen om bepaalde financiële ratio's in acht te nemen. Die verbintenissen zijn marktconform en vereisen onder andere dat de schuldgraad die gedefinieerd wordt door het koninklijk besluit van 13 juli 2014 het plafond van 60% niet overschrijdt en dat de EBITDA groter dient te zijn dan tweemaal de netto financiële lasten. Bovendien is de Vennootschap in geval van wijziging van de controle over de Vennootschap, in geval van niet-nakoming van haar verplichtingen en meer algemeen in geval van in gebreke blijven zoals bedoeld in die contracten, blootgesteld aan het risico van een gedwongen vervroegde terugbetaling. Een geval van in gebreke blijven met betrekking tot één contract kan leiden tot een geval van in gebreke blijven met betrekking tot alle contracten ('cross-default' clausules). Hoewel, volgens de informatie in haar bezit en van de vooruitzichten die op die basis redelijkerwijs
zouden kunnen worden gemaakt, de Vennootschap tot op heden geen kennis heeft van elementen die erop wijzen dat in de voorzienbare toekomst één of meer van deze ratio's niet zouden kunnen worden nageleefd, kan het risico van niet-nakoming van de verbintenissen niet worden uitgesloten. Bovendien heeft de Vennootschap geen controle over het naleven van bepaalde verbintenissen die tot een vervroegde beëindiging van de kredietovereenkomsten kunnen leiden, zoals in geval van een wijziging van de controle over de Vennootschap.
Op 30 juni 2019 bestaan de niet-verdisconteerde uitgaande kasstromen met betrekking tot kredietlijnen uit 562 miljoen € (de hoofdsom) vervallend binnen het jaar, 133 miljoen € vervallend tussen 1 en 5 jaar en 163 miljoen € vervallend over meer dan 5 jaar, en 5 miljoen € interesten die binnen het jaar vervallen (2018: 500 miljoen € hoofdsom en 6 miljoen € interesten, vervallend binnen het jaar).
De niet-verdisconteerde uitgaande kasstromen met betrekking tot indekkingsinstrumenten worden in de volgende tabel weergegeven:
| Op 30 juni 2019 (x 1.000 €) | Vervallend binnen het jaar |
Vervallend tussen één en vijf jaar |
Vervallend over meer dan vijf jaar |
TOTAAL |
|---|---|---|---|---|
| Derivaten waarop hedge accounting van toepassing is | -2.432 | -14.092 | -3.844 | -20.369 |
| Derivaten waarop hedge accounting niet van toepassing is | -3.456 | -14.710 | -9.091 | -27.257 |
| Op 30 juni 2018 (x 1.000 €) | Vervallend binnen het jaar |
Vervallend tussen één en vijf jaar |
Vervallend over meer dan vijf jaar |
TOTAAL |
|---|---|---|---|---|
| Derivaten waarop hedge accounting van toepassing is | -3.359 | -10.986 | -3.414 | -17.760 |
| Derivaten waarop hedge accounting niet van toepassing is | -2.121 | -8.008 | -7.372 | -17.501 |
39 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 38
Toelichting 44: Financieel risicobeheer
termijn een gepaste schuldgraad van ongeveer 50 tot 55% wil handhaven.
instelling relatief beperkt. Deze bedroeg ca. 15 miljoen € op 30 juni 2019.
bijkomende hypotheken zouden worden verstrekt.
hypothetische investeringen voor een bedrag van 215 miljoen €.
door de beschikbare bedragen op de bevestigde langlopende kredietlijnen.
vooruitzichten van de Groep.
Het financiële beleid van Aedifica is erop gericht een permanente toegang tot krediet te verzekeren, de schuldgraad te controleren en het renteen wisselkoersrisico op te volgen en te minimaliseren. De Groep blijft echter onderworpen aan financieringsrisico's, daarnaast kan een verandering in de rentevoeten of wisselkoersen een negatieve invloed hebben op de activa, de activiteiten, de financiële positie en de
Aedifica's schuldgraad (in de zin van het koninklijk besluit van 13 juli 2014) is vermeld in sectie 3.3 van het beheersverslag. Op 30 juni 2019 bedraagt die 36,7% op statutair niveau en 37,2% op geconsolideerd niveau. In die sectie wordt ook de bijkomende theoretische schuldcapaciteit van Aedifica vermeld, rekening houdend met de maximaal toegelaten schuldratio voor GVV's (65% van de totale activa) of met de bankconvenanten (60% van de totale activa). De schuldratio wordt elk kwartaal opgevolgd en zijn evolutie wordt geschat tijdens de goedkeuringsprocedure van elk omvangrijk investeringsproject. Wanneer de geconsolideerde schuldgraad meer dan 50% bedraagt, moet een financieel plan met een uitvoeringsschema worden opgesteld waarin een beschrijving wordt gegeven van de maatregelen die genomen zullen worden om te verhinderen dat die ratio meer dan 65% zou gaan bedragen (artikel 24 van het koninklijk besluit van 13 juli 2014). In april 2019 heeft Aedifica zo'n financieel plan bij de FSMA ingediend, nadat de geconsolideerde schuldgraad de drempel van 50% had overschreden. Over dat financieel plan heeft de commissaris een bijzonder verslag opgesteld, waarin hij bevestigde dat hij de opstelling van het plan heeft geverifieerd (met name wat betreft de economische grondslagen ervan) en dat de cijfers uit dat plan overeenstemmen met die van Aedifica's boekhouding. Dat financieel plan beoogde hoofdzakelijk een verlaging van de geconsolideerde schuldgraad door een openbare aanbieding tot inschrijving op nieuwe aandelen in het kader van een kapitaalverhoging in geld. Die kapitaalverhoging werd met succes afgerond op 7 mei 2019 (zie sectie 2.1.4 van het beheersverslag), waardoor de geconsolideerde schuldgraad opnieuw daalde tot 37,2% (op 30 juni 2019), ruim onder de drempel van 50%. De Vennootschap heeft in elk van haar vijf laatste verrichtingsnota's (2010, 2012, 2015, 2017 en 2019) verklaard dat ze op lange
Aangezien het financiële model van Aedifica gebaseerd is op een structurele schuldpositie, blijft de cashpositie die belegd is bij een financiële
Op 30 juni 2019 heeft Aedifica geen enkel Belgisch, Nederlands of Brits gebouw in hypotheek of in pand gegeven ten voordele van haar schuldeisers. In Duitsland is het wel gebruikelijk dat vastgoed in het kader van een bankfinanciering in hypotheek wordt gegeven. In dat verband zijn, op 30 juni 2019, 11 van de 49 Duitse gebouwen in hypotheek gegeven, met naleving van artikel 43 van de wet van 12 mei 2014 (het totale bedrag dat gedekt is door de hypotheken mag niet meer bedragen dan 50% van de totale reële waarde en de hypotheek die bepaald vastgoed bezwaart, slaat op maximum 75% van de waarde van dat bezwaard goed). Het valt niet uit te sluiten dat in het kader van bijkomende financiering,
Aedifica heeft een sterke en duurzame relatie met haar financiële instellingen, die een gediversifieerde pool vormen van een jaarlijks toenemend
Op 30 juni 2019 heeft Aedifica 744 miljoen € (2018: 742 miljoen €) opgenomen van het totale bedrag van 1.404 miljoen € aan bevestigde bankfinancieringen. Het beschikbare saldo, 660 miljoen €, is voldoende om de kortetermijnbehoeften evenals de bestaande projecten tot het einde van het boekjaar 2019/2020 te financieren. In het financieel plan voor het boekjaar 2019/2020 werden totale netto-investeringen opgenomen ten bedrage van ca. 535 miljoen €. Het betreft voornamelijk betalingen in het kader van de pipeline van ontwikkelingensprojecten (ca. 260 miljoen €), betalingen in het kader van de acquisities die werden aangekondigd sinds 1 juli 2019 (60 miljoen €) en bijkomende
Aedifica streeft ernaar haar financieringsbronnen nog verder te diversifiëren. Binnen dat kader heeft Aedifica in 2018 een programma voor de uitgifte van thesauriebewijzen met verschillende looptijden opgestart. Het thesauriebewijzenprogramma op korte termijn wordt integraal gedekt
Rekening houdend met het wettelijk statuut van de GVV's en gelet op de aard van de goederen waarin Aedifica investeert, is het risico van niethernieuwing van de kredietlijnen op termijn (behalve bij onvoorziene gebeurtenissen) klein, zelfs in een context van verscherping van de
Tevens loopt Aedifica een liquiditeitsrisico in geval van opzegging van haar kredietlijnen. De Vennootschap is blootgesteld aan het risico dat haar financieringscontracten worden geannuleerd, herzien, opgezegd of tot een vervroegde terugbetalingsverplichting leiden, mocht zij de verbintenissen (convenanten) niet nakomen die bij de ondertekening van die contracten werden bedongen om bepaalde financiële ratio's in acht te nemen. Die verbintenissen zijn marktconform en vereisen onder andere dat de schuldgraad die gedefinieerd wordt door het koninklijk besluit van 13 juli 2014 het plafond van 60% niet overschrijdt en dat de EBITDA groter dient te zijn dan tweemaal de netto financiële lasten. Bovendien is de Vennootschap in geval van wijziging van de controle over de Vennootschap, in geval van niet-nakoming van haar verplichtingen en meer algemeen in geval van in gebreke blijven zoals bedoeld in die contracten, blootgesteld aan het risico van een gedwongen vervroegde terugbetaling. Een geval van in gebreke blijven met betrekking tot één contract kan leiden tot een geval van in gebreke blijven met betrekking tot alle contracten ('cross-default' clausules). Hoewel, volgens de informatie in haar bezit en van de vooruitzichten die op die basis redelijkerwijs
kredietcondities. Niettemin is een risico van stijging van de kredietmarges mogelijk na vervaldatum van die kredietlijnen.
aantal Europese instellingen. De kenmerken van de kredietlijnen van Aedifica zijn beschreven in toelichting 40.
Aedifica gaat bijna al haar financiële schulden aan tegen een variabele rentevoet. Daardoor kan zij, desgevallend, profiteren van lage rentevoeten. Om het risico van stijgende rentevoeten in te dekken, voert Aedifica een beleid dat erop gericht is de rentevoeten van minstens 60% van haar financiële schulden (zowel de bestaande als de waarschijnlijke) in te dekken over meerdere jaren. Er wordt op gewezen dat de Vennootschap bepaalde schulden aan vaste rentevoet heeft overgenomen, afkomstig van reeds bestaande investeringskredieten die verbonden waren aan vastgoedvennootschappen die door de Vennootschap verworven of geabsorbeerd werden. Op 30 juni 2019 zijn de bedragen die in euro werden opgenomen op de kredietlijnen met een variabele rentevoet, voor 98% (95% op 30 juni 2018) ingedekt door indekkingsinstrumenten (swaps en caps). Met inbegrip van de kredietlijnen in Britse pond bedraagt het indekkingspercentage 78%.
Dit beleid is gebaseerd op het feit dat een stijging van de nominale rentevoeten zonder gelijktijdige groei van de inflatie een verhoging van de reële rentevoeten tot gevolg heeft. Die verhoging kan niet gecompenseerd worden door een stijging van de huurinkomsten via indexatie. Bovendien stelt men in geval van inflatiegroei een verschil in de tijd vast tussen de stijging van de nominale rentevoeten en de indexatie van de huurinkomsten.
Bij wijze van voorbeeld: in de veronderstelling dat de structuur en het niveau van de financiële schuld onveranderd blijven en er abstractie gemaakt wordt van de toepassing van de indekkingsinstrumenten, hebben simulaties aangetoond dat een gemiddelde stijging van de rentevoeten met 100 basispunten in 2019/2020 ten opzichte van de gemiddelde rentevoet van de vooruitzichten een verhoging van de financieringskosten van ongeveer 5,8 miljoen € (op 30 juni 2020) met zich zou meebrengen. Als er rekening gehouden wordt met de huidige indekkingsinstrumenten, dan zou de stijging van de financieringskosten slechts 1,7 miljoen € bedragen.
Om het renterisico te beheren heeft Aedifica dus voor indekkingen gezorgd (interest rate swaps en caps). Alle indekkingen worden afgesloten met onbesproken tegenpartijen en met betrekking tot bestaande of zeer waarschijnlijke risico's. De analyse van de indekkingen wordt verstrekt in het beheersverslag en in de geconsolideerde jaarrekening (toelichting 33 van de geconsolideerde jaarrekening in dit jaarlijks financieel verslag). De indekkingen kunnen voor lange periodes worden afgesloten: evenwel (en conform de marktpraktijk) bepalen de overeenkomsten die met de betrokken banken gesloten zijn dat sommige gebeurtenissen ertoe kunnen leiden dat de indekkingen stopgezet worden of dat er zekerheden gesteld moeten worden (bijvoorbeeld in contanten) ten voordele van deze banken.
De variatie van de rentecurve heeft een beperkte invloed op de toekomstige lasten van de schulden, doordat minimaal 60% van de schulden ingedekt is met interest rate swaps (IRS), die de schulden met variabele rente omzetten in schulden met vaste rente, of met caps. Elke variatie van de rentecurve heeft een invloed op de reële waarde van de indekkingen in het resultaat en/of in het eigen vermogen (post van de balans getiteld 'I.C.d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS'). Een sensibiliteitsanalyse wordt gegeven in toelichting 33.
Bepaalde externe gebeurtenissen zouden een verhoging van de kredietmarge ten laste van de Groep kunnen veroorzaken, door toepassing van 'increased costs' clausules die in bancaire overeenkomsten opgenomen werden. Dergelijke clausules laten de kredietverstrekkende banken toe om de kostprijs van het verstrekte krediet te verhogen, o.a. indien die banken door hun toezichthoudende autoriteiten onderworpen worden aan strengere solvabiliteits-, liquiditeits- of andere kapitaalvereisten. Er wordt echter op gewezen dat in de loop van de crisissen die sinds 2007 de financiële wereld hebben getroffen, geen enkele bank ooit een van die clausules heeft ingeroepen ten opzichte van de Groep. Dat kan echter niet worden gezien als een garantie voor de toekomst.
Het sluiten van een financieringscontract of van een indekkingsinstrument doet een tegenpartijrisico op een financiële instelling ontstaan in geval van het in gebreke blijven van deze instelling. Om dat tegenpartijrisico te beperken, doet Aedifica een beroep op verschillende vooraanstaande nationale en Europese banken om de diversificatie van tegenpartijen voor haar financieringen en voor de indekkingsinstrumenten te verzekeren. Daarbij besteedt Aedifica bijzondere aandacht aan de prijs-kwaliteitsverhouding van de geleverde diensten, met dien verstande dat het tegenpartijrisico niet kan worden uitgesloten en dat het falen van één of meer van de tegenpartijen van Aedifica een negatieve impact kan hebben op de activa, de activiteiten, de financiële positie en de vooruitzichten van de Vennootschap.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 40
In overeenstemming met de marktpraktijken bevatten de kredietovereenkomsten marktverstoringsclausules en clausules van belangrijke verandering van omstandigheden ('MAC'-clausules of 'material adverse changes') die, in sommige extreme omstandigheden, bijkomende kosten voor de Vennootschap kunnen genereren, en zelfs in nog extremere gevallen tot stopzetting van het krediet kunnen leiden.
Aedifica heeft een bankrelatie met de banken die in toelichting 40 vermeld zijn. De bancaire tegenpartijen voor de indekkingsinstrumenten zijn, in dalende orde van belang, ING, BNP Paribas Fortis, KBC en Banque Européenne du Crédit Mutuel.
Aedifica realiseert haar omzet en haar kosten in de eurozone en ook in Britse pond sinds de aankoop van de Britse portefeuille op 1 februari 2019.
Toekomstige wisselkoersschommelingen kunnen de waarde van de vastgoedinvesteringen in het Verenigd Koninkrijk, de huurinkomsten en het nettoresultaat van Aedifica, uitgedrukt in euro, beïnvloeden. Een wijziging van 0,10 van de GBP/EUR-wisselkoers heeft een impact van ca. 55,5 miljoen € op de reële waarde van de vastgoedbeleggingen van de Groep in het Verenigd Koninkrijk, van ca. 3,4 miljoen € op de huurinkomsten van de Groep en van ca. 1,8 miljoen € op het nettoresultaat van de Groep.
De aanschaffingsprijs van de zorgportefeuille in het Verenigd Koninkrijk werd in Britse ponden uitgedrukt. Om het wisselkoersrisico als gevolg van deze overname te beperken, sloot Aedifica termijncontracten waarin de wisselkoers van de euro ten opzichte van het Britse pond werd vastgelegd. Bovendien sloot Aedifica een deel van haar overbruggingskredietovereenkomst af in Britse ponden. Dit deel van de overbruggingsfinanciering in Britse ponden (150 miljoen £) vormt een gedeeltelijke natuurlijke afdekking van wisselkoersschommelingen op de balans en beperkt de impact op de schuldratio. Het GBP-gedeelte van de overbruggingskredietovereenkomst, dat een looptijd van twaalf maanden vanaf 21 december 2018 heeft, zal geherfinancierd worden door middel van een nieuwe langetermijnfinancieringsovereenkomst die eveneens in GBP zal worden aangegaan.
Er wordt een actief afdekkingsbeleid gevoerd om het GBP/EUR-wisselkoersrisico en de invloed ervan op het resultaat van Aedifica te beperken, indien en wanneer dat nodig wordt geacht. Dat afdekkingsbeleid houdt onder andere rekening met de volatiliteit van de wisselkoers die regelmatig wordt opgevolgd en de kosten van de afdekking (die zelf afhankelijk is van verschillende elementen). Een actief afdekkingsbeleid kan het wisselkoersrisico echter niet volledig uitsluiten en de Vennootschap blijft er dus aan blootgesteld. Indien de evolutie van de wisselkoers niet zou worden afgedekt, dan zou de Vennootschap kunnen worden blootgesteld aan lagere huurinkomsten en hogere kosten, wat een negatieve impact zou kunnen hebben op de activa, de activiteiten, de financiële positie en de vooruitzichten van de Vennootschap.
De jaarlijkse budgetten en de financiële vooruitzichten over meerdere jaren zijn een belangrijke hulp voor de besluitvorming en voor de opvolging van het beheer. Die budgetten en vooruitzichten komen voort uit een computermodel dat draait op basis van hypotheses en dat aan programmerings- of manipulatiefouten blootgesteld kan zijn. De eventuele foute hypotheses en programmerings- of manipulatiefouten kunnen, indien ze onopgemerkt blijven, de conformiteit met de eisen van de regelgeving (het respecteren van de verplichtingen verbonden aan het statuut van openbare GVV, zoals bijvoorbeeld de gelimiteerde schuldratio) en van de contracten (bijvoorbeeld het respecteren van de verbintenissen ten opzichte van de banken), alsook de prestaties van de Vennootschap en het vertrouwen dat ze van de markten geniet, beïnvloeden.
Bovendien kan blijken dat eerdere financiële vooruitzichten niet meer relevant zijn, aangezien de omstandigheden kunnen evolueren. Ook berusten de financiële vooruitzichten op assumpties die mogelijk aan de controle van de Vennootschap ontsnappen.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 40
Risico verbonden aan de bancaire tegenpartij
GBP/EUR-wisselkoersrisico
eveneens in GBP zal worden aangegaan.
op de activa, de activiteiten, de financiële positie en de vooruitzichten van de Vennootschap.
huurinkomsten van de Groep en van ca. 1,8 miljoen € op het nettoresultaat van de Groep.
in dalende orde van belang, ING, BNP Paribas Fortis, KBC en Banque Européenne du Crédit Mutuel.
Het sluiten van een financieringscontract of van een indekkingsinstrument doet een tegenpartijrisico op een financiële instelling ontstaan in geval van het in gebreke blijven van deze instelling. Om dat tegenpartijrisico te beperken, doet Aedifica een beroep op verschillende vooraanstaande nationale en Europese banken om de diversificatie van tegenpartijen voor haar financieringen en voor de indekkingsinstrumenten te verzekeren. Daarbij besteedt Aedifica bijzondere aandacht aan de prijs-kwaliteitsverhouding van de geleverde diensten, met dien verstande dat het tegenpartijrisico niet kan worden uitgesloten en dat het falen van één of meer van de tegenpartijen van Aedifica een negatieve impact kan hebben
In overeenstemming met de marktpraktijken bevatten de kredietovereenkomsten marktverstoringsclausules en clausules van belangrijke verandering van omstandigheden ('MAC'-clausules of 'material adverse changes') die, in sommige extreme omstandigheden, bijkomende kosten
Aedifica heeft een bankrelatie met de banken die in toelichting 40 vermeld zijn. De bancaire tegenpartijen voor de indekkingsinstrumenten zijn,
Aedifica realiseert haar omzet en haar kosten in de eurozone en ook in Britse pond sinds de aankoop van de Britse portefeuille op 1 februari 2019.
Toekomstige wisselkoersschommelingen kunnen de waarde van de vastgoedinvesteringen in het Verenigd Koninkrijk, de huurinkomsten en het nettoresultaat van Aedifica, uitgedrukt in euro, beïnvloeden. Een wijziging van 0,10 van de GBP/EUR-wisselkoers heeft een impact van ca. 55,5 miljoen € op de reële waarde van de vastgoedbeleggingen van de Groep in het Verenigd Koninkrijk, van ca. 3,4 miljoen € op de
De aanschaffingsprijs van de zorgportefeuille in het Verenigd Koninkrijk werd in Britse ponden uitgedrukt. Om het wisselkoersrisico als gevolg van deze overname te beperken, sloot Aedifica termijncontracten waarin de wisselkoers van de euro ten opzichte van het Britse pond werd vastgelegd. Bovendien sloot Aedifica een deel van haar overbruggingskredietovereenkomst af in Britse ponden. Dit deel van de overbruggingsfinanciering in Britse ponden (150 miljoen £) vormt een gedeeltelijke natuurlijke afdekking van wisselkoersschommelingen op de balans en beperkt de impact op de schuldratio. Het GBP-gedeelte van de overbruggingskredietovereenkomst, dat een looptijd van twaalf maanden vanaf 21 december 2018 heeft, zal geherfinancierd worden door middel van een nieuwe langetermijnfinancieringsovereenkomst die
Er wordt een actief afdekkingsbeleid gevoerd om het GBP/EUR-wisselkoersrisico en de invloed ervan op het resultaat van Aedifica te beperken, indien en wanneer dat nodig wordt geacht. Dat afdekkingsbeleid houdt onder andere rekening met de volatiliteit van de wisselkoers die regelmatig wordt opgevolgd en de kosten van de afdekking (die zelf afhankelijk is van verschillende elementen). Een actief afdekkingsbeleid kan het wisselkoersrisico echter niet volledig uitsluiten en de Vennootschap blijft er dus aan blootgesteld. Indien de evolutie van de wisselkoers niet zou worden afgedekt, dan zou de Vennootschap kunnen worden blootgesteld aan lagere huurinkomsten en hogere kosten, wat een negatieve impact
De jaarlijkse budgetten en de financiële vooruitzichten over meerdere jaren zijn een belangrijke hulp voor de besluitvorming en voor de opvolging van het beheer. Die budgetten en vooruitzichten komen voort uit een computermodel dat draait op basis van hypotheses en dat aan programmerings- of manipulatiefouten blootgesteld kan zijn. De eventuele foute hypotheses en programmerings- of manipulatiefouten kunnen, indien ze onopgemerkt blijven, de conformiteit met de eisen van de regelgeving (het respecteren van de verplichtingen verbonden aan het statuut van openbare GVV, zoals bijvoorbeeld de gelimiteerde schuldratio) en van de contracten (bijvoorbeeld het respecteren van de verbintenissen ten opzichte van de banken), alsook de prestaties van de Vennootschap en het vertrouwen dat ze van de markten geniet, beïnvloeden.
Bovendien kan blijken dat eerdere financiële vooruitzichten niet meer relevant zijn, aangezien de omstandigheden kunnen evolueren. Ook
zou kunnen hebben op de activa, de activiteiten, de financiële positie en de vooruitzichten van de Vennootschap.
berusten de financiële vooruitzichten op assumpties die mogelijk aan de controle van de Vennootschap ontsnappen.
voor de Vennootschap kunnen genereren, en zelfs in nog extremere gevallen tot stopzetting van het krediet kunnen leiden.
De in dit hoofdstuk vermelde aanschaffingswaarden voldoen aan de eisen van artikel 49 § 1 van de wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen (op het ogenblik van het sluiten van het contract).
41 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
In het kader van de erfpachtovereenkomst die werd gesloten met Armonea heeft Aedifica zich ertoe verbonden bepaalde renovatiewerken aan het woonzorgcentrum te financieren voor een budget van ca. 1 miljoen €. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica heeft zich ertoe verbonden de uitbreiding van het woonzorgcentrum te financieren voor een budget van ca. 3 miljoen €. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica heeft zich ertoe verbonden de uitbreiding van het woonzorgcentrum, die de bouw van een assistentiewoningencomplex omvat, te financieren voor een budget van ca. 3 miljoen €. De werken zijn in voorbereiding.
In het kader van de erfpachtovereenkomst die werd gesloten met de exploitant van woonzorgcentrum 't Hoge (met garantiestelling door Senior Living Group) heeft Aedifica zich ertoe verbonden de uitbreiding van het woonzorgcentrum met een nieuw complex van 12 assistentiewoningen te financieren voor een budget van ca. 2 miljoen €. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica Luxemburg IV SCS heeft zich ertoe verbonden de renovatie van het woonzorgcentrum te financieren voor een budget van ca. 1 miljoen €. De werken zijn in voorbereiding.
Aedifica Luxemburg VI SCS heeft zich ertoe verbonden de renovatie van het woonzorgcentrum te financieren voor een budget van ca. 6 miljoen €. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de bouw van een nieuwe zorgresidentie in Winschoten (Nederland) te financieren voor een budget van ca. 13 miljoen €. Het gebouw zal worden uitgebaat door Stichting Oosterlengte. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica heeft zich ertoe verbonden de renovatie van het rustoord te financieren voor een budget van ca. 1 miljoen €. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica heeft zich ertoe verbonden bepaalde uitbreidings- en renovatiewerken aan het woonzorgcentrum te financieren voor een budget van ca. 2 miljoen €. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica heeft een akkoord met het oog op de verwerving (na voltooiing van de bouwwerken) van een nieuw woonzorgcentrum gelegen te Mechelen. De aanschaffingswaarde van dit onroerend goed zal ca. 12 miljoen € bedragen. De bouwwerken zijn in uitvoering.
Aedifica heeft zich ertoe verbonden de uitbreiding van het woonzorgcentrum, die de bouw van een assistentiewoningencomplex omvat, te financieren voor een budget van ca. 2 miljoen €. De werken zijn in voorbereiding.
Aedifica heeft zich ertoe verbonden de uitbreiding van het woonzorgcentrum, die de bouw van bijkomende kamers en een assistentiewoningencomplex omvat, te financieren voor een budget van ca. 5 miljoen €. De werken zijn in voorbereiding.
Aedifica Nederland BV heeft een samenwerkingsovereenkomst (onder opschortende voorwaarden) gesloten voor de bouw en acquisitie van een gebouw met seniorenappartementen in Leeuwarden (Nederland). Het door Aedifica Nederland BV te financieren budget bedraagt ca. 20 miljoen € (terrein inbegrepen). Het gebouw zal worden uitgebaat door Stichting Rendant.
157
Aedifica Nederland BV heeft een grondpositie in Heerenveen verworven en heeft zich ertoe verbonden de bouw van een site van huisvesting voor seniorenen te financieren voor een budget van ca. 20 miljoen €. De site zal worden uitgebaat door Stichting Rendant. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 42
Aedifica heeft een samenwerkingsovereenkomst (onder opschortende voorwaarden) gesloten met Specht Gruppe voor de bouw en acquisitie van tien zorgcampussen in verschillende deelstaten in het noorden van Duitsland. Het door Aedifica te financieren totale budget bedraagt op heden ca. 131 miljoen € (terreinen inbegrepen).
In uitvoering van de samenwerkingsovereenkomst met Specht Gruppe (punt 1.15 hierboven) heeft Aedifica in een eerste fase, via de overname van de controle over de vennootschap Projektgesellschaft Specht Gruppe Eins mbH (thans Aedifica Residenzen 1 GmbH) door Aedifica Invest NV, grondposities verworven in Kaltenkirchen en Schwerin. Aedifica heeft op dezelfde datum overeenkomsten gesloten met Residenz Baugesellschaft mbH (een onderneming van Specht Gruppe) voor de bouw van twee zorgcampussen op die grondposities. De werken zullen door Aedifica gefinancierd worden voor een budget van ca. 26 miljoen €. De sites zullen worden uitgebaat door de EMVIA Living-groep. De werken zijn in uitvoering.
In uitvoering van de samenwerkingsovereenkomst met Specht Gruppe (punt 1.15 hierboven) heeft Aedifica in een tweede fase, via de overname van de controle over de vennootschap Projektgesellschaft Specht Gruppe Zwei mbH (thans Aedifica Residenzen 2 GmbH) door Aedifica Invest NV, grondposities verworven in Wolfsburg, Heiligenhafen, Espelkamp en Beverstedt. Aedifica heeft op dezelfde datum overeenkomsten gesloten met Residenz Baugesellschaft mbH voor de bouw van vier zorgcampussen op die vier grondposities. De werken zullen door Aedifica gefinancierd worden voor een budget van ca. 66 miljoen €. De sites zullen worden uitgebaat door de EMVIA Living-groep. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de renovatie van het verpleeghuis te financieren voor een budget van ca. 1 miljoen €. Het gebouw wordt uitgebaat door Stichting Leger des Heils Welzijns- en Gezondheidszorg. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica heeft een overeenkomst gesloten voor de verwerving van een nieuw woonzorgcentrum na voltooiing van de bouwwerken. Het gebouw zal worden uitgebaat door de Azurit-groep. De aanschaffingswaarde bedraagt ca. 16 miljoen €. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de bouw van een nieuwe zorgresidentie in Berkel-Enschot te financieren voor een budget van ca. 3 miljoen €. Het gebouw zal worden uitgebaat door de Ontzorgd Wonen Groep, in samenwerking met Boeijend Huys Ouderenzorg. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de bouw van een nieuw verpleeghuis in Scheemda te financieren voor een budget van ca. 4 miljoen €. Het gebouw zal worden uitgebaat door Stichting Oosterlengte. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica heeft zich ertoe verbonden om de uitbreidingswerken aan het woonzorgcentrum in Evere te financieren voor een budget van ca. 2 miljoen €. De werken zijn in voorbereiding.
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de afwerking van de zorgvastgoedsite in Leiden te financieren voor een budget van ca. 2 miljoen €. De werken zijn in voorbereiding.
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de renovatiewerken aan de zorgvastgoedsite in Oss te financieren voor een budget van ca. 9 miljoen €. De werken zijn in voorbereiding.
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de renovatiewerken aan de zorgvastgoedsite in Amersfoort te financieren voor een budget van ca. 1 miljoen €. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de bouw van een nieuwe zorgvastgoedsite in Harderwijk te financieren voor een budget van ca. 7 miljoen €. Het gebouw zal worden uitgebaat door de groep Het Gouden Hart. De werken zijn in voorbereiding.
Aedifica heeft een overeenkomst gesloten voor de acquisitie van twee zorgvastgoedsites (Seniorenwohnpark Hartha in Tharandt en Seniorenpflegezentrum Zur alten Linde in Rabenau). De gebouwen worden uitgebaat door de EMVIA Living-groep. De totale aankoopprijs bedraagt ca. 18 miljoen €.
43 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 42
1.14 Bouw van een site van huisvesting voor senioren in Heerenveen (Nederland)
1.15 Samenwerkingsovereenkomst voor de bouw van 10 zorgcampussen in Duitsland
1.17 Bouw van vier zorgcampussen in Wolfsburg, Heiligenhafen, Espelkamp en Beverstedt (Duitsland)
1.16 Bouw van twee zorgcampussen in Kaltenkirchen en Schwerin (Duitsland)
1.18 Renovatie van verpleeghuis De Merenhoef in Maarssen (Nederland)
1.19 Verwerving van woonzorgcentrum Seniorenzentrum Weimar in Weimar (Duitsland)
1.20 Bouw van zorgresidentie Sorghuys Tilburg in Berkel-Enschot (Nederland)
1.21 Bouw van verpleeghuis Verpleegcentrum Scheemda in Scheemda (Nederland)
1.22 Uitbreiding van woonzorgcentrum Residentie van de Vrede in Evere (België)
1.23 Afwerking van zorgvastgoedsite De Statenhof in Leiden (Nederland)
1.24 Renovatie van zorgvastgoedsite Residentie Sibelius in Oss (Nederland)
1.25 Renovatie van zorgvastgoedsite Residentie Boldershof in Amersfoort (Nederland)
1.26 Bouw van zorgvastgoedsite Het Gouden Hart Harderwijk in Harderwijk (Nederland)
ca. 4 miljoen €. Het gebouw zal worden uitgebaat door Stichting Oosterlengte. De werken zijn in uitvoering.
heden ca. 131 miljoen € (terreinen inbegrepen).
De werken zijn in uitvoering.
De werken zijn in uitvoering.
ca. 2 miljoen €. De werken zijn in voorbereiding.
ca. 2 miljoen €. De werken zijn in voorbereiding.
ca. 9 miljoen €. De werken zijn in voorbereiding.
van ca. 1 miljoen €. De werken zijn in uitvoering.
uitvoering.
Aedifica Nederland BV heeft een grondpositie in Heerenveen verworven en heeft zich ertoe verbonden de bouw van een site van huisvesting voor seniorenen te financieren voor een budget van ca. 20 miljoen €. De site zal worden uitgebaat door Stichting Rendant. De werken zijn in
Aedifica heeft een samenwerkingsovereenkomst (onder opschortende voorwaarden) gesloten met Specht Gruppe voor de bouw en acquisitie van tien zorgcampussen in verschillende deelstaten in het noorden van Duitsland. Het door Aedifica te financieren totale budget bedraagt op
In uitvoering van de samenwerkingsovereenkomst met Specht Gruppe (punt 1.15 hierboven) heeft Aedifica in een eerste fase, via de overname van de controle over de vennootschap Projektgesellschaft Specht Gruppe Eins mbH (thans Aedifica Residenzen 1 GmbH) door Aedifica Invest NV, grondposities verworven in Kaltenkirchen en Schwerin. Aedifica heeft op dezelfde datum overeenkomsten gesloten met Residenz Baugesellschaft mbH (een onderneming van Specht Gruppe) voor de bouw van twee zorgcampussen op die grondposities. De werken zullen door Aedifica gefinancierd worden voor een budget van ca. 26 miljoen €. De sites zullen worden uitgebaat door de EMVIA Living-groep.
In uitvoering van de samenwerkingsovereenkomst met Specht Gruppe (punt 1.15 hierboven) heeft Aedifica in een tweede fase, via de overname van de controle over de vennootschap Projektgesellschaft Specht Gruppe Zwei mbH (thans Aedifica Residenzen 2 GmbH) door Aedifica Invest NV, grondposities verworven in Wolfsburg, Heiligenhafen, Espelkamp en Beverstedt. Aedifica heeft op dezelfde datum overeenkomsten gesloten met Residenz Baugesellschaft mbH voor de bouw van vier zorgcampussen op die vier grondposities. De werken zullen door Aedifica gefinancierd worden voor een budget van ca. 66 miljoen €. De sites zullen worden uitgebaat door de EMVIA Living-groep. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de renovatie van het verpleeghuis te financieren voor een budget van ca. 1 miljoen €.
Aedifica heeft een overeenkomst gesloten voor de verwerving van een nieuw woonzorgcentrum na voltooiing van de bouwwerken. Het gebouw
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de bouw van een nieuwe zorgresidentie in Berkel-Enschot te financieren voor een budget van ca. 3 miljoen €. Het gebouw zal worden uitgebaat door de Ontzorgd Wonen Groep, in samenwerking met Boeijend Huys Ouderenzorg.
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de bouw van een nieuw verpleeghuis in Scheemda te financieren voor een budget van
Aedifica heeft zich ertoe verbonden om de uitbreidingswerken aan het woonzorgcentrum in Evere te financieren voor een budget van
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de afwerking van de zorgvastgoedsite in Leiden te financieren voor een budget van
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de renovatiewerken aan de zorgvastgoedsite in Oss te financieren voor een budget van
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de renovatiewerken aan de zorgvastgoedsite in Amersfoort te financieren voor een budget
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de bouw van een nieuwe zorgvastgoedsite in Harderwijk te financieren voor een budget
van ca. 7 miljoen €. Het gebouw zal worden uitgebaat door de groep Het Gouden Hart. De werken zijn in voorbereiding.
Het gebouw wordt uitgebaat door Stichting Leger des Heils Welzijns- en Gezondheidszorg. De werken zijn in uitvoering.
zal worden uitgebaat door de Azurit-groep. De aanschaffingswaarde bedraagt ca. 16 miljoen €. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica Nederland BV heeft zich ertoe verbonden om de bouw van een nieuwe zorgresidentie in Zwolle te financieren voor een budget van ca. 5 miljoen €. Het gebouw zal worden uitgebaat door Stepping Stones (deel van de Korian-groep). De werken zijn in voorbereiding.
Aedifica heeft een overeenkomst gesloten voor de acquisitie van twee rustoorden in exploitatie (Haus Steinbachhof in Chemnitz, uitgebaat door Casa Reha (deel van de Korian-groep), en Seniorenhaus Wiederitzsch in Leipzig, uitgebaat door de Convivo-groep). De totale aankoopprijs bedraagt ca. 23 miljoen €.
Aedifica heeft zich ertoe verbonden om de bouw van een zorgvastgoedsite in Plauen te financieren (Pflegecampus Plauen, die zal worden uitgebaat door de Aspida-groep) voor een budget van ca. 11 miljoen €. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica heeft zich ertoe verbonden bepaalde uitbreidingswerken aan het woonzorgcentrum te financieren voor een budget van ca. 6 miljoen €. De werken zijn in voorbereiding.
Aedifica heeft zich ertoe verbonden om de herontwikkeling van het rustoord te financieren voor een budget van ca. 3 miljoen €. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica heeft zich ertoe verbonden bepaalde renovatie werken aan negen verschillende rustoorden die worden uitgebaat door Maria Mallaband Care Group (Ashmead, Blenheim, Coplands, Eltandia Hall, Heritage, Kings Court, Knights Court, River View, The Windmill) te financieren voor een budget van ca. 1 miljoen €. De werken zijn in uitvoering.
Aedifica heeft zich ertoe verbonden bepaalde renovatiewerken aan het rustoord te financieren voor een budget van ca. 1 miljoen €. De werken zijn in voorbereiding.
Bij sommige acquisities is een deel van de aanschaffingsprijs bepaald in functie van een toekomstige en onzekere gebeurtenis, bijvoorbeeld de betaling van een 'earn out' na voltooiing van de bouw van een zorginstelling binnen het door Aedifica toegekende maximumbudget.
Aedifica heeft in het kader van haar kredietovereenkomsten, binnen de haar wettelijk toegestane beperkingen, zekerheden op volgende onroerende goederen verleend: SZ AGO Herkenrath, SZ AGO Dresden, SZ AGO Kreischa, Seniorenresidenz Mathilde, Die Rose im Kalletal, Seniorenresidenz Klosterbauerschaft, Senioreneinrichtung Haus Matthäus, Bonifatius Seniorenzentrum, Senioreneinrichtung Haus Elisabeth, Seniorenresidenz Am Stübchenbach en Seniorenresidenz Kierspe.
In het algemeen verkrijgt Aedifica vanwege de overdragers van aandelen van vastgoedvennootschappen garanties met betrekking tot de activa en passiva van de vennootschappen die zij verwerft.
Over het algemeen verkrijgt Aedifica in het kader van de verhuring van haar gebouwen huurgaranties die beantwoorden aan de marktgebruiken en de ter zake geldende wetgeving, in de vorm van bankgaranties of geblokkeerde rekeningen, en in sommige gevallen van borgstellingen.
Bij acquisities, inbrengen in natura, fusies en splitsingen bedingt Aedifica marktconforme verklaringen en waarborgen.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 44
De voornaamste verwervingen van vastgoedbeleggingen gedurende het boekjaar zijn de volgende:
| VERWERVINGEN | Bedrijfssegment | Waarde van de gebouwen° |
Rechtspersonen register |
Verwervings datum°° |
Wijze van integratie |
|---|---|---|---|---|---|
| (in miljoen | |||||
| Aedifica Residenzen 1 GmbH | Zorgvastgoed | €) 4 |
HRB112641 | 11/07/2018 | Verwerving van aandelen |
| Sorghuys Tilburg | Zorgvastgoed | 1 | - | 17/07/2018 | Verwerving van gebouw via Aedifica Nederland BV |
| Azurit Seniorenzentrum Sonneberg | Zorgvastgoed | 9 | - | 29/08/2018 | Verwerving van gebouw |
| Azurit Seniorenzentrum Haus Cordula I | Zorgvastgoed | 4 | - | 29/08/2018 | Verwerving van gebouw |
| Azurit Seniorenzentrum Haus Cordula II | Zorgvastgoed | 2 | - | 29/08/2018 | Verwerving van gebouw |
| Hansa Pflege-und Betreuungsentrum Dornum | Zorgvastgoed | 7 | - | 29/08/2018 | Verwerving van gebouw |
| Nieuw Heerenhage | Zorgvastgoed | 2 | - | 26/09/2018 | Verwerving van gebouw via Aedifica Nederland BV |
| Verpleegcentrum Scheemda | Zorgvastgoed | 1 | - | 27/09/2018 | Verwerving van gebouw via Aedifica Nederland BV |
| Haus Nobilis | Zorgvastgoed | 8 | - | 28/09/2018 | Verwerving van gebouw |
| Haus Alba | Zorgvastgoed | 3 | - | 28/09/2018 | Verwerving van gebouw |
| Haus Concolor | Zorgvastgoed | 8 | - | 28/09/2018 | Verwerving van gebouw |
| Haus Arche | Zorgvastgoed | 1 | - | 28/09/2018 | Verwerving van gebouw |
| Leopoldspark | Zorgvastgoed | 1 | - | 1/10/2018 | Verwerving van gebouw |
| De Statenhof | Zorgvastgoed | 8 | - | 5/10/2018 | Verwerving van gebouw via Aedifica Nederland BV |
| De Statenhof hoogbouw | Zorgvastgoed | 5 | - | 5/10/2018 | Verwerving van gebouw via Aedifica Nederland BV |
| Residentie Sibelius | Zorgvastgoed | 15 | - | 5/10/2018 | Verwerving van gebouw via Aedifica Nederland BV |
| Residentie Boldershof | Zorgvastgoed | 6 | - | 5/10/2018 | Verwerving van gebouw via Aedifica Nederland BV |
| Residentie Verlien BVBA | Zorgvastgoed | 20 | 0835.346.380 | 08/10/2018 | Verwerving van aandelen |
| Residentie van de Vrede NV | Zorgvastgoed | 14 | 0437.639.056 | 08/10/2018 | Verwerving van aandelen |
| HGH Harderwijk | Zorgvastgoed | 3 | - | 26/10/2018 | Verwerving van gebouw via Aedifica Nederland BV |
| Kening State | Zorgvastgoed | 11 | - | 13/12/2018 | Verwerving van gebouw via Aedifica Nederland BV |
| Buitenheide BVBA | Zorgvastgoed | 18 | 0821.165.673 | 14/12/2018 | Verwerving van aandelen |
| Stepping Stones Zwolle | Zorgvastgoed | 1 | - | 18/12/2019 | Verwerving van aandelen |
| CHAPP Nominee Ltd (Nr.1 and Nr.2) °°° | Zorgvastgoed | 64 | 109.056 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Alexander Court) Ltd | Zorgvastgoed | 7 | 123.677 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Heritage) Ltd | Zorgvastgoed | 14 | 123.684 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Beech Court) Ltd | Zorgvastgoed | 4 | 123.678 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Kings Court) Ltd | Zorgvastgoed | 5 | 123.698 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Green Acres) Ltd | Zorgvastgoed | 4 | 123.696 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Springfields) Ltd | Zorgvastgoed | 6 | 123.687 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Ashwood) Ltd | Zorgvastgoed | 5 | 123.701 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Fountains) Ltd | Zorgvastgoed | 6 | 123.683 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Blenheim) Ltd | Zorgvastgoed | 6 | 123.679 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Chatsworth) Ltd | Zorgvastgoed | 5 | 123.697 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Coplands) Ltd | Zorgvastgoed | 11 | 123.681 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Moorlands) Ltd | Zorgvastgoed | 6 | 123.695 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Knights Court) Ltd | Zorgvastgoed | 9 | 123.685 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
|---|---|---|---|---|---|
| Patient Properties (Clarendon) Ltd | Zorgvastgoed | 3 | 123.703 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (River View) Ltd | Zorgvastgoed | 12 | 123.686 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Coniston) Ltd | Zorgvastgoed | 7 | 123.702 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Ashmead) Ltd | Zorgvastgoed | 13 | 123.676 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Derwent) Ltd | Zorgvastgoed | 5 | 123.700 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Eltandia) Ltd | Zorgvastgoed | 8 | 123.682 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Windmill) Ltd | Zorgvastgoed | 3 | 123.699 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Patient Properties (Brook House) Ltd | Zorgvastgoed | 6 | 123.680 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| AED Oak Acquisitions (Jersey) Ltd | Zorgvastgoed | 11 | 124.286 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| AED Oak Acquisitions (Ottery) Ltd | Zorgvastgoed | 1 | 125.192 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| AED Oak 1 Ltd and AED Oak 2 Ltd °°°° | Zorgvastgoed | 271 | 122.233 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Maple Court Nursing Home Ltd | Zorgvastgoed | 8 | 07295828 | 1/02/2019 | Verwerving van aandelen |
| Seniorenheim J.J. Kaendler | Zorgvastgoed | 4 | - | 1/02/2019 | Verwerving van gebouw via |
| Aedifica Nederland BV | |||||
| Pflegecampus Plauen | Zorgvastgoed | 2 | - | 15/04/2019 | Verwerving van gebouw |
| Rembertus | Zorgvastgoed | 4 | - | 15/04/2019 | Verwerving van gebouw |
| SARA Seniorenresidenz | Zorgvastgoed | 11 | - | 13/05/2019 | Verwerving van gebouw |
| Aedifica Residenzen 2 GmbH | Zorgvastgoed | 10 | HRB115795 | 20/05/2019 | Verwerving van aandelen |
| Rietdijk | Zorgvastgoed | 0 | - | 27/05/2019 | Verwerving van gebouw |
| Haus am Jungfernstieg | Zorgvastgoed | 6 | - | 29/05/2019 | Verwerving van gebouw |
| Hof van Bremdael NV | Zorgvastgoed | 7 | 0446.5132.69 | 20/06/2019 | Verwerving van aandelen |
| Meldestraat | Zorgvastgoed | 3 | - | 20/06/2019 | Verwerving van gebouw via |
| Aedifica Nederland BV | |||||
| TOTAAL | 699 | ||||
° Om volgende items te bepalen: het aantal uit te geven aandelen, de ruilverhouding en/of de waarde van de verworven aandelen.
°° En datum van opname in het resultaat.
45 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 44
Aedifica heeft verschillende voorkeurrechten, aankoopopties en verlengingsopties toegekend aan de erfpachters/huurders van de zorgvastgoedsites. Aedifica beschikt over verschillende voorkeurrechten in het kader van de erfpachtovereenkomsten/huurovereenkomsten
Verkoop- en aankoopopties (in het kader van bepaalde projectontwikkelingen). In bepaalde gevallen heeft Aedifica opties aan derden verleend voor de aankoop van onroerende goederen en/of is Aedifica de titularis van opties met het oog op de verkoop van onroerende goederen (in het geval dat deze onroerende goederen uiteindelijk niet gebruikt zouden (kunnen) worden voor de betrokken
van de gebouwen°
(in miljoen €) Aedifica Residenzen 1 GmbH Zorgvastgoed 4 HRB112641 11/07/2018 Verwerving van aandelen Sorghuys Tilburg Zorgvastgoed 1 - 17/07/2018 Verwerving van gebouw via
Azurit Seniorenzentrum Sonneberg Zorgvastgoed 9 - 29/08/2018 Verwerving van gebouw Azurit Seniorenzentrum Haus Cordula I Zorgvastgoed 4 - 29/08/2018 Verwerving van gebouw Azurit Seniorenzentrum Haus Cordula II Zorgvastgoed 2 - 29/08/2018 Verwerving van gebouw Hansa Pflege-und Betreuungsentrum Dornum Zorgvastgoed 7 - 29/08/2018 Verwerving van gebouw Nieuw Heerenhage Zorgvastgoed 2 - 26/09/2018 Verwerving van gebouw via
Verpleegcentrum Scheemda Zorgvastgoed 1 - 27/09/2018 Verwerving van gebouw via
Haus Nobilis Zorgvastgoed 8 - 28/09/2018 Verwerving van gebouw Haus Alba Zorgvastgoed 3 - 28/09/2018 Verwerving van gebouw Haus Concolor Zorgvastgoed 8 - 28/09/2018 Verwerving van gebouw Haus Arche Zorgvastgoed 1 - 28/09/2018 Verwerving van gebouw Leopoldspark Zorgvastgoed 1 - 1/10/2018 Verwerving van gebouw De Statenhof Zorgvastgoed 8 - 5/10/2018 Verwerving van gebouw via
De Statenhof hoogbouw Zorgvastgoed 5 - 5/10/2018 Verwerving van gebouw via
Residentie Sibelius Zorgvastgoed 15 - 5/10/2018 Verwerving van gebouw via
Residentie Boldershof Zorgvastgoed 6 - 5/10/2018 Verwerving van gebouw via
Residentie Verlien BVBA Zorgvastgoed 20 0835.346.380 08/10/2018 Verwerving van aandelen Residentie van de Vrede NV Zorgvastgoed 14 0437.639.056 08/10/2018 Verwerving van aandelen HGH Harderwijk Zorgvastgoed 3 - 26/10/2018 Verwerving van gebouw via
Kening State Zorgvastgoed 11 - 13/12/2018 Verwerving van gebouw via
Buitenheide BVBA Zorgvastgoed 18 0821.165.673 14/12/2018 Verwerving van aandelen Stepping Stones Zwolle Zorgvastgoed 1 - 18/12/2019 Verwerving van aandelen CHAPP Nominee Ltd (Nr.1 and Nr.2) °°° Zorgvastgoed 64 109.056 1/02/2019 Verwerving van aandelen Patient Properties (Alexander Court) Ltd Zorgvastgoed 7 123.677 1/02/2019 Verwerving van aandelen Patient Properties (Heritage) Ltd Zorgvastgoed 14 123.684 1/02/2019 Verwerving van aandelen Patient Properties (Beech Court) Ltd Zorgvastgoed 4 123.678 1/02/2019 Verwerving van aandelen Patient Properties (Kings Court) Ltd Zorgvastgoed 5 123.698 1/02/2019 Verwerving van aandelen Patient Properties (Green Acres) Ltd Zorgvastgoed 4 123.696 1/02/2019 Verwerving van aandelen Patient Properties (Springfields) Ltd Zorgvastgoed 6 123.687 1/02/2019 Verwerving van aandelen Patient Properties (Ashwood) Ltd Zorgvastgoed 5 123.701 1/02/2019 Verwerving van aandelen Patient Properties (Fountains) Ltd Zorgvastgoed 6 123.683 1/02/2019 Verwerving van aandelen Patient Properties (Blenheim) Ltd Zorgvastgoed 6 123.679 1/02/2019 Verwerving van aandelen Patient Properties (Chatsworth) Ltd Zorgvastgoed 5 123.697 1/02/2019 Verwerving van aandelen Patient Properties (Coplands) Ltd Zorgvastgoed 11 123.681 1/02/2019 Verwerving van aandelen Patient Properties (Moorlands) Ltd Zorgvastgoed 6 123.695 1/02/2019 Verwerving van aandelen
Rechtspersonenregister Verwervingsdatum°° Wijze van integratie
Aedifica Nederland BV
Aedifica Nederland BV
Aedifica Nederland BV
Aedifica Nederland BV
Aedifica Nederland BV
Aedifica Nederland BV
Aedifica Nederland BV
Aedifica Nederland BV
Aedifica Nederland BV
projectontwikkelingen).
die gesloten werden met de uitbaters van de zorgvastgoedsites.
VERWERVINGEN Bedrijfssegment Waarde
Toelichting 46: Verwervingen en verkopen van vastgoedbeleggingen De voornaamste verwervingen van vastgoedbeleggingen gedurende het boekjaar zijn de volgende:
°°° CHAPP Nominee Nr.1 Ltd (opgericht in Jersey) en CHAPP Nominee Nr.2 Ltd (opgericht in Jersey) als genomineerden van CHAPP Ltd Partnership handelend via haar algemene partner CHAPP GP Ltd.
°°°° AED Oak 1 Ltd. en AED Oak 2 Ltd. treden samen op als aandeelhouder van Quercus Healthcare Property Unit Trust. De juridische eigendom van de onroerende goederen ligt bij de Quercus-dochtervennootschappen: Quercus (Nursing Homes) Ltd, Quercus Nursing Homes 2010 (D) Ltd, Quercus Nursing Homes 2010 (C) Ltd, Quercus (Nursing Homes Nr. 2) Ltd, Quercus Nursing Homes 2001 (B) Ltd, Quercus Nursing Homes 2001 (A) Ltd en Quercus Homes 2018 Ltd.
Al die operaties worden in het beheersverslag gedetailleerd toegelicht.
De voornaamste verkopen van vastgoedbeleggingen gedurende het boekjaar zijn de volgende:
| VERKOPEN | Bedrijfssegment | Verkoopsprijs | Datum van verkoop |
|---|---|---|---|
| (in miljoen €) | |||
| Assistentiewoningen gelegen Jan Hammeneckerlaan 4-4A te 3200 Aarschot (België) |
Zorgvastgoed | 4 | 17/12/2018 |
| Bedrijfstak (Immobe) van 768 appartementen (266 gemeubelde et 502 niet-gemeubelde) ° |
Appartementsgebouwen | 99 | 27/03/2019 |
| Hotel Martin's Brugge | Hotels | 29 | 14/06/2019 |
| Klooster Hotel | Hotels | 21 | 14/06/2019 |
| Eburon Hotel | Hotels | 5 | 14/06/2019 |
| Eurotel Hotel | Hotels | 2 | 14/06/2019 |
| Ecu Hotel | Hotels | 3 | 14/06/2019 |
| Carbon Hotel | Hotels | 7 | 14/06/2019 |
| TOTAAL | 170 |
° De verkoopprijs met betrekking tot de verkoop van 75% van de aandelen in Immobe NV (de vennootschap waarin de 768 appartementen werden ingebracht) bedraagt 99 miljoen €.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Toegelaten afdekkingsinstrumenten | ||
| Toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-4 | -11 |
| Toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-6.577 | -1.332 |
| Subtotaal | -6.581 | -1.343 |
| Andere | -723 | -814 |
| TOTAAL | -7.304 | -2.157 |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 46
De lijn 'Andere' vertegenwoordigt de variatie in de reële waarde van de verkoopopties toegestaan aan aandeelhouders zonder zeggenschap (zie toelichtingen 32 en 56).
De transacties met verbonden partijen (in de zin van IAS 24 en het Wetboek van vennootschappen) betreffen enkel de bezoldiging van de voornaamste bedrijfsleiders, daarmee worden de leden van de raad van bestuur en het directiecomité bedoeld (3.327 k€ voor het boekjaar 2018/2019 en 2.933 k€ voor het boekjaar 2017/2018).
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Kortetermijnpersoneelsbeloningen | 3.096 | 2.700 |
| Vergoedingen na uitdiensttreding | 188 | 193 |
| Andere langetermijnpersoneelsbeloningen | 0 | 0 |
| Ontslagvergoedingen | 0 | 0 |
| Op aandelen gebaseerde betalingen | 43 | 40 |
| Totaal | 3.327 | 2.933 |
47 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 46
-4 -11
-6.577 -1.332
Toelichting 47: Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva
Toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals
Toelichting 48: Transacties met verbonden partijen
2018/2019 en 2.933 k€ voor het boekjaar 2017/2018).
Toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in
Toegelaten afdekkingsinstrumenten
gedefinieerd in IFRS
(zie toelichtingen 32 en 56).
IFRS
(x 1.000 €) 2019 2018
Subtotaal -6.581 -1.343 Andere -723 -814 TOTAAL -7.304 -2.157
De lijn 'Andere' vertegenwoordigt de variatie in de reële waarde van de verkoopopties toegestaan aan aandeelhouders zonder zeggenschap
De transacties met verbonden partijen (in de zin van IAS 24 en het Wetboek van vennootschappen) betreffen enkel de bezoldiging van de voornaamste bedrijfsleiders, daarmee worden de leden van de raad van bestuur en het directiecomité bedoeld (3.327 k€ voor het boekjaar
(x 1.000 €) 2019 2018
Kortetermijnpersoneelsbeloningen 3.096 2.700 Vergoedingen na uitdiensttreding 188 193 Andere langetermijnpersoneelsbeloningen 0 0 Ontslagvergoedingen 0 0 Op aandelen gebaseerde betalingen 43 40 Totaal 3.327 2.933
Op 9 juli 2019 heeft Aedifica Nederland 2 BV het woonzorgcentrum Rumah Saya in Apeldoorn verworven. De site biedt plaats aan 70 senioren met hoge zorgbehoeften. De conventionele aanschaffingswaarde bedraagt ca. 10 miljoen €. De nieuwe huurovereenkomst die voor deze site gesloten werd met Stichting Nusantara Zorg, is een niet-opzegbare triple net langetermijnhuurovereenkomst van 15 jaar. Het initiële brutohuurrendement bedraagt ca. 6%.
Op 9 juli 2019 heeft Aedifica Nederland 2 BV twee sites in Roermond verworven die herontwikkeld zullen worden tot moderne woonzorglocaties. De werken aan beide sites zullen binnenkort starten en worden naar verwachting in de loop van 2020 opgeleverd. Na oplevering van de werken zal Residentie La Tour een capaciteit hebben van 30 appartementen die bestemd zijn voor senioren die zelfstandig willen wonen met zorg en diensten op aanvraag, en Villa Casimir een capaciteit voor 20 senioren met hoge zorgbehoeften. De totale investering van Aedifica bedraagt ca. 12 miljoen € (ca. 4 miljoen € voor de grondposities en ca. 8 miljoen € voor de werken). Voor beide sites werden nieuwe, niet-opzegbare triple net langetermijnovereenkomsten van 20 jaar gesloten met de Ontzorgd Wonen Groep. Het initiële brutohuurrendement zal na oplevering van de werken ca. 6% bedragen.
De op 12 december 2018 en 26 februari 2019 aangekondigde acquisities van vier zorgvastgoedsites in de Duitse deelstaat Saksen werden op 8 en 9 juli 2019 voltooid, nadat aan alle gebruikelijke voorwaarden werd voldaan. Het gaat om Haus Steinbachhof (Chemnitz), Seniorenhaus Wiederitzsch (Leipzig), Seniorenwohnpark Hartha (Tharandt) en Zur alten Linde (Rabenau). De conventionele aanschaffingswaarde van de vier sites bedraagt in totaal ca. 40 miljoen €. Het initiële brutohuurrendement bedraagt ca. 6%.
Op 7 augustus 2019 heeft Aedifica Nederland 2 BV een site in Súdwest-Fryslân verworven die herontwikkeld zal worden tot een moderne woonzorglocatie. De werken zullen binnenkort starten en worden naar verwachting in de loop van 2020 opgeleverd. Na oplevering van de werken zal zorgresidentie Vinea Domini een capaciteit hebben van 27 eenheden, waarvan 25 eenheden bestemd zijn voor senioren met hoge zorgbehoeften en 2 eenheden bestemd zijn voor senioren die zelfstandig willen wonen met zorg en diensten op aanvraag. De totale investering van Aedifica bedraagt ca. 4 miljoen € (ca. 1 miljoen € voor de grondpositie en ca. 3 miljoen € voor de werken). Voor deze site werd een nieuwe, niet-opzegbare triple net langetermijnovereenkomst van 25 jaar gesloten met de Ontzorgd Wonen Groep. Het initiële brutohuurrendement zal na oplevering van de werken ca. 6% bedragen.
Op 15 augustus 2019 vond de oplevering plaats van zorgcampus Seniorenquartier Schwerin in Schwerin, de tweede oplevering die voortvloeit uit het samenwerkingsakkoord met Specht Gruppe. Deze woonzorglocatie voor senioren met hoge zorgbehoeften heeft een capaciteit van 87 eenheden en wordt uitgebaat door de EMVIA Living-groep. De totale investering van Aedifica bedraagt ca. 12 miljoen € (ca. 1 miljoen € voor de grondpositie en ca. 11 miljoen € voor de werken). De huurovereenkomst die voor deze site gesloten werd, is een niet-opzegbare double net langetermijnovereenkomst van 30 jaar. Het onderhoud van de site wordt daarenboven afgedekt door een in de tijd beperkte triple net garantie. Het initiële brutohuurrendement bedraagt ca. 5,5%.
Op 21 augustus 2019 heeft Aedifica een overeenkomst gesloten voor de acquisitie van Seniorenhaus Lessingstrasse, een te bouwen zorgvastgoedsite in Wurzen. De bouwwerken zijn reeds gestart en zullen naar verwachting eind 2020 afgerond worden. Na oplevering van de werken zal de site een capaciteit hebben van 73 eenheden die bestemd zijn voor senioren met hoge zorgbehoeften. Door enkele specifieke voorwaarden die gekoppeld zijn aan deze transactie, zal de site aan de portefeuille worden toegevoegd in de loop van het derde kwartaal van 2021. Op dat moment zal Aedifica de koopprijs betalen en automatisch de eigendom en het genot van de site verwerven. De conventionele aanschaffingswaarde bedraagt ca. 7 miljoen €. Voor deze site werd een niet-opzegbare double net langetermijnovereenkomst van 25 jaar gesloten met Seniorenhaus Lessingstrasse GmbH. Het initiële brutohuurrendement zal ca. 5,5% bedragen.
Op 23 augustus 2019 vond de oplevering plaats van de renovatiewerken aan rustoord Cowdray Club in Aberdeen. De site heeft een capaciteit van 35 eenheden en wordt uitgebaat door Renaissance Care. Aedifica's investering bedraagt ca. 3 miljoen €. De huurovereenkomst die voor deze site gesloten werd, is een niet-opzegbare triple net langetermijnovereenkomst van 25 jaar. Het brutohuurrendement na oplevering van de werken bedraagt ca. 7%.
Op 28 augustus 2019 heeft Aedifica Nederland BV een portefeuille van vijf zorgvastgoedsites in Hoogeveen verworven (Wolfsbos, De Vecht, De Kaap, Krakeel en WZC Beatrix). De vijf sites hebben een totale capaciteit van 340 eenheden, waarvan 242 eenheden bestemd zijn voor senioren met hoge zorgbehoeften (intramuraal) en 98 eenheden bestemd zijn voor senioren die zelfstandig willen wonen met zorg en diensten op aanvraag (extramuraal). De conventionele aanschaffingswaarde bedraagt in totaal 44 miljoen €. De nieuwe huurovereenkomsten in deze portefeuille die gesloten werden met de Noord Nederlandse Coöperatie van Zorgorganisaties (NNCZ) zijn geïndexeerde niet-opzegbare double net langetermijnhuurovereenkomsten met een gewogen gemiddelde resterende duur (WAULT) van ca. 26 jaar. Het initiële brutohuurrendement bedraagt ca. 6,5%.
Het gecorrigeerd resultaat vastgelegd door het KB van 13 juli 2014 wordt op de volgende wijze berekend, op basis van de statutaire rekeningen:
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 48
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Nettoresultaat | 90.689 | 63.357 |
| Afschrijvingen | 507 | 798 |
| Waardeverminderingen | 24 | 55 |
| Andere niet-geldelijke kosten | -1.390 | 4.702 |
| Resultaat verkoop vastgoedbeleggingen | -10.584 | -790 |
| Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen | -15.117 | -12.696 |
| Afrondingsverschil | 0 | -1 |
| Gecorrigeerd resultaat | 64.129 | 55.425 |
| Noemer° (in aandelen) | 19.365.386 | 18.200.829 |
| GECORRIGEERD RESULTAAT PER AANDEEL° (in € per aandeel) | 3,31 | 3,05 |
° Rekening houdend met het recht op dividend toegekend aan de aandelen uitgegeven tijdens het boekjaar.
De lijst hieronder is de volledige lijst van ondernemingen bedoeld in de artikelen 114 en 165 van het koninklijk besluit van 30 januari 2001 tot uitvoering van het Wetboek van vennootschappen. Voor de dochterondernemingen die vorig jaar al aanwezig waren (Aedifica Invest NV, Aedifica Invest Brugge NV, Aedifica Asset Management GmbH, Aedifica Project Management GmbH, Schloss Bensberg Management GmbH, Aedifica Residenzen Nord GmbH, Aedifica Luxemburg I SCS, Aedifica Luxemburg II SCS, Aedifica Luxemburg III SCS, Aedifica Luxemburg IV SCS, Aedifica Luxemburg V SCS, Aedifica Luxemburg VI SCS en Aedifica Nederland BV), is het aandeel in het kapitaal onveranderd ten opzichte van dat op 30 juni 2018, met uitzondering van Immobe NV waar de participatie werd afgebouwd van 100% naar 25%, en de Belgische dochtervennootschappen (VSP NV, VSP Kasterlee NV, Het Seniorenhof NV, Companie Immobilière Beerzelhof NV, Avorum NV, Coham NV, Residentie Sorgvliet BVBA, WZC Arcadia BVBA en Dujofin BVBA), die werden geïntegreerd in Aedifica NV.
| NAAM | Land | Categorie | Rechtspersonenregister | Aandeel in het kapitaal (in %) |
|---|---|---|---|---|
| Aedifica Invest NV° | België | Dochtervennootschap | 0879.109.317 | 100 |
| Aedifica Invest Brugge NV° | België | Dochtervennootschap | 0899.665.397 | 100 |
| Immobe NV °°°°°°°°° | België | Geassocieerde vennootschap |
0697.566.095 | 25 |
| Aedifica Asset Management GmbH°° | Duitsland | Dochtervennootschap | HRB100562 | 100 |
| Aedifica Project Management GmbH°° | Duitsland | Dochtervennootschap | HRB111389 | 100 |
| Schloss Bensberg Management GmbH°°°°° | Duitsland | Dochtervennootschap | HRB47122 | 100 |
| Aedifica Residenzen Nord GmbH°° | Duitsland | Dochtervennootschap | HRB110850 | 94 |
| Aedifica Residenzen 1 GmbH °° | Duitsland | Dochtervennootschap | HRB112641 | 94 |
| Aedifica Residenzen 2 GmbH °° | Duitsland | Dochtervennootschap | HRB115795 | 94 |
| Aedifica Luxemburg I SCS°°° | Luxemburg | Dochtervennootschap | B128048 | 94 |
| Aedifica Luxemburg II SCS°°° | Luxemburg | Dochtervennootschap | B139725 | 94 |
| Aedifica Luxemburg III SCS°°° | Luxemburg | Dochtervennootschap | B143704 | 94 |
| Aedifica Luxemburg IV SCS°°° | Luxemburg | Dochtervennootschap | B117441 | 94 |
| Aedifica Luxemburg V SCS°°° | Luxemburg | Dochtervennootschap | B117445 | 94 |
| Aedifica Luxemburg VI SCS°°° | Luxemburg | Dochtervennootschap | B132154 | 94 |
| Aedifica Nederland BV°°°° | Nederland | Dochtervennootschap | 65422082 | 100 |
| Aedifica Nederland 2 BV °°°° | Nederland | Dochtervennootschap | 75102099 | 100 |
| Residentie Verlien BVBA ° | België | Dochtervennootschap | 0835.346.380 | 100 |
| Residentie van de Vrede NV ° | België | Dochtervennootschap | 0437.639.056 | 100 |
| Buitenheide BVBA ° | België | Dochtervennootschap | 0821.165.673 | 100 |
| Bremdael Invest CVOA ° | België | Dochtervennootschap | 0860.743.653 | 100 |
| Hof van Bremdael NV ° | België | Dochtervennootschap | 0446.5132.69 | 100 |
| CHAPP Acquisition Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 124667 | 100 |
| CHAPP Holdings Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 109055 | 100 |
| CHAPP GP Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 109054 | 100 |
| CHAPP Ltd Partnership °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 1500 | 100 |
| CHAPP Nominee Nr. 1 Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 109056 | 100 |
| CHAPP Nominee Nr. 2 Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 111460 | 100 |
| Patient Properties (Holdings) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 122972 | 100 |
|---|---|---|---|---|
| Patient Properties (Alexander Court) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123677 | 100 |
| Patient Properties (Heritage) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123684 | 100 |
| Patient Properties (Beech Court) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123678 | 100 |
| Patient Properties (Kings Court) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123698 | 100 |
| Patient Properties (Green Acres) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123696 | 100 |
| Patient Properties (Springfields) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123687 | 100 |
| Patient Properties (Ashwood) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123701 | 100 |
| Patient Properties (Fountains) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123683 | 100 |
| Patient Properties (Blenheim) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123679 | 100 |
| Patient Properties (Chatsworth) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123697 | 100 |
| Patient Properties (Coplands) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123681 | 100 |
| Patient Properties (Moorlands) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123695 | 100 |
| Patient Properties (Knights Court) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123685 | 100 |
| Patient Properties (Clarendon) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123703 | 100 |
| Patient Properties (River View) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123686 | 100 |
| Patient Properties (Coniston) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123702 | 100 |
| Patient Properties (Ashmead) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123676 | 100 |
| Patient Properties (Derwent) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123700 | 100 |
| Patient Properties (Eltandia) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123682 | 100 |
| Patient Properties (Windmill) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123699 | 100 |
| Patient Properties (Brook House) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 123680 | 100 |
| AED Oak Acquisitions (Jersey) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 124286 | 100 |
| AED Oak Acquisitions (Ottery) Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 125192 | 100 |
| AED Oak 1 Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 122233 | 100 |
| AED Oak 2 Ltd °°°°°° | Jersey | Dochtervennootschap | 122234 | 100 |
| AED Maple Holdings Ltd °°°°°°° | Verenigd Koninkrijk | Dochtervennootschap | 10978016 | 100 |
| Maple Court Nursing Home Ltd °°°°°°° | Verenigd Koninkrijk | Dochtervennootschap | 07295828 | 100 |
| Quercus (Nursing Homes) Ltd °°°°°°° | Verenigd Koninkrijk | Dochtervennootschap | 03672911 | 100 |
| Quercus (Nursing Homes Nr.2) Ltd °°°°°°° | Verenigd Koninkrijk | Dochtervennootschap | 03852950 | 100 |
| Quercus Homes 2018 Ltd °°°°°°° | Verenigd Koninkrijk | Dochtervennootschap | 11278772 | 100 |
| Quercus Nursing Homes 2001 (A) Ltd °°°°°°° | Verenigd Koninkrijk | Dochtervennootschap | 04181617 | 100 |
| Quercus Nursing Homes 2001 (B) Ltd °°°°°°° | Verenigd Koninkrijk | Dochtervennootschap | 04181611 | 100 |
| Quercus Nursing Homes 2010 (C) Ltd °°°°°°° | Verenigd Koninkrijk | Dochtervennootschap | 07193610 | 100 |
| Quercus Nursing Homes 2010 (D) Ltd °°°°°°° | Verenigd Koninkrijk | Dochtervennootschap | 07193618 | 100 |
° Gevestigd Belliardstraat 40 te 1040 Brussel (België).
49 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 48
kapitaal (in %)
0697.566.095 25
Toelichting 50: Gecorrigeerd resultaat vastgelegd door het KB van 13 juli 2014
° Rekening houdend met het recht op dividend toegekend aan de aandelen uitgegeven tijdens het boekjaar.
Residentie Sorgvliet BVBA, WZC Arcadia BVBA en Dujofin BVBA), die werden geïntegreerd in Aedifica NV.
Immobe NV °°°°°°°°° België Geassocieerde
Het gecorrigeerd resultaat vastgelegd door het KB van 13 juli 2014 wordt op de volgende wijze berekend, op basis van de statutaire rekeningen:
(x 1.000 €) 2019 2018
Nettoresultaat 90.689 63.357 Afschrijvingen 507 798 Waardeverminderingen 24 55 Andere niet-geldelijke kosten -1.390 4.702 Resultaat verkoop vastgoedbeleggingen -10.584 -790 Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen -15.117 -12.696 Afrondingsverschil 0 -1 Gecorrigeerd resultaat 64.129 55.425 Noemer° (in aandelen) 19.365.386 18.200.829 GECORRIGEERD RESULTAAT PER AANDEEL° (in € per aandeel) 3,31 3,05
Toelichting 51: Lijst van dochterondernemingen, geassocieerde ondernemingen en joint-ventures De lijst hieronder is de volledige lijst van ondernemingen bedoeld in de artikelen 114 en 165 van het koninklijk besluit van 30 januari 2001 tot uitvoering van het Wetboek van vennootschappen. Voor de dochterondernemingen die vorig jaar al aanwezig waren (Aedifica Invest NV, Aedifica Invest Brugge NV, Aedifica Asset Management GmbH, Aedifica Project Management GmbH, Schloss Bensberg Management GmbH, Aedifica Residenzen Nord GmbH, Aedifica Luxemburg I SCS, Aedifica Luxemburg II SCS, Aedifica Luxemburg III SCS, Aedifica Luxemburg IV SCS, Aedifica Luxemburg V SCS, Aedifica Luxemburg VI SCS en Aedifica Nederland BV), is het aandeel in het kapitaal onveranderd ten opzichte van dat op 30 juni 2018, met uitzondering van Immobe NV waar de participatie werd afgebouwd van 100% naar 25%, en de Belgische dochtervennootschappen (VSP NV, VSP Kasterlee NV, Het Seniorenhof NV, Companie Immobilière Beerzelhof NV, Avorum NV, Coham NV,
NAAM Land Categorie Rechtspersonenregister Aandeel in het
Aedifica Invest NV° België Dochtervennootschap 0879.109.317 100 Aedifica Invest Brugge NV° België Dochtervennootschap 0899.665.397 100
Aedifica Asset Management GmbH°° Duitsland Dochtervennootschap HRB100562 100 Aedifica Project Management GmbH°° Duitsland Dochtervennootschap HRB111389 100 Schloss Bensberg Management GmbH°°°°° Duitsland Dochtervennootschap HRB47122 100 Aedifica Residenzen Nord GmbH°° Duitsland Dochtervennootschap HRB110850 94 Aedifica Residenzen 1 GmbH °° Duitsland Dochtervennootschap HRB112641 94 Aedifica Residenzen 2 GmbH °° Duitsland Dochtervennootschap HRB115795 94 Aedifica Luxemburg I SCS°°° Luxemburg Dochtervennootschap B128048 94 Aedifica Luxemburg II SCS°°° Luxemburg Dochtervennootschap B139725 94 Aedifica Luxemburg III SCS°°° Luxemburg Dochtervennootschap B143704 94 Aedifica Luxemburg IV SCS°°° Luxemburg Dochtervennootschap B117441 94 Aedifica Luxemburg V SCS°°° Luxemburg Dochtervennootschap B117445 94 Aedifica Luxemburg VI SCS°°° Luxemburg Dochtervennootschap B132154 94 Aedifica Nederland BV°°°° Nederland Dochtervennootschap 65422082 100 Aedifica Nederland 2 BV °°°° Nederland Dochtervennootschap 75102099 100 Residentie Verlien BVBA ° België Dochtervennootschap 0835.346.380 100 Residentie van de Vrede NV ° België Dochtervennootschap 0437.639.056 100 Buitenheide BVBA ° België Dochtervennootschap 0821.165.673 100 Bremdael Invest CVOA ° België Dochtervennootschap 0860.743.653 100 Hof van Bremdael NV ° België Dochtervennootschap 0446.5132.69 100 CHAPP Acquisition Ltd °°°°°° Jersey Dochtervennootschap 124667 100 CHAPP Holdings Ltd °°°°°° Jersey Dochtervennootschap 109055 100 CHAPP GP Ltd °°°°°° Jersey Dochtervennootschap 109054 100 CHAPP Ltd Partnership °°°°°° Jersey Dochtervennootschap 1500 100 CHAPP Nominee Nr. 1 Ltd °°°°°° Jersey Dochtervennootschap 109056 100 CHAPP Nominee Nr. 2 Ltd °°°°°° Jersey Dochtervennootschap 111460 100
vennootschap
°° Gevestigd Mainzer Landstr. 46 te 60325 Frankfurt am Main (Duitsland).
°°° Gevestigd Rue Guillaume J. Kroll 7 te 1882 Luxemburg (Luxemburg).
°°°° Gevestigd Herengracht 466 te 1017 CA Amsterdam (Nederland).
°°°°° Gevestigd Im Schloßpark 10 te 51429 Bergisch-Gladbach (Duitsland).
°°°°°° Gevestigd 44 Esplanade te St. Helier, JE4 9WG (Jersey).
°°°°°°° Gevestigd 35 Great St. Helen's te Londen, EC3A 6 AP (Verenigd Koninkrijk).
°°°°°°°° Gevestigd Louizalaan 331 te 1050 Brussel (België).
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Geconsolideerde schuldgraad (max.65%) | ||
| Totaal verplichtingen | 956.475 | 824.996 |
| Aanpassingen | -68.317 | -43.547 |
| Totale schulden volgens het KB van 13 juli 2014 | 888.158 | 781.449 |
| Totaal activa | 2.386.127 | 1.766.643 |
| Aanpassingen | -117 | -1.692 |
| Totaal activa volgens het KB van 13 juli 2014 | 2.386.010 | 1.764.951 |
| Schuldgraad (in %) | 37,2% | 44,3% |
| STATUTAIRE UITKERINGSRATIO | ||
| Gecorrigeerd statutair resultaat | 64.129 | 55.425 |
| Voorgesteld dividend | 54.223 | 45.502 |
| UITKERINGSRATIO (MIN. 80%) | 85% | 82% |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 50
Zie sectie 1.4 van het hoofdstuk 'Risicofactoren' van het jaarlijks financieel verslag 2018/2019.
De gebouwen van Aedifica worden elk kwartaal gewaardeerd door de onafhankelijke waarderingsdeskundigen Cushman & Wakefield Belgium NV, Deloitte Consulting & Advisory CVBA, CBRE GmbH, DTZ Zadelhoff VOF, Savills Consultancy BV en Cushman & Wakefield Debenham Tie Leung Ltd.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Mandaat van de Commissaris (Aedifica NV) | 39 | 38 |
| Mandaat van de Commissaris (dochterondernemingen) | 419 | 191 |
| Controle-opdrachten voorzien door het Wetboek van Vennootschappen (Aedifica NV) | 61 | 15 |
| Andere controle-opdrachten (comfort letter, enz.) (Aedifica NV) | 0 | 26 |
| Belastingadviesopdrachten | 0 | 7 |
| Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten | 252 | 0 |
| TOTAAL | 771 | 277 |
51 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 50
Toelichting 52: Naleving van verplichtingen van het GVV-statuut
Geconsolideerde schuldgraad (max.65%)
STATUTAIRE UITKERINGSRATIO
Debenham Tie Leung Ltd.
(x 1.000 €) 2019 2018
Totaal verplichtingen 956.475 824.996 Aanpassingen -68.317 -43.547 Totale schulden volgens het KB van 13 juli 2014 888.158 781.449
Totaal activa 2.386.127 1.766.643 Aanpassingen -117 -1.692 Totaal activa volgens het KB van 13 juli 2014 2.386.010 1.764.951
Schuldgraad (in %) 37,2% 44,3%
Gecorrigeerd statutair resultaat 64.129 55.425 Voorgesteld dividend 54.223 45.502 UITKERINGSRATIO (MIN. 80%) 85% 82%
De gebouwen van Aedifica worden elk kwartaal gewaardeerd door de onafhankelijke waarderingsdeskundigen Cushman & Wakefield Belgium NV, Deloitte Consulting & Advisory CVBA, CBRE GmbH, DTZ Zadelhoff VOF, Savills Consultancy BV en Cushman & Wakefield
(x 1.000 €) 2019 2018
Mandaat van de Commissaris (Aedifica NV) 39 38 Mandaat van de Commissaris (dochterondernemingen) 419 191 Controle-opdrachten voorzien door het Wetboek van Vennootschappen (Aedifica NV) 61 15 Andere controle-opdrachten (comfort letter, enz.) (Aedifica NV) 0 26 Belastingadviesopdrachten 0 7 Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten 252 0 TOTAAL 771 277
Verbod om meer dan 20% van de activa te beleggen in gebouwen die een enkel activageheel vormen
Zie sectie 1.4 van het hoofdstuk 'Risicofactoren' van het jaarlijks financieel verslag 2018/2019.
Waardering van de gebouwen door waarderingsdeskundigen
Toelichting 53: Vergoeding van de commissaris
De op de balans geboekte uitgestelde belastingen zijn te wijten aan de acquisities van vastgoedbeleggingen in het buitenland.
Ze vloeien voort uit het tijdelijk verschil tussen reële waarde en fiscale boekwaarde van de gebouwen in kwestie.
De bewegingen van uitgestelde belastingen zien eruit als volgt (zie ook toelichting 24):
| (x 1.000 €) | Activa | Passiva |
|---|---|---|
| BOEKWAARDE OP 1/07/2017 | 1.208 | -4.306 |
| Herkomsten | 699 | 350 |
| Afwikkelingen | -2.225 | -1.338 |
| Wijzigingen in de consolidatiekring | 318 | -917 |
| BOEKWAARDE OP 30/06/2018 | 0 | -6.211 |
| (x 1.000 €) | Activa | Passiva |
|---|---|---|
| BOEKWAARDE OP 1/07/2018 | 0 | -6.211 |
| Herkomsten | 0 | 2.118 |
| Afwikkelingen | 0 | -7.756 |
| Wijzigingen in de consolidatiekring | 0 | 1 |
| BOEKWAARDE OP 30/06/2019 | 0 | -11.848 |
Overeenkomstig IFRS 13 worden de elementen van de balans waarvoor de reële waarde berekend kan worden hieronder weergegeven en onderverdeeld in niveaus zoals gedefinieerd door IFRS 13:
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 | ||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Categorie | Niveau | Boekwaarde | Reële waarde | Boekwaarde | Reële waarde | |
| Vaste activa | ||||||
| Financiële vaste activa | 307 | 307 | 1.888 | 1.888 | ||
| a. Indekkingsinstrumenten | C | 2 | 117 | 117 | 1.692 | 1.692 |
| b. Andere | A | 2 | 191 | 191 | 196 | 196 |
| Deelnemingen in geassocieerde vennootschappen en joint-ventures |
C | 2 | 33.931 | 33.931 | 0 | 0 |
| Vlottende activa | ||||||
| Handelsvorderingen | A | 2 | 11.216 | 11.216 | 7.518 | 7.518 |
| Belastingvorderingen en andere vlottende activa | A | 2 | 1.257 | 1.257 | 446 | 446 |
| Kas en kasequivalenten | A | 1 | 15.405 | 15.405 | 10.589 | 10.589 |
| Langlopende verplichtingen | ||||||
| Langlopende financiële schulden | A | 2 | -584.193 | -591.522 | -716.927 | -723.793 |
| Andere langlopende financiële verplichtingen | ||||||
| a. Toegelaten afdekkingsinstrumenten | C | 2 | -48.170 | -48.170 | -33.210 | -33.210 |
| b. Andere | A | 2 | -4.604 | -4.604 | -4.389 | -4.389 |
| Kortlopende verplichtingen | ||||||
| Kortlopende financiële schulden | A | 2 | -272.317 | -272.317 | -22.830 | -22.830 |
| Handelsschulden en andere kortlopende schulden | A | 2 | -23.938 | -23.938 | -28.485 | -28.485 |
De categorieën waarvan sprake volgen de classificatie zoals voorgeschreven door IFRS 9:
De toegelaten indekkingsinstrumenten vallen in categorie C, met uitzondering van de indekkingsinstrumenten die voldoen aan de vereisten van hedge accounting (cfr. IFRS 9) waarbij de variaties in reële waarde via het eigen vermogen geboekt worden.
167
De Vennootschap heeft zich ertoe verbonden de belangen zonder zeggenschap in Aedifica Luxemburg I SCS, Aedifica Luxemburg II SCS, Aedifica Luxemburg III SCS, Aedifica Luxemburg IV SCS, Aedifica Luxemburg V SCS, Aedifica Luxemburg VI SCS en Aedifica Residenzen Nord GmbH in handen van derden (6% van het kapitaal) over te nemen indien die derden hun verkoopopties zouden uitoefenen. De uitoefenprijs van zulke opties toegestaan aan aandeelhouders zonder zeggenschap wordt opgenomen op de lijn 'I.C.b. Andere langlopende financiële verplichtingen – Andere' (zie toelichtingen 32 en 47).
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 52
Al jarenlang hanteert Aedifica in haar financiële communicatie alternatieve prestatiemaatstaven in overeenstemming met de richtlijnen die op 5 oktober 2015 door de ESMA (European Securities and Market Authority) werden uitgevaardigd. Een aantal van die APM's wordt aanbevolen door de Europese Vereniging van Beursgenoteerde Vastgoedvennootschappen (European Public Real Estate Association – EPRA), andere werden vastgelegd door de sector of door Aedifica om de lezer een beter inzicht te geven in de resultaten en prestaties. De APM's in dit jaarlijks financieel verslag (met inbegrip van deze jaarrekening) zijn aangeduid met een asterisk (*). De prestatiemaatstaven die bij IFRS-regels of bij wet zijn bepaald en de indicatoren die niet gebaseerd zijn op de rubrieken van de resultatenrekening of de balans, worden niet beschouwd als APM's. De APM's worden in deze toelichting gedefinieerd, besproken en verbonden met de post, het totaal of het subtotaal van de jaarrekening die daarvoor het relevantst zijn.
De volgende maatstaven zijn prestatiemaatstaven die niet gedefinieerd zijn door de IFRS-normen. Aedifica maakt gebruik van deze begrippen om de waarde van haar vastgoed te bepalen. Ze stellen het vastgoed voor dat op verschillende manieren wordt samengebracht om de lezer de meest relevante informatie aan te bieden. De definities van deze begrippen kunnen verschillen van andere concepten met dezelfde benaming die door andere vennootschappen gebruikt worden. Ze worden als volgt berekend:
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Vastgoedbeleggingen in exploitatie | 2.264.504 | 1.701.280 |
| + Projectontwikkelingen | 51.205 | 35.183 |
| Vastgoedbeleggingen | 2.315.709 | 1.736.463 |
| + Activa bestemd voor verkoop | 5.240 | 4.070 |
| Vastgoedbeleggingen inclusief de activa bestemd voor verkoop, of vastgoedportefeuille | 2.320.949 | 1.740.533 |
| - Projectontwikkelingen | -51.205 | -35.183 |
| Vastgoedbeleggingen in exploitatie inclusief de activa bestemd voor verkoop*, of portefeuille van vastgoedbeleggingen |
2.269.744 | 1.705.350 |
De nettohuurinkomsten bij ongewijzigde portefeuille* zijn een prestatiemaatstaf die niet gedefinieerd is door de IFRS-normen. Aedifica maakt gebruik van dit begrip om de prestaties van de vastgoedbeleggingen te illustreren na eliminatie van de gevolgen van wijzigingen in het geheel van de opgenomen gebouwen. Het staat voor de huurinkomsten zonder wijzigingen in het geheel van de opgenomen gebouwen. De definitie van dit begrip kan verschillen van andere concepten met dezelfde benaming die door andere vennootschappen gebruikt worden. Het wordt als volgt berekend:
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Huurinkomsten | 118.413 | 91.677 |
| - Wijzigingen in het geheel van de opgenomen gebouwen | -45.944 | -20.173 |
| = Huurinkomsten bij ongewijzigde portefeuille* | 72.469 | 71.504 |
53 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 52
2.269.744 1.705.350
Toelichting 56: Verkoopopties toegestaan aan aandeelhouders zonder zeggenschap
Toelichting 57: Alternatieve prestatiemaatstaven (Alternative Performance Measures – APM)
verplichtingen – Andere' (zie toelichtingen 32 en 47).
daarvoor het relevantst zijn.
vastgoedbeleggingen
volgt berekend:
Toelichting 57.1: Vastgoedbeleggingen
die door andere vennootschappen gebruikt worden. Ze worden als volgt berekend:
Toelichting 57.2: Huurinkomsten bij ongewijzigde portefeuille*
Vastgoedbeleggingen in exploitatie inclusief de activa bestemd voor verkoop*, of portefeuille van
De Vennootschap heeft zich ertoe verbonden de belangen zonder zeggenschap in Aedifica Luxemburg I SCS, Aedifica Luxemburg II SCS, Aedifica Luxemburg III SCS, Aedifica Luxemburg IV SCS, Aedifica Luxemburg V SCS, Aedifica Luxemburg VI SCS en Aedifica Residenzen Nord GmbH in handen van derden (6% van het kapitaal) over te nemen indien die derden hun verkoopopties zouden uitoefenen. De uitoefenprijs van zulke opties toegestaan aan aandeelhouders zonder zeggenschap wordt opgenomen op de lijn 'I.C.b. Andere langlopende financiële
Al jarenlang hanteert Aedifica in haar financiële communicatie alternatieve prestatiemaatstaven in overeenstemming met de richtlijnen die op 5 oktober 2015 door de ESMA (European Securities and Market Authority) werden uitgevaardigd. Een aantal van die APM's wordt aanbevolen door de Europese Vereniging van Beursgenoteerde Vastgoedvennootschappen (European Public Real Estate Association – EPRA), andere werden vastgelegd door de sector of door Aedifica om de lezer een beter inzicht te geven in de resultaten en prestaties. De APM's in dit jaarlijks financieel verslag (met inbegrip van deze jaarrekening) zijn aangeduid met een asterisk (*). De prestatiemaatstaven die bij IFRS-regels of bij wet zijn bepaald en de indicatoren die niet gebaseerd zijn op de rubrieken van de resultatenrekening of de balans, worden niet beschouwd als APM's. De APM's worden in deze toelichting gedefinieerd, besproken en verbonden met de post, het totaal of het subtotaal van de jaarrekening die
De volgende maatstaven zijn prestatiemaatstaven die niet gedefinieerd zijn door de IFRS-normen. Aedifica maakt gebruik van deze begrippen om de waarde van haar vastgoed te bepalen. Ze stellen het vastgoed voor dat op verschillende manieren wordt samengebracht om de lezer de meest relevante informatie aan te bieden. De definities van deze begrippen kunnen verschillen van andere concepten met dezelfde benaming
(x 1.000 €) 2019 2018
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 2.264.504 1.701.280 + Projectontwikkelingen 51.205 35.183 Vastgoedbeleggingen 2.315.709 1.736.463 + Activa bestemd voor verkoop 5.240 4.070 Vastgoedbeleggingen inclusief de activa bestemd voor verkoop*, of vastgoedportefeuille* 2.320.949 1.740.533 - Projectontwikkelingen -51.205 -35.183
De nettohuurinkomsten bij ongewijzigde portefeuille* zijn een prestatiemaatstaf die niet gedefinieerd is door de IFRS-normen. Aedifica maakt gebruik van dit begrip om de prestaties van de vastgoedbeleggingen te illustreren na eliminatie van de gevolgen van wijzigingen in het geheel van de opgenomen gebouwen. Het staat voor de huurinkomsten zonder wijzigingen in het geheel van de opgenomen gebouwen. De definitie van dit begrip kan verschillen van andere concepten met dezelfde benaming die door andere vennootschappen gebruikt worden. Het wordt als
(x 1.000 €) 2019 2018
Huurinkomsten 118.413 91.677 - Wijzigingen in het geheel van de opgenomen gebouwen -45.944 -20.173 = Huurinkomsten bij ongewijzigde portefeuille* 72.469 71.504 De operationele kosten* zijn een prestatiemaatstaf die niet gedefinieerd is door de IFRS-normen. Aedifica maakt gebruik van dit begrip om de operationele kosten* te globaliseren. Het staat voor de rubrieken IV. tot XV. van de resultatenrekening. De definitie van dit begrip kan verschillen van andere concepten met dezelfde benaming die door andere vennootschappen gebruikt worden. Het wordt berekend zoals in de tabel hieronder staat aangegeven.
De operationele marge* en de exploitatiemarge* zijn twee prestatiemaatstaven die niet gedefinieerd zijn door de IFRS-normen. Aedifica maakt gebruik van die begrippen om de rendabiliteit van haar verhuuractiviteiten te illustreren. Respectievelijk staan ze voor het operationeel vastgoedresultaat gedeeld door het nettohuurresultaat en het operationeel resultaat vóór het resultaat op de portefeuille gedeeld door het nettohuurresultaat. De definitie van deze begrippen kan verschillen van andere concepten met dezelfde benaming die door andere vennootschappen gebruikt worden. Ze worden berekend zoals in de tabel hierna staat aangegeven.
| (x 1.000 €) | Zorgvastgoed | Appartements gebouwen |
Hotels | Niet toewijsbaar |
Transacties tussen segmenten° |
TOTAAL |
|---|---|---|---|---|---|---|
| SECTORAAL RESULTAAT | ||||||
| Huurinkomsten (a) | 106.545 | 7.822 | 4.058 | 0 | -12 | 118.413 |
| Nettohuurresultaat (b) | 106.520 | 7.836 | 4.028 | 0 | -12 | 118.372 |
| Vastgoedresultaat (c) | 106.365 | 7.213 | 4.045 | 0 | -12 | 117.611 |
| Operationeel vastgoedresultaat (d) | 103.276 | 4.642 | 4.020 | 0 | -12 | 111.926 |
| OPERATIONEEL RESULTAAT VOOR HET RESULTAAT OP DE PORTEFEUILLE (e) |
103.049 | 4.693 | 4.010 | -14.610 | 0 | 97.142 |
| Operationele marge* (d)/(b) | 95% | |||||
| Exploitatiemarge* (e)/(b) | 82% | |||||
| Operationele kosten* (e)-(b) | 21.230 |
| (x 1.000 €) | Zorgvastgoed | Appartements gebouwen |
Hotels | Niet toewijsbaar |
Transacties tussen segmenten° |
TOTAAL |
|---|---|---|---|---|---|---|
| SECTORAAL RESULTAAT | ||||||
| Huurinkomsten (a) | 76.454 | 10.489 | 4.916 | 0 | -182 | 91.677 |
| Nettohuurresultaat (b) | 76.446 | 10.429 | 4.904 | 0 | -182 | 91.597 |
| Vastgoedresultaat (c) | 76.349 | 9.605 | 4.924 | 0 | -182 | 90.696 |
| Operationeel vastgoedresultaat (d) | 75.057 | 6.321 | 4.879 | 0 | -182 | 86.075 |
| OPERATIONEEL RESULTAAT VOOR HET RESULTAAT OP DE PORTEFEUILLE (e) |
74.923 | 6.295 | 4.845 | -8.788 | 0 | 77.275 |
| Operationele marge* (d)/(b) | 94% | |||||
| Exploitatiemarge* (e)/(b) | 84% | |||||
| Operationele kosten* (e)-(b) | 14.322 |
° Voornamelijk eliminatie van de interne huur voor de kantoren van de vennootschap.
Het financieel resultaat vóór variaties in reële waarde van de financiële instrumenten* is een prestatiemaatstaf die niet gedefinieerd is door de IFRS-normen. Aedifica maakt gebruik van dit begrip om het financieel resultaat vóór de non-cash effecten van de indekkingsinstrumenten voor te stellen. Het staat voor de som van de rubrieken XX., XXI. en XXII. van de resultatenrekening. De definitie van dit begrip kan verschillen van andere concepten met dezelfde benaming die door andere vennootschappen gebruikt worden. Het wordt als volgt berekend:
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| XX. Financiële opbrengsten | 554 | |
| XXI. Netto-interestkosten | -17.193 | -14.321 |
| XXII. Andere financiële kosten | -3.129 | -1.552 |
| Financieel resultaat vóór variaties in reële waarde van de financiële instrumenten* | -15.319 |
De gemiddelde effectieve rentevoet* en de gemiddelde effectieve rentevoet vóór activering van tussentijdse interesten* zijn twee prestatiemaatstaven die niet gedefinieerd zijn door de IFRS-normen. Aedifica maakt gebruik van deze begrippen om de kost van haar financiële schuld te bepalen. Respectievelijk staan ze voor de geannualiseerde netto-interestlasten (na of vóór activering van tussentijdse interesten) gedeeld door de gewogen gemiddelde financiële schuld. De definitie van deze begrippen kan verschillen van andere concepten met dezelfde benaming die door andere vennootschappen gebruikt worden. Het wordt als volgt berekend:
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 54
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| XXI. Netto-interestkosten | -17.193 | -14.321 |
| Tussentijdse interesten | 1.083 | 482 |
| Geannualiseerde netto-interestkosten (a) | -16.957 | -14.125 |
| Netto-interestkosten vóór activering van de geannualiseerde tussentijdse interesten (b) | -18.026 | -14.600 |
| Gewogen gemiddelde financiële schuld (c) | 981.467 | 697.832 |
| Gemiddelde effectieve rentevoet* (a)/(c) | 1,7% | 2,0% |
| Gemiddelde effectieve rentevoet vóór acivering van tussentijdse interesten* (b)/(c) | 1,8% | 2,1% |
In 2019 zou de gemiddelde effectieve rentevoet* (a)/(c) met inbegrip van de commissie op de ongebruikte kredietlijnen (zie toelichting 23) 1,9% bedragen (2018: 2,2%).
In 2019 zou de gemiddelde effectieve rentevoet vóór activering van tussentijdse interesten* (b)/(c) met inbegrip van de commissie op de ongebruikte kredietlijnen (zie toelichting 23) 2,0% bedragen (2018: 2,2%).
Het eigen vermogen vóór variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten* is een prestatiemaatstaf die niet gedefinieerd is door de IFRS-normen. Aedifica maakt gebruik van dit begrip om het eigen vermogen vóór de non-cash effecten van de herwaardering van de indekkingsinstrumenten weer te geven. Het staat voor de post 'totaal eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders van de moedervennootschap' zonder de gecumuleerde non-cash effecten van de herwaardering van de indekkingsinstrumenten. De definitie van dit begrip kan verschillen van andere concepten met dezelfde benaming die door andere vennootschappen gebruikt worden. Het wordt als volgt berekend:
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Totaal eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders van de moedervennootschap | 1.429.549 | 941.647 |
| - Effect van de uitkering van het dividend 2017/2018 | 0 | -45.502 |
| Subtotaal excl. effect van de uitkering van het dividend 2017/2018 | 896.145 | |
| - Effect van de variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten | 50.533 | 35.439 |
| Eigen vermogen vóór variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten* | 1.480.082 | 931.584 |
De nettoactiefwaarde vóór variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten* is een prestatiemaatstaf die niet gedefinieerd is door de IFRS-normen. Aedifica maakt gebruik van dit begrip om het eigen vermogen per aandeel vóór de non-cash effecten van de herwaardering van de indekkingsinstrumenten weer te geven. Het staat voor de post 'totaal eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders van de moedervennootschap' zonder de gecumuleerde non-cash effecten van de herwaardering van de indekkingsinstrumenten gedeeld door het aantal aandelen in omloop (na aftrek van eigen aandelen) op de balansdatum. De definitie van dit begrip kan verschillen van andere concepten met dezelfde benaming die door andere vennootschappen gebruikt worden. Het wordt berekend door het eigen vermogen vóór variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten* te delen door het aantal aandelen in omloop (na aftrek van eigen aandelen).
55 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 54
De gemiddelde effectieve rentevoet* en de gemiddelde effectieve rentevoet vóór activering van tussentijdse interesten* zijn twee prestatiemaatstaven die niet gedefinieerd zijn door de IFRS-normen. Aedifica maakt gebruik van deze begrippen om de kost van haar financiële schuld te bepalen. Respectievelijk staan ze voor de geannualiseerde netto-interestlasten (na of vóór activering van tussentijdse interesten) gedeeld door de gewogen gemiddelde financiële schuld. De definitie van deze begrippen kan verschillen van andere concepten met dezelfde
(x 1.000 €) 2019 2018
XXI. Netto-interestkosten -17.193 -14.321 Tussentijdse interesten 1.083 482
Geannualiseerde netto-interestkosten (a) -16.957 -14.125 Netto-interestkosten vóór activering van de geannualiseerde tussentijdse interesten (b) -18.026 -14.600 Gewogen gemiddelde financiële schuld (c) 981.467 697.832 Gemiddelde effectieve rentevoet* (a)/(c) 1,7% 2,0% Gemiddelde effectieve rentevoet vóór acivering van tussentijdse interesten* (b)/(c) 1,8% 2,1%
In 2019 zou de gemiddelde effectieve rentevoet* (a)/(c) met inbegrip van de commissie op de ongebruikte kredietlijnen (zie toelichting 23) 1,9%
In 2019 zou de gemiddelde effectieve rentevoet vóór activering van tussentijdse interesten* (b)/(c) met inbegrip van de commissie op de
Het eigen vermogen vóór variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten* is een prestatiemaatstaf die niet gedefinieerd is door de IFRS-normen. Aedifica maakt gebruik van dit begrip om het eigen vermogen vóór de non-cash effecten van de herwaardering van de indekkingsinstrumenten weer te geven. Het staat voor de post 'totaal eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders van de moedervennootschap' zonder de gecumuleerde non-cash effecten van de herwaardering van de indekkingsinstrumenten. De definitie van dit begrip kan verschillen van andere concepten met dezelfde benaming die door andere vennootschappen gebruikt worden. Het wordt als volgt
(x 1.000 €) 2019 2018
Totaal eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders van de moedervennootschap 1.429.549 941.647 - Effect van de uitkering van het dividend 2017/2018 0 -45.502 Subtotaal excl. effect van de uitkering van het dividend 2017/2018 1.429.549 896.145 - Effect van de variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten 50.533 35.439 Eigen vermogen vóór variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten* 1.480.082 931.584
De nettoactiefwaarde vóór variaties in reële waarde van de indekkingsinstrumenten* is een prestatiemaatstaf die niet gedefinieerd is door de IFRS-normen. Aedifica maakt gebruik van dit begrip om het eigen vermogen per aandeel vóór de non-cash effecten van de herwaardering van de indekkingsinstrumenten weer te geven. Het staat voor de post 'totaal eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders van de moedervennootschap' zonder de gecumuleerde non-cash effecten van de herwaardering van de indekkingsinstrumenten gedeeld door het aantal aandelen in omloop (na aftrek van eigen aandelen) op de balansdatum. De definitie van dit begrip kan verschillen van andere concepten met dezelfde benaming die door andere vennootschappen gebruikt worden. Het wordt berekend door het eigen vermogen vóór variaties in reële
waarde van de indekkingsinstrumenten* te delen door het aantal aandelen in omloop (na aftrek van eigen aandelen).
benaming die door andere vennootschappen gebruikt worden. Het wordt als volgt berekend:
ongebruikte kredietlijnen (zie toelichting 23) 2,0% bedragen (2018: 2,2%).
Toelichting 57.6: Eigen vermogen en nettoactiefwaarde per aandeel
Toelichting 57.5: Rentevoet
bedragen (2018: 2,2%).
berekend:
Aedifica sluit zich aan bij de tendens om de rapportering te standaardiseren met het oog op een betere kwaliteit en vergelijkbaarheid van de informatie en stelt het merendeel van de door EPRA aanbevolen indicatoren ter beschikking van de investeerders (in het EPRA-hoofdstuk van het jaarlijks financieel verslag). De volgende indicatoren worden beschouwd als APM's:
Over de loop van het boekjaar 2018/2018 heeft de Groep de overdracht van de volgende bedrijfstak uitgevoerd:
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 56
Naar aanleiding van de verkoop van 75% van de aandelen in Immobe NV (in twee fases, waarvan de tweede fase werd afgerond op 27 maart 2019), wordt die vennootschap niet langer geconsolideerd volgens de integrale consolidatemethode. Dat leidde tot de volgende balansmutaties op geconsolideerd niveau:
| (x 1.000 €) | 27 maart 2019 |
|---|---|
| Goodwill | -1.856 |
| Vastgoedbeleggingen | -221.627 |
| Handelsvorderingen | -589 |
| Belastingvorderingen en andere vlottende activa | -262 |
| Overlopende rekeningen | -330 |
| Kas en kasequivalenten | -257 |
| Langlopende financiële schulden | 89.802 |
| Handelsschulden en andere kortlopende schulden | 2.326 |
| Overlopende rekeningen | 1.440 |
| Netto verkocht activa | -131.353 |
Aedifica heeft op 1 juli 2018 de appartementsgebouwen-bedrijfstak ingebracht in een aparte vennootschap (Immobe NV) die aanvankelijk voor 100% gecontroleerd werd door Aedifica NV.
Aedifica NV heeft achteraf haar deelneming in Immobe NV gradueel verkocht (in twee fases) aan Primonial European Residential Fund:
Door de verkoop van fase 2 is Immobe NV geen perimetervennootschap meer en wordt ze geconsolideerd via de vermogensmutatiemethode.
| (x 1.000 €) | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Boekwaarde bij het begin van het boekjaar | 0 | 0 |
| Verwerving van aandelen van geassocieerde vennootschappen en joint-ventures | 0 | 0 |
| Verkoop van aandelen die resulteert in de toepassing van de vermogensmutatiemethode (voordien volledig geconsolideerd) |
32.797 | 0 |
| Aandeel in het resultaat van geassocieerde vennootschappen en joint-ventures | 1.330 | 0 |
| Impact van dividenden op het eigen vermogen | -196 | 0 |
| Andere | 0 | 0 |
| Boekwaarde op het einde van het boekjaar | 33.931 | 0 |

Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 56
32.797 0
Toelichting 58: Bedrijfscombinaties en overdrachten
die aanvankelijk voor 100% gecontroleerd werd door Aedifica NV.
balansmutaties op geconsolideerd niveau:
100% gecontroleerd werd door Aedifica NV.
31 oktober 2018 voor meer details);
geconsolideerd)
(zie het persbericht van 27 maart 2019 voor meer details).
Over de loop van het boekjaar 2018/2018 heeft de Groep de overdracht van de volgende bedrijfstak uitgevoerd:
Toelichting 59: Deelneming in geassocieerde vennootschappen en joint-ventures
Verkoop van aandelen die resulteert in de toepassing van de vermogensmutatiemethode (voordien volledig
Naar aanleiding van de verkoop van 75% van de aandelen in Immobe NV (in twee fases, waarvan de tweede fase werd afgerond op 27 maart 2019), wordt die vennootschap niet langer geconsolideerd volgens de integrale consolidatemethode. Dat leidde tot de volgende
(x 1.000 €) 27 maart 2019
Goodwill -1.856 Vastgoedbeleggingen -221.627 Handelsvorderingen -589 Belastingvorderingen en andere vlottende activa -262 Overlopende rekeningen -330 Kas en kasequivalenten -257 Langlopende financiële schulden 89.802 Handelsschulden en andere kortlopende schulden 2.326 Overlopende rekeningen 1.440 Netto verkocht activa -131.353
Aedifica heeft op 1 juli 2018 de appartementsgebouwen-bedrijfstak ingebracht in een aparte vennootschap (Immobe NV) die aanvankelijk voor
Door de verkoop van fase 2 is Immobe NV geen perimetervennootschap meer en wordt ze geconsolideerd via de vermogensmutatiemethode.
(x 1.000 €) 2019 2018
Boekwaarde bij het begin van het boekjaar 0 0 Verwerving van aandelen van geassocieerde vennootschappen en joint-ventures 0 0
Aandeel in het resultaat van geassocieerde vennootschappen en joint-ventures 1.330 0 Impact van dividenden op het eigen vermogen -196 0 Andere 0 0 Boekwaarde op het einde van het boekjaar 33.931 0
Aedifica NV heeft achteraf haar deelneming in Immobe NV gradueel verkocht (in twee fases) aan Primonial European Residential Fund: - fase 1: verkoop van 50% (min één aandeel) in de loop van het tweede trimester van het boekjaar 2018/2019 (zie het persbericht van




Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 62
De statutaire jaarrekening van Aedifica NV, op basis van de IFRS-normen, wordt hieronder samengevat overeenkomstig artikel 105 van het Wetboek van vennootschappen. De volledige versie van de statutaire jaarrekening van Aedifica NV, samen met het beheersverslag en het verslag van de commissaris zal binnen de wettelijke termijn bij de Nationale Bank van België neergelegd worden en kan gratis verkregen worden via het internet (www.aedifica.eu) of op aanvraag op de maatschappelijke zetel.
De commissaris heeft een goedkeurende verklaring zonder voorbehoud van de statutaire jaarrekening van Aedifica NV gegeven.
| Boekjaar afgesloten op 30 juni (x 1.000 €) | 2019 | 2018 | |
|---|---|---|---|
| I. | Huurinkomsten | 66.227 | 65.806 |
| II. | Terugnemingen overgedragen en verdisconteerde huren | 0 | 0 |
| III. | Met verhuur verbonden kosten | -34 | -83 |
| Nettohuurresultaat | 66.193 | 65.723 | |
| IV. | Recuperatie van vastgoedkosten | 0 | 84 |
| V. | Recuperatie van huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen | 1.175 | 2.001 |
| VI. | Kosten van de huurders en gedragen door de eigenaar op huurschade en wederinstaatstelling op het einde van de huur |
0 | 0 |
| VII. | Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen | -1.175 | -2.001 |
| VIII. | Andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven | -12 | -893 |
| Vastgoedresultaat | 66.181 | 64.914 | |
| IX. | Technische kosten | -429 | -1.400 |
| X. | Commerciële kosten | -1 | -539 |
| XI. | Kosten en taksen van niet-verhuurde goederen | -8 | -136 |
| XII. | Beheerkosten vastgoed | -622 | -1.051 |
| XIII. | Andere vastgoedkosten | 35 | -1.122 |
| Vastgoedkosten | -1.025 | -4.248 | |
| Operationeel vastgoedresultaat | 65.156 | 60.666 | |
| XIV. | Algemene kosten van de vennootschap | -11.249 | -9.560 |
| XV. | Andere operationele opbrengsten en kosten | 5.977 | 561 |
| Operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille | 59.884 | 51.667 | |
| XVI. | Resultaat verkoop vastgoedbeleggingen | 10.584 | 790 |
| XVII. | Resultaat verkoop andere niet-financiële activa | 0 | 0 |
| XVIII. | Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen | 15.117 | 12.696 |
| XIX. | Ander portefeuilleresultaat | 1.147 | -1.056 |
| Operationeel resultaat | 86.732 | 64.097 | |
| XX. | Financiële opbrengsten | 30.517 | 17.438 |
| XXI. | Netto-interestkosten | -16.836 | -13.453 |
| XXII. | Andere financiële kosten | -7.448 | -1.450 |
| XXIII. | Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva | -3.977 | -1.344 |
| Financieel resultaat | 2.256 | 1.191 | |
| XXIV. | Aandeel in het resultaat van geassocieerde vennootschappen en joint-ventures | 4.677 | 0 |
| Resultaat voor belastingen | 93.665 | 65.288 | |
| XXV. | Vennootschapsbelasting | -2.976 | -1.931 |
| XXVI. | Exit taks | 0 | 0 |
| Belastingen | -2.976 | -1.931 | |
| Nettoresultaat | 90.689 | 63.357 | |
| Gewoon resultaat per aandeel (€) | 4,71 | 3,52 | |
| Verwaterd resultaat per aandeel (€) | 4,71 | 3,52 |
| Boekjaar afgesloten op 30 juni (x 1.000 €) | 2019 | 2018 | |
|---|---|---|---|
| I. | Nettoresultaat | 90.689 | 63.357 |
| II. | Gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten herbruikbaar in de resultatenrekening | ||
| A. Impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen |
0 | 0 | |
| B. Variaties in het effectieve deel van de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten in een kasstroomdekking zoals gedefinieerd in IFRS |
-9.619 | -870 | |
| H. Andere elementen van het globaal resultaat, na belasting |
1.107 | 831 | |
| Gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten | 82.177 | 63.318 |
63 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 62
0 0
via het internet (www.aedifica.eu) of op aanvraag op de maatschappelijke zetel.
Verkorte statutaire resultatenrekening
van de huur
jaarrekening 2018/2019
De statutaire jaarrekening van Aedifica NV, op basis van de IFRS-normen, wordt hieronder samengevat overeenkomstig artikel 105 van het Wetboek van vennootschappen. De volledige versie van de statutaire jaarrekening van Aedifica NV, samen met het beheersverslag en het verslag van de commissaris zal binnen de wettelijke termijn bij de Nationale Bank van België neergelegd worden en kan gratis verkregen worden
Boekjaar afgesloten op 30 juni (x 1.000 €) 2019 2018
I. Huurinkomsten 66.227 65.806 II. Terugnemingen overgedragen en verdisconteerde huren 0 0 III. Met verhuur verbonden kosten -34 -83 Nettohuurresultaat 66.193 65.723 IV. Recuperatie van vastgoedkosten 0 84 V. Recuperatie van huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen 1.175 2.001
VII. Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen -1.175 -2.001 VIII. Andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven -12 -893 Vastgoedresultaat 66.181 64.914 IX. Technische kosten -429 -1.400 X. Commerciële kosten -1 -539 XI. Kosten en taksen van niet-verhuurde goederen -8 -136 XII. Beheerkosten vastgoed -622 -1.051 XIII. Andere vastgoedkosten 35 -1.122 Vastgoedkosten -1.025 -4.248 Operationeel vastgoedresultaat 65.156 60.666 XIV. Algemene kosten van de vennootschap -11.249 -9.560 XV. Andere operationele opbrengsten en kosten 5.977 561 Operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille 59.884 51.667 XVI. Resultaat verkoop vastgoedbeleggingen 10.584 790 XVII. Resultaat verkoop andere niet-financiële activa 0 0 XVIII. Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen 15.117 12.696 XIX. Ander portefeuilleresultaat 1.147 -1.056 Operationeel resultaat 86.732 64.097 XX. Financiële opbrengsten 30.517 17.438 XXI. Netto-interestkosten -16.836 -13.453 XXII. Andere financiële kosten -7.448 -1.450 XXIII. Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva -3.977 -1.344 Financieel resultaat 2.256 1.191 XXIV. Aandeel in het resultaat van geassocieerde vennootschappen en joint-ventures 4.677 0 Resultaat voor belastingen 93.665 65.288 XXV. Vennootschapsbelasting -2.976 -1.931 XXVI. Exit taks 0 0 Belastingen -2.976 -1.931 Nettoresultaat 90.689 63.357
Gewoon resultaat per aandeel (€) 4,71 3,52 Verwaterd resultaat per aandeel (€) 4,71 3,52
De commissaris heeft een goedkeurende verklaring zonder voorbehoud van de statutaire jaarrekening van Aedifica NV gegeven.
VI. Kosten van de huurders en gedragen door de eigenaar op huurschade en wederinstaatstelling op het einde
| ACTIVA | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Boekjaar afgesloten op 30 juni (x 1.000 €) | ||
| I. Vaste activa |
||
| A. Goodwill |
0 | 1.856 |
| B. Immateriële vaste activa |
407 | 292 |
| C. Vastgoedbeleggingen |
1.155.569 | 1.211.384 |
| D. Andere materiële vaste activa |
1.280 | 2.535 |
| E. Financiële vaste activa |
1.082.810 | 429.305 |
| F. Vorderingen financiële leasing |
0 | 0 |
| G. Handelsvorderingen en andere vaste activa |
0 | 0 |
| H. Uitgestelde belastingen - activa |
0 | 0 |
| Totaal vaste activa | 2.240.066 | 1.645.372 |
| II. Vlottende activa |
||
| A. Activa bestemd voor verkoop |
0 | 4.070 |
| B. Financiële vlottende activa |
0 | 0 |
| C. Vorderingen financiële leasing |
0 | 0 |
| D. Handelsvorderingen | 7.668 | 4.818 |
| E. Belastingvorderingen en andere vlottende activa |
19.889 | 12.619 |
| F. Kas en kasequivalenten |
8.677 | 5.350 |
| G. Overlopende rekeningen |
1.035 | 480 |
| Totaal vlottende activa | 37.269 | 27.337 |
| TOTAAL ACTIVA | 2.277.335 | 1.672.709 |
| EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN | 2019 | 2018 | |
|---|---|---|---|
| Boekjaar afgesloten op 30 juni (x 1.000 €) | |||
| EIGEN VERMOGEN | |||
| A. | Kapitaal | 624.713 | 465.126 |
| B. | Uitgiftepremies | 565.068 | 297.569 |
| C. | Reserves | 106.675 | 97.333 |
| a. Wettelijke reserve | 0 | 0 | |
| b. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed | 147.529 | 137.099 | |
| c. Reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen |
-21.924 | -23.129 | |
| d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-24.960 | -16.436 | |
| e. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-18.991 | -17.659 | |
| h. Reserve voor eigen aandelen | 0 | 0 | |
| k. Reserve voor fiscale latenties met betrekking tot vastgoed gelegen in het buitenland | -1.694 | -996 | |
| m. Andere reserves | 796 | -1.957 | |
| n. Overgedragen resultaten van vorige boekjaren | 25.919 | 20.411 | |
| D. | Nettoresultaat van het boekjaar | 90.689 | 63.357 |
| TOTAAL EIGEN VERMOGEN | 1.387.145 | 923.385 | |
| VERPLICHTINGEN | |||
| I. | Langlopende verplichtingen | ||
| A. | Voorzieningen | 0 | 0 |
| B. | Langlopende financiële schulden | 547.825 | 665.713 |
| a. Kredietinstellingen | 532.858 | 665.713 | |
| c. Autres | 14.967 | 0 | |
| C. | Andere langlopende financiële verplichtingen | 47.425 | 33.209 |
| a. Toegelaten afdekkingsinstrumenten | 47.425 | 33.209 | |
| b. Andere | 0 | 0 | |
| D. | Handelsschulden en andere langlopende schulden | 0 | 0 |
| E. | Andere langlopende verplichtingen | 0 | 0 |
| F. | Uitgestelde belastingen - verplichtingen | 4.126 | 3.190 |
| Totaal langlopende verplichtingen | 599.376 | 702.112 | |
| II. | Kortlopende verplichtingen | ||
| A. | Voorzieningen | 0 | 0 |
| B. | Kortlopende financiële schulden | 271.192 | 20.058 |
| a. Kredietinstellingen | 171.192 | 20.058 | |
| c. Autres | 100.000 | 0 | |
| C. | Andere kortlopende financiële verplichtingen | 0 | 0 |
| D. | Handelsschulden en andere kortlopende schulden | 16.325 | 24.362 |
| a. Exit taks | 500 | 141 | |
| b. Andere | 15.825 | 24.221 | |
| E. | Andere kortlopende verplichtingen | 0 | 0 |
| F. | Overlopende rekeningen | 3.297 | 2.792 |
| Totaal kortlopende verplichtingen | 290.814 | 47.212 | |
| TOTAAL VERPLICHTINGEN | 890.190 | 749.324 | |
| TOTAAL EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN | 2.277.335 | 1.672.709 |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 64
65 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 64
-21.924 -23.129
-24.960 -16.436
-18.991 -17.659
EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN 2019 2018
A. Kapitaal 624.713 465.126 B. Uitgiftepremies 565.068 297.569 C. Reserves 106.675 97.333 a. Wettelijke reserve 0 0 b. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed 147.529 137.099
h. Reserve voor eigen aandelen 0 0 k. Reserve voor fiscale latenties met betrekking tot vastgoed gelegen in het buitenland -1.694 -996 m. Andere reserves 796 -1.957 n. Overgedragen resultaten van vorige boekjaren 25.919 20.411 D. Nettoresultaat van het boekjaar 90.689 63.357
TOTAAL EIGEN VERMOGEN 1.387.145 923.385
A. Voorzieningen 0 0 B. Langlopende financiële schulden 547.825 665.713 a. Kredietinstellingen 532.858 665.713 c. Autres 14.967 0 C. Andere langlopende financiële verplichtingen 47.425 33.209 a. Toegelaten afdekkingsinstrumenten 47.425 33.209 b. Andere 0 0 D. Handelsschulden en andere langlopende schulden 0 0 E. Andere langlopende verplichtingen 0 0 F. Uitgestelde belastingen - verplichtingen 4.126 3.190 Totaal langlopende verplichtingen 599.376 702.112
A. Voorzieningen 0 0 B. Kortlopende financiële schulden 271.192 20.058 a. Kredietinstellingen 171.192 20.058 c. Autres 100.000 0 C. Andere kortlopende financiële verplichtingen 0 0 D. Handelsschulden en andere kortlopende schulden 16.325 24.362 a. Exit taks 500 141 b. Andere 15.825 24.221 E. Andere kortlopende verplichtingen 0 0 F. Overlopende rekeningen 3.297 2.792
Totaal kortlopende verplichtingen 290.814 47.212
TOTAAL VERPLICHTINGEN 890.190 749.324
TOTAAL EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN 2.277.335 1.672.709
c. Reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij hypothetische
d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die
e. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die
onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS
niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS
Boekjaar afgesloten op 30 juni (x 1.000 €)
vervreemding van vastgoedbeleggingen
EIGEN VERMOGEN
VERPLICHTINGEN
I. Langlopende verplichtingen
II. Kortlopende verplichtingen
| (x 1.000 €) | 2017 | Kapitaal verhoging in speciën |
Kapitaal verhoging in natura |
Verwerving / verkoop eigen aandelen |
Geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet gerealiseerde |
Verwerking van het resultaat |
Andere overdrachten en af rondings verschil |
2018 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Kapitaal | 459.231 | 0 | 5.895 | 0 | resultaten 0 |
0 | 0 | 465.126 |
| Uitgiftepremies | 287.194 | 0 | 10.376 | 0 | 0 | 0 | -1 | 297.569 |
| Reserves | 74.810 | 0 | 0 | 0 | -40 | 22.562 | 1 | 97.333 |
| a. Wettelijke reserve | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| b. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed |
126.720 | 0 | 0 | 0 | 0 | 8.893 | 1.486 | 137.099 |
| c. Reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en - kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen |
-24.415 | 0 | 0 | 0 | 0 | 815 | 470 | -23.130 |
| d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-16.418 | 0 | 0 | 0 | -40 | 22 | 0 | -16.436 |
| e. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-23.712 | 0 | 0 | 0 | 0 | 6.053 | 0 | -17.659 |
| h. Reserve voor eigen aandelen |
0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| k. Reserve voor fiscale latenties met betrekking tot vastgoed gelegen in het buitenland |
-213 | 0 | 0 | 0 | 0 | -783 | 0 | -996 |
| m. Andere reserves | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | -1.955 | -1.955 |
| n. Overgedragen resultaten van vorige boekjaren |
12.848 | 0 | 0 | 0 | 0 | 7.562 | 0 | 20.410 |
| Resultaat van het boekjaar | 57.040 | 0 | 0 | 0 | 63.357 | -57.040 | 0 | 63.357 |
| TOTAAL EIGEN VERMOGEN | 878.275 | 0 | 16.271 | 0 | 63.317 | -34.478 | 0 | 923.385 |
181
| Boekjaar afgesloten op 30 juni (x 1.000 €) |
2018 | Kapitaal verhoging in speciën |
Kapitaal verhoging in natura |
Verwerving / verkoop eigen aandelen |
Geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten |
Verwerking van het resultaat |
Andere overdrachten en af rondings verschil |
2019 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Kapitaal | 465.126 | 153.002 | 6.585 | 0 | 0 | 0 | 0 | 624.713 |
| Uitgiftepremies | 297.569 | 255.796 | 11.702 | 0 | 0 | 0 | 1 | 565.068 |
| Reserves | 97.333 | 0 | 0 | 0 | -8.513 | 17.855 | 0 | 106.675 |
| a. Wettelijke reserve | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| b. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed |
137.099 | 0 | 0 | 0 | 0 | 14.993 | -4.564 | 147.528 |
| c. Reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen |
-23.130 | 0 | 0 | 0 | 0 | -2.563 | 3.769 | -21.924 |
| d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-16.436 | 0 | 0 | 0 | -8.513 | -11 | 0 | -24.960 |
| e. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
-17.659 | 0 | 0 | 0 | 0 | -1.332 | 0 | -18.991 |
| h. Reserve voor eigen aandelen |
0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
| k. Reserve voor fiscale latenties met betrekking tot vastgoed gelegen in het buitenland |
-996 | 0 | 0 | 0 | 0 | -698 | 0 | -1.694 |
| m. Andere reserves | -1.955 | 0 | 0 | 0 | 0 | 1.957 | 794 | 796 |
| n. Overgedragen resultaten van vorige boekjaren |
20.410 | 0 | 0 | 0 | 0 | 5.509 | 1 | 25.920 |
| Resultaat van het boekjaar | 63.357 | 0 | 0 | 0 | 90.690 | -63.357 | -1 | 90.689 |
| TOTAAL EIGEN VERMOGEN | 923.385 | 408.798 | 18.287 | 0 | 82.177 | -45.502 | 0 | 1.387.145 |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 66
67 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 66
Andere overdrachten en afrondingsverschil
2019
Verwerking van het resultaat
Boekjaar afgesloten op 30 juni
b. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde
c. Reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen
d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde
afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS
e. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde
afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS
h. Reserve voor eigen
k. Reserve voor fiscale latenties met betrekking tot vastgoed gelegen in het
n. Overgedragen resultaten van vorige boekjaren
van vastgoed
van toegelaten
van toegelaten
aandelen
buitenland
2018 Kapitaalverhoging in speciën
Kapitaalverhoging in natura
Verwerving / verkoop eigen aandelen
Kapitaal 465.126 153.002 6.585 0 0 0 0 624.713 Uitgiftepremies 297.569 255.796 11.702 0 0 0 1 565.068 Reserves 97.333 0 0 0 -8.513 17.855 0 106.675 a. Wettelijke reserve 0 0 0 0 0 0 0 0
m. Andere reserves -1.955 0 0 0 0 1.957 794 796
Resultaat van het boekjaar 63.357 0 0 0 90.690 -63.357 -1 90.689 TOTAAL EIGEN VERMOGEN 923.385 408.798 18.287 0 82.177 -45.502 0 1.387.145
Geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en nietgerealiseerde resultaten
137.099 0 0 0 0 14.993 -4.564 147.528
-23.130 0 0 0 0 -2.563 3.769 -21.924
-16.436 0 0 0 -8.513 -11 0 -24.960
-17.659 0 0 0 0 -1.332 0 -18.991
0 0 0 0 0 0 0 0
-996 0 0 0 0 -698 0 -1.694
20.410 0 0 0 0 5.509 1 25.920
(x 1.000 €)
| VOORGESTELDE VERWERKING | 2019 | 2018 |
|---|---|---|
| Boekjaar afgesloten op 30 juni (x 1.000 €) | ||
| A. Nettoresultaat | 90.689 | 63.357 |
| B. Toevoeging/onttrekking reserves (-/+) 1. Toevoeging aan/onttrekking van de reserve voor het (positieve of negatieve) saldo van de variaties in de reële waarde |
20.381 | 12.345 |
| van vastgoed (-/+) | ||
| - boekjaar | 21.119 | 14.203 |
| - vorige boekjaren | 0 | 0 |
| - realisatie vastgoed | 10.584 | 790 |
| 2. Toevoeging aan/onttrekking van de reserve van geschatte mutatierechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen (-/+) |
-4.854 | -2.563 |
| 3. Toevoeging aan de reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS (-) |
||
| - boekjaar | -4 | -11 |
| - vorige boekjaren | 0 | 0 |
| 4. Toevoeging aan de reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS (+) |
||
| - boekjaar | 0 | 0 |
| - vorige boekjaren | 0 | 0 |
| 5. Toevoeging aan de reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS (-) |
||
| - boekjaar | -3.973 | -1.332 |
| - vorige boekjaren | 0 | 0 |
| 6. Toevoeging aan de reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS (+) |
||
| - boekjaar | 0 | 0 |
| - vorige boekjaren 7. Toevoeging aan/onttrekking van de reserve voor het saldo van de wisselkoersverschillen op monetaire activa en |
0 -4.746 |
0 0 |
| passiva (-/+) 8. Toevoeging aan/onttrekking van de reserve fiscale latenties met betrekking tot vastgoed gelegen in het buitenland (-/+) |
-936 | -698 |
| 9. Toevoeging aan/onttrekking van de reserve voor de ontvangen dividenden bestemd voor de terugbetaling van financiële schulden (-/+) |
0 | 0 |
| 10. Toevoeging aan/onttrekking van andere reserves (-/+) | 3.599 | 1.957 |
| 11. Toevoeging aan/onttrekking van overgedragen resultaten van vorige boekjaren (-/+) | -408 | 0 |
| C. Vergoeding voor het kapitaal overeenkomstig artikel 13, § 1, lid 1 | 51.303 | 44.340 |
| D. Vergoeding voor het kapitaal, -andere dan C | 2.920 | 1.162 |
| Over te dragen resultaat | 16.085 | 5.509 |
| NIET-UITKEERBAAR EIGEN VERMOGEN VOLGENS ARTIKEL 617 VAN HET WETBOEK VAN VENNOOTSCHAPPEN (x 1.000 €) |
2019 | 2018 |
| Gestort kapitaal of, als dit hoger ligt, opgevraagd kapitaal (+) | 624.713 | 465.126 |
| Volgens de statuten niet-beschikbare uitgiftepremies (+) | 565.068 | 297.569 |
| Reserve voor het positieve saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed (+) | 179.231 | 152.092 |
| Reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatie-rechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen |
-26.778 | -25.692 |
| Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS (+/-) |
-24.964 | -16.447 |
| Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS (+/-) |
-22.964 | -18.991 |
| Reserve voor het saldo van de wisselkoersverschillen op monetaire activa en passiva (+) Reserve voor de omrekeningsverschillen die voortvloeien uit de omrekening van een buitenlandse activiteit (+/-) |
0 0 |
0 0 |
| Reserve voor het saldo van de prestaties in de reële waarde van financiële activa beschikbaar voor de verkoop (+/-) | 0 | 0 |
| Reserve voor actuariële winsten en verliezen van toegezegde pensioenregelingen (+) | 0 | 0 |
| Reserve voor fiscale latenties met betrekking tot vastgoed gelegen in het buitenland (+) | 0 | 0 |
| Reserve voor de ontvangen dividenden bestemd voor de terugbetaling van financiële schulden (+) | 0 | 0 |
| Andere door de algemene vergadering onbeschikbaar verklaarde reserves (+) | 4.395 | 0 |
| Wettelijke reserve (+) | 0 | 0 |
| Niet-uitkeerbaar eigen vermogen volgens Artikel 617 van het Wetboek van Vennootschappen | 1.298.701 | 853.657 |
| Nettoactief | 1.387.145 | 923.385 |
| Dividenduitkering | -54.223 | -45.502 |
| Nettoactief na uitkering | 1.332.922 | 877.883 |
| Resterende marge na uitkering | 34.221 | 24.226 |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 68
De Vennootschap heeft de vorm van een naamloze vennootschap met de benaming 'AEDIFICA'.
De Vennootschap is een openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap ('OGVV'), onderworpen aan de Wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, zoals van tijd tot tijd gewijzigd (de 'Wet') alsook aan het koninklijk besluit van 13 juli 2014 met betrekking tot gereglementeerde vastgoedvennootschappen, zoals van tijd tot tijd gewijgigd (het 'koninklijk besluit') (hierna samen 'de GVVwetgeving'). De maatschappelijke benaming van de Vennootschap en het geheel van de documenten die van haar uitgaan, bevatten de vermelding 'openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap naar Belgisch recht' of 'openbare GVV naar Belgisch recht' of 'OGVV naar Belgisch recht' of worden onmiddellijk gevolgd door deze woorden.
De Vennootschap doet een publiek beroep op het spaarwezen in de zin van het artikel 438 van het Wetboek der Vennootschappen.
De maatschappelijke en administratieve zetel is gevestigd te 1040 Brussel, Belliardstraat 40. De zetel kan worden overgebracht naar eender welke andere plaats in België mits naleving van de taalwetten in administratieve zaken bij louter besluit van de raad van bestuur, dewelke alle bevoegdheden heeft om de statutenwijziging die daaruit voortvloeit authentiek te laten vaststellen. De Vennootschap kan bij louter besluit van de raad van bestuur zowel in België als in het buitenland administratieve zetels, filialen of agentschappen oprichten, voor zover haar centrale administratie in België blijft behouden.
De naamloze vennootschap naar Belgisch recht Aedifica werd opgericht door Bank Degroof NV en GVA Finance Comm. VA krachtens een akte die op 7 november 2005 werd verleden voor meester Bertrand Nerincx, geassocieerd notaris te Brussel, en gepubliceerd in de Bijlagen van het Belgisch Staatsblad van 23 november 2005 onder het nummer 20051123/05168061.
Aedifica werd op 8 december 2005 erkend als vastgoedbevak door de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen (CBFA), thans FSMA. Op 17 oktober 2014 werd Aedifica as GVV erkend door de FSMA.
De Vennootschap is ingeschreven in het rechtspersonenregister (RPR) van Brussel onder het nummer 0877.248.501.
De Vennootschap werd opgericht voor onbepaalde duur.
De Vennootschap heeft tot uitsluitend doel:
69 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
In het kader van de terbeschikkingstelling van onroerende goederen, kan de Vennootschap met name alle activiteiten uitoefenen die verband houden met de oprichting, de verbouwing, de renovatie, de ontwikkeling, de verwerving, de vervreemding, het beheer en de exploitatie van onroerende goederen.
Als bijkomende of tijdelijke activiteit mag de Vennootschap beleggen in effecten die geen vastgoed zijn in de zin van de GVV-wetgeving, voor zover deze verhandelbaar zijn op een gereglementeerde markt. Deze beleggingen zullen worden uitgevoerd in overeenstemming met het risicobeheerbeleid aangenomen door de Vennootschap en zullen gediversifieerd zijn, zodat zij een passende risicodiversificatie verzekeren. Zij mag eveneens niet-toegewezen liquide middelen aanhouden in alle munten in de vorm van een zicht- of termijndeposito of in de vorm van enig ander gemakkelijk verhandelbaar monetair instrument.
De Vennootschap mag bovendien verrichtingen op afdekkingsinstrumenten aangaan, voor zover deze laatste uitsluitend dienen om het risico van de rentevoet en de wisselkoers af te dekken in het kader van de financiering en het beheer van de activiteiten van de Vennootschap bedoeld in artikel 4 van de wet van 12 mei 2014, met uitsluiting van speculatieve verrichtingen.
De Vennootschap mag een of meerdere onroerende goederen in leasing nemen of geven. Het in leasing geven van onroerende goederen met aankoopoptie, mag uitsluitend als bijkomende activiteit worden uitgeoefend, tenzij de onroerende goederen bestemd zijn voor doeleinden van algemeen belang, met inbegrip van sociale huisvesting en onderwijs (in dit geval mag de activiteit als hoofdactiviteit worden uitgeoefend).
De Vennootschap mag ook alle verrichtingen en studies uitvoeren die betrekking hebben op alle vastgoed zoals hiervoor beschreven, en mag alle handelingen stellen die betrekking hebben op vastgoed, zoals de aankoop, de verbouwing, de inrichting, de verhuur, de gemeubileerde verhuur, de onderverhuring, het beheer, de ruil, de verkoop, de verkaveling, het onderbrengen onder het stelsel van mede-eigendom, zich inlaten met alle ondernemingen met een doel dat soortgelijk of aanvullend is aan het hare door middel van fusie of anderszins, voor zover deze handelingen toegelaten zijn door de GVV-wetgeving en, in het algemeen, alle handelingen verrichten die rechtstreeks of onrechtstreeks verbonden zijn met haar doel.
De Vennootschap mag niet:
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 68
Permanente documenten
De Vennootschap is een openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap ('OGVV'), onderworpen aan de Wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, zoals van tijd tot tijd gewijzigd (de 'Wet') alsook aan het koninklijk besluit van 13 juli 2014 met betrekking tot gereglementeerde vastgoedvennootschappen, zoals van tijd tot tijd gewijgigd (het 'koninklijk besluit') (hierna samen 'de GVVwetgeving'). De maatschappelijke benaming van de Vennootschap en het geheel van de documenten die van haar uitgaan, bevatten de vermelding 'openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap naar Belgisch recht' of 'openbare GVV naar Belgisch recht' of 'OGVV naar
De maatschappelijke en administratieve zetel is gevestigd te 1040 Brussel, Belliardstraat 40. De zetel kan worden overgebracht naar eender welke andere plaats in België mits naleving van de taalwetten in administratieve zaken bij louter besluit van de raad van bestuur, dewelke alle bevoegdheden heeft om de statutenwijziging die daaruit voortvloeit authentiek te laten vaststellen. De Vennootschap kan bij louter besluit van de raad van bestuur zowel in België als in het buitenland administratieve zetels, filialen of agentschappen oprichten, voor zover haar centrale
De naamloze vennootschap naar Belgisch recht Aedifica werd opgericht door Bank Degroof NV en GVA Finance Comm. VA krachtens een akte die op 7 november 2005 werd verleden voor meester Bertrand Nerincx, geassocieerd notaris te Brussel, en gepubliceerd in de Bijlagen van het
Aedifica werd op 8 december 2005 erkend als vastgoedbevak door de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen (CBFA), thans
(a) rechtstreeks of via een vennootschap waarin zij een deelneming bezit conform de bepalingen van de GVV-wetgeving, onroerende
(b) binnen de grenzen van de GVV-wetgeving, vastgoed te bezitten zoals vermeld in artikel 2, 5°, vi tot xi van de wet van 12 mei 2014
(c) het op lange termijn rechtstreeks, of via een vennootschap waarin zij een deelneming bezit overeenkomstig de bepalingen van de GVVwetgeving, desgevallend in samenwerking met derden, met een publieke opdrachtgever afsluiten van of toetreden tot één of meerdere:
-(iii) DBF(M)O-overeenkomsten, de zogenaamde 'Design, Build, Finance, (Maintain) and Operate' overeenkomsten; en/of
-(iv) overeenkomsten voor concessie van openbare werken met betrekking tot gebouwen en/of andere infrastructuur van onroerende
-(i) zij instaat voor de terbeschikkingstelling, het onderhoud en/of de exploitatie ten behoeve van een publieke entiteit en/of de burger als eindgebruiker, ten einde invulling te geven aan een maatschappelijk behoefte en/of de voorziening van een
-(ii) het daarmee gepaard gaande financierings-, beschikbaarheids-, vraag- en/of exploitatierisico, bovenop het eventuele bouwrisico, geheel of gedeeltelijk door haar kan worden gedragen, zonder daarbij noodzakelijkerwijze over zakelijke rechten
De Vennootschap doet een publiek beroep op het spaarwezen in de zin van het artikel 438 van het Wetboek der Vennootschappen.
administratie in België blijft behouden.
1.4 Ondernemingsnummer
1.5 Duur (Artikel 5 van de statuten)
De Vennootschap heeft tot uitsluitend doel:
De Vennootschap werd opgericht voor onbepaalde duur.
goederen ter beschikking te stellen van gebruikers; en
openbare dienst toe te laten; en
te beschikken; en
1.1 Maatschappelijke benaming (Artikel 1 van de statuten)
Belgisch recht' of worden onmiddellijk gevolgd door deze woorden.
1.3 Oprichting, rechtsvorm en bekendmaking
Belgisch Staatsblad van 23 november 2005 onder het nummer 20051123/05168061.
FSMA. Op 17 oktober 2014 werd Aedifica as GVV erkend door de FSMA.
1.6 Doel van de Vennootschap (Artikel 3 van de statuten)
(onder vastgoed wordt verstaan, het 'vastgoed' in de zin van de GVV-wetgeving);
aard en daarop betrekking hebbende diensten, en op basis waarvan:
-(i) DBF-overeenkomsten, de zogenaamde 'Design, Build, Finance' overeenkomsten;
-(ii) DB(F)M-overeenkomsten, de zogenaamde 'Design, Build, (Finance) and Maintain' overeenkomsten;
De Vennootschap heeft de vorm van een naamloze vennootschap met de benaming 'AEDIFICA'.
1.2 Maatschappelijke zetel – Administratieve zetel (Artikel 2 van de statuten)
De Vennootschap is ingeschreven in het rechtspersonenregister (RPR) van Brussel onder het nummer 0877.248.501.
Het boekjaar begint op 1 juli van elk jaar en eindigt op 30 juni van het volgende jaar. Aan het eind van elk boekjaar worden de boeken afgesloten en stelt de raad van bestuur de jaarrekening op. De jaarrekening bestaat uit de balans, de resultatenrekening en de bijlage die één geheel vormen. De jaarlijkse en halfjaarlijkse financiële verslagen van de Vennootschap die de geconsolideerde rekeningen van de Vennootschap en het verslag van de commissaris bevatten, worden ter beschikking van de aandeelhouders gesteld, conform de bepalingen die toepasselijk zijn op emittenten van financiële instrumenten die toegelaten zijn tot de verhandeling op een gereglementeerde markt. De jaarlijkse en halfjaarlijkse financiële verslagen van de Vennootschap en de jaarrekeningen worden op de website van de Vennootschap gepubliceerd.
De gewone algemene vergadering wordt gehouden op de vierde dinsdag van de maand oktober om 15 uur.
Indien deze dag een wettelijke feestdag is, wordt de vergadering op de eerstvolgende werkdag gehouden op het zelfde uur, met uitzondering van een zaterdag of een zondag. De gewone of buitengewone algemene vergaderingen worden gehouden op de plaats aangeduid in de oproeping.
185
De algemene vergadering komt samen door oproeping door de raad van bestuur. Een algemene vergadering moet telkens door de raad van bestuur worden samengeroepen als de aandeelhouders die een vijfde van het kapitaal vertegenwoordigen dat vragen. Een of meer aandeelhouders die samen minstens 3% van het maatschappelijk kapitaal bezitten kunnen, onder de voorwaarden die het Wetboek van vennootschappen voorziet, eveneens vragen om punten op de agenda van algemene vergaderingen te plaatsen en voorstellen tot besluit indienen met betrekking tot op de agenda opgenomen of daarin op te nemen te behandelen onderwerpen. De oproepingen worden overeenkomstig de toepasselijke bepalingen uit het Wetboek van vennootschappen opgesteld en medegedeeld.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 70
De commissaris van Aedifica die officieel is erkend door de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA), is Ernst & Young Bedrijfsrevisoren bcvba, vertegenwoordigd door Joeri Klaykens, vennoot, gevestigd in 2 De Kleetlaan te 1831 Diegem.
De commissaris heeft onbeperkt controlerecht op de transacties van de Vennootschap.
De erkende commissaris werd voor drie jaar benoemd tijdens de buitengewone algemene vergadering van 27 oktober 2017 en ontvangt voor de controle van de jaarrekeningen een vaste geïndexeerde vergoeding van 38.000 € excl. BTW per jaar.
Om elk belangenconflict te vermijden, wordt de vastgoedportefeuille van Aedifica gecontroleerd door zes onafhankelijke waarderingsdeskundigen, namelijk:
Conform de GVV-wetgeving schatten de waarderingsdeskundigen de volledige portefeuille elk kwartaal en bepaalt hun waardering de boekhoudkundige waarde ('reële waarde') van de gebouwen opgenomen in de jaarrekening.
Sinds 1 januari 2011 wordt de bezoldiging van de waarderingsdeskundigen exclusief BTW bepaald op basis van een forfait per soort van de getaxeerde goederen.
Voor de evaluaties wordt gebruik gemaakt van diverse klassieke benaderingen:
Aedifica heeft overeenkomsten met betrekking tot de financiële dienst gesloten met de volgende twee banken:
De bezoldiging van de financiële dienst is bijna volledig gebaseerd op het bedrag van het uitgekeerde dividend. Dat bedroeg 58 k€ voor het boekjaar 2018/2019 (58 k€ voor het boekjaar 2017/2018).
De statuten van de Vennootschap liggen ter inzage op de griffie van de rechtbank van koophandel van Brussel en kunnen ook worden geraadpleegd op de website www.aedifica.eu.
De statutaire en geconsolideerde rekeningen van Aedifica worden volgens de wettelijke bepalingen neergelegd bij de Nationale Bank van België. De beslissingen inzake de benoemingen en de herroepingen van de leden van de raad van bestuur worden gepubliceerd in de Bijlagen van het Belgisch Staatsblad. De oproepingen voor de algemene vergaderingen worden gepubliceerd in de Bijlagen van het Belgisch Staatsblad en in twee financiële dagbladen. Die oproepingen en alle andere documenten met betrekking tot de algemene vergaderingen kunnen gelijktijdig worden geraadpleegd op de website www.aedifica.be. Alle persberichten, jaar- en halfjaarverslagen en andere financiële mededelingen van de Aedifica-groep zijn beschikbaar op de website www.aedifica.eu. De verslagen van de commissaris en van de waarderingsdeskundigen zijn eveneens beschikbaar in het jaarverslag dat op de website www.aedifica.eu kan worden geraadpleegd. Gedurende de geldigheidsduur van het registratiedocument kunnen de volgende documenten geraadpleegd worden op de hoofdzetel van de Vennootschap of op de website www.aedifica.eu:
71 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 70
De algemene vergadering komt samen door oproeping door de raad van bestuur. Een algemene vergadering moet telkens door de raad van bestuur worden samengeroepen als de aandeelhouders die een vijfde van het kapitaal vertegenwoordigen dat vragen. Een of meer aandeelhouders die samen minstens 3% van het maatschappelijk kapitaal bezitten kunnen, onder de voorwaarden die het Wetboek van vennootschappen voorziet, eveneens vragen om punten op de agenda van algemene vergaderingen te plaatsen en voorstellen tot besluit indienen met betrekking tot op de agenda opgenomen of daarin op te nemen te behandelen onderwerpen. De oproepingen worden
De commissaris van Aedifica die officieel is erkend door de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA), is Ernst & Young
De erkende commissaris werd voor drie jaar benoemd tijdens de buitengewone algemene vergadering van 27 oktober 2017 en ontvangt voor
Om elk belangenconflict te vermijden, wordt de vastgoedportefeuille van Aedifica gecontroleerd door zes onafhankelijke
Cushman & Wakefield Belgium NV, die wordt vertegenwoordigd (in de zin van artikel 24 van de GVV-wetgeving) door de heer Christophe
Deloitte Consulting & Advisory CVBA, die wordt vertegenwoordigd (in de zin van artikel 24 van de GVV-wetgeving) door de heer Frédéric
CBRE GmbH, die wordt vertegenwoordigd (in de zin van artikel 24 van de GVV-wetgeving) door de heer Sandro Höselbarth en de heer
DTZ Zadelhoff VOF, die wordt vertegenwoordigd (in de zin van artikel 24 van de GVV-wetgeving) door de heer Paul Smolenaers en de
Savills Consultancy BV, die wordt vertegenwoordigd (in de zin van artikel 24 van de GVV-wetgeving) door de heer Martijn Onderstal en de
Cushman & Wakefield Debenham Tie Leung Ltd, die wordt vertegenwoordigd (in de zin van artikel 24 van de GVV-wetgeving) door de heer
Conform de GVV-wetgeving schatten de waarderingsdeskundigen de volledige portefeuille elk kwartaal en bepaalt hun waardering de
Sinds 1 januari 2011 wordt de bezoldiging van de waarderingsdeskundigen exclusief BTW bepaald op basis van een forfait per soort van de
enerzijds de kapitalisatie van de markthuurwaarde met een correctie voor zowel inkomstenschommelingen ten opzichte van deze
anderzijds een gedetailleerde actualisatie van de financiële stromen op basis van expliciete veronderstellingen van de toekomstige evolutie van deze inkomsten en de eindwaarde. In dit geval houdt de actualisatievoet rekening met de financiële interesten op de kapitaalmarkten, vermeerderd met een specifieke risicopremie voor vastgoedinvesteringen. In de evaluaties wordt op een conservatieve manier rekening
die evaluaties worden eveneens getoetst aan de eenheidsprijzen die worden genoteerd bij de verkoop van vergelijkbare gebouwen, waarna men een correctie zal toepassen die rekening houdt met de eventuele verschillen tussen deze referenties en de betrokken goederen; - de ontwikkelingsprojecten (bouw, verbouwings- of uitbreidingswerken) worden gewaardeerd door de kosten van het project bij de voltooiing ervan af te trekken van zijn verwachte waarde die werd bepaald door bovenvermelde benaderingen toe te passen. De kosten van de
Bank Degroof Petercam NV, gelegen te Guimardstraat 18 te 1040 Brussel ('Main paying agent' en neerlegging van de effecten in het kader
De bezoldiging van de financiële dienst is bijna volledig gebaseerd op het bedrag van het uitgekeerde dividend. Dat bedroeg 58 k€ voor het
marktreferentie als andere lasten of kosten die moeten worden voorzien voor de blijvende exploitatie van vastgoed;
studiefase van de bouw, verbouwings- of uitbreidingswerken worden aan hun aanschaffingswaarde gewaardeerd.
Aedifica heeft overeenkomsten met betrekking tot de financiële dienst gesloten met de volgende twee banken:
overeenkomstig de toepasselijke bepalingen uit het Wetboek van vennootschappen opgesteld en medegedeeld.
de controle van de jaarrekeningen een vaste geïndexeerde vergoeding van 38.000 € excl. BTW per jaar.
Sohet en mevrouw Patricia Lanoije, met zetel te Luchthaven Nationaal 1 J te 1930 Zaventem;
heer Fabian Pouwelse, met zetel te Gustav Mahlerlaan 362-364 te 1082 ME Amsterdam;
boekhoudkundige waarde ('reële waarde') van de gebouwen opgenomen in de jaarrekening.
Voor de evaluaties wordt gebruik gemaakt van diverse klassieke benaderingen:
gehouden met schommelende rentevoeten en inflatieperspectieven;
heer Jochem van der Grinten, met zetel te Claude Debussylaan 48 te 1082 MD Amsterdam;
Tom Robinson en de heer Martin Robb, met zetel te 125 Old Broad Street te Londen EC2N 1AR.
De commissaris heeft onbeperkt controlerecht op de transacties van de Vennootschap.
Ackermans, met zetel te Koningsstraat 197 te 1000 Brussel;
Tim Schulte, met zetel te Hausvogteiplatz 10 te 10117 Berlijn;
Bedrijfsrevisoren bcvba, vertegenwoordigd door Joeri Klaykens, vennoot, gevestigd in 2 De Kleetlaan te 1831 Diegem.
1.10 Erkende commissaris
1.11 Waarderingsdeskundige
waarderingsdeskundigen, namelijk:
getaxeerde goederen. Evaluatiemethodes
1.12 Financiële dienst
van een algemene vergadering);
boekjaar 2018/2019 (58 k€ voor het boekjaar 2017/2018).
Rekening houdende met het wettelijke stelsel van de GVV's in het algemeen en van de residentiële GVV's in het bijzonder kan het Aedificaaandeel een interessante belegging vormen voor zowel particuliere als institutionele beleggers.
De jaarlijkse financiële verslagen (die de geconsolideerde jaarrekeningen – en een verkorte versie van de statutaire jaarrekeningen – het geconsolideerd beheersverslag, het verslag van de commissaris en het verslag van de deskundige omvatten), de tussentijdse verklaringen, de halfjaarlijkse financiële verslagen, de beschrijving van de financiële situatie, informatie betreffende verbonden partijen, en de historische informatie betreffende de dochterondernemingen van Aedifica voor de boekjaren 2015/2016, 2016/2017 en 2017/2018 worden door verwijzing in dit jaarlijks financieel verslag opgenomen en kunnen op de hoofdzetel of op de website (www.aedifica.eu) van Aedifica worden geraadpleegd.
De financiële of commerciële toestand van de Groep is sinds het einde van het vorige boekjaar, waarvan de gecontroleerde jaarrekeningen of de tussentijdse jaarrekeningen werden gepubliceerd, niet significant gewijzigd.
Overeenkomstig artikelen 558 en 560 van het Wetboek van vennootschappen kunnen de rechten van de aandeelhouders enkel door een buitengewone algemene vergadering worden gewijzigd. Het document met de informatie over de in de artikelen 533ter en 540 van het Wetboek van vennootschappen bedoelde rechten van de aandeelhouders kan op de website (www.aedifica.eu) van Aedifica worden geraadpleegd.
Zie het hoofdstuk 'Risicofactoren' van dit jaarlijks financieel verslag.
Ter vervollediging van sectie 1.3 hierboven, wordt de geschiedenis van Aedifica getekend door haar beursintroductie op 23 oktober 2006 (zie hoofdstuk 'Aedifica op de beurs') en door de talrijke acquisities die de Groep sinds haar oprichting heeft uitgevoerd (uitvoerig beschreven in de occasionele persberichten, de periodieke persberichten, jaarlijkse financiële verslagen en de halfjaarlijkse financiële verslagen op de website van de Groep) en die geleid hebben tot een vastgoedportefeuille van ca. 2,3 miljard €.
De voornaamste aandeelhouders van Aedifica NV beschikken niet over andere stemrechten dan diegene die voortvloeien uit hun participatie in het maatschappelijk kapitaal.
De heer Serge Wibaut, voorzitter van de raad van bestuur van Aedifica NV en de heer Stefaan Gielens, CEO van Aedifica NV, verklaren, in naam en voor rekening van Aedifica NV dat, voor zover hen bekend:
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 72
Aedifica NV verklaart dat de inlichtingen verstrekt door de waarderingsdeskundigen en de erkende commissaris getrouw werden overgenomen en werden opgenomen met hun toesteming. Voor zover Aedifica NV op de hoogte is en in staat is om dit te verzekeren in het licht van gegevens die door derde partijen werden gepubliceerd, werd geen enkel feit weggelaten waardoor de weergegeven informatie fout of bedrieglijk zou worden.
Dit jaarverslag bevat verklaringen die betrekking hebben op de toekomst. Dergelijke verklaringen zijn gebaseerd op schattingen en vooruitzichten van de vennootschap en bevatten van nature onbekende risico's, onzekere elementen en andere factoren die tot gevolg zouden kunnen hebben dat de resultaten, de financiële toestand, de performantie en de prestaties zullen verschillen van deze die uitdrukkelijk of impliciet zijn meegedeeld in deze op de toekomst gerichte verklaringen. Gelet op deze onzekere factoren houden de op de toekomst gerichte verklaringen geen enkele garantie in.
De raad van bestuur van Aedifica NV verklaart dat er geen enkele tussenkomst van overheidswege, geen enkel rechtsgeding of scheidsrechterlijke procedure bestaat, die een relevante invloed zou kunnen hebben op de financiële toestand of op de rentabiliteit van Aedifica NV en dat er, bij haar weten, geen situaties of feiten zijn die aanleiding zouden kunnen geven tot dergelijke overheidstussenkomsten, rechtsgedingen of scheidsrechterlijke procedures.
De raad van bestuur van de Vennootschap verklaart dat, bij zijn weten:
73 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 72
geconfronteerd worden.
Informatie van derden
worden.
garantie in.
Verantwoordelijke personen (koninklijk besluit 14 november 2007)
naam en voor rekening van Aedifica NV dat, voor zover hen bekend:
Verklaringen met betrekking tot de toekomst
Geschillen en scheidsrechterlijke procedures
De raad van bestuur van de Vennootschap verklaart dat, bij zijn weten:
rechtsgedingen of scheidsrechterlijke procedures.
autoriteit (waaronder beroepsverenigingen);
of vereffening, met uitzondering van wat hierna volgt:
2015 vrijwillig ontbonden en vereffend;
van de zaken van een emittent;
De heer Serge Wibaut, voorzitter van de raad van bestuur van Aedifica NV en de heer Stefaan Gielens, CEO van Aedifica NV, verklaren, in
Aedifica NV verklaart dat de inlichtingen verstrekt door de waarderingsdeskundigen en de erkende commissaris getrouw werden overgenomen en werden opgenomen met hun toesteming. Voor zover Aedifica NV op de hoogte is en in staat is om dit te verzekeren in het licht van gegevens die door derde partijen werden gepubliceerd, werd geen enkel feit weggelaten waardoor de weergegeven informatie fout of bedrieglijk zou
Dit jaarverslag bevat verklaringen die betrekking hebben op de toekomst. Dergelijke verklaringen zijn gebaseerd op schattingen en vooruitzichten van de vennootschap en bevatten van nature onbekende risico's, onzekere elementen en andere factoren die tot gevolg zouden kunnen hebben dat de resultaten, de financiële toestand, de performantie en de prestaties zullen verschillen van deze die uitdrukkelijk of impliciet zijn meegedeeld in deze op de toekomst gerichte verklaringen. Gelet op deze onzekere factoren houden de op de toekomst gerichte verklaringen geen enkele
De raad van bestuur van Aedifica NV verklaart dat er geen enkele tussenkomst van overheidswege, geen enkel rechtsgeding of scheidsrechterlijke procedure bestaat, die een relevante invloed zou kunnen hebben op de financiële toestand of op de rentabiliteit van Aedifica NV en dat er, bij haar weten, geen situaties of feiten zijn die aanleiding zouden kunnen geven tot dergelijke overheidstussenkomsten,
geen enkele van zijn bestuurders of leden van het directiecomité tijdens de laatste 5 jaar werd veroordeeld wegens fraude, dat geen enkele officiële beschuldiging en/of publieke sanctie werd uitgesproken en geen enkele sanctie werd opgelegd door een statutaire of regelgevende
geen enkele van zijn bestuurders of leden van het directiecomité tijdens de laatste 5 jaar door een rechtbank een verbod opgelegd kreeg om te handelen als lid van een bestuurs-, directie- of toezichtsorgaan van een emittent of om te interveniëren in het beheer of het bewind
geen enkele van zijn bestuurders of leden van het directiecomité tijdens de laatste 5 jaar betrokken was bij een faillissement, sekwestratie
met de niet-uitvoerende bestuurders geen enkele arbeidsovereenkomst werd afgesloten die voorziet in de betaling van een schadevergoeding bij het einde van de overeenkomst. Er bestaat tussen de Vennootschap en de uitvoerende bestuurder en met de overige
dat noch de bestuurders, noch leden van het directiecomité aandelen van de Vennootschap bezitten, met uitzondering van de heer Stefaan Gielens (10.227 aandelen), mevrouw Ingrid Daerden (1.077 aandelen), mevrouw Laurence Gacoin (2.439 aandelen), de heer Charles-Antoine van Aelst (1.606 aandelen), de heer Sven Bogaerts (1.625 aandelen), mevrouw Adeline Simont (2.884 aandelen in onverdeeldheid,
-Mevrouw Laurence Gacoin was mede-vennoot en mede-zaakvoerder van de BVBA Fides CapMan. Die vennootschap werd op 7 mei
Verklaringen betreffende de bestuurders en de leden van het directiecomité
leden van het directiecomité wel een (management)overeenkomst die in een dergelijke vergoeding voorziet;
dat er tot nu toe geen enkele optie op de aandelen van de Vennootschap werd toegekend;
dat er geen enkele familiale band bestaat tussen de bestuurders en/of de leden van het directiecomité.
in naakte eigendom en in het kader van een discretionair beheersmandaat) en de heer Luc Plasman (349 aandelen);
| Datum | Aard van de operatie | Bedrag van het maatschappelijk kapitaal (€) |
Aantal aandelen |
|---|---|---|---|
| 7 november 2005 | Initieel kapitaal door geldelijke inbreng bij oprichting (Bank Degroof en GVA Finance) | 2.500.000,00 | 2.500 |
| 2.500.000,00 | 2.500 | ||
| 29 december 2005 | Kapitaalverhoging door inbreng in geld | 4.750.000,00 | 4.750 |
| Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'Jacobs Hotel Company' | 100.000,00 | 278 | |
| Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'Oude Burg Company' | 3.599.587,51 | 4.473 | |
| Incorporatie in het kapitaal van het bedrag van de meerwaarde van de herevaluatie en van de beschikbare reserve |
4.119.260,93 | ||
| Kapitaalvermindering | -4.891.134,08 | ||
| 10.177.714,36 | 12.001 | ||
| 23 maart 2006 | Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap Sablon-Résidence de l'Europe' | 1.487.361,15 | 11.491 |
| Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'Bertimo' | 1.415.000,00 | 3.694 | |
| Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'Le Manoir' | 1.630.000,00 | 3.474 | |
| Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'Olphi' | 800.000,00 | 2.314 | |
| Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'Services et Promotion de la Vallée (SPV)' |
65.000,00 | 1.028 | |
| Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'Emmane' | 2.035.000,00 | 5.105 | |
| Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'Ixelinvest' | 219,06 | 72 | |
| Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'Imfina' | 1.860,95 | 8 | |
| Kapitaalverhoging door inbreng van de handelszaak van de naamloze vennootschap 'Immobe' |
908.000,00 | 908 | |
| Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Lombard 32) | 2.500.000,00 | 2.500 | |
| Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Complex Laken - Nieuwbrug en de Goede 24-28) | 10.915.000,00 | 10.915 | |
| 31.935.155,52 | 53.510 | ||
| 24 mei 2006 | Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Complex Louiza 331-333) | 8.500.000,00 | 8.500 |
| 40.435.155,52 | 62.010 | ||
| 17 augustus 2006 | Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Laken 119 en 123-125) | 1.285.000,00 | 1.285 |
| Fusie door gedeeltelijke splitsing van de naamloze vennootschap 'Financière Wavrienne' | 5.400.000,00 | 5.400 | |
| Fusie door gemengde splitsing van de naamloze vennootschap 'Château Chenois' | 123.743,15 | 14.377 | |
| Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'Medimmo' | 1.000.000,00 | 2.301 | |
| Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'Cledixa' | 74.417,64 | 199 | |
| Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'Société de Transport et du Commerce en Afrique' |
62.000,00 | 1.247 | |
| Fusie door gemengde splitsing van de naamloze vennootschap 'Hôtel Central & Café Central' | 175.825,75 | 6.294 | |
| 48.556.142,06 | 93.113 | ||
| 26 september 2006 | Splitsing van het aantal aandelen door 25 | 48.556.142,06 | 2.327.825 |
| Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Hoogstraat en Klooster Hotel) | 11.350.000,00 | 283.750 | |
| 59.906.142,06 | 2.611.575 | ||
| 3 oktober 2006 | Kapitaalverhoging door geldelijke inbreng | 23.962.454,18 | 1.044.630 |
| 83.868.596,24 | 3.656.205 | ||
| 27 maart 2007 | Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Oudergem 237, 239-241, 266 et 272, Platanen 6 et Winston Churchill 157) |
4.911.972,00 | 105.248 |
| 88.780.568,24 | 3.761.453 | ||
| 17 april 2007 | Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'Legrand CPI' | 337.092,73 | 57.879 |
| Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Livorno 14, 20-24) | 2.100.000,00 | 44.996 | |
| 91.217.660,97 | 3.846.328 | ||
| 28 juni 2007 | Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'Alcasena' | 2.704.128,00 | 342.832 |
| Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Ring) | 3.000.000,00 | 68.566 | |
| 96.921.788,97 | 4.275.726 | ||
| 30 november 2007 | Fusie door gedeeltelijke splitsing van de naamloze vennootschap 'Feninvest' | 1.862.497,95 | 44.229 |
| Fusie door gedeeltelijke splitsing van de naamloze vennootschap 'Résidence du Golf' | 5.009.531,00 | 118.963 | |
| 103.793.817,92 | 4.438.918 | ||
| 30 juli 2008 | Fusie door gedeeltelijke splitsing van de naamloze vennootschap 'Famifamenne' | 2.215.000,00 | 50.387 |
| Fusie door gedeeltelijke splitsing van de naamloze vennootschap 'Rouimmo' | 1.185.000,00 | 26.956 | |
| 107.193.817,92 | 4.516.261 | ||
| 30 juni 2009 | Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Gaerveld serviceflats) | 2.200.000,00 | 62.786 |
| 109.393.817,92 | 4.579.047 | ||
| 30 december 2009 | Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Freesias) | 4.950.000,00 | 129.110 |
| 114.343.817,92 | 4.708.157 |
1
| 30 juni 2010 | Fusie door gedeeltelijke splitsing van de naamloze vennootschappen 'Carbon', 'Eburon', 'Hotel Ecu' en 'Eurotel' |
11.239.125,00 | 273.831 |
|---|---|---|---|
| Fusie door gedeeltelijke splitsing van de naamloze vennootschap 'Carlinvest' | 2.200.000,00 | 51.350 | |
| 127.782.942,92 | 5.033.338 | ||
| 15 oktober 2010 | Kapitaalverhoging door inbreng in geld | 51.113.114,26 | 2.013.334 |
| 178.896.057,18 | 7.046.672 | ||
| 8 april 2011 | Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Project Group Hermibouw) | 1.827.014,06 | 43.651 |
| 180.723.071,24 | 7.090.323 | ||
| 29 juni 2011 | Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'IDM A' | 24.383,89 | 592 |
| 180.747.455,13 | 7.090.915 | ||
| 5 oktober 2011 | Inbreng in natura van de aandelen van de naamloze vennootschap 'SIRACAM' | 3.382.709,00 | 86.293 |
| 184.130.164,13 | 7.177.208 | ||
| 12 juli 2012 | Gemengde splitsing van de naamloze vennootschap 'S.I.F.I. LOUISE' | 800.000,00 | 16.868 |
| 184.930.164,13 | 7.194.076 | ||
| 7 december 2012 | Kapitaalverhoging door inbreng in geld | 69.348.785,78 | 2.697.777 |
| 254.278.949,91 | 9.891.853 | ||
| 24 juni 2013 | Fusie door overneming van de naamloze vennootschap 'Terinvest' | 10.398,81 | 8.622 |
| Fusie door overneming van de gewone commanditaire vennootschap 'Kasteelhof-Futuro' | 3.182,80 | 3.215 | |
| 254.292.531,52 | 9.903.690 | ||
| 12 juni 2014 | Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Binkom) | 12.158.952,00 | 258.475 |
| 266.451.483,52 | 10.162.165 | ||
| 30 juni 2014 | Kapitaalverhoging door inbreng in natura (terrein in Tienen) | 4.000.000,00 | 86.952 |
| 270.451.483,52 | 10.249.117 | ||
| 24 november 2014 | Keuzedividend | 5.763.329,48 | 218.409 |
| 276.214.813,00 | 10.467.526 | ||
| 4 december 2014 | Fusie door gedeeltelijke splitsing van de naamloze vennootschap 'La Réserve Invest' | 12.061.512,94 | 457.087 |
| 288.276.325,94 | 10.924.613 | ||
| 29 juni 2015 | Kapitaalverhoging door inbreng in geld | 82.364.664,56 | 3.121.318 |
| 370.640.990,50 | 14.045.931 | ||
| 2 october 2015 | Kapitaalverhoging door inbreng in natura (terrein in Opwijk) | 523.955,84 | 19.856 |
| 371.164.946,34 | 14.065.787 | ||
| 17 december 2015 | Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Prinsenhof) | 2.748.340,46 | 104.152 |
| 373.913.286,80 | 14.169.939 | ||
| 24 maart 2016 | Kapitaalverhoging door inbreng in natura (terrein in Aarschot Poortvelden) | 582.985,31 | 22.093 |
| 374.496.272,11 | 14.192.032 | ||
| 2 december 2016 | Keuzedividend | 3.237.042,22 | 122.672 |
| 377.733.314,33 | 14.314.704 | ||
| 8 december 2016 | Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Jardins de la Mémoire) | 1.740.327,12 | 65.952 |
| 379.473.641,45 | 14.380.656 | ||
| 28 maart 2017 | Kapitaalverhoging door inbreng in geld | 94.868.410,37 | 3.595.164 |
| 7 juni 2018 | Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Smakt en Velp) | 474.342.051,82 5.937.488,85 |
17.975.820 225.009 |
| 480.279.540,67 | 18.200.829 | ||
| 2 | |||
| 20 november 2018 | Keuzedividend | 6.348.821,62 486.628.362,29 |
240.597 18.441.426 |
| 7 mei 2018 | Kapitaalverhoging door inbreng in geld | 162.209.454,10 | 3 6.147.142 |
| 648.837.816,39 | 24.588.568 | ||
| 20 juni 2019 | Kapitaalverhoging door inbreng in natura (opstalrecht van Bremdael) | 332.222,20 | 4 12.590 |
| 649.170.038,59 | 24.601.158 |
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 74
1 Aandelen zonder nominale waarde.
2 Deze aandelen werden op 20 november 2018 genoteerd en geven recht op een dividend voor het volledige boekjaar 2018/2019. Zij genieten dezelfde rechten en voordelen als de andere genoteerde aandelen.
4 Deze aandelen werden op 20 juni 2019 genoteerd en geven recht op een prorata temporis deel (vanaf 7 mei 2019) van het dividend voor het boekjaar 2018/2019. Voor het surplus, zij genieten dezelfde rechten en voordelen als de andere genoteerde aandelen.
3 Deze aandelen werden op 7 mei 2019 genoteerd en geven recht op een prorata temporis deel van het dividend voor het boekjaar 2018/2019. Voor het surplus, zij genieten dezelfde rechten en voordelen als de andere genoteerde aandelen.
75 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 74
11.239.125,00 273.831
127.782.942,92 5.033.338
178.896.057,18 7.046.672
180.723.071,24 7.090.323
180.747.455,13 7.090.915
184.130.164,13 7.177.208
184.930.164,13 7.194.076
254.278.949,91 9.891.853
254.292.531,52 9.903.690
266.451.483,52 10.162.165
270.451.483,52 10.249.117
276.214.813,00 10.467.526
288.276.325,94 10.924.613
370.640.990,50 14.045.931
371.164.946,34 14.065.787
373.913.286,80 14.169.939
374.496.272,11 14.192.032
377.733.314,33 14.314.704
379.473.641,45 14.380.656
474.342.051,82 17.975.820
480.279.540,67 18.200.829
486.628.362,29 18.441.426
648.837.816,39 24.588.568
649.170.038,59 24.601.158
30 juni 2010 Fusie door gedeeltelijke splitsing van de naamloze vennootschappen 'Carbon', 'Eburon',
Fusie door gedeeltelijke splitsing van de naamloze vennootschap 'Carlinvest' 2.200.000,00 51.350
Fusie door overneming van de gewone commanditaire vennootschap 'Kasteelhof-Futuro' 3.182,80 3.215
15 oktober 2010 Kapitaalverhoging door inbreng in geld 51.113.114,26 2.013.334
8 april 2011 Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Project Group Hermibouw) 1.827.014,06 43.651
29 juni 2011 Fusie door opslorping van de naamloze vennootschap 'IDM A' 24.383,89 592
5 oktober 2011 Inbreng in natura van de aandelen van de naamloze vennootschap 'SIRACAM' 3.382.709,00 86.293
12 juli 2012 Gemengde splitsing van de naamloze vennootschap 'S.I.F.I. LOUISE' 800.000,00 16.868
7 december 2012 Kapitaalverhoging door inbreng in geld 69.348.785,78 2.697.777
24 juni 2013 Fusie door overneming van de naamloze vennootschap 'Terinvest' 10.398,81 8.622
12 juni 2014 Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Binkom) 12.158.952,00 258.475
30 juni 2014 Kapitaalverhoging door inbreng in natura (terrein in Tienen) 4.000.000,00 86.952
24 november 2014 Keuzedividend 5.763.329,48 218.409
4 december 2014 Fusie door gedeeltelijke splitsing van de naamloze vennootschap 'La Réserve Invest' 12.061.512,94 457.087
29 juni 2015 Kapitaalverhoging door inbreng in geld 82.364.664,56 3.121.318
2 october 2015 Kapitaalverhoging door inbreng in natura (terrein in Opwijk) 523.955,84 19.856
17 december 2015 Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Prinsenhof) 2.748.340,46 104.152
24 maart 2016 Kapitaalverhoging door inbreng in natura (terrein in Aarschot Poortvelden) 582.985,31 22.093
2 december 2016 Keuzedividend 3.237.042,22 122.672
8 december 2016 Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Jardins de la Mémoire) 1.740.327,12 65.952
28 maart 2017 Kapitaalverhoging door inbreng in geld 94.868.410,37 3.595.164
7 juni 2018 Kapitaalverhoging door inbreng in natura (Smakt en Velp) 5.937.488,85 225.009
20 november 2018 Keuzedividend 6.348.821,62 240.597 2
7 mei 2018 Kapitaalverhoging door inbreng in geld 162.209.454,10 6.147.142 3
20 juni 2019 Kapitaalverhoging door inbreng in natura (opstalrecht van Bremdael) 332.222,20 12.590 4
2 Deze aandelen werden op 20 november 2018 genoteerd en geven recht op een dividend voor het volledige boekjaar 2018/2019. Zij genieten dezelfde
3 Deze aandelen werden op 7 mei 2019 genoteerd en geven recht op een prorata temporis deel van het dividend voor het boekjaar 2018/2019. Voor
4 Deze aandelen werden op 20 juni 2019 genoteerd en geven recht op een prorata temporis deel (vanaf 7 mei 2019) van het dividend voor het boekjaar
'Hotel Ecu' en 'Eurotel'
1 Aandelen zonder nominale waarde.
rechten en voordelen als de andere genoteerde aandelen.
het surplus, zij genieten dezelfde rechten en voordelen als de andere genoteerde aandelen.
2018/2019. Voor het surplus, zij genieten dezelfde rechten en voordelen als de andere genoteerde aandelen.
Het kapitaal is vastgesteld op zeshonderdnegenenveertig miljoen honderdzeventigduizend achtendertig euro negenenvijftig cent (649.170.038,59 €). Het is vertegenwoordigd door vierentwintig miljoen zeshonderdeneenduizend honderdachtenvijftig (24.601.158) aandelen zonder vermelding van nominale waarde, die ieder één/24.601.158ste van het kapitaal vertegenwoordigen. Deze aandelen zijn volledig onderschreven en volgestort.
De Vennootschap kan haar eigen aandelen verwerven door aankoop of kan ze in pand nemen in overeenstemming met de voorwaarden voorzien in het Wetboek van vennootschappen, mits mededeling van de verrichting aan de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA). Ingevolge de beslissing van de algemene vergadering van 16 april 2018, is het de raad van bestuur toegestaan eigen aandelen te verwerven, met een maximum van tien procent (10%) van het totaal aantal uitgegeven aandelen, aan een eenheidsprijs die niet lager zal mogen zijn dan negentig procent (90%) van het gemiddelde van de koers van de laatste dertig dagen van de notering van het aandeel op NYSE Euronext Brussels, noch hoger dan honderd en tien procent (110%) van het gemiddelde van de koers van de laatste dertig dagen van de notering van het aandeel op NYSE Euronext Brussels, ofwel een maximale stijging of daling van tien procent (10%) ten opzichte van de vermelde gemiddelde koers. Deze toelating is verleend voor een hernieuwbare periode van vijf jaar te rekenen vanaf de publicatie in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad van het proces-verbaal van de buitengewone algemene vergadering van 16 april 2018.
De Vennootschap mag haar eigen aandelen vervreemden, in of buiten beurs, aan de voorwaarden vastgesteld door de raad van bestuur, zonder voorafgaandelijke toelating van de algemene vergadering, mits het respecteren van de toepasbare marktreglementeringen. De toelatingen daarvoor vermeld zijn eveneens van toepassing op de verwerving en vervreemding van aandelen van de Vennootschap door één of meerdere rechtstreekse dochtervennootschappen van deze, in de zin van de wettelijke bepalingen betreffende de verwerving van aandelen van de moedervennootschap door haar dochtervennootschappen.
Elke kapitaalverhoging zal gebeuren conform de toepasselijke reglementering, met name het Wetboek van vennootschappen en de GVVwetgeving.
In geval van een kapitaalverhoging door inbreng in geld door een beslissing van de algemene vergadering of in het kader van het toegestane kapitaal zoals voorzien in artikel 6.4., en zonder afbreuk te doen aan de toepassing van de artikels 592 tot 598 van het Wetboek van vennootschappen, mag het voorkeurrecht van de aandeelhouders uitsluitend beperkt of opgeheven worden mits er aan de bestaande aandeelhouders een onherleidbaar toewijzingsrecht verleend wordt bij de toekenning van nieuwe effecten. Dat onherleidbaar toewijzingsrecht voldoet aan de volgende voorwaarden die vastgelegd zijn in de GVV-wetgeving:
Zonder afbreuk aan de toepassing van de artikelen 595 tot 599 van het Wetboek van vennootschappen hoeft het onherleidbaar toewijzingsrecht niet te worden verleend bij een inbreng in geld met beperking of opheffing van het voorkeurrecht, in aanvulling op een inbreng in natura in het kader van de uitkering van een keuzedividend, voor zover dit effectief voor alle aandeelhouders betaalbaar wordt gesteld.
Zonder afbreuk te doen aan de artikelen 601 en 602 van het Wetboek van vennootschappen moeten, conform de GVV-wetgeving de volgende voorwaarden worden nageleefd in geval van inbreng in natura:
4°het onder punt 1° hierboven bedoelde verslag moet eveneens de weerslag van de voorgestelde inbreng op de toestand van de vroegere aandeelhouders toelichten, in het bijzonder wat hun aandeel in de winst, in de netto-waarde per aandeel en in het kapitaal betreft, alsook de impact op het vlak van de stemrechten.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 76
Die bepaling is niet van toepassing bij de inbreng van het recht op dividend in het kader van de uitkering van een keuzedividend, voor zover dit effectief voor alle aandeelhouders betaalbaar wordt gesteld.
Het is de raad van bestuur toegestaan om het maatschappelijk kapitaal in één of meerdere keren te verhogen ten belope van een maximumbedrag van:
1°) 374.000.000 € indien de te verwezenlijken kapitaalverhoging een kapitaalverhoging is, waarbij voorzien wordt in de mogelijkheid tot uitoefening van het voorkeurrecht of van het onherleidbaar toewijzingsrecht door de aandeelhouders van de Vennootschap,
2°) 74.800.000 € voor alle andere vormen van kapitaalverhoging; met dien verstande dat het maatschappelijk kapitaal in het kader van het toegestaan kapitaal nooit verhoogd zal kunnen worden boven het maximumbedrag van 374.000.000 € op de data en volgens de modaliteiten te bepalen door de raad van bestuur, in overeenstemming met artikel 603 van het Wetboek van vennootschappen.
Deze toestemming wordt verleend voor een hernieuwbare periode van 5 jaar te rekenen vanaf de publicatie in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad van het proces-verbaal van de buitengewone algemene vergadering van 28 oktober 2016.
Bij elke kapitaalverhoging zal de raad van bestuur de prijs, de eventuele uitgiftepremie en de uitgiftevoorwaarden van de nieuwe effecten vaststellen.
De kapitaalverhogingen die aldus door de raad van bestuur worden beslist kunnen onderschreven worden in geld, of in natura, of bij wijze van een gemengde inbreng, of door incorporatie van reserves of door uitgiftepremies, met of zonder de creatie van nieuwe effecten. Deze kapitaalverhogingen kunnen eveneens verwezenlijkt worden door de uitgifte van converteerbare obligaties of inschrijvingsrechten.
Wanneer de kapitaalverhogingen uitgevoerd in het kader van deze toelatingen een uitgiftepremie bevatten, zal het bedrag van deze premie, na aftrek van de eventuele kosten, geaffecteerd worden aan een onbeschikbare rekening 'Uitgiftepremies', die zoals het kapitaal een waarborg voor derden zal uitmaken, en die, onder voorbehoud van zijn incorporatie in het kapitaal, slechts zal kunnen worden verminderd of afgeschaft bij beslissing van de algemene vergadering der aandeelhouders beraadslagend volgens de voorwaarden van quorum en meerderheid vereist voor kapitaalverminderingen.
Als de kapitaalverhoging gepaard gaat met een uitgiftepremie wordt enkel het bedrag van de kapitaalverhoging afgetrokken van het overgebleven bruikbare bedrag van het toegestane kapitaal.
De raad van bestuur is bevoegd om het voorkeurrecht van de aandeelhouders te beperken of op te heffen, met inbegrip van dat ten voordele van bepaalde personen die geen personeelsleden van de Vennootschap of een van haar dochtervennootschappen zijn, mits er een onherleidbaar toewijzingsrecht werd verleend aan de aandeelhouders die bij de toewijzing van de nieuwe effecten reeds bestaan. Dat onherleidbare toewijzingsrecht voldoet aan de voorwaarden die de GVV-wetgeving en artikel 6.3 van de statuten vastleggen. Het hoeft niet te worden verleend in geval van inbreng in geld in het kader van de uitkering van een optioneel dividend, conform artikel 6.3 (a) van de statuten. De kapitaalverhogingen via inbreng in natura worden conform de voorwaarden van de GVV-wetgeving en de voorwaarden voorzien in artikel 6.3 van de statuten uitgevoerd. Dergelijke inbrengen kunnen eveneens steunen op het dividendrecht in het kader van de uitkering van een keuzedividend.
De raad van bestuur is bevoegd om de statutenwijzigingen die eruit voortvloeien op authentieke wijze te laten vaststellen.
Conform de GVV-wetgeving zijn de bepalingen van artikel 6.3 (b) mutatis mutandis van toepassing op fusies, splitsingen en gelijkgestelde verrichtingen bedoeld in de artikelen 671 tot 677, 681 tot 758 en 772/1 van het Wetboek van vennootschappen.
De Vennootschap mag overgaan tot kapitaalverminderingen met naleving van de wettelijke bepalingen ter zake.
De aandelen zijn op naam of gedematerialiseerd, naar keuze van de aandeelhouder en binnen de door de wet voorziene grenzen.
Elk gedematerialiseerd aandeel wordt vertegenwoordigd door een boeking op rekening op naam van de eigenaar of houder bij een erkende rekeninghouder of bij een vereffeningsinstelling.
Op de zetel van de Vennootschap wordt een register gehouden van aandelen op naam, in voorkomend geval in elektronische vorm. Elke aandeelhouder kan kennis nemen van het register met betrekking tot zijn aandelen.
De Vennootschap mag de effecten bedoeld in artikel 460 van het Wetboek van vennootschappen uitgeven, met uitzondering van winstbewijzen en soortgelijke effecten, in naleving van het Wetboek van vennootschappen en de GVV-wetgeving.
Iedere aandeelhouder moet aan de Vennootschap en aan de Autoriteit voor financiële diensten en markten mededelen dat hij effecten die stemrecht verlenen, stemrechten of gelijkaardige financiële instrumenten van de Vennootschap bezit, conform de wetgeving inzake de openbaarmaking van belangrijke deelnemingen. De drempels waarvan het overschrijden (zowel opwaarts als neerwaarts) aanleiding geeft tot een kennisgevingsverplichting in het kader van de wetgeving inzake de openbaarmaking van belangrijke deelnemingen, worden vastgesteld op 5% en veelvouden van 5% van het totaal aantal bestaande stemrechten. Zonder afbreuk te doen aan het artikel 545 van het Wetboek van vennootschappen kan niemand deelnemen aan de stemming op de algemene vergadering van de Vennootschap met meer stemrechten dan diegene verbonden aan de effecten waarvan hij minstens twintig (20) dagen voor de datum van de algemene vergadering kennis heeft gegeven dat hij ze in zijn bezit heeft.
77 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 76
4°het onder punt 1° hierboven bedoelde verslag moet eveneens de weerslag van de voorgestelde inbreng op de toestand van de vroegere aandeelhouders toelichten, in het bijzonder wat hun aandeel in de winst, in de netto-waarde per aandeel en in het kapitaal betreft, alsook
Die bepaling is niet van toepassing bij de inbreng van het recht op dividend in het kader van de uitkering van een keuzedividend, voor zover dit
Het is de raad van bestuur toegestaan om het maatschappelijk kapitaal in één of meerdere keren te verhogen ten belope van een
Deze toestemming wordt verleend voor een hernieuwbare periode van 5 jaar te rekenen vanaf de publicatie in de bijlagen van het Belgisch
Bij elke kapitaalverhoging zal de raad van bestuur de prijs, de eventuele uitgiftepremie en de uitgiftevoorwaarden van de nieuwe effecten
De kapitaalverhogingen die aldus door de raad van bestuur worden beslist kunnen onderschreven worden in geld, of in natura, of bij wijze van een gemengde inbreng, of door incorporatie van reserves of door uitgiftepremies, met of zonder de creatie van nieuwe effecten. Deze
Wanneer de kapitaalverhogingen uitgevoerd in het kader van deze toelatingen een uitgiftepremie bevatten, zal het bedrag van deze premie, na aftrek van de eventuele kosten, geaffecteerd worden aan een onbeschikbare rekening 'Uitgiftepremies', die zoals het kapitaal een waarborg voor derden zal uitmaken, en die, onder voorbehoud van zijn incorporatie in het kapitaal, slechts zal kunnen worden verminderd of afgeschaft bij beslissing van de algemene vergadering der aandeelhouders beraadslagend volgens de voorwaarden van quorum en meerderheid vereist voor
Als de kapitaalverhoging gepaard gaat met een uitgiftepremie wordt enkel het bedrag van de kapitaalverhoging afgetrokken van het overgebleven
De raad van bestuur is bevoegd om het voorkeurrecht van de aandeelhouders te beperken of op te heffen, met inbegrip van dat ten voordele van bepaalde personen die geen personeelsleden van de Vennootschap of een van haar dochtervennootschappen zijn, mits er een onherleidbaar toewijzingsrecht werd verleend aan de aandeelhouders die bij de toewijzing van de nieuwe effecten reeds bestaan. Dat onherleidbare toewijzingsrecht voldoet aan de voorwaarden die de GVV-wetgeving en artikel 6.3 van de statuten vastleggen. Het hoeft niet te worden verleend in geval van inbreng in geld in het kader van de uitkering van een optioneel dividend, conform artikel 6.3 (a) van de statuten. De kapitaalverhogingen via inbreng in natura worden conform de voorwaarden van de GVV-wetgeving en de voorwaarden voorzien in artikel 6.3 van de statuten uitgevoerd. Dergelijke inbrengen kunnen eveneens steunen op het dividendrecht in het kader van de uitkering van een
Conform de GVV-wetgeving zijn de bepalingen van artikel 6.3 (b) mutatis mutandis van toepassing op fusies, splitsingen en gelijkgestelde
Elk gedematerialiseerd aandeel wordt vertegenwoordigd door een boeking op rekening op naam van de eigenaar of houder bij een erkende
Op de zetel van de Vennootschap wordt een register gehouden van aandelen op naam, in voorkomend geval in elektronische vorm.
De Vennootschap mag de effecten bedoeld in artikel 460 van het Wetboek van vennootschappen uitgeven, met uitzondering van winstbewijzen
kapitaalverhogingen kunnen eveneens verwezenlijkt worden door de uitgifte van converteerbare obligaties of inschrijvingsrechten.
De raad van bestuur is bevoegd om de statutenwijzigingen die eruit voortvloeien op authentieke wijze te laten vaststellen.
4.5 Fusies, splitsingen en gelijkgestelde verrichtingen (Artikel 6.5 van de statuten)
verrichtingen bedoeld in de artikelen 671 tot 677, 681 tot 758 en 772/1 van het Wetboek van vennootschappen.
De Vennootschap mag overgaan tot kapitaalverminderingen met naleving van de wettelijke bepalingen ter zake.
De aandelen zijn op naam of gedematerialiseerd, naar keuze van de aandeelhouder en binnen de door de wet voorziene grenzen.
4.6 Kapitaalvermindering (Artikel 6.6 van de statuten)
4.7 Aard van de aandelen (Artikel 8 van de statuten)
4.8 Andere effecten (Artikel 9 van de statuten)
Elke aandeelhouder kan kennis nemen van het register met betrekking tot zijn aandelen.
en soortgelijke effecten, in naleving van het Wetboek van vennootschappen en de GVV-wetgeving.
rekeninghouder of bij een vereffeningsinstelling.
1°) 374.000.000 € indien de te verwezenlijken kapitaalverhoging een kapitaalverhoging is, waarbij voorzien wordt in de mogelijkheid tot uitoefening van het voorkeurrecht of van het onherleidbaar toewijzingsrecht door de aandeelhouders van de Vennootschap,
met dien verstande dat het maatschappelijk kapitaal in het kader van het toegestaan kapitaal nooit verhoogd zal kunnen worden boven het maximumbedrag van 374.000.000 € op de data en volgens de modaliteiten te bepalen door de raad van bestuur, in overeenstemming
de impact op het vlak van de stemrechten.
maximumbedrag van:
vaststellen.
kapitaalverminderingen.
keuzedividend.
bruikbare bedrag van het toegestane kapitaal.
effectief voor alle aandeelhouders betaalbaar wordt gesteld.
4.4 Toegestane kapitaal (Artikel 6.4 van de statuten)
2°) 74.800.000 € voor alle andere vormen van kapitaalverhoging;
met artikel 603 van het Wetboek van vennootschappen.
Staatsblad van het proces-verbaal van de buitengewone algemene vergadering van 28 oktober 2016.
De algemene vergadering komt samen door oproeping door de raad van bestuur.
Een algemene vergadering moet telkens door de raad van bestuur worden samengeroepen als de aandeelhouders die een vijfde van het kapitaal vertegenwoordigen dat vragen. Een of meer aandeelhouders die samen minstens 3% van het maatschappelijk kapitaal bezitten kunnen, onder de voorwaarden die het Wetboek van vennootschappen voorziet, eveneens vragen om punten op de agenda van algemene vergaderingen te plaatsen en voorstellen tot besluit indienen met betrekking tot op de agenda opgenomen of daarin op te nemen te behandelen onderwerpen. De oproepingen worden overeenkomstig de toepasselijke bepalingen uit het Wetboek van vennootschappen opgesteld en medegedeeld.
Het recht om deel te nemen aan en te stemmen op een algemene vergadering wordt slechts verleend op grond van de boekhoudkundige registratie van de aandelen op naam van de aandeelhouder, op de veertiende dag vóór de algemene vergadering, om vierentwintig uur (Belgische tijd) (hierna de 'registratiedatum'), hetzij door hun inschrijving in het register van de aandelen op naam van de Vennootschap, hetzij door hun inschrijving op de rekeningen van een erkende rekeninghouder of van een vereffeningsinstelling, ongeacht het aantal aandelen dat de aandeelhouder bezit op de dag van de algemene vergadering. De eigenaars van aandelen op naam die aan de vergadering wensen deel te nemen, moeten hun bedoeling aan de Vennootschap kenbaar maken via een gewone brief, fax of e-mail die uiterlijk de zesde dag vóór de datum van de vergadering wordt verstuurd. De eigenaars van gedematerialiseerde aandelen die aan de vergadering wensen deel te nemen, moeten een attest voorleggen dat afgeleverd is door een financiële tussenpersoon of erkende rekeninghouder, waaruit, blijkt met hoeveel gedematerialiseerde aandelen die op naam van de aandeelhouder staan ingeschreven op zijn rekeningen op de registratiedatum, de aandeelhouder heeft aangegeven aan de algemene vergadering te willen deelnemen. Dat attest moet worden neergelegd op de plaatsen die in de oproepingsbrieven zijn vermeld, ten laatste op de zesde dag voor de datum van de vergadering.
Elke eigenaar van effecten mag zich op de algemene vergadering laten vertegenwoordigen door een lasthebber die al dan niet aandeelhouder is. De aandeelhouder mag voor een bepaalde algemene vergadering slechts één persoon als lasthebber aanduiden, behoudens de afwijkingen die het Wetboek van vennootschappen voorziet. De raad van bestuur stelt een volmachtformulier op. De volmacht moet door de aandeelhouder ondertekend zijn. De kennisgeving van de volmacht aan de vennootschap moet via een gewone brief, fax of e-mail gebeuren, conform de modaliteiten die de raad van bestuur in de oproeping vaststelt. De volmacht moet uiterlijk op de zesde dag voor de vergadering aankomen bij de Vennootschap of op de plaats die in de oproeping is aangegeven. De lastgever en de gevolmachtigde moeten zich voor de rest naar de bepalingen van het Wetboek van vennootschappen schikken. De minderjarigen, de onbekwaamverklaarden en de rechtspersonen moeten vertegenwoordigd zijn door hun wettelijke of statutaire vertegenwoordigers. De mede-eigenaars, de vruchtgebruikers en blote eigenaars, de pandhoudende schuldeisers en schuldenaars moeten zich respectievelijk laten vertegenwoordigen door één en dezelfde persoon.
De aandeelhouders zullen per brief kunnen stemmen door middel van een formulier opgemaakt door de Vennootschap, indien de raad van bestuur hiertoe de toelating heeft gegeven in zijn oproepingsbrief.
Het formulier moet uiterlijk op de zesde dag voor de datum van de vergadering bij de Vennootschap aankomen.
Alle algemene vergaderingen worden voorgezeten door de voorzitter van de raad van bestuur of bij zijn ontstentenis door de gedelegeerd bestuurder of door één van de gedelegeerde bestuurders of bij diens afwezigheid door degene aangeduid door de aanwezige bestuurders. De voorzitter duidt de secretaris aan. De vergadering kiest twee stemopnemers. De overige leden van de raad van bestuur vervolledigen het bureau.
Elk aandeel geeft recht op één stem onder voorbehoud van het geval van opschorting van het stemrecht bepaald door het Wetboek van vennootschappen.
Geen enkele vergadering kan geldig beraadslagen over onderwerpen die niet in de agenda voorkomen.
De algemene vergadering kan op geldige wijze beraadslagen en stemmen, ongeacht het deel van het maatschappelijk kapitaal dat aanwezig of vertegenwoordigd is, behoudens in gevallen waarin door het Wetboek van vennootschappen een aanwezigheidsquorum wordt vereist.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 78
De algemene vergadering kan slechts geldig beraadslagen over wijzigingen van de statuten als minstens de helft van het maatschappelijk kapitaal aanwezig of vertegenwoordigd is. Als niet aan deze voorwaarde voldaan is, is een nieuwe bijeenroeping nodig en de tweede vergadering zal beraadslagen en besluiten op geldige wijze, ongeacht het aandeel van het kapitaal dat de aanwezige of vertegenwoordigde aandeelhouders vertegenwoordigen, geldig beraadslagen.
Tenzij een wettelijke bepaling anders voorschrijft, worden alle beslissingen genomen door de algemene vergadering, met eenvoudige meerderheid van stemmen.
Beslissingen in verband met de goedkeuring van de jaarrekeningen van de Vennootschap en de kwijting aan de bestuurders en commissaris(sen) worden bij meerderheid van stemmen aangenomen.
Zonder afbreuk te doen aan uitzonderingen die het Wetboek van vennootschappen voorziet, vereist een statutenwijziging een stemming met een driekwart meerderheid van stemmen. Stemmen gebeurt bij handopsteking of door naamafroeping tenzij de algemene vergadering er bij eenvoudige meerderheid van de uitgebrachte stemmen anders over beslist.
De Vennootschap keert aan zijn aandeelhouders, binnen de grenzen toegelaten door het Wetboek van vennootschappen en de GVV-wetgeving, een dividend uit waarvan het minimumbedrag conform artikel 13 van het koninklijk besluit bepaald wordt.
De Vennootschap keert aan zijn aandeelhouders een dividend uit waarvan het minimumbedrag conform het koninklijk besluit bepaald wordt.
De raad van bestuur kan onder zijn verantwoordelijkheid en voor zover de resultaten dat mogelijk maken, besluiten tot de uitkering van voorschotten op dividenden, in de gevallen en binnen de termijnen toegestaan door het Wetboek van vennootschappen.
Indien het kapitaal met de helft of drie vierden verminderd is, moeten de bestuurders aan de algemene vergadering de vraag tot ontbinding voorleggen ingevolge en volgens de vormen bepaald in artikel 633 van het Wetboek van vennootschappen.
Bij ontbinding van de Vennootschap, om welke reden ook en op welk ogenblik ook, geschiedt de vereffening door vereffenaars daartoe aangesteld door de algemene vergadering of bij gebreke van een dergelijke benoeming door de raad van bestuur die op dat ogenblik in functie is, handelend als vereffenaar.
Voor zover de wet het vereist, treden de vereffenaars slechts in hun functie na bevestiging van hun benoeming door de rechtbank van koophandel.
De vereffenaars beschikken te dien einde over de meest uitgebreide bevoegdheden, verleend door de bepalingen van artikel 186 en volgende van het Wetboek van vennootschappen.
In voorkomend geval bepaalt de algemene vergadering de vergoeding van de vereffenaars.
Na aanzuivering van alle schulden, lasten en kosten van de vereffening wordt het netto-actief bij voorkeur aangewend om het volgestorte, niet afgeloste bedrag van de aandelen terug te betalen in contanten dan wel in effecten.
Het saldo wordt verdeeld tussen alle aandeelhouders van de Vennootschap in verhouding tot hun deelname.
De bepalingen van de statuten betreffende de leden van de bestuurs-, leidinggevende of toezichthoudende organen worden hieronder weergegeven. Voor het overige wordt verwezen naar het Corporate Governance Charter (beschikbaar op www.aedifica.eu) en de Corporate Governanceverklaring in het hoofdstuk 'Beheersverslag' van dit jaarlijks financieel verslag.
De Vennootschap wordt bestuurd door een raad van bestuur. Die raad bestaat uit ten minste vijf leden die voor een maximale duur van drie jaar benoemd worden door de algemene vergadering van aandeelhouders, die hen te allen tijde kan afzetten. Ze zijn herverkiesbaar.
De meerderheid van de bestuurders oefent geen uitvoerende functie uit in de Vennootschap. Minstens drie bestuurders dienen onafhankelijk te zijn. Worden als onafhankelijk bestuurders gezien, de bestuurders die voldoen aan de voorwaarden van onafhankelijkheid opgenomen in artikel 526ter van het Wetboek van vennootschappen. Het mandaat van de uittredende en niet herverkozen bestuurders eindigt onmiddellijk na de algemene vergadering die in die nieuwe benoemingen heeft voorzien.
Ingeval één of meerdere mandaten openvallen, kunnen de overblijvende bestuurders, bijeengekomen in raad, voorlopig in diens (hun) vervanging voorzien tot aan de eerstvolgende bijeenkomst van de algemene vergadering die dan in de definitieve aanstelling voorziet. Bij deze gelegenheid moeten de bestuurders erover waken dat er voldoende onafhankelijke bestuurders blijven ten aanzien van dit artikel en de van toepassing zijnde regelgeving. Dat recht wordt een verplichting telkens als het aantal bestuurders effectief in functie of het aantal onafhankelijke bestuurders niet langer het statutaire minimum bereikt.
Onverminderd de overgangsbepalingen van de GVV-wetgeving, zijn de bestuurders uitsluitend natuurlijke personen.
De bestuurder die benoemd wordt ter vervanging van een ander, voltooit het mandaat van degene die hij vervangt.
De bestuurders moeten beschikken over de voor de uitoefening van hun functie vereiste professionele betrouwbaarheid en passende deskundigheid en zij mogen zich niet bevinden in één van de gevallen bedoeld in artikel 15 van de Wet. Hun benoeming is onderworpen aan de voorafgaande goedkeuring van de Autoriteit voor financiële diensten en markten.
Behoudens andersluidende beslissing van de algemene vergadering, is het mandaat van de bestuurders onbezoldigd.
De eventuele vergoeding van de bestuurders mag niet worden bepaald in functie van de door de Vennootschap of haar perimetervennootschappen uitgevoerde verrichtingen en transacties.
79 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 78
4.16 Beraadslaging (Artikel 26 van de statuten)
vertegenwoordigen, geldig beraadslagen.
4.20 Ontbinding - vereffening
ARTIKEL 31 - VERLIES VAN KAPITAAL
is, handelend als vereffenaar.
ARTIKEL 33 - UITKERING
van het Wetboek van vennootschappen.
koophandel.
worden bij meerderheid van stemmen aangenomen.
4.17 Notulen (Artikel 27 van de statuten)
4.18 Verdeling (Artikel 29 van de statuten)
eenvoudige meerderheid van de uitgebrachte stemmen anders over beslist.
4.19 Voorschotten op dividenden (Artikel 30 van de statuten)
ARTIKEL 32 - BENOEMING EN BEVOEGDHEDEN VAN DE VEREFFENAARS
In voorkomend geval bepaalt de algemene vergadering de vergoeding van de vereffenaars.
Governanceverklaring in het hoofdstuk 'Beheersverslag' van dit jaarlijks financieel verslag.
ARTIKEL 11 - SAMENSTELLING VAN DE RAAD VAN BESTUUR
de algemene vergadering die in die nieuwe benoemingen heeft voorzien.
afgeloste bedrag van de aandelen terug te betalen in contanten dan wel in effecten.
meerderheid van stemmen.
Geen enkele vergadering kan geldig beraadslagen over onderwerpen die niet in de agenda voorkomen.
een dividend uit waarvan het minimumbedrag conform artikel 13 van het koninklijk besluit bepaald wordt.
voorleggen ingevolge en volgens de vormen bepaald in artikel 633 van het Wetboek van vennootschappen.
Het saldo wordt verdeeld tussen alle aandeelhouders van de Vennootschap in verhouding tot hun deelname.
De algemene vergadering kan op geldige wijze beraadslagen en stemmen, ongeacht het deel van het maatschappelijk kapitaal dat aanwezig of vertegenwoordigd is, behoudens in gevallen waarin door het Wetboek van vennootschappen een aanwezigheidsquorum wordt vereist. De algemene vergadering kan slechts geldig beraadslagen over wijzigingen van de statuten als minstens de helft van het maatschappelijk kapitaal aanwezig of vertegenwoordigd is. Als niet aan deze voorwaarde voldaan is, is een nieuwe bijeenroeping nodig en de tweede vergadering zal beraadslagen en besluiten op geldige wijze, ongeacht het aandeel van het kapitaal dat de aanwezige of vertegenwoordigde aandeelhouders
Tenzij een wettelijke bepaling anders voorschrijft, worden alle beslissingen genomen door de algemene vergadering, met eenvoudige
Beslissingen in verband met de goedkeuring van de jaarrekeningen van de Vennootschap en de kwijting aan de bestuurders en commissaris(sen)
Zonder afbreuk te doen aan uitzonderingen die het Wetboek van vennootschappen voorziet, vereist een statutenwijziging een stemming met een driekwart meerderheid van stemmen. Stemmen gebeurt bij handopsteking of door naamafroeping tenzij de algemene vergadering er bij
De Vennootschap keert aan zijn aandeelhouders, binnen de grenzen toegelaten door het Wetboek van vennootschappen en de GVV-wetgeving,
De Vennootschap keert aan zijn aandeelhouders een dividend uit waarvan het minimumbedrag conform het koninklijk besluit bepaald wordt.
De raad van bestuur kan onder zijn verantwoordelijkheid en voor zover de resultaten dat mogelijk maken, besluiten tot de uitkering van
Indien het kapitaal met de helft of drie vierden verminderd is, moeten de bestuurders aan de algemene vergadering de vraag tot ontbinding
Bij ontbinding van de Vennootschap, om welke reden ook en op welk ogenblik ook, geschiedt de vereffening door vereffenaars daartoe aangesteld door de algemene vergadering of bij gebreke van een dergelijke benoeming door de raad van bestuur die op dat ogenblik in functie
Voor zover de wet het vereist, treden de vereffenaars slechts in hun functie na bevestiging van hun benoeming door de rechtbank van
De vereffenaars beschikken te dien einde over de meest uitgebreide bevoegdheden, verleend door de bepalingen van artikel 186 en volgende
Na aanzuivering van alle schulden, lasten en kosten van de vereffening wordt het netto-actief bij voorkeur aangewend om het volgestorte, niet
4.21 Bepalingen betreffende de leden van de bestuurs-, leidinggevende of toezichthoudende organen De bepalingen van de statuten betreffende de leden van de bestuurs-, leidinggevende of toezichthoudende organen worden hieronder weergegeven. Voor het overige wordt verwezen naar het Corporate Governance Charter (beschikbaar op www.aedifica.eu) en de Corporate
De Vennootschap wordt bestuurd door een raad van bestuur. Die raad bestaat uit ten minste vijf leden die voor een maximale duur van drie jaar
De meerderheid van de bestuurders oefent geen uitvoerende functie uit in de Vennootschap. Minstens drie bestuurders dienen onafhankelijk te zijn. Worden als onafhankelijk bestuurders gezien, de bestuurders die voldoen aan de voorwaarden van onafhankelijkheid opgenomen in artikel 526ter van het Wetboek van vennootschappen. Het mandaat van de uittredende en niet herverkozen bestuurders eindigt onmiddellijk na
benoemd worden door de algemene vergadering van aandeelhouders, die hen te allen tijde kan afzetten. Ze zijn herverkiesbaar.
voorschotten op dividenden, in de gevallen en binnen de termijnen toegestaan door het Wetboek van vennootschappen.
De raad van bestuur kiest onder zijn leden een voorzitter en komt bijeen na oproeping op de plaats aangeduid in deze oproeping of in voorkomend geval, bij videoconferencing, telefoon of internetconferentie zo vaak als de belangen van de Vennootschap dat vereisen. Hij moet werden bijeengeroepen wanneer twee bestuurders erom vragen. De raad van bestuur kan slechts geldig beraadslagen en beslissen indien de meerderheid van zijn leden aanwezig of vertegenwoordigd is.
De oproepingen gebeuren door eenvoudige brief, door fax of via e-mail. De vergaderingen worden gehouden op de in de oproepingen vermelde plaats.
Elke bestuurder die verhinderd of afwezig is, kan zelfs per brief, fax of via e-mail een ander lid van de raad afvaardigen om hem op een bepaalde vergadering van de raad te vertegenwoordigen en er in zijn plaats te stemmen. De volmachtgever wordt in dat geval geacht aanwezig te zijn. Een bestuurder kan aldus echter niet meer dan één van zijn collega's vertegenwoordigen.
De beslissingen worden genomen bij meerderheid van de stemmen. Bij staking van stemmen, is de stem van de voorzitter van de raad doorslaggevend. Bij afwezigheid van de voorzitter is de stem van de oudste bestuurder doorslaggevend.
De beslissingen van de raad van bestuur worden genotuleerd en de notulen worden opgenomen in een speciaal daartoe bestemd register, gehouden op de zetel van de Vennootschap, en ondertekend door de voorzitter van de vergadering of bij zijn ontstentenis door twee bestuurders. De volmachten worden eraan gehecht. De leden van de raad van bestuur kunnen op deze notulen hun uitlatingen en opmerkingen laten aanbrengen indien ze menen zich van hun verantwoordelijkheid te moeten kwijten onverminderd de toepassing van artikelen 527 en 528 van het Wetboek van vennootschappen. Afschriften of uittreksels van die notulen worden ondertekend door de voorzitter van de raad van bestuur of, bij zijn ontstentenis, door twee bestuurders.
Volgens artikel 521 alinea 1 van het Wetboek van vennootschappen kunnen de besluiten van de raad van bestuur in uitzonderlijke gevallen, wanneer de dringende noodzakelijkheid en het belang van de Vennootschap zulks vereisen, worden genomen bij eenparig schriftelijk akkoord van de bestuurders. Die procedure kan echter niet worden gevolgd voor de vaststelling van de jaarrekeningen en de aanwending van het toegestane kapitaal.
De raad van bestuur bezit de meest uitgebreide bevoegdheden om alle handelingen te verrichten die noodzakelijk of nuttig zijn voor de verwezenlijking van het doel van de vennootschap met uitzondering van de handelingen die door het Wetboek van vennootschappen of door de statuten voor de algemene vergadering zijn gereserveerd.
De raad van bestuur kan aan gelijk welke lasthebber, die niet noodzakelijk een aandeelhouder of bestuurder hoeft te zijn, alle of een deel van zijn bevoegdheden overdragen met het oog op het verwezenlijken van bijzondere en welbepaalde doelstellingen. De raad kan conform de Wet en het koninklijk besluit de vergoeding vaststellen van lasthebbers aan wie speciale bevoegdheden zijn overgedragen. De raad van bestuur stelt halfjaarlijkse verslagen op, evenals een ontwerp van jaarverslag. De raad stelt de waarderingsdeskundige(n) aan conform de GVV-wetgeving.
In overeenstemming met de artikelen 522 en 526bis van het Wetboek van vennootschappen kan de raad van bestuur in zijn midden en onder zijn aansprakelijkheid een of meerdere adviserende comités oprichten, zoals, bijvoorbeeld, een auditcomité, een benoemings- en vergoedingscomité of een investerings- en desinvesteringscomité.
De raad van bestuur bepaalt de samenstelling en de bevoegdheden van deze comités, met inachtneming van de toepasselijke regelgeving.
De raad van bestuur kan een directiecomité oprichten, samengesteld uit meerdere personen, die al dan niet bestuurder zijn. De raad van bestuur bepaalt de werkwijze van het comité, de voorwaarden voor de aanstelling van zijn leden, hun ontslag, hun bezoldiging en de duur van hun opdracht. Zonder afbreuk te doen aan de overgangsbepalingen van de GVV-wetgeving, zijn de bestuurders uitsluitend natuurlijke personen. Zij moeten over de voor de uitoefening van hun functie vereiste professionele betrouwbaarheid en passende deskundigheid beschikken en zij mogen zich niet bevinden in één van de gevallen bedoeld in artikel 15 van de Wet. Hun benoeming is onderworpen aan de voorafgaande goedkeuring van de Autoriteit voor financiële diensten en markten.
Onverminderd het recht van de raad van bestuur of, desgevallend, het directiecomité, om bijzondere gevolmachtigden aan te duiden voor de taken die hij bepaalt, met uitzondering van bevoegdheden die aan de raad van bestuur zijn voorbehouden door het Wetboek van vennootschappen en de Wet en de ter uitvoering ervan genomen besluiten, vertrouwt de raad van bestuur of, desgevallend, het directiecomité, de effectieve leiding van de Vennootschap toe aan ten minste twee natuurlijke personen.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 80
Deze personen moeten over de vereiste professionele betrouwbaarheid en passende deskundigheid beschikken om die functies uit te oefenen en zij mogen zich niet bevinden in één van de gevallen bedoeld in artikel 15 van de Wet. Hun benoeming is onderworpen aan de voorafgaande goedkeuring van de Autoriteit voor financiële diensten en markten.
Die afgevaardigden zijn belast met het dagelijks bestuur van de Vennootschap en kunnen de titel van gedelegeerd bestuurder toegewezen krijgen. Zij geven verslag van hun bestuur aan de raad van bestuur of, desgevallend, het directiecomité. Zij kunnen bevoegdheden aan bijzondere lasthebbers overdragen.
Deze afgevaardigden wijzen de financiële instelling aan die belast is met de financiële dienst en de uitkering van het dividend en het overschot na vereffening, met de afwikkeling van de door de Vennootschap uitgegeven effecten en met de verkrijgbaarstelling van de informatie die de Vennootschap krachtens de wetten en regelementen openbaar moet maken. De met de financiële dienst belaste instelling kan te allen tijde geschorst, ingetrokken of vervangen worden door de afgevaardigden van het dagelijks bestuur. Daarmee samenhangende beslissingen worden conform de wettelijke voorschriften op de website van de Vennootschap en via persberichten medegedeeld. De Vennootschap verzekert er zich van dat een dergelijke schorsing/intrekking geen afbreuk zal doen aan de financiële dienst.
De Vennootschap is in al haar handelingen geldig en in rechte vertegenwoordigd, hetzij door twee bestuurders die gezamenlijk handelen, hetzij door twee leden van het directiecomité die gezamenlijk handelen, hetzij één bestuurder en één lid van het directiecomité die gezamenlijk handelen, hetzij binnen de beperkingen van het dagelijks bestuur door twee personen die het dagelijks bestuur waarnemen en gezamenlijk handelen.
De Vennootschap is bovendien geldig vertegenwoordigd door bijzondere lasthebbers van de Vennootschap binnen de grenzen van het mandaat dat hen werd toegekend door de raad van bestuur, door het directiecomité of door de afgevaardigden belast met het dagelijkse bestuur.
De controle van de Vennootschap wordt toevertrouwd aan één of meerdere commissarissen erkend door de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten.
Ze oefenen de functies die hen toevallen uit krachtens het Wetboek van vennootschappen en de GVV-wetgeving.
Voor de uitvoering van de statuten dient elke aandeelhouder die gedomicilieerd is in het buitenland, elke bestuurder, commissaris, directeur, vereffenaar, woonplaats te kiezen in België. Indien dit niet gebeurd is, wordt hij geacht woonplaats te hebben gekozen op de maatschappelijke zetel waar alle mededelingen, aanmaningen, dagvaardingen en betekeningen aan hem geldig kunnen worden gedaan.
Voor alle geschillen tussen de Vennootschap, haar aandeelhouders, obligatiehouders, bestuurders, commissarissen en vereffenaars met betrekking tot de zaken van de Vennootschap en de uitvoering van deze statuten, wordt de uitsluitende bevoegdheid verleend aan de rechtbanken van de maatschappelijke zetel tenzij de Vennootschap daar expliciet van afziet.
De Vennootschap wordt bovendien beheerst door het Wetboek van vennootschappen, de Wet, het koninklijk besluit, evenals door alle andere reglementaire bepalingen die op haar van toepassing zijn. De bepalingen die ingaan tegen de dwingende bepalingen van deze wetten en besluiten worden als niet geschreven beschouwd. De nietigheid van één artikel of van een deel van een artikel van deze statuten zal geen uitwerking hebben op de geldigheid van de andere statutaire clausules.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 80
ARTIKEL 16 - EFFECTIEVE LEIDING EN BEVOEGDHEIDSOVERDRACHT
goedkeuring van de Autoriteit voor financiële diensten en markten.
lasthebbers overdragen.
handelen.
en Markten.
ARTIKEL 18 - CONTROLE
4.22 Algemene bepalingen
ARTIKEL 36 - GEMEEN RECHT
ARTIKEL 34 - KEUZE VAN WOONPLAATS
ARTIKEL 35 - BEVOEGDHEID VAN RECHTBANKEN
uitwerking hebben op de geldigheid van de andere statutaire clausules.
de effectieve leiding van de Vennootschap toe aan ten minste twee natuurlijke personen.
van dat een dergelijke schorsing/intrekking geen afbreuk zal doen aan de financiële dienst.
rechtbanken van de maatschappelijke zetel tenzij de Vennootschap daar expliciet van afziet.
ARTIKEL 17 - VERTEGENWOORDIGING VAN DE VENNOOTSCHAP - ONDERTEKENING VAN AKTEN
Ze oefenen de functies die hen toevallen uit krachtens het Wetboek van vennootschappen en de GVV-wetgeving.
zetel waar alle mededelingen, aanmaningen, dagvaardingen en betekeningen aan hem geldig kunnen worden gedaan.
Onverminderd het recht van de raad van bestuur of, desgevallend, het directiecomité, om bijzondere gevolmachtigden aan te duiden voor de taken die hij bepaalt, met uitzondering van bevoegdheden die aan de raad van bestuur zijn voorbehouden door het Wetboek van vennootschappen en de Wet en de ter uitvoering ervan genomen besluiten, vertrouwt de raad van bestuur of, desgevallend, het directiecomité,
Deze personen moeten over de vereiste professionele betrouwbaarheid en passende deskundigheid beschikken om die functies uit te oefenen en zij mogen zich niet bevinden in één van de gevallen bedoeld in artikel 15 van de Wet. Hun benoeming is onderworpen aan de voorafgaande
Die afgevaardigden zijn belast met het dagelijks bestuur van de Vennootschap en kunnen de titel van gedelegeerd bestuurder toegewezen krijgen. Zij geven verslag van hun bestuur aan de raad van bestuur of, desgevallend, het directiecomité. Zij kunnen bevoegdheden aan bijzondere
Deze afgevaardigden wijzen de financiële instelling aan die belast is met de financiële dienst en de uitkering van het dividend en het overschot na vereffening, met de afwikkeling van de door de Vennootschap uitgegeven effecten en met de verkrijgbaarstelling van de informatie die de Vennootschap krachtens de wetten en regelementen openbaar moet maken. De met de financiële dienst belaste instelling kan te allen tijde geschorst, ingetrokken of vervangen worden door de afgevaardigden van het dagelijks bestuur. Daarmee samenhangende beslissingen worden conform de wettelijke voorschriften op de website van de Vennootschap en via persberichten medegedeeld. De Vennootschap verzekert er zich
De Vennootschap is in al haar handelingen geldig en in rechte vertegenwoordigd, hetzij door twee bestuurders die gezamenlijk handelen, hetzij door twee leden van het directiecomité die gezamenlijk handelen, hetzij één bestuurder en één lid van het directiecomité die gezamenlijk handelen, hetzij binnen de beperkingen van het dagelijks bestuur door twee personen die het dagelijks bestuur waarnemen en gezamenlijk
De Vennootschap is bovendien geldig vertegenwoordigd door bijzondere lasthebbers van de Vennootschap binnen de grenzen van het mandaat dat hen werd toegekend door de raad van bestuur, door het directiecomité of door de afgevaardigden belast met het dagelijkse bestuur.
De controle van de Vennootschap wordt toevertrouwd aan één of meerdere commissarissen erkend door de Autoriteit voor Financiële Diensten
Voor de uitvoering van de statuten dient elke aandeelhouder die gedomicilieerd is in het buitenland, elke bestuurder, commissaris, directeur, vereffenaar, woonplaats te kiezen in België. Indien dit niet gebeurd is, wordt hij geacht woonplaats te hebben gekozen op de maatschappelijke
Voor alle geschillen tussen de Vennootschap, haar aandeelhouders, obligatiehouders, bestuurders, commissarissen en vereffenaars met betrekking tot de zaken van de Vennootschap en de uitvoering van deze statuten, wordt de uitsluitende bevoegdheid verleend aan de
De Vennootschap wordt bovendien beheerst door het Wetboek van vennootschappen, de Wet, het koninklijk besluit, evenals door alle andere reglementaire bepalingen die op haar van toepassing zijn. De bepalingen die ingaan tegen de dwingende bepalingen van deze wetten en besluiten worden als niet geschreven beschouwd. De nietigheid van één artikel of van een deel van een artikel van deze statuten zal geen
Aedifica is een naamloze vennootschap die voor het statuut van gereglementeerde vastgoedvennootschap (GVV) gekozen heeft.
De gereglementeerde vastgoedvennootschap (GVV) is:
81 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
De GVV's staan onder controle van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) en moeten zich houden aan zeer strikte regels inzake belangenconflicten.
Tussen 8 december 2005 en 17 oktober 2014 had Aedifica het statuut van vastgoedbevak; sinds 17 oktober 2014 heeft de Vennootschap het statuut van GVV.
Artikel 30 van de wet van 12 mei 2014 bepaalt dat een openbare GVV niet meer dan 20% van haar geconsolideerde activa mag beleggen in vastgoed dat één enkel activageheel vormt. De FSMA kan hierop een afwijking toestaan onder bepaalde omstandigheden.
De Europese wetgeving bepaalt dat de GVV's, zoals alle beursgenoteerde vennootschappen, hun jaarrekeningen moeten opstellen volgens de internationale referentie IAS/IFRS. Aangezien de vastgoedbeleggingen het grootste deel vormen van de activa van een GVV, moeten de GVV's bijzondere aandacht besteden aan de waardering van de reële waarde van hun gebouwen, of in technische termen, aan de toepassing van de norm IAS 40. Dit geldt ook voor de statutaire rekeningen (onder IFRS). Bovendien zou IFRS 9 (norm met betrekking tot de waardering van indekkingsinstrumenten) grote schommelingen in de (statutaire of geconsolideerde) resultatenrekening of in de (statutaire of geconsolideerde) balans veroorzaken. De IAS-norm 40 en de IFRS-norm 9 refereren aan de IFRS-norm 13 voor de definitie van 'reële waarde'. Aedifica gebruikt het boekhoudkundig schema van bijlage C bij het koninklijk besluit van 13 juli 2014.
De onroerende goederen worden elk kwartaal aan reële waarde gewaardeerd door een waarderingsdeskundige; ze worden op de balans opgenomen tegen deze expertisewaarde. De gebouwen worden niet afgeschreven.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 82
De vennootschap moet als vergoeding van het kapitaal een som uitkeren die overeenkomt met ten minste het positieve verschil tussen de volgende bedragen:
De schuldratio van de openbare GVV en haar dochtervennootschappen en de enkelvoudige schuldratio van de openbare GVV mag niet meer bedragen dan 65% van de, naargelang het geval, geconsolideerde of enkelvoudige activa, onder aftrek van de toegelaten dekkingsinstrumenten, tenzij dit het gevolg is van een variatie van de reële waarde van de activa. Wanneer de geconsolideerde schuldratio meer bedraagt dan 50% een financieel plan met een uitvoeringsschema worden opgesteld waarin een beschrijving wordt gegeven van de maatregelen die genomen zullen worden om te verhinderen dat deze ratio meer dan 65% zou bedragen.
Een GVV kan geen kredieten toekennen, tenzij aan een dochtervennootschap.
De GVV is niet onderworpen aan de vennootschapsbelasting (tenzij op de verworpen uitgaven en op de ontvangen abnormale of goedgunstige voordelen) voor zover er minstens 80% van de nettowinst in de vorm van dividenden wordt uitgekeerd. Zie ook sectie 4 van het hoofdstuk 'Risicofactoren' van dit jaarlijks financieel verslag.
Vennootschappen – andere dan GVV's of gespecialiseerde vastgoedbeleggingsfondsen – die door de Vennootschap werden of worden opgeslorpt, zijn een exit taks verschuldigd betaalbaar op hun latente meerwaarden en vrijgestelde reserves. Indien vastgoed wordt verworven door een fusie waarbij de Vennootschap een normale belaste vastgoedvennootschap overneemt, is een exit taks verschuldigd op de latente meerwaarden en belastingvrije reserves van de vastgoedvennootschap (belastbare fusie). In het kader van de hervorming van de Belgische vennootschapsbelasting in 2017 (zoals gewijzigd in 2018) werd het tarief van de exit taks verlaagd van 16,5% tot 12,5% voor verrichtingen (zoals belastbare fusies) die vanaf 1 januari 2018 worden uitgevoerd. Voor de verrichtingen vanaf 1 januari 2020 zal het tarief van de exit taks echter opnieuw verhoogd worden tot 15%. Bovendien werd ook de bijkomende crisisbijdrage (toe te voegen aan de exit taks) hervormd, de inwerkingtreding is echter niet gekoppeld aan transacties vanaf een specifieke datum, maar is gerelateerd aan een belastingjaar. De aanvullende crisisbijdrage werd vanaf het belastingjaar 2019 verlaagd van 3% tot 2% (ten opzichte van een belastbaar tijdperk dat op zijn vroegst op 1 januari 2018 begint). De aanvullende crisisbijdrage zal worden afgeschaft met ingang van het belastingjaar 2021 (met betrekking tot een belastbaar tijdperk dat op zijn vroegst vanaf 1 januari 2020 begint). Voor bedrijfsherstructureringen is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar waarin de transactie plaatsvindt. Samengevat betekent dit dat fusies die plaatsvinden in 2018 (met betrekking tot het belastingjaar 2018) onderworpen waren aan een exit taks van 12,875% (i.e. 12,5% plus de bijkomende crisisbijdrage van 3%). Fusies die in 2019 worden of zullen worden uitgevoerd (met betrekking tot het belastingjaar 2019) zullen onderworpen zijn aan een exit taks van 12,75% (12,5% plus de bijkomende crisisbijdrage van 2%). Fusies die in 2020 (in verband met het belastingjaar 2020) worden uitgevoerd, zijn onderworpen aan een exitheffing van 15,3% (d.w.z. 15% plus de extra crisisbijdrage van 2%). Fusies die vanaf 1 januari 2021 worden uitgevoerd, zijn onderworpen aan een belastingtarief van 15% (zonder extra crisisbijdrage).
De roerende voorheffing op dividenden die vanaf 1 januari 2017 door Aedifica worden uitgekeerd, bedraagt 15%. Op grond van de artikelen 89, 90 en 91 uit de wet van 18 december 2016 die op 1 januari 2017 in werking zijn getreden, geldt er een verlaagde roerende voorheffing van 15% (i.p.v. 30%) voor GVV's die ten minste 60% van hun vastgoed direct of indirect investeren in onroerend goed dat zich in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte bevindt en uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd is voor zorgeenheden en aan gezondheidszorg aangepaste huisvesting. De aandeelhouders van Aedifica genieten dus sinds 1 januari 2017 van dat verminderde tarief, aangezien meer dan 60% van haar vastgoedportefeuille geïnvesteerd is in de sector van huisvesting voor senioren.
De GVV is een beleggingsinstrument dat vergelijkbaar is met de Nederlandse FBI's (Fiscale BeleggingsInstelling), de Franse SIIC's (Sociétés d'Investissements Immobiliers Cotées) en de REIT's (Real Estate Investment Trust) in meerdere landen, waaronder de Verenigde Staten.
83 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 82
De onroerende goederen worden elk kwartaal aan reële waarde gewaardeerd door een waarderingsdeskundige; ze worden op de balans
De vennootschap moet als vergoeding van het kapitaal een som uitkeren die overeenkomt met ten minste het positieve verschil tussen de
De schuldratio van de openbare GVV en haar dochtervennootschappen en de enkelvoudige schuldratio van de openbare GVV mag niet meer bedragen dan 65% van de, naargelang het geval, geconsolideerde of enkelvoudige activa, onder aftrek van de toegelaten dekkingsinstrumenten, tenzij dit het gevolg is van een variatie van de reële waarde van de activa. Wanneer de geconsolideerde schuldratio meer bedraagt dan 50% een financieel plan met een uitvoeringsschema worden opgesteld waarin een beschrijving wordt gegeven van de maatregelen die genomen
De GVV is niet onderworpen aan de vennootschapsbelasting (tenzij op de verworpen uitgaven en op de ontvangen abnormale of goedgunstige voordelen) voor zover er minstens 80% van de nettowinst in de vorm van dividenden wordt uitgekeerd. Zie ook sectie 4 van het hoofdstuk
Vennootschappen – andere dan GVV's of gespecialiseerde vastgoedbeleggingsfondsen – die door de Vennootschap werden of worden opgeslorpt, zijn een exit taks verschuldigd betaalbaar op hun latente meerwaarden en vrijgestelde reserves. Indien vastgoed wordt verworven door een fusie waarbij de Vennootschap een normale belaste vastgoedvennootschap overneemt, is een exit taks verschuldigd op de latente meerwaarden en belastingvrije reserves van de vastgoedvennootschap (belastbare fusie). In het kader van de hervorming van de Belgische vennootschapsbelasting in 2017 (zoals gewijzigd in 2018) werd het tarief van de exit taks verlaagd van 16,5% tot 12,5% voor verrichtingen (zoals belastbare fusies) die vanaf 1 januari 2018 worden uitgevoerd. Voor de verrichtingen vanaf 1 januari 2020 zal het tarief van de exit taks echter opnieuw verhoogd worden tot 15%. Bovendien werd ook de bijkomende crisisbijdrage (toe te voegen aan de exit taks) hervormd, de inwerkingtreding is echter niet gekoppeld aan transacties vanaf een specifieke datum, maar is gerelateerd aan een belastingjaar. De aanvullende crisisbijdrage werd vanaf het belastingjaar 2019 verlaagd van 3% tot 2% (ten opzichte van een belastbaar tijdperk dat op zijn vroegst op 1 januari 2018 begint). De aanvullende crisisbijdrage zal worden afgeschaft met ingang van het belastingjaar 2021 (met betrekking tot een belastbaar tijdperk dat op zijn vroegst vanaf 1 januari 2020 begint). Voor bedrijfsherstructureringen is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar waarin de transactie plaatsvindt. Samengevat betekent dit dat fusies die plaatsvinden in 2018 (met betrekking tot het belastingjaar 2018) onderworpen waren aan een exit taks van 12,875% (i.e. 12,5% plus de bijkomende crisisbijdrage van 3%). Fusies die in 2019 worden of zullen worden uitgevoerd (met betrekking tot het belastingjaar 2019) zullen onderworpen zijn aan een exit taks van 12,75% (12,5% plus de bijkomende crisisbijdrage van 2%). Fusies die in 2020 (in verband met het belastingjaar 2020) worden uitgevoerd, zijn onderworpen aan een exitheffing van 15,3% (d.w.z. 15% plus de extra crisisbijdrage van 2%). Fusies die vanaf 1 januari 2021 worden uitgevoerd, zijn onderworpen aan een
De roerende voorheffing op dividenden die vanaf 1 januari 2017 door Aedifica worden uitgekeerd, bedraagt 15%. Op grond van de artikelen 89, 90 en 91 uit de wet van 18 december 2016 die op 1 januari 2017 in werking zijn getreden, geldt er een verlaagde roerende voorheffing van 15% (i.p.v. 30%) voor GVV's die ten minste 60% van hun vastgoed direct of indirect investeren in onroerend goed dat zich in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte bevindt en uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd is voor zorgeenheden en aan gezondheidszorg aangepaste huisvesting. De aandeelhouders van Aedifica genieten dus sinds 1 januari 2017 van dat verminderde tarief, aangezien meer dan 60% van haar
De GVV is een beleggingsinstrument dat vergelijkbaar is met de Nederlandse FBI's (Fiscale BeleggingsInstelling), de Franse SIIC's (Sociétés d'Investissements Immobiliers Cotées) en de REIT's (Real Estate Investment Trust) in meerdere landen, waaronder de
opgenomen tegen deze expertisewaarde. De gebouwen worden niet afgeschreven.
zullen worden om te verhinderen dat deze ratio meer dan 65% zou bedragen.
Een GVV kan geen kredieten toekennen, tenzij aan een dochtervennootschap.
'Risicofactoren' van dit jaarlijks financieel verslag.
belastingtarief van 15% (zonder extra crisisbijdrage).
vastgoedportefeuille geïnvesteerd is in de sector van huisvesting voor senioren.
Waardering
Resultaten
Schulden
Kredieten
Fiscaal stelsel
Verenigde Staten.
volgende bedragen:
De aanschaffingswaarde is de tussen partijen overeengekomen waarde op basis waarvan de transactie wordt uitgevoerd. Wanneer de aankoop van een gebouw onder bezwarende titel is uitgevoerd, of via een fusie door opslorping van een vastgoedvennootschap, of in geval van een inbreng in natura van een gebouw tegen de uitgifte van nieuwe aandelen, worden de aktekosten, de audit- en consultatiekosten, de wederbeleggingsvergoedingen, de kosten van handlichting met betrekking tot de financieringen van de opgeslorpte vennootschappen en andere kosten verbonden aan de operatie beschouwd als verbonden kosten en worden ze geboekt op de balans. De mutatierechten zijn inbegrepen indien ze betaald werden bij de aankoop van het gebouw.
Al jarenlang hanteert Aedifica in haar financiële communicatie alternatieve prestatiemaatstaven in overeenstemming met de ESMA-richtlijnen van 5 oktober 2015. Een aantal van die APM's wordt aanbevolen door de Europese Vereniging van Beursgenoteerde Vastgoedvennootschappen (European Public Real Estate Association – EPRA), andere werden vastgelegd door de sector of door Aedifica om de lezer een beter inzicht te geven in de resultaten en prestaties. De APM's in dit persbericht zijn aangeduid met een asterisk (*). De prestatiemaatstaven die bij IFRS-regels of bij wet zijn bepaald en de indicatoren die niet gebaseerd zijn op de rubrieken van de resultatenrekening of de balans, worden niet beschouwd als APM's. De APM's worden in de toelichtingen van de jaarrekening of in het EPRA-hoofdstuk gedefinieerd, besproken en verbonden met de post, het totaal of het subtotaal van de financiële staten die daarvoor het relevantst zijn.
Beurskoers vermenigvuldigd met het totaal aantal genoteerde aandelen.
Bevoorrechte informatie over Aedifica is elke informatie:
Voor de gehele portefeuille: (contractuele huurgelden + gewaarborgde huurinkomsten) / (contractuele huurgelden + geraamde huurwaarde (GHW) voor de niet-verhuurde ruimten van de vastgoedportefeuille). Deze bezettingsgraad bevat dus ook de eenheden die worden gerenoveerd en die tijdelijk niet kunnen worden verhuurd.
Voor de gehele portefeuille: (contractuele huurgelden met inbegrip van gewaarborgde huurinkomsten)/Investeringswaarde of Aanschaffingswaarde of Reële waarde van de desbetreffende gebouwen).
Geïndexeerde huursommen met inbegrip van de gewaarborgde huurinkomsten maar zonder aftrek van aan de huurders verleende huurvrije periodes.
Bruto uitgekeerd dividend per aandeel gedeeld door de inschrijvingsprijs bij de beursintroductie of de beurskoers op een bepaalde datum.
Type contract dat bepaalt dat het onderhoud en de herstellingen van de structuur, de gevels en het dak van het gebouw ten laste van de eigenaar zijn, terwijl de andere kosten en risico's ten laste van de uitbater zijn. Dit type contract is courant in Duitsland in de huisvesting voor senioren.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 84
European Public Real Estate Association is een vereniging die werd opgericht in 1999 ter promotie, ontwikkeling en groepering van Europese beursgenoteerde vastgoedvennootschappen. EPRA stelt gedragscodes op inzake boekhouding, reporting en corporate governance en harmoniseert deze regels in verschillende landen, om kwalitatieve en vergelijkbare informatie aan te bieden aan investeerders. EPRA organiseert ook discussiefora over vragen die de toekomst van de sector bepalen. Ten slotte heeft EPRA-indexen gecreëerd die als benchmark dienen voor de vastgoedsector. Al deze informatie is beschikbaar op de website www.epra.com.
De EPRA Earnings* is een prestatiemaatstaf die niet gedefinieerd is door de IFRS-normen. Aedifica maakt gebruik van dit begrip om aan de EPRA-aanbevelingen te voldoen en om de operationele en financiële prestaties te volgen. Het staat voor het nettoresultaat (aandeel van de groep) na de correcties die door de EPRA worden aanbevolen. In het geval van Aedifica stemt de EPRA Earnings* perfect overeen met het resultaat vóór variaties in reële waarde, die de Vennootschap vroeger in haar financiële communicatie gebruikte. De EPRA Earnings* wordt berekend in toelichting 26 (volgens het Aedifica-model) en in het EPRA-hoofdstuk van het jaarlijks financieel verslag (volgens het model dat door EPRA wordt aanbevolen).
Overeenkomst met een duur van minstens 27 jaar en minder dan 99 jaar, waarbij een tijdelijk zakelijk recht wordt verleend aan de erfpachter, dat bestaat uit het volledige genot van het goed tijdens die periode. Als tegenprestatie betaalt de erfpachter een jaarlijkse vergoeding, 'canon' genaamd.
De vennootschappen die hun erkenning als GVV vragen of die fusioneren met een GVV, zijn onderworpen aan een specifieke belasting of exit tax. Deze belasting is vergelijkbaar met een liquidatiebelasting op de latente nettomeerwaarden en op de vrijgestelde reserves. De exit tax bedraagt 12,5% vermeerderd met 2% bijkomende crisisbijdrage, of in totaal 12,75%.
Operationeel resultaat vóór het resultaat op de portefeuille gedeeld door het nettohuurresultaat.
Percentage van de genoteerde aandelen in het bezit van het publiek, volgens de definitie van Euronext.
De geschatte huurwaarde (GHW) is de huurwaarde die wordt bepaald door onafhankelijke waarderingsdeskundigen.
Periode waarin personen met leidinggevende verantwoordelijkheid of alle personen die voorkomen op de lijsten die door de Vennootschap zijn opgesteld conform artikel 6.5 van het corporate governance charter, of alle andere met deze personen verbonden personen, geen transacties met betrekking tot financiële instrumenten of financiële derivaten van Aedifica mogen uitvoeren. De gesloten periodes worden in de corporate governanceverklaring vermeld.
De internationale boekhoudkundige normen (IAS, International Accounting Standards/IFRS, International Financial Reporting Standards) werden opgesteld door de International Accounting Standards Board (IASB), waarvan de opdracht erin bestaat om de internationale normen voor het opstellen van de jaarrekening uit te werken. De Europese beursgenoteerde vennootschappen moeten deze normen in hun geconsolideerde rekeningen toepassen vanaf de boekjaren die beginnen op 1 januari 2005. De Belgische GVV's moeten deze normen eveneens toepassen in hun statutaire rekeningen vanaf de boekjaren die beginnen op 1 januari 2007 of na deze datum.
85 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Financieel instrument bedoeld om, voor een bepaalde periode, rentevoeten op korte termijn te ruilen ('swappen') tegen rentevoeten op lange termijn (of omgekeerd), of anders gezegd, variabele rentevoeten te veranderen in vaste rentevoeten (of omgekeerd). Aedifica kan dit instrument enkel gebruiken voor indekkingsdoeleinden.
Door een waarderingsdeskundige vastgestelde waarde, zonder aftrek van de mutatierechten, vroeger 'waarde vrij op naam' genoemd.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 84
Type contract dat bepaalt dat het onderhoud en de herstellingen van de structuur, de gevels en het dak van het gebouw ten laste van de eigenaar zijn, terwijl de andere kosten en risico's ten laste van de uitbater zijn. Dit type contract is courant in Duitsland in de huisvesting voor senioren.
European Public Real Estate Association is een vereniging die werd opgericht in 1999 ter promotie, ontwikkeling en groepering van Europese beursgenoteerde vastgoedvennootschappen. EPRA stelt gedragscodes op inzake boekhouding, reporting en corporate governance en harmoniseert deze regels in verschillende landen, om kwalitatieve en vergelijkbare informatie aan te bieden aan investeerders. EPRA organiseert ook discussiefora over vragen die de toekomst van de sector bepalen. Ten slotte heeft EPRA-indexen gecreëerd die als benchmark dienen voor
De EPRA Earnings* is een prestatiemaatstaf die niet gedefinieerd is door de IFRS-normen. Aedifica maakt gebruik van dit begrip om aan de EPRA-aanbevelingen te voldoen en om de operationele en financiële prestaties te volgen. Het staat voor het nettoresultaat (aandeel van de groep) na de correcties die door de EPRA worden aanbevolen. In het geval van Aedifica stemt de EPRA Earnings* perfect overeen met het resultaat vóór variaties in reële waarde, die de Vennootschap vroeger in haar financiële communicatie gebruikte. De EPRA Earnings* wordt berekend in toelichting 26 (volgens het Aedifica-model) en in het EPRA-hoofdstuk van het jaarlijks financieel verslag (volgens het model dat door
Overeenkomst met een duur van minstens 27 jaar en minder dan 99 jaar, waarbij een tijdelijk zakelijk recht wordt verleend aan de erfpachter, dat bestaat uit het volledige genot van het goed tijdens die periode. Als tegenprestatie betaalt de erfpachter een jaarlijkse vergoeding, 'canon'
De vennootschappen die hun erkenning als GVV vragen of die fusioneren met een GVV, zijn onderworpen aan een specifieke belasting of exit tax. Deze belasting is vergelijkbaar met een liquidatiebelasting op de latente nettomeerwaarden en op de vrijgestelde reserves. De exit tax
Periode waarin personen met leidinggevende verantwoordelijkheid of alle personen die voorkomen op de lijsten die door de Vennootschap zijn opgesteld conform artikel 6.5 van het corporate governance charter, of alle andere met deze personen verbonden personen, geen transacties met betrekking tot financiële instrumenten of financiële derivaten van Aedifica mogen uitvoeren. De gesloten periodes worden in de corporate
De internationale boekhoudkundige normen (IAS, International Accounting Standards/IFRS, International Financial Reporting Standards) werden opgesteld door de International Accounting Standards Board (IASB), waarvan de opdracht erin bestaat om de internationale normen voor het opstellen van de jaarrekening uit te werken. De Europese beursgenoteerde vennootschappen moeten deze normen in hun geconsolideerde rekeningen toepassen vanaf de boekjaren die beginnen op 1 januari 2005. De Belgische GVV's moeten deze normen eveneens toepassen in
de vastgoedsector. Al deze informatie is beschikbaar op de website www.epra.com.
bedraagt 12,5% vermeerderd met 2% bijkomende crisisbijdrage, of in totaal 12,75%.
Operationeel resultaat vóór het resultaat op de portefeuille gedeeld door het nettohuurresultaat.
hun statutaire rekeningen vanaf de boekjaren die beginnen op 1 januari 2007 of na deze datum.
Percentage van de genoteerde aandelen in het bezit van het publiek, volgens de definitie van Euronext.
De geschatte huurwaarde (GHW) is de huurwaarde die wordt bepaald door onafhankelijke waarderingsdeskundigen.
Double net
EPRA Earnings*
EPRA wordt aanbevolen).
Exploitatiemarge
Gesloten periode
IFRS-normen
governanceverklaring vermeld.
Geschatte Huurwaarde (GHW)
genaamd.
Exit tax
Free float
Erfpachtovereenkomst
EPRA
De overdracht van de eigendom van een onroerend goed is in principe onderworpen aan de inning door de Staat van mutatierechten die het grootste deel van de transactiekosten uitmaken. Het bedrag van deze rechten hangt af van de overdrachtswijze, de hoedanigheid van de koper en de geografische ligging van het onroerend goed. De twee eerste voorwaarden, en dus het te betalen bedrag van de rechten, zijn slechts gekend na het afsluiten van de eigendomsoverdracht.
In België zijn de mogelijke wijzen van overdracht van onroerende goederen en de hieraan gekoppelde rechten voornamelijk de volgende:
De effectieve belastingsvoet van het mutatierecht schommelt dus tussen 0 en 12,5% zonder dat het mogelijk is om het percentage te voorzien dat op de overdracht van een bepaald goed van toepassing is, vooraleer deze overdracht wordt uitgevoerd.
N.B. Er dient opgemerkt dat, als gevolg van de interpretatie van de IAS/IFRS-normen door de Belgische Vereniging van Asset Managers (BEAMA), de boekwaarde van gebouwen voor de IAS/ IFRS-balans berekend wordt door van de investeringswaarde een forfaitair bedrag van mutatierechten af te trekken dat momenteel door de vastgoedexperten op 2,5% is gesteld. Voor eigendommen met een waarde van minder dan 2,5 miljoen € worden evenwel de registratierechten afgetrokken die volgens de ligging van het onroerend goed van toepassing zijn.
Totaal van eigen vermogen gedeeld door het aantal aandelen in omloop (hetzij na aftrek van eigen aandelen).
De definitie van het nettohuurresultaat is volgens het koninklijk besluit van 13 juli 2014: Huurinkomsten
Totaal volume van de gedurende het jaar verhandelde aandelen gedeeld door het totaal aantal aandelen, volgens de definitie van Euronext.
De definitie van het operationeel resultaat vóór het resultaat op de portefeuille is volgens het koninklijk besluit van 13 juli 2014:
Operationeel vastgoedresultaat
De definitie van het operationeel vastgoedresultaat is volgens het koninklijk besluit van 13 juli 2014: Vastgoedresultaat
Operationeel vastgoedresultaat gedeeld door het nettohuurresultaat.
Dividend per aandeel gedeeld door het te bestemmen resultaat per aandeel
De reële waarde voor vastgoedbeleggingen in België wordt als volgt berekend:
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 86
Het gemiddelde percentage van de transactiekosten zoals bepaald door BEAMA wordt jaarlijks herzien en indien nodig aangepast per drempel van 0,5%. De Belgische vastgoedexperten bevestigen dit aftrekpercentage in hun periodieke verslagen aan de aandeelhouders. Het percentage bedraagt momenteel 2,5%.
De reële waarde voor vastgoedbeleggingen in het buitenland houdt rekening met aktekosten die lokaal toepasbaar zijn.
De definitie van het resultaat op de portefeuille is volgens het koninklijk besluit van 13 juli 2014:
Resultaat op de verkoop van vastgoedbeleggingen
Nettoresultaat (aandeel van de groep)
Totaal van de passiva' op de balans
/ Totaal van de activa onder aftrek van toegelaten afdekkingsintrumenten
≤ 65%
Een serviceflatgebouw bestaat uit één of meerdere gebouwen die functioneel een geheel vormen, bestaande uit individuele wooneenheden waar ouderen zelfstandig wonen en uit gemeenschappelijke voorzieningen voor dienstverlening waarop zij facultatief een beroep kunnen doen.
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 86
Operationeel vastgoedresultaat
Operationeel vastgoedresultaat gedeeld door het nettohuurresultaat.
Dividend per aandeel gedeeld door het te bestemmen resultaat per aandeel
De reële waarde voor vastgoedbeleggingen in België wordt als volgt berekend:
transactiekosten zoals bepaald door de BE-REIT Association); - Gebouwen met een investeringswaarde lager dan 2,5 miljoen €:
Vastgoedresultaat
Pay-out ratio
Reële waarde
bedraagt momenteel 2,5%.
Resultaat op de portefeuille
Nettoresultaat (aandeel van de groep)
Totaal van de passiva' op de balans
Schuldratio
≤ 65%
Serviceflatgebouw
Resultaat op de verkoop van vastgoedbeleggingen + Resultaat op de verkoop van andere niet-financiële activa +/- Variaties in de reële waarden van vastgoedbeleggingen
Resultaat vóór variaties in reële waarde
I. Langlopende verplichtingen - A. Voorzieningen
II. Kortlopende verplichtingen - A. Voorzieningen
II. Kortlopende verplichtingen - F. Overlopende rekeningen
Variatie van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen (IAS 40) - Variatie van de reële waarde van de financiële activa en passiva (IFRS 9)
I. Langlopende verplichtingen - F. Uitgestelde belastingsverplichtingen
/ Totaal van de activa onder aftrek van toegelaten afdekkingsintrumenten
Operationele marge
De definitie van het operationeel vastgoedresultaat is volgens het koninklijk besluit van 13 juli 2014:
Gebouwen met een investeringswaarde boven 2,5 miljoen €: De reële waarde = investeringswaarde/ (1 + gemiddeld percentage van de
wanneer de vastgoedexpert vindt dat het gebouw per appartement kan worden verkocht, wordt de reële waarde bepaald als de laagste waarde tussen de investeringswaarde per stuk / (1 + % van de mutatiekosten afhankelijk van het gewest waar het gebouw is gelegen) en
wanneer de vastgoedexpert vindt dat het gebouw niet per appartement kan worden verkocht, is de reële waarde gelijk aan de
Het gemiddelde percentage van de transactiekosten zoals bepaald door BEAMA wordt jaarlijks herzien en indien nodig aangepast per drempel van 0,5%. De Belgische vastgoedexperten bevestigen dit aftrekpercentage in hun periodieke verslagen aan de aandeelhouders. Het percentage
Een serviceflatgebouw bestaat uit één of meerdere gebouwen die functioneel een geheel vormen, bestaande uit individuele wooneenheden waar ouderen zelfstandig wonen en uit gemeenschappelijke voorzieningen voor dienstverlening waarop zij facultatief een beroep kunnen doen.
de investeringswaarde als geheel/ (1 + gemiddelde percentage van de transactiekosten zoals bepaald door BEAMA);
investeringswaarde als geheel/ (1+% van de mutatierechten afhankelijk van het gewest waar het gebouw is gelegen).
De reële waarde voor vastgoedbeleggingen in het buitenland houdt rekening met aktekosten die lokaal toepasbaar zijn.
De definitie van het resultaat op de portefeuille is volgens het koninklijk besluit van 13 juli 2014:
I. Langlopende verplichtingen - C. Andere langlopende financiële verplichtingen – Indekkingsinstrumenten
II. Kortlopende verplichtingen - C. Andere kortlopende financiële verplichtingen - Indekkingsinstrumenten
zoals voorzien in de schema's in bijlage van het koninklijk besluit van 13 juli 2014 met betrekking tot GVV.
Wanneer de exploitatielasten, de onderhoudskosten en de huurderving verbonden aan de leegstand ten laste worden genomen door de exploitant.
87 – Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
De definitie van het uit te keren resultaat of gecorrigeerd resultaat is volgens het koninklijk besluit van 13 juli 2014:
De Vennootschap moet als vergoeding van het kapitaal een bedrag uitkeren dat overeenkomt met ten minste het positieve verschil tussen de volgende bedragen:
Nettoresultaat
+/- Gedurende het boekjaar gerealiseerde meer- en minderwaarden op vastgoed (meer- en minderwaarden ten opzichte van de aanschaffingswaarde vermeerderd met de geactiveerde investeringskosten)
Gedurende het boekjaar gerealiseerde meerwaarden op vastgoed, vrijgesteld van de verplichte uitkering onder voorbehoud van hun herbelegging binnen een termijn van 4 jaar (meerwaarden ten opzichte van de aanschaffingswaarde vermeerderd met de geactiveerde investeringskosten).
Gerealiseerde meerwaarden op vastgoed die voorheen vrijgesteld waren van de verplichte uitkering en die niet werden herbelegd binnen een periode van 4 jaar (meerwaarden ten opzichte van de aanschaffingswaarde vermeerderd met de geactiveerde investeringskosten).
= Nettomeerwaarden bij realisatie van vastgoed die niet vrijgesteld zijn van de verplichte uitkering (B)
En:
de nettovermindering in de loop van het boekjaar van de schuldenlast van de openbare GVV (cf. bovenstaande definitie van schuldratio).
De vastgoedbeleggingen met inbegrip van de gebouwen bestemd voor verkoop, doch zonder de projectontwikkelingen.
De vastgoedbeleggingen met inbegrip van de gebouwen bestemd voor verkoop en de projectontwikkelingen.
De definitie van het vastgoedresultaat is volgens het koninklijk besluit van 13 juli 2014: Nettohuurresultaat
+/- Andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven
APM: Alternative Performance Measures BEAMA: Belgian Asset Managers Association (Belgische Vereniging van Asset Managers) BEVAK: BeleggingsVennootschap met VAst Kapitaal BBVBA: Burgerlijke Besloten Vennootschap met Beperkte Aansprakelijkheid BVBA: Besloten Vennootschap met Beperkte Aansprakelijkheid CEO: Chief Executive Officer CFO: Chief Financial Officer CIO: Chief Investment Officer CLO: Chief Legal Officer CM&AO: Chief Mergers & Acquisitions Officer COO: Chief Operating Officer Comm. VA: Commanditaire Vennootschap op Aandelen DCF: Discounted Cash Flow ECB: Europese Centrale Bank EPRA: European Public Real Estate Association ESMA: European Securities and Markets Authority FBI: Federale Beleggingsinstelling FSMA: Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten GHW: Geschatte HuurWaarde GVV: Gereglementeerde Vastgoedvennootschap IAS: International Accounting Standards ICB: Instelling voor Collectieve Belegging IFRS: International Financial Reporting Standards IGVV: Institutionele Gereglementeerde Vastgoedvennootschap IPO: Initial Public Offering IRS: Interest Rate Swap NN: Double Net NNN: Triple Net NV: Naamloze Vennootschap OOB: Openbare OvernameBieding ROB: Rustoord voor bejaarden RVT: Rust- en verzorgingstehuis SARL: Société à Résponsabilité Limitée SCS: Société en Commandite Simple VU: Verworpen Uitgaven VZW: Vennootschap Zonder Winstoogmerk WAULT: Weighted Average Unexpired Lease Term (gewogen gemiddelde resterende looptijd van de huurovereenkomsten)
Aedifica – Jaarlijks financieel verslag 2018/2019 – 88
Ingrid Daerden, CFO – [email protected] Delphine Noirhomme, Investor Relations Manager – [email protected]
www.chriscom.eu Bob Boeckx Delphine Noirhomme Finance-team
Gebouwen: Atelier Jahr, Wilhelm Westergren, Karen Veldkamp, Dan Chadwick, David Plas & Eric Herschaft Portretten: David Plas
Openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap naar Belgisch recht Belliardstraat 40 (bus 11) te 1040 Brussel - België Tel: +32 (02) 626 07 70 - Fax: +32 (02) 626 07 71 BTW-BE 0877 248 501 – R.P.R. Brussel

Ce rapport financier annuel est également disponible en français1
This annual financial report is also available in English1

Belliardstraat 40 Rue Belliard — Brussel 1040 Bruxelles tel +32 (0)2 626 07 70 — fax +32 (0)2 626 07 71 Openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap naar Belgisch recht Société immobilière réglementée publique de droit belge BTW BE 0877 248 501 - R.P.R. Brussel — TVA BE 0877 248 501 - R.P.M. Bruxelles

Aedifica Jaarlijks financieel verslag 2018/2019
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.