Annual Report • Apr 3, 2025
Annual Report
Open in ViewerOpens in native device viewer
Solvay_AIR_2024_Unifié_NL iso4217:EURxbrli:shares iso4217:EUR 549300MMVL80RTBP3O28 2023-01-01 2023-12-31 SOL:RetainedEarningsTreasurySharesAndOtherReservesMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-12-31 ifrs-full:RetainedEarningsMember 549300MMVL80RTBP3O28 2022-12-31 ifrs-full:ReserveOfRemeasurementsOfDefinedBenefitPlansMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-01-01 2024-12-31 ifrs-full:ReserveOfGainsAndLossesFromInvestmentsInEquityInstrumentsMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-12-31 ifrs-full:NoncontrollingInterestsMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-01-01 2024-12-31 SOL:HybridCapitalMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-01-01 2023-12-31 ifrs-full:NoncontrollingInterestsMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-12-31 ifrs-full:ReserveOfGainsAndLossesFromInvestmentsInEquityInstrumentsMember 549300MMVL80RTBP3O28 2022-12-31 ifrs-full:ReserveOfExchangeDifferencesOnTranslationMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-01-01 2023-12-31 ifrs-full:IssuedCapitalMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-01-01 2023-12-31 ifrs-full:ReserveOfRemeasurementsOfDefinedBenefitPlansMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-01-01 2024-12-31 ifrs-full:NoncontrollingInterestsMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-12-31 ifrs-full:ReserveOfCashFlowHedgesMember 549300MMVL80RTBP3O28 2022-12-31 ifrs-full:ReserveOfCashFlowHedgesMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-01-01 2023-12-31 ifrs-full:RetainedEarningsMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-12-31 SOL:HybridCapitalMember 549300MMVL80RTBP3O28 2022-12-31 549300MMVL80RTBP3O28 2023-12-31 ifrs-full:TreasurySharesMember 549300MMVL80RTBP3O28 2022-12-31 ifrs-full:SharePremiumMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-01-01 2023-12-31 ifrs-full:ReserveOfExchangeDifferencesOnTranslationMember 549300MMVL80RTBP3O28 2022-12-31 SOL:RetainedEarningsTreasurySharesAndOtherReservesMember 549300MMVL80RTBP3O28 2022-12-31 ifrs-full:IssuedCapitalMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-12-31 549300MMVL80RTBP3O28 2024-01-01 2024-12-31 ifrs-full:ReserveOfExchangeDifferencesOnTranslationMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-12-31 ifrs-full:ReserveOfRemeasurementsOfDefinedBenefitPlansMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-12-31 ifrs-full:IssuedCapitalMember 549300MMVL80RTBP3O28 2022-12-31 ifrs-full:ReserveOfGainsAndLossesFromInvestmentsInEquityInstrumentsMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-12-31 ifrs-full:SharePremiumMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-12-31 ifrs-full:ReserveOfExchangeDifferencesOnTranslationMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-01-01 2024-12-31 SOL:RetainedEarningsTreasurySharesAndOtherReservesMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-12-31 ifrs-full:NoncontrollingInterestsMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-01-01 2023-12-31 SOL:HybridCapitalMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-01-01 2023-12-31 ifrs-full:ReserveOfGainsAndLossesFromInvestmentsInEquityInstrumentsMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-01-01 2023-12-31 549300MMVL80RTBP3O28 2022-12-31 ifrs-full:NoncontrollingInterestsMember 549300MMVL80RTBP3O28 2022-12-31 SOL:HybridCapitalMember 549300MMVL80RTBP3O28 2022-12-31 ifrs-full:RetainedEarningsMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-12-31 ifrs-full:ReserveOfCashFlowHedgesMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-01-01 2024-12-31 549300MMVL80RTBP3O28 2023-01-01 2023-12-31 ifrs-full:ReserveOfCashFlowHedgesMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-12-31 549300MMVL80RTBP3O28 2023-12-31 SOL:RetainedEarningsTreasurySharesAndOtherReservesMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-01-01 2024-12-31 ifrs-full:ReserveOfCashFlowHedgesMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-12-31 ifrs-full:SharePremiumMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-12-31 ifrs-full:IssuedCapitalMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-12-31 ifrs-full:ReserveOfGainsAndLossesFromInvestmentsInEquityInstrumentsMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-12-31 ifrs-full:TreasurySharesMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-12-31 ifrs-full:ReserveOfRemeasurementsOfDefinedBenefitPlansMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-01-01 2023-12-31 ifrs-full:SharePremiumMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-01-01 2024-12-31 ifrs-full:ReserveOfRemeasurementsOfDefinedBenefitPlansMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-12-31 SOL:RetainedEarningsTreasurySharesAndOtherReservesMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-01-01 2024-12-31 ifrs-full:TreasurySharesMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-01-01 2024-12-31 ifrs-full:RetainedEarningsMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-12-31 SOL:HybridCapitalMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-01-01 2023-12-31 ifrs-full:TreasurySharesMember 549300MMVL80RTBP3O28 2022-12-31 ifrs-full:TreasurySharesMember 549300MMVL80RTBP3O28 2023-12-31 ifrs-full:RetainedEarningsMember 549300MMVL80RTBP3O28 2024-12-31 ifrs-full:ReserveOfExchangeDifferencesOnTranslationMember 1 1. 1.1. 1.2. 1.3. 2 2. 2.1. 3 3. Bedrijfsresultaten 3.1. Overzicht van de geconsolideerde resultaten 3.2. ACHTERGRONDINFORMATIE 3.3. ONDERLIGGENDE CIJFERS VAN DE GROEP 3.4. Onderliggende cijfers per segment 3.5. Aansluiting van onderliggende en IFRS-maatstaven 3.6. Toelichtingen bij de cijfers per aandeel 3.7. Vooruitzichten 2025 3.8. Financiële doelstellingen 2028 4 4. Corporate governance verklaring 4.1. Inleiding 4.2. Kernpunten van het jaar 4.3. Kapitaal, aandelen en aandeelhouders 4.4. Raad van bestuur en comités van de raad van bestuur 4.5. Executive Leadership Team (ELT) 4.6. Remuneratieverslag 2024 4.7. Belangrijkste kenmerken van risicobeheer, interne controle en interne audit 4.8. Externe audit 4.9. Afwijking van de Belgische Corporate Governance Code van 2020 4.10. Informatie die krachtens artikel 34 van het Belgische Koninklijke Besluit van 14 november 2007 openbaar moet worden gemaakt 5 5. Risicobeheer 5.1. Risicobeheerproces 5.2. Belangrijkste risico's voor Solvay 5.3. Overige risico's 5.4. Geschillen 5.5. Inleiding 5.6. MEDEDINGING - BRAZILIË 5.7. GVM - ITALIË 5.8. REGELGEVING - BulgarijE 5.9. BEËINDIGDE BEDRIJFSACTIVITEITEN: PVC 5.10. BEËINDIGDE BEDRIJFSACTIVITEITEN: Farmaceutische ACTIVITEITEN 6 6. Duurzaamheidsverslagen 6.1. ESRS 2 Algemene toelichtingen 6.2. Milieu-informatie 6.3. Sociale informatie 6.4. Governance-informatie 6.5. Bijlage 1: EU-wetgeving 7 7. Jaarrekening 7.1. Geconsolideerde jaarrekening 7.2. Toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening 7.3. VERKORTE JAARREKENING SOLVAY SA/NV 8 8. Verslagen van de commissaris en Verklaring van de verantwoordelijke personen 8.1. 8.2. Verklaring van de verantwoordelijke personen 9 9. Woordenlijst Inhoudsopgave ⇪ 1. Solvay in één oogopslag 2. Strategie 3. Bedrijfsresultaten 4. Corporate governance verklaring 5. Risicobeheer 6. Duurzaamheidsverslagen 7. Jaarrekening 8. Verslagen van de commissaris en Verklaring van de verantwoordelijke personen 9. Woordenlijst Verklaring van de voorzitter s Bericht van de CEO s Wij zijn essentiële chemie s For Generations, onze nieuwe duurzaamheidsroadmap s 1. 2. 3.Bedrijfsresultaten 3.1. Overzicht van de geconsolideerde resultaten 3.2. Achtergrondinformatie 3.2.1. Herformuleringen 3.2.2. Vergelijkbaarheid van de resultaten en aansluiting van de onderliggende indicatoren van de winst-en-verliesrekening 3.2.3. Alternatieve prestatiemaatstaven (APM) 3.2.4. Beschrijving van de operationele segmenten 3.3. Onderliggende cijfers van de groep TOELICHTING P1 Netto-omzet TOELICHTING P2 Onderliggende grondstof- en energiekosten TOELICHTING P3 Onderliggende EBITDA TOELICHTING P4 Onderliggende afschrijvingen op materiële en immateriële activa TOELICHTING P5 Onderliggende netto financieringskosten TOELICHTING P6 Onderliggende winstbelastingen TOELICHTING P7 Onderliggende winst uit beëindigde bedrijfsactiviteiten TOELICHTING P8 Investeringsuitgaven TOELICHTING P9 Vrije kasstroom TOELICHTING P10 Netto werkkapitaal TOELICHTING P11 Onderliggende netto schuld TOELICHTING P12 Voorzieningen TOELICHTING P13 ROCE 3.4. Onderliggende cijfers per segment TOELICHTING P14 Basic chemicals TOELICHTING P15 Performance chemicals TOELICHTING P16 Corporate 3.5. Aansluiting van onderliggende en IFRS-maatstaven 3.6. Toelichtingen bij de cijfers per aandeel TOELICHTING P17 Winst per aandeel TOELICHTING P18 Dividend 3.7. Vooruitzichten 2025 3.8. Financiële doelstellingen 2028 3. Bedrijfsresultaten Noot bij het onderdeel Bedrijfsresultaten: De vergelijkende cijfers zijn aangepast om de veranderingen te weerspiegelen die zijn vermeld in onderdeel 3.2 Achtergrondinformatie. 3.1.Overzicht van de geconsolideerde resultaten Financiële cijfers Jaar kerncijfers Toelichtingen IFRS Onderliggend (in € mln) 2024 2023 % joj 2024 2023 % joj Netto-omzet P1 4 540 4 880 -7,0% 4 686 4 880 -4,0% Netto operationele kosten, exclusief waardevermindering & afschrijvingen P2 -3 744 -4 178 +10,4% -3 634 -3 633 - EBITDA P3 795 701 +13,4% 1 052 1 246 -15,6% EBITDA-marge 22,5% 25,5% -3,1pp Afschrijvingen & bijzondere waardeverminderingen van activa P4 -362 -423 +14,4% -320 -321 +0,1% EBIT 433 278 +55,6% 732 926 -20,9% Netto-financieringskosten P5 -113 -98 -15,0% -132 -140 +5,9% Belastingen op winst P6 -87 -208 +58,2% -155 -198 +21,8% Belastingvoet P6 26.0% 26.7% -0,8pp Winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten 233 -28 n.m. 445 588 -24,2% Winst / verlies (-) uit beëindigde bedrijfsactiviteiten P7 - 2 132 n.m. 2 842 n.m. Winst / verlies (-) van de periode 233 2 105 -88,9% 447 1 430 -68,7% Winst (-) / verlies toegekend aan minderheidsbelangen -10 -12 -14,4% -15 -13 +20,8% Winst / verlies (-) toegekend aan Solvay-aandeelhouders 223 2 093 -89,3% 432 1 417 -69,5% Gewone winst / verlies (-) per aandeel (in €) P17 2,12 20,09 -89,4% 4,11 13,61 -69,8% waarvan uit voortgezette bedrijfsactiviteiten P17 2,12 -0,36 n.m. 4,10 5,55 -26,2% Dividend (1) P18 2,43 2,43 - 2,43 2,43 - Kapitaalinvesteringen in voortgezette bedrijfsactiviteiten P8 355 450 -21.1% Onderliggende kasstroomomzetting (voortgezette bedrijfsactiviteiten) P8 66,3% 63,9% +2,4% Vrije kasstroom aan Solvay-aandeelhouders uit voortgezette bedrijfsactiviteiten P9 361 561 -35,7% Vrije kasstroomomrekeningsratio (laatste 12 maanden, voortgezette bedrijfsactiviteiten) 34,6% 45,4% -10,7pp Netto werkkapitaal P10 577 509 601 509 Netto werkkapitaal / kwartaalomzet op jaarbasis P10 11,6% 9,5% Financiële nettoschuld P11 1 544 1 489 +3,7% Onderliggende hefboomgraad P11 1,5 1,2 +22,8% ROCE (voortgezette bedrijfsactiviteiten) 17,6% 20,4% -2,8pp (1)Aanbevolen dividend voor 2024 Niet-financiële informatie In 2024 definieerde Solvay zijn nieuwe roadmap “For Generations”, die de duurzaamheidsagenda van de onderneming bepaalt en aansluit bij het nieuwe profiel en de nieuwe strategie van Solvay. Dit stappenplan is opgebouwd rond twee pijlers - Planet progress, gericht op klimaat en natuur, en Better life, voor mensen en gemeenschappen. De tabel hieronder geeft de vooruitgang weer die Solvay in 2024 heeft geboekt op vlak van de kernprestatie-indicatoren van de "For Generations" roadmap: Planet progress 2024 2023 2021 Vooruitgang vs 2021 Opmerkingen 2030 doelstelling Uitstoot van broeikasgassen Scope 1 & 2 Miljoen ton (a) 7,5 7,3 9,0 -17% Innovatieve regeneratieve thermische oxidatietechnologie geïntroduceerd in Green River, Wyoming, voor het eerst in de trona mijnindustrie -30% vs 2021 Uitstoot van broeikasgassen Scope 3 Focus 5 categorieën (a)(b)(c) Miljoen ton 14,1 13,2 14,7 -4% Methodologie herzien en afgestemd op de vereisten van het GHG protocol en de WBCSD-boekhoudrichtlijnen. Doel ongewijzigd (d) -20% vs 2021 Uitfasering steenkool (e) # locaties die steenkool verbruiken voor energieproductie 3 5 5 -2 Uitfasering steenkool voltooid in Green River, Wyoming en in Rheinberg, Duitsland; 2030-deadline in gevaar in Devnya, Bulgarije Alle locaties tegen 2030, excl Devnya Biodiversiteit % doorlaatbaar land in de buurt van biodiversiteitsgevoelige gebieden onder positief biodiversiteitsbeheer Nieuw - - - WHC Gold medal hernieuwd voor Paulinia Brazilië IUCN samenwerking 30% Better life 2024 2023 2021 Vooruitgang vs 2021 Opmerkingen Doelstelling Veiligheid Rapporteerbaar ongeval - RI (f) 41 45 68 -27 3 dodelijke ongevallen in 2024 Streven naar 0 ongevallen Diversiteit % vrouwen in midden-/hoger kader (g) 27,3% 26,3% 28,0% -0,7pts Goede vooruitgang met 1pt gemaakt in 2024 vs 2023 30% tegen 2030 (a)De rapporteringsperimeter van deze indicatoren is afgestemd op de perimeter van de financiële verslaggeving. (b)De vijf focus categorieën voor scope 3 zijn 'Gekochte goederen en diensten', 'Brandstof- en energieactiviteiten', 'Verwerking verkochte producten', 'Gebruik verkochte producten' en 'End-of-life-verwerking verkochte producten'. (c)Uitstoot in de vijf focuscategorieën in scope 3 voor 2023 en 2021 aangepast volgens de 2024 nieuwe methode. (d)Nieuwe methodologie op basis van GHGP (gekochte goederen en diensten, brandstof- en energieactiviteiten) en WBCSD (World Business Council for Sustainable Development) -boekhoudrichtlijnen voor de rapportering van broeikasgasemissies van bedrijven in de waardeketen van de chemische sector. (e)Hieronder vallen steenkool en steenkoolproducten die worden gebruikt bij de energieproductie. (f)Toepassingsgebied: Solvay-werknemers en aannemers. 2023 gegevens zoals gerapporteerd in het Geïntegreerd Jaarverslag van Solvay. (g)Managementcategorieën worden gedefinieerd op basis van de Hay-functieclassificatiemethode. Midden- en hogere managementniveaus hebben betrekking op het gehele actieve interne personeelsbestand met Hay-punten boven 530. Planet Progress Vermindering van de uitstoot van broeikasgassen Scope 1 & 2: eind 2024 bedraagt de cumulatieve vermindering van de Scope 1- en Scope 2-emissies sinds 2021 bij constante perimeter -17% of -1,50 Mt CO2eq (fi nanciële geconsolideerde perimeter). De emissies stegen echter met +1,9% of +0,14 Mt CO2eq ten opzichte van 2023 als gevolg van de impact van het herstel van de activiteit (+0,26 Mt CO2eq) die gedeeltelijk werd getemperd door nieuwe broeikasgasemissiereductie projecten (-0,12 Mt CO2eq). In 2024 werden €25 miljoen investeringsuitgaven toegewezen aan het transitieplan van Solvay. Uitfasering steenkool: In november 2024 voltooide de Solvay-fabriek in Rheinberg, Duitsland, de uitfasering van het gebruik van steenkool. Het is nu de eerste soda ash fabriek ter wereld die hoofdzakelijk werkt op hernieuwbare energie, namelijk afvalhout. Eerder in het jaar werd ook de geleidelijke stopzetting van het gebruik van steenkool in Green River, Wyoming, VS, voltooid door over te schakelen op aardgas. Een ander project loopt in Dombasle, Frankrijk, waar steenkool tegen eind 2025 zal worden vervangen door brandstof op basis van afval. Overschakelen op hernieuwbare of koolstofarme energie: In 2024 werd een nieuwe biovergister in gebruik genomen in Juarez, Mexico, die aardgas vervangt door biomethaan. Er lopen nog meer projecten, met name in Collonges, Frankrijk, waar stookolie geleidelijk zal worden afgeschaft dankzij een nieuwe elektrische oven, die naar verwachting eind 2025 van start zal gaan, en in Rosignano waar tegen 2026 groene waterstof zal worden geproduceerd, aangedreven door een nieuw zonnepark dat een van de grootste in Italië zal zijn. Bovendien werd in 2024 een nieuw project aangekondigd om aardgas te vervangen door biomassa in Paulinia, Brazilië, met een verwachte start in 2027. Onze processen innoveren: In oktober 2024, na de voltooiing van de uitfasering van steenkool in Green River, werd de nieuwe regeneratieve thermische oxidatietechnologie (RTO) ingehuldigd, een primeur in de trona mijnbouw, die bijdraagt tot een vermindering van de uitstoot met 8% op het niveau van de Groep bij het huidige toepassingsgebied, en die een Amerikaanse benchmark creëert voor duurzaam natriumcarbonaat. Ondertussen boekt Solvay vooruitgang in Europa met de nieuwe e.Solvay-testfabriek in Dombasle. Vermindering van broeikasgasemissies Scope 3: In 2024 werden de berekeningsmethodologieën afgestemd op de beste marktpraktijken en de aanbevelingen van het GHG Protocol (meer details zullen beschikbaar zijn in het geïntegreerd jaarverslag). Na deze wijzigingen is de referentiewaarde van 2021 aangepast met de rapportage methodologie van 2024. De focus 5 categorieën vertegenwoordigen 90% van de nieuwe referentiewaarde van 2021. Aan het einde van 2024 bedraagt de cumulatieve emissiereductie van de focus 5 categorieën sinds 2021 bij constante perimeter -4% of -0,6 Mt CO2eq (fi nancieel geconsolideerde perimeter). Handelen voor natuur en klimaat: In november 2024 hernieuwde de WHC (Wildlife Habitat Council) zijn Gold Level Biodiversity Conservation Certifi cation aan Paulinia, waar Solvay een bijzonder herbebossingsproject uitvoert dat in 2017 van start ging en in 2028 zal worden afgerond. Twee nieuwe bebossingsprojecten werden gelanceerd in 2024 in Linne Herten, Nederland (tiny forest) en nabij Map Ta Phut, Thailand (mangrove). Deze projecten worden gefi nancierd door het nieuwe Solvay Travel Carbon Fund dat € 100 per ton CO2 uitstoot door onze zakenreizen verzamelt. Deze bebossingsprojecten hebben niet alleen een positieve impact op de biodiversiteit, maar zorgen er ook voor dat broeikasgassen worden afgevoerd. Better Life Veiligheid: Na de ernstige incidenten met 3 tragische dodelijke slachtoffers in 2024 heeft Solvay een speciaal veiligheidsteam opgericht onder leiding van een Group Safety Director die rapporteert aan de COO. Dit team zal een veiligheidstransformatie doorvoeren om de veiligheidscultuur, de betrokkenheid van alle leiders en de operationele discipline in de fabrieken te verbeteren. Deze transformatie zal worden ondersteund door een externe consultant op het gebied van veiligheidscultuur. Diversiteit: Solvay verhoogde het percentage vrouwen in het midden- en hoger kader met 1pp tot 27,3%. Leefbaar loon: in 2024 voltooiden we de wereldwijde ‘leefbaar loon'-analyse voor alle landen waar we actief zijn, met als doel de kloof in 2025 te dichten. 3.2.ACHTERGRONDINFORMATIE 3.2.1.Herformuleringen In december 2023 vond de splitsing plaats tussen Solvay nv (EssentialCo) en de specialiteitenactiviteiten door middel van een partiële splitsing. De specialiteitenactiviteiten, omgedoopt tot Syensqo nv, werden een naamloze vennootschap die onafhankelijk is van Solvay. Bijgevolg werden, om de splitsing weer te geven, de prestatiemaatstaven van Solvay aangepast en werden de specialiteitenactiviteiten geklasseerd als beëindigde bedrijfsactiviteiten. In de tabellen hieronder werden de cijfers met betrekking tot de financiële prestaties voor 2023 aangepast om enkel de voortgezette activiteiten weer te geven. Als gevolg van de aangekondigde overdracht van de eH2O2-activiteiten van Special Chem aan Peroxides op 1 januari 2024, werden de omzet van Special Chem en Peroxides en de EBITDA van Basic Chemicals en Performance Chemicals in voorgaande perioden aangepast. Op 15 april 2024 publiceerde Solvay kwartaalinformatie voor 2023, rekening houdend met enkele wijzigingen in de consolidatiekring en de toepassing in de geconsolideerde winst- en verliesrekening van een wijziging in de APM voor Peroxidos do Brasil, dat volgens de vermogensmutatiemethode ('equity'-methode) in IFRS wordt verwerkt, en proportioneel in de APM. De volgende tabel geeft de details van deze aanpassingen weer. Segmenten - onderliggend 2023 (in € mln) - niet geauditeerd Historisch APM impact Consolidatiekring impact Nieuwe basis Netto-omzet 4 880 163 -132 4 911 Basic Chemicals 2 835 163 -25 2 973 Soda Ash & Derivatives 2 093 2 093 Peroxides 742 163 -25 880 Performance Chemicals 2 039 -107 1 932 Silica 583 583 Coatis 646 646 Special Chem 810 -107 703 Corporate 6 6 EBITDA 1 246 24 -116 1 154 Basic Chemicals 950 24 -8 965 Performance Chemicals 371 -54 317 Corporate -75 -53 -128 EBITDA-marge 25,5% 23,5% Basic Chemicals 33,5% 32,5% Performance Chemicals 18,2% 16,4% 3.2.2.Vergelijkbaarheid van de resultaten en aansluiting van de onderliggende indicatoren van de winst-en-verliesrekening Naast IFRS-rekeningen presenteert Solvay ook onderliggende prestatie-indicatoren van de winst- en verliesrekening om een meer samenhangende en vergelijkbare indicatie te geven van de economische prestaties van Solvay. Deze cijfers passen de IFRS-cijfers aan voor de niet-geldelijke impact van de toerekening van de overnameprijs van overnames, voor de coupons van eeuwigdurende hybride obligaties geklasseerd als eigen vermogen onder IFRS maar behandeld als schuld op onderliggende basis, en voor andere elementen om tot een indicator te komen die vertekening vermijdt en de beoordeling van prestaties en vergelijkbaarheid van resultaten in de tijd vergemakkelijkt. 3.2.3.Alternatieve prestatiemaatstaven (APM) Solvay meet zijn financiële prestaties aan de hand van alternatieve prestatiemaatstaven, die hieronder te vinden zijn. Solvay is van mening dat deze metingen nuttig zijn voor het analyseren en verklaren van veranderingen en trends in de historische bedrijfsresultaten, omdat hierdoor de prestaties op consistente basis kunnen worden vergeleken. Definities van de hier gepresenteerde maatstaven zijn opgenomen in de woordenlijst aan het einde van dit financieel verslag. 3.2.4.Beschrijving van de operationele segmenten In 2024 is de Groep intern georganiseerd in de volgende operationele segmenten: hBasic Chemicals omvat chemische tussenproducten gericht op mature en veerkrachtige markten. Solvay is wereldleider in natriumcarbonaat, bicarbonaat en peroxides. Deze wereldwijde activiteiten hebben vergelijkbare economische kenmerken en bedienen belangrijke markten zoals onder andere de bouw, consumptiegoederen en voedings. hPerformance Chemicals omvat een breder gamma producten (in onze Silica, Coatis en Special Chem businesses) die op maat gemaakt kunnen worden op basis van unieke formuleringen en expertise in toepassingen. Deze activiteiten hebben vergelijkbare economische kenmerken en zijn ook activa van hoge kwaliteit met sterke posities in hun markten. hCorporate omvat zakelijke en andere bedrijfsdiensten, zoals Global Business Services evenals expertise op het gebied van aankopen en energie. Basic Chemicals activiteiten hSoda Ash & Derivatives - (€1,9 mld. onderliggende netto-omzet, 9 productiesites): Solvay is wereldleider in de productie van natriumcarbonaat of soda-as en zijn derivaat natriumbicarbonaat. Natriumcarbonaat wordt door klanten gebruikt in glas voor de bouw, zonnepanelen, glazen containers en verpakkingen; in lithium-ionbatterijen voor elektrische voertuigen; en in detergenten en chemicaliën. De oplossingen van Solvay op basis van natriumbicarbonaat bedienen traditionele markten zoals voeding en diervoeder, maar ook groeiende toepassingen zoals rookgasbehandeling of gezondheidszorg. hPeroxides - (€0,9 mld. onderliggende netto-omzet, 20 productiesites): Solvay is wereldwijde leider in waterstofperoxide. Dit milieuvriendelijke oxidatiemiddel wordt gebruikt voor bleken, ontsmetting, desinfectie en antiseptische doeleinden in onder meer de pulp-, textiel-, water- en voedingsindustrie. Het dient als tussenproduct voor de productie van chemicaliën, zoals propyleenoxide en caprolactam. Het is ook essentieel in groeiende en opkomende toepassingen zoals halfgeleiders, zonnepanelen, stedelijke mijnbouw en batterijen. Performance Chemicals activiteiten hSilica - (€0,5 mld. onderliggende netto-omzet, 7 productiesites): Solvay is een wereldwijde producent van geprecipiteerd silica, een essentieel bestanddeel voor toepassingen in de banden-, huishoudelijke en persoonlijke verzorgings-, dierenvoeder- en voedingsindustrie. Als wereldwijde koploper in innovatie in 'Highly Dispersible Silica' (HDS) biedt Solvay bandenfabrikanten wereldwijd het uitgebreidste HDS-aanbod en ontwikkelt het specialiteitsklassen voor alle onderdelen van banden die ongeëvenaarde milieuprestaties leveren door een lager brandstofverbruik en een groter batterijbereik in elektrische voertuigen mogelijk maken. hCoatis - (€0,6 mld. onderliggende netto-omzet, 2 productiesites): Solvay provides high-performance solvents and polyamide chain products, predominantly for the Latin American market. Coatis is een sterke regionale marktleider in zuurstofhoudende oplosmiddelen die worden gebruikt in verf, hygiëne- en huishoudproducten, en in de productie van fenol en derivaten, die worden gebruikt als tussenproducten voor de vervaardiging van synthetische harsen voor gebruik in gieterijen, de bouwsector en schuurmiddelen. hSpecial Chem - (€0,7 mld. onderliggende netto-omzet, 11 productiesites): Solvay produceert fluor- en zeldzame aardmetaalformules voor toepassingen in de auto-industrie, de elektronica en diverse chemische en industriële nichetoepassingen. Solvay is een strategische partner voor de auto-industrie, als producent van materialen die worden gebruikt in katalysatoren die uitlaatgassen zuiveren en bij het solderen van aluminium, en voor de elektronica-industrie, met reinigings- en polijstmaterialen voor halfgeleiders. 3.3.ONDERLIGGENDE CIJFERS VAN DE GROEP Toelichting P1 Netto-omzet Bridge netto-omzet (in € mln) 2023 4 880 Perimeter & APM +70 Omrekening valuta -66 Volume & mix +231 Prijs -428 2024 4 686 2024 omvat €163 miljoen APM-verandering. 2023 netto-omzet aangepast met de nieuwe APM-definitie zou €5 043 miljoen bedragen. De onderliggende netto-omzet van €4 686 miljoen voor het volledige jaar 2024 was -4,0% lager dan in 2023 (-4,0% organisch), voornamelijk door lagere prijzen (-8,8%), terwijl de volumes stegen (+4,7%) in het merendeel van de activiteiten. OMZET PER EINDMARKT 2024 omzet per eindmarkt (in %) Basic Chemicals Performance Chemicals Solvay Automobiel 1% 46% 19% Consumptiegoederen en gezondheidszorg 20% 13% 17% Diervoeders en levensmiddelen 19% 8% 15% Hulpbronnen, milieu en energie 18% 4% 12% Gebouwen en constructie 10% 6% 9% Electronica 5% 4% 4% Chemische en industriële toepassingen 27% 19% 24% Meer informatie over de netto-omzet en in het bijzonder de details van de netto-omzet per land en regio is beschikbaar in de Jaarrekening in TOELICHTING F1 Omzet en informatie per segment. TOELICHTING P2 Onderliggende grondstof- en energiekosten De totale uitgaven van de Groep voor grondstoffen bedragen ongeveer €0,95 miljard in 2024 (tegen €1,0 miljard in 2023). De uitgaven voor grondstoffen kunnen in verschillende categorieën worden onderverdeeld: derivaten van ruwe olie voor 32% (e.g. cumen, adiponitrile, butanol...), minerale derivaten voor 28%, aardgasderivatieven voor ongeveer 22% en andere voor 18%. De netto energiekosten bedroegen ongeveer €0,7 miljard (tegen €0,8 miljard in 2023). De verdeling per regio is als volgt: Europa (71%), gevolgd door Noord- en Zuid-Amerika (19%) en Azië en de rest van de wereld (10%). De voornaamste energiebronnen zijn cokes, antraciet, petroleumcokes en steenkool voor 35% (vs. 39% in 2023), aardgas (netto van verkochte stroom en elektriciteit) voor 33% (vs. 33% in 2023), elektriciteit voor 25% (vs. 21% in 2023), stoom, waterstof en biomassa voor 7% (vs. 6% in 2023). Meer informatie over energieverbruik is beschikbaar in de Duurzaamheidsverslagen in sectie E1-5 Energieverbruik en energiemix TOELICHTING P3 Onderliggende EBITDA Ontwikkeling van de onderliggende EBITDA – per segment (in € mln) 2023 1 246 Perimeter & APM -90 Omrekening valuta -10 Basic Chemicals -185 Performance Chemicals +15 Corporate +75 2024 1 052 2024 omvat €24 miljoen APM verandering. 2024 EBITDA aangepast met de nieuwe APM definitie zou €1 270 miljoen bedragen. Ontwikkeling van de onderliggende EBITDA – per hefboom (in € mln) 2023 1 246 Perimeter & APM -90 Omrekening valuta -10 Volume & mix +104 Netto prijszetting -236 Vaste kosten +45 Overige -6 2024 1 052 2024 omvat €24 miljoen APM verandering. 2024 EBITDA aangepast met de nieuwe APM definitie zou €1 270 miljoen bedragen. De onderliggende EBITDA van € 1 052 miljoen in 2024 daalde met -15,6% (-8,2% organisch), inclusief een negatieve impact van de perimeter, APM en valuta-omrekening (-8,0%) door de uitfasering van de activiteiten op het gebied van thermische isolatie en energielevering aan derden, en de verandering in APM met betrekking tot Peroxidos do Brasil. Hogere volumes (+8,3%) en lagere vaste kosten (+3,6%) als gevolg van een sterke kostendiscipline werden tenietgedaan door lagere nettoprijzen (-18,9%). In totaal daalde de EBITDA-marge met -3,1pp op jaarbasis (-1,0pp organisch) tot 22,5%. toelichting P4 Onderliggende afschrijvingen op materiële en immateriële activa De afschrijvingen en waardeverminderingen bedragen €320 miljoen in 2024, stabiel tegenover €321 miljoen in 2023. toelichting P5 Onderliggende netto financieringskosten (in € mln) 2024 2023 Lasten van schulden -111 -63 Interesten op leningen & korte termijndeposito's 24 36 Overige financieringswinsten & -verliezen -5 2 Netto schuldenlasten a -91 -25 Coupons van eeuwigdurende hybride obligaties b - -70 Disconteringskosten van de voorzieningen c -41 -45 Resultaat van eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde d - - Netto financieringskosten e = a+b+c+d -132 -140 Vóór de Partiële Splitsing in 2023 heeft Solvay verschillende transacties uitgevoerd met het oog op beheer van de verplichtingen, waaronder de terugbetaling van hybride obligaties. Op het moment van de Partiële Splitsing bestond de financiële schuld van Solvay voornamelijk uit een overbruggingskrediet van €1,5 miljard. In april 2024 gaf Solvay een dual tranche-obligatie uit van €1,5 miljard die de korte termijn overbruggingskrediet verving. De lasten van schulden en de coupons op de eeuwigdurende hybride obligaties weerspiegelen deze veranderingen. Over het geheel genomen daalden de netto financieringskosten tot €132 miljoen in 2024, -6% in vergelijking met €140 miljoen in 2023. toelichting P6 Onderliggende winstbelastingen (in € mln) 2024 2023 Winst / verlies (-) van de periode vóór belastingen a 600 786 Resultaat van geassocieerde deelnemingen & joint ventures b 4 46 Belastingen op het resultaat c -155 -198 Onderliggende belastingsvoet e = -c/(a-b) 26,0% 26,7% De daling met -0,8 procentpunt tot 26,0% in 2024 tegenover 26,7% in 2023 is voornamelijk door de verandering in de belastbare winst per land. toelichting P7 Onderliggende winst uit beëindigde bedrijfsactiviteiten De winst uit beëindigde bedrijfsactiviteiten in de geconsolideerde winst-en-verliesrekening bestaat uit de volgende componenten (2023 – van 1 januari 2023 tot en met 8 december 2023). (in € mln) 2023 Omzet 6 656 waarvan andere dan van kernactiviteiten 167 waarvan netto-omzet 6 489 Kostprijs van de omzet -4 357 Brutomarge 2 299 Commerciële kosten -272 Administratieve kosten -466 Kosten van onderzoek en ontwikkeling -318 Overige operationele winsten en (verliezen) -132 Winst uit geassocieerde deelnemingen en joint ventures 18 Resultaat uit portefeuillebeheer en belangrijke herstructurering -53 Resultaat uit historische sanering en belangrijke juridische geschillen -274 EBIT 802 Lasten van schulden -54 Renteopbrengsten uit leningen en termijnbeleggingen 14 Overige financieringswinsten en (verliezen) -22 Disconteringskosten van de voorzieningen -20 Resultaat van eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde 3 Winst / verlies van het jaar vóór belastingen 723 Belastingen -242 Winst van het jaar uit beëindigde bedrijfsactiviteiten 481 Winst op partiële splitsing volgens IFRIC 17 1 651 Winst van het jaar uit beëindigde bedrijfsactiviteiten met de winst op de Partiële Splitsing 2 132 toelichting P8 Investeringsuitgaven (in € mln) 2024 2023 Verwerving (-) van materiële vaste activa a -272 -967 waarvan investeringsuitgaven vereist voor de Partiële Splitsing en uitgesloten van Vrije Kasstroom - 57 Verwerving (-) van immateriële vaste activa b -13 -97 waarvan kapitaaluitgaven vereist voor de partiële splitsing en uitgesloten van vrije kasstroom 2 - Betaling van leaseverplichtingen c -63 -112 Kapitaalinvesteringen d=a+b+c -347 -1 119 Kapitaalinvesteringen in beëindigde bedrijfsactiviteiten e - -669 Kapitaalinvesteringen in voortgezette bedrijfsactiviteiten f=d-e -347 -450 Kapitaalinvesteringen in Peroxidos do Brasil g -8 N/A Onderliggende kapitaalinvesteringen in voortgezette bedrijfsactiviteiten h=f+g -355 -450 Basic Chemicals -234 -294 Performance Chemicals -90 -121 Corporate -31 -35 Onderliggende EBITDA i 1 052 1 246 Basic Chemicals 786 950 Performance Chemicals 324 371 Corporate -58 -75 Onderliggende kasstroomomzetting (voortgezette bedrijfsactiviteiten) j = (h+i)/i 66,3% 63,9% Basic Chemicals 70,2% 69,0% Performance Chemicals 72,3% 67,5% De onderliggende kapitaalinvesteringen in voortgezette bedrijfsactiviteiten bedroegen €355 miljoen in 2024, een daling van -21% ten opzichte van €450 miljoen in 2023. De onderliggende kasstroomomzetting steeg tot 66,3%, +2,4pp ten opzichte van 63,9% in 2023. Meer informatie over de belangrijkste investeringsprojecten is beschikbaar in de Jaarrekening in TOELICHTING F16 Kasstromen uit investeringsactiviteiten - verwerving/vervreemding van activa en deelnemingen. toelichting P9 Vrije kasstroom (in € mln) 2024 2023 Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten a 615 1 911 waarvan vrijwillige bijdragen aan pensioenen b -30 -116 waarvan kasstroom betreffende portefeuillebeheer en niet inbegrepen in de vrije kasstroom c -87 -270 Kasstromen uit investeringsactiviteiten d -281 -1 792 waarvan kapitaaluitgaven vereist voor de partiële splitsing en uitgesloten van vrije kasstroom e -2 -57 Verwerving (-) van dochterondernemingen f - -2 Verwerving (-) van deelnemingen - Overige g -13 -12 Leningen aan geassocieerde & niet-geconsolideerde deelnemingen h 1 -4 Vervreemding (+) van dochterondernemingen en deelnemingen i 1 -718 Betaling van leaseverplichtingen j -63 -112 Vrije kasstroom k = a-b-c+d-e-f-g-h-i+j 400 1 187 Vrije kasstroom uit beëindigde bedrijfsactiviteiten l - 528 Vrije kasstroom van Peroxidos do Brasil m 17 - Ontvangen/(Betaalde) netto-interesten uit Peroxidos do Brasil n 4 - Ontvangen/(Betaalde) netto-interesten uit voortgezette bedrijfsactiviteiten o -57 1 Dividenden uitgekeerd aan minderheidsbelangen (voortgezette bedrijfsactiviteiten) p -4 -4 Betaalde coupons op eeuwigdurende hybride obligaties q - -95 Vrije kasstroom aan Solvay-aandeelhouders uit voortgezette bedrijfsactiviteiten r=k-l+m+n+o+p+q 361 561 Vrije kasstroom aan Solvay-aandeelhouders uit voortgezette bedrijfsactiviteiten (LTM) s 361 561 Dividenden uitgekeerd aan minderheidsbelangen (voortgezette bedrijfsactiviteiten) (laatste 12 maanden) t -4 -4 Onderliggende EBITDA (laatste 12 maanden) u 1 052 1 246 Onderliggende vrije kasstroomomrekeningsratio (laatste 12 maanden, voortgezette bedrijfsactiviteiten) v=(s-t)/u 34,6% 45,4% De vrije kasstroom voor aandeelhouders uit voortgezette bedrijfsactiviteiten bedroeg €361 miljoen in 2024 dankzij de solide EBITDA-prestaties en goede controle over het werkkapitaal, terwijl de kapitaalinvesteringen zoals gepland in het vierde kwartaal versnelden tot €355 miljoen in 2024. De kasuitgaven voor voorzieningen (€-193 miljoen) omvatten vooral hogere herstructurerings- en andere kosten dan vorig jaar, terwijl de kasuitgaven voor financiering lager waren door de timing van couponbetalingen van de nieuw uitgegeven obligaties. toelichting P10 Netto werkkapitaal (in € mln) 31 december 2024 31 december 2023 Voorraden a 623 642 Handelsvorderingen b 826 840 Overige kortlopende vorderingen c 396 462 Handelsschulden d -810 -850 Overige kortlopende verplichtingen e -458 -585 Netto werkkapitaal (IFRS) f = a+b+c+d+e 577 509 Netto werkkapitaal (Peroxidos do Brasil) g 24 - Onderliggende netto werkkapitaal h=f+g 601 509 Kwartaalomzet i 1 291 1 341 Kwartaalomzet op jaarbasis j = 4i 5 163 5 365 Onderliggende netto werkkapitaal / kwartaalomzet op jaarbasis k = h / j 11,6% 9,5% Het netto werkkapitaal als percentage van de omzet is in 2024 gestegen tot 11,6%, +2,1pp in vergelijking met een lagere basis van 9,5% in 2023 (wat het gevolg was van een zwakkere vraag rond het jaareinde, in combinatie met de effecten van de vereenvoudiging van onze portefeuille). toelichting P11 Onderliggende netto schuld (in € mln) 31 december 2024 31 december 2023 Langlopende financiële schulden a -1 983 -1 981 Kortlopende financiële schulden b -155 -211 IFRS Brutoschuld c = a+b -2 138 -2 192 Onderliggende brutoschuld d = c+h -2 099 -2 192 Overige financiële instrumenten e 16 118 Geldmiddelen & kasequivalenten f 539 584 Totale geldmiddelen en kasequivalenten g = e+f 555 703 IFRS nettoschuld i = c+g -1 583 -1 489 Nettoschuld van Peroxidos do Brasil h 39 Onderliggende nettoschuld j = i+h -1 544 -1 489 Onderliggende EBITDA (laatste 12 maanden) k 1 052 1 246 Onderliggende hefboomgraad l = -j/k 1,5 1,2 (in € mln) Netto schuld aan het einde van 2023 -1 489 Vrije kasstroom aan Solvay aandeelhouders 361 Dividenden aan Solvay aandeelhouders -256 Vrijwillige bijdragen aan pensioenen -30 Overnames & Vervreemdingen -12 Herwaarderingen, opsplitsingsproject, perimeterwijzigingen en overige -118 Netto schuld aan het einde van 2024 -1 544 De onderliggende netto financiële schuld bedroeg €1,5 miljard aan het einde van 2024, stabiel vergeleken met eind 2023. De onderliggende hefboomratio was 1,5x aan het einde van 2024. toelichting P12 Voorzieningen (in € mln) Voorzieningen aan het einde van 2023 -1 645 Betalingen 225 Netto nieuwe voorzieningen -250 Afwikkeling van voorzieningen -85 Vrijwillige bijdragen aan pensioenen 30 Rendement op activa 70 Herwaarderingen 94 Opsplitsingsproject, perimeterwijzigingen en overige 18 Voorzieningen aan het einde van 2024 -1 544 De voorzieningen bedroegen €1,5 miljard aan het eind van 2024 en omvatten €674 miljoen aan voorzieningen met betrekking tot personeelsbeloningen (voornamelijk pensioenen) en €511 miljoen aan milieuvoorzieningen. Meer informatie over de voorzieningen is beschikbaar in de Jaarrekening in TOELICHTING F31 Voorzieningen. toelichting P13 ROCE (in € mln) 2024 Berekend 2023 Berekend EBIT (LTM) a 732 926 Boekhoudkundige impact van de EUAs en van afschrijvingen van de toewijzing van de overnameprijs van verwervingen b -3 -7 Teller c = a+b 728 918 Werkkapitaal - industrieël d 696 533 Werkkapitaal - andere e -134 99 Materiële vaste activa f 2 184 2 152 Immateriële activa g 219 216 Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa h 281 273 Investeringen in geassocieerde deelnemingen & joint ventures i 77 417 Overige deelnemingen j 30 32 Goodwill k 782 783 Noemer l = d+e+f+g+h+i+j+k 4 135 4 506 ROCE m = c/l 17,6% 20,4% Het rendement op aangewend kapitaal (ROCE) bedroeg 17,6% in 2024, een daling met -2,8 pp ten opzichte van 20,4% in 2023 als gevolg van lagere EBIT. 3.4.Onderliggende cijfers per segment Overzicht van de segmenten (in € mln) 2024 2023 % joj % organisch Netto-omzet 4 686 4 880 -4,0% -4,0% Basic Chemicals 2 842 2 835 +0,2% -5,1% Soda Ash & Derivatives 1 907 2 093 -8,9% -8,8% Peroxides 935 742 +26,1% +3,4% Performance Chemicals 1 834 2 039 -10,1% -2,7% Silica 543 583 -6,8% -6,5% Coatis 631 646 -2,3% +4,1% Special Chem 660 810 -18,6% -5,3% Corporate 10 6 EBITDA 1 052 1 246 -15,6% -8,2% Basic Chemicals 786 950 -17,3% -19,1% Performance Chemicals 324 371 -12,7% +4,9% Corporate -58 -75 +22,5% n.m EBITDA-marge 22,5% 25,5% -3,1pp -1,0pp Basic Chemicals 27,7% 33,5% -5,9pp -4,8pp Performance Chemicals 17,7% 18,2% -0,5pp +1,3pp Kapitaalinvesteringen in voortgezette bedrijfsactiviteiten 355 450 -21,1% - Basic Chemicals 234 294 -20,5% Performance Chemicals 90 121 -25,6% Corporate 31 35 -10,7% Kasstroomomzetting (voortgezette bedrijfsactiviteiten) 66,3% 63,9% +2,4pp - Basic Chemicals 70,2% 69,0% +1,2pp Performance Chemicals 72,3% 67,5% +4,8pp Toelichting P14 Basic chemicals (in € mln) 2024 2023 % JoJ % Organisch Netto-omzet 2 842 2 835 -4,0% -4,0% Soda Ash & Derivatives 1 907 2 093 -8,9% -8,8% Peroxides 935 742 +26,1% +3,4% EBITDA 786 950 -17,3% -19,1% EBITDA-marge 27,7% 33,5% -5,9 pp - Kapitaalinvesteringen in voortgezette bedrijfsactiviteiten 234 294 -20,5% - Kasstroomconversie 70,2% 69,0% +1,2 pp - Bridge netto-omzet (in € mln) 2023 2 835 Perimeter & APM 177 Omrekening valuta -18 Volume & mix 202 Prijs -355 2024 2 842 2024 omvat €163 miljoen APM verandering. 2023 EBITDA aangepast met de nieuwe APM definitie zou €2 998 miljoen bedragen. De omzet van Basic Chemicals over het volledige jaar 2024 steeg met +0,2% (-5,1% organisch) in vergelijking met 2023, waarbij de positieve impact van conversie, perimeter en verandering in APM (+5,6%) en hogere volumes (+7,1%) tenietgedaan werd door de negatieve impact van de prijzen (-12,5%). De EBITDA voor het hele jaar daalde met -17,3% (-19,1% organisch), vooral door de lagere prijzen voor soda ash. De EBITDA-marge daalde tot 27,7%, -5,9 pp jaar op jaar (-4,8pp organisch). De omzet van Soda Ash & Derivatives sales daalde in 2024 met -8,9% (-8,8% organisch) door lagere prijzen voor natriumcarbonaat, terwijl de volumes voor zowel natriumcarbonaat als bicarbonaat toenamen. De vraag naar natriumcarbonaat was op jaarbasis hoger in de overzeese markt, maar dit werd gedeeltelijk tenietgedaan door de verminderde vraag naar verpakkingsglas, vooral in Europa. De vraag naar bicarbonaat werd ondersteund door de toepassingen voor veevoeder een rookgasbehandeling. De omzet van Peroxides steeg met +26,1%, inclusief de consolidatie van de omzet van Peroxidos do Brasil (+3,4% organisch). De volumes stegen in de handelsmarkt, vooral in de chemische, mijnbouw-, voeding- en desinfectie- en pulptoepassingen. De vraag was ook hoger in het HPPO- segment en voor elektronische peroxiden, voornamelijk in Azië. toelichting P15 Performance chemicals (in € mln) 2024 2023 % JoJ % Organisch Netto-omzet 1 834 2 039 -10,1% -2,7% Silica 543 583 -6,8% -6,5% Coatis 631 646 -2,3% +4,1% Special Chem 660 810 -18,6% -5,3% EBITDA 324 371 -12,7% +4,9% EBITDA-marge 17,7% 18,2% -0,5 pp - Kapitaalinvesteringen in voortgezette bedrijfsactiviteiten 90 121 -25,6% - Kasstroomconversie 72,3% 67,5% +4,8 pp - Bridge netto-omzet (in € mln) 2023 2 039 Perimeter & APM -107 Omrekening valuta -48 Volume en mix 23 Prijs -73 2024 1 834 Geen APM. De omzet van Performance Chemicals voor het volledige jaar 2024 daalde met -10,1% (-2,7% organisch) in vergelijking met 2023, met een negatieve impact van de perimeter en de conversie (-7,6%) en lagere prijzen (-3,6%), terwijl de volumes licht stegen (+1,1%). De EBITDA voor het volledige jaar daalde met -12,7% (organisch +4,9%) als gevolg van de positieve volume-impact en de zo goed als vlakke nettoprijzen. De EBITDA-marge kwam uit op 17,7%, -0,5pp jaar-op-jaar maar +1,3pp organisch. De verkoop van Silica is in 2024 afgenomen met -6,8% (-6,5% organisch), door lagere prijzen als gevolg van formule-indexeringen die gedeeltelijk werden gecompenseerd door hogere volumes. De vraag herstelde zich voornamelijk in de markten voor consumptie- en industriële goederen, maar was ook lichtjes hoger in de bandenmarkt, vooral in de eerste helft van het jaar. De omzet van Coatis daalde in 2024 met -2,3% jaar-op-jaar, maar steeg organisch met +4,1%, door hogere volumes, vooral in fenol en de algemene polyamideketen. De omzet van Special Chem in 2024 was lager op jaarbasis met -18,6% door de stopzetting van de thermische insulatie activiteiten, terwijl de organische omzet daalde met -5,3%. De volumes waren lichtjes lager, vooral voor zeldzame aardmetalen voor autokatalyse. toelichting P16 Corporate (in € mln) 2024 2023 % JoJ % Organisch Netto-omzet 10 6 n.m. n.m. EBITDA -58 -75 +22,5% n.m. Kapitaalinvesteringen in voortgezette bedrijfsactiviteiten 31 35 -10,7% - Voor het volledige jaar 2024 bedroeg de EBITDA €-58 miljoen, €+17 miljoen ten opzichte van 2023, en €+76 miljoen organisch, d.w.z. zonder de impact van de uitstap uit de energielevering activiteiten aan derden. Het negatieve effect van de inflatie werd grotendeels gecompenseerd door de structurele besparingen als gevolg van een afgeslankte organisatie, in combinatie met beperkte uitgaven voor discretionaire uitgaven en met de lagere voorzieningen voor het Dombasle Energy project (€-29 miljoen in 2024 vergeleken met €-49 miljoen in 2023). 3.5.Aansluiting van onderliggende en IFRS-maatstaven Naast IFRS-rekeningen presenteert Solvay ook onderliggende prestatie-indicatoren van de winst- en verliesrekening om een meer samenhangende en vergelijkbare indicatie te geven van de economische prestaties van Solvay. Deze cijfers passen de IFRS-cijfers aan voor de niet-contante impact van de boekhoudkundige toerekening van de overnameprijs (Purchase Price Allocation - PPA) die betrekking hebben op overnames, voor de coupons van eeuwigdurende hybride obligaties geklasseerd als eigen vermogen onder IFRS maar behandeld als schuld op onderliggende basis, en voor andere elementen om tot een indicator te komen die vervorming vermijdt en de waardering van prestaties en vergelijkbaarheid van resultaten in de tijd vergemakkelijkt. Jaar geconsolideerde winst- & verliesrekening 2024 2023 (in € mln) IFRS Aanpassingen Onderliggend IFRS Aanpassingen Onderliggend Omzet 5 130 146 5 276 6 024 - 6 024 waarvan andere dan van kernactiviteiten 590 - 590 1 145 - 1 145 waarvan netto-omzet 4 540 146 4 686 4 880 - 4 880 Kostprijs van de omzet -3 984 -96 -4 080 -4 642 - -4 642 Brutomarge 1 146 50 1 196 1 382 - 1 382 Commerciële kosten -93 -3 -96 -100 - -100 Administratieve kosten -326 -10 -336 -426 68 -357 Kosten van onderzoek & ontwikkeling -34 -1 -35 -47 - -47 Overige operationele opbrengsten & kosten -91 89 -2 15 -14 1 Resultaat van geassocieerde deelnemingen & joint ventures 38 -34 4 53 -7 46 Resultaat uit portefeuillebeheer en belangrijke herstructurering -134 134 - -550 550 - Resultaat uit historische sanering & belangrijke juridische geschillen -73 73 - -50 50 - EBITDA 795 257 1 052 701 545 1 246 Afschrijvingen & bijzondere waardeverminderingen van activa -362 42 -320 -423 102 -321 EBIT 433 299 732 278 647 926 Netto schuldenlasten -76 -15 -91 -41 16 -25 Coupons van eeuwigdurende hybride obligaties - - - - -70 -70 Disconteringskosten van de voorzieningen -15 -25 -41 -62 17 -45 Resultaat van eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde -22 22 - 4 -4 - Winst / verlies (-) van de periode vóór belastingen 320 280 600 180 606 786 Belastingen op het resultaat -87 -68 -155 -208 10 -198 Winst / verlies (-) van de periode uit voortgezette bedrijfsactiviteiten 233 212 445 -28 616 588 Winst / verlies (-) van de periode uit beëindigde bedrijfsactiviteiten - 2 2 2 132 -1 291 842 Winst / verlies (-) van de periode 233 214 447 2 105 -675 1 430 toegekend aan Solvay-aandeelhouders 223 209 432 2 093 -676 1 417 toegekend aan minderheidsbelangen 10 5 15 12 1 13 Gewone winst / verlies (-) per aandeel (in €) 2,12 1,99 4,11 20,09 -6,49 13,61 waarvan uit voortgezette bedrijfsactiviteiten 2,12 1,98 4,10 -0,36 5,91 5,55 waarvan uit beëindigde bedrijfsactiviteiten - 0,02 0,02 20,45 -12,39 8,06 Verwaterde winst / verlies (-) per aandeel (in €) 2,10 1,97 4,07 19,85 -6,41 13,44 waarvan uit voortgezette bedrijfsactiviteiten 2,10 1,95 4,06 -0,35 5,84 5,48 waarvan uit beëindigde bedrijfsactiviteiten - 0,02 0,02 20,20 -12,24 7,96 De omzet en kostprijs van de omzet (brutomarge) op IFRS-basis bedroegen €1 146 miljoen, tegenover €1 196 miljoen op onderliggende basis om rekening te houden met de overgang van vermogensmutatie naar proportionele consolidatie onder het aangepaste APM voor Peroxidos do Brasil. EBITDA op IFRS basis bedroeg €795 miljoen tegenover €1 052 miljoen op onderliggende basis. Het verschil van €257 miljoen wordt verklaard door de volgende aanpassingen aan de IFRS cijfers, waardoor de resultaten beter te vergelijken zijn: h€89 miljoen om het “Resultaat uit portefeuillebeheer & belangrijke herstructurering” aan te passen (exclusief afschrijvingen en waardeverminderingen), voornamelijk inclusief kosten in verband met het project van splitsing van de Groep in twee onafhankelijke, beursgenoteerde ondernemingen, en andere herstructureringsinitiatieven. h€73 miljoen om het “Resultaat van historische saneringen en belangrijke juridische geschillen” aan te passen, voornamelijk als gevolg van milieuvoorzieningen uit het verleden en juridische kosten voor grote rechtszaken. h €27 miljoen om de overgang van vermogensmutatie naar proportionele consolidatie volgens het aangepaste APM voor Peroxidos do Brasil aan te passen. EBIT op IFRS basis beliep €433 miljoen tegenover €732 miljoen op onderliggende basis. Het verschil van €299 miljoen wordt verklaard door de eerder vermelde €257 miljoen aanpassingen op EBITDA niveau en €42 miljoen aan “Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen”. Deze laatste bestaan uit: €45 miljoen voor de impact van bijzondere waardeverminderingen op andere onrendabele activa die opgenomen zijn in het “Resultaat uit portefeuillebeheer & belangrijke herstructurering”. Netto-financieringskosten op IFRS basis bedroegen €-113 miljoen vergeleken met €-132 miljoen op onderliggende basis. De aanpassingen van €-19 miljoen aan IFRS resultaten bestaan vooral uit: h€-25 miljoen in verband met het effect van een stijging van de disconteringsvoet op milieuvoorzieningen h€-21 miljoen in verband met de herwaardering van langetermijnbeloningsverplichtingen als gevolg van de Syensqo-aandelen. h€+22 miljoen in verband met de herwaardering van de Syensqo-aandelen tegen reële waarde. Belastingen op winst op IFRS basis waren €-87 miljoen, tegenover €-155 miljoen op onderliggende basis. De aanpassing van €-68 miljoen heeft voornamelijk betrekking op de hierboven beschreven aanpassingen van het resultaat vóór belastingen en voorzieningen voor latente belastingvorderingen met betrekking tot voorgaande perioden. De winst/verlies van de periode toegerekend aan Solvay aandeelhouders bedroeg €223 miljoen op IFRS basis, en €432 miljoen op onderliggende basis. De delta van €209 miljoen weerspiegelt de hiervoor vermelde aanpassingen aan EBIT, netto-financieringskosten en belastingen op winst. 3.6.Toelichtingen bij de cijfers per aandeel Historische kerncijfers aandeel 2024 2023 (1) Aantal aandelen (in 1000 aandelen) Uitgegeven aandelen op het einde van het jaar a 105 876 105 876 Eigen aandelen op het einde van het jaar b 1 411 862 Aandelen aangehouden door Solvac c 32 622 32 622 Uitstaande aandelen op het einde van het jaar d = a-b 104 465 105 014 Gemiddelde uitstaande aandelen (basisberekening) e 105 001 104 162 Gemiddelde uitstaande aandelen (verwaterde berekening) f 106 055 105 437 Cijfers per aandeel (in €) Eigen vermogen toerekenbaar aan Solvay-aandeel 13,75 12,43 Onderliggende winst van de periode (basis) g 4,11 13,61 IFRS winst van de periode (basis) h 2,12 20,09 IFRS winst van de periode (verwaterd) i 2,10 19,85 Bruto dividend (2) j 2,43 2,43 Netto dividend (2) k = j(1-30%) [3] 1,70 1,70 Aandelenkoers (in €) (4) Hoogste 39,35 27,73 Laagste 22,21 20,62 Gemiddelde 30,72 25,41 Op het einde van het jaar l 31,16 27,73 Koers-winstverhouding onderliggend m = l/g 7,58 2,04 Koers-winstverhouding IFRS n = l/h 14,70 1,38 Bruto dividendrendement o = j/l 7,8% 8,8% Netto dividendrendement p = k/l 5,5% 6,1% Effectenmarkt (4) Gemiddeld dagelijks volume (in 1.000 aandelen) 321 1 818 Volume op jaarbasis (in 1.000 aandelen) q 82 060 N/A [5] Volume op jaarbasis (in € mln) 2 417 N/A [5] Marktkapitalisatie, einde van het jaar (in € mln) r = ld/1000 3 255 2 912 Omloopsnelheid s = q/a 77,5% N/A [5] Omloopsnelheid aangepast voor vrij verhandelbare aandelen t = q/(a-b-c) 114,0% N/A [5] (1)Waar van toepassing hebben de financiële cijfers voor 2023 betrekking op voortgezette activiteiten. (2)Aanbevolen dividend voor 2024, in afwachting van goedkeuring door de algemene vergadering van aandeelhouders op 13 mei 2025. (3)Belgische roerende voorheffing van toepassing, 30% sinds 2017. (4)De beursgegevens zijn gebaseerd op alle door Euronext geregistreerde transacties; alle gegevens over de aandelenkoers zijn gebaseerd op de slotkoers van Euronext. Gegevens voor 2023 hebben betrekking op de periode van 11 december 2023 (na de partiële splitsing van de specialiteitenactiviteiten naar Syensqo) tot 31 december 2023. (5)Niet relevant voor 2023 aangezien de partiële splitsing slechts plaatsvond op 11 december 2023. Toelichting P17 Winst per aandeel 2024 2023 Winst toegerekend aan Solvay aandeel (in € mln) Onderliggende winst van de periode a 432 1 417 Onderliggende winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten b 430 578 IFRS winst van de periode c 223 2 093 IFRS winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten d 223 -37 Aantal aandelen (in 1000 aandelen) Uitgegeven aandelen op het einde van het jaar e 105 876 105 876 Eigen aandelen op het einde van het jaar f 1 411 862 Uitstaande aandelen op het einde van het jaar g = e-f 104 465 105 014 Gemiddelde uitstaande aandelen (basisberekening) h 105 001 104 162 Gemiddelde uitstaande aandelen (verwaterde berekening) i 106 055 105 437 Cijfers per aandeel (in €) Onderliggende winst van de periode (basis) j = a/h 4,11 13,61 Onderliggende winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten (basis) k = b/h 4,10 5,55 IFRS winst van de periode (basis) l = c/h 2,12 20,09 IFRS winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten (basis) m = d/h 2,12 -0,36 IFRS winst van de periode (verwaterd) p = c/i 2,10 19,85 IFRS winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten (verwaterd) q = d/i 2,10 -0,35 toelichting P18 Dividend De Raad van Bestuur heeft besloten om een totaal brutodividend van €2,43 per aandeel voor te stellen, onder voorbehoud van goedkeuring door de Aandeelhouders tijdens de Gewone Algemene Vergadering die gepland is op 13 mei 2025. Indien goedgekeurd en rekening houdend met het interim brutodividend van €0,97 per aandeel dat werd uitbetaald op 22 januari 2025, zal een slot brutodividend van €1,46 per aandeel worden uitbetaald op 21 mei 2025. 3.7.Vooruitzichten 2025 Voor 2025 wijst de huidige macro-economische en geopolitieke context niet op een significant herstel van de volumes in de belangrijkste eindmarkten van Solvay. Solvay verwacht dus dat de tendensen van de tweede helft van vorig jaar zich ten minste in het eerste semester zullen voortzetten. De nettoprijzen zouden weerbaar moeten blijven in vergelijking met 2024, met inbegrip van de impact van de jaarcontracten voor natriumcarbonaat. In het licht van deze externe dynamieken zal het management zich blijven concentreren op de transformatie van het bedrijf. Er wordt verwacht dat de kostenbesparingen tegen het einde van het jaar €200 miljoen zullen bedragen (tegenover €110 miljoen aan het einde van 2024), en dus zowel de inflatie als de tijdelijke Corporate gestrande kosten zullen compenseren, die in 2025 verwacht worden als gevolg van het beëindigen van de ‘Transition Service Agreement’ met Syensqo. In die context verwacht Solvay dat zijn onderliggende EBITDA over het hele jaar 2025 tussen €1,0 miljard en €1,1 miljard zal liggen (wat een organische groei vertegenwoordigt van -5 tot +5% bij een wisselkoers van 1,05 EUR/USD). De vrije kasstroom voor Solvay-aandeelhouders uit voortgezette bedrijfsactiviteiten zal naar verwachting ongeveer €300 miljoen bedragen. De investeringen zullen naar verwachting tussen €300 miljoen en €350 miljoen bedragen en de kasuitgaven voor voorzieningen zullen met meer dan €50 miljoen stijgen ten opzichte van vorig jaar, voornamelijk door de geplande betalingen voor het Dombasle energietransitieproject, waarvoor in voorgaande jaren al voorzieningen waren getroffen. 3.8.Financiële doelstellingen 2028 Solvay heeft een profiel dat het bedrijf in staat stelt door de jaren heen financiële prestaties te leveren die tot het beste kwartiel behoren en veerkrachtig zijn. Zijn gerichte strategie zal Solvay in staat stellen duurzame kasstromen en aantrekkelijke rendementen te blijven genereren en tegelijk de toekomstige groei van de onderneming voor te bereiden. Op de ‘Capital Markets Day’ in november 2023 kondigde Solvay doelstellingen op middellange termijn aan voor de periode 2024-2028. Na dit eerste succesvolle jaar na de spin-off bevestigt Solvay zijn traject voor 2028 en de volgende doelstellingen op middellange termijn: hOrganische onderliggende EBITDA-groei: bevestigd op ‘mid-single digit’ (in %, jaarlijks gemiddelde). Solvay verwacht dat deze groei zal worden aangedreven door zowel omzetgroei als kostenbesparingen. hGroei van de onderliggende EBITDA-marge (in %): bevestigd op mid tot hoge 20% (‘mid-to-high 20s’) hBruto besparingen op jaarbasis: verhoogd van €300 miljoen naar €350 miljoen. hROCE: stijging naar lage 20’s bevestigd (in %). Ten slotte vervangt Solvay zijn doelstelling voor de vrijekasstroomconversie ratio door het bestaande beleid voor Kapitaalallocatie, dat het engagement van de onderneming bevestigt om vrije kasstroom te genereren: hInvesteren in essentiële investeringen, die €250-300 miljoen per jaar zullen vertegenwoordigen, waarvan €30-35 miljoen investeringen in energietransitieprojecten hAandeelhouders belonen met stabiele tot stijgende dividenden, met een dividend van €260 miljoen in 2024 als uitgangspunt hVoorbereiden op de toekomst met prioriteit voor groei-investeringen op basis van betaalbaarheid en waardecreatie, met een mogelijkheid tot extra aandeelhoudersrendement 4.Corporate governance verklaring 4.1 Inleiding 4.2 Kernpunten van het jaar 4.3 Kapitaal, aandelen en aandeelhouders 4.3.1 Kapitaal 4.3.2 Aandeel Solvay 4.3.3 Aandeelhouders 4.3.4 Relaties met beleggers en analisten 4.4 Raad van bestuur en comités van de raad van bestuur 4.4.1 Raad van bestuur 4.4.2 Comités van de Raad van bestuur 4.5 Executive Leadership Team (ELT) 4.5.1 ELT 4.6 Remuneratieverslag 2024 4.6.1 Jaaroverzicht 4.6.2 Raad van bestuur 4.6.3 Beloning van het Executive Leadership Team (ELT) 4.6.4 Verklaringen van overeenstemming van de beloning van de voorzitter en de leden van het ELT 4.7 Belangrijkste kenmerken van risicobeheer, interne controle en interne audit 4.7.1 Rollen en verantwoordelijkheden 4.7.2 De controleomgeving 4.7.3 Het risicobeoordelingsproces 4.7.4 Controleactiviteiten 4.7.5 Toezicht op de interne controle 4.7.6 Informatie en communicatie 4.7.7 Interne audit 4.8 Externe audit 4.9 Afwijking van de Belgische Corporate Governance Code van 2020 4.10 Informatie die krachtens artikel 34 van het Belgische Koninklijke Besluit van 14 november 2007 openbaar moet worden gemaakt 4. Corporate governance verklaring 4.1.Inleiding Solvay nv ('Solvay' of de 'vennootschap') – met hoofdzetel in België en notering op Euronext Brussel en Euronext Parijs – verbindt zich ertoe de strengste Belgische praktijken en informatieverschaffing inzake Corporate Governance na te leven. Wij streven er consequent naar onze Corporate Governance te versterken, waarbij de nadruk ligt op transparantie en het bevorderen van een cultuur van duurzame waardecreatie op lange termijn in lijn met onze Purpose. De Raad van bestuur van Solvay is verantwoordelijk voor de strategische langetermijnvisie van de Solvay-groep en voor het toezicht op, de kritische toetsing van en de steun aan het Executive Leadership Team bij de uitvoering van de strategie van Solvay. In overeenstemming met de Belgische wetgeving leeft Solvay de principes en bepalingen van de Belgische Corporate Governance Code van 2020 (de 'Belgische Corporate Governance Code') na, die is gebaseerd op het principe 'pas toe of leg uit'. De Engelse, Franse en Nederlandse versies van de Belgische Corporate Governance Code zijn te vinden op de website van de Belgische Commissie Corporate Governance. De Raad van bestuur van Solvay heeft een Corporate Governance Charter aangenomen (het ‘Governance Charter’). Het Governance Charter is beschikbaar in het Engels, Frans en Nederlands op de corporate website van Solvay. Het beschrijft de belangrijkste aspecten van hoe Solvay Corporate Governance benadert, met inbegrip van de bestuursstructuur en de interne regels van de Raad van bestuur, zijn comités en van het Executive Leadership Team. Daarnaast publiceert Solvay in het Geïntegreerd Jaarverslag een Corporate Governance Verklaring, die de informatie bevat die het Belgische Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (hierna het ‘Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen’ of ‘WVV’) en de Belgische Corporate Governance Code voorschrijven. De Corporate Governance Verklaring bevat aanvullende feitelijke informatie over de praktijken van Solvay op het gebied van corporate governance en relevante wijzigingen daaraan, alsook nadere gegevens over de beloning van bestuurders en management en over relevante gebeurtenissen die in het afgelopen jaar hebben plaatsgevonden. Dit deel van het Geïntegreerde Jaarverslag vormt de Corporate Governance Verklaring van Solvay voor het jaar 2024. 4.2.Kernpunten van het jaar In 2024 heeft de Raad van bestuur van Solvay een doeltreffend toezicht gehouden op het nieuw samengestelde Executive Leadership Team (ELT) en constructieve input en steun gegeven bij een hele reeks relevante aangelegenheden in verband met strategische, duurzaamheids- en operationele prioriteiten. Een van de hoogtepunten van het jaar was het definiëren van onze nieuwe Purpose, Wij zijn essentiële chemie, maken vooruitgang mogelijk voor generaties die de basis vormt van de strategie en nieuwe cultuur van Solvay. De Raad van bestuur keurde de dubbele-materialiteitsanalyse onder CSRD goed, evenals de bijgewerkte duurzaamheidsdoelen van de Vennootschap en de nieuwe roadmap For Generations. Het ELT ging ook door met het implementeren van een ambitieus Transformatieprogramma, waarbij de organisatie een nieuwe vorm kreeg met een sterk besturingsmodel op centraal niveau. 4.3.Kapitaal, aandelen en aandeelhouders 4.3.1.Kapitaal Op 31 december 2024 bedroeg het aandelenkapitaal van Solvay € 236 583 447,18, vertegenwoordigd door 105 876 416 uitgegeven gewone aandelen. 4.3.2.Aandeel Solvay Het aandeel Solvay (SOLB.BE) is genoteerd op Euronext Brussel, wat de hoofdnotering is. Het heeft ook een secundaire notering op Euronext Parijs. Aandelen in Solvay worden ook onderhands verhandeld als een niet-gesponsord American Depository Receipt (ADR). Op 31 december 2024 was het aandeel Solvay opgenomen in de BEL20, de belangrijkste Belgische index. De Solvay-aandelen maken ook deel uit van andere belangrijke indexen, zoals de Euronext Next 150, SBF 120, STOXX Europe 600 Chemicals en andere indexen van onder meer de STOXX-, FTSE- of MSCI-families. Tussen 1 januari 2024 en 31 december 2024 bedroeg de gemiddelde slotkoers van het Solvay-aandeel €30,72, de koersvork €22,21 tot €39,35 en het gemiddelde dagelijkse handelsvolume zoals gerapporteerd door Euronext was 319.829. De slotkoers van het Solvay-aandeel op 31 december 2024 bedroeg €31,16 (tegenover €27,73 op 31 december 2023, d.w.z. een stijging van +12,4%). Koersen en handelsvolumes van het aandeel Solvay op Euronext van januari 2024 tot december 2024: 4.3.3.Aandeelhouders Aandeelhoudersstructuur Per 31 december 2024 was het kapitaal van Solvay vertegenwoordigd door 105 876 416 gewone aandelen. Aangezien er geen verschillende soorten aandelen bestaan, zijn aan alle aandelen van Solvay dezelfde rechten verbonden. Elk aandeel geeft recht op één stem, volgens het principe ‘één aandeel, één stem’. Gewone aandelen Solvay kunnen worden aangehouden als: hAandelen op naam: aandelen vertegenwoordigd door een inschrijving in het aandelenregister van Solvay, beheerd door de aandeelhoudersdienst van Solvay, of hGedematerialiseerde aandelen: aandelen vertegenwoordigd door een inschrijving op naam van de aandeelhouder in de boeken van een erkende bewaar- of afwikkelingsinstelling. Transparantieverklaringen zijn vereist door de Belgische wetgeving en/of in overeenstemming met de statuten van Solvay, wanneer de participatie de drempels van 3%, 5%, 7,5% of een veelvoud van 5% van de stemrechten van Solvay overschrijdt. Tenzij anders vermeld, verwijst punt 2.3.1 van dit Geïntegreerd Jaarverslag naar de theoretische stemrechten, rekening houdend met alle aandelen waaraan stemrechten verbonden zijn, zelfs indien de uitoefening van die rechten is opgeschort. Op 31 december 2024 hadden de volgende beleggers via transparantiemeldingen aangegeven dat ze de drempel van 3% hadden overschreden: Instellingen Stemrechten Equivalente financiële instrumenten Totaal Datum van kennisgeving Solvac 30,81% 0% 30,81% 9 augustus 2024 DME Adviseurs/DME Capital Management (Greenlight Capital) 5,21% 0% 5,21% 15 maart 2024 BNP Paribas Asset Management 3,07% 0% 3,07% 2 oktober 2024 Solvac De grootste aandeelhouder van Solvay is Solvac nv ('Solvac'). Solvac is een naamloze vennootschap naar Belgisch recht, opgericht in 1983. Uit haar jaarverslagen blijkt dat haar voornaamste activa bestaat uit aandelen in Solvay en Syensqo nv. De recentste kennisgeving van Solvac aan Solvay dateert van 9 augustus 2024 en geeft aan dat zij 32 621 583 aandelen van Solvay bezit, wat overeenkomt met 30,81% van het totale aantal door Solvay uitgegeven aandelen. De aandelen van Solvac worden verhandeld op Euronext Brussel. Het heeft ongeveer 14 000 aandeelhouders. Circa 2 400 van hen zijn verwant met de families die Solvay en Solvac hebben opgericht. Samen zouden zij ongeveer 77% van de aandelen van Solvac in handen hebben. Een aandeelhoudersovereenkomst met Solvac werd tot op heden niet nodig geacht. In het nieuwe bestuur van Solvay blijft de Vennootschap de evenredige vertegenwoordiging van Solvac in de Raad van Solvay verwelkomen als een teken van steun op lange termijn voor het nieuwe hoofdstuk en verdere succes van Solvay. Eigen aandelen Van tijd tot tijd verwerft Solvay eigen aandelen op de markt om te kunnen voldoen aan de leveringsverplichtingen van Solvay-aandelen die voortvloeien uit toekenningen van zijn PSU- en RSU-plannen (Performance Share Units en Restricted Share Units) en uit het aandelenplan voor werknemers. Op 31 december 2024 bezat Solvay in totaal 1 411 344 eigen aandelen, als volgt verdeeld: h1 149 924 Solvay-aandelen in het bezit van Solvay nv; en h261 420 Solvay-aandelen in het bezit van Solvay Stock Option Management SRL ("SSOM"), een 100% indirecte dochteronderneming van Solvay nv. Het stemrecht verbonden aan de aandelen in het bezit van Solvay Stock Option Management is van rechtswege geschorst. Aandelenplan voor werknemers In december 2021 kondigde Solvay een wereldwijd initiatief aan om werknemers aandelen te laten kopen, het Employee Share Purchase Program ("ESPP"), in samenspraak met het Solvay Global Forum, een wereldwijd orgaan voor werknemersvertegenwoordiging dat in 2015 werd opgericht en elk kwartaal samenkomt met het topmanagement van Solvay voor een toelichting en bespreking van de kwartaalresultaten van Solvay en om iedereen op de hoogte te houden van de belangrijkste nieuwe projecten. Het ESPP werd opgezet om de werknemers van de Solvay-groep meer inzicht te geven in de prestaties van Solvay en om hun gevoel van betrokkenheid bij en verantwoordelijkheid voor Solvay te versterken. In september 2022 hebben 6 105 werknemers ingetekend op het eerste aandelenplan voor werknemers. Na de partiële splitsing van de Specialty-activiteiten in december 2023 namen 1 907 actieve werknemers van Solvay deel aan het ESPP en ontvingen in oktober 2024 hun gratis en bijpassende Solvay-aandelen. Hoeveel gratis en/of aanvullende aandelen zij ontvingen, werd bepaald op basis van de gemiddelde slotkoers over 30 dagen van het Solvay-aandeel in verhouding tot de gecombineerde gemiddelde slotkoers over 30 dagen van het Syensqo-aandeel en het Solvay-aandeel. 4.3.4.Relaties met beleggers en analisten Solvay voert continu een open en constructieve dialoog met de beleggingsgemeenschap. Wij streven er altijd naar relevante en nauwkeurige informatie te verstrekken om een goed inzicht in onze activiteiten en strategie te bieden en de financiële gemeenschap te helpen haar eigen inschattingen en beoordelingen met kennis van zaken te vormen. Gedetailleerde informatie over onze bedrijfsactiviteiten, strategie en financiële prestaties is beschikbaar via diverse wettelijk voorgeschreven en andere publicaties, zoals het Geïntegreerde Jaarverslag, de financiële verslagen en persberichten, alsook via andere media, zoals webcasts, die beschikbaar zijn op onze website. Het Investor Relations-team (IR) onderhoudt het hele jaar door nauwe contacten met beleggers. Ook de CEO en CFO hechten veel belang aan contacten met de beleggingsgemeenschap. 4.3.4.1.Contacten met sell-sideanalisten Solvay wordt gevolgd door 19 sell-sideanalisten die regelmatig onderzoek publiceren over de Vennootschap. De actuele lijst van analisten is te vinden op de website van Solvay. Naast regelmatige individuele ontmoetingen, e-mails en telefoongesprekken organiseert Solvay driemaandelijkse conferentiegesprekken en webinars tussen de hogere kaderleden en de financiële gemeenschap na de publicatie van de resultaten van de Groep. Hoewel deze conferentiegesprekken specifiek gericht zijn op analisten, zijn ze live toegankelijk voor alle beleggers. Na afloop blijven ze als video en transcriptie beschikbaar op de website van Solvay. Wanneer de gelegenheid zich voordoet, bijvoorbeeld wanneer het Solvay-management roadshows voor beleggers organiseert of deelneemt aan beleggersconferenties, worden van tijd tot tijd ook persoonlijke ontmoetingen met analisten georganiseerd in belangrijke financiële centra. In juni 2024 organiseerde Solvay een webinar over zijn segment Performance Chemicals om zijn activiteiten Silica, Coatis en Special Chem voor te stellen. Het benadrukte ook de veerkracht van deze activiteiten en de mogelijkheden die ze bieden om toekomstige groei te realiseren. 4.3.4.2.Interacties met beleggers en aandeelhouders Solvay heeft vooral contact met institutionele beleggers na de bekendmaking van de kwartaal-, halfjaar- en jaarresultaten. Solvay heeft in 2024 deelgenomen aan tal van evenementen, ook met hogere kaderleden. Dit omvatte 20 conferenties en roadshows in landen in Europa en Noord-Amerika, evenals virtuele bijeenkomsten in aanvulling op deze evenementen. Bij veel van de ontmoetingen met de financiële gemeenschap waren de CEO en CFO van Solvay aanwezig. Zij bespraken verschillende onderwerpen, waaronder de kwartaalcijfers, de marktomstandigheden, de vooruitzichten voor het lopende jaar en de strategie voor de middellange termijn. Bovendien houdt Solvay ook regelmatig vergaderingen met zijn referentieaandeelhouder, Solvac. In 2024 gaf de CEO twee presentaties aan de Raad van bestuur van Solvac, na de halfjaar- en jaarresultaten van de Solvay-groep. Ten slotte heeft Solvay regelmatig contact met individuele beleggers en aandeelhouders. In 2024 nam het IR-team deel aan de VFB Happening, een evenement voor individuele beleggers in Antwerpen, België. 4.3.4.3.Interacties met volmachtadviseurs, aandeelhouders stewardship teams, leveranciers van ESG-onderzoek en ESG-analisten Het management van het bedrijf heeft regelmatig contact met de volmachtadviseurs, de stewardshipteams van institutionele beleggers en aanbieders van ESG-onderzoek en ESG-beleggers. Het doel van deze oefening is een update te geven van de belangrijkste evoluties en engagementen van Solvay op het vlak van bestuur en/of ESG. In 2024 bespraken we onder meer: hde impact van het splitsingsproject: werknemersbetrokkenheid, cultuur, prestaties, bestuur; hde definitie en werking van de Raad van bestuur; hde ESG-roadmap en -resultaten; en hhet beloningsbeleid van de vennootschap na de partiële splitsing: wat is er al veranderd en wat zijn de geplande evoluties. Solvay beschouwt deze engagementen ook als een kans om inzicht te krijgen in de veranderingen in de methodologieën en het beleid gebruikt door de stewardship teams en onderzoeksleveranciers en ook om actief hun feedback te vragen over hoe Solvay zijn ESG-praktijken en bekendmakingen kan verbeteren. 4.4.Raad van bestuur en comités van de raad van bestuur 4.4.1.Raad van bestuur 4.4.1.1.Structuur en samenstelling Over de samenstelling en werking van de Raad van bestuur wordt voortdurend gewaakt om ervoor te zorgen dat de juiste profielen vertegenwoordigd zijn, met de vaardigheden en ervaring die nodig worden geacht om de bedrijfs- en duurzaamheidsstrategie van Solvay aan te sturen. •Dhr. Pierre Gurdjian (voorzitter en onafhankelijk bestuurder) •Mevr. Aude Thibaut de Maisières (ondervoorzitter) •Dhr. Philippe Kehren (uitvoerend bestuurder en Chief Executive Officer) •Dhr. Thomas Aebischer (onafhankelijk bestuurder) •Dhr. Thierry Bonnefous •Dhr. Yves Bonte (onafhankelijk bestuurder) •Dhr. Wolfgang Colberg (onafhankelijk bestuurder) •Dhr. Melchior de Vogüé •Mevr. Marjan Oudeman (onafhankelijk bestuurder) •Mevr. Annette Stube (onafhankelijk bestuurder) Door Solvac aan de vennootschap voor benoeming voorgedragen bestuurder. Per 31 december 2024 bestond de Raad bijgevolg uit tien bestuurders en had hij de volgende kenmerken: hDe rol van voorzitter van de Raad en CEO zijn gescheiden; hNegen van de tien bestuurders zijn niet-uitvoerende bestuurders, die diverse competenties vertegenwoordigen, zoals gemarkeerd in de matrix van de vaardigheden en kwalificaties van de bestuurders hieronder (cfr pagina 59); hDrie van de 10 bestuurders (30%) zijn vrouwen. hZes van de tien (60%) bestuurders worden beschouwd als onafhankelijke niet-uitvoerende bestuurders volgens de criteria bepaald door de Belgische Corporate Governance Code en zijn ook als dusdanig erkend door de respectieve gewone en buitengewone algemene vergaderingen waarop zij werden verkozen. Drie van de tien bestuurders werden benoemd op voordracht van Solvac. hElk van de tien leden van de Raad van bestuur heeft een mandaat van vier jaar. hIn de Raad van bestuur zijn zes verschillende nationaliteiten vertegenwoordigd. Onderstaande tabel bevat informatie over de leden van de Raad van bestuur per 31 december 2024: ✪ Jaar van aanstelling ☑ Aanwezigheid bij vergaderingen van de Raad in 2024 Pierre Gurdjian Voorzitter van de Raad van bestuur Onafhankelijk bestuurder Belg / Geboren in: 1961 ✪ 2022 ☑ 8/8 Mandaten bij Solvay nv: Voorzitter van de Raad van bestuur Voorzitter van het comité financiën Lid van het remuneratiecomité en het benoemingscomité Einddatum bestuursmandaat: 2026 Diploma's: Diploma Handelsingenieur van de Vrije Universiteit Brussel (VUB), (België) MBA van Harvard Business School, (VS) Andere rollen: Bestuurder bij Lhoist; Bestuurder bij Muziekkapel Koningin Elisabeth, België Medeoprichter van ‘40 under 40’, een Belgisch platform voor de ontwikkeling van maatschappelijke leiders Bestuursfuncties in bedrijven: Bestuurder bij UCB nv Aude Thibaut de Maisières Niet-onafhankelijk bestuurder Belg /Geboren in: 1975 ✪ 2020 ☑ 7/8 Mandaten bij Solvay nv: Ondervoorzitter van de Raad van bestuur Voorzitter van het ESG-comité Lid van het benoemingscomité en het remuneratiecomité Einddatum bestuursmandaat: 2028 Diploma's: MBA van de Columbia Business School, New York, (VS) MSc van de London School of Economics, Londen, (VK) MA van de Université de La Sorbonne, Parijs, (Frankrijk) Andere rollen: Bestuurder bij Paradigm Capital Value Fund SICAV Medeoprichter en gedelegeerd bestuurder, Sonic Womb Productions Limited Bestuursfuncties in bedrijven: Geen Philippe Kehren Uitvoerend bestuurder Frans /Geboren in: 1971 ✪ 2023 ☑ 8/8 Mandaten bij Solvay nv: Voorzitter van het Executive Leadership Team Lid van het comité financiën en ESG-comité. Einddatum bestuursmandaat: 2027 Diploma's: Master of Science in Chemical Engineering van de University of Wisconsin – Madison (VS) Bachelor in aardolietechniek (spec. in raffinage, techniek en gas) van de Franse École Nationale Supérieure du Pétrole et des Moteurs – Parijs (Frankrijk) Bachelor in de ingenieurswetenschappen van de École Polytechnique – Parijs (Frankrijk) Andere rollen: Geen Bestuursfuncties in bedrijven: Geen Thomas Aebischer Onafhankelijk bestuurder Zwitsers / Geboren in: 1961 ✪ 2023 ☑ 8/8 Mandaten bij Solvay nv: Voorzitter van het audit- en risicocomité Lid van het comité financiën Einddatum bestuursmandaat: 2027 Diploma's: Advanced Management Program, Harvard Business School (VS) Trustee Exams en School for Swiss Certified Accountants, Zürich (Zwitserland) Andere rollen: Voorzitter van het auditcomité en ondervoorzitter van de Raad van bestuur dormakaba, Rümlang, CH Voorzitter van het auditcomité van de Raad van bestuur van Sika AG, Baar, CH Bestuursfuncties in bedrijven: Bestuurder van dormakaba, Rümlang, CH Lid van de Raad van bestuur van Sika AG, Baar, CH Thierry Bonnefous Niet-onafhankelijk bestuurder Frans /Geboren in: 1979 ✪ 2023 ☑ 8/8 Mandaten bij Solvay nv: Lid van het ESG-comité Einddatum bestuursmandaat: 2027 Diploma's: Master of Engineering, Science and Technology van École Polytechnique - Parijs (Frankrijk) Master of Science in Project-, Innovatie- en Designmanagement van École Polytechnique, École des Mines en École des Ponts - ParisTech (Frankrijk) INSEAD - Advanced Management Executive Programme (Singapore & Frankrijk) Andere rollen: Digital Train Program Director bij Alstom Bestuursfuncties in bedrijven: Geen Yves Bonte Onafhankelijk bestuurder Belg /Geboren in: 1961 ✪ 2023 ☑ 8/8 Mandaten bij Solvay nv: Lid van het benoemingscomité en het remuneratiecomité Einddatum bestuursmandaat: 2027 Diploma's: Postgraduaat in bedrijfskunde, bestuur en management en Master burgerlijke ingenieurswetenschappen (metallurgie en materiaaltechniek) van de Katholieke Universiteit Leuven (België) International Directors Programme aan de INSEAD Business School – Parijs (Frankrijk) Andere rollen: Voorzitter van de Raad van bestuur en Chief Executive Officer bij Domo Chemicals nv Voorzitter van de Raad van bestuur bij Domo Chemicals Holding nv Bestuursfuncties in bedrijven: Geen Wolfgang Colberg Onafhankelijk bestuurder Duits /Geboren in: 1959 ✪ 2021 ☑ 8/8 Mandaten bij Solvay nv: Voorzitter van het remuneratiecomité Lid van het audit- en risicocomité, het comité financiën en het benoemingscomité Einddatum bestuursmandaat: 2025 Diploma's: PhD in Politieke wetenschappen (Business Administration and Business Informatics) van de University of Kiel (Duitsland) Andere rollen: Voorzitter van AMSilk GmbH (Duitsland) Bestuurder bij Fire (BC) Holdco Ltd.(VK) Industriële partner bij Capmont (Duitsland) Bestuursfuncties in bedrijven: Bestuurder bij Thyssenkrupp AG en Burelle SA Marjan Oudeman Onafhankelijk bestuurder Nederlands / Geboren in: 1958 ✪ 2015 ☑ 8/8 Mandaten bij Solvay nv: Voorzitter van het benoemingscomité Lid van het audit- en risicocomité Lid van het ESG-comité en het remuneratiecomité Einddatum bestuursmandaat: 2027 Diploma's: Diploma in de rechten van de Rijksuniversiteit Groningen (Nederland) Master in Business Administration van de University of Rochester New York (VS) en Erasmus Universiteit Rotterdam (Nederland) Andere rollen: Bestuurder bij SHV Holdings nv en KLM nv Voorzitter van Groenvermogen, Nederlands innovatiefonds voor groene waterstof Bestuursfuncties in bedrijven: Bestuurder bij UPM-Kymmene Oyi Annette Stube Onafhankelijk bestuurder Deens /Geboren in: 1967 ✪ 2023 ☑ 7/8 Mandaten bij Solvay nv: Lid van het ESG-comité Einddatum bestuursmandaat: 2027 Diploma's: Master in de psychologie (spec. in organisatieontwikkeling) van de Universiteit van Kopenhagen (Denemarken) Andere rollen: Lid van de Raad van bestuur van het WWF (Denemarken) Chief Sustainability Officer bij de LEGO-groep Bestuursfuncties in bedrijven: Geen Melchior de Vogüé Niet-onafhankelijk bestuurder Frans /Geboren in: 1962 ✪ 2023 ☑ 8/8 Mandaten bij Solvay nv: Lid van het audit- en risicocomité en het comité financiën Einddatum bestuursmandaat: 2027 Diploma's: Master in bedrijfskunde, bestuur en management van de École des Hautes Études Commerciales – Parijs (Frankrijk) Master in bedrijfskunde, bestuur en management van de Université Paris IX-Dauphine (Frankrijk) Certificering als analist van de Société Française des Analystes Financiers – Parijs (Frankrijk) Andere rollen: Bestuurder bij Centre Médical de Bligny Chief Financial Officer van de Etex-groep Bestuursfuncties in bedrijven: Bestuurder en voorzitter van het risico- en auditcomité van Solvac nv 4.4.1.2.Matrix van de vaardigheden en kwalificaties van de bestuurders De leden van de Raad brengen samen de brede waaier van competenties en ervaringen mee die nodig is om de langetermijnstrategie van de Solvay-groep te ontwikkelen en te overzien. De tabel met competenties en kwalificaties van bestuurders geeft daarvan een overzicht. De competenties en ervaring van de Raad van bestuur variëren van internationale industrieën en markten – vaak op directieniveau – tot functionele domeinen zoals human resources. Deze matrix helpt ook het benoemingscomité om samen met de Raad van bestuur de competenties en ervaring te identificeren die nodig zijn om de zakelijke en duurzaamheidsstrategie van Solvay aan te sturen wanneer nieuwe bestuurders in overweging worden genomen. De competenties en ervaring van iedere bestuurder zijn weergegeven in onderstaande tabel met competenties en kwalificaties van bestuurders. Chemiesector Financiën Corporate Governance Industrie Onderzoek en ontwikkeling Digitaal/IT Human Resources ESG Internationale ervaring Pierre Gurdjian X X X X X X Philippe Kehren X X X X X X Thomas Aebischer X X X X X X Thierry Bonnefous X X X X X Yves Bonte X X X X X X X Wolfgang Colberg X X X X X X X Marjan Oudeman X X X X X X X X Annette Stube X X X X X Aude Thibaut de Maisières X X X X X X Melchior de Vogüé X X X X X X 4.4.1.3.Diversiteit in de Raad van bestuur Solvay hecht veel belang aan diversiteit in zijn bestuur, ook op het gebied van geslacht, leeftijd, nationaliteit, ervaring, opleiding en vaardigheden. Meer informatie over de kwalificaties en ervaring van de bestuurders is te vinden in de punten 4.4.1.1 en 4.4.1.2. De samenstelling van de Raad van bestuur voldoet aan de wettelijke vereisten die in België van toepassing zijn met betrekking tot genderdiversiteit, hoewel de Raad van bestuur van mening is dat dit de minimumdrempel is waaraan moet worden voldaan en de Raad van bestuur de vereisten van zijn institutionele beleggers en volmachtadviseurs voortdurend zal evalueren. Het engagement van Solvay voor diversiteit in de Raad van bestuur blijkt bovendien ook uit de criteria voor de benoeming van bestuurders die zijn vermeld in punt 5.2.3 van het Governance Charter, dat beschikbaar is op de groepswebsite van Solvay. 4.4.1.4.Werking hDe statuten bepalen dat de Raad van bestuur zo vaak vergadert als de belangen van de vennootschap vereisen. De Raad wordt bijeengeroepen door de voorzitter of, bij afwezigheid van de voorzitter, de ondervoorzitter of een bestuurder belast met het dagelijkse bestuur. De Raad van bestuur wordt bijeengeroepen telkens wanneer het Executive Leadership Team, een bestuurder belast met het dagelijkse bestuur of drie bestuurders daarom verzoeken. Meer informatie over de werking van de Raad van bestuur is te vinden in het Corporate Governance Charter. hIn 2024 hield de Raad acht vergaderingen, waarvan de meeste fysiek. Onderstaande tabel toont het individuele aanwezigheidspercentage van bestuurders op vergaderingen van de Raad van bestuur in 2024. Raad van bestuur 8 bijeenkomsten in 2024 Aanwezigheid •Dhr. Pierre Gurdjian: 8/8 •Mevr. Aude Thibaut de Maisières: 7/8 •Dhr. Philippe Kehren: 8/8 •Dhr. Thomas Aebischer: 8/8 •Dhr. Thierry Bonnefous: 8/8 •Dhr. Yves Bonte: 8/8 •Dhr. Wolfgang Colberg:8/8 •Dhr. Melchior de Vogüé: 8/8 •Mevr. Marjan Oudeman: 8/8 •Mevr. Annette Stube: 7/8 Belangrijkste gespreksonderwerpen, beoordelingen en beslissingen •Bedrijfsupdates, inclusief een overzicht van de prestaties van de vennootschap, belangrijke projecten en uitdagingen in de markt, evenals geopolitieke en macro-economische ontwikkelingen; bezoek aan de vestiging in Rheinberg •Een Onboarding-sessie waarin de Raad van bestuur vertrouwd werd gemaakt met de vennootschap, de portefeuille en het bestuur, en een Strategische sessie gericht op de strategie in relatie tot de nieuwe perimeter van de Groep, het middellangetermijnprestatietraject van de Groep, de toewijzing van kapitaaluitgaven en de duurzaamheidsambitie en -strategie •Begroting, geconsolideerde resultaten en financieel profiel, investeringen en initiatieven voor kapitaalallocatie, vereenvoudigingen van IAS 34 Tussentijdse financiële verslaggeving, interim-dividend, uitgifte van ongedekte senior obligaties met vaste rente van 1,5 mld euro, verlenging van kredietfaciliteitovereenkomsten, inkoopprogramma eigen aandelen •Dubbele-materialiteitsanalyse onder CSRD en bijgewerkte duurzaamheidsdoelen •Intern auditplan, groepsrisico's, algeheel risicobeheer en naleving •Bestuur en relatie met Solvac, zelfevaluatie bestuur, cultuur en mensen, opvolgingsplanning •Bestuurs- en directievergoedingen •Updates over veiligheid, het transformatieprogramma en het bedrijfsmodel 4.4.1.5.Informatieverschaffing op grond van artikel 7:96 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen Op 11 maart 2024 werd de procedure van artikel 7:96 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen met betrekking tot belangenconflicten toegepast door de Raad van bestuur met betrekking tot de beloning van Philippe Kehren, Chief Executive Officer van de Vennootschap, en Pierre Gurdjian, Voorzitter van de Raad van bestuur, als volgt: "Philippe Kehren verklaarde dat hij een belangenconflict had, zoals bepaald in artikel 7:96 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, met betrekking tot de resolutie over zijn beloningspakket, prestatiedoelstellingen en de uitbetaling van de kortetermijnbonus 2023. Pierre Gurdjian verklaarde ook dat hij een tegenstrijdig belang had, zoals uiteengezet in artikel 7:96 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, met betrekking tot de beslissing over de beloning van de Raad van bestuur voor de Voorzitter. Wolfgang Colberg gaf de Raad van bestuur een update over de vergadering van het remuneratiecomité. Hij gaf aan dat het comité een uitgebreide vergadering had waarin veel complexe onderwerpen aan de orde kwamen, vooral vanwege de partiële splitsing. Mark van Bijsterveld heeft de Raad van bestuur verder geïnformeerd over de volgende onderwerpen volgens de vooraf gelezen documentatie en de volgende discussies werden gevoerd over de verschillende onderwerpen: (...) Beloningspakket CEO, prestatiedoelstellingen en uitbetaling van kortetermijnbonus 2023: Bevestigd werd dat het pakket is samengesteld op basis van de nieuwe referentiegroep en goedgekeurd door de vorige Raad van bestuur vóór de partiële splitsing en in overeenstemming is met het beloningsbeleid. BESLUIT Na besprekingen keurde de Raad van bestuur (i) het compensatiepakket voor de CEO, (ii) de prestatiedoelstellingen van de CEO en (iii) de uitbetaling van de kortetermijnbonus 2023 van de CEO goed, met dien verstande dat Philippe Kehren in dit verband niet heeft gestemd. (...) Beloning voor de voorzitter: Aanbeveling om de vergoedingen voor de Raad van bestuur en de comités samen te voegen in de beloning voor de voorzitter van de Raad van bestuur. BESLUIT Na besprekingen heeft de Raad van bestuur de nieuwe beoogde vergoeding voor de voorzitter goedgekeurd, die zal worden voorgelegd aan de jaarlijkse algemene vergadering van 2024 en zal ingaan op 1 januari 2024, met dien verstande dat Pierre Gurdjian in dit verband niet heeft gestemd." 4.4.1.6.Evaluatie In overeenstemming met het Governance Charter evalueert de Raad, onder leiding van de voorzitter van de Raad van bestuur en de voorzitter van het benoemingscomité, op regelmatige basis zijn samenstelling, zijn werking, zijn informatie-uitwisseling en interacties met de directie en de samenstelling en werking van de comités die hij heeft opgericht. De leden van de Raad van bestuur worden uitgenodigd om over deze verschillende punten hun mening te geven. Bovendien wordt de evaluatie om de drie jaar uitgevoerd onder leiding van een externe consultant. Het benoemingscomité, samen met een externe consultant indien van toepassing, analyseert het resultaat van de evaluatie en legt conclusies en aanbevelingen voor aan de Raad van bestuur. Na afloop van dit evaluatieproces beslist de Raad van bestuur over verbeteringen die mogelijk kunnen worden aangebracht. In 2024 werd een interne zelfevaluatie van de Raad van bestuur uitgevoerd en de volgende externe evaluatie is gepland in 2025. 4.4.1.7.Introductie en permanente opleiding van de bestuurders Er bestaat een introductieprogramma voor nieuwe bestuurders. Daarin komen de strategie, de activiteiten en het bestuur van de Groep aan bod. De Raad is ook actief betrokken bij duurzaamheid. Naast de regelmatige updates die worden verstrekt door het ESG-comité, vindt er elk jaar een specifieke sessie plaats waarin een stand van zaken wordt gegeven van verschillende thema's door de duurzaamheidsteams om een beter inzicht te krijgen in de sterke en zwakke punten van de Groep en om de impact van opkomende trends op de activiteiten en prestaties van de Groep te bepalen. Het programma voor permanente vorming van de Raad voorziet ook in bezoeken aan vestigingen. Die bestaan uit ontmoetingen met het management en de lokale teams, bedrijfspresentaties en rondleidingen. 4.4.2.Comités van de Raad van bestuur De Raad van bestuur heeft de volgende permanente comités: het audit- en risicocomité, het comité financiën, het remuneratiecomité, het benoemingscomité en het ESG-comité. De samenstelling, rol en taken van de comités en hun interne regels zijn uiteengezet in het Governance Charter. De samenstelling van de belangrijkste comités wordt regelmatig geëvalueerd, onder meer om na te gaan of zij aan de verwachtingen van de markt en ons diverse aandeelhoudersbestand beantwoorden. Bij de lopende vernieuwing van de Raad kijken wij ook of we onafhankelijke leden kunnen toevoegen aan onze comités. Op de datum van dit verslag bestaan alle belangrijke comités (audit- en risicocomité, benoemingscomité en remuneratiecomité) uitsluitend uit niet-uitvoerende bestuurders, waarvan de meerderheid onafhankelijk is. Nog belangrijker is dat deze comités bestaan uit bestuurders die over de nodige ervaring en vaardigheden beschikken om een meerwaarde te leveren en hun mandaat doeltreffend te kunnen uitvoeren. De Group Corporate Secretary treedt op als secretaris van elk comité van de Raad. 4.4.2.1.Het audit- en risicocomité Samenstelling en werking Onderstaande tabel toont de samenstelling van het audit- en risicocomité alsook het aantal vergaderingen dat tijdens deze periode werd georganiseerd. Aantal vergaderingen 6 bijeenkomsten in 2024 Samenstelling •Dhr. Thomas Aebischer (Voorzitter) 6/6 •Dhr. Wolfgang Colberg 6/6 •Dhr. Melchior de Vogüé 6/6 •Mevr. Marjan Oudeman 6/6 Op 31 december 2024 was de samenstelling als volgt: hVier leden hDe CFO wordt uitgenodigd voor de vergaderingen. hAlle leden zijn niet-uitvoerende bestuurders, van wie de meesten onafhankelijk zijn. hAlle leden voldeden aan het competentiecriterium op grond van hun opleiding en de ervaring die zij in vorige functies hebben opgedaan. De interne regels van het audit- en risicocomité zijn uiteengezet in het Governance Charter. Activiteitenverslag Het audit- en risicocomité is in de loop van het boekjaar 2024 zes keer bijeengekomen en heeft hoofdzakelijk: hverslagen van de CFO, de Head of Group Internal Audit and Risks en de commissaris belast met de externe audit, EY Bedrijfsrevisoren BV (vertegenwoordigd door mevr. Marie Kaisin, vervolgens door dhr. Eric Van Hoof vanaf de Algemene Vergadering van Aandeelhouders die de jaarrekening van 2023 goedkeurde) besproken en beoordeeld. hde onafhankelijkheid, niet-auditdiensten, en doeltreffendheid van de externe commissaris, EY Bedrijfsrevisoren BV, besproken. hde controleaanpak voor de duurzaamheidsinformatie zoals vereist door CSRD, besproken. hhet kwartaalverslag van de Group General Counsel over belangrijke lopende juridische geschillen en rapporten besproken. 4.4.2.2.Het comité financiën Samenstelling en werking Onderstaande tabel toont de samenstelling van het comité financiën alsook het aantal vergaderingen dat tijdens deze periode werd georganiseerd. Aantal vergaderingen 4 bijeenkomsten in 2024 Samenstelling •Dhr. Pierre Gurdjian (Voorzitter) 4/4 •Dhr. Philippe Kehren (CEO) 4/4 •Dhr. Thomas Aebischer 3/4 •Dhr. Wolfgang Colberg 4/4 •Dhr. Melchior de Vogüé 4/4 Op 31 december 2024 was de samenstelling als volgt: hVijf leden hVier niet-uitvoerende bestuurders en de CEO hDe CFO wordt uitgenodigd voor de vergaderingen hAlle leden voldeden aan het competentiecriterium op grond van hun opleiding en de ervaring die zij in vorige functies hebben opgedaan. De interne regels van het comité financiën zijn uiteengezet in het Governance Charter. Activiteitenverslag Het comité financiën is in de loop van het boekjaar 2024 vier keer bijeengekomen en heeft hoofdzakelijk: hadvies en aanbevelingen verstrekt aan de Raad van bestuur over financiële zaken. Dit omvatte het bedrag van het interim- en slotdividend; het niveau, de voorwaarden en de valuta van de schuldenlast; de uitgifte van garanties; het toezicht op de kredietwaardigheid van de balans van de Solvay-groep; de afdekking van wisselkoersrisico's; de afdekking van onze langetermijn-incentiveplannen door een programma voor de terugkoop van aandelen; het risicobeheer en de afdekking van CO2-risico's (EUA); de inhoud van financiële communicatie; en een herfinanciering door de uitgifte van obligaties voor €1,5 miljard en de verlenging van kredietfaciliteiten. hde voorbereiding van de persberichten waarin de resultaten van de Solvay-groep worden aangekondigd, besproken en hierover aanbevelingen gedaan. 4.4.2.3.Het remuneratiecomité Samenstelling en werking Onderstaande tabel toont de samenstelling van het remuneratiecomité alsook het aantal vergaderingen dat tijdens deze periode werd georganiseerd. Aantal vergaderingen 4 bijeenkomsten in 2024 Samenstelling •Dhr. Wolfgang Colberg (Voorzitter) 4/4 •Dhr. Yves Bonte 4/4 •Dhr. Pierre Gurdjian 4/4 •Mevr. Marjan Oudeman 4/4 •Mevr. Aude Thibaut de Maisières 3/4 Op 31 december 2024 was de samenstelling als volgt: hVijf leden hAlle leden zijn niet-uitvoerende bestuurders, van wie de meesten onafhankelijk zijn. hDe Chief People Officer wordt uitgenodigd voor de vergaderingen, evenals de Chief Executive Officer (met uitzondering van de zaken die betrekking hebben op de Chief Executive Officer persoonlijk). hAlle leden voldeden aan het competentiecriterium op grond van hun opleiding en de ervaring die zij in vorige functies hebben opgedaan. De interne regels van het remuneratiecomité zijn uiteengezet in het Governance Charter. Activiteitenverslag Het remuneratiecomité is in de loop van het boekjaar 2024 vier keer bijeengekomen en heeft hoofdzakelijk: hhet remuneratieverslag van de vennootschap voor de Cororate Governance Verklaring in het jaarverslag besproken; hde beloningsniveaus voor leden van de Raad van bestuur en het ELT herzien, inclusief het voorstel om de vergoeding voor niet-uitvoerende bestuurders te wijzigen. hde beloning, de korte- en langetermijnbonussen en de prestatiebeoordeling van het ELT besproken. hde toekenning van langetermijnbonussen ('Performance Share Units' en aandelenopties) aan de hogere kaderleden van de vennootschap besproken; heen volledige herziening van het beloningsbeleid uitgevoerd met de steun van een onafhankelijke beloningsadviseur. Het bijgewerkte beloningsbeleid zal in mei 2025 ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. 4.4.2.4.Het benoemingscomité Samenstelling en werking Onderstaande tabel toont de samenstelling van het benoemingscomité alsook het aantal vergaderingen dat tijdens deze periode werd georganiseerd. Aantal vergaderingen 3 bijeenkomsten in 2024 Samenstelling •Mevr. Marjan Oudeman (Voorzitter) 3/3 •Dhr. Yves Bonte 3/3 •Dhr. Wolfgang Colberg 3/3 •Dhr. Pierre Gurdjian 3/3 •Mevr. Aude Thibaut de Maisières 3/3 Op 31 december 2024 was de samenstelling als volgt: hVijf leden hAlle leden zijn niet-uitvoerende bestuurders, van wie de meesten onafhankelijk zijn. hAlle leden voldeden aan het competentiecriterium op grond van hun opleiding en de ervaring die zij in vorige functies hebben opgedaan. De interne regels van het benoemingscomité zijn uiteengezet in het Corporate Governance Charter. Activiteitenverslag Het benoemingscomité is in de loop van het boekjaar 2024 drie keer bijeengekomen en heeft hoofdzakelijk: hde werkwijze en kwalificaties, waaronder de matrix voor vaardigheden en kwalificaties van bestuurders, het benoemingsproces en de beoordeling van de Raad van bestuur, herzien. htalentbesprekingen geleid en de opvolgingsplannen van het ELT en GLT beoordeeld om ervoor te zorgen dat de opvolging klaar is in geval van nood en behoeften op korte en middellange termijn. hupdates herzien en toezicht op de definitie en implementatie van het doel en de nieuwe cultuur van Solvay verschaft. 4.4.2.5.Het ESG-comité (Environmental, Social, Governance – milieu, maatschappij, bestuur) Samenstelling en werking Onderstaande tabel toont de samenstelling van het ESG-comité alsook het aantal vergaderingen dat tijdens deze periode werd georganiseerd. Aantal vergaderingen 5 bijeenkomsten in 2024 Samenstelling •Mevr. Aude Thibaut de Maisières (Voorzitter) 4/5 •Dhr. Thierry Bonnefous 5/5 •Dhr. Philippe Kehren 5/5 •Mevr. Marjan Oudeman 5/5 •Mevr. Annette Stube 5/5 Het ESG-comité werd in 2021 opgericht en wordt voortdurend geëvalueerd en bijgestuurd. In dit verband werden in het kader van de wijzigingen aan het Governance Charter na de partiële splitsing de respectieve rollen en opdrachten van het ESG-comité en het audit- en risicocomité met betrekking tot de ESG-KPI's nader gespecificeerd. Op 31 december 2024 was de samenstelling als volgt: hSamengesteld uit vijf leden, waaronder de CEO en niet-uitvoerende bestuurders hAlle leden voldeden aan het competentiecriterium op grond van hun opleiding en de ervaring die zij in vorige functies hebben opgedaan. De interne regels van het ESG-comité zijn uiteengezet in het Governance Charter. Activiteitenverslag In de loop van het boekjaar 2024 is het ESG-comité vijf keer bijeengekomen en heeft voornamelijk: hBegeleiding en aanbevelingen gegeven om de Raad van Bestuur te helpen bij het definiëren van het nieuwe duurzaamheidsprogramma “For Generations”: —Nadenken over het ESG-profiel van de Solvay-groep in het kader van zijn nieuwe activiteitenradius —Tijdens vier van zijn vergaderingen het ESG-beleid van de Solvay-groep, de vooruitgang en de efficiëntie ervan evalueren —De ESG-KPI's, drijfveren en filantropische acties op elkaar afstemmen hDe Raad van Bestuur geadviseerd om in lijn te zijn met de EU-richtlijn duurzaamheidsrapportage door bedrijven (CSRD), haar uitvoeringswetten en -regels en andere gelijkaardige wetten en regels: —Bespreken van de materiële Impacten, Risico's en Kansen die relevant zijn voor Solvay, zoals gedefinieerd door de CSRD, tijdens vier verschillende vergaderingen —Het aanbevelen van de onderwerpen voor de CSRD dubbele-materialiteitsanalyse goedgekeurd door de Raad van Bestuur. 4.5.Executive Leadership Team (ELT) 4.5.1.ELT Na de datum van partiële splitsing heeft de Raad de volgende leden van het Executive Leadership Team ('ELT') aangesteld: hDhr. Philippe Kehren (Chief Executive Officer) hDhr. Alexandre Blum (Chief Financial and Strategy Officer) hMevr. Lisa J. Brown (Group General Counsel en Corporate Secretary) hDhr. Lanny Duvall (Chief Operations Officer) hDr. Mark van Bijsterveld (Chief People Officer) Het ELT bestaat uit vijf leden, waarvan één vrouw, wat 20% van de ELT-leden vertegenwoordigt. Het ELT houdt maandelijkse 'deep dives', waarin personeelsbeleid, strategie, financiën, duurzaamheid, innovatie en andere gelet op de actualiteit relevante thema's grondig worden doorgelicht. In 2024 ondernam het Executive Leadership Team van Solvay heel wat initiatieven na de splitsing van de vennootschap, waaronder: heen Roadshow die bijna 90% bereikte door locaties over de hele wereld te bezoeken. hHet ELT-team lanceerde de nieuwe bedrijfscultuur, waarbij het doel en de kernovertuigingen opnieuw werden gedefinieerd om Solvay beter te positioneren in de markt, de transformatie te ondersteunen en de manier waarop we samenwerken vorm te geven. hHet heeft uitgebreid gewerkt aan het ontwikkelen en definiëren van de bedrijfsstrategie onder leiding van de Raad van bestuur. hHet heeft de duurzaamheidsambitie van Solvay herzien en opgefrist om de nieuwe perimeter van de bedrijfsactiviteiten te weerspiegelen. hHet versterkte de "Life Saving Rules" van Solvay in al onze activiteiten, om ervoor te zorgen dat onze werkplekken veilig en productief blijven. hHet definieerde en lanceerde een groepsbrede transformatie die kosten, werkwijzen en cultuur aanpakt en verbeterde en vereenvoudigde processen ondersteunt. hEr werd ook een duidelijk mandaat vastgesteld om digitaliseringsinitiatieven te nemen in de hele organisatie, met name in ons Star Factory-programma, met een duidelijk plan voor elke fabriek. Deze inspanningen effenen het pad voor een wendbaarder en digitaal uitgerust Solvay. Al deze verwezenlijkingen weerspiegelen de collectieve toewijding om Solvay om te vormen tot een eenvoudiger, competitiever en duurzamer bedrijf. Het ELT is in 2024 11 keer bijeengekomen om informatie uit te wisselen, om te beslissen over activiteiten en projecten binnen zijn mandaat, en om prioriteiten te stroomlijnen waardoor Solvay uitstekende resultaten kon behalen. Onderstaande tabel bevat informatie over de leden van het ELT per 31 december 2024: ✪ Jaar van aanstelling Philippe Kehren Chief Executive Officer Frans / Geboren in: 1971 ✪ 2023 Einddatum mandaat: 2027 Diploma's en belangrijkste activiteiten bij Solvay: Master of Science in Chemical Engineering van de University of Wisconsin – Madison (VS) Bachelor in aardolietechniek (spec. in raffinage, techniek en gas) van de Franse École Nationale Supérieure du Pétrole et des Moteurs – Parijs (Frankrijk) Bachelor in de ingenieurswetenschappen van de École Polytechnique – Parijs (Frankrijk) Voorzitter van het Executive Leadership Team Lid van het comité financiën en ESG-comité. Alexandre Blum Chief Financial and Strategy Officer Frans / Geboren in: 1973 ✪ 2023 Einddatum mandaat: 2027 Diploma's en belangrijkste activiteiten bij Solvay: Master's degree in Business Administration and Management van HEC (École des Hautes Etudes Commerciales) – Parijs (Frankrijk) Lid van het Executive Leadership Team en Chief Financial and Strategy Officer Lisa J. Brown Group General Counsel and Corporate Secretary Brits/Belgisch / Geboren in: 1978 ✪ 2023 Einddatum mandaat: 2027 Diploma's en belangrijkste activiteiten bij Solvay: LL.B. (Hons) Law van de University of Derby (VK) Diploma rechtspraktijk van de Nottingham Law School (VK) UK Chartered Trade Mark Attorney, Londen (VK) Lid van het Executive Leadership Team en Group General Counsel and Corporate Secretary Lanny Duvall Chief Operations Officer Amerikaans / Geboren in: 1968 ✪ 2023 Einddatum mandaat: 2027 Diploma's en belangrijkste activiteiten bij Solvay: Bachelor of Science, Chemical Engineering van de University of Washington, Seattle (VS) Lid van het Executive Leadership Team en Chief Operations Officer Mark van Bijsterveld Chief People Officer Nederlands / Geboren in: 1969 ✪ 2023 Einddatum mandaat: 2027 Diploma's en belangrijkste activiteiten bij Solvay: Doctor in de bedrijfskunde van de Radboud Universiteit – Nijmegen (Nederland) Master in de organisatiepsychologie van de Universiteit Leiden (Nederland) Lid van het Executive Leadership Team en Chief People Officer De rol, verantwoordelijkheden, samenstelling, procedures en evaluatie van het ELT worden in detail beschreven in het Corporate Governance Charter, dat te vinden is op de groepswebsite van Solvay. 4.6.Remuneratieverslag 2024 4.6.1.Jaaroverzicht Dit jaarlijkse remuneratieverslag markeert het eerste jaar van Solvay als een doelgerichte organisatie na de partiële splitsing. Dit cruciale jaar is gewijd aan het opbouwen van momentum, het leggen van de basis voor een transformatieve reis die Solvay vorm zal geven voor de komende generaties. Onze mensen zijn altijd al de kern van ons bedrijf geweest. Hun toewijding, samenwerking en gevoel van eigenaarschap zijn essentieel voor het creëren van vooruitgang voor generaties. Dit verslag beschrijft hoe we het nieuwe Solvay vormgeven en hoe we onze geloofwaardigheid aantonen door middel van belangrijke strategische initiatieven die ondersteund worden door onze beloningspraktijken. Bedrijfstransformatie: We zijn begonnen aan een actieve en veelomvattende bedrijfstransformatie die het succes van Solvay op lange termijn moet verzekeren door onze algemene positie als marktleider voor onze activiteiten te versterken, ons leiderschap op het gebied van kosten in de essentiële chemie-industrie verder te verbeteren en ervoor te zorgen dat we onze duurzaamheidsambities waarmaken in een snel evoluerende wereld. Deze transformatie omvat het standaardiseren en vereenvoudigen van onze bedrijfsprocessen voor meer efficiëntie, het optimaliseren van de toewijzing van middelen om de impact te maximaliseren en het strategisch investeren in belangrijke gebieden waar Solvay zijn unieke expertise kan aanwenden om duurzame waarde op lange termijn te creëren. Dit is niet zomaar een herstructurering; het is een fundamentele verschuiving naar een meer wendbaar, veerkrachtig en toekomstbestendig Solvay, dat in staat is duurzame waarde te creëren voor al onze belanghebbenden. Dit vereist een grote inzet aan voortdurende verbetering, een niet aflatende focus op het anticiperen op en voldoen aan veranderende behoeften van klanten en een standvastige toewijding aan onze ambitieuze duurzaamheidsdoelstellingen. Sociale agenda: We zetten ons volledig in om constructief samen te werken met onze sociale partners en actief te luisteren naar de standpunten van onze werknemers. Bij Solvay cultiveren we interactie en nabijheid met onze stakeholders door middel van een open en constructieve dialoog. We werken als een verantwoordelijke werkgever en zetten ons in voor voortdurende vooruitgang, onder andere op het gebied van sociale relaties, als een langdurige overtuiging van ons bedrijf. Wij geloven in het stimuleren van open communicatie door middel van een sociale dialoog, het proactief aanpakken van zorgen van werknemers en het samenwerken aan oplossingen waar zowel het bedrijf als de gewaardeerde werknemers baat bij hebben. Door dit regelmatige en voortdurende partnerschap streven we naar een betere toekomst voor Solvay en zijn werknemers, gebaseerd op vertrouwen en wederzijds respect. Bij Solvay beseffen we dat het welzijn van onze werknemers onlosmakelijk verbonden is met het succes van onze bedrijfstransformatie. Daarom pakken we zorgen actief aan en onderhandelen we over voorwaarden met betrekking tot arbeidsomstandigheden, werknemersrechten en organisatorische veranderingen, om uiteindelijk een positieve en coöperatieve werkomgeving te bevorderen. Onze inzet omvat arbeidsrechten en de rechten van lokale gemeenschappen, zoals beschreven in onze Global Framework Agreement (GFA) over maatschappelijke verantwoordelijkheid en duurzame ontwikkeling met IndustriALL Global Union, die sinds 2011 van kracht is. Nieuwe Solvay-cultuur: een cruciale factor in onze transformatie is het bewust cultiveren van een nieuwe Solvay-cultuur. Wij geloven dat cultuur de basis is waarop succesvolle bedrijven worden gebouwd - plaatsen waar mensen zich sterk verbonden voelen en in staat worden gesteld om optimaal te presteren. Deze nieuwe Solvay-cultuur steunt op drie kernwaarden: uitmuntend presteren, samen meer bereiken en duurzame impact creëren. Deze waarden en het bijbehorende gedrag dat eraan ten grondslag ligt, zijn niet slechts woorden op een pagina. De gedefinieerde gedragingen: Focus, Samenwerking en Eigendom worden actief geïntegreerd in onze manier van werken op alle niveaus van de organisatie, van de directiekamer tot de werkvloer. Ze vertegenwoordigen het hernieuwde en verdiepte engagement van Solvay om vooruitgang mogelijk te maken voor generaties, ondersteund door onze focus op innovatie, zowel in onze processen als in de toepassing van onze producten. Ze onderstrepen ons geloof in de kracht van samenwerking, zowel intern tussen teams en functies als extern met onze partners en belanghebbenden. En ze versterken onze niet aflatende toewijding aan duurzaamheid, omdat we erkennen dat ons succes op de lange termijn onlosmakelijk verbonden is met de gezondheid van onze planeet en het welzijn van de gemeenschappen waarin we actief zijn. Bij deze culturele transformatie gaat het erom een omgeving te creëren waarin onze medewerkers zich gewaardeerd, geïnspireerd en gemotiveerd voelen om bij te dragen aan een betere toekomst voor al onze belanghebbenden. Dat doen we door onze overtuigingen en gedragingen consequent te verankeren in al onze personeelsprocessen, maar ook in de manier waarop we leiders ontwikkelen en individuen en teams erkennen. Het gaat om het stimuleren van een gevoel van gedeelde doelstellingen en het creëren van een werkplek waar iedereen zich kan ontplooien. Eerlijkheid en rechtvaardigheid: bij Solvay geloven we dat eerlijkheid, inclusiviteit en rechtvaardigheid fundamentele principes zijn die aan de basis liggen van een succesvolle en bloeiende organisatie. Een belangrijke verplichting in dit verband is het garanderen van een leefbaar loon voor al onze werknemers. We erkennen dat een leefbaar loon meer is dan alleen een getal; het geeft onze werknemers de middelen om in hun basisbehoeften te voorzien, een waardig leven te leiden en voor hun gezin te zorgen. Het realiseren van dit engagement is een topprioriteit voor Solvay, en we boeken zeer duidelijke en concrete vooruitgang om ervoor te zorgen dat al onze werknemers een leefbaar loon verdienen tegen 2025, één jaar vroeger dan onze belofte. In lijn hiermee blijven we streven naar een divers personeelsbestand en een inclusieve werkplek. We doen dit omdat we ervan overtuigd zijn dat diversiteit in achtergronden, gedachten, geslacht, nationaliteit, perspectieven en zo veel meer facetten duidelijk zakelijk nut heeft. Het stimuleert betere zakelijke beslissingen, financiële prestaties en innovatie, het versterkt het inzicht in de klant, het aanpassingsvermogen aan de markt en de loyaliteit van de klant, en tot slot, stelt het ons in staat om talent aan te trekken, de motivatie te verhogen en een werkplek te creëren waar iedereen gedijt. Daarom hebben we ons streven naar gendergelijkheid zo snel mogelijk versterkt en een eerste mijlpaal gedefinieerd: 30% vrouwen in leidinggevende functies in het hogere en middenkader tegen 2030. Verbondenheid en betrokkenheid van werknemers: we geloven sterk in de kracht van authentieke menselijke contacten, korte communicatielijnen en een open en transparant werkklimaat. We begrijpen dat deze elementen van fundamenteel belang zijn voor de betrokkenheid en inzet van werknemers en dat ze een omgeving creëren waarin onze mensen zich gewaardeerd en gehoord voelen en gemotiveerd zijn om het beste van zichzelf te geven. In 2024 hebben we consequent een indrukwekkende 80% werknemersbetrokkenheid bereikt, wat verder wordt bevestigd door een respons van 70% op onze regelmatige enquêtes. Deze prestatie weerspiegelt onze voortdurende inzet voor het bevorderen van een cultuur van open dialoog en wederzijds respect. Een belangrijk initiatief in dit verband is de prioriteit die het Executive Leadership Team (ELT) geeft aan directe betrokkenheid bij teams in de hele organisatie. Via een uitgebreid en doorlopend roadshowinitiatief hebben onze leiders actief gezocht naar mogelijkheden om in contact te komen met werknemers op alle niveaus en in al onze wereldwijde vestigingen. Deze directe interacties zijn van onschatbare waarde geweest bij het bevorderen van open en eerlijke communicatie en het neerhalen van traditionele barrières. De roadshow heeft een platform geboden voor tweerichtingsdialoog, waardoor werknemers hun perspectieven konden delen, vragen konden stellen en rechtstreeks feedback konden geven aan het leiderschap. Bovendien hebben deze engagementen onze gedeelde visie op de toekomst van Solvay versterkt en ervoor gezorgd dat iedereen de strategische richting van de onderneming begrijpt alsook zijn rol in het bereiken van onze collectieve doelstellingen. Onze belofte aan de aandeelhouders en sociale partners Het remuneratiecomité van Solvay en de Raad van Bestuur in zijn geheel hebben het Beloningsbeleid grondig herzien. Voor dit project werd Korn Ferry ingeschakeld als onafhankelijk beloningsadviseur. Dit proces gaf prioriteit aan feedback van aandeelhouders, te beginnen met een analyse van het beleid inzake volmachten en institutionele beleggers, gevolgd door dialogen met volmachtadviseurs en sociale partners in verschillende rondes in 2024 en begin 2025. In deze herziening zijn ook actuele trends op de arbeidsmarkt en beste praktijken van sectorgenoten op het gebied van beloning en rapportage opgenomen. De belangrijkste resultaten waren onder andere: het verbeteren van de transparantie door specifieke prestatiemaatstaven en hun weging voor kortetermijn- en langetermijnbeloningen van de CEO en het ELT bekend te maken in het jaarverslag, het verfijnen van de TSR-modificator voor de STOXX Europe 600 Chemicals-index voor meer duidelijkheid en focus, en het herzien van de uitzonderingsclausule om de discretionaire bevoegdheid van de Raad van Bestuur te sturen. Zoals toegezegd aan het einde van 2023, zal een herzien Beloningsbeleid ter stemming worden voorgelegd aan de aandeelhouders tijdens de jaarlijkse algemene aandeelhoudersvergadering in mei 2025. Het remuneratiecomité zal de beloningspraktijken van Solvay, de bekendmakingen en de marktpraktijken regelmatig blijven evalueren om er zeker van te zijn dat het beloningsbeleid gepast blijft. Eventuele wijzigingen aan het beloningsbeleid met betrekking tot de beloning van het Executive Leadership Team en de Raad van bestuur worden voorgelegd aan de aandeelhouders in overeenstemming met het WVV. 4.6.2.Raad van bestuur 4.6.2.1.Inleiding Begin 2024 hebben het remuneratiecomité en de Raad van bestuur de beloningsstructuur van de Raad van bestuur herbekeken met de bedoeling een duurzaam beleid uit te werken dat marktconform is en dat een mediane positionering verzekert binnen een referentiegroep die de omvang, de complexiteit en de geografische aanwezigheid van het nieuwe Solvay weerspiegelt. De analyse werd uitgevoerd op basis van een onafhankelijke benchmark van Europese bedrijven en de nieuwe beloningsstructuur voor de Raad van bestuur werd ter stemming voorgelegd en kreeg veel steun van de aandeelhouders (99,6%) tijdens de gewone aandeelhoudersvergadering op 28 mei 2024. Daarom is met ingang van 1 januari 2024 de vergoedingsstructuur voor bestuurders aangepast, waarbij de nadruk ligt op marktconforme vaste vergoedingen (retainer) en een verlaging van de vergoedingen voor vergaderingen. 4.6.2.2.Beloningsprincipes De bestuurders worden verloond volgens de nieuwe beloningsstructuur, goedgekeurd door de Raad van Bestuur met een vaste beloning (retainers en vergoedingen voor vergaderingen). Bovendien, in de mate dat Solvay-bestuurders belast zouden worden met speciale taken los van hun bestuursmandaat, kunnen ze ook een bijkomende vaste beloning krijgen zoals beslist door de Raad van Bestuur, die enkel zal worden toegekend voor de duur van deze speciale taken. De beloningen worden toegekend op basis van artikel 24 van onze statuten, dat luidt als volgt: h"De bestuurders ontvangen een vaste beloning, waarvan het bedrag en de voorwaarden worden bepaald door de Algemene vergadering. Het besluit van de Algemene vergadering blijft van kracht tot een andersluidend besluit wordt genomen. hDe Raad van Bestuur is gemachtigd om aanvullend op de in voorgaande paragraaf omschreven beloningen, vaste beloningen toe te kennen aan bestuurders die belast zijn met bijzondere taken, los van hun bestuursfunctie. hDe bestuurders belast met het dagelijkse bestuur en de leden van het ELT hebben bovendien elk recht op een variabele beloning, die door de Raad van Bestuur wordt vastgesteld op basis van hun individuele resultaten en de geconsolideerde resultaten van de groep Solvay.” De vergoedingen voor de Raad van Bestuur worden vastgesteld na afweging van de taken en verantwoordelijkheden van iedere bestuurder (d.w.z. lid zijn van een comité van de Raad) en de praktijken van ondernemingen van vergelijkbare omvang en internationale complexiteit. De vergoedingen voor de Raad van Bestuur worden goedgekeurd door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. 4.6.2.3.Beloning van individuele bestuurders Zoals gestemd op de Gewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders van mei 2024 zijn de volgende vaste vergoedingen en vergoedingen voor vergaderingen ingevoerd met ingang van 1 januari 2024. Brutobedrag in € Raad van bestuur Retainer (Voorzitter) 275 000 Retainer (vice-voorzitter) 95 000 Retainer (Lid) 67 000 Presentiegeld 2 000 Audit- en risicocomité Retainer (Voorzitter) 18 000 Retainer (Lid) 8 000 Presentiegeld (Voorzitter) 2 000 Presentiegeld (Lid) 2 000 Ander comité Retainer (Voorzitter) 16 000 Retainer (Lid) 6 000 Presentiegeld (Voorzitter) 1 000 Presentiegeld (Lid) 1 000 Aanvullende overwegingen met betrekking tot de beloning van de Raad van bestuur: hBestuurders komen niet in aanmerking voor extra presentiegeld als ze meer dan één comitévergadering bijwonen op dezelfde datum. hDe hoogste zitpenningen zullen doorslaggevend zijn. hIn overeenstemming met het beloningsbeleid wordt de bruto jaarlijkse vaste vergoeding (retainer) voor de CEO gecompenseerd in de jaarlijkse beloning als lid van het ELT en worden de presentiegelden betaald voor de bijgewoonde vergaderingen van de Raad. hDe voorzitter van de Raad en de CEO ontvangen geen presentiegelden voor het bijwonen van vergaderingen van comités. hNiet-uitvoerende bestuurders ontvangen geen aanvullende beloning die is gekoppeld aan resultaten of andere prestatiecriteria. Meer in het bijzonder hebben zij geen recht op jaarlijkse bonussen, aandelenopties of 'performance share units', noch op enige aanvullende pensioenregeling. hSolvay vergoedt de reis- en onkosten van bestuurders voor het bijwonen van vergaderingen die verband houden met de uitoefening van hun functies in de Raad van bestuur en in de comités van de Raad van bestuur. hAlleen aan de voorzitter van de Raad van bestuur verleent de Groep administratieve ondersteuning door een kantoor en de diensten van het algemeen secretariaat ter beschikking te stellen. De andere niet-uitvoerende bestuurders krijgen logistieke steun van het algemeen secretariaat wanneer dat nodig is. hSolvay voorziet ook in de gebruikelijke verzekeringspolissen die de activiteiten van de bestuurders bij de uitoefening van hun mandaat dekken. 4.6.2.4.Richtlijnen inzake aandelenbezit voor de Raad Solvay erkent dat de Belgische Corporate Governance Code aanbeveelt om de vergoeding van bestuurders deels in aandelen uit te betalen (Principe 7.6) en is zich ervan bewust dat het beloningsbeleid van Solvay daar niet in voorziet. Het remuneratiecomité is evenwel van mening dat het huidige beloningsbeleid in overeenstemming is met de geest van Principe 7.6 van de Belgische Corporate Governance Code, vanwege de richtlijnen inzake aandelenbezit die van toepassing zijn voor niet-uitvoerende bestuurders, die aandelen moeten aanhouden ten belope van 100% van hun bruto jaarlijkse vaste bestuurdersvergoeding (retainer). Door de introductie van de nieuwe beloningsstructuur voor de Raad van Bestuur, waarbij de totale beloning van de Raad van Bestuur is verschoven naar meer vaste vergoedingen ('retainers'), zijn er meer eisen gesteld aan het aandelenbezit van de leden van de Raad van Bestuur. Zij moeten die aandelen aanhouden tot ten minste één jaar nadat de niet-uitvoerende bestuurder de Raad van bestuur heeft verlaten en in ieder geval gedurende ten minste drie jaar nadat de aandelen werden aangekocht. De aan deze aandelen verbonden dividenden worden tegelijk met die van de andere aandeelhouders uitgekeerd. 4.6.2.5.Bedrag van de beloning en andere voordelen die de vennootschap of een gelieerde onderneming direct of indirect aan de bestuurders heeft toegekend Overzicht bestuur en comités Raad van bestuur Comité financiën Audit- & risicocomité Remuneratiecomité Benoemingscomité ESG comité Pierre Gurdjian Voorzitter Voorzitter Aude Thibaut de Maisières Vice-voorzitter Voorzitter Philippe Kehren Annette Stube Marjan Oudeman Voorzitter Melchior de Vogüé Thierry Bonnefous Thomas Aebischer Voorzitter Wolfgang Colberg Voorzitter Yves Bonte Aantal vergaderingen 8 4 6 4 3 5 De voorzitter van de Raad en de CEO ontvangen geen presentiegelden voor het bijwonen van vergaderingen van comités. Bedrag van de beloning en andere voordelen die de Vennootschap of een gelieerde onderneming direct of indirect aan de bestuurders heeft toegekend tussen 1 januari en 31 december 2024 in € Totaal Raad van bestuur Comités Totaal brutobedrag inclusief vaste vergoedingen Vaste vergoeding Raad(1) Presentiegelden Raad van bestuur(2) Vaste vergoeding comité Presentiegelden comité Pierre Gurdjian 291 000 275 000 16 000 0 0 Aude Thibaut de Maisières 144 000 95 000 14 000 28 000 7 000 Philippe Kehren 16 000 0 16 000 0 0 Annette Stube 92 000 67 000 14 000 6 000 5 000 Marjan Oudeman 136 000 67 000 14 000 36 000 19 000 Melchior de Vogüé 111 000 67 000 14 000 14 000 16 000 Thierry Bonnefous 94 000 67 000 16 000 6 000 5 000 Thomas Aebischer 120 000 67 000 14 000 24 000 15 000 Wolfgang Colberg 137 000 67 000 14 000 36 000 20 000 Yves Bonte 99 000 67 000 16 000 12 000 4 000 Total 1 240 000 839 000 148 000 162 000 91 000 (1)De vaste vergoeding (retainer) voor de CEO Philippe Kehren is inbegrepen in zijn jaarlijkse vaste vergoeding. (2)Eén vergadering van de Raad van bestuur was een audit- en risicocomité die toegankelijk was voor alle leden van de Raad van Bestuur, waardoor de leden van het audit- en risicocomité alleen de presentiegelden ontvingen. 4.6.3.Beloning van het Executive Leadership Team (ELT) 4.6.3.1.Inleiding De benoeming van het Executive Leadership Team in december 2023 was een unieke gelegenheid om de compensatie van het executive management te herzien, rekening houdend met de meest recente marktpraktijken en de belangen van de aandeelhouders. Dit heeft geleid tot de introductie van een nieuwe referentiegroep, zorgvuldig geselecteerd om de omvang, de bedrijfstak, de complexiteit en het concurrentielandschap van ons bedrijf te weerspiegelen. We zijn van mening dat de bijgewerkte groep een nauwkeurigere en relevantere basis vormt voor het evalueren en aanpassen van onze beloningspakketten van het executive management. De evaluatie omvatte verschillende belangrijke elementen, waaronder het basissalaris, het streefpercentage voor de kortetermijnbonus (STI), het streefpercentage voor de langetermijnbonus (LTI), het voordelenpakket en de voorwaarden voor beëindiging van de arbeidsovereenkomst. Deze uitgebreide analyse was erop gericht om de beloning van ELT op de juiste manier binnen de markt te positioneren, toptalent aan te trekken en te behouden en hun belangen in lijn te brengen met het creëren van aandeelhouderswaarde op de lange termijn. 4.6.3.2.Filosofie en beleid van Solvay inzake beloning Het beloningsbeleid van Solvay is erop gericht het Executive Leadership Team (ELT) een passende beloning te bieden gelet op hun expertise, verantwoordelijkheden en individuele prestaties. Het legt de nadruk op verdienste en prestaties en streeft ernaar het rendement op verantwoorde en duurzame wijze te optimaliseren ten gunste van alle belanghebbenden. Het heeft tot doel bekwame topmanagers aan te trekken, te motiveren en te behouden op een marktconforme wijze en in het langetermijnbelang van de aandeelhouders. Deze krachtlijnen vormen ook de rode draad in het beloningsbeleid en de beloningsprogramma's voor werknemers van Solvay overal ter wereld. De beloningsstructuur is ontworpen overeenkomstig de volgende beginselen, die gelden voor zowel de leden van het ELT als andere hogere kaderleden: hDe vaste beloning is erop gericht een marktconform inkomen in contanten te verstrekken, dat regelmatig wordt geëvalueerd door het remuneratiecomité, waarbij wordt gekeken naar de positionering ten opzichte van de mediaan in de referentiegroep, de prestaties en functieveranderingen. hVariabele korte-(STI) en langetermijnbeloningen (LTI) zijn gekoppeld aan het behalen van strategische doelstellingen, inclusief het stimuleren van duurzame prestaties, en zijn een erkenning voor het behalen van uitstekende resultaten. hDe totale beloning wordt vastgelegd op een niveau dat binnen de desbetreffende markt en sector competitief is om het juiste talent – dat nodig is om de strategie van de Groep te realiseren en de bedrijfsprestaties te verbeteren – aan te trekken, in dienst te houden en te motiveren. hBeloningsbeslissingen zijn eerlijk, billijk en duurzaam, en afgestemd op de salarisniveaus van het bredere personeelsbestand en evenwichtig qua kosten en waarde. Onderstaande tabel vat de kernelementen van het beloningsbeleid van Solvay samen: 4.6.3.3.Gebruik van marktgegevens In overeenstemming met het beloningsbeleid wordt de beloning van de ELT-leden vergeleken met een referentiegroep. Op het einde van 2023, in het licht van de nieuwe activiteiten van Solvay na de Partiële Splitsing, werd een herziening van de referentiegroep uitgevoerd om bedrijven te selecteren die een betere afspiegeling zijn van de omvang, sector, complexiteit en het concurrentielandschap van Solvay en tegelijkertijd te zorgen voor een concurrerende beloning om relevant talent aan te trekken. De referentiegroep van Solvay is opgebouwd rond een selectie van relevante Europese chemie- en industriebedrijven waarbij Solvay qua internationale operationele aanwezigheid en model, alsook qua omzet op jaarbasis en personeelsbestand ongeveer tot de mediaan behoort. Het remuneratiecomité streeft ernaar Solvay voor alle belangrijke elementen van het beloningspakket op de marktmediaan te positioneren. 4.6.3.4.Beloningssamenstelling en beloningskansen van de leden van het ELT per 31 december 2024 De beloningssamenstelling van de ELT-leden aan het einde van de verslagperiode wordt hieronder weergegeven als hun totale directe doelbeloning. In € Jaarlijkse vaste vergoeding Maatstaf voor waardebepaling Doelstelling kortetermijnbonus Doelstelling langetermijn-bonus uitgegeven als Performance Share Units Doelstelling langetermijnbonus uitgegeven als Restricted Share Units Totale waarde langetermijnbonus Totale directe doelbeloning Philippe Kehren CEO en voorzitter van het ELT 810 000 Bedrag 769 500 652 050 279 450 931 500 2 511 000 % van salaris 95% 80.5% 34.5% 115% Vast 32% / Variabel 68% Alexandre Blum CFO en lid van het ELT 500 000 Bedrag 325 000 332 500 142 500 475 000 1 300 000 % van salaris 65% 67% 29% 95% Vast 38% / Variabel 62% Lanny Duvall Lid van het ELT 480 000 Bedrag 312 000 319,200 136 800 456 000 1 248 000 % van salaris 65% 67% 29% 95% Vast 38% / Variabel 62% Mark van Bijsterveld Lid van het ELT 460 000 Bedrag 299 000 305 900 131 100 437 000 1 196 000 % van salaris 65% 67% 29% 95% Vast 38% / Variabel 62% Lisa Brown Lid van het ELT 445 000 Bedrag 289 250 295 925 126 825 422 750 1 157 000 % van salaris 65% 67% 29% 95% Vast 38% / Variabel 62% 4.6.3.5.Basisbeloning en voordelen Vaste basisbeloning De vaste basisbeloning weerspiegelt de ervaring, vaardigheden, verantwoordelijkheden en prestaties van de betrokkene. Die wordt regelmatig herzien op basis van: hPositionering ten opzichte van de mediaan van de vergelijkbare markt; hIndividuele en bedrijfsprestaties; hVeranderingen in het takenpakket van de rol. Als onderdeel van de jaarlijkse herziening van de remuneratie houdt het remuneratiecomité ook rekening met de ervaring van belanghebbenden, waaronder het gemiddelde personeelsbestand en de stijging in de referentiegroep, bij het toekennen van verhogingen aan de vaste beloning van leidinggevenden. De basisbeloning, die niet de waarde omvat van eventuele voordelen die aan ELT-leden worden aangeboden, wordt gebruikt om doelstellingen voor variabele beloning te berekenen. Details van de basisvergoeding van de CEO en ELT-leden worden vermeld in sectie 4.6.5 van dit Geïntegreerd Jaarverslag. In 2024 heeft de Raad van Bestuur geen verhoging van het basissalaris van de CEO en andere ELT-leden aanbevolen, aangezien deze in lijn blijven met de mediaan van de markt van de nieuwe referentiegroep. In 2025 beveelt de Raad van Bestuur een verhoging van de vaste beloning ten belope van 4,5% aan voor de CEO en de leden van het ELT, op basis van de prestaties, de marktpositie en -bewegingen van sectorgenoten, alsook de algemene salariswijzigingen voor het personeel van Solvay Belgium. Voordelen, inclusief pensioen In overeenstemming met de ambities van Solvay Cares worden voordelen beschouwd als een essentieel onderdeel van de waardepropositie voor leidinggevenden van Solvay en zijn ze niet afhankelijk van iemands prestaties. Solvay streeft ernaar dat de aard en het niveau van die andere voordelen in overeenstemming zijn met de markt en wat andere kaderleden in de Groep aangeboden krijgen. In overeenstemming met de Belgische marktpraktijk heeft de CEO een contractuele overeenkomst als zelfstandige leidinggevende. Soortgelijke zelfstandige contractuele overeenkomsten zijn van toepassing op de in België gevestigde leden van het ELT. hAlexandre Blum (CFO) hLisa Brown (General Counsel en Corporate Secretary) hLanny Duvall (Chief Operations Officer) - sinds juni 2024 Zelfstandige leidinggevenden hebben op grond van hun contractuele overeenkomst met de Vennootschap recht op de betaling van een jaarlijkse vaste basisvergoeding, die ook pensioenbijdragen (toegezegde-bijdragenregeling), overlijden tijdens dienstverband, arbeidsongeschiktheidsverzekering en ziektekostenverzekering bestrijkt, evenals bepaalde voordelen in natura (bv. bedrijfswagen). De ELT-leden die buiten België zijn tewerkgesteld, zijn in principe aangenomen met een arbeidsovereenkomst en hebben recht op pensioenvoordelen, voordelen bij overlijden tijdens dienstverband, invaliditeit en medische voordelen op basis van de bepalingen van de plannen die van toepassing zijn in hun contractuele thuislanden, wat het geval is voor Mark van Bijsterveld (Chief People Officer) die in Nederland is tewerkgesteld op basis van een lokale arbeidsovereenkomst. 4.6.3.6.Kortetermijnbonusregeling (STI) Mogelijke kortetermijnbonus Het remuneratiecomité heeft van zijn discretionaire bevoegdheid gebruikgemaakt om de mogelijke kortetermijnbonus voor de leden van het ELT te verminderen na de partiële splitsing, teneinde deze in lijn te brengen met de praktijken in de referentiegroep en de nieuwe omvang van Solvay beter te weerspiegelen. Hiertoe bedroeg de targetbeloning in het kader van de kortetermijnbonusregeling in 2024 voor de CEO, Philippe Kehren, 95% van de vaste basisbeloning en 65% van de vaste basisbeloning voor de andere leden van het ELT. De minimum uitbetaling blijft 0% en het maximum 200% van de vooropgestelde kortermijnbonus. Malus- en terugvorderingsregelingen In overeenstemming met het beloningsbeleid kan het remuneratiecomité zijn discretionaire bevoegdheid gebruiken om malus- en terugvorderingsregelingen te activeren in uitzonderlijke omstandigheden, zoals ernstige reputatieschade, falend risicobeheer, financiële fouten, wangedrag, inbreuken op de regelgeving, aanzienlijke verliezen of een verslechterende financiële gezondheid, waarbij terugvordering tot drie jaar mogelijk kan zijn voor bonussen op grond van het beloningsbeleid. Vaststelling van de prestatiedoelstellingen voor de kortetermijnbonus De Raad stelt jaarlijks prestatiedoelstellingen vast voor zowel de Groep als de CEO, een proces dat gewoonlijk plaatsvindt tijdens de vergadering van de Raad in maart. De vaststelling van prestatiedoelstellingen heeft tot doel uitdagende, maar haalbare doelstellingen vast te leggen, rekening houdend met inbreng vanuit verschillende hoeken van het bedrijf en met de afstemming op de ambities en duurzaamheidsdoelstellingen op lange termijn die Solvay aan de markt kenbaar heeft gemaakt. De maximale toekenningen zijn gereserveerd voor het behalen van uitzonderlijk hoge prestatieniveaus, zodat het principe van prestatiebeloning wordt nageleefd. Bovendien wordt er bij dit proces op gelet dat leidinggevenden er niet toe worden aangezet buitensporige risico's te nemen die de stabiliteit, reputatie en duurzaamheid van het bedrijf op de lange termijn in gevaar kunnen brengen. Gezien de commerciële gevoeligheid van het vooraf bekendmaken van kortetermijndoelstellingen, maakt Solvay de feitelijke prestatiedoelstellingen en de mate waarin die werden verwezenlijkt alleen achteraf bekend. Met het oog op transparantie maakt Solvay echter ook de categorieën van kortetermijndoelstellingen bekend die zullen worden gehanteerd voor het huidige prestatiejaar (zie 'STI-doelstellingen 2025' hieronder). Prestatiedoelstellingen voor de kortetermijnbonus in 2024 De kortetermijnbonusregeling biedt een potentiële uitbetaling in contanten die uitsluitend gebaseerd is op het behalen van vooraf vastgestelde jaarlijkse financiële, niet-financiële en individuele doelstellingen. De kortetermijnbonusregeling richt zich op drie brede prestatiecategorieën (financieel, duurzaamheid en individuele prestaties) met de volgende weging voor alle ELT-leden :(1) De individuele doelstellingen zijn afgestemd op elk ELT-lid om aan te sluiten bij hun specifieke rollen en verantwoordelijkheden binnen de organisatie. Deze doelstellingen zijn vooraf bepaald en kunnen kwantitatief en/of kwalitatief zijn; ze worden beoordeeld en gevalideerd door de Raad van bestuur. De CEO verlaat de vergaderingen van het remuneratiecomité en de Raad wanneer de beloning van de CEO wordt besproken. Meer informatie over de individuele prestaties van de CEO, met inbegrip van de vastgelegde doelstellingen en de verwezenlijking ervan, is hieronder te vinden. Groepsprestaties 2024 De resultaten van de Groep voor 2024 zijn Opmerkingen groepsprestaties De onderliggende EBITDA voor het volledige jaar 2024 bedroeg € 1 052 miljoen, een organische daling van -8,2%, doordat positieve volume- en kostenbesparingen de lagere nettoprijszetting gedeeltelijk compenseerden. De onderliggende EBITDA-marge bedroeg 22,5% voor het jaar. Structurele kostenbesparingsinitiatieven leverden €110 miljoen op in 2024, ruim boven de doelstelling van €80 miljoen dankzij de versnelling van besparingsinitiatieven in productievestigingen en in bedrijfsfuncties. De vrije kasstroom bedroeg €340 miljoen in 2024 (exclusief Peróxidos Do Brazil), ondersteund door de solide EBITDA-resultaten en de discipline op het gebied van werkkapitaal, terwijl de kapitaalinvesteringen zoals gepland versnelden in het vierde kwartaal van 2024 en uitkwamen op €355 miljoen voor het hele jaar. In 2024 is de STI-pijler voor duurzaamheid gestroomlijnd en geconcentreerd op drie belangrijke prestatie-indicatoren (KPI's): Klimaat, Veiligheid en Diversiteit, die allemaal even belangrijk zijn. Deze verschuiving weg van zeven KPI's in 2023 weerspiegelt onze belangrijkste verplichtingen. Hoewel we onze diversiteitsdoelstelling haalden (27,3% vrouwen in S19+), bleven de veiligheidsprestaties achter, met 41 incidenten, waaronder drie dodelijke, vergeleken met 45 incidenten in 2023 (geen dodelijke). De uitstoot van broeikasgassen (Scope 1+2) miste ook de doelstelling en bedroeg 7,46 MT, door de toegenomen productie en de uitgestelde impact van energietransitieprojecten. Hoewel in opdracht gegeven projecten zoals de Regenerative Thermal Oxidation-technologie en de uitfasering van steenkool in Rheinberg de emissies zouden moeten verminderen, zullen deze verminderingen pas in 2025 werkelijkheid worden. Samenvatting van de doelstellingen en prestaties van de CEO voor de kortetermijnbonus 2024 Het onderstaande gedeelte geeft een overzicht van de doelstellingen van de kortetermijnbonus voor de CEO en de prestaties ten opzichte van de gestelde doelen. Doelstellingen Prestatiemaatstaven Weging Prestaties Groep - 80% EBITDA € 25% 31,5% Vrije kasstroom € 25% 46,5% Kostenbesparing € 15% 30% Duurzaamheid - Vooruitgang op het gebied van diversiteit 5% 0% Duurzaamheid - Veiligheid (RI) 5% 0% Duurzaamheid - Broeikasgasemissies (scope 1+2) 5% 5% Individueel - 20% De geloofwaardigheid van het nieuwe Solvay op de markt opbouwen 10% 10% De transformatie van de groep realiseren 10% 10% Prestaties van de Groep Meer informatie over de resultaten van de Groep is te vinden onder het hoofdstuk 'Groepsprestaties 2024' hierboven. Individuele prestaties van de CEO Het nieuwe Solvay in de markt zetten als een geloofwaardige speler Onder leiding van CEO Philippe Kehren heeft Solvay zich in zijn eerste jaar als onafhankelijk bedrijf, na de splitsing in december 2023, getoond als een geloofwaardige speler op de markt. We hebben onze nieuwe doelstelling gedefinieerd en gecommuniceerd, die een afspiegeling is van onze gerichte portefeuille van essentiële chemicaliën, samen met onze inzet voor duurzaamheid op groepsniveau en waarbij de belangrijkste belanghebbende effectief worden betrokken. We hebben een nieuw strategisch kader uitgewerkt rond de eigenheid en troeven van essentiële chemicaliën, dat als leidraad dient. Een robuust programma voor investeerdersrelaties, waaronder regelmatige bijeenkomsten met analisten, toelichtingen van de kwartaalcijfers en roadshows, heeft het vertrouwen van investeerders opgebouwd en een bredere investeerdersbasis gecreeërd. De CEO en zijn management team erkennen het belang van sterke relaties en hebben voorrang gegeven aan intern en extern engagement. Ze bezochten de overgrote meerderheid van de vestigingen van Solvay en gingen in gesprek met belangrijke klanten van alle divisies, en zorgden daarmee ook voor een grote werknemersbetrokkenheid. Dankzij een doeltreffend programma voor externe stakeholdercontacten konden belangrijke energietransitieprojecten op steun van de overheid rekenen. Tot slot, onze sterke en voorspelbare financiële prestaties, benadrukt door een investeringswaardering en dividenduitkering, hebben duidelijk Solvay's financiële kracht en stabiliteit aangetoond in een uitdagend marktklimaat. De transformatie van de groep realiseren In 2024 heeft Philippe Kehren met succes de volgende fase van de transformatie van Solvay ingeleid, die het bedrijf in staat moet stellen zijn verbintenissen tegenover de buitenwereld na te komen en zijn positie als koploper in de essentiële chemie te verstevigen. Als onderdeel van het nieuwe Solvay werd een fundament van effectief en transparant bestuur gelegd met de nieuwe Raad van Bestuur en het Executive Leadership Team, ondersteund door een nieuwe goedkeuringsmatrix die de verantwoordelijkheden voor de besluitvorming verduidelijkt en de verantwoordingsplicht bevordert. Een belangrijke mijlpaal was ook de introductie van Solvays doelgerichte cultuur met het vastleggen van ons centrale doelstelling, onze waarden en onze gedragsregels. Het transformatieplan, waarin de nadruk ligt op het standaardiseren en aanscherpen van ons operationele model en onze bedrijfsprocessen en het realiseren van aanzienlijke kostenbesparingen, heeft zijn ambitieuze doelstellingen voor 2024 behaald en tegelijk een robuuste pijplijn van toekomstige initiatieven opgeleverd. Het jaar werd echter helaas overschaduwd door ernstige veiligheidsincidenten, wat aantoont dat er meer stappen moeten worden gezet om Solvays fundamentele verbintenis na te komen dat veiligheid en integriteit de leidende principes zijn bij alles wat we doen. STI-doelstellingen 2025 De Raad van bestuur heeft besloten om voor de CEO en de leden van het ELT voor boekjaar 2025 dezelfde verdeling van de prestatiedoelstellingen te hanteren – 65% gebaseerd op financiële resultaten, 15% op duurzaamheid en 20% op individuele doelstellingen. Doelstellingen Prestatiemaatstaven Weging Onderverdeling Groep Financieel EBITDA € 65% 26% Vrije kasstroom € 26% Kostenbesparing € 13% For Generations Vooruitgang op het gebied van diversiteit 15% 5% Veiligheid (RI) 5% BKG-intensiteit 5% Doelstellingen Prestatiemaatstaven Weging Onderverdeling CEO - individueel Strategische bedrijfsprestaties stimuleren 20% 5% De geloofwaardigheid van Solvay op de markt versterken 5% De effectiviteit van de organisatie verbeteren 5% Transformatie van de Groep bereiken 5% Doelstellingen Prestatiemaatstaven Weging Onderverdeling CFO - individueel De kwaliteit van de relatie met de kapitaalmarkten versterken 20% 5% De nieuwe Groepsstrategie effectief uitrollen 5% Financieel leiderschap versterken 5% Transformatie van de Groep bereiken 5% Doelstellingen Prestatiemaatstaven Weging Onderverdeling COO - individueel Groepsveiligheid versterken en Star-operaties uitvoeren 20% 5% Ambities op het gebied van energie en inkoop waarmaken 5% Een toekomstgerichte GBS-organisatie creëren 5% Transformatie van de Groep bereiken 5% Doelstellingen Prestatiemaatstaven Weging Onderverdeling GC & Corporate Secretary - individueel Business Support en Intellectual Asset Management 20% 5% Corporate Governance verbeteren 5% Compliance en ethiek waarborgen 5% Transformatie van de Groep bereiken 5% Doelstellingen Prestatiemaatstaven Weging Onderverdeling CPO - individueel Flexibiliteit van het personeelsbestand en toekomstige capaciteiten stimuleren 20% 5% Uitvoerend leiderschap versterken 5% Cultuur en werknemersbetrokkenheid bevorderen 5% Transformatie van de Groep bereiken 5% Zoals in de voorgaande jaren zal Solvay, gezien de commerciële gevoeligheid van de vooropgestelde kortetermijndoelstellingen, de prestaties ten opzichte van de door de Raad bepaalde specifieke prestatiedoelstellingen echter achteraf bekendmaken. 4.6.3.7.Langetermijnbonus (LTI) Solvay wil zijn leden van het ELT stimuleren door een langetermijnbonus (LTI) in te voeren, waarbij een aanzienlijk deel van de toegekende aandelen afhankelijk is van prestatiecriteria die zijn afgestemd op de gecommuniceerde strategie van het bedrijf. Deze aanpak bevordert de afstemming op de belangen van de aandeelhouders, stimuleert verantwoordelijkheid en verbetert de waardecreatie op lange termijn door de strategie uit te voeren en uitmuntende prestaties te leveren. Solvay gebruikt twee aandelenprogramma's. Het eerste zijn prestatiegebonden aandelen (Performance-based Share Units – PSU's) die definitief worden verworven door vooraf vastgelegde financiële en niet-financiële langetermijndoelstellingen te behalen over een prestatieperiode van drie jaar, teneinde aandacht voor groei van de ondernemingswaarde en duurzaamheid op de lange termijn te bevorderen. Het tweede aandelenprogramma bestaat uit Restricted Stock Units (RSU's - voorwaardelijk toegekende aandelen) die over een periode van drie jaar onvoorwaardelijk worden met de voornaamste doelstelling om leidinggevenden te behouden en aandeelhouderschap aan te moedigen. In overeenstemming met het beloningsbeleid en de Belgische marktpraktijk werden langetermijnbonussen aan de ELT-leden aangeboden volgens de volgende verdeelsleutel: h70% van de bonus op jaarbasis werd aangeboden in de vorm van prestatiegebonden aandelen (PSU’s); en h30% van de bonus werd aangeboden in de vorm van voorwaardelijk toegekende aandelen (RSU’s). Mogelijke langetermijnbonus Net zoal voor de kortetermijnbonusregeling, heeft het remuneratiecomité van zijn discretionaire bevoegdheid gebruikgemaakt om de mogelijke langetermijnbonus voor de leden van het ELT te verminderen na de partiële splitsing, teneinde deze in lijn te brengen met de praktijken in de referentiegroep en de nieuwe omvang van Solvay beter te weerspiegelen. De CEO, Philippe Kehren, heeft een toekenningsdoelstelling van de langetermijnbonus van 115% van zijn vaste basisbeloning en voor alle andere ELT-leden is de toekenningsdoelstelling vastgesteld op 95% van de vaste basisbeloning. In maart 2024 heeft de Raad van bestuur in totaal 76 739 PSU's en 32 890 RSU's toegekend aan leden van het ELT. Ook ongeveer 144 leidinggevenden en werknemers met groot potentieel namen deel aan de langetermijnbonusregeling. Performance Share Units (PSU's) De PSU’s maken 70% van de jaarlijks toegekende langetermijnbonus uit en zijn drie jaar na de toekenningsdatum definitief verworven, op voorwaarde dat de vooraf vastgestelde prestatiedoelstellingen zijn behaald. De bonus varieert van nul als het minimumniveau niet is gehaald tot een maximale uitbetaling van 150% als het maximumdoel is gehaald. De prestatiedoelstellingen zijn verdeeld over twee pijlers: hFinancieel (60% tot 80% van de prijs) en hDuurzaamheid - One Planet (20% tot 40% van de prijs) De doelstellingen en hun respectievelijke gewichten zijn vastgesteld om aan te sluiten bij de middellange- en langetermijnstrategie van de Groep. Daarenboven is met ingang van 2023 voor het bepalen van de mate van definitieve verwerving van de PSU’s een bijkomende prestatiemaatstaf ingevoerd om de prestaties van de Groep te vergelijken met de prestaties van bedrijven in de Stoxx 600-index op het gebied van totaal aandeelhoudersrendement, waardoor een duidelijke focus voor het ELT werd vastgelegd om aandeelhouderswaarde te creëren. Wanneer het PSU-resultaat boven nul ligt, kan die maatstaf het PSU-resultaat met 25% verlagen wanneer het totale aandeelhoudersrendement zich in het onderste kwartiel van de Stoxx 600-index bevindt, en het PSU-resultaat met 25% verhogen wanneer het totale aandeelhoudersrendement zich in het bovenste kwartiel van de Stoxx 600-index bevindt. Een prestatie tussen het 25e en 75e percentiel van de resultaten van de PSU wordt lineair aangepast met het 50e percentiel als 'on target'-prestatie. De Raad beoordeelt de verwezenlijking van de gestelde doelen in principe op basis van de geauditeerde resultaten van de Groep. De Raad bepaalt elk jaar het voor uitkering beschikbare budget en het totale aantal beschikbare PSU’s wordt vervolgens toegewezen aan de in aanmerking komende begunstigden. Restricted Share Units (RSU's) Het resterende deel van de langetermijnbonus (30%) bestaat uit RSU's, waarbij het management aandelen ontvangt die na drie jaar onvoorwaardelijk verworven zijn. Aan de RSU's zijn voorwaarden op het vlak van dienstverband of aanwezigheid gekoppeld, en dividenden worden alleen opgebouwd op onvoorwaardelijk verworven aandelen en uitbetaald na afloop van de wachtperiode van drie jaar. PSU's, RSU's toegekend in 2024 aan leden van het ELT Land Naam Positie Aantal PSU’s (1) Aantal RSU’s (1) België Philippe Kehren CEO & voorzitter van het ELT 26 258 11 254 België Alexandre Blum CFO & Lid van het ELT 13 390 5 739 België Lanny Duvall Lid van het ELT 12 855 5 509 Nederland Mark van Bijsterveld Lid van het ELT 12 319 5 280 België Lisa Brown Lid van het ELT 11 917 5 108 Totaal 76 739 32 890 (1)De aandelenkoers van de PSU's/RSU's voor maart 2024 bedroeg € 24,83 Prestatieresultaten voor de PSU-langetermijnbonus Langetermijnbonus Performance Share Unit-regeling 2021-2023 De in 2021 toegekende PSU’s werden in december 2023 berekend en uitbetaald in juni 2024 op basis van een prestatieperiode van drie jaar die eindigde op 31 december 2023, met een factor van definitieve verwerving van 100% van de doelstelling. De prestaties over drie jaar ten opzichte van de doelstellingen aan het begin van de prestatieperiode in 2021 worden hieronder samengevat: Prestatiecriterium Weging Prestatiejaar 2021 Prestatiejaar 2022 Prestatiejaar 2023 Doelstelling Resultaat Doelstelling Resultaat Doelstelling Resultaat Organische groei onderliggende EBITDA 40% 11% 27% 8% 29% 8% -5% Stijging rendement op aangewend kapitaal (bp) 40% 150 443 150 467 150 -181 Reductie CO2-uitstoot (Mt) 20% 10,7 11 10,7 11 10,7 9,1 Op basis van de behaalde prestaties ten opzichte van de aan het begin van de prestatieperiode vastgelegde doelstellingen resulteerde dit in een uitbetaling van 100% van de in 2021 toegekende PSU-waarde, met toevoeging van de totale dividenden, rekening houdend met het aantal definitief verworven rechten berekend over drie jaar (€ 11,65 per recht). De uitbetalingen aan ELT-leden in 2024 ten aanzien van de PSU-regeling 2021-2023 worden vermeld in punt: 4.6.3.8 “Bedrag van de beloning en andere voordelen die direct of indirect aan de CEO en andere ELT-leden zijn betaald of toegekend”. Langetermijnbonus Performance Share Unit-regeling 2022-2024 Zoals beschreven in het jaarverslag over 2023 en goedgekeurd in de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2024, heeft de Raad van Bestuur, onder begeleiding van het remuneratiecomité, bestaande langetermijnbonusregelingen aangepast als gevolg van de Partiële Splitsing. Bijgevolg werden de resultaten van de PSU-toekenning voor 2022 berekend in december 2023 bij de splitsing en omgezet in RSU's, met een 100% doelfactor voor de definitieve verwerving, voor de resterende periode eindigend op 31 december 2024. Prestatiecriterium Weging Prestatiejaar 2022 Prestatiejaar 2023 Prestatiejaar 2024 Doelstelling Resultaat Doelstelling Resultaat Doelstelling Resultaat Organische groei onderliggende EBITDA 40% 5% 29% 6% -5% omgezet in RSU Stijging rendement op aangewend kapitaal (bp) 40% 50 467 50 -181 omgezet in RSU Reductie CO2-uitstoot (Mt) 20% 10,7 11,0 10,7 9,1 omgezet in RSU Op basis van de prestaties tot aan de Partiële Splitsing zal de PSU 2022 ertoe leiden dat de deelnemers in maart 2025 100% van de waarde van de toekenning in aandelen (Solvay en Syensqo) ontvangen, in lijn met de Aandeelhoudersbenadering. Specifiek voor ELT-deelnemers is de PSU-uitbetaling 114%, wat een TSR-prestatie van het 64e percentiel op het moment van de splitsing weerspiegelt. Daarnaast ontvangen deelnemers de totale opgebouwde dividenden, berekend op basis van het aantal definitief verworven eenheden over de periode van drie jaar. Niet-verworven regelingen langetermijnbonus Performance Share Unit Langetermijnbonus (PSU) Doelstellingen Weging PSU 2023-2025 Organische groei onderliggende EBITDA Stijging rendement op aangewend kapitaal (bp) Reductie CO2-/BKG-uitstoot (Mt) 40% 40% 20% PSU 2024-2026 Organische groei onderliggende EBITDA Stijging rendement op aangewend kapitaal (bp) Reductie CO2-/BKG-uitstoot (Mt) 40% 40% 20% PSU 2025-2027 Organische groei onderliggende EBITDA Rendement op aangewend kapitaal Reductie CO2-/BKG-uitstoot (Mt) 40% 40% 20% Terugvorderingsregeling in het kader van de langetermijnbonus Solvay heeft het recht om, gedurende een periode van drie jaar te rekenen vanaf de datum van de betaling, de terugbetaling te eisen van bedragen die in het kader van de regeling werden uitbetaald of aandelen die werden afgeleverd op basis van foutieve resultaten die nadien werden aangepast of gecorrigeerd. Deze terugvorderingsclausule is in het verleden niet toegepast omdat er geen gevallen zijn geweest waarin dergelijke gebeurtenissen zich hebben voorgedaan Aandelenoptieplannen Het vroegere aandelenoptieplan is vervangen door de hierboven beschreven PSU- en RSU-regelingen. Per 31 december 2024 stonden er evenwel nog aandelenopties uit onder de aandelenoptieplannen 2017, 2018, 2019, 2020 en 2021 en de regels daarvan worden hieronder in herinnering gebracht. Volgens de Belgische wetgeving, en in tegenstelling tot de wetgeving in de meeste andere rechtsgebieden, zijn op aandelenopties belastingen verschuldigd op het moment van toekenning. Daarom legde Solvay, net zoals andere Belgische bedrijven, geen bijkomende prestatiecriteria op om te bepalen of aandelenopties definitief verworven werden. De opties hebben een wachtperiode van drie volledige kalenderjaren – wat wil zeggen dat zij definitief verworven zijn op de eerste dag van het vierde jaar na het jaar van toekenning – gevolgd door een uitoefenperiode van vier jaar. Toen zij toegekend werden, gaven de aandelenopties elke begunstigde het recht om Solvay aandelen te kopen tegen een uitoefenprijs die overeenkwam met de reële marktwaarde van de aandelen op het moment van de toekenning. Elk jaar bepaalde de Raad van bestuur het aantal aandelenopties dat beschikbaar was voor toekenning op basis van een schatting van de economische reële waarde bij toekenning volgens de Black-Scholes-waarderingsformule. Het totale aantal beschikbare opties werd vervolgens toegewezen aan de in aanmerking komende begunstigden. Eigenschappen: hOpties worden 'at the money' (of tegen reële marktwaarde) toegekend; hZij worden voor het eerst uitoefenbaar drie volledige kalenderjaren nadat zij zijn toegekend; hZij hebben een maximale looptijd van acht jaar; hZij zijn niet overdraagbaar inter vivos; hDe regeling bevat een 'bad leaver'-clausule. De lopende aandelenoptieplannen werden aangepast in het kader van de partiële splitsing teneinde de belangen van de begunstigden te vrijwaren. Dergelijke aanpassingen werden beschreven in het Jaarverslag Solvay 2023. Het SOP 2022 is het enige plan dat niet werd aangepast in het kader van de partiële splitsing. Bijgevolg blijven de aandelenopties 2022 'korfopties' die hun houders het recht verlenen om één aandeel Solvay en één aandeel Syensqo te verwerven tegen betaling van de uitoefenprijs. Aan dit plan waren prestatievoorwaarden verbonden (implementatie van de splitsing tegen 2025 en een gecombineerde aandelenkoers van Solvay en Syensqo boven €100 gedurende in totaal ten minste 15 handelsdagen). Aangezien aan de prestatiecriteria is voldaan, kunnen de opties onder de 2022 SOP-plannen door begunstigden worden uitgeoefend tussen 1 januari 2026 en 31 december 2027. De uitoefenprijs van elke optie is € 84,34, wat de reële marktwaarde van het aandeel Solvay was op het moment van toekenning (augustus 2022). Aandelenopties en aandelenregelingen toegekend aan en aangehouden door de leden van het ELT in 2024 Onderstaande tabel toont de evolutie van de uitstaande aandelenopties, RSU's en PSU's uitgegeven aan en aangehouden door leden van het ELT, op 31 december 2024. Er zijn geen nieuwe aandelenopties toegekend in 2024. Aandelenopties - Leden van het ELT Naam Aandelenoptieplan Saldo op 31/12/2023 Toegekend in 2024 Uitgeoefend in 2024 Definitief verworven Niet definitief verworven Saldo op 31/12/2024 Philippe Kehren Solvay (afzonderlijke opties) (1) 2 573 - - 2 573 2 573 Syensqo (afzonderlijke opties) (1) 2 573 2 573 2 573 Korfopties (2) 7 616 7 616 7 616 Alexandre Blum Solvay (afzonderlijke opties) (1) 8 937 4 221 3 216 4 716 Syensqo (afzonderlijke opties) (1) 16 307 - 3 216 16 307 Korfopties (2) - - - - - Totaal Solvay (afzonderlijke opties) (1) 11 510 4 221 5 789 7 289 Syensqo (afzonderlijke opties) (1) 18 880 5 789 18 880 Korfopties (2) 7 616 7 616 7 616 (1)Opties toegekend in het kader van de vroegere aandelenoptieregelingen die de hierboven beschreven aanpassingen weerspiegelen ('Aanpassingen aan de lopende aandelenoptie-, PSU- en RSU-regelingen in het kader van de partiële splitsing') en die hun houder dienovereenkomstig het recht verlenen één aandeel Solvay of één aandeel Syensqo te verwerven tegen betaling van afzonderlijke uitoefenprijzen. (2)Opties toegekend in het kader van de Po2-aandelenoptieregeling 2022 en die hun houder dienovereenkomstig het recht verlenen om één aandeel Solvay en één aandeel Syensqo te verwerven tegen betaling van één enkele uitoefenprijs. Geen van de andere leden van het ELT hield per 31 december 2024 aandelenopties aan. Aandelenregeling van het ELT (PSU en RSU) Naam Aantal aandelen/eenheden Saldo op 31/12/2024 Definitief verworven Niet definitief verworven Philippe Kehren RSU's 2022 (voorwaardelijk toegekende aandelen) – Solvay 3 402 3 402 RSU's 2022 (voorwaardelijk toegekende aandelen) – Syensqo 3 402 3 402 PSU's 2023 (prestatieaandelen) 10 056 10 056 RSU's 2023 (voorwaardelijk toegekende aandelen) 4 311 4 311 PSU's 2024 (prestatieaandelen) 26 258 26 258 RSU's 2024 (voorwaardelijk toegekende aandelen) 11 254 11 254 Alexandre Blum RSU's 2022 (voorwaardelijk toegekende aandelen) – Solvay 1 595 1 595 RSU's 2022 (voorwaardelijk toegekende aandelen) – Syensqo 1 595 1 595 PSU's 2023 (prestatieaandelen) 4 714 4 714 RSU's 2023 (voorwaardelijk toegekende aandelen) 2 024 2 024 PSU's 2024 (prestatieaandelen) 13 390 13 390 RSU's 2024 (voorwaardelijk toegekende aandelen) 5 739 5 739 Lanny Duvall PSU's 2023 (prestatieaandelen) 4 714 4 714 RSU's 2023 (voorwaardelijk toegekende aandelen) 4 270 4 270 PSU's 2024 (prestatieaandelen) 12 855 12 855 RSU's 2024 (voorwaardelijk toegekende aandelen) 5 509 5 509 Lisa Brown PSU's 2023 (prestatieaandelen) 10 056 10 056 RSU's 2023 (voorwaardelijk toegekende aandelen) 4 311 4 311 PSU's 2024 (prestatieaandelen) 11 917 11 917 RSU's 2024 (voorwaardelijk toegekende aandelen) 5 108 5 108 Mark van Bijsterveld PSU's 2023 (prestatieaandelen) 10 056 10 056 RSU's 2023 (voorwaardelijk toegekende aandelen) 4 311 4 311 PSU's 2024 (prestatieaandelen) 12 319 12 319 RSU's 2024 (voorwaardelijk toegekende aandelen) 5 280 5 280 Totaal RSU's 2022 (voorwaardelijk toegekende aandelen) – Solvay 4 997 4 997 4 997 RSU's 2022 (voorwaardelijk toegekende aandelen) – Syensqo 4 997 4 997 4 997 PSU's 2023 (prestatieaandelen) 39 596 39 596 RSU's 2023 (voorwaardelijk toegekende aandelen) 19 227 19 227 PSU's 2024 (prestatieaandelen) 76 739 76 739 RSU's 2024 (voorwaardelijk toegekende aandelen) 32 890 32 890 Richtlijnen voor aandeelhouderschap Om de belangen van de kaderleden af te stemmen op die van de aandeelhouders, werd in het beloningsbeleid de verplichting opgenomen om een participatie in Solvay op te bouwen en te behouden die gelijk is aan 150% van de vaste basisbeloning voor de CEO en 100% van de vaste basisbeloning voor de andere leden van het ELT. Deze participatie moet normaliter worden opgebouwd over een periode van ten hoogste vijf jaar. Aandelen die worden aangekocht om aan die vereiste te voldoen, moeten worden aangehouden tot ten minste één jaar nadat het lid van het ELT de Groep heeft verlaten en in ieder geval gedurende ten minste drie jaar nadat de aandelen werden aangekocht. Op dit ogenblik is elk lid van het ELT zijn of haar participatie aan het opbouwen. Uitzonderlijke elementen (te beoordelen met onderstaande tabel) De Raad van Bestuur van Solvay heeft geen gebruik gemaakt van zijn discretionaire bevoegdheid om bijkomende vergoedingen en/of voordelen toe te kennen aan de CEO of andere leden van het ELT. Daarom zijn er geen buitengewone posten op basis van discretie te rapporteren. 4.6.3.8.Bedrag van de beloning en andere voordelen die direct of indirect aan de CEO en andere ELT-leden zijn betaald of toegekend Overeenkomstig het beloningsbeleid en op basis van de beoordeling door de Raad van de prestaties van de Groep en de leden van het ELT in 2024, was de beloning van de CEO en de andere ELT-leden als volgt (in €): Naam Positie Vaste beloning/Basissalaris (1) Variabele beloning (2) Totale directe beloning Uitzonderlijke elementen (3) Voordelen (4) Totale beloning (exclusief buitengewone posten) Jaarlijkse variabele beloning op basis van 2024 uitbetaald in 2025 De waarde van definitief verworven in eigenvermogensinstrumenten afgewikkelde beloningen 2024 Pensioen Andere Philippe Kehren CEO & Voorzitter van het ELT 810 000 1 022 281 72 810 1 905 091 5 744 255 052 131 822 2 291 965 Alexandre Blum CFO & ELT-lid 500 000 464 263 91 013 1 055 376 8 176 143 720 139 421 1 338 417 Lanny Duvall Lid van het ELT 503 119 414 492 0 917 611 93 757 142 176 107 053 1 166 840 Lisa Brown, Lid van het ELT 445 000 413 194 0 858 194 8 913 133 112 74 589 1 065 895 Mark van Bijsterveld Lid van het ELT 460 000 397 222 0 857 222 0 132 825 153 242 1 143 289 (1)Bezoldiging betaald voor de periode met betrekking tot hun ELT-mandaat van 1 januari tot 31 december 2024, voor de heer Lanny Duvall omvat dit ook betalingen gedaan in 2024 met betrekking tot tewerkstelling in 2023. (2)De definitief verworven in eigenvermogensinstrumenten afgewikkelde beloningen in 2024 betreft de PSU 2021 die op 31 december 2023 afgewikkeld is en in juni 2024 betaald is. (3)Terugbetaling van Belgische socialezekerheidsbijdragen betaald door leden van het ELT voor de periode van 1 oktober tot 8 december 2023, voorafgaand aan de benoeming van het ELT. Voor de heer Lanny Duvall omvat het ook verplichte elementen in verband met de wederzijdse beëindiging van zijn arbeidsovereenkomst op 31 mei 2024 als gevolg van zijn wijziging van status naar zelfstandige. (4)Voordelen - andere omvatten Uitkeringen op lange termijn (overlijden tijdens dienstverband, invaliditeit en medische uitkeringen) en uitkeringen in natura Vergelijkende informatie over de evolutie van de beloning en de prestaties van de vennootschap Onderstaande tabel toont de ontwikkeling van de beloning van de leden van de Raad van bestuur en het ELT in vergelijking met de prestaties van de Groep over een periode van vijf jaar. 2020 2021 2022 2023 2024 Beloning Beloning van de Raad (€) 1 687 500 1 620 587 1 575 538 2 182 606 1 240 000 Beloning van de CEO 3 790 614 4 025 971 5 738 535 5 842 772 2 291 965 •Ilham Kadri (€) (CEO tot 8 december 2023) 3 790 614 4 025 971 5 738 535 5 704 676 - •Philippe Kehren (€) (CEO vanaf 9 december 2023) - - - 138 096 2 291 965 Beloning van de leden van het ELT (€) 7 726 374 7 707 462 8 327 681 8 117 104 4 714 450 Verhouding tussen de beloning van de CEO en de gemiddelde beloning van de werknemers 61x 59x 75x 85x 35x Prestaties van Solvay 2020 2021 2022 2023 2024 (1) Onderliggende winst over de periode (€ miljoen) 650 1 081 1 772 1 430 445 Onderliggende EBITDA (€ miljoen) 1 945 2 356 3 229 2 923 1 052 Vrije kasstroom (€ miljoen) 1 206 1 043 1 255 1 041 361 (1)Prestaties zijn gebaseerd op de nieuwe perimeter van Solvay na de partiële splitsing De verhouding tussen het loon van de CEO (best betaalde kaderlid van de Groep) en dat van de minst betaalde werknemer van Solvay in België in 2024 is 40x, tegen 125 x in 2023, 114x in 2022, 90x in 2021, en 108x in 2020. De beloning van de CEO voor 2024 wordt berekend als de som van de beloningen zoals aangegeven in hoofdstuk 4.6.3.8. De laagstbetaalde werknemer wordt gedefinieerd als een voltijdse werknemer in België die een volledig jaar heeft gewerkt en aan het einde van het jaar het laagste basissalaris heeft. We verwachten een stijging van deze verhouding in het komende jaar, voornamelijk door de lage initiële onvoorwaardelijk geworden langetermijnbonus voor de nieuwe CEO. Op basis van de CEO targetbeloning voor 2024 zou de ratio 51x zijn. 4.6.3.9.Belangrijkste bepalingen van de contractuele relaties van de leden van het Executive Leadership Team met de onderneming en/of een gelieerde onderneming, met inbegrip van bepalingen met betrekking tot de vergoeding in geval van vroegtijdig vertrek De leden van het ELT, met inbegrip van de voorzitter (of CEO), hebben als onderdeel van hun verantwoordelijkheid bestuursmandaten in dochterondernemingen van de Groep. Indien zij voor deze bestuursmandaten vergoedingen ontvangen, zijn deze opgenomen in de hierboven vermelde bedragen, ongeacht of het gaat om een functie als loontrekkende dan wel als zelfstandige overeenkomstig lokale wetgeving. De leden van het ELT zijn aangesteld als zelfstandige en hebben een managementovereenkomst naar Belgisch recht met Solvay voor een bepaalde duur van vier jaar die stilzwijgend wordt verlengd wanneer hun mandaat wordt verlengd. Bij wijze van uitzondering heeft de CPO (dhr. Mark Van Bijsterveld) een arbeidsovereenkomst naar Nederlands recht. De volgende beëindigingsregelingen zijn overeengekomen met de CEO en de leden van het ELT: Indien Solvay het contract van de CEO (de heer Philippe Kehren), de CFO (de heer Alexandre Blum), de General Counsel (mevrouw Lisa Brown) en de COO (de heer Lanny Duvall) beëindigt of als hun mandaat na een periode van vier jaar niet wordt verlengd, komen zij in aanmerking voor een contractuele beëindigingsvergoeding ten belope van 6 maanden beloning voor een anciënniteit van minder dan 1 jaar of 12 maanden beloning voor een anciënniteit van meer dan 1 jaar (berekend op basis van de jaarlijkse vaste vergoeding en de variabele kortetermijnbeloning bij het behalen van de doelstellingen). Hun managementcontracten voorzien in een concurrentiebeding van 12 maanden na beëindiging, met een vergoeding gelijk aan 50% van de beloning voor de periode van het concurrentiebeding, tenzij Solvay afziet van de toepassing van de clausule. Deze niet-concurrentie vergoeding, indien verschuldigd door de Vennootschap, is inbegrepen in de beëindigingsvergoeding, waarvan zij zal worden afgetrokken. In het geval dat Solvay de arbeidsovereenkomst van de CPO (dhr. Mark Van Bijsterveld) beëindigt, ontvangt hij een ontslagvergoeding ten belope van de wettelijke transitievergoeding volgens het Nederlandse recht of 12 maanden brutosalaris, indien dat hoger is (de basis voor de berekening van deze ontslagvergoeding is het brutojaarsalaris en het gemiddelde van de kortetermijnbonussen ontvangen in de afgelopen drie jaar). Zijn arbeidsovereenkomst voorziet in een niet-concurrentieperiode van 12 maanden na beëindiging. In het geval dat dhr. Philippe Kehren ontslag neemt, moet hij een opzegtermijn van zes maanden in acht nemen. In het geval dat dhr. Alexandre Blum, mevr. Lisa Brown, dhr. Lanny Duvall of dhr. Mark Van Bijsterveld ontslag nemen, moeten ze een opzegtermijn van drie maanden in acht nemen. Alle leden van het ELT zijn onderworpen aan de hierboven beschreven niet-concurrentiebedingen indien zij ontslag nemen, tenzij Solvay afstand doet van de toepassing van die bedingen. In het geval van een wijziging in de zeggenschap over de Vennootschap, kan mevr. Lisa Brown de managementovereenkomst beëindigen met een opzegtermijn van drie maanden aan de Vennootschap binnen zes maanden na het optreden van een dergelijke controlewijziging. In dat geval ontvangt zij een beëindigingsvergoeding volgens dezelfde voorwaarden als in het geval van beëindiging door Solvay (de niet-concurrentievergoeding, indien verschuldigd door de vennootschap, is inbegrepen in de beëindigingsvergoeding en zal daarvan worden afgetrokken). 4.6.4.Verklaringen van overeenstemming van de beloning van de voorzitter en de leden van het ELT Dit verslag is opgesteld door het Remuneratiecomité. De beloningspakketten van de CEO en de leden van het ELT zijn in overeenstemming met artikel 7:91 van het Belgische Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, dat stelt dat bij gebreke van andersluidende wettelijke bepalingen of uitdrukkelijke goedkeuring van de jaarlijkse algemene vergadering van aandeelhouders, ten minste 25% van de variabele beloning gekoppeld moet zijn aan vooraf bepaalde prestatiecriteria die objectief meetbaar zijn over een periode van ten minste twee jaar, en ten minste nog eens 25% gebaseerd moet zijn op vooraf bepaalde prestatiecriteria die objectief meetbaar zijn over een periode van ten minste drie jaar. De beloningspakketten worden door de Raad vastgesteld op basis van aanbevelingen van het Remuneratiecomité. Deze beloningspakketten zijn ook in overeenstemming met de Belgische Corporate Governance Code (2020). De variabele beloning van het ELT en de CEO bestaat uit: hEen jaarlijkse bonus (STI) gebaseerd op de behaalde prestaties ten opzichte van de financiële en duurzaamheidsprestatiedoelstellingen van de Groep en de prestaties van het individu gemeten aan de hand van een reeks vooraf bepaalde individuele doelstellingen; en hLangetermijnbonussen (PSU & RSU) toegekend in de vorm van aandelen. De onkosten van de leden van het ELT, met inbegrip van die van de voorzitter (de CEO), zijn onderworpen aan dezelfde regels als die welke gelden voor alle hogere kaderleden, wat wil zeggen dat alle beroepsonkosten een voor een moeten worden gestaafd. Privé-uitgaven worden niet vergoed. Indien bepaalde onkosten deels beroepsonkosten en deels privé-uitgaven zijn, zoals autokosten, wordt een proportionaliteitsregel toegepast op dezelfde manier als voor alle managers in een dergelijke situatie. Volgens het Belgische recht moeten alle wijzigingen aan ons beloningsbeleid ter goedkeuring aan de aandeelhouders worden voorgelegd alvorens te worden doorgevoerd. 4.7.Belangrijkste kenmerken van risicobeheer, interne controle en interne audit 4.7.1.Rollen en verantwoordelijkheden De leidinggevenden en managers van Solvay zijn verantwoordelijk voor de adequaatheid van het kader voor risicobeheer en interne controle in hun respectieve Global Business Units (GBU's) en functies. Dit geldt zowel voor financiële als duurzaamheidsgerelateerde zaken. De afdeling Internal Audit & Risk Management (IA/RM) organiseert de interne audit, de interne controle en het risicobeheer in een wereldwijde functie om de efficiëntie en de doeltreffendheid van de systemen voor risicobeheer en interne controle te versterken. De teams voor risicobeheer en interne controle verlenen advies en waken erover dat de leidinggevenden problemen aanpakken. Zij zijn verantwoordelijk voor het opzetten en actueel houden van een uitgebreid en consistent risicobeheer- en interne-controlesysteem in de hele Groep, die onafhankelijk wordt doorgelicht door het interne auditteam. De mate waarin Solvay bereid is risico te nemen bij het nastreven van de bedrijfsstrategie van de Groep en de doelstelling om aandeelhouderswaarde te creëren wordt bepaald en gestuurd door een aantal kwalitatieve en kwantitatieve maatstaven, zoals limieten, drempelwaarden en indicatoren naargelang de risicobereidheid. De afdeling IA/RM communiceert op gezette tijdstippen rechtstreeks met het audit- en risicocomité om ervoor te zorgen dat de risicobeheeractiviteiten van het management van Solvay zijn afgestemd op die van de Raad. Solvay heeft een systeem voor interne controle opgezet dat redelijke zekerheid moet verschaffen dat: hDe geldende wet- en regelgeving worden nageleefd; hHet door de algemene directie vastgestelde beleid en de doelstellingen worden uitgevoerd en behaald; hDe financiële en duurzaamheidsgerelateerde informatie accuraat is; en hDe interne processen efficiënt en doelmatig zijn, met name de processen die helpen om de activa van Solvay te beschermen. De vijf componenten van het interne-controlesysteem en de rol van de interne audit als onafhankelijke verschaffer van zekerheid worden hieronder beschreven. 4.7.2.De controleomgeving De controleomgeving, als basis voor het interne-controlesysteem, weerspiegelt de voornemens van de bedrijfsleiding en bevordert het bewustzijn en het correcte gedrag van alle werknemers. De verschillende elementen ervan scheppen een duidelijk kader met principes, regels, taken en verantwoordelijkheden en tonen tegelijk aan dat het management zich inzet voor de naleving ervan. hDe Gedragscode inzake bedrijfsintegriteit is beschikbaar op de website van Solvay. Zij verwijst naar onderliggende beleidslijnen en procedures. De werknemers volgen regelmatig opleidingen over de Gedragscode. Meer informatie is te vinden in sectie 6.4.1 Bedrijfsgedrag in de duurzaamheidsverslagen. hVia een extern beheerd Meldpunt Ethiek kunnen werknemers potentiële schendingen van de gedragscode voor bedrijfsintegriteit melden als zij hun managers of de afdeling Compliance daar niet over kunnen aanspreken of als zij anoniem wensen te blijven. Meer informatie is te vinden in sectie 6.4.1 Bedrijfsgedrag in de duurzaamheidsverslagen. hVoor financiële en niet-financiële activiteiten en transacties zijn gestandaardiseerde processen en controles ingevoerd, waaronder delegaties van bevoegdheden en handtekeningregels en de toepassing van het beginsel van scheiding van taken. 4.7.3.Het risicobeoordelingsproces Het groepsbrede risicobeheerproces houdt rekening met de strategische doelstellingen van de organisatie en de resultaten van de dubbele-materialiteitsanalyse (DMA). Het is gestructureerd in de volgende fasen: hrisicoanalyse (identificatie en evaluatie), risicobeoordeling en beslissing over hoe om te gaan met kritieke risico's, gevolgen en kansen (IRO's). hinvoering van risicobeperkingsplannen met risicoverantwoordelijken, die instaan voor de uitvoering; htoezicht op de toereikendheid en doeltreffendheid van de risicobeperkingsplannen. Het audit- en risicocomité vergadert één keer per jaar met de CEO en alle andere leden van de Raad om de belangrijkste risico's waarmee de Groep wordt geconfronteerd ('risico's op groepsniveau') te bespreken en goed te keuren. Het audit- en risicocomité beoordeelt doorheen het jaar systematisch de vooruitgang en nodigt op regelmatige tijdstippen de betrokken leidinggevenden en risico-eigenaars uit om een overzicht te geven van hun risicobeoordelingen en van de geboekte vooruitgang met het beperken van de geïdentificeerde risico's. Meer informatie over Enterprise Risk Management, en het beheer van de materiële impacten, risico's en kansen met inbegrip van een beschrijving van de belangrijkste risico's van de Groep en de maatregelen die op verschillende niveaus in de organisatie worden genomen om deze te vermijden of te beperken, is te vinden in de sectie Risicobeheer van dit verslag. Meer informatie over de dubbele-materialiteitsanalyse is te vinden in sectie 6.1.4 van de Duurzaamheidsverslagen. 4.7.4.Controleactiviteiten Solvay hanteert een systematische aanpak voor het ontwerpen en uitvoeren van interne-controleactiviteiten voor de relevantste processen van de Groep. Die omvat een risicobeoordeling om de belangrijkste controledoelstellingen te bepalen voor processen op groepsniveau, in de wereldwijde gedeelde dienstenplatformen genaamd Global Business Services (GBS), in de Global Business Units (GBU) en in individuele vestigingen om de productie van betrouwbare jaarrekeningen en duurzaamheidsverslagen te garanderen. Onder toezicht van de CFO is een netwerk van eigenaars van processen op groepsniveau en vertegenwoordigers van de GBU's opgezet om een op de risico's van elke GBU en groepsfunctie afgestemd systeem voor interne controle te bevorderen. Na de risicobeoordelingsfase worden de controles ontworpen en beschreven door de bedrijfsproceseigenaren met ondersteuning van het interne controleteam. De controlebeschrijvingen worden gebruikt als referentie voor de uitrol en beoordeling van interne controles binnen de Groep. Op elk niveau van de organisatie is de manager die het proces beheert verantwoordelijk voor de uitvoering van de controle. Solvay stelt beleidslijnen en processen vast die gelden voor alle werknemers in de volgende financiële domeinen: managementcontrole, financiering en kasstroom, financiële controle, financiële communicatie, belastingen en verzekeringspolissen. Voor al deze financiële processen en voor grote projecten op groepsniveau, zoals verwervingen en desinvesteringen, zijn controleactiviteiten vastgesteld. Daarnaast wordt in de online handleiding voor financiële verslaggeving ('Financial Reporting Guide') uitgelegd hoe de IFRS-standaarden in de hele Groep moeten worden toegepast. Financiële elementen worden maandelijks geconsolideerd en geanalyseerd door controleteams op alle niveaus in de organisatie en door Group Accounting and Reporting en het Executive Leadership Team. Die elementen worden geanalyseerd met behulp van plausibiliteits- en consistentiecontroles en diverse andere methoden, zoals variantieanalyses, ratioanalyses en vergelijkingen met prognoses. Naast de maandelijkse analyse van de verslaggeving analyseert het Executive Leadership Team elk kwartaal grondig de prestaties van de GBU's in het kader van de bespreking van de bedrijfsvooruitzichten. Interne controles voor duurzaamheidsgerelateerde activiteiten en transacties die als materieel worden beschouwd als gevolg van de dubbele-materialiteitsanalyse volgen dezelfde aanpak als interne controles op de financiële verslaglegging. Proces- en interne controlebeschrijvingen die betrekking hebben op belangrijke IRO's worden ontworpen en beschreven door eigenaars van bedrijfsprocessen en -controles met ondersteuning van het team Interne Controle. Afhankelijk van het toepassingsgebied worden deze controles centraal geïmplementeerd of op het relevante niveau in de organisatie uitgevoerd onder de verantwoordelijkheid van de verantwoordelijke manager. Belangrijke groepsbrede beleidsregels en procedures die zich richten op de belangrijkste IRO's, d.w.z. de Bedrijfsintegriteit, de gedragscode voor Bedrijfsintegriteit bij leveranciers, het anti-omkopings- en anticorruptiebeleid, het Speak-up-beleid, de Kapitaaluitgavenprocedure, het beleid voor inkoopbeheer en verschillende beleidsregels op het gebied van Gezondheid, Veiligheid, Milieu en Sanering die door alle werknemers en externe bedrijfspartners, indien van toepassing, moeten worden nageleefd, vormen de onderliggende basis voor het duurzaamheidsgerelateerde interne controleraamwerk. Bovendien is er, om de juistheid van de duurzaamheidsrapportage te garanderen, een groepsbrede reeks beleidsregels en processen ontwikkeld die worden uitgerold naar alle relevante belanghebbenden in de organisatie. 4.7.5.Toezicht op de interne controle Het audit- en risicocomité houdt toezicht op de doeltreffendheid van het risicobeheer en het interne-controlesysteem. Het overziet de werkzaamheden van de teams voor interne audit en risicobeheer met betrekking tot financiële, duurzaamheids-, operationele en compliance-controles. Het wordt op de hoogte gehouden van de omvang, programma's en resultaten van de testen door de interne controle, de zelfbeoordeling door de interne controle en de interne-auditwerkzaamheden. Het gaat ook na of auditaanbevelingen correct worden uitgevoerd (Meer informatie over het werk van de interne audit sectie 4.7.7. hierna). De taken en verantwoordelijkheden van het audit- en risicocomité worden in detail omschreven in het Charter van het audit- en risicocomité, dat is opgenomen in het Corporate Governance Charter. Daarnaast coördineert de afdeling Ethics and Compliance onderzoeken naar mogelijke inbreuken op de Gedragscode voor Bedrijfsintegriteit. Meer informatie over het werk van de afdeling Ethics and Compliance is te vinden in sectie 6.4.1 Bedrijfsgedrag van de duurzaamheidsverslagen. 4.7.6.Informatie en communicatie De informatiesystemen voor de hele Groep worden beheerd door de IT-afdeling. Het overgrote deel van de activiteiten van de Groep wordt ondersteund door een klein aantal geïntegreerde ERP-systemen (Enterprise Resource Planning). De financiële consolidatie wordt ondersteund door een speciale tool. Financiële-verslaggevingsprocedures en interne controles zorgen ervoor dat alle materiële informatie die Solvay aan beleggers, schuldeisers en toezichthouders verstrekt nauwkeurig en transparant is, tijdig wordt verstrekt en een getrouw beeld geeft van de meest relevante ontwikkelingen, financiële fundamenten en prestaties van de Groep. Voor duurzaamheidsrapportage is het verzamelen en beoordelen van gegevens meer handmatig. Er zijn controlemechanismen aanwezig om ervoor te zorgen dat openbaar gemaakte materiële informatie correct en volledig is. Voorafgaand aan de afsluiting van elk kwartaal bezorgt de afdeling Group Accounting and Reporting gedetailleerde schriftelijke instructies aan alle betrokken financiële actoren. De publicatie van de financiële kwartaalresultaten en de jaarlijkse duurzaamheidsverslagen zijn onderhevig aan verschillende beoordelings- en goedkeuringsstappen: hHet Investor Relations-team ontwerpt, ontwikkelt en verspreidt berichten en informatie over de Groep en houdt daarbij rekening met de behoeften van de financiële markten. Dit gebeurt onder toezicht en controle van het Executive Leadership Team. hHet audit- en risicocomité ziet erop toe dat de financiële en duurzame verklaringen (in coördinatie met het ESG-comité) en de communicatie van Solvay nv en de Groep in overeenstemming zijn met de algemeen aanvaarde boekhoudkundige principes (IFRS voor de Groep, Belgisch boekhoudrecht voor Solvay nv) en met de richtlijn duurzaamheidsrapportage door bedrijven en de overeenstemmende normen. hDe Raad van bestuur keurt de geconsolideerde periodieke jaarrekeningen en die van Solvay nv (driemaandelijks, halfjaarlijks en jaarlijks), de duurzaamheidsverslagen alsmede alle communicatie daaromtrent goed. 4.7.7.Interne audit Het team Interne Audit verschaft risicogebaseerde, onafhankelijke en objectieve zekerheid om de waarde van de organisatie te vergroten en te beschermen. Het hanteert een systematische en methodologische aanpak voor de evaluatie en verbetering van de doeltreffendheid van de processen en procedures op het gebied van aansturing, risicobeheer en interne controle en helpt zo de organisatie om haar doelstellingen te bereiken. Het team voert in de hele Groep interne auditopdrachten uit op basis van zijn Audit Charter en het op risico’s gebaseerde jaarlijkse interne auditplan goedgekeurd door het audit- en risicocomité. Het auditplan houdt rekening met interne en externe gegevens, risicofactoren en benchmarks. Het omvat zowel audits op entiteitsniveau als transversale, groepsbrede opdrachten om de belangrijkste risico's van de Groep aan te pakken die in het proces voor het beheer van ondernemingsrisico's zijn vastgesteld. De opdrachten worden omschreven, gepland en vastgesteld op basis van een risicoanalyse, die is toegespitst op de voornaamste risicogebieden. Het management moet ervoor zorgen dat de aanbevelingen van de interne audit worden omgezet in actieplannen en worden uitgevoerd. De stand van implementatie wordt door het team Interne Audit gevolgd en regelmatig aan het Executive Leadership Team, de hogere kaderleden en het audit- en risicocomité gerapporteerd. In 2024 heeft het team Interne Audit 16 opdrachten uitgevoerd in alle regio's waar Solvay actief is, die te maken hadden met de efficiëntie van de activiteiten en de interne controles, maar ook met Corporate Governance, compliance, bedrijfsintegriteit, informatiebeveiliging en waardebescherming. Het hoofd van de afdeling Interne Audit en Risicobeheer rapporteert aan de Chief Financial Officer en brengt op gezette tijdstippen verslag uit aan de voorzitter van het audit- en risicocomité en de CEO. Zij woont alle vergaderingen van het audit- en risicocomité bij en presenteert periodiek een activiteitenverslag met een samenvatting van de uitgevoerde auditopdrachten, de opvolging van de aanbevelingen en het jaarlijkse auditprogramma. Zij heeft te allen tijde directe toegang tot de voorzitter van het audit- en risicocomité en de CEO. 4.8.Externe audit De audit van de financiële toestand van de vennootschap, de jaarrekening, de duurzaamheidsverslagen en de controle op de getrouwheid van die verslaggeving – en van de gegevens die overeenkomstig het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen en de statuten in de jaarrekening moeten worden opgenomen – worden toevertrouwd aan één of meer commissarissen. De commissarissen worden door de jaarlijkse algemene vergadering aangesteld uit de leden (natuurlijke of rechtspersonen) van het Belgisch Instituut der Bedrijfsrevisoren. De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de commissaris(sen) zijn wettelijk vastgelegd. hDe jaarlijkse algemene vergadering bepaalt het aantal commissarissen en hun vergoedingen in overeenstemming met de wet. De commissarissen hebben ook recht op terugbetaling van hun reiskosten voor de controle van de vestigingen en administrateve kantoren van de vennootschap. hDe jaarlijkse algemene vergadering kan ook een of meer plaatsvervangende commissarissen benoemen. De commissarissen worden benoemd voor een hernieuwbare termijn van drie jaar. De jaarlijkse algemene vergadering kan hun benoeming alleen om gegronde redenen herroepen. hHet audit- en risicocomité beoordeelt de effectiviteit, onafhankelijkheid en objectiviteit van de commissaris rekening houdend met: —de inhoud, kwaliteit en inzichten in de belangrijkste plannen en rapporten van de commissaris, in het bijzonder degene die een samenvatting geven van de auditwerkzaamheden die zijn uitgevoerd met betrekking tot de door de vennootschap geïdentificeerde risico's; —de contacten met de commissaris tijdens vergaderingen van het audit- en risicocomité; —de grondigheid waarmee de commissaris de belangrijkste boekhoudkundige principes hanteert; —de levering van niet-auditdiensten. Voor het boekjaar eindigend op 31 december 2024 werden de professionele diensten verleend door EY Bedrijfsrevisoren BV, naar Belgisch recht opgericht en geldig bestaand, met maatschappelijke zetel te Kouterveldstraat 7b, 1831 Diegem, België, ingeschreven in het rechtspersonenregister van Brussel onder het ondernemingsnummer 0446.334.711 en zijn respectieve filialen. Het mandaat van EY is ingegaan op de datum van de Aandeelhoudersvergadering van 10 mei 2022. EY is de commissaris van de vennootschap voor een periode van drie jaar, die eindigt na de gewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2025, die de rekeningen voor het jaar 2024 zal moeten goedkeuren. 4.9.Afwijking van de Belgische Corporate Governance Code van 2020 De vennootschap wijkt af van principe 7.6 van de Corporate Governance Code die aanbeveelt dat een deel van de beloning van niet-uitvoerende bestuurders in aandelen wordt uitbetaald. De vennootschap is echter van mening dat haar beloningspraktijken relevant blijven en voldoen aan de richtlijn van principe 7.6, aangezien niet-uitvoerende bestuurders verplicht zijn aandelen van de vennootschap aan te houden ten belope van 100% van hun vaste brutovergoeding op jaarbasis. Meer informatie is te vinden in sectie 1.6 van de Corporate governance verklaring. 4.10.Informatie die krachtens artikel 34 van het Belgische Koninklijke Besluit van 14 november 2007 openbaar moet worden gemaakt Overeenkomstig artikel 34 van het Belgische Koninklijk Besluit van 14 november 2007 verschaft de vennootschap hierbij de volgende informatie: Kapitaalstructuur Op 31 december 2024 bedroeg het kapitaal van de vennootschap € 236 583 447,18, vertegenwoordigd door 105 876 416 volgestorte gewone aandelen zonder nominale waarde. Aan elk Solvay-aandeel zijn dezelfde rechten verbonden. Er zijn geen verschillende aandelenklassen. Overdracht van aandelen en afspraken tussen aandeelhouders De statuten van Solvay bevatten geen enkele beperking op de overdracht van aandelen. De vennootschap heeft geen weet van bindende overeenkomsten tussen aandeelhouders met betrekking tot de vennootschap die kunnen leiden tot beperkingen op de overdraagbaarheid van de aandelen van de vennootschap of de uitoefening van de stemrechten. De vennootschap is er evenwel van op de hoogte dat bepaalde individuele aandeelhouders die rechtstreeks aandelen van Solvay bezitten, kunnen besluiten om elkaar te raadplegen wanneer de Raad van bestuur vragen van bijzonder strategisch belang voorlegt aan de algemene vergadering. Elk van deze aandeelhouders blijft echter vrij om te stemmen zoals hij dat wil. Geen van deze personen, individueel of samen met anderen, bereikt de initiële drempel van 3% waarbij een transparantiekennisgeving vereist is (aangezien Solvay niet van dergelijke participatie op de hoogte is gebracht). Solvay heeft geen weet van stemafspraken tussen zijn aandeelhouders, noch van het bestaan van overleg tussen zijn aandeelhouders. Houders van effecten met bijzondere zeggenschapsrechten Dergelijke effecten zijn niet uitgegeven. Controlemechanisme van een aandelenplan voor werknemers waarbij de zeggenschapsrechten niet rechtstreeks door de werknemers worden uitgeoefend Er bestaat geen aandelenplan voor werknemers met een dergelijk mechanisme. Beperkingen op de uitoefening van het stemrecht Elk aandeel van Solvay geeft de houder ervan recht op één stem op de algemene aandeelhoudersvergadering. In artikel 10 van de statuten van de vennootschap is bepaald dat de uitoefening van stemrechten en andere rechten verbonden aan aandelen die gezamenlijk eigendom zijn of waarvan het vruchtgebruik en de naakte eigendom gescheiden zijn of in pand zijn gegeven, wordt opgeschort in afwachting van de aanstelling van één vertegenwoordiger die de aan de aandelen verbonden rechten zal uitoefenen. De stemrechten die verbonden zijn aan de aandelen van Solvay die in het bezit zijn van Solvay Stock Option Management, een 100% indirecte dochteronderneming van de vennootschap, zijn van rechtswege opgeschort. Benoeming, herbenoeming, ontslag en afzetting van bestuurders In de statuten van de vennootschap is bepaald dat de vennootschap moet worden geleid door een Raad van bestuur bestaande uit ten minste vijf leden, en dat het aantal leden door de algemene vergadering wordt bepaald (artikel 12). De bestuurders worden in principe door de algemene vergadering benoemd voor een termijn van vier jaar en kunnen worden herbenoemd (artikel 13). Benoemingen, herbenoemingen, ontslagen en afzettingen van bestuurders worden door de Raad van bestuur ter goedkeuring aan de gewone algemene vergadering voorgelegd. De gewone algemene vergadering beslist bij gewone meerderheid over de voorstellen die de Raad van bestuur in dit verband doet. Indien een bestuursmandaat vóór het einde van een mandaatperiode vacant wordt, kan de Raad van bestuur een nieuw lid benoemen, onder voorbehoud van bekrachtiging tijdens de eerstvolgende gewone algemene vergadering. Wijziging van de statuten van Solvay Wijzigingen van de statuten van de vennootschap moeten worden voorgelegd aan de algemene vergadering, waar ten minste 50% van het aandelenkapitaal van Solvay aanwezig of vertegenwoordigd moet zijn. Zij moeten in principe worden aangenomen met minstens 75% van de uitgebrachte stemmen. Indien het aanwezigheidsquorum op de eerste buitengewone algemene vergadering niet wordt gehaald, kan een tweede algemene vergadering worden bijeengeroepen, die dan zal beslissen zonder dat een aanwezigheidsquorum vereist is. Voor bepaalde andere zaken, zoals een wijziging van het doel van de vennootschap, kan een grotere meerderheid vereist zijn. Bevoegdheden van de Raad van bestuur De vennootschap heeft een 'monistische' bestuursstructuur aangenomen, waarbij de Raad van bestuur beschikt over de bevoegdheid om alle handelingen te stellen die noodzakelijk of nuttig zijn voor de verwezenlijking van het maatschappelijke doel van de vennootschap, met uitzondering van de handelingen die krachtens de wet of de statuten uitdrukkelijk zijn voorbehouden aan de algemene vergadering. Op 9 december 2023 heeft de Raad bepaalde bevoegdheden gedelegeerd aan het ELT. Die delegaties van bevoegdheden zijn opgenomen in het Governance Charter. Voor alle aangelegenheden waarvoor hij exclusief verantwoordelijk is, werkt de Raad van bestuur nauw samen met het Executive Leadership Team, dat in het bijzonder verantwoordelijk is voor de voorbereiding van de meeste voorstellen waarover de Raad van bestuur beslist. De buitengewone algemene vergadering van 8 december 2023 heeft de Raad van bestuur de volgende machtigingen verleend: hToegestaan kapitaal: —machtiging voor een periode van vijf (5) jaar om het kapitaal te verhogen overeenkomstig artikel 7:198 en volgende van het WVV, in een of meer bewegingen, tot een maximum van € 23.650.000 (exclusief eventuele uitgiftepremie); —machtiging voor een periode van twee (2) jaar om het kapitaal te verhogen in geval van een verwervingsbod op Solvay, in een of meer bewegingen, onder de voorwaarden en binnen de grenzen bepaald in het nieuwe artikel 8 van de statuten en artikel 7:202 van het WVV. hVerwerving, vervreemding en vernietiging van eigen aandelen: —machtiging voor een periode van vijf (5) jaar om eigen aandelen te verwerven en toe te zeggen tegen een eenheidsprijs die niet lager mag zijn dan één euro (€ 1,00) en niet hoger mag zijn dan tien procent (10%) boven de hoogste koers van de laatste twintig (20) handelsdagen voorafgaand aan de transactie, met dien verstande dat Solvay op geen enkel moment meer dan tien procent (10%) van het totale aantal uitgegeven aandelen mag bezitten; —machtiging voor een periode van twee (2) jaar om eigen aandelen te verwerven en toe te zeggen wanneer die verwerving of toezegging noodzakelijk is om een ernstige en nakende dreiging voor Solvay af te wenden, inclusief in het geval van een openbaar verwervingsbod op Solvay, in overeenstemming met artikel 7:215, §1, leden 4 en 5 van het WVV; —machtiging om eigen aandelen te vervreemden aan een of meer bepaalde personen die geen werknemers zijn, onder de voorwaarden en binnen de grenzen van artikel 7:218, §1, 4° van het WVV; —machtiging voor een periode van twee (2) jaar om eigen aandelen te vervreemden om een ernstige en nakende dreiging voor Solvay af te wenden, inclusief in het geval van een openbaar verwervingsbod op Solvay, in overeenstemming met artikel 7:218, §1, 3° van het WVV; —machtiging om op elk moment eigen aandelen te vernietigen en de statuten te wijzigen om de vermindering van het totale aantal aandelen van Solvay weer te geven. Belangrijke overeenkomsten of effecten die kunnen worden beïnvloed door een wijziging van de zeggenschap over de vennootschap Splitsingsovereenkomst van 4 december 2023 In het kader van de partiële splitsing zijn Solvay en Syensqo een splitsingsovereenkomst aangegaan die bepaalde aangelegenheden regelt in verband met de afsplitsing van Syensqo van Solvay en voorafgaande reorganisatietransacties, de relatie tussen Solvay, Syensqo en hun respectieve verbonden ondernemingen regelt met ingang van de ingangsdatum van de partiële splitsing, en bepaalde aanvullende regelingen in dat verband implementeert, waaronder bepaalde wederzijdse schadeloosstellingsverbintenissen in verband met milieuverplichtingen (de 'splitsingsovereenkomst'). Artikel 4.2 van de splitsingsovereenkomst verleent Syensqo het recht om zijn schadeloosstellingsverbintenissen tegenover Solvay (voor de toekomst) te beëindigen voor milieuverplichtingen die toerekenbaar zijn aan Syensqo, waarvoor Solvay niettegenstaande de partiële splitsing aansprakelijk zou blijven, indien de zeggenschap over Solvay wijzigt (gedefinieerd als een situatie waarin een derde partij, alleen of in overleg met andere partijen, de drempel van 25% van de stemgerechtigde effecten van de vennootschap bereikt of overschrijdt, ongeacht of die drempel wordt bereikt of overschreden als gevolg van de verwerving van stemgerechtigde effecten of anderszins, en onder voorbehoud van bepaalde uitzonderingen met betrekking tot Solvac. De bepaling met betrekking tot een wijziging van zeggenschap werd goedgekeurd door de buitengewone algemene vergadering van 8 december 2023. Overeenkomst inzake Amerikaanse belastingkwesties van 31 oktober 2023 In het kader van de partiële splitsing zijn Solvay en Syensqo een overeenkomst inzake Amerikaanse belastingkwesties aangegaan, die de respectieve rechten, verantwoordelijkheden en verplichtingen van de vennootschap en Syensqo regelt met betrekking tot bepaalde belastingaangelegenheden in de VS, inclusief met betrekking tot belastingverplichtingen in de VS (inclusief, in het algemeen, de aansprakelijkheid en potentiële vrijwaringsverplichtingen voor belastingen in de VS die toerekenbaar zijn aan de activiteiten van elke onderneming en belastingen en verliezen die, in bepaalde omstandigheden, voortvloeien uit de afsplitsing binnen de Groep van bepaalde entiteiten in de VS (de 'Amerikaanse Afsplitsing') en de partiële splitsing (en bepaalde verwante transacties), Amerikaanse fiscale attributen, Amerikaanse fiscale betwistingen en Amerikaanse belastingaangiften (de 'Overeenkomst inzake Amerikaanse belastingkwesties'). Onder Sectie 3.02 van de Overeenkomstinzake Amerikaanse belastingkwesties, kan de Vennootschap verplicht worden om Syensqo of Solvay Holding, Inc. schadeloos te stellen voor bepaalde nadelige gevolgen voor de Amerikaanse federale inkomstenbelasting die kunnen voortvloeien uit (i) bepaalde toekomstige handelingen of nalatigheden waarvan redelijkerwijs verwacht kan worden dat hierdoor de partiële splitsing of de Amerikaanse Afsplitsing (of bepaalde aanverwante transacties) niet in aanmerking komen voor hun beoogde fiscale behandeling in de V.S., met inbegrip van handelingen of nalatigheden die leiden of kunnen leiden tot een wijziging van de controle over de Vennootschap (in de zin van artikel 1:14 en volgende van de WVV), of (ii) de verwerving door een of meer personen van een belang van 50% of meer (gemeten naar stemrecht of waarde) in het kapitaal van de Vennootschap, met inbegrip van, om twijfel te vermijden, een overnamebod (zelfs als Solvay niet deelneemt aan de overname of deze overname op een andere manier vergemakkelijkt). De bepaling met betrekking tot een wijziging van zeggenschap werd goedgekeurd door de buitengewone algemene vergadering van 8 december 2023. Overeenkomsten tussen de vennootschap en haar bestuurders of werknemers die voorzien in een vergoeding indien bestuurders ontslag nemen of 'good leavers' zijn, of in het geval van een openbaar verwervingsbod Niet van toepassing 5.Risicobeheer 5.1. Risicobeheerproces 5.1.1. Risicoanalyse en beslissing over het beheer van kritieke risico's 5.1.2. Crisisparaatheid 5.2. Belangrijkste risico's voor Solvay 5.2.1. Compliancerisico 5.2.2. Bedrijfsintegriteitsrisico 5.2.3. Gevaarlijkestoffenrisico 5.2.4. Fysiekeveiligheidsrisico 5.2.5. Cyberbeveiligingsrisico 5.2.6. Operationeleveiligheidsrisico 5.2.7. Risico's van klimaatverandering 5.2.8. Milieu-impact en -geschillen 5.2.9. Geopolitieke risico's 5.2.10. Digitalisering en HR-transformatie 5.3. Overige risico's 5.3.1. Markt en groei – strategisch risico 5.3.2. Risico's verbonden aan de betrouwbaarheid van de toeleveringsketen en de productie 5.3.3. Financieel risico 5.3.4. Risico van informatietechnologie (IT) Geschillen 5. Risicobeheer In een context van grote wereldwijde economische en politieke onzekerheid, steeds volatielere marktcycli, verstoorde toeleveringsketens en verhoogde gevoeligheid, verwachtingen en vereisten in verband met de klimaatverandering en duurzaamheid, zijn wij van mening dat het effectief monitoren en beheren van risico's essentieel is om de strategische doelstellingen van Solvay te bereiken. 5.1.Risicobeheerproces Wanneer risico's goed worden begrepen en beheerd, kan er waarde worden gecreëerd. Risico's voorzien, meten, beperken en opvolgen is voor Solvay even belangrijk als het daaraan gerelateerde identificeren, beheren en optimaliseren van kansen. Dit blijkt uit de uitgebreide risicogerelateerde processen die wij toepassen binnen de hele organisatie en waardeketen, van de Raad van bestuur en eerstelijnsmedewerkers tot partners in de toeleveringsketen en klanten.Die processen worden hieronder uiteengezet. 5.1.1.Risicoanalyse en beslissing over het beheer van kritieke risico's Wij analyseren risico's op drie manieren. Ten eerste bepalen we hun prioriteitsniveau voor Solvay, wat betekent dat ze worden gecategoriseerd als 'belangrijkste risico's' (meest kritieke) of 'overige risico's'. Ten tweede stellen we vast op welk gebied het risico ernstigste gevolgen kan hebben zoals impact op het milieu, op mensen, economische gevolgen of reputatieschade voor de Groep. Ten derde delen wij de risico's in op basis van hun tijdshorizon: korte termijn (tot één jaar); middellange termijn (meer dan één jaar en minder dan vijf jaar) en lange termijn (meer dan vijf jaar). In overeenstemming met de Europese standaarden voor duurzaamheidsrapportage (ESRS) beoordelen en categoriseren we onze belangrijkste risico's ook als 'Ecologisch (E)', 'Sociaal (S)', of 'Governance (G)', waar van toepassing, waardoor er een directe link ontstaat tussen het Enterprise Risk Management (ERM) van de Groep en het duurzaamheidsrapportageproces. Risicobeheer in actie De Enterprise Risk Management-methode van Solvay, geïnspireerd op de principes van het Committee of Sponsoring Organizations (COSO), vereist dat onze Global Business Units (GBU's) en functies – en van de Groep in haar geheel – risico's prioriteren, plannen opstellen om de risico's te beperken, deze plannen uitvoeren en voortdurend de omgeving scannen om na te gaan of risico's en blootstellingen veranderen en te verifiëren of de prioriteiten en plannen nog steeds passend zijn. Dit proces wordt nauwlettend gevolgd door het team Corporate Risk Management, met systematisch bijgehouden evaluaties die ons in staat stellen beslissingen te monitoren en acties en vooruitgang te meten. Het proces dat wij gebruiken, wordt regelmatig bijgestuurd om de identificatie en classificatie van risico's voortdurend te verbeteren. Sinds 2023 hanteren we een systematisch classificatieproces om ons te helpen ESG-risico's en -effecten te identificeren en te integreren in onze ERM-methodologie. In 2024 hebben we onze eerste dubbele materialiteitsanalyse (DMA) uitgevoerd, in overeenstemming met de vereisten van de richtlijn duurzaamheidsrapportage door bedrijven (CSRD). De resultaten van de DMA-oefening lieten een significante afstemming zien tussen de meest kritieke risico's op groepsniveau ('Groepsrisico's') en de ESG-risico's en kansen die in de DMA-oefening zijn geïdentificeerd. Voor meer informatie over de DMA, verwijzen we naar het hoofdstuk '6.1.4 IRO-beheer' in het gedeelte Duurzaamheidsverslagen van dit verslag. Voor meer details over hoe de Groep de bevindingen van zijn risicobeoordeling en interne controles integreert met betrekking tot het duurzaamheidsrapportageproces in relevante interne functies en processen, verwijzen we naar het hoofdstuk '6.1.2 Governance - GOV-5 in het gedeelte Duurzaamheidsverslagen van dit verslag. Leidinggevenden op bedrijfs- en functieniveau integreren risicobeheer in de besluitvorming ter ondersteuning van de realisatie van doelstellingen Leidinggevenden op GBU- en functieniveau zijn verantwoordelijk voor het identificeren, monitoren en beheren van de belangrijkste risico's binnen hun verantwoordelijkheidsdomeinen. Risicobeheer is verankerd in de dagelijkse activiteiten van elke entiteit, en van operationele managers wordt verwacht dat zij snel anticiperen en reageren wanneer de omstandigheden veranderen. De risicomatrices en de follow-up maatregelen van GBU's, die nodig zijn om kritieke risico's te beperken, worden minstens één keer per jaar formeel voorgelegd aan het Executive Leadership Team (ELT). Het Executive Leadership Team houdt toezicht op risico's op Groepsniveau Risico's op het niveau van de Groep worden beheerd op het hoogste niveau. Ze worden nauwgezet en systematisch gemonitord door het Risicocomité van de Groep, dat erop toeziet dat deze risico's worden geïdentificeerd, beoordeeld op kriticiteit, en vervolgens adequaat worden aangepakt. Het Comité is samengesteld uit het ELT, zodat er een directe link is tussen de strategie van de Groep en het risicobeheerproces, de Chief Sustainability Officer, de Senior Vice President Communication & Public Affairs, de Capital Markets Director en de Chief Information Officer. De vergaderingen van het Risicocomité worden geleid door de Internal Audit & Risk Management Director. Leden van het ELT fungeren als risicosponsors en dragen bij aan de risicobehandeling en respons. Daarnaast leveren de bestuurders onafhankelijke input op basis van hun brede expertise. Verdere input wordt verzameld door het Corporate Risk Management Team, dat externe bronnen scant, zoals het Global Risks-rapport van het Wereld Economisch Forum, het Risk in Focus-rapport van de European Confederation of Institutes of Internal Auditing (ECIIA), het AXA Future Risks-rapport, de Allianz Risk Barometer of de Risk Outlook van de Economist Intelligence Unit voor relevante informatie. Het Corporate Risk Management Team voert ook een aansluiting uit tussen bestaande en nieuw geïdentificeerde risico's op groepsniveau, evenals de resultaten van de DMA (specifiek voor ESG-gerelateerde risico's en effecten), om consistentie tijdens de volgende cyclus te garanderen. Risico's op groepsniveau worden eenmaal per jaar door het ELT geëvalueerd en gevalideerd, terwijl initiatieven om risico's te beperken minstens tweemaal per jaar worden voorgelegd. Indien nodig worden frequentere updates opgesteld en besproken. Het Audit- en Risicocomité vergadert één keer per jaar met de CEO en CFO en alle andere leden van de Raad om de belangrijkste risico's waarmee de Groep wordt geconfronteerd te bespreken. Het Audit- en Risicocomité beoordeelt gedurende het jaar systematisch de vooruitgang en nodigt op regelmatige tijdstippen de betrokken leidinggevenden en risico-eigenaars uit om een overzicht te geven van hun risicobeoordelingen en de geboekte vooruitgang met de risicobeperkende maatregelen. In overeenstemming met de gedefinieerde risico’s van de Groep worden thema's als industriële veiligheid, fysieke veiligheid, cyberbeveiliging, klimaatverandering, ethiek en compliance behandeld. Risicobeheerproces van Solvay: Risicoanalyse en beslissingen Implementatie Monitoring Raad van bestuur Wijzigingen in de risico's op groepsniveau goedkeuren op basis van aanbevelingen van het Risicocomité van de Groep en het Audit- en Risicocomité – Jaarlijkse beoordeling en goedkeuring van risico's op groepsniveau Audit- en Risicocomité Input verzamelen via een enquête of aparte bijeenkomst over risico's op groepsniveau – •Beoordeling van de doeltreffendheid van het risicobeheer. •Driemaandelijkse presentaties door risico-eigenaars (roulatie) •Periodieke doorlichting en risicobeoordeling op groepsniveau (minimaal twee keer per jaar) Risicocomité van de Groep •Helpen bij het identificeren en aanpakken van risico's. •Beslissen over de omschrijving van risico's op groepsniveau. – Jaarlijkse risicobeoordeling op groepsniveau en doorlichting van risicobeperkende maatregelen op basis van kaarten van de risico's op groepsniveau Executive Leadership Team (ELT) Input leveren over de risico's op groepsniveau voor een directe link tussen de strategie van de Groep, de dubbele materialiteitsanalyse en het risicobeheerproces •Toezien op de voortgang als individuele risicosponsors •Gerichte risicobesprekingen en tweemaal per jaar doorlichting van risicobeperkende maatregelen op basis van kaarten van de risico's op groepsniveau GBU's en functies •Bepalen van risico's op GBU- en functieniveau •Escaleren van kritieke risico's naar het niveau van de Groep •Plan ter beperking van de risico's opgesteld met risico-eigenaars die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering •Voortdurende systematische voortgangsupdates •Regelmatige actualisering (minimaal tweemaal per jaar) en informatie aan het ELT (minimaal jaarlijks) Het Risicocomité van de Groep is samengesteld uit het Executive Leadership Team (ELT), de Chief Sustainability Officer, de Senior Vice President Communication & General Public Affairs, de Capital Markets Director en de Chief Information Officer. Beheer van grote projecten in verband met de transformatie van Solvay Bij belangrijke transformatieprojecten wordt een passende risicobeoordelingsmethode toegepast. Dit geldt onder meer voor de implementatie van – en de geleidelijke uitstap uit – de Master Services Transition Agreement (MSTA) tussen Solvay en Syensqo. Deze overeenkomst werd aangegaan na de succesvolle partiële splitsing waarbij de Groep werd opgedeeld in twee onafhankelijke, beursgenoteerde bedrijven. Voor deze bedrijven werd een afzonderlijke organisatie- en governance-structuur geïmplementeerd. Interne controle Interne controle is een belangrijk aspect van risicobeheer. Voor een gedetailleerde beschrijving van Solvay systeem voor risicobeheer en interne controle verwijzen we naar het hoofdstuk Corporate Governance in dit verslag zie hoofdstuk Governance 4.7.1. 5.1.2.Crisisparaatheid De Groep bestaat uit een gestructureerd netwerk dat ervoor zorgt dat we voorbereid zijn op crisissituaties. De leden van dit netwerk voeren taken uit en implementeren programma's om ervoor te zorgen dat hun businessunits en functies voorbereid zijn op specifieke crisissituaties. Deze programma's omvatten crisissimulaties, mediatraining voor potentiële woordvoerders, het onderhoud van de belangrijkste databanken en de analyse van relevante interne en externe gebeurtenissen. De risico's die worden geïdentificeerd aan de hand van onze ERM-methodologie, beïnvloeden de scenario's die in onze simulaties worden gebruikt. 5.2.Belangrijkste risico's voor Solvay Het Risicocomité van de Groep beoordeelt risico's op basis van twee dimensies: de mate van ernst en de mate van controle die we erover hebben. Ernst Om de ernst te beoordelen, gebruiken we een schaal met vier niveaus: laag, matig, hoog of zeer hoog. Ernst Laag Matig Hoog Zeer hoog Economisch (verlies van EBITDA) Minder dan € 10 mln € 10 mln tot € 50 mln € 50 mln tot € 100 mln € 100 mln of meer Letsel Overlast (lawaai, rook, stank) Een of meer EHBO-letsels of 'shelter-in-place' Eén onomkeerbaar letsel of meerdere omkeerbare letsels Een of meer dodelijke slachtoffers of meerdere onomkeerbare letsels Reputatie Voor Reputatie wordt een specifieke Gevolgenschaal gebruikt, zie hieronder voor meer informatie Leefmilieu Niet te rapporteren overschrijding van de grenswaarden uit de exploitatievergunning •Schade beperkt tot de onmiddellijke omgeving van de vestiging •Geringe impact op fauna of flora rond de vestiging •Omkeerbare schade buiten de vestiging •Grote impact op fauna of flora rond de vestiging Langdurige schade buiten de vestiging (groter dan of gelijk aan 10 jaar) We hebben een specifieke schaal voor reputatiegevolgen opgesteld, afhankelijk van de betrokken stakeholders, die hier zijn gegroepeerd als 'Risicofactoren': Risicofactoren Potentieel gevolg Laag Matig Hoog Zeer hoog Perceptie van aandeelhouders Waardeverlies aandelenkoers Activisme Kortstondig verlies •Tijdelijk lagere aandelenkoers •Activisme zonder steun van grote aandeelhouders •Langdurige onderwaardering van de aandelenkoers •Uitgesproken activisme •Langdurige onderwaardering van de aandelenkoers •Verzet tijdens aandeelhoudersvergadering Overheid / politieke interventie / regelgevers; toezichthoudende instanties, rechterlijke macht •Belemmeringen voor activiteiten of projecten •Verscherpt toezicht •Rechtszaken / geldboetes •Kleine vertraging •Lokale overheid herinnert aan regels •Bedrag op het spel < € 10 mln •Verstoring van activiteiten of projecten, alternatieve oplossing mogelijk •Verzet van lokale autoriteit •€10 mln < Bedrag op het spel < € 50 mln •Verregaande verstoring van activiteiten of aanzienlijke vertraging van projecten •Rechtszaak op nationaal niveau •€ 50 mln < Bedrag op het spel < € 100 mln •Exploitatieverbod •Inbeslagname van activa •Nationale of multinationale rechtszaak •Bedrag op het spel > € 100 mln Internationale organisaties •Negatieve rapportage •Zwarte lijsten Vermelding in een rapport Negatief beeld van het bedrijf Internationaal met de vinger gewezen Opgenomen op zwarte lijst Brede publiek •Protesten, blokkades •Compensatie Beperkte negatieve aandacht op sociale media, zonder fysieke protesten •Uitgebreide en langdurige aandacht op sociale media •Korte of klein aantal fysieke protesten •Aanhoudende impact op sociale media (nationaal) •Demonstraties die activiteiten blokkeren •Aanhoudende impact op sociale media (internationaal) •Demonstraties met aanvallen op onze mensen of bedrijfsmiddelen Ngo's en media Negatieve campagne PR-kosten •Geïsoleerde berichtgeving •Beperkt aandacht op sociale media •Lokale ngo-campagne of mediaberichten •Uitgebreide aandacht op sociale media •Nationale ngo-campagne of mediaberichten •Aanhoudende aandacht op sociale media Wereldwijde media/campagne Zakenpartners, contractpartijen Beëindiging of afwijzing van samenwerking Kleine samenwerking vertraagd Belangrijke samenwerking vertraagd Belangrijke samenwerking stopgezet Belangrijke transactie springt af Financieringspartners Beperking of verlies van financiering Kleine problemen met leveranciers Groot probleem met leverancier of bank met behoud van toegang tot financiering Aanzienlijk verlies van financiering Groot verlies van financiering De beoordeling houdt rekening met alle relevante soorten mogelijke gevolgen en past op het risico het hoogste bereikte niveau toe. Mate van controle Het Risicocomité van de Groep beoordeelt en bevestigt in welke mate de belangrijkste risico's voor de Groep onder controle zijn, aan de hand van risicokaarten op groepsniveau en de volgende vragen: hZijn de belangrijkste (beheers)maatregelen duidelijk omschreven? hIs de doeltreffendheid van de belangrijkste (beheers)maatregelen beoordeeld? hIs het controleniveau toereikend en staat het in verhouding tot het risico? hZijn aanvullende risicobeperkende maatregelen nodig? Belangrijkste risico's voor Solvay Om te bepalen hoe kritiek een risico is, combineren we de twee eerder omschreven dimensies: de ernst en de mate van controle. Alle risico's met een hoge tot zeer hoge ernstgraad worden als kritiek beschouwd, ongeacht de mate waarin ze onder controle zijn. De onderstaande tabel toont het verband tussen ESG-gerelateerde risico's op groepsniveau en de duurzaamheidsonderwerpen die als materieel worden beschouwd binnen de dubbele materialiteitsanalyse. Zo verwijst de tabel naar de materiële ESRS die via het DMA-proces is geïdentificeerd. De Impacts, Risks & Opportunities (IRO's) uit de dubbele materialiteitsanalyse kunnen worden beschouwd als ESG-risico's binnen het algehele kader voor risicobeheer. De belangrijke IRO's die in elke ESRS worden vermeld, vormen een subset van de risico's op groepsniveau. Mate van Ernst ESG Risico Tijdshorizon Trends in mate van controle Link met duurzaamheidsonderwerpen die als materieel worden beschouwd in de ESRS-structuur Zeer hoog tot hoog G Compliance Korte tot lange termijn Stabiel Zakelijk gedrag G1 G Bedrijfsintegriteit Korte tot lange termijn Stabiel •Zakelijk gedrag G1 •Werknemers in de waardeketen S2 E Gevaarlijke stoffen risico Korte tot lange termijn Nieuw risico Verontreiniging E2 N.V.T. Fysieke veiligheid Korte tot lange termijn Stabiel N.V.T. N.V.T. Cyberbeveiliging Korte tot lange termijn Stabiel N.V.T. S Operationele veiligheid Korte tot lange termijn Verslechterend •Eigen personeelsbestand S1 •Werknemers in de waardeketen S2 E Klimaatverandering Korte tot lange termijn Gehandhaafde acties binnen een strengere context •Klimaatverandering E1 •Water en mariene hulpbronnen E3 E Milieu-impact en -geschillen Korte tot lange termijn Stabiel •Verontreiniging E2 •Biodiversiteit en ecosystemen E4 •Grondstoffengebruik en Circulaire economie E5 N.V.T. Geopolitiek risico Korte tot lange termijn Stabiel N.V.T. Gedeeltelijk S Digitalisering en HR-transformatie Korte tot middellange termijn Vorderend Eigen personeelsbestand S1 (alleen voor risico's van human transformation) Korte termijn ≤ 1 jaar < Middellange termijn ≤ 5 jaar < Lange termijn * dubbele materialiteitsanalyse ** Europese standaarden voor duurzaamheidsrapportage 5.2.1.Compliancerisico TIJDSHORIZON: KORTE TOT LANGE TERMIJN TREND IN MATE VAN CONTROLE: STABIEL Beschrijving: Niet-naleving van de regelgeving (mededingingsrecht, exportbeperking, regels tegen omkoping, industriële voorschriften) veroorzaakt grote financiële en reputatieschade. Commentaar: Aangezien dit ESG-risico als materieel wordt beschouwd onder de dubbele materialiteitsanalyse, verwijzen we voor meer informatie naar de relevante Impact, Risico's en Opportuniteiten (IRO's) in het volgende gedeelte van de Duurzaamheidsverslagen: •ESRS G1 Zakelijk gedrag 5.2.2.Bedrijfsintegriteitsrisico TIJDSHORIZON: KORTE TOT LANGE TERMIJN TREND IN MATE VAN CONTROLE: STABIEL Beschrijving: 1. Een ernstige schending van de normen voor bedrijfsintegriteit van Solvay in zijn activiteiten leidt tot economische en/of reputatieschade. 2. Een ernstige schending van de normen voor bedrijfsintegriteit van Solvay in zijn waardeketen leidt tot economische en/of reputatieschade. Commentaar: Aangezien deze ESG-risico's als materieel worden beschouwd onder de dubbele materialiteitsanalyse, verwijzen we naar de relevante Impact, Risico's en Opportuniteiten (IRO's) in de volgende secties van de Duurzaamheidsverslagen voor meer informatie: •ESRS G1 Zakelijk gedrag (voor 1.) •ESRS S2 Werknemers in de waardeketen (voor 2.) 5.2.3.Gevaarlijkestoffenrisico TIJDSHORIZON: KORTE TOT LANGE TERMIJN NIEUW RISICO: TREND NIET VAN TOEPASSING (nieuw risico) Beschrijving: De veranderende gevarenclassificatie van stoffen en de toenemende verwachtingen ten aanzien van het gebruik, de verkoop en de uitstoot ervan via onze activiteiten leiden tot meer aanpassingsmaatregelen in onze activiteiten, mogelijk tot het verlies van bedrijfsvergunningen, sluiting van locaties, reputatieschade, uitfasering en verlies van activiteiten als gevolg van dreigende vervanging. Commentaar: Aangezien dit ESG-risico als materieel wordt beschouwd onder de dubbele materialiteitsanalyse, verwijzen we naar de relevante Impact, Risico's en Opportuniteiten (IRO's) in het volgende gedeelte van de Duurzaamheidsverslagen voor meer informatie: •ESRS E2 Verontreiniging 5.2.4.Fysiekeveiligheidsrisico TIJDSHORIZON: KORTE TOT LANGE TERMIJN TREND IN MATE VAN CONTROLE: STABIEL Beschrijving: Een beveiligingsgebeurtenis (terrorisme, misdaad, geweld, vandalisme, diefstal) heeft gevolgen voor werknemers, vestigingen en bedrijfsmiddelen. Commentaar: Solvay is blootgesteld aan fysieke veiligheidsrisico's vanwege het 44 industriële vestigingen heeft, waarvan een groot deel een hoog Seveso-niveau heeft. Een aantal van onze producten kan, indien er verkeerd mee wordt omgegaan, ernstige schade veroorzaken. Daarnaast hebben we ook vestigingen in landen waar de veiligheidsrisico's door onze leveranciers van security intelligence als hoog worden ingeschat. Belangrijkste ontwikkelingen in 2024 In het jaar 2024 werd een nieuwe digitale reisassistent geïntroduceerd om de veiligheid van de werknemers van Solvay tijdens zakenreizen te waarborgen. Daarnaast hebben we gewerkt aan een nieuw digitaal opleidingsprogramma om de werknemers bewust te maken van de verschillende veiligheidsrisico's waaraan het bedrijf kan worden blootgesteld. Wat betreft de fysieke veiligheid van onze vestigingen, heeft Solvay, net als in voorgaande jaren, in 2024 sterk geïnvesteerd in het verbeteren van de veiligheidsmaatregelen, met het besef dat het belangrijk is om zowel onze bedrijfsmiddelen als gevoelige vestigingen te beschermen. 33 vestigingen (32 industriële en 1 administratieve) hebben in 2024 een Security Vulnerability Self-Assessment (SVSA) ondergaan. Slechts één industriële vestiging is sinds de vorige SVSA beoordeeld als locatie met het hoogste beveiligingsrisico (niveau 1). In 2024 hebben we tal van projecten uitgevoerd om de fysieke veiligheid in al onze vestigingen te verbeteren, te beginnen met de vestigingen met het hoogste risico. De projecten variëren van verbeteringen op structureel niveau (hekken, poorten) tot verbeteringen aan de systemen (camera's, toegangscontrole, inbraakdetectie).We hebben prioriteit gegeven aan standaardisering om een robuuste en consistente beveiligingsinfrastructuur in al onze vestigingen te waarborgen.Onze specifieke projecten om het beveiligingsniveau te verhogen omvatten de integratie van geavanceerde bewakingssystemen, toegangscontrolemechanismen en technologieën voor inbraakdetectie. Onze strategieën en investeringen zijn gericht op het creëren van een gelaagde verdediging die niet alleen potentiële bedreigingen afschrikt, maar ook snel kan reageren op beveiligingsincidenten. 5.2.5.Cyberbeveiligingsrisico TIJDSHORIZON: KORTE TOT LANGE TERMIJN TREND IN MATE VAN CONTROLE: STABIEL Beschrijving: Een cybergebeurtenis leidt tot een bedrijfsongeval, gegevensinbreuk en -diefstal, afpersing, verstoring van de bedrijfsvoering en niet-naleving van de voorschriften, met gevolgen voor werknemers, vestigingen, bedrijfsmiddelen, kritieke informatie of intellectueel eigendom en reputatie. Commentaar: De blootstelling van Solvay aan cyberrisico's vloeit, zoals bij de meeste grote ondernemingen, voort uit ons intensief gebruik van informatie- en communicatietechnologieën en de geleidelijk toenemende automatiseringsgraad van onze vestigingen. Zoals de meeste multinationals krijgt Solvay te maken met cyberincidenten en reageert het bedrijf actief op die incidenten om de impact ervan te beperken. Het managementteam van Solvay is niet op de hoogte van enig incident dat belangrijke gevolgen zou hebben voor onze jaarrekening of onze activiteiten. Tot eind 2025 is Solvay ook blootgesteld aan dit risico in verband met belangrijke transformaties en reorganisaties van de groep en de diensten die het levert aan Syensqo in het kader van de Master Transition Services Agreement (MTSA). Preventie- en mitigerende maatregelen Bestuursorganen Solvay hanteert een op risico gebaseerde beveiligingsaanpak om zijn vestigingen, informatie en personeel te beschermen. Twee bestuursorganen leiden het beheer van veiligheidsrisico's: •een door de Chief Operating Officer voorgezeten veiligheidsraad bepaalt de strategische richting voor het beperken van de veiligheidsrisico's voor de Groep; •een door de Chief Information Security Officer voorgezeten Cybersecurity Leadership Committee houdt toezicht op alle cyberbeveiligingsactiviteiten en adviseert de veiligheidsraad over budgetten en prioriteiten. Het management van Solvay geeft de Raad van bestuur minstens één keer per jaar en het Audit- en Risicocomité op regelmatige basis updates over informatiebeveiliging. Cyberbeveiligingsprogramma De twee bestuursorganen die het beheer van veiligheidsrisico's leiden, houden ook toezicht op ons cyberbeveiligingsprogramma. Dit omvat onder meer het volgende: •het gebruik van beoordelingen uitgevoerd door externe deskundigen; •de uitvoering van penetratietests en interne phishingsimulaties; •grondige opleiding van alle professionals van Solvay Global Business Services en Digital Technology (DT) en verplichte veiligheidsopleiding voor alle werknemers; •de regelmatige publicatie van tips met betrekking tot cyberbeveiliging om de werknemers meer bewust te maken; •tijdige voltooiing en succesvolle inzet van beveiligingsprojecten, toezicht op de prestaties van geïmplementeerde beveiligingscontroles om gebieden voor verbetering te identificeren en regelmatige herziening en bijwerking van het beleid en de procedures voor cyberbeveiliging om deze aan te passen aan veranderende bedreigingen. Verzekering Solvay is verzekerd tegen de mogelijke financiële gevolgen van een cyberaanval. Deze verzekering dekt schade aan bedrijfsmiddelen, bedrijfsonderbreking en aansprakelijkheid jegens derden bij verlies van vertrouwelijke informatie van derden. Solvay is ook stichtend lid van MIRIS (Mutual Insurance and Reinsurance for Information Systems), een onderlinge verzekeringsmaatschappij gericht op cyberrisico's, die haar leden exclusieve bijkomende capaciteit en schadepreventieadvies biedt. Belangrijkste ontwikkelingen in 2024 Solvay blijft sterk inzetten op het beheren van de veiligheidsgerelateerde risico's en laat zich leiden door efficiëntie en de overtuiging dat proactieve maatregelen van vitaal belang zijn om onze mensen en bedrijfsmiddelen te beschermen en de weerbaarheid van onze activiteiten te waarborgen. We hebben de cyberbeveiligingscultuur van Solvay in de hele organisatie aanzienlijk verbeterd. Om het bewustzijn en de bereidheid te versterken namen hogere kaderleden deel aan een oefening waarin echte cyberaanvallen werden gesimuleerd. Bovendien werden oefeningen met een Purple Team- en Red Team uitgevoerd om kwetsbaarheden proactief te identificeren en aan te pakken. Het stroomlijnen van het beleid en het opzetten van duidelijke bestuurskaders hebben de basis van de cyberbeveiliging van Solvay verstevigd. Op locatie werden opleidingsprogramma's over cyberbeveiliging gegeven aan industrieel personeel, zodat zij potentiële bedreigingen kunnen herkennen en erop kunnen reageren. Om de technische verdediging van Solvay te verbeteren, hebben we onze verificatieprocessen versterkt, onze praktijken voor het proactief beheren van kwetsbaarheden verscherpt en onze capaciteiten op het gebied van veiligheidsmonitoring verbeterd. Om de cyberbeveiligingspraktijken in de hele organisatie te stroomlijnen en te harmoniseren, hebben we een nieuwe cyberbeveiligingsroadmap ontwikkeld, waarin de vereisten van de NIS2-richtlijn zijn opgenomen. 5.2.6.Operationeleveiligheidsrisico TIJDSHORIZON: KORTE TOT LANGE TERMIJN TREND IN MATE VAN CONTROLE: VERSLECHTEREND Beschrijving: Een zwaar ongeval in een vestiging (arbeidsongeval, procesongeval) of een incident buiten de vestiging (in verband met transport), of een chronische blootstelling van werknemers (arbeidshygiëne) kan blijvende letsels, dodelijke slachtoffers, milieuschade en schade aan bedrijfsmiddelen veroorzaken. Commentaar: Aangezien deze ESG-risico's als materieel worden beschouwd onder de dubbele materialiteitsanalyse, verwijzen we naar de relevante Impact, Risico's en Opportuniteiten (IRO's) in de volgende secties van de Duurzaamheidsverslagen voor meer informatie: •ESRS S1 Eigen personeelsbestand (voor veiligheid en gezondheid op het werk) •Entiteitspecifieke procesveiligheid (voor procesveiligheid) opgenomen in S1-sectie •ESRS S2 Werknemers in de waardeketen (voor transportveiligheid) 5.2.7.Risico's van klimaatverandering TIJDSHORIZON: KORTE TOT LANGE TERMIJN TREND IN MATE VAN CONTROLE: GEHANDHAAFDE ACTIES BINNEN EEN STRENGERE CONTEXT Beschrijving: 1.De strategie van de Groep om klimaatveranderingsgerelateerde fysieke risico's aan te pakken (waaronder extreme weersomstandigheden en waterschaarste) is niet effectief en heeft invloed op de activiteiten en de reputatie. 2.De strategie van de Groep om de transitierisico's aan te pakken (inclusief de bijbehorende veranderingen en vereisten in de regelgeving) is niet effectief, wat invloed heeft op de concurrentiepositie, de verkoop en de reputatie. Commentaar: Aangezien deze ESG-risico's als materieel worden beschouwd onder de dubbele materialiteitsanalyse, verwijzen we naar de relevante Impact, Risico's en Opportuniteiten (IRO's) in de volgende secties van de Duurzaamheidsverslagen voor meer informatie: •ESRS E1 Klimaatverandering (voor 1. en 2.) •ESRS E3 Water en mariene hulpbronnen (waterschaarste behandeld in 1.) 5.2.8.Milieu-impact en -geschillen TIJDSHORIZON: KORTE TOT LANGE TERMIJN TREND IN MATE VAN CONTROLE: STABIEL Beschrijving: Het niet voldoen aan veranderende reglementaire verplichtingen en het toenemende maatschappelijke verwachtingen met betrekking tot de volksgezondheid en het milieu, kan leiden tot aanzienlijke reputatieschade, vorderingen van derden en aansprakelijkheid: 1.Emissies in lucht, water en bodem 2.Sanering van verontreinigingen uit het verleden 3.Druk op biodiversiteit door veranderingen in landgebruik 4.Afval Commentaar: Aangezien deze ESG-risico's als materieel worden beschouwd onder de dubbele materialiteitsanalyse, verwijzen we naar de relevante Impact, Risico's en Opportuniteiten (IRO's) in de volgende secties van de Duurzaamheidsverslagen voor meer informatie: •ESRS E2 Verontreiniging (voor 1. en 2.) •ESRS E4 Biodiversiteit en ecosystemen (voor 3.) •ESRS E5 Grondstoffengebruik en Circulaire economie (voor 4.) 5.2.9.Geopolitieke risico's TIJDSHORIZON: KORTE TOT LANGE TERMIJN TREND IN MATE VAN CONTROLE: STABIEL Beschrijving: Geopolitieke factoren kunnen de Groep dwingen om haar investeringen te evalueren, haar toeleveringsketen aan te passen en haar operationele voetafdruk af te stemmen om door de huidige volatiele en onzekere omgeving te navigeren en tegelijkertijd te proberen bedreigingen om te zetten in strategische voordelen. Belangrijkste ontwikkelingen in 2024 •Conflict tussen Rusland en Oekraïne: Deze situatie, die al enkele jaren aan de gang is, wordt effectief aangepakt via onze mitigatieplannen. Zolang er geen verdere escalatie is, heeft de huidige toestand minimale nieuwe risico's gecreëerd voor 2024. •Spanningen in het Midden-Oosten: Hoewel de situatie in 2024 verslechterde, bleef de impact lokaal. De tijdelijke disruptie in de Golf van Suez leidde op korte termijn tot een stijging van de logistieke kosten en een langere doorlooptijd voor Solvay. Deze kosten zijn echter genormaliseerd en de situatie stabiliseert zich. •Protectionisme en handelsspanningen in de VS: De uitslag van de laatste Amerikaanse verkiezingen heeft geleid tot een protectionistische houding, waaronder hogere invoerrechten. Verwacht wordt dat dit beleid de handelsstromen van Solvay zal beïnvloeden, vooral nu de spanningen tussen de VS en China escaleren.Deze dynamiek vormt een grote uitdaging voor handelsrelaties en toeleveringsketens. •Betrekkingen tussen China en Taiwan: De aanhoudende spanning tussen China en Taiwan vormt een onzeker risico en de waarschijnlijkheid van een openlijk conflict blijft onduidelijk. Gezien de beperkte aanwezigheid van Solvay in Taiwan wordt verwacht dat de directe impact op de activiteiten minimaal zal zijn. Preventie- en mitigerende maatregelen De geografische spreiding van onze groepsactiviteiten over de grote regio's van de wereld en het feit dat we onze klanten in veel van onze wereldwijde activiteiten lokaal bedienen, temperen deze risico's tot op zekere hoogte.Dit wordt echter beperkt door de kenmerken van onze toeleveringsketens. Bij beslissingen over toekomstige investeringen houden we rekening met geopolitieke factoren, zoals de manier waarop we het zakelijk potentieel beoordelen en de keuze van de geografische locatie voor nieuwe industriële bedrijfsmiddelen. 5.2.10. Digitalisering en HR-transformatie TIJDSHORIZON: KORTE TOT MIDDELLANGE TERMIJN TREND IN MATE VAN CONTROLE: VORDEREND Beschrijving: 1.Risico's van digitale transformatie: Als we er niet in slagen onze digitale transformatie te realiseren, kan dit ons concurrentievoordeel in gevaar brengen. 2.Risico's op het gebied van menselijk kapitaal: Ons onvermogen om menselijk kapitaal aan te trekken, te behouden en te diversifiëren kan ons concurrentievoordeel in gevaar brengen. Commentaar: 1.Risico's van digitale transformatie Solvay ondergaat, net als de rest van de chemische industrie, belangrijke veranderingen als gevolg van de technologische evolutie, die aanzienlijke investeringen in digitalisering vereisen om de operationele efficiëntie verder te verbeteren, de duurzaamheidsnormen te halen, het bedrijf veerkrachtig te maken en concurrentievoordelen tot stand te brengen. De uitvoering van die transformatie-initiatieven verloopt soms echter niet in het beoogde tempo en/of leidt niet altijd onmiddellijk tot de gewenste resultaten. Bovendien kunnen de nodige veranderingen een invloed hebben op de werkgelegenheid en ertoe leiden dat werknemers met andere profielen nodig zijn als gevolg van automatisering en artificiële intelligentie (AI). Dat vergroot de noodzaak om de strategieën voor het aantrekken, behouden en diversifiëren van personeel te herzien. 2.Risico's op het gebied van menselijk kapitaal: Aangezien risico's op het gebied van menselijk kapitaal als materieel worden beschouwd onder de dubbele materialiteitsanalyse, verwijzen we naar de relevante Impact, Risico's en Opportuniteiten (IRO's) in het volgende gedeelte van de Duurzaamheidsverslagen voor meer informatie: • ESRS S1 Eigen personeelsbestand (voor 2.) Preventie- en mitigerende maatregelen (risico's van digitale transformatie) Het Transformation Office (dat optreedt als Project Management Office) stuurt en beheert de transformatie-initiatieven binnen het bedrijf.Het Executive Leadership Team beoordeelt maandelijks de vooruitgang. Digitaletransformatieprojecten worden geïmplementeerd en eigenaars beheren de effecten en risico's.Deze risico's worden gemonitord binnen de Digitale transformatieprojecten. Zie IT-risico's in het gedeelte 'Overige risico's' hieronder. Het Star Factory Program, gelanceerd in 2021, is een strategisch meerjarenprogramma om de activiteiten van de Solvay-vestigingen te transformeren. Zie Overige risico's/ Risico's verbonden aan de betrouwbaarheid van de toeleveringsketen en de productie.Het integreert digitale technologieën om de manier waarop we werken fundamenteel te veranderen.Dit is een belangrijk programma dat bijdraagt aan de algehele transformatie van de Groep. Belangrijkste ontwikkelingen in 2024 (Risico's van digitale transformatie) Het Project Management Office is opgericht in 2024 en draait nu op volle toeren. Een reeks specifieke automatiseringsprojecten werden gedefinieerd en opgestart om de manier van werken in de toekomst te vergemakkelijken en te veranderen. Dit omvat productie, onderhoud, planning, logistiek en functionele/transactionele processen. De keuze voor een nieuw ERP-systeem wordt afgerond en er wordt een speciaal multifunctioneel project- en programmateam geïmplementeerd om de selectie, voorbereiding en implementatie van een nieuw ERP-systeem in de komende jaren te beheren. Dit nieuwe ERP-systeem speelt een sleutelrol in de digitale transformatie van de Groep. 5.3.Overige risico's 5.3.1.Markt en groei – strategisch risico Beschrijving: Solvay is blootgesteld aan een brede scala aan eindmarkten en streeft ernaar min of meer in hetzelfde tempo te groeien als het bbp. Of we die groei kunnen realiseren, hangt af van onze concurrentiepositie op het gebied van kostprijs en de beschikbaarheid van voldoende productiecapaciteit om de markt te bevoorraden.Strategische risico's met betrekking tot de markt en groei betreffen de blootstelling van Solvay aan cyclische of verdwijnende toepassingen of onze concurrentieomgeving (bijvoorbeeld blootstelling aan hoge energie- of grondstoffenkosten), en het risico op het nemen van verkeerde strategische beslissingen (bijvoorbeeld niet investeren op het juiste moment of in de juiste regio's, selectie van nieuwe groeikansen). Preventie- en mitigerende maatregelen: •Voortdurende investeringen in innovatie en procesverbetering om toonaangevend te worden en/of blijven. Bijvoorbeeld de introductie van het natriumcarbonaatproces van de volgende generatie, eSolvay. •Lange termijncontracten met grote mondiale of regionale klanten om marktaandeel en prijzen te stabiliseren. •Energiecomponent ingebouwd in onze prijsmechanismen om onze blootstelling aan energiekosten af te dekken. •Voortdurende kostenverbeteringsprojecten (Star Factory-programma, optimalisatie operationeel model) om onze concurrentiepositie op kostprijsniveau te verbeteren en te verdedigen. •Benutting van nieuwe toepassingsmogelijkheden voor onze producten (bijvoorbeeld het gebruik van natriumbicarbonaat voor de behandeling van rookgassen of zeldzame aardmetalen voor toepassingen met permanente magneten) in snelgroeiende eindmarkten. •Invoering van een duurzaam aanbod om ons te onderscheiden van de producten van onze concurrenten (bijvoorbeeld investering in silica op basis van rijstkaf of in oplosmiddelen op biologische basis). •Aanpassing van onze activiteiten aan nieuwe energie- en CO2-markten met behulp van derden om de kosten te verlagen en de investeringsefficiëntie te optimaliseren. •Systematische en formele analyse van markten en marketinguitdagingen met betrekking tot investeringen en innovatieprojecten. •Nauwgezette selectie van kapitaalinvesteringen en sterke focus op kasstroomgeneratie. •Aanpassing van onze productiecapaciteit om in te spelen op de marktvraag en het aanbod in balans te brengen wanneer nodig (bijvoorbeeld vermindering van de productiecapaciteit van natriumcarbonaat in Torrelavega). 5.3.2.Risico's verbonden aan de betrouwbaarheid van de toeleveringsketen en de productie Beschrijving: Er zijn verschillende risico's met betrekking tot grondstoffen, energie, materiaal en uitrusting voor bouw en onderhoud, leveranciers, productie, opslag en inkomend/uitgaand transport. Dit omvat onder andere: •het onvermogen van leveranciers om bestelde volumes of capaciteiten te leveren in overeenstemming met de vereiste specificaties, bijvoorbeeld als gevolg van overmacht of doordat de leverancier onvoldoende toegang heeft tot de capaciteit van logistieke dienstverleners; •onvoldoende of te laat bestelde volumes of capaciteiten om aan onze vraag te voldoen; •vertraagde levering van volumes of capaciteiten. Preventie- en mitigerende maatregelen Om de betrouwbaarheid van de productie te garanderen: •zorgen we ervoor dat onze productie-eenheden wereldwijd verspreid zijn; •maken we gebruik van Process Safety Management en Occupational Safety Management; •bepalen we welke uitrusting en materialen kritisch zijn en vooruit moeten worden besteld voor projecten en onderhoud; •bespreken we op gezette tijden de prestaties met onze belangrijkste leveranciers; •hebben we een groepsbreed programma ter voorkoming van materiële schade ontwikkeld dat zich toespitst op de voorkoming en beperking van schade aan bedrijfsmiddelen en van winstderving als gevolg van brand, explosies, het accidenteel vrijkomen van chemische stoffen en andere nadelige gebeurtenissen zoals natuurrampen; •voeren we het Star Factory Program uit, een strategisch meerjarenprogramma dat in 2021 gelanceerd werd en tot doel heeft de activiteiten van de Solvay-vestigingen te transformeren om hun prestaties, concurrentiekracht en duurzaamheid te verbeteren, terwijl Solvay zich positioneert als leider in industriële praktijken en digitale technologieën integreert om de manier waarop we werken fundamenteel te veranderen. Om de risico's in onze toeleveringsketen te beperken: •gebruiken we beoordelingen van derden inzake maatschappelijk verantwoord ondernemen en vragen we onze leveranciers om onze gedragscode voor bedrijfsintegriteit bij leveranciers te onderschrijven; •zetten we voortdurend in op het verbeteren van onze planningsprocessen om beter te kunnen anticiperen op de vraag, zowel wat volume als timing betreft; •hebben we noodplannen voor de meest kritieke leveranciers. •Gezien de alomtegenwoordige onzekerheid en volatiliteit moeten toeleveringsketens verder worden aangepast met het oog op meer wendbaarheid door end-to-end-processen te herzien en nieuwe tools in te voeren. •Zoeken we voortdurend naar mogelijkheden om de sourcing flexibeler te maken en volgen deze actief op. Dit biedt ons kansen en stelt ons in staat om risico's te beperken wanneer ze zich voordoen. •Ons voorraadbeheer blijft verbeteren met het oog op meer zichtbaarheid en een betere end-to-end afstemming. 5.3.3.Financieel risico Beschrijving: We worden geconfronteerd met verschillende soorten financiële risico's, waaronder: •Liquiditeitsrisico (zie toelichting F32. bij de geconsolideerde jaarrekening, Financiële instrumenten en beheer van financiële risico's); •Valutarisico (zie toelichting F32. bij de geconsolideerde jaarrekening, Financiële instrumenten en beheer van financiële risico's); •Renterisico (zie toelichting F32. bij de geconsolideerde jaarrekening, Financiële instrumenten en beheer van financiële risico's); •Tegenpartijrisico (zie toelichting F32. bij de geconsolideerde jaarrekening, Financiële instrumenten en beheer van financiële risico's); •Pensioenverplichtingsrisico (zie toelichting F30. bij de geconsolideerde jaarrekening, Personeelsbeloningen); •Risico op fiscale geschillen (zie toelichting F31. bij de geconsolideerde jaarrekening, Voorzieningen). Preventie- en mitigerende maatregelen Een voorzichtig financieel profiel en een conservatieve financiële discipline Investment grade-status: BBB-/A3 (stabiele vooruitzichten) door Standard & Poor's (S&P) met ingang van de partiële splitsing die plaatsvond op 9 december 2023. Deze rating werd herbevestigd in augustus 2024. Hoewel de langetermijn niet-achtergestelde schuld van Solvay door S&P een investment-grade rating kreeg, kan geen enkele garantie gegeven worden dat Solvay een dergelijke rating zal krijgen of behouden. Een verlaging van de rating toegekend aan Solvay door een ratingbureau kan een negatieve impact hebben op de toegang van Solvay tot de schuldmarkten en kan zijn leningskosten verhogen. Solvay bevordert de transparantie van informatie en gaat regelmatig in discussie met ratingbureaus. Sterke liquiditeitsreserves Eind 2024 had de Groep 0,55 miljard aan geldmiddelen en kasequivalenten (overige kortlopende financiële instrumenten) en € 1,4 miljard aan toegezegde kredietfaciliteiten (een multilaterale doorlopende kredietfaciliteit van € 1,1 miljard en nog eens € 0,3 miljard uit bilaterale doorlopende kredietfaciliteiten bij belangrijke internationale bankpartners), die eind 2024 allemaal onbenut waren. De Groep heeft toegang tot een Belgisch staatsobligatieprogramma van € 1 miljard, dat eind 2024 ongebruikt was. Belangrijkste ontwikkelingen in 2024 •Succesvolle inaugurele obligatietransactie voor € 1,5 miljard op 3 april 2024. De obligatie van € 750 miljoen met een looptijd van 4 jaar die vervalt op 3 april 2028 en de obligatie van € 750 miljoen met een looptijd van 7,5 jaar die vervalt op 3 oktober 2031 hebben coupons van respectievelijk 3,875% en 4,25%.Er werden ook nieuwe liquiditeitsreserves aangelegd na de uitvoering van de partiële splitsing. •Terugbetaling van de overbruggingsfaciliteit van € 1,5 miljard die eind 2023 is aangelegd in verband met de partiële splitsing met de opbrengsten van de nieuwe obligaties die in april 2024 zijn uitgegeven. •Verlenging met 1 jaar van de termijnlening van € 200 miljoen tot november 2026. •Verlenging van de liquiditeitsreserves met 1 jaar, inclusief de doorlopende kredietfaciliteiten van € 1,1 miljard tot december 2029 en de bilaterale overeenkomsten. •Verdere bijdrage van € 30 miljoen in het 4e kwartaal aan het AXA-pensioenfonds voor Rhodia Opérations in Frankrijk. Preventie- en mitigerende maatregelen, vervolg: Beleid inzake de afdekking van valutarisico's Solvay volgt de wisselmarkten op de voet en neemt afdekkingsmaatregelen om: •de schommeling in de verwachte brutomarge van de Groep als gevolg van valutavolatiliteit voor materiële verplichtingen te beperken. •het risico van wisseltransacties op het niveau van de Groep te beperken door het effect op de winst-en-verliesrekening van koersschommelingen tussen het moment van facturering en het moment van contante betaling te beperken. Renteafdekkingsbeleid De Groep dekt het merendeel van zijn nettoschulden aan tegen vaste rentevoeten. Solvay volgt nauwgezet de rentemarkt en neemt maatregelen met afgeleide financiële instrumenten (renteswaps en kostenneutrale collars) wanneer dat nodig is. Energie- en CO2-afdekkingsbeleid De belangrijkste doelstellingen van het energie- en CO2-afdekkingsbeleid van Solvay zijn de volgende: •Zorgen voor zichtbaarheid van de prijzen en afstemmen op de commerciële strategie van het bedrijf; •De prijsvolatiliteit van energieaankopen jaar na jaar verminderen; •Energieposities beheren, waaronder gas, elektriciteit en CO2-credits die nodig zijn om te voldoen aan de regelgevingsfasen van het emissiehandelssysteem (ETS) van de Europese Unie. Dit afdekkingsbeleid is bedoeld om het budget te voorspellen en prioriteiten op het gebied van energierisicobeheer aan te pakken. Monitoring van de kredietwaardigheid van tegenpartijen van de Groep Wat thesaurieactiviteiten betreft, werkt Solvay samen met bankinstellingen met hoge kredietwaardigheid ('investment grade' – die worden geselecteerd op basis van de belangrijkste ratingsystemen) en beperken wij de concentratie van risico's door onze blootstelling aan elk van deze banken te beperken tot een vooraf bepaalde drempel. Wij volgen regelmatig de ontwikkeling van credit default swaps om veranderingen in de kredietwaardigheid van banken te beoordelen en indien nodig snel actie te ondernemen. Wat onze commerciële activiteiten betreft, worden ons externe klantenrisico en de inning van facturen gemonitord door een professioneel netwerk van kredietmanagers en incassomedewerkers die zijn gevestigd in de regio's waar de Groep actief is. Zij worden daarbij ondersteund door gedetailleerde procedures en aangestuurd door kredietcomités op Groeps- en GBU-niveau. De afgelopen jaren hebben deze verliesbeperkende maatregelen ertoe geleid dat het aantal wanbetalingen van klanten nog nooit zo laag was. Pensioenvoorzieningen en optimalisatie van pensioenplannen Wat pensioenvoorzieningen betreft werkt Solvay proactief en constructief samen met trustees en belanghebbenden om ervoor te zorgen dat de financiering, het beheer van verplichtingen en het beleggingsbeleid geschikt zijn, in overeenstemming met de beste praktijken en met volledige inachtneming van de verwachtingen en wetten van de nationale regelgevende instanties. Wat de optimalisatie van pensioenplannen betreft verminderen wij de blootstelling van de Groep aan het risico dat verbonden is aan toegezegd-pensioenregelingen door bestaande regelingen ofwel om te zetten in pensioenplannen met een lager risicoprofiel voor toekomstige diensten, ofwel niet open te stellen voor nieuwkomers. Voor elk van de belangrijkste pensioenregelingen van de Groep, die ongeveer 90% van de bruto- of nettopensioenverplichtingen van de Groep vertegenwoordigen, worden minstens om de drie jaar ALM-analyses (Asset Liability Management) uitgevoerd om de daaraan verbonden risico's te identificeren en te beheren. Controleprocedures voor de naleving van fiscale regelgeving en het verrekenprijsbeleid Onze controleprocedures voor de naleving van fiscale regelgeving omvatten monitoringprocedures en -systemen, die we uitvoeren via interne evaluaties en controles verricht door gerenommeerde externe adviseurs. De beleidslijnen, procedures en controles van Solvay inzake verrekenprijzen zijn erop gericht te voldoen aan de eisen van de geldende nationale en internationale normen. Ondertussen besteedt de belastingafdeling van Solvay veel aandacht aan de correcte interpretatie en toepassing van nieuwe fiscale regels. Dit garandeert dat de geldende regels en voorschriften worden nageleefd om risico's op fiscaal gebied en toekomstige geschillen te vermijden. 5.3.4.Risico van informatietechnologie (IT) Beschrijving: De afdeling Digitale Technologie (DT) wordt geconfronteerd met een veelzijdig risicolandschap dat van invloed kan zijn op haar vermogen om het bedrijf te ondersteunen. Mogelijke verstoringen van kritieke IT-services kunnen leiden tot operationele inefficiëntie en financiële verliezen. Bovendien moet DT complexe transformatie-initiatieven uitvoeren en tegelijkertijd de Master Transition Services Agreement (MTSA) naleven, waardoor het risico op projectvertragingen en middelenbeperkingen toeneemt. Preventie- en mitigerende maatregelen DT voert regelmatig risicobeoordelingen uit om potentiële bedreigingen en kwetsbaarheden te identificeren en te prioriteren. Er is een gedefinieerd incidentresponsplan om de impact van incidenten tot een minimum te beperken. De afdeling investeert in opleidings- en ontwikkelingsprogramma's voor werknemers om een bekwaam en flexibel personeelsbestand op te bouwen.Door samen te werken met strategische partners kan de afdeling expertise en middelen optimaal benutten.Een cultuur van voortdurende verbetering wordt gestimuleerd om operationele uitmuntendheid te bevorderen en zich aan te passen aan veranderende bedrijfsbehoeften Om de hierboven beschreven specifieke uitdagingen aan te gaan, richt DT zich op een aantal belangrijke initiatieven. Nauw toezicht houden op belangrijke transformatie-initiatieven zorgt voor een tijdige levering en minimaliseert risico's. Er worden uitgebreide roadmaps voor na de fusie uitgewerkt en geïmplementeerd om een vlotte uitstap uit de MTSA mogelijk te maken. Om de beveiliging te verbeteren, monitort DT voortdurend de beveiligings- en prestatie-indicatoren, verhoogt ze de beveiligingseisen voor externe leveranciers en voert ze IT-audits uit om ervoor te zorgen dat het beveiligingsbeleid van de Groep wordt nageleefd. Om toptalent aan te trekken, te ontwikkelen en te behouden, implementeert DT strategieën die gerichte acties omvatten om erkenning, motivatie en het welzijn van werknemers te stimuleren. Bovendien volgt de afdeling IT/DT-risico's wereldwijd van nabij op en neemt ze de gepaste maatregelen om die te beperken (zie ook Risico van digital & human transformation in het gedeelte 'Belangrijkste risico's voor Solvay' hierboven). Het behouden van de ISO 27001- en ISO 9001-certificeringen toont aan dat DT zich inzet voor informatiebeveiliging en kwaliteitsmanagement. Belangrijkste ontwikkelingen in 2024 In 2024 leverde DT met succes essentiële diensten onder de MTSA en ondersteunde ze tegelijkertijd de ambitieuze transformatie-initiatieven van de Groep. Dit vereiste een zorgvuldige orkestratie en synchronisatie van ongeveer 300 projecten. Om de dienstverlening en het reactievermogen bij incidenten te verbeteren, versterkte DT de Information Technology Infrastructure Library (ITIL). Daarnaast is de afdeling met succes overgestapt op de nieuwste ISO 27001:2022-norm, waardoor de beveiliging nog verder is verbeterd. Om de integratie van cyberbeveiliging in IT te stroomlijnen, werd het CISO Office geïntegreerd in de DT-organisatie. Deze strategische stap stelde de CISO in staat om cyberbeveiligingsstrategieën effectiever af te stemmen op de bredere IT- en bedrijfsdoelstellingen. Het kader voor risicobeheer van DT werd in 2024 verder verfijnd. De risico's van digitale technologie werden regelmatig gemonitord en opnieuw beoordeeld, met de bereidheid om zowel de globale risico's als de risico's op operationeel niveau te synchroniseren (top-down en bottom-up). Dit omvatte een focus op beveiligings- en projectrisico's, risico's m.b.t. derden en cyberbeveiligingsrisico's. De hoge uitvoeringsgraad van de actieplannen voor audits heeft aangetoond dat DT zich inzet om geïdentificeerde problemen aan te pakken en de algehele prestaties te verbeteren. Ten slotte lanceerde DT een Process Performance-initiatief om operationele uitmuntendheid en standaardisatie te stimuleren, ter ondersteuning van de transformatie naar het Solvay Target Operating Model.Dit initiatief is gericht op het optimaliseren van processen, het verbeteren van de efficiëntie en het verhogen van de algehele prestaties. Geschillen Inleiding Met zijn brede waaier aan activiteiten en geografische spreiding loopt de Solvay-groep juridische risico's, vooral inzake productaansprakelijkheid, contractuele betrekkingen, antitrustwetgeving, patentgeschillen, belastingaanslagen en zaken in verband met gezondheid, veiligheid en milieu (GVM). De Solvay-groep is dan ook regelmatig betrokken bij rechtszaken, zowel om zich te verdedigen tegen vorderingen, die naar onze mening soms ongegrond zijn, als om de rechten en belangen van de Solvay-groep te vrijwaren. Lopende gerechtelijke procedures waarbij de Solvay-groep betrokken is en die volgens onze huidige inschatting belangrijke risico's kunnen inhouden, worden hieronder kort beschreven. Het gaat hier niet om een volledige lijst. Hieronder worden kort de belangrijkste rechtszaken tegen Solvay of zijn dochterondernemingen uiteengezet, los van de gegrondheid van de vorderingen en de kracht van de verdediging van Solvay. De uitkomst van de hierna beschreven procedures valt niet met zekerheid te voorspellen. De Solvay-groep zal zich krachtig blijven verdedigen op basis van gegronde argumenten en tegelijk zaken die daarvoor in aanmerking komen trachten in der minne te regelen. Voor bepaalde zaken hebben we reserves of voorzieningen aangelegd in overeenstemming met de toepasselijke boekhoudregels en -grondslagen om financiële risico's en verdedigingskosten te dekken. Zie Toelichtingen F31 'Voorzieningen' en F36 'Voorwaardelijke verplichtingen en financiële garanties' bij de geconsolideerde jaarrekening van Solvay voor het op 31 december 2024 afgesloten boekjaar voor meer informatie over die reserves of voorzieningen. Daarbij verschaffen wij normaliter geen informatie over welke voorzieningen zijn aangelegd met het oog op individuele procedures, omdat dit de belangen van Solvay zou schaden. Bovendien maken wij maximaal gebruik van alle beschikbare verzekeringsdekking. Ongunstige uitkomsten van belangrijke geschillen kunnen individueel of gezamenlijk de bedragen van de aangelegde voorzieningen of verzekeringsdekking overschrijden en kunnen een wezenlijk nadelig effect hebben op de omzet en het resultaat van de groep. MEDEDINGING - BRAZILIË In Brazilië heeft CADE (de Braziliaanse mededingingsautoriteit) dochterondernemingen van Solvay en andere partijen boetes opgelegd: in mei 2012 in verband met waterstofperoxideactiviteiten en in mei 2016 in verband met natriumperboraatactiviteiten. Het totale aandeel van Solvay in deze boetes bedraagt respectievelijk € 29,6 miljoen en € 3,99 miljoen. Wij hebben sindsdien bij het Braziliaanse Federale Hof beroep aangetekend tegen deze administratieve boetes. In 2024 hebben we een aanvraag ingediend voor het Braziliaanse 'Extraordinary Settlement Program'. De zaak met betrekking tot waterstofperoxide werd in januari 2025 geschikt en we verwachten mogelijk een schikking van de zaak met betrekking tot de natriumperboraatactiviteiten in de eerste helft van 2025. GVM - ITALIË hAsbestzaken: negenentwintig civiele procedures zijn aanhangig gemaakt bij Italiaanse rechtbanken door voormalige werknemers en familieleden van overleden werknemers van Solvay-sites die schadevergoeding eisen in verband met ziekten die zouden zijn veroorzaakt door blootstelling aan asbest. Eén procedure is in behandeling bij het Rechtbank van Eerste Aanleg van Livorno en één procedure is in behandeling bij het Hooggerechtshof (Corte di Cassazione), terwijl de overige 27 procedures definitief zijn beëindigd als gevolg van seponeringen, gerechtelijke schikkingen en veroordelingen tot het betalen van schadevergoeding. In 2024 werden 11 procedures geschikt. Wat betreft de twee nog lopende procedures is de totale resterende vordering gelijk aan € 3,4 miljoen. hRosignano site: Het Openbaar Ministerie van Livorno (Italië) startte tussen 2019 en 2023 vier strafrechtelijke onderzoeken, met betrekking tot de vermeende grondwaterverontreiniging buiten de faciliteit en een voormalige stortplaats van de Rosignano-site, tegen vier managers en voormalige managers van het bedrijf. Strafrechtelijke procedures bevinden zich momenteel in de fase van het vooronderzoek en deze onderzoeken lopen nog. REGELGEVING - BulgarijE In Bulgarije is Solvay Sodi AD, een dochteronderneming van Solvay, onderworpen aan bepaalde door de staat opgelegde verplichtingen voor noodvoorraden van olie (reserves) voor 2021 tot 2023, waaraan het niet kon voldoen. Als gevolg hiervan legde de bevoegde Bulgaarse autoriteit Solvay Sodi AD voor 2021 en 2022 boetes op van ongeveer € 15 miljoen voor ons deel van de boetes die volledig voorzien waren. Voor 2023 is het bevel opgeschort en als gevolg daarvan is er geen boete opgelegd en is er dus ook geen voorziening opgenomen. Mocht deze opschorting worden opgeheven, dan kan Solvay Sodi AD een bijkomende boete worden opgelegd van € 9 miljoen. Vanaf juli 2024 voldoet Solvay Sodi AD aan de vereisten met betrekking tot de noodvoorraden van olie. Solvay Sodi AD heeft een rechtszaak aangespannen om deze boetes te betwisten en probeert via de nationale autoriteiten genoegdoening te krijgen met het argument dat het bestaande Bulgaarse systeem van noodvoorraden niet verenigbaar is met de EU-wetgeving. BEËINDIGDE BEDRIJFSACTIVITEITEN: PVC Solvay NV en Solvay Argentina SA zijn verweerders in een vertrouwelijke arbitrageprocedure naar aanleiding van de verkoop in 2016 van het volledige meerderheidsaandeelhouderschap van Solvay in een Latijns-Amerikaanse dochteronderneming waarvan de activiteiten niet langer tot de activiteiten van Solvay behoren. Solvay betwist de gegrondheid van de eis in verband met mogelijke aansprakelijkheden die haar voormalige dochteronderneming zou kunnen oplopen en dat schadeloosstelling en/of geldelijke schadevergoeding beschikbare vormen van genoegdoening zijn die kunnen of zouden moeten worden toegekend. De zaak is nu in afwachting van de definitieve beslissing van het arbitragehof. BEËINDIGDE BEDRIJFSACTIVITEITEN: Farmaceutische ACTIVITEITEN In de contractuele regelingen voor de verkoop van onze farmaceutische activiteiten in februari 2010 zijn de voorwaarden vastgelegd voor de toewijzing en verdeling van de aansprakelijkheid die voortvloeit uit activiteiten van vóór de verkoop. Behoudens beperkte uitzonderingen is de blootstelling van Solvay aan schadevergoedingen aan Abbott wegens aansprakelijkheid voor verkochte activiteiten beperkt tot een totaalbedrag van € 500 miljoen; deze blootstelling is beperkt in de tijd. Alle schadeclaims tegen Solvay na afronding van de overname zijn nu beslecht, behalve de verplichtingen die voortvloeien uit private burgerrechtelijke antitrustvorderingen tegen de overnemer van het bedrijf. De potentiële blootstelling van Solvay is beperkt tot de mogelijke terugvordering van maximaal de € 300 miljoen die Solvay heeft ontvangen als bijkomende overnameprijs op basis van de verkoop van ANDROGEL® na afronding van de overname. 6.Duurzaamheidsverslagen 6.1. ESRS 2 Algemene toelichtingen 6.1.1. Grondslagen voor het opstellen van informatie 6.1.2. Governance 6.1.3. Strategie 6.1.4. Impact-, risico- en kansenmanagement 6.2. Milieu-informatie 6.2.1. Klimaatverandering 6.2.2. EU Taxonomie rapportage 6.2.3. Verontreiniging 6.2.4. Water en mariene hulpbronnen 6.2.5. Biodiversiteit en ecosystemen 6.2.6. Circulaire economie 6.3. Sociale informatie 6.3.1. Eigen personeel 6.3.2. Beheer van proces- en transportveiligheid 6.3.3. Werknemers in de waardeketen 6.4. Governance-informatie 6.4.1. Zakelijk gedrag 6.5. Bijlage 1: EU-wetgeving 6. Duurzaamheidsverslagen Inhoudsopgave Pagina ESRS 2 Algemene toelichtingen BP-1 Grondslag voor het opstellen van de duurzaamheidsverslagen 110 BP-2 Rapportage over specifieke omstandigheden 111 GOV-1 De rol van de bestuursorganen, Raad van Bestuur en leidinggevende organen 112 GOV-2 Omgang met duurzaamheidsthema's door de leidinggevende organen 114 GOV-3 Duurzaamheidsprestaties in beloningsregelingen 114 GOV-4 Duurzaamheidsverslagen over het due-diligenceproces 115 GOV-5 Risicobeheersing en intern controlesysteem met betrekking tot het proces voor duurzaamheidsrapportage 115 SBM-1 Strategie, businessmodel en waardeketen 116 SBM-2 Belangen en opvattingen van stakeholders 118 SBM-3 Materiële impacts, risico’s en kansen en de wisselwerking daarvan met strategie en businessmodel 119 IRO-1 Proces om impacts, risico’s en kansen in kaart te brengen en te beoordelen welke materieel zijn 120 IRO-2 Rapportage-eisen opgenomen in de duurzaamheidsverslagen van de onderneming als gevolg van de materialiteitsanalyse 122 IRO-2 Datapunten uit de EU-wetgeving 194 MDR-P Beleid 123 E1 Klimaatverandering E1 GOV-3 Duurzaamheidsprestaties in beloningsregelingen 125 E1-1 Transitieplan voor klimaatmitigatie 125 E1 SBM-3 Materiële impacts, risico’s en kansen en de wisselwerking daarvan met strategie en businessmodel 127 E1 IRO-1 Impacts, risico’s en kansen op het gebied van klimaatverandering 129 E1-2 Beleid wat betreft klimaatverandering 131 E1-3 Maatregelen en middelen wat betreft klimaatverandering 132 E1-4 Doelen wat betreft klimaatverandering 135 E1-5 Energieverbruik en energiemix 140 E1-6 Bruto scope 1-, 2-, 3-emissies en totale broeikasgasemissies 141 E1-7 Broeikasgasverwijderingen en projecten voor broeikasgasmitigatie gefinancierd uit carbon credits 144 E1-8 Interne koolstofbeprijzing 144 E2 Verontreiniging E2-IRO-1 Impacts, risico’s en kansen op het gebied van verontreiniging 151 E2-1 Beleid ten aanzien van verontreiniging 151 E2-2 Maatregelen en middelen wat betreft verontreiniging 152 E2-3 Doelen wat betreft verontreiniging 154 E2-4 Geconsolideerde hoeveelheden van elke verontreinigende stof (verontreiniging van lucht, water en bodem) 154 E2-5 Zorgwekkende stoffen en zeer zorgwekkende stoffen 156 E3 Water en mariene hulpbronnen E3-IRO-1 Impacts, risico’s en kansen op het gebied van water en mariene hulpbronnen 158 E3-1 Beleid ten aanzien van waterverbruik 158 E3-2 Maatregelen en middelen wat betreft waterverbruik 158 E3-3 & E3-4 Maatstaven en doelen wat betreft waterverbruik 159 E4 Biodiversiteit en ecosystemen E4-1 Transitieplan en meeweging van biodiversiteit en ecosystemen in strategie en businessmodel 160 E4- SBM-3 Materiële impacts, risico’s en kansen en de wisselwerking daarvan met strategie en businessmodel 160 E4-IRO-1 Proces om voor biodiversiteit en ecosystemen materiële impacts, risico’s en kansen in kaart te brengen en te analyseren 160 E4-2 Beleid ten aanzien van biodiversiteit 161 E4-3 Maatregelen en middelen wat betreft biodiversiteit 161 E4-4 Monitoren van de effectiviteit van beleid en maatregelen aan de hand van doelen 163 E4-5 Maatstaven om inzicht te geven in de prestaties van de onderneming ten opzichte van impacts die als materieel zijn aangemerkt op het gebied van verandering in landgebruik en landdegradatie 163 E5 Materiaalgebruik en circulaire economie E5-IRO-1 Materiële impacts, risico’s en kansen op het gebied van materiaalgebruik en circulaire economie 163 E5-1 Beleid ten aanzien van afvalbeheer 164 E5-2 Maatregelen en middelen wat betreft afvalbeheer 164 E5-5 Maatstaven en doelen wat betreft afvalbeheer 165 S1 Eigen personeel S1-SBM-2 Belangen en opvattingen van stakeholders 167 S1- SBM-3 Materiële impacts, risico’s en kansen en de wisselwerking daarvan met strategie en businessmodel 167 S1-1 Beleid ten aanzien van eigen personeel 168 S1-2 Processen om met eigen werknemers en werknemersvertegenwoordigers te overleggen over impacts 170 S1-3 Herstelprocessen voor negatieve impacts en kanalen om zorgen kenbaar te maken 171 S1-4 Acteren op materiële impacts op eigen personeel, en benaderingen om materiële risico’s te beperken 172 S1-5 Doelen wat betreft het beheersen van materiële impacts, het bevorderen van positieve impacts, alsmede het beheersen van risico’s en kansen op het gebied van eigen personeel 175 S1-6 Kenmerken van de werknemers van Solvay 176 S1-8 Cao-dekkingsgraad en sociale dialoog 178 S1-9 Diversiteitsmaatstaven 178 S1-10 Leefbare lonen 179 S1-14 Veiligheids- en gezondheidsmaatstaven (eigen personeel en gemeenschappen) 179 S1-16 Beloningsmaatstaven 180 S1-17 Incidenten, klachten en ernstige impacts op het gebied van mensenrechten bij eigen personeel 181 Entiteitspecifieke rapportage: procesveiligheid en transportveiligheid 181 S2 Werknemers in de waardeketen S2- SBM-3 Impacts, risico’s en kansen op het gebied van werknemers in de waardeketen 184 S2-1 Beleid om impacts, risico's en kansen ten aanzien van werknemers in de waardeketen te beheren 185 S2-2 Te rapporteren informatie indien de onderneming geen beleid heeft aangenomen 186 S2-3 Rapportage over de benadering en processen om te voorzien in of bij te dragen aan herstel in geval van een materiële negatieve impact op werknemers in de waardeketen 186 S2-4 Actieplannen en middelen om de materiële impacts, risico’s en kansen wat betreft werknemers in de waardeketen te beheersen 187 S2-5 Vastgestelde doelen voor het beheersen van materiële impacts, risico’s en kansen met betrekking tot werknemers in de waardeketen 187 G1 Zakelijk gedrag G1- GOV-1 De rol van de bestuursorganen, Raad van Bestuur en leidinggevende organen 188 G1- IRO-1 Impacts, risico’s en kansen op het gebied van zakelijk gedrag 189 G1-1 Beleid ten aanzien van bedrijfscultuur en zakelijk gedrag 189 G1-3 Preventie en opsporing van corruptie of omkoping 191 G1-4 Bevestigde incidenten van corruptie of omkoping 193 Opname door middel van verwijzingen (GOV-1) Overzicht van de leidinggevende organen en verantwoordelijkheden 56 (GOV-3) Beloning van de leidinggevende organen 68 (GOV-5) Risicobeheer en interne controles 86 (SBM-1) Strategie, businessmodel en waardeketen 19 (BP-1) Jaarrekening 197 6.1.ESRS 2 Algemene toelichtingen 6.1.1.Grondslagen voor het opstellen van informatie Rapportagekader i.CSRD/ESRS: Solvay (hierna ook: 'we' of 'wij', 'de onderneming', 'de Groep') heeft de wijzigingen gemonitord en toegepast die werden aangebracht in de Europese standaarden voor duurzaamheidsrapportage (Europese Sustainability Reporting Standards – ESRS) zoals opgenomen in de nieuwe Richtlijn duurzaamheidsrapportage door bedrijven (Corporate Sustainability Reporting Directive – CSRD) van de Europese Unie, waarvoor de referentie Verordening 2023/2772 van 31 juli 2023 is, die werd gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie op 22 december 2023. De duurzaamheidsverslagen zijn opgesteld op basis van de ESRS, zoals ontwikkeld door de European Financial Reporting Advisory Group (EFRAG) en aangenomen door de Europese Commissie. Alle datapunten in de onderdelen Milieu (E), Sociaal (S) en Governance (G) zijn op basis van onze dubbele materialiteitsanalyse materieel bevonden. In het gedeelte over klimaatverandering worden de datapunten over broeikasgassen (BKG-emissies in scopes 1 tot en met 3) voornamelijk gerapporteerd op basis van het Greenhouse Gas Protocol (zie E1-6 voor meer informatie). ii.Duurzame ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties: we hebben negen Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen (Sustainable Development Goals – SDG's) geïdentificeerd waaraan we via onze activiteiten of in de waardeketen met de meeste impact kunnen bijdragen, in lijn met onze materialiteitsanalyse: —SDG 3: Goede gezondheid en welzijn —SDG 5: Gendergelijkheid —SDG 6: Schoon water en sanitair —SDG 7: Betaalbare en duurzame energie —SDG 8: Waardig werk en economische groei —SDG 9: Industrie, innovatie en infrastructuur —SDG 13: Klimaatactie —SDG 15: Leven op het land —SDG 17: Partnerschap om doelstellingen te bereiken iii.Global Compact van de Verenigde Naties: de verstrekte informatie dient als voortgangsrapportage over de implementatie van de tien principes van het Global Compact van de Verenigde Naties. Verificatie door derden De hele Duurzaamheidsverslagen, inclusief de EU Taxonomie, worden extern gecontroleerd (beperkte assurance) doo EY Bedrijfsrevisoren BV. Het beperkte assurance-rapport van EY is te vinden in Hoofdstuk 8. BP-1 Algemene grondslag voor het opstellen van de duurzaamheidsverslagen BP-1 (a) Geconsolideerde of individuele basis De duurzaamheidsverslagen zijn opgesteld op geconsolideerde basis. Dit garandeert dat de verstrekte informatie alle activiteiten van Solvay omvat en een volledig beeld geeft van de duurzaamheidsprestaties van de onderneming. BP-1 (b) Consolidatiekring De consolidatiekring is dezelfde als voor de jaarrekening, zoals beschreven in de 'Lijst van entiteiten opgenomen in de consolidatiekring' in toelichting F40 bij de jaarrekening. De consolidatie van duurzaamheidsindicatoren omvat volledig geconsolideerde ondernemingen (dochterondernemingen) en joint ventures, die zijn geconsolideerd op basis van het contractuele aandeel van de Groep in activa, verplichtingen, opbrengsten en kosten, gewoonlijk in lijn met het eigendomsbelang. Een uitzondering is Solvay Sodi AD (Bulgarije), dat geconsolideerd is aan 75,0% hoewel het belang erin 73,5% bedraagt. Ondernemingen die zijn geconsolideerd volgens de vermogensmutatiemethode ('equity'-methode) (joint ventures en geassocieerde deelnemingen) vallen buiten de rapportagebegrenzingen op milieu- en sociaal gebied. Indicatoren met betrekking tot ESRS E1, ESRS E2, ESRS E3, ESRS E4 en ESRS E5 hebben alleen betrekking op productie-, onderzoeks- en innovatievestigingen, aangezien bijdragen van andere vestigingen als irrelevant of niet materieel worden beschouwd. Van deze begrenzingen en consolidatieregels wordt afgeweken voor de duurzaamheidsindicatoren voor energieverbruik (ESRS E1-5), bruto scope 1-, 2-, 3- en totale BKG-emissies (ESRS E1-6), verontreiniging van lucht en water (ESRS E2-4) en proces- en transportveiligheid. Deze indicatoren omvatten alle productie- en onderzoekscentra onder operationele zeggenschap, geconsolideerd aan 100% ongeacht de consolidatiemethode van de onderneming die de vestiging bezit. Dit omvat productievestigingen in gezamenlijke exploitaties en joint ventures zoals BASF Interox H2O2 Production NV (België), Solvay Sodi AD (Bulgarije), Saudi Hydrogen Peroxide Co (Saoedi-Arabië), Shinsol Advanced Chemicals Corporation (Taiwan) en MTP HP JV Ltd (Thailand), maar ook specifieke eenheden in geassocieerde deelnemingen zoals de productie-eenheid voor peroxide in Solvay (Zhenjiang) Chemicals Co Ltd (China) en de energieproductie- en waterzuiveringseenheden in GIE Chimie Salindres (Frankrijk). De sociale indicatoren van ESRS S1 omvatten alle werknemers met een arbeidsovereenkomst bij Solvay die aangemerkt zijn als actief. De indicatoren voor veiligheid en gezondheid in ESRS S1-14 bestrijken alle vestigingen onder operationele zeggenschap, ongeacht de consolidatiemethode van de onderneming die de vestiging bezit. Activiteiten die gedurende het jaar zijn verkocht of afgesplitst, zijn buiten beschouwing gelaten tenzij anders aangegeven. Klimaat- en milieumaatstaven voor nieuwe of verworven activiteiten tijdens het rapportagejaar zijn opgenomen voor het hele jaar, tenzij anders vermeld. Data van beëindigde of gesloten activiteiten zijn opgenomen voor het deel van de verslagperiode waarin zij operationeel waren, tenzij anders vermeld. BP-1 (c) Upstream- en downstreamwaardeketen De duurzaamheidsverslagen bevatten materiële upstream- en downstreaminformatie met betrekking tot niet-Solvay-entiteiten in de waardeketen en met betrekking tot onze eigen activiteiten. BP- 1 (d-e) Weglating en vrijstelling Er is geen gebruik gemaakt van de optie om specifieke informatie-elementen die intellectueel eigendom, knowhow of de resultaten van innovatie vormen, weg te laten. We hebben geen gebruik gemaakt van de vrijstelling van rapportage van ophanden zijnde ontwikkelingen of zaken waarover wordt onderhandeld, zoals bepaald in artikel 19 bis, lid 3, en artikel 29 bis, lid 3, van Richtlijn 2013/34/EU. De onderneming is niet verplicht om geheime of gevoelige informatie openbaar te maken, zelfs indien dergelijke informatie als materieel wordt beschouwd. BP-2 Rapportage met betrekking tot specifieke omstandigheden Onze duurzaamheidsverslagen zijn opgesteld volgens de ESRS, rekening houdend met de huidige Europese CSRD-wetgeving en richtlijnen in voorbereiding. Hoewel er uitdagingen bestaan, zien wij mogelijkheden om onze rapportage te verbeteren. We doen er alles aan om transparant te rapporteren, onze duurzaamheidspraktijken continu te verbeteren en onzekerheden in onze duurzaamheidsverslagen kenbaar te maken. Deze transparantie helpt gebruikers om onze processen en beslissingen te begrijpen. We blijven ons ertoe verbinden de ESRS en toekomstige wetgeving volledig na te leven en zullen de begrijpelijkheid en kwaliteit van onze rapportage voortdurend verbeteren. Tijdshorizonten De tijdshorizonten voor het optreden van de impacts, risico's en kansen varieert van korte tot middellange en lange termijn, volgens de definitie in ESRS 1, afdeling 6.4. Deze tijdshorizonten zijn gekozen omdat ze overeenkomen met de gebruikelijke managementcycli van Solvay, namelijk respectievelijk: de budgetcyclus; het middellangetermijnplan; en de strategische evaluatie. De duurzaamheidsverslagen gebruiken daarom ook deze definities van tijdshorizonten: hKorte termijn: één jaar of minder hMiddellange termijn: één tot vijf jaar hLange termijn: vijf tot dertig jaar Schattingen van de waardeketen Voor onze scope 3-emissies gebruiken we gegevens met betrekking tot de upstream- en downstreamwaardeketen die zijn geschat op basis van indirecte bronnen. Emissiefactoren werden ontleend aan gecertificeerde databronnen zoals Ecoinvent, BaseEmpreinte, het Internationaal Energieagentschap (IEA) of GLEC 3.0. In het bijzonder werd de WBCSD Guidance for Accounting and Reporting Corporate GHG Emissions in the Chemical Sector Value Chain gebruikt als richtlijnen voor de berekening van de emissiefactoren die worden toegepast in scope 3-categorieën 2, 10, 11 en 12. Zie het hoofdstuk Klimaatverandering voor meer informatie. Bronnen van schattingsonzekerheden en onzekere uitkomsten Bij het opstellen van de Duurzaamheidsverslagen heeft het management gebruik gemaakt van aannames, oordelen en schattingen die bepaalde gerapporteerde bedragen beïnvloeden. Als gevolg hiervan is er een inherente onzekerheid in onze berekeningen met betrekking tot dergelijke bedragen. De schattingen en onderliggende aannames zijn gebaseerd op de ervaring van het management en verschillende andere factoren, waaronder waar nodig inbreng van experts, en worden redelijk geacht. Dergelijke schattingen en onderliggende aannames worden regelmatig herzien om de nauwkeurigheid van onze gerapporteerde maatstaven te verbeteren. Onze maatregelen in dit verband omvatten onder andere het verminderen van de afhankelijkheid van het gebruik van aannames of schattingen wanneer betere databronnen beschikbaar worden. Geen van de openbaar gemaakte kwantitatieve metrics of monetaire bedragen in onze duurzaamheidsverslagen zijn onderhevig aan een hoog niveau van meetonzekerheid of schattingen, behalve: Onderwerp Bron van meetonzekerheid of schattingen Sectie Scope 3 metrics Gebruik van proxies en indirecte bronnen E1-6 Verwijzing naar richtlijnen en gebruikte methodologie Energie-investeringen gerelateerd aan niet-geschikte productieactiviteiten Gebrek aan gedetailleerde gegevens 6.2.2. Rapporteren volgens de EU-taxonomie Aantal en oppervlakte van productiesites nabij beschermde gebieden of belangrijke biodiversiteitsgebieden Gebrek aan gedetailleerde gegevens voor de slectie van de sites alsook de totale oppervlakte E4 – IRO 1, E4-4 en E4-5 SOC / SVHC in grondstoffen Gebrek aan gedetailleerde gegevens E2-5 Grondstoffen We hebben onze duurzaamheidsverslagen afgestemd op de ESRS-vereisten en rekening gehouden met de nationale wettelijke en regelgevende vereisten tot uitvoering van de CSRD van de EU. Hoewel we geloven dat Solvay klaar is om te rapporteren over duurzaamheidsthema's, hebben we doorheen het hele proces mogelijkheden geïdentificeerd om de duurzaamheidsrapportage te verbeteren. Ons streven naar transparante en verantwoorde rapportage houdt ook in dat we stakeholders informeren over ondernemingsspecifieke interpretaties of onzekerheden in onze duurzaamheidsverslagen. Op die manier willen we ervoor zorgen dat gebruikers van onze duurzaamheidsverslagen de belangrijkste interpretaties, materialiteitsanalyse, onzekerheden en verbeterpunten in het hele verslag kunnen begrijpen. Deze transparantie doet niets af aan onze verbintenis om de ESRS en de toepasselijke wetgeving na te leven. Naarmate meer implementatierichtlijnen beschikbaar worden, zullen we ons inzicht in de rapportage-eisen verfijnen om de vergelijkbaarheid en kwaliteit van de informatie in toekomstige rapportagecycli te verbeteren. Wijzigingen in de opstelling of presentatie van duurzaamheidsinformatie Dit jaar hebben we de opstelling en presentatie van Solvays duurzaamheidsinformatie gewijzigd om te voldoen aan de rapportagevereisten van de CSRD. Door die wijziging zijn er verschillen in de gerapporteerde maatstaven, definities of rapportageperimeter en kunnen wij geen vergelijkende cijfers voor de vorige verslagperiode verstrekken. Scope 3: in 2023 omvatten de onder categorie 3.1 gerapporteerde emissies ook die van de categorieën 3.4 en 3.5. De grenzen van de nauwkeurigheid van die methodologie waren bereikt, waardoor in 2024 een herziening nodig was met een directe berekening op basis van de hoeveelheden grondstoffen, afvalhoeveelheden en de oorsprong van het transport van grondstoffen, waardoor de methodologie van Solvay voor categorieën 3.1, 3.4 en 3.5 in overeenstemming wordt gebracht met het GHG Protocol. Dezelfde methodologie werd toegepast voor de aanpassing van 2021 (nulmeting), 2023 (vergelijkend jaar) en 2024 (rapportagejaar) om de vergelijkbaarheid tussen deze jaren te garanderen. De wijziging resulteerde in een toename van de totale gerapporteerde scope 3-emissies voor 2023 met 1,3 mln. ton CO2-eq. (15,3 mln. ton vs. 14,0 mln. ton CO2-eq. gerapporteerd met de vorige methodologie) en een afname met 0,9 mln. ton CO2-eq. voor 2021 (16,5 mln. ton vs. 17,4 mln. ton CO2-eq. gerapporteerd met de vorige methodologie). Zie E1-4 voor meer informatie. Rapportagefouten in voorgaande perioden Er zijn geen materiële fouten in voorgaande perioden vastgesteld. Opname door middel van verwijzingen De indextabel op p.84 geeft een lijst van de rapportage-eisen van de ESRS die door middel van verwijzing zijn opgenomen. Gebruik van infaseringsbepalingen overeenkomstig bijlage C bij ESRS 1 We hebben de volgende ingefaseerde rapportage-eisen toegepast zoals toegestaan in ESRS 1 en in Bijlage C bij ESRS 1: hRapportage-eisen: ESRS 2 SBM-3 48(e), ESRS E1 E1-9, ESRS E2-6, ESRS E3 E3-5, ESRS E4 E4-6, ESRS E5 E5-6, ESRS S1 S1-7, ESRS S1 S1-8 en ESRS S1 S1-12. hOvergangsbepaling betreffende Hoofdstuk 5 'Waardeketen', aangezien we niet over alle noodzakelijke informatie over de upstream- en downstreamwaardeketen van Solvay beschikken. In de rapportage van informatie over beleid, maatregelen en doelen in overeenstemming met ESRS 2 en andere ESRS, hebben we de informatie over de upstream- en downstreamwaardeketen beperkt tot hoofdzakelijk informatie die intern beschikbaar was. In de rapportage van maatstaven hebben we geen informatie over de upstream- of downstreamwaardeketen opgenomen (met uitzondering van de rapportage van scope 2- en scope 3-broeikasgasemissies in overeenstemming met de toepasselijke definities). hOvergangsbepaling betreffende de presentatie van vergelijkende informatie voor ESRS E1 (behalve voor de maatstaven E1-5 Energieverbruik en E1-6 Bruto BKG-emissies), ESRS E2, ESRS E3, ESRS E4 en ESRS E5. Voor dit eerste rapportagejaar onder de CSRD worden alleen data over 2024 gepresenteerd. Actieplannen (CapEx en OpEx) met betrekking tot ESR-standaarden (behalve E1) en entiteitspecifiek: Solvay heeft financiële middelen toegewezen aan zijn maatregelen, maar is niet in staat om de CapEx en OpEx te rapporteren met de door de CSRD vereiste fijnmazigheid. Solvay zal de mogelijkheden onderzoeken om deze situatie te verbeteren voor toekomstige rapportages. De definitie van CSRD-toegewezen middelen is gebaseerd op een andere perimeter dan de IFRS-boekhoudnormen. Er wordt verwezen naar de respectievelijke toelichtingen in de Jaarrekening. 6.1.2.Governance GOV-1 De rol van de Raad van Bestuur, de leidinggevende organen en de bestuursorganen Zie voor meer informatie punten 4.4 en 4.5 van de Corporate governance verklaring. Samenstelling en diversiteit van de bestuurs-, leidinggevende en toezichthoudende organen De bestuursorganen van Solvay bestaan uit een Raad van Bestuur, het Executive Leadership Team (ELT) en de Comités van de Raad van Bestuur. hVertegenwoordiging van werknemers en andere medewerkers: er is geen vertegenwoordiging van werknemers en andere medewerkers in de Raad van Bestuur of het ELT van Solvay nv. Solvay nv heeft geen raad van toezicht. Percentage naar gender en andere diversiteitsaspecten waarmee de onderneming rekening houdt: Zie de punten 4.4 en 4.5 van de Corporate governance verklaring. Taken en verantwoordelijkheden van de bestuurs-, leidinggevende en toezichthoudende organen Voor meer informatie verwijzen we naar afdeling 1.4 Impact-, risico- en kansenmanagement, punt 4.4.1.4 van de Corporate governance verklaring en het volledige hoofdstuk 5 Risicobeheer van dit verslag. De Raad van Bestuur is het hoogste bestuursorgaan van Solvay. Aan de Raad van Bestuur zijn alle bevoegdheden toegekend die niet door de wet of de statuten zijn voorbehouden aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Het Corporate Governance Charter beschrijft de verschillende opdrachten van de Raad van Bestuur en zijn comités met betrekking tot hun rol in de omgang met impacts, risico's en kansen in onze duurzame ontwikkeling en milieu-, sociale en governancethema's. We hebben een team van experts samengesteld, gestructureerd in drie verschillende groepen, die onder andere tot taak hebben het ELT, het ESG-Comité en de Raad van Bestuur te informeren, zodat zij hun algemene kennis en expertise voortdurend kunnen verbeteren en onderwerpen naar voren kunnen brengen die als materieel worden beschouwd voor de Groep (stuurcomités) Hoewel de Raad van Bestuur heeft ingestemd met het resultaat van de dubbele materialiteitsanalyse en de bijbehorende materiële impacts, risico's en kansen, die beheerd worden als onderdeel van Solvays algemene ERM-aanpak, gebeurt het toezicht op de impacts, risico's en kansen collectief door de volgende organen: GOV-2 Omgang met duurzaamheidsthema's door de leidinggevende organen Zie de Duurzaamheidsverslagen en het thematische gedeelte met de lijst van impacts, risico's en kansen, punten 4.4 en 4.5 van de Corporate governance verklaring en hoofdstuk 5 Risicobeheer. In 2024 heeft de Raad van Bestuur de strategie van de Groep herzien, rekening houdend met de aanbevelingen over ESG-ambities die het ESG-comité samen met het ELT had geformuleerd. Met de hulp en aanbevelingen van het ELT en de comités heeft de Raad van Bestuur de materiële impacts, risico's en kansen bevestigd op basis van de dubbele materialiteitsanalyse, in overeenstemming met de methodologie beschreven in de Gedelegeerde Verordening (EU) 2023/2772 van de Commissie van 31 juli 2023 tot aanvulling van Richtlijn 2013/34/EU van het Europees Parlement en de Raad wat betreft standaarden voor duurzaamheidsrapportage (de 'ESRS'). Het Audit- en risicocomité beoordeelt de belangrijkste risico's, waaronder die met betrekking tot impacts, risico's en kansen, en wordt daarin bijgestaan door de afdeling Interne Audit en Risicobeheer. In heel de groep zijn de leidinggevenden en managers van Solvay verantwoordelijk voor de adequaatheid van het kader voor risicobeheer en interne controle in hun respectieve GBU's en functies. Dit geldt zowel op financieel vlak als voor duurzaamheidszaken (inclusief impacts, risico's en kansen). GOV-3 Rapportage over de integratie van duurzaamheidsprestaties in beloningsregelingen Zie het Beloningsbeleid in tabel MDR-P op p.101 voor meer informatie. Prestatiebeoordeling op basis van specifieke duurzaamheidsdoelen We hebben verschillende beloningsregelingen voor verschillende groepen van werknemers: hKortetermijnbonusregeling: van toepassing op leidinggevenden, hogere kaderleden en directieleden, hAlgemene winstdelingsregeling: van toepassing op niet-leidinggevende werknemers, en hLangetermijnbonusregeling: van toepassing op hogere kaderleden en directieleden. Al deze regelingen hebben als gemeenschappelijk doel werknemers te belonen voor het behalen van de strategische doelstellingen van de onderneming, zowel op de korte als op de lange termijn. De regelingen zijn opgebouwd rond twee of drie prestatiepijlers: financiële prestaties, de duurzaamheidsambitie van de onderneming en, in het geval van de kortetermijnbonusregeling, de individuele bijdrage. Ook in 2024 hebben we Solvays inzet voor duurzaamheid opgenomen in onze korte- en langetermijnbonusregelingen. De kortetermijnbonusregeling en de algemene winstdelingsregeling hebben een duurzaamheidspijler met specifieke duurzaamheidsdoelen voor alle werknemers die ervoor in aanmerking komen. Voor de kortetermijnbonusregeling zijn voor 2024 de volgende doelen vastgelegd: Doelen kortetermijnbonus 2024 Broeikasgasemissies (scope 1 en 2, in kT CO2-eq.) 7 170 Veiligheid (te registreren arbeidsongevallen) 40 Diversiteit (% vrouwen in het midden- en hogere kader) 27,3 Voor de algemene winstdelingsregeling begint de uitbetaling pas als het doel is bereikt. De langetermijnbonusregeling legt extra nadruk op broeikasgasemissiereductie (Scope 1 en 2). De doelen en prestaties voor de langetermijnbonusregeling zullen aan het einde van de prestatieperiode worden bekendgemaakt. De aan duurzaamheid gerelateerde prestatiemaatstaven zijn in de verschillende elementen van het beloningsbeleid van de Groep, zoals het beloningsbeleid voor directieleden, de kortetermijnbonusregeling, de langetermijnbonusregeling en de algemene winstdelingsregeling, opgenomen in de duurzaamheidspijler. De duurzaamheidsdoelen zijn goed voor: h15% van de kortetermijnbonus voor alle leidinggevenden. h15% van de algemene winstdeling voor niet-leidinggevenden. h20% van de langetermijnbonus voor alle directieleden. De voorwaarden van de bonusregelingen worden op verschillende niveaus binnen de onderneming goedgekeurd en geactualiseerd. Het proces voor het bepalen van de doelen voor de kortetermijnbonusregeling bestaat uit verschillende stappen: hDe KPI's worden bepaald in lijn met het budget van de onderneming en de doelstellingen voor het komende jaar. hEen eerste evaluatie gebeurt door het Global Incentive Committee, dat een aanbeveling doet aan het Executive Leadership Team. hEen definitieve aanbeveling wordt voorgelegd aan het Remuneratiecomité, dat de aanbeveling bespreekt en goedkeurt voor aanbeveling aan de Raad van Bestuur. hDe Raad van Bestuur geeft de uiteindelijke goedkeuring. Ook de langetermijnbonusregeling wordt jaarlijks opgezet voor een periode van drie jaar, waarbij de KPI's worden bepaald in lijn met de langetermijndoelstellingen en -ambitie van de onderneming. Het goedkeuringsproces verloopt via het Global Incentive Committee, het ELT, het Remuneratiecomité en de Raad van Bestuur. GOV-4 Duurzaamheidsverslagen over het due-diligenceproces Onderstaande tabel geeft aan waar we in onze duurzaamheidsverslagen informatie geven over ons due-diligenceproces, inclusief de belangrijkste aspecten en stappen van ons due-diligenceproces. Kernelementen van due diligence Alinea's in de duurzaamheidsverslagen a)Due diligence integreren in governance, strategie en businessmodel 6.4.1 Zakelijk gedrag, G1-2 Beschrijving van de aanpak met betrekking tot relaties met leveranciers 6.3.2. Werknemers in de waardeketen, S2-4 Actieplannen en middelen om de materiële impacts, risico’s en kansen wat betreft werknemers in de waardeketen te beheersen b)Getroffen stakeholders betrekken bij alle belangrijke stappen van de due diligence 6.3.2. Werknemers in de waardeketen, S2-2 Rapportage over hoe de standpunten van werknemers in de waardeketen worden meegenomen in beslissingen of activiteiten gericht op het beheersen van de daadwerkelijke en potentiële impacts c)Negatieve impacts in kaart brengen en beoordelen 6.3.2. Werknemers in de waardeketen, S2-5 Vastgestelde doelen voor het beheersen van materiële impacts, risico’s en kansen met betrekking tot werknemers in de waardeketen d)Maatregelen nemen om die negatieve impacts aan te pakken 6.3.2. Werknemers in de waardeketen, S2-3 Rapportage over de benadering en processen om te voorzien in of bij te dragen aan herstel in geval van een materiële negatieve impact op werknemers in de waardeketen 6.3.2. Werknemers in de waardeketen, S2-4 Actieplannen en middelen om de materiële impacts, risico’s en kansen wat betreft werknemers in de waardeketen te beheersen e)De effectiviteit van deze inspanningen monitoren en daarover communiceren 6.3.2. Werknemers in de waardeketen, S2-3 Rapportage over de benadering en processen om te voorzien in of bij te dragen aan herstel in geval van een materiële negatieve impact op werknemers in de waardeketen GOV-5 Risicobeheersing en intern controlesysteem met betrekking tot het proces voor duurzaamheidsrapportage Zie punt 4.7.1 van de Corporate governance verklaring en punt 5.1 van het algemene hoofdstuk Risicobeheer. Onze benadering van risicobeheer met betrekking tot duurzaamheidsrapportage is volledig geïntegreerd in de overkoepelende risicobeheerpraktijken van de Groep. Dit omvat het definiëren van de reikwijdte via het jaarlijkse risico-identificatie- en beoordelingsproces op GBU- en groepsniveau, dat zowel ESG- als niet-ESG-risico's omvat, en het afstemmen ervan op het proces van dubbele materialiteitsanalyse. Interne controleprocessen en systemen voor duurzaamheidsrapportage worden vastgesteld op basis van de materiële onderwerpen die via de dubbele materialiteitsanalyse zijn geïdentificeerd en worden op dezelfde manier geïmplementeerd als die voor financiële rapportage. We verbinden ons ertoe de robuustheid van Solvay's interne controleraamwerk voor duurzaamheid en de maturiteit van de rapportering daarover de komende twaalf maanden verder te verbeteren. Daarnaast worden risico's met betrekking tot duurzaamheidsrapportage en strategieën om deze te beperken geïdentificeerd, waaronder risico's in verband met onvolledige of inconsistente rapportage, nauwkeurigheid van data en handmatige fouten in het rapportageproces. De Groep heeft screenings en toegangscontroles geïmplementeerd en commissarissen voeren ook testen uit (buiten de interne controle) op duurzaamheidsrapportage als onderdeel van de beperkte assurance die zij verschaffen over de duurzaamheidsverslagen van de onderneming. De belangrijkste duurzaamheidsrisico's en risicobeperkende maatregelen worden beschreven in het deel Risicobeheer van dit verslag, waar zij zijn aangeduid als ESG-risico's met verwijzing naar het overeenkomstige ESRS-gedeelte. De geschetste aanpak voor risicobeoordeling en -beperking is een beproefd proces, maar de koppeling met de overeenkomstige ESRS is een nieuwe vereiste en de komende twaalf maanden zullen de inspanningen worden voortgezet om voor het hele proces hetzelfde niveau van maturiteit te bereiken. Aangezien dit jaar het eerste jaar van implementatie van de CSRD is, richten we ons op het implementeren van de opmerkingen van de commissaris. Er zijn actieplannen opgezet met verantwoordelijken en deadlines, evenals regelmatige opvolging en evaluatie. Geformaliseerde interne controles met betrekking tot ESG-risico's en processen die al eerder bestonden, worden gedocumenteerd en meegenomen in het kader van de gewone jaarlijkse interne controlebeoordeling. We hebben dezelfde governance ingesteld voor onze financiële en duurzaamheidsrapportage, waarbij het ELT en het Audit- en risicocomité betrokken zijn. De bevindingen van risicobeoordelingen worden twee keer per jaar gerapporteerd aan beide organen, en de belangrijkste stakeholders in de organisatie, evenals het ELT en het Audit- en risicocomité ontvangen één keer per jaar een formele beoordeling van de interne controle. 6.1.3.Strategie SBM-1 Strategie, businessmodel en waardeketen Ons businessmodel Onze kernactiviteit als fabrikant van chemicaliën is de productie van essentiële chemische producten. Dat wij met onze producten en technologieën zeer uiteenlopende eindmarkten in verschillende regio's bedienen, vergroot onze veerkracht. Onze belangrijkste eindmarkten zijn: hConsumptiegoederen en gezondheidszorg hAutomobiel hDiervoeders en levensmiddelen hHulpbronnen, milieu en energie hGebouwen en constructie hElektronica hChemische en industriële toepassingen Solvay heeft twee divisies met zeven afzonderlijke monotechnologieën. De segmentatie is niet veranderd ten opzichte van de vorige verslagperiode: hBasic Chemicals: natriumcarbonaat, natriumbicarbonaat (samen de GBU Soda Ash & Derivatives) en Peroxides. hPerformance Chemicals: zeldzame aardmetalen en fluor (samen de GBU Special Chem), Silica en Coatis. Als wereldwijd actieve industriële onderneming verkoopt Solvay een brede waaier van producten en diensten aan klanten over de hele wereld, voor diverse markten en industriële toepassingen. Onze producten en diensten kunnen op grond van hun aard en bestemming onderworpen zijn aan handelsbeperkingen. We verbinden ons ertoe alle internationale handelswetten en -regels na te leven en zien daarop toe met een robuust 'Trade Compliance Program'. We evalueren ook regelmatig de risico's die aan de handel met specifieke landen en regio's verbonden zijn. We creëren langdurige waarde door ons te richten op de volgende strategische fundamenten:(1) marktleiderschap behouden, (2) op kost de referentie zijn en (3) duurzaamheid een centrale plaats geven in onze activiteiten. De duurzaamheidsstrategie van Solvay is een onlosmakelijk onderdeel van onze groepsstrategie. Dat zorgt ervoor dat de belangrijkste duurzaamheidsthema's en -uitdagingen worden aangepakt en deel uitmaken van onze strategische roadmap, terwijl ons concurrentievermogen intact blijft. Onze duurzaamheidsstrategie – 'For Generations' – is vastgelegd op groepsniveau en bestaat uit twee pijlers: Planet Progress en Better Life. De aansturing daarvan, de verbintenissen van Solvay, het proces voor stakeholderbetrokkenheid en het algemene beheersysteem voor duurzaamheid worden beschreven in het Beleid van Solvay inzake Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (zie tabel MDR-P op p.101 voor meer informatie). We erkennen de groeiende behoefte aan duurzame producten en versnellen de uitvoering van ons energietransitieplan. Onze portefeuille is geharmoniseerd op belangrijke maatschappelijke megatrends die de belangrijkste eindmarkten van onze activiteiten ondersteunen: klimaatverandering en schaarser wordende hulpbronnen, regionalisering, en AI en digitalisering. Zie Hoofdstuk 1 -Solvay in een oogopslag pagina 16 voor een beschrijving van deze megatrends. Elk jaar maken we voor elke GBU een gedetailleerde SPM-analyse (Sustainable Portfolio Management) waarbij we de 20 belangrijkste en eventuele nieuwe combinaties van producten en toepassingen (Product Application Combinations – PAC's) bekijken. SPM legt de nadruk op duurzame zakelijke oplossingen en heeft tot doel de bedrijfsprestaties van Solvay te verbeteren door twee sleutelfactoren te evalueren: de milieuvoetafdruk van onze producten en de bijbehorende risico's en kansen (levenscyclusanalyse 'van wieg tot poort'), en hoe hun toepassingen vanuit marktperspectief voordelen of uitdagingen creëren. Onze waardeketen Afhankelijk van onze verschillende activiteiten kunnen we upstream in de waardeketen actief zijn, in de ontginning van sommige grondstoffen en de opwekking van energie die we gebruiken, of downstream, in de verwerking van chemicaliën. hDe bevoorradingszekerheid van grondstoffen en energie is belangrijk voor ons. Ons inkoopbeleid bevat richtlijnen om de aanvoer ervan veilig te stellen. Onze grote leveranciers worden ingedeeld in categorieën op basis van belang en risico. We houden een lijst van kritieke grondstoffen bij, waarvoor risicobeperkingsplannen zijn uitgewerkt. hWe willen voor onze klanten een betrouwbare leverancier zijn met een consistente kwaliteit, maar tegelijk competitief blijven en doelen hebben om onze impact op het milieu te verminderen. Een beschrijving van de belangrijkste stakeholders en de voordelen voor hen is te vinden in het volgende punt, SBM-2. Kenmerken van de onderneming 8 905 werknemers (aantal personen) eind december, van wie 895 in Noord-Amerika, 1 489 in Latijns-Amerika, 5 356 in Europa en 1 165 in Azië en de rest van de wereld. Solvay is actief in de chemische productie overeenkomstig afdeling 20.2 van Bijlage I bij Verordening (EG) nr. 189. Onze volledige netto-omzet kan worden beschouwd als chemische productie (€4,6 mld. voor 2024). SBM-2 Belangen en opvattingen van stakeholders We hebben regelmatige contacten met verschillende stakeholders om inzicht te krijgen in hun standpunten, bezorgdheden en verwachtingen, zodat we ons businessmodel en onze strategie voortdurend kunnen bijstellen. Door middel van permanente dialoog en overleg toetsen we onze zienswijze bij hen af, stemmen we onze duurzaamheidsstrategie af op de belangen en opvattingen van al onze getroffen stakeholders en identificeren we op verschillende manieren materiële impacten, risico's en kansen. Die stakeholderbetrokkenheid omvat Pulse-enquêtes om de tevredenheid en betrokkenheid van onze werknemers te meten, evenementen voor investeerders en ontmoetingen met klanten en leveranciers. De inzichten die daaruit voortvloeien, bepalen mee onze dubbele materialiteitsanalyse. Met het oog op de eerste rapportage onder de CSRD en onze eerste dubbele materialiteitsanalyse, na een voorlopige interne dubbele materialiteitsanalyse, zijn we in dialoog gegaan met een representatieve steekproef van getroffen stakeholders (werknemers, gemeenschappen, klanten, leveranciers en investeerders), aangezien onze strategie en verbintenissen op hen van invloed zullen zijn. We hielden in totaal tien gesprekken met interne experten en twintig gesprekken met een representatieve groep van getroffen stakeholders. De belangrijkste stakeholders worden beschreven in ons Beleid voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (zie tabel MDR-P op p.101 voor meer informatie). Onze belangrijkste stakeholders zijn regelgevers, aandeelhouders, investeerders, klanten, leveranciers, werknemers en gemeenschappen: 1.Klanten: —Opvattingen: klanten willen producten van goede kwaliteit die veilig zijn in gebruik en scherp geprijsd. Klanten hechten ook steeds meer belang aan duurzame en milieuvriendelijke producten (waarbij de nadruk vooral ligt op klimaatverandering en biodiversiteit). —Belangen: betrouwbare bevoorrading, productprestaties, concurrentiële prijzen, innovatie en duurzaamheid. 2.Investeerders en aandeelhouders: —Opvattingen: investeerders en aandeelhouders willen een goed rendement op hun investering en verwachten dat Solvay financieel stabiel is en goed wordt geleid. Investeerders en aandeelhouders krijgen ook steeds meer aandacht voor prestaties op het gebied van ecologische, sociale en governancefactoren (ESG) (waarbij de nadruk vooral ligt op klimaatverandering, biodiversiteit en verontreiniging). —Belangen: winstgevendheid, groei, dividenden, risicobeheer en ESG-prestaties. 3.Werknemers: —Opvattingen: werknemers hechten belang aan een eerlijk loon, veilige werkomstandigheden, kansen op professionele ontwikkeling en een positieve werkomgeving. —Belangen: werkzekerheid, eerlijke beloning, loopbaanontwikkeling, werk-privébalans en een veilige en gezonde werkplek. 4.Gemeenschappen: —Opvattingen: gemeenschappen in de omgeving van chemische fabrieken zijn bezorgd over de mogelijke milieu- en sociale impacten. Gemeenschappen willen ook dat Solvay een verantwoordelijke buur is en bijdraagt aan de lokale economie. —Belangen: milieubescherming, veiligheid, maatschappelijke betrokkenheid en lokale economische ontwikkeling. 5.Ngo's en milieuorganisaties: —Opvattingen: ngo's en milieuorganisaties zijn bezorgd over thema's zoals de klimaatverandering, verontreiniging en de mogelijke impact van chemische stoffen op de menselijke gezondheid en ecosystemen. —Belangen: milieubescherming, duurzaamheid, transparantie en maatschappelijk verantwoord ondernemen. 6.Overheden en regelgevers: —Opvattingen: overheden en regelgevers willen ervoor zorgen dat chemische bedrijven veilig en verantwoord werken en de milieu- en veiligheidsvoorschriften naleven. Overheden en regelgevers promoten ook innovatie en economische groei in de chemiesector. —Belangen: openbare veiligheid, milieubescherming, economische ontwikkeling en naleving van de regelgeving. 7.Leveranciers: —Opvattingen: leveranciers willen stabiele en langdurige relaties met Solvay, eerlijke prijzen voor hun producten en tijdige betaling. Leveranciers houden steeds meer rekening met duurzaamheidsthema's. —Belangen: zakelijke stabiliteit, eerlijke prijzen, betrouwbare vraag en langdurige samenwerking. De opvattingen en belangen van de belangrijkste stakeholders met betrekking tot onze duurzaamheidsthema's zijn geïntegreerd in de dubbele materialiteitsanalyse en meegedeeld aan ons ESG-comité. We hebben ook rekening gehouden met hun feedback bij het bepalen van onze duurzaamheidsstrategie. In de toekomst zullen we ons ESG-comité regelmatig op de hoogte houden van de opvattingen en belangen van getroffen stakeholders met betrekking tot duurzaamheidsimpacten. Veranderende trends of verwachtingen die naar voren komen uit de beoordeling 'van buiten naar binnen' worden meegenomen in updates van onze strategie en sturen dus mee het businessmodel. Zie GOV-2 voor hoe de bestuurs-, leidinggevende en toezichthoudende organen worden geïnformeerd over de opvattingen en belangen van getroffen stakeholders. SBM-3 Rapportage over materiële impact, risico’s en kansen en de wisselwerking daarvan met strategie en businessmodel De volledige lijst en beschrijving van materiële impact, risico's en kansen is te vinden in de overeenkomstige ESRS-afdelingen van deze Duurzaamheidsverslagen.. Resultaten van de dubbele materialiteitsanalyse De dubbele materialiteitsanalyse identificeert materiële impacts, risico's en kansen op duurzaamheidsgebied op basis van onze activiteiten, producten, waardeketens en wereldwijde aanwezigheid. Naast de thematische CSRD-standaarden rapporteren we entiteitspecifieke informatie – 'Proces- en transportveiligheid' – in verband met het beheer van risico-incidenten. Met betrekking tot onze strategie en ons businessmodel beschouwen we het volgende als materieel: hImpact Onze impact is voornamelijk afkomstig van onze upstreamwaardeketen en onze eigen activiteiten. We hebben daadwerkelijke en potentiële impact in kaart gebracht: —Daadwerkelijke negatieve impact op het gebied van klimaatverandering, verontreiniging, veranderingen in landgebruik en afval. De materialiteit vloeit bijvoorbeeld, maar niet uitsluitend, voort uit ons gebruik van vaste brandstoffen en onze CO2-emissies, en uit het feit dat sommige producten die wij op de markt brengen meer dan 0,1% Zeer Zorgwekkende Stoffen bevatten. —Potentiële negatieve impact op het gebied van energie, verontreiniging, eigen personeel, werknemers in de waardeketen. De materialiteit vloeit bijvoorbeeld, maar niet uitsluitend, voort uit de potentiële verontreiniging van lucht en water door onze activiteiten, uit onze impact op land door de aanleg van steengroeven en dammen, uit de blootstelling van onze werknemers aan potentiële incidenten en uit de blootstelling van externe werknemers in onze toeleveringsketen aan potentiële incidenten en schendingen van de mensenrechten. —Daadwerkelijke en potentiële positieve impact op het gebied van zakelijke integriteit en arbeidsomstandigheden voor ons eigen personeel. De materialiteit vloeit bijvoorbeeld, maar niet uitsluitend, voort uit onze praktijken om corruptie en omkoping te voorkomen en klokkenluiders te beschermen, en uit het sociaal overleg en de gezondheids- en welzijnsprogramma's van de Groep. hRisico's —Onze potentiële risico's situeren zich hoofdzakelijk in de context van onze activiteiten. We hebben risico's geïdentificeerd met betrekking tot klimaatverandering, energie, verontreiniging, waterverbruik, bodemdegradatie, veranderingen in landgebruik en zakelijke integriteit en de naleving van de regelgeving. De materialiteit vloeit bijvoorbeeld, maar niet uitsluitend, voort uit een stijgende frequentie van extreme weersomstandigheden als gevolg van de klimaatverandering die onze activa kunnen treffen, kosten voor CO2 en de energietransitie, veranderende regelgeving, het risico van mogelijk concurrentiebeperkend gedrag, de potentiële niet-naleving van handelsbeperkingen en sanctielijsten. hKansen —Onze kansen komen voornamelijk voort uit onze eigen activiteiten en onze downstreamwaardeketen. We hebben potentiële kansen geïdentificeerd met betrekking tot klimaatverandering en ons eigen personeel. De materialiteit vloeit bijvoorbeeld, maar niet uitsluitend, voort uit onze aanwezigheid in meerdere eindmarketn die worden gedreven door duurzame megatrens (voor meer details, zie hoofdstuk "Risico's en kansen in verband met klimaatgeralteerde overgangen"), en ook uit onze wereldwijde voetafdruk en de aanwezigheid van activa in alle regio's, waardoor de Groep potentiële verstoringen van de toeleveringsketen als gevolg van extreme weersomstandigheden kan opvangen. Actuele en beoogde effecten op het businessmodel Voor elk van onze activiteiten analyseren we jaarlijks de impacts, risico's en kansen. Daarbij kijken we naar de ontwikkelingen en veranderingen die zich intern en extern hebben voorgedaan in de bedrijfscontext van Solvay waardoor er sprake kan zijn van gewijzigde of nieuwe risico's en kansen voor de Groep. De resultaten daarvan worden meegenomen in de update van de strategische planning ('Waardecreatieplan' met een tijdshorizon van meer dan vijf jaar) en de financiële planning ('Plan op middellange termijn' met een tijdshorizon van vijf jaar), een gezamenlijke oefening van de groepsfuncties en de divisies. De budgettering (tijdshorizon: één jaar) houdt rekening met impact, risico's en kansen op korte termijn, maar anticipeert ook op plannen voor risicobeperking op middellange tot lange termijn. Maatregelen die voortkomen uit analyses van impacts, risico's en kansen worden meegenomen in updates van onze strategie en sturen dus mee het businessmodel. Ze zijn gerapporteerd in elke thematische ESRS-afdeling. Materiële en negatieve impact De potentiële negatieve en positieve impact van Solvay kunnen bijvoorbeeld invloed hebben op: hde gezondheid en veiligheid van het eigen personeel van de Groep en de omliggende gemeenschappen via onze activa en activiteiten (korte termijn); hwerknemers in de waardeketens van de Groep, hun arbeidsomstandigheden via onze selectie van grondstoffenleveranciers en onderaannemers (korte en middellange termijn); hde kwaliteit van lucht, water en bodem door emissies uit onze activiteiten en toeleveringsketen (korte en middellange termijn); hde effecten van de klimaatverandering door de directe broeikasgasemissies (BKG-emissies) uit de activiteiten van Solvay en de indirecte BKG-emissies uit onze waardeketen (korte, middellange en lange termijn). hLanddegradatie en veranderingen in landgebruik onder Biodiversiteit. Financiële effecten In overeenstemming met de overgangsbepalingen in Bijlage C 'Lijst van ingefaseerde Rapportage-eisen' zal onze onderneming de kwantitatieve rapportage infaseren. Voor deze eerste verslagperiode hebben we ons echter toegespitst op het verstrekken van kwalitatieve informatie. We breiden onze capaciteit op het gebied van gegevensverzameling en -analyse uit om de potentiële financiële effecten van deze impacts, risico's en kansen beter te kunnen beoordelen en kwantificeren. In volgende rapportagecycli zullen we geleidelijk uitgebreidere informatie over de financiële effecten introduceren, met als doel een volledig beeld te geven van de financiële materialiteit van onze duurzaamheidskwesties. Deze gefaseerde aanpak stelt ons in staat om de nauwkeurigheid en betrouwbaarheid van de financiële informatie die we rapporteren te garanderen door robuuste methodologieën te ontwikkelen om deze effecten in te schatten en te rapporteren. We verbinden ons ertoe onze informatie jaar na jaar te verbeteren en stakeholders een steeds gedetailleerder inzicht te geven in hoe duurzaamheidskwesties onze financiële positie, prestaties en waardecreatie op de lange termijn kunnen beïnvloeden. Onze Groep spreekt een brede waaier van financieringsbronnen aan om onze duurzaamheidsstrategie ten uitvoer te brengen: hWe maken gebruik van intern gegenereerde kasstromen om onze kapitaaluitgaven en belangrijke projecten rond procesinnovatie te financieren. hExterne investeerders en industriële partners bieden aanzienlijke financiële steun aan onze andere projecten, bijvoorbeeld voor projecten op het gebied van energietransitie en decarbonisatie. hPublieke financiering – inclusief overheidssubsidies en belastingkredieten – is van doorslaggevend belang voor de realisatie van onze doelstellingen op het gebied van duurzame ontwikkeling. Deze veelzijdige financieringsaanpak garandeert een robuuste implementatie van onze brede duurzaamheidsstrategie. Veerkracht van strategie en businessmodel Zie de maatregelen in elk van de ESRS-afdelingen Onze strategie en ons businessmodel geven blijk van veerkracht met gerichte initiatieven. Die pakken geïdentificeerde materiële impact en risico's aan en stellen ons in staat om in te spelen op nieuwe kansen in onze sector. Zo screenen we bijvoorbeeld de activa en bedrijfsactiviteiten van Solvay op mogelijke blootstelling aan transitiegebeurtenissen met onze SPM-tool (zie SBM-1 Strategie, businessmodel en waardeketen). Dit proces evalueert doorheen de hele levenscyclus- en marktanalyse van de producten van de onderneming systematisch de duurzaamheidsrisico's en -kansen die eraan verbonden zijn. Dit proces vindt alleen plaats op de korte termijn, maar informeert ook strategische beslissingen op de middellange en lange termijn. Wijzigingen aan materiële impact, risico's en kansen In 2023 hebben we de materialiteitsanalyse herzien om te anticiperen op een aantal bepalingen van de CSRD en er zijn al verschillende correcties doorgevoerd in vergelijking met voorgaande jaren. In 2024 hebben we onze dubbele materialiteitsanalyse afgestemd op de voorschriften van de CSRD zoals beschreven in de 'Implementation guidance for the materiality assessment' van de EFRAG. 6.1.4.Impact-, risico- en kansenmanagement IRO-1 Beschrijving van het proces om impacts, risico’s en kansen in kaart te brengen en om te beoordelen welke daarvan materieel zijn Zie de specifieke beschrijving van IRO-1 in de ESRS-afdelingen. Methodologieën en aannames Zie SBM-2 over de belangen en opvattingen van stakeholders. Om materiële duurzaamheidskwesties vast te stellen, hebben we een gestructureerde dubbele materialiteitsanalyse uitgevoerd in overeenstemming met de voorschriften van de CSRD en ESRS 1. Daarvoor werd een aanpak in vijf stappen gevolgd: 1. Reikwijdte en doelstelling bepalen We hebben de grenzen van de analyse afgebakend en de belangrijkste activiteiten, de waardeketen en de geselecteerde focusgroepen van stakeholders bepaald, alsook de passende communicatiekanalen om met hen in contact te treden. 2. ESG-thema's en impacts, risico's en kansen identificeren We hebben data verzameld door externe en interne bronnen en naslagwerken te raadplegen om potentiële ESG-thema's in kaart te brengen. We hebben de thematische structuur van de ESRS overgenomen en proces- en transportveiligheid toegevoegd als entiteitspecifiek thema. We hebben de impacts, risico's en kansen van elke duurzaamheidsthema op de shortlist bepaald door naslagwerken te raadplegen en interne en externe stakeholders te raadplegen. 3. Materialiteit van impacts, risico's en kansen beoordelen We hebben voor alle geïdentificeerde impacts, risico's en kansen de impact-materialiteit en financiële materialiteit in kaart gebracht door naslagwerken te raadplegen en interne en externe stakeholders te bevragen. Vervolgens hebben we de resultaten samengebracht en verwerkt tot het dubbele-materialiteitsresultaat. 4. Resultaten van de dubbele materialiteitsanalyse bekrachtigen We hebben de bevindingen van de dubbele materialiteitsanalyse voorgelegd aan de bevoegde organen: het ELT, het Audit- en risicocomité, het ESG-comité en de Raad van Bestuur. 5. Proces en resultaat documenteren We hebben het materialiteitsverslag en de gedetailleerde ondersteunende documentatie opgesteld met het oog op assurance. Als resultaat van dat proces werd een lijst opgesteld van alle voor de onderneming materiële duidelijk afgebakende ESG-thema's en werd een strategie voor stakeholderbetrokkenheid ontwikkeld door de belangrijkste vertegenwoordigers te identificeren van de interne en externe stakeholders die direct (via enquêtes, individuele gesprekken, focusgroepen voor werknemers en workshops) of indirect (door interne en externe naslagwerken te raadplegen) geraadpleegd moesten worden. Hun meningen werden in aanmerking genomen bij het uitwerken van de dubbele materialiteitsanalyse. Er werd ook een evaluatie van de impacts, risico's en kansen gemaakt op basis van de geconsolideerde lijst van impacts, risico's en kansen en geïnspireerd op het ERM-proces van Solvay, maar met een bijkomend onderscheid tussen impact-materialiteit en financiële materialiteit. Dit raamwerk beoordeelde de materialiteit van alle impacts, risico's en kansen. Rekening houdend met de ERM-evaluatie en materialiteitsdrempels van Solvay werden alle impacts, risico's en kansen als materieel of niet materieel aangemerkt. Een thema werd als materieel aangemerkt als ten minste één van de onderliggende impacts, risico's of kansen als zodanig werd aangemerkt. De uitkomst van de dubbele materialiteitsanalyse werd besproken door interne en externe experts en de CSRD-stuurgroep, ter goedkeuring voorgelegd aan het ELT, het Audit- en risicocomité en het ESG-comité, en formeel goedgekeurd door de Raad van Bestuur. Overzicht van het proces voor impacts Door in de eerste fase van de dubbele materialiteitsanalyse de waardeketen in kaart te brengen, garandeerden we dat we alle activiteiten, waardeketens en regio's van Solvay bestreken. Op basis van de waardeketen werden de stakeholders en experts geraadpleegd die bij de verschillende activiteiten betrokken waren, evenals de verschillende regio- en eindmarktverantwoordelijken binnen Solvay. Sommige getroffen stakeholders werden direct betrokken (bv. een steekproef van werknemers), terwijl de Natuur indirect betrokken werd via de beschikbare documentatie. Potentieel getroffen gemeenschappen of eindgebruikers werden rechtstreeks geraadpleegd (bv. grote klanten) of onrechtstreeks via vertegenwoordigers of openbare informatie. Impacts met betrekking tot zakelijke relaties werden geïdentificeerd via overleg met de meest prominente zakenpartners of via overleg met de interne experts die de relatie beheren. Daarnaast verzamelden we waardevolle input van verschillende externe experts, zoals zakenpartners of sectorverenigingen. De beoordeling van elke negatieve impact op de samenleving en het milieu is gebaseerd op ernst en waarschijnlijkheid. Er werden gedetailleerde impactbeoordelingscriteria gedefinieerd voor reikwijdte, schaal en omkeerbaarheid – rekening houdend met E-, S- en G-thema's – ten aanzien van zowel onze eigen activiteiten als de waardeketen. Er werd een score van 1 tot 5 toegekend op basis van de meest passende optie voor elk evaluatiecriterium en elke impact. Voor positieve impacts werden de schaal, reikwijdte en waarschijnlijkheid geëvalueerd. Voor elk criterium werd een schaal met vijf niveaus vastgelegd. Voor zowel positieve als negatieve impacts werden de scores genormaliseerd zodat de maximumscore 15 bedraagt. De selectie van de meest passende optie voor waarschijnlijkheid resulteerde in een waarschijnlijkheidsfactor van 1 (zeer hoog) tot 0,6 (zeer laag). De eindscore voor de impact-materialiteit, die werd verkregen door de som van de ernstscores te vermenigvuldigen met de waarschijnlijkheidsfactor, werd getoetst aan een materialiteitsdrempel van 8. Impacts met score 8 of hoger worden als materieel beschouwd. Overzicht van het proces voor risico's en kansen Zie hoofdstuk 5 'Risicobeheer'. Het perspectief 'van buiten naar binnen' – de identificatie, beoordeling en prioritering van daadwerkelijke en potentiële risico's en kansen met betrekking tot ESG-thema's – werd eveneens uitgevoerd via de raadpleging van stakeholders en documentatie. Als onderdeel van de dubbele materialiteitsanalyse hebben we beoordeeld welke risico's en kansen verband hielden met impacts, afhankelijkheden of andere risicofactoren. We hebben ook impacts ('van binnen naar buiten') en risico's en kansen ('van buiten naar binnen') geïdentificeerd voor elk van de ESRS-rapportagestandaarden, evenals eventuele relevante wisselwerkingen. Het evaluatiekader voor ESG-risico's en -kansen in het kader van de dubbele materialiteitsanalyse was afgestemd op de bestaande benadering van ERM binnen de Groep: hDe omvang en aard van de effecten werden in overeenstemming gebracht met de ERM-ernstschalen en -drempelwaarden. hDe waarschijnlijkheid werd bepaald aan de hand van kwalitatieve waarschijnlijkheidsbeoordelingscriteria, waarbij de tijdshorizonten van de beheercyclus als referentie voor drempelwaarden werden gebruikt. Er werden vijf mogelijke opties overwogen voor zowel omvang als waarschijnlijkheid. Op basis van de geselecteerde optie werden de risico's en kansen ingedeeld in vijf categorieën. Concreet werd een score van 1 tot 5 toegepast voor de omvang van de financiële impact. Voor de waarschijnlijkheidsfactor werden dezelfde waarden gebruikt als voor de waarschijnlijkheid van potentiële impacts. De totaalscore voor financiële materialiteit wordt verkregen door de score voor de omvang van de financiële impact te vermenigvuldigen met de waarschijnlijkheidsfactor. Risico's en kansen met een totaalscore 3 of hoger worden als materieel beschouwd. ESG-risico's worden op dezelfde manier behandeld als andere risico's. De meest materiële risico's worden zorgvuldig beheerd en maken het voorwerp uit van risicobeperkende maatregelen. De resultaten van de risicobeoordelingen worden dus meegenomen in de strategische planning- en besluitvormingsprocessen. Het monitoren van daadwerkelijke impacts is een nieuwe geformaliseerde aanpak die de CSRD voorschrijft. Deze Duurzaamheidsverslagen over 2024 zijn de nulmeting. Dat monitoringaspect wordt bestreken door het due-diligenceproces van de Groep. Besluitvormingsproces Bij het besluitvormingsproces en de bijbehorende interne controleprocedures zijn meerdere experts en organen binnen Solvay betrokken. De dubbele materialiteitsanalyse wordt bekrachtigd op verschillende niveaus van de organisatie, waaronder de CSRD-stuurgroep, het ELT, het ESG-comité, het Audit- en risicocomité en de Raad van Bestuur. Ook de commissarissen lichten in het kader van de controle van de Duurzaamheidsverslagen de dubbele materialiteitsanalyse en de bijbehorende impacts, risico's en kansen door. Integratie in het algemene (risico)beheerproces Het proces om impacts en risico's in kaart te brengen, te beoordelen en te beheren is geïntegreerd in het algemene risicobeheerproces van Solvay en wordt gebruikt om het algemene risicoprofiel van de Groep en de risicobeheerprocessen te evalueren. De criteria om de waarschijnlijkheid en omvang van de financiële impact van ESG-risico's en -kansen in te schatten, zijn afgestemd op de ERM-methodologie van Solvay. Het ERM-team was actief betrokken bij het hele proces van de dubbele materialiteitsanalyse en de resultaten ervan zijn opgenomen in de ERM-documentatie. ESG-risico's worden in het ERM-raamwerk op dezelfde manier behandeld als andere risico's. De resultaten van de risico- en kansenbeoordelingen worden daarnaast ook in aanmerking genomen in de strategische planning en besluitvorming van Solvay. Inputparameters De dubbele materialiteitsanalyse bestreek alle activiteiten van Solvay en alle regio's waarin de waardeketens aanwezig zijn. Informatie die specifiek was voor de onderneming, werd verzameld via overleg met belangrijke interne en externe stakeholders. Er werd ook rekening gehouden met publiek beschikbare data en documenten, zoals berichtgeving in de media, sectorrapporten en onderzoeksverslagen. Wanneer er geen directe informatie beschikbaar was, werden schattingen en/of aannames gebruikt, die nauwkeurig werden beschreven en toegelicht. Veranderingen ten opzichte van de vorige verslagperiode 2024 was het eerste jaar waarin een dubbele materialiteitsanalyse werd opgezet. Aangezien de materialiteitsanalyse een dynamisch proces is dat onderhevig is aan de evolutie die inherent is aan Solvay, zal ze worden bijgewerkt wanneer dat nodig wordt geacht. IRO-2 Rapportage-eisen opgenomen in de duurzaamheidsverslagen van de onderneming als gevolg van de dubbele materialiteitsanalyse Zie Bijlage 1 voor een lijst van datapunten. De dubbele materialiteitsanalyse bepaalt welke thema's materieel zijn voor een organisatie, zowel in de eigen activiteiten als in de upstream- en downstreamwaardeketen. Onze materiële thema's zijn: De inhoudsopgave vermeldt de rapportage-eisen die werden gebruikt bij het opstellen van de duurzaamheidsverslagen na de materialiteitsanalyse, met vermelding van de pagina's of alinea's waar deze rapportage staat. Bijlage 1 bevat een tabel met datapunten uit andere EU-wetgeving, met vermelding van hun plaats in de duurzaamheidsverslagen en een identificatie van niet-materiële datapunten. Materiële thema's worden gerapporteerd volgens de overeenkomstige rapportage-eisen, met inbegrip van toepassingsvoorschriften voor specifieke duurzaamheidskwesties in de desbetreffende ESRS en entiteitspecifieke rapportage wanneer een ESRS een kwestie niet voldoende afdekt. Wanneer informatie materieel wordt geacht voor stakeholders, wordt deze gerapporteerd in overeenstemming met de rapportage-eis – inclusief datapunten of entiteitspecifieke rapportage. Zodra een thema of subthema als materieel wordt beschouwd via impacts, risico's en kansen, wordt het materieel voor rapportagedoeleinden. MDR-P: alle beleidsdocumenten die worden genoemd in de duurzaamheidsverslagen worden hier gerapporteerd en het ELT is verantwoordelijk voor de implementatie ervan. Ze zijn beschikbaar op de website en het intranet van Solvay en zijn dus beschikbaar voor al onze stakeholders. Beleid Inhoud Toepassingsgebied Maatschappelijk verantwoord ondernemen Onze inzet voor een duurzame en verantwoordelijke waardeketen. Waardeketen Responsible Care-beleid Focus op mensen (veiligheid) en milieu (verontreiniging, afval, milieu-impact, inclusief productzorg doorheen de levenscyclus). Eigen activiteiten Klimaatverandering scope 1+2-BKG-emissies en energie (In)directe emissiereductie, energie-efficiëntie binnen operationele zeggenschap. Eigen activiteiten Klimaatverandering scope 3-BKG-emissies Scope 3-emissiereductie en -berekeningsmethodes. Waardeketen Klimaatverandering fysieke risico's Identificatie en beperking van fysieke klimaatrisico's voor de activiteiten van Solvay. Eigen activiteiten Klimaatverandering zakelijke transitie Identificatie en beperking van zakelijke risico's en kansen in verband met de transitie naar een koolstofarme economie. Waardeketen Milieubeheer Verontreiniging, water en afvalbeheer. Eigen activiteiten 17 Prioritaire Solvay-vestigingen voor water Behoud en herstel van biodiversiteit Meten, actie ondernemen en voortgang monitoren op het gebied van behoud en herstel van biodiversiteit. 16 Prioritaire Solvay-vestigingen Veiligheid en gezondheid Onze inzet voor veiligheid en gezondheid, reductie van zorgwekkende en zeer zorgwekkende stoffen. Eigen activiteiten, inclusief dienstverleners Sociale dialoog Onze wereldwijde overeenkomst met een vakbondsfederatie en wereldwijd vertegenwoordigingsorgaan voor onze inzet voor een werkomgeving waarin samenwerking centraal staat. Eigen activiteiten Beloningsbeleid Beloning directie: kortetermijnbonusregeling; langetermijnbonusregeling; mondiale winstdelingsregeling. Eigen activiteiten Diversiteit, gelijke kansen en inclusie Richtlijnen en principes om een inclusieve cultuur en werkplek tot stand te brengen. Eigen activiteiten Gedragscode voor bedrijfsintegriteit bij leveranciers De gedragscode handelt over naleving van de wetgeving met het oog op zakelijke integriteit (inclusief corruptie, omkoping, belangenverstrengeling en mededingingsrecht), geheimhouding, respect voor de mensenrechten, bescherming van veiligheid en gezondheid, milieubescherming, duurzaamheid en communicatie naar werknemers van leveranciers en onderaannemers. Waardeketen Mensenrechten Mensenrechten en ethisch zakendoen in de hele waardeketen. Waardeketen Gedragscode voor bedrijfsintegriteit De Gedragscode handelt over onderwerpen zoals omkoping, corruptie, smeergeld, geschenken en uitnodigingen (ook in de omgang met overheidsfunctionarissen), belangenverstrengeling, internationale handel, eerlijke concurrentie en politieke bijdragen. Eigen activiteiten Belangenverstrengeling Regels, principes en richtlijnen voor het vermijden en openbaar maken van daadwerkelijke of potentiële belangenconflicten of de schijn daarvan. Eigen activiteiten Omkoping en corruptie Onze inzet om omkoping en corruptie te voorkomen en uit te bannen. Eigen activiteiten Speak up Het systeem van Solvay waarmee stakeholders bezorgdheden of mogelijke inbreuken op de voorschriften voor ethisch gedrag en naleving van de regels kunnen melden. Waardeketen Beleid inzake geschenken, uitnodigingen, giften en sponsoring Regels en procedures bij het uitwisselen van geschenken en uitnodigingen, het doen van giften aan liefdadigheidsorganisaties en het sponsoren van evenementen. Eigen activiteiten Beleid van de Groep voor de naleving van handelsregels Onze aanpak om ervoor te zorgen dat alle toepasselijke wet- en regelgeving met betrekking tot internationale handel, exportcontroles, economische sancties, douaneactiviteiten en antiboycotbepalingen wordt nageleefd. Waardeketen 6.2.Milieu-informatie 6.2.1.Klimaatverandering Financiële materialiteit: Thema Subthema Sub-subthema Soort impact / risico / kans Daadwerkelijk / Potentieel Beschrijving impact / risico / kans Regio Waardeketen Tijdshorizon Klimaatverandering Klimaatadaptatie N.v.t. Risico Potentieel Ernstigere en frequentere extreme weersomstandigheden (droogte, overstromingen, wind, extreme temperaturen) vormen een risico voor onze activa, kunnen leiden tot schade aan eigendommen en onderbreking van bedrijfsactiviteiten, en maken aanpassingsmaatregelen noodzakelijk. WW Eigen activiteiten + upstream + downstream Korte termijn Klimaatverandering Klimaatadaptatie N.v.t. Kans Daadwerkelijk Solvay is wereldwijd aanwezig met vestigingen in alle regio's. Hierdoor kan de Groep lokale verstoringen in de toeleveringsketen als gevolg van extreme weersomstandigheden te boven komen en de leveringen aan zijn wereldwijde klanten veiligstellen, en aldus een concurrentievoordeel creëren. WW Eigen activiteiten Korte termijn Klimaatverandering Klimaatmitigatie N.v.t. Risico Potentieel Door veranderingen in regelgeving en lokaal beleid zal de kostprijs van CO2-emissies stijgen, wat leidt tot verlies van concurrentievermogen. EU Eigen activiteiten Korte termijn Klimaatverandering Klimaatmitigatie N.v.t. Kans Potentieel Decarbonisatie kan helpen om marktleiderschap te behouden WW Eigen activiteiten Middellange termijn Klimaatverandering Energie N.v.t. Risico Potentieel Hogere energiekosten hebben een invloed op het concurrentievermogen van Solvay. WW Eigen activiteiten Middellange termijn Klimaatverandering Energie N.v.t. Kans Potentieel Grotere veerkracht dankzij de vervanging van volatiele geïmporteerde fossiele brandstoffen door lokaal gewonnen hernieuwbare brandstoffen WW Eigen activiteiten Middellange termijn Impact-materialiteit: Thema Subthema Sub-subthema Soort impact / risico / kans Daadwerkelijk / Potentieel Beschrijving impact / risico / kans Regio Waardeketen Tijdshorizon Klimaatverandering Klimaatmitigatie N.v.t. Negatieve impact Daadwerkelijk BKG-emissies dragen bij aan de toename van klimaatgebeurtenissen. WW Eigen activiteiten + upstream + downstream Middellange termijn Klimaatverandering Energie N.v.t. Negatieve impact Potentieel Als we er niet in slagen de energie-intensiteit van onze processen te verminderen en over te stappen op koolstofarmere energiebronnen, kunnen we onze BKG-emissies niet verlagen. WW Eigen activiteiten Middellange termijn E1 GOV-3 Integratie van duurzaamheidsprestaties in beloningsregelingen Verschillende beloningsregelingen voor de werknemers van Solvay houden rekening met klimaatoverwegingen: hVoor het ELT en het hogere kader zijn er BKG-emissiereductiedoelen vastgelegd in zowel het kortetermijnbonusplan als het langetermijnbonusplan. hVoor het algemene leidinggevende personeel (uitgezonderd commercieel / verkoop) is de BKG-emissiereductie opgenomen in het kortetermijnbonusplan. hHet terugdringen van de BKG-emissies telt ook mee in het winstdelingsplan voor de niet-leidinggevende werknemers. Naast de hierboven beschreven BKG-emissiereductiedoelen worden nog andere klimaatdoelstellingen intern gemonitord die van invloed kunnen zijn op de individuele beloning van werknemers, afhankelijk van hun rol in de organisatie. Zie sectie GOV-3 voor meer informatie. E1-1 Transitieplan voor klimaatmitigatie Het transitieplan voor klimaatmitigatie van Solvay is ontwikkeld om ervoor te zorgen dat de strategie en het businessmodel van de onderneming verenigbaar zijn met de transitie naar een duurzame economie. Onze doelstellingen zijn om tegen 2050 emissieneutraal te zijn voor de scope 1- en 2-BKG-emissies en om tegen 2030 onze scope 1- en 2-emissies met 30% en onze scope 3-emissies in vijf focuscategorieën met 20% te verminderen ten opzichte van referentiejaar 2021. Deze doelen tegen 2030 zijn ambitieuzer dan de doelen die in maart 2023 door het SBTi werden bekrachtigd en 2018 als referentiejaar hadden, ten opzichte van het nieuwe referentiejaar 2021 (zie E1-4 voor uitleg). Ze zijn echter niet in overeenstemming met de doelstelling om de opwarming van de aarde te beperken tot 1,5°C zoals opgenomen in de Overeenkomst van Parijs. Om in overeenstemming te zijn met de 1,5°C-doelstelling bekijken we momenteel hoe we onze projecten sneller kunnen uitvoeren met de steun van belangrijke stakeholders, waaronder klanten en overheden. We zijn niet uitgesloten van op de Overeenkomst van Parijs afgestemde EU-benchmarks. Stappenplan voor decarbonisatie Om ervoor te zorgen dat we ons ambitieuze emissiereductiedoel halen, hebben we een stappenplan voor decarbonisatie ontwikkeld. Voor de scope 1- en 2-emissies gerelateerd aan onze eigen activiteiten steunen we op verschillende belangrijke hefbomen: hEnergietransitie, met inbegrip van: —Uitfasering van thermische kolen door gebruik te maken van primaire energiebronnen met een kleinere koolstofvoetafdruk. In 2024 succesvol uitgerold in Green River (Wyoming, Verenigde Staten) en Rheinberg (Duitsland). —Overschakelen van fossiele brandstoffen op hernieuwbare of koolstofarme energie. Dit omvat het gebruik van hernieuwbare-energiecertificaten (Renewable Energy Certificates – REC's) of garanties van oorsprong (GO's). Kernenergie maakt deel uit van het technologische spectrum dat Solvay in aanmerking neemt. hEnergie-efficiëntie om minder primaire energie per productie-eenheid te verbruiken dankzij praktijken en technologieën die het energieverbruik tot het minimum beperken, energieverliezen verminderen en de procescontrole verbeteren. hProcesinnovatie om de emissies aan te pakken die vrijkomen in het chemische proces – onder andere door elektrificatie. In 2024 heeft Solvay geïnnoveerd door als allereerste onderneming regeneratieve thermische oxidatietechnologie (RTO) te gebruiken in zijn tronamijn in Green River. Solvay blijft het innovatieve e.Solvay-productieprocedé voor natriumcarbonaat ontwikkelen, dat met name tot doel heeft de CO2-uitstoot tot 50% te verminderen. Ons plan om de scope 3-BKG-emissies te verminderen spitst zich toe op vijf belangrijke categorieën, die 90% van de scope 3-BKG-emissies van Solvay in 2021 vertegenwoordigen en waarvoor we ons hebben verbonden tot een reductie van 20% tegen 2030: hUpstream in onze waardeketen met Categorie 1: Gekochte goederen en diensten en Categorie 3: Brandstof- en energieactiviteiten hDownstream in onze waardeketen met Categorie 10: Verwerking van verkochte producten, Categorie 11: Gebruik van verkochte producten en Categorie 12: End-of-life-verwerking van verkochte producten. Ons plan om de scope 3-BKG-emissies te verminderen steunt op de volgende decarbonisatiehefbomen: hDe emissies van grondstoffen en brandstoffen terugdringen: we werken nauw samen met leveranciers om onze scope 3.1-emissies te verminderen door gebruik te maken van duurzame oplossingen zoals biogene CO2 in onze fabrieken in Dombasle en La Rochelle. We gaan in gesprek met onze leveranciers over decarbonisatie en verzamelen primaire gegevens over de koolstofvoetafdruk van producten ter vervanging van secundaire gegevens. Als stichtend lid van Together for Sustainability (TfS) stimuleren we verbeteringen in de hele sector. hDe emissies uit de verwerking, het gebruik en de end-of-life-verwerking van producten verminderen: door samen te werken met klanten ondersteunen we hun decarbonisatie-inspanningen en verwachten we een aanzienlijke vermindering van de downstream scope 3-emissies tegen 2030. Naast de vijf focuscategorieën streven we er ook naar de BKG-emissies te verminderen van het transport van goederen (categorie 4: Upstreamvervoer en -distributie en Categorie 9: Downstreamvervoer) en mensen (Categorie 6: Zakelijk reisverkeer en Categorie 7: Woon-werkverkeer van werknemers), die nog eens 5% van de scope 3-BKG-emissies van Solvay in 2021 vertegenwoordigen: hDe emissies van het transport van grondstoffen, brandstoffen en producten verlagen: we werken actief samen met transporteurs om de uitstoot die gepaard gaat met logistiek te beperken. Onze inkopers zijn bijvoorbeeld met succes in gesprek gegaan met verschillende leveranciers om transport van biobrandstoffen van en naar verschillende vestigingen te organiseren, onder meer in Voikkaa (Finland), Collonges en La Rochelle (Frankrijk) en Qingdao (China). hDe emissies van het vervoer van onze werknemers verminderen: Solvay betrekt zijn werknemers bij het verminderen van de scope 3-emissies die verband houden met zakelijk reisverkeer en woon-werkverkeer. Naast het bovenstaande bestuderen we nog andere decarbonisatiehefbomen. hSolvay bestudeert projecten voor het afvangen of vastleggen van koolstof binnen zijn waardeketen. hSolvay werkt aan verantwoorde compensaties, zoals projecten voor koolstofafvang en -vastlegging buiten zijn waardeketen, met inbegrip van initiatieven zoals bosaanplant, om moeilijk te elimineren emissies te compenseren en neutraliseren. Locked-in broeikasgasemissies van activa Solvay heeft een kwalitatieve beoordeling gemaakt van de potentiële locked-in broeikasgasemissies van zijn belangrijkste activa. In 2021 hield ongeveer 30% van onze scope 1- en 2-emissies verband met de productie van stoom op basis van thermische kolen voor de natriumcarbonaatfabrieken. Solvay zit op schema om thermische kolen tegen 2030 uit te faseren in zijn energieproductie, behalve in één vestiging in Devnya (Bulgarije), waar we eind 2022 begonnen zijn met de vervanging van petcoke door duurzame biomassa en we het aandeel van duurzame biomassa in de brandstofmix willen vergroten. We geloven echter dat onze doelstelling om steenkool tegen 2030 volledig uit te faseren in Devnya (Bulgarije) in gevaar is, omdat er geen betrouwbare lokale hernieuwbare bronnen beschikbaar zijn op middellange tot lange termijn. We blijven vastberaden alle pistes onderzoeken, inclusief kleine modulaire kernreactoren, waarvan de implementatie meer tijd vergt. In 2021 hield nog eens 40% van onze scope 1- en 2-emissies verband met andere fossiele energiebronnen dan steenkool. Via onze energietransitie schakelen we geleidelijk over op hernieuwbare of koolstofarme energie, terwijl we via ons energie-efficiëntieprogramma ons energieverbruik verminderen. In 2021 kwam de resterende 30% van onze scope 1- en 2-emissies vrij door het chemische proces om natriumcarbonaat te maken. In 2024 introduceerden we voor het eerst de RTO-technologie om de uitstoot van broeikasgassen door de tronamijn van Solvay in Green River te verminderen. Bovendien lopen we voorop in innovatie door het natriumcarbonaatproces opnieuw uit te vinden met ons nieuwe gepatenteerde e.Solvay-procedé. Dat nieuwe procedé wordt getest in Dombasle (Frankrijk). Ons doel is om de opschaling naar industriële productie te starten vóór 2030 en uit te rollen tot 2050. Locked-in broeikasgasemissies van belangrijke producten Solvay heeft een kwalitatieve beoordeling gemaakt van de potentiële locked-in broeikasgasemissies van zijn belangrijkste producten. In 2021 was ongeveer 30% van onze scope 3-emissies afkomstig van de verwerking en het gebruik van onze producten, voornamelijk door het weglekken van SF6 en het vrijkomen van CO2 uit natriumcarbonaat en -bicarbonaat in bepaalde toepassingen: hSF6 is een broeikasgas dat vastzit in de toepassing waarvoor het wordt gebruikt, maar waarvan een gemiddelde lekratio in aanmerking wordt genomen om het vrijkomen ervan in de atmosfeer te schatten. De cumulatieve potentiële toekomstige SF6-lekken worden volledig in rekening gebracht op het moment van verkoop, rekening houdend met het verwachte weglekken in de loop der tijd. h Natriumcarbonaat en natriumbicarbonaat laten CO2 vrijkomen in bepaalde toepassingen. Vooruitgang bij de uitvoering van het transitieplan De locked-in emissies zijn goed in kaart gebracht en worden aangepakt in ons stappenplan, en brengen onze verbintenissen niet in gevaar. Eind 2024 had de Groep zijn scope 1- en 2-emissies met 16,7% verminderd ten opzichte van referentiejaar 2021 (rekening houdend met de financiële consolidatiekring). Voor de toekomst hebben we oplossingen geïdentificeerd om onze scope 1- en 2-emissies tegen 2030 met 30% te verminderen en tegen 2050 met 80% ten opzichte van 2021. Om in 2050 emissieneutraal te zijn, rekenen we op bijkomende innovaties en compensaties (tot 10%). Eind 2024 had de Groep zijn scope 3-emissies in de vijf focuscategorieën met -4% verminderd en vorderde hij in de richting van de doelstelling van 20% reductie tegen 2030. Goedkeuring van de Raad van Bestuur Emissieneutraliteit is een belangrijke pijler van de strategie van Solvay. Om Solvays engagement voor emissieneutraliteit te ondersteunen, hebben we een stappenplan ontwikkeld dat door de Raad van Bestuur is besproken. Dit stappenplan bestaat uit decarbonisatieprojecten die kunnen worden ingedeeld onder de hiervoor genoemde decarbonisatiehefbomen. Deze projecten kunnen verschillende statussen hebben: Ze kunnen bevestigd zijn (de uitvoering is voltooid of bezig) of nog niet bevestigd zijn (er wordt nog aan gewerkt met het oog op een toekomstige beslissing). De projecten met een verwachte financiële impact binnen een tijdshorizon van vijf jaar worden opgenomen in de financiële planning van Solvay, d.w.z. de jaarlijkse budgettering en het vijfjarige plan op middellange termijn. Decarbonisatieprojecten in de ontwikkelingsfase moeten het investeringsproces van Solvay doorlopen voor een beslissing (zoals andere investeringsprojecten). Ze worden besproken door een Investeringscomité, dat aanbevelingen doet voor een besluit door het ELT. Projecten die de in alinea 22 van ESRS 2 GOV-1 vermelde financiële drempels overschrijden, moeten worden bekrachtigd door de Raad van Bestuur. Decarbonisatieprojecten worden geëvalueerd, kritisch tegen het licht gehouden en geprioriteerd op basis van hun impact op de broeikasgasemissies, hun rentabiliteit, de marginale reductiekosten en hun impact op het concurrentievermogen van Solvay. We willen de activiteiten van Solvay koolstofvrij maken en tegelijk ons concurrentievermogen op peil houden. Voor de rentabiliteit van decarbonisatieprojecten wordt, zoals voor alle investeringsprojecten, rekening gehouden met een interne CO2-prijs van €100/ton CO2-eq. om de verdiensten van de projecten te beoordelen, inclusief de negatieve externe effecten of potentiële toekomstige gereglementeerde CO2-kosten. Dit grondige beslissingsproces heeft tot doel ervoor te zorgen dat ons transitieplan volledig ingebed is in en afgestemd is op de algemene bedrijfsstrategie en financiële planning van Solvay. Financiële middelen om ons actieplan te financieren Solvay is vastberaden zijn activiteiten koolstofvrij te maken met behoud van zijn concurrentievermogen. In 2024 hebben we ongeveer €25 miljoen toegewezen aan kapitaalinvesteringen voor ons transitieplan. We zijn van plan om tot 2030 jaarlijks €30 tot €35 miljoen en in het volgende decennium ongeveer €50 miljoen per jaar te investeren. De operationele uitgaven in verband met de transitie zouden minimaal moeten blijven dankzij een efficiënter energieverbruik en de overstap naar koolstofarmere energiebronnen. Koolstofarme projecten betaalbaar houden is essentieel om de kapitaaltoewijzing in evenwicht te houden, onze rating van beleggingskwaliteit ('investment grade') te behouden en het aandeelhoudersrendement te verzekeren. Tijdens de verslagperiode zijn er geen significante kapitaalinvesteringen gedaan in kolen-, olie- of gasgerelateerde projecten. Investeringen in verband met klimaatmitigatie en -adaptatie worden weergegeven in verschillende toelichtingen bij de jaarrekening, waaronder Toelichting F16 ('Kasstromen uit investeringsactiviteiten'), Toelichting F20 ('Materiële vaste activa') en Toelichting F21 ('Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa en leaseverplichtingen'). Onderzoeks- en ontwikkelingskosten die niet worden geactiveerd, worden opgenomen als kosten in de geconsolideerde winst-en-verliesrekening, terwijl geactiveerde ontwikkelingskosten en technologiegerelateerde immateriële activa worden opgenomen in Toelichting F18 ('Immateriële activa'). Conform Gedelegeerde Verordening (EU) 2021/2178 van de Commissie rapporteren we significante kapitaaluitgaven en operationele uitgaven die verband houden met in aanmerking komende economische activiteiten. Solvay rapporteert momenteel echter geen op de taxonomie afgestemde omzet omdat nog onduidelijk is of aan bepaalde criteria volledig wordt voldaan. We streven ernaar om de productievestigingen in Bernburg (Duitsland), Rheinberg en Green River binnen de komende vijf jaar af te stemmen op de EU Taxonomie voor wat betreft klimaatmitigatie, waarmee een aanzienlijk deel van onze verkoop van natriumcarbonaat wordt afgedekt. Deze financiële toewijzingen en rapporteringsstructuren ondersteunen Solvay's bredere duurzaamheidsdoelstellingen. Relevante cijfers worden vermeld in Deel 2.2 van onze EU Taxonomie rapportering. Dit zorgt voor transparantie in onze vooruitgang op het gebied van klimaatadaptatie en -mitigatie. E1 SBM-3 Materiële klimaatimpacts, -risico’s en -kansen (fysiek klimaatrisico of klimaattransitierisico) voor elk geïdentificeerd materieel klimaatrisico Solvay heeft verscheidene materiële klimaatrisico's en -kansen geïdentificeerd, die in twee hoofdtypes worden onderverdeeld: fysieke klimaatrisico's en klimaattransitierisico's en -kansen die strategische gevolgen hebben voor de Groep. Fysieke klimaatrisico's Fysieke risico's hebben te maken met de directe impacts van de klimaatverandering op de activiteiten en activa van Solvay. Deze risico's omvatten acute risico's zoals cyclonen, orkanen, overstromingen, droogte en branden, maar ook chronische risico's zoals hittegolven en zeespiegelstijging. Solvay heeft in 2022 een specifieke analyse uitgevoerd van de weerbaarheid tegen fysieke risico's die de hele waardeketen bestreek, met inbegrip van alle landen waar Solvay een vestiging heeft, de 25 belangrijkste landen qua inkoop en de 25 belangrijkste landen qua omzet. De analyse bestond uit een evaluatie van klimaatscenario's en ging uit van verschillende representatieve concentratiescenario's (Representative Concentration Pathways – RCP's) en gedeelde sociaal-economische scenario's (Shared Socioeconomic Pathways – SSP's). De volgende scenario's werden vergeleken met een 'business as usual'-referentiescenario, over drie tijdshorizonten (2030, 2050 en 2100), rekening houdend met veranderingen in de gevarenfrequentie per land, sectorale kwetsbaarheden en risicoscores op basis van de statistische wereldwijde spreiding per gevaar: h>4°C opwarming van de aarde (overeenkomend met RCP 8.5 en SSP-5.85 van het IPCC) en h3°C opwarming van de aarde (overeenkomend met RCP 4.5 en SSP-2.45 van het IPCC). Uit de analyse kwam het volgende naar voren: hDe upstreamwaardeketen van Solvay is met name kwetsbaar voor overstromingen, die tot 2050 extreem zullen toenemen in het 3°C-scenario en het >4°C-scenario. Dit risico is aanwezig in elk van de verschillende regio's. hDe downstreamwaardeketen van Solvay is met name kwetsbaar voor overstromingen, die tot 2050 extreem zullen toenemen in het 3°C-scenario en het >4°C-scenario. Landen in Azië en Oceanië lopen een groot risico op extreme toenames in alle scenario's. hVoor de eigen activiteiten van Solvay lopen de landen in Azië en Oceanië over het algemeen een groter risico op alle gevaren, in het bijzonder op tropische cyclonen. Ook de VS en Brazilië zijn landen met een groter risico. Overstromingen nemen tot 2050 in alle regio's en scenario's sterk toe. Vervolgens werd de analyse aangevuld met een kwantitatieve analyse gericht op vier vestigingen van Solvay met een hoge contributiemarge (inclusief indirecte impacts op andere vestigingen): Green River (Wyoming, VS), Paulínia (Brazilië), Linne Herten (Nederland) en Devnya (Bulgarije). Bij deze kwantitatieve analyse werden de andere vestigingen van Solvay en de upstream- en downstreamwaardeketen buiten beschouwing gelaten. Uit de kwantitatieve analyse kwam het volgende naar voren: hHet algemene risiconiveau is matig. In alle scenario's werden convectieve onweders in Green River aangemerkt als een hoog risico, terwijl overstromingen in Paulínia werden beoordeeld als een gemiddeld risico tot 2050. In Devnya werden hittegolven beoordeeld als gemiddeld risico in 2030 en groeien ze uit tot een hoog risico in 2050. hDe financiële impact zou het grootst zijn in de vestiging in Green River. De potentiële schade zou echter matig blijven. Klimaattransitierisico's en -kansen Transitierisico's en -kansen houden verband met de overgang naar een koolstofarme economie en de veranderingen in regelgeving, markt en technologie die deze transitie met zich meebrengt. Solvay heeft in 2022 en 2023 een specifieke analyse uitgevoerd van transitierisico's en -kansen, toegespitst op drie business units: Soda Ash & Derivatives, Peroxides, en Special Chem, die 73% van de omzet van Solvay in 2022 vertegenwoordigen. De analyse evalueerde de mogelijke impacts van de invoering van nieuwe technologie, de marktdynamiek, veranderingen in beleid en regelgeving en overleg met de toeleveringsketen over twee tijdshorizonten (2030 en 2050). Aannames over prijs- en kostenveranderingen, volumeveranderingen en aanpassingspotentieel werden ontleend aan de modellen van de consultant die ons bij deze analyse heeft bijgestaan. De volgende scenario's van het Internationaal Energieagentschap (IEA) werden in aanmerking genomen: h1,5°C-scenario, dat een traject voorstelt waarbij de opwarming van de aarde beperkt blijft tot 1,5 °C boven het pre-industriële niveau (IEA Net Zero Emissions Scenario 2021). h3°C-scenario, dat een traject voorstelt met hogere broeikasgasemissies en grotere impacts van de klimaatverandering (IEA Stated Policy Scenario 2021). De analyse evalueerde de mogelijke gevolgen van de invoering van nieuwe technologieën (investeringen in nieuwe, lagere emissietechnologieën, waaronder de invoering van groene waterstof en de uitfasering van steenkool werden geëvalueerd op hun financiële implicaties), marktdynamiek (de aanpassing aan veranderend klantengedrag in markten zoals elektronica en gebouwen), veranderingen in beleid en regelgeving (regelgeving en acties om CO2-emissies te beperken, zoals het verhogen van koolstofbelastingen, het verbieden van interne verbrandingsmotoren, het verplicht stellen van het gebruik van bepaalde brandstoftypes en het aanscherpen van milieunormen), en betrokkenheid bij de toeleveringsketen (de analyse omvat een evaluatie van de betrokkenheid van en samenwerking met leveranciers bij het beheren van klimaatgerelateerde risico's en kansen) over twee tijdshorizonten 2030 en 2050. Aannames over prijs- en kostenveranderingen, volumeveranderingen en aanpassingspotentieel werden ontleend aan de modellen van de consultant die ons bij deze analyse heeft bijgestaan. De omvang van die invloeden werd gekwalificeerd aan de hand van een kwalitatieve schaal van (-3) voor de meest uitdagende tot (+3) voor de meest gunstige. Onderstaande tabel geeft een beknopt overzicht van het resultaat van de analyse: Financiële impact drukfactoren 1,5°C scenario 3°C scenario Technologie Groene waterstof (-2) 0 Uitfasering van steenkool +2 +1 Olie en gas +1 (-2) Markt Elektronica +2 +2 Automobiel (-2) +1 Gebouwen +2 +1 Beleid CO2 prijs (-3) (-2) Reputatie CO2 emissie vermindering +2 +1 Betrokkenheid toeleveringsketen +1 +1 De voornaamste conclusies gaven aan dat de transitie naar een koolstofarme economie zowel risico's als kansen inhoudt voor Solvay. Globaal genomen zijn de strategie en het businessmodel van Solvay goed geplaatst om de geïdentificeerde klimaatrisico's te beheren en kansen te benutten, zodat duurzaamheid en concurrentievermogen op lange termijn verzekerd zijn in een veranderend klimaatlandschap. De activiteitenportefeuille van Solvay wordt als robuust beschouwd, met meer positieve invloeden dan negatieve. Naast deze in 2022 en 2023 uitgevoerde analyses van de veerkracht voor klimaatadaptatie heeft Solvay terugkerende processen om zowel de fysieke risico's als de transitierisico's en -kansen te blijven monitoren (zie E1 IRO-1 hieronder voor meer informatie). Deze terugkerende processen stellen ons in staat om de gebieden van onzekerheid in deze veerkrachtanalyses aan te pakken. We voeren deze terugkerende processen uit om onze strategie en ons businessmodel bij te sturen of aan te passen aan de klimaatverandering op korte, middellange en lange termijn, onder meer door bestaande toegang tot financiering tegen betaalbare kapitaalkosten veilig te stellen, door bestaande activa elders in te zetten, te upgraden of uit gebruik te nemen, door verschuivingen in onze portefeuille van producten en diensten of door ons personeel om te scholen. E1 IRO-1 Beschrijving van de processen om materiële klimaatimpacts, -risico’s en -kansen in kaart te brengen en te analyseren met betrekking tot de klimaatverandering en in het bijzonder broeikasgasemissies Fysieke klimaatrisico's Naast de analyse van de veerkracht voor fysieke risico's die in 2022 werd uitgevoerd en de hele waardeketen bestreek (zie afdeling E1 SBM-3), streven we ernaar om fysieke risico's met betrekking tot de klimaatverandering voor onze activa te beperken. Om dit aan te pakken, werken we samen met FM (een onafhankelijk bedrijf gespecialiseerd in vastgoedverzekering), dat vestigingen bezoekt en technische gegevens combineert met inzichten over de klimaatverandering om voor ons een Klimaatrisicorapport op te stellen. Dat rapport evalueert onze acute en chronische risico's in vestigingen van Solvay op basis van drie klimaatscenario's en twee tijdshorizonten, 2030 en 2050, rekening houdend met de levensduur van onze activa op lange termijn. De informatie die FM aanreikt is van cruciaal belang om ons te helpen onze fysieke klimaatrisico's en blootstelling te beheren en een veerkrachtigere toekomst voor onze organisatie op te bouwen. FM identificeert klimaatgevaren door rekening te houden met klimaatscenario's met hoge emissies. De onderneming gebruikt drie verschillende RCP's om de toekomstige ontwikkeling van de CO2-concentratie in de atmosfeer en de invloed daarvan op de wereldwijde temperatuur te beschrijven: hLaag klimaatscenario (RCP 2.6): dit scenario beperkt de stralingsforcering tot 2,6 W/m² en vereist aanzienlijke wereldwijde inspanningen om de broeikasgasemissies te verminderen. hIntermediair klimaatscenario (RCP 4.5): in dit scenario stabiliseren de broeikasgasemissies tegen 2050 om nadien af te nemen. hHoog klimaatscenario (RCP 8.5): dit scenario gaat uit van een aanhoudende stijging van de broeikasgasemissies en is een worstcasescenario. FM heeft de blootstelling in kaart gebracht aan fysieke klimaatrisico's die schade kunnen toebrengen aan de activa van Solvay en een onderbreking van de activiteiten kunnen veroorzaken. Deze fysieke risico's omvatten: hExtreme neerslag (N): Het toenemende aantal of de intensiteit van extreme neerslaggebeurtenissen zal overstromingen bij onze fabrieken waarschijnlijker maken. Een locatie wordt blootgesteld als deze zich in een 100-jarig of 500-jarig overstromingsgebied bevindt, op basis van een evaluatie door een risico-ingenieur. hWind (W): Toenemende windsnelheden kunnen daken en op het dak gemonteerde apparatuur beschadigen en de gebouwomhulling. Windschade kan het gevolg zijn van verschillende atmosferische fenomenen, waaronder tropische stormen, winterstormen, onweersbuien en tornado's. Een locatie is blootgesteld als deze zich in een 'Full Wind Evaluation' zone bevindt of in een regio met een 100-jaar windsnelheid van meer dan 100 mph op basis van de huidige risico-ingenieur gegevens of windkaarten. hTemperatuur (T): Extreme hitte veroorzaakt thermische stress op buitenapparatuur, verhoogt de vraag naar koeling en kan de infrastructuur van het elektriciteitsnet overbelasten. Deze factoren verhogen de kans op fysieke schade of bedrijfsonderbreking op onze locaties. Blootgestelde locaties bevinden zich in regio's waar toekomstige veranderingen in temperatuur/droogte groter zijn dan het 75e percentiel van de voorspellingen van de wereldwijde klimaatmodellen voor één van de drie klimaatveranderingsscenario's en op basis van de geselecteerde tijdsperiode (in 2030 of in 2050). hDroogte (D): Meer intense of langdurige droogte in sommige delen van de wereld waar onze vestigingen zich bevinden, kan leiden tot een afname van de watervoorraden die nodig zijn voor onze productie, kan de operationele en veiligheidsrisico's verhogen en kan mogelijk meer bosbranden veroorzaken. De blootgestelde locaties zijn op dezelfde manier gedefinieerd als voor temperatuur (zie hierboven). hZeespiegelstijging (Z): De stijging van het zeeniveau in combinatie met mogelijk sterkere stormen verhoogt het risico op overstromingen aan de kust. Blootgestelde Solvay-locaties zijn locaties die zich bevinden in een kustoverstromingsgebied zoals bepaald door risico-ingenieur gegevens (indien beschikbaar) of een kustgebied met een lage hoogte (gedefinieerd als een gebied met minder dan 10m terreinhoogte boven gemiddeld zeeniveau en binnen 60 mijl van de dichtstbijzijnde kustlijn). Deze risico's worden geëvalueerd op basis van de blootstelling van de installaties van Solvay aan deze risico's met behulp van gegevens afkomstig van terreinbezoeken door risico-experts, kaarten van natuurgevaren en gegevens van wereldwijde klimaatmodellen. Een blootgestelde vestiging is een verzekerde installatie die risico-experts van FM in de afgelopen vijf jaar hebben bezocht en die is blootgesteld aan ten minste één van de vijf hierboven genoemde klimaatgevaren op grond van de informatie afkomstig van het terreinbezoek door risico-experts, kaarten van natuurgevaren en gegevens van wereldwijde klimaatmodellen. De blootgestelde activa op de tijdshorizon 2030 zijn: Blootstelling Vestiging Land N W T D Z Banksmeadow Australië x Brotas Brazilië x x Paulínia Brazilië x x Devnya Bulgarije x Coronel Chili x Qingdao China x x Voikkaa Finland x La Rochelle Frankrijk x x Bernburg Duitsland x Rosignano Italië x x Anan Japan x Wloclaweck Polen x Gunsan Zuid-Korea x Torrelavega Spanje x x Chicago Height VS x Deer Park VS x Green River VS x Parachute VS x Voor tijdshorizon 2050 zijn dezelfde vestigingen geïdentificeerd als blootgesteld aan dezelfde gevaren, met één uitzondering: Paulínia (Brazilië) zal ook blootgesteld zijn aan extreme neerslag (N). Naar aanleiding van deze evaluatie heeft FM 26 actieve aanbevelingen gedaan met het oog op het handhaven van een robuust programma voor rampenbestrijding en bedrijfscontinuïteit met de nadruk op veiligheid en verliespreventie, het ontwikkelen van maatregelen om activa en activiteiten klimaatbestendiger te maken, en het opnemen van klimaatbestendigheid in de planning en het ontwerp van infrastructuur door middel van een systematische projectscreening. Daarnaast worden alle projecten in vestigingen in een vroeg stadium geëvalueerd door risico-experts van FM om voldoende bescherming in te bouwen en wordt de ligging van nieuwbouwprojecten en bedrijfsovernames in een vroeg stadium beoordeeld. Klimaattransitierisico's en -kansen Naast de in 2022 en 2023 uitgevoerde analyse van transitierisico's en -kansen gebruikt Solvay een zelf ontwikkeld terugkerend proces, Sustainable Portfolio Management (SPM), om onder meer klimaattransitierisico's en -kansen te beoordelen en te beheren. Dit houdt een systematische evaluatie in van de duurzaamheidsrisico's en -kansen van de producten van Solvay tijdens hun hele levenscyclus en toepassing op de markt, met bijzondere aandacht voor de milieu-impact van de productie en de mogelijke voordelen of uitdagingen voor deze producten op de markt als gevolg van duurzaamheidstrends. Het SPM-proces identificeert 'oplossingen', 'potentiële oplossingen', 'transitiekansen' of 'uitdagingen' op basis van de impacts, risico's en kansen van een specifiek product in een specifieke toepassing: hOplossingen dragen sterk bij aan de milieuprestaties van de klant en hebben tegelijkertijd een lage ecologische voetafdruk bij de productie. hPotentiële oplossingen kunnen oplossingen worden door de ecologische voetafdruk van de productie te verbeteren, die momenteel noch groot, noch klein is. Klanten hebben deze producten nodig om hun milieuprestaties op peil te houden. hTransitiekansen vertonen gematigde milieu-uitdagingen in zowel de productie als de toepassing van de klant. hUitdagingen scoren sterk negatief op duurzaamheidstrends in de markt of de voetafdruk van de productie, waardoor de verwachte omzet na verloop van tijd zal dalen. De omzet van Solvay was in 2024 als volgt gespreid over de SPM-categorieën: SPM-beoordeling Omzet 2024 Oplossingen 51% Potentiële oplossingen 14% Transitiekansen 21% Uitdagingen 10% Niet geëvalueerd 4% Totaal 100% We gebruiken SPM ook om projecten en investeringen te evalueren. SPM-bevindingen worden geïntegreerd in strategische en operationele besluitvormingsprocessen om weloverwogen beslissingen voor een duurzame toekomst te garanderen. De tool helpt Solvay om te anticiperen op transitiegebeurtenissen en de risico's en kansen die ermee gepaard gaan, zoals: hDe elektrificatie van voertuigen, die de activiteiten van Solvay ondersteunt: natriumcarbonaat wordt gebruikt bij de extractie van mineralen en de productie van lithiumcarbonaat voor Li-ionbatterijen voor elektrische voertuigen. Wanneer het aan een band wordt toegevoegd, vergroot ons speciale kwaliteit silica voor elektrische voertuigen het rijbereik met tot 10% zonder de slijtage te versnellen, door de allerbeste technologieën te combineren, terwijl het de levensduur van banden verlengt en de veiligheid verbetert met extra grip. We ontwikkelen een technologie om zeldzame aardmetalen af te scheiden voor gebruik bij de productie van innovatieve permanente magneetoplossingen op basis van zeldzame aardmetalen voor elektrische voertuigen. hDe normen op het gebied van energie-efficiëntie en warmte-isolatie van gebouwen creëren meer vraag naar glas en natriumcarbonaat. hDe algemene energietransitie: de zoutcavernes van Solvay bieden een grootschalige, langdurige en vlot inzetbare oplossing voor de opslag van schone energie – in de vorm van perslucht of waterstof. Ze zullen een cruciale rol spelen in de Europese energietransitie. E1-2 Beleid ten aanzien van klimaatmitigatie en klimaatadaptatie Solvay heeft specifiek beleid uitgewerkt om zijn materiële impacts, risico's en kansen in verband met klimaatmitigatie en -adaptatie te beheren. Dit beleid is gericht op het identificeren, inschatten, beheersen van en/of het bieden van herstel voor klimaatimpacts, -risico’s en -kansen en zorgt voor afstemming op de duurzaamheidsdoelen van de onderneming en de reglementaire voorschriften. Dit beleid is universeel van toepassing op alle ondernemingen van de Solvay-Groep onder operationele zeggenschap en heeft betrekking op actieve vestigingen in all regio's. Klimaatmitigatie (inclusief energie-efficiëntie en uitrol van hernieuwbare energie): hReductie van scope 1- en 2-broeikasgasemissies en energiebeheer: dit beleid heeft betrekking op directe en indirecte emissies die verband houden met de activiteiten van de onderneming (waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent) en energiebeheer in brede zin, inclusief de uitfasering van het gebruik van thermische kolen voor energieproductie, de uitrol van hernieuwbare energie en energie-efficiëntie. hReductie van scope 3-broeikasgasemissies: dit beleid is opgebouwd rond het bredere spectrum van emissies dat de waardeketen van Solvay produceert. De voornaamste elementen ervan zijn onze verbintenis om de scope 3-emissies te verminderen en de methode voor het berekenen van onze scope 3-emissies. Klimaatadaptatie: hFysieke risico's: dit beleid heeft tot doel de fysieke risico's in verband met de natuurlijke impacts van de klimaatverandering voor de eigen activiteiten van Solvay te identificeren en beperken. hZakelijke transitie: dit beleid heeft tot doel in de hele waardeketen zakelijke risico's te identificeren en beperken en zakelijke kansen te benutten die verband houden met de transitie naar een koolstofarme economie. Daarnaast betrekt het beleid ook enkele stakeholders in onze waardeketen: hHet beleid met betrekking tot de reductie van scope 1- en 2-emissies en energiebeheer heeft betrekking op onze energieleveranciers. hHet beleid met betrekking tot de reductie van scope 3-emissies en zakelijke transitie heeft betrekking op alle stakeholders doorheen de waardeketen; hHet beleid inzake fysieke risico's heeft betrekking op onze onderlinge waarborgmaatschappij, FM. Tot nu toe heeft het geen betrekking op andere stakeholders in onze waardeketen. De eindverantwoordelijkheid voor dit beleid ligt bij het ELT, zoals beschreven in de Corporate Governance Verklaring. Het ELT draagt de eindverantwoordelijkheid voor de goedkeuring van het beleid en evalueert regelmatig of het nog doeltreffend en relevant is vanuit operationeel perspectief, samen met de betrokken functionele afdeling: hde afdeling Energie voor de reductie van scope 1- en 2-broeikasgasemissies en energiebeheer; hde afdeling Duurzaamheid voor de reductie van scope 3-broeikasgasemissies; hde afdeling Verzekering & Preventie voor fysieke risico's; hde afdeling Duurzaamheid voor zakelijke transitie. Solvay verbindt zich ertoe te voldoen aan externe normen, voorschriften en initiatieven die onze doelstellingen op het gebied van klimaatverandering en energiebeheer ondersteunen. Voor de minimumrapportage-eisen met betrekking tot reikwijdte, openbaarheid en stakeholderbetrokkenheid op het gebied van beleid verwijzen we naar tabel MDR-P.. E1-3 Maatregelen en middelen wat betreft beleid ten aanzien van klimaatverandering Solvay heeft een robuust klimaatactieplan opgesteld dat streeft naar emissieneutraliteit voor scope 1- en 2-broeikasgasemissies tegen 2050 en een selectieve reductie van deze emissies met 30% en van de scope 3-broeikasgasemissies in vijf focuscategorieën met 20% tegen 2030, ten opzichte van referentiejaar 2021 (rekening houdend met de financiële consolidatiekring). De belangrijkste maatregelen die we in 2024 hebben genomen, zijn verdeeld over scope 1- en 2-emissiereductie en scope 3-emissiereductie. De verwachte decarbonisatiehefbomen voor deze maatregelen zijn al gerapporteerd in E1-1: transitieplan. Klimaatmitigatie: scope 1- en 2-broeikasgasemissies 1. Energietransitie om steenkool geleidelijk te schrappen uit de energiemix van onze natriumcarbonaatfabrieken Bij Solvay loopt momenteel een energietransitie-initiatief om in de natriumcarbonaatfabrieken in verschillende landen thermische kolen uit de energiemix te schrappen. De productie van natriumcarbonaat is gebaseerd op een energie-intensief proces dat oorspronkelijk draaide op lokale steenkoolbronnen in de omgeving van de fabrieken. De onderneming heeft aanzienlijke vooruitgang geboekt in dit streven, waarbij elke fabriek een eigen aanpak volgt om steenkool uit te faseren en over te stappen op duurzamere energiebronnen. Begin 2024 gebruikten nog vijf Solvay-vestigingen thermische kolen om energie te produceren. Acties in 2024 hebben echter geleid tot de uitfaseringen van steenkool in twee vestigingen: hGreen River (Wyoming, Verenigde Staten): de fabriek heeft een investering voltooid om kolen te vervangen door aardgas, wat resulteert in een aanzienlijke vermindering van ongeveer 280 kiloton CO2-eq. emissies per jaar ten opzichte van de situatie vóór de uitfasering van steenkool en 190 kiloton CO2--eq. emissies per jaar ten opzichte van 2021. hRheinberg (Duitsland) (gefinancieerd door leasing): de fabriek maakt nu voornamelijk gebruik van lokaal biomassa-afval voor de opwekking van energie en er wordt verwacht dat het project na de voltooiing eind 2024 een aanzienlijke vermindering van de CO2-eq. emissies zal opleveren van ongeveer 480 kiloton per jaar ten opzichte van de situatie vóór de uitfasering van steenkool en 385 kiloton C02-eq. emissies per jaar ten opzichte van 2021. De uitfasering van steenkool loopt ook in andere vestigingen: hDombasle (Frankrijk): Solvay werkt samen met Veolia (door een participatie) om het gebruik van steenkool voor energieopwekking tegen eind 2025 uit te bannen en te vervangen door lokale uit afval gewonnen brandstof (refuse-derived fuel – RDF), met als streefdoel de CO2-eq. emissies met ongeveer 200 kiloton per jaar te verminderen. hTorrelavega (Spanje): de fabriek wil steenkool uitfaseren door een nieuwe warmtekrachtkoppelingsinstallatie op biomassa in gebruik te nemen, die naar verwachting de CO2-eq. emissies met ongeveer 330 kiloton per jaar zal verminderen wanneer de installatie in 2027 klaar zal zijn. Dit project is ontwikkeld door een partner, wordt nog steeds gesubsidieerd en zal een stroomafnameovereenkomst worden. hDevnya (Bulgarije): Volgend op een investering in 2022 om co-verbranding met biomassa te introduceren, heeft de fabriek haar CO2-eq. uitstoot al met ongeveer 100 kiloton verminderd ten opzichte van referentiejaar 2021. We streven ernaar het aandeel van duurzame biomassa in de brandstofmix van de vestiging te vergroten, maar geloven dat onze doelstelling om steenkool tegen 2030 volledig uit te faseren in gevaar is omdat er geen betrouwbare lokale hernieuwbare bronnen beschikbaar zijn op middellange tot lange termijn. We blijven vastberaden alle pistes onderzoeken, inclusief kleine modulaire kernreactoren, waarvan de implementatie meer tijd vergt. 2. Energietransitie om primaire energiebronnen met lagere emissies of koolstofarme bronnen te gebruiken hSilicafabriek in Qingdao (China): in 2024 is een programma voor de plaatsing van zonnepanelen gestart in het kader van onze overstap naar hernieuwbare energiebronnen. hJuarez (Mexico): er is een biovergister geplaatst voor de productie van biomethaan uit slib van stedelijk afvalwater. De installatie zal in het vierde kwartaal van 2024 in gebruik worden genomen en zal de CO2-eq. emissies naar verwachting met 10 kiloton per jaar verminderen. hSilicafabriek in Collonges (Frankrijk): bouw van een elektrische oven ter vervanging van de bestaande, op brandstof werkende oven tegen eind 2025, met als doel de CO2-eq. emissies van de silicaproductie met 20 kiloton per jaar te verminderen. hRosignano (Italië): we leggen de laatste hand aan een stroomafnameovereenkomst voor ter plaatse geproduceerde zonne-energie van een derde partij, die naar verwachting eind 2026 zal ingaan en de CO2-eq. emissies zal verminderen met ongeveer 45 kiloton per jaar . Deze ter plaatse opgewekte zonne-energie zal worden gebruikt om waterstofperoxide te produceren uit groene waterstof, in samenwerking met Sapio – een primeur op deze schaal in Europa. Bovendien zal het aandeel hernieuwbare energie in Rosignano vanaf 2026 ook geleidelijk toenemen dankzij nieuwe contracten voor de inkoop van biomethaan ter vervanging van aardgas. hPaulínia (Brazilië): er werd een nieuw project goedgekeurd voor de productie van hernieuwbare stoom uit biomassa in plaats van aardgas, voor een vermindering van de CO2-eq. emissies met 140 kiloton per jaar vanaf 2028. 3. Energie-efficiëntie In 2024 hebben energie-efficiëntieprojecten in al onze vestigingen geleid tot een vermindering vande CO2-eq. emissies met ongeveer 10 kiloton per jaar. Deze initiatieven kunnen worden ingedeeld in drie hoofddomeinen: hVermindering van energieverbruik: plaatsing van apparatuur zoals snelheidsvariators en digitale tools om energie-efficiënte configuraties te bepalen voor alle productiescenario's. hVermindering of hergebruik van energieverliezen: invoering van monitoring van condenspotten en warmteterugwinning in verschillende fabrieken om energieverliezen te voorkomen en te benutten. hProcesbeheersing: gebruik van geavanceerde algoritmen en automatisering om kritieke werkingsparameters aan te passen en ervoor te zorgen dat apparatuur zo efficiënt mogelijk werkt. 4. Procesinnovatie hSolvay heeft op 10 oktober 2024 de regeneratieve thermische oxidatietechnologie (RTO) in gebruik genomen in de fabriek in Green River en mikt bij het huidige productieniveau op een reductie van de broeikasgasemissies met ongeveer 500 kiloton per jaar. Deze innovatieve technologie is nooit eerder gebruikt in de tronamijnbouw. hIn de vestiging in Dombasle loopt een proefproject met het nieuwe e.Solvay-productieproces voor natriumcarbonaat, dat naar verwachting zal leiden tot 50% minder CO2-eq. emissies in vergelijking met het huidige proces en nog andere duurzame voordelen. Klimaatmitigatie: scope 3-broeikasgasemissies 1. Emissies verminderen hAls lid van Together for Sustainability werkt Solvay samen met zijn leveranciers om de scope 3-emissies in de upstreamwaardeketen te verminderen en spoort het hen aan om gerecycleerde of hernieuwbare grondstoffen te gebruiken. In 2024 hebben we met 15 nieuwe leveranciers gesprekken over decarbonisatie aangevat. hVoor de reductie van de scope 3-emissies in de downstreamwaardeketen legt Solvay de nadruk op samenwerking met klanten, door duurzaam productgebruik te promoten en advies over verwijderings- en recyclagepraktijken te geven. hSolvay werkt actief samen met transporteurs om de emissies van de logistiek te beperken. hSolvay moedigt zijn werknemers aan om de scope 3-emissies die verband houden met zakenreizen en woon-werkverkeer te verminderen door verantwoordelijke reispraktijken en duurzaam woon-werkverkeer te promoten, met inbegrip van de overstap op elektrische voertuigen voor het wagenpark van de onderneming. Solvay monitort de koolstofvoetafdruk van reizen en draagt sinds 2023 per uitgestoten ton CO2 €100 bij aan een nieuw Travel Carbon Fund. Dat ondersteunt duurzaamheidsprojecten, met de nadruk op natuurbehoud en koolstofcompensatie. 2. Verzamelen van primaire data – Leveranciers We werken actief samen met onze grondstoffenleveranciers die de meeste broeikasgassen uitstoten om gegevens te verzamelen over de koolstofvoetafdruk op productniveau (PCF) van de grondstoffen die zij ons leveren – die voorbereidende stap stelt Solvay in staat om nadien de vooruitgang te monitoren en beheren. In 2024 hebben we 23 bijkomende primaire PCF's verzameld van 22 leveranciers, die 12% van de emissies in categorie 3.1 vertegenwoordigen. De ambitie van Solvay is om 100% primaire PCF-data te verzamelen. Klimaatmitigatie: projecten voor het afvangen of vastleggen van koolstof We bestuderen momenteel enkele projecten voor het afvangen of vastleggen van koolstof in onze waardeketen. Daarnaast ondernemen we actie voor de natuur en het klimaat in Paulínia (Brazilië), waar een herbebossingsproject onder de naam 'Reserva Legal' inheemse zaailingen uit het Atlantische woud aanplant en aan bosbeheer doet (ongediertebestrijding, brandpreventie, vervanging van dode zaailingen enz.) om voor een goede bosontwikkeling te zorgen. Dit project is in 2017 gestart en zal worden afgerond in 2028. In 2024 zijn twee nieuwe bebossingsprojecten goedgekeurd, die normaliter in 2025 van start zullen gaan: in Linne Herten (microbos) en in de buurt van Map Ta Phut (Thailand – mangrove). Deze nieuwe projecten werden gefinancierd door het hierboven vermelde nieuwe Travel Carbon Fund. De emissies die deze projecten verwijderen, worden niet in aanmerking genomen in de rapportage van Solvay. Klimaatadaptatie Met betrekking tot de adaptatie aan fysieke klimaatrisico's hebben we permanente beschermingsmaatregelen tegen overstromingen geïmplementeerd, waaronder dijken en dammen, voor kritieke nutsvoorzieningen en gebouwen in onze vestigingen in Paulínia, Torrelavega en Qingdao, die zijn blootgesteld aan risico's van extreme neerslag en overstromingen in de toekomst. We voeren momenteel formele overstromingsstudies uit en analyseren oplossingen voor fysieke overstromingsbescherming in andere vestigingen die aan die risico's zijn blootgesteld. Met betrekking tot adaptatie aan klimaattransitierisico's en -kansen ontwikkelen we een technologie om zeldzame aardelementen af te scheiden voor de productie van innovatieve permanente magneetoplossingen op basis van zeldzame aardmetalen, die essentieel zijn voor de markt van elektrische voertuigen en schone energietoepassingen zoals windenergie. We investeren in onze fabriek in La Rochelle (Frankrijk) om een centrum tot stand te brengen dat Europa zal helpen onafhankelijkere en duurzamere oplossingen op deze gebieden te ontwikkelen. Humanitaire nood door klimaatverandering Solvay staat klaar om mensen te helpen die schade ondervinden van de materiële impacts van de klimaatverandering. Eind april 2024 beleefde het zuiden van Brazilië de ergste klimaatcrisis uit de geschiedenis van het land. De Solvay-groep en het Fonds Ernest Solvay hebben een financiële gift gedaan aan het speciale fonds dat de regering van de Braziliaanse deelstaat Rio Grande do Sul had opgezet om concrete hulp te bieden waar die nodig was, op basis van een inventarisatie van de dringendste noden. Vrijwilligersgroepen in elke Solvay-vestiging in Brazilië organiseerden ook campagnes om drinkwater, niet-bederfelijk voedsel, kleding en hygiëneartikelen in te zamelen. Samen met onze transportpartners zorgde Solvay voor de levering van die geschonken goederen aan de mensen in nood. Met het oog op de toekomst werden de statuten van het historische filantropische 'Fonds Hannon voor werknemers' aangepast om ook werknemers en gemeenschappen in de buurt van onze industriële vestigingen te kunnen bijstaan die schade lijden als gevolg van de klimaatverandering. We hebben ons ertoe verbonden om over een periode van vijf jaar €2 miljoen in dit nieuwe 'Solvay Solidariteitsfonds' in te brengen. Behaalde en verwachte CO2-emissiereducties Scope 1+2-broeikasgasemissies Eind 2024 bedraagt de cumulatieve scope 1- en 2-emissiereductie sinds 2021 -17% (-1 498 mln. ton CO2-eq.) bij constante perimeter (rekening houdend met de financiële consolidatiekring). Tussen 2023 en 2024 zijn de scope 1- en 2-emissies bij constante perimeter gestegen met +0,136 mln. ton CO2-eq. Dat was het gevolg van de economische opleving (+0,261 mln. ton CO2-eq.), deels getemperd door decarbonisatieprojecten die in diezelfde periode op kruissnelheid kwamen (-0,125 mln. ton CO2-eq.). In 2024 lagen de scope 1-emissies 0,118 mln. ton CO2-eq. hoger dan in 2023 bij constante perimeter en 1 327 mln. ton CO2-eq. lager dan in 2021 bij constante perimeter, wat neerkomt op -16%. De scope 2-emissies lagen 0,018 mln. ton CO2-eq. hoger dan in 2023 bij constante perimeter en 0,170 mln. ton CO2-eq. lager dan in 2021 bij constante perimeter, wat neerkomt op -20%. Alhoewel 2023 een jaar was met historisch weinig activiteit, is de daling van scope 1- en 2-emissies tussen 2021 tot 2024 te danken aan een structurele reductie als gevolg van de uitvoering van decarbonisatieprojecten. De verwachte reducties van de scope 1- en 2-broeikasgasemissies zijn als volgt (rekening houdend met de financiële consolidatiekring): 2021 2030 2050 Scope 1- en 2-broeikasgasemissies Mln. ton CO2-eq. 9,0 6,3 0,0 Energietransitie Uitfasering van steenkool Mln. ton CO2-eq. - -2,0 -0,5 Inkoop hernieuwbare of koolstofarme energie Mln. ton CO2-eq. - -0,45 -2,1 Energie-efficiëntie -0,05 -0,2 Procesinnovatie Mln. ton CO2-eq. - -0,2 -1,7 Compensaties Mln. ton CO2-eq. - - -0,9 Verdere innovatie (technologie en economie niet matuur) Mln. ton CO2-eq. - - -0,9 Scope 3-broeikasgasemissies In 2024 hebben we de inspanningen van Solvay voortgezet om de rapportering van scope 3-emissies te verbeteren door onze berekeningsmethodes af te stemmen op de beste praktijken in de markt en de aanbevelingen van het GHG Protocol. De methodologie van scope 3.1 Gekochte goederen en diensten werd aanzienlijk verfijnd door integratie van de inkoopdatabase om nauwkeurigere en meer granulaire gegevens te bekomen. Bovendien is Solvay begonnen met de onafhankelijke berekening van de categorieën 3.4 Upstreamvervoer en -distributie en 3.5 Afval geproduceerd bij activiteiten, die voorheen in categorie 3.1 waren opgenomen. Dit geeft een vollediger en transparanter beeld van het scope 3-emissieprofiel van de onderneming. Na die belangrijke aanpassingen werd de nulmeting van 2021 herberekend volgens de rapportagemethodologie voor 2024 (zie ESRS 2 voor de rapportagemethodologie). Eind 2024 bedraagt de cumulatieve scope 3-emissiereductie sinds 2021 -2,7% (-0,452 mln. ton CO2-eq.) bij constante perimeter (rekening houdend met de financiële consolidatiekring). Ten opzichte van de doelstelling van Solvay voor de vijf focuscategorieën bedraagt de cumulatieve vermindering van 2021 tot 2024 -4% (-0,62 mln. ton CO2-eq.). De verwachte reducties van de scope 3-broeikasgasemissies zijn als volgt (rekening houdend met de financiële consolidatiekring): 2021 2030 Scope 3-broeikasgasemissies – Vijf focuscategorieën Mln. ton CO2-eq. 14,7 11,8 Upstream-focuscategorieën () Mln. ton CO2-eq. - -1,3 Downstream-focuscategorieën Mln. ton CO2-eq. - -1,6 ()Geschat cijfer. De stappenplannen voor decarbonisatie van de leveranciers van Solvay zullen een directe impact hebben in categorie 3.1 Gekochte goederen en diensten. E1-4 Doelen inzake klimaatmitigatie en klimaatadaptatie Klimaatadaptatie Solvay stelt een degelijke veerkrachtmatrix op voor de hele Groep en prioriteert aanbevelingen om de veerkrachtindex van vestigingen te verbeteren op basis van informatie van onze onderlinge waarborgmaatschappij FM. Solvay heeft zich tot doel gesteld om tegen 2025 alle vestigingen uit de rode zone van de veerkrachtmatrix (<50% veerkrachtindex) te halen en tegen 2028 alle vestigingen van Solvay op een minimum van 75% veerkrachtindex te brengen. Veerkrachtmatrix Vestigingen Land Veerkrachtindex hoger dan 75% Curitiba Brazilië Bad Wimpfen Duitsland Map Ta Phut AIE Thailand Deer Park VS Green River VS Veerkrachtindex tussen 50% en 75% Andere Solvay-vestigingen Veerkrachtindex lager dan 50% Paulínia Brazilië We verbinden ons ertoe de doeltreffendheid van ons duurzaamheidsbeleid en onze maatregelen op te volgen in het licht van de significante duurzaamheidsimpacts, -risico's en -kansen van Solvay. Solvay gebruikt hiervoor verschillende processen, met een robuuste aanpak die gebruikmaakt van uitgebreide beleidsevaluaties, strategische analyses en maatstaven, waaronder de scope 1-, 2- en 3- emissies. Klimaatmitigatie In 2024 hebben we onze duurzaamheidsstrategie volledig doorgelicht en de verbintenis van Solvay om de CO2-emissies terug te dringen herbevestigd en aangescherpt. Solvay bevestigt dat het zich ertoe verbindt tegen 2050 emissieneutraal te zijn voor wat betreft de scope 1- en 2-broeikasgasemissies, en de broeikasgasemissies tegen 2030 te verminderen met 30% in de scopes 1 en 2 en met 20% in de vijf focuscategorieën van scope 3 ten opzichte van referentiejaar 2021 (rekening houdend met de financiële consolidatiekring). Dit doel is direct gekoppeld aan ons Klimaatbeleid, waarin onze doelstelling van emissieneutraliteit is vastgelegd. De doelen van Solvay zijn afgestemd op een wetenschappelijk onderbouwd scenario waarbij de opwarming van de aarde beperkt blijft tot ruim onder de 2 °C. Zoals hieronder wordt uitgelegd, zijn deze doelen voor 2030 ambitieuzer dan de doelen die in maart 2023, vóór de partiële splitsing, door het SBTi werden bekrachtigd, aangezien deze als referentiejaar 2018 gebruikten in plaats van 2021. De scope 1- en 2-emissiereductiedoelen van Solvay zijn gedefinieerd voor dezelfde perimeter als in afdeling E1-6, op basis van de 'financiële consolidatiekring'. Onze rapportage van scope 3-emissies beslaat de wereldwijde operationele perimeter van Solvay, die alle fysieke vestigingen en activiteiten onder directe zeggenschap van de onderneming omvat. Zij is inclusief het proportionele aandeel van de deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent. Het scope 3-emissiedoel van Solvay heeft betrekking op vijf focuscategorieën, die 90% van de scope 3-broeikasgasemissies van Solvay in 2021 vertegenwoordigen. De vijf focuscategorieën bevinden zich zowel upstream (Categorie 1: Gekochte goederen en diensten, Categorie 3: Brandstof- en energieactiviteiten) als downstream in onze waardeketen (Categorie 10: Verwerking van verkochte producten, Categorie 11: Gebruik van verkochte producten, Categorie 12: End-of-life-verwerking van verkochte producten). Onze decarbonisatiehefbomen voor het bereiken van onze ambitieuze doelen worden toegelicht in ons overzicht van maatregelen in afdeling E1-3. Veranderingen in referentiejaar en methodologieën Na de partiële splitsing van de Groep in twee beursgenoteerde ondernemingen, Solvay SA/NV en Syensqo SA/NV, in december 2023, is het referentiejaar voor de emissiereductiedoelen verschoven van 2018 naar 2021. De keuze van 2021 als nieuw referentiejaar garandeert een nauwkeuriger weergave van de activiteitsniveaus van Solvay na de coronaperiode, zowel in de interne activiteiten als in de externe invloeden. Samen met die verandering van referentiejaar heeft Solvay zijn verbintenis bevestigd om de broeikasgasemissies tegen 2030 te verminderen met 30% in scopes 1 en 2 en met 20% in de vijf focuscategorieën voor scope 3. Deze doelen tegen 2030 zijn ambitieuzer dan de doelen die het SBTi in maart 2023 heeft bekrachtigd als afgestemd op een scenario dat de opwarming van de aarde beperkt tot ruim onder de 2 °C: -0,2 mln. ton voor de scope 1- en 2-emissies en -2,6 mln. ton voor de scope 3-emissies (onze scope 3-emissies voor de vijf focuscategorieën daalden met -4,1 mln. ton CO2-eq. of -21% tussen 2018 en 2021, dus 2021 hanteren als nieuw referentiejaar heeft de lat aanzienlijk hoger gelegd), zoals hieronder uiteengezet: Doelen van Solvay Eenheid Referentiejaar 2021 Doel 2030 Scope 1- en 2-emissies Mln. ton CO2-eq. 9,0 6,3 (-30%) Scope 3-emissies – vijf focuscategorieën (methodologie 2024) Mln. ton CO2-eq. 14,7 (90% x 16,5) 11,8 (-20%) Scope 3-emissies – vijf focuscategorieën (methodologie 2022) Mln. ton CO2-eq. 15,7 (90% x 17,4) 12,5 (-20%) Vorige doelen bekrachtigd door het SBTi in maart 2023 Eenheid Referentiejaar 2018 Doel 2030 Scope 1- en 2-emissies Mln. ton CO2-eq. 9,4 6,5 (-31%) Scope 3-emissies – vijf focuscategorieën (methodologie 2022) Mln. ton CO2-eq. 19,8 (90% x 22,0) 15,1 (-24%) Om de rapportage consistent te houden, kunnen referentiedata herberekend zijn als gevolg van wijzigingen in de perimeter of methodologie. Wijzigingen in de perimeter, zoals toevoegingen of verwijderingen van vestigingen, vereisen aanpassingen aan historische data om de vergelijkbaarheid over verslagperiodes te garanderen. Zonder deze herberekeningen zou de trendanalyse vertekend kunnen worden, waardoor kunstmatige variaties zouden kunnen ontstaan in prestatie-indicatoren. Ook methodologische veranderingen, zoals de toepassing van de AR6-regels voor broeikasgasemissiecoëfficiënten en de herclassificatie van waterstofemissies van scope 1 en 2 naar scope 3.3, maken een actualisering van eerder gepubliceerde gegevens noodzakelijk. Deze aanpassingen helpen om de monitoring van de vordering van de emissiereducties nauwkeurig te houden. Voor 2024 blijft het referentiejaar 2021, met alleen aanpassingen voor wijzigingen in de perimeter. De verschuiving van het referentiejaar van 2018 naar 2021 betekent dat de vooruitgang die werd geboekt vóór 2021 niet langer wordt gerapporteerd. Deze herberekeningen hebben een invloed op de absolute streefdoelen voor 2030, maar veranderen niets aan de procentuele reducties waartoe Solvay zich verbonden heeft. Deze aanpak zorgt voor een transparant en consistent raamwerk voor het monitoren van de emissies en zet de verbintenis van Solvay om zijn decarbonisatiedoelen te halen extra kracht bij. Onderstaande tabel toont onze CO2-emissies voor 2021, 2023 en 2024 per scope en categorie. Scope 1-emissies 2021 (referentiejaar) 2023 (vergelijkende informatie) 2024 % 2024 t.o.v. 2023 Bruto scope 1-emissies van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 8 119 000 6 673 000 6 791 000 1,8% Bijkomende bruto scope 1-emissies van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 575 000 396 000 448 000 13,1% Bruto scope 1-emissies van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 8 694 000 7 069 000 7 239 000 2,4% Procentuele scope 1-emissiereductie van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ten opzichte van de emissies van het referentiejaar) 0,0% -17,8% -16,3% -8,2% Broeikasgasemissies van gereglementeerde emissiehandelssystemen van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (%) 65,9% 66,5% 67,1% 0,9% Scope 1-emissies van CO2 Bruto scope 1-emissies van CO2 van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 7 087 000 5 856 000 5 761 000 -1,6% Bijkomende bruto scope 1-emissies van CO2 van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 575 000 396 000 448 000 13,1% Bruto scope 1-emissies van CO2 van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 7 662 000 6 252 000 6 210 000 -0,7% Scope 1-emissies van andere broeikasgassen dan CO2 Bruto scope 1-emissies van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 1 032 000 817 000 1 030 000 26,1% Bijkomende bruto scope 1-emissies van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 200 400 100 Bruto scope 1-emissies van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 1 032 200 817 400 1 030 100 26,0% Scope 2-emissies Bruto locatiegebaseerde scope 2-emissies van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 804 000 730 000 763 000 4,5% Bijkomende bruto locatiegebaseerde scope 2-emissies van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 87 000 79 000 89 000 12,7% Bruto locatiegebaseerde scope 2-emissies van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 891 000 809 000 852 000 5,3% Bruto marktgebaseerde scope 2-emissies van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 838 000 650 000 668 000 2,8% Bijkomende bruto marktgebaseerde scope 2-emissies van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 91 000 87 000 95 000 9,2% Bruto marktgebaseerde scope 2-emissies van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 929 000 737 000 763 000 3,5% Absolute waarde van de reductie van de marktgebaseerde scope 2-broeikasgasemissies van de boekhoudkundig geconsolideerde groep 0 -187 000 -170 000 -9,4% Procentuele marktgebaseerde scope 2-emissiereductie van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ten opzichte van de emissies van het referentiejaar) -22,3% -20,2% Totale broeikasgasemissies – scope 1 + scope 2 – van de boekhoudkundig geconsolideerde groep 8 957 000 7 323 000 7 459 000 1,9% Procentuele scope 1- + scope 2-emissiereductie (marktgebaseerd) van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ten opzichte van de emissies van het referentiejaar) -16,7% Significante scope 3-emissies Totaal Bruto indirecte (scope 3) emissies (ton CO2-eq.) 16 459 000 15 242 000 16 077 000 5,5% Procentuele scope 3-emissiereductie van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ten opzichte van de emissies van het referentiejaar) -2,3% 1 Gekochte goederen en diensten van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 5 206 000 4 860 000 5 241 000 7,8% 1 Bijkomende gekochte goederen en diensten van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 451 000 384 000 5 621 000 1 Gekochte goederen en diensten van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 5 657 000 5 244 000 5 803 000 10% 2 Kapitaalgoederen van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 702 000 1 108 000 874 000 -21,1% 2 Bijkomende kapitaalgoederen van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 30 000 40 000 22 000 -45,0% 2 Kapitaalgoederen van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 732 000 1 149 000 896 000 -22,0% 3 Brandstof- en energieactiviteiten (niet opgenomen in scope1 of scope 2) van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 1 391 000 1 147 000 1 195 000 4,2% 3 Bijkomende brandstof- en energieactiviteiten van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 95 000 83 000 92 000 10,8 3 Brandstof- en energieactiviteiten van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 1 486 000 1 230 000 1 287 000 4,6% 4 Upstreamvervoer en -distributie van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 314 000 325 000 351 000 8,0% 4 Bijkomend upstreamvervoer van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 5 000 4 000 14 000 250,0% 4 Upstreamvervoer van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 319 000 329 000 365 000 10,9% 5 Afval geproduceerd bij activiteiten van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 33 000 38 000 39 000 2,6% 5 Bijkomend afval geproduceerd bij activiteiten van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 6 000 6 000 7 000 16,7% 5 Afval geproduceerd bij activiteiten van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 39 000 44 000 46 000 4,5% 6 Zakelijk reisverkeer van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 1 000 2 000 3 000 50,0% 6 Bijkomend zakelijk reisverkeer van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 0 0 0 6 Zakelijk reisverkeer van de operationele perimeter (ton CO 2-eq.) 1 000 2 000 3 000 50,0% 7 Woon-werkverkeer van werknemers van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 16 000 16 000 15 000 -6,3% 7 Bijkomend woon-werkverkeer van werknemers van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 0 0 1 000 7 Woon-werkverkeer van werknemers van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 16 000 17 000 16 000 -5,9% 8 Upstream geleasede activa van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 2 000 2 000 2 000 0,0% 8 Bijkomende upstream geleasede activa van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 0 0 0 8 Upstream geleasede activa van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 2 000 2 000 2 000 0,0% 9 Downstreamvervoer van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 531 000 449 000 542 000 20,7% 9 Bijkomend downstreamvervoer van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 14 000 12 000 19 000 58,3% 9 Downstreamvervoer van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 545 000 461 000 561 000 21,7% 10 Verwerking van verkochte producten van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 1 790 000 1 594 000 1 679 000 5,3% 10 Bijkomende verwerking van verkochte producten van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 92 000 77 000 88 000 14,3% 10 Verwerking van verkochte producten van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 1 882 000 1 671 000 1 767 000 5,7% 11 Gebruik van verkochte producten van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 3 242 000 2 941 000 3 135 000 6,6% 11 Bijkomend gebruik van verkochte producten van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 3 000 13 000 16 000 11 Gebruik van verkochte producten van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 3 245 000 2 954 000 3 152 000 6,7% 12 End-of-life-verwerking van verkochte producten van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 3 106 000 2 633 000 2 869 000 9,0% 12 Bijkomende end-of-life-verwerking van verkochte producten van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 46 000 31 000 38 000 12 End-of-life-verwerking van verkochte producten van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 3 152 000 2 664 000 2 906 000 9,1% 13 Downstream geleasede activa van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 0 0 0 13 Bijkomende downstream geleasede activa van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 0 0 0 13 Downstream geleasede activa van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 0 0 0 14 Franchises van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 0 0 0 14 Bijkomende franchises van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 0 0 0 14 Franchises van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 0 0 0 15 Investeringen van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 125 000 127 000 132 000 3,9% Bijkomende investeringen van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 0 0 0 Investeringen van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 125 000 127 000 132 000 3,9% Totale broeikasgasemissies – scope 1, 2 & 3 – van de boekhoudkundig geconsolideerde groep Totale broeikasgasemissies – scope 1, 2 & 3 (locatiegebaseerd) van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 25 382 000 22 645 000 23 631 000 4,4% Totale broeikasgasemissies – scope 1, 2 & 3 (marktgebaseerd) van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 25 416 000 22 565 000 23 536 000 4,3% Procentuele reductie van de totale broeikasgasemissies – scope 1, 2 & 3 – van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ten opzichte van de emissies van het referentiejaar) – marktgebaseerd -7,4% Scope 1-emissies van andere broeikasgassen dan CO2 Eenheid 2021 2023 2024 Methaan – CH4 – van de boekhoudkundig geconsolideerde groep ton CO2-eq. 1 007 500 803 500 1 002 700 Bijkomende methaanemissies van geassocieerde deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 0 0 0 Methaanemissies van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 1 007 500 803 500 1 002 700 Distikstofoxide – N2O – boekhoudkundig geconsolideerde groep ton CO2-eq. 20 600 10 200 17 500 Bijkomende distikstofoxide-emissies van geassocieerde deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 0 0 0 Distikstofoxide-emissies van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 20 600 10 200 17 500 Zwavelhexafluoride – SF6 – van de boekhoudkundig geconsolideerde groep ton CO2-eq. 1 400 1 300 7 600 Bijkomende zwavelhexafluoride-emissies van geassocieerde deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 0 0 0 Zwavelhexafluoride-emissies van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 1 400 1 300 7 600 Fluorkoolwaterstoffen – HFK's – van de boekhoudkundig geconsolideerde groep ton CO2-eq. 2 500 2 000 2 200 Bijkomende fluorkoolwaterstoffenemissies van geassocieerde deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 200 400 100 Fluorkoolwaterstoffenemissies van deelnemingen in de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 2 700 2 400 2 300 Perfluorkoolwaterstoffen – PFK's – van de boekhoudkundig geconsolideerde groep ton CO2-eq. 0 0 0 Bijkomende perfluorkoolwaterstoffenemissies van geassocieerde deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 0 0 0 Perfluorkoolwaterstoffenemissies van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 0 0 0 Stikstoftrifluoride – NF3 – van de boekhoudkundig geconsolideerde groep ton CO2-eq. 0 0 0 Bijkomende stikstoftrifluoride-emissies van geassocieerde deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 0 0 0 Stikstoftrifluoride-emissies van deelnemingen in de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 0 0 0 Totale emissies van andere broeikasgassen dan CO2 van de boekhoudkundig geconsolideerde groep ton CO2-eq. 1 032 000 817 000 1 030 000 Bijkomende totale emissies van andere broeikasgassen van geassocieerde deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (ton CO2-eq.) 200 400 100 Totale uitstoot van andere broeikasgassen van de operationele perimeter (ton CO2-eq.) 1 032 200 817 400 1 030 100 E1-5 Energieverbruik en energiemix De verschillende componenten van het energieverbruik van Solvay worden als volgt omgezet in primaire energiebronnen: hbrandstoffen, met behulp van de calorische onderwaarden; haangekochte stoom, rekening houdend met de referentiewaarde voor het rendement van de ketel voor het type brandstof dat gebruikt wordt om stoom op te wekken, bijvoorbeeld 90% rendement op basis van de calorische onderwaarde voor aardgas; en hgekochte elektriciteit, uitgaande van een gemiddelde efficiëntie van 39,5% voor alle soorten elektriciteitsproductie op basis van fossiele brandstoffen, behalve kernenergie (33%), waterkracht (100%), en wind (100%), zonne-energie (100%) en windenergie (100%), gebaseerd op de calorische onderwaarde (bron: Internationaal Energieagentschap - IEA). Energieverbruik en energiemix voor de eigen behoeften van Solvay 2021 (referentiejaar) 2023 (vergelijkende informatie) 2024 (1) Brandstofverbruik uit kolen en kolenproducten van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (MWh) 7 405 000 6 636 000 5 363 000 Bijkomend verbruik van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (MWh) 932 000 707 000 787 000 Verbruik van de operationele perimeter (MWh) 8 337 000 7 343 000 6 150 000 (2) Brandstofverbruik uit ruwe olie en petroleumproducten van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (MWh) 88 000 51 000 79 000 Bijkomend verbruik van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (MWh) 1 000 1 000 1 000 Verbruik van de operationele perimeter (MWh) 89 000 52 000 80 000 (3) Brandstofverbruik uit aardgas – inclusief verkoop van stoom en elektriciteit van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (MWh) 8 618 000 7 184 000 8 174 000 Bijkomend verbruik van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (MWh) 429 000 367 000 384 000 Verbruik van de operationele perimeter (MWh) 9 047 000 7 551 000 8 558 000 (4) Brandstofverbruik uit andere fossiele bronnen van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (MWh) 44 000 24 000 27 000 Bijkomend verbruik van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (MWh) 0 0 0 Verbruik van de operationele perimeter (MWh) 44 000 24 000 27 000 (5) Verbruik ingekochte of verworven elektriciteit, warmte, stoom en koeling uit fossiele bronnen van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (MWh) 5 405 000 4 290 000 4 638 000 Bijkomend verbruik van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (MWh) 496 000 459 000 527 000 Verbruik van de operationele perimeter (MWh) 5 901 000 4 749 000 5 165 000 (6) Totaal verbruik van fossiele energie van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (MWh) (berekend als de som van lijnen 1 tot en met 5) 21 560 000 18 185 000 18 281 000 Bijkomend verbruik van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (MWh) 1 858 000 1 534 000 1 699 000 Verbruik van de operationele perimeter (MWh) 23 418 000 19 719 000 19 980 000 Aandeel van fossiele bronnen in het totale energieverbruik van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (%) 95,9% 93,4% 90,5% Aandeel van fossiele bronnen in het totale energieverbruik van de operationele perimeter (%) 96,1% 93,6% 90,9% (7) Verbruik uit nucleaire bronnen van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (MWh) 226 000 196 000 503 000 Bijkomend verbruik van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (MWh) 14 000 16 000 18 000 Verbruik van de operationele perimeter (MWh) 240 000 212 000 521 000 Aandeel van het verbruik uit nucleaire bronnen in het totale energieverbruik van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (%) 1,0% 1,0% 2,5% (8) Brandstofverbruik uit hernieuwbare bronnen, inclusief biomassa (ook industrieel en gemeentelijk afval van biologische oorsprong, biogas, waterstof uit hernieuwbare bronnen enz.) van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (MWh) 427 000 701 000 768 000 Bijkomend verbruik van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (MWh) 11 000 48 000 69 000 Verbruik van de operationele perimeter (MWh) 438 000 749 000 837 000 (9) Verbruik ingekochte of verworven elektriciteit, warmte, stoom en koeling uit hernieuwbare bronnen van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (MWh) 280 000 392 000 649 000 Bijkomend verbruik van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (MWh) 0 0 0 Verbruik van de operationele perimeter (MWh) 280 000 392 000 649 000 (10) Verbruik zelfopgewekte hernieuwbare energie uit andere bronnen dan brandstof (non-fuel) van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (MWh) 0 0 0 Bijkomend verbruik van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (MWh) 0 0 0 Verbruik van de operationele perimeter (MWh) 0 0 0 (11) Totaal verbruik van hernieuwbare energie van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (MWh) (berekend als de som van lijnen 8 tot en met 10) 707 000 1 093 000 1 416 000 Bijkomend verbruik van hernieuwbare energie van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (MWh) 11 000 48 000 69 000 Totaal verbruik van hernieuwbare energie van de operationele perimeter (MWh) 718 000 1 141 000 1 485 000 Aandeel van hernieuwbare bronnen in het totale energieverbruik van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (%) 3,1% 5,6% 7,0% Aandeel van hernieuwbare bronnen in het totale energieverbruik van de operationele perimeter (MWh) 2,9% 5,4% 6,8% Totaal energieverbruik van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (MWh) (berekend als de som van lijnen 6, 7 en 11) 22 493 000 19 474 000 20 201 000 Bijkomend energieverbruik van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (MWh) 1 883 000 1 598 000 1 786 000 Totaal energieverbruik van de operationele perimeter (MWh) 24 376 000 21 072 000 21 987 000 Energieproductiemix voor derden 2021 (referentiejaar) 2023 (vergelijkende informatie) 2024 Hernieuwbare energieproductie (MWh) 1 053 000 825 000 715 000 Niet-hernieuwbare energieproductie (MWh) – niet opgenomen in punt (9) hierboven 5 709 000 4 446 000 4 624 000 Energieproductie voor derden bestaat voornamelijk uit warmteproductie voor levering aan derden en elektriciteitsco-productie door het gebruik van hoogrendabele warmtekrachtkoppeling uit fossiele gasvormige brandstoffen. Sectoren met een grote klimaatimpact gebruikt om de energie-intensiteit te bepalen Alle activiteiten worden beschouwd als activiteiten met een grote klimaatimpact. Energie-intensiteit per omzet 2023 (vergelijkende informatie) 2024 % 2024 / 2023 Totaal energieverbruik van activiteiten in sectoren met een grote klimaatimpact (MWh) 24 746 000 25 539 000 3,2% Totale omzet uit activiteiten in sectoren met een grote klimaatimpact (€ miljoen) 6 024 5 130 -14,9% Totaal energieverbruik per omzet uit activiteiten in sectoren met een grote klimaatimpact (MWh/€) 0,0041 0,0050 +21,2% Het bedrag aan omzet is in overeenstemming met het cijfer vermeld in Toelichting F1 Omzet en informatie per segment. E1-6 Bruto scope 1-, 2-, 3-emissies en totale broeikasgasemissies Retrospectief Mijlpalen en jaar doel Referentiejaar – 2021 2023 (vergelijkende informatie) 2024 % 2024 / 2023 2025 2030 (2050) Jaarlijks doel (%) / Referentiejaar – 2021 Totale scope 1- en 2-broeikasgasemissies (marktgebaseerd) van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 8 957 000 7 323 000 7 459 000 1,9% 7 150 000 6 270 000 0 3,3% tegen 2030 en 3,5% 2030-2050 Totale broeikasgasemissies (scope 1 en 2) – zoals gepubliceerd (ton CO2-eq.) 9 001 000 Variatie als gevolg van wijzigingen in rapportageperimeter (structurele wijzigingen) (ton CO2-eq.) -55 000 Variatie als gevolg van wijzigingen in methodologie of verbeteringen in de nauwkeurigheid van data (ton CO2-eq.) 11 000 Significante scope 3-emissies Totale scope 3-broeikasgasemissies van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (ton CO2-eq.) 16 459 000 15 243 000 16 077 000 5,5% 15 968 000 13 746 000 Scope 3-broeikasgasemissies – vijf focuscategorieën (perimeter van ons doel) 14 735 000 13 175 000 14 119 000 72% 14 010 000 11 788 000 2,2% tegen 2030 Meer details over retrospectieve gegevens worden gerapporteerd in E1-4. Broeikasgasemissie-intensiteit (totale broeikasgasemissies per omzet) BKG-intensiteit per omzet (scope 1, 2 & 3) 2023 (vergelijkende informatie) 2024 % 2024 / 2023 Totale BKG-emissies (locatiegebaseerd) per omzet (ton CO2-eq./€) 0,0038 0,0046 +23% Totale BKG-emissies (marktgebaseerd) per omzet (ton CO2-eq./€) 0,0037 0,0046 +22% Veranderingen in methodologie Voor scope 1 en 2 zijn er in 2024 geen significante wijzigingen aangebracht in de berekeningsmethode. Er hebben in 2024 significante wijzigingen in de rapportageperimeter plaatsgevonden met een impact van +0,053 mln. ton CO2-eq. en de nulmeting van 2021 is dienovereenkomstig aangepast. De perimeterwijziging heeft te maken met de wijziging in de financiële consolidatiekring voor één vestiging van de divisie Peroxides. Op de jaar-tot-jaar gerapporteerde broeikasgasemissies heeft dit geen invloed, aangezien de nulmeting en de data voor 2023 werden herberekend met de aangepaste methodologie. Voor scope 3 is een significante verandering in de methodologie in aanmerking genomen. De categorieën 3.1, 3.4 en 3.5 zijn afzonderlijk berekend. Solvay heeft de activiteitsdata van de inkoop, de toeleveringsketen en de afvalverwerking meegenomen in de berekening van deze categorie. De jaren 2021, 2022 en 2023 werden aangepast volgens de nieuwe methodologie, waardoor de vergelijkbaarheid tussen de jaren gewaarborgd is. Gebruik van richtlijnen en methodologie Solvay baseert zich voor zijn omgang met broeikasgasemissies op verschillende sectorale standaarden en rapporten, waaronder de richtlijnen van de World Business Council for Sustainable Development voor de boekhoudkundige verwerking en rapportage van broeikasgasemissies in de waardeketen van de chemiesector, de Corporate Accounting and Reporting Standard van het Greenhouse Gas Protocol en de Corporate Value Chain (Scope 3) Standard van het Greenhouse Gas Protocol. Daarnaast houdt het rekening met het het aardopwarmingsvermogen van gefluoreerde broeikasgassen uit het vijfde evaluatierapport van de Intergouvernementele Werkgroep inzake klimaatverandering om te voldoen aan Europese Verordening (EU) nr. 517/2014. Om in lijn te zijn met het duurzaamheidsbeleid en te voldoen aan de vereisten van het Global Reporting Initiative, heeft Solvay de marktgebaseerde methode aangenomen voor de berekening van de CO2-emissies die verband houden met aangekochte elektriciteit (scope 2). Het heeft specifieke criteria opgesteld voor het selecteren van de CO2-emissiefactor voor elk elektriciteitsleveringscontract, waarbij het prioriteit gaf aan factoren zoals energiecertificaten, overeenkomsten op contractbasis, emissiecijfers van leveranciers of nutsbedrijven en residuele mix. Wanneer deze factoren niet beschikbaar zijn, worden nationale emissiefactoren gebruikt die zijn gepubliceerd door nationale autoriteiten of internationale organisaties, en worden alternatieve emissiefactoren toegepast voor specifieke regio's zoals de VS en China op basis van specifieke aanbevelingen van relevante organisaties. De manier waarop Solvay de BKG-emissies benadert, weerspiegelt de verbintenis van de onderneming om de sectorale standaarden na te leven en haar vastberadenheid om duurzame en transparante praktijken te hanteren bij de berekening en rapportage van haar milieu-impact. Door gebruik te maken van gereputeerde referentiebronnen en specifieke selectiecriteria toe te passen voor emissiefactoren, wil Solvay nauwkeurigheid en consistentie verzekeren in zijn boekhoudkundige verwerking en rapportage van broeikasgasemissies. De scope 3-emissies zijn berekend door de activiteitsdata (bv. gekochte goederen en diensten, zakelijk reisverkeer enz.) te vermenigvuldigen met relevante emissiefactoren. Emissiefactoren kunnen rechtstreeks van de leverancier komen of uit databases (bv. Ecoinvent). 1. Gekochte goederen en diensten Met ingang van 2024 gebruikt Solvay inkoopdatabases om de scope 3.1-emissies te berekenen. Voor gekochte grondstoffen en andere goederen en diensten gebruiken we gefactureerde hoeveelheden en, indien die niet beschikbaar zijn, berekeningen op basis van bestedingen (spend-based). Emissiefactoren worden gehaald uit betrouwbare bronnen, waaronder de Ecoinvent-database en, in toenemende mate, primaire data die rechtstreeks worden verkregen uit de PCF's (Product Carbon Footprints – koolstofvoetafdruk van producten) van onze leveranciers. Deze categorie gebruikt momenteel 86% primaire activiteitsdata en 22% primaire emissiefactordata. 2. Kapitaalgoederen In overeenstemming met de richtlijnen van de WBCSD voor de verwerking en rapportage van broeikasgasemissies in de waardeketen van de chemiesector, gaan we ervan uit dat kapitaalgoederen bestaan uit 25% beton en 75% staal. Deze methode kreeg de voorkeur omdat er geen data beschikbaar zijn over de samenstelling van kapitaalgoederen en/of hun emissiefactoren. In het kader van de aanpak van Solvay om de rapportage van scope 3 continu te verbeteren, zullen wij echter samenwerken met onze inkoop- en industriële teams om voor de berekening van deze categorie interne gegevens te gebruiken. 3. Brandstof- en energieactiviteiten die niet zijn opgenomen onder scope 1 of scope 2 Om de scope 3.3-emissies te berekenen, neemt Solvay de binnen het rapportagejaar ingekochte en verbruikte energie in aanmerking, met inbegrip van bronnen die onder scope 1 en scope 2 vallen. Deze categorie omvat een brede waaier van energiesoorten, met name: elektriciteit, gas (inclusief waterstof), stoom, stookolie, steenkool & petroleumcokes en biomassa. Door het verbruik van deze energiebronnen te monitoren en te analyseren, kan Solvay op een doeltreffende manier de indirecte (d.w.z. upstream) emissies kwantificeren die verband houden met ons energieverbruik. 4. Upstreamvervoer en -distributie De emissies van upstreamvervoer en -distributie betreffen het transport van producten van leveranciers naar de fabrieken van Solvay. Met behulp van activiteitsdata over de ingekochte grondstoffen (categorie 1) werd de herkomst van deze grondstoffen in kaart gebracht en werden aannames geformuleerd om afstanden en vervoermiddelen te bepalen. De emissiefactoren zijn afkomstig van Ecoinvent. 5. Afval geproduceerd bij activiteiten Om de scope 3-emissies te berekenen die verband houden met afvalbeheer (categorie 5), verzamelen we data over het afval dat in onze operationele vestigingen wordt geproduceerd. Die data, waaronder het volume afval (droge stof) en de uiteindelijke verwerkingsmethode (bv. verbranden, storten), worden jaarlijks gerapporteerd. Vervolgens schatten we de koolstofvoetafdruk van elk type afval door een emissiefactor te berekenen op basis van het koolstofgehalte en het specifieke verwerkingsproces. We schatten bijvoorbeeld het percentage afval dat aeroob afbreekt en daarbij CO2 produceert en het percentage dat anaeroob afbreekt en daarbij CH4 produceert. Door deze emissiefactoren toe te passen op de gerapporteerde afvalvolumes, kunnen we de totale scope 3-emissies berekenen die verband houden met afvalbeheer. Deze methode werd besproken met sectorgenoten van Solvay in de werkgroep Together for Sustainability. 6. Zakelijk reisverkeer Zakenreizen van werknemers van Solvay worden geregistreerd door ons reisbureau en gemonitord door onze inkoopafdeling. Voor vliegtuig- en treinreizen worden de afgelegde kilometers geregistreerd. Die registratie dekt meer dan 95% van onze vliegtuig- en treinreizen. De berekende broeikasgasemissies worden geëxtrapoleerd naar het totaal van onze reizen. Voor elk vervoermiddel wordt het aantal afgelegde kilometers omgezet in CO2-equivalent met behulp van emissiefactoren uit de databank van Ecoinvent. 7. Woon-werkverkeer van werknemers De raming is gebaseerd op de aanname dat werknemers van Solvay in de industriële vestigingen elke dag hun woon-werktraject afleggen in een gemiddelde diesel- of benzineauto. Werknemers in administratieve en O&I-vestigingen leggen drie keer per week het woon-werktraject af (d.w.z. twee dagen thuiswerk per week). In het kader van ons streven naar continue verbetering met betrekking tot de scope 3-data werkt Solvay aan de opname van meer representatieve data per afzonderlijke vestiging. 8. Upstream geleasede activa De emissies van upstream geleasede activa (categorie 8) omvatten het geleasede wagenpark van Solvay. Gegevens over voertuigtypes en afgelegde afstanden werden verstrekt door de leasingmaatschappij en emissiefactoren werden ontleend aan Ecoinvent. 9. Downstreamvervoer en -distributie Deze categorie omvat het transport van de producten van Solvay van de vestigingen naar de klanten. Activiteitsdata over alle stappen in het vervoer werden uit het ERP-systeem (Enterprise Resource Planning) van Solvay gehaald. Een gecertificeerde externe dienstverlener voert de berekeningen uit met behulp van de recentste versie van de emissiefactoren van de GLEC. 10. Verwerking van verkochte producten, 11. Gebruik van verkochte producten, en 12. End-of-life-verwerking van verkochte producten De berekeningsprincipes voor deze drie categorieën zijn dezelfde. De emissies uit de verwerking en bewerking van producten door derden na de verkoop door Solvay worden berekend volgens de chemische samenstelling van het product en de verwachte chemische reacties die wellicht emissies zullen veroorzaken bij de bewerking, het gebruik en de end-of-life-verwerking van ons product. 13. Downstream geleasede activa Dit is niet van toepassing, aangezien geleasede activa van Solvay niet materieel zijn voor de Groep. 14. Franchises Dit is niet van toepassing, aangezien Solvay geen franchises heeft. 15. Investeringen Scope 1- en 2-emissies van niet-geconsolideerde entiteiten (die niet geconsolideerd zijn in de scope 1- en scope 2-emissies van Solvay) worden gerapporteerd op basis van het financiële belang van Solvay in die entiteiten om de samenhang met onze jaarrekening te verzekeren. Wij hebben geen weet van significante gebeurtenissen of veranderingen in omstandigheden met een impact op de broeikasgasemissies die zich zouden kunnen hebben voorgedaan tussen de rapportagedata van de entiteiten in onze waardeketens en de rapportagedatum van Solvay. Biogene CO2-emissies afkomstig van de verbranding of biodegradatie van biomassa die niet zijn opgenomen in de scope 1-emissies 2021 (referentiejaar) 2023 (vergelijkende informatie) 2024 Biogene CO2-emissies afkomstig van de verbranding of biodegradatie van biomassa die niet zijn opgenomen in de scope 1-emissies van de boekhoudkundig geconsolideerde groep (in ton CO2-eq.) 1 211 000 1 071 000 1 079 000 Bijkomende biogene CO2-emissies afkomstig van de verbranding of biodegradatie van biomassa die niet zijn opgenomen in de scope 1-emissies van deelnemingen waarover Solvay operationele zeggenschap uitoefent (in ton CO2-eq.) 3 000 14 000 20 000 Biogene CO2-emissies afkomstig van de verbranding of biodegradatie van biomassa die niet zijn opgenomen in de scope 1-emissies van de operationele perimeter (in ton CO2-eq.) 1 214 000 1 085 000 1 099 000 De biogene emissies afkomstig van de verbranding of biodegradatie van biomassa die niet zijn opgenomen in de scope 1-emissies piekten in 2021 door een historisch hoog niveau van de activiteiten die bagasse verbruiken in Brazilië. De afname van deze Braziliaanse activiteit sinds 2021 wordt gedeeltelijk gecompenseerd door de toename van het biomassaverbruik in Europa. Contractuele instrumenten die worden gebruikt voor de aan- en verkoop van energie samen met attributen inzake energieopwekking of voor claims over energie-attributen zonder energie Om ons duurzaamheidsbeleid beter te weerspiegelen, hebben wij besloten de marktgebaseerde methode toe te passen voor de berekening van de CO2-emissies in verband met ingekochte elektriciteit (scope 2). Om te voldoen aan de eisen van het Global Reporting Initiative (GRI) passen wij bij de selectie van de CO2-emissiefactor van elk elektriciteitsleveringscontract de volgende criteria toe (in volgorde van afnemende prioriteit): hEnergiecertificaten: emissiefactoren die voortvloeien uit specifieke instrumenten, zoals groenestroomcertificaten. hOp contractbasis: de emissiefactor verkregen uit contracten voor specifieke bronnen waarvoor er geen uitgifte van specifieke certificaten is. hEmissiecijfers van leveranciers/nutsbedrijven: de emissiefactor die wordt bekendgemaakt als gevolg van de retailmix van de leverancier. hResiduele mix: als geen residuele mix beschikbaar is, worden gemiddelde emissiefactoren voor het elektriciteitsnet gebruikt als een benadering. Locatiegebaseerd: als geen van de bovenstaande factoren beschikbaar is, gebruiken wij de nationale emissiefactor die wordt gepubliceerd door de nationale autoriteiten of het Internationaal Energieagentschap (IEA). Op basis van een aanbeveling van het World Resources Institute (WRI) gebruiken wij voor de Verenigde Staten emissiefactoren van de 'Emissions and Generation Resource Integrated Database' (eGRID), gepubliceerd door het Environmental Protection Agency (EPA) van de Verenigde Staten, in plaats van de emissiefactor van de betreffende staat. Vergelijkbaar daarmee worden voor China door het Chinese ministerie van Ecologie en Milieu (MEE) gepubliceerde emissiefactoren voor het elektriciteitsnet gebruikt, in plaats van de emissiefactoren van de betreffende staat. 2021 (referentiejaar) 2023 (vergelijkende informatie) 2024 Scope 2-broeikasgasemissies uit contractuele instrumenten (ton CO2-eq.) 131 000 98 000 130 000 Percentage contractuele instrumenten, scope 2-broeikasgasemissies 16% 13% 17% Percentage contractuele instrumenten die worden gebruikt voor de aan- en verkoop van energie samen met attributen inzake energieopwekking in verhouding tot de scope 2-broeikasgasemissies 3% 5% 4% Percentage contractuele instrumenten die worden gebruikt voor de aan- en verkoop van claims over energie-attributen zonder energie in verhouding tot de scope 2-broeikasgasemissies 13% 9% 13% Stroomafnameovereenkomsten en aankopen van stoom op basis van biomassa worden in aanmerking genomen bij energie samen met certificaten en aankopen van hernieuwbare-elektriciteitscertificaten en garanties van oorsprong worden in aanmerking genomen bij certificaten zonder energie. Biogene CO2-emissies afkomstig van de verbranding of biodegradatie van biomassa die binnen de waardeketen plaatsvinden, die niet zijn opgenomen in de scope 3-emissies Biogene CO2-emissies afkomstig van de verbranding of biodegradatie van biomassa zijn opgenomen in de upstream scope 3-emissies. Categorie 3.3 van scope 3 bestrijkt specifiek de upstreamemissies die samenhangen met de productie van ingekochte biomassa. Daarnaast wordt ook rekening gehouden met biogene emissies aan het einde van de levenscyclus, wanneer biomassa-afval wordt gestort. In dit stadium wordt echter alleen rekening gehouden met emissies van methaan (CH4) door degradatie van biomassa, en wordt geen rekening gehouden met N2O-emissies. E1-7 Broeikasgasverwijderingen en projecten voor broeikasgasmitigatie gefinancierd uit carbon credits Solvay gebruikt geen verwijderingen of carbon credits om de hier vermelde emissies te compenseren voor de eigen operaties, noch voor de upstream- of downstreamwaardeketen. In 2023 kocht Solvay echter 2 000 VCU's (Verified Carbon Units) van een herbebossingsproject van inheemse soorten in Brazilië, buiten de waardeketen van Solvay, dat beheerd wordt door het 'Office National des Forêts - Brazilië' (ONF Brazilië) om een koolstofneutrale portefeuille van producten op de markt te brengen die gecommercialiseerd worden in Brazilië en de Verenigde Staten. De VCU's werden uitgegeven door Verra, een erkende organisatie in de ontwikkeling en het beheer van programma's met een hoge integriteit en impact voor klimaat- en milieuprojecten, wat het engagement van Solvay onderstreept om geverifieerde en erkende kwaliteitsnormen toe te passen voor de biogene verwijderingsprojecten. Daarvan werden 37 VCU's ingetrokken in 2023 en 351 VCU's in 2024 om de resterende BKG-uitstoot te compenseren van de extractie van grondstoffen en de productie van deze producten. De 1 612 resterende VCU's worden bijgehouden in het Verra-register en zullen in de toekomst ingetrokken worden om de koolstofneutraliteit van deze productportefeuille te behouden. E1-8 Interne koolstofbeprijzing E1-8 Rapportage of de onderneming regelingen voor interne koolstofbeprijzing toepast en, zo ja, hoe deze haar besluitvorming schragen en de uitrol van klimaatbeleid en -doelen stimuleren De onderneming past een regeling voor interne koolstofbeprijzing van €100 / ton CO2-eq. toe op alle investeringsprojecten, ongeacht hun geografische ligging, om negatieve externe effecten en potentiële toekomstige CO2-kosten mee te nemen in de besluitvorming. Deze prijs wordt meegenomen in rentabiliteitsbeoordelingen en investeringsprocedures (CapEx) voor projecten die gedurende hun hele levensduur een invloed hebben op de scope 1- en 2-emissies. Door de koolstofkosten in rekening te nemen, zorgt de onderneming voor afstemming op haar klimaatbeleid en klimaatdoelen en moedigt zij duurzame investeringen aan. De interne koolstofprijs wordt ook gebruikt voor de duurzaamheidsbeoordeling van de portefeuille voor zowel de scope 1- en 2-emissies als de Scope 3-emissies in categorieën 3.1, 3.3, 3.4 en 3.5. Tot slot wordt de interne koolstofprijs ook toegepast voor het Travel Carbon Fund met betrekking tot de scope 3-emissies in categorie 3.6. Meer informatie over prijsaannames en financiële gevolgen is te vinden in sectie 7.2 Toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening. Het aandeel van de bruto scope 1-, 2- en 3-broeikasgasemissies dat onder de regeling voor interne koolstofbeprijzing valt, wordt hieronder weergegeven: Regeling voor interne koolstofbeprijzing ton CO2-eq. Percentage van de bruto scope 1-broeikasgasemissies onder de regeling 100% 6 791 000 Percentage van de bruto scope 2-broeikasgasemissies onder de regeling 100% 668 000 Percentage van de bruto scope 3-broeikasgasemissies onder de regeling 42% 6 829 000 6.2.2.EU Taxonomie rapportage De EU Taxonomie (Verordening (EU) 2020/852) is een classificatiesysteem waarmee een afgebakende lijst van ecologisch duurzame economische activiteiten wordt opgesteld. De taxonomie moet voor de EU een belangrijk hulpmiddel worden om de duurzame investeringen op te drijven en de Europese Green Deal uit te voeren. De EU Taxonomie verschaft ondernemingen, investeerders en beleidsmakers passende definities op grond waarvan economische activiteiten als ecologisch duurzaam kunnen worden beschouwd. Om in aanmerking te komen voor de taxonomie, moet een economische activiteit voldoen aan de beschrijving van de activiteit in de Gedelegeerde Verordeningen (EU) 2023/2485 en (EU) 2023/2486. Daardoor valt slechts een beperkt aantal activiteiten van Solvay onder de EU Taxonomie. Om op de taxonomie afgestemd te zijn, moet een economische activiteit om te beginnen in aanmerking komen, zoals hierboven beschreven, en daarnaast ook aan de volgende criteria voldoen: hde economische activiteit moet een substantiële bijdrage leveren aan een of meer van de voor die activiteit relevante klimaat- en milieudoelstellingen; hde activiteit mag geen ernstige afbreuk doen aan de overige doelstellingen; hde activiteit moet voldoen aan de sociale minimumwaarborgen op basis van de richtlijnen van de OESO en de VN. Grondslag voor het opstellen van de rapportage volgens de EU Taxonomie We gebruiken onze Sustainable Portfolio Management-tool om de omzet te bepalen van alle combinaties van producten en toepassingen die beantwoorden aan de beschrijving van activiteiten die voor de EU Taxonomie in aanmerking komen of erop afgestemd zijn. Voor de selectie van te rapporteren economische activiteiten hanteren we een cumulatieve minimumdrempel van 1 miljoen euro omzet per economische activiteit. We controleren of elk product en elke activiteit goed beantwoordt aan de beschrijving uit de EU Taxonomie. Voor niet-productieactiviteiten en activiteiten waaraan geen omzet verbonden is hebben we datacontroles uitgevoerd met de teams die toezien op de industriële activiteiten en de financiële verslaglegging om de volledigheid van de rapportage te garanderen. De volgende in aanmerking komende economische activiteiten voor 2024 hebben betrekking op hun bijdrage aan klimaatmitigatie. hIn aanmerking komende economische activiteiten waaraan omzet verbonden is —activiteit 3.3 fabricage van koolstofarme technologieën voor vervoer —activiteit 3.4 fabricage van batterijen —activiteit 3.12 productie van soda —activiteit 3.17 vervaardiging van kunststoffen in primaire vorm —activiteit 4.20 warmte-/koudekrachtkoppeling uit bio-energie —activiteit 4.30 hoogrenderende warmte-/koudekrachtkoppeling uit fossiele gasvormige brandstoffen hIn aanmerking komende economische activiteiten waaraan geen omzet verbonden is —activiteit 6.2 goederenvervoer per spoor —activiteit 6.3 personenvervoer in steden, voorsteden en over de weg De rapportageperimeter voor de cijfers met betrekking tot de EU Taxonomie komt overeen met de boekhoudkundig geconsolideerde groep van Solvay en de financiële data zijn afkomstig uit ons financieel datasysteem. Solvay vermijdt dubbeltelling van zijn economische activiteiten door erop toe te zien dat omzet, kapitaalinvesteringen en operationele uitgaven slechts eenmaal worden toegewezen aan de activiteiten met het oog op de taxonomie en alleen aan klimaatmitigatie als milieudoelstelling. De in de EU Taxonomie omschreven omzetindicator komt overeen met de omzet zoals gerapporteerd in de geconsolideerde winst-en-verliesrekening van Solvay en in toelichting F1 bij de jaarrekening, 'Omzet en informatie per segment'. De noemer van de in de EU Taxonomie omschreven indicator van de kapitaalinvesteringen komt overeen met de kapitaalinvesteringen uit voortgezette bedrijfsactiviteiten, die verwervingen van materiële vaste activa, verwervingen van immateriële activa en verwervingen van met een gebruiksrecht overeenstemmende activa omvatten. Deze elementen worden besproken in de jaarrekening van Solvay in toelichting F1: 'Omzet en informatie per segment', toelichting F16: 'Kasstromen uit investeringsactiviteiten - verwerving/vervreemding van activa en deelnemingen', toelichting F20: 'Materiële vaste activa' en toelichting F21: 'Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa en leaseverplichtingen'. Voor de rapportage van de kapitaalinvesteringen in economische activiteiten waaraan geen omzet verbonden is, rapporteert Solvay alleen bedragen hoger dan €5 miljoen. De noemer van de in de EU Taxonomie omschreven indicator van de operationele uitgaven is gelijk aan de directe niet-gekapitaliseerde kosten die verband houden met onderzoek en ontwikkeling, renovatie van gebouwen, kortetermijnleasing, onderhoud en reparatie, en alle andere directe uitgaven die verband houden met het dagelijkse gebruik van activa. De definitie van de noemer van de indicator van de operationele uitgaven in de EU Taxonomie verschilt van de definitie van operationele uitgaven in de IFRS. Solvay heeft de definitie van de EU Taxonomie naar beste begrip toegepast. Voor de rapportage van de operationele uitgaven voor economische activiteiten waaraan geen omzet verbonden is, rapporteert Solvay bedragen hoger dan 2% van de operationele uitgaven van de groep. Solvay is intern georganiseerd volgens de volgende te rapporteren segmenten: Basic Chemicals (de divisies Soda Ash & Derivatives en Peroxides), Performance Chemicals (de divisies Silica, Coatis en Special Chem) en Corporate. Solvay beschikt niet over een systeem waarmee de indicatoren van de kapitaalinvesteringen en operationele uitgaven in verband met de in aanmerking komende economische activiteiten, zoals gedefinieerd in de EU Taxonomie, rechtstreeks kunnen worden gemonitord. Het aandeel van de kapitaalinvesteringen (respectievelijk operationele uitgaven) voor sommige in aanmerking komende economische activiteiten is geschat. Voor alle productieactiviteiten zijn de indicatoren berekend als de kapitaalinvesteringen (respectievelijk de operationele uitgaven) van de overeenkomstige Global Business Unit naar rato van het verkochte volume in deze economische activiteit in verhouding tot het totale verkochte volume van die GBU. Gezien de huidige organisatie van onze te rapporteren segmenten en de beperking als gevolg van de overeenkomstige opzet van onze informatiesystemen, worden de indicatoren van de kapitaalinvesteringen en operationele uitgaven zoals omschreven in de EU Taxonomie voor de activiteiten 4.20 warmte-/koudekrachtkoppeling uit bio-energie en 4.30 hoogrenderende warmte-/koudekrachtkoppeling uit fossiele gasvormige brandstoffen niet apart gerapporteerd, maar zijn zij geïntegreerd in de andere wel in aanmerking komende, maar niet in afstemming met de taxonomie, activiteiten naar rato van de in aanmerking komende verkoopvolumes. De met een gebruiksrecht overeenstemmende activa die verband houden met de in aanmerking komende activiteiten '6.2 goederenvervoer per spoor' en '6.3 personenvervoer in steden, voorsteden en over de weg' zijn opgenomen in de indicatoren van de kapitaalinvesteringen. Resultaten van de voor de taxonomie in aanmerking komende en op de taxonomie afgestemde economische activiteiten van Solvay in 2024 Indicator voor de EU Taxonomie Totaal (€ mln.) Aandeel van voor de taxonomie in aanmerking komende economische activiteiten (%) Aandeel van niet voor de taxonomie in aanmerking komende economische activiteiten (%) Aandeel van op de taxonomie afgestemde economische activiteiten (%) Aandeel van niet op de taxonomie afgestemde economische activiteiten (%) Omzetindicator volgens de definitie van de EU Taxonomie 5 130 33% 67% 0% 100% Noemer van de kapitaalinvesteringen volgens de definitie van de EU Taxonomie 349 45% 55% 0% 100% Noemer van de operationele uitgaven volgens de definitie van de EU Taxonomie 317 53% 47% 0% 100% Zie de tabellen op de volgende pagina's voor een gedetailleerdere rapportage. Omzet (zoals gedefinieerd in de EU Taxonomie): De productie van natriumcarbonaat levert de grootste bijdrage aan de in aanmerking komende omzet van Solvay. De gerapporteerde cijfers hebben betrekking op onze divisie Soda Ash & Derivatives, die 'monotechnologische' activiteiten omvat. Zoals Verordening (EU) 2020/852 voorschrijft, rapporteren we de cijfers van de productie van dinatriumcarbonaat (soda, natriumcarbonaat, dinatriumzout van koolzuur) exclusief de productie van natriumbicarbonaat. We rapporteren in 2024 geen op de taxonomie afgestemde activiteit voor onze natriumcarbonaatactiviteiten omdat we nog niet in staat zijn om te documenteren dat aan de technische criteria, de minimumwaarborgen en het beginsel 'geen ernstige afbreuk doen aan' is voldaan, aangezien de huidige tekst van de Taxonomieverordening van de EU en de bijbehorende gedelegeerde verordeningen enige ambiguïteit vertoont. De omzet die wordt gegenereerd uit de vervaardiging van kunststoffen in primaire vorm bestaat uit de slimme, functionele en duurzame garens en polymeren van Coatis. In het kader van zijn activiteiten produceert Solvay stoom en elektriciteit, hoofdzakelijk voor eigen gebruik. Solvay rapporteert enige omzet uit de niet-kernactiviteit verkoop van nutsvoorzieningen aan derden (zie Toelichting F3 'Omzet andere dan van kernactiviteiten' in de jaarrekening). Energieproductie voor derden is voornamelijk warmteproductie voor derden en coproductie van elektriciteit door hoogrenderende warmte-/koudekrachtkoppeling uit fossiele gasvormige brandstoffen die Solvay voor eigen gebruik uitbaat, maar die soms deel uitmaken van grotere geïntegreerde industriële platformen. De verkoop van energie aan derden wordt gerapporteerd onder de economische activiteiten 4.30 'hoogrenderende warmte-/koudekrachtkoppeling uit fossiele gasvormige brandstoffen' en 4.20 'warmte-/koudekrachtkoppeling uit bio-energie'. We hebben het STAR Factory-programma van Solvay geïntroduceerd, dat tot doel heeft het duurzaamheidsprogramma 'For Generations' volledig uit te rollen op vestigingsniveau. STAR Factory is nu in bijna al onze fabrieken uitgerold. Wij geloven dat het geleidelijk de vereiste data zal opleveren om ons in staat te stellen sommige van onze activiteiten als op de taxonomie afgestemd te kwalificeren. Indicatoren van de kapitaalinvesteringen (zoals gedefinieerd in de EU Taxonomie): De productie van natriumcarbonaat levert de grootste bijdrage aan de voor de taxonomie in aanmerking komende kapitaalinvesteringen van Solvay (€120 mln.). De investeringen in energieactiva voor het stappenplan om de natriumcarbonaatactiviteiten koolstofarm te maken, zijn gedeeltelijk in dat cijfer opgenomen. De overige kapitaalinvesteringen van voor de taxonomie in aanmerking komende activiteiten komen overeen met het leasen van vervoermiddelen, voornamelijk treinwagons om onze producten te vervoeren en bedrijfswagens. Indicatoren van de operationele uitgaven (zoals gedefinieerd in de EU Taxonomie): De productie van natriumcarbonaat levert de grootste bijdrage aan de voor de taxonomie in aanmerking komende operationele uitgaven van Solvay (€168 mln. van de totale noemer van de indicator van de operationele uitgaven van €317 mln.). De Groep werkt er hard aan om ons aandeel economische activiteiten dat in aanmerking komt voor of afgestemd is op de EU Taxonomie voortdurend te verbeteren. Het is onze overtuiging dat STAR Factory en andere belangrijke programma's ons de komende jaren daarbij zullen helpen. Formulier 1 voor de economische activiteiten van bepaalde energiesectoren – activiteiten in verband met kernenergie en fossiel gas Rij Activiteiten in verband met kernenergie 1. De onderneming verricht, financiert of heeft blootstellingen aan onderzoek, ontwikkeling, demonstratie en uitrol van innovatieve installaties voor elektriciteitsopwekking die energie produceren uit nucleaire processen met een minimum aan afval van de splijtstofcyclus. NEE 2. De onderneming verricht, financiert of heeft blootstellingen aan de bouw en veilige exploitatie van nieuwe nucleaire installaties voor de productie van elektriciteit of proceswarmte, voor onder meer stadsverwarming of industriële processen zoals de productie van waterstof, alsook verbetering van de veiligheid daarvan, met gebruikmaking van de beste beschikbare technologieën. NEE 3. De onderneming verricht, financiert of heeft blootstellingen aan de veilige exploitatie van bestaande nucleaire installaties die elektriciteit of proceswarmte produceren, voor onder meer stadsverwarming of industriële processen zoals de productie van waterstof uit kernenergie, alsook verbetering van de veiligheid daarvan. NEE Activiteiten in verband met fossiel gas 4. De onderneming verricht, financiert of heeft blootstellingen aan de bouw of exploitatie van installaties voor elektriciteitsopwekking die elektriciteit produceren uit fossiele gasvormige brandstoffen. NEE 5. De onderneming verricht, financiert of heeft blootstellingen aan de bouw, renovatie en exploitatie van installaties voor warmte-/koudekrachtkoppeling met behulp van fossiele gasvormige brandstoffen. JA 6. De onderneming verricht, financiert of heeft blootstellingen aan de bouw, renovatie en exploitatie van installaties voor warmteopwekking die warmte/koude produceren met behulp van fossiele gasvormige brandstoffen. NEE Solvay publiceert de tabellen niet volgens template 4 (voor de taxonomie in aanmerking komende, maar niet op de taxonomie afgestemde economische activiteiten) aangezien Solvay niet in staat is om de informatie tot op dat detailniveau uit te splitsen als gevolg van de organisatie van zijn te rapporteren segmenten en de overeenkomstige structuur van zijn financiële datasystemen. Indicatoren voor de EU Taxonomie: omzet 2024 2024 Criteria voor substantiële bijdrage Criteria 'geen ernstige afbreuk doen' Economische activiteiten Code Omzet Aandeel van omzet Klimaatmitigatie Klimaatadaptatie Water en mariene hulpbronnen Circulaire economie Verontreiniging Biodiversiteit en ecosystemen Klimaatmitigatie Klimaatadaptatie Water en mariene hulpbronnen Circulaire economie Verontreiniging Biodiversiteit en ecosystemen Minimumwaarborgen Categorie: faciliterende activiteiten Categorie: transitieactiviteiten €1 000 In % Ja; Nee; N.I.A. Ja; Nee; N.I.A. Ja; Nee; N.I.A. Ja; Nee; N.I.A. Ja; Nee; N.I.A. Ja; Nee; N.I.A. J/N J/N J/N J/N J/N J/N J/N F T A. Voor de taxonomie in aanmerking komende activiteiten A.1 Ecologisch duurzame activiteiten (afgestemd op de taxonomie) Omzet uit ecologisch duurzame activiteiten (afgestemd op de taxonomie) (A.1) 0 0% 0% 0% 0% 0% 0% 0% waarvan Faciliterend 0% F waarvan Transitie 0% T A.2 Voor de taxonomie in aanmerking komende, maar niet ecologisch duurzame activiteiten (niet afgestemd op de taxonomie) Fabricage van koolstofarme technologieën voor vervoer CCM 3.3 22 920 0% I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. F Fabricage van batterijen CCM 3.4 15 270 0% I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. F Productie van soda CCM 3.12 1 349 460 26% I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. T Vervaardiging van kunststoffen in primaire vorm CCM 3.17 68 000 1% I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. T Warmte-/koudekrachtkoppeling uit bio-energie CCM 4.20 2 174 0% I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. Hoogrenderende warmte-/koudekrachtkoppeling uit fossiele gasvormige brandstoffen CCM 4.30 223 114 4% I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. T Omzet uit voor de taxonomie in aanmerking komende, maar niet ecologisch duurzame activiteiten (niet afgestemd op de taxonomie) (A.2) 1 680 938 33% 33% 0% 0% 0% 0% 0% A. Omzet uit voor de taxonomie in aanmerking komende activiteiten (A.1 + A.2) 1 680 938 33% 33% 0% 0% 0% 0% 0% B. Niet voor de taxonomie in aanmerking komende activiteiten Omzet uit niet voor de taxonomie in aanmerking komende activiteiten 3 448 836 67% Totaal – Noemer omzet (A.+ B.) 5 129 774 100% I.A. = in aanmerking komend N.I.A. = niet in aanmerking komend Indicatoren voor de EU Taxonomie: kapitaalinvesteringen 2024 (CapEx) 2024 Criteria voor substantiële bijdrage Criteria 'geen ernstige afbreuk doen' Economische activiteiten Code Kapitaalinvesteringen Aandeel in kapitaalinvesteringen Klimaatmitigatie Klimaatadaptatie Water en mariene hulpbronnen Circulaire economie Verontreiniging Biodiversiteit en ecosystemen Klimaatmitigatie Klimaatadaptatie Water en mariene hulpbronnen Circulaire economie Verontreiniging Biodiversiteit en ecosystemen Minimumwaarborgen Categorie: faciliterende activiteiten Categorie: transitieactiviteiten €1 000 In % Ja; Nee; N.I.A. Ja; Nee; N.I.A. Ja; Nee; N.I.A. Ja; Nee; N.I.A. Ja; Nee; N.I.A. Ja; Nee; N.I.A. J/N J/N J/N J/N J/N J/N J/N F T A. Voor de taxonomie in aanmerking komende activiteiten A.1 Ecologisch duurzame activiteiten (afgestemd op de taxonomie) Kapitaalinvesteringen voor ecologisch duurzame activiteiten (afgestemd op de taxonomie) (A.1) 0 0% 0% 0% 0% 0% 0% 0% waarvan Faciliterend 0% F waarvan Transitie 0% T A.2 Voor de taxonomie in aanmerking komende, maar niet ecologisch duurzame activiteiten (niet afgestemd op de taxonomie) Productie van soda CCM 3.12 120 283 34% I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. T Goederenvervoer per spoor CCM 6.2 30 995 9% I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. Personenvervoer in steden, voorsteden en over de weg CCM 6.3 5 036 1% I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. Kapitaalinvesteringen voor voor de taxonomie in aanmerking komende, maar niet ecologisch duurzame activiteiten (niet afgestemd op de taxonomie) (A.2) 156 314 45% 45% 0% 0% 0% 0% 0% A. Kapitaalinvesteringen voor voor de taxonomie in aanmerking komende activiteiten (A.1 + A.2) 156 314 45% 45% 0% 0% 0% 0% 0% B. Niet voor de taxonomie in aanmerking komende activiteiten Kapitaalinvesteringen voor niet voor de taxonomie in aanmerking komende activiteiten 192 455 55% Totaal – Noemer kapitaalinvesteringen (A.+ B.) 348 769 100% I.A. = in aanmerking komend N.I.A. = niet in aanmerking komend Indicatoren voor de EU Taxonomie: Operationele uitgaven 2024 (OpEx) 2024 Criteria voor substantiële bijdrage Criteria 'geen ernstige afbreuk doen' Economische activiteiten Code Operationele uitgaven Aandeel in operationele uitgaven Klimaatmitigatie Klimaatadaptatie Water en mariene hulpbronnen Circulaire economie Verontreiniging Biodiversiteit en ecosystemen Klimaatmitigatie Klimaatadaptatie Water en mariene hulpbronnen Circulaire economie Verontreiniging Biodiversiteit en ecosystemen Minimumwaarborgen Categorie: faciliterende activiteiten Categorie: transitieactiviteiten €1 000 In % Ja; Nee; N.I.A. Ja; Nee; N.I.A. Ja; Nee; N.I.A. Ja; Nee; N.I.A. Ja; Nee; N.I.A. Ja; Nee; N.I.A. J/N J/N J/N J/N J/N J/N J/N F T A. Voor de taxonomie in aanmerking komende activiteiten A.1 Ecologisch duurzame activiteiten (afgestemd op de taxonomie) Operationele uitgaven voor ecologisch duurzame activiteiten (afgestemd op de taxonomie) (A.1) 0 0% 0% 0% 0% 0% 0% 0% waarvan Faciliterend 0% waarvan Transitie 0% A.2 Voor de taxonomie in aanmerking komende, maar niet ecologisch duurzame activiteiten (niet afgestemd op de taxonomie) Productie van soda CCM 3.12 168 228 53% I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. N.I.A. T Operationele uitgaven voor voor de taxonomie in aanmerking komende, maar niet ecologisch duurzame activiteiten (niet afgestemd op de taxonomie) (A.2) 168 228 53% 53% 0% 0% 0% 0% 0% A. Operationele uitgaven voor voor de taxonomie in aanmerking komende activiteiten (A.1 + A.2) 168 228 53% 53% 0% 0% 0% 0% 0% B. Niet voor de taxonomie in aanmerking komende activiteiten Operationele uitgaven voor niet voor de taxonomie in aanmerking komende activiteiten 148 651 47% Totaal – Noemer operationele uitgaven (A.+ B.) 316 879 100% I.A. = in aanmerking komend N.I.A. = niet in aanmerking komend 6.2.3.Verontreiniging E2-IRO-1 Impacts, risico’s en kansen op het gebied van verontreiniging Zie ESRS 2 IRO-1 Beschrijving van het proces om impacts, risico’s en kansen in kaart te brengen en om te beoordelen welke daarvan materieel zijn. Financiële materialiteit: Thema Subthema Sub-subthema Soort impact / risico / kans Daadwerkelijk / Potentieel Beschrijving impact / risico / kans Regio Waardeketen Tijdshorizon Verontreiniging Luchtverontreiniging N.v.t. Risico Potentieel Een grotere gevoeligheid voor de uitstoot van vervuilende stoffen in de lucht leidt tot meer aanpassingsmaatregelen in onze activiteiten en bijbehorende kosten. WW Eigen activiteiten Middellange termijn Verontreiniging Waterverontreiniging N.v.t. Risico Potentieel Een grotere gevoeligheid voor de uitstoot van vervuilende stoffen in water leidt tot meer aanpassingsmaatregelen in onze activiteiten en bijbehorende kosten. WW Eigen activiteiten Middellange termijn Verontreiniging Bodemverontreiniging N.v.t. Risico Daadwerkelijk Kosten en voorzieningen voor de sanering van historische verontreiniging evolueren onder invloed van de veranderende levenscyclus van activa en wijzigingen in de regelgeving. WW Eigen activiteiten Korte termijn Verontreiniging Zorgwekkende stoffen N.v.t. Risico Potentieel Toekomstige verwachtingen ten aanzien van zorgwekkende stoffen kunnen gevolgen hebben voor exploitatievergunningen, waardoor investeringen nodig zijn of vestigingen moeten worden gesloten. WW Eigen activiteiten Middellange termijn Verontreiniging Zeer zorgwekkende stoffen N.v.t. Risico Potentieel Actualisering / wijziging van de gevarenclassificatie van stoffen in producten en emissies tot zeer zorgwekkende stoffen. WW Eigen activiteiten Middellange termijn Impact-materialiteit: Thema Subthema Sub-subthema Soort impact / risico / kans Daadwerkelijk / Potentieel Beschrijving impact / risico / kans Regio Waardeketen Tijdshorizon Verontreiniging Luchtverontreiniging N.v.t. Negatieve impact Potentieel Impact op mens en milieu bij de emissie van verontreinigende stoffen in de lucht. WW Eigen activiteiten Korte termijn Verontreiniging Waterverontreiniging N.v.t. Negatieve impact Potentieel Impact op mens en milieu bij de emissie van verontreinigende stoffen in water. WW Eigen activiteiten Korte termijn Verontreiniging Zeer zorgwekkende stoffen N.v.t. Negatieve impact Potentieel Negatieve impact op het milieu en de menselijke gezondheid door het gebruik en de productie van zeer zorgwekkende stoffen. WW Eigen activiteiten Korte termijn E2-1 Beleid ten aanzien van verontreiniging Zie het overzicht van beleid in tabel ESRS 2 – MDR-P (Responsible Care-beleid). Het beleid in verband met verontreiniging maakt deel uit van het Beleid van Solvay voor milieubeheer, waarin de Groep zich ertoe verbindt zijn impact op het milieu te verkleinen. Een overzicht van het Beleid voor milieubeheer is te vinden in de tabel in sectie MDR-P. Tijdens het productieproces geven we voorrang aan schonere benaderingen, implementeren we technologieën die verontreiniging tegengaan en streven we ernaar de emissies te verminderen. We focussen op het identificeren van zeer zorgwekkende stoffen en proberen die te vervangen door veiligere gelijkwaardige alternatieven. Werknemers krijgen opleiding over technieken om verontreiniging tegen te gaan en over de juiste omgang met gevaarlijke stoffen. Ons beleid omvat ook een uitgebreid emergency response-programma waarin de menselijke gezondheid, bescherming van het milieu en de veiligheid van de gemeenschap prioriteit hebben. Toepassingsgebied van het beleid Dit beleid is universeel van toepassing op alle ondernemingen van de Solvay-groep onder operationele zeggenschap en heeft betrekking op actieve vestigingen in alle regio's. Het beheer van gesloten vestigingen, waarover afzonderlijk wordt gerapporteerd door het saneringsteam van de afdeling HSER, behoort niet tot het toepassingsgebied van dit beleid. Overleg met stakeholders De betrokken stakeholders van Solvay werden niet rechtstreeks geraadpleegd bij het opstellen van dit beleid, maar hun belangen en opvattingen werden wel in aanmerking genomen in de dubbele materialiteitsanalyse en de uitwerking van de overeenkomstige impacts, risico's en kansen. Emissies naar lucht, water en bodem De vestigingen van Solvay beheren de emissies naar lucht en water door middel van omvattende systemen voor gezondheids-, veiligheids- en milieubeheer die voldoen aan de wettelijke voorschriften. Elke vestiging rapporteert regelmatig over de stoffen die zij in overeenstemming met haar exploitatievergunning mag uitstoten. We werken actief samen met lokale stakeholders om de lucht- en waterkwaliteit op zowel lokaal als regionaal niveau te verbeteren. Solvay leeft de richtlijn inzake industriële emissies na om materiële emissies in kaart te brengen en de meest ecologisch doeltreffende en economisch haalbare methodes te evalueren om die emissies te voorkomen en te beheersen, volgens de richtlijnen van de Beste Beschikbare Technieken (BBT). Doeltreffende technologieën en praktijken invoeren om verontreiniging te controleren, helpt om de emissies van verontreinigende stoffen in het milieu tot een minimum te beperken. Daarnaast is strenge procedures ontwikkelen en handhaven voor de omgang met en verwijdering van gevaarlijke stoffen van vitaal belang om verontreinigingsincidenten te voorkomen. Regelmatige controle van de lucht-, water- en bodemkwaliteit is noodzakelijk om verontreinigingshaarden en gebieden die sanering vereisen te identificeren. Ook een robuust rampenbestrijdingsprogramma in stand houden, in de eerste plaats gericht op veiligheid, is van cruciaal belang om eventuele incidenten of ongelukken doeltreffend aan te pakken, waarbij de bescherming van de volksgezondheid, het milieu en de omliggende gemeenschappen prioriteit heeft. Om een cultuur van milieuverantwoordelijkheid tot stand te brengen, geven we medewerkers in productievestigingen en op groepsniveau opleiding over technieken en beste praktijken om verontreiniging te voorkomen. Op de markt gebrachte producten Zie het overzicht van beleid in tabel ESRS 2 – MDR-P (Veiligheid en Gezondheid). We zorgen ervoor dat de producten van Solvay veilig zijn tijdens hun hele levenscyclus, wat ook inhoudt dat we zorgen voor een veilige levering van ingekochte producten en veilig transport van afgewerkte producten. We voldoen aan en overtreffen de voorschriften van de CSRD met een eigen referentielijst van zeer zorgwekkende stoffen (SVHC) die we sinds 2015 bijhouden onder de naam 'Solvay – Substances Risk Monitoring (S-SRM)' (voorheen 'Solvay - Substance of Very High Concern (S-SVHC)'). Deze lijst wordt elk jaar bijgewerkt en bevat twee grote categorieën: hDe zogeheten 'zwarte lijst' bevat alle stoffen die zich al in een wettelijk proces van geleidelijke uitfasering bevinden, met een al vastgestelde deadline in minstens één land of regio ergens ter wereld, of aan voor Solvay relevante gebruiksbeperkingen zijn onderworpen. hDe zogeheten 'rode lijst' bevat alle stoffen waarvoor op middellange termijn mogelijk bijzondere toelatingen of beperkingen van kracht kunnen worden. De S-SRM-methodologie maakt deel uit van het wereldwijde beleid voor veiligheid en gezondheid. Zij stelt Solvay in staat het potentiële risico onder controle te houden dat de gevarenclassificatie van stoffen in producten wordt aangepast, vooral voordat ze zeer zorgwekkende stoffen (Substances of Very High Concern – SVHC) worden. Dankzij S-SRM kan Solvay ook anticiperen op toekomstige reglementaire verwachtingen ten aanzien van zorgwekkende stoffen. In het kader van onze ambitie streven we er altijd naar om meer te doen dan louter alle relevante regionale en nationale regelgeving voor chemische stoffen na te leven, zoals REACH (Registration, Evaluation, Authorization, and Restriction of Chemical Substances) of met REACH vergelijkbare regelgevende kaders over de hele wereld. Onze ambitie is om waar mogelijk de aanwezigheid van SVHC en SoC in al onze op de markt gebrachte producten in de waardeketen voortdurend te verlagen. Solvay spitst zich toe op de SVHC uit bijlage XIV bij de Europese REACH-verordening en de kandidatenlijst, en monitort tegelijk S-SRM-stoffen in op de markt gebrachte producten met het oog op veiligere alternatieven. E2-2 Maatregelen en middelen wat betreft verontreiniging We doen er alles aan om onze impact op het milieu voortdurend te verkleinen door strategieën te implementeren die verontreiniging voorkomen en bestaande verontreiniging inperken. De belangrijkste maatregelen van Solvay werden geïntroduceerd samen met het programma STAR Factory in 2022, toen we een strategische benadering van de emissies naar het milieu hebben ingevoerd. De maatregelen lopen momenteel en Solvay streeft ernaar alle maatregelen te hebben voltooid tegen 2030. Toewijzing van middelen Wat de toewijzing van middelen en monitoring van de maatregelen in verband met verontreiniging betreft, biedt het programma STAR Factory een framework om op een efficiënte manier verbeteringen door te voeren in alle vestigingen van Solvay en de middelen daarvoor te prioriteren. De VGM-verantwoordelijke van de vestiging en de STAR Factory-verantwoordelijke zijn de belangrijkste aanspreekpunten voor milieuthema's en middelen worden ad hoc toegewezen in samenwerking met de afdeling HSER en de Sustainable Development Champions van de GBU. Deze acties resulteren in Capex en Opex als het gaat om lopende activiteiten. Waar Solvay een saneringsverplichting heeft, werden voorzieningen aangelegd op basis van toekomstige saneringskosten (zie toelichting F31 en F36). Opvolging van maatregelen Er is een op groepsniveau beheerde digitale tool voor portefeuillebeheer uitgerold om de voortgang en impact van STAR Factory-initiatieven te monitoren in alle dimensies, met Duurzaamheid als een van de belangrijkste pijlers. Hierna volgen enkele van de belangrijkste maatregelen. Emissies naar water en lucht Implementatie van technologieën om te controleren op verontreiniging om de emissies van verontreinigende stoffen naar het milieu tot een minimum te beperken. Investeringen in schonere productiemethodes en technologieën om verontreiniging bij de bron te verminderen. Deze maatregelen worden regelmatig opgevolgd op vestigings-, GBU- en groepsniveau en sturen onze voortdurende inspanningen om de milieu-impact van Solvay tot een minimum te beperken. Voor bodemverontreiniging worden risicobeoordelingen uitgevoerd door de industriële vestigingen en de afdeling op groepsniveau en worden maatregelen genomen om verontreiniging te voorkomen. Emissies naar water: metalen en afgeleide verbindingen Sporen van metalen in kalksteenresidu's van de natriumcarbonaatactiviteiten van Solvay zullen worden aangepakt door het nieuwe e.Solvay-procedé, dat verschillende milieuvoordelen zal opleveren. Deze nieuwe technologie, het resultaat van meer dan 30 jaar ontwikkeling, werd in 2014 gepatenteerd en heeft als doel de impact op het milieu te verkleinen door het kalksteenverbruik met 30% te verminderen en kalksteenresidu's te elimineren, waardoor er minder metalen in het water terechtkomen. Meer informatie over deze nieuwe technologie. Emissies naar water: chloriden Chloriden worden samen met natriumcarbonaat geproduceerd, in een verhouding van bijna 1 ton chloride voor 1 ton natriumcarbonaat geproduceerd door onze Europese fabrieken. Hoewel er een commerciële markt is voor bepaalde hoeveelheden chloriden, kan de vraag niet het grootste deel van onze volumes absorberen die bijgevolg in het water worden geloosd. Chloriden zijn onschadelijk voor de gezondheid, maar kunnen leiden tot versnelde corrosie van industriële installaties of vereisen een ontziltingsprocedure voor de productie van drinkwater. Meer dan 2/3 van onze coproductie van chloriden wordt in de zee of de oceaan geloosd met een beperkte impact op het zoutgehalte van het water dat van nature hoog is. Minder dan 1/3 van onze coproductie van chloriden wordt geloosd in rivieren met enige invloed op het zoutgehalte van het water. Dit is bijvoorbeeld het geval in Dombasle (Frankrijk). Daar zijn we in januari 2022 een project gestart in samenwerking met lokale stakeholders om het chloridegehalte in de Moezel en de Meurthe te verlagen. Chloride is afkomstig van natuurlijke bronnen en industriële lozingen, waaronder die van Solvay. De werkzaamheden in 2023 en 2024 hebben tot enkele bemoedigende eerste resultaten geleid, waarop moet worden voortgebouwd. Een multifunctioneel team heeft technische concepten ontwikkeld en eerste onderzoeken uitgevoerd. Onder de geselecteerde technologieën was de mogelijke scheiding en terugwinning van zout (natriumchloride) uit industriële activiteiten met behulp van nanofiltratie. Laboratoriumtests bij de Universitat Politècnica de Catalunya (UPC) en proefprojecten bij CETAQUA toonden een reductie van 15% aan in chloridelozingen, en simulaties voorspellen een potentiële reductie van meer dan 20%. Emissies naar lucht: NMVOS (niet-methaan vluchtige organische stoffen) In Green River voeren we een baanbrekende technologie in om de uitstoot te verminderen die ontstaat bij de ontginning van trona. Met die innovatie implementeert Solvay als eerste onderneming regeneratieve thermische oxidatietechnologie om de emissies in een tronamijn te verminderen. De technologie werd geïntroduceerd in 2024 en zal samen met het uitfaseringsplan voor steenkool ook de NMVOS-emissies deels terugdringen. De vestiging in Paulínia is gestart met het LDAR-programma (Leak Detection and Repair) om lekken op te sporen en te dichten volgens de instructies van het Amerikaanse EPA om onopgemerkte NMVOS-emissies aan te pakken. Sinds de invoering hebben vier eenheden aan het programma deelgenomen en zijn de jaarlijkse NMVOS-emissies van drie eenheden met minimaal 50% afgenomen. Het doel is om het programma in 2026 af te ronden. We verbinden ons ertoe het toezicht op de emissies naar lucht te verbeteren door de beste beschikbare technieken te implementeren in prioritaire vestigingen zoals Bad Wimpfen, La Rochelle, Garbsen en alle vestigingen van de GBU Peroxides. Emissies naar lucht: SOx (zwaveloxiden) Solvay blinkt uit in rookgasbehandeling met behulp van onze innovatieve SOLVAir®-oplossingen voor een efficiënte reiniging van uitlaatgassen. Wij richten ons op het verbeteren van de industriële, zakelijke en milieuprestaties van onze klanten. Drie decennia lang heeft ons wereldwijde team gewerkt aan oplossingen op basis van natrium om zure gassen (HCl, SOx, HF) te elimineren uit verschillende sectoren, zoals energiewinning uit afval, industrie, scheepvaart en energieproductie. We hebben SOLVAir®-oplossingen geïnstalleerd in onze vestigingen in Rheinberg (Duitsland), Devnya (Bulgarije) en Torrelavega (Spanje). In Torrelavega vangt SOLVAir® SO2 en fijnstof af. Online casestudie: https://www.solvairsolutions.com/en/case-study-solvay-plant-spain. SoC en SVHC in op de markt gebrachte producten en toeleveringsketen We identificeren SoC- en SVHC-stoffen en voeren risicomonitoringsprocessen uit om onze risicostudies bij te werken. We streven ernaar ze te vervangen door veiligere alternatieven. In de keten gaan we samen met onze leveranciers op zoek naar mogelijkheden om vervuiling te voorkomen, te verminderen en/of te verhelpen. Om verantwoordelijke productzorg over de volledige levensduur te waarborgen onderneemt Solvay acties waarbij continue verbetering centraal staat. Door middel van Product Stewardship Management-systemen stimuleren we het gebruik van de Solvay - Substances Risk monitoring (S-SRMs)(2)-lijst om stoffen waar mogelijk te vervangen, tot onder de vereiste drempelwaarde terug te brengen of de productie helemaal stop te zetten. Onze interne lijst van SVHC, de S-SRM-lijst(1), bevat momenteel ongeveer 3 400 stoffen die geïdentificeerd zijn als 'zwart' en 'rood'. In 2024 werden 26 van deze stoffen aangetroffen in producten van Solvay in concentraties van meer dan 0,1% g/g, goed voor 4,7% van onze wereldwijde omzet. Naast de 26 producten die op de zwarte of rode S-SRM-lijsten staan, is er slechts één stof die op de EU-kandidatenlijst staat: Bisfenol A. Deze stof komt voor op de zwarte en rode Solvay Substances Risk Monitoring (S-SRM) inventaris omdat de analyse wereldwijd gebeurt. Bisfenol A wordt echter niet verkocht of in de handel gebracht in de EU, en de wereldwijde uitfasering van Bisfenol A is effectief vanaf eind 2024. Trifluorazijnzuur (TFA) maakt deel uit van S-SRM. Als gevolg van financiële uitdagingen, wijzigingen in de regelgeving en de wereldwijde concurrentie hebben we in september 2024 een plan aangekondigd om de productie van TFA en gefluoreerde derivaten op de site in Salindres stop te zetten tegen het eerste kwartaal van 2025. Dit plan is in januari 2025 goedgekeurd door de bevoegde overheidsinstantie. De TFA-emissies naar het milieu zijn de afgelopen jaren aanzienlijk verminderd en worden nog steeds gecontroleerd. E2-3 Doelen wat betreft verontreiniging Emissies We verbinden ons ertoe onze emissies tot een minimum te beperken en op verantwoordelijke wijze te beheren. Die verbintenis houdt in dat we aan al onze verplichtingen voldoen en proactief proberen deze te overtreffen door de emissies van stoffen die het milieu kunnen verontreinigen, te verminderen. Die inspanningen worden geschraagd door het hierboven beschreven actieplan. Om de doeltreffendheid van ons beleid en onze maatregelen te beoordelen, monitoren en meten we jaarlijks maatstaven en prestatie-indicatoren met betrekking tot verontreiniging voor zowel lucht als water. Op de markt gebrachte producten We streven ernaar de SVHC en de 'zwarte' en 'rode' stoffen op de Solvay - Substances Risk Monitoring-lijst (S-SRM) die in op de markt gebrachte producten aanwezig zijn in een gehalte van meer dan 0,1%, waar mogelijk uit te faseren. E2-4 Geconsolideerde hoeveelheden van elke verontreinigende stof (lucht-, water- en bodemverontreiniging) De emissiedata in deze rapportage zijn een consolidatie op groepsniveau van waarden van vestigingen die de specifieke drempelwaarden uit bijlage II bij de E-PRTR-verordening overschrijden. Die drempelwaarden zijn vastgelegd voor elke verontreinigende stof en elk milieucompartiment (lucht, water). In overeenstemming met de E-PRTR-voorschriften zijn in de gerapporteerde cijfers alleen emissies opgenomen van vestigingen die de vastgestelde drempelwaarden overschrijden. Andere verontreinigende stoffen van de E-PRTR-lijst liggen onder de drempelwaarden of worden niet gemonitord omdat ze niet relevant zijn voor onze activiteiten. Bij het samenstellen van deze rapportage hebben we gebruikgemaakt van de beste beschikbare informatie. Onze methodes voor het verzamelen en analyseren van data omvatten onder meer: monitoringgegevens, emissiefactoren, massabalansvergelijkingen, indirecte monitoring of andere berekeningen, technische beoordelingen en andere methodes die in overeenstemming zijn met de E-PRTR-verordening en met internationaal goedgekeurde methodologieën, indien deze beschikbaar zijn. Emissies worden gemeten met standaardmethodes (bv. EN of ISO). Wanneer directe meting niet praktisch of haalbaar is, worden berekeningsmethodes (bv. massabalans) of schattingen (bv. emissiefactoren) toegepast. Gegevens over luchtverontreiniging: Verontreinigende stof Emissies naar lucht (kg/j) Ammoniak 3 721 563 Benzeen 68 432 Cadmium en zijn verbindingen (als Cd) 31 Koolmonoxide (CO) 43 578 491 Chloorfluorkoolstoffen (CFK's) 15 Dichloormethaan 3 980 Chloorfluorkoolwaterstoffen (HCFK's) 309 Naftaleen 110 Stikstofoxiden (NOX/NO2) 3 101 161 Fijn stof (PM10) 194 299 Zwaveloxiden (SOX/SO2) 1 788 582 Andere vluchtige organische stoffen dan methaan (NMVOS) 2 161 150 Gegevens over waterverontreiniging: Verontreinigende stof Emissies naar water (kg/j) Benzo(g,h,i)peryleen 1,08 Chloriden (als totaal Cl) Niet opgenomen Dichloormethaan (DCM) 182 Fluoriden (als totaal F) 59 058 Fenolen (als totaal C) 40 Tetrachloormethaan (TCM) 0 Trichloormethaan 0 Totaal stikstof 1 785 321 Totaal fosfor 99 974 Totaal organisch koolstof (TOC) 228 759 Metalen en verbindingen •Arseen en zijn verbindingen (als As) 1 057 •Cadmium en zijn verbindingen (als Cd) 229 •Chroom en zijn verbindingen (als Cr) 5 200 •Koper en zijn verbindingen (als Cu) 5 143 •Lood en zijn verbindingen (als Pb) 14 453 •Kwik en zijn verbindingen (als Hg) 47 •Nikkel en zijn verbindingen (als Ni) 2 881 •Zink en zijn verbindingen (als Zn) 22 598 Chloriden worden door onze Europese fabrieken samen met soda geproduceerd, in een verhouding van ongeveer 1 ton chloride per 1 ton geproduceerde soda. Een openbaarmaking van de hoeveelheden chloride die in het water worden geloosd, zou daarom de hoeveelheid soda die Solvay in 2024 in Europa heeft geproduceerd onthullen. Echter, volgens de paragrafen 385 en 391 van de “European Commission's Guidelines on the applicability of Article 101 of the Treaty of the Functioning of the European Union to Horizontal Co-operation Agreements" (hierna de "Richtlijnen"), wordt informatie over productie en hoeveelheden in niet-geaggregeerde vorm – d.w.z. betrekking hebbend op één enkel product van één enkele producent – als commercieel gevoelig beschouwd als ondernemingen die actief zijn in een werkelijk concurrerende markt geen stimulans zouden hebben om dergelijke informatie aan elkaar te onthullen. Bovendien, volgens paragraaf 387 van genoemde Richtlijnen, kunnen legitieme redenen om aandeelhouders, potentiële investeerders of het grote publiek te informeren niet worden ingeroepen om commercieel gevoelige informatie openbaar te maken. Daarom mag informatie over de hoeveelheden chloride die in het water worden geloosd niet openbaar worden gemaakt. De hierboven vermelde metalen en verbindingen zijn veelal metaalsporen die ingekapseld zitten in de grote hoeveelheden kalksteenresidu's die Solvay loost bij de productie van natriumcarbonaat. Deze metaalsporen zijn afkomstig van de kalksteen die als grondstof wordt gebruikt. Ze zullen worden aangepakt door het nieuwe e.Solvay-procédé. Gegevens over bodemverontreiniging Onder normale bedrijfsomstandigheden veroorzaken de industriële activiteiten van Solvay geen emissies naar de bodem. Eventuele emissies naar de bodem zouden het gevolg zijn van niet-ingeperkte onopzettelijke gebeurtenissen (lekken, lozing van chemicaliën enz.). In 2024 hebben zich geen dergelijke gebeurtenissen voorgedaan, dus zijn er geen emissies naar de bodem te rapporteren. E2-5 Zorgwekkende stoffen en zeer zorgwekkende stoffen Op de markt gebrachte producten Solvay heeft besloten om de drempelwaarde van 0,1% g/g te gebruiken voor SoC, omdat deze vermeld wordt in de REACH-verordening voor zeer zorgwekkende stoffen (SVHC) in de EU. Aandeel van de netto-omzet van 2024 gerealiseerd met Eenheid 2024 Op de markt gebrachte producten die zorgwekkende stoffen (SoC) zijn of bevatten % 5,3 Op de markt gebrachte producten die zeer zorgwekkende stoffen (SVHC) zijn of bevatten % 0,3 Stoffen van de Solvay - Substances Risk Monitoring-lijst (S-SRM) Zie de volgende rubriek voor volledige details van deze entiteitspecifieke rapportage. % 4,7 Hoeveelheid SoC die op de markt worden gebracht als product of als onderdeel van producten per gevarencategorie van SoC-niveaus, zoals gedefinieerd aan het einde van dit hoofdstuk: Gevarencategorie SoC die de vestigingen van Solvay verlaten () Hoeveelheid SoC (ton) Categorie 1 Als op de markt gebrachte producten 8 243 waarvan SVHC () 8 243 Als onderdeel (concentratie >0,1% g/g) van op de markt gebrachte producten 16 waarvan SVHC () 0 Categorie 2 Als op de markt gebrachte producten 112 Als onderdeel (concentratie >0,1% g/g) van op de markt gebrachte producten 1 Categorie 5 Als op de markt gebrachte producten 122 113 Als onderdeel (concentratie >0,1% g/g) van op de markt gebrachte producten 2 634 Categorie 7 Als op de markt gebrachte producten 4 811 Als onderdeel (concentratie >0,1% g/g) van op de markt gebrachte producten 251 ()Referentieperiode voor de analyse: 1 januari 2024 - 31 december 2024. ()Categorie 1 als op de markt gebrachte producten: 8 242,9 ton stoffen zoals bedoeld in artikel 59, lid 10, van de REACH-verordening (kandidatenlijst) en 0,0 ton stoffen zoals bedoeld in artikel 57 en bijlage XIV van de REACH-verordening (autorisatielijst). ()Categorie 1 als onderdeel van op de markt gebrachte producten: 0,0 ton stoffen zoals bedoeld in artikel 59, lid 10, van de REACH-verordening (kandidatenlijst) en in artikel 57 en bijlage XIV van de REACH-verordening (autorisatielijst). Er zijn geen hoeveelheden SoC die de vestigingen van Solvay verlaten als product of als onderdeel van een product in de gevarencategorieën 3, 4 en 6. Solvay - Substances Risk Monitoring (S-SRM) – Entiteitspecifieke rapportage De 'zwarte lijst' en 'rode lijst' bevatten vandaag ongeveer 3 400 stoffen. In 2024 waren 26 van deze 3 400 stoffen aanwezig in door Solvay op de markt gebrachte producten in een concentratie van meer dan 0,1% g/g. Eenheid 2024 Alle zwarte en rode stoffen op de S-SRM-lijst () aanwezig in op de markt gebrachte producten boven 0,1% g/g wereldwijd Aantal 26 Analyse van veiligere alternatieven vereist () Aantal 20 Waarvan voltooid % 100 Waarvan effectieve vervanging bereikt of irrelevant geworden voor de activiteiten van Solvay % 25 ()Volgens de zwarte en rode S-SRM-lijsten. Stoffen op de S-SRM-lijst die worden vervaardigd door, of deel uitmaken van de samenstelling van wereldwijd door Solvay verkochte producten. Referentieperiode voor de analyse: januari 2023 - januari 2024. ()Analyse van veiligere alternatieven voor mogelijke vervanging van zwarte en rode stoffen op de S-SRM-lijst. Een stof kan in meer dan één product aanwezig zijn. In 2024 werd een analyse van veiligere alternatieven vereist en gepland voor in het totaal 20 combinaties van producten en toepassingen. Van de 20 analyses van veiligere alternatieven die tussen de start van dit programma en 31 december 2024 werden afgerond: hhebben er vijf geleid tot een effectieve vervanging, hetzij door gebruik van een alternatieve stof, hetzij door een vermindering tot onder de vereiste drempelwaarde, hetzij door een stopzetting van de productie, of tot schrapping doordat ze irrelevant waren geworden voor de activiteiten van Solvay; hzijn er drie nog aan de gang, wat wil zeggen dat een alternatief is geïdentificeerd en met klanten wordt besproken voor implementatie; hhebben er twaalf niet geleid tot beschikbare alternatieven omdat er geen vervanging beschikbaar is, omdat er wettelijke verplichtingen zijn zeer zorgwekkende stoffen te gebruiken voor bepaalde toepassingen, of omdat er geen alternatief gevraagd is vanwege de toepassing in het eindproduct. Grondstoffen De perimeter van rapportage dit jaar is beperkt tot grondstoffen die zijn gelabeld als SoC of SVHC en die worden gebruikt in onze Europese productievestigingen. Het sluit grondstoffen uit die niet zijn gelabeld als SoC of SVHC, maar die SoC of SVHC kunnen bevatten. We zijn er niet in geslaagd een niveau van redelijke zekerheid te bereiken om zelfs een globale schatting te bepalen met betrekking tot dergelijke stoffen in onze andere locaties buiten Europa en met betrekking tot grondstoffen die gedeeltelijk dergelijke stoffen kunnen bevatten, wat relevant en nuttig zou zijn voor onze lezers bij het bepalen van onze totale impact in ton, en wat zou voldoen aan de kwalitatieve kenmerken van informatie zoals voorgeschreven in Bijlage B van ESRS 2. Dit is een gebied van significant managementoordeel, en we verplichten ons tot verbeteringen in ons schattingsproces in 2025 wanneer betere gegevensbronnen beschikbaar komen met betrekking SoC en SVHC. Hetgeen zou kunnen resulteren in een materieel ander resultaat in 2025. Hoeveelheid ingekochte SoC-producten in 2024 volgens de belangrijkste gevarencategorieën van SoC- en SVHC-niveaus (perimeter beperkt tot Europese productievestigingen). Gevarencategorie SoC die de vestigingen van Solvay binnenkomen Hoeveelheid SoC (ton) Categorie 1 Als ingekochte producten 1 498 waarvan SVHC 345 Er komt geen enkele hoeveelheid SoC de Europese productievestigingen binnen als ingekocht product in de gevarencategorieën 2, 3, 4, 5, 6 en 7. Gevarenklasse per categorie: hCategorie 1: —Kankerverwekkend, categorie 1 —Mutageniteit in geslachtscellen, categorie 1 —Voortplantingstoxiciteit, categorie 1 hCategorie 2: Chronisch gevaar voor het aquatisch milieu, categorie 1 hCategorie 3: —Hormoonontregeling met gevolgen voor de menselijke gezondheid, categorie 1 —Hormoonontregeling met gevolgen voor het milieu, categorie 1 hCategorie 4: —Persistente, mobiele en toxische of zeer persistente, zeer mobiele eigenschappen —Persistente, bioaccumulerende en toxische of zeer persistente, zeer bioaccumulerende eigenschappen hCategorie 5: —Kankerverwekkend, categorie 2 —Mutageniteit in geslachtscellen, categorie 2 —Voortplantingstoxiciteit, categorie 2 hCategorie 6: —Hormoonontregeling met gevolgen voor de menselijke gezondheid, categorie 2 —Hormoonontregeling met gevolgen voor het milieu, categorie 2 hCategorie 7: —Sensibilisatie van de luchtwegen, categorie 1 —Sensibilisatie van de huid, categorie 1 —Chronisch gevaar voor het aquatisch milieu, categorieën 2 tot en met 4 —Gevaarlijk voor de ozonlaag —Specifieke doelorgaantoxiciteit bij herhaalde blootstelling, categorieën 1 en 2 —Specifieke doelorgaantoxiciteit bij eenmalige blootstelling, categorieën 1 en 2 6.2.4.Water en mariene hulpbronnen E3-IRO-1 Impacts, risico’s en kansen op het gebied van water en mariene hulpbronnen Zie ESRS 2 IRO-1 Beschrijving van het proces om impacts, risico’s en kansen in kaart te brengen en om te beoordelen welke daarvan materieel zijn. Thema Subthema Sub-subthema Soort impact / risico / kans Daadwerkelijk / Potentieel Beschrijving impact / risico / kans Regio Waardeketen Tijdshorizon Water en mariene hulpbronnen Water Waterverbruik Risico Potentieel Ernstigere droogtes leiden tot waterschaarste, wat de productiecapaciteit en de industriële activiteiten van Solvay in het gedrang brengt. Vestigingen in gebieden met waterschaarste Eigen activiteiten Lange termijn E3-1 Beleid ten aanzien van waterverbruik Het waterbeleid van Solvay beschrijft ons engagement om de zoetwateronttrekking te verminderen op plaatsen die gelegen zijn in gebieden met waterschaarste. Die inzet voor waterbesparing uit zich in de toepassing van geavanceerde technologieën en methodes om de wateronttrekking te verminderen en de efficiëntie van ons watergebruik te optimaliseren. Investeringen in innovatieve productiemethodes en -technologieën zijn erop gericht het waterverbruik aan de bron te verminderen en zo de beschikbaarheid van water en de kwaliteit van mariene ecosystemen te vrijwaren en op die manier de risico's voor de productiecapaciteit en industriële activiteiten van Solvay te verminderen. Dit waterbeleid maakt deel uit van het beleid van Solvay voor milieubeheer, waarin de Groep zich ertoe verbindt zijn impact op het milieu te verkleinen. Zie het overzicht van beleid in tabel ESRS 2 – MDR-P. E3-2 Maatregelen en middelen wat betreft waterverbruik 2024 was opnieuw een jaar met recordtemperaturen, lange periodes zonder neerslag over de hele wereld en vaker voorkomende extreme gebeurtenissen zoals overstromingen en droogtes, met grote gevolgen voor de beschikbaarheid van zoet water. De zoetwaterschaarste die daardoor ontstaat vormt een kritieke uitdaging voor Solvay, aangezien zoet water essentieel is voor onze activiteiten en tekorten een aanzienlijk risico kunnen inhouden en zelfs kunnen leiden tot productieverlies. Herhaalde perioden van droogte en de daarmee gepaard gaande milieu- en industriële risico's hebben ons ertoe aangezet een stappenplan voor waterbesparing uit te werken. Het strategische actieplan van Solvay beschrijft onze methodes voor waterbehoud, waaronder een regelmatige rapportage van de wateronttrekking, risicobeperkingsplannen voor elke industriële vestiging en de introductie van projecten om het waterverbruik te verminderen in prioritaire vestigingen die kampen met waterschaarste. Deze maatregelen hebben betrekking op alle industriële vestigingen van Solvay die afhankelijk zijn van zoetwateronttrekking en zijn specifiek gericht op de vestigingen waar waterschaarste dreigt. Een gestandaardiseerd initiatief, het STAR Factory-programma, zal strategieën ontwikkelen om wateronttrekking en -verbruik terug te dringen in Solvay's fabrieken, met name in risicogebieden op het vlak van water. Dit programma concentreert zich op sleutelgebieden om te helpen de risico's tegen te gaan die ontstaan door een beperking van de beschikbaarheid van zoet water in de vestigingen van Solvay. Om het risico van waterschaarste in de betrokken vestigingen te beperken, lopen er verschillende initiatieven op het gebied van waterbeheer. Sommige initiatieven leveren al resultaten op: hEen gestroomlijnde jaarlijkse rapportage van wateronttrekkingen gecombineerd met directe monitoring van waterverbruik in vestigingen met hoge prioriteit, met wekelijkse updates in tijden van droogte. Hierdoor kunnen we wereldwijd meer dan 90% van de dagelijkse zoetwateronttrekking van Solvay monitoren. hWe zijn bezig met het opstellen en herzien van risicobeperkingsplannen op watergebied voor alle industriële vestigingen. hWe starten projecten om het waterverbruik in vestigingen met een groot risico te verminderen. Bij de beoordeling van de winstgevendheid wordt voor alle investeringsprojecten rekening gehouden met een interne prijs voor water, inclusief de negatieve externe effecten of potentiële toekomstige waterkosten. Er zijn verschillende waterprijzen vastgelegd, afhankelijk van de waterstress, het watergebruik en de waterkwaliteit (koelwater vs. proceswater). Deze interne prijs is reeds getest in een aantal investeringsprojecten. Het doel is om deze interne referentieprijzen tijdens de looptijd van het project toe te passen in het referentie- en basisscenario van alle projecten. De huidige marktprijzen zullen worden gebruikt als een gevoeligheidsfactor in de financiële analyse. Om in de hele organisatie voor een verantwoorde omgang met water te zorgen, geven we werknemers opleiding over effectieve waterbesparingstechnieken en best practices. We investeren ook in innovatieve productiemethodes en technologieën die het waterverbruik aan de bron aanzienlijk verminderen, vooral in gebieden met een waterrisico, waardoor de waterefficiëntie van onze industriële vestigingen wordt verbeterd en het risico voor de productiecapaciteit en de bedrijfscontinuïteit wordt beperkt. Regelmatige controle van het waterverbruik en de wateronttrekking zal helpen om inefficiënties en verbeterdomeinen in kaart te brengen. Aangezien waterschaarste en frequente droogte wereldwijd toenemen, heeft de vestiging in Paulínia om de wateronttrekking te verminderen in december 2024 een gesloten koelsysteem in gebruik genomen, dat vanaf januari 2025 op volle capaciteit draait. Dit project bouwt voort op het streven van de vestiging naar het behoud van hulpbronnen. De afgelopen decennia is de wateronttrekking er al met meer dan 70% verminderd om deze eindige hulpbron te beschermen en de veerkracht van de activiteiten te waarborgen. In de nieuwe gesloten kringloop circuleert het water continu om industriële apparatuur te koelen, met twee koeltorens die de impact op de riviertemperatuur en verdampingsverliezen tot het minimum beperken, waardoor ten opzichte van de nulmeting in 2024 uit de rivieren die de vestiging in Paulínia doorkruisen 4,2 miljoen m3/jaar minder water wordt onttrokken. Deze aanpak bespaart niet alleen water, maar verbetert ook de kwaliteit van het water dat in ons proces wordt gebruikt, waardoor kalkaanslag en corrosie worden verminderd, de levensduur van de apparatuur wordt verlengd en de onderhoudskosten afnemen. Onze vestiging in Qingdao (China) heeft door condensatiewater van het productieproces op te vangen en te hergebruiken jaarlijks 14.000 m³ water bespaard – het volume van zes Olympische zwembaden – waardoor er minder water aan de Gele Rivier wordt onttrokken. Dit project werd gefinancierd door ons nieuwe Travel Carbon Fund, een initiatief van Solvay dat de divisies een prijs voor hun emissies voor zakelijk reisverkeer aanrekent. Dit moedigt verantwoorde reispraktijken aan en financiert duurzaamheidsprojecten die zowel milieu- als economische voordelen opleveren. E3-3 & E3-4 Doelen en maatstaven met betrekking tot waterverbruik Wij verbinden ons ertoe het watergebruik te verminderen en op verantwoorde wijze te beheren, vooral in gebieden met waterschaarste. Dit streven wordt ondersteund door ons actieplan, dat wordt geïmplementeerd via het programma STAR Factory. Om de doeltreffendheid van ons beleid en onze maatregelen te evalueren, monitort en meet Solvay jaarlijks maatstaven en prestatie-indicatoren op het gebied van water. Deze omvatten het verbruik, de onttrekking, de lozing en het hergebruik van water. De impact van onze initiatieven op het gebied van waterbeheer wordt bijgehouden met behulp van een centraal projectvolgsysteem, waarbij de voortgang jaarlijks wordt getoetst aan de vastgelegde maatstaven en KPI's. In 2024 hebben we meer dan 90% van de zoetwateronttrekking uit onze activiteiten gemonitord en dus aanzienlijke vooruitgang geboekt in onze inspanningen op het gebied van waterbeheer. Rapportage-eis Eenheid Waarde Totaal waterverbruik m³ 24 306 723 Totaal waterverbruik in gebieden met waterrisico m³ 12 523 045 Totale wateronttrekking (*) m³ 310 390 773 Totale wateronttrekking in gebieden met waterrisico () m³ 162 551 038 Waterintensiteitsratio (per € miljoen omzet) () m³ / € miljoen 4 738 ()Water in grondstoffen en regenwater zijn niet meegerekend in de totale wateronttrekking. ()We beschouwen het onttrekken van zeewater niet als een risico. Daarom zijn de onttrekkingen van zeewater (ongeveer 73 miljoen m³) niet meegenomen in de totale onttrekkingen in gebieden met waterrisico. ()Waterintensiteitsratio berekend als het totale waterverbruik ten opzichte van de omzet (zoals gerapporteerd in de geconsolideerde winst-en-verliesrekening in de jaarrekening). Contextinformatie Waterbeheer heeft betrekking op het beheer van waterstromen en waterkwaliteit, van de onttrekking uit de natuurlijke omgeving tot de lozing van water in hetzelfde of een ander deel van het milieu. De wateronttrekking, gemeten in kubieke meter per jaar, is de hoeveelheid inkomend water aangekocht van derden, zoals drinkwater uit het openbaar waterleidingnet, of door Solvay opgepompt uit zoetwatersystemen, zoals rivieren en meren, en uit grondwaterbronnen, zoals aquifers. Het totale waterverbruik in 2024 (zie bovenstaande tabel), eveneens uitgedrukt in kubieke meter per jaar, is de som van water dat verloren is gegaan door verdamping en lekken en is afgevoerd in de vorm van producten en afval. Water dat wordt aangekocht of opgepompt voor derden is opgenomen in de wateronttrekking. Water dat bijvoorbeeld aan een rivier wordt onttrokken voor koeling en dat na gebruik weer naar de rivier teruggaat, telt mee voor de wateronttrekking, maar niet voor het waterverbruik. Het waterverbruik van Solvay situeert zich vooral in productie- of industrieel water. We hebben in kaart gebracht welke vestigingen gelegen zijn in gebieden met waterstress op basis van een hoge tot extreem hoge score voor waterstress (18 vestigingen) in de Aqueduct-database, een gratis opensourcesysteem met geografische informatie. Daarnaast maakt Solvay waterrisicobeoordelingen van zijn industriële vestigingen om de actuele en lokale situatie op het gebied van waterstress in te schatten. Op basis van die beoordelingen werden zeven extra locaties opgenomen die aanvankelijk niet op de lijst stonden, en acht locaties geschrapt uit de lijst die via Aqueduct was verkregen. Op basis van deze criteria hebben we 17 prioritaire vestigingen in gebieden met waterschaarste geïdentificeerd. In lijn met ons beleid zullen we de lijst jaarlijks herzien. 6.2.5.Biodiversiteit en ecosystemen Financiële materialiteit: Thema Subthema Sub-subthema Soort impact / risico / kans Daadwerkelijk / Potentieel Beschrijving impact / risico / kans Regio Waardeketen Tijdshorizon Biodiversiteit en ecosystemen Impacts op de omvang en de toestand van ecosystemen Landdegradatie Risico Potentieel Het gebruik van land voor industriële doeleinden in gebieden waar de biodiversiteit onder druk staat kan ertoe leiden dat terreinen/vestigingen in de toekomst niet meer geëxploiteerd kunnen worden. Ontginningsactiviteiten van Solvay (voornamelijk de vestigingen voor natriumcarbonaat in de EU) Eigen activiteiten Lange termijn Biodiversiteit en ecosystemen Directe drukfactoren op biodiversiteitsverlies Verandering in gebruik van land, verandering in zoetwatergebruik en verandering in zeegebruik Risico Potentieel Het niet verkrijgen van toelating om de activiteiten uit te breiden wegens bescherming van natuurlijk kapitaal. Ontginningsactiviteiten van Solvay (voornamelijk de vestigingen voor natriumcarbonaat in de EU) Eigen activiteiten Middellange termijn Impact-materialiteit: Thema Subthema Sub-subthema Soort impact / risico / kans Daadwerkelijk / Potentieel Beschrijving impact / risico / kans Regio Waardeketen Tijdshorizon Biodiversiteit en ecosystemen Directe drukfactoren op biodiversiteitsverlies Landdegradatie Negatieve impact Potentieel De bouw en het langdurige gebruik van installaties (activiteiten) kunnen potentieel leiden tot landdegradatie en biodiversiteitsverlies. Ontginningsactiviteiten van Solvay (voornamelijk de vestigingen voor natriumcarbonaat in de EU) Eigen activiteiten Lange termijn Biodiversiteit en ecosystemen Impacts op de omvang en de toestand van ecosystemen Verandering in gebruik van land, verandering in zoetwatergebruik en verandering in zeegebruik Negatieve impact Potentieel Ontginningsactiviteiten kunnen potentieel leiden tot enige schade aan getroffen ecosystemen. Ontginningsactiviteiten van Solvay (voornamelijk de vestigingen voor natriumcarbonaat in de EU) Eigen activiteiten Korte termijn E4-1 – Transitieplan en meeweging van biodiversiteit en ecosystemen in strategie en businessmodel Bij Solvay zijn we ons bewust van de verwevenheid van biodiversiteit met andere milieuthema's en de getroffen gemeenschappen, alsook van de potentiële rebound- en uitruileffecten en de versterkende aard van de duurzaamheidsagenda wanneer deze holistisch wordt bekeken. De beoordelingen en inspanningen die we de afgelopen jaren op het gebied van Natuur hebben gedaan, zijn in aanmerking genomen en gegroepeerd in meerdere standaarden, waaronder ESRS E1, ESRS E2, ESRS E3 en ESRS E5. Deze aanpak zorgt voor duidelijkheid en consistentie in hoe wij rapporteren over en omgaan met de verschillende duurzaamheidskwesties. Het is belangrijk dat dit hoofdstuk en het beleid, de maatregelen, doelen en maatstaven die erop betrekking hebben, samen met de voormelde standaarden / hoofdstukken worden gelezen. Zie E4 IRO-1 voor meer informatie. E4 SBM-3 Materiële impacts, risico’s en kansen en de wisselwerking daarvan met strategie en businessmodel In navolging van de EFRAG-richtlijnen voor dubbele materialiteitsanalyse hebben we veranderingen in landgebruik en landdegradatie geïdentificeerd als een materieel thema voor de Europese natriumcarbonaatvestigingen met betrekking tot de winning van natuurlijke hulpbronnen (kalksteen en pekel) uit groeven en mijnen en de lozingen van residu's (kalksteen) in vijvers die onomkeerbare schade kunnen veroorzaken. Om de potentiële impacts van Solvay op de biodiversiteit beter te begrijpen, hebben we een gedetailleerde analyse uitgevoerd van de activa die gelegen zijn in de buurt van – of in – biodiversiteitsgevoelige gebieden, de aanwezigheid van bedreigde soorten en potentiële biodiversiteitsrisico's in alle Global Business Units. E4 IRO-1 Proces om voor biodiversiteit en ecosystemen materiële impacts, risico’s en kansen in kaart te brengen en te analyseren Zie ESRS 2 IRO-1 Beschrijving van het proces om impacts, risico’s en kansen in kaart te brengen en om te beoordelen welke daarvan materieel zijn. Voorafgaand aan de dubbele materialiteitsanalyse werd een evaluatie uitgevoerd van de potentiële impacts op de biodiversiteit doorheen de waardeketen met behulp van de beoordeling van het Science Based Targets Network (SBTN), die impacts op de biodiversiteit heeft belicht voor verbindingen op basis van mineralen die een rol spelen in de natriumcarbonaatactiviteiten van Solvay. De SBTN-analyse werd vervolgens bekrachtigd door middel van een dubbele materialiteitsanalyse die veranderingen in landgebruik en landdegradatie identificeerde als een materieel thema. De impacts, fysieke risico's, transitierisico's en kansen die verband houden met biodiversiteit en ecosystemen werden beoordeeld door middel van overleg met stakeholders. We zijn ons bewust van de systeemrisico's die aan de mogelijke ineenstorting van ecosystemen verbonden zijn. Die risico's zijn tot op heden echter niet structureel ingeschat. Bovendien plannen wij de komende twee jaar een holistische evaluatie van de afhankelijkheden binnen ons businessmodel. Die kritische beoordeling zal ons een beter inzicht in de veerkracht van zowel onze eigen activiteiten als onze waardeketen geven, met name in de context van toenemende biodiversiteitsgerelateerde druk, zodat we goed voorbereid zijn om toekomstige uitdagingen aan te pakken en ons eraan aan te passen. De evaluatie van afhankelijkheden zal onze hele waardeketen omvatten, inclusief upstream- (inkoop van grondstoffen) en downstreamactiviteiten (levenscyclus van producten). Binnen onze eigen activiteiten beoordelen we de impacts en afhankelijkheden op het gebied van biodiversiteit op vestigingsniveau, waarbij we prioriteit geven aan de meest kritieke grondstoffen. Om een volledig beeld van al onze vestigingen te krijgen, hebben we een beoordeling van biodiversiteitsgevoelige gebieden uitgevoerd. We hebben de Integrated Biodiversity Assessment Tool (IBAT – ontwikkeld en onderhouden door de IBAT Alliance) gebruikt om informatie te verzamelen over drie wereldwijde datasets op het gebied van biodiversiteit: de rode lijst van beschermde soorten van de International Union for the Conservation of Nature (IUCN), de beschermde gebieden (incl. UNESCO- en Natura 2000-gebieden) en de essentiële biodiversiteitsgebieden (Key Biodiversity Areas – KBA's). De analyse werd uitgevoerd in een bufferzone van 50 km rond de actieve vestigingen voor de beschermde soorten en 5 km rond de vestigingen voor de beschermde gebieden en KBA's. Ook de Biodiversiteitsrisicofilter (BrF) van het Wereld Natuur Fonds (WWF) werd toegepast om de reputatie- en reglementaire risico's van menselijke activiteiten beter te begrijpen door de gevoeligheid van elke vestiging voor verschillende criteria te analyseren. Het belang van de biodiversiteit, de waterkwantiteit en de waterkwaliteit werden geselecteerd om het risico te berekenen op een schaal van 0 tot 15. Bovendien hebben we tijdens de dubbele materialiteitsanalyse uiteenlopende stakeholders bevraagd. We organiseerden meer bepaald consultaties van lokale gemeenschappen in belangrijke vestigingen zoals Rosignano, Jemeppe en Bernburg. Dat overleg zorgde ervoor dat de getroffen gemeenschappen in aanmerking werden genomen bij het bepalen van de materialiteit van biodiversiteit en ecosystemen. Hoewel er geen significante negatieve impacts op lokale gemeenschappen werden geïdentificeerd, blijven we potentiële risico's inschatten en beheren, vooral met betrekking tot watergebruik en verontreiniging. Dit proces leidde tot de identificatie van 6 Soda Ash productiesites in Europa met een bewezen materieel effect op biodiversiteit en nog eens 10 sites die mogelijks een potentieel effect op biodiversiteit zouden kunnen hebben. Onze impactbeoordeling en prioriteringsproces waren afhankelijk van significant managementoordeel. We engageren ons om dit te verbeteren wanneer betere gegevensbronnen beschikbaar komen. Dit zou in 2025 kunnen resulteren in een materieel ander resultaat met betrekking tot biodiversiteit en ecosystemen. Zie SBM-2 voor stakeholderbetrokkenheid in de dubbele materialiteitsanalyse. E4-2 Beleid ten aanzien van biodiversiteit Zie het overzicht van beleid in tabel ESRS 2 – MDR-P (Behoud en herstel van biodiversiteit) Om het engagement van Solvay voor het behoud en herstel van de biodiversiteit kracht bij te zetten en in lijn met de bredere duurzaamheidsambities van de Groep hebben we het Wereldwijde beleid van Solvay voor het behoud en herstel van de biodiversiteit uitgewerkt. Dit beleid is afgestemd op internationale en regionale overeenkomsten en normen, zoals het Mondiaal Biodiversiteitskader (COP 15), dat voorschrijft dat er tegen 2030 geen nettoverlies meer mag worden geleden en dat er daarna naar een positieve netto-impact moet worden toegewerkt, en de EU-biodiversiteitsstrategie voor 2030. Dit beleid bestrijkt 16 prioritaire vestigingen binnen onze directe activiteiten, waaronder deelnemingen waarin Solvay een meerderheidsbelang heeft, waardoor onze invloed zich wereldwijd uitstrekt en alle werknemers als stakeholders in aanmerking worden genomen. Het houdt rekening met de opvattingen van stakeholders door de opname van de materiële impacts, risico's en kansen waarvoor met meerdere stakeholders rechtstreeks werd overlegd (zie Algemene vereisten SBM-2). Dit beleid werd bekrachtigd door het ELT en de afdeling HSER ziet toe op de uitvoering ervan. Andere milieu-impacts die verband houden met druk op de biodiversiteit worden behandeld in ander relevant beleid. Het is belangrijk om te vermelden dat dit beleid rekening houdt met de opvattingen van stakeholders door de opname van de materiële impacts, risico's en kansen waarvoor met meerdere stakeholders rechtstreeks werd overlegd (zie Algemene vereisten SBM-2). Om te waarborgen dat het beleid beantwoordt aan de behoeften van de stakeholders, is het publiek beschikbaar en heeft Solvay kanalen geopend om ervoor te zorgen dat alle feedback en vragen over het beleid in aanmerking worden genomen bij latere updates. Het beleid bepaalt de aanpak van Solvay op groeps- en vestigingsniveau om op het gebied van behoud en herstel van biodiversiteit een stand van zaken te maken, maatregelen te nemen en onze vooruitgang op te volgen. Naast het overkoepelende toepassingsgebied van het wereldwijde beleid voor het behoud en herstel van de biodiversiteit in onze eigen activiteiten, erkent Solvay in dit beleid ook het belang van een holistische benadering van de impact op het milieu (klimaatverandering, verontreiniging, water, afval en biodiversiteit). Daarom verbinden we ons ertoe levenscyclusanalyses (LCA's) uit te voeren voor onze hele productportefeuille. LCA's spelen een cruciale rol bij het identificeren en beoordelen van daadwerkelijke en potentiële milieu-impacts, inclusief die met betrekking tot biodiversiteit en ecosystemen, in elke fase van de levenscyclus van een product. Er werd geen beleid uitgestippeld in verband met ontbossing en oceaanbeer, aangezien deze materies voor Solvay niet als materieel werden beschouwd. E4-3 Maatregelen en middelen wat betreft biodiversiteit We hebben een uitgebreide reeks maatregelen geschetst om de 30x30 biodiversiteitsdoelstelling van Solvay (zie hieronder) te bereiken en ervoor te zorgen dat we ons groepsbeleid voor het behoud en herstel van de biodiversiteit waarmaken. Een belangrijke prioriteit voor Solvay is het uitvoeren van een grondige nulmeting. Daartoe werken we aan een inventaris van doorlatende gebieden met herstelpotentieel. Die taak werd al in 2021 gestart en zal naar verwachting zijn afgerond voor ten minste 16 prioritaire vestigingen tegen 2030. Deze inventaris draagt rechtstreeks bij aan het biodiversiteitsbeleid en -doel door te zorgen voor een goede kennis en documentatie van de bestaande herstelkansen. Een andere belangrijke maatregel is de ontwikkeling van stappenplannen met gedetailleerde actieplannen voor de 16 prioritaire vestigingen om de coördinatie binnen elke vestiging eenvoudiger te maken, wat van cruciaal belang is om het bredere doel te realiseren. Met die actieplannen wil Solvay blokkerende factoren die eigen zijn aan een vestiging identificeren om ervoor te zorgen dat potentiële problemen die de vooruitgang zouden kunnen belemmeren, proactief worden aangepakt. Deze plannen lopen reeds. In het kader van het biodiversiteitsbeleid is Solvay ook begonnen met de uitvoering van welbepaalde maatregelen in zijn prioritaire vestigingen, zoals: hPaulínia (Brazilië), dat in november 2024 zijn Gold-certificaat van de Wildlife Habitat Council (WHC) heeft verlengd en waar Solvay een herbebossingsproject uitvoert, waarbij inheemse zaailingen uit het Atlantische Woud worden geplant en alle bosbeheeractiviteiten worden uitgevoerd om een bosgroei van goede kwaliteit te garanderen; hTorrelavega (Spanje), waar de restauratie van de Cuchia-groeve in 2021 bekroond werd door de CEFIC (European Council of Chemical Industry Federation); hRosignano (Italië), waar het meer van Santa Luce dat in de jaren 1960 werd aangelegd om de fabriek van water te voorzien, een natuurreservaat is geworden dat is gecertificeerd als beschermd Natura 2000-gebied. Het stappenplan voor biodiversiteit in Rosignano omvat bovendien 35 verschillende maatregelen, met een totaalbudget van naar schatting €5 miljoen. Eind 2024 was bijna €2 miljoen besteed aan de heraanleg en begroeiing van een opslagterrein, de aanplanting van vegetatie rond de vestiging, de ondersteuning van maatregelen voor verschillende natuurbeschermingsorganisaties en opleidingen voor werknemers. De komende jaren zal het stappenplan voor biodiversiteit van Rosignano verder worden aangescherpt in het kader van onze nieuwe samenwerking met de IUCN (zie hieronder). Voorts heeft Solvay zich er, conform de samenwerkings- en dadingsovereenkomst van 5 september 2022 met een van onze partners, toe verbonden om minstens eenmaal per jaar, via zijn jaarverslag of op een andere manier, publiekelijk verslag uit te brengen over de uitvoering van zijn actieplan voor de vermindering van kalksteenresidu's die in zee vrijkomen, als onderdeel van de inspanningen van de Groep om de efficiëntie en duurzaamheid van zijn activiteiten voortdurend te optimaliseren, en in overeenstemming met de in januari 2022 verlengde IPPC-vergunning voor zijn natriumcarbonaatactiviteiten: hSolvay heeft zich tot doel gesteld tegen 2030 de lozing van kalksteen met 20% te verminderen ten opzichte van het maximumvolume dat momenteel is vastgelegd in de IPPC-vergunning van 2022. hDe ambitie van Solvay is om tegen 2040 40% minder kalksteenresidu’s te lozen dan het maximumvolume dat is vastgelegd in de IPCC-vergunning van 2022, en wel door met de hulp van de betrokken stakeholders te investeren in onderzoek en innovatie voor zover een vergunning wordt uitgereikt en onverminderd de prioriteiten van algemeen belang. hDit actieplan is goed voor een investering van naar schatting €15 miljoen in nieuwe technische en procesoplossingen, waarvan sommige groen licht moeten krijgen van de bevoegde autoriteiten. Dit plan voorziet in gerichte maatregelen om diverse stappen in het productieproces te verbeteren, en beoogt de korrelgrootte en kwaliteit van kalksteen te optimaliseren. Wat de lozing van zwevende deeltjes betreft zaten we in 2024 op -20%. De komende jaren dienen we op die resultaten voort te bouwen. 17% van de geraamde investeringen is op dit moment effectief gedaan. Al deze initiatieven voor biodiversiteit omvatten lopende en geplande maatregelen die voorzien in op de natuur gebaseerde oplossingen (NBS) en samenwerkingen met lokale gemeenschappen en verenigingen om vestigingspecifieke en lokale kennis in aanmerking te nemen. Deze gezamenlijke aanpak verrijkt de ecologische strategieën en zorgt ervoor dat herstelmaatregelen worden gebaseerd op lokale expertise. Op de natuur gebaseerde oplossingen worden ook gepromoot en geïmplementeerd door gebruik te maken van het Travel Carbon Fund, met als eerste projecten: haanleg van een Tiny Forest in Linne Herten (Nederland); hmangroveaanplanting nabij Map Ta Phut (Thailand). Het actieplan van Solvay voor natuurherstel voor dit rapportagejaar bevat bovendien geen biodiversiteitscompenserende activiteiten. We leggen ook de nadruk op bewustmaking en voorlichting en zullen sensibiliseringscampagnes opzetten. Via sensibilisering willen we het inzicht in deze problematiek verbeteren en het nemen van herstelmaatregelen tot de cultuur van onze hele organisatie laten doordringen. Om ervoor te zorgen dat maatregelen een positieve impact hebben op het 30x30-doel van Solvay hebben we een selectie van mijlpalen gemaakt: hvan 2026 tot 2030 zullen we regelmatig een ecologische stand van zaken opmaken (minstens om de drie jaar) om voortdurend toezicht te garanderen en het beheer te kunnen bijsturen; htegen 2027 zullen we herstel- en behoudprojecten starten in vier prioritaire vestigingen; htegen 2030 moeten in alle geïdentificeerde gebieden met een hoog herstel- en behoudpotentieel, herstel- en behoudmaatregelen lopen. Om ons nieuwe 30x30 biodiversiteitsdoel te realiseren zijn we in 2024 een nieuwe samenwerking aangegaan met de International Union for the Conservation of Nature (IUCN), naast het reeds lopende partnerschap met de WHC, en onze verbintenissen aan Act4Nature International vernieuwd. E4-4 Monitoren van de effectiviteit van beleid en maatregelen aan de hand van doelen In overeenstemming met de materiële impacts, risico's en kansen, het mondiale biodiversiteitskader (Global Biodiversity Framework – GBF) en de EU-biodiversiteitsstrategie heeft Solvay zich tot doel gesteld om tegen 2030 voor 30% van de doorlatende gronden in de buurt van biodiversiteitsgevoelige gebieden behoud- en herstelmaatregelen in te voeren met meetbare positieve impacts ('30x30-doel'). Dit doel wordt ondersteund door ons beleid voor het behoud en herstel van de biodiversiteit, dat 16 prioritaire vestigingen bestrijkt. Zoals hieronder samengevat zijn die 16 prioritaire vestigingen zes Europese natriumcarbonaatvestigingen met een geïdentificeerde materiële impact op de biodiversiteit en 10 niet-materiële vestigingen, die niettemin potentieel relevant zijn vanwege hun nabijheid tot biodiversiteitsgevoelige gebieden. Prioriteit Aantal materiële vestigingen (inclusief respectieve nevenlocaties) 6 Prioriteit Andere niet-materiële vestigingen met potentiële relevantie vanwege hun nabijheid tot biodiversiteitsgevoelige gebieden 10 Vestigingen binnen het toepassingsgebied van beleid, doelen en maatregelen onder ESRS E4 16 Volgens onze eerste schatting op basis van kwalitatieve gesprekken met en vragenlijsten voor interne stakeholders en lokale contactpersonen zijn de 16 prioritaire vestigingen goed voor een totale oppervlakte van 8 500 ha, waarvan 7 733 ha doorlatende gronden, wat leidt tot een doel van 2 320 ha (30%). In 2025 zullen we een tweede monitoring uitvoeren van de bestaande situatie met een gedetailleerde nulmeting voor alle vestigingen in het toepassingsgebied. Voor 2024 zijn daarom geen prestaties ten opzichte van het doel beschikbaar. Over de zesjarige looptijd van het doel zullen voor de periodieke monitoring van het doel zowel geospatiale data als evaluaties ter plaatse worden gebruikt. De effectiviteit zal ook worden gemonitord op basis van onderbouwde wetenschappelijke bewijzen van de voordelen voor het herstel van het ecosysteem. Er zijn nog geen ecologische drempels vastgelegd, maar de continue opvolging van dergelijke activiteiten in de betrokken gebieden zal bijdragen aan de identificatie en kwantificering van relevante ecologische drempels die in de toekomst kunnen worden vastgesteld en nageleefd. E4-5 Rapportage van maatstaven om inzicht te geven in de prestaties van de onderneming ten opzichte van impacts die als materieel zijn aangemerkt op het gebied van verandering in landgebruik en landdegradatie Materiële impacts op de biodiversiteit en de ecosystemen bij Solvay worden veroorzaakt door de verandering in landgebruik en de landdegradatie veroorzaakt door onze zes Europese natriumcarbonaatvestigingen. Ze kunnen met name worden veroorzaakt door activiteiten die gepaard gaan met langdurige bodembezetting, wat potentieel kan leiden tot landdegradatie en biodiversiteitsverlies. Bovendien hebben ontginningsactiviteiten het potentieel om schade te veroorzaken en ecosystemen aan te tasten. Samen met hun nevenlocaties die grondstoffen ontginnen en leveren aan de productievestigingen, zijn ze goed voor een totale oppervlakte van 6 992 ha volgens de hierboven vermelde eerste schatting. Solvay zal werk maken van een beter beheer en een reductie van de materiële impacts van Solvay op de biodiversiteit en de ecosystemen in deze vestigingen. Door ons in te zetten voor het behoud en herstel van ecosystemen zullen we ervoor zorgen dat alle materiële impacts van Solvay op de biodiversiteit en ecosystemen worden aangepakt en beheerd. Om een allesomvattende aanpak van behoud- en herstelactiviteiten te garanderen, zullen daar zowel interne als externe stakeholders bij worden betrokken, onder wie biodiversiteitsexperts en lokale vestigingsverantwoordelijken. 6.2.6.Circulaire economie E5-IRO-1 Materiële impacts, risico’s en kansen op het gebied van materiaalgebruik en circulaire economie Zie ESRS 2 IRO-1 Beschrijving van het proces om impacts, risico’s en kansen in kaart te brengen en om te beoordelen welke daarvan materieel zijn. Impact-materialiteit: Thema Subthema Sub-subthema Soort impact / risico / kans Daadwerkelijk / Potentieel Beschrijving impact / risico / kans Regio Waardeketen Tijdshorizon Circulaire economie Afval N.v.t. Negatieve impact Daadwerkelijk Niet-gevaarlijk en gevaarlijk afval worden via verschillende kanalen verwerkt om schade aan mens en milieu te voorkomen wanneer het zich in onze vestigingen opstapelt. WW Eigen activiteiten Korte termijn De enige daadwerkelijke impact die als materieel wordt beschouwd, heeft betrekking op afvalbeheer en -verwijdering. Er waren geen andere impacts, risico's of kansen die de materialiteitsdrempels hebben overschreden. E5-1 Beleid ten aanzien van afvalbeheer Beleid inzake afvalvermindering Zie het overzicht van beleid in tabel ESRS 2 – MDR-P. Onze strategische aanpak om de materiële impact van Solvay op mens, milieu en lokale gemeenschappen te beperken, is diep geworteld in ons engagement om de productie van afval te verminderen en te zorgen voor passende afvalverwerkingsprocessen. Er is een direct verband tussen het beleid inzake afvalvermindering van Solvay en de materiële impact in onze eigen activiteiten; door stappen te ondernemen om de afvalproductie terug te dringen, pakken we de negatieve impact op het milieu aan. Het beleid inzake afvalvermindering van Solvay is er vooral op gericht de afvalproductie zo klein mogelijk te maken en ervoor te zorgen dat het geproduceerde afval op een geschikte manier wordt verwerkt. Het beleid legt de nadruk op technologieën die efficiënt met grondstoffen omgaan, het gebruik van gerecycleerde of biogebaseerde materialen waar mogelijk en investeringen in duurzame productiemethodes. Het beleid voorziet ook in opleiding voor werknemers over efficiënt gebruik van hulpbronnen en de principes van de circulaire economie om een cultuur van duurzaam hulpbronnenbeheer tot stand te brengen. Dit beleid inzake afvalvermindering maakt deel uit van het beleid van Solvay voor milieubeheer, waarin de Groep zich ertoe verbindt zijn impact op het milieu te verkleinen. Onze activiteiten voldoen aan de lokale regelgeving, nationale milieuwetten en actieplannen van de EU. We hebben bij het bepalen van ons eigenlijke beleid geen gebruik gemaakt van externe standaarden of initiatieven. De onderneming evalueert haar gebruik van hulpbronnen, met de nadruk op materialen en afvalproductie, om hulpbronnenefficiënte technologieën en praktijken ingang te doen vinden die de afvalproductie beperken en negatieve impacts verminderen. We investeren ook in duurzame productiemethodes en -technologieën en monitoren het gebruik van hulpbronnen en de productie van afval voortdurend om ons hulpbronnengebruik te optimaliseren en onze afvalproductie te verminderen. E5-2 Maatregelen en middelen wat betreft afvalbeheer Zie de beschrijving van de maatregelen in E2 Verontreiniging voor de toewijzing van middelen en monitoring van de maatregelen. We nemen reeds lang initiatieven om minder afval te produceren. We promoten de principes van de circulaire economie en initiatieven om het hulpbronnengebruik zo klein mogelijk te houden, hergebruik en recyclage van hulpbronnen te maximaliseren en de afhankelijkheid van nieuwe materialen te verminderen. Onze belangrijkste maatregelen in het kader van het beleid inzake afvalvermindering en de materiële impact van Solvay omvatten de implementatie van duurzame praktijken en technologieën gericht op het terugdringen van de afvalproductie en het optimaliseren van het hulpbronnengebruik. 1. STAR Factory-programma In 2024 werden in meer dan 20 fabrieken over de hele wereld projecten uitgerold om niet-recupereerbaar industrieel afval aan te pakken en dit aantal zal naar verwachting nog toenemen via het STAR Factory-programma om de impact op het milieu te verminderen. De belangrijkste maatregelen werden geïntroduceerd samen met het STAR Factory-programma in 2022 en lopen momenteel, met 2030 als de tijdshorizon waartegen Solvay alle maatregelen wil voltooien. 2. Recyclage van afvalwaterzuiveringsslib in de fabriek in Paulínia (Brazilië) In de vestiging in Paulínia (Brazilië) zet Solvay zich in voor een duurzame omgang met industrieel afval. Dankzij partnerschappen en innovatie heeft de vestiging in Paulínia in mei 2024 haar doel bereikt om niet-recupereerbaar industrieel afval tot nul te herleiden. Dat betekent dat er geen afval werd gestort of verbrand zonder energieterugwinning, waardoor de druk op het milieu werd verminderd. Deze mijlpaal is bereikt door een deel van het afval te hergebruiken als brandstof of grondstof in de cementindustrie. De vestiging blijft samenwerken met partners om bijkomende alternatieven te identificeren, waaronder het hergebruik van materialen in de keramische industrie voor de productie van bakstenen. 3. Regelmatige hulpbronnenanalyse Om ons hulpbronnenbeheer te verbeteren voeren we een grondige analyse uit van het huidige hulpbronnengebruik, met de nadruk op materialen en afvalproductie. We streven ernaar in al onze activiteiten hulpbronnenefficiënte technologieën en praktijken ingang te doen vinden die het verbruik verminderen en de hulpbronnen die we wel gebruiken, maximaal benutten. We zullen ook strikte procedures opstellen en toepassen voor het doeltreffend omgaan met en beheren van hulpbronnen, waardoor verspilling tot het minimum wordt beperkt en het gebruik wordt geoptimaliseerd. Deze maatregelen worden voortdurend aangevuld door regelmatig het gebruik van hulpbronnen en de productie van afval te monitoren om mogelijkheden voor verbetering te identificeren, en strategieën te implementeren die gericht zijn op het optimaliseren van hulpbronnen en het verminderen van afval. E5-5 Maatstaven en doelen wat betreft afvalbeheer De totale hoeveelheid geproduceerd afval wordt gedefinieerd als het afval dat afkomstig is van onze reguliere productie- en onderzoeksactiviteiten. Deze maatstaf is exclusief huishoudelijk afval, eenmalig afval of afval van sloop- of bouwprojecten, aangezien de bijdrage daarvan aan het totale afvalvolume niet significant is. Mijnbouwafval, dat afkomstig is van de prospectie en ontginning van mineralen, wordt beschouwd als entiteitspecifiek, maar is inbegrepen in de totale hoeveelheid geproduceerd afval. Als gevolg van de kernactiviteiten van Solvay is het afval grotendeels anorganisch van aard. Een relatief klein deel van het afvalvolume is afkomstig van bioslib uit de afvalwaterbehandeling van sommige van onze vestigingen. Voor vestigingen in de EU wordt 'gevaarlijk industrieel afval' gedefinieerd overeenkomstig bijlage III van de kaderrichtlijn afvalstoffen (Richtlijn 2008/98/EG). Voor vestigingen buiten de EU volgt de classificatie de lokale wetgeving. Solvay doet er alles aan om zo weinig mogelijk afval te produceren en er op een verantwoorde manier mee om te gaan. De inspanningen daartoe worden gestuurd door ons actieplan en uitgevoerd via ons STAR Factory-programma. Om de doeltreffendheid van ons beleid en onze maatregelen te evalueren, monitoren en meten we jaarlijks maatstaven en prestatie-indicatoren op het gebied van afval. Deze omvatten afvalproductie, hergebruik, recyclage en verwijdering. De impact van onze initiatieven op het gebied van afvalbeheer wordt bijgehouden met behulp van een centraal projectvolgsysteem, waarbij de voortgang jaarlijks wordt getoetst aan de vastgelegde maatstaven en KPI's. Rapportage-eis Eenheid Waarde Totale hoeveelheid geproduceerd afval Ton 725 934 1. Totale hoeveelheid gevaarlijk afval Ton 41 142 1.1. Totale hoeveelheid gevaarlijk afval omgeleid van verwijdering Ton 32 908 1.1.1. Voorbereiding voor hergebruik Ton 242 1.1.2. Recyclage Ton 25 776 1.2.3. Verbranding met energieterugwinning Ton 3 645 1.1.4. Andere nuttige toepassingen Ton 3 245 1.2. Totale hoeveelheid gevaarlijk afval toegeleid naar verwijdering Ton 8 234 1.2.1. Verbranding zonder energieterugwinning Ton 3 918 1.2.2. Storten Ton 3 159 1.2.3. Andere vormen van afvalverwijdering Ton 1 157 2. Totale hoeveelheid niet-gevaarlijk afval Ton 371 234 2.1. Totale hoeveelheid niet-gevaarlijk afval omgeleid van verwijdering Ton 343 660 2.1.1. Voorbereiding voor hergebruik Ton 38 720 2.1.2. Recyclage Ton 151 024 2.1.3. Verbranding met energieterugwinning Ton 1 796 2.1.4. Andere nuttige toepassingen Ton 152 119 2.2. Totale hoeveelheid niet-gevaarlijk afval toegeleid naar verwijdering Ton 27 574 2.2.1. Verbranding zonder energieterugwinning Ton 366 2.2.2. Storten Ton 24 857 2.2.3. Andere vormen van afvalverwijdering Ton 2 351 3. Mijnbouwafval Ton 313 558 3.1. Terugwinning van niet-gevaarlijk mijnbouwafval Ton 313 558 Niet-gerecycleerd afval (hoeveelheid en % van totale hoeveelheid geproduceerd afval) Ton 41 249 % 5,7 6.3.Sociale informatie 6.3.1.Eigen personeel Financiële materialiteit: Thema Subthema Sub-subthema Soort impact / risico / kans Daadwerkelijk / Potentieel Beschrijving impact / risico / kans Regio Waardeketen Tijdshorizon Eigen personeel Arbeidsvoorwaarden Sociale dialoog Kans Potentieel Een doeltreffende sociale dialoog maakt de lopende transformatie en de bijbehorende beoogde kostenbesparingen mogelijk WW Eigen activiteiten Middellange termijn Eigen personeel Gelijke behandeling en gelijke kansen voor iedereen Diversiteit Kans Potentieel Focus op generaties om kennis te behouden en bijscholing om de transformatie te garanderen, Organisaties die blijk geven van diversiteit en inclusie presteren beter WW Eigen activiteiten Korte termijn Impact-materialiteit: Thema Subthema Sub-subthema Soort impact / risico / kans Daadwerkelijk / Potentieel Beschrijving impact / risico / kans Regio Waardeketen Tijdshorizon Eigen personeel Arbeidsvoorwaarden Veiligheid en gezondheid Positieve impact Potentieel Solvay streeft met zijn aanpak van gezondheid en welzijn van werknemers (betrokkenheid, prestaties, tevredenheid, voldoening, geestelijke gezondheid, minder stress) naar een positieve impact op de werknemers WW Eigen activiteiten Lange termijn Eigen personeel Arbeidsvoorwaarden Sociale dialoog Positieve impact Daadwerkelijk Constructief overleg tussen het management en de werknemersvertegenwoordigers heeft een positieve impact en leidt tot welzijn, betrokkenheid en tevredenheid van werknemers WW Eigen activiteiten Korte termijn Eigen personeel Gelijke behandeling en gelijke kansen voor iedereen Diversiteit Positieve impact Daadwerkelijk Diversiteit stimuleert innovatie en maakt de Groep competitiever op de markt door getalenteerde mensen aan te trekken en te behouden WW Eigen activiteiten Korte termijn Eigen personeel Arbeidsvoorwaarden Veiligheid en gezondheid Negatieve impact Potentieel Blootstelling van onze werknemers aan arbeidsomstandigheden in onze activiteiten die leiden tot gezondheidsproblemen (gevaarlijke stoffen, lawaai, trillingen enz.) WW Eigen activiteiten Korte termijn Eigen personeel Arbeidsvoorwaarden Veiligheid en gezondheid Negatieve impact Potentieel Een potentieel ernstig ongeval (arbeidsongeval, procesongeval) in onze activiteiten, mijnen, groeven en/of ondergrondse ruimtes veroorzaakt dodelijke slachtoffers, blijvende letsels en/of milieuschade. WW Eigen activiteiten Korte termijn S1-SBM-2 Belangen en opvattingen van stakeholders De belangen, opvattingen en rechten van onze werknemers komen aan bod in onze strategieën voor Better Life en Sociale Dialoog: Strategie voor Better Life hPulse-enquêtes: We beoordelen welzijn en betrokkenheid doorlopend door twee keer per jaar met enquêtes de vinger aan de pols te houden bij onze werknemers. In april gebruiken we een uitgebreide versie van de Pulse-enquête die ook onderwerpen zoals veiligheid, welzijn en kansen voor onze werknemers uit alle demografische groepen, en cultuur omvat. De onderwerpen waar we in beide enquêtes systematisch naar polsen zijn werkdruk, stress en betrokkenheid. De Pulse-enquête geeft werknemers de mogelijkheid om in alle vertrouwelijkheid openlijk hun mening te geven over elk onderwerp dat zij onder de aandacht willen brengen. Het wereldwijde HR-team bespreekt de enquêteresultaten met het ELT om te bepalen welke entiteiten of landen sterke resultaten kunnen voorleggen en welke moeilijkheden ondervinden waarvoor mogelijk gerichte maatregelen nodig zijn. De enquête dient ook om de dialoog binnen de teams op gang te brengen. Elke manager en leidinggevende krijgt een 'dialoogtoolkit' om de resultaten te bespreken en een maatregel te bepalen om de resultaten te verbeteren tegen de volgende enquête. Managers kunnen tijdens dit hele proces ondersteuning krijgen van HR. hSpeak Up-beleid: ons Speak Up-beleid en -programma zijn beschikbaar voor alle werknemers. Speak Up behelst een open dialoog op de werkplek en moedigt werknemers aan om zaken vertrouwelijk aan te kaarten bij hun leidinggevenden, HR-medewerkers, de juridische functie of de afdeling Compliance en Interne audit. hBijstandsprogramma voor werknemers: dankzij het wereldwijde bijstandsprogramma van Solvay kunnen werknemers in alle vertrouwelijkheid contact opnemen met psychologen of coaches. Wij ontvangen nadien een geanonimiseerde samenvatting van de vaakst ter sprake gebrachte onderwerpen. We hebben ook een interne arbeidspsycholoog en een medisch netwerk (artsen en verpleegkundigen) die werknemers in alle vertrouwelijkheid ontvangen en naar hen luisteren, risico's analyseren en waar nodig passende preventieve en corrigerende maatregelen voorstellen. Strategie voor Sociale Dialoog hWe praten met onze werknemers over arbeidsrechten via verschillende kanalen, waaronder bijeenkomsten met vakbonden, ondernemingsraden en gezamenlijke comités van management en werknemers. Solvay heeft een Europese Ondernemingsraad (EOR) én heeft een wereldwijd akkoord gesloten met een vakbondsfederatie (IndustriALL) en een wereldwijd vertegenwoordigend orgaan opgericht om de sociale dialoog te bevorderen, het Solvay Global Forum (SGF). S1- SBM-3 Materiële impact, risico’s en kansen en de wisselwerking daarvan met strategie en businessmodel We doen er alles aan om de behoeften van alle Solvay-werknemers in kaart te brengen en aan te pakken, want we beseffen dat zij een belangrijke rol spelen in de activiteiten en het succes van de onderneming. Die inzet wordt geïllustreerd door initiatieven zoals Solvays engagement voor sociale dialoog, dat in heel de organisatie een cultuur van samenwerking doet ontstaan, of Solvays Better Life-agenda, die actief focust op het bevorderen van gezondheid, veiligheid, inclusie en welzijn. Daarnaast focust het programma STAR Factory – de drijvende kracht achter de transformatie van de operationele activiteiten van de Groep – op het betrekken van de werknemers en het versterken van hun competenties om transformatie en innovatie te stimuleren. Diversiteit van het personeel en soorten werknemers Solvay heeft een gevarieerd personeelsbestand dat zowel interne werknemers (vast personeel) als externe medewerkers (projectmedewerkers, tijdelijke medewerkers, stagiairs, studenten en leerlingen) omvat. Deze diverse groep beschikt over een brede waaier aan vaardigheden en expertise voor een grote verscheidenheid van rollen en functies. We zijn ons bewust van die diversiteit en investeren in onze werknemers door middel van gerichte programma's die persoonlijke en professionele groei ondersteunen, zoals bijscholings- en omscholingsinitiatieven die zijn afgestemd op de toekomstige behoeften van de onderneming. Door inzicht in de specifieke behoeften en kwetsbaarheden van onze werknemers te integreren in de strategie en het businessmodel van Solvay zorgen we voor een duurzamere en inclusievere kijk op werk. Solvay heeft een gevarieerd personeelsbestand met verschillende soorten medewerkers, zowel interne als externe. Het interne personeelsbestand bestaat uit vaste werknemers, terwijl het externe personeelsbestand bestaat uit projectmedewerkers, tijdelijke medewerkers, stagiairs, studenten en leerlingen. Werknemers kunnen verschillende statussen hebben (actief, actief met verlof (langdurige gedeeltelijke afwezigheid/inactiviteit) of inactief met verlof (langdurige voltijdse afwezigheid/inactiviteit), en behoren tot verschillende klassen (vaste werknemers, expats, stagiairs, studenten, leerlingen, tijdelijke medewerkers en projectmedewerkers). Belangrijk om op te merken is dat niet-werknemers of zelfstandigen niet zijn meegenomen in deze rapportage, omdat wij over dergelijke medewerkers geen data bijhouden. Deze personen kunnen momenteel niet geïdentificeerd worden in het HRIS-systeem van Solvay. We definiëren ons eigen personeel als actieve interne werknemers. Stagiairs, studenten en externe medewerkers vallen dus niet onder die definitie en zijn niet opgenomen in de gerapporteerde cijfers. Alle werknemers in deze rapportage zijn rechtstreeks in dienst van Solvay. Zowel interne werknemers als externe medewerkers zijn onderhevig aan de materiële impacts beschreven in de tabellen 'Financiële materialiteit' en 'Impact-materialiteit', wat het belang van deze personeelscategorieën in de operationele en strategische overwegingen van de onderneming benadrukt. Impact op personeel en operationele risico's De activiteiten van Solvay hebben een positieve impact op onze werknemers, met name door onze focus op sociale dialoog, veiligheid en gezondheid, en diversiteit. Onze inzet voor sociale dialoog bevordert een constructieve, transparante en op samenwerking gerichte omgeving op alle niveaus van de organisatie. Via onze Global Framework Agreement (GFA) met IndustriALL Global Union garanderen we de bescherming van de arbeidsrechten, de mensenrechten en het welzijn van onze werknemers. Belangrijke initiatieven die resulteren in positieve impacts zijn onder andere het bevorderen van de vrijheid van vereniging en collectieve onderhandelingen, het actief betrekken van werknemers door middel van Europese en wereldwijde forums zoals de EOR en het SGF, en het aanmoedigen van werknemers om mogelijke misstanden of zorgen te melden via het Speak Up-beleid of via hun vertegenwoordigende organen. Deze initiatieven hebben een verregaande impact op ons personeelsbestand. Veiligheidsprogramma's, sociale initiatieven en inspanningen op het gebied van diversiteit, gelijkheid en inclusie zijn op alle werknemers van toepassing en veel werknemers vallen onder een collectieve arbeidsovereenkomst. Bovendien hebben we in verschillende vestigingen ook samenwerkingsverbanden rond veiligheid met projectmedewerkers om hun veiligheid te garanderen. Het risico op gedwongen arbeid en kinderarbeid wordt niet als materieel beschouwd en er zijn geen problemen of individuele incidenten geïdentificeerd in de regio's waar de Groep actief is, inclusief gebieden buiten de EU. We hebben vastgesteld dat bijscholing en opleiding niet als materieel worden beschouwd en hebben dan ook geen negatieve of positieve impacts in verband met transitie- of herstructureringsprogramma's. Bovendien bleef het personeelsverloop uit eigen beweging bij Solvay in 2024 met 4,1% relatief laag. Zie SBM-3 in punt 1.3. Strategie voor meer informatie over de materiële risico's en kansen die voortvloeien uit impacts en afhankelijkheden wat betreft het eigen personeel van Solvay. Uit grondige evaluaties van de operationele vestigingen van Solvay met productie- en mijnbouwactiviteiten zijn geen significante risico's of incidenten binnen de activiteiten van de onderneming naar voren gekomen met een potentieel risico op schendingen van de mensenrechten, met inbegrip van gedwongen of verplichte arbeid en kinderarbeid. We hebben een nauwkeurig inzicht ontwikkeld in de potentiële risico's waarmee specifieke segmenten van het personeel van Solvay geconfronteerd worden. Dat inzicht is verkregen door een combinatie van risicobeoordelingen, gesprekken met werknemers en data-analyse. Daartoe gebruiken we voortdurende risicomonitoring via een platform voor het beheer van ESG-risico's, Dow Jones, dat factoren identificeert zoals sociaaleconomische omstandigheden, lokale regelgevende kaders en de specifieke aard van het werk dat wordt uitgevoerd. Bovendien beoordeelt onze afdeling Interne audit de effectiviteit van het locatie specifieke beleid en de processen om werknemers te betrekken om ervoor te zorgen dat alle werknemers toegang hebben tot klachtenkanalen en dat hun zorgen onverwijld worden behandeld. De materiële risico's en kansen in verband met eigen personeel gelden voor alle werknemers van Solvay (geen specificatievoor een bepaalde groep werknemers). Indien nodig worden mitigerende maatregelen evenwel aangepast aan specifieke doelgroepen. Met het oog op kennisbehoud en bijscholing worden opleidingsprogramma's bijvoorbeeld afgestemd op de behoeften van specifieke groepen (bv. basisinformatie over de onderneming voor nieuwe werknemers, levenslang leren voor ervaren medewerkers). Zie de tabel met impacts, risico's en kansen voor de materiële risico's en kansen. S1-1 Beleid ten aanzien van eigen personeel Zie het overzicht van beleid in tabel ESRS 2 – MDR-P. Veiligheid en gezondheid: Wij verbinden ons ertoe ten aanzien van ons personeel een beleidskader te handhaven dat de materiële impacts en risico's voor ons eigen personeel identificeert, evalueert en beheerst, en tegelijk de kansen op personeelsgebied identificeert en benut. Wij plaatsen bij alles wat we doen de veiligheid en gezondheid van de werknemers van Solvay voorop en stimuleren een proactieve preventiecultuur om letsels, arbeidsongevallen en beroepsziekten tot een minimum te beperken. Dat engagement voor een veilige en gezonde werkomgeving is de drijfveer achter ons streven naar strenge normen, voortdurende verbetering en innovatie. De VGM-strategie van Solvay berust op een goedgekeurd beheersysteem voor veiligheid, gezondheid en milieu (VGM), dat in elke industriële vestiging (productie en onderzoek & innovatie) wordt toegepast. Dit omvat een Responsible Care-beleid, Life saving Regels en een reeks op risico's gebaseerde procedures die van toepassing zijn op alle domeinen, waaronder gezondheidsmonitoring, hygiëne en veiligheid op het werk, procesveiligheid, transportveiligheid en milieu- en productveiligheid. Voor elk domein wordt op groepsniveau een netwerk georganiseerd dat toeziet op de toepassing van de procedures, de naleving van de regelgeving en de uitwisseling van goede praktijken. Het gestructureerde systeem van veiligheids- en gezondheidsprocedures omvat regelmatige interne audits door Solvay om na te gaan of aan de minimumvereisten wordt voldaan en regelmatige audits met interne experts of zorgvuldig geselecteerde externen om na te gaan of Solvay de regelgeving naleeft. Dit stelt Solvay in staat alle kwesties in dit verband te beheren. We hebben 'YouGrow' ontwikkeld, een digitaal platform om verschillende VGM-opleidingen te verstrekken aan werknemers die behoefte hebben aan bijscholing of ontwikkelingskansen in specifieke VGM-domeinen. De veiligheidscultuur wordt gestimuleerd door de implementatie van het 'SAFE'-handvest en veiligheidsdagen in vestigingen alsook door een 'evaluatie van het veiligheidsklimaat' in sommige vestigingen. Solvays beheersysteem voor veiligheid, gezondheid en milieu (VGM) is afgestemd op de definities in ISO 45001 en ISO 14001 en op onze Responsible Care-aanpak. Via deze standaarden verbinden wij ons ertoe mensen, gemeenschappen en het milieu te beschermen door continu beter te presteren op het gebied van veiligheid, gezondheid en milieu (VGM), veiligheid van installaties, processen en technologieën, en productveiligheid en -zorg voor chemische producten in de hele toeleveringsketen. Het ongevallenpreventiebeleid van Solvay legt de nadruk op een cultuur van veiligheid, waarbij elke werknemer in staat wordt gesteld om bij te dragen aan een veilige werkomgeving. De onderneming heeft een beheersysteem ingevoerd om dit beleid te ondersteunen, dat onder meer regelmatige risicobeoordelingen, veiligheidsopleidingen, rapportage van incidenten en onderzoeksprocedures omvat. We doen er alles aan om onze veiligheidsprestaties voortdurend te verbeteren. We evalueren regelmatig ons ongevallenpreventiebeleid en ons beheersysteem om ervoor te zorgen dat ze doelmatig blijven en in lijn zijn met de beste praktijken. Solvay heeft een robuust en allesomvattend beleid en beheersysteem voor de preventie van arbeidsongevallen. De onderneming verbindt zich ertoe de veiligheid en gezondheid van al haar werknemers, dienstverleners en bezoekers te waarborgen. Dat engagement uit zich in onze aanpak om risico's op de werkplek proactief te identificeren, beoordelen en beperken. Sociale dialoog: Solvay's beleid inzake Sociale Dialoog verzekert de proactieve identificatie, beoordeling en beheersing van personeelsimpacts tijdens transformaties van de organisatie door open communicatie en samenwerking tussen management, werknemers en hun vertegenwoordigers aan te moedigen. Door middel van een gestructureerde dialoog, transparantie bij strategische beslissingen en gezamenlijke ontwikkeling van beleidslijnen helpt het beleid om mogelijke uitdagingen vroegtijdig te detecteren en nadelige gevolgen voor de werknemers te temperen, waardoor een soepele overgang mogelijk wordt die strookt met de mensenrechten, de arbeidsnormen en de transformatiedoelstellingen van Solvay. Het Speak Up-beleid biedt bovendien een formeel kanaal voor werknemers om hun zorgen direct kenbaar te maken, waarna deze worden onderzocht en aangepakt. Bij Solvay is de sociale dialoog een hoeksteen van onze cultuur en onze manier van werken. We zorgen ervoor dat de werknemersvertegenwoordigers op de hoogte blijven van de strategische koers en de belangrijkste beslissingen van de onderneming en organiseren daar structureel overleg over. Vertegenwoordigingsorganen vormen een klankbord voor beleidsvoorstellen voordat ze worden geïmplementeerd, wat resulteert in voldragen beleid en een grote mate van transparantie en vertrouwen tussen het hogere kader en de werknemers. Ons geloof dat we samen meer kunnen bereiken komt tot uiting in onze organen en praktijken voor sociale dialoog, waarmee we via verschillende fora op verschillende niveaus zowel mondiaal als regionaal en lokaal de dialoog aangaan. Diversiteit, gelijkheid en inclusie (DGI): Het beleid van Solvay inzake diversiteit, gelijkheid, inclusie en non-discriminatie vervult een sleutelrol in het identificeren, beoordelen en beheren van werknemersinitiatieven die innovatie stimuleren, cruciale kennis in de onderneming behouden en bijscholingsinspanningen kracht bijzetten. Door een diverse en inclusieve omgeving te stimuleren, helpt het beleid de collectieve kracht van verschillende perspectieven te benutten, waardoor de organisatie competitief en flexibel kan blijven. Door middel van gerichte DGI-programma's zorgen we ervoor dat alle werknemers over de vaardigheden beschikken die nodig zijn voor toekomstige groei, wat bijdraagt aan betere prestaties van de organisatie en een continue cyclus van innovatie. Het Solvay Cares-beleid weerspiegelt onze jarenlange inzet voor maatschappelijk welzijn. Het garandeert wereldwijd een minimum aan sociale voordelen, zoals ouderschapsverlof, ziektekostenverzekering en arbeidsongeschiktheids- en levensverzekering voor alle werknemers. We promoten actief een cultuur van diversiteit, gelijkheid, inclusie en non-discriminatie. Het beleid van Solvay inzake diversiteit, gelijkheid, inclusie en non-discriminatie beschrijft ons engagement om gelijke kansen te bieden, een inclusieve omgeving tot stand te brengen en positief bij te dragen aan de gemeenschappen waarin we actief zijn. Het DGI-beleid van Solvay onderstreept uitdrukkelijk de waarde die wij hechten aan onze werknemers en hun diverse bijdragen. Het erkent dat individuele verschillen, levenservaringen, achtergronden en talenten een belangrijke bepalende factor zijn voor de cultuur en prestaties van Solvay. We zien diversiteit als de drijvende kracht achter onze innovatieve mentaliteit en een concurrentievoordeel in de sector. Ons DGI-beleid waardeert en ondersteunt onze werknemers met al hun verschillen, zichtbaar of onzichtbaar, ook qua achtergrond, leeftijd, genderidentiteit, etniciteit, geloofsovertuiging, seksuele geaardheid en capaciteiten. Het DGI-beleid benadrukt ook het belang van gelijkheid en inclusie binnen Solvay. Het is gericht op het creëren van gelijke kansen en een eerlijke vertegenwoordiging voor alle werknemers, waarbij erkend wordt dat bepaalde groepen extra ondersteuning nodig kunnen hebben om hun volledige inclusie te garanderen. We definiëren gelijkheid als het promoten van onpartijdigheid en eerlijkheid terwijl we de drempels waarmee sommige werknemers kunnen worden geconfronteerd, erkennen en aanpakken. De onderneming gaat actief in gesprek met diverse individuen en moedigt de vorming van Employee Resource Groups aan om bij te dragen aan een inclusieve cultuur voor alle werknemers. Ons DGI- en non-discriminatiebeleid is bedoeld om discriminatie binnen Solvay te voorkomen, te neutraliseren en aan te pakken. Het benadrukt dat alle werknemers een gedeelde verantwoordelijkheid hebben om anderen waardig en respectvol te behandelen en om gezamenlijk de doelstellingen van de onderneming te verwezenlijken. Dit beleid is wereldwijd van toepassing en vereist van werknemers dat zij de DGI-principes uitdragen in hun gedrag op het werk, als vertegenwoordiger van de onderneming en tijdens externe evenementen. We bieden regelmatig sensibiliseringsopleidingen aan om werknemers meer inzicht te geven in DGI, hen aan te moedigen een cultuur van vertrouwen en respect op te bouwen en hen in staat te stellen niet-inclusief of discriminerend gedrag aan aan te vechten. Compliance, ethiek en mensenrechten: We verbinden ons er uitdrukkelijk toe ten aanzien van ons eigen personeel de mensenrechten in acht te nemen. In het kader van de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit en het beleid inzake sociale dialoog hebben we een uitgebreid beleid inzake de mensenrechten in het bedrijfsleven geïmplementeerd, dat strenge normen op het gebied van arbeidsrechten, veiligheid en non-discriminatie oplegt aan al onze activiteiten. Onze aanpak omvat klachtenmechanismen en een voortdurende dialoog met stakeholders om eventuele bezorgdheden over de mensenrechten aan te pakken. De algemene benadering van Solvay met betrekking tot de naleving van de mensenrechten en arbeidsrechten is om de cultuur van een veilige, inclusieve en respectvolle werkomgeving voor alle werknemers te promoten. We geven prioriteit aan eerlijke behandeling, vrijheid van vereniging en het uitbannen van gedwongen arbeid en kinderarbeid. Deze principes worden geïntegreerd in onze wereldwijde activiteiten door de praktijken van Solvay regelmatig te evalueren, erop toe te zien dat de lokale en internationale arbeidsnormen worden nageleefd en een cultuur van verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid tot stand te brengen. We hebben een robuust klachtenmechanisme waar werknemers en stakeholders bezorgdheden over mogelijke mensenrechtenschendingen kunnen uiten, dat een brede waaier van vlot toegankelijke kanalen biedt en garandeert dat wie zich uitspreekt wordt beschermd tegen vergelding. We doen ook grondig onderzoek naar gemelde incidenten en nemen corrigerende maatregelen, waaronder beleidsaanpassingen of herstelmaatregelen, om eventuele negatieve impacts op de mensenrechten aan te pakken. Het beleid van Solvay richt zich expliciet op mensenhandel, gedwongen arbeid, verplichte arbeid en kinderarbeid. Het beleid van de onderneming inzake mensenrechten in het bedrijfsleven en de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit verbieden ondubbelzinnig alle vormen van mensenhandel en gedwongen of verplichte arbeid. Ze worden ook ondersteund door een beleid inzake sociale dialoog. Deze documenten zijn ontwikkeld om ervoor te zorgen dat geen enkele werknemer wordt verplicht om tegen zijn wil te werken of wordt uitgebuit. De onderneming houdt zich aan de internationale normen en wettelijke voorschriften om de rechten van jonge werknemers te beschermen en om ervoor te zorgen dat alle werknemers de wettelijke minimumleeftijd hebben. Het beleid voorziet bovendien in disciplinaire maatregelen voor werknemers die blijk geven van ongepast gedrag of discriminatie. Solvay moedigt werknemers en partners aan om zich uit te spreken wanneer zij getuige zijn van discriminatie of een vorm van discriminatie ervaren, en reikt diverse kanalen aan om bezorgdheden te uiten en steun te vragen, desgewenst anoniem. Werknemers kunnen de Speak Up-gids van de onderneming raadplegen voor meer informatie over het melden van bezorgdheden en kunnen ook contact opnemen met de afdeling Compliance voor verdere bijstand. S1-2 Processen om met eigen werknemers en werknemersvertegenwoordigers te overleggen over impacts In overeenstemming met het beleid van de Groep en de lokale wetgeving vragen we actief naar de standpunten van onze werknemers als input voor onze besluitvorming en maatregelen om de impacts voor werknemers te beheersen. Dat de onderneming sterk inzet op een cultuur van open communicatie en samenwerking, blijkt uit de oprichting van verschillende vertegenwoordigingsorganen zoals de EOR en het SGF. Daar kunnen werknemersvertegenwoordigers rechtstreeks in contact treden met het hogere kader, inclusief de CEO en het ELT, zodat hun stem gehoord wordt en wordt meegenomen in strategische beslissingen. We hanteren een tweeledige benadering om onze werknemers te betrekken: we gaan rechtstreeks met hen in dialoog, bijvoorbeeld via bezoeken van het ELT aan productievestigingen, regelmatige ontmoetingen met het management en het gebruik van Pulse-enquêtes, maar we erkennen ook de waarde van werknemersvertegenwoordiging via gevestigde instanties. De strategie van Solvay is erop gericht de werknemers en hun vertegenwoordigers op verschillende momenten te betrekken, in de eerste plaats bij het uitstippelen en uitvoeren van het beleid. Vertegenwoordigingsorganen, zoals vakbonden en ondernemingsraden, worden actief betrokken bij gesprekken en onderhandelingen over nieuw beleid en nieuwe procedures. Deze proactieve benadering zorgt ervoor dat mogelijke problemen en gevolgen worden aangepakt voordat het beleid wordt uitgerold, wat het gevoel van inspraak en transparantie bevordert. We hanteren een veelzijdige aanpak van betrokkenheid en gebruiken verschillende kanalen om communicatie en samenwerking tot stand te brengen. Die omvatten formele bijeenkomsten met vakbonden, lokale ondernemingsraden en gezamenlijke comités van management en werknemers, maar ook mondiale platformen zoals het SGF en de EOR, die dialoog en samenwerking op een bredere schaal bevorderen. We bezoeken ook jaarlijks vestigingen om te controleren of de afspraken worden nageleefd en moedigen feedback aan via het Speak Up-beleid of de vertegenwoordigingsorganen. De frequentie van overleg varieert afhankelijk van het type en het niveau van de interactie. Wereldwijde fora zoals het SGF komen driemaandelijks bijeen, terwijl het secretariaat van de EOR maandelijks bijeenkomt en IndustriALL en het Beperkt Comité van de EOR eenmaal per jaar vestigingen bezoeken om te zorgen voor permanente communicatie en samenwerking. De afdeling Human Resources, geleid door een directielid zoals de Head of HR Country & Labor Relations, heeft de operationele verantwoordelijkheid voor het aansturen en garanderen van de doeltreffendheid van onze inspanningen om stakeholders te betrekken. De Global Framework Agreement (GFA) van Solvay met IndustriALL is een belangrijk onderdeel van ons engagement om de mensenrechten wereldwijd te respecteren en voorziet in mechanismen om inzicht te krijgen in de standpunten van de werknemers. Dit omvat jaarlijkse bezoeken aan vestigingen door IndustriALL-vertegenwoordigers, het bevorderen van open communicatiekanalen en het actief betrekken van werknemersvertegenwoordigers bij gezamenlijke beleidsontwikkeling. We hebben ook verschillende indicatoren en mechanismen geïmplementeerd, zoals periodieke beleidsevaluaties, nalevingscontrole, feedbackmechanismen zoals de Pulse-enquêtes en het Speak Up-programma, evenals collectieve arbeidsovereenkomsten en andere structurele middelen om de behoeften en bezorgdheden van ons personeel te evalueren en aan te pakken. Verder hebben we algemene mechanismen en structuren ingesteld, zoals Employee Resource Groups, het Speak Up-beleid, de Global Framework Agreement en het mensenrechtenbeleid, die bijdragen aan een beter begrip van de behoeften van kwetsbare of gemarginaliseerde groepen. S1-3 Herstelprocessen voor negatieve impact en kanalen voor eigen werknemers om zorgen kenbaar te maken We benadrukken Solvays engagement voor duurzaamheid en het welzijn van de werknemers. We hebben processen en een toegankelijke hulplijn geïmplementeerd waarmee werknemers, ook eigen personeel, bezorgdheden kunnen uiten, zodat eventuele negatieve gevolgen direct worden aangepakt. Dit omvat klachtenmechanismen waarbij werknemers op een veilige en vertrouwelijke manier klachten of onethische praktijken kunnen melden. Deze kanalen zijn essentieel voor het bevorderen van een omgeving waarin onze werknemers hun bezorgdheid kunnen uiten zonder bang te hoeven zijn voor vergelding, waardoor een cultuur van transparantie wordt ondersteund. Zie G1-1 in de Duurzaamheidsverslagen voor meer informatie over het klachtenmechanisme. Solvay beschikt over een gestructureerd herstelkader om materiële negatieve impact op onze werknemers aan te pakken. We zorgen ervoor dat alle herstelmaatregelen – of het nu gaat om compensatie, corrigerende maatregelen of opleiding – nauwgezet worden uitgevoerd. De effectiviteit van herstelmaatregelen wordt geëvalueerd door middel van Pulse-enquêtes om er zeker van te zijn dat de geboden oplossingen de geïdentificeerde schade neutraliseren en herhaling voorkomen. De resultaten van de enquêtes stellen de Groep, het lokale management en alle eerstelijnsmanagers in staat om sterke punten te identificeren en in kaart te brengen op welke vlakken de werkomgeving en de werknemerservaring vatbaar zijn voor verbetering. Onze herstelprocessen houden ook rekening met langetermijnstrategieën zoals de opleiding van personeel en veiligheidsverbeteringen om toekomstige impact te voorkomen. Ook levensreddende regels maken deel uit van de cultuur van Solvay. De klachtenprocedures van Solvay omvatten stappen voor escalatie en oplossing, die garanderen dat klachten grondig worden onderzocht en dat passende maatregelen worden ondernomen om geïdentificeerde problemen op te lossen. Ons beleid is afgestemd op internationale standaarden en ESG-rapportageverplichtingen wat ervoor zorgt dat deze processen robuust zijn, goed gecommuniceerd worden en geïntegreerd zijn in ons algehele personeels- en governancekader. We promoten een 'Speak Up'-cultuur door werknemers aan te moedigen om bezorgdheden of mogelijke schendingen van de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit of ander intern beleid te melden. Het Speak Up-programma van Solvay staat onder het toezicht van het Audit- en Risicocomité van de Raad van Bestuur en voorziet in een uitgebreide opleiding om werknemers duidelijk te maken dat het belangrijk is dat zij misstanden melden en welke kanalen zij daarvoor ter beschikking hebben. In overeenstemming met het Speak Up-beleid worden alle meldingen onverwijld, onafhankelijk en objectief onderzocht, zodat werknemers, zowel eigen personeel als stakeholders, over een veilig en vertrouwelijk proces beschikken om bezorgdheden te melden en onderzoeken worden afgehandeld met passende vervolgmaatregelen om wangedrag aan te pakken. Werknemers en externe partijen die dat wensen, kunnen bezorgdheden anoniem melden via de Ethics Helpline, een externe hulplijn die alle dagen van het jaar de klok rond bereikbaar is. Deze hulplijn is beschikbaar in 19 talen, voor alle vestigingen van Solvay en is te vinden in de rubriek Ethiek en Compliance op de website van Solvay. Naast de Ethics Helpline bieden we verschillende interne kanalen langs waar werknemers hun bezorgdheden kunnen uiten. Die kanalen, waaronder het lijnmanagement, de afdeling Ethiek & Compliance, de General Counsel-functie, de Interne audit, Human Resources en de werknemersvertegenwoordigers, zijn opgevat om ervoor te zorgen dat meldingen vertrouwelijk worden ontvangen en behandeld, zonder dat de melder moet vrezen voor vergelding. Zie G1-3 in de Duurzaamheidsverslagen voor meer informatie over onderzoek en rapportage. S1-4 Acteren op materiële impact op eigen personeel, en benaderingen om materiële risico’s te beperken Actieplannen We hebben uitgebreide actieplannen ingevoerd en specifieke middelen toegewezen om materiële gevolgen, risico's en kansen met betrekking tot het personeel van Solvay te beheren. Onderstaande tabel beschrijft die actieplannen: Materiële impact Actieplannen om de negatieve impact aan te pakken Actieplannen om herstel mogelijk te maken Actieplannen om de positieve impact aan te pakken Monitoring Veiligheid en gezondheid In al onze operationele vestigingen streven we er met een kader van systemen voor het beheer van veiligheid en gezondheid – een reeks regels, procedures, richtlijnen, audits, discipline, maatstaven of digitale tools – naar de geldende wetgeving, de voorschriften van Solvay en erkende internationale normen, zoals ISO 45001 en Responsible Care, volledig na te leven. Onze installaties zijn ontworpen en worden geëxploiteerd op een manier die veiligheid en gezondheid waarborgt als kernelementen van ons duurzame zakelijke succes. Al onze eigen werknemers en werknemers in de waardeketen vallen onder het toepassingsgebied van dit beleid en al onze entiteiten moeten de standaarden, procedures, normen en processen in acht nemen. Na de ernstige incidenten waarbij in 2024 drie dodelijke slachtoffers te betreuren vielen, heeft Solvay een speciaal veiligheidsteam op groepsniveau opgericht onder leiding van een Group Safety Director die rapporteert aan de COO. Dit team zal de veiligheidsaanpak hervormen om de veiligheidscultuur, de betrokkenheid van alle leidinggevenden en de operationele discipline in de fabrieken te verbeteren. Deze transformatie zal worden ondersteund door een externe consultant op het gebied van veiligheidscultuur. Solvay Pulse-enquête: om de evolutie van het welzijn en de betrokkenheid te evalueren en te meten, driemaal per jaar. Deze enquête gaat gepaard met een hulpmiddel om de dialoog aan te gaan. Het doel is om teams in staat te stellen de resultaten te bespreken en verbeteracties te identificeren. Levensreddende regels. Noodplannen en eerste hulp. Risicobeoordelingen van gezondheidsrisico's (chemisch, fysiek, ergonomisch, biologisch en psychosociaal). Initieel en periodiek op risico's gebaseerd medisch toezicht. Procedures voor terugkeer naar het werk, aanpassingsmaatregelen en bescherming van zwangere vrouwen. Burn-outobservatorium. Advies en ondersteuning van werknemers, vestigingen en de onderneming door experts. Tool voor het beoordelen van de werklast: om werklastproblemen te identificeren en oplossingen te vinden. Employee Assistance Program: externe psychologen en coaches voor werkgerelateerde en privéonderwerpen. Registratie, analyse en corrigerende maatregelen bij incidenten. Noodplannen en eerste hulp. Actieplannen om blootstelling te verminderen. Welzijnsambassadeur per vestiging om mensen bewust te maken van hulpmiddelen om hun welzijn te verbeteren. Make Life Easier-programma: regels van de onderneming om het leven van werknemers gemakkelijker te maken en de productiviteit te waarborgen. Opleiding om te sensibiliseren voor verschillende onderwerpen. Bevorderen van veiligheid, zoals SAFE-handvest of levensreddende regels. Medisch toezicht op werknemers. Promotie van fysieke en mentale gezondheid. Advies en ondersteuning van werknemers, vestigingen en de onderneming door experts. Veiligheid en gezondheid •Te registreren arbeidsongevallen (RIR) •Werkverlet door arbeidsongevallen (LTIR) •Dodelijke ongevallen •Te registreren ernstige arbeidsongevallen (H-RIR) •Te registreren beroepsziekten: aantal, oorzaken, sterfgevallen, verzuimdagen •Geavanceerd, op risico gebaseerd medisch toezicht •Indicatoren van gezondheidspromotie •Indicatoren van geestelijke gezondheid en welzijn op het werk •Algemene gezondheidsperceptie Solvay voert regelmatig Pulse-enquêtes uit om de algemene betrokkenheid van het personeel te meten. Personeelsverloop en ziekteverzuim worden bijgehouden met behulp van het Better Life-dashboard. Sociale dialoog Programma's voor werknemersbetrokkenheid: platformen zoals het Solvay Global Forum of initiatieven gepromoot door de EOR en IndustriALL bevorderen communicatie en samenwerking, terwijl de bezoeken aan vestigingen ook toelaten om materiële risico's en kansen van nabij op te volgen. Feedbackmechanismen zoals het Speak Up-programma en Pulse-enquêtes stellen onze werknemers in staat om hun bezorgdheden te uiten. Solvay Cares-beleid (zie hierboven). Solvay monitort de vooruitgang via feedback van het Solvay Global Forum. Diversiteit, gelijkheid en inclusie DGI-strategie: deze maatregelen bevorderen een algehele diverse, inclusieve werkomgeving en pakken de verloningsverschillen tussen mannen en vrouwen aan. Leefbaar loon-analyse: na de implementatie van drie succesvolle proefprojecten in de VS, het VK en China maakt Solvay nu een analyse om te achterhalen welk percentage van ons personeel geen leefbaar loon ontvangt. Uitbreiding leefbaar loon: in 2024 hebben we de wereldwijde leefbaar loon-analyse voltooid voor alle landen waar we actief zijn, met als doel de kloof in 2025 te dichten en in 2026 een leefbaar loon te bieden aan 100% van onze werknemers. Ontwikkeling en opleiding van werknemers: Solvay investeert in opleidingsprogramma's en ontwikkelingskansen om de vaardigheden en kennis van ons personeel te verbeteren en loopbaankansen en persoonlijke ontwikkeling te bevorderen. Diversiteitsmonitoring gericht op middenkader en hoger kader. Monitoring van de werving van diverse kandidaten. Doorlichting van het personeelsbestand van Solvay om ervoor te zorgen dat 100% een leefbaar loon krijgt. De ontwikkeling van werknemers wordt gemeten aan de hand van het aantal uren opleiding per werknemer. We leggen sterk de nadruk op de regelmatige screening van verschillende maatstaven om de doeltreffendheid van programma-initiatieven te garanderen en te bepalen of er corrigerende maatregelen nodig zijn. Dat engagement komt tot uiting in Solvays robuuste proces voor risicobeheer, dat de potentiële negatieve impacts op het personeel identificeert, beoordeelt en tempert. We hebben procedures opgesteld voor het rapporteren en onderzoeken van incidenten op de werkvloer, zodat de onderneming de basisoorzaken kan bepalen en de nodige corrigerende maatregelen kan treffen. We gaan ook actief de dialoog aan met onze werknemers via verschillende kanalen, zoals Employee Resource Groups, Pulse-enquêtes en werknemersvertegenwoordigers, om feedback te verzamelen, inzicht te krijgen in hun bezorgdheden en doeltreffend in te spelen op hun behoeften. Deze inclusieve dialoog stelt de onderneming in staat om passende maatregelen te nemen en de werkomgeving voortdurend te verbeteren. Voortdurende monitoring en continue verbetering zijn een onlosmakelijk deel van onze aanpak, waarbij we gebruikmaken van prestatie-indicatoren (KPI's), audits en andere instrumenten om onze prestaties op te volgen en verbeterdomeinen te identificeren. Deze aanpak zorgt ervoor dat onze maatregelen doeltreffend en relevant blijven en toont ons sterke engagement om het welzijn en de tevredenheid van de werknemers van Solvay op de eerste plaats te zetten. Solvay heeft een robuust mechanisme om in de geïdentificeerde gebieden met een materiële impact op werknemers risico's te beperken en kansen na te streven: Gebieden met materiële impact Maatregelen om risico's te beperken Maatregelen om kansen te benutten Veiligheid en gezondheid Veiligheid •Onze tien levensreddende regels zijn verplicht voor iedereen. We passen overal risicogebaseerd denken toe om maatregelen te nemen om negatieve impacts te voorkomen, te beperken of te herstellen. •We beschikken over interventie- en inperkingsmaatregelen bij noodgevallen om potentiële schade te voorkomen en de reputatie van Solvay te beschermen tegen risico's op korte, middellange en lange termijn. •De waardeketen en transporteurs moeten voldoen aan duidelijke eisen op het vlak van veiligheidsprestaties, die verandering bewerkstelligen in de sector. Gezondheid •Beoordelingen van gezondheidsrisico's. •Initieel en periodiek op risico's gebaseerd medisch toezicht, inclusief biomonitoring. •Procedures voor terugkeer naar het werk en aanpassingsmaatregelen. •Medische noodhulp en eerste hulp. Welzijn •Voortdurend feedback vragen van werknemers via Pulse-enquêtes en Employee Resource Groups. •De teamresultaten van Pulse worden geanalyseerd door een arbeidspsycholoog, die een psychosociale risicobeoordeling kan uitvoeren als dat nodig lijkt of werknemers daarom vragen. •Individueel luisteren naar werknemers door een arbeidspsycholoog (intern), arbeidsartsen en verpleegkundigen, of EAP (extern). •Opleiding om te sensibiliseren voor verschillende welzijnsonderwerpen, zoals hoe je de zwakke signalen van overmatige stress kunt herkennen. •Alle werknemers hebben hetzelfde recht op een veilige en gezonde werkplek. •Waar we actief zijn, versterken we de competenties van buren en gemeenschappen in elkaars voordeel. •Onze eigen werknemers worden uitgenodigd om hun zorgen kenbaar te maken bij hun vertegenwoordigers. •Op basis van feedback van werknemers is Solvay het programma 'Make Life Easier' gestart om de werkdruk te verlichten. Het programma voorziet in vrijdagnamiddagen zonder vergaderingen, schrijft een rustperiode tussen vergaderingen voor en helpt werknemers om duidelijke verwachtingen te scheppen voor vergaderingen. •Teambesprekingen om Pulse-resultaten te analyseren en verbeteracties te identificeren. Diversiteit, gelijkheid en inclusie •Rekrutering: diverse aanwerving stimuleren door middel van diverse aanwervingspanels en het meten van de voortgang. •DGI integreren in ons proces voor prestatiebeoordeling en promotie om een eerlijke behandeling te garanderen en vooroordelen te verminderen. •Een inclusieve omgeving creëren om de betrokkenheid van werknemers te vergroten door middel van een nieuwe cultuur en gedragingen, zodat elke werknemer zich ten volle kan ontplooien. •Het leefbaar loon-initiatief van het Global Compact van de VN uitbreiden naar alle werknemers om ervoor te zorgen dat iedereen tegen 2026 een leefbaar loon krijgt. •Alle werknemers gelijke ontwikkelingskansen bieden om iedereen evenveel kans te geven om vooruit te komen in de organisatie (bijvoorbeeld via het Star Factory-programma). Sociale dialoog •Feedback vragen van werknemersvertegenwoordigers via verschillende fora zoals de Europese Ondernemingsraad, het Solvay Global Forum en andere lokale organen. •Wereldwijde leefbaar loon-analyse voltooien en de kloof dichten voor alle werknemers van Solvay. •Communiceren over verloning en gelijkheid. We streven naar een evenwicht tussen bedrijfsprestaties en onze verantwoordelijkheid om de negatieve impacts voor onze werknemers te beperken. We pakken potentiële conflicten tussen deze prioriteiten aan door vast te houden aan onze kernwaarden veiligheid, integriteit en duurzaamheid, die onze besluitvorming sturen. Negatieve impact op werknemers beperken Wanneer de druk in de onderneming toeneemt, zoals tijdens perioden van herstructurering, snelle schaalvergroting, implementatie van nieuwe technologieën of kostenbesparende maatregelen, geven we prioriteit aan het welzijn van werknemers en verantwoordelijkheid voor het milieu. Dat engagement zit verankerd in ons gestructureerde governancekader en ons beleid inzake ethisch zakendoen, zoals de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit, het Speak Up-beleid en het Employee Assistance Program. De Gedragscode voor bedrijfsintegriteit reikt bijvoorbeeld richtlijnen aan voor ethische besluitvorming in situaties waarin zakelijke behoeften in conflict kunnen komen met het welzijn van werknemers, met de nadruk op transparantie en respect voor de rechten van werknemers. We identificeren proactief potentiële negatieve materiële impacts op het personeel als gevolg van zakelijke praktijken, waarbij we ons richten op gebieden als het welzijn en de veiligheid van werknemers en de werk-privébalans. We anticiperen op de potentiële impact op de werkdruk en werkzekerheid van werknemers. Die identificatie gebeurt centraal door de teams Arbeidsbetrekkingen, HR en Transformatie, alsook door voortdurend feedback te verzamelen via Pulse-enquêtes en het Speak Up-beleid. Deze veelzijdige aanpak zorgt ervoor dat we een alomvattend beeld krijgen van potentiële uitdagingen. Na de identificatie van de potentiële impact gaat Solvay in overleg met vertegenwoordigingsorganen, eerst op mondiaal / Europees niveau en dan lokaal, om passende risicobeperkende maatregelen te bespreken en overeen te komen. Deze maatregelen worden ontwikkeld om de negatieve impact op werknemers tot het minimum te beperken in overeenstemming met wereldwijde en lokale arbeidsnormen. Ook wanneer we overwegen om een zakelijke relatie te beëindigen, houden we rekening met de impact op onze eigen werknemers. Dat doen we door middel van een robuust due-diligenceproces dat de naleving van bestaande contractuele clausules, orders en de ondertekende Gedragscode voor bedrijfsintegriteit bij leveranciers waarborgt. De Gedragscode voor bedrijfsintegriteit zet ons streven naar ethisch gedrag in alle zakelijke transacties kracht bij, inclusief de verantwoordelijke omgang met werknemers die worden getroffen door zakelijke beslissingen. Specifiek in de context van het beëindigen van zakelijke relaties omvat het due-diligenceproces een beoordeling van de potentiële impacts op werknemers bij de andere entiteit en werken we, waar mogelijk, samen met de andere entiteit om een verantwoorde overgang te garanderen. Door voortdurend te monitoren, te overleggen en onze aanpak aan te passen, streven we naar een doeltreffend evenwicht tussen zakelijke praktijken en het welzijn van onze werknemers, waardoor we een duurzame en verantwoordelijke onderneming creëren. Middelen Om zijn ambitieuze beleid en actieplannen uit te voeren, beschikt Solvay over speciale teams voor veiligheid en gezondheid, DGI, welzijn, opleiding en arbeidsbetrekkingen, met jaarlijkse budgetten die een efficiënte uitvoering mogelijk maken. Gespecialiseerde teams: Domein VTE's Veiligheid, gezondheid en milieu (VGM) 261 VTE's Diversiteit, gelijkheid en inclusie (DGI) 2 VTE's wereldwijd, met ondersteuning van lokale HR-teams (60 FTE's) Sociale dialoog 21 VTE's Negatieve impact op werknemers van de groene transitie Zie het overzicht van beleid in tabel ESRS 2 – MDR-P. We hebben ons gericht op de transitie naar duurzame technologieën om de negatieve impact op onze werknemers te beperken. De volledige uitfasering van steenkool in de fabriek in Green River (VS) en de geplande uitfasering van steenkool in Duitsland en Frankrijk zijn bijvoorbeeld belangrijke stappen in het terugdringen van schadelijke emissies die de gezondheid van werknemers kunnen aantasten. Het e.Solvay-procedé, dat momenteel wordt getest, vermindert de milieu-impact nog meer door de CO2-emissies en het grondstoffenverbruik te verminderen. In gevallen als Dombasle en Torrelavega is personeel dat instaat voor de bediening van nieuwe ketels of energiecentrales die werden gebouwd voor de energietransitie, overgedragen aan externe exploitanten. Deze aanpak combineert werkzekerheid met de invoering van duurzame praktijken. We helpen werknemers ook om zich aan de duurzaamheidstransitie aan te passen door middel van diverse bijscholingsprogramma's, bijvoorbeeld in het kader van Solvays STAR Factory-programma (STAR Operations Academy), en door permanent overleg met de sociale partners, bijvoorbeeld in het Solvay Global forum. Het wereldwijde reisbeleid van Solvay weerspiegelt ons engagement voor duurzaamheid en efficiëntie door verantwoorde reispraktijken te promoten. Om de resterende emissies van zakelijk reisverkeer aan te pakken, compenseert het Travel Carbon Fund deze emissies door middel van investeringen in biodiversiteitsprojecten, die onze bredere duurzaamheidsdoelen verder ondersteunen. Het Travel Carbon Fund rekent de divisies kosten aan op basis van hun emissies voor reisverkeer. Dit moedigt verantwoorde reispraktijken aan en financiert duurzaamheidsprojecten die zowel milieu- als economische voordelen opleveren. S1-5 Doelen wat betreft het beheersen van materiële impact, het bevorderen van positieve impact, alsmede het beheersen van risico’s en kansen op het gebied van eigen personeel Doel % of aantal Beschrijving a) verminderen van negatieve impact op het eigen personeel Het welzijn van werknemers verbeteren Kwalitatief Solvay promoot betrokkenheid en VGM-initiatieven, zoals de Employee Assistance Programs in het kader van het Solvay Cares-programma. Het peilt aan de hand van Pulse-enquêtes naar de betrokkenheid (%) en werkdruk (%) van onze werknemers om preventieve maatregelen te kunnen nemen en het beleid te kunnen bijsturen om een ondersteunende omgeving tot stand te brengen. Er is geen kwantitatief doel bepaald, maar er vindt voortdurende monitoring plaats. Beheer van veiligheid en gezondheid 0 ongelukken We zetten Solvays verbintenis om te monitoren en preventieve maatregelen uit te rollen die de veiligheid en gezondheid wereldwijd verbeteren, kracht bij door te streven naar nul ongevallen: •Te registreren arbeidsongevallen en beroepsziekten: een arbeidsongeval of beroepsziekte als gevolg van een ongeval waarvoor meer dan eerstehulpbehandeling nodig is. •Werkverlet door arbeidsongevallen en beroepsziekten: een arbeidsongeval dat of beroepsziekte die leidt tot een werkonderbreking van een of meer dagen, de dag van het ongeval niet meegerekend. •Dodelijk ongeval: een arbeidsongeval met dodelijke afloop. b) bevorderen van positieve impact op het eigen personeel Diversiteitsdoel (gelijkheid in het personeelsbestand) 30% tegen 2030 Strategisch doel om tegen 2030 30% vrouwen in het midden- en hogere kader te hebben en zo snel mogelijk genderpariteit te bereiken. Jaarlijks doel om de vertegenwoordiging van vrouwen in het midden- en hogere kader te verbeteren, gekoppeld aan de kortetermijnbonusregeling. Een eerlijk en leefbaar loon betalen 100% tegen 2026 Solvay verbindt zich ertoe en maakt er actief werk van om 100% van zijn personeel een leefbaar loon te betalen tegen 2026, in lijn met het Forward Faster-initiatief van het Global Compact van de VN. Gelijke verloning garanderen Kwalitatief Solvay heeft zich aangesloten bij andere initiatieven om te evalueren hoe de transparantie kan worden verbeterd en hoe culturele veranderingen kunnen worden gestimuleerd om tegen 2026 de gelijkheid in de verloning van ons personeel te vergroten. Bovendien heeft Solvay zich ertoe verbonden gelijke verloning te integreren in de procedures voor aanwerving, interne promotie en jaarlijkse prestatiegebonden salarisverhogingen. Solvay Cares-overeenkomsten Kwalitatief Solvay heeft zijn verbintenis om een verantwoordelijke werkgever te zijn, kracht bijgezet door al zijn werknemers over de hele wereld een minimum aan bescherming te garanderen op het vlak van welzijn en gezondheidszorg. Die minimumbescherming omvat zware ziektekosten, arbeidsongeschiktheidsverlof, bevallings- en ouderschapsverlof, adoptieverlof; overlijdensdekking voor werknemers en welzijnsondersteuning van werknemers. Make Life Easier-programma Kwalitatief Uitrol van een initiatief van Solvay om de werk-privébalans te verbeteren voor alle werknemers via een toolkit die onze werknemers helpt om hun werklast beter in balans te brengen. (c) beheersen van materiële risico’s en kansen wat betreft het eigen personeel Ontwikkeling en opleiding van werknemers Afhankelijk van lokale regelgeving Solvay monitort de opleidingsuren van zijn werknemers om ervoor te zorgen dat de lokale regels en normen worden nageleefd. Deze opleidingen omvatten zowel verplichte sessies over onderwerpen zoals vertrouwelijkheid, naleving van de regelgeving en privacy, als vrijwillige programma's die werknemers helpen om nieuwe vaardigheden te ontwikkelen, zoals leiderschap, taalcursussen en opleidingen over duurzaamheid. We hebben ons personeel via verschillende Employee Resource Groups betrokken bij het vaststellen van deze doelen en het centrale vertegenwoordigingsorgaan heeft een belangrijke rol gespeeld bij het vaststellen van de programma's en doelen voor het aandelenplan voor werknemers (Employee Share Purchase Program – ESPP) en de Better Life-strategie, met onder meer gelijke verloning en een eerlijk en leefbaar loon. We hebben ons personeel betrokken door ontmoetingen met het ELT te organiseren in verschillende landen waar Solvay actief is en via Solvay+, een presentatie waarin het ELT de vorderingen op het vlak van diverse maatstaven besprak, en hebben de vertegenwoordigingsorganen van het personeel, zoals de EOR, geraadpleegd om de prestaties op te volgen. We hebben ons personeel actief betrokken bij het trekken van conclusies uit de Pulse-enquêtes en hebben een toolkit voor managers samengesteld om actiepunten te identificeren op basis van de resultaten op teamniveau, dit met inbreng van de vertegenwoordigingsorganen van het personeel, zoals de EOR, om mee de bevindingen in kaart te brengen. S1-6 Kenmerken van de werknemers van Solvay Genderverdeling Gender Aantal werknemers in 2024 % Man 6 737 75,65% Vrouw 2 163 24,29% Overig 2 0,02% Niet vermeld 3 0,03% Totaal personeelsbestand 8 905 100,00% Berekeningswijze Het totale actieve interne personeelsbestand (aantal werknemers)(3) per 31 december 2024, uitgesplitst naar gender (Man, Vrouw, Overig en Niet vermeld). Gender en geografische spreiding Het gemiddelde aantal werknemers in landen met 50 of meer werknemers, die ten minste 10% van het totale aantal werknemers vertegenwoordigen, is 3 844. Aantal werknemers in 2024 Land/gender Vrouw Man Overig Niet vermeld Totaal Brazilië 260 1 068 1 0 1 329 Frankrijk 294 980 0 0 1 274 Duitsland 193 1 014 0 0 1 207 VS 177 717 0 1 895 Totaal 924 3 779 1 1 4 705 Berekeningswijze Actief intern personeelsbestand (aantal werknemers) in december 2024 (31 december), uitgesplitst naar land en de verschillende soorten gender (Man, Vrouw, Overig en Niet vermeld). Alleen landen met 50 of meer werknemers, die ten minste 10% van het totale aantal actieve interne werknemers in de betreffende maand vertegenwoordigen. Contractkenmerken Contractkenmerken uitgesplitst naar gender, december 2024 Vrouw Man Overig Niet vermeld Totaal Aantal werknemers (totale aantal) 2 163 6 737 2 3 8 905 Aantal vaste werknemers (totale aantal) 2 056 6 527 1 3 8 587 Aantal tijdelijke werknemers (totale aantal) 107 210 1 0 318 Aantal oproepkrachten (totale aantal) N.V.T. N.V.T. N.V.T. N.V.T. N.V.T. Aantal voltijdse werknemers (totale aantal) 2 023 6 641 2 3 8 669 Aantal deeltijdse werknemers (totale aantal) 140 96 0 0 236 Berekeningswijze Actief intern personeelsbestand (aantal werknemers) in december 2024 (31 december), uitgesplitst naar de verschillende soorten gender (Man, Vrouw, Overig, Niet vermeld en Onbekend) en type contract (vast + tijdelijk) en arbeidsregeling (voltijds + deeltijds). Gemiddeld aantal actieve interne werknemers (aantal werknemers): voor 2024 hebben we de maanden van januari tot en met december geteld. De cijfers per maand hebben altijd betrekking op de laatste dag van elke maand. Oproepkrachten kunnen in het HRIS-systeem van Solvay niet worden geïdentificeerd en gerapporteerd. Contractkenmerken uitgesplitst naar regio in 2024 EUROPA LATIJNS-AMERIKA AZIË & OCEANIË + RvdW NOORD-AMERIKA Totaal Aantal werknemers (totale aantal) 5 356 1 489 1 165 895 8 905 Aantal vaste werknemers (totale aantal) 5 242 1 455 996 894 8 587 Aantal tijdelijke werknemers (totale aantal) 114 34 169 1 318 Aantal oproepkrachten (totale aantal) N.V.T. N.V.T. N.V.T. N.V.T. N.V.T. Aantal voltijdse werknemers (totale aantal) 5 121 1 489 1 165 894 8 669 Aantal deeltijdse werknemers (totale aantal) 235 1 236 Berekeningswijze Actief intern personeelsbestand (aantal werknemers ) in december 2024 (31 december), uitgesplitst naar regio (AZIË & OCEANIË + RvdW, EUROPA, LATIJNS-AMERIKA en NOORD-AMERIKA) en type contract (vast + tijdelijk) en arbeidsregeling (voltijds + deeltijds). Oproepkrachten zijn vermeld als N.V.T. omdat zij in het HRIS-systeem van Solvay niet kunnen worden geïdentificeerd en gerapporteerd. Deeltijdse werknemers (per land) (top 4) Land waarin de onderneming actief is 12/2024 DUITSLAND 112 FRANKRIJK 52 BELGIË 40 SPANJE 11 Gemiddeld aantal werknemers (totale aantal). Gemiddeld aantal werknemers in 2024 8 996 Personeelsverloop Personeelsverloop Jan. - dec. 2024 Aantal werknemers 836 Personeelsverloop in % 9,3% Personeelsverloop uit eigen beweging in % 4,1% Berekeningswijze De berekening van het personeelsverloop is gebaseerd op het aantal werknemers dat vrijwillig of onvrijwillig de onderneming heeft verlaten sinds het begin van het jaar, gedeeld door het gemiddelde aantal actieve werknemers in dezelfde periode. Het personeelsverloop uit eigen beweging toont hoeveel werknemers vrijwillig vertrokken zijn in verhouding tot het gemiddelde aantal werknemers, rekening houdend met de splitsing tussen Solvay en Syensqo en de uitstap uit de TSA. De data zijn afkomstig uit het Human Resources Information System (HRIS) van Solvay en zijn wereldwijd. Ze hebben betrekking op december 2024 voor de gegevens aan het einde van het jaar en op de periode van januari tot en met december 2024 voor de gegevens doorheen het jaar. De data over het actieve interne personeelsbestand omvatten alleen werknemers van de onderneming en zijn exclusief stagiairs, studenten en externe medewerkers. De gegevens over ontslagen verwijzen naar werknemers die niet langer een actieve arbeidsovereenkomst met Solvay hebben. Ze omvatten zowel vrijwillig als onvrijwillig vertrek en hebben betrekking op de periode van januari tot en met december 2024. Werknemersaantallen zijn weergegeven als totale aantallen en verwijzen naar het totale aantal personen in dienstverband, gerapporteerd aan het einde van elke maand in 2024. Contextinformatie Solvay verstrekt contextinformatie als aanvulling op de hiervoor gepresenteerde data. In 2024 is het personeelsbestand licht gedaald (-2,09%) als gevolg van strategische beslissingen om operationele domeinen te stroomlijnen om de efficiëntie te verhogen. Er was in 2024 een lichte stijging in de genderratio (+0,37% vrouwen). Deze trends deden zich voor in elk van de representatieve landen Brazilië, Frankrijk en Duitsland. De VS werden niet meegenomen in de berekening van de maandelijkse gemiddelden, hoewel zij in in december 2024 de drempel van 10% bereikt hebben. De beperkte schommelingen van het aantal werknemers op maandbasis strookt met de strategische koers van Solvay. We zijn hoofdzakelijk aanwezig in de regio's EUROPA en LATIJNS-AMERIKA, die respectievelijk 60% en 17% van ons personeelsbestand vertegenwoordigen. Tijdelijke werknemers situeren zich hoofdzakelijk in EUROPA en AZIË & OCEANIË en maken minder dan 4% uit van het eigen personeel van Solvay. Ze worden ingezet voor kortetermijnbehoeften, seizoenspieken of projecten en bieden flexibiliteit in het personeelsbestand met respect voor de lokale arbeidswetgeving. Het opvallend hoge percentage vrouwen bij de deeltijdse werknemers weerspiegelt Solvays flexibele arbeidsbeleid, dat ruimte biedt voor moederschap en gezinsondersteuning binnen de regelgevende kaders, maar ons HRIS-systeem is momenteel niet in staat om oproepwerknemers uit te filteren. Solvay rapporteert ook een laag totaal personeelsverloop, waarvan de stijging in 2024 is toe te schrijven aan de splitsing tussen Solvay en Syensqo, die een impact heeft gehad op het personeelsbestand van Global Business Services als gevolg van het einde van de TSA. Het personeelsverloop uit eigen beweging blijft bij Solvay lager en vertegenwoordigt 4,1% van het totale personeelsverloop. In het Geïntegreerde Jaarverslag 2024 verwijst Solvay duidelijk naar de meest representatieve cijfers over ons personeelsbestand. Het totale personeelsbestand wordt prominent weergegeven in de kerncijfers in de introductie van het verslag en biedt stakeholders een momentopname van de omvang en schaal van de onderneming. Meer informatie over de samenstelling van het personeelsbestand wordt gegeven in sectie "S1-6 Kenmerken van de werknemers van Solvay", waar een uitsplitsing per regio wordt gepresenteerd. S1-8 Cao-dekkingsgraad en sociale dialoog Het percentage van ons totale aantal werknemers dat onder een collectieve arbeidsovereenkomst valt is 74,83% (6 664 uit 8 905 totale aantal werknemers). Dekkingsgraad Cao-dekkingsgraad Sociale dialoog Werknemers - EER (voor landen met >50 werknemers die >10% van het totale aantal werknemers vertegenwoordigen) Werknemers - niet-EER (schatting voor regio's met >50 werknemers die >10% van het totale aantal werknemers vertegenwoordigen) Personeelsvertegenwoordiging (alleen EER) (voor landen met >50 werknemers die >10% van het totale aantal werknemers vertegenwoordigen) 0 - 19% NOORD-AMERIKA 20 - 39% 40 - 59% 60 - 79% Duitsland 80 - 100% Frankrijk LATIJNS-AMERIKA Frankrijk, Duitsland Aanvullende opmerking: de landen die zijn opgenomen als niet-EER zijn Brazilië en de VS. In de mate van het mogelijke zullen we op gezette tijdstippen toezien op en rapporteren over de KPI's met betrekking tot de sociale dialoog, die hoofdzakelijk betrekking hebben op collectieve arbeidsovereenkomsten (cao's), aangezien alle werknemers van Solvay onder een overkoepelende collectieve arbeidsovereenkomst vallen. Het overkoepelende principe is dat cao's een aanzienlijke invloed hebben op de arbeidspraktijken volgens de lokale arbeidswetgeving, zij het in uiteenlopende mate afhankelijk van de werknemerscategorie en de specifieke juridische entiteit. Deze overeenkomsten zijn van toepassing op alle entiteiten en maken een onderscheid tussen niet-kaderleden, kaderleden en directieleden, met bepalingen op maat van elke groep. Voor het grootste deel van ons personeel, met uitzondering van werknemers op directieniveau, vormen de cao's de basis van de arbeidsvoorwaarden. De wisselwerking tussen cao's, het interne arbeidsreglement en individuele contracten zorgt voor een evenwichtige en rechtvaardige benadering van de arbeidsvoorwaarden, ongeacht iemands functie of contractuele regeling. S1-9 Diversiteitsmaatstaven Onderstaande tabel toont de genderverdeling in het hogere management in aantal en percentage werknemers. Genderverdeling in aantal werknemers en percentage in het hogere management (S23+) – Hoger kader (≥S23) op managementniveau (data: december 2024) Gender Aantal werknemers in hoger management (totale aantal) % werknemers in hoger management (totale aantal) Man 76 73,1% Vrouw 28 26,9% In 2024 was het percentage vrouwen in het hogere managementniveau 26,9% en in het hoger kader en middenmanagement niveau 27,3%. Management niveaus bij Solvay worden bepaald door salarisschalen op basis van de Hay-functiclassificatiemethode. Voor hoger kader is de salarisschaal gelijk aan of hoger dan S23 (meer dan 925 Hay punten) en voor hoger kader en middenmanagement is deze gelijk aan of hoger dan S19 (meer dan 530 Hay punten). Zoals geïllustreerd in onderstaande tabel omvatten de data het aantal werknemers (totale aantal) jonger dan 30 jaar, het overeenkomstige percentage werknemers jonger dan 30 jaar, het aantal werknemers (totale aantal) tussen 30 en 50 jaar, het percentage werknemers tussen 30 en 50 jaar, het aantal werknemers (totale aantal) ouder dan 50 jaar en het percentage werknemers ouder dan 50 jaar. Aantal werknemers en percentage uitgesplitst naar leeftijd voor Solvay (gegevens: december 2024) Leeftijdscategorie Aantal werknemers (totale aantal) % van de werknemers (totale aantal) Aantal werknemers (totale aantal) jonger dan 30 jaar 931 10,5% Aantal werknemers (totale aantal) tussen 30 en 50 jaar 4 819 54,1% Aantal werknemers (totale aantal) ouder dan 50 jaar 3 147 35,3% Opmerking: het totale aantal werknemers komt niet overeen met het aantal werknemers in afdeling S1-6 omdat we werknemers hebben die zijn ingedeeld in de leeftijdscategorie 'Niet toegewezen'. De classificatie van het hogere management (S23+) is gebaseerd op de salarisschaal van de werknemers. Wie in salarisschaal S23 of hoger valt, wordt tot dit niveau gerekend. S1-10 Leefbare lonen In onze analyse van 2024 werden alle werknemersgegevens, inclusief het jaarlijkse basissalaris en gegarandeerde bonussen/toelagen, getoetst aan referentiedata voor de stad of regio in kwestie van onze externe gegevensaanbieder, WageIndicator, om ervoor te zorgen dat ze in overeenstemming waren met passende loonnormen. Sinds december 2024 werd vastgesteld dat 100% van de werknemers van Solvay wereldwijd een beloning ontvangt die gelijk is aan of hoger is dan de lokale standaard voor een leefbaar loon, wat blijk geeft van het engagement van de onderneming om ervoor te zorgen dat alle personeelsleden een beloning krijgen die overeenstemt met de gevestigde marktreferenties. Bovendien hebben we een uitgebreide beoordeling van leefbare lonen uitgevoerd in alle landen en regio's waar het bedrijf actief is. Waar afwijkingen van de standaarden voor een leefbaar loon werden vastgesteld, zijn plannen uitgewerkt om in 2025 gerichte strategieën uit te rollen om die kloof te dichten en ervoor te zorgen dat alle werknemers een eerlijk loon ontvangen in overeenstemming met de lokale standaarden voor een leefbaar loon. S1-14 Veiligheids- en gezondheidsmaatstaven (eigen personeel en gemeenschappen) Beheersysteem voor veiligheid en gezondheid Het percentage personen binnen ons eigen personeel dat onder een beheersysteem voor veiligheid en gezondheid valt is 73,88% (6 579 uit 8 905 totale aantal werknemers). In overeenstemming met de VGM-procedure van de Groep is het VGM-systeem van toepassing op alle industriële en O&I-vestigingen van Solvay met meer dan 10 werknemers. Te registreren arbeidsongevallen In 2024 vielen er geen dodelijke slachtoffers onder het eigen personeel van Solvay. In de loop van het jaar vielen er echter drie dodelijke slachtoffers onder het personeel van aannemers (werknemers in de waardeketen): één in de vestiging in Torrelavega op 27 augustus, één in de vestiging in Devnya op 28 oktober en opnieuw één in de vestiging in Torrelavega op 4 december, telkens in de GBU SA&D. Daarnaast werden er in 2024 in totaal 41 te registreren arbeidsongevallen gedocumenteerd, waarvan er 24 betrekking hadden op het eigen personeel en 17 op het personeel van aannemers. De ratio van te registreren arbeidsongevallen voor het eigen personeel van Solvay werd berekend op 1,47 op basis van 24 te registreren arbeidsongevallen en een totaal van 16 343 385 gewerkte uren in 2024. Er waren in 2024 17 arbeidsongevallen met werkverlet bij het eigen personeel, die resulteerden in een totaal van 720 verzuimdagen als gevolg van arbeidsongevallen en sterfgevallen. De verzuimdagen omvatten 235 dagen als gevolg van arbeidsongevallen met werkverlet uit het voorgaande jaar die een impact hadden op 2024, en 485 verzuimdagen als gevolg van de 17 arbeidsongevallen met werkverlet in 2024. Twee voorvallen uit 2024 genereerden nog verzuimdagen in 2025, die bij het totale aantal verzuimdagen moeten worden geteld wanneer het volgende geïntegreerde jaarverslag wordt opgemaakt. Die voorvallen deden zich voor bij de divisie SA&D, in de vestigingen in Bernburg (op 8 november 2024) en Rosignano (op 27 september 2024). Te registreren beroepsziekten Er werden in 2024 geen sterfgevallen als gevolg van beroepsziekten geregistreerd onder het eigen personeel, noch onder andere werknemers in de vestigingen van de onderneming. Het totale aantal verzuimdagen door beroepsziekten en sterfgevallen als gevolg van beroepsziekten van werknemers in 2024 bedroeg 2008 dagen, waarbij alle 2008 verzuimdagen toe te schrijven waren aan beroepsziekten en geen aan sterfgevallen als gevolg van dergelijke gezondheidsproblemen. De onderstaande tabel geeft gedetailleerde informatie per type te registreren beroepsziekte. Werknemers Eenheid Diagnose of aangifte in 2024 Andere gevallen uit voorgaande jaren bekend in 2024 Gehoorstoornissen Aantal 0 0 Spier- en skeletaandoeningen Aantal 2 0 Andere niet-kankergerelateerde aandoeningen Aantal 6 0 Asbestgerelateerde ziekten en gevallen van kanker Aantal 0 0 Andere gevallen van kanker Aantal 0 0 Niet gespecificeerd/onbekend Aantal 0 0 Totaal Aantal 8 0 De cijfers in bovenstaande tabel hebben betrekking op te registreren beroepsziekten opgelopen door werknemers van Solvay in actieve dienst. Gewezen werknemers van Solvay Eenheid Diagnose of aangifte in 2024 Andere gevallen uit voorgaande jaren bekend in 2024 Gehoorstoornissen Aantal 1 0 Spier- en skeletaandoeningen Aantal 0 0 Andere niet-kankergerelateerde aandoeningen Aantal 0 1 Asbestgerelateerde ziekten en gevallen van kanker Aantal 12 11 Andere gevallen van kanker Aantal 0 0 Niet gespecificeerd/onbekend Aantal 0 0 Totaal Aantal 13 12 De cijfers in bovenstaande tabel hebben betrekking op te registreren beroepsziekten opgelopen door gewezen werknemers van Solvay die met pensioen zijn of de onderneming hebben verlaten. S1-16 Beloningsmaatstaven Loonkloof tussen mannen en vrouwen De niet-gecorrigeerde loonkloof tussen mannen en vrouwen van 6,21% geeft aan dat Solvay vooruitgang heeft geboekt in het bevorderen van de gelijkheid tussen mannen en vrouwen, maar ook dat het werk nog niet af is als gevolg van verschillende factoren zoals functie, anciënniteit, onevenwichtige vertegenwoordiging en geografische verschillen binnen de organisatie. We blijven ons inzetten om deze kloof te verkleinen met initiatieven zoals het promoten van diversiteit bij de rekrutering, het ondersteunen van carrièremogelijkheden voor ondervertegenwoordigde groepen en het voortdurend evalueren van onze beloningspraktijken op eerlijkheid. Deze maatstaf is afgeleid van het gemiddelde uurloon van alle mannelijke en vrouwelijke werknemers binnen de organisatie in 2024 en biedt waardevolle inzichten in verschillen in beloning op basis van gender. De gegevens worden grondig gecontroleerd om de nauwkeurigheid en betrouwbaarheid te garanderen en om te zorgen dat ze overeenkomen met de daadwerkelijke beloningspraktijken. De data, die voornamelijk afkomstig zijn uit onze wereldwijde loonadministratiesystemen die meer dan 90% van het personeelsbestand van de groep bestrijken, omvatten de daadwerkelijke totale beloningen voor werknemers in 2024, die bestaan uit verschillende in geld uitgekeerde componenten, zoals het basissalaris, anciënniteitspremies, vergoedingen voor overwerk en bonussen, alsook jaarlijkse betalingen zoals eindejaarspremies en lokale voordelen. Wanneer de totale beloningsgegevens niet centraal beschikbaar zijn, wordt het HR-systeem gebruikt om informatie af te leiden uit het richtniveau voor het basissalaris van de werknemers en de daadwerkelijk ontvangen bonusbetalingen om alle componenten te bestrijken. Om de nauwkeurigheid van de data en de dekkingsgraad te verbeteren, starten we een Payroll Transformation Project, dat tot doel heeft over te stappen op een echt wereldwijd operationeel model vanaf 2025 en dat bijna voltooid zal zijn tegen 2027. Totale beloningsverhouding We hebben dit jaar een verbeterde methodologie geïntroduceerd voor het bepalen van de verhouding tussen de totale beloning van de CEO en de niet-gecorrigeerde wereldwijde mediane beloning, die resulteert in een ratio van 50 voor 2024. Deze geactualiseerde benadering kijkt naar de totale beloning om ervoor te zorgen dat alle aspecten van het beloningskader van de organisatie in aanmerking worden genomen, zoals het basisjaarsalaris, gegarandeerde bonussen, vergoedingen, korte- en langetermijnbonussen en personeelsbeloningen in natura. De toepassing van deze formule voor de totale beloningsverhouding sluit aan bij de methodologie voor de loonkloof tussen mannen en vrouwen om de transparantie binnen de beloningsstructuur van het management te ondersteunen, vooral tijdens transitieperiodes. De definitie van uren op jaarbasis weerspiegelt dat het salaris gebaseerd is op een algemeen cijfer, niet noodzakelijk op werkelijk gewerkte uren, dat werd bepaald aan de hand van gegevens over de werkelijke werkuren waar deze beschikbaar waren en van geschatte uren waar deze ontbraken. De definitie van de totale beloning verschilt tussen landen met en landen zonder de mondiale oplossing voor loonadministratie en omvat alle in geld uitbetaalde elementen en voordelen bovenop het basissalaris volgens de Europese standaardformule. De data zijn voor het merendeel van de werknemers in de eerste plaats afkomstig uit de systemen voor loonadministratie, aangevuld met een schatting op basis van historische trends voor personen die daar niet in zijn opgenomen, zodat een volledig beeld gegarandeerd is. De rapportage per 31 december 2024 consolideert de data voor alle actieve werknemers op die datum en annualiseert de gegevens voor aanwervingen in 2024 om equivalenten voor een heel jaar te bekomen, zodat de nauwkeurigheid en inclusiviteit in de beloningsanalyse behouden blijft. S1-17 Incidenten, klachten en ernstige impact op het gebied van mensenrechten bij eigen personeel Tijdens de verslagperiode hebben we incidenten op het gebied van sociale rechten en mensenrechten met betrekking tot discriminatie, intimidatie en ernstige mensenrechtenschendingen bij ons eigen personeel nauwgezet bijgehouden. Er werden 30 gevallen van discriminatie en intimidatie geregistreerd, maar geen enkel daarvan had betrekking op de mensenrechten. In het totaal werden 109 klachten ingediend via interne kanalen, waarvan 30 door derde partijen, waarbij geen enkel dossier werd doorgegeven aan de nationale contactpunten in het kader van de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen. Solvay heeft geen materiële geldboeten, geldstraffen of schadevergoedingen opgelopen wegens schendingen van de sociale rechten en mensenrechten en er waren geen gevallen van gedwongen arbeid, mensenhandel, kinderarbeid of schendingen van de leidende beginselen inzake bedrijfsleven en mensenrechten van de VN of de OESO-richtlijnen. We hebben ook geen materiële geldboeten, geldstraffen of schadevergoedingen opgelopen voor ernstige mensenrechtenkwesties, wat aantoont dat we ons inzetten voor ethische normen en de principes van de mensenrechten in onze activiteiten. 6.3.2.Beheer van proces- en transportveiligheid Materiële impacts, risico's en kansen met betrekking tot procesveiligheid en transportveiligheid Zie ESRS 2 IRO-1 Beschrijving van het proces om impacts, risico’s en kansen in kaart te brengen en om te beoordelen welke daarvan materieel zijn. Het thema 'Beheer van proces- en transportveiligheid' is een entiteitspecifiek thema van Solvay, dat materieel wordt geacht op basis van de volgende potentiële materiële impact: Thema Subthema Sub-subthema Soort impact / risico / kans Daadwerkelijk / Potentieel Beschrijving impact / risico / kans Regio Waardeketen Tijdshorizon Eigen personeel Arbeidsvoorwaarden Veiligheid en gezondheid Negatieve impact Potentieel Een potentieel ernstig ongeval (arbeidsongeval, procesongeval) in onze activiteiten, mijnen, groeven en/of ondergrondse ruimtes veroorzaakt dodelijke slachtoffers, blijvende letsels en/of milieuschade. WW Eigen activiteiten Korte termijn Werknemers in de waardeketen Arbeidsvoorwaarden Veiligheid en gezondheid Negatieve impact Potentieel Een ongeval buiten een vestiging (bv. in transport, opslag, uitbesteding) kan potentieel dodelijke slachtoffers en/of milieuschade veroorzaken. WW Eigen activiteiten + downstream Korte termijn Beleid voor het beheer van impacts, risico's en kansen met betrekking tot procesveiligheid en transportveiligheid Zie het overzicht van beleid in tabel ESRS 2 – MDR-P (Veiligheid en Gezondheid). Proces- en transportveiligheid is geïntegreerd in het beleid inzake veiligheid en gezondheid van Solvay dat wereldwijd van toepassing is: hProcess Safety Management wordt gebruikt om toezicht te houden op industriële processen waarbij gevaarlijke chemicaliën worden gebruikt en om incidenten te voorkomen en aan te pakken. Het is van toepassing op alle productievestigingen en onderzoeks- en innovatiecentra waarover Solvay operationele zeggenschap heeft en waar een procesveiligheidsrisico kan worden geïdentificeerd. Voor de preventie en beheersing van incidenten in industriële processen past Solvay in alle industriële vestigingen de beginselen inzake Process Safety Management toe, ongeacht of de vestiging aan wettelijke voorschriften onderworpen is. hTransportveiligheid betreft het voorkomen van en reageren op incidenten die zich kunnen voordoen tijdens de verplaatsing van een chemisch product binnen een vestiging van Solvay of buiten een vestiging van Solvay, op de openbare weg, op het spoor, in de lucht, op binnenwateren of op zee, of tijdens het laden of lossen op een externe locatie, voor zover Solvay of een logistieke dienstverlener in dienst van Solvay het laden of lossen uitvoert. Er zijn specifieke procedures als aanvulling op het beleid inzake veiligheid en gezondheid die de uitrol van Process Safety Management begeleiden, waaronder risicogebaseerde gevarenanalyses van processen en noodmaatregelen bij transportincidenten in GBU's / vestigingen. Overwegingen van stakeholders De vestigingsverantwoordelijken van Solvay moeten dit beleid toepassen en de procedures van de Groep in hun vestigingen implementeren. Het HSER-team ziet toe op de uitvoering van het beleid door middel van dagelijks operationeel toezicht, ondersteund door correspondenten in elke operationele vestiging. De HSER-organisatie is verantwoordelijk voor de verspreiding van het beleid in elke GBU en industriële vestiging met het oog op uitvoering. Werknemersvertegenwoordigers worden aangemoedigd om feedback te geven op het beleid. Andere belangrijke stakeholders, zoals lokale overheden, lokale gemeenschappen en externe hulpdiensten worden betrokken bij de verschillende stappen van het proces: risicoanalyse en -beperking, risicobeheer en noodplannen. Maatregelen en middelen voor het beheer van materiële impact, risico's en kansen met betrekking tot procesveiligheid en transportveiligheid Zie S1 en S2 voor de maatregelen die zijn ontwikkeld om herstel te bieden aan wie schade ondervindt van materiële impact. Process Safety Management We hebben een systeem voor Process Safety Management opgezet en passen dit ook toe. Dit systeem omvat onder andere: heen preventieve, risicogestuurde aanpak op basis van systematische procesrisicoanalyses en de identificatie van kritieke scenario's waarvoor binnen een vastgestelde termijn risicobeperkende maatregelen moeten worden genomen; heen team van deskundigen op het gebied van procesveiligheid met de nodige opleiding en kwalificaties om de procesrisicoanalysemethodes toe te passen. Soms doet Solvay hiervoor een beroep op gekwalificeerde externe consultants. hEen procesveiligheidsnetwerk met vertakkingen in alle zones om procesveiligheid in alle vestigingen te beheren en implementeren. Belangrijkste maatregelen Hierna volgt een beschrijving van de belangrijkste elementen van het systeem voor procesveiligheidsbeheer en een aantal maatregelen die van toepassing zijn op alle vestigingen en systematisch of ad hoc worden uitgevoerd, afhankelijk van de aard van de gebeurtenis (bv. bij veranderings- of investeringsprojecten) en/of de ernst van een incident. Maatregelen die systematisch worden toegepast hUitvoering van procesrisicoanalyses (Process Hazard Analysis – PHA) om risicovolle situaties te identificeren. Die analyses worden uitgevoerd op elke eenheid met een unieke risicomatrix om het risiconiveau van elk mogelijk ongevallenscenario te kwantificeren, waarbij ernst- en waarschijnlijkheidsfactoren worden gecombineerd. hDe conclusie van een PHA kan zijn dat preventieve en beschermende maatregelen moeten worden genomen om de impact van ernstigere scenario's te voorkomen en te beperken. Die maatregelen kunnen extra investeringen vereisen. hToepassing van Management Of Change, een beheersysteem om ervoor te zorgen dat veranderingen in processen grondig worden geanalyseerd, gedocumenteerd en meegedeeld aan het betrokken personeel. hCentrale rapportage van proces- en transportveiligheidsincidenten. De ernst van het incident – matig, hoog of catastrofaal – wordt beoordeeld aan de hand van interne criteria, waaronder de gevolgen in of buiten de vestiging, schade aan de onmiddellijke omgeving en (desgevallend) de hoeveelheid vrijgekomen materiaal (zie de rubriek hierna voor de indicatoren van procesveiligheid). hPublicatie van procesveiligheidsbulletins voor belangrijke incidenten, verspreid onder alle vestigingen. Deze bulletins worden door de vestigingen gebruikt als ondersteunend materiaal voor veiligheidsbesprekingen om de kennis van de werknemers over procesveiligheid te verbeteren. hOpleiding van werknemers en dienstverleners. Alle werknemers van Solvay en de betrokken dienstverleners die in industriële vestigingen werken, hebben toegang tot opleidingsmodules en video's om hun kennis over procesveiligheid te verbeteren. hDe prestaties op het gebied van procesveiligheid worden regelmatig gemeten door audits uit te voeren om na te gaan of de regelgeving en de VGM-voorschriften van de Solvay-groep worden nageleefd volgens de VGM-auditprocedure van Solvay. Maatregelen die ad hoc worden toegepast (wanneer zich een incident of specifieke gebeurtenis voordoet): hVeiligheidsonderzoek tijdens de ontwerpfase van nieuwe installaties of wijzigingen aan bestaande apparatuur. hActivering van een noodplan in geval van ernstige incidenten in een vestiging. De relevante interne en externe partijen worden op de hoogte gebracht met toepassing van Solvays crisisbeheerprocedure. Indien nodig wordt ook de crisiscel van Solvay (crisisalarmdienst op 24/7-basis) ingeschakeld. hBij een proces- of transportongeval zijn een analyse van de onderliggende oorzaken, met inbegrip van de vaststelling van maatregelen om herhaling te voorkomen, en bulletins met geleerde lessen verplicht voor alle heel ernstige en catastrofale incidenten, voor incidenten met een matige ernstgraad die tot brand of explosie hebben geleid en voor incidenten die heel ernstig hadden kunnen zijn (High Severity Potential – HSPo). Het beheersysteem voor veiligheid, gezondheid en milieu (VGM) is een dynamisch risicobeheersysteem dat voortdurend wordt verbeterd op basis van opgedane ervaringen. Toewijzing van middelen Beheer van transportveiligheid De belangrijkste doelstelling van het beheer van transportveiligheid is het voorkomen van incidenten die catastrofale gevolgen kunnen hebben. We hebben een aantal instrumenten en procedures ingevoerd waarmee we transportgerelateerde risico's kunnen identificeren en maatregelen kunnen nemen om deze te beperken. Hierna volgt een beschrijving van de belangrijkste elementen en enkele maatregelen die systematisch of in uitzonderlijke omstandigheden worden toegepast, afhankelijk van de aard van het incident: hmonitoring van de regelgeving en naleving van de toepasselijke transportregels hkwalificatienormen voor vervoerders van gevaarlijke goederen hselectieproces voor logistieke dienstverleners op basis van gevaren- en risicobeoordeling htoepassing van veiligheidsprocedures en -richtlijnen hoperationeel beheer van de dagelijkse transportbewegingen, met inbegrip van laden en lossen hvoorbereiding en reactie op noodgevallen van niveau 1, niveau 2 en niveau 3 hterbeschikkingstelling van noodhulplijnen wereldwijd en in vele talen hmelding en onderzoek van incidenten hopleiding van werknemers en dienstverleners haudits Opvolging van maatregelen We monitoren de doeltreffendheid van de maatregelen die we nemen in het kader van het proces- en transportveiligheidsbeheer door middel van een reeks indicatoren, die we in onderstaande rubriek toelichten. Maatregelen die tijdens het rapportagejaar worden genomen, worden ook systematisch beoordeeld volgens de principes van ISO 45001 (cf. Dynamisch risicobeheersysteem). Doelen en maatstaven voor het beheer van materiële impacts, risico's en kansen met betrekking tot procesveiligheid en transportveiligheid Onze ambitie We streven naar nul ongevallen binnen onze vestigingen en als gevolg van onze activiteiten. Daarom zetten we sterk in op het voorkomen en beperken van incidenten. Die inspanningen worden gestuurd door onze mondiale en lokale actieplannen. Om de doeltreffendheid van ons beleid en onze maatregelen te evalueren, monitoren en meten we periodiek maatstaven en prestatie-indicatoren op het gebied van veiligheid en transport. Onze indicatoren voor procesveiligheid en transportveiligheid worden gemonitord met behulp van een gecentraliseerd projectvolgsysteem, waarbij de voortgang jaarlijks wordt getoetst aan vastgestelde maatstaven en KPI's. Indicatoren voor procesveiligheid Onze installaties zijn ontworpen en worden geëxploiteerd op een manier die veiligheid en gezondheid waarborgt als kernelementen van onze duurzame strategie. We streven er in het bijzonder naar om in het rapportagejaar geen matig of heel ernstige incidenten (zoals hierna gedefinieerd) te hebben en om het aantal incidenten met lage ernstgraad en de frequentie van procesveiligheidsincidenten te verminderen ten opzichte van het voorgaande jaar. Alle incidenten worden geregistreerd, beheerd en opgevolgd op vestigingsniveau. De VGM-rapportageprocedure van de Groep beschrijft het proces dat elke vestiging moet volgen voor de centrale rapportage van alle incidenten met een matige ernstgraad of hoger en/of HSPo incidenten. De incidenten worden ingedeeld op basis van ernstgraad volgens de volgende schaal: hHeel ernstig of catastrofaal incident: omkeerbare verwondingen buiten de vestiging, onomkeerbare verwondingen binnen de vestiging, omkeerbare milieuschade buiten de vestiging of schade aan apparatuur met meer dan €2 miljoen directe kosten. hMatig ernstig incident: EHBO-letsels buiten de vestiging, omkeerbare letsels binnen de vestiging, of overschrijding van de grenswaarden uit de exploitatievergunning, brand, explosie, breuk van een uitrustingsstuk met meer dan €2 500 schade, of vrijkomen van chemische stoffen in een hoeveelheid boven de ICCA-drempelwaarden. hIncident met lage ernstgraad: incident dat aan geen van de criteria voor heel ernstige of matig ernstige incidenten voldoet. De procesveiligheidsindicatoren voor 2024 zijn samengevat in de onderstaande tabel: PROCESVEILIGHEID Eenheid 2024 Procesveiligheidsincidenten van categorie C (catastrofaal) Aantal 0 Procesveiligheidsincidenten van categorie H (heel ernstig) Aantal 0 Procesveiligheidsincidenten van categorie M (matig ernstig) Aantal 59 Totaal procesveiligheidsincidenten (matig, heel ernstig, catastrofaal) Aantal 59 Procesveiligheidsincidenten (matig, heel ernstig, catastrofaal) met gevolgen voor het milieu (matig, heel ernstig of catastrofaal) met te rapporteren overschrijding van de limieten uit de exploitatievergunning Aantal 5 Procesveiligheidsincidenten (matig, heel ernstig, catastrofaal) met gevolgen voor het milieu (matig, heel ernstig of catastrofaal) zonder te rapporteren overschrijding van de exploitatievergunning Aantal 7 Indicatoren voor transportveiligheid HSPo's zijn incidenten met een lage of matige ernstgraad of bijna-incidenten die onder enigszins andere omstandigheden erger (heel ernstig of catastrofaal) hadden kunnen zijn. Bij Solvay hebben zich in 2024 drie matig ernstige transportveiligheidsincidenten voorgedaan. TRANSPORTVEILIGHEID Eenheid 2024 Catastrofaal Aantal 0 Heel ernstig Aantal 0 Matig ernstig Aantal 3 6.3.3.Werknemers in de waardeketen Impact-materialiteit: Thema Subthema Sub-subthema Soort impact / risico / kans Daadwerkelijk / Potentieel Beschrijving impact / risico / kans Regio Waardeketen Tijdshorizon Werknemers in de waardeketen Arbeidsvoorwaarden Veiligheid en gezondheid Negatieve impact Potentieel Slechte arbeidsomstandigheden in de mijnen van onze leveranciers kunnen potentieel leiden tot (arbeidsongevallen en/of?) sterfgevallen onder hun werknemers. Risicolanden Upstream Korte termijn Werknemers in de waardeketen Arbeidsvoorwaarden Veiligheid en gezondheid Negatieve impact Potentieel Een ongeval buiten een vestiging (bv. in transport, opslag, uitbesteding) kan potentieel dodelijke slachtoffers en/of milieuschade veroorzaken. WW Eigen activiteiten + downstream Korte termijn Werknemers in de waardeketen Andere arbeidsrechten Kinderarbeid Negatieve impact Potentieel Grondstoffenleveranciers kunnen de mensenrechten schenden door bij hun activiteiten een beroep te doen op kinderarbeid. Risicolanden Upstream Middellange termijn Werknemers in de waardeketen Andere arbeidsrechten Gedwongen arbeid Negatieve impact Potentieel Onze grondstoffenleveranciers kunnen de principes van de mensenrechten schenden door een beroep te doen op gedwongen arbeid voor leveringen aan Solvay. Risicolanden Upstream Middellange termijn S2- SBM-3 Materiële impacts, risico’s en kansen en de wisselwerking daarvan met strategie en businessmodel Alle werknemers in de waardeketen die waarschijnlijk een materiële impact zullen ondervinden, zijn in deze rapportage opgenomen. Op basis van onze kennis van de markt en ervaring hebben we een goed inzicht ontwikkeld in welke werknemers meer risico lopen. Daaruit kunnen we besluiten dat de risico's het grootst zijn voor werknemers in de grondstoffenwaardeketen. Op grond van dit inzicht zijn we bijvoorbeeld begonnen met het toepassen van een specifieke MVO-vragenlijst voor werknemers in mijnen om alle risico's van mijnbouwactiviteiten en het werken in die specifieke context met specifieke kenmerken te kunnen aanpakken. Er zijn echter geen materiële risico's of kansen geïdentificeerd; Solvay heeft alleen potentieel negatieve impacts. Verder is er geen significant risico op kinderarbeid vastgesteld, noch op gedwongen of verplichte arbeid, voor onze werknemers die in vestigingen werken maar geen deel uitmaken van ons eigen personeel, werknemers in de upstream- en downstreamwaardeketen, werknemers in joint ventures of specifieke juridische constructies, of kwetsbare werknemers. We zijn toegetreden tot een extern risicobeheerplatform voor negatieve nieuwsscreening om risico's en impacts in de toeleveringsketen van Solvay op te sporen en te monitoren die verband houden met diverse onderwerpen, zoals moderne slavernij en mensenrechten (waaronder gedwongen arbeid en kinderarbeid), preventie en bestrijding van omkoping en corruptie alsook ecologische, sociale en governanceoverwegingen (ESG). Dit maakt onze waardeketen transparant en stelt ons in staat de nodige actieplannen met risicobeperkende en corrigerende maatregelen uit te werken. In 2023 hebben we onze dienstverlener gevraagd om een screening uit te voeren van alle leveranciers in risicolanden en -waardeketens en van onze kernleveranciers. De waardeketens zijn: technische goederen en technische diensten, grondstoffen, logistiek, verpakking, algemene uitgaven, energie, IT en telecommunicatie. In 2024 werden alle leveranciers die zaken doen met Solvay in Duitsland aan de screening toegevoegd. Uit de resultaten van de brede screening kwamen vier leveranciers naar voren met acht negatieve mediaberichten met betrekking tot de mensenrechten in 2023 en 2024, maar geen van die berichten betrof directe en bewezen betrokkenheid bij gedwongen arbeid of kinderarbeid. Geen van de acht berichten wees onze leveranciers met de vinger. Het betrof artikelen over wijdverspreide, systemische impacts, geen individuele. S2-1 Beleid om impacts, risico's en kansen ten aanzien van werknemers in de waardeketen te beheren Wij verbinden ons ertoe onze verantwoordelijkheid te nemen om de mensenrechten te respecteren en te handelen met de nodige zorgvuldigheid om elke schending van, elke negatieve impact op of elk misbruik van de mensenrechten te vermijden, in overeenstemming met het beleid inzake mensenrechten in het bedrijfsleven van Solvay (zie tabel MDR-P voor meer informatie). Het beleid van Solvay is publiek toegankelijk voor alle stakeholders op wie onze activiteiten potentieel een impact kunnen hebben. Dit beleid dient als basis om de verantwoordelijkheid om de mensenrechten te respecteren in de zakelijke activiteiten van Solvay te integreren. Het beschrijft de mensenrechten die het relevantst zijn voor onze activiteiten en waardeketen, waaronder veiligheid en gezondheid, het recht op een schoon, gezond en duurzaam milieu, vrijheid van vereniging en collectieve onderhandelingen, non-discriminatie en het verbod op kinderarbeid, gedwongen arbeid, mensenhandel of seksuele uitbuiting. In ons streven naar een duurzame en verantwoordelijke waardeketen gaan we in gesprek met onze leveranciers om verantwoordelijke inkooppraktijken te bevorderen. Wij eisen van onze leveranciers dat zij de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit bij leveranciers van Solvay onderschrijven, die bepalingen bevat over arbeidsrechten, veiligheid en milieunormen. Om hier nog verder in te gaan, hebben we het duurzame inkoopbeleid van Solvay uitgewerkt en ingevoerd (zie tabel MDR-P voor meer informatie). Om dit engagement concreet tot uiting te brengen, verbindt Solvay zich ertoe de internationaal erkende mensenrechten te respecteren, zoals beschreven in de volgende normen en verdragen: hde Universele Verklaring van de Rechten van de Mens, hhet Internationaal Verdrag inzake burgerrechten en politieke rechten, hhet Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten, hde acht fundamentele arbeidsverdragen van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO), hde Verklaring betreffende de fundamentele principes en rechten op het werk van de IAO, en hhet Verdrag inzake de rechten van het kind. Bovendien houdt Solvay zich aan de volgende standaarden die verwachtingen ten aanzien van bedrijven formuleren: hhet Global Compact van de Verenigde Naties (VN), hde Tripartiete beginselverklaring betreffende multinationale ondernemingen en sociaal beleid van de IAO, hde OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen, hde leidende beginselen inzake bedrijfsleven en mensenrechten van de VN, en hde beginselen inzake het bedrijfsleven en kinderrechten. We werken samen met verschillende stakeholders om een gezamenlijke benadering van mensenrechten tot stand te brengen. Dat proces omvat een voortdurende dialoog met leveranciers om inzicht te krijgen in hun standpunten en bekommernissen met betrekking tot mensenrechtenpraktijken. We gaan proactief in dialoog met de werknemers in de waardeketen en zorgen ervoor dat hun rechten en welzijn prioritair zijn in alle activiteiten van Solvay. Onze strategie om stakeholders te betrekken omvat verschillende belangrijke onderdelen: hde vraag aan alle leveranciers om de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit bij leveranciers van Solvay te onderschrijven, heen vragenlijst rond Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) om de inzet en praktijken van leveranciers op het gebied van arbeidsrechten, veiligheid en milieunormen te beoordelen, hsamenwerking met externe organisaties zoals EcoVadis en Together for Sustainability (TfS) om beoordelingen en audits van de prestaties van leveranciers uit te voeren. Dit helpt ons om risico's en verbeterpunten in de omgang van Solvay met zijn toeleveringsketen te identificeren. In 2024 werden 1 345 van onze leveranciers beoordeeld door EcoVadis en werden 18 van onze leveranciers onderworpen aan een audit. 96% van onze kernleveranciers wordt beoordeeld door EcoVadis. Wij verbinden ons ertoe onze aanpak om herstel te bieden op het gebied van de mensenrechten voortdurend te verbeteren. De onderneming herziet en actualiseert regelmatig haar beleid en praktijken op basis van nieuwe best practices, veranderingen in de wet- en regelgeving en eventuele feedback van stakeholders. Als het beleid wordt bijgewerkt, worden de wijzigingen ook opgenomen in de versie die op onze website beschikbaar is voor onze stakeholders. Er zijn momenteel geen bijkomende mechanismen om het beleid beschikbaar te maken voor potentieel getroffen stakeholders of de stakeholders die betrokken zijn bij de uitvoering ervan. S2-2 Rapportage over hoe de standpunten van werknemers in de waardeketen worden meegenomen in beslissingen of activiteiten gericht op het beheersen van de daadwerkelijke en potentiële impacts In de Global Framework Agreement over maatschappelijke verantwoordelijkheid en duurzame ontwikkeling tussen de Solvay-groep en IndustriALL Global Union gaat Solvay een krachtig engagement aan om de mensenrechten in alle activiteiten te respecteren. Het verbindt er zich met name toe zich te houden aan: hde verdragen van de IAO: de vrijheid van vereniging en het recht op collectieve onderhandelingen beschermen en gedwongen arbeid, kinderarbeid en elke vorm van discriminatie ten strengste verbieden; hhet Global Compact van de Verenigde Naties: als ondertekenaar onderschrijft Solvay de tien principes ervan, met name inzake de mensenrechten, de arbeidsrechten, verantwoordelijkheid voor het milieu en corruptiebestrijding. Dit houdt ook in dat we de mensenrechten ondersteunen binnen de invloedssfeer van Solvay en ervoor zorgen dat we niet medeplichtig zijn aan mensenrechtenschendingen; hde Universele Verklaring van de Rechten van de Mens en de leidende beginselen inzake bedrijfsleven en mensenrechten van de VN. Wij verwachten van de leveranciers, aannemers en onderaannemers van Solvay dat zij de wet en de wettelijke voorschriften naleven en de fundamentele mensenrechten respecteren zoals uiteengezet in internationale overeenkomsten en normen, en dat zij er dus toe bijdragen dat Solvay de bepalingen van de Global Framework Agreement naleeft. We beoordelen de doeltreffendheid van onze inzet voor de werknemers in de waardeketen met een brede aanpak. Het inkoopteam, onder leiding van de Chief Procurement Officer, is verantwoordelijk voor het engagementsproces. Dat omvat onder meer een externe screening via Dow Jones, dat beoordeelt of leveranciers zich houden aan sociale en milieunormen. We gebruiken ook het TfS-initiatief om audits uit te voeren gericht op arbeidsomstandigheden en mensenrechten in de toeleveringsketen. Voorts verzamelen we scorekaarten van EcoVadis om te controleren hoe leveranciers presteren op het gebied van duurzaamheid, met inbegrip van de rechten en het welzijn van werknemers. Als er problemen worden vastgesteld, werkt Solvay samen met de betrokken leveranciers aan corrigerende maatregelen om de betrokkenheid van de werknemers en de naleving van de regels voortdurend te verbeteren. Solvay gaat niet rechtstreeks in dialoog met de werknemers in de waardeketen, hun wettelijke vertegenwoordigers of geloofwaardige belangenbehartigers, maar via onafhankelijke derde partijen – EcoVadis of gelijkaardige spelers – en via audits, vooral in geval van lage ESG-scores voor mensenrechten. Het duurzame inkoopbeleid van Solvay (zie tabel MDR-P voor meer informatie) schrijft voor dat de externe beoordelingen om de drie jaar moeten worden uitgevoerd, tenzij de leverancier een EcoVadis-score heeft van minder dan 45 of 30, in welk geval een nieuwe beoordeling moet worden uitgevoerd in respectievelijk het tweede of eerste jaar. Wanneer een leverancier een EcoVadis-score van minder dan 30 heeft op het gebied van de mensenrechten, wordt een audit uitgevoerd. We helpen onze leveranciers om zich voortdurend te verbeteren. We nemen de standpunten van werknemers in de waardeketen in aanmerking in onze beslissingen of activiteiten. We hebben bijvoorbeeld een specifieke MVO-vragenlijst ontwikkeld voor werknemers in mijnen om alle risico's van werken in die specifieke gebieden te kunnen aanpakken en om doortastender te kunnen optreden bij de samenwerking met of selectie van leveranciers met dergelijke werknemers. Er zijn geen bijkomende stappen ondernomen om inzicht te krijgen in de standpunten van kwetsbare en/of gemarginaliseerde werknemers. S2-3 Rapportage over de benadering en processen om te voorzien in of bij te dragen aan herstel in geval van een materiële negatieve impact op werknemers in de waardeketen Er zijn op dit moment geen directe overleginitiatieven voor werknemers in de waardeketen. In overeenstemming met de Richtlijn inzake passende zorgvuldigheid in het bedrijfsleven op het gebied van duurzaamheid (CSDDD) loopt momenteel echter een omvangrijk project rond due diligence met het oog op verantwoorde waardeketens, dat tot doel heeft risico's met betrekking tot de rechten van werknemers en de milieuomstandigheden te beoordelen en te beperken. Solvay verbindt zich ertoe te zorgen voor doeltreffende communicatiekanalen voor alle stakeholders, inclusief leveranciers en werknemers in de waardeketen. Ter ondersteuning van dit streven heeft de organisatie een klachtenmechanisme opgezet waarmee stakeholders bezorgdheden of schendingen vertrouwelijk kunnen melden, zonder voor vergelding te moeten vrezen. De organisatie bevordert transparantie door informatie over de beschikbare kanalen openbaar te maken via de website, interne communicatiekanalen en opleiding, zodat alle stakeholders zich bewust zijn van hun rechten en de processen die voor hen beschikbaar zijn. Bovendien zorgt Solvay ervoor dat werknemers in de waardeketen op de hoogte zijn van – en vertrouwen hebben in – het klachtensysteem van Solvay door in de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit bij leveranciers te vermelden dat de werknemers van leveranciers misstanden kunnen melden via het kanaal van Solvay. Solvay heeft een externe hulplijn, die het hele jaar door de klok rond bereikbaar is en ervoor zorgt dat alle klachten ernstig worden genomen en onverwijld worden behandeld. Desgewenst kunnen medewerkers en externe partijen hun bezorgdheden anoniem melden. Deze hulplijn is beschikbaar in 19 talen, bestrijkt alle vestigingen van Solvay en is te vinden in de rubriek Ethiek en Compliance op de website van Solvay. We hebben robuuste mechanismen opgezet om bezorgdheden over onwettig gedrag of handelwijzen die indruisen tegen de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit, het beleid of andere interne regels van Solvay te identificeren, rapporteren en onderzoeken. De Gedragscode voor bedrijfsintegriteit van Solvay, de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit bij leveranciers en het Speak Up-beleid zorgen ervoor dat alle meldingen worden bekeken en waar nodig onverwijld, onafhankelijk en objectief worden onderzocht, zodat werknemers (ook het eigen personeel) en stakeholders over een veilig en vertrouwelijk proces beschikken om bezorgdheden te melden en onderzoeken worden afgehandeld met passende vervolgmaatregelen om wangedrag aan te pakken. Er is momenteel geen mechanisme om te beoordelen of de geboden oplossing doeltreffend is. Het Speak Up-beleid van Solvay is gestoeld op drie belangrijke principes: vertrouwelijkheid, anonimiteit en bescherming tegen vergelding. De onderneming zorgt ervoor dat meldingen en informatie waaruit de identiteit van een individu zou kunnen blijken, geheim worden gehouden voor zover dat redelijkerwijs mogelijk is en alleen worden bekendgemaakt aan personen die ervan op de hoogte moeten zijn of wanneer de lokale wetgeving dat vereist. Melders kunnen ervoor kiezen om anoniem te blijven en anonieme meldingen worden even ernstig genomen als andere meldingen. Iedereen die te goeder trouw een schending van de wet, het beleid of de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit meldt, wordt beschermd tegen vergelding. Het beheer van onderzoeken naar mensenrechtenkwesties valt onder de directe verantwoordelijkheid van de afdeling Ethiek & Compliance, een onafhankelijke functie binnen Solvay, zoals aangegeven in de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit. Deze afdeling overziet alle aspecten van het onderzoeksproces, van de eerste analyse tot het uiteindelijke oordeel, en waakt voor de strikte vertrouwelijkheid en de naleving van het interne beleid van Solvay en de wettelijke voorschriften. Zaken met een hoog risico en grote impact worden door de Chief Ethics & Compliance Officer gemeld aan de Raad voor Ethisch Zakendoen en Compliance, het Duurzaamheidscomité en het Audit- en risicocomité van de Raad van Bestuur van Solvay. S2-4 Actieplannen en middelen om de materiële impacts, risico’s en kansen wat betreft werknemers in de waardeketen te beheersen We verbinden ons ertoe materiële negatieve impacts op werknemers overal in onze waardeketen te voorkomen, beperken en verhelpen. In het kader van die verbintenis zijn we van plan om gerichte opleidingssessies te organiseren voor aannemers, die van start zullen gaan in maart 2025. Daarnaast loopt er momenteel een omvangrijk project rond due diligence met het oog op verantwoorde waardeketens. Het doel is om het due-diligencebeleid ten aanzien van verantwoorde waardeketens van de Groep te consolideren (zie tabel MDR-P voor meer informatie), met een bijzondere focus op domeinen zoals de mensenrechten en andere kritieke thema's. Het einddoel is om tegen eind 2025 maatregelen te nemen om de preventie of beperking van potentiële en daadwerkelijke impacts op de hiervoor vermelde thema's, die zouden kunnen voortvloeien uit Solvays eigen activiteiten en zakelijke relaties doorheen de waardeketen, te versterken. Via Solvays klachtenmechanisme zorgen we ervoor dat in geval van daadwerkelijke materiële impacts passende maatregelen worden ondernomen om herstel te bieden of mogelijk te maken. Dit mechanisme maakt het eenvoudiger om problemen te melden, garandeert dat ze grondig worden onderzocht en zorgt ervoor dat ze snel worden aangepakt. Zodra een probleem is gemeld, neemt Solvay corrigerende maatregelen op maat van de specifieke aard van de impact. Die maatregelen worden voortdurend gemonitord om erover te waken dat zij de onderliggende problemen effectief aanpakken en mogelijke verdere schade beperken. Er zijn geen significante positieve impacts geïdentificeerd. We zien erop toe dat de praktijken van Solvay geen negatieve impact hebben op de werknemers in de waardeketen of daartoe bijdragen door middel van een omvattende aanpak. Zo verplichten we leveranciers om de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit bij leveranciers na te leven, die duidelijke verwachtingen formuleert op het gebied van ethisch gedrag, arbeidsrechten en veiligheid op de werkvloer bij onze leveranciers. We nemen ook specifieke clausules op in contractuele overeenkomsten met leveranciers die de naleving van standaarden op het gebied van de mensenrechten vereisen en praktijken verbieden die werknemers in de waardeketen zouden kunnen schaden. We voeren bovendien mensenrechtenevaluaties uit en kunnen bevestigen dat er geen significante mensenrechtenschendingen zijn gerapporteerd binnen de activiteiten van Solvay of zijn leveranciers. De verantwoordelijkheid voor het beheer van materiële impacts met betrekking tot werknemers in de waardeketen berust bij twee functies: Ethiek & Compliance en Inkoop. De afdeling Ethiek & Compliance staat onder leiding van de Group General Counsel en de Corporate Secretary General. Zij bestaat uit Regional Compliance Officers in elke regio waar de Groep actief is, die allemaal rechtstreeks rapporteren aan de Chief Compliance Officer. De afdeling Inkoop staat onder leiding van de Chief Procurement Officer, die rapporteert aan de Chief Operations Officer. De afdeling werkt zowel mondiaal als regionaal, met medewerkers voor elke regio waar de Groep actief is. Alle inkoopmedewerkers in de Groep rapporteren aan de Chief Procurement Officer, behalve de energie-inkopers, die rapporteren aan de Group Energy Officer. De afgelopen jaren hebben we verschillende maatregelen genomen om de mensenrechten van de werknemers in onze waardeketen te handhaven, zoals vermeld in onze Gedragscode voor bedrijfsintegriteit bij leveranciers. De voortgang van die maatregelen werd niet gemonitord, omdat we van al onze leveranciers verwachten dat zij zich houden aan de mensenrechtenprincipes die zijn uiteengezet voor de werknemers in onze waardeketen. De hierboven vermelde maatregelen zijn recente initiatieven van Solvay en de voortgang ervan is nog niet geregistreerd. Hoewel de rechten van de werknemers in onze waardeketen voor ons een topprioriteit zijn, hebben we aan ons actieplan nog geen financiële middelen toegewezen. We hebben wel een gespecialiseerd intern team Ethiek & Compliance. Hierdoor kunnen we geen verband leggen tussen onze financiële middelen en de bedragen in de jaarrekening. S2-5 Vastgestelde doelen voor het beheersen van materiële impacts, risico’s en kansen met betrekking tot werknemers in de waardeketen Op dit moment zijn we nog bezig met het ontwikkelen van externe doelen. We hebben interne maatstaven en KPI's om de doeltreffendheid van onze maatregelen op te volgen en risico's te verminderen. Zo zal bijvoorbeeld 100% van onze kernleveranciers worden onderworpen aan een externe ESG-beoordeling en worden doorgelicht in geval van een lage score op het gebied van de mensenrechten. Bovendien zullen alle leveranciers in een risicoland en -waardeketen worden gescreend, evenals de leveranciers die in Duitsland zaken met ons doen. In 2024 werden 1 345 van onze leveranciers beoordeeld door EcoVadis, werden er 18 onderworpen aan een audit en 3 951 gescreend. 96% van onze kernleveranciers is beoordeeld door EcoVadis. We zijn echter van plan om deze lijst voortdurend uit te breiden met meer leveranciers. Zie alinea S2-4 voor meer informatie over al onze maatregelen. 6.4.Governance-informatie 6.4.1.Zakelijk gedrag Financiële materialiteit: Thema Subthema Sub-subthema Soort impact / risico / kans Daadwerkelijk / Potentieel Beschrijving impact / risico / kans Regio Waardeketen Tijdshorizon Zakelijk gedrag Bedrijfscultuur N.V.T. Risico Potentieel Risico dat Solvay zich schuldig maakt aan concurrentieverstorend gedrag (deelname aan een kartel, misbruik van machtspositie enz.) WW Eigen activiteiten Lange termijn Zakelijk gedrag Bedrijfscultuur N.V.T. Risico Potentieel Niet-naleving van de exportbeperkingen, handelsregels of sanctielijsten kan grote financiële en reputatieschade veroorzaken. WW Eigen activiteiten Middellange termijn Impact-materialiteit: Thema Subthema Sub-subthema Soort impact / risico / kans Daadwerkelijk / Potentieel Beschrijving impact / risico / kans Regio Waardeketen Tijdshorizon Zakelijk gedrag Bescherming van klokkenluiders N.V.T. Positieve impact Potentieel Beschikbaarheid van Ethics Helpline voor externe zakenpartners en behandeling van meldingen door Solvay helpt om klokkenluiders te beschermen. WW Eigen activiteiten + upstream + downstream Korte termijn Zakelijk gedrag Corruptie en omkoping Preventie en detectie, inclusief opleiding Positieve impact Daadwerkelijk Uitrol van opleidingen om zakelijke integriteit te garanderen heeft een positieve impact door te helpen omkoping en corruptie te voorkomen en bij te dragen aan het verminderen van oneerlijk gedrag. WW Eigen activiteiten Korte termijn Zakelijk gedrag Bedrijfscultuur N.V.T. Positieve impact Potentieel Het beleid en de praktijk van Solvay inzake Compliance en zakelijke integriteit met een duidelijke aansturing vanuit Compliance voorkomen corruptie en omkoping. WW Eigen activiteiten Korte termijn G1- GOV-1 De rol van de Raad van Bestuur, de leidinggevende organen en de bestuursorganen Als wereldwijde chemiegroep die actief is in vele sectoren met een groot aantal zakenpartners, zijn ethisch gedrag en de regels naleven essentiële criteria voor onze mensen en voor de manier waarop we bij Solvay zaken doen. We hebben een organisatie opgezet om een groepscultuur, gebaseerd op ethiek en naleving van de wet en regelgeving, te versterken. De afdeling Ethiek & Compliance staat onder leiding van de Group General Counsel en de Corporate Secretary General. Zij bestaat uit Ethics & Compliance Officers die werkzaam zijn in de regio's waar de groep actief is, en die verslag uitbrengen aan de Chief Ethics & Compliance Officer. De rol van deze afdeling is om binnen Solvay een cultuur van integriteit tot stand te brengen, de melding van misstanden aan te moedigen, compliancerisico's aan te pakken en te verminderen, te waken over de toepassing van de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit en het Compliancebeleid van Solvay, strenger toe te zien op derden, de leiding van de onderneming en de operationele divisies van de Groep bij te staan en te adviseren, en alle inbreuken op de regels of bezorgdheden waar zij attent op wordt gemaakt, te beheren en onderzoeken, alleen of met de hulp van andere afdelingen. Binnen de functie General Counsel hebben we een juridisch expert die zich volledig toelegt op mededingingsrecht en verantwoordelijk is voor de implementatie van het mededingingsbeleid en het programma voor de naleving van het mededingingsrecht, advies en bijstand verleent op het gebied van mededingingsrecht en zorgt voor doeltreffende en regelmatige communicatie en opleiding over onderwerpen die verband houden met mededingingsrecht. De Chief Ethics & Compliance Officer brengt jaarlijks met strikte inachtneming van de geheimhoudingsnormen verslag uit aan het Audit- en Risicocomité van de Raad van Bestuur van Solvay over de belangrijkste verwezenlijkingen, de prioriteiten op het gebied van risicobeperking, trends en gegevens met betrekking tot het Speak Up-programma. Zoals uiteengezet in het Governance Charter is de taak van het Audit- en Risicocomité om ervoor te zorgen dat de jaarrekening en mededelingen van de Groep in overeenstemming zijn met de grondslagen voor financiële verslaggeving, de doeltreffendheid van interne controles en risicobeheer te monitoren (inclusief die met betrekking tot ESG-overwegingen), toezicht te houden op de systemen die financiële data voortbrengen en de belangrijkste ESG-indicatoren te verifiëren. Het beoordeelt risico's die een impact kunnen hebben op de financiële positie van de Groep, evalueert interne auditprocessen en waakt erover dat het management met auditbevindingen aan de slag gaat. Het Comité behandelt ook vragen over de financiële verslaggeving, draagt de wettelijke commissaris voor aan de Raad van Bestuur, houdt toezicht op de uitvoering van de externe audit en waarborgt de onafhankelijkheid van de commissaris. Het komt minstens vier keer per jaar bijeen, vóór elke vergadering van de Raad van Bestuur. Het Audit- en risicocomité nodigt de Chief Financial Officer, de Head of Group Accounting & Reporting, medewerkers van de afdeling Interne Audit & Risicobeheer, de Group General Counsel, de wettelijke commissaris van de Groep en de Chief Ethics & Compliance Officer uit om over hun respectieve domeinen verslag uit te brengen tijdens elke vergadering of indien relevant. De Chief Ethics & Compliance Officer zit de Raad voor Ethisch Zakendoen en Compliance voor, die onder meer bestaat uit de Group General Counsel, de Chief People Officer, de Chief Sustainability Officer (CSO), een GBU-voorzitter en het hoofd van de afdeling Interne audit & Risicobeheer. Deze Raad komt halfjaarlijks bijeen en de agenda wordt bepaald door de Chief Ethics & Compliance Officer, die verslag uitbrengt over de strategie ten aanzien van aandachtsgebieden op het vlak van ethiek en compliance, beleidslijnen en procedures bespreekt en ervoor zorgt dat Solvay in zijn activiteiten de geldende regels, voorschriften en vereisten in acht neemt. De Chief Ethics & Compliance Officer zorgt er ook voor dat de ethische normen van Solvay duidelijk zijn, gedocumenteerd zijn en toegepast worden waar zij van kracht zijn. Het Disciplinair Comité Ethiek & Compliance houdt toezicht op het onderzoek en keurt de uitkomst en mogelijke sancties goed voor zaken met een hoog risico en een grote impact op mensen of reputatie, zoals alle meldingen die verband houden met beschuldigingen van corruptie, kartelvorming, mensenrechtenschendingen of rapporten m.b.t. senior management. Het Disciplinair Comité bestaat uit hogere kaderleden met specifieke expertise op het gebied van governance, juridische zaken, personeelszaken en bedrijfsvoering, waardoor ernstige zaken op het gebied van ethiek en compliance vanuit alle invalshoeken en onderbouwd worden aangepakt. Het Disciplinair Comité is samengesteld uit de Group General Counsel, de Chief People Officer en de Chief Ethics & Compliance Officer, die een stem kunnen uitbrengen. Uitgenodigden zoals de voorzitter van de GBU / het Hoofd van de Functie en de Ethics & Compliance Officer die de zaak heeft onderzocht, geven operationele input en perspectieven, waarbij deze laatste inzicht verschaft, maar niet deelneemt aan het besluitvormingsproces. G1- IRO-1 Beschrijving van de processen om materiële impacts, risico’s en kansen in kaart te brengen en te analyseren Het proces om materiële impacts, risico's en kansen in kaart te brengen en te analyseren wordt beschreven in de Algemene toelichtingen, afdeling 1.4 Impact-, risico- en kansenmanagement op. G1.1 7 Beleid voor de omgang met materiële impacts, risico's en kansen in verband met zakelijk gedrag en bedrijfscultuur Een overzicht van ons beleid is te vinden in tabel MDR-P in afdeling ESRS 2. G1-1 Beleid ten aanzien van zakelijk gedrag en bedrijfscultuur De Gedragscode voor bedrijfsintegriteit van Solvay vormt de basis van ons raamwerk. Zij fungeert als leidraad voor verantwoorde besluitvorming, vergroot de verantwoordelijkheidszin en getuigt van de inzet van de onderneming voor integriteit, duurzaamheid en stakeholderbetrokkenheid. De gedragscode handelt over onderwerpen zoals omkoping, corruptie, smeergeld, geschenken en uitnodigingen (ook in de omgang met overheidsfunctionarissen), belangenvermenging, internationale handel, eerlijke concurrentie en politieke bijdragen. Onze Gedragscode voor bedrijfsintegriteit geldt voor alle werknemers van Solvay, overal ter wereld, en voor joint ventures waarin Solvay een meerderheidsbelang heeft. We verwachten van onze zakenpartners dat zij in hun activiteiten de wet- en regelgeving naleven en zich gedragen in overeenstemming met de geest van de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit van Solvay. Om de ethische en wettelijke standaarden van Solvay te versterken, onze inspanningen om economische, maatschappelijke en ecologische duurzaamheid in onze activiteiten te integreren en onze samenwerkingen in de toeleveringsketen verder aan te scherpen, heeft Solvay ook een Gedragscode voor bedrijfsintegriteit bij leveranciers. Die gedragscode voor leveranciers is van toepassing op alle leveranciers die goederen of diensten leveren aan Solvay en op alle onderaannemers waarover onze leveranciers zeggenschap uitoefenen. Zij beschrijft de minimumvereisten op het gebied van ethisch gedrag en naleving van de wetgeving om als leverancier van Solvay in aanmerking te komen en handelt over naleving van de wetgeving met het oog op zakelijke integriteit (inclusief corruptie, omkoping, belangenvermenging en mededingingsrecht), geheimhouding, respect voor de mensenrechten, bescherming van veiligheid en gezondheid, milieubescherming, duurzaamheid en communicatie naar werknemers van leveranciers en onderaannemers. De primaire verantwoordelijkheid voor de bekrachtiging en goedkeuring van de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit en het beleid in het kader van het programma voor Ethiek & Compliance, berust bij het ELT. De Chief Compliance Officer is de hoogst geplaatste medewerker binnen de organisatie die verantwoordelijk is voor de implementatie van het beleid. Solvay neemt, bij de totstandkoming van beleid, de belangen van de belangrijkste stakeholders niet rechtstreeks in aanmerking. Betrokkenheid wordt daarentegen bereikt via ons uitgebreide proces voor dubbele materialiteitsanalyse, dat de standpunten van stakeholders evalueert, deze inzichten gebruikt als basis voor onze Gedragscode voor bedrijfsintegriteit en ervoor zorgt dat hun belangen in aanmerking worden genomen in onze strategische ambities. Het programma inzake Ethiek en Compliance, de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit en het beleid van Solvay zijn voor alle stakeholders beschikbaar via het intranet en de website van de onderneming. We organiseren ook introductieopleidingen voor nieuwe werknemers en jaarlijkse opfriscursussen. Alle schendingen van het beleid kunnen worden gemeld via het Speak Up-programma, een intern klachtensysteem dat beschikbaar is voor zowel interne als externe stakeholders. Om nog meer mensen de kans te geven bezorgdheden te uiten, hebben we een externe hulplijn opgezet waar de klok rond anonieme meldingen kunnen gebeuren in een waaier van talen, zodat we er wereldwijd op kunnen toezien dat het beleid wordt geïmplementeerd en nageleefd. Preventie en bestrijding van omkoping en corruptie Solvay levert grote inspanningen om omkoping en corruptie te voorkomen en uit te bannen. In onze Gedragscode voor bedrijfsintegriteit is uitdrukkelijk bepaald dat de groep elke vorm van omkoping verbiedt. Solvay staat geen faciliterende betalingen toe en ook het vermommen van geschenken of uitnodigingen als giften aan goede doelen is een schending van de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit. Onze aanpak om corruptie en omkoping te voorkomen wordt ondersteund door meer gedetailleerde beleidsdocumenten en componenten, zoals het beleid ter bestrijding van omkoping en corruptie, het beleid inzake geschenken, uitnodigingen, giften en sponsoring, het beleid inzake belangenvermenging, opleiding en communicatie, en risicobeheer en interne controles. Met name het beleid ter bestrijding van omkoping en corruptie weerspiegelt best practices die stroken met wereldwijde normen, zoals het Verdrag van de Verenigde Naties tegen corruptie. Zie voor meer informatie over ons beleid tabel MDR-P. Mededingingsrecht en antitrustwetgeving De naleving van het mededingingsrecht en de antitrustwetgeving is een prioriteit voor Solvay. Daarom hebben we in 2024 ons Beleid inzake Mededingingsrecht vernieuwd (zie tabel MDR-P voor meer informatie). Dit beleid hanteert een nultolerantie ten aanzien van inbreuken op het mededingingsrecht. Dit formele beleid werd goedgekeurd door het ELT en is gepubliceerd op ons intranet, waartoe alle werknemers van Solvay toegang hebben. Elke inbreuk op dit beleid kan leiden tot disciplinaire maatregelen, onder voorbehoud van en in overeenstemming met de toepasselijke wetgeving, volgens de procedures die in het beleid zijn uiteengezet. Om het Beleid inzake Mededingingsrecht van Solvay ten uitvoer te brengen, hebben we een concreet programma opgesteld ter beperking van de specifieke risico's die de groep heeft geïdentificeerd op het gebied van de naleving van het mededingingsrecht. Dit programma wordt sinds 2003 uitgevoerd en wordt jaarlijks bijgewerkt. Het omvat een toolkit op ons intranet met actuele richtlijnen in verband met specifieke domeinen van het mededingingsrecht, zoals distributieovereenkomsten, informatie-uitwisseling in joint ventures, ruilovereenkomsten enz. Om het risico op kartelvorming zo klein mogelijk te houden, hebben we een computer-gebaseerd systeem ingevoerd dat alle contacten van relevante werknemers met concurrenten bijhoudt via een procedure van goedkeuring door de manager. Solvay biedt e-learnings aan over (i) mededingingsrecht in het algemeen en (ii) het gebruik van het computer-gebaseerd systeem voor de opvolging van ontmoetingen met concurrenten, wat we vooral belangrijk vinden voor werknemers met functies waarin de kans op ontmoetingen met concurrenten en de blootstelling aan het risico op kartelvorming groter is. Rechtszaken rond kartelvorming illustreren waarom de naleving van het mededingingsrecht voor de Groep een prioriteit blijft. In Brazilië heeft CADE (de Braziliaanse mededingingsautoriteit) dochterondernemingen van Solvay en andere partijen boetes opgelegd: in mei 2012 in verband met waterstofperoxideactiviteiten en in mei 2016 in verband met natriumperboraatactiviteiten. Het totale aandeel van Solvay in deze boetes bedraagt respectievelijk €29,6 miljoen en €3,99 miljoen. Wij hebben sindsdien bij het Braziliaanse Federale Hof beroep aangetekend tegen deze administratieve boetes. Gezien de toenemende complexiteit van de handel hebben we een Groepsbeleid voor Naleving van de Handelsregels ingevoerd (zie tabel MDR-P voor meer informatie) om ervoor te zorgen dat alle toepasselijke wet- en regelgeving in verband met internationale handel, exportcontroles, economische sancties, douaneverrichtingen en antiboycotregels worden nageleefd, zodat belangrijke financiële en reputatierisico's voor Solvay worden vermeden. Met het oog op de praktische en effectieve uitvoering ervan wordt dit beleid aangevuld door het programma voor naleving van de handelsregels van de Groep, een verzameling gedetailleerdere voorschriften, richtlijnen, opdrachten en modellen die in één document zijn samengebracht. Mensenrechten Het beleid inzake mensenrechten in het bedrijfsleven is een uiting van de grote inzet van Solvay voor Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen, met inbegrip van de bescherming en bevordering van de mensenrechten, en legt de principes vast om het respect voor de mensenrechten te verzekeren. Dit beleid wordt nader toegelicht in afdeling S1-1: Beleid ten aanzien van eigen personeel, en in tabel MDR-P. Niet alleen de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit van Solvay, maar ook de goedgekeurde beleidslijnen en procedures ter bevordering van corporate governance gelden voor alle werknemers, waar ook ter wereld. Joint ventures waarin Solvay een meerderheidsbelang heeft, moeten zich houden aan Solvays Gedragscode voor bedrijfsintegriteit of aan een afzonderlijke gedragscode die op soortgelijke beginselen is gestoeld. Wij verwachten van de zakenpartners van Solvay dat zij alle wet- en regelgeving naleven die op hun activiteiten van toepassing is, zowel in hun eigen vestigingen als bij de Groep, en dat zij er in al hun activiteiten toe aanzetten de geest van de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit in acht te nemen. Om ervoor te zorgen dat het programma voor ethiek en compliance, de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit en de beleidslijnen van Solvay bekend zijn bij de werknemers en doeltreffend verspreid worden, worden periodieke wereldwijde sensibiliseringscampagnes georganiseerd en zijn deze documenten toegankelijk op het intranet van Solvay voor werknemers en op de website voor alle stakeholders. Alle werknemers moeten ook de opleiding over de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit volgen bij hun indiensttreding en die jaarlijks herhalen. Speak Up Solvay's engagement voor ethisch en wettig gedrag krijgt concreet vorm in ons Speak Up-programma, dat onder het toezicht staat van het Auditcomité van de Raad van Bestuur en een cultuur bevordert waarin stakeholders worden aangemoedigd om elke bezorgdheid of potentiële schending te melden via interne kanalen of het klachtensysteem van Solvay, dat beschikbaar is voor zowel interne als externe stakeholders. De onderneming heeft robuuste mechanismen ontwikkeld voor het identificeren, rapporteren en onderzoeken van bezorgdheden over onwettig gedrag of handelingen die indruisen tegen de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit van Solvay, het beleid en andere interne regels. De gedragscode en het Speak Up-beleid zorgen ervoor dat alle meldingen worden bekeken en waar nodig onverwijld, onafhankelijk en objectief worden onderzocht, zodat werknemers en stakeholders over een veilig en vertrouwelijk proces beschikken om bezorgdheden te melden en onderzoeken worden afgehandeld met passende vervolgmaatregelen om wangedrag aan te pakken. Solvay beschikt over diverse interne kanalen waarmee werknemers bezorgdheden kunnen uiten. Meldingskanalen zijn onder meer het lijnmanagement, de afdeling Ethiek & Compliance, de General Counsel-functie, de afdeling Interne Audit, Human Resources en de werknemersvertegenwoordigers. Voor werknemers en externe partijen die bezorgdheden anoniem willen melden, heeft Solvay bovendien de Ethics Helpline opgezet, een externe hulplijn die alle dagen van het jaar de klok rond bereikbaar is. Deze hulplijn is beschikbaar in 19 talen, bestrijkt alle vestigingen van Solvay en is te vinden in de rubriek Ethiek en Compliance op de website van Solvay. Het Speak Up-beleid van Solvay is gestoeld op drie belangrijke principes: vertrouwelijkheid, anonimiteit en bescherming tegen vergelding. De onderneming zorgt ervoor dat meldingen en informatie waaruit de identiteit van een individu zou kunnen blijken, geheim worden gehouden voor zover dat mogelijk is en alleen worden bekendgemaakt aan personen die ervan op de hoogte moeten zijn of wanneer de lokale wetgeving dat vereist. Melders kunnen ervoor kiezen om anoniem te blijven en anonieme meldingen worden even ernstig genomen als andere meldingen. De externe hulplijn van Solvay is opgezet en beschikt over de technische mogelijkheid om de vertrouwelijkheid en anonimiteit te garanderen. Solvay heeft duidelijke procedures opgesteld om de identiteit te beschermen van personen die hun bezorgdheid kenbaar maken aan de onderneming, zoals beperkingen op de toegang tot informatie over meldingen en minimale verzameling van persoonsgegevens tijdens het onderzoeksproces. Alle personen zijn beschermd tegen vergelding wanneer zij te goeder trouw inbreuken op de wet, het beleid of de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit melden, in overeenstemming met de toepasselijke wetgeving tot omzetting van Richtlijn (EU) 2019/1937 van het Europees Parlement en de Raad. Het strikte anti-vergeldingsbeleid van Solvay staat beschreven in de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit en het Speak Up-beleid. Werknemers en leidinggevenden krijgen opleiding over hoe zij vergelding kunnen herkennen en er tegen kunnen optreden via een specifieke module van de jaarlijkse opleiding over de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit. We moedigen onze werknemers aan om alle gevallen van vergelding te melden via het klachtensysteem van Solvay, dat een specifieke meldingscategorie 'intimidatie en vergelding' heeft. Vergelding tegen personen die te goeder trouw hun bezorgdheid hebben geuit, leidt tot disciplinaire maatregelen, tot en met ontslag. Na ontvangst van een melding van onwettig gedrag of een inbreuk op de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit en het beleid, onderzoekt Solvay onverwijld de informatie en start het indien nodig een onderzoeksproces op onder leiding van onafhankelijke, gespecialiseerde en gekwalificeerde complianceprofessionals, die deel uitmaken van de afdeling Ethiek & Compliance en rapporteren aan de Chief Ethics & Compliance Officer. Het zijn professionals met ervaring in het uitvoeren van onderzoeken, die hun kennis over de wet- en regelgeving en praktijken ter zake voortdurend en actief bijwerken en uitbreiden, onder meer door vakpublicaties te lezen, webinars en conferenties bij te wonen en deel te nemen aan bijeenkomsten van complianceprofessionals om markttrends te bespreken en beste praktijken uit te wisselen. Onze aanpak om geïdentificeerde problemen op te lossen getuigt van Solvays engagement voor verantwoordelijk gedrag. Op basis van de bevindingen van het onderzoek worden passende maatregelen genomen, zoals disciplinaire maatregelen, beleidsaanpassingen of andere corrigerende stappen, gericht op voortdurende verbetering om risico's te beperken en de hoogste normen van ethisch gedrag te waarborgen. Werknemers krijgen opleiding en informatie over de Speak Up-cultuur, interne meldingskanalen en het klachtensysteem via specifieke modules die deel uitmaken van de opleiding over de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit, ad hoc opleidingen in groep en op afstand, regelmatige interne communicatie en informatie op het intranet van de onderneming (Solvay ONE). G1-3 Preventie en opsporing van corruptie of omkoping Solvays raamwerk voor de preventie en opsporing van corruptie en omkoping is gebaseerd op een aantal belangrijke beleidsdocumenten, die ethisch gedrag in de hele organisatie verzekeren. Ons actieplan omvat de implementatie en instandhouding van een robuust raamwerk om mogelijke schendingen van de wetgeving ter bestrijding van corruptie en omkoping te voorkomen, op te sporen en aan te pakken. Centraal daarin staat de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit, die de ethische principes van de onderneming vastlegt en wordt aangevuld met specifiekere beleidsdocumenten, zoals het Beleid ter bestrijding van Omkoping en Corruptie, het Beleid inzake Geschenken, Uitnodigingen, Giften en Sponsoring, het Beleid inzake Belangenvermenging en het Speak Up-beleid. Samen vormen deze documenten een brede aanpak om risico's in verband met onethisch gedrag te beperken. Zie voor meer informatie over dit beleid tabel MDR-P. Beleid ter bestrijding van Omkoping en Corruptie In overeenstemming met de wereldwijde normen en voorschriften biedt het beleid ter bestrijding van omkoping en corruptie van Solvay een raamwerk van regels en procedures om mogelijke inbreuken op de wetgeving tegen corruptie en omkoping op te sporen, te voorkomen en aan te pakken. Ons actieplan is van toepassing op alle werknemers van Solvay, inclusief directieleden, en derden die handelen in naam van Solvay. Het beleid definieert en verbiedt omkoping en faciliterende betalingen en beschrijft de procedures voor transacties met een groot risico, zoals het gebruik van tussenpersonen, fusies en overnames, en de verplichting om misstanden te melden. Beleid inzake Geschenken, Uitnodigingen, Giften en Sponsoring Het Beleid inzake Geschenken, Uitnodigingen, Giften en Sponsoring legt strikte regels vast voor werknemers met betrekking tot het aannemen of aanbieden van geschenken en uitnodigingen. Dit beleid zorgt ervoor dat ontvangen of aangeboden geschenken of uitnodigingen geen zakelijke beslissingen beïnvloeden en geen belangenverstrengeling veroorzaken. Het beleid verbiedt ook om geschenken en uitnodigingen te geven aan of aan te nemen van overheidsfunctionarissen, politiek prominente personen of hun naaste familieleden, behalve in de beperkte omstandigheden die in het document worden beschreven en na goedkeuring van de afdeling Ethiek & Compliance. De analyse en voorafgaande goedkeuring van de afdeling Ethiek & Compliance is ook vereist wanneer giften aan liefdadigheidsorganisaties een bepaalde drempel overschrijden, om de naleving van het beleid en de wet te garanderen. Solvay gebruikt ook een online traceersysteem (Gifts and Entertainment Tracking System - GETS), waar alle werknemers van Solvay op het intranet toegang toe hebben, om dergelijke transacties te monitoren en te zorgen voor traceerbaarheid, transparantie, analyse en goedkeuring van het management en Ethiek & Compliance. Het gebruik van het traceersysteem maakt deel uit van het controleproces van de afdeling Interne Audit van Solvay en beantwoordt aan ethische normen. De Gedragscode voor bedrijfsintegriteit beschrijft de scenario's die als belangenvermenging worden beschouwd, zoals intieme relaties of familiebanden met zakenpartners. De gedragscode wordt aangevuld door het beleid inzake belangenvermernging, waarin de risicoscenario's en het verwachte gedrag verder worden uitgewerkt. Medewerkers zijn verplicht om mogelijke belangenvermenging onmiddellijk te melden aan het management, Human Resources of Ethiek & Compliance, zodat elk risico op ongepaste beïnvloeding of vooringenomenheid in de besluitvorming onmiddellijk wordt aangepakt. Werknemers en derden die in onze naam handelen, maken in alle zakelijke transacties een eerlijke, objectieve en onpartijdige afweging en plaatsen de belangen van Solvay boven eventuele persoonlijke belangen in zaken die verband houden met de activiteiten van Solvay. De aanpak van Solvay om omkoping en corruptie te voorkomen wordt ondersteund door meer gedetailleerde beleidsdocumenten en componenten, zoals het Beleid ter bestrijding van Omkoping en Corruptie, het Beleid inzake Geschenken, Uitnodigingen, Giften en Sponsoring, het Beleid inzake Belangenvermenging, Opleiding en Communicatie, en Risicobeheer en Interne Controles. Met name het Beleid ter bestrijding van Omkoping en Corruptie weerspiegelt best practices die stroken met wereldwijde normen, zoals het Verdrag van de Verenigde Naties tegen corruptie. Wat detectie betreft, biedt het Speak Up-beleid van Solvay werknemers, zakenpartners en alle stakeholders vertrouwelijke kanalen om bezorgdheden over onethisch gedrag kenbaar te maken (Ethics Helpline). Het beheer van onderzoeken naar mogelijke gevallen van corruptie en omkoping valt onder de directe verantwoordelijkheid van de afdeling Ethiek & Compliance, een onafhankelijke functie binnen Solvay, zoals aangegeven in de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit. Deze afdeling overziet alle aspecten van het onderzoeksproces, van de eerste beoordeling tot het uiteindelijke oordeel, en waakt over de strikte vertrouwelijkheid en de naleving van het interne beleid van Solvay en de wettelijke voorschriften. Het onderzoek van meldingen met betrekking tot vermeende of effectieve gevallen van corruptie en omkoping die de afdeling Ethiek & Compliance rechtstreeks of via het klachtensysteem ontvangt, verloopt onder het toezicht en met de goedkeuring van het Disciplinair Comité Ethiek & Compliance, dat zorgt voor betrokkenheid van het hogere kader en effectief risicobeheer. Mogelijke maatregelen waartoe het Comité kan besluiten, zijn disciplinaire maatregelen, aangescherpte controles of bijkomende opleiding. We waken erover dat de personen die onderzoeken uitvoeren, overzien en goedkeuren, geen banden hebben met de zaak in kwestie. Aantijgingen of incidenten in verband met corruptie of omkoping met een groot risico en potentieel grote impact, in het bijzonder bij potentiële juridische of reputatierisico's, worden door de Chief Ethics & Compliance Officer gerapporteerd aan de Raad voor Ethisch Zakendoen & Compliance en aan het Auditcomité van de Raad van Bestuur van Solvay. Eén van de belangrijke pijlers in Solvays raamwerk ter bestrijding van corruptie is de permanente opleiding van werknemers om onze cultuur van integriteit in stand te houden. De verplichte opleiding over de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit en het beleid wordt regelmatig gegeven, zodat alle werknemers, van nieuwkomers tot directieleden, goed op de hoogte zijn van potentiële risico's, scenario's, verwacht gedrag, meldingsplicht en meldingskanalen. Om de opleiding met succes af te ronden, moeten deelnemers voor de afsluitende test een score behalen van 80% tot 100%, al naargelang het hoofdstuk. Online opleidingen over omkoping en corruptie vinden om de twee jaar plaats voor een vooraf geïdentificeerde doelgroep, die bestaat uit alle werknemers van niveau S15 en hoger, ongeacht hun functie, en alle directieleden van de onderneming, zodat alle werknemers die blootstaan aan risico's periodiek opleiding volgen. Werknemers uit de doelgroep die afwezig zijn (bv. ziekteverlof, ouderschapsverlof) moeten hun afwezigheid staven en de opleiding volgen bij hun terugkeer. De recentste online opleiding vond plaats in 2023, waarbij de in zestien talen beschikbare cursus door 98,80% van de doelgroep werd voltooid. De online opleiding tegen omkoping en corruptie behandelt de definitie van omkoping, transacties met een groot risico, werken met derden, werken met distributeurs en verkoopagenten en manieren om een mogelijke inbreuk te melden. Om te slagen voor de opleiding moeten werknemers een kennistest afleggen en ten minste 80% van de vragen correct beantwoorden. Daarnaast is er ook een online opleiding over exportcontroles en de naleving van sancties, die verplicht is voor alle werknemers vanaf niveau S15, inclusief directieleden. Voor deze opleiding werden geen specifieke deelnamepercentages meegedeeld, maar werknemers moeten aan het einde van de module vragen beantwoorden om de opleiding met succes af te ronden en een score van minimaal 80% behalen. Wanneer een beleid van Solvay wordt ingevoerd of herzien, zorgt een communicatiecampagne ervoor dat alle werknemers op de hoogte zijn. Behalve via de informatie op de website van Solvay worden zakenpartners geïnformeerd over de integriteits- en compliancestandaarden van de onderneming via de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit, de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit bij leveranciers en compliancebepalingen in samenwerkingsovereenkomsten. Solvay biedt e-learnings aan over (i) mededingingsrecht in het algemeen en (ii) het gebruik van het computersysteem voor de opvolging van ontmoetingen met concurrenten, wat we vooral belangrijk vinden voor werknemers met functies waarin de kans op ontmoetingen met concurrenten en de blootstelling aan het risico op kartelvorming groter is. Het deelnamepercentage aan de relevante opleidingscampagne voor nieuwkomers was in 2024 voor beide online opleidingen 100%. We organiseerden ook aanvullende persoonlijke opleidingen op maat voor 57 personen met een groot risico. De opleiding over de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit verloopt online, is beschikbaar in 16 talen en behandelt een brede waaier van onderwerpen, waaronder gedragsrisico's zoals omkoping, corruptie, intimidatie, de Speak Up-cultuur en vergelding, en het klachtensysteem, met specifieke modules voor leidinggevende functies, waaronder Listening Up. Deze opleiding wordt elk jaar gegeven aan alle werknemers van Solvay, die aan het einde van elke module testvragen moeten beantwoorden en moeten bevestigen dat zij de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit zullen naleven en zich ertoe verbinden inbreuken te melden via de beschikbare kanalen om de opleiding te kunnen voltooien. Om de opleiding te voltooien, moeten de werknemers aan het einde van elke module testvragen beantwoorden en bevestigen dat zij de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit zullen naleven en zich ertoe verbinden inbreuken te melden via de beschikbare kanalen. In 2024 heeft 95,40% van de doelgroep de opleiding over de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit gevolgd. Als onderdeel van haar controleopdrachten ziet de afdeling Internal Audit systematisch toe op de uitvoering en voltooiingsgraad van de opleidingsmodules. Zakelijk gedrag en het opsporen en voorkomen van corruptie en omkoping zijn voor ons een topprioriteit – en we hebben al een gespecialiseerd intern team voor Ethiek & Compliance – maar we hebben nog geen financiële middelen, zoals kapitaalinvesteringen en operationele uitgaven, aan ons actieplan toegewezen. Hierdoor kunnen we geen verband leggen tussen onze financiële middelen en de bedragen in de jaarrekening. G1-4 Bevestigde incidenten van corruptie of omkoping De werknemers en stakeholders van Solvay beschikken over verschillende kanalen om bezorgdheden over onwettig gedrag of gedrag dat indruist tegen de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit en aanvullende beleidsdocumenten over zakelijk gedrag, aan de onderneming te melden. Alle via het Speak Up-programma kenbaar gemaakte bezorgdheden worden geanalyseerd, opgevolgd en waar nodig onderzocht door de afdeling Ethiek & Compliance. In overeenstemming met ons streven naar transparantie wordt het klachtensysteem van Solvay – dat beschikbaar en gemakkelijk toegankelijk is voor werknemers en derden via onze website of een gratis nummer – gebruikt om de voortgang van onderzoeken te rapporteren en feedback te geven aan de betrokkenen waar nodig. We blijven werknemers er op wijzen dat zij misstanden kunnen melden zonder bang te hoeven zijn voor vergelding. Speak Up werd ook vermeld in de jaarlijkse verplichte opleiding voor al onze werknemers om het bewustzijn te vergroten dat zij bedenkingen mogen uiten over alle thema’s die in de Gedragscode voor bedrijfsintegriteit aan bod komen, waaronder omkoping en corruptie. Misstanden melden stelt de afdeling Ethiek & Compliance in staat om bedenkingen of mogelijke inbreuken te onderzoeken en aan te pakken. De meldingen die in 2024 werden ontvangen en onderzocht, vertoonden geen toename in ernst ten opzichte van het jaar voordien en geen van de gemelde gevallen was van kritiek belang voor onze activiteiten of heeft aanleiding gegeven tot aanpassingen van onze financiële resultaten. Over de verslagperiode 2024 werd Solvay niet veroordeeld voor inbreuken op de wetgeving ter bestrijding van corruptie en omkoping. De onderneming heeft ook geen boetes gekregen in verband met dergelijke inbreuken. Die resultaten weerspiegelen de doeltreffendheid van ons sterke governanceraamwerk, waaronder het beleid ter bestrijding van omkoping en corruptie (zie tabel MDR-P voor meer informatie), solide opleidingsprogramma's en de inspanningen van de afdeling Ethiek & Compliance om de hoogste ethische normen te handhaven in al onze activiteiten, overal ter wereld. We hebben bij Solvay geen specifieke doelen vastgelegd in verband met zakelijk gedrag, bestrijding van corruptie en omkoping of andere aspecten van ethiek en compliance, maar monitoren deze domeinen wel doorlopend. We blijven ons ertoe verbinden de beste praktijken te handhaven en ons te houden aan ons strikte raamwerk voor zakelijk gedrag om onze integriteit en ethische normen te waarborgen. 6.5.Bijlage 1: EU-wetgeving Rapportage-eis en betrokken datapunt () Referentie SFDR Referentie Pijler 3 Referentie benchmarkverordening Referentie EU- Klimaatwet Sectie in duurzaamheidsverslagen ESRS 2 GOV-1 Genderdiversiteit raad van bestuur alinea 21(d) X X Corporate Governance - De rol van de Raad van Bestuur, de leidinggevende organen en de bestuursorganen ESRS 2 GOV-1 Percentage onafhankelijke bestuurders alinea 21(e) X Corporate Governance - De rol van de Raad van Bestuur, de leidinggevende organen en de bestuursorganen ESRS 2 GOV-4 Due-diligence-verklaring alinea 30 X Corporate Governance -Duurzaamheidsverslagen over het due-diligenceproces ESRS 2 SBM-1 Betrokkenheid bij activiteiten m.b.t. activiteiten fossiele brandstoffen alinea 40(d) i X X X Niet materieel ESRS 2 SBM-1 Betrokkenheid bij activiteiten m.b.t. chemische productie alinea 40(d) ii X X Grondslag - De Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties ESRS 2 SBM-1 Betrokkenheid bij activiteiten m.b.t. controversiële wapens alinea 40(d) iii X X Niet materieel ESRS 2 SBM-1 Betrokkenheid bij activiteiten m.b.t. teelt en productie tabak alinea 40(d) iv X Niet materieel ESRS E1-1 Transitieplan om tegen 2050 klimaatneutraliteit te bereiken alinea 14 X ESRS E1: Klimaatverandering - Transitieplan voor klimaatmitigatie ESRS E1-1 Ondernemingen uitgesloten van op Overeenkomst van Parijs afgestemde benchmarks alinea 16(g) X X ESRS E1: Klimaatverandering - Transitieplan voor klimaatmitigatie ESRS E1-4 Doelen BKG-emissiereductie alinea 34 X X X ESRS E1: Klimaatverandering - Doelen ESRS E1-5 Totale energieverbruik uit hernieuwbare bronnen, uitgesplitst naar bronnen (alleen sectoren met grote klimaatimpact) alinea 38 X ESRS E1: Klimaatverandering - Energieverbruik en energiemix ESRS E1-5 Energieverbruik en energiemix alinea 37 X ESRS E1: Klimaatverandering - Energieverbruik en energiemix ESRS E1-5 Energie-intensiteit activiteiten in sectoren met grote klimaatimpact alinea’s 40 t/m 43 X ESRS E1: Klimaatverandering - Energieverbruik en energiemix ESRS E1-6 Bruto scope 1-, 2-, 3-emissies en totale BKG-emissies alinea 44 X X X ESRS E1: Klimaatverandering - Bruto scope 1-, 2-, 3-emissies en totale broeikasgasemissies ESRS E1-6 Intensiteit bruto-BKG-emissies alinea’s 53 t/m 55 X X X ESRS E1: Klimaatverandering - Broeikasgasemissie-intensiteit ESRS E1-7 BKG-verwijderingen en carbon credits alinea 56 X ESRS E1: Klimaatverandering - Broeikasgasverwijderingen en carbon credits ESRS E1-9 Blootstelling benchmarkportefeuille aan fysieke klimaatrisico’s alinea 66 X Infasering tegen 2025 ESRS E1-9 Uitsplitsing geldbedragen in acuut en chronisch fysiek risico alinea 66(a) X Infasering tegen 2025 ESRS E1-9 Locatie significante activa die materieel fysiek risico lopen alinea 66(c) X Infasering tegen 2025 ESRS E1-9 Uitsplitsing boekwaarde vastgoedactiva naar energie-efficiëntieklasse alinea 67(c) X Infasering tegen 2025 ESRS E1-9 Mate blootstelling portefeuille aan klimaatkansen alinea 69 X Infasering tegen 2025 ESRS E2-4 Hoeveelheid emissies naar lucht, water en bodem van elke verontreinigende stof in bijlage II bij E-PRTR-verordening (Europees register uitstoot en overbrenging verontreinigende stoffen) alinea 28 X ESRS E2: Verontreiniging - Maatstaven ESRS E3-1 Water en mariene hulpbronnen alinea 9 X ESRS E3: Waterverbruik - Maatregelen en middelen ESRS E3-1 Specifiek beleid alinea 13 X ESRS E3: Waterverbruik - Beleid ESRS E3-1 Duurzame oceanen en zeeën alinea 14 X Niet materieel ESRS E3-4 Totale hoeveelheid gerecycled en hergebruikt water alinea 28(c) X Niet materieel ESRS E3-4 Totale waterverbruik in m3 per netto-opbrengst eigen activiteiten alinea 29 X ESRS E3: Waterverbruik - Maatstaven ESRS 2 – SBM 3 – E4 alinea 16(a) i X ESRS E4: Biodiversiteit en ecosystemen - Beleid en acties ESRS 2 – SBM 3 – E4 alinea 16(b) X SRS E4: Biodiversiteit en ecosystemen - Maatstaven ESRS 2 – SBM 3 – E4 alinea 16(c) X SRS E4: Biodiversiteit en ecosystemen - Maatstaven ESRS E4-2 Praktijken of beleid duurzaam beheer bodem / duurzame landbouw alinea 24(b) X Niet materieel ESRS E4-2 Praktijken of beleid duurzaam beheer oceanen / zee alinea 24(c) X Niet materieel ESRS E4-2 Beleid tegen ontbossing alinea 24(d) X Niet materieel ESRS E5-5 Niet-gerecycled afval alinea 37(d) X ESRS E5: Afvalbeheer - Maatstaven ESRS E5-5 Gevaarlijk afval en radioactief afval alinea 39 X ESRS E5: Afvalbeheer - Maatstaven ESRS 2 – SBM3 – S1 Risico incidenten gedwongen arbeid alinea 14(f) X ESRS S1: Eigen personeel - Strategie ESRS 2 – SBM3 – S1 Risico incidenten kinderarbeid alinea 14(g) X ESRS S1: Eigen personeel - Strategie ESRS S1-1 Toezeggingen op gebied van mensenrechtenbeleid alinea 20 X ESRS S1: Eigen personeel - Beleid ESRS S1-1 Due-diligencebeleid rond kwesties aan de orde in fundamentele verdragen 1 t/m 8 van Internationale Arbeidsorganisatie alinea 21 X ESRS S1: Eigen personeel - Beleid ESRS S1-1 Procedures en maatregelen ter voorkoming van mensenhandel alinea 22 X ESRS S1: Eigen personeel - Beleid ESRS S1-1 Beleid of beheersysteem ter voorkoming van arbeidsongevallen alinea 23 X ESRS S1: Eigen personeel - IRO acties ESRS S1-3 Klachtenregelingen alinea 32(c) X ESRS S1: Eigen personeel - IRO acties ESRS S1-14 Aantal sterfgevallen en aantal en aandeel arbeidsongevallen alinea 88(b) en (c) X X ESRS S1: Eigen personeel - Veiligheids- en gezondheidsmaatstaven ESRS S1-14 Aantal verzuimdagen als gevolg van letsel, ongevallen, dodelijke ongevallen of ziekte alinea 88(e) X ESRS S1: Eigen personeel - Veiligheids- en gezondheidsmaatstaven ESRS S1-16 Niet-gecorrigeerde loonkloof man-vrouw alinea 97(a) X X ESRS S1: Eigen personeel - Beloningsmaatstaven ESRS S1-16 Ratio buitensporige beloning CEO alinea 97(b) X ESRS S1: Eigen personeel - Beloningsmaatstaven ESRS S1-17 Gevallen van discriminatie alinea 103(a) X ESRS S1: Eigen personeel - Incidenten, klachten en ernstige impacts op het gebied van mensenrechten ESRS S1-17 Niet-nakoming UNGP’s on Business and Human Rights en OESO-richtlijnen alinea 104(a) X X ESRS S1: Eigen personeel - Incidenten, klachten en ernstige impacts op het gebied van mensenrechten ESRS 2 – SBM3 – S2 Aanzienlijk risico kinderarbeid of gedwongen arbeid in waardeketen alinea 11(b) X ESRS S2: Werknemers in de waardeketen - Strategie ESRS S2-1 Toezeggingen op gebied van mensenrechtenbeleid alinea 17 X ESRS S2: Werknemers in de waardeketen - Beleid ESRS S2-1 Beleid ten aanzien van werknemers in waardeketen alinea 18 X ESRS S2: Werknemers in de waardeketen - Beleid ESRS S2-1 Niet-nakoming UNGP’s on Business and Human Rights en OESO-richtlijnen alinea 19 X X ESRS S2: Werknemers in de waardeketen - Beleid ESRS S2-1 Due-diligencebeleid rond kwesties aan de orde in fundamentele verdragen 1 t/m 8 van Internationale Arbeidsorganisatie alinea 19 X ESRS S2: Werknemers in de waardeketen - Beleid ESRS S2-4 Mensenrechtenproblemen en -incidenten m.b.t. upstream- en downstreamwaardeketen alinea 36 X ESRS S2: Werknemers in de waardeketen - Actieplannen en middelen ESRS S3-1 Toezeggingen op gebied van mensenrechtenbeleid alinea 16 X Niet materieel ESRS S3-1 Niet-nakoming UNGP’s on Business and Human Rights, ILO-beginselen en/of OESO-richtlijnen alinea 17 X X Niet materieel ESRS S3-4 Mensenrechtenproblemen en -incidenten alinea 36 X Niet materieel ESRS S4-1 Beleid ten aanzien van consumenten en eindgebruikers alinea 16 X Niet materieel ESRS S4-1 Niet-nakoming UNGP’s on Business and Human Rights en OESO-richtlijnen alinea 17 X X Niet materieel ESRS S4-4 Mensenrechtenproblemen en -incidenten alinea 35 X Niet materieel ESRS G1-1 VN-Verdrag tegen corruptie alinea 10(b) X ESRS G1: Zakelijk gedrag - Beleid ESRS G1-1 Bescherming klokkenluiders alinea 10(d) X ESRS G1: Zakelijk gedrag - Beleid ESRS G1-4 Geldboeten voor overtredingen wetgeving tegen corruptie en omkoping alinea 24(a) X X ESRS G1: Zakelijk gedrag - Bevestigde incidenten van corruptie of omkoping ESRS G1-4 Normen bestrijding corruptie en omkoping alinea 24(b) X ESRS G1: Zakelijk gedrag - Bevestigde incidenten van corruptie of omkoping ()Deze tabel geeft een overzicht van alle datapunten die afgeleid zijn van andere EU-wetgeving, zoals gespecificeerd in bijlage ESRS 2, met aanduiding van hun locatie in ons Geïntegreerd Jaarverslag 2024 en de status 'Niet materieel' of 'Gefaseerde invoering'. 7.Jaarrekening 7.1 Geconsolideerde jaarrekening Bedrijfsinformatie Voornaamste gebeurtenissen en wijzigingen in de consolidatiekring Geconsolideerde winst- en verliesrekening Geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat Geconsolideerd kasstroomoverzicht Geconsolideerde kasstromen uit beëindigde bedrijfsactiviteiten Geconsolideerd overzicht van de financiële positie Geconsolideerd mutatieoverzicht van het eigen vermogen 7.2 Toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening Grondslagen van verslaggeving Standaarden, interpretaties en aanpassingen die voor het eerst van toepassing zijn in 2024 Standaarden, interpretaties en aanpassingen die na 2024 voor het eerst van toepassing zijn Waarderingsbasis en presentatie Grondslagen voor consolidatie Vreemde valuta Overwegingen inzake klimaatverandering Belangrijkste bronnen van schattingsonzekerheden Cruciale beoordelingen Niet-IFRS (Onderliggende) Indicatoren Overzicht van de toelichtingen Toelichtingen bij de geconsolideerde winst- en verliesrekening Toelichting op het geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat Toelichting bij het geconsolideerd kasstroomoverzicht Toelichting op het geconsolideerd overzicht van de financiële positie Overige toelichtingen 7.3 VERKORTE JAARREKENING SOLVAY NV 7. Jaarrekening 7.1.Geconsolideerde jaarrekening Bedrijfsinformatie Solvay SA/NV (de “Onderneming” of “Solvay”) is een naamloze vennootschap naar Belgisch recht genoteerd op Euronext Brussel en Euronext Parijs. De belangrijkste activiteiten van de Onderneming, haar dochterondernemingen, gezamenlijke bedrijfsactiviteiten, joint ventures, en geassocieerde deelnemingen (samen de ‘Groep’) staan beschreven in Toelichting F1 Omzet en informatie per segment. De Solvay Groep is actief in 44 productievestigingen, 6 onderzoekscentra, in meer dan 41 landen, en telt ongeveer 9 000 werknemers en haalde in 2024 een netto-omzet van €4,5 miljard. Solvay SA/NV is de moedermaatschappij van de Solvay Groep met maatschappelijke zetel in de Ransbeekstraat 310, B-1120 Brussel, België. Op 5 maart 2025 heeft de Raad van Bestuur de geconsolideerde jaarrekening goedgekeurd voor publicatie. Voornaamste gebeurtenissen en wijzigingen in de consolidatiekring Schuldenbeheer Nieuwe obligatie-uitgifte in 2024 Op 26 maart 2024 voltooide Solvay de plaatsing van een obligatie van €750 miljoen (looptijd van 4 jaar, vervaldatum op 3 april 2028), en een obligatie van €750 miljoen (looptijd van 7,5 jaar, vervaldatum op 3 oktober 2031), met een coupon van respectievelijk 3,875% en 4,250% - wat een belangrijke mijlpaal was na de Partiële Splitsing in december 2023. De obligaties werden op 3 april 2024 vereffend en de handel ervan begon op diezelfde dag op de Euro MTF-markt van de Luxemburgse beurs. De opbrengst van de obligatie-uitgifte werd, naast de algemene bedrijfsdoeleinden, gebruikt voor de herfinanciering van de overbruggingsfaciliteit van €1,5 miljard die eind 2023 werd opgezet in verband met de Partiële Splitsing. De rentevoet van de uitgegeven obligaties was in 2023 afgedekt met twee flexi-swap instrumenten. Op het moment van plaatsing van de obligaties werden deze instrumenten afgewikkeld en vervangen door twee nieuwe instrumenten geclassificeerd als financiële schuld (€33 miljoen op lange termijn en €4 miljoen op korte termijn), betaalbaar in termijnen die overeenkomen met de couponbetalingsdata van de obligaties. De conversie had geen kasstroomeffect omdat het afwikkelen van de flexi-swap (€-37 miljoen) werd gecompenseerd met een gelijkwaardig bedrag ontvangen van de bank in verband met de twee nieuwe instrumenten. De opgebouwde kasstroomhedge reserve, gerelateerd aan de afgewikkelde flexi-swap, is bevroren en wordt geherclassifieerd naar de winst-en-verliesrekening over de looptijd van de twee obligaties (€5,0 miljoen opgenomen in financieringskosten in 2024). Per 31 december 2024 bedraagt de resterende opgebouwde kasstroomhedge reserve, gerelateerd aan de flexi-swap, €-32 miljoen. Zie Toelichting F32 Financiële instrumenten voor bijkomende details. 2023 - Impact van Partiële Splitsing Vóór de Partiële Splitsing heeft Solvay diverse schuldenbeheeractiviteiten uitgevoerd met betrekking tot een aantal uitstaande schuldbewijzen van Solvay. Het doel van deze schuldenbeheeractiviteiten was om bepaalde schuldinstrumenten terug te kopen of af te lossen, en om de verplichting voor de overblijvende relevante schuldinstrumenten of gerelateerde garanties over te dragen aan de Syensqo Groep zodra de Partiële Splitsing effectief zou worden. De schuldenbeheeractiviteiten waren ook bedoeld om bepaalde contractuele bepalingen in bepaalde schuldeffecten aan te passen om de implementatie van de Partiële Splitsing te vergemakkelijken. Op 4 en 5 september 2023 kondigde Solvay de resultaten aan van transacties in Schuldenbeheer met betrekking tot bepaalde senior en hybride obligaties uitgedrukt in euro. De transacties omvatten: heen verzoek tot instemming van de obligatiehouders met de vervanging, effectief na de voltooiing van de Partiële Splitsing, van Syensqo NV door Solvay als emittent van (i) de € 500 000 000 Ongedateerde Diep Achtergestelde Perp-NC5.5 Obligaties met eerste calldatum op 2 december 2025 (ISIN: BE6324000858) (de "2025 Hybride Obligaties"), en (ii) de € 500 000 000 2,750% Vaste Rentevoet Obligaties met vervaldatum 2 december 2027 (ISIN: BE6282460615) (de "2027 Obligaties"). heen overnamebod met betrekking tot de € 500 000 000 Niet-Gedateerde Diep Achtergestelde Obligaties met Vaste tot Reset-Rente met eerste optionele aflossingsdatum van 3 juni 2024 (ISIN: XS1323897725) (de "2024 Hybride Obligaties") uitgegeven door Solvay Finance NV en onherroepelijk gegarandeerd op een achtergestelde basis door Solvay (het "Overnamebod"). Zie Toelichting F33 Nettoschuld voor bijkomende details. Voorzieningen Salindres Op 24 september 2024 kondigde Solvay een project aan voor overleg met zijn sociale partners om de productie van TFA en zijn fluorderivaten in zijn fabriek in Salindres (Frankrijk) stop te zetten. Het plan om de productie stop te zetten is te wijten aan de aanhoudend negatieve financiële prestaties van de fabriek in Salindres in de afgelopen jaren, onder invloed van ongunstige marktomstandigheden die in de toekomst waarschijnlijk niet zullen verbeteren. Het sociaal overleg eindigde op 19 december 2024. De geplande stopzetting van deze activiteiten zou resulteren in de opheffing van 65 arbeidsplaatsen. Als gevolg van deze aankondiging werd de nettoboekwaarde van de activa van de site, in het derde kwartaal van 2024, voor €9 miljoen afgewaardeerd. Solvay heeft een voorziening opgenomen van €51 miljoen, inclusief afvloeiingskosten, ontmanteling, sloop, exitkosten en milieuvoorzieningen. Naast de voorziening voor de sanering van de gekende vervuiling in de ondergrond van Salindres, zullen sommige gebieden van de site verdere analyses vereisen om te bepalen of bijkomende sanering nodig is. Deze onzekerheidsfactor werd weergegeven als een voorwaardelijke verplichting. Zie Toelichting F36 Voorwaardelijke verplichtingen. Beëindiging overeenkomst voor Transitiediensten (TSA) In 2023 hebben Solvay NV en Syensqo NV een overeenkomst voor transitiediensten (“transition services agreement“, "TSA") gesloten, die van kracht werd vanaf de voltooiing van de Partiële Splitsing voor een niet-hernieuwbare termijn van 24 maanden. Hierbij zullen de Solvay en de Syensqo Groep, in de mate dat bepaalde bedrijfsfuncties en corporate functies niet zijn afgesplitst vóór de voltooiing van de Partiële Splitsing, elk aan de andere (of de respectievelijke dochterondernemingen van de andere) op een tijdelijke overgangsbasis diverse diensten en ondersteuning verlenen. Aangezien de Syensqo Groep bij de voltooiing van de Partiële Splitsing bepaalde interne bedrijfsfuncties nog niet volledig zal hebben (zoals Finance, Legal, Tax, Human Resources, Payroll, Information Technology en andere ondersteunende diensten), zal de Solvay Groep in het kader van de voorwaarden van de TSA ondersteuning bieden bij dergelijke aangelegenheden. Vanaf de voltooiing van de partiële splitsing en in de toekomst worden de vergoedingen die door de Syensqo Groep aan de Solvay Groep verschuldigd zijn, intern bepaald aan de hand van een beperkte marge, in overeenstemming met de gangbare praktijk bij de Solvay Groep voor interne dienstverlening en werden ze niet onderworpen aan onafhankelijke offertes. In 2024 lanceerde Solvay het proces om de TSA te beëindigen en om de organisatie van Solvay's Global Business Services (GBS) en Digital Technology (DT) te herontwerpen. Dit is een belangrijke eerste stap in het ontwerpen van het toekomstige nieuwe Target Operating Model (TOM) van Solvay. Op het einde van de TSA, dat verwacht wordt voor het vierde kwartaal van 2025, zullen de werknemers die geen deel zullen uitmaken van de toekomstige Solvay-organisatie en niet naar Syensqo zullen verhuizen, getroffen worden door het herstructureringsplan. In 2024 werd een herstructureringsvoorziening geboekt die momenteel op €28 miljoen wordt geschat, en die kan worden verlaagd indien Solvay-werknemers naar Syensqo overgaan in overeenstemming met de voorwaarden van de TSA. Volgens de TSA zal Solvay door Syensqo gecompenseerd worden voor herstructureringskosten die momenteel geschat worden op €22 miljoen (€19 miljoen onder overige vorderingen en €3 miljoen onder leningen en andere activa). Dombasle Energie Overige operationele opbrengsten en kosten in de geconsolideerde winst-en-verliesrekening (zie ook Toelichting F4 Overige operationele winsten en verliezen) omvatten €29 miljoen aan kosten betreffende een stijging van de voorziening in 2024 (bovenop €49 miljoen in 2023, waarvan €6 miljoen werd gebruikt gedurende 2024) in verband met een verlieslatend contract voor een energietransitieproject in Dombasle, Frankrijk. Deze voorziening (€72 miljoen in totaal) weerspiegelt de beste schatting van de uitgaven die nodig zijn om de huidige verplichtingen per eind 2024 af te wikkelen, die verband houden met vertragingen en overschrijdingen (die voornamelijk worden toegeschreven aan externe factoren, waaronder een recordhoge inflatie en leveringsvertragingen). Deze situatie is uniek in de verschillende energietransitieprojecten die al voltooid of in uitvoering zijn binnen de Groep en heeft te maken met de bijzondere contractuele verbintenis van dit project. Het project zal naar verwachting in het tweede halfjaar van 2025 worden afgerond. Groepsportfoliobeheer Shandong Huatai Interox Chemical Co., Ltd. In maart 2024 verhoogde de Groep zijn belang in zijn investering (geconsolideerd volgens de vermogensmutatiemethode) in Shandong Huatai Interox Chemical Co. met 10% van 50% tot 60%, voor een bedrag van €4 miljoen. De transactie leidde ertoe dat Solvay de zeggenschap verkreeg over de juridische entiteit. De overname werd verwerkt als een bedrijfscombinatie die in fasen werd gerealiseerd en resulteerde in een winst van €10 miljoen op het niet langer opnemen van de deelneming en de opname van €18 miljoen goodwill en €3 miljoen immateriële activa op basis van de reële waarde van de entiteit bij consolidatie. De Groep rondde de allocatie van de aankoopprijs in december 2024 af en constateerde geen materiële wijziging tussen de voorlopige boekwaarden en de reële waarden van de activa. Optie tot verkoop van de locatie Neder-Over-Heembeek Op 16 september 2024 sloot Solvay een exclusieve koopoptieovereenkomst met Revive, een specialist in stadsvernieuwing, voor de NOH-site in Brussel. De ontwikkelaar zal de optie kunnen uitoefenen en de eigendomsoverdracht kunnen afronden na het due diligence-proces dat naar verwachting in 2025 zal aflopen. Als gevolg van de lopende due diligence, kan nog niet voldaan worden aan de IFRS 5 voorwaarde 'actief beschikbaar voor verkoop in de huidige staat'. Bijgevolg heeft Solvay de NOH-site nog niet geclassificeerd als een actief aangehouden voor verkoop. De boekwaarde van het actief komt overeen met de reële waarde minus verkoopkosten. Partiële Splitsing van de Specialty Activiteiten in december 2023 Op 8 december 2023, tijdens de buitengewone algemene vergadering, stemden de aandeelhouders van Solvay NV ermee in dat de groep zich opsplitst in twee onafhankelijke, beursgenoteerde ondernemingen - Solvay Groep en Specialty Activiteiten genaamd Syensqo Groep. De splitsing werd gerealiseerd door middel van een partiële splitsing van Solvay NV, naar Belgisch recht. De Partiële Splitsing werd van kracht op 9 december 2023 om 00:00 CET. Door de partiële splitsing werd Syensqo een naamloze vennootschap, onafhankelijk van Solvay, waarvan de gewone aandelen vanaf 11 december 2023 worden verhandeld op de gereglementeerde markten van Euronext in Brussel en Parijs. Bijgevolg presenteert de Groep in de vergelijkende informatie van 2024 de Specialty Activiteiten als beëindigde bedrijfsactiviteiten: hvoor het boekjaar 2023 werden de beëindigde bedrijfsactiviteiten opgenomen voor de gehele periode tot 8 december 2023 in de winst- en verliesrekening; hin het overzicht van de financiële positie werden de activa en verplichtingen met betrekking tot de Specialty Activiteiten niet langer opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening als onderdeel van de deconsolidatie van de Specialty Activiteiten uit de Groep; hin het geconsolideerde kasstroomoverzicht werden de kasstromen niet aangepast en worden zowel voortgezette als beëindigde bedrijfsactiviteiten in het primaire overzicht gepresenteerd. Onderaan het overzicht presenteert Solvay echter afzonderlijk de geconsolideerde kasstromen uit beëindigde bedrijfsactiviteiten. De Splitsingsovereenkomst Solvay NV en Syensqo NV hebben op 4 december 2023 een Splitsingsovereenkomst gesloten die van kracht wordt na de afronding van de Partiële Splitsing en die bepaalde praktische aspecten van de splitsing van de twee groepen regelt, evenals de toewijzing van bepaalde aansprakelijkheden, waaronder milieuverplichtingen. De Splitsingsovereenkomst zal van kracht zijn tot de dertigste verjaardag van 9 december 2023, behalve met betrekking tot claims met betrekking tot milieuverplichtingen, die kunnen worden ingediend tot twaalf maanden na het verstrijken van de relevante verjaringstermijn. De Splitsingsovereenkomst kan niet voortijdig worden beëindigd zonder schriftelijke toestemming van elke partij. De Splitsingsovereenkomst regelt bepaalde aspecten van de afscheiding van Syensqo van de Solvay Groep, waaronder regelingen met betrekking tot: viii.de afwikkeling en beëindiging van bepaalde intragroepssaldi en -verbintenissen - zie Toelichting F37 Verbonden partijen, Toelichting F32 Financiële instrumenten; ix.de vervanging, verwijdering of vrijgave van juridische entiteiten die deel uitmaken van de Solvay Groep of de Syensqo Groep, naargelang het geval, met betrekking tot bepaalde krediet- of andere ondersteuningsverplichtingen van derden, alsook het verstrekken van tegenwaarborgen - zie toelichting F32 Financiële instrumenten en toelichting F36 Voorwaardelijke verplichtingen; x.de toewijzing van bepaalde vergoedingen, kosten en uitgaven in verband met de Partiële Splitsing - zie Toelichting F8; xi.de overdracht aan de andere partij van alle activa (geïdentificeerd binnen 24 maanden na de voltooiing van de Partiële Splitsing) die ten onrechte aan de Syensqo Groep of de Solvay Groep zijn toegewezen; xii.de overdracht van alle rechten en verplichtingen aan Syensqo met betrekking tot bepaalde overgedragen aanvullende pensioenregelingen voor werknemers in België - zie Toelichting F30 Personeelsbeloningen. De Splitsingsovereenkomst bevat bepalingen om milieuverplichtingen voor bepaalde operationele, gesloten of afgestoten vestigingen, met inbegrip van vestigingen waarvoor voorzieningen zijn aangelegd in de geconsolideerde jaarrekening van de Solvay Groep, toe te wijzen aan de Solvay Groep of de Syensqo Groep, en wederzijdse compensatieverplichtingen die van toepassing zijn wanneer een partij vorderingen, verplichtingen of kosten oploopt voor vestigingen die in de Splitsingsovereenkomst aan de andere partij zijn toegewezen. Volgens de wederzijdse compensatiebepalingen is elk van de Solvay Groep enerzijds en de Syensqo Groep anderzijds overeengekomen om de andere partij te vergoeden voor bepaalde milieuverplichtingen die aan de andere partij zijn toegewezen. De Splitsingsovereenkomst bevat bepalingen over het beheer van milieuclaims, saneringsverplichtingen en aanverwante acties. De Splitsingsovereenkomst bepaalt ook dat claims automatisch geacht worden te zijn ingediend onder de wederzijdse compensatiebepalingen voor specifiek toegewezen milieuverplichtingen die het onderwerp zijn van bestaande bepalingen zoals uiteengezet in de geconsolideerde jaarrekening van de Solvay Groep per en voor de periode van zes maanden eindigend op 30 juni 2023. Voor alle andere milieuverplichtingen die onderworpen zijn aan de wederzijdse compensatiebepalingen, kunnen vorderingen worden ingediend tot 12 maanden na het verstrijken van de relevante verjaringstermijn. De Splitsingsovereenkomst bevat ook gebruikelijke bepalingen om dubbele terugvorderingen te voorkomen. Zie toelichting F31 Voorzieningen voor meer informatie over voorzieningen. Overeenkomst inzake Amerikaanse belastingkwesties (U.S. Tax Matters Agreement – U.S. TMA) De regels om te bepalen of een uitkering zoals de Partiële Splitsing en de interne afsplitsing van de Amerikaanse Specialty Businesses en de Amerikaanse Essential Businesses (de "U.S. Spin-Off") in aanmerking komen voor een belastingvrije behandeling voor Amerikaanse federale belastingdoeleinden zijn complex en hangen af van alle relevante feiten en omstandigheden. Solvay heeft de intentie om de Partiële Splitsing en de U.S. Spin-Off elk te kwalificeren als een belastingvrije reorganisatie volgens Secties 368(a)(1)(D) en 355 van de U.S. Internal Revenue Code van 1986, zoals aangepast (de "U.S. IRC"). Solvay heeft een private letter ruling ontvangen van de U.S. Internal Revenue Service (de "IRS") die deze kwalificatie bevestigt (behalve met betrekking tot bepaalde vereisten van Sectie 355 van de U.S. IRC waarover de IRS geen uitspraak doet). Solvay heeft ook een belastingsadvies ontvangen van een Amerikaanse belastingsconsulent waarin de kwesties worden behandeld waarover de IRS geen uitspraak zou doen, en waarin wordt vertrouwd op de uitspraak van de IRS voor de kwesties die onder de uitspraak vallen. In verband met de Amerikaanse spin-off en de Partiële Splitsing zijn Solvay en Syensqo een overeenkomst aangegaan over belastingkwesties in de V.S. (de "U.S. TMA"), bedoeld om (onder andere) de belastingvrije behandeling van de Partiële Splitsing en de Amerikaanse spin-off te behouden voor Amerikaanse federale belastingdoeleinden. Onder de U.S. TMA zijn Solvay en Syensqo in het algemeen verplicht om elkaar schadeloos te stellen voor alle U.S. belastingen en bepaalde gerelateerde verliezen die voortvloeien uit (of verband houden met) het falen van de U.S. Spin-Off en de Partiële Splitsing (en bepaalde bijbehorende transacties) om in aanmerking te komen voor hun beoogde Amerikaanse fiscale behandeling, wanneer dergelijke belastingen of verliezen toe te schrijven zijn aan (1) onware verklaringen en schendingen van convenanten gemaakt in verband met de U.S. Spin-Off, de Partiële Splitsing of de U.S. TMA (inclusief in de IRS-uitspraak en het belastingadvies hierboven beschreven), (2) de toepassing van bepaalde bepalingen van de Amerikaanse federale vennootschapsbelastingwetgeving op de U.S. Spin-Off of de Partiële Splitsing (bijvoorbeeld in verband met een wijziging van de zeggenschap van één van beide partijen) of (3) andere handelingen of weglatingen waarover de partij controle heeft en die aanleiding geven tot Amerikaanse belastingen (of gerelateerde verliezen) in verband met de U.S. Spin-Off en de Partiële Splitsing. Onder de U.S. TMA is het Solvay en Syensqo verboden om handelingen te verrichten waarvan redelijkerwijze verwacht kan worden dat ze ertoe zullen leiden dat de Partiële Splitsing of de U.S. Spin-Off (of bepaalde verwante transacties) niet in aanmerking komen voor hun beoogde Amerikaanse fiscale behandeling, of die de conclusies van, of die niet consistent zijn met, de uitspraak van de IRS of het hierboven besproken belastingadvies in gevaar kunnen brengen. Bovendien is het de partijen in het algemeen verboden (behoudens bepaalde uitzonderingen in de U.S. TMA) om gedurende een periode van twee jaar na de voltooiing van de Partiële Splitsing bepaalde overnames, fusies, liquidaties, verkoop- en aflossingstransacties te verrichten met betrekking tot hun respectieve aandelen en activa die de belastingvrije status van de Partiële Splitsing of de U.S. Spin-Off voor Amerikaanse federale belastingdoeleinden in gevaar zouden kunnen brengen. Noch Solvay's noch Syensqo's verplichtingen onder de U.S. TMA zijn beperkt in omvang of onderworpen aan enig maximum. Per 31 december 2024 was Solvay niet op de hoogte van enige inbreuk of vermeende inbreuk door haar op haar verplichtingen onder de U.S. TMA, en had geen kennisgeving van Syensqo ontvangen met betrekking tot een inbreuk of vermeende inbreuk daarop. Geconsolideerde winst- en verliesrekening In € miljoen Toelichtingen 2024 2023 Omzet (F1) 5 130 6 024 waarvan andere dan van kernactiviteiten (F3) 590 1 145 waarvan netto-omzet 4 540 4 880 Kostprijs van de omzet -3 984 -4 642 Brutomarge 1 146 1 382 Commerciële kosten -93 -100 Administratieve kosten -326 -426 Kosten van onderzoek en ontwikkeling -34 -47 Overige operationele winsten en verliezen (F4) -91 15 Resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures (F22) 38 53 Resultaat uit portefeuillebeheer en belangrijke herstructurering (F5) -134 -550 Resultaat uit historische sanering en belangrijke juridische geschillen (F5) -73 -50 EBIT 433 278 Lasten van schulden (F6) -108 -71 Renteopbrengsten uit leningen en korte termijnbeleggingen (F6) 17 36 Overige financieringswinsten en -verliezen (F6) 15 -6 Disconteringskosten van de voorzieningen (F6) -15 -62 Resultaat uit eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde (F6) -22 4 Winst / verlies van het jaar vóór belastingen 320 180 Belastingen op resultaat (F7) -87 -208 Winst / verlies van het jaar uit voortgezette bedrijfsactiviteiten 233 -28 Winst van het jaar uit beëindigde bedrijfsactiviteiten (F8) -0 2 132 Winst / verlies van het jaar 233 2 105 toegerekend aan : •Solvay aandeel - voortgezette bedrijfsactiviteiten 223 -37 •Solvay aandeel - beëindigde bedrijfsactiviteiten -0 2 130 •minderheidsbelangen - voortgezette bedrijfsactiviteiten 10 9 •minderheidsbelangen- beëindigde bedrijfsactiviteiten 0 2 Gewone winst per aandeel uit voortgezette bedrijfsactiviteiten (€) 2,12 -0,36 Gewone winst per aandeel uit beëindigde bedrijfsactiviteiten (€) 0 20,45 Gewone winst per aandeel (€) (F9) 2,12 20,09 Verwaterde winst per aandeel uit voortgezette bedrijfsactiviteiten (€) 2,10 -0,35 Verwaterde winst per aandeel uit beëindigde bedrijfsactiviteiten (€) 0 20,20 Verwaterde winst per aandeel (€) (F9) 2,10 19,85 Geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat In € miljoen Toelichtingen 2024 2023 Winst / verlies van het jaar 233 2 105 Andere elementen van het totaalresultaat Winsten en verliezen op afdekkingsinstrumenten in een kasstroomafdekking (F10) 48 -228 Wisselkoersverschillen - Dochterondernemingen en gezamenlijke bedrijfsactiviteiten (F10) 4 -138 Aandeel in de andere elementen van het totaalresultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures (F10) -11 202 Elementen die geherklasseerd kunnen worden 41 -164 Winsten en verliezen op eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat (F10) 0 -0 Herwaarderingen van de netto verplichting inzake toegezegd-pensioenregelingen (F10) 60 -30 Aandeel in de andere elementen van het totaalresultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures (F10) 0 0 Elementen die niet geherklasseerd kunnen worden 60 -30 Winstbelastingen met betrekking tot recycleerbare en niet recycleerbare componenten (F10) -24 2 Andere elementen van het totaalresultaat na aftrek van de daarmee verband houdende winstbelastingen (F10) 76 -192 Totaalresultaat van het jaar 309 1 913 toegerekend aan : •Solvay aandeel 298 1 902 •minderheidsbelangen 11 11 Geconsolideerd kasstroomoverzicht De onderstaande bedragen omvatten zowel voortgezette als beëindigde activiteiten. De geconsolideerde kasstromen uit beëindigde bedrijfsactiviteiten (voor de vergelijkende cijfers van 2023) worden hieronder in het tweede overzicht weergegeven. In € miljoen Toelichtingen 2024 2023 Winst / verlies van het jaar 233 2 105 Aanpassingen van de winst / verlies van het jaar •Afschrijvingen en bijzondere waardevermindering van activa (F11) 362 994 •Winst van geassocieerde deelnemingen en joint ventures (F22) -38 -71 •Andere niet operationele en niet in geldmiddelen afgewikkelde elementen (F12) -48 -1 481 •Toevoegingen en terugboekingen van personeelsbeloningen en overige voorzieningen (F15) 250 644 •Nettofinancieringskosten 111 178 •Kost/opbrengsten van belastingen op het resultaat (F13) 87 450 Wijziging in het werkkapitaal (F14) 1 -78 Betalingen in verband met personeelsbeloningen en gebruik van voorzieningen (F15) -225 -304 Gebruik van voorzieningen voor aanvullende vrijwillige bijdragen (pensioenplannen) (F15) -30 -116 Dividenden ontvangen van geassocieerde deelnemingen en joint ventures (F22) 21 25 Betaalde belastingen (exclusief belastingen betaald op vervreemding van deelnemingen) (F13) -109 -434 Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten 615 1 911 waarvan kasstroom betreffende portefeuillebeheer en niet begrepen in de vrije kasstroom -87 -270 Verwerving (-) van dochterondernemingen (F16) -0 -2 Verwerving (-) van deelnemingen - Overige (F16) -13 -12 Leningen aan geassocieerde en niet-geconsolideerde deelnemingen 1 -4 Vervreemding (+) van dochterondernemingen en investeringen (F16) 1 -718 Verwerving (-) van materiële vaste activa (F16) -272 -967 waarvan kapitaaluitgaven vereist in een aandelenverkoopsovereenkomst en niet inbegrepen in de vrije kasstroom -0 -57 Verwerving (-) van immateriële activa (F16) -13 -97 waarvan kapitaaluitgaven vereist in een aandelenverkoopsovereenkomst en niet inbegrepen in de vrije kasstroom -2 Vervreemding (+) van materiële vaste en immateriële activa (F16) 11 7 Dividenden van eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde 1 1 Wijziging in financiële vaste activa 3 -0 Kasstromen uit investeringsactiviteiten -281 -1 792 Opbrengsten van de uitgifte van eeuwigdurende hybride obligaties (F27) 0 0 Terugbetaling van eeuwigdurende hybride obligaties (F27) -1 -1 309 Verwerving (-) / vervreemding (+) van eigen aandelen (F29) -16 39 Toename van schulden (F33) 1 683 3 221 Terugbetaling van schulden (F33) -1 743 -1 500 Wijzigingen in de overige financiële activa (F33) 58 98 Betaling van leaseverplichtingen (F33) -63 -112 Betaalde netto-interesten -57 -38 Betaalde coupons op eeuwigdurende hybride obligaties (F27) 0 -95 Betaalde dividenden -260 -424 Verwerving van minderheidsbelangen 0 0 Andere (F17) 34 -337 Kasstromen uit financieringsactiviteiten -364 -455 waarvan toename/afname van schulden met betrekking tot leefmilieu remediëring Nettowijziging in de geldmiddelen en kasequivalenten -30 -335 Wisselkoerswijzigingen -15 -13 Geldmiddelen bij aanvang van het boekjaar 584 932 Geldmiddelen op het einde van het boekjaar (F33) 539 584 Geconsolideerde kasstromen uit beëindigde bedrijfsactiviteiten In € miljoen 2024 2023 Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten 0 1 108 Kasstromen uit investeringsactiviteiten 0 -675 Kasstromen uit financieringsactiviteiten 0 -64 Nettowijziging in de geldmiddelen en kasequivalenten 0 368 Geconsolideerd overzicht van de financiële positie In € miljoen Toelichtingen 31 december 2024 31 december 2023 ACTIVA Immateriële activa (F18) 217 201 Goodwill (F19, F23) 782 764 Materiële vaste activa (F20) 2 150 2 144 Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa (F21) 264 267 Eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde (F32) 63 88 Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures (F22) 216 230 Overige deelnemingen 29 33 Uitgestelde belastingvorderingen (F7) 301 317 Leningen en andere activa (F32) 221 266 Vaste activa 4 243 4 309 Voorraden (F24) 623 642 Handelsvorderingen (F32) 826 840 Belastingvorderingen 51 66 Overige financiële instrumenten (F33) 16 118 Overige vorderingen (F25) 396 462 Geldmiddelen en kasequivalenten (F33) 539 584 Vlottende activa 2 451 2 714 Totaal van de activa 6 694 7 022 EIGEN VERMOGEN EN PASSIVA Aandelenkapitaal (F27) 237 237 Uitgifte-premies 174 174 Andere reserves 928 853 Minderheidsbelangen (F28) 65 42 Totaal eigen vermogen 1 404 1 305 Voorzieningen voor personeelsbeloningen (F30) 674 793 Overige voorzieningen (F31) 556 550 Uitgestelde belastingverplichtingen (F7) 136 131 Financiële schulden (F32) 1 983 1 981 Overige verplichtingen 54 70 Langlopende verplichtingen 3 402 3 525 Overige voorzieningen (F31) 315 302 Financiële schulden (F32) 155 211 Handelsschulden (F32) 810 850 Belastingschulden 43 68 Te betalen dividenden 107 175 Overige verplichtingen (F34) 458 585 Kortlopende verplichtingen 1 888 2 192 Totaal van de schulden 5 290 5 717 Totaal van het eigen vermogen en passiva 6 694 7 022 Geconsolideerd mutatieoverzicht van het eigen vermogen In € miljoen Toelich-tingen Eigen vermogen toe te rekenen aan de aandeelhouders van de moedermaatschappij Minderheids-belangen Totaal eigen vermogen Aandelen-kapitaal Uitgifte-premies Eigen aandelen Eeuwigdurende hybride obligaties Ingehouden winsten Herwaarderingsreserve (reële waarde) Toegezegd-pensioenregelingen Totaal andere reserves Wisselkoers-verschillen Eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat Kasstroom-afdekkingen 31 december 2022 1 588 1 170 -225 1 786 6 854 -318 4 76 -332 7 846 61 10 664 Winst van het jaar 2 093 2 093 12 2 105 Andere elementen van het totaalresultaat (F10) 65 -0 -179 -76 -191 -1 -192 Totaalresultaat 0 0 2 093 65 -0 -179 -76 1 902 11 1 913 Terugbetaling van eeuwigdurende hybride obligaties (F27) -1 292 -16 -1 308 -1 308 Kosten van op aandelen gebaseerde betalingsplannen 24 24 24 Effect van wijziging van op aandelen gebaseerde betalingsplannen -20 -20 -20 Dividenden -420 -420 -12 -432 Coupons van eeuwigdurende hybride obligaties -95 -95 -95 Verwerving (-) / vervreemding (+) van eigen aandelen 50 -11 39 39 Partiële Splitsing van Syensqo -1 352 -995 79 -494 -6 729 0 -4 0 -51 -7 199 -17 -9 563 Andere () 81 3 0 0 84 84 31 december 2023 237 174 -15 0 1 683 -253 0 -103 -459 853 42 1 305 ()"Andere" heeft betrekking op de herclassificatie naar investeringen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening als gevolg van de toekenning van één Syensqo-aandeel voor elk Solvay-aandeel in handen van een dochteronderneming van Solvay SA na de voltooiing van de Partiële Splitsing (Zie Toelichting F27 Eigen Vermogen). In € miljoen Toelich-tingen Eigen vermogen toe te rekenen aan de aandeelhouders van de moedermaatschappij Minderheids-belangen Totaal eigen vermogen Aandelen-kapitaal Uitgifte-premies Eigen aandelen Eeuwigdurende hybride obligaties Ingehouden winsten Herwaarderingsreserve (reële waarde) Toegezegd-pensioenregelingen Totaal andere reserves Wisselkoers-verschillen Eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat Kasstroom-afdekkingen 31 december 2023 237 174 -15 0 1 683 -253 0 -103 -459 853 42 1 305 Winst van het jaar 223 223 10 233 Andere elementen van het totaalresultaat (F10) -9 -0 38 46 75 1 76 Totaalresultaat 0 0 223 -9 -0 38 46 298 11 309 Kosten van op aandelen gebaseerde betalingsplannen 5 5 5 Dividenden -197 -197 -4 -201 Verwerving (-) / vervreemding (+) van eigen aandelen -29 -2 -31 -31 Andere () 1 0 0 0 0 1 16 17 31 december 2024 237 174 -44 0 1 713 -263 0 -65 -413 928 65 1 404 ()De toename in "Andere” is voornamelijk gerelateerd aan de Shandong Huatai Interox Chemical Company (Shandong) minderheidsbelangen (40%) die geherwaardeerd zijn tegen reële waarde als gevolg van de overname in fasen (zie ook Voornaamste gebeurtenissen). 7.2.Toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening Grondslagen van verslaggeving Deze informatie werd opgesteld overeenkomstig de Europese Verordening (EG) 1606/2002 inzake internationale boekhoudkundige standaarden (IFRS) van 19 juli 2002. De geconsolideerde jaarrekening van de Groep voor het op 31 december 2024 afgesloten boekjaar werd opgesteld in overeenstemming met IFRS (International Financial Reporting Standards) zoals gepubliceerd door de International Accounting Standards Board (IASB), en goedgekeurd door de Europese Unie. De boekhoudkundige standaarden die in de geconsolideerde jaarrekening toegepast worden voor het op 31 december 2024 afgesloten boekjaar zijn dezelfde als de standaarden die gebruikt werden voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening van het op 31 december 2023 afgesloten boekjaar. De Groep heeft geen andere standaarden, interpretaties of wijzigingen die zijn gepubliceerd maar nog niet van kracht zijn, vervroegd toegepast. De Groep heeft de jaarrekening opgesteld op basis van het continuïteitsbeginsel. Standaarden, interpretaties en aanpassingen die voor het eerst van toepassing zijn in 2024 Hieronder volgen de standaarden, interpretaties en aanpassingen die per 1 januari 2024 van kracht zijn geworden en die relevant zijn voor de Groep. Er is geoordeeld dat deze aanpassingen geen materiële invloed hebben op de geconsolideerde jaarrekening van de Groep. Aanpassingen aan IAS 7 en IFRS 7 Regelingen voor leveranciersfinanciering De aanpassingen aan IAS 7 Het kasstroomoverzicht en IFRS 7 Financiële instrumenten: Informatieverschaffing verduidelijken de kenmerken van financieringsovereenkomsten van leveranciers en vereisen aanvullende informatie over dergelijke overeenkomsten. De toelichtingsvereisten in de aanpassingen zijn bedoeld om gebruikers van jaarrekeningen te helpen inzicht te krijgen in de effecten van financieringsovereenkomsten met leveranciers op de verplichtingen, kasstromen en blootstelling aan liquiditeitsrisico's van een entiteit. Als gevolg van de implementatie van de aanpassingen heeft de Groep aanvullende toelichtingen verstrekt over haar financieringsovereenkomst met leveranciers. Aanpassingen aan IAS 1 Classificatie van verplichtingen als kortlopend of langlopend Deze aanpassingen bieden een algemenere benadering van de classificatie van verplichtingen volgens IAS 1 op basis van de contractuele afspraken die op verslagdatum gelden. De wijzigingen beogen de consistentie bij de toepassing van de vereisten te bevorderen door ondernemingen te helpen bepalen of, in het overzicht van de financiële positie, schulden en andere verplichtingen met een onzekere afwikkelingsdatum moeten worden geclassificeerd als kortlopend (verschuldigd of potentieel verschuldigd binnen één jaar) of als langlopend. De verduidelijking bevestigde onze classificatie van de overbruggingsfaciliteit als langlopend. Aanpassingen aan IFRS 16 Leaseverplichtingen in een Sale- en Leasebacktransactie In september 2022 publiceerde het IASB aanpassingen aan IFRS 16 om de vereisten te specificeren die een verkoper-lessee gebruikt bij de waardering van de leaseverplichting die voortvloeit uit een sale-and-leasebacktransactie, om ervoor te zorgen dat de verkoper-lessee geen enkel bedrag van de winst of het verlies opneemt dat betrekking heeft op het gebruiksrecht dat hij behoudt. Standaarden, interpretaties en aanpassingen die na 2024 voor het eerst van toepassing zijn De nieuwe en gewijzigde standaarden en interpretaties die op de datum van publicatie van de jaarrekening van de Groep zijn gepubliceerd, maar nog niet van kracht zijn en die gevolgen kunnen hebben voor de Groep, worden hieronder vermeld. De Groep is voornemens deze nieuwe en gewijzigde standaarden en interpretaties, indien van toepassing, toe te passen zodra deze van kracht worden. Aanpassingen aan IAS 21 Gebrek aan inwisselbaarheid In augustus 2023 publiceerde het IASB aanpassingen aan IAS 21 De gevolgen van wisselkoerswijzigingen om te verduidelijken hoe een entiteit moet beoordelen of een valuta inwisselbaar is en hoe ze een contante wisselkoers moet bepalen wanneer inwisselbaarheid ontbreekt. De aanpassingen vereisen ook informatieverschaffing die gebruikers van de jaarrekening in staat stelt te begrijpen hoe de valuta die niet inwisselbaar is in de andere valuta de financiële prestaties, financiële positie en kasstromen van de entiteit beïnvloedt of naar verwachting zal beïnvloeden. De aanpassingen zijn van toepassing op boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2025. Vervroegde toepassing is toegestaan, maar zal moeten worden toegelicht. Bij toepassing van de aanpassingen kan een entiteit geen vergelijkende informatie aanpassen. De aanpassingen zullen naar verwachting geen materiële invloed hebben op de jaarrekening van de Groep. IFRS 18 Presentatie en informatieverschaffing in de jaarrekening In april 2024 publiceerde het IASB IFRS 18, die IAS 1 Presentatie van de jaarrekening vervangt. IFRS 18 introduceert nieuwe vereisten voor de presentatie van de winst-en-verliesrekening, inclusief specifieke totalen en subtotalen. Verder zijn entiteiten verplicht om alle opbrengsten en kosten in de winst-en-verliesrekening te classificeren in een van vijf categorieën: bedrijfsactiviteiten, investeringsactiviteiten, financieringsactiviteiten, winstbelastingen en beëindigde bedrijfsactiviteiten, waarbij de eerste drie categorieën nieuw zijn. Het vereist ook informatieverschaffing over nieuw gedefinieerde, door het management gedefinieerde prestatiemaatstaven, subtotalen van opbrengsten en kosten, en bevat nieuwe vereisten voor het samenvoegen en opsplitsen van financiële informatie op basis van de geïdentificeerde 'rollen' van de primaire financiële overzichten en de toelichtingen. Daarnaast zijn er beperkte aanpassingen doorgevoerd in IAS 7 Het kasstroomoverzicht, waaronder het wijzigen van het uitgangspunt voor het bepalen van kasstromen uit bedrijfsactiviteiten volgens de indirecte methode, van 'winst of verlies' naar 'operationele winst of operationeel verlies' en het verwijderen van de optionaliteit met betrekking tot de classificatie van kasstromen uit dividenden en interest. Daarnaast zijn er aanpassingen in verschillende andere standaarden. IFRS 18, en de aanpassingen aan de andere standaarden, is van kracht voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2027, maar eerdere toepassing is toegestaan en moet worden vermeld. IFRS 18 zal retroactief worden toegepast. De Groep is momenteel bezig om alle gevolgen van de aanpassingen op de primaire financiële overzichten en toelichtingen bij de jaarrekening in kaart te brengen. Aanpassingen aan IFRS 9 en IFRS 7 Overeenkomsten met verwijzing naar natuurafhankelijke elektriciteit Op 18 december 2024 heeft het IASB de aanpassingen gepubliceerd om ondernemingen te helpen de financiële effecten van natuurafhankelijke elektriciteitscontracten, die vaak gestructureerd zijn als stroomafnameovereenkomsten (power purchase agreements), beter te rapporteren. De aanpassingen verduidelijken de toepassing van de 'eigen gebruik'-vereisten (own use), staan hedge accounting toe als deze contracten als afdekkingsinstrumenten worden gebruikt en voegen nieuwe toelichtingsvereisten toe om beleggers inzicht te geven in het effect van deze contracten op de financiële prestaties en kasstromen van een onderneming. Deze aanpassingen moeten worden toegepast op boekjaren die op of na 1 januari 2026 beginnen. Vervroegde toepassing is echter toegestaan. Waarderingsbasis en presentatie De geconsolideerde jaarrekening wordt opgesteld in € miljoenen, wat tevens de functionele valuta van de moedermaatschappij is. Afrondingsverschillen kunnen voorkomen met betrekking tot individuele bedragen of percentages. De opstelling van de geconsolideerde jaarrekening vereist het gebruik van schattingen en veronderstellingen die een impact hebben op de toepassing van de grondslagen voor financiële verslaggeving en op de waardering van de bedragen opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening. De domeinen waarvoor schattingen en veronderstellingen van belang zijn met betrekking tot de geconsolideerde jaarrekening, worden samengevat in de toelichting Belangrijkste bronnen van schattingsonzekerheden. Grondslagen voor consolidatie Consolidatiekring De geconsolideerde jaarrekening omvat de financiële staten van de Onderneming en van: hentiteiten waarover de Onderneming zeggenschap heeft (inclusief via haar dochterondernemingen) en die aldus worden beschouwd als dochterondernemingen; hovereenkomsten waarover de Onderneming (inclusief via haar dochterondernemingen) gezamenlijke zeggenschap uitoefent, en die worden beschouwd als gezamenlijke bedrijfsactiviteiten; hovereenkomsten waarover de Onderneming (inclusief via haar dochterondernemingen) gezamenlijke zeggenschap uitoefent, en die worden beschouwd als joint ventures; hentiteiten waarover de Onderneming (ook via haar dochterondernemingen) invloed van betekenis heeft en die aldus worden beschouwd als geassocieerde deelnemingen. Waar nodig worden aanpassingen aangebracht aan de jaarrekeningen van deelnemingen om hun grondslagen voor financiële verslaggeving te laten overeenstemmen met die van de Groep. In overeenstemming met het materialiteitsprincipe zijn een aantal niet-significante entiteiten niet opgenomen in de consolidatiekring. Met niet significant worden de entiteiten bedoeld die gedurende twee opeenvolgende jaren geen van de drie volgende drempels overschrijden voor bijdrage tot de jaarrekening van de Groep: homzet van €18 miljoen; htotaal activa van €11 miljoen; hpersoneelsbestand van 100 personeelsleden. Bedrijven die niet aan deze criteria voldoen, kunnen alsnog geconsolideerd worden, indien de Groep oordeelt dat ze het potentieel hebben om zich snel te ontwikkelen, of als ze een aandeel hebben in bedrijven die op grond van dezelfde criteria zijn geconsolideerd. De niet-geconsolideerde bedrijven hebben samen een niet-materiële impact op de geconsolideerde jaarrekening van de Groep. In 2024 werden de bovenstaande drempels bijgewerkt om de nieuwe omvang van de Groep als gevolg van de Partiële Splitsing weer te geven. Er was geen wijziging in de consolidatiekring als gevolg van de wijziging in de drempels. De volledige lijst van bedrijven kan verkregen worden op het hoofdkantoor van de Onderneming. Investeringen in dochterondernemingen Een dochteronderneming is een entiteit waarover de Groep zeggenschap heeft. We spreken van zeggenschap wanneer de Groep (a) de macht over een entiteit heeft, (b) blootgesteld is aan, of recht heeft op, variabele opbrengsten vanwege de betrokkenheid bij de entiteit, en (c) het vermogen heeft om de macht over de entiteit aan te wenden om het rendement voor de investeerder te beïnvloeden. Om te bepalen of de Groep al dan niet zeggenschap heeft, worden de potentiële stemrechten in overweging genomen. Dochterondernemingen worden volledig geconsolideerd. Het resultaat van dochterondernemingen die gedurende het jaar zijn overgenomen of afgestoten wordt in de geconsolideerde winst- en verliesrekening opgenomen vanaf de effectieve overnamedatum en tot de effectieve vervreemdingsdatum. Intragroepsverrichtingen, -saldi, -opbrengsten en -kosten worden geëlimineerd bij de consolidatie. Minderheidsbelangen in dochterondernemingen worden afzonderlijk voorgesteld naast het eigen vermogen van de Groep. Minderheidsbelangen worden initieel gewaardeerd tegen de reële waarde (‘full goodwill’-methode) of overeenkomstig hun aandeel in de reële waarde van de opgenomen identificeerbare nettoactiva (‘proportionele goodwill’-methode). De keuze voor de waarderingsmethode wordt op individuele basis bepaald. Na de overname is de boekwaarde van minderheidsbelangen gelijk aan de waarde van deze belangen bij de eerste opname plus het aandeel van de minderheidsbelangen in daaropvolgende mutaties in het eigen vermogen. Het totaalresultaat wordt aan de minderheidsbelangen toegewezen, zelfs als dit een negatief saldo als gevolg heeft. Wijzigingen in het eigendomsbelang van de Groep in een dochteronderneming die niet tot een verlies van zeggenschap leiden, worden behandeld als eigenvermogenstransacties. De boekwaarde van de belangen van de Groep en de minderheidsbelangen worden derhalve aangepast om de nieuwe proportionele belangen in de dochteronderneming te weerspiegelen. Elk eventueel verschil tussen het bedrag waarmee de minderheidsbelangen worden aangepast en de reële waarde van de betaalde of ontvangen vergoeding, wordt rechtstreeks in het eigen vermogen opgenomen. Wanneer de Groep de zeggenschap verliest over een dochteronderneming, wordt de winst of het verlies bij vervreemding berekend als het verschil tussen (i) de som van de reële waarde van de ontvangen vergoeding en de reële waarde van enig aangehouden belang en (ii) de voorheen opgenomen boekwaarden van de activa (met inbegrip van goodwill) en de passiva van de dochteronderneming en de eventuele minderheidsbelangen. Bedragen die voorheen opgenomen waren in andere elementen van het totaalresultaat met betrekking tot de dochteronderneming worden op dezelfde manier opgenomen (d.i. herclassificatie naar winst of verlies of rechtstreeks naar de ingehouden winsten) als wanneer de betreffende activa of passiva zouden worden vervreemd. De reële waarde van elke in de voormalige dochteronderneming aangehouden investering op de datum van verlies van zeggenschap wordt beschouwd als de reële waarde bij eerste opname voor de daaropvolgende boekhoudkundige verwerking conform IFRS 9 Financiële instrumenten of, indien van toepassing, de kostprijs bij eerste opname van een investering in een geassocieerde deelneming of joint venture conform IAS 28 Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures. Deelnemingen in gezamenlijke bedrijfsactiviteiten Een gezamenlijke bedrijfsactiviteit is een gezamenlijke overeenkomst waarbij de partijen die een gezamenlijke zeggenschap over deze overeenkomst hebben, rechten hebben op de activa en aansprakelijk zijn voor de verplichtingen die verband houden met de overeenkomst. Gezamenlijke zeggenschap is het contractueel afgesproken delen van de zeggenschap over een overeenkomst waarvan slechts sprake is wanneer besluiten over de relevante activiteiten unanieme instemming vereisen van de partijen die de zeggenschap delen. De Groep neemt in de geconsolideerde jaarrekening het contractuele aandeel in de activa, verplichtingen, opbrengsten en uitgaven van de gezamenlijke bedrijfsactiviteit op, dat doorgaans overeenstemt met het eigendomsbelang in de gezamenlijke bedrijfsactiviteiten. Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures Een geassocieerde deelneming is een entiteit waarin de Groep een invloed van betekenis heeft en die geen dochteronderneming, noch een belang in een gezamenlijke overeenkomst is. Invloed van betekenis is de macht om deel te nemen aan de financiële en operationele beleidsbeslissingen van de deelneming, maar houdt geen zeggenschap of gezamenlijke zeggenschap over het betreffende beleid in. Een joint venture is een gezamenlijke overeenkomst waarbij de partijen die een gezamenlijke zeggenschap over deze overeenkomst hebben, recht hebben op de nettoactiva van de overeenkomst. Gezamenlijke zeggenschap is het contractueel afgesproken delen van de zeggenschap over een overeenkomst waarvan slechts sprake is wanneer besluiten over de relevante activiteiten unanieme instemming vereisen van de partijen die de zeggenschap delen. Het resultaat, de activa en passiva van geassocieerde deelnemingen en joint ventures worden in deze geconsolideerde jaarrekening opgenomen aan de hand van de vermogensmutatiemethode, tenzij de deelneming wordt aangehouden voor verkoop, in welk geval deze in overeenstemming met IFRS 5 Vaste activa aangehouden voor verkoop en beëindigde bedrijfsactiviteiten wordt verwerkt. Volgens de vermogensmutatiemethode worden geassocieerde deelnemingen en joint ventures initieel tegen kostprijs opgenomen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie, en nadien wordt deze boekwaarde aangepast aan wijzigingen van het aandeel van de Groep in de nettoactiva van de geassocieerde deelneming of joint venture na de overname, minus eventuele bijzondere waardeverminderingen op de individuele deelneming. Verliezen van een geassocieerde deelneming of joint venture die het belang van de Groep in deze deelneming overschrijden (met inbegrip van langetermijnbelangen die in wezen deel uitmaken van de netto- investering van de Groep in de geassocieerde deelneming of joint venture) worden enkel opgenomen in de mate dat de Groep wettelijke of feitelijke verplichtingen heeft aangegaan of betalingen heeft gedaan ten behoeve van de geassocieerde deelneming of joint venture. Het surplus van de kostprijs van de investering over het aandeel van de Groep in de netto reële waarde van de identificeerbare activa, en (voorwaardelijke) verplichtingen van de geassocieerde deelneming of joint venture opgenomen op overnamedatum, wordt opgenomen als goodwill. De goodwill wordt opgenomen in de boekwaarde van de investering en wordt onderworpen aan testen voor bijzondere waardevermindering als onderdeel van deze investering. Wanneer een entiteit van de Groep verrichtingen realiseert met een geassocieerde deelneming of joint venture van de Groep, dan worden de winsten en verliezen geëlimineerd ten belope van het belang van de Groep in de betreffende geassocieerde deelneming of joint venture. Na toepassing van de vermogensmutatiemethode toetst de Groep zijn investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures op bijzondere waardevermindering. Op elke verslagdatum bepaalt de Groep of er objectieve aanwijzingen zijn dat de investering in de geassocieerde deelneming of de joint venture een waardevermindering heeft ondergaan. Indien dergelijke aanwijzingen bestaan, voert de Groep haar analyse uit en berekent zij een eventuele waardevermindering als het verschil tussen de realiseerbare waarde van de geassocieerde deelneming of joint venture en haar boekwaarde, en neemt zij het verlies op in de geconsolideerde winst- en verliesrekening. Vreemde valuta De individuele jaarrekening van elk van de Groepsentiteiten wordt gewaardeerd in de valuta van de primaire economische omgeving waarin zij werken (‘de functionele valuta’). De geconsolideerde jaarrekening wordt voorgesteld in euro (EUR), de functionele valuta van de Onderneming en tevens de presentatievaluta van de geconsolideerde jaarrekening van de Groep. Bij het opstellen van de jaarrekening van individuele entiteiten, worden transacties in valuta andere dan hun functionele valuta bij een initiële opname omgerekend volgens de wisselkoers die geldt op de transactiedatum. Monetaire elementen uitgedrukt in vreemde valuta worden op het einde van de verslagperiode omgerekend aan de slotkoers van die dag. Niet-monetaire elementen gewaardeerd aan reële waarde die uitgedrukt zijn in vreemde valuta worden omgerekend volgens de wisselkoers die geldt op waarderingsdatum. Niet-monetaire elementen gewaardeerd aan historische kostprijs en uitgedrukt in vreemde valuta worden omgerekend aan de koers ten tijde van de initiële transactie. Wisselkoersverschillen worden in winst of verlies opgenomen in de periode waarin deze ontstaan, behalve voor: hwisselkoersverschillen op monetaire elementen te ontvangen van of te betalen aan een buitenlandse activiteit wiens afwikkeling noch gepland, noch waarschijnlijk is (en dus deel uitmaakt van de netto-investering in een buitenlandse activiteit), die initieel opgenomen worden in de andere elementen van het totaalresultaat onder ‘Wisselkoersverschillen’; en hwisselkoersverschillen op transacties met betrekking tot het afdekken van bepaalde valutarisico’s (zie toelichting F32 Financiële instrumenten en beheer van financiële risico’s voor de grondslagen inzake hedge accounting). De voornaamste wisselkoersen zijn: 1 Euro = Koers op jaareinde Gemiddelde koers 31 december 2024 31 december 2023 2024 2023 Braziliaanse real BRL 6,4210 5,3612 5,8244 5,4010 Yuan Renminbi CNY 7,5865 7,8383 7,7878 7,6608 Britse pond GBP 0,8295 0,8690 0,8467 0,8698 Indiase roepie INR 88,9827 91,9678 90,5498 89,3107 Japanse yen JPY 163,0481 156,3416 163,8445 151,9821 Koreaanse won KRW 1 530,0792 1 423,3871 1 474,9032 1 412,4780 Mexicaanse peso MXN 21,5452 18,7359 19,8164 19,1854 Amerikaanse dollar USD 1,0394 1,1052 1,0823 1,0813 Overwegingen inzake klimaatverandering Bij de voorbereiding van de geconsolideerde jaarrekening heeft het management rekening gehouden met de impact van de klimaatverandering, meer bepaald in de context van de toelichtingen in het Risicorapport en het Duurzaamheidsverslag. Het doel van Solvay is om tegen 2050 koolstofneutraal te zijn wat betreft de scope-1- en scope-2-uitstoot van broeikasgassen en om tegen 2030 onze scope-1- en scope-2-uitstoot met 30% te verminderen en onze scope-3-uitstoot in de 5-focuscategorieën met 20% te verminderen ten opzichte van onze referentie in 2021. We verwachten €30 miljoen tot €35 miljoen per jaar te investeren in het transitieplan van Solvay tot 2030 en ongeveer €50 miljoen per jaar in het volgende decennium. De investeringen van de Groep op dit vlak worden gedeeltelijk gesteund door externe partijen via investeringen, verwerkt volgens de vermogensmutatiemethode en omvatten 'non-recourse' financiering, overheidssubsidies en belastingkredieten, waardoor Solvay competitief kan blijven. Verdere studies over technologische innovatie via ons Star Factory programma zullen de toekomstige investeringsnoden na 2040 bepalen. Sinds 2015 hanteert de Groep een interne koolstofprijs en rekent die als inputkost in alle investeringsbeslissingen, ongeacht de heersende marktprijzen. Sinds 2022 hanteert de Groep een kostprijs van €100 per ton. De winstgevendheid van alle investeringsprojecten houdt ook rekening met een interne prijs voor water om de projecten te beoordelen, inclusief de negatieve externe effecten of potentiële toekomstige waterkosten. Er zijn verschillende waterprijzen gedefinieerd, afhankelijk van de hydrische belasting en het watergebruik en de waterkwaliteit (koelwater vs. proceswater). Deze aanpak zorgt ervoor dat alle investeringen positief bijdragen aan de veerkracht van de Groep in het licht van het risico van klimaatverandering en gericht zijn op het bereiken van koolstofneutraliteit en het verminderen van de zoetwateronttrekking op locaties die als waterschaars zijn geïdentificeerd. Naast de strategische oriëntatie, het beleid en de engagementen, is het belangrijk op te merken dat Solvay concrete acties onderneemt in lijn met zijn engagementen in verband met de klimaatverandering. Deze worden uitvoerig toegelicht in het Duurzaamheidsverslag. Als bewijs van het engagement van de Groep om de scope-1- en scope-2-uitstoot van broeikasgassen te verminderen met 30% tegen 2030, werden verschillende investeringsprojecten opgestart of voltooid per 31 december 2024. hGreen River, Wyoming, VS - Solvay heeft investeringen gedaan om zijn steenkoolketels in maart 2024 om te schakelen op aardgas. Vanaf die datum heeft Solvay steenkool in de VS volledig uitgefaseerd. Solvay investeerde ook in een nieuw baanbrekend technologieproject dat de uitstoot van broeikasgassen afkomstig van mijnbouwactiviteiten in Trona vermindert en dat in oktober 2024 in gebruik werd genomen. Hiermee is Solvay de eerste onderneming die een regeneratieve thermische oxidatietechnologie toepast om de uitstoot van een tronamijn te verminderen. hRheinberg, Duitsland - De bouw van twee afvalhoutketels verwerkt als financiële leases; de eerste van de twee ketels werd in 2021 in gebruik genomen en de tweede in november 2024. Solvay is nu volledig gestopt met het gebruik van steenkool in Duitsland. hDombasle, Frankrijk - Een deelneming in een warmtekrachtkoppelingseenheid die draait op brandstof uit afval in Dombasle Energie, Frankrijk, waarin Solvay een aandeel heeft van 10%. Het project wordt grotendeels gefinancierd door een non-recourse schuld (aangegaan in februari 2022), en overheidssubsidies. Verwacht wordt dat het project volledig operationeel zal zijn tegen eind 2025. Solvay heeft zich ook verbonden tot verscheidene andere investeringen om zijn koolstofvoetafdruk verder te verkleinen. Zie toelichting E1-1 16b van het Duurzaamheidsverslag. Wanneer dergelijke investeringen worden gedaan, controleert de Groep de gebruiksduur van de activa die worden vervangen en past indien nodig de geschatte gebruiksduur aan. De Groep werkt ook actief aan het betrekken van haar energiebehoeften uit milieuvriendelijkere bronnen op bepaalde faciliteiten, waaronder duurzame energieopwekking op lange termijn, zowel onsite als offsite. Deze omvatten langlopende koopovereenkomsten voor zonne- en windenergie die over het algemeen worden verwerkt als uitvoerende contracten voor eigen gebruik. In 2024, met 8,3% hernieuwbare bronnen in het totale energieverbruik, is Solvay met ongeveer 21,4% verbeterd sinds 2021. Bovendien omvat het Star Factory programma het ontwerp en de uitvoering van de ESG-roadmap van elke industriële site, met inbegrip van een specifieke inspanning voor energie-efficiëntie-initiatieven bovenop de energietransitieprojecten. Het management heeft ook rekening gehouden met de impact van de klimaatverandering bij het maken van enkele belangrijke inschattingen in de geconsolideerde jaarrekening, waaronder de uitvoering van de Solvay Duurzaamheidsstrategie, die is opgenomen in de budgetten, het plan op middellange termijn en de langetermijnvooruitzichten, die worden gebruikt om: hde toekomstige kasstromen te schatten die worden gebruikt bij de beoordeling van de boekwaarde van vaste activa (zoals immateriële activa en goodwill) op bijzondere waardevermindering (zie Toelichting F23 Bijzondere waardeverminderingen); hde toekomstige winstgevendheid in te schatten die wordt gebruikt bij de beoordeling van de realiseerbaarheid van uitgestelde belastingvorderingen (zie Toelichting F7.C. Uitgestelde belastingen in het overzicht van de financiële positie); hde voorzieningen in te schatten (zie Toelichting F31); hde boekhoudkundige hypotheses op lange termijn in te schatten, met inbegrip van de CO2-uitstootrechten en de energieprijzen voor de energie intensieve GBU Soda Ash (zie Toelichting F23 Bijzondere waardeverminderingen). De CO2-uitstootrechten van de Groep en de energieprijzen (gas/elektriciteit/kolen) vormen een belangrijk element van de kostenstructuur, vooral voor de Soda Ash activiteiten. De Groep heeft een deel van zijn verwachte gebruik tot 2030 ingedekt. De indekkingen werden in aanmerking genomen bij de uitgevoerde test op bijzondere waardevermindering van de goodwill en de langetermijnveronderstellingen hielden rekening met de hogere kapitaaluitgaven die vereist is door de energietransitie van de activiteit na de ingedekte periode. Gezien de aanzienlijke "headroom" op de KGE Soda Ash, wordt er geen sensitiviteit voorzien. Zie Toelichting F23 Bijzondere waardevermindering. Dezelfde oefening werd gedaan voor de andere kasstroomgenererende eenheden en het management is van mening dat er vandaag geen realistische scenario's inzake klimaatverandering zijn, die tot een bijzondere waardevermindering van deze activa zouden leiden. Samengevat hadden de hierboven vermelde overwegingen van de Groep in verband met de klimaatverandering geen materiële invloed op de oordelen en schattingen van de financiële verslaggeving tijdens het jaar. Voorts wordt niet verwacht dat de beoordeling van het risico van klimaatverandering een impact zal hebben op de beoordeling van de continuïteit van de Groep voor december 2024. Bovendien heeft de Groep in 2024, terwijl hij zijn doelstellingen op middellange termijn bevestigde, rekening gehouden met de resultaten van veranderingen in de wetgeving en in de economische omstandigheden die Solvay verplichtten zijn voorspellingen van CO2-uitstoot, gebruikt in zijn hedgedocumentatie, te herbekijken. De herbeoordeling heeft geleid tot de stopzetting van bepaalde hedgerelaties. Meer details zijn te vinden in Toelichting F4 Overige operationele winsten en verliezen en Toelichting F32.D Overige marktrisico's. Belangrijkste bronnen van schattingsonzekerheden Bijzondere waardevermindering Jaarlijks, en telkens wanneer er aanwijzingen zijn dat hun nettoboekwaarde mogelijk hoger is dan hun realiseerbare waarde, test de Groep (groepen van) KGE’s waaraan goodwill was toegerekend, op bijzondere waardeverminderingen. Deze analyse vereist dat het management de toekomstige kasstromen die de KGE’s naar verwachting genereren, en een relevante disconteringsvoet voor de berekening van de contante waarde schat. De realiseerbare waarde is zeer gevoelig voor de disconteringsvoet en de groeivoeten. Zie Toelichting F19 Goodwill en F23 Bijzondere waardeverminderingen voor bjikomende details. Uitgestelde belastingvorderingen Uitgestelde belastingvorderingen worden opgenomen voor ongebruikte fiscale verliezen voor zover het waarschijnlijk is dat er belastbare winsten beschikbaar zullen zijn waarmee de verliezen kunnen worden verrekend. Om het bedrag van de uitgestelde belastingvorderingen te bepalen dat kan worden opgenomen, is een aanzienlijke beoordeling door het management nodig, gebaseerd op het waarschijnlijke tijdstip en het niveau van de toekomstige belastbare winsten. De Groep heeft €706 miljoen (2023: €685 miljoen) aan overgedragen fiscale verliezen waarvoor geen uitgestelde belastingvorderingen zijn opgenomen. Deze verliezen houden verband met dochterondernemingen die verliezen hebben opgebouwd in het verleden, niet vervallen, en niet kunnen worden gebruikt om belastbaar inkomen elders in de Groep te compenseren. De dochterondernemingen hebben geen belastbare tijdelijke verschillen die de opname van deze verliezen als uitgestelde belastingvorderingen gedeeltelijk zouden kunnen rechtvaardigen. Op basis hiervan heeft de Groep bepaald dat zij geen uitgestelde belastingvorderingen op deze overgedragen fiscale verliezen kan opnemen. De doelen waarnaar wordt verwezen in de toelichting over Overwegingen inzake klimaatverandering kunnen van invloed zijn op de schatting van de toekomstige waarschijnlijkheid die wordt gebruikt bij de beoordeling van de realiseerbaarheid van de uitgestelde belastingvorderingen – zie de toelichting hierboven. Zie Toelichting F7 Winstbelastingen voor bijkomende details. Verplichtingen uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen – Algemeen De actuariële veronderstellingen die gebruikt worden om de verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen per 31 december en de jaarlijkse kosten te bepalen, zijn te vinden in toelichting F30 Voorzieningen voor personeelsbeloningen. Alle belangrijke plannen voor personeelsbeloningen worden jaarlijks door onafhankelijke actuarissen geëvalueerd. De disconteringsvoeten en inflatiecijfers worden op Groepsniveau door het management vastgelegd. De andere veronderstellingen (zoals verwachte toekomstige loonsverhogingen en de verwachte aangroei van de medische uitgaven) worden op lokaal niveau bepaald. De centrale afdeling Personeelszaken van de Groep superviseert alle plannen met de hulp van een centrale actuaris, gaat na of de resultaten redelijk zijn en waakt over de consistentie van de verslaggeving. Alle veronderstellingen worden op elke verslagdatum herzien. Zie toelichting F30 Personeelsbeloningen voor bijkomende details. Milieuvoorzieningen De milieuvoorzieningen worden gezamenlijk beheerd en gecoördineerd door de afdeling Milieusanering en de afdeling Financiën. Wanneer er sprake is van milieu-invloeden afkomstig van productieactiviteiten uit het verleden, is er over het algemeen geen voorziening opgenomen voor saneringswerkzaamheden na meer dan 20 jaar, omdat er grote onzekerheid bestaat over het tijdstip en het bedrag. De ramingen van de kosten worden verdisconteerd naar hun contante waarde. De disconteringsvoeten, die vastgelegd worden per geografische zone, komen overeen met de gemiddelde risicovrije rentevoet op overheidsobligaties met een looptijd van 10 jaar of de inflatievoet, indien hoger. Het is de afdeling Financiën die de disconteringsvoeten jaarlijks bepaalt en kunnen worden herzien op basis van de evolutie van de economische parameters in het betreffende land. Om het verstrijken van de tijd te weerspiegelen worden de voorzieningen elk jaar verhoogd op basis van de hierboven beschreven disconteringsvoeten. Zie toelichting F31 Voorzieningen voor bijkomende informatie, . Voorzieningen voor geschillen Alle belangrijke geschillen (zoals na overnames en andere zaken, inclusief dreigende geschillen) worden door de eigen juridische dienst van Solvay op zijn minst elk kwartaal onderzocht. De juristen krijgen hiervoor indien nodig ondersteuning van externe adviseurs. Dit gebeurt in overleg met de afdelingen Financiën en Verzekeringen. Dit onderzoek gaat ook over de vraag of voorzieningen dienen te worden aangelegd en/of voorwaardelijke verplichtingen dienen te worden toegelicht. Zie toelichting F31 Voorzieningen en F36 Voorwaardelijke verplichtingen en financiële garanties voor bijkomende informatie, . Leaseovereenkomsten Bepalen of een contract een leaseovereenkomst omvat De Groep gaat verschillende contracten aan om goederen en diensten te verkrijgen. Om te bepalen of die contracten een leaseovereenkomst omvatten, is oordeelsvorming vereist. Er wordt onder meer nagegaan of er al dan niet sprake is van een geïdentificeerd actief. Om dit te bepalen gaat de Groep na of zij al dan niet het recht heeft om nagenoeg alle economische voordelen van het (de) actief (activa) te verkrijgen gedurende de gebruiksperiode. Voorts beoordeelt de Groep de omvang van haar beslissingsrechten en het bestaan van wezenlijke substitutierechten. Alle feiten en omstandigheden die relevant zijn voor de beoordeling worden in aanmerking genomen en de identificatie van een leaseovereenkomst wordt bepaald met de steun van de afdelingen die over de relevante kennis beschikken, waaronder voornamelijk het management van GBU. Zie toelichting F21 Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa en leaseverplichtingen voor de leaseovereenkomsten die door de Groep zijn geïdentificeerd en geboekt overeenkomstig IFRS 16 Leaseovereenkomsten. Inschatting van de leaseperiode Het bepalen van de leaseperiode vereist beoordeling. Factoren die beschouwd worden, hebben betrekking op de waarschijnlijkheid dat opties tot vervroegde beëindiging of opties tot verlenging zullen worden uitgeoefend. Alle feiten en omstandigheden die relevant zijn voor het beoordelen van de leaseperiode worden in acht genomen, waarvan de belangrijkste worden beschreven in toelichting F21 Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa en leaseverplichtingen. Leaseperiodes worden bepaald met behulp van de afdelingen die hier relevante kennis over hebben, zoals de Aankoopafdeling en de afdeling Facility. Energie Koopovereenkomsten (Power Purchase Agreements) Om zijn milieuverplichtingen na te komen heeft Solvay een aantal projecten opgestart om de uitstoot van koolstofdioxide te beperken (zie de toelichting over de Overwegingen inzake klimaatverandering). Sommige van deze projecten zijn bedoeld om de productiesites van Solvay van energie te voorzien. Deze projecten moeten beoordeeld worden op de vraag of ze leaseovereenkomsten zijn of bevatten (volgens IFRS 16), of de energielevering binnen het toepassingsgebied valt van de vrijstelling “eigen gebruik” volgens IFRS 9 - en voornamelijk toegepast, of dat ze materiële in contracten besloten derivaten bevatten (volgens IFRS 9). Dit vereist een materieel oordeel en leidt tot schattingsonzekerheid. EUA – Europese koolstofdioxide-emissierechten Solvay dekt zijn risico in verband met de uitstoot van koolstofdioxide in de Europese Unie af voor de hele periode van EU ETS fase 4, d.w.z. tot het einde van het jaar 2030. Solvay past kasstroomafdekking toe op een reeks instrumenten om het risico op blootstelling te minimaliseren en om de toekomstige kosten te bepalen in verband met de verplichte terugbetaling van de rechten. Het volume van de toekomstige CO2-uitstoot en de toekomstige gratis rechten toegekend door de EU-lidstaat moeten echter geschat worden, wat een risico van schattingsonzekerheid met zich meebrengt. Bovendien, omwille van de onvoldoende liquiditeit van de EUA-markt voor de latere jaren van de ingedekte periode, besliste Solvay om de bestaande instrumenten door te rollen tot ze de gewenste leveringsdatum bereiken. Dit introduceert nog meer onzekerheid over de schatting van de kosten en de toewijzing. Zie ook de toelichtingen m.b.t. Nutsvoorzieningen en CO2-prijsrisico's in Toelichting F32.D Beheer van financiële risico's. Cruciale beoordelingen Er zijn geen cruciale beoordelingen geïdentificeerd voor het jaar eindigend op 31 december 2024. De volgende cruciale beoordeligen werden geïdentificeerd voor het jaar eindigend op 31 december 2023. Op 15 maart 2022 kondigde de Groep zijn plan aan om zich te splitsen in twee onafhankelijke beursgenoteerde bedrijven. Op 9 december 2023 vond de scheiding plaats door middel van de Partiële Splitsing. De Specialty Activiteiten werden geclassificeerd als beëindigde bedrijfsactiviteiten na de goedkeuring van de Partiële Splitsing door de aandeelhouders en de netto activa werden verdeeld. Solvay paste IFRIC 17 Uitkering van activa zonder kasstroom aan eigenaars toe om te bepalen hoe de Partiële Splitsing moest worden voorgesteld, met inbegrip van de schatting van de reële waarde van de uitkering. Solvay schatte de reële waarde van Syensqo door het gemiddelde te nemen van de slotkoersen van de eerste 30 dagen waarop Syensqo-aandelen werden verhandeld, om verstoringen als gevolg van kortetermijnhandelsactiviteiten in de eerste handelsweken te voorkomen. Deze reële waarde met waarneembare inputs werd als representatief beschouwd voor de reële waarde op de uitkeringsdatum. De reële waarde werd bepaald op €9,5 miljard wat resulteerde in een winst van €1,65 miljard ten opzichte van de toen geldende boekwaarde van de netto activa. Het effect is opgenomen in de geconsolideerde winst-en-verliesrekening onder beëindigde bedrijfsactiviteiten. Niet-IFRS (Onderliggende) Indicatoren Naast financiële informatie conform IFRS rapporteert Solvay ook onderliggende prestatie-indicatoren om een meer consistente en vergelijkbare indicatie te geven van de onderliggende financiële prestaties van de Groep, de financiële positie en de kasstromen. Deze indicatoren geven een evenwichtig beeld van de activiteiten van de Groep en worden nuttig geacht voor beleggers, analisten en kredietbeoordelingsbureaus, omdat deze maatstaven relevante informatie geven over de vroegere of toekomstige prestaties, positie of kasstromen van de Groep. Deze maatstaven worden algemeen gebruikt in de sector waarin de Groep actief is en dienen derhalve als een nuttig hulpmiddel voor beleggers om de prestaties van de Groep te vergelijken met die van zijn concurrenten. Zie toelichting F1 Omzet en informatie per segment voor de aansluiting van de onderliggende EBITDA-maatstaf. Meer informatie over de definities van aanpassingen (IFRS versus onderliggende cijfers) is te vinden in Woordenlijst, en meer informatie over de aansluiting van niet-IFRS (onderliggende) cijfers met IFRS-cijfers in de sectie Bedrijfsresultaten. Overzicht van de toelichtingen Toelichtingen bij de geconsolideerde winst- en verliesrekening TOELICHTING F1 Omzet en informatie per segment TOELICHTING F2 Geconsolideerde winst- en verliesrekening, volgens aard TOELICHTING F3 Omzet andere dan van kernactiviteiten TOELICHTING F4 Overige operationele winsten en verliezen TOELICHTING F5 Resultaat uit portefeuillebeheer en grote herstructureringen, historische sanering en belangrijke juridische geschillen TOELICHTING F6 Netto financieringskosten TOELICHTING F7 Winstbelasting in de winst- en verliesrekening en het overzicht van de financiële positie TOELICHTING F8 Beëindigde activiteiten en partiële splitsing TOELICHTING F9 Winst per aandeel Toelichting op het geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat TOELICHTING F10 Geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat Toelichting bij het geconsolideerd kasstroomoverzicht TOELICHTING F11 Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen TOELICHTING F12 Andere niet-operationele en niet in geldmiddelen afgewikkelde elementen TOELICHTING F13 Winstbelastingen in het kasstroomoverzicht TOELICHTING F14 Wijzigingen in het werkkapitaal TOELICHTING F15 Toevoegingen, terugnames en gebruik van voorzieningen TOELICHTING F16 Kasstromen uit investeringsactiviteiten – verwerving/vervreemding van activa en deelnemingen TOELICHTING F17 Overige kasstromen uit financieringsactiviteiten Toelichting op het geconsolideerd overzicht van de financiële positie TOELICHTING F18 Immateriële activa TOELICHTING F19 Goodwill en bedrijfscombinaties TOELICHTING F20 Materiële vaste activa TOELICHTING F21 Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa en leaseverplichtingen TOELICHTING F22 Geassocieerde deelnemingen en joint ventures TOELICHTING F23 Bijzondere waardeverminderingen TOELICHTING F24 Voorraden TOELICHTING F25 Overige vorderingen (vlottend) TOELICHTING F26 Activa aangehouden voor verkoop TOELICHTING F27 Eigen vermogen TOELICHTING F28 Minderheidsbelangen TOELICHTING F29 Op aandelen gebaseerde betalingen TOELICHTING F30 Personeelsbeloningen TOELICHTING F31 Voorzieningen TOELICHTING F32 Financiële instrumenten en beheer van financiële risico’s TOELICHTING F33 Nettoschuld TOELICHTING F34 Overige (kortlopende) verplichtingen Overige toelichtingen TOELICHTING F35 Verbintenissen voor het verwerven van materiële vaste en immateriële activa TOELICHTING F36 Voorwaardelijke verplichtingen en financiële garanties TOELICHTING F37 Verbonden partijen TOELICHTING F38 Dividend voorgesteld voor uitkering TOELICHTING F39 Gebeurtenissen na de verslagperiode TOELICHTING F40 Lijst van entiteiten opgenomen in de consolidatiekring TOELICHTING F41 Vergoedingen aan de commissaris Toelichtingen bij de geconsolideerde winst- en verliesrekening In overeenstemming met de presentatie in de geconsolideerde winst-en-verliesrekening, bevat de toelichting bij de geconsolideerde winst-en-verliesrekening zoals hierna gepresenteerd niet de effecten van beëindigde bedrijfsactiviteiten op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening, die op een aparte regel worden gepresenteerd. De impact van beëindigde bedrijfsactiviteiten heeft alleen betrekking op 2023. Deze worden weergegeven in toelichting F8 Beëindigde activiteiten. Toelichting F1 Omzet en informatie per segment fGrondslagen voor de financiële verslaggeving IFRS 15 ontwikkelde een vijfstappenmodel voor de opname van opbrengsten die voortvloeien uit contracten met klanten: •Identificatie van het contract, •Identificatie van de prestatieverplichtingen, •Bepaling van de transactieprijs, •Toewijzing van de transactieprijs aan de prestatieverplichtingen, en •Opname van de opbrengsten wanneer of als de Groep aan een prestatieverplichting heeft voldaan. Conform IFRS 15 worden opbrengsten opgenomen voor het bedrag van de vergoeding waarop de Groep verwacht recht te hebben in ruil voor de overdracht van goederen of diensten aan een klant. Verkoop van goederen: Contracten kunnen een korte looptijd hebben (inclusief de contracten die alleen gebaseerd zijn op een kooporder) of een lange termijn. Sommige omvatten minimum aankoopverplichtingen. Contracten die take-or-pay bepalingen bevatten, verplichten klanten tot het voldoen van tekortbetalingen als de vereiste volumes, zoals gedefinieerd in de contracten, niet worden afgenomen. Tekortbetalingen worden opgenomen als omzet wanneer het onwaarschijnlijk wordt dat de klant het minimumvolume zal afnemen, afhankelijk van heronderhandeling van het contract en inbaarheid. Aangezien de Groep zich bezighoudt met de verkoop van essentiële chemicaliën en prestatiechemicaliën, hebben overeenkomsten met klanten meestal betrekking op de verkoop van goederen. Als gevolg daarvan vindt de opname van opbrengsten meestal plaats op het moment dat de controle over de chemicaliën wordt overgedragen aan de klant. Dit is meestal op het moment van levering. Onderscheiden elementen: een goed dat of een dienst die aan een klant wordt beloofd, is onderscheiden als aan beide volgende voorwaarden wordt voldaan: (a) de klant kan van het goed of de dienst profiteren ofwel op zichzelf, ofwel in combinatie met andere gemakkelijk voor de klant beschikbare middelen (d.w.z. het goed of de dienst is in staat onderscheiden te zijn); en (b) de belofte van de onderneming om het goed of de dienst aan de klant over te dragen, is afzonderlijk identificeerbaar van andere beloften in het contract (d.w.z. de belofte om het goed of de dienst over te dragen, is onderscheiden binnen de context van het contract). De opbrengsten van de Groep zijn voornamelijk afkomstig uit de verkoop van chemicaliën, die gekwalificeerd worden als afzonderlijke prestatieverplichtingen. Dienstverlening met toegevoegde waarde, voornamelijk klantenservice, die overeenstemt met de knowhow van Solvay, vindt merendeels plaats gedurende de periode waarin de betreffende goederen aan de klant worden verkocht. Variabele vergoeding: in sommige contracten met klanten worden handels- of volumekortingen verstrekt. Handels- en volumekortingen zorgen voor een variabele vergoeding conform IFRS 15 en de omvang daarvan dient bij het aangaan van het contract, en nadien op iedere verslagdatum, te worden geschat. Conform IFRS 15 moet de geschatte variabele vergoeding beperkt worden om een opname van een teveel aan opbrengsten te voorkomen. Moment van opname van opbrengsten: opbrengsten worden opgenomen wanneer (of als) de Groep aan een prestatieverplichting heeft voldaan en het beloofde goed of de beloofde dienst (d.w.z. een actief) aan een klant wordt overgedragen. Een actief wordt overgedragen wanneer (of als) de klant zeggenschap krijgt over dat actief. Vrijwel alle opbrengsten vloeien voort uit prestatieverplichtingen die op een bepaald moment zijn voldaan, zoals de verkoop van goederen. Bij de opname van de opbrengsten daarvan wordt met de volgende rekening gehouden: •de Groep heeft het actueel recht op betaling voor het actief; •de klant heeft de juridische eigendom van het actief; •de Groep heeft het fysieke bezit van het actief overgedragen; •de klant heeft de significante risico’s en voordelen van eigendom van de goederen (hierbij wordt rekening gehouden met Incoterms); en •de klant heeft het actief aanvaard. Producten die aan klanten zijn verkocht, kunnen in het algemeen niet worden geretourneerd, tenzij er sprake is van een tekortkoming in de prestatie. Klantacceptatieclausules zijn in veel gevallen een formaliteit die geen invloed hebben op de vaststelling door de Groep dat de klant zeggenschap over de goederen heeft verkregen. De Groep verkoopt chemicaliën aan haar klanten (a) rechtstreeks, (b) via distributeurs en (c) met behulp van agenten. Wanneer de Groep een product levert aan distributeurs voor de verkoop aan eindgebruikers, dan beoordeelt de Groep of die distributeur op dat moment de zeggenschap heeft verkregen over het product. Wanneer het geleverde product in consignatie wordt gehouden, dan worden de opbrengsten bij levering van het product aan een klant of een distributeur niet opgenomen. Indicatoren voor consignatievoorraden zijn onder andere: •de Groep heeft zeggenschap over het product tot een specifieke gebeurtenis plaatsvindt, zoals de verkoop van het product aan een klant van de distributeur of totdat een bepaalde periode is verstreken; •de Groep mag het product terugeisen of het product overdragen aan een derde partij (bijvoorbeeld een andere distributeur); en •de distributeur heeft niet de onvoorwaardelijke verplichting om voor het product te betalen (hoewel hij soms verplicht is een borg te betalen). •Agenten faciliteren de verkoop en kunnen goederen niet kopen en doorverkopen aan de eindklant. Garanties: garanties bieden een klant de zekerheid dat het desbetreffende product naar behoren functioneert conform de overeengekomen specificaties. Vrijwel alle garanties geven de klant geen andere service dan de zekerheid dat het product voldoet aan de overeengekomen specificaties, en worden derhalve opgenomen conform IAS 37 Voorzieningen, voorwaardelijke verplichtingen en voorwaardelijke activa. Licenties: In het geval van prestatieverplichtingen met betrekking tot het in licentie geven van intellectuele eigendom (IP), beoordeelt de Groep of zij een recht op toegang tot de IP verleent zoals deze bestaat gedurende de licentieperiode of een recht om de IP te gebruiken zoals deze bestaat op het moment dat de licentie wordt verleend. Als de prestatieverplichting bestaat in het verlenen van een recht op toegang, dan worden de gerelateerde opbrengsten opgenomen over de licentieperiode; anders worden ze opgenomen op een moment in de tijd, d.w.z. wanneer de licentieperiode begint of wanneer de klant het IP begint te gebruiken. De Groep beoordeelt of de verstrekte licentie kan worden beschouwd als afzonderlijk in de context van het contract. Zo niet, dan moet de licentie worden gebundeld met andere goederen of diensten die in het contract worden geleverd. Momenteel verleent de Groep een gebruiksrecht op intellectuele eigendom, hetgeen betekent dat de opbrengsterkenning op een moment in de tijd plaatsvindt. Een Operationeel Segment is een onderdeel van de Groep dat bedrijfsactiviteiten uitoefent waaruit opbrengsten kunnen worden verdiend en waarbij kosten kunnen worden gemaakt, waarvan de bedrijfsresultaten regelmatig worden beoordeeld door de hoogstgeplaatste functionaris van de entiteit en waarover afzonderlijke financiële informatie beschikbaar is. Algemeen Solvay organiseert zijn structuur en groepeert de activiteiten rond hun gelijkenissen in financiële prestaties die systematisch worden beoordeeld door de "Chief Operational Decision Maker", producten en productieprocessen. De hoogstgeplaatste functionaris van Solvay die belangrijke operationele beslissingen neemt, is de Chief Executive Officer. Na de voltooiing van de Partiële Splitsing van de Specialty Businesses op 9 december 2023 veranderde de structuur van de interne organisatie wat een impact had op de samenstelling van de segmenten. Bijgevolg heeft Solvay zijn operationele segmenten geherstructureerd om beter aan te sluiten bij de strategie van de Groep en is het in 2024 georganiseerd in de volgende rapporteerbare segmenten: hBasic Chemicals vervaardigt chemische tussenproducten die gebruikt worden in mature en veerkrachtige markten. Solvay is een wereldleider in natriumcarbonaat, bicarbonaat en peroxiden. Deze wereldwijde activiteiten hebben vergelijkbare economische kenmerken en bedienen de belangrijkste markten, waaronder de bouw, consumptiegoederen en de voedingssector. hPerformance Chemicals beschikt over een breder assortiment producten (in onze Silica, Coatis en Special Chem activiteiten) die op maat gemaakt kunnen worden op basis van unieke formuleringen en expertise in toepassingen. Deze activiteiten hebben vergelijkbare economische kenmerken en zijn activa van hoge kwaliteit met sterke posities in hun markten. hCorporate omvat corporate en andere diensten, zoals de Global Business diensten en de Aankoop- en Energie-expertise. De financiële informatie met betrekking tot 2023 werd aangepast om de wijziging in de samenstelling van de segmenten weer te geven en weerspiegelt het feit dat de activiteit “eH2O2” (waterstofperoxide van elektronische kwaliteit) op 1 januari 2024 werd overgedragen van GBU Special Chem naar GBU Peroxides (netto-omzet van €109 miljoen). Externe netto-omzet per cluster In € miljoen 2024 2023 Soda Ash & Derivatives 1 907 2 093 Peroxides 789 742 Basic Chemicals 2 695 2 835 Silica 543 583 Coatis 631 646 Special Chem 660 810 Performance Chemicals 1 834 2 039 CBS 10 6 Corporate 10 6 Totaal 4 540 4 880 Er zijn geen individuele klanten die 10% of meer bijdragen aan de opbrengsten van de Groep of van een individueel segment in 2024 of 2023. Omzet andere dan van kernactiviteiten wordt toegelicht in Toelichting F3 Omzet andere dan van kernactiviteiten. Omzet per markt Omzet per markt wordt gepresenteerd in de sectie Bedrijfsresultaten, zie toelichting P1. Netto-omzet per land en regio De hieronder weergegeven omzet is toegewezen op basis van de locatie van de klant. In € miljoen 2024 % 2023 % België 100 2% 93 2% Duitsland 390 9% 449 9% Italië 221 5% 267 5% Frankrijk 212 5% 236 5% Nederland 37 1% 55 1% Spanje 96 2% 130 3% Europese Unie - Andere 379 8% 414 8% Europese Unie 1 435 32% 1 645 34% Europa - Andere 91 2% 108 2% Verenigde Staten 839 18% 830 17% Canada 58 1% 58 1% Noord-Amerika 897 20% 888 18% Argentinië 42 1% 39 1% Chili 85 2% 68 1% Brazilië 590 13% 610 13% Mexico 118 3% 156 3% Latijns-Amerika - Andere 49 1% 42 1% Latijns-Amerika 882 19% 914 19% Australië 24 1% 27 1% China 284 6% 298 6% Egypte 35 1% 43 1% India 43 1% 55 1% Indonesië 60 1% 65 1% Israël 41 1% 34 1% Japan 73 2% 100 2% Maleisië 71 2% 66 1% Filipijnen 21 0% 17 0% Saoedi-Arabië 111 2% 99 2% Zuid-Afrika 20 0% 32 1% Zuid-Korea 97 2% 115 2% Thailand 134 3% 138 3% Turkije 37 1% 38 1% Vietnam 38 1% 48 1% Andere 147 3% 149 3% Azië en de rest van de wereld 1 235 27% 1 325 27% Totaal 4 540 100% 4 880 100% Informatie per segment 2024 - In € miljoen Basic Chemicals Performance Chemicals Corporate Totaal Groep Winst- en verliesrekening Omzet 3 218 1 877 35 5 130 waarvan Netto-omzet (intersegment verkoop inbegrepen) 2 706 1 834 10 4 550 •Intersegment verkoop -10 0 0 -10 Netto-omzet 2 695 1 834 10 4 540 Omzet andere dan van kernactiviteiten 523 43 25 590 Brutomarge 735 404 7 1 146 Afschrijvingen 221 106 34 362 Resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures 38 1 0 38 Onderliggende EBITDA (1) 786 324 -58 1 052 EBIT 499 165 -230 433 Nettofinancieringskosten -113 Winstbelastingen -87 Winst van het jaar uit beëindigde bedrijfsactiviteiten 0 Winst/verlies van het jaar 233 31 december 2024 - In € miljoen Basic Chemicals Performance Chemicals Corporate Totaal Groep Overzicht van de financiële positie en andere elementen Kapitaaluitgaven (2) 226 90 33 349 Investeringen 5 0 8 13 Werkkapitaal •Voorraden 311 293 19 623 •Handelsvorderingen 496 212 118 826 •Handelsschulden 452 247 111 810 2023 - In € miljoen Basic Chemicals Performance Chemicals Corporate Totaal Groep Winst- en verliesrekening Omzet 3 411 2 068 544 6 024 waarvan Netto-omzet (intersegment verkoop inbegrepen) 2 886 2 043 6 4 935 •Intersegment verkoop -51 -4 0 -55 Netto-omzet 2 835 2 039 6 4 880 Omzet andere dan van kernactiviteiten 577 29 538 1 144 Brutomarge 887 449 46 1 382 Afschrijvingen 185 163 69 418 Resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures 45 0 8 53 Onderliggende EBITDA (1) 950 371 -75 1 246 EBIT 739 159 -620 278 Nettofinancieringskosten -98 Winstbelastingen -208 Winst van het jaar uit beëindigde bedrijfsactiviteiten 2 132 Winst/verlies van het jaar 2 105 31 december 2023 - In € miljoen Basic Chemicals Performance Chemicals Corporate Totaal Groep Overzicht van de financiële positie en andere elementen Kapitaaluitgaven (2) 294 120 35 450 Investeringen (3) 4 5 -427 -418 Werkkapitaal •Voorraden 332 282 28 642 •Handelsvorderingen 476 247 118 841 •Handelsschulden 419 253 181 853 (1)De Onderliggende EBITDA is een prestatie-indicator die gehanteerd wordt door het management en die andere elementen bevat dan hierboven gepresenteerd. Zie hieronder voor de aansluiting tussen Onderliggende EBITDA en EBIT. Zie hoofdstuk Bedrijfsresultaten voor de aansluiting van onderliggende indicatoren met IFRS-cijfers. (2)Kapitaaluitgaven uit voortgezette bedrijfsactiviteiten omvatten acquisities van materiële vaste activa, acquisities van immateriële activa en acquisities van met een gebruiksrecht overeenstemmende activa (3)Het negatieve cijfer van €-427 miljoen heeft betrekking op de verkoop van RusVinyl. Aansluiting van Onderliggende EBITDA 2024 - In € miljoen Basic Chemicals Performance Chemicals Corporate Totaal Groep EBIT 499 165 -230 433 Administratieve kosten -5 -5 Andere kosten -11 -11 Overige operationele winsten en verliezen 89 89 Resultaat van joint venture Peroxidos do Brazil -34 -34 Proportionele consolidatie van Peroxidos do Brazil 52 52 Afschrijvingen 205 85 30 320 Resultaat uit portefeuillebeheer en belangrijke herstructurering en resultaat uit historische sanering en belangrijke juridische geschillen 64 74 68 207 Onderliggende EBITDA 786 324 -58 1 052 De overige kosten hebben betrekking op de verkochte energie. De overige operationele winsten en verliezen bestaan voornamelijk uit het resultaat van het beheer van de CO2-afdekking (€69 miljoen) en een belangrijke wijziging in de milieuvoorzieningen op open sites (€15 miljoen). De aansluitingsposten met betrekking tot i) Resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures, en ii) Proportionele consolidatie van Peroxidos do Brasil zijn gekoppeld aan de wijziging in Aanpassingen zoals uitgelegd in de Woordenlijst. Voor de aansluitingsposten "Resultaat uit portefeuillebeheer en belangrijke herstructureringen en resultaten uit historische sanering en belangrijke juridische geschillen", zie Toelichting F5. De rubriek afschrijvingen is exclusief €41 miljoen bestaande uit €5 miljoen van de non-cash impact van de toewijzing van de aankoopprijs (PPA), afschrijvingslasten op immateriële activa en €45 miljoen om te corrigeren voor de impact van de bijzondere waardevermindering van andere onrendabele activa en omvat de afschrijvingen van €9 miljoen m.b.t. Peroxidos do Brasil. 2023 - In € miljoen Basic Chemicals Performance Chemicals Corporate Totaal Groep EBIT 739 159 -620 278 Administratieve kosten 68 68 Overige operationele winsten en verliezen -14 -14 Resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures -7 -7 Afschrijvingen 184 101 36 321 Resultaat uit portefeuillebeheer en belangrijke herstructurering en resultaat uit historische sanering en belangrijke juridische geschillen 27 112 461 600 Onderliggende EBITDA 950 371 -76 1 246 Vaste activa, kapitaaluitgaven en investeringen, per land en regio In € miljoen Vaste activa Kapitaaluitgaven en investeringen 31 december 2024 % 31 december 2023 % 2024 % 2023 % België 228 6% 272 7% -29 8% -26 2% Duitsland 346 9% 338 9% -48 13% -56 5% Italië 264 7% 259 7% -32 9% -131 12% Frankrijk 633 17% 653 18% -50 14% -318 28% Spanje 124 3% 128 3% -12 3% -12 1% Europese Unie - Andere 694 19% 710 19% -18 5% -33 3% Europese Unie 2 289 62% 2 359 63% -189 52% -577 51% Europa - Andere 2 0% 6 0% -2 1% -16 1% Verenigde Staten 813 22% 709 19% -112 31% -390 34% Canada 0 0% 0 0% 0 0% -19 2% Noord-Amerika 813 22% 709 19% -112 31% -409 36% Brazilië 245 7% 276 7% -25 7% -41 4% Latijns-Amerika - Andere 11 0% 11 0% -2 1% -5 0% Latijns-Amerika 256 7% 287 8% -27 7% -46 4% Thailand 66 2% 72 2% -5 1% -5 0% China 122 3% 102 3% -20 5% -54 5% Zuid Korea 41 1% 50 1% -3 1% -5 0% India 0 0% 0 0% 0 0% -12 1% Singapore 0 0% 0 0% 0 0% -1 0% Japan 14 0% 15 0% -1 0% -3 0% Andere 117 3% 125 3% -3 1% -4 0% Azië en de rest van de wereld 360 10% 364 10% -32 9% -84 7% Totaal 3 720 100% 3 726 100% -362 100% -1 132 100% Vaste activa zijn die activa andere dan uitgestelde belastingvorderingen, leningen en overige financiële instrumenten. De kapitaaluitgaven en investeringen omvatten verwervingen van materiële vaste en immateriële activa, met een gebruiksrecht overeenstemmende activa, deelnemingen in dochterondernemingen en overige deelnemingen (gezamenlijke bedrijfsactiviteiten, joint ventures en geassocieerde deelnemingen). Beide zijn exclusief beëindigde bedrijfsactiviteiten. Toelichting F2 Geconsolideerde winst- en verliesrekening, volgens aard In € miljoen Toelichtingen 2024 2023 Netto-omzet (F1) 4 540 4 880 Andere omzet dan van kernactiviteiten (F3) 590 1 145 Gebruikte grond- en hulpstoffen en nutsvoorzieningen -2 208 -2 802 Wijziging in voorraden -18 -78 Personeelskosten -823 -835 Lonen en rechtstreekse sociale voordelen -615 -623 Werkgeversbijdrage aan de sociale zekerheid -157 -163 Pensioenen en verzekeringen -30 -26 Andere personeelskosten -21 -22 Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen (F11) -362 -423 Andere variabele logistieke kosten -615 -568 Andere vaste kosten -445 -412 Toevoegingen en terugnames van voorzieningen (exclusief voorzieningen betreffende personeelsbeloningen) (F31) -235 -279 Aanzienlijke inkomsten gerelateerd aan voorgaande jaren (F4) 0 0 Fusie en overname kosten en meer- en minderwaarden op vervreemdingen (F5) -29 -404 Resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures (F22) 38 53 EBIT 433 278 Andere vaste kosten omvatten voornamelijk kosten voor diensten, licenties en professionele honoraria. De mutatie in Gebruikte grond- en hulpstoffen en nutsvoorzieningen wordt grotendeels verklaard door de daling van de energieprijzen en een lager volume. Toelichting F3 Omzet andere dan van kernactiviteiten Deze omzet omvat voornamelijk transacties met derden in grondstoffen en energie, licentietransacties andere dan kernlicenties, en andere opbrengsten die niet overeenkomen met de kernactiviteiten van Solvay (voornamelijk in Frankrijk en Italië). In 2024 bestaat de omzet andere dan kernactiviteiten voornamelijk uit €469 miljoen voor de verkoop van nutsvoorzieningen en €25 miljoen aan licentietransacties. In 2023 bestond deze omzet voornamelijk uit commodity- en nutsvoorzieningstransacties van derden, voornamelijk in Frankrijk en Italië. De daling in 2024 ten opzichte van 2023 heeft voornamelijk te maken met de afbouw van de Energy-activiteiten en de rest met de daling van de prijs van nutsvoorzieningen. Toelichting F4 Overige operationele winsten en verliezen In € miljoen 2024 2023 Kosten voor opstarten en voorstudies -3 -2 Meer- en minderwaarden op verkoop van immateriële activa en materiële vaste activa 6 3 Netto wisselkoersresultaten 0 2 Afschrijving van immateriële activa in verband met PPA -4 -7 Winst (Verlies) op CO2 hedge beheer -69 -14 Financieel resultaat verbonden met operationele activiteiten 14 14 Kosten verbonden aan energietransitieproject (1) -29 -50 Andere -6 68 Overige operationele winsten en verliezen -91 15 (1)Kosten verbonden aan het energietransitieproject werden in 2023 samen met "Andere" gepresenteerd. De variatie van het verlies op het beheer van de CO2-afdekking omvat het recyclage-effect van de andere elementen van het totaalresultaat (€38 miljoen) gekoppeld aan de wijziging in de afdekkingsstrategie. Zie toelichting F32 voor meer details. De kosten verbonden aan het energietransitieproject zijn gerelateerd aan Dombasle Energie - Zie ook Voornaamste gebeurtenissen en wijzigingen in de consolidatiekring. In 2023 bevat "Andere" voornamelijk de winst gerealiseerd op de afwikkeling van de financiële energie-instrumenten in het kader van de Partiële Splitsing (€52 miljoen). Toelichting F5 Resultaat uit portefeuillebeheer en grote herstructureringen, historische sanering en belangrijke juridische geschillen f Grondslagen voor de financiële verslaggeving Het resultaat uit portefeuillebeheer en belangrijke herstructurering omvat: •winsten en verliezen van de verkoop van dochterondernemingen, gezamenlijke bedrijfsactiviteiten, joint ventures en geassocieerde deelnemingen die geen beëindigde bedrijfsactiviteiten zijn; •overnamekosten van nieuwe bedrijven; •eenmalige operationele kosten in verband met het intern beheer van de portefeuille (afsplitsing van belangrijke bedrijfsonderdelen); •winsten en verliezen op de verkoop van vastgoed dat niet direct verbonden is aan een bedrijfsactiviteit; •kosten van herstructureringen die voortvloeien uit het beheer van de portefeuille en grote herstructureringen, met inbegrip van bijzondere waardeverminderingsverliezen voortvloeiend uit de stopzetting van een activiteit of een productie-eenheid; en •bijzondere waardeverminderingsverliezen (en terugnames) die voortvloeien uit het testen van kasstroomgenererende eenheden. •Het is exclusief de non-cashimpact van afschrijvingen en waardeverminderingen als gevolg van de toewijzing van de aankoopprijs (PPA) van overnames. Het resultaat uit historische sanering en belangrijke juridische geschillen omvat: • de saneringskosten die niet veroorzaakt worden door operationele productiefaciliteiten (gesloten vestigingen, beëindigde productie, milieuvervuiling in vroegere jaren); en de gevolgen van belangrijke juridische geschillen. Resultaat uit portefeuillebeheer en belangrijke herstructurering In € miljoen 2024 2023 Herstructureringskosten en waardeverminderingen -107 -146 Waardeverminderingen -45 -95 Herstructureringskosten -62 -51 Fusie en overname kosten en meer- en minderwaarden op vervreemdingen -27 -404 Resultaat uit portefeuillebeheer en belangrijke herstructurering -134 -550 In 2024 heeft de Groep een bijzondere waardevermindering geboekt op een aantal materiële activa in de Special Chem Fluorine activiteit voor €(9) miljoen en op andere niet-kasstroomgenererende activa voor €(36) miljoen - zie Toelichting F23 voor meer details over de bijzondere waardevermindering. De herstructureringskosten hebben voornamelijk betrekking op de sluiting van de vestiging in Salindres voor €(31) miljoen, het rationalisatieprogramma van de Peroxide Footprint voor €(13) miljoen, en de beëindiging van TSA (€28 miljoen gecompenseerd door €22 miljoen schadeloosstelling). In 2023 omvatten de waardeverminderingen bijzondere waardevermindering op goodwill van de kasstroomgenererende eenheid Energie €(38) miljoen en een waardevermindering in de kasstroomgenererende eenheid Special Chem voor Fluor Gassen in Europa voor € (48) miljoen - zie Toelichting F23 voor meer details over de waardeverminderingen. De herstructureringskosten zijn voornamelijk verbonden aan het splitsingsplan van de Solvay Groep voor €(35) miljoen. In 2023 worden de kosten voor fusies en overnames voornamelijk verklaard door de kosten voor het lopende afscheidingsplan van de Solvay Groep €(218) miljoen, en de recycling van de reserve voor valutaomrekeningsverschillen van RusVinyl €(176) miljoen. Resultaat uit historische sanering en belangrijke juridische geschillen In € miljoen 2024 2023 Belangrijke juridische geschillen -1 -12 Saneringskosten en andere kosten uit niet-permanente activiteiten -72 -38 Resultaat uit historische sanering en belangrijke juridische geschillen -73 -50 Saneringskosten en andere kosten met betrekking tot niet-permanente activiteiten stegen voornamelijk door de sluiting van de Salindres vestiging (€18 miljoen). Toelichting F6 Netto financieringskosten fGrondslagen voor de financiële verslaggeving De interesten op leningen worden opgenomen in de financieringskosten wanneer deze zich voordoen, met uitzondering van financieringskosten uit de verwerving, bouw en de productie van in aanmerking komende activa (zie Toelichting F20 Materiële vaste activa). De netto-wisselkoersverschillen op financiële elementen en de wijzigingen in de reële waarde van afgeleide financiële instrumenten in verband met de nettoschuld worden gepresenteerd in "Overige financieringswinsten en -verliezen", met uitzondering van wijzigingen in de reële waarde van afgeleide financiële instrumenten die afdekkingsinstrumenten zijn in een kasstroomafdekking en die opgenomen worden op dezelfde lijn als de afgedekte positie wanneer die invloed heeft op de winst- en verliesrekening. In € miljoen 2024 2023 Lasten van schulden -96 -60 Rentelasten op leaseverplichtingen -12 -11 Renteopbrengsten uit leningen en korte termijnbeleggingen 17 36 Overige financieringswinsten en -verliezen 15 -6 Netto schuldenlasten -76 -41 Disconteringskosten van de voorzieningen -41 -45 Impact van verandering van disconteringsvoet op voorzieningen 25 -17 Resultaat van eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde -22 4 Nettofinancieringskosten -113 -98 Meer details zijn opgenomen in Toelichting F33 Nettoschuld. De variantie van de netto schuldenlasten wordt voornamelijk verklaard door: Hogere lasten van leningen voor €(36) miljoen toe te schrijven aan het aansprakelijkheidsbeheer dat Solvay ondernam in 2023 voorafgaand aan de partiële splitsing waarbij de eeuwigdurende hybride obligaties die kwalificeerden als eigen vermogen werden vervangen door andere langlopende schulden die aanleiding gaven tot rentelasten. In 2023 bedroegen de coupons van de eeuwigdurende hybride obligaties die bij aangifte in mindering werden gebracht van het eigen vermogen €(70) miljoen. Lagere opbrengsten uit leningen en kortetermijnbeleggingen worden verklaard door lagere volumes aan overtollige liquide middelen na de partiële splitsing. Overige financieringswinsten en -verliezen van €(6) miljoen in 2023 tot €15 miljoen in 2024, zijn toe te schrijven aan : hlagere opbrengsten uit valutaswaps €5 miljoen (rente-element) hOverige financiële opbrengsten van €21 miljoen voornamelijk te verklaren door de wijziging in reële waarde van de aandelenoptieplannen die opties op Syensqo NV-aandelen omvatten heen daling in de overige financiële kosten met €8 miljoen voornamelijk te verklaren door de kosten verbonden aan het splitsingsplan in 2023. hwisselkoersresultaten €(3) miljoen De disconteringskosten van voorzieningen hebben betrekking op beloningen na uitdiensttreding (€ (22) miljoen) en milieuvoorzieningen (€ (19) miljoen). De impact van een wijziging van de disconteringsvoeten voor €25 miljoen is toe te schrijven aan de evolutie van de disconteringsvoeten (zie toelichting F31 - deel over milieuvoorzieningen). Het resultaat van Eigenvermogensinstrumenten gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening heeft betrekking op de schommeling van de koers van het aandeel Syensqo NV, in het kader van de afdekking van LTI-plannen vóór de Partiële Splitsing. Toelichting F7 Winstbelasting in de winst- en verliesrekening en het overzicht van de financiële positie fGrondslagen voor de financiële verslaggeving Actuele belastingen Actuele belastingen worden bepaald op basis van de belastbare winst van de periode. De belastbare winst verschilt van de winst zoals gepresenteerd in de geconsolideerde winst- en verliesrekening omwille van opbrengsten en kosten die belastbaar of aftrekbaar zijn in andere periodes of die nooit belastbaar of aftrekbaar zijn. De actuele belastingschuld van de Groep wordt berekend op basis van de belastingtarieven waarvan het wetgevingsproces is afgesloten of substantieel is afgesloten op het einde van de verslagperiode. Uitgestelde belastingen Uitgestelde belastingen worden opgenomen voor tijdelijke verschillen tussen enerzijds de boekwaarden van de activa en passiva in de geconsolideerde jaarrekening en hun onderliggende fiscale boekwaarden gebruikt in de berekening van de belastbare winst. Uitgestelde belastingvorderingen worden doorgaans opgenomen voor alle aftrekbare tijdelijke verschillen in de mate dat het waarschijnlijk is dat er voldoende belastbare winst zal gerealiseerd worden waartegen deze tijdelijke verschillen kunnen worden afgezet. Uitgestelde belastingverplichtingen worden over het algemeen opgenomen voor alle belastbare tijdelijke verschillen. Er worden geen uitgestelde belastingverplichtingen opgenomen ingevolge de eerste opname van goodwill. Daarnaast worden er ook geen uitgestelde belastingvorderingen of -verplichtingen opgenomen in verband met de eerste opname van een actief of verplichting in een transactie die geen bedrijfscombinatie is en die geen invloed heeft op de boekhoudkundige of de belastbare winst. Uitgestelde belastingverplichtingen worden opgenomen voor belastbare tijdelijke verschillen op deelnemingen in dochterondernemingen, gezamenlijke bedrijfsactiviteiten, joint ventures en geassocieerde deelnemingen, behalve in het geval dat de Groep kan beslissen over het tijdstip waarop het tijdelijk verschil teruggedraaid wordt en het waarschijnlijk is dat het tijdelijk verschil in de nabije toekomst niet teruggedraaid wordt. De boekwaarde van uitgestelde belastingvorderingen wordt op elke verslagdatum beoordeeld en verminderd in zoverre het niet langer waarschijnlijk is dat er voldoende belastbare winst beschikbaar zal zijn om een deel van of de volledige uitgestelde belastingvordering te kunnen gebruiken. Niet-opgenomen uitgestelde belastingvorderingen worden op elke verslagdatum beoordeeld als het waarschijnlijk wordt dat toekomstige belastbare winsten de realisatie van deze uitgestelde belastingvorderingen toe zouden laten. Uitgestelde belastingvorderingen anders dan overgedragen fiscale verliezen worden individuele basis beoordeeld, rekening houdend met alle relevante feiten en omstandigheden. Zo kan een belastbare winst van nul, na aftrek van de bedragen die conform toegezegd-pensioenregelingen zijn uitgekeerd aan gepensioneerden en waarvoor een aftrekbaar tijdelijk verschil bestond, een opname van onderliggend uitgestelde belastingvorderingen rechtvaardigen. Opname van uitgestelde belastingvorderingen voor overgedragen fiscale verliezen vereist een positieve belastbare winst gedurende het jaar zodat fiscale verliezen die in het verleden zijn ontstaan kunnen worden aangewend. Gezien de onzekerheden inherent aan het voorspellen van een dergelijke positieve belastbare winst, is opname van uitgestelde belastingvorderingen uit hoofde van overgedragen fiscale verliezen gebaseerd op een analyse per geval. Deze is meestal gebaseerd op een vijf-jaren winstprognose, met uitzondering voor financiële ondernemingen waarvoor tien-jaren winstprognoses beschouwd worden goed voorspelbaar te zijn en aldus worden gebruikt. Het Corporate Tax Reporting Team, dat de uitgestelde belastingposities van de Groep opvolgt, is betrokken bij de beoordeling van de uitgestelde belastingvorderingen. Zie toelichting F7.C voor bijkomende informatie. Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen moeten worden gewaardeerd tegen de belastingtarieven die naar verwachting van toepassing zullen zijn op de periode waarin de vordering wordt gerealiseerd of de verplichting wordt afgewikkeld, op basis van de belastingtarieven (en de belastingwetgeving) waarvan het wetgevingsproces is afgesloten of substantieel is afgesloten op het einde van de verslagperiode. De waardering van uitgestelde belastingverplichtingen en -vorderingen weerspiegelt de fiscale gevolgen die zouden voortvloeien uit de wijze waarop de entiteit op het einde van de verslagperiode de boekwaarde van haar activa en verplichtingen verwacht te realiseren of af te wikkelen. Actuele belastingvorderingen en -verplichtingen worden gesaldeerd wanneer de entiteit een in rechte afdwingbaar recht heeft om de opgenomen bedragen te salderen, en wanneer de Groep van plan is om de actuele belastingvorderingen en -verplichtingen op een nettobasis af te wikkelen. Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden gesaldeerd wanneer de entiteit een in rechte afdwingbaar recht heeft om de actuele belastingvorderingen en -verplichtingen te salderen, en wanneer het winstbelasting betreft geheven door dezelfde fiscale autoriteit, en de Groep voornemens is om de actuele belastingvorderingen en -verplichtingen op een nettobasis af te wikkelen. Actuele en uitgestelde belasting van de periode Actuele en uitgestelde belastingen van de periode worden opgenomen als kosten of opbrengsten in de winst- en verliesrekening, behalve wanneer ze verband houden met elementen die buiten de winst- en verliesrekening worden opgenomen (in de andere elementen van het totaalresultaat of rechtstreeks in het eigen vermogen), wanneer ze eveneens buiten de winst- en verliesrekening worden opgenomen, of wanneer ze ontstaan zijn bij de initiële opname van een bedrijfscombinatie. In dit laatste geval wordt rekening gehouden met het belastingeffect in de verwerking van de bedrijfscombinatie. Als afwijking tot bovenstaande, paste de Groep vanaf 1 januari 2019 de aanpassingen aan IAS 12 toe, die betrekking hebben op de gevolgen op de winstbelasting van dividenden die zijn opgenomen op of na het begin van de eerste vergelijkende periode, d.i. 1 januari 2018. In 2018 werden de gevolgen op de winstbelasting van coupons op eeuwigdurende hybride obligaties opgenomen in het eigen vermogen. Ingevolge de toepassing van de aanpassingen, zullen deze gevolgen op de winstbelasting worden opgenomen in de winst- en verliesrekening. F7.A. Winstbelasting De winstbelastingen (netto kosten) opgenomen in de winst- en verliesrekening daalden met €121 miljoen in 2024 ten opzichte van 2023. De winstbelastingen (netto kosten) opgenomen in de overige elementen van het totaalresultaat daalden met €26 miljoen in 2024 ten opzichte van 2023, voornamelijk door de mutatie in de voorzieningen voor personeelsbeloningen (zie toelichting F30 Personeelsbeloningen) en door de mutatie in de contracten voor CO2 emissierechten (zie toelichting F32 Financiële instrumenten en beheer van financiële risico’s). In € miljoen 2024 2023 Actuele belasting voor het lopend jaar -107 -180 Voorzieningen voor belastinggeschillen -9 1 Andere actuele belasting voor voorgaande jaren (a) 14 5 Actuele belastingen -102 -174 Verandering van niet opgenomen uitgestelde belastingvorderingen (b) -13 -91 Uitgestelde belastingbaten op afschrijvingen van PPA steps-ups 1 2 Uitgestelde belastingen impact van wijzigingen in de nominale belastingsvoeten 0 2 Uitgestelde belasting voor voorgaande jaren (a) 6 -5 Andere uitgestelde belastingen (d) 21 59 Uitgestelde belastingen 15 -34 Winstbelastingen opgenomen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening -87 -208 Winstbelastingen op elementen opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat -24 2 De actuele belastingen (netto kosten) met betrekking tot het lopende jaar daalden met €(72) miljoen als gevolg van lagere belastbare winsten in landen met hoge effectieve belastingtarieven (bv. Italië, België, Frankrijk en Duitsland), evenals enkele gunstige belastingaanpassingen met betrekking tot voorgaande jaren (voornamelijk in Italië voor € 12 miljoen). Deze effecten worden licht gecompenseerd door hogere toevoegingen aan voorzieningen voor fiscale geschillen. i.In 2024 bedroeg de verandering van de niet-opgenomen uitgestelde belastingvorderingen €(13) miljoen, voornamelijk als gevolg van het niet opnemen van uitgestelde belastingvorderingen in Frankrijk en van een herziening van de verwachte belastbare resultaten in Zuid-Afrika. ii.In 2024 hebben de andere uitgestelde belastingen (€21 miljoen) voornamelijk betrekking op andere voorzieningen dan personeelsbeloningen. F7.B. Aansluiting van de winstbelasting De effectieve belastingkost wordt aangesloten met de theoretisch bepaalde belastingkost door op de winst vóór belastingen van elke Groepsentiteit het toepasselijke nominale belastingtarief van het land toe te passen. in € miljoen 2024 2023 Winst/(Verlies) van het jaar vóór belastingen 320 180 Resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures 38 53 Winst / verlies van het jaar vóór belastingen, exclusief het resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures 282 127 Aansluiting van de belastingsinkomsten of -lasten Totale belastingsinkomsten of -lasten van alle entiteiten van de Groep, berekend op basis van toepasselijke lokale nominale belastingsvoeten -69 -27 Gewogen gemiddelde nominale belastingsvoet 25% 21% Voorheffingen -11 -31 Belasting impact van wijzigingen in de nominale belastingsvoeten 0 2 Verandering van niet opgenomen uitgestelde belastingvorderingen -13 -91 Belasting impact van permanenten verschillen 23 -36 Winsten en verliezen zonder belastinginkomsten of -lasten -10 -20 Belastingen losgekoppeld van winst van het jaar vóór belastingen -12 0 Voorzieningen voor belastinggeschillen -8 1 Andere belasting impact van aanpassingen in actuele en uitgestelde belastingen m.b.t. vorige jaren 20 0 Belasting impact op uitkering van dividenden -8 -4 Effectieve belastingsinkomsten of -lasten -87 -208 Effectieve belastingstarief 27% 116% Het gewogen gemiddelde nominale tarief is gestegen van 2023 (21%) tot 2024 (25%). Dit is te wijten aan mixeffecten tussen landen met verschillende belastingtarieven; in het bijzonder hadden de Bulgaarse ondernemingen, waar het nominale tarief laag is, een hogere bijdrage aan de winst vóór belastingen van de Groep in 2023, waardoor het gemiddelde tarief daalde. Het hogere effectieve belastingtarief in 2023 hield voornamelijk verband met de reorganisatie van de Groep die leidde tot aanzienlijke roerende voorheffing en het niet langer opnemen van belastingvorderingen, en de impact van de desinvestering van RusVinyl. F7.C. Uitgestelde belastingen in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie 2024 - In € miljoen Begin balans Opgenomen in de winst- en verlies-rekening Opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat Effect van wisselkoersverschil Andere Eind balans Tijdelijke verschillen Verplichtingen inzake personeelsbeloningen 98 4 -13 -3 86 Andere voorzieningen dan voor de personeelsbeloningen 35 8 0 -5 39 Materiële vaste activa -44 -1 0 -4 -49 Immateriële vaste activa 7 -2 0 0 -1 3 Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa -40 4 0 -2 -38 Leaseverplichtingen 43 -2 0 2 42 Goodwill 0 0 0 0 0 Andere tijdelijke verschillen -14 3 -12 0 5 -18 Fiscale verliezen 99 -2 0 0 -3 94 Fiscaal verrekenbare tegoeden 2 4 0 0 5 Totaal (netto bedrag) 186 15 -24 -13 1 165 2023 - In € miljoen Begin balans Opgenomen in de winst- en verlies-rekening Opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat Effect van wisselkoersverschil Andere Eind balans Tijdelijke verschillen Verplichtingen inzake personeelsbeloningen 234 -90 -47 0 1 98 Andere voorzieningen dan voor de personeelsbeloningen 175 24 0 1 -164 35 Materiële vaste activa -234 34 0 11 145 -44 Immateriële vaste activa -196 28 0 -3 178 7 Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa -81 4 0 1 35 -40 Leaseverplichtingen 82 -4 0 -1 -34 43 Goodwill 58 0 0 -1 -57 0 Andere tijdelijke verschillen -66 2 49 0 -3 -14 Fiscale verliezen 375 -17 0 0 -257 99 Fiscaal verrekenbare tegoeden 27 -16 0 0 -9 2 Totaal (netto bedrag) 374 -34 2 8 -166 186 De voornaamste bronnen van de uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen op het einde van 2024 en 2023 zijn als volgt: In € miljoen 2024 Uitgestelde belastingvorderingen Uitgestelde belastingverplichtingen Netto uitgestelde belastingen vóór verslechting Verslechting van de uitgestelde belastingen (deel van de niet-opgenomen uitgestelde belastingen) Netto uitgestelde belastingen Verplichtingen inzake personeelsbeloningen 187 -34 153 -68 86 Andere voorzieningen dan voor de personeelsbeloningen 175 -49 127 -87 39 Materiële vaste activa 48 -107 -59 10 -49 Immateriële vaste activa 10 -16 -6 9 3 Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa -4 -41 -45 7 -38 Leaseverplichtingen 50 0 49 -7 42 Goodwill 0 0 0 0 0 Andere 148 -159 -11 -7 -18 Tijdelijke verschillen 615 -406 208 -143 66 Operationele verliezen 205 -2 203 -171 32 Niet-operationele verliezen 76 -2 74 -12 62 Fiscale verliezen 281 -4 277 -183 94 Overgedragen fiscaal verrekenbare tegoeden 5 0 5 0 5 Verrekening van uitgestelde belastingen -274 274 0 0 0 Uitgestelde belastingen 627 -136 491 -326 165 In € miljoen 2023 Uitgestelde belastingvorderingen Uitgestelde belastingverplichtingen Netto uitgestelde belastingen vóór verslechting Verslechting van de uitgestelde belastingen (deel van de niet-opgenomen uitgestelde belastingen) Netto uitgestelde belastingen Verplichtingen inzake personeelsbeloningen 208 -25 182 -84 98 Andere voorzieningen dan voor de personeelsbeloningen 165 -57 108 -73 35 Materiële vaste activa 56 -108 -52 8 -44 Immateriële vaste activa 14 -16 -1 8 7 Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa -6 -42 -47 7 -40 Leaseverplichtingen 52 -1 51 -8 43 Goodwill 0 0 0 0 0 Andere 200 -211 -10 -3 -14 Tijdelijke verschillen 689 -459 230 -145 85 Operationele verliezen 218 0 218 -165 53 Niet-operationele verliezen 58 0 58 -13 46 Fiscale verliezen 276 0 276 -178 99 Overgedragen fiscaal verrekenbare tegoeden 2 0 2 0 2 Verrekening van uitgestelde belastingen -328 328 0 0 0 Uitgestelde belastingen 639 -131 508 -322 186 De evolutie van de netto uitgestelde belastingen tussen 2024 en 2023 heeft voornamelijk betrekking op de volgende posten: hDe totale netto uitgestelde belasting van €163 miljoen per eind 2024 zijn €23 miljoen lager dan in 2023. hDe belangrijkste wijzigingen in 2024 hebben betrekking op de volgende posten: —Wijziging van uitgestelde belastingen opgenomen in de winst- en verliesrekening voor €15 miljoen, voornamelijk met betrekking tot andere voorzieningen dan personeelsbeloningen (€ 8 miljoen), verplichtingen inzake personeelsbeloningen (€4 miljoen). —Wijzigingen in uitgestelde belastingen opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat voor €(24) miljoen, gerelateerd aan actuariële wijzigingen in verplichtingen voor vergoedingen na uitdiensttreding en financiële instrumenten gebruikt voor CO2-emissierechtencontracten voornamelijk in Frankrijk. —Wisselkoerseffect voor €(13) miljoen, voornamelijk met betrekking tot Braziliaanse ondernemingen. Op jaareinde 2024 werden uitgestelde belastingverplichtingen op niet-uitgekeerde winsten voor €(16) miljoen opgenomen onder “Overige tijdelijke verschillen” (€(16) miljoen op jaareinde 2023). De niet-opgenomen uitgestelde belastingverplichtingen, voor zover de Groep zeggenschap heeft over de timing van de afwikkeling van de tijdelijke verschillen en het waarschijnlijk is dat deze afwikkeling in de nabije toekomst niet zal plaatsvinden, bedroegen €37 miljoen op jaareinde 2024 (€36 miljoen op jaareinde 2023). Opgenomen uitgestelde belastingen waarvan de afwikkeling afhangt van toekomstige belastbare winsten bovenop de winst die afkomstig is van het terugdraaien van bestaande belastbare tijdelijke verschillen binnen entiteiten die een fiscaal verlies hebben geleden in het huidige of de voorgaande jaren in het betreffende belastinggebied bedraagt €156 miljoen per eind 2024, voornamelijk in België (€187 miljoen per eind 2023). Deze opname is ondersteund door de gunstige verwachtingen aangaande toekomstige belastbare winsten. Bij de beoordeling van de realiseerbaarheid van uitgestelde belastingvorderingen heeft het management ook rekening gehouden met de impact van de klimaatverandering bij het maken van enkele belangrijke inschattingen in de geconsolideerde jaarrekening, waaronder de uitvoering van de Solvay Duurzaamheidsstrategie. F7.D. Overige informatie Voor het grootste deel van de overgedragen fiscale verliezen van de Groep zijn geen uitgestelde belastingvorderingen opgenomen. De niet opgenomen fiscale verliezen zijn vooral toe te schrijven aan landen waar deze voor onbepaalde tijd kunnen worden overgedragen. De volgende tabel geeft een overzicht van de overgedragen fiscale verliezen die uitgestelde belastingvorderingen genereren, gerangschikt volgens vervaldatum. In € miljoen 2024 2023 Binnen 1 jaar 2 13 Binnen 2 jaar 2 7 Binnen 3 jaar 1 2 Binnen 4 jaar 4 0 Binnen 5 jaar of meer 4 53 Zonder tijdslimiet 347 316 Fiscale verliezen waarvoor uitgestelde belastingvorderingen werden opgenomen 360 391 Fiscale verliezen waarvoor geen uitgestelde belastingvorderingen werden opgenomen 706 685 Totaal overgedragen fiscale verliezen 1 065 1 076 De overgedragen fiscale verliezen van €360 miljoen (2023: €391 miljoen) hebben uitgestelde belastingvorderingen voor €94 miljoen gegenereerd (2023: €99 miljoen). De overgedragen fiscale verliezen in 2023, opgenomen in de jaarrekening van 2023, omvatten de fiscale verliezen (€835 miljoen) met betrekking tot enkele dochterondernemingen van de Syensqo Groep. Dit aantal is aangepast om de status van de groepsentiteiten na de Partiële Splitsing weer te geven. Solvay is actief in verschillende rechtsgebieden met vaak complexe juridische en fiscale regelgeving. De Groep werkt constructief samen met de belastingautoriteiten en vraagt waar nodig ondersteuning van lokale adviseurs en consulenten om de meest correcte positie te verkrijgen inzake belastingwetgeving en -principes. De schattingen zijn gebaseerd op een benadering die de beste voorspelling geeft van de oplossing van de onzekerheden met de belastingdienst en wordt berekend met behulp van de methode van het meest waarschijnlijke individuele bedrag of de methode van de verwachte waarde volgens IFRIC 23. De schattingen zijn gebaseerd op feiten en omstandigheden aan het einde van de verslagperiode. Momenteel zijn de belangrijkste onzekere belastingposities (UTP's) gerelateerd aan lopende potentiële belastinggeschillen in Duitsland en India. F7.E. Ontwikkelingen in internationale belastingwetgeving De "Pillar Two"-modelregels werden eind 2023 goedgekeurd in België en zijn van toepassing vanaf 1 januari 2024. Volgens deze regels wordt de Groep beschouwd als een multinationale onderneming waarop de "Pillar Two"-regels moeten worden toegepast. Tegelijkertijd is in de meeste rechtsgebieden waarin de Groep actief is, de wetgeving van de tweede pijler van kracht of grotendeels van kracht voor het boekjaar dat begint op 1 januari 2024. De Groep heeft een beoordeling uitgevoerd van haar potentiële blootstelling aan de "Pillar Two"-winstbelastingen op basis van de "country-by-country" rapportering voor 2023 en de financiële informatie voor 2024 voor de in aamerking komende entiteiten in de Groep. De effectieve belastingtarieven onder "Pillar Two" in de meeste rechtsgebieden waar de Groep actief is, liggen boven de 15%. De Groep heeft echter een "Pillar Two" actuele belastingkost van € 2 miljoen opgenomen die ontstaat in Bulgarije en Thailand vanwege de lage effectieve belastingtarieven. De Groep blijft de ontwikkelingen op het gebied van "Pillar Two" wetgeving volgen, naarmate meer landen de "Pillar Two"-modelregels invoeren, om de mogelijke toekomstige impact op haar geconsolideerde bedrijfsresultaten, financiële positie en kasstromen te evalueren. Toelichting F8 Beëindigde activiteiten en partiële splitsing fGrondslagen voor de financiële verslaggeving Een beëindigde bedrijfsactiviteit is een component van de Groep die ofwel is afgestoten ofwel is geklasseerd als aangehouden voor verkoop, en die: •een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch bedrijfsgebied vertegenwoordigt; •deel uitmaakt van één enkel gecoördineerd plan om een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch bedrijfsgebied af te stoten; of •een dochteronderneming is die uitsluitend is overgenomen met de bedoeling te worden doorverkocht. Een component van de Groep bestaat uit de bedrijfsactiviteiten en kasstromen die zowel operationeel als voor de financiële verslaggeving kunnen worden onderscheiden van de rest van de Groep. In het geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat, het geconsolideerd kasstroomoverzicht, en in de informatieverschaffing worden de beëindigde bedrijfsactiviteiten herwerkt voor voorgaande perioden. In overeenstemming met IFRIC 17 Uitkering van activa in natura aan eigenaars, en IFRS 10 Geconsolideerde jaarrekening – hoofdstuk over verlies van zeggenschap – waardeert Solvay de winst op een uitkering in de vorm van een afsplitsing als het surplus van de reële waarde van de verdeelde netto activa ten opzichte van de op dat moment geldende boekwaarde van de netto activa van de verdeelde activiteiten, aangepast voor de gerelateerde minderheidsbelangen. De opname van de reële waarde van de verdeelde netto activa kan het gebruik van waarderingstechnieken vereisen. Solvay gebruikt de waarneembare waarden als input voor dergelijke waarderingstechnieken. Solvay past de IFRS 5-vereisten toe na eliminatie tussen ondernemingen. F8.A. Partiële Splitsing van de Specialty Activiteiten Partiële Splitsing Op de buitengewone algemene vergadering van 8 december 2023 hebben de aandeelhouders van Solvay SA/NV de partiële splitsing van de Specialty Activiteiten goedgekeurd, wat de splitsing van de Groep in twee beursgenoteerde groepen tot gevolg had. Bijgevolg geven de geconsolideerde resultaten van 2023 de Specialty Activiteiten weer als beëindigde bedrijfsactiviteiten. Het geconsolideerde kasstroomoverzicht van 2023 omvat zowel de kasstromen van de voortgezette als de beëindigde bedrijfsactiviteiten. Onder het primaire kasstroomoverzicht worden echter de geconsolideerde kasstromen uit beëindigde bedrijfsactiviteiten toegelicht. De Partiële Splitsing had een impact op de marktwaarde van alle uitgegeven en uitstaande aandelen van Solvay SA/NV en de opties op deze aandelen. Dit is inclusief de aandelen in het bezit van Solvay Stock Option Management SRL (SSOM), een 100% dochteronderneming van Solvay, ter indekking van haar blootstelling aan LTI-plannen. Voor elk aandeel van Solvay SA/NV gehouden door SSOM na de voltooiing van de Partiële Splitsing, ontving SSOM één nieuw uitgegeven aandeel van Syensqo SA/NV; de nieuw uitgegeven Syensqo-aandelen werden geklasseerd als beleggingen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening en werden geherklasseerd uit het eigen vermogen. De details over eigen aandelen en investeringen in aandelen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening worden gegeven in toelichting F27 Eigen vermogen en F32 Financiële instrumenten. Winst uit beëindigde bedrijfsactiviteiten De winst uit beëindigde bedrijfsactiviteiten in de geconsolideerde winst-en-verliesrekening wordt als volgt uitgesplitst (2023 - van 1 januari 2023 tot 8 december 2023): In € miljoen 2023 Omzet 6 656 waarvan andere dan van kernactiviteiten 167 waarvan netto-omzet 6 489 Kostprijs van de omzet -4 357 Brutomarge 2 299 Commerciële kosten -272 Administratieve kosten -466 Kosten van onderzoek en ontwikkeling -318 Overige operationele winsten en verliezen -132 Resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures 18 Resultaat uit portefeuillebeheer en belangrijke herstructurering -53 Resultaat uit historische sanering en belangrijke juridische geschillen (1) -274 EBIT 802 Lasten van schulden -54 Renteopbrengsten uit leningen en korte termijnbeleggingen 14 Overige financieringswinsten en -verliezen -22 Disconteringskosten van de voorzieningen -20 Resultaat uit eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde 3 Winst / verlies van het jaar vóór belastingen 723 Belastingen op resultaat -242 Winst van het jaar uit beëindigde bedrijfsactiviteiten 481 Winst op de Partiële Splitsing in overeenstemming met IFRIC 17 1 651 Winst van het jaar uit beëindigde bedrijfsactiviteiten 2 132 (1)Het Resultaat uit historische saneringen en belangrijke juridische geschillen omvatten de impact van de afwikkeling van Solvay Specialty Polymers USA, LLC met NJDEP (ongeveer USD 250 miljoen) en een compensatie ontvangen door Solvay Specialty Polymers Italy S.p.A. van (Mont)Edison S.p.A. en Ausimont S.p.A. (€91,6 miljoen). F8.B. Partiële Splitsing - Overige informatie Winst op de Partiële Splitsing in overeenstemming met IFRIC 17: In € miljoen Reële waarde van de uitkering 9 546 Netto activa -7 920 Andere aanpassingen 7 Minderheidsbelang verbonden aan de nettoactiva van Specialty Businesses 17 Winst op Partiële Splitsing 1 651 De reële waarde van de uitkering werd bepaald op basis van het gemiddelde van de slotkoersen van de eerste 30 dagen waarop Syensqo-aandelen werden verhandeld, na de Partiële Splitsing. Deze reële waarde, gemeten met waarneembare inputs, werd representatief geacht voor de reële waarde van de activa en verplichtingen van de splitsing op de uitkeringsdatum. Toelichting F9 Winst per aandeel fGrondslagen voor de financiële verslaggeving De gewone winst per aandeel wordt verkregen door het resultaat over het jaar te delen door het gewogen gemiddelde van het aantal uitstaande gewone aandelen tijdens de verslagperiode. Het gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen is exclusief de eigen aandelen gehouden door de Groep tijdens de verslagperiode. De verwaterde winst per aandeel wordt verkregen door het resultaat over het jaar, aangepast voor het effect van potentiële gewone aandelen die tot verwatering zullen leiden, te delen door het gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen, eveneens aangepast voor het aantal potentiële gewone aandelen die tot verwatering zullen leiden in verband met de uitgifte van aandelenopties. Het aantal potentiële gewone aandelen die tot verwatering zullen leiden is berekend voor het gewogen gemiddelde aantal aandelenopties dat uitstond tijdens de verslagperiode als het verschil tussen de gemiddelde marktprijs van gewone aandelen tijdens de verslagperiode en de uitoefenprijs van de aandelenoptie. Aandelenopties hebben alleen een verwaterend effect als de gemiddelde marktprijs hoger is dan de uitoefenprijs (aandelenopties zijn ‘in the money’). Voor de berekening van de verwaterde winst per aandeel zijn er geen aanpassingen doorgevoerd aan het nettoresultaat van het boekjaar (aandeel Solvay). De gewone en verwaterde bedragen per aandeel voor beëindigde bedrijfsactiviteiten worden gepresenteerd in de geconsolideerde winst- en verliesrekening. Aantal aandelen (in eenheid) 2024 2023 Gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen (gewoon) 105 000 897 104 160 774 Verwaterend effect 1 053 934 1 288 845 Gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen (verwaterd) 106 054 832 105 449 619 2024 2023 Gewone Verwaterde Gewone Verwaterde Winst / verlies van het jaar (Solvay-aandeel), met inbegrip van de beëindigde bedrijfsactiviteiten (in € duizenden) 223 000 223 000 2 092 753 2 092 753 Winst / verlies van het jaar (Solvay-aandeel), zonder beëindigde bedrijfsactiviteiten (in € duizenden) 223 171 223 171 -37 172 -37 172 Winst per aandeel (met inbegrip van beëindigde bedrijfsactiviteiten) (in €) 2,12 2,10 20,09 19,85 Winst per aandeel (zonder beëindigde bedrijfsactiviteiten) (in €) 2,12 2,10 -0,36 -0,35 Meer informatie betreffende aandelen, met inbegrip van dividend per aandeel, staat in het hoofdstuk Bedrijfsresultaten. De gemiddelde marktprijs voor 2024 was €30,68 per aandeel. Alle aandelenopties waren "in-the-money" per 31 december 2024 en hadden een verwaterend effect. Het 2022 plan werd niet gesplitst en de onderliggende waarde is een gecombineerd instrument van Solvay SA/NV en Syensqo SA/NV aandelen. Bijgevolg werd de uitoefenprijs (€ 84,34) niet aangepast. Toelichting op het geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat Toelichting F10 Geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat f Grondslagen voor de financiële verslaggeving In overeenstemming met IAS 1 Presentatie van de jaarrekening, heeft de Groep ervoor gekozen om twee overzichten te presenteren, nl. een geconsolideerde winst- en verliesrekening, onmiddellijk gevolgd door een geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat. De andere elementen van het totaalresultaat worden gegeven vóór de hiermee gepaard gaande belastingimpact met een lijn die het totale bedrag aan winstbelasting over deze elementen voorstelt. Meer informatie over de belastingimpact leest u verder in deze toelichting. Overzicht van de belastingeffecten op elk van de andere elementen van het totaalresultaat Nota: onderstaande tabel geeft de totale andere elementen van het totaalresultaat weer voor het totaal van de aandelen van Solvay en de minderheidsbelangen. In € miljoen 2024 Bedrag vóór belastingen Belastingen (-) /belastingen-vorderingen Bedrag na belastingen Effectief deel van winsten en verliezen op afdekkingsinstrumenten in een kasstroomafdekking -7 -11 -18 Herclassificatie naar de winst- en verliesrekening 55 55 Winsten en verliezen op afdekkingsinstrumenten in een kasstroomafdekking (zie toelichting F32) 48 -11 37 Wisselkoersverschillen van het jaar 2 2 Herclassificatie van wisselkoersverschillen op buitenlandse activiteiten die verkocht werden gedurende het jaar 0 0 Andere bewegingen van wisselkoersverschillen (minderheidsbelangen) op buitenlandse activiteiten 1 1 Wisselkoersverschillen - Dochterondernemingen en gezamenlijke bedrijfsactiviteiten 4 4 Wisselkoersverschillen van het jaar -11 -11 Herclassificatie van wisselkoersverschillen op buitenlandse activiteiten die verkocht werden gedurende het jaar 0 0 Aandeel in de andere elementen van het totaalresultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures -11 -11 Elementen die geherklasseerd kunnen worden 41 -11 30 Winsten en verliezen op eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat 0 0 0 Herwaarderingen van de netto verplichting inzake toegezegd-pensioenregelingen (zie toelichtingen F7 en F30) 60 -13 46 Aandeel in de andere elementen van het totaalresultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures 0 0 Elementen die niet geherklasseerd kunnen worden 60 -13 46 Andere elementen van het totaalresultaat 100 -24 76 In € miljoen 2023 Bedrag vóór belastingen Belastingen (-) /belastingen-vorderingen Bedrag na belastingen Effectief deel van winsten en verliezen op afdekkingsinstrumenten in een kasstroomafdekking -208 49 -159 Herclassificatie naar de winst- en verliesrekening -20 -20 Winsten en verliezen op afdekkingsinstrumenten in een kasstroomafdekking (zie toelichting F32) -228 49 -179 Wisselkoersverschillen van het jaar -423 -423 Herclassificatie van wisselkoersverschillen op buitenlandse activiteiten die verkocht werden gedurende het jaar 287 287 Andere bewegingen van wisselkoersverschillen (minderheidsbelangen) op buitenlandse activiteiten -1 -1 Wisselkoersverschillen - Dochterondernemingen en gezamenlijke bedrijfsactiviteiten -138 -138 Wisselkoersverschillen van het jaar 23 23 Herclassificatie van wisselkoersverschillen op buitenlandse activiteiten die verkocht werden gedurende het jaar 179 179 Aandeel in de andere elementen van het totaalresultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures 202 202 Elementen die geherklasseerd kunnen worden -164 49 -115 Winsten en verliezen op eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat 0 0 0 Herwaarderingen van de netto verplichting inzake toegezegd-pensioenregelingen (zie toelichtingen F7 en F30) -30 -47 -77 Aandeel in de andere elementen van het totaalresultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures 0 0 Elementen die niet geherklasseerd kunnen worden -30 -47 -77 Andere elementen van het totaalresultaat -194 2 -192 In 2023 was de herclassificatie van de omrekeningsverschillen voornamelijk het gevolg van de Partiële Splitsing €(292) miljoen en van het afboeken van RusVinyl €(169) miljoen. Omrekeningsverschillen fGrondslagen voor de financiële verslaggeving Voor de presentatie van de geconsolideerde jaarrekening aan het einde van elke verslagperiode worden de activa en verplichtingen van de buitenlandse activiteiten van de Groep uitgedrukt in euro tegen de slotkoers. Opbrengsten of kosten worden omgerekend tegen de gemiddelde wisselkoers voor de periode, behalve wanneer de toepassing van de gemiddelde koers materieel verschilt van de toepassing van de contante koers op de respectievelijke transactiedata, in welk geval de contante koers wordt toegepast. Eventuele wisselkoersverschillen worden opgenomen in overige elementen van het totaalresultaat als "omrekeningsverschillen". Omrekeningsverschillen worden geherclassificeerd van het eigen vermogen naar de winst- en verliesrekening, bij: Een afstoting van het volledige belang van de Groep in een buitenlandse activiteit. In dit geval worden alle cumulatieve wisselkoersverschillen met betrekking tot die activiteit die aan de Groep toerekenbaar zijn, overgeboekt naar de winst- en verliesrekening. Eventuele wisselkoersverschillen die voorheen werden toegerekend aan minderheidsbelangen worden niet langer opgenomen, maar ze worden niet geherclassificeerd naar de winst- en verliesrekening. Eind 2024 bestaat de boekwaarde van de Omrekeningsverschillen uit €(339) miljoen op BRL, €(190) miljoen gekoppeld aan de omrekening van de valuta's van de lidstaten naar euro, en €303 miljoen op USD. Toelichting bij het geconsolideerd kasstroomoverzicht Toelichting F11 Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen De onderstaande tabel toont de bedragen van de totale afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingsverliezen ('terugnames') van voortgezette bedrijfsactiviteiten opgenomen in de verschillende rubrieken van de Geconsolideerde Winst- en Verliesrekening. In € miljoen 2024 2023 Kostprijs van de omzet 267 269 Administratieve kosten 35 37 Kosten van onderzoek en ontwikkeling 9 12 Overige operationele winsten en verliezen 6 10 Waarvan PPA (Zie Toelichtingen F4) 4 7 Totaal van de afschrijvingen 317 328 Goodwill waardevermindering 0 38 Andere netto waardevermindering 45 57 Totaal van de afschrijvingen en waardeverminderingen (terugneming) 362 423 Zie Toelichting F5 Resultaat uit portefeuillebeheer en grote herstructureringen, historische sanering en belangrijke juridische geschillen voor de details m.b.t. bijzondere waardeverminderingen. Toelichting F12 Andere niet-operationele en niet in geldmiddelen afgewikkelde elementen In 2024 heeft een bedrag van €(48) miljoen voornamelijk betrekking op de facturatie betreffende de overeenkomst voor transitiediensten, en non-cash meerwaarden en overige resultaten op fusie- en overnametransacties De overige niet-operationele en niet-cash elementen voor €(1 481) miljoen in 2023 omvatten voornamelijk het resultaat verbonden aan de Partiële Splitsing €(1 651) miljoen (zie Toelichting F8 voor details), gecompenseerd door de herclassificatie van de omrekeningsverschillen van RusVinyl voor €176 miljoen. Toelichting F13 Winstbelastingen in het kasstroomoverzicht De winstbelastingen in 2024 bedragen €87 miljoen (€450 miljoen in 2023). De betaalde winstbelasting in 2024 bedraagt €109 miljoen (€434 miljoen in 2023). De betaalde winstbelastingen zijn gedaald in vergelijking met voorgaande jaren als gevolg van de Partële Splitsing in december 2023. De belangrijkste onderdelen van de winstbelastingen worden besproken in Toelichting F7 Winstbelastingen in de winst- en verliesrekening en in het overzicht van de financiële positie. Toelichting F14 Wijzigingen in het werkkapitaal In € miljoen 2024 2023 Voorraden 18 215 Handelsvorderingen 3 122 Handelsschulden 17 -495 Overige vorderingen/verplichtingen -37 79 Wijziging in het werkkapitaal 1 -78 Waarvan beëindigde bedrijfsactiviteiten 0 -55 De hogere bedragen in 2023 zijn voornamelijk te wijten aan het proces van de Partiële Splitsing. Toelichting F15 Toevoegingen, terugnames en gebruik van voorzieningen In € miljoen 2024 2023 Toevoegingen en terugboekingen van personeelsbeloningen en overige voorzieningen 250 644 Waarvan : Werknemersvoordelen 15 44 Herstructurering 89 104 Milieu 86 346 Betalingen in verband met personeelsbeloningen en gebruik van voorzieningen -225 -304 Waarvan : Werknemersvoordelen -38 -85 Herstructurering -73 -92 Milieu -66 -72 Gebruik van voorzieningen voor aanvullende vrijwillige bijdragen (pensioenplannen) -30 -116 Zie Toelichting F30 Personeelsbeloningen en F31 Voorzieningen voor meer informatie. Toelichting F16 Kasstromen uit investeringsactiviteiten – verwerving/vervreemding van activa en deelnemingen De kasstromen in de onderstaande tabel omvatten zowel de voortgezette als de beëindigde bedrijfsactiviteiten. 2024 - In € miljoen Verwervingen Vervreemdingen Totaal Deelnemingen -13 1 -12 Dochterondernemingen -4 1 -3 Andere -9 -9 Materiële vaste/immateriële activa -285 11 -274 Totaal -298 12 -286 2023 - In € miljoen Verwervingen Vervreemdingen Totaal Totaal deelnemingen -12 -718 -730 Dochterondernemingen 433 433 Geldmiddelen in Partiële Splitsing -1 151 -1 151 Andere -12 -12 Materiële vaste/immateriële activa -1 063 7 -1 057 Totaal -1 075 -711 -1 786 2024 De verwervingen hebben voornamelijk betrekking op de volgende twee groepen: hEnergietransitieprojecten (€15 million) waarvan: —Soda Ash & Derivatives: RTO (Regenerative Thermal Oxidation) Unit (broeikasgas vermindering) in Green River —Silica: Nieuwe elektrische oven in Collonges om broeikasgassen te verminderen —Silica: Nieuwe capaciteit in Livorno voor Circulair Silicaat uit RHA (Rice Husk Ash - as van rijstvliezen) hOverige projecten: —Soda Ash & Derivatives: capaciteitsuitbreiding in Green River, Wyoming, (VS) —Peroxides: Nieuwe capaciteit voor pre-EG (pre- elektronicakwaliteit) in China —Special Chem: Scheiding van zeldzame aardmetalen voor magneten in La Rochelle 2023 In 2023 hebben de bedragen met betrekking tot de deelnemingen in dochterondernemingen betrekking op de verkoop van RusVinyl. De geldmiddelen in de Partiële Splitsing zijn het resultaat van de kaspositie in de gesplitste dochterondernemingen van Syensqo SA/NV. De verwervingen omvatten de volgende voornaamste projecten: hSoda Ash & Derivatives: Uitbreiding van de natriumcarbonaatcapaciteit in Green River (VS) hSoda Ash & Derivatives: Uitfasering van kolen in Green River (VS) hPeroxides: Uitbreiding van de Hydrogene peroxidecapaciteit in Antwerpen (België) hSilica: Nieuwe elektrische oven in Collonges (Frankrijk) voor minder CO2-uitstoot hSpecialty Polymers: Polyvinylidene Fluoride (PVDF) capaciteitsverhoging in Tavaux (Frankrijk) hSpecialty Polymers: Uitbreiding van de DCDPS-monomeercapaciteit in Augusta (VS) hSpecialty Polymers: Udel polysulfon capaciteitsverhoging in Marietta (VS) hSpecialty Polymers: Uitbreiding van de samengestelde vermogenscapaciteit in Changshu (China) hSpecialty Polymers: Afvalwaterzuiveringseenheden in Tavaux (Frankrijk) en Changshu (China) hNovecare: internalisering van de chemische tussenproductie van IRIS in Melle (Frankrijk) hAroma performance: internalisering van de natuurlijke vanilline fermentatie (Portugal) en de zuivering van natuurlijke vanilline (Frankrijk) hTechnology Solutions: Aldoxime capaciteitsverhoging in Mount Pleasant (VS) hO&G: Wrijvingsreductiecapaciteit in West-Texas (VS) Toelichting F17 Overige kasstromen uit financieringsactiviteiten De €34 miljoen overige kasstromen uit financieringsactiviteiten in 2024 (€(337) miljoen in 2023) hebben voornamelijk betrekking op marge stortingen op afdekkingsinstrumenten in het kader van de activiteiten van Energy Services voor €38 miljoen (€(317) miljoen in 2023). Voor de handel in futures van verschillende grondstoffen (CO2, energie, gas en kolen) maakt Energy Services gebruik van makelaars. Deze deals zijn onderhevig aan marge-stortingen. Om het kredietrisico van de tegenpartij te dekken, betalen makelaars een marge-storting aan Solvay als het instrument voor Solvay in-the-money staat. Als het instrument echter out-of-the-money staat, betaalt Solvay een marge-storting aan de makelaars. De marge stortingen worden gepresenteerd als onderdeel van de financiële schuld (zie toelichting F33 Nettoschuld). Kasstromen afkomstig van marge-stortingen worden opgenomen als Overige kasstromen uit financieringsactiviteiten. Deze fluctueert met de reële waarde van het instrument. De daadwerkelijke afwikkeling van de grondstofderivaten vindt plaats na aftrek van de marge-stortingen en het brutobedrag (inclusief marge stortingen geherklasseerd uit Overige kasstromen uit financieringsactiviteiten) wordt opgenomen in operationele kasstromen. Toelichting op het geconsolideerd overzicht van de financiële positie Toelichting F18 Immateriële activa f Grondslagen voor de financiële verslaggeving Een immaterieel actief is een identificeerbaar niet-monetair actief zonder fysieke vorm. Het is identificeerbaar wanneer het kan worden afgescheiden, d.w.z. het kan worden afgescheiden of losgemaakt van de Groep, of wanneer het ontstaat uit contractuele of andere juridische rechten. Een immaterieel actief zal alleen worden opgenomen indien: (a)het waarschijnlijk is dat de verwachte toekomstige economische voordelen die toe te schrijven zijn aan het actief naar de Groep zullen vloeien; en (b)de kostprijs van het actief op een betrouwbare manier kan worden gewaardeerd. Immateriële activa die verworven of intern ontwikkeld werden, worden initieel gewaardeerd tegen kostprijs. De kostprijs van een verworven immaterieel actief omvat de aankoopprijs, de invoerrechten en niet-terugbetaalbare aankoopbelastingen, na aftrek van handels- en andere kortingen, en alle rechtstreeks toerekenbare kosten om het actief geschikt te maken voor het beoogde gebruik. Uitgaven na initiële opname op immateriële activa worden enkel opgenomen als het waarschijnlijk is dat ze de toekomstige economische voordelen verbonden aan het specifieke actief doen toenemen. Andere uitgaven worden ten laste genomen wanneer ze worden opgelopen. Na hun initiële opname worden immateriële activa gewaardeerd tegen kostprijs, verminderd met de gecumuleerde afschrijvingen en eventuele bijzondere waardeverminderingsverliezen. Immateriële activa worden lineair afgeschreven over hun geschatte gebruiksduur, die niet langer is dan hun eventuele contractuele looptijd. De geschatte gebruiksduur, de restwaarde en de afschrijvingsmethode worden op elk jaareinde herzien, en elke wijziging in de schattingen wordt op prospectieve basis verwerkt. Patenten en merken 2-20 jaren Software 3-5 jaren Ontwikkelingskosten 2-5 jaren Klantenrelaties 5-29 jaren Overige immateriële activa - Technologie 5-20 jaren De afschrijvingskosten worden in de geconsolideerde winst- en verliesrekening opgenomen onder kostprijs van de omzet, administratieve kosten, kosten voor onderzoek en ontwikkeling en overige operationele winsten en verliezen. Het actief wordt getest op bijzondere waardevermindering indien (a) er een aanwijzing is voor bijzondere waardevermindering en (b) jaarlijks voor projecten onder ontwikkeling (zie toelichting F23 Bijzondere waardeverminderingen). Immateriële activa worden uit het geconsolideerde overzicht van de financiële positie verwijderd bij vervreemding of wanneer er in de toekomst naar verwachting geen economisch voordeel meer gehaald zal worden uit het gebruik of de vervreemding ervan. De winst of het verlies als gevolg van de verwijdering van een immaterieel actief uit de balans wordt opgenomen in de winst- en verliesrekening op het tijdstip van verwijdering uit de balans. Kosten van onderzoek en ontwikkeling Onderzoekskosten worden als kosten in de winst- en verliesrekening opgenomen in de periode waarin ze worden gemaakt. Ontwikkelingskosten worden alleen opgenomen als activa als aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan: •de kostprijs van het actief kan op een betrouwbare manier worden bepaald; •de technische haalbaarheid van het product is bewezen; •het product of proces zal gecommercialiseerd worden of intern worden aangewend; •er wordt verwacht dat de activa toekomstige economische voordelen zullen genereren (bv. er bestaat een potentiële markt voor het product of het nut voor interne aanwending is bewezen); •de nodige technische, financiële en andere middelen zijn aanwezig om het project te finaliseren. Deze ontwikkelingskosten omvatten personeelskosten, materiaalkosten en diensten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de projecten, en een gepast aandeel in de algemene kosten, met inbegrip, en waar van toepassing, van financieringskosten. De immateriële activa worden afgeschreven vanaf het moment waarop zij beschikbaar zijn voor gebruik, d.w.z. zodra zij ter plaatse zijn en in de juiste staat om te kunnen functioneren op de manier die het management voor ogen had. Ontwikkelingskosten die niet aan de bovenvermelde criteria voldoen, worden ten laste genomen wanneer ze worden opgelopen. Patenten, handelsmerken en klantenrelaties Deze immateriële activa zijn voornamelijk verworven door bedrijfscombinaties. Klantenrelaties bestaan uit klantenlijsten. Overige immateriële activa Overige immateriële activa bestaan voornamelijk uit technologie, afzonderlijk verkregen of uit bedrijfscombinaties. In de onderstaande tabel omvatten de investeringen en afschrijvingen in 2023 de posten van de Specialty Activiteiten tot aan de Partiële Splitsing. In € miljoen Ontwikkelingskosten Merken en octrooien Klantenrelaties Andere immateriële activa Totaal Brutoboekwaarde 31 december 2022 577 1 744 2 066 765 5 153 Investeringen 71 1 33 105 Buitengebruikstelling en vervreemding -66 -74 -100 -239 Verwervingen via bedrijfscombinaties 0 0 0 0 Wisselkoersverschillen -3 -25 -37 -14 -80 Partiële Splitsing -482 -1 079 -1 781 -582 -3 924 Andere 1 5 -10 -4 Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 0 0 0 0 31 december 2023 98 572 248 92 1 010 Investeringen 9 0 4 13 Buitengebruikstelling en vervreemding -2 0 0 -3 Verwervingen via bedrijfscombinaties 0 0 3 3 Wisselkoersverschillen -1 3 0 1 4 Andere 1 25 7 33 Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 0 0 0 0 31 december 2024 105 601 248 107 1 060 Cumulatieve afschrijvingen 31 december 2022 -277 -1 155 -1 061 -611 -3 104 Afschrijvingen -54 -72 -85 -17 -228 Bijzondere waardeverminderingen 0 0 0 0 0 Terugneming bijzondere waardeverminderingen 0 0 0 0 Buitengebruikstelling en vervreemding 61 74 100 235 Wisselkoersverschillen 1 13 16 13 43 Partiële Splitsing 223 651 887 485 2 246 Andere 0 24 -25 0 Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 0 0 0 0 31 december 2023 -45 -466 -244 -55 -809 Afschrijvingen -7 -14 -1 -6 -29 Bijzondere waardeverminderingen 0 -1 0 -1 -1 Terugneming bijzondere waardeverminderingen 0 0 0 0 Buitengebruikstelling en vervreemding 2 0 0 2 Wisselkoersverschillen 0 2 0 -1 1 Andere 0 -8 -1 -9 Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 0 0 0 0 31 december 2024 -50 -486 -245 -62 -843 Nettoboekwaarde 31 december 2022 300 590 1 005 154 2 049 31 december 2023 52 107 5 37 201 31 december 2024 55 115 2 45 217 De rubriek "Andere" omvat voornamelijk wijzigingen als gevolg van portfoliotransacties. Toelichting F19 Goodwill en bedrijfscombinaties f Grondslagen voor de financiële verslaggeving Goodwill Goodwill ontstaan uit een bedrijfscombinatie wordt opgenomen als een actief op het moment dat de zeggenschap wordt verkregen (de overnamedatum). Goodwill is het verschil tussen het totaal van: (a)de overgedragen vergoeding; (b)het bedrag van minderheidsbelangen in de overgenomen partij; en (c)bij een bedrijfscombinatie in verschillende fasen, de reële waarde op de overnamedatum van het voorheen aangehouden belang in de overgenomen partij, en het door de Groep verworven aandeel in de reële waarde van de netto identificeerbare activa van de entiteit op de overnamedatum. Goodwill wordt niet afgeschreven maar wordt getest op bijzondere waardevermindering. Dat gebeurt elk jaar of vaker indien er aanwijzingen zijn van bijzondere waardevermindering. Voor het testen op bijzondere waardevermindering wordt goodwill toegewezen aan de Groep ‘s kasstroomgenererende eenheden (of een groep van kasstroomgenererende eenheden) in overeenstemming met IAS 36 Bijzondere waardevermindering van activa. Een kasstroomgenererende eenheid (KGE) is de kleinste identificeerbare groep van activa die een instroom van kasmiddelen genereert die in ruime mate onafhankelijk is van de instroom van kasmiddelen van andere activa of groepen van activa. Deze testen bestaan erin om de boekwaarde van activa of (groepen van) KGE’s te vergelijken met hun realiseerbare waarde. De realiseerbare waarde van een actief of een (groep van) KGE(‘s) is de hoogste waarde van de reële waarde minus de verkoopkosten en zijn bedrijfswaarde. Indien de realiseerbare waarde van een KGE lager is dan de boekwaarde ervan, wordt het bijzondere waardeverminderingsverlies eerst in mindering gebracht van de boekwaarde van de goodwill die aan de eenheid werd toegewezen. Daarna wordt de bijzondere waardevermindering toegewezen aan de andere vaste activa die tot de eenheid behoren, evenredig met hun boekwaarde. Wanneer eenmaal een bijzonder waardeverminderingsverlies voor goodwill is opgenomen, wordt dat in een latere periode niet teruggenomen. Activa aangehouden voor verkoop omvatten de betreffende goodwill. Bij de verkoop van een activiteit binnen een KGE waaraan goodwill werd toegekend, dient het overeenstemmende deel van de goodwill in rekening te worden gebracht bij de berekening van de winst of het verlies op de vervreemding. Deze wordt berekend op basis van de relatieve waarde van de verkochte activiteit en van het aandeel in de KGE dat niet wordt vervreemd, tenzij een andere methode beter is om de goodwill van de vervreemde activiteit weer te geven. Goodwill – overzicht In € miljoen Totaal 31 december 2022 3 472 Toevoeging 2 Wisselkoersverschillen -36 Buitenvervreemding 0 Bijzondere waardeverminderingen -38 Partiële Splitsing -2 637 31 december 2023 764 Toevoeging 18 Wisselkoersverschillen 0 Buitenvervreemding 0 Bijzondere waardeverminderingen 0 31 december 2024 782 In 2023 zijn de wisselkoersverschillen vooral toe te schrijven aan de goodwill uitgedrukt in Amerikaanse dollars, die zich in de Specialty Activiteiten bevindt. Zie Toelichting F23 voor meer informatie over de bijzondere waardevermindering. Bedrijfscombinaties in 2024 In maart 2024 verhoogde de Groep zijn belang in zijn investering verwerkt volgens de vermogensmutatiemethode in Shandong Huatai Interox Chemical Co. met 10% van 50% tot 60%, voor een bedrag van €4 miljoen. De transactie leidde ertoe dat Solvay de zeggenschap verkreeg over de juridische entiteit. De overname werd geboekt als een bedrijfscombinatie die in fasen tot stand kwam en resulteerde in een winst van €10 miljoen op het niet langer opnemen van de deelneming en de opname van €18 miljoen goodwill en €3 miljoen immateriële activa op basis van de reële waarde van de entiteit bij consolidatie. De Groep heeft de toewijzing van de aankoopprijs afgerond in december 2024 en heeft geen materiële wijziging opgenomen. Goodwill per (groep van) KGE('s) De goodwill die ontstaat bij een bedrijfscombinatie wordt bij de overname toegewezen aan de KGE of groepen KGE’s die naar verwachting zullen profiteren van de voordelen van de bedrijfscombinatie. In € miljoen 2024 Openingsbalans Toevoeging Bijzondere waardeverminderingen Wisselkoersverschillen Eindbalans Special Chem 275 -1 275 Soda Ash & Derivatives 237 237 Coatis 82 82 Silica 72 72 Energy Services 0 0 Hydrogen Peroxide Europe 37 37 Hydrogen Peroxide Mercosul 27 27 Hydrogen Peroxide Nafta 15 15 Hydrogen Peroxide Asia 19 18 0 37 Totaal goodwill 764 18 0 0 782 In € miljoen 2023 Openingsbalans Toevoeging Bijzondere waardeverminderingen Wisselkoersverschillen Overdracht Partiële Splitsing Eindbalans Operationele Segmenten - Groepen van KGE's Materials 341 -341 0 Chemicals 121 -121 0 Solutions 264 -65 -199 0 (Groepen van) KGE's Composite Materials 591 -15 -577 0 Novecare 565 2 -3 -564 0 Technology Solutions 734 -17 -716 0 Special Chem 210 0 65 275 Specialty Polymers 181 -1 -180 0 Soda Ash & Derivatives 162 75 237 Coatis 82 82 Silica 72 72 Aroma Performance 49 -49 0 Energy Services 50 -38 -12 0 Hydrogen Peroxide Europe 21 17 37 Hydrogen Peroxide Mercosul 14 14 27 Hydrogen Peroxide Nafta 7 8 15 Hydrogen Peroxide Asia 11 0 8 19 Totaal goodwill 3 472 2 -38 -35 0 -2 637 764 Zie Toelichting F23 Bijzondere waardeverminderingen. Als gevolg van de Partiële Splitsing van de Specialty Activiteiten, doorgevoerd in december 2023, heeft de Groep haar operationele segmenten opnieuw ingedeeld zoals beschreven in Toelichting F1 Omzet en informatie per segment. De herschikking resulteerde in de herallocatie van goodwill op segmentniveau van €186 miljoen (zie €121 miljoen + €65 miljoen in kolom Overdracht in de 2023 tabel) aan de kasstroomgenererende eenheden op basis van een relatieve waardebenadering (respectievelijke reële waarden). De herallocatie had geen significante invloed op de uitgevoerde analyse op bijzondere waardevermindering. Toelichting F20 Materiële vaste activa fGrondslagen voor de financiële verslaggeving Algemeen Materiële vaste activa zijn vaste activa die: •worden aangehouden voor gebruik voor de productie of levering van goederen of diensten, voor verhuur aan anderen, of voor administratieve doeleinden; en •naar verwachting meer dan één periode gebruikt zullen worden. Materiële vaste activa in eigendom van de Groep worden als materiële vaste activa opgenomen als aan de volgende voorwaarden voldaan is: •het is waarschijnlijk dat de toekomstige economische voordelen van het actief naar de Groep zullen vloeien; •de kostprijs van het actief op een betrouwbare manier kan worden gewaardeerd. Materiële vaste activa worden aanvankelijk gewaardeerd tegen kostprijs. De kostprijs van een materieel vast actief omvat de aankoopprijs en alle rechtstreeks toerekenbare kosten om het actief ter plaatse en in de nodige staat te brengen om te kunnen functioneren op de manier die het management voor ogen heeft. In voorkomend geval omvatten deze kosten ook de tijdens de constructieperiode opgelopen financieringskosten. Na de initiële eerste opname worden materiële vaste activa gewaardeerd tegen kostprijs min de gecumuleerde afschrijvingen en eventuele bijzondere waardeverminderingsverliezen. Materiële vaste activa worden lineair afgeschreven over hun verwachte gebruiksduur. De onderdelen van een materieel vast actief met een verschillende gebruiksduur worden afzonderlijk afgeschreven. Terreinen worden niet afgeschreven. De geschatte gebruiksduur, restwaarde en afschrijvingsmethoden worden op elk jaareinde herzien, waarbij ook rekening wordt gehouden met de mogelijke impact van de klimaatverandering, met inbegrip van de uitvoering van Solvay's duurzaamheidsstrategie (zie Toelichting Overwegingen inzake klimaatverandering in de IFRS algemene grondslagen voor financiële verslaggeving). Elke wijziging in de schattingen wordt op prospectieve basis verwerkt. Binnen de groep Land en gebouwen Gebouwen 30-40 jaren Binnen de groep Uitrustingsgoederen en installaties Informaticamateriaal 3-5 jaren Machines en uitrusting 10-20 jaren Transportmaterieel 5-20 jaren De afschrijvingskosten worden in de geconsolideerde winst- en verliesrekening opgenomen onder kostprijs van de omzet, administratieve kosten, en kosten van onderzoek en ontwikkeling. Het actief wordt getest op bijzondere waardevermindering indien er een aanwijzing is voor bijzondere waardevermindering (zie toelichting F23 Bijzondere waardeverminderingen). Materiële vaste activa worden niet langer opgenomen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie bij vervreemding of wanneer er in de toekomst naar verwachting geen economisch voordeel meer gehaald zal worden uit het gebruik of de vervreemding ervan. De winst of het verlies als gevolg van het niet langer opnemen in het overzicht van de financiële positie van een materieel vast actief wordt in de winst- en verliesrekening opgenomen op het tijdstip van verwijdering uit de balans. Kosten na initiële opname Kosten na initiële opname op materiële vaste activa worden enkel opgenomen als het waarschijnlijk is dat ze de toekomstige economische voordelen verbonden aan het specifieke actief doen toenemen. Andere uitgaven worden ten laste genomen wanneer ze worden opgelopen. Kosten opgelopen na initiële opname voor de vervanging van een onderdeel van een materieel vast actief worden enkel opgenomen als een actief als het voldoet aan de bovenstaande opnamecriteria. De boekwaarde van het vervangen onderdeel wordt uit de balans verwijderd. Herstel- en onderhoudskosten worden in de geconsolideerde winst- en verliesrekening opgenomen wanneer ze worden opgelopen. Voor haar industriële activiteit loopt Solvay kosten op voor grote herstellingen die over verschillende jaren lopen voor de meeste sites. Het doel van deze uitgaven is om de goede werking van bepaalde installaties te vrijwaren zonder dat de gebruiksduur wordt geïmpacteerd. De uitgaven worden beschouwd als een specifiek onderdeel van het materieel vast actief en worden afgeschreven over de periode waarin de economische voordelen naar verwachting genoten zullen worden, d.w.z. de periode tussen de grote herstellingen. Ontmantelings- en saneringskosten Ontmantelings- en saneringskosten worden opgenomen in de kostprijs van een materieel vast actief als de Groep een juridische of feitelijke verplichting heeft om te ontmantelen of te saneren. Ze worden afgeschreven over de gebruiksduur van het actief waartoe ze behoren. Doorgaans zal de verplichting van Solvay om zijn sites te ontmantelen of te saneren waarschijnlijk pas ontstaan wanneer de activiteiten van een installatie stopgezet worden. De kosten voor de ontmanteling van beëindigde sites of installaties wordt echter wel opgenomen als er een juridische verplichting (als gevolg van een verzoek of een rechterlijk bevel van de relevante autoriteiten) is, of als er geen technisch alternatief bestaat dan het ontmantelen om veiligheidsvoorschriften van de beëindigde sites of installaties te vrijwaren. In de onderstaande tabel omvatten de investeringen en afschrijvingen de posten van de Specialty Activiteiten tot aan de Partiële Splitsing. In € miljoen Terreinen en gebouwen Uitrustingsgoederen en installaties Andere materiële vaste activa Vaste activa in aanbouw Totaal Brutoboekwaarde 31 december 2022 3 021 10 648 425 1 033 15 128 Investeringen 77 136 7 777 998 Buitengebruikstelling en vervreemding -23 -216 -17 -3 -258 Verwervingen via bedrijfscombinaties 0 1 0 0 1 Wisselkoersverschillen -35 -126 -4 -16 -181 Partiële Splitsing -1 516 -5 458 -186 -955 -8 115 Andere 68 393 20 -354 128 Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 0 0 0 0 0 31 december 2023 1 593 5 379 246 483 7 700 Investeringen 8 39 4 201 252 Buitengebruikstelling en vervreemding -6 -87 -5 0 -99 Verwervingen via bedrijfscombinaties 0 0 0 0 0 Wisselkoersverschillen 3 24 -1 12 39 Andere 42 136 15 -160 33 Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 0 0 0 0 0 31 december 2024 1 640 5 491 260 536 7 925 Cumulatieve afschrijvingen 31 december 2022 -1 648 -7 818 -351 0 -9 816 Afschrijvingen -76 -459 -22 -557 Bijzondere waardeverminderingen -11 -44 -2 -57 Terugneming bijzondere waardeverminderingen 0 0 0 0 Buitengebruikstelling en vervreemding 18 214 16 249 Wisselkoersverschillen 16 87 3 105 Partiële Splitsing 694 3 788 153 4 634 Andere -19 -90 -5 -114 Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 0 0 0 0 31 december 2023 -1 027 -4 323 -206 0 -5 556 Afschrijvingen -35 -178 -13 -226 Bijzondere waardeverminderingen -6 -36 0 -42 Terugneming bijzondere waardeverminderingen 0 1 0 1 Buitengebruikstelling en vervreemding 6 86 5 97 Wisselkoersverschillen -2 -20 1 -21 Andere -3 -27 0 -29 Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 0 0 0 0 31 december 2024 -1 066 -4 496 -213 0 -5 776 Nettoboekwaarde 31 december 2022 1 373 2 830 75 1 033 5 311 31 december 2023 566 1 056 39 483 2 145 31 december 2024 574 995 46 536 2 150 In 2024 en 2023 werden geen financieringskosten geactiveerd. Zie Toelichting F1 voor de uitsplitsing van de investeringen per segment. Onder "Andere" vallen onder meer veranderingen ten gevolge van portefeuilletransacties en herclassificatie van materiële vaste activa in aanbouw naar de juiste categorieën wanneer deze klaar zijn voor het beoogde gebruik. De investeringen en afschrijvingen van 2023 omvatten de bedragen met betrekking tot de Specialty Businesses tot de Partiële Splitsing op 8 december 2023. Toelichting F21 Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa en leaseverplichtingen f Grondslagen voor de financiële verslaggeving Definitie van een leaseovereenkomst Bij het aangaan van een contract, wat meestal samenvalt met de datum waarop het contract wordt ondertekend, moet de Groep beoordelen of het contract een leaseovereenkomst is of bevat. Een contract is of bevat een leaseovereenkomst indien het contract in ruil voor een vergoeding het recht verleent gedurende een bepaalde periode de zeggenschap over het gebruik van een geïdentificeerd actief uit te oefenen. Een actief wordt gewoonlijk geïdentificeerd doordat dit uitdrukkelijk in een contract is gespecificeerd. Een actief kan echter ook worden geïdentificeerd doordat dit impliciet wordt gespecificeerd op het moment dat het voor gebruik door de klant beschikbaar wordt gesteld. Indien de leverancier het materiële recht heeft het actief te vervangen, dan is het actief niet geïdentificeerd. Een materieel substitutierecht betekent dat (a) de leverancier in de praktijk over de gehele gebruiksperiode over de mogelijkheid beschikt om activa te substitueren, en (b) de leverancier een economisch voordeel heeft bij de uitoefening van dit recht. Om te beoordelen of een contract het recht verleent om de zeggenschap over het gebruik van een geïdentificeerde actief uit te oefenen, moet de Groep beoordelen of het gedurende de gehele gebruiksperiode: •het recht heeft om vrijwel alle economische voordelen uit het gebruik van het geïdentificeerde actief te verkrijgen; en •het recht heeft om het gebruik van het geïdentificeerde actief te bestemmen. Dit is over het algemeen het geval wanneer de Groep het besluitvormingsrecht heeft over de gebruikswijze en het gebruiksdoel van het actief. De geleasede activa van de Groep betreffen voornamelijk gebouwen, transportmiddelen, en industriële uitrustingen. Leaseperiode De Groep bepaalt de leaseperiode als de niet-opzegbare periode van een leaseovereenkomst, samen met: •de periodes die onder een optie tot verlenging van de leaseovereenkomst vallen als het redelijk zeker is dat de Groep deze optie zal uitoefenen; en •de periodes die onder een optie tot beëindiging van de leaseovereenkomst vallen als het redelijk zeker is dat de Groep deze optie niet zal uitoefenen. In haar beoordeling neemt de Groep onder meer de volgende factoren in overweging (niet-exhaustief): •contractvoorwaarden voor de optionele periodes in vergelijking met marktconforme leaseprijzen; •significante verbeteringen aan het geleasede actief die tijdens de looptijd van het contract worden aangebracht (of naar verwachting zullen worden aangebracht); •aan de beëindiging van de leaseovereenkomst verbonden kosten, zoals verhuiskosten, kosten voor het identificeren van een ander onderliggend actief dat aan de behoeften van de Groep beantwoordt, kosten voor het integreren van een nieuw actief in de bedrijfsactiviteiten van de Groep en boetes voor het beëindigen van de leaseovereenkomst; •het belang van dat onderliggende actief voor de bedrijfsactiviteiten van de Groep, en of er geschikte alternatieven beschikbaar zijn; •aan de uitoefening van de optie verbonden voorwaarden (d.w.z. wanneer de optie alleen kan worden uitgeoefend indien aan één of meer voorwaarden is voldaan) en de waarschijnlijkheid dat deze voorwaarden zich zullen voordoen; en •in het verleden bestendig gevolgde gedragslijnen. Met een gebruiksrecht overeenstemmend actief en leaseverplichting De Groep neemt een met een gebruiksrecht overeenstemmend actief en een leaseverplichting op de aanvangsdatum, zijnde de datum waarop de lessor het actief beschikbaar stelt voor gebruik aan de Groep, met uitzondering van kortlopende leaseovereenkomsten (gedefinieerd als leaseovereenkomsten met een looptijd van 12 maanden of minder) en leaseovereenkomsten betreffende activa met een lage waarde. De met een gebruiksrecht overeenstemmende activa worden afzonderlijk gepresenteerd in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie, en de leaseverplichtingen worden gepresenteerd in de Financiële schulden. Met een gebruiksrecht overeenstemmend actief Het met een gebruiksrecht overeenstemmend actief wordt initieel gewaardeerd tegen kostprijs, bestaand uit: •het bedrag van de eerste waardering van de leaseverplichting; •alle op of voor de aanvangsdatum verrichte leasebetalingen, verminderd met alle ontvangen lease-incentives; en •alle door de Groep gemaakte initiële directe kosten. Na de aanvangsdatum wordt het met een gebruiksrecht overeenstemmend actief gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met eventuele geaccumuleerde afschrijvingen en geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa worden afgeschreven conform de lineaire afschrijvingsmethode, vanaf de aanvangsdatum tot (a) het eind van de gebruiksduur van het onderliggende actief, in het geval de eigendom van het onderliggende actief aan het eind van de leaseperiode wordt overgedragen aan de Groep, of de leaseovereenkomst een aankoopoptie bevat waarbij het redelijk zeker is dat de Groep deze optie zal uitoefenen, of in alle overige gevallen (b) het einde van de gebruiksduur of, indien eerder, het einde van de leaseperiode. Leaseverplichting De leaseverplichting wordt initieel gewaardeerd tegen de contante waarde van de leasebetalingen die op aanvangsdatum niet zijn verricht, gedisconteerd op basis van de impliciete rentevoet van de leaseovereenkomst of, indien de rentevoet niet op eenvoudige wijze kan worden bepaald, de marginale rentevoet voor de betreffende Groepsentiteit. Leasebetalingen die in de waardering van de leaseverplichting zijn opgenomen, bestaan uit: •vaste betalingen verminderd met eventuele te ontvangen lease-incentives; •variabele leasebetalingen die van een index of rentevoet afhankelijk zijn en die bij eerste opname op basis van de index of rentevoet op de aanvangsdatum worden gewaardeerd; •bedragen die naar verwachting door de Groep verschuldigd zullen zijn uit hoofde van restwaardegaranties; •de uitoefenprijs van een aankoopoptie indien het redelijk zeker is dat de Groep deze optie zal uitoefenen; en •betalingen van boetes voor het vroegtijdig beëindigen van de leaseovereenkomst, indien het redelijk zeker is dat de Groep deze optie tot vroegtijdige beëindiging zal uitoefenen. Servicecomponenten (bijv. nutsvoorzieningen, onderhoud, verzekeringen enz.) worden niet in de waardering van de leaseverplichting meegenomen. Na de aanvangsdatum moet de leaseverplichting gewaardeerd worden door: •de boekwaarde te verhogen om de rente op de leaseverplichting weer te geven; •de boekwaarde te verminderen om de verrichte leasebetalingen weer te geven; en •de boekwaarde te herwaarderen om elke herbeoordeling of wijziging van de leaseovereenkomst of de invloed van een herziene index of rentevoet weer te geven. Lease van Palladium De Groep gebruikt palladium, een edelmetaal, voor bepaalde van haar activiteiten. Naast de aankoop van dit palladium sluit de Groep ook verschillende "lease"-overeenkomsten af met financiële instellingen die de Groep het recht geven palladium te gebruiken gedurende een bepaalde periode en het vervolgens terug te geven op het einde van de "lease". Op basis van onze analyse van deze overeenkomsten, vallen deze contracten niet binnen het toepassingsgebied van IFRS 16 Leaseovereenkomsten of IFRS 9 Financiële instrumenten. Bij gebrek aan duidelijke IFRS-richtlijnen heeft de Groep op oordeelkundige wijze bepaald of deze rechten en verplichtingen op bruto- of nettobasis moeten worden verwerkt. Aangezien de Groep tijdens de leaseperiode geen prijsrisico draagt en geen volledige controle heeft over het actief (in overeenstemming met het IFRS Raamwerk), is de Groep van oordeel dat een netto presentatie een beter beeld geeft van de economische realiteit van de transactie. Bijgevolg worden alleen overlopende posten geboekt voor de productieverliezen en de regeneratiekosten en wordt de "lease"-vergoeding opgenomen in de kostprijs van verkopen. In € miljoen Terreinen Gebouwen Transportmiddelen Industriële uitrustingen Andere materiële vaste activa Totaal Brutoboekwaarde 31 december 2022 19 250 289 279 16 852 Toevoegingen 0 17 62 15 7 101 Buitengebruikstelling en vervreemding 0 -25 -16 -18 -2 -62 Verwervingen via bedrijfscombinaties 0 Wisselkoersverschillen 0 -3 -7 -3 0 -14 Partiële Splitsing -11 -170 -82 -133 -12 -409 Andere 0 5 15 -10 1 11 31 december 2023 8 73 261 128 8 479 Toevoegingen 0 2 38 7 3 50 Buitengebruikstelling en vervreemding 0 -3 -16 -5 0 -25 Verwervingen via bedrijfscombinaties 0 0 0 0 0 0 Wisselkoersverschillen 0 0 11 1 0 13 Andere 0 -1 2 2 2 5 Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 0 0 0 0 0 0 31 december 2024 9 70 296 134 13 522 Cumulatieve afschrijvingen 31 december 2022 -5 -115 -148 -100 -9 -377 Afschrijvingen -1 -31 -47 -32 -3 -114 Bijzondere waardeverminderingen 0 -1 0 0 0 -1 Buitengebruikstelling en vervreemding 0 16 16 18 2 53 Wisselkoersverschillen 0 2 3 1 0 6 Partiële Splitsing 4 90 54 67 5 219 31 december 2023 -2 -39 -122 -45 -5 -213 Afschrijvingen 0 -10 -33 -16 -2 -62 Bijzondere waardeverminderingen 0 -4 0 0 0 -4 Buitengebruikstelling en vervreemding 0 3 16 5 0 25 Wisselkoersverschillen 0 0 -5 -1 0 -5 Andere 0 0 0 0 0 0 Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 0 0 0 0 0 0 31 december 2024 -3 -48 -144 -56 -7 -258 Nettoboekwaarde 31 december 2022 14 134 141 178 6 474 31 december 2023 6 34 139 83 3 267 31 december 2024 6 22 152 78 6 264 De Groep huurt voornamelijk gebouwen, die zowel kantoorgebouwen als opslagplaatsen omvatten. Deze leaseovereenkomsten zijn over het algemeen langlopende leaseovereenkomsten en kunnen verlengingsopties omvatten. Daarnaast huurt de Groep transportmiddelen, bestaande voornamelijk uit treinstellen en containers om de producten van de Groep te vervoeren. Industriële uitrustingen bestaan voornamelijk uit activa gebruikt voor nutsvoorzieningen. De leaseovereenkomsten worden in principe onderhandeld door de lokale teams, en omvatten een grote verscheidenheid aan verschillende bepalingen en voorwaarden. Vele leaseovereenkomsten omvatten verlengingsopties en/of beëindigingsopties die de Groep operationele flexibiliteit verstrekken. Dergelijke opties worden in rekening genomen bij de bepaling van de leaseperiode en de leaseverplichting wanneer het redelijk zeker is dat deze zullen worden uitgeoefend. Als de Groep zijn verlengingsopties zou uitoefenen die momenteel niet worden opgenomen in de leaseverplichting, zou de contante waarde van de bijkomende betalingen €25 miljoen bedragen per 31 december 2024 (31 december 2023: €42 miljoen). Afgesloten leaseovereenkomsten die nog niet gestart zijn, bedragen €203 miljoen per 31 december 2024 (€210 miljoen voor 2023) en hebben voornamelijk betrekking op een tweede afvalhoutketel in Duitsland, industriële uitrusting in Frankrijk en terminaldiensten en wagons in de Verenigde Staten. De totale kasuitstromen voor leaseovereenkomsten bedragen €75 miljoen voor 2024, waarvan €63 miljoen betrekking heeft op betalingen van de leaseverplichtingen en €12 miljoen op interestkosten. Informatie met betrekking tot de leaseverplichtingen (langlopend gedeelte van €236 miljoen en kortlopend gedeelte van €70 miljoen) kunnen geraadpleegd worden in Toelichting F32 Financiële instrumenten. Informatie met betrekking tot de financiële kosten op de leaseverplichtingen worden verder beschreven in Toelichting F6 Netto financieringskosten. De cijfers voor 2023 bevatten de bedragen met betrekking tot Specialty Activiteiten tot 8 december 2023. Leaseovereenkomsten met een lage waarde en kortlopende leaseovereenkomsten In 2024 bedroeg de kost voor leases met een lage waarde en kortlopende leases €5 miljoen. Lease van palladium Eind 2024 bedroeg de totale (bruto) waarde van het nog terug te geven geleasede palladium €28 miljoen (eind 2023: €33 miljoen). Het verschil is voornamelijk te wijten aan de wijziging in de marktprijs van de grondstof. Toelichting F22 Geassocieerde deelnemingen en joint ventures De lijst van geassocieerde deelnemingen en joint ventures is beschikbaar onder toelichting F40 Lijst van geconsolideerde entiteiten. De geassocieerde deelnemingen en joint ventures die niet geklasseerd worden als aangehouden voor verkoop/beëindigde bedrijfsactiviteiten worden verwerkt volgens de vermogensmutatiemethode. In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Geassocieerde deelnemingen Joint ventures Totaal Geassocieerde deelnemingen Joint ventures Totaal Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures 47 169 216 42 188 230 Winst uit geassocieerde deelnemingen en joint ventures 4 35 38 3 50 53 Geassocieerde deelneming In € miljoen 2024 2023 1 januari 42 18 Winst van het jaar 4 4 Ontvangen dividenden -1 -1 Wisselkoersverschillen 3 0 Partiële Splitsing 0 20 31 december 47 42 De cijfers in 2023 bevatten de bedragen met betrekking tot de Specialty Activiteiten tot 8 december 2023. Het bedrag in Partiële Splitsing is voornamelijk het gevolg van het verlies van zeggenschap door splitsing en de wijziging van de consolidatiekring van volledige consolidatie naar vermogensmutatiemethode. De tabellen hieronder geven een samenvatting van de financiële informatie van alle geassocieerde deelnemingen en de samengevatte financiële informatie van de belangrijkste geassocieerde ondernemingen. De geassocieerde deelnemingen hadden geen voorwaardelijke verplichtingen of kapitaalverbintenissen per 31 december 2024 en 2023. In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Totaal Waarvan Quingdao Hiwin Solvay Chemicals Waarvan Solvay (Zhenjiang) Chemicals Totaal Waarvan Quingdao Hiwin Solvay Chemicals Waarvan Solvay (Zhenjiang) Chemicals Belang 30% 9% 30% 9% Operationele segment Performance Chemicals Basic Chemicals Performance Chemicals Basic Chemicals Overzicht van de financiële positie Vaste activa 169 22 137 163 24 130 Vlottende activa 242 22 211 231 20 202 Geldmiddelen en kasequivalenten 9 7 1 139 4 135 Langlopende verplichtingen 4 1 1 4 2 1 Langlopende financiële schulden 2 0 1 2 0 0 Kortlopende verplichtingen 89 16 68 86 20 61 Kortlopende financiële schulden 4 4 1 4 4 0 Netto activa 319 27 279 304 23 270 Boekwaarde van het belang in de geassocieerde deelnemingen 47 8 26 42 7 25 Winst- en verliesrekening 2024 2023 Omzet 340 52 276 69 54 Afschrijvingen 3 3 0 3 3 Renteopbrengsten uit leningen en termijnbeleggingen 1 0 0 2 0 Winst van het jaar uit voortgezette bedrijfsactiviteiten 29 3 25 3 1 Winst van het jaar 29 3 25 3 1 Totaalresultaat 29 3 25 4 1 Ontvangen dividenden 1 0 1 1 0 Deelnemingen in joint ventures In € miljoen 2024 2023 1 januari 188 790 Investeringen 0 0 Kapitaalverhoging / (kapitaalvermindering) 0 -3 Winst van het jaar 35 67 Ontvangen dividenden -20 -24 Wisselkoersverschillen -13 -13 Terugneming van waardevermindering 0 Andere -21 -3 Verkoop van RusVinyl -428 Partiële Splitsing -197 31 december 169 188 De cijfers in 2023 bevatten de bedragen met betrekking tot de Specialty Activiteiten tot 8 december 2023. Het bedrag in Partiële Splitsing bestaat voornamelijk uit de afgesplitste Strata Solvay Advanced Materials en Hindustan Gum & Chemicals. De tabellen hieronder geven een samenvatting van de financiële informatie van de materiële joint ventures. De joint ventures hadden geen voorwaardelijke verplichtingen of kapitaalverbintenissen per 31 december 2024 en 2023. 31 december 2024 Peroxidos do Brasil Ltda Aqua Pharma Group Shinsol Advanced Chemicals In € miljoen Belang 69,40% 50% 51% Operationele segment Basic Chemicals Basic Chemicals Basic Chemicals Overzicht van de financiële positie Vaste activa 125 20 24 Vlottende activa 152 30 3 Geldmiddelen en kasequivalenten 95 17 1 Langlopende verplichtingen 8 2 6 Langlopende financiële schulden 1 0 6 Kortlopende verplichtingen 69 6 2 Kortlopende financiële schulden 11 0 0 Netto activa 199 42 20 Boekwaarde van het belang in de Joint Venture 138 21 10 2024 winst- en verliesrekening Omzet 176 51 0 Afschrijvingen -7 -4 0 Lasten van schulden 0 0 0 Renteopbrengsten uit leningen en termijnbeleggingen 9 0 0 Winstbelastingen -24 -2 0 Winst van het jaar uit voortgezette bedrijfsactiviteiten 49 6 -6 Winst van het jaar 49 6 -6 Andere elementen van het totaalresultaat -12 5 0 Totaalresultaat 38 11 -6 Ontvangen dividenden 20 0 0 Andere elementen van het totaalresultaat bestaan voornamelijk uit wisselkoersverschillen. 31 december 2023 Peroxidos do Brasil Ltda Shandong Huatai Interox Chemical Co. Ltd Aqua Pharma Group Shinsol Advanced Chemicals In € miljoen Belang 69,40% 50% 50% 51% Operationele segment Basic Chemicals Basic Chemicals Basic Chemicals Performance Chemicals Overzicht van de financiële positie Vaste activa 121 7 24 22 Vlottende activa 144 28 20 6 Geldmiddelen en kasequivalenten 84 22 9 6 Langlopende verplichtingen 8 - 2 4 Langlopende financiële schulden 1 0 0 4 Kortlopende verplichtingen 50 10 5 2 Kortlopende financiële schulden 6 0 0 0 Netto activa 206 25 38 23 Boekwaarde van het belang in de Joint Venture 143 12 19 12 2023 winst- en verliesrekening Omzet 195 40 32 0 Afschrijvingen -7 -1 -3 0 Lasten van schulden 0 0 0 0 Renteopbrengsten uit leningen en termijnbeleggingen 8 0 0 0 Winstbelastingen -23 -3 -2 0 Winst van het jaar uit voortgezette bedrijfsactiviteiten 56 8 -2 -2 Winst van het jaar 56 8 -2 -2 Andere elementen van het totaalresultaat 4 0 -3 0 Totaalresultaat 61 8 -5 -2 Ontvangen dividenden 18 2 0 0 Andere elementen van het totaalresultaat bestaan voornamelijk uit wisselkoersverschillen. Afwikkeling van juridische geschillen Peroxidos do Brasil en Solvay Brasil schikten de antitrustzaken met CADE (de Braziliaanse antitrustautoriteit). De overeenkomstige bedragen en de juridische kosten werden opgenomen in en aangepast aan de bestaande voorzieningen, met een gezamenlijk effect van €3,6 miljoen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening van 2024. Zie ook de sectie Geschillen in het hoofdstuk Risicobeheer van het Geïntegreerd Jaarverslag voor bijkomende details. Toelichting F23 Bijzondere waardeverminderingen fGrondslagen voor de financiële verslaggeving Algemeen Op het einde van elke verslagperiode evalueert de Groep of er indicaties zijn voor een mogelijk bijzonder waardeverminderingsverlies van een actief. Indien dergelijke indicaties bestaan, dan wordt de realiseerbare waarde van het actief geschat, om zo de omvang van het eventuele bijzondere waardeverminderingsverlies te bepalen. Waar het niet mogelijk is om de realiseerbare waarde van een individueel actief te bepalen, bepaalt de Groep de realiseerbare waarde van de KGE waartoe het betreffende actief behoort. Waar een redelijke en consistente toewijzingsbasis kan worden bepaald, worden de algemene bedrijfsactiva toegewezen aan de individuele KGE’s, of aan de kleinste groep van KGE’s waarvoor een redelijke en consistente toewijzingsbasis kan worden bepaald. De realiseerbare waarde is de hoogste waarde van de reële waarde minus de verkoopkosten van het actief en de bedrijfswaarde. Bij beoordeling van de bedrijfswaarde worden de geschatte toekomstige kasstromen verdisconteerd tot hun contante waarde, gebruikmakend van een disconteringsvoet voor belastingen. Toekomstige kasstromen worden aangepast voor risico’s die niet worden meegenomen in de disconteringsvoet. Indien wordt geschat dat de realiseerbare waarde van een actief (of KGE) lager is dan de boekwaarde, wordt de boekwaarde van het actief (of KGE) gereduceerd tot de realiseerbare waarde ervan. Een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt onmiddellijk opgenomen in winst of verlies. Wanneer een bijzonder waardeverminderingsverlies opgenomen in vroegere boekjaren wordt teruggenomen, wordt de boekwaarde van het actief (of KGE) gebracht tot de herziene geschatte realiseerbare waarde, voor zover de verhoogde boekwaarde niet hoger ligt dan de boekwaarde die (na aftrek van afschrijvingen) zou zijn bepaald als in voorgaande jaren geen bijzonder waardeverminderingsverlies voor het actief (of KGE) was opgenomen. Een terugname van een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt onmiddellijk opgenomen in winst of verlies. Een bijzonder waardeverminderingsverlies op goodwill wordt niet teruggenomen in een volgende periode. Activa anders dan vaste activa aangehouden voor verkoop In overeenstemming met IAS 36 Bijzondere waardevermindering van activa stemt de realiseerbare waarde van materiële vaste activa, immateriële activa, met een gebruiksrecht overeenstemmende activa, KGE’s of groepen van KGE’s, inclusief goodwill, en investeringen geconsolideerd volgens de vermogensmutatie-methode overeen met de hoogste van de reële waarde verminderd met de verkoopkosten en de bedrijfswaarde. De bedrijfswaarde is gelijk aan de contante waarde van de toekomstige kasstromen die verwacht worden van elk actief, elke KGE of groep van KGE’s, en ze wordt bepaald aan de hand van de volgende inputs: •bedrijfsplan goedgekeurd door het management op grond van veronderstellingen ten aanzien van groei en rentabiliteit, waarbij rekening wordt gehouden met prestaties uit het verleden, wijzigingen in de prognoses van de economische omgeving en de verwachte marktontwikkelingen, met inbegrip van opportuniteiten en risico’s verbonden aan klimaatverandering (rekening houdende met Solvay's duurzaamheidsstrategie - zie Toelichting Overwegingen inzake klimaatverandering in de IFRS algemene grondslagen voor financiële verslaggeving) en milieuvoorschriften, zoals de geleidelijke afschaffing van producten. Voor bijkomende details verwijzen we naar Risicobeheer. Een dergelijk bedrijfsplan dekt over het algemeen vijf jaar, tenzij het management voldoende vertrouwen heeft in prognoses op langere termijn; •bepaling van een eindwaarde (terminal value) op basis van de kasstromen die verkregen worden door het extrapoleren van de kasstromen van de laatste jaren van het hiervoor vermelde bedrijfsplan, waarbij rekening wordt gehouden met een groeivoet op lange termijn van toepassing op de activiteit en de locatie van de activa; • verdisconteren van verwachte kasstromen aan een disconteringsvoet die bepaald wordt op basis van de formule van de gewogen gemiddelde kapitaalkosten. Disconteringsvoet De gewogen gemiddelde kapitaalkosten (WACC) wordt geschat op basis van een uitgebreide benchmarking met sectorgenoten, op grond waarvan het management het volgende heeft geconcludeerd: hEen korte termijn WACC van 7,9% werd in 2024 gebruikt om de verwachte kasstromen van de eerste vier jaar te verdisconteren en wordt berekend op basis van de geldende disconteringsvoeten.; hEen lange termijn WACC van 8,15% werd in 2024 gebruikt om de verwachte kasstromen te verdisconteren vanaf het vijfde jaar en voor de Eindwaarde en is gebaseerd op de 3-jaars gemiddelden van de belangrijkste parameters (risicovrije rente, bèta's, spreads). 2024 2023 Korte termijn disconteringsvoet (WACC) 7,9% 9,9% Lange termijn disconteringsvoet (WACC) 8,2% 8,2% De daling in de korte termijn WACC is voornamelijk te wijten aan de wijziging in de kapitaalstructuur van de industrie. Langetermijngroeivoeten Na herbeoordeling van de lange-termijngroeivooruitzichten werden de langetermijngroeivoeten vastgesteld op: hCoatis – 0% hPeroxides – 1% hSilica – 1% hSoda Ash – 1% hSpec Chem – 1% Andere belangrijke veronderstellingen zijn specifiek voor elke KGE (nutsprijs, volumes, marge, enz.). Test voor bijzondere waardevermindering 2024 De op 31 december 2024 op KGE-niveau uitgevoerde bijzondere waardeverminderingstests waren gebaseerd op het door de Raad van Bestuur goedgekeurde budget 2025 en het Mid Term Plan 2025-2028. De tests voor bijzondere waardevermindering uitgevoerd op KGE-niveau hebben per 31 december 2024 niet geleid tot een waardevermindering van activa, aangezien de realiseerbare waarde van de (groepen van) KGE's hoger was dan hun boekwaarde. Meer bepaald vertegenwoordigde het verschil tussen de bedrijfswaarde van de (groepen van) KGE's en hun boekwaarde (headroom) in alle gevallen een percentage van de boekwaarde dat hoger lag dan 10%. Bijgevolg zou voor deze (groepen van) KGE's een redelijke wijziging in een belangrijke assumptie met betrekking tot de realiseerbare waarde waarop de (groepen van) KGE's zijn gebaseerd, niet leiden tot een bijzonder waardeverminderingsverlies. Gezien de aanzienlijke headroom werden er geen sensitiviteitsanalyses uitgevoerd. Klimaatgerelateerde zaken werden meegenomen in de waardeverminderingsanalyse voor 2024, maar dit gaf geen aanleiding tot bijzondere waardeverminderingen. Meer in het bijzonder hield de Groep bij de jaarlijkse test op bijzondere waardevermindering rekening met de geplande investeringsuitgaven binnen de KGE Soda Ash & Derivatives in verband met het CO2 neutraliteitsinitiatief. Zoals gedetailleerd in de toelichting over Overwegingen inzake klimaatverandering, heeft het management de impact van de klimaatverandering, en meer bepaald de impact van de uitvoering van Solvay's duurzaamheidsstrategie, in overweging genomen bij de beoordeling van bijzondere waardeverminderingen. Voorts zijn de boekhoudkundige veronderstellingen op lange termijn, met inbegrip van CO2-emissierechten en energieprijzen voor de energie intensieve GBU Soda Ash in overweging genomen, samen met de toegepaste relevante afdekkingen. Rekening houdend met de aanzienlijke headroom op de KGE Soda Ash, is het management van mening dat deze headroom voldoende is om scenario's van klimaatverandering op te vangen. Bijgevolg is er geen sensitiviteit voorzien. Dezelfde oefening werd gedaan voor de andere kasstroomgenererende eenheden en het management is van mening dat er vandaag geen realistische scenario's zijn met betrekking tot klimaatverandering die zouden leiden tot een bijzondere waardevermindering van deze activa. Overige kleine groepen van activa In 2024 heeft de Groep een bijzondere waardevermindering geboekt op enkele materiële vaste activa binnen de KGE Special Chem voor de Fluorine activiteit voor een bedrag van €(9) miljoen en binnen andere niet-kasgenererende activa voor een bedrag van €(36) miljoen. Toelichting F24 Voorraden fGrondslagen voor de financiële verslaggeving De kostprijs van de voorraden omvat de inkoopkosten, conversiekosten en alle andere kosten die voortvloeien uit het transport van de voorraden naar hun huidige locatie en de verwerking van de voorraden tot hun huidige toestand. De waarde van de voorraden wordt bepaald door toepassing van de formule voor de gewogen gemiddelde kostprijs, behalve voor CO2-emissierechten (zie hieronder). Voorraden worden gewaardeerd tegen het laagste van de aankoopkosten (grondstoffen en goederen), de conversiekosten (goederen in bewerking of gereed product), en de netto-opbrengstwaarde. De netto-opbrengstwaarde is de geschatte verkoopprijs, min alle geschatte kosten voor de afwerking en de geschatte verkoopkosten. CO2-emissierechten Met betrekking tot het mechanisme opgezet door de Europese Unie om de producenten aan te zetten hun emissie van broeikasgassen te beperken, worden aan de Groep CO2-emissierechten gratis toegekend. Bij gebrek aan IFRS-standaarden betreffende de administratieve verwerking van CO2-emissierechten, wordt het ‘Handel/Productie’- model gebruikt, waarbij CO2-emissierechten worden gepresenteerd als voorraden als ze binnen de komende 12 maanden in het productieproces zullen worden verbruikt of in “Leningen en andere activa” voor langer dan 12 maanden. De EUA-voorraad wordt geboekt volgens de formule voor de gewogen gemiddelde kostprijs. Het resultaat van de afdekkingsactiviteiten worden in de Andere elementen van het totaalresultaat opgenomen, terwijl de herclassificatie in "overige operationele winsten en verliezen" wordt opgenomen. In het licht van het portefeuillebeheer voor gecentraliseerde CO2-emissierechten, wordt in de jaarrekening van de Groep de netto positie van de Groep weergegeven voor emissierechten die uitwisselbaar zijn tussen dochterondernemingen. Wanneer deze netto positie negatief is, wordt een voorziening opgenomen, gewaardeerd op basis van de verwachte kosten van de terugbetaalde EUA-certificaten. Energy savings certificates (ESCs) Energy savings certificates worden als Gereed product binnen de voorraden gepresenteerd. Ze worden gewaardeerd aan de gewogen gemiddelde kosten. Omdat hun kosten niet afzonderlijk identificeerbaar is en ze een bijproduct zijn, worden ze gewaardeerd aan hun netto opbrengst waarde bij hun initiële opname. In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Gereed product 343 373 Grondstoffen en benodigdheden 305 296 Goederen in bewerking 6 4 Totaal 655 673 Waardeverminderingen -32 -31 Netto totaal 623 642 De CO2-emissierechten bedragen €38 miljoen eind 2024 (€49 miljoen eind 2023) - Dit omvat €14 miljoen voor verplichtingen in 2024 (2023: €12 miljoen) en is opgenomen in de voorraden, en €24 miljoen voor verplichtingen na 2024 (2023: €38 miljoen) en is opgenomen onder de rubriek Leningen en andere activa. De voorraadkost wordt toegelicht in Toelichting F2 Geconsolideerde winst- en verliesrekening volgens aard - op de lijn Gebruikte grond- en hulpstoffen en nutsvoorzieningen. Waardeverminderingen op voorraden zijn opgenomen in de kostprijs van de omzet in de geconsolideerde winst- en verliesrekening. Zie Toelichting F32 Financiële Instrumenten voor verdere informatie over de afdekking van CO2. Toelichting F25 Overige vorderingen (vlottend) In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 BTW en andere belastingen 192 202 Leveranciers voorschotten 32 37 Financiële instrumenten - operationeel 67 56 Verzekeringspremies 23 36 Financiële vorderingen 3 5 Andere 80 127 Overige vlottende vorderingen 396 462 In 2023 omvat de lijn Andere een uitstaande verzekeringsvergoeding van €32 miljoen (zie ook Toelichting F34 Overige Verplichtingen) en Fluor quota van €16 miljoen, die beiden werden overgedragen aan Syensqo in 2024. Financiële instrumenten – operationeel omvatten afgeleide financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden en kasstroomafdekking (zie toelichting F32.A. Overzicht van de financiële instrumenten). Toelichting F26 Activa aangehouden voor verkoop Eind 2024 en 2023 waren er geen activa of verplichtingen geclassificeerd als aangehouden voor verkoop. Toelichting F27 Eigen vermogen fGrondslagen voor de financiële verslaggeving Aandelenkapitaal Gewone aandelen worden geklasseerd als eigen vermogen. Bijkomende kosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de uitgifte van nieuwe aandelen worden in het eigen vermogen opgenomen als een vermindering, na belasting, van de opbrengsten van de uitgifte van aandelen. Reserves De reserves omvatten: •eigen aandelen; •eeuwigdurende hybride obligaties die als eigen vermogen worden geklasseerd indien er geen onvermijdelijke contractuele verplichting is om de hoofdsom en de rente van de hybride obligaties terug te betalen (geen eindvervaldatum, de rente moet jaarlijks betaald worden, maar kan naar eigen goeddunken van de emittent voor onbepaalde tijd uitgesteld worden); •ingehouden winsten; •wisselkoersverschillen in het consolidatieproces met betrekking tot de omrekening van de jaarrekening van buitenlandse activiteiten die uitgedrukt zijn in een functionele valuta andere dan de euro; •de invloed van de herwaardering van de reële waarde van eigen-vermogensinstrumenten tegen reële waarde opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat; •de impact van de herwaardering tegen reële waarde van financiële instrumenten gedocumenteerd als afdekkingsinstrumenten in kasstroomafdekkingen; •actuariële winsten en verliezen van toegezegd-pensioenregelingen. Minderheidsbelangen Onder minderheidsbelangen wordt verstaan het aandeel van minderheidsbelangen in de netto activa en in het totaalresultaat van dochterondernemingen van de Groep. Dit komt overeen met de belangen in dochterondernemingen die geen eigendom zijn van de Onderneming of haar dochterondernemingen. Aantal aandelen (in eenheden) 31 december 2024 31 december 2023 Uitgegeven en volledig betaalde aandelen 105 876 416 105 876 416 Aangehouden eigen aandelen 1 411 344 868 490 De door de Groep aangehouden eigen aandelen zijn in mindering gebracht op het geconsolideerde eigen vermogen. De aandelen uitgegeven door Solvay hebben geen nominale waarde. Eigen aandelen In de loop van 2024 heeft Solvay €39 miljoen eigen aandelen gekocht om zijn blootstelling aan ESPP- en LTI-plannen af te dekken. In de loop van 2024 heeft Solvay ook €13 miljoen eigen aandelen verkocht om zijn verplichtingen na te komen in het kader van de aandelenoptieplannen en heeft het 91 718 aandelen geleverd aan de deelnemers van het ESPP. In de loop van 2023 heeft Solvay € 50 miljoen aan eigen aandelen verkocht om aan zijn verplichtingen voor personeelsbeloningen te voldoen. In het kader van de Partiële Splitsing werden de eigen aandelen in het bezit van een voormalige dochteronderneming van Solvay die aan Syensqo werden overgedragen, tegen hun boekwaarde van €79 miljoen, overgedragen aan Syensqo SA/NV als onderdeel van de Specialty Activiteiten. Als gevolg van de Partiële Splitsing ontving Solvay Stock Option Management SRL ("SSOM"), een 100% dochteronderneming van Solvay, één Syensqo-aandeel voor elk eigen aandeel aangehouden door SSOM met het oog op de indekking van zijn blootstelling aan LTI-plannen. Bijgevolg heeft Solvay een deel van het eigen vermogen (€81 miljoen) in verband met eigen aandelen geherklasseerd naar investeringen tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening. Toelichting F28 Minderheidsbelangen De hierna vermelde bedragen zijn volledig geconsolideerd en zijn vóór de eliminatie van intragroepsverrichtingen. Eind 2024 hadden de volgende materiële dochterondernemingen minderheidsbelangen voor een totaalbedrag van €60 miljoen (van in totaal €65 miljoen). In € miljoen Solvay Lantian (Quzhou) Chemicals Salzgewinnungsgezellschaft Westfalen Shandong Huatai Interox Chemicals Eigendomsbelang aangehouden door minderheidsbelangen 45% 35% 40% Overzicht van de financiële positie Vaste activa 25 55 33 Vlottende activa 60 37 21 Langlopende verplichtingen 4 51 1 Kortlopende verplichtingen 14 6 7 Winst- en verliesrekening Omzet 86 11 28 Winst van het jaar 13 3 16 Andere elementen van het totaalresultaat 2 1 1 Totaalresultaat 15 4 17 Dividenden betaald aan minderheidsbelangen 2 0 0 Deel van de minderheidsbelangen in de winst van het jaar 6 1 2 Gecumuleerde minderheidsbelangen 30 12 18 Eind 2023 hadden de volgende materiële dochterondernemingen minderheidsbelangen voor een totaalbedrag van € 35 miljoen (van in totaal € 42 miljoen). In € miljoen Solvay Lantian (Quzhou) Chemicals Salzgewinnungsgezellschaft Westfalen Eigendomsbelang aangehouden door minderheidsbelangen 45% 35% Overzicht van de financiële positie Vaste activa 26 55 Vlottende activa 47 22 Langlopende verplichtingen 3 41 Kortlopende verplichtingen 15 4 Winst- en verliesrekening Omzet 89 11 Winst van het jaar 10 7 Andere elementen van het totaalresultaat -2 -1 Totaalresultaat 8 6 Dividenden betaald aan minderheidsbelangen 3 0 Deel van de minderheidsbelangen in de winst van het jaar 4 2 Gecumuleerde minderheidsbelangen 24 11 Toelichting F29 Op aandelen gebaseerde betalingen fGrondslagen voor de financiële verslaggeving Solvay heeft verscheidene aandelenoptieplannen opgezet, waaronder in eigen-vermogensinstrumenten en in geldmiddelen afgewikkelde, op aandelen gebaseerde plannen. Bij de in eigen-vermogensinstrumenten afgewikkelde plannen ontvangt de Groep diensten in ruil voor de eigen-vermogensinstrumenten (met name door de uitgifte van aandelenopties). De reële waarde van de diensten geleverd door medewerkers in ruil voor de toekenning van de eigen-vermogensinstrumenten vertegenwoordigt kosten. Deze kosten worden opgenomen op een lineaire basis in de geconsolideerde winst- en verliesrekening over de wachtperiode (vesting period) die betrekking heeft op deze eigen-vermogensinstrumenten ten opzichte van een overeenstemmende aanpassing in het eigen vermogen. De reële waarde van de geleverde diensten wordt bepaald op basis van de reële waarde van de eigen-vermogensinstrumenten op toekenningsdatum. Deze wordt vervolgens niet geherwaardeerd. Op elke verslagdatum schat de Groep opnieuw het aantal aandelenopties dat waarschijnlijk zal worden verworven. De impact van de herziene schattingen wordt opgenomen als winst of verlies met een daarmee overeenstemmende aanpassing in het eigen vermogen. Bij de in geldmiddelen afgewikkelde plannen ontvangt de Groep diensten in ruil voor de verplichting om aan de medewerkers voor deze diensten een geldbedrag over te maken op basis van de prijs (of waarde) van de eigen-vermogensinstrumenten (inclusief aandelen of aandelenopties) van de Groep (namelijk door de uitgifte van de Performance Share Units). De reële waarde van de diensten geleverd door medewerkers in ruil voor de toekenning van de op aandelen gebaseerde betalingen vertegenwoordigt kosten. Deze kosten worden opgenomen op een lineaire basis in de geconsolideerde winst- en verliesrekening over de wachtperiode (vesting period) die betrekking heeft op deze op aandelen gebaseerde betalingen ten opzichte van een overeenstemmende aanpassing in de passiva. Op elke verslagdatum schat de Groep opnieuw het aantal opties dat waarschijnlijk zal worden verworven. De invloed van de herziene schattingen wordt opgenomen in de winst- en verliesrekening. De Groep waardeert de verworven diensten en de aangegane verplichting tegen de reële waarde van de verplichting. Tot de verplichting afgewikkeld is, herwaardeert de Groep de reële waarde van de verplichting op het einde van elke verslagperiode en op de afwikkelingsdatum, waarbij eventuele wijzigingen in de reële waarde opgenomen worden als winst of verlies van de periode. Er wordt geen rekening gehouden met service- en niet-marktgerelateerde verwervingsvoorwaarden bij het bepalen van de reële waarde van de instrumenten, maar de waarschijnlijkheid dat aan de voorwaarden wordt voldaan, wordt beoordeeld als onderdeel van de beste schatting van de Groep van het aantal eigen vermogensinstrumenten dat uiteindelijk verworven zal worden. De marktgerelateerde verwervingsvoorwaarden zijn opgenomen in de reële waarde op de toekenningsdatum. Alle andere aan een instrument verbonden voorwaarden, maar zonder een daaraan verbonden dienstverplichting, worden beschouwd als voorwaarden tot niet-verwerving (non vesting conditions). Voorwaarden tot niet-verwerving worden opgenomen in de reële waarde van een instrument en leiden tot een onmiddellijke opname in de kosten van een instrument, tenzij er ook dienst- en/of prestatievoorwaarden zijn. Er worden geen kosten opgenomen voor instrumenten die uiteindelijk niet verworven worden omdat niet aan de prestatie- en/of dienstverleningsvoorwaarden is voldaan. Wanneer instrumenten een marktgerelateerde voorwaarde of een voorwaarde tot niet-verwerving bevatten, worden de transacties behandeld als verworven, ongeacht of aan de markt- of niet-verworven voorwaarde is voldaan, mits aan alle andere prestatie- en/of dienstverleningsvoorwaarden is voldaan. Het verwateringseffect van de uitstaande opties komt tot uiting in de berekening van de verwaterde winst per aandeel (meer details zijn te vinden in toelichting F9 Winst per aandeel). Instrumenten op aandelen Syensqo SA/NV De toegekende instrumenten op aandelen van de Syensqo Groep vallen niet binnen het toepassingsgebied van IFRS 2 Op aandelen gebaseerde betalingen. Daarom heeft het management de waarderingsgrondslag voor deze instrumenten vastgesteld. Voor de instrumenten toegekend op aandelen van de Syensqo Groep wordt een verplichting opgenomen en gewaardeerd op basis van de reële waarde van de instrumenten van de Syensqo Groep op elke rapporteringsdatum. Bij de eerste opname van de verplichting op de datum van de Partiële Splitsing wordt een overeenkomstige post in het eigen vermogen opgenomen voor de wachtperiode die tot op heden is verstreken en wordt het resterende bedrag opgenomen als Overige Vorderingen. Dit actief vertegenwoordigt de diensten die nog moeten worden geleverd door de begunstigden. Het actief zal worden afgeschreven ten laste van de geconsolideerde winst-en verliesrekening over de resterende wachtperiode van de plannen. De kosten van de instrumenten gerelateerd aan de Syensqo Groep worden gepresenteerd onder operationele (Administratieve) kosten. De schommelingen in de reële waarde van de verplichting zullen worden gepresenteerd in de financiële resultaten samen met de schommelingen in de reële waarde van de afdekkingsopties/aandelen, die de impact gedeeltelijk zullen afdekken. De verplichting wordt op elke verslagdatum geherwaardeerd naar de reële waarde. Dit geldt ook voor plannen die onvoorwaardelijk zijn geworden zolang er nog uitstaande (niet-uitgeoefende) opties zijn. De verplichtingen die betrekking hebben op de volledig onvoorwaardelijk geworden regelingen worden weergegeven als kortlopend aangezien de begunstigden hun toekenningen op elk moment kunnen uitoefenen. De verplichtingen gerelateerd aan de niet-verworven plannen worden weergegeven als langlopend. Gevolgen van de Partiële Splitsing - aanpassingen aan de plannen Als onderdeel van de Partiële Splitsing heeft de Raad van Bestuur van Solvay de aanpassingen aan de bestaande lange termijn-aanmoedigingsplannen (LTI's) goedgekeurd. De LTI's werden aangepast op basis van de volgende benaderingen: 1.Aandeelhoudersbenadering – De bestaande instrumenten werden aangepast om de begunstigden recht te geven op één aandelenoptie van Solvay SA/NV en één aandelenoptie van Syensqo SA/NV. 2.Werkgeversbenadering – De bestaande instrumenten werden aangepast om begunstigden het recht te geven een bepaald aantal instrumenten van hun toekomstige werkgever te ontvangen. 3.Korfbenadering – De bestaande instrumenten werden aangepast om begunstigden het recht te geven een optie te ontvangen op zowel Solvay SA/NV als Syensqo SA/NV. Aandelenoptieplan (Aandeelhoudersbenadering) Alle uitstaande aandelenopties werden omgezet in opties op aandelen van zowel de Solvay Groep als de Syensqo Groep, zoals hierboven beschreven. De opties kunnen individueel uitgeoefend worden op de aandelen van elke Groep, met uitzondering van het 2022 SOP, dat een korfoptie is, d.w.z. de optie wordt gelijktijdig uitgeoefend op de aandelen van Solvay en Syensqo. Sinds de Partiële Splitsing in 2023 wordt het SOP 2022 niet langer geclassificeerd als een "in eigen-vermogensinstrumenten afgewikkeld" plan omwille van de korfoptie. Dit plan wordt op dezelfde manier behandeld als de instrumenten op Syensqo aandelen. De uitoefenprijzen van alle aandelenopties (met uitzondering van het SOP 2022) werden opnieuw ingesteld op de datum van de Partiële Splitsing, rekening houdend met de slotkoersen van Solvay en Syensqo op 11 december 2023. Zoals vereist door de Belgische wetgeving, is de som van de nieuwe uitoefenprijzen van de Solvay- en Syensqo-opties gelijk aan de oorspronkelijke uitoefenprijs van de plannen. In 2023 resulteerden de aandelenopties in een kost van €3 miljoen, die de impact van de planwijzigingen omvat, en wordt opgenomen in de geconsolideerde winst-en-verliesrekening als onderdeel van administratieve kosten. De boekwaarde van de verplichting voor aandelenopties op Syensqo-aandelen op 31 december 2023 bedraagt €28 miljoen. Verwerking van de wijzigingen In overeenstemming met de vereisten voor de verwerking van de wijzigingen in overeenstemming met IFRS 2, heeft de Groep geactualiseerde reële waarden verkregen door gebruik te maken van Black-Scholes modellen voor alle op aandelen gebaseerde betalingsplannen op de datum van de Partiële Splitsing op basis van (i) de oorspronkelijke voorwaarden, maar geactualiseerd op de datum van de Partiële Splitsing, en (ii) de gewijzigde voorwaarden. De reële waarden werden vergeleken en indien er een stijging was in de reële waarde onder de gewijzigde voorwaarden, zal de Groep deze bijkomende kost opnemen over de resterende wachtperiode voor de nog niet onvoorwaardelijk geworden plannen. De extra kosten met betrekking tot onvoorwaardelijk geworden regelingen werden volledig opgenomen in de Administratieve kosten voor het jaar eindigend op 31 december 2023. De impact van de incrementele reële waarde voor zowel de niet onvoorwaardelijk geworden als de onvoorwaardelijk geworden regelingen was niet materieel voor de Groep. 2022 Performance Share Unit (PSU) regeling (Aandeelhoudersbenadering) De prestatiemaatstaven werden gemeten voor het volledige jaar 2022, 2023 en 2024. De PSU's werden omgezet in RSU's door een extrapolatiemethode toe te passen op het derde prestatiejaar (2024). De wachtperiode blijft ongewijzigd. De RSU's werden eind december 2024 onvoorwaardelijk en de aandelen van Solvay en Syensqo Groep zullen in het eerste kwartaal van 2025 aan de begunstigden worden geleverd. 2023 PSU and Restricted Share Unit (RSU) (Werkgeversbenadering) De prestatiemaatstaven werden gemeten voor het volledige jaar 2023 en 2024. De PSU's en RSU's worden eind december 2025 onvoorwaardelijk en de Solvay-aandelen worden in het eerste kwartaal van 2026 aan de begunstigden geleverd. 2024 PSU and Restricted Share Unit (RSU) (Werkgeversbenadering) De prestatiemaatstaven werden gemeten voor het volledige jaar 2024. De PSU's en RSU's worden eind december 2026 onvoorwaardelijk en de Solvay-aandelen worden in het eerste kwartaal van 2027 aan de begunstigden geleverd. 2022 Employee Stock Purchase Plan (ESPP) (Werkgeversbenadering) De gratis en overeenstemmende ESPP-aandelen werden eind september 2024 onvoorwaardelijken aan de werknemers geleverd op die datum. Instrumenten op aandelen van Syensqo Groep Voor de instrumenten op Syensqo-aandelen is een verplichting opgenomen, die op 31 december 2024 is geherwaardeerd naar €9 miljoen. De kosten van de instrumenten gekoppeld aan Syensqo (€1 miljoen) worden gepresenteerd onder operationele (administratieve) kosten in de geconsolideerde winst-en-verliesrekening. De schommelingen in de reële waarde van de verplichting (€19 miljoen) worden gepresenteerd onder Financiële resultaten. Aandelenoptieplannen Vóór de Partiële Splitsing werden alle aandelenoptieplannen afgewikkeld in eigen vermogen. Na de Partiële Splitsing moet de Groep ook rekening houden met instrumenten op Syensqo-aandelen (zie Aandeelhoudersbenadering). De onderstaande tabel bevat zowel de opties op Solvay aandelen als op Syensqo-aandelen. Er werd geen aandelenoptieplan toegekend in 2024. Aandelenoptieplannen 2021 2020 2019 2018 - 2 2018 - 1 2017 2016 Aantal toegekende en uitstaande aandelenopties op 31 december 2023 105 594 171 427 165 839 53 640 260 611 216 709 68 935 Toegekende aandelenopties Verlies van rechten en vervallen opties -6 432 -5 417 -13 225 -5 588 -3 182 -8 839 Uitgeoefende opties op aandelen -132 352 -112 687 -48 052 -171 604 -178 136 -60 096 Aantal aandelenopties Solvay op 31 december 2024 99 162 33 658 39 927 0 89 007 35 391 0 Uitoefenbare aandelenopties Solvay op 31 december 2024 33 658 39 927 0 89 007 35 391 0 Uitoefenprijs (in €) 16,49 16,52 16,74 18,69 19,51 19,19 13,11 Reële waarde van de opties op de waarderingsdatum (in €) 4,56 4,42 4,16 2,68 2,68 2,25 6,30 Aantal aandelenopties Syensqo op 31 december 2023 105 594 171 427 177 109 65 653 279 888 238 861 168 429 Verlies van rechten en vervallen opties -6 432 -5 417 -22 495 -5 588 -3 182 -108 833 Uitgeoefende opties op aandelen -41 302 -31 593 -12 013 -12 999 -21 637 -59 596 Aantal aandelenopties Syensqo op 31 december 2024 99 162 124 708 123 021 48 052 266 889 214 042 0 Uitoefenbare aandelenopties Syensqo op 31 december 2024 124 708 123 021 48 052 266 889 214 042 0 Uitoefenprijs (in €) 79,09 79,28 80,31 89,69 93,60 92,08 62,87 Reële waarde van de opties op de waarderingsdatum (in €) 22,45 21,76 20,50 13,37 13,37 11,27 31,22 Aandelenoptieplannen 2022 Aantal toegekende en uitstaande aandelenopties op 31 december 2023 102 336 Toegekende aandelenopties Verlies van rechten en vervallen opties Uitgeoefende opties op aandelen Partiële Splitsing van Syensqo Aantal aandelenopties op 31 december 2024 102 336 Uitoefenbare aandelenopties op 31 december 2024 0 Uitoefenprijs (in €) 84,34 Reële waarde van de opties op de waarderingsdatum (in €) 30,58 De opties in SOP 2022 hebben een hogere uitoefenprijs in vergelijking met andere SOP's omdat dit plan werd omgezet volgens de Korfbenadering en voor elke uitgeoefende optie verwerft de houder één aandeel Solvay SA/NV en één aandeel Syensqo SA/NV tegen betaling van de uitoefenprijs. 2024 2023 Aantal aandelenopties Gewogen gemiddelde uitoefenprijs Aantal aandelenopties Gewogen gemiddelde uitoefenprijs 1 januari 1 145 091 21,82 3 072 197 102,45 Toegekend gedurende het jaar 0 0 Verlies van rechten en vervallen opties gedurende het jaar -42 683 16,25 -610 796 16,25 Uitgeoefend gedurende het jaar -702 927 17,82 -539 838 17,82 Partiële Splitsing van Syensqo 0 -776 472 31 december 399 481 34,81 1 145 091 21,82 Uitoefenbaar op 31 december 197 983 765 734 Aandeelhoudersbenadering •Opties op Solvay-aandelen 297 145 17,75 1 042 755 17,74 •Uitoefenbare aandelenopties Solvay op 31 december 2024 197 983 765 734 •Opties op Syensqo-aandelen (1) 875 874 87,47 1 258 672 83,54 •Uitoefenbare aandelenopties Syensqo op 31 december 2024 776 712 929 940 Korfopties benadering (2) •Korfopties op aandelen 102 336 84,34 102 336 84,34 •Uitoefenbare korfopties op aandelen op 31 december 2024 0 0 (1)Vóór de Partiële Splitsing bestonden er alleen opties op Solvay-aandelen. (2)Na de voltooiing van de Partiële Splitsing werd de Aandeelhoudersbenadering of de Korfbenadering toegepast op SOP-plannen. De aandelenopties leidden in 2024 tot €1 miljoen aan kosten, waaronder de impact van de wijzigingen aan de plannen, en opgenomen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening onder administratieve kosten. De boekwaarde van de verplichting voor aandelenopties op Syensqo aandelen op 31 december 2024 is €9 miljoen. Gewogen gemiddelde resterende contractuele looptijd In jaren 2024 2023 2015 0,0 2016 0,0 0,2 2017 0,2 1,2 2018-1 1,2 2,2 2018-2 1,6 2,6 2019 2,2 3,2 2020 3,2 4,2 2021 4,1 5,1 2022 3,0 4,0 Performance Share Units Plan (PSU) Performance share units Plan 2024 Plan 2023 Aantal PSU's 265 834 190 156 Datum van toekenning 21/03/2024 07/03/2023 Datum van verwerving 01/01/2027 01/01/2026 Wachtperiode 21/03/2024 tot 31/12/2026 07/03/2023 tot 31/12/2025 Prestatievoorwaarden 40% van de initieel toegekende PSU's zijn afhankelijk van het behalen van de jaarlijkse vooropgestelde groei van de onderliggende EBITDA voor elk van de 3 (2024,2025,2026) prestatiejaren eindigend op 31 december 2026 40% van de initieel toegekende PSU's zijn afhankelijk van het behalen van de jaarlijkse vooropgestelde groei van de onderliggende EBITDA voor elk van de 3 (2023,2024,2025) prestatiejaren eindigend op 31 december 2025 40% van de initieel toegekende PSU's zijn afhankelijk van de duurzame en/of verbeterde ROCE% van de Onderneming voor elk van de 3 (2024,2025,2026) prestatiejaren 40% van de initieel toegekende PSU's zijn afhankelijk van de duurzame en/of verbeterde ROCE% van de Onderneming voor elk van de 3 (2023,2024,2025) prestatiejaren 20% van de initieel toegekende PSU's zijn afhankelijk van de vermindering van de absolute broeikasgasemissies gedurende dezelfde 3 jaren (2024,2025,2026) 20% van de initieel toegekende PSU's zijn afhankelijk van de vermindering van de absolute broeikasgasemissies gedurende dezelfde 3 jaren (2023,2024,2025) De haalbaarheid van het plan wordt bepaald voor elk afzonderlijk prestatiejaar. De bereikte score voor elk individueel jaar is definitief verworven, ongeacht de resultaten in de overige jaren De haalbaarheid van het plan wordt bepaald voor elk afzonderlijk prestatiejaar. De bereikte score voor elk individueel jaar is definitief verworven, ongeacht de resultaten in de overige jaren Bekrachtiging van de prestatievoorwaarden Door de Raad van Bestuur Door de Raad van Bestuur In 2024 heeft de Raad van Bestuur een PSU-regeling aangeboden aan het uitvoerend management, met als doel het succes op lange termijn te bevorderen en meer aandacht te besteden aan duurzame prestaties ten voordele van de Solvay-groep en zijn stakeholders. Alle betrokken managers hebben zich in 2023 ingeschreven op de aangeboden PSU’s met een reële waarde op toekenningsdatum van €24,83 wat de gemiddelde koers vertegenwoordigt van het aandeel over 30 dagen voorafgaand aan het aanbod. De TSR-prestatievoorwaarde (Total Shareholder Return) was per eind 2024 voldaan. Voor het PSU-plan 2023 moeten de deelnemers die op de toekenningsdatum ook lid zijn van het Executive Leadership Team (inclusief de CEO) een bijkomende prestatievoorwaarde behalen. Als het behalen van de prestatievoorwaarden in bovenstaande tabel positief is (boven nul), wordt de levering van de PSU's verder aangepast op basis van de TSR-prestatie van de Groep in vergelijking met de TSR van de Stoxx 600 indexbedrijven voor de periode gelijk aan de Prestatieperiode. De TSR-prestatievoorwaarde was per eind 2024 gedeeltelijk voldaan. Het PSU-plan 2022 is omgezet in een RSU-plan in 2023. De aandelen worden geleverd in maart 2025. Het PSU-plan 2021 is een in geldmiddelen afgewikkeld plan met een wachtperiode van 3 jaar dat onvoorwaardelijk wordt op 31 december 2023. De uitbetaling werd bepaald op basis van de gemiddelde koers van het aandeel van de Solvay-groep (€ 104,29) gedurende een handelsperiode van 10 dagen die eindigde op 30 november 2023. Op 31 december 2023 bedroeg de cumulatieve verplichting € 9 miljoen. De verplichting werd afgewikkeld in juni 2024. In 2024 bedraagt de impact op de geconsolideerde winst- en verliesrekening van de PSU’s €(2) miljoen (netto kost, na aftrek van afdekking – zie ook toelichting F32 Financiële instrumenten), tegenover een kost van €(12) miljoen in 2023. Op 31 december 2024 stonden er 265 834 PSU's uit voor het plan 2024 en 259 924 PSU's voor het plan 2023. Om het PSU 2023 plan volledig in Solvay-aandelen af te wikkelen, is een ratio van 4,53 gebruikt voor de conversie en is het resultaat van de berekening naar boven afgerond om tot een geheel aantal aandelen te komen. Restricted Share Units (RSU) In 2024 heeft de Raad van Bestuur het kaderpersoneel twee Restricted Share Unit Plans aangeboden, met de bedoeling de begunstigden aan te moedigen om in dienst te blijven bij de Groep door hen toe te staan aandeelhouder van de Groep te worden. Alle betrokken kaderleden schreven in op de RSU's die hun in 2024 werden aangeboden met een reële waarde op de toekenningsdatum van €24,83, wat overeenkomt met de gemiddelde beurskoers van het aandeel Solvay gedurende de 30 dagen voorafgaand aan het aanbod. De Restricted Share Units zijn een in eigen-vermogensinstrumenten afgewikkeld plan met een wachtdatum van 31 december 2026, waarna aandelen zullen worden uitgegeven indien aan de verwervingsvoorwaarden is voldaan. In 2024 bedraagt het effect van de RSU's op de geconsolideerde winst- en verliesrekening €(6) miljoen tegenover €(8) miljoen in 2023. Op 31 december 2024 stonden er 113 974 RSU's voor het plan 2024, 144 369 RSU's voor het plan 2023 en 79 628 RSU's voor het plan 2022 uit. Om het RSU 2023 plan volledig in Solvay-aandelen af te wikkelen, is een ratio van 4,53 gebruikt voor de conversie en is het resultaat van de berekening naar boven afgerond om tot een geheel aantal aandelen te komen. Employee Stock Purchase Plan (ESPP) In september 2022 lanceerde Solvay zijn eerste aandelenaankoopplan voor werknemers. Door deel te nemen aan dit plan kunnen de werknemers aandelen van de Solvay Groep kopen tegen preferentiële voorwaarden. De reële waarde op de toekenningsdatum bedroeg € 82,85, wat overeenkomt met de gemiddelde beurskoers van het aandeel gedurende de 30 dagen die aan het aanbod voorafgingen. In overeenstemming met de vereisten van IFRS 2 is de reële waarde van de ESPP in deze plannen geactualiseerd op € 18,23, zijnde de reële waarde op de initiële toekenningsdatum aangepast met de gewogen gemiddelde slotkoers van beide Groepen gedurende de 30 dagen na de Partiële Splitsing (22% van de reële waarde op de initiële toekenningsdatum toegewezen aan Solvay). Deze werknemers ontvingen één gratis aandeel van de Solvay Groep voor hun toetreding tot het plan, alsook één 'matching share' voor elke twee aangekochte aandelen. Op 30 september 2024 werden 91 718 aandelen toegekend aan de werknemers. In 2024 bedraagt de impact van het ESPP op de geconsolideerde winst- en verliesrekening €(1) miljoen. Het plan werd onvoorwaardelijk op 30 september 2024, wat resulteerde in een uitgifte van gratis en bijpassende aandelen. Aandelenterugkoopprogramma Het programma voor de terugkoop van aandelen liet de Groep toe 1 241 675 Solvay-aandelen te verwerven in 2024, om te voldoen aan de leveringsverplichtingen van Solvay-aandelen die voortvloeien uit de toekenning van langetermijn-aanmoedigingsplannen in 2022, 2023 en 2024 (Performance Share Units, Restricted Share Units en ESPP). Kasstromen uit eigen aandelen en Syensqo aandelen De verwerving/verkoop van eigen aandelen in 2024 omvat de contante ontvangsten uit de verkoop van Syensqo-aandelen in verband met de afwikkeling van langetermijnbeloningsplannen voor €15 miljoen, uit de verkoop van Solvay-aandelen in verband met de afwikkeling van langetermijn-aanmoedigingsplannen voor €7 miljoen en de terugkooptransacties van eigen aandelen voor €(37) miljoen. Toelichting F30 Personeelsbeloningen fGrondslagen voor de financiële verslaggeving Algemeen Aan de werknemers van de Groep worden verschillende personeelsbeloningen na uitdiensttreding, andere beloningen op lange termijn en opzegvergoedingen aangeboden als gevolg van de wettelijke bepalingen die van toepassing zijn in bepaalde landen en de contractuele akkoorden afgesloten tussen de Groep en haar werknemers of uit hoofde van feitelijke verplichtingen. De beloningen na uitdiensttreding worden gerangschikt als toegezegde-bijdragenregelingen of toegezegd-pensioenregelingen. Toegezegde-bijdragenregelingen Toegezegde-bijdragenregelingen betreffen de betaling van vaste bijdragen aan een afzonderlijke entiteit, waardoor de werkgever vrijgesteld wordt van alle toekomstige verplichtingen, aangezien deze afzonderlijke entiteit als enige verantwoordelijk is voor de verschuldigde bedragen aan de werknemer. De kosten worden opgenomen wanneer een personeelslid tijdens de periode diensten heeft geleverd aan de Groep. Toegezegd-pensioenregelingen Toegezegd-pensioenregelingen zijn alle andere regelingen dan toegezegde-bijdragenregelingen, en bevatten: • personeelsbeloningen na uitdiensttreding: pensioenplannen, andere verplichtingen na uitdiensttreding en aanvullende beloningen zoals ziektekostenregelingen na uitdiensttreding. Rekening houdend met de geprojecteerde eindsalarissen op individuele basis worden de personeelsbeloningen na uitdiensttreding gewaardeerd aan de hand van een methode (“projected unit credit”-methode) die uitgaat van veronderstellingen in verband met de disconteringsvoet, de levensverwachting, het personeelsverloop, salarissen, jaarlijkse herwaarderingen en de prijsstijging van medische kosten. De veronderstellingen die specifiek zijn voor elke regeling, houden rekening met de lokale economische en demografische situaties. De disconteringsvoet is de rente op bedrijfsobligaties van hoge kwaliteit die uitgedrukt zijn in de valuta waarin de beloningen zullen worden uitbetaald en die een looptijd hebben die de termijn van de pensioenverplichting in kwestie benadert. Het opgenomen bedrag voor verplichtingen uit hoofde van beloningen na uitdiensttreding stemt overeen met het verschil tussen de contante waarde van de toekomstige verplichtingen en de reële waarde van de fondsbeleggingen die het plan moeten financieren, indien aanwezig. Als deze berekening een tekort oplevert, wordt er een verplichting opgenomen aan de passiefzijde. Omgekeerd wordt er een netto actief opgenomen, dat echter beperkt is tot de laagste waarde van het surplus van de toegezegd-pensioenregeling of de contante waarde van alle toekomstige terugbetalingen van het stelsel en alle verlagingen van toekomstige bijdragen. Daarom kan het bedrag waarvoor een dergelijk actief in het overzicht van de financiële positie wordt opgenomen, aan een maximum worden onderworpen. De kosten uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen bestaan uit de pensioenkosten en de nettorentelasten (op basis van de disconteringsvoet) op het netto actief of -verplichting, die beide opgenomen worden in winst of verlies, en de herwaarderingen van dit netto actief of -verplichting, die worden opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat. De pensioenkosten omvatten aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten, pensioenkosten van verstreken diensttijd die resulteren uit een wijziging of inperking van de regeling en de eventuele winst of verlies bij afwikkeling. De rentekosten uit het verloop van de discontering van de pensioenverplichtingen, de financiële opbrengsten uit de fondsbeleggingen (bepaald door de reële waarde van de fondsbeleggingen te vermenigvuldigen met de disconteringsvoet) en de rente op de gevolgen van het actiefplafond worden op nettobasis opgenomen in de netto financieringskosten (disconteringskosten van voorzieningen). Herwaarderingen van netto activa of -verplichtingen omvatten: •actuariële winsten en verliezen op verplichtingen uit hoofde van pensioenrechten als gevolg van ervaringsaanpassingen en wijzigingen in actuariële veronderstellingen (inclusief het effect van een wijziging van de disconteringsvoet) opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat; •wijzigingen als gevolg van planwijzigingen, opgenomen in de winst- en verliesrekening; •het rendement van de fondsbeleggingen (exclusief netto rentebedragen) en wijzigingen in de beperking van het opgenomen netto actief. Andere lange-termijnpersoneelsbeloningen en opzegvergoedingen •Andere lange-termijnpersoneelsbeloningen hebben betrekking op jubileumuitkeringen die aan werknemers worden toegekend naar gelang van hun anciënniteit in de Groep. Opzegvergoedingen omvatten regelingen voor vervroegd pensioen. Andere lange termijnpersoneelsbeloningen en opzegvergoedingen worden op dezelfde manier opgenomen als beloningen na uitdiensttreding, maar herwaarderingen worden integraal opgenomen in de netto financieringskosten in de periode waarin ze zich voordoen. •De actuariële berekeningen van de belangrijkste verplichtingen uit hoofde van beloningen na uitdiensttreding en andere lange termijnpersoneelsbeloningen worden door onafhankelijke actuarissen uitgevoerd. Overzicht Voorzieningen per type beloning In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Personeelsbeloningen na uitdiensttreding 596 705 Andere langlopende personeelsbeloningen 44 47 Opzegvergoedingen 33 42 Totaal personeelsbeloningen 674 794 A. Personeelsbeloning na uitdiensttreding - Toegezegde-bijdragenregelingen Voor deze regelingen betaalt Solvay bijdragen aan publiek of privaat beheerde pensioenfondsen of verzekeringsmaatschappijen. B. Personeelsbeloning na uitdiensttreding - Toegezegd-pensioenregelingen Toegezegd-pensioenregelingen kunnen worden gefinancierd via externe pensioenfondsen of verzekeringsmaatschappijen ("gefinancierde regelingen") of gefinancierd binnen de Groep ("niet-gefinancierde regelingen"). Niet-gefinancierde regelingen hebben geen fondsbeleggingen. De netto verplichting vloeit voort uit het saldo van de voorzieningen en het surplus van de activaplanning. In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Voorzieningen 596 705 Fondsbeleggingen overschot (inbegrepen in langlopende en andere activa) -67 -90 Nettoverplichtingen 529 614 2024 2023 Operationele kosten 9 31 Financiële kosten 22 34 In de operationele kosten zijn de aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten opgenomen van €12 miljoen (€28 miljoen in 2023) (zie ook B.3.). B.1. Risicobeheer De laatste jaren heeft de Groep de risicoblootstelling van toegezegd-pensioenregelingen beperkt door de bestaande pensioenplannen om te zetten in pensioenplannen met een lager risicoprofiel (hybride plannen, plannen met cashsaldo, toegezegde-bijdragenregelingen) of door deze te sluiten voor nieuwe begunstigden. Solvay volgt de risico’s voor de Groep permanent op, in het bijzonder voor de volgende risico’s: Volatiliteit van activa Eigen-vermogensinstrumenten brengen volatiliteit en risico’s op korte termijn met zich mee, ondanks dat ze op lange termijn doorgaans wel een hoger rendement opleveren dan bedrijfsobligaties. Om dit risico te beperken, wordt het aandelensegment nauwlettend opgevolgd met ALM-technieken (Asset and Liability Management) om ervoor te zorgen dat het blijft overeenstemmen met de betreffende regelingen en met de doelstellingen op lange termijn van de Groep. Wijzigingen in obligatierendementen Een verlaging van de rente op bedrijfsobligaties zal de boekwaarde van de verplichtingen van het plan verhogen. Bij gefinancierde regelingen wordt dit deels gecompenseerd door een verhoging van de waarde van de fondsbeleggingen. Het rendement op bedrijfsobligaties is sterk afhankelijk van de wereldwijde en lokale marktsituaties, de beslissingen van de centrale banken en de politieke situatie. Gebeurtenissen die de financiële markten momenteel beïnvloeden zijn: hhet vooruitzicht van trage groei in de wereld met een fragmentatie door geografische zones; hde verwachting van een renteverlaging door de Amerikaanse en Europese centrale banken; heen daling van de inflatie, maar met tekenen van weerstand van sommige componenten van de onderliggende inflatie; haanhoudende politieke instabiliteit door de oorlog in Gaza, Oekraïne, spanningen met China en de uistlag van de Amerikaanse verkiezingen. Bijgevolg zijn de rendementen in de belangrijkste valutazones (eurozone, VK en VS) gestegen vergeleken met het einde van 2023 (zie Actuariële veronderstellingen gebruikt bij het bepalen van de verplichting). Het resultaat is een daling van de verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen van de Groep in 2024. Inflatierisico De verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen hangen af van de inflatie en een hogere inflatie kan aldus tot een toename van de toegezegd pensioenverplichtingen leiden (hoewel er in de meeste gevallen bovengrenzen zijn aan de inflatiestijgingen om de regeling te beschermen tegen extreme inflatie). Slechts een beperkt deel van de activa wordt niet getroffen door inflatie of is er slechts gedeeltelijk mee gecorreleerd, wat betekent dat een stijging van de inflatie ook de netto verplichtingen in de plannen zal doen toenemen. De inflatie in elk land is gebaseerd op de Global Economic Consensus Forecast (GCF), met uitzondering van het Verenigd Koninkrijk, waar de informatie afkomstig is van de Bank of England. In de eurozone vertonen de lange-termijnverwachtingen voor de inflatie een beperkte neerwaartse variatie ten opzichte van 2023. In het VK zijn de vooruitzichten voor de index van de detailhandelsprijzen en de consumentenprijsindex licht gestegen ten opzichte van 2023. Levensverwachting De meeste verplichtingen van de beloningsregelingen zijn bedoeld om de deelnemer voor de rest van zijn leven een vergoeding te verschaffen. Een stijgende levensverwachting leidt op die manier tot een toename van de verplichtingen. Risico in verband met regelgeving Voornamelijk voor gefinancierde regelingen staat de Groep bloot aan het risico van externe financiering als gevolg van door toezichthouders opgelegde beperkingen. Dit zou geen impact mogen hebben op de verplichtingen in toegezegd-pensioenregelingen maar kan de Groep mogelijk blootstellen aan een aanzienlijke uitstroom van kasmiddelen. B.2. Beschrijving van de verplichtingen Deze voorzieningen zijn bedoeld voor de beloningen na uitdiensttreding. Dit gebeurt in het merendeel van de bedrijven van de Groep, ofwel in de geest van de plaatselijke regelgeving, ofwel op basis van gevestigde gewoonten die feitelijke verplichtingen meebrengen. De belangrijkste pensioenplannen in 2024 zijn gesitueerd in het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Frankrijk, Duitsland, België en Brazilië. Deze zes landen vertegenwoordigen 98% van de totale verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen en vertegenwoordigen 99% van de totale erkende fondsbeleggingen. In € miljoen 31 december 2024 Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen In % Opgenomen fondsbeleggingen Nettoverplichtingen In % Ratio fondsbeleggingen op verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen Waarvan surplus aan activa erkent in de balans Verenigd Koninkrijk 134 8% 131 4 1% 97% 0 Verenigde Staten 231 13% 208 23 4% 90% 3 Frankrijk 574 33% 293 282 53% 51% 34 Duitsland 362 21% 175 187 35% 48% 0 België 284 17% 298 -15 -3% 105% 29 Brazilië 93 5% 66 27 5% 71% 0 Andere landen 37 2% 15 23 4% 39% 0 Totaal 1 714 100% 1 185 529 100% 69% 67 Het surplus aan activa vertegenwoordigt een economisch voordeel voor de Groep of kan terugkeren naar het bedrijf in geval van liquidatie van de plannen. De belangrijkste landen waar erkende activa een overschot zijn, zijn België en Frankrijk. In België kan het overschot worden gebruikt om werkgeversbijdragen te compenseren. Voor Frankrijk heeft het overschot betrekking op vorderingen voor gepensioneerden met een lijfrente die worden beheerd door de Groep maar gedeeltelijk worden gedragen door derden. In € miljoen 31 december 2023 Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen In % Opgenomen fondsbeleggingen Nettoverplichtingen In % Ratio fondsbeleggingen op verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen Waarvan surplus aan activa erkent in de balans Verenigd Koninkrijk 142 8% 139 3 0% 98% 12 Verenigde Staten 231 13% 207 24 4% 89% 10 Frankrijk 632 34% 288 344 56% 46% 33 Duitsland 388 21% 190 199 32% 49% 0 België 274 15% 292 -18 -3% 107% 34 Brazilië 129 7% 90 39 6% 70% 0 Andere landen 38 2% 16 23 4% 41% 2 Totaal 1 836 100% 1 222 614 100% 67% 90 Frankrijk Solvay financiert verscheidene toegezegd-pensioenregelingen in Frankrijk. De belangrijkste plannen zijn de Franse verplichte pensioenregeling en drie gesloten plannen voor hoge inkomens. Solvay behoudt het grootste deel van de verplichtingen voor de toegezegd-pensioenregelingen na de Partiële Splitsing. Het belangrijkste pensioenplan is voor alle werknemers van het vroegere Rhodia die bijdroegen tot het plan tot aan de sluiting ervan in de jaren ‘70. Het biedt een garantie op een volledige vergoeding op basis van het salaris op het einde van de loopbaan; meer dan 99% van de verplichtingen zijn toewijsbaar aan huidige gepensioneerden. Het plan is gedeeltelijk gefinancierd. Eind december 2024 werd een aanvullende vrijwillige bijdrage betaald aan het plan voor €30 miljoen (2023: €18 miljoen). Conform de Franse wetgeving zijn gepaste waarborgen verleend. Duitsland Solvay financiert verschillende toegezegd-pensioenregelingen in Duitsland De belangrijkste regelingen zijn een gesloten eindloonregeling en een open kassaldoregeling. Per 31 december 2024 is ongeveer 79% van de verplichtingen toe te wijzen aan huidige gepensioneerden. Deze plannen zijn gedeeltelijk gefinancierd. België Solvay financiert twee toegezegd-pensioenregelingen in België. Het betreft gefinancierde pensioenregelingen. De regeling voor het management is sinds eind 2006 gesloten en de regeling voor arbeiders en bedienden sinds 2004. De vergoedingen voor verstreken diensttijd die uitbetaald worden onder deze regelingen blijven elk jaar aangepast worden aan de jaarlijkse loonstijgingen en de inflatie (‘Dynamisch beheer’). Conform de marktpraktijk in België worden de meeste vergoedingen vanwege de gunstige fiscaliteit voor vaste pensioenuitkeringen uitbetaald in de vorm van een eenmalige uitkering. Daarnaast sponsort Solvay twee open toegezegde-bijdrageregelingen, om boekhoudkundige redenen opgenomen als toegezegd pensioenregelingen vanwege de minimumgaranties zoals hieronder toegelicht. Dit zijn gefinancierde pensioenregelingen die geopend zijn sinds begin 2007 wat betreft de regeling voor het management en sinds begin 2005 wat betreft de regeling voor arbeiders en bedienden. Deelnemers kunnen ervoor kiezen om hun bijdragen te investeren in vier verschillende beleggingsfondsen (van “Conservatief” tot “Dynamisch”). Maar, wat ze ook kiezen, de Belgische wet bepaalt momenteel dat de werkgever een rendement op de werkgeversbijdrage en op de persoonlijke bijdrage moet garanderen, wat op die manier een potentiële verplichting voor de onderneming doet ontstaan. Sinds 2016 is het rendement voor de twee verschillende bijdragen vastgelegd op 1,75%, het minimum van de sinds 1 januari 2016 wettelijk vastgelegde bandbreedte (1,75% tot 3,75%). Op het einde van 2023 waren de netto verplichtingen ten aanzien van deze plannen zoals opgenomen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie niet van materieel belang. De regelingen van Solvay worden beheerd door het Solvay Pensioenfonds, dat werkt volgens de lokale wetgeving voor wat de minimale financiering, de investeringsprincipes, geauditeerde jaarrekeningen, neerlegging bij de overheid en bestuursprincipes betreft. Het Pensioenfonds wordt beheerd door een algemene vergadering en een raad van bestuur die de dagelijkse activiteiten delegeert aan een operationeel comité. Solvay financiert nog een aantal kleinere pensioenplannen. Al deze plannen zijn verzekerd. Verenigde Staten Solvay financierde twee toegezegd-pensioenregelingen in de Verenigde Staten, één gekwalificeerd plan en één niet-gekwalificeerde plan. Een gekwalificeerd plan is een door de werkgever betaald pensioenplan dat conform sectie 401(a) van de Amerikaanse Internal Revenue Code in aanmerking komt voor een bijzondere fiscale behandeling. De toegezegd-pensioenregelingen zijn gesloten voor nieuwe deelnemers; nieuwe medewerkers komen in aanmerking voor deelname aan een toegezegde-bijdragenregeling. De gekwalificeerde toegezegd-pensioenregelingen is gefinancierd terwijl de niet-gekwalificeerde toegezegd-pensioenregeling niet-gefinancierd is. Het gekwalificeerde plan maakt het grootste deel uit van de pensioenverplichtingen per 31 december 2024. De regelingen van Solvay voldoen aan de lokale wetgeving inzake geauditeerde jaarrekeningen, neerlegging bij de overheid en Pension Benefit Guaranty Corporation-verzekeringspremies indien van toepassing. De regelingen worden lokaal nagekeken en opgevolgd door fiduciaire comités met het oog op investeringen met betrekking tot de regeling en administratieve zaken. Voor de gekwalificeerde regeling houden de bijdragen van Solvay rekening met de minimale (fiscaal aftrekbare) financieringsvereisten en de maximale fiscaal aftrekbare bijdragen, die beide geregeld worden door de fiscus. Bepaalde deelnemers kunnen er ook voor kiezen om hun pensioen in één enkel bedrag uitgekeerd te krijgen in plaats van maandelijks. Op jaareinde zijn ongeveer 24% van de verplichtingen toerekenbaar aan de huidige werknemers, 11% aan ex-medewerkers waarvoor de uitbetaling van de vergoedingen nog niet begonnen is, en 65% aan huidige gepensioneerden. Verenigd Koninkrijk Solvay financiert één toegezegd-pensioenregeling, het Solvay Defined Benefits Pension Fund. Het is een gefinancierde pensioenregeling die gebaseerd is op het eindsalaris en die recht geeft op een percentage van het salaris per dienstjaar. Het werd afgesloten voor nieuwe deelnemers in 2005 en vervangen door een toegezegde-bijdrageregeling. Per 31 december 2024 zijn ongeveer 1% van de verplichtingen toerekenbaar aan de huidige werknemers, 35% aan ex-medewerkers en 64% aan huidige gepensioneerden. De Solvay Pensioenfonds werkt en is in overeenstemming met de lokale wetgeving, en valt onder een uitgebreid regelgevend kader. De Pensions Regulator (bevoegde autoriteit voor pensioenen) hanteert een risico gebaseerde benadering tot regelgeving en een werkwijze die praktische begeleiding verstrekt voor beheerders van en werkgevers met toegezegd-pensioenregelingen over de manier waarop aan de financieringsvereisten van de regeling voldaan moet worden. Volgens de Britse wetgeving is het pensioenfonds onderworpen aan regelingspecifieke financiering die vereist dat pensioenregelingen conservatief gefinancierd worden. Het pensioenfonds wordt bestuurd door een beheerraad. De beheerraad beheert het fonds met voorzichtigheid en billijkheid. De beheerders bepalen welke financiële verplichtingen er gelden voor de statutaire financieringsdoelstellingen op basis van voorzichtige actuariële en economische veronderstellingen. Elk tekort dat overblijft na aftrek van de fondsbeleggingen van de pensioenverplichting moet met bijkomende bijdragen worden verminderd binnen een termijn die aansluit bij het betalingsvermogen van de werkgever en de garanties uit hoofde van de overeenkomst of de voorwaardelijke zekerheden die worden geboden door de werkgever. Het pensioenfonds wordt driejaarlijks gewaardeerd op het vlak van financiering. Deze waardering wordt uitgevoerd door de actuaris van de regeling overeenkomstig de Britse regelgeving, en ze wordt besproken met de beheerders en betalende werkgever om tot waarderingsveronderstellingen en een financieringsplan te komen. In december 2023, voor de afsplitsing van het Rhodia Pension Fund, heeft Solvay een vrijwillige bijdrage geleverd van £ 75 miljoen. De laatste uitgevoerde waardering dateert van 31 maart 2022, en leidde tot het vastleggen van een vaste pensioensbijdrage voor actieve leden plus een herstelplan voor tekorten. Het huidige herstelplan voorziet in herstelbijdragen tot 30 juni 2023. In mei 2023 werd een uitzonderlijke eenmalige vrijwillige bijdrage aan het fonds betaald (£ 10 miljoen), die leidde tot een overeenkomst dat er na juni 2023 geen verdere tekortbijdragen door het bedrijf aan het fonds hoeven te worden betaald. Andere plannen De meeste van deze verplichtingen hebben betrekking op pensioenregelingen. In sommige landen (voornamelijk België, Brazilië en de Verenigde Staten) zijn er ook ziektekostenregelingen voorzien voor na uitdiensttreding, die 4% van de totale verplichtingen in toegezegd-pensioenregelingen uitmaken (4% in 2023). B.3. Financiële gevolgen Wijzigingen in netto verplichting In € miljoen 2024 2023 Opgenomen nettobedrag bij aanvang periode 614 810 Nettokost in resultaat opgenomen - Toegezegd-pensioenregelingen 31 65 Reële bijdrage van de werkgever / directe betaalde voordelen -52 -173 Verwervingen en vervreemdingen 0 0 Herwaarderingen voor de impact van het actiefplafond -60 31 Wijzigingen van de impact van het actiefplafond op herwaarderingen 0 -4 Overboekingen en andere bewegingen 1 2 Wisselkoersverschillen -5 0 Partiële Splitsing 0 -116 Opgenomen nettobedrag op einde periode 529 614 Herwaarderingen vóór de impact van het actiefplafond (€(60) miljoen) bestaan uit: hhet gunstige rendement van fondsbeleggingen (exclusief interesten opgenomen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening) voor €(6) miljoen; hstijging van de disconteringsvoet voor €(83) miljoen, voornamelijk in de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk, Brazilië en de eurozone; hdaling van de inflatie €(17) miljoen in de eurozone; en h overige herwaarderingen als gevolg van wijzigingen in de overige financiële veronderstellingen alsmede demografische en ervaringseffecten €46 miljoen. Nettokosten In € miljoen 2024 2023 Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten 12 28 Pensioenkosten van verstreken diensttijd (waaronder inperkingen en liquidatie) -5 1 Toegerekende pensioenkosten 7 29 Rentekosten 67 86 Rente opbrengsten -45 -52 Netto rentekosten 22 34 Administratieve kosten betaald 2 1 Netto kosten opgenomen in de winst- en verliesrekening - Toegezegd-pensioenregeling 31 65 Herwaarderingen opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat -60 26 De toegerekende dienstverleningen- en administratieve kosten van deze pensioenregelingen worden in de winst- en verliesrekening opgenomen als kostprijs van de omzet, als commerciële en administratieve kosten, als kosten voor onderzoek & ontwikkeling, als operationele winsten en verliezen of als resultaten uit historische sanering. De netto-interesten worden opgenomen als financiële lasten. In 2024 bedragen de aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten van de Groep €12 miljoen (2023: €28 miljoen), waarvan €10 miljoen verbonden aan gefinancierde regelingen (2023: €25 miljoen) en €3 miljoen aan niet-gefinancierde regelingen (2023: €4 miljoen). Netto verplichting In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen - Gefinancierde regelingen 1 579 1 678 Reële waarde van fondsbeleggingen op het einde van de periode -1 185 -1 222 Financieringstekort voor gefinancierde regelingen 394 456 Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen - Niet gefinancierde regelingen 135 159 Tekort / overschot (-) 529 614 Niet als activa opgenomen, tengevolge van het vastleggen van een maximumbedrag voor de activa (opgenomen in andere elementen van het totaalresulttat) 0 0 Nettoverplichting (nettoactief) 529 614 Verplichting opgenomen 596 705 Actief opgenomen -67 -90 Wijzigingen in verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen In € miljoen 2024 2023 Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen bij aanvang periode 1836 3 800 Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten 12 28 Pensioenkosten van verstreken diensttijd (waaronder inperkingen) -5 1 Rentekosten 67 86 Reële bijdrage van de werknemer 2 2 Afwikkeling van regelingen 0 0 Verwervingen en vervreemdingen (-) 0 0 Herwaarderingen in andere elementen van het totaalresultaat -54 162 Winsten en verliezen met betrekking tot veranderingen in de demografische veronderstellingen 0 7 Winsten en verliezen met betrekking tot veranderingen in de financiële veronderstellingen -100 -1 Winsten en verliezen met betrekking tot ervaring 45 156 Betaalde voordelen -147 -134 Wisselkoersverschillen 0 0 Partiële Splitsing 0 -2 148 Overboekingen en andere bewegingen 3 37 Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen bij einde periode 1714 1 836 Verplichtingen toegezegd-pensioenregelingen - Gefinancierde regelingen 1579 1 678 Verplichtingen toegezegd-pensioenregelingen - Niet-gefinancierde regelingen 135 159 Wijzigingen in de reële waarde van fondsbeleggingen In € miljoen 2024 2023 Reële waarde van fondsbeleggingen bij aanvang periode 1 222 2 995 Rente opbrengsten 45 52 Herwaarderingen in andere elementen van het totaalresultaat 6 132 Rendement van fonds beleggingen (exclusief bedragen inbegrepen in netto rentekosten) 6 132 Bijdragen van de werkgever 52 173 Bijdragen van de werknemer 2 2 Administratieve kosten betaald -2 -1 Verwervingen / Vervreemdingen (-) 0 0 Afwikkeling van regelingen 0 0 Betaalde voordelen -147 -134 Wisselkoersverschillen 5 0 Partiële Splitsing 0 -2 032 Overboekingen en andere bewegingen 2 35 Reële waarde van de fondsbeleggingen bij einde periode 1 185 1 222 Reëel rendement van de fondsbeleggingen 51 184 Het totale rendement van de fondsbeleggingen, inclusief rentebaten, bedraagt in 2024 een winst van €51 miljoen tegen een winst van €184 miljoen in 2023. In 2024 bedragen de bijdragen in geldmiddelen van de Groep €52 miljoen (2023: €173 miljoen), waarvan €30 miljoen voor vrijwillige bijdragen (2023: €29 miljoen) en €22 miljoen voor rechtstreeks uitgekeerde beloningen en verplichte bijdragen (2023: €144 miljoen). In 2024 werden de vrijwillige bijdragen uitgevoerd om de financieringsniveaus van de Franse pensioenfonds (€30 miljoen) te verbeteren en de risico’s te verminderen met de bijkomende fondsbeleggingen. Categorieën van fondsbeleggingen 31 december 2024 31 december 2023 Aandelen 17% 18% Obligaties 71% 76% Vastgoed 2% 2% Geldmiddelen en kasequivalenten 3% 3% Afgeleide financiële instrumenten 0% 0% Andere 7% 1% Totaal 100% 100% Wat de geïnvesteerde activa betreft, dient opgemerkt te worden dat deze activa geen directe beleggingen bevatten in aandelen van Solvay of in andere activa die in het bezit zijn van of gebruikt worden door Solvay. Dit wil niet zeggen dat er geen Solvay-aandelen kunnen opgenomen zijn in beleggingsfondsen en dergelijke. Wijzigingen in actiefplafond In € miljoen 2024 2023 Impact van het actiefplafond limiet bij aanvang periode 0 4 Partiële Splitsing -4 Wijzigingen van de impact van het actiefplafond limiet 0 0 Impact van het actiefplafond limiet bij einde periode 0 0 Veronderstellingen betreffende toekomstige betaalde voordelen Hieronder volgen de verwachte uitkeringen van de toegezegd-pensioenregeling in de komende jaren. Periode Totaal Eurozone Verenigd Koninkrijk Verenigde Staten Andere 2025 137 94 7 23 13 2026 152 108 8 23 13 2027 - 2029 439 311 25 64 39 Actuariële veronderstellingen gebruikt bij de bepaling van de verplichting Een aantal pensioenplannen binnen Solvay keert een lijfrente uit die periodiek wordt aangepast om het effect van de stijgende kosten voor levensonderhoud te beperken. De veronderstelde salarisgroei wordt gebruikt om te bepalen wat het salaris aan het einde van de loopbaan zal zijn, aangezien de toegezegd pensioenregelingen gebaseerd zijn op het laatste salaris van een medewerker. De invloed van inflatie en loonsverhogingen worden in deze veronderstelling meegenomen. De veronderstelling wat pensioengroei betreft bepaalt de verwachte toekomstige aanpassingen voor deze lijfrente-uitkeringen. In het plan wordt gedefinieerd hoe deze lijfrente-uitkeringen worden aangepast en eventueel verbonden zijn aan inflatie. Veronderstellingen wat pensioengroei betreft zijn vooral van toepassing op de toegezegd-pensioenregelingen in het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Duitsland. Veronderstellingen van de lange-termijninflatie worden apart weergegeven, aangezien schattingen wat salaris- en pensioengroei betreft meer variabelen bevatten dan inflatie. Eurozone Verenigd Koninkrijk Verenigde Staten 2024 2023 2024 2023 2024 2023 Disconteringsvoet 3,40% 3,00% 5,50% 4,50% 5,40% 4,75% Verwachte toekomstige loonsverhogingen 1,80% - 4,00% 2,00% - 4,00% 3,00% 2,75% 3,10% 3,75% Inflatie op lange termijn 1,80% - 2,00% 2,00% - 2,25% 3,00% 2,75% 2,20% 2,25% Verwachte toekomstige pensioenverhogingen 0,00% - 2,00% 0,00% - 2,25% 2,90% 2,55% N/A N/A Actuariële veronderstellingen gebruikt bij de bepaling van de jaarlijkse kosten Eurozone Verenigd Koninkrijk Verenigde Staten 2024 2023 2024 2023 2024 2023 Disconteringsvoet 3,00% 3,75% 4,50% 4,75% 4,75% 5,00% Verwachte toekomstige loonsverhogingen 2,00% - 4,00% 2,00% - 4,25% 2,75% 2,50% - 3,00% 3,10% 3,10% Inflatie op lange termijn 2,00% - 2,25% 2,00% - 2,50% 2,75% 3,00% 2,25% 2,50% Verwachte toekomstige pensioenverhogingen 0,00% - 2,25% 0,00% - 2,50% 2,55% 2,80% N/A N/A Actuariële veronderstellingen met betrekking tot de toekomstige levensverwachting zijn gebaseerd op land specifieke sterftetabellen. Deze veronderstellingen komen per 1 januari 2024 bij pensionering aan 65 jaar neer op een gemiddelde levensverwachting in jaren van: In jaren België Frankrijk Duitsland Verenigd Koninkrijk Verenigde Staten Pensioen aan het einde van de periode Mannelijk 19 25 21 22 21 Vrouwelijk 22 29 24 24 23 Pensioen na 20 jaren na het einde van de periode Mannelijk 20 28 23 23 22 Vrouwelijk 24 32 26 26 24 In de meeste landen geven de veronderstellingen met betrekking tot levensverwachting de ervaring van het plan en/of Solvay’s verwachtingen in termen van toekomstige verbetering van de levensverwachting weer. De actuariële veronderstellingen bij het bepalen van de verplichtingen inzake personeelsbeloningen per 31 december 2024 zijn gebaseerd op de volgende looptijden van de verplichtingen uit hoofde van personeelsbeloningen: Eurozone Verenigd Koninkrijk Verenigde Staten Looptijd in jaren 9,2 12,7 7,2 Sensitiviteit van de verplichtingen uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen Elke sensitiviteit wordt berekend ervan uitgaande dat alle overige veronderstellingen gelijk blijven. De economische factoren en omstandigheden zijn vaak tegelijkertijd van invloed op verschillende veronderstellingen. Sensitiviteitsanalyse voor verandering in het percentage van de disconteringsvoet: In € miljoen 0,25% toename 0,25% afname Eurozone -25 25 Verenigd Koninkrijk -4 4 Verenigde Staten -4 4 Andere landen -2 2 Totaal -35 35 Sensitiviteitsanalyse voor verandering in het percentage van het inflatieniveau: In € miljoen 0,25% toename 0,25% afname Eurozone 24 -23 Verenigd Koninkrijk 3 -3 Verenigde Staten 0 0 Andere landen 2 -2 Totaal 29 -28 Sensitiviteitsanalyse voor verandering in het percentage van de salarisgroei: In € miljoen 0,25% toename 0,25% afname Eurozone 2 -2 Verenigd Koninkrijk 0 0 Verenigde Staten 0 0 Andere landen 0 0 Totaal 2 -2 Sensitiviteitsanalyse voor verandering met één jaar in de sterftetabellen - De tabel geeft de impacts weer wanneer de leeftijd van alle rechthebbenden met 1 jaar toe- of afneemt: In € miljoen +1 jaar toename -1 jaar afname Eurozone -49 50 Verenigd Koninkrijk -6 6 Verenigde Staten -5 5 Andere landen -3 3 Totaal -63 64 Toelichting F31 Voorzieningen fGrondslagen voor de financiële verslaggeving Algemeen Voorzieningen worden opgenomen indien (a) de Groep op verslagdatum een huidige (wettelijke of feitelijke) verplichting heeft als gevolg van een gebeurtenis in het verleden, (b) het waarschijnlijk is dat de Groep deze verplichting zal moeten vereffenen, en (c) het bedrag van de verplichting op een betrouwbare manier geschat kan worden. Het bedrag opgenomen als een voorziening is de beste schatting van de uitgave die nodig is om aan de bestaande verplichting op het einde van de verslagperiode te voldoen, rekening houdend met de risico’s en onzekerheden verbonden aan de verplichting. Als het effect van de tijdswaarde van geld aanzienlijk is, is dit bedrag de contante waarde van de nodige kasstromen om deze verplichting af te wikkelen. Het effect van wijzigingen in de disconteringsvoet wordt in principe opgenomen in het financieel resultaat. Indien sommige of alle economische voordelen die vereist zijn om een voorziening af te wikkelen naar verwachting op een derde partij zullen worden verhaald, dient een vordering te worden opgenomen als actief indien het vrijwel zeker is dat dit bedrag zal worden terugbetaald wanneer de Groep haar verplichting afwikkelt. Herstructureringen Een voorziening voor herstructurering wordt enkel opgenomen wanneer de Groep een gedetailleerd en formeel plan voor de herstructurering heeft ontwikkeld en bij de betrokkenen een geldige verwachting heeft gewekt dat zij de herstructurering zal doorvoeren door het plan te beginnen uit te voeren of door de belangrijke kenmerken ervan mee te delen aan de betrokkenen. Een voorziening voor herstructurering omvat enkel uitgaven die noodzakelijk zijn voor de herstructurering en houden geen verband met de lopende activiteiten van de entiteit. Kosten in verband met milieusaneringen Leefmilieuverplichtingen hebben voornamelijk betrekking op niet-voortgezette activiteiten (stilgelegde vestigingen, beëindigde activiteiten of afgestoten activiteiten waarbij Solvay bepaalde verplichtingen onderhoudt) en, in mindere mate, op voortgezette activiteiten (zie toelichtingen hieronder). Een leefmilieuvoorziening wordt, in overeenstemming met IAS 37, opgenomen wanneer er een in rechte afdwingbare of feitelijke verplichting bestaat die het gevolg is van gebeurtenissen uit het verleden en die zal leiden tot een waarschijnlijke uitstroom van middelen (uitgaven/ kasuitstromen) om de verplichting af te wikkelen en waarvoor een betrouwbare schatting van deze uitstromen en van het tijdstip waarop die zal plaatsvinden, kan worden gemaakt. De leefmilieukosten omvatten, maar zijn niet beperkt tot, de volgende belangrijke aangelegenheden: •Bemonsterings- en analysekosten voor bodem- en grondwatermonitoring; •Kosten in verband met ontmanteling wanneer dit vereist is om aan sanerings- of vergunningsverplichting te voldoen; •Asbestverwijdering indien wettelijk verplicht; •Milieuonderzoeken en -studies (risicobeoordelingen, Fase I en II bodem en grondwater). Het eindsaldo van de leefmilieuvoorzieningen is gebaseerd op de netto contante waarde van de toekomstige kasstromen die naar verwachting zullen nodig zijn, voor het huidige en toekomstige jaren, om aan de saneringsverplichtingen te voldoen. Ramingen van de uitgaven zijn gebaseerd op schattingen van externe consultants, waar nodig en mogelijk. Toekomstige uitgaven worden geraamd en tweejaarlijks herzien en driemaandelijks gevalideerd door financiële experts van Solvay en door experts uit de industrie met de nodige kwalificaties onder leiding van de Group Environmental Rehabilitation Director en genieten van input verkregen van de juridische afdeling met betrekking tot de evolutie van de milieuwetgeving. Indien er geen waarschijnlijke verplichtingen bestaan, kan een voorwaardelijke verplichting worden vermeld om de toekomstige mogelijke verplichting weer te geven. In sommige gevallen kunnen voorwaardelijke verplichtingen niet worden gekwantificeerd. Zie toelichting F36 Voorwaardelijke verplichtingen en financiële garanties. In € miljoen Herstructurering Leefmilieu Geschillen Andere Totaal 31 december 2023 83 506 61 202 852 Toevoegingen 123 97 14 80 314 Terugnames van niet gebruikte bedragen -34 -11 -8 -26 -79 Gebruik -73 -66 -8 -52 -199 Disconteringseffect 0 -6 1 0 -6 Herwaarderingen 0 0 0 0 0 Wisselkoersverschillen 0 -9 -2 1 -10 Verwervingen en wijzigingen in de consolidatiekring 0 0 0 0 0 Vervreemdingen 0 0 0 0 0 Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 0 0 0 0 0 Andere 0 0 -3 1 -2 31 december 2024 99 511 55 205 871 Waarvan kortlopende voorzieningen 67 70 29 149 315 De voorzieningen stegen met €19 miljoen in 2024, waarvan een stijging van €16 miljoen voor Herstructurering en €5 miljoen voor Leefmilieu, gedeeltelijk gecompenseerd door een daling van €(2) miljoen voor Geschillen en Andere. Zie hieronder voor meer details over de opname en toevoegingen aan de voorzieningen. De mutaties in Overige voorzieningen hebben voornamelijk betrekking op aanpassingen na afronding van fusies en overnames, waaronder vergoedingen voor milieusanering op locaties die aan desinvestering onderhevig zijn. Het management verwacht dat de voorzieningen (met uitzondering van personeelsbeloningen) als volgt zullen worden aangewend (kasuitgaven): in € miljoen Tot 5 jaar Tussen 5 en 10 jaar Na 10 jaar Totaal Totaal voorzieningen voor leefmilieu 243 71 197 511 Totaal voorzieningen voor geschillen en overige voorzieningen 235 25 0 260 Totaal voorzieningen voor reorganisatie 99 99 31 december 2024 578 96 197 871 Herstructureringsvoorzieningen Deze voorzieningen bedragen €99 miljoen in 2024, tegen €83 miljoen eind 2023. De voorzieningen op het einde van 2024 hebben voornamelijk betrekking op de herstructureringskosten voor de vereenvoudiging van alle ondersteunende functies in de context van het vereenvoudigings- en transformatieprogramma van de Groep, met inbegrip van de strategische transformatiemaatregelen, de sluiting van vestigingen en de beëindiging van de Overeenkomst voor transitiediensten (TSA). Volgens de TSA zal Solvay gecompenseerd worden door Syensqo voor herstructureringskosten die momenteel geschat worden op €22 miljoen (€19 miljoen in Overige Vorderingen en €3 miljoen in Leningen en Overige Activa). Milieuvoorzieningen Deze voorzieningen bedragen €511 miljoen eind 2024, tegen €506 miljoen eind 2023, en hebben betrekking op: hmijnen en booroperaties, voor zover de wetgeving en/of exploitati evergunningen in verband met mijnen en booroperaties in een verplichting tot herstel of tot schadevergoeding aan derden voorzien. Deze voorzieningen bedragen €148 miljoen op het einde van 2024, waarvan het grootste deel aangelegd is op basis van lokale expertise, zullen naar verwachting binnen een periode van 20 jaar aangewend worden; hkalkputten (bezinkingsvijvers die vooral verband houden met natriumcarbonaatfabrieken), stortplaatsen (eigen en van derden), verbonden aan verschillende industriële activiteiten. Deze voorzieningen hebben een tijdshorizon van 1 tot 20 jaar; en hverschillende soorten vervuiling (organisch en niet-organisch) als gevolg van diverse historische chemische producties: deze voorzieningen dekken voornamelijk beëindigde activiteiten of gesloten fabrieken. De meeste van deze voorzieningen hebben een tijdshorizon van 1 tot 20 jaar. De wijziging van de milieuvoorzieningen werd ook beïnvloed door hogere disconteringsvoeten waardoor de contante waarde van de totale verplichting met €(25) miljoen daalde. Dit effect, gecombineerd met de afwikkeling van de openstaande verplichtingen voor €19 miljoen, resulteerde in een netto daling van €(6) miljoen in verband met discontering. De geraamde bedragen worden verdisconteerd op basis van de waarschijnlijke datum van afwikkeling, en worden periodiek aangepast om rekening te houden met het verstrijken van de tijd. De opsplitsing van de voorzieningen aangaande leefmilieu voor de belangrijkste landen/regio’s wordt hieronder weergegeven: In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Voorzieningen In % Voorzieningen lopende activiteiten Gebruik van de voorzieningen Voorzieningen In % Voorzieningen lopende activiteiten Gebruik van de voorzieningen Frankrijk 154 30% 0 -26 147 29% 0 -21 Duitsland 135 26% 46 -12 115 23% 30 -4 Rest van Europa 167 33% 6 -18 170 34% 6 -17 Noord-Amerika 4 1% 0 -1 5 1% 0 -23 Rest van de wereld 51 10% 1 -9 69 13% 1 -10 Totaal 511 100% 53 -66 506 100% 37 -75 De toelichting op vergelijkende cijfers met betrekking tot milieuvoorzieningen is aangepast om de classificatie van sommige voorzieningen als voortvloeiend uit lopende activiteiten te volgen. Voorzieningen voor geschillen Deze voorzieningen hebben betrekking op zowel indirecte belastings- als juridische geschillen. Deze bedragen €55 miljoen eind 2024 (2023: €61 miljoen). Het saldo op het einde van 2024 heeft betrekking op indirecte belastingrisico’s (€13 miljoen) en juridische claims (€42 miljoen). Overige voorzieningen De overige voorzieningen bedragen €205 miljoen eind 2024 (2023: €202 miljoen), inclusief €72 miljoen in verband met Dombasle Energie (zie het gedeelte met betrekking tot voorzieningen in Belangrijkste gebeurtenissen). Ze hebben betrekking op verschillende risico's, waarvan de belangrijkste risico's betrekking hebben op (i) de sluiting of afstoting van activiteiten en (ii) risico's in verband met de uitvoering of beëindiging van contracten. Overige voorzieningen omvatten ook een voorziening voor geschillen na de fusie- en overnameovereenkomst waarvoor een vrijwaringsvordering van €24 miljoen (onder Leningen en andere activa) is opgenomen, zoals voorzien in de Splitsingsovereenkomst. Toelichting F32 Financiële instrumenten en beheer van financiële risico’s f Grondslagen voor de financiële verslaggeving Algemeen Financiële activa en verplichtingen worden opgenomen enkel en alleen wanneer Solvay een partij wordt bij de contractuele bepalingen van het instrument. De geamortiseerde kostprijs is het bedrag waartegen de financiële activa of verplichtingen bij initiële opname worden gewaardeerd, verminderd met de hoofdsomaflossingen en vermeerderd of verminderd met de volgens de effectieve-rentemethode bepaalde cumulatieve amortisatie van het eventuele verschil tussen dat initiële bedrag en het aflossingsbedrag, en, voor financiële activa, aangepast voor een eventuele voorziening voor verliezen. De effectieve rentevoet is de rente die de verwachte toekomstige geldbetalingen of -ontvangsten tijdens de verwachte looptijd van de financiële activa of verplichtingen exact verdisconteert tot de bruto boekwaarde van een financieel actief of de geamortiseerde kostprijs van een financiële verplichting. Bij de berekening van de effectieve rentevoet maakt de Groep een schatting van de verwachte kasstromen, waarbij rekening wordt gehouden met alle contractvoorwaarden van het financiële instrument (bijvoorbeeld een optie tot vervroegde aflossing en verlengings-, call- en vergelijkbare opties), maar niet met de te verwachten kredietverliezen. In de berekening worden alle door de contractpartijen betaalde of ontvangen provisies en vergoedingen opgenomen die integraal deel uitmaken van de effectieve rentevoet, alsmede transactiekosten en alle overige premies en kortingen. Financiële activa Handelsvorderingen worden bij initiële opname gewaardeerd tegen hun transactieprijs, wanneer ze geen significante financieringscomponent bevatten, wat het geval is voor bijna alle handelsvorderingen. Andere financiële activa worden aanvankelijk gewaardeerd tegen reële waarde vermeerderd met, in het geval van een financieel actief dat niet tegen reële waarde via de winst- en verliesrekening wordt gewaardeerd, transactiekosten die direct kunnen worden toegerekend aan de verwerving van het financiële actief. Een financieel actief wordt geclassificeerd als vlottend, wanneer de verwachte kasstromen een looptijd hebben van minder dan een jaar. Alle opgenomen financiële activa zullen vervolgens gewaardeerd worden tegen geamortiseerde kostprijs dan wel reële waarde, volgens IFRS 9 Financiële Instrumenten. Meer bepaald: •Een schuldinstrument dat (i) wordt aangehouden binnen een bedrijfsmodel dat erop gericht is contractuele kasstromen te ontvangen en (ii) contractuele kasstromen heeft die uitsluitend aflossingen en rentebetalingen op het uitstaande hoofdsombedrag betreffen, wordt tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerd (exclusief afgeschreven bijzondere waardevermindering), tenzij het actief is aangewezen als gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (FVTPL) onder de reële waardeoptie; •Alle overige schuldinstrumenten worden tegen FVTPL gewaardeerd; •Alle eigen-vermogensinstrumenten worden in de geconsolideerde balans gewaardeerd tegen reële waarde, waarbij winsten en verliezen in de winst- en verliesrekening worden opgenomen, behalve als een eigen-vermogensinstrument niet wordt aangehouden voor handelsdoeleinden en er geen voorwaardelijke vergoeding wordt opgenomen door een overnemende partij in een bedrijfscombinatie, dan kan er bij de eerste opname onherroepelijk voor worden gekozen om de belegging te waarderen tegen FVTOCI, waarbij dividendinkomsten in de winst- en verliesrekening worden opgenomen. Deze classificatie wordt per instrument bepaald. Bij verwijdering van de balans worden de cumulatieve winsten of verliezen die voorheen in de andere elementen van het totaalresultaat werden opgenomen, overgeboekt naar overgedragen resultaten. •Eigen-vermogensbeleggingen in partnerschappen van beleggingsfondsen worden in de geconsolideerde balans gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (FVTPL). Op basis van de analyse van de kenmerken van deze fondsen heeft de Groep bepaald dat zij niet in aanmerking komen voor de FVTOCI-optie en derhalve tegen FVTPL worden opgenomen. •Voor instrumenten die genoteerd zijn op een actieve markt stemt de reële waarde overeen met de marktprijs (niveau 1). Voor instrumenten die niet genoteerd zijn op een actieve markt wordt de reële waarde bepaald met behulp van waarderingstechnieken, met inbegrip van recente transacties tussen goed geïnformeerde, tot een transactie bereid zijnde partijen die onafhankelijk zijn of transacties met instrumenten die in grote mate gelijkaardig zijn (niveau 2); of met behulp van verdisconteerde kasstroomanalyses, met inbegrip van veronderstellingen die in grote mate consistent zijn met waarneembare marktgegevens (niveau 3). In beperkte omstandigheden kan de kostprijs van eigen vermogensinstrument een passende schatting van de reële waarde vormen. Dit kan het geval zijn als er onvoldoende meer recente informatie beschikbaar is om de reële waarde te bepalen, of als er van een grote bandbreedte van mogelijke waarderingen tegen reële waarde sprake is en de kostprijs de beste schatting van de reële waarde binnen die bandbreedte vertegenwoordigt. Bijzondere waardeverminderingen van financiële activa •Het bijzonder waardeverminderingsverlies van een financieel actief dat wordt gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs wordt berekend op basis van het model gebaseerd op de verwachte verliezen, dat het gewogen gemiddelde vertegenwoordigt van kredietverliezen met de respectievelijke risico’s van een wanbetaling als wegingsfactoren. Verwachte kredietverliezen zijn gebaseerd op het verschil tussen de contractuele kasstromen verschuldigd conform het contract, en alle kasstromen die de Groep verwacht te ontvangen, verdisconteerd op basis van een redelijke benadering van de originele effectieve rentevoet. •Voor handelsvorderingen die geen aanzienlijk financieringsgedeelte bevatten (d.w.z. vrijwel alle handelsvorderingen), wordt de voorziening voor verliezen gewaardeerd tegen een bedrag dat gelijk is aan de tijdens de looptijd te verwachten kredietverliezen. Dit zijn de verwachte kredietverliezen die voortvloeien uit alle eventuele wanbetalingen gedurende de verwachte levensduur van deze handelsvorderingen, aan de hand van een voorzieningenmatrix die rekening houdt met historische informatie over wanbetalingen aangepast voor toekomstgerichte informatie per klant. De Groep beschouwt een financieel actief in wanbetaling wanneer de contractuele betalingen 60 dagen achterstallig zijn. Niettemin beschouwt de Groep een financieel actief evenzeer in wanbetaling wanneer interne of externe informatie aangeeft dat het onwaarschijnlijk is dat de Groep de uitstaande contractuele bedragen volledig zal ontvangen, vóór het in acht nemen van enige kredietbescherming aangehouden door de Groep. Een financieel actief wordt volledig afgewaardeerd wanneer er geen redelijke verwachting is om de contractuele kasstromen te realiseren. Bijzondere waardeverminderingsverliezen worden opgenomen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening, met uitzondering van schuldinstrumenten die tegen reële waarde worden opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat. In dat geval wordt de voorziening opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat. Financiële verplichtingen Financiële verplichtingen worden aanvankelijk gewaardeerd tegen reële waarde verminderd met, in het geval van een financiële verplichting die niet tegen reële waarde via de winst- en verliesrekening wordt gewaardeerd, transactiekosten die direct kunnen worden toegerekend aan de uitgifte van de financiële verplichting. Deze worden na eerste opname tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerd, uitgezonderd voor: •financiële verplichtingen gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in winst of verlies. Dergelijke verplichtingen, waaronder derivaten die verplichtingen zijn, moeten tegen reële waarde worden gewaardeerd; •financiële-garantiecontracten. Na eerste opname worden garanties gewaardeerd tegen het hoogste van de verwachte verliezen en het oorspronkelijk opgenomen bedrag. Afgeleide financiële instrumenten Een afgeleid financieel instrument is een financieel instrument of een ander contract dat binnen het toepassingsgebied van IFRS 9 Financiële Instrumenten valt en dat de volgende drie kenmerken bezit: •de waarde ervan verandert als gevolg van veranderingen in een bepaalde rente, prijs van een financieel instrument, commodityprijs, wisselkoers, index van prijzen of rentevoeten, creditrating, kredietwaardigheidsindex, of andere variabele, mits, in geval van een niet financiële variabele, de variabele niet specifiek voor een contractpartij is (soms ‘de onderliggende waarde’ genoemd); •er is geen nettoaanvangsinvestering benodigd of een geringe nettoaanvangsinvestering in verhouding tot andere soorten contracten die naar verwachting op vergelijkbare wijze op veranderingen in marktfactoren reageren; •het wordt op een tijdstip in de toekomst afgewikkeld. De Groep gebruikt verscheidene afgeleide financiële instrumenten (termijncontracten, futures, collars, opties en swaps) om haar blootstelling aan rente-, wisselkoers- en grondstoffenrisico’s (hoofdzakelijk prijsrisico’s voor nutsvoorzieningen en CO2-emissierechten) te beheren. Zoals eerder uitgelegd, worden afgeleide financiële instrumenten initieel gewaardeerd tegen reële waarde op het moment van aangaan van het afgeleide contract en worden na initiële opname geherwaardeerd tegen reële waarde op het einde van elke verslagperiode. De resulterende winst of het verlies wordt opgenomen in de winst- en verliesrekening, tenzij het afgeleid product als effectief afdekkingsinstrument aangemerkt werd. De Groep heeft bepaalde afgeleide financiële instrumenten aangemerkt als afdekkingsinstrumenten om het risico op schommelingen in de kasstromen af te dekken van een opgenomen actief of verplichting, of voor een erg waarschijnlijke transactie die gevolgen kan hebben voor de winst of het verlies (kasstroomafdekkingen). Een afgeleid financieel instrument met een positieve reële waarde wordt opgenomen als een financieel actief, terwijl een afgeleid financieel instrument met negatieve reële waarde als een financiële verplichting wordt opgenomen. Afgeleide financiële instrumenten (of onderdelen daarvan) worden gepresenteerd als langlopende activa of verplichtingen indien de resterende looptijd van de onderliggende afwikkelingen meer dan twaalf maanden na de verslagperiode valt. De overige derivaten (of een deel ervan) worden gepresenteerd als vlottende activa of kortlopende verplichtingen. Afdekking (hedge accounting) De Groep merkt bepaalde derivaten en in contracten besloten derivaten met betrekking tot de risico’s wat rente, wisselkoers, aandelenkoers van Solvay en grondstofprijzen (hoofdzakelijk prijsrisico’s voor nutsvoorzieningen en CO2-emissierechten) betreft, aan als afdekkingsinstrumenten in een kasstroomafdekkingsrelatie. Bij het aangaan van de afdekkingsrelatie worden de afdekkingsrelatie alsmede de risicobeheerdoelstelling en -strategie van de Groep formeel aangewezen en gedocumenteerd. Om hedge accounting toe te passen: (a) is er sprake van een economische relatie tussen de afgedekte positie en het afdekkingsinstrument, (b) zijn de waardeveranderingen die uit deze economische relatie voortvloeien niet hoofdzakelijk terug te voeren op het effect van het kredietrisico, en (c) is de afdekkingsverhouding van de afdekkingsrelatie gelijk aan die welke resulteert uit de hoeveelheid van de afgedekte positie die de onderneming werkelijk afdekt, en de hoeveelheid van het afdekkingsinstrument waarvan de Groep daadwerkelijk gebruikmaakt om die hoeveelheid van de afgedekte positie af te dekken. De vereiste onder (a) hierboven dat er een economische relatie is, betekent dat er een verwachting is dat de waarde van het afdekkingsinstrument en de waarde van de afgedekte positie stelselmatig in de tegengestelde richting veranderen in reactie op mutaties in ofwel dezelfde onderliggende waarde ofwel onderliggende waarden waartussen een zodanige economische relatie bestaat dat zij op dezelfde wijze reageren op het afgedekte risico. Kasstroomafdekkingen Het effectieve gedeelte van de wijzigingen in de reële waarde van afdekkingsinstrumenten aangemerkt voor kasstroomafdekking, wordt opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat. De winst of het verlies van het niet-effectieve gedeelte wordt onmiddellijk opgenomen in de winst- en verliesrekening. Zolang de kasstroomafdekking zich daarvoor kwalificeert, wordt de afdekkingsrelatie als volgt verwerkt: (a)De afzonderlijke, met de afgedekte positie samenhangende eigenvermogenscomponent (kasstroomafdekkingsreserve) wordt aangepast naar de laagste van de volgende waarden (in absolute bedragen): (i)de cumulatieve winst of het cumulatieve verlies op het afdekkingsinstrument vanaf afsluiting van de afdekkingstransactie; en (ii)de cumulatieve verandering in de reële waarde (contante waarde) van de afgedekte positie (dat wil zeggen de contante waarde van de cumulatieve verandering in de afgedekte verwachte toekomstige kasstromen) vanaf afsluiting van de afdekkingstransactie. (b)Het deel van de winst of het verlies op het afdekkingsinstrument waarvan is vastgesteld dat het een effectieve afdekking is (dat wil zeggen het deel dat door de overeenkomstig punt (a) berekende verandering in de kasstroomafdekkingsreserve is gecompenseerd), wordt in de andere elementen van het totaalresultaat opgenomen. (c) Een eventueel resterende winst of resterend verlies op het afdekkingsinstrument (of de eventueel benodigde winst of het eventueel benodigde verlies om de overeenkomstig punt (a) berekende verandering in de kasstroomafdekkingsreserve te compenseren) is de afdekkingsineffectiviteit die in winst of verlies wordt opgenomen. (d)Het bedrag dat overeenkomstig punt (a) in de kasstroomafdekkingsreserve wordt geaccumuleerd, wordt als volgt administratief verwerkt: (i)indien een afgedekte verwachte toekomstige transactie tot de opname van een niet-financieel actief of niet-financiële verplichting leidt, dan verwijdert de Groep dat bedrag uit de kasstroomafdekkingsreserve en neemt het direct op in de eerste kostprijs of andere boekwaarde van het actief of de verplichting. Dit is geen herclassificatieaanpassing en is dus niet van invloed op de andere elementen van het totaalresultaat; (ii)voor iedere andere kasstroomafdekking dan die welke onder (i) valt, wordt dat bedrag als een herclassificatieaanpassing van de kasstroomafdekkingsreserve naar de winst of het verlies overgeboekt in dezelfde periode(n) waarin de afgedekte verwachte toekomstige kasstromen de winst of het verlies beïnvloeden (bijvoorbeeld in de perioden waarin rentebaten of rentelasten zijn opgenomen of wanneer een verwachte verkoop werkelijk plaatsvindt); (iii)indien dat bedrag echter een verlies is en de Groep verwacht dat dit verlies in zijn geheel of voor een deel in één of meer toekomstige perioden niet realiseerbaar zal zijn, dan wordt het naar verwachting niet-realiseerbare bedrag onmiddellijk als een herclassificatieaanpassing naar de winst en verliesrekening overgeboekt. Het merendeel van de afgedekte posities is transactiegerelateerd. De tijdswaarde van opties, termijnelementen van termijncontracten, en valutabasisspreads van financiële instrumenten die de posities afdekken beïnvloeden de winst of het verlies op hetzelfde moment als deze afgedekte posities. Hedge accounting wordt beëindigd op prospectieve basis wanneer de afdekkingsrelatie (of een deel van een afdekkingsrelatie) niet meer aan de criteria voldoet (in voorkomend geval, nadat met herbalancering van de afdekkingsrelatie rekening werd gehouden). Het betreft onder meer gevallen waarin het afdekkingsinstrument afloopt of wordt verkocht, beëindigd of uitgeoefend. Wanneer de Groep hedge accounting voor een kasstroomafdekking beëindigt, dan moet hij het bedrag dat in de kasstroomafdekkingsreserve is geaccumuleerd, als volgt administratief verwerken: •indien wordt verwacht dat de afgedekte toekomstige kasstromen nog wel kunnen plaatsvinden, dan blijft dat bedrag in de kasstroomafdekkingsreserve opgenomen totdat de toekomstige kasstromen plaatsvinden. Indien dat bedrag echter een verlies is en de Groep verwacht dat dit verlies in zijn geheel of voor een deel in één of meer toekomstige perioden niet realiseerbaar zal zijn, dan wordt het naar verwachting niet-realiseerbare bedrag onmiddellijk als een herclassificatieaanpassing naar de winst of het verlies overgeboekt; •indien wordt verwacht dat de afgedekte toekomstige kasstromen niet meer zullen plaatsvinden, dan moet dat bedrag onmiddellijk als een herclassificatieaanpassing van de kasstroomafdekkingsreserve naar de winst of het verlies worden overgeboekt. Een afgedekte toekomstige kasstroom die niet langer zeer waarschijnlijk zal plaatsvinden, kan nog wel naar verwachting plaatsvinden. De volgende tabel geeft de financiële activa en verplichtingen als vlottende/kortlopende of vaste/langlopende in overeenstemming met hun classificatie volgens IFRS 9. In € miljoen Classificatie 31 december 2024 31 december 2023 Boekwaarde Boekwaarde Vaste activa - Financiële instrumenten 194 234 Financiële activa beschikbaar voor verkoop Eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat Financiële activa gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat 8 1 Eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat Financiële activa gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat 55 87 Leningen en overige vaste activa (behalve overschotten van het pensioenfonds en lange termijn voorraden) Financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs 118 136 Andere 118 136 Financiële instrumenten - Operationeel 13 10 Aangehouden voor handelsdoeleinden Aangehouden voor handelsdoeleinden 0 5 Afgeleide financiële instrumenten gedocumenteerd in kasstroomafdekkingen Kasstroomafdekkingen 13 5 Vlottende activa - Financiële instrumenten 1 448 1 598 Handelsvorderingen Financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs 826 840 Overige financiële instrumenten 16 118 Andere verhandelbare effecten > 3 maanden Financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs 4 50 Valutaswaps Aangehouden voor handelsdoeleinden 1 2 Overige vlottende financiële activa Financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs 11 66 Financiële instrumenten - Operationeel 67 56 Aangehouden voor handelsdoeleinden Aangehouden voor handelsdoeleinden 2 11 Afgeleide financiële instrumenten gedocumenteerd in kasstroomafdekkingen Kasstroomafdekkingen 64 45 Geldmiddelen en kasequivalenten Financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs 539 584 Totaal activa - Financiële instrumenten 1 642 1 833 Langlopende verplichtingen - Financiële instrumenten 2 017 2 051 Financiële schulden 1 983 1 981 Obligatieleningen Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs 1 492 0 Andere langlopende schulden Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs 253 1 735 Afgeleide financiële instrumenten gedocumenteerd in kasstroomafdekkingen Kasstroomafdekkingen 2 2 Leaseverplichtingen IFRS16 - Langlopende Leaseverplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs 236 243 Overige verplichtingen Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs 21 39 Financiële instrumenten - Operationeel 13 32 Aangehouden voor handelsdoeleinden Aangehouden voor handelsdoeleinden 1 17 Afgeleide financiële instrumenten gedocumenteerd in kasstroomafdekkingen Kasstroomafdekkingen 11 15 Kortlopende verplichtingen - Financiële instrumenten 1 170 1 344 Financiële schulden 155 211 Financiële schulden op korte termijn Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs 83 88 Valutaswaps Aangehouden voor handelsdoeleinden 2 1 Afgeleide financiële instrumenten gedocumenteerd in kasstroomafdekkingen Kasstroomafdekkingen 59 Leaseverplichtingen IFRS 16 - Kortlopende Leaseverplichtigen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs 70 63 Handelsschulden Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs 810 850 Financiële instrumenten - Operationeel 98 108 Aangehouden voor handelsdoeleinden Aangehouden voor handelsdoeleinden 24 19 Afgeleide financiële instrumenten gedocumenteerd in kasstroomafdekkingen Kasstroomafdekkingen 74 88 Te betalen dividenden Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs 107 175 Totaal financiële verplichtingen - Financiële instrumenten 3 187 3 395 In 2024 en 2023 zijn de lange-termijn saldi m.b.t. CO2 voorraden geen financiële activa en worden dus niet in de bovenstaande tabel opgenomen. Ze worden als overige vaste activa gepresenteerd. F32.A. Overzicht van financiële instrumenten De volgende tabel geeft een overzicht van de boekwaarden van alle financiële instrumenten volgens waarderingscategorie zoals gedefinieerd door IFRS 9. Financiële instrumenten In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Boekwaarde Boekwaarde Reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening 59 105 Aangehouden voor handelsdoeleinden (financiële instrumenten - operationeel - zie toelichting F26) 2 16 Aangehouden voor handelsdoeleinden (overige financiële instrumenten - zie toelichting F33, tabel Veranderingen in de financiële schuld) 1 2 Eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat 55 87 Financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs 1 497 1 677 Financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs (inclusief geldmiddelen en kasequivalenten, handelsvorderingen, leningen en andere kortlopende/langlopende activa, behalve de overschotten van het pensioenfonds en lange termijn voorraden) 1 497 1 677 Financiële activa gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat 85 51 Afgeleide financiële instrumenten toegewezen in een kasstroom hedge relatie (zie Toelichting F26) 78 50 Eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat 8 1 Totaal financiële activa 1 642 1 833 Reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening -27 -37 Aangehouden voor handelsdoeleinden (financiële instrumenten - operationeel - zie toelichting F34) -26 -36 Aangehouden voor handelsdoeleinden (financiële schuld - zie toelichting F33, tabel veranderingen in de financiële schuld -2 -1 Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs -2 766 -2 887 Financiële verplichtingen gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs (exclusief te betalen dividenden en leaseverplichtingen IFRS 16) -2 659 -2 712 Te betalen dividenden -107 -175 Leaseverplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs -306 -307 Leaseverplichtingen IFRS16 gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs -306 -307 Financiële verplichtingen gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de overige onderdelen van het totaalresultaat -88 -165 Afgeleide financiële instrumenten gedocumenteerd in kasstroomafdekkingen (zie toelichting F34) -88 -165 Totaal financiële en leaseverplichtingen -3 187 -3 395 De categorie "Aangehouden voor handelsdoeleinden" omvat afgeleide financiële instrumenten die gebruikt worden voor het beheer van valuta- en renterisico, prijsrisico’s in verband met nutsvoorzieningen en CO2-emissierechten, index en aandelen. Contracten die gedocumenteerd zijn als afdekkingsinstrumenten (hedge accounting conform IFRS 9 Financiële instrumenten) of die aan de vrijstellingscriteria voor “eigen gebruik” voldoen, zijn niet opgenomen in de categorie "Aangehouden voor handelsdoeleinden”. Op het einde van 2024 heeft €55 miljoen aan instrumenten gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening dan weer betrekking op kapitaalinstrumenten met betrekking tot de Syensqo Groep. F32.B. Reële waarde van financiële instrumenten Waarderingstechnieken en veronderstellingen gebruikt voor de waardering van de reële waarde. fGrondslagen voor de financiële verslaggeving Genoteerde marktprijzen zijn beschikbaar voor financiële activa en financiële verplichtingen met standaardbepalingen en -voorwaarden die verhandeld worden op actieve markten. De reële waarden van afgeleide financiële instrumenten zijn gelijk aan hun genoteerde prijzen (indien beschikbaar). Als dergelijke marktprijzen niet beschikbaar zijn, wordt de reële waarde van de financiële instrumenten bepaald op basis van een verdisconteerde kasstroomanalyse met gebruik van de toepasselijke rendementscurven die afgeleid zijn van genoteerde rentevoeten met gelijkaardige looptijden of de contracten voor niet-optionele afgeleide financiële instrumenten. De reële waarde van optionele afgeleide financiële instrumenten wordt bepaald op basis van optiewaarderingsmodellen, met inachtneming van contante waarde van de verwachte risico gewogen toekomstige rendementen aan de hand van formules op basis van marktreferenties. De reële waarde van andere financiële activa en financiële verplichtingen wordt bepaald volgens algemeen aanvaarde prijsbepalingsmodellen op basis van verdisconteerde kasstromen. Reële waarde van financiële instrumenten gewaardeerd tegen hun geamortiseerde kostprijs (exclusief IFRS 16 leaseverplichtingen) In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Boekwaarde Reële waarde Boekwaarde Reële waarde Vaste activa - Financiële instrumenten 118 118 136 136 Leningen en overige vaste activa (behalve overschotten van het pensioenfonds en en lange termijn voorraden) 118 118 136 136 Langlopende verplichtingen - Financiële instrumenten -1 766 -1 814 -1 774 -1 774 Obligatieleningen -1 492 -1 540 0 0 Andere langlopende schulden -253 -253 -1 735 -1 735 Overige verplichtingen -21 -21 -39 -39 De boekwaarde van de vlottende/kortlopende financiële activa en verplichtingen wordt geacht de reële waarde te benaderen gezien de korte looptijden. Financiële instrumenten gewaardeerd tegen reële waarde in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie De tabel “Financiële instrumenten gewaardeerd tegen reële waarde in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie” geeft een analyse van financiële instrumenten die na initiële opname gewaardeerd worden tegen reële waarde, gegroepeerd in niveaus 1 tot 3 volgens de mate waarin de reële waarde waarneembaar is. Financiële instrumenten, geklasseerd als aangehouden voor handelsdoeleinden en als afdekkingsinstrumenten in kasstroomafdekkingen zijn voornamelijk gegroepeerd in niveaus 1 en 2. De reële waarde daarvan wordt bepaald op basis van forward pricing- en swapmodellen, gebruikmakend van een berekening van de contante waarde. Deze modellen bevatten verschillende inputs, waaronder spot valutakoersen en interestvoeten van de respectievelijke valuta, valutabasisspreads tussen de respectievelijke valuta, rentecurves en toekomstige rentecurves van de onderliggende grondstof. Eigen-vermogensinstrumenten gewaardeerd tegen reële waarde via de andere elementen van het totaalresultaat en via de winst- en verliesrekening worden gepresenteerd in niveaus 1 en 3. De reële waarde van de instrumenten die onder Niveau 3 zijn opgenomen, wordt bepaald op basis van de richtlijnen die worden aanbevolen door de International Private Equity and Venture Capital Valuation (IPEV). Conform de interne regels van de Groep ligt de verantwoordelijkheid voor de waardering tegen reële waarde bij (a) de thesaurieafdeling voor de afgeleide financiële instrumenten die niet verbonden zijn aan nutsvoorzieningen en de niet-afgeleide financiële verplichtingen, (b) de afdeling Sustainable Development & Energy voor de afgeleide financiële instrumenten verbonden aan nutsvoorzieningen en (c) de afdeling Financiën voor niet afgeleide financiële activa. De Groep bepaalt of overdrachten tussen niveaus in de hiërarchie hebben plaatsgevonden door aan het eind van elke verslagperiode de categorisering opnieuw te beoordelen (op basis van de input van het laagste niveau die van belang is voor de waardering tegen reële waarde als geheel). In de loop van het jaar hebben zich geen dergelijke overdrachten voorgedaan. Financiële instrumenten gewaardeerd tegen reële waarde in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie In € miljoen 31 december 2024 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Aangehouden voor handelsdoeleinden 0 4 0 4 •Wisselrisico 0 1 0 1 •Energierisico 0 1 0 1 •CO2 risico 0 0 0 0 •Aandelen 0 1 0 1 •Index 0 0 0 0 Eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via de winst-en verliesrekeningen 55 0 55 •Aandelen 55 55 Kasstroomafdekkingen 0 77 0 77 •Wisselrisico 0 1 0 1 •Renterisico 0 0 0 0 •Energierisico 53 0 53 •CO2 risico 0 23 0 23 •Aandelen 0 0 0 0 Eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat 0 0 8 8 •Aandelen 8 8 Totaal (activa) 55 81 8 144 Aangehouden voor handelsdoeleinden 0 -27 0 -27 •Wisselrisico 0 -4 0 -4 •Renterisico 0 0 0 0 •Energierisico 0 -2 0 -2 •CO2 risico 0 -18 0 -18 •Aandelen 0 0 0 0 •Index 0 -3 0 -3 Kasstroomafdekkingen 0 -87 0 -87 •Wisselrisico 0 -7 0 -7 •Renterisico 0 -2 0 -2 •Energierisico -47 0 -47 •CO2 risico -32 0 -32 •Aandelen 0 0 0 0 Totaal (verplichtingen) 0 -115 0 -115 In € miljoen 31 december 2023 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Aangehouden voor handelsdoeleinden 0 17 0 18 •Wisselrisico 0 3 0 3 •Energierisico 0 4 0 5 •CO2 risico 0 0 0 0 •Aandelen 8 0 8 •Index 0 2 0 2 Eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via de winst-en verliesrekeningen 87 0 0 87 •Aandelen 87 87 Kasstroomafdekkingen 0 50 0 50 •Wisselrisico 0 2 0 2 •Renterisico 0 0 0 0 •Energierisico 0 47 0 48 •CO2 risico 0 0 0 0 Eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat 0 0 1 1 •Aandelen 0 0 1 1 Totaal (activa) 87 67 1 156 0 Aangehouden voor handelsdoeleinden 0 -37 0 -37 •Wisselrisico 0 -1 0 -1 •Renterisico 0 0 0 0 •Energierisico 0 -8 0 -8 •CO2 risico 0 -26 0 -26 •Aandelen 0 0 0 0 •Index 0 -2 0 -2 Kasstroomafdekkingen 0 -166 0 -166 •Wisselrisico 0 -1 0 -1 •Renterisico 0 -61 0 -61 •Energierisico 0 -59 0 -59 •CO2 risico 0 -44 0 -44 •Aandelen 0 0 0 Totaal (verplichtingen) 0 -202 0 -202 De reële waarde van de financiële instrumenten voor het beheer van het energierisico daalde in 2024. Dit is voornamelijk te verklaren door het feit dat Solvay besloten had om zich enkel te concentreren op zijn eigen intern verbruik en door de prijsstijging van gas en elektriciteit in vergelijking met 2023. Mutaties van de periode Aansluiting van de financiële activa en verplichtingen gewaardeerd volgens niveau 3: In € miljoen 31 december 2024 Tegen reële waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekeningen Aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat Totaal Eigen-vermogensinstrumenten Eigen-vermogensinstrumenten Openingssaldo op 1 januari 0 1 1 Totale winsten of verliezen 0 Opgenomen in de winst- en verliesrekeningen 0 Opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat 0 Verwervingen 7 7 Kapitaalverminderingen 0 Partiële Splitsing 0 Herclassificatie uit niveau 3 0 Afgeleide instrumenten aangewezen in afdekkingsrelaties 0 Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 0 Eindsaldo op 31 december 0 8 8 In € miljoen 31 december 2023 Tegen reële waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekeningen Aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat Totaal Eigen-vermogensinstrumenten Eigen-vermogensinstrumenten Openingssaldo op 1 januari 47 24 71 Totale winsten of verliezen 0 Opgenomen in de winst- en verliesrekeningen 2 2 Opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat 0 Verwervingen 0 8 8 Kapitaalverminderingen -1 -1 Partiële Splitsing -49 -30 -79 Eindsaldo op 31 december 0 1 1 Opbrengsten en kosten van financiële instrumenten opgenomen in de geconsolideerde winst -en verliesrekening en in de andere elementen van het totaalresultaat In € miljoen 2024 2023 Opgenomen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening Herclassificatie van andere elementen van het totaalresultaat betreffende afgeleide financiële instrumenten aangewezen als kasstroomafdekkingen •Wisselkoersrisico -7 39 •Energierisico -4 -1 •Renterisico Wijzigingen in de reële waarde van financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden •Wisselkoerscontracten •Energierisico -2 86 •CO2 risico 15 Opgenomen in de brutowinst -14 138 Herclassificatie van andere elementen van het totaalresultaat betreffende afgeleide financiële instrumenten aangewezen als kasstroomafdekkingen •Wisselkoersrisico 0 0 •Energierisico 0 0 •CO2 risico -38 •Aandelen 0 0 Wijzigingen in de reële waarde van financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden •Energierisico 0 0 •CO2 risico 8 0 •Aandelen -3 0 Winsten en verliezen (tijdswaarde) op afgeleide financiële instrumenten aangewezen als kasstroomafdekkingen •Wisselkoersrisico 0 0 •Energierisico 0 0 •CO2 risico Operationele wisselkoerswinsten of -verliezen 0 2 Opgenomen in de overige operationele winsten en verliezen -33 2 Herclassificatie van andere elementen van het totaalresultaat betreffende afgeleide financiële instrumenten aangewezen als kasstroomafdekkingen •Wisselkoersrisico 0 0 Wijzigingen in de reële waarde van financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden •Energierisico 0 0 •Aandelen 0 0 Niet-effectief deel van afgeleide financiële instrumenten aangewezen als kasstroomafdekkingen •Wisselkoersrisico 0 0 Opgenomen in de resultaat uit portefeuillebeheer en herevaluaties 0 0 Netto rentelasten -79 -24 Lasten van leasing schulden -12 -11 Overige financieringswinsten en -verliezen (exclusief winsten en verliezen betreffende elementen die geen verband houden met financiële instrumenten) •Wisselkoersrisico -3 1 •Rente element van financiële instrumenten 1 6 •Anderen -3 -6 Opgenomen in de financieringskosten () -97 -33 Dividenden van eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via het totaalresultaat Meerwaarde op deelnemingen beschikbaar voor verkoop opgenomen in de winst- en verliesrekening Herclassificatie vanuit eigen vermogen van niet-gerealiseerde winsten en verliezen met betrekking tot vervreemde financiële activa beschikbaar voor verkoop () 0 0 Herclassificatie vanuit eigen vermogen van bijzondere waardeverminderingsverliezen op financiële activa beschikbaar voor verkoop () 0 0 Totaal opgenomen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening -144 107 ()De toelichting F6 Netto financieringskosten presenteert een bedrag van €(76) miljoen voor 2024 (2023: €(41) miljoen) dat gerapporteerd wordt onder “Netto schuldenlasten”. Het bedrag omvat €(3) miljoen financiële kosten voor 2024 (2023: €(6) miljoen) die niet verbonden zijn aan financiële instrumenten, en die in deze tabel worden uitgesloten van de lijn “Opgenomen in de financieringskosten”. Het verlies op zeer waarschijnlijke verkopen in vreemde valuta opgenomen in de brutowinst van €(7) miljoen wordt voornamelijk verklaard door het afdekken van de valuta van de US$ en het verlies opgenomen op instrumenten m.b.t. nutsvoorzieningen voor €(4) miljoen, De wijziging in de reële waarde van financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden opgenomen in de brutowinst is vooral toe te schrijven aan: heen winst van € 86 miljoen in 2023, vooral te wijten aan de prijsstijgingen van gas en elektriciteit; In 2024 wordt het verlies van €(33) miljoen opgenomen in "overige operationele winsten en verliezen" voornamelijk verklaard door: hEen winst van €8 miljoen (2023: winst van €15 miljoen), vooral te wijten aan de prijswijziging van CO2. hHet verlies van €(38) miljoen opgenomen in "overige operationele winsten en verliezen" wordt voornamelijk verklaard door de beëindiging van de kasstroomafdekkingsrelatie voor CO2 in 2024. Zie ook F32D Overige marktrisico's. In de rubriek overige financieringswinsten en -verliezen daalde de wisselkoersopbrengst met €(4) miljoen in 2024 vergeleken met 2023. De winst van €1 miljoen (€6 miljoen voor 2023) heeft betrekking op het rente-element van financiële derivaten (termijnpunten). De overige kosten daalden met €(4) miljoen in 2024 vergeleken met 2023 door eenmalige kosten in het kader van het scheidingsplan in 2023. Netto rentelasten van €79 miljoen omvatten €5 miljoen aan renterisico gerecycleerd vanuit Andere elementen van het totaalresultaat. Opbrengsten en kosten van financiële instrumenten opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat: In € miljoen Kasstroomafdekkingen Wisselrisico Rentevoet risico Grondstoffenrisico Totaal 2024 2023 2024 2023 2024 2023 2024 2023 Saldo op 1 januari 1 13 -61 0 -87 67 -148 81 Herclassificatie van andere elementen van het totaalresultaat betreffende afgeleide financiële instrumenten aangewezen als kasstroomafdekkingen 7 -41 5 9 43 13 55 -20 Effectieve deel van de wijzigingen in de reële waarde van kasstroomafdekkingen -13 29 23 -70 -15 -167 -6 -209 Saldo op 31 december -5 1 -33 -61 -60 -87 -99 -148 F32.C. Kapitaalbeheer Zie 2 Kapitaal, aandelen en aandeelhouders inzake kapitaal in de Verklaring inzake Deugdelijk Bestuur in dit jaarverslag. De Groep beheert haar financieringsstructuur met als doel de continuïteit van het bedrijf veilig te stellen, het aandeelhoudersrendement te optimaliseren, een investment grade-kredietwaardigheid te handhaven en de schuldenlasten zo laag mogelijk te houden. De kapitaalstructuur van de Groep bestond uit eigen vermogen en uit een nettoschuld (zie toelichting F33 Nettoschuld). Behalve de wettelijk voorgeschreven minimale financieringsvereisten die van toepassing zijn op de dochterondernemingen van het bedrijf in verschillende landen, is Solvay niet onderhevig aan extra wettelijke kapitaalvereisten. De thesaurieafdeling bewaakt de kapitaalstructuur op continue basis onder het gezag en het toezicht van de Chief Financial Officer. Waar nodig wordt de juridische afdeling betrokken om naleving van juridische en contractuele bepalingen te waarborgen. F32.D. Beheer van financiële risico’s De Groep is blootgesteld aan marktrisico’s als gevolg van bewegingen in wisselkoersen, rentevoeten en andere marktprijzen (prijzen van nutsvoorzieningen, CO2-emissierechten en aandelenkoersen). Het hoger kader van de Groep houdt toezicht op het beheer van deze risico’s en wordt daarbij ondersteund door de thesaurieafdeling (risico’s die geen betrekking hebben op grondstoffen) en de afdeling Sustainable Development & Energy van Solvay, die adviseren over financiële risico’s en de juiste manier van beheersing van de financiële risico’s van de Groep. Beide afdelingen verzekeren het hoger kader van de Groep dat de financiële risico-activiteiten beheerd worden met de juiste beleidsmaatregelen en procedures en dat financiële risico’s worden geïdentificeerd, vastgesteld en beheerd overeenkomstig de beleidsmaatregelen en risicodoelstellingen van de Groep. Solvay gebruikt afgeleide financiële instrumenten om zich in te dekken tegen duidelijk geïdentificeerde risico’s op het gebied van valuta, rente, index, prijzen van nutsvoorzieningen, en CO2-emissierechten (afdekkingsinstrumenten). Alle afgeleide activiteiten voor risicobeheerdoelstellingen worden uitgevoerd door gespecialiseerde teams met de juiste vaardigheden, ervaringen en supervisie. Toch zijn niet altijd de vereiste voorwaarden vervuld om hedge accounting te kunnen toepassen. Verder is de Groep eveneens blootgesteld aan liquiditeits- en kredietrisico’s. Valutarisico De Groep is een essentieel chemisch bedrijf met activiteiten wereldwijd, die resulteren in transacties uitgedrukt in vreemde valuta. Bijgevolg is de Groep blootgesteld aan wisselkoersfluctuaties. In 2024 ging het daarbij vooral om de Amerikaanse Dollar, de Chinese Yuan en de Braziliaanse Real. Om het valutarisico te beperken heeft de Groep een beleid voor afdekking ontwikkeld gebaseerd op de volgende principes: financiering van activiteiten in lokale valuta en de afdekking van transactionele valutarisico’s op het moment van facturering (zekere risico). Activiteiten in vreemde valuta worden door de Groep voortdurend bewaakt, en waar nodig wordt de blootstelling aan wisselkoersen van verwachte kasstromen afgedekt (zeer waarschijnlijke risico). De blootstelling aan wisselkoersen wordt beheerd binnen goedgekeurde beleidsparameters door gebruik te maken van termijncontracten of, waar nodig, andere afgeleide financiële instrumenten zoals opties. In de loop van 2024 is de wisselkoers €/US$ geëvolueerd van 1,1052 begin januari tot 1,0394 op het einde van december (2023: van 1,0674 tot 1,1052). Een wijziging met (0,10) van de US$/€ wisselkoers zou in 2024 een wijziging van de EBITDA met ongeveer €33 miljoen (€30 miljoen in 2023) met zich meebrengen, waarvan 64% betrekking heeft op de omrekening en 36% op transacties, waarbij het laatste grotendeels wordt afgedekt. EBITDA is een belangrijke niet-IFRS indicator voor operationele prestaties zoals gedefinieerd in de woordenlijst. Eind 2024 zou de opwaardering van de US dollar ten opzichte van de euro voor een stijging van de nettoschuld zorgen met ongeveer €8 miljoen per US$ 0,10 fluctuatie t.o.v. de euro (2023: €0 miljoen). Een daling van de dollar ten opzichte van de euro zou zorgen voor een afname van de nettoschuld met ongeveer €(7) miljoen per US$ 0,10 fluctuatie t.o.v. de euro (2023: €0 miljoen). Het valutarisico van de Groep kan opgedeeld worden in twee categorieën: omrekeningrisico en transactierisico. Omrekeningsrisico Het omrekeningsrisico is het risico dat de geconsolideerde jaarrekening van de Groep beïnvloedt en dat verbonden is met deelnemingen die activiteiten hebben in valuta andere dan de euro (rapporteringsvaluta van de Groep). Gedurende 2024 en 2023 heeft de Groep het valutarisico van buitenlandse activiteiten niet afgedekt. Transactierisico Het transactierisico is het valutarisico in verband met een specifieke transactie, zoals de aan- of verkoop door een entiteit van de Groep in een andere valuta dan zijn functionele valuta. Voor zover mogelijk beheert de Groep het transactierisico op vorderingen en leningen centraal en, als dit niet mogelijk is, op lokaal niveau. De keuze van de valuta waarin de lening wordt aangegaan hangt vooral af van de kansen die de diverse geldmarkten bieden. Dit betekent dat de gekozen valuta niet noodzakelijk dezelfde is als die van het land waar de fondsen zullen worden geïnvesteerd. Niettemin worden de operationele entiteiten doorgaans in de functionele valuta gefinancierd. In de opkomende landen is het niet altijd mogelijk op de lokale financiële markten geld te lenen in de valuta van het land, ofwel omdat deze markten te krap zijn en er geen fondsen beschikbaar zijn, ofwel omdat de financiële voorwaarden ongunstig zijn. In zo’n geval moet de Groep ontlenen in een andere valuta. De Groep overweegt niettemin mogelijkheden om haar schulden te herfinancieren in de lokale valuta van deze opkomende landen. Afgeleide financiële instrumenten worden initieel gewaardeerd tegen reële waarde op het moment van het aangaan van het afgeleide contract en worden geclassificeerd in de twee hieronder beschreven categorieën. Aangehouden voor handelsdoeleinden Het transactierisico wordt beheerd met spottransacties of termijncontracten. Behalve indien ze gedocumenteerd zijn als afdekkingsinstrumenten (zie hiervoor) worden deze contracten geklasseerd als aangehouden voor handelsdoeleinden. In 2024 zijn de nominale bedragen die voor het beheer van het transactierisico worden verhandeld: hEen long positie van €368 miljoen (vergeleken met €271 miljoen in 2023). hEen short positie van €(239) miljoen (vergeleken met €(284) miljoen in 2023); hIn vergelijking met 2023 leidde de optimalisatie van het cashcentralisatiemodel tot een toename van de netto long positie met €142 miljoen (voornamelijk Chinese Yuan en Amerikaans Dollar). De volgende tabel geeft een overzicht van de nominale bedragen weer van contracten van de Groep voor afgeleide financiële instrumenten, die aan het eind van de periode uitstonden: In € miljoen Notioneel bedrag (1) Reële waarde activa Reële waarde verplichtingen 31 december 2024 2023 2024 2023 2024 2023 Aangehouden voor handelsdoeleinden langlopende posities 368 271 1 1 -1 -1 Aangehouden voor handelsdoeleinden kortlopende posities -239 -284 1 2 -3 0 Totaal 129 -13 2 3 -4 -1 (1)Lang-/(Kort-)lopende positie (wanneer de valutatransactie geen betrekking heeft op de functionele valuta, worden beide nominale bedragen in overweging genomen). Kasstroomafdekking De Groep gebruikt derivaten om zich af te dekken tegen geïdentificeerde wisselkoersrisico’s. Deze worden als afdekkinginstrumenten gedocumenteerd tenzij zij een opgenomen financieel actief of verplichting afdekken waarbij in principe geen kasstroomafdekking gedocumenteerd is. Het merendeel van de afgedekte posities is transactiegerelateerd. Eind 2024 heeft de Groep voornamelijk de hoogstwaarschijnlijke omzet in vreemde valuta (kortlopende positie) afgedekt voor een nominaal bedrag van US$ 190 miljoen (€183 miljoen) en PLN 55 miljoen (€13 miljoen). Alle overeenkomsten voor kasstroomafdekkingen die eind december 2024 bestonden, zullen in de komende 12 maanden worden afgewikkeld en gedurende die periode de winst of verlies beïnvloeden. De volgende tabel geeft een overzicht van de nominale bedragen weer van contracten van Solvay voor afgeleide financiële instrumenten, die aan het eind van de periode uitstonden: Nominale bedragen In € miljoen 31 december 2024 Notioneel bedrag van het instrument (1) Notioneel bedrag van de risicopositie (1) Percentage van afgedekte blootstelling Gemiddelde wisselkoers afdekking per risicocategorie Kasstroomafdekkingen reserves Reële waarde van de afdekkingsinstrument Eigen vermogen Activa Verplichtingen Kasstroomafdekkingen - Aankopen en verkopen prognose (3) EUR/PLN -13 -20 65% (2) 4,37 0 0 0 Totaal EUR -13 -20 0 0 0 USD/BRL -51 -85 60% (2) 5,40 -2 0 2 USD/CNY -60 -113 53% (2) 7,00 -2 0 2 USD/EUR -42 -82 52% (2) 1,10 -2 0 2 USD/MXN -13 -18 68% (2) 19,69 -1 0 1 USD/THB -17 -35 50% (2) 34,77 0 1 0 Totaal USD -183 -332 -6 1 7 Totaal -196 -352 -6 1 7 (1)Lang-/(kort-)lopende positie. (2)Conform het beleid van de thesaurieafdeling zal het percentage van afgedekte blootstelling in 2024 het progressieve minimale niveau van 60% bereiken. (3)De afdekkingsinstrumenten zijn gepresenteerd onder Overige vorderingen en Overige verplichtingen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie. In € miljoen 31 december 2023 Notioneel bedrag van het instrument (1) Notioneel bedrag van de risicopositie (1) Percentage van afgedekte blootstelling Gemiddelde wisselkoers afdekking per risicocategorie Kasstroomafdekkingen reserves Reële waarde van de afdekkingsinstrument Eigen vermogen Activa Verplichtingen Kasstroomafdekkingen - Aankopen en verkopen prognose (3) JPY/EUR -1 -1 50% (2) 126,94 0 0 0 JPY/USD 0 -3 4% (4) 145,33 1 1 0 Totaal JPY -1 -4 1 1 0 USD/BRL -63 -106 60% (2) 4,78 0 0 0 USD/CNY -68 -138 49% (2) 6,92 0 0 0 USD/EUR -24 -37 66% (2) 1,13 2 1 1 USD/MXN -11 -23 48% (2) 18,32 1 0 1 USD/THB -17 -39 44% (2) 33,75 0 0 0 Totaal USD -184 -342 3 2 1 Totaal -185 -346 4 2 1 (1)Lang-/(kort-)lopende positie. (2)Conform het beleid van de thesaurieafdeling zal het percentage van afgedekte blootstelling in 2023 het progressieve minimale niveau van 60% bereiken. (3)De afdekkingsinstrumenten zijn gepresenteerd onder Overige vorderingen en Overige verplichtingen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie. (4)In overeenstemming met het beleid van Group Treasury zal de afdekking in 2024 worden gestopt vanwege de lage materialiteitsblootstelling. Afdekkingsrelaties zijn zelden perfect. Daarom kan ineffectiviteit ontstaan, met als gevolg dat veranderingen in de reële waarde of de kasstromen van de afgedekte positie die zijn toe te schrijven aan een afgedekt risico en het afdekkingsinstrument niet binnen een periode worden gecompenseerd. De bronnen van afdekkingsineffectiviteit die de afdekkingsrelatie gedurende de looptijd ervan zouden kunnen beïnvloeden, worden hieronder opgesomd: hEen verlaging van het bedrag van de verwachte omzet die resulteert in een verschil in hoeveelheid of nominaal bedrag – de afgedekte positie en het afdekkingsinstrument zijn gebaseerd op verschillende hoeveelheden of nominale bedragen. hEen significante verandering in het kredietrisico van partijen. Tijdsverschillen - de afgedekte positie en het afdekkingsinstrument komen voor of worden afgewikkeld op verschillende data. In 2024 werd geen afdekkingsineffectiviteit opgenomen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening. Renterisico Zie ook Financiële risico’s in het hoofdstuk over Risicobeheer van dit jaarverslag voor meer informatie over het beheer van renterisico’s. hHet renterisico wordt beheerd op Groepsniveau. hDe Groep is blootgesteld aan renterisico’s omdat entiteiten van de Groep leningen aangaan met zowel vaste als vlottende rentevoeten. Het renterisico wordt beheerd op Groepsniveau door middel van een geschikte mix van leningen met vaste en vlottende rentevoeten. Blootstelling aan rentevoeten per valuta wordt hieronder samengevat: In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Valuta Vaste rentevoet Vlottende rentevoet Totaal Vaste rentevoet Vlottende rentevoet Totaal Financiële schulden EUR -1 721 -216 -1 937 -164 -1 840 -2 003 USD -146 0 -146 -137 -2 -139 BGN -1 -21 -22 -1 -1 -2 GBP -8 0 -8 0 0 0 KRW -1 -3 -4 -2 -10 -12 THB -8 0 -9 -9 0 -10 BRL -5 -2 -7 -8 -2 -10 Andere -5 -1 -5 -13 -3 -16 Totaal -1 895 -243 -2 138 -333 -1 859 -2 192 Geldmiddelen en kasequivalenten EUR 271 271 297 297 USD 68 68 138 138 CAD 0 0 2 2 THB 30 30 22 22 SAR 5 5 8 8 BRL 74 74 65 65 CNY 23 23 16 16 KRW 6 6 6 6 JPY 4 4 10 10 Andere 57 57 20 20 Totaal 539 539 584 584 Overige financiële instrumenten CNY 4 4 12 12 EUR 7 7 65 65 SAR 4 4 4 4 Andere 1 1 38 38 Totaal 16 16 118 118 Totaal -1 895 312 -1 583 -333 -1 156 -1 489 Op het einde van 2024 was €1 865 miljoen van de bruto schulden van de Groep aan vaste rente, en bestond voornamelijk uit: hTwee senior obligaties uitgegeven in april 2024 voor een totaal van €1 500 million met eindvervaldag in 2028 en 2031 (boekwaarde van €1 492 miljoen); hIFRS 16 leaseverplichting voor een totaal van €306 miljoen (boekwaarde van €306 miljoen). De schuld met variabele rente bestaat voornamelijk uit een termijnlening van €200 miljoen met een looptijd tot 2026, die wordt afgedekt door renteswaps die de volatiliteit van renteschommelingen verminderen (zie hieronder). Het effect van wijzigingen in de rentevoeten op het einde van 2024 in vergelijking met 2023 is als volgt: In € miljoen Gevoeligheid voor een stijging van 100 bp in de marktrente EUR Gevoeligheid voor een vermindering van 100 bp in de marktrente EUR 2024 2023 2024 2023 Resultaat 0 -7 0 6 De sensitiviteit voor rentevolatiliteit bleef aan het einde van 2024 niet significant in vergelijking met 2023 dankzij de afdekking van de rentevoeten. Het grootste deel van de sensitiviteit in 2023 komt overeen met de resterende volatiliteit tussen de maximaal te betalen rente (cap strike rate) en de minimumrente (floor strike rate) als gevolg van de afdekking van de overbruggingsfaciliteit (€1 500 miljoen) via de collar tegen rentekosten. Impact van IBOR-marktontwikkelingen Alle nieuwe liquiditeitsfaciliteiten (RCF, bilaterale lijnen) werden afgesloten door enkel gebruik te maken van SOFR-referentie-index en niet langer de IBOR. Dit heeft geen financiële gevolgen. De ISDA-overeenkomsten zijn ook aangepast om de SOFR op te nemen. Alle andere oude overeenkomsten (voor juni 2023) bevatten nog steeds IBOR. Banken zullen in dat geval de marktstandaardbenadering toepassen en het nieuwe SOFR-referentietarief voor die overeenkomsten gebruiken, wat geen gevolgen zal hebben voor onze financiële lasten of relaties. Renterisico afgedekt met instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden In 2024 en 2023 zijn er geen uitstaande rente-instrumenten opgenomen als kasstroomafdekkingen. Renterisico afgedekt met instrumenten die aangewezen als afdekkingsinstrumenten in een kasstroomafdekking In vergelijking met 2023 bestaat de resterende renteafdekking uit de afdekking van de €200 miljoen variabele termijnlening. Alle andere afdekkingsrelaties werden afgewikkeld na de terugbetaling van de €1 500 miljoen overbruggingsfaciliteit en de uitgifte van de senior obligaties voor een totaalbedrag van €1 500 miljoen. Kasstroomafdekkingen met variabele rente 31 december 2024 Notioneel bedrag van het instrument Notioneel bedrag van de risicopositie Percentage van afgedekte blootstelling Rentevoet afdekking per risicocategorie Kasstroomafdekkingen reserves Reële waarde van de afdekkingsinstrument Activa Verplichtingen Schulden met variable rente (Euribor6M) 200 200 100% 3,52% -2 0 -2 1,99% 0 0 0 Per 31 december 2024 bevat de kasstroomafdekkingsreserve voor renterisico ook een bedrag van € 31 miljoen met betrekking tot de afgewikkelde Flexiswap afdekkingsinstrumenten en wordt gerecycled naar de winst- en verliesrekening over de looptijd van de twee obligaties. Op de balans zijn de Flexiswap afdekkingsinstrumenten vervangen door twee nieuwe instrumenten die zijn geclassificeerd als financiële schuld, gepresenteerd onder "Andere leningen van derden" in Toelichting F33. Kasstroomafdekkingen met variabele rente 31 december 2023 Notioneel bedrag van het instrument Notioneel bedrag van de risicopositie Percentage van afgedekte blootstelling Rentevoet afdekking per risicocategorie Kasstroomafdekkingen reserves Reële waarde van de afdekkingsinstrument Activa Verplichtingen Schulden met variable rente (Euribor6M) 200 200 100% 3,52% -2 0 -2 Schulden met variable rente (Euribor1M) 1 500 1 500 100% 3,55% -1 0 -1 Toekomstige langetermijnherfinanciering (Euribor6M) 750 750 100% 3,20% + Vaste Marge -25 0 -25 Toekomstige langetermijnherfinanciering (Euribor6M) 750 750 100% 3,05% + Vaste Marge -33 0 -33 Overige marktrisico’s Prijsrisico’s m.b.t. nutsvoorzieningen en CO2 De Groep koopt grote hoeveelheden van zijn behoeften in steenkool, aardgas en elektriciteit in Europa en de Verenigde Staten gebaseerd op de fluctuerende liquide marktindices. Bovendien koopt de Groep grondstoffen aan met een prijsformule die verwijst naar marktindexen. Om de volatiliteit van de kosten te verminderen, heeft de Groep een beleid ontwikkeld om variabele prijzen tegen vaste prijzen om te ruilen door middel van afgeleide financiële instrumenten. De meeste van deze afdekkingsinstrumenten kunnen gedocumenteerd worden als afdekkingsinstrumenten voor de onderliggende aankoopovereenkomsten. Aankoopcontracten voor nutsvoorzieningen tegen vaste prijzen met een fysieke levering voor gebruik binnen de activiteiten van de Groep worden aangeduid als overeenkomsten “voor eigen gebruik” en vormen een natuurlijke afdekking. Deze zijn niet opgenomen in deze toelichting. De financiële afdekking van prijsrisico’s voor nutsvoorzieningen en CO2-emissierechten wordt centraal beheerd door Energy Services voor alle entiteiten van de Groep. Energy Services voert ook handelstransacties uit met betrekking tot nutsvoorzieningen en CO2. De volgende tabellen geven de nominale bedragen en de reële waarden van de openstaande afgeleide financiële instrumenten voor nutsvoorzieningen en CO2 op het einde van de verslagperiode weer: Aangehouden voor handelsdoeleinden Notioneel bedrag (1) Notioneel bedrag (in eenheden) Reële waarde van de instrument - Activa Reële waarde van de instrument - Verplichting 31 december 2024 2023 2024 2023 2024 2023 2024 2023 In € miljoen (behalve waar anders vermeld) Elektriciteit 22 118 090 MWh 0 0 0 -13 Standaardkwaliteit gas 1 21 10 220 811 174 MWh 1 0 -1 0 CO2 9 9 360 250 394 500 Tons 0 0 -18 -26 Totaal 10 52 1 0 -19 -39 (1)De afdekkingsinstrumenten zijn opgenomen onder Overige vorderingen, en Overige verplichtingen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie. De in onderstaande tabellen opgenomen bedragen zijn inclusief de afdekkingsbehoeftes van de GBU’s van de Groep beheerd via Energy Services, en niet de volledige afdekkingsbehoefte voor nutsvoorzieningen van de Groep. 31 december 2024 Kasstroomafdekkingen Notioneel bedrag (1) Notioneel bedrag (in eenheden) Notioneel bedrag van de risicopositie Notioneel bedrag van de risicopositie (in eenheden) Percentage van afgedekte blootstelling Gemiddelde prijs afdekking per risicocategorie Kasstroomafdekkingen reserves Reële waarde van de instrument - Activa Reële waarde van de instrument - Verplichting In € miljoen (behalve waar anders vermeld) Elektriciteit 224 2 205 840 MWh 417 3 772 347 MWh 58% 102 EUR/MWh -29 0 -29 Standaardkwaliteit gas 361 13 463 715 MWh 1 056 26 558 004 MWh 51% 22 EUR/MWh 35 53 -18 CO2 (2) 341 4 292 750 Tons 872 10 616 000 Tons 40% 75 EUR/Tons -9 23 -32 Totaal 926 2 345 -3 76 -79 (1)De afdekkingsinstrumenten bevinden zich in de post: "Overige vorderingen" en "Overige schulden" in de geconsolideerde balans. (2)Exclusief de reserve bevroren in de overige elementen van het totaalresultaat als gevolg van roll-over transacties (€(44) miljoen) Kasstroomafdekkingen In € miljoen (behalve waar anders vermeld) Elektriciteit 112 781 326 MWh 181 1 763 316 MWh 44% 142 EUR/MWh 30 33 -3 Standaardkwaliteit gas 245 12 343 602 MWh 579 24 542 118 MWh 50% 27 EUR/MWh -41 15 -56 CO2 (2) 553 3 469 500 Tons 801 9 230 909 Tons 38% 87 EUR/Tons -43 0 -44 Totaal 910 1 561 -54 48 -102 (1)De afdekkingsinstrumenten bevinden zich in de post: "Overige vorderingen" en "Overige schulden" in de geconsolideerde balans. (2)Exclusief de reserve bevroren in de overige elementen van het totaalresultaat als gevolg van roll-over transacties (€(33) miljoen) In 2024 heeft de Groep haar afdekkingsrelatie op het prijsrisico van CO2-emissierechten gewijzigd, waardoor de afdekkingsrelatie van de kasstroomafdekking eind december 2024 is beëindigd. Het gerelateerde verlies van €(38) miljoen werd opgenomen in overige operationele winsten en verliezen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening. Reële-waardeafdekking De Groep dekte een deel van haar CO2-emissierechten in voorraad af door termijnverkopen van CO2-emissierechten aan een verbonden partij. De Groep kwalificeert deze afdekkingsstrategie als reële-waardeafdekking. De verandering in de reële waarde van de termijnverkopen wordt opgenomen in de winst- en verliesrekening, samen met de herwaardering van de CO2-emissierechten in voorraad. De Groep heeft voor het onderliggende risico van de termijnverkopen van CO2-emissierechten aan de verbonden partij een afdekkingsratio van 1:1 vastgesteld die identiek is aan de afgedekte risicocomponent. Het effect van het afdekkingsinstrument op het overzicht van de financiële positie per 31 december 2024 is als volgt: 31 december 2024 Boekwaarde Balans lijn(en) Verandering in de reële waarde gebruikt voor het berekenen van de afdekkingsineffectiviteit Nominaal Activa Passiva Activa Verplichting In miljoen Euro In miljoen Euro In miljoen Euro Reële waardeafdekking CO2-emissierechten forwards 25 000 0 -1 Financiële instrumenten 0 31 december 2024 Boekwaarde Balans lijn(en) Verandering in de reële waarde gebruikt voor het berekenen van de afdekkingsineffectiviteit Nominaal Activa Passiva Activa Verplichting In miljoen Euro In miljoen Euro In miljoen Euro Reële waardeafdekking CO2-emissierechten forwards 25 000 0 2 Voorraden 0 31 december 2023 Boekwaarde Balans lijn(en) Verandering in de reële waarde gebruikt voor het berekenen van de afdekkingsineffectiviteit Nominaal Activa Passiva Activa Verplichting In miljoen Euro In miljoen Euro In miljoen Euro Reële waardeafdekking CO2-emissierechten forwards 25,000 0 -2 Financiële instrumenten 1 -1 31 december 2023 Boekwaarde Balans lijn(en) Verandering in de reële waarde gebruikt voor het berekenen van de afdekkingsineffectiviteit Nominaal Activa Passiva Activa Verplichting In miljoen Euro In miljoen Euro In miljoen Euro Reële waardeafdekking CO2-emissierechten forwards 25,000 0 2 Voorraden 1 De sensitiviteiten van afgeleide financiële commodity-instrumenten per 31 december 2024 worden hieronder weergegeven. De sensitiviteiten werden bepaald op basis van de prijsniveaus en volatiliteitsniveaus van elke grondstof. Deze veronderstellingen vormen geen schatting van toekomstige marktprijzen en de gepresenteerde sensitiviteiten zijn niet representatief voor toekomstige veranderingen in het eigen vermogen en resultaat van Solvay. In miljoen Euro 31 december 2024 Prijsverandering Totaal resultaat Winst of verlies Natuurlijk gas +10€ /MWh -102 0 Natuurlijk gas -10€ /MWh 102 0 Elektriciteit +30€ /MWh 66 0 Elektriciteit -30€ /MWh -66 0 CO2-emissierechten +5€ /T -21 -2 CO2-emissierechten -5€ /T 21 2 Risico betreffende Performance Share Units (PSU) en Restricted Share Units (RSU) op aandelenkoers Solvay en Syensqo Het laatste PSU-plan dat in geldmiddelen werd afgewikkeld (toegekend in 2021) werd onvoorwaardelijk op 31/12/2023 en werd uitbetaald in juni 2024. De PSU/RSU-plannen toegekend vanaf 2022 worden afgewikkeld in eigen vermogen. Het RSU-plan 2022 zal Solvay- en Syensqo-aandelen opleveren. De PSU/RSU-plannen 2023 en 2024 leveren alleen Solvay-aandelen op. Deze PSU/RSU-plannen worden afgedekt met eigen aandelen. Om echter de volatiliteit van de koers van het Syensqo-aandeel te neutraliseren, die een impact zal hebben op de waardering van de verplichtingen met betrekking tot het RSU-plan 2022, is de Groep een afdekkingstransactie aangegaan (equity forward transaction) die 100% van het risico dekt. Kredietrisico Zie ook Financiële Risico’s in het hoofdstuk over Risicobeheer van dit jaarverslag voor meer informatie over het beheer van het kredietrisico. De Groep houdt het kredietrisico van belangrijke zakelijke partners voortdurend in de gaten. De Groep gaat alleen transacties aan met financiële instellingen met een goede kredietwaardigheid. De Groep bewaakt en beheert blootstelling aan financiële instellingen binnen goedgekeurde kredietlimieten per tegenpartij en kredietrisicoparameters om het risico op wanbetaling te beperken. Voor financiële garanties verwijzen we naar toelichting F36 Voorwaardelijke verplichtingen en financiële garanties. De Groep neemt verwachte kredietverliezen op voor alle handelsvorderingen: er wordt een vereenvoudigde aanpak gehanteerd en verwachte verliezen tijdens de levensduur op alle handelsvorderingen worden opgenomen gebruikmakend van de voorzieningenmatrix om de verwachte kredietverliezen op handelsvorderingen te berekenen aan de hand van historische informatie over wanbetalingen aangepast voor toekomstgerichte informatie. De Groep klasseert klanten en de daaraan verbonden vorderingen naar verschillende categorieën, gebaseerd op de risicograad die aan klanten is toegewezen en de ouderdom van openstaande vorderingen. Voor alle vorderingen die minder dan zes maanden achterstallig zijn, hanteert de Groep percentages tussen 0,005% en 4,031% afhankelijk van de categorie. Voor vorderingen ouder dan zes maanden hanteert de Groep een percentage van 50% of 100%, afhankelijk van de categorie. De indeling van klanten wordt jaarlijks herzien voor klanten met een laag risicoprofiel, en elke zes maanden voor klanten met een hoger risicoprofiel. Er is geen significante concentratie van kredietrisico’s voor de Groep, aangezien het kredietrisico op de vorderingen verdeeld is over een groot aantal klanten en markten. De historische balans van handelsvorderingen, financiële instrumenten – operationeel, leningen en overige vaste activa ziet er als volgt uit: 31 december 2024 Met voorziening voor verwachten verliezen, niet met verminderde kredietwaardigheid In € miljoen Totaal Met verminderde kredietwaardigheid niet vervallen minder dan 30 dagen vervallen 30 tot 60 dagen vervallen 60 tot 90 dagen vervallen meer dan 90 dagen vervallen Handelsvorderingen 850 22 804 18 1 2 2 Handelsvorderingen - voorziening voor verliezen -23 -20 -1 -2 Handelsvorderingen - netto 826 2 803 18 1 2 0 Financiële instrumenten - operationeel 80 80 Leningen en andere activa op lange termijn (1) 116 4 111 0 Leningen en andere activa op lange termijn - waardeverminderingen -4 -4 Leningen en andere activa op lange termijn - netto (1) 112 0 111 0 0 0 0 Totaal 1 018 3 994 18 1 2 0 (1)De leningen en andere activa op lange termijn omvatten noch het surplus van de pensioenfonds noch de CO2-emissierechtenvoorraad. 31 december 2023 Met voorziening voor verwachten verliezen, niet met verminderde kredietwaardigheid In € miljoen Totaal Met verminderde kredietwaardigheid niet vervallen minder dan 30 dagen vervallen 30 tot 60 dagen vervallen 60 tot 90 dagen vervallen meer dan 90 dagen vervallen Handelsvorderingen 894 55 802 28 1 6 3 Handelsvorderingen - voorziening voor verliezen -54 -53 -1 -1 Handelsvorderingen - netto 840 3 801 28 1 6 2 Financiële instrumenten - operationeel 66 66 Leningen en andere activa op lange termijn (1) 140 4 135 0 Leningen en andere activa op lange termijn - waardeverminderingen -4 -4 Leningen en andere activa op lange termijn - netto (1) 136 0 135 0 0 0 0 Totaal 1 042 3 1 002 28 1 6 2 (1)De leningen en andere activa op lange termijn omvatten noch het surplus van de pensioenfonds noch de CO2-emissierechtenvoorraad. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de voorziening voor verliezen op handelsvorderingen: In € miljoen 2024 2023 1 januari -54 -72 Toevoeging -3 -11 Gebruik 12 5 Terugneming 15 9 Wisselkoersverschillen 2 -1 Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 0 0 Partiële Splitsing 14 Andere 5 0 31 december -23 -54 Liquiditeitsrisico Zie Financieel risico in het hoofdstuk over Risicobeheer in dit jaarverslag voor meer informatie over het beheer van het liquiditeitsrisico. Het liquiditeitsrisico heeft betrekking op de mogelijkheid voor Solvay om zijn schulden (inclusief uitgegeven obligaties) te betalen of te herfinancieren, en zijn activiteiten te financieren. Dit is mede afhankelijk van de mate waarin het bedrijf in staat is kasstromen te genereren met zijn activiteiten en niet te veel te betalen voor overnames. Daarnaast kunnen externe factoren die de wereldwijde liquiditeitsmarkten beïnvloeden, financieringsbronnen minder toegankelijk maken. De Financiële Commissie geeft zijn mening over het juiste beheer van het liquiditeitsrisico voor de financiering van de Groep op korte, middellange en lange termijn en de vereisten op het gebied van liquiditeitsbeheer. De Groep beheert het liquiditeitsrisico door adequate reserves, bankfaciliteiten en reservekredietfaciliteiten aan te houden, door permanent toezicht op de verwachte en actuele kasstromen, en door de looptijden van financiële activa en verplichtingen op elkaar af te stemmen. De Groep spreidt de looptijden van zijn financieringsbronnen door de tijd heen, om het bedrag dat elk jaar geherfinancierd moet worden te beperken. De volgende tabellen geven een overzicht van de resterende contractuele looptijden voor de financiële verplichtingen met contractueel overeengekomen aflossingsperioden. De tabellen werden opgesteld aan de hand van verdisconteerde kasstromen van financiële verplichtingen gebaseerd op de vroegste datum waarop de Groep verplicht kan worden om te betalen. Onderstaande tabellen geven de verdisconteerde bedragen weer (boekwaarde): In € miljoen 31 december 2024 Uitstromen van geldmiddelen: Totaal Binnen het eerste jaar In het tweede jaar In het 3e tot 5e jaar Na 5 jaar Handelsschulden 809 809 Te betalen dividenden 107 107 Financiële instrumenten - operationeel 111 98 13 Overige langlopende verplichtingen 21 5 5 11 Financiële schulden 1 831 84 217 777 753 Leasing schulden 306 70 36 92 108 Totaal 3 186 1 169 271 874 872 In € miljoen 31 december 2023 Uitstromen van geldmiddelen: Totaal Binnen het eerste jaar In het tweede jaar In het 3e tot 5e jaar Na 5 jaar Handelsschulden 850 850 Te betalen dividenden 175 175 Financiële instrumenten - operationeel 140 108 32 Overige langlopende verplichtingen 34 12 2 20 Financiële schulden 1 885 148 1 711 23 3 Leasing schulden 307 63 44 92 107 Totaal 3 390 1 344 1 799 117 130 Onderstaande tabellen geven de niet-verdisconteerde bedragen weer (nominale waarde): In € miljoen 31 december 2024 Uitstromen van geldmiddelen: Totaal Binnen het eerste jaar In het tweede jaar In het 3e tot 5e jaar Na 5 jaar Handelsschulden 809 809 Te betalen dividenden 107 107 Financiële instrumenten - operationeel 111 98 13 Overige langlopende verplichtingen 21 5 5 11 Financiële schulden 1 842 84 219 781 757 Leasing schulden 306 70 36 92 108 Totaal 3 196 1 169 273 878 876 Interesten op financiële schulden en leaseverplichtingen 412 75 71 174 91 Totaal uitstromen van geldmiddelen 3 608 1 244 345 1 052 967 In € miljoen 31 december 2023 Uitstromen van geldmiddelen: Totaal Binnen het eerste jaar In het tweede jaar In het 3e tot 5e jaar Na 5 jaar Handelsschulden 850 850 Te betalen dividenden 175 175 Financiële instrumenten - operationeel 140 108 32 Overige langlopende verplichtingen 34 12 2 20 Financiële schulden 1 886 148 1 711 23 4 Leasing schulden 307 63 44 92 107 Totaal 3 391 1 344 1 799 117 131 Interesten op financiële schulden en leaseverplichtingen 179 82 61 17 19 Totaal uitstromen van geldmiddelen 3 570 1 426 1 860 134 150 De liquiditeit van Solvay bedraagt €2,0 miljard, met inbegrip van €0,6 miljard geldmiddelen en kasequivalenten in het overzicht van de financiële positie en €1,4 miljard aan vastgelegde, volledig niet-opgenomen kredietfaciliteiten (€1,1 miljard multilaterale RCF met vervaldag in 2029 met verlengingsmogelijkheden en €0,3 miljard bilaterale RCF, met vervaldag in 2027 met verlengingsmogelijkheden). Deze zijn allemaal niet opgenomen per december 2024. Verder heeft de Groep toegang tot een Belgische Thesauriebewijsprogramma voor €1,0 miljard (geen uitstaand saldo per eind 2024). Dit programma wordt gedekt door een back-up kredietlijnen. Zie hieronder (onderdeel F32.E) voor verdere details m.b.t. financieringsprogramma's voor leveranciers binnen handelsschulden. F32.E. Regelingen voor leveranciersfinanciering fGrondslagen voor de financiële verslaggeving Algemeen De Groep classificeert financiële verplichtingen die voortvloeien uit regelingen voor leveranciersfinanciering onder handels- en overige schulden in het overzicht van de financiële positie als ze een vergelijkbare aard en functie hebben als handelsschulden. Dit is het geval als de regeling voor leveranciersfinanciering deel uitmaakt van het werkkapitaal dat wordt gebruikt in de normale bedrijfscyclus van de Groep, het niveau van de gestelde zekerheid vergelijkbaar is met dat van handelsschulden en de voorwaarden van de verplichtingen die deel uitmaken van de regeling voor leveranciersfinanciering niet substantieel verschillen van de voorwaarden van handelsschulden die geen deel uitmaken van de overeenkomst. Kasstromen die verband houden met verplichtingen uit hoofde van regelingen voor leveranciersfinanciering die in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie zijn opgenomen onder handels- en overige schulden, worden in het geconsolideerde kasstroomoverzicht opgenomen onder bedrijfsactiviteiten. Eerste toepassing in 2024 Deze vereiste tot informatieverschaffing is geïntroduceerd door de Aanpassingen Regelingen voor leveranciersfinanciering (aanpassingen aan IAS 7 en IFRS 7), die in mei 2023 door het IASB zijn gepubliceerd. De aanpassingen zijn van kracht voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2024. In het jaar van eerste toepassing zijn de vereisten alleen van toepassing op het financieel jaarverslag en hoeft de toelichting geen vergelijkende cijfers te bevatten. Kwalitatieve informatie Algemene voorwaarden De Groep heeft een regeling voor leveranciersfinanciering opgezet die wordt aangeboden aan enkele van de belangrijkste leveranciers van de Groep. Deelname aan de regeling is ter beoordeling van de leveranciers zelf. Leveranciers die deelnemen aan de regeling voor leveranciersfinanciering ontvangen vroegtijdige betaling op facturen die naar de Groep worden gestuurd van de externe financieringsverstrekker van de Groep. Als leveranciers kiezen voor vroegtijdige betaling, betalen ze een vergoeding aan de financieringsverstrekker, waarbij de Groep geen partij is. Opdat de financieringsverstrekker de facturen zou betalen, moeten de goederen ontvangen of geleverd zijn en moeten de facturen goedgekeurd zijn door de Groep. Betalingen aan leveranciers vóór de vervaldatum van de factuur worden verwerkt door de financieringsverstrekker en in alle gevallen vereffent de Groep de oorspronkelijke factuur door de financieringsverstrekker te betalen in lijn met de oorspronkelijke vervaldatum van de factuur zoals hierboven beschreven. De Groep beoordeelt elke regeling aan de hand van indicatoren om te bepalen of de verplichtingen die leveranciers aan de partnerbank hebben verkocht in het kader van de regeling voor leveranciersfinanciering nog steeds voldoen aan de definitie van handelsschulden of moeten worden geclassificeerd als financiële schulden. Op 31 december 2024 en 2023 voldoen alle handelsschulden die onder de regeling voor leveranciersfinanciering vallen aan de criteria voor handelsschulden en worden ze opgenomen onder handelsschulden in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie. Kwantitatieve informatie In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 1 januari 2023 Boekwaarde van financiële verplichtingen: Opgenomen in Handels- en overige schulden 62 N/A N/A •waarvan leveranciers betaling hebben ontvangen van een financiële instelling 47 N/A N/A Periode van vervaldagen (dagen na de factuurdatum) Verplichtingen die deel uitmaken van de overeenkomst 102-106 dagen N/A N/A Vergelijkbare handelsschulden die geen deel uit maken van de overeenkomst 45-49 dagen N/A N/A Toelichting F33 Nettoschuld De nettoschuld van de Groep is het saldo van de financiële schulden en de overige financiële instrumenten, en de geldmiddelen en kasequivalenten. In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Financiële schulden 2 138 2 192 Geldmiddelen en kasequivalenten -539 -584 Overige financiële instrumenten -16 -118 Nettoschuld 1 583 1 489 Eind 2024 omvat de financiële schuld: htwee senior obligaties voor een totaalbedrag van €1 500 miljoen (€750 miljoen met vervaldag in 2028 en €750 miljoen met vervaldag in 2031); heen termijnlening voor een bedrag van €200 miljoen; hde leasverplichting volgens IFRS 16 voor een bedrag van €306 miljoen; hoverige financiële schulden (€140 million, exclusief leaseverplichtingen) voornamelijk kortlopend. Solvay’s investment grade-kredietwaardigheid is BBB-/A3 (stabiele vooruitzichten) van Standard & Poor’s (per 4 december 2024). Financiële schulden: belangrijkste leningen In € miljoen (behalve waar anders vermeld) 31 december 2024 31 december 2023 Nominaal bedrag Coupon Einde looptijd Door zekerheid gedekt Bedrag aan geamortiseerde kostprijs Reële waarde Bedrag aan geamortiseerde kostprijs Reële waarde 2028 senior lening (€ 750 miljoen) 750 3,875% 2028 Nee 746 766 n/a n/a 2031 senior lening (€ 750 miljoen) 750 4,250% 2031 Nee 746 774 n/a n/a Totaal van de senior € leningen 1 500 1 492 1 540 0 0 Kredietlijnen opname (€ 1 500 miljoen) Variable rente 2025 No 0 0 1 500 1 500 Totaal van de kredietlijnen (1) 0 0 0 1 500 1 500 Op termijn lening (€ 200 miljoen) 200 Variable rente 2026 200 200 200 200 Andere leningen van derde partijen 140 140 140 185 185 Leaseschulden IFRS16 306 306 306 307 307 Totaal 2 146 2 138 2 186 2 192 2 192 (1)In 2023 had de Solvay overbruggingsfaciliteit als initiële looptijd oktober 2024, maar de onderneming had een onvoorwaardelijk recht om de looptijd tweemaal met 6 maanden te verlengen tot oktober 2025. De overbruggingsfaciliteit was daarom geclassificeerd als langlopend. De Groep is ten aanzien van de hierboven vermelde financiële schulden niet in gebreke gebleven. Er zijn geen inbreuken op financiële convenanten bij Solvay SA/NV en de holdingmaatschappijen van de Groep. Overige financiële instrumenten In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Vaste overige financiële instrumenten 0 0 Vlottende overige financiële instrumenten 16 119 Valutaswaps 1 2 Andere verhandelbare effecten op meer dan 3 maanden 4 50 Overige vlottende financiële activa 11 67 Overige financiële instrumenten 16 119 De andere verhandelbare effecten op meer dan drie maanden omvatten bankwisselposities. In 2024 wordt de daling van de overige vlottende financiële activa verklaard door de overdracht van CO2-derivaten naar de OTC-markt (voorheen verhandeld op de beursmarkt). Als gevolg hiervan daalden de marge-stortingen van Energy Services voor instrumenten met een negatieve reële waarde die als onderpand dienden voor de verplichtingen. Geldmiddelen en kasequivalenten In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Geldmiddelen 211 300 Termijndeposito's 328 285 Geldmiddelen en kasequivalenten 539 584 Door de aard van geldmiddelen en kasequivalenten is hun boekwaarde gelijk, of zo goed als gelijk, aan hun reële waarde. Op 31 december 2024 en 31 december 2023 waren geldmiddelen en kasequivalenten niet onderhevig aan wettelijke, regelgevende of contractuele beperkingen en waren er geen materiële beperkingen op de mogelijkheid om geldmiddelen of kasequivalenten binnen de Groep over te dragen. Mutaties in de financiële schuld en in overige financiële instrumenten voortvloeiende uit financieringsactiviteiten In € miljoen december 31, 2023 2024 Totaal Kasstroom van toename van schulden Kasstroom van terugbetaling van schulden Wisselkoerswijzigingen Wijzigingen in de overige vlottende financiële activa Andere in kasstromen uit financieringsactiviteiten Overboeking van langlopende tot kortlopende Betaling van leaseverplichtingen Andere Partiële Splitsing Totaal Obligatieleningen - 1 492 - - - - - - - - 1 492 Andere langlopende schulden 1 737 - -1 500 0 - - -11 - 30 0 255 Langlopende financiële leaseverplichtingen 243 - - 7 - - -70 - 55 - 236 Renteswaps 2 - - - - - - - 0 - 2 Langlopende verplichtingen financiële schulden 1 983 1 492 -1 500 7 - - -81 - 85 0 1 985 Kortlopende verplichtingen financiële schulden 211 191 -242 0 - - 81 -64 -22 0 156 Financiële schulden 2 192 1 683 -1 742 7 - - - -64 63 0 2 138 Overige financiële instrumenten - - - - - - - - - - - Valutaswaps -2 - - 0 - - - - 1 - -1 Andere verhandelbare effecten op meer dan 3 maanden -50 - - 0 9 38 - - - - -4 Overige vlottende financiële activa -67 - - 0 49 - - - 7 - -11 Overige financiële instrumenten -119 - - 0 58 38 - - 8 - -16 Totaal 1 683 -1 742 7 58 38 - -64 70 0 50 De financiële schuld daalde van €2 192 miljoen eind 2023 naar €2 138 miljoen eind 2024. De langlopende financiële schuld bleef in 2024 stabiel ten opzichte van 2023, voornamelijk door: hde toename van €1 584 miljoen, dat voornamelijk verklaard wordt door: —de uitgifte van twee senior obligaties voor een totaalbedrag van €1 492 miljoen, —twee nieuwe instrumenten geklasseerd als financiële schuld voor €30 million (langlopend gedeelte) als gevolg van het afwikkelen van flexi-swaps afgesloten in 2023, —de toename van de langlopende leaseverplichtingen (IFRS 16) voor €50 miljoen, —de wisselkoersverschillen ten belope van €7 miljoen. hde daling van €(1 581) miljoen, dat voornamelijk verklaard wordt door: —de aflossing van €(1 500) miljoen overbruggingsfaciliteit afgesloten eind 2023 in het kader van de Partiële Splitsing, —de overboeking naar kortlopende financiële schuld voor €(70) miljoen, voornamelijk van leaseverplichtingen. De kortlopende financiële schuld daalde met €(56) miljoen, voornamelijk door: hde toename van de leningen voor €191 miljoen, dat voornamelijk verklaard wordt door de opnames van kredietlijnen voor €185 miljoen hde daling voor €(264) miljoen verklaard door de aflossing van de opgenomen kredietlijnen voor €(185) miljoen, de aflossing van een kortlopende lening voor €(52) miljoen, en het netto-effect van het afwikkelen van flexi-swaps afgesloten in 2023 voor €(22) miljoen hde overboeking van langlopende financiële schuld voor €81 miljoen, voornamelijk van leaseverplichtingen hde aflossing van de leaseverplichtingen (IFRS 16) voor €(64) miljoen. Toelichting F34 Overige (kortlopende) verplichtingen In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Schulden betreffende salarissen en voordelen 123 125 BTW en andere belastingen 105 107 Sociale zekerheid 18 29 Financiële instrumenten - operationeel 98 108 Verzekeringspremies 14 31 Klanten voorschotten 21 30 Lange Termijn Incentive - korte termijn deel 17 31 Overige 61 126 Overige kortlopende verplichtingen 458 585 De daling in “Overige” in vergelijking met 2023 is voornamelijk gerelateerd aan de verzekeringsvergoeding van €32 miljoen (te betalen aan Syensqo) die openstond op 31 december 2023 (zie toelichting F25 Overige vorderingen) en betaald werd in 2024. Financiële instrumenten-operationeel omvatten afgeleide financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden en kasstroomafdekking (zie toelichting F32 Overzicht van de financiële instrumenten). Overige toelichtingen Toelichting F35 Verbintenissen voor het verwerven van materiële vaste en immateriële activa In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Verbintenissen voor het verwerven van materiële vaste en immateriële activa 101 124 Het bedrag heeft vooral betrekking op afspraken over de verwerving van industriële materiële vaste activa. Het bedrag in 2023 was hoger dan in 2024, voornamelijk door de uitgaven voor de capaciteitsverhoging van Soda Ash op de Green River-site doorheen 2024. Toelichting F36 Voorwaardelijke verplichtingen en financiële garanties f Grondslagen voor de financiële verslaggeving Een voorwaardelijke verplichting is: (a)een mogelijke verplichting die voortvloeit uit gebeurtenissen in het verleden waarvan het bestaan slechts wordt bevestigd door het zich al dan niet voordoen van een of meerdere onzekere toekomstige gebeurtenissen die niet geheel binnen de controle van de entiteit valt; of (b)een huidige verplichting die voortvloeit uit gebeurtenissen in het verleden maar niet opgenomen wordt omdat: (i)het is niet waarschijnlijk dat de uitstroom van middelen die economische voordelen in zich bergen nodig zijn om te voldoen aan de verplichting; of (ii)de omvang van de verplichting kan niet met voldoende betrouwbaarheid worden vastgesteld. Voorwaardelijke verplichtingen worden niet opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening, tenzij ze voortvloeien uit een bedrijfscombinatie. Ze worden beschreven in de toelichting, behalve indien de kans op een uitstroom van middelen die economische voordelen in zich bergen zeer onwaarschijnlijk is. Financiële garanties zijn contracten die de Groep verplichten bepaalde betalingen te verrichten om de houder het verlies te compenseren voor een door hem geleden verlies omdat een bepaalde debiteur zijn betalingsverplichting uit hoofde van de oorspronkelijke of herziene voorwaarden van een schuldbewijs niet nakomt. Om dubbeltellingen te vermijden worden enkel financiële garanties in deze toelichting opgenomen die opgenomen verplichtingen overschrijden of die elders in de jaarrekening van de Groep toelichtingen werden gegeven. In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Garanties voor pensioenen 58 55 Milieugerelateerde voorwaardelijke verplichtingen 210 271 Garanties voor Cytec 2025 obligaties (1) 157 151 Voorwaardelijke verplichtingen 425 477 (1)Garanties voor Cytec 2025 Obligaties – zie de toelichting op de financiële garanties hieronder Voorwaardelijke verplichtingen In het algemeen maken wij, overeenkomstig goede bedrijfspraktijken, geen melding van hangende of dreigende procedures die nog niet afgesloten zijn, waarbij de waarschijnlijkheid van een bestaande of toekomstige blootstelling onwaarschijnlijk of onzeker is, de financiële gevolgen niet kunnen worden ingeschat en waarvoor we niet in staat zijn om dergelijke verplichtingen te kwantificeren. Milieugerelateerde voorwaardelijke verplichtingen De hierboven vermelde voorwaardelijke verplichtingen van €210 miljoen hebben betrekking op milieusaneringen voor mogelijke verplichtingen die voortvloeien uit gebeurtenissen in het verleden. Het bestaan van deze verplichtingen zal worden bevestigd door het al dan niet plaatsvinden van een of meer onzekere toekomstige gebeurtenissen waarover de Groep niet de volledige controle heeft. Hoewel de nominale kasstromen met voldoende betrouwbaarheid kunnen worden geschat, blijft er een zekere mate van onzekerheid. De Groep heeft ook huidige verplichtingen die niet betrouwbaar kunnen worden geschat en die hierna worden vermeld: hOp de site van Pont de Claix, in Frankrijk, heeft Solvay de opdracht gekregen om een aantal historische impacts in de ondergrond te herstellen. Hiervoor zijn voorzieningen aangelegd (zie toelichting F31 - Milieuvoorzieningen). Op een aantal locaties kunnen de gevolgen niet gekarakteriseerd of behandeld worden omdat er verschillende eenheden zijn die door derden worden uitgebaat. De overeenkomstige schatting kan daarom niet beschikbaar zijn. Solvay volgt bovendien in Pont de Claix de evolutie van de situatie met Vencorex van nabij op, sinds dit bedrijf in september 2024 in 'Redressement Judiciaire' ging. De activiteiten van Vencorex in Pont de Claix werden van Solvay overgenomen in 2008. Solvay heeft echter zijn energieproductie-eenheden behouden, is eigenaar van de ondergrond en voert bepaalde saneringsactiviteiten uit. Deze activiteiten kunnen worden beïnvloed door de huidige situatie. hSalindres site, Frankrijk: Na de aankondiging van de sluiting van de site heeft Solvay zes maanden de tijd om een gedetailleerde studie van de uit te voeren sanering voor te bereiden ter attentie van het Franse regionale milieuagentschap (DREAL). Voor een deel van de sanering is al een voorziening aangelegd (zie toelichting F31 - Milieuvoorzieningen) omdat de kosten betrouwbaar konden worden ingeschat. Sommige delen van de site vereisen echter verdere analyses om te bepalen of bijkomende saneringen nodig zijn en wat hun kosten zijn. hDe Groep heeft ook verplichtingen in verband met zijn natriumcarbonaatinstallaties, meer bepaald voor de sluiting en sanering van grote bekkens en dijken in Europa en de VS, waarvoor het nog niet mogelijk is om de impact van de voorschriften in de toekomst in te schatten. GVM-gerelateerde procedures Rosignano-site: Het Openbaar Ministerie van de strafrechtbank van Livorno, Italië startte in 2019 voorlopige strafrechtelijke onderzoeken met betrekking tot de vermeende verontreiniging van bepaalde grondwaterlagen buiten onze site en op onze voormalige stortplaats van Rosignano, Italië site. Deze procedures lopen nog, en Solvay werkt nauw samen met de autoriteiten om deze zaken op te lossen. Bulgarije In Bulgarije is Solvay Sodi AD, een dochteronderneming van Solvay, onderworpen aan bepaalde door de staat opgelegde verplichtingen voor noodvoorraden olie (reserves) voor 2021 tot 2023, waaraan Solvay niet kon voldoen. Als gevolg hiervan legde de Bulgaarse autoriteit Solvay Sodi AD voor 2021 en 2022 boetes op van ongeveer €15 miljoen voor ons deel van de boetes die volledig voorzien waren. Voor 2023 is het bevel opgeschort en is er geen boete opgelegd en is er geen voorziening opgenomen. Mocht deze opschorting worden opgeheven, dan kan Solvay Sodi AD een bijkomende boete worden opgelegd van € 9 miljoen. Solvay Sodi AD heeft een rechtszaak aangespannen om deze boetes te betwisten en probeert via de nationale autoriteiten genoegdoening te krijgen met het argument dat het bestaande Bulgaarse systeem van noodvoorraad niet verenigbaar is met de EU-wetgeving en dat in zijn huidige vorm verplichtingen voor noodvoorraden van olie alleen zouden moeten gelden voor bedrijven die handelen in ruwe olie en vloeibare brandstoffen. Financiële garanties Cytec 2025 Obligaties De 3,95% Senior Obligaties met looptijd tot 2025 uitgegeven door Cytec Industries Inc. (de "Cytec 2025 Obligaties") werden op 8 december 2023 overgedragen aan Syensqo SA/NV met Cytec Industries Inc. voor US$ 163,5 miljoen (equivalent van €157,4 miljoen op 31 december 2024). Syensqo SA/NV gaf een tegengarantie ten gunste van Solvay SA/NV aangezien Solvay SA/NV de oorspronkelijke garant bleef. Aangezien Syensqo SA/NV, de uiteindelijke moedermaatschappij van Cytec Industries, Inc. een investeringswaardige onderneming is en gezien de korte periode die verstrijkt voordat de obligaties moeten worden terugbetaald, achtte de Groep het risico op wanbetaling klein en werd er bijgevolg geen voorziening aangelegd. Syensqo SA/NV heeft deze Senior Obligaties in februari 2025 afgelost. De garantie werd daarom op dat moment vrijgegeven. Garanties in het kader van het UK Pensioenfonds De garantie voor pensioenen heeft betrekking op de belangrijkste pensioenfondsen in het Verenigd Koninkrijk (€58 miljoen) - zie toelichting F32. Het komt overeen met het opgenomen overschot aan fondsbeleggingen op 31 december 2024, of het bedrag waarmee de garantie de opgenomen pensioenverplichting overschrijdt (op 31 december 2023). Deze garantie is van toepassing op de pensioenverplichting gewaardeerd in overeenstemming met de lokale wettelijke basis in het Verenigd Koninkrijk (prudentiële basis) met een toewijzing voor marktrisico, wat resulteert in een hogere waarderingswaarde in vergelijking met de IAS 19 vereisten. De kans dat de garanties worden ingeroepen wordt als onwaarschijnlijk beschouwd. Toelichting F37 Verbonden partijen Saldo’s en transacties tussen Solvay SA/NV en (a) haar dochterondernemingen en (b) haar gezamenlijke bedrijfsactiviteiten voor haar aandeel, die verbonden partijen zijn van Solvay SA/NV, werden geëlimineerd in de consolidatie en worden bijgevolg niet opgenomen in deze toelichting. Transacties tussen de Groep en andere verbonden partijen worden hieronder toegelicht. Verkoop- en aankooptransacties In € miljoen Verkoop van goederen Aankoop van goederen 2024 2023 2024 2023 Geassocieerde deelnemingen 6 12 -54 -35 Joint ventures 2 8 0 -3 Overige verbonden partijen 11 23 -18 -45 Totaal 19 43 -72 -82 In € miljoen Bedragen verschuldigd door verbonden partijen Bedragen verschuldigd aan verbonden partijen 31 december 2024 2023 2024 2023 Geassocieerde deelnemingen 0 0 7 9 Joint ventures 0 0 0 0 Overige verbonden partijen 48 14 5 4 Totaal 48 14 12 13 Leningen aan verbonden partijen In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Leningen aan geassocieerde deelnemingen 1 1 Leningen aan overige verbonden partijen 18 18 Totaal 19 19 Leningen van overige verbonden partijen -3 -3 Vergoedingen aan managers op sleutelposities Managers op sleutelposities bestaan uit alle leden van de Raad van Bestuur en van het Executive Leadership Team. Verschuldigde bedragen met betrekking tot het jaar (vergoedingen) en bestaande verplichtingen op het einde van het jaar in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie: In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 Salarissen, rechtstreekse sociale voordelen en personeelsbeloningen op korte termijn 2 6 Personeelsbeloningen op lange termijn 0 0 Verplichting van op aandelen gebaseerde plannen afgewikkeld in geldmiddelen 0 1 Totaal 2 7 In 2024 is er geen verplichting meer voor in geldmiddelen afgewikkelde op aandelen gebaseerde betalingen, aangezien alle plannen in 2024 in eigen-vermogensinstrumenten zijn afgewikkeld, zie toelichting F29 - Op aandelen gebaseerde betalingen. Kosten van het jaar (exclusief werkgeversbijdragen en belastingen): In € miljoen 2024 2023 Salarissen, rechtstreekse sociale voordelen en personeelsbeloningen op korte termijn -5 -35 Personeelsbeloningen op lange termijn -1 -2 Lasten van op aandelen gebaseerde plannen -1 -4 Totaal -7 -41 De daling in salarissen, sociale voordelen en personeelsbeloningen op korte termijn ten opzichte van 2023 heeft voornamelijk betrekking op de korte termijn beloningen in verband met de Partiële Splitsing. Toelichting F38 Dividend voorgesteld voor uitkering De Raad van Bestuur zal aan de Algemene Aandeelhoudersvergadering een bruto dividend voorstellen van €2,43 per aandeel. Rekening houdend met het interim-dividend van €0,97 per aandeel dat in januari 2025 uitgekeerd werd, bedragen de dividenden voorgesteld voor uitkering, maar nog niet opgenomen als uitkering aan aandeelhouders €154 miljoen. Toelichting F39 Gebeurtenissen na de verslagperiode fGrondslagen voor de financiële verslaggeving Gebeurtenissen na de verslagperiode die wijzen op bepaalde omstandigheden die al bestonden aan het einde van de verslagperiode (‘adjusting events’) worden verwerkt in de geconsolideerde jaarrekening. Gebeurtenissen die wijzen op omstandigheden die zijn ontstaan na de verslagperiode (‘non-adjusting events’) worden alleen vermeld in de toelichtingen als zij materieel zijn. Syensqo SA/NV heeft publiekelijk zijn intentie bekendgemaakt om de 3,95% Senior Obligaties uitgegeven door Cytec Industries Inc. terug te betalen tegen 1 februari 2025. Als gevolg van het aansprakelijkheidsbeheer in het kader van de Partiële Splitsing, bleef Solvay NV de oorspronkelijke garant van de obligaties, terwijl een tegengarantie werd gegeven door Syensqo NV ten voordele van Solvay NV. Syensqo NV heeft deze Senior Obligaties terugbetaald op 1 februari 2025. De garantie werd daarom op die datum vrijgegeven, na de terugbetaling door Syensqo. Zie ook Toelichting F36 voor meer details. In 2016 startte Solvay een inbreukprocedure tegen een concurrent wegens schending van een van zijn octrooien voor autokatalysatormaterialen. Eind februari 2025 kende de rechtbank de Groep een schadevergoeding van €10,3 miljoen toe en bijkomende procedurele rente voor de betreffende schadezaak. Beide partijen kunnen binnen een maand in beroep gaan tegen de beslissing van de rechtbank. De schadevergoeding en gerelateerde rente worden beschouwd als voorwaardelijke activa. Toelichting F40 Lijst van entiteiten opgenomen in de consolidatiekring De Groep bestaat uit Solvay SA/NV en een totaal van 145 deelnemingen. Van de 145 deelnemingen zijn er 71 volledig geconsolideerd, 7 proportioneel geconsolideerd en 20 geconsolideerd via de vermogensmutatiemethode. De overige 47 zijn niet significant, en worden daarom niet in de consolidatiekring opgenomen. Deze Overige Deelnemingen, die niet significant zijn, worden gewaardeerd tegen kostprijs en jaarlijks aan een bijzonder waardeverminderingstest onderworpen, wat als een goede benadering van hun reële waarde wordt beschouwd. Voor meer informatie, zie Consolidatieprincipes. Bedrijven die tot de consolidatiekring toetraden Land Vennootschap Commentaar CHILI Rhodia Chile Ltda, Santiago voldoet aan consolidatiecriteria Bedrijven die de consolidatiekring verlieten Land Vennootschap Commentaar FRANKRIJK Solvay Energy Services S.A.S., Puteaux Gefusioneerd met Rhodia Operations S.A.S. DUITSLAND Solvay Chemicals GmbH, Hannover Gefusioneerd met Solvay GmbH Solvin GmbH & Co. KG - PVDC, Rheinberg Gefusioneerd met Solvay GmbH Solvay Flux GmbH, Hannover Gefusioneerd met Solvay GmbH Solvay Fluor GmbH, Hannover Gefusioneerd met Solvay GmbH Solvin Holding GmbH, Hannover Gefusioneerd met Solvay GmbH NEDERLAND Rhodia International Holdings B.V., Den Haag Gefusioneerd met Solvay Chemicals and Plastics Holding B.V. Bedrijven waarvan de consolidatiemethode wijzigt Land Vennootschap Commentaar CHINA Shandong Huatai Interox Chemical Co. Ltd, Dongying Overgang van vermogensmutatiemethode naar volledige integratie als gevolg van de bijkomende aankoop van 10% aandelen van Dongying Huatai Chemicals Group Lijst van dochterondernemingen Met vermelding van het deelnemingspercentage. Het percentage stemrechten ligt heel dicht bij het deelnemingspercentage. ARGENTINIË Solvay Argentina SA, Buenos Aires 100 Quimicos Esenciales de Argentina SA, Buenos Aires 100 AUSTRALIË Solvay Interox Pty Ltd, Banksmeadow 100 OOSTENRIJK Solvay Österreich GmbH, Wien 100 BELGIË Carrières les Petons S.P.R.L., Walcourt 100 Solvay Chemicals International S.A., Brussels 100 Solvay Chimie S.A., Brussels 100 Solvay Pharmaceuticals S.A. - Management Services, Brussels 100 Solvay Stock Option Management S.P.R.L., Brussels 100 BRAZILIË Cogeracao de Energia Electricica Rhodia Brotas SA, Brotas 100 Rhodia Brasil SA, Sao Paolo 100 Rhodia Poliamida Brasil Ltda , Sao Paolo 100 Rhopart-Participacoes Servidos e Comercio Ltda, Sao Paolo 100 BULGARIJE Solvay Bulgaria EAD, Devnya 100 CANADA Solvay Canada Inc, Toronto 100 CHILI Rhodia Chile Ltda, Santiago 100 CHINA Essential (Shanghai) Enterprise Management Co. , Shanghai 100 Liyang Solvay Rare Earth New Material Co., Ltd, Liyang City 96,3 Shandong Huatai Interox Chemical Co. Ltd, Dongying 60 Solvay (Shanghai) International Trading Co., Ltd, Shanghai 100 Solvay Chemicals (Shanghai) Co. Ltd, Shanghai 100 Solvay Fine Chemical Additives (Qingdao) Co., Ltd, Qingdao 100 Solvay Lantian (Quzhou) Chemicals Co., Ltd, Zhejiang 55 FINLAND Solvay Chemicals Finland Oy, Voikkaa 100 FRANKRIJK Rhodia Chimie S.A.S. , Aubervilliers 100 Rhodia Operations S.A.S. , Aubervilliers 100 Solvay - Opérations - France S.A.S., Paris 100 Solvay Finance S.A., Paris 100 DUITSLAND Cavity GmbH, Hannover 100 Horizon Immobilien AG, Hannover 100 Salzgewinnungsgesellschaft Westfalen GmbH & Co KG, Hannover 65 Duitse besloten vennootschap die gebruik maakt van vrijstelling, zoals bepaald in artikel 264(b) van het Duitse Wetboek van Koophandel, om geen jaarrekening te publiceren. Solvay GmbH, Hannover 100 INDIA ES Essential Chemicals Private Limited, Mumbai 100 ITALIË Cogeneration Rosignano S.r.l., Rosignano 100 Essentials Chemicals Italy S.p.a., Livorno 100 Solvay Chimica Italia S.p.A., Milano 100 Solvay Energy Services Italia S.r.l., Bollate 100 JAPAN Nippon Solvay KK, Tokyo 100 Solvay Special Chem Japan Ltd, Anan City 100 LUXEMBURG Renestia S.A., Capellen 100 Solvay Chlorovinyls Holding S.a.r.l., Luxembourg 100 MEXICO Solvay Fluor Mexico S.A. de C.V., Ciudad Juarez 100 Solvay Mexicana S. de R.L. de C.V., Monterrey 100 NEDERLAND Solvay Chemicals and Plastics Holding B.V., Linne-Herten 100 Solvay Chemie B.V., Linne-Herten 100 Solvin Holding Nederland B.V., Linne-Herten 100 POLEN Solvay Poland Sp. z o.o. , Gorzow Wielkopolski 100 PORTUGAL Solvay Business Services Portugal Unipessoal Lda, Carnaxide 100 Solvay Peroxidos Portugal Unipessoal LDA , Povoa 100 SINGAPORE Solvay Fluor Holding (Asia-Pacific) Pte. Ltd., Singapore 100 ZUID-AFRIKA Solvay Polymers and Chemicals South Africa (PTY) Ltd, Johannesburg 100 ZUID-KOREA Special Chem Korea Co. Ltd, Gunsan 100 Solvay Chemical Services Korea Co. Ltd, Seoul 100 Solvay Silica Korea Co. Ltd , Incheon 100 SPANJE Solvay Quimica S.L., Barcelona 100 ZWITSERLAND Solvay Vinyls Holding AG, Bad Zurzach 100 THAILAND Solvay Asia Pacific Company Ltd, Bangkok 100 Solvay Peroxythai Ltd, Bangkok 100 TURKIJE Essential Istanbul Chemical Items Industry and Trade Limited Company, Istanbul 100 VERENIGD KONINKRIJK Rhodia Limited , Watford 100 Solvay Interox Ltd, Warrington 100 Solvay UK Holding Company Ltd, Warrington 100 VERENIGDE STATEN American Soda LLC, Houston, TX 100 Essential Finance (America) LLC, Wilmington DE 100 Essential Holding America, LLC, Wilmington, DE 100 Essential Elements USA LLC, Wilmington, DE 100 Essential Chemicals USA LLC, Wilmington, DE 100 Rocky Mountain Coal Company, LLC, Houston, TX 100 Solvay America Holdings, Inc., Houston, TX 100 Solvay Chemicals, Inc., Houston, TX 100 Solvay Fluorides, LLC., St Louis, IL 100 Lijst van gezamenlijke bedrijfsactiviteiten Met vermelding van het deelnemingspercentage. OOSTENRIJK Solvay Sisecam Holding AG, Wien 75 BELGIË BASF Interox H2O2 Production N.V., Brussels 50 BULGARIJE Solvay Sodi AD, Devnya 73,5 NEDERLAND MTP HP JV C.V., Weesp 50 MTP HP JV Management bv, Weesp 50 SAOEDI-ARABIË Saudi Hydrogen Peroxide Co, Jubail 50 THAILAND MTP HP JV (Thailand) Ltd, Bangkok 50 Lijst van vennootschappen opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode Met vermelding van het deelnemingspercentage. Joint ventures AUSTRALIË Aqua Pharma Australia Pty Ltd, Armidale 50 Aquatiq Prawns Ltd, Launceston 50 BELGIË Aqua Pharma Belgium Srl, Herent 50 BRAZILIË Peroxidos do Brasil Ltda, Sao Paulo 69,4 CANADA Aqua Pharma Inc, Saint John 50 CHILI Aqua Pharma Chile Spa, Puerto Montt 50 ECUADOR Aqua Pharma Ecuador S.A, Guayas 50 INDONESIË PT Aqua Pharma Indonesia Ltd, Jakarta 50 NOORWEGEN Aqua Pharma Group A.S., Lillehammer 50 Aqua Pharma A.S., Lillehammer 50 Haugaland Shipping A.S., Haugesund 50 TAIWAN Shinsol Advanced Chemicals Corporation, New Taipei 51 VERENIGD KONINKRIJK Aqua Pharma Technical Ltd, Inverness 50 Aqua Pharma Ltd, Inverness 50 Pulcea Ltd, Edinburgh 25 VERENIGDE STATEN Aqua Pharma U.S. Inc, Kirkland 50 Geassocieerde deelnemingen CHINA Qingdao Hiwin Solvay Chemicals Co. Ltd, Qingdao 30 Solvay (Zhenjiang) Chemicals Co., Ltd, Zhenjiang New area 9,35 FRANKRIJK GIE Chime Salindres, Salindres 50 MEXICO Silicatos y Derivados S.A. DE C.V., Estado de Mexico 20 Toelichting F41 Vergoedingen aan de commissaris Voor het boekjaar eindigend op 31 december 2024 werden de professionele diensten verleend door EY Bedrijfsrevisoren BV naar Belgisch recht opgericht en geldig bestaand, met maatschappelijke zetel te Kouterveldstraat 7b, 1831 Diegem, België, ingeschreven in het rechtspersonenregister van Brussel onder het ondernemingsnummer 0446.334.711 en zijn respectieve filialen. De jaarlijkse auditvergoedingen voor 2024 voor Solvay nv werden vastgelegd op €1,2 miljoen. Ze omvatten de audit van de statutaire en geconsolideerde rekeningen van Solvay NV. De honoraria voor de audit van de dochterondernemingen van Solvay in 2024 bedragen €2,1 miljoen. De vergoeding voor het beperkt nazicht in het kader van het CSRD verslag was €0,6 miljoen. Aanvullende niet-auditvergoedingen voor een bedrag van €1,7 miljoen werden aangegaan in 2024 door Solvay NV en gelieerde ondernemingen: hAndere controle-opdrachten: —Gefactueerd door de commissaris van de Groep (€1,4 miljoen) —Gefactureerd door andere EY entiteiten (€0,2 miljoen) hOverige diensten: €0,1 miljoen. 7.3.VERKORTE JAARREKENING SOLVAY SA/NV De jaarrekening van Solvay SA/NV wordt hieronder verkort weergegeven. Overeenkomstig het Belgisch Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen worden de jaarrekening van Solvay SA/NV, het verslag van de raad van bestuur en het verslag van de commissaris neergelegd bij de Nationale Bank van België. Deze documenten zijn kosteloos op internet te raadplegen of op aanvraag verkrijgbaar bij: Solvay SA/NV Ransbeekstraat 310 B – 1120 Brussel Inleiding Ter herinnering, in 2023 (tot 8 december 2023) was Solvay SA/NV ("Solvay" of de "Vennootschap") eigenaar van en controleerde het de activiteiten Specialty Polymers, Composites, Novecare, Technology Solutions, Aroma Performance en Oil and Gas Solutions (samen de "Specialty Businesses"), en de activiteiten Natriumcarbonaat en afgeleide producten, Peroxides, Silica, Special Chem en Coatis (samen de "Essential Businesses"). Met ingang van 9 december 2023 om 00:00 uur CET werden de CET, werden de Specialty Businesses afgesplitst van Solvay door een Partiële Splitsing van de Vennootschap naar Belgisch recht (de "Partiële Splitsing"), waarbij de aandelen en andere belangen van de Vennootschap in de juridische entiteiten die de Specialty Businesses uitbaatten, de rechten en verplichtingen van de Vennootschap uit hoofde van de overeenkomsten aangegaan met deze juridische entiteiten, alsook bepaalde andere activa en verplichtingen werden ingebracht in Syensqo SA/NV ("Syensqo"), en gewone aandelen van Syensqo werden uitgegeven en rechtstreeks toegewezen aan de aandeelhouders van Solvay op een pro rata basis. Deze Partiële Splitsing had boekhoudkundig gezien terugwerkende kracht tot 1 juli 2023. Bovendien heeft de Belgische belastingdienst (Dienst Voorafgaande Beslissingen in fiscale zaken) ermee ingestemd om 1 juli 2023 in aanmerking te nemen voor de toepassing van de Belgische regels inzake vennootschapsbelasting op Solvay. De hieronder weergegeven balans van Solvay SA/NV voor het jaar 2024 wordt gepresenteerd na resultaatsverwerking, en is gebaseerd op een dividenduitkering van €2,43 per aandeel. Eind 2024 heeft Solvay NV nog één bijkantoor, Solvay SA Italia (Viale Lombardia 20, 20021 Bollate, Italië). De jaarrekening van Solvay NV wordt opgemaakt volgens de in het Belgisch recht geldende algemeen aanvaarde boekhoudkundige principes. De voornaamste activiteiten van Solvay SA/NV zijn de controle over en het beheer van een aantal investeringen in de vennootschappen van de Groep en de financiering van activiteiten van de Groep via de bank en obligatiemarkten. Solvay SA/NV is eveneens gestart met een interne factoringactiviteit zonder verhaalrecht. Als gevolg daarvan bezit en beheert Solvay SA/NV de handelsvorderingen van de Groep van klanten in Europa en Azië. Solvay beheert een onderzoekscentrum in Neder-Over-Heembeek (Brussel, België) en een heel beperkt aantal commerciële activiteiten die niet door dochterondernemingen worden uitgevoerd. Verkorte balans van Solvay SA/NV - na resultatsverwerking In € miljoen 31 december 2024 31 december 2023 ACTIVA Vaste activa 4 536 4 558 Oprichtingskosten en immateriële activa 53 65 Materiële vaste activa 56 56 Financiële activa 4 427 4 436 Vlottende activa 1 040 1 021 Voorraden 4 7 Handelsvorderingen 474 379 Overige vorderingen 272 328 Geldbeleggingen en liquide middelen 264 284 Overlopende rekeningen 26 24 Totaal van de activa 5 576 5 579 PASSIVA Eigen vermogen 1 825 1 855 Kapitaal 237 237 Uitgifte premies 179 179 Reserves 177 141 Overgedragen winst 1 232 1 299 Voorzieningen en uitgestelde belastingen 197 191 Financiële schulden 1 577 1 586 •op meer dan één jaar 1 504 1 500 •op ten hoogste één jaar 73 86 Handelsschulden 95 156 Overige schulden 1 808 1 749 Overlopende rekeningen 74 42 Totaal van de passiva 5 576 5 579 De afname van de totale activa met €(3) miljoen is het gevolg van beperkte variaties in verschillende rubrieken, voornamelijk de afname van de immateriële activa (€(12) miljoen), de overige vorderingen (€(57) miljoen) en de beschikbare liquide middelen (€(20) miljoen), gedeeltelijk gecompenseerd door een toename van de handelsvorderingen (€+95 miljoen). De afname van het eigen vermogen met €(30) miljoen is te wijten aan de winst van het jaar (€227 miljoen) en aan het dividend 2024 dat in 2025 wordt uitgekeerd (€257 miljoen). De financiële schuld is stabiel (€1 577 miljoen vergeleken met €1.586 miljoen eind 2023). Er moet echter worden opgemerkt dat de Onderneming in 2024 de bankleningen heeft terugbetaald (“Termijnleningen naar Obligaties”) en twee nieuwe Obligaties heeft uitgegeven van elk €750 miljoen met een respectieve looptijd in 2028 en in 2031. De overige schulden stijgen met €59 miljoen, voornamelijk door de stijging van de lopende rekeningen bij de gelieerde ondernemingen. VERKORTE WINST- EN VERLIESREKENING VAN SOLVAY SA/NV In € miljoen 2024 2023 Omzet 84 111 Andere bedrijfsopbrengsten 684 1 099 Bedrijfskosten -684 -1 229 Bedrijfswinst / (verlies) 84 -19 Financiële kosten en opbrengsten 148 1 615 Winst / verlies van het boekjaar vóór belasting 232 1 597 Belastingen -5 -4 Winst / verlies van het boekjaar 227 1 593 Te bestemmen winst / verlies van het boekjaar 227 1 593 In 2024 is het nettoresultaat van Solvay NV een winst van €227 miljoen, tegenover een winst van €1 593 miljoen in 2023. Dit resultaat omvat: hDe bedrijfswinst bedroeg €84 miljoen, vergeleken met een bedrijfsverlies van €(19) miljoen in 2023. In 2023 was het verlies voornamelijk te wijten aan de kosten opgelopen in het kader van de Partiële Splitsing; hFinanciële opbrengsten en kosten (€148 miljoen) ten opzichte van €1 615 million in 2023, worden verklaard door de in 2024 ontvangen dividenden voor €270 miljoen (€1 797 miljoen in 2023) en door de netto financiële interesten van €122 miljoen (€174 miljoen in 2024). Winst beschikbaar voor uitkering In € miljoen 2024 2023 Te bestemmen winst / verlies van het boekjaar 227 1 593 Overgedragen winst 1 298 -37 Totaal ter beschikking van de Algemene Vergadering 1 525 1 555 Verwerking Bruto dividend 257 257 Overgedragen resultaat toegewezen aan de onbeschikbare reserves 36 0 Overgedragen resultaat 1 232 1 298 Totaal 1 525 1 555 8.Verslagen van de commissaris en Verklaring van de verantwoordelijke personen Verslag van de commissaris Verklaring van de verantwoordelijke personen Verklaring van de verantwoordelijke personen De Raad van Bestuur verklaart dat voor zover hem bekend is: hDe jaarrekening, opgesteld in overeenstemming met de IFRS boekhoudkundige standaarden, geeft een getrouw beeld van de activa, de passiva, de financiële positie en de winst of het verlies van de emittent en de in de consolidatie opgenomen entiteiten; hDe duurzaamheidsverslagen, opgesteld in overeenstemming met de Europese standaarden voor duurzaamheidsinformatie zoals vereist door artikel 3:32/2 van het Belgische Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen en met artikel 8 van EU-verordening 2020/852, geven in alle van materieel belang zijnde opzichten een getrouw beeld van de duurzaamheidsprestaties van de Groep; hHet verslag van de Raad van Bestuur bevat een getrouw overzicht van de bedrijfsontwikkelingen, de resultaten en de financiële positie van de emittent en de in de consolidatie opgenomen entiteiten, alsmede een beschrijving van de voornaamste risico's en onzekerheden waarmee deze entiteiten geconfronteerd worden. Pierre Gurdjian Voorzitter van de Raad van Bestuur Philippe Kehren Chief Executive Officer, bestuurder Woordenlijst Woordenlijst Aanpassingen Elk van deze aanpassingen van de IFRS-resultaten wordt geacht significant te zijn qua aard en/of waarde. Deze posten worden niet in de winstcijfers opgenomen, waardoor de lezer relevante aanvullende informatie krijgt over de onderliggende prestaties van de groep in de tijd, omdat deze verwerkingswijze consistent is met de manier waarop de prestaties van de onderneming aan de raad van bestuur en het ELT worden gerapporteerd. Deze aanpassingen bestaan uit: hresultaten van portefeuillebeheer en belangrijke herstructureringen; hresultaten van saneringen en grote rechtszaken in het verleden; hbelangrijke veranderingen in milieuvoorzieningen op open locaties; hafschrijving van immateriële vaste activa als gevolg van de toerekening van de overnameprijs en aanpassing van de boekwaarde van voorraden aan de reële waarde in de brutomarge; hnetto financiële resultaten in verband met wijzigingen in disconteringsvoeten, coupons van hybride obligaties die volgens de IFRS in mindering worden gebracht op het eigen vermogen en effecten van het schuldbeheer (hoofdzakelijk winsten/(verliezen) in verband met de vervroegde aflossing van schulden); haanpassingen aan de resultaten van investeringen opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode, betreffende bijzondere waardeverminderingswinsten of -verliezen en niet gerealiseerde wisselkoerswinsten of -verliezen op schulden en bijdragen aan IFRS-resultaten van investeringen voor tijdens de verslagperiode verkochte investeringen; hresultaten uit eigenvermogensinstrumenten gewaardeerd tegen reële waarde en herwaardering van de langetermijnbonusregelingen met betrekking tot aandelen van de groep Syensqo en van de overeenkomstige afdekkingsinstrumenten; hwinsten en verliezen in verband met het beheer van de CO2-afdekkingen, die niet als kasstroomafdekking zijn geboekt en zijn uitgesteld in aanpassingen tot de einddatum van de economische afdekking; hde impact van het aandeel van de Groep in significante kapitaalinvesteringen in de geconsolideerde jaarrekening vanaf Kw1 2024; hbelastingeffecten met betrekking tot de hierboven vermelde posten en belastinglasten of -baten van voorgaande jaren. Alle hierboven vermelde aanpassingen gelden zowel voor voortgezette als voor beëindigde bedrijfsactiviteiten, en omvatten de gevolgen voor minderheidsbelangen. Arbeidsongeval Ongeval tijdens de uitvoering van een arbeidsovereenkomst met Solvay. Ongevallen op de weg naar of van het werk worden niet beschouwd als werkgerelateerd, behalve als de werknemer op het moment van het ongeval voor Solvay op reis was. Beëindigde activiteiten Component van de groep die de groep heeft afgestoten of die is geclassificeerd als aangehouden voor verkoop, en die: heen afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch bedrijfsgebied vertegenwoordigt; hdeel uitmaakt van één enkel gecoördineerd plan om een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch bedrijfsgebied af te stoten; heen dochteronderneming is die uitsluitend is verworven om te worden doorverkocht. Bijna-incident Een ternauwernood vermeden ongeval of botsing. Cashconversie Een ratio die wordt gebruikt om de omzetting van EBITDA in geldmiddelen te meten. Wordt gedefinieerd als (onderliggende EBITDA + kapitaalinvesteringen van voortgezette bedrijfsactiviteiten) / onderliggende EBITDA. CSRD Corporate Sustainability Reporting Directive. EU-richtlijn 2022/2464/EU van het Europees Parlement en de Raad van 14 december 2022 die op 5 januari 2023 in werking is getreden. De richtlijn werd op 24 november 2024 omgezet in Belgisch recht. CTA Currency Translation Adjustment: valutaomrekeningsverschillen. DEI Diversity, equity, inclusion (diversiteit, gelijkheid, inclusie) Dividendrendement Dividend per aandeel gedeeld door de slotkoers van het aandeel op 31 december of op de laatste beursdag van het kalenderjaar. Dubbele materialiteitsanalyse In het kader van de CSRD heeft de dubbele materialiteit twee dimensies: impact materialiteit en financiële materialiteit. Een duurzaamheidskwestie voldoet aan de dubbele materialiteitscriteria indien het materieel is vanuit een impact perspectief, een financieel perspectief of beide. EBIT Winst vóór rente en belastingen. Prestatie-indicator die een maatstaf is voor de operationele winstgevendheid van de groep, ongeacht de structuur van de financiering. EBITDA Winst vóór rente, belastingen, afschrijvingen en amortisatie. De groep heeft EBITDA opgenomen als een alternatieve prestatie-indicator omdat het management van oordeel is dat deze maatstaf nuttige informatie verschaft voor het beoordelen van de operationele winstgevendheid van de groep en zijn vermogen om operationele kasstromen te genereren. ELT Als voornaamste bestuursorgaan van Solvay is het Executive Leadership Team (ELT) collectief verantwoordelijk voor de algemene prestaties van Solvay, de bescherming van de belangen van de Groep en de langetermijnvisie. Het geeft vorm aan de strategie, stuurt de activiteitenportefeuille van de Groep en zorgt ervoor dat de doelstellingen inzake waardecreatie worden gehaald. Een uitgebreide beschrijving is te vinden in het Corporate Governance Charter van de Groep. Environmental protection agency (EPA / USEPA) Een agentschap van de federale overheid van de Verenigde Staten dat werd opgericht om de volksgezondheid en het milieu te beschermen door regelgeving op te stellen en uit te voeren op basis van door het Amerikaanse Congres aangenomen wetten. ERM Enterprise risk management (ERM) in het bedrijfsleven omvat de methoden en processen die door organisaties worden gebruikt om risico's te beheren en kansen te grijpen met betrekking tot het bereiken van hun doelstellingen. ESG Environmental, Social, en Governance (milieu, maatschappij, bestuur). Dit is een kader dat gebruikt wordt om de niet-financiële prestaties van een bedrijf te meten. ESRS European Sustainability Reporting Standards. ESRS verwijst naar de Gedelegeerde Verordening (EU) 2023/2772 van de Commissie van 31 juli 2023. EU Taxonomie De EU-taxonomie verwijst naar de Taxonomieverordening (2020/852/EU) die op 22 juni 2020 is gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie en op 12 juli 2020 in werking is getreden, en naar eventuele latere wijzigingen. Euronext Wereldwijde exploitant van financiële markten en aanbieder van handelstechnologieën. GBU Global Business Unit. Gedragscode Solvay zet zich in voor verantwoordelijk gedrag en integriteit, rekening houdend met de duurzame groei van zijn activiteiten en zijn goede reputatie in de gemeenschappen waarin het actief is. Geïntegreerde rapportage Dit is een proces op basis van geïntegreerd denken dat resulteert in een periodiek geïntegreerd verslag van een organisatie over waardecreatie in de loop van de tijd en daarmee samenhangende communicatie over aspecten van waardecreatie. Gewone winst per aandeel Netto resultaat (aandeel van Solvay) gedeeld door het gewogen gemiddelde aantal aandelen, na aftrek van eigen aandelen die zijn ingekocht ter dekking van langetermijnbonusregelingen. Hefboomratio Netto schuld / onderliggende EBITDA van de laatste 12 maanden. Onderliggende hefboomratio = onderliggende netto schuld / onderliggende EBITDA van de laatste 12 maanden. HPPO Waterstofperoxide-propyleenoxide, een technologie om propyleenoxide te produceren met behulp van waterstofperoxide. ICCA International Council of Chemistry Associations (internationale raad van chemische vakverenigingen) IFRS International Financial Reporting Standards. IROs Identificatie van Impacten, Risico’s en Kansen (IROs), in de context van de CSRD. De focus ligt op milieu en bevolking. ISO 9001 Deze norm legt een reeks eisen vast voor de invoering van een systeem voor kwaliteitsbeheer in een organisatie, ongeacht haar omvang en activiteit. ISO 14001 Deze norm heeft betrekking op verschillende aspecten van milieubeheer. ISO 14001 biedt praktische hulpmiddelen voor bedrijven en organisaties die hun impact op het milieu willen identificeren en beheersen en hun milieuprestaties voortdurend willen verbeteren. ISO 14040 Deze norm heeft betrekking op levenscyclusanalyses (LCA) en levenscyclusinventarisatie (LCI) studies. ISO 27001 ISO 27001 is de internationale standaard voor informatieveiligheidsmanagement. ISO 45001 ISO 45001 is een internationale standaard voor beheersystemen voor gezondheid en veiligheid op het werk. J-O-J Jaar-op-jaar vergelijking. Kapitaalinvesteringen Geldmiddelen betaald voor de verwerving van materiële en immateriële vaste activa, gepresenteerd onder kasstromen uit investeringsactiviteiten, en geldmiddelen betaald op leaseverplichtingen (exclusief betaalde rente), gepresenteerd onder kasstromen uit financieringsactiviteiten. Deze indicator wordt gebruikt voor het beheer van het aangewende kapitaal in de groep. KGE Kasstroomgenererende eenheid Materialiteit Organisaties worden geconfronteerd met een breed scala van onderwerpen waarover zij verslag zouden kunnen uitbrengen. Relevante onderwerpen zijn die welke redelijkerwijs als belangrijk kunnen worden beschouwd voor het weergeven van de economische, milieu- en sociale impact van de organisatie, of het beïnvloeden van de beslissingen van stakeholders, en daarom mogelijk in een jaarverslag moeten worden opgenomen. Materialiteit is de drempel vanaf waar aspecten belangrijk genoeg worden om ze te vermelden. Netto financiële schuld (IFRS) (IFRS) Netto schuld = langlopende financiële schulden + kortlopende financiële schulden – geldmiddelen en kasequivalenten – andere (kort- en langlopende) financiële instrumenten. De onderliggende netto schuld herclassificeert 100% van de hybride eeuwigdurende obligaties, die onder de IFRS als eigen vermogen worden beschouwd, als schuld. Deze belangrijke maatstaf voor de sterkte van de financiële positie van de groep wordt veel gebruikt door kredietbeoordelaars. Netto prijszetting Het verschil tussen de verandering in verkoopprijzen en de verandering in variabele kosten. Netto schuldenlasten Kosten van leningen gesaldeerd met rente op leningen en kortetermijndeposito's, alsmede andere winsten (verliezen) op netto schulden. Netto werkkapitaal Omvat voorraden, handelsvorderingen en andere kortlopende vorderingen, gesaldeerd met handelsschulden en andere kortlopende verplichtingen. Nettofinancieringskosten Netto kosten van leningen en kosten van discontering van voorzieningen (met name in verband met vergoedingen na uitdiensttreding en gezondheids-, veiligheids- en milieuverplichtingen). Netto-omzet De verkoop van goederen en diensten met toegevoegde waarde die overeenstemmen met de knowhow en kernactiviteiten van Solvay. De netto-omzet omvat niet de opbrengsten uit niet-kernactiviteiten. OCI Other Comprehensive Income: overige onderdelen van het totaalresultaat. OESO Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling. OMZET ANDERE DAN VAN KERNACTIVITEITEN Opbrengsten die hoofdzakelijk bestaan uit transacties in grondstoffen en nutsvoorzieningen, transacties in licenties van niet-kern activiteiten en andere inkomsten, die geacht worden niet overeen te stemmen met de kernactiviteiten van Solvay. Onderliggend Onderliggende resultaten worden geacht een beter vergelijkbare indicatie te geven van de fundamentele prestaties van Solvay over de referentieperiodes. Ze worden gedefinieerd als de IFRS-cijfers, aangepast met de nodige 'aanpassingen' zoals hierboven gedefinieerd. Ze verschaffen de lezer aanvullende informatie over de onderliggende prestaties van de groep in de loop van de tijd en over de financiële positie, en zijn in overeenstemming met de wijze waarop de prestaties en de financiële positie van het bedrijf worden gerapporteerd aan de raad van bestuur en het uitvoerend managementteam. Onderliggende belastingvoet Winstbelastingen / (resultaat vóór belastingen – winst van geassocieerde deelnemingen en joint ventures) – alles bepaald op onderliggende basis. De noemer met betrekking tot geassocieerde deelnemingen en joint ventures wordt aangepast omdat deze bijdragen reeds na aftrek van winstbelastingen zijn. Dit geeft een indicatie van het belastingtarief voor de hele groep. Onderzoek & innovatie Kosten van onderzoek en ontwikkeling opgenomen in de winst- en verliesrekening en als kapitaalinvesteringen vóór aftrek van daarmee verband houdende subsidies, royalty's en afschrijvingskosten. Het meet de totale geldelijke inspanning voor onderzoek en innovatie, ongeacht of de kosten ten laste zijn gebracht dan wel zijn geactiveerd. Organische groei Groei van de netto omzet of de onderliggende EBITDA exclusief wijzigingen in de consolidatiekring (in verband met kleine fusies en overnames die niet tot aanpassingen leiden) en valutaomrekeningseffecten. De berekening gebeurt door de vorige periode te herberekenen op basis van de bedrijfsactiviteiten en de wisselkoers van de huidige periode. pp Procentpunt. Wordt gebruikt om de evolutie van verhoudingen uit te drukken. PPA Impact van de boekhoudkundige toerekening van de overnameprijs in verband met overnames. Productzorg Een verantwoorde aanpak bij het beheer van risico's gedurende de gehele levenscyclus van een product, van de ontwerpfase tot het einde van de levensduur. REACH REACH is de verordening van de Europese Gemeenschap betreffende chemische stoffen en het veilige gebruik ervan (EG 1907/2006). REACH heeft betrekking op de registratie, beoordeling, vergunning en beperking van chemische stoffen. De verordening is op 1 juni 2007 in werking getreden. Resultaat uit portefeuillebeheer en belangrijke herstructurering Dit omvat: hwinsten en verliezen op de verkoop van dochterondernemingen, gezamenlijke activiteiten, joint ventures en geassocieerde deelnemingen die niet als beëindigde bedrijfsactiviteiten kunnen worden aangemerkt; hkosten in verband met de overname van nieuwe bedrijven; heenmalige operationele kosten in verband met het intern beheer van de portefeuille (afsplitsing van belangrijke bedrijfsonderdelen); hwinsten en verliezen op de verkoop van vastgoed dat niet rechtstreeks verband houdt met een bedrijfsactiviteit; hherstructureringskosten als gevolg van portefeuillebeheer en een ingrijpende reorganisatie van bedrijfsactiviteiten, met inbegrip van bijzondere-waardeverminderingsverliezen als gevolg van de sluiting van een activiteit of fabriek; hbijzondere-waardeverminderingsverliezen als gevolg van het toetsen van kasstroomgenererende eenheden (KGE's). Dit omvat niet de niet-geldelijke impact van afschrijvingen en waardeverminderingen die voortvloeien uit de toerekening van de overnameprijs van overnames (PPA). Resultaat van saneringen en grote rechtszaken in het verleden Dit omvat: hde saneringskosten die niet zijn ontstaan door lopende productiefaciliteiten (sluiting van vestigingen, stopgezette productie, vervuiling van voorgaande jaren); en hde impact van belangrijke rechtszaken. ROCE Rendement op aangewend kapitaal, berekend als de verhouding tussen de onderliggende EBIT (vóór aanpassing voor de afschrijving van de PPA) en het aangewend kapitaal. Het aangewend kapitaal bestaat uit het netto werkkapitaal, materiële en immateriële vaste activa, goodwill, met een gebruiksrecht overeenstemmende activa, investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures en andere investeringen, en wordt genomen als het gemiddelde van de toestand aan het eind van de laatste 4 kwartalen. SBTI Science Based Targets-initiatief. Seveso-regelgeving Regelgeving inzake de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken. Deze regelgeving (vaak 'COMAH-regelgeving' of 'Seveso-regelgeving' genoemd) geeft uitvoering aan Europese Richtlijn 96/82/EG. Zij is alleen van toepassing op plaatsen waar aanzienlijke hoeveelheden gevaarlijke stoffen zijn opgeslagen. SoC Zorgwekkende stof (SoC), betekent iedere stof, met uitzondering van de werkzame stof, die als intrinsieke eigenschap heeft dat zij onmiddellijk of in de verdere toekomst een nadelig effect kan hebben op mensen, met name kwetsbare groepen, dieren of het milieu en die in een biocide in voldoende concentratie aanwezig is of ontstaat om het risico van een dergelijk effect te doen ontstaan. SPM Het Sustainable Portfolio Management (SPM) helpt onze bedrijven te anticiperen op signalen uit de duurzaamheidsmarkt en tijdig de juiste antwoorden te ontwikkelen. SPM is een robuust, op feiten gebaseerd, toekomstgericht kompas waarmee Solvay een momentopname kan maken van de duurzaamheidsrisico's en -kansen van producten in haar bedrijfsomgeving. SVHC Zeer Zorgwekkende Stof (SVHC) is een chemische stof waarvan het gebruik binnen de Europese Unie is voorgesteld om te worden onderworpen aan wettelijke autorisatie onder de REACH-verordening. Verplichte bijdragen aan beloningsregelingen voor het personeel Voor gefinancierde regelingen, bijdragen aan fondsbeleggingen die overeenstemmen met de bedragen die tijdens de betrokken periode overeenkomstig de overeenkomsten met trustees of regelgeving moeten worden betaald, alsmede, voor niet-gefinancierde regelingen, uitkeringen aan begunstigden. Verwaterde winst per aandeel Netto resultaat (aandeel van Solvay) gedeeld door het gewogen gemiddelde aantal aandelen, gecorrigeerd voor het verwateringseffect. Vrije kasstroom Kasstromen uit operationele activiteiten (exclusief kasstromen in verband met de verwerving of afstoting van dochterondernemingen, uitgaande kasstromen van vrijwillige pensioenbijdragen, aangezien die als een terugbetaling van schuld een schuldafbouw inhouden, en kasstromen in verband met het interne beheer van de portefeuille, zoals eenmalige externe kosten van interne afsplitsingen ('carve-outs') en daarmee verband houdende belastingen ...), kasstromen uit investeringsactiviteiten (exclusief kasstromen uit of in verband met de verwerving en afstoting van dochterondernemingen en kasstromen die verband houden met het gedeeltelijke afsplitsingsproject) en andere investeringen, en exclusief leningen aan geassocieerde deelnemingen en niet-geconsolideerde investeringen, en opname van aan een factoringbedrijf overgedragen vorderingen), betaling van leaseverplichtingen, en toename/afname van aangegane leningen in verband met milieusanering. Vóór de invoering van IFRS 16 werden operationele-leasebetalingen opgenomen in de vrije kasstroom. Na de toepassing van IFRS 16 omvat de vrije kasstroom de betaling van de leaseverplichting (exclusief de rentelasten) omdat leases over het algemeen als operationeel worden beschouwd. Indien deze post in de vrije kasstroom buiten beschouwing wordt gelaten, zou dit resulteren in een aanzienlijke verbetering van de vrije kasstroom in vergelijking met voorgaande perioden, terwijl de activiteiten zelf geen gevolgen hebben ondervonden van de toepassing van IFRS 16. Het is een maatstaf voor de kasstroomgeneratie, de efficiëntie van het werkkapitaal en de kapitaaldiscipline van de groep. Vrije kasstroom voor aandeelhouders van Solvay Vrije kasstroom na betaling van netto rente, coupons van eeuwigdurende hybride obligaties en dividenden aan minderheidsbelangen. Dit is de kasstroom die beschikbaar is voor aandeelhouders van Solvay om dividend uit te keren en/of om de netto financiële schuld te verminderen. Vrijekasstroomconversie Berekend als de verhouding tussen de vrije kasstroom voor aandeelhouders van Solvay over een voortschrijdende periode van 12 maanden (vóór saldering van dividenden uitgekeerd aan minderheidsbelangen) en de onderliggende EBITDA over een voortschrijdende periode van 12 maanden. Vrijwillige pensioenbijdragen Bijdragen aan fondsbeleggingen boven de verplichte bijdragen aan beloningsregelingen voor het personeel. Deze betalingen zijn discretionair en worden gedaan met het oog op waardecreatie. Deze vrijwillige bijdragen worden niet opgenomen in de vrije kasstroom, aangezien ze als een terugbetaling van schuld een schuldafbouw inhouden. WACC Staat voor 'Weighted Average Cost of Capital': gewogen gemiddelde kapitaalkosten. Aandeelhoudersagenda 8 MEI 2025 Resultaten eerste kwartaal 2025 13 MEI 2025 Gewone algemene vergadering van aandeelhouders 19 MEI 2025 Slotdividend: Ex-coupondatum 21 MEI 2025 Slotdividend: betaaldatum 30 JULI 2025 Resultaten tweede kwartaal en eerste helft 2025 6 NOVEMBER 2025 Resultaten derde kwartaal en eerste negen maanden 2025 Over dit Verslag Het Geïntegreerd Jaarverslag 2024 van Solvay bevat materiële informatie over Solvay voor het jaar eindigend op 31 december 2024. Ons Geïntegreerd Jaarverslag bevat ons financieel verslag, zoals vereist door artikel 12 van het Koninklijk Besluit van 14 november 2007 betreffende de verplichtingen van emittenten van financiële instrumenten die zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt. De informatie die op grond van de artikelen 3:6 en 3:32 van het Belgisch Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen moet worden verstrekt, is te vinden in de verschillende hoofdstukken van het verslag. Dit omvat de Corporate governance verklaring, het remuneratieverslag, het risicobeheerverslag, het overzicht van de bedrijfsresultaten, de duurzaamheidsverslagen en de jaarrekening. Het Geïntegreerd Jaarverslag is goedgekeurd door het Executive Leadership Team en de Raad van bestuur van Solvay. Lay-out, concept, consulting en productie : WordAppeal, France / Printing: Cousto, Belgium / Publicatiebeheer: Solvay Communications Credits: @Solvay – Gabo Morales/Capa pictures; Bernal Revert/Capa; Julien Lutt/Capa; Solvay/Capa; @Shutterstock/Solvay; Alexandre Dupeyron; Stephanie Peterson; Frank Pinckers; Solvay/Didier VandenBosch; Caroline Doutre/Capapictures; Shutterstock; Getty; Unsplash; JM Byl This report is also available in English. Ce rapport est également disponible en français. Gedrukt op FSC-papier. (1)Verdere informatie is beschikbaar in de secties "Samenvatting van de doelstellingen en prestaties van de CEO voor de kortetermijnbonus 2024' en 'STI-doelstellingen 2025'. (2)We hebben onze eigen referentielijst van SVHC-stoffen opgesteld, genaamd S-SRM-lijsten, die verder gaat dan de officiële SVHC lijst. (3)Het vermelde aantal werknemers is exclusief de 83 werknemers die deel uitmaken van Shandong Huatai Interox Chemicals in China (afgekort SHIC) voor 2024. Deze entiteit is gedeeltelijk eigendom en haar werknemers zullen in 2025 worden opgenomen in ons HR-systeem.
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.