AI Terminal

MODULE: AI_ANALYST
Interactive Q&A, Risk Assessment, Summarization
MODULE: DATA_EXTRACT
Excel Export, XBRL Parsing, Table Digitization
MODULE: PEER_COMP
Sector Benchmarking, Sentiment Analysis
SYSTEM ACCESS LOCKED
Authenticate / Register Log In

Banque nationale de Belgique

Earnings Release Mar 26, 2025

3923_iss_2025-03-26_5bd4ba48-8cd1-461f-8ca1-c8b67ea56282.pdf

Earnings Release

Open in Viewer

Opens in native device viewer

2025-03-26

Gereglementeerde informatie (voorkennis) verspreid door de Nationale Bank van België op 26 maart 2025 om 17.45 uur CET.

Resultaat en bestemming van het resultaat voor het boekjaar 2024

Overeenkomstig artikel 44 van de statuten heeft de Regentenraad van de Nationale Bank van België vandaag, 26 maart 2025, de jaarrekening 2024 goedgekeurd. De bedrijfsrevisor heeft bij de jaarrekening een oordeel zonder voorbehoud uitgebracht en heeft bevestigd dat de boekhoudkundige gegevens in dit persbericht overeenstemmen met de jaarrekening.

De jaarrekening en het jaarverslag zijn terug te vinden op de website van de Bank.

Resultaat

De Bank liet in 2024 een verlies optekenen van € 3 679 miljoen, tegenover een verlies van € 3 370 miljoen in het voorgaande boekjaar (€ -309 miljoen1).

De voornaamste verklarende factoren daarvoor zijn hieronder beschreven:

1 De bedragen tussen haakjes geven de invloed weer op de resultatenrekening.

Communicatie Nationale Bank van België n.v. Ondernemingsnummer: 0203.201.340 – RPR Brussel

de Berlaimontlaan 14 1000 Brussel

Dit resultaat vloeit hoofdzakelijk voort uit de omvang van de nettorentelasten, die vrijwel ongewijzigd blijven ten opzichte van 2023 en dalen van € -4 036 miljoen naar € -3 999 miljoen. Dat is voornamelijk het gevolg van de financieringskosten van de monetairbeleidsportefeuilles: de rentelasten op de deposito's die de kredietinstellingen bij de Bank aanhouden, zijn toegenomen, terwijl de activa waaruit die portefeuilles bestaan en die meestal een lange looptijd hebben, bij aankoop een laag rendement hadden. Daarnaast werd de verslechtering van het verlies benadrukt door de achteruitgang van het nettoresultaat uit financiële transacties (€ -468 miljoen).

Het verloop van de nettorentelasten wordt voornamelijk verklaard door:

  • de rentestijging op de depositofaciliteit (€ -927 miljoen), de overtollige reserves en andere rekeningen-courant;
  • de daling van de volumes van de krediettransacties voor het monetair beleid (€ -1 049 miljoen);
  • de vervanging van de vordering uit hoofde van de toedeling van bankbiljetten binnen het Eurosysteem door een verplichting uit hoofde van de toedeling van bankbiljetten binnen het Eurosysteem (€ - 113 miljoen);
  • de daling van het volume van de monetairbeleidsportefeuilles (€ -147 miljoen);
  • de daling van het volume op de eigen portefeuilles (€ -110 miljoen).

Dat verloop wordt echter gecompenseerd door:

  • de stijging van de rentetarieven die samenhangen met de krediettransacties voor het monetair beleid (€ +288 miljoen);
  • de stijging van het volume van de TARGET positie (€ +1 180 miljoen);
  • de daling van de volumes op de depositofaciliteit, de overtollige reserves en andere rekeningen-courant (€ +533 miljoen);
  • de stijging van de rentetarieven op de effecten in de monetairbeleidsportefeuilles (€ +256 miljoen);
  • de stijging van de rente op de eigen portefeuilles (€ +41 miljoen).

Het nettobedrag dat de Bank ontvangt naar aanleiding van de verdeling van de monetaire inkomsten nam zeer licht toe, met € 12 miljoen, voornamelijk als gevolg van:

  • de stijging van het met het Eurosysteem samengevoegde bedrag (€ -166 miljoen);
  • de stijging van de opnieuw aan de Bank toegedeelde monetaire inkomsten, die werd veroorzaakt door een toename van de totale monetaire inkomsten van het Eurosysteem (€ +178 miljoen);
  • De terugneming van de in 2023 aangelegde voorziening in verband met een waardevermindering van een door een NCB aangehouden effect (€ +2 miljoen).

Het nettoresultaat uit financiële transacties verslechterde vooral als gevolg van het verlies dat werd veroorzaakt door de noodzakelijke verkoop van effecten uit de statutaire beleggingen om te voldoen aan het maximum dat is vastgesteld volgens de door de Regentenraad opgestelde regels (€ -384 miljoen). Op de markt van de waardepapieren in euro namen de kapitaalverliezen toe als gevolg van transacties in waardepapieren die voor doeleinden van monetair beleid worden aangehouden (€ -30 miljoen). De ten laste van het resultaat genomen afwaarderingen op de waardepapieren in dollars stegen licht (€ -18 miljoen).

Bestemming van het resultaat

2024 werd gekenmerkt door een dalende inflatie, die echter nog steeds boven de door de centrale banken vastgelegde doelstelling lag, zodat de rente meermaals werd verlaagd, zowel in Europa als in de Verenigde Staten. Het renterisico waarvoor de Bank in haar voorgaande jaarverslagen waarschuwde, bleef bestaan, net als een zeer hoge volatiliteit op de aandelen- en obligatiemarkten. Door de combinatie van die elementen leed de Bank aan het einde van het boekjaar 2024 een verlies.

In het scenario, dat de renteomgeving en de marktverwachtingen over het toekomstige renteverloop weerspiegelt op balansdatum, blijven de resultaten van de Bank onder druk staan. Mocht dat scenario bewaarheid worden, wat zeer onzeker is, zou dat bij een ongewijzigde balanssamenstelling leiden tot een gecumuleerd verlies van € 2,8 miljard binnen de komende vijf jaar. In dit scenario en bij ongewijzigde omstandigheden verwacht de Bank dat de omvang van de verliezen in de komende boekjaren geleidelijk zal afnemen en dat ze binnen deze periode van vijf jaar weer winstgevend zal worden. Indien de rentetarieven hoger uitkomen dan die marktverwachtingen, zouden die verliezen groter zijn, en omgekeerd in geval van een grotere daling van de rentetarieven. Het is onmogelijk om voldoende betrouwbare

Communicatie Nationale Bank van België n.v. de Berlaimontlaan 14 1000 Brussel

tel. + 32 2 221 46 28 www.nbb.be

Ondernemingsnummer: 0203.201.340 – RPR Brussel prognoses te maken over een langere periode dan vijf jaar, gelet op de vele onzekerheden. Voor 2025 wordt de gevoeligheid van het resultaat voor een onmiddellijke verandering van de beleidsrentes met 25 basispunten geraamd op € 215 miljoen op jaarbasis.

Het minimumbedrag van de reserves van de Bank wordt geraamd aan de hand van de becijferbare financiële risico's. Alle financiële risico's van de Bank worden ofwel berekend volgens de value at risk/expected shortfall-methodologie, waarvoor de Bank zeer voorzichtige parameters op het gebied van verdeling, probabiliteit en tijdshorizon hanteert, ofwel volgens scenario's/stresstests op lange termijn. Deze methodologieën worden ook door andere leden van het Eurosysteem gebruikt.

Op basis van die berekeningen bepaalt de Bank (i) het minimumniveau van de reserves om de geraamde risico's te dekken en (ii) het gewenste niveau van de reserves op middellange termijn. Daarvoor wordt rekening gehouden met uitzonderlijke residuele risico's, stress-scenario's en – met toepassing van het op 27 maart 2024 gewijzigde reserverings- en dividendbeleid – risico's die niet in de balans voorkomen, maar zich door de taken van de Bank als centrale bank snel zouden kunnen voordoen.

De ramingen van de risico's en de prognoses voor de resultaten van de Bank zijn aan veel onzekerheden onderhevig, onder meer omtrent het toekomstige verloop van de markt en de eventuele monetairbeleidsbeslissingen van de Raad van Bestuur van de ECB. De onzekerheid is des te groter naarmate het einde van de projectiehorizon verder verwijderd is.

De raming aan het einde van 2024 van het minimumniveau van de reserves en het gewenste niveau van de reserves op middellange termijn bedraagt respectievelijk € 5,2 miljard en € 10,5 miljard.

Het bedrag van die niveaus houdt onder meer rekening met een raming van de verwachte resultaten in de volgende jaren en een raming van de risico's op:

  • de portefeuilles eigen waardepapieren van de Bank in euro en in deviezen;
  • de in de balans van de Bank opgenomen krediettransacties en voor doeleinden van monetair beleid aangehouden portefeuilles waardepapieren, waarvoor zij alleen de risico's draagt;
  • de in de balans van alle NCB's van het Eurosysteem opgenomen krediettransacties en portefeuilles waardepapieren ten behoeve van het monetair beleid, waarvoor zij het risico delen (zie toelichtingen 5 en 7 van de toelichting bij de jaarrekening).

Overeenkomstig het reserveringsbeleid wordt het negatieve resultaat eerst ten laste gelegd van de beschikbare reserve. Vervolgens wordt het, indien nodig, gedekt door het reservefonds. Een bedrag van € 803,8 miljoen werd teruggenomen op de beschikbare reserve en € 2 322,3 miljoen werd teruggenomen op het reservefonds, dat nu uitsluitend uit de afschrijvingsrekeningen bestaat, die niet beschikbaar zijn om een verlies te dekken of een eventueel dividend uit te keren. Om het volledige verlies te dekken, werd tot slot € 552,9 miljoen overgedragen naar het volgende boekjaar. Door deze toewijzing zijn de reserves van de Bank volledig opgebruikt, waardoor de Bank voor het boekjaar 2024 geen eerste dividend zal uitkeren. Rekening houdend met het minimumniveau van de reserves op de balansdatum en overeenkomstig het door de Regentenraad goedgekeurde dividendbeleid2 wordt geen tweede dividend uitgekeerd voor het boekjaar 2024. Naar aanleiding van de terugnemingen op de beschikbare reserve en het reservefonds zal de Bank effecten van de statutaire beleggingen verkopen om te voldoen aan het vastgestelde maximum (zie punt 3.2.7.2.III.3 van de boekhoudregels).

Op grond van de organieke wet van de Bank wordt het saldo van de winst van het boekjaar toegewezen aan de Staat. Voor 2024 wordt bijgevolg geen bedrag toegekend aan de Staat.

Hoewel de resultatenrekening voor drie opeenvolgende boekjaren een verlies van het boekjaar laat optekenen, worden de rekeningen opgesteld op basis van het continuïteitsbeginsel. Een centrale bank kan namelijk, indien nodig, haar taken blijven uitvoeren met een negatieve kapitaalpositie, zonder de continuïteit van de onderneming in gevaar te brengen. Bovendien voorziet de wet geen minimumkapitaalvereisten.

2 Zie https://www.nbb.be/doc/ts/enterprise/press/2024/cp240327\_2\_nl.pdf

Talk to a Data Expert

Have a question? We'll get back to you promptly.