AI Terminal

MODULE: AI_ANALYST
Interactive Q&A, Risk Assessment, Summarization
MODULE: DATA_EXTRACT
Excel Export, XBRL Parsing, Table Digitization
MODULE: PEER_COMP
Sector Benchmarking, Sentiment Analysis
SYSTEM ACCESS LOCKED
Authenticate / Register Log In

Xior Student Housing

Annual / Quarterly Financial Statement Apr 14, 2017

4028_10-k_2017-04-14_eb0dde32-fdfe-422f-b625-ae1ca45cabf2.pdf

Annual / Quarterly Financial Statement

Open in Viewer

Opens in native device viewer

JAARLIJKS FINANCIEEL VERSLAG

Dit jaarlijks financieel verslag is een registratiedocument in de zin van artikel 28 van de Wet van 16 juni 2006 op de openbare aanbieding van beleggingsinstrumenten en de toelating van beleggingsinstrumenten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt.

De Nederlandstalige versie werd goedgekeurd door de FSMA, overeenkomstig artikel 23 van voormelde wet, op 10 april 2017. Deze goedkeuring houdt geen beoordeling in van de toestand van de Vennootschap.

This annual financial report is also available in English.

Het jaarlijks financieel verslag werd vertaald naar het Engels onder de verantwoordelijkheid van Xior Student Housing NV. Enkel de Nederlandstalige versie van het jaarlijks financieel verslag heeft bewijskracht. Beide versies kunnen geraadpleegd worden via de website van de Vennootschap (www.xior.be) of op aanvraag bij de maatschappelijke zetel (Xior Student Housing NV, Mechelsesteenweg 34, bus 108, 2018 Antwerpen).

Alternatieve prestatiemaatstaven en de term "EPRA winst"

Alternatieve prestatiemaatstaven (APM's) zijn maatstaven die Xior Student Housing NV hanteert om haar operationele performantie te meten en op te volgen. De European Securities and Markets Authority (ESMA) heeft richtlijnen uitgevaardigd die van toepassing zijn vanaf 3 juli 2016 voor het gebruik en de toelichting van de alternatieve prestatiemaatstaven. De begrippen die Xior beschouwt als APM's zijn opgenomen in hoofdstuk 10.8 van dit Jaarverslag. De APM's zijn gemarkeerd met en voorzien van een definitie, doelstelling en reconciliatie zoals vereist volgens de ESMA richtlijn.

Ten gevolge van deze richtlijn is de voorheen gehanteerde term "operationeel resultaat" niet langer bruikbaar. De benaming is gewijzigd in "EPRA winst". Inhoudelijk is er geen verschil met de voorheen gehanteerde term "operationeel resultaat".

EPRA (European Public Real Estate Association) is een organisatie die de Europese beursgenoteerde vastgoedsector promoot, helpt ontwikkelen en vertegenwoordigt om zo het vertrouwen in de sector te bevorderen en investeringen in beursgenoteerd vastgoed in Europa te vergroten. Voor meer informatie over EPRA wordt verwezen naar www.epra.com.

Inhoud

1 RISICOBEHEER 11

1.1 Marktrisico's 13
1.1.1 Risico's verbonden aan de economische conjunctuur en het politiek klimaat 13
1.1.2 Risico's verbonden aan de vastgoedmarkt in haar geheel 13
1.1.3 Risico's verbonden aan studentenpopulaties, onderwijsaanbod en steunmaatregelen 14
1.2 Vastgoedgebonden risico's 14
1.2.1 Risico's verbonden aan de uitvoering van werken, onderhoud en herstellingen 14
1.2.2 Bouw- en ontwikkelingsrisico's 15
1.2.3 Risico's verbonden aan vergunningen en andere machtigingen en vereisten waaraan
het vastgoed dient te voldoen 15
1.2.4 Risico's verbonden aan de milieureglementering 16
1.2.5 Risico's in verband met de evolutie van de reële waarde van de vastgoedportefeuille 16
1.2.6 Risico's verbonden aan de vastgoedwaardering 17
1.2.7 Risico's verbonden aan winkelvastgoed en hostelactiviteit17
1.3 Operationele risico's 18
1.3.1 Risico's in verband met leegstand 18
1.3.2 Risico's in verband met de huuropbrengsten 18
1.3.3 Risico's van het in gebreke blijven van de huurders 19
1.3.4 Risico's verbonden aan schadegevallen en de dekking van de verzekeringen 19
1.3.5 Risico's in verband met overlast veroorzaakt door huurders 20
1.3.6 Risico's verbonden aan historische verkopen 20
1.3.7 Risico's verbonden aan fusie-, splitsings- of overnameverrichtingen 20
1.3.8 Risico's verbonden aan diversificatie en de concentratie van vastgoed 21
1.3.9 Risico's verbonden aan het uitvoerend management, personeel en externe
dienstverleners 21
1.3.10 Risico's in verband met rechtszaken 22
1.3.11 Risico's verbonden aan de (onmogelijkheid tot) dividenduitkering22
1.4 Financiële risico's23
1.4.1 Risico's verbonden aan de stijgende rentevoeten en schommelingen van de reële
waarde van de afdekkingsinstrumenten 23
1.4.2 Tegenpartijrisico 23
1.4.3 Risico's met betrekking tot financiering24
1.4.4 Risico's van budgettering en financiële planning24
1.4.5 Risico's verbonden aan inflatie en de ontkoppeling van de geïndexeerde huurprijzen
en huurprijzen op de markt 24
1.5
1.5.1
Reglementaire en andere risico's 25
Risico's verbonden aan het statuut van openbare GVV25
1.5.2 Risico's verbonden aan de regelgeving 25
2 WOORD VAN DE VOORZITTER 29
3 KERNCIJFERS PER 31 DECEMBER 2016 33
4 STRATEGIE EN OPERATIONELE ACTIVITEITEN 37
4.1 Bedrijfsactiviteiten en strategie 38
4.1.1 Identiteit en activiteiten van de Vennootschap: eerste BE-REIT in studentenvastgoed38
4.1.2 Bedrijfsstrategie van de Vennootschap 38
4.1.3 Operationele organisatie 41
5 BEHEERVERSLAG 45
5.1 Statuut van openbare GVV 46
5.2 Commentaar bij de geconsolideerde jaarrekening boekjaar 2016 46
5.2.1 Geconsolideerde balans 46
5.2.2 Geconsolideerde resultatenrekening48
5.2.3 Bestemming van het resultaat 50
5.2.4 Onderzoek en ontwikkeling50
5.2.5 Bijkantoren50
5.3 Beheer en gebruik van de financiële middelen 51
5.3.1 Financieringsovereenkomsten 51
5.3.2 Indekking van het renterisico 51
5.3.3 Kapitalisatie52
5.4 Transacties en verwezenlijkingen 52
5.5 Feiten na balansdatum54
5.5.1 Verwerving van 108 zelfstandige units te Delft54
5.5.2 Verwerving van 69 studentenkamers te Brussel via inbreng in natura 54
5.5.3 Verwerving van ontwikkelingsproject te Amstelveen (Amsterdam)54
5.6 Vooruitzichten voor 201755
5.6.1 Groeivooruitzichten voor het boekjaar 201755
5.6.2 Acquisities55
5.7 Gegevens overeenkomstig het EPRA referentiesysteem 56
5.7.1 EPRA Key Performance Indicatoren56
5.8 Vereiste onderdelen van het jaarverslag59

6 CORPORATE GOVERNANCE 61

6.1 Verklaring inzake Deugdelijk Bestuur62
6.1.1 Referentiecode en Corporate Governance Charter 62
6.1.2 Interne controle- en risicobeheersystemen 63
6.1.3 Aandeelhoudersschap66
6.1.4 Raad van bestuur van de Vennootschap68
6.1.5 Samenstelling 68
6.1.6 Beknopte beschrijving van de professionele carrière van de bestuurders 69
6.1.7 Voorzitterschap van de raad van bestuur70
6.1.8 Betrouwbaarheid, deskundigheid en ervaring 70
6.1.9 Werking en taken van de Raad van Bestuur71
6.1.10 Overzicht omtrent de werking van de Raad van Bestuur in 2016 72
6.1.11 Gedelegeerd bestuurder en effectieve leiding 73
6.1.12 Uitvoerend management 73
6.1.13 Comités van de raad van bestuur 75
6.1.14 Belangenconflicten76
6.1.15 Specifieke belangenconflicten 77
6.1.16 Verklaringen 78
6.1.17 Remuneratieverslag 78
6.1.18 Bezoldiging van de leden van het uitvoerend management 79
6.1.19 Overzicht bezoldiging leden van de Raad van Bestuur en uitvoerend management
2016 81
6.2 Aandelenopties82
6.3 Informatie krachtens artikel 34 van het Koninklijk Besluit van 14 november 2007 82
6.3.1 Kapitaalstructuur82
6.3.2 Beslissingsorganen 83
6.3.3 Toegestaan kapitaal83
6.3.4 Inkoop aandelen 83

7 HET AANDEEL XIOR 87

Het aandeel op Euronext Brussels88
Het aandeel op Euronext Brussels 88
Aandeelhoudersschap 90
Financiële kalender90
Dividendbeleid 91

6.3.5 Contractuele bepalingen ...................................................................................................84

7.1.5 Vooruitzichten - winstprognose 91
8 VASTGOEDVERSLAG 97
8.1 Vastgoedmarkt 98
8.2 Vastgoedportefeuille 104
8.2.1 Samenstelling van de vastgoedportefeuille 104
8.2.2 Beschrijving en spreiding van de vastgoedportefeuille 110
8.2.3 Beschrijving van de panden van de vastgoedportefeuille 116
8.2.4 Waardering van de vastgoedportefeuille door de Vastgoeddeskundige 138
9 MAATSCHAPPELIJK VERANTWOORD ONDERNEMEN 141
9.1 Maatschappelijk verantwoord ondernemen 142
10 FINANCIEEL VERSLAG 145
10.1 Geconsolideerde winst- en verliesrekening 146
10.2 Geconsolideerde staat van het globaal resultaat 148
10.3 Geconsolideerde balans 149
10.4 Geconsolideerd mutatie-overzicht van het eigen vermogen 152
10.5 Geconsolideerd kasstroomoverzicht 156
10.6 Bijlagen bij de geconsolideerde jaarrekening 157
10.6.1 Algemene bedrijfsinformatie 157
10.6.2 Belangrijke grondslagen voor financiële verslaggeving 158
10.6.3 Grondslag voor de opstelling 158
10.6.4 Significante boekhoudkundige beoordelingen en belangrijke bronnen van
schattingsonzekerheden 159
10.6.5 Grondslag voor consolidatie 159
10.6.6 Bedrijfscombinaties en Goodwill 160
10.6.7 Vastgoedbeleggingen 160
10.6.8 Projectontwikkelingen 162
10.6.9 Uitgaven voor werken aan vastgoedbeleggingen 162
10.6.10 Vervreemding van een vastgoedbelegging 163
10.6.11 Andere materiële vaste activa 163
10.6.12 Handelsvorderingen en andere vaste activa 164
10.6.13 Vaste activa of groepen van activa bestemd voor verkoop 164
10.6.14 Financiële instrumenten 165
10.6.15 Vlottende activa 165
10.6.16 Eigen vermogen 165
10.6.17 Voorzieningen 166
10.6.18 Verplichtingen 166
10.6.19 Vastgoedresultaat 166
10.6.20 Vastgoedkosten 167
10.6.21 Algemene kosten van de Vennootschap en andere operationele opbrengsten
en kosten 167
10.6.22 Financieel resultaat 167
10.6.23 Winstbelasting 167
10.6.24 Exit-taks 168
10.6.25 Financieel risicobeheer 170
10.8 Alternatieve prestatie indicatoren (APM's)173
10.9 Overige toelichtingen 178
10.9.1 Vastgoedresultaat 178
10.9.2 Vastgoedkosten 180
10.9.3 Algemene kosten181
10.9.4 Andere operationele kosten en opbrengsten 181
10.9.5 Resultaat op de portefeuille 182
10.9.6 Financieel resultaat 183
10.9.7 Vennootschapsbelasting 184
10.9.8 Vastgoedbeleggingen 185
10.9.9 Materiële vaste activa 189
10.9.10 Financiële vaste activa 190
10.9.11 Uitgestelde belastingen - activa 190
10.9.12 Handelsvorderingen en andere vaste activa 190
10.9.13 Activa bestemd voor verkoop 190
10.9.14 Handelsvorderingen191
10.9.15 Belastingvorderingen en andere vlottende activa 192
10.9.16 Kas en kasequivalenten 193
10.9.17 Overlopende rekeningen - activa 193
10.9.18 Kapitaal 194
10.9.19 Aandeelhoudersstructuur 198
10.9.20 Resultaat per aandeel 198
10.9.21 Andere langlopende financiële verplichtingen 199
10.9.22 Uitgestelde belastingen 199
10.9.23 Financiële schulden 200
10.9.24 Handelsschulden 202
10.9.26 Overlopende rekeningen - passief 203
10.9.27 Financiële activa en verplichtingen 204
10.9.28 Transacties met verbonden partijen 205
10.9.29 Vergoeding commissaris 205
10.9.30 Verworven vastgoedvennootschappen en vastgoedbeleggingen 206
10.9.31 Gemiddeld personeelsbestand en uitsplitsing van de personeelskosten209
10.9.32 Gebeurtenissen na balansdatum209
10.9.33 Consolidatieperimeter 210
10.9.34 Schuldgraad 210
10.9.35 Rechten en verplichtingen buiten balans 212
10.9.36 Gerechtelijke en arbitrageprocedures 212
10.9.37 Verslag van de Commissaris over de geconsolideerde jaarrekening 213
10.10 Verkorte versie van de enkelvoudige jaarrekening, van Xior Student Housing NV . 216
10.10.1 Enkelvoudige resultatenrekening 216
10.10.2 Staat van het globaal resultaat 218
10.10.3 Enkelvoudige balans 218
10.10.4 Staat van de bewegingen van het eigen vermogen 220
10.10.5 Detail van de reserves 222
10.10.6 Statutaire resultaatsverwerking 226
10.10.7 Uitkeringsplicht volgens het KB van 13 juli 2014 met betrekking tot de GVV227
10.10.8 Niet-uitkeerbaar eigen vermogen conform artikel 617 van het Wetboek van
vennootschappen 228

10.9.25 Andere kortlopende verplichtingen................................................................................ 202

11 VERKLARINGEN 231

11.1 Toekomstgerichte verklaringen 232
11.2 Verantwoordelijke voor de inhoud van het registratiedocument 233
11.3 Informatie afkomstig van derden 233

12 PERMANENT DOCUMENT: ALGEMENE INFORMATIE OVER DE VENNOOTSCHAP EN GECOÖRDINEERDE STATUTEN 235

12.1 Gegevens over de Vennootschap 236
12.1.1 Naam, rechtsvorm, statuut, duur en registratiegegevens 236
12.1.2 Maatschappelijke zetel en verdere contactgegevens 236
12.1.3 Oprichting 236
12.1.4 Historiek van de Vennootschap237
12.2 Groepsstructuur 240
12.2.1 Externe groepsstructuur 240
12.2.2 Interne organisatiestructuur 241
12.2.3 Dochtervennootschappen 241
12.2.4 Promotor 241
Beschikbaarheid van vennootschapsdocumenten en andere informatie 242
Vastgoeddeskundigen 243
Commissaris 243
Financiële dienst244
Liquidity Provider244
Gecoördineerde statuten van de Vennootschap per 17 januari 2017 245
LEXICON 261
IDENTITEITSKAART 269
Dienstverleners van de Vennootschap 243

Risicobeheer 01

Hieronder volgt een overzicht van belangrijke risico's waarmee de onderneming wordt geconfronteerd, bij de uitoefening van haar activiteiten. De risicofactoren kunnen in principe zowel betrekking hebben op België als Nederland (of eventuele andere landen waarin de Vennootschap in de toekomst actief zou worden), met dien verstande dat hieronder voor bepaalde risicofactoren expliciet een onderscheid wordt gemaakt tussen België en Nederland. De Raad van Bestuur en het management van Xior zijn zich bewust van de specifieke risico's die verbonden zijn aan de terbeschikkingstelling en het beheer van een vastgoedportefeuille, en trachten deze optimaal te beheren en zoveel mogelijk te temperen of uit te schakelen.

1.1 MARKTRISICO'S

1.1.1 RISICO'S VERBONDEN AAN DE ECONOMISCHE CONJUNCTUUR EN HET POLITIEK KLIMAAT

De waarde van vastgoed en het bedrag van de huurinkomsten worden in het algemeen beïnvloed door de economische conjunctuur. Een slechtere conjunctuur geeft aanleiding tot een lagere economische activiteit. Hoewel kan worden aangenomen dat jongeren langer studeren in geval van een slechtere economische conjunctuur, om enerzijds de economische crisis te overbruggen en om anderzijds hun kansen op de arbeidsmarkt te vergroten, kan een algemene achteruitgang van de economie leiden tot een vermindering van de vraag naar het type vastgoed dat de Vennootschap in portefeuille houdt (bijvoorbeeld omwille van een verslechterde financiële situatie van de huurder) en/of tot het in gebreke blijven van één of meerdere huurders of het niet tijdig betalen van huurgelden. Dit kan op zijn beurt resulteren in een hogere leegstand en lagere huurprijzen bij huurhernieuwing en bij het afsluiten van nieuwe huurovereenkomsten. Ook een nationale of internationale politieke instabiliteit, het opsplitsen of uittreden van landen uit de Europese Unie of de terreurdreiging, kunnen dit klimaat negatief beïnvloeden.

Beheersing:

  • Alvorens te investeren in een pand wordt het marktpotentieel grondig beoordeeld, om o.a. na te gaan of er op die locatie nog voldoende vraag is naar studentenvastgoed, naar welk type vastgoed (bvb. kamer vs. studio), etc.
  • Geografische spreiding van de vastgoedportefeuille over diverse landen en steden, en keuze voor triple-A locaties van de panden in grote en gevestigde studentensteden. Voor meer informatie omtrent de spreiding van de vastgoedportefeuille wordt verwezen naar Hoofdstuk 8.2.2 van dit Jaarverslag.
  • Spreiding van het huurdersbestand.

1.1.2 RISICO'S VERBONDEN AAN DE VASTGOEDMARKT IN HAAR GEHEEL

Het niveau van de huurprijzen en de waardering van vastgoed worden sterk beïnvloed door de vraag en het aanbod op de koop- en huurmarkt in de vastgoedsector. Een eventueel overaanbod van het type vastgoed dat de Vennootschap aanhoudt zou dus een wezenlijk ongunstige invloed kunnen hebben op de activiteiten, de bedrijfsresultaten, de financiële toestand en/of de vooruitzichten van de Vennootschap.

  • Alvorens te investeren in een pand wordt het marktpotentieel grondig beoordeeld, om o.a. na te gaan of er op die locatie voldoende vraag is naar studentenvastgoed, naar welk type vastgoed (bvb. kamer vs. studio), etc.
  • Continue opvolging van trends en evoluties in de markt.
  • Geografische spreiding van de vastgoedportefeuille over diverse landen en steden, en keuze voor triple-A locaties van de panden in grote en gevestigde studentensteden.
  • Spreiding van het huurdersbestand.
  • Het vastgoed wordt per kwartaal gewaardeerd door een onafhankelijke schatter. Zo zijn wijzigingen in de marktsituatie snel zichtbaar en kunnen, indien nodig, de nodige maatregelen worden genomen.
  • Kennis en ervaring van het management aangaande de studentenvastgoedmarkt.

1.1.3 RISICO'S VERBONDEN AAN STUDENTENPOPULATIES, ONDERWIJSAANBOD EN STEUNMAATREGELEN

De resultaten van de Vennootschap kunnen beïnvloed worden door een eventuele terugval in studentenpopulaties, al dan niet afhankelijk van het onderwijsaanbod en/of de (blijvende) aanwezigheid en kwaliteit van onderwijsinstellingen, of door de toename van online opleidingen zoals MOOC's (Massive Open Online Courses), waarbij het studiemateriaal wordt verspreid via het internet en de deelnemers zich bijgevolg niet hoeven te verplaatsen en dus ook niet aan een locatie gebonden zijn. Bovendien kan de vraag naar studentenkamers negatief beïnvloed worden indien eventuele financiële overheidssteun aan studenten (bijvoorbeeld in de vorm van leningen, subsidies, (huur)toeslagen of studiebeurzen) zou worden teruggeschroefd, of indien onderwijsinstellingen zouden beslissen om de inschrijvingsgelden te verhogen.

Beheersing:

  • Spreiding in de portefeuille van het aanbod qua type studentenhuisvesting, zodat kamers in aanmerking kunnen komen voor diverse huurderssegmenten.
  • Aanbieden van kwalitatieve accommodaties en de daarmee gepaard gaande dienstverlening, waarnaar de vraag nog steeds groot is en verwacht wordt groot te blijven.
  • Geografische spreiding van de vastgoedportefeuille over diverse landen en steden, en keuze voor triple-A locaties van de panden in grote en gevestigde studentensteden.

1.2 VASTGOEDGEBONDEN RISICO'S

1.2.1 RISICO'S VERBONDEN AAN DE UITVOERING VAN WERKEN, ONDERHOUD EN HERSTELLINGEN

De Vennootschap kan genoodzaakt zijn om belangrijke renovatie- en investeringsprogramma's uit te voeren om het vastgoed op het gewenste onderhoudsniveau en in kwalitatief behoorlijke toestand te houden, of omdat van overheidswege eisen worden gesteld met betrekking tot de technische staat van vastgoed (bijvoorbeeld inzake wooncomfort of brandveiligheid). Naast grote onderhoudswerken is het mogelijk dat kleinere werken dienen te worden uitgevoerd ingevolge de ouderdom of slijtage van de gebouwen en de inboedel (aangezien de kamers in principe steeds gemeubeld ter beschikking worden gesteld) of ingevolge beschadiging van de gebouwen of de inboedel. Deze werken kunnen aanleiding geven tot substantiële kosten en tot een tijdelijke en/of gedeeltelijke onverhuurbaarheid van het betrokken vastgoed.

  • De vennootschap ziet erop toe dat nieuwe gebouwen worden opgericht met inachtname van de wettelijke en technische vereisten, en dat bij renovaties of acquisities van bestaande panden eveneens aan deze vereisten wordt tegemoet gekomen.
  • Bepaalde herstellingen worden waar mogelijk ten laste gelegd van de huurder, zoals tevens voorzien in de algemene voorwaarden van de huurcontracten.

  • Pro-actief beleid: periodiek worden de nodige herstellingen uitgevoerd om de panden in goede staat te houden.

  • Constante screening van de panden door de operationele en technische teams.

1.2.2 BOUW- EN ONTWIKKELINGSRISICO'S

Naast het verwerven van bestaande vastgoedactiva kan de Vennootschap investeren in ontwikkelingsprojecten teneinde haar vastgoedportefeuille uit te breiden. Ontwikkelingsprojecten houden verschillende risico's in, onder andere het risico dat de nodige vergunningen niet toegekend worden dan wel aangevochten worden, dat het project vertraging oploopt of niet kan worden uitgevoerd (met verminderde of verlies van verwachte huurinkomsten) of dat het budget wordt overschreden omwille van onvoorziene kosten.

Beheersing:

  • Bij het uitvoeren van ontwikkelingsprojecten ziet de vennootschap strikt toe op de beheersing van het budget (bvb. door het afsluiten van een aannemingscontract aan een vaste prijs).
  • Bij de afname van de te ontwikkelen projecten door derden wordt het vastgoed bij voorkeur pas overgenomen, en de bijhorende prijs slechts betaald, wanneer het project reeds in vergevorderde of afgewerkte staat is.
  • Werken met gerenommeerde en solvabele aannemers.
  • Nabije opvolging door een projectbegeleider om erover te waken dat de bouwwerkzaamheden conform de gemaakte afspraken en conform de huidige regelgeving worden uitgevoerd.

1.2.3 RISICO'S VERBONDEN AAN VERGUNNINGEN EN ANDERE MACHTIGINGEN EN VEREISTEN WAARAAN HET VASTGOED DIENT TE VOLDOEN

De waarde van vastgoed wordt mee bepaald door de aanwezigheid van alle wettelijk benodigde (stedenbouwkundige en andere) vergunningen en machtigingen. Het verkrijgen van vergunningen is vaak tijdrovend en weinig transparant, wat een impact kan hebben op de huurinkomsten, de waarde van de desbetreffende panden, en de mogelijkheden voor de Vennootschap om haar operationele activiteiten in dergelijke panden uit te voeren. Bovendien kunnen reglementaire vereisten waaraan het vastgoed dient te voldoen (bvb. inzake wooncomfort of (brand)veiligheid) lokale verschillen vertonen en kan de interpretatie en/of toepassing ervan eveneens afhankelijk zijn van de betrokken overheden, wat een onzekere factor kan inhouden voor het beantwoorden aan dergelijke reglementaire vereisten. Het ontbreken van de vereiste vergunningen of de niet-naleving van vergunnings- of andere reglementaire voorwaarden kunnen er toe leiden dat de Vennootschap tijdelijk of permanent het betrokken vastgoed niet zou kunnen verhuren met het oog op de uitoefening van bepaalde activiteiten waardoor het vastgoed niet of slechts aan lagere huurprijzen zou kunnen worden verhuurd. In voorkomend geval kan het vastgoed van de Vennootschap het voorwerp uitmaken van regularisatieprocedures, die gepaard kunnen gaan met de uitvoering van aanpassingswerken en die bijkomende verbouwingskosten met zich kunnen meebrengen, en bovendien de verhuurbaarheid van een gebouw (en dus de daaruit voortvloeiende inkomsten) kunnen beperken. Een stedenbouwkundig misdrijf kan bovendien, zelfs na het bekomen van een regularisatievergunning of na het zich feitelijk in regel stellen door afbraak van de wederrechtelijke constructies, vatbaar blijven voor strafsancties, zolang het misdrijf niet is verjaard.

  • Ontwikkelingen waarbij de Vennootschap het vergunningsrisico draagt vormen de uitzondering. Per 31 december 2016 waren er geen ontwikkelingen waarbij de Vennootschap het vergunningsrisico draagt.
  • Monitoring van bestaande, potentieel wijzigende of toekomstig nieuwe wetgevingen, regelgevingen en de naleving ervan, bijgestaan door externe gespecialiseerde adviseurs.

  • Interactie en dialoog met de betrokken overheden.

  • Verificatie van de vergunningstoestand bij de acquisitie van bestaande panden, bijgestaan door externe gespecialiseerde adviseurs.

1.2.4 RISICO'S VERBONDEN AAN DE MILIEUREGLEMENTERING

De milieurisico's waaraan de Vennootschap, als eigenaar van vastgoed, is blootgesteld, betreffen vooral risico's van historische bodemverontreiniging, de (vroegere) aanwezigheid van risicoinrichtingen en/of uitoefening van risicoactiviteiten, risico's verbonden aan de eventuele aanwezigheid van asbesthoudende materialen, risico's verbonden aan de aanwezigheid van wettelijk verboden producten zoals transformatoren die pcb's bevatten of koudegroepen die cfk's bevatten, stookolietanks, enz. In de mate waarin dergelijke milieurisico's aanwezig zijn, kan dit belangrijke financiële gevolgen hebben voor de Vennootschap (bijkomende onderzoeksplichten zoals een oriënterend en/of beschrijvend bodemonderzoek, werken voor bodemsanering, asbestverwijdering, werken aan of vervanging van installaties, enz.), en kan dit ook een impact kunnen hebben op de (on)verhuurbaarheid van een onroerend goed. Dergelijke gevolgen kunnen ook in de toekomst ontstaan, door wijzigingen ten opzichte van dergelijke sites van louter formele aard, zoals een wijziging van kadastrale percelen.

Complexe procedures kunnen bij overdracht van onroerende goederen tijdrovend zijn en tot onderzoeks- en/of andere kosten aanleiding geven. Ondanks de uitgevoerde studies is de Vennootschap als vastgoedeigenaar en verhuurder blootgesteld aan milieurisico's en kan zij bijgevolg eventuele aansprakelijkheidsrisico's in bestaande of te verwerven onroerende goederen niet volledig uitsluiten.

Beheersing:

  • Monitoring van bestaande, potentieel wijzigende of toekomstig nieuwe wetgevingen, regelgevingen en de naleving ervan, bijgestaan door externe gespecialiseerde adviseurs.
  • Verificatie van de bodem- en milieutoestand bij de acquisitie van bestaande panden.

1.2.5 RISICO'S IN VERBAND MET DE EVOLUTIE VAN DE REËLE WAARDE VAN DE VASTGOEDPORTEFEUILLE

De Vennootschap is blootgesteld aan schommelingen in de Reële Waarde van haar vastgoedportefeuille. Een daling van de Reële Waarde leidt tot een daling van het eigen vermogen van de Vennootschap wat een negatieve impact heeft op de Schuldgraad. De Vennootschap is tevens blootgesteld aan het risico van waardevermindering van het vastgoed in haar portefeuille ingevolge slijtage als gevolg van gewone, bouwkundige en technische veroudering en/of schade veroorzaakt door huurders, toenemende leegstand, onbetaalde huurprijzen, en een daling van de huurprijzen bij het afsluiten van nieuwe huurovereenkomsten of bij de verlenging van bestaande huurovereenkomsten. Bovendien bestaat het risico dat de gebouwen niet meer (zullen) voldoen aan de toenemende (wettelijke of commerciële) vereisten, onder meer op het gebied van duurzame ontwikkeling (energieprestatie, etc.).

Indien de Vennootschap overgaat tot een transactie, d.i. investeren of desinvesteren in vastgoed, loopt zij eveneens het risico dat ze bepaalde risico's niet identificeert op basis van haar due diligence of dat ze, zelfs mits een voorafgaande due diligence en een onafhankelijke vastgoedexpertise, vastgoed aankoopt aan een te hoge prijs ten opzichte van de onderliggende waarde, of vastgoed verkoopt aan een te lage prijs ten opzichte van de onderliggende waarde, bijvoorbeeld door te investeren of desinvesteren gedurende een ongunstig moment in een conjunctuurcyclus.

Beheersing:

  • De vastgoedbeleggingen worden per kwartaal gewaardeerd door een onafhankelijke schatter. Zo zijn wijzigingen in de marktsituatie snel zichtbaar en kunnen, indien nodig, de nodige maatregelen worden genomen.
  • Geografische spreiding van de vastgoedportefeuille over diverse landen en steden, en keuze voor triple-A locaties van de panden in grote en gevestigde studentensteden.
  • Een duidelijk gedefinieerde en voorzichtig beheerde kapitaalstructuur. Een voorgenomen schuldgraad van om en bij de 55%, beduidend onder het wettelijk maximum van 65%.

1.2.6 RISICO'S VERBONDEN AAN DE VASTGOEDWAARDERING

De waardering van het vastgoed door de vastgoeddeskundige gebeurt op basis van standaardnormen. Desalniettemin gaat een zekere subjectiviteit gepaard met de inschatting van vastgoed door de vastgoeddeskundige. Bijgevolg houdt elke waardering een bepaalde onzekerheid in. Het is mogelijk dat de vastgoedexpertiseverslagen gebaseerd zijn op hypotheses die naderhand verkeerd of niet-aangepast of actueel zouden blijken. In dergelijk geval, alsook wanneer een nieuwe vastgoeddeskundige zou worden aangesteld, bestaat het risico dat de vastgoedportefeuille van de Vennootschap op een andere basis wordt gewaardeerd, wat kan resulteren in significante afwijkingen van de waardering van de vastgoedportefeuille door de huidige vastgoeddeskundige. Wanneer een nieuwe vastgoeddeskundige zou worden aangesteld bestaat tevens het risico dat deze de vastgoedportefeuille van de Vennootschap op een andere basis waardeert, wat kan resulteren in significante afwijkingen van de waardering van de vastgoedportefeuille door de huidige vastgoeddeskundige.

Beheersing:

  • De Vennootschap mandateert professionele en gereputeerde partijen met ervaring in de sector.
  • Grondige analyse van de schattingsverslagen en de gebruikte parameters.

1.2.7 RISICO'S VERBONDEN AAN WINKELVASTGOED EN HOSTELACTIVITEIT

De Vennootschap bezit een beperkt aantal winkelpanden (c.q. handelsruimtes binnen de panden bestemd voor studentenhuisvesting) die dus niet bestemd zijn voor studentenhuisvesting. De Vennootschap bezit bovendien één pand bestemd voor hostelactiviteiten. Dit type van vastgoed kan, naast andere risicofactoren, tevens blootgesteld zijn aan specifieke risico's eigen aan de aard van dit winkelvastgoed (zoals een ongelijkmatige evolutie van het consumentenvertrouwen en/ of de werkloosheid per regio of gemeente, een negatieve evolutie van de consumentenbestedingen, vertrek van huurders op de tussentijdse vervaldag, heraanleg van wegen, concurrentie van e-commerce) resp. deze hostelactiviteiten (o.m. een verhoogd risico op leegstand gelet op de korte-termijn verblijven die eigen zijn aan dit type activiteit, concurrentie met andere spelers zoals de hotelsector, intensievere operationele opvolging, specifieke regelgeving).

  • Het relatieve belang van dit type vastgoed blijft gering in de portefeuille, en maakt waar mogelijk ook het voorwerp uit van desinvesteringen van niet-strategisch vastgoed (cf. bijvoorbeeld de verkoop van het retail pand te Hasselt in december 2016).
  • Spreiding van huurdersbestand binnen dit segment, bij voorkeur met gerenommeerde en solvabele huurders. De grootste huurder in het non-student segment betreft Donum Originals, die ca. 4,5% vertegenwoordigt van de totale huurinkomsten van de Vennootschap.
  • Goede locatie van het vastgoed binnen dit segment.
  • Actieve opvolging van dit huurdersbestand en opvolging van huurdersincasso; bekomen van huurwaarborgen (deze huurwaarborgen bedragen in de regel twee maanden huur).

1.3 OPERATIONELE RISICO'S

1.3.1 RISICO'S IN VERBAND MET LEEGSTAND

Ingevolge de activiteiten uitgeoefend door de Vennootschap is zij blootgesteld aan het risico van huurderving verbonden aan het vertrek van huurders vóór of bij het verstrijken van lopende huurovereenkomsten, met een bijkomend risico op niet (weder-)verhuring. In het algemeen is het kortlopend karakter van de huurovereenkomsten die worden afgesloten met studenten, eigen aan de sector van de studentenhuisvesting. Bij vertrek van huurders is het niet uitgesloten dat nieuwe huurovereenkomsten lagere huurinkomsten opbrengen dan de lopende huurovereenkomsten, terwijl de met de verhuur verbonden kosten niet noodzakelijk evenredig met de lagere huurinkomsten kunnen worden verminderd. Naar Belgisch recht bestaat bovendien het risico dat bij langdurige leegstand van gebouwen een leegstandsheffing wordt geheven door de betrokken gemeentes. Voor de bezettingsgraad wordt verwezen naar Hoofdstuk 5.2.2 van dit Jaarverslag.

Beheersing:

  • Binnen de vastgoedportefeuille van de Vennootschap wordt gestreefd naar een optimale mix van diverse kamertypes, daarbij rekening houdend met de (te verwachten) behoeftes in de markt qua type en huurprijs.
  • Aanbieden van kwalitatieve accommodaties en daarmee gepaard gaande dienstverlening, waarnaar de vraag nog steeds groot is en verwacht wordt groot te blijven.
  • Geografische spreiding van de vastgoedportefeuille over diverse landen en steden, en keuze voor triple-A locaties van de panden in grote en gevestigde studentensteden.
  • Samenwerking met hogescholen en universiteiten.

1.3.2 RISICO'S IN VERBAND MET DE HUUROPBRENGSTEN

Het risico dat de huuropbrengsten niet op peil kunnen worden gehouden, wordt voornamelijk beïnvloed door de mate van leegstand. Daarnaast kan het op peil houden van de huuropbrengsten worden beïnvloed door de aard en ligging van het vastgoed, de mate waarin het vastgoed zal moeten concurreren met nabijgelegen gebouwen, de beoogde doelgroep en gebruikers van het vastgoed, de kwaliteit van het vastgoed, de kwaliteit van de huurder, het huurvriendelijk karakter en de duur en het marktconforme karakter van de huurovereenkomst. In het bijzonder bestaat hierbij het risico dat de Vennootschap geconfronteerd zou worden met een overaanbod op de huisvestingsmarkt voor studenten waarop zij actief is. Ook onderwijsinstellingen trachten het aanbod aan en de huurprijs van studentenkamers te beïnvloeden.

In Nederland bestaat een nationaal opgelegd puntensysteem ("woningwaarderingsstelsel" of "WWS"), op basis van een aantal factoren, zoals oppervlakte, kwaliteit, locatie, energieprestaties, etc. Een wijziging in dit puntensysteem, of een inaccurate invulling van de onderliggende componenten, kan een negatieve impact hebben op de geïnde en/of te ontvangen huuropbrengsten van de Vennootschap.

  • Regionale spreiding van de investeringen.
  • Beoordeling van het marktpotentieel alvorens een nieuw pand aan te kopen.
  • Benchmarking van de gevraagde huurprijzen met marktprijzen om het marktconforme karakter te evalueren.

  • Afsluiten van lange termijn verhuurcontracten met hogescholen of universiteiten voor een deel van de kamers in portefeuille. Er wordt verwezen naar Hoofdstuk 10.6.19 van dit Jaarverslag voor een beschrijving van de lange termijn verhuurcontracten.

  • Opname van beschermingsclausules (betaling waarborg, opzegperiode, garantiestelling) in de huurcontracten.

1.3.3 RISICO'S VAN HET IN GEBREKE BLIJVEN VAN DE HUURDERS

De Vennootschap kan niet uitsluiten dat haar huurders in gebreke blijven bij het voldoen van hun financiële verplichtingen ten aanzien van de Vennootschap. Dit risico is, in het segment van studentenhuisvestigingen waarin de Vennootschap actief is, hoger indien rechtstreeks wordt verhuurd aan studenten en lager indien indirect wordt verhuurd aan studenten via een huisvestingorganisatie verbonden aan een universiteit of een hogeschool.

Het risico bestaat dat, indien de betrokken huurders in gebreke blijven hun verplichtingen na te komen ten aanzien van de Vennootschap, de waarborg niet volstaat en de Vennootschap geen verhaal kan uitoefenen op de huurder en bijgevolg het risico draagt niets of niet voldoende te kunnen recupereren van de huurder die in gebreke is gebleven.

Beheersing:

  • Huurwaarborg die in de regel overeenstemt met twee maanden huur.
  • Voorafbetaling van de huurgelden.
  • Afsluiten van lange termijn verhuurcontracten met hogescholen of universiteiten voor een deel van de kamers in portefeuille. Er wordt verwezen naar Hoofdstuk 10.9.1 van dit Jaarverslag voor meer details omtrent deze lange termijn verhuurcontracten.
  • Naar Belgisch recht geniet de Vennootschap als verhuurder van een wettelijk voorrecht op de inboedel van het verhuurde gebouw.

1.3.4 RISICO'S VERBONDEN AAN SCHADEGEVALLEN EN DE DEKKING VAN DE VERZEKERINGEN

De Vennootschap is blootgesteld aan het risico van ernstige schadegevallen die zich in de gebouwen van haar vastgoedportefeuille kunnen voordoen. Niettegenstaande de vastgoedportefeuille van de Vennootschap gedekt is door diverse verzekeringen, is het niet uit te sluiten dat de voorwaarden voor het inroepen van de verzekeringsdekking niet voldaan zullen zijn of dat er kosten voortvloeien uit niet verzekerde schade of schade die het plafond van de verzekeringspolis overschrijdt. Mocht er zich een groot aantal schadegevallen in de gebouwen van de Vennootschap voordoen, zou dit tevens aanzienlijke financiële gevolgen voor de Vennootschap kunnen hebben door de stijging van de verzekeringspremies. Bovendien zou dit ertoe kunnen leiden dat de Vennootschap bepaalde risico's niet of niet meer kan verzekeren omdat geen verzekeraar de risico's zou willen dekken, dan wel omdat de premies onredelijk hoog worden.

  • Voorzien in een passende verzekeringsdekking voor de vastgoedportefeuille (zie voor meer informatie Hoofdstuk 8.2.2 van dit Jaarverslag), met inbegrip van huurderving bij een schadegeval in het gebouw.
  • Bij het afsluiten van verzekeringscontracten zal de vennootschap altijd werken met gereputeerde verzekeringskantoren waarbij in de selectie de kwaliteit van de dienstverlener en de expertise op het vlak van schadebehandeling mee in rekening wordt genomen.
  • Bij de overname van bestaande panden wordt bij voorkeur voorzien in een uitloopperiode van de lopende verzekering op het vastgoed.

1.3.5 RISICO'S IN VERBAND MET OVERLAST VEROORZAAKT DOOR HUURDERS

Aangezien de activiteit van de Vennootschap bestaat in de rechtstreekse of onrechtstreekse terbeschikkingstelling van haar vastgoed aan voornamelijk studenten, bestaat een verhoogd risico dat de Vennootschap ingevolge overlast of burenhinder wordt geconfronteerd met klachten of dat (administratieve) maatregelen worden opgelegd met betrekking tot de gebouwen in haar vastgoedportefeuille.

Beheersing:

  • Instructies en responsabilisering om alle vormen van overlast voor zowel medebewoners als buurtbewoners te respecteren, m.i.v. van clausules in dit verband in de algemene voorwaarden van het huurcontract.
  • Permanente (in geval van grotere complexen) en regelmatige (in geval van kleinere complexen) aanwezigheid van student coaches.
  • Aanmoediging van sociale controle, in voorkomend geval door aanwezigheid van "gang- en/of gebouwverantwoordelijken".
  • Opvolging van afvalophaling.

1.3.6 RISICO'S VERBONDEN AAN HISTORISCHE VERKOPEN

De Vennootschap (c.q. via entiteiten die zij heeft opgeslorpt) heeft (hebben) in het verleden verschillende malen onroerende goederen verkocht. Als verkoper is (zijn) zij ook burgerrechtelijk gehouden tot de gemene vrijwaringsplichten van de verkoper. Het risico bestaat dat de Vennootschap (als rechtsopvolger) zou worden aangesproken om aan vrijwaringsverplichtingen onder zulke transactie te voldoen.

Beheersing:

  • In geval van externe acquisities waarbij de Vennootschap optreedt als rechtsopvolger, wordt toegezien op de nodige vrijwaringsclausules.
  • Het betreft hier een historisch gegeven, waardoor de toekomstige impact uitdovend is.

1.3.7 RISICO'S VERBONDEN AAN FUSIE-, SPLITSINGS- OF OVERNAMEVERRICHTINGEN

De Vennootschap is en kan in de toekomst partij zijn bij fusie-, splitsings- of andere overnameverrichtingen. Hoewel de Vennootschap bij dit soort transacties voorzorgen neemt, onder meer door de uitvoering van due diligence onderzoeken op de ingebrachte goederen en door garanties te bedingen in overnameovereenkomsten, is het niet uitgesloten dat bij deze transacties latente passiva op de Vennootschap worden overgedragen. Dit kan onder meer het gevolg zijn van de niet-naleving van bepaalde verplichtingen door de overdragers of dat een aantal documenten niet kon worden voorgelegd door de overdragers (zoals processen-verbaal van voorlopige of definitieve oplevering, verzekeringsdocumenten, elektriciteitsverslagen, post-interventiedossiers, verslagen van controle brandveiligheid, enz.). Bovendien zijn de bedongen garanties van nature uit beperkt in de tijd en bedingen verkopers gebruikelijk beperkingen op hun maximale aansprakelijkheid onder de garanties. Ten slotte blijft de Vennootschap daarbij geconfronteerd met het risico van de insolvabiliteit van haar tegenpartij.

Beheersing:

  • Economische, strategische en vastgoedanalyse voorafgaand aan elke acquisitie.
  • Uitvoering van een due diligence op juridisch, fiscaal, financieel en technisch vlak door de Vennootschap en/of door externe gereputeerde partijen.
  • De nodige marktconforme verklaringen en waarborgen, en bijzondere schadeloosstellingen trachten te bekomen, rekening houdend met de eigenheden van de transactie.
  • Schatting van de te verwerven vastgoedobjecten door een onafhankelijke vastgoeddeskundige vóór de acquisitie.

1.3.8 RISICO'S VERBONDEN AAN DIVERSIFICATIE EN DE CONCENTRATIE VAN VASTGOED

Om bepaalde risico's te beperken en aan risicospreiding te doen, dient de Vennootschap overeenkomstig de GVV-Wetgeving een diversificatie van haar vastgoed te respecteren, dit op geografisch vlak, per type vastgoed en per categorie van huurder. Artikel 30 van de GVV-Wet voorziet dat "geen enkele door de openbare GVV uitgevoerde verrichting tot gevolg [mag] hebben dat (1°) meer dan 20% van haar geconsolideerde activa in vastgoed wordt belegd dat één enkel vastgoedgeheel vormt; of (2°) dit percentage verder toeneemt, indien het al meer bedraagt dan 20%, ongeacht wat in dit laatste geval de oorzaak is van de oorspronkelijke overschrijding van dit percentage. Deze beperking is van toepassing op het ogenblik van de betrokken verrichting". Indien de Vennootschap de 20% diversificatieregel zou overschrijden, mag de Vennootschap geen investeringen, desinvesteringen of andere handelingen verrichten die tot gevolg zouden hebben dat dit percentage verder zou stijgen. Het beperkt met andere woorden de mogelijkheden van de Vennootschap in het kader van bijkomende investeringen of desinvesteringen.

Beheersing:

  • Berekening van de "20%-vastgoedrisicogeheelgrens" om te vermijden dat de vennootschap in overtreding zou zijn met artikel 30 van de GVV-Wet.
  • Geografische spreiding over diverse landen en steden.
  • Spreiding i.f.v. marktpotentieel o.b.v. economische marktanalyses.
  • Optimale mix nastreven van type units.
  • Spreiding van huurders.

1.3.9 RISICO'S VERBONDEN AAN HET UITVOEREND MANAGEMENT, PERSONEEL EN EXTERNE DIENSTVERLENERS

Het vertrek van één of meerdere leden van het uitvoerend management of de stopzetting van hun mandaat zou de Vennootschap kunnen blootstellen aan het risico dat de organisatie wordt verstoord. Bovendien is de Vennootschap, rekening houdend met haar relatief kleine team van medewerkers, in geval van een vertrek van bepaalde medewerkers met een sleutelfunctie, aan een risico van desorganisatie blootgesteld. De Vennootschap werkt bovendien samen met externe dienstverleners, waarbij de Vennootschap logischerwijze ook afhankelijk is van de goede uitvoering van de betrokken diensten.

  • Creëren van een aangename en motiverende werkomgeving binnen de Vennootschap.
  • Marktconforme verloning van het management en de medewerkers.
  • Werken in teamverband, waarbij wordt vermeden dat één individu alleen verantwoordelijk is voor, of betrokken is bij, belangrijke strategische en/of operationele taken.
  • Samenwerking met betrouwbare dienstverleners.

1.3.10 RISICO'S IN VERBAND MET RECHTSZAKEN

De Vennootschap kan in de toekomst partij zijn bij rechtsvorderingen, zowel als eiser of verweerder. Een rechterlijke uitspraak in het nadeel van de Vennootschap kan een wezenlijke impact hebben op de activiteiten, de bedrijfsresultaten, de financiële toestand en/of de vooruitzichten van de Vennootschap. Bovendien loopt de Vennootschap het risico dat bepaalde huurders de beëindiging van hun huurovereenkomst vorderen, een verlaging van de huurprijs eisen of enige andere vordering instellen tegen de Vennootschap. Dergelijke procedures kunnen lang en kostelijk zijn.

Beheersing:

  • Streven naar goede en evenwichtige commerciële en juridische afspraken met alle betrokken wederpartijen van de Vennootschap.
  • Een oplossing in der minne wordt, waar mogelijk, steeds nagestreefd, eerder dan een kostelijke en langdurige juridische procedure.
  • Waar nodig afhandeling en opvolging van juridische en/of incassoprocedures op een zo (kosten)efficiënt mogelijke wijze. Voor meer informatie omtrent de gerechtelijke procedures waarbij de Vennootschap betrokken is of is geweest wordt verwezen naar Hoofdstuk 10.10.9 van dit Jaarverslag.

1.3.11 RISICO'S VERBONDEN AAN DE (ONMOGELIJKHEID TOT) DIVIDENDUITKERING

Er kan geen zekerheid worden verstrekt dat de Vennootschap in de toekomst dividendbetalingen zal kunnen verrichten. Het is mogelijk dat, hoewel het vastgoed van de Vennootschap de verwachte huuropbrengsten en operationele winst zou genereren, het technisch onmogelijk wordt voor de Vennootschap om een dividend uit te betalen aan haar aandeelhouders in overeenstemming met artikel 617 van het Wetboek van vennootschappen en de GVV-Wetgeving. Gegeven het feit dat de Vennootschap bij opstart over beperkte of geen reserves beschikt, kan een daling in de reële waarde van de vastgoedbeleggingen of een daling in de reële waarde van indekkingsinstrumenten ertoe leiden dat de Vennootschap geen dividend kan uitkeren ondanks het positieve operationele resultaat.

  • Vergelijking en analyse van gerealiseerde ten opzichte van de gebudgetteerde resultaten op recurrente basis en bijsturen waar nodig.
  • Periodieke monitoring van de uitkeringscapaciteit.

1.4 FINANCIËLE RISICO'S

1.4.1 RISICO'S VERBONDEN AAN DE STIJGENDE RENTEVOETEN EN SCHOMMELINGEN VAN DE REËLE WAARDE VAN DE AFDEKKINGSINSTRUMENTEN

Als gevolg van het financieren met vreemd vermogen is het rendement van de Vennootschap afhankelijk van de ontwikkelingen van de rente. Een stijging in de rente zal het financieren met vreemd vermogen duurder maken voor de Vennootschap.

Voor de afdekking van het renterisico op lange termijn kan de Vennootschap voor leningen die aangegaan worden aan een vlottende rentevoet, gebruik maken van "interest rate swaps". Indien bijvoorbeeld de Euribor rentevoet daalt, zal de marktwaarde van deze instrumenten een negatieve variatie ondergaan. Daarenboven zal het niet zeker zijn dat de Vennootschap in de toekomst de indekkingsinstrumenten vindt die ze wenst af te sluiten, noch dat de voorwaarden verbonden aan de indekkingsinstrumenten aanvaardbaar zullen zijn.

Beheersing:

  • De vennootschap ziet erop toe dat minimum 70% van haar kredieten is ingedekt. Er wordt verwezen naar Hoofdstuk 5.3.2 van het Jaarverslag voor een gedetailleerde beschrijving van de indekkingspolitiek van de Vennootschap.
  • Afsluiten van financieringscontracten met verschillende looptijden om de renteherzieningen te spreiden. Er wordt verwezen naar Hoofdstuk 5.3.1 van het Jaarverslag voor verdere details omtrent de looptijd van de financieringscontracten.
  • Opvolgen van de rente-evoluties in de markt.

1.4.2 TEGENPARTIJRISICO

De Vennootschap kan geconfronteerd worden met de insolvabiliteit van een financiële tegenpartij. Dit zou aanleiding kunnen geven tot de opzegging van bestaande kredietlijnen, zowel voor kredieten als voor afdekkingen (hedging), en bijgevolg tot een inkrimping van de financiële middelen van de Vennootschap. In overeenstemming met de marktpraktijken voorzien kredietovereenkomsten doorgaans marktverstoringsclausules en clausules in verband met een belangrijke verandering van de omstandigheden (zgn. "MAC" clausules of material adverse change clausules) die, in sommige omstandigheden, bijkomende kosten voor de Vennootschap kunnen genereren en in extremere gevallen, kunnen leiden tot een beëindiging van de kredietovereenkomsten en/of de gehele of gedeeltelijke vervroegde terugbetaling van de kredietlijnen.

  • De vennootschap doet beroep op verschillende referentiebanken op de markt voor het aangaan van kredieten en indekkingen om zo het tegenpartijrisico te spreiden.
  • Op regelmatige tijdstippen worden de relaties met de banken geëvalueerd.
  • Strakke thesauriepositie waarbij het overschot aan cash aangewend wordt ter reductie van financiële schulden, voor zover dit overschot niet wordt gebruikt voor nieuwe investeringen.

1.4.3 RISICO'S MET BETREKKING TOT FINANCIERING

De Vennootschap is in haar ontleningcapaciteit beperkt door de wettelijke maximale schuldgraad van 65% die wordt toegestaan door de GVV-Wetgeving. Tevens zijn er drempels voorzien in de financieringscontracten die zijn afgesloten met financiële instellingen. De maximale schuldgraad die opgelegd wordt door de financiële instellingen bedraagt 60%. De Vennootschap is tevens blootgesteld aan een liquiditeitsrisico in het geval haar financieringsovereenkomsten, bestaande kredietlijnen inbegrepen, niet of niet tijdig zouden worden vernieuwd of zouden worden opgezegd. In het algemeen is het mogelijk dat de Vennootschap niet meer in staat zou zijn om de voor haar groeistrategie noodzakelijke externe financiering te krijgen aan gunstige voorwaarden, of dat de marktvoorwaarden van dien aard zijn dat de voor de activiteiten van de Vennootschap noodzakelijke externe financiering niet meer kan worden gevonden. De Vennootschap loopt het risico dat financieringsovereenkomsten zouden worden beëindigd, heronderhandeld, opgezegd of een verplichting bevatten om vervroegd terug te betalen, indien bepaalde verbintenissen zoals de naleving van financiële ratio's niet zouden worden nagekomen.

Beheersing:

  • Spreiden van financieringsbronnen over zowel eigen als vreemd vermogen (zie Hoofdstuk 5.4 van het Jaarverslag).
  • Monitoring van de naleving van de convenants en verplichtingen opgenomen in de financieringsovereenkomsten.
  • Constante opvolging en simulatie van de impact van investeringen op de schuldgraad (zie Hoofdstuk 10.9.34 voor informatie omtrent de effectieve schuldgraad van de Vennootschap).
  • Spreiding van de looptijden van financieringscontracten. De gemiddelde looptijd van de financieringscontracten bedraagt 3,13 jaar.
  • Opstellen van een financieel plan, cf. artikel 24 van het GVV-KB.
  • Toegang tot de kapitaalmarkt veilig stellen door transparante informatieverschaffing, regelmatige contacten met financiers en (potentiële) beleggers en de liquiditeit van het aandeel verhogen.

1.4.4 RISICO'S VAN BUDGETTERING EN FINANCIËLE PLANNING

De jaarlijkse budgetten en de financiële vooruitzichten kunnen aan inschattings-, berekenings-, programmerings- en/ of manipulatiefouten blootgesteld zijn. Bovendien kunnen eerdere financiële vooruitzichten niet meer relevant zijn en/of berusten op assumpties die mogelijk aan de controle van de Vennootschap ontsnappen.

Beheersing:

  • Vergelijking en analyse van gerealiseerde ten opzichte van de gebudgetteerde resultaten op recurrente basis en bijsturen waar nodig.
  • Periodieke evaluatie van de assumpties gebruikt voor het opstellen van het jaarlijks budget.
  • Update van het budget op kwartaalbasis.

1.4.5 RISICO'S VERBONDEN AAN INFLATIE EN DE ONTKOPPELING VAN DE GEÏNDEXEERDE HUURPRIJZEN EN HUURPRIJZEN OP DE MARKT

Inflatie kan aanleiding geven tot een toename van de financieringskost (ingevolge de stijging van de rentevoeten) en/of een toename van de kapitalisatievoeten en kan bijgevolg een daling van de Reële Waarde van de vastgoedportefeuille en een lager eigen vermogen van de Vennootschap tot gevolg hebben. De indexering van de huurprijs verhindert echter niet noodzakelijk dat de huurprijs die wordt betaald in het kader van de huurovereenkomst minder snel stijgt dan de huurprijs die op de markt zou kunnen worden verkregen met nieuwe huurders.

Beheersing:

• Voorzien in indexeringsclausules in huurovereenkomsten afgesloten voor langer dan een jaar (dit zijn de huurovereenkomsten die worden afgesloten voor de winkelvastgoedpanden), zodat deze jaarlijkse huurprijzen samen met de inflatie evolueren.

1.5 REGLEMENTAIRE EN ANDERE RISICO'S

1.5.1 RISICO'S VERBONDEN AAN HET STATUUT VAN OPENBARE GVV

Als openbare GVV is de Vennootschap onderworpen aan de GVV-Wetgeving, die beperkingen inhoudt ten aanzien van o.m. de activiteiten, de schuldgraad, de resultaatverwerking, belangenconflicten en corporate governance. Het (blijvend) beantwoorden aan deze specifieke vereisten is onder meer afhankelijk van het vermogen van de Vennootschap om op succesvolle wijze haar activa en schuldpositie te beheren, en van de naleving van strikte interne controleprocedures. De Vennootschap zou mogelijk niet in staat kunnen zijn om aan deze vereisten te beantwoorden in geval van een significante wijziging in haar financiële situatie of anderszins. Indien de Vennootschap haar vergunning als OGVV zou verliezen, zou ze niet langer van het afwijkend fiscaal stelsel voor GVV's genieten. Bovendien wordt het verlies van de vergunning voor het GVV-statuut in de regel in de kredietovereenkomsten van de Vennootschap aangemerkt als een gebeurtenis waardoor de kredieten die de Vennootschap heeft afgesloten vervroegd opeisbaar kunnen worden gesteld.

Beheersing:

  • Voortdurende aandacht van de raad van bestuur en het management voor de regelgeving van de GVV en het behoud van de status van openbare GVV.
  • Opvolging van wetgevende evoluties, in voorkomend geval bijgestaan door externe gespecialiseerde adviseurs.
  • Vertegenwoordiging van de GVV in de BE-REIT Association waarbij op regelmatige tijdstippen de wijzigingen in het wetgevend en fiscaal kader worden besproken met de andere GVV's.

1.5.2 RISICO'S VERBONDEN AAN DE REGELGEVING

De Vennootschap is onderworpen aan de regelgeving die van toepassing is op een openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap naar Belgisch recht, waaronder de bepalingen van de GVV-Wet van 12 mei 2014, het GVV-KB van 13 juli 2014 en het Wetboek van vennootschappen. De sector van de studentenhuisvesting wordt bovendien gekenmerkt door een gefragmenteerd regelgevend kader, dat zowel nationale (bvb. België ten opzichte van Nederland), regionale (afhankelijk van gewest tot gewest), als lokale (afhankelijk van gemeente tot gemeente) verschillen kent. Deze wetgeving is bovendien ook op lokaal niveau niet steeds op coherente en gestructureerde wijze beschikbaar, wat de analyse van de toepasselijke bepalingen bemoeilijkt.

Er kunnen ook veranderingen in andere (Europese, federale, regionale of lokale) reglementeringen worden doorgevoerd of nieuwe verplichtingen kunnen ontstaan, onder meer op het gebied van fiscaliteit, boekhouding (IFRS), milieu, stedenbouw, huurrecht en nieuwe bepalingen verbonden aan de verhuur van vastgoed en de verlenging van vergunningen waaraan de Vennootschap of de gebruikers van het vastgoed van de Vennootschap moeten voldoen. De regionalisering van de huurwetgeving in het kader van de zesde staatshervorming kan er eveneens toe leiden dat er op termijn drie regionale huurwetgevingen (alsmede lokale regelgeving op niveau van de gemeentes) op (studenten)huisvesting zullen van toepassing zijn (een proces waarvoor reeds bepaalde gewestelijke initiatieven lopen) in plaats van een enkele wetgeving op dit moment. Tevens kan een gewijzigde toepassing en/of interpretatie van dergelijke regelgeving door de administratie (waaronder de fiscale administratie) of de hoven en rechtbanken, het rendement en de Reële Waarde van het vastgoed van de Vennootschap aanzienlijk negatief beïnvloeden. De exit tax, verschuldigd door vennootschappen waarvan het vermogen door een GVV wordt overgenomen bij (o.m.) fusie, wordt berekend rekening houdend met Circulaire Ci.RH.423/567.729 van de Belgische belastingadministratie van 23 december 2004, waarvan de interpretatie of praktische toepassing steeds zou kunnen wijzigen. De "fiscale werkelijke waarde" zoals bedoeld in deze circulaire wordt berekend met aftrek van registratierechten of BTW (die van toepassing zou zijn in geval van een verkoop van de activa) en kan verschillen van (inclusief lager zijn dan) de reële waarde van het vastgoed zoals opgenomen in de balans van de Vennootschap conform IAS 40.

  • Voortdurende aandacht van de raad van bestuur en het management voor de regelgeving van de GVV en het behoud van de status van openbare GVV.
  • Opvolging van wetgevende evoluties en de naleving ervan, in voorkomend geval bijgestaan door externe gespecialiseerde adviseurs.
  • Vertegenwoordiging van de GVV in de BE-REIT Association waarbij op regelmatige tijdstippen de wijzigingen in het wetgevend en fiscaal kader worden besproken met de andere GVV's.

Frederik Lintsstraat LEUVEN Klapdorp ANTWERPEN

Woord van de voorzitter 02

02 WOORD VAN DE VOORZITTER

Xior heeft haar eerste jaar als beurgenoteerde GVV achter de rug, terwijl het bedrijf intussen reeds 10 jaar bouwt aan een kwalitatieve portefeuille en daarmee gepaard gaande dienstverlening, voor haar binnenlandse en internationale studenten.

Het investeringsverhaal dat bij de IPO in 2015 werd vooropgesteld, werd door het bedrijf in de praktijk gebracht, met een investeringsritme dat de groeiambities van het bedrijf meer dan waarmaakt. Ook de vooropgestelde dividenddoelstelling werd met een bruto dividend van EUR 1,15 per aandeel ten opzichte van de vooropgestelde EUR 1,13 per aandeel overtroffen. Dit alles dankzij de inzet van alle medewerkers, het management, en de partners van Xior.

De portefeuille zal tegen eind 2017 toenemen tot ca. 340 miljoen euro en 3.178 units, eens de volledige aangekondigde pipeline wordt uitgevoerd, d.i. een verdubbeling van het aantal verhuurbare units sinds de IPO. Ook het multi-city – multicountry concept van de portefeuille werd verstevigd, met intussen 12 studentensteden in België en Nederland waarin Xior actief is.

De groei van de portefeuille gaat gepaard met een uitbreiding van de operationele en commerciële teams. De bezettingsgraad van 97,4% over 2016 is het bewijs dat de inspanningen van deze teams op het vlak van verhuur én de nodige dienstverlening doorheen het jaar hun vruchten afwerpen.

Xior beoogt ook in 2017 haar groeistrategie met overtuiging voort te zetten, door de uitbreiding van haar vastgoedportefeuille met kwalitatieve studentenpanden. Xior zal bij de implementatie van die strategie streven naar een evenwichtige groei van zowel het eigen als vreemd vermogen met een gezonde combinatie van verschillende financieringsbronnen waarbij de schuldgraad onder controle wordt gehouden en ook een winstgroei op het aandeel wordt vooropgesteld. Zo heeft Xior in het voorbije jaar diverse inbrengverrichtingen gerealiseerd (de fusieverrichtingen in maart en augustus 2016, alsook de inbrengverrichtingen in oktober 2016) en slaagden we er in om in januari 2017 reeds een overname te realiseren met versterking van het eigen vermogen.

Na de succesvolle afsluiting van de IPO in 2015, heeft ook het aandeel in 2016 een sterke stijging doorgemaakt, wat opnieuw het vertrouwen van het beleggerspubliek bevestigt in dit segment en in de Vennootschap als pure player in een markt die wordt gekenmerkt door een toenemende professionalisering en consolidatie met een nood aan bijkomende kwalitatieve studentenhuisvesting.

Xior staat alvast klaar om ook in 2017 haar groeiparcours verder uit te rollen en haar pioniersrol als beursgenoteerde studentenhuisvester in continentaal Europa opnieuw naar een hoger niveau te tillen.

Mede namens de Raad van Bestuur van Xior Student Housing

Leen Van den Neste Voorzitter

Kerncijfers per 31 december 2016 03

Geconsolideerde resultatenrekening
(in duizenden EUR.)
31/12/16 31/12/15
Nettohuurresultaat 10.912 563
Vastgoedresultaat 11.349 627
Operationeel resultaat voor resultaat op de portefeuille 7.580 132
Financieel resultaat (excl. variaties in de reële waarde van
financiële activa en passiva)
-1.597 -54
EPRA winst 5.774 14
Resultaat op de portefeuille (IAS 40) 1.108 -529
Herwaardering financiële instrumenten (niet-effectieve
rente-indekkingen)
-1.866 0
Nettoresultaat (IFRS) 5.016 -514
31/12/16 31/12/15
Aantal verhuurbare studentenunits 2.531 1.462
Bruto yields1 31/12/16 31/12/15
België 5,17% 5,31%
Nederland 6,54% 7,95%
Globale Portefeuille 5,58% 5,67%
Geconsolideerde balans
(in duizenden EUR.)
31/12/16 31/12/152
Eigen vermogen 131.630 108.382
Reële Waarde van de vastgoedbeleggingen3 265.873 194.753
Schuldgraad (GVV-Wet)4 50,69% 45,01%
Kerncijfers per aandeel
(in duizenden EUR.)
31/12/16 31/12/15
Aantal aandelen 5.270.501 4.626.780
Gewogen gemiddelde aantal aandelen5 4.926.405 4.626.780
EPRA winst per aandeel (op basis van gewogen gemiddelde
aantal aandelen)
1,17 nvt
Resultaat op de portefeuille (IAS 40) (op basis
van gewogen gemiddelde aantal aandelen)
0,22 -0,11
Herwaardering financiële activa en passiva
(op basis van gewogen gemiddelde aantal aandelen)
-0,38 0
Nettoresultaat per aandeel (IFRS)
(op basis van gewogen gemiddelde aantal aandelen)
1,02 -0,11
Slotkoers van het aandeel 35,67 26,70
Nettoactiefwaarde per aandeel (IFRS)
(op basis van het aantal uitstaande aandelen)
24,97 23,42
Uitkeringspercentage (tov EPRA winst)6 98,3% nvt
Voorgesteld dividend per aandeel 1,15 nvt

In overeenstemming met de richtlijnen die recent door ESMA (European Securities and Market Authority) werden uitgevaardigd, worden vanaf heden de door Xior gehanteerde APM's (Alternatieve Performance Measures) opgenomen.De definities van de APM's, alsook de reconciliatie-tabellen worden in Hoofdstuk Alternatieve prestatie indicatoren (APM's) van dit Jaarveslag weergegeven. Op de website zal een apart Lexicon mbt deze APM's worden opgenomen voor toekomstige referentie. De APM's worden aangeduid met een .

2Op 31/12/2015 werd het eerste boekjaar van Xior afgesloten. De resultaten van het eerste boekjaar van Xior als beursgenoteerde openbare GVV hebben betrekking op de periode van 11 december 2015 – 31 december 2015 en beslaan slechts 21 dagen.

3Reële Waarde of "Fair value" van de vastgoedbeleggingen is de investeringswaarde zoals bepaald door een onafhankelijke vastgoeddeskundige, waarvan de transactiekosten (cfr. Persbericht van de BE-REIT Association van 10 november 2016) zijn afgetrokken. De Reële Waarde stemt overeen met de boekwaarde onder IFRS.

4Berekend volgens het K.B. van 13 juli 2014 in uitvoering van de Wet van 12 mei 2014 met betrekking tot de Gereglementeerde Vastgoedvennootschappen.

5Aandelen worden meegerekend vanaf het moment van uitgifte.

6Het uitkeringspercentage is berekend op basis van het geconsolideerde resultaat. De effectieve uitkering van het dividend gebeurt op basis van het statutaire resultaat van Xior Student Housing NV.

Strategie & operationele activiteiten 04

4.1 BEDRIJFSACTIVITEITEN EN STRATEGIE

4.1.1 IDENTITEIT EN ACTIVITEITEN VAN DE VENNOOTSCHAP: EERSTE BE-REIT IN STUDENTENVASTGOED

Xior is de eerste en enige Belgische openbare GVV in de sector van de studentenhuisvesting, actief in België en Nederland. Binnen dit vastgoedsegment biedt Xior een variëteit aan panden aan, gaande van kamers met gemeenschappelijke voorzieningen, kamers met eigen sanitair tot volledig uitgeruste studio's. De studentenhuizen van Xior bieden een comfortabele omgeving, volledig afgestemd op wat studenten vandaag nodig hebben. Ze zijn centraal gelegen op "triple A-locaties", in de nabijheid van de onderwijsinstelling en op maximaal een 10-tal minuten lopen van het stadscentrum. Kwaliteit en veiligheid zijn speerpunten voor de Vennootschap, en daarom worden alle studentenhuizen tijdig gerenoveerd en zijn zij uitgerust met brandbeveiliging. Deze kwaliteitsnormen worden uiteraard aangevuld door andere "basisnoden", zoals een fietsenstalling en een goede internetverbinding. Daarnaast biedt Xior ook bijkomende faciliteiten aan (soms afhankelijk van gebouw tot gebouw), waaronder een toegang tot bepaalde gebouwen via een badgesysteem (wat door Xior als basisstandaard wordt gehanteerd naar de toekomst toe), verhoogd comfort, gemeenschappelijke ontspanningsvoorzieningen zoals TV- en ontspanningsruimtes, 24 uur per dag beschikbaarheid voor noodgevallen, verdeelautomaten, wasmachines, geautomatiseerd sleutel systeem, etc.

Zowel binnenlandse als buitenlandse studenten, assistenten, jonge post-graduates en doctoraatstudenten behoren tot het doelpubliek van de Vennootschap.

Xior bouwt reeds sinds 2007 als eigenaar en exploitant aan kwalitatieve en betrouwbare studentenhuizen voor studenten op zoek naar een plek waar ze in ideale omstandigheden kunnen studeren, wonen en leven. Een kot met net dat beetje meer, waar elke student zich onmiddellijk thuis voelt.

4.1.2 BEDRIJFSSTRATEGIE VAN DE VENNOOTSCHAP

4.1.2.1 Commerciële strategie

Om aan voorgaande doelstellingen tegemoet te komen, hanteert de Vennootschap een commerciële strategie die is opgebouwd rond vier kerngedachten, die als volgt kunnen worden samengevat:

  • • All you need to do is study*
  • • The right people at the right place
  • • Let's keep in touch
  • • Always keep raising the bar

*(and have some fun)

4.1.2.1.1 All you need to do is study*

*(and have some fun)

Xior wil verder gaan dan het louter ter beschikking stellen van de stenen, en streeft ernaar om de lasten die gepaard gaan met het studentenleven (en in het bijzonder het zoeken en bewonen van geschikte huisvesting) tot een minimum te beperken voor de student (en zijn of haar ouders), zodat deze zich kan concentreren op de essentie, zijnde het studeren enerzijds, en het aangename van de "studententijd" anderzijds. Xior wil de student naar het kot (en doorheen het kotleven) leiden, met zo weinig mogelijk bekommernissen en met een adequate aanvullende dienstverlening.

Studenten toelaten om zich enkel te concentreren op de essentie, kan volgens Xior het verschil betekenen voor zowel binnenlandse studenten (en hun ouders), die in Xior een betrouwbare partner kunnen vinden, maar tevens voor buitenlandse studenten, die in Xior een centraal aanspreekpunt kunnen vinden, waar nodig voor de doorleiding naar de juiste instanties, om hun verblijf in de betrokken studentenstad zo optimaal en aangenaam mogelijk te laten verlopen.

4.1.2.1.2 The right people at the right place

Xior stelt bij de uitoefening van haar activiteiten als eigenaar en exploitant van studentenhuisvesting een actief beheer centraal, wat met name impliceert dat zij essentieel zelf instaat voor de ontwikkeling en het dagelijks beheer van haar studentenkamers. Dit veronderstelt tevens dat de juiste medewerkers worden aangetrokken met de nodige competenties, ingesteldheid en gedrevenheid.

Meer nog dan de specifieke competenties, streeft Xior ernaar dat de medewerkers de geest van het bedrijf kunnen uitdragen en daarvoor over de juiste motivatie, business ethiek en discipline beschikken. Alleen zo kan het bedrijf op efficiënte en toereikende wijze tegemoet komen aan de noden van de diverse stakeholders, zoals de studenten, hun ouders, onderwijsinstellingen, (lokale) overheden, investeerders en leveranciers.

4.1.2.1.3 Let's keep in touch

Xior wil de vinger aan de pols houden van wat leeft in de sector, zowel wat het eigenlijke vastgoed als wat het studentenpubliek betreft. De opvolging van evoluties in noden en trends is van cruciaal belang om te kunnen reageren en bij voorkeur anticiperen op veranderende omstandigheden en noden van het doelpubliek van de Vennootschap. Een goede informatiedoorstroming en communicatie ten aanzien van alle stakeholders is daarvoor essentieel.

Permanente en "nabije" communicatiemogelijkheden zijn voor Xior bovendien van groot belang om in een sector die wordt gekenmerkt door een snel groeiende professionalisering en consolidatie, toch nog een authenticiteit te kunnen verlenen aan het kotleven, en een korte lijn te kunnen behouden tussen "student en kotbaas".

4.1.2.1.4 Always keep raising the bar

Een rendabele en duurzame groei van het bedrijf veronderstelt dat de Vennootschap altijd een stap verder moet denken. Enkel door de gevoerde activiteiten steeds opnieuw (op gecontroleerde wijze) te herbekijken en bij te sturen, is de Vennootschap van oordeel dat ze haar doelstellingen en rendabele en duurzame groei kan bereiken en bestendigen.

4.1.2.2 Investerings- en groeistrategie

Vanuit de ambitie om de referentie in studentenhuisvesting te zijn, streeft Xior een gecontroleerde, rendabele en duurzame groei na van haar portefeuille met een sterke focus op dit vastgoedsegment. Indien andere assets worden aangehouden (bvb. winkelvastgoed), is dit in ondergeschikte orde.

Een omvangrijke portefeuille biedt zonder twijfel een aantal belangrijke (schaal-) voordelen, waaronder een betere risicospreiding, een efficiënter beheer (zowel wat de verhuur en het beheer van de kamers betreft, als de algemene leiding en werking van de Vennootschap), een versterkte onderhandelingspositie en credibiliteit (zowel naar leveranciers, partners, kredietinstellingen, investeerders, etc.), met mogelijkerwijze een verhoogde toegang tot alternatieve financieringsbronnen, etc.

De vastgoedportefeuille van Xior zal in de eerste plaats verder worden uitgebouwd in België en Nederland. Dit belet niet dat eventuele investeringsopportuniteiten in studentenhuisvesting in andere landen in de toekomst kunnen worden bekeken. Als openbare GVV is de Vennootschap bij de uitbouw van haar vastgoedportefeuille in de eerste plaats gebonden door de diversificatieverplichtingen die voortvloeien uit de GVV-Wetgeving (zie Hoofdstuk 12.1.4.2). Daarnaast hanteert de Vennootschap tevens een set van parameters waaraan toekomstige acquisities of ontwikkelingen zullen worden afgetoetst en waar slechts van kan worden afgeweken indien het de stabiliteit van de groei en de huurinkomsten ten goede komt.

  • Gevestigde studentensteden: gebouwen zullen slechts in aanmerking komen indien ze gelegen zijn in studentensteden met een voldoende "bestendige geschiedenis" als studentenstad, en er één of meer onderwijsinstellingen en omringende studentenvoorzieningen aanwezig zijn met een bewezen "track record".
  • "Triple A-locaties": binnen een bepaalde studentenstad, dienen de residenties goed gelegen te zijn, in het bijzonder ten aanzien van de onderwijsinstellingen, maar indien mogelijk ook rekening houdend met het openbaar vervoer en de nabijheid van het stadscentrum.
  • Omvang van het gebouw: de panden dienen een redelijke (minimale) omvang te hebben qua aantal units, om een efficiënt beheer van de diverse panden te kunnen bewerkstelligen. De vereiste omvang van een bepaald gebouw is afhankelijk van de globale potentiële vraag in de lokale markt (zo is er ruimte voor een groter aanbod in studentensteden zoals Gent in vergelijking met bijvoorbeeld Mechelen) en van de lokale marktkenmerken (zo wordt Leuven op vandaag gekenmerkt door een grotere versnippering van relatief kleine gebouwen (tussen 10 tot 20 units), terwijl er in bijvoorbeeld Gent en Brussel een grotere tendens is naar geconsolideerde complexen, met vaak 100 tot 200 units of meer). In de regel zal de Vennootschap panden viseren met een minimale omvang van 50 units.
  • Onder- noch overaanbod: indien een bepaalde stad wordt betreden, zal de Vennootschap lokaal voldoende units trachten te verwerven, om voldoende schaalgrootte te creëren binnen een bepaalde studentenstad, waarbij een overaanbod uiteraard moet worden vermeden (zowel ten opzichte van het globale huurderspotentieel als ten opzichte van het relatieve aandeel van Xior in de betrokken markt).
  • Kwalitatieve en duurzame gebouwen: bij eigen ontwikkelingen heeft Xior steeds de mogelijkheid om rekening te houden met de eigen vooropgestelde kwaliteitsnormen inzake comfort, veiligheid en duurzaamheid. Bij acquisities van bestaande gebouwen dienen deze gebouwen eveneens aan deze standaarden te beantwoorden, dan wel op een efficiënte en rendabele wijze te kunnen worden omgevormd om aan deze normen te voldoen. De verhoging van de kwaliteit heeft overigens als voordeel dat soms met relatief beperkte inspanningen, een significante meerwaarde kan worden gecreëerd op dergelijke gebouwen.
  • Optimale mix: binnen de vastgoedportefeuille van de Vennootschap wordt gestreefd naar een optimale mix van diverse kamertypes, daarbij rekening houdend met de (te verwachten) behoeftes in de markt, de eventuele specifieke (lokale) reglementering, en een optimale inrichting en bezetting van het betrokken gebouw.

Meer algemeen zullen potentiële investeringen waarbij nieuwe panden worden verworven (of, in voorkomend geval, toekomstige ontwikkelingen) worden onderworpen aan een risicoanalyse vanuit onder meer technisch, financieel, commercieel en juridisch oogpunt, en zal er steeds aandacht worden besteed aan het behalen van een combinatie van direct rendement op basis van huurinkomsten en indirect rendement op basis van potentiële waardegroei van de vastgoedportefeuille. Dergelijke acquisities (of, in voorkomend geval, ontwikkelingen) moeten een duurzame bijdrage kunnen leveren aan het resultaat per aandeel waarbij dilutie van het dividendrendement dient te worden vermeden.

4.1.2.3 Financiële en financieringsstrategie

Een bestendige groei van de Vennootschap veronderstelt een adequate financiering van dergelijke groei, in een sector die van nature kapitaalintensief is. Ook hier dient de Vennootschap rekening te houden met het reglementair kader gevormd door de GVV-Wetgeving, onder meer wat de regels inzake de maximale schuldgraad (wettelijk begrensd op 65%), interest cover ratio (min. 125%) en de pay out ratio (min. 80% van, vereenvoudigd gesteld, de winst) betreft. Dit heeft als gevolg dat de Vennootschap, net zoals iedere andere openbare GVV, beperkt is in haar mogelijkheden qua autofinanciering. De Vennootschap zal in de toekomst dan ook streven naar een evenwichtige groei van zowel eigen als vreemd vermogen, in parallel met de verdere uitbouw van de vastgoedportefeuille.

Daarnaast hanteert de Vennootschap een financieringsstrategie die geënt is op volgende principes:

  • De Vennootschap streeft naar een verantwoorde schuldenstructuur waarbij een Schuldgraad van om en bij de 55% en een eigen vermogen van 45% wordt beoogd. Tijdelijk kan de Schuldgraad boven de 55% uitstijgen bij het uitvoeren van de groeistrategie.
  • De gemiddelde maturiteit zal schommelen tussen 3 tot 5 jaar.
  • De Schuldgraad dient ruimte te laten voor een voldoende groei, daarbij tevens rekening houdend met het beoogde rendement voor de aandeelhouders.
  • De Vennootschap zal voor haar bankfinanciering een gepaste rente-indekkingsstructuur hanteren (zie hiervoor tevens Hoofdstuk 5.3.2 van dit Jaarverslag).
  • Onder voorbehoud van de beschikbaarheid van uitkeerbare reserves, en steeds onder voorbehoud van goedkeuring door de algemene vergadering, heeft de Vennootschap de intentie om vanaf het boekjaar 2017 jaarlijks het dividend te laten groeien (zie ook Hoofdstuk 7.1.4 van dit Jaarverslag).

Uiteraard wordt de financiële positie van de Vennootschap mee gedreven door enerzijds haar huurinkomsten, waarvoor een hoge bezettingsgraad cruciaal is, en anderzijds een adequaat kostenbeheer, wat opnieuw in de hand wordt gewerkt door een verdere uitbouw van de portefeuille met creatie van bijkomende schaalvoordelen.

4.1.3 OPERATIONELE ORGANISATIE

Xior stelt bij de uitoefening van haar activiteiten als eigenaar en exploitant van studentenhuisvesting een actief beheer centraal, wat impliceert dat zij essentieel zelf - waar nodig met medewerking van externe dienstverleners - instaat voor de ontwikkeling en het dagelijks beheer van haar studentenkamers. Xior heeft eigen operationele teams die alle kritische vastgoedfuncties op zich kunnen nemen, en is met andere woorden actief doorheen nagenoeg de volledige waardeketen van het studentenvastgoed, gaande van acquisities, ontwikkeling, vergunningen, financiering, project management, marketing, verhuur, property management en onderhoud, tot eventuele renovatie en/of (in voorkomend geval) verkoop. Xior biedt zo totaaloplossingen aan van A tot Z.

Xior beschikt voor het onderhoud (klusjes en schoonmaak) ook over eigen personeel dat deze taken rechtstreeks kan uitvoeren. Ca. 80% van de herstellingen worden uitgevoerd door eigen personeel.

Xior houdt de vinger aan de pols in de diverse gebouwen, door de permanente (in geval van grotere complexen) c.q. regelmatige (in geval van kleinere complexen) aanwezigheid van student coaches. Bovendien zijn er ook "gebouwverantwoordelijken" en "gangverantwoordelijken" aanwezig in bepaalde gebouwen met een substantiële omvang.

Xior beschikt tevens over eigen verhuurkantoren, waardoor studenten en andere belanghebbenden letterlijk het bedrijf kunnen binnenwandelen, en hun vragen of bekommernissen meteen kunnen bespreken met de lokale medewerkers van het bedrijf, dat op die wijze kort op de bal kan spelen.

Bij wijze van vuistregel geldt dat minstens 200 kamers nodig zijn in een studentenstad, waarvoor drie mensen in dienst worden genomen (office manager als contactpersoon, een commercieel persoon die de noden en verlangens van studenten kent en een klusjesman).

De kantoren vormen een belangrijk communicatiekanaal voor de Vennootschap. Een goede informatiedoorstroming en communicatie is dan ook van groot belang voor Xior, en verloopt via drie informatiestromen, m.n. inkomende informatie, uitgaande informatie, en interne communicatie.

De instroom van externe communicatie kan bestaan uit het vergaren van marktonderzoeksresultaten, en het opvolgen van trends en nieuwe evoluerende noden in de markt. De opvolging van dergelijke trends en evoluties is van cruciaal belang om te kunnen reageren en bij voorkeur anticiperen op veranderende omstandigheden en noden van het doelpubliek van de Vennootschap.

Als beursgenoteerd bedrijf is de uitgaande communicatie uiteraard eveneens een belangrijke pijler in de activiteiten van de Vennootschap. Naast de wettelijke verplichtingen wenst de Vennootschap ook op transparante wijze te communiceren met de diverse stakeholders. Dit beslaat diverse domeinen, zoals "klassieke" contacten met investeerders via onder meer

een adequate investor relations sectie op de website, maar ook via de communicatie en interactie met de studenten. Dit wordt (naast de toegang tot de verhuurkantoren) bijvoorbeeld mogelijk gemaakt door de "Open Kot-dagen", waarbij de studenten de gelegenheid hebben om de gebouwen te bezoeken. Daarnaast tracht Xior ook op geregelde tijdstippen via de organisatie van events het contact met het studentenpubliek te verdiepen. Zo tracht Xior een goede en lange termijn relatie op te bouwen met haar huurders, die zich bij wijze van voorbeeld ook vertaalt in de aanwerving van studenten die bij Xior "op kot" hebben gezeten, en die vervolgens ook hun professionele carrière verder uitbouwen bij Xior. Xior communiceert ook via sociale media, en ook via een app voor studentenkoten, die een handige tool biedt voor studenten om op zoek te gaan naar een geschikt kot, en die tevens tal van mogelijkheden kan bieden om de interactie tussen de studenten en Xior te verbeteren en vergemakkelijken.

Een constante en interactieve communicatie met onderwijsinstellingen en (lokale) overheden is eveneens een belangrijk aandachtspunt voor Xior. Zo zal Xior ongeveer 15% van de vastgoedportefeuille trachten te verbinden aan een samenwerking met een onderwijsinstelling. Bovendien onderhoudt Xior goede relaties met diverse huisvestingsdiensten (o.m. voor doeleinden van bemiddeling in geval van betwistingen, of het aantrekken van buitenlandse studenten).

Xior streeft ernaar om de communicatie en interactie met de studenten / kandidaat-huurders steeds te verbeteren. Xior heeft hiervoor in 2016 ook de allereerste app, die specifiek gericht is op het vinden van studentenkamers, gelanceerd. Deze app, met onder meer een geolocator, moet de zoektocht van studenten naar een geschikte studentenkamer en de interactie met de studenten nog eenvoudiger maken. Xior lanceerde hiervoor in 2016 ook een wedstrijd "Download de app en win een jaar een gratis kot".

Beheerverslag 05

5.1 STATUUT VAN OPENBARE GVV

Op 24 november 2015 heeft de FSMA aan Xior een vergunning verleend als openbare Gereglementeerde Vastgoedvennootschap (openbare GVV), overeenkomstig de GVV-Wet. De FSMA heeft de Vennootschap in de officiële lijst van openbare GVV's opgenomen en dit met ingang van 24 november 2015.

Xior heeft op 11 december 2015 haar beursintroductie op Euronext Brussels succesvol afgerond. Xior is hiermee de eerste Belgische openbare GVV die zich specifiek toelegt op de sector van de studentenhuisvesting.

Dit OGVV- of BE-REIT statuut zal de verdere groei van Xior mogelijk maken, onder een statuut dat aansluit bij de hoedanigheid van Xior als operationeel en commercieel vastgoedbedrijf. Dit statuut laat Xior toe om zich optimaal te positioneren als BE-REIT (Real Estate Investment Trust) en zo haar zichtbaarheid bij nationale en internationale stakeholders te optimaliseren.

5.2 COMMENTAAR BIJ DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING BOEKJAAR 2016

5.2.1 GECONSOLIDEERDE BALANS

Per 31 december 2016 bestaat de portefeuille uit 2.531 verhuurbare studentenunits. Dit resulteert in een waardering van de vastgoedportefeuille ten belope van 265.873.318 euro per 31 december 2016, wat een stijging van 36,5% of 71.120 KEUR vertegenwoordigt t.o.v. 31 december 2015 (194.753 KEUR). Deze stijging vloeit voornamelijk voort uit de fusies met Devimmo en CPG, de acquisitie van het Carré gebouw in Maastricht, de acquisitie van The Spot in Eindhoven, de acquisitie van Tramsingel Breda en de acquisitie van de twee panden gelegen te Nieuwbrug en de Kruitmolenstraat te Brussel, evenals de verdere afwerking van projecten die per einde 2015 nog in ontwikkeling waren (+11.767 KEUR).

Per 30 juni 2016 waren er van de totale portefeuille nog een aantal units in aanbouw. Deze vertegenwoordigden een reële waarde van 47.523.836 EUR (573 units). Deze zijn sinds september 2016 operationeel en dragen volledig bij tot het huurresultaat7 .

Gedurende het vierde kwartaal werd de groeistrategie verder uitgewerkt, wat resulteerde in de acquisitie van volgende studentencomplexen:

  • Tramsingel Breda met een reële waarde van 12.372.562 EUR (122 studentenunits).
  • Twee panden gelegen te Nieuwbrug en Kruitmolenstraat te Brussel met een reële waarde van 2.145.239 EUR (34 studentenunits).

Indien alle acquisities die momenteel in de pipeline zitten gerealiseerd worden, zet deze stijging zich verder naar ca. 340 miljoen euro, met 3.178 studentenunits, tegen einde 2017. Dit betekent een verdubbeling van de verhuurbare units op twee jaar tijd.

De vlottende activa bedragen 7.231 KEUR en zijn gedaald met 708 KEUR tov 31 december 2015. Ze betreffen voornamelijk:

  • Nog te innen handelsvorderingen (542 KEUR): voornamelijk nog te ontvangen huurgelden.
  • Andere vorderingen: dit betreft voornamelijk de vordering op Aloxe NV (1.659 KEUR dewelke vergoed wordt tegen marktconforme rente) die ontstaan is uit de fusie met Devimmo en CPG alsook ten gevolge van de gegeven huur-/ rendementsgaranties in 2016 (zie Hoofdstuk 10.9.1 van dit Jaarverslag).

Overlopende rekeningen voor 540 KEUR betreffen voornamelijk over te dragen kosten m.b.t. het vastgoed (430 KEUR) en over te dragen algemene kosten (77 KEUR).

Het eigen vermogen bedraagt 131.630 KEUR. Het maatschappelijk kapitaal bedraagt op 31 december 2016 94.869 KEUR, wat een toename is van 18.548 KEUR tov 31 december 2015. De uitgiftepremies bedragen 32.261 KEUR per 31 december 2016, wat een toename is van 6.646 KEUR tov 31 december 2015. Deze toename van het maatschappelijk kapitaal en van de uitgiftepremies is het gevolg van de kapitaalverhogingen naar aanleiding van de fusie met Devimmo en CPG en de acquisitie via inbreng in natura van Woonfront-Tramsingel B.V. Anderzijds werden de kosten gerelateerd aan de kapitaalverhoging bij IPO via de resultaatsbestemming van 2015 weggewerkt tov de reserve voor voor voorzienbare verliezen (+6.961 KEUR).

De reserves zijn negatief en bedragen 515 KEUR. Dit is het resultaat van het eerste boekjaar dat afgesloten werd op 31 december 2015. Deze reserves bestaan hoofdzakelijk uit een negatieve reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen en een positieve reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed.

Het nettoresultaat van het jaar bedraagt 5.016 KEUR.

Er werden in het boekjaar 2016 643.721 nieuwe aandelen gecreëerd.

De lange termijn verplichtingen zijn toegenomen met 58.368 KEUR tov 31 december 2015. Deze toename is voornamelijk te wijten aan een toename van de opgenomen kredieten bij financiële instellingen. Per 31 december 2016 waren er voor 131.315 KEUR aan opgenomen kredieten vs 72.447 KEUR per 31 december 2015. De toename is te wijten aan de uitvoering van de groeistrategie van Xior in de loop van 2016, welke deels met schulden werd gefinancierd. Anderzijds werden in de loop van 2016 Interest Rate Swap contracten afgesloten. Deze hebben per 31 december 2016 een negatieve marktwaarde van 1.866 KEUR. De gemiddelde looptijd van de leningen bedraagt 3,13 jaren.

Per 31 december 2016 bedroeg de schuldgraad 50,69% t.o.v. 45,01% per 31 december 2015. De schuldgraad is in 2016 gestegen, voornamelijk ten gevolge van de acquisities in september 2016, die werden gefinancierd met vreemd vermogen. De acquisitie van Tramsingel Breda, per 11 oktober 2016, werd gerealiseerd via een kapitaalverhoging door inbreng in natura van de aandelen in de betrokken vastgoedvennootschap, met uitgifte van nieuwe aandelen, wat heeft geleid tot een versterking van het eigen vermogen. Deze verwervingsmethode (inbreng in natura) laat toe de portefeuille te doen groeien, met een gezonde combinatie van verschillende financieringsbronnen waarbij de schuldgraad onder controle wordt gehouden.

De kortlopende verplichtingen bedragen 8.412 KEUR. Dit is een daling van 11.437 KEUR t.o.v. 31 december 2015. Per 31 december 2015 waren er nog kosten m.b.t. de IPO en de lopende projectontwikkelingen dewelke pas begin 2016 werden betaald. Anderzijds zorgt de vennootschap voor een strikte opvolging van de openstaande schulden tenijnde de schuldgraad van de vennootschap onder controle te houden.

De kortlopende verplichtingen bestaan uit exit taksschulden (3.469 KEUR), deze bevatten de te betalen exit taksen n.a.v. de fusies met Devimmo, CPG, Karibu Invest, Kwartma en Retail Design. Deze exit taksen zullen binnen het jaar betaald moeten worden. Anderzijds bevatten ze ook de openstaande leveranciersschulden (1.244 KEUR), BTW-, belasting- en sociale schulden (1.016 KEUR), waarborgen ontvangen van huurders (1.583 KEUR) en overlopende rekeningen voor 1.100 KEUR. De overlopende rekeningen betreffen voornamelijk over te dragen huuropbrengsten (512 KEUR), toe te rekenen kosten vastgoed (226 KEUR) en toe te rekenen algemene kosten (362 KEUR).

5.2.2 GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING8

Het nettohuurresultaat bedraagt 10.912 KEUR, inclusief ontvangen huur-/rendementsgarantie voor 1.035 KEUR. Aloxe NV, de Promotor van de Vennootschap, had in het IPO proces huur-/rendementsgaranties gegeven voor een aantal panden in aanbouw/verbouwing. Deze panden zijn opgeleverd in september 2016 en genereren sindsdien huurinkomsten.

Dit nettohuurresultaat zal in 2017 nog toenemen, vermits bepaalde panden in de loop van 2016 werden opgeleverd of aangekocht en dus geen volledig jaar hebben bijgedragen tot het nettohuurresultaat.

Dit betreft voornamelijk volgende panden:

  • Parkstraat 137, Leuven: genereert huur sinds 1 maart 2016 (ingevolge fusie met Devimmo NV)
  • Overwale 42-44, Gent (Campus Schoonmeersche): genereert huur sinds 1 mei 2016
  • Parkstraat 11 / Vlamingenstraat 91, Leuven: genereert huur sinds 1 augustus 2016 (ingevolge fusie met C.P.G. CVBA)
  • Tongerseweg 55-57, Maastricht (Carré): genereert huur sinds 1 september 2016
  • Kronehoefstraat 1-11F, Eindhoven (The Spot): genereert huur sinds 30 september 2016
  • Tramsingel 27, Breda: genereert huur sinds 11 oktober 2016
  • Kruitmolenstraat 43 / Nieuwbrug 16, Brussel: genereert huur sinds 21 oktober 2016

De gemiddelde bezettingsgraad van de vastgoedportefeuille bedroeg 97,4% over 2016.

Het vastgoedresultaat bedraagt 11.349 KEUR en het operationeel vastgoedresultaat bedraagt 9.368 KEUR. De vastgoedkosten (1.981 KEUR) omvatten voornamelijk kosten m.b.t. onderhoud en herstellingen, verzekeringen, beheerskosten van het vastgoed, kosten van de schatters en andere vastgoedkosten, d.i. de niet aan de huurders doorrekenbare onroerende voorheffing. De algemene kosten van de vennootschap voor 2016 bedragen 1.859 KEUR en de ontvangen vergoeding voor beheer aan derden bedraagt 71 KEUR.

Het portefeuilleresultaat bedraagt 1.108 KEUR. Gedurende 2016 werd er nieuw vastgoed verworven, enerzijds via vastgoedovernames (koop-verkoop) en anderzijds door middel van aandelenovernames en overnamefusies.

Het vastgoed werd deels verworven aan Reële Waarde en deels aan een conventionele waarde (de aanschaffingswaarde overeengekomen tussen partijen), die verschillend was van de Reële Waarde.

• Voor het vastgoed dat verworven werd via vastgoedovernames (koop-verkoop) wordt het verschil tussen de Reële Waarde en de conventionele waarde van het vastgoed verwerkt in de resultatenrekening als "variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen".

• Voor het vastgoed dat verworven werd door middel van aandelenovernames en overnamefusies wordt het verschil tussen de Reële Waarde en de conventionele waarde van het vastgoed, alsook andere bronnen van verschil tussen de reële waarde en de conventionele waarde van de aandelen, verwerkt in de resultatenrekening als "ander portefeuilleresultaat". Dit "ander portefeuilleresultaat" betreft bedragen die voortvloeien uit de toepassing van consolidatieprincipes en fusieverrichtingen en bestaat uit verschillen tussen de betaalde prijs voor vastgoedvennootschappen en de reële waarde van de overgenomen netto activa. Dit "ander portefeuilleresultaat" omvat tevens de direct toe te rekenen transactiekosten.

De variatie in de Reële Waarde tussen 1 januari 2016 en 31 december 2016 werd geboekt onder negatieve of positieve variatie op vastgoedbeleggingen. Netto was er een positieve variatie op vastgoedbeleggingen (1.112 KEUR).

In december 2016 werd een niet-strategisch pand verkocht, hierop werd een meerwaarde van 106 KEUR gerealiseerd.

Het financieel resultaat bedraagt 3.463 KEUR. Dit resultaat bevat voornamelijk de interesten op de leningen (957 KEUR), kosten van IRS (373 KEUR), bankkosten en andere commissies (212 KEUR). De vennootschap heeft in de loop van 2016 IRS contracten afgesloten voor een waarde van 100.000 KEUR. De marktwaarde van deze indekkingsinstrumenten wordt rechtstreeks in de resultatenrekening geboekt (1.866 KEUR).

Het resultaat voor belastingen bedraagt 5.225 KEUR. Belastingen bedragen 209 KEUR. Dit betreft voornamelijk de belastingen op het resultaat van de vaste inrichting in Nederland.

Het nettoresultaat bedraagt 5.016 KEUR en de EPRA winst9 bedraagt 5.774 KEUR. De EPRA winst per aandeel bedraagt 1,17 Euro.

Op basis hiervan, is de Raad van Bestuur voornemens aan de Algemene Vergadering voor te stellen om over 2016 een dividend uit te keren van 1,15 euro bruto of 0,805 euro netto10 per aandeel (rekening houdend met de dividendgerechtigdheid van de (coupons die onthecht werden van) de aandelen), vertegenwoordigd door coupon nr. 1 (ten belope van 0,892 euro) en coupon nr. 2 (ten belope van 0,258 euro), die reeds werden onthecht van het Xior aandeel11.

9 EPRA winst = nettoresultaat +/- variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen +/- ander portefeuilleresultaat +/- resultaat op de verkopen van vastgoedbeleggingen +/- variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva.

10 Rekening houdende met een bevrijdende roerende voorheffing van 30%.

11 Op basis van het gewogen gemiddelde aantal aandelen, en dus rekening houdend met de dividendgerechtigdheid van de aandelen uitgegeven ingevolge diverse kapitaalverhogingen, m.n. (i) de fusie met Devimmo NV, (ii) de fusie met C.P.G. CVBA, (iii) de inbreng in natura van de vastgoedvennootschap Woonfront Tramsingel Breda B.V. en (iv) de inbreng in natura van 69 units in aanbouw te Brussel. Er wordt aan herinnerd dat in het kader van de kapitaalverhoging van 11 oktober 2016 (Tramsingel Breda) en de kapitaalverhoging van 17 januari 2017 (69 units in aanbouw te Brussel), een coupononthechting heeft plaatsgevonden. Alle aandelen Xior noteren op heden met coupon nummer 3 en volgende aangehecht. Zie in dit verband ook het persbericht van 11 oktober 2016 en van 17 januari 2017.

5.2.3 BESTEMMING VAN HET RESULTAAT

De raad van bestuur stelt voor de winst van het boekjaar, zoals die blijkt uit de enkelvoudige jaarrekening, als volgt te bestemmen:

Cijfers zijn in duizenden EUR.

A Nettoresultaat 5.130
B Toevoeging/onttrekking reserves (-/=)
1 Toevoeging aan/onttrekking van de reserve voor het (positieve of negatieve) saldo van
de variaties in de reële waarde van vastgoed (-/+)
- boekjaar 3.187
2 Toevoeging aan/onttrekking van de reserve van geschatte mutatierechten en -kosten bij
hypotethische vervreemding van vastgoedbeleggingen (-/+)
-2.077
5 Toevoeging aan de reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van
toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboek
houding zoals gedefinieerd in IFRS (+)
- boekjaar -1.866
10 Toevoeging aan/onttrekking van andere reserves (-/+) 221
11 Toevoeging aan/onttrekking van overgedragen resultaten van vorige boekjaren (-/+)
C Vergoeding voor het kapitaal overeenkomstig artikel 13,§ 1, eerste lid 4.273
D Vergoeding voor het kapitaal – andere dan C 1.392

De raad van bestuur van Xior Student Housing NV zal aan de algemene vergadering van aandeelhouders, die zal gehouden worden op 18 mei 2017, voorstellen om over het boekjaar 2016 een brutodividend uit te keren van 1,15 EUR (of 0,805 EUR netto, d.i. het nettodividend per aandeel na afhouding van 30% roerende voorheffing) per aandeel dat deelt in het resultaat van het boekjaar 2016.

5.2.4 ONDERZOEK EN ONTWIKKELING

De vennootschap heeft geen activiteiten ontwikkeld noch uitgaven gemaakt op het gebied van onderzoek en ontwikkeling.

5.2.5 BIJKANTOREN

De vennootschap heeft geen bijkantoren.

5.3 BEHEER EN GEBRUIK VAN DE FINANCIËLE MIDDELEN

5.3.1 FINANCIERINGSOVEREENKOMSTEN

Per einde 2015 had de Vennootschap twee financieringsovereenkomsten afgesloten met ING België NV respectievelijk Belfius Bank NV, met het oog op het verkrijgen van de nodige fondsen (ten belope van maximaal EUR 110 miljoen) om het vastgoed van de vastgoedportefeuille bij IPO te verwerven en de groei van de Vennootschap te financieren. In de loop van 2016 werden additionele financieringsovereenkomsten afgesloten met ING België NV, Belfius Bank NV en KBC Bank NV. ING België NV heeft in totaal EUR 78 miljoen ter beschikking gesteld, Belfius Bank NV EUR 52 miljoen en KBC Bank NV EUR 20 miljoen. Per 31 december 2016 heeft de vennootschap financieringsovereenkomsten ten belope van maximaal EUR 150 miljoen. Deze financieringen waren nog niet volledig opgenomen per 31 december 2016. De belangrijkste covenanten die de Vennootschap in het kader van deze financieringsovereenkomsten moet respecteren, betreffen het naleven van een LTV ratio (loan to value i.e. openstaand kredietbedrag t.o.v. de waarde van de vastgoedportefeuille (berekening volgens GVV KB)) die steeds kleiner moet zijn dan 60%, een interest coverage ratio die groter moet zijn dan 2,5 en een indekking van minimum 70% van de financieringsschulden..

De Schuldgraad per 31 december 2016 bedraagt 50,69%. De Schuldgraad wordt als volgt berekend: verplichtingen (exclusief voorzieningen, overlopende rekeningen, rente-indekkingsinstrumenten en uitgestelde belastingen), gedeeld door het totaal der activa (excl. rente-indekkingsinstrumenten). De Schuldgraad is hoger dan de Schuldgraad per einde 2015. Dit is het gevolg van de uitvoering van de groeistrategie, waarbij nieuwe acquisities werden gefinancierd met schulden (zie eveneens Hoofdstuk 10.9.34 van dit Jaarverslag).

Per 31 december 2016 bedroeg de gemiddelde looptijd van de uitstaande leningen 3,13 jaar. De vennootschap sloot steeds financieringscontracten af met een minimum looptijd van 3 jaar. Er wordt verwezen naar Hoofdstuk 10.9.23 van dit Jaarverslag voor een opdeling van de schulden volgens maturiteit.

5.3.2 INDEKKING VAN HET RENTERISICO

De Vennootschap wil het renterisico op haar lange termijn financieringen grotendeels indekken ten belope van minstens 70%, hetzij via een vaste rentevoet voor de ganse periode dat de overeenkomst loopt, hetzij via indekkingsinstrumenten van het type interest rate swap en forward rate agreement.

De indekkingspolitiek van de Vennootschap wordt regelmatig geëvalueerd en desgevallend bijgestuurd (bijvoorbeeld met betrekking tot het type van instrumenten, de periode van indekking, enz.).

Er wordt in dit verband tevens verwezen naar Hoofdstuk 10.9.23 van dit Jaarverslag inzake de afgesloten renteindekkingen.

5.3.3 KAPITALISATIE

Voor een overzicht van het kapitaal wordt verwezen naar Hoofdstuk 10.9.18 van dit Jaarverslag.

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/16 31/12/15
Kapitaal 94.869 76.321
Geplaatst kapitaal 94.869 83.282
Kosten kapitaalverhoging -6.961
Reserves -515 6.961
Onbeschikbare reserve: reserve voor voorzienbare verliezen 6.961
Andere -515
Nettoresultaat van het boekjaar 5.016 -515
Totaal eigen vermogen 131.630 108.382

5.4 TRANSACTIES EN VERWEZENLIJKINGEN

Xior heeft op 11 december 2015 haar beursintroductie op Euronext Brussels succesvol afgerond. Ingevolge de uitvoering van de groeistrategie in 2016 is de vastgoedportefeuille toegenomen van 48 panden per einde 2015 tot 54 panden per einde 2016. Anderzijds werd ook een niet strategisch pand verkocht per einde 2016.

Behoudens hetgeen vermeld wordt onder Hoofdstuk 5.5 van dit Jaarverslag heeft er zich geen wijziging van betekenis voorgedaan in de financiële of handelspositie van de Vennootschap na 31 december 2016.

In het kader van de acquisities werd een prijs gehanteerd tussen partijen die in lijn lag met de waardering van de vastgoeddeskundigen.

Verkoop van het retail pand te Hasselt

Op 20 december 2016 werd het retail pand gelegen te Havermarkt 31-33 te Hasselt, verkocht. De conventionele verkoopprijs voor dit pand bedroeg 2,98 miljoen euro en de meerwaarde gerealiseerd op deze verkoop t.o.v. de Reële Waarde bedroeg 106 KEUR. De desinvestering van dit niet-strategische retail pand sluit perfect aan bij de pure player-strategie van Xior gefocust op student housing in haar geografische kernmarkten.

Optimalisatie van de interne groepsstructuur

In december 2016 heeft de Vennootschap haar interne groepsstructuur verder geoptimaliseerd door de groepsinterne fusies van vijf dochtervennootschappen. Deze fusies hebben geleid tot een operationele en administratieve vereenvoudiging, en het bereiken van synergie-effecten binnen Xior. Aangezien de activiteiten van de betrokken dochtervennootschappen binnen de activiteitensfeer vielen van Xior, en rekening houdend met het feit dat deze vennootschappen geen eigen personeel hadden, was er geen economisch voordeel verbonden aan het behoud van deze afzonderlijke juridische entiteiten.

Verwerving van 34 studentenunits in Brussel

Op 20 oktober 2016 heeft Xior de acquisitie van twee studentenpanden gelegen te Nieuwbrug / Kruitmolenstraat in Brussel afgerond. De acquisitie betrof 34 studentenunits voor een investeringswaarde van ca. 2,3 miljoen euro.

Verwerving van 122 studentenunits in Breda

Op 11 oktober 2016 heeft Xior succesvol de acquisitie van het Tramsingel gebouw te Breda afgerond.12 Deze acquisitie werd gerealiseerd door de inbreng in natura van 100% van de aandelen van de vastgoedvennootschap "Woonfront-Tramsingel Breda B.V." in het kapitaal van Xior. De prijs van de aandelen van de vastgoedvennootschap was gebaseerd op de globale investeringswaarde van het door deze vennootschap aangehouden vastgoed van ca. 12,4 miljoen euro. De transactie heeft geleid tot een versterking van het eigen vermogen van 10.631.947 euro (kapitaal inclusief uitgiftepremie). De uitgifteprijs van de nieuwe aandelen bedroeg (afgerond) EUR 31,30 per aandeel,

  • Verwerving van 95 studentenunits in Eindhoven13 Op 30 september 2016 verwierf Xior 95 zelfstandige units gelegen aan de Kronehoefstraat te Eindhoven. Het betreft een verhuurde site, die eind december 2015 werd opgeleverd. Het studentencomplex is gekend als "The Spot". De acquisitie van dit pand gebeurde via de verwerving van 100% van de aandelen in de betrokken vastgoedvennootschap. De prijs van de aandelen van de vastgoedvennootschap was gebaseerd op een conventionele waarde van het vastgoed van ca. 10,4 miljoen euro.
  • Campus Schoonmeersche (Overwale 42-44) HoGent De oplevering van dit project dat door Xior werd ontwikkeld, werd voltooid per 14 september 2016. Dit gloednieuwe studentencomplex van Xior, gelegen aan Overwale 42-44, 9000 Gent en grenzend aan de Hogeschool Gent (HoGent), telt 490 kamers en is daarmee het grootste studentencomplex van België. Xior en Hogeschool Gent (HoGent), hebben een samenwerkingsakkoord gesloten met betrekking tot de ingebruikname van 318 studentenkamers in Campus Schoonmeersche, voor een termijn van 20 jaar.
  • Verwerving van 143 studentenunits in Maastricht Op 1 september 2016 heeft Xior succesvol de acquisitie van het

Carré gebouw te Maastricht afgerond.14 Hiermee verwierf Xior een studentenpand gelegen in het centrum van Maastricht bestaande uit 143 units en de gelijkvloerse retail ruimte. Deze acquisitie heeft een totale investeringswaarde van ca. 24 miljoen euro.

Wijziging promotorschap

Op 3 augustus 2016 kondigde de Vennootschap een wijziging in het promotorschap van de Vennootschap aan, die gepaard ging met de versterking van het engagement van de CEO en CFO. Christian Teunissen (CEO) en Frederik Snauwaert (CFO) namen de volledige participatie over van de heer Ben Van Loo in Aloxe NV, de referentieaandeelhouder en Promotor van de Vennootschap. Hiermee investeren de CEO en CFO zich verder in Aloxe NV (waarin zij sedertdien 82% resp. 18% aanhouden), wat ook in het belang is van de verdere ontwikkeling van de Vennootschap. Christian Teunissen werd ingevolge deze transactie, samen met Aloxe NV, Promotor van de Vennootschap.15

Fusie met C.P.G. CVBA

Op 1 augustus 2016 werd de fusie door overneming van C.P.G. CVBA gerealiseerd.16 Ingevolge deze fusie verwierf Xior het onroerend goed gelegen te Vlamingenstraat 91 / Parkstraat 11, Leuven, met in totaal 29 units bestemd voor studentenhuisvesting. Het onroerend goed werd gewaardeerd (en ingebracht) aan Reële Waarde die ca. 2,7 miljoen euro bedroeg. Naar aanleiding van deze fusie werden 73.386 nieuwe aandelen uitgegeven. Deze fusie heeft geleid tot een kapitaalverhoging (incl. uitgiftepremie) van 1.834.650 euro. De uitgifteprijs van de nieuwe aandelen bedroeg 25,00 euro per aandeel, zoals eveneens werd voorzien in het IPO-prospectus van 24 november 2015, dat in het kader van de IPO van 11 december 2015 werd gepubliceerd.

Fusie met Devimmo NV

Op 1 maart 2016 werd de fusie door overneming van Devimmo NV gerealiseerd.17 Ingevolge deze fusie verwierf Xior een pand gelegen te Parkstraat 137 in Leuven, bestaande uit 73 units bestemd voor studentenhuisvesting alsook 30 ondergrondse parkeerplaatsen. Het onroerend goed werd gewaardeerd (en ingebracht) aan Reële Waarde die ca. 6,9 miljoen euro bedroeg. Naar aanleiding van deze fusie werden 230.657 nieuwe aandelen uitgegeven (en ingebracht). Deze fusie heeft geleid tot een kapitaalverhoging (incl. uitgiftepremie) van 5.766.425 euro. De uitgifteprijs van de nieuwe aandelen bedroeg 25,00 euro per aandeel, zoals eveneens werd voorzien in het IPO-prospectus van 24 november 2015, dat in het kader van de IPO van 11 december 2015 werd gepubliceerd.

14 Zie Persberichten van 23 mei 2016 en 1 september 2016.

12 Zie Persberichten van 2 juni 2016 en 11 oktober 2016.

13 Zie Persbericht van 30 september 2016.

15 Zie Persbericht van 3 augustus 2016.

16 CPG CVBA was ten tijde van de fusie een dochtervennootschap van Aloxe NV, promotor van de Vennootschap.

17 Devimmo NV was ten tijde van de fusie een dochtervennootschap van Aloxe NV, promotor van de Vennootschap.

5.5 FEITEN NA BALANSDATUM

5.5.1 VERWERVING VAN 108 ZELFSTANDIGE UNITS TE DELFT

Op 5 januari 2017 heeft Xior een studentenpand18, bestaande uit 108 gloednieuwe zelfstandige gemeubelde units verworven, in één van de snelst groeiende studentensteden van Nederland. Deze acquisitie heeft een totale investeringswaarde van ca. 13,5 miljoen euro op basis van de actuele huurwaarden.

5.5.2 VERWERVING VAN 69 STUDENTENKAMERS TE BRUSSEL VIA INBRENG IN NATURA

Op 17 januari 2017 heeft Xior een studentenpand (in aanbouw) verworven te Brussel19. De grond en reeds opgerichte opstallen werden via een inbreng in natura in het kapitaal van Xior ingebracht. De inbrengwaarde werd bepaald op basis van de waarde van de grond en van de constructies (ten belope van de reeds voltooide constructies), en heeft geleid tot een kapitaalverhoging van 5.064.067 EUR (incl. uitgiftepremie). De acquisitie heeft een totale investeringswaarde van ca. 8,4 miljoen euro. De uitgifteprijs van de nieuwe aandelen bedroeg (afgerond) EUR 34,14 per aandeel, De voltooiing van de constructies zal vergoed worden in cash, gefinancierd via leningen.

5.5.3 VERWERVING VAN ONTWIKKELINGSPROJECT TE AMSTELVEEN (AMSTERDAM)

Op 6 april 2017 verwierf Xior een ontwikkelingsproject bestaande uit een kantorencomplex, dat de Vennootschap voornemens is om te vormen na het bekomen van de vereiste vergunningen. De acquisitie van deze gebouwen gebeurde via de verwerving van 100% van de aandelen in de betrokken vastgoedvennootschap. Deze transactie zal, na de voorgenomen herontwikkeling, ca. 300 units tellen met een totale investeringswaarde van ca. 30 miljoen euro. Voor de verdere modaliteiten van deze transactie wordt verwezen naar het persbericht van 7 april 2017. Gelet op het recent karakter van deze transactie, die werd afgerond bij het ter perse gaan van het Jaarverslag, dient dit Jaarverslag waar relevant (bvb. wat betreft de pipeline van de Vennootschap, de financiering van deze acquisitie, etc.) in combinatie te worden gelezen met voornoemd Persbericht omtrent deze transactie.

5.6 VOORUITZICHTEN VOOR 2017

5.6.1 GROEIVOORUITZICHTEN VOOR HET BOEKJAAR 2017

Xior beoogt ook in 2017 haar groeistrategie met overtuiging voort te zetten, door de uitbreiding van haar vastgoedportefeuille met kwalitatieve studentenpanden.

Xior zal bij de implementatie van die strategie streven naar een evenwichtige groei van zowel het eigen als vreemd vermogen met een gezonde combinatie van verschillende financieringsbronnen waarbij de schuldgraad onder controle wordt gehouden en ook een winstgroei op het aandeel wordt vooropgesteld.

5.6.2 ACQUISITIES

5.6.2.1 Studentencomplex te Delft en Den Haag20

Op 20 april 2016 heeft Xior een overeenkomst getekend met betrekking tot de verwerving van twee strategische studentencomplexen met in totaal 190 units, gelegen te Delft en Den Haag. De investeringswaarde zal circa 26,3 miljoen Euro bedragen volgens de huidige ingeschatte huurwaarden. De overname zal gebeuren door overname van 100% van de aandelen van twee vastgoedvennootschappen. De transactie is onderhevig aan een aantal opschortende voorwaarden. De overname is voorzien in medio 2017.

5.6.2.2 Studentencomplex te Rotterdam21

Op 11 mei 2016 heeft Xior een akkoord gesloten omtrent de verwerving van een nieuw te ontwikkelen studentencomplex te Rotterdam. Het studentencomplex zal 280 zelfstandige studentenunits bevatten en zal een investeringswaarde hebben van EUR 30.260.000. De transactie is onderhevig aan een aantal voorwaarden. Mits alle voorwaarden worden vervuld, zal Xior dit pand in het najaar van 2017 verwerven. Er wordt door de verkoper een huurgarantie verstrekt voor een periode van één jaar vanaf de overdrachtsdatum.

20 Zie Persbericht van 20 april 2016.

21 Zie Persbericht van 11 mei 2016.

5.7 GEGEVENS OVEREENKOMSTIG HET EPRA REFERENTIESYSTEEM22

5.7.1 EPRA KEY PERFORMANCE INDICATOREN

Deze gegevens worden niet vereist door de GVV-regelgeving en zijn niet onderworpen aan een nazicht vanwege overheidsinstanties. De commissaris is nagegaan of de ratio's "EPRA winst", "EPRA NAW" en "EPRA NNNAW" werden berekend volgens de definities hernomen in de "EPRA Best Practices Recommendation" en of de financiële gegevens die gebruikt werden in de berekening van deze ratio's overeenstemmen met de boekhoudkundige gegevens die in de geconsolideerde financiële staten zijn opgenomen.

Definitie Cijfers in
duizenden EUR
EUR
per aandeel
EPRA winst Courant resultaat afkomstig van de strategische
operationele activiteiten.
5.774 1,17
EPRA NAW Netto actiefwaarde (NAW) aangepast om rekening te houden
met de reële waarde van de vastgoedbeleggingen en met
uitsluiting van bepaalde elementen die niet kaderen in een
financieel model van vastgoedinvesteringen op lange termijn.
133.496 25,33
EPRA NNNAW EPRA NAW aangepast om rekening te houden met de (i)
reële waarde van de financiële instrumenten, (ii) de reële
waarde van schulden en (iii) de uitgestelde belastingen.
131.630 24,97
%
EPRA kost
ratio (incl. leeg
standskosten)
EPRA kosten (inclusief leegstandskosten) gedeeld door de
bruto huurinkomsten.
35,53%
EPRA kost
ratio (excl. leeg
standskosten)
EPRA kosten (exclusief leegstandskosten) gedeeld door de
bruto huurinkomsten.
35,53%

31/12/2016

EPRA winst
Nettoresultaat 5.016
Variaties in de reële waarde van de vastgoedbeleggingen -1.112
Ander portefeuilleresultaat 110
Resultaat op verkopen van vastgoedbeleggingen -106
Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva 1.866
EPRA winst 5.774
EPRA winst per aandeel
Nettoresultaat 5.016
Variaties in de reële waarde van de vastgoedbeleggingen -1.112
Ander portefeuilleresultaat 110
Resultaat op verkopen van vastgoedbeleggingen -106
Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva 1.866
Gewogen gemiddelde aantal aandelen 4.926.405

EPRA winst per aandeel 1,17

31/12/2016

EPRA NAW (EUR/aandeel) 25,33
Aantal aandelen 5.270.501
EPRA NAW 133.496
Uit te sluiten:
Reële Waarde van de toegelaten afdekkingsverrichtingen
1.866
Verwaterde intrinsieke waarde na effect van de lichting van opties, converteerbare
schulden en andere eigen vermogensinstrumenten
131.630
Effect van de lichting van opties, converteerbare schulden en de andere
eigen-vermogensinstrumenten
Eigen vermogen 131.630
EPRA NAW

31/12/2016

EPRA NNNAW
EPRA NAW 133.496
Toe te voegen:
Reële Waarde van de toegelaten afdekkingsverrichtingen
-1.866
Aanpassing naar Reële Waarde van schulden 0
Uitgestelde belastingen -284
EPRA NNNAW 131.346
Aantal aandelen 5.270.501
EPRA NNNAW (EUR/aandeel) 24,92

31/12/2016

EPRA kost ratio
Algemene kosten 1.859
Waardeverminderingen op handelsvorderingen 57
Vastgoedkosten 1.981
EPRA kosten (incl. leegstandskosten) 3.897
Leegstandskosten 0
EPRA kosten (excl.leegstandskosten) 3.897
Bruto huurinkomsten 10.969
EPRA kost ratio (incl. leegstandskosten) 35,5%
EPRA kost ratio (excl. leegstandskosten) 35,5%

5.8 VEREISTE ONDERDELEN VAN HET JAARVERSLAG

verantwoord ondernemen en 10 Financieel verslag.

Overeenkomstig de artikels 96 en 119 van het Wetboek van vennootschappen, worden de vereiste onderdelen van het jaarverslag van Xior weergegeven in de volgende hoofdstukken:

  1. Risicobeheer, 5.2. Beheerverslag – Commentaar bij de geconsolideerde jaarrekening boekjaar 2016, 5.3. Beheersverslag

– Beheer en gebruik van de financiële middelen, 5.4. Beheerverslag – Transacties en verwezenlijkingen, 5.5. Beheerverslag – Feiten na balansdatum, 5.6. Beheerverslag – Vooruitzichten voor 2017, 6 Corporate Governance, 9 Maatschappelijk

60

Frederik Lintsstraat Eisenhowerlaan

05 BEHEERVERSLAG

Corporate governance 06

6.1 VERKLARING INZAKE DEUGDELIJK BESTUUR

6.1.1 REFERENTIECODE EN CORPORATE GOVERNANCE CHARTER

Dit Hoofdstuk geeft een overzicht van de regels en de principes op basis waarvan het "deugdelijk bestuur" (corporate governance) van de Vennootschap is georganiseerd. Deze verklaring bevat de belangrijkste regels die Xior heeft aangenomen in toepassing van de wetgeving en aanbevelingen inzake deugdelijk bestuur en maakt deel uit van het Jaarverslag, overeenkomstig artikel 96, § 2 en § 3 van het Wetboek van vennootschappen.

De Vennootschap hanteert de Belgische Corporate Governance Code die door de Commissie Corporate Governance werd gepubliceerd op 12 maart 2009 (de "Governance Code 2009", beschikbaar op de volgende website: http://www. corporategovernancecommittee.be) als referentiecode.

Het Corporate Governance Charter (met inbegrip van het Verhandelingsreglement) van de Vennootschap werd goedgekeurd op 25 november 2015 en werd het laatst herzien op 31 maart 2017. Het kan worden geraadpleegd op de website van de Vennootschap (www.http://www.xior.be/nl/investor/corporate-governance), en kan gratis worden verkregen op de zetel van de Vennootschap.

De Vennootschap doet al het mogelijke om op elk ogenblik te beantwoorden aan de principes met betrekking tot corporate governance zoals uiteengezet in de Governance Code 2009, zonder evenwel afbreuk te doen aan de toepasselijke wettelijke bepalingen (met name het Wetboek van vennootschappen en de GVV-Wetgeving) en de statuten van de Vennootschap. Indien de Vennootschap van één of meerdere principes of bepalingen van de Governance Code 2009 afwijkt, legt ze de redenen hiervoor uit in de corporate governance verklaring, d.i. het zogenaamde "pas toe of leg uit"- principe ("comply or explain").

De Raad van Bestuur van Xior staat volledig achter de principes van de Governance Code 2009, maar gelooft dat bepaalde (beperkte) afwijkingen van de bepalingen ervan gerechtvaardigd zijn in het licht van de aard, omvang en complexiteit van de Vennootschap en haar activiteiten. Meer bepaald is Xior afgeweken van de volgende aanbevelingen van de Governance Code 2009:

  • Bepaling 2.9 van de Governance Code 2009 Secretaris: Gelet op het beperkt aantal bestuurders en de afwezigheid van aparte comités, werd geen formele secretaris aangesteld. Elke bestuurder kan zich wel rechtstreeks wenden tot de CEO of de CIO (die tevens de functie van Compliance Officer waarneemt) van de Vennootschap.
  • Principe 5 van de Governance Code 2009 bijzondere comités: Op heden heeft de Vennootschap geen bijzondere comité's (auditcomité, remuneratiecomité, en benoemingscomité) opgericht, aangezien zij hier enerzijds niet toe is verplicht onder de toepasselijke wettelijke drempels, en omdat dit anderzijds op heden, gelet op de complexiteit, aard en omvang van de Vennootschap en haar activiteiten, niet noodzakelijk wordt geacht. De raad van bestuur zal in zijn midden een auditcomité respectievelijk remuneratiecomité oprichten van zodra de Vennootschap niet langer zou voldoen aan de criteria opgenomen in artikel 526bis, §3 resp. artikel 526quater, §4 van het Wetboek van vennootschappen; in dit verband wordt ook het volgende gepreciseerd:
  • de Corporate Governance Code beveelt aan dat het auditcomité uitsluitend bestaat uit niet-uitvoerende bestuurders (zie eveneens art. 526bis W.Venn.) en voor de meerderheid uit onafhankelijke bestuurders. Het auditcomité van

Xior is echter samengesteld uit de voltallige raad van bestuur. Het auditcomité bestaat bijgevolg uit zes leden, waarvan twee uitvoerende bestuurders, en vier onafhankelijke niet-uitvoerende bestuurders. Aangezien de wet de Vennootschap toelaat om af te wijken van de verplichting om een auditcomité op te richten, wenst de Vennootschap van deze mogelijkheid gebruik te maken. De Vennootschap is er immers van overtuigd dat de raad van bestuur zodanig is samengesteld dat deze in alle onafhankelijkheid en objectiviteit de rol van auditcomité kan waarnemen.

  • de Corporate Governance Code beveelt aan dat het remuneratiecomité uitsluitend bestaat uit niet-uitvoerende bestuurders en voor de meerderheid uit onafhankelijke bestuurders (zie eveneens art. 526quater W.Venn.). Het remuneratiecomité van Xior is echter samengesteld uit de voltallige raad van bestuur. Het remuneratiecomité bestaat bijgevolg uit zes leden, waarvan twee uitvoerende bestuurders, en vier onafhankelijke niet- uitvoerende bestuurders. Aangezien de wet de Vennootschap toelaat om af te wijken van de verplichting om een remuneratiecomité op te richten, wenst de Vennootschap van deze mogelijkheid gebruik te maken. De Vennootschap is er immers van overtuigd dat de raad van bestuur zodanig is samengesteld dat deze in alle onafhankelijkheid en objectiviteit de rol van remuneratiecomité kan waarnemen. Een uitvoerende bestuurder neemt niet deel aan de beraadslaging en besluitvorming indien het een beslissing over zijn eigen remuneratie betreft.

6.1.2 INTERNE CONTROLE- EN RISICOBEHEERSYSTEMEN

6.1.2.1 Algemeen

Interne controle is een proces dat o.m. als doel heeft redelijke zekerheid te verschaffen met betrekking tot de doeltreffendheid en verbetering van de werking van de onderneming, de betrouwbaarheid en integriteit van informatie en de overeenstemming met beleidslijnen, procedures, wetgeving en reglementen.

De "interne controle" valt uiteen in drie concrete pijlers: interne audit (interne audit procedures & interne audit functie), risk management (risk management beleid & risk management functie) en compliance (integriteitsbeleid & compliance functie), waarbij de "interne audit" niet alleen als opzichzelfstaande derde pijler dient te worden ingevuld, maar tevens vanuit een "transversale" rol ten opzichte van de twee andere pijlers. De uitoefening van elk van deze functies vormt, in samenwerking met de verantwoordelijken van de operationele diensten, een "verdedigingslijn" tegen de risico's die de Vennootschap loopt. Hierbij wordt rekening gehouden met de invulling van bovenstaande functies op een passende en evenredige wijze, telkens in functie van de aard, omvang en complexiteit van de activiteiten van de Vennootschap qua balans en resultaten alsook qua personeelsbestand. Voor een meer gedetailleerde omschrijving van de interne controle van de Vennootschap, wordt verwezen naar Hoofdstuk 7 van het Corporate Governance Charter van de Vennootschap, dat beschikbaar wordt gesteld via de website van de Vennootschap (http://www.xior.be/nl/investor/corporate-governance).

De effectieve leiders, Christian Teunissen en Frederik Snauwaert, vanuit hun rol als CEO resp. CFO van de Vennootschap en uitvoerend bestuurder, staan in voor de organisatie van de interne controle, en dit onder toezicht van de raad van bestuur van de Vennootschap.

6.1.2.2 Organisatie van de interne controle

De raad van bestuur is in zijn hoedanigheid van auditcomité van de Vennootschap belast met o.m.: (i) de monitoring van het financiële verslaggevingsproces; (ii) de monitoring van de wettelijke controle van de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening, inclusief opvolging van de vragen en aanbevelingen geformuleerd door de commissaris; en (iii) de beoordeling en monitoring van de onafhankelijkheid van de commissaris, waarbij met name wordt gelet op de verlening van bijkomende diensten aan de Vennootschap. De raad van bestuur neemt zijn taken als auditcomité onder meer waar wanneer de raad van bestuur de jaarrekening, de geconsolideerde jaarrekening en de voor publicatie bestemde verkorte financiële overzichten opstelt. Voorafgaand aan elke halfjaarlijkse vergadering van de raad van bestuur wordt een halfjaarlijks rapport opgesteld dat door de commissaris aan de raad van bestuur, tevens optredend als auditcomité, wordt voorgelegd.

6.1.2.3 Risicoanalyse en controlewerkzaamheden

De raad van bestuur, tevens optredend als auditcomité, maakt op geregelde tijdstippen een evaluatie van de risico's waaraan de onderneming is blootgesteld en neemt op basis van deze evaluatie de nodige beslissingen (bijvoorbeeld met betrekking tot de evoluties in de markt (zowel vastgoedmatig als qua verhuurpotentieel), het bepalen van de financierings- en renteindekkingsstrategie, de evaluatie van de huurdersrisico's, etc.).

6.1.2.4 Financiële informatie en communicatie

Het proces voor het opstellen van de financiële informatie wordt gestructureerd op basis van vooraf bepaalde uit te voeren taken en te respecteren tijdschema's. De controle omgeving wat de financiële verslaggeving betreft, bestaat uit volgende componenten:

  • Het finance en accounting team is verantwoordelijk voor de voorbereiding en rapportering van de financiële informatie.
  • Xior maakt gebruik van een checklist met daarin een overzicht van alle taken die moeten worden uitgevoerd in het kader van de jaarlijkse, halfjaarlijkse en kwartaalafsluiting van de rekeningen van Xior (op enkelvoudig niveau en op geconsolideerd niveau). Aan elke taak is een verantwoordelijke binnen de financiële afdeling en een te respecteren timing gekoppeld. Aan de hand van deze checklist weet iedereen binnen de financiële afdeling welke taken er moeten uitgevoerd worden en tegen wanneer.
  • De controller (d.i. de Finance Manager) is verantwoordelijk voor het nazicht van de enkelvoudige financiële informatie en voor de opvolging van de accountants.
  • De Finance & Reporting Director is verantwoordelijk voor de voorbereiding van de geconsolideerde cijfers (in samenspraak met de CFO) en de terugkoppeling van de financiële informatie aan de operationele activiteiten van Xior. De Finance & Reporting Director staat ook in voor het voorbereiden van alle

financiële rapporteringen zowel ten behoeve van de buitenwereld als ten behoeve van het Management en de Raad van Bestuur.

  • De Finance & Reporting Director analyseert per kwartaal de cijfers en maakt een vergelijking met het budget of forecast en met de cijfers van het voorgaande kwartaal of met het voorgaande jaar. Deze analyse wordt nadien besproken met de CFO en de CEO.
  • De CFO is verantwoordelijk voor het eindnazicht van de geconsolideerde financiële staten, en staat in voor de juiste toepassing van de waarderingsregels.
  • De CFO bespreekt op regelmatige tijdstippen de financiële informatie met de CEO als verantwoordelijke voor het dagelijkse beleid.
  • De CEO, de CFO en de Finance & Reporting Director hebben op recurrente basis een uitvoerige bespreking waarin de voornaamste financiële aandachtspunten aan bod komen.
  • De Raad van Bestuur bevraagt en bespreekt samen met de CEO en CFO elk kwartaal uitvoerig de financiële verslaggeving en de vooruitzichten en ziet toe op de juiste toepassing van de waarderingsregels.

6.1.2.5 Betrokkenen bij de evaluatie van de interne controle

De kwaliteit van de interne controle wordt in de loop van het boekjaar eveneens beoordeeld door:

• De commissaris: enerzijds in het kader van de audit van de jaarcijfers en de beperkte audit van de halfjaarcijfers, en anderzijds in het kader van de jaarlijkse beoordeling van de onderliggende processen en procedures. Op basis van de aanbevelingen van de commissaris worden processen, waar nodig, bijgestuurd.

  • De raad van bestuur, in zijn hoedanigheid van auditcomité (cf. supra).
  • Interne audit.
  • Vastgoeddeskundigen: de Vastgoeddeskundigen van de Vennootschap spelen onrechtstreeks uiteraard een

belangrijke rol voor doeleinden van interne controle, in het kader van de waardering van het vastgoed van de Vennootschap.

  • FSMA: als beursgenoteerd bedrijf en als openbare GVV staat de Vennootschap onder het toezicht van de FSMA. In dat kader wordt onder meer een specifiek nazicht van de financiële informatie uitgevoerd.
  • De Compliance Officer.

6.1.2.6 Pijlers van de interne controle

6.1.2.6.1 Passende risicobeheerfunctie en passend risicobeheerbeleid

De persoon belast met de risicobeheerfunctie is verantwoordelijk voor o.a. het opstellen, uitwerken, bewaken, actualiseren en implementeren van het risicobeheerbeleid en de risicobeheerprocedures. De rol van risicobeheerder wordt binnen de Vennootschap waargenomen door de CFO, de heer Frederik Snauwaert waartoe hij werd aangesteld voor onbepaalde duur.

De Risk Manager vult deze rol in door vanuit zijn functie en operationele ervaring, zowel op regelmatige tijdstippen als op een ad hoc-basis, een analyse te maken van de risico's waarmee de Vennootschap wordt geconfronteerd. Daaruit kunnen concrete adviezen worden geformuleerd aan de andere afdelingen van de Vennootschap. Op frequente basis rapporteert de Risk Manager hierover aan de andere effectieve leider van de Vennootschap, en per kwartaal bespreekt de Risk Manager de voornaamste ontwikkelingen op het gebied van risico's met de raad van bestuur, optredend als auditcomité, die de eindverantwoordelijkheid draagt over het risicobeheer van de onderneming.

Hierbij dient erop gewezen te worden dat risicobeheer integraal deel uitmaakt van de manier waarop het bedrijf wordt gerund, doorheen haar operationele, technische, financiële en juridische bedrijvigheid. Dit gaat van dagelijks financieel en operationeel beheer, constant intern overleg en waar nodig met externe adviseurs, optimale toepassing van het "four eyes"-principe, de analyse van nieuwe investeringsdossiers, due diligence procedures, het formuleren van de strategie en objectieven, tot het verankeren van strakke procedures voor de besluitvorming. Daarom is het risicobeheer de verantwoordelijkheid van het ganse team, i.e. over alle lagen van de organisatie heen, zij het op ieder niveau met een verschillende verantwoordelijkheid.

6.1.2.6.2 Passende onafhankelijke interne-auditfunctie

De "interne audit" kan worden begrepen als een onafhankelijke beoordelingsfunctie, ingebed in de organisatie, gericht op het onderzoek en de beoordeling van de goede werking, de doeltreffendheid en de efficiëntie van de door de Vennootschap gehanteerde interne (controle-) processen/procedures, met inbegrip van de compliance functie en de risicobeheerfunctie. Interne audit heeft betrekking op onder meer de werking, doeltreffendheid en efficiëntie van processen, procedures en activiteiten inzake: (i) operationele aangelegenheden (kwaliteit en aangepastheid van systemen en procedures, organisatiestructuren, beleidslijnen en gehanteerde methoden en middelen t.o.v. doelstellingen); (ii) financiële aangelegenheden (betrouwbaarheid van de boekhouding, de jaarrekening en het financiële verslaggevingsproces, en overeenstemming met de geldende (boekhoud)reglementering); (iii) management aangelegenheden (kwaliteit van de managementfunctie en stafdiensten in het kader van de doelstellingen van de onderneming); en (iv) risk management en compliance.

De Vennootschap heeft de interne-auditfunctie toevertrouwd aan een externe rechtspersoon via het aanstellen van een onafhankelijke consulent, namelijk Mazars, permanent vertegenwoordigd door éénzelfde natuurlijke persoon, de heer Anton Nuttens. Het mandaat is aangegaan voor een duur van 3 jaar met mogelijkheid tot verlenging. Binnen de Vennootschap werd mevrouw Sofie Robberechts (Finance & Reporting Director) voor onbepaalde duur aangesteld als eindverantwoordelijke voor het toezicht op de interneauditfunctie waarmee de externe interne auditor werd belast.

6.1.2.6.3 Passende onafhankelijke compliance-functie en passend integriteitsbeleid

De "onafhankelijke compliance-functie" wordt ingevuld als een onafhankelijke functie binnen een organisatie, gericht op het onderzoek naar, en het bevorderen van, de naleving door de onderneming van de wetten, reglementen en gedragsregels van toepassing op de vennootschap en in het bijzonder de regels die verband houden met de integriteit van de activiteiten van de vennootschap. De regels betreffen zowel deze die voortvloeien uit het beleid van de onderneming, het statuut van de onderneming, alsmede andere wettelijke en reglementaire bepalingen. Het gaat met andere woorden om een onderdeel van de bedrijfscultuur, waarbij de nadruk wordt gelegd op eerlijkheid en integriteit, het naleven van hoge ethische normen bij het zakendoen, en het naleven van de regelgeving van toepassing op de vennootschap. Daarbij dienen zowel de onderneming (in casu GVV) als haar medewerkers zich integer te gedragen, d.i. eerlijk, betrouwbaar en geloofwaardig.

De persoon belast met de compliance-functie (d.i. de heer Arne Hermans, CIO) staat in voor het opstellen en testen van aanbevelingen. De compliance officer werd aangesteld voor onbepaalde duur. Het werkdomein van de compliancefunctie omvat in het bijzonder - doch kan niet beperkt worden tot - het toezicht op de naleving van de toepasselijke regels (i) inzake belangenconflicten, (ii) inzake onverenigbaarheid van mandaten (bvb. voor de beoordeling van de onafhankelijkheid van bestuurders), (ii) vastgelegd in de (eventuele) deontologische code van de vennootschap, en (iii) inzake marktmisbruik (voorwetenschap en marktmanipulatie). Deze regels zijn nader uitgewerkt in de Corporate Governance Code van de Vennootschap, met inbegrip van het Verhandelingsreglement.

De effectieve leiding onderzoekt (op regelmatige basis) welke andere domeinen en activiteiten deel zouden moeten uitmaken van de werkdomeinen van de compliancefunctie. Zij doet dit op basis van een risicoanalyse en in overleg met de Raad van Bestuur, rekening houdend met de specifieke kenmerken van de onderneming.

6.1.3 AANDEELHOUDERSSCHAP

6.1.3.1 Oprichters van de Vennootschap

De historische oprichters van de Vennootschap zijn:

  • Aloxe, naamloze vennootschap, met maatschappelijke zetel te Mechelsesteenweg 34, bus 101, 2018 Antwerpen, ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen onder het ondernemingsnummer BE 0849.479.874 (RPR Antwerpen, afdeling Antwerpen); en
  • Bimmoc, besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, met maatschappelijke zetel te Mechelsesteenweg 34, bus 101, 2018 Antwerpen, ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen onder het ondernemingsnummer BE 0899.916.906 (RPR Antwerpen, afdeling Antwerpen).

6.1.3.2 Aandeelhoudersstructuur

Op 31 december 2016 bedroeg het maatschappelijk kapitaal van Xior Student Housing NV EUR 94.869.018,00, vertegenwoordigd door 5.270.501 volledig volgestorte aandelen.

De tabel hieronder geeft de aandeelhoudersstructuur van Xior weer, gebaseerd op de informatie ontvangen van de aandeelhouders (cf. de transparantiekennisgevingen). Dit overzicht houdt tevens rekening met de verhoging van het kapitaal en het aantal aandelen ingevolge de inbreng in natura in het kader van het toegestaan kapitaal op 17 januari 2017 (zie Hoofdstuk 5.5.2 van dit Jaarverslag)23.

# aandelen
(31/12/2016)
% aandelen
(afgerond)
(31/12/2016)
# aandelen
(incl. kapitaalverh.
17.01.2017)
% aandelen
(afgerond)
(incl. kapitaalverh.
17.01.2017)3
Aloxe NV - Dhr. C. Teunissen & Dhr.
Frederik Snauwaert1
1.255.332 23,82% 1.255.332 23,17%
AXA Investment Managers S.A.2 273.348 5,19% 273.348 5,04%
Publiek (free float) 3.741.821 71,00% 3.890.153 71,79%
Totaal (noemer) 5.270.501 100,00% 5.418.833 100,00%

1 Transparantiekennisgeving van 17 oktober 2016.

2 Transparantiekennisgeving van 23 december 2016.

3 De "noemer", en de daaruit voortvloeiende deelnemingspercentages, werden aangepast aan het nieuwe kapitaal per 17 januari 2017, uitgaande van een gelijkblijvend aantal aandelen van de respectieve aandeelhouders sedert de laatste transparantiekennisgeving.

Onverminderd volgende paragraaf, zijn geen speciale controlerechten toegekend aan bepaalde categorieën van aandeelhouders.

De Promotor heeft het recht kandidaten voor te dragen voor drie bestuursmandaten, tot de laatste der volgende gebeurtenissen zich voordoet: (i) Aloxe NV (of haar Opvolgers) houdt (respectievelijk houden gezamenlijk) minder dan 25% van het kapitaal van de Vennootschap aan, en (ii) Aloxe NV (of haar Opvolgers) is (respectievelijk zijn) niet langer promotor van de Vennootschap in de zin van de GVV-Wetgeving.

6.1.3.3 Leden van de raad van bestuur of het uitvoerend management

De onderstaande tabel geeft een overzicht weer van het aantal aandelen in handen van leden van de Raad van Bestuur en het uitvoerend management.

Lid van de raad van bestuur of uitvoerend management Aantal aandelen
per 31 december 2016
Aloxe NV - Dhr. C. Teunissen & Dhr. Frederik Snauwaert 1.255.332
Dhr. Christian Teunissen1 0
Aloxe NV 1.250.885
Dhr. Frederik Snauwaert 4.447
Dhr. Joost Uwents 400
Dhr. Arne Hermans 1.000

1 De deelneming in Xior Student Housing NV ten belope van 1.250.885 aandelen wordt rechtstreeks aangehouden door Aloxe NV. Aloxe NV wordt gecontroleerd door de heer Christian Teunissen (rechtstreeks en via Nevi BVBA, een vennootschap die zelf eveneens wordt gecontroleerd door de heer Christian Teunissen).

6.1.4 RAAD VAN BESTUUR VAN DE VENNOOTSCHAP

6.1.4.1 Algemeen

De raad van bestuur bestaat uit zes bestuurders. Het betreft vier niet-uitvoerende onafhankelijke bestuurders (waaronder de Voorzitter) en twee uitvoerende bestuurders, waaronder de gedelegeerd bestuurder.

De samenstelling van de raad van bestuur dient te zijn gekenmerkt door een evenwichtige vertegenwoordiging tussen uitvoerende, onafhankelijke en andere niet-uitvoerende bestuurders. Minstens de helft van de raad van bestuur bestaat uit niet-uitvoerende bestuurders, en minstens drie van hen zijn onafhankelijk in de zin van artikel 526ter van het Wetboek van vennootschappen en van bijlage A van de Governance Code 2009.

De samenstelling van de raad van bestuur dient te waarborgen dat beslissingen genomen worden in het vennootschapsbelang. Deze samenstelling wordt bepaald op basis van complementariteit inzake bekwaamheden, ervaring en kennis. Er wordt gestreefd naar een samenstelling van de raad van bestuur die de aanwezigheid waarborgt van bestuurders die vertrouwd zijn met vastgoed in het algemeen, studentenhuisvesting in het bijzonder, en/of met andere belendende expertisedomeinen die van belang worden geacht voor de activiteiten van de Vennootschap. Daarnaast wordt er gestreefd naar een vertegenwoordiging van bestuurders die ervaring hebben in operationele, financiële en andere aspecten van het beheer van een vastgoedvennootschap en een gereglementeerde vastgoedvennootschap in het bijzonder en/of in beleidsvoering in beursgenoteerde vennootschappen.

Er wordt eveneens de nodige aandacht besteed aan de vereisten van genderdiversiteit en diversiteit in het algemeen. Artikel 518bis, §1 van het Wetboek van Vennootschappen bepaalt dat in vennootschappen waarvan de effecten zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt, ten minste één derde van de leden van de raad van bestuur van een ander geslacht dient te zijn dan dat van de overige leden. Voor de toepassing van deze bepaling wordt het vereiste minimumaantal van die leden van een ander geslacht afgerond naar het dichtstbijzijnde gehele getal. Voor vennootschappen waarvan de effecten voor het eerst toegelaten worden tot een gereglementeerde markt moet aan deze verplichting worden voldaan vanaf de eerste dag van het zesde boekjaar dat aanvangt na deze toelating (d.i. vanaf 1 januari 2021). Bij afloop van een bestuursmandaat zal de Vennootschap een selectie doorvoeren op basis van heldere, genderneutrale en ondubbelzinnige criteria, rekening houdende met het besef dat voorrang dient te worden gegeven aan het in voorkomend geval ondervertegenwoordigde geslacht. Op heden telt de raad van bestuur reeds één lid van het andere geslacht dan de overige vijf leden.

De bestuurders, effectieve leiders en verantwoordelijken voor de onafhankelijke controlefuncties mogen overeenkomstig de GVV-Wetgeving uitsluitend natuurlijke personen zijn. Overeenkomstig de relevante bepalingen van de GVV-Wetgeving dienen de leden van de raad van bestuur steeds voor de uitoefening van hun functie over de vereiste professionele betrouwbaarheid en passende deskundigheid te beschikken. Zij mogen niet binnen de werkingssfeer van de in de GVV-Wetgeving vastgelegde verbodsbepalingen vallen. Hun benoeming dient voorafgaand ter goedkeuring te worden voorgelegd aan de FSMA.

6.1.5 SAMENSTELLING

De Raad van Bestuur van de Vennootschap bestaat uit zes leden. De bestuurders werden benoemd door de algemene vergadering van de Vennootschap op 23 november 2015. Het mandaat van de huidige bestuurders van de Vennootschap zal een einde nemen bij de sluiting van de gewone algemene vergadering die zal beslissen over de jaarrekening opgesteld voor het boekjaar afgesloten per 31 december 2018.

i. twee uitvoerende bestuurders, m.n. de heer Christian Teunissen en de heer Frederik Snauwaert, op voordracht van de Promotor (zie Hoofdstuk 6.1.9.2 van dit Jaarverslag); en

ii. vier niet-uitvoerende onafhankelijke bestuurders, m.n. Leen Van den Neste, Joost Uwents, Wilfried Neven, en Wouter De Maeseneire.

6.1.6 BEKNOPTE BESCHRIJVING VAN DE PROFESSIONELE CARRIÈRE VAN DE BESTUURDERS

Hierna volgen de mandaten en een beknopte beschrijving van de professionele carrière van de bestuurders. Voor wat een overzicht betreft van de professionele carrière van de heer Christian Teunissen en de heer Frederik Snauwaert, wordt verwezen naar Hoofdstuk 6.1.18 van dit Jaarverslag.

i. Mevr. Leen Van den Neste (°1966 - kantooradres: VDK spaarbank, Sint-Michielsplein 16, 9000 Gent)

Leen Van den Neste is Voorzitter van het Directiecomité van VDK Spaarbank, waar zij sedert 2011 actief is. Voordien was zij van 1995 tot 2011 werkzaam bij Groep Arco waar zij lid was van het Directiecomité. Leen Van den Neste behaalde een licentiaatsdiploma in de rechten aan de Universiteit Gent, alsook het diploma "Geaggregeerde Hoger secundair onderwijs", beide aan de Universiteit Gent. Zij voltooide tevens een speciale licentie Accountancy aan de Vlerick Business School.

Lopende mandaten: VDK spaarbank NV (lid raad van Bestuur), Retail Estates NV, OGVV (beursgenoteerd) (lid raad van Bestuur, auditcomité en remuneratiecomité), Familiehulp VZW (lid raad van bestuur), Artevelde Hogeschool VZW (lid raad van bestuur), NFTE VZW (lid raad van bestuur), Centrale voor Huisvesting Arrondissement Gent CVBA (bestuurder), CPP-Incofin CVBASO (bestuurder) en Gentco CVBA (bestuurder). Afgelopen mandaten over de afgelopen 5 jaar: Elia Asset (bestuurder) (tot 2013) en Elia NV (beursgenoteerd) (lid raad van bestuur) (tot 2012).

ii. Dhr. Joost Uwents (°1969 - kantooradres: Blakebergen 15, 1861 Wolvertem)

Joost Uwents is CEO van de beursgenoteerde openbare GVV WDP (Warehouses De Pauw Comm. VA) waar hij sinds 2002 zetelt in de raad van bestuur. Hij behaalde het diploma van handelsingenieur in 1991 en is tevens houder van een MBA van de Vlerick Business School. Joost startte zijn carrière als Accountmanager bij de Generale Bank in 1994.

In 1999 ging hij aan de slag als CFO bij de toenmalige beursgenoteerde vastgoedbevak WDP, waar hij sinds 2010 CEO is. Hij is mede verantwoordelijk voor de uitbouw van WDP tot marktleider in de verhuur van logistiek en semiindustrieel vastgoed in de Benelux, actief in onder meer België en Nederland, met een vastgoedportefeuille van meer dan EUR 2 miljard.

Lopende mandaten: lid van de raad van bestuur van De Pauw NV (zaakvoerder van WDP Comm. VA) (beursgenoteerd).

iii. Dhr. Wilfried Neven (°1966 - kantooradres: Lakensestraat 35, 1000 Brussel)

Wilfried Neven is CEO van Allianz Benelux NV. Hij is sinds 2011 actief bij Allianz en vervulde voordien mandaten bij P&V Group en ING Insurance Belgium. Hij behaalde het diploma van handelsingenieur in 1989 en vervulde tevens de opleiding Risk Management aan de Antwerp Management School. Daarnaast voltooide hij bijkomende opleidingen aan de ING Business School, Heemskerk (Nederland) en het Guberna Instituut.

Lopende mandaten: Allianz Benelux NV (CEO en lid van de raad van bestuur), Allianz Nederland Groep NV (lid van raad van Management en raad van bestuur), Assuralia (uitvoerend comité en raad van bestuur), EDB Investments SCA (lid van de "Conseil de Surveillance"), Portima CBVA (Voorzitter raad van bestuur), Viaxis CVBA (Bestuurder). Afgelopen mandaten over de afgelopen 5 jaar: Brocom CVBA – Voorzitter Raad van Bestuur (tot 2012).

iv. Prof. Dr. Wouter De Maeseneire (°1977 - kantooradres: Reep 1, 9000 Gent)

Wouter De Maeseneire is associate professor in corporate finance aan de Vlerick Business School en gastprofessor aan Erasmus/Universiteit Gent en werd benoemd tot academic dean van de Vlerick Master opleidingen in augustus 2015 en is daarginds tevens Programme Director van de Master in Financial Management. Hij studeerde Toegepaste Economische Wetenschappen aan de Universiteit Gent en behaalde een doctoraat aan de Erasmus Universiteit Rotterdam.

Zijn onderzoek werd voorgesteld op verscheidene internationale congressen, waaronder Financial Management Association en Academy of Management Meeting, Babson Entrepreneurship Conference, Strategic Management Society, Real Options Conference en Midwest Finance Association. Wouter publiceerde in wetenschappelijke tijdschriften zoals 'Research Policy' en 'Journal of Business, Finance and Accounting'. Bovendien heeft hij bijdrages geleverd aan tal van managementboeken. Na het afronden van zijn proefschrift, schreef hij een boek over reële opties, een nieuwe techniek voor het waarderen van bedrijven/projecten die het mogelijk maakt de waarde in te schatten van flexibiliteit die vaak aanwezig is bij risicovolle investeringsprojecten. Wouter kreeg verschillende Best Teacher Awards en won de 2012 EFMD Banking & Finance Case Writing Competition met een analyse van de ABInbev-deal. Zijn huidige onderzoeksinteresses situeren zich op het vlak van beursintroducties, waardering, reële opties, risicokapitaal, private equity, overnames en financieringsbeperkingen.

Lopende mandaten: Vlerick Partner CVBA.

Afgelopen mandaten over de afgelopen 5 jaar: Single Switch NV (deze vennootschap was het voorwerp van een liquidatie in 2012).

6.1.7 VOORZITTERSCHAP VAN DE RAAD VAN BESTUUR

Mevrouw Leen Van den Neste werd door de raad van bestuur van de Vennootschap van 25 november 2015 voor een onbepaalde termijn benoemd als voorzitter van de raad van bestuur. Het mandaat van mevrouw Leen Van den Neste als voorzitter van de raad van bestuur zal een einde nemen op het moment dat haar huidige mandaat als bestuurder ten einde komt, behoudens hernieuwing door de raad van bestuur na herbenoeming als bestuurder door de algemene vergadering.

6.1.8 BETROUWBAARHEID, DESKUNDIGHEID EN ERVARING

Artikel 14 van de GVV-Wet legt bestuurders van een openbare GVV specifieke verplichtingen op inzake professionele betrouwbaarheid en passende deskundigheid.

In het kader van deze verplichtingen hebben de bestuurders en leden van de bedrijfsleiding van de Vennootschap verklaard dat zij gedurende de voorgaande vijf jaar niet zijn veroordeeld voor fraudemisdrijven. Alle bestuurders van de Vennootschap hebben daarenboven verklaard dat zij als lid van een bestuurs-, leidinggevend of toezichtsorgaan de voorgaande vijf jaar niet betrokken zijn geweest bij enig faillissement, surseance of liquidatie, anders dan vermeld in dit Jaarverslag. Tussen de leden van de bestuurs-, leidinggevende of toezichthoudende organen bestaan geen familiebanden.

Bovendien hebben alle bestuurders en leden van de bedrijfsleiding verklaard dat zij niet het voorwerp zijn geweest van enige officiële of openbaar geuite beschuldigingen en/of sancties opgelegd door een wettelijk of toezichthoudende autoriteit, noch dat zij door de rechtbank verhinderd werden om op te treden (i) als een lid van het bestuurs-, leidinggevend of toezichtsorgaan van een emittent van financiële instrumenten of (ii) met het oog op het beheer of de uitoefening van de activiteiten van een emittent van financiële instrumenten.

Tot slot voldoen de bestuurders van de Vennootschap elk aan de selectie- en competentiecriteria opgenomen in het

Corporate Governance Charter van de Vennootschap (zie Hoofdstuk 6.1.10.1 van dit Jaarverslag), als volgt:

  • De heer Christian Teunissen beschikt over kennis van de vastgoed- en bouwsector en in het bijzonder van de sector van studentenhuisvesting.
  • De heer Frederik Snauwaert beschikt over kennis van de vastgoed- en bouwsector en in het bijzonder van de sector van studentenhuisvesting, en beschikt tevens over financiële kennis.
  • Mevrouw Leen Van den Neste beschikt over financiële kennis.
  • De heer Wilfried Neven beschikt over doorgedreven kennis uit de verzekeringssector en risk management.
  • De heer Joost Uwents beschikt over kennis van de vastgoed- en bouwsector (zowel in België als Nederland) alsook van openbare GVV's.
  • De heer Wouter De Maeseneire beschikt over kennis inzake corporate finance en capital markets alsook in het bijzonder over het doelpubliek van de Vennootschap.

6.1.9 WERKING EN TAKEN VAN DE RAAD VAN BESTUUR

De raad van bestuur vergadert minstens vier maal per jaar, en in ieder geval vaak genoeg om zich daadwerkelijk van zijn verantwoordelijkheden te kunnen kwijten. De Voorzitter kan andere of bijkomende vergaderingen samenroepen telkens de belangen van de Vennootschap dit vereisen of op vraag van minstens twee bestuurders of de CEO.

De raad van bestuur vergadert minstens vier maal per jaar tevens optredend als Auditcomité, en minstens twee maal per jaar tevens optredend als Remuneratiecomité.

In 2016 vonden er negen24 vergaderingen van de Raad van Bestuur plaats, waarvan vier tevens optredend als Auditcomité, en twee tevens optredend als Remuneratiecomité.

Met uitzondering van één vergadering van de Raad van Bestuur, tevens optredend als Remuneratiecomité, waarvoor de heer de Maeseneire verontschuldigd was en zich heeft laten vertegenwoordigen, namen alle leden van de Raad van Bestuur deel aan alle vergaderingen.

In overleg met de CEO legt de Voorzitter de agendapunten vast van elke vergadering van de raad van bestuur. Tijdens de vergadering kan de raad van bestuur beslissen een bijkomend punt op de dagorde te plaatsen voor zover alle leden aanwezig zijn en met deze wijziging van de agenda instemmen.

Iedere bestuurder kan volmacht geven aan een ander lid van de raad van bestuur om hem of haar op een welbepaalde vergadering te vertegenwoordigen.

De raad van bestuur kan slechts geldig beraadslagen en beslissen indien ten minste de meerderheid van de bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd is. Indien dit quorum niet is bereikt, kan een nieuwe vergadering worden bijeengeroepen met dezelfde agenda, die geldig zal beraadslagen en beslissen indien ten minste twee bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd zijn.

Indien een bestuurder, rechtstreeks of onrechtstreeks, een belang van vermogensrechtelijke aard heeft dat strijdig is met een beslissing of een verrichting die tot de bevoegdheid behoort van de raad van bestuur, dient hij zich te richten naar de bepalingen van artikel 523 van het Wetboek van vennootschappen. De leden van de raad van bestuur dienen eveneens artikelen 37-38 van de GVV-Wet na te leven.

Besluiten van de raad van bestuur worden bij meerderheid van de uitgebrachte stemmen genomen. Blanco of ongeldige stemmen worden niet bij de uitgebrachte stemmen geteld. Bij staking van stemmen binnen de raad van bestuur is het voorstel verworpen.

De raad van bestuur streeft het lange termijn succes van de Vennootschap na door ondernemend leiderschap te garanderen

24 Er vonden tevens twee bijkomende "formele" vergaderingen plaats van de Raad van Bestuur voor notaris, meer bepaald (i) een kapitaalverhoging door inbreng in natura op 11 oktober 2016 en (ii) de goedkeuring van binnenlandse groepsinterne fusies op 16 december 2016. Met inbegrip van deze vergadering van de Raad van Bestuur, komt het totaal aantal vergaderingen van de Raad van Bestuur in 2016 op 11 vergaderingen.

en tegelijkertijd de risico's van de Vennootschap te beoordelen en te beheren, en dit binnen een kader van efficiënte en effectieve controles.

De raad van bestuur beslist vanuit haar beleidsfunctie over de waarden en de strategie van de Vennootschap, de voornaamste beleidslijnen, en haar bereidheid om risico's te nemen. Hij ziet erop toe dat de verplichtingen van de Vennootschap ten aanzien van al haar aandeelhouders duidelijk zijn en dat eraan wordt voldaan, rekening houdend met de belangen van de overige stakeholders.

De raad van bestuur beoordeelt vanuit haar toezichtsfunctie de verwezenlijking van de strategie en doelstellingen van de Vennootschap en de prestaties van het uitvoerend management.

De raad van bestuur oefent tevens de taken uit voorzien in artikel 526bis, §4 resp. 526quater, §5 van het Wetboek van vennootschappen wanneer hij optreedt in de hoedanigheid van Auditcomité resp. Remuneratiecomité (zie Hoofdstuk 6.1.19 van dit Jaarverslag).

Voor een gedetailleerde beschrijving van de taken en de werking van de Raad van Bestuur wordt verwezen naar Hoofdstuk 2.6 van het Corporate Governance Charter van de Vennootschap.

6.1.10 OVERZICHT OMTRENT DE WERKING VAN DE RAAD VAN BESTUUR IN 2016

Naam Hoedanigheid Mandaat Begin
mandaat
Einde
mandaat
Aanwezigheden
Leen Van den Neste Voorzitter Niet-uitvoerend,
onafhankelijk bestuurder
Eerste
mandaat
November
2015
Mei 2019 Raad van Bestuur: 9/9
Auditcomité: 4/4
Remuneratiecomité: 2/2
Joost Uwents Niet-uitvoerend,
onafhankelijk bestuurder
Eerste
mandaat
November
2015
Mei 2019 Raad van Bestuur: 9/9
Auditcomité: 4/4
Remuneratiecomité: 2/2
Wilfried Neven Niet-uitvoerend,
onafhankelijk bestuurder
Eerste
mandaat
November
2015
Mei 2019 Raad van Bestuur: 9/9
Auditcomité: 4/4
Remuneratiecomité: 2/2
Wouter De Maeseneire Niet-uitvoerend,
onafhankelijk bestuurder
Eerste
mandaat
November
2015
Mei 2019 Raad van Bestuur: 8/9
Auditcomité: 4/4
Remuneratiecomité: 1/2
Christian Teunissen Uitvoerend bestuurder Eerste
mandaat
November
2015
Mei 2019 Raad van Bestuur: 9/9
Auditcomité: 4/4
Remuneratiecomité: 2/2
Frederik Snauwaert Uitvoerend bestuurder Eerste
mandaat
November
2015
Mei 2019 Raad van Bestuur: 9/9
Auditcomité: 4/4
Remuneratiecomité: 2/2

6.1.11 GEDELEGEERD BESTUURDER EN EFFECTIEVE LEIDING

De raad van bestuur van de Vennootschap heeft het dagelijks bestuur toevertrouwd aan één gedelegeerd bestuurder, namelijk de heer Christian Teunissen (CEO). De gedelegeerd bestuurder werd op de vergadering van de raad van bestuur van 25 november 2015 benoemd voor een onbepaalde termijn, met dien verstande dat zijn mandaat van gedelegeerd bestuurder een einde zal nemen op het moment dat zijn mandaat als bestuurder van de Vennootschap een einde neemt. De heer Frederik Snauwaert, CFO, werd samen met de CEO, voor onbepaalde duur aangesteld als effectieve leiders van de Vennootschap in de zin van artikel 14 van de GVV-Wet.

6.1.12 UITVOEREND MANAGEMENT

Het uitvoerend management van de Vennootschap telt drie leden, m.n. twee uitvoerende bestuurders, zijnde de CEO en de CFO, en de Chief Investment Officer, dhr. Arne Hermans. Zij worden benoemd door de raad van bestuur. In functie van haar toekomstige omvang, activiteiten en behoeften kan de Vennootschap het uitvoerend management op termijn uitbreiden.

De huidige leden van het uitvoerend management werden allen aangesteld voor een periode van onbepaalde duur door de raad van bestuur van de Vennootschap op 23 november 2015.

Aan het hoofd van het uitvoerend management staat Christian Teunissen, CEO. De CEO staat onder meer in voor het dagelijks bestuur van de Vennootschap en de prospectie en identificatie van nieuwe vastgoedprojecten. De CEO leidt tevens de operationele beheers- en verhuuractiviteiten van de Vennootschap. De CFO staat in voor de leiding van het financieel, boekhoudkundig en administratief departement. De CIO staat in voor de coördinatie en uitvoering van de investeringen en transacties waartoe de Vennootschap wenst over te gaan en overziet tevens de activiteiten die gekoppeld zijn aan juridische aspecten en in het bijzonder met betrekking tot de corporate en regulatory aspecten waarmee de Vennootschap als beursgenoteerde openbare GVV wordt geconfronteerd. De rol en bevoegdheden van de leden van het uitvoerend management staan beschreven in artikel 4.2 van het Corporate Governance Charter van de Vennootschap.

Het beroepsadres van het uitvoerend management bevindt zich op de maatschappelijke zetel van de Vennootschap, d.i. Mechelsesteenweg 34, bus 108, 2018 Antwerpen, België.

Hieronder wordt een beknopte omschrijving gegeven van de professionele carrière van de leden van het uitvoerend management.

i. Christian Teunissen (°1973)

Christian Teunissen voltooide in 1996 zijn licenciaat handelswetenschappen (optie accountancy) aan de EHSAL te Brussel. Hij startte zijn carrière in de verzekeringssector bij Fortis AG. In 2000 startte hij zijn eigen verzekeringskantoor via de overname van AdB Business Partners, dat in 2005 verkocht werd aan Van Dessel Verzekeringen. Op deze wijze heeft Christian Teunissen gedurende 9 jaar kennis vergaard en ervaring opgedaan in de verzekeringsindustrie. Sinds 2005 legt Christian zich toe op de uitbouw van een vastgoedportefeuille, zowel

als ontwikkelaar als investeerder, en als beheerder. In 2007 realiseerde Christian Teunissen zijn eerste studenthuisvestingsproject, bestaande uit 45 studentenkamers. Hij staat reeds 10 jaar aan het hoofd van de Xior groep.

In het kader van zijn professionele vastgoedactiviteiten, werd een bijzondere focus gelegd op de sector van het studentenvastgoed, die aan de grondslag ligt voor de uitbouw van de huidige portefeuille van de Vennootschap. Hij is (mede-)oprichter en bestuurder van diverse vastgoedvennootschappen, waaronder Xior Student Housing NV.

Lopende mandaten: Naast zijn mandaat als lid van de raad van bestuur van de Vennootschap, vervult hij tevens mandaten in volgende vennootschappen (waarvan het overgrote merendeel echte geen deelname aan het dagelijks bestuur impliceert): Aloxe NV, Student House Building BVBA, Limimmo BVBA, Proinvest BVBA, Eland Group NV, Mopro Antigoon NV, Mopro Zurenborg BVBA, Jugho BVBA, M-Building BVBA, Moose Real Estate BVBA, Studiosus BVBA, X-Building BVBA, Den Hill Diar BVBA, Anthonis Verzekeringen NV, Off Site Europe BV, Nevi BVBA, Livec NV, Landwin BVBA, Gropius BVBA, Lotta BVBA, Coral BVBA, Coral Build BVBA, B&C Enterprises Ltd., Teuvan NV en Immo DDL NV. Afgelopen mandaten over de afgelopen 5 jaar: Bonsult VOF, K-Building NV, V-Building BVBA, Poort van Berlaar BVBA, Auto's Bleys NV, Bimmoc BVBA, Beltis BVBA, F-Building NV, BC Retail BVBA, Gulden Arent BVBA, G-Building BVBA, H-Building BVBA, Xigent BVBA, Xiber BVBA, Devimmo NV, CPG CVBA, MNL-Building BV, DHNL-Building BV, Xior Group NL BV en Retail Design BVBA.

ii. Frederik Snauwaert (°1980)

Frederik Snauwaert behaalde een master in handelswetenschappen optie financieel beleid en beleggingsleer aan EHSAL te Brussel in 2003. In 2009 voltooide hij de vastgoedopleiding Postgraduaat Vastgoedkunde aan de KULeuven.

Frederik is sinds 2012 CFO van de Vennootschap. Hij startte zijn loopbaan in 2003 bij

PwC, waar hij tot 2006 actief was als Senior Auditor. Vervolgens was hij actief als Group Credit/Asset Risk Officer van Fortis Lease Group Services. Van 2008 tot 2012 was hij Relationship Manager Midcorporates & Institutionals (Real Estate) bij ING België, waarna hij de overstap maakte naar de Vennootschap.

Lopende mandaten: Naast zijn mandaat als lid van de raad van bestuur van de Vennootschap, vervult hij tevens mandaten in volgende vennootschappen (waarvan het overgrote merendeel echte geen deelname aan het dagelijks bestuur impliceert): Aloxe NV, CaliXto BVBA, Anthonis Verzekeringen NV, Off Site Europe BV, Eland Group NV, Leuven Tréfonds BVBA, M-Building BVBA, Mopro Antigoon NV, Mopro Zurenborg BVBA, Jugho BVBA, Studium Invest GCV, Ramberghof BVBA, Leuven Building BVBA, Lovania Properties BVBA, Den Hill Diar BVBA, PDH Invest BVBA en Immo DDL NV. Afgelopen mandaten over de afgelopen 5 jaar: Premier Transportation BVBA, Devimmo NV, CPG CVBA Xior Group NL BV en Retail Design BVBA.

iii. Arne Hermans (°1984)

Arne Hermans studeerde rechten aan de Vrije Universiteit Brussel en behaalde vervolgens een Master in Marketing Management aan de Vlerick Business School in 2008. Hij volgde tevens de opleiding Financial and Managerial Accounting in 2009 aan de Boston University Brussels en in 2012 voltooide hij de vastgoedopleiding Executive Programme en Immobilier aan de Solvay Brussels School of Economics & Management.

Arne is sinds medio 2015 actief bij de Vennootschap. Hij startte zijn loopbaan in 2008 als advocaat bij Eubelius, waar hij zich toelegde op de vastgoedsector met bijzondere aandacht voor het vennootschaps- en financieel recht waaronder equity capital markets, debt capital markets, fusies en overnames, en vastgoedtransacties, en alle aspecten die verband houden met de Belgische REITs (de vroegere vastgoedbevaks en de gereglementeerde vastgoedvennootschappen). Arne was nauw betrokken bij de totstandkoming en de implementatie van het wetgevend kader omtrent vastgoedbevaks (2010) en GVV's (2014).

Arne is co-docent in een driedelige opleiding over vastgoedtransacties ("Corporate Real Estate Transactions: juridische en fiscale aspecten") aan de KUL/Kulak en gaf in het verleden ook seminaries over vastgoedbevaks en gereglementeerde vastgoedvennootschappen. Hij is tevens gastspreker in diverse vastgoedopleidingen van KUL/Kulak. Hij verzorgde ook diverse juridische publicaties betreffende REITs en vennootschapsrecht. In 2015 won Arne een Expertise Real Estate Young Potential Award met het project "Housing the future® - Towards a further consolidation of student housing".

Overzicht van het bestuur en het uitvoerend management

Uitvoerende bestuurders Christian Teunissen (CEO)
Frederik Snauwaert (CFO)
Niet-uitvoerende,
onafhankelijke bestuurders
Leen Van den Neste
Joost Uwents
Wilfried Neven
Wouter De Maeseneire
Voorzitter raad van bestuur Leen Van den Neste
Gedelegeerd bestuurder Christian Teunissen (CEO)
Uitvoerend management Christian Teunissen (CEO)
Frederik Snauwaert (CFO)
Arne Hermans (CIO)
Effectieve leiders Christian Teunissen (CEO)
Frederik Snauwaert (CFO)

6.1.13 COMITÉS VAN DE RAAD VAN BESTUUR

De raad van bestuur voert overeenkomstig artikel 526bis, §3 en artikel 526quater, §4 van het Wetboek van vennootschappen als geheel de aan het auditcomité respectievelijk remuneratiecomité toegewezen taken uit, met dien verstande dat de raad van bestuur in zijn midden een auditcomité respectievelijk remuneratiecomité zal oprichten van zodra de Vennootschap niet langer zou voldoen aan de criteria opgenomen in artikel 526bis, §3 resp. artikel 526quater, §4 van het Wetboek van vennootschappen.

De raad van bestuur kan een directiecomité (in overeenstemming met de bepalingen van artikel 524bis W.Venn.) of een uitvoerend comité oprichten, samengesteld uit meerdere personen, die al dan niet bestuurder zijn. De raad van bestuur kan tevens, in overeenstemming met artikel 522 W.Venn., in zijn midden en onder zijn aansprakelijkheid een of meerdere adviserende comités oprichten, zoals bijvoorbeeld een strategisch comité of een benoemingscomité. De raad van bestuur bepaalt de samenstelling en de bevoegdheden van deze comités, met inachtneming van de toepasselijke regelgeving.

Op heden heeft de Vennootschap geen van voornoemde comité's opgericht, aangezien zij hier enerzijds niet toe is verplicht onder de toepasselijke wettelijke drempels, en omdat dit anderzijds op heden, gelet op de complexiteit, aard en omvang van de Vennootschap en haar activiteiten, niet noodzakelijk wordt geacht (zie eveneens Hoofdstuk 6.1.1 van dit Jaarverslag).

6.1.14 BELANGENCONFLICTEN

6.1.14.1 Algemeen

De Vennootschap heeft een aantal procedures ingebouwd met het oog op het beperken van het risico van enige nadelige impact van belangenconflicten op de Vennootschap.

De wettelijke regeling inzake belangenconflicten voor bestuurders (artikel 523 van het Wetboek van vennootschappen) is in principe van toepassing op beslissingen of verrichtingen die tot de bevoegdheid van de raad van bestuur behoren in het geval een bestuurder daarbij rechtstreeks of onrechtstreeks een vermogensrechtelijk belang heeft dat strijdig is met een beslissing of een verrichting die tot de bevoegdheid behoort van de raad van bestuur.

De Vennootschap dient eveneens de procedure van artikel 524 van het Wetboek van vennootschappen na te leven indien zij een beslissing neemt of een verrichting uitvoert die verband houdt met: (i) betrekkingen van de Vennootschap met een verbonden vennootschap, met uitzondering van haar dochtervennootschappen en (ii) betrekkingen tussen een dochtervennootschap van de Vennootschap met een daarmee verbonden vennootschap, met uitzondering van dochtervennootschappen van die dochtervennootschap.

Ook de regeling van artikelen 37 en 38 van de GVV-Wet is van toepassing op de Vennootschap. Artikel 37 GVV-Wet bevat een functionele belangenconflictenregeling die inhoudt dat de openbare GVV de FSMA moet informeren telkens bepaalde met de openbare GVV verbonden personen (opgesomd in hetzelfde artikel, waaronder onder meer de bestuurders, de personen die de GVV controleren, ermee verbonden zijn of er een deelneming in bezitten, de promotor en de andere aandeelhouders van alle dochtervennootschappen van de openbare GVV) rechtstreeks of onrechtstreeks optreden als tegenpartij bij, of enig vermogensvoordeel halen uit, een verrichting met de openbare GVV of een van haar dochtervennootschappen. Verrichtingen in het kader waarvan een functioneel belangenconflict bestaat, dienen ter kennis te worden gebracht van de FSMA en dienen onmiddellijk openbaar te worden gemaakt (zonder afbreuk te doen aan de regels inzake voorwetenschap). Ze worden in het jaarlijks financieel verslag en in het verslag van de commissaris toegelicht. Deze verrichtingen dienen tevens tegen normale marktvoorwaarden te worden uitgevoerd en dienen te kaderen in de normale koers van de ondernemingsstrategie van de Vennootschap. Wanneer een dergelijke verrichting betrekking heeft op vastgoed, is de waardering van de vastgoedexpert bindend als minimumprijs (bij verkoop door de GVV) of als maximumprijs (bij aankoop door de GVV). Artikel 38 GVV-Wet voorziet in een aantal uitzonderingen waarin de bepalingen van artikel 37 van de GVV-Wet niet van toepassing zijn.

De Vennootschap legt bovendien aan elk lid van de Raad van Bestuur en van het uitvoerend management op dat hij of zij het ontstaan van belangenconflicten zoveel mogelijk moet trachten te vermijden. Bovendien hanteert de Vennootschap, op vrijwillige basis, een strengere politiek inzake belangenconflicten, met betrekking tot materies die tot de bevoegdheid van de raad van bestuur of het uitvoerend management behoren.

Aangezien de bestuurders van de Vennootschap worden benoemd op grond van hun competenties en ervaring inzake vastgoed en andere belendende expertise-domeinen, komt het voor dat zij bestuursmandaten hebben in andere vastgoedvennootschappen of in vennootschappen die vastgoedvennootschappen controleren, of dat zij als natuurlijke persoon vastgoedactiviteiten uitoefenen. Het kan voorvallen dat een verrichting die aan de raad van bestuur wordt voorgelegd (bijvoorbeeld de aankoop van een gebouw in het kader van een veiling), de belangstelling kan wekken van een andere vennootschap waarin een bestuurder een mandaat uitoefent. Voor dergelijke "corporate opportunities", die soms tot belangenconflicten kunnen leiden, heeft de Vennootschap besloten om eveneens een bijzondere procedure toe te passen die in zekere mate ontleend is aan deze die artikel 523 van het Wetboek van vennootschappen inzake belangenconflicten voorziet.

Voor een gedetailleerde beschrijving van de taken en de werking van de Raad van Bestuur wordt verwezen naar Hoofdstuk 7.1.3 van het Corporate Governance Charter van de Vennootschap.

6.1.15 SPECIFIEKE BELANGENCONFLICTEN

Hieronder worden specifieke belangenconflicten weergegeven die zich hebben voorgedaan in 2016 en die overeenkomstig het Wetboek van vennootschappen en/of de GVV-Wetgeving dienen te worden toegelicht in het Jaarverslag.

6.1.15.1 Acquisities door de Vennootschap in het kader van de samenstelling van de vastgoedportefeuille van de Vennootschap – Fusie Devimmo NV en fusie C.P.G. CVBA

Aloxe NV heeft op 23 november 2015 overeenkomsten afgesloten met Xior Student Housing NV met het oog op de overname van diverse activa en passiva, die werden aangehouden door dochtervennootschappen van Aloxe NV, zoals uitvoerig toegelicht in het IPO-Prospectus.

Ingevolge deze afspraken werden twee fusies uitgevoerd in 2016.

  • Op 1 maart 2016 werd de fusie door overneming van Devimmo NV gerealiseerd. Devimmo NV was ten tijde van de fusie een dochtervennootschap van Aloxe NV, promotor van de Vennootschap. Ingevolge deze fusie verwierf Xior een pand gelegen te Parkstraat 137 in Leuven, bestaande uit 73 units bestemd voor studentenhuisvesting alsook 30 ondergrondse parkeerplaatsen. Het onroerend goed werd gewaardeerd aan fair value en bedroeg ca. 6,9 miljoen euro. Naar aanleiding van deze fusie werden 230.657 nieuwe aandelen uitgegeven. Deze fusie heeft geleid tot een kapitaalverhoging (incl. uitgiftepremie) van 5.766.425 EUR.
  • Op 1 augustus 2016 werd de fusie door overneming van C.P.G. CVBA gerealiseerd. C.P.G. CVBA was ten tijde van de fusie een dochtervennootschap van Aloxe NV, promotor van de Vennootschap. Ingevolge deze fusie verwierf Xior het onroerend goed gelegen te Vlamingenstraat 91 / Parkstraat 11, Leuven, met in totaal 29 units bestemd voor studentenhuisvesting. Het onroerend goed werd gewaardeerd aan fair value en bedroeg ca. 2,7 miljoen euro. Naar aanleiding van deze fusie werden 73.386 nieuwe aandelen uitgegeven. Deze fusie heeft geleid tot een kapitaalverhoging (incl. uitgiftepremie) van 1.834.650 EUR.

Aangezien Aloxe NV Promotor is van de Vennootschap, kwalificeerden deze verrichtingen als een belangenconflict in de zin van artikel 37 van de GVV-Wet. In het kader van deze verrichtingen werd dan ook gepreciseerd dat deze fusies (i) overeenkomstig normale marktvoorwaarden werden uitgevoerd, (ii) ondersteund werden door een waardering uitgevoerd door de vastgoeddeskundige in overeenstemming met artikel 49 van de GVV-Wet, en (iii) gebeurden aan een prijs die niet hoger is dan de vastgestelde fair value zoals bepaald door de Vastgoeddeskundige. De verrichtingen kaderden tevens in de normale koers van de ondernemingsstrategie van de Vennootschap.

6.1.15.2 Overige vastgoedactiviteiten van de uitvoerende bestuurders en met hen verbonden vennootschappen

De heer Christian Teunissen (CEO) en de heer Frederik Snauwaert (CFO) zijn naast hun activiteiten in de Vennootschap onrechtstreeks (via participaties in andere vastgoedvennootschappen en/of als lid van een bestuursorgaan) betrokken bij andere vastgoedactiviteiten. Deze activiteiten zijn echter niet van dien aard dat zij een dagelijkse of actieve opvolging of betrokkenheid vereisen, en vormen dus geenszins een beletsel voor de operationele activiteiten van de CEO en de CFO in de Vennootschap.

Bovendien houden deze activiteiten, behoudens het verder in deze paragraaf beschreven project gelegen te Tiensestraat 274/Windmolenveldstraat 2, 3000 Leuven, geen noemenswaardige concurrerende activiteiten in ten opzichte van de studentenhuisvestingsactiviteiten van de Vennootschap. Volledigheidshalve wordt vermeld dat de heer Christian Teunissen (CEO) resp. de heer Frederik Snauwaert (CFO) elk een participatie bezitten in een respectieve vennootschap die een beperkt aantal units bestemd voor studentenhuisvesting aanhoudt, maar waarover zij geen controle uitoefenen of kunnen uitoefenen. Het betreft telkens een uitdoofscenario, waarbij beide personen geen intenties hebben om dergelijke studentenhuisvestingsactiviteiten in de toekomst uit te breiden. Bovendien zijn deze activiteiten gelet op hun beperkte omvang niet van dien aard dat zij enige significante concurrentie zouden kunnen vormen voor de studentenhuisvestingsactiviteiten van de Vennootschap.

De heer Christian Teunissen werkt momenteel aan een project voor studentenhuisvesting gelegen te Tiensestraat 274/ Windmolenveldstraat 2, 3000 Leuven. Dit project, privé eigendom van de heer Christian Teunissen, is momenteel nog niet vergund en moet nog gebouwd worden. Gelet op het vergunnings- en bouwrisico, was het niet aangewezen dit project toe te voegen aan de vastgoedportefeuille bij IPO. Het project is echter niet-concurrerend met de activiteiten van de Vennootschap, aangezien de heer Christian Teunissen zich ertoe heeft verbonden om het project bij de voorlopige oplevering te koop aan te bieden voor een bedrag gelijk aan de Reële Waarde ervan op dat moment.

6.1.16 VERKLARINGEN

De Vennootschap heeft geen enkele regeling of overeenkomst gesloten met belangrijke aandeelhouders, cliënten, leveranciers of andere personen, krachtens welk enig van de voormelde personen gekozen werd als lid van een bestuurs-, leidinggevende of toezichthoudende organen of als lid van de bedrijfsleiding.

Volledigheidshalve wordt herhaald dat Aloxe NV (of haar Opvolgers) het recht heeft (respectievelijk hebben gezamenlijk) kandidaten voor te dragen voor drie bestuursmandaten, tot de laatste der volgende gebeurtenissen zich voordoet: (i) Aloxe NV (of haar Opvolgers) houdt (respectievelijk houden gezamenlijk) minder dan 25% van het kapitaal van de Vennootschap aan, en (ii) Aloxe NV (of haar Opvolgers) is (respectievelijk zijn) niet langer promotor van de Vennootschap in de zin van de GVV-Wetgeving.

6.1.17 REMUNERATIEVERSLAG

6.1.17.1 Algemeen

Met toepassing van artikel 96, §3 van het Wetboek van vennootschappen stelt Xior een remuneratieverslag op inzake het remuneratiebeleid en de individuele remuneratie van haar bestuurders en haar uitvoerend management.

Het verslag werd opgesteld en goedgekeurd door de Raad van Bestuur van Xior, tevens handelend als het remuneratiecomité, van 31 maart 2017.

6.1.17.2 Bezoldiging van de leden van de raad van bestuur

Het bedrag van de vergoedingen van de leden van de raad van bestuur van de Vennootschap wordt voorgesteld aan de algemene vergadering door de raad van bestuur (tevens optredend als benoemings- en remuneratiecomité). Met het oog op het bepalen van de vergoedingen van de bestuurders, werd tevens overgegaan tot een beperkte benchmarking met de verloning van bestuurders van vergelijkbare beursgenoteerde vastgoedvennootschappen.

Alle leden van de raad van bestuur zijn gedekt door een polis burgerlijke aansprakelijkheid bestuurders ("D&O Insurance") waarvan de premie (27.203 euro) wordt betaald door Xior. De bestuurders genieten geen andere voordelen (bedrijfswagen, pensioen, GSM, enz.).

Het vergoedingsbeleid van de Vennootschap maakt een onderscheid tussen twee types van bestuurders: de uitvoerende bestuurder en de niet-uitvoerende, al dan niet onafhankelijke bestuurders. Aan de bestuurders wordt (in hun hoedanigheid van bestuurder) geen variabele vergoeding toegekend (voor de variabele vergoeding van de uitvoerende bestuurders in hun hoedanigheid van lid van het uitvoerend management, wordt verwezen naar Hoofdstuk 6.1.24) noch enige vergoeding in functie van een specifieke verrichting of transactie van de openbare GVV of haar dochtervennootschappen. Bijgevolg is deze vergoeding in overeenstemming met artikel 35 van de GVV-Wet.

6.1.17.3 Uitvoerende bestuurders

De bestuurders van de Vennootschap die tevens lid zijn van het uitvoerend management, ontvangen een vaste vergoeding van EUR 7.500 per jaar. Ze ontvangen geen zitpenning. Zij ontvangen als lid van het uitvoerend management tevens een managementvergoeding (zie hieronder Hoofdstuk 6.1.24 van dit Jaarverslag).

6.1.17.4 Niet-uitvoerende bestuurders

De bezoldiging van niet-uitvoerende onafhankelijke bestuurders houdt rekening met (i) hun rol als lid van de raad van bestuur (in voorkomend geval tevens optredend als benoemings-, remuneratie, en auditcomité) en de daaruit voortvloeiende verantwoordelijkheden en tijdsbesteding.

De niet-uitvoerende bestuurders ontvangen een vaste vergoeding van EUR 7.500 per jaar en een zitpenning van EUR 750 per vergadering van de raad van bestuur. Het bedrag van de zitpenningen voor de niet-uitvoerende bestuurders wordt goedgekeurd door de algemene vergadering op voorstel van de raad van bestuur van de Vennootschap (tevens optredend als benoemings- en remuneratiecomité). De niet-uitvoerende bestuurders ontvangen tevens een forfaitaire onkostenvergoeding van EUR 2.500 per jaar.

Er worden geen aanvullende vergoedingen in natura toegekend aan de niet-uitvoerende, (al dan niet onafhankelijke) bestuurders voor de duurtijd van hun mandaat. Er bestaan geen voorwaardelijke, variabele, of uitgestelde betalingen.

6.1.18 BEZOLDIGING VAN DE LEDEN VAN HET UITVOEREND MANAGEMENT

Zoals hiervoor vermeld, ontvangen de leden van het uitvoerend management die tevens lid zijn van de raad van bestuur, een vaste vergoeding van EUR 7.500 per jaar. Zij ontvangen als lid van het uitvoerend management tevens een managementvergoeding.

De vergoeding van de leden van het uitvoerend management bestaat uit een vast bedrag per maand of per jaar, dat wordt vastgelegd in een bijzondere overeenkomst goedgekeurd door de raad van bestuur van de Vennootschap (tevens optredend als benoemings- en remuneratiecomité).

De leden van het uitvoerend management hebben op 23 november 2015 elk een managementovereenkomst afgesloten met de Vennootschap.

De vaste jaarlijkse vergoeding van de CEO bedraagt EUR 252.000 (jaarlijks te indexeren) en de variabele jaarlijkse vergoeding bedraagt maximaal EUR 40.000 (jaarlijks te indexeren).

De totale vaste jaarlijkse vergoeding toegekend aan de overige twee leden van het uitvoerend management bedraagt in totaal EUR 348.000 per jaar (jaarlijks te indexeren) en de variabele jaarlijkse vergoeding bedraagt maximaal EUR 80.000 (jaarlijks te indexeren).

Jaarlijks beslist de raad van bestuur van de Vennootschap (tevens optredend als benoemings- en remuneratiecomité) over de variabele vergoeding waarop de leden van het uitvoerend management effectief recht kunnen hebben m.b.t. hun activiteiten voor het afgelopen boekjaar. De raad van bestuur legt tevens de toekomstige bedragen van de variabele vergoeding vast, alsook de prestatiecriteria waarvan deze vergoedingen afhankelijk zijn. Zo wordt de variabele vergoeding gekoppeld aan onder meer de prestaties van het bedrijf en de individuele prestaties, waarbij in het bijzonder rekening zal worden gehouden met de bezettingsgraad en de groei van de portefeuille. Indien er wordt voorgesteld om een systeem op te zetten op basis waarvan de leden van het uitvoerend management worden vergoed in de vorm van aandelen, aandelenopties of elk ander recht om aandelen te verwerven, dient dit systeem vooraf goedgekeurd te worden door de aandeelhouders van de Vennootschap. De criteria voor de toekenning van de variabele vergoeding aan de uitvoerende bestuurders dat van de resultaten afhangen, hebben uitsluitend betrekking op het geconsolideerde nettoresultaat van de openbare GVV, met uitsluiting van alle schommelingen van de reële waarde van de activa en de afdekkingsinstrumenten. Er wordt geen vergoeding toegekend in functie van een specifieke verrichting of transactie van de openbare GVV of haar dochtervennootschappen. Bijgevolg is deze vergoeding in overeenstemming met artikel 35 van de GVV-Wet.

Rekening houdende met de opstartfase van de Vennootschap als OGVV, is geen variabele vergoeding verschuldigd aan het uitvoerend management over het boekjaar 2016.

Er worden geen andere aanvullende vergoedingen toegekend aan de leden van het uitvoerend management. Er bestaan geen voorwaardelijke, andere variabele, of uitgestelde betalingen.

In het kader van een vervroegde beëindiging van de voormelde managementovereenkomsten met een huidig lid van het uitvoerend management, werd bepaald dat de vertrekvergoeding niet meer mag bedragen dan de op het ogenblik van beëindiging geldende vergoeding voor drie maanden (vaste vergoeding en het pro rata bedrag van de variabele vergoeding, op basis van de variabele vergoeding die effectief werd toegekend over het voorgaande boekjaar), vermeerderd met 1 maand per begonnen jaar, met een maximum van 12 maanden.

Er is niet voorzien in een terugvorderingsrecht ten gunste van de Vennootschap van variabele vergoeding die wordt toegekend op basis van onjuiste financiële gegevens.

De overeenkomsten met het uitvoerend management werden afgesloten tegen marktconforme voorwaarden. Met het oog op het bepalen van de vergoedingen van het uitvoerend management, werd tevens overgegaan tot een beperkte benchmarking met vergelijkbare beursgenoteerde vastgoedvennootschappen.

Voor het overige heeft de Vennootschap geen andere overeenkomsten afgesloten met de overige leden van haar bestuurs-, leidinggevende-, en toezichtsorganen.

6.1.19 OVERZICHT BEZOLDIGING LEDEN VAN DE RAAD VAN BESTUUR EN UITVOEREND MANAGEMENT 2016

Raad van Bestuur Vaste
vergoeding
Zitpenning Onkosten
vergoeding
Totaal
Leen Van den Neste EUR 7.500 EUR 6.750 EUR 2.500 EUR 16.750
Joost Uwents EUR 7.500 EUR 6.750 EUR 2.500 EUR 16.750
Wilfried Neven EUR 7.500 EUR 6.750 EUR 2.500 EUR 16.750
Wouter De Maeseneire EUR 7.500 EUR 6.000 EUR 2.500 EUR 16.000
Christian Teunissen EUR 7.500 - - EUR 7.500
Frederik Snauwaert EUR 7.500 - - EUR 7.500
Totaal EUR 45.000 EUR 26.250 EUR 10.000 EUR 81.250
Uitvoerend management Vaste
vergoeding
Variabele
vergoeding1
Totaal
CEO EUR 252.000 - EUR 252.000
CFO & CIO EUR 348.000 - EUR 348.000
Totaal EUR 600.000 - EUR 600.000

1 Rekening houdende met de opstartfase van de Vennootschap als OGVV, is geen variabele vergoeding verschuldigd aan het uitvoerend management over het boekjaar 2016.

De verloning van het uitvoerend management wordt jaarlijks geïndexeerd.

6.2 AANDELENOPTIES

De Vennootschap heeft geen aandelenoptieplannen, aandelenaankoopplannen of werknemersparticipatieovereenkomsten afgesloten, ingevolge waarvan de leden van de bestuurs-, leidinggevende of toezichthoudende organen en de bedrijfsleiding aandelen zouden kunnen verwerven in de Vennootschap.

6.3 INFORMATIE KRACHTENS ARTIKEL 34 VAN HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 14 NOVEMBER 2007

6.3.1 KAPITAALSTRUCTUUR

Per 31 december 2016, bedroeg het kapitaal van de Vennootschap € 94.869.018,00 verdeeld in 5.270.501 aandelen, zonder nominale waarde, die elk 1/5.270.501ste deel van het kapitaal vertegenwoordigen. Het kapitaal van de Vennootschap bedraagt per 17 januari 2017 € 97.538.994,00 verdeeld in 5.418.833 aandelen, zonder nominale waarde, die elk 1/5.418.833ste deel van het kapitaal vertegenwoordigen (ingevolge de kapitaalverhoging door inbreng in natura van 17 januari 2017 – Zie Hoofdstuk 5.5.2 van dit Jaarverslag).

Er zijn geen bevoorrechte aandelen. Elk van deze aandelen geeft recht op één stem op de Algemene Vergadering. In geval van een kapitaalverhoging in de Vennootschap genieten de bestaande aandeelhouders van een voorkeurrecht (zie eveneens Hoofdstuk 10.9.18 van dit Jaarverslag).

Onverminderd hetgeen volgt, zijn geen speciale controlerechten toegekend aan bepaalde categorieën van aandeelhouders. De Promotor van de Vennootschap heeft het recht kandidaten voor te dragen voor drie bestuursmandaten, tot de laatste der volgende gebeurtenissen zich voordoet: (i) Aloxe NV (of haar Opvolgers) houdt (respectievelijk houden gezamenlijk) minder dan 25% van het kapitaal van de Vennootschap aan, en (ii) Aloxe NV (of haar Opvolgers) is (respectievelijk zijn) niet langer promotor van de Vennootschap in de zin van de GVV-Wetgeving.

Er is geen wettelijke of statutaire beperking van het stemrecht. De statuten van Xior bevatten geen bepaling die de vrije overdraagbaarheid van de aandelen beperkt. In het kader van de IPO is Aloxe NV, Promotor van de Vennootschap, lockupverbintenissen aangegeaan, waarbij zij zich ertoe heeft verbonden om de aandelen in de Vennootschap die zij aanhield op datum van voltooiing van het aanbod, niet te verkopen gedurende een periode van 365 kalenderdagen na datum van voltooiing van het aanbod. Bovendien werden door bepaalde personen in het kader van de IPO van de Vennootschap op 11 december 2015, bepaalde lock-up verbintenissen aangegaan gedurende een periode van 365 kalenderdagen na afsluiting van het aanbod. Op voormelde lock-up regelingen werden een aantal gebruikelijke uitzonderingen voorzien. De oornoemde lock-up regelingen zijn inmiddels afgelopen.

De Vennootschap is niet op de hoogte van het bestaan van enige aandeelhoudersovereenkomst tussen de bestaande aandeelhouders met betrekking tot de Vennootschap.

6.3.2 BESLISSINGSORGANEN

De regels die gelden bij de benoeming of de vervanging van de leden van de Raad van Bestuur en die op de wijziging van de statuten van Xior van toepassing zijn, zijn deze die zijn opgenomen in de geldende wetgeving – in het bijzonder het Wetboek van Vennootschappen en de GVV-Wetgeving – en in de statuten van de Vennootschap (zie eveneens Hoofdstuk 6.1.10 van dit Jaarverslag, alsook de Statuten die opgenomen zijn in dit Jaarverslag onder Hoofdstuk 12.5).

6.3.3 TOEGESTAAN KAPITAAL

Bij de buitengewone algemene vergadering van 23 november 2015 werd de Raad van Bestuur gemachtigd om het maatschappelijk kapitaal in één of meerdere malen te verhogen met een maximum bedrag van EUR 83.282.040 (zie eveneens Hoofdstuk 10.9.18 van dit Jaarverslag en artikel 7 van de Statuten die opgenomen zijn in dit Jaarverslag onder Hoofdstuk 12.5).

Per 31 december 2016 had de Raad van Bestuur reeds eenmaal gebruik gemaakt van de haar verleende machtiging om het kapitaal te verhogen, ten belope van een bedrag van EUR 6.114.204,00. De kapitaalverhoging van 17 januari 2017 mede in acht genomen, bedraagt het beschikbare saldo van het toegestaan kapitaal nog EUR 74.497.860,00.

6.3.4 INKOOP AANDELEN

De Vennootschap kan haar eigen aandelen verwerven of kan ze in pand nemen in overeenstemming met de voorwaarden voorzien in het Wetboek van vennootschappen (cf. artikel 620, §1, 1 tot 5 W. Venn.). Ingevolge de beslissing van de algemene vergadering van aandeelhouders van 23 november 2015, is het de raad van bestuur toegestaan eigen aandelen te verwerven overeenkomstig de modaliteiten voorzien in de statuten (zie artikel 10 van de Statuten die opgenomen zijn in dit Jaarverslag onder Hoofdstuk 12.5). Deze toelating is verleend voor een periode van vijf jaar te rekenen vanaf 23 november 2015.

Artikel 10 van de statuten van de Vennootschap voorziet eveneens in de mogelijkheid voor de raad van bestuur om over te gaan tot de verwerving en vervreemding van haar eigen aandelen wanneer de verkrijging respectievelijk vervreemding noodzakelijk is ter voorkoming van een dreigend ernstig nadeel voor de Vennootschap, onderhevig aan de voorwaarden opgenomen in artikel 620 en volgende van het Wetboek van vennootschappen. Deze machtiging werd door de algemene vergadering van de Vennootschap van 23 november 2015 toegekend voor een periode van drie jaar te rekenen vanaf de publicatie van deze machtiging in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad.

De Vennootschap bezit geen eigen aandelen.

6.3.5 CONTRACTUELE BEPALINGEN

De voorwaarden waaronder de financiële instellingen aan Xior financiering verschaft hebben, vereisen het behoud van het statuut van openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap. De algemene voorwaarden waaronder deze financieringen toegekend zijn, bevatten een beding van vervroegde opeisbaarheid naar discretie van de bankinstellingen bij controlewijziging.

Het aandeel Xior 07

7.1 HET AANDEEL OP EURONEXT BRUSSELS

7.1.1 HET AANDEEL OP EURONEXT BRUSSELS

Het aandeel Xior (ISIN code BE0974288202) is sinds 11 december 2015 genoteerd op de gereglementeerde markt van Euronext Brussels. Xior is opgenomen in de Bell Small index.

Op de laatste handelsdag van 2016 (30 december 2016) bedroeg de slotkoers EUR 35,67, wat een premie vertegenwoordigt van 42,9% ten opzichte van de netto waarde per aandeel per 31 december 2016 (cfr. GVV-KB), die EUR 24,9725 per aandeel bedroeg. De marktkapitalisatie van Xior op Euronext Brussels steeg in 2016 tot ca. 190 miljoen euro.

Koersevolutie aandeel Xior (in EUR) vs. intrinsieke waarde

De beurskoers van het aandeel Xior steeg in het eerste jaar als genoteerde vennootschap van EUR 26,70 op 31 december 2015 naar EUR 35,67 op het einde van 2016. Het aandeel kon mee profiteren van het stijgende vertrouwen van de beleggers in de beurzen, gedreven door tekenen van economisch herstel en een aanhoudende lage rente, alsook het vertrouwen in de niche-markt van het studentenvastgoed. Het gemiddeld dagelijks volume bedroeg 4.849 aandelen. De velociteit – het verhandeld aantal aandelen per jaar, gedeeld door het totaal aantal aandelen op het einde van het jaar bedroeg 23,65%.

Gegevens per aandeel 31/12/2016 30/06/2016 31/12/2015
Aantal uitgegeven aandelen1 5.270.501 4.857.437 4.626.780
Gewogen gemiddelde aantal aandelen 4.926.405 4.781.396 4.626.780
Marktkapitalisatie (in euro) 187.998.771 168.310.192 123.535.026
Free float 71% 71,76% 75,33%
Beurskoers (slotkoers) over betrokken periode (in euro)
Hoogste 37,19 36,80 26,81
Laagste 26,76 26,76 25,75
Gemiddelde 33,22 31,22 26,50
Bij afsluiting boekjaar 35,67 34,65 26,70
Volume (in aantal aandelen)
Verhandeld aantal aandelen 1.246.297 702.070 313.862
Gemiddeld dagvolume 4.849 5.528 22.419
Velociteit 23,65% 14,45% 6,78%
NAV (IFRS) (in euro) 24,97 23,71 23,42
EPRA NAV
(in euro)2
25,33 24,16 23,42
Uitkeringspercentage 98,3% N/A N/A
EPRA winst
/aandeel3
(in euro)
1,17 0,27 N/A
Brutodividend/aandeel (in euro)3 1,15 N/A N/A
Nettodividend4
/aandeel (in euro)3
0,805 N/A N/A
Brutodividendrendement5 3,33% N/A N/A
Nettodividendrendement6 2,33% N/A N/A

1 Ingevolge de inbreng in natura in het kader van het toegestaan kapitaal op 17 januari 2017 bedraagt het maatschappelijk kapitaal van Xior Student Housing NV EUR 97.538.994,00, vertegenwoordigd door 5.418.833 volledig volgestorte aandelen.

2 Op basis van het totaal aantal uitstaande aandelen. - Voor de definities, het gebruik en de reconciliatietabellen van de APM's wordt verwezen naar Hoofdstuk 10.8 van dit Jaarverslag. Alle APM's worden aangeduid met een .

Op basis van het gewogen gemiddeld aantal aandelen, i.e. 4.926.405 aandelen.

4 Rekening houdend met een Roerende Voorheffing van 30%.

Berekend als bruto dividend gedeeld door (slotkoers - bruto dividend).

6 Berekend als (bruto dividend - 30% roerende voorheffing) gedeeld door (slotkoers - bruto dividend). Xior zal zich blijven inspannen om regelmatig deel te nemen aan roadshows en events voor zowel institutionele als particuliere beleggers, om zo de beleggers op een transparante manier te blijven informeren en de investeerdersbasis verder te verbreden.

Markt: Euronext Brussels Symbool: XIOR ISIN code: BE0974288202 Notering: continu Liquidity provider: Degroof Petercam

7.1.2 AANDEELHOUDERSSCHAP

Voor een overzicht van de aandeelhoudersstructuur van Xior wordt verwezen naar Hoofdstuk 6.1.9 van dit Jaarverslag.

7.1.3 FINANCIËLE KALENDER

Datum Item
12 oktober 2016 Ex date coupon n° 1
13 oktober 2016 Record date coupon n° 1
18 januari 2016 Ex date coupon n° 2
19 januari 2016 Record date coupon n° 2
4 mei 2017 Uiterste datum registratie aandelen deelname Jaarvergadering
12 mei 2017 Uiterste datum bevestiging deelname Jaarvergadering (bankattest / volmacht)
5 mei 2017 Bekendmaking resultaten 1e
kwartaal 2017
18 mei 2017 Jaarvergadering voor aandeelhouders
19 mei 2017 Payment date dividend 2016
24 augustus 2017 Bekendmaking halfjaarresultaten 2017 en publicatie van het Halfjaarlijks Financieel
Verslag 2017
10 november 2017 Bekendmaking resultaten 3e
kwartaal 2017

Voor mogelijke wijzigingen wordt verwezen naar de financiële agenda op de website www.xior.be.

7.1.4 DIVIDENDBELEID

Overeenkomstig de GVV-Wetgeving dient de Vennootschap in haar hoedanigheid van openbare GVV ieder jaar een minimum bedrag uit te keren als vergoeding van het kapitaal. Ten minste 80% van het gecorrigeerd nettoresultaat (in de zin van artikel 13 van het GVV-KB), verminderd met de netto-daling van de schuldenlanst van de Vennootschap in de loop van het boekjaar, moet worden uitgekeerd als vergoeding van het kapitaal.

Deze verplichting tot uitkering is aan twee grenzen onderworpen. Enerzijds mag dit niet leiden tot een uitkering van een bedrag dat niet zou mogen worden uitgekeerd overeenkomstig artikel 617 van het Wetboek van vennootschappen en anderzijds is zulke uitkering niet mogelijk indien de Schuldgraad (enkelvoudig en geconsolideerd) na uitkering boven de grens van 65% van de enkelvoudige resp. geconsolideerde activa zou uitstijgen.

Voor het boekjaar 2016 stelt de vennootschap een bruto-divivend van 1,15 EUR per aandeel voor, onder voorbehoud van goedkeuring door de algemene vergadering van de Vennootschap. Op grond van de artikelen 171, 3° io. 269 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen, is de roerende voorheffing op de dividenden die uitgekeerd worden door een openbare GVV (zoals Xior), met ingang van 1 januari 2017, principieel gelijk aan 30% (cf. artikelen 171, 3° io. 269, §1, 1° van het Wetboek van de inkomstenbelastingen).

Onder voorbehoud van de beschikbaarheid van uitkeerbare reserves, heeft de Vennootschap de intentie om vanaf het boekjaar 2017 jaarlijks het dividend te laten groeien.

7.1.5 VOORUITZICHTEN - WINSTPROGNOSE

7.1.5.1 Algemeen

De hieronder beschreven vooruitzichten bevatten de verwachtingen voor het boekjaar 2017, met betrekking tot de geconsolideerde EPRA winst en de geconsolideerde balans van Xior Student Housing NV.

Deze vooruitzichten werden opgemaakt op basis van de informatie beschikbaar op 31 december 2016 en houden tevens rekening met de feiten na balansdatum26.

De prognoses met betrekking tot de geconsolideerde EPRA winst zijn voorspellingen waarvan de effectieve realisatie afhangt van de evolutie van de economie, de financiële markten en de vastgoedmarkten. Deze vooruitziende informatie, voorspellingen, opinies en ramingen gemaakt door Xior, met betrekking tot de momenteel verwachte toekomstige prestatie van Xior en van de markt waarin Xior actief is, vormen geen verbintenis voor de Vennootschap. Door hun aard impliceren vooruitziende verklaringen inherente risico's, onzekerheden en veronderstellingen, zowel algemeen als specifiek, en het risico bestaat dat de vooruitziende verklaringen niet zullen bereikt worden.

De belangrijkste economische trends die de vooruitzichten van de Vennootschap kunnen beïnvloeden, zijn:

  • De evolutie van de vastgoedmarkt in België, in het bijzonder de markt van studentenhuisvesting.
  • De toekomstige vraag naar studentenkamers, die onder meer beïnvloed wordt door het aantal 18 tot 25-jarigen, het aantal inschrijvingen in het hoger onderwijs, de verdere democratisering van het hoger onderwijs, de kwaliteit van het onderwijs, het aantal buitenlandse studenten, het inschrijvingsgeld, de afweging van op een studentenkamer dan wel thuis te studeren. Deze evolutie zou een impact kunnen hebben op de huuropbrengsten of op de waardering van de portefeuille zoals bepaald door de Vastgoeddeskundige.
  • De regionale wetgeving die onder meer een aantal veiligheids-, gezondheids- en woonkwaliteitsnormen oplegt.
  • De evolutie van de intrestvoeten en de marges van de banken.

7.1.5.2 Hypothesen

Gehanteerde boekhoudmethoden

De gebruikte boekhoudkundige basis voor deze vooruitzichten is conform de door Xior gehanteerde boekhoudkundige methoden, in het kader van de voorbereiding van haar geconsolideerde rekeningen per 31 december 2016 conform IFRS zoals door de Europese Unie toegepast en geïmplementeerd door het GVV-KB.

Hypothesen met betrekking tot elementen die Xior niet rechtstreeks kan beïnvloeden

  • Bij de evolutie van de huuropbrengsten werd geen rekening gehouden met inflatie.
  • De te betalen interestvoeten voor externe financiering (inclusief bancaire marge) werden verondersteld onveranderd te blijven op een gemiddelde interestvoet van 1,75% per jaar.
  • De onroerende voorheffing wordt bepaald op basis van historische cijfers (indien beschikbaar) of inschattingen van het management in functie van vergelijkbare gebouwen. De onroerende voorheffing kan beïnvloed worden door wijzigingen in wetgeving. Onroerende voorheffing voor winkelruimtes wordt integraal aan de huurder doorgerekend in tegenstelling tot onroerende voorheffing voor studentenhuisvesting dewelke niet kan worden doorgerekend aan de huurders en volledig ten laste komt van het resultaat van de GVV.
  • De noteringskosten (zoals de zgn. "abonnementstaks", vergoeding Euronext Brussels NV, kosten FSMA, enz.) worden geschat op basis van de gangbare markttarieven, die de GVV niet controleert;
  • Hoewel reeds een bedrag werd ingecalculeerd in de winstprognose om tegemoet te komen aan de verwachte onderhouds- en vernieuwingskosten van de gebouwen, bestaat er een kans dat zich onverwachte onderhouds- en vernieuwingskosten voordoen.
  • Indien een belangrijk aantal huurders hun huurgelden niet betalen of indien de beoogde bezettingsgraad niet gehaald wordt, kan dit een impact hebben op het netto-huurresultaat.
  • De financiële indekkingsinstrumenten (IRS'en) worden conform IFRS (IAS 39) gewaardeerd tegen marktwaarde. Gezien de volatiliteit op de internationale financiële markten, werd geen rekening gehouden met de variaties van deze marktwaarden. Deze variaties zijn tevens niet relevant voor de vooruitzichten in verband met de EPRA winst , waarop de dividenduitkering is gebaseerd.
  • In lijn met IFRS worden de vastgoedbeleggingen (IAS 40) gewaardeerd aan Reële Waarde. Er worden echter geen voorspellingen gedaan wat de variaties in de reële waarde van de vastgoedbeleggingen betreft, aangezien dit onbetrouwbaar zou zijn en onderhevig is aan een aantal externe factoren waarop de Vennootschap geen invloed heeft. Deze variaties zijn tevens niet relevant voor de vooruitzichten in verband met de EPRA winst , waarop de dividenduitkering is gebaseerd; en
  • Tevens kunnen de vooruitzichten beïnvloed worden door de markt-, operationele, financiële en reglementaire risico's zoals beschreven in Hoofdstuk 1 van dit Jaarverslag.

Hypothesen met betrekking tot elementen die Xior rechtstreeks kan beïnvloeden

Nettohuurresultaat:

  • Dit resultaat werd geraamd op basis van de huidige contracten.
  • Voor panden waarvoor de Vennootschap een huurgarantie heeft ontvangen bij acquisitie werd deze in rekening genomen voor de bepaling van het resultaat.

Andere operationele kosten en opbrengsten:

• Deze post bevat de opbrengsten m.b.t. het beheer van panden voor derden.

Vastgoedkosten:

• Deze kosten bevatten vooral de kosten voor onderhoud en herstellingen, verzekeringen, belastingen, publiciteit, beheer van het vastgoed, kosten vastgoeddeskundigen en kosten onroerdende voorheffing dewelke niet kan doorgerekend worden aan de studenten. Deze werden voor 2017 geraamd op basis van de huidige portefeuille en de verwachte investeringen.

Algemene kosten:

  • Deze kosten omvatten de interne werkingskosten van de Vennootschap, zijnde de vergoedingen van het management, bestuurdersvergoedingen, kosten van administratief personeel, kosten aansprakelijkheidsverzekeringen, kantoorkosten, afschrijvingen en inrichtingskosten. Hiertoe behoren ook de contractuele huurgelden verschuldigd voor de maatschappelijke zetel in Antwerpen;
  • Hierin zijn ook de geraamde kosten voor externe adviseurs, advocaten, fiscale experts, boekhoud- en IT kosten en de vergoeding voor de commissaris opgenomen;
  • Als beursgenoteerde vennootschap bestaan de overheadkosten eveneens uit de jaarlijkse taksen op de GVV, vergoedingen verschuldigd aan de financiële agent en de liquiditeitsverstrekker, vergoedingen voor de notering op Euronext, kosten inzake prudentieel toezicht op GVV's, budget voor financiële communicatie.

Interestlasten:

• Wat de inschatting van de interestlasten betreft, wordt uitgegaan van de evolutie van de financiële schulden, startend vanaf de actuele situatie op 31 december 2016 en met een raming van de bijkomende schulden voor de financiering van het in uitvoering zijnde investeringsprogramma in 2017.

Belastingen:

• Deze bevatten de jaarlijks verschuldigde vennootschapsbelasting. De belastbare basis in België is quasi nihil gezien de fiscale transparantie die de Vennootschap geniet. De verschuldigde vennootschapsbelasting heeft voornamelijk betrekking op de taksatie van de inkomsten van de Nederlandse vaste inrichting.

7.1.5.3 Prognose van de geconsolideerde resultaten en dividendverwachtingen

Op basis van de huidige vooruitzichten en bovenstaande hypothesen, stelt de Vennootschap voor boekjaar 2017 een EPRA winst voorop van 1,40 euro per aandeel met een bruto-dividend van 1,20 euro per aandeel, steeds onder voorbehoud van goedkeuring door de algemene vergadering.

7.1.5.4 Verslag van de Commissaris m.b.t. de winstprognose

Assurance verslag van de commissaris over de analyse van toekomstgerichte financiële informatie die werd opgenomen in het registratiedocument

Op uw verzoek en in toepassing van artikel 13.2 van Bijlage I bij de EG Verordening nr. 809/2004 hebben wij onderhavig verslag opgesteld over de toekomstgerichte financiële informatie van de vennootschap Xior Student Housing NV ("de Vennootschap"), opgenomen in hoofdstuk 7, paragraaf 7.1.5 van haar Jaarlijks financieel verslag 2016 van de groep, (het jaarlijks financieel verslag 2016) (hierna "het Registratiedocument").

Verantwoordelijkheden van de Raad van Bestuur

In toepassing van de beschikkingen van EG Verordening nr. 809/2004 is de Raad van Bestuur van de Vennootschap verantwoordelijk voor het opstellen van de toekomstgerichte financiële informatie en voor het bepalen van de ramingen en onderliggende relevante veronderstellingen waarop deze toekomstgerichte financiële informatie gebaseerd is. Voornoemde toekomstgerichte financiële informatie evenals de bepalingen en veronderstellingen werden opgenomen in hoofdstuk 7, paragrafen 7.1.5 van het Registratiedocument (de "Criteria").

Verantwoordelijkheden van de Commissaris

De Commissaris is verantwoordelijk voor het uitdrukken van een oordeel of de toekomstgerichte financiële informatie in alle van materieel belang zijnde opzichten, op basis van de geschikte Criteria door de Raad van Bestuur is samengesteld.

Voor de projectie mbt het boekjaar eindigend per 31 december 2017 hebben wij daartoe de toekomstgerichte financiële informatie van de Vennootschap, evenals de ramingen en onderliggende relevante veronderstellingen waarop deze toekomstgerichte financiële informatie gebaseerd is, zoals opgenomen in het Registratiedocument, onderzocht.

Wij hebben onze opdracht uitgevoerd in overeenstemming met de "Internationale Standaard voor Assurance Opdrachten zoals van toepassing bij de analyse van toekomstgerichte financiële informatie" (ISAE 3400). De bedoeling van dergelijke opdracht is het verkrijgen van een beperkte mate van zekerheid dat het assurancerisico tot een in de omstandigheden aanvaardbaar niveau wordt verlaagd om als basis te dienen voor een conclusie, uitgedrukt in de negatieve vorm, over de toekomstgerichte informatie, en meer bepaald of er iets onder onze aandacht is gekomen dat ons ertoe brengt van mening te zijn dat de toekomstgerichte financiële informatie in alle van materieel belang zijnde opzichten niet is samengesteld in overeenstemming met de geschikte Criteria zoals opgenomen in paragrafen 7.1.5 van het Registratiedocument.

Voor wat betreft de toekomstgerichte informatie hebben we werkzaamheden uitgevoerd met als doel voldoende geschikte informatie te verkrijgen om te bepalen of de veronderstelling niet onredelijk is, gebruik makend van geschikte boekhoudprincipes.

Conclusie

Op basis van ons onderzoek is er niets onder onze aandacht gekomen dat ons ertoe zou brengen van mening te zijn dat de ramingen en onderliggende relevante veronderstellingen geen redelijke basis vormen voor de opstelling van de toekomstgerichte financiële informatie.

Verder zijn we van mening dat de toekomstgerichte financiële informatie op adequate wijze opgesteld is op basis van de ramingen en onderliggende relevante veronderstellingen, in overeenstemming met de beschikkingen van EG Verordening nr. 809/2004 en gebruik makend van geschikte boekhoudprincipes.

De werkelijkheid zal hoogstwaarschijnlijk afwijken van de voorspellingen, aangezien geanticipeerde feiten gewoonlijk niet plaatsvinden zoals verwacht en de afwijking van materieel belang zou kunnen zijn.

Omwille van het feit dat de hierboven beschreven werkzaamheden noch een controle, noch een beoordeling uitmaken overeenkomstig de Internationale Controlestandaarden dan wel de Internationale Standaarden voor Beoordelingsopdrachten, brengen wij geen enkele mate van zekerheid tot uitdrukking over de toekomstgerichte financiële informatie. Mochten we bijkomende werkzaamheden hebben uitgevoerd dan waren mogelijks andere aangelegenheden onder onze aandacht gekomen waarop wij uw aandacht zouden hebben gevestigd.

Dit verslag werd opgesteld en toegevoegd aan het Registratiedocument in toepassing van en conform artikel 13.2. van Bijlage I aan de EG Verordening nr. 809/2004 en mag voor geen enkel ander doel worden gebruikt. Het verslag dient noodzakelijk samen gelezen te worden met het Registratiedocument.

Sint-Stevens-Woluwe, 31 maart 2017

PwC Bedrijfsrevisoren bcvba Commissaris van Xior Student Housing NV Vertegenwoordigd door

Damien Walgrave Bedrijfsrevisor

Vastgoedverslag 08

8.1 VASTGOEDMARKT

De Vennootschap houdt hoofdzakelijk vastgoed bestemd voor studentenhuisvesting aan, in België en Nederland.

De volgende paragrafen beschrijven de algemene stand van zaken in de onderliggende Belgische resp. Nederlandse vastgoedmarkt voor studentenhuisvesting, op basis van informatie die de Vennootschap bekomen heeft van CBRE België (Avenue Lloyd George 7, 1000 Brussel). CBRE heeft ermee ingestemd dat deze informatie wordt opgenomen in het Jaarverslag. Potentiële investeerders die meer inlichtingen wensen over de situatie van de Belgische en Nederlandse vastgoedmarkt en de evolutie ervan worden verzocht zich te informeren bij vastgoedconsulenten en andere specialisten.

STUDENTENHUISVESTING IN BELGIE & NEDERLAND

Studentenhuisvesting staat hoog op de agenda van zowel stad als universiteit. En ook de professionele vastgoedsector is in stijgende mate aanwezig in het marktsegment, vaak in de eerste plaats als ontwikkelaar onder de vorm van publiek-private samenwerkingen. Maar ook het aantal professionele investeerders neemt gestaag toe.

Deze studie d.d. 6 maart 2017 werd uitgevoerd door het research departement van CBRE België. Het betreft een studie over een erg gefragmenteerde en weinig transparante markt, zijnde de markt voor studentenhuisvesting in België. Ook de regionalisering van het Belgische onderwijs maakt het moeilijk om gedetailleerde informatie terug te vinden over beide landsgedeelten. CBRE heeft in deze studie getracht om meer duidelijkheid te brengen over de huidige situatie van de markt van studentenhuisvesting, door het consulteren en samenbrengen van vele en diverse bronnen en studies. CBRE België bevestigt dat de informatie in deze studie verkregen werd van bronnen, waarvan vermoed wordt dat ze betrouwenswaardig zijn. Dit geldt ook voor de parameters die gebruikt worden om mogelijke projecties te doen. Wij hebben geen reden om de nauwkeurigheid van deze bronnen te betwijfelen, maar wensen deze nauwkeurigheid niet te verzekeren in hun plaats. Het is de verantwoordelijkheid van de lezer om zelf de nauwkeurigheid en volledigheid van deze bronnen te bepalen. CBRE wenst op geen enkele wijze de verantwoordelijkheid te dragen over mogelijke investeringen of investeringsbeslissingen, die gedaan worden op basis van deze louter informatieve studie aangaande de Belgische vastgoedmarkt voor studentenhuisvesting.

BELGIË

Huidige situatie

De studentenhuisvesting is sterk gefragmenteerd, met tal van private eigenaars die studentenkamers verhuren. Ook behuizen studenten vaak studio's, appartementen of huizen in de reguliere woningmarkt. Studentenkamers zijn vaak duur of verouderd, en in de meeste steden heerst er schaarste aan goede betaalbare en kwalitatieve studentenkamers. Huisvesting bepaalt in belangrijke mate de populariteit van een studentenstad.

Cijfers per stad

Stad Aantal studenten
(2014-2015)
Geschat aantal
studentenkamers
Gemiddelde
huurprijs
voor een kot
Brussel 86.000* 13.000 € 297,3/maand
Gent 66.419 30.000 € 354/maand
Leuven 41.946 36.707 € 355,25/maand
Antwerpen 40.809 9.000 € 335/maand
Mechelen 6.328 500 -
Luik 38.168* 8.391 -
Bergen 14.312* 1.667 -
Namen 13.023* 2.777 -
Louvain-la-Neuve 22.308* 7.754 -

bron: diverse bronnen, zie documentatie

Veel nieuwe ontwikkelingen

Een sterke ontwikkelingsgolf van nieuwe grote studentencomplexen heeft die schaarste enigszins weggewerkt. In de periode 2014-2016 werden naar schatting 5.351 nieuwe studentenkamers opgeleverd, met een record van 2.267 kamers in 2016. Brussel, Gent en Leuven kenden de laatste jaren de grootste ontwikkelingsgolf.

De toevloed aan nieuwe kamers lijkt de komende jaren danig te verminderen. Voor de periode 2017-2019 worden nog 2.337 studentenkamers verwacht, met opvallend minder projecten in Leuven, Gent en Antwerpen. Voornamelijk in Brussel blijft men bouwen, bijvoorbeeld op en rond de terreinen van de VUB en ULB.

Ontwikkeling van studentenkamers in België

bron: cbre

Stad en universiteit

De recente toevloed aan grote nieuwe studentencomplexen is een opzettelijke strategie van de steden en onderwijsinstellingen, in samenwerking met grote ontwikkelaars en institutionele investeerders.

Studenten moeten kunnen beschikken over goede en kwalitatieve studentenkamers en studentencomplexen, en steden nemen daartoe de nodige maatregelen. In de meeste steden worden tevens maatregelen genomen om studenten uit de reguliere woningmarkt te weren, net om stadswoningen voor jonge gezinnen betaalbaar te houden. Steden gaan over tot strengere stedenbouwkundige eisen voor studentenkoten en ontmoedigen verhuurde woonplaatsen zonder domiciliëring door extra fiscale lasten als tweede verblijven. De kwaliteit en veiligheid van studentenkoten is prioritair, en wordt in stijgende mate gecontroleerd (bijvoorbeeld op brandveiligheid). Meerdere steden overwegen de invoering van een conformiteitsattest voor studentenkamers. Dit is reeds zo voor Brussel en Wallonië, en Gent zal dit invoeren vanaf 2019.

Ook de universiteiten eisen een kwalitatief aanbod aan studentenkamers, een beter beheer en onderhoud, en betaalbare huurprijzen. Ze gaan vlot over tot publiek-private samenwerkingsovereenkomsten met de professionele vastgoedsector om het aanbod aan studentenkamers in hun stad te verhogen.

Leegstand & bouwstop

De ontwikkelingsgolf aan nieuwe studentenkamers heeft zijn doel niet gemist, en heeft hier en daar tot een overaanbod geleid. Aangezien studenten voornamelijk uitkijken naar nieuwbouw en kwalitatief hoogstaande kamers, kan verwacht worden dat de oudere slecht onderhouden studentenkamers op termijn verdwijnen. Dat is althans de bedoeling en wordt in diverse steden in de hand gewerkt met strenge kwalitatieve controles (op bijvoorbeeld brandbeveiliging) en de invoering van conformiteitsattesten.

In Antwerpen werd de laatste jaren fors geïnvesteerd in nieuwe koten, wat ondertussen leidde tot een lokaal overaanbod. De leegstand zou 25 tot 30% van de markt bedragen, en voornamelijk de oudere studentenkoten treffen. De leegstand onder de nieuwe studentenkamers ligt gevoelig lager. Desalniettemin werd beslist tot een bouwstop van studentenkamers in de universiteitswijk, in het centrum van Antwerpen. Ook buiten deze zone worden ontwikkelaars aangemoedigd om nieuwe studentenkamers onder te brengen in gemengde projecten met ook nog andere functies, zoals wonen en werken.

Voor Kortrijk geldt eveneens een bouwstop voor studentenkamers. Ook Leuven telt ondertussen voldoende studentenkamers, met jaarlijks een 1.000-tal niet verhuurde koten. In Gent en Brussel bestaat nog steeds een tekort aan studentenkamers.

Huurprijzen

Het sterk gestegen aanbod aan studentenkamers heeft geleid tot een stabilisatie van de huurprijzen in Antwerpen, Leuven en Kortrijk. In Gent, Hasselt en Brussel worden lichte prijsstijgingen genoteerd.

In Antwerpen, kost een kot gemiddeld 335 euro. Een studio kost zo'n 410 en een appartement 525 euro. Een studentenkamer op de VUB-campus - een kamer met gemeenschappelijke badkamer, keuken en leefruimte - huur je in het academiejaar 2016-2017 voor 297,30 euro. De gemiddelde huurprijs voor een kamer in Hasselt bedraagt voor studenten aan de UHasselt dit jaar 257 euro en voor een studio 373 euro.

Evolutie studenten

Het aantal studenten in België steeg tot en met academiejaar 2015-2016, althans in Vlaanderen. Zowel in academiejaar 2014-2015 als in academiejaar 2015-2016, steeg het aantal studenten met 1,1%. In academiejaar 2015-2016 zou Vlaanderen 234.971 studenten tellen. Voor Brussel en Wallonië zijn geen recente cijfers beschikbaar, maar wordt het aantal studenten in maart 2015 geschat op ongeveer 160.000. In totaal zou België aldus een 395.000 studenten tellen.

Ook de officiële cijfers voor het nieuw academiejaar 2016-2017 zijn nog niet bekend. In recente persartikels van de maand september over de start van academiejaar 2016-2017 wordt gewag gemaakt van een lichte daling van de inschrijvingen voor universiteiten. De meeste hogescholen doen het in vergelijking beter, en zien hun inschrijvingen stijgen.

Het aantal studenten van Belgische origine stagneert al enkele jaren. Het betreft een tijdelijk demografisch evolutie. Uit cijfers van het Federaal Planbureau blijkt een daling van het aantal 18 tot 22 jarigen sinds 2013. In vergelijking met 2012 zijn er vandaag 30.000 18-22 jarige Belgen minder (651.624 in totaal op het einde van 2016). Verwacht wordt dat deze jongerengroep verder zal dalen tot 646.636 in 2022, met als gevolg dat ook het aantal studenten daalt. Na 2023, wordt wederom een forse stijging van deze leeftijdsgroep verwacht.

Het aantal buitenlandse studenten groeide de voorbije jaren wel fors. Enerzijds zijn er de Erasmusstudenten (voornamelijk Fransen en Spanjaarden) en anderzijds de internationale studenten (o.a. vanuit China, Indië en Nederland).

Het klassieke studentenkot

Er zal altijd plaats zijn voor de private investeerder en het typische "studentenkot", maar wel conform aan de stijgende kwaliteit en professionalisering van de ganse markt. Dure of verwaarloosde studentenkamers worden uit de markt geprijsd. De toekomst is aan de goed uitgeruste en betaalbare studentenkamers, onder goed en centraal beheer. In België geldt een stijgende vraag naar autonome kamers en meer privacy. De vraag naar dergelijke kamers lijkt zowel te komen van Belgische alsook internationale studenten.

Buitenlandse studenten verblijven gemiddeld 4 tot 6 maanden in België, vaak via gecoördineerde Europese of internationale uitwisselingsprogramma's. Deze studenten nemen nagenoeg allemaal een studentenkot, en ook het weekeinde brengen ze in de stad door. Buitenlandse studenten hebben aldus nood aan uitstekende voorzieningen, en vragen meer en meer om autonome kamers. Het zijn voornamelijk de grote studentensteden en de meest populaire universiteiten die internationale studenten aantrekken. Het is aldus hier dat de vraag naar goed uitgeruste kamers het grootst zal zijn in de komende jaren.

Investeren en rendementen

Door de trend naar grote studentencomplexen met een centraal beheer wordt het moeilijker voor de kleine investeerder om zelf studentenkamers te ontwikkelen. De reconversie van gezinswoningen naar studentenkamers wordt veelal onmogelijk gemaakt.

Investeren kan wel nog in grotere projecten die vaak kamer per kamer worden verkocht, of via aandelenparticipaties in de enkele professionele investeerders die studentencomplexen in portefeuille hebben.

Directe investeringen (door het aankopen van één of meerdere studentenkamers in een groot studentencomplex) hebben vandaag een rendement van 2,5 tot 3,5 % in België, vergelijkbaar met ander residentieel vastgoed. De investering kent een relatief beperkt risico op leegstand en wanbetaling, maar is eerder duur in beheers- en onderhoudskosten.

NEDERLAND

Studenten Tellen

Amsterdam telt de meeste studenten, met meer dan 100.000. Rotterdam en Utrecht volgen met elk 60.000 studenten.

In Nederland geldt een stijging in het aantal studenten. Net als in België geldt een demografische trend met weinig groeipotentieel in het aantal binnenlandse studenten. Toch worden voor drie van de tien grootste studentensteden (Amsterdam, Leiden en Delft) groeipercentages boven 10% verwacht over de volgende 7 jaar inzake het aantal studenten. Voornamelijk de universiteiten (WO) trekken meer studenten aan, terwijl de hogescholen (HBO) al enkele jaren stagneren.

Cijfers per stad

Aantal studenten
(2015-2016)
Geschat
aantal studenten
(2023-2024)
Gemiddelde
kamerhuren
(2016)
Stad
Amsterdam 106.040 116.805 € 455/maand
Rotterdam 60.360 63.740 € 411/maand
Utrecht 60.220 63.480 € 369/maand
Groningen 52.390 52.410 € 352/maand
Nijmegen 38.970 40.035 € 357/maand
Leiden 30.750 33.975 € 376/maand
Eindhoven 29.800 31.225 € 343/maand
Den Haag 28.570 30.255 € 430/maand
Tilburg 25.320 25.920 € 341/maand
Delft 24.920 28.440 € 382/maand

bron: Landelijke Monitor Studentenhuisvesting 2016, studie-kosten.nl 2016

Nederland telt meer dan 65.000 voltijdse internationale studenten en 14.900 halftijdse studenten. Zo een 28% van de voltijdse studenten komt uit Duitsland. Op de tweede plaats volgt China, goed voor 8% van de buitenlandse studentenpopulatie. Met telkens ongeveer 4%, vervolledigen de Britse, Bulgaarse en Italiaanse studenten de top vijf van herkomstlanden. België staat slechts op de 7de plaats, goed voor 3%.

Woonsituatie

Nederland telt ongeveer 700.000 studenten. Van de 649.000 voltijdse studenten in Nederland, leeft 56% niet bij zijn ouders tijdens weekdagen. Kamers met gedeelde voorzieningen zijn goed voor 56% van de niet-thuiswondende studenten (230.000). 95.000 studenten beschikken over een zelfstandige woonruimte (26%), en 18% van de studenten betrekt eenkamerwoningen.

Opdeling van voltijdse studenten in Nederland (2015-2016)

Aantal
thuiswonende
studenten
Aantal
uitwonende
studenten
Kamers
gedeelde
voorzieningen
Eenkamer
woningen
Zelfstandige
woonruimte
Totaal 285.000 364.000 203.000 66.000 95.000
HBO 218.000 178.000 90.000 33.000 57.000
WO 67.000 186.000 114.000 33.000 38.000
Binnen Studiestad 14% 68% 79% 72% 43%
Woonlasten € 360/maand € 490/maand € 710/maand
Ruim 17 m2 25 m2 68 m2

bron: Landelijke Monitor Studentenhuisvesting 2016

De Verwachting

Het studentenaantal aan de Nederlandse universiteiten wordt verwacht te stijgen, maar de impact daarvan op studentenkamers is complexer. Het aantal Nederlandse studenten met studentenkamer in 2023 zal allicht lager zijn dan vandaag. Het aantal eerstejaarsstudenten dat beslist op kamer te gaan in 2016, daalde met nagenoeg de helft tot 13%. De belangrijkste oorzaak van deze daling is de afschaffing van de basisbeurs en de invoering van het studievoorschot in september 2015.

Ondanks het nieuwe beleid, blijft de vraag groot naar extra studentenhuisvesting. Volgens de "Landelijke Monitor Studentenhuisvesting" bestaat er een belangrijk tekort aan studentenvoorzieningen, geschat op 52.600 studentenkamers. Voornamelijk in het hogere segment is er nood aan eenkamerwoningen en zelfstandige woonruimten. Een recente enquête toont aan dat ruim 70.000 studenten op kamers met gedeelde voorzieningen, liever zouden wonen in zelfstandige woonruimten. Ook de zogenaamde studentenhotels, een combinatie tussen een studentenkamer en een klassiek hotel, zijn in diverse studentensteden in Nederland opgetrokken.

Documentatie

    1. 20160310_Het-Laatste-Nieuws-Leuven-Brabant_p-19_Studentenkot-in-Leuven-kost-gemiddeld-459-25-euro
    1. 20160420_Het-Nieuwsblad-Regionaal-Antwerpen_p-2_Gloednieuwe-luxeflats-om-studenten-langer-in-Antwerp
    1. 20160617_Gazet-van-Antwerpen_p-2_Antwerpen-zet-stop-op-nieuwe-koten
    1. 20160711_Gazet-van-Antwerpen_p-9_Prijs-studentenkoten-stabiel-in-Antwerpen
    1. 20160903_De-Tijd-Netto_p-40_Opgepast-voor-de-valkuilen-van-een-studentenkamer-Marktverwachting-I-Voo
    1. 20160903_De-Tijd-Netto_p-46_Extra-inkomen-dankzij-lege-kamers-in-uw-huis-Marktverwachting-I-Voorbere
    1. 20160914_Het-Laatste-Nieuws-Gent-Wetteren-Lochristi_p-17_Nog-strengere-regels-voor-verhuur-koten
    1. 20160929_Gazet-van-Antwerpen_p-10_Leegstand-nooit-zo-groot
    1. ErasmusStats 2013-2014
    1. Fédération Wallonie Bruxelles, Databank ETNIC (2013)
    1. Ministerie van Onderwijs en Vorming, Databank Hoger Onderwijs (2014)
    1. Conseil des recteurs des Universités francophones de Belgique (CREF), (2013)
    1. Bevolkings- en huishoudensvooruitzichten (2016-2061), Algemene Directie Statistiek en Federaal Planbureau
    1. OECD (2012) OECD.Stats
    1. Joost Vaesen, Benjamin Wayens, et al. (2014), BSI synthesenota: Het hoger onderwijs en Brussel, Brussels Studies
    1. Education at a Glance 2014: Belgium (OECD)
    1. Landelijke Monitor Studentenhuisvesting 2016
    1. Studie-kosten.nl, 2016
    1. Trop d'étudiants à l'université, Moustique, 31/3/2015

8.2 VASTGOEDPORTEFEUILLE

Hieronder volgt een overzicht en beschrijving van de vastgoedportefeuille van de Vennootschap, met inbegrip van de samenstelling en spreiding.

8.2.1 SAMENSTELLING VAN DE VASTGOEDPORTEFEUILLE PER 31 DECEMBER 2016

Land Stad Straat Totale Huur
(i)
Geschatte
Huur op jaar
basis (ii)
Huur
inkomsten
(iii)
BE Antwerpen € 2.365.457 € 2.167.200 € 2.249.597
1
Frankrijklei 62 - retail
€ 90.000 € 104.580
2
Frankrijklei 70 - retail (1)
€ 36.737 € 29.250 € 36.737
3
Italiëlei 80-82
€ 129.180 € 131.135 € 124.500
4
Kipdorpvest 40-42 - parkings
€ 49.200 € 49.200 € 49.200
5
Kipdorpvest 49
€ 1.742.520 € 1.525.425 € 1.742.520
6
Klapdorp 4-6
€ 122.760 € 126.803 € 120.660
7
Viaductdam 104
€ 195.060 € 200.807 € 175.980
BE Brussel € 122.640 € 129.893 € 122.640
8
Kruitmolenstraat 43
€ 57 360 € 60.540 € 57.360
9
Nieuwbrug 16
€ 65 280 € 69.353 € 65.280
BE Gent € 3.555.452 € 3.447.722 € 2.955.452
10
Brusselsepoortstraat 89
€ 398.580 € 380.490 € 398.580
11
Hoogstraat 33-37
€ 145.200 € 144.428 € 145.200
12
Oude Beestenmarkt 11 / Zilverenberg 16
€ 61.440 € 64.983 € 61.440
13
Overwale 42-44 (Voskenslaan)
€ 2.115.812 € 2.210.520 € 2.115.812
Sint-Pietersnieuwstraat 186 /
14
G. Magnelstraat 13a
€ 234.420 € 233.534 € 234.420
15
Universiteitstraat 13
€ 600.00 € 413.767
BE Leuven € 3.146.921 € 3.800.905 € 2.723.682
16
Arendstraat 11 (2)
€ 0 € 51.313 in verbouwing
17
Bogaardenstraat 11 (3)
18
Bondgenotenlaan 74 - retail/kamers (2)
€ 52.260
€ 0
€ 52.299
€ 166.014
€ 52.260
in verbouwing

(i) Totale Huur vertegenwoordigt de huur die de Vennootschap zou factureren op basis van haar vraagprijs per 31 december 2016, indien 100% van de vastgoedportefeuille verhuurd zou zijn, inclusief een inschatting voor de jaarlijkse huurinkomsten van de hostel activiteit.

(ii) Geschatte brutohuur op jaarbasis zoals geschat door Stadim en DTZ.

(iii) Gecontracteerde huren op jaarbasis op basis van de tenancy schedule per 31 december 2016.

(iv) Verhouding tussen de Huurinkomsten en de Totale Huur.

(v) Voor enkele panden zijn per 31 december 2016 geen gecontracteerde Huurinkomsten beschikbaar; het betreft (a) Bondgenotenlaan 74 ; (b) Arendstraat 11; en (c) Universiteitstraat (een hostel waarvoor geen huur vooraf gecontracteerd wordt). Het pand Parkstraat 137 is gedeeltelijk in renovatie, als dusdanig zijn in de Totale Huur enkel de voor verhuring beschikbare kamers opgenomen.

Voor sommige panden is het % bezettingsgraad vrij laag, dit komt door het feit dat dit kleinere gebouwen betreft, waarbij de niet verhuring van 1 of 2 units direct doorweegt op het % bezettingsgraad.

(1) Tot en met 15 december 2016 werd dit pand aangehouden door Retail Design BVBA, een 100% dochtervennootschap van Xior Student Housing NV, dewelke op 16 december 2016 gefuseerd werd met de Vennootschap.

(2) Tot en met 15 december 2016 werd dit pand aangehouden door Karibu Invest NV, een 100% dochtervennootschap van Xior Student Housing NV, dewelke op 16 december 2016 gefuseerd werd met de Vennootschap.

(3) Tot en met 15 december 2016 werd dit pand aangehouden door Kwartma BVBA, een 100% dochtervennootschap van Xior Student Housing NV, dewelke op 16 december 2016 gefuseerd werd met de Vennootschap.

(4) Tot en met 15 december 2016 werd dit pand aangehouden door Woonfront-Tramsingel B.V., een 100% dochtervennootschap van Xior Student Housing NV, dewelke op 16 december 2016 gefuseerd werd met de Vennootschap.

(5) Tot en met 15 december 2016 werd dit pand aangehouden door Eindhoven De Kroon B.V., een 100% dochtervennootschap van Xior Student Housing NV, dewelke op 16 december 2016 gefuseerd werd met de Vennootschap.

m2 Eenheden
Overige
Eenheden
Kamers
Bouw of
verbouwingsjaar
Reële Waarde Bezettings
graad (iv)
10.648 43 289 € 47.553.665
437 1 2013 € 2.374.915
90 1 2015 € 576.568 100%
695 20 2012 € 2.531.693 96%
1.200 40 n.a. € 1.049.802 100%
6.886 1 207 2013 € 34.998.569 100%
528 22 2011 € 2.131.971 98%
812 40 2015 € 3.890.148 90%
427 0 34 €2.145.240
188 16 2006 € 976.993 100%
239 18 2006 € 1.168.247 100%
13.302 51 658 € 65.273.084
1.369 83 2015 € 7.317.250 100%
468 30 2015 € 2.709.325 100%
341 17 2014 € 1.029.275 100%
8.046 1 490 2016 € 42.037.238 100%
1.320 38 2013 € 4.509.237 100%
1.759 50 2013 € 7.670.759
21.142 3 706 € 69.761.291
179 11 2016 € 740.111
203 8 2014 € 897.861 100%
498 1 4 2016 € 4.843.509
Land Stad Straat Totale Huur
(i)
Geschatte
Huur op jaar
basis (ii)
Huur
inkomsten
(iii)
19
Brusselsestraat 182 - 184 (2)
€ 142.740 € 196.697 € 135.780
20
Brusselsestraat 242 (2)
€ 97.740 € 97.515 € 91.740
21
Brusselsestraat 244
€ 21.120 € 40.539 € 21.120
22
Diestsestraat 143 - retail (2)
€ 70.000 € 60.00 € 70.000
23
Diestsevest 85
€ 50.820 € 64.200 € 34.860
24
Frederik Lintsstraat 148-150
€ 173.040 € 170.917 € 132.360
25
Frederik Lintsstraat 9 (2)
€ 58.020 € 65.489 € 52.260
26
Ierse Predikherenstraat 17-19
€ 72.360 € 70.665 € 67.260
27
Janseniusstraat 38
€ 538.945 € 580.440 € 466.730
28
Justus Lipsiusstraat 9 (3)
€ 51.240 € 51.412 € 51.240
29
Kapucijnenvoer 34
€ 43.800 € 45.368 € 43.800
30
Mechelsestraat 77 (2)
€ 123.300 € 122.255 € 88.260
31
Minderbroedersstraat 19
€ 207.120 € 194.403 € 182.532
32
Minderbroedersstraat 21
€ 660.288 € 749.340 € 578.280
33
Parkstraat 137
€ 188.040 € 389.280 € 188.040
34
Ravenstraat 40
€ 65.400 € 70.610 € 46.560
35
St-Annastraat 13
€ 64.080 € 61.270 € 64.080
36
Strijdersstraat 66
€ 63.540 € 64.904 € 30.480
Tiensestraat 184 - 186 /
37
Windmolenveldstraat 86 - 88 (2)
€ 203.508 € 205.891 € 163.320
38
Tiensestraat 251 (2)
€ 65.520 € 65.196 € 46.800
39
Vlamingenstraat 91/ Parkstraat 11
€ 134.040 € 164.888 € 115.920
BE Mechelen € 75.780 € 110.142 € 75.780
40
Ontvoeringsplein 6
€ 75.780 € 110.142 € 75.780
NL Breda € 992.085 € 1.078.390 € 992.085
41
Tramsingel
€ 720.136 € 774.840 € 720.136
42
Vismarkt - Kraanstraat 1 en 5 (4)
€ 271.949 € 303.550 € 271.949
NL Tilburg € 381.787 € 367.620 € 378.326
43
Enschotsestraat 78-84
€103.018 € 108.00 € 103.018
44
Kapelhof 31 / Heuvelstraat 126
€ 74.851 € 74.000 € 74.851
45
Korenbloemstraat 42-44a
€ 53.242 € 55.000 € 49.781
46
Mariastraat 27 a/b/c / Nieuwlandstraat 14
€ 64.172 € 60.500 € 64.172
47
Nieuwlandstraat 1/1a
€ 86.505 € 70.120 € 86.505
NL Den Haag € 1.021.560 € 1.060.000 € 1.021.560
48
Eisenhowerlaan 146
€ 352.920 € 366.000 € 352.920
49
Eisenhowerlaan 148
€ 352.920 € 366.000 € 352.920
50
Eisenhowerlaan 150
€ 315.720 € 328.000 € 315.720
m2 Eenheden
Overige
Eenheden
Kamers
Bouw of
verbouwingsjaar
Reële Waarde Bezettings
graad (iv)
951 1 24 2015 € 3.639.432 95%
350 17 2014 € 1.893.117 94%
153 10 2014 € 694.006 100%
152 1 0 2015 € 1.318.255 100%
233 14 2011 € 1.155.425 69%
516 37 2009 € 3.125.967 76%
243 14 2009 € 1.191.657 90%
207 15 2015 € 1.242.618 93%
3.568 158 2013-2015 € 10.909.757 87%
150 10 2014 € 925.026 100%
179 8 2015 € 794.252 100%
425 21 2015 € 2.178.483 72%
628 33 2014-2015 € 3.813.641 88%
8.554 127 2013 € 12.320.849 88%
1.502 73 2015 € 6.952.312 100%
242 17 2010 € 1.206.328 71%
227 13 2014 € 1.085.011 100%
222 14 2010 € 1.043.051 48%
689 39 2011 € 3.978.134 80%
289 10 2012 € 1.112.874 71%
782 29 2015 € 2.699.615 86%
390 15 € 1.894.240
390 15 2013 € 1.894.240 100%
7.462 1 166 € 16.972.562
5.754 122 2016 € 12.372.562 100%
1.708 1 44 2015 € 4.600.000 100%
2.139 4 72 € 5.425.000
467 17 2005 € 1.320.000 100%
431 21 2006 € 1.560.000 100%
395 2 14 2004 € 695.000 93%
465 1 9 2014 € 910.000 100%
381 1 11 2014 € 940.000 100%
4.112 0 196 € 16.630.000
1.364 64 2014 € 5.960.000 100%
1.364 64 2015 € 5.960.000 100%
1.684 68 2015 € 4.710.000 100%

(i) Totale Huur vertegenwoordigt de huur die de Vennootschap zou factureren op basis van haar vraagprijs per 31 december 2016, indien 100% van de vastgoedportefeuille verhuurd zou zijn, inclusief een inschatting voor de jaarlijkse huurinkomsten van de hostel activiteit.

(ii) Geschatte brutohuur op jaarbasis zoals geschat door Stadim en DTZ.

(iii) Gecontracteerde huren op jaarbasis op basis van de tenancy schedule per 31 december 2016.

(iv) Verhouding tussen de Huurinkomsten en de Totale Huur.

(v) Voor enkele panden zijn per 31 december 2016 geen gecontracteerde Huurinkomsten beschikbaar; het betreft (a) Bondgenotenlaan 74 ; (b) Arendstraat 11; en (c) Universiteitstraat (een hostel waarvoor geen huur vooraf gecontracteerd wordt). Het pand Parkstraat 137 is gedeeltelijk in renovatie, als dusdanig zijn in de Totale Huur enkel de voor verhuring beschikbare kamers opgenomen.

Voor sommige panden is het % bezettingsgraad vrij laag, dit komt door het feit dat dit kleinere gebouwen betreft, waarbij de niet verhuring van 1 of 2 units direct doorweegt op het % bezettingsgraad.

(1) Tot en met 15 december 2016 werd dit pand aangehouden door Retail Design BVBA, een 100% dochtervennootschap van Xior Student Housing NV, dewelke op 16 december 2016 gefuseerd werd met de Vennootschap.

(2) Tot en met 15 december 2016 werd dit pand aangehouden door Karibu Invest NV, een 100% dochtervennootschap van Xior Student Housing NV, dewelke op 16 december 2016 gefuseerd werd met de Vennootschap.

(3) Tot en met 15 december 2016 werd dit pand aangehouden door Kwartma BVBA, een 100% dochtervennootschap van Xior Student Housing NV, dewelke op 16 december 2016 gefuseerd werd met de Vennootschap.

(4) Tot en met 15 december 2016 werd dit pand aangehouden door Woonfront-Tramsingel B.V., een 100% dochtervennootschap van Xior Student Housing NV, dewelke op 16 december 2016 gefuseerd werd met de Vennootschap.

(5) Tot en met 15 december 2016 werd dit pand aangehouden door Eindhoven De Kroon B.V., een 100% dochtervennootschap van Xior Student Housing NV, dewelke op 16 december 2016 gefuseerd werd met de Vennootschap.

Land Stad Straat Totale Huur
(i)
Geschatte
Huur op jaar
basis (ii)
Huur
inkomsten
(iii)
NL Maastricht € 1.988.730 € 2.028.257 € 1.988.730
51 Tongerseweg 55-57 € 1.477.490 € 1.510.970 € 1.477.490
52 Vijverdalseweg 2 €397.300 €395.00 € 397.300
53 Wycker Grachtstraat 2-2a € 113.940 € 122.287 € 113.940
NL Eindhoven € 652.256 € 650.160 € 652.256
54 Kronehoefstraat 1-11F (5) €652.256 €650.160 €652.256
Totalen € 14.302.668 € 14.840.289 € 13.160.108
Totale Huur
(i)
Geschatte
Huur op jaar
basis (ii)
Huur
inkomsten
(iii)
België € 8.666.250 € 9.242.095 € 7.527.151
Nederland € 5.036.418 € 5.184.427 € 5.032.957
In renovatie/verbouwing - België
Hostel - België € 600.000 € 413.767 € 600.000
Totaal € 14.302.668 € 14.840.289 € 13.160.108

Momenteel zijn er twee panden die niet verhuurd worden omdat ze zullen worden gerenoveerd om de kwaliteitsstandaarden van de kamers van Xior te behouden. Het betreft het pand gelegen te Bondgenotenlaan 74 resp. te Arendstraat 11, Leuven. De renovatie van de Bondgenotenlaan betreft een grondige omvorming van het pand waarvoor een budget wordt voorzien van 1,5 miljoen euro. De renovatie van de Arendstraat is beperkter en het budget voor deze renovatie bedraagt 0,1 miljoen euro. Verder zijn er nog een aantal kamers in verschillende panden in renovatie, als onderdeel van het renovatieprogramma van Xior. Hiervoor zijn geen specifieke budgetten voorzien, maar wordt het jaarbudget voor onderhoud en herstellingen aangesproken.

m2 Eenheden
Overige
Eenheden
Kamers
Bouw of
verbouwingsjaar
Reële Waarde Bezettings
graad (iv)
11.830 3 300 € 29.809.144
9.110 2 143 2016 € 23.153.134 100%
2.214 1 134 2013-2015 € 4.840.000 100%
506 23 2016 € 1.816.010 100%
3.643 1 95 € 10.409.093
3.643 1 95 2015 € 10.409.093 100%
75.095 106 2.531 € 265.873.318 96.3%
Eenheden Overige Eenheden
Kamers
Bezettingsgraad Reële Waarde
46 1.687 94,2% € 173.893.616
9 829 99,9% € 79.245.798
1 15 n.a. € 5.063.145
50 - n.a. € 7.670.759
106 2.531 n.a. € 265.873.318

(i) Totale Huur vertegenwoordigt de huur die de Vennootschap zou factureren op basis van haar vraagprijs per 31 december 2016, indien 100% van de vastgoedportefeuille verhuurd zou zijn, inclusief een inschatting voor de jaarlijkse huurinkomsten van de hostel activiteit.

(ii) Geschatte brutohuur op jaarbasis zoals geschat door Stadim en DTZ.

(iii) Gecontracteerde huren op jaarbasis op basis van de tenancy schedule per 31 december 2016.

(iv) Verhouding tussen de Huurinkomsten en de Totale Huur.

(v) Voor enkele panden zijn per 31 december 2016 geen gecontracteerde Huurinkomsten beschikbaar; het betreft (a) Bondgenotenlaan 74 ; (b) Arendstraat 11; en (c) Universiteitstraat (een hostel waarvoor geen huur vooraf gecontracteerd wordt). Het pand Parkstraat 137 is gedeeltelijk in renovatie, als dusdanig zijn in de Totale Huur enkel de voor verhuring beschikbare kamers opgenomen.

Voor sommige panden is het % bezettingsgraad vrij laag, dit komt door het feit dat dit kleinere gebouwen betreft, waarbij de niet verhuring van 1 of 2 units direct doorweegt op het % bezettingsgraad.

(1) Tot en met 15 december 2016 werd dit pand aangehouden door Retail Design BVBA, een 100% dochtervennootschap van Xior Student Housing NV, dewelke op 16 december 2016 gefuseerd werd met de Vennootschap.

(2) Tot en met 15 december 2016 werd dit pand aangehouden door Karibu Invest NV, een 100% dochtervennootschap van Xior Student Housing NV, dewelke op 16 december 2016 gefuseerd werd met de Vennootschap.

(3) Tot en met 15 december 2016 werd dit pand aangehouden door Kwartma BVBA, een 100% dochtervennootschap van Xior Student Housing NV, dewelke op 16 december 2016 gefuseerd werd met de Vennootschap.

(4) Tot en met 15 december 2016 werd dit pand aangehouden door Woonfront-Tramsingel B.V., een 100% dochtervennootschap van Xior Student Housing NV, dewelke op 16 december 2016 gefuseerd werd met de Vennootschap.

(5) Tot en met 15 december 2016 werd dit pand aangehouden door Eindhoven De Kroon B.V., een 100% dochtervennootschap van Xior Student Housing NV, dewelke op 16 december 2016 gefuseerd werd met de Vennootschap.

8.2.2 BESCHRIJVING EN SPREIDING VAN DE VASTGOEDPORTEFEUILLE

8.2.2.1 Algemene beschrijving van de vastgoedportefeuille

De vastgoedportefeuille van de Vennootschap bestaat per 31 december 2016 uit 54 panden. Hiervan zijn 40 panden gelegen in België en 14 panden in Nederland. Deze panden voorzien in het aanbod van in totaal 2.531 studentenkamers, waarbij er in negen van deze gebouwen eveneens winkelactiviteiten op het gelijkvloers zijn. De vastgoedportefeuille omvat verder drie panden die uitsluitend bestemd zijn voor winkelactiviteit, een hostel in Gent met 50 units en een parking te Antwerpen. De vastgoedportefeuille, exclusief de panden die in verbouwing zijn (Bondgenotenlaan 74 en Arendstraat 11) heeft op datum van 31 december 2016 een totale bezettingsgraad van 96,30%.

De totale Reële Waarde van de vastgoedportefeuille per 31 december 2016 bedroeg EUR 265.873.318. Het betreft een strategisch gediversifieerde vastgoedportefeuille met ook binnen het studentenvastgoed, wat de kernactiviteit uitmaakt van de Vennootschap als pure player in studentenhuisvesting, een mix, zowel wat betreft de geografische spreiding als wat het type studentenvastgoed betreft (cf. verschillende types van studentenkamers). Gelet op het grote aantal verschillende huurders enerzijds, en de diverse types van kamers anderzijds (waardoor met andere woorden niet één type van student of huurder wordt aangetrokken), is er ook aan spreiding per type huurder voldaan.

8.2.2.2 Opsplitsing in deelportefeuilles

In onderstaand overzicht is de vastgoedportefeuille opgelijst per deelportefeuille, per land en bijkomend per stad. Per deelportefeuille zijn de Aanschaffingswaarde, Reële Waarde, Huurinkomsten en verzekerde waarde opgenomen.

De Huurinkomsten betreffen de huur op jaarbasis op basis van het tenancy schedule per 31 december 2016.

Reële
Waarde
Gecontracteerde
huurinkomsten
per 31/12/2016
Verzekerde
waarde
Aanschaffings
waarde
België Antwerpen € 47.553.665 € 2.249.597 € 21.432.855 € 45.845.500
Brussel € 2.145.240 € 122.640 € 1.092.791 € 2.040.000
Gent € 65.273.084 € 2.955.452 € 37.689.704 € 54.094.700
Leuven € 69.761.291 € 2.723.682 € 30.404.638 € 67.428.400
Mechelen € 1.894.240 € 75.780 € 1.408.700 € 1.894.000
Nederland Breda € 16.972.562 € 992.085 € 10.560.509 € 17.385.443
Den Haag € 16.630.000 € 1.021.560 € 6.921.801 € 15.010.000
Eindhoven € 10.409.093 € 652.256 € 5.206.621 € 10.400.000
Maastricht € 29.809.144 € 1.988.730 € 20.553.243 € 28.296.957
Tilburg € 5.425.000 € 378.326 € 3.927.083 € 5.441.826
Totaal € 265.873.318 € 13.160.108 € 139.197.945 € 247.836.826

De vastgoedportefeuille van Xior Student Housing wordt verzekerd voor een totale heropbouwwaarde van 139 miljoen euro, exclusief de terreinen waarop de panden zich bevinden, tegenover een Reële Waarde van 266 miljoen euro (inclusief terreinen) per 31 december 2016, i.e. 52,35% van de Reële Waarde. Over 2016 werd er 79 KEUR betaald aan verzekeringspremies.

De verzekeringen omvatten eveneens bijkomende waarborgen voor de onbruikbaarheid van de onroerende goederen door huurderving. De gederfde huur wordt vergoed zolang het gebouw niet heropgebouwd is. Xior Student Housing beschikt tevens over burgerlijke aansprakelijkheidsverzekering.

8.2.2.3 Aard van de vastgoedportefeuille

Onderstaande grafiek geeft de spreiding van de Huurinkomsten per type pand weer, op basis van de Totale Huur van de respectieve panden in de vastgoedportefeuille.

De sterke focus op het studentenvastgoed, met een aandeel van 84,6% van de Huurinkomsten blijkt uit bovenstaand overzicht. Verder is de portefeuille opgebouwd uit een beperkt aantal winkelvastgoedruimtes (10% van de Totale Huur) dewelke in belangrijke mate gevestigd zijn op het gelijkvloers van panden die het studentenvastgoed als primaire functie kennen. Drie panden zijn exclusief bestemd als winkelvastgoed. Het betreft, gezien de typisch uitstekende binnenstedelijke locatie van de panden, veelal binnenstadwinkels of horecazaken in een geconcentreerde handelskern. Het segment "Andere" (5,4% van de portefeuille) omvat Totale Huur afkomstig van overige activiteiten waaronder het hostel te Gent, de parking te Antwerpen en de beperkte kantoorruimte vervat in het pand te Voskenslaan, Gent.

8.2.2.4 Beschrijving van het type van studentenkamers

De Vennootschap stelt binnen het segment van studentenhuisvesting diverse types van studentenkamers ter beschikking. Het merendeel van de gebouwencomplexen bevatten diverse types van kamers, waardoor een diversiteit aan type huurders kan worden aangetrokken. Ook het aantal kamers per pand kan sterk verschillen, en hangt vaak samen met de ligging van het pand. Het kleinste pand (niet bestemd voor winkelvastgoed) dat onderdeel uitmaakt van de vastgoedportefeuille bestaat uit acht studentenunits (Bogaardenstraat 11, Leuven) en het grootste complex bestaat uit 490 units (Overwale 42-44). Louter bij wijze van vuistregel, kan worden gesteld dat de werkelijk individuele verhuurbare oppervlakte (exclusief gemeenschappelijke ruimtes) gemiddeld 60% bedraagt van de totale oppervlakte.ruimtes) gemiddeld 60% bedraagt van de totale oppervlakte.

De diverse kamertypes van Xior zijn als volgt opgedeeld:

  • • Basic: Een studentenkot met wastafel op de kamer en een gemeenschappelijk toilet en douche op de gang.
  • • Basic +: Een studentenkot met wastafel en eigen douche. Het toilet is gemeenschappelijk en bevindt zich op de gang.
  • • Comfort: Een studentenkot met een eigen koelkast en badkamer (wastafel, douche en toilet).
  • • Premium: Een studentenstudio met een eigen volledig uitgeruste badkamer (wastafel, douche en toilet) en een eigen kitchenette (koelkast en kookvuur).

De onderstaande grafiek geeft de mix weer per type kamer van het totaal aan beschikbare kamers binnen de vastgoedportefeuille. Het kamer type Comfort heeft met 31% het belangrijkste aandeel. De sterke vertegenwoordiging van dit kamer type samen met Basic + (13%) en Premium (28%) illustreert de sterke vraag naar privacy en eigen comfort. Verder bedraagt het aandeel van het type Basic (28%).

Aantal kamers - spreiding per kamer type

8.2.2.5 Geografische spreiding van de vastgoedportefeuille

De onderstaande grafieken geven de spreiding van de vastgoedportefeuille weer per land op basis van de Reële Waarde. Het zwaartepunt ligt in België (meer bepaald in Vlaanderen en Brussel) met 40 panden, goed voor een totale Reële Waarde van EUR 186,6 miljoen, hetgeen 70% van de vastgoedportefeuille vertegenwoordigt. De overige 30% situeert zich in Nederland, met een totaal van 14 panden en een Reële Waarde van EUR 79,2 miljoen. Op basis van Totale Huur vertegenwoordigt België met een bedrag van EUR 9,3 miljoen 64,8% van de vastgoedportefeuille. Het saldo van EUR 5 miljoen, wat overeenstemt met 35,2% van de Totale Huur, wordt in Nederland gegenereerd.

De vastgoedportefeuille van de GVV is met 54 panden verspreid over 5 steden in België en 5 steden in Nederland. De panden zijn gelegen in de belangrijkste studentensteden van Vlaanderen, waaronder Leuven, Gent, Antwerpen en Brussel, evenals belangrijke studentensteden in Zuid-Nederland, m.n. Breda, Den Haag, Tilburg, Maastricht en Eindhoven. De locaties van de verschillende panden in België en Nederland en hun vertegenwoordiging in de Reële Waarde en de Totale Huur van de vastgoedportefeuille worden hieronder weergegeven:

Reële Waarde - spreiding per stad Totale Huur - spreiding per stad

113

8.2.2.6 Spreiding in functie van huuropbrengsten en Reële Waarde

Onderstaande tabellen geven de Top 10 weer van de vastgoedportefeuille in functie van de Totale Huur respectievelijk de Reële Waarde.

Het pand gelegen te Overwale 42-44 (Voskenslaan, Gent), is met een totaal bedrag van EUR 2.115.812 (waarvan EUR 72.500 gerelateerd aan kantoorruimte) het pand dat het grootste deel van de Totale Huur (14,79% van de Totale Huur) van de vastgoedportefeuille vertegenwoordigt. Kipdorpvest 49 te Antwerpen en de Tongerseweg 55-57 te Maastricht vervolledigen de top 3 van grootste panden van de vastgoedportefeuille in termen van Totale Huur. Zij vertegenwoordigen respectievelijk 12,18% en 10,33% van de Totale Huur van de vastgoedportefeuille. Noteer evenwel dat de EUR 1.742.520 aan Totale Huur van het pand te Kipdorpvest ten dele een bedrag van EUR 666.420 gerelateerd aan het winkelvastgoed op de gelijkvloerse verdieping behelst. De overige 51 panden omvatten 62,69% van de Totale Huur van de vastgoedportefeuille.

Tabel: Top 10 Reële Waarde

114

Overwale 42-44 is met een totaal bedrag van EUR 42.037.238 het pand met de hoogste Reële Waarde van de vastgoedportefeuille. Het vertegenwoordigt 15,81% van de totale Reële Waarde van de vastgoedportefeuille. Dit pand bestaat uit 490 units en een kantoorruimte. Kipdorpvest 49 en Tongerseweg 55-57 vervolledigen de top 3 van grootste panden van de vastgoedportefeuille in termen van Reële Waarde. Zij vertegenwoordigen respectievelijk 13,16% en 8,71% van de totale Reële Waarde van de vastgoedportefeuille.

8.2.2.7 Spreiding gemiddelde looptijd van de contracten

De tabel hieronder geeft een opsplitsing van de vervaldagen van de Huurinkomsten. Vermits de activiteit van Xior het verhuren van studentenkamers betreft, worden de meeste contracten aangegaan voor een periode van één jaar. Elk jaar moeten deze huurovereenkomsten met de studenten hernieuwd worden.

Looptijd van de huurcontracten27 Huurinkomsten (iii)
1 jaar 10.154.101,16
Tussen 1 en 5 jaar 550.446,36
Meer dan 5 jaar 2.455.090,84

De gemiddelde looptijd van de contracten werd niet opgenomen, aangezien dergelijk gemiddelde weinig of geen informatieve waarde heeft, gelet op de korte termijn aard van de contracten voor studentenhuisvesting.

Voor een beschrijving van de andere contracten, wordt verwezen naar Hoofdstuk 10.9.1 van dit Jaarverslag.

8.2.2.8 Spreiding gemiddelde kamerprijs

De huurprijs van de diverse kamers hangt af van diverse factoren, waaronder de geografische locatie (Gent en Leuven zijn bijvoorbeeld duurder dan Mechelen), de specifieke locatie van een pand (bijvoorbeeld in functie van de afstand naar de onderwijsinstelling), maar ook binnen het pand zelf (bvb. straatkant; eerste verdieping of achtste verdieping, etc.), alsook de oppervlakte en de graad van comfort. Hoewel alle panden aan minimale kwaliteitsstandaarden voldoen, kan nog een verschil bestaan in relatieve ouderdom, kwaliteit, afwerking, faciliteiten in de gemeenschappelijke ruimtes, etc. voor elk gebouw, wat zich tevens kan vertalen in de huurprijs van een welbepaalde kamer.

De gemiddelde kamerprijs bedraagt bij benadering EUR 330 voor een standaard kamer (zonder eigen voorzieningen), EUR 395 voor een kamer met eigen sanitair, en EUR 475 voor een studio, maar is op zichzelf weinig betekenisvol, gelet op de diverse bovengenoemde parameters die de prijzen van de kamers kunnen beïnvloeden (met dus bij uitstek geografische verschillen).

8.2.2.9 Spreiding in functie van ouderdom van de gebouwen

Voor de berekening van de ouderdom van de panden van de vastgoedportefeuille, wordt hetzij het bouwjaar, hetzij de datum sinds de laatste verbouwing gehanteerd. Voor wat betreft de spreiding naar ouderdomscategorie werden volgende intervallen weerhouden:

  • 0 tot 3 jaar
  • 3 tot 6 jaar
  • 6 tot 9 jaar
  • Ouder dan 9 jaar

In functie van de Reële Waarde gelden volgende verhoudingen per categorie voor de Vastgoedportefeuile:

Het betreft met andere woorden een relatief jonge portefeuille.

8.2.3 BESCHRIJVING VAN DE PANDEN VAN DE VASTGOEDPORTEFEUILLE

8.2.3.1 Beschrijving van de panden van de vastgoedportefeuille excl. pipeline

Hieronder volgt een beschrijving van de diverse panden die deel uitmaken van de vastgoedportefeuille, met inbegrip van het vastgoed dat werd verworven op 5 januari 2017 (Delft) en 17 januari 2017 (Brussel) (zie Hoofdstuk 5.5 van dit Jaarverslag).

FRANKRIJKLEI 62

ANTWERPEN

1 WINKELRUIMTE

FRANKRIJKLEI 70 ANTWERPEN

Verhuurbare oppervlakte 335 m2
Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2013
Bijzonderheden Dit gebouw betreft een winkelpand,
aanpalend aan het gebouw gelegen
te Kipdorpvest 49.
Eigendomsstructuur Mede-eigendom

Het gelijkvloers behoort toe aan Xior. Dit betreft 11,41% van de mede-eigendom.

Deze winkelruimte is gelegen op de Leien te Antwerpen in de onmiddellijke omgeving van de Meir en Hopland.

Verhuurbare oppervlakte 65 m2
Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2013
Bijzonderheden Dit gebouw betreft een winkelpand,
aanpalend aan het gebouw gelegen
te Kipdorpvest 49.
Eigendomsstructuur Mede-eigendom

Het gelijkvloers behoort toe aan Xior. Dit betreft 5,2% van de mede-eigendom.

Deze winkelruimte is gelegen op de Leien te Antwerpen in de onmiddellijke omgeving van de Meir en Hopland. In dit pand is het verhuurkantoor voor Antwerpen gevestigd.

20 KAMERS

ITALIËLEI 80-82 ANTWERPEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2012
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit studentenpand is gelegen op de Leien van Antwerpen in de onmiddellijke omgeving van de Stadscampus en campus Park Spoor Noord.

KIPDORPVEST 40-42 ANTWERPEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2013
Eigendomsstructuur Mede-eigendom
De parkeerplaatsen maken 14,8% uit van de Mede
eigendom.

Het pand is gelegen in het centrum van Antwerpen midden tussen de Meir en Hopland. Het betreft 40 staanplaatsen in een parkeergarage.

KIPDORPVEST 49

ANTWERPEN

207
KAMERS
1
WINKELRUIMTE
Oppervlakte retail 1.932 m2
Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2013
Eigendomsstructuur Eigendom – erfpacht

Tréfonds wordt aangehouden door Stubis BVBA.

Dit studentenpand met gelijkvloerse winkelruimte is gelegen in het centrum van Antwerpen op wandelafstand van het centraal station en de Meir. Het bestaat uit 207 studentenunits op de verdiepingen en een winkelruimte op het gelijkvloers/kelderverdieping. De studenten kunnen beroep doen op diverse faciliteiten zoals pooltafel, binnenplein, multimediazaal, studeerruimtes, etc. onder de supervisie van een inwonende student coach.

KLAPDORP 4-6 ANTWERPEN

Bouw of verbouwingsjaar 2012
Eigendomsstructuur Volle eigendom

VIADUCTDAM 104 ANTWERPEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2015
Eigendomsstructuur Volle eigendom

16 KAMERS

KRUITMOLENSTRAAT 43 BRUSSEL

Volle eigendom

Dit studentenpand ligt in de onmiddellijke omgeving van de nieuwe campus (Park Spoor Noord) van de Artesis Plantin Hogeschool te Antwerpen. Het betreft een renovatie met een nieuwbouw voor een totaal van 40 units.

Dit studentenpand is gelegen langs de "kleine ring" van Brussel, met een goede bereikbaarheid ten opzichte van het station Brussel-Zuid.

NIEUWBRUG 16 BRUSSEL

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2006

Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit studentenpand is gelegen in het centrum van Brussel, niet veraf van de "KVS-gebouwen" (zie verder, Lakensestraat Brussel).

LAKENSESTRAAT

BRUSSEL

Bouw of verbouwingsjaar 2017
Eigendomsstructuur Mede-eigendom

(KVS I ten belope van 23,5%; KVS II is ondanks de formele medeeigendomstructuur in volledige eigendom gehouden door Xior)

Het betreft twee gebouwen met enerzijds 30 units met eigen badkamer (KVS I) en anderzijds 39 individuele studentenunits met eigen badkamer (douche, toilet en lavabo) en kitchenette (KVS II). De gebouwen liggen in het hartje van de hoofdstad, ontsloten door diverse vormen van openbaar vervoer die zich op wandelafstand bevinden (Brussel-Noord station, tram/bus/ metro-haltes) en nabij diverse onderwijsinstellingen (o.m. Vlerick Business School, Odisee Campus, Université Saint-Louis). De gebouwen zijn momenteel in constructie en worden naar verwachting opgeleverd tegen academiejaar 2017-2018.

HOOGSTRAAT 33/37 GENT

Bouw of verbouwingsjaar 2015
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit studentenpand ligt in het centrum van Gent en werd in 2015 herbestemd tot studentenhuisvesting. Deze statige residentie met een prachtige en authentieke gevel telt 30 units en dateert uit de tweede helft van de 16e eeuw.

OUDE BEESTENMARKT 11/ ZILVERENBERG 16 GENT

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2014

17 KAMERS

Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit studentenpand ligt in het centrum van Gent aan de recent vernieuwde Oude Beestenmarkt en de Vlerick Business School.

CAMPUS BXL BRUSSELSEPOORTSTR. 89 GENT

Bouw of verbouwingsjaar 2016
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit studentenpand is gelegen in het centrum van Gent aanpalend aan de Artevelde Hogeschool. "Campus BXL" bestaat uit twee afzonderlijke gebouwen met een grote gemeenschappelijke leefruimte en keuken die uitgeeft op het atrium en de gezellige tuin. Dit nieuwbouwcomplex werd opgeleverd in het voorjaar van 2016 en zal plaats bieden aan 83 studenten.

CAMPUS SCHOONMEERSCHE - VOSKENSLAAN 58 OVERWALE 42-44

GENT

490
KAMERS
Bouw of verbouwingsjaar 2016
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit studentenpand ligt vlakbij het station van Gent met onmiddellijke toegang tot campus Schoonmeersen van de HoGent. "Campus Schoonmeersche" werd opgeleverd in september 2016 en telt 490 units bestaande uit 5 aaneengeschakelde gebouwen met alle moderne faciliteiten die een hedendaagse student verlangt.

In 2016 werd met de HoGent een lange termijn huurcontract afgesloten voor 20 jaar betreffende 318 van de 490 units.

SINT-PIETERSNIEUW-STRAAT 186 / GUSTAAF MAGNELSTRAAT 13A GENT

Bouw of verbouwingsjaar 1995
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit studentenpand ligt in het centrum van Gent in de buurt van de Vooruit en de Overpoort, dé studentenbuurt bij uitstek. De residentie telt 38 units en bestaat uit twee gebouwen met een binnentuin.

50 KAMERS

UNIVERSITEITSSTRAAT 13 13 O'CLOCK HOSTEL GENT

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2013
Bijzonderheden Dit gebouw betreft een Hostel.
Eigendomsstructuur Mede-eigendom

Het Hostel maakt 28,76% uit van de mede-eigendom.

Dit gebouw is gelegen tegenover de rechtencampus van de Universiteit Gent en vlakbij de Kouter.

11 KAMERS

ARENDSTRAAT 11 LEUVEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2017
------------------------- ---------------------

Eigendomsstructuur Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven in een zijstraat van het Ladeuzeplein en wordt momenteel gerenoveerd.

BOGAARDENSTRAAT 11 LEUVEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2014
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven op een boogscheut van het Ladeuzeplein. Dit gebouw werd volledig gerenoveerd in 2014 en heeft een tuintje met een overdekt terras. Door de centrale ligging van het gebouw is dit de perfecte omgeving voor elke student.

BONDGENOTENLAAN 74 LEUVEN

Verhuurbare oppervlakte retail 566 m²
Bouw of verbouwingsjaar Voorzien voor 2017
Op de benedenverdieping van
Bijzonderheden dit gebouw bevindt zich een
handelszaak.
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit studentenpand met handelsgelijksvloers (op heden bestaande uit een winkelruimte op het gelijkvloers en 4 kamers) is gelegen in de hoofdwinkelstraat van Leuven, die de centrale verbindingsas is tussen het station en de binnenstad. Op het gelijkvloers en in de kelder zal een handelsruimte van 566 m2 worden gecreëerd met bovenliggend 18 studentenunits.

BRUSSELSESTRAAT 242

Bouw of verbouwingsjaar
Gerenoveerd in 2011
------------------------------------------------ -- --

Eigendomsstructuur Volle eigendom

LEUVEN

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven. "Residentie 'T Kolenhuis" werd volledig gerenoveerd in 2012 en is perfect gelegen voor studenten die elke dag naar UZ Gasthuisberg moeten.

BRUSSELSESTRAAT 182/184 LEUVEN

Verhuurbare oppervlakte retail 470 m²
Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2015
Op de benedenverdieping van
Bijzonderheden dit gebouw bevindt zich een
handelszaak.
Eigendomsstructuur Mede-eigendom
Mede-eigendom, waarvan 70% toebehoort aan Xior.

Het pand is gelegen in centrum van Leuven nabij UZ Gasthuisberg. "Residentie Verbrande Poort" is een renovatieproject dat voltooid werd in september 2015. Alle kamers zijn in een nieuwe strakke stijl en met oog voor detail afgewerkt. Op het gelijkvloers bevindt zich een winkelruimte.

BRUSSELSESTRAAT 244 LEUVEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2004

Eigendomsstructuur Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven, in de nabijheid van het UZ Gasthuisberg, en bestaat uit 10 kamers.

DIESTSESTRAAT 143 LEUVEN

Verhuurbare oppervlakte 84 m2
Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2015
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Deze winkelruimte is gelegen in het centrum van Leuven in de op één na belangrijkste winkelstraat van de stad.

14 KAMERS

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2011
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen aan de ring van Leuven op wandelafstand van het station. De residentie bevat 14 units die in 2011 werden gerenoveerd. De studenten kunnen gebruik maken van een grote stadstuin.

FREDERIK LINTSSTRAAT 148-150 LEUVEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2009

Eigendomsstructuur Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven vlakbij Groep T en de faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen. Dit voormalig klooster van de Witte Paters werd volledig gerenoveerd en uitgebreid met een nieuwbouw in 2009. Zo werd deze site omgetoverd tot een modern studentencomplex bestaande uit 37 units met een gezellige binnentuin en groot terras.

FREDERIK LINTSSTRAAT 9 LEUVEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2009
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven in de omgeving van de faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen en Groep T. De residentie telt 14 kamers.

IERSE PREDIKHEREN-STRAAT 17-19 LEUVEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2015

Eigendomsstructuur Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven, in de nabijheid van het UZ Gasthuisberg. Deze recent gerenoveerde studentenresidentie telt 15 units.

JUSTUS LIPSIUSSTRAAT 9 LEUVEN

en ligt op slechts 5 minuten wandelen van het station.

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2014

Eigendomsstructuur Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven, in een zijstraat van de Bondgenotenlaan. "Residentie Justius" met 10 units werd volledig gerenoveerd in 2014

JANSENIUSSTRAAT 38 LEUVEN

159
KAMERS
Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2013-2015

Eigendomsstructuur Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven. Dit voormalig klooster 'Regina Mundi' werd opgetrokken in 1962 en toen volledig ingericht als meisjespedagogie. De verbouwing en omvorming van bestemming naar studentenresidentie gebeurde in 1995 waarna het grondig vernieuwd werd tussen 2013 en 2015. De eigendom bestaat uit een rechthoekig gebouw met twee zijvleugels uitgevend op een grote binnentuin, bestaande uit 159 studentenunits met in-house ontbijtservice.

KAPUCIJNENVOER 34 LEUVEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2006

Eigendomsstructuur Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven aan de Kruidtuin en bestaat uit 8 studio's.

21 KAMERS

MECHELSESTRAAT 77 LEUVEN

Gerenoveerd in 2015
Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven nabij de pittoreske Vismarkt. Residentie 'Malines' werd gerenoveerd en opgeleverd voor de start van het academiejaar 2015-2016. Met zijn centrale doch rustige ligging heeft dit gebouw een extra troef voor elke student.

MINDERBROEDERSSTRAAT 19 LEUVEN

33
KAMERS
Bouw of verbouwingsjaar 2013
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit betreft een gebouw aanpalend aan het gebouw gelegen te Minderbroedersstraat 21. Het studentenpand, bestaande uit 33 units, is gelegen in het centrum van Leuven en werd nieuw gebouwd in 2013. De bewoners kunnen gebruik maken van een overdekt terras en een binnentuin.

MINDERBROEDERS-STRAAT 21 LEUVEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2013-2015

Minderbroedersstraat 19

aan het gebouw gelegen te

Eigendomsstructuur Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven. Dit voormalig klooster 'De Goede Herder' werd gebouwd in 1782 en in 1995 volledig omgevormd tot een volwaardige studentenresidentie met 127 units. Achter het gebouw bevindt er zich een aangelegde tuin met parkeergelegenheid.

Bijzonderheden Dit betreft een gebouw aanpalend

73 KAMERS

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2015

Eigendomsstructuur Volle eigendom (ingevolge fusie
per 1 maart 2016)

Dit studentenpand met 73 units ligt in het centrum van Leuven dicht bij diverse campussen van de KUL. "Residentie Vinckebosch" werd gebouwd begin jaren '90 en in 2015 volledig opgefrist. De gemeenschappelijke ruimtes werden recent gedecoreerd door een aantal bekende graffiti-artiesten. De studenten kunnen tevens gebruik maken van een tuin.

RAVENSTRAAT 40 LEUVEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2012
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven, vlakbij het Ladeuzeplein en zijn wereldvermaarde bibliotheek, waar studenten in alle rust kunnen studeren. Deze vernieuwde residentie telt 16 kamers en een appartement.

SINT-ANNASTRAAT 13 LEUVEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2002
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen in hartje Leuven, vlakbij de Oude Markt, en bestaat uit 13 units die recentelijk werden opgefrist.

STRIJDERSSTRAAT 66 LEUVEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2012

Eigendomsstructuur Mede-eigendom. De 14 kamers die toebehoren aan Xior maken 6,9% uit van de mede-eigendom.

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven in de nabijheid van de nieuwe stadswijk Tweewaters. Deze 14 units situeren zich op de gelijkvloerse verdieping van residentie "Cambridge".

39 KAMERS

TIENSESTRAAT 184/186 WINDMOLENVELDSTRAAT 86/88 LEUVEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2011

Eigendomsstructuur Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven vlakbij Groep T. Deze gerenoveerde site met nieuwbouw beschikt over 39 units met gezellig tuintje en BBQ.

TIENSESTRAAT 251 LEUVEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2012
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Het studentenpand is gelegen in het centrum van Leuven op wandelafstand van Groep T en andere faculteiten. Dit gebouw is gekend als 'Residentie Timidus' en telt 10 units die volledig gerenoveerd werden. De studenten kunnen gebruik maken van een klein binnenkoertje.

VLAMINGENSTRAAT 91 PARKSTRAAT 11 LEUVEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2015
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit studentenpand in het centrum van Leuven werd recent opgefrist. Deze residentie is naast de Vlerick Business School gelegen en kijkt uit over het Stadspark.

ONTVOERINGSPLEIN 6 MECHELEN

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2014

Eigendomsstructuur Mede-eigendom. De benedenverdieping en de parkeerplaatsen die toebehoren aan Xior, maken 24,50% uit van de mede-eigendom.

Dit studentenpand is gelegen aan het Nekkerspoelstation te Mechelen in de nabije omgeving van de Thomas More Hogeschool. De residentie telt 15 units op de benedenverdieping, 27 ondergrondse staanplaatsen en 20 bovengrondse staanplaatsen.

TRAMSINGEL 27 BREDA

Bouw of verbouwingsjaar 2016
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit volledig gerenoveerd studentencomplex bestaat uit 122 zelfstandige studentenunits. Het pand ligt op loopafstand van het centraal station en het stadscentrum en diverse onderwijsinstellingen.

VISMARKT KRAANSTRAAT 1 EN 5 BREDA

44
KAMERS
1
HORECAZAAK
Verhuurbare oppervlakte retail 628 m2
horecazaak
Bijzonderheden Op de gelijkvloerse verdie
ping van dit gebouw bevindt
zich een horecazaak.
Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2015
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit prachtig pand is gelegen in het bruisend centrum en op een boogscheut van het kasteel van Breda. De residentie omvat 44 units en beschikt over een ruime kelder met bar en tafelvoetbal. Op de gelijkvloerse verdieping en kelder bevindt zich een horecazaak.

17 KAMERS

ENSCHOTSESTRAAT 78-84 TILBURG

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2005

Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit studentenpand ligt in het centrum van Tilburg en omhelst 17 units.

KAPELHOF 31 HEULVELSTRAAT 126 TILBURG

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2006

Eigendomsstructuur Mede-eigendom. De kamers die toebehoren aan Xior maken 50% uit van de mede- eigendom.

Dit historisch studentenpand is gelegen in hartje centrum Tilburg. Het betreft een historische site met 21 studentenunits over 3 verdiepingen met een uitbreidingsmogelijkheid op het dak. Het gelijkvloers behoort niet tot de eigendom.

KORENBLOEMSTRAAT 42– 44A TILBURG

Verhuurbare oppervlakte retail 140 m²
Gerenoveerd in 2004
Op de gelijkvloerse verdieping
van dit gebouw bevindt zich
een winkelruimte.
Bouw of verbouwingsjaar
Bijzonderheden
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Deze twee panden met 14 kamers zijn gelegen in een residentiële wijk van Tilburg. De kantoorruimtes zijn bestemd voor vrije beroepsactiviteiten.

MARIASTRAAT 27A/B/C NIEUWLANDSTRAAT 14 TILBURG

Verhuurbare oppervlakte retail 140 m²
Gerenoveerd in 2014
Op de gelijkvloerse verdieping
van dit gebouw bevindt zich
een winkelruimte.
Bouw of verbouwingsjaar
Bijzonderheden
Eigendomsstructuur Mede-eigendom

Dit pand is gelegen in één van de belangrijke winkelstraten van Tilburg en omvat drie units met elk drie kamers op de verdiepingen. Het gelijkvloers is verhuurd als winkel.

NIEUWLANDSTRAAT 1/1A TILBURG

Verhuurbare oppervlakte retail 146 m² horecazaak
Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2014
Bijzonderheden Op de gelijkvloerse verdieping
van dit gebouw bevindt zich
een horecazaak.
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit pand is gelegen in het centrum van Tilburg en omvat een gelijkvloerse horecazaak en bovenliggende studentenunits, dewelke gehuurd worden door een lokale studentenvereniging.

BARBARASTEEG 2 DELFT

Bouw of verbouwingsjaar 2016
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit pand betreft een herontwikkeld vastgoedproject bestaande uit 108 gloednieuwe zelfstandige gemeubelde units. Het is gelegen op een toplocatie, in het centrum van Delft, vlakbij het NS station en in de nabijheid van de Technische Universiteit Delft, die meer dan 20.000 studenten telt.

EISENHOWERLAAN 146 DEN HAAG

64
KAMERS
Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2014
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit studentenpand is gelegen in het Statenkwartier van Den Haag tegenover het Joegoslaviëtribunaal, centraal tussen het centrum van Den Haag en Scheveningen. De 64 zelfstandige units zijn uitgerust met alle hedendaags comfort en werden opgeleverd in oktober 2014. De studenten kunnen gebruik maken van diverse ontspanningsruimtes en tv-ruimtes.

64 KAMERS

EISENHOWERLAAN 148 DEN HAAG

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2014
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit studentenpand is gelegen in het Statenkwartier van Den Haag tegenover het Joegoslaviëtribunaal, centraal tussen het centrum van Den Haag en Scheveningen. De 64 zelfstandige units zijn uitgerust met alle hedendaags comfort en werden opgeleverd eind 2014. De studenten kunnen gebruik maken van diverse ontspanningsruimtes en tv-ruimtes.

EISENHOWERLAAN 150 DEN HAAG

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2015
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit studentenpand is gelegen in het Statenkwartier van Den Haag tegenover het Joegoslaviëtribunaal, centraal tussen het centrum van Den Haag en Scheveningen. Op de Eisenhowerlaan rijden meerdere trams met directe verbindingen met diverse hogescholen, de binnenstad en het strand. De 68 onzelfstandige units (met gemeenschappelijke voorzieningen) zijn uitgerust met alle hedendaags comfort en werden opgeleverd in maart 2015.

CARRÉ - TONGERSEWEG 55-57 MAASTRICHT

143
KAMERS
2
RETAILRUIMTES
Bouw of verbouwingsjaar 2016
Eigendomsstructuur Mede-eigendom, die
ten belope van 80%
toebehoort aan Xior.

Dit monumentale pand is gelegen in het centrum van Maastricht vlakbij diverse onderwijsinstellingen. Het biedt onderdak aan 143 studenten en beschikt tevens over gemeenschappelijke voorzieningen. Op het gelijkvloers bevinden zich twee retail ruimtes, verhuurd op lange termijn.

VIJVERDALSEWEG 2 MAASTRICHT

Bouw of verbouwingsjaar

Bouw of verbouwingsjaar Gerenoveerd in 2013-2015

Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit studentenpand ligt in de buurt van het academisch ziekenhuis en wordt hoofdzakelijk aan internationale studenten verhuurd. Er werden contracten op middellange termijn afgesloten met diverse onderwijsinstellingen voor meer dan de helft van de beschikbare units.

23 KAMERS

WYCKER GRACHTSTRAAT 2 – 2A MAASTRICHT

Bouw of verbouwingsjaar 2016

Dit studentenpand ligt vlak aan het centrum van Maastricht op een boogscheut van de Maas. Dit vroeger

Eigendomsstructuur Volle eigendom

vrouwenopvangtehuis werd recent herbestemd naar studentenhuisvesting. De 23 units zijn operationeel sinds september 2016.

THE SPOT - KRONEHOEFSTRAAT 1-11F EINDHOVEN

Bouw of verbouwingsjaar 2016
Eigendomsstructuur Volle eigendom

Dit studentencomplex, gekend als "The Spot", telt 95 zelfstandige units. De site werd eind december 2015 opgeleverd. Het gebouw is volledig uitgerust, met o.m. digitaal sluitsysteem, snelle internetverbinding en digitaal televisiesignaal, camerasysteem, etc. De studenten kunnen gebruikmaken van de gemeenschappelijke ruimten, zoals een fietsenberging, gemeenschappelijke binnenplaatsen en een wasplaats. Het pand ligt in de nabijheid van de Technische Universiteit Eindhoven en de treinstations van Eindhoven.

8.2.3.2 Beschrijving van de panden van de vastgoedportefeuille excl. pipeline

Hieronder volgt een beschrijving van de diverse panden die deel uitmaken van de pipeline (zie Hoofdstuk 5.6 van dit Jaarverslag).

118
KAMERS

ANTONIA VEERSTRAAT 1-15 DELFT

Verwachte oplevering 2017

Het pand vormt qua uitstraling een geheel maar bestaat uit twee gebouwen waarbij elk gebouw volstrekt zelfstandig is. Het pand telt 72 zelfstandige studioappartementen.

Verwachte oplevering 2017

Het pand bestaat uit 118 units. Het betreft een gedeeltelijke nieuwbouw en een gedeeltelijke reconversie.

BURGEMEESTER OUDLAAN ROTTERDAM

Verwachte oplevering 2017

Het complex bestaat uit 280 zelfstandige studentenunits, die variëren van 20m² tot 39m², verspreid over acht verdiepingen, en voorziet tevens in gemeenschappelijke ruimtes, zoals een fietsenstalling en een dakterras. Het complex iszal gelegen zijn op een uitstekende locatie, in een bruisende stad als Rotterdam, en vlakbij de Erasmus Universiteit.

8.2.4 WAARDERING VAN DE VASTGOEDPORTEFEUILLE DOOR DE VASTGOEDDESKUNDIGE

8.2.4.1 Algemeen

De waardering van de vastgoedportefeuille werd opgesteld door Stadim (België en deel Nederland) en DTZ (Nederland). Deze waardering heeft als referentiedatum 31 december 2016.

Het waarderingsproces binnen Xior is geënt op een gestructureerde aanpak waarbij het beleid inzake vastgoedschattingen wordt bepaald door het uitvoerend management, met goedkeuring van de raad van bestuur. Elk jaar zal het uitvoerend management dit beleid evalueren, en nagaan welke onafhankelijke vastgoeddeskundigen worden aangesteld voor de respectieve delen van de vastgoedportefeuille. Typisch zullen contracten worden afgesloten voor een hernieuwbare termijn van drie jaar waarbij een dubbele rotatieverplichting geldt volgens de GVV-Wet (zie Hoofdstuk 12.4.1 van dit Jaarverslag). De selectiecriteria omvatten onder andere lokale marktkennis, reputatie, onafhankelijkheid en verzekering van de hoogste professionele standaarden. De honoraria van de vastgoeddeskundigen worden vastgelegd voor de termijn van hun mandaat en zijn niet gerelateerd aan de waarde van de geschatte objecten.

De vastgoedportefeuille wordt op kwartaalbasis extern gewaardeerd door de onafhankelijke vastgoeddeskundigen.

De waarderingsmethoden worden bepaald door de externe deskundigen. De waarderingsmethode die gehanteerd wordt is de Discounted Cash Flow-methode (actualisatie van de toekomstige kasstromen), waarbij de yield wordt afgetoetst evenals de opsplitsing van de waarde over grond, gebouw en financials. Dit aan de hand van een gedetailleerde actualisatie van de financiële stromen op basis van expliciete veronderstellingen van de toekomstige evolutie van deze inkomsten en de eindwaarde. In dit geval houdt de actualisatievoet rekening met de financiële interesten op de kapitaalmarkten, vermeerderd met een specifieke risicopremie voor vastgoedinvesteringen. In de evaluaties wordt op een conservatieve manier rekening gehouden met schommelende rentevoeten en inflatieperspectieven. Deze evaluaties worden eveneens getoetst aan de eenheidsprijzen die worden genoteerd bij de verkoop van vergelijkbare gebouwen, waarna men een correctie zal toepassen die rekening houdt met de eventuele verschillen tussen deze referenties en de betrokken goederen. De ontwikkelingsprojecten (bouw, verbouwings- of uitbreidingswerken) worden gewaardeerd door de kosten van het project bij de voltooiing ervan af te trekken van zijn verwachte waarde die werd bepaald door bovenvermelde benaderingen toe te passen. De kosten van de studiefase van de bouw, verbouwings- of uitbreidingswerken worden aan hun aanschaffingswaarde gewaardeerd. De onafhankelijke deskundige bepaalt de reële marktwaarde op basis van een discounted cash flow model. Bovendien worden de aldus bekomen schattingen vergeleken met de initiële yield en beschikbare vergelijkingspunten via recente markttransacties voor vergelijkbare objecten (waaronder ook de objecten aangekocht door Xior zelf gedurende dat jaar). De waarderingscyclus binnen een boekjaar bestaat uit een bezoek aan de site waarna een gedetailleerd schattingsverslag wordt opgesteld per individueel object en tevens drie desktop reviews waarin de nieuwe gegevens aangeleverd door Xior met betrekking tot de huursituatie worden gereflecteerd alsook de belangrijkste assumpties met betrekking tot de significant niet-observeerbare inputs worden gerationaliseerd.

8.2.4.2 Conclusies van de Vastgoeddeskundigen Stadim en DTZ per 31 december 2016

"Geachte,

We hebben het genoegen u onze schatting van de waarde van de vastgoedportefeuille van Xior Student Housing NV (gedeelte - 40 panden in België en 4 panden in Nederland, voor wat Stadim betreft, resp. 10 panden in Nederland voor wat DTZ betreft) van Xior Student Housing NV op datum van 31 december 2016 voor te leggen.

Xior heeft ons aangesteld om als onafhankelijke vastgoeddeskundigen de investeringswaarde en reële waarde (fair value) van haar vastgoedportefeuille te bepalen. De schattingen werden gemaakt rekening houdend met zowel de opmerkingen en de definities vermeld in de verslagen als met de richtlijnen van de International Valuation Standards, uitgegeven door IVSC. De reële waarde of fair value wordt door de norm IAS 40 gedefinieerd als het bedrag waarvoor de activa zouden worden overgedragen tussen twee goed geïnformeerde partijen, op vrijwillige basis en zonder al dan niet wederzijdse bijzondere belangen. IVSC acht deze voorwaarden vervuld indien men de hierboven vermelde definitie van marktwaarde respecteert. De marktwaarde moet daarenboven een weerspiegeling zijn van de lopende huurovereenkomsten, de huidige brutomarge van zelffinanciering (of cashflow), de redelijke veronderstellingen aangaande de potentiële huuropbrengsten en van de verwachte kosten.

De aktekosten moeten in deze context aangepast worden aan de feitelijke situatie van de markt. Na analyse van een groot aantal transacties, kwamen de vastgoeddeskundigen die handelen op vraag van beursgenoteerde vastgoedmaatschappijen, in een werkgroep tot de vaststelling dat, aangezien vastgoed onder verschillende vormen kan worden overgedragen, de impact van de transactiekosten op grote investeringseigendommen op de Belgische markt waarvan de waarde meer dan 2,5 miljoen euro bedraagt, beperkt is tot 2,5%. De waarde vrij op naam beantwoordt dus aan de fair value plus 2,5% aktekosten. De fair value wordt dus berekend door de waarde vrij op naam te delen door 1,025. De eigendommen die zich onder de drempel van 2,5 miljoen euro bevinden en de buitenlandse eigendommen, vallen onder het gebruikelijke registratierecht en hun reële waarde stemt dus overeen met de waarde kosten koper.

We hebben als onafhankelijke deskundigen gehandeld. Als vastgoeddeskundige beschikken we over een relevante en erkende kwalificatie alsook over een up-to-date ervaring met eigendommen van een gelijkaardig type en een gelijkaardige ligging als de eigendommen uit de vastgoedportefeuille van Xior.

Bij de schatting van de eigendommen werd rekening gehouden met zowel de lopende huurovereenkomsten als met alle rechten en verplichtingen die voortvloeien uit deze overeenkomsten. Elk eigendom werd afzonderlijk geschat. De schattingen houden geen rekening met een potentiële meerwaarde die verwezenlijkt zou kunnen worden door de portefeuille in zijn geheel op de markt aan te bieden. Onze schattingen houden geen rekening met marketingkosten eigen aan een transactie, zoals makelaarslonen of publiciteitskosten. Naast een jaarlijkse inspectie van de betreffende onroerende goederen zijn onze schattingen ook gebaseerd op de inlichtingen geleverd door Xior met betrekking tot de huursituatie, de oppervlaktes, de schetsen of plannen, de huurlasten en de belastingen in verband met het betrokken eigendom, de conformiteit en de milieuvervuiling. De verstrekte gegevens werden juist en volledig geacht. Onze schattingen gaan ervan uit dat nietmeegedeelde elementen niet van aard zijn om de waarde van het goed te beïnvloeden.

Op basis van de opmerkingen uit vorige paragrafen kunnen we bevestigen dat de reële waarde (fair value) van het door Stadim geschatte deel van het vastgoedpatrimonium (40 panden in België en 4 in Nederland) van Xior op 31 december 2016 234.378.318 (tweehonderd vierendertig miljoen driehonderdachtenzeventig duizend en driehonderdachttien euro) bedraagt.

Op basis van de opmerkingen uit vorige paragrafen kunnen we bevestigen dat de reële waarde (fair value) van het door DTZ geschatte deel van het vastgoedpatrimonium (10 panden in Nederland) van Xior op 31 december 2016 afgerond EUR 31.495.000 (eenendertig miljoen vierhonderdvijfennegentig duizend euro) bedraagt.

Met de meeste hoogachting,

Philippe Janssens, FRICS J.N. Brantsma RT Afgevaardigd Bestuurder Associate Director STADIM cvba DTZ ZADELHOFF v.o.f."

Maatschappelijk verantwoord ondernemen 09

9.1 MAATSCHAPPELIJK VERANTWOORD ONDERNEMEN

Gelet op de maatschappelijke relevante sector van de (studenten)huisvesting waarin Xior actief is, en gelet op haar pioniersrol als genoteerd vastgoedbedrijf in dit vastgoedsegment, gaat Xior bewust om met maatschappelijk verantwoord ondernemen. Een gepast evenwicht tussen economie en ecologie, leidt tot duurzaamheid van de portefeuille en bij uitbreiding het bedrijfsmodel van Xior, en draagt zo bij tot haar langetermijnwaarde, in het belang van de studenten, medewerkers en investeerders en alle andere stakeholders.

Een maatschappelijk verantwoorde onderneming dient aandacht te besteden aan diverse deeldomeinen, waarvan onder meer milieu, omgeving en veiligheid, alsook sociale en ethische normen een hoeksteen vormen.

Xior tracht deze doelstellingen te bereiken door een maatschappelijk verantwoorde ingesteldheid uit te dragen doorheen het bedrijf en alle medewerkers, in nauwe betrokkenheid met diverse externe partijen, zoals (lokale) overheden, huisvestingsdiensten en onderwijsinstellingen.

MILIEU, OMGEVING EN VEILIGHEID

Voor een vastgoedbedrijf vertaalt de (beperking van de) ecologische voetafdruk zich voornamelijk in de beheersing van de ecologische aspecten verbonden aan de gebouwen. Hierbij wordt in het bijzonder gedacht aan bodemaspecten, bouwmaterialen, energieverbruik en afvalbeheer.

Bij acquisities wordt uiteraard steeds de nodige aandacht geschonken aan milieu- en bodemaspecten door de Vennootschap en de begeleidende juridische en/of milieudeskundigen.

Bij de verbouwing van gebouwen spelen die milieuaspecten evenzeer een rol. Er wordt toegezien op het gebruik van geschikte bouwmaterialen, met aandacht voor de ecologische en energieaspecten (bvb. isolatie, energiezuinigheid, etc.). Bepaalde gebouwen uit de portefeuille zijn uitgerust met zonnepanelen, zonnecollectoren en/of een groendak, zoals in de Brusselsepoortstraat 89, Campus Schoonmeersche te Gent en Tramsingel 27 te Breda. In sommige gebouwen wordt ook voorzien in regenwaterrecuperatie (bvb. Hoogstraat Gent, Campus Schoonmeersche).

Naar de operationele werking van de gebouwen, is dit energieverbruik van groot belang (zowel vanuit ecologisch oogpunt, maar evenzeer voor de beheersing van de energiekosten), en ook afvalbeheer is een cruciaal gegeven dat de nodige aandacht verdient, in het bijzonder op de grotere sites. Zo is bijvoorbeeld de site van Campus Schoonmeersche voorzien van een afvalstraat die praktisch en ecologisch afvalbeheer mogelijk maakt. Studenten worden tevens gesensibiliseerd en aangemoedigd om aan recyclage te doen (ophaalkalenders; mailings omtrent de ophaling van papier en karton; waar in de buurt van het studentenhuis glascontainers staan; etc.).

Ten slotte is ook de veiligheid van de studenten een belangrijk aandachtspunt, zowel bij het (ver)bouwen van studentenkamers als bij het gebruik ervan (bvb. aanwezigheid c.q. verwijdering van asbest en eventuele andere schadelijke materialen, gebruik van veilige materialen en constructies, brandveiligheidssystemen, afsluiting van het gebouw, etc.).

SOCIAAL

Xior is bij uitstek een speler die garant staat voor een sociale mix, zowel wat haar medewerkers als wat haar huurders betreft, die alle hoeken van de wereld, en alle geledingen van de bevolking vertegenwoordigen, met tevens een grote genderdiversiteit. Xior biedt ook een mix aan van studentenkamers, waarbij weliswaar kwaliteit vooropstaat, maar waarbij tevens een gevarieerd aanbod bestaat met bvb. kleinere "budgetkamers", zodat studentenhuisvesting geen luxeproduct hoeft te zijn en de toegankelijkheid dus voor een zo groot mogelijk publiek kan worden gewaarborgd. Xior werkt tevens samen met onderwijsinstellingen om een extra "sociaal" aanbod te kunnen verzekeren (zie bvb. Hoofdstuk 5.4 van dit Jaarverslag in verband met de samenwerking met HoGent in Campus Schoonmeersche te Gent). In Nederland geldt bovendien een puntensysteem voor de bepaling van de huurprijs tot op een max. grensbedrag van EUR 710,68, in welk geval de studenten die een zelfstandige kamer huren in principe kunnen genieten van een zgn. "huurtoeslag". Vrijwel alle zelfstandige kamers van Xior vallen onder deze grens, wat de financiële impact voor de studenten (en hun ouders) verlicht.

Xior is ook begaan met het welzijn van haar studenten. De operationele teams stellen zich ter beschikking van de studenten, niet alleen om eventuele technische mankementen op te lossen, maar ook om het algemene comfort tijdens het "kotleven" te verzekeren. De studenten wordt een hart onder de riem gestoken in de blokperiodes, en diverse vormen van ontspanning worden aangemoedigd tijdens kalmere periodes, vaak ook door ontspanningsvoorzieningen die door Xior ter beschikking worden gesteld (e.g. pool tafel). Dit kan zich verder ook vertalen in de aanbieding van versnaperingen, het sponsoren van studentenevenementen en -verenigingen, etc.

Naast de studenten wordt ook getracht om eventuele overlast voor zowel medebewoners als omwonenden tot een minimum te beperken, door de studenten hiervoor bewust te maken en uiteraard door een actieve en intensieve opvolging van het leven in en rondom de studentenpanden door de permanente (in geval van grotere complexen) en regelmatige (in geval van kleinere complexen) aanwezigheid van student coaches. Hier speelt ook sociale controle, in voorkomend geval door aanwezigheid van "gang- en/of gebouwverantwoordelijken".

Xior biedt ook de nodige aandacht aan voorzieningen voor andersvaliden. Zo beschikken de meeste gebouwen in Gent en Antwerpen over de nodige voorzieningen zoals bredere deuren voor rolstoelpatiënten, ruimere kamers en badkamers voor andersvaliden. In het gebouw in de Brusselsepoortstraat 89 te Gent is bijvoorbeeld speciaal een lager aanrecht geïnstalleerd in de keuken voor rolstoelpatiënten.

Xior is uiteraard ook begaan met het professionele en persoonlijke welzijn van haar medewerkers. Zij staan immers in voor de dagdagelijkse werking van het bedrijf en de continuïteit ervan, en het is dan ook van belang dat daartoe een gepaste en aangename omgeving wordt geboden. Aan medewerkers wordt ook de mogelijkheid geboden om zich op regelmatige basis bij te scholen door deelname aan relevante opleidingen en seminaries.

ETHISCH

Ook op ethisch vlak streeft Xior hoge waarden en normen na die zowel voortvloeien uit het beleid van de onderneming, als haar (OGVV-)statuut en de omgeving waarin zij actief is. Daarbij dienen zowel Xior als haar medewerkers zich integer te gedragen, d.i. eerlijk, betrouwbaar en geloofwaardig. Het Corporate Governance Charter (m.i.v. het Verhandelingsreglement) vormt de schriftelijke basis voor dit ethisch handelen, maar meer nog is dit een onderdeel van de bedrijfscultuur, waarbij de nadruk wordt gelegd op eerlijkheid en integriteit en het naleven van hoge ethische normen bij de uitvoering van de bedrijfsactiviteiten.

Financieel verslag 10

10.1 GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING

Toelichting 31/12/2016 31/12/2015
I. (+) Huurinkomsten 10.969 563
(+) Huurinkomsten 9.949 552
(+) Gegarandeerde inkomsten 1.035 11
(+/-) Huurkortingen -15
III. (+/-) Met verhuur verbonden kosten -57
Waardeverminderingen op handelsvorderingen -57
Netto Huurresultaat 10.9.1 10.912 563
V (+) Recuperatie van huurlasten en belastingen normaal
gedragen door de huurders op verhuurde gebouwen
1.460 32
Doorrekening van huurlasten gedragen door de eigenaar 1.334 32
Doorrekening van voorheffingen en belastingen op
verhuurde gebouwen
126
VII (-) Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de
huurders op verhuurde gebouwen
-1.457 -58
Huurlasten gedragen door de eigenaar -1.326 -40
Voorheffingen en belastingen op verhuurde gebouwen -131 -18
VIII (+/-) Andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven 434 90
Vastgoedresultaat 10.9.1 11.349 627
IX (-) Technische kosten -688 -121
Recurrente technische kosten -687 -111
(-) Herstellingen -608 -98
(-) Verzekeringspremies -79 -13
Niet-recurrente technische kosten -1 -10
(-) Schadegevallen -1 -10
X (-) Commerciële kosten -216 -18
(-) Publiciteit -216 -18
XII (-) Beheerskosten van het vastgoed -607 -7
(-) Externe beheervergoedingen -235 -7
(-) Interne beheerskosten van het patrimonium -373
XIII (-) Andere vastgoedkosten -470 -13
(-) Honoraria architecten -1
(-) Honoraria schatters -112 -12
(-) Andere -358
Vastgoedkosten 10.9.2 -1.981 -159
Operationeel vastgoedresultaat 9.368 468
XIV (-) Algemene kosten van de vennootschap 10.9.3 -1.859 -291
XV (+/-) Andere operationele opbrengsten en kosten 10.9.4 71 -45
Operationeel resultaat voor het resultaat op de
portefeuille
7.580 132
XVI (+/-) Resultaat op verkopen van vastgoedbeleggingen 10.9.5 106
(+) Netto verkopen van de onroerende goederen
(verkoopprijs - transactiekosten)
2.870
(-) Boekwaarde van de verkochte onroerende goederen 10.9.5 -2.763
XVIII (+/-) Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen 10.9.5 1.112 -149
(+) Positieve variaties in de reële waarde van
vastgoedbeleggingen
3.319 1.293
(-) Negatieve variaties in de reële waarde van
vastgoedbeleggingen
-2.207 -1.442
XIX (+/-) Ander portefeuilleresultaat 10.9.5 -110 -379
Operationeel resultaat 8.688 -396
XX (+) Financiële opbrengsten 23 9
(+) Geïnde intresten en dividenden 23 9
XXI (-) Netto interestkosten -1.389 -43
(-) Nominale intrestlasten op leningen -957 -43
(-) Wedersamenstelling van het nominaal bedrag van
financiële schulden
-58
(-) Kosten van toegelaten afdekkingsinstrumenten -373
Toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet
onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding
zoals gedefinieerd in IFRS
-373
XXII (-) Andere financiële kosten -232 -20
(-) Bankkosten en andere commissies -212 -16
(-) Andere -20 -3
XXIII (+/-) Variaties in de reële waarde van financiële activa en
passiva
-1.866
Toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen
zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd
in IFRS
-1.866
Andere
FInancieel resultaat 10.9.6 -3.464 -54
Resultaat voor belastingen 5.225 -451
XXV (+/-) Vennootschapsbelasting -220 -44
XXVI (+/-) Exit tax 11 -20
Belastingen 10.9.7 -209 -64
Netto resultaat 5.016 -515

Cijfers zijn in duizenden EUR.

Resultaat per aandeel 31/12/2016 31/12/2015
Resultaat per aandeel - aandeel groep 1,02 -0,11
Verwaterd resultaat per aandeel 1,02 -0,11
Aantal aandelen bij begin van het boekjaar 4.626.780 0
Aantal aandelen bij einde van het boekjaar 5.270.501 4.626.780
Gewogen gemiddelde aantal aandelen 4.926.405 4.626.780

Het resultaat per aandeel werd berekend rekening houdend met het gewogen gemiddelde aantal aandelen dat in omloop was gedurende het boekjaar 2016.

10.2 GECONSOLIDEERDE STAAT VAN HET GLOBAAL RESULTAAT

31/12/2016 31/12/2015
Nettoresultaat 5.016 -514
Andere componenten van het globaalresultaat
(+/-) Impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij de
hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen
0 0
(+/-) Variaties in het effectieve deel van de reële waarde van toegelaten afdek
kingsinstrumenten voor kasstroomafdekkingen
0 0
Globaal resultaat 5.016 -514
Toerekenbaar aan:
Minderheidsbelangen 0 0
Aandeelhouders van de groep 5.016 -514

10.3 GECONSOLIDEERDE BALANS

Cijfers zijn in duizenden EUR.

Activa Toelichting 31/12/2016 31/12/2015
Vaste Activa 266.276 195.392
A Goodwill
B Immateriële vaste activa
C Vastgoedbeleggingen 10.9.8 265.873 194.753
Vastgoed beschikbaar voor verhuur 265.873 157.879
Projectontwikkelingen 36.874
D Andere materiële vaste activa 10.9.9 248 240
Materiële vaste activa voor eigen gebruik 248 240
Andere
E Financiële vaste activa 10.9.10 21 19
Activa aangehouden tot einde looptijd
Andere 21 19
F Vorderingen financiële leasing
G Handelsvorderingen en andere vaste activa 10.9.12 135
H Uitgestelde belastingen - activa 10.9.11 380
Vlottende Activa 7.231 7.939
A Activa bestemd voor verkoop 10.9.13 186
Vastgoedbeleggingen
Vastgoedcertificaten
Andere activa 186
D Handelsvorderingen 10.9.14 542 635
E Belastingvorderingen en andere vlottende activa 10.9.15 2.051 2.577
Belastingen 172 666
Bezoldigingen en sociale lasten
Andere 1.879 1.911
F Kas en kasequivalenten 10.9.16 4.098 4.384
G Overlopende rekeningen 10.9.17 540 157
Voorafbetaalde vastgoedkosten 430 8
Gelopen, niet vervallen vastgoedopbrengsten 50
Andere 110 99
Totaal Activa 273.507 203.331

151

Passiva Toelichting 31/12/2016 31/12/2015
Eigen Vermogen 10.4 131.630 108.382
I Eigen vermogen toewijsbaar aan de
aandeelhouders van de moedervennootschap
131.630 108.382
A Kapitaal 10.9.18 94.869 76.321
Geplaatst kapitaal 94.869 83.282
Kosten kapitaalverhoging -6.961
B Uitgiftepremie 10.9.18 32.261 25.615
C Reserves -515 6.961
Wettelijke reserve
Reserve voor het saldo van de variaties in de
reële waarde van vastgoed
4.044
Reserve voor de impact op de reële waarde
van geschatte mutatierechten en -kosten
bij hypothetische vervreemding van
vastgoedbeleggingen
-4.565
Onbeschikbare reserve: reserve voor
voorzienbare verliezen
Andere reserves 6.961
Overgedragen resultaten van vorige boekjaren 6
D Nettoresultaat van het boekjaar 5.016 -514
II Minderheidsbelangen 0 0
Verplichtingen 141.877 94.949
I Langlopende verplichtingen 133.465 75.100
A Voorzieningen
Pensioenen
Andere
B Langlopende financiële schulden 10.9.23 131.315 72.447
a Kredietinstellingen 131.315 72.447
b Financiële leasing
C Andere langlopende financiële verplichtingen 10.9.21 1.866
Toegelaten afdekkingsinstrumenten 1.866
Andere
F Uitgestelde belastingen - verplichtingen 10.9.22 284 2.653
a Exit tax 2.110
b Andere 284 543
II Kortlopende verplichtingen 8.412 19.849
D Handelsschulden en andere kortlopende
schulden
10.9.24 5.729 18.088
Exit tax 3.469 5.869
Andere 2.260 12.219
Leveranciers 1.244 6.025
Huurders
Belastingen, bezoldigingen en sociale lasten 1.016 6.194
E
Andere kortlopende verplichtingen
10.9.25 1.583 981
Andere 1.583 981
F
Overlopende rekeningen
10.9.26 1.100 780
Vooraf ontvangen vastgoedopbrengsten 512 357
Andere 588 423
Totaal eigen vermogen en verplichtingen 273.507 203.331

10.4 GECONSOLIDEERD MUTATIE-OVERZICHT VAN HET EIGEN VERMOGEN

Cijfers zijn in duizenden EUR.

Balans op 10 maart 2014

Netto resultaatverwerking 2015 -515 -515

Overboeking resultaat portefeuille naar reserves -529 -529

Overboeking operationeel resultaat naar reserves 14 14

Uitgifte van nieuwe aandelen 85.575 85.575

Kapitaalverhoging door inbreng in natura 30.282 30.282

Kosten van uitgifte nieuwe aandelen en van kapitaalsverhoging -6.961 -6.961

Kapitaalvermindering tot het vormen van beschikbare reserve ter dekking van toekomstige verliezen -6.961 6.961 0

Gedeeltelijke toewijzing van het kapitaal aan uitgiftepremies -25.615 25.615 0

Balans op 31 december 2015 76.321 25.615 6.961 -515 108.382

Netto resultaatverwerking 2015 -515 515 0

Overboeking resultaat portefeuille naar reserves 0

Overboeking operationeel resultaat naar reserves 0

Resultaat van de periode 5.016 5.016

Kapitaalverhoging door inbreng in natura 18.233 18.233

Kosten van uitgifte nieuwe aandelen en van kapitaalsverhoging 0

Kapitaalvermindering tot het vormen van beschikbare reserve ter dekking van toekomstige verliezen

Gebruik van de beschikbare reserve ter dekking van toekomstige verliezen 6.961 -6.961 0

Gedeeltelijke toewijzing van het kapitaal aan uitgiftepremies -6.646 6.646 0

Balans per 31 december 2016 94.869 32.261 -515 5.016 131.630

In het IPO proces was er voorzien dat er een onbeschikbare reserve zou worden opgezet ter dekking van voorzienbare verliezen voor een bedrag van 6.961 KEUR. Deze reserve zou dienen om de kosten die gepaard gingen met de kapitaalverhoging in het IPO proces aan te zuiveren. Dus onmiddellijk na afsluiting van het boekjaar 2015 (en na goedkeuring van de resultaatsverwerking door de algemene vergadering) werd die reserve gebruikt om die kosten aan te zuiveren. Vandaar dat dit nu een stijging geeft van het kapitaal.

Eigen vermogen Nettoresultaat
van het boekjaar
Reserves Uitgiftepremies Kapitaal
-515 -515
-529 -529
14 14
85.575 85.575
30.282 30.282
-6.961 -6.961
6.961 -6.961
25.615 -25.615
108.382 -515 6.961 25.615 76.321
0 515 -515
0
0
5.016 5.016
18.233 18.233
-6.961 6.961
6.646 -6.646
131.630 5.016 -515 32.261 94.869

Cijfers zijn in duizenden EUR.

Detail van reserves

Balans op 10 maart 2014

Netto resultaatverwerking 0 0 0 0 0 0

Overboeking resultaat portefeuille naar reserves 0

Overboeking operationeel resultaat naar reserves 0

Andere elementen erkend in het globaal resultaat 0 0 0 0 0 0

Impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij 0

de hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen 0

Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva 0

Uitgifte van nieuwe aandelen 0

Kapitaalverhoging door inbreng in natura 0

Kosten van uitgifte nieuwe aandelen en van kapitaalsverhoging 0

Kapitaalvermindering tot het vormen van beschikbare reserve ter dekking van toekomstige verliezen 6.961 6.961

Dividenden

Andere

Balans op 31 december 2015 0 0 6.961 0 0 6.961

Netto resultaatverwerking 0

Overboeking resultaat portefeuille naar reserves 4.044 -4.565 6 -515

Overboeking operationeel resultaat naar reserves 0

Andere elementen erkend in het globaal resultaat 0

Impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij 0

de hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen 0

Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva 0

Uitgifte van nieuwe aandelen 0

Kapitaalverhoging door inbreng in natura 0

Kosten van uitgifte nieuwe aandelen en van kapitaalsverhoging 0

Kapitaalvermindering tot het vormen van beschikbare reserve ter dekking van toekomstige verliezen -6.961 -6.961

Dividenden 0

Andere 0

Balans op 31 december 2016 4.044 -4.565 0 0 6 -515

Reserve voor
het saldo van de
variaties in de
reële waarde van
vastgoed
Reserve voor de
impact op de reële
waarde van geschatte
mutatierechten
en -kosten bij
hypothetische
vervreemding van
vastgoedbeleggingen
Beschikbare
reserve: reserve
voor voorzienbare
verliezen
Andere
reserves
Overgedragen
resultaten
van vorige
boekjaren
Totaal van
de reserves
0 0 0 0 0 0
0
0
0 0 0 0 0 0
0
0
0
0
0
0
6.961 6.961
0 0 6.961 0 0 6.961
0
4.044 -4.565 6 -515
0
0
0
0
0
0
0
0
-6.961 -6.961
0
0
4.044 -4.565 0 0 6 -515

10.5 GECONSOLIDEERD KASSTROOMOVERZICHT

Kas en kasequivalenten begin boekjaar 31/12/2016 31/12/2015
Kas en kasequivalenten begin boekjaar 4.384 0
1 Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten -15.251 -10.722
Kasstroom mbt de exploitatie 7.091 -395
Operationeel resultaat 8.688 -397
Betaalde intresten -1.620 -7
Ontvangen intresten 22 9
Niet-kas elementen die worden toegevoegd/afgetrokken
van het resultaat
-1.036 589
Afschrijvingen en waardeverminderingen 44 60
Afschrijvingen/waardeverminderingen (of terugnamen) op materiële
& immatriële activa
44 60
Andere niet-kas elementen -1.080 529
Variaties in de reële waarde van de vastgoedbeleggingen -890 529
Andere niet-kas elementen -190 0
Variatie in de behoefte van het werkkapitaal -21.306 -10.916
Beweging van activa 2.408 4.459
Beweging van verplichtingen -23.714 -15.375
2 Kasstroom uit investeringsactiviteiten -42.736 -34.013
Aanschaffing van Vastgoedbeleggingen en projectontwikkelingen -40.340 -21.095
Verkoop Vastgoedbeleggingen 2.870 0
Aankoop aandelen vastgoedvennootschappen -5.398 (1) -12.501
Verkoop aandelen vastgoedvennootschappen 0
Aanschaffing van Andere materiële activa -51 -240
Aanschaffing van langlopende financiële vast activa -2 -5
Ontvangsten uit Handelsvorderingen en andere langlopende activa 0 0
Activa bestemd voor verkoop 185 -173
3 Kasstroom uit financieringsactiviteiten 56.913 49.054
Verandering in financiële verplichtingen en financiële schulden
Toename van de financiële schulden 57.037 72.447
Afname van de financiële schulden -96.730
Terugbetaling van aandeelhoudersleningen -5.278
Verandering in andere verplichtingen 0
Toename (+) / Afname (-) in andere verplichtingen -18 0
Toename (+) / Afname (-) in andere schulden -106 0
Toename minderheidsbelangen 0
Verandering in eigen vermogen
Toename (+) / Afname (-) in kapitaal/uitgiftepremies 85.575
Andere 0
Kosten voor uitgifte van aandelen -6.961
Toename cash nav fusie 788 66
Kas en kasequivalenten einde boekjaar 4.098 4.384

10.6 BIJLAGEN BIJ DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING

10.6.1 ALGEMENE BEDRIJFSINFORMATIE

Xior Student Housing NV is een openbare GVV (Openbare Gereglementeerde Vastgoedvennootschap) die valt onder de toepassing van de Belgische wetgeving, met zetel gevestigd in Antwerpen.

De geconsolideerde jaarrekening van de onderneming voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2016 omvat Xior Student Housing NV en haar dochterondernemingen (de "Groep"). De jaarrekening werd goedgekeurd voor publicatie door de raad van bestuur van 31 maart 2017 en zal aan de jaarlijkse algemene vergadering van aandeelhouders worden voorgelegd op 18 mei 2017.

10.6.2 BELANGRIJKE GRONDSLAGEN VOOR FINANCIËLE VERSLAGGEVING

Verklaring van overeenstemming

De financiële verslaggeving van de Vennootschap wordt opgesteld in overeenstemming met IFRS zoals goedgekeurd binnen de Europese Unie en volgens de bepalingen van het GVV-KB.

Deze standaarden omvatten alle nieuwe en herziene standaarden en interpretaties gepubliceerd door de International Accounting Standards Board ("IASB") en het International Financial Reporting Interpretations Committee ("IFRIC"), voor zover van toepassing op activiteiten van de Vennootschap en effectief op het huidige boekjaar.

Nieuwe of gewijzigde standaarden en interpretaties die van kracht zijn in 2016

  • Verbeteringen aan IFRS (2010-2012) (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 februari 2015)
  • Verbeteringen aan IFRS (2012-2014) (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2016)
  • Aanpassing van IFRS 10, IFRS 12 en IAS 28 Beleggingsentiteiten: Toepassing van de consolidatievrijstelling (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2016)
  • Aanpassing van IFRS 11 Gezamenlijke overeenkomsten – Verwerking van overnames van deelnemingen in gezamenlijke bedrijfsactiviteiten (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2016)
  • Aanpassing van IAS 1 Presentatie van de jaarrekening – Initiatief rond informatieverschaffing (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2016)
  • Aanpassing van IAS 16 en IAS 38 Materiële en immateriële vaste activa – Verduidelijking van aanvaardbare afschrijvingsmethodes (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2016)
  • Aanpassing van IAS 16 en IAS 41 Materiële vaste activa en biologische activa – Dragende planten (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2016)
  • Aanpassing van IAS 27 Enkelvoudige jaarrekening Equity methode (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2016)

Nieuwe of gewijzigde standaarden en interpretaties die nog niet van kracht zijn:

Een aantal nieuwe standaarden, wijzigingen op standaarden en interpretaties zijn in 2016 nog niet van kracht, maar mogen wel eerder worden toegepast. De Vennootschap heeft, tenzij anders is aangegeven, hiervan geen gebruik gemaakt. Hieronder wordt, voor zover deze nieuwe standaarden, wijzigingen en interpretaties relevant zijn voor de Vennootschap, aangegeven welke invloed de toepassing hiervan kan hebben op de geconsolideerde jaarrekening over 2016 en daarna:

  • IFRS 9 Financiële instrumenten en de daaropvolgende aanpassingen (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2018)
  • IFRS 15 Opbrengsten uit contracten met klanten (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2018)
  • Verbeteringen aan IFRS (2014-2016) (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2017 of 2018, maar nog niet goedgekeurd binnen de Europese Unie)
  • Aanpassing van IAS 7 Het kasstroomoverzicht Initiatief rond informatieverschaffing (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2017, maar nog niet goedgekeurd binnen de Europese Unie)
  • Aanpassing van IAS 40 Overdracht van vastgoedbeleggingen (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2018, maar nog niet goedgekeurd binnen de Europese Unie)

De Vennootschap verwacht niet dat de eerste toepassing van deze standaarden en interpretaties een materiële invloed zullen hebben op de financiële positie en prestaties.

10.6.3 GRONDSLAG VOOR DE OPSTELLING

De financiële informatie wordt opgesteld in duizenden Euros, afgerond op het dichtste duizendtal. De Vennootschap voert haar boekhouding eveneens in Euro. De vastgoedbeleggingen (inclusief de projecten) en de afdekkingsinstrumenten worden aan werkelijke waarde geboekt. De andere rubrieken van de geconsolideerde financiële rekeningen zijn opgesteld op basis van de historische kostprijs. Hieronder vindt u een samenvatting van de belangrijkste grondslagen voor financiële verslaggeving.

10.6.4 SIGNIFICANTE BOEKHOUDKUNDIGE BEOORDELINGEN EN BELANGRIJKE BRONNEN VAN SCHATTINGSONZEKERHEDEN

Significante beoordelingen bij het opstellen van de financiële staten

  • Bepalen bij de verwerving van de controle over een entiteit die vastgoedbeleggingen aanhoudt, of zo'n acquisitie wordt beschouwd als business combination. In alle gevallen werden de respectievelijke transacties verwerkt als directe aankopen van activa (ook bij verwerving van aandelen in vastgoedvennootschappen) en werd IFRS 3 Business Combinations niet toegepast (zie toelichting 10.6.6).
  • Bepalen of afgeleide financiële instrumenten kwalificeren voor hedge accounting. De Vennootschap heeft geen hedginginstrumenten die kwalificeren als hedge accounting en de evoluties in de fair value van de hedginginstrumenten worden dan ook verwerkt via de resultatenrekening.

Bepaling van de fair value van de vastgoedbeleggingen

De fair value van de vastgoedbeleggingen wordt bepaald door onafhankelijke vastgoeddeskundigen conform de GVVreglementering. De fair value wordt door de vastgoeddeskundigen bepaald op basis van de discounted cash flow methode (zie voor meer informatie Hoofdstuk 8.2.2.1 van dit Jaarverslag).

10.6.5 GRONDSLAG VOOR CONSOLIDATIE

De overgenomen bedrijven gedurende het afgelopen boekjaar werden niet als bedrijfscombinaties verwerkt zoals gedefinieerd onder IFRS 3 maar als aankoop van activa, gezien we enkel het actief en het huurcontract hebben overgenomen en deze vervolgens volledig hebben geïntegreerd in onze organisatie.

i. Dochterondernemingen

Dochterondernemingen zijn entiteiten waarover de onderneming controle uitoefent. Een onderneming oefent derhalve controle over een dochteronderneming uit als, en alleen als, de moederonderneming:

  • macht over de deelneming heeft;
  • is blootgesteld aan, rechten heeft op veranderlijke opbrengsten, uit hoofde van haar betrokkenheid bij de deelnemingen en;
  • over de mogelijkheid beschikt haar macht over de deelneming te gebruiken om de omvang van de opbrengsten van de investeerder te beïnvloeden.

De minderheidsbelangen zijn de belangen in de dochterondernemingen die rechtstreeks noch onrechtstreeks door de Groep worden aangehouden.

Wijzigingen in het belang van de Vennootschap in een dochtervennootschap die niet tot een verlies van zeggenschap leiden, worden behandeld als eigenvermogenstransacties. De boekwaarden van het belang van de Groep en de minderheidsbelangen worden derhalve aangepast om de nieuwe proportionele belangen in de dochteronderneming te weerspiegelen.

Wanneer de Vennootschap de zeggenschap verliest over een dochtervennootschap wordt de winst of het verlies bij afstoting berekend als het verschil tussen (i) de som van de reële waarde van de ontvangen vergoeding en de reële waarde van het aangehouden belang en (ii) de voorheen opgenomen boekwaarden van de activa (met inbegrip van goodwill) en de verplichtingen van de dochteronderneming en de eventuele minderheidsbelangen. Bedragen die voorheen opgenomen zouden zijn in de andere elementen van het totaalresultaat met betrekking tot de

dochteronderneming worden op dezelfde manier opgenomen (d.i. herclassificatie naar winst of verlies of rechtstreeks naar het overgedragen resultaat) als wanneer de betreffende activa of verplichtingen werden afgestoten. De reële waarde van elk aangehouden belang in de vroegere dochteronderneming op datum van het verlies van zeggenschap wordt als de reële waarde bij initiële opname beschouwd voor waardering volgens IAS 39 Financiële instrumenten: opname en waardering, of indien van toepassing, als de kost bij initiële opname van een geassocieerde deelneming of entiteit waarover gezamenlijk zeggenschap wordt uitgeoefend.

ii. Uit de consolidatie geëlimineerde transacties

Alle transacties tussen de groepsondernemingen, saldi en niet-gerealiseerde winsten en verliezen op transacties tussen ondernemingen van de groep, worden bij de opmaak van de geconsolideerde jaarrekening geëlimineerd.

10.6.6 BEDRIJFSCOMBINATIES EN GOODWILL

Wanneer de groep de controle verwerft over een geïntegreerd geheel van activiteiten en activa, zoals gedefinieerd in IFRS 3 Bedrijfscombinaties, worden de identificeerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen van de verworven onderneming aan hun reële waarde opgenomen op de aanschaffingsdatum. De goodwill vertegenwoordigt het positieve verschil tussen het totaal van de overgedragen vergoeding, het bedrag van de minderheidsbelangen en, indien van toepassing, de reële waarde van het voorheen aangehouden belang in de overgenomen partij en het aandeel van de groep in de reële waarde van de netto identificeerbare activa. Als dit verschil negatief is (negatieve goodwill), wordt het onmiddellijk in het resultaat geboekt na een herbeoordeling van de waarden.

Na de initiële opname wordt de goodwill niet afgeschreven, maar onderworpen aan een impairment test die elk jaar wordt uitgevoerd met de kasstroomgenererende eenheden waaraan de goodwill werd toegewezen. Indien de boekwaarde van een kasstroomgenererende eenheid de bedrijfswaarde overschrijdt, zal het hieruit volgende waardeverlies geboekt worden in het resultaat en in eerste instantie opgenomen worden in mindering van de eventuele goodwill en vervolgens aan de andere activa van de eenheid, verhoudingsgewijs aan hun boekwaarde.

Een waardevermindering op goodwill wordt niet tijdens een later boekjaar hernomen.

10.6.7 VASTGOEDBELEGGINGEN

i. Algemeen

Onroerende goederen die worden aangehouden voor huuropbrengsten op lange termijn, voor waardestijgingen of voor beide, en die niet dienen voor eigen gebruik door de Vennootschap, worden als een vastgoedbelegging geboekt.

Vastgoed dat wordt gebouwd of ontwikkeld voor toekomstig gebruik als een vastgoedbelegging (projectontwikkeling), wordt tevens opgenomen in de rubriek Vastgoedbeleggingen (cf infra).

ii. Waardering bij initiële opname

Vastgoedbeleggingen omvatten alle onroerende goederen die verhuurklaar zijn en (geheel of gedeeltelijk) verhuurinkomsten genereren. Vastgoedbeleggingen worden bij de aankoop gewaardeerd tegen aanschaffingswaarde, met inbegrip van bijkomende transactiekosten zoals professionele erelonen, wettelijke diensten, registratierechten en andere overdrachtsbelastingen en niet aftrekbare BTW. Indien het onroerend goed verworven wordt via een aandelentransactie, omvat de aanschaffingsprijs eveneens een aanpassing voor de exit-taks, verschuldigd door vennootschappen waarover de Vennootschap directe of indirecte controle verwerft, (zij wordt in principe

in mindering gebracht van de waarde van het achterliggend vastgoed vermits het een belasting op de latente meerwaarde betreft die in hoofde van de verworven vennootschap bestond voor de controleverwerving), tenzij deze vennootschappen niet in aanmerking komen voor fusie met de Vennootschap (op beslissing van de raad van bestuur van de Vennootschap). De commissielonen betreffende de aankopen van gebouwen worden beschouwd als bijkomende kosten van die aankopen en worden toegevoegd aan de aanschaffingswaarde.

Indien het vastgoed wordt verkregen via de verwerving van de aandelen van een vastgoedvennootschap, via inbreng in natura van een onroerend goed tegen uitgifte van nieuwe aandelen of via een fusie door overname van een vastgoedvennootschap, worden de aktekosten, audit- en consultingkosten, fusiekosten e.a. kosten eveneens geactiveerd.

Het vastgoed omvat tevens de vaste inrichtingswerken alsook het meubilair van de studentenkamers indien de studentenkamers gemeubeld verhuurd worden.

iii. Waardering na initiële opname

Na de initiële opname worden de vastgoedbeleggingen gewaardeerd door de Vastgoeddeskundige.

De Vastgoeddeskundige waardeert op het einde van elk kwartaal op precieze wijze de volgende bestanddelen:

• De onroerende goederen, de onroerende goederen door bestemming en de zakelijke rechten op onroerende goederen die worden gehouden door de Vennootschap of, in voorkomend geval, door een vastgoedvennootschap waarover zij zeggenschap heeft;

Vooreerst bepaalt de Vastgoeddeskundige de Investeringswaarde van het vastgoed, dit is de waarde van het vastgoed met inbegrip van de overdrachtskosten en waarvan de registratierechten niet zijn afgetrokken. Deze waardering wordt bekomen door het actualiseren van de effectieve huurinkomsten en/of markthuren (DCF methode - zie voor meer informatie Hoofdstuk 8.2.2.1 van dit Jaarverslag), desgevallend na aftrek van verbonden kosten. De actualisatie gebeurt op basis van de yield factor die afhankelijk is van het inherente risico van het betrokken pand. De Vastgoeddeskundige voert zijn waardering uit in overeenstemming met nationale en internationale waarderingsstandaarden en zijn toepassingsprocedures, onder andere op het vlak van waardering van een gereglementeerde vastgoedvennootschap.

Vervolgens worden de vastgoedbeleggingen, conform IAS 40, in de balans opgenomen aan Reële Waarde. Reële Waarde of "Fair value" van de vastgoedbeleggingen is de investeringswaarde zoals bepaald door een onafhankelijke vastgoeddeskundige, waarvan de mutatierechten zijn afgetrokken. De Reële Waarde stemt overeen met de boekwaarde onder IFRS. Vanuit het standpunt van de verkoper moet zij worden begrepen mits aftrek van de overdrachtsbelastingen of registratierechten. Het geschatte bedrag van overdrachtsbelastingen voor in België gelegen onroerende goederen werd forfaitair bepaald op 2,5% voor vastgoedbeleggingen met een waarde hoger dan 2,5 miljoen EUR.31 Voor transacties met een globale waarde lager dan 2,5 miljoen EUR moet rekening worden gehouden met overdrachtsbelastingen van 10% (Vlaams gewest) tot 12,5% (Brussels en Waals gewest), afhankelijk van het gewest waar de gebouwen gelegen zijn.

Concreet betekent dit dat de Reële Waarde van het vastgoed gelijk is aan de Investeringswaarde gedeeld door 1,025 of door 1,10 resp. 1,125 afhankelijk van de waarde van het vastgoed. Het verschil tussen de Reële Waarde van het vastgoed en de Investeringswaarde van het vastgoed wordt opgenomen in de winst- en verliesrekening als onderdeel van de variaties in de Reële Waarde van vastgoedbeleggingen en wordt in de resultaatsbestemming toegewezen aan de post "Reserve voor de impact op de Reële Waarde van geschatte mutatierechten en –kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen" in het eigen vermogen.

Voor de gebouwen gelegen buiten België wordt door de onafhankelijke vastgoeddeskundigen rekening gehouden met de theoretische lokale registratierechten.

Winsten of verliezen die voortvloeien uit de variaties in de Reële Waarde van een vastgoedbelegging worden opgenomen in de winst- en verliesrekening in de periode waarin ze ontstaan en worden bij de winstverdeling toegewezen aan de "Reserve voor het saldo van de variaties in de Reële Waarde van vastgoed".

31 Belgian Assets Managers Association (BEAMA) persbericht 8 februari 2006 "Vastgoedbevaks - Eerste toepassing van de IFRS boekhoudregels". Dit percentage werd bevestigd in een persbericht van de BE-REIT Association op 10 november 2016.

10.6.8 PROJECTONTWIKKELINGEN

Onder projectontwikkelingen vallen de terreinen en gebouwen in ontwikkeling waardoor deze gedurende een bepaalde periode enkel investeringen vergen en geen huurinkomsten opleveren.

Onroerende goederen die gebouwd of ontwikkeld zijn voor toekomstig gebruik als vastgoedbelegging worden opgenomen in de subrubriek 'Projectontwikkelingen' van de rubriek 'Vastgoedbeleggingen' en conform IAS 40 gewaardeerd aan hun Reële Waarde totdat de ontwikkeling voltooid is. Op dat ogenblik worden de activa overgeboekt naar de subrubriek 'Vastgoed beschikbaar voor verhuur' van de rubriek 'Vastgoedbeleggingen', steeds aan Reële Waarde.

Na initiële opname worden de projecten gewaardeerd aan Reële Waarde indien aan al de volgende criteria voldaan is: (i) de te maken projectkosten kunnen betrouwbaar worden ingeschat en (ii) alle nodige vergunningen voor het uitvoeren van de projectontwikkeling zijn bekomen. Deze Reële Waarde waardering is gebaseerd op de waardering door de Vastgoeddeskundige (volgens de gebruikelijke methodes en assumpties) en houdt rekening met de nog te maken kosten voor de volledige afwerking van het project.

Alle rechtstreeks aan de aankoop of ontwikkeling gerelateerde kosten en alle daaropvolgende investeringen die als transactiekosten (kosten van nieuw- en/of verbouwingswerken, inclusief de aanschaffingswaarde van het terrein en het bouwklaar maken van het terrein) worden erkend, worden op de balans opgenomen.

Indien de duur van het project één jaar overschrijdt, worden ook de interestkosten die rechtstreeks toe te rekenen zijn aan de projectontwikkeling geactiveerd als deel van de kostprijs van de projectontwikkeling.

De activering van financieringskosten, conform IAS 23, als onderdeel van de kostprijs van een in aanmerking komend actief gebeurt enkel als:

  • uitgaven voor het actief worden gedaan;
  • financieringskosten worden gemaakt; en
  • activiteiten aan de gang zijn om het actief voor te bereiden op zijn beoogde gebruik.

De activering van financieringskosten wordt opgeschort tijdens lange perioden waarin de actieve ontwikkeling wordt onderbroken en wordt in elk geval stopgezet op het moment dat het actief klaar is voor verhuring.

De rubriek "Projectontwikkelingen" is een subrubriek van de post "Vastgoedbeleggingen" en wordt mee opgenomen in de berekening van de Reële Waarde van de vastgoedportefeuille in uitbating.

10.6.9 UITGAVEN VOOR WERKEN AAN VASTGOEDBELEGGINGEN

De uitgaven voor werken aan vastgoedbeleggingen komen ten laste van het operationeel vastgoedresultaat indien de uitgaven geen positief effect hebben op de verwachte toekomstige economische voordelen en worden geactiveerd indien de verwachte economische voordelen die aan de entiteit toekomen erdoor verhogen. Er zijn drie soorten uitgaven:

  • Kosten van structureel en occasioneel onderhoud, herstellingen en opfrissingswerken aan bestaande inrichting en meubilair, inclusief de interne personeelskosten van de werknemers die deze herstellingen uitvoeren: deze komen ten laste van het operationeel vastgoedresultaat en worden opgenomen onder de post 'technische kosten'; en
  • Nieuwe investeringen en vervangingsinvesteringen in inrichting en meubilair: deze kosten worden geactiveerd en toegevoegd aan de Reële Waarde van de vastgoedbeleggingen in de mate dat de studentenkamers gemeubeld verhuurd worden en de nieuwe investeringen en vervangingsinvesteringen tot een verhoging van het huurniveau leiden. In de mate dat de nieuwe inrichting enkel leidt tot het instandhouden van de huurinkomsten worden de kosten

van nieuwe investeringen en vervangingsinvesteringen ten laste van het operationeel vastgoedresultaat genomen. De kosten hebben betrekking op materialen en interne personeelskosten indien van toepassing; en

• Kosten voor grote verbouwingen en verbeteringswerken: verbouwingen zijn occasionele werken die een functie aan het gebouw toevoegen of het bestaande comfort niveau aanzienlijk verbeteren zodat ze een verhoging van de huurprijs en/of huurwaarde met zich meebrengen. Deze kosten worden geactiveerd en dus toegevoegd aan de Reële Waarde van de vastgoedbeleggingen. De kosten hebben betrekking op materialen, erelonen, aannemingswerken en interne personeelskosten. De nog uit te voeren werken worden door de Vastgoeddeskundige in mindering gebracht van de waardering, na uitvoering worden deze kosten geactiveerd en dus toegevoegd aan de Reële Waarde van de vastgoedbeleggingen.

10.6.10 VERVREEMDING VAN EEN VASTGOEDBELEGGING

De gerealiseerde winsten of verliezen op de verkoop van een vastgoedbelegging komen in de winst- en verliesrekening van de verslagperiode onder de post 'Resultaat op verkopen van vastgoedbeleggingen'. Aangezien het vastgoed verkocht is, wordt zowel de "Reserve voor het saldo van de variaties in de Reële Waarde van vastgoed" als de "Reserve voor de impact op de Reële Waarde van geschatte mutatierechten en –kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen" met betrekking tot het verkochte pand overgeboekt naar beschikbare reserves.

Commissies betaald bij het verkopen van gebouwen, transactiekosten en verplichtingen aangegaan naar aanleiding van transacties worden in mindering gebracht van de verkregen verkoopprijs om de gerealiseerde winst of verlies te bepalen.

10.6.11 ANDERE MATERIËLE VASTE ACTIVA

De materiële vaste activa, andere dan vastgoedbeleggingen, worden geclassificeerd als 'andere materiële vaste activa' en worden gewaardeerd tegen aanschaffingswaarde, verminderd met de geaccumuleerde afschrijvingen en waardeverminderingen. De lineaire afschrijvingsmethode wordt toegepast op basis van de verwachte gebruiksduur.

In het boekjaar waarin de investering plaatsvindt, worden afschrijvingen pro rata temporis het aantal maanden dat het actief in gebruik was, geboekt.

De volgende afschrijvingspercentages op jaarbasis zijn van toepassing:

Installaties, machines en uitrusting: 20%
Meubilair: 10%
Rollend materieel: 20%
Informaticamaterieel: 33%

Indien er indicaties zijn dat een actief mogelijk een bijzonder waardeverminderingsverlies heeft ondergaan, wordt de boekwaarde vergeleken met de realiseerbare waarde. Indien de boekwaarde hoger is dan de realiseerbare waarde, wordt een bijzonder waardeverminderingsverlies opgenomen.

Op het ogenblik van de verkoop of buitengebruikstelling van materiële vaste activa, andere dan vastgoedbeleggingen, worden de aanschaffingswaarde en de afschrijvingen die daarop betrekking hebben, uit de balans verwijderd en worden de gerealiseerde meer- of minderwaarden in de winst- en verliesrekening opgenomen.

10.6.12 HANDELSVORDERINGEN EN ANDERE VASTE ACTIVA

i. Langlopende leningen en vorderingen

Langlopende vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve-rentemethode. Er wordt een waardevermindering geboekt van zodra er onzekerheid bestaat betreffende de inbaarheid van de vordering.

De effectieve-rentemethode is een methode voor het berekenen van de geamortiseerde kostprijs van een schuldinstrument en voor het toerekenen van rentebaten aan de desbetreffende periode. De effectieve rentevoet is de rentevoet die de verwachte stroom van toekomstige geldontvangsten (met inbegrip van betaalde of ontvangen provisies en vergoedingen die integraal deel uitmaken van de effectieve rentevoet alsook transactiekosten en alle overige premies en kortingen) tijdens de verwachte looptijd van het schuldinstrument of, indien relevant, een kortere periode, exact disconteert tot de netto boekwaarde bij initiële opname.

ii. Bijzondere waardevermindering van financiële activa

Financiële activa worden getest op bijzondere waardevermindering wanneer er hiervoor objectieve aanwijzingen zijn. Een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt rechtstreeks ten laste genomen van het resultaat. Voor handelsvorderingen worden op elke balansdatum de oninbare vorderingen afgeschreven tegenover de betreffende provisierekening.

10.6.13 VASTE ACTIVA OF GROEPEN VAN ACTIVA BESTEMD VOOR VERKOOP

Vaste activa waarvan de boekwaarde hoofdzakelijk zal worden gerealiseerd door de verkoop van de goederen en niet door de verdere verhuring, worden als aangehouden voor verkoop beschouwd. Een vastgoedbelegging geklassificeerd als aangehouden voor verkoop wordt opgenomen aan de Reële Waarde. Vastgoedbeleggingen aangehouden voor verkoop worden op dezelfde wijze gewaardeerd als andere vastgoedbeleggingen (aan Reële Waarde), conform IAS 40.

Andere vaste activa aangehouden voor verkoop worden gewaardeerd tegen de laagste waarde van hun boekwaarde en hun Reële Waarde minus verkoopkosten (conform IFRS 5.15).

Vaste activa en groepen activa die worden afgestoten, worden geclassificeerd als activa bestemd voor verkoop indien hun boekwaarde hoofdzakelijk zal worden gerealiseerd in een verkooptransactie en niet door het voortgezette gebruik ervan. Deze voorwaarde is enkel en alleen vervuld wanneer de verkoop zeer waarschijnlijk is en het actief (of de groep activa die wordt afgestoten) in zijn huidige staat onmiddellijk beschikbaar is voor verkoop. Het management moet zich verbonden hebben tot een plan voor de verkoop van het actief (of de groep activa die wordt afgestoten), die naar verwachting in aanmerking komt voor opname als een voltooide verkoop binnen één jaar na de datum van de classificatie.

10.6.14 FINANCIËLE INSTRUMENTEN

De Vennootschap kan financiële afgeleide producten gebruiken (interest rate swaps) om zich in te dekken tegen renterisico's afkomstig van operationele, financiële en investeringsactiviteiten. Afgeleide financiële producten worden initieel aan hun kostprijs erkend en worden geherwaardeerd aan hun reële waarde op de daarop volgende rapporteringsdatum.

Na eerste verwerking worden de financiële derivaten in de jaarrekening gewaardeerd tegen reële waarde. Winsten of verliezen die voortvloeien uit wijzigingen in de reële waarden van de financiële derivaten worden onmiddellijk verwerkt in de winst- en verliesrekening, tenzij een derivaat voldoet aan de voorwaarden voor hedge accounting. De reële waarde van de financiële rentederivaten is het bedrag dat de Vennootschap verwacht te ontvangen of te betalen indien het financiële rentederivaat op balansdatum wordt beëindigd waarbij de geldende rente, het kredietrisico van de betreffende tegenpartij en het kredietrisico van de onderneming in aanmerking wordt genomen.

Wanneer een indekkingsinstrument vervalt of verkocht wordt, of wanneer een indekking niet langer voldoet aan de criteria van hedge accounting, blijven de geaccumuleerde winsten en verliezen in eerste instantie behouden in het eigen vermogen. Ze worden pas opgenomen in de resultatenrekening wanneer de verbintenis of de afgedekte kasstromen worden opgenomen in de resultatenrekening.

10.6.15 VLOTTENDE ACTIVA

Vorderingen op ten hoogste één jaar worden gewaardeerd tegen hun nominale waarde, na aftrek van waardeverminderingen voor dubieuze of oninbare vorderingen.

Geldmiddelen en kasequivalenten omvatten contanten, direct opvraagbare deposito's en andere kortlopende, uiterst liquide beleggingen die onmiddellijk kunnen worden omgezet in geldmiddelen waarvan het bedrag gekend is en die geen materieel risico van waardevermindering in zich dragen.

Bankdeposito's op zicht of termijn worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs. De bijkomende kosten worden onmiddellijk in de resultatenrekening verwerkt. Beursgenoteerde effecten worden gewaardeerd tegen hun beurskoers.

10.6.16 EIGEN VERMOGEN

Het kapitaal omvat de geldmiddelen verkregen bij oprichting, fusie of kapitaalverhoging. De externe kosten (notaris, honoraria plaatsingspartners, …) die onmiddellijk toewijsbaar zijn aan de uitgifte van nieuwe aandelen worden afgetrokken van het eigen vermogen. Kosten van due diligence worden geactiveerd op het actief.

Dividenden maken deel uit van het overgedragen resultaat totdat de algemene vergadering van aandeelhouders de dividenden toekent. Daarna worden deze dividenden geboekt als een schuld.

10.6.17 VOORZIENINGEN

Een voorziening wordt opgenomen wanneer:

  • de Vennootschap een bestaande juridisch afdwingbare of feitelijke verplichting heeft ten gevolge van een gebeurtenis uit het verleden;
  • het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen zal vereist zijn om de verplichting af te wikkelen; en
  • het bedrag van de verplichting op betrouwbare wijze kan worden geschat.

Het bedrag dat wordt opgenomen als een voorziening is de beste schatting van de uitgaven die vereist zijn om de bestaande verplichting op balansdatum af te wikkelen, rekening houdend met de risico's en onzekerheden verbonden aan de verplichting.

Volledigheidshalve wordt in het kader van deze Voorzieningen eveneens verwezen naar Hoofdstuk 10.9.35 van dit Jaarverslag in verband met "Gerechtelijke en arbitrageprocedures".

10.6.18 VERPLICHTINGEN

Handelsschulden worden uitgedrukt tegen hun nominale waarde op balansdatum.

Interestdragende leningen worden initieel aan de reële waarde, na aftrek van de transactiekosten, opgenomen. Vervolgens worden de interestdragende leningen gewaardeerd aan de geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieverentemethode, met interestkosten opgenomen volgens de effectieve rente.

De effectieve-rentemethode is een methode voor het berekenen van de geamortiseerde kostprijs van een financiële verplichting en voor het toerekenen van interestkosten aan de desbetreffende periode. De effectieve rentevoet is de rentevoet die de verwachte stroom van toekomstige geldontvangsten (met inbegrip van betaalde of ontvangen provisies en vergoedingen die integraal deel uitmaken van de effectieve rentevoet alsook transactiekosten en alle overige premies en kortingen) tijdens de verwachte looptijd van de financiële verplichting of, indien relevant, een kortere periode, exact disconteert tot de netto boekwaarde bij initiële opname.

10.6.19 VASTGOEDRESULTAAT

Het netto huurresultaat omvat de huren, operationele lease-vergoedingen en andere inkomsten die hiermee verband houden min de met verhuur verbonden kosten zoals te betalen huur op gehuurde activa, waardeverminderingen op handelsvorderingen.

Huurkortingen worden gespreid in de resultatenrekening opgenomen over de minimum duurtijd van het contract.

De recuperatie van huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen omvat voornamelijk de recuperatie van kosten van verwarming, water, elektriciteit en internet die door middel van een kostenforfait in één bedrag bij de start van de huurovereenkomst betaald worden door de huurder en die gespreid in resultaat worden genomen over de duurtijd van het huurcontract. Onroerende voorheffing wordt niet doorgerekend en blijft ten laste van de Vennootschap voor wat betreft studentenhuisvesting.

De huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen omvat de gemeenschappelijke lasten alsook de kost van de onroerende voorheffing. De schuld en kost van de onroerende voorheffing wordt conform IFRIC 21 volledig erkend op het moment dat deze door de Vennootschap verschuldigd zijn (in casu op 1 januari van het boekjaar).

Opbrengsten worden gewaardeerd tegen de reële waarde van de vergoeding die is ontvangen en worden lineair in de winsten verliesrekening opgenomen in de periode waarop ze betrekking hebben.

10.6.20 VASTGOEDKOSTEN

De vastgoedkosten worden gewaardeerd tegen de reële waarde van de vergoeding die is betaald of die verschuldigd is en worden in de winst- en verliesrekening opgenomen in de periode waarop ze betrekking hebben.

De technische kosten omvatten onder meer structureel en occasioneel onderhoud en verliezen uit schadegevallen gedekt door de verzekeringsmaatschappijen. De commerciële kosten omvatten onder meer makelaarscommissies. De beheerskosten van het vastgoed omvatten hoofdzakelijk: (i) de kosten van het personeel verantwoordelijk voor deze activiteit, (ii) de operationele kosten van de verhuurkantoren en (iii) de erelonen betaald aan derde partijen.

10.6.21 ALGEMENE KOSTEN VAN DE VENNOOTSCHAP EN ANDERE OPERATIONELE OPBRENGSTEN EN KOSTEN

Algemene kosten van de Vennootschap zijn kosten die verband houden met het beheer en de algemene werking van de Vennootschap. Dit betreft onder meer algemene administratieve kosten, personeelskosten voor algemeen beheer en afschrijvingen voor activa die gebruikt worden voor het algemeen beheer.

10.6.22 FINANCIEEL RESULTAAT

Het financieel resultaat bestaat uit de intrestkosten op leningen, bankkosten en bijkomende financieringskosten zoals de variaties van indekkinginstrumenten voor zover deze niet effectief zijn in de zin van IAS 39, verminderd met de opbrengsten van beleggingen.

10.6.23 WINSTBELASTING

Deze rubriek omvat de actuele belastinglast op het resultaat van het boekjaar en de uitgestelde belastingen. De winstbelasting wordt rechtstreeks in het resultaat geboekt, behalve als de belasting betrekking heeft op elementen die rechtstreeks in het eigen vermogen worden opgenomen. In dat geval wordt ook de belasting rechtstreeks in het eigen vermogen opgenomen. De actuele belastinglast bestaat uit de verwachte belasting op het belastbaar inkomen van het jaar en de correcties op vorige boekjaren.

Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden opgenomen op basis van de balansmethode voor alle tijdelijke verschillen tussen de belastbare basis en de boekwaarde en dit zowel voor activa als verplichtingen. Uitgestelde belastingverplichtingen worden opgenomen voor alle belastbare tijdelijke verschillen. Uitgestelde belastingvorderingen worden opgenomen in de mate dat het waarschijnlijk is dat er voldoende belastbare winst zal gerealiseerd worden waartegen de tijdelijke verschillen kunnen worden afgezet.

Uitgestelde belastingverplichtingen worden opgenomen aan een tarief van 6%. Dit tarief is gebaseerd op gangbare marktpraktijken.

10.6.24 EXIT-TAKS

Uitgestelde belastingverplichtingen worden voor de dochtervennootschappen geboekt op het verschil tussen de boekwaarde van de vastgoedbeleggingen na afschrijvingen in de statutaire jaarrekening van deze dochtervennootschappen en de Reële Waarde. Deze uitgestelde belastingen worden geboekt aan een tarief van 16,995% indien de respectieve raden van bestuur van de Vennootschap en de dochtervennootschap de intentie hebben om de dochtervennootschap te fuseren met de Vennootschap.

i. Algemeen

De exit-taks is de vennootschapsbelasting op de meerwaarde die vastgesteld wordt bij een belaste fusie van een gereglemententeerde vastgoedvennootschap met een Belgische onderneming die geen gereglemententeerde vastgoedvennootschap is. Wanneer deze onderneming voor het eerst in de consolidatiekring van de groep wordt opgenomen, komt de exit-taks in mindering van het eigen vermogen van de te fuseren vennootschap. Indien de onderneming niet onmiddellijk gefuseerd wordt met de gereglemententeerde vastgoedvennootschap worden aanpassingen aan de exit-taks verplichtingen, die op het ogenblik van de fusie noodzakelijk zouden blijken ten opzichte van het geprovisioneerde bedrag, geboekt via de winst- en verliesrekeningen.

ii. Percentage van de exit-taks

Het percentage van de exit-taks bedraagt 16,5%. Dit percentage moet worden vermeerderd met de aanvullende crisisbelasting ten belope van 0,495% (d.i. 3% op het toegepaste percentage van 16,5%). De verschuldigde exit-taks wordt dus berekend aan 16,995%.

iii. Grondslag voor de berekening van de exit-taks

De exit-taks is van toepassing bij fusies, splitsingen en met fusies of splitsingen gelijkgestelde verrichtingen waaraan de Vennootschap als gereglemententeerde vastgoedvennootschap deelneemt. Dergelijke verrichtingen worden uitdrukkelijk uitgesloten van de fiscale neutraliteit. Zowel de vergunning als gereglemententeerde vastgoedvennootschap als voormelde verrichtingen waaraan de Vennootschap als gereglemententeerde vastgoedvennootschap zou deelnemen, worden vanuit fiscaal oogpunt gelijkgesteld met een ontbinding en vereffening van de betrokken vastgoedvennootschap(pen).

Voor de berekening van de exit-taks wordt de werkelijke waarde van het maatschappelijk vermogen van de Vennootschap respectievelijk de betrokken vastgoedvennootschap(pen) op datum van de vergunning of van de betreffende verrichting gelijkgesteld met een 'bij verdeling van maatschappelijk vermogen uitgekeerde som'. Het positief verschil tussen, enerzijds de bij wettelijke fictie uitgekeerde som en, anderzijds, de gerevaloriseerde waarde van het gestort kapitaal wordt als dividend aangemerkt. In het geval van een met splitsing gelijkgestelde verrichting waaraan de Vennootschap zou deelnemen, zijn de regels inzake vereffening en ontbinding slechts van toepassing op het afgesplitste vermogen van de hierbij betrokken vastgoedvennootschap(pen).

Wanneer de Vennootschap wordt erkend als gereglementeerde vastgoedvennootschap, wordt de exit-taks toegepast op de latente meerwaarden en de vrijgestelde reserves van de Vennootschap op het ogenblik dat zij de vergunning als gereglementeerde vastgoedvennootschap verwerft (voor zover deze op dat ogenblik bestaan). Wanneer de Vennootschap als gereglementeerde vastgoedvennootschap deelneemt aan een fusie, splitsing of een met fusie of splitsing gelijkgestelde verrichting, wordt de exit-taks berekend op de latente meerwaarden en de vrijgestelde reserves van de vastgoedvennootschap die de inbreng door fusie, splitsing of een gelijkgestelde verrichting doet. De latente meerwaarden worden berekend als het positief verschil tussen de fiscale werkelijke waarde van het (afgesplitst) maatschappelijk vermogen van de betrokken vastgoedvennootschap enerzijds en de aanschaffingswaarde van dat maatschappelijk vermogen verminderd met de voorheen fiscaal aangenomen afschrijvingen en waardeverminderingen anderzijds.

De exit-taks, verschuldigd door vennootschappen waarvan het vermogen door een gereglementeerde vastgoedvennootschap wordt overgenomen bij (o.m.) fusie, wordt berekend rekening houdend met Circulaire Ci.RH.423/567.729 van de Belgische belastingadministratie van 23 december 2004, waarvan de interpretatie of praktische toepassing steeds zou kunnen wijzigen. De "fiscale werkelijke waarde" zoals bedoeld in deze circulaire wordt door de Vennootschap berekend met aftrek van registratierechten of BTW (die van toepassing zou zijn in geval van een verkoop van de activa) (de "Waarde Kosten Koper") en kan verschillen van (inclusief lager zijn dan) de Reële Waarde van het vastgoed zoals opgenomen in de balans van de gereglementeerde vastgoedvennootschap conform IAS 40.

iv. Betaling van de exit-taks

Bij een fusie, splitsing of een met fusie of splitsing gelijkgestelde verrichting waaraan de Vennootschap als gereglementeerde vastgoedvennootschap deelneemt, is de exit-taks verschuldigd door de vastgoedvennootschap die de inbreng in de GVV doet. Bij een inbreng in de Vennootschap door middel van een fusie zal de exit-taks de facto weliswaar verschuldigd zijn door de Vennootschap als overnemende vennootschap.

v. Finaliteit van de exit-taks

De Vennootschap geniet als gereglementeerde vastgoedvennootschap van een afwijkend fiscaal regime. Zij is onderworpen aan de vennootschapsbelasting, maar haar belastbare grondslag is beperkt tot (i) de abnormale of goedgunstige voordelen die ze ontvangt en (ii) de niet als beroepskosten aftrekbare uitgaven en kosten (andere dan waardeverminderingen en minderwaarden op aandelen) (artikel 185bis WIB 1992). De Vennootschap is na haar vergunning als gereglementeerde vastgoedvennootschap dus niet belast op haar boekhoudkundig resultaat, wat impliceert dat ook de meerwaarden die ze realiseert niet in haar belastbare grondslag zijn opgenomen. Teneinde te vermijden dat de Vennootschap definitief zou zijn vrijgesteld van de belasting op latente niet-gerealiseerde meerwaarden en vrijgestelde reserves waarover ze beschikt op datum van haar vergunning, werd de exit-taks ingevoerd. Met de heffing van de exit-taks wordt de Vennootschap op het moment van haar vergunning als gereglementeerde vastgoedvennootschap a.h.w. geacht voor het verleden af te rekenen. Dezelfde ratio legis geldt voor de afrekening in hoofde van de vastgoedvennootschap(pen) betrokken bij een fusie, splitsing of een met fusie of splitsing gelijkgestelde verrichting waaraan de Vennootschap als gereglementeerde vastgoedvennootschap deelneemt.

De verlaging van het tarief van de exit-taks tot 16,995% heeft o.m. te maken met het feit dat (i) de exit-taks een uitzondering is op de algemene regel dat niet-gerealiseerde meerwaarden niet worden belast en (ii) dat vennootschappen die aan het normaal regime van vennootschapsbelasting zijn onderworpen, de mogelijkheid hebben om de meerwaarden die ze realiseren gespreid te laten belasten.

vi. Boekhoudkundige verwerking

De exit tax is de vennootschapsbelasting op de meerwaarde die vastgesteld wordt bij de belaste fusie van een GVV met een onderneming die geen GVV is. De verschuldigde exit tax op deze meerwaarde wordt erkend wanneer de onderneming die geen GVV is voor het eerst in de consolidatiekring van de Groep wordt opgenomen. In principe wordt de voorziening voor exit tax enkel tussentijds herzien indien deze door de waardestijging van het onroerend goed van deze onderneming dient verhoogd te worden. Een eventuele overschatting ten gevolge van waardedalingen wordt slechts vastgesteld bij de effectieve realisatie van de fusie. Deze aanpassingen aan de exit tax verplichting worden geboekt via de winst- en verliesrekeningen.

10.6.25 FINANCIEEL RISICOBEHEER

i. Evolutie van de rentevoeten

Hogere rentevoeten leiden tot een stijging van de financiële kosten en een daling van het netto courant resultaat. In de huidige context van negatieve rentevoeten heeft de werkwijze van sommige banken om een bodem te eisen voor het Euribor-tarief (dat wordt gebruikt als referentie in de financieringscontracten) aan 0%, een negatieve invloed op de financiële kosten. Voor de afdekking van het renterisico op langetermijnleningen met variabele rentevoet maakt Xior Student Housing gebruik van financiële instrumenten van het type IRS. Bij een interest rate swap wordt de variabele rentevoet ingeruild tegen een vaste rentevoet. Door het gevoerde rentebeleid zijn 76,05% van de opgenomen leningen afgedekt met een vaste rentevoet. De gemiddelde interestvoet van de openbare GVV bedraagt 1,78%. Er wordt verwezen naar hoofdstuk 10.9.23 voor de potentiële impact van interestwijzigingen.

ii. Financieringsrisico

De langetermijnfinanciering werd afgesloten onder de vorm van "bulletleningen". Dit zijn leningen waarvan het kapitaal na een looptijd van drie à vijf jaar in zijn geheel dient terugbetaald te worden. De diversificatie van de financiering over verschillende banken beperkt het liquiditeitsrisico van Xior Student Housing. De leningen zijn allemaal afgesloten tegen een variabele interestvoet. Xior Student Housing heeft de nodige afdekkingsverrichtingen afgesloten, waarbij 76,05% van haar opgenomen leningen werd omgezet naar een vaste interestvoet. Het nettoresultaat is dus slechts in beperkte mate gevoelig voor renteschommelingen.

iii. Kredietrisico

De achterstallige huren worden nauwlettend opgevolgd door Xior Student Housing. Ingeval van niet-betaling bezit de Vennootschap meestal een huurwaarborg. Er wordt verwezen naar Hoofdstuk 10.9.14 van dit Jaarverslag voor verdere details.

10.7 SEGMENTINFORMATIE

De segmenteringsbasis voor de rapportering per segment gebeurt per geografische regio. De huurresultaten worden opgesplitst op basis van geografische locatie: België en Nederland. Per locatie wordt bovendien de opsplitsing gemaakt tussen studenten en andere. Commerciële beslissingen worden genomen op dit niveau en huuropbrengsten en bezettingsgraad worden op dit niveau opgevolgd.

De categorie niet-toegewezen bedragen omvat alle niet aan een segment toewijsbare kosten.

Op het niveau van de resultatenrekening wordt enkel het netto-huurresultaat opgesplitst per segment. Om de tabel te laten doorrekenen, werd er wel per segement een totaal gemaakt.

België
Nederland
Niet toe
gewezen
bedragen
Totaal
Studenten Andere Studenten Andere
Netto Huurresultaat 6.365 1.648 2.469 430 10.912
Vastgoedresultaat 11.349
Vastgoedkosten -1.981 -1.981
Operationeel vastgoedresultaat 9.368
Algemene kosten -1.859 -1.859
Andere operationele kosten en opbrengsten 71 71
Operationeel resultaat voor het resultaat op
de portefeuille
7.580
Resultaat op verkoop van vastgoedbeleggingen 106 106
Variaties in de reële waarde van
vastgoedbeleggingen
-177 -3 1.524 -232 1.112
Ander portefeuilleresultaat 354 -464 -110
Operationeel resultaat 8.688
Financieel resultaat -3.464 -3.464
Resultaat voor belastingen 5.224
Belastingen -209 -209
Netto resultaat 5.015
EPRA winst 5.774
Resultaat van de portefeuille 177 103 1.060 -232 0 1.108
Totaal Activa 158.349 28.278 76.611 2.635 7.634 273.507
Andere activa 158.349 28.278 76.611 2.635 265.873
Andere activa 7.634 7.634
Totaal passiva en eigen vermogen 273.507 273.507
Verplichtingen 141.877 141.877
Verplichtingen 141.877 141.877

31/12/2015

België Nederland Niet toe
gewezen
bedragen
Totaal
Studenten Andere Studenten
Andere
Netto Huurresultaat 319 99 122 23 563
Vastgoedresultaat 627
Vastgoedkosten -159 -159
Operationeel vastgoedresultaat 468
Algemene kosten -291 -291
Andere operationele kosten en opbrengsten -45 -45
Operationeel resultaat voor het resultaat op
de portefeuille
132
Variaties in de reële waarde van
vastgoedbeleggingen
358 229 -736 -149
Ander portefeuilleresultaat -239 518 151 -809 -379
Operationeel resultaat -396
Financieel resultaat -54 -54
Resultaat voor belastingen -450
Belastingen -64 -64
Netto resultaat -514
EPRA winst 14
Resultaat van de portefeuille 119 747 -585 0 -809 -528
Totaal Activa 142.429 21.905 28.869 1.550 8.578 203.331
Vastgoedbeleggingen 142.429 21.905 28.869 1.550 194.753
Andere activa 8.578 8.578
Totaal Passiva en eigen vermogen 203.331 203.331
Eigen vermogen 108.382 108.382
Verplichtingen 94.949 94.949

10.8 ALTERNATIEVE PRESTATIE INDICATOREN (APM'S)

APM benaming Definitie Gebruik
EPRA winst Nettoresultaat +/- variaties in de reële
waarde
van
vastgoedbeleggingen,
+/-
ander portefeuilleresultaat, +/- resultaat
op verkopen van vastgoedbeleggingen, +/-
variaties in de reële waarde van financiële
activa en passiva.
Meten
van
het
resultaat
van
de
strategische operationele activiteiten, met
uitsluiting van de variaties in de reële
waarde
van
vastgoedbeleggingen,
ander
portefeuilleresultaat, resultaat op verkopen
van vastgoedbeleggingen en variaties in de
reële waarde van financiële activa en passiva.
Dit geeft aan in welke mate dividendbetalingen
ondersteund worden door de winst.
Resultaat van de
portefeuille
Resultaat
op
de
verkopen
van
vastgoedbeleggingen +/- variaties in de
reële waarde van vastgoedbeleggingen +/-
ander portefeuilleresultaat
Meten
van
de
gerealiseerde
en
niet
gerealiseerde
winst/verlies
op
de
vastgoedbeleggingen
Gemiddelde
interestvoet
Interestkosten inclusief IRS interestkosten
gedeeld door de gemiddeld uitstaande
schuld gedurende de periode
Meten van de gemiddelde interestkost van
de schulden om een vergelijking met peers
mogelijk te maken + analyse van de evolutie
over de jaren
Gemiddelde
interestvoet excl.
IRS interestkosten
Interestkosten exclusief IRS interestkosten
gedeeld door de gemiddeld uitstaande
schuld gedurende de periode.
Meten van de gemiddelde interestkost van
de schulden om een vergelijking met peers
mogelijk te maken + analyse van de evolutie
over de jaren.
Gemiddelde
financieringskost
Interestkosten inclusief IRS interestkosten
+ arrangement fees en commitment fees
gedeeld door gemiddeld uitstaande schuld
gedurende de periode.
Meten van de gemiddelde financieringskost
van de schulden om een vergelijking met
peers mogelijk te maken + analyse van de
evolutie over de jaren.
Gemiddelde
financieringskost
excl. IRS
interestkosten
Interestkosten exclusief IRS interestkosten
+ arrangement fees en commitment fees
gedeeld door gemiddeld uitstaande schuld
gedurende de periode
Meten van de gemiddelde financieringskost
van de schulden om een vergelijking met
peers mogelijk te maken + analyse van de
evolutie over de jaren
APM benaming Definitie Gebruik
EPRA winst per
aandeel
Netto resultaat +/- resultaat op verkopen
van vastgoedbeleggingen, +/- variaties in
de reële waarde van vastgoedbeleggingen,
+/-
overig
portefeuilleresultaat
+/-
variaties in de reële waarde van financiële
activa en passiva gedeeld door het
gemiddelde aantal aandelen.
Vergelijkbaarheid met andere GVV's en
internationale vastgoedspelers.
EPRA NAW Dit is de NAV die werd aangepast
zodat
ze
ook
vastgoed
en
overige
investeringen tegen hun reele waarde
omvat en die bepaalde posten uitsluit
die naar verwachting geen vaste vorm
zullen krijgen in een bedrijfsmodel met
vastgoedbeleggingen op lange termijn.
Vergelijkbaarheid met andere GVV's en
internationale vastgoedspelers.
EPRA NNNAW EPRA NAW aangepast om rekening te
houden met de (i) reële waarde van
(i) de financiële instrumenten, (ii) de
reële waarde van de schulden en (iii) de
uitgestelde belastingen.
Vergelijkbaarheid met andere GVV's en
internationale vastgoedspelers
EPRA Kost
Ratio (incl.
leegstandskosten)
EPRA kosten (inclusief leegstandskosten)
gedeeld door de bruto huurinkomsten
verminderd met de te betalen huur op
gehuurde grond.
Vergelijkbaarheid met andere GVV's en
internationale vastgoedspelers.
EPRA Kost
Ratio (excl.
leegstandskosten)
EPRA kosten (exclusief leegstandskosten)
gedeeld door de bruto huurinkomsten
verminderd met de te betalen huur op
gehuurde grond.
Vergelijkbaarheid met andere GVV's en
internationale vastgoedspelers.

Alternatieve Prestatie Indicatoren (APM's): reconciliatietabellen

EPRA winst 31/12/2016 31/12/2015
Nettoresultaat 5.016 -514
Variaties in de reële waarde van de vastgoedbeleggingen -1.112 149
Ander portefeuilleresultaat 110 379
Resultaat op verkopen van vastgoedbeleggingen -106 0
Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva 1.866 0
EPRA winst 5.774 14
Resultaat van de portefeuille 31/12/2016 31/12/2015
Resultaat van de portefeuille 1.108 -528
Ander portefeuilleresultaat -110 -379
Variaties in de reële waarde van de vastgoedbeleggingen 1.112 -149
Resultaat op verkopen van vastgoedbeleggingen 106 0
Gemiddelde interestvoet 31/12/2016 31/12/2015
Nominale interestlasten op leningen 957 43
Kosten van toegelaten afdekkingsinstrumenten 373 0
Geactiveerde interesten 389 21
Gemiddeld uitstaande schuld gedurende de periode 96.798 72.657
Gemiddelde interestvoet (1) 1,78% 1,53%
Gemiddelde interestvoet excl. kosten van toegelaten
afdekkingsinstrumenten
1,39% 1,53%
Gemiddelde financieringskost 31/12/2016 31/12/2015
Nominale interestlasten op leningen 957 43
Kosten van toegelaten afdekkingsinstrumenten 373 0
Geactiveerde interesten 389 21
Wedersamenstelling van het nominaal bedrag van financiële schulden 58 0
Bankkosten en andere commissies 212 16
Gemiddeld uitstaande schuld gedurende de periode 96.798 72.657
Gemiddelde financieringskost 2,05% 1,91%
Gemiddelde financietringskost excl. kosten van toegelaten
afdekkingsinstrumenten
1,67% 1,91%
EPRA winst per aandeel 31/12/2016 31/12/2015
Nettoresultaat 5.016 -514
Variaties in de reële waarde van de vastgoedbeleggingen -1.112 149
Ander portefeuilleresultaat 110 379
Resultaat op verkopen van vastgoedbeleggingen -106 0
Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva 1.866 0
Gewogen gemiddelde aantal aandelen 4.926.405 nvt
EPRA winst per aandeel 1,17 nvt
EPRA NAW 31/12/2016 31/12/2015
Eigen vermogen 131.630 108.382
Effect van de lichting van opties, converteerbare schulden en de andere
eigen-vermogensinstrumenten
Verwaterde intrinsieke waarde na effect van de lichting van opties,
converteerbare schulden en andere eigen vermogensinstrumenten
131.630 108.382
Uit te sluiten:
Reële Waarde van toegelaten afdekkingsverrichtingen 1.866 0
EPRA NAW 133.496 108.382
Uitstaand aantal aandelen per 31/12/2016 5.270.501 4.626.780
EPRA NAW (EUR/aandeel) 25,33 23,42
EPRA NNNAW 31/12/2016 31/12/2015
EPRA NAW 133.496 108.382
Toe te voegen:
Reële Waarde van toegelaten afdekkingsverrichtingen -1.866 0
Aanpassing naar Reële Waarde van schulden 0 0
Uitgestelde belastingen -284 -2.653
EPRA NAW 131.346 105.729
Uitstaand aantal aandelen per 31/12/2016 5.270.501 4.626.780
EPRA NAW (EUR/aandeel) 24,92 22,85
EPRA kost ratio 31/12/2016 31/12/2015
Algemene kosten 1.859 nvt
Waardeverminderingen op handelsvorderingen 57 nvt
Vastgoedkosten 1.981 nvt
nvt
EPRA kosten (incl. leegstandskosten) 3.897 nvt
Leegstandskosten 0 nvt
EPRA kosten (excl.leegstandskosten) 3.897 nvt
Bruto huurinkomsten 10.969 nvt
EPRA kost ratio (incl. leegstandskosten) 35,5% nvt
EPRA kost ratio (excl. leegstandskosten) 35,5% nvt

10.9 OVERIGE TOELICHTINGEN

Door de afrondingen naar duizendtallen kunnen er afrondingsverschillen ontstaan tussen de balans -en resultatenrekening en de bijgevoegde details.

10.9.1 VASTGOEDRESULTAAT

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
(+) Huurinkomsten 10.969 563
Huur 9.949 552
Gegarandeerde inkomsten 1.035 11
Huurkortingen -15 0
(+) Terugnemingen overgedragen en verdisconteerde huren
(+/-) Met verhuur verbonden kosten -57 0
Netto huurresultaat 10.912 563
(+) Recuperatie van vastgoedkosten 0 0
(+) Recuperatie van huurlasten en belastingen normaal gedragen
door de huurders op verhuurde gebouwen
1.460 32
(-) Kosten van de huurders en gedragen door de eigenaar
op huurschade en wederinstaatstelling op het einde van de huur
0 0
(-) Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurders
op verhuurde gebouwen
-1.457 -58
(+/-) Andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven 434 90
Vastgoedresultaat 11.349 627

Voor het boekjaar eindigend per 31 december 2015, bevatten de huuropbrengsten de huuropbrengsten van 11 december 2015 t.e.m. 31 december 2015.

De met verhuur verbonden kosten bevatten waardeverminderingen op huurvorderingen.

Gegarandeerde inkomsten: De initiële vastgoedportefeuille die gevormd werd bij IPO bevatte enkele panden in aanbouw met een verwachte leegstand. Voor deze panden werd een huur- of rendementsgarantie gegeven door Aloxe. Deze garantie is berekend op basis van de huurgelden die deze panden zouden genereren tot de start van het academiejaar (14 september 2016). Nadien genereerden deze panden huurinkomsten van derden.

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
(+/-) Overzicht van de toekomstig potentieel te vervallen huurinkomsten
Binnen één jaar 9.370 482
Tussen één en vijf jaar 350 45
Meer dan vijf jaar 1.249 36
Totaal 10.969 563

Bovenstaande tabel geeft weer hoeveel van de huurinkomsten die tussen 1 januari 2016 en 31 december 2016 werden gerealiseerd, theoretisch kunnen vervallen in de toekomst indien de huidige huurders de huurovereenkomst op de eerstvolgende contractueel toegestane datum zouden opzeggen en er geen nieuwe huurder zou gevonden worden.

De meeste huurovereenkomsten van Xior Student Housing betreffen korte termijn contracten voor de verhuur van studentenunits. Deze contracten worden typisch afgesloten voor een termijn van één jaar, waarbij ze nadien kunnen verlengd worden. Anderzijds tracht Xior lange termijn contracten af te sluiten met hogescholen of universiteiten voor een deel van de kamers in portefeuille. De Vennootschap heeft in de loop van 2016 een contract afgesloten met de Hogeschool Gent voor een termijn van 20 jaar voor de verhuur van 318 van de 490 studentenkamers van het studentencomplex gelegen te Overwale 42-44 in Gent. De Vennootschap heeft eveneens een contract met de Stichting Zuyd Hogeschool voor de verhuur van 60 van de 134 studentenkamers en met de Universiteit van Maastricht voor de verhuur van 20 kamers van de 134 studentenkamers in het studentencomplex gelegen aan de Vijverdalseweg te Maastricht. Deze contracten zijn oorspronkelijk afgesloten in augustus 2014 voor een termijn van 3 jaar en kunnen verlengd worden. In totaal wordt per 31 december 2016 15% van het aantal verhuurbare studentenunits verhuurd mits tussenkomst van een hogeschool of universiteit. 11% van de huurinkomsten worden gerealiseerd via deze contracten met universiteiten of hogescholen.

Daarnaast heeft Xior Student Housing enkele andere type huurovereenkomsten, die eveneens voor lange termijn zijn afgesloten. Dit betreft voornamelijk de huurcontracten van de commerciële panden, deze zijn typisch voor een langere termijn dan 1 jaar. De duurtijd van deze contracten varieert in de regel tussen de 3 jaar en de 10 jaar.

De huurprijzen worden maandelijks vooruitbetaald. Bepaalde vastgoed-gerelateerde kosten, zoals verbruikskosten, bepaalde belastingen en taksen en de gemeenschappelijke kosten worden ook doorgerekend aan de huurder. Hiervoor dienen ze maandelijks een vast voorschot te betalen waarbij de afrekening eenmaal per jaar wordt opgemaakt of er wordt een forfaitair bedrag op jaarbasis aangerekend ter dekking van deze kosten. Om de naleving van de verplichtingen door de huurder te garanderen, wordt er een huurwaarborg van minimaal 1 maand en in de meeste gevallen van 2 maanden aangerekend. Deze wordt meestal in cash betaald en staat op de balans uitgedrukt onder de overige korte termijn verplichtingen.

10.9.2 VASTGOEDKOSTEN

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
(-) Technische kosten -688 -121
Recurrente technische kosten -687 -111
Herstellingen -608 -98
Verzekeringspremies -79 -13
Niet-recurrente technische kosten -1 -10
(-) Commerciële kosten -216 -18
Erelonen van advocaten en juridische kosten 0
Makelaarscommissies 0
Publiciteit -216 -18
Andere 0
(-) Kosten en taksen van niet verhuurde gebouwen 0 0
(-) Beheerskosten van het vastgoed -607 -7
Externe beheervergoedingen -235 -7
Interne beheerskosten van het patrimonium -373 0
(-) Andere vastgoedkosten -470 -14
Honoraria schatters -112 -12
Honoraria architecten 0 -1
Onroerende voorheffing en andere taksen -358 0
Vastgoedkosten -1.981 -160

De cijfers per 31 december 2015 bevatten slechts 21 dagen van operationele activiteiten als openbare GVV en zijn als dusdanig niet vergelijkbaar met het boekjaar 2016, hetgeen een volledig boekjaar van 12 maanden betrof.

10.9.3 ALGEMENE KOSTEN

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
(+/-)
Algemene kosten van de vennootschap
-1.859 -291
- Erelonen van advocaten, notaris en juridische kosten -157 -3
- Audit (externe en interne) -85 -39
- Fiscaal en financieel advies -181 -3
- Bestuurders en uitvoerend management -457 -50
- Personeelskosten -356 0
- Huisvestingskosten -100
- Kantoorkosten -104
- Publiciteit, communicatie en jaarverslag -107
- Taksen en wettelijke kosten -227
- Verzekeringen -45 -1
- Andere algemene kosten -40 -195
Algemene kosten van de vennootschap -1.859 -291

De algemene kosten van de Vennootschap dekken de vaste bedrijfskosten van de onderneming die actief is als een juridische beursgenoteerde entiteit en die geniet van het GVV-statuut. Deze kosten worden opgelopen om transparante financiële informatie te verschaffen.

10.9.4 ANDERE OPERATIONELE KOSTEN EN OPBRENGSTEN

31/12/2016 31/12/2015
(+/-)
Andere operationele kosten en opbrengsten
71 -45
Beheer voor derden 71 0
Diverse bedrijfsopbrengsten 0 24
Huur kantoormateriaal 0 -5
Bedrijfsbelastingen 0 -4
Andere 0 -60
Andere operationele kosten en opbrengsten 71 -45

Met toepassing van artikel 6 van de GVV-Wet verleent Stubis, een 100% dochter van Xior Student Housing NV, beperkte vastgoeddiensten aan derden (die voordien werden verleend door Retail Design BVBA voorafgaand aan de fusie door overneming van deze laatste door Xior Student Housing NV). De opbrengsten hiervan worden onder andere operationele kosten en opbrengsten geboekt. Het resultaat voor belastingen voor deze diensten aan derden over 2016 vertegenwoordigt een niet-significant percentage van het geconsolideerd resultaat voor belastingen.

De activa die beheerd worden voor derden vertegenwoordigen ca. 8,6% (en dus minder dan 10%) van de geconsolideerde activa van Xior Student Housing NV.

Per 31 december 2015 werden hieronder ook nog kosten en opbrengsten opgenomen van Xior Student Housing NV m.b.t. de periode voor dat Xior haar erkenning als GVV had gekregen.

31/12/16 31/12/15
(+/-) Resultaat op verkopen van vastgoedbeleggingen 106 0
(+/-) Resultaat op verkopen van andere niet-financiële activa
(+/-) Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen 1.112 -149
Positieve variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen 3.319 1.293
Negatieve variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen -2.207 -1.442
(+/-) Andere portefeuilleresultaat -110 -380
(+/-) Resultaat op de portefeuille 1.108 -529

10.9.5 RESULTAAT OP DE PORTEFEUILLE

Cijfers zijn in duizenden EUR.

Gedurende 2016 werd er nieuw vastgoed verworven, enerzijds via vastgoedovernames (koop-verkoop) en anderzijds door middel van aandelenovernames en overnamefusies.

Het vastgoed werd deels verworven aan Reële Waarde en deels aan een conventionele waarde (de aanschaffingswaarde overeengekomen tussen partijen), die verschillend was van de Reële Waarde.

  • Voor het vastgoed dat verworven werd via vastgoedovernames (koop-verkoop) wordt het verschil tussen de Reële Waarde en de conventionele waarde van het vastgoed verwerkt in de resultatenrekening als "variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen".
  • Voor het vastgoed dat verworven werd door middel van aandelenovernames en overnamefusies wordt het verschil tussen de Reële Waarde en de conventionele waarde van het vastgoed, alsook andere bronnen van verschil tussen de reële waarde en de conventionele waarde van de aandelen, verwerkt in de resultatenrekening als "ander portefeuilleresultaat". Dit "ander portefeuilleresultaat" betreft bedragen die voortvloeien uit de toepassing van consolidatieprincipes en fusieverrichtingen en bestaat uit verschillen tussen de betaalde prijs voor vastgoedvennootschappen en de reële waarde van de overgenomen netto activa. Dit "ander portefeuilleresultaat" omvat tevens de direct toe te rekenen transactiekosten.

• De variatie in de Reële Waarde tussen 1 januari 2016 en 31 december 2016 werd geboekt onder negatieve of positieve variatie op vastgoedbeleggingen.

De positieve variatie in de waardering van de vastgoedbeleggingen is te verklaren door een verscherping van het rendement van de Nederlandse portefeuille. De negatieve variatie in de waardering van de vastgoedbeleggingen is voornamelijk te verklaren door een daling van de Geschatte Huur op jaarbasis zoals ingeschat door de vastgoeddeskundige voor een aantal commerciële panden en door een overschrijding van het budget voor het project gelegen te Overwale 42-44 (Campus Schoonmeersche).

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016
Boekwaarde van de verkochte onroerende goederen 2.763
Nettoverkoopprijs vastgoedbeleggingen (verkoopprijs - transactiekosten) 2.870
Totale winst of verlies op verkopen van vastgoedbeleggingen 106

De gerealiseerde meerwaarde ten opzichte van de Reële Waade is gerelateerd aan de verkoop van een niet strategisch commercieel pand te Hasselt.

10.9.6 FINANCIEEL RESULTAAT

31/12/2016 31/12/2015
(+) Financiële opbrengsten 23 9
(-) Netto interestkosten -1.388 -43
Nominale intrestlasten op leningen -957 -43
Wedersamenstelling van het nominaal bedrag van financiële schulden -58
Kosten van toegelaten afdekkingsinstrumenten -373
(-) Andere financiële kosten -232 -20
Bankkosten en andere commissies -212 -16
Andere -20 -3
(+/-) Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva -1.866 0
Marktwaarde Interest Rate Swaps -1.866 0
(+/-) Financieel resultaat -3.464 -54

De gemiddelde interestvoet32 bedraagt 1,78% (1,39% zonder afdekkingsinstrumenten) per 31 december 2016 en bedroeg 1,53% per 31 december 2015. De gemiddelde financieringskost bedraagt 2,05% per 31 december 2016 t.o.v. 1,91% per 31 december 2015.

De Vennootschap is onderhevig aan de schommelingen in de interestvoeten, vermits alle lange termijnverplichtingen werden aangegaan aan variabele interestvoeten. Een stijging van de interestvoet kan dus een stijging van de interestlasten veroorzaken. In de loop van januari 2016 en december 2016 werden de nodige IRS contracten afgesloten om voor een deel van de leningen een vaste rentevoet te bedingen (zie Hoofdstuk 5.3.2 van dit Jaarverslag).

De derivaten die door Xior Student Housing worden gebruikt kwalificeren niet als afdekkingstransacties. Bijgevolg worden de wijzigingen in reële waarde onmiddellijk in het resultaat opgenomen.

10.9.7 VENNOOTSCHAPSBELASTING

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/16 31/12/15
Moedervennootschap
Vennootschapsbelasting aan het tarief van 33,99% 7 0
Dochterondernemingen
Belgische verschuldigde en verrekenbare belasting 102 16
Buitenlandse verschuldigde en verrekenbare belasting 412 29
Buitenlandse uitgestelde belastingen -300 22
Totaal 220 66
Exit Tax -11 -2
Totaal 209 64

Een GVV is enkel onderworpen aan de vennootschapsbelasting voor wat betreft de verworpen uitgaven en abnormaal goedgunstige voordelen. Uitgestelde belastingen (exit taksen) worden geboekt voor de dochtervennootschappen op het verschil tussen de boekwaarde na afschrijvingen in de statutaire jaarrekening van deze dochtervennootschappen en de Reële Waarde. Deze werden geboekt aan 16,995% gelet op de intentie om deze dochtervennootschappen te fuseren met de openbare GVV.

Verder heeft de Vennootschap een aantal panden die in Nederland gelegen zijn. Deze vormen tesamen een Nederlandse vaste inrichting. De winstbelasting, verschuldigd door de Nederlandse vaste inrichting wordt ingeschat op 25% van het belastbaar resultaat van de vaste inrichting.

In aanvulling van de winstbelasting wordt een passieve uitgestelde belastinglatentie, aan een tarief van 6%, toegerekend aan de latente meerwaarde van het vastgoed in Nederland, aangehouden door de vaste inrichting. Deze passieve uitgestelde belastinglatentie wordt aangepast indien de Reële Waarde of de boekwaarde van het vastgoed wijzigen, ondermeer ten gevolge van waardeschommelingen of fiscale afschrijvingen.

Er wordt verwezen naar Hoofdstuk 10.9.22 van dit Jaarverslag.

10.9.8 VASTGOEDBELEGGINGEN

Investeringstabel Vastgoed
beleggingen
in exploitatie
Project
ontwikkelingen
Totaal
Saldo per begin van het vorige boekjaar 0 0 0
Verwerving door aankoop of inbreng van vastgoed
vennootschappen
137.870 36.548 174.418
Verdere investering in capex 0 390 390
Aankoop en inbreng van vastgoedbeleggingen 20.074 0 20.074
Verkoop van vastgoedbeleggingen 0 0
Geactiveerde interestlasten 0 21 21
Variatie in de reële waarde -65 -84 -149
Saldo per 31/12/2015 157.879 36.875 194.753
Verwerving door aankoop of inbreng van vastgoed
vennootschappen
33.048 0 33.048
Verdere investering in capex 2.270 11.767 14.037
Aankoop en inbreng van vastgoedbeleggingen 25.298 0 25.298
Verkoop van vastgoedbeleggingen -2.763 0 -2.763
Geactiveerde interestlasten 0 389 389
Variatie in de reële waarde 603 509 1.112
Transfer van/naar 49.539 -49.539 0
Saldo per 31/12/2016 265.873 0 265.873

Geactiveerde interestlasten, m.b.t. onroerende goederen die het voorwerp zijn van projectontwikkelingen, werden gedurende 2016 geactiveerd aan een interestvoet van 1,75%.

Verdere investering in capex heeft betrekking op de uitgevoerde investeringen in het kader van nieuwe aankopen, de eigen projectontwikkelingen en investeringen binnen de bestaande portefeuille. Er wordt verwezen naar hoofdstuk 10.9.30 van dit Jaarverslag voor een gedetailleerde beschrijving van alle realisaties van 2016.

Gedurende 2016 werd het project Overwale 42-44 in Gent verder afgewerkt, waarbij het project werd opgeleverd en in gebruik genomen in de loop van september 2016. De capex van 2016 m.b.t. projectontwikkelingen voor een bedrag van 11,7 miljoen euro heeft voornamelijk betrekking op dit project.

Toelichting IFRS 13

Waardering van vastgoedbeleggingen

Vastgoedbeleggingen worden opgenomen tegen de Reële Waarde overeenkomstig IAS 40. De Reële Waarde wordt bepaald aan de hand van niet-observeerbare inputs en bijgevolg behoren de activa binnen de vastgoedbeleggingen tot het niveau 3 van de fair value hiërarchie zoals bepaald volgens IFRS. Gedurende 2016 vonden er geen verschuivingen plaats in het niveau van de fair value hiërarchie.

Vastgoedbeleggingen worden in de boekhouding opgenomen op basis van schattingsverslagen opgesteld door onafhankelijke en deskundige vastgoedschatters.

De waardering van de vastgoedportefeuille werd opgesteld door Stadim (België en deel van Nederland) en DTZ (Nederland).

De vastgoedportefeuille wordt op kwartaalbasis extern gewaardeerd door de onafhankelijke vastgoeddeskundigen.

Voor een nadere toelichting bij de waarderingsmethoden wordt verwezen naar Hoofdstuk 8.2.2.1 van dit Jaarverslag.

De reële waarde is vastgesteld op basis van één van de volgende niveaus van de IFRS 13-hiërarchie:

  • Niveau 1: waardering op basis van genoteerde marktprijzen in actieve markten
  • Niveau 2: waardering gebaseerd op direct of indirect (extern) observeerbare informatie
  • Niveau 3: waardering geheel of gedeeltelijk op niet (extern) waarneembare gegevens

De vastgoedportefeuille wordt gewaardeerd aan reële waarde. De reële waardebepaling gebeurt aan de hand van nietobserveerbare inputs en bijgevolg behoren de activa binnen de vastgoedbeleggingen tot het niveau 3 van de fair value hiërarchie zoald bepaald volgens IFRS.

Niet observeerbare inputs in de bepaling van de Reële Waarde

Types activa Reële
Waarde op
31/12/2016
Evaluati
emethode
Land Niet waarneembare
gegevens
Min Max Weighted
average
Studentenflats 158.349 DCF België Huur per studentenkot 210 1.060 360
Discontovoet 4,33% 4,65% 4,45%
Leegstand 0,00% 52,00% 3%
76.611 DCF Nederland Huur per studentenkot 250 696 385
Discontovoet 5,60% 7,75% 6,50%
Leegstand 0,00% 0,00% 0%
Andere 28.278 DCF België BHW/m² 212 395 230
Discontovoet 4,00% 5,45% 4,50%
Leegstand 0,00% 13,00% 3%
2.635 DCF Nederland BHW/m² 100 225 198
Discontovoet 6,60% 8,15% 7%
Leegstand 4,00% 6,00% 4%
Totaal 265.873

31/12/2015

Types activa Reële
Waarde op
31/12/2015
Evaluatie
methode
Land Niet waarneembare
gegevens
Min Max Weighted
average
Studentenflats 142.429 DCF België Huur per studentenkot 210 1.060 360
Discontovoet 4,08% 4,65% 4,50%
Leegstand
28.869 DCF Nederland Huur per studentenkot 250 565 380
Discontovoet 6,65% 8,15% 7,20%
Leegstand 0,00% 9,00% 2%
Andere 21.905 DCF België BHW/m² 212 395 230
Discontovoet 3,75% 5,20% 4,50%
Leegstand 0,00% 5,00% 2%
1.550 DCF Nederland BHW/m² 100 275 224
Discontovoet 7,25% 8,15% 7,5%
Leegstand 4,00% 6,00% 4%
Totaal 194.753

De minimale en maximale huurprijzen per studentenkot liggen ver uit elkaar. Dit komt doordat de huurprijs van de diverse kamers afhankelijk is van diverse factoren (grootte van de kamer, met of zonder eigen sanitair, met of zonder eigen kitchenette, ligging in het gebouw, …).. Er wordt verwezen naar Hoofdstuk 8.2.2.4 van dit Jaarverslag voor meer informatie omtrent de gemiddelde kamerprijs en beïnvloedende factoren.

De schatter houdt eveneens rekening met een eindwaarde van het vastgoed. Gemiddeld genomen bedraagt die eindwaarde 50% van de Reële Waarde. Dit ten gevolge van het feit dat de panden van Xior gelegen zijn op een goede locatie, waarbij de grondwaarde die begrepen is in de Reële Waarde van het vastgoed een hoge eindwaarde behoudt.

In de waardering houdt de schatter ook rekening met een veroudering van de gebouwen. Hiervoor wordt een jaarlijks afschrijvingspercentage toegepast op de gebouwwaarde in de Reële Waarde berekening. Dit komt overeen met ongeveer 2% per jaar op de gebouwwaarde. De schatter gaat ervan uit dat er na verloop van tijd een grondige renovatie dient te gebeuren om de huurstromen in stand te kunnen houden.

De gevoeligheid van de Reële Waarde voor een variatie van de hierboven vermelde niet-waarneembare gegevens wordt over het algemeen als volgt voorgesteld (indien alle parameters gelijk blijven):

Niet waarneembare
gegevens
Effect op de Reële Waarde
In geval de waarde van het niet
waarneembare gegeven daalt
In geval de waarde van het niet
waarneembare gegeven stijgt
Huur per studentenkot negatief positief
Discontovoet positief negatief
BHW/m² negatief positief
Leegstand positief negatief

Deze niet-waarneembare gegevens kunnen overigens onderling verbonden zijn omdat ze deels bepaald worden door de marktomstandigheden.

Indien de discontovoet of de huurprijzen respectievelijk zou stijgen of dalen zou de impact op de Reële Waarde als volgt zijn:

Impact op Fair Value In KEUR
Huur +10% 26.223
Huur +5% 13.288
Huur -5% 13.056-
Huur -10% 26.311-
Discontovoet +0,5% 24.126-
Discontovoet +0,3% 14.890-
Discontovoet +0,1% 5.092-
Discontovoet -0,1% 5.325
Discontovoet -0,3% 17.031
Discontovoet -0,5% 33.507

Waarderingsproces voor vastgoedbeleggingen

Vastgoedbeleggingen worden in de jaarrekening opgenomen op basis van schattingsverslagen opgesteld door de onafhankelijke vastgoeddeskundigen. Deze verslagen zijn gebaseerd op informatie die door de Vennootschap aangeleverd wordt en op de door de vastgoeddeskundige gehanteerde assumpties en waarderingsmodellen.

Informatie die door de Vennootschap aangeleverd wordt, omvat de lopende huurcontracten, termijnen en voorwaarden, alsook uitgevoerde renovaties op investeringen bij projectontwikkelingen.

De door de vastgoeddeskundigen gehanteerde assumpties en waarderingsmodellen hebben voornamelijk betrekking op de marktsituatie, zoals rendementen en discontovoeten. Ze zijn gebaseerd op hun professionele beoordeling en kennis van de markt.

Voor een gedetailleerde beschrijving van de methode van waardering toegepast door de vastgoeddeskundigen wordt verwezen naar Hoofdstuk 8.2.2 van dit Jaarverslag ("Waardering van de vastgoedportefeuille door de Vastgoeddeskundige").

De informatie die ter beschikking gesteld wordt van de vastgoeddeskundigen, alsook de assumpties en de waarderingsmodellen worden intern nagekeken. Dit houdt een nazicht in van de variaties in de Reële Waarde tijdens de betreffende periode.

10.9.9 MATERIËLE VASTE ACTIVA

Materiële vaste activa 31/12/2016
Overige materiële
vaste activa
31/12/2015
Overige materiële
vaste activa
Aanschaffingswaarde
Saldo per begin van het vorige boekjaar 256
Aanschaffingen 52 256
Per einde van het boekjaar 308 256
Afschrijvingen
Saldo per begin van het vorige boekjaar -16
Afschrijvingen -44 -16
Per einde van het boekjaar -60 -16
Nettoboekwaarde 248 240

10.9.10 FINANCIËLE VASTE ACTIVA

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
Financiële vaste activa
Financiële derivaten (IRS)
Andere 21 19
Totaal 21 19

10.9.11 UITGESTELDE BELASTINGEN - ACTIVA

Per 31 december 2016 bedroegen de uitgestelde belastingen 0 t.o.v. 380 KEUR per 31 december 2015. Deze laatste betroffen de actieve belastinglatenties op de fiscale verliezen van de Nederlandse vaste inrichting. Deze verliezen werden in 2016 afgezet tegen winsten van de Nederlandse vaste inrichting. Er wordt verwezen naar hoofdstuk 10.9.7.

10.9.12 HANDELSVORDERINGEN EN ANDERE VASTE ACTIVA

De lange termijn vorderingen (135 KEUR) hebben betrekking op een vermindering van de verhuurderheffing in Nederland33 wat kan afgezet worden tegen toekomstige kosten m.b.t. verhuurderheffing.

10.9.13 ACTIVA BESTEMD VOOR VERKOOP

Activa bestemd voor de verkoop bedragen 0 per 31 december 2016. Per 31 december 2015 betroffen deze het nog te factureren deel m.b.t. een ontwikkelingsproject, dat werd verkocht door een vennootschap die werd overgenomen door Xior Student Housing in het kader van de IPO.

10.9.14 HANDELSVORDERINGEN

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
Handelsvorderingen
Handelsvorderingen 562 516
Op te maken facturen 0 11
Te innen opbrengsten 0 2
Te ontvangen creditnota's 0 40
Dubieuze debiteuren 0 0
Geboekte waardeverminderingen -20 0
Andere 0 67
Totaal 542 635

Nog te innen handelsvorderingen (562 KEUR) omvatten nog te ontvangen huurgelden.

31/12/2016 31/12/2015
Waardeverminderingen op dubieuze debiteuren -
mutatietabel
Per einde van het vorige boekjaar 0 0
Uit overgenomen vennootschappen
Toevoegingen 20
Terugnames
Uitgeboekt wegens definitief oninbaar
Per einde van het boekjaar 20 0

Voorziening voor dubieuze debiteuren worden in principe op individuele basis aangelegd wanneer deze nodig zijn. Het risico bestaat dat er een verlies wordt geleden op een schuldvordering. Dit risico wordt beperkt doordat er bij aanvang van het contract een huurwaarborg van minimum 1 maand en in de meeste gevallen van 2 maanden wordt gevraagd.

Voor het aanleggen van de voorziening dubieuze debiteuren wordt als volgt te werk gegaan: de lijst van achterstallige huurgelden wordt intern van kortbij opgevolgd. Op basis van een inschatting van het management of wanneer er duidelijke aanwijsbare redenen zijn dat de vordering niet meer kan geïnd worden, wordt een voorziening aangelegd. Per 31 december 2016 werd een voorziening opgezet ten belope van 20 KEUR.

10.9.15 BELASTINGVORDERINGEN EN ANDERE VLOTTENDE ACTIVA

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
Belastingvorderingen en andere vlottende activa
Terug te vorderen belastingen 3 2
Terug te vorderen BTW 169 665
Andere 1.879 1.911
Totaal 2.051 2.577

Per 31 december 2015 betroffen de andere vlottende activa gestelde garanties door de Vennootschap voor een bedrag van 466 KEUR teneinde vrijgave van bankgaranties te verkrijgen. Deze door de Vennootschap gestelde garanties werden in de loop van 2016 vrijgegeven.

Per 31 december 2016 bevatten deze andere vlottende activa een R/C positie met de Promotor (1.659 KEUR). Deze vordering is voornamelijk ontstaan uit de gegeven huur-/rendementsgaranties op bepaalde projecten bij IPO. Anderzijds bevat dit ook de vorderingen in het kader van huurgaranties afgeleverd door de Verkopende partijen van projecten die in de loop van 2016 werden verworven. Bij de acquisitie van Carré Maastricht, The Spot Eindhoven en Tramsingel Breda werd door de Verkopende partij een huurgarantie gegeven. Deze huurgarantie loopt gedurende 12 c.q. 24 maanden (voor de The Spot Eindhoven). De huurgarantie bestaat er vereenvoudigd gesteld uit dat de Verkopende partij het verschil betaalt tussen de theoretische huur bij 100 % bezetting en de actuele huur.

10.9.16 KAS EN KASEQUIVALENTEN

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
Kas en kasequivalenten
Banken 4.075 4.333
Geldmiddelen 23 51
Totaal 4.098 4.384

Er zijn geen beperkingen op het gebruik of de aanwending van de kas- en kasequivalenten.

10.9.17 OVERLOPENDE REKENINGEN - ACTIVA

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
Overlopende rekeningen - activa
Gelopen, niet vervallen vastgoedopbrengsten 50
Voorafbetaalde vastgoedkosten 430 8
Andere 110 99
Totaal 540 157

Andere betreft voornamelijk over te dragen algemene kosten.

10.9.18 KAPITAAL

Cijfers zijn in EUR.

Evolutie kapitaal

Datum Verrichting
10/03/2014 Oprichting vennootschap
23/09/2015 Kapitaalverhoging
23/11/2015 Aandelensplitsing
11/12/2015 Zusterfusies
11/12/2015 Kapitaalverhoging bij wijze van inbreng in natura ingevolge de Aandeleninbreng
11/12/2015 Overnamefusies
11/12/2015 Kapitaalverhoging beneden fractiewaarde bij wijze van inbreng in geld voor de uitgifte van nieuwe aandelen
11/12/2015 Kapitaalvermindering tot het aanleggen van een reserve tot dekking van voorzienbare verliezen
1/03/2016 Fusie met Devimmo
1/08/2016 Fusie met CPG
11/10/2016 Inbreng in natura Woonfront Tramsingel BVBreda B.V.

Evolutie uitgiftepremies

In KEUR

Datum Verrichting Uitgiftepremies
31/12/2015 25.615
1/03/2016 Fusie Devimmo 1.615
1/08/2016 Fusie CPG 514
11/10/2016 Inbreng in natura 4.517
Totaal uitgiftepremies per 31/12/2016 32.261
Fractiewaarde
(EUR)
Nieuw
aantal
aandelen
Vroeger
aantal
aandelen
Nieuw
kapitaal
(EUR)
Kapitaal
verhoging
(EUR)
Vroeger
kapitaal
(EUR)
100,00 200,00 20.000,00 20.000,00
100,00 12.500,00 200,00 1.250.000,00 1.230.000,00 20.000,00
29,41 42.500,00 12.500,00 1.250.000,00 1.250.000,00
25,19 975.653,00 42.500,00 24.578.937,02 23.328.937,02 1.250.000,00
25,17 1.105.923,00 975.653,00 27.835.720,03 3.256.783,01 24.578.937,02
25,15 1.253.764,00 1.105.923,00 31.531.780,11 3.696.060,08 27.835.720,03
19,50 4.626.780,00 1.253.764,00 90.242.678,39 58.710.898,28 31.531.780,11
18,00 4.626.780,00 4.626.780,00 83.282.040,00 -6.960.638,39 90.242.678,39
18,00 4.857.437,00 4.626.780,00 87.433.866,00 4.151.826,00 83.282.040,00
18,00 4.930.823,00 4.857.437,00 88.754.814,00 1.320.948,00 87.433.866,00
18,00 5.270.501,00 4.930.823,00 94.869.018,00 6.114.204,00 88.754.814,00

Toegestaan kapitaal

Bij de buitengewone algemene vergadering van 23 november 2015 werd de Raad van Bestuur gemachtigd om het maatschappelijk kapitaal in één of meerdere malen te verhogen te verhogen met een maximum bedrag van EUR 83.282.040. Zie hiervoor artikel 7 van de statuten die opgenomen zijn in dit Jaarverslag onder Hoofdstuk 12.5.

Deze machtiging is toegekend aan de raad van bestuur voor een periode van vijf jaar vanaf de bekendmaking in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van de notulen van de buitengewone algemene vergadering van 23 november 2015. Deze machtiging kan worden hernieuwd. De raad van bestuur zal bij elke kapitaalverhoging de prijs, de eventuele uitgiftepremie en de uitgiftevoorwaarden van de nieuwe effecten vastleggen.

Deze kapitaalverhogingen kunnen worden uitgevoerd door inbreng in geld, door inbreng in natura, bij wijze van een gemengde inbreng of door omzetting van reserves, met inbegrip van overgedragen winsten en uitgiftepremies evenals alle eigen vermogensbestanddelen onder de enkelvoudige IFRS-jaarrekening van de Vennootschap (opgesteld uit hoofde van de GVV-Wetgeving) die voor conversie in kapitaal vatbaar zijn, en al dan niet met creatie van nieuwe effecten, overeenkomstig de regels voorgeschreven door het Wetboek van vennootschappen, de GVV-Wetgeving en de statuten.

De raad van bestuur kan daarbij nieuwe aandelen uitgeven met dezelfde of met verschillende rechten (o.m. inzake stemrecht, dividendrecht (o.m. al dan niet overdraagbaarheid van enig preferent dividend) en/of rechten inzake het vereffeningssaldo en eventuele preferentie inzake de terugbetaling van kapitaal) als de bestaande aandelen en in dat kader de statuten wijzigen om uitdrukking te geven aan enige dergelijke verschillende rechten. In voorkomend geval zullen de uitgiftepremies, in het geval van een kapitaalverhoging waartoe de raad van bestuur beslist heeft, door de raad van bestuur op een onbeschikbare reserverekening geplaatst moeten worden die op dezelfde wijze als het kapitaal een waarborg voor derden zal uitmaken en die, onder voorbehoud van zijn incorporatie in het kapitaal, slechts zal kunnen worden verminderd of afgeschaft bij beslissing van de algemene vergadering van aandeelhouders beraadslagend volgens de voorwaarden van quorum en meerderheid vereist voor een statutenwijziging.

Onverminderd de toepassing van de artikelen 592 tot 598 en 606 van het Wetboek van vennootschappen, kan de raad van bestuur het voorkeurrecht beperken of opheffen, ook wanneer dit gebeurt ten gunste van één of meer bepaalde personen andere dan personeelsleden van de Vennootschap of van haar dochtervennootschappen, voor zover aan de bestaande aandeelhouders een onherleidbaar toewijzingsrecht wordt verleend bij de toekenning van nieuwe effecten (voor zover wettelijk vereist). Dat onherleidbaar toewijzingsrecht dient tenminste te voldoen aan de modaliteiten vermeld in artikel 11.1 van de statuten. Onverminderd de toepassing van de artikelen 595 tot 599 van het Wetboek van vennootschappen, zijn dergelijke beperkingen in het kader van de opheffing of beperking van het voorkeurrecht niet van toepassing bij een inbreng in geld met beperking of opheffing van het voorkeurrecht, in aanvulling op een inbreng in natura in het kader van de uitkering van een keuzedividend, voor zover dit effectief voor alle aandeelhouders betaalbaar wordt gesteld.

Bij uitgifte van effecten tegen inbreng in natura moeten de voorwaarden vermeld in artikel 11.2 van de statuten worden nageleefd (met inbegrip van de mogelijkheid een bedrag af te trekken dat overeenstemt met het deel van het nietuitgekeerde brutodividend). De bijzondere regels inzake de kapitaalverhoging in natura uiteengezet onder artikel 11.2 zijn echter niet van toepassing bij de inbreng van het recht op dividend in het kader van de uitkering van een keuzedividend, voor zover dit effectief voor alle aandeelhouders betaalbaar wordt gesteld.

Onder dezelfde voorwaarden als hierboven uiteengezet en onderworpen aan de toepasselijke wettelijke bepalingen, kan de Vennootschap, met uitzondering van winstbewijzen en soortgelijke effecten, de in artikel 460 van het Wetboek van vennootschappen bedoelde en eventueel andere door het vennootschapsrecht toegelaten effecten uitgeven in overeenstemming met de daar voorgeschreven regels en de GVV-Wetgeving.

De bevoegdheid inzake het toegestaan kapitaal mag nooit gebruikt worden voor de volgende verrichtingen:

  • i. kapitaalverhogingen die voornamelijk tot stand worden gebracht door een inbreng in natura uitsluitend voorbehouden aan een aandeelhouder van de Vennootschap die effecten van de Vennootschap in zijn bezit houdt waaraan meer dan 10% van de stemrechten verbonden zijn. Bij de door deze aandeelhouder in bezit gehouden effecten, worden de effecten gevoegd die in bezit worden gehouden door (art. 606, lid 1, 1° W.Venn.):
  • een derde die handelt in eigen naam maar voor rekening van de bedoelde aandeelhouder;
  • een met de bedoelde aandeelhouder verbonden natuurlijke persoon of rechtspersoon;
  • een derde die optreedt in eigen naam maar voor rekening van een met de bedoelde aandeelhouder verbonden natuurlijke persoon of rechtspersoon;
  • personen die in onderling overleg handelen, onder personen die in onderling overleg handelen wordt verstaan (a) de natuurlijke personen of rechtspersonen die in onderling overleg handelen in de zin van artikel 3, § 1, 5°, a) van de Wet van 1 april 2007, (b) de natuurlijke personen of rechtspersonen die een akkoord hebben gesloten aangaande de onderling afgestemde uitoefening van hun stemrechten, om een duurzaam gemeenschappelijk beleid ten aanzien van de Vennootschap te voeren, en (c) de natuurlijke personen of rechtspersonen die een akkoord hebben gesloten aangaande het bezit, de verwerving of de overdracht van stemrechtverlenende effecten;
  • ii. de uitgifte van Aandelen zonder vermelding van nominale waarde beneden de fractiewaarde van de oude Aandelen van dezelfde soort (art. 606, lid 1, 2° W.Venn.);
  • iii. de uitgifte van warrants die in hoofdzaak is bestemd voor één of meer bepaalde personen, andere dan de leden van het personeel van de Vennootschap of van één of meer van haar dochtervennootschappen (art. 606, lid 1, 3° W.Venn.).

In de loop van 2016 werd het kapitaal verhoogd via het Toegestaan Kapitaal. Het saldo van Toegestaan Kapitaal bedraagt per 31 december 2016 77.167.836,00 EUR.

10.9.19 AANDEELHOUDERSSTRUCTUUR

Rekening houdend met de ontvangen transparantieverklaringen en de informatie in het bezit van Xior Student Housing, zijn de belangrijkste aandeelhouders per 31 december 2016:

Aandeelhouder %
Aloxe NV - Dhr. C. Teunissen & Dhr. Frederik Snauwaert 23,82%
AXA Investment Managers SA 5,19%

Er wordt eveneens verwezen naar Hoofdstuk 6.1.9 van dit Jaarverslag.

De transparantieverklaringen zijn te consulteren op de website van de Vennootschap (www.xior.be onder de rubriek Investor Relations – Aandeelhoudersstructuur).

10.9.20 RESULTAAT PER AANDEEL

31/12/2016 31/12/2015
Aantal gewone aandelen in omloop 5.270.501 4.626.780
Gewogen gemiddelde aantal aandelen34 4.926.405 nvt
Nettowinst per gewoon aandeel (in EUR)35 1,02 -0,11
Verwaterde nettowinst per gewoon aandeel (in EUR)36 1,02 -0,11
EPRA winst per aandeel (in EUR)37 1,17 0,0031

34 Het resultaat per aandeel wordt berekend aan de hand van het gewogen gemiddelde aantal aandelen. Dit wil zeggen dat de aandelen meegerekend worden vanaf het moment van uitgifte.

35 De Nettowinst per gewoon aandeel wordt als volgt berekend: nettoresultaat gedeeld door het gewogen gemiddelde aantal aandelen.

36 De verwaterde nettowinst per gewoon aandeel wordt als volgt berekend: nettoresultaat gedeeld door het gewogen gemiddelde aantal aandelen.

37 EPRA winst per aandeel wordt als volgt berekend: nettoresultaat – resultaat op verkopen vastgoedbeleggingen – variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen – ander portefeuilleresultaat – variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva gedeeld door het gewogen gemiddelde aantal aandelen. Voor de reconciliatietabel van deze APM wordt verwezen naar Hoofdstuk 10.8.

10.9.21 ANDERE LANGLOPENDE FINANCIËLE VERPLICHTINGEN

De andere langlopende financiële verplichtingen bedragen 1.866 KEUR per 31 december 2016 en hebben betrekking op de marktwaarde per 31 december 2016 van de uitstaande interest rate swap (IRS) overeenkomsten.

Classificatie
volgens IFRS
Niveau
(IFRS)
Notioneel
bedrag
Variabele
rentevoet
(in %)
Vaste
rentevoet
(in %)
Vervalt per Fair value
verplich
tingen
Interest Rate Swap 2 52.000.000 Euribor 3M 0,465% 29/12/2023 1.095.151,00
Interest Rate Swap 2 48.000.000 Euribor 3M 0,31% 31/12/2022 771.257,32
Totaal 100.000.000 1.866.408,32

De marktwaarde van de uitstaande Interest Rate Swap contracten wordt ontvangen vanwege de verschillende financiële instellingen.

10.9.22 UITGESTELDE BELASTINGEN

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
Uitgestelde belastingen verplichtingen
Exit taks 0 2.110
Uitgestelde belastingen op meerwaarde onroerend goed 284 543
Totaal 284 2.653

De uitgestelde belastingen betreffen de gespreide taxaties van gerealiseerde meerwaarden en uitgestelde belastingen op Nederlands vastgoed.

De exit taks opgenomen onder lange termijn schulden per 31 december 2015 betroffen de exit taks m.b.t. de dochtervennootschappen. Deze werd per 16 december 2016 gefuseerd en de exit taks schuld wordt nu getoond onder de korte termijn exit taks schulden. De exit taks zal in de loop van 2017 moeten betaald worden.

10.9.23 FINANCIËLE SCHULDEN

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
Langlopende financiële schulden
Bilaterale leningen - variabele rentevoet 131.500 72.658
Kosten opname leningen -185 -210
Totaal 131.315 72.448

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
Langlopende financiële schulden (excl. interesten) -
Opdeling volgens de maturiteit39
Tussen één en twee jaar 29.971 0
Tussen twee en vijf jaar 101.345 72.448
Meer dan vijf jaar 0 0
Totaal 131.315 72.448

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
Niet opgenomen kredieten
Vervallende binnen het jaar 3.993
Vervallende na één jaar 18.500 33.349
Totaal 18.500 37.342

Alle financiële schulden zijn zonder onderliggende zekerheden afgesloten.

Alle financiële schulden hebben een variabele rentevoet. In januari 2016 werden IRS contracten afgesloten met inwerkingtredingsdatum per 2 februari 2016 om een deel van de leningen in te dekken waarbij de variabele rentevoeten werden geswapt tegen vaste rentevoeten. Eén van de IRS contracten werd heronderhandeld in december 2016 en een nieuw IRS contract werd afgesloten. In totaal is er 100.000 KEUR aan financieringen ingedekt via IRS contracten. Dit stemt overeen met een indekking van 76,05% t.o.v. de opgenomen financieringen.

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
Inschatting toekomstige interestlasten
Binnen één jaar 1.985 1.397
Tussen één en vijf jaar 4.207 4.270
Meer dan vijf jaar
Totaal 6.192 5.655

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
Liquiditeitsverplichting op vervaldagen verbonden aan de
indekkingsinstrumenten
Binnen één jaar 543
Tussen één en vijf jaar 1.126
Meer dan vijf jaar
Totaal 1.669

Bij de inschatting van de toekomstige interestlasten is rekening gehouden met de schuldpositie per 31 december 2016.

Xior Student Housing is op 11 december 2015 toegetreden tot twee financieringsovereenkomsten met het oog op het verkrijgen van de nodige fondsen om de initiële vastgoedportefeuille te verwerven en om de toekomstige groei te financieren. Alle voorwaarden van deze financieringsovereenkomsten werden reeds vastgelegd en overeengekomen vóór 11 december 2015, maar de eigenlijke financiering werd pas op 11 december 2015 verleend. In de loop van 2016 werden nieuwe financieringsovereenkomsten afgesloten om Xior Student Housing toe te laten haar acquisities te financieren. Er wordt verwezen naar Hoofdstuk 10.9.34 van dit Jaarverslag voor de schuldgraad van Xior Student Housing. Het betreft hier bullet leningen die werden afgesloten bij verschillende banken en met een looptijd die varieert tussen de 3 jaar en de 5 jaar. De gemiddelde looptijd bedraagt 3,13 jaar.

Onderstaande tabel geeft een overzicht van de impact op de fair value van de IRS'en indien de rente zou stijgen of dalen met maximaal 0,20%:

Wijziging van de rente Impact op wijziging van de reële waarde van de IRS'en per 31/12/2016
-0,20% -1.301 KEUR
+0,20% +1.301 KEUR

De Vennootschap moet de nodige convenanten respecteren in het kader van haar financieringsovereenkomsten. Per 31 december 2016 wordt door Xior aan alle gestelde convenanten voldaan.

Een maximale schuldgraad (cfr. berekening GVV-KB) van 60%, een interest cover ratio van minimum 2,5 en een minimale indekking van 70%. Voor een nadere beschrijving van de financieringsovereenkomsten die werden afgesloten door de Vennootschap wordt eveneens verwezen naar Hoofdstuk 5.3.1 van dit Jaarverslag.

Sensitiviteit interesten

2016

Indien de Euribor met 20 bp zou stijgen/dalen, dan zouden er 96 KEUR meer/minder interesten moeten betaald worden. Voor deze sensitiviteitsberekening werd rekening gehouden met de afgesloten afdekkingsverrichtingen.

2015

Indien de Euribor met 20 bp zou dalen, dan zouden er 140 KEUR meer interesten moeten betaald worden. Indien de Euribor met 20 bp zou stijgen, dan zouden er 123 KEUR minder interesten moeten betaald worden.

10.9.24 HANDELSSCHULDEN

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
Handelsschulden
Handelsschulden 1.125 2.182
Te ontvangen facturen 120 3.843
Belastingen en sociale schulden 1.015 5.316
Te betalen liquidatie bonus 0 878
Exit taks 3.469 5.869
Totaal 5.729 18.088

Belastingen en sociale schulden betreffen voornamelijk nog te betalen winstbelastingen van de gefuseerde dochters en te betalen BTW.

De korte termijn exit taks schuld betreft de te betalen exit taks op de gefuseerde vennootschappen.

10.9.25 ANDERE KORTLOPENDE VERPLICHTINGEN

Andere kortlopende verplichtingen (1.583 KEUR) betreffen voornamelijk ontvangen huurwaarborgen van huurders.

10.9.26 OVERLOPENDE REKENINGEN - PASSIEF

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
Overlopende rekeningen - passief
Vooraf ontvangen vastgoedopbrengsten 512 357
Toe te rekenen kosten vastgoed 226
Andere 362 423
Totaal 1.100 780

De over te dragen opbrengsten hebben voornamelijk betrekking op vooruitbetaalde huren. Toe te rekenen kosten vastgoed betreffen voornamelijk nog te ontvangen aanslagen onroerende voorheffing.

Andere overlopende rekeningen betreffen voornamelijk nog te betalen kosten gerelateerd aan het GVV-statuut, alsdusdanig werd er hiervoor een toe te rekenen kost opgezet.

10.9.27 FINANCIËLE ACTIVA EN VERPLICHTINGEN

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2016 31/12/2015 31/12/2015
Overzicht van financiële
activa en verplichtingen
Boek
waarde
Reële
waarde
Boek
waarde
Reële
waarde
Niveau
Activa
Financiële vaste activa 156 156 399 399
Financiële vaste activa 21 21 19 19 niveau 2
Handelsvorderingen en andere
vaste activa
135 135 niveau 2
Uitgestelde belastingen-activa 0 0 380 380 niveau 2
Financiële vlottende activa 6.691 6.691 7.597 7.597
Handelsvorderingen 542 542 635 635 niveau 2
Belastingvorderingen en andere
vlottende activa
2.051 2.051 2.577 2.577 niveau 2
Kas en kasequivalenten 4.098 4.098 4.384 4.384 niveau 1
Totaal financiële activa 6.847 6.847 8.015 8.015
Verplichtingen
Langlopende financiële verplichtingen 133.181 133.181 72.447 72.447
Langlopende financiële
verplichtingen
131.315 131.315 72.447 72.447 niveau 2
Financiële derivaten 1.866 1.866 0 0 niveau 2
Kortlopende financiële verplichtingen 7.312 7.312 19.069 19.069
Handelsschulden en andere
kortlopende schulden
5.729 5.729 18.088 18.088 niveau 2
Andere kortlopende verplichtingen 1.583 1.583 981 981 niveau 2
Totaal financiële verplichtingen 140.493 140.493 91.516 91.516

Handelsvorderingen en handelsschulden worden geboekt aan geamortiseerde kost. De wijziging in de fair value van financiële derivaten wordt via het resultaat geboekt.

Reële waarde

Aangezien de handelsvorderingen en handelsschulden kortlopend zijn, benadert de reële waarde nagenoeg de nominale waarde van deze financiële activa en verplichtingen in kwestie. Xior Student Housing heeft per 31 december 2016 131.315 KEUR financiële schulden aan variabele interestvoet. Vermits de leningen aan variabele interestvoet zijn, is de reële waarde van deze verplichtingen gelijk aan de boekwaarde. Deze leningen zijn effectief vanaf 2 februari 2016 en 8 december 2016 gedeeltelijk ingedekt via IRS contracten.

Voor de definities van de niveaus wordt verwezen naar Hoofdstuk 10.9.8 van dit Jaarverslag.

10.9.28 TRANSACTIES MET VERBONDEN PARTIJEN

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
Transacties met verbonden partijen
Vergoeding management 600 50
Vergoeding onafhankelijke bestuurders 81 0
Totaal 681 50

De verbonden partijen waarmee de Vennootschap handelt zijn haar dochterondernemingen en haar bestuurders en directieleden. De transacties met de dochterondernemingen worden geëlimineerd in de consolidatie.

De vergoeding voor de bestuurders en directieleden is opgenomen in de post "algemene kosten van de vennootschap" (zie Hoofdstuk 10.9.3).

De bestuurders en directieleden ontvangen bijkomend geen voordelen ten laste van de Vennootschap. We verwijzen hiervoor naar het remuneratieverslag in Hoofdstuk 6.1.23 van dit Jaarverslag.

Per 31 december 2016 heeft Xior Student Housing NV een vordering op Aloxe, de Promotor van de Vennootschap, voor een bedrag van 1.659 KEUR. Deze vordering is voornamelijk ontstaan uit de gegeven huurgaranties op bepaalde projecten bij IPO.

Er wordt tevens verwezen naar de fusie met Devimmo die per 1 maart 2016 plaatsvond en de fusie met CPG die per 1 augustus 2016 plaatsvond (zie Hoofdstuk 5.4 van dit Jaarverslag).

10.9.29 VERGOEDING COMMISSARIS

In toepassing van artikel 133, §6 van het Wetboek van vennootschappen dient de één-op-één regel te worden beoordeeld op het niveau van Xior Student Housing NV en mag deze niet overschreden worden.

Cijfers zijn in duizenden EUR

31/12/2016 31/12/2015
Mandaat van de commissaris (Xior Student Housing NV) 25 30
Mandaat van de commissaris (dochterondernemingen) 8 9
Controle-opdrachten voorzien door het Wetboek van vennootschappen 11
Andere controle-opdrachten (comfort letter, etc.)
Belastingadviesopdrachten
Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten
Totaal 44 39

10.9.30 VERWORVEN VASTGOEDVENNOOTSCHAPPEN EN VASTGOEDBELEGGINGEN

Ingevolge de verwezenlijking van de groeistrategie beschikt de Vennootschap per 31 december 2016 over een vastgoedportefeuille bestaande uit 54 panden. Hieronder wordt een korte toelichting gegeven van de acquisities die in de loop van 2016 werden verwezenlijkt.

10.9.30.1 De overnamefusies

De vennootschap heeft een aantal panden verworven door middel van fusie door overneming, waarbij de betrokken vennootschappen (Devimmo CVBA en CPG NV) werden opgeslorpt door Xior Student Housing.

Fusie met CPG CVBA40

Op 1 augustus 2016 werd de fusie door overneming van C.P.G. CVBA gerealiseerd. Ingevolge deze fusie verwierf Xior het onroerend goed gelegen te Vlamingenstraat 91 / Parkstraat 11, Leuven, met in totaal 29 units bestemd voor studentenhuisvesting. Het onroerend goed werd gewaardeerd aan fair value en bedroeg ca. 2,7 miljoen euro. Naar aanleiding van deze fusie werden 73.386 nieuwe aandelen uitgegeven. Deze fusie heeft geleid tot een kapitaalverhoging (incl. uitgiftepremie) van 1.834.650 EUR.

CPG
Overzicht overgenomen activa en passiva
In KEUR
Vastgoedbeleggingen 2.701
Overige activa 507
Liquide middelen 314
Eigen vermogen 1.835
Overige schulden 1.687
Inbrengwaarde aandelen 1.835

Fusie met Devimmo NV41

Op 1 maart 2016 werd de fusie door overneming van Devimmo NV gerealiseerd. Ingevolge deze fusie verwierf Xior een pand gelegen te Parkstraat 137 in Leuven, bestaande uit 73 units bestemd voor studentenhuisvesting alsook 30 ondergrondse parkeerplaatsen. Het onroerend goed werd gewaardeerd aan fair value en bedroeg ca. 6,9 miljoen euro. Naar aanleiding van deze fusie werden 230.657 nieuwe aandelen uitgegeven. Deze fusie heeft geleid tot een kapitaalverhoging (incl. uitgiftepremie) van 5.766.425 EUR.

Devimmo
Overzicht overgenomen activa en passiva
In KEUR
Vastgoedbeleggingen 6.965
Overige activa 796
Liquide middelen 65
Eigen vermogen 5.766
Overige schulden 2.059
Inbrengwaarde aandelen 5.766

10.9.30.2 De vastgoedovernames

De Vennootschap heeft eveneens een aantal panden verworven door middel van een koop-verkoop tegen betaling in geld (vastgoedovernames).

Verwerving van 34 studentenunits in Brussel

Op 20 oktober 2016 heeft Xior de acquisitie van twee studentenpanden gelegen te Nieuwbrug / Kruitmolenstraat in Brussel afgerond. De acquisitie betreft 34 studentenunits voor een investeringswaarde van ca. 2,3 miljoen euro en een Reële Waarde van 2,15 miljoen euro.

Verwerving van 143 studentenunits in Maastricht

Op 1 september 2016 heeft Xior succesvol de acquisitie van het Carré gebouw te Maastricht afgerond. Hiermee verwierf Xior een studentenpand gelegen in het centrum van Maastricht bestaande uit 143 units en de gelijkvloerse retail ruimte. Deze acquisitie heeft een totale investeringswaarde van ca. 24 miljoen euro en een Reële Waarde van 23,1 miljoen euro.

10.9.30.3 De aandelenovernames

De Vennootschap heeft eveneens 100% van de aandelen in twee vastgoedvennootschappen verworven door middel van een koop-verkoop tegen betaling in geld of aandelen.

Verwerving van 122 studentenunits in Breda

Op 11 oktober 2016 heeft Xior succesvol de acquisitie van het Tramsingel gebouw te Breda afgerond.

Deze acquisitie werd gerealiseerd door de inbreng in natura van 100% van de aandelen van de vastgoedvennootschap "Woonfront-Tramsingel Breda B.V." in het kapitaal van Xior. De prijs van de aandelen van de vastgoedvennootschap is gebaseerd op de globale investeringswaarde van het door deze vennootschap aangehouden vastgoed van ca. 12,4 miljoen euro (Reële Waarde van 12,3 miljoen euro) . De transactie heeft geleid tot een versterking van het eigen vermogen van 10.631.947 EUR (kapitaal inclusief uitgiftepremie).

Woonfront-Tramsingel
Overzicht overgenomen activa en passiva
In KEUR
Vastgoedbeleggingen 12.427
Overige activa 176
Liquide middelen 171
Eigen vermogen 10.839
Overige schulden 1.936
Overdrachtsbelasting 249
Overige prijscorrectie 42
Gecorrigeerd eigen vermogen 10.632
Inbrengwaarde aandelen 10.632

Verwerving van 95 studentenunits in Eindhoven

Op 30 september 2016 verwierf Xior 95 zelfstandige units gelegen aan de Kronehoefstraat te Eindhoven. Het betreft een verhuurde site, die eind december 2015 werd opgeleverd. Het studentencomplex is gekend als "The Spot". De acquisitie van dit pand gebeurde via de verwerving van 100% van de aandelen in de betrokken vastgoedvennootschap. De prijs van de aandelen van de vastgoedvennootschap is gebaseerd op een conventionele waarde van het vastgoed van ca. 10,4 miljoen euro, hetgeen in lijn ligt met de Reële Waarde.

Eindhoven De Kroon
Overzicht overgenomen activa en passiva
In KEUR
Vastgoedbeleggingen 10.400
Overige activa 433
Liquide middelen 24
Eigen vermogen 5.398
Langlopende schulden 4.552
Overige schulden 907
Gecorrigeerd eigen vermogen 5.398
Aankoopprijs aandelen 5.398

We verwijzen naar grondslag voor consolidatie voor de boekhoudkundige verwerking van deze verwervingen.

Groepsinterne fusies

Per 16 december 2016 werden Karibu NV, Kwartma NV, Retail Design NV, Eindhoven De Kroon B.V. en Woonfront-Tramsingel B.V. gefuseerd met Xior Student Housing.

10.9.31 GEMIDDELD PERSONEELSBESTAND EN UITSPLITSING VAN DE PERSONEELSKOSTEN

31/12/2016 31/12/2015
Gemiddeld personeelsbestand (in VTE) 17,8 6,8
Arbeiders 7 8
Bedienden 14 9
Administratief bedienden 3 2
Commerciële medewerkers 12 9
Technische medewerkers 6 6
Personeelskosten (in duizenden EUR) 855 435
Bezoldigingen en rechtstreekse sociale voordelen 645 344
Patronale bijdragen voor sociale verzekeringen 198 85
Patronale premies voor buitenwettelijke verzekeringen
Andere personeelskosten 12 6

10.9.32 GEBEURTENISSEN NA BALANSDATUM

Voor de gebeurtenissen na balansdatum wordt verwezen naar Hoofdstuk 5.5 van dit Jaarverslag.

Er hebben zich voor het overige geen belangrijke gebeurtenissen voorgedaan na afsluiting van het boekjaar met impact op de jaarrekening.

10.9.33 CONSOLIDATIEPERIMETER

Volgende dochterondernemingen maken deel uit van de consolidatieperimeter van Xior Student Housing NV per 31 december 2016:

Naam Land Aandeel in
het kapitaal
Stubis BVBA België 100%

Per 31 december 2015:

Naam Land Aandeel in
het kapitaal
Karibu Invest BVBA België 100%
Kwartma BVBA België 100%
Retail Design BVBA België 100%

Bovenstaande vennootschappen werden allen gefuseerd met Xior Student Housing NV per 16 december 2016.

10.9.34 SCHULDGRAAD

Cijfers zijn in duizenden EUR.

Geconsolideerde schuldgraad (max 65%) 31/12/2016 31/12/2015
Totaal verplichtingen 141.877 94.949
Aanpassingen -3.250 -3.433
Totale schulden volgens het KB van 13 juli 2014 138.627 91.516
Totaal activa 273.507 203.331
Aanpassingen 0 0
Totale activa volgens het KB van 13 juli 2014 273.507 203.331
Schuldgraad (in %) 50,69% 45,01%

Verdere toelichting bij de evolutie van de schuldgraad

Zoals bepaald in de GVV-wetgeving, meer bepaald in artikel 24 van het GVV-KB, dient de GVV, wanneer haar geconsolideerde schuldgraad meer dan 50% bedraagt, een financieel plan op te stellen met een uitvoeringsschema waarin zij een beschrijving geeft van de maatregelen die zullen worden genomen om te verhinderen dat de schuldgraad boven 65% van

de geconsolideerde activa zou stijgen. Over dit financieel plan wordt een bijzonder verslag opgesteld door de commissaris, waarin bevestigd wordt dat deze laatste de wijze van opstelling van het plan geverifieerd heeft, met name wat betreft de economische grondslagen ervan, en dat de cijfers die dit plan bevat, overeenstemmen met die van de boekhouding van de GVV.

In de halfjaarlijkse en jaarlijkse financiële verslagen dient te worden verantwoord hoe het financieel plan in de relevante periode werd uitgevoerd en hoe de GVV het plan in de toekomst zal uitvoeren.

Evolutie schuldgraad

Gedurende het laatste kwartaal van 2016 evolueerde de geconsolideerde schuldgraad van Xior Student Housing NV tot 50,69% tegenover 45,01% per 31 december 2015. Ingevolge de uitvoering van de overtuigde en bekende groeistrategie van Xior Student Housing NV, en met de voorgenomen uitvoering van de acquisitiepipeline waarmee op korte termijn (i.e. medio 2017) de vastgoedportefeuille zal aangroeien naar ca. 340 MEUR, is de schuldgraad boven de 50% uitgestegen. In 2016 werden er voor 58.346 KEUR aan investeringen gedaan, maar tevens werd het eigen vermogen versterkt met 18.233 KEUR via een inbreng in natura.

Op basis van de schuldgraad van 50,69% per 31 december 2016, en rekening houdend met de acquisitie via schuldfinanciering van het pand gelegen te Barbarasteeg te Delft en de acquisitie via equity middels de inbreng in natura van de panden te Ladderstraat Brussel heeft Xior Student Housing nog een bijkomend investeringspotentieel van circa 100 MEUR, zonder hierbij de maximale schuldgraad van 65% te overschrijden. Met een huidige gecommitteerde pipeline ter waarde van ca. 54 MEUR, ligt dit met andere woorden significant onder de wettelijke grens van 65%. De ruimte voor nieuwe investeringen bedraagt circa 60 MEUR alvorens de 60%-drempel te overschrijden.

De waardering van de vastgoedportefeuille heeft eveneens een impact op de schuldgraad. Rekening houdend met de kapitaalbasis per 31 december 2016, zou de maximale schuldgraad van 65% pas overschreden worden bij een mogelijke waardedaling van de vastgoedportefeuille van ongeveer 58 MEUR of 20% t.o.v. de vastgoedportefeuille van 284 MEUR42 op 17 januari 2017.

Xior Student Housing NV is van oordeel dat de huidige schuldgraad zich op een aanvaardbaar niveau bevindt en dat er nog voldoende marge is om eventuele waardedalingen van het vastgoed op te vangen.

Voorziene evolutie van de schuldgraad

Op basis van het huidig opgesteld financieel plan en rekening houdende met de acquisities die in de loop van 2017 zullen worden afgerond, verwacht Xior Student Housing NV, behoudens onvoorziene omstandigheden, een schuldgraad die rond de 55% ligt en dit ten opzichte van 50,69% per 31 december 2016.

Bij deze inschatting is rekening gehouden met de volgende elementen:

  • De uitvoering van de acquisitiepipeline
  • De winstreservering rekening houdende met de voorziene winstverwachting voor 2016 en 2017 en de dividendbetaling over het boekjaar 2016;
  • Een stabiele waardering van de vastgoedportefeuille van de GVV.

Deze verwachting kan echter beïnvloed worden door het zich voordoen van onvoorziene gebeurtenissen. In dit opzicht wordt specifiek verwezen naar Hoofdstuk 1 "Risicobeheer" van dit Jaarverslag.

Besluit

De raad van bestuur van Xior Student Housing NV is van oordeel dat de schuldgraad niet boven de 65% zal uitstijgen en dat er momenteel, in functie van de heersende economische en vastgoedtrends, de geplande investeringen en de verwachte evolutie van het eigen vermogen van de openbare GVV, geen bijkomende maatregelen dienen genomen te worden.

Het doel is om de schuldgraad te behouden op een niveau dat om en bij de 55% ligt, en om te blijven streven naar een evenwichtige groei van zowel eigen als vreemd vermogen.

Xior Student Housing NV zal de evolutie van de schuldgraad nauwgezet opvolgen. Indien bepaalde gebeurtenissen een bijsturing van de politiek van de openbare GVV zouden noodzaken, zal de Vennootschap niet nalaten om in een gepaste bijsturing te voorzien, die in voorkomend geval tevens het voorwerp zal uitmaken van de vereiste rapportering in het kader van de wettelijke regels inzake informatieverstrekking waaraan de Vennootschap onderworpen is.

10.9.35 RECHTEN EN VERPLICHTINGEN BUITEN BALANS

In de loop van 2016 werden een aantal panden verworven van derde partijen. Voor een aantal van deze panden werd een huurgarantie verstrekt door de verkopende partij. De duurtijd van deze huurgarantie varieert tussen de 12 en de 24 maanden vanaf overdrachtsdatum. Meer bepaald heeft de vennootschap een huurgarantie gekregen voor het pand aan de Tongerseweg te Maastricht, Kronehoefstraat te Eindhoven en Tramsingel te Breda.

ER wordt tevens verwezen naar de persberichten van 20 april 2016 en 11 mei 2016 respectievelijk waarbij werd aangekondigd dat de Vennootschap een overeenkomst heeft gesloten voor de verwerving van panden te Delft, Den Haag en Rotterdam. Er wordt eveneens verwezen naar Hoofdstuk 5.6.1.2 van het Jaarverslag.

10.9.36 GERECHTELIJKE EN ARBITRAGEPROCEDURES

Een vennootschap die in het kader van de IPO werd overgenomen door de Vennootschap ingevolge een fusie, werd op 28 oktober 2015 gedagvaard in gedwongen tussenkomst voor de rechtbank van koophandel te Leuven, in het kader van een geschil omtrent een aannemingsovereenkomst voor de uitvoering van een vastgoedproject. Het geschil heeft geen betrekking op vastgoed dat tot de vastgoedportefeuille van de Vennootschap behoort.

De eiseres die dagvaardde in gedwongen tussenkomst en vrijwaring deed inmiddels afstand van die vordering. In die procedure stelde de oorspronkelijk verwerende partij op haar beurt een vrijwaringsvordering in. De zaak werd op 2 februari 2017 behandeld voor de rechtbank van koophandel te Leuven. Het vonnis wordt afgewacht. Zonder op de uitspraak van de rechter te kunnen vooruitlopen, meent de Vennootschap dat het verweer tegen de overblijvende vrijwaringsvordering een reële kans op slagen heeft. Indien nodig zullen alle beschikbare rechtsmiddelen worden uitgeput.

De gebeurlijke negatieve impact van dit dossier is in elk geval beperkt tot het gevorderde bedrag (EUR 371.000 te vermeerderen met interesten), met dien verstande dat de Vennootschap zich daartegen in elk geval contractueel heeft beschermd, waardoor een eventuele negatieve uitkomst (in een worst case en onverhoopt scenario) de facto kan worden geacht immaterieel te zijn.

De Raad van Bestuur verklaart dat er verder geen overheidsingrepen, rechtszaken of arbitrages bestaan die een invloed van betekenis kunnen hebben - of in een recent verleden hebben gehad - op de financiële positie of de rendabiliteit van Xior. Hij verklaart ook dat er, voor zover hij weet, geen omstandigheden of feiten zijn die aanleiding kunnen geven tot dergelijke overheidsingrepen, rechtszaken of arbitrages.

10.9.37 VERSLAG VAN DE COMMISSARIS OVER DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING

VERSLAG VAN DE COMMISSARIS AAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS OVER DE GECON-SOLIDEERDE JAARREKENING VOOR HET BOEKJAAR AFGESLOTEN OP 31 DECEMBER 2016

Overeenkomstig de wettelijke bepalingen brengen wij u verslag uit in het kader van ons mandaat van commissaris. Dit verslag omvat ons verslag over de geconsolideerde jaarrekening voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2016, zoals hieronder gedefinieerd, en omvat tevens ons verslag over andere door wet- en regelgeving gestelde eisen. De geconsolideerde jaarrekening omvat de geconsolideerde balans op 31 december 2016, de geconsolideerde resultatenrekening, de geconsolideerde staat van het globaal resultaat, het geconsolideerd mutatie-overzicht van het eigen vermogen en het geconsolideerd kasstroomoverzicht voor het boekjaar afgesloten op deze datum, evenals een toelichting die een overzicht van de voornaamste gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en overige informatieverschaffing bevat.

Verslag over de geconsolideerde jaarrekening – Oordeel zonder voorbehoud

Wij hebben de controle uitgevoerd van de geconsolideerde jaarrekening van Xior Student Housing NV

("de Vennootschap") en haar dochterondernemingen (samen "de Groep") voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2016, opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en geïmplementeerd door het koninklijk besluit van 13 juli 2014, en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften. De geconsolideerde balans bedraagt '000' EUR 273.507 en de staat van het totaal geconsolideerd resultaat toont een positief netto-resultaat van het boekjaar, van '000' EUR 5.016.

Verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening

Verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening

De Raad van Bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van een geconsolideerde jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS), zoals goedgekeurd door de Europese Unie en geïmplementeerd door het koninklijk besluit van 13 juli 2014, en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften alsook voor het implementeren van een interne beheersing die de Raad van Bestuur noodzakelijk acht voor het opstellen van een geconsolideerde jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of van fouten.

Verantwoordelijkheid van de Commissaris

Het is onze verantwoordelijkheid een oordeel over deze geconsolideerde jaarrekening tot uitdrukking te brengen, op basis van onze controle. Wij hebben onze controle volgens de internationale controlestandaarden (International Standards on Auditing - ISA) zoals deze in België werden aangenomen uitgevoerd. Die standaarden vereisen dat wij aan de deontologische vereisten voldoen alsook de controle plannen en uitvoeren teneinde een redelijke mate van zekerheid te verkrijgen dat de geconsolideerde jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.

Een controle omvat werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen bedragen en toelichtingen. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de beoordeling door de commissaris, met inbegrip van zijn inschatting van de risico's van een afwijking van materieel belang in de geconsolideerde jaarrekening als gevolg van fraude of van fouten. Bij het maken van die risico-inschatting neemt de commissaris de interne beheersing van de Groep in aanmerking die relevant is voor het opstellen, door de Vennootschap, van een geconsolideerde jaarrekening die een getrouw beeld geeft, en dit teneinde controlewerkzaamheden op te zetten die in de gegeven omstandigheden geschikt zijn maar die niet gericht zijn op het geven van een oordeel over de effectiviteit van de interne beheersing van de Groep. Een controle omvat tevens een evaluatie van de geschiktheid van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van door het bestuursorgaan gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van de presentatie van de geconsolideerde jaarrekening als geheel.

Wij hebben van de Raad van Bestuur en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen.

Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controleinformatie voldoende en geschikt is om daarop ons oordeel zonder voorbehoud te baseren.

Oordeel zonder voorbehoud

Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van het vermogen en de geconsolideerde financiële toestand van de Groep op 31 december 2016 en van haar geconsolideerde resultaten en geconsolideerde kasstromen voor het boekjaar dat op die datum afgesloten is, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en geïmplementeerd door het koninklijk besluit van 13 juli 2014, en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften.

Verslag betreffende overige door wet- en regelgeving gestelde eisen

De Raad van Bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening.

In het kader van ons mandaat en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm bij de in België van toepassing zijnde internationale controlestandaarden (ISA) is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, de naleving van bepaalde wettelijke en reglementaire verplichtingen na te gaan. Op grond hiervan sluiten wij de volgende bijkomende verklaring in die niet van aard is om de draagwijdte van ons oordeel over de geconsolideerde jaarrekening te wijzigen:

Het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening, opgesteld overeenkomstig artikel 119 van het Wetboek van vennootschappen en neer te leggen overeenkomstig artikel 100 van het Wetboek van vennootschappen, behandelt, zowel qua vorm als qua inhoud, de door de wet vereiste inlichtingen, stemt overeen met de geconsolideerde jaarrekening en bevat geen van materieel belang zijnde inconsistenties ten aanzien van de informatie waarover wij beschikken in het kader van ons mandaat.

Sint-Stevens-Woluwe, 6 april 2017

De commissaris PwC Bedrijfsrevisoren bcvba vertegenwoordigd door

Damien Walgrave Bedrijfsrevisor

VERSLAG VAN DE COMMISSARIS AAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS OVER DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING VOOR HET BOEKJAAR AFGESLOTEN OP 31 DECEMBER 2015

Overeenkomstig de wettelijke bepalingen brengen wij u verslag uit in het kader van ons mandaat van commissaris. Dit verslag omvat ons oordeel over de geconsolideerde jaarrekening en tevens de vereiste bijkomende verklaringen. De geconsolideerde jaarrekening omvat de geconsolideerde staten van de balans op 31 december 2015, de geconsolideerde winst- en verliesrekening en de staat van het globaal resultaat, de geconsolideerde staat van wijzigingen in het eigen vermogen en het geconsolideerd kasstroomoverzicht voor het boekjaar startend op 10 maart 2014 en afgesloten op 31 december 2015 die datum, evenals een toelichting die een overzicht bevat van de voornaamste gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en overige informatieverschaffing bevat.

Verslag over de geconsolideerde jaarrekening – Oordeel zonder voorbehoud

Wij hebben de controle uitgevoerd van de geconsolideerde jaarrekening van Xior Student Housing NV ("de Vennootschap") en haar dochterondernemingen (samen "de Groep"), opgesteld

in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften. De geconsolideerde balans bedraagt '000' EUR 203.331 en de staat van het totaal geconsolideerd resultaat toont een negatief netto-resultaat van het boekjaar 2015, aandeel van de Groep, van '000' EUR 514. Verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening

De Raad van Bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van een geconsolideerde jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS), zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften. De Raad van Bestuur is ook verantwoordelijk voor het implementeren van een interne beheersing die hij noodzakelijk acht voor het opstellen van een geconsolideerde jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of van fouten.

Verantwoordelijkheid van de commissaris

Het is onze verantwoordelijkheid een oordeel over deze geconsolideerde jaarrekening tot uitdrukking te brengen, op basis van onze controle. Wij hebben onze controle volgens de internationale controlestandaarden (ISA) uitgevoerd. Die standaarden eisen dat wij aan de deontologische vereisten voldoen alsook de controle zouden plannen en uitvoeren teneinde een redelijke mate van zekerheid te verkrijgen dat de geconsolideerde jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.

Een controle omvat werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen bedragen en toelichtingen. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de beoordeling door de commissaris, met inbegrip van diens inschatting van de risico's van een afwijking van materieel belang in de geconsolideerde jaarrekening als gevolg van fraude of van fouten.

Bij het maken van die risico-inschatting neemt de commissaris de interne beheersing van de Groep in aanmerking die relevant zijn voor het opstellen, door de Vennootschap, van een geconsolideerde jaarrekening die een getrouw beeld geeft, met als doel die controlewerkzaamheden op te zetten die in de gegeven omstandigheden geschikt zijn.

Zijn werkzaamheden zijn niet gericht op het geven van een oordeel over de effectiviteit van de interne beheersing van de Groep. Een controle omvat tevens een evaluatie van de geschiktheid van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van door het bestuursorgaan gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van de presentatie van de geconsolideerde jaarrekening als geheel.

Wij hebben van de Raad van Bestuur en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende is en geschikt om daarop ons oordeel te baseren.

Oordeel zonder voorbehoud

Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van het vermogen en de geconsolideerde financiële toestand van de Groep op 31 december 2015 evenals van haar geconsolideerde resultaten en geconsolideerde kasstromen voor het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften.

Verslag betreffende overige door wet- en regelgeving gestelde eisen

De Raad van Bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening. In het kader van ons mandaat en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm bij de van toepassing zijnde internationale controlestandaarden (ISA) is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, de naleving van bepaalde wettelijke en reglementaire verplichtingen na te gaan. Op grond hiervan sluiten wij de volgende bijkomende verklaring in die niet van aard is om de draagwijdte van ons oordeel over de geconsolideerde jaarrekening te wijzigen:

Het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening behandelt de door de wet vereiste inlichtingen, stemt overeen met de geconsolideerde jaarrekening en bevat geen van materieel belang zijnde inconsistenties ten aanzien van de informatie waarover wij beschikken in het kader van ons mandaat;

In uitvoering van artikel 37 §2 van de Wet van 12 mei 2014 "betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen" en in overeenstemming met artikel 8 van het koninklijk besluit van 13 juli 2014 "met betrekking tot gereglementeerde vastgoedvennootschappen" werden de transacties van de Vennootschap met de in artikel 37 §1 van bovenstaande Wet beschreven partijen toegelicht in de sectie "Specifieke belangenconflicten" van het jaarlijks financieel verslag.

Sint-Stevens-Woluwe, 18 april 2016

De commissaris PwC Bedrijfsrevisoren bcvba vertegenwoordigd door

Damien Walgrave Bedrijfsrevisor

10.10 VERKORTE VERSIE VAN DE ENKELVOUDIGE JAARREKENING VAN XIOR STUDENT HOUSING NV

De enkelvoudige jaarrekening van Xior Student Housing NV is opgesteld op basis van de IFRS-normen en conform het GVV-KB van 13 juli 2014. De volledige versie van de enkelvoudige jaarrekening van Xior Student Housing NV zal, samen met het jaarverslag en het verslag van de commissaris, binnen de wettelijke termijn bij de Nationale Bank van België neergelegd worden en kan gratis verkregen worden via de website van de Vennootschap (www.xior.be) of op aanvraag bij de maatschappelijke zetel.

De commissaris heeft een goedkeurende verklaring zonder voorbehoud afgeleverd op de enkelvoudige jaarrekening van Xior Student Housing NV.

10.10.1 ENKELVOUDIGE RESULTATENREKENING

Resultatenrekening 31/12/2016 31/12/2015
I (+) Huurinkomsten 9.644 467
(+) Huurinkomsten 8.623 456
(+) Gegarandeerde inkomsten 1.035 11
(+/-) Huurkortingen -14
III (+/-) Met verhuur verbonden kosten -57
Waardeverminderingen op handelsvorderingen -57
Netto Huurresultaat 9.586 467
V (+) Recuperatie van huurlasten en belastingen normaal gedragen
door de huurders op verhuurde gebouwen
1.300 28
Doorrekening van huurlasten gedragen door de eigenaar 1.202 28
Doorrekening van voorheffingen en belastingen op verhuurde
gebouwen
98
VII (-) Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurders op
verhuurde gebouwen
-1.345 -50
Huurlasten gedragen door de eigenaar -1.247 -33
Voorheffingen en belastingen op verhuurde gebouwen -98 -17
VIII (+/-) Andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven 622 90
Vastgoedresultaat 10.163 536
IX (-) Technische kosten -628 -119
Recurrente technische kosten -627 -109
(-) Herstellingen -560 -96
(-) Verzekeringspremies -67 -13
Niet-recurrente technische kosten -1 -10
(-) Schadegevallen -1 -10
X (-) Commerciële kosten -216 -18
(-) Publiciteit -216 -18
XII (-) Beheerskosten van het vastgoed -577 -7
(-) Externe beheervergoedingen -204 -7
(-) Interne beheerskosten van het patrimonium -373
XIII (-) Andere vastgoedkosten -438 -13
(-) Honoraria architecten -1
(-) Honoraria schatters -112 -12
(-) Andere -327
Vastgoedkosten -1.859 -157
Operationeel vastgoedresultaat 8.304 379
XIV. (-) Algemene kosten van de vennootschap -1.782 -288
XV. (+/-) Andere operationele opbrengsten en kosten -8 -45
Operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille 6.514 47
XVI (+/-) Resultaat op verkopen van vastgoedbeleggingen 106
(+) Netto verkopen van de onroerende goederen (verkoopprijs -
transactiekosten)
2.870
(-) Boekwaarde van de verkochte onroerende goederen -2.763
XVIII (+/-) Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen 1.111 -141
(+) Positieve variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen 3.261 1.292
(-) Negatieve variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen -2.150 -1.433
XIX (+/-) Ander portefeuilleresultaat 560 -380
Operationeel resultaat 8.292 -475
XX (+) Financiële opbrengsten 429 34
(+) Geïnde intresten en dividenden 429 34
XXI (-) Netto interestkosten -1.453 -46
(-) Nominale intrestlasten op leningen -1.022 -46
(-) Wedersamenstelling van het nominaal bedrag van financiële
schulden
-58
(-) Kosten van toegelaten afdekkingsinstrumenten -373
Toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan
een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS
-373
XXII (-) Andere financiële kosten -213 -20
(-) Bankkosten en andere commissies -193 -16
(-) Andere -20 -3
XXIII (+/-) Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva -1.866 41
Toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan
een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS
-1.866
Andere 41
Resultatenrekening 31/12/2015
(+/-) FInancieel resultaat -3.104 9
Resultaat voor belastingen 5.188 -465
XXIV (+/-) Vennootschapsbelasting -71 -29
XXV (+/-) Exit tax 13 -22
(+/-) Belastingen -58 -50
Netto resultaat 5.130 -515

10.10.2 STAAT VAN HET GLOBAAL RESULTAAT

Cijfers zijn in duizenden EUR.

31/12/2016 31/12/2015
Nettoresultaat 5.130 -514
Andere componenten van het globaalresultaat
Impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij de
(+/-)
hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen
0 0
Impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij
(+/-)
de hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen
0 0
Globaal resultaat 5.130 -514

10.10.3 ENKELVOUDIGE BALANS

Activa 31/12/2016 31/12/2015
Vaste Activa 265.761 184.601
B Immateriële vaste activa
C Vastgoedbeleggingen 265.358 168.721
Vastgoed beschikbaar voor verhuur 265.358 131.846
Projectontwikkelingen 36.874
D Andere materiële vaste activa 248 240
Materiële vaste activa voor eigen gebruik 248 240
Andere
E Financiële vaste activa 21 15.260
Activa aan reële waarde via resultaat 15.242
Andere 21 17
G Handelsvorderingen en andere vaste activa 135
H Uitgestelde belastingen - activa 380
Vlottende Activa 7.802 16.237
A Activa bestemd voor verkoop 186
Andere activa 186
D Handelsvorderingen 538 606
E Belastingvorderingen en andere vlottende activa 2.627 13.947
Belastingen 172 666
Bezoldigingen en sociale lasten
Andere 2.455 13.281
F Kas en kasequivalenten 4.097 1.393
G Overlopende rekeningen 540 105
Voorafbetaalde vastgoedkosten 430 8
Gelopen, niet vervallen vastgoedopbrengsten 41
Andere 110 56
Totaal Activa 273.563 200.837
Passiva 31/12/2016 31/12/2015
Eigen Vermogen 131.744 108.381
A Kapitaal 94.869 76.321
Geplaatst kapitaal 94.869 83.282
Kosten kapitaalverhoging -6.961
B Uitgiftepremies 32.261 25.615
C Reserves -515 6.961
Wettelijke reserve
Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van
vastgoed
4.044
Reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte
mutatierechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van
vastgoedbeleggingen
-4.565
Onbeschikbare reserve: reserve voor voorzienbare verliezen 6.961
Andere reserves
Overgedragen resultaten van vorige boekjaren 6
D Nettoresultaat van het boekjaar 5.130 -515
Verplichtingen 141.819 92.456
I Langlopende verplichtingen 133.465 72.748
B Langlopende financiële schulden 131.315 72.447
a Kredietinstellingen 131.315 72.447
C Andere langlopende financiële verplichtingen 1.866
Toegelaten afdekkingsinstrumenten 1.866
F Uitgestelde belastingen - verplichtingen 284 300
a Exit tax
b Andere 284 300
II Kortlopende verplichtingen 8.353 19.708
D Handelsschulden en andere kortlopende schulden 5.726 16.675
Exit tax 3.469 5.869
Andere 2.257 10.806
Leveranciers 1.242 5.482
Belastingen, bezoldigingen en sociale lasten 1.015 5.324
E Andere kortlopende verplichtingen 1.527 2.313
Andere 1.527 2.313
F Overlopende rekeningen 1.100 720
a Vooraf ontvangen vastgoedopbrengsten 512 302
c Andere 588 418
Totaal eigen vermogen en verplichtingen 273.563 200.837

10.10.4 STAAT VAN DE BEWEGINGEN VAN HET EIGEN VERMOGEN

Kapitaal Uitgifte
premies
Reserves Netto
resultaat
van het
boekjaar
Eigen
vermogen
Balans op 10 maart 2014
Netto resultaatverwerking 2015 -515 -515
Overboeking resultaat portefeuille naar
reserves
-521 -521
Overboeking operationeel resultaat naar
reserves
6 6
Andere elementen erkend in het globaal
resultaat
0
Impact op de reële waarde van geschatte
mutatierechten en -kosten bij
0
de hypothetische vervreemding van
vastgoedbeleggingen
0
Variaties in de reële waarde van financiële
activa en passiva
0
Uitgifte van nieuwe aandelen 85.575 85.575
Kapitaalverhoging door inbreng in natura 30.282 30.282
Kosten van uitgifte nieuwe aandelen en van
kapitaalsverhoging
-6.961 -6.961
Kapitaalvermindering tot het vormen
van beschikbare reserve ter dekking van
toekomstige verliezen
-6.961 -6.961 0
Gedeeltelijke toewijzing van het kapitaal aan
uitgiftepremies
-25.615 25.615 0
Dividenden 0
Balans op 31 december 2015 76.320 25.615 6,961 -515 108.381
Netto resultaatverwerking 2015 6.961 -515 515 6.961
Overboeking resultaat portefeuille naar
reserves
0
Overboeking operationeel resultaat naar
reserves
0
Resultaat van de periode 5.130 5.130
Andere elementen erkend in het globaal
resultaat
0
Impact op de reële waarde van geschatte
mutatierechten en -kosten bij
0
de hypothetische vervreemding van
vastgoedbeleggingen
0
Variaties in de reële waarde van financiële
activa en passiva
0
Uitgifte van nieuwe aandelen 0
Kapitaalverhoging door inbreng in natura 18.233 18.233
Kosten van uitgifte nieuwe aandelen en van
kapitaalsverhoging
0
Kapitaalvermindering tot het vormen
van beschikbare reserve ter dekking van
toekomstige verliezen
Gebruik van de beschikbare reserve ter
dekking van toekomstige verliezen
6.961 -6.961 0
Gedeeltelijke toewijzing van het kapitaal aan
uitgiftepremies
-6.646 6.646 0
Dividenden 0
Balans per 31 december 2016 94.868 32.261 -515 5.130 131.744

10.10.5 DETAIL VAN DE RESERVES

Reserve voor het
saldo van de variaties
Reserve voor de
impact op de reële
waarde van geschatte
mutatierechten
en -kosten bij
hypothetische
Wettelijke
reserve
in de reële waarde
van vastgoed
vervreemding van
vastgoedbeleggingen
Balans op 10 maart 2014
Netto resultaatverwerking 0 0 0
Overboeking resultaat portefeuille naar reserves
Overboeking operationeel resultaat naar reserves
Andere elementen erkend in het globaal resultaat 0 0 0
Impact op de reële waarde van geschatte
mutatierechten en -kosten bij
de hypothetische vervreemding van
vastgoedbeleggingen
Variaties in de reële waarde van financiële activa
en passiva
Uitgifte van nieuwe aandelen
Kapitaalverhoging door inbreng
in natura
Kosten van uitgifte nieuwe aandelen
en van kapitaalsverhoging
Kapitaalvermindering tot het vormen van beschikbare
reserve ter dekking van toekomstige verliezen
Dividenden
Andere
Balans op 31 december 2015 0 0 0
10 FINANCIEEL VERSLAG
Totaal van de reserves Overgedragen
resultaten
van vorige
boekjaren
Andere
reserves
Beschikbare
reserve: reserve
voor voorzienbare
verliezen
Reserve voor het saldo van
de variaties in de reële
waarde van toegelaten
afdekkings-instrumenten
die onderworpen zijn aan
een afdekkingsboekhouding
zoals gedefinieeerd in IFRS
0
0 0 0 0 0
0
0
0 0 0 0 0
0
0
0
0
0
6.961 6.961
6.961 0 0 6.961 0
Reserve voor de
impact op de reële
waarde van geschatte
mutatierechten
Reserve voor het
en -kosten bij
saldo van de variaties
hypothetische
Wettelijke
in de reële waarde
vervreemding van
reserve
van vastgoed
vastgoedbeleggingen
Reserve voor het saldo van
de variaties in de reële
waarde van toegelaten
afdekkings-instrumenten
die onderworpen zijn aan
een afdekkingsboekhouding
zoals gedefinieeerd in IFRS
Beschikbare
reserve: reserve
voor voorzienbare
verliezen
Andere
reserves
Overgedragen
resultaten
van vorige
boekjaren
Totaal van de reserves
Balans op 31 december 2015
0
0
0
0 6.961 0 0 6.961
Netto resultaatverwerking
Overboeking resultaat portefeuille naar reserves
4.044
-4.565
6 -515
Overboeking operationeel resultaat naar reserves 0
Andere elementen erkend in het globaal resultaat
0
0
0
0 0 0 0 0
Impact op de reële waarde van geschatte
mutatierechten en -kosten bij
0
de hypothetische vervreemding van
vastgoedbeleggingen
Variaties in de reële waarde van financiële activa
en passiva
0
Uitgifte van nieuwe aandelen 0
Kapitaalverhoging door inbreng
in natura
0
Kosten van uitgifte nieuwe aandelen
en van kapitaalsverhoging
0
Kapitaalvermindering tot het vormen van beschikbare
reserve ter dekking van toekomstige verliezen
-6.961 -6.961
Dividenden 0
Andere 0
Balans op 31 december 2016
0
4.044
-4.565
0 0 0 6 -515

10.10.6 STATUTAIRE RESULTAATSVERWERKING

31/12/2016 31/12/2015
A Nettoresultaat 5.130 -515
B (-/=) Toevoeging/onttrekking reserves
1 (-/+) Toevoeging aan/onttrekking van de reserve voor het (positieve of
negatieve) saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed
Boekjaar 3.187 4.044
2 (-/+) Toevoeging aan/onttrekking van de reserve van geschatte
mutatierechten en -kosten bij hypotethische vervreemding van
vastgoedbeleggingen
Boekjaar -2.077 -4.565
5 (+) Toevoeging aan de reserve voor het saldo van de variaties in
de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die
niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals
gedefinieerd in IFRS vastgoedbeleggingen
Boekjaar -1.866
10 (-/+) Toevoeging aan/onttrekking van andere reserves 221 6
11 (-/+) Toevoeging aan/onttrekking van overgedragen resultaten van
vorige boekjaren
C Vergoeding voor het kapitaal overeenkomstig artikel 13,§ 1,
eerste lid
4.273
D Vergoeding voor het kapitaal – andere dan C 1.392

10.10.7 UITKERINGSPLICHT VOLGENS ARTIKEL 13, §1, EERSTE LID VAN HET KB VAN 13 JULI 2014 MET BETREKKING TOT DE GVV

31/12/2016 31/12/2015
Nettoresultaat 5.130 -515
(+) afschrijvingen 44
(+) waardeverminderingen 20
(-) terugname waardeverminderingen
(-/+) andere niet monetaire bestanddelen 1.924
(-/+) resultaat op de verkoop van vastgoedbeleggingen -106
(-/+) variaties in de reële waarde van vastgoed -1.671 521
Gecorrigeerd resultaat (A) 5.341 6
(-/+) Gedurende het boekjaar gerealiseerde meer- en minderwaarden op vastgoed 0 -521.398
(-) Gedurende het boekjaar gerealiseerde meerwaarden op vastgoed vrijgesteld van
de verplichte uitkering onder voorbehoud van hun herbelegging binnen een termijn
van vier jaar
0 41.851
(+) Gerealiseerde meerwaarden op vastgoed voorheen vrijgesteld van de verplichte
uitkering en die niet werden herbelegd binnen een periode van vier jaar
0
Nettomeerwaarden bij realisatie van vastgoed niet vrijgesteld van verplichte
uitkering (B)
0 0
Totaal (A+B) x 80% 4.273 5
Schuldvermindering (-) 0
Uitkeringsplicht 4.273 5

10.10.8 NIET-UITKEERBAAR EIGEN VERMOGEN CONFORM ARTIKEL 617 VAN HET WETBOEK VAN VENNOOTSCHAPPEN

Het bedrag zoals bedoeld in artikel 617 van het Wetboek van vennootschappen, van het gestorte kapitaal of als dit bedrag hoger ligt, van het opgevraagde kapitaal, verhoogd met de reserves die volgens de wet of de statuten niet uitgekeerd mogen worden, is bepaald in Hoofdstuk IV van Bijlage C bij het GVV-KB.

Deze berekening gebeurt op basis van de enkelvoudige jaarrekening van Xior Student Housing NV.

Cijfers in EUR

31/12/2016 31/12/2015
Niet-uitkeerbaar eigen vermogen volgens artikel 617 van het Wetboek van
Vennootschappen
125.971.057 108.381.105
Gestort kapitaal 94.869.018 83.282.040
Volgens de statuten niet-beschikbare uitgiftepremies 32.260.546 25.614.502
Reserve voor het positieve saldo van de variaties in de investeringswaarde van
vastgoed
7.230.785 4.043.786
Reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en
-kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen
-6.642.183 -4.565.183
Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten
indekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding
-1.866.408 0
Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van
toegelaten indekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een
afdekkingsboekhouding
0 0
Andere reserves 119.299 5.960
Eigen vermogen enkelvoudig 131.744.295 108.381.105
Geplande dividenduitkering 5.665.366 0
Gewogen gemiddeld aantal aandelen 4.926.405
Operationeel uitkeerbaar resultaat per aandeel (EUR) 1,15
Eigen vermogen enkelvoudig na dividenduitkering 126.078.929 108.381.105
Overblijvende reserve na uitkering 107.873 0

Het resultaat van de dochtervennootschappen die voor 100% werden aangehouden door Xior Student Housing en die op 16 december 2016 werden gefuseerd met de Vennootschap, werd voor de periode vanaf verwerving door de Vennootschap tot fusiedatum gerealiseerd in hoofde van de Vennootschap en dit resultaat werd als volgt verwerkt in het eigen vermogen van de Vennootschap:

  • Het operationeel uitkeerbaar resultaat van de dochters werd toegewezen aan de diverse rubrieken van het resultaat van de Vennootschap;
  • De variatie in de Reële Waarde van het vastgoed van de dochters werd toegewezen aan het ander portefeuilleresultaat.

Als dusdanig kan het operationeel resultaat van de dochterondernemingen voor het volledige jaar 2016 worden gebruikt voor uitkering als dividend.

Frederik Lintsstraat LEUVEN Kipdorpvest ANTWERPEN

10 FINANCIEEL VERSLAG

Verklaringen 11

11.1 TOEKOMSTGERICHTE VERKLARINGEN

Dit Jaarverslag bevat toekomstgerichte informatie, vooruitziende informatie, voorspellingen, overtuigingen, opinies en ramingen gemaakt door Xior, met betrekking tot de verwachte toekomstige prestatie van Xior en van de markt waarin zij actief is ("toekomstgerichte verklaringen"). Door hun aard impliceren toekomstgerichte verklaringen inherente risico's, onzekerheden en veronderstellingen, zowel algemeen als specifiek, die gegrond leken op het moment dat ze werden gemaakt, maar die uiteindelijk wel of niet accuraat kunnen blijken en het risico bestaat dat de vooruitziende verklaringen niet zullen worden bereikt. Sommige gebeurtenissen zijn moeilijk te voorspellen en kunnen afhangen van factoren waarop Xior geen vat heeft. Bovendien gelden de toekomstgerichte verklaringen enkel op de datum van dit Jaarverslag. Verklaringen in dit Jaarverslag die gaan over voorbije trends of activiteiten, mogen niet worden beschouwd als een voorstelling dat dergelijke trends of activiteiten in de toekomst zullen blijven duren. De werkelijke winsten, de financiële situatie, de prestatie of de resultaten van Xior kunnen bijgevolg aanzienlijk verschillen van de informatie vooropgesteld in of geïmpliceerd door toekomstgerichte verklaringen. Xior wijst nadrukkelijk elke verplichting of waarborg af om toekomstgerichte verklaringen publiekelijk te actualiseren of te herzien, tenzij wettelijk vereist.

11.2 VERANTWOORDELIJKE VOOR DE INHOUD VAN HET REGISTRATIEDOCUMENT

Xior Student Housing NV, met maatschappelijke zetel te Mechelsesteenweg 34, bus 108, 2018 Antwerpen, draagt de verantwoordelijkheid voor de inhoud van dit registratiedocument.

Xior Student Housing NV verklaart dat, na alle redelijke maatregelen te hebben getroffen om zulks te garanderen en voorzover haar bekend, de gegevens in dit registratiedocument in overeenstemming zijn met de werkelijkheid en dat geen gegevens zijn weggelaten waarvan de vermelding de strekking van dit registratiedocument zou wijzigen.

De Raad van Bestuur, waarvan de samenstelling terug te vinden is onder Hoofdstuk 6.1.11 van dit Jaarverslag, verklaart dat naar zijn beste weten:

  • de jaarrekeningen, die zijn opgesteld overeenkomstig de toepasselijke standaarden voor jaarrekeningen, een getrouw beeld geven van het vermogen, de financiële toestand en de resultaten van de Vennootschap en de in de consolidatie opgenomen ondernemingen;
  • het jaarlijks financieel verslag een getrouw overzicht geeft van de ontwikkeling en de resultaten van het bedrijf en van de positie van de Vennootschap en de in de consolidatie opgenomen ondernemingen, evenals een beschrijving van de voornaamste risico's en onzekerheden waarmee zij geconfronteerd worden.

11.3 INFORMATIE AFKOMSTIG VAN DERDEN

Dit registratiedocument bevat informatie die afkomstig is van derden (zie Hoofdstuk 8.1 van dit Jaarverslag voor een verslag van CBRE; Hoofdstuk 8.2.2 voor de Conclusies van de Vastgoeddeskundigen Stadim en DTZ; en Hoofdstuk 7.1.5.4 en 10.9.36 voor de verslagen van de Commissaris).

Xior Student Housing NV verklaart dat de informatie die afkomstig is van derden correct is weergegeven en, voor zover de Vennootschap weet en heeft kunnen opmaken uit door de betrokken derde gepubliceerde informatie, zijn er geen feiten weggelaten waardoor de weergegeven informatie onjuist of misleidend zou worden.

De informatie (verslagen c.q. conclusies) die werd opgenomen van derden, werd opgenomen met instemming van de opneming en met de vorm en context waarin deze informatie is opgenomen.

Permanent document: Algemene informatie over de vennootschap en gecoördineerde statuten 12

12.1 GEGEVENS OVER DE VENNOOTSCHAP

12.1.1 NAAM, RECHTSVORM, STATUUT, DUUR EN REGISTRATIEGEGEVENS

De Vennootschap is een naamloze vennootschap naar Belgisch recht, en heeft het statuut van een openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap naar Belgisch recht (een "openbare GVV" of "OGVV"). Zij draagt de benaming "Xior Student Housing" of "Xior". Als openbare GVV valt de Vennootschap onder het toepassingsgebied van de GVV-Wet en het GVV-KB. De Vennootschap valt tevens onder het toepassingsgebied van het Wetboek van vennootschappen.

Sinds 24 november 2015 heeft de Vennootschap de vergunning als openbare GVV naar Belgisch recht, ingeschreven bij de FSMA. De Vennootschap heeft een openbaar beroep op het spaarwezen gedaan in de zin van artikel 438 van het Wetboek van vennootschappen. De aandelen van Xior Student Housing zijn sedert 11 december 2015 genoteerd op Euronext Brussels (XIOR).

De Vennootschap is ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen (Rechtspersonenregister afdeling Antwerpen) onder ondernemingsnummer BE 0547.972.794.

De Vennootschap is opgericht voor een onbepaalde duur.

12.1.2 MAATSCHAPPELIJKE ZETEL EN VERDERE CONTACTGEGEVENS

De maatschappelijke zetel van de Vennootschap is gelegen te Mechelsesteenweg 34 (bus 108), 2018 Antwerpen, België. De maatschappelijke zetel kan bij besluit van de raad van bestuur worden verplaatst in België.

De verdere contactgegevens van de Vennootschap zijn de volgende: Tel: +32 3 257 04 89 (Hoofdkantoor) E-mail: [email protected] www.xior.be

12.1.3 OPRICHTING

De Vennootschap werd op 10 maart 2014 opgericht als een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid onder de benaming Xior Student Housing, bij akte verleden voor notaris Peter Timmermans, notaris te Antwerpen, zoals gepubliceerd in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 28 maart 2014 onder nummer 14069091.

De Vennootschap werd opgericht met een maatschappelijk kapitaal van EUR 20.000,00, vertegenwoordigd door 200 aandelen die als volgt werden toegekend aan de oprichters:

  • Aloxe NV: 199 Aandelen (99,50%)
  • Bimmoc BVBA: 1 Aandeel (0,50%).

12.1.4 HISTORIEK VAN DE VENNOOTSCHAP

Hieronder wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste wijzigingen die hebben plaatsgevonden binnen de Vennootschap, sedert de oprichting van de Vennootschap.

Datum Gebeurtenis
10 maart 2014 Oprichting van de Vennootschap als besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
onder de benaming Xior Student Housing met een maatschappelijk kapitaal van EUR
20.000,00, vertegenwoordigd door 200 aandelen.
23 september 2015 Omzetting van de Vennootschap in een naamloze vennootschap en verlenging boekjaar tot
31 december 2015.
Verhoging van het maatschappelijk kapitaal tot EUR 1.250.000,00, vertegenwoordigd door
12.500 aandelen.
23 november 2015 Aandelensplitsing waarbij de bestaande 12.500 aandelen werden gesplitst in 42.500 nieuwe
aandelen in een verhouding van 1 bestaand aandeel tegen 3,4 nieuwe aandelen.
Statutenwijziging naar aanleiding van de vergunning van de Vennootschap als openbare
GVV, verleend door de FSMA op 24 november 2015.
11 december 2015 Verhoging van het maatschappelijk kapitaal tot EUR 90.242.678,39, vertegenwoordigd door
4.626.780 aandelen ingevolge diverse inbrengen in natura en een inbreng in geld, in het
kader van de voltooiing van de IPO.
Kapitaalvermindering voor de creatie van een reserve tot dekking van voorzienbare
verliezen met een bedrag van EUR 6.960.638,39, waardoor het kapitaal op EUR
83.282.040,00, vertegenwoordigd door 4.626.780 aandelen, werd gebracht.
Machtiging aan de raad van bestuur om het geplaatste maatschappelijk kapitaal van
de Vennootschap in één of meer malen te verhogen tot een bedrag gelijk aan EUR
83.282.040,00.
Machtiging aan de raad van bestuur om eigen aandelen te verwerven, of in pand te nemen.
Machtiging aan de raad van bestuur om de eigen aandelen van de Vennootschap te
verwerven, in onderpand te nemen en te verkopen i.g.v. een ernstig en dreigend nadeel.
1 maart 2016 Verhoging van het maatschappelijk kapitaal tot EUR 87.433.866,00, vertegenwoordigd door
4.857.437 aandelen ingevolge de fusie door overneming van Devimmo NV.
1 augustus 2016 Verhoging van het maatschappelijk kapitaal tot EUR 88.754.814,00, vertegenwoordigd door
4.930.823 aandelen ingevolge de fusie door overneming van C.P.G. CVBA.
11 oktober 2016 Verhoging van het maatschappelijk kapitaal tot EUR 94.869.018,00, vertegenwoordigd door
5.270.501 aandelen ingevolge de inbreng in natura van alle aandelen in de vennootschap
Woonfront - Tramsingel Breda B.V.
24 november 2016 Verwerving door Xior Student Housing NV van alle aandelen in Stubis BVBA.
16 december 2016 Geruisloze fusie met Xior Student Housing NV door overneming van (i) Karibu Invest BVBA
(na geruisloze fusie van Karibu Invest BVBA door overneming van Kwartma BVBA), (ii) Retail
Design BVBA, (iii) Eindhoven De Kroon B.V., en (iv) Woonfront - Tramsingel Breda B.V.
17 januari 2017 Verhoging van het maatschappelijk kapitaal tot EUR 97.538.994,00, vertegenwoordigd door
5.418.833 aandelen ingevolge de inbreng in natura van een studentenpand (in aanbouw) te
Brussel.

12.1.4.1 Kapitaal van de Vennootschap

Een tabel die een overzicht van de evolutie van het maatschappelijk kapitaal van de Vennootschap bevat, is opgenomen in Hoofdstuk 10.9.18 van dit Jaarverslag.

12.1.4.2 Statuut als openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap

Xior Student Housing heeft het statuut van openbare GVV.

De gereglementeerde vastgoedvennootschap wordt in de GVV-Wetgeving gedefinieerd vanuit haar activiteit. Deze activiteit bestaat uit het ter beschikking stellen, rechtstreeks of via een vennootschap waarin zij een deelneming bezit, van onroerende goederen aan gebruikers, en eventueel, binnen de daartoe bepaalde grenzen, het bezitten van "ander vastgoed" (aandelen in openbare vastgoedbevaks, rechten van deelneming in bepaalde buitenlandse ICB's, aandelen uitgegeven door bepaalde andere REIT's en vastgoedcertificaten). De GVV kan in dat kader alle activiteiten uitoefenen die verbonden zijn aan de oprichting, de verbouwing, de renovatie, de ontwikkeling (voor eigen portefeuille), de verwerving, de vervreemding, het beheer en de exploitatie van onroerende goederen. De GVV volgt een strategie die ertoe strekt haar vastgoed voor lange termijn in bezit te houden. Zij stelt bij de uitoefening van haar activiteiten een actief beheer centraal, wat met name impliceert dat zij zelf instaat voor de ontwikkeling en het dagelijks beheer van de onroerende goederen, en dat alle andere activiteiten die zij uitoefent, een toegevoegde waarde hebben voor diezelfde onroerende goederen of de gebruikers ervan, zoals de aanbieding van diensten die een aanvulling vormen op de terbeschikkingstelling van de betrokken onroerende goederen.

Een openbare GVV is een gereglementeerde vastgoedvennootschap waarvan de aandelen tot de verhandeling op een gereglementeerde markt toegelaten zijn en die financiële middelen in België of in het buitenland aantrekt via een openbare aanbieding van aandelen.

Een GVV is onderworpen aan een strikt wettelijk regime. De Belgische wetgever heeft ervoor gezorgd dat de GVV een grote mate van transparantie biedt met betrekking tot haar activiteiten en verplicht dat ten minste 80% van het gecorrigeerd positief nettoresultaat (in de zin van artikel 13 van het GVV-KB), verminderd met de nettodaling van de schuldenlast van de GVV in de loop van het boekjaar, wordt uitgekeerd. Een GVV geniet bovendien van een bijzonder fiscaal regime.

De GVV is onderworpen aan het toezicht van de FSMA, alsook aan een specifieke reglementering. De voornaamste kenmerken van deze reglementering zijn de volgende:

  • De GVV moet de vorm aannemen van een naamloze vennootschap of een commanditaire vennootschap op aandelen.
  • De aandelen van een openbare GVV moeten verplicht toegelaten zijn tot de verhandeling op een Belgische gereglementeerde markt en tenminste 30% van haar stemrechtverlenende effecten dient continu en permanent in het bezit te zijn van het publiek.

  • De raad van bestuur van de GVV moet zo worden samengesteld dat de GVV conform artikel 4 van de GVV-Wet kan worden bestuurd. De toegelaten activiteiten van de GVV moeten in essentie beperkt blijven tot het ter beschikking stellen van onroerende goederen aan gebruikers en het bezit van "ander vastgoed" (in de zin van artikel 4 van de GVV-Wet), zoals hierboven nader beschreven.

  • Ze moet strikte regels op het vlak van belangenconflicten en interne controlestructuren naleven.
  • De GVV mag niet optreden als bouwpromotor, behalve als dit occasioneel gebeurt.
  • De portefeuille moet worden geboekt tegen Reële Waarde (onder IFRS); de GVV mag haar vastgoed niet afschrijven.
  • Het vastgoedpatrimonium van de GVV wordt zowel periodiek (per kwartaal) als op ad hoc basis (bijvoorbeeld als de GVV aandelen uitgeeft of tot een fusie overgaat) gewaardeerd door een onafhankelijke vastgoeddeskundige. De deskundige mag slechts gedurende maximaal drie jaar met de waardering van een bepaald vastgoed worden belast. Na afloop van deze periode mag hij dit vastgoed pas weer waarderen nadat een periode van drie jaar verstreken is na afloop van de vorige periode.
  • Tenzij dit het gevolg is van een variatie van de Reële Waarde van de activa, mag de geconsolideerde en enkelvoudige schuldratio van de GVV niet meer bedragen dan 65% van de, naargelang het geval, geconsolideerde of enkelvoudige activa, onder aftrek van de toegelaten afdekkingsinstrumenten, overeenkomstig artikel 23 van het GVV-KB.
  • De jaarlijkse financiële kosten die aan de schuldlast van de GVV en haar dochtervennootschappen zijn verbonden mogen op geen enkel ogenblik meer bedragen dan 80% van het geconsolideerde netto-bedrijfsresultaat van de GVV, overeenkomstig artikel 25 van het GVV-KB.
  • Het geven van zekerheden, is enkel toegestaan in het kader van de financiering van de vastgoedactiviteiten van de Vennootschap of de groep, en is beperkt tot 50% van de totale Reële Waarde van het geconsolideerd vastgoed en, per bepaald bezwaard vastgoed, tot 75% van de waarde van dat bezwaard vastgoed.
  • De GVV diversifieert haar beleggingen zodanig dat de risico's op passende wijze zijn gespreid. In principe mag de GVV geen "vastgoedgeheel" aanhouden dat meer dan 20% van de geconsolideerde activa vertegenwoordigt.
  • Ten minste 80% van het gecorrigeerd positief nettoresultaat (in de zin van artikel 13 van het GVV-KB), verminderd met de nettodaling van de schuldenlast van de GVV in de loop van het boekjaar, moet worden uitgekeerd als vergoeding van het kapitaal.
  • Op grond van de artikelen 171, 3° io. 269 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen, is de roerende voorheffing op de dividenden die uitgekeerd worden door een openbare GVV (zoals Xior), met ingang van 1 januari 2017, principieel gelijk aan 30% (cf. artikelen 171, 3° io. 269, §1, 1° van het Wetboek van de inkomstenbelastingen).
  • De resultaten (huurinkomsten en meerwaarden uit verkoop, verminderd met de exploitatie-uitgaven en financiële lasten) van de GVV in België zijn vrijgesteld van vennootschapsbelasting. De GVV is weliswaar onderworpen aan de vennootschapsbelasting tegen het normale tarief, maar slechts op een beperkte belastbare grondslag, bestaande uit de som van (i) de door haar ontvangen abnormale of goedgunstige voordelen en (ii) de niet als beroepskosten aftrekbare uitgaven en kosten, andere dan waardeverminderingen en minderwaarden op aandelen. Daarnaast kan zij worden onderworpen aan de bijzondere aanslag geheime commissielonen van 309% op de uitgekeerde commissies en bezoldigingen die niet worden verantwoord door individuele fiches en een samenvattende opgave. De resultaten uit de activiteiten in Nederland zijn onderworpen aan de Nederlandse inkomstenbelasting.

12.2 GROEPSSTRUCTUUR

12.2.1 EXTERNE GROEPSSTRUCTUUR

Per 31 december 2016 ziet de groepsstructuur van de Vennootschap er als volgt uit:

Voor een verdeling van het aandeelhouderschap wordt verwezen naar Hoofdstuk 6.1.9.2 van dit Jaarverslag.

12.2.2 INTERNE ORGANISATIESTRUCTUUR

Per 31 december 2016 telt de Vennootschap 17,8 VTE's, exclusief het management team, verdeeld onder een operationeel departement (onder leiding van de CEO) en een ondersteunend administratief departement (onder leiding van de CFO).

12.2.3 DOCHTERVENNOOTSCHAPPEN

De Vennootschap heeft één dochtervennootschap die 100% (rechtstreeks) wordt aangehouden door de Vennootschap, namelijk Stubis BVBA.

Stubis staat in voor het verstrekken van "vastgoeddiensten aan derden" met toepassing van artikel 6 van de GVV-Wet. Deze vastgoeddiensten werden voordien verleend door Retail Design BVBA voorafgaand aan de fusie door overneming van deze laatste door Xior Student Housing NV. In dit verband wordt opgemerkt dat de Vennootschap er steeds naar streeft om zowel voor haar eigen gebouwen als voor de gebouwen die het voorwerp uitmaken van deze "vastgoeddiensten aan derden" een optimale dienstverlening aan te bieden, en dus in het bijzonder een optimale bezetting van deze gebouwen benaarstigt. In dat opzicht is de Vennootschap overigens van oordeel dat hier weinig of geen belangenconflicten rijzen, aangezien het uitverhuren van beide "types" van gebouwen in het belang is van de Vennootschap. In de praktijk wordt bovendien de keuze voor een welbepaald kot bepaald door de kandidaat-huurder. De Vennootschap zal de huurder bijstaan in de keuze voor een bepaald kot aan de hand van de wensen en noden van de kandidaat-huurder (bvb. voorkeurlocatie), op basis van het volledige aanbod van studentenkamers, en uiteraard in functie van beschikbaarheden, waarbij de finale keuze bij de kandidaat-huurder ligt. Bijgevolg worden belangenconflicten tot een minimum beperkt of zijn deze zelfs onbestaande.

12.2.4 PROMOTOR

Christian Teunissen is samen met Aloxe NV Promotor van de Vennootschap. Zie in dit verband tevens Hoofdstuk 5.4 van dit Jaarverslag en de informatie omtrent de "Wijziging in het Promotorschap".

12.3 BESCHIKBAARHEID VAN VENNOOTSCHAPSDOCUMENTEN EN ANDERE INFORMATIE

De Vennootschap moet haar (herwerkte en gewijzigde) (gecoördineerde) statuten en andere akten die moeten worden gepubliceerd in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad neerleggen ter griffie van de Rechtbank van Koophandel te Antwerpen (België), afdeling Antwerpen, waar deze beschikbaar zijn voor het publiek. Een kopie van de meest recente coördinatie van de statuten en het corporate governance charter zal tevens beschikbaar worden gesteld op de website van de Vennootschap. Het Jaarlijks Financieel Verslag 2015 wordt opgenomen door middel van verwijzing, en kan eveneens worden geraadpleegd op de website van de Vennootschap.

Overeenkomstig de Belgische wetgeving moet de Vennootschap ook geauditeerde enkelvoudige en geconsolideerde jaarrekeningen opstellen. De enkelvoudige en geconsolideerde jaarrekeningen en de daarop betrekking hebbende verslagen van de raad van bestuur en de Commissaris worden neergelegd bij de Nationale Bank van België, waar ze beschikbaar zijn voor het publiek. Als genoteerde vennootschap is de Vennootschap bovendien verplicht om haar halfjaarlijkse verkorte financiële overzichten te publiceren, alsook haar gecontroleerde jaarrekeningen, het verslag van de Commissaris en het jaarverslag van de raad van bestuur van de Vennootschap.

De Vennootschap moet aan het publiek de informatie bekendmaken die als "voorwetenschap" wordt gekwalificeerd onder de toepasselijke regelgeving. De Vennootschap moet ook informatie over haar aandeelhoudersstructuur en bepaalde andere informatie bekendmaken aan het publiek.

In overeenstemming met het Koninklijk Besluit van 14 november 2007, wordt dergelijke informatie en documentatie beschikbaar gesteld via persberichten, de financiële pers in België, de website van de Vennootschap (op voorwaarde dat de voorwaarden uiteengezet in artikel 14 van het Koninklijk Besluit van 14 november 2007 zijn voldaan), de communicatiekanalen van Euronext Brussels of een combinatie van deze media, via dewelke deze documenten kunnen worden geraadpleegd.

De website van de Vennootschap bevindt zich op het adres www.xior.be. Een kopie van voornoemde documenten kan eveneens worden verkregen op de zetel van de Vennootschap.

12.4 DIENSTVERLENERS VAN DE VENNOOTSCHAP

12.4.1 VASTGOEDDESKUNDIGEN

De Vennootschap doet overeenkomstig artikel 24 iuncto artikel 47 e.v. van de GVV-Wet een beroep op onafhankelijke vastgoeddeskundigen die verantwoordelijk zijn voor de periodieke en occasionele waarderingen van haar vastgoed.

De vastgoedexpertise-opdrachten met betrekking tot de in België alsook bepaalde in Nederland gelegen onroerende goederen worden toevertrouwd aan Stadim CVBA, Uitbreidingstraat 10-16 (Antwerp Gate 2), te 2600 Antwerpen – België, vertegenwoordigd door de heer Philippe Janssens. De vastgoedexpertise-opdrachten met betrekking tot de overige in Nederland gelegen onroerende goederen worden toevertrouwd aan DTZ Zadelhoff v.o.f., Parnassusweg 803, 1082 LZ Amsterdam, vertegenwoordigd door drs. G.J.H. Boeve en ir. F.G. van Hoeken (samen, de "Vastgoeddeskundigen"). Hiertoe hebben de Vennootschap en de respectieve Vastgoeddeskundigen op 18 november 2015 een vastgoedexpertiseovereenkomst afgesloten, in het kader waarvan de Vastgoeddeskundigen optreden als schatter (i) voor de initiële waardering van het vastgoed van de Vennootschap naar aanleiding van haar vergunning als OGVV, (ii) voor de jaarlijkse herwaardering en de trimestriële aanpassingen, alsook (iii) voor eventuele latere schattingen van vastgoed die de Vennootschap zou wensen te verwerven of te verkopen. De Vastgoeddeskundigen actualiseren bovendien de totale waardering van het vastgoed van de Vennootschap op grond van de marktevolutie en de eigen kenmerken van het betrokken vastgoed, en dit op het einde van elk trimester.

Op basis van de overeenkomsten met de Vastgoeddeskundigen, zijn de Vastgoeddeskundigen aangesteld voor een vaste periode van drie jaar, welke een aanvang heeft genomen op 1 januari 2016. Overeenkomstig artikel 24 van de GVV-Wet, kan in voorkomend geval een nieuwe overeenkomst pas worden afgesloten met de Vastgoeddeskundigen nadat een periode van drie jaar is verlopen tussen het aflopen van de huidige periode en de nieuw af te sluiten periode (rotatie-principe). Aangezien de Vastgoeddeskundigen echter rechtspersonen zijn, is bovenvermeld rotatie-principe uitsluitend van toepassing op de natuurlijke personen die de respectieve Vastgoeddeskundigen vertegenwoordigen, op voorwaarde dat de respectieve Vastgoeddeskundigen aantonen dat tussen deze natuurlijke personen een passende functionele onafhankelijkheid bestaat.

De Vastgoeddeskundigen waarderen alle onroerende goederen (terreinen en gebouwen) die zich in de vastgoedportefeuille van de Vennootschap zullen bevinden.

De Vastgoeddeskundigen hebben recht op een jaarlijkse vergoeding in functie van de omvang van de portefeuille van de Vennootschap. De vergoeding van de deskundigen houdt noch rechtstreeks noch onrechtstreeks verband met de waarde van het door hen aan een expertise onderworpen vastgoed. Over boekjaar 2016 bedraagt de globale vergoeding van de Vastgoeddeskundigen EUR 122.425 (incl. BTW), waarvan EUR 80.196 voor Stadim en EUR 42.229 voor DTZ Zadelhoff.

12.4.2 COMMISSARIS

De Vennootschap heeft tijdens de buitengewone algemene vergadering gehouden op 23 november 2015, PricewaterhouseCoopers Bedrijfsrevisoren BV o.v.v.e. CVBA (ofwel PwC), vertegenwoordigd door de heer Damien Walgrave, bedrijfsrevisor, en lid van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren, met maatschappelijke zetel te Woluwedal 18, 1932 Diegem, ingeschreven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen onder het ondernemingsnummer BTW BE 0429.501.944 (RPR Brussel, Nederlandstalig), met als vaste vertegenwoordiger Damien Walgrave, benoemd als commissaris van de Vennootschap (d.i. de Commissaris), en dit tot en met de gewone algemene vergadering die zal beslissen over de jaarrekening opgesteld voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2017.

De jaarvergoeding van de Commissaris voor het onderzoek en de revisie van de enkelvoudige en geconsolideerde rekeningen van de Vennootschap en haar dochtervennootschappen werd voor de looptijd van zijn mandaat door de algemene vergadering van de Vennootschap vastgesteld op EUR 25.000 (exclusief BTW en onkosten), jaarlijks te indexeren.

Voor een overzicht van de vergoeding van de Commissaris in het boekjaar 2016, wordt verwezen naar Hoofdstuk 10.9.29 van dit Jaarverslag.

In de vennootschap Stubis BVBA, werd PwC, vertegenwoordigd door de heer Damien Walgrave, bedrijfsrevisor, als commissaris benoemd voor een duur van 3 jaar op 24 november 2016. De vaste honoraria van de commissaris voor het onderzoek en de revisie van de enkelvoudige rekeningen van Stubis BVBA bedragen EUR 2.500 (excl. BTW en onkosten) op jaarbasis, jaarlijks te indexeren.

De Commissaris heeft de inlassing in dit Jaarverslag aanvaard van de verslagen van de Commissaris opgenomen onder Hoofstuk 7.1.5.4 en Hoofdstuk 10.9.37 van dit Jaarverslag.

12.4.3 FINANCIËLE DIENST

ING België NV Legal Financial Markets Marc Sanders Marnixlaan 24 1000 Brussel + 32 2 547 31 40 [email protected]

Er werd een vergoeding betaald van 2.220,50 Euro voor 2016.

12.4.4 LIQUIDITY PROVIDER

Bank Degroof Petercam NV Nijverheidsstraat 44 1040 Brussel

Er werd een vergoeding betaald van 15.000 Euro excl. BTW voor 2016.

12.5 GECOÖRDINEERDE STATUTEN VAN DE VENNOOTSCHAP PER 17 JANUARI 201743

HISTORIEK

(conform artikel 75, eerste lid, 2° Wetboek van vennootschappen)

De vennootschap werd opgericht als besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid bij akte verleden voor ondergetekende notaris Peter Timmermans op 10 maart 2014, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 28 maart daarna onder nummer 2014-03-28/14069091.

De statuten werden gewijzigd bij akten verleden voor zelfde notaris Peter Timmermans op:

  • 23 september 2015, houdende onder meer omzetting van de rechtsvorm in de huidige, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 20 november daarna onder nummer 2015-11-20/0162805.
  • 23 november 2015, houdende onder meer kapitaalverhoging, een aanpassing van de statuten tot het bekomen van het statuut van openbare gereglementeerde vastgoedvennoot-schap, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 8 december daarna onder nummer 2015-12-08/0170864.
  • 11 december 2015, houdende diverse fusies door overneming, en kapitaalverhoging door inbreng in natura, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van vijf januari daarna onder nummer 2016-01-05/0001184.
  • 1 maart 2016, houdende fusie door overneming, houdende fusie door overneming, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 6 april daarna onder nummer 2016-04-06/16047694.

De statuten werden gewijzigd bij akte verleden voor notaris Yves De Deken, vervangende zijn ambtgenoot notaris Peter Timmermans, belet, beiden te Antwerpen, op 1 augustus 2016, houdende fusie door overneming, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 5 september daarna onder nummer 2016-09-05/16123425.

De statuten werden laatst gewijzigd bij akte verleden voor voornoemde notaris Peter Timmermans op:

  • 11 oktober 2016, houdende kapitaalverhoging door inbreng in natura in het kader van het toegestane kapitaal, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 31 oktober daarna onder nummer 2016-10-31/16150541.
  • 17 januari 2017, houdende kapitaalverhoging door inbreng in natura in het kader van het toegestane kapitaal, neer te leggen voor bekendmaking in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad, ten gevolge waarvan huidige coördinatie.

STATUTEN

Wanneer in deze statuten wordt verwezen naar "de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen", wordt daarmee bedoeld "de op elk ogenblik toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen".

HOOFDSTUK I – NAAM – VORM – DUUR – ZETEL – DOEL - VERBODSBEPALINGEN

Artikel 1. Naam en vorm

De vennootschap draagt de benaming "Xior Student Housing", of afgekort "Xior".

De vennootschap heeft de vorm van een naamloze vennootschap. De vennootschap is onderworpen aan het wettelijk stelsel van de openbare gereglementeerde vastgoedvennootschappen, hierna "openbare GVV" of "OGVV".

De maatschappelijke benaming van de vennootschap en het geheel van de documenten die zij voortbrengt (inbegrepen alle akten en facturen) bevatten de vermelding "openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap naar Belgisch recht" of "openbare GVV naar Belgisch recht" of "OGVV naar Bel¬gisch recht". Tevens dient de maatschappelijke naam steeds door de woorden "naamloze vennootschap" of de afkorting "NV" te worden voorafgegaan of gevolgd.

De vennootschap trekt financiële middelen in België of in het buitenland aan via een openbaar aanbod van aandelen, en doet aldus een openbaar beroep op het spaarwezen in de zin van artikel 438, eerste lid, van het Wetboek van vennootschappen. De aandelen van de vennootschap zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt en de vennootschap kwalificeert aldus als een genoteerde vennootschap in de zin van artikel 4 van het Wetboek van vennootschappen.

De vennootschap is onderworpen aan de op elk ogenblik toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen en in het bijzonder aan de bepalingen van de Wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen (de "GVV-Wet") en het Koninklijk Besluit van 13 juli 2014 met betrekking tot gereglementeerde vastgoedvennootschappen (het "GVV-KB")."

Artikel 2. Duur

De vennootschap is opgericht voor onbepaalde duur.

Artikel 3. Zetel

De maatschappelijke zetel van de vennootschap is gevestigd te Mechelsesteenweg 34 bus 108, 2018 Antwerpen (België), en de vennootschap is ingeschreven in het rechtspersonenregister (RPR) bij de Rechtbank van koophandel van Antwerpen, afdeling Antwerpen.

De zetel kan zonder statutenwijziging verplaatst worden in België bij eenvoudige beslissing van de raad van bestuur van de vennootschap, mits inachtneming van de taalwetgeving. De raad van bestuur draagt zorg voor de publicatie van elke verandering van de zetel van de vennootschap in de Bijlagen tot het Belgisch Staatsblad en voor de coördinatie van de statuten.

De vennootschap kan bij eenvoudige beslissing van de raad van bestuur bijkantoren, filialen, dochtervennootschappen, vaste inrichtingen, of agentschappen oprichten zowel in België als in het buitenland.

Artikel 4. Doel

De vennootschap heeft als uitsluitend doel (x) rechtstreeks of via een vennootschap waarin zij een deelneming bezit conform de bepalingen van de GVV-Wet en de ter uitvoering ervan genomen besluiten en reglementen, onroerende goederen ter beschikking te stellen van gebruikers, en (y) binnen de grenzen van de GVV-Wet, vastgoed te bezitten zoals vermeld in artikel 2, 5°, i tot x van de GVV-Wet.

Onder vastgoed wordt verstaan, het vastgoed in de zin van de GVV-Wet, alsook alle andere goederen, aandelen of rechten die door de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen als vastgoed worden gedefinieerd.

In het kader van de terbeschikkingstelling van onroerende goederen, kan de vennootschap met name alle activiteiten uitoefenen die verband houden met de oprichting, de bouw (zonder afbreuk te doen aan het verbod om op te treden als bouwpromotor, behoudens wanneer het occasionele verrichtingen betreft), de verbouwing, de renovatie, de inrichting, de ontwikkeling, de verwerving, de vervreemding, de verhuur, de onderverhuring, de ruil, de inbreng, de overdracht, de verkaveling, het onderbrengen onder het stelsel van medeeigendom of onverdeeldheid van vastgoed, het verlenen of verkrijgen van opstalrechten, vruchtgebruik, erfpacht of andere zakelijke of persoonlijke rechten op vastgoed, het beheer en de exploitatie van onroerende goederen.

De vennootschap mag tevens in overeenstemming met de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen:

  • i. onroerende goederen, met of zonder koopoptie, in leasing nemen;
  • ii. onroerende goederen, met of zonder koopoptie, in leasing geven, met dien verstande dat het in leasing geven van onroerende goederen met koopoptie slechts als bijkomende activiteit kan worden uitgeoefend, tenzij indien die onroerende goederen bestemd zijn voor doeleinden van algemeen belang, met inbegrip van sociale huisvesting en onderwijs, in welk geval deze activiteit als hoofdactiviteit mag worden uitgeoefend;
  • iii. activiteiten ontwikkelen in het kader van publiek-private samenwerking binnen de daartoe door de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen bepaalde grenzen, al dan niet ondergebracht in een institutionele gereglementeerde vastgoedvennootschap;
  • iv. als bijkomende of tijdelijke activiteit, beleggen in effecten die geen vastgoed zijn in de zin van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen. Deze beleggingen zullen uitgevoerd worden in overeenstemming met het risicobeheerbeleid aangenomen door de vennootschap en zullen gediversifieerd zijn, zodat zij een passende risicodiversificatie verzekeren. De vennootschap mag eveneens niet-toegewezen liquide middelen bezitten. De liquide middelen kunnen in alle munten gehouden worden onder de vorm van een zicht- of termijn deposito of in de vorm van enig ander gemakkelijk verhandelbaar monetair instrument;
  • v. hypotheken of andere persoonlijke of zakelijke zekerheden stellen in het kader van de financiering van de vastgoedactiviteiten van de vennootschap of haar groep, binnen de daartoe door de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen bepaalde grenzen;
  • vi. kredieten aangaan en kredieten verstrekken binnen de daartoe door de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen bepaalde grenzen;
  • vii. verrichtingen op toegelaten afdekkingsinstrumenten aangaan, voor zover deze verrichtingen deel uitmaken van een door de vennootschap vastgelegd beleid ter dekking van financiële risico's, met uitzondering van speculatieve verrichtingen.

De vennootschap mag, met inachtneming van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, alle onroerende of roerende goederen, materialen en benodigdheden, verwerven, huren of verhuren, overdragen of ruilen, en in het algemeen, alle commerciële of financiële handelingen (met inbegrip van "aanvullende diensten", zoals bedoeld in de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen) verrichten die rechtstreeks of onrechtstreeks in verband staan met haar doel of welke eenvoudig van aard zijn om de verwezenlijking ervan na te streven of te vergemakkelijken, en dit zowel in het binnen- als in het buitenland.

Met inachtneming van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, kan de vennootschap door middel van inbreng in geld of in natura, van fusie, (partiële) splitsing of een andere vennootschapsrechtelijke herstructurering, inschrijving, deelneming, lidmaatschap, financiële tussenkomst of op een andere wijze, een aandeel nemen in (of lid te zijn van) alle bestaande of op te richten vennootschappen, ondernemingen of verenigingen, in België of het buitenland, waarvan het maatschappelijk doel gelijkaardig of aanvullend is aan het hare, of van aard is de verwezenlijking van haar doel na te streven of te vergemakkelijken en, in het algemeen, alle verrichtingen stellen die rechtstreeks of onrechtstreeks verbonden zijn met haar maatschappelijk doel.

Artikel 5. Verbodsbepalingen

De vennootschap mag niet optreden als bouwpromotor in de zin van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, tenzij het occasionele verrichtingen betreft. Het is de vennootschap verboden:

  • i. deel te nemen aan een vereniging voor vaste opneming of waarborg;
  • ii. financiële instrumenten uit te lenen, met uitzondering van uitleningen die onder de voorwaarden en volgens de bepalingen van het koninklijk besluit van 7 maart 2006 worden verricht; en
  • iii. financiële instrumenten te verwerven die zijn uitgegeven door een vennootschap of een privaatrechtelijke vereniging die failliet werd verklaard, een minnelijk akkoord heeft gesloten met zijn schuldeisers, het voorwerp uitmaakt van een procedure van gerechtelijke reorganisatie, uitstel van betaling heeft verkregen of ten aanzien waarvan in het buitenland een gelijkaardige maatregel is getroffen.

HOOFDSTUK II – KAPITAAL – AANDELEN - ANDERE EFFECTEN

Artikel 6. Kapitaal

Het kapitaal van de vennootschap bedraagt zevenennegentig miljoen vijfhonderd achtendertigduizend negenhonderd vierennegentig euro (€ 97.538.994,00), verdeeld in vijf miljoen vierhonderd achttienduizend achthonderd drieëndertig (5.418.833) aandelen, zonder nominale waarde, die elk één/ vijf miljoen vierhonderd achttienduizend achthonderd drieëndertigste (1/5.418.833ste) deel van het kapitaal vertegenwoordigen.

Het kapitaal is volledig volgestort.

Artikel 7. Toegestaan kapitaal

De raad van bestuur is gemachtigd om het maatschappelijk kapitaal, in één of meerdere malen, te verhogen op de data en tegen de voorwaarden die hij zal vaststellen, in één of meerdere keren, met een maximum bedrag van 83.282.040,00 euro.

Deze machtiging is geldig voor een duur van vijf jaar vanaf de bekendmaking in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van de notulen van de buitengewone algemene vergadering van 23 november 2015. Deze machtiging is hernieuwbaar.

Bij elke kapitaalverhoging zal de Raad van Bestuur de prijs, de eventuele uitgiftepremie en de uitgiftevoorwaarden van de nieuwe effecten vaststellen.

Deze kapitaalverhoging(en) kan/kunnen worden uitgevoerd door inbreng in geld, door inbreng in natura, bij wijze van een gemengde inbreng of door omzetting van reserves, met inbegrip van overgedragen winsten en uitgiftepremies evenals alle eigen vermogensbestanddelen onder de enkelvoudige IFRS-jaarrekening van de vennootschap (opgesteld uit hoofde van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen) die voor conversie in kapitaal vatbaar zijn, en al dan niet met creatie van nieuwe effecten, overeenkomstig de regels voorgeschreven door het Wetboek van vennootschappen, de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen en deze statuten. De raad van bestuur kan daarbij nieuwe aandelen uitgeven met dezelfde of met verschillende rechten (o.m. inzake stemrecht, dividendrecht (o.m. al dan niet overdraagbaarheid van enig preferent dividend) en/of rechten inzake het vereffeningssaldo en eventuele preferentie inzake de terugbetaling van kapitaal) als de bestaande aandelen en in dat kader de statuten wijzigen om uitdrukking te geven aan enige dergelijke verschillende rechten. In voorkomend geval zullen de uitgiftepremies, in het geval van een kapitaalverhoging waartoe de raad van bestuur beslist heeft, door de raad van bestuur op een onbeschikbare reserverekening geplaatst moeten worden die op dezelfde wijze als het kapitaal een waarborg voor derden zal uitmaken en die, onder voorbehoud van zijn incorporatie in het kapitaal, slechts zal kunnen worden verminderd of afgeschaft bij beslissing van de algemene vergadering van aandeelhouders beraadslagend volgens de voorwaarden van quorum en meerderheid vereist voor een statutenwijziging.

Onder de voorwaarden en binnen de grenzen bepaald in dit artikel, kan de raad van bestuur tevens warrants (al dan niet aan een ander effect gehecht) en converteerbare obligaties of obligaties terugbetaalbaar in aandelen uitgeven, die aanleiding kunnen geven tot de creatie van dezelfde effecten waarnaar wordt verwezen in het vierde lid, en dit steeds met naleving van de regels voorgeschreven door het Wetboek van vennootschappen, de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen en deze statuten.

Onverminderd de toepassing van de artikelen 592 tot 598 en 606 van het Wetboek van vennootschappen, kan de raad van bestuur daarbij het voorkeurrecht beperken of opheffen, ook wanneer dit gebeurt ten gunste van één of meer bepaalde personen andere dan personeelsleden van de vennootschap of van haar dochtervennootschappen, voor zover aan de bestaande aandeelhouders een onherleidbaar toewijzingsrecht wordt verleend bij de toekenning van nieuwe effecten (voor zover wettelijk vereist). Dat onherleidbaar toewijzingsrecht dient tenminste te voldoen aan de modaliteiten vermeld in artikel 11.1 van deze statuten. Onverminderd de toepassing van de artikelen 595 tot 599 van het Wetboek van vennootschappen, zijn voormelde beperkingen in het kader van de opheffing of beperking van het voorkeurrecht niet van toepassing bij een inbreng in geld met beperking of opheffing van het voorkeurrecht, in aanvulling op een inbreng in natura in het kader van de uitkering van een keuzedividend, voor zover dit effectief voor alle aandeelhouders betaalbaar wordt gesteld.

Bij uitgifte van effecten tegen inbreng in natura moeten de voorwaarden vermeld in artikel 11.2 van deze statuten worden nageleefd (met inbegrip van de mogelijkheid een bedrag af te trekken dat overeenstemt met het deel van het niet-uitgekeerde bruto dividend). De bijzondere regels inzake de kapitaalverhoging in natura uiteengezet onder artikel 11.2 zijn echter niet van toepassing bij de inbreng van het recht op dividend in het kader van de uitkering van een keuzedividend, voor zover dit effectief voor alle aandeelhouders betaalbaar wordt gesteld.

De Raad van Bestuur is bevoegd om de statutenwijzigingen die eruit voortvloeien op authentieke wijze te laten vaststellen.

Artikel 8. Aard van de aandelen

De aandelen van de vennootschap zijn op naam of gedematerialiseerd,

naar keuze van de aandeelhouder. De aandeelhouders kunnen op elk ogenblik schriftelijk de omzetting vragen van aandelen op naam in gedematerialiseerde aandelen of omgekeerd.

Een gedematerialiseerd aandeel wordt vertegenwoordigd door een boeking op rekening, op naam van de eigenaar of de houder, bij een erkende rekeninghouder of bij een vereffeningsinstelling en wordt overgedragen door overschrijving van rekening op rekening. Het aantal van de op elk ogenblik in omloop zijnde gedematerialiseerde aandelen, wordt in het register van aandelen op naam ingeschreven op naam van de vereffeningsinstelling.

Op de zetel van de vennootschap wordt een register gehouden van aandelen op naam, in voorkomend geval in elektronische vorm. De eigendom van de aandelen blijkt uitsluitend uit de inschrijving in het aandelenregister.

Er zijn geen verschillende soorten van aandelen.

Artikel 9. Effecten

De vennootschap kan, met uitzondering van winstbewijzen en soortgelijke effecten en mits inachtneming van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, de in artikel 460 van het Wetboek van vennootschappen bedoelde en eventueel andere door het vennootschapsrecht toegelaten effecten uitgeven in overeenstemming met de daar voorgeschreven regels en de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen.

Artikel 10. Verwerving en vervreemding van eigen aandelen

De vennootschap kan haar eigen aandelen verwerven of kan ze in pand nemen in overeenstemming met de voorwaarden voorzien in het Wetboek van vennootschappen, mits voorafgaande mededeling van de verrichting aan de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (de "FSMA").

Ingevolge de beslissing van de algemene vergadering van aandeelhouders van 23 november 2015, is het de raad van bestuur toegestaan eigen aandelen te verwerven of ze in te pand nemen, met een maximum van twintig procent (20%) van het totaal aantal uitgegeven aandelen, aan een eenheidsprijs die niet lager zal mogen zijn dan tien procent (10%) van het gemiddelde van de koers van de laatste dertig dagen van de notering van het aandeel op Euronext Brussels, noch hoger dan honderd en tien procent (110%) van het gemiddelde van de koers van de laatste dertig dagen van de notering van het aandeel op Euronext Brussels.

Deze hernieuwbare toelating is verleend voor een periode van vijf jaar te rekenen vanaf 23 november 2015.

De Vennootschap zal haar eigen Aandelen kunnen verwerven of ze

in pand nemen zonder dat aan alle aandeelhouders een aanbod tot verkrijging moet worden gedaan, op voorwaarde dat zij de gelijke behandeling van de aandeelhouders die zich in gelijke omstandigheden bevinden, waarborgt door middel van gelijkwaardigheid van de geboden prijs overeenkomstig artikel 620, §1, 5° van het Wetboek van vennootschappen.

Het is de raad van bestuur toegestaan eigen aandelen die genoteerd zijn in de zin van artikel 4 te vervreemden in de zin van artikel 622, §2, lid 2, 1° van het Wetboek van vennootschappen.

Ingevolge de beslissing van de algemene vergadering van aandeelhouders van 23 november 2015, is het de raad van bestuur toegestaan eigen aandelen te vervreemden, aan een eenheidsprijs die niet lager zal mogen zijn dan vijfenzeventig procent (75%) van het gemiddelde van de koers van de laatste dertig dagen van de notering van het aandeel op Euronext Brussels. Deze toelating is verleend voor een onbeperkte duur.

De raad van bestuur is gemachtigd om over te gaan tot de verwerving, inpandneming en vervreemding van de eigen aandelen van de Vennootschap wanneer de verkrijging respectievelijk de vervreemding noodzakelijk is ter voorkoming van een dreigend ernstig nadeel voor de Vennootschap, onderhevig aan de voorwaarden opgenomen in artikel 620 en volgende van het Wetboek van vennootschappen. Deze machtiging werd door de algemene vergadering van de Vennootschap van 23 november 2015 toegekend voor een periode van drie jaar te rekenen vanaf de publicatie van deze machtiging in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad.

De toelatingen hiervoor vermeld zijn eveneens van toepassing op de verwerving, inpandneming en vervreemding van aandelen van de vennootschap door één of meerdere van haar dochtervennootschappen in de zin van artikel 627, alinea 1 van het Wetboek van Vennootschappen, alsook door personen die optreden in eigen naam maar voor rekening van die dochtervennootschappen.

Artikel 11. Wijziging van het kapitaal

Onverminderd de mogelijkheid tot aanwending van het toegestaan kapitaal door besluit van de raad van bestuur, en mits inachtneming van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, kan tot kapitaalverhoging of kapitaalvermindering slechts worden besloten door een buitengewone algemene vergadering ten overstaan van een notaris.

Indien de algemene vergadering besluit om een uitgiftepremie te vragen, dient deze op een onbeschikbare reserverekening te worden geplaatst die op dezelfde wijze als het kapitaal een waarborg voor derden zal uitmaken en die, onder voorbehoud van zijn incorporatie in het kapitaal, slechts zal kunnen worden verminderd of afgeschaft bij beslissing van de algemene vergadering van aandeelhouders beraadslagend volgens de voorwaarden van quorum en meerderheid vereist voor een statutenwijziging.

11.1 Kapitaalverhoging in geld

In geval van een kapitaalverhoging door inbreng in geld en onverminderd de toepassing van de artikelen 592 tot 598 van het Wetboek van vennootschappen, kan het voorkeurrecht enkel worden beperkt of opgeheven, voor zover aan de bestaande aandeelhouders een onherleidbaar toewijzingsrecht wordt verleend bij de toekenning van nieuwe effecten.

Dat onherleidbaar toewijzingsrecht voldoet aan de volgende voorwaarden opgelegd door de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen:

  • i. het heeft betrekking op alle nieuw uitgegeven effecten;
  • ii. het wordt aan de aandeelhouders verleend naar rato van het deel van het kapitaal dat hun aandelen vertegenwoordigen op het moment van de verrichting;
  • iii. uiterlijk aan de vooravond van de opening van de openbare inschrijvingsperiode wordt een maximumprijs per aandeel aangekondigd; en
  • iv. de openbare inschrijvingsperiode moet in dat geval minimaal drie beursdagen bedragen.

Onverminderd de toepassing van de artikelen 595 tot 599 van het Wetboek van vennootschappen, zijn voormelde beperkingen in het kader van de kapitaalverhoging in geld niet van toepassing bij een inbreng in geld met beperking of opheffing van het voorkeurrecht, in aanvulling op een inbreng in natura in het kader van de uitkering van een keuzedividend, voor zover dit effectief voor alle aandeelhouders betaalbaar wordt gesteld.

11.2 Kapitaalverhoging in natura

Bij uitgifte van effecten tegen inbreng in natura moeten, onverminderd de artikelen 601 en 602 van het Wetboek van vennootschappen, volgende voorwaarden worden nageleefd:

  • i. de identiteit van de inbrenger moet vermeld worden in het in artikel 602 van het Wetboek van vennootschappen bedoelde verslag van de raad van bestuur, evenals, in voorkomend geval, in de oproepingen tot de algemene vergadering die voor de kapitaalverhoging wordt bijeen geroepen;
  • ii. de uitgifteprijs mag niet minder bedragen dan de laagste waarde van (a) een nettowaarde per aandeel die dateert van ten hoogste

vier maanden vóór de datum van de inbrengovereenkomst of, naar keuze van de vennootschap, vóór de datum van de akte van kapitaalverhoging, en (b) de gemiddelde slotkoers van de dertig kalenderdagen voorafgaand aan diezelfde datum;

  • iii. behalve indien de uitgifteprijs, of in het geval bedoeld in artikel 11.3, de ruilverhouding, alsook de betrokken modaliteiten uiterlijk op de werkdag na de afsluiting van de inbrengovereenkomst worden bepaald en aan het publiek worden meegedeeld met vermelding van de termijn waarbinnen de kapitaalverhoging effectief zal worden doorgevoerd, wordt de akte van kapitaalverhoging verleden binnen een maximale termijn van vier maanden; en
  • iv. het verslag voorzien onder punt (i) hierboven moet eveneens de weerslag toelichten van de voorgestelde inbreng op de toestand van de vroegere aandeelhouders, in het bijzonder wat hun aandeel in de winst, in de nettowaarde per aandeel en in het kapitaal betreft, alsook de impact op het vlak van de stemrechten.

Voor de toepassing van punt (ii) hierboven is het toegestaan om van het in punt (b) bedoelde bedrag een bedrag af te trekken dat overeenstemt met het deel van het niet-uitgekeerde bruto dividend waarop de nieuwe aandelen eventueel geen recht zouden geven. De raad van bestuur zal in voorkomend geval het aldus afgetrokken dividendbedrag specifiek verantwoorden in zijn bijzonder verslag en de financiële voorwaarden van de verrichting toelichten in zijn jaarlijks financieel verslag.

De bijzondere regels inzake de kapitaalverhoging in natura uiteengezet onder artikel 11.2 zijn niet van toepassing bij de inbreng van het recht op dividend in het kader van de uitkering van een keuzedividend, voor zover dit effectief voor alle aandeelhouders betaalbaar wordt gesteld.

11.3 Fusies, splitsingen en gelijkgestelde verrichtingen

De bijzondere regels inzake de kapitaalverhoging in natura uiteengezet onder artikel 11.2 zijn mutatis mutandis van toepassing op de in de artikelen 671 tot 677, 681 tot 758 en 772/1 van het Wetboek van vennootschappen bedoelde fusies, splitsingen en gelijkgestelde verrichtingen.

In dit geval verwijst "datum van de inbrengovereenkomst" naar de datum waarop het fusie- of splitsingsvoorstel wordt neergelegd.

11.4 Kapitaalvermindering

De vennootschap mag overgaan tot kapitaalverminderingen met naleving van de wettelijke bepalingen ter zake.

Artikel 12. Kennisgeving van belangrijke deelnemingen

Overeenkomstig de voorwaarden, termijnen en modaliteiten bepaald in de artikelen 6 tot en met 13 van de Wet van 2 mei 2007 en het Koninklijk Besluit van 14 februari 2008 op de openbaarmaking van belangrijke deelnemingen (de "Transparantiewetgeving"), dient elke natuurlijke of rechtspersoon aan de vennootschap en aan de FSMA kennis te geven van het aantal en van het percentage van de bestaande stemrechten dat hij rechtstreeks of onrechtstreeks aanhoudt, wanneer het aantal stemrechten 5%, 10%, 15%, 20% enzovoort, telkens per schijf van 5 procenten, van het totaal van de bestaande stemrechten bereikt, overschrijdt of onderschrijdt, onder de voorwaarden bepaald door de Transparantiewetgeving.

HOOFDSTUK III – BESTUUR EN VERTEGENWOORDIGING

Artikel 13. Benoeming – Ontslag – Vacature

De vennootschap wordt bestuurd door een raad van bestuur. De raad van bestuur telt minstens vijf bestuurders, al dan niet aandeelhouders, die voor maximum zes jaar worden benoemd door de algemene vergadering van de aandeelhouders, en die te allen tijde door deze laatste kunnen worden herroepen.

Uittredende bestuurders zijn herbenoembaar.

Aloxe NV (of de personen die, met voorafgaandelijk en schriftelijk akkoord van Aloxe NV, het promotorschap zoals bedoeld in artikel 2, 13° van de GVV-wet, overnemen van Aloxe NV (de "Opvolgers")) heeft (respectievelijk hebben gezamenlijk) het recht kandidaten voor te dragen voor drie bestuursmandaten, tot de laatste der volgende gebeurtenissen zich voordoet: (i) Aloxe NV (of haar Opvolgers) houdt (respectievelijk houden gezamenlijk) minder dan 25% van het kapitaal van de vennootschap aan, en (ii) Aloxe NV (of haar Opvolgers) is (respectievelijk zijn) niet langer promotor van de vennootschap in de zin van de GVV-Wetgeving.

De raad van bestuur telt ten minste drie onafhankelijke leden in de zin van artikel 526ter van het Wetboek van vennootschappen.

De bestuurders moeten permanent beschikken over de voor de uitoefening van hun functie vereiste professionele betrouwbaarheid en passende deskundigheid zoals bepaald in de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen en mogen niet binnen de werkingssfeer van de in de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen vastgelegde verbodsbepalingen vallen.

In geval van een vacature in de raad van bestuur, hebben de overblijvende bestuurders het recht voorlopig de vacature op te vullen tot aan de volgende algemene vergadering, die tot de definitieve benoeming zal overgaan. Elke op deze wijze door de algemene vergadering benoemde bestuurder beëindigt de opdracht van de bestuurder die hij vervangt.

Elke bestuurder is verplicht om na zijn ontslag zijn opdracht verder te vervullen totdat redelijkerwijs in zijn vervanging kan worden voorzien.

Artikel 14. Voorzitterschap en vergaderingen van de Raad van Bestuur

De raad van bestuur mag onder zijn leden een voorzitter benoemen.

De raad van bestuur wordt bijeengeroepen door de voorzitter, twee bestuurders of de gedelegeerd bestuurder, telkens wanneer de belangen van de vennootschap het vereisen.

De oproepingen vermelden plaats, datum, uur en agenda van de vergadering en worden uiterlijk de derde kalenderdag vóór de dag waarop de vergadering plaatsvindt per brief, telegram, telefax, e-mail of op een andere schriftelijke (al dan niet elektronische) wijze verzonden. Wanneer de hierboven vermelde oproepingstermijn niet werkzaam is, kan de oproepingstermijn korter zijn. Indien noodzakelijk kan de oproeping telefonisch gebeuren ter aanvulling van de hierboven vermelde oproepingswijzen.

Elke bestuurder die een vergadering van de raad bijwoont of zich erop laat vertegenwoordigen wordt als regelmatig opgeroepen beschouwd. Een bestuurder kan er eveneens aan verzaken zich te beroepen op het ontbreken of de onregelmatigheid van de oproeping en dit voor of na de vergadering waarop hij niet aanwezig was. In ieder geval, dient de regelmatigheid van de bijeenroeping niet te worden gerechtvaardigd indien alle bestuurders aanwezig of regelmatig vertegenwoordigd zijn en zich akkoord verklaren met de agenda.

Vergaderingen van de raad van bestuur kunnen geldig worden gehouden bij wijze van video- of telefoonconferentie of gelijkaardige communicatiemiddelen door middel waarvan alle personen die deelnemen aan de vergadering elkaar kunnen horen. In dergelijk geval wordt de vergadering geacht te zijn gehouden op de zetel van de vennootschap indien tenminste één bestuurder fysiek aanwezig was op de zetel van de vennootschap.

Iedere bestuurder kan per brief, per fax, per elektronische post of op een andere schriftelijke wijze, volmacht geven aan een ander lid van de raad om hem op een welbepaalde vergadering te vertegenwoordigen. De raad van bestuur wordt voorgezeten door de voorzitter. Indien de voorzitter verhinderd is of (nog) niet werd benoemd, wordt de raad van bestuur voorgezeten door de oudste aanwezige bestuurder.

Artikel 15. Beraadslaging

De raad van bestuur kan slechts geldig beraadslagen en beslissen indien ten minste de meerderheid van de bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd is. Indien dit quorum niet is bereikt, kan een nieuwe raad worden bijeengeroepen met dezelfde agenda, die geldig zal beraadslagen en beslissen indien ten minste twee bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd zijn.

Wanneer gerechtvaardigd door dringende noodzakelijkheid en door het vennootschapsbelang, kan een beslissing worden aangenomen bij unaniem schriftelijk akkoord van alle bestuurders. Deze procedure mag echter niet worden gebruikt voor de goedkeuring van de jaarrekeningen en voor het toegestaan kapitaal.

Indien een bestuurder, rechtstreeks of onrechtstreeks, een belang van vermogensrechtelijke aard heeft dat strijdig is met een beslissing of een verrichting die tot de bevoegdheid behoort van de raad van bestuur, dient hij zich te richten naar het bepaalde in artikel 523 van het Wetboek van vennootschappen. De leden van de raad van bestuur zullen eveneens de artikelen 37-38 van de GVV-Wet naleven.

Onder voorbehoud van hetgeen hierna is bepaald, worden besluiten van de raad van bestuur bij meerderheid van de uitgebrachte stemmen genomen.

Blanco of ongeldige stemmen worden niet bij de uitgebrachte stemmen geteld. Bij staking van stemmen binnen de raad van bestuur is het voorstel verworpen.

Artikel 16. Bevoegdheden van de Raad van Bestuur

De raad van bestuur heeft de meest uitgebreide bevoegdheden om alle handelingen te verrichten die nodig of dienstig zijn voor de verwezenlijking van het doel van de vennootschap. Hij is bevoegd alle daden te stellen die niet uitdrukkelijk door de wet of door deze statuten aan de algemene vergadering zijn voorbehouden.

Artikel 17. Notulen

De besluiten van de raad van bestuur worden vastgelegd in notulen die ondertekend worden door de voorzitter van de vergadering, de secretaris als er één werd aangeduid, en de leden van de raad van bestuur die zulks verlangen. Deze notulen worden in een speciaal register opgenomen. De volmachten worden aan de notulen gehecht. De afschriften of uittreksels, in rechte of anderszins voor te leggen, worden door de voorzitter van de raad van bestuur, twee bestuurders of één bestuurder die belast is met het dagelijks bestuur, ondertekend. Deze bevoegdheid kan worden opgedragen aan een lasthebber.

Artikel 18. Vergoedingen

De opdracht van bestuurder is bezoldigd. De vergoeding van de bestuurders wordt vastgesteld door de algemene vergadering. De leden van de raad van bestuur hebben recht op terugbetaling van de normale en gerechtvaardigde uitgaven en kosten, die zij kunnen doen gelden als gedaan in de uitoefening van hun opdracht.

Artikel 520ter, lid 1en 2 W.Venn. wordt buiten toepassing verklaard. Zo kunnen, in afwijking van artikel 520ter, lid 1 W.Venn., aandelen definitief worden verworven en aandelenopties of alle andere rechten om aandelen te verwerven worden uitgeoefend overeenkomstig de uitgiftevoorwaarden, zoals in voorkomend geval bepaald door de algemene vergadering c.q. de raad van bestuur of haar c.q. zijn gevolmachtigde(n). Ook worden, in afwijking van artikel 520ter, lid 2 W.Venn., de voorwaarden inzake de variabele remuneratie, met inbegrip van de toepasselijke periodes waarop deze verloning betrekking heeft, vastgesteld door de raad van bestuur (op voordracht van het c.q. optredend als remuneratiecomité).

Artikel 19. Effectieve leiding en dagelijks bestuur

De effectieve leiding over de vennootschap dient te worden toevertrouwd aan ten minste twee personen, die moeten beschikken over de voor de uitoefening van hun functie vereiste professionele betrouwbaarheid en passende deskundigheid, en moeten voldoen aan de door de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen gestelde vereisten. Zij mogen niet binnen de werkingssfeer van de in de GVV-wetgeving vastgelegde verbodsbepalingen vallen.

De raad van bestuur kan het dagelijks bestuur alsmede de vertegenwoordiging aangaande het dagelijks bestuur van de vennootschap opdragen aan één of meer bestuurders die de titel van gedelegeerd bestuurder zullen voeren.

In geval van delegatie van het dagelijks bestuur bepaalt de raad van bestuur de vergoeding die aan deze opdracht is verbonden.

Artikel 525 jo. 520ter, lid 1en 2 W.Venn. wordt buiten toepassing verklaard. Zo kunnen, in afwijking van artikel 525 jo. 520ter, lid 1 W.Venn., aandelen definitief worden verworven en aandelenopties of alle andere rechten om aandelen te verwerven worden uitgeoefend overeenkomstig de uitgiftevoorwaarden, zoals in voorkomend geval bepaald door de algemene vergadering c.q. de raad van bestuur of haar c.q. zijn gevolmachtigde(n). Ook worden, in afwijking van artikel 525 jo. 520ter, lid 2 W.Venn., de voorwaarden inzake de variabele remuneratie, met inbegrip van de toepasselijke periodes waarop deze verloning betrekking heeft, vastgesteld door de raad van bestuur (op voordracht van het c.q. optredend als remuneratiecomité).

Artikel 20. Externe vertegenwoordigingsmacht

De vennootschap wordt in al haar handelingen, met inbegrip van de vertegenwoordiging in rechte, rechtsgeldig vertegenwoordigd door twee bestuurders.

De vennootschap is op het vlak van het dagelijks bestuur geldig vertegenwoordigd door één gedelegeerd bestuurder.

Artikel 21. Bijzondere volmachten

De raad van bestuur kan aan een lasthebber, zelfs indien deze geen aandeelhouder of bestuurder is, zijn bevoegdheden voor bijzondere en bepaalde aangelegenheden opdragen.

De gevolmachtigden verbinden de vennootschap binnen de perken van de hun verleende volmacht, onverminderd de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur in geval van overdreven volmacht.

Een gedelegeerd bestuurder kan aan een lasthebber, zelfs indien deze geen aandeelhouder of bestuurder is, zijn bevoegdheden voor bijzondere en bepaalde aangelegenheden opdragen.

Artikel 22. Comités

22.1 Audit- en remuneratiecomité

De raad van bestuur voert overeenkomstig artikel 526bis, §3 en artikel 526quater, §4 van het Wetboek van vennootschappen als geheel de aan het auditcomité respectievelijk remuneratiecomité toegewezen taken uit, met dien verstande dat de raad van bestuur in zijn midden een auditcomité respectievelijk remuneratiecomité zal oprichten zodra de vennootschap niet langer voldoet aan de criteria gesteld in artikel 526bis, §3 van het Wetboek van vennootschappen respectievelijk artikel 526quater, §4 van het Wetboek van vennootschappen.

22.2 Directiecomité of uitvoerend comité

De raad van bestuur kan een directiecomité (in overeenstemming met de bepalingen van artikel 524bis van het Wetboek van vennootschappen) of een uitvoerend comité oprichten, samengesteld uit meerdere personen, die al dan niet bestuurder zijn. De raad van bestuur bepaalt de werkwijze van het comité, de voorwaarden voor de aanstelling van zijn leden, hun ontslag, hun bezoldiging en de duur van hun opdracht.

Artikel 524bis jo. 520ter, lid 1en 2 W.Venn. wordt buiten toepassing verklaard. Zo kunnen, in afwijking van artikel 524bis jo. 520ter, lid 1 W.Venn., aandelen definitief worden verworven en aandelenopties of alle andere rechten om aandelen te verwerven worden uitgeoefend overeenkomstig de uitgiftevoorwaarden, zoals in voorkomend geval bepaald door de algemene vergadering c.q. de raad van bestuur of haar c.q. zijn gevolmachtigde(n). Ook worden, in afwijking van artikel 524bis jo. 520ter, lid 2 W.Venn., de voorwaarden inzake de variabele remuneratie, met inbegrip van de toepasselijke periodes waarop deze verloning betrekking heeft, vastgesteld door de raad van bestuur (op voordracht van het c.q. optredend als remuneratiecomité).

22.3 Overige comités

Onverminderd artikel 22.1 en 22.2, kan de raad van bestuur, in overeenstemming met artikel 522 van het Wetboek van vennootschappen, in zijn midden en onder zijn aansprakelijkheid een of meerdere adviserende comités oprichten, zoals bijvoorbeeld een strategisch comité of een benoemingscomité. De raad van bestuur bepaalt de samenstelling en de bevoegdheden van deze comités, met inachtneming van de toepasselijke regelgeving.

HOOFDSTUK IV - CONTROLE

Artikel 23. Controle

De controle van de vennootschap wordt toevertrouwd aan één of meerdere commissarissen, die de taken die hen worden toevertrouwd door het Wetboek van vennootschappen (en bijhorende uitvoeringsbesluiten) en de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen uitoefenen.

De commissaris(sen) moet(en) een door de FSMA erkende revisor(en) (of revisorenvennootschap(en)) zijn.

HOOFDSTUK V - ALGEMENE VERGADERING

Artikel 24. De algemene vergadering

De algemene vergadering vertegenwoordigt de algemeenheid van de aandeelhouders. De besluiten van de algemene vergadering zijn bindend voor alle aandeelhouders, zelfs voor de afwezigen of zij die tegenstemden.

De algemene vergadering wordt gehouden op de maatschappelijke zetel of op de plaats in de gemeente waar de maatschappelijke zetel is gevestigd aangeduid in de oproepingsbrief.

De gewone algemene vergadering wordt ieder jaar gehouden op de derde donderdag van de maand mei om tien uur of, indien deze dag een wettelijke feestdag is, op de daaropvolgende werkdag gehouden op hetzelfde uur.

Artikel 25. Bijeenroeping

De raad van bestuur en de commissaris kunnen zowel een algemene vergadering (gewone algemene vergadering) als een bijzondere of een buitengewone algemene vergadering bijeenroepen telkens het belang van de vennootschap het vereist. Zij moeten de gewone algemene vergadering bijeenroepen op de bij de statuten bepaalde dag.

De raad van bestuur en de commissaris zijn verplicht een bijzondere of buitengewone vergadering bijeen te roepen wanneer één of meer aandeelhouders die alleen of gezamenlijk één/vijfde van het geplaatst kapitaal vertegenwoordigen, het vragen. Dit verzoek wordt bij aangetekende brief aan de zetel van de vennootschap gestuurd en moet de onderwerpen waarover de algemene vergadering dient te beraadslagen en te besluiten precies omschrijven. Het verzoek dient gericht te zijn aan de raad van bestuur en de commissaris, die verplicht zijn een vergadering samen te roepen binnen een termijn van drie weken na ontvangst van het verzoek. In de oproeping kunnen aan de agendapunten opgegeven door de aandeelhouders andere onderwerpen worden toegevoegd.

De oproeping tot een algemene vergadering vermeldt ten minste de plaats, datum, uur en agenda en de voorstellen tot besluit.

De oproeping tot de algemene vergadering geschiedt overeenkomstig de modaliteiten van het Wetboek van vennootschappen. De aandeelhouder, bestuurder of commissaris die aan de vergadering deelneemt of er zich doet vertegenwoordigen, wordt als regelmatig opgeroepen beschouwd. Een aandeelhouder, bestuurder of commissaris kan er tevens, voor of na de bijeenkomst van de algemene vergadering die hij niet bijwoonde of waarop hij niet werd vertegenwoordigd, aan verzaken zich te beroepen op het ontbreken of de onregelmatigheid van de oproepingsbrief.

Artikel 26. Toelating

Zonder afbreuk te doen aan de verplichtingen opgenomen in het Wetboek van vennootschap, kan een aandeelhouder slechts deelnemen aan de algemene vergadering en er het stemrecht uitoefenen, mits wordt voldaan aan de hierna volgende vereisten:

(1) Een aandeelhouder kan alleen deelnemen aan de algemene vergadering en er het stemrecht uitoefenen op grond van de boekhoudkundige registratie van de aandelen op naam van de aandeelhouder, op de registratiedatum, hetzij door de inschrijving in het register van de aandelen op naam van de vennootschap, hetzij door hun inschrijving op de rekeningen van een erkende rekeninghouder of van een vereffeningsinstelling, ongeacht het aantal aandelen dat de aandeelhouder bezit op de dag van de algemene vergadering. De veertiende dag vóór de algemene vergadering, om vierentwintig uur (Belgisch uur) geldt als registratiedatum.

(2) De eigenaars van gedematerialiseerde aandelen die aan de vergadering wensen deel te nemen, moeten een attest overleggen dat door een erkende rekeninghouder of de vereffeningsinstelling werd afgegeven en waaruit blijkt hoeveel gedematerialiseerde aandelen er op de registratiedatum in hun rekeningen zijn ingeschreven op naam van de aandeelhouder, en waarvoor de aandeelhouder heeft aangegeven te willen deelnemen aan de algemene vergadering. Deze neerlegging moet ten laatste op de zesde dag vóór de datum van de algemene vergadering worden verricht op de maatschappelijke zetel of bij de in de uitnodiging genoemde instellingen.

De eigenaars van aandelen op naam die aan de vergadering wensen deel te nemen, moeten de vennootschap per gewone brief, fax of e-mail uiterlijk de zesde dag vóór de datum van de vergadering op de hoogte brengen van hun voornemen om aan de vergadering deel te nemen.

(3) De raad van bestuur zal een register bijhouden voor elke aandeelhouder die zijn wens om deel te nemen aan de algemene vergadering kenbaar heeft gemaakt, waarin zijn naam en adres of maatschappelijke zetel wordt opgenomen, het aantal aandelen dat hij bezat op de registratiedatum en waarmee hij heeft aangegeven te willen deelnemen aan de algemene vergadering, alsook de beschrijving van de stukken die aantonen dat hij op die registratiedatum in het bezit was van de aandelen.

Artikel 27. Vertegenwoordiging

Iedere aandeelhouder kan een volmacht geven om hem op de algemene vergadering te vertegenwoordigen, in overeenstemming met de desbetreffende bepalingen van het Wetboek van vennootschappen. De volmachtdrager moet geen aandeelhouder zijn.

Een aandeelhouder van de vennootschap mag voor een bepaalde algemene vergadering slechts één persoon aanwijzen als volmachtdrager. Hiervan kan enkel worden afgeweken in overeenstemming met de desbetreffende regels van het Wetboek van vennootschappen.

Een persoon die als volmachtdrager optreedt, mag een volmacht van meer dan één aandeelhouder bezitten. Ingeval een volmachtdrager volmachten van meerdere aandeelhouders bezit, kan hij namens een bepaalde aandeelhouder anders stemmen dan namens een andere aandeelhouder.

De aanwijzing van een volmachtdrager door een aandeelhouder, geschiedt schriftelijk of via een elektronisch formulier en moet worden ondertekend door de aandeelhouder, in voorkomend geval met een geavanceerde elektronische handtekening in de zin van artikel 4, §4 van de Wet van 9 juli 2001 houdende vaststelling van bepaalde regels in verband met het juridisch kader voor elektronische handtekeningen en certificatiediensten, of met een elektronische handtekening die voldoet aan de voorwaarden van artikel 1322 van het Burgerlijk Wetboek.

De kennisgeving van de volmacht aan de vennootschap dient schriftelijk te gebeuren. Deze kennisgeving kan ook langs elektronische weg geschieden, op het adres dat vermeld is in de oproeping.

De vennootschap moet de volmacht uiterlijk op de zesde dag vóór de datum van de vergadering ontvangen.

Onverminderd de mogelijkheid om in overeenstemming met artikel 549, tweede lid van het Wetboek van vennootschappen in bepaalde omstandigheden van de instructies af te wijken, brengt de volmachtdrager zijn stem uit overeenkomstig de mogelijke instructies van de aandeelhouder die hem heeft aangewezen. De volmachtdrager moet gedurende ten minste een jaar een register van de steminstructies bijhouden en op verzoek van de aandeelhouder bevestigen dat hij zich aan de steminstructies heeft gehouden.

In geval van een potentieel belangenconflict zoals bepaald in artikel 547bis, §4 van het Wetboek van vennootschappen tussen de aandeelhouder en de volmachtdrager die hij heeft aangewezen, moet de volmachtdrager de precieze feiten bekendmaken die voor de aandeelhouder van belang zijn om te beoordelen of er gevaar bestaat dat de volmachtdrager enig ander belang dan het belang van de aandeelhouder nastreeft. Bovendien mag de volmachtdrager slechts namens de aandeelhouder stemmen op voorwaarde dat hij voor ieder onderwerp op de agenda over specifieke steminstructies beschikt.

De minderjarigen, de onbekwaamverklaarden en de rechtspersonen moeten vertegenwoordigd zijn door hun wettelijke of statutaire vertegenwoordigers.

Artikel 28. Voorzitterschap - Bureau

Elke algemene vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter van de raad van bestuur, of, bij diens afwezigheid, door de oudste aanwezige bestuurder. De voorzitter kan een secretaris en stemopnemer aanwijzen, die geen aandeelhouder hoeven te zijn. Die twee functies kunnen uitgeoefend worden door één persoon. De voorzitter, de secretaris en de stemopnemer vormen samen het bureau.

Artikel 29. Verloop van de Vergadering – Agendering – Verdaging

29.1 De beraadslaging en stemming geschiedt onder leiding van de voorzitter en in overeenstemming met de gebruikelijke regels van een behoorlijke vergaderingstechniek. De bestuurders geven antwoord op de vragen die hen door de aandeelhouders, tijdens de vergadering of schriftelijk, worden gesteld met betrekking tot hun verslag of tot de agendapunten, voor zover de mededeling van gegevens of feiten niet van dien aard is dat zij nadelig zou zijn voor de zakelijke belangen van de vennootschap of voor de vertrouwelijkheid waartoe de vennootschap of haar bestuurders zich hebben verbonden.

De commissaris(sen) geeft (geven) antwoord op de vragen die hem (hun) door de aandeelhouders, tijdens de vergadering of schriftelijk, worden gesteld met betrekking tot hun verslag, voor zover de mededeling van gegevens of feiten niet van dien aard is dat zij nadelig zou zijn voor de zakelijke belangen van de vennootschap of voor de vertrouwelijkheid waartoe de vennootschap, haar bestuurders of de commissaris(sen) zich hebben verbonden. Zij hebben het recht ter algemene vergadering het woord te voeren in verband met de vervulling van hun taak.

Wanneer verschillende vragen over hetzelfde onderwerp handelen, mogen de raad van bestuur en de commissarissen daarop één antwoord geven. Zodra de oproeping gepubliceerd is, kunnen de aandeelhouders bovenvermelde vragen schriftelijk stellen, overeenkomstig de desbetreffende bepalingen van het Wetboek van vennootschappen.

29.2 De raad van bestuur heeft het recht, tijdens de zitting van een gewone algemene vergadering, de beslissing met betrekking tot de goedkeuring van de jaarrekening vijf weken uit te stellen. Deze verdaging doet geen afbreuk aan de andere genomen besluiten, behoudens andersluidende beslissing van de algemene vergadering hieromtrent. De volgende vergadering heeft het recht de jaarrekening definitief vast te stellen.

De raad van bestuur heeft tevens het recht elke andere algemene vergadering of elk ander agendapunt van de gewone algemene vergadering tijdens de zitting met vijf weken uit te stellen, tenzij deze vergadering bijeengeroepen werd op verzoek van één of meer aandeelhouders die tenminste één/vijfde van het kapitaal vertegenwoordigen of door de commissaris(sen).

29.3 De algemene vergadering kan alleen rechtsgeldig beraadslagen of besluiten over punten die in de aangekondigde agenda zijn opgenomen of daarin impliciet zijn vervat. Over niet in de agenda begrepen punten kan slechts beraadslaagd worden in een vergadering waarin alle aandelen aanwezig zijn en mits daartoe met eenparigheid van stemmen besloten wordt. De vereiste instemming staat vast indien geen verzet is aangetekend in de notulen van de vergadering. De agenda moet, naast de te behandelen onderwerpen, de voorstellen tot besluit bevatten.

Het voorgaande doet geen afbreuk aan de mogelijkheid voor één of meer aandeelhouders die samen minstens 3% van het maatschappelijk kapitaal bezitten, en mits aan de desbetreffende bepalingen van het Wetboek van vennootschappen wordt voldaan, uiterlijk tot op de tweeëntwintigste dag vóór de datum van de algemene vergadering, te behandelen onderwerpen op de agenda van de algemene vergadering te laten plaatsen en voorstellen tot besluit in te dienen met betrekking tot op de agenda opgenomen of daarin op te nemen te behandelen onderwerpen. Dit geldt niet indien een algemene vergadering wordt bijeengeroepen bij nieuwe oproeping omdat het bij de eerste oproeping vereiste quorum niet werd gehaald en mits voor de eerste oproeping is voldaan aan de wettelijke bepalingen, de datum van de tweede vergadering in de eerste oproeping is vermeld en er geen nieuw punt op de agenda is geplaatst. De vennootschap moet deze verzoeken uiterlijk op de tweeëntwintigste dag vóór de datum van de algemene vergadering ontvangen.

De te behandelen onderwerpen en de bijhorende voorstellen tot besluit die in voorkomend geval aan de agenda zouden worden toegevoegd, zullen worden bekendgemaakt overeenkomstig de modaliteiten van het Wetboek van vennootschappen. Indien een volmacht reeds ter kennis werd gebracht van de vennootschap vóór deze bekendmaking van een aangevulde agenda, dient de volmachthouder de desbetreffende bepalingen van het Wetboek van vennootschappen in acht te nemen. De te behandelen onderwerpen en de voorstellen tot besluit die met toepassing van het voorgaande lid op de agenda zijn geplaatst, worden slechts besproken indien aan alle desbetreffende bepalingen van het Wetboek van vennootschappen werd voldaan.

Artikel 30. Stemrecht

Elk aandeel geeft recht op één stem. Aandeelhouders zonder stemrecht, warranthouders en obligatiehouders hebben het recht aan de algemene vergadering deel te nemen met raadgevende stem. In de gevallen bepaald bij artikel 481 van het Wetboek van vennootschappen hebben de houders van aandelen zonder stemrecht gewoon stemrecht.

Ten aanzien van de vennootschap zijn de aandelen ondeelbaar. Indien een aandeel aan verschillende personen toebehoort of indien de aan een aandeel verbonden rechten zijn verdeeld over meerdere personen, mag de raad van bestuur de uitoefening van de eraan verbonden rechten opschorten totdat één enkele persoon tegenover de vennootschap als aandeelhouder is aangewezen. Is een aandeel met vruchtgebruik bezwaard, dan wordt de uitoefening van het aan dat aandeel verbonden stemrecht uitgeoefend door de vruchtgebruiker, tenzij in geval van andersluidende gezamenlijke kennisgeving van de blote eigenaar en vruchtgebruiker aan de vennootschap.

Artikel 31. Besluitvorming

Behoudens andersluidende dwingende wettelijke of statutaire

bepalingen, worden de besluiten genomen bij gewone meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Blanco, nietige en ongeldige stemmen worden niet bij de uitgebrachte stemmen geteld. Bij staking van stemmen is het voorstel verworpen.

De stemmingen gebeuren door handopsteken of bij naamafroeping, tenzij de algemene vergadering er met eenvoudige meerderheid van de uitgebrachte stemmen anders over besluit.

De buitengewone algemene vergadering moet worden gehouden ten overstaan van een notaris die er een authentiek proces-verbaal van opmaakt.

De algemene vergadering kan over een statutenwijziging alleen dan op rechtsgeldige wijze beraadslagen en besluiten, wanneer zij die aan de vergadering deelnemen ten minste de helft van het maatschappelijk kapitaal vertegenwoordigen. Is het genoemde quorum niet bereikt, dan is een nieuwe bijeenroeping volgens artikel 558 van het Wetboek van vennootschappen nodig; de tweede vergadering beraadslaagt en besluit op geldige wijze, ongeacht het aanwezige of vertegenwoordigde deel van het kapitaal. Bovendien is een wijziging van de statuten alleen dan aangenomen, indien zij voorafgaandelijk werd goedgekeurd door de FSMA en wanneer zij drie/vierde van de stemmen verbonden aan de aanwezige of vertegenwoordigde aandelen heeft verkregen (dan wel enige andere bijzondere meerderheid voorgeschreven door het Wetboek van vennootschappen werd behaald).

Artikel 32. Notulen

Van elke algemene vergadering worden notulen opgemaakt. De notulen van de algemene vergadering worden ondertekend door de leden van het bureau en door de aandeelhouders die er om vragen.

Deze notulen worden in een speciaal register bijgehouden. De volmachten worden gehecht aan de notulen van de vergadering waarvoor ze zijn gegeven.

De afschriften in rechte of anderszins voor te leggen, worden door twee bestuurders of door een gedelegeerd bestuurder ondertekend.

Artikel 33. Boekjaar – Jaarrekening – Jaarverslag

Het boekjaar van de vennootschap gaat telkens in op één januari en eindigt op eenendertig december van ieder jaar.

Op het einde van elk boekjaar worden de boeken en bescheiden afgeslo¬ten en maakt de raad van bestuur de inventaris op, alsmede de jaarrekening en wordt verder gehandeld naar het voorschrift van artikel 92, §1, alinea 1, van het Wetboek van vennootschappen en de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen.

De raad van bestuur stelt bovendien een jaarverslag op waarin hij rekenschap geeft van zijn beleid. Dit jaarverslag bevat tevens een verklaring inzake deugdelijk bestuur, die er een specifiek onderdeel van vormt. Deze verklaring inzake deugdelijk bestuur bevat tevens het remuneratieverslag dat er een specifiek onderdeel van vormt.

Van zodra de oproeping tot de vergadering is gepubliceerd, mogen de aandeelhouders kennis nemen van de jaarrekening en de andere stukken vermeld in het Wetboek van vennootschappen.

De algemene vergadering hoort het jaarverslag en het verslag van de commissaris(sen) en beslist met een gewone meerderheid over de goedkeuring van de jaarrekening. Na goedkeuring van de jaarrekening beslist de algemene vergadering bij afzonderlijke stemming over de aan de bestuurders en commissaris(sen) te verlenen kwijting.

Overeenkomstig de wettelijke bepalingen terzake worden de enkelvoudige en geconsolideerde jaarrekeningen van de vennootschap neergelegd bij de Nationale Bank van België.

De jaarlijkse en halfjaarlijkse financiële verslagen, de jaar- en halfjaarrekening en het verslag van de commissaris, alsook de statuten van de vennootschap, zijn eveneens op de maatschappelijke zetel verkrijgbaar en kunnen, ten informatieve titel, worden geraadpleegd op de website van de vennootschap.

Artikel 34. Bestemming van de winst

Op voorstel van de raad van bestuur beslist de algemene vergadering met gewone meerderheid van stemmen over de bestemming van de nettowinst in overeenstemming met artikel 13 van het GVV-KB.

Artikel 35. Dividenden

De uitbetaling van de dividenden gebeurt op het tijdstip en op de plaats door de raad van bestuur vastgesteld.

De raad van bestuur heeft de bevoegdheid om op het resultaat van het boekjaar een interimdividend uit te keren. Deze uitkering mag alleen geschieden op de winst van het lopende boekjaar, in voorkomend geval verminderd met het overgedragen verlies of vermeerderd met de overgedragen winst, zonder onttrekking aan de reserves die krachtens een wettelijke of statutaire bepaling zijn of moeten worden gevormd.

Verder wordt gehandeld naar het voorschrift van artikel 618 van het Wetboek van vennootschappen.

Artikel 36. Algemene vergadering van obligatiehouders

De raad van bestuur en de commissaris(sen) van de vennootschap kunnen de obligatiehouders, zo die er zijn, oproepen in algemene vergadering van de obligatiehouders, die de bevoegdheden zal hebben voorzien door artikel 568 van het Wetboek van vennootschappen.

Zij moeten de algemene vergadering bijeenroepen wanneer obligatiehouders die een vijfde van het bedrag van de in omloop zijnde effecten vertegenwoordigen, het vragen.

De oproeping bevat de dagorde en wordt opgesteld overeenkomstig artikel 570 van het Wetboek van vennootschappen. Om toegelaten te worden op de algemene vergadering van de obligatiehouders moeten de obligatiehouders de formaliteiten voorzien door artikel 571 van het Wetboek van vennootschappen nakomen, evenals de eventuele formaliteiten voorzien in de uitgiftevoorschriften van de obligaties of in de bijeenroeping.

De algemene vergadering van obligatiehouders verloopt overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 572 tot 580 van het Wetboek van vennootschappen.

HOOFDSTUK VI – ONTBINDING - VEREFFENING

Artikel 37. Benoeming en bevoegdheden vereffenaars

In geval van ontbinding van de vennootschap, om welke reden of op welk tijdstip ook, geschiedt de vereffening door vereffenaars benoemd door de algemene vergadering, overeenkomstig de bepalingen van het Wetboek van vennootschappen. Bij gebreke van dergelijke benoeming, geschiedt de vereffening door de raad van bestuur handelend in hoedanigheid van vereffeningscomité.

Voor zover de wet het vereist, treden de vereffenaars pas in functie nadat de bevoegde rechtbank van koophandel is overgegaan tot de bevestiging van hun benoeming ingevolge de beslissing van de algemene vergadering.

Behoudens andersluidend besluit, treden de vereffenaars gezamenlijk op. Te dien einde beschikken de vereffenaars over de meest uitgebreide machten overeenkomstig de artikelen 186 en volgende van het Wetboek van vennootschappen, behoudens beperkingen opgelegd door de algemene vergadering. De algemene vergadering bepaalt de vergoeding van de vereffenaars.

Artikel 38. Ontbinding - Verdeling

Na aanzuivering van alle schulden, lasten en kosten van de vereffening, wordt het netto actief vooreerst aangewend om, in geld of in natura, het gestort bedrag van de aandelen terug te betalen. Het eventueel overschot wordt verdeeld onder de aandeelhouders in verhouding met hun rechten.

HOOFSTUK VII – ALGEMENE BEPALINGEN

Artikel 39. Keuze van woonplaats

De bestuurders en vereffenaars, wier woonplaats onbekend is, worden geacht woonplaats te kiezen op de zetel van de vennootschap, waar hun alle dagvaardingen, betekeningen en kennisgevingen kunnen worden gedaan betreffende de zaken van de vennootschap.

Artikel 40. Rechtsbevoegdheid

Voor alle geschillen tussen de vennootschap, haar bestuurders, haar effectenhouders en vereffenaars betreffende de zaken van de vennootschap en de uitvoering van deze statuten wordt uitsluitend bevoegdheid toegekend aan de rechtbanken van de zetel van de vennootschap, tenzij de vennootschap er uitdrukkelijk aan verzaakt.

Artikel 41. Gemeen recht

De partijen verklaren zich volledig te schikken naar het Wetboek van vennootschappen, alsook naar de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen (zoals van tijd tot tijd gewijzigd).

Bijgevolg worden de bepalingen van deze statuten waarin op ongeoorloofde wijze zou zijn afgeweken van de beschikkingen van voormelde wetten, geacht niet in huidige akte te zijn opgenomen, en worden de clausules die strijdig zijn met de gebiedende beschikkingen van deze wetten voor niet geschreven gehouden.

Er wordt in het bijzonder vermeld dat de artikels 111, 439, 448, 477 en 616 van het Wetboek van vennootschappen niet van toepassing zijn.

Lexicon 13

A
Aloxe NV De naamloze vennootschap Aloxe, met maatschappelijke zetel te Mechelsesteenweg 34,
bus 101, 2018 Antwerpen, ingeschreven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen onder
het ondernemingsnummer BTW BE 0849.479.874 (RPR Antwerpen, afdeling Antwerpen).
APM Alternatieve Performance Measures of Alternatieve prestatiemaatstaven. In overeenstemming
met de richtlijnen die op 3 juli 2016 door ESMA (European Securities and Market Authority)
werden uitgevaardigd, worden vanaf heden de door Xior gehanteerde APM's opgenomen.
De definities van de APM's, alsook het gebruik en de reconciliatie-tabellen worden in
Hoofdstuk 10.8 van dit Jaarverslag weergegeven. Op de website van de Vennootschap zal
een apart Lexicon m.b.t. deze APM's worden opgenomen voor toekomstige referentie. De
APM's worden aangeduid met een
B
Belfius De naamloze vennootschap naar Belgisch recht Belfius Bank NV, met maatschappelijke zetel
te Pachecolaan 44, 1000 Brussel, ingeschreven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen
onder het ondernemingsnummer BTW BE 0403.201.185 (RPR Brussel).
Bezettingsgraad Dit is de verhouding van de Huurinkomsten tot de Totale Huur.
C
CEO Chief Executive Officer.
CFO Chief Financial Officer.
CIO Chief Investment Officer.
E
EPRA Cost Ratio (excl.
leegstandskosten) (APM)
EPRA kosten (exclusief leegstandskosten) gedeeld door de bruto huurinkomsten verminderd
met de te betalen huur op gehuurde grond.
EPRA Cost Ratio (incl.
leegstandskosten) (APM)
EPRA kosten (inclusief leegstandskosten) gedeeld door de bruto huurinkomsten verminderd
met de te betalen huur op gehuurde grond.
EPRA earnings (APM) Nettoresultaat +/- variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen, +/- ander por
tefeuilleresultaat, +/- resultaat op verkopen van vastgoedbeleggingen, +/- variaties in de
reële waarde van financiële activa en passiva.
EPRA earnings per aandeel
(APM)
Netto resultaat +/- resultaat op verkopen van vastgoedbeleggingen, +/- variaties in de reële
waarde van vastgoedbeleggingen, +/- overig portefeuilleresultaat +/- variaties in de reële

waarde van financiële activa en passiva gedeeld door het gemiddelde aantal aandelen.

EPRA NNNAW (APM) EPRA NAW aangepast om rekening te houden met de reële waarde van (i) de financiële
instrumenten, (ii) de schulden en (iii) de uitgestelde belastingen.
Euronext Brussels De gereglementeerde markt van Euronext Brussels waarop de aandelen van de Vennoot
schap worden verhandeld.
F
FSMA De Belgische Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (Financial Services and Markets

Authority).

G
Gemiddelde interestvoet
(APM)
Interestkosten inclusief IRS interestkosten gedeeld door de gemiddeld uitstaande schuld
gedurende de periode.
Gemiddelde financierings
kost (APM)
Interestkosten inclusief IRS interestkosten + arrangement fees en commitment fees gedeeld
door gemiddeld uitstaande schuld gedurende de periode.
Gereglementeerde vast
goedvennootschap
Een vennootschap die door de FSMA is ingeschreven op de lijst van gereglementeerde
vastgoedvennootschappen naar Belgisch recht en bijgevolg erkend is als gereglementeerde
vastgoedvennootschap, en die door de GVV-Wet van 12 mei 2014 en het GVV-KB van 13
juli 2014 worden geregeld.
Geschatte Huur Op Jaar
basis of Estimated Rental
Value ("ERV")
Dit is de totale huurwaarde van de portefeuille op jaarbasis die wordt gehanteerd door de
Vastgoeddeskundige in de waarderingsverslagen.
Governance Code 2009 De Belgische corporate governance code voor beursgenoteerde vennootschappen van 2009,
opgesteld door de Commissie Corporate Governance, en beschikbaar op de volgende web
site: http://www.corporategovernancecommittee.be/library/documents/final%20code/
CorporateGovNLCode2009.pdf.
Groep Xior en haar dochtervennootschappen, die zij van tijd tot tijd heeft.
GVV Gereglementeerde vastgoedvennootschap.
GVV-KB Het Koninklijk Besluit van 13 juli 2014 met betrekking tot gereglementeerde vastgoedven
nootschappen, zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 16 juli 2014, zoals van
tijd tot tijd gewijzigd.
GVV-Wet De Wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, zoals
gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 30 juni 2014, zoals van tijd tot tijd gewijzigd.
GVV-Wetgeving De GVV-Wet en het GVV-KB.
H
Huurinkomsten De rekenkundige som van de huurinkomsten gefactureerd door de Vennootschap op basis
van de afgesloten huurovereenkomsten, over de periode van (een deel van) een boekjaar.
I
IFRS International Financial Reporting Standards, de boekhoudkundige standaard volgens dewelke
gereglementeerde vastgoedvennootschappen verplicht zijn te rapporteren, op basis van
artikel 11 van het GVV-KB.
ING België De naamloze vennootschap naar Belgisch recht ING België, met maatschappelijke zetel te
Marnixlaan 24, 1000 Brussel, ingeschreven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen onder
het ondernemingsnummer BTW BE 0403.200.393 (RPR Brussel).
Investeringswaarde of
Waarde Vrij Op Naam
Deze waarde is gelijk aan het bedrag waaraan een gebouw zou kunnen worden geruild
tussen goed geïnformeerde partijen, instemmend en handelend in omstandigheden van
normale concurrentie, inclusief de eventuele registratierechten (10% in het Vlaams Gewest
en 12,5% in het Waalse Gewest en in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest), notariskosten
en BTW (wanneer het een koop onderworpen aan BTW betreft).
IASB International Accounting Standards Board.
IFRIC International Financial Reporting Interpretations Committee.
IPO De kapitaalverhoging van de Vennootschap bij wijze van een inbreng in geld door middel
van een openbare aanbieding van nieuwe aandelen, en de toelating tot de notering op de
gereglementeerde markt van Euronext Brussels van de aandelen van Xior, voltooid op 11
december 2015.

Koninklijk Besluit van 14 november 2007

K

Het Koninklijk Besluit van 14 november 2007 betreffende de

verplichtingen van emittenten van financiële instrumenten die zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt, zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 3 december 2007, zoals van tijd tot tijd gewijzigd.

N
Nettoactief per aandeel
(EPRA) (APM)
Eigen vermogen exclusief de reële waarde van de toegelaten afdekkingsinstrumenten ge
deeld door het aantal aandelen.
Nettoactief per aandeel
(IFRS) (APM)
Eigen vermogen gedeeld door het aantal aandelen.
Netto resultaat excl. Im
pact IFRIC 21 (APM)
Nettoresultaat pro rata gecorrigeerd voor de onroerende voorheffing en taksen tweede
verblijven
Nettowinst per gewoon
aandeel
Netto resultaat gedeeld door het gemiddelde aantal aandelen.
O
Openbare GVV of OGVV Openbare gereglementeerde vastgoedvennootschappen of "BE-REIT".
Opvolgers De personen die, met voorafgaandelijk en schriftelijk akkoord van Aloxe NV, het promotor
schap zoals bedoeld in artikel 22 e.v. van de GVV-wet, overnemen van Aloxe NV.
P
Promotor De perso(o)n(en) die exclusief of gezamenlijk een openbare GVV controleert/controleren
in de zin van de GVV-Wet; de Promotor van de Vennootschap op Datum van dit Prospectus
is Aloxe NV.
Prospectus Het prospectus dat werd opgesteld en gepubliceerd in het kader van de IPO, zoals goedge
keurd door de FSMA op 24 november 2015 overeenkomstig artikel 23 van de Prospectuswet
van 16 juni 2006 betreffende de openbare aanbieding van beleggingsinstrumenten en de
toelating van beleggingsinstrumenten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt.
PwC De burgerlijke vennootschap onder de vorm van een coöperatieve vennootschap met beperkte
aansprakelijkheid PriceWaterhouseCoopers Bedrijfsrevisoren BCVBA, met maatschappelijke
zetel te Woluwedal 18, 1932 Sint-Stevens-Woluwe, ingeschreven bij de Kruispuntbank van
Ondernemingen onder het ondernemingsnummer BTW BE 0429.501.944 (RPR Brussel).

R

Reële Waarde of
Fair Value
Deze waarde is de investeringswaarde zoals bepaald door een onafhankelijke vastgoeddes
kundige, waarvan de mutatierechten zijn afgetrokken. De Reële waarde stemt overeen met
de boekwaarde onder IFRS. Vanuit het standpunt van de verkoper moet zij worden begre
pen mits aftrek van de overdrachtsbelastingen of registratierechten. Het geschatte bedrag
van overdrachtsbelastingen voor in België gelegen onroerende goederen werd forfaitair
bepaald op 2,5% voor vastgoedbeleggingen met een waarde hoger dan 2,5 miljoen EUR.
Deze fair value wordt dus berekend door de waarde vrij op naam te delen door 1,025. De
eigendommen die zich onder de drempel van 2,5 miljoen EUR44 bevinden en de buitenlandse
eigendommen, vallen onder het gebruikelijke registratierecht en hun reële waarde stemt
dus overeen met de waarde kosten koper.
Resultaat van de porte
feuille (APM)
Resultaat op de verkopen van vastgoedbeleggingen +/- variaties in de reële waarde van
vastgoedbeleggingen +/- ander portefeuilleresultaat.
S
Schuldgraad De schuldgraad zoals bedoeld in artikel 13, §1 van het GVV-KB.
T
Totale Huur De totale huur die de Vennootschap zou factureren op basis van haar huurovereenkomsten,
indien 100% van de vastgoedportefeuille verhuurd zou zijn, op basis van haar vraagprijs
per jaareinde, inclusief activa in aanbouw (in voorkomend geval) en een inschatting voor
de jaarlijkse huurinkomsten van de hostel activiteit.
U
Uitkeerbare winst per
aandeel
De winst zoals bedoeld in artikel 13, §1 van het GVV-KB.
V
Vastgoeddeskundigen Stadim en DTZ, zoals van tijd tot tijd vervangen of herbenoemd overeenkomstig artikel 24
van de GVV-Wet.
Verhandelingsreglement Het verhandelingsreglement van de Vennootschap, zoals opgenomen als bijlage bij het
Corporate Governance Charter.
W
Waarde Kosten Koper of
Netto Marktwaarde
De Investeringswaarde verminderd met de registratierechten en notariskosten of BTW.
Wet van 1 april 2007 De wet van 1 april 2007 op de openbare overnamebiedingen, zoals gepubliceerd in het
Belgisch Staatsblad van 26 april 2007, zoals van tijd tot tijd gewijzigd.
Wet van 2 mei 2007 De wet van 2 mei 2007 betreffende de openbaarmaking van belangrijke deelnemingen in
emittenten waarvan aandelen zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde
markt en houdende diverse bepalingen, zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van
12 juni 2007, zoals van tijd tot tijd gewijzigd.
Wetboek van
vennootschappen
Wetboek van vennootschappen van 7 mei 1999, zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad
van 6 augustus 1999, zoals van tijd tot tijd gewijzigd.

X

Xior Student Housing of Xior of de Vennootschap De naamloze vennootschap naar Belgisch recht Xior Student Housing, een openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap (OGVV) naar Belgisch recht, met maatschappelijke zetel te Mechelsesteenweg 34 bus 108, 2018 Antwerpen (België), ingeschreven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen onder het ondernemingsnummer 0547.972.794 (RPR Antwerpen, afdeling Antwerpen).

Identiteitskaart 14

Naam Xior Student Housing NV
Statuut Openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap ('OGVV') naar Belgisch recht
Maatschappelijke zetel Mechelsesteenweg 34 bus 108, 2018 Antwerpen
Tel +32 3 257 04 89
E-mail [email protected]
Website www.xior.be
RPR Antwerpen, Afdeling Antwerpen
BTW BE 0547.972.794
Ondernemingsnummer 0547.972.794
Oprichtingsdatum 10 maart 2014
Vergunning als OGVV 24 november 2015
Financiële jaarafsluiter 31 december
Algemene vergadering Derde donderdag van de maand mei (10u00)
Notering Euronext Brussels – continumarkt
ISIN code BE0974288202 (XIOR)
Commissaris PwC Bedrijfsrevisoren BCVBA - Woluwegarden-Woluwedal 18 te 1932 Brussel -
vertegenwoordigd door de heer Damien Walgrave
Financiële
dienstverlening
ING België
Vastgoeddeskundigen Stadim CVBA & DTZ Zadelhoff v.o.f.

14 IDENTITEITSKAART

14 IDENTITEITSKAART

Xior Student Housing NV Openbare GVV naar Belgisch recht, Mechelsesteenweg 34 bus 108, 2018 Antwerpen

Ondernemingsnummer 0547.972.794 RPR Antwerpen, afdeling Antwerpen

DOWNLOAD DE XIOR APP EN ONTDEK AL ONZE KOTEN

Talk to a Data Expert

Have a question? We'll get back to you promptly.