AI Terminal

MODULE: AI_ANALYST
Interactive Q&A, Risk Assessment, Summarization
MODULE: DATA_EXTRACT
Excel Export, XBRL Parsing, Table Digitization
MODULE: PEER_COMP
Sector Benchmarking, Sentiment Analysis
SYSTEM ACCESS LOCKED
Authenticate / Register Log In

Van de Velde NV

Quarterly Report Aug 29, 2014

4020_ir_2014-08-29_5cdf61c8-77fa-4e19-b72d-a05a3709a8a9.pdf

Quarterly Report

Open in Viewer

Opens in native device viewer

GECONSOLIDEERDE WINST- EN VERLIESREKENING

(in 000 €) 30.06.2014 30.06.2013
Omzet 106.958 96.979
Overige bedrijfsopbrengsten 2.361 2.207
Kostprijs van materialen -24.962 -23.611
Overige uitgaven -28.655 -26.095
Personeelskosten -21.512 -21.098
Afschrijvingen -3.577 -3.683
Bedrijfswinst 30.613 24.699
Impairment op goodwill en merknamen met onbepaalde gebruiksduur -16.307 0
Financieringsbaten 1.180 1.880
Financieringskosten -1.107 -396
Resultaat op basis van de "equity"-
methode
421 -138
Winst vóór belastingen 14.800 26.045
Winstbelasting -10.156 -6.331
Winst voor de periode 4.644 19.714
Aandeel van de groep 4.966 19.874
Aandeel van derden -322 -160
Winsten en verliezen uit de omrekening van buitenlandse entiteiten en belang van derden 277 -46
Totaal niet-gerealiseerde resultaten
(volledig recycleerbaar in de resultatenrekening)
277 -46
Totaal gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten 4.921 19.668
Gewone winst per aandeel (in euro) 0,37 1,48
Verwaterde winst per aandeel (in euro) 0,37 1,48

OMZETONTWIKKELING EERSTE JAARHELFT

In de eerste jaarhelft van 2014 stijgt de geconsolideerde omzet van Van de Velde met 10,3% (van m€ 97,0 tot m€ 107,0).

Op vergelijkbare basis (geen rekening houdend met vroegere leveringen van de collectie van de tweede jaarhelft) stijgt de geconsolideerde omzet met 9,4%. Deze omzetevolutie bestaat uit volgende componenten:

  • Een stijging van de wholesale-omzet met 13,8%. Deze groei is er dankzij de zeer succesvolle lancering van PrimaDonna Swim en de sterke groei van de lingerie. Ook de nabestellingen in de eerste jaarhelft lagen hoger dan tijdens dezelfde periode vorig jaar.
  • Een daling van de retailomzet bij Intimacy met 22,7% (14,1% op een vergelijkbare basis) in lokale munt. Door de verzwakking van de Amerikaanse dollar versus Euro is de daling in Euro hoger.
  • In continentaal Europa stijgt de retailomzet bij Rigby & Peller met 12,6%, vooral door een sterke store-to-store groei in Duitsland (18,9%). De footprint van retail wordt steeds meer Noord-Europees (openingen in Denemarken, franchising in Nederland, sluiting in Frankrijk en Spanje).
  • De retailomzet bij Rigby & Peller in het Verenigd Koninkrijk stijgt met 9,1% (3,9% op een vergelijkbare basis) in lokale munt. Door de versterking van het Britse pond versus Euro is de stijging in Euro hoger.
  • De retailomzet bij de ex-Donker stores draagt bij voor een bedrag van m€ 2,4 (versus m€ 1,3 voor periode april-juni in 2013). De omzet binnen de ex-Donker stores stijgt met 13,7% op een vergelijkbare basis.

RECURRENTE EBITDA ('REBITDA')-EVOLUTIE EERSTE JAARHELFT

De REBITDA (m€ 34,2) stijgt in de eerste jaarhelft met 20,5%. Op vergelijkbare basis (geen rekening houdend met vroegere leveringen van de collectie van de tweede jaarhelft) stijgt de geconsolideerde REBITDA (m€ 32,3) met 19,2%. De belangrijkste redenen voor deze stijging zijn de volgende:

  • De stijging in de wholesale omzet.
  • Een stijging van de bruto marge met ongeveer 0,5%. Deze stijging komt er vooral dankzij een positief prijseffect (gedeeltelijk gecompenseerd door een negatief munteffect) en lagere voorraadafwaarderingen.
  • De vaste kosten zijn niet gestegen, behalve voor verkoopondersteunende kosten (zoals marketing en klantenprogramma"s).
  • De REBITDA van de retailbusiness stijgt overal, maar daalt fors voor Intimacy.

IMPAIRMENT OP GOODWILL EN MERKNAMEN MET ONBEPAALDE GEBRUIKSDUUR

Zoals al eerder gemeld, lijdt de winstgevendheid van Intimacy onder de verdere daling van de omzet. In 2013 was de geconsolideerde EBITDA van Intimacy (inclusief marge op Van de Velde merken verkocht via Intimacy) nog licht positief, echter, dit was in de eerste jaarhelft van 2014 niet langer het geval. De vooropgestelde doelstellingen voor 2014 worden niet gehaald en de prestaties van Intimacy liggen eveneens onder de doelstellingen die gesteld werden bij het verwerven van de meerderheid in 2010. De doelstellingen gesteld bij het verwerven van de meerderheid, werden als basis genomen voor de waardering in 2010 van de goodwill en andere immateriële activa in lijn met IFRS.

Omwille van een aantal impairment indicatoren (o.a. het niet behalen van de vooropgestelde doelstellingen voor 2014) is een tussentijdse impairment test gebeurd. In het jaarverslag over het boekjaar 2013 werd immers duidelijk gesteld dat het niet-behalen van de vooropgestelde doelstellingen voor 2014 tot een waardevermindering zou kunnen leiden.

De immateriële activa die getoetst werden op een bijzondere waardevermindering zijn de goodwill toegewezen aan de kasstroomgenererende eenheid Intimacy (m€ 23,6) en de merknaam met onbepaalde gebruiksduur (m€ 7,8), samen een waarde van m€ 31,4 (of mUS\$ 42,8).

We verwijzen eveneens naar het jaarverslag over het boekjaar 2013 voor meer gedetailleerde informatie.

- Resultaat van de test op de bijzondere waardeverminderingen

De test wijst op een bijzondere waardevermindering van mUS\$ 22,1 of m€ 16,3.

Na het doorvoeren van deze bijzondere waardevermindering is de boekwaarde van de goodwill gelijk aan m€ 15,1. De boekwaarde van de merknaam is teruggebracht naar m€ 0,0. Beide boekwaardes zijn een correcte reflectie van de waardering van de kasstroomgenererende eenheid Intimacy op basis van het bestaande business plan.

- Methodologie voor het uitvoeren van de test op bijzondere waardeverminderingen

De test bestaat erin de realiseerbare waarde voor de kasstroomgenererende eenheid te vergelijken met de boekwaarde:

  • Via een modelmatige aanpak wordt de realiseerbare waarde bepaald aan de hand van de berekende bedrijfswaarde. Dit is gelijk aan de contante waarde van de toekomstige verwachte kasstromen uit de kasstroomgenererende eenheid. Voor de planningshorizon 2015-2018 werd een herziene versie van het business plan als basis gehanteerd. Dit werd aangevuld met een realistische cashflowprojectie voor de tweede jaarhelft van 2014. Een nieuwe evaluatie van het business plan zal op regelmatige basis gebeuren.
  • De disconteringsvoet die gebruikt werd in de berekening van de contante waarde van de verwachte toekomstige kasstromen is gebaseerd op marktbeoordelingen en wordt verder toegelicht hieronder.

De berekening van de bedrijfswaarde is het meest gevoelig voor de volgende veronderstellingen:

  • Omzetinschattingen die gehanteerd worden tijdens de periode waarop de verwachtingen betrekking hebben;
  • EBITDA-evolutie en EBITDA-percentages op omzet die verondersteld worden;
  • Groeipercentage dat gehanteerd wordt voor het extrapoleren van kasstromen voorbij de planningsperiode;
  • Disconteringsvoet.

De veronderstellingen omtrent omzetinschattingen en EBITDA-evoluties zijn gebaseerd op zowel courante interne gegevens als op historische percentages op basis van ervaring. Het groeipercentage en de disconteringsvoet worden in de mate van het mogelijke en waar relevant afgetoetst tegenover externe informatiebronnen.

Omzetinschattingen die gehanteerd worden tijdens de periode waarop de verwachtingen betrekking hebben

Het startpunt is een herziene versie van het businessplan. Dit businessplan dekt de periode 2015-2018 en start van een lagere omzetinschatting. De herziene omzetinschatting voor 2015 ligt aanzienlijk onder de eerdere inschatting. De eerste jaarhelft van 2014 heeft immers aangetoond dat de verwachte groei qua omzet niet gehaald wordt. Voor de tweede jaarhelft van 2014 is er een realistische inschatting gemaakt op basis van de evolutie in de eerste jaarhelft. Vanaf 2016 wordt er een matige omzetgroei ingeschat op een store-to-store basis, weliswaar startend van een lagere basis.

Volledig in lijn met de segmentrapportering bevatten deze omzetinschattingen zowel de retailomzet binnen de winkels als de wholesale omzet voor de Van de Velde producten verkocht via deze retailkanalen. Beide omzetkanalen worden beïnvloed door de herziene en lagere inschatting.

EBITDA-evolutie en EBITDA-percentages op omzet die verondersteld worden

De lagere omzetinschattingen leiden tot een lagere EBITDA en de evolutie naar het target EBITDA-percentage voor een (gedeeltelijk) geïntegreerde retailketen neemt een langere periode in beslag.

Groeipercentage dat gehanteerd wordt voor het extrapoleren van kasstromen voorbij de planningshorizon

Het langetermijnpercentage ligt in lijn met het percentage gehanteerd voor de impairment test op jaareinde en bedraagt 2,0%.

Disconteringsvoet

De disconteringsvoet ligt in lijn met het percentage gehanteerd voor de impairment test op jaareinde en de kapitaalkost na belastingen bedraagt 8,6% (11,5% vóór belastingen).

- Sensitiviteitsanalyse

Aangezien een waardevermindering wordt geboekt, zou een wijziging in één van de belangrijke veronderstellingen aanleiding geven tot een bijkomend waardeverminderingsverlies.

FINANCIEEL RESULTAAT

Het financieel resultaat ligt lager dan vorig jaar. In de eerste jaarhelft van 2013 is er een uitzonderlijk resultaat van m€ 0,9 geboekt als een gevolg van een herziening van de aankoopsom voor 35,1% van de Intimacy aandelen (transactie van april 2010). De volledige transactie werd afgehandeld in 2013. Ook de wisselresultaten liggen lager in 2014, dividendinkomsten liggen echter hoger.

RESULTAAT OP BASIS VAN DE 'EQUITY'-METHODE

Het resultaat op basis van de "equity"-methode is hoofdzakelijk toe te schrijven aan de bijdrage van Top Form. De bijdrage van Top Form is gebaseerd op de evolutie in het eigen vermogen tot en met 30/06/2014. Voor het boekjaar 2014 (01/07/2013-30/06/2014) heeft Top Form een winst gerapporteerd van mHK\$ 39,3 versus een verlies van mHK\$ 3,7 over dezelfde periode vorig jaar. De eerste jaarhelft van het boekjaar 2014 (01/07/2013-31/12/2013) bij Top Form was reeds opgenomen in de 2013 jaarcijfers van Van de Velde (gerapporteerde winst van mHK\$ 9,4).

WINSTBELASTING EN NETTO WINST

De winstbelasting ligt hoger in vergelijking met dezelfde periode vorig jaar. De belangrijkste redenen hiervoor zijn de volgende:

  • De meerwinst, voornamelijk gerealiseerd door de wholesale business, wordt hoofdzakelijk gerealiseerd in België en is belastbaar aan het Belgisch vennootschapstarief.
  • Als gevolg van een administratieve reorganisatie is er een geschatte verhoging van de jaarlijkse belastingvoet voor 2014 van 3 tot 4%.

De recurrente groepswinst stijgt van m€ 19,9 naar m€ 21,3 (+ 7,0%) en de recurrente winst per aandeel stijgt van € 1,48 naar € 1,60. Inclusief de niet-recurrente waardevermindering op Intimacy daalt de groepswinst met 75,0%.

GECONSOLIDEERDE BALANS

(in 000 €) 30.06.2014 31.12.2013
Totaal vaste activa 84.932 100.853
Goodwill 19.687 28.210
Immateriële activa 18.723 26.930
Materiële vaste
activa
30.005 30.405
Deelnemingen in geassocieerde ondernemingen 15.078 13.906
Uitgestelde belastingvordering 333 333
Overige vaste activa 1.106 1.069
Totaal vlottende activa 91.277 96.314
Voorraden 35.269 36.377
Handelsvorderingen en overige vorderingen 23.136 12.205
Overige vlottende activa 4.684 8.422
Geldmiddelen en kasequivalenten 28.188 39.310
Totaal
activa
176.209 197.167
Eigen vermogen 152.854 173.460
Aandelenkapitaal 1.936 1.936
Eigen aandelen -740 -
1.182
Uitgiftepremies 743 743
Niet-gerealiseerde resultaten -9.281 -
9.502
Ingehouden winst 160.196 181.465
Belang
van derden
2.212 3.976
Totaal langlopende schulden 4.638 4.567
Voorzieningen 1.048 1.034
Pensioenen 32 32
Andere langlopende verplichtingen 3.023 2.976
Uitgestelde belastingen 535 525
Totaal kortlopende schulden 16.505 15.164
Handelsschulden en overige schulden 14.132 14.044
Overige kortlopende schulden 1.370 852
Belastingverplichtingen 1.003 268
Totaal eigen vermogen en verplichtingen 176.209 197.167

VASTE ACTIVA

De vaste activa dalen met 15,8% ten opzichte van eind 2013 en volgende factoren bepalen voornamelijk de evolutie in de vaste activa:

  • De goodwill daalt met m€ 8,5 omwille van de bijzondere waardevermindering op Intimacy. We verwijzen hiervoor naar pagina 3-5.
  • De immateriële vaste activa liggen lager dan eind 2013 omwille van de bijzondere waardevermindering op Intimacy (m€ 7,8). We verwijzen hiervoor naar pagina 3-5. Ook ligt de afschrijvingslast hoger dan de bijkomende investeringen.
  • De materiële vaste activa liggen lager dan eind 2013 omdat de afschrijvingslast hoger is dan de bijkomende investeringen.
  • De deelnemingen in geassocieerde ondernemingen liggen hoger omwille van het gestegen eigen vermogen bij Top Form.

VLOTTENDE ACTIVA

De vlottende activa dalen met 5,2% ten opzichte van eind 2013 omwille van de volgende redenen:

  • Lagere voorraden ten opzichte van eind 2013.
  • Hogere handelsvorderingen ten opzichte van eind 2013. Echter, omwille van het seizoenseffect, dient dit vergeleken te worden met de balans op juni 2013 (m€ 19,7). Er is nog steeds een stijging wat hoofdzakelijk te maken heeft met de omzetstijging enerzijds en de hogere omzet in juni anderzijds (inclusief hogere leveringen voor het seizoen herfst/winter 2014).
  • Lagere andere vlottende activa, voornamelijk omwille van de aanwending van de voorafbetaalde belastingen die werden overgedragen eind 2013.
  • Lagere kaspositie dan eind 2013 omwille van de uitbetaling van het dividend in mei 2014. Voor meer details verwijzen we naar het kasstroomoverzicht.

EIGEN VERMOGEN

  • Het eigen vermogen vertegenwoordigt 86,7% van het totaal eigen vermogen en verplichtingen.
  • De daling in het eigen vermogen heeft enkel te maken met de uitbetaling van het dividend tijdens de eerste jaarhelft van 2014.
  • Voor meer details verwijzen we naar het mutatieoverzicht van het eigen vermogen.

BELANG VAN DERDEN

De daling in het belang van derden heeft te maken met enerzijds een herziene inschatting van toekomstige verplichtingen en anderzijds de aanpassing voor het aandeel van de minderheidsaandeelhouders in het resultaat van de entiteiten waarin de minderheidsaandeelhouders hun belang aanhouden. Voor meer details verwijzen we eveneens naar het mutatieoverzicht van het eigen vermogen.

LANGLOPENDE EN KORTLOPENDE SCHULDEN

  • De langlopende schulden zijn nauwelijks geëvolueerd versus eind 2013.
  • De kortlopende schulden liggen 8,8% hoger in vergelijking met eind 2013 omwille van de volgende redenen:
  • o Een lichte stijging van handelsschulden en overige schulden.
  • o Hogere BTW schuld omwille van hogere omzet.
  • o Hogere belastingverplichting (zie ook pagina 5).

MUTATIEOVERZICHT VAN HET EIGEN VERMOGEN

Toewijsbaar aan de aandeelhouders van de groep
(in 000 €) Aandelen Uitgifte Inkoop Ingehouden Vergoeding Niet Eigen Belang Totaal
kapitaal premies eigen winst in gerealiseerde vermogen van vermogen
aandelen aandelen resultaten derden
Eigen vermogen op 31.12.2012 1.936 743 -1.336 177.582 469 -9.415 169.979 4.615 174.594
Winst voor de periode 19.874 19.874 -160 19.714
Niet-gerealiseerde resultaten -46 -46 10 -36
Inkoop eigen aandelen 0 0 0
Aandelen verkocht in het kader van de uitoefening van opties 154 154 154
In resultaatneming van uitgestelde vergoedingen in aandelen 46 46 46
Toegekende en aanvaarde opties op aandelen 47 -47 0 0
Reserves Top Form 76 76 76
Dividend op aandelen -28.600 -28.600 -28.600
Eigen vermogen op 30.06.2013 1.936 743 -1.182 168.979 468 -9.461 161.483 4.465 165.948
Toewijsbaar aan de aandeelhouders van de groep
(in 000 €) Aandelen Uitgifte Inkoop Ingehouden Vergoeding Niet Eigen Belang Totaal
kapitaal premies eigen winst in gerealiseerde vermogen van vermogen
aandelen aandelen resultaten derden
Eigen vermogen op 31.12.2013 1.936 743 -1.182 180.942 523 -9.502 173.460 3.976 177.436
Winst voor de periode 4.966 4.966 -322 4.644
Niet-gerealiseerde resultaten 273 273 56 329
Inkoop eigen aandelen -23 -23 -23
Aandelen verkocht in het kader van de uitoefening van opties 465 465 465
In resultaatneming van uitgestelde vergoedingen in aandelen 55 55 55
Toegekende en aanvaarde opties op aandelen 159 -159 0 0
Reserves Top Form 804 -52 752 752
Dividend op aandelen -28.592 -28.592 -28.592
Aanpassing op minderheidsbelangen 1.498 1.498 -1.498 0
Eigen vermogen op 30.06.2014 1.936 743 -740 159.777 419 -9.281 152.854 2.212 155.066

GECONSOLIDEERD KASSTROOMOVERZICHT

(in 000 €) 30.06.2014 30.06.2013
Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten
Contante ontvangsten van klanten 104.833 101.668
Geldmiddelen betaald aan leveranciers en werknemers -78.044 -80.059
Nettogeldmiddelen uit de bedrijfsvoering 26.789 21.609
Betaalde winstbelastingen -5.395 -68
Andere betaalde belastingen -2.573 -1.616
Betaalde rente en bankkosten -128 -224
Nettogeldmiddelen uit bedrijfsactiviteiten 18.693 19.701
Kasstromen uit investeringsactiviteiten
Ontvangen rente 233 353
Ontvangen dividenden 259 0
Aankoop van
vaste activa
-2.682 -2.710
Recuperatie investering in dochteronderneming (1) 0 7.261
Investeringen in andere deelnemingen 0 -1.147
Nettoverkoop / (-inkoop) eigen aandelen 443 147
Nettogeldmiddelen gebruikt in investeringsactiviteiten -1.747 3.904
Kasstromen uit financieringsactiviteiten
Betaalde dividenden -28.605 -28.555
Terugbetaling van langlopende leningen / toename van bankschulden 0 -482
Terugbetaling van kortlopende leningen / toename van bankschulden 259 -147
Nettofinancieringen customer growth fund 55 -89
Nettogeldmiddelen gebruikt in financieringsactiviteiten -28.291 -29.273
Nettotoename / (-afname) van geldmiddelen en kasequivalenten -11.345 -5.668
Geldmiddelen en kasequivalenten aan het begin van de periode 39.310 31.738
Wisselkoersverschillen 223 242
Nettotoename / (-afname) van geldmiddelen en kasequivalenten -11.345 -5.668
Geldmiddelen en kasequivalenten aan het einde van de periode 28.188 26.312

(1) Voor 2013 heeft dit betrekking op het incasso van de vordering op de minderheidsaandeelhouders van Intimacy (k€ 7.232) plus de liquide middelen bij Re-Tail BV bij overname van de resterende 50,1% van de aandelen (k€ 29).

GESEGMENTEERDE INFORMATIE

Van de Velde is een éénproductsonderneming, namelijk de productie en verkoop van luxe lingerie. Van de Velde onderscheidt 2 operationele segmenten: "wholesale" en "retail". Er werden geen segmenten gecombineerd.

Van de Velde groep identificeerde het directiecomité als haar hoofdverantwoordelijke voor operationele beslissingen en definieerde operationele segmenten op basis van de informatie verschaft aan het directiecomité.

Wholesale verwijst naar business gerealiseerd met zelfstandige speciaalzaken (klanten extern aan de groep), retail verwijst naar business gerealiseerd via het eigen retail netwerk (eigen winkels en franchisenemers). Wat betreft Van de Velde producten die verkocht worden via het eigen retail netwerk, wordt de geïntegreerde marge getoond binnen het retail segment. Met andere woorden, het retail segment omvat zowel de wholesale marge op de Van de Velde producten als de resultaten gerealiseerd binnen het netwerk zelf.

Het management volgt de resultaten van de 2 segmenten tot op een bepaald niveau ("directe contributie") afzonderlijk op, zodat er beslist kan worden over de toewijzing van de middelen en de evaluatie van de prestaties. De prestaties van de segmenten worden geëvalueerd op basis van direct toewijsbare inkomsten en kosten. Algemene kosten (bv. overhead), het financiële resultaat, het resultaat op basis van de "equity" methode, belastingen op het resultaat en minderheidsbelangen worden beheerd op het niveau van de groep en worden niet toegewezen aan segmenten. Kosten die niet toegerekend worden, komen ten goede van beide segmenten en elke verdere verdeling van deze kosten zou arbitrair zijn zoals bijvoorbeeld algemene administratie, ICT, boekhouding, etc.

Activa die op een redelijke wijze kunnen toegerekend worden aan segmenten (goodwill en andere vaste activa alsook voorraden en handelsvorderingen) worden toegewezen. Andere activa worden gerapporteerd als niet-toegerekend, wat eveneens het geval is voor passiva. Activa en passiva worden in grote mate beheerd op het niveau van de groep waardoor een belangrijk aandeel van deze activa en passiva niet worden toegerekend aan segmenten.

De waarderingsgrondslagen van de operationele segmenten zijn dezelfde als de belangrijkste grondslagen van de groep. De gesegmenteerde resultaten worden dan ook gemeten in overeenstemming met het bedrijfsresultaat in de geconsolideerde jaarrekening.

Noch in wholesale noch in retail heeft Van de Velde transacties met een klant ter waarde van meer dan 10% van de totale omzet.

Transactieprijzen tussen de operationele segmenten zijn op een "arm"s length"-basis, vergelijkbaar met transacties met derden.

In de volgende tabellen is de gesegmenteerde informatie weergegeven voor de periodes afgesloten op 30/06/2014 en 30/06/2013.

Gesegmenteerde resultatenrekening
(in 000 €) 2014 2013
Wholesale Retail Niet toegerekend Totaal Wholesale Retail Niet toegerekend Totaal
Opbrengsten 85.210 21.748 0 106.958 74.384 22.595 0 96.979
Kosten -40.545 -19.182 -13.041 -72.768 -36.118 -19.455 -13.024 -68.597
Afschrijvingen 0 -1.411 -2.166 -3.577 0 -1.750 -1.933 -3.683
Resultaten 44.665 1.155 -15.207 30.613 38.266 1.390 -14.957 24.699
Impairment -16.307 0
Nettofinancieringswinst 73 1.484
Resultaat
van geassocieerde
421 -138
ondernemingen
Inkomstenbelasting -10.156 -6.331
Belang van derden 322 160
Netto-inkomsten 4.966 19.874
Gesegmenteerde balans
(in 000 €) 2014 2013
Wholesale Retail Totaal Wholesale Retail Totaal
Activa volgens segment 57.613 44.529 102.142 54.736 61.300 116.035
Niet-toegerekende activa 74.067 72.660
Geconsolideerde totale activa 57.613 44.529 176.209 54.736 61.300 188.695
Verplichtingen volgens segment 0 0 0 0 0 0
Niet-toegerekende verplichtingen 176.209 188.695
Geconsolideerde totale verplichtingen 0 0 176.209 0 0 188.695
Investeringsuitgaven
(in 000 €) 2014 2013
Wholesale Retail Niet toegerekend Totaal Wholesale Retail Niet toegerekend Totaal
Materiële vaste activa 0 1.256 1.085 2.341 0 522 1.690 2.212
Immateriële activa 0 29 384 413 0 152 493 645
Afschrijvingen 0 1.411 2.166 3.577 0 1.750 1.933 3.683
Geografische opsplitsing van de omzet
(in 000 €) 2014 2013
Eurozone Niet-Eurozone Totaal Eurozone Niet-Eurozone Totaal
Omzet 71.261 35.697 106.958 60.711 36.268 96.979

De belangrijkste markten, bepaald op basis van de kwantitatieve IFRS criteria, zijn:

  • België, Duitsland en Nederland voor de Eurozone
  • Verenigde Staten voor de Niet-Eurozone.
Verdere informatie omtrent de activa van de onderneming –
ligging
(in 000 €)
België
Buiten België
Totaal
Materiële vaste activa 20.722 9.283 30.005
Immateriële activa 11.392 7.331 18.723
Voorraden 29.569 5.700 35.269

VOORUITZICHTEN

In wholesale tonen de voororders voor het najaar 2014 een stijging versus vorig jaar. Die stijging is uiteraard lager dan in de eerste jaarhelft omdat daar geen badgoed factor is. Van de Velde verwacht echter voor volledig 2014 een sterke groei binnen wholesale.

De evolutie binnen retail en dan vooral Intimacy valt moeilijk te voorspellen.

Ook op het niveau van REBITDA verwacht Van de Velde voor volledig 2014 een sterke groei, echter deze groei zal op jaarbasis procentueel lager liggen dan de groei op halfjaar. Zowel omzetgroei als REBITDA-groei zijn immers uitzonderlijk hoog in de eerste jaarhelft.

RISICO

Intimacy is gedagvaard in het kader van een potentiële groepsvordering waarbij men beweert dat Intimacy een inbreuk zou gepleegd hebben op FACTA ("Fair and Accurate Credit Transactions Act"). Deze wetgeving bepaalt welke kredietkaart details op het kassaticket mogen worden vermeld. Deze zaak bevindt zich nu nog in een fase van inzage van stukken. Het is onzeker of een certificatie voor groepsvordering zal toegekend worden.

Het management kan momenteel niet op een betrouwbare en redelijke wijze inschatten wat het resultaat zal zijn of welke vergoedingen verschuldigd zouden kunnen zijn. Het management verwijst wel naar de volgende zaken:

  • Voor zover wij weten, heeft geen enkele consument schade geleden doordat de kredietkaart details op het kassaticket werden vermeld.
  • Het betreft een eerder beperkte periode.
  • Er zijn sterke argumenten en verdedigingslijnen.

Het is daarom eveneens onmogelijk om vandaag in te schatten of deze zaak zal leiden tot een cash-uitstroom noch wanneer deze zaak eventueel zal worden beslecht. Het management zal er alles aan doen om een eventuele cash-uitstroom te vermijden.

Van zodra we meer relevante duidelijkheid kunnen geven, zullen wij dit communiceren.

TUSSENTIJDSE VERKORTE GECONSOLIDEERDE FINANCIELE INFORMATIE

Deze tussentijdse verkorte geconsolideerde financiële informatie werd opgemaakt in overeenstemming met de op de tussentijdse verslaggeving toepasselijke internationale standaard, met name IAS 34.

Er werden dezelfde boekhoudprincipes en berekeningsmethodes gebruikt als in de geconsolideerde jaarrekening per 31 december 2013.

De Algemene Vergadering van 30 april 2014 keurde het dividend goed zoals voorgesteld door de Raad van Bestuur (2,15 €/aandeel). Het toegekende dividend bedroeg k€ 28.592 dat bijna volledig was uitbetaald per 30 juni 2014.

Op datum van onderhavig halfjaarlijks financieel verslag zijn er geen belangrijke gebeurtenissen na balansdatum te melden.

Bovenop risico"s beschreven in bovenstaande commentaren, zijn de materiële risico"s en onzekerheden voor het vervolg van 2014 hoofdzakelijk dezelfde als beschreven op pagina"s 60-61 ("Bedrijfsrisico"s in het kader van IFRS 7") van het jaarverslag voor het boekjaar 2013.

In de eerste helft van 2014 hebben geen materiële transacties met verbonden ondernemingen plaatsgevonden, andere dan beschreven in dit verslag of binnen de normale gang van zaken.

VERKLARING

De ondergetekenden verklaren dat:

  • De financiële overzichten, die opgesteld zijn in dit rapport overeenkomstig de toepasselijke standaarden, een getrouw beeld geven van het vermogen, van de financiële toestand en van de resultaten van Van de Velde en de in de consolidatie opgenomen ondernemingen.
  • Het tussentijds financieel verslag een getrouw beeld geeft van de ontwikkeling, de resultaten en van de positie van Van de Velde en de in de consolidatie opgenomen ondernemingen, evenals een beschrijving van de voornaamste risico"s en onzekerheden waarmee Van de Velde geconfronteerd wordt.

Schellebelle, 29 augustus 2014

EBVBA 4F, vast vertegenwoordigd door Stefaan Vandamme Ignace Van Doorselaere Financieel Directeur Voorzitter Directiecomité

VERSLAG VAN DE COMMISSARIS AAN DE AANDEELHOUDERS VAN VAN DE VELDE NV OVER HET BEPERKT NAZICHT VAN DE TUSSENTIJDSE VERKORTE GECONSOLIDEERDE FINANCIËLE STATEN VOOR DE PERIODE VAN 6 MAANDEN AFGESLOTEN PER 30 JUNI 2014

Inleiding

Wij hebben de bijgevoegde tussentijdse verkorte financiële toestand van het geconsolideerd geheel ("de balans") van Van de Velde NV (de "Vennootschap") en haar dochterondernemingen (samen "de Groep") per 30 juni 2014 nagekeken, alsook de bijhorende tussentijdse verkorte geconsolideerde winst- en verliesrekening, het geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten, het geconsolideerde mutatieoverzicht van het eigen vermogen en het geconsolideerd kasstroomoverzicht voor de periode van 6 maanden afgesloten op deze datum, en de toelichtingen, gezamenlijk, de "Tussentijdse Verkorte Geconsolideerde Financiële Staten". Deze staten tonen een geconsolideerd balanstotaal van € 176.209 duizend en een geconsolideerde winst voor de periode van 6 maanden afgesloten op deze datum van € 4.644 duizend. Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen en het voorstellen van deze Tussentijdse Verkorte Geconsolideerde Financiële Staten in overeenstemming met de International Financial Reporting Standard IAS 34 Tussentijdse Financiële Verslaggeving ("IAS 34") zoals goedgekeurd voor toepassing in de Europese Unie. Onze verantwoordelijkheid bestaat erin een conclusie te formuleren over deze Tussentijdse Verkorte Geconsolideerde Financiële Staten op basis van ons beperkt nazicht.

Draagwijdte van ons nazicht

Wij hebben ons beperkt nazicht uitgevoerd in overeenstemming met de Internationale Standaard voor Beoordelingsopdrachten 2410 "Beoordeling van tussentijdse financiële informatie uitgevoerd door de onafhankelijke auditor van de entiteit". Een beperkt nazicht van tussentijdse financiële informatie bestaat uit het bekomen van informatie, hoofdzakelijk van personen verantwoordelijk voor financiële en boekhoudkundige aangelegenheden, en uit het toepassen van analytische en andere werkzaamheden. Een beperkt nazicht is aanzienlijk minder uitgebreid dan een audit uitgevoerd in overeenstemming met de Internationale Controlestandaarden (ISA"s). Bijgevolg waarborgt een beperkt nazicht niet dat wij kennis zouden krijgen van alle belangrijke elementen die bij een volledige controle aan het licht zouden komen. Daarom onthouden wij ons van een auditopinie.

Conclusie

Op basis van ons beperkt nazicht wijst niets erop dat de bijgevoegde Tussentijdse Verkorte Geconsolideerde Financiële Staten geen getrouw beeld geven van de financiële toestand van de Groep per 30 juni 2014, en van haar resultaat en kasstromen voor de periode van 6 maanden afgesloten op die datum, in overeenstemming met IAS 34.

Gent, 29 augustus 2014

Ernst & Young Bedrijfsrevisoren BCVBA Commissaris Vertegenwoordigd door

Paul Eelen Vennoot

CONTACTEN

Voor bijkomende inlichtingen kan u terecht bij:

Van de Velde NV – Lageweg 4 – 9260 Schellebelle – 09/365.21.00

www.vandevelde.eu

EBVBA 4F, vast vertegenwoordigd door Stefaan Vandamme Ignace Van Doorselaere Financieel Directeur Voorzitter Directiecomité

FINANCIËLE KALENDER

31.12.2014 Einde boekjaar 2014

08.01.2015 Bekendmaking omzetgegevens 2014

24.02.2015 Bekendmaking jaarresultaten 2014

29.04.2015 Algemene Vergadering der Aandeelhouders

VAN DE VELDE

Van de Velde NV behoort tot de voornaamste marktspelers in de sector van de luxueuze en modieuze dameslingerie. Van de Velde is overtuigd van een langetermijnstrategie gebaseerd op het uitbouwen en de ontwikkeling van de merken rond het concept "Lingerie Styling" (pasvorm, stijl en mode), en dit vooral in Europa en Noord-Amerika.

Talk to a Data Expert

Have a question? We'll get back to you promptly.