Annual Report • Sep 8, 2021
Annual Report
Open in ViewerOpens in native device viewer
DUURZAME WAARDE CREËREN DOOR TE INVESTEREN IN DE INFRASTRUCTUUR VOOR DE WERELD VAN MORGEN
TINC
| TINC IN EEN OOGOPSLAG | 4 | ACTIVITEITEN | 13 | DUURZAAMHEID | 51 |
|---|---|---|---|---|---|
| BRIEF AAN DE AANDEELHOUDERS | 8 | PUBLIEKE INFRASTRUCTUUR | 14 | RESULTATEN 2020-2021 | 53 |
| INVESTERINGSTHEMA'S 12 |
ENERGIE INFRASTRUCTUUR | 24 | CORPORATE GOVERNANCE VERKLARING |
63 | |
| DIGITALE INFRASTRUCTUUR | 35 | JAARREKENING | 78 | ||
| ONDERSTEUNEND VASTGOED | 42 | COLOFON | 139 |
KERNCIJFERS 2020-2021 KERNCIJFERS 2020-2021 33% 4% GEDIVERSIFIEERDE PORTEFEUILLE PER ACTIVITEIT (FV) PER LAND (FV) € % Publieke Infrastructuur Energie Infrastructuur Digitale Infrastructuur Ondersteunend Vastgoed België Nederland Ierland 33% 30% 19% 18% in miljoen in
(in miljoen €)
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
63%
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
EIGEN VERMOGEN (NAV)
REËLE WAARDE (FV) PORTEFEUILLE
KERNCIJFERS 2020-2021
KERNCIJFERS 2020-2021
KERNCIJFERS 2020-2021
(in miljoen €)
GEWOGEN GEMIDDELDE VERDISCONTERINGSVOET
7,59%
PORTEFEUILLERESULTAAT
36,5 (in miljoen €)
NETTO-RESULTAAT PER AANDEEL
€ 0,85
UITKERING PER AANDEEL
BEURSKOERS PER EINDE BOEKJAAR
€ 12,50
MARKTKAPITALISATIE (in miljoen €)
| KERNCIJFERS (IN '000 €) | JUN 2017 | JUN 2018 | JUN 2019 | JUN 2020 | JUN 2021 |
|---|---|---|---|---|---|
| Marktkapitalisatie | 255.375 | 327.273 | 347.727 | 469.091 | 454.545 |
| Eigen vermogen (NAV) | 238.792 | 325.072 | 331.321 | 445.697 | 457.863 |
| Reële waarde portefeuille (FV) | 177.204 | 243.428 | 267.106 | 340.317 | 396.890 |
| Gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet | 8,25% | 8,26% TINC IN EEN OOGOPSLAG |
7,94% | 7,82% | 7,59% |
| Liquide middelen | 58.670 | 75.710 | 61.728 | VIJFJAREN OVERZICHT 103.269 |
60.257 |
| Investeringen | 47.516 | 65.459 | 17.496 | 86.077 | 47.871 |
| Portefeuilleresultaat | 12.716 | 20.275 | 24.807 | 22.503 | 36.479 |
| Kasontvangsten uit portefeuille | 11.059 | 19.510 | 18.626 | 35.418 | 27.778 |
| Netto resultaat | 10.686 | 19.334 | 20.259 | 17.842 | 31.071 |
| Totale uitkering | 8.284 | 13.364 | 13.636 | 18.545 | 18.909 |
| Kostenratio | 0,76% | 1,01% | 1,14% | 0,87% | 0,98% |
| PER AANDEEL | JUN 2017 | JUN 2018 | JUN 2019 | JUN 2020 | JUN 2021 |
| Aantal aandelen (einde periode) | 20.454.546 | 27.272.728 | 27.272.728 | 36.363.637 | 36.363.637 |
| NAV per aandeel | 11,67 | 11,92 | 12,15 | 12,26 | 12,59 |
| Netto resultaat per aandeel | 0,52 | 0,87 | 0,74 | 0,55 | 0,85 |
| Uitkering per aandeel (gewogen) | 0,48 | 0,49 | 0,50 | 0,51 | 0,52 |
| Beurskoers per einde periode | 12,49 | 12,00 | 12,75 | 12,90 | 12,50 |
| Bruto rendement uitkering t.o.v. beurskoers | 3,84% | 4,08% | 3,92% | 3,95% | 4,16% |
| Bruto rendement op eigen vermogen (NAV) | 4,94% | 6,21% | 6,03% | 5,01% | 6,89% |
TINC participeert in bedrijven die actief zijn in het realiseren en uitbaten van infrastructuur. TINC wil duurzame waarde creëeren door te investeren in de infrastructuur voor de wereld van morgen.
In december 2007 werd TINC opgericht als een investeringsmaatschappij op initiatief van Belfius en Gimv en noteert sedert 12 mei 2015 op Euronext Brussels. Als beursgenoteerde investeringsmaatschappij beschikt TINC over een platform voor de verdere financiering van haar groei. Dit platform is toegankelijk voor zowel particuliere als institutionele beleggers en laat hen toe om op een liquide, transparante en gediversifieerde wijze te beleggen in kapitaalintensieve infrastructuur.
TINC is momenteel actief in België, Nederland en Ierland, en beoogt een verdere geografische expansie naar andere Europese regio's, bij voorkeur via gevestigde en beproefde samenwerkingsverbanden met industriële, operationele of financiële partners.
KOOLSTOFARME WERELD
DIGITALISERING
BUILDING BACK BETTER
ZORG EN WELZIJN
PUBLIEKE INFRASTRUCTUUR
ENERGIE INFRASTRUCTUUR
DIGITALE INFRASTRUCTUUR
ONDERSTEUNEND VASTGOED
• Kapitaalintensieve investeringen in activa met een lange termijn karakter
• Hoge mate van zichtbaarheid op de inkomsten en kosten op langere termijn op basis van langlopende overeenkomsten, een strategische marktpositie of een gereguleerd kader
• Betrokkenheid doorheen de levenscyclus van de infrastructuur met een buy & hold investeringsbenadering
• Dragen bij tot het uitkeringsbeleid van TINC
BIJKOMENDE PARTICIPATIE IN AUTOWEG PPS A15 MAASVLAKTE-VAANPLEIN September 2020
RAAD VAN TOEZICHT TINC VERWELKOMT 4 NIEUWE LEDEN Februari 2021
DATACENTER UNITED VERWERFT UNIEKE TIER IV KWALITEIT CERTIFICAAT April 2021
GLASDRAAD VOORZIET 10.000STE KLANT VAN SUPERSNEL INTERNET Juni 2021
TINC WORDT NAAMLOZE VENNOOTSCHAP Oktober 2020
START BOUW WINDPARK KRONINGSWIND November 2020
PPS SOCIALE HUISVESTING IERLAND – OPLEVERING NIEUWE WOONEENHEDEN April 2021
BIJKOMENDE PARTICIPATIE IN DE ZORGRESIDENTIES VAN RÉSEAU ABILIS Mei 2021
STORM VLAANDEREN BOUWT EERSTE SUBSIDIEVRIJE WINDPARK Juni 2021
7 TINC Jaarverslag 2020-2021
We zijn verheugd om U het jaarverslag van TINC voor te stellen na een jaar vol activiteit en groei tegen een achtergrond van de strenge en verlengde maatregelen in de strijd tegen Covid-19. De spreiding van onze activiteiten over verschillende gediversifieerde focusgebieden met een eigen dynamiek, heeft de impact van de Covid-19 gezondheidscrisis op de portefeuille van TINC evenwel beperkt. TINC kan dan ook uitstekende jaarresultaten aankondigen met voor het vijfde jaar op rij een verhoging van de uitkering aan de aandeelhouders tot € 0,52 per aandeel.
Ook het voorbije jaar verliep tegen de achtergrond van de evoluerende Covid-19 gezondheidscrisis. De investeringsportefeuille blijft een sterke operationele en financiële veerkracht tonen, onder meer dankzij het robuuste en vaak langjarig gecontracteerd verdienmodel van het merendeel van de participaties van TINC. Participaties bleven het voorbije jaar overwegend functioneren zonder materiële onderbrekingen of noemenswaardige problemen. In voorkomend geval werd de operationele continuïteit geherevalueerd en aangepast in lijn met de opgelegde Covid-19 maatregelen. Dit vindt plaats in overleg met de verschillende belanghebbenden zoals overheden, klanten en gebruikers, en onderhoudspartijen en leveranciers. Verder worden reguliere onderhoudstaken soms uitgesteld of op een later tijdstip ingepland met het oog op de gezondheid en de veiligheid van onderhoudspartijen en de gebruikers van de infrastructuur.
De evolutie van de stroomprijs is een belangrijk aandachtspunt. De korte termijn stroomprijs kende een sterke stijging naar het einde van het boekjaar toe. Daarentegen vertoonden de projecties van de lange-termijn stroomprijzen slechts een licht herstel na de initiële scherpe daling in de nasleep
van de eerste Covid-19 golf, maar ze bevinden zich nog steeds op een relatief laag niveau. TINC houdt hiermee rekening bij haar langjarige toekomstprojecties en de waardering van haar wind- en zonneparken. Voorts heeft TINC een aantal participaties met infrastructuur in ontwikkeling en realisatie. De verwachting is dat de Covid-19 maatregelen de succesvolle realisatie ervan niet in de weg staan.
De nettowinst over het voorbije boekjaar bedraagt € 31,1 miljoen of € 0,85 per aandeel, een significante stijging van 74,1% ten opzichte van het vorige boekjaar. Deze toename van de nettowinst is het gevolg van het uitstekend portefeuilleresultaat dat met € 36,5 miljoen een stijging kent van 62,1% ten opzichte van het vorige boekjaar. De toename van het portefeuilleresultaat is de resultante van de groei van de portefeuille en van nieuwe investeringen, van de globaal goede prestaties van de participaties en van stijgende marktprijzen voor infrastructuur.
Op basis van dit uitstekend jaarresultaat stelt TINC een uitkering aan haar aandeelhouders voor van
TINC zal verder blijven inzetten op diversificatie van haar portefeuille, met aandacht voor participaties met een inkomstenmodel dat een positieve correlatie vertoont met de evolutie van inflatie.
PHILIP MAEYAERT, CHAIRMAN OF THE SUPERVISORY BOARD
€ 0,52 per aandeel. Dit is een toename van 2,0% ten opzichte van het vorige boekjaar en van 11,2% ten opzichte van de uitkering ten tijde van de beursgang in 2015. De uitkering vertegenwoordigt een bruto rendement van 4,16% op de slotkoers van het aandeel op het einde van het voorbije boekjaar, en wordt ook volledig gedekt door kasstromen die TINC ontvangt uit de investeringsportefeuille.
Het investeringsbeleid van TINC haalt haar inspiratie uit een aantal ingrijpende maatschappelijke thema's. Deze omvatten de ambitie om betere toekomstbestendige infrastructuur te realiseren die in alle opzichten duurzaam is ("Building Back Better"), de overgang naar een koolstofarme samenleving, de doorgedreven digitalisering van de maatschappij en de groeiende aandacht voor zorg en welzijn. Deze evoluties vormen voor TINC het kader voor investeringen met impact in publieke infrastructuur, energie infrastructuur, digitale infrastructuur en ondersteunend vastgoed.
Het voorbije jaar bouwde TINC haar groeistrategie verder uit met € 47,9 miljoen aan investeringen waarvan € 37,5 miljoen geïnvesteerd in participaties onder uitstaande gecontracteerde investeringstoezeggingen. Dit betreft investeringen in het windpark Kroningswind, bijkomende investeringen in de windparken van Storm Vlaanderen, investeringen in nieuwe bijkomende zorgcentra van het netwerk voor personen met een mentale beperking Réseau Abilis, en bijkomende groeiinvesteringen in het glasvezelbedrijf GlasDraad en in Datacenter United. Daarnaast heeft TINC een bijkomend belang verworven in het Nederlandse publiek-private samenwerkingsverband A15 Maasvlakte-Vaanplein (€ 3,6 miljoen) en bijkomend geïnvesteerd in de zorgcentra van Réseau Abilis (€ 6,8 miljoen).
TINC zal verder blijven inzetten op diversificatie van haar portefeuille, met aandacht voor participaties met een inkomstenmodel dat een positieve correlatie vertoont met de evolutie van inflatie.
De reële waarde van de investeringsportefeuille bedraagt € 396,9 miljoen op het einde van het voorbije boekjaar. De toename van de reële waarde met € 56,6 miljoen – een stijging van 16,6% ten opzichte van het vorige boekjaar – is het resultaat van investeringen in bestaande en nieuwe participaties (€ 47,9 miljoen), terug– betalingen uit participaties (€ 4,3 miljoen) en een stijging van de reële waarde van de portefeuille (€ 12,5 miljoen). Deze laatste stijging is voornamelijk het resultaat van de daling van de verdisconteringsvoeten (onder meer voor participaties in Publieke infrastructuur en Energie infrastructuur). De reële waarde van de investeringsportefeuille wordt bepaald door toepassing van een verdisconteringsvoet op de toekomstige kasstromen van elke individuele participatie. De gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet bedraagt 7,59% op het einde van het voorbije jaar (7,82% op het einde van het vorige boekjaar). De daling van de gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet is een reflectie van hogere marktprijzen voor kwalitatieve infrastructuur. De verhouding tussen de vier focusgebieden in
de portefeuille vertoont een mooie spreiding met publieke infrastructuur (33%), energie infrastructuur (30%), digitale infrastructuur (19%) en ondersteunend vastgoed (18%).
TINC heeft op het einde van het boekjaar nog voor € 25,0 miljoen aan uitstaande gecontracteerde investeringstoezeggingen waaraan op termijn uitvoering wordt gegeven. Door de combinatie van de huidige participaties en de uitstaande gecontracteerde investeringstoezeggingen evolueert de portefeuille van TINC op termijn tot circa € 420 miljoen.
TINC heeft € 60,3 miljoen aan kasmiddelen op het einde van het boekjaar. Deze kasmiddelen zijn beschikbaar om te voldoen aan de uitvoering van haar uitstaande gecontracteerde investeringstoezeggingen en voor algemene investeringsdoeleinden. Met een solide en schuldenvrije balans, beoogt TINC haar kapitaalstructuur verder te ontwikkelen ter ondersteuning van de groei-ambities met aandacht voor duurzaamheidsoverwegingen.
PHILIP MAEYAERT Chairman of the Supervisory Board MANU VANDENBULCKE CEO
Sinds de beursgang in 2015 is de reële waarde van de investeringsportefeuille van TINC op een gediversifieerde wijze gegroeid van circa € 100 miljoen tot circa € 400 miljoen.
MANU VANDENBULCKE, CEO
Maatschappelijke relevantie en duurzaamheid zijn belangrijke overwegingen voor TINC als uitgesproken lange-termijn investeerder in infrastructuur die gestalte geeft aan de wereld van morgen. Via haar investeringsbeleid en haar participaties ambieert TINC bij te dragen aan een koolstofarme, gezonde, verbonden, veilige en welvarende samenleving. TINC blijft deze ambitie verder concretiseren in haar duurzaamheidsstrategie bij de identificatie van opportuniteiten en de opvolging van haar participaties.
Op de buitengewone algemene vergadering van 21 oktober 2020 werden de statuten van TINC aangepast aan de bepalingen van het nieuwe wetboek van vennootschappen en verenigingen. Daarbij werd TINC, als commanditaire vennootschap op aandelen, omgezet in een naamloze vennootschap met als enige bestuurder TINC Manager NV (voorheen zaakvoerder), een vennootschap met een duaal bestuur bestaande uit een Raad van Toezicht en een directieraad. De voormalige Raad van Bestuur werd hervormd tot een Raad van Toezicht, en uitgebreid tot 9 leden, waarvan 4 dames en 5 heren, en met een meerderheid (5) aan onafhankelijke leden.
In oktober 2020 betreurde TINC het overlijden van haar voorzitter, Jean-Pierre Blumberg. We zijn dankbaar voor de goede samenwerking en de rol die hij als voorzitter vervuld heeft sedert de beursgang van TINC. De heer Philip Maeyaert neemt sinds februari 2021, in opvolging van de heer Jean-Pierre Blumberg, het voorzitterschap waar. De Raad van Toezicht verwelkomde verder als nieuwe leden mevrouw Katja Willems (op voordracht van Belfius), mevrouw Helga van Peer (onafhankelijk lid) en mevrouw Kathleen Defreyn (onafhankelijk lid). De heer Bart Fransis heeft in september 2020 ontslag genomen als bestuurder. We danken hem graag voor zijn bijdrage aan de ontwikkeling van TINC.
Sinds de beursgang in 2015 is de reële waarde van de investeringsportefeuille van TINC op een gediversifieerde wijze gegroeid van circa € 100 miljoen tot circa € 400 miljoen. TINC heeft hiermee bewezen te beschikken over de vaardigheden en middelen om haar groei-ambities op een rendabele manier vorm te geven. TINC ondervindt overwegend beperkte gevolgen van de Covid-19 gezondheidscrisis en heeft goede vooruitzichten om relevant én rendabel te blijven investeren in cruciale maatschappelijke transities. Vanuit haar historische kernlanden België en Nederland zal TINC selectief ook opportuniteiten opvolgen in andere Europese landen die een meerwaarde betekenen.
Chairman of the Supervisory Board
CEO
KOOLSTOFARME WERELD
DIGITALISERING
BUILDING BACK BETTER ZORG EN WELZIJN
397
(in miljoen €)
MET EEN REËLE WAARDE VAN
14 TINC Jaarverslag 2020-2021
TINC investeert sinds haar oprichting in Publieke Infrastructuur zoals wegen, openbaar vervoer, sociale woningen en detentiecentra. Publieke Infrastructuur vormt de noodzakelijke ruggengraat voor het goed functioneren van elke moderne samenleving. TINC geeft hiermee vorm aan de ambitie om toekomstgerichte publieke infrastructuur te realiseren.
Investeringen in Publieke Infrastructuur nemen gebruikelijk de vorm aan van een participatie in een publiek-privaat samenwerkingsverband (PPS) waarbij een consortium van industriële en financiële partners Publieke Infrastructuur ontwerpt, bouwt en financiert en gedurende een contractueel vastgelegde periode onderhoudt en ter beschikking stelt aan een publieke partner tegen een vergoeding. Op het einde van de overeenkomst wordt de verantwoordelijkheid voor de infrastructuur overgedragen aan de publieke partner.
De PPS-participaties ontvangen gedurende de looptijd van de overeenkomst een vaste vergoeding van publieke overheden voor de beschikbaarheid van de infrastructuur. Deze vergoeding is niet gekoppeld aan het effectieve gebruik van de infrastructuur. De periodieke vergoeding dekt, naast de operationele kosten voor de instandhouding van de infrastructuur, tevens de kosten die gemoeid zijn met de financiering van de realisatie van de infrastructuur. De financiering omvat zowel vreemd vermogen van leninggevers als de inbreng van eigen vermogen door TINC.
Dit laatste is een wezenlijk onderdeel van de PPS-structuur, waarmee TINC haar partners in deze projecten in staat stelt om zich te concentreren op de ontwikkeling, de realisatie en het onderhoud.
Zowel vanuit de publieke partner als vanuit TINC is er voortdurende aandacht om de infrastructuur te verduurzamen. Naast de initiële aandacht voor ESG in het ontwerp, worden er bij verschillende participaties inmiddels concrete verdere maatregelen doorgevoerd: van beleidskaders en monitoring middels internationale standaarden via concrete energiebesparende maatregelen als LED verlichting tot opwekking van wind- en zonne-energie op het projectterrein.
In een complexe en uitdagende maatschappij moet Publieke Infrastructuur noodzakelijk mee-evolueren. Dit vereist belangrijke investeringen en biedt groeimogelijkheden voor TINC.
Daartoe volgt TINC de ontwikkelingen rond publieke aanbestedingen en publiek-private financiering nauw op in samenwerking met haar partners.
Publieke Infrastructuur
Overig
REËLE WAARDE (FV)
7,00% GEWOGEN GEMIDDELDE VERDISCONTERINGSVOET
17 TINC Jaarverslag 2020-2021
TINC is actief als investeerder tijdens de volledige levenscyclus van Publieke Infrastructuur: van ontwikkeling en ontwerp, over de bouw, tot het onderhoud en de operaties. Voor de realisatie en het onderhoud werkt TINC samen met lokale en internationale aannemersgroepen.
Alle projecten betreffen publiek-private samenwerkingen op basis van beschikbaarheidsvergoedingen, meestal in een DBFM(O)-contractvorm. Op deze manier heeft TINC tot op heden bijgedragen tot de realisatie van ongeveer € 2 miljard aan vitale Publieke Infrastructuur.
| LAND | PARTICIPATIE | CATEGORIE | PUBLIEKE TEGENPARTIJ |
STATUS | RESTERENDE CONTRACT DUUR |
INDUSTRIËLE PARTNERS |
|---|---|---|---|---|---|---|
| BELGIË | VIA A11 | Vlaams Gewest | operationeel | 26 | Jan De Nul NV, Willemen NV (Franki, Answebo), Aclagro NV en Algemene Aannemingen Van Laere NV |
|
| VIA R4 GENT | Vlaams Gewest | operationeel | 23 | Besix NV, Stadsbader NV en Eiffage SA | ||
| Brabo I | Vlaams Gewest | operationeel | 26 | Besix NV, Frateur-De-Pourcq NV en Willemen NV (Franki) |
||
| L'Hourgnette | Federale overheid | operationeel | 17 | Eiffage SA en Sodexo | ||
| NEDERLAND | Prinses Beatrixsluis | De Staat der Nederlanden |
operationeel | 25 | Besix NV, Jan De Nul NV, Heijmans Infra BV, Agidens Infra Automation NV en Martens & Van Oord Aannemingsbedrijf BV |
|
| A15 Maasvlakte Vaanplein |
De Staat der Nederlanden |
operationeel | 14 | Ballast Nedam Infra BV, Strukton BV en Strabag |
||
| IERLAND | Sociale Huisvesting Ierland |
Dublin City Council | in realisatie | 25 | Choice Ltd en John Sisk & Son |
| (IN '000 €) | 30 JUNI 2020 | 30 JUNI 2021 | |
|---|---|---|---|
| Portefeuilleresultaat | 11.156 | 15.347 | |
| Kasstromen uit participaties | 8.980 | 10.579 | |
| Reële waarde (FV) participaties | 123.628 | 131.966 | |
| Gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet | 7,50% | 7,00% | |
| 30 JUNI 2021 | |||
| Gewogen gemiddelde schuldgraad (%) | 75,0% | ||
| Gewogen gemiddelde resterende looptijd schuld (in jaren)1 | 22 | ||
| Gewogen gemiddelde resterende contractduur (in jaren) | 23 | ||
| 1 Volledig afbouwend met vaste interestvoet. | |||
De Prinses Beatrixsluis is de grootste, monumentale binnenvaartsluis van Nederland en ligt in het Lekkanaal dat de belangrijkste verbinding is tussen de havens van Rotterdam en Amsterdam. Jaarlijks passeren er zo'n 50.000 schepen.
Door het toegenomen waterverkeer en de schaalvergroting in de binnenvaart (ter ontlasting van verkeer over de weg) dreigde de Prinses Beatrixsluis een knelpunt te worden. Door de renovatie van de twee bestaande kolken en de aanleg en ingebruikname van een derde kolk zijn de wachttijden voor schippers sindsdien tot nagenoeg nul teruggebracht.
TINC investeert met haar participatie Sociale Huisvesting Ierland in de eerste bundel van het Sociale Huisvestingsprogramma dat de Ierse overheid aankondigde in 2015 en dat de realisatie van 1.500 bijkomende sociale wooneenheden beoogt.
De publiek-private samenwerking met het departement van huisvesting en Dublin City Council omvat 534 wooneenheden op 6 verschillende locaties aan de oostkust van Ierland, in de omgeving van Dublin. Het project met een realisatiewaarde van circa € 120 miljoen ontvangt een vergoeding voor de terbeschikkingstelling van de wooneenheden tijdens de 25-jarige looptijd van de overeenkomst.
24 TINC Jaarverslag 2020-2021
TINC investeert sinds jaar en dag in de energietransitie via haar hernieuwbare energie participaties en zet hiermee voluit in op de overgang naar een koolstofarme samenleving.
De hernieuwbare energie participaties halen inkomsten uit de verkoop van de geproduceerde stroom, vergoedingen uit steunmaatregelen of een combinatie van beiden. Het resultaat wordt sterk bepaald door de stroomproductie, de evolutie van de korte en lange-termijn stroomprijzen en de hoogte van de vergoeding uit steunmaatregelen. Er is een trend bij de ontwikkeling van toekomstige wind en zonneparken richting een afname van steunmechanismes voor groene stroom en een groter aandeel van inkomsten die voortkomen uit de verkoop van de geproduceerde groene stroom. De verwachting is tevens dat in de toekomst de verkoop van de geproduceerde stroom vaker dan voorheen gebeurt via rechtstreekse afname contracten met industriële of andere gebruikers eerder dan het louter injecteren van de stroom op het elektriciteitsnet.
TINC is overtuigd dat een sterk en ondersteunend Europees en nationaal beleid het kader zal vormen voor belangrijke investerings- en groeimogelijkheden. WIND OP LAND
De energietransitie zal enorm veel investeringen vergen zowel op het vlak van de uitbouw van een groen productiepark en de omgang met kernenergie als de opslag en distributie van de geproduceerde stroom. TINC is overtuigd dat een sterk en ondersteunend Europees en nationaal beleid – met o.a. de Green Deal – het kader zal vormen voor belangrijke investerings- en groeimogelijkheden op het vlak van energie infrastructuur.
WIND OP ZEE ZONNESTROOM
stroomprijzen ("spotprijzen") worden afhankelijk van het toepasselijke ondersteuningsmechanisme grotendeels geneutraliseerd door een aanpassing van het bedrag aan steun.
De productie van de eerste stroom wordt verwacht op het einde van 2022.
TINC is een actieve investeerder in hernieuwbare energie. De participaties omvatten windparken op land en zonneparken in België, Nederland en Ierland met een vermogen van circa 300 MW (waarvan 26 MW zonneparken). Dit is het equivalent van het stroomverbruik van circa 220.000 huishoudens. TINC financiert ook via een achtergestelde lening twee off-shore windparken in België met een geïnstalleerd vermogen van in totaal circa 380 MW.
TINC volgt de ontwikkelingen rond hernieuwbare energie van nabij op, en heeft de ambitie om ook in de toekomst hierin een actieve investeerder te blijven. TINC werkt hierbij samen met gerenommeerde ontwikkelaars en uitbaters van wind- en zonneparken.
| LAND | TECHNOLOGIE | STEUNMECHANISME VOOR GROENE STROOM |
|---|---|---|
| BELGIË | • Windparken op land in Vlaanderen ontvangen voor windparken van voor 1 januari 2013 één groenestroomcertificaat per MWh geproduceerd, met een gegarandeerde minimumprijs per certificaat (niet-geïndexeerd), en dit bovenop de marktprijs. Voor windparken op land van na 2013 wordt een deel van zo'n groenestroomcertificaat per MWh geproduceerd toegekend, zijnde de "bandingfactor", waarbij de bandingfactor elk jaar wordt herzien in functie van de evolutie van de elektriciteitsprijzen in de markt, zijnde lager indien de marktprijs hoger is, en omgekeerd. • Windparken op zee in België ontvangen een gegarandeerde prijs per MWh geproduceerd bovenop de marktprijs. • Zonneparken in Vlaanderen in portefeuille ontvangen één groenestroomcertificaat per MWh (niet-geïndexeerd) geproduceerd, met een gegarandeerde minimumprijs per certificaat, en dit bovenop de prijs overeengekomen met de lokale afnemer en de marktprijs voor het geïnjecteeerde resterend deel. |
|
| NEDERLAND | • Windparken op land in Nederland vallen onder de "Subsidie Duurzame Energie" of "SDE" waarbij een variabel bedrag wordt toegekend per MWh geproduceerd tot een vastgelegd maximaal productieniveau, en dit bovenop een minimale marktprijs. Zolang de marktprijs hoger is dan of gelijk is aan deze minimale marktprijs en lager dan een bepaalde maximum marktprijs, wordt in totaal een vast bedrag per MWh (niet-geïndexeerd) ontvangen. |
|
| IERLAND | • Windparken op land in Ierland ontvangen een "Renewable Energy Feed-In Tariff" of "REFIT"-prijs per MWh geproduceerd (geïndexeerd) waarbij de elektriciteit wordt verkocht in de markt, en het verschil tussen de marktprijs en de REFIT-prijs wordt bijgepast. |
KENMERKEN PORTEFEUILLE
KENMERKEN PORTEFEUILLE
PARTICIPATIES ENERGIE INFRASTRUCTUUR
2020
2020
2020
2020
2020
2020
2021
2021
2021
2021
2021
2021
| KERNCIJFERS | ||
|---|---|---|
| (IN '000 €) | 30 JUNI 2020 | 30 JUNI 2021 |
| Portefeuilleresultaat | 1.639 | 9.182 |
| Kasstromen uit participaties | 21.188 | 10.150 |
| Reële waarde (FV) participaties | 102.422 | 117.025 |
| Gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet |
7,53% | 7,29% |
| 30 JUNI 2021 | ||
| Gewogen gemiddelde schuldgraad (%) (exclusief offshore) |
43,4% | |
| Gewogen gemiddelde resterende looptijd schuld (in jaren) (exclusief offshore) |
12 |
INDICATIEVE JAARLIJKSE KASSTROMEN (IN MILJOENEN €) OP 30/06/2021
UITGELICHTE PARTICIPATIE
Storm Vlaanderen versnelt de transitie naar een klimaatneutrale samenleving. Dit wordt gerealiseerd door windparken op land te ontwikkelen, te bouwen en te exploiteren tegen een zo laag mogelijke maatschappelijke kost.
Windpark Kroningswind is een windpark dat wordt gerealiseerd op het eiland Goeree-Overflakkee in Zuid-Holland, Nederland, in agrarisch gebied tussen Stellendam en Middelharnis.
TINC IN EEN OOGOPSLAG VOORWOORD THEMA'S ACTIVITEITEN DUURZAAMHEID RESULTATEN 2020-2021 GOVERNANCE JAARREKENING
35 TINC Jaarverslag 2020-2021
Digitale Infrastructuur staat voor een brede waaier van activa die de ruggengraat vormen van een steeds beter geconnecteerde wereld en waarmee allerhande digitale diensten worden geleverd.
Het zijn de fysieke activa die de digitale wereld onderbouwen, zoals performante glasvezelnetwerken, zendmasten voor mobiele netwerken en faciliteiten voor databeheer en -opslag. De ontwikkeling van Digitale Infrastructuur wordt sterk aangedreven door de niet-aflatende vraag naar technologische diensten en dataopslag.
Digitale Infrastructuur is vaak een belangrijk instrument voor de optimalisatie van klassieke infrastructuur, bijvoorbeeld met smart mobility via geconnecteerde netwerken met real-time gegevensuitwisseling. De maatschappelijke bijdrage van Digitale Infrastructuur is als dusdanig potentieel een meerwaarde voor veel activiteiten, ook voor klassieke infrastructuur. Het kan leiden tot een beter gebruik en benutting.
Een doorgedreven digitalisering van de samenleving staat hoog op de agenda bij de economische herstelplannen na de Covid-19 crisis.
Het verdienmodel van Digitale Infrastructuur bestaat over het algemeen uit inkomsten uit de verhuur van netwerk- of opslagcapaciteit aan een waaier van klanten en gebruikers.
Een doorgedreven digitalisering van de samenleving staat hoog op de agenda bij de economische herstelplannen na de Covid-19 crisis. Dit vereist belangrijke investeringen en is een speerpunt bij de investerings- en groeiambities van TINC.
DATANETWERKEN DATACENTRA
GlasDraad werd in 2017 opgericht op initiatief van TINC met de ambitie om bewoners en ondernemers in het buitengebied in Nederland toegang te geven tot een supersnel, betrouwbaar én betaalbaar glasvezelnetwerk.
Met haar expertise en ervaring, neemt GlasDraad de volledige ontwikkeling en realisatie van de netwerkinfrastructuur voor haar rekening. Glasdraad ambieert een prominente rol bij de verdere uitrol van het supersnelle internet in Nederland en heeft hiertoe samenwerkingen aangegaan met o.a. KPN en Rekam.
GlasDraad realiseert netwerkaansluitingen in functie van de effectieve marktvraag door bewoners en ondernemers die nog niet beschikken over breedband internet. GlasDraad baat deze netwerken vervolgens uit op basis van een "open netwerk"-model. Meerdere dienstverleners kunnen aldus op maat gemaakte "content" en pakketten via het netwerk van GlasDraad aanbieden aan hun klanten. Voor de realisatie en gebruik van de aansluitingen ontvangt GlasDraad recurrente vergoedingen van dienstverleners (Internet Service Providers) die hun diensten over het netwerk aan de eindgebruiker leveren en een vergoeding van de eindgebruiker middels een huis- en gebouwaansluiting.
Glasvezel is een toekomstbestendige technologie en sluit naadloos aan bij de langetermijninvesteringshorizon van TINC.
Het totale netwerk van GlasDraad is geografisch verspreid over Nederland en omvat intussen 12 netwerken die zich in verschillende stadia bevinden (gebouwd, in aanbouw en in vraagbundeling) en die op termijn circa 50.000 huishoudens voorzien van supersnel internet. Met de opbrengst van een succesvolle bankfinanciering beschikt GlasDraad over voldoende middelen om de realisatie van deze netwerken te financieren.
D
BELANG 100%
WWW.GLASDRAAD.NL
Datacenter United is eigenaar en uitbater van drie datacentra in België. Deze datacentra bieden aan een ruime waaier van klanten schaalbare en betrouwbare datacenter colocatie diensten.
Klanten huren bij Datacenter United niet alleen ruimte om hun bedrijfs-kritische applicaties en data in optimale omstandigheden te laten functioneren in beveiligde server racks (colocatie diensten), maar rekenen ook op garanties omtrent beschikbaarheid (uptime) van de infrastructuur. Datacenter United biedt in haar centra in Antwerpen en Brussel haar klanten een volledig dienstenpakket aan, gaande van de fysieke migratie naar het datacenter tot en met alle bijhorende diensten (energievoorziening inclusief back-up, connectiviteit via glasvezel, remote hands & eyes). Klanten betalen hiervoor een vergoeding op basis van contracten met variërende looptijden.
Energiebeheer is verder een belangrijk aandachtspunt: Datacenter United heeft onder meer geïnvesteerd in toestellen voor de recuperatie van warmte.
Datacenter United behaalde in mei 2021 een belangrijke mijlpaal met de certificering van het datacenter in Antwerpen als enige operator in België met het Tier-IV veiligheidsniveau, het hoogst bereikbare niveau.
D
BELANG 75%
| (IN '000 €) | 30 JUNI 2020 | 30 JUNI 2021 | ||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Portefeuilleresultaat | 949 | 4.848 | ||||
| Kasstromen uit participaties | 23 | 360 | ||||
| Reële waarde (FV) participaties | 51.653 | 76.434 | ||||
| Gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet | 9,31% | 8,69% | ||||
| 30 JUNI 2021 | ||||||
| Gewogen gemiddelde schuldgraad (%) | 8,3% | |||||
| Gewogen gemiddelde resterende looptijd schuld (in jaren) | 6 | |||||
REËLE WAARDE IN '000 €
42 TINC Jaarverslag 2020-2021
Ondersteunend vastgoed omvat een verscheidenheid aan gebouwen die een rol van maatschappelijk belang vervullen in de gezondheidssector, op het vlak van welzijn, mobiliteit of ter bevordering van wetenschappelijk onderzoek.
De investering door TINC in ondersteunend vastgoed ontzorgt bedrijven en organisaties. Deze kunnen zich zo concentreren op de kwaliteit van hun kernactiviteiten. Hierdoor stijgt het maatschappelijk rendement van hun activiteit.
Het verdienmodel in ondersteunend vastgoed bestaat uit relatief voorspelbare vergoedingen die meestal gekoppeld zijn aan de inflatie. Deze vergoedingen worden over het algemeen betaald door gespecialiseerde bedrijven en organisaties.
Een gemeenschappelijk kenmerk van participaties in ondersteunend vastgoed is dat TINC geen of slechts beperkt rekening houdt met restwaarde, belang hecht aan periodieke kasstromen, en dat de financiering een afbouwend karakter heeft.
Réseau Abilis omvat een groeiend netwerk van gespecialiseerde residenties die levenslange woonzorg verstrekken aan personen met bijzondere noden op 25 locaties in België (Wallonië en Brussel), Frankrijk en Nederland.
De residenties huisvesten een 1100-tal bewoners met een breed spectrum aan mentale beperkingen. De bewoners verblijven in zorgeenheden gaande van éénpersoonsappartementen tot grotere wooneenheden, afhankelijk van hun autonomie. De ambitie is om de bewoners te integreren in de lokale gemeenschap, hen goede banden te laten onderhouden met familie en verwanten en een kwalitatieve zorg te verzekeren.
De uitbating van de residenties gebeurt door Réseau Abilis dat hiervoor beroep doet op een 700-tal voltijdse medewerkers. Voor de vaak levenslange opvang van de bewoners, ontvangt Réseau Abilis bijdragen van publieke overheden. Réseau Abilis betaalt vervolgens een huurvergoeding aan TINC voor het gebruik van de residenties op basis van een langjarige overeenkomst. Deze vergoeding is gekoppeld aan inflatie.
De Covid-19 gezondheidscrisis vormde een stevige uitdaging, die Réseau Abilis met haar geëngageerde medewerkers het hoofd heeft geboden.
Het voorbije jaar heeft TINC haar participatie in de residenties verhoogd en geïnvesteerd in een aantal bijkomende nieuwe residenties.
TINC bezit tevens een minderheidsparticipatie in de uitbater Réseau Abilis, en heeft zich geëngageerd om middelen ter beschikking te stellen aan Réseau Abilis om nieuwe bijkomende residenties te verwerven.
BELANG 67,5%
WWW.ABILIS.BE
Bioversneller biedt aan biotech- en lifescience bedrijven met belangrijke onderzoeksactiviteiten 18.000 m2 kantoren, laboratoria, vergaderzalen en bijhorende diensten aan op de wetenschapscampus Ardoyen in Zwijnaarde, België.
Het bedrijvencentrum kent historisch een uitstekende bezettingsgraad van zo goed als 100% en huisvest momenteel drie bedrijven Sanofi (Ablynx), Eastman en Aphea.Bio die samen circa 500 personen tewerkstellen in het bedrijvencentrum. Deze gebruikers betalen een vergoeding voor de huisvesting en bijhorende diensten verleend door Bioversneller op basis van een langjarige terbeschikkingstellingsovereenkomst. Deze vergoeding is gekoppeld aan de inflatie.
In overleg met haar gebruikers, streeft het bedrijvencentrum ernaar om haar ecologische voetafdruk verder te optimaliseren. Dit omvat o.a. een project voor de implementatie van energiebesparende maatregelen zoals de installatie van LED-verlichting met multifunctionele sensoren, zonnepanelen, regeling stoomproductie, verbeterd Gebouw Beheer Systeem (BMS). Verder worden voldoende elektrische laadpalen voor auto's en fietsen geïnstalleerd.
Tijdens de Covid-19 gezondheidscrisis waakt Bioversneller erover dat haar gebruikers hun activiteiten onverminderd kunnen voortzetten dankzij o.a. extra veiligheidsmaatregelen.
BELANG 50%
De Haan Vakantiehuizen is eigenaar van 347 vakantiehuisjes in het vakantiepark Center Parcs in De Haan.
Het vakantiepark is gelegen in de Belgische kustgemeente De Haan, op 500 meter van het strand, en omvat een domein van 333 hectare met een groot tropisch waterpark en vrijetijdsactiviteiten zoals winkelen, dineren, bowlen en vele buitensporten. Het vakantiepark wordt operationeel uitgebaat door Pierre & Vacances, de Europese leider op het gebied van toerisme accommodatie en dit onder het label Center Parcs in De Haan.
De Haan Vakantiehuizen ontvangt op basis van een lange-termijn overeenkomst een vaste huurvergoeding van Pierre & Vacances, die voor eigen rekening instaat voor de uitbating, het onderhoud en herstellingen van de vakantiehuisjes. De huurvergoeding is gekoppeld aan de inflatie.
Ten gevolge van de Covid-19 gezondheidsmaatregelen moest het vakantiepark het voorbije jaar een tijdlang de deuren sluiten. In februari 2021 werd het vakantiepark heropend. Pierre & Vacances heeft de nodige maatregelen genomen opdat dit in veilige omstandigheden kan gebeuren.
BELANG 12,5%
Parkeergararage Eemplein is gelegen in het Nederlandse Amersfoort en heeft 625 ondergrondse parkeerplaatsen. Het bovenliggende plein heeft een combinatie van winkels, kantoren, appartementen en recreatie.
Boven de parkeergarage bevinden zich onder meer een Pathé-bioscoop, een administratief centrum, een Albert Heijn, een Mediamarkt en het in maart 2021 opgeleverde appartementencomplex Eemerald. APCOA is verantwoordelijk voor het operationeel en financieel beheer van de parkeergarage.
De inkomsten komen voort uit de verkoop van tickets voor kort parkeren, prepaid parkeerkaarten en abonnementen voor bewoners en bedrijven. De variëteit aan bovenliggende functies te midden van een omgeving in volle ontwikkeling maken de parkeergarage een aantrekkelijke participatie.
Om nu en in de toekomst te kunnen inspelen op de externe factoren die van invloed zijn op de parkeergarage onderneemt Parkeergarage
Eemplein verschillende initiatieven op ESG-beleid. Voorbeelden hiervan zijn het voornemen om de garage van voldoende laadinfrastructuur te voorzien en ruimte aan te bieden voor deel-auto oplossingen. De parkeergarage neemt intussen ook voor 100% groene stroom af.
Het voorbije jaar stond sterk in het teken van de Covid-19 gezondheidscrisis. Er werd snel operationeel ingespeeld op de impact van Covid-19 voor de gezondheid van medewerkers en klanten. Ondanks een terugval in omzet tijdens de periodes van strenge lockdown, heeft de parkeergarage zich financieel weerbaar getoond.
BELANG 100%
| (IN '000 €) | 30 JUNI 2020 | 30 JUNI 2021 | |
|---|---|---|---|
| Portefeuilleresultaat | 8.759 | 7.102 | |
| Kasstromen uit participaties | 5.228 | 6.688 | |
| Reële waarde (FV) participatie | 62.614 | 71.464 | |
| Gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet | 8,31% | 8,02% | |
| 30 JUNI 2021 | |||
| Gewogen gemiddelde schuldgraad (%) | 47,3% | ||
| Gewogen gemiddelde resterende looptijd schuld (in jaren) | 16 | ||
TINC stelt zich als doelstelling bij te dragen aan de infrastructuur van de wereld van morgen. De wereld van morgen is er onmiskenbaar één waar duurzaamheid centraal staat.
Vanuit haar activiteit zelf, met name het investeren in bedrijven die infrastructuur realiseren en uitbaten draagt TINC bij tot de invulling van een heel aantal van de 17 Duurzame Ontwikkelingsdoelen, het referentiemodel vooropgesteld door de Verenigde Naties (UN SDG's). Voorbeelden daarvan zijn te vinden doorheen dit jaarverslag.
TINC heeft een roadmap ontworpen om duurzaamheid op een structurele en zichtbare wijze een plaats te geven in haar organisatie en werking. Daaruit resulteren de volgende concrete stappen op korte termijn:
• Voor elk van de activiteiten werd beoordeeld in welke mate ze bijdragen aan één of meerdere van de UN SDG's.
• De richtlijnen en gedragscodes die TINC als investeerder reeds eerder onderschreef worden gebundeld tot één ESG Policy waarin principes zoals duurzame waardecreatie, de uitsluiting van illegale investeringsdoelen, integriteit en vertrouwen, etc. centraal staan (zie www.tincinvest.com).
| ENVIRONMENTAL | • Emissie van broeikasgassen • Energie en grondstoffenbeheer • Klimaat - risico's en opportuniteiten |
|---|---|
| SOCIAL | • Het welzijn en de veiligheid van medewerkers |
| GOVERNANCE | • Goed bestuur • Risicobeheer • Beheer van bevoorradingsketen |
• De opvolging en uitwerking van het duurzaamheidsbeleid wordt toevertrouwd aan een ESG comité dat werd opgericht in de schoot van de Directieraad van TINC Manager, de Statutaire Bestuurder. Dit comité zal op geregelde tijdstippen rapporteren aan het Auditcomité van de Raad van Toezicht.
In de loop van de volgende boekjaren zal TINC, in overeenstemming met de duurzaamheid roadmap, verdere stappen nemen in het nastreven van duurzaamheid in haar activiteiten. Voor het volgende boekjaar staan alvast de volgende initiatieven gepland:
De nettowinst over het voorbije boekjaar bedraagt € 31,1 miljoen of € 0,85 per aandeel, een significante stijging van 74,1% ten opzichte van het vorige boekjaar. Deze toename van de nettowinst is volledig het gevolg van het uitstekend portefeuilleresultaat dat met € 36,5 miljoen een stijging kent van 62,1% ten opzichte van het vorige boekjaar. De toename van het portefeuilleresultaat is de resultante van de groei van de portefeuille en van nieuwe investeringen, van de globaal goede prestaties van de participaties en van stijgende marktprijzen voor infrastructuur.
De waardering van alle participaties aan hun reële waarde wordt uitgevoerd op semestriële basis en gebeurde in het afgelopen boekjaar, naast deze bij de afsluiting van het afgelopen boekjaar op 30 juni 2021, per 31 december 2020 en dit volgens de toepasselijke waarderingsregels. De waarderingen op tussentijdse basis worden aan een beperkt nazicht onderworpen door de commissaris.
De basis voor de waarderingen zijn de verwachte toekomstige kasstromen gerelateerd aan elke participatie. Deze verwachte kasstromen worden periodiek geëvalueerd aan de hand van algemene en specifieke parameters die eigen zijn aan elke participatie. Vervolgens worden ze waar nodig geactualiseerd. Een belangrijk deel van de kasstromen
kan vrij goed worden ingeschat op basis van afgesloten langetermijncontracten, het toepasselijk regelgevend kader of de strategische positie van de infrastructuur. De reële waarde van een participatie is het resultaat van de verdiscontering van deze verwachte toekomstige kasstromen aan een marktconforme verdisconteringsvoet.
Op 30 juni 2021 bedraagt de gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet van de portefeuille 7,59% (7,82% op 30 juni 2020). De individuele verdisconteringsvoeten van de participaties variëren tussen 6,74% en 9,25%.
De markt voor kwaliteitsvolle infrastructuur blijft intens bevraagd, en dit vertaalde zich ook tijdens het afgelopen jaar in een verdere daling van de toepasselijke verdisconteringsvoeten. TINC heeft in lijn met deze marktevolutie onder meer de verdisconteringsvoet voor haar participaties in Publieke Infrastructuur en Energie Infrastructuur aangepast zoals blijkt uit de tabel hieronder:
| PERIODE EINDIGEND OP: | 30 JUNI 2020 | 30 JUNI 2021 |
|---|---|---|
| Publieke Infrastructuur | 7,50% | 7,00% |
| Energie Infrastructuur | 7,53% | 7,29% |
| Digitale Infrastructuur | 9,31% | 8,69% |
| Ondersteunend Vastgoed | 8,31% | 8,02% |
| Gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet | 7,82% | 7,59% |
De grafiek hieronder geeft de evolutie weer van de reële waarde (FV) van de portefeuille in het afgelopen boekjaar (in k€).
In het afgelopen boekjaar is de reële waarde van de portefeuille toegenomen met € 56,6 miljoen tot € 396,9 miljoen (+16,6%). Deze stijging is voornamelijk het resultaat van:
onderliggend aan de door TINC verwachte kasstromen uit de participaties (ook rekening houdend met de intussen ontvangen kasstromen), en door de tijdswaarde van de toekomstig verwachte kasstromen.
DIVERSIFICATIE VAN DE PORTEFEUILLE
PERFORMANCE
RESULTATEN RESULTATEN 2020-2021
Het portefeuilleresultaat over het afgelopen boekjaar van € 36,5 miljoen bestaat uit twee componenten:
Na kosten resulteert dit portfolioresultaat in een nettoresultaat van € 31,1 miljoen. Dit is een stijging van 74,1% in vergelijking met vorig boekjaar.
TINC heeft tijdens het afgelopen boekjaar in totaal € 27,8 miljoen aan kasstromen vanuit haar participaties ontvangen:
De kasstromen dekken ruimschoots de voorgestelde uitkering van € 18,9 miljoen aan de aandeelhouders.
De daling van de kasstromen ten opzichte van het vorige boekjaar houdt verband met éénmalige herfinancieringopbrengsten die TINC tijdens het vorige boekjaar heeft ontvangen van haar participatie in Storm Ierland.
| PERIODE EINDIGEND OP: ('000 €) |
30 JUNI 2020 12 maanden |
30 JUNI 2021 12 maanden |
|---|---|---|
| Reële waarde participaties | 340.317 | 396.890 |
| Uitgestelde belastingen | 2.314 | 1.163 |
| Kasmiddelen | 103.269 | 60.257 |
| Overige | (203) | (446) |
| Netto-actief waarde (NAV) | 445.697 | 457.863 |
| Netto-actief waarde per aandeel (€)* | 12,26 | 12,59 |
* Gebaseerd op het totaal aantal uitstaande aandelen op 30/06/2021 (36.363.637) en 30/06/2020 (36.363.637).
Het eigen vermogen (NAV) bedraagt € 457,9 miljoen of € 12,59 per aandeel (een stijging van 2,7% ten opzichte van de NAV per aandeel van € 12,26 op 30 juni 2020). De NAV is de som van de reële waarde (FV) van de portefeuille (€ 396,9 miljoen), een uitgestelde belastingvordering (€ 1,2 miljoen), netto kasmiddelen (€ 60,3 miljoen) en ander werkkapitaal (€ -0,4 miljoen).
In het afgelopen boekjaar nam de reële waarde van de portefeuille toe met € 56,6 miljoen tot € 396,9 miljoen, of een stijging van 16,6%.
De daling van de uitgestelde belastingen is het resultaat van afschrijvingen in BGAAP van een aantal geactiveerde kosten gerelateerd aan de beursgang en de daaropvolgende kapitaalverhogingen, en van de (gedeeltelijke) aanwending van de uitstaande overgedragen fiscale verliezen.
TINC is schuldenvrij.
Op de algemene vergadering van 20 oktober 2021 wordt een uitkering aan de aandeelhouders voorgesteld ten belope van € 0,52 per aandeel. Deze uitkering neemt de vorm van een combinatie van een dividend en een kapitaalvermindering. Het voorgestelde bedrag van het dividend is gelijk aan € 0,07 per aandeel (of 13,5% van de uitkering), dat van de kapitaalvermindering gelijk aan € 0,45 per aandeel (of 86,5% van het totale uitgekeerde bedrag). De kapitaalvermindering behoeft een beslissing van de buitengewone algemene vergadering met een quorum en bijzondere meerderheid.
De totale uitkering bedraagt € 18.909.091, bestaande uit een dividend van € 2.545.455 en een kapitaalvermindering van € 16.363.637.
Er zijn geen vermeldenswaardige gebeurtenissen na verslaggevingsdatum.
In de uitvoering van haar activiteiten als investeringsmaatschappij is TINC onderhevig aan risico's zowel op het niveau van TINC zelf als op het niveau van de participaties waarin TINC investeert.
Binnen het raamwerk uitgewerkt door de Raad van Toezicht, op voorstel van de Directieraad en op advies van het Audit Comité, voor risicobeheer, interne controle en de naleving van wetten en regels, is de Directieraad verantwoordelijk voor het risicobeheer. Risico's worden beheerd via een proces van doorlopende identificatie, inschatting, evaluatie en mitigatie. Minstens éénmaal per jaar rapporteert de Directieraad aan de Raad van Toezicht over de algemene en financiële risico's en de beheers- en controlesystemen.
De volgende, belangrijkste risico's kunnen worden onderscheiden.
TINC heeft als doel waarde te creëren door te investeren in infrastructuurbedrijven die kasstromen genereren voor TINC. TINC is daarbij afhankelijk van de mogelijkheden die haar participaties hebben om de verwachte kasstromen te realiseren en effectief uit te keren aan TINC. Macro-economische en conjuncturele omstandigheden, wijzigende regelgeving of politieke ontwikkelingen kunnen dit beperken of verhinderen. TINC besteedt de nodige aandacht aan het opvolgen van de algemene economische situatie en marktevoluties om de impact op haar inkomsten tijdig te kunnen inschatten en waar mogelijk te voorkomen. Een verdere diversificatie qua geografie, subsectoren en verdienmodellen van haar participaties moet verhinderen dat TINC in te grote mate afhankelijk wordt van wijzigingen in het beleids- en wettelijk kader of conjuncturele factoren in één bepaalde regio, sector of business.
Voor nieuwe participaties is TINC aangewezen op de aanwezigheid van investeringsopportuniteiten in de markt tegen voldoende aantrekkelijke voorwaarden. Het risico bestaat dat dergelijke opportuniteiten onvoldoende of op een onvoldoende gediversifieerde wijze aanwezig zijn.
TINC heeft zich op contractuele wijze verbonden tot een aantal financiële engagementen bij bestaande en toekomstige participaties. Dit betreft enerzijds toezeggingen om bijkomend te investeren in bestaande participaties, en anderzijds toezeggingen om op een later tijdstip nieuwe participaties te verwerven. Hieraan is een zeker liquiditeitsrisico verbonden.
TINC stemt haar financiering af op de lopende financiële toezeggingen. De financiering van investeringen kan gebeuren onder de vorm van uitgifte van nieuwe aandelen en/of een kredietfaciliteit (of een combinatie van beiden) die haar de flexibiliteit biedt om soepel in te spelen op investeringsopportuniteiten.
De participaties waarin TINC investeert zijn in meer of mindere mate onderhevig aan onder meer financiële, operationele, regulatoire en commerciële risico's.
Wat betreft de financiële risico's zijn de participaties onder meer onderhevig aan een kredietrisico ten aanzien van de tegenpartijen waarvan ze hun inkomsten moeten ontvangen. In vele gevallen is de tegenpartij de overheid of een met de overheid gelieerde partij (PPS, energie-subsidieregelingen) of een bedrijf van een aanzienlijke omvang, waardoor het risico beperkt wordt.
Het liquiditeitsrisico, m.n. het niet voor handen zijn van benodigde kasmiddelen, en het renterisico, waarbij kasstromen naar TINC ten gevolge van stijgende rentevoeten aangetast zouden worden door een hogere rentelast, worden opgevangen door de financiering zoveel mogelijk vast te leggen voor een langere duur (o.a. via indekkingsstrategieën).
Wisselkoersrisico is vandaag niet aanwezig bij de participaties aangezien alle ontvangsten en financiële verplichtingen in euro zijn.
Wijzigingen in de regelgeving omtrent steunregelingen, of in de fiscale of juridische behandeling van (investeringen in) infrastructuur kunnen een negatieve invloed hebben op de resultaten van de participaties en bijgevolg ook op de kasstromen richting TINC.
Een belangrijk deel van de participaties is actief in een gereguleerde omgeving (bijvoorbeeld energie-infrastructuur, publiek-private samenwerkingen en zorg) en geniet van ondersteunende mechanismes (bijvoorbeeld groenstroomcertificaten). Infrastructuur is verder onderworpen aan specifieke regelgeving zoals gezondheids-, veiligheids- en milieuregels.
Aan zorginstellingen zoals gespecialiseerde residenties voor personen met bijzondere noden zijn specifieke risico's verbonden. Bestaande vergunningen zouden mogelijks niet-hernieuwd, opgeschort of ingetrokken kunnen worden. Voorts zijn de aangerekende tarieven gereguleerd waardoor een ongunstige wijziging van het sociale en uitkeringsbeleid een negatieve impact kan hebben op de resultaten.
De participaties zijn onderworpen aan verschillende fiscale wetgevingen. TINC structureert en beheert haar bedrijfsactiviteiten op basis van de geldende fiscale wetgeving en boekhoudkundige praktijken en normen.
Een wijziging, verstrenging of striktere handhaving van deze regelgeving kan een impact hebben op de inkomsten of kunnen bijkomende kapitaaluitgaven of bedrijfskosten met zich brengen, en kan bijgevolg de resultaten, de kasstromen naar TINC en het rendement aantasten.
Zowat het grootste operationele risico is dat de infrastructuur niet of niet voldoende beschikbaar is, of niet of niet voldoende produceert. Om dit te voorkomen doen de participaties een beroep op toeleveranciers en onderaannemers die zorgvuldig geselecteerd worden op basis van onder meer hun ervaring, kwaliteit van geleverd werk, solvabiliteit, enzovoort. TINC let er waar mogelijk ook op met voldoende verschillende tegenpartijen te werken, om risicoconcentratie en een te grote afhankelijkheid te voorkomen. Verder worden de nodige verzekeringen waar mogelijk voorzien om bijvoorbeeld bedrijfsonderbrekingen te dekken.
In de zorgsector bestaat bovendien het risico dat er zich moeilijkheden voordoen met betrekking tot het handhaven van een passende kwaliteit van dienstverlening en het aanwerven en behouden van deskundig zorgpersoneel, wat een negatieve invloed zou kunnen hebben op het imago en de groeivooruitzichten van de zorginstelling of de kostenstructuur.
Het is niet uitgesloten dat infrastructuur, eenmaal operationeel, gebreken vertoont en niet (volledig) beschikbaar is. Hoewel de verantwoordelijkheid hiervoor grotendeels bij de partijen wordt gelegd waarop de participaties een beroep gedaan hebben voor de realisatie en het onderhoud van de infrastructuur, is het mogelijk dat deze partijen in gebreke blijven om bepaalde technische problemen op te lossen omwille van technische, organisatorische of financiële redenen. In dat geval kunnen de resultaten van de participaties nadelig beïnvloed worden.
De portefeuille bevat participaties waarvan het verdienmodel afhankelijk is van de vraag door klanten en zorgbehoevenden of waarbij het verdienmodel onderhevig is aan evoluties in de prijszetting (bv. elektriciteitsprijzen).
Indien de vraag (en bijgevolg de inkomsten) zou dalen onder de huidige verwachtingen, kan dit de kasstromen naar TINC en de waardering van de participatie nadelig beïnvloeden.
Investeren in de ontwikkeling van infrastructuur houdt bijkomende risico's in. Bij infrastructuur in ontwikkeling, moet TINC meestal financiering verstrekken vanaf de vroege ontwikkelingsfase, terwijl de kasstromen die uit deze infrastructuur voortvloeien slechts op een later ogenblik ontstaan wanneer de infrastructuur operationeel is. Verbonden risico's omvatten mogelijke kostenoverschrijdingen en vertragingen in de voltooiing (waarvan vele vaak worden veroorzaakt door factoren die niet rechtstreeks onder de controle van TINC vallen), gemaakte ontwikkelingskosten voor het ontwerp en het onderzoek, zonder dat er kan worden gegarandeerd dat de ontwikkeling voltooiing zal bereiken.
Wanneer TINC overweegt om te investeren in de ontwikkeling van infrastructuur, zal zij bepaalde inschattingen doen van de economische, markt- en andere omstandigheden inclusief inschattingen met betrekking tot de (potentiële)
waarde van de infrastructuur. Het zou kunnen blijken dat deze inschattingen onjuist zijn, met alle negatieve gevolgen van dien voor de bedrijfsactiviteit, de financiële toestand, de bedrijfsresultaten en de vooruitzichten van de infrastructuur.
De Covid-19 gezondheidscrisis kan investeringen in infrastructuur negatief beïnvloeden.
Infrastructuur in ontwikkeling en realisatie kan vertragingen, tijdelijke werkonderbrekingen en/of verhoogde kosten ervaren, omwille van maatregelen opgelegd in de strijd tegen Covid-19 en omwille van gewijzigde beschikbaarheid van derde partijen en materialen. In voorkomend geval kan de rentabiliteit en de waardering van de infrastructuur nadelig beïnvloed worden.
Infrastructuur wordt gebruikelijk gerealiseerd met schuldfinanciering. De Covid-19 gezondheidscrisis kan de beschikbaarheid en de kostprijs van schuldfinanciering negatief beïnvloeden, met hogere kosten en een lager rendement tot gevolg.
Operationele infrastructuur dient te worden onderhouden om optimaal te functioneren. Hiertoe worden overeenkomsten met allerhande onderhoudspartijen, onderaannemers en leveranciers gesloten die vaak ook onderhoudsgaranties bevatten. Covid-19, en maatregelen opgelegd in de strijd ertegen, kunnen de goede uitvoering van deze overeenkomsten beperken of onmogelijk maken, of kunnen ertoe leiden dat tegenpartijen hun (financiële) verplichtingen niet langer kunnen nakomen, met de eventuele onbeschikbaarheid van de infrastructuur of kostenverhogingen tot gevolg.
Maatregelen opgelegd in de strijd tegen Covid-19 kunnen de vraag naar diensten van infrastructuur met een vraag-gestuurd verdienmodel voor een korte of langere termijn negatief beïnvloeden met lagere inkomsten en hogere kosten tot gevolg. De prijs die gebruikers bereid zijn te betalen voor deze diensten kan eveneens negatief worden beïnvloed waardoor de inkomsten lager zijn.
TINC (hierna ook: de "Vennootschap") is een holding in de zin van artikel 3, 48° van de Belgische wet van 19 april 2014 betreffende alternatieve instellingen voor collectieve beleggingen en hun beheerders, en is als zodanig niet onderworpen aan de bepalingen van deze wet.
Deze Verklaring behandelt het corporate governance beleid van TINC en is opgesteld overeenkomstig de artikelen 3:6 en 3:32 van het wetboek van vennootschappen en verenigingen.
TINC hanteert de Corporate Governance Code voor beursgenoteerde ondernemingen (2020) (de "Code 2020") als referentiecode voor de organisatie van haar corporate governance structuur, zoals wettelijk voorgeschreven. De Code 2020 is gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad (B.S., 17 mei 2019) en is ook terug te vinden op corporategovernancecommittee.be. TINC heeft de voornaamste aspecten van haar corporate governance beleid in het Corporate Governance Charter opgenomen. Het Corporate Governance Charter is te vinden op haar website (www.tincinvest.com) en is vrij te verkrijgen op haar maatschappelijke zetel.
Belgische beursgenoteerde vennootschappen dienen de Code 2020 na te leven, maar kunnen, met uitzondering van de principes, afwijken van de bepalingen en richtlijnen voor zover dit wordt aangegeven, samen met de redenen daartoe, in de verklaring inzake deugdelijk bestuur (het "pas toe of leg uit"-principe).
In het afgelopen boekjaar afgesloten op 30 juni 2021 heeft TINC de Corporate Governance Code toegepast, maar gelet op de specifieke situatie van TINC, is afgeweken van de volgende aanbevelingen:
Onderstaande tabel geeft, op basis van ontvangen transparantiemeldingen, de aandeelhoudersstructuur van TINC weer:
| AANDEELHOUDER (30/06/2021) |
AANTAL AANDELEN |
% |
|---|---|---|
| Belfius Insurance NV | 4.186.037 | 11,51% |
| Gimv NV | 3.881.597 | 10,67% |
| Overige aandelen | 28.296.003 | 77,81% |
| Totaal | 36.363.637 | 100% |
Conform de bepaling van de Wet van 2 mei 2007 (de "Transparantiewet") voorzien de statuten van TINC in de wettelijke drempels voor transparantiemeldingen (5% en veelvouden van 5% van het totaal aantal stemrechten).
TINC ontving in het afgelopen boekjaar geen transparantiemeldingen. Transparantiemeldingen zijn te raadplegen op de website van TINC (www.tincinvest.com).
De aandelen van de Vennootschap zijn vrij overdraagbaar en hebben alle dezelfde rechten, zonder statutaire beperkingen aan de uitoefening van het stemrecht.
Op het einde van het boekjaar bedroeg het statutaire kapitaal van TINC € 168.177.863,21 vertegenwoordigd door 36.363.637 aandelen. In de loop van het boekjaar vond een kapitaalvermindering plaats (oktober 2020). Het kapitaal werd verminderd met € 16.727.273,02 zonder annulering van de bestaande aandelen. Er werden geen andere effecten uitgegeven die een invloed zouden kunnen hebben op het kapitaal of het aantal aandelen. Alle aandelen betreffen aandelen met stemrecht.
Bij besluit van de buitengewone algemene vergadering van 21 oktober 2020 werd de machtiging aan het bestuur vernieuwd om gedurende 5 jaar vanaf de datum van bekendmaking van deze bevoegdheid (d.i. tot 16 november 2025) het maatschappelijk kapitaal van TINC te verhogen met een bedrag gelijk aan € 168.177.863,21 door inbreng in geld, in natura of door omzetting van reserves, uitgiftepremies of door uitgifte van converteerbare obligaties en warrants. Het bestuur kan daarbij het voorkeurrecht beperken of opheffen. De Vennootschap heeft in het voorbije boekjaar geen gebruik gemaakt van deze machtiging.
Bij besluit van de buitengewone algemene vergadering van 21 oktober 2020 werd eveneens de machtiging aan het bestuur vernieuwd om gedurende 5 jaar vanaf de datum van bekendmaking van deze bevoegdheid (d.i. tot 16 november 2025) over te gaan tot verwerving, inpandneming of vervreemding van aandelen van de Vennootschap, zonder voorafgaandelijke goedkeuring van de algemene vergadering. Dit kan gebeuren aan een prijs per aandeel die niet lager mag zijn dan 80% noch hoger dan 120% van de beurskoers van de slotnotering van de dag vóór de datum van de transactie, en tot een maximum van 20% van het totaal aantal uitgegeven aandelen. De Vennootschap heeft in het voorbije boekjaar geen gebruik gemaakt van deze machtiging.
Bij besluit van de buitengewone algemene vergadering van 21 oktober 2020 werd bepaald dat de machtiging inzake toegestaan kapitaal (zie hoger) tevens gebruikt kan worden bij ontvangst van de mededeling van een openbaar overnamebod op de Vennootschap.
Bij besluit van dezelfde datum werd het bestuur ook gemachtigd om over te gaan tot de verkrijging van eigen effecten zonder besluit van de algemene vergadering wanneer die verkrijging noodzakelijk is om de Vennootschap te vrijwaren tegen een dreigend ernstig nadeel.
Beide machtigingen zijn geldig voor een periode van 3 jaar na de bekendmaking van de machtiging (d.i. tot 16 november 2023).
De Vennootschap is geen partij bij overeenkomsten die specifieke gevolgen bevatten in geval van een controlewijziging. Evenmin heeft de Vennootschap met haar mandatarissen overeenkomsten afgesloten die vergoedingen voorzien bij een beëindiging naar aanleiding van een openbaar overnamebod.
De jaarlijkse gewone algemene vergadering vindt in overeenstemming met de statuten van de Vennootschap plaats op de derde woensdag van de maand oktober om 10 uur. In 2021 is dit op 20 oktober.
De regels voor de bijeenroeping, de deelname, het verloop van de vergadering, de uitoefening van het stemrecht en andere details zijn opgenomen in de statuten van de Vennootschap en in het Corporate Governance Charter, die beide beschikbaar zijn op de website van de Vennootschap (www.tincinvest.com).
De aandelen van TINC zijn sedert 12 mei 2015 genoteerd op de continumarkt van Euronext Brussel (ISIN code BE0974282148).
De financiële dienstverlening wordt verzorgd door Belfius Bank.
TINC werkt aan het op peil houden van de liquiditeit van het aandeel door deel te nemen aan roadshows en events voor beleggers met zowel
institutionele als particuliere beleggers. TINC onderhoudt ook een correcte communicatie met de analisten die het aandeel opvolgen. Gedurende het afgelopen boekjaar betrof dit Belfius Bank, Degroof Petercam, KBC Securities en Kempen. Daarnaast heeft TINC KBC Securities aangesteld als liquidity provider met het oog op het toezien op een voldoende actieve markt in het aandeel TINC door het handhaven van een adequate liquiditeit in normale marktomstandigheden.
De website van TINC bevat een afzonderlijk luik met informatie bestemd voor de beleggers en aandeelhouders van TINC (www.tincinvest.com).
TINC is een naamloze vennootschap naar Belgisch recht met een enige bestuurder, en dit na de beslissing van de buitengewone algemene vergadering op 21 oktober 2020 tot omzetting van de commanditaire vennootschap op aandelen ten gevolge van de afschaffing van deze vennootschapsvorm onder het nieuwe wetboek van vennootschappen en verenigingen.
TINC Manager NV werd benoemd als statutaire bestuurder voor onbepaalde duur.
In de statuten van TINC is TINC Manager benoemd als enige bestuurder (de "Statutaire Bestuurder"). TINC Manager is een naamloze vennootschap naar Belgisch recht waarvan de aandelen, onrechtstreeks, worden aangehouden door Gimv en Belfius.
In overeenstemming met artikel 2:55, §2 van het wetboek van vennootschappen en verenigingen heeft de Statutaire Bestuurder de heer Manu Vandenbulcke, voorzitter van de directieraad, aangesteld als haar vaste vertegenwoordiger.
De Statutaire Bestuurder heeft een dualistisch bestuur, samengesteld uit een Raad van Toezicht en een Directieraad die samen het mandaat van statutaire, enige bestuurder van TINC uitoefenen.
In de uitvoering van hun mandaat, handelen de Raad van Toezicht en de Directieraad van TINC Manager in overeenstemming met de corporate governance regels die van toepassing zijn op beursgenoteerde vennootschappen. Binnen de Raad van Toezicht van TINC Manager zijn er twee comités opgericht: het Auditcomité en het Benoemings- en Remuneratiecomité.
Bij de aanpassing van de statuten van TINC en de Statutaire Bestuurder aan de bepalingen van het nieuwe wetboek vennootschappen en verenigingen, werd gekozen voor een dualistisch bestuur met een Raad van Toezicht, die in de plaats komt van de Raad van Bestuur, en een Directieraad die het voormalige Directiecomité vervangt.
In het voorbije boekjaar vonden een aantal wijzigingen in de samenstelling plaats. Door het overlijden van Jean-Pierre Blumberg in oktober 2020 kwam de positie van voorzitter vacant en beschikte de Statutaire Bestuurder nog slechts over twee onafhankelijke bestuurders.
Op 24 december 2020 werd Kathleen Defreyn benoemd als nieuwe onafhankelijke bestuurder. Per diezelfde datum werd Bart Fransis die ontslag genomen had als bestuurder op 23 september 2020, als vertegenwoordiger van Belfius Bank vervangen door Katja Willems. Verder werd besloten de nieuwe Raad van Toezicht uit te breiden met twee bijkomende leden. Op 22 februari 2021 werden Philip Maeyaert en Helga Van Peer benoemd als
onafhankelijke bestuurders. Op de vergadering van de Raad van Toezicht van 1 maart 2021 werd Philip Maeyaert benoemd als voorzitter van de Raad van Toezicht.
Op datum van dit jaarverslag, telt de Raad van Toezicht van TINC Manager, als Statutaire Bestuurder, negen bestuurders, waarvan vijf onafhankelijke bestuurders en vier niet-onafhankelijke bestuurders.
De vier niet-onafhankelijke bestuurders worden, overeenkomstig de statuten van de Statutair Bestuurder, benoemd op voordracht van Gimv en Belfius Bank die elk het recht hebben om kandidaten voor te dragen voor twee niet-onafhankelijke bestuurders van de Raad van Toezicht van de Statutaire Bestuurder, zolang zij samen minstens 10% van de stemrechten in TINC bezitten. Indien het gezamenlijke aandeelhouderschap van Gimv en Belfius Bank daalt tot onder 10% van de stemrechten in TINC, zullen zij elk afstand doen van hun respectieve rechten met betrekking tot één van de twee bestuurders. Dit zal ertoe leiden dat Gimv en Belfius Bank elk kandidaten voor nog slechts één bestuursmandaat zullen kunnen voordragen aan de algemene vergadering van aandeelhouders van de Statutaire Bestuurder. In dat geval zal het Benoemings- en Remuneratiecomité, onder het
toezicht van de voorzitter van de Raad van Toezicht, kandidaat-leden kunnen identificeren, aanbevelen en voordragen, voor de aanstelling door de algemene vergadering van aandeelhouders van twee nieuwe bestuurders.
Na de nieuwe benoemingen vormen de onafhankelijke bestuurders de meerderheid van de leden van de Raad van Toezicht. De onafhankelijke bestuurders van TINC Manager voldoen aan de criteria voor onafhankelijkheid overeenkomstig artikel 7:87 van het wetboek van vennootschappen en verenigingen.
Met de uitbreiding van de Raad van Toezicht wordt ook een grote stap voorwaarts gezet richting een grotere diversiteit in de Raad van Toezicht door het samenbrengen van diverse competenties, achtergronden, leeftijden en geslachten. TINC is van oordeel dat deze diversiteit een gedegen besluitvorming bevordert en zal er over waken dat deze ook voor de toekomst behouden blijft. De uitbreiding maakt dat eventuele wijzigingen in de samenstelling makkelijker kunnen worden opgevangen en geen afbreuk doen aan de nagestreefde diversiteit. Vier van de negen bestuurders behoren tot een ander geslacht dan de anderen.
Bij afsluiting van het voorbije boekjaar, is de Raad van Toezicht van de Statutaire Bestuurder als volgt samengesteld:
| NAAM | GEBOORTE JAAR |
FUNCTIE | TERMIJN | COMITÉS |
|---|---|---|---|---|
| Philip Maeyaert | 1961 | Onafhankelijk bestuurder - voorzitter | 2024 | Voorzitter van het Benoemings- en Remuneratiecomité |
| Kathleen Defreyn | 1970 | Onafhankelijk bestuurder | 2023 | Lid van het Auditcomité |
| Jean Pierre Dejaeghere | 1950 | Onafhankelijk bestuurder | 2022* | Voorzitter van het Auditcomité Lid van het Benoemings- en Remuneratiecomité |
| Elvira Haezendonck | 1973 | Onafhankelijk bestuurder | 2022 | Lid van het Benoemings- en Remuneratiecomité |
| Helga Van Peer | 1973 | Onafhankelijk bestuurder | 2024 | |
| Kristof Vande Capelle | 1969 | Niet-onafhankelijk bestuurder | 2022 | |
| Marc Vercruysse | 1959 | Niet-onafhankelijk bestuurder | 2022 | Lid van het Auditcomité Lid van het Benoemings- en Remuneratiecomité |
| Peter Vermeiren | 1965 | Niet-onafhankelijk bestuurder | 2022 | Lid van het Auditcomité Lid van het Benoemings- en Remuneratiecomité |
| Katja Willems | 1983 | Niet-onafhankelijk bestuurder | 2023 |
* Op advies van het Benoemings- en vergoedingscomité werd beslist dat ondanks de leeftijdsgrens, het mandaat mag uitgediend worden.
Raad van Toezicht: Katja Willems, Peter Vermeiren, Elvira Haezendonck, Kristof Vande Capelle, Philip Maeyaert, Marc Vercruysse, Helga Van Peer, Jean Pierre Dejaeghere & Kathleen Defreyn.
Philip Maeyaert behaalde een diploma licentiaat in de Rechten aan de Vrije Universiteit Brussel en een MBA aan de Vlerick Management School. Hij werkte zijn hele loopbaan
bij Deloitte als (bank)revisor, onder meer ook voor energiebedrijven, zowel in België als Frankrijk, vanaf 1999 als partner. Hij geeft les aan de Faculteit Economie van de Katholieke Universiteit Leuven en aan de EHSAL Management School.
Kathleen Defreyn behaalde een diploma van licentiaat in de Economie, Accounting en Finance aan de Lessius hogeschool Antwerpen. Zij startte haar loopbaan bij
Ernst & Young België. Vanaf 1999 was zij achtereenvolgens werkzaam als financial controller bij Willemen Groep, financieel directeur bij Franki en CFO bij Willemen Groep. Sinds 2017 is zij CFO van de bouwgroep Viabuild!
Jean Pierre Dejaeghere behaalde een diploma licentiaat in de Toegepaste Economische Wetenschappen aan de Universiteit Antwerpen (1973), Bedrijfsmanage-
ment aan de Vlerick Management School (1974) en Accountancy aan Vlekho (1978). Hij startte zijn carrière als auditor bij verschillende bedrijven (waaronder Deloitte Bedrijfsrevisoren) en was commissaris van verschillende beursgenoteerde ondernemingen. Sinds 2000 was hij bestuurder en CFO van Roularta Media Group (tot 2009) en vervolgens lid van het management comité van Koramic Investment Group (tot 2010). Momenteel is hij bestuurder bij diverse (beursgenoteerde) ondernemingen.
Prof. dr. Elvira Haezendonck behaalde een doctoraat in de Toegepaste Economische Wetenschappen aan de Vrije Universiteit Brussel (VUB). Zij is voltijds hoogleraar aan
de VUB, gastprofessor aan de Universiteit van Antwerpen (UA) en gast lector aan de Erasmus ment, (concurrentie) strategie, projectmanagement en havenstrategie en is promotor van een leerstoel Infrastructure Asset Management (VUB/ ULB), voornamelijk op masterniveau. Haar onderzoek situeert zich op het gebied van (haven en infrastructuur) management, strategie en beleid: complexe project evaluatie, circulaire economie, milieustrategie, concurrentieanalyse en stakeholder management. Elvira bekleedt daarnaast ook diverse bestuursfuncties binnen en buiten de academische wereld.
Universiteit Rotterdam. Ze geeft les over manage-
Helga Van Peer behaalde een diploma van licentiaat in de Rechten aan de Katholieke Universiteit Leuven. Van 1996 tot 2020 werkte zij als advocate bij Allen & Overy België,
sedert 2007 als partner. Zij is gastdocente aan de Rechtsfaculteit van de Katholieke Universiteit Leuven.
Kristof Vande Capelle behaalde een Master in TEW (specialisatie in Corporate Finance) en een Master of Arts in Economics, beide aan de KU Leuven. Hij is momenteel CFO
van Gimv. Voor hij bij Gimv aan de slag ging in september 2007, werkte hij bij Mobistar als Directeur Strategische Planning en Investor Relations. Verder werkte hij als Krediet Analist bij KBC en als Academisch Assistent aan de Universiteit van Leuven.
Marc Vercruysse behaalde een diploma licentiaat in de Toegepaste Economie aan de Universiteit van Gent. Sedert 1982 werkt Marc voor Gimv, opeenvolgend als
Interne Auditor, Investeringsbeheerder, Hoofd van het Departement Gestructureerde Financieringen, Chief Financial Officer (1998-2012) en hoofd van het Departement Financiering (2012-2015). Momenteel is hij adviseur van de CEO van Gimv. Vanuit zijn verschillende functies bij Gimv heeft Marc veel ervaring met betrekking tot beursgenoteerde vennootschappen en hun functioneren.
Peter Vermeiren behaalde een diploma licentiaat in Commerciële en Financiële Wetenschappen aan de Lessius Hogeschool Antwerpen (KU Leuven) in 1992,
een Certification Advanced Valuation aan het Amsterdam Institute of Finance (2007 & 2009) een MBA Lead an organization in de context van Dexia Corporate University aan de Vlerick Leuven Gent Management School (2011) en volgde diverse cursussen met betrekking tot bedrijfswaardering (1992-heden). Peter werkte achtereenvolgens voor Paribas Banque Belgium, Artesia Bank en Belfius in verschillende adviserende en managementfuncties. Momenteel is hij Directeur Wealth Management Vlaanderen nadat hij 4 jaar Directeur Corporate Banking was voor zone Brussels/Brabant bij Belfius. Peter is verder bestuurder in vennootschappen, alsook van Voka Metropolitan.
Katja Willems behaalde een masterdiploma in toegepaste economische wetenschappen aan de KU Leuven. Ze startte haar carrière bij Dexia als business analist voor de
financiële management rapportering. In 2013 ging ze bij Belfius Insurance NV achtereenvolgens aan de slag als adviseur voor de Chief Commercial Officer en in een corporate office functie voor de CEO inzake strategisch project management. Momenteel is Katja werkzaam bij Belfius Bank NV als verantwoordelijke van de afdeling Strategic Planning & Performance Management, verantwoordelijk voor de ondersteuning van het management van Belfius Bank & Verzekeringen bij de uitvoering van de Belfius Strategie.
De Raad van Toezicht is bevoegd voor het algemeen beleid en de strategie van TINC en voor alle handelingen die op grond van wettelijke bepalingen specifiek aan een Raad van Toezicht zijn voorbehouden. De Raad van Toezicht is verder verantwoordelijk voor de aanstelling van en het houden van toezicht op de Directieraad.
Daarnaast werd aan de Raad van Toezicht door de statuten van TINC Manager uitdrukkelijk de bevoegdheid toegekend om beslissingen te nemen inzake investeringen, desinvesteringen en kapitaaloperaties van bedrijven die reeds tot de investeringsportefeuille behoren.
Tijdens het afgelopen boekjaar heeft de Raad van Toezicht in de uitoefening van zijn mandaat van Statutaire Bestuurder van TINC vier keer vergaderd (waarvan twee keer in de nieuwe hoedanigheid van Raad van Toezicht). De vergaderingen vonden steeds plaats via videoconferentie omwille van de maatregelen ter bestrijding van de Covid-19 gezondheidscrisis. De aanwezigheid van de bestuurders op de vergaderingen en in de comités wordt weergegeven verderop in het remuneratieverslag.
In zijn vergaderingen in het voorbije boekjaar boog de Raad van Toezicht zich voornamelijk over de volgende onderwerpen:
Opvolgen van de evolutie van de investeringsportefeuille (qua risicoconcentratie, risico/ rendementsratio);
Impact van Covid-19 op de participaties in portefeuille en de activiteiten in het algemeen;
Voor een overzicht van de aanwezigheden van de individuele bestuurders, zie hoofdstuk 6.7.2 in het Remuneratieverslag.
Bij de behandeling van deze onderwerpen is de toepassing van de procedure inzake belangenconflicten in hoofde van de individuele bestuurders niet aan de orde geweest.
De Raad van Toezicht houdt er aan om periodiek een evaluatie te maken van zijn werking en doeltreffendheid. Dit gebeurde het laatst in het boekjaar 2019-2020.
Binnen de Raad van Toezicht worden in de nieuwe organisatiestructuur van de Statutaire Bestuurder de twee voordien bestaande comités, met name het Auditcomité en het Benoemings- en Remuneratiecomité behouden.
Het Auditcomité bestaat uit twee onafhankelijke bestuurders en twee niet-onafhankelijke bestuurders van de Statutaire Bestuurder. De voorzitter is een onafhankelijk bestuurder die niet de voorzitter van de Raad van Toezicht is. In het voorbije boekjaar bestond het Auditcomité uit de voorzitter, Jean Pierre Dejaeghere, Jean-Pierre Blumberg (tot aan zijn overlijden), Kathleen Defreyn (vanaf 1 maart 2021), Marc Vercruysse en Peter Vermeiren. Met een voorzitter die als bedrijfsrevisor een jarenlange accounting en audit-ervaring heeft, en leden met een bancaire of CFO achtergrond beschikt het Auditcomité over de nodige ervaring en expertise voor het waarnemen van zijn taak.
In het voorbije boekjaar vergaderde het Auditcomité tweemaal, telkens in (quasi) volledige aanwezigheid van de leden. De commissaris van de vennootschap was telkens aanwezig en deelde het
comité zijn bevindingen mee inzake het controleproces van de semestriële- en jaarcijfers.
Het Auditcomité boog zich over het proces van financiële rapportering, de waardering van de investeringsportefeuille, de semestriële en jaarresultaten en de onafhankelijkheid van de commissaris.
Het Benoemings- en Remuneratiecomité is samengesteld uit drie onafhankelijke bestuurders en twee niet-onafhankelijke bestuurders. Het Benoemingsen Remuneratiecomité bestond in het voorbije boekjaar uit de voorzitter, Jean-Pierre Blumberg (tot aan zijn overlijden), Philip Maeyaert (de nieuwe voorzitter, vanaf 1 maart 2021), Jean Pierre Dejaeghere, Elvira Haezendonck, Marc Vercruysse en Peter Vermeiren.
In het afgelopen boekjaar vergaderde het Benoemings- en Remuneratiecomité éénmaal, in afwezigheid van de voorzitter. Het Benoemings- en Remuneratiecomité behandelde daarbij de corporate governance verklaring, het remuneratieverslag en de samenstelling van de Raad van Toezicht.
Volgend op de aanpassing aan het wetboek van vennootschappen en verenigingen beschikt de Statutaire Bestuurder over een dualistische bestuursstructuur, bestaande uit een Raad van Toezicht en een Directieraad (zie hiervoor).
De Directieraad bestaat uit minstens drie leden, die geen bestuurder mogen zijn. De leden worden benoemd en ontslagen door de Raad van Toezicht, na advies van de CEO, voor onbepaalde duur.
De Directieraad is, in uitvoering van het mandaat van TINC Manager als Statutair Bestuurder, bevoegd om alle handelingen te verrichten die nodig of dienstig zijn tot verwezenlijking van het voorwerp van de vennootschap en die niet bij wet of de statuten aan de Raad van Toezicht zijn voorbehouden. Zo voorzien de statuten van TINC Manager dat de bevoegdheid voor het nemen van beslissingen inzake investeringen, desinvesteringen en kapitaaloperaties van bedrijven die reeds tot de investeringsportefeuille
Directieraad: Filip Audenaert (CFO), Manu Vandenbulcke (CEO en voorzitter) & Bruno Laforce (CLO).
behoren, wordt toevertrouwd aan de Raad van Toezicht.
De voorzitter van de Directieraad is de CEO die de Directieraad leidt en de organisatie en de correcte werking ervan verzekert. Onverminderd het feit dat de Directieraad een collegiaal orgaan is en collectieve verantwoordelijkheid heeft, heeft elk lid van de Directieraad specifieke taken en verantwoordelijkheden.
De Directieraad is op datum van dit jaarverslag samengesteld als volgt:
Manu Vandenbulcke behaalde een diploma licentiaat in de Rechten aan de KU Leuven in 1995, een LLM aan de Universiteit van Stellenbosch (Zuid-Afrika) in 1997 en een postgraduaat Vastgoed (1999) en Economie (2000) aan de KU Leuven. In 1998 vatte hij zijn loopbaan aan bij Petercam Securities in Brussel. Vanaf 2000 was hij actief bij Macquarie Bank Ltd. in London, alwaar hij opeenvolgend werkte in de teams structured finance en corporate finance. Sinds 2007 is Manu Vandenbulcke CEO van TDP NV.
Manu Vandenbulcke is sinds 2015 voorzitter van de Directieraad en CEO van de Statutaire Bestuurder en is verantwoordelijk voor het algemeen management.
Filip Audenaert behaalde een diploma Computerwetenschappen en een diploma Handelsingenieur aan de KU Leuven en startte zijn loopbaan in 1994 bij KBC, waar hij onder meer werkte in de afdeling Corporate Banking. Voor hij in 2010 TDP NV vervoegde, heeft hij ook gewerkt in de afdeling Corporate Finance van KBC Securities.
Filip Audenaert is sinds 2015 lid van de Directieraad van de Statutair Bestuurder en verantwoordelijk voor het financieel beheer.
Bruno Laforce behaalde een diploma licentiaat in de Rechten aan de KU Leuven in 1992 en een LLM aan de Universiteit van Californië, Los Angeles (VS) in 1997. Hij vatte zijn loopbaan aan als advocaat gespecialiseerd in corporate, M&A en kapitaalmarkttransacties. Hij trad ook op als adviseur en juridische projectmanager bij private equity investeringen en beurstransacties. Hij vervulde verder de functie van corporate counsel bij Telenet. Voordat hij TDP vervoegde, werkte hij bij Gimv opeenvolgend als Senior Legal Counsel en Fund Manager.
Bruno Laforce is sinds 2015 lid van de Directieraad en secretaris van de Statutaire Bestuurder en verantwoordelijk voor risico- en compliance kwesties, juridische aangelegenheden en de relaties met investeerders.
TINC heeft naar aanleiding van de beursgang een samenwerkingsovereenkomst afgesloten met TDP NV. TDP NV is actief in het ontwikkelen en beheren van en investeren in infrastructuur, en heeft als aandeelhouders Belfius en Gimv.
De samenwerkingsovereenkomst voorziet dat TDP fungeert als een centraal platform voor investeringsopportuniteiten en bevat principes met betrekking tot de toewijzing van investeringsopportuniteiten. Van elke investeringsopportuniteit die bij TDP gecentraliseerd wordt, heeft TINC de mogelijkheid om voor 50% te investeren. De overige 50% van dergelijke Investeringsopportuniteit is beschikbaar voor investering door TDP en/of door met TDP verbonden vennootschappen, voor zover dit beantwoordt aan de toepasselijke investeringscriteria.
De samenwerkingsovereenkomst beoogt een synergie tot stand te brengen waaruit een sterkere marktpositie inzake infrastructuurinvesteringen voortvloeit. Het laat onder meer toe om grotere investeringsmogelijkheden via co-investering te kunnen aangaan.
In de mate investeringsopportuniteiten voor TINC betrekking hebben op de overname van participaties rechtstreeks van TDP of met haar verbonden partijen, zal de wettelijke procedure voor belangenconflicten toegepast worden, zoals verder ook bepaald in het Corporate Governance Charter.
De gewone algemene vergadering van 21 oktober 2020 heeft EY Bedrijfsrevisoren BV vertegenwoordigd door de heer Ronald Van den Ecker, bedrijfsrevisor, herbenoemd tot commissaris. Het mandaat vervalt onmiddellijk na de gewone algemene vergadering van 2023. De totale honoraria van EY met betrekking tot het voorbije boekjaar bedroegen € 81.600 samengesteld uit honoraria voor de uitoefening van het commissarismandaat in TINC
en haar dochtervennootschappen voor een bedrag van € 81.100 en voor non-audit diensten voor een bedrag van € 500.
De Raad van Toezicht heeft beslist om voorlopig geen interne auditfunctie te creëren, aangezien de omvang van de bedrijfsactiviteiten geen voltijdse functie rechtvaardigt, maar beoordeelt jaarlijks de noodzaak daartoe.
Dit belet evenwel niet dat TINC, als beursgenoteerde vennootschap, aandacht besteedt aan ondernemingsrisicomanagement. Dit is een proces waarbij alle geledingen van de onderneming betrokken zijn bij het identificeren van potentiële gebeurtenissen die een invloed kunnen hebben op de onderneming. TINC waakt erover deze te beheren, zodat ze binnen de risicoacceptatiegraad vallen en zo een redelijke zekerheid kan worden geboden voor het behalen van de ondernemingsdoelstellingen (cfr. de definitie gehanteerd door COSO, Committee of Sponsoring Organisation of the Treadway Commission).
Aansluitend bij het COSO-raamwerk voor ondernemingsrisicomanagement gaat TINC onder andere als volgt te werk met betrekking tot de volgende categorieën van ondernemingsdoelstellingen:
kerngegevens wordt periodiek gerapporteerd aan en besproken met de Raad van Toezicht en zijn adviserende comités.
• Toezicht: in lijn met de Corporate Governance Code heeft de Raad van Toezicht een compliance officer (Bruno Laforce) aangesteld en belast met het toezicht op het verhandelingsreglement (Dealing Code) met betrekking tot effecten uitgegeven door TINC en de interne Gedragscode (Code of Conduct).
Een overzicht van de voornaamste risico's waaraan TINC onderhevig is, is opgenomen elders in dit jaarverslag.
De Statutaire Bestuurder heeft recht op een statutair vastgelegde jaarlijkse vergoeding die bestaat uit de volgende componenten:
De algemene vergadering van aandeelhouders van de Statutaire Bestuurder beslist of het mandaat van bestuurder zal worden bezoldigd. Bij schriftelijke besluitvorming van de aandeelhouders dd. 22 februari 2021 werd de bezoldiging voor de leden van de Raad van Toezicht vastgesteld als volgt.
Voor het voorbije boekjaar werden de volgende vergoedingen uitgekeerd:
| BESTUURDER | VASTE VERGOEDING* | RAAD VAN BESTUUR | COMITÉS | TOTALE VERGOEDING* | ||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Aanwezigheid | Zitpenning* | Aanwezigheid | Zitpenning* | |||||
| Jean-Pierre Blumberg | 3.750 | 0/1 | - | 0/2 | - | 3.750 | ||
| Kathleen Defreyn | 4.500 | 2/2 | 2.000 | 1/1 | - | 6.500 | ||
| Jean Pierre Dejaeghere | 9.000 | 4/4 | 4.000 | 3/3 | 1.000 | 14.000 | ||
| Elvira Haezendonck | 9.000 | 4/4 | 4.000 | 1/1 | - | 13.000 | ||
| Philip Maeyaert | 6.667 | 2/2 | 2.000 | 0/0 | - | 8.667 | ||
| Helga Van Peer | 3.000 | 2/2 | 2.000 | - | - | 5.000 | ||
| Bart Fransis | - | 1/1 | - | - | - | - | ||
| Kristof Vande Capelle | - | 4/4 | - | - | - | - | ||
| Marc Vercruysse | - | 4/4 | - | 3/3 | - | - | ||
| Peter Vermeiren | - | 4/4 | - | 3/3 | - | - | ||
| Katja Willems | - | 2/2 | - | - | - | - | ||
| 50.917 |
* In €.
De leden van de Directieraad worden niet vergoed voor het mandaat dat zij uitoefenen binnen TINC Manager.
78 TINC Jaarverslag 2020-2021
| PERIODE EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| Operationele opbrengsten | 40.000.989 | 35.660.136 | |
| Interesten | 11 | 8.945.736 | 7.973.266 |
| Dividenden | 11 | 14.555.026 | 7.508.670 |
| Meerwaarde op realisatie van investeringen | 11 | - | - |
| Niet-gerealiseerde opbrengsten uit financiële vaste activa | 11 | 15.979.274 | 19.506.791 |
| Vergoedingen | 11 | 520.953 | 671.408 |
| Operationele kosten (-) | (8.016.756) | (17.047.715) | |
| Niet-gerealiseerde kosten uit financiële vaste activa | 11 | (3.522.072) | (13.156.850) |
| Diensten en diverse goederen | 11 | (4.406.974) | (3.776.319) |
| Afschrijvingen en waardeverminderingen | (1.933) | - | |
| Overige operationele kosten | 11 | (85.778) | (114.546) |
| Operationeel resultaat, winst (verlies) | 31.984.233 | 18.612.421 | |
| Financiële opbrengsten | 12 | 200.742 | 53.124 |
| Financiële kosten (-) | 12 | (90.376) | (118.551) |
| Resultaat voor belasting, winst (verlies) | 32.094.599 | 18.546.994 | |
| Belastingen (-) | 13 | (1.023.222) | (704.579) |
| Totaal geconsolideerd resultaat | 31.071.376 | 17.842.415 | |
| Niet-gerealiseerd resultaat | - | - | |
| Totaal gerealiseerd en niet-gerealiseerd resultaat | 14 | 31.071.376 | 17.842.415 |
| WINST OP AANDEEL (€) | |||
| 1. Gewone winst per aandeel* | 14 | 0,85 | 0,55 |
| 2. Verwaterde winst per aandeel** | 14 | 0,85 | 0,55 |
| Het gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen | 14 | 36.363.637 | 32.453.301 |
* Gebaseerd op het gewogen gemiddeld aantal aandelen: 36.363.637 (30/06/2021) en 32.453.301 (30/06/2020).
** Veronderstellende dat alle aandelenopties/warranten die in the money waren op het einde van het boekjaar uitgeoefend zouden worden. De Vennootschap heeft geen uitstaande opties/warranten gedurende de gerapporteerde boekjaren.
| PERIODE EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| I. VASTE ACTIVA | 398.066.731 | 342.630.888 | |
| Immateriële activa | 14.296 | - | |
| Investeringen aan reële waarde met verwerking van waarde veranderingen in de winst- en verliesrekening |
16 | 396.889.556 | 340.316.550 |
| Belastinglatenties | 13 | 1.162.879 | 2.314.338 |
| II. VLOTTENDE ACTIVA | 60.683.581 | 103.707.574 | |
| Handelsvorderingen en overige vorderingen |
17 | 426.724 | 438.280 |
| Liquide middelen en bankdeposito's | 4, 18 | 60.256.857 | 103.269.294 |
| Andere vlottende activa | |||
| TOTAAL VAN DE ACTIVA | 458.750.312 | 446.338.463 |
| BOEKJAAR EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| I. EIGEN VERMOGEN | 457.863.119 | 445.697.401 | |
| Geplaatst kapitaal | 3, 19 | 168.177.863 | 184.905.136 |
| Uitgiftepremies | 3 | 174.688.537 | 174.688.537 |
| Reserves | 3 | (5.623.877) | (4.839.591) |
| Overgedragen resultaat | 3 | 120.620.596 | 90.943.318 |
| II. VERPLICHTINGEN | 887.193 | 641.062 | |
| A. Verplichtingen op lange termijn | - | - | |
| B. Verplichtingen op korte termijn | 887.193 | 641.062 | |
| Financiële verplichtingen | 20 | - | - |
| Handels– en overige schulden | 877.342 | 632.557 | |
| Belastingsschulden | - | - | |
| Overige schulden | 9.851 | 8.505 | |
| TOTAAL VAN DE PASSIVA | 458.750.312 | 446.338.463 |
| BOEKJAAR 2020-2021 (€) |
Notes | GEPLAATST KAPITAAL |
UITGIFTE PREMIES |
RESERVES | OVERGEDRAGEN RESULTAAT |
EIGEN VERMOGEN |
|---|---|---|---|---|---|---|
| 30 JUNI 2020 | 2 | 184.905.136 | 174.688.537 | (4.839.591) | 90.943.318 | 445.697.401 |
| Totaal gerealiseerd en niet-gerealiseerd resultaat van het boekjaar | 1 | - | - | - | 31.071.376 | 31.071.376 |
| Kapitaalverhoging | 4, 19 | - | - | - | - | - |
| Uitkering aan aandeelhouders | (16.727.273) | - | (1.818.182) | - | (18.545.455) | |
| Andere wijzigingen | - | - | 135.664 | (495.868) | (360.203) | |
| 30 JUNI 2021 | 168.177.863 | 174.688.537 | (6.522.108) | 121.518.827 | 457.863.119 |
De afname van de reserves tijdens het afgelopen boekjaar (ten opzichte van 30 juni 2020) bedraagt € 1.682.517. Deze afname is het gecombineerd resultaat van:
In vergelijking met 30 juni 2020 steeg het overgedragen resultaat met € 30.575.508. Deze stijging is samengesteld uit het gerealiseerd en nietgerealiseerd resultaat van de periode voor een bedrag van € 31.071.376, verminderd met de toevoeging aan de wettelijke reserves voor een bedrag van € 495.868.
De volgende tabel geeft ter vergelijking de wijzigingen in het eigen vermogen weer van het vorige boekjaar.
| BOEKJAAR 2019-2020 (€) |
Notes | GEPLAATST KAPITAAL |
UITGIFTE PREMIES |
RESERVES | OVERGEDRAGEN RESULTAAT |
EIGEN VERMOGEN |
|---|---|---|---|---|---|---|
| 30 JUNI 2019 | 2 | 150.951.501 | 108.187.628 | (1.348.949) | 73.531.088 | 331.321.268 |
| Totaal gerealiseerd en niet-gerealiseerd resultaat van het boekjaar | 1 | - | - | - | 17.842.415 | 17.842.415 |
| Kapitaalverhoging | 4, 19 | 46.226.364 | 66.500.908 | - | - | 112.727.272 |
| Uitkering aan aandeelhouders | (12.272.728) | - | (1.363.636) | - | (13.636.364) | |
| Andere wijzigingen | - | - | (2.127.006) | (430.185) | (2.557.190) | |
| 30 JUNI 2020 | 184.905.136 | 174.688.537 | (4.839.591) | 90.943.318 | 445.697.401 |
| PERIODE EINDIGEND OP: (€) Notes |
30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|
| Liquide middelen bij het begin van de rapporteringsperiode | 103.269.294 | 61.728.455 |
| Kasstromen uit financieringsactiviteiten | (18.545.455) | 96.372.188 |
| Ontvangsten uit kapitaalverhoging | - | 112.727.272 |
| Ontvangsten uit leningen | - | - |
| Terugbetaling van leningen | - | - |
| Betaalde interesten | - | - |
| Uitkering aan aandeelhouders | (18.545.455) | (13.636.364) |
| Andere kasstromen uit financieringsactiviteiten* | - | (2.718.720) |
| Kasstromen uit investeringsactiviteiten | (20.009.924) | (50.578.666) |
| Investeringen in FVA | (47.871.458) | (86.077.029) |
| Ontvangsten uit FVA | 4.302.333 | 19.187.845 |
| Ontvangen interesten | 8.826.399 | 8.050.254 |
| Ontvangen dividenden | 14.137.530 | 7.508.653 |
| Andere kasstromen uit investeringsactiviteiten | 595.271 | 751.610 |
| Kasstromen uit operationele activiteiten | (4.457.058) | (4.252.683) |
| Managementvergoeding | (4.720.804) | (3.995.156) |
| Operationele kosten | (158.170) | (850.977) |
| Terugvordering BTW | 681.916 | 693.450 |
| Betaalde winstbelasting | (260.000) | (100.000) |
| Liquide middelen op het einde van de rapporteringsperiode 2, 18 |
60.256.857 | 103.269.294 |
* Kosten gerelateerd aan de kapitaalverhoging (inclusief BTW).
De geconsolideerde jaarrekening van TINC NV (hierna "TINC") voor het boekjaar eindigend op 30 juni 2021 werd voor publicatie goedgekeurd bij besluit van de Statutaire Bestuurder op 6 september 2021. TINC is een naamloze vennootschap die opgericht en gevestigd is in België. De maatschappelijke zetel is gevestigd op Karel Oomsstraat 37, 2018 Antwerpen, België.
TINC is een investeringsmaatschappij die belangen neemt in participaties die actief zijn in het realiseren en uitbaten van infrastructuur.
De geconsolideerde jaarrekening van TINC werd voorbereid in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals uitgevaardigd door de International Accounting Standards Board (IASB) en zoals goedgekeurd door de Europese Unie.
De participaties opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening worden gewaardeerd aan reële waarde met verwerking van waardewijzigingen in de resultatenrekening. De geconsolideerde jaarrekening wordt voorgesteld in euro, de functionele munt van TINC en alle waarden worden afgerond tot de dichtstbijzijnde euro, behalve indien anders vermeld. TINC stelt haar balans voor in volgorde van langlopende en kortlopende activa en passiva.
Bij de eerste toepassing van IFRS zoals goedgekeurd door de Europese Unie, analyseerde TINC de toepassing van de wijzigingen aan IFRS 10 (Geconsolideerde Jaarrekening), IFRS 12 (Informatieverschaffing over Belangen in Andere Entiteiten) en IAS 27 (Geconsolideerde en Enkelvoudige Jaarrekening) betreffende investeringsentiteiten (de "Wijzigingen") en werd besloten dat TINC voldoet aan de definitie van een investeringsentiteit zoals gedefinieerd binnen IFRS 10. Per einde boekjaar op 30 juni 2021 is dit nog steeds het geval.
Volgens IFRS 10 is een investeringsentiteit een entiteit die:
Wanneer een entiteit beoordeelt of ze voldoet aan de definitie van een investeringsentiteit, moet ze overwegen of ze de volgende typische kenmerken van een investeringsentiteit heeft:
TINC past de wijzigingen toe sinds het boekjaar eindigend per 31 december 2014 als gevolg van een beoordeling gebaseerd op de volgende feiten:
Dit is het geval met betrekking tot alle DBFM/PPS-participaties (waarbij de infrastructuur op het eind van de levensduur van het project zal terugkeren naar de publieke overheid) en ook voor de participaties in energie (waarbij de infrastructuur op het eind van de levensduur van het project zal overgedragen worden aan de eigenaar van het perceel of zal worden verwijderd) en in grote mate voor de Digitale Infrastructuur en Ondersteunde Vastgoed participaties (waarbij, in het geval van Bioversneller, de infrastructuur op het eind van de levensduur van het project ook zal overgedragen worden aan de eigenaar van de grond).
Zodra een investeringsprogramma binnen een bepaalde portefeuillevennootschap voltooid is, zal TINC geen bijkomende infrastructuuractiva aan dergelijke portefeuillevennootschap toevoegen, tenzij ze onlosmakelijk verbonden zijn met het onderliggende infrastructuuractief (waaronder: onderhoud, aanpassingen of op voorhand overeengekomen/geplande uitbreidingen van het bestaande infrastructuuractief). Wanneer alle rechten in verband met de onderliggende infrastructuuractiva definitief verstreken zijn en/of de infrastructuuractiva van het perceel verwijderd zijn, zal de vennootschap die eigenaar is van die infrastructuuractiva worden ontbonden en vereffend.
Daardoor waardeert TINC, als een investeringsentiteit, alle participaties (met inbegrip van dochtervennootschappen daarvan die ze controleert en joint ventures en geassocieerde deelnemingen) aan hun reële waarde met verwerking van waardenwijzigingen in de resultatenrekening in overeenstemming met IAS 39 Financiële instrumenten; Opname en Waardering (te vervangen door IFRS 9 Financiële instrumenten wanneer deze van kracht wordt).
De reële waarde wordt berekend door de toekomstige kasstromen gerelateerd aan elke participatie van TINC, en die door de bedrijven waarin TINC participeert worden gegenereerd, te verdisconteren aan een gepaste verdisconteringsvoet. De gebruikte verdisconteringsvoeten zijn gebaseerd op de marktconforme verdisconteringsvoeten voor vergelijkbare activa, aangepast met een geschikte premie of discount om specifieke risico's te weerspiegelen.
Zie hieronder ("bepaling van reële waarde") voor meer informatie rond de waardering.
Geassocieerde deelnemingen zijn ondernemingen waarin TINC een aanzienlijke invloed uitoefent op het financiële en operationele beleid, maar waarover het geen controle uitoefent. Aangezien TINC een investeringsmaatschappij is, worden in toepassing van IAS 28, par. 18, deze participaties op de balans gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van niet-gerealiseerde winsten of verliezen via de resultatenrekening. Veranderingen in de reële waarde worden opgenomen in het resultaat van het boekjaar waarin de wijziging zich voordoet.
Financieringskosten worden opgenomen in de resultatenrekening zodra ze worden gemaakt.
De financiële vaste activa worden gewaardeerd in overeenstemming met IFRS 10 aan reële waarde.
Wanneer TINC participeert in het kapitaal van een bedrijf, betreft dit een deelname in het eigen vermogen van dat bedrijf, vaak gepaard met een deelname in de aandeelhouderslening van dat bedrijf. Zowel de participatie in het eigen vermogen als in de aandeelhoudersleningen worden opgenomen onder de post "Investeringen aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening". Een participatie in het eigen vermogen en in de aandeelhouderslening van een bedrijf worden vanuit een waarderingsperspectief steeds samengenomen omdat ze economisch één geheel vormen.
Wanneer TINC een lening geeft aan een bedrijf zonder deel te nemen in het kapitaal, wordt ook deze lening gewaardeerd aan reële waarde en opgenomen onder de post "Investeringen aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening".
Alle courante aankopen en verkopen van financiële vaste activa worden erkend op afwikkelingsdatum. Een courante aankoop of verkoop van een financieel vast actief vereist de levering van het actief binnen de algemeen aanvaarde termijn in de markt als gevolg van regelgeving of handelspraktijk.
TINC hanteert de volgende hiërarchie bij het bepalen en vermelden van de reële waarde van financiële instrumenten, per gebruikte waarderingsmethode.
Alle participaties van TINC worden geclassificeerd als activa van niveau 3 in de hiërarchie van de reële waarde.
TINC past de IFRS boekhoudprincipes toe voor de waardering van de reële waarde en ten behoeve van verslaggeving. De waarde van de participaties wordt halfjaarlijks bepaald. De definitie van reële waarde volgens IFRS 13 is: "De prijs die zou worden ontvangen om een actief te verkopen of betaald om een verplichting over te dragen in een regelmatige transactie tussen marktdeelnemers op de waarderingsdatum". Bij gebrek aan een actieve markt voor de financiële instrumenten waarin TINC investeert, wordt er gebruik gemaakt van eigen waarderingsmodellen voor haar participaties. Hier volgt TINC de International Private Equity and Venture Capital Valuation Guidelines. De waarderingsmethodes worden consistent toegepast van periode tot periode, tenzij een wijziging zou leiden tot een betere inschatting van de reële waarde.
Infrastructuurbedrijven worden vaak gekenmerkt door een hoge mate van visibiliteit op lange termijn op verwachte toekomstige kasstromen, en dit dankzij langetermijncontracten, een gereguleerd kader, en/of de strategische positie van de infrastructuur. Bij elke waardering worden per participatie de verwachte toekomstige kasstromen op lange termijn van het onderliggende bedrijf, en daaraan gekoppeld de verwachte toekomstige kasstromen op lange termijn
gerelateerd aan de participatie van TINC in dat bedrijf, geactualiseerd, en dit onder meer aan de hand van recente financiële cijfers en geactualiseerde assumpties.
De geactualiseerde verwachte toekomstige kasstromen op lange termijn gerelateerd aan de participatie van TINC worden vervolgens per participatie verdisconteerd aan een marktconforme verdisconteringsvoet. Deze marktconforme verdisconteringsvoet hangt af van het risico van de participatie, dat afhankelijk is van het profiel van het bedrijf enerzijds en van het investeringsinstrument anderzijds. Het profiel van een bedrijf actief in infrastructuur wordt onder meer bepaald door de mogelijke schommelingen van de inkomsten en de kosten, de aanwezigheid en robuustheid van langetermijncontracten en de kwaliteit van de tegenpartijen hierbij, het herfinancieringsrisico van de schuldfinanciering, enz. Recente transacties tussen marktdeelnemers kunnen een indicatie geven van een marktconforme verdisconteringsvoet.
Bij een participatie in het kapitaal van een bedrijf, waarbij zowel in het eigen vermogen als in de aandeelhouderslening van het bedrijf wordt geïnvesteerd, worden alle verwachte toekomstige kasstromen gerelateerd aan beide investeringsinstrumenten samen verdisconteerd aan een marktconforme verdisconteringsvoet.
De reële waarde die men verkrijgt bij het verdisconteren van verwachte toekomstige kasstromen aan een marktconforme verdisconteringsvoet, wordt aangeduid als de "FV" (of "Fair Value") van de betreffende participatie of van (een deel van) de investeringsportefeuille en wordt opgenomen onder de post "Investeringen aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening". Wanneer TINC recent een transactie heeft gedaan, wordt in eerste instantie de transactiewaarde als reële waarde gehanteerd.
Veranderingen in reële waarde worden in de resultatenrekening opgenomen als niet-gerealiseerde winst of verlies.
Bij het verkopen van een participatie wordt de winst of het verlies op de verkoop, berekend als het verschil tussen de verkoopprijs en de reële waarde op de balans op het moment van verkoop, als gerealiseerde winst of verlies in de resultatenrekening opgenomen.
Financiële activa en schulden worden niet langer in de balans opgenomen wanneer TINC de contractuele rechten die hieraan verbonden zijn, niet langer beheerst. Dit doet zich voor wanneer de financiële activa en schulden verkocht worden of wanneer de kasstromen toerekenbaar aan deze activa worden overgedragen aan een derde, onafhankelijke partij.
Een financiële verplichting wordt niet langer in de balans opgenomen als de schuld is afgelost, geannuleerd of vervallen.
Courante aan- en verkopen van financiële activa worden verwerkt op transactiedatum.
Andere vaste en vlottende activa worden gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs.
Actuele belastingen zijn gebaseerd op de resultaten van TINC en worden berekend volgens de lokale belastingregels.
Uitgestelde belastingen worden geboekt op basis van de liability-methode, voor alle tijdelijke verschillen tussen de belastbare basis van activa en passiva en hun boekwaarde voor financiële rapporteringsdoeleinden.
Voor uitgestelde belastingverplichtingen wordt een voorziening gevormd op basis van de tijdelijke verschillen tussen de belastinggrondslag voor activa en verplichtingen en hun commerciële boekwaarde per de verslagdatum. Uitgestelde belastingverplichtingen worden opgenomen voor alle belastbare tijdelijke verschillen, behalve:
Uitgestelde belastingvorderingen worden geboekt voor de aftrekbare tijdelijke verschillen.
Een uitgestelde belastingvordering zal worden opgenomen voor fiscale verliezen en fiscaal verrekenbare tegoeden in zoverre het waarschijnlijk is dat er toekomstige fiscale winst beschikbaar zal zijn waarmee de fiscale verliezen en fiscaal verrekenbare tegoeden kunnen worden verrekend.
Geldmiddelen en kasequivalenten zijn cash, bankdeposito's en liquide middelen. Deze omvatten alle thesauriemiddelen die in cash of op een bankdeposito worden aangehouden. Deze producten worden dan ook aan nominale waarde weergegeven.
Voorzieningen worden aangelegd wanneer TINC verplichtingen is aangegaan (in rechte afdwingbaar of feitelijk) als gevolg van gebeurtenissen in het verleden, wanneer het waarschijnlijk is dat voor de afwikkeling van die verplichtingen een uitstroom van middelen noodzakelijk is en wanneer een betrouwbare schatting kan worden gemaakt van de omvang van deze verplichtingen. Als TINC een terugbetaling verwacht van een bedrag dat werd voorzien, wordt deze terugbetaling pas geboekt als een actief indien de terugbetaling bijna zeker is.
Omzet wordt erkend wanneer het waarschijnlijk is dat TINC de economische baten zal ontvangen en de opbrengst op betrouwbare wijze kan worden berekend.
Mandaatvergoedingen of vergoedingen in het kader van transacties worden als omzet erkend op het tijdstip waarop de betreffende prestatieverplichtingen werden vervuld.
Dividendopbrengsten worden toegerekend op de datum waarop het recht van TINC om de betaling te ontvangen, wordt gevestigd. Dividendopbrengsten worden bruto weergegeven, inclusief alle niet-terugvorderbare roerende voorheffing die afzonderlijk worden vermeld in de resultatenrekening.
Interesthoudende leningen worden initieel gewaardeerd aan reële waarde. Vervolgens worden ze opgenomen aan geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve rentemethode.
Dividenden voorgesteld door de Bestuurder worden niet geboekt in de jaarrekening tot zij zijn goedgekeurd door de aandeelhouders op de jaarlijkse Algemene Vergadering van Aandeelhouders.
TINC berekent zowel de gewone winst als de verwaterde winst per aandeel in overeenstemming met IAS 33. De gewone winst per aandeel wordt berekend op basis van het gewogen gemiddelde aantal uitstaande aandelen tijdens het boekjaar. De verwaterde winst per aandeel wordt berekend volgens het gemiddelde aantal uitstaande aandelen tijdens het boekjaar plus het verwateringseffect van warrants en aandelenopties (indien van toepassing) uitstaand tijdens het boekjaar.
TINC maakt meestal verscheidene kosten bij de uitgifte of verwerving van haar aandeleninstrumenten. Die kosten kunnen registratie- en andere regelgevingskosten omvatten, bedragen betaald aan juridische, boekhoudkundige en andere professionele adviseurs, drukkosten en zegelrechten. De transactiekosten van een aandelentransactie worden in mindering gebracht van het eigen vermogen (inclusief het verbonden belastingvoordeel) voor zover ze incrementele kosten zijn die rechtstreeks toe te schrijven zijn aan de aandelentransactie die anders zouden zijn vermeden. Overige kosten in verband met openbare aanbiedingen van aandeleninstrumenten (zoals road shows en andere marketinginitiatieven) worden als kost verwerkt.
Operationele segmenten worden consistent met de interne rapportering gerapporteerd aan de chief operating decision-maker, zijnde de Raad van Toezicht. De Raad van Toezicht is verantwoordelijk voor de toewijzing van middelen en de beoordeling van de resultaten van de operationele segmenten. Op dit moment is er sprake van 4 segmenten, Publieke Infrastructuur, Energie Infrastructuur, Digitale Infrastructuur en Ondersteunend vastgoed.
TINC heeft bepaalde nieuwe en gewijzigde standaarden interpretaties voor het eerst toegepast. TINC heeft standaarden, interpretaties en wijzigingen die gepubliceerd maar nog niet van toepassing zijn, niet vervroegd toegepast.
De nieuwe standaarden, wijzigingen en interpretaties zijn in 2020/2021 voor het eerst van toepassing, maar hebben geen impact op de geconsolideerde jaarrekening van de Groep. Hieronder worden de aard en het effect van de nieuwe en gewijzigde standaarden en interpretaties toegelicht:
Wijzigingen aan de Verwijzingen naar het conceptueel kader in IFRSstandaarden beschrijft de wijzigingen aan geïmpacteerde standaarden, met uitzondering van IFRS 3 Bedrijfscombinaties en IAS 8 Grondslagen voor financiële verslaggeving, schattingswijzigingen en fouten, om de verwijzingen naar het conceptueel kader bij te werken. In de meeste gevallen worden de standaardverwijzingen bijgewerkt om te verwijzen naar het conceptueel kader. De wijzigingen hadden geen impact op de geconsolideerde jaarrekening van TINC.
De wijzigingen aan IFRS 3 verduidelijken dat, om als een bedrijf beschouwd te worden, een geïntegreerde reeks van activiteiten en activa, minstens inputs en een substantief proces moeten omvatten die samen significant bijdragen aan de mogelijkheid output te creëren. Bovendien werd verklaard dat een bedrijf kan bestaan zonder dat alle inputs en processen nodig om output te creëren aanwezig zijn.
Deze wijzigingen hadden geen impact op de geconsolideerde jaarrekening van TINC, maar kunnen toekomstige periodes impacteren indien de Groep een overname zou doen.
De wijzigingen aan IFRS 9 en IAS 39 Financiële instrumenten: Opname en waardering voorzien in een aantal verlichtingen, die van toepassing zijn op alle afdekkingsrelaties die direct geïmpacteerd worden door de hervorming van de benchmarkrentes. Een afdekkingsrelatie is geïmpacteerd indien de hervorming aanleiding geeft tot onzekerheden omtrent de timing en/of het bedrag van de kasstromen van het afgedekte item of het afdekkingsinstrument volgend op deze hervorming. De wijzigingen hadden geen impact op de geconsolideerde jaarrekening van TINC.
De wijzigingen voorzien in een verlichting voor huurders bij de toepassing van de richtlijnen onder IFRS 16 aangaande de boekhoudkundige verwerking van wijzigingen aan huurcontracten ten gevolge van huurconcessies die het directe gevolg zijn van de Covid-19 pandemie. Als praktische vereenvoudiging is het voor een huurder toegestaan om geen inschatting te maken of een huurconcessie door een verhuurder ten gevolge van Covid-19 al dan
niet een huurwijziging is. Een huurder die voor deze keuze opteert zal elke wijziging in huurbetalingen, resulterend van een huurconcessie ten gevolge van Covid-19, op dezelfde boekhoudkundige wijze verwerken als hoe deze wijziging onder IFRS 16 zou verwerkt worden indien deze wijziging niet resulteerde uit een wijziging aan een huurcontract. De wijzigingen hadden geen impact op de geconsolideerde jaarrekening van TINC.
De wijzigingen voorzien in een nieuwe definitie van materieel die stelt dat "informatie is materieel indien bij het weglaten, de verkeerdelijke of onduidelijke voorstelling ervan er redelijkerwijze kan verwacht worden dat de beslissingen die de primaire gebruikers van de jaarrekening maken op basis van deze jaarrekening die financiële informatie van een specifieke entiteit geeft, beïnvloed worden".
De wijzigingen verduidelijken dat de materialiteitsbeoordeling zal afhangen van de aard of het belang van de informatie, ofwel individueel of in combinatie met andere informatie, in de context van de jaarrekening. Een onjuiste weergave van informatie is materieel als redelijkerwijze kan verwacht worden dat deze de beslissingen gemaakt door de primaire gebruikers zou beïnvloeden. Deze wijzigingen hadden geen impact op de geconsolideerde jaarrekening van de Groep, en het is evenmin de verwachting dat er een toekomstige impact voor de Groep zal zijn.
De nieuwe en gewijzigde standaarden en interpretaties die op de datum van publicatie van de jaarrekening van TINC wel waren uitgegeven maar nog niet van toepassing waren, worden hieronder toegelicht. TINC is van plan deze standaarden en interpretaties toe te passen wanneer deze van toepassing zijn.
De wijzigingen verduidelijken de criteria om te bepalen of een schuld op korte of lange termijn dient geclassifieerd te worden. De wijzigingen verduidelijken:
TINC verwacht dat de wijzigingen geen impact zullen hebben op zijn geconsolideerde jaarrekening.
De wijzigingen verbieden ondernemingen om van de kost van een item van materiële vaste activa alle opbrengsten uit de verkoop van geproduceerde items af te trekken terwijl dat actief naar de locatie en in de staat gebracht werd die nodig zijn om te kunnen functioneren op de door het management beoogde manier. In plaats daarvan neemt een entiteit de opbrengsten uit de verkoop van dergelijke items en de productiekosten van deze items op in winst- of verliesrekening.
Ondernemingen zijn vereist om de wijzigingen toe te passen op boekjaren die starten op of na 1 januari 2022. De wijzigingen moeten retroactief worden toegepast, maar enkel tot op items van materiële vaste activa die op de locatie en in de staat werden gebracht die nodig zijn om te kunnen functioneren op de door het management beoogde manier op of na het begin van de vroegste
periode die wordt gepresenteerd in de jaarrekening waarin de entiteit de wijzigingen voor het eerst toepast. Vroegtijdige toepassing is toegestaan.
TINC verwacht dat de wijzigingen geen impact zullen hebben op zijn geconsolideerde jaarrekening.
De wijzigingen specifiëren welke kosten een entiteit dient op te nemen bij het beoordelen of een contract bezwarend of verliesmakend is. De wijzigingen passen een "direct gerelateerde kost-benadering" toe. De kosten die direct gerelateerd zijn aan een contract om goederen en diensten te leveren omvatten zowel incrementele kosten en een toewijzing van kosten die direct gerelateerd zijn aan contract-gerelateerde activiteiten. Algemene en administratieve kosten zijn niet direct gerelateerd aan een contract en worde uitgesloten tenzij zij uitdrukkelijk ten laste van de tegenpartij zijn onder het contract.
Ondernemingen zijn vereist om de wijzigingen toe te passen op boekjaren die starten op of na 1 januari 2022. Vroegtijdige toepassing is toegestaan. Een onderneming zal de wijzigingen toepassen voor contracten waarvoor ze nog niet alle verplichtingen heeft voldaan op het begin van het boekjaar waarin de wijzigingen voo het eerst worden toegepast (de datum van initiële toepassing). De onderneming zal vergelijkende informatie niet aanpassen.
TINC verwacht dat de wijzigingen geen impact zullen hebben op zijn geconsolideerde jaarrekening.
De wijzigingen vervangen de referentie naar een oude versie van het conceptueel kader van de IASB door een referentie naar het huidig kader dat in maart 2018 werd uitgegeven (het conceptueel kader). De wijzigingen hebben tevens een uitzondering aan de opname criteria in IFRS 3 toegevoegd. Meer bepaald, voor schulden en voorwaardelijke schulden die binnen het toepassingsgebied van IAS 37 of IFRIC 21 zouden vallen indien deze afzonderlijk warden opgelopen, zal de overnemende partij zou IAS 37 of IFRIC 21 toepassen in plaats van het conceptueel kader ten einde de verplichtingen te identificeren die ze bij een bedrijfscombinatie verondersteld heeft. De wijzigingen hebben daarnaast een expliciete stelling toegevoegd aan de standaard dat een overnemende partij voorwaardelijke activa overgenomen in een bedrijfscombinatie niet kan erkennen.
Ondernemingen zijn vereist om de wijzigingen rond bedrijfscombinaties toe te passen op boekjaren die starten op of na 1 januari 2022. Vroegtijdige toepassing is toegestaan indien op dat ogenblik, of vroeger, de onderneming eveneens alle andere wijzigingen toepast van de Wijzigingen aan Referenties naar het conceptueel kader, uitgegeven in maart 2018.
TINC verwacht dat de wijzigingen geen impact zullen hebben op zijn geconsolideerde jaarrekening.
De wijzigingen zullen geen impact hebben op TINC.
TINC verwacht dat de wijzigingen geen impact zullen hebben op zijn geconsolideerde jaarrekening.
Deze standaard is niet van toepassing op de Groep, aangezien TINC geen verzekeringscontracten uitgeeft.
De IASB heeft de "2018 - 2020 cyclus" met verbeteringen van de standaarden en interpretaties uitgegeven met als doel inconsistenties weg te nemen en teksten te verduidelijken. Het betreft de volgende verbeteringen:
De wijzigingen zullen geen impact hebben op TINC.
De wijzigingen zullen geen impact hebben op TINC.
De wijziging verduidelijkt de toepassing van beoordelingen rond materialiteit met betrekking tot toelichtingen van waarderingsregels. De wijziging aan IAS 1 vervangt de verplichting tot toelichting van "belangrijke" waarderingsregels met de verplichting tot toelichting van "materiële" waarderingsregels. Bijkomende verduidelijkingen en voorbeelden werden ook toegevoegd aan de Practice Statement om de toepassing van het concept van materialiteit verder te ondersteunen in het kader van het toelichten van de waarderingsregels.
Ondernemingen zijn vereist om de wijzigingen toe te passen op boekjaren die starten op of na 1 januari 2023.
De wijzigingen introduceren een nieuwe definite van schatting. Schattingen worden gedefinieerd als "monetaire bedragen in jaarrekeningen die onderhevig zijn aan waarderingsonzekerheid".
De wijzigingen verduidelijken wat veranderingen van schattingen zijn en hoe deze verschillen van veranderingen in waarderingsregels en verbeteringen van fouten.
Ondernemingen zijn vereist om de wijzigingen toe te passen op boekjaren die starten op of na 1 januari 2023.
De wijzigingen beperken de toepassing van de uitzondering op de eerste verwerking in IAS 12 Winstbelastingen, door te verduidelijken dat deze niet kan worden toegepast op transacties die aanleiding geven tot eenzelfde bedrag aan belastbare en aftrekbare tijdelijke verschillen.
De wijzigingen verduidelijken bovendien dat wanneer betalingen ter vereffening van een schuld fiscaal aftrekbaar zijn, de entiteit moet beoordelen (rekening houdende met de fiscale wetgeving) of deze aftrek betrekking heeft op de verwerkte schuld (en rentekosten) of op het betrokken actief (en afschrijvingskosten). Deze beoordeling is belangrijk om te besluiten of tijdelijke verschillen bestaan bij de eerste verwerking van het actief en de schuld.
Ondernemingen zijn vereist om de wijzigingen toe te passen op boekjaren die starten op of na 1 januari 2023.
TINC is een investeringsmaatschappij met 22 participaties.
| PORTEFEUILLEBEDRIJF | LAND | TYPE | BELANG | WIJZIGING TEGENOVER 30 JUNI 2020 |
STATUS |
|---|---|---|---|---|---|
| Publieke Infrastructuur | |||||
| A15 Maasvlakte-Vaanplein | NL | Aandeelhouder | 24,00% | 4,80% | Operationeel |
| Sociale Huisvesting Ierland | IER | Aandeelhouder | 47,50% | 0,00% | In realisatie |
| L'Hourgnette | BE | Aandeelhouder | 81,00% | 0,00% | Operationeel |
| Prinses Beatrixsluis | NL | Aandeelhouder | 37,50% | 0,00% | Operationeel |
| Brabo I | BE | Aandeelhouder | 52,00% | 0,00% | Operationeel |
| Via A11 | BE | Aandeelhouder | 39,06% | 0,00% | Operationeel |
| Via R4 Gent | BE | Aandeelhouder | 74,99% | 0,00% | Operationeel |
| Energie Infrastructuur | |||||
| Berlare Wind | BE | Aandeelhouder | 49,00% | 0,00% | Operationeel |
| Kroningswind | NL | Aandeelhouder | 72,73% | 0,00% | In realisatie |
| Lowtide | BE | Aandeelhouder | 99,99% | 0,00% | Operationeel |
| Nobelwind | BE | Leninggever | N.v.t. | 0,00% | Operationeel |
| Northwind | BE | Leninggever | N.v.t. | 0,00% | Operationeel |
| Solar Finance | BE | Aandeelhouder | 87,43% | 0,00% | Operationeel |
| Storm Ierland | IER | Aandeelhouder | 95,60% | 0,00% | Operationeel |
| Storm Vlaanderen | BE | Aandeelhouder | 39,47% | 0,00% | Oper. / In real. |
| Kreekraksluis | NL | Aandeelhouder | 43,65% | 0,00% | Operationeel |
| PORTEFEUILLEBEDRIJF | LAND | TYPE | BELANG | WIJZIGING TEGENOVER 30 JUNI 2020 |
STATUS |
|---|---|---|---|---|---|
| Digitale Infrastructuur | |||||
| GlasDraad | NL | Aandeelhouder | 100,00% | 0,00% | Oper. / In Real. |
| Datacenter United | BE | Aandeelhouder | 75,00% | 0,00% | Operationeel |
| Ondersteunend Vastgoed | |||||
| Bioversneller | BE | Aandeelhouder | 50,00% | 0,00% | Operationeel |
| De Haan Vakantiehuizen | BE | Aandeelhouder | 12,50% | 0,00% | Operationeel |
| Réseau Abilis | BE | Aandeelhouder | 67,50% | 0,00% | Operationeel |
| Eemplein | NL | Aandeelhouder | 100,00% | 0,00% | Operationeel |
| DOCHTERONDERNEMING | PROJECTNAAM | STAD / LAND | ONDERNEMINGS NUMMER |
% STEM RECHTEN |
WIJZIGING TOV VORIG JAAR |
REDEN WAAROM > 50% NIET LEIDT TOT CONSOLIDATIE |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Bio-Versneller NV | Bioversneller | Antwerpen, België | 807.734.044 | 50,00% | 0,00% | IFRS 10 |
| C.H.I.M. | Sociale Huisvesting Ierland | Antwerpen, België | 746.772.712 | 50,00% | 0,00% | IFRS 10 |
| DCU Invest NV | Datacenter United | Antwerpen, België | 748.969.860 | 75,00% | 0,00% | IFRS 10 |
| DG Infra+ Parkinvest BV | Eemplein | Den Haag, Nederland | 27.374.495 | 100,00% | 0,00% | IFRS 10 |
| GlasDraad BV | GlasDraad | Den Haag, Nederland | 69.842.043 | 100,00% | 0,00% | IFRS 10 |
| Kroningswind BV | Kroningswind | Den Haag, Nederland | 64.761.479 | 72,73% | 0,00% | IFRS 10 |
| L'Hourgnette NV | L'Hourgnette | Sint-Gillis, België | 835.960.054 | 81,00% | 0,00% | IFRS 10 |
| Lowtide NV | Lowtide/Hightide | Antwerpen, België | 883.744.927 | 99,99% | 0,00% | IFRS 10 |
| Silvius NV | Brabo I | Antwerpen, België | 817.542.229 | 99,99% | 0,00% | IFRS 10 |
| Solar Finance NV | Solar Finance | Antwerpen, België | 829.649.116 | 87,43% | 0,00% | IFRS 10 |
| Storm Holding 4 NV | Storm Ierland | Antwerpen, België | 666.468.192 | 100,00% -1 aandeel |
0,00% | IFRS 10 |
| T&D Invest NV | Réseau Abilis | Antwerpen, België | 689.769.968 | 67,50% | 0,00% | IFRS 10 |
| Via Brugge NV | Via A11 | Aalst, België | 547.938.350 | 64,37% | 0,00% | IFRS 10 |
| Via R4-Gent NV | Via R4 Gent | Brussel, België | 843.425.886 | 74,99% | 0,00% | IFRS 10 |
| GEASSOCIEERDE DEELNEMINGEN | PROJECTNAAM | STAD / LAND | ONDERNEMINGS NUMMER |
% STEM RECHTEN |
WIJZIGING TOV VORIG JAAR |
|---|---|---|---|---|---|
| A-Lanes A15 BV | A15 Maasvlakte-Vaanplein | Nieuwegein, Nederland | 51.161.400 | 24,00% | 4,80% |
| De Haan Vakantiehuizen NV | De Haan Vakantiehuizen | Sint-Lambrechts-Woluwe, België |
707.946.778 | 12,50% | 0,00% |
| Elicio Berlare NV | Berlare Wind | Oostende, België | 811.412.621 | 49,00% | 0,00% |
| SAS Invest BV | Prinses Beatrixsluis | Den Haag, Nederland | 64.761.479 | 37,50% | 0,00% |
| Storm Holding NV | Storm Vlaanderen | Antwerpen, België | 841.641.086 | 39,47% | 0,00% |
| Storm Holding 2 NV | Storm Vlaanderen | Antwerpen, België | 627.685.789 | 39,47% | 0,00% |
| Storm Holding 3 NV | Storm Vlaanderen | Antwerpen, België | 716.772.293 | 39,47% | 0,00% |
| Windpark Kreekraksluis Holding BV | Kreekraksluis | Den Haag, Nederland | 63.129.337 | 43,65% | 0,00% |
Een overzicht van de contractuele verplichtingen of huidige intenties om financiële of andere steun te verlenen aan haar dochtervennootschappen en geassocieerde deelnemingen wordt verstrekt in toelichting 22: Buitenbalansverplichtingen.
TINC ontvangt opbrengsten uit haar participaties hoofdzakelijk in de vorm van dividenden en interesten.
Sommige van de participaties kunnen worden onderworpen aan beperkingen op hun mogelijkheid om betalingen of uitkeringen te doen aan TINC, inclusief ten gevolge van restrictieve covenanten die vervat zitten in schuldovereenkomsten, beperkingen op het gebied van belastingen en vennootschapsrecht op de uitkering van dividenden of andere uitbetalingen, die ook vervat kunnen zitten in overeenkomsten met dergelijke andere partijen. Daarnaast kan elke
verandering in de waarderingsregels, in de werkwijze of in de richtlijnen die relevant zijn voor TINC of voor diens participaties, de kasstromen naar TINC verminderen of vertragen.
Per 30 juni 2021 zijn de participaties van TINC niet onderworpen aan specifieke beperkingen inzake kasstromen aan TINC die het gevolg zijn van het niet voldoen aan bepaalde overeenkomsten.
TINC rapporteert de investeringsactiviteiten volgens vier segmenten. De managementrapportering volgt eveneens deze structuur conform de vereisten onder IFRS 8. Er is geen sprake van transacties tussen segmenten.
De vier segmenten betreffen:
De cijfers die toebehoren aan de normale bedrijfsvoering van TINC worden ondergebracht onder Business services & general.
Een overzicht van de evolutie van de reële waarde van de portefeuille per segment kan teruggevonden worden onder 16.
| PERIODE EINDIGEND OP 30 JUNI 2021 ('000 €) |
PUBLIEKE INFRASTRUCTUUR |
ENERGIE INFRASTRUCTUUR |
DIGITALE INFRASTRUCTUUR |
ONDER STEUNEND VASTGOED |
BUSINESS SERVICES & GENERAL |
TOTAAL |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Interesten | 5.930.013 | 2.888.493 | - | 127.231 | - | 8.945.736 |
| Dividenden | 4.333.161 | 3.459.579 | 325.000 | 6.437.285 | - | 14.555.026 |
| Meerwaarde op realisatie van investeringen | - | - | - | - | - | - |
| Niet-gerealiseerde opbrengsten/kosten uit financiële vaste activa |
4.943.104 | 2.622.196 | 4.485.705 | 406.198 | - | 12.457.202 |
| Vergoedingen | 140.696 | 211.825 | 37.500 | 130.931 | - | 520.953 |
| Portefeuilleresultaat: winst (verlies) | 15.346.974 | 9.182.094 | 4.848.205 | 7.101.645 | - | 36.478.917 |
| Diensten en diverse goederen | - | - | - | - | (4.406.974) | (4.406.974) |
| Afschrijvingen en waarderverminderingen | - | - | - | - | (1.933) | (1.933) |
| Overige operationele kosten | - | - | - | - | (85.778) | (85.778) |
| Operationeel resultaat: winst (verlies) | 15.346.974 | 9.182.094 | 4.848.205 | 7.101.645 | (4.494.684) | 31.984.233 |
| Financieel resultaat | - | - | - | - | 110.366 | 110.366 |
| Belastingen | - | - | - | - | (1.023.222) | (1.023.222) |
| Nettoresultaat van het jaar: winst (verlies) | 15.346.974 | 9.182.094 | 4.848.205 | 7.101.645 | (5.407.541) | 31.071.376 |
| Activa en verplichtingen | ||||||
| Activa | 131.966.105 | 117.024.839 | 76.434.215 | 71.464.397 | 61.860.756 | 458.750.312 |
| Passiva | - | - | - | - | 458.750.312 | 458.750.312 |
| Overige segmentinformatie | ||||||
| Kasstromen | 10.579.084 | 10.150.205 | 360.000 | 6.688.456 | - | 27.777.746 |
| Kas-inkomsten | 9.987.623 | 6.439.334 | 360.000 | 6.688.456 | - | 23.475.412 |
| Terugbetalingen | 591.461 | 3.710.872 | - | - | - | 4.302.333 |
| PERIODE EINDIGEND OP 30 JUNI 2020 ('000 €) |
PUBLIEKE INFRASTRUCTUUR |
ENERGIE INFRASTRUCTUUR |
DIGITALE INFRASTRUCTUUR |
ONDER STEUNEND VASTGOED |
BUSINESS SERVICES & GENERAL |
TOTAAL |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Interesten | 4.681.125 | 3.076.489 | - | 215.652 | - | 7.973.266 |
| Dividenden | 3.634.124 | 1.731.069 | - | 2.143.477 | - | 7.508.670 |
| Meerwaarde op realisatie van investeringen | - | - | - | - | - | - |
| Niet-gerealiseerde opbrengsten/kosten uit financiële vaste activa |
2.530.560 | (3.376.815) | 926.313 | 6.269.883 | - | 6.349.940 |
| Vergoedingen | 310.188 | 208.509 | 22.275 | 130.436 | - | 671.408 |
| Portefeuilleresultaat: winst (verlies) | 11.155.997 | 1.639.252 | 948.588 | 8.759.449 | - | 22.503.285 |
| Diensten en diverse goederen | - | - | - | - | (3.776.319) | (3.776.319) |
| Overige operationele kosten | - | - | - | - | (114.546) | (114.546) |
| Operationeel resultaat: winst (verlies) | 11.155.997 | 1.639.252 | 948.588 | 8.759.449 | (3.890.865) | 18.612.420 |
| Financieel resultaat | - | - | - | - | (65.427) | (65.427) |
| Belastingen | - | - | - | - | (704.579) | (704.579) |
| Nettoresultaat van het jaar: winst (verlies) | 11.155.997 | 1.639.252 | 948.588 | 8.759.449 | (4.660.871) | 17.842.414 |
| Activa en verplichtingen | ||||||
| Activa | 123.627.805 | 102.422.424 | 51.652.613 | 62.613.708 | 106.021.912 | 446.338.463 |
| Passiva | - | - | - | - | 446.338.463 | 446.338.463 |
| Overige segmentinformatie | ||||||
| Kasstromen | 8.980.218 | 21.187.547 | 22.500 | 5.227.656 | - | 35.417.921 |
| Kas-inkomsten | 8.783.183 | 4.871.240 | 22.500 | 2.553.153 | - | 16.230.076 |
Terugbetalingen 197.035 16.316.308 - 2.674.503 - 19.187.845
| PERIODE EINDIGEND OP 30 JUNI 2021 ('000 €) |
BELGIË | NEDERLAND | IERLAND | TOTAAL |
|---|---|---|---|---|
| Interesten | 7.175.110 | 1.770.626 | - | 8.945.736 |
| Dividenden | 11.726.485 | 2.493.941 | 334.600 | 14.555.026 |
| Meerwaarde op realisatie van investeringen | - | - | - | - |
| Niet-gerealiseerde opbrengsten/kosten uit financiële vaste activa | 6.478.315 | 8.038.000 | (2.059.113) | 12.457.202 |
| Vergoedingen | 384.859 | 112.673 | 23.421 | 520.953 |
| Portefeuilleresultaat: winst (verlies) | 25.764.769 | 12.415.240 | (1.701.092) | 36.478.917 |
| Diensten en diverse goederen | (4.406.974) | - | - | (4.406.974) |
| Afschrijvingen en waardeverminderingen | (1.933) | - | - | (1.933) |
| Overige operationele kosten | (85.778) | - | - | (85.778) |
| Operationeel resultaat: winst (verlies) | 21.270.085 | 12.415.240 | (1.701.092) | 31.984.233 |
| Financieel resultaat | 110.366 | - | - | 110.366 |
| Belastingen | (1.023.222) | - | - | (1.023.222) |
| Nettoresultaat van het jaar: winst (verlies) | 20.357.228 | 12.415.240 | (1.701.092) | 31.071.376 |
| Activa en verplichtingen | ||||
| Activa | 312.478.095 | 132.492.275 | 13.779.942 | 458.750.312 |
| Passiva | 458.750.312 | - | - | 458.750.312 |
| Overige segmentinformatie | ||||
| Kasstromen | 23.222.828 | 4.199.114 | 355.804 | 27.777.746 |
| Kas-inkomsten | 18.920.494 | 4.199.114 | 355.804 | 23.475.412 |
| Terugbetalingen | 4.302.333 | - | - | 4.302.333 |
| TINC IN EEN OOGOPSLAG VOORWOORD THEMA'S ACTIVITEITEN DUURZAAMHEID RESULTATEN 2020-2021 GOVERNANCE |
JAARREKENING |
|---|---|
| --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- | -------------- |
| PERIODE EINDIGEND OP 30 JUNI 2020 ('000 €) |
BELGIË | NEDERLAND | IERLAND | TOTAAL |
|---|---|---|---|---|
| Interesten | 7.485.305 | 487.960 | - | 7.973.266 |
| Dividenden | 6.636.271 | 872.399 | - | 7.508.670 |
| Meerwaarde op realisatie van investeringen | - | - | - | - |
| Niet-gerealiseerde opbrengsten/kosten uit financiële vaste activa | 14.966.378 | (10.514.076) | 1.897.639 | 6.349.941 |
| Vergoedingen | 363.042 | 287.168 | 21.199 | 671.408 |
| Portefeuilleresultaat: winst (verlies) | 29.450.997 | (8.866.549) | 1.918.838 | 22.503.286 |
| Diensten en diverse goederen | (3.776.319) | - | - | (3.776.319) |
| Afschrijvingen en waardeverminderingen | - | - | - | - |
| Overige operationele kosten | (114.546) | - | - | (114.546) |
| Operationeel resultaat: winst (verlies) | 25.560.132 | (8.866.549) | 1.918.838 | 18.612.421 |
| Financieel resultaat | (65.427) | - | - | (65.427) |
| Belastingen | (704.579) | - | - | (704.579) |
| Nettoresultaat van het jaar: winst (verlies) | 24.790.126 | (8.866.549) | 1.918.838 | 17.842.415 |
| Activa en verplichtingen | ||||
| Activa | 335.010.926 | 95.491.118 | 15.836.418 | 446.338.462 |
| Passiva | 446.338.463 | - | - | 446.338.463 |
| Overige segmentinformatie | ||||
| Kasstromen | 19.277.534 | 1.779.401 | 14.360.986 | 35.417.921 |
| Kas-inkomsten | 14.498.392 | 1.710.698 | 20.986 | 16.230.076 |
| Terugbetalingen | 4.779.142 | 68.704 | 14.340.000 | 19.187.845 |
| BOEKJAAR EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| Interesten | 1 | 8.945.736 | 7.973.266 |
| Dividenden | 1 | 14.555.026 | 7.508.670 |
| Vergoedingen | 1 | 520.953 | 671.408 |
| TOTAAL | 24.021.715 | 16.153.345 |
De som van de interesten, dividenden en vergoedingen vertonen over het afgelopen boekjaar een stijging van € 7.868.370 ten opzichte van het boekjaar eindigend op 30 juni 2020.
De dividenden stegen met € 7.046.355 ten opzichte van het vorige boekjaar ten gevolge van de groei van de portefeuille en het meer matuur worden van de participaties wat leidt tot een hogere cash generatie en een groei van de dividenden.
Opbrengsten uit interesten omvatten (i) gekapitaliseerde interesten die opgenomen zijn in de reële waarde van de participaties en (ii) interesten, ofwel ontvangen in cash, ofwel voorzien om kort na het einde van het afgelopen boekjaar te worden ontvangen in cash. De interesten stegen met € 971.472 ten opzichte van het vorige boekjaar.
De rubriek vergoedingen bestaat uit vergoedingen uit participaties waaronder mandaatvergoedingen of vergoedingen in het kader van transacties. Over het afgelopen boekjaar bedroegen de vergoedingen € 520.953, zijnde € 150.456 minder in vergelijking met het vorig boekjaar.
| BOEKJAAR EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| Niet-gerealiseerde opbrengsten uit financiële vaste activa |
1 | 15.979.274 | 19.506.791 |
| Niet-gerealiseerde kosten uit financiële vaste activa |
1 | (3.522.072) | (13.156.850) |
| TOTAAL | 12.457.202 | 6.349.941 |
Het netto niet-gerealiseerde resultaat (niet-gerealiseerde opbrengsten minus niet-gerealiseerde kosten) bedroeg € 12.457.202 voor het afgelopen boekjaar.
De netto niet-gerealiseerde toename van de reële waarde van € 12.457.202 over het afgelopen boekjaar bestaat uit € 15.979.274 niet-gerealiseerde opbrengsten en € 3.522.072 niet-gerealiseerde kosten. Dit bedrag is het resultaat van een actualisatie van de verdisconteringsvoeten en van de generieke en specifieke assumpties onderliggend aan de door TINC verwachte kasstromen uit de participaties, en van de tijdswaarde van deze kasstromen.
In het afgelopen boekjaar steeg aldus de reële waarde van de investeringsportefeuille met € 12.457.202 zonder rekening te houden met de investeringen en met de terugbetalingen uit participaties.
De kosten van diensten en diverse goederen stegen met € 630.655 in vergelijking met het vorige boekjaar.
| BOEKJAAR EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| Managementvergoedingen | (4.211.505) | (3.353.590) | |
| Andere operationele kosten | (195.468) | (422.729) | |
| TOTAAL | 1 | (4.406.974) | (3.776.319) |
De kosten over het afgelopen boekjaar omvatten het volgende:
| BOEKJAAR EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| Belastingen en bedrijfskosten | 1 | (85.778) | (114.546) |
| TOTAAL | (85.778) | (114.546) |
De andere bedrijfskosten bedragen € 85.778 en omvatten voornamelijk niet-aftrekbare BTW voor een bedrag van € 79.316.
De kostenratio voor het huidige boekjaar bedraagt 0,98%.
| BOEKJAAR EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| Financiële opbrengsten | 1 | 200.742 | 53.124 |
| Financiële kosten | 1 | (90.376) | (118.551) |
| TOTAAL | 110.366 | (65.427) |
Het financiële resultaat is met € 175.793 gestegen in vergelijking met het vorige boekjaar.
Financiële opbrengsten van het afgelopen boekjaar betreffen onder meer financiële diensten aan participaties. De financiële opbrengsten stegen met € 147.619 ten opzichte van het vorige boekjaar.
De financiële kosten daalden met € 28.175. Deze kosten omvatten interesten op kredieten en leningen en andere bankkosten.
| PERIODE EINDIGEND OP: (€) Notes |
30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|
| Resultaat voor belasting, winst (verlies) | 32.094.599 | 18.546.994 |
| Niet-gerealiseerde opbrengsten/kosten uit financiële vaste activa | (12.457.202) | (6.349.941) |
| Afschrijvingen en waardeverminderingen op kosten gerelateerd aan de kapitaalverhoging | (1.440.812) | (2.142.496) |
| Resultaat voor belasting BGAAP | 18.196.584 | 10.054.557 |
| Verworpen uitgaven | 37 | 258 |
| Definitief belaste inkomsten en vrijgestelde roerende inkomsten | (14.103.732) | (7.508.653) |
| Notionele interestaftrek (NIA) | - | (181.863) |
| Compensatie belastingsverliezen uit het verleden | (3.165.023) | (1.900.450) |
| Belastbare basis tegen het normaal tarief | 927.867 | 463.848 |
| Van toepassing zijnde belastingtarief | 25,00% | 29,58% |
| Volgens het lokaal statutair winstbelastingtarief | 231.967 | 137.206 |
| Waardering uitgestelde belastingvordering gerelateerd aan de overgedragen fiscale verliezen | 449.324 | 1.240.580 |
| Aanwending uitgestelde belastingen | 791.256 | (562.153) |
| Herwaardering fiscaal verrekenbare verliezen | - | 5.219 |
| (Toename)/afname uitgestelde belastingvordering gerelateerd aan de overgedragen fiscale verliezen | 791.256 | 567.372 |
| Belastingen 1 |
1.023.222 | 704.579 |
| Effectieve belastingvoet | 3,19% | 3,80% |
| PERIODE EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| Winstbelasting | |||
| Winstbelasting van het huidige jaar | 231.967 | 137.206 | |
| Aanpassing aan de winstbelasting van een voorgaand jaar |
- | - | |
| Uitgestelde belasting | |||
| Betrekking hebbende op tijdelijke verschillen |
- | - | |
| Actieve belastinglatentie op fiscaal overdraagbare verliezen |
791.256 | 567.372 | |
| Belastingen | 1.023.222 | 704.579 |
| PERIODE EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| Fiscaal verlies per begin boekjaar | 4.962.320 | 6.862.770 | |
| Benutting van het jaar | (3.165.023) | (1.900.450) | |
| Mutatie van het jaar - correctie | - | - | |
| Fiscaal verlies per einde boekjaar | 1.797.298 | 4.962.320 |
| PERIODE EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| Belastinglatenties beginsaldo (per 1 juli) |
2.314.338 | 2.856.410 | |
| Toename/(afname) waarde over gedragen fiscale verliezen |
(791.256) | (567.372) | |
| Toename/(afname) uitgestelde belastingen |
(360.203) | 25.300 | |
| Belastinglatenties eindsaldo (per 30 juni) |
2 | 1.162.879 | 2.314.338 |
Momenteel zijn een deel van de inkomsten van TINC fiscaal vrijgestelde opbrengsten:
Een uitgestelde belastingvordering is in boekjaar 2017-2018 opgenomen voor fiscale verliezen en fiscaal verrekenbare tegoeden in zoverre het waarschijnlijk is dat er toekomstige fiscale winst beschikbaar zal zijn waarmee de fiscale verliezen en fiscaal verrekenbare tegoeden kunnen worden verrekend. Dit bedrag werd per einde boekjaar geschat op € 449.324.
De uitgestelde belastingvordering gerelateerd aan de overgedragen fiscale verliezen daalde met € 791.256 ten opzichte van vorig boekjaar.
| PERIODE EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| Nettowinst toe te rekenen aan gewone aandelen |
1 | 31.071.376 | 17.842.415 |
| Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen (exclusief ingekochte eigen aandelen) voor gewone winst per aandeel |
36.363.637 | 32.453.301 | |
| Verwateringseffect | - | - | |
| Aandelenopties | - | - | |
| Aflosbare preferente aandelen | - | - | |
| Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen (exclusief ingekochte eigen aandelen) gecorrigeerd voor het verwateringseffect |
36.363.637 | 32.453.301 | |
| Winst per aandeel | 0,85 | 0,55 | |
| Winst per aandeel, rekening houdend met het verwateringseffect |
0,85 | 0,55 |
| PERIODE EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| Betaalde uitkering | 1 | ||
| Slotuitkering: (totale waarde) | 18.545.455 | 13.636.364 | |
| Slotuitkering: (waarde per aandeel) |
0,5100 | 0,5000 | |
| Voorgestelde uitkering | |||
| Uitkering: totale waarde | 18.909.091 | 18.545.455 | |
| Uitkering: waarde per aandeel | 0,52 | 0,51 | |
| Kapitaalvermindering | 0,4500 | 0,4600 | |
| Dividend | 0,0700 | 0,0500 | |
| Aantal aandelen | 36.363.637 | 36.363.637 |
Aan de aandeelhouders wordt in oktober 2021 een uitkering voorgesteld ten belope van € 0,52 per aandeel. De voorgestelde uitkering neemt de vorm aan van een combinatie van een dividend en een kapitaalvermindering. Het voorgestelde bedrag van het dividend zal gelijk zijn aan € 0,07 per aandeel (of 13,5% van de uitkering), dat van de kapitaalvermindering aan € 0,45 per aandeel (of 86,5 % van het totale uitgekeerde bedrag). De kapitaalvermindering behoeft een beslissing van de buitengewone algemene vergadering met een quorum en bijzondere meerderheid.
De totale uitkering bedraagt € 18.909.091, bestaande uit een dividend van € 2.545.455 en een kapitaalvermindering van € 16.363.637.
De reële waarde of Fair Value ("FV") van de investeringsportefeuille is als volgt geëvolueerd tussen begin en einde van het afgelopen boekjaar:
| PERIODE EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| Openingsbalans | 340.316.550 | 267.105.793 | |
| + Investeringen | 47.871.458 | 86.077.029 | |
| - Terugbetalingen uit investeringen (-) |
(4.302.333) | (19.187.845) | |
| +/- Netto niet-gerealiseerde winsten/(verliezen) |
12.457.202 | 6.349.941 | |
| +/- Korte termijn vorderingen | 546.679 | (28.366) | |
| Eindbalans* | 396.889.556 | 340.316.550 | |
| Wijziging in reële waarde verwerkt in de resultatenrekening gedurende het boekjaar |
12.457.202 | 6.349.941 |
* Inclusief aandeelhoudersleningen voor een nominaal uitstaand bedrag van: € 96.910.366 (30/06/2021) en € 94.561.917 (30/06/2020).
Op 30 juni 2021 bedroeg de FV van de portefeuille € 396.889.556.
Tijdens het afgelopen boekjaar werd € 47.871.458 geïnvesteerd in bestaande participaties: Kroningswind, A15 Maasvlakte-Vaanplein, Datacenter United, Storm Vlaanderen, GlasDraad BV en Réseau Abilis.
Over het afgelopen boekjaar ontving TINC € 4.302.333 in het kader van terugbetalingen van het geïnvesteerde kapitaal van volgende participaties: Nobelwind, Northwind, Solar Finance, Storm Vlaanderen, Lowtide/Hightide, Via R4 Gent, Via A11 en L'Hourgnette.
De netto niet-gerealiseerde toename van de reële waarde van € 12.457.202 over het afgelopen boekjaar bestaat uit € 15.979.274 niet-gerealiseerde opbrengsten en € 3.522.072 niet-gerealiseerde kosten.
Het resterende bedrag van € 546.679 betreft een toename van het uitstaande bedrag aan inkomsten uit de portefeuille die reeds verworven waren op het einde van de verslagperiode maar nog niet werden ontvangen.
TINC hanteert de volgende hiërarchie bij het bepalen en vermelden van de reële marktwaarde van financiële instrumenten, per gebruikte waarderingsmethode.
| 30 JUNI 2021 | |||||
|---|---|---|---|---|---|
| Niveau 1 | Totaal | ||||
| Investeringsportefeuille | - | - | 396.889.556 | 396.889.556 |
| 30 JUNI 2020 | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Niveau 1 | Niveau 2 | Niveau 3 | Totaal | |||
| Investeringsportefeuille | - | - | 340.316.550 | 340.316.550 |
Alle participaties van TINC worden geclassificeerd als activa van niveau 3 in de hiërarchie van de reële waarde. Alle participaties, met uitzondering van Sociale Huisvesting Ierland, worden gewaardeerd volgens een verdisconteerd cash flow model, waarbij de verwachte toekomstige kasstromen van de participaties die ten goede komen aan TINC, verdisconteerd worden aan een marktconforme verdisconteringsvoet. Deze waarderingstechniek werd consistent gebruikt voor alle investeringen. Voor Sociale Huisvesting Ierland wordt de recente transactieprijs beschouwd als de reële waarde. Geprojecteerde toekomstige kasstromen voor elke participatie worden gegenereerd via gedetailleerde project-specifieke financiële modellen. De verwachte kasstromen zijn vaak duurzaam en gebaseerd op langetermijncontracten, een gereguleerd kader, en/of de strategische positie van de infrastructuur. De verwachte kasstromen zijn gedeeltelijk gebaseerd op inschattingen van het management, die betrekking hebben op zowel algemene veronderstellingen toepasbaar op alle participaties als op specifieke veronderstellingen die van toepassing zijn voor één enkele participatie of een beperkte groep participaties.
TINC definieert de volgende categorieën van investeringen:
Het verdienmodel van Publieke Infrastructuur participaties is gebaseerd op beschikbaarheid. Het verdienmodel van Energie Infrastructuur participaties is gebaseerd op productievolumes, toepasselijke steunmaatregelingen en elektriciteitsprijzen in de markt. Leningen aan energiebedrijven, die productieen prijs gerelateerde inkomsten hebben, ondervinden minder impact van veranderingen in inkomsten dankzij de buffer van het eigen vermogen. Het verdienmodel van Digitale Infrastructuur en Ondersteunend Vastgoed gerelateerde participaties zijn hoofdzakelijk vraag-gerelateerd en hebben elk afzonderlijk een specifiek business model. Deze zijn toegelicht in de hoofdstukken over de betreffende segmenten.
Bij Publieke Infrastructuur participaties wordt uitgegaan van de concrete projectduur die gewoonlijk 20 tot 35 jaar bedraagt. Na het verstrijken van de projectduur wordt de infrastructuur overgedragen aan de concessieverlener(s)/publieke partner(s).
Voor Energie Infrastructuur participaties wordt doorgaans een levensduur van 20 tot 25 jaar gehanteerd. Dat komt overeen met de gemiddelde looptijd van gebruiksrechten met betrekking tot de grond waarop de infrastructuur is opgetrokken en/of met de technische levensduur van de installaties. Na het verstrijken van deze termijn wordt de energie-infrastructuur verwijderd of gaat ze over naar de grondeigenaar(s).
Voor de Digitale Infrastructuur en Ondersteunend Vastgoed gerelateerde participaties wordt telkens een infrastructuur-specifieke looptijd gehanteerd. Voor de waardering wordt een resterende levensduur van minimum 15 jaar weerhouden, waarbij er op het einde van de levensduur geen, of slechts in beperkte mate, rekening wordt gehouden met een restwaarde.
TINC IN EEN OOGOPSLAG VOORWOORD THEMA'S ACTIVITEITEN DUURZAAMHEID RESULTATEN 2020-2021 GOVERNANCE JAARREKENING
De berekening van de reële marktwaarde van de participaties van TINC is gebaseerd op de volgende belangrijke "niet-waarneembare inputs" op portefeuilleniveau:
De verwachte toekomstige kasstromen naar TINC zijn kasstromen na betaling van alle operationele kosten en schuldverplichtingen op de onderliggende participaties. Schuldverplichtingen worden typisch vastgelegd voor de ganse looptijd van de onderliggende infrastructuur zonder herfinancieringsrisico. De interest op de schuldverplichtingen wordt, via indekking, typisch vastgelegd voor de ganse looptijd van de financiering, om te vermijden dat toekomstige kasstromen voor TINC aangetast zouden worden door stijgende rentevoeten.
De verschillende soorten participaties genereren kasstromen over verschillende tijdsperiodes en geven zo de typische levensduur van de onderliggende infrastructuur weer.
Participaties in Publieke Infrastructuur hebben een levensduur tussen 20 en 35 jaar. De sterke stijging van de verwachte kasstromen (zie grafiek verder) op het einde van de levensduur is het resultaat van beperkingen opgelegd door de verschaffers van vreemd vermogen, waardoor kas-uitkeringen vanuit de participaties aan de aandeelhouders zijn achtergesteld aan alle andere kasstromen binnen de participaties. Na terugbetaling van de schuldfinanciering, komen de beschikbare kasmiddelen ten volle toe aan de aandeelhouders.
Participaties in Energie Infrastructuur hebben typisch een levensduur tot 25 jaar, wat de dalende trend in de kasstromen vanaf 2033 verklaart (zie grafiek verder).
Participaties in Digitale Infrastructuur en Ondersteunend Vastgoed hebben een levensduur van minstens 15 jaar. De schuldenlasten hebben een kortere looptijd dan de levensduur van de onderliggende infrastructuur.
Over het afgelopen boekjaar heeft TINC € 27.776.837 aan kasstromen ontvangen in de vorm van dividenden, interesten, vergoedingen en terugbetaling van kapitaal. Deze kasstromen onderbouwen het uitkeringsbeleid van TINC.
De portefeuille van TINC heeft een positieve inflatiecorrelatie van ongeveer 0,5x. Dit betekent dat het rendement van de portefeuille met ongeveer 0,5% toeneemt bij toepassing van een inflatievoet die 1 procentpunt hoger is dan de basis inflatieassumptie die voor waarderingsdoeleinden wordt gehanteerd (momenteel 2%). Vertaald naar toekomstige kasstromen betekent dit dat de kasstromen die TINC verwacht te ontvangen uit de portefeuille naar schatting gemiddeld voor ongeveer de helft de inflatie volgen.
De grafieken hieronder geven een indicatief overzicht van de som van de kasstromen die TINC verwacht te ontvangen over de segmenten Publieke Infrastructuur en Energie Infrastructuur over de verwachte eindige levensduur van de infrastructuur, berekend op 30 juni 2021 en 30 juni 2020. JAARREKENING INDICATIEVE JAARLIJKSE KAS-ONTVANGSTEN PER SOORT INFRASTRUCTUUR 35 2021
Deze grafieken houden geen rekening met gecontracteerde buitenbalans investeringstoezeggingen ten aanzien van zowel bestaande participaties als gecontracteerde nieuwe participaties, noch met enig andere mogelijke nieuwe bijkomende investeringstoezegging.
112 TINC Jaarverslag 2020-2021 0 JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
JUN
De geschatte toekomstige kasstromen voor elke participatie vloeien voort uit gedetailleerde en project-specifieke financiële modellen. De verwachte kasstromen zijn gebaseerd op langetermijncontracten, een gereguleerde omgeving en/of een strategische positie.
Bij het bepalen van de geschatte toekomstige kasstromen in functie van de waardering van de participaties worden onder andere volgende assumpties gebruikt:
• De geschatte toekomstige productie van participaties in hernieuwbare energie (wind en zon) vertrekt onder meer van assumpties omtrent de gehanteerde FLH (Full Load Hours of vollasturen, uitgedrukt als MWh/MW), die weergegeven worden op een probabiliteitsschaal. De geschatte toekomstige productiecijfers van elke participatie zijn gebaseerd op historische en actuele cijfers. Op 30 juni 2021 resulteert dit in een FLH van 2.584 MWh/MW (in vergelijking met 2.584 MWh/MW op 30 juni 2020, inclusief Kroningswind) voor de volledige energieportefeuille, berekend als
een gemiddelde van de geschatte toekomstige productie gewogen op basis van de productiecapaciteit van elke energieparticipatie. De huidige inschatting van 2.584 MWh/MW ligt in lijn met een P50-probabiliteitscenario op niveau van de portefeuille. Het P50-probabiliteitscenario komt overeen met een geschatte productie (afhankelijk van toekomstige instraling of windkracht) die met 50% kans daadwerkelijk gerealiseerd wordt. Voor participaties in onshore windparken komt deze schatting overeen met langetermijnwindsnelheden op 100 meter boven de grond tussen 5,6 m/s en 6,6 m/s, naargelang de locatie van de site. Voor de participaties in zonne-energie komt deze schatting overeen met een gemiddelde instraling van 1.222 kwh/m².
• De toekomstige energieprijzen zijn gebaseerd op de voorwaarden bepaald in verschillende gecontracteerde power purchase agreements (PPA's), op inschattingen gebaseerd op toekomstige marktprijzen voor zover beschikbaar, en op inschattingen van groothandelsprijzen gebaseerd op ramingen van toonaangevende adviseurs.
De onderstaande grafiek geeft de verwachte elektriciteitsprijzen weer berekend als het gewogen gemiddelde op basis van de productiecapaciteit van de JAARREKENING GEWOGEN GEMIDDELDE ELECTRICITEITSPRIJS
huidige portefeuille, zoals gebruikt als assumptie voor de waarderingen van 30 juni 2021 en van 30 juni 2020.
Verder wordt er rekening gehouden met een "balancing discount" van 15%. De balancing discount is een korting die de koper van elektriciteit uit hernieuwbare energie in mindering brengt van de marktelektriciteitsprijs. Deze korting is onder meer gerelateerd aan de onzekere hoeveelheid wind en zon op elk ogenblik en aldus de onzekere hoeveelheid elektriciteit die er op elk ogenblik wordt geproduceerd. De koper dient ervoor te zorgen dat het elektriciteitsnetwerk op elk ogenblik "gebalanceerd" of in evenwicht blijft.
Bovenop de verkoopprijs van de stroomproductie kunnen de producenten van hernieuwbare energie ook genieten van steunmaatregelen in Vlaanderen, Nederland en Ierland. De steun uit zich in groenestroomcertificaten (Vlaanderen), inkomsten van SDE-subsidieregimes (Nederland) of in een gegarandeerde REFIT-prijs (Ierland):
• Het steunmechanisme in Vlaanderen laat toe dat producenten van hernieuwbare energie genieten van groenestroomcertificaten. Elke geproduceerde MWh geeft recht op één (of een deel van één) groenstroomcertificaat afhankelijk van het specifiek ondersteuningsmechanisme gerelateerd aan de installatie voor hernieuwbare energie. In sommige gevallen is het deel verkregen van de groenestroomcertificaten afhankelijk van de elektriciteitsprijs in de markt. De groenestroomcertificaten kunnen in de markt verhandeld worden of verkocht worden aan de netbeheerder voor een gegarandeerde minimumprijs voor een periode van 10, 15 of 20 jaar, afhankelijk van het steunmechanisme.
Voor participaties in zonnestroom in Vlaanderen variëren de prijsniveaus van groenestroomcertificaten van € 230 tot € 450 per groenestroomcertificaat, afhankelijk van het bouwjaar van de zonnestroominstallatie.
De installaties in de participaties van TINC ontvangen een verwachte gewogen gemiddelde prijs van € 305, gewogen naar de capaciteit en de resterende levensduur van de installaties. Voor participaties in onshore windparken in Vlaanderen variëren de verwachte prijzen van € 90 tot € 93 per groenestroomcertificaat gebaseerd op de minimale garanties, met een gewogen gemiddelde van € 92 gewogen naar capaciteit.
De verdisconteringsvoet wordt gebruikt voor de verdiscontering van de verwachte toekomstige kasstromen om de reële marktwaarde van de participaties te berekenen. Deze verdisconteringsvoet weerspiegelt het risico dat inherent is aan het investeringsinstrument, het investeringsbelang, de fase in de levenscyclus van de infrastructuur en andere relevante risicofactoren. Bij de bepaling van de verdisconteringsvoet kunnen recente transacties tussen marktdeelnemers een indicatie geven voor de marktconformiteit.
Op 30 juni 2021 bedraagt de gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet van de portefeuille 7,59% (7,82% op 30 juni 2020). De individuele verdisconteringsvoeten van de participaties variëren tussen 6,74% en 9,25%.
De markt voor kwaliteitsvolle infrastructuur blijft intens bevraagd, en dit vertaalde zich ook tijdens het afgelopen jaar in een verdere daling van de toepasselijke verdisconteringsvoeten. TINC heeft in lijn met deze marktevolutie onder meer de verdisconteringsvoet voor haar participaties in Publieke infrastructuur en in Energie Infrastructuur naar beneden aangepast zoals blijkt uit de tabel hieronder:
| PERIODE EINDIGEND OP: | 30 JUNI 2021 | 30 JUNI 2020 |
|---|---|---|
| Publieke infrastructuur | 7,00% | 7,50% |
| Energie infrastructuur | 7,29% | 7,53% |
| Digitale infrastructuur | 8,69% | 9,31% |
| Ondersteunend Vastgoed | 8,02% | 8,31% |
| Gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet |
7,59% | 7,82% |
De onderstaande tabellen tonen de reële waarde (FV) van de portefeuille ingedeeld volgens soort infrastructuur op 30 juni 2021 en op 30 juni 2020.
| FV op 30 JUNI 2021 (€) |
PUBLIEKE INFRASTRUCTUUR |
ENERGIE INFRASTRUCTUUR |
DIGITALE INFRASTRUCTUUR |
ONDER STEUNEND VASTGOED |
TOTAAL |
|---|---|---|---|---|---|
| Investeringen in Eigen Vermogen* | 131.966.105 | 108.595.381 | 76.434.215 | 71.464.397 | 316.995.701 |
| Gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet | 7,00% | 7,30% | 8,69% | 8,02% | 7,48% |
| Investeringen in Leningen | - | 8.429.457 | - | - | 8.429.457 |
| Gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet | - | 6,88% | - | - | 6,88% |
| Reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening |
131.966.105 | 117.024.839 | 76.434.215 | 71.464.397 | 396.889.556 |
| Gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet | 7,00% | 7,29% | 8,69% | 8,02% | 7,59% |
| * Inclusief aandeelhoudersleningen voor een nominaal uitstaand bedrag van: | 70.134.867 | 24.912.425 | 13.750 | 1.849.324 | 96.910.366 |
| Nominaal uitstaand bedrag Leningen: | - | 8.318.092 | - | - | - |
| FV op 30 JUNI 2020 (€) |
PUBLIEKE INFRASTRUCTUUR |
ENERGIE INFRASTRUCTUUR |
DIGITALE INFRASTRUCTUUR |
ONDER STEUNEND VASTGOED |
TOTAAL |
|---|---|---|---|---|---|
| Investeringen in Eigen Vermogen* | 123.627.805 | 93.174.095 | 51.652.613 | 62.613.708 | 331.068.221 |
| Gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet | 7,50% | 7,55% | 9,31% | 8,31% | 7,81% |
| Investeringen in Leningen | - | 9.248.330 | - | - | 9.248.330 |
| Gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet | - | 6,90% | - | - | 6,90% |
| Reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening |
123.627.805 | 102.422.424 | 51.652.613 | 62.613.708 | 340.316.550 |
| Gewogen gemiddelde verdisconteringsvoet | 7,50% | 7,53% | 9,31% | 8,31% | 7,82% |
| * Inclusief aandeelhoudersleningen voor een nominaal uitstaand bedrag van: | 67.662.874 | 25.126.741 | 1.761.053 | 11.250 | 94.561.917 |
| Nominaal uitstaand bedrag Leningen: | - | 9.123.863 | - | - | - |
De onderstaande tabellen geven de evolutie weer van de reële waarde van de portefeuille over de afgelopen verslagperiodes per soort infrastructuur en per investeringsinstrument:
| Evolutie FV 30 JUNI 2021 (€) |
PUBLIEKE INFRASTRUCTUUR |
ENERGIE INFRASTRUCTUUR |
DIGITALE INFRASTRUCTUUR |
ONDER STEUNEND VASTGOED |
TOTAAL |
|---|---|---|---|---|---|
| INVESTERINGEN IN EIGEN VERMOGEN | |||||
| Beginsaldo (30/06/2020) | 123.627.805 | 93.174.095 | 51.652.613 | 62.613.708 | 331.068.221 |
| + Investeringen* | 3.570.000 | 15.570.561 | 20.293.397 | 8.437.500 | 47.871.458 |
| - Terugbetalingen | (591.461) | (2.855.533) | - | - | (3.446.994) |
| +/- Niet-gerealiseerde waardeschommelingen | 4.943.103 | 2.635.304 | 4.485.705 | 406.198 | 12.470.309 |
| +/- Overige | 416.659 | 70.955 | 2.500 | 6.992 | 497.105 |
| Eindsaldo (30/06/2021) | 131.966.105 | 108.595.381 | 76.434.215 | 71.464.397 | 388.460.098 |
| INVESTERINGEN IN LENINGEN | |||||
| Beginsaldo (30/06/2020) | - | 9.248.330 | - | - | 9.248.330 |
| + Investeringen* | - | - | - | - | - |
| - Terugbetalingen | - | (855.339) | - | - | (855.339) |
| +/- Niet-gerealiseerde waardeschommelingen | - | (13.102) | - | - | (13.102) |
| +/- Overige | - | 49.568 | - | - | 49.568 |
| Eindsaldo (30/06/2021) | - | 8.429.457 | - | - | 8.429.457 |
| PORTEFEUILLE | |||||
| Beginsaldo (30/06/2020) | 123.627.805 | 102.422.424 | 51.652.613 | 62.613.708 | 340.316.550 |
| + Investeringen* | 3.570.000 | 15.570.561 | 20.293.397 | 8.437.500 | 47.871.458 |
| - Terugbetalingen | (591.461) | (3.710.872) | - | - | (4.302.333) |
| +/- Niet-gerealiseerde waardeschommelingen | 4.943.103 | 2.622.202 | 4.485.705 | 406.198 | 12.457.202 |
| +/- Overige | 416.659 | 120.523 | 2.500 | 6.992 | 546.679 |
| Eindsaldo (30/06/2021) | 131.966.105 | 117.024.839 | 76.434.215 | 71.464.397 | 396.889.556 |
* Investeringen in het eigen vermogen: inclusief aandeelhoudersleningen.
| Evolutie FV 30 JUNI 2020 (€) |
PUBLIEKE INFRASTRUCTUUR |
ENERGIE INFRASTRUCTUUR |
DIGITALE INFRASTRUCTUUR |
ONDER STEUNEND VASTGOED |
TOTAAL |
|---|---|---|---|---|---|
| INVESTERINGEN IN EIGEN VERMOGEN | |||||
| Beginsaldo (30/06/2019) | 103.591.725 | 80.664.078 | 14.026.526 | 58.744.416 | 257.026.744 |
| + Investeringen* | 17.811.931 | 31.227.599 | 36.700.000 | 337.500 | 86.077.029 |
| - Terugbetalingen | (197.035) | (15.561.093) | - | (2.674.503) | (18.432.631) |
| +/- Niet-gerealiseerde waardeschommelingen | 2.530.560 | (3.331.541) | 926.313 | 6.269.883 | 6.395.214 |
| +/- Overige | (109.376) | 175.054 | (225) | (63.588) | 1.865 |
| Eindsaldo (30/06/2020) | 123.627.805 | 93.174.095 | 51.652.613 | 62.613.708 | 331.068.221 |
| INVESTERINGEN IN LENINGEN | |||||
| Beginsaldo (30/06/2019) | - | 10.079.049 | - | - | 10.079.049 |
| + Investeringen* | - | - | - | - | - |
| - Terugbetalingen | - | (755.214) | - | - | (755.214) |
| +/- Niet-gerealiseerde waardeschommelingen | - | (45.273) | - | - | (45.273) |
| +/- Overige | - | (30.231) | - | - | (30.231) |
| Eindsaldo (30/06/2020) | - | 9.248.330 | - | - | 9.248.330 |
| PORTEFEUILLE | |||||
| Beginsaldo (30/06/2019) | 103.591.725 | 90.743.126 | 14.026.526 | 58.744.416 | 267.105.793 |
| + Investeringen* | 17.811.931 | 31.227.599 | 36.700.000 | 337.500 | 86.077.029 |
| - Terugbetalingen | (197.035) | (16.316.308) | - | (2.674.503) | (19.187.845) |
| +/- Niet-gerealiseerde waardeschommelingen | 2.530.560 | (3.376.815) | 926.313 | 6.269.883 | 6.349.940 |
| +/- Overige | (109.376) | 144.822 | (225) | (63.588) | (28.366) |
| Eindsaldo (30/06/2020) | 123.627.805 | 102.422.425 | 51.652.613 | 62.613.708 | 340.316.550 |
* Investeringen in het eigen vermogen: inclusief aandeelhoudersleningen.
Tijdens het afgelopen boekjaar investeerde TINC in totaal voor een bedrag van € 47.871.458, en dit in bestaande participaties (Kroningswind, A15 Maasvlakte-Vaanplein, Datacenter United, Storm Vlaanderen, GlasDraad BV en Réseau Abilis). Over diezelfde periode ontving TINC van haar participaties terugbetalingen (Nobelwind, Northwind, Solar Finance, Storm Vlaanderen, Lowtide/Hightide, Via R4 Gent, Via A11 en L'Hourgnette) voor een bedrag van € 4.302.333.
De reële waarde van de portefeuille is toegenomen met € 56.573.005 tot € 396.889.556, een stijging van 16,6% ten opzichte van 30 juni 2020. Deze stijging is het resultaat van investeringen voor een bedrag van € 47.871.458 enerzijds en terugbetalingen voor een bedrag van € 4.302.333 anderzijds. De portefeuille nam ook toe in waarde voor een bedrag van € 12.457.202. De stijging van de post "Overige" met € 546.679 betreft een toename in de verworven inkomsten op het einde van de verslagperiode, die op dat moment nog niet zijn ontvangen.
De volgende grafiek toont de sensitiviteit van de reële waarde van de portefeuille voor veranderingen in de energieprijzen, energieproductie, inflatie en verdisconteringsvoet. Deze analyse geeft een beeld van de sensitiviteit van de reële waarde voor een bepaald criterium, terwijl alle andere variabelen gelijk blijven. Deze sensitiviteiten worden immers verondersteld onafhankelijk te zijn van elkaar. Gecombineerde sensitiviteiten worden hier niet weergegeven.
| TINC IN EEN OOGOPSLAG | VOORWOORD | THEMA'S | ACTIVITEITEN | DUURZAAMHEID | RESULTATEN 2020-2021 | GOVERNANCE | JAARREKENING |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| ----------------------- | ----------- | --------- | -------------- | -------------- | ---------------------- | ------------ | -------------- |
| SENSITIVITEITEN FV 30 JUNI 2021 | PUBLIEKE INFRASTRUCTUUR |
ENERGIE INFRASTRUCTUUR |
DIGITALE INFRASTRUCTUUR |
ONDER STEUNEND VASTGOED |
TOTAAL |
|---|---|---|---|---|---|
| Verdisconteringsvoet | |||||
| Verdisconteringsvoet: -0,5% | 7.357.373 | 3.692.371 | 3.004.496 | 3.646.046 | 17.700.286 |
| Verdisconteringsvoet: +0,5% | 6.755.463 | 3.460.718 | 2.769.489 | 3.379.949 | 16.365.620 |
| Inflatie | |||||
| Inflatie: -0,5% | 505.493 | 1.045.581 | 3.967.120 | 3.147.293 | 8.665.488 |
| Inflatie: +0,5% | 540.051 | 1.281.871 | 4.284.384 | 3.457.524 | 9.563.830 |
| Energieprijzen | |||||
| Energieprijzen: -10% | - | 4.198.165 | - | - | 4.198.165 |
| Energieprijzen: +10% | - | 4.264.080 | - | - | 4.264.080 |
| Energieproductie | |||||
| Energieproductie: -5% | - | 9.505.875 | - | - | 9.505.875 |
| Energieproductie: +5% | - | 9.145.789 | - | - | 9.145.789 |
Positief Negatief
| TOESTAND 30 JUNI 2021 (€) | ||||
|---|---|---|---|---|
| Looptijd | <1 jaar | 1 - 5 jaar | > 5 jaar | Totaal |
| 5.092.980 | 18.087.252 | 82.159.592 | 105.339.824 | |
| Toegepaste rentevoet | Variabele rente | Vaste rente | Totaal | |
| - 105.339.824 | 105.339.824 |
| TOESTAND 30 JUNI 2020 (€) | ||||
|---|---|---|---|---|
| Looptijd | <1 jaar | 1 - 5 jaar | > 5 jaar | Totaal |
| 9.978.210 | 13.990.233 | 80.208.224 | 104.176.666 | |
| Variabele rente | ||||
| Toegepaste rentevoet | Vaste rente | Totaal | ||
| - | 104.176.666 | 104.176.666 |
Alle achtergestelde leningen die uitstaan op 30 juni 2021 zijn aan vaste rente. Ze bestaan zowel uit aandeelhoudersleningen als uit gewone leningen waarbij TINC niet deelneemt in het aandeelhouderschap.
De interestbetalingen en terugbetalingen in hoofdsom van achtergestelde leningen zijn meestal onderhevig aan voorwaarden opgelegd door de senior schuldfinanciers. De interestbetalingen op achtergestelde leningen vinden periodiek plaats. Indien de interest niet kan betaald worden, wordt deze gekapitaliseerd en aldus bijgeteld bij de hoofdsom. Terugbetalingen van aandeelhoudersleningen zijn typisch flexibel. Er is wel de verplichting om, indien van toepassing, de aandeelhouderslening terug te betalen vóór het einde van de verwachte levensduur van de infrastructuur. Terugbetalingen van achtergestelde leningen die geen aandeelhoudersleningen zijn, gebeuren volgens een vast periodiek terugbetalingsschema. Indien dit schema niet kan gevolgd worden, dienen achterstallige terugbetalingen zo snel mogelijk te gebeuren. De overeengekomen eindvervaldag van een dergelijke lening is typisch enkele jaren vroeger dan de verwachte levensduur van de infrastructuur in de vennootschap die deze lening heeft uitgegeven.
| BOEKJAAR EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| Handelsvorderingen | 18.500 | 76.063 | |
| Te vorderen belasting | 361.981 | 316.174 | |
| Overige vorderingen | 46.243 | 46.043 | |
| TOTAAL | 2 | 426.724 | 438.280 |
De handelsvorderingen voor het boekjaar eindigend op 30 juni 2021 bedragen € 426.724.
| BOEKJAAR EINDIGEND OP: (€) |
Notes | 30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|---|
| Kortetermijnbankdeposito's | 34.894.555 | 53.303.602 | |
| Contant | 25.362.302 | 49.965.692 | |
| TOTAAL | 2, 4 | 60.256.857 | 103.269.294 |
Banksaldi en -deposito's omvat alle thesauriemiddelen, vrij opneembaar, die in contanten of op een bankdeposito worden aangehouden. Tijdens het afgelopen boekjaar daalde de kaspositie met € 43.012.437 ten gevolge van € 18.545.455 uitkering aan de aandeelhouders, en netto € 20.009.924 uitgaande kasstroom ten gevolge van investeringsactiviteiten en € 4.554.326 uitgaande kasstroom ten gevolge van de kosten voor de exploitatie.
| UITSTAAND KAPITAAL & RESERVES (€) |
30 JUNI 2021 Aantal |
30 JUNI 2020 Aantal |
30 JUNI 2021 Bedrag |
30 JUNI 2020 Bedrag |
|---|---|---|---|---|
| Toegestaan aantal aandelen | 36.363.637 | 36.363.637 | 168.177.863 | 184.905.136 |
| Uitgegeven en volledig volgestorte aandelen bij het begin van het boekjaar | 36.363.637 | 27.272.728 | 184.905.136 | 150.951.501 |
| Toename/afname | - | 9.090.909 | -16.727.273 | 33.953.636 |
| Uitgegeven en volledig volgestorte aandelen bij het einde van het boekjaar | 36.363.637 | 36.363.637 | 168.177.863 | 184.905.136 |
Op 30 juni 2021 bedroeg het aantal volgestorte aandelen 36.363.637. Er vonden geen wijzigingen plaats ten opzichte van het vorige boekjaar.
Op 30 juni 2021 bedroegen de financiële verplichtingen op korte termijn € 887.193. De voornaamste post hierin bestaat uit de vergoeding aan TINC Manager voor een bedrag van € 818.225.
| BOEKJAAR EINDIGEND OP: (€) Notes |
30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|
| Aantal uitstaande aandelen | 36.363.637 | 36.363.637 |
| Netto-actief waarde (NAV) | 457.863.119 | 445.697.401 |
| NAV per aandeel* | 12,59 | 12,26 |
| Reële waarde portefeuille (FV) | 396.889.556 | 340.316.550 |
| FV per aandeel* | 10,91 | 9,36 |
| Netto cash | 60.256.857 | 103.269.294 |
| Netto cash per aandeel* | 1,66 | 2,84 |
| Uitgestelde belastingen | 1.162.879 | 2.314.338 |
| Uitgestelde belastingen per aandeel* |
0,03 | 0,06 |
| Overige vorderingen & schulden | -446.173 | -202.781 |
| Overige vorderingen & schulden per aandeel* |
-0,01 | -0,01 |
| Nettowinst/Winst | 31.071.376 | 17.842.415 |
| Winst per aandeel** | 0,85 | 0,55 |
* Gebaseerd op het aantal uistaande aandelen op het einde van de periode.
** Gebaseerd op het gewogen gemiddeld aantal uitstaande aandelen.
De uitgestelde belastingvordering op de IFRS balans daalde van € 2.314.338 naar € 1.162.879, zijnde een netto afname van € 1.151.459. De daling van de uitgestelde belastingen is het resultaat van afschrijvingen in BGAAP van een aantal geactiveerde kosten gerelateerd aan de beursgang en de daaropvolgende kapitaalverhogingen, en van de (gedeeltelijke) aanwending van de uitstaande overgedragen fiscale verliezen.
| PERIODE EINDIGEND OP: (€) |
30 JUNI 2021 | 30 JUNI 2020 |
|---|---|---|
| 1. Verbintenissen ten aanzien van participaties |
17.036.505 | 56.568.636 |
| 2. Verbintenissen voor gecontracteerde | ||
| participaties | 7.944.195 | 7.500.000 |
| Totaal | 24.980.700 | 64.068.636 |
| 1. Cash verbintenissen Eigen Vermogen | 24.980.700 | 63.264.748 |
| 2. Cash verbintenissen Aandeelhouders Leningen |
- | 803.888 |
| 3. Cash verbintenissen Leningen | - | - |
| Totaal | 24.980.700 | 64.068.636 |
Verbintenissen van TINC ten aanzien van haar bestaande participaties (GlasDraad, Réseau Abilis, Datacenter United, Sociale Huisvesting Ierland en Kroningswind) en gerelateerde financieringsverplichtingen van TINC zullen worden geïnvesteerd overeenkomstig de contractuele bepalingen. Het totaal bedrag aan verbintenissen is tijdens de verslagperiode afgenomen, en is het resultaat van effectieve investeringen in GlasDraad, Kroningswind, Datacenter United en Réseau Abilis.
Verbintenissen van TINC voor gecontracteerde participaties en de daaraan gerelateerde financieringsverplichtingen zullen worden geïnvesteerd overeenkomstig de toekomstige verwerving van nieuwe bijkomende participaties die reeds gecontracteerd zijn (met name Sociale Huisvesting Ierland).
Op 30 juni 2021 bedraagt het totale bedrag aan investeringstoezeggingen € 24.980.700, uitsluitend bestaande uit toezeggingen in de vorm van eigen vermogen.
In de uitvoering van haar activiteiten als investeringsmaatschappij is TINC onderhevig aan risico's zowel op het niveau van TINC zelf als op het niveau van de participaties waarin TINC investeert.
Binnen het raamwerk uitgewerkt door de Raad van Toezicht, op voorstel van de Directieraad en op advies van het Audit Comité, voor risicobeheer, interne controle en de naleving van wetten en regels, is de Directieraad verantwoordelijk voor het risicobeheer. Risico's worden beheerd via een proces van doorlopende identificatie, inschatting, evaluatie en mitigatie. Minstens éénmaal per jaar rapporteert de Directieraad aan de Raad van Toezicht over de algemene en financiële risico's en de beheers- en controlesystemen.
De volgende, belangrijkste risico's kunnen worden onderscheiden.
TINC heeft als doel waarde te creëren door te investeren in infrastructuurbedrijven die kasstromen genereren voor TINC. TINC is daarbij afhankelijk van de mogelijkheden die haar participaties hebben om de verwachte kasstromen te realiseren en effectief uit te keren aan TINC. Macro-economische en conjuncturele omstandigheden, wijzigende regelgeving of politieke ontwikkelingen kunnen dit beperken of verhinderen. TINC besteedt de nodige aandacht aan het opvolgen van de algemene economische situatie en marktevoluties om de impact op haar inkomsten tijdig te kunnen inschatten en waar mogelijk te voorkomen. Een verdere diversificatie qua geografie, subsectoren en verdienmodellen van haar participaties moet verhinderen dat TINC in te grote mate afhankelijk wordt van wijzigingen in het beleids- en wettelijk kader of conjuncturele factoren in één bepaalde regio, sector of business.
Voor nieuwe participaties is TINC aangewezen op de aanwezigheid van investeringsopportuniteiten in de markt tegen voldoende aantrekkelijke voorwaarden. Het risico bestaat dat dergelijke opportuniteiten onvoldoende of op een onvoldoende gediversifieerde wijze aanwezig zijn.
TINC heeft zich op contractuele wijze verbonden tot een aantal financiële engagementen bij bestaande en toekomstige participaties. Dit betreft enerzijds toezeggingen om bijkomend te investeren in bestaande participaties, en anderzijds toezeggingen om op een later tijdstip nieuwe participaties te verwerven. Hieraan is een zeker liquiditeitsrisico verbonden.
TINC stemt haar financiering af op de lopende financiële toezeggingen. De financiering van investeringen kan gebeuren onder de vorm van uitgifte van nieuwe aandelen en/of een kredietfaciliteit (of een combinatie van beiden) die haar de flexibiliteit biedt om soepel in te spelen op investeringsopportuniteiten.
De participaties waarin TINC investeert zijn in meer of mindere mate onderhevig aan onder andere financiële, operationele, regulatoire en commerciële risico's.
Wat betreft de financiële risico's zijn de participaties onder meer onderhevig aan een kredietrisico ten aanzien van de tegenpartijen waarvan ze hun inkomsten moeten ontvangen. In vele gevallen is de tegenpartij de overheid of een met de overheid gelieerde partij (PPS, energie-subsidieregelingen) of een bedrijf van een aanzienlijke omvang, waardoor het risico beperkt wordt. Het liquiditeitsrisico, m.n. het niet voor handen zijn van benodigde kasmiddelen, en het renterisico, waarbij kasstromen naar TINC ten gevolge van stijgende rentevoeten aangetast zouden worden door een hogere rentelast, worden opgevangen door de financiering zoveel mogelijk vast te leggen voor een langere duur (o.a. via indekkingsstrategieën).
Wisselkoersrisico is vandaag niet aanwezig bij de participaties aangezien alle ontvangsten en financiële verplichtingen in euro zijn.
Wijzigingen in de regelgeving omtrent steunregelingen, of in de fiscale of juridische behandeling van (investeringen in) infrastructuur kunnen een negatieve invloed hebben op de resultaten van de participaties en bijgevolg ook op de kasstromen richting TINC.
Een belangrijk deel van de participaties is actief in een gereguleerde omgeving (bijvoorbeeld energie-infrastructuur, publiek-private samenwerkingen en zorg) en geniet van ondersteunende mechanismes (bijvoorbeeld groenstroomcertificaten). Infrastructuur is verder onderworpen aan specifieke regelgeving zoals gezondheids-, veiligheids- en milieuregels.
Aan zorginstellingen zoals gespecialiseerde residenties voor personen met bijzondere noden zijn specifieke risico's verbonden. Bestaande vergunningen zouden mogelijks niet-hernieuwd, opgeschort of ingetrokken kunnen worden. Voorts zijn de aangerekende tarieven gereguleerd waardoor een ongunstige wijziging van het sociale en uitkeringsbeleid een negatieve impact kan hebben op de resultaten.
De participaties zijn onderworpen aan verschillende fiscale wetgevingen. TINC structureert en beheert haar bedrijfsactiviteiten op basis van de geldende fiscale wetgeving en boekhoudkundige praktijken en normen.
Een wijziging, verstrenging of striktere handhaving van deze regelgeving kan een impact hebben op de inkomsten of kunnen bijkomende kapitaaluitgaven of bedrijfskosten met zich brengen, en kan bijgevolg de resultaten, de kasstromen naar TINC en het rendement aantasten.
Zowat het grootste operationele risico is dat de infrastructuur niet of niet voldoende beschikbaar is, of niet of niet voldoende produceert. Om dit te voorkomen doen de participaties een beroep op toeleveranciers en onderaannemers die zorgvuldig geselecteerd worden op basis van onder meer hun ervaring, kwaliteit van geleverd werk, solvabiliteit, enzovoort. TINC let er waar mogelijk ook op met voldoende verschillende tegenpartijen te werken, om risicoconcentratie en een te grote afhankelijkheid te voorkomen. Verder worden de nodige verzekeringen waar mogelijk voorzien om bijvoorbeeld bedrijfsonderbrekingen te dekken.
In de zorgsector bestaat bovendien het risico dat er zich moeilijkheden voordoen met betrekking tot het handhaven van een passende kwaliteit van dienstverlening en het aanwerven en behouden van deskundig zorgpersoneel, wat een negatieve invloed zou kunnen hebben op het imago en de groeivooruitzichten van de zorginstelling of de kostenstructuur.
Het is niet uitgesloten dat infrastructuur, eenmaal operationeel, gebreken vertoont en niet (volledig) beschikbaar is. Hoewel de verantwoordelijkheid hiervoor grotendeels bij de partijen wordt gelegd waarop de participaties een beroep gedaan hebben voor de realisatie en het onderhoud van de infrastructuur, is het mogelijk dat deze partijen in gebreke blijven om bepaalde technische problemen op te lossen omwille van technische, organisatorische of financiële redenen. In dat geval kunnen de resultaten van de participaties nadelig beïnvloed worden.
De portefeuille bevat participaties waarvan het verdienmodel afhankelijk is van de vraag door klanten en zorgbehoevenden of waarbij het verdienmodel onderhevig is aan evoluties in de prijszetting (bv. elektriciteitsprijzen). Indien de vraag (en bijgevolg de inkomsten) zou dalen onder de huidige verwachtingen, kan dit de kasstromen naar TINC en de waardering van de participatie nadelig beïnvloeden.
Investeren in de ontwikkeling van infrastructuur houdt bijkomende risico's in, in vergelijking met de risico's verbonden aan het investeren in operationele Infrastructuur. Bij infrastructuur in ontwikkeling, moet TINC meestal financiering verstrekken vanaf de vroege ontwikkelingsfase, terwijl de kasstromen die uit deze infrastructuur voortvloeien slechts op een later ogenblik ontstaan wanneer de infrastructuur operationeel is. Verbonden risico's omvatten mogelijke kostenoverschrijdingen en vertragingen in de voltooiing (waarvan vele vaak worden veroorzaakt door factoren die niet rechtstreeks onder de controle van TINC vallen), gemaakte ontwikkelingskosten voor het ontwerp en het onderzoek, zonder dat er kan worden gegarandeerd dat de ontwikkeling voltooiing zal bereiken.
Wanneer TINC overweegt om te investeren in de ontwikkeling van infrastructuur, zal zij bepaalde inschattingen doen van de economische, markten andere omstandigheden inclusief inschattingen met betrekking tot de (potentiële) waarde van de infrastructuur. Het zou kunnen blijken dat deze inschattingen onjuist zijn, met alle negatieve gevolgen van dien voor de bedrijfsactiviteit, de financiële toestand, de bedrijfsresultaten en de vooruitzichten van de infrastructuur.
De Covid-19 gezondheidscrisis kan investeringen in infrastructuur negatief beïnvloeden.
Infrastructuur in ontwikkeling en realisatie kan vertragingen, tijdelijke werkonderbrekingen en/of verhoogde kosten ervaren, omwille van maatregelen opgelegd in de strijd tegen Covid-19 en omwille van gewijzigde beschikbaarheid van derde partijen en materialen. In voorkomend geval kan de rentabiliteit en de waardering van de infrastructuur nadelig beïnvloed worden.
Infrastructuur wordt gebruikelijk gerealiseerd met schuldfinanciering. De Covid-19 gezondheidscrisis kan de beschikbaarheid en de kostprijs van schuldfinanciering negatief beïnvloeden, met hogere kosten en een lager rendement tot gevolg.
Operationele infrastructuur dient te worden onderhouden om optimaal te functioneren. Hiertoe worden overeenkomsten met allerhande onderhoudspartijen, onderaannemers en leveranciers gesloten die vaak ook onderhoudsgaranties bevatten. Covid-19, en maatregelen opgelegd in de strijd ertegen, kunnen de goede uitvoering van deze overeenkomsten beperken of onmogelijk maken, of kunnen ertoe leiden dat tegenpartijen hun (financiële) verplichtingen niet langer kunnen nakomen, met de eventuele onbeschikbaarheid van de infrastructuur of kostenverhogingen tot gevolg.
Maatregelen opgelegd in de strijd tegen Covid-19 kunnen de vraag naar diensten van infrastructuur met een vraag-gestuurd verdienmodel voor een korte of langere termijn negatief beïnvloeden met lagere inkomsten en hogere kosten tot gevolg. De prijs die gebruikers bereid zijn te betalen voor deze diensten kan eveneens negatief worden beïnvloed waardoor de inkomsten lager zijn.
| BEDRAGEN VERSCHULDIGD DOOR VERBONDEN PARTIJEN (€) |
DOCHTER VENNOOT SCHAPPEN |
GEASSOCIEERDE ONDER NEMINGEN |
OVERIGE VERBONDEN PARTIJEN |
TOTAAL |
|---|---|---|---|---|
| I. Financiële activa | 78.256.286 | 18.654.080 | 8.429.458 | 105.339.824 |
| 1. Financiële activa - achtergestelde leningen | 77.167.186 | 18.230.394 | 8.082.617 | 103.480.197 |
| 2. Financiële activa - achtergestelde leningen KT | 1.057.358 | 423.686 | 346.840 | 1.827.885 |
| 3. Financiële activa - overige | 31.742 | - | - | 31.742 |
| II. Bedragen verschuldigd aan verbonden partijen | - | - | - | - |
| 1. Financiële verplichtingen | - | - | - | - |
| 2. Schulden | - | - | - | - |
| III. Transacties met verbonden partijen | 19.847.525 | 2.958.485 | 4.880.909 | 27.686.918 |
| 1. Vergoeding TDP | - | - | 3.393.281 | 3.393.281 |
| 2. Vergoeding TINC Manager | - | - | 818.225 | 818.225 |
| 3. Dividenden, interesten & vergoedingen | 19.847.525 | 2.958.485 | 669.403 | 23.475.412 |
Er zijn geen vermeldenswaardige gebeurtenissen na verslaggevingsdatum.
Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen, brengen wij u verslag uit in het kader van ons mandaat van commissaris van TINC NV (de "Vennootschap") en van de dochterondernemingen (samen de "Groep"). Dit verslag omvat ons oordeel over de geconsolideerde balans op 30 juni 2021, het geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten, het geconsolideerd overzicht van wijzigingen in het eigen vermogen en de geconsolideerde kasstromentabel van het boekjaar afgesloten op 30 juni 2021 en over de toelichting (alle stukken gezamenlijk de "Geconsolideerde Jaarrekening") en omvat tevens ons verslag betreffende overige door wet- en regelgeving gestelde eisen. Deze verslagen zijn één en ondeelbaar.
Wij werden als commissaris benoemd door de algemene vergadering op 21 oktober 2020, overeenkomstig het voorstel van het bestuursorgaan uitgebracht op aanbeveling van het auditcomité. Ons mandaat loopt af op de datum van de algemene vergadering die zal beraadslagen over de
Geconsolideerde Jaarrekening afgesloten op 30 juni 2023. We hebben de wettelijke controle van de Geconsolideerde Jaarrekening van de Groep uitgevoerd gedurende 7 opeenvolgende boekjaren.
Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de Geconsolideerde Jaarrekening van TINC NV, die de geconsolideerde balans op 30 juni 2021 omvat, alsook het geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten, het geconsolideerd overzicht van wijzigingen in het eigen vermogen en de geconsolideerde kasstromentabel over het boekjaar afgesloten op die datum en de toelichting, met een geconsolideerd balanstotaal van € 458.750.312 en waarvan de geconsolideerde resultatenrekening afsluit met een winst van het boekjaar van € 31.071.376.
Naar ons oordeel geeft de Geconsolideerde Jaarrekening een getrouw beeld van het geconsolideerde eigen vermogen en van de geconsolideerde financiële positie van de Groep op 30 juni 2021, alsook van de geconsolideerde resultaten en de geconsolideerde kasstromen voor het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards zoals goedgekeurd door de Europese Unie ("IFRS") en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften.
We hebben onze controle uitgevoerd in overeenstemming met de International Standards on Auditing ("ISAs"). Onze verantwoordelijkheden uit hoofde van die standaarden zijn nader beschreven in het gedeelte "Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening" van ons verslag.
Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip van deze met betrekking tot de onafhankelijkheid. Wij hebben van het bestuursorgaan en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen.
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.
De kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die volgens ons professioneel oordeel het meest significant waren bij onze controle van de Geconsolideerde Jaarrekening van de huidige verslagperiode.
Deze aangelegenheden werden behandeld in de context van onze controle van de Geconsolideerde Jaarrekening als een geheel en bij het vormen van ons oordeel hieromtrent en derhalve formuleren wij geen afzonderlijk oordeel over deze aangelegenheden.
Beschrijving van het kernpunt
De Vennootschap is actief in het beheer van diverse investeringen, dewelke worden gewaardeerd aan reële waarde en worden gepresenteerd in de post "Investeringen aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening". Deze vertegenwoordigen 87% van het geconsolideerd balanstotaal. Door de afwezigheid van waarneembare marktgegevens, worden deze investeringen gewaardeerd via methoden waarbij niet-waarneembare inputs worden gehanteerd die een significant effect kunnen hebben op de alzo bepaalde reële waarde. Deze
niet-waarneembare inputs zijn deels ook gebaseerd op assumpties en inschattingen (waaronder de verdisconteringsvoet, de inflatie, de energieprijzen en de energieproductie) van het management. Het gebruik van een andere waarderingsmethode enerzijds en/of een wijziging in de onderliggende assumpties en inschattingen anderzijds zou kunnen leiden tot een significante afwijking van de reële waarde.
Samenvatting van de uitgevoerde procedures Ten aanzien van voormeld kernpunt hebben wij additionele procedures uitgevoerd met betrekking tot gebieden met een verhoogd risico op subjectiviteit in het waarderingsproces. Dit omvatte, onder meer, dat wij:
overeenstemming met de "International Private Equity and Valuation guidelines" en met IFRS;
Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen van de Geconsolideerde Jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met IFRS en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften, alsook voor een systeem van interne beheersing die het bestuursorgaan noodzakelijk acht voor het opstellen van de Geconsolideerde Jaarrekening die geen
afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten.
In het kader van de opstelling van de Geconsolideerde Jaarrekening is het bestuursorgaan verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de Vennootschap om haar continuïteit te handhaven, het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling tenzij het bestuursorgaan het voornemen heeft om de Vennootschap te vereffenen of om de bedrijfsactiviteiten stop te zetten of geen realistisch alternatief heeft dan dit te doen.
Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de Geconsolideerde Jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten en het uitbrengen van een commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISAs is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen
zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van de Geconsolideerde Jaarrekening, beïnvloeden.
Bij de uitvoering van onze controle leven wij het wettelijk, reglementair en normatief kader dat van toepassing is op de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening in België na. De wettelijke controle biedt geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de Vennootschap en van de Groep, noch omtrent de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee het bestuursorgaan de bedrijfsvoering van de Vennootschap en van de Groep ter hand heeft genomen of zal nemen. Onze verantwoordelijkheden inzake de door het bestuursorgaan gehanteerde continuïteitsveronderstelling staan hieronder beschreven.
Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISAs, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. We voeren tevens de volgende werkzaamheden uit:
lijkheid van de door het bestuursorgaan gemaakte schattingen en van de daarop betrekking hebbende toelichtingen;
Wij communiceren met het auditcomité binnen het bestuursorgaan, onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die we identificeren gedurende onze controle.
Omdat we de eindverantwoordelijkheid voor ons oordeel dragen, zijn we ook verantwoordelijk voor het organiseren, het toezicht en het uitvoeren van de controle van de dochterondernemingen van de Groep. In die zin hebben wij de aard en omvang van de controleprocedures voor deze entiteiten van de Groep bepaald.
We verstrekken aan het auditcomité binnen het bestuursorgaan een verklaring dat we de relevante deontologische vereisten inzake onafhankelijkheid naleven en we melden hierin alle relaties en andere aangelegenheden die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid zouden kunnen beïnvloeden, alsook, voor zover van toepassing, de bijbehorende maatregelen die we getroffen hebben om onze onafhankelijkheid te waarborgen.
Aan de hand van de aangelegenheden die met het auditcomité binnen het bestuursorgaan besproken worden, bepalen we de aangelegenheden die het meest significant waren bij de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening over de huidige periode en die daarom de kernpunten van onze controle uitmaken. We beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze aangelegenheden is verboden door wet- of regelgeving.
Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport.
In het kader van ons mandaat en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm (Herzien) bij de in België van toepassing zijnde ISAs, is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening, de andere informatie opgenomen in het jaarrapport te verifiëren, alsook verslag over deze aangelegenheden uit te brengen.
Naar ons oordeel, na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening, stemt dit jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening overeen met de Geconsolideerde Jaarrekening voor hetzelfde boekjaar, enerzijds, en is dit jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening opgesteld overeenkomstig artikel 3:32 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, anderzijds.
In de context van onze controle van de Geconsolideerde Jaarrekening zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, op basis van de kennis verkregen in de controle, of het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport, zijnde:
• hoofdstuk "Corporate Governance Verklaring" een afwijking van materieel belang bevatten, hetzij informatie die onjuist vermeld is of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, hebben wij geen afwijking van materieel belang te melden. Verder drukken wij geen enkele mate van zekerheid uit over het jaarverslag en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport.
Ons bedrijfsrevisorenkantoor en ons netwerk hebben geen opdrachten verricht die onverenigbaar zijn met de wettelijke controle van de Geconsolideerde Jaarrekening en zijn in de loop van ons mandaat onafhankelijk gebleven tegenover de Vennootschap.
De honoraria voor de bijkomende opdrachten die verenigbaar zijn met de wettelijke controle van de Geconsolideerde Jaarrekening bedoeld in artikel 3:65 van het Wetboek van vennootschappen en
verenigingen werden correct vermeld en uitgesplitst in de toelichting bij de Geconsolideerde Jaarrekening.
• Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het auditcomité bedoeld in artikel 11 van de verordening (EU) nr. 537/2014.
Antwerpen, 7 september 2021
EY Bedrijfsrevisoren BV Commissaris Vertegenwoordigd door
Ronald Van den Ecker* Partner * Handelend in naam van een BV
22RVE0022
| PERIODE EINDIGEND OP: (€) |
30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|
| OPBRENGSTEN | 24.222.457 | 16.206.468 |
| Opbrengsten uit financiële vaste activa | 23.500.762 | 15.481.936 |
| Dividenden | 14.555.026 | 7.508.670 |
| Interesten | 8.945.736 | 7.973.266 |
| Opbrengsten uit vlottende activa | 200.721 | 53.123 |
| Andere financiële opbrengsten | 21 | - |
| Omzet | 520.953 | 671.408 |
| Andere lopende opbrengsten | - | - |
| Terugnemingen van waardeverminderingen | - | - |
| op financiële vaste activa | - | - |
| Meerwaarden bij realisaties | - | - |
| van financiële vaste activa | - | - |
| KOSTEN | (6.257.839) | (6.289.118) |
| Andere financiële kosten | (90.375) | (118.551) |
| Diensten en diverse goederen | (4.406.974) | (3.776.319) |
| Diverse lopende kosten | (85.778) | (114.546) |
| Afschrijvingen en waardeverminderingen, oprichtingskosten, IMVA en MAV | (1.442.745) | (2.142.496) |
| Minwaarden bij realisaties | - | - |
| op financiële vaste activa | - | - |
| Belastingen | (231.967) | (137.206) |
| Resultaat van het boekjaar | 17.964.618 | 9.917.350 |
| PERIODE EINDIGEND OP: (€) |
30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|
| VASTE ACTIVA | 335.126.486 | 288.363.451 |
| Immateriële vaste activa | 2.868.587 | 4.295.103 |
| Verbonden ondernemingen | 267.175.856 | 241.424.243 |
| Deelnemingen | 199.459.447 | 162.398.676 |
| Vorderingen | 67.716.410 | 79.025.567 |
| Ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat |
57.110.738 | 33.817.462 |
| Deelnemingen | 29.429.567 | 19.000.078 |
| Vorderingen | 27.681.170 | 14.817.384 |
| Andere financiële vaste activa | 7.971.305 | 8.826.644 |
| Deelnemingen | 53 | 53 |
| Vorderingen | 7.971.252 | 8.826.591 |
| VLOTTENDE ACTIVA | 62.543.207 | 106.623.452 |
| Vorderingen op maximum 1 jaar | 2.059.711 | 3.354.158 |
| Handelsvorderingen | 69.290 | 124.433 |
| Overige vorderingen | 1.990.421 | 3.229.725 |
| Geldbeleggingen | 34.894.555 | 53.303.602 |
| Liquide middelen | 25.362.302 | 49.965.692 |
| Overlopende rekeningen | 226.640 | 219.001 |
| Totaal van de activa | 397.669.693 | 395.205.905 |
| PERIODE EINDIGEND OP: (€) |
30 JUNI 2021 12 maanden |
30 JUNI 2020 12 maanden |
|---|---|---|
| EIGEN VERMOGEN | 393.984.005 | 394.564.843 |
| Kapitaal | 168.177.863 | 184.905.136 |
| Uitgiftepremies | 174.688.537 | 174.688.537 |
| Reserves | 5.663.835 | 6.583.786 |
| Overgedragen winst | 45.453.771 | 28.387.384 |
| SCHULDEN | 3.685.688 | 632.557 |
| Financiële schulden | - | - |
| Handelsschulden | 877.342 | 632.557 |
| Leveranciers | 877.342 | 632.557 |
| Fiscale, salariële en sociale lasten | - | - |
| Belastingen | - | - |
| Dividend huidig boekjaar | - | - |
| Overige diverse schulden | 2.808.346 | 8.505 |
| Totaal van de passiva | 397.669.693 | 395.205.905 |
De Statutaire Bestuurder, TINC Manager NV, brengt hierbij verslag uit over de activiteiten van TINC NV (de "Vennootschap") met betrekking tot de enkelvoudige jaarrekening over het boekjaar dat liep van 1 juli 2020 tot en met 30 juni 2021.
Het geplaatst kapitaal bedraagt per einde boekjaar € 168.177.863,21 en is bij afsluiting van het boekjaar volledig volgestort.
We verwijzen hiervoor naar het geconsolideerde jaarverslag van de Statutaire Bestuurder.
We verwijzen hiervoor naar het geconsolideerde jaarverslag van de Statutaire Bestuurder.
Er zijn op datum van dit verslag geen specifieke omstandigheden die de ontwikkeling van de Vennootschap aanmerkelijk kunnen beïnvloeden.
De Vennootschap verricht geen werkzaamheden op het gebied van onderzoek en ontwikkeling.
De Vennootschap heeft geen bijkantoren.
De Vennootschap maakt zelf geen gebruik van financiële instrumenten ter beheersing van risico's (hedging) die van betekenis kunnen zijn op de beoordeling van haar activa, passiva, financiële positie en resultaat.
BOEKHOUDING EN AUDIT VAN MINSTENS ÉÉN LID VAN HET AUDITCOMITÉ We verwijzen hiervoor naar het geconsolideerde jaarverslag van de
Statutaire Bestuurder.
We verwijzen hiervoor naar het geconsolideerde jaarverslag van de Statutaire Bestuurder.
We verwijzen hiervoor naar het geconsolideerde jaarverslag van de Statutaire Bestuurder.
We verwijzen hiervoor naar het geconsolideerde jaarverslag van de Statutaire Bestuurder.
Overeenkomstig de wet en de statuten zullen de aandeelhouders op de algemene vergadering van de vennootschap verzocht worden kwijting te verlenen aan de Statutaire Bestuurder en commissaris voor het in het boekjaar 2020-2021 door hen uitgeoefende mandaat.
Dit verslag zal worden neergelegd overeenkomstig de wettelijke bepalingen en ligt ter inzage op de zetel van de vennootschap.
PPS Publiek-private samenwerking
| €000 / €k | In duizend euro | Gewogen gemiddelde | Looptijd schulden ten aanzien van derden |
|---|---|---|---|
| €m | In miljoen euro | looptijd schulden | (exclusief aandeelhoudersleningen) van de participaties op het einde van het afgelopen boekjaar, gewogen op basis van het bedrag aan |
| BGAAP | Belgische algemeen aanvaarde boekhoudregels | ||
| Bruto rendement op eigen vermogen (NAV) |
Uitgekeerde distributie per aandeel tijdens het afgelopen boekjaar plus groei NAV per aandeel over het afgelopen boekjaar gedeeld door NAV per aandeel aan het begin van het afgelopen boekjaar |
openstaande schulden ten aanzien van derden (exclusief aandeelhoudersleningen) in elke participatie op het einde van het afgelopen boekjaar pro rata het belang van TINC (in %) in die participatie |
|
| Bruto rendement uitkering t.o.v. beurskoers |
Voorgestelde distributie per aandeel gedeeld door beurskoers op einde van het afgelopen boekjaar |
Gewogen gemiddelde schuldgraad (%) |
Totale netto schuld ten aanzien van derden (exclusief aandeelhoudersleningen) van de |
| CEO | Chief executive officer | participaties per einde van het afgelopen boekjaar | |
| CFO | Chief financial officer | gedeeld door reële waarde van 100% van de aan delen van de participatie plus totale netto schuld |
|
| CLO | Chief legal officer | ten aanzien van derden (exclusief aandeelhouders | |
| DBFM(O) | Design, build, finance, maintain en (operate) | leningen) in elke participatie per einde van het afgelopen boekjaar, gewogen volgens reële waarde |
|
| DSRA | Debt service reserve account | van die participaties. | |
| ESG | Environmental, Social and Governance / Milieu, Maatschappij en Bestuur |
IFRS | International Financial Reporting Standards |
| IPO | Initial public offering / beursintroductie | ||
| FV | Reële waarde volgens IFRS (Fair Value) | Kostenratio | Totale operationele kosten gedurende de periode |
| FY | Financieel jaar | gedeeld door het eigen vermogen (NAV) aan het | |
| Gewogen gemiddelde contractduur |
Looptijd DBFM contracten gewogen op basis van reële waarde (FV) |
MW | einde van de periode Megawatt |
| MWh | Megawattuur | ||
| NAV | Eigen vermogen volgens IFRS (net asset value) | ||
137 TINC Jaarverslag 2020-2021
Wij verklaren dat, voor zover ons bekend:
Namens de Vennootschap
De Raad van Toezicht van TINC Manager Statutair Bestuurder
Philip Maeyaert Kathleen Defreyn Jean Pierre Dejaeghere Elvira Haezendonck Helga Van Peer Kristof Vande Capelle Marc Vercruysse Peter Vermeiren Katja Willems
Verantwoordelijke uitgever TINC NV
Karel Oomsstraat 37 2018 Antwerpen België
T +32 3 290 21 73 [email protected] www.tincinvest.com
Concept, redactie en coördinatie: www.cfreport.com
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.