Earnings Release • May 3, 2011
Earnings Release
Open in ViewerOpens in native device viewer
De bijgevoegde informatie is gereglementeerde informatie zoals gedefinieerd in het Koninklijk Besluit van 14 november 2007 met betrekking tot de plichten van emittenten van financiële instrumenten die zijn toegelaten tot de handel op een gereglementeerde markt.
Mechelen, 3 mei 2011 – Telenet Group Holding NV ('Telenet' of de 'Vennootschap') (Euronext Brussel: TNET) maakt zijn niet‐geauditeerde geconsolideerde resultaten over de periode van drie maanden eindigend op 31 maart 2011 bekend. De resultaten zijn conform de door de Europese Unie goedgekeurde International Financial Reporting Standards ('EU GAAP').
| maart 2011 | maart 2010 | % Verschil |
|---|---|---|
| FINANCIËLE KERNCIJFERS (in € miljoen, uitgezonderd bedragen per aandeel) | ||
| 331,6 86,5 42,8 |
316,9 84,3 13,3 |
5% 3% 222% |
| 0,38 0,37 |
0,12 0,12 |
217% 208% |
| 174,2 52,5% |
163,1 51,5% |
7% |
| 56,7 17% |
53,3 17% |
6% 38% |
| 2.253.700 966.900 1.286.800 1.249.200 |
2.318.000 1.252.900 1.065.100 1.149.600 |
‐ 3% ‐ 23% 21% 9% |
| 830.500 210.600 |
763.000 151.600 |
9% 39% |
| 734.700 1,92 |
673.000 1,83 |
9% 5% 8% |
| 86,5 40,6 |
62,9 37,7 |
Conference call – Telenet zal op 4 mei 2011 om 15:00 uur MET een conference call houden voor institutionele beleggers en analisten. De inbelgegevens en webcastkoppelingen vindt u op http://investors.telenet.be
Investor Relations &
Corporate Communication: Vincent Bruyneel – [email protected] – Telefoon: +32 15 335 696 Investor Relations: Rob Goyens – [email protected] – Telefoon: +32 15 333 054 Press & Media Relations: Stefan Coenjaerts – [email protected] – Telefoon: +32 15 335 006
Dit document werd vrijgegeven op 3 mei 2011 om 17.45 uur MET.
"We zijn blij met de huidige dynamiek in zowel ons particuliere als zakelijke segment, die geleid heeft tot solide operationele resultaten en een verdere toename van onze winstgevendheid en vrije kasstroom. Het eerste kwartaal van 2011 werd gekenmerkt door een aanhoudend sterke vraag naar al onze belangrijke producten, waaronder breedbandinternet, vaste telefonie, mobiele telefonie en digitale tv. Na de recente lancering van onze nieuwe Fibernet‐Shakes abonneerde een groeiend aantal klanten zich op één van onze bundelaanbiedingen voor drie producten. Deze aanbiedingen combineren de beste producten die in ons verkoopgebied beschikbaar zijn in één bundel tegen een aantrekkelijke prijs en met een gerichte klantenservice. Aan het eind van het eerste kwartaal was 60% van ons klantenbestand geabonneerd op twee of meer dan twee producten. Dit impliceert dat er nog veel groei mogelijk is door de overige 40% te laten overschakelen op een productbundel. Onze gemiddelde opbrengst per klantenrelatie steeg dit kwartaal tot €40,6 per maand, en de kaap van twee diensten per klantenrelatie komt meer en meer in zicht. Onze resultaten in het zakelijke segment blijven met solide dubbele cijfers groeien, dankzij het grote succes van onze recent gelanceerde Fibernet‐producten voor bedrijven en de toenemende vraag naar geïntegreerde connectiviteitsoplossingen.
Dankzij de aanhoudende positieve trends in onze operationele activiteiten stegen de bedrijfsopbrengsten in het eerste kwartaal met 5% tot €332 miljoen, al werd deze groei negatief beïnvloed door de manier waarop we bepaalde opbrengsten opnemen en de fasering van bedrijfsopbrengsten. Deze veranderingen hadden geen invloed op onze Adjusted EBITDA. Wij zijn blij te kunnen melden dat onze operationele winstgevendheid voortdurend verbetert. Onze Adjusted EBITDA steeg met 7% tot €174 miljoen, wat zich vertaalde in een marge van 52,5%. Deze marge lag 1 procentpunt hoger dan vorig jaar, ondanks een groter aandeel van onze mobiele activiteiten met lagere marges. De toe te rekenen bedrijfsinvesteringen bedroegen €57 miljoen, of 17% van de bedrijfsopbrengsten. Dankzij onze groeiende winstgevendheid schoot onze vrije kasstroom in het eerste kwartaal van 2011 met 38% omhoog tot €87 miljoen, wat neerkomt op 26% van de bedrijfsopbrengsten.
De vraag van zowel nieuwe als bestaande breedbandklanten naar Fibernet (onze nieuwe op EuroDocsis 3.0 gebaseerde internetproducten) stelt ons zeer tevreden. Onze Fibernet‐breedbandproducten werden in januari van dit jaar gelanceerd en laten onze klanten downloaden met een snelheid van minimaal 40 Mbps en maximaal 100 Mbps. Deze producten zijn het antwoord op de groeiende vraag van de klant naar een steeds snellere breedbandverbinding.
We zijn verheugd dat we ons smartphone‐aanbod in de loop van de volgende weken mogen uitbreiden met de iPhone4 van Apple. Dit wordt een belangrijke stap in de positionering van Telenet als aanbieder van vaste en mobiele spraak‐ en datacommunicatieoplossingen. Ons uitgebreide WiFi‐netwerk, zowel in particuliere woningen als op veel openbare plaatsen, zal een maximaal en ongelimiteerd gebruik van de geavanceerde functies en toepassingen van de iPhone4 mogelijk maken.
We zijn blij onze vooruitzichten voor het volledige jaar 2011 te kunnen herbevestigen. De vooruitzichten zijn wel aangepast om de opgelegde wijziging in de manier waarop we bepaalde opbrengsten opnemen te weerspiegelen. Tegelijkertijd zijn wij van mening dat onze Adjusted EBITDA‐marge zal uitkomen op ten minste hetzelfde niveau als vorig jaar. De veelbelovende trends in de verkoop van onze nieuw gepositioneerde Fibernet‐producten, het succes van onze B2B‐activiteiten en de aanhoudende overschakeling van klanten van analoge naar digitale tv, gecombineerd met een sterke focus op klantenservice, leggen de basis voor groei in 2011 en daarna.
Voor 2011 heeft de algemene vergadering van aandeelhouders de buitengewone uitkering aan aandeelhouders van €4,50 per aandeel goedgekeurd. Deze uitkering zal uiterlijk begin augustus worden betaald. De combinatie van aanhoudende groei en aantrekkelijke, periodieke uitkeringen aan aandeelhouders zal ook in de toekomst resulteren in een attractieve aandeelhouderswaarde."
Facturering van marketingnummers en ‐sms: Met ingang van 1 januari 2011 heeft Telenet zijn model voor financiële inning van bepaalde marketingnummers en ‐sms aangepast na een wijziging in de Belgische wetgeving. In deze wetgeving is bepaald dat de operator niet langer wettelijk verantwoordelijk is voor de inning van deze diensten, en daarom voortaan alleen zal optreden namens de externe contentaanbieders. Bijgevolg worden de kosten die verbonden zijn aan deze marketingnummers en ‐sms nu verrekend met de opbrengsten. Als we het nieuwe model voor financiële inning retroactief toepasten alsof het op 1 januari 2010 werd ingevoerd, lagen onze bedrijfsopbrengsten in het eerste kwartaal en in het volledige jaar 2010 respectievelijk circa €2,0 miljoen en €8,0 miljoen lager. Deze wijziging in de financiële verslaggeving heeft geen invloed op onze Adjusted EBITDA.
In het eerste kwartaal van 2011 hebben we onze beproefde productbundelingsstrategie voortgezet, wat geleid heeft tot een verdere groei van de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie. We blijven gefocust op het aanbieden van toonaangevende en betrouwbare diensten op het gebied van breedbandinternet, vaste telefonie en digitale tv in de vorm van aantrekkelijk geprijsde bundels. Tegelijkertijd trachten we bestaande klanten ervan te overtuigen om over te stappen naar producten in het hogere segment. Dit verhoogt niet het totaal aantal diensten die wij rapporteren, maar heeft wel een gunstig effect op de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie en dus ook op onze bedrijfsopbrengsten.
In het eerste kwartaal van 2011 kregen we er netto 88.600 klanten bij voor onze kernproducten voor particulieren: Telenet Digital TV, breedbandinternet en vaste telefonie. Het totaal aantal abonnees op het einde van het eerste kwartaal van 2011 werd beïnvloed door een eenmalige opschoning van inactieve opbrengstengenererende eenheden. Deze opschoning beïnvloedde elk van de drie bovengenoemde producten en had een totale impact van 3.900 opbrengstengenererende eenheden in het kwartaal. Verder was de globale marktomgeving over het algemeen minder dynamisch dan in het vierde kwartaal van vorig jaar, toen we er netto in totaal 123.800 abonnees bijkregen. Op 31 maart 2011 bereikte het totaal aantal diensten 4.333.400, een stijging met 2% ten opzichte van de 4.230.600 diensten op 31 maart 2010 (in beide gevallen exclusief mobiele telefonie).
Het succes van onze productbundelingsstrategie kan ook worden gemeten aan het aantal diensten per klantenrelatie. Op 31 maart 2011 was elke klant geabonneerd op gemiddeld 1,92 diensten, wat 5% meer is dan op 31 maart 2010 toen het aantal diensten per klantenrelatie op 1,83 stond. Het aandeel van klanten met een abonnement op een productbundel binnen ons actieve verkoopgebied bleef dus stijgen. Op 31 maart 2011 was 60% van onze klanten geabonneerd op twee of meer producten, tegenover 53% eind maart 2010. In het eerste kwartaal van 2011 steeg het aantal klanten met een abonnement op drie producten met 9% j‐o‐j tot 33% van ons totale klantenbestand (of 734.700 klanten) per 31 maart 2011.
Aangezien 40% van onze klanten op slechts één product geabonneerd is, zien we nog steeds mooie groeiopportuniteiten door die klanten warm te maken voor onze aantrekkelijke productbundels. Tegelijkertijd zullen we ons richten op de overschakeling van de overgrote meerderheid van onze resterende abonnees voor analoge tv naar ons digitale‐tv‐platform. Verwacht wordt dat deze twee aandachtspunten de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie zullen verhogen en bijgevolg de groei van onze bedrijfsopbrengsten zullen ondersteunen.
Wij beschouwen de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie als één van onze belangrijkste operationele maatstaven, aangezien we streven naar een groter aandeel van het budget dat onze klanten spenderen aan media‐ en telecommunicatiediensten. De gemiddelde opbrengst per klantenrelatie groeide met 8% j‐o‐j van €37,7 in het eerste kwartaal van 2010 tot €40,6 in het eerste kwartaal van 2011 ondanks de lagere opbrengsten uit marketingnummers en ‐sms. De jaar‐op‐jaargroei van de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie was 1% hoger geweest als we de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie in het eerste kwartaal van 2010 hadden aangepast voor het verlies aan opbrengsten uit marketingnummers en ‐sms.
In lijn met vorige kwartalen was de groei van de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie vooral te danken aan een toenemend aantal abonnementen op een productbundel en het grotere aandeel van digitale‐tv‐abonnees (die een hogere gemiddelde opbrengst per klantenrelatie genereren), en dus niet aan prijsverhogingen. Dit compenseerde ruimschoots de druk die we nog steeds voelen op de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie bij individuele producten als gevolg van het groeiende aandeel van bundelkortingen en andere prijskortingen, alsmede de concurrentiedruk. De terugkerende opbrengsten die worden gegenereerd door het stijgende aantal mobiele‐ telefonieabonnees met een postpaidabonnement, zijn niet mee opgenomen in de berekening van de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie, zoals hierboven vermeld.
Per 31 maart 2011 hadden we 1.249.200 abonnees voor breedbandinternet, een stijging van 9% j‐o‐j. Dit betekent dat eind maart 2011 44,2% van het totaal aantal huizen dat kan worden aangesloten op ons tweewegs HFC‐netwerk geabonneerd was op één van onze breedbandproducten, tegenover 41,1% op 31 maart 2010. Ons bewezen leiderschap wat snelheid betreft, ons aantrekkelijk productaanbod in vergelijking met concurrerende technologieën, en onze voortdurende focus op klantenservice hebben ons in staat gesteld om het klantverloop op een niveau te houden dat binnen onze sector relatief laag is. In het eerste kwartaal van 2011 bedroeg het op jaarbasis uitgedrukte klantverloop 7,3%, tegenover 7,2% voor het volledige jaar 2010.
In het eerste kwartaal van 2011 steeg het aantal breedbandabonnees met 24.700, wat wij bestempelen als een solide prestatie gezien de steeds meer verzadigde markt en de felle concurrentie. Het totaal aantal breedbandinternetklanten per 31 maart 2011 werd beïnvloed door het eenmalige effect van de opschoning van de database met ongeveer 2.100 opbrengstengenererende eenheden. We zijn bijzonder blij met de sterke groei van onze breedbanddiensten in de zakelijke markt. Het aantal bedrijven met een abonnement op breedbanddiensten steeg met 2.800 in het eerste kwartaal van 2011, wat de sterkste kwartaalgroei is tot nu toe. De beschikbaarheid van toonaangevende en betrouwbare breedbandoplossingen zoals Business Fibernet en Corporate Fibernet, beide ondersteund door de EuroDocsis 3.0‐technologie die in ons hele verkoopgebied is geïmplementeerd, ons unieke CMTS‐overlaynetwerk voor de B2B‐markt, onze gespecialiseerde bedrijfsondersteuning en de gegarandeerde kwaliteit van onze dienstverlening hebben onze marktpositie in de B2B‐markt aanzienlijk verbeterd.
Medio januari van dit jaar hebben we ons breedbandaanbod vernieuwd door twee nieuwe Fibernet‐producten te introduceren die inspelen op de groeiende behoefte aan krachtige, supersnelle breedbandverbindingen, zodat de leden van eenzelfde gezin met meerdere apparaten tegelijk op het internet kunnen. Verder hebben we onze nieuwe 'home gateway', inclusief een EuroDocis 3.0‐modem, WiFi‐hub en router, geïntroduceerd die fungeert als interface tussen het netwerk en de locatie van de klant. Wij zijn van mening dat we met Fibernet, dat downloadsnelheden van 40 tot maximaal 100 Mbps mogelijk maakt, goed gewapend zijn voor de toekomst. We verwachten dat de aanhoudende overstap van bestaande breedbandklanten in het hogere segment naar Fibernet en het algemene succes van Fibernet een positieve bijdrage zullen beginnen te leveren aan de gemiddelde opbrengst per breedbandklant later in het jaar.
In het eerste kwartaal van 2011 groeide het totale aantal abonnees voor vaste telefonie met 16.100 tot 830.500 op 31 maart 2011 (+9% j‐o‐j). Dit komt overeen met 29,4% van het totaal aantal aansluitbare huizen, tegenover 27,3% op 31 maart 2010. Wij vinden dit een mooie prestatie, gelet op het feit dat de markt voor vaste telefonie een volwassen markt is en dat steeds meer mensen hun vaste lijn opzeggen en alleen nog maar mobiel bellen. Het op jaarbasis uitgedrukte klantverloop steeg van een gemiddelde van 6,8% in 2010 tot 7,6% in het eerste kwartaal van 2011.
Het overgrote deel van onze verkopen kwam nog steeds voort uit productbundels, gezien de opname van aantrekkelijk geprijsde vastetariefplannen in een bundel, waarmee klanten tijdens de daluren onbeperkt kunnen bellen naar vaste lijnen in België en de belangrijkste Europese landen. In het eerste kwartaal van 2011 ging onze gemiddelde opbrengst per vaste‐telefonieklant verder achteruit als gevolg van de lagere terminatietarieven voor de afwikkeling van oproepen van een vaste lijn naar een mobiel netwerk. Dit had echter een positief effect op onze nettowinst, aangezien wij meer terminatiekosten betalen dan ontvangen.
In het eerste kwartaal van 2011 rondden we de kaap van 200.000 actieve mobiele‐telefonieklanten met een postpaidabonnement. Op 31 maart 2011 hadden we 210.600 actieve klanten voor mobiele telefonie, in vergelijking met 151.600 eind maart 2010 (+39%). De groei van het klantenbestand in het eerste kwartaal (+13.100) werd beïnvloed door een opschoning van ongeveer 1.000 inactieve klanten in het kader van de verdere migratie naar ons Full‐MVNO‐platform (volwaardige mobiele virtuele netwerkoperator).
We zijn doorgegaan met de implementatie van onze strategie voor mobiele telefonie, die erin bestaat mobiele diensten te verkopen aan bestaande Telenet‐klanten, met een duidelijke focus op smartphones, mobiele datacommunicatie en de rendabelere segmenten. Wij zijn van mening dat we met ons selectieve en zorgvuldig overwogen aanbod van gesubsidieerde gsm's goed en uniek gepositioneerd zijn om te profiteren van toekomstige groei die zal voortvloeien uit de grotere penetratie van smartphones en het toegenomen gebruik van mobiele datacommunicatie.
Tijdens de eerste drie maanden van 2011 hebben we onze tariefplannen met een postpaidabonnement uitgebreid met Walk & Talk 60 om in te spelen op de behoeften van het hogere segment van de markt voor mobiele telefonie. Bijgevolg bestrijken we nu verschillende segmenten, gaande van pay‐as‐you‐go (Walk & Talk 0) en het middensegment van de markt (Walk & Talk 30) tot het hoogste segment (Walk & Talk 60). Eind maart van dit jaar kondigden we een overeenkomst met Apple aan voor de verdeling van de iPhone4 in België. Deze overeenkomst past volgens ons goed binnen het algemene kader van onze strategie voor mobiele telefonie.
Eind maart 2011 was 57% van onze abonnees voor kabel‐tv overgestapt op digitale tv, dat een veel rijkere kijkervaring biedt en toegang geeft tot een breed scala van extra pakketten met themakanalen, digitale betaal‐tv‐diensten en een uitgebreide bibliotheek met films à la carte. Op 31 maart 2011 hadden we 1.286.800 digitale‐tv‐abonnees, een stijging van 21% j‐o‐j en inclusief de eenmalige impact van de opschoning van ons klantenbestand met 1.600 opbrengstgenererende eenheden. De overgrote meerderheid van onze digitale‐tv‐abonnees kiest voor ons interactieve Telenet Digital TV‐platform (1.229.000, +23% j‐o‐j), waarbij de overige klanten nog steeds geabonneerd zijn op het lineaire, digitale INDI‐platform dat we via de overname van Interkabel in oktober 2008 hebben verworven. In de eerste drie maanden van 2011 steeg het aantal abonnees voor ons Telenet Digital TV‐platform met 47.800, na een sterke groei in het vierde kwartaal van 2010 toen de groei van het abonneebestand uitkwam op 74.200.
Wat de toekomst betreft, geloven we dat de overschakeling van analoge tv naar het veel rijkere digitale‐tv‐platform één van onze belangrijkste waardestuwers zal zijn, aangezien digitale‐tv‐abonnees een veel hogere gemiddelde opbrengst per klant genereren. Voor 2011 verwachten we dat digitale tv, premium diensten en multi‐screenfuncties aan belang zullen winnen. De traditionele tv‐ervaring wordt steeds meer gemarginaliseerd omdat een groeiend aantal consumenten zelf wil bepalen wat ze wanneer willen zien. Om gelijke tred te houden met deze groeiende trend, zullen we de vele technologische mogelijkheden van ons digitale platform verder uitbouwen in combinatie met ons toonaangevende breedbandnetwerk. De lancering van Yelo in december vorig jaar, waarmee klanten overal hun favoriete programma's en shows kunnen bekijken op hun iPad, iPhone of laptop, past perfect binnen deze strategie.
Eind maart 2011 hadden we 2.253.700 abonnees voor analoge en digitale tv. Dit betekent dat het totaal aantal abonnees voor basiskabel‐tv in de eerste drie maanden van het jaar met 20.300 abonnees is gedaald. Dit organische verlies omvat geen overschakelingen naar ons digitale‐tv‐platform en vertegenwoordigt klanten die zijn overgestapt naar platformen van de concurrentie, zoals andere aanbieders van digitale tv en satellietexploitanten, of klanten die hun tv‐abonnement hebben opgezegd of die verhuisd zijn naar een locatie buiten ons verkoopgebied.
Hoewel ons organische nettoverlies nog steeds lager lag dan in dezelfde periode vorig jaar, nam het klantverloop in het eerste kwartaal van 2011 toe in vergelijking met voorgaande kwartalen. Deze stijging is toe te schrijven aan typische seizoenspatronen in onze sector en aan de hevige concurrentie in de tv‐markt nu consumenten kunnen kiezen uit een breed scala van tv‐aanbieders (kabel, IPTV, satelliet, DTT in de nabije toekomst en OTT), terwijl de tarieven voor basis‐tv nog steeds tot de laagste in Europa behoren. Gezien de historisch hoge kabelpenetratie in ons verkoopgebied, de beperkte uitbreiding van het aantal aansluitbare huizen en de beschikbaarheid van concurrerende digitale‐tv‐platforms, verwachten we dat het aantal abonnees voor basiskabel‐tv matig zal blijven dalen.
In de eerste drie maanden van 2011 genereerden we bedrijfsopbrengsten ten bedrage van €331,6 miljoen, of 5% meer dan de €316,9 miljoen in dezelfde periode vorig jaar. De jaar‐op‐jaargroei van de bedrijfsopbrengsten werd negatief beïnvloed door de wijziging op 1 januari 2011 in de presentatie van opbrengsten en kosten met betrekking tot bepaalde marketingnummers en ‐sms, zoals nader beschreven onder punt 1 hierboven.
De groei van onze bedrijfsopbrengsten in het eerste kwartaal was nagenoeg geheel organisch, met als directe motor de onderliggende groei van het aantal vaste en mobiele diensten en de gestage migratie van analoge naar digitale tv, waardoor de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie steeg. Onze B2B‐afdeling realiseerde ook een gezonde dubbelcijferige groei van de opbrengsten in het eerste kwartaal dankzij onze versterkte productportfolio, de sterke groei van onze Business Fibernet‐ en Corporate Fibernet‐oplossingen en de impact van nieuwe contracten. De groei van onze bedrijfsopbrengsten voor het kwartaal nam tijdelijk af als gevolg van promoties op eenmalige installatie‐ en activeringskosten en de daling van de opbrengsten bij BelCompany. Wij verwachten dat de groei van onze bedrijfsopbrengsten zal verdapperen in de komende kwartalen dankzij het effect van de migraties naar Fibernet en verdere groei van onze activiteiten voor de particuliere en zakelijke markt.
De opbrengsten uit basiskabel‐tv, bestaande uit abonnementsgelden die wij van onze abonnees voor analoge en digitale kabel‐tv (Telenet Digital TV en INDI) ontvangen, vormen nog steeds een belangrijk deel van onze bedrijfsopbrengsten en zijn een constante bron van cashflow. In het eerste kwartaal van 2011 bedroegen onze opbrengsten uit basiskabel‐tv €79,9 miljoen, of 2% minder dan in dezelfde periode vorig jaar. Deze terugval is te wijten aan de daling van het gemiddelde aantal abonnees voor basiskabel‐tv.
Onze opbrengsten uit premium kabel‐tv omvatten de opbrengsten die door onze abonnees voor digitale kabel‐tv worden gegenereerd bovenop de opbrengsten uit basiskabel‐tv zoals hierboven beschreven. Onze opbrengsten uit premium kabel‐tv worden hoger gestuwd door de opbrengsten uit films à la carte en door de sterke groei van de verhuur van geavanceerde settopboxen met harde schijf en persoonlijke videorecorder, die onze terugkerende maandelijkse huurgelden voor settopboxen doet stijgen. Voorts omvatten onze opbrengsten uit premium kabel‐tv de abonnementsgelden voor onze pakketten met thema‐ en premiumkanalen (die pakketten worden verkocht onder de merknaam PRIME) en de interactieve diensten op ons platform, die er alle voor zorgen dat de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie hoger ligt dan bij abonnees voor basiskabel‐tv. In het eerste kwartaal van 2011 stegen onze opbrengsten uit premium kabel‐tv met 23% j‐o‐j (+ €8,0 miljoen) tot €42,9 miljoen.
De opbrengsten afkomstig van 'Verdelers/Overige' omvatten opbrengsten in verband met (i) de verkoop van settopboxen, (ii) vergoedingen voor de installatie en activering van kabel‐tv, (iii) andere diensten zoals online reclame op onze portaalsite en communitysites en (iv) de bijdrage van de commissie‐inkomsten van ons distributiekanaal voor mobiele telefonie BelCompany, dat meerdere merken aanbiedt.
De opbrengsten afkomstig van 'Verdelers/Overige' daalden met 18% van €15,1 miljoen in het eerste kwartaal van 2010 tot €12,4 miljoen in het eerste kwartaal van 2011. Deze terugval was voornamelijk toe te schrijven aan de daling van de installatie‐ en activeringskosten als gevolg van lagere verkopen dan in dezelfde periode vorig jaar en als gevolg van tijdelijke promoties op eenmalige installatie‐ en activeringskosten voor nieuwe digitale‐tv‐abonnees. BelCompany genereerde ook minder opbrengsten in het eerste kwartaal van 2011 dan in dezelfde periode vorig jaar. Dit was te wijten aan de daling van de verkoop van gsm's en aan de lagere commissie‐inkomsten van externe verdelers omdat het contract met één van de drie mobiele netwerkoperators in de loop van het kwartaal afliep.
In het eerste kwartaal van 2011 genereerden onze bijna 1,25 miljoen particuliere en zakelijke abonnees voor breedbandinternet opbrengsten ten bedrage van €108,6 miljoen. Dit is 2% meer dan in dezelfde periode vorig jaar toen de opbrengsten uit breedbandinternet voor particulieren €106,0 miljoen bedroegen.
De jaar‐op‐jaargroei van onze opbrengsten uit residentieel breedbandinternet vertraagde in vergelijking met recente kwartalen als gevolg van tijdelijke promoties op eenmalige installatie‐ en activeringskosten ter ondersteuning van de groei van onze Fibernet‐producten, die een superieure gemiddelde opbrengst per klantenrelatie genereren vergeleken met onze bestaande breedbandproducten. We verwachten dan ook dat deze tijdelijke promoties zich in de toekomst zullen vertalen in gezonde terugkerende opbrengsten uit abonnementsgelden. We zijn blij dat onze Fibernet‐producten, waarvoor de marketingcampagne pas eind januari begon, aanslaan.
Onze opbrengsten uit residentiële telefonie omvatten de opbrengsten uit vaste en mobiele telefonie en bedroegen in het eerste kwartaal van 2010 €65,8 miljoen. Dat is €5,2 miljoen of 9% meer dan in dezelfde periode vorig jaar. De jaar‐ op‐jaargroei van onze opbrengsten werd negatief beïnvloed door de verandering in de financiële verslaggeving van opbrengsten uit marketingnummers en ‐sms, zoals hierboven vermeld. Als we de wijziging retroactief toepasten alsof ze met ingang van 1 januari 2010 werd ingevoerd, bedroeg de groei van de opbrengsten 12%.
In lijn met recente kwartalen, leverde mobiele telefonie nog steeds een groeiende bijdrage aan onze totale bedrijfsopbrengsten in het eerste kwartaal van 2011. Dit was vooral te danken aan de gezonde groei van het aantal abonnees met een postpaidabonnement en aan de verdere stijging van de gemiddelde opbrengst per klant voor mobiele telefonie na onze toegenomen focus op smartphones en de rendabelere segmenten.
Telenet Solutions, onze afdeling Bedrijfsdiensten, deed het buitengewoon goed in het eerste kwartaal van 2011. De opbrengsten van Telenet Solutions stegen met 17% j‐o‐j tot €22,0 miljoen (KW1 2010: €18,8 miljoen). Dit is met name toe te schrijven aan de gezonde groei van onze Business Fibernet‐ en Corporate Fibernet‐oplossingen, de gestage groei van onze IP VPN‐oplossingen, de hogere installatieopbrengsten dan in dezelfde periode vorig jaar en de bijdrage van het op 31 mei 2010 overgenomen C‐CURE. Als we de bijdrage van C‐CURE en de eenmalige installatieopbrengsten buiten beschouwing laten, stegen onze opbrengsten uit bedrijfsdiensten nog steeds met een gezonde 7% j‐o‐j.
Onze B2B‐portfolio bestaat vooral uit diensten, waarvoor we een gezonde groei van de markt in 2011 en daarna voorspellen. Telenet Solutions wil voortbouwen op de investeringen van de afgelopen jaren door connectiviteits‐, beveiligings‐ en hostingoplossingen aan te bieden. Connectiviteitsoplossingen zijn steeds meer gebaseerd op het gebruik van coaxkabel. Wij zijn van mening dat we met onze Business Fibernet‐ en Corporate Fibernet‐oplossingen – ondersteund door de EuroDocsis 3.0‐technologie die we overal in ons verkoopgebied hebben geïmplementeerd – bijzonder goed gepositioneerd zijn in deze markt. Naast toegewijde verkoop‐ en servicekanalen hebben we voor onze zakelijke klanten een gegarandeerde servicekwaliteit geïntroduceerd om de implementatie van bedrijfskritische applicaties tegen gegarandeerde snelheden mogelijk te maken.
Verder hebben we naast internet‐ en dataproducten ook nieuwe diensten met toegevoegde waarde uitgerold, zoals beveiliging en hosting. Voor veel klanten zijn deze producten en diensten sterk met elkaar verbonden, zodat Telenet met deze formule optimaal kan inspelen op de zakelijke markt. De nauwere integratie van onze overgenomen B2B‐ bedrijven, Hostbasket en C‐CURE, zal extra mogelijkheden bieden voor kruisverkoop van diensten met toegevoegde waarde die verder gaan dan de typische connectiviteitsoplossingen en zal onze go‐to‐market strategie verbeteren.
In de eerste drie maanden van 2011 stegen onze totale bedrijfskosten met 5% j‐o‐j tot €245,1 miljoen (KW1 2010: €232,6 miljoen). De stijging van onze bedrijfskosten in het eerste kwartaal van dit jaar hield gelijke tred met de groei van onze bedrijfsopbrengsten, en was voornamelijk toe te schrijven aan de hogere kosten in verband met de
afschrijving van materiële en immateriële vaste activa en aan de hogere kosten in verband met op aandelen gebaseerde vergoedingen.
In het eerste kwartaal van 2011 vertegenwoordigden onze totale bedrijfskosten 74% van de bedrijfsopbrengsten, tegenover 73% in dezelfde periode vorig jaar. Hoewel het relatieve gewicht van de kostprijs van geleverde diensten min of meer stabiel bleef, stegen onze verkoop‐, algemene en beheerskosten in het eerste kwartaal van 2011 met 12% j‐o‐j, voornamelijk als gevolg van de hogere personeelskosten en de hogere uitgaven in verband met op aandelen gebaseerde vergoedingen.
In de eerste drie maanden van 2011 realiseerden we een Adjusted EBITDA van €174,2 miljoen, of 7% meer dan in dezelfde periode vorig jaar toen we een Adjusted EBITDA van €163,1 miljoen genereerden. Vergeleken met dezelfde periode vorig jaar zijn we erin geslaagd onze totale marge met een vol procentpunt op te trekken van 51,5% tot 52,5% dankzij onze voortdurende focus op proces‐ en platformverbeteringen binnen onze organisatie, een strikte beheersing van onze overheadkosten en minder uitgaven aan onze activiteiten op het gebied van mobiele telefonie in het eerste kwartaal van dit jaar.
| (in € miljoen) | Voor de drie maanden beëindigd op 31 maart |
|||
|---|---|---|---|---|
| 2011 | 2010 | % Verschil | ||
| Adjusted EBITDA Adjusted EBITDA‐marge |
174,2 52,5% |
163,1 51,5% |
7% | |
| Vergoeding op basis van aandelen Operationele opbrengsten (kosten) betreffende overnames of desinvesteringen Herstructureringskosten |
(6,5) (0,0) (0,1) |
(1,7) 0,2 ‐ |
282% n/a n/a |
|
| EBITDA | 167,6 | 161,5 | 4% | |
| Afschrijvingen en waardeverminderingen | (81,1) | (77,2) | 5% | |
| Resultaat uit bedrijfsactiviteiten | 86,5 | 84,3 | 3% | |
| Netto financiële kosten Aandeel in het resultaat van geassocieerde deelnemingen Belastingen |
(13,4) (0,1) (30,2) |
(65,8) (0,2) (5,1) |
‐80% ‐50% 492% |
|
| Totaalresultaat voor de periode, toe te rekenen aan eigenaars van de Vennootschap | 42,8 | 13,3 | 222% |
De combinatie van een gezonde stijging van de Adjusted EBITDA van 7%, enigszins tenietgedaan door hogere kosten in verband met de afschrijving van materiële en immateriële vaste activa en kosten voor de vergoeding op basis van aandelen, resulteerde in een operationele winst van €86,5 miljoen in het eerste kwartaal van 2011 (+3% j‐o‐j).
In het eerste kwartaal van 2011 bedroegen de netto financiële kosten €13,4 miljoen, tegenover €65,8 miljoen in dezelfde periode vorig jaar. Deze forse verbetering is in de eerste plaats het gevolg van de verandering in de reële waarde van onze renteafdekkingsinstrumenten, die een positief effect hadden in het eerste kwartaal van 2011 versus een negatief effect in het eerste kwartaal van 2010. De rentelasten op de termijnleningen onder onze senior kredietfaciliteit stegen als gevolg van de uitgifte van nieuwe schuld en de stijging van de totale rentemarge na de verlenging van de looptijd van onze schulden.
In het eerste kwartaal van 2011 bedroegen de interestopbrengsten en wisselkoerswinsten in totaal €2,1 miljoen, tegenover €0,3 miljoen in dezelfde periode vorig jaar. Deze stijging was toe te schrijven aan de rendementen op ons aanzienlijk hogere belegde kassaldo. Om het tegenpartijrisico zoveel mogelijk te beperken, plaatsen wij onze kasequivalenten, depositocertificaten en geldmarktfondsen bij Europese en Amerikaanse financiële instellingen met een hoge kredietwaardigheid.
In het eerste kwartaal van 2011 bedroegen onze interestkosten en wisselkoersverliezen in totaal €47,2 miljoen, tegenover €34,1 miljoen in 2009. Deze stijging van 38% is het netto‐effect van (i) de stijging van onze gemiddelde schuldenlast met 27% (zie deel 2.6 voor meer informatie), (ii) de stijging van de totale rentemarge op onze senior kredietfaciliteit na de verlenging van de looptijd van onze schulden, en (iii) hogere Euribor‐tarieven die gelden als basis voor het grootste deel van de rentelasten die voortvloeien uit onze senior kredietfaciliteit.
We zijn verschillende afgeleide instrumenten aangegaan om onze blootstelling aan rentestijgingen tijdens de looptijd van onze senior kredietfaciliteit aanzienlijk te beperken. In 2010 hebben we onze portefeuille van renteafdekkingsinstrumenten verder geoptimaliseerd teneinde de gemiddelde rentevoet te verlagen, en hebben we de looptijd van onze schulden verlengd zoals hierboven beschreven. Per 31 maart 2011 hadden we een combinatie van caps, collars en swaps die zorgen voor een maximale gemiddelde rente van 4,0% (exclusief de respectieve marges per termijnlening). Onze derivaten zijn verspreid over verschillende financiële instellingen en regio's om het tegenpartijrisico tot een minimum te beperken.
Overeenkomstig de IFRS‐standaarden voor financiële verslaggeving worden onze rentederivaten gewaardeerd tegen reële waarde, en worden veranderingen in de reële waarde weerspiegeld in de geconsolideerde staat van het totaalresultaat. Deze veranderingen in reële waarde kunnen volatiel zijn en hebben geen directe impact op onze kasstromen, tot de derivaten geheel of gedeeltelijk worden afgewikkeld. In het eerste kwartaal van 2011 resulteerde de verandering in de reële waarde van onze rentederivaten in een winst van €37,0 miljoen, tegenover een verlies van €32,0 miljoen in dezelfde periode vorig jaar. Als de onderliggende Euribor‐tarieven stijgen (dalen), verwachten we dat de reële waarde van deze instrumenten zal stijgen (dalen), wat een positief (negatief) effect zal hebben op ons nettoresultaat.
Als gevolg van de vervroegde aflossing van bepaalde uitstaande termijnleningen onder onze senior kredietfaciliteit voor een totaalbedrag van €286,5 miljoen, werden in het eerste kwartaal van 2011 €5,3 miljoen aan kosten van derden en daarmee samenhangende uitgestelde financieringskosten ten laste genomen.
In het eerste kwartaal van 2011 boekten we belastingkosten ten bedrage van €30,2 miljoen, tegenover €5,1 miljoen in dezelfde periode vorig jaar. Het eerste kwartaal van 2010 weerspiegelde de opname van een uitgestelde belastingvordering en uit de onderliggende jaar‐op‐jaarontwikkeling blijkt dat de primaire operationele entiteit van de Telenet‐groep steeds meer winstgevend wordt.
In het eerste kwartaal van 2011 boekten we een nettowinst van €42,8 miljoen, inclusief een winst van €37,0 miljoen op onze rentederivaten en een verlies van €5,3 miljoen op de vervroegde aflossing van schulden. Exclusief de twee laatst genoemde elementen bedroeg de nettowinst €11,1 miljoen. In het eerste kwartaal van 2010 realiseerden we een nettowinst van €13,3 miljoen, inclusief een verlies van €32,0 miljoen op onze rentederivaten. Zonder dat verlies bedroeg de nettowinst €45,3 miljoen. De onderliggende daling van onze nettowinst op vergelijkbare basis is in de eerste plaats het gevolg van hogere rentelasten en hogere belastingkosten.
In het eerste kwartaal van 2011 steeg de nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten met 39% j‐o‐j tot €169,1 miljoen, tegenover €121,4 miljoen in dezelfde periode vorig jaar. Deze stijging is het resultaat van de sterke onderliggende kasstroom die door onze activiteiten werd gegenereerd en de verbetering van onze wijziging in het werkkapitaal. Bovendien worden de interestkosten op bepaalde termijnleningen halfjaarlijks betaald en heeft geen invloed gehad op onze te betalen interestkosten in het eerste kwartaal.
In het eerste kwartaal van 2011 bedroeg de nettokasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten €81,4 miljoen, of 39% meer dan de €58,4 miljoen in dezelfde periode vorig jaar. De nettokasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten bestond uit de contante betalingen van onze bedrijfsinvesteringen, die doorgaans twee maanden na de effectieve investering plaatsvinden. Bijgevolg weerspiegelde de stijging van de nettokasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten in het eerste kwartaal van 2011 het in het vierde kwartaal van 2010 geboekte hoge saldo van toe te rekenen bedrijfsinvesteringen. Zie deel 2.7 'Bedrijfsinvesteringen' voor gedetailleerde informatie over de onderliggende toe te rekenen bedrijfsinvesteringen.
Onze vrije kasstroom steeg met maar liefst 38% van €62,9 miljoen (20% van de bedrijfsopbrengsten) in het eerste kwartaal van 2010 tot €86,5 miljoen (26% van de bedrijfsopbrengsten) in het eerste kwartaal van 2011. Deze verbetering was voornamelijk te danken aan de groeiende kasstroom die door onze bedrijfsactiviteiten werd gegenereerd en aan een gedeelte van onze interestkosten die halfjaarlijks betaald worden.
In het eerste kwartaal van 2011 bedroeg de nettokasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten €1,8 miljoen, tegenover €8,8 miljoen in dezelfde periode vorig jaar. De nettokasstroom in het eerste kwartaal van 2011 weerspiegelde een netto positief effect van €13,5 miljoen uit de uitgifte van nieuwe schuld en de vervroegde aflossing van bepaalde termijnleningen met kortere looptijden, tenietgedaan door €15,3 miljoen in verband met diverse terugbetalingen van leases (waaronder de geplande terugbetaling van de financiële lease van Telenet Partner Network) en schulduitgiftekosten. Voor het eerste kwartaal van 2010 vertegenwoordigden dezelfde leaseterugbetalingen het grootste deel van de kasstroom die werd gebruikt in financieringsactiviteiten.
Per 31 maart 2011 bedroeg de totale schuld €2.904,3 miljoen, waarvan €1.629,8 miljoen verschuldigd is onder onze senior kredietfaciliteit, €900,0 miljoen betrekking heeft op de obligaties die in 2010 en begin 2011 werden uitgegeven, en de rest voornamelijk de financiële lease in verband met de overname van Interkabel vertegenwoordigt. In het eerste kwartaal van 2011 hebben we ons schuldaflossingsprofiel verder verbeterd via de emissie van €300,0 miljoen aan nieuwe schuld onder de bestaande kredietfaciliteit die in 2021 vervalt. Vrijwel alle opbrengsten van deze schulduitgifte zijn aangewend voor de vervroegde terugbetaling van de uitstaande bedragen onder termijnleningen K en L1 die respectievelijk in 2014 en 2015 vervallen, voor een totaalbedrag van €286,5 miljoen. Als onderdeel van deze transactie ruilden twee financiers hun verplichtingen ten bedrage van €80,0 miljoen om van termijnlening K naar termijnlening G. De opbrengsten van de emissie van €300,0 miljoen werden geleend van Telenet Finance III Luxembourg S.C.A., een onafhankelijke financieringsmaatschappij, die hiertoe voor €300,0 miljoen 'senior secured notes' met vervaldatum in 2021 aanbood en die wij consolideren.
Deze transactie was onderdeel van een groter financieringskader waarbinnen we proberen om de gemiddelde looptijd van onze schulden verder te verlengen en de stabiliteit van onze schuldkapitalisatie te verbeteren door de kasstroomflexibiliteit te vergroten tegen zeer aantrekkelijke marktvoorwaarden. Per 31 maart 2011 hadden de emissies onder de senior kredietfaciliteit een gewogen gemiddelde looptijd van 7,4 jaar. Telenet hoeft geen terugbetalingen te verrichten vóór augustus 2015. De eerste belangrijke terugbetaling van €1.550,5 miljoen is gepland voor 2017.
Overeenkomstig de senior kredietfaciliteit hebben we nog steeds toegang tot het bijkomende toegezegde wentelkrediet van €175,0 miljoen, mits de onderstaande convenanten worden nageleefd, met beschikbaarheid tot en met 30 juni 2014. Per 31 maart 2011 hielden we €725,5 miljoen aan geldmiddelen en kasequivalenten aan, tegenover €639,6 miljoen per 31 december 2010. We beheren en optimaliseren ons kassaldo op dagelijkse basis en op basis van evenwichtige tegenpartijrisico's.
Per 31 maart 2011 resulteerden het uitstaande saldo van onze senior kredietfaciliteit en het uitstaande kassaldo in een verhouding totale nettoschuld/EBITDA1 van 2,8, wat ongewijzigd is ten opzichte van 31 december 2010. Onze huidige verhouding totale nettoschuld/EBITDA ligt ruim onder het convenant van 6,0 en de beschikbaarheidstest van 5,0.
1 Berekend volgens de definitie in de senior kredietfaciliteit, door de totale nettoschuld, uitgezonderd achtergestelde aandeelhoudersleningen, geactiveerde elementen van de schulden onder de clientèle‐ en annuïteitenvergoedingen en alle andere financiële leases, te delen door de EBITDA op jaarbasis van de laatste twee kwartalen.
De toe te rekenen bedrijfsinvesteringen bedroegen in het eerste kwartaal van 2011 €56,7 miljoen, wat neerkomt op 17% van de bedrijfsopbrengsten, en waren relatief stabiel ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. De uitgaven voor settopboxen bedroegen €5,1 miljoen, of 9% van de totale toe te rekenen bedrijfsinvesteringen in het eerste kwartaal van 2011, tegenover €9,9 miljoen in het eerste kwartaal van 2010. De daling van de uitgaven voor settopboxen is het gevolg van een groter gebruik van voorraden en opgeknapte settopboxen, een iets lagere prijs per eenheid en over het algemeen een kleinere brutotoename van het aantal digitale‐tv‐abonnees dan in dezelfde periode vorig jaar. De uitgaven voor installaties bij de klant bedroegen €19,9 miljoen, of 35% van de totale toe te rekenen bedrijfsinvesteringen, vooral als gevolg van de overstap naar onze Fibernet‐breedbandproducten waarvoor we op de locatie van de klant een gloednieuwe gateway installeren. Deze nieuwe gateway combineert een EuroDocsis 3.0‐internetmodem, een VoIP‐modem, een router en een antenne voor draadloze verbinding, alles in een klein toestel. Een ander voordeel van deze gateway is dat hij het mogelijk maakt om de servicekwaliteit op afstand te monitoren, wat het aantal technische klantbezoeken in de toekomst zou moeten doen dalen.
De toe te rekenen bedrijfsinvesteringen voor de uitbreiding en upgrade van het netwerk bedroegen €13,6 miljoen, of 24% van de totale toe te rekenen bedrijfsinvesteringen in het eerste kwartaal, en omvatten investeringen in ons Pulsar‐project voor de splitsing van optische knooppunten. De rest van onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen omvat reparaties en vervangingen van netwerkapparatuur, kosten voor de aankoop van sportcontent en terugkerende investeringen in ons IT‐platform en onze IT‐systemen. Dit betekent dat 68% van onze toe te rekenen bedrijfsinvesteringen in het eerste kwartaal van 2011 schaalbaar was en verband hield met de groei van het abonneebestand.
Voor de rest van het jaar verwachten we een stijging van de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen op kwartaalbasis als gevolg van typische seizoensgebonden factoren in de fasering van onze investeringen. Daarnaast voorzien we extra netwerkinvesteringen in verband met de verdere groei van onze nieuwe Fibernet‐breedbandproducten, maar alle binnen onze vooruitzichten voor het hele jaar die we eind februari 2011 hebben bekendgemaakt.
Vanaf 1 januari 2011 hebben we ons model voor financiële inning van bepaalde marketingnummers en ‐sms aangepast na een wijziging in de Belgische wetgeving. Voor meer informatie verwijzen we naar "Belangrijke wijziging in de financiële verslaggeving" onder punt 1 'Belangrijkste operationele ontwikkelingen' en naar punt 2.1 'Bedrijfsopbrengsten'. De brutobedrijfsopbrengsten uit die diensten worden sinds begin 2011 niet langer geboekt, wat betekent dat de jaar‐op‐jaargroei van de bedrijfsopbrengsten negatief zal worden beïnvloed met ongeveer €8 miljoen, of 0,6 procentpunt. Aangezien deze opbrengsten volledig worden verrekend met de kosten, is er geen impact op de Adjusted EBITDA. In onze vooruitzichten voor het volledige jaar 2011 zoals op 24 februari 2011 bekendgemaakt werd geen rekening gehouden met dit effect. Bijgevolg zullen wij onze vooruitzichten voor de groei van onze bedrijfsopbrengsten neerwaarts bijstellen van "ongeveer 6,0%" naar "ongeveer 5,5%" om nauwkeurige vergelijkingen met voorgaande jaren mogelijk te maken. Tegelijkertijd zullen we onze vooruitzichten voor de Adjusted EBITDA opwaarts bijstellen van "stabiel ten opzichte van boekjaar 2010" naar "hoger dan in boekjaar 2010".
Nu het eerste kwartaal van het jaar achter ons ligt, herbevestigen we onze vooruitzichten voor het hele jaar 2011 zoals we die eind februari hebben bekendgemaakt, gecorrigeerd voor de premium contentdiensten, en zoals die in tabel 2 hieronder zijn weergegeven.
We zien nog steeds zeer gezonde groeiopportuniteiten, aangezien nog steeds 40% van onze klanten op slechts één product is geabonneerd. De uitdaging bestaat erin deze klanten ervan te overtuigen om over te schakelen naar een aantrekkelijke productbundel. Tegelijkertijd zullen we proberen om de overgrote meerderheid van onze ongeveer één miljoen abonnees voor analoge tv te laten overschakelen naar ons interactieve digitale platform, waar de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie veel hoger is. De marketing van productbundels, 'Shakes' genoemd en nu uitgebreid met onze toonaangevende Fibernet‐breedbandproducten, zal centraal blijven staan in deze strategie.
Naast de overstap van analoge naar digitale tv zal de overstap naar Fibernet en de verdere penetratie van deze supersnelle internetverbinding van de nieuwe generatie een essentieel groeisegment zijn in 2011. De integratie van Fibernet in onze bundels zal ons helpen om onze klanten ervan te overtuigen dat onze producten superieur zijn, omdat ze ook de deur openen voor een nieuw type digitale ervaring. Aangezien deze nieuwe op EuroDocsis 3.0 gebaseerde producten pas medio januari werden gelanceerd, zal het positieve effect ervan op onze opbrengsten uit breedbandinternet naar verwachting pas vanaf de tweede helft van het jaar zichtbaar zijn.
| Vooruitzichten voor boekjaar 2011 Zoals bekend gemaakt op 24 februari 2011 |
Impact van de verandering in financiële verslaggeving van bedrijfsopbrengsten |
Vooruitzichten voor boekjaar 2011 Zoals aangepast |
|
|---|---|---|---|
| Groei van de bedrijfsopbrengsten(1) |
Ongeveer 6% | Circa –0,5% | Ongeveer 5,5% |
| Adjusted EBITDA‐marge | Stabiel ten opzichte van boekjaar 2010 |
Lichte verbetering | Hoger dan in boekjaar 2010 |
| Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen(2) |
Ongeveer 21% van de bedrijfsopbrengsten |
Ongeveer 21% van de opbrengsten |
|
| Vrije kasstroom | Meer dan €250 miljoen | Meer dan €250 miljoen |
(1) Onze opbrengstverwachtingen voor boekjaar 2011 zijn aangepast om rekening te houden met de €8 miljoen aan opbrengsten uit marketingnummers en ‐sms die sinds 2011 niet langer als opbrengsten worden geboekt maar met de kosten worden verrekend. Voor meer informatie verwijzen we naar 'Belangrijke wijziging in de financiële verslaggeving' onder punt 1 'Belangrijkste operationele ontwikkelingen'.
(2) Vertegenwoordigen toe te rekenen bedrijfsinvesteringen, inclusief niet‐geldelijke investeringen in het kader van financiële leases en settopboxen voor verhuur.
Mobiele telefonie zal onze totale bedrijfsopbrengsten verder doen stijgen dankzij onze unieke positionering in deze concurrerende markt en de toenemende focus op smartphonegebruikers in het hogere segment, en dankzij onze nog te lanceren iPhone4‐producten waarvoor Telenet onlangs een overeenkomst heeft gesloten met Apple. De geïntegreerde go‐to‐market van connectiviteits‐, dataservice‐, beveiligings‐ en hostingoplossingen zal onze B2B‐ activiteiten in 2011 verder stimuleren. Naast de groei van onze bedrijfsopbrengsten blijven we ons focussen op het bieden van een unieke ervaring aan onze klanten, zowel in termen van producten als diensten, teneinde onze klanten nog meer aan Telenet te binden. Op basis van deze gegevens en ons voortdurende streven naar een hogere efficiëntie en een betere kostenbeheersing zijn wij ervan overtuigd dat 2011 opnieuw een jaar met een sterke operationele en financiële groei wordt.
Met onze herfinancieringstransacties in 2010 en begin 2011 alsook de aanhoudende sterke stijging van de vrije kasstroom, hebben we de basis gelegd voor aantrekkelijke terugkerende en duurzame uitkeringen aan aandeelhouders met behoud van voldoende liquiditeit voor investeringen in groei en waardetoevoegende overnames. Wij streven naar een verhouding tussen de totale nettoschuld en de EBITDA tussen 3,5x en 4,5x over de lange termijn, wat een optimaal evenwicht tussen groei en aandeelhoudersvergoeding alsmede een aantrekkelijke toegang tot de kapitaalmarkten verzekert.
Wij trachten deze doelstelling te realiseren door ons financieringskader verder te optimaliseren, eventueel andere bedrijven over te nemen, een sterke vrije kasstroom te genereren en contante vergoedingen uit te keren aan onze aandeelhouders. De implementatie van dit hefboommodel zal niet alleen aantrekkelijke en duurzame aandeelhoudersvergoedingen mogelijk maken die boven het gemiddelde van de sector liggen, maar ook zorgen voor een sterke langetermijngroei van de onderliggende activiteit. In de veronderstelling dat er geen overnames plaatsvinden en/of dat ons businessmodel niet aanzienlijk verandert, zal ons aandeelhoudersvergoedingsbeleid zorgen voor aanhoudend hoge contante uitkeringen aan aandeelhouders op lange termijn.
Voor 2011 heeft de Raad van Bestuur zijn goedkeuring gegeven om door te gaan met een aandeelhoudersvergoeding van €4,50 per aandeel, wat neerkomt op een totaal uit te keren bedrag van €505,9 miljoen. De jaarlijkse algemene vergadering van aandeelhouders van 27 april 2011 heeft deze buitengewone uitkering goedgekeurd. De aandeelhoudersvergoeding zal worden uitgevoerd als een kapitaalvermindering, die niet onderworpen is aan roerende voorheffing, en zal uiterlijk begin augustus 2011 worden betaald.
Op 13 april 2011 oordeelde de Belgische rechtbank van eerste aanleg in Mechelen dat Telenet geen extra rechten moet betalen aan auteursrechtenorganisaties zoals Agicoa, BAVP, SABAM en andere, in gevallen waar Telenet een zogenaamd "all rights included (ARI)" contract met de respectievelijke omroep heeft.
In 2006 startte Telenet een rechtszaak tegen een groot aantal auteursrechtenorganisaties en ‐bureaus om een aantal zaken te laten verduidelijken. Telenet wilde met name weten of de organisaties rechten kunnen doen gelden voor kanalen die direct via het kabelnet worden uitgezonden in plaats van tegelijkertijd via de ether en kabel te worden uitgezonden.
Deze kwestie heeft betrekking op de belangrijkste Belgische particuliere omroepen, met inbegrip van alle kanalen van de grote omroepen VMMa, SBS Belgium en RTL‐TVi, die toen ze van start gingen alleen beschikbaar waren op de kabel maar later beschikbaar zijn gesteld via DTH‐satelliet en IPTV. De organisaties vroegen extra betalingen van deze omroepen, en er wordt aangenomen dat TV Vlaanderen (DTH) en Belgacom TV (IPTV) de gevraagde bedragen daadwerkelijk betalen. Hun redenering was gebaseerd op de overtuiging dat de omroep, door het signaal naar de operator door te sturen, alleen betaalde voor de initiële distributie en dat het platform ook zijn deel moet betalen.
Telenet was echter van mening dat zijn ARI‐contracten met de omroepen reeds de kosten van de betrokken houders van rechten dekten. De rechtbank in Mechelen heeft nu het standpunt van Telenet bevestigd en oordeelde dat de ARI‐contracten tussen de omroepen en Telenet wettelijk zijn. De rechtbank oordeelde ook dat er geen verschil mag worden gemaakt tussen analoge en digitale distributie – in het geval van simultane uitzending moeten de rechten slechts eenmaal worden betaald.
De commissaris, KPMG Bedrijfsrevisoren – Reviseurs d'Entreprises CVBA, vertegenwoordigd door Jos Briers, heeft bevestigd dat zijn nazicht, dat wezenlijk voltooid is, geen wezenlijke elementen heeft onthuld die een aanpassing vereisen van de in dit persbericht opgenomen verkorte geconsolideerde tussentijdse financiële informatie per en voor de periode van drie maanden afgesloten op 31 maart 2011.
| Voor de drie maanden beëindigd op | maart 2011 | maart 2010 | % Verschil |
|---|---|---|---|
| Geleverde diensten | |||
| Aansl ui tba re huizen ‐ Gecombineerde Ne twerk | 2.825.100 | 2.800.100 | 1% |
| Televisie | |||
| Analoge Kabel TV | |||
| Totaal Analoge Kabel TV | 966.900 | 1.252.900 | ‐ 23% |
| Digitale Kabel TV | |||
| Digi tale Kabel TV (Telenet Digi tal TV) | 1.229.000 | 1.002.900 | 23% |
| Digi tale Kabel TV (INDI ) | 57.800 | 62.200 | ‐ 7% |
| Totaal Digitale Kabel TV | 1.286.800 | 1.065.100 | 21% |
| Totaal Kabel TV | 2.253.700 | 2.318.000 | ‐ 3% |
| Internet | |||
| Resi dentieel breedbandi nterne t | 1.208.800 | 1.115.400 | 8% |
| Breedba ndi nte rne t aan bedrijven | 40.400 | 34.200 | 18% |
| Totaal breedband internet | 1.249.200 | 1.149.600 | 9% |
| Telefonie | |||
| Resi dentiële tele fonie | 817.800 | 750.700 | 9% |
| Telefonie aan bedrijven | 12.700 | 12.300 | 3% |
| Totaal telefonie | 830.500 | 763.000 | 9% |
| Mobiele tele fonie (actieve klanten) | 210.600 | 151.600 | 39% |
| Totaal geleverde diensten (excl. Mobiel) | 4.333.400 | 4.230.600 | 2% |
| Klantenverloop |
| Ba si ska bel televi sie | 9,3% | 10,3% |
|---|---|---|
| Breedbandi nterne t | 7,3% | 6,9% |
| Tele fonie | 7,6% | 6,9% |
| Tri ple play klanten | 734.700 | 673.000 | 9% |
|---|---|---|---|
| Totaal kla ntenrela ties | 2.253.700 | 2.318.000 | ‐ 3% |
| Diens ten per kla ntenrela tie | 1,92 | 1,83 | 5% |
| ARPU per kla ntenrela tie (€ / maand) | 40,6 | 37,7 | 8% |
| Voor de drie maanden | ||||
|---|---|---|---|---|
| (in € miljoen, uitgezonderd aandelen en bedragen per aandeel ) | beëindigd op 31 maart | |||
| 1000 | 2010 | 2009 | % Verschil | |
| Bedrijfsopbrengsten | ||||
| Basis kabel televi sie Premium kabel televi sie |
79,9 42,9 |
81,6 34,9 |
‐2% 23% |
|
| Verdelers / Overige | 12,4 | 15,1 | ‐18% | |
| Residentieel breedba ndi nterne t | 108,6 | 106,0 | 2% | |
| Residentiële tele fonie | 65,8 | 60,6 | 9% | |
| Bedrijfsdiens ten | 22,0 | 18,8 | 17% | |
| Totaal bedrijfsopbrengsten | 331,6 | 316,9 | 5% | |
| Bedrijfskosten | ||||
| Kos tprijs va n geleve rde diens ten | (186,7) | (180,3) | 4% | |
| Brutowinst | 144,9 | 136,6 | 6% | |
| Verkoop‐, algemene en beheerskos ten | (58,4) | (52,3) | 12% | |
| Resultaat uit bedrijfsactiviteiten | 86,5 | 84,3 | 3% | |
| Fina nciële opbrengs ten | 39,1 | 0,3 | n/a | |
| Ne tto interes topbrengs ten en wi s selkoerswins ten | 2,1 | 0,3 | 600% | |
| Ne tto winst op afgeleide fi nanciële ins trumenten | 37,0 | ‐ | n/a | |
| Fina nciële kos ten | (52,5) | (66,1) | ‐21% | |
| Ne tto interes tkos ten en wi s selkoe rsverliezen | (47,2) | (34,1) | 38% | |
| Ne tto ve rlies op afgeleide fina nciële ins trumenten | ‐ | (32,0) | n/a | |
| Verlies bij ve rvroegde aflossing van schulden | (5,3) | ‐ | n/a | |
| Ne tto financiële kos ten | (13,4) | (65,8) | ‐80% | |
| Aandeel in het resul taa t van gea s s ociee rde deelnemingen | (0,1) | (0,2) | ‐50% | |
| Winst vóór winstbelastingen | 73,0 | 18,4 | 297% | |
| Bela s tingen | (30,2) | (5,1) | 492% | |
| Winst over de verslagperiode | 42,8 | 13,3 | 222% | |
| Ne tto resul taa t rechts treeks verwe rkt in het eigen vermogen | ‐ | ‐ | n/a | |
| Totaalresultaat voor de periode, toe te rekenen aan eigenaars van de Vennootschap | 42,8 | 13,3 | 222% | |
| Gew. gem. ui ts taande aandelen | 112.452.570 | 111.935.970 | ||
| Gewone winst per aandeel | 0,38 | 0,12 | ||
| Verwa te rde winst per aandeel | 0,37 | 0,12 | ||
| Bedrijfskosten per type | ||||
| Pers oneel skos ten | 37,0 | 33,0 | 12% | |
| Vergoeding op basis van aandelen | 6,5 | 1,7 | 282% | |
| Afschrijvingen | 62,2 | 61,0 | 2% | |
| Waa rdeverminderingen | 16,6 | 14,2 | 17% | |
| Afschrijvingen op ui tzendrechten | 2,3 | 2,0 | 15% | |
| Verlies (wins t) op ve rkoop va n ma te riële va s te a ctiva en overige imma te riële activa | (0,0) | 0,0 | n/a | |
| Kos ten voor exploi ta tie va n het ne twerk en voor diens ten | 92,3 | 92,7 | 0% | |
| Kos ten voor advertenties, verkoop en ma rke ting | 13,0 | 15,3 | ‐15% | |
| Ove rige kos ten | 15,1 | 12,9 | 17% | |
| Opera tionele kos ten (opbrengs ten) be tre ffende overnames of desinves teringen | 0,0 | (0,2) | n/a | |
| He rs tructureri ngskos ten | 0,1 | ‐ | n/a | |
| Totaal bedrijfskosten | 245,1 | 232,6 | 5% |
| (in € miljoen) | Voor de drie maanden beëindigd op 31 maart |
|||
|---|---|---|---|---|
| 2011 | 2010 | % Verschil | ||
| Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten | ||||
| Winst ove r de verslagperiode | 42,8 | 13,3 | 222% | |
| Afschrijvingen en waa rdeverminde ringen | 81,1 | 77,2 | 5% | |
| Veranderi ngen in werkka pi taal en ove rige niet‐ka si tems | 28,0 | 2,3 | 1117% | |
| Ui tges telde bela s tingen | 30,3 | 5,5 | 451% | |
| Ne tto i nteres tkos ten en valutave rliezen | 45,1 | 33,8 | 33% | |
| Ne tto ve rlies (wins t) op a fgeleide fina nciële ins trumenten | (37,0) | 32,0 | n/a | |
| Verlies bij vervroegde aflossing van schulden | 5,3 | ‐ | n/a | |
| Be taalde inte res ten en be talingen voor deriva ten | (26,5) | (42,6) | ‐38% | |
| Nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten | 169,1 | 121,4 | 39% | |
| Kasstroom uit investeringsactiviteiten Verwerving van materiële vaste activa Verwerving van immateriële vaste activa Ontvangsten uit de verkoop van materiële vaste activa en overige immateriële activa |
(68,4) (14,2) 1,2 |
(45,3) (13,1) 0,0 |
51% 8% n/a |
|
| Nettokasstroom gebruikt voor investeringsactiviteiten | (81,4) | (58,4) | 39% | |
| Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ne tto s chulda flos sing Ove rige (incl. fina nciële lea severplichtingen) |
13,5 (15,3) |
‐ (8,8) |
n/a 74% |
|
| Nettokasstroom uit (gebruikt voor) financieringsactiviteiten | (1,8) | (8,8) | ‐80% | |
| Netto toename in geldmiddelen en kasequivalenten Geldmiddelen en ka sequivalenten aan het begin va n de verslagpe riode Geldmiddelen en ka sequivalenten aan het einde van de verslagperiode |
639,6 725,5 |
145,7 199,9 |
339% 263% |
|
| Netto toename in geldmiddelen en kasequivalenten | 85,9 | 54,2 | 58% | |
| Vrije kasstroom | ||||
| Ne ttoka s s troom uit bedrijfsactivi tei ten | 169,1 | 121,4 | 39% | |
| Verwerving va n ma teriële va s te activa | (68,4) | (45,3) | 51% | |
| Verwerving va n imma teriële va s te activa | (14,2) | (13,1) | 8% | |
| Vrije kasstroom | 86,5 | 62,9 | 38% |
| (in € miljoen) | 31 maart 2011 |
31 dec 2010 |
Verschil |
|---|---|---|---|
| ACTIVA | |||
| Vaste activa: | |||
| Ma teriële va s te a ctiva | 1.291,8 | 1.310,2 | (18,4) |
| Goodwill Ove rige imma teriële va s te a ctiva |
1.241,8 307,7 |
1.241,8 313,6 |
0,0 (5,9) |
| Ui tges tel de bela s ti ngvorde ri ngen | ‐ | 19,9 | (19,9) |
| De riva ten | 12,6 | 4,7 | 7,9 |
| Gea s s ocieerde deel nemi ngen | 0,2 | 0,2 | 0,0 |
| Ove rige activa | 5,0 | 4,9 | 0,1 |
| Totaal vaste activa | 2.859,1 | 2.895,3 | (36,2) |
| Vlottende activa: | |||
| Voorra den | 9,4 | 12,6 | (3,2) |
| Ha ndel svorde ringen | 69,8 | 79,8 | (10,0) |
| De riva ten | 0,1 | 0,3 | (0,2) |
| Ove rige vl ottende activa Geldmiddelen en ka sequivalenten |
104,7 725,5 |
65,0 639,6 |
39,7 85,9 |
| Totaal vlottende activa | 909,5 | 797,4 | 112,1 |
| TOTAAL ACTIVA | 3.768,6 | 3.692,7 | 75,9 |
| EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN Eigen vermogen: Geplaa ts t kapi taal Ui tgi ftepremies en overige rese rves Ove rgedragen ve rlies Totaal eigen vermogen |
797,4 995,5 (1.517,0) 275,9 |
797,4 980,0 (1.559,8) 217,5 |
15,5 42,8 58,4 |
| Langlopende verplichtingen: | |||
| Leni ngen en overige fina ncieri ngs verplichtingen | 2.850,7 | 2.837,4 | 13,3 |
| De riva ten | 13,8 | 35,9 | (22,1) |
| Ove r te dragen opbrengs ten | 5,9 | 6,4 | (0,5) |
| Ui tges tel de bela s ti ngsve rpli chti ngen | 15,7 | 5,5 | 10,2 |
| Ove rige schulden | 37,7 | 38,1 | (0,4) |
| Totaal langlopende verplichtingen | 2.923,8 | 2.923,4 | 0,4 |
| Kortlopende verplichtingen: | |||
| Leni ngen en overige fina ncieri ngs verplichtingen | 53,6 | 40,3 | 13,3 |
| Ha ndel s s chul den Toe te rekenen kos ten en overige kortl opende ve rpli chti ngen |
134,2 269,0 |
109,3 283,1 |
24,9 (14,1) |
| Ove r te dragen opbrengs ten | 91,7 | 94,0 | (2,3) |
| De riva ten | 20,0 | 24,7 | (4,7) |
| Kortl opende bela s ti ngs chul d | 0,4 | 0,3 | 0,1 |
| Totaal kortlopende verplichtingen | 568,9 | 551,8 | 17,1 |
| Totaal verplichtingen | 3.492,7 | 3.475,2 | 17,5 |
| TOTAAL EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN | 3.768,6 | 3.692,7 | 75,9 |
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.