AI Terminal

MODULE: AI_ANALYST
Interactive Q&A, Risk Assessment, Summarization
MODULE: DATA_EXTRACT
Excel Export, XBRL Parsing, Table Digitization
MODULE: PEER_COMP
Sector Benchmarking, Sentiment Analysis
SYSTEM ACCESS LOCKED
Authenticate / Register Log In

Telenet Group Holding NV

Earnings Release Feb 13, 2014

4008_er_2014-02-13_8c6f4287-4e37-4b51-8e01-da81682d52c8.pdf

Earnings Release

Open in Viewer

Opens in native device viewer

Resultaten voor het volledige jaar 2013

  • Vooruitzichten BJ 2013 bereikt met 10% hogere bedrijfsopbrengsten en 8% groei van de Adjusted EBITDA;
  • Aanhoudend sterke operationele resultaten met hoogste nettogroei triple‐playabonnees sinds 2009;
  • Vooruitzichten 2014: bedrijfsopbrengsten +6‐7%, Adjusted EBITDA +5‐6%, toe te rekenen bedrijfs‐ investeringen 20‐21% van de bedrijfsopbrengsten en vrije kasstroom tussen €230,0 en €240,0 miljoen.

De bijgevoegde informatie is gereglementeerde informatie zoals gedefinieerd in het Koninklijk Besluit van 14 november 2007 met betrekking tot de plichten van emittenten van financiële instrumenten die zijn toegelaten tot de handel op een gereglementeerde markt.

Mechelen, 13 februari 2014 – Telenet Group Holding NV ('Telenet' of de 'Vennootschap') (Euronext Brussel: TNET) maakt zijn niet‐geauditeerde geconsolideerde resultaten over het volledige jaar afgesloten op 31 december 2013 bekend. De resultaten zijn conform de door de Europese Unie goedgekeurde International Financial Reporting Standards ('EU IFRS').

BELANGRIJKSTE PUNTEN IN EEN NOTENDOP

  • Bedrijfsopbrengsten van €1.641,3 miljoen in 2013 (+10% j‐o‐j) dankzij de groeiende bijdrage uit mobiele telefonie en de sterke triple‐playgroei. Bedrijfsopbrengsten van €417,4 miljoen in KW4 2013, +6% j‐o‐j doordat de groei van opbrengsten uit mobiele telefonie zoals verwacht vertraagde ten opzichte van vorige kwartalen;
  • Aanhoudend succes voor onze triple‐playbundels "Whop" en "Whoppa", met een sterke nettostijging van het aantal vaste‐telefonie‐ en triple‐playabonnees met respectievelijk 35.900 en 35.600 in KW4 2013;
  • Solide nettogroei van het aantal mobiele‐telefonieabonnees met een post‐paidabonnement met 37.600 in KW4 2013, resulterend in 750.500 actieve klanten eind 2013 ondanks de meer concurrentiële omgeving en onze focus op een meer kosteneffectieve klantenwerving;
  • Adjusted EBITDA(1) van €842,6 miljoen in 2013 (+8% j‐o‐j). Ondanks het hogere aandeel van opbrengsten uit mobiele telefonie die een lagere marge genereren, liep onze marge slechts licht terug tot 51,3%. Adjusted EBITDA van €205,7 miljoen in KW4 2013, +9% j‐o‐j, marge van 49,3% of 150 basispunten meer dan in KW4 2012;
  • Bedrijfswinst van €389,2 miljoen in 2013, negatief beïnvloed door een waardevermindering van €53,3 miljoen voor onze licentie voor het mobiele 3G‐spectrum en herstructureringslasten van €34,8 miljoen voor de stopzetting van DTT‐diensten;
  • Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen(2) van €372,3 miljoen in 2013 (+5% j‐o‐j), of ongeveer 23% van de bedrijfs‐ opbrengsten. Zonder de geactiveerde contentkosten en de terugname van invoerrechten op settopboxen stegen de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen met 4% j‐o‐j tot ongeveer 22% van de bedrijfsopbrengsten;
  • Vrije kasstroom(3) van €212,4 miljoen voor het boekjaar 2013, beïnvloed door hogere geldelijke interestkosten als gevolg van de toegenomen schuldenlast en hogere geldelijke bedrijfsinvesteringen;
  • De raad van bestuur keurde, met ingang van vandaag, een aandeleninkoopprogramma van €50,0 miljoen goed en zal overige aandeelhoudersvergoedingen later dit jaar evalueren.
Voor het boekjaar afgesloten op dec 2013 dec 2012 % Verschil
FINANCIËLE KERNCIJFERS (in € miljoen, uitgezonderd bedragen per aandeel)
Bedrijfs opbrengs ten 1.641,3 1.488,8 10%
Bedrijfswins t 389,2 389,7 N.B.
Ne ttowi ns t 116,4 33,3 250%
Gewone winst per aandeel 1,02 0,29 252%
Verwa te rde winst per aandeel 1,00 0,29 245%
Adjus ted EBITDA (1) 842,6 777,8 8%
Adjus ted EBITDA ma rge % 51,3% 52,2%
Toe te rekenen Bedrijfsi nves te ri ngen (2) 372,3 353,2 5%
Bedrijfs inves teringen als % va n de bedrijfs opbrengs ten 22,7% 23,7%
Vrije ka s s troom (3) 212,4 240,5 ‐12%
OPERATIONELE KERNCIJFERS (Geleverde diensten)
Totaal kabel televi s ie 2.092.500 2.122.700
1%
Analoge kabel televi sie 601.100 722.500
17%
Digi tale kabel televi s ie 1.491.400 1.400.200 7%
Breedbandinterne t 1.464.900 1.387.700 6%
Va s te tele fonie 1.065.000 968.700 10%
Mobiele tele fonie 750.500 521.600 44%
Triple‐playklanten 955.300 860.400 11%
Diens ten per klantenrela tie (4) 2,21 2,11 5%
ARPU per klantenrela tie (€ / maand) (4) (5) 47,6 45,9 4%

N.B. ‐ Niet Be tekeni svol

  • (1) EBITDA wordt gedefinieerd als winst vóór netto financiële kosten, belastingen, afschrijvingen en waardeverminderingen. Adjusted EBITDA wordt gedefinieerd als EBITDA exclusief vergoedingen op basis van aandelen en herstructureringslasten, en exclusief operationele kosten of opbrengsten betreffende succesvolle of onsuccesvolle overnames of desinvesteringen. Operationele kosten of opbrengsten betreffende overnames of desinvesteringen omvatten (i) winst en verliezen op de verkoop van activa met lange levensduur en (ii) due diligence, juridische, advies‐ en andere kosten aan derden betreffende de inspanningen van de Vennootschap om een controlebelang in ondernemingen te verwerven of te verkopen. Adjusted EBITDA is een bijkomende parameter gebruikt door het management om het onderliggende resultaat van de Vennootschap aan te tonen en zou niet beschouwd mogen worden als een vervanging van de andere parameters in overeenstemming met EU IFRS om het resultaat van de Vennootschap te beoordelen, maar zou echter moeten gehanteerd worden samen met de dichtst vergelijkbare EU IFRS parameter. Een vergelijking tussen deze parameter en de dichtst vergelijkbare EU IFRS parameter is terug te vinden in Tabel 1 op pagina 13.
  • (2) De toe te rekenen bedrijfsinvesteringen worden omschreven als toevoegingen aan terreinen, uitrusting en immateriële vaste activa, inclusief toevoegingen van financiële leases en overige financieringsovereenkomsten, zoals op basis van het toe te rekenen bedrag geboekt in de geconsolideerde balans van de Vennootschap.
  • (3) Vrije kasstroom wordt gedefinieerd als de netto kasmiddelen afkomstig uit continue bedrijfsactiviteiten minus (i) de verwerving van materiële vaste activa en de verwerving van immateriële vaste activa van de continue activiteiten van de Vennootschap, (ii) kapitaalaflossingen op verplichtingen uit hoofde van leverancierskrediet, en (iii) kapitaalaflossingen op financiële leases (uitgezonderd netwerkgerelateerde leases die werden erkend als gevolg van overnames), en (iv) kapitaalaflossingen op toevoegingen aan netwerkgerelateerde leases na overname, elk zoals gerapporteerd in het geconsolideerd kasstroomoverzicht. Vrije kasstroom is een bijkomende parameter gebruikt door het management om de schuldaflossings‐ en financieringscapaciteit van de Vennootschap aan te tonen en zou niet beschouwd mogen worden als een vervanging van de andere parameters in overeenstemming met EU IFRS om het resultaat van de Vennootschap te beoordelen, maar zou echter moeten gehanteerd worden samen met de dichtst vergelijkbare EU IFRS parameter.
  • (4) Klantenrelaties is gelijk aan de som van de abonnees op basispakketten voor analoge en digitale kabeltelevisie binnen het Gecombineerde Netwerk, met inbegrip van het netwerk dat het onderwerp uitmaakt van een langetermijnleaseovereenkomst met de Zuivere Intercommunales.
  • (5) De gemiddelde maandelijkse opbrengsten (ARPU; average monthly revenue) per klantenrelatie worden als volgt berekend: Gemiddelde totale maandelijkse terugkerende inkomsten (inclusief inkomsten uit carriage fees en de verhuur van settopboxen, en uitgezonderd interconnectie‐ inkomsten, installatiekosten en inkomsten uit mobiele telefonie en de verkoop van settopboxen) voor de bedoelde periode, gedeeld door het gemiddelde aantal klantenrelaties aan het begin en aan het einde van die periode.
  • (6) De netto hefboomratio wordt berekend volgens de definitie in de 2010 Gewijzigde Senior Credit Facility, door de totale nettoschuld, uitgezonderd (a) achtergestelde aandeelhoudersleningen, (b) geactiveerde elementen van de schulden onder de clientèle‐ en annuïteitenvergoedingen, (c) en alle andere financiële leases die op of voor 1 augustus 2007 werden aangegaan, en (d) alle schuld onder de netwerklease afgesloten met de zuivere intercommunales tot een maximum totaalbedrag van €195.0 miljoen, te delen door de Geconsolideerde EBITDA op jaarbasis van de laatste twee kwartalen.

Conference call – Telenet zal op 13 februari 2014 om 15:00 uur MET een conference call houden voor institutionele beleggers en analisten. De inbelgegevens en webcastkoppelingen vindt u op http://investors.telenet.be

Contactgegevens

Investor Relations & Corporate Communication: Vincent Bruyneel – [email protected] – Telefoon: +32 15 335 696 Investor Relations: Rob Goyens – [email protected] – Telefoon: +32 15 333 054 Press & Media Relations: Stefan Coenjaerts – [email protected] – Telefoon: +32 15 335 006

  • Over Telenet – Telenet is een toonaangevende aanbieder van media‐ en telecommunicatiediensten. Zijn activiteiten bestaan uit het aanbieden van kabel‐tv, breedbandinternet, vaste telefonie en mobiele telefonie, hoofdzakelijk aan particuliere klanten in Vlaanderen en Brussel. Daarnaast biedt Telenet onder de merknaam Telenet for Business diensten aan zakelijke klanten in heel België. Telenet is genoteerd op Euronext Brussel onder het symbool TNET en maakt deel uit van de BEL20‐beursindex.
  • Meer informatie – Meer informatie over Telenet en zijn producten vindt u op de website http://www.telenet.be. Nadere informatie over de operationele en financiële gegevens in dit document kan worden gedownload in het deel van de website van de Vennootschap, dat bedoeld is voor beleggers. Het geconsolideerde jaarverslag van 2012 en de niet‐geauditeerde verkorte geconsolideerde financiële staten en presentaties in verband met de financiële resultaten over het volledige jaar afgesloten op 31 december 2013 zijn beschikbaar in het deel van de website van de Vennootschap, dat bedoeld is voor beleggers (http://investors.telenet.be).
  • Safe Harbor Statement van de Amerikaanse Private Securities Litigation Reform Act van 1995 – Verschillende verklaringen in dit document zijn "forward‐looking statements" (toekomstgerichte verklaringen) zoals die term is gedefinieerd in de Amerikaanse Private Securities Litigation Reform Act van 1995. Deze toekomstgerichte verklaringen met betrekking tot onze financiële en operationele vooruitzichten, ons dividendbeleid en onze groeiverwachtingen zijn te herkennen aan het gebruik van woorden als "denkt", "voorziet", "zou moeten", "is voornemens", "plant", "zal", "verwacht", "schat", "raamt", "positie", "strategie", en soortgelijke uitdrukkingen, en omvatten bekende en onbekende risico's, onzekerheden en andere factoren die ertoe kunnen leiden dat onze werkelijke resultaten, prestaties, verwezenlijkingen of sectorresultaten wezenlijk verschillen van die welke in deze toekomstgerichte verklaringen expliciet of impliciet worden verwacht, geraamd, voorspeld, geschat of gebudgetteerd. Deze factoren zijn onder meer: mogelijke ongunstige ontwikkelingen met betrekking tot onze liquiditeit of bedrijfsresultaten; mogelijke ongunstige ontwikkelingen op het gebied van de concurrentie, economie of regelgeving; onze aanzienlijke schuldaflossingen en andere contractuele verplichtingen; ons vermogen om ons businessplan te financieren en uit te voeren; ons vermogen om voldoende liquiditeit te genereren voor de aflossing van onze schulden; rente‐ en wisselkoersschommelingen; de impact van nieuwe zakelijke opportuniteiten die aanzienlijke voorafgaande investeringen vereisen; ons vermogen om klanten aan te trekken en te behouden en om onze globale marktpenetratie te vergroten; ons vermogen om met andere bedrijven in de communicatie‐ en contentdistributiesector te concurreren; ons vermogen om contracten te behouden die essentieel zijn voor onze activiteiten; ons vermogen om een adequaat antwoord te bieden op technologische ontwikkelingen; ons vermogen om een back‐up te ontwikkelen en te onderhouden van onze kritieke systemen; ons vermogen om door te gaan met het ontwerpen van netwerken, plaatsen van installaties, verkrijgen en behouden van de vereiste vergunningen of goedkeuringen van de overheid, en het financieren van bouw en ontwikkeling, op een tijdige manier, tegen een redelijke kostprijs en onder bevredigende voorwaarden; ons vermogen om een impact te hebben of een doeltreffend antwoord te bieden op nieuwe of gewijzigde wet‐ of regelgeving, ons vermogen om waardetoevoegende investeringen te maken, en ons vermogen om de uitkeringen aan de aandeelhouders in de toekomst aan te houden of op te trekken. We verbinden ons er niet toe om de toekomstgerichte verklaringen in dit document te actualiseren teneinde de werkelijke resultaten, wijzigingen in veronderstellingen of veranderingen in factoren die deze verklaringen beïnvloeden te weerspiegelen.

Financiële informatie – De geconsolideerde jaarrekening van Telenet Group Holding per en voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2013 werd opgesteld in overeenstemming met EU IFRS, tenzij anders vermeld, en kan op de website van de Vennootschap worden geraadpleegd vanaf 28 maart 2014.

Niet‐GAAP‐maatstaven – "Adjusted EBITDA" en "Vrije kasstroom" zijn niet‐GAAP‐maatstaven zoals bedoeld in Regulation G van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission. Voor aanverwante definities en aansluitingen verwijzen we naar het deel Investor Relations op de website van Liberty Global plc (http://www.libertyglobal.com/). Liberty Global plc is de controlerende aandeelhouder van de Vennootschap.

Dit document werd vrijgegeven op 13 februari 2014 om 7:00 uur MET.

In een reactie op de resultaten zei John Porter, Chief Executive Officer van Telenet:

"Telenet kan terugblikken op een sterk 2013, zowel wat de operationele als de financiële resultaten betreft. De nettogroei voor onze geavanceerde vaste diensten (digitale tv, breedbandinternet en vaste telefonie) liet een duidelijke versnelling optekenen in het vierde kwartaal en de nettogroei lag ook licht hoger dan het vierde kwartaal van 2012. Sinds de lancering van onze nieuwe alles‐in‐één triple‐playbundels "Whop" en "Whoppa" eind juni 2013 hebben we een sterke versnelling waargenomen van zowel de nettogroei van klanten voor vaste telefonie als voor onze triple‐playbundels. Deze trend zette zich door in het vierde kwartaal en we realiseerden de sterkste nettostijging van het aantal triple‐playklanten sinds begin 2009 (35,600). Consumenten waarderen steeds meer de unieke klantbeleving die Telenet biedt in Vlaanderen en een deel van Brussel. Op basis van onze aangescherpte strategie willen we consumenten de snelste en meest betrouwbare connectiviteit bieden, alsook toegang tot schitterende entertainmentdiensten, zowel over hun WiFi‐netwerk thuis als over ons netwerk van bijna 1 miljoen Homespots. Als gevolg is nu ongeveer 46% van ons totale klantenbestand geabonneerd op de drie vaste producten in vergelijking met ongeveer 41% een jaar geleden. Tezelfdertijd kende het op jaarbasis uitgedrukte klantenverloop voor al onze producten een verdere verbetering en bleef het op relatief lage niveaus ondanks een uitdagende concurrentiële omgeving. In mobiel hebben we ons toegespitst op een meer kosteneffectieve klantenwerving. Deze waardegedreven strategie werd gehandhaafd in het laatste kwartaal van het jaar, met als gevolg dat de kosten in verband met de verkoop en subsidiëring van gsm's en smartphones beduidend lager waren ten opzichte van het vierde kwartaal van 2012. Toch noteerden we in het vierde kwartaal van 2013 een solide groei van het aantal mobiele‐telefonieabonnees met netto 37.600 in ons afzetgebied, waardoor we eind 2013 afklokten op 750.500 actieve klanten. Dit komt overeen met ongeveer 16% van ons totale klantenbestand. In september 2013 lanceerden we "Rex" en "Rio" als onderdeel van onze ambitie om schitterende entertainmentdiensten aan te bieden aan onze klanten. Deze nieuwe concepten bieden een geheel nieuwe kijkervaring en geven klanten voor een vast maandelijks bedrag onbeperkt toegang tot een brede waaier aan lokale en internationale programma's en topfilms. Op het einde van 2013 hadden we al 67.000 abonnees voor "Rex " en "Rio".

Onze sterke operationele cijfers resulteerden in solide financiële groei. In het vierde kwartaal van 2013 boekten we bedrijfsopbrengsten van €417 miljoen, een stijging met 6% j‐o‐j doordat de groei van de opbrengsten uit mobiele telefonie zoals verwacht vertraagde in vergelijking met eerdere kwartalen. In 2013 bedroegen onze bedrijfs‐ opbrengsten €1.641 miljoen, een stijging met 10% j‐o‐j, en in lijn met onze vooruitzichten voor het volledige jaar. In het vierde kwartaal van 2013 bedroeg onze Adjusted EBITDA €206 miljoen, wat overeenstemt met een groei van 9% j‐o‐j. In lijn met seizoenspatronen in onze sector daalde de Adjusted EBITDA‐marge in vergelijking met eerdere kwartalen als gevolg van hogere advertentie‐, verkoop‐ en marketingkosten. Toch steeg onze Adjusted EBITDA‐ marge met 150 basispunten j‐o‐j tot 49,3% door aanzienlijk lagere kosten in verband met de verkoop en subsidiëring van gsm's en smartphones en relatief lagere marketingkosten. In 2013 realiseerden we Adjusted EBITDA van €843 miljoen, een stijging met 8% j‐o‐j, wat aan de bovenkant van onze vooruitzichten voor het volledige jaar lag. Onze vrije kasstroom bedroeg €110 miljoen en €212 miljoen voor respectievelijk het vierde kwartaal van 2013 en het volledige jaar. Aanzienlijk hogere geldelijke interestkosten als gevolg van onze hogere schuldgraad en hogere geldelijke bedrijfsinvesteringen hadden een negatieve impact op onze vrije kasstroom voor het volledige jaar, terwijl een verandering in het beheer van ons werkkapitaal, die we in het vierde kwartaal van 2013 hebben ingevoerd, eveneens drukte op onze vrije kasstroom. Een solide groei van onze Adjusted EBITDA en een meer efficiënt beheer van ons werkkapitaal zouden moeten leiden tot een robuuste groei van onze vrije kasstroom in 2014.

In 2013 hebben we de basis gelegd voor gezonde winstgevende groei. Zo hebben we ons aanbod voor zowel de residentiële als de zakelijke markt vernieuwd en vereenvoudigd en hebben we de strategie om nieuwe klanten voor mobiele telefonie aan te trekken aangescherpt door ons toe leggen op een meer kosteneffectieve manier om nieuwe klanten aan te trekken. In 2014 zullen we ons vernieuwd multi‐screen aanbod van programma's op aanvraag blijven verbeteren om nog meer originele en exclusieve programma's aan onze klanten te kunnen aanbieden. Hierdoor wordt Telenet het centrum voor alle behoeftes op het vlak van entertainment. Door deze veranderingen is Telenet goed gepositioneerd voor de toekomst. Daarnaast blijven we waakzaam voor de uitdagende concurrentiële omgeving, het precair economisch herstel en de mogelijke impact van de openstelling van de kabelnetwerken in de tweede jaarhelft van 2014. Voor 2014 verwachten we een groei van onze bedrijfsopbrengsten en onze Adjusted EBITDA met respectievelijk 6‐7% en 5‐6%. Daarbij zullen de verwachte toe te rekenen bedrijfsinvesteringen 20‐21% van onze bedrijfsopbrengsten uitmaken, exclusief de impact van de mogelijke verlenging van de uitzendrechten voor het Belgisch voetbal, en verwachten we een gezonde groei van onze vrije kasstroom tot €230 en €240 miljoen als gevolg van solide groei van onze Adjusted EBITDA en een efficiënter beheer van ons werkkapitaal. Onze verwachte vrije kasstroom voor 2014 gaat ervan uit dat de geldelijke betaling van onze verschuldigde belasting over 2013 niet zal plaatsvinden voor begin 2015 en gaat tevens uit van stabiele geldelijke interestkosten. Voor 2014 heeft de raad van bestuur, met ingang van vandaag, een aandeleninkoopprogramma ten belope van €50,0 miljoen goedgekeurd en zal later dit jaar bijkomende aandeelhoudersvergoedingen evalueren."

1 Belangrijkste operationele ontwikkelingen

BELANGRIJKE WIJZIGINGEN IN DE FINANCIËLE VERSLAGGEVING

Herclassificatie van abonnees voor digitale basiskabel‐tv: Met ingang van 1 april 2013 herclassificeerde Telenet 166.400 abonnees voor digitale kabel‐tv naar abonnees voor analoge kabel‐tv naar aanleiding van een wijziging van de definitie van abonnees voor digitale basiskabel‐tv. Sinds het tweede kwartaal van 2013 omvat het abonneebestand voor analoge kabeltelevisie ook abonnees die een gekochte settopbox of andere middelen gebruiken om digitale basiskabel‐tv‐kanalen te ontvangen zonder zich te abonneren op diensten die de betaling van terugkerende maandelijkse vergoedingen zouden vereisen bovenop de basisvergoeding voor analoge diensten ("abonnee voor digitale basiskabel‐tv"). Voor vergelijkingsdoeleinden heeft Telenet de wijziging retroactief toegepast op de periodes van het vorige boekjaar.

1.1 Productbundels

OVERZICHT EN PRODUCTBUNDELS

Aan het eind van het vierde kwartaal van 2013 leverden wij in ons hele verkoopgebied van 2.893.800 aansluitbare huizen 4.622.400 diensten (exclusief onze mobiele‐telefoniediensten) aan onze 2.092.500 unieke klanten. Deze diensten bestonden uit 2.092.500 abonnementen voor basiskabel‐tv, 1.464.900 abonnementen voor breedbandinternet en 1.065.000 abonnementen voor vaste telefonie. De groei van het aantal opbrengstgenererende eenheden met 3% j‐o‐j (143.300) was te danken aan het aanhoudende commerciële succes van onze geavanceerde vaste diensten: digitale tv, breedbandinternet en vaste telefonie. Daarnaast is het organische nettoverlies van abonnees voor basiskabel‐tv verder gedaald, ondanks de toegenomen concurrentie voornamelijk van aanbiedingen in het lagere segment. Het nettoverlies aan abonnees voor basiskabel‐tv in 2013 stond op zijn laagste niveau sinds 2006. In 2013 steeg het aantal abonnees voor onze geavanceerde vaste diensten met netto meer dan 260.000, waarvan 83.500 in het vierde kwartaal van 2013. Na een seizoensgebonden zwakker derde kwartaal kende de nettogroei voor onze geavanceerde vaste diensten in het vierde kwartaal van 2013 een aanzienlijke versnelling. De nettogroei was ook iets hoger dan in het vierde kwartaal van 2012, waarbij de relatief lagere nettogroei van het aantal digitale tv‐ abonnees werd gecompenseerd door de robuuste nettogroei van het aantal abonnees voor vaste telefonie.

Sinds de lancering van onze nieuwe alles‐in‐één triple‐playbundels "Whop" en "Whoppa" eind juni 2013 hebben we aanzienlijke vooruitgang geboekt wat de penetratie van onze triple‐playbundels betreft. Deze trend zette zich in het vierde kwartaal van 2013 door met een netto‐instroom van 35.600 triple‐playabonnees. Dit was onze beste kwartaalprestatie sinds begin 2009. In vergelijking met dezelfde periode vorig jaar steeg het aantal nieuwe triple‐ playabonnees in het vierde kwartaal van 2013 met netto 88%. Op 31 december 2013 hadden we 955.300 triple‐ playabonnees, een stijging van 11% j‐o‐j. Hierdoor steeg het aandeel klanten met een abonnement op drie van onze vaste producten in ons totale klantenbestand tot ongeveer 46% eind 31 december 2013, in vergelijking met ongeveer 41% eind 2012. Eind december 2013 was ongeveer 75% van ons klantenbestand geabonneerd op ten minste twee van onze vaste diensten, in vergelijking met ongeveer 71% eind december 2012. We blijven ons focussen op de overschakeling van de resterende 25% van onze klanten met een abonnement op één product naar onze aantrekkelijke productbundels. Dit resulteert op termijn in een hogere gemiddelde opbrengst per klantenrelatie en een lager klantverloop. De toenemende penetratie van onze productbundels kan ook worden afgeleid uit het aantal diensten per klant. Eind december 2013 bedroeg het aantal diensten per klantenrelatie 2,21 – een solide stijging van 5% ten opzichte van eind 2012 toen de gemiddelde klant geabonneerd was op 2,11 diensten (in beide perioden exclusief onze mobiele‐telefoniediensten).

GEMIDDELDE OPBRENGST PER KLANTENRELATIE

De gemiddelde opbrengst per klantenrelatie is één van onze belangrijkste operationele maatstaven, aangezien we streven naar een groter aandeel van het budget dat onze klanten spenderen aan telecommunicatie‐, media‐, en entertainmentdiensten. De gemiddelde opbrengst per klantenrelatie is exclusief onze opbrengsten uit mobiele telefonie en bepaalde andere soorten opbrengsten. In 2013 bedroeg de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie €47,6, een stijging van €1,7 of 4% ten opzichte van het voorgaande jaar toen de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie €45,9 bedroeg. De gunstige impact van zowel de verdere groei van het aantal klanten met een productbundel als selectieve prijsverhogingen in februari 2013 werd gedeeltelijk tenietgedaan door het grotere aandeel van bundelkortingen, inclusief deze die worden toegewezen aan vaste diensten als gevolg van de groei van het aantal mobiele‐telefonieabonnees.

In het vierde kwartaal van 2013 steeg de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie tot €48,7, wat 3% meer is dan in dezelfde periode vorig jaar. Ten opzichte van het derde kwartaal van 2013 steeg de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie met €1,2 – de sterkste stijging in 2013. In november 2013 harmoniseerden we de prijzen van onze tariefplannen voor mobiele telefonie "King" en "Kong" voor zowel nieuwe als bestaande kabelabonnees. Als gevolg daarvan zal de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie niet beïnvloed worden door bundelkortingen die gerelateerd zijn aan de toekomstige groei van het aantal mobiele‐telefonieabonnees. De harmonisatie van onze tarieven voor mobiele telefonie verhoogt de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie, maar zal wel onze gemiddelde opbrengst per klantenrelatie voor mobiele telefonie verminderen.

1.2 Breedbandinternet

Op 31 december 2013 hadden we 1.464.900 abonnees voor breedbandinternet, een stijging van 6% j‐o‐j. Ongeveer 50,6% van de huizen die op ons toonaangevende HFC‐netwerk kunnen worden aangesloten was geabonneerd op één van onze superieure breedbandinternetproducten, tegenover 48,4% aan het eind van het vierde kwartaal van 2012. In 2013 groeide het aantal abonnees voor breedbandinternet met netto 77.200, waarvan netto 22.800 in het vierde kwartaal van 2013. Met de introductie van onze nieuwe vereenvoudigde triple‐playbundels hebben we onze concurrentiepositie verder verbeterd, aangezien al onze nieuwe breedbandinternetklanten kunnen downloaden tegen snelheden van 60 tot 120 Mbps, wat meer is dan de basisdownloadsnelheden van onze directe concurrenten. Hiermee beschikken onze breedbandinternetklanten nog steeds over één van de meest geavanceerde breedbandproducten in Europa. Op 31 december 2013 bedroeg de downloadsnelheid van onze breedbandinternetklanten gemiddeld 65 Mbps, versus 43 Mbps eind juni 2013 vóór de lancering van "Whop" en "Whoppa". Het op jaarbasis uitgedrukte klantverloop voor onze breedbandinternetproducten daalde licht van 7,5% in 2012 tot 7,3% in 2013 ondanks de toegenomen concurrentie na de invoering van de nieuwe telecomwet in oktober 2012. Deze wet maakte het voor consumenten gemakkelijker om van operator te veranderen zonder een contractuele boete te moeten betalen. In het vierde kwartaal van 2013 daalde ons op jaarbasis uitgedrukte klantverloop sequentieel met 60 basispunten tot 7,1%.

Dankzij voortdurende investeringen in ons toonaangevende HFC‐netwerk kunnen we onze klanten een uitstekende breedbandinternetervaring blijven bieden, zowel thuis als onderweg. In dit verband hebben we verdere vooruitgang geboekt met de implementatie van onze WiFi‐homespots en publieke hotspots, zodat klanten via zowel ons kabelnetwerk als ons dichte WiFi‐netwerk met meerdere apparaten tegelijk en om het even waar gemakkelijk op het internet kunnen. Op 31 december 2013 hadden we bijna 1 miljoen actieve WiFi‐homespots, wat ongeveer 67% van onze breedbandinternetabonnees vertegenwoordigde.

1.3 Vaste telefonie

We beleefden ons tweede beste jaar ooit in termen van de nettogroei van het aantal abonnees voor vaste telefonie. In 2013 steeg het aantal abonnees voor vaste telefonie met netto 96.300, een stijging van 9% j‐o‐j. Op 31 december 2013 hadden we 1.065.000 abonnees voor vaste telefonie (+10% j‐o‐j). Aan het eind van het vierde kwartaal van 2013 was ongeveer 36,8% van het totale aantal huizen die op ons netwerk konden worden aangesloten geabonneerd op onze vaste‐telefoniedienst, in vergelijking met 33,8% eind december 2012. In de tweede helft van 2013 hebben we de nettogroei van het aantal abonnees voor vaste telefonie duidelijk zien versnellen dankzij de succesvolle herpositionering van onze productbundels en de lancering van "Triiing" begin mei 2013. Deze applicatie biedt onze abonnees voor vaste telefonie de mogelijkheid om met hun smartphones via WiFi‐netwerken te bellen tegen aantrekkelijke forfaitaire tarieven in plaats van de doorgaans hogere tarieven voor mobiele telefonie. Eind december 2013 hadden we al meer dan 133.000 geregistreerde apparaten, of meer dan dubbel zo veel als aan het eind van het derde kwartaal van 2013.

In het vierde kwartaal van 2013 zijn we erin geslaagd om netto 35.900 abonnees voor vaste telefonie aan te trekken, wat onze beste prestatie was sinds het eerste kwartaal van 2009 toen zowel onze penetratiegraad als ons marktaandeel aanzienlijk lager waren. Het op jaarbasis uitgedrukte klantverloop voor onze vaste‐telefoniediensten nam licht af van 7,8% in 2012 tot 7,4% in 2013 ondanks de invoering van de nieuwe telecomwet en de fors lagere tarieven voor mobiele telefonie. In het vierde kwartaal van 2013 bedroeg het op jaarbasis uitgedrukte klantverloop voor onze vaste‐telefoniediensten 6,4% –50 basispunten beter dan in het voorgaande kwartaal en tevens het laagste niveau sinds het tweede kwartaal van 2010.

1.4 Mobiele telefonie

Dankzij de lancering van onze eenvoudige, transparante en aantrekkelijk geprijsde tariefplannen voor mobiele telefonie "King" en "Kong" medio 2012 zijn we erin geslaagd om het aantal actieve abonnees voor mobiele telefonie aanzienlijk te verhogen van 521.600 actieve abonnees met een post‐paidabonnement eind december 2012 tot 750.500 op 31 december 2013. Naast onze inspanningen om nieuwe mobiele‐telefonieabonnees aan te trekken, bleven we ons focussen op de overschakeling van bestaande klanten naar de nieuwe concurrentiële tariefplannen om ervoor te zorgen dat onze klanten het interessantste tariefplan hebben op basis van hun werkelijk gebruiksprofiel. Vandaag vertegenwoordigen "King" en "Kong" ongeveer 71% van het totale aantal mobiele‐telefonieabonnees, tegenover ongeveer 55% eind december 2012. Onze focus op klantwaarde in mobiele telefonie heeft geleid tot een verdere verbetering van de gemiddelde opbrengst per klant voor mobiele telefonie. In 2013 steeg de gemiddelde opbrengst per klant voor mobiele telefonie (inclusief interconnectie) tot €30,4, wat neerkomt op een stijging van 7% j‐ o‐j. In het vierde kwartaal van 2013 liep de gemiddelde opbrengst per klant voor mobiele telefonie terug tot €28,5 (inclusief interconnectie), wat minder is dan in dezelfde periode van het voorgaande jaar en in het voorgaande kwartaal. Zoals gezegd was deze terugval vooral toe te schrijven aan de harmonisatie van onze tarieven voor mobiele telefonie voor zowel nieuwe als bestaande klanten. Tot het vierde kwartaal van 2013 werd de gemiddelde opbrengst per klant voor mobiele telefonie immers positief beïnvloed door het feit dat een groot deel van de bundelkortingen die resulteerden uit de groei van het aantal mobiele‐telefonieabonnees werd toegewezen aan onze vaste diensten.

Zoals verwacht vertraagde de groei van het aantal mobiele‐telefonieabonnees in 2013. Dit was te wijten aan de meer concurrentiële markt na prijsaanpassingen door al onze belangrijkste directe concurrenten en aan het wegebbende effect van de telecomwet. Verder hebben we onze strategie om nieuwe klanten aan te trekken in het tweede en derde kwartaal van 2013 bewust bijgestuurd, wat resulteerde in een meer kosteneffectieve klantenwerving. Deze waardegedreven marketingbenadering werd gehandhaafd in het laatste kwartaal van het jaar, met als gevolg dat de kosten in verband met de verkoop en subsidiëring van gsm's en smartphones in het vierde kwartaal van 2013 aanzienlijk lager lagen dan in dezelfde periode van het voorgaande jaar. Toch noteerden we in het vierde kwartaal van 2013 een solide groei van het aantal mobiele‐telefonieabonnees met netto 37.600, waardoor we er in 2013 netto 228.900 abonnees met een post‐paidabonnement bijkregen in Vlaanderen en een deel van Brussel.

1.5 Televisie

1.5.1 Digitale en premium‐tv

Zoals op pagina 5 vermeld, worden digitale‐tv‐abonnees, die onze digitale basiskabel‐tv‐kanalen ontvangen zonder zich te abonneren op diensten die de betaling van terugkerende maandelijkse vergoedingen zouden vereisen bovenop de basisvergoeding voor analoge diensten, beschouwd als analoge‐tv‐abonnees. Per 31 december 2013 genereerde ongeveer 71% van onze abonnees voor basiskabel‐tv een hogere gemiddelde opbrengst per klantenrelatie. Dit platform biedt een rijkere kijkervaring en geeft toegang tot extra pakketten met themakanalen, onze exclusieve film‐ en sportkanalen en een uitgebreide bibliotheek met zowel lokale als internationale films en programma's à la carte. Daarnaast kunnen digitale‐tv‐abonnees hun kijkervaring dankzij "Yelo TV" uitbreiden van het traditionele tv‐scherm naar hun smartphones, tablets, laptops of pc's. In september 2013 lanceerden we "Rex" en "Rio", twee nieuwe onbeperkte pakketten voor programma's op aanvraag. Met "Rex" en "Rio" krijgen onze klanten een brede selectie van Vlaamse klassiekers, tv‐shows, documentaires en topfilms voor een vast maandelijks bedrag. Deze programma's zijn via de settopbox te bekijken of op een laptop, tablet of smartphone dankzij "YeloTV". Op het einde van 2013 telden we al 67.000 abonnees voor "Rex" en "Rio".

Het aantal abonnees op ons Telenet Digital TV‐platform steeg met 7% j‐o‐j tot 1.491.400 eind december 2013. In 2013 steeg het aantal digitale‐tv‐abonnees met netto meer dan 90.000, waarvan netto 24.800 in het vierde kwartaal van 2013. In vergelijking met 2012 noteerden we een fors lagere nettogroei van het aantal abonnees, omdat de commerciële prestaties van vorig jaar een aanzienlijke boost kregen door de herschikking van de analoge kanalen. Wat de toekomst betreft, zullen we ons blijven focussen op de migratie van de overgrote meerderheid van onze resterende analoge‐tv‐abonnees naar ons toonaangevende digitale tv‐platform.

Eind december 2013 waren ongeveer 205.000 klanten geabonneerd op onze betalende sportzenders Sporting Telenet. Sinds de verwerving van de uitzendrechten voor de Belgische voetbalcompetitie in juni 2011 is het aantal abonnees voor Sporting Telenet met maar liefst 64% gestegen. Eind mei 2014 loopt het huidige contract van drie jaar voor de uitzendrechten van de Belgische voetbalcompetitie af. We bestuderen momenteel alle beschikbare opties om onze vruchtbare relatie met de Pro League voort te zetten. We drukten daarbij onze sterke voorkeur uit voor een niet‐ exclusief contract omdat dit consumenten zal toelaten om het Belgische eersteklassevoetbal te bekijken via hun bestaande operator, terwijl zowel de voetbalclubs als de Pro League een solide rendement kunnen blijven behalen op de televisierechten.

1.5.2 Basiskabel‐tv

Eind december 2013 bedroeg het totale aantal abonnees voor zowel analoge als digitale basiskabel‐tv 2.092.500, of circa 72% van het totale aantal huizen die op ons netwerk konden worden aangesloten. Dit vertegenwoordigde een organisch nettoverlies van 27.300 abonnees voor basiskabel‐tv in 2013 – een forse verbetering ten opzichte van het organische nettoverlies van 75.800 in 2012 dat werd beïnvloed door de hevige concurrentie en de herschikking van de analoge kanalen in april 2012. De afname van het klantverloop op kwartaalbasis hield aan in het vierde kwartaal van 2013. Met inbegrip van een niet‐organische aanpassing verloren we slechts 900 abonnees voor basiskabel‐tv in het vierde kwartaal van 2013. Wij zijn van mening dat dit een solide prestatie is, gelet op de aanhoudende concurrentie van andere digitale platformen, waaronder aanbiedingen in het lagere segment. Het voornoemde organische verlies omvat geen overschakelingen naar ons digitale tv‐platform en vertegenwoordigt klanten die zijn overgestapt naar platformen van de concurrentie (bijvoorbeeld andere aanbieders van digitale tv en satellietexploitanten) of klanten die hun tv‐abonnement hebben opgezegd of die naar een locatie buiten ons verkoopgebied zijn verhuisd. Gezien de beperkte uitbreiding van het aantal aansluitbare huizen en de sterke concurrentie op de tv‐markt, verwachten we een verder verloop van onze abonnees voor basiskabel‐tv. Dit verloop zal echter worden gecompenseerd door de aanhoudende groei van het aantal multiple‐playabonnees, die een veel hogere gemiddelde opbrengst per klant genereren dan klanten met een abonnement op basiskabel‐tv.

2 Belangrijkste financiële ontwikkelingen

2.1 Bedrijfsopbrengsten

In 2013 genereerden we bedrijfsopbrengsten ten bedrage van €1.641,3 miljoen, of 10% meer dan de 1.488,8 miljoen in het voorgaande jaar. De groei van de bedrijfsopbrengsten tijdens de periode was geheel organisch en was vooral te danken aan de forse groei van onze mobiele activiteiten, gekenmerkt door een sterke groei van het aantal opbrengstgenererende eenheden (+44%) en de gemiddelde opbrengst per klantenrelatie (+7%). Onze vaste diensten droegen ook bij tot de stijging van de bedrijfsopbrengsten, dankzij zowel de verdere groei van het aantal opbrengstgenererende eenheden als het voordeel uit de selectieve prijsverhoging van 2,9% voor bepaalde vaste diensten (met uitzondering van het abonnementsgeld voor basiskabel‐tv) in februari 2013, gedeeltelijk tenietgedaan door het aandeel van bundelkortingen die tot november 2013 werden toegewezen aan vaste diensten als gevolg van de groei van het aantal mobiele‐telefonieabonnees.

In het vierde kwartaal van 2013 bedroegen de bedrijfsopbrengsten €417,4 miljoen, of 6% meer dan in dezelfde periode van het voorgaande jaar toen onze activiteiten resulteerden in bedrijfsopbrengsten van €394,5 miljoen. Onze bedrijfsopbrengsten werden in het vierde kwartaal van 2012 positief beïnvloed door een eenmalige aanpassing ten belope van €4,7 miljoen als gevolg van verbeteringen aan ons facturatieplatform. Zoals verwacht daalde de groei van de bedrijfsopbrengsten vanaf het vierde kwartaal van 2013 ten opzichte van de voorgaande kwartalen, aangezien het vierde kwartaal van 2012 reeds hogere opbrengsten uit mobiele telefonie weerspiegelde als gevolg van de succesvolle lancering van onze tariefplannen "King" en "Kong" medio 2012. Daarnaast genereerden we in het laatste kwartaal van het jaar aanzienlijk lagere opbrengsten uit de verkoop van losse gsm's en smartphones, waarop we doorgaans een kleine marge realiseren. Tot slot daalden de opbrengsten uit bedrijfsdiensten in het vierde kwartaal van 2013 met 4% j‐o‐j, omdat de hogere opbrengsten uit mobiele telefonie en mobiele carrierdiensten meer dan tenietgedaan werden door de lagere opbrengsten uit beveiligingsoplossingen en eenmalige installatieopbrengsten.

BASISKABEL‐TV

De opbrengsten uit basiskabel‐tv, zijnde de maandelijkse vergoedingen die onze abonnees voor basiskabel‐tv betalen voor de analoge en digitale kanalen die ze in het basispakket ontvangen, bedroegen in 2013 €314,7 miljoen (KW4 2013: €78,4 miljoen). De daling van 2% j‐o‐j in 2013 weerspiegelde voornamelijk de geleidelijke afname van het aantal actieve abonnees en de afwezigheid van een verhoging van het abonnementsgeld voor basiskabel‐tv in 2013.

PREMIUM KABEL‐TV

Onze opbrengsten uit premium kabel‐tv omvatten de opbrengsten die door onze abonnees voor digitale kabel‐tv worden gegenereerd bovenop de opbrengsten uit basiskabel‐tv zoals hierboven beschreven, en omvatten onder meer terugkerende opbrengsten uit de verhuur van settopboxen en de opbrengsten uit onze themakanalen, betalende film‐ en sportzenders en ons platform voor films en programma's à la carte. De opbrengsten uit premium kabel‐tv stegen met 4% van €227,7 miljoen in 2012 tot €235,7 miljoen in 2013 dankzij het grotere aandeel van de opbrengsten uit de verhuur van settopboxen en de solide groei van het aantal betaal‐tv‐abonnees. In het vierde kwartaal van 2013 genereerden we €58,8 miljoen aan opbrengsten uit premium kabel‐tv, wat neerkomt op een daling van 2% j‐o‐j. De hogere opbrengsten uit de verhuur van settopboxen tijdens het kwartaal werden meer dan tenietgedaan door het groeiende aandeel van bundelkortingen na de herpositionering van onze triple‐playbundels eind juni 2013 en door de relatief lagere opbrengsten uit films en programma's à la carte. Wij zijn van mening dat onze opbrengsten uit premium kabel‐tv in de toekomst sneller zullen groeien dankzij de recente lancering van "Rex" en "Rio" en onze grotere focus op het realiseren van de beste entertainmentervaring voor onze klanten.

VERDELERS/OVERIGE

De opbrengsten afkomstig van 'Verdelers/Overige' omvatten voornamelijk (i) opbrengsten uit de verkoop van settopboxen, (ii) vergoedingen voor de installatie en activering van kabel‐tv en (iii) commissie‐inkomsten en opbrengsten uit de verkoop van losse gsm's en smartphones. De opbrengsten afkomstig van 'Verdelers/Overige' daalden in 2013 met 2% j‐o‐j tot €61,3 miljoen. De substantieel lagere opbrengsten uit de verkoop van settopboxen en uit de vergoedingen voor de installatie en activering van kabel‐tv werden slechts gedeeltelijk goedgemaakt door de sterke groei in de verkoop van losse gsm's en smartphones, waarop we doorgaans een lage marge realiseren. In het vierde kwartaal van 2013 bedroegen de opbrengsten afkomstig van 'Verdelers/Overige' €13,8 miljoen, wat €3,5 miljoen minder was dan in dezelfde periode van het voorgaande jaar. De daling van 20% j‐o‐j was te wijten aan de aanzienlijk lagere opbrengsten uit de verkoop van losse gsm's en smartphones tijdens het kwartaal.

RESIDENTIEEL BREEDBANDINTERNET

In 2013 bedroegen de totale opbrengsten uit residentieel breedbandinternet die door onze particuliere en zakelijke abonnees voor breedbandinternet werden gegenereerd €469,3 miljoen, wat 3% meer is dan in 2012 toen de opbrengsten uit residentieel breedbandinternet €453,8 miljoen bedroegen. De solide groei van het aantal abonnees met 6% en het voordeel van de hiervoor genoemde prijsverhoging van 2,9% werden deels tenietgedaan door het grotere aandeel van bundelkortingen bij nieuwe multiple‐play‐ en mobiele‐telefonieabonnees. In het vierde kwartaal van 2013 bedroegen de opbrengsten uit residentieel breedbandinternet €125,4 miljoen – een forse stijging van 9% ten opzichte van het vierde kwartaal van 2012. Vergeleken met voorgaande kwartalen versnelde de groei van de opbrengsten uit residentieel breedbandinternet in het vierde kwartaal van 2013 omwille van de toewijzing van opbrengsten van onze "Whop" en "Whoppa" bundels ten opzichte van onze vorige triple‐playbundels.

RESIDENTIËLE TELEFONIE

De opbrengsten uit residentiële telefonie omvatten de terugkerende opbrengsten uit abonnementsgelden die door onze abonnees voor vaste en mobiele telefonie worden betaald, evenals de interconnectieopbrengsten die door deze klanten worden gegenereerd. In 2013 stegen de opbrengsten uit residentiële telefonie met €136,1 miljoen (+41% j‐o‐ j) tot €469,5 miljoen. In 2013 bedroegen de opbrengsten uit residentiële vaste telefonie €229,1 miljoen, wat min of meer stabiel is ten opzichte van het voorgaande jaar. De robuuste groei van het aantal abonnees en het voordeel van de hiervoor genoemde prijsverhoging van 2,9% sinds begin februari 2013 werden tenietgedaan door het groeiende aandeel van bundelkortingen en de lagere gebruiksgerelateerde opbrengsten na het succes van onze "FreePhone Europe"‐plannen met forfaitaire tarieven. De robuuste groei van het aantal mobiele‐telefonieabonnees met een post‐ paidabonnement en onze waardegedreven strategie hebben geresulteerd in de verdere groei van de opbrengsten van onze mobiele‐telefonieactiviteit. In 2013 stegen onze opbrengsten uit residentiële mobiele telefonie met 127% j‐o‐j tot €240,4 miljoen, inclusief €71,5 miljoen aan interconnectieopbrengsten. In het vierde kwartaal van 2013 stegen onze opbrengsten uit residentiële telefonie met 19% j‐o‐j tot €117,9 miljoen. Zoals verwacht daalde de groei van de opbrengsten uit residentiële telefonie in het vierde kwartaal van 2013, aangezien het vierde kwartaal van 2012 reeds hogere opbrengsten uit mobiele telefonie weerspiegelde als gevolg van de succesvolle lancering van onze tariefplannen "King" en "Kong" medio 2012.

BEDRIJFSDIENSTEN

Opbrengsten uit zakelijke klanten op alle coaxgerelateerde producten worden toegerekend aan één van de bovengenoemde opbrengstenregels en worden niet gerapporteerd binnen Telenet for Business, onze B2B‐afdeling. De onder bedrijfsdiensten gerapporteerde opbrengsten betreffen de opbrengsten die worden gegenereerd op niet‐ coaxproducten, inclusief glasvezel‐ en geleasede DSL‐lijnen, onze carrierdiensten, maar ook diensten met toegevoegde waarde zoals hostingdiensten en beheerde beveiligingsdiensten.

In 2013 genereerde Telenet for Business bedrijfsopbrengsten ten bedrage van €90,8 miljoen, wat €1,0 miljoen minder was dan in het voorgaande jaar als gevolg van de negatieve invloed van de lagere eenmalige opbrengsten uit installatie en beveiligingsoplossingen door veranderingen in de manier waarop we bepaalde opbrengsten erkennen. Tot slot daalden de opbrengsten uit bedrijfsdiensten in het vierde kwartaal van 2013 met 4% j‐o‐j tot €23,1 miljoen, waarbij de hogere opbrengsten uit mobiele telefonie en mobiele carrierdiensten meer dan tenietgedaan werden door de lagere opbrengsten uit beveiligingsoplossingen en eenmalige installatieopbrengsten.

2.2 Bedrijfskosten

In 2013 bedroegen de totale bedrijfskosten €1.252,1 miljoen, of 14% meer dan de €1.099,1 miljoen in dezelfde periode van het voorgaande jaar. De stijging van de bedrijfskosten werd veroorzaakt door hogere kosten voor de exploitatie van het netwerk en voor diensten als gevolg van de groei van ons abonneebestand voor mobiele telefonie en door de hogere personeelskosten en kosten in verband met op aandelen gebaseerde vergoedingen. De stijging van de bedrijfskosten tijdens de periode werd bovendien beïnvloed door drie eenmalige elementen: (i) een waardevermindering van €53,3 miljoen in het vierde kwartaal van 2013 om de boekwaarde van onze licentie voor het mobiele 3G‐spectrum tot nul te verlagen na de beoordeling door Telenet dat de Vennootschap zijn spectrumrechten niet zal kunnen gebruiken gezien de beëindiging in het vierde kwartaal van 2013 van de onderhandelingen met netwerkoperatoren in België en het ontbreken van regelgevende alternatieven, (ii) herstructureringslasten ten bedrage van €34,8 miljoen in het vierde kwartaal van 2013 als gevolg van de beslissing van Telenet, genomen in het vierde kwartaal van 2013, om niet langer DTT‐diensten (digitale ethertelevisie) aan te bieden, en (iii) het voordeel uit een terugname van €15,7 miljoen aan afschrijvingen in het tweede kwartaal van 2013 na een schikking inzake invoerrechten op settopboxen. Als we deze eenmalige elementen buiten beschouwing laten, lagen onze totale bedrijfskosten in 2013 7% hoger dan in 2012.

In het vierde kwartaal van 2013 bedroegen de bedrijfskosten €396,9 miljoen, wat 30% meer was dan de €304,8 miljoen in dezelfde periode van het voorgaande jaar. De stijging van de bedrijfskosten tijdens het kwartaal was voornamelijk toe te schrijven aan de hiervoor genoemde waardevermindering en herstructureringslasten van respectievelijk €53,3 miljoen en €34,8 miljoen voor de licentie voor het mobiele 3G‐spectrum en de stopzetting van de DTT‐diensten. Als we deze eenmalige elementen buiten beschouwing laten, bleven onze totale bedrijfskosten tijdens het kwartaal nagenoeg ongewijzigd ten opzichte van het vierde kwartaal van 2012, aangezien de hogere personeelskosten en hogere andere kosten werden gecompenseerd door lagere advertentie‐, verkoop‐ en marketingkosten en lagere kosten van afschrijvingen op materiële en immateriële vaste activa.

  • In 2013 bedroegen de personeelskosten €153,4 miljoen. Deze stijging van 7% j‐o‐j was toe te schrijven aan de verplichte loonindexering voor al onze werknemers sinds begin januari 2013 en aan de groei van het personeelsbestand als gevolg van de algemene groei van het bedrijf. In het vierde kwartaal van 2013 stegen onze personeelskosten met 17% j‐o‐j tot €41,5 miljoen, aangezien het vierde kwartaal van 2012 €4,2 miljoen minder loonkosten weerspiegelde als gevolg van de gedeeltelijke terugvordering van de overheid van bedrijfsvoorheffing voor bepaalde werknemers die betrokken waren bij onderzoeksprojecten en als gevolg van de herbeoordeling van bepaalde voorzieningen voor voordelen na uitdiensttreding naar aanleiding van een verandering in de wetgeving.
  • De afschrijvingen en waardeverminderingen, inclusief opbrengsten en verliezen op de verkoop van materiële vaste activa en overige immateriële vaste activa stegen met 7% j‐o‐j van €380,3 miljoen in 2012 tot €408,1 miljoen in 2013 en weerspiegelden de waardevermindering van €53,3 miljoen op de licentie voor het mobiele 3G‐spectrum en de gunstige invloed van de terugname van invoerrechten op settopboxen ten belope van €15,7 miljoen. Als we deze eenmalige effecten buiten beschouwing laten, daalden de kosten van afschrijvingen op materiële en immateriële vaste activa met 3% j‐o‐j, voornamelijk als gevolg van de langere verwachte gebruiksduur van de nieuwste generatie settopboxen. In het vierde kwartaal van 2013 stegen de afschrijvingen en waardeverminderingen, inclusief opbrengsten en verliezen op de verkoop van materiële vaste activa en overige immateriële vaste activa, met 53% j‐o‐j tot €148,5 miljoen, mede door de negatieve impact van de eerder genoemde waardevermindering op de licentie voor het mobiele 3G‐spectrum. Samen met de verwerving van de licentie voor het mobiele 3G‐spectrum in 2011 oefende Telenet Tecteo BidCo NV, een dochtervennootschap van Telenet Group Holding NV waarin de Waalse kabeloperator Tecteo SCRL een belang van 25% aanhoudt, de optie uit om in november 2015 bijkomend mobiel 2G‐spectrum te verwerven in de 900 en 1.800 MHz band voor een totaalbedrag van €31,5 miljoen. Na de beoordeling door Telenet in het vierde kwartaal van 2013 dat de Vennootschap zijn 3G‐spectrumrechten niet zal kunnen gebruiken informeerde Telenet Tecteo BidCo NV het BIPT op het einde van 2013 dat het geen beroep zal doen op de mogelijkheid om gebruik te maken van dit 2G‐spectrum.

  • De kosten voor de exploitatie van het netwerk en voor diensten omvatten al onze directe kosten, zoals kosten in verband met de verkoop en subsidiëring van gsm's en smartphones, interconnectie‐, programmerings‐, copyright‐ en callcenterkosten en netwerkgerelateerde kosten, en vertegenwoordigden nog steeds het grootste deel van onze totale bedrijfskosten. In 2013 bedroegen de kosten voor de exploitatie van het netwerk en voor diensten €519,9 miljoen, wat 17% meer was dan in 2012. De jaar‐op‐jaarstijging van de kosten voor de exploitatie van het netwerk en voor diensten was voornamelijk toe te schrijven aan aanzienlijk hogere interconnectiekosten als gevolg van de sterke stijging van het aantal opbrengstgenererende eenheden voor zowel mobiele als vaste telefonie en hogere contentkosten en voorzieningen voor bepaalde voorwaardelijke verplichtingen. In het vierde kwartaal van 2013 bedroegen de kosten voor de exploitatie van het netwerk en voor diensten €132,5 miljoen, wat grotendeels stabiel was ten opzichte van dezelfde periode in het voorgaande jaar toen de kosten voor de exploitatie van het netwerk en voor diensten werden beïnvloed door een gunstig effect van €3,2 miljoen uit de herbeoordeling van bepaalde voorzieningen inzake sociale tarieven en het afhandelen van bepaalde voorwaardelijke verplichtingen. De hogere interconnectie‐ en contentkosten in het vierde kwartaal werden gecompenseerd door aanzienlijk lagere kosten in verband met de verkoop en subsidiëring van gsm's en smartphones als gevolg van onze waardegedreven strategie voor onze mobiele‐telefoniediensten.

  • De advertentie‐, verkoop‐ en marketingkosten bleven in 2013 grotendeels stabiel op €73,1 miljoen, tegenover €74,2 in 2012. In lijn met seizoenspatronen in onze sector stegen onze advertentie‐, verkoop‐ en marketingkosten in het laatste kwartaal van het jaar. Toch lagen ze 6% lager dan in het vierde kwartaal van 2012 toen onze advertentie‐, verkoop‐ en marketingkosten werden beïnvloed door hogere verkoopkosten als gevolg van de robuuste groei van het aantal mobiele‐telefonieabonnees en hogere marketingkosten betreffende de lancering van onze tariefplannen voor mobiele telefonie "King" en "Kong".
  • Onze andere kosten, die kosten voor businessondersteunend bedrijfsadvies en juridische kosten omvatten, bedroegen €52,3 miljoen in 2013 (KW4 2013: €15,1 miljoen), wat 8% meer is dan in dezelfde periode van het voorgaande jaar.
  • De herstructureringslasten voor zowel het vierde kwartaal van 2013 als het volledige jaar 2013 bedroegen €34,8 miljoen en weerspiegelden de beslissing van Telenet, genomen in het vierde kwartaal van 2013, om niet langer DTT‐diensten (digitale ethertelevisie) aan te bieden. De hiervoor genoemde herstructureringslasten zijn gelijk aan de geschatte netto contante waarde van de resterende betalingen die verschuldigd zijn op grond van het DTT‐capaciteitscontract met derden.

In 2013 vertegenwoordigden de bedrijfskosten ongeveer 76% van de bedrijfsopbrengsten, in vergelijking met ongeveer 74% in 2012. Exclusief de hiervoor genoemde waardevermindering en herstructureringslasten voor de licentie voor het mobiele 3G‐spectrum en de stopzetting van de DTT‐diensten, en de gunstige invloed van de terugname van invoerrechten op settopboxen, vertegenwoordigden onze bedrijfskosten ongeveer 72% van de bedrijfsopbrengsten.

De kostprijs van geleverde diensten vertegenwoordigde in 2013 ongeveer 61% van de bedrijfsopbrengsten, tegenover ongeveer 57% in 2012. Exclusief de hiervoor genoemde waardevermindering en herstructureringslasten voor de licentie voor mobiel 3G‐spectrum en de stopzetting van de DTT‐diensten en het voordeel van de terugname van invoerrechten op settopboxen, vertegenwoordigde de kostprijs van geleverde diensten ongeveer 56% van de bedrijfsopbrengsten. In 2013 vertegenwoordigden de verkoop‐, algemene en beheerskosten ongeveer 16% van de totale bedrijfsopbrengsten, tegenover ongeveer 17% in 2012. De hogere personeelskosten en hogere kosten in verband met op aandelen gebaseerde vergoedingen werden meer dan gecompenseerd door de sterke groei van de bedrijfsopbrengsten, terwijl onze marketingkosten grotendeels stabiel bleven ten opzichte van 2012.

2.3 Adjusted EBITDA en bedrijfswinst

In 2013 realiseerden we een Adjusted EBITDA van €842,6 miljoen, of 8% meer dan de €777,8 miljoen in 2012. Ondanks het groeiende aandeel van opbrengsten uit mobiele telefonie die een lagere marge genereren in de totale mix van bedrijfsopbrengsten, ging onze Adjusted EBITDA‐marge slechts licht achteruit van 52,2% in 2012 tot 51,3% in 2013. Deze solide prestatie was het gecombineerde resultaat van onze voortdurende focus op de groei van het aantal klanten met een productbundel en de eerste vruchten van de succesvolle herziening van onze bundels voor zowel de residentiële als zakelijke markt in de tweede helft van 2013. Bovendien hebben we ons in de tweede helft van 2013 geconcentreerd op een meer kosteneffectieve werving van mobiele‐telefonieabonnees en hebben we onze algemene overheadkosten strak onder controle gehouden, met als gevolg dat onze verkoop‐, algemene en beheerskosten in 2013 met slechts 4% stegen terwijl de bedrijfsopbrengsten datzelfde jaar met 10% stegen.

In het vierde kwartaal van 2013 bedroeg de Adjusted EBITDA €205,7 miljoen, wat neerkomt op een solide groei van 9% ten opzichte van de €188,6 miljoen in dezelfde periode van het voorgaande jaar. In lijn met seizoenspatronen in onze sector daalde de Adjusted EBITDA‐marge sequentieel in het vierde kwartaal van 2013 als gevolg van seizoensgebonden hogere advertentie‐, verkoop‐ en marketingkosten. Toch steeg onze Adjusted EBITDA‐marge met 150 basispunten j‐o‐j. Het verwaterende effect van de groeiende bijdrage van onze mobiele activiteiten werd gecompenseerd door aanzienlijk lagere kosten in verband met de verkoop en subsidiëring van gsm's en smartphones en relatief lagere advertentie‐, verkoop‐ en marketingkosten, aangezien het vierde kwartaal van 2012 werd beïnvloed door een recordverkoop van onze mobiele diensten en hogere marketingkosten voor onze tariefplannen voor mobiele telefonie "King" en "Kong".

(in € miljoen) Voor de drie maanden
afgesloten op 31 december
Voor het boekjaar
afgesloten op 31 december
2013 2012 % Verschil 2013 2012 % Verschil
Adjusted EBITDA
Adjusted EBITDA‐marge
205,7
49,3%
188,6
47,8%
9% 842,6
51,3%
777,8
52,2%
8%
Vergoeding op basis van aandelen
Operationele kosten betreffende overnames of desinvesteringen
Herstructureringskosten
(1,9)

(34,8)
(1,9)

N.B.
N.B.
N.B.
(10,5)

(34,8)
(6,9)
(0,9)
52%
N.B.
N.B.
EBITDA 169,0 186,7 ‐9% 797,3 770,0 4%
Afschrijvingen en waardeverminderingen (148,5) (97,0) 53% (408,1) (380,3) 7%
Resultaat uit bedrijfsactiviteiten 20,5 89,7 ‐77% 389,2 389,7 N.B.
Netto financiële kosten
Aandeel in het resultaat van geassocieerde deelnemingen
Belastingen
(63,7)
0,3
5,8
(88,6)

1,0
‐28%
N.B.
480%
(206,5)

(66,3)
(322,4)

(34,0)
‐36%
N.B.
95%
Winst (verlies) over de verslagperiode (37,1) 2,1 N.B. 116,4 33,3 250%

Tabel 1: Reconciliatie tussen Adjusted EBITDA en totaalresultaat (niet geauditeerd)

N.B. ‐ Niet Be tekenisvol

In vergelijking met 2012 bleef de bedrijfswinst in 2013 nagenoeg onveranderd op €389,2 miljoen. De solide groei van de Adjusted EBITDA met 8% en het voordeel van €15,7 miljoen uit de terugname van invoerrechten op settopboxen werden tenietgedaan door een waardevermindering van €53,3 miljoen op de licentie voor het mobiele 3G‐spectrum en door herstructureringslasten ten bedrage van €34,8 miljoen in verband de beslissing van het management van de Vennootschap, genomen in het vierde kwartaal van 2013, om de DTT‐diensten te beëindigen. In het vierde kwartaal van 2013 bedroeg de bedrijfswinst €20,5 miljoen, wat 77% minder is dan in dezelfde periode van het voorgaande jaar toen de bedrijfswinst €89,7 miljoen bedroeg. Exclusief de hiervoor genoemde waardevermindering en herstructureringslasten voor de licentie voor mobiel 3G‐spectrum en de stopzetting van de DTT‐diensten, steeg de bedrijfswinst in het vierde kwartaal van 2013 met 21% j‐o‐j dankzij de solide groei van de Adjusted EBITDA met 9% en de lagere kosten van afschrijvingen op materiële en immateriële vaste activa.

2.4 Nettoresultaat

FINANCIËLE OPBRENGSTEN EN KOSTEN

In 2013 bedroegen de netto financiële kosten €206,5 miljoen, tegenover €322,4 miljoen in 2012. De stijging van de interestkosten, wisselkoersverliezen en overige financiële kosten met 10% j‐o‐j als gevolg van de toegenomen schuldenlast en lagere rendementen op ons gemiddelde uitstaande kassaldo werd ruimschoots gecompenseerd door een niet‐geldelijke winst van €56,3 miljoen op onze rentederivaten, terwijl we in 2012 een niet‐geldelijk verlies van €87,0 miljoen op derivaten boekten. In het vierde kwartaal van 2013 bedroegen de netto financiële kosten €63,7 miljoen, of 28% minder dan in het vierde kwartaal van 2012 toen de gerapporteerde netto financiële kosten van €88,6 miljoen een niet‐geldelijk verlies van €18,2 miljoen op derivaten omvatten.

Interestopbrengsten en wisselkoerswinsten

In 2013 bedroegen de interestopbrengsten en wisselkoerswinsten €2,2 miljoen, wat €4,3 miljoen minder was dan in 2012. Ten opzichte van het voorgaande jaar nam het uitstaande kassaldo aanzienlijk af door de uitkering van het buitengewoon dividend begin mei 2013. De interestopbrengsten en wisselkoerswinsten bedroegen in het vierde kwartaal van 2013 €0,4 miljoen en weerspiegelden de lagere gemiddelde rentevoeten op onze deposito's en beleggingen. Om het tegenpartijrisico zoveel mogelijk te beperken, plaatsen wij onze kasequivalenten, depositocertificaten en geldmarktfondsen bij Europese en Amerikaanse financiële instellingen met een hoge kredietwaardigheid.

Interestkosten, wisselkoersverliezen en overige financiële kosten

In 2013 bedroegen de interestkosten, wisselkoersverliezen en overige financiële kosten €265,0 miljoen, of 10% meer dan in 2012. De stijging was voornamelijk toe te schrijven aan onze toegenomen schuldenlast als gevolg van de uitgifte van €700,0 miljoen aan vastrentende schulden in augustus 2012. In het vierde kwartaal van 2013 boekten we €66,4 miljoen aan interestkosten, wisselkoersverliezen en overige financiële kosten, tegenover €72,0 miljoen in dezelfde periode van het voorgaande jaar.

Nettowinsten en ‐verliezen op wijzigingen in de reële waarde van derivaten

We zijn verschillende derivaten aangegaan om onze blootstelling aan rentestijgingen tijdens de looptijd van onze senior kredietfaciliteit aanzienlijk te beperken. In 2010 en in de tweede helft van 2011 hebben we onze portefeuille van renteafdekkingsinstrumenten verder geoptimaliseerd teneinde de gemiddelde rentevoet te verlagen en de looptijd van die instrumenten te verlengen tot de vervaldatum van onze schuldinstrumenten met variabele rente in 2021. Onze derivaten zijn verspreid over verschillende financiële instellingen en regio's om het tegenpartijrisico tot een minimum te beperken. In 2013 en het vierde kwartaal van 2013 boekten we een winst van respectievelijk €56,3 miljoen en €2,3 miljoen, tegenover een verlies van respectievelijk €87,0 miljoen en €18,2 miljoen in 2012 en het vierde kwartaal van 2012, omwille van schommelingen in de reële waarde van onze derivaten, vooral als gevolg van een stijging van de euroswapcurve. De waardering tegen reële waarde van onze rentederivaten is afhankelijk van de ontwikkeling van de toekomstige Euribor‐tarieven gedurende de looptijd van een dergelijk instrument. Als de verwachte rentetarieven gedurende de looptijd van de betrokken instrumenten stijgen (dalen), verwachten we dat hun reële waarde een positief (negatief) effect zal hebben op ons nettoresultaat.

BELASTINGEN

In 2013 boekten we belastingkosten ten bedrage van €66,3 miljoen, in vergelijking met €34,0 miljoen in 2012. In het vierde kwartaal van 2013 boekten we belastingbaten ten bedrage van €5,8 miljoen, tegenover belastingbaten van €1,0 miljoen in het vierde kwartaal van 2012. De waardevermindering op de licentie voor mobiel 3G‐spectrum en de herstructureringslasten voor de stopzetting van DTT‐diensten verlaagden onze winst vóór belastingen, wat een gunstige impact had op de jaar‐op‐jaarontwikkeling van onze belastingkosten.

NETTORESULTAAT

In 2013 realiseerden we een nettoresultaat van €116,4 miljoen, wat flink meer was dan de €33,3 miljoen in 2012. Exclusief de verandering in de reële waarde van onze derivaten in beide periodes, het eenmalige voordeel uit de teruggenomen invoerrechten op settopboxen in het tweede kwartaal van 2013 en de negatieve impact van zowel de waardevermindering op de licentie voor het mobiele 3G‐spectrum en de herstructureringslasten voor de stopzetting van de DTT‐diensten, bedroeg het nettoresultaat in 2013 en 2012 respectievelijk €132,5 miljoen en €120,3 miljoen. In het vierde kwartaal van 2013 boekten we een nettoverlies van €37,1 miljoen, versus een nettowinst van €2,1 miljoen in het vierde kwartaal van 2012. Exclusief de verandering in de reële waarde van onze derivaten en de negatieve impact van zowel de waardevermindering op de licentie voor het mobiele 3G‐spectrum en de herstructureringslasten voor de stopzetting van de DTT‐diensten, bedroeg het nettoresultaat in het vierde kwartaal van 2013 en het vierde kwartaal van 2012 respectievelijk €48,7 miljoen en €20,3 miljoen.

2.5 Kasstroom en liquide middelen

NETTOKASSTROOM UIT BEDRIJFSACTIVITEITEN

In 2013 resulteerden onze bedrijfsactiviteiten in een nettokasstroom van €590,5 miljoen, wat neerkomt op een stijging van 4% ten opzichte van het voorgaande jaar toen we een nettokasstroom van €570,0 miljoen uit bedrijfsactiviteiten genereerden. De stijging van de Adjusted EBITDA met een solide 8% j‐o‐j werd deels geneutraliseerd door de stijging van de geldelijke interestkosten met €47,4 miljoen als gevolg van de uitgifte van €700,0 miljoen aan vastrentende schulden in augustus 2012. In het vierde kwartaal van 2013 genereerden wij een nettokasstroom van €189,1 miljoen uit bedrijfsactiviteiten, wat 11% meer is dan de €170,7 miljoen in dezelfde periode van het voorgaande jaar. Deze groei werd gedreven door een stijging van de Adjusted EBITDA met 9%, terwijl onze geldelijke interestkosten nagenoeg stabiel bleven ten opzichte van het vierde kwartaal van 2012.

NETTOKASSTROOM GEBRUIKT IN INVESTERINGSACTIVITEITEN

In 2013 gebruikten we een nettokasstroom van €363,8 miljoen in investeringsactiviteiten, wat 14% meer is dan in het voorgaande jaar. De kasstroom die gebruikt werd in investeringsactiviteiten bestond uit de geldelijke betalingen van onze bedrijfsinvesteringen, met inbegrip van de geldelijke betaling van €35,9 miljoen voor de uitzendrechten van de Belgische voetbalcompetitie, na aftrek van de opbrengsten die werden ontvangen van andere operatoren en omroepen die een deel van deze rechten gebruiken. Dit bedrag betrof zowel het resterende deel van het seizoen 2012‐2013 in het eerste kwartaal van 2013 als de vooruitbetaling voor het eerste deel van het huidige seizoen 2013‐2014 in het derde kwartaal van 2013. Begin 2014 hebben we een laatste betaling van ongeveer €10,2 miljoen verricht, na aftrek van de opbrengsten die werden ontvangen van andere operatoren en omroepen die een deel van deze rechten gebruiken. Dit weerspiegelt de betaling voor het tweede deel van het huidige seizoen, dat het laatste seizoen onder het huidige contract zal zijn. In het vierde kwartaal van 2013 bedroeg de nettokasstroom die werd gebruikt in investeringsactiviteiten €73,3 miljoen, tegenover €61,1 miljoen in het vierde kwartaal van 2012. Zie deel 2.7 'Bedrijfsinvesteringen' voor meer informatie over de onderliggende toe te rekenen bedrijfsinvesteringen.

VRIJE KASSTROOM

In 2013 genereerden we een vrije kasstroom van €212,4 miljoen, wat neerkomt op een daling van 12% ten opzichte van de €240,5 miljoen in 2012. De solide groei van onze Adjusted EBITDA met 8% werd tenietgedaan door 25% hogere geldelijke interestbetalingen als gevolg van onze toegenomen schuldenlast en hogere geldelijke bedrijfsinvesteringen. Daarnaast werd onze vrije kasstroom negatief beïnvloed door een verandering in het beheer van ons werkkapitaal, die we in het vierde kwartaal van 2013 hebben geïmplementeerd. Solide groei van onze Adjusted EBITDA en een efficiënter beheer van ons werkkapitaal zou zich moeten vertalen in een robuuste groei van de vrije kasstroom in 2014. In het vierde kwartaal van 2013 bedroeg onze vrije kasstroom €110,0 miljoen, wat iets hoger was dan de €106,3 miljoen in dezelfde periode van het voorgaande jaar.

NETTOKASSTROOM UIT FINANCIERINGSACTIVITEITEN

In 2013 bedroeg de nettokasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten €918,9 miljoen, tegenover een nettokasstroom van €308,6 miljoen uit financieringsactiviteiten in 2012. In 2013 weerspiegelde de ontwikkeling van de nettokasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten voornamelijk: (i) de uitkering van een buitengewoon brutodividend van €7,90 per aandeel aan onze aandeelhouders begin mei 2013 (voor een totaalbedrag van €905,2 miljoen), (ii) €26,9 miljoen opbrengsten uit de uitoefening van opties en warrants, en (iii) €40,6 miljoen in verband met diverse financieringskosten en terugbetalingen van leases, met inbegrip van de jaarlijkse uitgestelde betaling voor de gebruiksrechten van de licentie voor mobiel 3G‐spectrum voor het jaar 2014. In het vierde kwartaal van 2013 bedroeg de nettokasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten €10,8 miljoen, tegenover €16,5 miljoen gebruikt in financieringsactiviteiten in het vierde kwartaal van 2012. De ontwikkeling van de nettokasstroom in het vierde kwartaal van 2013 weerspiegelde onder meer de jaarlijkse uitgestelde betaling voor de licentie voor mobiel 3G‐spectrum en de geplande terugbetalingen van de financiële leases van het Telenet Partner Network.

2.6 Schuldprofiel, kassaldo en netto hefboomratio

SCHULDPROFIEL

Per 31 december 2013 bedroeg de totale schuld (inclusief toe te rekenen interest) €3.868,3 miljoen, waarvan een hoofdsom van €1.404,6 miljoen verschuldigd is onder onze 2010 Gewijzigde Senior Credit Facility, een hoofdsom van €1.300,0 miljoen verband houdt met de vier obligaties die in 2010 en 2011 werden uitgegeven en een hoofdsom van €700,0 miljoen betrekking heeft op de in augustus 2012 uitgegeven vastrentende schulden die in 2022 en 2024 vervallen. Op 31 december 2013 omvatte onze totale schuld ook een bedrag van €45,9 miljoen voor het uitstaande deel van het mobiele 3G‐spectrum, inclusief toe te rekenen interest. De rest vertegenwoordigt voornamelijk de verplichtingen uit hoofde van financiële leases in verband met de overname van Interkabel.

SCHULDOVERZICHT EN BETALINGSSCHEMA'S

De tabel hieronder geeft een overzicht van onze schuldinstrumenten en ons betalingsschema eind december 2013.

Totale Opgenomen Beschikbaar Interestbetaling
faciliteit per bedrag bedrag Vervaldag Interestvoet verschuldigd
31 december 2013
(in miljoen euro)
2010 Gewijzigde Senior Credit
Facility:
Termijnlening Q 431,0 431,0 31 juli 2017 Vlottend 1-maand
Euribor + 3,25%
Maandelijks
Termijnlening R 798,6 798,6 31 juli 2019 Vlottend 1-maand
Euribor + 3,625%
Maandelijks
Termijnlening T 175,0 175,0 ‐ 31 december 2018 Vlottend 1-maand
Euribor + 3,50%
Maandelijks
Wentelkrediet 158,0 158,0 31 december 2016 Vlottend 1-maand
Euribor + 2,75%
Niet van toepassing
Senior Secured Fixed Rate Notes
€500 miljoen Senior Secured Notes
met vervaldag 2020
500,0 500,0 ‐ 15 november 2020 Vast 6,375% Halfjaarlijks (mei en
nov.)
€100 miljoen Senior Secured Notes
met vervaldag 2016
100,0 100,0 ‐ 15 november 2016 Vast 5,30% Halfjaarlijks (mei en
nov.)
€300 miljoen Senior Secured Notes
met vervaldag 2021
300,0 300,0 15 februari 2021 Vast 6,625% Halfjaarlijks (feb. en
aug.)
€450 miljoen Senior Secured Notes
met vervaldag 2022
450,0 450,0 15 augustus 2022 Vast 6,25% Halfjaarlijks (feb. en
aug.)
€250 miljoen Senior Secured Notes
met vervaldag 2024
250,0 250,0 15 augustus 2024 Vast 6,75% Halfjaarlijks (feb. en
aug.)
Senior Secured Floating Rate Notes
€400 miljoen Senior Secured Notes
met vervaldag 2021
400,0 400,0 15 juni 2021 Vlottend 3-maand
Euribor +3,875%
Kwartaal (maart, juni,
sep. en dec.)
Totaal nominaal bedrag 3.562,6 3.404,6 158,0

Tabel 2: Schuldoverzicht per 31 december 2013

KASSALDO EN BESCHIKBAARHEID VAN MIDDELEN

Eind december 2013 hielden we €214,1 miljoen aan geldmiddelen en kasequivalenten aan. Het uitstaande saldo van onze geldmiddelen en kasequivalenten aan het eind van het vierde kwartaal van 2013 lag fors lager dan de €906,3 miljoen aan geldmiddelen en kasequivalenten die we eind 2012 aanhielden. Deze daling was het gevolg van de bovengenoemde uitkering van een buitengewoon dividend van €905,2 miljoen aan aandeelhouders begin mei 2013. Overeenkomstig de 2010 Gewijzigde Senior Credit Facility hebben we volledig toegang tot het bijkomende toegezegde wentelkrediet van €158,0 miljoen, mits de onderstaande convenanten worden nageleefd, met beschikbaarheid tot en met 31 december 2016.

NETTO HEFBOOMRATIO

Per 31 december 2013 resulteerden het uitstaande saldo van onze 2010 Gewijzigde Senior Credit Facility en het uitstaande kassaldo in een netto hefboomratio (zijnde de verhouding tussen onze totale nettoschuld en de Geconsolideerde Geannualiseerde EBITDA) van 4,0x, tegenover 3,4x op 31 december 2012. De stijging van de netto hefboomratio sinds het einde van vorig jaar weerspiegelt de uitkering van het buitengewone dividend aan aandeelhouders begin mei 2013 voor een totaal bedrag van €905,2 miljoen. In vergelijking met het einde van het derde kwartaal van 2013 bleef onze netto hefboomratio stabiel op 4,0x. Onze huidige netto hefboomratio ligt ruim onder het convenant van 6,0x en de beschikbaarheidstest van 5,0x.

2.7 Bedrijfsinvesteringen

In 2013 bedroegen de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen €372,3 miljoen, wat 5% meer was dan de €353,2 miljoen in 2012. In 2013 vertegenwoordigden de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen ongeveer 23% van de bedrijfsopbrengsten, versus ongeveer 24% in 2012. In 2013 weerspiegelden de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen de verlenging van de exclusieve uitzendrechten voor de Premier League‐wedstrijden voor drie seizoenen met ingang van augustus 2013. Overeenkomstig EU IFRS zijn deze uitzendrechten geactiveerd als immateriële vaste activa en worden ze pro rata afgeschreven naarmate de voetbalseizoenen vorderen. Daarentegen werden de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen in 2013 gunstig beïnvloed door de terugname van €16,1 miljoen aan invoerrechten op settopboxen. Zonder de geactiveerde contentrechten en de eenmalige terugname van invoerrechten stegen de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen met 4% j‐o‐j en vertegenwoordigden ze ongeveer 22% van de bedrijfsopbrengsten, wat overeenkomt met de bovenkant van onze prognose voor 2013.

In 2013 bedroegen de settopboxgerelateerde bedrijfsinvesteringen €42,5 miljoen, tegenover €76,7 miljoen in 2012. Deze daling van 45% j‐o‐j weerspiegelde de tragere nettogroei van het aantal digitale‐tv‐abonnees omdat in 2012 ons programma voor de herschikking van de analoge kanalen een positief effect had. Daarnaast noteerden we lagere settopboxgerelateerde bedrijfsinvesteringen als gevolg van de bovengenoemde terugname van invoerrechten op settopboxen. Als we deze impact buiten beschouwing laten, daalden onze settopboxgerelateerde bedrijfsinvesteringen met 24% j‐o‐j als gevolg van de lagere nettogroei van het aantal digitale‐tv‐abonnees. In 2013 vertegenwoordigden de settopboxgerelateerde bedrijfsinvesteringen ongeveer 16% van onze totale toe te rekenen bedrijfsinvesteringen als we de geactiveerde contentrechten en de terugname van invoerrechten buiten beschouwing laten.

In 2013 bedroegen de totale bedrijfsinvesteringen voor installaties bij de klant €81,6 miljoen, of 23% van de totale toe te rekenen bedrijfsinvesteringen zonder rekening te houden met de geactiveerde contentrechten en de terugname van invoerrechten, tegenover €86,6 miljoen in 2012. De daling van de bedrijfsinvesteringen voor installaties bij de klant met 6% j‐o‐j was toe te schrijven aan de lagere nettogroei van het aantal abonnees voor onze geavanceerde vaste diensten ten opzichte van 2012, toen de herschikking van de analoge kanalen een positief effect had. Daarnaast kenden we efficiëntieverbeteringen in ons installatieproces bij klanten aangezien onze klanten er meer en meer voor opteerden om hun diensten zelf te installeren.

De toe te rekenen bedrijfsinvesteringen voor de uitbreiding en upgrade van het netwerk bedroegen in 2013 €114,4 miljoen, of circa 32% van de totale toe te rekenen bedrijfsinvesteringen zonder rekening te houden met de geactiveerde contentrechten en de terugname van invoerrechten, en omvatten onder meer investeringen in ons project voor de splitsing van optische knooppunten. De rest van de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen omvat reparaties en vervangingen van netwerkapparatuur, kosten voor de aankoop van sportcontent, inclusief content in verband met de Premier League‐wedstrijden, en terugkerende investeringen in ons IT‐platform en onze IT‐systemen.

Dit impliceert dat ongeveer 71% van de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen, zonder rekening te houden met de geactiveerde contentrechten en de terugname van invoerrechten, in 2013 schaalbaar was en gerelateerd was aan de groei van het abonneebestand. We zullen er nauwlettend op blijven toezien dat onze bedrijfsinvesteringen de opbrengsten incrementeel doen stijgen. In het vierde kwartaal van 2013 bedroegen de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen €109,1 miljoen (circa 26% van de bedrijfsopbrengsten), wat 6% meer was dan in het vierde kwartaal van 2012 toen de toe te rekenen bedrijfsinvesteringen €103,4 miljoen (circa 26% van de bedrijfsopbrengsten) bedroegen. In het vierde kwartaal van 2013 was ongeveer 64% van de bedrijfsinvesteringen schaalbaar en direct gecorreleerd met de groei van onze onderliggende activiteiten.

3 Vooruitzichten en bijkomende informatie

3.1 Vooruitzichten voor het jaar 2014

In 2013 hebben we de basis gelegd voor gezonde winstgevende groei in 2014. Voortbouwend op het succes van onze eenvoudige, transparante tariefplannen voor mobiele telefonie "King" en "Kong", die we midden 2012 gelanceerd hebben, vereenvoudigden we onze bundels voor zowel de residentiële als de zakelijke markt. Deze nieuwe bundels weerspiegelen onze kernwaarden: eenvoud, transparantie, focus op trouwe klanten en de constante verbetering van de klantervaring. Eind juni 2013 lanceerden we met succes onze nieuwe alles‐in‐één triple‐playbundels "Whop" en "Whoppa". Deze nieuwe concepten spelen in op een totale Telenet‐ervaring, thuis en daarbuiten, met inbegrip van ons toonaangevende multi‐screen digitale tv‐platform "Yelo TV", een supersnel breedbandinternetproduct met downloadsnelheden van 60 of 120 Mbps en ons verrijkte vaste‐telefonieaanbod, inclusief bellen over WiFi‐netwerken tegen aantrekkelijke forfaitaire tarieven. In september 2013 hertekenden we ons aanbod aan gefragmenteerde thematische en betaal‐tv filmkanalen met de lancering van "Rex" en "Rio". Hierdoor kunnen onze klanten hun tv‐ beleving verrijken en krijgen ze onbeperkt toegang tot een brede waaier thematische kanalen en programma's op aanvraag. En in mobiele telefonie, tot slot, hebben we onze strategie om nieuwe klanten aan te trekken aangepast door te focussen op een meer kostefficiënte klantenwerving.

In 2014 zullen we ons toeleggen op wat het meest waardevol is voor ons: onze klanten en ons netwerk. Dit zou moeten leiden tot een buitengewone klantervaring en onze marktpositie als de snelste, meest betrouwbare en meest verkozen aanbieder van connectiviteit‐ en entertainmentdiensten versterken. Daarnaast blijven we waakzaam voor de uitdagende concurrentiële omgeving, het prille economisch herstel en de mogelijke openstelling van kabelnetwerken in de tweede jaarhelft, afhankelijk van de uitspraak in onze beroepsprocedure ten gronde die midden dit jaar verwacht wordt. Voor 2014 verwachten we een solide groei van onze bedrijfsopbrengsten met 6 à 7%, gedreven door een aanhoudende groei in zowel onze vaste, mobiele als entertainmentdiensten. We verwachten een groei van onze Adjusted EBITDA met 5 à 6% voor 2014. Deze vooropgestelde groei weerspiegelt een grotere bijdrage van opbrengsten uit mobiele telefonie, die doorgaans een lagere marge kennen, hogere personeelskosten als gevolg van de verplichte loonindexering van 1,0% vanaf januari 2014 en hogere directe kosten om de groei van onze bedrijfsopbrengsten te ondersteunen. Tezelfdertijd blijven we nauwgezet onze kosten opvolgen. De toe te rekenen bedrijfsinvesteringen als een percentage van onze bedrijfsopbrengsten zullen verder dalen van ongeveer 23% voor het volledige jaar 2013 tot 20‐21% voor het volledige jaar 2014, exclusief de impact van de mogelijke verlening van de uitzendrechten voor het Belgisch voetbal. Deze trend weerspiegelt een aanhoudende groei in mobiele telefonie en relatief lagere toe te rekenen bedrijfsinvesteringen voor installaties bij de klant, terwijl we op een slimme manier zullen blijven investeren in ons kabelnetwerk om de digitale toekomst in Vlaanderen te ondersteunen. Tot slot verwachten we dat onze vrije kasstroom zal verbeteren ten opzichte van 2013 toen onze vrije kasstroom ondermeer negatief werd beïnvloed door een verandering in het beheer van ons werkkapitaal, die we in het vierde kwartaal van 2013 hebben geïmplementeerd. Solide groei van onze Adjusted EBITDA en een efficiënter beheer van ons werkkapitaal zouden moeten leiden tot een robuuste groei van onze vrije kasstroom, deels tenietgedaan door hogere geldelijke betalingen voor belastingen. Voor 2014 verwachten we een groei van onze vrije kasstroom van €212,4 miljoen in 2013 tot tussen €230,0 en 240,0 miljoen. Onze verwachte vrije kasstroom voor 2014 gaat ervan uit dat de geldelijke betaling van onze verschuldigde belasting over 2013 niet zal plaatsvinden voor begin 2015 en gaat tevens uit van stabiele geldelijke interestkosten.

Tabel 3: Vooruitzichten voor boekjaar 2014

Prognose boekjaar 2014
(zoals bekendgemaakt op 13 februari 2014)
Groei van de bedrijfsopbrengsten 6% ‐ 7%
Groei van de Adjusted EBITDA 5% ‐ 6%
Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen, als % van de
bedrijfsopbrengsten
20% ‐ 21%(1)
Vrije kasstroom €230 miljoen ‐ €240 miljoen(2)

(1) Uitgezonderd de mogelijke verlening van de uitzendrechten voor het Belgisch voetbal.

(2) Onze verwachte vrije kasstroom voor 2014 gaat ervan uit dat de geldelijke betaling van onze verschuldigde belasting over 2013 niet zal plaatsvinden voor begin 2015 en gaat tevens uit van stabiele geldelijke interestkosten.

3.2 Aandeelhoudersvergoeding

Voor 2014 keurde de raad van bestuur, met ingang van vandaag, een aandeleninkoopprogramma goed ten belope van €50,0 miljoen en zal later dit jaar bijkomende aandeelhoudersvergoedingen evalueren.

We blijven vastberaden om aantrekkelijke en terugkerende aandeelhoudersvergoedingen door te voeren in lijn met onze netto hefboomratio op lange termijn (zijnde de verhouding tussen onze totale nettoschuld en de Geconsolideerde Geannualiseerde EBITDA). Deze methodologie zorgt voor een optimaal evenwicht tussen groei en aandeelhoudersvergoedingen enerzijds en een aantrekkelijke toegang tot de financiële markten anderzijds. We streven ernaar deze netto hefboomratio te bereiken door mogelijke waardetoevoegende overnames en/of investeringen om de toekomstige groei van onze activiteiten te ondersteunen, alsook aandeelhoudervergoedingen, gesteund door een sterke vrije kasstroom en een verdere optimalisatie van onze financiering. De uitvoering van dit beleid zal op lange termijn zorgen voor een solide niveau aan terugkerende uitkeringen aan onze aandeelhouders. In de veronderstelling dat er zich geen overnames aandienen en/of dat ons business model niet ingrijpend verandert, zullen we het overschot aan geldmiddelen en kasequivalenten uitbetalen aan aandeelhouders in de vorm van dividenden, inkoop van eigen aandelen, kapitaalverminderingen of een combinatie daarvan.

3.3 Gebeurtenissen na balansdatum

Na 31 december 2013 vonden er geen significante gebeurtenissen plaats die een aanpassing van of vermelding in de boekhoudkundige gegevens in dit persbericht zouden vereisen.

3.4 Procedures van de commissaris

De commissaris, KPMG Bedrijfsrevisoren – Reviseurs d'Entreprises CVBA, vertegenwoordigd door Götwin Jackers, heeft bevestigd dat zijn controlewerkzaamheden, die ten gronde zijn afgewerkt, geen betekenisvolle correcties aan het licht hebben gebracht die in de boekhoudkundige gegevens voor het boekjaar eindigend op 31 december 2013, opgenomen in huidig communiqué, zouden moeten doorgevoerd worden.

4 Telenet Group Holding NV – Geconsolideerde staat van bedrijfsactiviteiten

Voor de drie maanden afgesloten op dec 2013 dec 2012 % Verschil
Geleverde diensten
Aa nsl ui tba re huizen ‐ Gecombineerde Netwe rk 2.893.800 2.868.800 1%
Televisie
Analoge Ka bel TV 601.100 722.500
17%
Digi tale Ka bel TV 1.491.400 1.400.200 7%
Totaal Kabel TV 2.092.500 2.122.700
1%
Internet
Residentieel breedba ndi nte rne t 1.425.200 1.347.200 6%
Breedba ndi nte rne t aan bedrijven 39.700 40.500
2%
Totaal breedband internet 1.464.900 1.387.700 6%
Telefonie
Residentiële tele fonie 1.051.100 955.200 10%
Telefonie aan bedrijven 13.900 13.500 3%
Totaal telefonie 1.065.000 968.700 10%
Mobiele tele fonie (a ctieve kla nten) 750.500 521.600 44%
Totaal geleverde diensten (excl. Mobiel) 4.622.400 4.479.100 3%
Klantenverloop
Ba si skabel televi sie 7,9% 9,6%
Breedba ndinte rnet 7,1% 7,9%
Tele fonie 6,4% 9,1%

Informatie over klantenrelaties op het Gecombineerd Netwerk

Triple play kla nten 955.300 860.400 11%
Totaal kla ntenrela ties 2.092.500 2.122.700
1%
Diens ten per kla ntenrela tie 2,21 2,11 5%
ARPU per klantenrela tie (€ / maand) 48,7 47,5 3%

5 Telenet Group Holding NV – Geselecteerde gegevens uit de EU IFRS verkorte geconsolideerde financiële staten

5.1 EU IFRS verkorte geconsolideerde staat van het resultaat en het netto resultaat rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen (niet geauditeerd)

(in € miljoen, uitgezonderd aandelen en bedragen per aandeel ) Voor de drie maanden
afgesloten op 31 december
Voor het boekjaar
afgesloten op 31 december
2013 2012
herzien
% Verschil 2013 2012
herzien
% Verschil
Winst over de verslagperiode
Bedrijfsopbrengsten
Basis kabel televisie 78,4 79,2 ‐1% 314,7 319,7 ‐2%
Premi um kabel televisie 58,8 60,1 ‐2% 235,7 227,7 4%
Verdelers / Ove rige 13,8 17,3 ‐20% 61,3 62,4 ‐2%
Resi dentieel breedba ndi nte rne t
Resi dentiële tele fonie
125,4
117,9
115,0
98,9
9%
19%
469,3
469,5
453,8
333,4
3%
41%
Bedrijfs diens ten 23,1 24,0 ‐4% 90,8 91,8 ‐1%
Totaal bedrijfsopbrengsten 417,4 394,5 6% 1.641,3 1.488,8 10%
Bedrijfskosten
Kos tprijs van geleve rde diens ten (324,4) (235,9) 38% (994,8) (852,4) 17%
Brutowinst 93,0 158,6 ‐41% 646,5 636,4 2%
Verkoop‐, algemene en beheerskos ten (72,5) (68,9) 5% (257,3) (246,7) 4%
Resultaat uit bedrijfsactiviteiten 20,5 89,7 ‐77% 389,2 389,7 N.B.
Fina nciële opbrengs ten 2,7 1,6 69% 58,5 6,5 800%
Ne tto i nteres topbrengs ten en wis selkoerswins ten 0,4 1,6 ‐75% 2,2 6,5 ‐66%
Ne tto winst op deriva ten 2,3 N.B. 56,3 N.B.
Fina nciële kos ten
Ne tto i nteres tkos ten, wi s selkoersverliezen en overige fi nanciële kos ten
(66,4)
(66,4)
(90,2)
(72,0)
‐26%
‐8%
(265,0)
(265,0)
(328,9)
(241,9)
‐19%
10%
Ne tto verlies op deriva ten (18,2) N.B. (87,0) N.B.
Ne tto financiële kos ten (63,7) (88,6) ‐28% (206,5) (322,4) ‐36%
Aandeel in het res ul taa t van gea s s ocieerde deel nemi ngen 0,3 N.B. 0,0 N.B.
Winst (verlies) vóór winstbelastingen (42,9) 1,1 N.B. 182,7 67,3 171%
Bela s ti ngen 5,8 1,0 480% (66,3) (34,0) 95%
Winst (verlies) over de verslagperiode (37,1) 2,1 N.B.
0%
116,4 33,3 250%
0%
Netto resultaat rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen
Elementen die niet naar de geconsoliderde staat van het resultaat gerecycleerd zullen worden
Herwaa rde ri ng va n verplichti ngen /(tegoeden) uit te‐bereiken‐doel pensioenplannen (1,5) (1,3) 15% (1,5) (1,3) 15%
Netto resultaat rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen (1,5) (1,3) 15% (1,5) (1,3) 15%
Totaalresultaat voor de periode (38,6) 0,8 N.B. 114,9 32,0 259%
Winst (verlies) toe te rekenen aan: (37,1) 2,1 N.B. 116,4 33,3 250%
Eigenaa rs van de Vennoots chap (37,1) 2,1 N.B. 116,4 33,3 250%
Mi nderhei ds belangen N.B. N.B.
Totaalresultaat toe te rekenen aan: (38,6) 0,8 N.B. 114,9 32,0 259%
Eigenaa rs van de Vennoots chap (38,6) 0,8 N.B. 114,9 32,0 259%
Mi nderhei ds belangen N.B. N.B.
Gew. gem. ui ts taande aandelen 114.883.226 113.168.385 114.417.532 113.036.711
Gewone winst (verlies ) per aandeel (0,32) 0,02 1,02 0,29
Verwa terde winst (verlies ) per aandeel (0,32) 0,02 1,00 0,29
Bedrijfskosten pertype
Pers oneel skos ten 41,5 35,5 17% 153,4 142,8 7%
Vergoedi ng op basis van aandelen 1,9 1,9 N.B. 10,5 6,9 52%
Afs chrijvi ngen 61,6 64,7 ‐5% 231,6 259,1 ‐11%
Waa rdevermi nderi ngen 20,8 21,2 ‐2% 82,4 79,9 3%
Afs chrijvi ngen op ui tzendrechten
Waa rdevermi nderi ng op overige imma teriële activa
13,9
53,3
11,6
20%
N.B.
43,7
53,3
39,6
10%
N.B.
Verlies (wins t) op verkoop van ma teriële va s te a ctiva en overige imma teriële activa (1,1) (0,5) 120% (2,9) 1,7 N.B.
Kos ten voor exploi ta tie van het ne twerk en voor diens ten 132,5 133,8 ‐1% 519,9 445,5 17%
Kos ten voor advertenties, verkoop en ma rke ti ng 22,6 24,0 ‐6% 73,1 74,2 ‐1%
Overige kos ten 15,1 12,6 20% 52,3 48,5 8%
Opera tionele kos ten be tre ffende overnames of desi nves teringen
Hers tructureri ngskos ten

34,8

N.B.
N.B.

34,8
0,9
N.B.
N.B.
Totaal bedrijfskosten 396,9 304,6 30% 1.252,1 1.099,1 14%

N.B. ‐ Niet Be tekenisvol

5.2 EU IFRS verkort geconsolideerd kasstroomoverzicht (niet geauditeerd)

(in € miljoen) Voor de drie maanden
afgesloten op 31 december
Voor het boekjaar
afgesloten op 31 december
2013 2012 % Verschil 2013 2012 % Verschil
Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten
Wins t (verlies ) ove r de ve rslagperi ode (37,1) 2,1 N.B. 116,4 33,3 250%
Afs chrijvi ngen, waa rdevermi nde ri ngen en hers tructureri ngskos ten 183,3 97,0 89% 442,9 380,3 16%
Veranderi ngen in we rkkapi taal en overige niet‐ka si tems 42,1 38,2 10% (3,1) (5,5) ‐44%
Bela s ti ngen (5,8) (0,9) 544% 66,3 30,7 116%
Netto i nteres tkos ten, val utaverliezen en overige fina nciële kos ten 66,0 70,4 ‐6% 262,8 235,4 12%
Netto verlies (wi ns t) op a fgeleide fi nanciële ins trumenten (2,3) 18,2 N.B. (56,3) 87,0 N.B.
Betaal de i nteres ten en be tali ngen voor deriva ten (57,1) (54,3) 5% (238,5) (191,1) 25%
Nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten 189,1 170,7 11% 590,5 570,1 4%
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Verwerving van ma teriële va s te activa (59,9) (52,3) 15% (256,6) (236,5) 8%
Verwerving van imma teriële va s te activa (14,6) (9,6) 52% (110,6) (84,4) 31%
Verwerving van gea s s ocieerde deel nemingen (0,1) N.B. (0,5) (0,3) 67%
Ontvangs ten uit de verkoop van ma teriële va s te a ctiva 1,3 0,8 63% 3,9 2,3 70%
Verwerving van ui tzendrechten voor doorverkoop (4,8) (3,3) 45% (25,6) (24,1) 6%
Opbrengs ten uit de ve rkoop van ui tzendrechten voor doorverkoop 4,8 3,3 45% 25,6 24,1 6%
Nettokasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten (73,3) (61,1) 20% (363,8) (318,9) 14%
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Opbrengs ten door ui tgi fte va n s chul d, gecorrigeerd voor s chul da fl os si ngen (7,4) (7,4) N.B. (7,4) 867,6 N.B.
Betali ng aandeelhoudersvergoedi ng N.B. (905,2) (479,6) 89%
Inkoop eigen aandelen N.B. (45,7) N.B.
Overige (incl. fina nciële lea severpli chtingen) (3,4) (9,1) ‐63% (6,3) (33,7) ‐81%
Nettokasstroom uit (gebruikt in) financieringsactiviteiten (10,8) (16,5) ‐35% (918,9) 308,6 N.B.
Netto toename (afname) in geldmiddelen en kasequivalenten
Geldmiddelen en ka sequivalenten aan het begin van de verslagperi ode 109,1 813,2 ‐87% 906,3 346,6 161%
Geldmiddelen en ka sequivalenten aan het einde van de ve rslagperi ode 214,1 906,3 ‐76% 214,1 906,3 ‐76%
Netto toename (afname) in geldmiddelen en kasequivalenten 105,0 93,1 13% (692,2) 559,7 N.B.
Vrije kasstroom
Nettoka s s troom uit bedrijfsactivi tei ten 189,1 170,7 11% 590,5 570,1 4%
Verwerving van ma teriële va s te activa (59,9) (52,3) 15% (256,6) (236,5) 8%
Verwerving van imma teriële va s te activa (14,6) (9,6) 52% (110,6) (84,4) 31%
Kapi taala fl os si ngen op lea seve rpli chti ngen (ui tgezonderd netwerkge rela teerde lea ses ) (1,1) (1,1) N.B. (4,5) (4,3) 5%
Kapi taala fl os si ngen op toevoegingen aan ne twerkgerela teerde leases na overname (3,5) (1,4) 150% (6,4) (4,3) 49%
Vrije kasstroom 110,0 106,3 3% 212,4 240,5 ‐12%

N.B. ‐ Niet Betekenisvol

5.3 EU IFRS verkorte geconsolideerde balans (niet geauditeerd)

31 dec 2012
31 dec 2013 herzien Verschil
(in € miljoen)
ACTIVA
Vaste activa:
Ma te riële va s te a ctiva
1.386,1 1.337,5 48,6
Goodwill 1.241,8 1.241,8
Ove rige imma te riële va s te a ctiva 251,9 341,0 (89,1)
Ui tges tel de belas tingvorde ringen 82,1 42,3 39,8
De riva ten 0,1 0,1
Gea s s ociee rde deelnemingen 0,9 0,4 0,5
Ove rige a ctiva 6,7 11,1 (4,4)
Totaal vaste activa 2.969,6 2.974,2 (4,6)
Vlottende activa:
Voorra den 15,4 17,8 (2,4)
Ha ndel svorde ringen 118,7 110,5 8,2
De riva ten
Ove rige vl ottende a ctiva 83,8 89,1 (5,3)
Geldmiddelen en ka sequivalenten 214,1 906,3 (692,2)
Totaal vlottende activa 432,0 1.123,7 (691,7)
TOTAAL ACTIVA 3.401,6 4.097,9 (696,3)
EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN
Eigen vermogen:
Geplaa ts t ka pi taal 12,6 12,3 0,3
Ui tgi ftepremies en ove rige rese rves 982,1 941,6 40,5
Ove rgedragen verlies (2.465,9) (1.674,5) (791,4)
He rwaa rde ringen (7,5) (6,0) (1,5)
Totaal eigen vermogen, toe te rekenen aan eigenaars van de Vennootschap (1.478,7) (726,6) (752,1)
Minde rheids bela ngen 8,3 6,2 2,1
Totaal eigen vermogen (1.470,4) (720,4) (750,0)
Langlopende verplichtingen:
Leningen en overige fina ncie ringsve rplichtingen 3.790,4 3.770,5 19,9
De riva ten 111,0 164,6 (53,6)
Ove r te dragen opbrengs ten 2,7 2,6 0,1
Ui tges tel de belas tingsve rplichtingen 109,4 80,5 28,9
Ove rige s chulden 90,8 63,0 27,8
Totaal langlopende verplichtingen 4.104,3 4.081,2 23,1
Kortlopende verplichtingen:
Leningen en overige fina ncie ringsve rplichtingen 77,9 72,5 5,4
Ha ndel s s chulden 141,8 148,1 (6,3)
Toe te rekenen kos ten en ove rige kortlopende ve rplichtingen 340,6 380,4 (39,8)
Ove r te dragen opbrengs ten 79,0 81,6 (2,6)
De riva ten 39,9 42,5 (2,6)
Kortlopende bela s tings chuld 88,5 12,0 76,5
Totaal kortlopende verplichtingen 767,7 737,1 30,6
Totaal verplichtingen 4.872,0 4.818,3 53,7
TOTAAL EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN 3.401,6 4.097,9 (696,3)

Talk to a Data Expert

Have a question? We'll get back to you promptly.