Quarterly Report • Apr 30, 2020
Quarterly Report
Open in ViewerOpens in native device viewer
Versneld commercieel succes met 8.100 nieuwe breedbandklanten, onze beste prestatie sinds KW2 2016, gesteund door een verbeterde verkoop en een afgenomen klantenverloop.
Robuuste financiële prestaties met een nettowinststijging van 994% en een 4% groei van de Adjusted EBITDA op rebased basis.
Goed geplaatst voor de toekomst en om door de COVID-19 te navigeren: herbevestiging van onze vooruitzichten over 2018-2021 met een lichte aanpassing aan onze FY 2020 verwachtingen als gevolg van COVID-gerelateerde impacten.
►Bijgaande informatie betreft gereglementeerde informatie zoals gedefinieerd in het Koninklijk Besluit van 14 november 2007 betreffende de verplichtingen van emittenten van financiële instrumenten die zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt. Voorwetenschap.
Mechelen, 30 april 2020 – Telenet Group Holding NV ("Telenet" of de "Vennootschap") (Euronext Brussel: TNET) maakt zijn niet-geauditeerde geconsolideerde resultaten voor de drie maanden afgesloten op 31 maart 2020 bekend. De resultaten zijn conform de door de Europese Unie goedgekeurde International Financial Reporting Standards ("EU IFRS").
€ 172,9 miljoen operationele vrije kasstroom (4) in KW1 2020, een daling met 8% jaar-op-jaar, waarbij een forse groei van de EBITDA ruimschoots werd geneutraliseerd door seizoensgebonden hogere kapitaal investeringen in het kwartaal.
Respectievelijk € 282,5 miljoen, € 117,4 miljoen en € 129,0 miljoen netto kasstroom uit operationele activiteiten, netto kasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten en netto kasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten in KW1 2020. € 83,4 miljoen aangepaste vrije kasstroom (5) in KW1 2020, meer dan een verdrievoudiging, dankzij de fasering van onze geldelijke betaling van belastingen en een sterke groei van de Adjusted EBITDA. In KW1 2020 hadden we € 26,3 miljoen netto betalingen onder ons leverancierskrediet-programma vergeleken met €43,9 miljoen voordeel in KW1 2019. Exclusief deze impact zou onze netto kasstroom zelfs nog hoger zijn geweest.
(a) Een reconciliatie van onze operationele vrije kasstroom CAGR voor 2018-2021 met een EU IFRS-maatstaf is niet voorzien omdat niet alle elementen van de reconciliatie worden geprojecteerd als onderdeel van ons prognoseproces, aangezien bepaalde items aanzienlijk kunnen verschillen van één periode tot een andere.
(b) Er wordt niet voorzien in een reconciliatie van onze Adjusted EBITDA-vooruitzichten voor 2020 op een EU IFRS-maatstaf, aangezien niet alle elementen van de reconciliatie worden geprojecteerd als onderdeel van ons prognoseproces, aangezien bepaalde items aanzienlijk kunnen verschillen van de ene periode tot de andere.
(c) Overige inkomsten omvatten (i) interconnectie-inkomsten van zowel onze vaste en mobiele telefonieklanten, (ii) reclame- en productieinkomsten van De Vijver Media NV, die we volledig consolideerden vanaf 3 juni 2019, (iii) verkoop van mobiele handsets, inclusief de inkomsten die zijn verdiend met onze "Choose Your Device" -programma's, (iv) groothandelsinkomsten gegenereerd door zowel onze commerciële als gereguleerde groothandelsbedrijven, (v) productactivering en installatiekosten en (vi) inkomsten uit verkoop van settopboxen zoals gedetailleerd onder 2.1 Inkomsten.
(d) Wij geven geen aansluiting van de verwachte operationele vrije kasstroom in 2020 met een EU IFRS-maatstaf omdat bepaalde elementen van de aansluiting aanzienlijk kunnen variëren van periode tot periode en bijgevolg niet worden voorspeld tijdens ons prognoseproces.
(d) Dit omvat niet de opname van uitzendrechten voor voetbal en licenties voor het mobiele spectrum en evenmin de impact van IFRS 16 op onze toe te rekenen investeringsuitgaven.
(f) De leidraad voor onze aangepaste vrije kasstroom voor 2020 wordt niet afgestemd op een EU IFRS-maatstaf, aangezien niet alle elementen van de afstemming worden voorspeld in het kader van ons prognoseproces; bepaalde posten kunnen immers aanzienlijk verschillen van periode tot periode.
(g) In de veronderstelling dat bepaalde betalingen voor onze huidige licenties voor het 2G en 3G mobiele spectrum in KW4 2020 zullen plaatsvinden en dat de contante betaling van onze belastingaangifte 2019 pas begin 2021 zal plaatsvinden.
| Voor de drie maanden afgesloten op 31 maart | 2020 | 2019 | % Verschil | |||
|---|---|---|---|---|---|---|
| FINANCIËLE KERNCIJFERS (in € miljoen, uitgezonderd bedragen per aandeel) | ||||||
| Bedrijfsopbrengsten | 653,0 | 626,0 | 4 % | |||
| Bedrijfswinst | 153,2 | 150,9 | 2 % | |||
| Nettowinst | 153,2 | 14,0 | 994 % | |||
| Nettowinstmarge | 23,5 % | 2,2 % | ||||
| Gewone winst per aandeel | 1,39 | 0,13 | N.M. | |||
| Verwaterde winst per aandeel | 1,39 | 0,13 | N.M. | |||
| Adjusted EBITDA (2) | 345,6 | 319,5 | 8 % | |||
| Adjusted EBITDA marge % | 52,9 % | 51,0 % | ||||
| Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen (uitgezonderd de opname van uitzendrechten voor voetbal en licenties voor het mobiele spectrum) (3) |
172,7 | 131,4 | 31 % | |||
| Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen als % van de bedrijfsopbrengsten (uitgezonderd de opname van uitzendrechten voor voetbal en licenties voor het mobiele spectrum) |
26,4 % | 21,0 % | ||||
| Operationele vrije kasstroom (4) | 172,9 | 188,1 | (8)% | |||
| Nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten | 282,5 | 165,5 | 71 % | |||
| Nettokasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten | (117,4) | (102,3) | 15 % | |||
| Nettokasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten | (129,0) | (104,2) | 24 % | |||
| Aangepaste Vrije kasstroom (5) | 83,4 | 19,8 | 321 % | |||
| OPERATIONELE KERNCIJFERS (Geleverde diensten) | ||||||
| Kabeltelevisie | 1.852.000 | 1.916.800 | (3)% | |||
| Basiskabeltelevisie (6) | 147.400 | 191.400 | (23)% | |||
| Premiumkabeltelevisie (7) | 1.704.600 | 1.725.400 | (1)% | |||
| Breedbandinternet (8) | 1.672.500 | 1.658.100 | 1 % | |||
| Vaste telefonie (9) | 1.206.300 | 1.243.200 | (3)% | |||
| Mobiele telefonie (10) | 2.814.800 | 2.704.800 | 4 % | |||
| Postpaid | 2.387.600 | 2.228.100 | 7 % | |||
| Prepaid | 427.200 | 476.700 | (10)% | |||
| Triple-playklanten | 1.106.800 | 1.135.300 | (3)% | |||
| Diensten per klantenrelatie (11) | 2,29 | 2,29 | — % | |||
| ARPU per klantenrelatie (€ / maand) (11) (12) | 58,3 | 57,3 | 2 % | |||
| N.M. - Not Meaningful (Niet Betekenisvol) |
"Voor we terugblikken op het eerste kwartaal van 2020 wil ik mijn persoonlijke steun en die van heel Telenet aan al onze stakeholders uitdrukken en hen een goede gezondheid wensen in deze ongeziene en onzekere tijden. Het spreekt voor zich dat COVID-19 een grote impact heeft op de manier waarop wij allemaal samen leven en werken. In dat opzicht hebben wij als bedrijf van bij het begin de volledige verantwoordelijkheid op ons genomen om te verzekeren dat wij het welzijn van onze medewerkers, klanten, leveranciers en de ruimere samenleving kunnen bevorderen, onder de noemer #samenerdoor/fairefaceensemble".
Sinds midden maart werken de meeste van onze medewerkers thuis en houden wij hen up-to-date met een specifieke interne website en regelmatige newsletters. We hebben ook beslist om tijdelijk toe te staan dat medewerkers twee werkdagen als vrijwilliger in ziekenhuizen en de zorg bijspringen. Daarnaast hebben wij onze medewerkers de kans gegeven om een deel van hun bonus aan DigitalForYouth.be te schenken, een NGO die laptops verzamelt voor kinderen in achtergestelde gemeenschappen.
Wij willen een stap voor blijven in de digitale wereld, mensen met elkaar verbinden en ervaringen creëren die het leven beter maken. Daarom hebben wij aan verscheidene gemeenschapsinitiatieven deelgenomen. Wij hebben gratis Tadaam-routers geschonken aan de firma "Zorabots", die 100 robots aan woonzorgcentra ter beschikking heeft gesteld om bejaarden via virtuele communicatie te verbinden. We hebben ons Wi-Free netwerk in ons volledig servicegebied opengesteld, zodat leerlingen zonder internettoegang verbinding kunnen maken met hun school. We hebben in de twee eerste weken meer dan 600 scholen en sociale organisaties gesteund en dat initiatief uitgebreid naar universiteiten en hogescholen. Verder werden 500 laptops en 500 BASE-simkaarten geschonken, inclusief gratis entertainment, om het isolement in ziekenhuizen en woonzorgcentra tegen te gaan.
Om connectiviteit in en buitenshuis mogelijk te maken tijdens deze tijden, verdubbelden we gratis het vaste en mobiele datategoed, inclusief een aantal gratis films en reeksen. Nu de meeste van onze winkels sinds midden maart gesloten blijven, zijn we de manier waarop we installaties bij klanten vervangen snel aan het veranderen en hebben we in minder dan 72 uur ons proces voor de thuisleveringen volledig gereorganiseerd. We hebben een specifieke website gelanceerd, telenetsamenerdoor.be/telenetfairefaceensemble.be, waar medewerkers van Telenet tips & trucs delen die het leven en het werk in deze tijden vergemakkelijken. Voor onze B2B klanten focussen we op de bedrijfscontinuïteit, door IPVPN/vezelverbindingen binnen 24 uur uit te breiden, en met financiële steun, een verdubbeling van de datategoeden en gratis entertainment. Wij geven voorrang aan alle leveringen in kritieke sectoren zoals de gezondheidszorg. Na de grote bijkomende inspanning voor de klantenzorg, lanceerden we onder het motto "Hoe gaat het ermee?" raadplegingen van klanten om hen met hun dringende connectiviteits- en IT-behoeften te helpen.
In de huidige uitzonderlijke omstandigheden ben ik tevreden over de solide onderliggende operationele prestaties in KW1, een voortzetting van ons toenemend succes sinds de tweede helft van vorig jaar. Hoewel de bruto verkoop duidelijk is teruggevallen sinds de sluiting van onze winkels midden maart, werden de gevolgen min of meer gecompenseerd door een lager verloop op jaarbasis. We hadden een bijzonder sterk kwartaal in breedband, met netto 8.100 nieuwe abonnees, onze beste kwartaalprestatie sinds KW2 2016. Als onderdeel van die robuuste prestatie noteerden we ook een terugkeer naar de groei van onze basis van residentiële breedbandklanten. Dankzij een groei met 28.400 FMC-abonnees slaagden wij erin het cijfer van de vast-mobiele convergentie verder te verhogen tot 28%, een stijging met 8 procentpunten vergeleken met dezelfde periode van vorig jaar. Dit bevorderde ook een verdere sterke groei bij de mobiele postpaid abonnees, met een aanwinst van 23.800 klanten in het eerste kwartaal van 2020. Op het vlak van het entertainment stelden we een hoger verloop vast in onze abonneebasis voor Play Sports, aangezien alle grote voetbalkampioenschappen tijdelijk opgeschort zijn. Om dit te compenseren, nemen wij de volledige catalogus van Play More gratis in het pakket van Play Sports op.
Terwijl we al sinds september van vorig jaar snelheden van 1 gigabit op ons HFC-netwerk aanbieden, stel ik trots vast dat zowel ons vast als ons 4G+ mobiel netwerk probleemloos omgaan met het toenemende gebruik van stem en data. Onze gerichte proactieve investeringen in en buiten de woning worden dus vooral in deze dagen beloond. Het vaste dataverkeer op ons gigabit HFC-netwerk nam in de voorbije weken met 80% toe, terwijl het effect van wifi offloading tot een daling met 20% van het mobiele dataverkeer leidde, dankzij de robuuste wifi-connectiviteit in de woning van onze klanten.
We namen nota van de aangepaste ontwerpbeslissing van de CRC over de wholesale toegangstarieven voor kabel. Ze is een verbetering tegenover haar voorganger, dankzij bepaalde wijzigingen van het kostenmodel in de ontwerpbeslissing die aan de Europese Commissie werd voorgelegd. Toch blijft er een ongelijke behandeling tussen het Vlaamse en het Waalse gewest bestaan, die volgens ons niet gerechtvaardigd is en moet worden verholpen. Bovendien lijken de voorgestelde wholesale toegangstarieven voor kabel nog altijd de werkelijke kosten niet te weerspiegelen en zouden ze nog steeds een betekenisvolle verlaging van de huidige tarieven impliceren. De huidige uitzonderlijke omstandigheden bevestigen meer dan ooit de behoefte aan hoogpresterende, geavanceerde vaste en mobiele netwerken. Tot slot wil ik benadrukken dat wij ondanks de huidige uitzonderlijke omstandigheden uitstekend gepositioneerd blijven voor de toekomst, dankzij onze toonaangevende gigabit HFC en 4G+ geconvergeerde netwerkinfrastructuur in combinatie met onze waardeverhogende FMC-strategie. Met onze uitmuntende conversie van de aangepaste vrije kasstroom, ons robuust liquiditeits- en schuldvervalprofiel op lange termijn van 8,3 jaar, bevinden wij ons in een zeer sterke positie om in 2020 en de volgende jaren een aantrekkelijke aandeelhouderswaarde te genereren."
"Ik ben blij met onze sterke financiële prestatie in het eerste kwartaal en tevreden dat wij tussen midden maart en nu de grootste impact van COVID-19 op onze financiële situatie konden opvangen. Wij genereerden € 653 miljoen opbrengsten in KW1 2020, een stijging met 4% jaar-op-jaar, met inbegrip van de bijdrage voor het volledige kwartaal van De Vijver Media, dat wij in juni 2019 overnamen. Deze niet-organische impact buiten beschouwing gelaten, was onze rebased omzet vrijwel stabiel vergeleken met dezelfde periode van vorig jaar. Een verbeterde trend van onze recurrente opbrengsten uit abonnementen werd volledig ongedaan gemaakt door lagere opbrengsten uit bedrijfsdiensten en andere opbrengsten, het gevolg van de impact sinds midden maart van COVID-19 op onze opbrengsten uit ICT, de verkoop van telefoons en reclame.
We hebben ook dit kwartaal een strakke kostenbeheersing aan de dag gelegd, met een daling van onze totale operationele kosten met iets meer dan 4% op rebased basis. Zodoende bedroeg onze Adjusted EBITDA € 346 miljoen in KW1 2020, een stijging met 8% jaar-op-jaar, met inbegrip van de voornoemde niet-organische impact van de overname van De Vijver Media. Deze niet-organische impact buiten beschouwing gelaten, steeg onze Adjusted EBITDA met een solide 4% jaar-op-jaar, waarbij de negatieve impact van het verlies van het MVNOcontract met MEDIALAAN en bepaalde regulatoire tegenwinden ruimschoots werd gecompenseerd door (i) lagere verkoop- en marketingkosten tegenover dezelfde periode van vorig jaar dankzij de fasering en de impact van de migratie van de klanten van SFR in 2019 en (ii) een aanhoudend strakke kostenbeheersing. Op rebased basis verbeterden wij onze Adjusted EBITDA-marge met 220 basispunten naar bijna 53%, vergeleken met hetzelfde kwartaal van vorig jaar.
In het eerste kwartaal bedroegen onze toe te rekenen investeringsuitgaven € 173 miljoen, ongewijzigd jaar-op-jaar en het equivalent van ongeveer 26% van de opbrengsten in het kwartaal. De opname van de erkenning van de voetbaluitzendrechten van de Britse Premier League in KW1 2019 buiten beschouwing gelaten, stegen onze toe te rekenen investeringsuitgaven in KW1 2020 met 31% als gevolg van (i) de niet-organische impact van de overname van De Vijver Media, (ii) de proactieve aanleg van voorraden om onze toeleveringsprocessen tijdens de COVID-19-pandemie te verzekeren en (iii) hogere seizoensgebonden uitgaven voor ons IT-upgradeprogamma, dat onze digitale capaciteiten in de toekomst zal versterken.
Onze operationele vrije kasstroom bedroeg € 173 miljoen, een daling met 8% jaar-op-jaar, waarbij een forse groei van de EBITDA ruimschoots werd geneutraliseerd door seizoensgebonden hogere investeringen in het kwartaal. Tot slot nam onze aangepaste vrije kasstroom in KW1 2020 toe tot € 83 miljoen, meer dan een verdrievoudiging, dankzij de fasering van onze geldelijke betaling van belastingen en een sterke groei van de Adjusted EBITDA, zodat € 26,3 miljoen netto betalingen van ons leverancierskredietprogramma in KW1 2020 ruimschoots werd gecompenseerd.
Zoals John al vermeldde, heeft Telenet een uiterst robuust liquiditeits- en schuldvervalprofiel met (i) een kassaldo van € 138 miljoen op 31 maart 2020, (ii) een gewogen gemiddelde looptijd van 8,3 jaar en (iii) geen schuldafschrijvingen voor maart 2028, met uitzondering van kortlopende verplichtingen voor ons leverancierskredietprogramma. Onze totale netto schuldgraad op 31 maart 2020 bereikte 4.x, in het midden van ons streefdoel voor de totale netto schuldgraad dat wij tijdens de Capital Markets Day in december 2018 aankondigden. Wij hebben in KW1 ons Aandeleninkoopprogramma 2020 met succes voltooid, met de inkoop van 1,1 miljoen aandelen voor een totaalbedrag van € 33,5 miljoen. Gisteren hebben de aandeelhouders bovendien de schrapping van 814.966 aandelen goedgekeurd en de betaling van een bruto slotdividend van € 1,3050 per aandeel, dat op 6 mei zal worden uitgekeerd. Wij blijven dus onze verwachte tijdlijn voor de vergoeding van de aandeelhouders volgen en blijven ons inzetten om dit in de toekomst na te streven.
Wat de toekomst betreft, de impact van de wereldwijde COVID-19-pandemie op onze financiële resultaten bleef in KW1 2020 relatief beperkt, maar zal naar verwachting in KW2 2020 en de rest van het jaar groter zijn, vooral wegens de blootstelling van onze dochteronderneming De Vijver Media aan de meer cyclische media- en reclamemarkten. Wij blijven goed op weg om een samengestelde jaarlijkse groei van onze operationele vrije kasstroom met 6,5 tot 8,0% te bereiken voor de periode 2018-2021 (de opname van de voetbaluitzendrechten en de licenties voor het mobiele spectrum en de impact van IFRS 16 vanaf 1 januari 2019 buiten beschouwing gelaten). Wij verwachten voor het boekjaar 2020 een matig negatieve maar tijdelijke impact van COVID-19 op onze opbrengsten en Adjusted EBITDA van 2 procentpunten. Dit weerspiegelt de verwachte effecten van de huidige lockdown vanaf medio maart 2020 en is exclusief de effecten van eventuele aanvullende lockdowns in de tweede helft van het jaar, die kan onze activiteiten verder zou kunnen beïnvloeden. Er wordt ook van uitgegaan dat we de lockdown in mei geleidelijk zullen beëindigen met een gradueel economisch herstel daarna. Met deze context verwachten we een omzetdaling van ongeveer 2% op een rebased basis. Exclusief onze overige inkomsten, waaronder (i) interconnectie-inkomsten van zowel onze vaste lijn en klanten voor mobiele telefonie, (ii) reclame- en productie-inkomsten van De Vijver Media NV, die we volledig consolideerden vanaf 3 juni 2019, (iii) de verkoop van mobiele telefoons, inclusief de inkomsten verdiend onder onze "Choose Your Device" -programma's, (iv) groothandelsinkomsten gegenereerd door zowel onze commerciële als gereguleerde groothandelsbedrijven, (v) product activerings- en installatiekosten en (vi) verkoopopbrengsten van settopboxen, verwachten we dat onze inkomsten voor het volledige jaar globaal stabiel zullen blijven in vergelijking met 2019, wat de veerkracht van onze residentiële en zakelijke connectiviteitssegmenten beklemtoont. Wij zullen onze kostenbasis blijven beheersen en verzekeren dat al onze activiteiten operationele leverage genereren. Zodoende verwachten wij een minder uitgesproken impact op onze Adjusted EBITDA, met ongeveer -1% op rebased basis. Gelet op de robuuste aard van onze vaste en mobiele infrastructuur en ons bewezen vermogen om onze toekomstige investeringen zorgvuldig af te wegen, verwachten wij nog steeds dat onze operationele vrije kasstroom zal groeien, meer bepaald met 1 tot 2% op rebased basis. Tot slot blijven wij mikken op een aangepaste vrije kasstroom van € 415,0 - € 435,0 miljoen, maar verwachten wij dat onze prestatie voor het volledige jaar onderaan deze vork zal liggen. Hierbij herbevestigen we onze intentie om de netto totale schuldgraad rond het 4,0x middelpunt te behouden, terwijl we onze remuneratie strategie voor aandeelhouders zoals weergegeven tijdens de Capital Markets Day van december 2018 blijven uitvoeren. "
Op 31 maart 2020 hadden wij 2.064.600 unieke klantrelaties, die ongeveer 61% vertegenwoordigden van de 3.394.200 woningen langs ons toonaangevende hybride glasvezel-coaxnetwerk (HFC) in ons servicegebied in Vlaanderen en Brussel. Ons kabelnetwerk bestaat uit een dichte glasvezelbackbone met lokale lusverbindingen van coaxkabel en spectrum tot 1,2 GHz. Met de EuroDocsis 3.0 en 3.1-technologie bieden wij downstreamsnelheden voor data aan tot 1 Gbps in ons volledige servicegebied, een bevestiging van onze leidende marktpositie als snelste leverancier van internetdiensten.
Op 31 maart 2020 leverden wij 4.730.800 vaste diensten ('RGU's'), bestaande uit 1.852.000 kabeltelevisieabonnementen, 1.672.500 breedbandinternetabonnementen en 1.206.300 vastetelefonieabonnementen. Daarnaast was op 31 maart 2020 ongeveer 92% van onze kabeltelevisieabonnementen geüpgraded naar ons premium kabeltelevisieplatform met hogere gemiddelde opbrengst per klantrelatie (ARPU). De abonnees van het premium kabeltelevisieplatform genieten een rijkere kijkervaring met onbeperkte toegang tot een groter aanbod van digitale zenders, HD-zenders en betalende sportzenders, series- en filmkanalen, een enorme bibliotheek van binnen- en buitenlandse films en programma's à la carte ('VOD') en toegang tot ons 'overthe-top'-platform ('OTT') 'Yelo Play'. Op 31 maart 2020 bedienden wij ook 2.814.800 mobiele abonnees, van wie ongeveer 85% geabonneerd is op een van onze aantrekkelijke mobiele of vaste-mobiele ('FMC') tariefplannen. Wij bereikten een bundelratio van 2,29 vaste opbrengstgenererende eenheden per unieke klantrelatie op het eind van KW1 2020, stabiel tegenover dezelfde periode van vorig jaar. Op 31 maart 2020 was ongeveer 31% van onze kabelklanten geabonneerd op een quad-play-bundel (de mobiele abonnementen onder het merk BASE niet meegeteld), een forse stijging met 3 procentpunten vergeleken met dezelfde periode van vorig jaar, als teken van het aanhoudende succes van onze strategie voor de convergentie van vast en mobiel.
De netto groei van het aantal abonnees op onze FMC-bundels bleef fors in KW1 2020, met netto 28.400 abonnees in het kwartaal. Dit was in grote lijnen stabiel tegenover KW1 2019 ondanks de impact van de COVID-19 panepidemie, die midden maart 2020 tot een tijdelijke sluiting van onze winkels leidde en vanaf dan de trends van onze bruto omzet en van het verloop op jaarbasis beïnvloedde. Op 31 maart 2020 bereikte onze FMCklantenbasis, die onze 'WIGO', 'YUGO' en 'KLIK' (B2B) klanten omvat, een totaal van 575.800-klanten, een stijging met 34% jaar-op-jaar. Bijgevolg vertegenwoordigde de penetratie van de FMC-abonnees ongeveer 28% van het totale aantal klantrelaties op het eind van KW1 2020, vergeleken met ongeveer 20% een jaar geleden.
De gemiddelde opbrengst per klantrelatie (ARPU), die de opbrengsten uit mobiele telefonie en bepaalde andere soorten opbrengsten buiten beschouwing laat, is een van onze belangrijkste operationele statistieken, aangezien wij naar een groter aandeel van de telecommunicatie- en contentuitgaven van onze klanten streven. In de drie maanden tot 31 maart 2020 bereikten wij een gemiddelde opbrengst per klantrelatie van € 58,3, een bescheiden stijging met 2% tegenover dezelfde periode van vorig jaar. De groei van de gemiddelde opbrengst per klantrelatie werd geschraagd door (i) een grotere verhouding abonnees op productbundels in onze totale klantenmix, (ii) een groter aandeel premium breedbandabonnees in onze mix en (iii) het voordeel van bepaalde prijsaanpassingen, gedeeltelijk geneutraliseerd door een grotere verhouding bundelkortingen (met inbegrip van promoties met vaste termijn) en lagere gebruiksgerelateerde opbrengsten buiten de bundels.
Op 31 maart 2020 hadden we 1.672.500 abonnees voor breedbandinternet, een netto stijging met 8.100 opbrengstgenererende eenheden tegenover 31 december 2019. Dit was onze beste kwartaalprestatie sinds KW2 2016, ondanks de impact van de COVID-19-pandemie, die midden maart 2020 tot een tijdelijke sluiting van onze winkels leidde en vanaf dan de trends van onze bruto omzet en van het verloop op jaarbasis beïnvloedde. Terwijl onze basis van zakelijke breedbandklanten bleef groeien, konden wij de trend op de residentiële markt keren met netto 2.800 nieuwe abonnees, het beste kwartaalresultaat sinds midden 2016. Al met al slaagden wij erin het verlies van onze fysieke winkels te compenseren door een beduidend deel van onze verkoop naar onze online kanalen te verplaatsen en onze processen voor thuislevering en zelfinstallatie te perfectioneren. Het verloop op jaarbasis bedroeg 8,3% in KW1 2020 en keerde dus terug naar het niveau van KW2 2019, 430 basispunten lager dan de 12,6% van KW1 2019, toen het verloop werd beïnvloed door de laatste fase van de migratie van de klanten van SFR Belux.
Terwijl wij blijven focussen op een maximale connectiviteit voor de thuisbeleving van de klant, hadden we eind KW1 2020 meer dan 594.000 wifi-boosters gedistribueerd, een stijging met 9% tegenover het vorige kwartaal en een sterke stimulans voor de klanttevredenheid en onze Net Promotor Score ('NPS)'. Vijf jaar na de start van 'De Grote Netwerf', ons programma voor de upgrade van het vaste net, zijn we begonnen met de commercialisering van downloadsnelheden van 1 gigabit per seconde in ons volledige servicegebied. In KW3 2019 verhoogden we bovendien de snelheid van alle bestaande internetaanbiedingen met 50% tot 150% voor meer dan 1,2 miljoen klanten en lanceerden we een nieuwe optie 'GIGA Speedboost', die voor een extra € 15 per maand de topsnelheid van 1 gigabit per seconde beschikbaar maakt. Sinds de uitbraak van de COVID-19-pandemie steeg het vaste dataverkeer op ons HFC-netwerk met 80%. We noteerden ook een verdubbeling van het aantal klanten met een Speedboost-optie vergeleken met dezelfde periode van vorig jaar. De continue migratie van breedbandklanten naar bundels met hoger snelheid zorgde voor een stijging van de gewogen gemiddelde downloadsnelheid voor data van onze klantenbasis voor breedbandinternet tot 202 Mbps. Dit is een indrukwekkende stijging van 44% tegenover 140 Mbps een jaar geleden.
Op 31 maart 2020 hadden we 1.206.300 abonnees voor vaste telefonie, een daling met 3% tegenover dezelfde periode van vorig jaar en een weerspiegeling van een algemeen dalende markttrend. Onze abonneebasis voor vaste telefonie daalde met 6.200 netto RGU's tegenover 31 december 2019, een verbetering van de trend vergeleken met het netto organische verlies van 8.700 RGU's in KW4 2019 en onze beste kwartaalprestaties sinds KW2 2018. Sinds de uitbraak van de COVID-19-pandemie stellen wij een toegenomen gebruik van vaste telefonie bij onze klantenbasis vast, met een stijging van gemiddeld 50% vergeleken met het gemiddeld verbruik in KW1 2020 voor de COVID-19 uitbraak. Net als voor het breedbandinternet verbeterde het verloop op jaarbasis voor onze vaste telefonie beduidend vergeleken met dezelfde periode van vorig jaar, met 520 basispunten of 9,6% in KW1 2020, het laagste niveau sinds KW2 2017.
Onze abonneebasis voor mobiele telefonie, die de abonnees van onze commerciële wholesale-partners en onze KMO-klanten niet omvat, bereikte een totaal van 2.814.800 simkaarten op het eind van KW1 2020, waarvan 2.387.600 postpaid abonnees. De resterende 427.200 mobiele abonnees zijn prepaid abonnees onder het merk BASE. De netto groei van het aantal postpaid abonnees bleef sterk, met 23.800 bijkomende simkaarten in KW1 2020, voornamelijk dankzij de aanhoudende groei van onze FCM-abonneebasis.
Op 31 maart 2020 telden wij in totaal 1.852.000 RGU's voor onze basic en premium kabeltelevisie-abonnees. Wij verloren in KW1 2020 netto 14.600 televisieabonnees, weer een verbetering tegenover de vorige kwartalen, vooral dankzij de verbeterde netto addities bij de abonnees voor premium kabeltelevisie. Het voornoemde nettoverlies omvat geen overschakelingen naar onze premium kabeltelevisiediensten en vertegenwoordigt klanten die zijn overgestapt naar concurrerende platformen, zoals andere aanbieders van digitale tv, OTT en satelliet, of klanten die hun tv-abonnement hebben opgezegd of die buiten ons servicegebied zijn verhuisd.
Begin oktober 2019 lanceerden we onze campagne 'Signal Switch' als voorbereiding op de uitschakeling van de analoge radio- en videosignalen tussen 2020 en 2021. Dit zal op het netwerk capaciteit vrijmaken voor het altijd toenemende digitale verkeer. Wij hebben beslist om dit project tijdelijk uit te stellen als gevolg van de voorzorgsmaatregelen in de context van de COVID-19-crisis. Dit project zal opnieuw starten afhankelijk van de verdere ontwikkelingen van de huidige crisis"
Op 31 maart 2020 waren 1.704.600 van onze kabeltelevisieabonnees geüpgraded naar onze kabeltelevisiediensten met hogere ARPU, die hen toegang geven tot een veel rijkere televisiebeleving, met inbegrip van gratis onbeperkte toegang tot onze app 'Yelo Play' waarmee ze thuis en buitenshuis een unieke contentervaring kunnen beleven op meerdere verbonden apparaten. Dit omvat ons nieuwste digitale televisieplatform, met inbegrip van onze in de cloud gebaseerde settopbox van de volgende generatie met spraakherkenning, die wij eind april 2019 lanceerden. In KW1 2020 steeg onze abonneebasis voor premium kabeltelevisie met netto 2.700 RGU's. Dit was een beduidende verbetering tegenover het vorige kwartaal, toen we netto 3.400 RGU's verloren, en was onze beste kwartaalprestatie sinds KW3 2016. De verbeterde trend in het kwartaal was te danken aan (i) de reeds vermelde sterke FMC-verkoop en (ii) de bewustmakingscampagne rond 'Signal Switch', die analoge televisieabonnees naar een digitaal aanbod deed migreren.
Onze abonnementspakketten voor video on demand, 'Play' en 'Play More', bereikten 421.000 abonnees in KW1 2020, een daling met 10.300 abonnementen tegenover 31 december 2019, voornamelijk als gevolg van een groter verloop van klanten op het eind van hun promotie welke de algemene trend neerwaarts beïnvloedde. Wij blijven in ons servicegebied het breedste sportaanbod leveren met 'Play Sports', dat binnen- en buitenlands voetbal, inclusief o.a. de UK Premier League, combineert met andere belangrijke sporten zoals golf, ATP-tennis, Formule 1, volleybal, basketbal en hockey. Eind KW1 2020 bedienden wij 218.800 'Play Sports'-klanten, een nettoverlies van 19.900 klanten vergeleken met 31 december 2019. Dit werd voornamelijk veroorzaakt door een (tijdelijke) schorsing van de nationale en internationale voetbalkampioenschappen en andere grote sportevenementen wegens de COVID-19-pandemie. We hebben besloten onze Play Sports-kanalen in april en mei aan te vullen met geweldige films en series van het Play More-entertainment pakket. Hoewel er momenteel geen live wedstrijden worden gespeeld vanwege de COVID-19-pandemie, bieden we andere premium sportgerelateerde content aan onze Play Sports-klanten, waaronder plannen om legendarische wedstrijden opnieuw uit te zenden.
Rebased groei: Om de rebased groeicijfers te berekenen op een vergelijkbare basis voor de drie maanden tot 31 maart 2020 hebben we onze historische bedrijfsopbrengsten en Adjusted EBITDA aangepast om de bedrijfsopbrengsten en Adjusted EBITDA van De Vijver Media (volledig geconsolideerd sinds 3 juni 2019) van voor de overname op te nemen in onze herzienbare bedragen voor de drie maanden tot 31 maart 2019, voor zover de bedrijfsopbrengsten en Adjusted EBITDA van de entiteit deel uitmaken van onze resultaten voor de drie maanden tot 31 maart 2020. Zie Definities voor meer toelichtingen. Voor meer informatie over het verschil tussen onze gerapporteerde en onze rebased resultaten verwijzen we naar de Investor & Analyst Toolkit op onze website voor de relaties met beleggers.
Toewijzing van bundelgerelateerde inkomsten uit abonnementen: Na de recente aanpassing van onze stand-alone portfolio voor breedbandinternet wordt een lager inkomstenaandeel uit onze vaste en FMCbundels toegewezen aan de inkomsten uit breedbandinternet vanaf 1 januari 2020. Dit heeft een negatieve invloed op onze inkomsten uit breedbandinternet, volledig gecompenseerd door een hogere toewijzing aan onze inkomsten uit video, vaste telefonie en mobiele telefonie. De bovengenoemde wijziging heeft ook gevolgen voor de ARPU per klantrelatie (aangezien dit de inkomsten uit mobiele telefonie uitsluit), maar heeft geen invloed op onze totale inkomsten uit abonnementen.
Herziene balans 31 december 2019: In de loop van KW1 2020 heeft Telenet zijn boekhouding verder uitgevoerd voor de stapsgewijze overname van De Vijver Media die op 3 juni 2019 werd afgesloten ('aankoopprijstoewijzing') en die resulteerde in de erkenning van € 4,6 miljoen uitgestelde belastingverplichtingen via goodwill. Het verkorte geconsolideerde overzicht van de balans per 31 december 2019 is dienovereenkomstig aangepast.
In KW1 2020 genereerden we € 653,0 miljoen opbrengsten, een stijging met 4% tegenover € 626,0 miljoen in dezelfde periode van vorig jaar. Onze opbrengsten in KW1 2020 omvatten een bijdrage voor een volledig kwartaal van het lokale mediabedrijf De Vijver Media nv, waarvan wij op 3 juni 2019 het resterende aandeel van 50% verwierven en dat sindsdien volledig geconsolideerd is. Dit niet-organische effect buiten beschouwing gelaten, bleven onze rebased opbrengsten in KW1 2020 in grote lijnen onveranderd vergeleken met KW1 2019. Onze opbrengsten uit abonnementen voor zowel kabel- als mobiele telefonie in KW1 2020 stegen met 1% zowel op gerapporteerde als rebased basis. Deze verbeterde prestatie was te danken aan het aanhoudende sterke succes van onze FMC-bundels in zowel het residentiële als het zakelijke segment, en aan het voordeel van de tariefaanpassingen in augustus 2019. Dit effect werd vrijwel volledig ongedaan gemaakt door lagere overige opbrengsten en opbrengsten uit bedrijfsdiensten, als gevolg van een terugval met respectievelijk 3% en 4% jaar-op-jaar op rebased basis, die hierna uitvoeriger wordt besproken en vooral geïmpacteerd door COVID-19.
Onze opbrengsten uit kabeltelevisie vertegenwoordigen de maandelijkse vergoeding die onze televisieabonnees betalen voor de kanalen die ze in het basispakket ontvangen, alsmede de opbrengsten die door onze abonnees op premium tv worden gegenereerd en die voornamelijk bestaan uit (i) recurrente huurgelden voor settopboxen, (ii) vergoedingen voor extra premium content die wij aanbieden, inclusief onze video on demand pakketten 'Play', 'Play More' en 'Play Sports', en (iii) transactionele en broadcasting ondemanddiensten. In KW1 2020 bedroegen onze opbrengsten uit kabeltelevisie € 144,4 miljoen, ongeveer stabiel tegenover KW1 van vorig jaar, zowel op gerapporteerde als op rebased basis. De verbeterde trend van onze opbrengsten uit kabeltelevisie was voornamelijk het gevolg van een groter aandeel van de FMC- bundels in de opbrengsten, zoals reeds vermeld, en van het voordeel van onze prijsaanpassingen, vrijwel ongedaan gemaakt door het aanhoudende nettoverlies van televisieabonnees.
De opbrengsten uit onze RGU's voor breedbandinternet in het residentiële segment en dat van de kleine bedrijven bedroegen in KW1 2020 in totaal € 160,2 miljoen, in grote lijnen stabiel tegenover dezelfde periode van vorig jaar, zowel op gerapporteerde als op rebased basis. Als gevolg van de recente vernieuwing van onze portfolio voor zelfstandig breedbandinternet, neemt het aandeel van de vaste en FMC-bundels in onze opbrengsten uit breedbandinternet sinds 1 januari 2020 af. Deze nadelige impact op onze opbrengsten uit breedbandinternet werd volledig gecompenseerd door een toename van onze opbrengsten uit televisie, vaste telefonie en mobiele telefonie. Deze verschuiving in onze mix van opbrengsten maakte de hogere breedbandopbrengsten in het zakelijke segment, de prijsaanpassing van augustus 2019 en de aanhoudende groei van onze klantenbasis voor breedbandinternet volledig ongedaan.
Onze opbrengsten uit vaste telefonie omvatten de recurrente opbrengsten uit onze abonnees op vaste telefonie en de variabele opbrengsten uit het gebruik, maar niet de door deze klanten gegenereerde interconnectieopbrengsten, die onder overige opbrengsten worden gerapporteerd. In de drie maanden tot 31 maart 2020 stegen onze opbrengsten uit vaste telefonie op gerapporteerde en rebased basis met 2% naar € 55,8 miljoen, vergeleken met € 55,6 miljoen in dezelfde periode van vorig jaar. De toename was voornamelijk te danken aan de gunstige impact van de voornoemde herindeling van onze opbrengsten uit vaste telefonie en FMC-bundels, en aan hogere gebruiksgerelateerde opbrengsten in maart als gevolg van het toenemende gebruik van vaste telefonie in de COVID-19-pandemie.
Onze opbrengsten uit mobiele telefonie vertegenwoordigen de opbrengsten uit abonnementsgelden die door onze directe abonnees voor mobiele telefonie worden gegenereerd alsook opbrengsten buiten bundel, maar omvatten niet (i) de interconnectieopbrengsten die door deze klanten worden gegenereerd, (ii) de opbrengsten uit de verkoop van telefoons en (iii) de opbrengsten uit onze 'Choose Your Device' programma's, die alle onder overige opbrengsten worden gerapporteerd. In KW1 2020 bedroegen de opbrengsten uit mobiele telefonie € 113,6 miljoen, een stijging met 6% jaar-op-jaar op zowel gerapporteerde als rebased basis. De stijging was voornamelijk het gevolg van de gunstige impact van de al vermelde herindeling van onze opbrengsten uit vaste telefonie en FMC-bundels en van de aanhoudende forse nettogroei van het aantal postpaid abonnementen, ondersteund door up -en cross sell naar hoger geprijsde FMC bundels. Deze elementen wogen ruimschoots op tegen (i) lagere opbrengsten uit bundels die onze mobiele abonnees buiten hun maandelijkse bundel genereerden als gevolg van onze verbeterde 'WIGO' quad-play-bundels en de overstap naar de zelfstandige onbeperkte mobiele aanbiedingen van zowel Telenet als BASE, (ii) hogere bundelgerelateerde kortingen na het succes van onze 'WIGO'-quad-play-voorstellen en (iii) een aanhoudende daling van het aantal prepaid abonnees
De onder bedrijfsdiensten gerapporteerde opbrengsten betreffen (i) de opbrengsten die worden gegenereerd op niet-coaxproducten, inclusief glasvezel- en geleasede DSL-lijnen, (ii) door onze KMO-klanten gegenereerde opbrengsten uit mobiele telefonie, (iii) onze 'carrier'-diensten en (iv) diensten met toegevoegde waarde zoals hostingdiensten en beheerde data beveiligingsdiensten. Onze opbrengsten uit bedrijfsdiensten omvatten ook de opbrengsten gegenereerd door de lokale ICT-integrator Nextel, die wij op 31 mei 2018 overnamen. De opbrengsten uit zakelijke klanten op alle coaxgerelateerde producten, zoals onze vlaggenschipbundel 'KLIK' (vroeger 'WIGO Business' genoemd), worden toegerekend aan onze opbrengsten uit kabelabonnementen en worden niet gerapporteerd binnen Telenet Business, onze B2B-afdeling.
Telenet Business genereerde € 50,0 miljoen opbrengsten in de drie maanden tot 31 maart 2020, een daling met 4% tegenover dezelfde periode van vorig jaar op zowel gerapporteerde als rebased basis. De terugval was voornamelijk het gevolg van (i) een lagere bijdrage van onze activiteiten beveiliging en ICT-integrator aangezien bepaalde projecten vanwege COVID-19 werden vertraagd en uitgesteld, (ii) lagere buiten-bundel opbrengsten gegenereerd door onze mobiele kmo-klanten en (iii) een geleidelijke verschuiving van eenmalige inkomsten, zoals de verkoop van apparatuur of projectgerelateerde inkomsten, door terugkerende inkomsten verdiend met dergelijke transacties.
De overige opbrengsten omvatten (i) interconnectieopbrengsten uit zowel vaste als mobiele telefonie, (ii) reclame en productie opbrengsten van De Vijver Media nv, dat sinds 3 juni 2019 volledig geconsolideerd is, (iii) opbrengsten uit de verkoop van telefoons, inclusief de opbrengsten uit onze 'Choose Your Device' programma's, (iv) wholesale-opbrengsten uit zowel onze commerciële als gereguleerde wholesaleactiviteiten,de bijdrage van De Vijver Media nv, dat sinds 3 juni 2019 volledig geconsolideerd is, (v) vergoedingen voor de activering en installatie van producten en (vi) opbrengsten uit de verkoop van settopboxen. Onze overige opbrengsten bereikten € 128,0 miljoen in KW1 2020, een stijging met 22% jaarop-jaar op gerapporteerde basis, met zoals reeds vermeld een bijdrage van De Vijver Media voor het volledige kwartaal. Op rebased basis daalden onze overige opbrengsten met 3% jaar-op-jaar als gevolg van (i) lagere wholesale-opbrengsten wegens het verlies van het MVNO-contract met MEDIALAAN dat onze opbrengsten begon te beïnvloeden vanaf april vorig jaar, (ii) een lagere bijdrage van De Vijver Media wegens een daling van de televisiereclameopbrengsten als gevolg van COVID-19 en (iii) lagere opbrengsten uit de verkoop van telefoons na de sluiting van onze winkels midden maart in het kader van de preventiemaatregelen voor COVID-19.
In de drie maanden tot 31 maart 2020 bedroegen onze totale bedrijfskosten € 499,8 miljoen, een stijging met 5% tegenover dezelfde periode van vorig jaar, aangezien onze totale bedrijfskosten in KW1 2020 de al vermelde niet-organische impact van de overname van De Vijver Media en een versnelde afschrijving van € 9,2 miljoen op uitzendrechten, gezien de tijdelijke stopzetting van alle grote sportevenementen als gevolg van de COVID-19 pandemie weerspiegelden. De totale bedrijfskosten kwamen overeen met ongeveer 77% van de opbrengsten in de drie maanden tot 31 maart 2020 (KW1 2019: ongeveer 76%). In KW1 2020 kwam de kostprijs van geleverde diensten overeen met ongeveer 53% van de bedrijfsopbrengsten (KW1 2019: ongeveer 55%) en kwamen de verkoop-, algemene en beheerskosten overeen met ongeveer 23% van de totale bedrijfsopbrengsten in KW1 2020 (KW1 2019: ongeveer 21%).
Onze operationele kosten, het totaal van (i) onze netwerkexploitatiekosten, (ii) directe kosten, (iii) personeelskosten, (iv) verkoop- en marketingkosten, (v) uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten en (vi) overige indirecte kosten, bleven in de drie maanden tot 31 maart 2020 grotendeels stabiel op gerapporteerde basis, ondanks de reeds vermelde niet-organische impact van de overname. Wij zijn er dus in geslaagd De Vijver Media in onze activiteiten te integreren terwijl we onze operationele kosten in het kwartaal stabiel hielden. Op rebased basis, met aanpassing van onze kosten van vorig jaar voor de nietorganische impact van de overname, daalden onze operationele kosten met iets meer dan 4% tegenover dezelfde periode van vorig jaar. Dit was voornamelijk te danken aan (i) een daling met 21% van onze indirecte kosten, voornamelijk gedreven door lagere facility-gerelateerde kosten en strakke kostenbeheersing, (ii) een daling met 18% van onze verkoop- en marketingkosten, aangezien KW1 2019 de intensieve migratiecampagne van de resterende SFR-abonnees weerspiegelde, (iii) een daling met 2% van onze directe kosten aangezien hogere programmeringskosten ruimschoots werden gecompenseerd door lagere interconnectiekosten en lagere kosten voor de aankoop van telefoons na de COVID-19-pandemie.
Onze netwerkexploitatiekosten bedroegen € 54,3 miljoen in KW1 2020, onveranderd vergeleken met de € 54,3 miljoen in KW1 2019, op zowel gerapporteerde als rebased basis.
Onze directe kosten omvatten alle directe kosten zoals (i) interconnectiekosten, met inbegrip van onze MVNO-kosten, (ii) programmerings- en auteursrechten en (iii) de verkoop en subsidiëring van telefoons. In KW1 2020 bedroegen onze directe kosten € 130,3 miljoen, een stijging met 3% tegenover dezelfde periode van vorig jaar op gerapporteerde basis. Op rebased basis daalden onze directe kosten met 2% jaar-op-jaar aangezien hogere programmeringskosten ruimschoots ongedaan werden gemaakt door lagere interconnectiekosten en lagere kosten voor de aankoop van telefoons na de COVID-19-pandemie.
De personeelskosten voor de drie maanden tot 31 maart 2020 bedroegen € 68,7 miljoen, een stijging met 7% tegenover dezelfde periode van vorig jaar op gerapporteerde basis, en weerspiegelden de niet-organische impact van de overname van De Vijver Media. Op rebased basis daalden de personeelskosten voor de drie maanden tot 31 maart 2020 met iets meer dan 1% tegenover dezelfde periode van vorig jaar, als gevolg van een kleiner personeelsbestand vergeleken met vorig jaar en de impact van de COVID-19 pandemie op onze personeelskosten.
Onze verkoop- en marketingkosten in KW1 2020 bedroegen € 21,2 miljoen, een daling jaar-op-jaar met 10% op gerapporteerde en 18% op rebased basis, aangezien KW1 2019 de intensieve migratiecampagne van de resterende SFR-abonnees weerspiegelde.
De kosten van uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten bedroegen € 9,5 miljoen in KW1 2020, een stijging met 6% jaar-op-jaar op gerapporteerde basis. Op rebased basis stegen de kosten van uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten met 5% vergeleken met dezelfde periode van vorig jaar.
De overige indirecte kosten bedroegen € 23,4 miljoen in de drie maanden tot 31 maart 2020, een forse daling met 17% vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. Op rebased basis daalden de overige indirecte kosten met 21% jaar-op-jaar, een weerspiegeling van lagere kosten voor faciliteiten en van onze aanhoudende focus op operationele leverage en een strakke kostenbeheersing.
De waardeverminderingen en afschrijvingen, met inbegrip van de bijzondere waardevermindering van vaste activa, verlies (winst) uit de afstoting van dochterondernemingen en herstructureringskosten, bedroegen € 189,5 miljoen in de drie maanden tot 31 maart 2020, vergeleken met € 165,7 miljoen in dezelfde periode van vorig jaar en inclusief een versnelde afschrijving van € 9,2 miljoen op uitzendrechten, gezien de tijdelijke stopzetting van alle grote sportevenementen als gevolg van de COVID-19-pandemie.
In de drie maanden tot 31 maart 2020 bedroegen de netto financiële opbrengsten € 5,8 miljoen, vergeleken met € 115,0 miljoen netto financiële kosten in dezelfde periode van vorig jaar. De financiële opbrengsten in KW1 2020 stegen naar € 152,0 miljoen, vergeleken met € 4,0 miljoen vorig jaar, voornamelijk als gevolg van een € 148,1 miljoen hogere niet-geldelijke winst op onze derivaten. In KW1 2020 stegen de financiële kosten met 23% naar € 146,2 miljoen, vergeleken met € 119,0 miljoen in KW1 2019, en omvatten ze een verlies van € 18,0 miljoen op de aflossing van schulden na de herfinanciering in januari 2020 van onze in euro en in USD luidende termijnleningen, terwijl wij in het kwartaal ook een hoger niet-geldelijk wisselkoersverlies op onze in USD luidende schuld leden.
In KW1 2020 boekten we € 6,2 miljoen belastingkosten, vergeleken met € 20,9 miljoen in KW1 2019. Onze belastingkosten in het kwartaal werden positief beïnvloed door de eenmalige opname van de aftrek voor innovatie-inkomsten, inclusief een eenmalig effect van inhoudingen met betrekking tot voorgaande perioden.
In KW1 2020 boekten we een nettowinst van € 153,2 miljoen, vergeleken met een netto winst van € 14,0 miljoen in dezelfde periode van vorig jaar. De substantiële stijging van onze nettowinst was voornamelijk te danken aan beduidend hogere netto financiële opbrengsten in de periode en lagere belastingkosten, zoals al vermeld, gedeeltelijk ongedaan gemaakt door de versnelde afschrijving van sportuitzendrechten. Voor de drie maanden tot 31 maart 2020 realiseerden we een netto winstmarge van 23,5%, vergeleken met een netto winstmarge van 2,2% vorig jaar.
In KW1 2020 realiseerden we een Adjusted EBITDA van € 345,6 miljoen, 8% meer dan in dezelfde periode van vorig jaar, toen onze Adjusted EBITDA € 319,5 miljoen bedroeg. Onze Adjusted EBITDA in KW1 2020 weerspiegelde de reeds vermelde niet-organische impact van de overname van De Vijver Media, dat in KW1 2020 € 5,1 miljoen bijdroeg aan onze Adjusted EBITDA. Op gerapporteerde basis bedroeg onze Adjusted EBITDA-marge 52,9% in KW1 2020, vergeleken met 51,0% in KW1 2019.
Op rebased basis steeg onze Adjusted EBITDA in KW1 2020 met een solide 4% vergeleken met KW1 2019, waarbij de negatieve impact van het verlies van het MVNO-contract met MEDIALAAN en bepaalde regulatoire tegenwinden ruimschoots werd gecompenseerd door (i) lagere verkoop- en marketingkosten tegenover dezelfde periode van vorig jaar dankzij de fasering en de impact van de migratie van de klanten van SFR in 2019 en (ii) een aanhoudend strakke kostenbeheersing. Op rebased basis verbeterden wij onze Adjusted EBITDA-marge met 200 basispunten vergeleken met hetzelfde kwartaal van vorig jaar.
| Tabel 1: Reconciliatie tussen winst over de verslagperiode en Adjusted EBITDA (niet geauditeerd) | ||
|---|---|---|
| (in € miljoen) | Voor de drie maanden afgesloten op 31 maart |
||
|---|---|---|---|
| 2020 | 2019 | % Verschil | |
| Winst over de verslagperiode | 153,2 | 14,0 | 994 % |
| Belastingen | 6,2 | 20,9 | (70) % |
| Aandeel in het resultaat van geassocieerde deelnemingen | (0,4) | 1,1 | N.M. |
| Verlies (winst) uit de overdracht van activa aan een joint venture | — | (0,1) | (100) % |
| Netto financiële kosten (opbrengsten) | (5,8) | 115,0 | N.M. |
| Afschrijvingen en waardeverminderingen | 188,5 | 165,3 | 14 % |
| EBITDA | 341,7 | 316,2 | 8 % |
| Vergoeding op basis van aandelen | 1,8 | 2,5 | (28) % |
| Operationele kosten betreffende overnames of desinvesteringen | 1,1 | 0,4 | 175 % |
| Herstructureringskosten | 1,0 | 0,4 | 150 % |
| Adjusted EBITDA | 345,6 | 319,5 | 8 % |
| Adjusted EBITDA-marge | 52,9 % | 51,0 % | |
| Nettowinstmarge | 23,5 % | 2,2 % |
N.M. - Not Meaningful (Niet Betekenisvol)
De toe te rekenen investeringsuitgaven voor de drie maanden tot 31 maart 2020 bedroegen € 172,7 miljoen, stabiel tegenover dezelfde periode van vorig jaar, het equivalent van ongeveer 26% van de opbrengsten in het kwartaal. Onze toe te rekenen investeringsuitgaven in KW1 2020 weerspiegelden de impact van de overname van De Vijver Media voor het volledige kwartaal, terwijl onze toe te rekenen investeringsuitgaven in KW1 2019 de opname van de uitzendrechten van de Britse Premier League voor drie seizoenen omvatten. Overeenkomstig de EU IFRS zijn deze uitzendrechten geactiveerd als immateriële vaste activa en worden ze afgeschreven naarmate de voetbalseizoenen vorderen, met uitzondering van het seizoen 2019-2020, aangezien de tijdelijke stopzetting van alle grote sportevenementen wegens de COVID-19-pandemie resulteerde in een versnelde afschrijving van de bovenvermelde uitzendrechten. De opname van de erkenning van de voetbaluitzendrechten in KW1 2019 buiten beschouwing gelaten, stegen onze toe te rekenen investeringsuitgaven met 31% in KW1 2020 als gevolg van (i) de voornoemde niet-organische impact, (ii) de proactieve aanleg van voorraden om onze toeleveringsprocessen tijdens de COVID-19 pandemie veilig te stellen en (iii) hogere seizoensgebonden uitgaven voor ons IT-upgradeprogamma, dat onze digitale capaciteiten in de toekomst zal versterken.
De investeringsuitgaven met betrekking tot installaties bij klanten, die onze uitgaven in verband met onder meer settopboxen, modems en wifi-powerlines omvatten, vertegenwoordigden € 29,7 miljoen in KW1 2020. Dit was een daling met 13% tegenover dezelfde periode van vorig jaar en weerspiegelde de impact van onze succesvolle campagnes voor connectiviteit in de woning en de lancering van onze settopbox van de volgende generatie in KW1 van vorig jaar. In KW1 2020 vertegenwoordigden de investeringsuitgaven voor installaties bij klanten ongeveer 17% van de totale toe te rekenen investeringsuitgaven.
De toe te rekenen investeringsuitgaven voor de uitbreiding en upgrades van het netwerk bedroegen € 22,7 miljoen in KW1 2020, een daling met 20% tegenover dezelfde periode van vorig jaar en voornamelijk een weerspiegeling van de vrijwel volledige voltooiing van onze programma's voor de verbetering van onze vaste en mobiele netwerkinfrastructuur, en in mindere mate van de impact van COVID-19 op onze werking op het terrein. In de drie maanden tot 31 maart 2020 vertegenwoordigden de netwerkgerelateerde investeringsuitgaven ongeveer 13% van de totale toe te rekenen investeringsuitgaven.
De investeringsuitgaven voor producten en diensten, die onder meer onze investeringen in productontwikkeling en de upgrade van onze IT-platformen en -systemen weergeven, bedroegen in totaal € 36,0 miljoen in KW1 2020. Dit is een sterke stijging met 40% jaar-op-jaar en weerspiegelt de hogere uitgaven voor de reeds vermelde start van ons IT-upgradeprogramma. De investeringsuitgaven voor producten en diensten vertegenwoordigden ongeveer 21% van de totale toe te rekenen investeringsuitgaven in de drie maanden tot 31 maart 2020.
Het restant van onze toe te rekenen investeringsuitgaven omvat (i) herstellingen en vervangingen van netwerkapparatuur, (ii) kosten voor de aankoop van sport en programmering, met inbegrip van bepaalde door De Vijver Media verworven content, (iii) bepaalde recurrente investeringen in ons IT-platform en onze ITsystemen en (iv) leasetoevoegingen onder IFRS 16. Het bedroeg € 84,3 miljoen voor de drie maanden tot 31 maart 2020.
Het bovenstaande impliceert dat ongeveer 51% van onze toe te rekenen investeringsuitgaven in KW1 2020 schaalbaar was en gerelateerd was aan de groei van het abonneebestand. We zullen er nauwlettend op blijven toezien dat onze investeringsuitgaven de opbrengsten incrementeel doen stijgen.
| (in € miljoen) | Voor de drie maanden afgesloten op 31 maart |
|||
|---|---|---|---|---|
| 2020 | 2019 | % Verschil | ||
| Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen | 172,7 | 172,7 | — % | |
| Activa verworven via kapitaalgerelateerde financieringsregelingen met leveranciers | (29,8) | (68,1) | (56) % | |
| Activa verworven onder leases | (27,1) | (19,1) | 42 % | |
| Veranderingen in kortlopende verplichtingen gerelateerd aan bedrijfsinvesteringen | 1,7 | 17,1 | (90) % | |
| Geldelijke bedrijfsinvesteringen, netto | 117,5 | 102,6 | 15 % |
In KW1 2020 leverde de som van onze Adjusted EBITDA en toe te rekenen investeringsuitgaven een operationele vrije kasstroom van € 172,9 miljoen op. Vergeleken met KW1 2019 daalde onze operationele vrije kasstroom met 8%, voornamelijk als gevolg van een stijging met 31% van onze toe te rekenen investeringsuitgaven (de opname van de voetbaluitzendrechten van de Britse Premier League buiten beschouwing gelaten), die de stijging van onze Adjusted EBITDA meer dan neutraliseerde.
| (in € miljoen) | Voor de drie maanden afgesloten op 31 maart |
|||
|---|---|---|---|---|
| 2020 | 2019 | % Verschil | ||
| Adjusted EBITDA | 345,6 | 319,5 | 8 % | |
| Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen | (172,7) | (172,7) | — % | |
| Opname van voetbaluitzendrechten | — | 41,3 | 100 % | |
| Toe te rekenen bedrijfsinvesteringen, exclusief de opname van voetbaluitzendrechten en licenties voor het mobiele spectrum |
(172,7) | (131,4) | 31 % | |
| Operationele vrije kasstroom | 172,9 | 188,1 | (8)% |
In de drie maanden tot 31 maart 2020 genereerden onze activiteiten een netto kasstroom van € 282,5 miljoen, vergeleken met € 165,3 miljoen in dezelfde periode van vorig jaar. De netto kasstroom uit onze operationele activiteiten in KW1 2020 omvatte de niet-organische impact van de overname van De Vijver Media. Onze netto kasstroom uit onze operationele activiteiten houdt de toepassing van IFRS 16 vanaf 1 januari 2019 in, gecompenseerd door de netto kasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten. Onze netto operationele kasstroom steeg fors met 71% jaar-op-jaar, dankzij een fasering van onze jaarlijkse geldelijke betaling van belastingen en de voornoemde toename van onze Adjusted EBITDA. Aangezien wij verwachten onze geldelijke betaling van belastingen in het derde kwartaal van 2020 uit te voeren, zal dit een negatieve weerslag hebben op de vergelijking jaar-op-jaar in KW3 2020.
In KW1 2020 bedroeg de netto kasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten € 117,4 miljoen, tegenover € 102,3 miljoen in KW1 2019. Wij gebruiken een leverancierskredietprogramma waarmee we onze betalingstermijnen voor bepaalde leveranciers tegen aantrekkelijke all-in kosten konden verlengen tot 360 dagen. In KW1 2020 verwierven wij € 29,8 miljoen aan activa via regelingen voor kapitaalgerelateerd leverancierskrediet, met een positief effect op de netto kasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten voor eenzelfde bedrag. Dit vertegenwoordigde een daling met 56% jaar-op-jaar. Raadpleeg Sectie 2.5 – Investeringsuitgaven voor een aansluiting tussen de toe te rekenen investeringsuitgaven en de contante investeringsuitgaven.
In de drie maanden tot 31 maart 2020 bedroeg de netto kasstroom die werd gebruikt in financieringsactiviteiten € 129,0 miljoen, tegenover € 104,2 miljoen netto kasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten in KW1 2019. De netto kasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten in KW1 2020 weerspiegelde een netto kasuitstroom van € 55,7 miljoen voor de aflossingen van leningen, met inbegrip van de geplande aflossingen van onze kortlopende verplichtingen voor leverancierskredieten. Daarnaast gaven wij in KW1 2020 € 29,0 miljoen uit aan de inkoop van eigen aandelen in het kader van ons Aandeleninkoopprogramma 2020. In dit programma verwierven wij in maart 2020 1,1 miljoen aandelen tegen een gemiddelde prijs van € 30,43 voor een totaalbedrag van € 33,5 miljoen. De finale betaling aan de onafhankelijke financiële intermediair van € 4,5 miljoen is begin april 2020 verrekend. Wij gaven in het kwartaal ook € 10,6 miljoen uit aan de uitgifte van onze in euro en USD luidende termijnleningen in januari 2020. De rest van de netto kasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten bestond hoofdzakelijk uit terugbetalingen van financiële leases en andere financiële betalingen.
In KW1 2020 genereerden we een aangepaste vrije kasstroom van € 83,4 miljoen, tegenover € 19,6 miljoen in KW1 van vorig jaar. Vergeleken met dezelfde periode van vorig jaar steeg onze aangepaste vrije kasstroom met een factor van meer dan drie als gevolg van de reeds vermelde fasering van onze geldelijke betaling van belastingen. Aangezien wij verwachten onze geldelijke betaling van belastingen in het derde kwartaal van 2020 uit te voeren, zal dit een negatieve weerslag hebben op de vergelijking jaar-op-jaar in KW3 2020. Onze aangepaste vrije kasstroom in KW1 2020 omvatte € 26,3 miljoen netto betalingen van ons leverancierskredietprogramma vergeleken met €43,9 miljoen voordeel in KW1 2019. De impact van ons beverancierskredietprogramma buiten beschouwing gelaten, zou onze aangepaste vrije kasstroom nog hoger geweest zijn.
Op 31 maart 2020 bedroeg ons totale schuldsaldo (inclusief toe te rekenen interest) € 5.738,7 miljoen, waarvan een hoofdsom van € 1.511,5 miljoen verband houdt met de in € en USD luidende Senior Secured Fixed Rate Notes, die in maart 2028 vervallen, en een hoofdsom van € 3.201,9 miljoen verschuldigd is onder onze Amended Senior Credit Facility 2018, die van april 2028 tot april 2029 vervalt. Ons totale schuldsaldo op 31 maart 2020 omvatte ook een hoofdsom van € 328,6 miljoen in verband met ons leverancierskredietprogramma en van € 4,0 miljoen voor het uitstaande gedeelte van de licenties voor het 2G en 3G mobiele spectrum. Het restant bestaat voornamelijk uit leaseverplichtingen uit hoofde van leases in verband met de overname van Interkabel, en leaseverplichtingen na de toepassing van IFRS 16 op 1 januari 2019.
Op 31 maart 2020 hadden wij € 328,6 miljoen schulden op korte termijn in verband met ons leverancierskredietprogramma; al deze schulden vervallen in minder dan 12 maanden. Dit vertegenwoordigde een daling met € 26,3 miljoen tegenover 31 december 2019. Voor het volledige jaar 2020 verwachten wij nog steeds dat ons leverancierskredietprogramma relatief stabiel zal blijven tegenover het einde van 2019. In februari 2020 hebben wij de op onze toekomstige kortlopende verbintenissen in het leverancierskredietprogramma toepasselijke marge met 15 basispunten verlaagd, naar 2,10% boven de EURIBOR met een bodemrente van 0%. Gelet op de reeds vermelde omvang van het programma, zal dit onze aangepaste vrije kasstroom licht doen stijgen.
In januari 2020 hebben wij met succes een nieuwe termijnlening op 8,25 jaar van USD 2.295 miljoen ('Faciliteit AR') uitgegeven en een nieuwe termijnlening op 9,25 jaar van € 1.110 miljoen ('Faciliteit AQ'). Wij hebben de netto opbrengst van deze uitgiften gebruikt voor de volledige aflossing van de vorige termijnleningen AN en AO van respectievelijk USD 2.295 miljoen en € 1.110 miljoen. Met deze hefboomneutrale transacties zijn wij erin geslaagd om de marge op beide leningen met 25 basispunten te verlagen, wat het profiel van onze aangepaste vrije kasstroom verder versterkt na de herfinanciering in oktober 2019 van de 4,875% Senior Secured Notes die in 2027 vervallen.
In april 2020 hebben wij met succes een nieuw 6,2 jaar € 510,0 miljoen wentelkrediet uitgegeven voor de vervanging van onze huidige € 460,0 miljoen wentelkredieten met bepaalde beschikbaarheden tot juni 2023. Zo zijn wij erin geslaagd onze wentelkredieten te verlengen en te verhogen, wat ons liquiditeitsprofiel verder versterkt. Zie 3.2 Latere gebeurtenissen voor meer details.
In april 2020 hebben wij bovendien de inkoop voltooid van 10% van onze 3,50% € 600,0 miljoen Senior Fixed Rate Notes die in maart 2028 vervallen. Als gevolg van deze transactie is de hoofdsom van deze Notes gedaald naar € 540,0 miljoen, met een jaarlijkse contante interestbesparing van € 2,1 miljoen die het solide profiel van onze aangepaste vrije kasstroom verder versterkt. Zie 3.2 Latere gebeurtenissen voor meer details.
De kortlopende verplichtingen voor ons leverancierskredietprogramma buiten beschouwing gelaten, hebben wij na de voornoemde herfinanciering in januari 2020 van onze leningen op lange termijn, op 31 maart 2020 geen schulden die voor maart 2028 vervallen, met een verbeterde gewogen gemiddelde looptijd van 8,3 jaar. Daarnaast hadden wij op 31 maart 2020 ook volledig toegang tot € 505,0 miljoen niet-opgenomen verbintenissen onder onze wentelkredietfaciliteiten, met bepaalde beschikbaarheden tot juni 2023. Op pro forma basis – om de uitgifte van reeds vermelde nieuwe wentelkredietfaciliteit te weerspiegelen – zouden onze niet-opgenomen verbintenissen op 31 maart 2020 € 555,0 miljoen bedragen, met bepaalde beschikbaarheden tot mei 2026.
De tabel hieronder geeft een overzicht van onze schuldinstrumenten en ons betalingsschema op 31 maart 2020.
| Totale faciliteit per |
Opge nomen bedrag |
Niet opgeno men bedrag |
Vervaldag | Interestvoet | Interestbetaling verschuldigd |
|
|---|---|---|---|---|---|---|
| 31 maart 2020 | ||||||
| (in € miljoen) | ||||||
| 2018 Gewijzigde Senior Credit Facility |
||||||
| Termijnlening AR | 2.091,9 | 2.091,9 | — | 30 april 2028 | Vlottend 6-maand LIBOR (0% bodem) + 2,00% |
Halfjaarlijks (jan. en juli) |
| Termijnlening AQ | 1.110,0 | 1.110,0 | — | 30 april 2029 | Vlottend 6-maand EURIBOR (0% bodem) + 2,25% |
Halfjaarlijks (jan. en juli) |
| Wentelkrediet (Faciliteit AG) | 400,0 | — | 400,0 | 30 juni 2023 | Vlottend 1-maand EURIBOR (0% bodem) + 2,75% |
Maandelijks |
| Wentelkrediet (Faciliteit AP) | 60,0 | — | 60,0 | 31 december 2021 |
Vlottend 1-maand EURIBOR (0% bodem) + 2,25% |
Maandelijks |
| Senior Secured Fixed Rate Notes |
||||||
| €600 miljoen Senior Secured Notes met vervaldag 2028 (Faciliteit AK) |
600,0 | 600,0 | — | 1 maart 2028 | Vast 3,50% | Halfjaarlijks (jan. en juli) |
| USD 1 miljard Senior Secured Notes met vervaldag 2028 (Faciliteit AJ) |
911,5 | 911,5 | — | 1 maart 2028 | Vast 5,50% | Halfjaarlijks (jan. en juli) |
| Overige | ||||||
| Wentelkrediet | 20,0 | — | 20,0 | 30 september 2021 |
Vlottend 1-maand EURIBOR (0% bodem) + 2,00% |
Maandelijks |
| Overdraft-faciliteit | 25,0 | — | 25,0 | 31 maart 2021 | Vlottend 1-maand EURIBOR (0% floor) + 1,60% |
Niet van toepassing |
| Totaal nominaal bedrag | 5.218,4 | 4.713,4 | 505,0 |
Toelichting: In bovenstaande tabel werd Telenets USD-luidende schuld omgerekend naar € op basis van de EUR/USD wisselkoers op 31 maart 2020. Aangezien Telenet verscheidende derivaatcontracten heeft afgesloten om zowel de onderliggende variabele interestvoet als de wisselkoersrisico's af te dekken bedroeg het overeenkomstige €-ingedekte bedrag respectievelijk € 2.041,5 miljoen (USD 2.295,0 miljoen Termijnlening AR) en € 882,8 miljoen (USD 1,0 miljard Senior Secured Notes die in 2028 vervallen). Voor de berekening van de netto totale schuldgraad gebruikt Telenet het overeenkomstige €-ingedekte bedrag gelet op de onderliggende blootstelling aan de werkelijke economische risico's.
Op 31 maart 2020 hielden we € 137,5 miljoen aan geldmiddelen en kasequivalenten aan, vergeleken met € 101,4 miljoen op 31 december 2019. Om het tegenpartijrisico zoveel mogelijk te beperken, plaatsen we onze kasequivalenten en geldmarktfondsen met een AAA-rating bij Europese en Amerikaanse financiële instellingen met een hoge kredietwaardigheid. Vergeleken met 31 december 2019 steeg ons kassaldo dankzij een sterke prestatie van de aangepaste vrije kasstroom in het kwartaal, gedeeltelijk geneutraliseerd door (i) een netto kasuitstroom van € 55,7 miljoen gerelateerd aan de aflossing van leningen, met inbegrip van de geplande aflossingen van onze kortlopende verplichtingen voor leverancierskredieten, (ii) € 29,0 miljoen netto kasmiddelen gebruikt in het Aandeleninkoopprogramma 2020 en (iii) een betaling van € 10,6 miljoen in het kader van de uitgifte van onze in euro en USD luidende termijnleningen in januari 2020 Naast ons beschikbare kassaldo hadden wij op 31 maart 2020 ook toegang tot € 505,0 miljoen aan beschikbare toezeggingen onder onze Amended Senior Credit Facility 2018 en andere wentelkredietfaciliteiten, mits naleving van de hierna vermelde convenanten. Op pro forma basis – om de uitgifte van het reeds vermelde nieuwe wentelkredietfaciliteit te weerspiegelen – zouden onze niet-opgenomen verbintenissen op 31 maart 2020 € 555,0 miljoen bedragen, met bepaalde beschikbaarheden tot mei 2026.
Tijdens de Capital Markets Day in december 2018 herbevestigden wij ons schuldgraadkader, dat behouden blijft op 3,5x tot 4,5x netto totale schuld tegenover geconsolideerde EBITDA op jaarbasis ('netto totale schuldgraad'). Zonder wezenlijke overnames en/of beduidende wijzingen van onze activiteiten of van de regulatoire omgeving, willen wij met een aantrekkelijk en houdbaar niveau van de uitkeringen aan aandeelhouders in de buurt van het middelpunt van 4.0x blijven. Op 31 maart 2020 hadden wij een netto totale schuldgraad van 4.0x, overanderd tegenover 31 december, 2019
Onze netto convenant schuldgraad, berekend volgens de Amended Senior Credit Facility 2018 en met uitsluiting van leasegerelateerde verplichtingen en aan leverancierskredieten gerelateerde kortlopende verplichtingen, bereikte 3,2x op 31 maart 2020. Hij bleef ongewijzigd tegenover 31 december 2019. Onze huidige netto convenant schuldgraad ligt beduidend onder het 'springing maintenance covenant' van 6,0x en de beschikbaarheidstest van 4,5x netto senior leverage. Het voornoemde 'maintenance covenant' is echter slechts van toepassing indien wij 40% of meer van onze wentelkredietfaciliteiten zouden opnemen. Zoals reeds vermeld waren onze wentelkredietfaciliteiten op 31 maart 2020 volledig niet-opgenomen.
Wij hebben in het eerste kwartaal een robuuste financiële prestatie neergezet met (i) vrijwel onveranderde opbrengsten op rebased basis, (ii) een solide groei met 4% van onze rebased Adjusted EBITDA en (iii) een sterk resultaat voor zowel de operationele vrije kasstroom en de aangepaste vrije kasstroom. De impact van de wereldwijde COVID-19-pandemie op onze financiële resultaten in KW1 2020 bleef relatief beperkt, maar zal naar verwachting in KW2 2020 en de rest van het jaar groter zijn, vooral wegens de blootstelling van onze dochteronderneming De Vijver Media aan de meer cyclische media- en reclamemarkten. We blijven onderliggende gezonde trends zien in onze kernactiviteiten van connectiviteitsdiensten in zowel het residentiële als het zakelijke segment. Dit wordt ondersteund door een sterk momentum voor onze belangrijke FMC-bundels en een aanhoudende uptiering van ons breedbandklantenbestand met een gemiddelde downloadsnelheid van 202 Mbps aan het einde van KW1 2020, een stijging van 44% tegenover 140 Mbps een jaar geleden.
Zoals gedetailleerd in 2. Belangrijkste financiële ontwikkelingen, hebben wij vooral vier negatieve gevolgen van COVID-19 voor ons financieel profiel waargenomen. Ten eerste genereerden wij minder opbrengsten met lage marge uit de verkoop van telefoons dan in dezelfde periode van vorig jaar, als gevolg van de sluiting van onze winkels sinds midden maart. Daarnaast hebben we voor Play Sport, onze betalende sportkanalen, een vroegere stijging van het verloop gezien dan in de vorige jaren, vanwege de afzegging van alle grote sportevenementen sinds midden maart. Ten derde ondervond Nextel, onze ICT-integrator die wij in mei 2018 overnamen, een nadelige impact van bepaalde vertragingen van opbrengsten uit projecten, en ten slotte daalden de reclameopbrengsten van ons mediabedrijf De Vijver Media, dat wij in juni van vorig jaar overnamen.
Ondanks de huidige uitzonderlijke omstandigheden blijven wij uitstekend gepositioneerd voor de toekomst, dankzij onze toonaangevende gigabit HFC en 4G+ geconvergeerde netwerkinfrastructuur in combinatie met onze waardeverhogende FMC-strategie. Met onze uitmuntende conversie van de aangepaste vrije kasstroom en ons robuust liquiditeits- en schuldvervalprofiel op lange termijn van 8,3 jaar, bevinden wij ons in een zeer sterke positie om in 2020 en de volgende jaren een aantrekkelijke aandeelhouderswaarde te genereren. Bijgevolg herbevestigen wij de leidraad voor drie jaar die wij tijdens de Capital Markets Day 2018 voorstelden. Wij blijven dus goed op weg om een samengestelde jaarlijkse groei van onze operationele vrije kasstroom met 6,5 tot 8,0%(a) te bereiken voor de periode 2018-2021 (de opname van de voetbaluitzendrechten en de licenties voor het mobiele spectrum en de impact van IFRS 16 vanaf 1 januari 2019 buiten beschouwing gelaten).
Wij verwachten voor het boekjaar 2020 een matig negatieve maar tijdelijke impact van COVID-19 op onze opbrengsten en Adjusted EBITDA van 2 percentpunten. Dit weerspiegelt de verwachte effecten van de huidige lockdown vanaf medio maart 2020 en sluit de effecten uit van eventuele aanvullende lockdowns in de tweede helft van het jaar, die verdere gevolgen zouden kunnen hebben onze activiteiten. Er wordt ook van uitgegaan dat we de lockdown in mei geleidelijk zullen beëindigen met een gradueel economisch herstel daarna. In deze context verwachten we een daling van de omzet met ongeveer 2% op rebased basis. Exclusief onze overige inkomsten, waaronder (i) interconnectie-inkomsten van zowel onze vaste als mobiele telefonie klanten, (ii) reclame- en productie-inkomsten van De Vijver Media NV, die we volledig hebben geconsolideerd vanaf 3 juni 2019, (iii) verkoop van mobiele telefoons, inclusief de inkomsten onder ons "Choose Your Device"' programma's, (iv) wholesale-inkomsten gegenereerd door zowel onze commerciële als gereguleerde wholesale activiteiten, (v) productactiverings- en installatiekosten en (vi) opbrengsten van de verkoop van settopboxen, anticiperen we dat onze inkomsten voor het volledige jaar in grote lijnen stabiel zullen blijven in vergelijking met 2019, wat de veerkracht van onze residentiële en zakelijke connectiviteitssegmenten beklemtoont. Wij zullen onze kostenbasis blijven beheersen en verzekeren dat al onze activiteiten operationele leverage genereren. Zodoende verwachten wij een minder uitgesproken impact op onze Adjusted EBITDA, met ongeveeer -1% op rebased basis. Gelet op de robuuste aard van onze vaste en mobiele infrastructuur en ons bewezen vermogen om onze toekomstige investeringen zorgvuldig af te wegen, verwachten wij nog steeds dat onze operationele vrije kasstroom zal groeien, meer bepaald met 1 tot 2% op rebased basis. Tot slot blijven wij mikken op een aangepaste vrije kasstroom van € 415,0 - € 435,0 miljoen, maar verwachten wij dat onze prestatie voor het volledige jaar onderaan deze vork zal liggen.
Daarmee herbevestigen we onze intentie om de netto totale schuldgraad rond het 4,0x middelpunt te behouden, terwijl we doorgaan om onze verloningsstrategie voor aandeelhouders na te leven, zoals meegedeeld tijdens de Capital Markets Days van december 2018. Als onderdeel van dit kader van kapitaal allocatie streven we ernaar om tussen 50% en 70% van de aangepaste vrije kasstroom van het voorgaande jaar te distribueren voor aandeelhouders via tussentijdse en finale dividenden. Binnen de grenzen van het bovengenoemde netto totale schuldkader en bij gebrek aan een van de bovenstaande factoren, zal het resterende deel van onze aangepaste vrije kasstroom in aanmerking komen voor bijkomende inkopen van eigen aandelen, buitengewoon dividenden, schuldafbouw, waarde creërende overnames of een combinatie daarvan.
| Vooruitzichten | Zoals herbevestigd op April 30, 2020 | ||
|---|---|---|---|
| boekjaren 2018 - 2021 Zoals voorgesteld op December 4, 2018 | |||
| Operating Free Cash Flow CAGR (rebased) (a, b) |
Tussen 6.5% - 8.0% | Tussen 6.5% - 8.0% | |
| Vooruitzichten boekjaar 2020 |
Rebased boekjaar 2019 (c) |
Zoals voorgesteld op 12 februari 2020 |
Zoals herzien op 30 april 2020 |
| Bedrijfsopbrengsten (rebased) |
€2.626,0 mijoen | Vrijwel stabiel | Ongeveer -2% |
| Bedrijfsopbrengsten, exclusief overige opbrengsten (rebased) (d) |
€2.089,4 mijoen | Ongeveer stabiel | |
| Groei van de Adjusted EBITDA(e) (rebased) |
€1.394,2 miljoen | Ongeveer 1% | Ongeveer -1% |
| Groei van de operationele vrije kasstroom (rebased) (b, f) |
€838,0 miljoen | Ongeveer 2% | 1 - 2% |
| Aangepaste vrije kasstroom(g, h) |
€ 415,0 - 435,0 miljoen | Onderkant van de vork van € 415,0 - 435,0 miljoen |
(a) Een reconciliatie van onze operationele vrije kasstroom CAGR voor 2018-2021 met een EU IFRS-maatstaf is niet voorzien omdat niet alle elementen van de reconciliatie worden geprojecteerd als onderdeel van ons prognoseproces, aangezien bepaalde items aanzienlijk kunnen verschillen van één periode tot een andere.
(b) Dit omvat niet de opname van uitzendrechten voor voetbal en licenties voor het mobiele spectrum en evenmin de impact van IFRS 16 op onze toe te rekenen investeringsuitgaven.
(c) Inclusief de inkomsten vóór de acquisitie en de Aangepaste EBITDA van De Vijver Media (volledig geconsolideerd sinds 3 juni 2019) en exclusief de inkomsten en de Aangepaste EBITDA van Coditel S.à r.l. (gedeconsolideerd per 1 april 2020).
(d) Overige inkomsten omvatten (i) interconnectie-inkomsten van zowel onze vaste en mobiele telefonieklanten, (ii) reclame- en productieinkomsten van De Vijver Media NV, die we volledig consolideerden vanaf 3 juni 2019, (iii) verkoop van mobiele handsets, inclusief de inkomsten die zijn verdiend met onze "Choose Your Device" -programma's, (iv) groothandelsinkomsten gegenereerd door zowel onze commerciële als gereguleerde groothandelsbedrijven, (v) productactivering en installatiekosten en (vi) inkomsten uit verkoop van settopboxen zoals gedetailleerd onder 2.1 Inkomsten.
(e) Er wordt niet voorzien in een reconciliatie van onze Adjusted EBITDA-vooruitzichten voor 2020 op een EU IFRS-maatstaf, aangezien niet alle elementen van de reconciliatie worden geprojecteerd als onderdeel van ons prognoseproces, aangezien bepaalde items aanzienlijk kunnen verschillen van de ene periode tot de andere.
(f) Wij geven geen aansluiting van de verwachte aangepaste vrije kasstroom in 2020 met een EU IFRS-maatstaf omdat bepaalde elementen van de aansluiting aanzienlijk kunnen variëren van periode tot periode en bijgevolg niet worden voorspeld tijdens ons prognoseproces.
(g) De leidraad voor onze aangepaste vrije kasstroom voor 2020 wordt niet afgestemd op een EU IFRS-maatstaf, aangezien niet alle elementen van de afstemming worden voorspeld in het kader van ons prognoseproces; bepaalde posten kunnen immers aanzienlijk verschillen van periode tot periode.
(h) In de veronderstelling dat bepaalde betalingen voor onze huidige licenties voor het 2G en 3G mobiele spectrum in KW4 2020 zullen plaatsvinden en dat de contante betaling van onze belastingaangifte 2019 pas begin 2021 zal plaatsvinden.
Op 1 april 2020 maakten Eltrona Interdiffusion SA ('Eltrona') en Telenet bekend dat de fusie van de Luxemburgse kabelactiviteit van Telenet (Coditel S.à.r.l.) met de kabelactiviteit van Eltrona formeel voltooid was. Deze fusie bevestigt het strategische partnerschap tussen de aandeelhouder van Eltrona en van Telenet. Post Luxembourg, sinds 1998 een aandeelhouder van Eltrona, heeft haar participatie van 34% aan Telenet verkocht, zodat de stichtende aandeelhouders na de fusie 50% +1 van de aandelen van de gefuseerde entiteit zullen houden en Telenet 50% -1. Voor Telenet betekent deze transactie ook dat de activiteit vanaf 1 april 2020 niet langer in haar resultaten zal worden geconsolideerd. Raadpleeg de Investor & Analyst Toolkit op de website voor investeerdersrelaties van Telenet voor een update van de rebased resultaten van het boekjaar 2019, met inbegrip van de overname van De Vijver Media nv in de periode januari-mei 2019 en de afstoting van Coditel S.à.r.l. op 1 april 2019.
Begin april 2020 maakte Telenet bekend dat het zich partij stelt in de rechtszaak van Orange België tegen de verkoop van de Waalse kabeloperator VOO aan Providence. Na een grondige juridische analyse van de procedure die Orange België heeft aangespannen tegen de verkoop van VOO, kwam Telenet tot het besluit dat de Vennootschap er goed aan zou doen om deel te nemen aan de procedure, om haar rechten veilig te stellen in elk vonnis in deze zaak.
Telenet International Finance S.à.r.l., de financieringsmaatschappij van Telenet, heeft een nieuw 6,2 jaar € 510,0 miljoen wentelkrediet uitgegeven (het 'nieuwe wentelkrediet'). Het nieuwe wentelkrediet vervangt de huidige € 460,0 miljoen wentelkredieten van de Vennootschap met bepaalde beschikbaarheden tot juni 2023. Zo is Telenet erin geslaagd haar wentelkredieten te verlengen en te verhogen, wat haar liquiditeitsprofiel verder versterkt. Daarnaast heeft Telenet nog altijd toegang tot € 45,0 miljoen bijkomende liquiditeit onder afzonderlijke overeenkomsten met bepaalde financiers, zodat de totale liquiditeitsbuffer € 555,0 miljoen bedraagt, boven op de € 137,3 miljoen geldmiddelen en kasequivalenten die de Vennootschap op 31 maart 2020 hield.
Het nieuwe wentelkrediet heeft de volgende kenmerken: (i) vervaldag op 31 mei 2026 (tegenover 31 december 2021 voor het huidige € 60,0 miljoen wentelkrediet AF en 30 juni 2023 voor het huidige € 400,0 miljoen wentelkrediet AG), (ii) een marge van 2,25% boven de EURIBOR (0% bodem) (versus 2,75% in het wentelkrediet AG en 2,25% in het kortlopende wentelkrediet AP) en (iii) een beschikbaarhoudingsprovisie van 40% van de marge (ongewijzigd). Het nieuwe wentelkrediet kan worden gebruikt voor algemene bedrijfsdoeleinden, met inbegrip van overnamen, uitkeringen aan aandeelhouders en algemene behoeften aan werkkapitaal van de Vennootschap.
Telenet Finance Luxembourg Notes S.à.r.l., de financieringsmaatschappij van Telenet, ('TFLN') heeft de inkoop van 10% van haar 3,50% € 600,0 miljoen Senior Fixed Rate Notes die in maart 2028 vervallen (de 'Notes') met succes voltooid, voor een totaalbedrag van € 56,6 miljoen. De Notes werden tussen 12 maart 2020 en 7 april 2020 ingekocht tegen een gewogen gemiddelde prijs van 94,375% via een onafhankelijke financiële tussenpersoon die de Notes in opdracht van TFLN verwierf. De transactie werd op 9 april 2020 afgewikkeld met cashoverschotten op de balans van de Vennootschap en zal het profiel van de aangepaste vrije kasstroom van de Vennootschap verder versterken. TFLN heeft de ingekochte Notes volledig geschrapt, met inbegrip van de toe te rekenen interest. Met deze transactie daalde de uitstaande hoofdsom van de Notes naar € 540,0 miljoen, met een jaarlijkse contante interestbesparing van € 2,1 miljoen.
Op 29 april 2020 heeft de jaarlijkse Algemene Aandeelhoudersvergadering van Telenet het voorgestelde bruto slotdividend van € 1,3050 per aandeel goedgekeurd, wat overeenkomt met € 143,2 miljoen op basis van 109.733.247 dividendgerechtigde aandelen op 20 maart 2020, met uitsluiting van 4.923.538 niet dividendgerechtigde eigen aandelen. Het slotdividend zal worden uitbetaald op 6 mei 2020, terwijl de Telenetaandelen vanaf de opening van de Brusselse beurs op 4 mei 2020 ex-coupon zullen worden verhandeld. De som van het bruto tussentijdse dividend van € 62,8 miljoen (€ 0,57 per aandeel) in december 2019 en het voorgestelde bruto slotdividend van € 143,2 miljoen (€ 1,3050 per aandeel) geeft een bruto totaaldividend voor het boekjaar 2019 van € 206,0 miljoen (€ 1,8750 per aandeel).
De Buitengewone Aandeelhoudersvergadering van Telenet heeft op 29 april 2020 de voorgestelde schrapping van 814.966 eigen aandelen goedgekeurd. Dit voorstel past in het beleid van Telenet om een toereikend niveau eigen aandelen te handhaven om de uitstaande verplichtingen onder de incentiveplannen op lange termijn van het management van de Vennootschap te dekken. Het aantal aandelen van de Vennootschap daalde bijgevolg met onmiddellijke ingang van 114.656.785 naar 113.841.819.
| Voor de drie maanden afgesloten op 31 maart | 2020 | 2019 | % Verschil |
|---|---|---|---|
| Geleverde diensten | |||
| Aansluitbare huizen (13) | 3.394.200 | 3.357.100 | 1 % |
| Televisie | |||
| Basiskabeltelevisie (6) | 147.400 | 191.400 | (23) % |
| Premiumkabeltelevisie (7) | 1.704.600 | 1.725.400 | (1) % |
| Totaal kabeltelevisie | 1.852.000 | 1.916.800 | (3)% |
| Internet | |||
| Residentieel breedbandinternet | 1.449.900 | 1.472.200 | (2) % |
| Breedbandinternet aan bedrijven | 222.600 | 185.900 | 20 % |
| Totaal breedbandinternet (8) | 1.672.500 | 1.658.100 | 1 % |
| Vaste telefonie | |||
| Residentiële vaste telefonie | 1.068.500 | 1.127.700 | (5) % |
| Vaste telefonie aan bedrijven | 137.800 | 115.500 | 19 % |
| Totaal vaste telefonie (9) | 1.206.300 | 1.243.200 | (3)% |
| Totaal opbrengstgenererende eenheden (14) | 4.730.800 | 4.818.100 | (2)% |
| Klantenverloop (15) | |||
| Kabeltelevisie | 9,3 % | 12,8 % | |
| Breedbandinternet | 8,3 % | 12,6 % | |
| Vaste telefonie | 9,6 % | 14,8 % | |
| Informatie over klantenrelaties | |||
| Triple play klanten | 1.106.800 | 1.135.300 | (3) % |
| Totaal klantenrelaties (11) | 2.064.600 | 2.099.800 | (2) % |
| Diensten per klantenrelatie (11) | 2,29 | 2,29 | — % |
| ARPU per klantenrelatie (€ / maand) (11) (12) | 58,3 | 57,3 | 2 % |
| Voor de drie maanden afgesloten op 31 maart | 2020 | 2019 | % Verschil |
| Gegevens mobiele telefonie | |||
| Mobiele telefonie | |||
| Postpaidabonnement | 2.387.600 | 2.228.100 | 7 % |
| Prepaidkaarten | 427.200 | 476.700 | (10) % |
| Totaal mobiele telefonie (10) | 2.814.800 | 2.704.800 | 4 % |
| Voor de drie maanden afgesloten op |
||||
|---|---|---|---|---|
| (in € miljoen, uitgezonderd aandelen en bedragen per aandeel) | 31 maart | |||
| 2020 | 2019 | % Verschil | ||
| Winst over de verslagperiode | ||||
| Bedrijfsopbrengsten | 653,0 | 626,0 | 4 % | |
| Bedrijfskosten | ||||
| Kostprijs van geleverde diensten | (348,2) | (344,8) | 1 % | |
| Brutowinst | 304,8 | 281,2 | 8 % | |
| Verkoop-, algemene en beheerskosten | (151,6) | (130,3) | 16 % | |
| Resultaat uit bedrijfsactiviteiten | 153,2 | 150,9 | 2 % | |
| Financiële opbrengsten Netto interestopbrengsten en wisselkoerswinsten Netto winst op derivaten Financiële kosten Netto interestkosten, wisselkoersverliezen en overige financiële kosten Verlies bij vervroegde aflossing van schulden Netto financiële opbrengsten (kosten) Aandeel in het resultaat van geassocieerde deelnemingen Winst uit de overdracht van activa aan een joint venture Winst vóór winstbelastingen Belastingen Winst over de verslagperiode |
152,0 0,1 151,9 (146,2) (128,2) (18,0) 5,8 0,4 — 159,4 (6,2) 153,2 |
4,0 0,2 3,8 (119,0) (119,0) — (115,0) (1,1) 0,1 34,9 (20,9) 14,0 |
3.700 % (50) % 3.897 % 23 % 8 % 100% N.M. N.M. (100) % 357 % (70) % 994 % |
|
| Netto resultaat rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen Elementen die niet naar de geconsolideerde staat van het resultaat geherclassificeerd zullen worden Herwaardering van verplichtingen /(tegoeden) uit te-bereiken-doel pensioenplannen Uitgestelde belastingen |
— — |
— — |
—% —% |
|
| Netto resultaat rechtstreeks verwerkt in het eigen vermogen | — | — | —% | |
| Totaalresultaat voor de periode | 153,2 | 14,0 | 994 % | |
| Winst toe te rekenen aan: Eigenaars van de Vennootschap Minderheidsbelangen |
153,2 153,3 (0,1) |
14,0 13,9 0,1 |
994 % 1.003 % N.M. |
| Voor de drie maanden afgesloten op |
|||
|---|---|---|---|
| (in € miljoen, uitgezonderd aandelen en bedragen per aandeel) | 31 maart | ||
| 2020 | 2019 | % Verschil | |
| Totaalresultaat toe te rekenen aan: | 153,2 | 14,0 | 994 % |
| Eigenaars van de Vennootschap | 153,3 | 13,9 | 1.003 % |
| Minderheidsbelangen | (0,1) | 0,1 | N.M. |
| Gewogen gemiddeld uitstaande aandelen | 110.052.569 | 110.419.863 | |
| Gewone winst per aandeel | 1,39 | 0,13 | N.M. |
| Verwaterde winst per aandeel | 1,39 | 0,13 | N.M. |
| Bedrijfsopbrengsten per type | |||
| Opbrengsten uit abonnementen: | |||
| Televisie | 144,4 | 144,9 | — % |
| Breedbandinternet | 160,2 | 161,2 | (1) % |
| Vaste telefonie | 56,8 | 55,6 | 2 % |
| Opbrengsten uit kabelgerelateerde abonnementen | 361,4 | 361,7 | — % |
| Mobiele telefonie | 113,6 | 107,2 | 6 % |
| Totaal opbrengsten uit abonnementen | 475,0 | 468,9 | 1 % |
| Bedrijfsdiensten | 50,0 | 52,1 | (4) % |
| Overige | 128,0 | 105,0 | 22 % |
| Totaal bedrijfsopbrengsten | 653,0 | 626,0 | 4 % |
| Bedrijfskosten per type | |||
| Netwerkexploitatiekosten | (54,3) | (54,3) | — % |
| Directe kosten (programmering en auteursrechten, interconnectie en andere) | (130,3) | (127,0) | 3 % |
| Personeelsgerelateerde kosten | (68,7) | (64,5) | 7 % |
| Verkoop- en marketingkosten | (21,2) | (23,5) | (10) % |
| Uitbestede arbeidsdiensten en professionele diensten | (9,5) | (9,0) | 6 % |
| Overige indirecte kosten | (23,4) | (28,2) | (17) % |
| Herstructureringskosten | (1,0) | (0,4) | 150 % |
| Operationele kosten betreffende overnames of desinvesteringen | (1,1) | (0,4) | 175 % |
| Op aandelen gebaseerde vergoedingen | (1,8) | (2,5) | (28) % |
| Afschrijvingen op materiële vaste activa | (100,7) | (103,5) | (3) % |
| Afschrijvingen op immateriële vaste activa | (45,8) | (42,0) | 9 % |
| Afschrijving op uitzendrechten | (39,6) | (20,0) | 98 % |
| Waardevermindering op immateriële activa met een lange levensduur en goodwill | (2,8) | — | 100% |
| Winst op verkoop van dochtervennootschappen | 2,1 | 0,4 | 425 % |
| Waardevermindering op materiële activa met een lange levensduur | (1,7) | (0,2) | 750 % |
| Totaal bedrijfskosten | (499,8) | (475,1) | 5 % |
N.M. - Not Meaningful (Niet Betekenisvol)
| Voor de drie maanden afgesloten op |
|||
|---|---|---|---|
| (in € miljoen) | 31 maart | ||
| 2020 | 2019 | % Verschil | |
| Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten | |||
| Winst over de verslagperiode | 153,2 | 14,0 | 994 % |
| Afschrijvingen, waardeverminderingen en herstructureringskosten | 189,5 | 165,7 | 14 % |
| Veranderingen in werkkapitaal en overige niet-kasitems | 32,0 | 97,7 | (67) % |
| Belastingen | 6,2 | 20,9 | (70) % |
| Netto interestkosten, valutaverliezen en overige financiële kosten | 128,1 | 117,6 | 9 % |
| Netto verlies (winst) op afgeleide financiële instrumenten | (151,9) | (3,8) | 3.897 % |
| Verlies bij vervroegde aflossing van schulden | 18,0 | — | —% |
| Verlies (winst) uit de afstand van activa aan een joint venture | — | (0,1) | (100) % |
| Betaalde interesten en betalingen voor derivaten | (92,3) | (90,1) | 2 % |
| Betaalde winstbelastingen | (0,3) | (156,4) | (100) % |
| Nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten | 282,5 | 165,5 | 71 % |
| Kasstroom uit investeringsactiviteiten | |||
| Verwerving van materiële vaste activa | (71,5) | (73,1) | (2) % |
| Verwerving van immateriële vaste activa | (46,0) | (29,5) | 56 % |
| Verwerving van en leningen aan geassocieerde deelnemingen | (0,2) | (0,2) | — % |
| Ontvangsten uit de verkoop van materiële vaste activa | 0,3 | 0,5 | (40) % |
| Nettokasstroom gebruikt in investeringsactiviteiten | (117,4) | (102,3) | 15 % |
| Kasstroom uit financieringsactiviteiten | |||
| Aflossing van leningen en overige financieringsverplichtingen | (137,5) | (192,0) | (28) % |
| Ontvangsten uit opname van leningen en overige financieringsverplichtingen | 81,8 | 154,3 | (47) % |
| Inkoop eigen aandelen | (29,0) | (50,4) | (42) % |
| Verkoop eigen aandelen | — | 6,2 | (100) % |
| Betaling voor schulduitgiftekosten | (10,6) | — | —% |
| Overige financieringsactiviteiten (incl. financiële leaseverplichtingen) | (33,7) | (22,3) | 51 % |
| Nettokasstroom gebruikt in financieringsactiviteiten | (129,0) | (104,2) | 24 % |
| Netto toename (afname) in geldmiddelen en kasequivalenten | |||
| Geldmiddelen en kasequivalenten aan het begin van de verslagperiode | 101,4 | 88,2 | 15 % |
| Geldmiddelen en kasequivalenten aan het einde van de verslagperiode | 137,5 | 47,2 | 191 % |
| Netto toename (afname) in geldmiddelen en kasequivalenten | 36,1 | (41,0) | N.M. |
| (in € miljoen) | Voor de drie maanden afgesloten op 31 maart |
|||
|---|---|---|---|---|
| 2020 | 2019 | % Verschil | ||
| Aangepaste vrije kasstroom | ||||
| Nettokasstroom uit bedrijfsactiviteiten | 282,5 | 165,5 | 71 % | |
| Geldelijke kosten betreffende overnames of desinvesteringen | 0,2 | 0,2 | — % | |
| Kosten gefinancierd door een tussenpersoon | 81,8 | 59,3 | 38 % | |
| Verwerving van materiële vaste activa | (71,5) | (73,1) | (2) % | |
| Verwerving van immateriële vaste activa | (46,0) | (29,5) | 56 % | |
| Kapitaalaflossingen op bedragen gefinancierd door leveranciers en tussenpersonen | (136,5) | (83,5) | 63 % | |
| Kapitaalaflossingen op leaseverplichtingen (uitgezonderd netwerkgerelateerde leases) | (13,1) | (13,3) | (2) % | |
| Kapitaalaflossingen op toevoegingen aan netwerkgerelateerde leases na overname | (14,0) | (5,8) | 141 % | |
| Aangepaste vrije kasstroom | 83,4 | 19,8 | 321 % |
N.M. - Not Meaningful (Niet Betekenisvol)
| 31 maart | 31 december | Verschil | |
|---|---|---|---|
| (in € miljoen) | 2020 | 2019 - Herzien | |
| ACTIVA | |||
| Vaste activa: | |||
| Materiële vaste activa | 2.352,7 | 2.366,8 | (14,1) |
| Goodwill | 1.856,6 | 1.879,2 | (22,6) |
| Overige immateriële vaste activa | 755,2 | 790,3 | (35,1) |
| Uitgestelde belastingvorderingen | 233,0 | 261,4 | (28,4) |
| Deelnemingen in en leningen aan geassocieerde deelnemingen | 16,9 | 16,3 | 0,6 |
| Overige investeringen | 6,1 | 6,1 | — |
| Derivaten | 133,8 | 55,3 | 78,5 |
| Overige activa | 27,5 | 27,9 | (0,4) |
| Totaal vaste activa | 5.381,8 | 5.403,3 | (21,5) |
| Vlottende activa: | |||
| Voorraden | 33,9 | 25,2 | 8,7 |
| Handelsvorderingen | 204,8 | 204,5 | 0,3 |
| Overige vlottende activa | 162,2 | 130,4 | 31,8 |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | 137,5 | 101,4 | 36,1 |
| Derivaten | 51,6 | 61,7 | (10,1) |
| 590,0 | 523,2 | 66,8 | |
| Activa aangehouden voor verkoop | 51,7 | — | 51,7 |
| Totaal vlottende activa | 641,7 | 523,2 | 118,5 |
| TOTAAL ACTIVA | 6.023,5 | 5.926,5 | 97,0 |
| 31 maart | 31 december | ||
|---|---|---|---|
| (in € miljoen) | 2020 | 2019 - Herzien | Verschil |
| EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN | |||
| Eigen vermogen: | |||
| Geplaatst kapitaal | 12,8 | 12,8 | — |
| Uitgiftepremies | 80,7 | 80,7 | — |
| Overige reserves | 663,2 | 695,7 | (32,5) |
| Overgedragen verlies | (2.134,8) | (2.287,8) | 153,0 |
| Herwaarderingen | (13,5) | (13,5) | — |
| Totaal eigen vermogen, toe te rekenen aan eigenaars van de Vennootschap |
(1.391,6) | (1.512,1) | 120,5 |
| Minderheidsbelangen | 25,0 | 25,1 | (0,1) |
| Totaal eigen vermogen | (1.366,6) | (1.487,0) | 120,4 |
| Langlopende verplichtingen: | |||
| Leningen en overige financieringsverplichtingen | 5.219,3 | 5.206,0 | 13,3 |
| Derivaten | 183,5 | 261,4 | (77,9) |
| Over te dragen opbrengsten | 3,8 | 3,8 | — |
| Uitgestelde belastingsverplichtingen | 164,1 | 177,0 | (12,9) |
| Overige langlopende schulden | 64,5 | 63,0 | 1,5 |
| Provisies | 15,5 | 17,7 | (2,2) |
| Totaal langlopende verplichtingen | 5.650,7 | 5.728,9 | (78,2) |
| Kortlopende verplichtingen: | |||
| Leningen en overige financieringsverplichtingen | 519,4 | 527,0 | (7,6) |
| Handelsschulden | 249,1 | 247,7 | 1,4 |
| Toe te rekenen kosten en overige kortlopende verplichtingen | 479,6 | 418,4 | 61,2 |
| Provisies | 79,3 | 70,9 | 8,4 |
| Over te dragen opbrengsten | 119,0 | 107,8 | 11,2 |
| Derivaten | 56,5 | 69,5 | (13,0) |
| Belastingsschulden | 224,8 | 243,3 | (18,5) |
| 1.727,7 | 1.684,6 | 43,1 | |
| Verplichtingen die rechtstreeks verband houden met de activa aangehouden voor verkoop |
11,7 | — | 11,7 |
| Totaal kortlopende verplichtingen | 1.739,4 | 1.684,6 | 54,8 |
| Totaal verplichtingen | 7.390,1 | 7.413,5 | (23,4) |
| TOTAAL EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN | 6.023,5 | 5.926,5 | 97,0 |
ontvangt over het algemeen geteld als één abonnee. Een abonnee op premiumkabeltelevisie wordt niet geteld als een abonnee op basisvideo. Naarmate Telenets klanten overstappen van basiskabeltelevisiediensten naar premiumkabeltelevisie rapporteert Telenet een afname van het aantal abonnees voor basiskabeltelevisie die gelijk is aan de toename van het aantal abonnees voor premiumkabeltelevisie.
€ 2.041,5 miljoen (USD 2.295,0 miljoen Termijnlening AR) en € 882,8 miljoen (USD 1,0 miljard Senior Secured Notes die in 2028 vervallen). Voor de berekening van de netto totale schuldgraad gebruikt Telenet het overeenkomstige € ingedekte bedrag gelet op de onderliggende blootstelling aan de werkelijke economische risico's.
Investor & Analyst Conference Call – Telenet zal op 30 april 2020 om 15:00 uur MET een video webcast en conference call houden voor institutionele beleggers en analisten. De webcastkoppelingen vindt u op https://investors.telenet.be.
| Investor Relations: | Rob Goyens | [email protected] | Telefoon: +32 15 333 054 |
|---|---|---|---|
| Bart Boone | [email protected] | Telefoon: +32 15 333 738 | |
| Press & Media Relations: | Stefan Coenjaerts | [email protected] | Telefoon: +32 15 335 006 |
Over Telenet – Als aanbieder van entertainment- en telecommunicatiediensten in België is Telenet Group steeds op zoek naar de perfecte beleving in de digitale wereld voor zijn klanten. Het bedrijf spitst zich onder de merknaam Telenet toe op het aanbieden van digitale televisie, hogesnelheidsinternet en vaste en mobiele telefoniediensten aan residentiële klanten in Vlaanderen en Brussel. Onder de merknaam BASE levert het mobiele telefonie in België. De afdeling Telenet Business bedient de zakelijke markt in België en Luxemburg met connectiviteits-, hosting- en security oplossingen. Meer dan 3000 medewerkers hebben samen 1 doel voor ogen: leven en werken eenvoudiger en aangenamer maken. Telenet Group is een onderdeel van Telenet Group Holding nv en is genoteerd op Euronext Brussel onder ticker symbool TNET. Voor meer informatie, surf naar www.telenet.be. Liberty Global - 's werelds grootste internationale tv- en breedbandbedrijf, investeert, innoveert en versterkt mensen in zes Europese landen om optimaal gebruik te maken van de digitale revolutie - bezit een rechtstreeks belang van 57,9% in Telenet Group Holding nv (exclusief eventuele eigen aandelen die deze laatste van tijd tot tijd in zijn bezit heeft).
Meer informatie – Meer informatie over Telenet en zijn producten vindt u op de website https://www.telenet.be. Nadere informatie over de operationele en financiële gegevens in dit document kan worden gedownload in het deel van de website van de Vennootschap, dat bedoeld is voor beleggers. Het geconsolideerde jaarverslag van 2019 en de niet-geauditeerde geconsolideerde tussentijdse financiële staten en presentaties in verband met de financiële resultaten over de drie maanden afgesloten op 31 maart 2020 zijn beschikbaar in het deel van de website van de Vennootschap, dat bedoeld is voor beleggers (https://investors.telenet.be).
Safe Harbor Statement van de Amerikaanse Private Securities Litigation Reform Act van 1995 – Verschillende verklaringen in dit document zijn "forward-looking statements" (toekomstgerichte verklaringen) zoals die term is gedefinieerd in de Amerikaanse Private Securities Litigation Reform Act van 1995. Deze toekomstgerichte verklaringen met betrekking tot onze financiële en operationele vooruitzichten, onze groeiverwachtingen, strategie, product-, netwerk- en technologielanceringen, en de verwachte impact van overnames op onze gecombineerde activiteiten en financiële prestaties zijn te herkennen aan het gebruik van woorden als "denkt", "voorziet", "zou moeten", "is voornemens", "plant", "zal", "verwacht", "schat", "raamt", "positie", "strategie", en soortgelijke uitdrukkingen, en omvatten bekende en onbekende risico's, onzekerheden en andere factoren die ertoe kunnen leiden dat onze werkelijke resultaten, prestaties, verwezenlijkingen of sectorresultaten wezenlijk verschillen van die welke in deze toekomstgerichte verklaringen expliciet of impliciet worden verwacht, geraamd, voorspeld, geschat of gebudgetteerd. Deze factoren zijn onder meer: mogelijke ongunstige ontwikkelingen met betrekking tot onze liquiditeit of bedrijfsresultaten; mogelijke ongunstige ontwikkelingen op het gebied van de concurrentie, economie of regelgeving; onze aanzienlijke schuldaflossingen en andere contractuele verplichtingen; de mogelijke nadelige gevolgen van de recente uitbraak van de nieuwe pandemie van het cornoavirus (COVID-19), ons vermogen om ons businessplan te financieren en uit te voeren; ons vermogen om voldoende liquiditeit te genereren voor de aflossing van onze schulden; rente- en wisselkoersschommelingen; de impact van nieuwe zakelijke opportuniteiten die aanzienlijke voorafgaande investeringen vereisen; ons vermogen om klanten aan te trekken en te behouden en om onze globale marktpenetratie te vergroten; ons vermogen om met andere bedrijven in de communicatieen contentdistributiesector te concurreren; ons vermogen om contracten te behouden die essentieel zijn voor onze activiteiten; ons vermogen om een adequaat antwoord te bieden op technologische ontwikkelingen; ons vermogen om een back-up te ontwikkelen en te onderhouden van onze kritieke systemen; ons vermogen om door te gaan met het ontwerpen van netwerken, plaatsen van installaties, verkrijgen en behouden van de vereiste vergunningen of goedkeuringen van de overheid, en het financieren van bouw en ontwikkeling, op een tijdige manier, tegen een redelijke kostprijs en onder bevredigende voorwaarden; ons vermogen om een impact te hebben of een doeltreffend antwoord te bieden op nieuwe of gewijzigde wet- of regelgeving, ons vermogen om waardetoevoegende investeringen te maken, en ons vermogen om de uitkeringen aan de aandeelhouders in de toekomst aan te houden of op te trekken. We verbinden ons er niet toe om de toekomstgerichte verklaringen in dit document te actualiseren teneinde de werkelijke resultaten, wijzigingen in veronderstellingen of veranderingen in factoren die deze verklaringen beïnvloeden te weerspiegelen.
Financiële informatie – De geconsolideerde jaarrekening van Telenet Group Holding per en voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2019 werd opgesteld in overeenstemming met EU IFRS, tenzij anders vermeld, en kan op de website van de Vennootschap worden geraadpleegd.
Niet-GAAP-maatstaven – "Adjusted EBITDA", "Operationele vrije kasstroom" en "Aangepaste vrije kasstroom" zijn niet-GAAP-maatstaven zoals bedoeld in Regulation G van de Amerikaanse Securities and Exchange Commission. Voor aanverwante definities en aansluitingen verwijzen we naar het deel Investor Relations op de website van Liberty Global plc (https://www.libertyglobal.com). Liberty Global plc is de controlerende aandeelhouder van de Vennootschap.
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.