AI Terminal

MODULE: AI_ANALYST
Interactive Q&A, Risk Assessment, Summarization
MODULE: DATA_EXTRACT
Excel Export, XBRL Parsing, Table Digitization
MODULE: PEER_COMP
Sector Benchmarking, Sentiment Analysis
SYSTEM ACCESS LOCKED
Authenticate / Register Log In

Solvay SA

Annual Report Mar 31, 2011

4005_10-k_2011-03-31_09344144-aa37-4e1a-8026-b7fa763a85a0.pdf

Annual Report

Open in Viewer

Opens in native device viewer

Grenzen verleggen

SOLVAY

Luchtvaartsector.

Solvay biedt de luchtvaartsector, een afnemer van de zeer performante polymeren die de Groep produceert, vernieuwende oplossingen aan.

Inhoud

01

Groep

Activiteiten

01 Markante feiten

  • 02 Boodschap van beide Voorzitters
  • 05 Strategie
  • 08 Toekomst
  • 10 Strategische positionering

12

12 Verslag van de Raad van Bestuur 19 Financiële informatie

20

  • 28 Sector Kunststoffen
  • 36 New Business Development

42

56

56 Inhoud

Bestuur & Financiën deel 2

Bestuur & Financiën deel 1

  • 57 Financieel beleid 175 Deugdelijk bestuur
  • 204 Glossarium
  • 209 Agenda van de aandeelhouder

Voornaamste gegevens Solvay-groep

Financiële gegevens

2006 2007 2008 2009 2010
miljoen EUR miljoen USD5
9 399 9 572 9 490 8 485 7 109 9 499
1 568 1 662 1 436 1 439 1 051 1 404
1 099 1 192 965 969 633 846
12 % 12 % 10 % 11 % 9 % 9 %
817 828 449 553 1 823 2 436
522 593 417 496 717 958
1 339 1 421 866 1 049 2 540 3 394
858 777 1 320 567 538 719
563 556 564 555 181 242
2 136 2 081 1 981 2 016 1 339 1 789
3 628 3 921 3 083 3 306 4 065 5 432
4 456 4 459 4 745 5 160 6 839 9 138
1 258 1 307 1 597 1 333 -2 902 -3 878
28 % 29 % 34 % 26 % NR NR
19 % 18 % 9 % 11 % 27 % 27 %
232 240 241 241 240 321
29 258 28 340 29 433 28 204 16 785
miljoen EUR

(*) De actualiseringkosten van voorzieningen (47 in 2006, 42 in 2007, 43 in 2008, 64 in 2009 and

52 in 2010) werd overgebracht van operationele kosten naar fi nanciële kosten, gezien de aard van dit element.

  1. REBITDA = REBIT voor afschrijvingen.

  2. REBIT = Recurrente EBIT. 3. Waarvan bijzondere waardevermindering van activa van: -48 in 2006, -123 in 2007, 54 in 2008, -25 in 2009 en -300 in 2010.

  3. Voltijdse equivalenten op 31 december van het jaar; op 1 januari van het volgende jaar voor 2006 en 2007.

  4. Wisselkoers: 1 EUR: 1,3362 USD per 31/12/2010.

  5. Nettowinst + totale afschrijvingen.

  6. Nettoschuld (+) / kasoverschot (-)

Toekomstgerichte uitgaven

Investeringen, overnames en O&O van de Groep in 2010 = 719 miljoen EUR

296

O&O per Sector in 2010 [miljoen EUR]

Financiële kerndata van de voortgezette activiteiten van de Groep Omzet in 2010 = 6 796 miljoen EUR

REBIT in 2010 = 602 miljoen EUR [Inclusief Corporate & Business Support: -45 miljoen EUR en New Business Development: -26 miljoen EUR)]

Verdeling van REBIT* per Sector in 2010 * Exclusief Corporate & Business Support: -45 miljoen EUR en New Business Development: -26 miljoen EUR

Verdeling van personeel per Sector in 2010

Wereldwijde aanwezigheid

Omzet in 2010 = 6 796 miljoen EUR

Personeel in 2010 (31.12.2010): 16 785 personen

Personeel in 2010 (31.12.2010): 16 785 personen

Eindverbruikersmarkt*

Omzet in 2010 = 6 796 miljoen EUR

Bouw en architectuur 23%
Chemische industrie 13%
Water en leefmilieu 7%
Elektriciteit en elektronica 7%
Glasindustrie 6%
Detergenten, onderhouds
en hygiëneproducten 5%
Verpakkingen 5%
Verbruiksgoederen 5%
Auto-industrie 4%
Papier 4%
Gezondheidszorg mensen 3%
Mensen- en dierenvoeding 2%
Andere industrieën 14%

* Zonder Inergy Automotive Systems als gevolg van de overname door Plastic Omnium van Solvays belang in dit bedrijf in 2010.

Opmerkelijke feiten in 2010

7 januari EPICEROL®

Vinythai bereidt de bouw voor van een fabriek voor epichloorhydrine in Thailand op basis van EPICEROL®, een door Solvay ontwikkelde productietechnologie op basis van hernieuwbare grondstoffen.

28 april

Bernburg (Duitsland) Solvay vermindert de CO2 -uitstoot van zijn fabriek in het Duitse Bernburg door middel van een krachtcentrale die werkt met brandstoffen uit reststoffen.

5 mei

Verenigde Staten Verenigde Staten: een nieuwe fabriek zet natriumcarbonaatafval om in natriumbicarbonaat bestemd voor de zuivering van rookgassen.

25 juni

Solvay en Arkema

Solvay en Arkema halen hun gekruiste participaties uit elkaar in joint ventures voor vinylproductie in Frankrijk en Spanje.

27 juli

RusVinyl

De Europese Bank voor Heropbouw en Ontwikkeling (EBRD) investeert 52 miljoen EUR in RusVinyl, Solvays pvc-jointventure in Rusland.

20 oktober Korea

Solvay en zijn Koreaanse partners investeren 26 miljoen EUR in een risicokapitaalfonds voor geavanceerde materialen in Korea.

10 februari Antwerpen (België)

Solvay bouwt een zeer grote brandstofcel op zijn SolVinsite in Antwerpen (België). Het wordt één der krachtigste ter wereld.

4 augustus Iridos

Nepes, begint met de productie van pigmentpasta's voor vloeibaarkristalschermen (TFT-LCD) in Korea.

7 september

Polyera Solvay zet zijn ontwikkeling op de markt van de drukbare elektronica voort door te participeren in Polyera.

23 september

Horizonproject Solvay licht zijn Horizonproject nader toe, een nieuwe organisatievorm, gericht op een duurzame groei.

11 februari

Azië Solvay kondigt de oprichting aan van drie O&O- en technologiecentra in Azië om zijn aanwezigheid in deze groeiregio te verstevigen.

16 februari

Farmaceutische activiteit Solvay sluit de verkoop van zijn farmaceutische activiteit aan Abbott af voor 5,2 miljard EUR.

21 mei

ACAL Energy Solvay verhoogt zijn belang in het brandstofcelbedrijf ACAL Energy.

17 juni Inergy Automotive

Systems Akkoord over de verkoop van het aandeel van Solvay in Inergy Automotive Systems aan Plastic Omnium.

2 september TECNOFLON®

10 oktober China Solvay verhoogt zijn

14 oktober

Innovation bij.

9 november

overheid.

Om tegemoet te komen aan de stijgende vraag verhoogt Solvay de productiecapaciteit voor TECNOFLON® op zijn site van Spinetta Marengo (Italië).

van speciale polymeren in China.

Solvay Science for Innovation 2010 Haast 200 wetenschapslui en twee Nobelprijswinnaars wonen de conferentie Solvay Science for

Tavaux (Frankrijk) Solvay besluit de kwikelektrolyses te vervangen door meer performante membraanelektrolyses in zijn fabriek

REACH: Solvay heeft met succes 170 dossiers, die 82 verschillende chemische stoffen behandelen, geregistreerd bij de Europese

te Tavaux (Frankrijk). 1 december REACH

7 april Solar Impulse

Eerste vlucht van de Solar Impulse, mogelijk gemaakt door de innovatieve materialen en de knowhow van Solvay.

5 september

Wet chemicals Solvay breidt zijn activiteit ultrazuivere wet chemicals uit op de Chinese elektronicamarkt.

14 december

Epichloorhydrine EPICEROL®-procedé: Solvay kondigt een project aan voor de bouw van een fabriek voor epichloorhydrine in China.

18 december

Vinythai Solvay verhoogt zijn belang in Vinythai van 50% tot 58%.

2

Grenzen verleggen

Solvay zet zijn strategische verandering voort. Het is de bedoeling van de Groep een wereldspeler te maken in duurzame chemie. Solvay krijgt een nieuwe organisatie om sneller en beweeglijker te worden. De mutatie van zijn industriële perimeter wordt voortgezet.

Solvay zet zijn transformatie voort. Solvay verandert omdat de wereld verandert. Wij veranderen omdat wij willen dat de Groep sterk blijft en performant. Het is onze plicht zijn positie zoveel mogelijk te verstevigen, en zo te zorgen voor zijn voortbestaan in een perspectief van duurzame en winstgevende groei.

Het jaar 2010 heeft ook belangrijke wijzigingen teweeggebracht in de activiteitenportefeuille, want met de verkoop van de farmaceutische

activiteiten en van de participatie in Inergy Automotive Systems, beschikt Solvay over de middelen om van zijn transformatie een succes te maken. Eveneens in het voorbije jaar zijn we met een ambitieus project gestart om de structuren van de Groep te moderniseren.

Zoals Solvay het al sinds zijn oprichting in 1863 doet, gaan wij mee met de grote lijnen in de geschiedenis. We leven in een complexe en fl uctuerende wereld, dooreengeschud door diepe crisissen. Niettemin tekenen zich ingrijpende mutaties af. Sommige van die tendenzen, van die megatrends, hebben directe gevolgen voor ons. Het komt er dus op aan ze te zien, ze te begrijpen, er de reikwijdte van in te schatten en ons ernaar te schikken.

Megatrends die de wereld van morgen vorm geven

In de eerste plaats valt de opwarming van de planeet niet te ontkennen. Dat is een kolossale en fundamentele verandering. Onderzoek stuit geregeld op nieuwe feiten die de wijzigingen van het wereldklimaat bevestigen. Deze vaststelling verhoogt de druk op de industriële activiteit als geheel, die immers veel energie verbruikt en broeikasgassen uitstoot.

Boodschap van beide Voorzitters

Daar komt bij dat de honger naar de natuurlijke hulpbronnen waarover de planeet beschikt maar blijft toenemen, waarbij de vraag al snel het aanbod overtreft, onverschillig of het nu gaat om fossiele brandstoffen, om water of voor de industrie veelal nuttige metalen. Dit leidt er onvermijdelijk toe dat deze levensnoodzakelijke hulpbronnen schaars worden en zelfs uitgeput geraken. Onze belangrijkste werkmiddelen zijn bedreigd, meer bepaald energie en grondstoffen die aan de basis liggen van onze waardeproductieketens.

Een ander niet tegen te houden fenomeen: de wereldbevolking neemt toe en ze veroudert. In 2050 zullen we met 9 miljard mensen de aarde delen. En voor het eerst in de geschiedenis van de mensheid zullen mensen van 60 jaar of ouder talrijker zijn dan kinderen tot 15 jaar. Een situatie zonder voorgaande, die nog een ander kenmerk heeft: de komst van meer dan één miljard nieuwe consumenten. Deze evolutie zal ons gedrag bepalen en ze gaat ongetwijfeld ook de vraag beïnvloeden naar die goederen waarin onze producten en onze technologische oplossingen zijn geïntegreerd.

We kunnen er voorts van uitgaan dat de structurele concurrentie van de opkomende economische machten intenser wordt. De toename van de macht van de 4 BRIC-landen (Brazilië, Rusland, India, China) die aangekondigd werd in de loop van het eerste decennium van de 21e eeuw, is vandaag een realiteit. Andere landen met een aanzienlijk groeipotentieel zouden eveneens kunnen uitgroeien tot economische grootmachten.

Actie op drie domeinen: structuur, business en perimeter

Op deze ingrijpende veranderingen het antwoord vinden is een boeiende opgave. We zullen op drie fronten moeten handelen en onze organisatie, onze businessaanpak en onze

industriële perimeter moeten bekijken. In de eerste plaats reorganiseren wij naar een meer beweeglijke en meer motiverende structuur die bij machte is de nieuwe uitdagingen effi ciënt aan te gaan. De Raad van Bestuur heeft deze nieuwe organisatie, voorgesteld in september 2010, formeel goedgekeurd in februari 2011 en het is de bedoeling haar geleidellijk in te voeren voor het einde van 2012. Ze bevordert het op een verantwoordelijke wijze delegeren van bevoegdheden en de motivering van onze personeelsleden. Ze brengt ook onze klanten dichterbij.

Wat het tweede front betreft, onze businessaanpak, heeft Solvay in 2010 aangetoond dat het snel kan opveren na weerstand te hebben geboden aan de recesssie en de schokken die de wereldeconomie te doorstaan kreeg.

De omzet van de Groep komt nu op 7,1 miljard EUR. De omzet van de voortgezette activiteiten (6,8 miljard EUR) steeg met 19% ten opzichte van 2009. Deze vooruitgang is het resultaat van een sterke groei van de verkoopsvolumes in elke tak van onze bedrijvigheid. De omzetstijging is vooral sterk in Azië. De Groep realiseert er nu 14% van zijn omzet, tegen 10% in 2009, en bijna één derde van de verkoop van Speciale Polymeren.

Het recurrent operationeel resultaat (REBIT) van de Groep beloopt 633 miljoen EUR. De REBIT van de voortgezette activiteiten bedroeg 602 miljoen EUR, een stijging met 94% ten opzichte van 2009. Er was de belangrijke stijging van de verkoopsvolumes, maar de REBIT doet ook zijn voordeel met het feit dat de energiekosten globaal bekeken onder controle zijn en ook onze kosten bedwongen zijn. De belangrijke inspanningen die de Groep zich in 2008 en 2009 getroostte voor een structurele vermindering van de kosten wierpen hun vruchten af. Op natriumcarbonaat na (dat moet optornen tegen de aanhoudend zwakke markt voor vlakglas in Europa) gaat

het resultaat van elk van onze belangrijkste activiteiten duidelijk in stijgende lijn. In het bijzonder dient hier het recordresultaat in 2010 vermeld van de Speciale Polymeren.

Het nettoresultaat van de Groep komt op 1,8 miljard EUR. Het werd positief beïnvloed door de meerwaarde op de verkoop van de farmaceutische activiteiten (1,7 miljard EUR) en negatief beïnvloed door eenmalige posten ter waarde van 328 miljoen EUR. De eenmalige posten omvatten afwaarderingen van industriële activa, herstructureringslasten (waaronder 74 miljoen EUR van het Horizonproject) en de meerwaarde van de verkoop van het belang in Inergy Automotive Systems (130 miljoen EUR). Het rendement op eigen vermogen bedroeg 26,7% in 2010. De hervatting van de zaken mag ons niet doen vergeten dat het nodig blijft de cashpositie van de Groep rigoureus te beheren. Het bedrijfskapitaal van onze activiteiten in Chemie en Kunststoffen blijven we met de nodige discipline in de gaten houden. Terwijl de omzet in 2010 met 19% is gegroeid, is het bedrijfskapitaal slechts met 7% toegenomen in vergelijking met 2009. Ook heeft de Groep zijn investeringsuitgaven geconcentreerd op een beperkt aantal strategische projecten in Chemie en Kunststoffen, met de prioriteit op geografi sche expansie en de keuzes die de duurzame ontwikkeling ons oplegt. En dit zonder concessies op de besteding van de fi nanciële middelen voor veiligheid, leefmilieu en gezondheid.

De Groep waakt er voortaan ook over in zijn dagelijks beleid dezelfde criteria te hanteren als voor zijn strategische herpositionering. Zo wil hij ervoor zorgen dat zijn huidige activiteiten een blijvend karakter hebben.

Zo heeft Solvay bijvoorbeeld het voornemen bekendgemaakt een nieuwe EPICEROL®-fabriek te bouwen in China, met een jaarcapaciteit van 100 000 ton epichloorhydrine. Deze fabriek die

een productietechnologie op basis van hernieuwbare grondstoffen toepast die Solvay heeft ontwikkeld, vult een andere site in aanbouw in Thailand aan. Het is een prachtig voorbeeld van ons vermogen om dankzij de innovatie, producten en oplossingen te leveren die bijdragen tot de duurzame ontwikkeling. Met ditzelfde project verstevigen we ook onze geografi sche expansie in de landen die een sterke groei kennen.

In Rusland heeft onze joint venture RusVinyl de eerste steen gelegd van de fabriek in Kstovo. Het wordt de eerste site van wereldformaat voor de productie van vinyl en dat in het hart van een markt met uitstekende vooruitzichten. Al van bij het eerste concept zijn op deze geïntegreerde fabriek de strengst mogelijke milieunormen toegepast. Tegen 2013 moet ze 330 000 ton pvc per jaar kunnen produceren, daarbij zo effi ciënt mogelijk met energie omspringen én het gebruik van grondstoffen en afvalstromen tot het minimum beperken.

In de Verenigde Staten heeft Solvay een wel heel uitzonderlijke techno logie ontwikkeld waarmee natriumcarbonaatafval getransformeerd wordt tot een commercialiseerbaar natriumbicarbonaat. Dit product wordt met veel succes gebruikt voor de reiniging van rookgassen.

In Europe, waar de wieg van de Groep staat, worden met nieuwe ontwikkelingen betreffende energiebeheer de duurzaamheid van onze sites vergroot en hun invloed op het leefmilieu vermindert. Dat geldt bijvoorbeeld voor het project van de reusachtige brandstofcel met een capaciteit van 1 megawatt te Antwerpen (België), voor de WKK-eenheid die aangedreven wordt door brandstof op basis van reststoffen in Bernburg (Duitsland) of nog voor de beslissing de kwikelectrolyses in Tavaux (Frankrijk) en in Antwerpen te vervangen door membraanelektrolyses.

In Azië ten slotte heeft Solvay in 2010 de oprichting aangekondigd van drie nieuwe onderzoekscentra, in India, Zuid-Korea en China. Ze zijn ondertussen operationeel en hebben als taak de innovatie en de duurzame ontwikkeling in de regio te ondersteunen. Elk van deze centra zal zich allereerst bezighouden met innovatie op maat en ten dienste van de klanten.

Naast een dynamisch beheer van onze business hebben we ook structureel de ambitie onze activiteitenportefeuille te zien evolueren, zodat we de consumenten van morgen de producten en de oplossingen kunnen bieden die ze nodig zullen hebben. Dat is ook de reden waarom Solvay is begonnen met een zorgvuldige analyse naar herinvesteringsmogelijkheden voor de opbrengst uit de verkoop van zijn farmaceutische activiteiten. De analyse is op weldoordachte criteria gebaseerd: de nieuwe activiteiten zouden een hoge toegevoegde waarde moeten hebben en bijdragen tot de vermindering van de ecologische voetafdruk én tot de geografi sche expansie van de Groep, het cyclische karakter van de resultaten terugdringen en ook passen in onze duurzaamheidsdoelen. Deze strategische criteria horen in lijn te liggen met een grondig respect voor de fi nanciële discipline, waardoor de Groep zijn solide structuur kan behouden, en breder bekeken, met een adequate risicoanalyse. Met deze criteria werden marktsegmenten bepaald en in deze segmenten dan doelwitten die aandacht waard zijn. Het was wel nog niet mogelijk ons project al in

Christian Jourquin Voorzitter van het Uitvoerend Comité

2010 af te ronden.

Nog betreffende onze activiteitenportefeuille heeft Solvay in 2010 zijn aandeel van 50% in Inergy Automotive Systems aan zijn partner Plastic Omnium verkocht. Deze beslissing illustreert onze wil om ons te concentreren op een beperkt aantal welgekozen activiteiten.

In 2011 maken we hier voort werk van

Ons mobilisatievermogen en ons talent om al onze energie op een gemeenschappelijk doel te richten zullen in 2011 meer dan ooit aangesproken worden. Er wacht ons een grote taak. We passen ons aan een nieuwe wereld aan en leggen de oude gewaden af.

Maar in de eerste plaats bereidt Solvay zich voor op morgen. De Groep bereidt zich voor om de wereld de oplossingen aan te reiken waaraan zij behoefte heeft voor een duurzame ontwikkeling.

Solvay schept niet alleen waarde voor al zijn belanghebbenden, maar heeft zich ook geëngageerd in een echt maatschappelijke taak. Om die tot een goed einde te brengen wordt de Groep een belangrijk pleitbezorger van de duurzame chemie: een innoverende, moderne en onmisbare chemische industrie met een kleinere impact op het leefmilieu.

Na de ontzaglijke verandering die we momenteel doormaken, zullen we kunnen spreken van een nieuw Solvay, een totaal getransformeerde, gemotiveerde Groep die klaarstaat ten dienste van een nieuwe wereld.

Aloïs Michielsen Voorzitter van de Raad van Bestuur

4

Een nieuwe etappe voor Solvay

Solvay is in 2010 met de aankondiging van het Horizonproject, een grondige transformatie waaruit een nieuwe organisatie voor onze Groep moet ontstaan. Ze zal onze Groep een plaats in de toekomst geven waarmee we aanspraak kunnen maken op een sterke positie op het gebied van de duurzame chemie. De verkoop van de farmaceutische activiteiten heeft ons voorzien van de nodige middelen om onze ambities te verwezenlijken. Maar om nieuwe activiteiten te kunnen integreren dienden we Solvay een meer motiverende, beweeglijke en gastvrije structuur te geven.

Aangezien alle activiteiten hun eigen karakteristieken hebben, zullen ze worden ondergebracht in nieuwe entiteiten die zich beter aan hun eigenheid kunnen aanpassen. De specialiteiten met hoge toegevoegde waarde worden geïntegreerd in entiteiten die wereldwijd actief zijn. Daartegenover staat dat de essentiële producten in regionale structuren worden georganiseerd, omdat de economische logica en de strategie die deze markten beheersen immers verschillen in de grote economische wereldregio's.

Minerals en Molecular Solutions) De essentiële chemische producten Units, die zullen geleid worden als zullen de RBU's Essential Chemicals zullen op groei mikken terwijl Europa

Bollate, Italië, haar hoofdkwartier zal hebben. Deze GBU zal de activitei-Solvay Advanced Polymers en

6

van onze klanten. Ze zal ook synergie mogelijk maken en dankzij het uitwisselen van best practices de operationele uitmuntendheid bevorderen. Voor de essentiële producten bevestigt de Sector Kunststoffen zijn huidige regionale organisatie voor de activiteiten die verband houden met vinylproducten, in de joint ventures SolVin in Europa en Solvay Indupa in Zuid-Amerika, Vinythai in Azië en Rusvinyl in het Gemenebest van Onafhankelijke Staten (GOS). Nog steeds in de Sector Kunststoffen richt Solvay een Business Unit Integration op die Benvic (de pvccompounding in Europa) zal besturen, net als de allianties in de context van de joint ventures Pipelife (buizen en hulpstukken) en Dacarto Benvic (pvc-compounds in Zuid-Amerika).

De nieuwe operationele organisatie wordt aangevuld met vier nieuwe eenheden, de Strategy Development Units, die zich respectievelijk gaan bezighouden met de speciale polymeren, de speciale chemische producten, de essentiële chemische producten en de vinylproducten. De taak van deze ploegen, direct verbonden met het management van respectievelijk de Sector Chemie en de Sector Kunststoffen, is de uitwerking van de strategie voor de belangrijke producten en marktsegmenten, dit in nauw

overleg met de Business Units. Ze zullen tevens de coördinatie tussen de regionale eenheden verzorgen.

Het bestuur van de Groep blijft ongewijzigd, met een Raad van Bestuur, een collegiaal Uitvoerend Comité, de Sectoren en de functionele directies. De regionale directies dan zullen gecombineerd worden met operationele of functionele directies, behalve in Azië waar de Groep een prioritaire ontwikkelingsinspanning levert. Voorts zullen de directeurs van de Sectoren een grotere zelfstandigheid krijgen inzake investeringsbeslissingen. Ze zullen op hun beurt een grotere autonomie in hun organisatie voorstaan, wat de uitvoering van nieuwe projecten zal versnellen.

Naast een organisatie die sneller en beweeglijker is en dichter bij de klanten staat, krijgt de Groep ook een sterkere motor om de innovatie, een essentiële pijler van de Groep, te kunnen stimuleren. Er komt een nieuw Innovatiecentrum dat onder de verantwoordelijkheid komt van een Chief Scientifi c and Innovation Offi cer, die rechtstreeks rapporteert aan de CEO.

Een derde reeks maatregelen zal de competitiviteit en het werk in ploegverband aanmoedigen. Wij willen de veralgemening van de beste werkmethodes (best practices) in alle onderdelen van de Groep.

Om het delegeren van bevoegdheden en de zin voor verantwoordelijkheid aan te moedigen moet een duidelijke oriëntatie geboden worden, een

kader waarbinnen de verantwoordelijken doeltreffend en coherent kunnen handelen. Het Corporate Center wordt lichter gemaakt. Naast de directie van de Sectoren, zal het een beperkt aantal functies bevatten voor de uitwerking van de richtlijnen, het voor de Groep uitgestippelde beleid, en het toezien op de uitvoering ervan. De structurele veranderingen zullen hun invloed hebben op de interne en externe kosten. Meer in het bijzonder zullen de inspanningen om de effi ciëntie van de businessondersteunende functies te verhogen gevolgen hebben voor ongeveer 800 arbeidsplaatsen over de hele wereld. De geleverde inspanningen zullen de jaarlijkse kosten met ongeveer 65 miljoen EUR verminderen tegen eind 2012. Daar komt bij dat de inspanningen om de externe uitgaven te beperken leiden tot een besparing van 55 miljoen EUR op jaarbasis. Overeenkomstig de Waarden van de Groep inzake ethiek en respect voor de mensen zal Solvay zich inzetten om de sociale gevolgen en naakte ontslagen zo veel mogelijk te beperken, door vroegtijdige pensionering voor te stellen voor die gevallen waar dit mogelijk is of door bijvoorbeeld de betrokkene intern of extern een nieuwe functie te geven of te zorgen voor een opleiding die het vinden van een nieuwe baan vergemakkelijkt.

Deze toegenomen wendbaarheid én onze lichtere structuur maken onze Groep tot een meer open organisatie met een grotere capaciteit om nieuwe activiteiten te integreren.

Het vermogen verder vooruit te kijken

Solvay blijft op een consistente, geordende en coherente wijze trouw aan zijn traditie van verandering. Dit kan middels initiatieven op elk gebied, zoals bijvoorbeeld de fi nanciële reporting, het streven naar wetenschappelijke vooruitgang en niet te vergeten het partnerschap dankzij de verwezenlijkingen van de Solar Impulse.

8

Een nieuw segment in de fi nanciële reporting

Sinds 1 januari 2010 publiceert Solvay de resultaten van een vierde activiteitssegment in zijn fi nanciële reporting: New Business Development (NBD) staat daar nu in, naast de segmenten Chemie, Kunststoffen en Corporate & Ondersteunende diensten. Het is de bedoeling om zo een duidelijker licht te werpen op de ontwikkelingsinspanningen die Solvay levert in het kader van NBD, dat nieuwe technologieën onderzoekt, nieuwe producten en markten waar de knowhow van de Groep zou kunnen bijdragen tot economisch zinnige

oplossingen om zo een antwoord te bieden op de uitdagingen waarvoor de duurzame ontwikkeling ons plaatst. Bij die uitdagingen: de groei en de veroudering van de bevolking, de klimaatverandering, de ontoereikende grondstoffen en de opkomst van nieuwe consumenten.

NBD brengt nieuwe potentiële groeilagen tot ontwikkeling, in het kader van een actie voor open innovatie waarvoor samenwerking wordt gezocht met anderen. Deze aanpak valt op te maken uit de

vorming van partnerschappen en consortia met start-ups en onderzoeksorganisaties. De NBD-platforms concentreren zich tegenwoordig op duurzame energie, drukbare organische elektronica, nanotechnologiën en de chemie van wat hernieuwbaar is.

Dit verslag wijdt een belangrijker hoofdstuk aan New Business Development, waardoor dit een gelijkaardig overzicht geeft zoals van de twee industriële sectoren van de Groep, Chemie en Kunststoffen.

Solar Impulse: een werkelijkheid

Na een eerste vlooiensprong in december 2009 heeft Solar Impulse, het vliegtuig dat uitsluitend door zonneenergie wordt aangedreven, in 2010 een beslissende reeks proefvluchten gemaakt, tot zelfs een nachtvlucht, die een primeur was in de geschiedenis van de zonneluchtvaart. Opgestegen op 7 juli vanop de militaire luchthaven van Payerne in Zwitserland heeft het toestel meer dan 26 uur gevlogen en het bereikte daarbij een maximale hoogte van 8 744 meter. Toen het vliegtuig landde had het meer energie in zijn batterijen

dan bij het opstijgen. Deze vlucht was een beslissende stap naar het einddoel: een vlucht rond de wereld in opeenvolgende etappes van elk vijf dagen in 2013-2014. Het is duidelijk bewezen dat het mogelijk is ook 's nachts te kunnen vliegen dankzij de overdag opgeslagen zonne-energie. Solar Impulse zou in 2011 zijn eerste internationale vluchten moeten maken. De eerste transatlantische vlucht zou dan weer iets voor 2012 zijn. Solvay is de eerste hoofdpartner én technologisch partner van Solar

Impulse. Innovatieve materialen van de Groep worden gebruikt voor ongeveer 6 000 onderdelen in het toestel. Ze bewijzen hun nut op drie manieren: in de structuur, in het energiesysteem en in de vermindering van het gewicht.

Solar Impulse is voor Solvay een buitenkans om aan te tonen dat zijn specialiteit, de chemie, toekomstgerichte oplossingen aanreikt waarmee het de enorme uitdaging van de duurzame ontwikkeling met succes kan aangaan.

Science for Innovation 2010

Solvay heeft in oktober 2010 zijn vierde conferentie Science for Innovation gehouden. De thematiek van deze editie draaide rond de vraag: Duurzaamheid of chaos: kan de wetenschap ertoe bijdragen om deze uitdaging aan te gaan?

Deze ontmoeting van zeer hoog niveau lokte ongeveer 200 experts en onderzoekers van Solvay, zowel uit Europa en de Verenigde Staten als uit Azië, en ook een vijfentwintigtal vertegenwoordigers van het

internationale wetenschappelijke milieu. Onder hen Nobelprijswinnaars Peter Grünberg (Fysica, 2007) en Ada Yonath (Chemie, 2009). Er werden trofeeën uitgereikt om de meestbelovende onderzoeksprojecten van de Groep te onderscheiden. Deze projecten gaan vooral over nieuwe materialen en ultrazuivere producten voor spitstechnologische toepassingen.

Solvay, een internationale industriële Groep Chemie met duidelijk leidende posities

Belangrijkste activiteiten:

Speciale polymeren:

  • Polyvinylideenchloride (PVDC)

Vinylproducten:

Speciale chemicaliën:

Essentiële chemicaliën:

Belangrijke lopende investeringen:

Oost-Europa

• Rusland: Vinylproducten – Nieuwe productie-eenheid (RusVinyl) (2013)

West-Europa

  • Italië: Speciale polymeren Capaciteitsuitbreiding van TECNOFLON® (2012) • Frankrijk en België: Essentiële
  • chemicaliën Omschakeling van de
  • elektrolyse in Tavaux en Antwerpen (2012).

Azië

  • Thailand:
  • E ssentiële chemicaliën:
  • Nieuwe HPPO-fabriek (2011)
    • Nieuwe EPICEROL®-fabriek (2012)
  • China:
  • S peciale polymeren: - Nieuwe fabriek voor compounds

  • -fabriek (2011)

  • Project voor een nieuwe EPICEROL®-fabriek (2013)

Strategische positionering van Solvay

Belangrijkste producten Europa Wereld
Fluorpolymeren 1 3
Zeer performante engineering
polymeren
1 1
Natriumcarbonaat en
natriumbicarbonaat
1 1
Waterstofperoxide 1 1
pvc en natronloog 2 3

Toekomstgerichte uitgaven:

De richting voor Onderzoek & Ontwikkeling (verdeling van de uitgaven in 2010)

De O&O-projecten liggen in het verlengde van de duurzame doelstellingen van de Groep en concentreren zich onder meer op energiebesparing, hernieuwbare energie, waterzuivering, hernieuwbare materialen of gezondheid en welzijn.

New Business Development en zijn vier onderzoeksplatforms:

  • Hernieuwbare energie
  • Drukbare organische elektronica
  • Nanotechnologie
  • Hernieuwbare chemie

actief in de Solvay ambieert een hoofdrol te spelen in de Leidende posities: duurzame chemie

De herinvestering van de opbrengst uit de verkoop van de farmaceutische activiteiten is bedoeld om Solvays strategie van strategische en rendabele groei te versnellen.

De strategische prioriteit van Solvay is een verbetering van het duurzaamheidsprofi el van de Groep door:

  • te investeren in activiteiten met hoge toegevoegde waarde en in strategische projecten in Chemie en Kunststoffen;
  • het verbeteren van de geografi sche voetafdruk naar regio's met groeipotentieel;
  • het voortzetten van de ontwikkeling van activiteiten en nieuwe producten met een kleinere energetische en een betere ecologische voetafdruk;
  • het beperken van het cyclische karakter van de activiteitenportefeuille.

Deze strategische criteria horen in lijn te liggen met een grondig respect voor de fi nanciële discipline, waardoor de Groep zijn solide structuur kan behouden, en breder bekeken, met een adequate risicoanalyse.

Financiën deel 1 en Verslag van de Raad van Bestuur

Financiën

Verslag van de Raad van Bestuur pagina 12 Financiële informatie per aandeel pagina 19

Financiën deel 1

Sterke groei van het operationeel resultaat van de activiteiten in chemie en kunststoffen in de context van een wereldwijd stevigere activiteit.

Dit Verslag van de Raad van Bestuur heeft zowel betrekking op de geconsolideerde rekening van de Solvay-groep als op de jaarrekening van Solvay nv.

  • 13
  • Omzet Groep (7 109 miljoen EUR); omzet van voorgezette activiteiten (6 796 miljoen EUR) 19% hoger in vergelijking met 2009 dankzij een sterke toename van de afzet
  • Operationeel resultaat Groep (633 miljoen EUR) waarvan 602 miljoen EUR (+94%) van voortgezette activiteiten; behalve aan de sterke vooruitgang van de afzet is dit in het algemeen te danken aan de beheersing van de energiekosten en de belangrijke inspanningen voor kostenbeheersing
  • Meerwaarde op de verkoop van de farmaceutische activiteiten en op de verkoop van het belang in Inergy Automotive Systems van 1,8 miljard EUR
  • Voorgesteld 2010 dividend: 3,0667 EUR bruto (2,3 EUR netto) per aandeel (4,5% hoger dan in 2009)

Het Verslag van de Raad van Bestuur voor het boekjaar dat eindigt op 31 december 2010, van pagina 12 tot 19, 147 tot 160 (risicomanagement) en van pagina 175 tot 203 (Verklaring inzake deugdelijk bestuur), is voorbereid volgens de regels van artikel 119 van het Wetboek van Vennootschappen en goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 16 februari 2011.

Strategische heroriëntering van de activiteiten van de Solvay-groep

Solvay streeft ernaar de inkomsten van de verkoop van de farmaceutische activiteiten te herinvesteren in organische en substantiële externe groei, met de klemtoon op waardecreatie op lange termijn. De strategische focus ligt op investeringen en acquisities in activiteiten met een hoge toegevoegde waarde en in strategische projecten in chemie en kunststoffen. Tegelijk blijft de Groep ook streven naar geografi sche expansie in regio's met groeipotentieel en naar de ontwikkeling van activiteiten en nieuwe producten met een betere energetische en ecologische voetafdruk, die het cyclisch karakter van de activiteitenportefeuille van Solvay moeten verminderen. Naast deze strategische criteria geldt ook een fi nanciële discipline waardoor de Solvay-groep zijn stevige structuur behoudt en in het algemeen een afdoende analyse van de risico's. Op basis van deze criteria zijn marktsegmenten geïdentifi ceerd, met daarin doelen die de Solvay-groep de moeite waard acht. Het herinvesteringsproces wordt in 2011 voortgezet.

In afwachting is de opbrengst van de verkoop van de farmaceutische activiteiten op korte termijn belegd in voor 80% diverse soevereine beleggingsinstrumenten (Duitsland, Frankrijk, Nederland, België) en voor 20% in geldbeleggingen waarvoor de hoogste rating geldt. Voorts is een programma uitgewerkt voor investering in eigen aandelen (in de vorm van treasury shares). In 2010 beliep de investering in Solvay-aandelen 880 766 aandelen tegen een gemiddelde prijs van 69,25 EUR per aandeel, wat neerkomt op een investering van 61 miljoen EUR. De looptijd van dit programma was eerst op één jaar bepaald, maar is verlengd tot eind december 2011 met het oog op nieuwe aankopen tot maximaal 1,65 miljoen aandelen.

In de context van deze strategische heroriëntering heeft de Solvay-groep een studie uitgevoerd (het Horizonproject) gericht op een maximale effi ciëntie van zijn organisatie en die de Groep voorbereidt op zijn toekomstige groei. De nieuwe organisatiestructuur werd voorgesteld in september 2010 en de Raad van Bestuur heeft haar formeel goedgekeurd in februari 2011. Naast een beter functioneren van de onderneming zou de reorganisatie ook een vermindering van de personeelskosten moeten mogelijk maken (naar schatting 65 miljoen EUR per jaar) en van externe uitgaven (geschat op 55 miljoen EUR per jaar). De nieuwe organisatiestructuur zal geleidelijk doorgevoerd

worden en volop effect krijgen tegen eind 2012. De herstructureringskosten zullen minder hoog zijn dan eerst geschat. Een groot deel van deze lasten is al geboekt in 2010 (78 miljoen EUR waarvan 74 miljoen EUR in het 4e trimester).

Gang van zaken

De omzet van de Groep komt op 7 109 miljoen EUR in 2010. De omzet van de voortgezette activiteiten (6,8 miljard EUR) steeg met 19% ten opzichte van 2009. De jaaromzet van de Sector Chemie (3 012 miljoen EUR) steeg met 11%; de verkoopsvolumes stijgen fors (+14%), wat de zwakkere verkoopprijzen compenseert (-6%). De jaaromzet van de Sector Kunststoffen (3 784 miljoen EUR) is duidelijk hoger (+33% bij constante perimeter), vooral dankzij een zeer aanzienlijke stijging van de afzet van Speciale Polymeren (+36% in vergelijking met vorig jaar). Geografi sch bekeken is het aandeel van Azië in het totaal van de verkoop van de Groep sterk toegenomen, van 10% in 2009 tot 14% in 2010.

Het recurrent operationeel resultaat van de Groep (REBIT) komt op 633 miljoen EUR in 2010. De REBIT van de voortgezette activiteiten (602 miljoen EUR) stijgt met 94%. Behalve aan de sterke vooruitgang van de afzet is dit in het algemeen te danken aan de belangrijke inspanningen voor kostenbeheersing en de beheersing van de energiekosten. Aan te stippen valt echter dat de energiekosten sinds enkele maanden stijgen.

De operationele marge (REBIT op omzet) van de Groep, zonder de farmaceutische activiteiten, bedraagt 8,9% in 2010 tegen 5,4% in 2009.

Evolutie per Sector

De omzet over 2010 van de Sector Chemie

(3 012 miljoen EUR) gaat met 11% vooruit in vergelijking met vorig jaar. Het verkoopsvolume vertoont een sterke stijging (+14%) in alle activiteiten van de Sector, wat de zwakkere verkoopprijzen compenseerde (-6%), vooral voor natriumcarbonaat. Het operationeel resultaat voor 2010 van de Sector (312 miljoen EUR) is 16% hoger dan dat van 2009 (268 miljoen EUR). Deze verhoging betreft het geheel van de chemische activiteiten, met uitzondering van natriumcarbonaat.

De omzet in de Sector Kunststoffen (3 784 miljoen EUR)

Verslag van de Raad van Bestuur

miljoen EUR 2009 2010 2010/2009
Omzet 8 485 7 109 -16 %
Chemie 2 713 3 012 11 %
Kunststoffen 2 982 3 784 27 %
Omzet – Voortgezette activiteiten 5 694 6 796 19 %
Farmaceutische Producten – Beëindigde bedrijfsactiviteiten 2 791 312 ns
REBIT 969 633 -35 %
Chemie 268 312 16 %
Kunststoffen 86 360 320 %
New Business Development -25 -26 4%
Corporate & Business Support -19 -45 135 %
REBIT – Voortgezette activiteiten 310 602 94 %
Farmaceutische Producten – Beëindigde bedrijfsactiviteiten 658 31 ns

is duidelijk hoger dan die van vorig jaar; bij constante perimeter, stijgt hij met 33%. Deze evolutie vindt haar verklaring vooral in de zeer sterke afzetstijging van de Speciale Polymeren (+36% in vergelijking met 2009). Ook al geldt deze verbetering voor alle wereldregio's, toch is ze het sterkst in Azië. Voor de Vinylproducten is de vraag beter dan het jaar ervoor; maar deze verbetering werd toch afgeremd door een lusteloze bouwmarkt in een aantal West-Europese landen. Het operationeel resultaat van de Sector Kunststoffen (360 miljoen EUR) is toch duidelijk beter dan dat van 2009 (86 miljoen EUR). Deze vooruitgang doet zich ook voor bij de Vinylproducten en de Speciale Polymeren, al zijn het vooral deze laatste die de sterkste resultatengroei kunnen laten zien. De recordhoogte van het resultaat van de Speciale Polymeren in 2010 valt te benadrukken.

De situatie op het gebied van energie

De uitgaven voor energie bleven in de loop van 2010 over het algemeen onder controle. De nettofactuur voor energie bedroeg 12% van de omzet van de Groep (zonder de farmaceutische activiteiten) tegen 13% in 2009.

Het energiebeleid van de Groep heeft als voornaamste kenmerken de verbetering van de energie-effi ciëntie van de industriële processen, de diversifi catie van de energiebronnen, het gebruik maken van warmtekrachtkoppeling (WKK) en alternatieven voor fossiele brandstoffen, het oprichten van partnerschappen en het bevorderen van integratie op energiegebied. Dat blijkt uit diverse recente verwezenlijkingen en projecten:

  • De warmtekrachtkoppeling op de site van Bernburg (Duitsland), gebouwd in samenwerking met Tönsmeier, is begin 2010 beginnen draaien. Ze werkt met afgeleide brandstoffen (recuperatiemateriaal). Hierdoor kan ze de gereglementeerde CO2 -uitstoot van de site met 63% (350 000 ton) verminderen en zijn concurrentiekracht verbeteren door zijn energiekosten te verkleinen.
  • Solvay participeert met andere grote energieverbruikers in het industriële samenwerkingsverband Exeltium om in Frankrijk op een op de lange termijn competitieve stroombevoorrading te kunnen rekenen. Exeltium is in de

loop van 2010 met de levering van elektriciteit aan zijn klanten-aandeelhouders begonnen.

  • De omschakeling van kwikelektrolyse naar membraanelektrolyse op de sites van Tavaux (Frankrijk) en Lillo (België) is aangevat en zou al eind 2012 een feit moeten zijn. Deze omschakeling maakt het enerzijds mogelijk het stroomverbruik van de elektrolyse te verminderen en anderzijds de ecologische voetafdruk van beide sites te verkleinen door het beperken van de directe en indirecte CO2 -uitstoot met meer dan 70 000 ton per jaar.
  • De recuperatie van het door de tronamijn van Green River (Verenigde Staten) uitgestoten methaan moet het mogelijk maken de lokale energienoden voor de productie van carbonaat te lenigen én tegelijk de uitstoot van het equivalent van 240 000 ton CO2 per jaar te vermijden.

Beschouwingen bij de andere kerncijfers van de resultatenrekening

De niet-recurrente bestanddelen bedragen -328 miljoen EUR in 2010. Hierin zitten de waardeverminderingen van industriële activa voor een bedrag van 272 miljoen EUR, hoofdzakelijk in natriumcarbonaat in Europa, de meerwaarde van 139 miljoen EUR op de verkoop van het belang in Inergy Automotive Systems, herstructureringslasten voor het Horizonproject (78 miljoen EUR in 2010), een milieuvoorziening van 21 miljoen EUR voor afschermingen zuiveringswerken in Spinetta (Italië), 20 miljoen EUR afschrijving naar aanleiding van de sluiting van de waterstofperoxidefabriek te Bitterfeld, herstructureringskosten voor de activiteit fl uorproducten in Duitsland en Italië voor 20 miljoen EUR alsook een last van 13 miljoen EUR in de context van een regeling van een contractbetwisting.

De fi nancieringslasten belopen -184 miljoen EUR tegen -215 miljoen EUR in 2009. De lasten op leningen komen op -146 miljoen EUR. De bruto fi nanciële schuld is voor 82% gedekt tegen een gemiddeld vast tarief van 5,1% over een periode van 5,1 jaar. De opbrengsten uit cashbeleggingen bedragen 24 miljoen EUR. We herinneren eraan dat de opbrengst van de verkoop van de farma-

ceutische activiteiten op korte termijn geïnvesteerd wordt in overheidsinstrumenten en in geldbeleggingen met de hoogste waardering. Het gemiddelde jaarrendement van de kasmiddelen bedraagt 0,5% op het einde van 2010.

De nettomeerwaarde uit de verkoop van de farmaceutische activiteiten bedraagt 1,7 miljard EUR.

De winstbelastingen bedragen eind 2010 -1 miljoen EUR, tegen -90 miljoen EUR vorig jaar. Te vermelden valt de boeking van uitgestelde belastingvorderingen van 68 miljoen EUR op de (noncash) waardeverminderingen van industriële activa (eenmalige last van 272 miljoen EUR vóór belastingen). Dit uitzonderlijk bestanddeel buiten beschouwing gelaten en zonder rekening te houden met de meerwaarden uit de verkoop van de farmaceutische activiteiten en van de verkoop van het belang in Inergy Automotive Systems, zou de effectieve belastingsvoet 24% bedragen hebben.

De nettowinst van de Groep (1 823 miljoen EUR) is sterk gestegen in 2010 als gevolg van de meerwaarde die werd gehaald uit de verkoop van de farmaceutische activiteiten (1,7 miljard EUR netto), en uit de verkoop van het belang in Inergy Automotive Systems (130 miljoen EUR na belastingen). De belangen zonder zeggenschap bedragen 46 miljoen EUR.

Nettowinst van de Groep (miljoen EUR)

REBITDA en vrije kasstroom

De REBITDA van de Groep komt op 1 051 miljoen EUR. De farmaceutische activiteit buiten beschouwing gelaten gaat hij er met 46% op vooruit in vergelijking met het voorgaande jaar. De totale afschrijvingen (717 miljoen EUR) zijn aanzienlijk hoger dan die van 2009 (496 miljoen EUR) door de waardevermindering van industriële activa voor een bedrag van 272 miljoen EUR, vooral dan van natriumcarbonaat in Europa.

Het strenge beheer van het bedrijfskapitaal en de investeringsuitgaven leverde in 2010 een vrije kasstroom uit de voortgezette activiteiten2 op – dus met uitsluiting van enig rendement op de herinvestering van de opbrengst van de verkoop van de farmaceutische activiteiten – van 208 miljoen EUR. De operationele kasstroom van de voortgezette activiteiten bedraagt 662 miljoen EUR; het industrieel bedrijfskapitaal stijgt slechts licht (+7%) tegen dat van eind 2009 en in vergelijking met de sterke omzetgroei (+19%). De kasstroom uit investeringsactiviteiten van de voortgezette activiteiten bedraagt -454 miljoen EUR. Hij omvat voor 538 miljoen EUR investeringsuitgaven (minder dan het budget van 673 miljoen EUR), de opbrengst uit de verkoop van de 50%-participatie in Inergy Automotive Systems (268 miljoen EUR) en een voorafbetaling van -206 miljoen EUR in het 1e kwartaal 2010 ter vervanging van een voorheen toegekende waarborg voor boetes opgelegd in 2006 door de Europese Commissie voor antitrustzaken op het gebied van peroxides (nog steeds in beroep).

Financiële structuur

Het eigen vermogen bedroeg eind 2010 6 839 miljoen EUR, dat is 1 679 miljoen EUR hoger dan eind 2009. Deze verhoging heeft in ruime mate te maken met de boeking van de meerwaarde uit de verkoop van de farmaceutische activiteiten en van de deelneming in Inergy Automotive Systems.

Tengevolge van de verkoop van de farmaceutische activiteiten en de participatie van 50% in Inergy Automotive Systems heeft de Solvay-groep een positieve

Verslag van de Raad van Bestuur

nettokaspositie (2 902 miljoen EUR).

De kredietratings op lange en korte termijn van

Solvay zijn respectievelijk A3/P2 (met negatieve outlook) bij Moody's en A-/A2 (stabiele outlook) bij Standard & Poor's.

Personeelsbestand

Op 31 december 2010 telde de Solvay-groep 16 785 voltijds equivalenten. De evolutie vergeleken bij de mankracht eind 2009 (28 204 voltijds equivalenten) vindt haar verklaring in de verkoop van de farmaceutische activiteiten en van de participatie in Inergy Automotive Systems.

De resultaten van het moederbedrijf Solvay nv

Solvay nv is een naamloze vennootschap naar Belgisch recht met maatschappelijke zetel in de Prins Albertstraat 33 te 1050 Brussel.

De rekening van Solvay nv wordt opgemaakt volgens de in het Belgisch recht geldende algemeen aanvaarde boekhoudkundige principes en betreft ook de Franse en Italiaanse fi lialen.

De voornaamste activiteiten van Solvay nv zijn enerzijds de controle over en het beheer van een aantal participaties in de vennootschappen van de Groep en anderzijds de fi nanciering van de Groep via de bank- en obligatiemarkt. Ook bestuurt ze het onderzoekscentrum in Neder-Over-Heembeek (België) en een zeer beperkt aantal niet in dochterondernemingen ondergebrachte industriële en commerciële activiteiten.

miljoen EUR 2009 2010
Te bestemmen winst van het
boekjaar
265 2 782
Overgedragen winstsaldo 908 925
Totaal ter beschikking van
de Algemene Vergadering
1 173 3 707
Verwerking:
Brutodividend 248 260
Overgedragen winstsaldo 925 3 447
Totaal 1 173 3 707

Het exploitatieresultaat is het saldo van de werkingskosten van het hoofdkantoor, gedeeltelijk gecompenseerd door inkomsten uit industriële en commerciële activiteiten die niet in dochterondernemingen zijn ondergebracht.

De winst uit de gewone bedrijfsuitoefening komt op 211 miljoen EUR tegenover 343 miljoen EUR vorig jaar. Hierin ook de dividenden uit verschillende participaties

(391 miljoen EUR in 2010) en het verschil tussen de overgemaakte en geïncasseerde intresten uit zijn fi nancieringsactiviteiten.

Het saldo van de uitzonderlijke resultaten bedraagt 2 543 miljoen EUR tegen -78 miljoen EUR in 2009. Het behelst vooral de terugname tegen 2 465 miljoen EUR van een waardevermindering van zijn participatie in Solvay Finance (Luxembourg) SA. We herinneren er aan dat de meerwaarde uit de overbrenging in 2006 van de farmaceutische vennootschappen naar Solvay Finance (Luxembourg) SA geneutraliseerd was door een waardevermindering geboekt bij Solvay Finance (Luxembourg) SA om de resultaten van het moederbedrijf niet al te zeer te laten beïnvloeden door binnen de Groep gerealiseerde meerwaarden. Die heeft overigens geprofi teerd van een meerwaarde van 137 miljoen EUR door de verkoop van de participatie in Inergy Automotive Systems.

De nettowinst van Solvay nv komt in 2010 op 2 782 miljoen EUR, wat dient vergeleken met 265 miljoen EUR in 2009.

Omdat er geen overdracht is naar de belastingvrije reserves bedraagt de te besteden winst van het boekjaar 2 782 miljoen EUR.

Belangrijke gebeurtenissen die zich na de sluiting van het boekjaar hebben voorgedaan

Er is niets belangrijks gebeurd tussen de dag van de afsluiting van het boekjaar (31 december 2010) en de dag waarop de Raad van Bestuur dit bestuursverslag heeft goedgekeurd (16 februari 2011).

Risicomanagement

Het risicomanagement (processen en risico's die werden geïdentifi ceerd en acties die werden ondernomen om ze te beperken) wordt beschreven op de bladzijden 147 tot 160 van het Jaarverslag 2010.

Investeringen en Onderzoek & Ontwikkeling

In 2010 is de economische herleving in Europa en de Verenigde Staten nog broos en de Solvay-groep heeft zijn investeringsuitgaven streng in de hand gehouden. Voor de voortgezette activiteiten bedroegen ze 538 miljoen EUR in 2010 tegen 522 miljoen EUR in het jaar ervoor. We vermelden hier slechts de uitgevoerde investeringsuitgaven voor de bouw van een nieuwe pvcproductie-eenheid in Rusland (RusVinyl), voor de bouw van een hoogrendementsmegafabriek voor waterstofperoxide en een fabriek voor epichloorhydrine op basis van natuurlijke glycerine, beide in Thailand.

  1. Vrije kasstroom = kasstromen uit bedrijfsactiviteiten + kasstromen uit investeringsactiviteiten. Het investeringsbudget voor 2011 bedraagt 625 miljoen EUR3 , zonder de herinvestering van de opbrengst uit de verkoop van de farmaceutische activiteiten. Het omvat in het bijzonder investeringen voor een beperkt aantal strategische projecten in de Chemie en de Kunststoffen, bij voorkeur gericht op geografi sche expansie en keuzes gemaakt in functie van de duurzame ontwikkeling en investeringen in verband met gezondheid, veiligheid en leefmilieu.

De uitgaven voor Onderzoek en Ontwikkeling (O&O)

van de voortgezette activiteiten klommen in 2010 op tot 136 miljoen EUR. Belangrijke inspanningen voor O&O worden met name geleverd op het gebied van Speciale Polymeren (zie bladzijden 30 tot 33 van het Jaarverslag 2010) en in New Business Development (zie bladzijden 38 tot 41 van het Jaarverslag 2010).

Het uitgavenpakket voor O&O komt in 2011 op 145 miljoen EUR, waarvan 35 miljoen EUR voor activiteiten die horen bij het segment New Business Development.

Financiële instrumenten

Het management van fi nanciële risico's en de aanwending van eventuele fi nanciële instrumenten om deze risico's te dekken worden beschreven op de bladzijden 128 tot 143 van het Jaarverslag 2010.

Auditcomité

De opdracht, de samenstelling en het functioneren van het Auditcomité worden beschreven op de bladzijden 188 en 200 tot 201 van het Jaarverslag 2010.

Verklaring inzake deugdelijk bestuur

Deze Verklaring bevat onder meer een beschrijving van de juridische structuur en van het aandeelhouderschap van Solvay, van zijn beleid inzake maatschappelijk kapitaal en

dividend, de werkwijze op de Aandeelhoudersvergaderingen, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van Bestuur en de ervan afhangende Comités, de samenstelling en de manier van werken van het Uitvoerend Comité, de vergoedingenbeleid en het meest recente Verslag over de vergoedingen, een beschrijving van de voornaamste kenmerken van de systemen voor interne controle en het risicomanagement, de maatregelen van Solvay waarmee het zich aanpast aan de Belgische regels inzake marktmisbruik, en een beschrijving van de Gedragscode van de Groep.

Investeringen & overnames van de Groep in 2010 = 538 miljoen EUR

O&O van de Groep in 2010 = 181 miljoen EUR

  1. Berekend volgens de equitymethode voor joint ventures.

Informatie voor de aandeelhouders

Financiële informatie per aandeel

Resultaat per aandeel

De nettowinst per aandeel bedraagt 21,85 EUR (tegen 6,28 EUR in 2009).

Het dividend

De Raad van Bestuur van 16 februari 2011 heeft besloten de gewone Algemene Vergadering van 10 mei 2011 de betaling voor te stellen van een totaal brutodividend van 3,0667 EUR (netto: 2,3 EUR) per aandeel, 4,5% hoger dan in 2009. Op basis van de slotkoers van 15 februari 2011 (78,95 EUR), komt dit neer op een brutodividendrendement van 3,9% en van 2,9% voor het nettodividend.

Het is misschien goed er hier aan te herinneren dat het dividendbeleid van de Groep erin bestaat het telkens wanneer mogelijk te verhogen en, indien mogelijk, het niet te verminderen.

In overeenstemming met dit beleid werd het dividend vele jaren verhoogd, bleef het soms stabiel, en werd het nooit verlaagd gedurende 29 jaar.

Rekening houdend met het voorschot van 1,20 EUR bruto per aandeel (coupon nr. 87), uitbetaald op 13 januari 2011, bedraagt het dividendsaldo voor het boekjaar 2010 1,8667 EUR bruto per aandeel (coupon nr. 88). Dit bedrag wordt uitbetaald op 17 mei 2011; de Solvay-aandelen noteren ex-dividend op NYSE Euronext vanaf 12 mei 2011.

Geconsolideerde gegevens per aandeel

EUR 2006 2007 2008 2009 2010
Eigen vermogen 50,97 52,10 54,05 57,87 78,95
REBITDA4 18,97 20,13 17,44 17,52 12,92
Nettoresultaat 9,57 9,46 4,92 6,28 21,85
Nettoresultaat (zonder beëindigde bedrijfsactiviteiten) 8,33 9,46 4,92 2,59 0,62
Verwaterd nettoresultaat 9,52 9,40 4,91 6,28 21,80
Verwaterd nettoresultaat
(zonder beëindigde bedrijfsactiviteiten)
8,28 9,40 4,91 2,59 0,62
Aantal uitgegeven aandelen (in duizendtallen)
op 31 december
84 701 84 701 84 701 84 701 84 701
Gemiddeld aantal aandelen (in duizendtallen) voor de
berekening van de nettowinst per aandeel
82 669 82 586 82 318 82 143 81 320
Gemiddeld aantal aandelen (in duizendtallen) voor de
berekening van het verwaterd resultaat per aandeel
83 106 83 054 82 447 82 186 81 499
Brutodividend 2,80 2,93 2,93 2,93 3,07
Nettodividend 2,10 2,20 2,20 2,20 2,30
Hoogste koers 116,2 123,2 97,9 77,8 81,9
Laagste koers 83,1 92,3 51,45 42,0 67,8
Koers op 31 december 116,2 95,7 53,05 75,6 79,8
Koers/winst op 31 december 12,1 10,2 10,8 12,0 3,6
Nettodividendrendement 1,8 % 2,6 % 4,2 % 3,1 % 2,9 %5
Brutodividendrendement 2,4 % 3,5 % 5,6 % 4,1 % 3,9 %5
Jaarlijks volume (duizend aandelen) 46 225 57 536 94 322 71 259 47 028
Jaarlijks volume (miljoen EUR) 4 442 6 318 7 702 4 414 3 481
Beurskapitalisatie op 31 december (miljard EUR) 9,8 8,1 4,5 6,4 6,8
Omloopsnelheid (%) 56,9 71,5 113,2 85,2 56,0
Door free fl oat gecorrigeerde omloopsnelheid (%) 81,2 102,1 161,7 121,7 80,4
  1. Alleen de REBITDA van 2009 werd herberekend om rekening te houden met de transfer van de actualiseringkosten voor de provisies (64 miljoen EUR in 2009) van de operationele naar de fi nanciële kosten vanaf het boekjaar 2010, in lijn met IAS19, rekening houdend met de fi nanciële aard van dit element.

  2. Op basis van de slotkoers van 15 februari 2011 (78,95 EUR)

Sector Chemie

20 Een nieuwe chemie voor een w

De Sector Chemie is sterker na de crisis die op het einde van het decennium de wereld op zijn kop zette. De activiteiten van de Sector Chemie hebben stand gehouden, hebben zich aangepast en zijn opnieuw opgeveerd. Hij gaat vandaag in een hogere versnelling die rekening houdt met de krachten die een wereld in wording voortstuwen.

ereld in verandering uitvinden 21

De blauwpigmentpasta's.

De blauwpigmentpasta's voor beeldschermen van de volgende generatie die Solvay verkoopt in de context van een Zuid-Koreaanse joint venture zijn het resultaat van een doorgedreven inspanning in O&O en een aanzienlijke kennis van nanotechnologieën.

Weerstand bieden en de toekomst opbouwen

Strategie

De Sector Chemie van Solvay zet de uitvoering van zijn strategie voort door:

  • versnelling van de geografi sche expansie dankzij investeringen in topproducten in de regio's met een sterke groei;
  • ontwikkeling van de specialiteiten, vooral dan in natriumbicarbonaat en in fl uor- en organische producten;
  • permanente technologische innovatie;
  • een uitstekend energiemanagement en verminderde uitstoot;
  • consolidatie van de concurrentiekracht door operationele uitmuntendheid, fabrieken van wereldformaat en een kwaliteitsvolle productenportefeuille.

In de dagelijkse werking past Solvay de grote principes van de duurzame ontwikkeling toe die zijn strategische visie bepalen. In de Sector Chemie blijkt dit onder meer uit:

  • het hergebruik van geselecteerd restmateriaal in Bernburg (Duitsland) voor de cogeneratie van stoom en elektriciteit, waarmee een uitstoot van 350 000 ton CO2 per jaar vermeden wordt;
  • technische verbeteringen in bestaande productie-eenheden voor natriumcarbonaat in Alexandrië (Egypte), Devnya (Bulgarije) en Torrelavega (Spanje);
  • de recuperatie van methaan uitgestoten door de mijn in Green River (Verenigde Staten), wat de uitstoot vermijdt van het equivalent van 240 000 ton CO2 per jaar.

De mineralencluster

In Europa is de markt voor natriumcarbonaat in 2010 heel somber geweest doordat de hervatting van de vraag en van de productie bij enkele belangrijke afnemers langer op zich liet wachten dan gedacht. We denken hierbij vooral aan de productie van vlakglas voor de bouwsector, want deze activiteit heeft nog sterk te lijden onder de recessie die ons in 2008/2009 teisterde. Daartegenover staat dat de markt van het holglas (verpakkingen) en die van de detergenten stabiel zijn gebleven.

In Noord-Amerika is de conjunctuur voor natriumcarbonaat in 2010 moeilijk gebleven, door de scherp concurrerende prijzen. De volumes waren dan weer enigszins beter dan in 2009. Daartegenover staat dat in de opkomende

regio's zoals Zuid-Amerika en Azië de groei werd volgehouden, omdat de herleving na de recessie hier sneller optrad.

Het in Europa geproduceerde natriumcarbonaat blijft erg gevoelig voor de energiekosten. Solvay is dan ook doorgegaan met de implementatie van zijn programma's voor meer energetische effi ciëntie en voor alternatieve energie, terwijl het ook streeft naar een verdere verbetering van de procedés in elk van zijn productie-eenheden. Het is in deze context dat de nieuwe wervelbedeenheid in Devnya (Bulgarije) en de cogeneratie-eenheid in Bernburg (Duitsland) in bedrijf zijn genomen.

23

Voornaamste gegevens [miljoen EUR]

2008 2009 2010
Omzet 3 096 2 713 3 012
REBIT 238 268* 312
REBITDA 398 436 499
Afschrijvingen 85 189 476
Investeringen 410 244 219
O&O 37 36 37
Werknemers 31 december 8 966 8 721 8 390
REBITDA/omzet 13% 16% 17%

* Herwerkt om rekening te houden met de transfer van de actualiseringkosten van de voorzieningen van de operationele kosten naar de fi nanciële kosten.

Verdeling van de omzet 2010: 3 012 miljoen EUR

1%
45% 17%
37%
37%
1%
6% Advanced Functional Minerals
12% Gefl uoreerde Producten
17%
 EMEA 60%
51% West-Europa
4% Oost-Europa
5% Andere EMEA landen
 Amerika 30%
22% Noord-Amerika
8% Mercosur
 Azië - Stille Oceaan 10%

Omzet per eindverbruikersmarkt 2010

Per eindverbruikersmarkt

Chemische industrie 24%
Glasfabricage 13%
Detergenten, onderhouds
en hygiëneproducten 11%
Papier 8%
Waterbehandeling/milieuzorg 6%
Mensen- en dierenvoeding 5%
Bouw en architectuur 3%
Menselijke gezondheidszorg 3%
Elektriciteit en elektronica 3%
Auto-industrie 2%
Consumptiegoederen 1%
Andere industrieën 21%

Solvay heeft ook zorgvuldig zijn vertrek voorbereid uit het American Natural Soda Ash Corporation (ANSAC), het uitvoerconsortium voor in de Verenigde Staten geproduceerd natriumcarbonaat. Solvay heeft ANSAC per 1 januari 2011 verlaten waardoor het voortaan vanuit elk van zijn fabrieken direct toegang heeft tot de sterke groeimarkten in Latijns-Amerika, Azië en Afrika. Zo zal de Groep zijn positie op deze markten verstevigen, zijn grote internationale klanten beter kunnen bedienen en de logistieke keten kunnen verbeteren door een vlottere bevoorrading. In Rusland had Solvay in 2010 een serieuze tegenvaller: in de fi nale fase voor de concretisering is het overnameproject van de

toepassingen zitten momenteel in de pre-marketingfase en bieden interessante vooruitzichten.

Amerikaanse en Europese teams hebben hun vruchtbare inspanningen voortgezet bij het zoeken naar nieuwe afzetmogelijkheden en voor toepassingen in landbouw, voeding en leefmilieu voor trona, het ruwe mineraal waaruit in de Verenigde Staten natriumcarbonaat gewonnen wordt. Ter illustratie: de start van de productie van SOLVAIR® S300, te Green River in de staat Wyoming; het gaat hier om een nieuwe kwaliteit natriumbicarbonaat, ontstaan uit de transformatie van productieresten van natriumcarbonaat, die bestemd is voor de reiniging van rookgassen.

is geworden. Iridos produceert blauwe pigmentpasta's bestemd voor dunnefi lmtransistoren voor vloeibaarkristalschermen (TFT-LCD) en organische lichtgevende diodes (OLED's) van de volgende generatie. Het onderzoek en de vervaardiging van deze producten vereisen een sterke knowhow in nanotechnologie. De bijdrage van Solvay is in dit opzicht van doorslaggevend belang gebleken. Nieuwe activiteiten in O&O gericht op rode pigmentpasta's zijn inmiddels volop aan de gang.

De bijdrage van Solvay en Nepes uitgedrukt in voor Iridos bestemde activa zal zeker oplopen tot 20 miljoen Zuid-Koreaanse won (12 miljoen EUR) tussen 2009 en 2011.

De wereldmarkt voor pigmentpasta's voor TFT-LCD-schermen beloopt ongeveer 300 miljoen Zuid-Koreaanse won (200 miljoen EUR). Voor de oprichting van Iridos werd deze markt exclusief bevoorraad door Japanse producenten.

Wat het geheel van de SBU AFM betreft: de in de afgelopen jaren ingezette herstructureringsmaatregelen beginnen hun vruchten af te werpen, wat moge blijken uit de prestaties van de activiteiten geprecipiteerd calciumcarbonaat en afgeleide producten van barium/strontium, die er stevig op vooruitgaan.

natriumcarbonaatfabriek in Berezniki, met een geplande jaarproductie van 500 000 ton natriumcarbonaat, gesneuveld om redenen die helemaal buiten de Groep dienen gezocht. Ten slotte, heeft de Groep zijn industriële activa in natriumcarbonaat afgewaardeerd (impact na belastingen 186 miljoen EUR). De waardeverminderingen hebben betrekking op Europa, waar sommige markten zwak blijven, met name vlakglas voor de bouw. Er zijn op industrieel vlak al maatregelen genomen om de nieuwe situatie het hoofd te bieden.

De markt voor natriumbicarbonaat is in 2010 blijven groeien. Nieuwe

In 2010 komt één van de successen voor de Strategic Business Unit Advanced Functional Minerals (SBU AFM) van Iridos, een joint venture waarin de Groep net als zijn partner Nepes, een Zuid-Koreaanse producent van micro-elektronische onderdelen, 50% bezit en die nu een totaal geïntegreerde onderneming anced Functional U ure zijn ner ucent micro-elektronische erdelen, al onderneming

Jaarverslag Solvay 2010

METATREND

Sector Chemie

De cluster Elektrochemie en fl uorproducten

De activiteit Elektrochemie en afgeleide specialiteiten is zeer goed opgewassen gebleken tegen de crisis. Door belangrijke vermindering van de kosten, aanpassingen van de productie en initiatieven die blijk gaven van ondernemingszin en bedoeld waren om cash te genereren kon deze activiteit de ergste gevolgen van de recessie afwenden.

Inzake natriumhydroxide waar het resulltaatniveau van voor de crisis niet haalbaar was, werd de markt in 2010 gekenmerkt door een geleidelijke verbetering van vraag en aanbod. De activiteitsgraad van de productieeenheden van chloor-alkali is geleidelijk en over het hele jaar verbeterd. De hogere vraag viel in het bijzonder op in de segmenten papier en pulp en aluminium. De Europese markt vertoonde een evenwichtig beeld dankzij een forse vermindering van het aanbod als gevolg van de sluiting van fabrieken en de implementatie van onderhoudsprogramma's. Hierdoor zijn de prijzen vanaf het 2e trimester beginnen stijgen.

Het programma voor de omschakeling van de kwikelektrolyse-eenheden van de Groep naar elektrolyse op basis van membraantechnologie wordt voortgezet. De nieuwe technologie is immers performanter én duurzamer. In 2010 is Solvay begonnen met de volledige omschakeling van de elektrolyses in zijn industrieel complex in Tavaux (Frankrijk).

Wat de allylproducten betreft is de vraag naar epichloorhydrine in de loop van 2010 aanzienlijk toegenomen in vergelijking met 2009 en dit in alle toepassingen. Daarbij komt dat de sterke competitiviteit van de fabrieken van de Groep het niet enkel mogelijk maakte om de snelle groei van de vraag te volgen, maar ook de positie van Solvay op de internationale markten te verstevigen. In het geheel genomen zijn de winstmarges voor deze activiteit in 2010 en in vergelijking met het jaar ervoor verbeterd.

De groei van het marktaandeel van de Groep kondigt de start aan van de nieuwe productie-eenheid in Map Ta Phut in Thaïland, die zal beschikken over een jaarcapaciteit van 100 000 ton epichloorhydrine, en dit op basis van het EPICEROL® procedé. De opstart onder de verantwoordelijkheid van Vinythai, een dochteronderneming van de Groep, valt te verwachten in het begin van 2012.

Eind 2010 heeft Solvay ook besloten een studie voor een nieuw project te beginnen voor een EPICEROL® productie-eenheid in China, met eveneens een capaciteit van 100 000 ton. Deze fabriek zou dan in 2013 kunnen opstarten.

De fl uorchemie heeft het in 2010 uitstekend gedaan. In het algemeen kan men zeggen dat het resultaat beter uitvalt voor vrijwel alle producten en marktsegmenten. Na alle emoties rond het uitdoofbeleid van SOLKANE® 22 op de Europese markt voor koelingsproducten -in

januari 2010- en rond de sluiting van de fabriek van de Groep in Bad Wimpfen (Duitsland), is Solvay erin geslaagd het verlies van inkomsten meer dan te compenseren dankzij de toegenomen verkoop van andere producten en de promotie van nieuwe producten.

Het gamma van opblaasgassen bestemd voor isolatiemateriaal op basis van polyurethaan kon zijn voordeel doen met verbeterde marktomstandigheden in Europa en evenzeer met de ontwikkeling van nieuwe activiteiten in Azië en op het Amerikaans continent.

Het segment fl uorspecialiteiten beleefde een opmerkelijke groei. Een breed productengamma, meer bepaald NOCOLOK® en specialiteiten op basis van fl uorgas hebben hun marktpositie verstevigd. Met nieuwe graden kon NOCOLOK®, gebruikt als standaardvloeimiddel voor het solderen van aluminium, terrein winnen in nieuwe toepassingen – meer bepaald verwarming, ventilatie en klimaatregeling. De verkoop in de autosector, de traditionele klant van NOCOLOK®, is ook een stuk beter dan in 2009. Ten slotte hebben ook de farmaceutische kwaliteiten van SOLKANE®, gebruikt als verstuiver voor medische sprays, een opvallende voouitgang geboekt.

De stroomopwaartse integratie van Solvay tot en met de winning van fl uorspar, het basismineraal, is heel nuttig gebleken en wordt ook voor de toekomst één van de belangrijkste troeven van de Groep.

Het onderzoeksprogramma op het gebied van fl uorproducten blijft gericht op duidelijk omschreven hoofdtrends. Het gaat hier meer bepaald om additieven voor lithiumionbatterijen, synthonen op basis van de gefl uoreerde intermediair CF3 voor de agroalimentaire sector, en om nieuwe concepten op basis van fl uorgasen voor toepassingen op

het gebied van de halfgeleiders bij foto-elektrische cellen.

De zuurstofcluster

In 2010 heeft de activiteit Waterstofperoxide veel betere resultaten neergezet dan het jaar ervoor.

De Europese markt is opgeleefd met een verbetering aan de vraagzijde zowel in de papiersector als bij alle andere gebruikers van waterstofperoxide (H2 O2 ). Toch is de papiersector nog niet helemaal hersteld en haalt hij nog steeds niet de resultaten van voor de crisis. Er zijn dan ook nieuwe consolidatiemaatregelen te verwachten in deze sector.

In Noord-Amerika heeft het mark therstel de herstart bevorderd van een deel van de productiecapaciteit in de papiersector. De exportmarkten doen het ook beter, dankzij de sterke vraag uit China. De andere afzet markten – meer bepaald de chemische industrie, de leefmilieutoepassingen en de steriele verpakkingen – hebben ook en op beslissende wijze bijgedragen tot deze algehele verbetering.

In Zuid-Amerika bijt Solvay de spits af op de markt van de waterstofperoxide dankzij een dynamische strategie die bijdraagt tot de sterke regionale groei. De fabriek in Curitiba (Brazilië) kende een capaciteitsuitbreiding, met een jaarproductie die van 160 op 180 kiloton is gebracht. Het distributienetwerk is verbeterd met nieuwe terminals.

De regio Azië - Stille Oceaan ten slotte blijft haar voordeel doen met de stimulans die de aanhoudende Chinese vraag biedt. Peroxythai heeft nieuwe records gevestigd qua productie, verkoop en resultaat in 2010, want de uitbreiding die het vorig jaar werd voltooid is nu helemaal operationeel.

Over het geheel genomen ziet het er voor de volumes in 2011 goed uit, in elk van de regio's, maar men verwacht wel een stijging van de energieprijzen.

Wat de lopende projecten betreft, valt te vermelden dat de joint venture met de Huataigroep in China de bouw heeft aangevat van een waterstofperoxidefabriek op de nieuwe Huatai-site in Dongying in de provincie Shandong. Deze fabriek zal een jaarcapaciteit hebben van 50 kiloton en moeten gaan produceren voor eind 2011.

De ontwikkeling van waterstofperoxide bestemd voor de productie van propyleenoxide -het HPPOprocedé- dat een metamorfose teweegbrengt in de hele met H2 O2 verbonden activiteit wordt onder impuls van Solvay voortgezet. Deze technologie met een hoge productiviteit die Solvay ontwikkeld heeft, gaat de omvang van de fabrieken voor waterstofperoxide drastisch veranderen. De eerste megafabriek in Antwerpen werkt met een stabiele productie. De opstart van een tweede megafabriek in Thailand is gepland voor 2011, terwijl de projecten voor nieuwe productieeenheden goed opschieten.

Sector Chemie

Solvay heeft veelbelovende vorderingen gemaakt op de markt van de wet chemicals, chemische uiterst zuivere producten bestemd voor de elektronische industrie – meer bepaald de halfgeleiders, de platte beeldschermen en de foto-elektrische zonnecellen. Lansol, joint venture van Solvay en Sinochem Lantian in China, heeft een nieuwe fabriek opgestart voor de reiniging van hydrofl uorzuur in Quzhou. Ze is vooral bedoeld voor de bevoorrading van de Chinese markt voor foto-elektrische cellen die in volle expansie is. Solvay heeft ook een pilootinstallatie gebouwd in Duitsland voor de reiniging van fosforzuur bestemd voor allerlei toepassingen in de halfgeleidersindustrie. Ten slotte heeft Solvay de terugkoop beëindigd van de participaties van zijn partners in de joint venture Interox Semco in Suzhou, China, gespecialiseerd in ultrazuivere waterstofperoxide.

Voor zuurstofwater besteedt Solvay meer aan O&O dan gemiddeld voor de sector, om zijn leidende positie te kunnen verstevigen. Het onderzoekswerk spitst zich toe op:

  • de duurzame technologieën van de nieuwe generatie (directe synthese, H2 O2 -productie in brandstofcellen,…)
  • de ontwikkeling van nieuwe markten dankzij nieuwe toepassingen en vertrouwensbanden met de klanten.

De organische cluster

De Strategic Business Unit (SBU) Molecular Solutions blijft nog verlies maken maar heeft toch belangrijke vorderingen gemaakt, zowel in fi nancieel opzicht als wat de toekomst betreft voor zijn peptideen oligonucleotide-activiteit. Een herstructureringsprogramma heeft de kostenstructuur aanzienlijk verbeterd, zonder een hypotheek te leggen op de ontwikkelingsmogelijkheden. De portefeuille voor projecten met klanten is uitgebreid.

Peptisyntha en de verwante entiteit binnen de SBU, Girindus, zijn nu beter afgestemd op de markten waarnaar ze zich richten. Voorts zijn belangrijke onderzoeksprojecten aan de gang, waarbij ook externe partners betrokken worden, en die kansen op diversifi catie en groeimogelijkheden beginnen te scheppen voor de activiteiten in verband met de tides.

Getuigenis: Hellen Fam Global Sales and Marketing Allylproducten - EPICEROL®-project in China.

"EPICEROL® is een vernieuwend procedé, ontwikkeld door Solvay voor de productie van epichloorhydrine op basis van glycerine, een hernieuwbaar nevenproduct uit de biodiesel- en oleochemie-industrie.

Aangezien China een epichloorhydrinemarkt heeft die sneller groeit dan waar ook ter wereld, was de investering hier een logische tweede stap na de drie premarketing- jaren die dienden voor de voorbereiding van de eerste EPICEROL® productie-eenheid in Thailand. De Chinese markt gaat gebukt onder een onzekere bevoorrading. De meeste belangrijke klanten willen er op termijn kunnen beschikken over een leverancier die ook een stabiele strategische partner is. Toen het met EPICEROL® een nieuwe groene strategie op de markt bracht, was Solvay vastbesloten die rol te gaan spelen.

Snelheid was hier het doorslaggevend element. We moesten snel handelen om het leiderschap te behouden. Bovendien moesten we kunnen rekenen op een uitstekende, gemotiveerde en toegewijde ploeg. Een ploeg die bestond uit echte ondernemers, en voor alles, uit sympathieke mensen. Ik ben er gewoon trots op er bij te horen!"

Jaarverslag Solvay 2010

Sector Kunststoffen

Jaarverslag Solvay 2010

28 Oplossingen ontwikkelen voor

De Sector Kunststoffen is met kracht teruggeveerd na de recessie, want hij heeft de goede keuzes gemaakt. Hij heeft weerstand getoond en ingezet op activiteiten waarmee hij in een context van economische herleving in de wereld lengten voorsprong kan nemen. Hij is meer dan ooit een leverancier van innoverende oplossingen, bekwaam om antwoorden te vinden op de grote huidige uitdagingen.

een steeds veeleisender wereld 29

Jaarverslag Solvay 2010

De groei van de specialiteiten en van de opkomende markten compenseert de gevolgen van de crisis.

2010 is een gunstig jaar geweest voor de specialiteiten met hoge toegevoegde waarde van de Sector Kunststoffen, de bekroning van de energieke groeistrategie van de jongste jaren. Bijna één derde van de verkoop in de speciale polymeren was in het afgelopen jaar voor Azië. Ondertussen zet de Sector zijn inspanningen voort om de impact van zijn producten op het leefmilieu te verminderen en in zijn industriële activiteiten effi ciënter om te springen met energie.

De Specialiteitencluster

De herleving op de markt van de Speciale Polymeren is zeer krachtig gebleken. De markten die het zwaarst werden getroffen door de crisis (elektriciteit en elektronica, auto-industrie, uitrustingsgoederen voor de chemische industrie) hebben opnieuw een gelijkaardig of zelfs een hoger niveau bereikt dan voor de crisis – met de opvallende uitzondering evenwel van de bouwsector, die op een merkelijk lager niveau blijft dan in 2008.

Geografi sch gezien, bereiken de Europese en Amerikaanse markten over het algemeen genomen opnieuw het verkoopsniveau van voor de crisis, terwijl Azië blijft groeien, en inmiddels goed is voor 30% van de verkoop. Een ander fenomeen is het resultaat van de innovatieinspanningen van de Solvay-groep. Zo is een sterke groei opgetekend

in de verkoop in de nieuwe toepassingen, zoals alternatieve (meer bepaald foto-elektrische) energie, materialen voor lithium-ionbatterijen of nog de zeer performante membranen voor waterzuivering. Dit gecumuleerd effect heeft ervoor gezorgd dat de Strategic Business Unit (SBU) Specialty Polymers in 2010 een recordomzet wist te halen (1 143 miljoen EUR) en ook kon uitpakken met een nooit gezien operationeel resultaat (212 miljoen EUR) en 2010.

De strategie van de SBU Specialty Polymers is gebaseerd op drie pijlers:

1. Het creëren en binnenhalen van groei met de zeer performante polymeren

De SBU blijft haar ultra-polymeren verder ontwikkelen, meer in het bijzonder KETASPIRE® (PEEK) en AVASPIRE® (gemodifi ceerde PEEK). Deze kunststoffen

behoren bij de meest performante materialen door een combinatie van mechanische eigenschappen en hun temperatuurbestendigheid. Hierdoor zijn ze geschikt voor talrijke toepassingen ter vervanging van traditionele materialen. De SOLVIVA®-biomaterialen, bestemd voor producenten van implanteerbare medische apparaten, kennen een groot succes. Een van de belangrijkste producenten van spinale implantaten, heeft de goedkeuring gekregen van de Amerikaanse FDA (Food & Drug Administration) voor

  1. Vinyls en speciale polymeren hebben in de auto-industrie hun gelijke niet, dankzij hun technische prestaties, comfort

30

en geringer gewicht. 2. Door het gebruik van SOLEF® PVDF als bindmiddel leveren batterijen meer energie en vermogen en gaan ze ook langer mee.

Voornaamste gegevens [miljoen EUR]

2008 2009 2010
Omzet 3 695 2 982 3 784
REBIT 264 86* 360
REBITDA 458 298 583
Afschrijvingen 201 212 234
Investeringen 393 254 296
O&O 79 78 74
Werknemers 31 december 8 816 8 402 6 617
REBITDA/omzet 12 % 10 % 15 %

* Herwerkt om rekening te houden met de transfer van de actualiseringkosten van de voorzieningen van de operationele kosten naar de fi nanciële kosten.

Verdeling van de omzet in 2010: 3 784 miljoen EUR

Omzet van eindverbruikersmarkt* 2010:

Per eindverbruikersmarkt

Bouw en architectuur 41%
Elektriciteit en elektronica 11%
Waterbehandeling en
Milieuzorg 9%
Verpakkingsindustrie 9%
Auto-industrie 7%
Consumptiegoederen 7%
Chemische industrie 4%
Menselijke gezondheidszorg 3%
Andere industrieën 9%

* Exclusief de omzet van Inergy Automotive Systems, omdat Solvay zijn 50%-belang in dit bedrijf in 2010 heeft verkocht.

een nieuw implataat bestemd voor de wervelkolom en vervaardigd op basis van hars van ZENIVA® polyetheretherketone (PEEK) van Solvay Advanced Polymers.

Op het gebied van fl uoropolymeren heeft Solvay Solexis een akkoord gesloten met Thin Film Electronics ASA voor de commercialisering van het nieuwe polymeer SOLVENE™ dat gebruikt wordt voor drukbare elektronica en bestemd is voor de productie van elektronische geheugens dankzij zijn ferroelektrische eigenschappen. De drukbare elektronica bestaat uit de productie van elektronische componenten met behulp van druktechnieken waarvoor functionele inkten worden gebruikt. Op die manier is een effi ciënte massaproductie mogelijk van elektronische componenten op fl exibele onderlagen.

Solvay Solexis werkt ook verder aan de ontwikkeling van AQUIVION®,

    1. Het gebruik van AQUIVION® PFSA als elektrolyt en bindmiddel en de knowhow van SolviCore zijn de voornaamste troeven bij de bouw op de site van SolVin in Antwerpen (België) van een zeer krachtige brandstofcel met polymeermembraan.
    1. Advanced Vertebral Solutions (AVS), een belangrijke leverancier van weinig invasieve rugimplantaten heeft van de Amerikaanse Food & Drug-Administration groen licht gekregen voor een nieuw type implantaat gemaakt met
  • het ZENIVA® PEEK polymeer. 4. De unieke eigenschappen van elektroactieve SOLVENE™ polymeren maken de productie mogelijk van uitzonderlijk presterende elektronische geheugens die inhoud bewaren zonder spanning (NVRAMs).
    1. De SolVin Design Award 2010 is toegekend aan een soepele, fl exibele juwelencollectie gemaakt uit pvc van SOLVIN®.

het materialengamma voor de productie van membranen bestemd voor brandstofcellen. De projecten krijgen concreet gestalte in nauw contact met de grote spelers in de auto-industrie of via SolviCore, de 50/50 joint venture met Umicore voor de productie van assemblages van protonuitwisselingsmembranen en elektroden die de belangrijkste componenten zijn van de brandstofcel. Deze assemblages verenigen de Solvay-membranen met de door Umicore

2. Innovatie

Innovatie is essentieel voor de SBU Specialty Polymers. Essentieel omdat ze het mogelijk maakt het productengamma en het aantal toepassingsmogelijkheden uit te breiden, de productiekosten te verminderen en de veiligheid op de fabrieksvloer te verhogen. In 2010 zijn diverse nieuwe producten gelanceerd. Het gaat onder meer om:

geproduceerde katalysatoren.

  • Een nieuw gamma perfl uorpolyethers (PFPE) met toepassingen zoals het smeren van dunne magnetische fi lms en additieven voor kunststoffen, rubber en composietmaterialen. Met deze technologie wordt de ontwikkeling mogelijk van nieuwe hybride materialen wat de Groep in staat stelt een plaats te veroveren op markten waar de PFPE's nog niet aanwezig waren.
  • SOLEF®PVDF 80 000 maakt de aanmaak mogelijk van een geëxpandeerd schuim dat zestien maal lichter is maar even vuurbestendig blijft, en niets inboet aan chemische resistentie en thermische stabiliteit.
  • De nieuwe formulering van IXEF® BXT 2000-0203 is als barrière-oplossing voor drielagige benzinetanksystemen in allerlei uitrustingsgoederen voor huiselijk gebruik goedgekeurd

in de Verenigde Staten, zowel door de Californische als door de federale overheid.

Solvay Advanced Polymers heeft een partnerschap aangegaan voor de ontwikkeling en de commercialisering van een PEEK met door koolstofnanobuisjes verbeterde eigenschappen. Deze nieuwigheid mikt op een aantal toepassingen

die eraan lijken te komen op het gebied van de geneeskunde, de luchtvaart en de auto en ook op het gebied van olie- en gaswinning.

Solvay werkt ook samen met Mitsubishi Gas Chemical Co. Inc. (MGC) aan de ontwikkeling van een nieuwe hogetemperatuurpolyamide uit biomassa en bestemd voor duurzame en zeer performante toepassingen.

Solvay Solexis is sterker geworden in de ontwikkeling van producten en toepassingen voor hernieuwbare energievormen. Het besteedde daaraan een belangrijk deel van zijn O&O-middelen. Die inspanning gaat in stijgende lijn waar het over lithium-ionbatterijen gaat en dit dankzij Solvays nieuwe O&O-centrum in Zuid-Korea.

3. Mondialisering en selectieve capaciteitsuitbreiding

Ter begeleiding van de zeer sterke groei van de speciale polymeren in China heeft Solvay besloten een nieuwe compoundingfabriek te bouwen in Changsu. Die zal in een eerste fase polyphtalamide (PPA) AMODEL®-compounds produceren, alsmede IXEF® polyarylamide (PAA) en KALIX® (gemodifi ceerde PAA).

Sector Kunststoffen

Deze kunststoffen dienen vooral voor de elektronica en automobielmarkt, verbruiksgoederen en ook voor industriële toepassingen.

Solvay verhoogt ook de productiecapaciteit voor TECNOFLON® -speciale fl uorelastomeren- in Italië. De vraag naar deze producten stijgt snel want ze weerstaan hoge temperaturen en een agressieve chemische omgeving. Ze zijn ook goed aangepast voor toepassingen in technologieën die minder vervuilen en alternatieve energie, zoals biodiesel, die agressiever is voor de uitrusting dan de gewone diesel. Ze worden ook gebruikt in brandstofsystemen met methanol of met ethanol, waar hun geringe doordringbaarheid het verlies beperkt.

Inergy Automotive Systems

Door een zeer gevoelige verbetering van de verkoopsvolumes van brandstofsystemen, en een lagere rendementsdrempel is het resultaat van Inergy Automotive Systems in het eerste halfjaar van 2010 aanzienlijk beter dan in het zeer moeilijke jaar 2009, toen de recessie zwaar toesloeg. Het is in Azië en in Noord-Amerika dat de verkoop het sterkst is toegenomen. In totaal is ruim 40% van de verkoop van de

joint venture gerealiseerd buiten de traditionele markten, West-Europa, Noord-Amerrika en Japan.

Op 8 september 2010 heeft Solvay zijn belang in Inergy Automotive Systems verkocht aan Plastic Omnium dat al de andere helft van

de joint venture bezat. Dit leverde Solvay 268 miljoen EUR in cash op bij de transactie en een positieve impact van 130 miljoen EUR na belastingen. Solvay wil zich in de autosector gaan toeleggen op de ontwikkeling en commercialisering van speciale polymeren met hoge toegevoegde waarde.

Jaarverslag Solvay 2010

5

De cluster Vinylproducten

De internationale vraag naar polyvinylchloride (pvc) heeft zich licht hersteld in 2010, door de evolutie in de bouwsector. Maar het niveau van 2007 is daarmee nog niet bereikt.

In Europa heeft het totale marktvolume opnieuw de kaap van de 4,5 miljoen ton overschreden, maar het blijft onder het niveau dat voor de crisis bereikt was. Toch wordt de beschikbare capaciteit van de vestigingen van SolVin (de 75/25 joint venture van Solvay en BASF) opnieuw beter benut.

De marges blijven stabiel, ook op een lager niveau weliswaar dan voor de crisis. Het resultaat van Benvic, gespecialiseerd in pvccompounds in Europa, wordt beter wat te danken is aan de in 2009 doorgevoerde herstructurering.

De Zuid-Amerikaanse vraag naar pvc blijft sterk groeien. Ondanks de hogere volumes in de verkoop valt het operationeel resultaat van Solvay Indupa (het in Argentinië genoteerde bedrijf waarin Solvay een meerderheidsaandeel heeft) lager uit dan in 2010. Dit is het gevolg van de zware concurrentiedruk door de import van pvc uit de Verenigde Staten en de moeilijkheden met de bevoorrading met ethyleen en aardgas in Argentinië. De operationele situatie van Solvay Indupa is de laatste maanden van 2010 echter wel geleidelijk verbeterd.

In China is er bijna 10 miljoen ton aan productiecapaciteit bijgekomen sinds 2005. Deze extra-capaciteit is voor het grootste deel op acetyleenbevoorrading gebaseerd, die in 2010 minder economisch uitviel dan de bevoorrading met het door Solvay gebruikte etyleen. Dit leidt in China tot een capaciteitsgebruik dat tegen de 50% aanzit, met daarnaast zeer

veel invoer (1,2 miljoen ton). De vraag blijft in Azië goed groeien. In 2010 weerspiegelt het resultaat van Vinythai (het in Thailand genoteerde bedrijf waarin Solvay een meerderheidsaandeel heeft) deze krachtige vraag en de goede gang van zaken in de fabriek in Map Ta Phut.

Inzake de impact op het leefmilieu van de vinylactiviteiten, maakt de omschakeling van kwikelektrolyses naar membraanelektrolyses het de SBU Vinylproducten mogelijk zijn energieprestaties aanzienlijk te verbeteren, met een nettowinst van 18% per omgeschakelde elektrolyse. Op de Braziliaanse site van Santo Andre heeft deze omschakeling plaatsgevonden in 2009 met een stijging van het vermogen in 2010. In Antwerpen (België) loopt een project voor omschakeling in de periode 2011-2012. De omschakeling van de elektrolyse in Tavaux (Frankrijk) zou eind 2012 voltooid moeten zijn.

De SBU Vinylproducten heeft over het geheel genomen zijn uitstoot van broeikasgassen gevoelig verminderd, wat in de lijn ligt van zijn dubbele doelstelling:

5

• vermindering met 35% tegen 2013 in vergelijking met het niveau van 2006;

Sector Kunststoffen

• vermindering met meer dan 50% van alle gekanaliseerde atmosferische uitstoot in vergelijking met 2006.

De strategie van de SBU Vinylproducten vertoont drie krachtlijnen:

Concurrentiekracht gebaseerd op technologisch leiderschap en operationele uitmuntendheid. Sedert het tweede semester van 2010 krijgt de fabriek van Tavaux (Frankrijk) haar energie in het kader van Exeltium, een groep van energie-intensieve bedrijven waarbij ook Solvay is aangesloten en die tot doel heeft aan zijn leden de levering van duurzame energie te waarborgen tegen competitieve prijzen. Solvay staat ook achter een initiatief in België – Blue Sky – voor de elektriciteitsbevoorrading van de sites in Jemeppe en Antwerpen, om zo bij te dragen tot hun concurrentiekracht op lange termijn.

Solvin is begonnen met de bouw van een brandstofcel met een elektrisch vermogen van 1 megawatt (MW) op de fabriekssite van Antwerpen (België). De brandstofcel zal waterstof uit de elektrolyse van SolVin in elektrische stroom omzetten en zo bijdragen tot een beter energetisch rendement van deze elektrolyse. De brandstofcel bestaat uit speciale polymeren van Solvay, die worden gebruikt in de assemblages van protonuitwisselingsmembranen en elektroden van SolviCore.

Regionaal leiderschap

De SBU Vinylproducten bekleedt een belangrijke positie in drie regio's en heeft er een leidende positie.

In Europa hebben SolVin en Arkema besloten hun joint ventures in Frankrijk en Spanje te ontbinden: SolVin heeft de 35% overgenomen die Arkema bezat in Vinylis, dat de fabriek van Martorell in Spanje uitbaat. In ruil

hiervoor geeft het zijn 21% op in Vinylfos en zijn 35% in Vinylberre. Deze ruiloperatie vereenvoudigt de industriële structuur van SolVin.

Groei in zorgvuldig geselecteerde regio's

In Rusland is de bouw van de fabriek van RusVinyl (joint venture van SolVin en Sibur) in Kstovo in de streek rond Nizhny-Novgorod offi cieel opgestart in juli, in aanwezigheid van Yves Leterme, de eerste minister van België. Voorts heeft de Europese Bank voor Heropbouw en Ontwikkeling (EBRD) besloten in het project deel te nemen voor een bedrag van 52 miljoen EUR en heeft tegelijk in dit kader een lening toegestaan van 150 miljoen EUR.

In het geheel bekeken is het verkoopsvolume van Pipelife, de joint venture met Wienerberger voor buizen en toebehoren, in 2010 licht gestegen. (Dit bevestigt hoe verschillend de bouwmarkt wel evolueert van regio tot regio). De export van specialiteiten, zoals versterkte buizen voor de aardolieen aardgasindustrie, helpt om het verkoopsniveau in West-Europa te versterken en de crisis in de bouwsector te compenseren. De verkoop in de Verenigde Staten is beter dan in 2009. In deze context versterkt Pipelife zijn programma ter vermindering van de kosten met:

  • de sluiting van de productiesites in Kroatië en Roemenië;
  • de sluiting van één van beide
  • productiesites in Ierland;
  • de totale sluiting van de productieeenheden in Spanje en Portugal.

In dezelfde periode is een nieuwe fabriek opgestart in Bulgarije en is een nieuwe productielijn voor de aardolie- en aardgasindustrie in aanbouw in de Verenigde Staten.

Getuigenis: Maurizio Gastaldi Head of Specialty Polymers Asia

"Het is een fenomenaal jaar geweest voor de speciale polymeren in Azië. We hebben allen keihard gewerkt om het uiterste te halen uit de economische herleving van de regio. Dat neemt niet weg dat we ons blijven concentreren op duurzame groei. Zo verbeteren we bijvoorbeeld onze concurrentiekracht en ons reactievermogen met de investering in een nieuwe fabriek voor compounds in Changshu. Wij plannen nog heel wat andere initiatieven en zullen er alles aan doen om Solvay in China meer gewicht te geven.

Investeren doen we ook in innovatie met onze nieuwe O&O-centra in Azië. Ze zullen een enorme steun bieden waardoor we onze klanten snel en effi ciënt kunnen helpen. Ze zorgen er ook voor dat we goed geïnformeerd blijven over relevante technologische trends.

We investeren ook in onze mensen en verrijken onze organisatie met Aziatische talenten. Het zal Solvay als wereldorganisatie alleen maar sterker maken. Persoonlijk vind ik dit alles een uiterst boeiende en verrijkende uitdaging."

    1. Kunststoffen zijn van primordiaal belang bij de drinkwatervoorziening, en voor het afvoeren en behandelen van afvalwater. Op die manier verbeteren ze de levenskwaliteit in de steden en in afgelegen streken.
    1. De eigenschappen van houtvezels en de lange levensduur van pvc van SOLVIN® garanderen bekledingen die mooi én gemakkelijk te onderhouden zijn. Ze gaan ook nooit barsten en zijn dan ook ideaal voor terrassen, balkons en zwembadboorden.
    1. De volgehouden investeringen op de site in het Franse Tavaux om tijdens de crisis de productiecapaciteit van PVDC en PVDF te verhogen hebben bijgedragen tot de prima resultaten die in 2010
  • konden worden opgetekend. 4. Het nieuwe FOMBLIN® PFPE-PTFE gamma is een revolutionair concept voor uiterst snelle en vrijwel geruisloze lagers in de auto-industrie en de
  • consumentenelektronica. 5. TECNOFLON® FKM komt tegemoet aan de groeiende vraag vanuit diverse markten zoals die van de biodiesel, die polymeren willen met uitzonderlijke chemische en thermische eigenschappen.

New Business Development

36 De technologische mogelijkhe

Solvay combineert grondigheid en lef om zijn plaats te veroveren in de dynamische sectoren van de chemie van morgen.

den onderzoeken 37

New Business Development. New Business Development ontwikkelt technologieën en innoverende producten met programma's georganiseerd op vier platformen: organische drukbare elektronica, hernieuwbare energie, nanotechnologieën en hernieuwbare chemie.

Adequaat reageren op technologische sprongen om nieuwe activiteiten te creëren

New Business Development, met een open en gestructureerde aanpak, ontwikkelt innovatieve technologieën en producten. Deze bieden Solvay toegang tot markten waar technologische sprongen ook opportuniteiten inhouden.

New Business Development maakt een dynamische ruimte voor acties gericht op open innovatie en samenwerking.

Middels een performant projectbeheer maakt NBD het mogelijk beslissende opties te nemen in welgekozen technologische domeinen.

NBD heeft zich georganiseerd in strategische platforms, die elk de programma's rond één welbepaald thema groeperen.

Deze thema's zijn geselecteerd omdat ze beantwoorden aan de grote uitdagingen waarvoor de wereld zich morgen geplaatst ziet en waarvoor de chemie mee oplossingen kan bieden: de klimaatverandering, de schaarsere hulpbronnen, de nieuwe

consumenten, de verschuiving van economische centra.

Een eerste competentiecentrum, Future Businesses, bestuurt de twee strategische platforms, hernieuwbare energie en organische drukbare elektronica. In 2010 zijn hier nieuwe stappen gezet in de richting van zelfstandige activiteit, wat zo de weg opent naar de business van morgen. Future Businesses heeft ook een nieuw platform opgericht voor de materialen voor Li-ionbatterijen, waardoor een specifi eke aanpak mogelijk wordt voor de ontwikkeling van deze energieopslagtechnologie. Het tweede competentiecentrum, Advanced Technologies, is actief op de strategische platforms nanotechnologie en dat van de chemie van het hernieuwbare.

Organische drukbare elektronica

In 2010 is verder samengewerkt met Plextronics, waarin Solvay aandeelhouder is. Het werk beoogt de ontwikkeling van nieuwe inktsoorten voor de productie van lichtgevende vlakken op basis van organische lichtgevende diodes (OLEDs). Met dit doel zijn verscheidene nieuwe materialen ontwikkeld en zijn octrooien aangevraagd.

Samen met externe partners gaat Solvay dus tegen een volgehouden tempo door met zijn onderzoeksprogramma's. De eerste patenteerbare resultaten zijn voorhanden.

De Corporate Venturing Unit van Solvay heeft een minderheidsbelang

38

New Business Development

Kerndata: Toekomstgerichte uitgaven van NBD [in miljoen EUR]

2010 2011 budget
REBIT (= O&O-kosten) (26) (35)
Kapitaaluitgaven 12 nb
Partnerschappen & Startbedrijven Investeringen in durfkapitaalfondsen
Materialen voor drukbare
elektronica
Plextronics, Inc. Hernieuwbare energie,
drukbare elektronica,
schone technologieën &
groene chemie
Korea
Advanced Materials Fund
Polyera Duurzame &
milieutechnologieën
Capricorn Cleantech
Fund
39
Brandstofcellentechnologie ACAL Energy Geavanceerde
materialen, energie- &
milieutechnologie
Pangaea Ventures Fund
Oplossingen voor
waterstofopslag
Amminex A/S Brandstofcellen &
n &
waterstoftechnologieën
ologieën
Conduit Ventures Limited
Conduit
Protonmembraanassembla
ges voor brandstofcellen
SolviCore (joint venture
met Umicore)

genomen in Polyera Corporation, leider in de ontwikkeling van materialen voor de markt van de drukbare elektronica en gevestigd in Illinois in de Verenigde Staten. Polyera ontwikkelt en commercialiseert halfgeleiders en diëlektrische organische materialen voor organische transistoren in dunne folie (OTFT), voor organische fotoelektrische cellen (OPV). Men kan er rugplaten voor soepele schermen (fl exible display backplanes) mee produceren, etiketten voor identifi catie met radiogolven (radio frequency identifi cation tags of RFID tags) of soepele organische zonnepanelen.

Hernieuwbare energie

Met partner Umicore zet Solvay de ontwikkeling van de joint venture SolviCore voort die assemblages van protonuitwisselingsmembranen en elektroden produceert en nu Europees leider op haar gebied is. SolviCore zet steeds meer projecten op met de grote autoconstructeurs. De joint venture is tegenwoordig bezig met de ontwikkeling van een assemblage voor een modulaire brandstofcel met protonenuitwisselingsmembranen in polymeer, een concept van een grote autoproducent in samenwerking met het Commissariat à l'énergie atomique (CEA, Frankrijk). Het is de bedoeling deze te integreren in een prototype van een hybriede auto.

Solvay investeert meer dan 5 miljoen EUR in de bouw van een stationaire brandstofcel met een elektrisch vermogen van 1 megawatt (MW) die medio 2011 in dienst wordt genomen op de SolVin-site in het havengebied van Antwerpen (België). Deze uitzonderlijk grote brandstofcel zal waterstof uit de elektrolyse van SolVin omzetten in elektrische stroom. De overheid is medefi nancier van het project.

Solvay heeft zijn participatie in ACAL

Energy, een Britse ontwikkelaar van brandstofcellen, verhoogd. ACAL zal deze fondsen aanwenden om de volgende fase in de ontwikkeling van FLOWCATH® te versnellen. Het gaat om een technologie met kathodes zonder platina voor goedkopere brandstofbatterijen. Solvay bereidt de installatie voor van het eerste systeem ter wereld, bedoeld voor

demonstratie, op de industriële site van Solvay Interox in Warrington (Verenigd Koninkrijk).

Nanotechnologie

De teams van het platform Nanotechnologie werken nu aan meer dan 50 projecten, waarvan de meeste worden uitgevoerd in nauw contact met de Business Units van de Groep. Alle gaan ze te werk met een constante zorg voor gezondheid en hygiëne bij de toepassing van deze technologie. In 2010 waren de inspanningen vooral gericht op:

  • de verbetering van de eigenschappen van bepaalde van onze producten, meer bepaald de speciale polymeren;
  • het ontwerpen van technologieën om genanostructureerde of gefunctionaliseerde oppervlakken te verkrijgen, bedoeld voor de bouwsector;
  • de uitwerking van nieuwe producten en procedés (meer bepaald de blauwe pigmentpasta's voor de beeldschermen van de volgende generatie en de productie op industriële schaal van een verbeterde polyvinylideenchloride die beter bestand is tegen UV en een betere thermische stabiliteit biedt);

New Business Development

  • de verkenning van nieuwe domeinen zoals het gebruik van nanomaterialen in metaal voor katalyse;
  • een actief samenwerkingsbeleid met de universiteiten en de onderzoekscentra en in de context van het kaderprogramma voor onderzoek van de Europese Unie (KP7).

Chemie van wat hernieuwbaar is

Gericht op de ontwikkeling van voorraden aan hernieuwbare grondstoffen concentreren de ploegen hun inspanningen op met name:

  • middelen om agrarische producten anders aan te wenden, zoals bijvoorbeeld suikerriet in Brazilië voor de productie van chemische of minerale intermediaire stoffen;
  • de industriële biotechnologie en haar toekomstige rol in de opbouw van een nieuwe chemische industrie gebaseerd op koolhydraten uit fotosynthese, liever dan koolwaterstoffen van fossiele oorsprong;
  • het onderzoek naar de transformatie van bepaalde suikersoorten en plantaardige oliën is volop aan de gang. De bedoeling hiervan is basiscomponenten te produceren

voor nieuwe gespecialiseerde polymeren. Voor dit onderzoek wordt met externe organisaties samengewerkt;

  • de splitsing van biomassa en de valorisering van de bestanddelen die hieruit voortkomen, door middel van chemie of biotechnologie;
  • het in kaart brengen van de verschillende wegen om CO2 te valorisen door opkomende biosynthetische of katalytische technieken.

Solvay zoekt ten slotte ook investeringsopportuniteiten in activiteiten met een potentieel inzake duurzame ontwikkeling en dit rechtstreeks of via risicokapitaalfondsen waarin de Groep actief is en die zich toeleggen op schone technologieën.

Azië

Om nieuwe ontwikkelingskansen in Azië te grijpen, heeft Solvay zijn investeringen in zorgvuldig geselecteerde durfkapitaalfondsen uitgebreid tot Korea. Samen met zijn Koreaanse partners is Solvay zinnens zich te concentreren op hernieuwbare energie, drukbare elektronica, schone technologieën en groene chemie.

Getuigenis: Thierry J. Piret senior investment manager, corporate venturing

"Tot tien jaar geleden bleven de investeringen beperkt tot overnames of de oprichting van een grote joint venture.

Maar het werd ons al gauw duidelijk dat ook interactie met prille start-ups kon bijdragen tot onze interne ontwikkeling op bepaalde platforms. NBD investeert in gespecialiseerde risicokapitaalfondsen, maar ook direct in pas opgerichte bedrijfjes en KMO's. Daaruit ontstaan dan allerlei vormen van synergie. Solvay speelde daarbij nu eens de rol van klant en dan weer die van leverancier. Het stelde zijn productiesites ter beschikking voor tests en droeg bij tot schaalvergroting. Ten slotte nam de Groep deel aan gezamenlijke ontwikkelingsprojecten wat nieuwe commerciële mogelijkheden opleverde.

De Venturing-afdeling van NBD van Solvay is overal ter wereld actief en is sterk genoeg om te investeren in risicokapitaal. Het investeren als ontwikkelingsinstrument en het openinnovatieconcept van Solvay is nu een realiteit."

Human Resources

42 Een nieuwe manier van werken

Solvay verandert. De Groep moedigt een nieuwe manier om samen te werken aan, binnen een nieuwe, meer motiverende organisatie, gericht op verantwoord delegeren.

in een nieuw Solvay

43

Elkaar beter leren kennen om zich beter te ontwikkelen

Solvay reorganiseert, als onderdeel van een diepgaande verandering, zelf het resultaat van een zorguldige zelfanalyse. Tegelijk werkt de Groep aan de instrumenten en het beleid die gepaard gaan met de komst van een nieuw Solvay.

Een nieuwe manier om samen te werken

Solvay heeft in 2010 een groots plan bekendgemaakt voor een nieuwe dynamiek (het Horizonproject) dat zal uitlopen op een nieuwe organisatie, bezield door een nieuwe manier van samenwerken. De Groep wil ook gewoon elke dag twee van zijn fundamentele Waarden in de praktijk brengen: het verantwoord delegeren en de klantgerichtheid.

Wat meer in het bijzonder de human resources betreft, is het de bedoeling de medewerkers te velde sterker te responsabiliseren en hen meer ruimte te geven om beslissingen te nemen.

In de context van zijn nieuwe organisatie heeft Solvay besloten een groter aantal beslissingscentra in te voeren voor zijn nieuwe Business Units, buiten het hoofdkantoor van de Groep dus, en in direct contact met de markten waarvoor ze werken.

Een rist maatregelen is getroffen om de concurrentiekracht en het werken in ploegverband te bevorderen. Solvay wil ook het delen van beste werkmethodes door de hele Groep blijven aanmoedigen.

Om het delegeren en de responsabilisering een extra impuls te geven, zal het Corporate Center afgeslankt worden en bestaan uit een beperkt aantal functies die zich bezighouden met de uitwerking van een algemeen kader van richt- en beleidslijnen.

Verkoop van de farmaceutische activiteiten

De verkoop van de farmaceutiche activiteiten heeft een zware impact gehad op het aantal weddetrekkende personeelsleden van de Groep, aangezien een negenduizendtal van hen mee getransfereerd werden naar Abbott toen de verkoop werd doorgevoerd in februari 2010. De geografi sche spreiding van de medewerkers van de Groep is ook veranderd. Ten slotte heeft de verkoop ook een negatief effect gehad op de verhouding van het aantal mannen/vrouwen in de Groep. Er waren immers meer vrouwen aan het werk in de Sector Farmaceutische Producten dan in de Sectoren Chemie en Kunststoffen.

Interne hervorming

Een van de gevolgen van de verkoop van de farmaceutische activiteiten was dat het nodig bleek een aantal ondersteunende functies te herdimensioneren. De analyse, in het kader van het Horizonproject, was het resultaat van vergelijkingen met bedrijven in de chemische sector

die wel wat van Solvay weg hebben. Het project zal tegen eind 2012 een effect hebben op zowat 800 functies over de hele wereld. De reorganisatie gebeurt in een geest van constructieve dialoog met de vertegenwoordigers van de werknemers in de betrokken landen en met het Europees Ondernemingscomité.

Expansie in Azië

Het aantal werknemers van Solvay in Azië is toegenomen en bedraagt nu 1 200 (in de voortgezette activiteiten). Die uitbreiding zal zich de komende twee jaren doorzetten met de volledige inrichting van de onderzoeks- en technologiecentra in India, Korea en China. De overkomst van de zetel van de Global Business Unit Special Chemicals naar Seoel zal deze tendens nog versterken. De recrutering en het behoud van getalenteerde mensen is een belangrijke priotiteit voor de Groep, vooral in China.

Human Resources

Beëindiging van het Renaissanceproject

Renaissance – een driejarig project voor Europa, Zuid-Amerika en de Mercosur – had als doelstelling een grondige hervorming van Human Resources en de harmonisering van de belangrijkste HR-procedures. Dit project is nu afgerond binnen de geplande termijn in juni 2010. De Groep beschikt nu over een prima uitgerust technologisch platform en werkt met standaardprocessen, zoals real time organigrammen, elektronische prestatiebeoordelingen, de herziening van de bezoldigingen, maar even goed oplossingen voor e-learning en recrutering. De operationele transacties – bijvoorbeeld het gegevens- en salarisbeheer – gebeuren vanuit twee gedeelde dienstencentra in Lissabon (Portugal) en Curitiba (Brazilië). Het

systeem wordt nu ook geleidelijk in Azië doorgevoerd, waar al een aantal procedures en instrumenten online zijn voor de kaderleden. Een aantal toepassingen, zoals de evaluatie van de prestaties, wordt nu uitgebreid tot de niet-kaderleden.

Maatschappelijke verantwoordelijkheid van de onderneming

Uit heel wat interne discussie op diverse forums en meer bepaald het Europees Ondernemingscomité zijn vijf thema's te voorschijn gekomen waarrond actieprogramma's zullen worden opgezet:

  • de diversiteit doen toenemen;
  • de inzetbaarheid van alle loontrekkenden zowel binnen als buiten de onderneming verbeteren;
  • gezondheid en welzijn verbeteren;
  • de sociale dialoog verbeteren (in alle regio's en met inachtneming van de specifi citeit van elke regio);
  • de uitdaging opnemen die de interne demografi sche evolutie bij Solvay stelt (vergrijzing van de loontrekkenden, nieuwe generatie voor bepaalde sites en functies, enz.).

Groepshoofdkwartier,

  • Groepshoofdkwartier Kunststoffen en Groepshoofdkwartier Chemie
  • Wereldhoofdkwartier Speciale Polymeren
  • Wereldhoofdkwartier Speciale Chemie
  • Regionale hoofdkwartieren Vinylproducten (SolVin in Brussel)
  • Regionale hoofdkwartieren Essentiële Chemie

Duurzame ontwikkeling

46 Duurzame actie voor een duur

Iedereen houdt rekening met de vereisten voor een duurzame ontwikkeling die de strategische of operationele beslissingen beïnvloeden.

Gelijktijdig met het jaarverslag is het aanvullende verslag Sustainability indicators 2010 beschikbaar, met alle relevante indicatoren met betrekking tot het duurzaamheidsbeleid op het internetadres www.solvay.com/EN/Lit/Literature.aspx.

zame toekomst 47

Verwezenlijkingen in 2010. De verwezenlijkingen gelinkt aan duurzame ontwikkeling zijn ruim vertegenwoordigd in de opmerkelijke feiten van 2010 en tonen de groeiende verwevenheid van de duurzaamheidsdoelstellingen met de groepstrategie.

Jaarverslag Solvay 2010

2010, het jaar waarin de duurzaamheidsacties echt verankerd werden

Solvay versnelt de uitvoering van zijn duurzaam ontwikkelingsbeleid waarvan het de principes in 2008 had vastgelegd. Dit beleid maakt voortaan intrinsiek deel uit van de activiteiten van de Groep en stuurt mee de beslissingen.

1. Met daarnaast ethisch gedrag, klantgerichtheid, verantwoordelijk delegeren en werken in teamverband. 2. Het is uiteindelijk de bedoeling deze gegevens extern grondig te laten evalueren in de context van het verslag over de activiteiten en dat over duurzame ontwikkeling bij Solvay. Eén belangrijke stap is al gezet. EY heeft dit jaar de methodes van verslaggeving over energie en leefmilieu tegen het licht gehouden in de context van de publicatie van het Jaarverslag 2010 en het aanvullende document Sustainability indicators 2010. Meer informatie over deze controle en het EY-verslag is te vinden op blzn. 6-7 van het aanvullende document Sustainability indicators 2010, op het internet: www.solvay. com/EN/Lit/Literature.aspx

48 1. Harmonisering van het beleid en van de programma's

Het beleid van de Groep wordt geherformuleerd om de kracht en de uitvoeringsdiscipline ervan beter in de verf te zetten. Meer in het bijzonder zal de invoering van het nieuwe Solvay de gelegenheid bieden om aspecten van het beleid inzake duurzaamheid en maatschappelijke verantwoordelijkheid nader te omschrijven en duurzame praktijken te bevorderen in de keten van leveranciers van de Groep.

Het respect voor de persoon, een van de vijf Waarden van de Groep1 , is door het Uitvoerend Comité opnieuw bekeken om zo bij het voltallig personeel de bedrijfscultuur te versterken inzake gezondheid, leefmilieu en veiligheid. Solvay heeft zich in 2010 formeel achter de Verantwoordelijkheidsprincipes van het Wereldpact van de Verenigde Naties geschaard (Global Compact).

2. Intensivering van de dialoog over de duurzaamheidsprestaties

Dit jaar publiceert Solvay een reeks indicatoren die de vooruitgang meten op het gebied van duurzaamheid ten opzichte van de doelstellingen die de Groep heeft bepaald.

In het belang van transparantie voor zijn belanghebbende partijen en met het oog op de volgende verslagen over zijn activiteiten en over duurzame ontwikkeling heeft Solvay in 2010 gekozen voor continue bijsturing. Hiertoe werd de bedrijvenrevisor Ernst & Young bcbva (EY) belast met de opdracht de Groep drie jaar lang te begeleiden om kernelementen in zijn reporting over zijn duurzame ontwikkeling betrouwbaarder te maken.2

Dialoog met de betrokken partijen over actuele onderwerpen

Direct, bijvoorbeeld via de World Business Council for Sustainable Development (WBCSD) of CSR Europe, of nog langs federaties van ondernemingen, neemt Solvay deel aan de refl ecties over actuele thema's: maatschappelijke waarden in het geheel van de bevoorradingsketen, gebruik van niet-hernieuwbare en hernieuwbare grondstoffen en grondstoffen uit het water, de vervuiling van de zeeën door plastiekafval, biodiversiteit op zowel het lokale als het globale niveau.

3. Innovatie met open oog voor wat er maatschappelijk op het spel staat

Het streven van de Groep naar meer duurzame activiteiten en producten stimuleert de open innovatie door de vele nieuwe partnerships en consortia waar dit toe leidt. De afdeling New

Business Development verkent de domeinen waar deze innovatie meer duurzame toepassingen voortbrengt, in het bijzonder op energiegebied.

4. Duurzamer productie en producten

De programma's waarmee de Groep de in 2008 bepaalde 107 duurzaamheidsdoelstellingen wilde halen, zijn volop aan de gang. Deze doelstellingen hebben te maken met het verminderen van de effl uenten, het energieverbruik en de uitstoot van broeikasgassen.

De evolutie naar een meer evenwichtige portfolio met duurzamer producten, bestemd voor toepassingen die ook duurzamer zijn, zet zich voort.

Solvay beschikt over een nauwkeurig systeem waarmee het zijn vooruitgang naar meer duurzaamheid kan meten. Behalve de hier vermelde indicatoren is er ook een apart document Sustainability indicators 2010, dat tegelijk met dit verslag wordt gepubliceerd. Het toont in detail de vorderingen van de Groep ten opzichte van zijn doelstellingen qua duurzame ontwikkeling en geeft er commentaar bij.

Investeerders

Hoofddoel: Voor eind 2010 de activiteitenportefeuille evalueren vanuit het oogpunt van de duurzaamheid met hiertoe gevalideerde instrumenten

Activiteitenevaluatie vanuit het oogpunt van de duurzaamheid

Een evaluatie van de activiteitenportefeuille van de Groep met het SPM-instrument, waarbij SPM staat voor Sustainable Portfolio Management, is uitgebreid tot 80% van de omzet van de negen Strategic Business Units van de Groep, en tot 60% van hun O&O-projecten. Het SPM-instrument is ontwikkeld door de TNO en A.D. Little en maakt het mogelijk de duurzaamheid van een product te meten zowel in de productie- als in de gebruiksfase. Aspecten die bekeken worden in de productiefase zijn parameters voor de impact op het leefmilieu, zoals het energieverbruik en de uitstoot van broeikasgassen en in de verbruiksfase wordt de duurzaamheid bij het gebruik van het product geëvalueerd. Solvay beschikt ook over een leefmilieuprofi el (Ecoprofi el) van vrijwel al zijn producten; ook de klanten maken er gebruik van door dit profi el te integreren in de analyse van de levenscyclus van hun eigen producten.

Dialoog met de investeerders en de nietfi nanciële ratingbureaus

Vijf ratingbureaus dienen ons als referentie. Ze bieden een representatieve waaier van maatschappelijke verwachtingen. Hun analyses dragen bij tot de vooruitgang van de Groep en tot de dialoog met institutionele beleggers. De notering van Solvay is in 2010 verbeterd. Voor de zwakke punten wordt voorzien in specifi eke acties: een duidelijke toelichting bij sommige beleidspunten, verbetering van de processen, van de duurzaamheidsindicatoren,…

Verdeling van de gegenereerde economische waarde Miljoen EUR

Het grootste deel van de door de Groep gegenereerde fi nanciële waarde wordt herverdeeld onder de vorm van salarissen, aankoop van grondstoffen of diensten. Daarin is met de verkoop van de farmaceutische activiteiten weinig veranderd.

Samenleving

Hoofddoel:

De directe en indirecte uitstoot van broeikasgassen die te maken heeft met onze productie tegen 2020 met 20% verminderen (in vergelijking met 2006)

Energie en broeikasgassen

Over drie jaar zou de winst in het verbruik van primaire energie en qua uitstoot van broeikasgassen, voortvloeiend uit de goedgekeurde of in het budget van 2011 opgenomen projecten, respectievelijk 6,5% en 9% moeten bedragen, in vergelijking met het referentiejaar – en bij constante perimeter (2006), waardoor we goed op weg zijn om tegen 2020 het duurzaamheidsdoel te bereiken. Daartegenover staat dat een project met energie uit biomassa in Tavaux is opgeschort, omdat de partner geen competitieve bevoorrading met biomassa kon waarborgen. Inmiddels is er een nieuw project ter studie.

Beheer en recycling van afval

Solvay legt zich vooral toe op de vermindering van het industriële afval, speciaal dan het afval dat als gevaarlijk wordt geklasseerd, en met de bedoeling het afval tot een minimum te beperken, tot op het niveau met de beste beschikbare techniek1 (BAT), voor zover deze er is, en op lange termijn geen afval meer te hebben dankzij recycling. Wat nu het afval betreft van producten op het einde van hun levenscyclus, is de VINYLOOP®-installatie in Ferrara (voor recycling van pvc) sinds begin 2010 ook technisch uitgerust om gecoate tentzeilen te recycleren (TEXYLOOP®). Voorts moedigt SolVin mét zijn klanten de ontwikkeling aan van nieuwe gerecycleerde productgamma's met hoge toegevoegde waarde. De markt voor het SOLVAIR®- NEUTREC®-gamma voor reiniging van rookgassen blijft zich ontwikkelen in de Verenigde Staten, Europa en Azië met eerste toepassingen in Afrika. In 2010 is de eerste installatie met het NOVOSOL®-procedé voor reiniging van sedimenten in België in gebruik genomen.

Precisering van acties rond de sociale verantwoordelijkheid van de onderneming en fi lantropische acties

De drie krachtlijnen van dit beleid, via het Ernest Solvay-fonds, zijn in 2010 verfi jnd:

1. Steun aan het wetenschappelijke onderzoek: Zoals de steun aan de internationale Instituten voor Fysica en Chemie van de Université libre de Bruxelles (ULB), gesticht door Ernest Solvay, aan de week van de Nobelprijzen in mei 2010 in Brussel en die van SolVin aan het onderzoek naar de biodiversiteit, deze keer in Mozambique en Madagascar.

  • 2. Steun aan het onderwijs en wetenschappelijke en technologische opleidingen: Onder meer de steun aan een programma voor de vorming van Duitse docenten in de technologie van de brandstofcel en de wetenschapsbus die de Belgische scholen zal aandoen, XperiLAB.be®, medegefi nancieerd door Solvay voor het Koninklijk Instituut voor Natuurwetenschappen van België.
  • 3. Gerichte steun aan humanitaire en ontwikkelingsacties: Hulp aan de bevolking door het personeel van Solvay Shared Services (Brazilië) aan jongeren in armoede in Guarituba en een partnerschap met de stad Curitiba om kleding en aanvullende verwarming te bezorgen aan bejaarden. Vermeldenswaard zijn hier ook een hulpprogramma voor de heropbouw in Haïti vanwege Solvay America (100 000 USD) en de toezending van 300 gereviseerde pc's, de voortzetting van het koraalproject in Thailand dat pvc-structuren aanwendt om koralen vast te hechten, of nog het nieuwe Earth Home Cultural Center dat de slachtoffers van de vloedgolf (tsunami) bijstaat in de provincie Phang-Nga (Thailand).

Relatief energieverbruik van de productieactiviteiten

Evolutie sinds 2006 bij constante activiteitsperimeter.

Evolutie in % in vergelijking met referentiejaar 2006 na correcties voor elk jaar die rekening houden met wijzigingen in de activiteitenperimeter van de Groep en in het jaarlijkse productievolume (meer bijzonderheden in het aanvullende document Sustainability indicators 2010 op het internet: www.solvay.com/EN/Lit/Literature.aspx

Uitstoot van broeikasgassen die verband houdt met de productieactiviteiten

Evolutie sinds 2006 bij constante activiteitsperimeter Directe en indirecte CO2 -uitstoot (Kyoto, scope 1+2)

Broeikasgas volgens de Kyoto-defi nitie (CO2 , N2 O, CH4 , SF6 , PFCs, HFCs).

Gevaarlijk en ongevaarlijk afval uit productie 1 000 ton

Totaal
gevaarlijk
afval
Totaal
ongevaarlijk
afval
2007 71,99 4 098,5
2008 57,01 4 116,3
2009 58,73 3 816,9
2010 59,56 3 658,2

Het ongevaarlijk afval bestaat vooral uit mineraal inert afval, het gevaarlijk afval is wat door de nationale wetgeving als zodanig is gekwalifi ceerd

  1. "Best Available Techniques" – best beschikbare technieken vanuit leefmilieu-oogpunt. Zie het verifi catieverslag van Ernst & Young gepubliceerd op bladzijden 6-7 in het aanvullend document Sustainability indicators 2010 op het internet: www.solvay.com/EN/Lit/ Literature.aspx

Klanten

Hoofddoel:

Tegen 2020 wil de Solvay-groep een evenwichtige portfolio hebben van activiteiten die hoger noteren op de duurzaamheidsindex, zowel in de productie als na de commercialisering

Portfolio met producten en toepassingen

Het overzicht van de markante feiten in 2010 toont de stappen die gezet zijn in de evolutie van de portfolio met onze producten en toepassingen: meer bepaald de oprichting van drie O&O-centra in respectievelijk India, Korea en China, de oprichting van een Koreaanse joint venture voor de productie van pigmenten voor LCDs en OLEDs, de bouw in China van een productieeenheid voor waterstoffl uoride meer bepaald bestemd voor de productie van fotovoltaïsche cellen, het toenemend gebruik van polysulfone polymeren (UDEL®) voor de waterbehandeling, …

Europees REACH-reglement en nieuwe regelgeving voor de classifi cering, etikettering en verpakking van chemische stoffen

Solvay heeft in de context van de eerste fase van REACH 170 dossiers geregistreerd die over 82 chemische

stoffen gaan. Nu komt het erop aan de dossiers voor te bereiden van de zowat 60 stoffen voor de tweede fase, die in mei 2013 ten einde loopt. Andere belangrijke reglementaire aanpassingen uit 2010 hebben betrekking op de regels op wereldschaal voor de classifi cering, etikettering en verpakking van gevaarlijke chemische stoffen, in overeenstemming met de internationale richtlijnen in het Global Harmonized System (GHS) – en hun Europese omzetting in het CLP-reglement. Ook zijn middelen ontwikkeld om de klanten te informeren over hun nieuwe verplichtingen.

In de context van de Wereldstrategie voor Producten (GPS), aanvaard door de ICCA (International Council of Chemical Associations), heeft Solvay zich ertoe verbonden aan een ruim publiek tegen 2018 informatie te bieden in een toegankelijke vorm – de GPS Safety Summary – over een aantal van de stoffen

die het in de handel brengt. Dit initiatief vervolledigt het Product Stewardship van het Wereldhandvest Responsible Care® dat producten op het stuk van veiligheid begeleidt langsheen de hele gebruikersketen.

Productinformatie - Uitvoering van REACH

Producten
Sector
Chemie
Producten
Sector
Kunststoffen
Aantal dossiers 129 41
Aantal belangrijkste
aangevers
34 5
REACH-dossiers
voorgelegd aan ECHA
(Europese
Chemicaliënagentschap)
100% 100%
Door ECHA aanvaarde
dossiers
100% 100%

Personeel

Hoofddoel: Ongevallenvrij

Veiligheid van mensen en installaties

De frekwentie van het aantal ongevallen met werkverlet (FR1) bij het personeel en de mensen die in onderaanneming werken is blijven dalen en wel van 3,1 in 2006 naar 1,6 in 2010. Hierbij komt dat het aantal ongevallen zonder werkonderbreking (FR0) in dezelfde periode met 40% is afgenomen, wat wijst op een aanzienlijke verbetering. Alle productiesites voeren geleidelijk een veiligheidsprogramma in ten behoeve van de onderaannemers dat overeenstemt met de normen die de Groep ter zake hanteert. In 2010 werd het programma Voor een veilig gedrag toegepast op 63% van de sites. Het is gericht op de menselijke factor die de belangrijkste en telkens weerkerende oorzaak van ongevallen is.

Het Medexis-systeem

Medexis dient om alle informatie betreffende de beroepshygiëne (blootstelling aan risico's) en de individuele medische opvolging binnen de Groep beter te beheren. Eind 2010 bestrijkt de module Beroepshygiëne van Medexis 42% van de sites voor productie en O&O (27 sites). De module Gezondheid is ingevoerd op negen Europese sites.

Beroepshygiëne, gezondheid en welzijn op het werk

Dit gestandaardiseerd evaluatieprogramma van de hygiënische toestand op werkplaatsen in de industrie is voltooid voor alle arbeidsplaatsen in de productie, voor 90% van de werkplaatsen in laboratoria en voor 50% van de onderhoudsjobs. Er is een globale indicator voor welzijn en

stress op het werk gecreëerd, die het mogelijk maakt goedgerichte en adequate verbeteringsacties uit te voeren.

Maatschappelijke dialoog: diversiteit, inzetbaarheid, demografi e

Gezondheid en welzijn op het werk, diversiteit, inzetbaarheid, én de demografi sche evolutie van het personeel, zijn de vier krachtlijnen die in overleg met de Europese Ondernemingsraad zijn gekozen. De Europese Ondernemingsraad is onze partner sinds 2002 voor de initiatieven die de Groep neemt inzake duurzaamheid. De diversiteit – in cultuur, nationaliteit, leeftijd, man-vrouw verhouding op de verschillende hiërarchische niveaus, de inzetbaarheid, zowel binnen als buiten het bedrijf zullen worden geïntegreerd in een wereld waarin de ondernemingen met instabiliteit te maken krijgen en herstructureringen onvermijdelijk zijn. De studie van de demografi sche evolutie van het personeel die in 2010 werd uitgevoerd levert contrasterende trends op. De sites in West-Europa en Noord-Amerika hebben een verouderende bevolking en de Aziatische sites hebben dan weer een jonger profi el. Er zullen risico-evaluaties worden uitgevoerd volgens site en volgens functie.

Fora over duurzame ontwikkeling

Europese fora opgezet met het personeel (na de start van het Europees programma in 2007)

2009 2010 Doel
2012
40 % 100 %
25 % 100 %
23 %
14 %

Ongevallen met personen op de sites van de Groep - FR11

Veiligheidsprogramma voor onderaannemers Sites met een programma volgens de Groepsnormen

Aantal sites 0 Sites met een veiligheidsprogramma waarin ook de onderaannemers betrokken zijn. De goede prestaties van de onderaannemers maken integraal deel uit van de veiligheid van de eigen activiteiten van de Groep. 92% van de sites heeft een programma dat aansluit bij de in de Groep geldende maatstaven.

Beheersystemen voor gezondheid en veiligheid op het werk

Sites met een gecertifi ceerd beheersysteem-OHSAS 18001, VPP of gelijkwaardig

Om de bestaande processen en systemen te verbeteren is de doelstelling tegen 2012 de certifi cering van deze systemen te behalen voor minstens 30 sites. De achteruitgang in 2010 is het gevolg van de verkoop van de farmaceutische activiteiten.

  1. Ongevallen met werkverlet per miljoen werkuren. 2. Joint ventures = Pipelife en

Duurzame ontwikkeling

Buurtbewoners

Hoofddoel:

Emissies in de lucht en in het water met 20% terugdringen tussen 2006 en 2020

Verminderen van het effect op het leefmilieu

De technologie vereist om het doel van een wereldwijde vermindering van de uitstoot in lucht en water te bereiken, is geëvalueerd en er is een portefeuille met actieprogramma's uit ontstaan. De site van Green River (Verenigde Staten) vangt voortaan 30% op van het methaan dat uit de ondergrond vrijkomt bij de winning van trona (natuurlijk natriumcarbonaat). De vervanging van koelmiddel dat mogelijk ozon vernietigt (doelstelling: -30% in 2012) is goed gevorderd, in het bijzonder in Santo Andre (Brazilië) en Bahia Blanca (Argentinië). In Rusland wordt de fabriek in aanbouw van RusVinyl (joint venture van SolVin en Sibur) een van de meest eco-effi ciënte pvcproductiefabrieken in de wereld, vooral dan wat de afvalwaters betreft.

Waterverbruik onder controle

Een project om het waterverbruik door de Groep te beheersen is begonnen met een verbeteringsprogramma om op de verschillende sites tot betrouwbaardere metingen te komen. Maatregelen ter vermindering van het waterverbruik zijn gepland of voor bepaalde sites volop in voorbereiding in streken waar water minder overvloedig beschikbaar is, bijvoorbeeld in Martorell (Spanje), in Rosignano (Italië) of in Zuid-Amerika.

Nakijken of iedereen wel de best beschikbare technieken gebruikt

De volledige evaluatie van de productiecentra uit het oogpunt van de BAT (Best Available Techniques) is tot een goed einde gebracht. Er is een lijst opgesteld van grote tekortkomingen ten opzichte van de BAT's. Dat geeft de richting aan voor mogelijke verbeteringen, zoals bijvoorbeeld de vermindering van vaste, zwevende reststoffen in het afvalwater te Torrelavega (Spanje).

Plaatselijke hinder beperken en er de bewoners uit de omgeving over inlichten

Twee willekeurige voorbeelden. In juni 2010 heeft de fabriek in Dombasle (Frankrijk) een omleidingsweg opengesteld, waardoor ettelijke honderden vrachtwagens per dag enkele dorpskernen kunnen vermijden. In Spinetta Marengo (Italië), is een gedetailleerde brochure verspreid om de bevolking te informeren over de programma's ter verbetering van de prestaties van de fabriek sinds haar overname in 2002.

Systemen voor leefmilieumanagement

Aantal sites (%) met een leefmilieumanagementsysteem. Het doel is het verkrijgen van een certifi cering voor alle productiesites met een signifi cante impact op het leefmilieu.

Totale uitstoot in water en lucht Evolutie sinds 2006 bij constante activiteitsperimeter

Relatieve evolutie in vergelijking met 2006. Voor meer informatie over de absolute evolutie van de indexen, de defi nitie en de perimeter van de indicatoren qua energie en leefmilieu-emissies, zie: Sustainability indicators 2010 op www.solvay.com/EN/Lit/Literature.aspx

De sterke vermindering van de uitstoot in het water van 2006 op 2007 is grotendeels toe te schrijven aan het feit dat het gebruik van koolstoftetrachloride als grondstof in een van de sites nu defi nitief is stopgezet. De sterke stijging in 2009 van de index bij constante perimeter is het gevolg van de sterke daling dat jaar van het activiteitenvolume. De herneming in 2010 vloeit voort uit de kwaliteitsschommelingen (gehalte aan zware metalen) van de gebruikte mineralen als grondstof voor de productie van natriumcarbonaat. Wat de uitstoot in de lucht betreft is belangrijke vooruitgang geboekt met het programma ter vermindering van stofemissies in bepaalde installaties voor energieproductie. De nieuwe stijging in 2009 van de index bij constante perimeter is te wijten aan het zwakkere volume van de activiteiten dat jaar in de fabrieken.

Buiten de indicator voor broeikasgassen worden nog vier andere internationaal erkende indicatoren van de impact op het leefmilieu gevolgd voor de inschatting van de leefmilieu-emissies van de Groep en de communicatie erover: het potentieel voor vorming van fotochemisch ozon, het potentieel voor eutrofi ëring, het verzuringspotentieel en het ozonlaagaantastingsvermogen. Gezien er geen internationaal erkende matigingsfactoren zijn die de toxiciteit voor mens en milieu weergeven, is het de combinatie van deze vijf indicatoren met de twee Globale Indexen die is gekozen om de wereldwijde leefmilieuprestatie van Solvay weer te geven.

** De uitstoot van stoffen die de ozonlaag kunnen aantasten is in 2008 en 2009 toegenomen door het ongewild lekken van koelvloeistoffen uit koelinstallaties. De verbetering van de installaties waar dit zich voordeed is volop aan de gang.

Zie het verificatieverslag van Ernst & Young gepubliceerd op bladzijden 6-7 in het aanvullend document Sustainability indicators 2010 op het internet: www.solvay.com/EN/Lit/Literature.aspx

53

Uitvoerend Comité en Algemeen Directeuren

Uivoerend Comité en Algemeen Directeuren

Uitvoerend Comité

  • 1 | Christian Jourquin Voorzitter van het Uitvoerend Comité Chief Executive Offi cer
  • 2 | Bernard de Laguiche Algemeen Directeur Financiën Chief Financial Offi cer
  • 3 | Jacques van Rijckevorsel Algemeen Directeur van de Sector Kunststoffen Group General Manager of Plastics Sector
  • 4 | Vincent De Cuyper

Algemeen Directeur van de Sector Chemie Group General Manager of Chemicals Sector

  • 5 | Jean-Michel Mesland Algemeen Directeur voor Technologie, Onderzoek en Inkoop Group General Manager of Technology, Research and Procurement
  • 6 | Roger Kearns

Algemeen Directeur van de regio Azië - Stille Oceaan Region General Manager Asia Pacifi c

Algemeen Directeuren

  • 2 | Bernard de Laguiche Algemeen Directeur Financiën Chief Financial Offi cer
  • 3 | Jacques van Rijckevorsel Algemeen Directeur van de Sector Kunststoffen Group General Manager of Plastics Sector
  • 4 | Vincent De Cuyper Algemeen Directeur van de Sector Chemie Group General Manager of Chemicals Sector

5 | Jean-Michel Mesland

Algemeen Directeur voor Technologie, Onderzoek en Inkoop Group General Manager of Technology, Research and Procurement

6 | Roger Kearns

Algemeen Directeur van de regio Azië - Stille Oceaan Region General Manager Asia Pacifi c

7 | René Degrève

Algemeen Directeur van de regio Noord-Amerika Region General Manager North America

8 | Jacques Lévy-Morelle

Secretaris-Generaal Group Corporate Secretary (tot 31 mei 2010)

9 | Daniel Broens

Algemeen Directeur Human Resources Group General Manager Human Resources

10 | Paulo Schirch

Algemeen Directeur van de regio Mercosur Region General Manager Mercosur

11 | Dominique Dussard

Group General Counsel Group General Counsel

12 | Alexis Brouhns

Algemeen Directeur van de regio Europa Region General Manager Europe

13 | Michel Defourny

Secretaris-Generaal Group Corporate Secretary (vanaf 1 juni 2010)

Solvay Financiën – Deel 2

Financiële informatie

56 Verslag van de Raad van Bestuur (vooraan in dit jaarverslag) pagina 12

Geconsolideerde jaarrekening pagina 57
– Winst- en verliesrekening pagina 57
– Overzicht van het totaalresultaat pagina 58
– Kasstroomoverzicht pagina 59
– Balans pagina 60
– Mutatieoverzicht van het eigen vermogen pagina 61
Toelichtingen bij de geconsolideerde jaarrekening pagina 62
– IFRS-grondslagen voor fi nanciële verslaggeving pagina 62
– Cruciale beoordelingen en belangrijkste bronnen van schattingsonzekerheden pagina 82
– Algemene beschrijving van de segmenten pagina 84
– Toelichtingen bij de winst- en verliesrekening pagina 85
– Toelichtingen bij het overzicht van het totaalresultaat pagina 101
– Toelichtingen bij het kasstroomoverzicht pagina 104
– Toelichtingen bij de balans pagina 110
– Toelichtingen bij het mutatieoverzicht van het eigen vermogen pagina 144
– Overige toelichtingen pagina 145
– Risicomanagement pagina 147
– De consolidatiekring 2010 pagina 161
Verkorte jaarrekening van Solvay nv pagina 171
Verslag van de commissaris pagina 173

Geconsolideerde jaarrekening

De nu volgende jaarrekening werd door de Raad van Bestuur vrijgegeven voor publicatie op 16 februari 2011. Ze werd opgesteld in overeenstemming met de IFRS-grondslagen voor fi nanciële verslaggeving, zoals beschreven in de volgende pagina's. De informatie die verband houdt met de verbonden partijen en dat vereist wordt door IAS 24, bevindt zich in het hoofdstuk over deugdelijk bestuur.

Winst- en verliesrekening (Toelichtingen 1-2)

Voortgezette
Activiteiten
Beëindigde
Bedrijfs
activiteiten (FP)
Totaal Groep
miljoen EUR Toelichtingen 2009 2010 2009 2010 2009 2010
Omzet 5 694 6 796 2 791 312 8 485 7 109
Kostprijs van de omzet -4 722 -5 496 -772 -90 -5 495 -5 586
Brutowinst (3) 972 1 301 2 019 222 2 991 1 523
Commerciële en administratieve kosten (4) -532 -560 -951 -134 -1 482 -694
Kosten van Onderzoek en Ontwikkeling (5) -139 -136 -416 -45 -555 -181
Overige operationele opbrengsten en kosten (6) 10 -3 6 -11 16 -14
REBIT (7) 310 602 658 31 969 633
Niet-recurrente elementen (8) 56 -328 -161 0 -105 -328
EBIT 366 274 498 31 864 305
Lasten als gevolg van leningen (9) 26 -142 -161 -4 -135 -146
Renteopbrengsten uit leningen en
termijnbeleggingen
(9) 0 23 9 1 9 24
Overige fi nancieringsopbrengsten en -kosten (9) 1 -10 -26 0 -25 -10
Disconteringskosten van de voorzieningen (*) (9) -54 -52 -10 0 -64 -52
Opbrengsten/verliezen uit deelnemingen
beschikbaar voor verkoop
(10) -5 0 0 0 -5 0
Meerwaarde Pharma (12) 0 0 0 1 703 0 1 703
Resultaat vóór belastingen 333 93 310 1 732 643 1 824
Winstbelastingen (11a) -85 4 -5 -5 -90 -1
Nettowinst van het jaar (13) 248 97 305 1 726 553 1 823
Minderheidsbelangen -35 -46 -2 0 -37 -46
Aandeel van Solvay in nettoresultaat 213 51 303 1 726 516 1 777
Gewone winst per aandeel (EUR) 2,59 0,62 3,69 21,23 6,28 21,85
Verwaterde winst per aandeel (EUR) (14) 2,59 0,62 3,69 21,18 6,28 21,80
RATIO'S
Brutowinst in % van de omzet 17,1 19,1 72,3 71,1 35,2 21,4
Times charges earned -11,7 4,7 3,7 10,5 6,4 4,8

De disconteringskost van voorzieningen voor de voortgezette bedrijfsactiviteiten (EUR 54 miljoen in 2009 en EUR 52 miljoen in 2010) werd geherklasseerd van de operationele kosten naar de fi nanciële kosten, gezien de aard van dit element.

Winstbelastingen / Resultaat vóór belastingen 25,5 -4,2 1,8 0,3 14,1 0,0

Times charges earned = REBIT / fi nancieringskosten. De toelichtingen volgen na de gedetailleerde jaarrekening

Overzicht van het totaalresultaat

Voortgezette
Activiteiten
Beëindigde
Bedrijfsactiviteiten
(FP)
Totaal Groep
miljoen EUR Toelichtingen 2009 2010 2009 2010 2009 2010
Nettowinst van de Groep 248 97 305 1 726 553 1 823
Winsten en verliezen op herwaarderingen
van voor verkoop beschikbare fi nanciële
activa
(16) 18 -14 0 4 17 -10
Winsten en verliezen op
afdekkingsinstrumenten in een
kasstroomafdekking
(16) -14 1 7 1 -8 2
Wisselkoersverschillen (16) 8 245 10 33 18 278
Winstbelasting met betrekking tot de
andere elementen van het totaalresultaat
(16) 0 -1 0 0 0 -1
Andere elementen van het
totaalresultaat na aftrek van de
daarmee verband houdende
winstbelastingen (other
comprehensive income)
11 231 16 39 27 269
Totaalresultaat van het jaar (total
comprehensive income)
259 327 321 1 765 580 2 092
toegerekend aan de:
- eigenaars van de moedermaatschappij 215 241 319 1 765 534 2 006
- minderheidsbelangen 44 86 2 0 46 86

Kasstroomoverzicht

miljoen EUR Toelichtingen 2009 2010
EBIT 864 305
Afschrijvingen en bijzondere waardevermindering van activa* (17) 496 717
Wijziging in het werkkapitaal (18) 48 -42
Wijziging in de voorzieningen (19) -126 24
Betaalde belastingen -24 -108
Andere (20) -74 -198
Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten 1 184 697
Verwerving (-) van dochterondernemingen (21) 0 0
Verwerving (-) van deelnemingen -Andere (21) -111 -172
Vervreemding (+) van dochterondernemingen (21) 0 4 430
Vervreemding (+) van deelnemingen - Andere (21) 19 280
Verwerving (-) van materiële vaste activa en immateriële activa (21) -456 -366
Vervreemding (+) van materiële vaste en immateriële activa (21) 15 20
Ontvangen dividenden 0 1
Wijziging in fi nanciële vaste activa 26 -205
Andere 20 -13
Kasstromen uit investeringsactiviteiten -486 3 976
Verhoging (+) / terugbetaling (-) van kapitaal (22) -17 -26
Verwerving (-) / vervreemding (+) van eigen aandelen (23) 7 -83
Wijzigingen in de schulden 313 5
Wijzigingen in de overige vlottende fi nanciële activa (21) 0 -3 701
Lasten als gevolg van leningen -135 -146
Renteopbrengsten uit leningen en termijnbeleggingen 9 24
Andere -25 -10
Betaalde dividenden -257 -248
Kasstromen uit fi nancieringsactiviteiten -105 -4 185
Nettowijziging in de geldmiddelen 593 488
Wisselkoerswijzigingen 10 29
Geldmiddelen bij de opening van het boekjaar 883 1 486
Geldmiddelen bij de sluiting van het boekjaar (33) 1 486 2 003

59

*op materiële vaste activa, immateriële vaste activa en goodwill De toelichtingen volgen na de gedetailleerde jaarrekening

Kasstroomoverzicht van de beëindigde bedrijfsactiviteiten

Miljoen EUR Toelichtingen 2009 2010
Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten (24) 527 35
Kasstromen uit investeringsactiviteiten (24) -30 4 430
Kasstromen uit fi nancieringsactiviteiten (24) -516 0
Nettowijziging in de geldmiddelen -18 4 465

Balans

miljoen EUR Toelichtingen 2009 2010
ACTIVA
Vaste activa 5 075 5 205
Immateriële activa (25) 162 121
Goodwill (26) 76 73
Materiële vaste activa (27) 3 921 3 698
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop (28) (33) 68 62
Geassocieerde deelnemingen 0 20
Overige deelnemingen (29) 209 278
Uitgestelde belastingvorderingen (12b) 487 586
Leningen en andere activa op lange termijn (33) 152 368
Vlottende activa 7 471 8 809
Voorraden (30) 805 870
Handelsvorderingen (33) 1 373 1 706
Fiscale vorderingen 19 13
Overige vlottende vorderingen - Financiële instrumenten (32) (33) 0 3 701
Overige vlottende vorderingen - Andere 327 516
Geldmiddelen en kasequivalenten (32) (33) 1 486 2 003
Activa aangehouden voor verkoop - Farma (34) 3 408 0
Activa aangehouden voor verkoop - PCC (34) 53 0
Totaal van de activa 12 546 14 014
PASSIVA
Totaal eigen vermogen 5 160 6 839
Aandelenkapitaal 1 271 1 271
Reserves 3 483 5 148
Minderheidsbelangen 406 419
Langlopende verplichtingen 4 536 4 636
Voorzieningen op lange termijn: personeelsbeloningen (31) 895 871
Overige voorzieningen op lange termijn (31) 766 952
Uitgestelde belastingverplichtingen (12b) 196 175
Financiële schulden op lange termijn (32) (33) 2 635 2 590
Overige verplichtingen op lange termijn (33) 44 48
Kortlopende verplichtingen 2 851 2 540
Voorzieningen op korte termijn: personeelsbeloningen (31) 7 80
Overige voorzieningen op korte termijn (31) 61 63
Financiële schulden op korte termijn (32) (33) 185 212
Handelsschulden (33) 828 1 489
Fiscale schulden 66 67
Overige verplichtingen op korte termijn (33) 682 629
Verplichtingen verbonden aan activa aangehouden voor verkoop - Farma (34) 1 012 0
Verplichtingen verbonden aan activa aangehouden voor verkoop - PCC (34) 11 0
Totaal van de passiva 12 546 14 014
RATIO'S
Return on equity (ROE) 10,8 26,7
Net debt to equity ratio 25,8 -42,4

ROE = nettowinst Groep / totaal eigen vermogen voor toewijzigingen van herwaarderingsreserve direkt aan het eigen vermogen. Net debt to equity ratio = nettoschulden / eigen vermogen.

Nettoschulden = fi nanciële schulden op korte en lange termijn - geldmiddelen en kasequivalenten. De toelichtingen volgen na de gedetailleerde jaarrekening

Mutatieoverzicht van het eigen vermogen

Eigen vermogen toe te rekenen aan de aandeelhouders van de moedermaatschappij
Herwaarderingsreserve
(reële waarde)
miljoen EUR Aandelen
kapitaal
Agio Ingehouden
winsten
Eigen
aandelen
Wisselkoers
verschillen
Deelnemingen
beschikbaar
voor verkoop
Kasstroom
afdekkingen
Totaal Minderheids
belangen
Totaal
eigen
vermogen
Saldo per
31/12/2008
1 271 18 3 994 -226 -621 4 10 4 449 296 4 745
Winst van de
periode
516 516 37 553
Baten en lasten
direct opgenomen in
eigen vermogen
9 17 -8 18 9 27
Totaalresultaat 516 9 17 -8 534 46 580
Kosten van
aandelenopties
10 10 10
Dividenden -241 -241 -11 -252
Verwerving /
vervreemding van
eigen aandelen
7 7 7
Toename (Afname)
via wijzigingen
in deelneming
zonder verlies van
zeggenschap
75 75
Andere -7 -7 -7
Saldo per
31/12/2009
1 271 18 4 272 -218 -612 21 3 4 754 406 5 160
Winst van de
periode
1 777 1 777 46 1 823
Baten en lasten
direct opgenomen in
eigen vermogen
238 -10 1 229 40 269
Totaalresultaat 1 777 238 -10 1 2 006 86 2 092
Kost van
aandelenopties
10 10 10
Dividenden -240 -240 -8 -248
Verwerving /
vervreemding van
eigen aandelen
-83 -83 -83
Toename (Afname)
via wijzigingen
in deelneming
zonder verlies van
-22 -22 -65 -86
zeggenschap
Andere
-6 -6 -6
Saldo per
31/12/2010 1 271 18 5 791 -301 -374 11 4 6 419 419 6 839

Toelichtingen bij de geconsolideerde jaarrekening

IFRS-grondslagen voor fi nanciële verslaggeving

De belangrijkste grondslagen voor het opstellen van deze geconsolideerde jaarrekening worden hieronder beschreven:

1. Algemene informatie en geldende IFRS-grondslagen

Solvay (de 'Onderneming') is een naamloze vennootschap naar Belgisch recht, genoteerd op NYSE Euronext Brussel. De belangrijkste activiteiten van de Onderneming, haar dochterondernemingen en joint ventures (waarnaar verwezen wordt als de 'Groep') staan beschreven in toelichting 1 over de informatie per segment.

De fi nanciële jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met IFRS (International Financial Reporting Standards) zoals goedgekeurd binnen de Europese Unie.

Standaarden en interpretaties toepasbaar vanaf 1 januari 2010

Nieuwe normen Van toepassing op jaarlijkse
periodes op of vanaf
IFRS 3 Bedrijfscombinaties 1 juli, 2009
Aanpassingen bij normen
IFRS 2 In geldmiddelen afgewikkelde, op aandelen
gebaseerde betalingen binnen een groep
1 januari 2010
IAS 27 Geconsolideerde en enkelvoudige jaarrekening 1 januari 2010
IAS 39 Financiële instrumenten: opname en waardering
- instrumenten die in aanmerking komen voor
afdekking
1 juli 2009
Verscheidene Verbeteringen aan IFRS (2008-2009) Voornamelijk 1 januari 2010
Nieuwe interpretaties
IFRIC 12 Dienstverlening uit hoofde van
concessieovereenkomsten
1 april 2009
IFRIC 15 Overeenkomsten voor de constructie van vastgoed 1 januari 2010
IFRIC 16 Afdekking van investeringen in buitenlandse
activiteiten
1 juli 2009
IFRIC 17 Uitkering van activa in natura aan eigenaars 1 november 2009
IFRIC 18 Overdracht van activa van klanten 1 november 2009

De toepassing van deze nieuwe standaarden en interpretaties heeft de volgende impact gehad:

• IFRS 3 (Herzien 2008), Bedrijfscombinaties

De herziene standaard omvat enkele belangrijke aanpassingen. De kostprijs van een bedrijfscombinatie, met inbegrip van voorwaardelijke elementen, dient gewaardeerd tegen de reële waarde op de overnamedatum, terwijl latere aanpassingen aan de voorwaardelijke elementen, die voortvloeien uit gebeurtenissen na de overnamedatum, dienen opgenomen in winst of verlies. De full goodwill optie, waarvoor mag worden gekozen geval per geval, laat de overnemer toe de minderheidsbelangen in de overgenomen entiteit te waarderen ofwel tegen reële waarde ofwel overeenkomstig het aandeel in de overgenomen netto activa. Alle met de overname verbonden kosten, zoals honoraria van adviseurs, worden ten laste van het resultaat genomen.

• IAS 27 (Herzien 2008), Geconsolideerde en enkelvoudige jaarrekening.

De herziene standaard vereist dat de gevolgen van verhandelingen van minderheidsbelangen rechtstreeks in het eigen vermogen worden opgenomen indien er geen verandering in zeggenschap optreedt. Dergelijke verhandelingen zullen dus geen aanleiding geven tot goodwill of tot enige baten of lasten opgenomen in winst of verlies. De standaard reguleert ook de administratieve verwerking wanneer men de zeggenschap verliest. In dat geval wordt een eventueel overblijvend belang geherwaardeerd tegen reële waarde, en wordt er een baat of last opgenomen in winst of verlies.

De eerste toepassing van de volgende wijzigingen aan standaarden en nieuwe interpretaties hebben geen belangrijke invloed gehad op de jaarrekening:

  • IFRS 2 (Aanpassing), Op aandelen gebaseerde betalingen In geldmiddelen afgewikkelde op aandelen gebaseerde betalingen binnen een groep, gepubliceerd in juni 2009. Naast de integratie van IFRIC 8, Toepassingsgebied van IFRS 2, en IFRIC 11, IFRS 2 – Transacties in groepsaandelen en ingekochte eigen aandelen omvatten de aanpassingen ook meer richtlijnen omtrent de classifi catie van groepsregelingen die niet besproken werden in IFRIC 11.
  • IAS 39 (Aanpassing), Financiële instrumenten: opname en waardering. Deze aanpassing verduidelijkt welke elementen kunnen aangemerkt worden als afgedekte posities
  • IFRIC 15, Overeenkomsten voor de bouw van vastgoed, die de opname van opbrengsten verduidelijkt voor vastgoedontwikkelaars bij verkoop van activa als appartementen en huizen op plan, vooraleer de bouw ervan afgewerkt is.
  • IFRIC 16, Afdekking van investeringen in buitenlandse activiteiten, die verduidelijkt dat afdekking van investeringen enkel betrekking mag hebben op functionele valutarisico's, en dat afdekkingsinstrumenten hiervoor mogen aangehouden worden door om het even welke entiteit van de Groep
  • IFRIC 17, Uitkering van activa in natura aan eigenaars. Deze interpretatie verduidelijkt dat (i) een dividendverplichting dient opgenomen zodra het dividend op de geëigende wijze is goedgekeurd, (ii) een entiteit de dividendverplichting dient te waarderen tegen de reële waarde van de uit te keren activa, en (iii) een entiteit het verschil tussen de dividendverplichting en de boekwaarde van de uitgekeerde activa dient op te nemen in winst of verlies.
  • IFRIC 18, Overdracht van activa van klanten, die de vereisten verduidelijkt voor overeenkomsten waarin een entiteit een materieel vast actief verkrijgt van de klant, dat de entiteit daarna moet gebruiken om de klant met een netwerk te verbinden of om de klant toegang te verlenen tot de levering van goederen of diensten (zoals de levering van elektriciteit, gas of water).

Standaarden en interpretaties die nog niet toepasbaar zijn in 2010

De groep heeft niet geopteerd voor vervroegde toepassing in 2010 van de volgende standaarden en interpretaties:

Nieuwe normen Van toepassing op jaarlijkse
periodes op of vanaf
IFRS 9 Financiële instrumenten 1 januari 2013
Aanpassingen bij normen
IFRS 7 Financiële instrumenten: Informatieverschaffi ng –
Niet langer opnemen in de balans
1 juli 2011
IAS 12 Winstbelastingen – Uitgestelde belastingen:
Inbaarheid van onderliggende activa
1 januari 2012
IAS 24 Informatieverschaffi ng over verbonden
partijen
1 januari 2011
IAS 32 Classifi catie van claimemissies 1 februari 2010
Verscheidene Verbeteringen aan IFRS (2009-2010) Verscheidene
Nieuwe interpretaties
IFRIC 19 Afl ossing van fi nanciële verplichtingen met
eigenvermogensinstrumenten
1 juli 2010
IFRIC 14 IAS 19 – Beperking van activa uit hoofde van
toegezegd-pensioenregelingen, minimale
fi nancieringsverplichtingen en hun interactie
– Vooruitbetalingen van een minimale
fi nancieringsverplichting
1 januari 2011
---------- ---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- ----------------

Op dit moment verwacht de Groep dat de eerste toepassing van de volgende standaarden, wijzigingen aan standaarden en interpretaties geen belangrijke invloed zullen hebben op de jaarrekening:

  • IFRS 9 (Gepubliceerd in november 2009), Financiële instrumenten (toepasbaar vanaf 1 januari 2013). De huidige versie van de nieuwe standaard vereenvoudigt de classifi catie en waardering van fi nanciële activa en verplichtingen.
  • IFRS 7 (Aanpassing), Financiële instrumenten: Informatieverschaffi ng Niet langer opnemen in de balans. Deze aanpassing verplicht bijkomende informatievereisten met betrekking tot buiten balans verrichtingen, zoals transacties die de overdracht van fi nanciële activa betreffen (bv. effectiseringen).
  • IAS 12 (Aanpassing), Winstbelastingen Uitgesteld belastingen: Inbaarheid van onderliggende activa. De aanpassing voorziet een praktische benadering voor het waarderen van uitgestelde belastingsverplichtingen en uitgestelde belastingsvorderingen wanneer een vastgoedbelegging gewaardeerd wordt volgens het reëlewaarde model in IAS 40 – Vastgoedbeleggingen.
  • IAS 24 (Herzien 2009), Informatieverschaffi ng over verbonden partijen. Deze herziening voorziet vrijstelling voor entiteiten die eigendom zijn van de overheid.
  • IAS 32 (Aanpassing), Financiële instrumenten: presentatie. Deze aanpassing behandelt de classifi catie van claimemissies.
  • IFRIC 19, Afl ossing van fi nanciële verplichtingen met eigenvermogensinstrumenten. Deze interpretatie voorziet in richtlijnen over swaps van schuld voor eigen vermogen.
  • IFRIC 14 (Aanpassing), IAS 19 Beperking van activa uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen, minimale fi nancieringsverplichtingen en hun interactie – Vooruitbetalingen van een minimale fi nancieringsverplichting. Deze aanpassing behandelt vooruitbetalingen van een minimale fi nancieringsverplichting.

2. Voorstellingsbasis

De geconsolideerde jaarrekening wordt voorgesteld in duizend euro, op basis van de historische kostprijsmethode, behalve voor fi nanciële activa aangehouden voor handelsdoeleinden en beschikbaar voor verkoop, die tegen reële waarde worden opgenomen. Financiële activa waarvoor geen prijsnotering voorhanden is in een actieve markt en waarvan de reële waarde niet op een betrouwbare manier kan bepaald worden, worden echter tegen historische kostprijs gewaardeerd. Tenzij anders vermeld, zijn de grondslagen voor fi nanciële verslaggeving consistent toegepast sinds het vorig boekjaar.

3. Consolidatieprincipes

De geconsolideerde jaarrekening omvat de rekeningen van de Onderneming en de entiteiten waarover de Onderneming zeggenschap heeft (de dochterondernemingen). Zeggenschap is de macht om het fi nanciële en operationele beleid van een entiteit te sturen teneinde voordelen te verkrijgen uit haar activiteiten.

De winst of verlies van overgenomen of afgestoten dochterondernemingen worden in de geconsolideerde winst of verlies opgenomen vanaf de effectieve overnamedatum tot het einde van de zeggenschap, indien van toepassing.

Waar nodig worden aanpassingen aangebracht aan de rekeningen van de dochterondernemingen om hun grondslagen voor fi nanciële verslaggeving in overeenstemming te brengen met andere leden van de Groep.

Alle intragroepsverrichtingen, -saldi, -opbrengsten en -kosten worden volledig geëlimineerd bij consolidatie.

Minderheidsbelangen in dochterondernemingen worden afzonderlijk voorgesteld naast het eigen vermogen van de Groep. Het minderheidsbelang kan initieel gewaardeerd worden aan de reële waarde of overeenkomstig het aandeel in de reële waarde van de overgenomen identifi ceerbare netto-activa. De keuze voor de waardering van de minderheidsbelangen wordt geval per geval gekozen. Na de overname worden de minderheidsbelangen gewaardeerd als het initiële bedrag van de minderheidsbelangen plus het aandeel van deze minderheidbelangen in de toekomstige wijzigingen in eigen vermogen. Het totaalresultaat wordt aan de minderheidsbelangen toegewezen, zelfs als dit een negatief saldo als gevolg kan hebben.

Wijzigingen in het belang van de Groep in een dochteronderneming die niet een verlies van zeggenschap leiden, worden behandeld als eigenvermogenstransacties. De boekwaarden van het belang van de Groep en de minderheidsbelangen worden derhalve aangepast om de nieuwe proportionele belangen in de dochteronderneming te weerspiegelen.

Wanneer de Groep de zeggenschap verliest over een dochteronderneming wordt de winst of het verlies bij afstoting berekend als het verschil tussen (i) de som van de reële waarde van de overgedragen vergoeding en de reële waarde van het aangehouden belang en (ii) de voorheen opgenomen boekwaarden van de activa (met inbegrip van goodwill) en de verplichtingen van de dochteronderneming en de eventuele minderheidsbelangen. Bedragen die voorheen opgenomen zouden zijn in de andere elementen van het totaalresultaat met betrekking tot de dochteronderneming worden op dezelfde manier opgenomen (d.i. herclassifi catie naar winst of verlies of rechtreeks naar het overgedragen resultaat) als wanneer de betreffende activa of verplichtingen werden afgestoten. De reële waarde van elk aangehouden belang in de vroegere dochteronderneming op datum van het verlies van zeggenschap wordt als de reële waarde bij initiële opname beschouwd voor waardering volgens IAS 39 Financiële instrumenten: opname een waardering, of indien van toepassing, als de kost bij initiële opname van een geassocieerde deelneming of entiteit waarover gezamenlijk zeggenschap wordt uitgeoefend.

4. Bedrijfscombinaties

De overname van dochterondernemingen of bedrijven (business) wordt verwerkt volgens de overnamemethode. De vergoeding voor elke bedrijfscombinatie wordt berekend als de som van de reële waarden van de door de overnemende partij overgedragen activa op de overnamedatum, de door de overnemende partij aangegane verplichtingen jegens voormalige eigenaars van de overgenomen partij en de door de Groep uitgegeven eigenvermogensinstrumenten in ruil voor zeggenschap. Aan de overname gerelateerde kosten worden in onmiddellijk in winst en verlies opgenomen wanneer ze worden opgelopen.

Waar toepasbaar omvat de vergoeding voor de overname elk actief of verplichting als gevolg van een voorwaardelijke vergoedingsovereenkomst, dat gewaardeerd wordt aan de reële waarde op overnamedatum. Toekomstige wijzigingen aan deze reële waarden worden retrospectief verwerkt als ze beantwoorden aan aanpassingen tijdens de waarderingsperiode (zie hieronder). Alle andere wijzigingen aan de reële waarde van de voorwaardelijke vergoeding opgenomen als actief of verplichting worden opgenomen in overeenstemming met de relevante IFRS. Wijzigingen aan de reële waarde van voorwaardelijke vergoedingen geclassifi ceerd als eigen vermogen worden niet opgenomen.

Wanneer een bedrijfscombinatie in verschillende fasen wordt gerealiseerd, wordt het voorheen aangehouden belang van de Groep geherwaardeerd aan de reële waarde op overnamedatum (d.i. de datum waarop de zeggenschap wordt verworven) en de eventuele winst of het eventuele verlies wordt rechtstreeks in winst of verlies opgenomen. Bedragen die voorheen werden opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat als gevolg van het belang in de overgenomen partij, worden geherklasseerd naar winst of verlies, op dezelfde basis die vereist zou zijn indien de overnemende partij het voorheen aangehouden belang direct had vervreemd.

De identifi ceerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen die aan de opnamecriteria volgens IFRS 3 (2008) voldoen, worden opgenomen aan hun reële waarde op overnamedatum, behalve:

  • uitgestelde belastingvorderingen of –verplichtingen en verplichtingen en activa uit hoofde van de personeelsbeloningen worden opgenomen en gewaardeerd in overeenstemming met respectievelijk IAS 12 Winstbelastingen en IAS 19 Personeelsbeloningen;
  • verplichtingen of eigenvermogensinstrumenten verbonden aan de vervanging door de Groep van beloningen in de vorm van op aandelen van een overgenomen partij gebaseerde betalingen worden gewaardeerd in overeenstemming met IFRS 2 Op aandelen gebaseerde betalingen;
  • activa (of groepen activa die worden afgestoten) dat geclassifi ceerd worden als aangehouden voor verkoop in overeenstemming met IFRS 5 Vaste activa aangehouden voor verkoop en beëindigde bedrijfsactiviteiten worden in overeenstemming met deze standaard gewaardeerd.

Als de initiële verwerking van een bedrijfscombinatie niet voltooid is op het einde van het boekjaar waarin de bedrijfscombinatie plaatsvond, presenteert de Groep voorlopige bedragen voor de posten die nog niet volledig zijn verwerkt. Tijdens de waarderingsperiode (zie hieronder) worden de opgenomen voorlopige bedragen aangepast, of bijkomende activa of verplichtingen opgenomen om nieuwe informatie te weerspiegelen die verkregen is over feiten en omstandigheden die op de overnamedatum bestonden en die, indien bekend, de waardering van de per die datum opgenomen bedragen hadden beïnvloed.

De waarderingsperiode is de periode dat loopt vanaf de overnamedatum tot de datum waarop de Groep de informatie ontvangt die zij zocht over feiten en omstandigheden die op de overnamedatum bestonden. De waarderingsperiode is beperkt tot maximaal één jaar vanaf de overnamedatum.

5. Geassocieerde deelnemingen

Een geassocieerde deelneming is een entiteit waarin de Groep een invloed van betekenis heeft en die geen dochterondernemingen of joint ventures zijn. Invloed van betekenis is de macht om deel te nemen aan de fi nanciële en operationele beleidsbeslissingen van de deelneming, maar houdt geen zeggenschap of gezamenlijke zeggenschap over het betreffende beleid in.

Het resultaat en de activa en verplichtingen van geassocieerde deelnemingen worden in deze jaarrekening opgenomen door gebruikt maken van de "equity"-methode), tenzij de deelneming wordt aangehouden voor verkoop zodat deze in overeenstemming met IFRS 5 wordt verwerkt.

Financiën

Volgens de "equity"-methode worden investeringen in geassocieerde deelnemingen tegen kostprijs opgenomen, en vervolgens aangepast om rekening te houden met de wijziging van het aandeel van de Groep in de netto-activa van de deelneming na de overname, minus eventuele waardeverminderingen op de individuele deelneming. Verliezen van een geassocieerde deelneming die het belang van de Groep in deze deelneming overschrijden (met inbegrip van lange termijn interesten dat deel uitmaken van de netto-investering van de Groep in de geassocieerde deelneming) worden enkel opgenomen in de mate dat de Groep wettelijke of impliciete verplichtingen heeft aangegaan of betalingen heeft gedaan ten behoeve van de geassocieerde deelneming.

Het surplus van de kostprijs van de investering over het aandeel van de Groep in de netto reële waarde van de identifi ceerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen van de geassocieerde deelneming opgenomen op overnamedatum wordt opgenomen als goodwill. De goodwill wordt opgenomen in de boekwaarde van de investering en wordt onderworpen aan waardeverminderingen als onderdeel van deze investering. Elk surplus van het aandeel van de investeerder in de netto reële waarde van de identifi ceerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen van de geassocieerde deelneming ten opzichte van de kostprijs van de investering wordt, na herberekening, onmiddellijk opgenomen in winst of verlies.

Wanneer een entiteit van de Groep verrichtingen realiseert met een geassocieerde deelneming van de Groep, dan worden de winsten en verliezen geëlimineerd ten belope van het belang van de Groep in de betreffende geassocieerde deelneming.

6. Joint ventures

Een joint venture is een contractuele afspraak waarbij twee of meer partijen een economische activiteit aangaan waarover zij gezamenlijke zeggenschap hebben zodat de strategische fi nanciële en operationele beslissingen met betrekking tot de activiteit de unanieme instemming vereisen van de partijen die de zeggenschap delen.

Joint venture overeenkomsten waarbij een afzonderlijke entiteit wordt opgericht waarin elke partij (venturer) een belang heeft, worden beschouwd als entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend. De Groep presenteert zijn belang in de entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend door middel van de proportionele consolidatiemethode, behalve wanneer de investering als aangehouden voor verkoop wordt geclassifi ceerd, zodat deze volgens IFRS 5, Activa aangehouden voor verkoop en beëindigde bedrijfsactiviteiten, moet worden verwerkt. Het aandeel van de Groep in activa, passiva, kosten, opbrengsten en kasstroom van de joint ventures worden lijn per lijn samengevoegd met gelijkaardige posten in de geconsolideerde fi nanciële gegevens.

Goodwill ontstaan uit de verwerving van het aandeel van de Groep in een joint venture wordt opgenomen in overeenstemming met de grondslagen van de Groep met betrekking tot goodwill ontstaan uit bedrijfscombinaties (zie 4 hierboven).

Het proportionele aandeel van de Groep in de niet-gerealiseerde winsten of verliezen tussen ondernemingen van de Groep en de gezamenlijk gecontroleerde entiteiten worden geëlimineerd in consolidatie.

7. Goodwill

Goodwill ontstaan uit een bedrijfscombinatie wordt opgenomen als een actief vanaf het moment dat de zeggenschap is verworven (de overnamedatum). Goodwill vertegenwoordigt het bedrag waarmee (i) het totaal van de overgedragen vergoeding, het bedrag van eventuele minderheidsbelangen in de overgenomen partij en de reële waarde van het eventuele voorheen aangehouden aandelenbelang van de overnemer in de overnemende partij; (ii) het nettosaldo van de op de overnamedatum vastgestelde bedragen van de verworven identifi ceerbare activa en de overgenomen verplichtingen.

Indien na beoordeling, het belang van de Groep in de reële waarde van het identifi ceerbare netto-actief het totaal van de overgedragen vergoeding, het bedrag van eventuele minderheidsbelangen in de overgenomen partij en de reële waarde van het eventuele voorheen aangehouden aandelenbelang van de overnemer in de overnemende partij overschrijdt, dan dient het surplus opgenomen te worden in de winst- en verliesrekening als een winst op een voordelige koop.

Goodwill wordt niet afgeschreven, maar wordt jaarlijks getoetst op bijzondere waardeverminderingen. Voor het testen op bijzondere waardevermindering wordt goodwill toegewezen aan de kasstroomgenererende eenheden van de Groep waarvan verwacht wordt dat zij voordelen zullen halen uit de synergieën van de bedrijfscombinatie. Kasstroomgenererende eenheden waaraan goodwill is toegewezen worden jaarlijks getest op bijzondere waardeverminderingen, en ook tussentijds wanneer er aanwijzingen zijn dat de boekwaarde van de eenheid mogelijk de realiseerbare waarde overtreft. Indien de realiseerbare waarde van een kasstroomgenererende eenheid lager is dan haar boekwaarde wordt de bijzondere waardevermindering eerst in mindering gebracht van de boekwaarde van de goodwill die aan de kasstroomgenerende eenheid werd toegewezen. Daarna wordt de bijzondere waardevermindering toegewezen aan de andere vaste activa die tot de eenheid behoren, evenredig met hun boekwaarde. Eens een bijzondere waardevermindering voor goodwill is opgenomen, wordt deze in een latere periode niet teruggenomen.

Bij de verkoop van een dochteronderneming, dient het overeenstemmende deel van de goodwill in rekening worden genomen bij de bepaling van de winst of het verlies op de verkoop.

De grondslag van de Groep met betrekking tot goodwill die ontstaat uit de verwerving van een geassocieerde deelneming wordt beschreven in punt 5 hierboven.

8. Vreemde valuta

Elementen uit de jaarrekening van elk van de Groepsentiteiten worden gewaardeerd in de valuta van de primaire economische omgeving waarin zij werken ('de functionele valuta'). De geconsolideerde jaarrekening wordt voorgesteld in euro (EUR), de functionele valuta van de Onderneming en tevens de presentatievaluta van de Groep.

Bij het opstellen van de jaarrekening van individuele entiteiten, worden transacties in vreemde valuta bij een initiële opname omgerekend volgens de wisselkoers die geldt op de transactiedatum. Monetaire activa en passiva uitgedrukt in vreemde munt worden op balansdatum in de functionele munt van de entiteit omgerekend waarbij de slotkoers van die dag wordt toegepast. Niet-monetaire elementen gewaardeerd aan reële waarde die uitgedrukt zijn in vreemde munt worden omgerekend volgens de wisselkoers die geldt op waarderingsdatum. Niet-monetaire elementen gewaardeerd aan historische kostprijs en uitgedrukt in vreemde munt worden niet omgerekend aan de slotkoers.

Wisselkoersverschillen worden in de winst- en verliesrekening opgenomen in de periode waarin deze ontstaan, behalve voor:

  • Wisselkoersverschillen op leningen in vreemde valuta met betrekking tot activa in aanbouw voor toekomstig productiegebruik, die opgenomen worden in de kostprijs van deze activa als ze beschouwd worden als een aanpassing van de interestkosten op deze leningen in vreemde valuta;
  • Wisselkoersverschillen op verrichtingen met betrekking tot het dekken van bepaalde valutarisico's (zie punt 23 hieronder voor de grondslagen voor afdekking); en
  • Wisselkoersverschillen op monetaire elementen te ontvangen van of te betalen aan een buitenlandse activiteit wiens afwikkeling noch gepland is noch waarschijnlijk is (en dus deel uitmaakt van de netto-investering in een buitenlandse activiteit), die initieel opgenomen worden in de andere elementen van het totaalresultaat en geherclassifi ceerd worden van het eigen vermogen naar de winst- en verliesrekening bij verkoop of gedeeltelijke verkoop van de netto-investering.

Bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening, worden de activa en de verplichtingen van de buitenlandse activiteiten van de Groep op balansdatum omgerekend tegen de slotkoers. De opbrengsten en kosten van deze entiteiten worden omgerekend tegen de gemiddelde koers. De resulterende wisselkoersverschillen worden in de andere elementen van het totaalresultaat geboekt en gecumuleerd in het eigen vermogen (eventueel toegerekend aan de minderheidsbelangen) onder "Wisselkoersverschillen".

Financiën

Bij de verkoop van een buitenlandse activiteit (d.i. verkoop van het volledige belang van de Groep in de buitenlandse activiteit, of verkoop met verlies van zeggenschap over een dochteronderneming met een buitenlandse activiteit, of verlies van gezamenlijk zeggenschap over een joint venture met een buitenlands activiteit, of verlies van invloed van betekenis over een geassocieerde deelneming met een buitenlandse activiteit) wordt het cumulatieve bedrag dat in het eigen vermogen genomen werd en betrekking heeft op die specifi eke buitenlandse operatie in resultaat genomen. Eventuele wisselkoersverschillen dat voorheen toegerekend werden aan de minderheidsbelangen worden uit de balans verwijderd, maar worden niet geherclassifi ceerd naar resultaat.

In het geval van een gedeeltelijke verkoop (d.i. zonder verlies van zeggenschap) van een dochteronderneming met een buitenlandse activiteit wordt het evenredige gedeelte van de gecumuleerde wisselkoersverschillen toegewezen aan de minderheidsbelangen en wordt niet in resultaat opgenomen. Voor alle andere gedeeltelijke verkopen (d.i. van geassocieerde deelnemingen of joint ventures zonder wijziging van de consolidatiemethode) wordt het evenredige gedeelte van de gecumuleerde wisselkoersverschillen geherclassifi ceerd naar resultaat.

Goodwill en reële waarde aanpassingen ontstaan uit de verwerving van een buitenlands activiteit wordt beschouwd als activa en verplichtingen van de buitenlandse activiteit en omgerekend tegen de slotkoers.

De voornaamste wisselkoersen zijn:

Koers op jaareinde Gemiddelde koers
2009 2010 2009 2010
1 Euro =
Britse Pond GBP 0,8881 0,8607 0,8910 0,8579
Amerikaanse dollar USD 1,4406 1,3362 1,3948 1,3258
Argentijnse peso ARS 5,4839 5,3287 5,1983 5,1940
Braziliaanse real BRL 2,5113 2,2177 2,7671 2,3318
Thaïse baht THB 47,9860 40,1700 47,8063 42,0248
Japanse yen JPY 133,1600 108,6500 130,3325 116,2492

9. Personeelsbeloningen na uitdiensttreding

Bijdragen in het kader van de toegezegde-bijdragenregelingen worden als kost opgenomen op het moment dat de werknemers de diensten leveren waarvoor ze het recht ontvangen op deze bijdragen.

Voor toegezegd-pensioenregelingen wordt de kostprijs voor de verstrekking van de voordelen bepaald met behulp van de actuariële Projected Unit Credit-waarderingsmethode. De actuariële winsten en verliezen worden opgenomen als opbrengsten of kosten indien de gecumuleerde niet-opgenomen winsten of verliezen voor een individueel plan op het einde van het voorgaande boekjaar 10% overschrijden van de contante waarde van de vastgelegde voordeelverplichting of van de reële waarde van de planactiva in het begin van het jaar, indien die hoger is. Dit overschot wordt erkend over de gemiddelde resterende dienstjaren van de werknemers die deelnemen in het individuele plan. Pensioenkosten van verstreken diensttijd worden onmiddellijk opgenomen voor zover de voordelen verworven zijn; anders worden ze gradueel ten laste van de winst-en-verliesrekening genomen en lineair gespreid over de gemiddelde termijn totdat de voordelen verworven zijn.

De verplichting uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen (nettoverplichting) opgenomen op de balans komt overeen met de contante waarde van de brutoverplichting aangepast voor niet-opgenomen actuariële winsten en verliezen en niet-opgenomen pensioenkosten van verstreken diensttijd, en verminderd met de reële waarde van de fondsbeleggingen. Eventuele activa ontstaan uit deze berekening wordt beperkt tot het totaal van de niet-opgenomen actuariële verliezen en pensioenkosten van verstreken diensttijd en de contante waarde van toekomstige terugbetalingen en verminderingen in toekomstige bijdragen aan de regeling.

10. Niet-recurrente elementen

De niet-recurrente elementen omvatten:

  • baten en lasten op de verkoop van dochterondernemingen, joint ventures en fi lialen geboekt volgens de equity-methode en die niet kunnen worden beschouwd als beëindigde bedrijfsactiviteiten, voor verkoop beschikbare investeringen of baten en lasten uit de verkoop van vastgoed dat niet direct te maken heeft met een bedrijfsactiviteit;
  • herstructureringskosten in verband met de beëindiging van een activiteit;
  • waardevermindering die voortvloeit uit de beëindiging van een activiteit of de sluiting van een fabriek;
  • waardevermindering die resulteert uit de controle op waardevermindering van een kasstroomgenererende eenheid (KGE) (een KGE bevat materiële en immateriële vaste activa en desgevallend toegekende goodwill);
  • de gevolgen van belangrijke juridische geschillen.
  • de saneringskosten met betrekking tot het sluiten van vestigingen of beëindigde bedrijfsactiviteiten.

11. Winstbelastingen

Winstbelastingen omvatten actuele en uitgestelde belastingen

Actuele belastingen

Actuele belastingen worden bepaald op basis van het belastbaar resultaat van de periode. Het belastbaar resultaat verschilt van het resultaat zoals gepresenteerd in de geconsolideerde winst- en verliesrekening omwille van opbrengsten en kosten die belastbaar of aftrekbaar zijn in andere periodes of die nooit belastbaar of aftrekbaar zijn. De actuele belastingsschuld van de Groep wordt berekend met behulp van de belastingvoet waarvan het wetgevingsproces substantieel is afgesloten op de balansdatum.

Uitgestelde belastingen

Uitgestelde belastingen worden berekend volgens de balansmethode voor tijdelijke verschillen tussen enerzijds de belastingsbasis van activa en verplichtingen en anderzijds hun nettoboekwaarde in de balans. Uitgestelde belastingverplichtingen worden over het algemeen opgenomen voor alle belastbare tijdelijke verschillen. Uitgestelde belastingvorderingen worden opgenomen in de mate dat het waarschijnlijk is dat er voldoende belastbare winst zal gerealiseerd worden waartegen de tijdelijke verschillen kunnen worden afgezet. Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden niet opgenomen indien het tijdelijke verschil voortvloeit uit goodwill of uit de initiële opname van andere activa en verplichtingen (die geen bedrijfscombinatie is) die geen invloed heeft op de winst vóór belasting of de fi scale winst.

Uitgestelde belastingenverplichtingen worden opgenomen voor belastbare tijdelijke verschillen op deelnemingen in dochterondernemingen, joint ventures en geassocieerde ondernemingen, behalve in het geval dat de Groep kan beslissen over het tijdstip waarop het tijdelijk verschil teruggedraaid wordt en het onwaarschijnlijk is dat het tijdelijk verschil teruggedraaid wordt in de nabije toekomst. Een entiteit dient een uitgestelde belastingvordering op te nemen voor verrekenbare tijdelijke verschillen die voortvloeien uit investeringen in dochterondernemingen, fi lialen en geassocieerde deelnemingen en belangen in joint ventures, in zoverre en alleen in zoverre het waarschijnlijk is dat het tijdelijke verschil in de nabije toekomst zal worden afgewikkeld en fi scale winst beschikbaar zal zijn waarmee het tijdelijke verschil kan worden verrekend.

De boekwaarde van de uitgestelde belastingvorderingen wordt bij iedere balansdatum beoordeeld en wordt verlaagd in zoverre het niet langer waarschijnlijk is dat voldoende fi scale winst beschikbaar zal zijn om het mogelijk te maken het voordeel van die uitgestelde belastingvordering geheel of gedeeltelijk aan te wenden.

Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen moeten worden gewaardeerd tegen de belastingtarieven die naar verwachting van toepassing zullen zijn op de periode waarin de vordering wordt gerealiseerd of de verplichting wordt afgewikkeld, op basis van de belastingtarieven (en de belastingwetgeving) waarvan het wetgevingsproces (materieel) is afgesloten op de balansdatum. De waardering van uitgestelde belastingverplichtingen en -vorderingen moet de fi scale gevolgen weerspiegelen die zouden voortvloeien uit de wijze waarop de entiteit op de balansdatum de boekwaarde van haar activa en verplichtingen verwacht te realiseren of af te wikkelen.

Financiën

Een entiteit dient actuele belastingvorderingen en -verplichtingen te salderen wanneer de entiteit een in rechte afdwingbaar recht heeft om de opgenomen bedragen te salderen; en voornemens is om de verplichting op nettobasis af te wikkelen of om de vordering te realiseren op hetzelfde moment dat de verplichting wordt afgewikkeld.

Actuele en uitgestelde belasting van de periode

Actuele en uitgestelde belastingen worden opgenomen als opbrengst of kost in de winst- en verliesrekening, behalve wanneer ze verband houden met elementen die buiten de winst- en verliesrekening werden opgenomen (in de andere elementen van het totaalresultaat of rechtstreeks in eigen vermogen), dan worden ze eveneens buiten de winstverliesrekening opgenomen, of wanneer ze ontstaan zijn bij de initiële opname van een bedrijfscombinatie. In dit laatste geval wordt het belastingseffect in rekening genomen in de verwerking van de bedrijfscombinatie..

12. Leaseovereenkomsten

Leaseovereenkomsten worden geclassifi ceerd als fi nanciële leases wanneer de lease vrijwel alle aan de eigendom verbonden risico's en voordelen overdraagt aan de lessee (huurder). Alle andere leaseovereenkomsten worden als operationele leases geclassifi ceerd.

Overeenkomsten die niet de wettelijke vorm aannemen van een leaseovereenkomst worden geanalyseerd op basis van IFRIC 4 om te bepalen of ze een leaseovereenkomst omvatten dat verwerkt moet worden volgens IAS 17

Financiële leaseovereenkomsten

Activa aangehouden via een fi nanciële lease worden initieel opgenomen als activa van de Groep tegen hun reële waarde bij aanvang van de lease of indien deze lager is, tegen de contante waarde van de minimale leasebetalingen. De overeenstemmende verplichting ten aanzien van de lessor (verhuurder) wordt opgenomen op de balans als fi nanciële leaseverplichting.

Activa aangehouden via een fi nanciële lease worden afgeschreven over de verwachte gebruiksduur op dezelfde basis als activa in eigendom of, indien deze korter is, over de leaseperiode

Leasebetalingen worden opgesplitst in rentelasten en afl ossingen van de uitstaande verplichting. Gedurende de leaseperiode worden de rentelasten aan elke periode toegerekend op een manier die resulteert in een constante periodieke rentevoet op het resterende saldo van de verplichting voor elke periode. De fi nanciële kosten worden rechtstreeks opgenomen in resultaat, behalve wanneer ze verband houden met in aanmerking komende activa, zodat ze opgenomen kunnen worden in overeenstemming met de grondslag van de Groep betreffende fi nancieringskosten (zie punt 17 hieronder). Voorwaardelijke leasebetalingen worden als last opgenomen in de periode waarin ze worden opgelopen.

Operationele leaseovereenkomsten

Bij een operationele lease worden de leasebetalingen als kosten opgenomen en lineair gespreid over de leaseperiode, tenzij een andere systematische wijze van toerekening meer representatief is voor het tijdspatroon van de voordelen die de gebruiker geniet. Voorwaardelijke leasebetalingen worden als last opgenomen in de periode waarin ze worden opgelopen.

Wanneer kortingen of voordelen worden ontvangen bij het afsluiten van een operationele leaseovereenkomst, worden deze kortingen of voordelen opgenomen als verplichting. De totale waarde van de kortingen of voordelen toegestaan door de leasinggever wordt in mindering gebracht van de leasekosten en lineair gespreid over de leaseperiode, tenzij een andere systematische wijze van toerekening meer representatief is voor het tijdspatroon van de voordelen die de gebruiker geniet.

13.Immateriële activa

Immateriële activa verworven in een bedrijfscombinatie worden initieel gewaardeerd tegen reële waarde; afzonderlijk verworven immateriële activa worden initieel gewaardeerd tegen kostprijs. Na hun initiële opname worden immateriële activa gewaardeerd tegen kostprijs of reële waarde verminderd met gecumuleerde afschrijvingen en eventuele bijzondere waardeverminderingen. Immateriële activa worden lineair afgeschreven over hun naar best vermogen geschatte gebruiksduur. De resterende gebruiksduur en de afschrijvingsmethode worden elk jaar opnieuw geëvalueerd bij afsluiting van het boekjaar. Een wijziging in de gebruiksduur van een immaterieel actief wordt prospectief verwerkt als een schattingswijziging.

Licenties, patenten en soortgelijke rechten

Uitgaven voor aangekochte licenties, patenten, handelsmerken en soortgelijke rechten worden geactiveerd en lineair afgeschreven over de contractuele looptijd, indien van toepassing, of over de geschatte gebruiksduur, die normaal geschat wordt op hoogstens 20 jaar.

Onderzoek en ontwikkeling

Onderzoeksuitgaven worden als kosten in de winst-en-verliesrekening opgenomen op het ogenblik dat ze zich voordoen. Ontwikkelingsuitgaven worden alleen opgenomen in de balans als aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan:

  • het product of proces is nauwkeurig omschreven en de uitgaven zijn afzonderlijk identifi ceerbaar en op een betrouwbare manier meetbaar;
  • de technische haalbaarheid van het product is bewezen;
  • het product of proces zal gecommercialiseerd worden of binnen de onderneming aangewend worden;
  • er wordt verwacht dat de activa toekomstige economische voordelen zullen genereren (bv. er bestaat een potentiële markt voor het product of het nut voor interne aanwending is bewezen);
  • de nodige technische, fi nanciële en andere middelen zijn aanwezig om het project te fi naliseren

Geactiveerde ontwikkelingskosten worden lineair afgeschreven over de gebruiksduur.

Emissierechten

CO2 -emissierechten worden verwerkt volgens IAS 38 (immateriële activa), IAS 37 (voorzieningen) en IAS 20 (overheidssubsidies).

Emissierechten die gratis werden toegekend worden als immateriële activa opgenomen voor een symbolische euro voor zover ze 100% gesubsidieerd zijn, met een tegenovergesteld saldo in de andere kortlopende verplichtingen voor hetzelfde bedrag.

In de mate dat de aan de Groep voor 2010 toegekende rechten de reëel verwachte emissies overtreffen, is er geen enkele verplichting op balansdatum en is er bijgevolg geen voorziening vereist.

De verkoop op de markt van gratis verworven emissierechten levert een winst die onmiddellijk als resultaat geboekt wordt.

Bij gebrek aan IASB-standaarden en –interpretaties betreffende de administratieve verwerking van CO2 -emissierechten, heeft de Groep de 'nettobenadering' gebruikt. Deze methode houdt in dat:

  • emissierechten worden opgenomen als immateriële activa tegen hun kostprijs (de gratis verkregen rechten worden dus tegen nulwaarde opgenomen), en
  • indien de werkelijke emissies de opgenomen rechten overtreffen wordt een verplichting opgenomen tegen de reële waarde van de aan te kopen rechten om het tekort aan te vullen op balansdatum.

Financiën

73

Overige immateriële activa

Overige immateriële activa bevatten voornamelijk klantenlijsten en andere immateriële commerciële activa, zoals merknamen, die afzonderlijk of bij een bedrijfscombinatie verworven werden. Deze worden lineair afgeschreven over hun geschatte gebruiksduur.

14. Materiële vaste activa

De Groep heeft geopteerd voor het historische kostprijsmodel en niet voor het herwaarderingsmodel. Afzonderlijk verworven materiële vaste activa worden initieel gewaardeerd tegen kostprijs. Materiële vaste activa verworven in een bedrijfscombinatie worden initieel gewaardeerd tegen hun reële waarde, die vanaf dan geldt als hun kostprijs. Na hun initiële opname worden materiële vaste activa gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met gecumuleerde afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen. De kostprijs omvat alle directe kosten en uitgaven die opgelopen werden om het actief op de locatie en in de staat te brengen die noodzakelijk is om te functioneren op de beoogde wijze.

De kostprijs of de waardering van activa (andere dan terreinen en activa in aanbouw) verminderd met de restwaarde wordt lineair afgeschreven over de gebruiksduur. De verwachte gebruiksduur, de restwaarde en de afschrijvingsmethode worden minstens op het einde van elk boekjaar opnieuw geëvalueerd, met een prospectieve verwerking van de wijzigingen.

De afschrijvingslast wordt berekend volgens de lineaire methode in functie van de gebruiksduur van de activa. Deze wordt als volgt bepaald:

Gebouwen 30 jaar
Informaticamateriaal 3 - 5 jaar
Machines en uitrusting 10 - 20 jaar
Transportmaterieel 5 - 20 jaar
Ontwikkelingskosten 2 - 5 jaar
Octrooien, merken en andere immateriële activa 5 - 20 jaar

De afschrijvingslast wordt in de winst- en verliesrekening opgenomen in de kosten van verkoop, de commerciële en de administratieve kosten en in de kosten van onderzoek en ontwikkeling.

16. Bijzondere waardevermindering van materiële vaste activa en immateriële activa, behalve goodwill

Op elke balansdatum evalueert de Groep de boekwaarde van de materiële en immateriële vaste activa, om te beoordelen of er indicaties zijn voor een mogelijke bijzondere waardevermindering van een actief. Indien dergelijke indicaties bestaan, dan wordt de realiseerbare waarde van het actief geschat, om zo de omvang van een eventuele waardevermindering te bepalen. Waar het niet mogelijk is om de realiseerbare waarde van een individueel actief te bepalen, bepaalt de Groep de realiseerbare waarde van de kasstroomgenererende eenheid (KGE) waartoe het betreffende actief behoort. Waar een redelijke en consistente toewijzingsbasis kan bepaald worden, worden de algemene bedrijfsactiva eveneens toegewezen aan de individuele KGE's, of ze worden toegewezen tot de kleinste groep van KGE's waarvoor een redelijke en consistente toewijzingsbasis kan worden bepaald.

De realiseerbare waarde is de hoogste waarde van de reële waarde min de verkoopkosten van het actief of zijn bedrijfswaarde. Bij het bepalen van de bedrijfswaarde worden de geschatte toekomstige kasstromen gedisconteerd naar de contante waarde door gebruik te maken van disconteringsvoet vóór belastingen die de huidige marktbeoordelingen weerspiegelt van de tijdswaarde van het geld en de aan het actief verbonden risico's waarvoor de schattingen van toekomstige kasstromen niet zijn aangepast.

Indien de realiseerbare waarde van een actief (of KGE) lager is dan de boekwaarde, dan wordt de boekwaarde van het actief (of KGE) teruggebracht tot de realiseerbare waarde. Een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt onmiddellijk opgenomen in winst- en verliesrekening.

Wanneer een bijzonder waardeverminderingsverlies opgenomen in vroegere boekjaren wordt teruggenomen, dan wordt de boekwaarde van het actief (of KGE) gebracht tot de realiseerbare waarde, voor zover dat de verhoogde boekwaarde niet hoger ligt dan de boekwaarde die zou zijn bepaald als in voorgaande jaren geen bijzonder waardeverminderingsverlies voor het actief (of KGE) was opgenomen. Een terugboeking van een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt onmiddellijk opgenomen in winst- en verliesrekening.

17. Financieringskosten

Financieringskosten die rechtstreeks zijn toe te rekenen aan de verwerving, bouw of productie van een in aanmerking komend actief (d.i. een actief dat noodzakelijkerwijs pas na een aanzienlijke tijdsperiode klaar is voor het beoogde gebruik of voor verkoop) dienen te worden geactiveerd als deel van de kostprijs van dat actief, tot vrijwel alle activiteiten zijn voltooid die nodig zijn om het in aanmerking komende actief voor te bereiden op zijn beoogde gebruik of verkoop.

Beleggingsinkomsten die uit de tijdelijke belegging van de specifi eke leningen wordt verdiend in afwachting van de uitgaven op de in aanmerking komende activa, worden in mindering gebracht van de fi nancieringskosten die in aanmerking komen voor activering.

Alle andere fi nancieringskosten worden in winst- en verliesrekening opgenomen wanneer ze worden opgelopen.

18. Overheidssubsidies

Overheidssubsidies, met inbegrip van niet-monetaire subsidies tegen reële waarde, mogen pas worden opgenomen als met redelijke zekerheid kan worden gesteld dat de entiteit de aan de subsidies gekoppelde voorwaarden zal vervullen en de subsidies zullen worden ontvangen.

Investeringssubsidies met betrekking tot de aankoop van materiële vaste activa worden in mindering gebracht van de kostprijs van deze activa. Het verwachte bedrag wordt in de balans opgenomen op het ogenblik van de initiële goedkeuring en, indien nodig, achteraf gecorrigeerd bij de defi nitieve toekenning. De subsidie wordt afgeschreven over dezelfde periode als de materiële vaste activa waarvoor de subsidie werd verkregen.

Andere overheidssubsidies worden systematisch als opbrengsten opgenomen over de perioden die nodig zijn om deze subsidies toe te rekenen aan de gerelateerde kosten die ze beogen te compenseren. Een overheidssubsidie dat kan worden ontvangen als compensatie voor reeds opgelopen lasten of verliezen of met het oog op het verlenen van onmiddellijke fi nanciële steun aan de Groep zonder toekomstige gerelateerde kosten, moet worden opgenomen als opbrengst van de periode waarin ze te ontvangen is.

19. Voorraden

Voorraden worden gewaardeerd tegen ofwel de laagste inkoopkosten (grondstoffen en goederen) ofwel conversiekosten (goederen in bewerking of afgewerkte producten), en de netto-opbrengstwaarde. De netto-opbrengstwaarde is de geschatte verkoopprijs, verminderd met de geschatte afwerkingskosten en de geschatte kosten die nodig zijn om de verkoop te realiseren, met inbegrip van de marketing-, verkoops- en distributiekosten. De waarde van de voorraden wordt over het algemeen bepaald door toepassing van de formule voor de gewogen gemiddelde kostprijs.

De kostprijs van de voorraden omvat de inkoopkosten, zowel als de productiekosten en andere kosten die voortvloeien uit het transport van de voorraden naar hun huidige locatie en de verwerking van de voorraden tot hun huidige toestand.

20. Financiële activa

Alle fi nanciële activa worden opgenomen of niet langer opgenomen in de balans op transactiedatum wanneer de inkoop of verkoop van een fi nancieel actief op grond van een contract waarvan de voorwaarden de levering van het actief voorschrijven binnen de termijn die op de desbetreffende markt algemeen voorgeschreven of overeengekomen is en worden gewaardeerd tegen reële waarde, vermeerderd met transactiekosten, behalve voor fi nanciële activa tegen reële waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening, die initieel gewaardeerd worden tegen reële waarde.

De fi nanciële activa worden geclassifi ceerd in volgende categorieën: fi nanciële activa tegen reële waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening, beleggingen aangehouden tot einde looptijd, fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop en leningen en vorderingen. De classifi catie hangt af van de bedoeling waarmee de fi nanciële activa werden aangeschaft en worden vastgelegd bij hun initiële opname.

Effectieve-rentemethode

De effectieve-rentemethode is een methode voor het berekenen van de geamortiseerde kostprijs van een schuldinstrument en voor het toerekenen van rentebaten aan de desbetreffende periode. De effectieve rentevoet is de rentevoet die de verwachte stroom van toekomstige geldontvangsten (met inbegrip van betaalde of ontvangen provisies en vergoedingen die integraal deel uitmaken van de effectieve rentevoet alsook transactiekosten en alle overige premies en kortingen) tijdens de verwachte looptijd van het schuldinstrument of, indien relevant, een kortere periode, exact disconteert tot de nettoboekwaarde bij initiële opname.

Desalniettemin wordt de lineaire methode gebruikt wanneer deze methode een goede benadering vormt van de geamortiseerde kostprijsmethode, d.w.z. wanneer het verschil tussen beide methodes als niet signifi cant wordt beschouwd op Groepsniveau.

Financiële activa tegen reële waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (RWWV)

Financiële activa worden geclassifi ceerd als tegen reële waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (RWWV) als ze aangehouden worden voor handelsdoeleinden. Financiële activa tegen RWWV worden gewaardeerd tegen reële waarde, waarbij alle daaruit voortvloeiende baten of lasten in het resultaat opgenomen worden. Een fi nancieel actief wordt in deze categorie ondergebracht als het voornamelijk aangeschaft werd om het op korte termijn te verkopen. Derivaten behoren ook tot de categorie tegen RWWV, tenzij ze als afdekking aangemerkt werden en effectief zijn.

Beleggingen aangehouden tot einde looptijd

Wisselbrieven en schuldbrieven met vaste of bepaalbare betalingen en een vaste looptijd waarvan de Groep stellig voornemens is en in staat is deze aan te houden tot het einde van de looptijd, worden geclassifi ceerd als beleggingen aangehouden tot einde looptijd. Beleggingen aangehouden tot einde looptijd worden gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve-rentemethode, verminderd met eventuele bijzondere waardeverminderingsverliezen, met opbrengsten opgenomen volgens de effectieve rente.

Financiële activa beschikbaar voor verkoop

Vaste activa beschikbaar voor verkoop omvatten deelnemingen in entiteiten die niet voornamelijk aangeschaft werden om ze op korte termijn te verkopen, en die noch geconsolideerd noch verwerkt worden volgens de equity-methode. Activa in deze categorie worden gewaardeerd tegen reële waarde, waarbij alle daaruit voortvloeiende baten en lasten rechtstreeks in eigen vermogen worden opgenomen, behalve indien zij het gevolg zijn van een bijzondere waardevermindering, in welk geval het gecumuleerd verlies wordt overgeboekt van het eigen vermogen naar de winst- en verliesrekening. Zij worden echter tegen kostprijs gewaardeerd als er geen prijsnotering in een actieve markt voorhanden is en als hun reële waarde niet op een betrouwbare manier kan bepaald worden met behulp van alternatieve waarderingsmethoden..

Leningen en vorderingen

Leningen en vorderingen zijn niet-afgeleide fi nanciële instrumenten met vaste of bepaalbare betalingen die niet genoteerd worden in een actieve markt. Tot de categorie leningen en vorderingen van de Groep behoren: geldmiddelen en kasequivalenten, handelsvorderingen, belastingsvorderingen en leningen en andere vaste activa, behalve overschotten van pensioenfondsen. Kasequivalenten zijn kortlopende, in hoge mate liquide beleggingen die onmiddellijk kunnen worden omgezet in geldmiddelen waarvan het bedrag bekend is, een oorspronkelijke looptijd hebben van hoogstens drie maand en geen signifi cant risico van waardeverandering inhouden. Leningen en vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve-rentemethode, behalve voor korte-termijnvorderingen of wanneer het verschil met de lineaire methode niet signifi cant zou zijn.

Bijzondere waardevermindering van fi nanciële activa

Financiële activa, behalve deze tegen reêle waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (RWWV), worden getest op bijzondere waardevermindering wanneer er hiervoor objectieve aanwijzingen zijn. Een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt rechtstreeks ten laste genomen van het resultaat. Voor handelsvorderingen worden op elke balansdatum de oninbare vorderingen afgeschreven tegenover de betreffende provisierekening. Zowel toevoegingen aan deze provisierekening als terugnames worden opgenomen onder commerciële en administratieve kosten in de winsten verliesrekening.

21. Financiële verplichtingen

Financiële verplichtingen worden geclassifi ceerd als fi nanciële verplichtingen tegen reêle waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (RWWV) of als fi nanciële verplichten tegen geamortiseerde kostprijs.

Financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (RWWV)

Financiële verplichtingen worden geclassifi ceerd als tegen reële waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (RWWV) als ze aangehouden worden voor handelsdoeleinden. Financiële verplichtingen tegen RWWV worden gewaardeerd tegen reële waarde, waarbij alle daaruit voortvloeiende baten of lasten in het resultaat opgenomen worden. Een fi nanciële verplichting wordt in deze categorie ondergebracht als het voornamelijk aangeschaft werd om het op korte termijn te verkopen. Derivaten behoren ook tot de categorie tegen RWWV, tenzij ze als afdekking aangemerkt werden en effectief zijn.

Financiële verplichtingen tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve-rentemethode

Financiële verplichtingen tegen geamortiseerde kostprijs, met inbegrip van schulden, worden initieel gewaardeerd tegen de reële waarde, na aftrek van de transactiekosten. Ze worden na initiële opname gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve-rentemethode, met interestkosten opgenomen volgens de effectieve rente.

De effectieve-rentemethode is een methode voor het berekenen van de geamortiseerde kostprijs van een fi nanciële verplichting en voor het toerekenen van interestkosten aan de desbetreffende periode. De effectieve rentevoet is de rentevoet die de verwachte stroom van toekomstige geldbetalingen tijdens de verwachte looptijd van de fi nanciële schuld of, indien relevant, een kortere periode, exact disconteert tot de nettoboekwaarde bij initiële opname.

De fi nanciële verplichtingen van de Groep gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs omvatten de langlopende fi nanciële schulden, overige langlopende verplichtingen, kortlopende fi nanciële schulden, handelsschulden en te betalen dividenden in de overige kortlopende verplichtingen.

Niet langer opnemen in de balans van fi nanciële verplichtingen

De Groep neemt een fi nanciële verplichting niet langer op in de balans als en alleen als de fi nanciële verplichting tenietgaat, dat wil zeggen wanneer de in het contract vastgelegde verplichting nagekomen of ontbonden wordt, dan wel afl oopt.

22. Afgeleide fi nanciële instrumenten

De Groep gebruikt verscheidene afgeleide fi nanciële instrumenten (derivaten) om de blootstelling aan rente- en valutarisico's te beheren, met inbegrip van wisselkoerstermijncontracten, renteswaps, cross-currency swaps. Verdere informatie kan gevonden worden in toelichting 33.

Afgeleide fi nanciële instrumenten worden initieel gewaardeerd tegen reële waarde op het moment van aangaan van het afgeleide contract en wordt na initiële opname geherwaardeerd tegen reële waarde op elke balansdatum. De resulterende winst of verlies wordt onmiddellijk opgenomen in de winst- en verliesrekening, tenzij ze als afdekking aangemerkt werden en effectief zijn, waarbij de opname in winst- en verliesrekening zal afhangen van de aard van de afdekkingsrelatie. De Groep heeft bepaalde derivaten aangewezen als afdekkingsinstrumenten ofwel om de reële waarde van opgenomen activa of verplichtingen of vaststaande toezeggingen (reëlewaardeafdekking) af te dekken, ofwel om een zeer waarschijnlijke verwachte toekomstige transactie of een valutarisico van een vaststaande toezegging (kasstroomafdekking) af te dekken, ofwel om een netto-investering in een buitenlandse entiteit af te dekken.

Een derivaat met een positieve reële waarde wordt opgenomen als een fi nancieel actief, terwijl een derivaat met negatieve reële waarde als een fi nanciële verplichting wordt opgenomen. Een derivaat wordt gepresenteerd als een vast actief of een langlopende verplichting als de resterende looptijd van het instrument langer is dan 12 maanden en men verwacht niet dat het instrument gerealiseerd of afgewikkeld zal worden binnen de 12 maanden. De overige derivaten worden gepresenteerd als vlottende activa of kortlopende verplichtingen

23. Afdekking (Hedge accounting)

De Groep heeft bepaalde instrumenten, zoals derivaten, in contracten besloten derivaten en niet-afgeleide instrumenten met betrekking tot wisselkoers- en energieprijsrisico's, aangewezen als afdekkingsinstrumenten voor ofwel reëlewaardeafdekking, kasstroomafdekking of afdekking van een netto-investering in een buitenlandse entiteit. Afdekking van valutarisico op vaststaande toezeggingen wordt aangemerkt als kasstroomafdekking.

Bij aanvang van de afdekkingsrelatie documenteert de onderneming de relatie tussen het afdekkingsinstrument en de afgedekte positie, samen met de doelstellingen van het risicobeheer en de strategie voor het ondernemen van verscheidene afdekkingstransacties. Bovendien dient de Groep, bij aanvang, te documenteren dat het afdekkingsinstrument hoogst effectief is in het salderen van de wijzigingen in de reële waarde of de kasstromen van de afgedekte positie.

Toelichting 33 geeft bijkomende informatie met betrekking tot de reële waarde van de afgeleide fi nanciële instrumenten die gebruikt worden voor afdekkingsdoeleinden.

Reëlewaardeafdekking

Wijzigingen in de reële waarde van derivaten die aangemerkt werden voor reële-waardeafdekking, worden rechtstreeks in de winst- en verliesrekening opgenomen, samen met eventuele wijzigingen in de reële waarde van het afgedekte actief of de afgedekte verplichting die toe te rekenen zijn aan het afgedekte risico. Deze wijzigingen worden opgenomen op de lijn van de winst- en verliesrekening waarop de afgedekte positie betrekking heeft.

Hedge accounting wordt beëindigd indien de Groep de aanwijzing van de afdekkingsrelatie intrekt, het afdekkingsinstrument afl oopt of wordt verkocht, beëindigd of uitgeoefend, of indien de afdekking niet langer voldoet aan de criteria voor hedge accounting. De reële-waardeaanpassingen aan de boekwaarde van de afgedekte positie voortvloeiend uit het afgedekte risico wordt afgeschreven via de winst- en verliesrekening vanaf die datum.

Kasstroomafdekking

Het effectieve gedeelte van de wijzigingen in de reële waarde van derivaten aangemerkt voor kasstroomafdekking worden opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat. Het niet-effectieve gedeelte ervan wordt onmiddellijk opgenomen in de winst- en verliesrekening onder overige fi nanciële opbrengsten en kosten.

Bedragen die voorheen werden opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat en gecumuleerd werden in eigen vermogen worden getransfereerd naar de winst- en verliesrekening in de perioden waarin de afgedekte positie in resultaat wordt opgenomen op dezelfde lijn als de opgenomen afgedekte positie.

Ingeval de afgedekte kasstroom resulteert in de opname van een niet-fi nancieel actief of een niet-fi nanciële verplichting worden de gecumuleerde reële-waardeaanpassingen van het derivaat niet langer opgenomen in het eigen vermogen maar inbegrepen in de initiële waardering van de kostprijs of de boekwaarde van het actief of de verplichting.

Hedge accounting wordt beëindigd indien de Groep de aanwijzing van de afdekkingsrelatie intrekt, het afdekkingsinstrument afl oopt of wordt verkocht, beëindigd of uitgeoefend, of indien de afdekking niet langer voldoet aan de criteria voor hedge accounting.

In dit geval blijven de gecumuleerde reële-waardeaanpassingen op het afdekkingsinstrument weerhouden in het eigen vermogen tot de toegezegde of voorziene transactie zich voordoet. Wanneer verwacht wordt dat een toegezegde of voorziene transactie zich niet meer zal voordoen, worden de gecumuleerde reële-waardeaanpassingen getransfereerd van het eigen vermogen naar de winst-en-verliesrekening.

Afdekking van een netto-investering in een buitenlandse entiteit

De verwerking van afdekkingen van een netto-investering in een buitenlandse entiteit gebeurt op dezelfde manier als voor kasstroomafdekkingen. Het effectieve gedeelte van de wijzigingen in de reële waarde van het afdekkingsinstrument worden opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat. Het niet-effectieve gedeelte ervan wordt onmiddellijk opgenomen in de winst- en verliesrekening onder "overige fi nanciële opbrengsten en kosten".

Winsten en verliezen op het afdekkingsinstrument met betrekking tot het effectieve gedeelte van de afdekking die gecumuleerd werden in de reserve betreffende omrekeningsverschillen, worden op dezelfde wijze getransfereerd als wisselkoersverschillen met betrekking tot een buitenlandse activiteit, zoals beschreven in punt 8 hierboven.

24. Voorzieningen

Voorzieningen worden opgenomen in de balans indien de Groep op balansdatum een huidige (wettelijke of feitelijke) verplichting heeft als gevolg van een gebeurtenis in het verleden, waarvoor het waarschijnlijk is dat er een uitstroom nodig zal zijn van middelen die economische voordelen inhouden, en indien deze uitstroom op een betrouwbare manier kan geschat worden.

Het bedrag opgenomen als een voorziening is gebaseerd op de beste schatting van de uitgave nodig om aan de bestaande verplichting te voldoen op de balansdatum, rekening houdend met de risico's en onzekerheden verbonden aan de verplichting. Wanneer een voorziening wordt gewaardeerd op basis van kasstromen nodig om de huidige verplichting af te wikkelen, dan is de boekwaarde de contante waarde van deze kasstromen.

Indien sommige of alle uitgaven die vereist zijn om een voorziening af te wikkelen naar verwachting door een andere partij zullen worden vergoed, dient de vergoeding te worden opgenomen als het vrijwel zeker is dat de vergoeding zal worden ontvangen en het bedrag van de vordering betrouwbaar kan geschat worden.

Verlieslatende contracten

Huidige verplichtingen voortvloeiend uit verlieslatende contracten worden opgenomen en gewaardeerd als voorzieningen. Een verlieslatend contract is een contract waarbij de onvermijdelijke kosten die nodig zijn om de verplichtingen uit hoofde van het contract na te komen, hoger liggen dan de economische voordelen die naar verwachting uit het contract worden ontvangen.

Herstructurering

Een voorziening voor herstructurering wordt enkel opgenomen wanneer de Groep een gedetailleerd en formeel herstructureringsplan heeft goedgekeurd en de herstructurering ofwel werd aangevat, ofwel publiekelijk werd aangekondigd voor balansdatum. Een voorziening voor herstructurering omvat enkel uitgaven die een rechtstreeks gevolg zijn van de herstructurering en geen verband houden met het voortzetten van de activiteiten van de entiteit.

Financiën

25. Segment informatie

Gesegmenteerde informatie wordt opgemaakt op basis van twee verschillende criteria: een activiteitencriterium gebaseerd op de operationele segmenten van de Groep (de segmenten) en een geografi sch criterium gebaseerd op de belangrijkste landen.

26. Opname van opbrengsten

Opbrengsten dienen te worden gewaardeerd tegen de reële waarde van de vergoeding die is ontvangen of waarop recht is verkregen. Dit bedrag wordt aangepast rekening houdend met het bedrag van enige handelskortingen of kwantumkortingen of andere gelijkaardige voordelen.

Verkoop van goederen

Opbrengsten uit de verkoop van goederen dienen te worden opgenomen als alle volgende voorwaarden zijn vervuld:

  • de entiteit heeft de wezenlijke risico's en voordelen van eigendom van de goederen overgedragen aan de koper;
  • de entiteit behoudt over de verkochte goederen niet de feitelijke zeggenschap of betrokkenheid die gewoonlijk toekomt aan de eigenaar;
  • het bedrag van de opbrengst kan betrouwbaar worden bepaald;
  • het is waarschijnlijk dat de economische voordelen met betrekking tot de transactie naar de entiteit zullen vloeien; en
  • de reeds gemaakte of nog te maken kosten met betrekking tot de transactie kunnen op betrouwbare wijze worden gewaardeerd.

Royalty's

Royalty's worden opgenomen op basis van het toerekeningsprincipe in overeenstemming met de economische realiteit van de desbetreffende overeenkomst (op voorwaarde dat het waarschijnlijk is dat de economische voordelen met betrekking tot de transactie naar de Groep zullen vloeien en het bedrag van de opbrengsten betrouwbaar kan worden bepaald). Royalty's bepaald op een tijdsbasis worden lineair over de periode van de overeenkomst openomen. Royaltyovereenkomsten, zoals milestones en earn-outs, die gebaseerd zijn op de productie, de verkoop en andere parameters, worden opgenomen in overeenstemming met de onderliggende overeenkomst.

Dividenden en rente

Dividenden van deelnemingen worden opgenomen op het ogenblik dat het recht van de aandeelhouder op ontvangst vastgelegd is (op voorwaarde dat het waarschijnlijk is dat de economische voordelen met betrekking tot de transactie naar de Groep zullen vloeien en het bedrag van de opbrengsten betrouwbaar kan worden bepaald).

Rente dient te worden opgenomen als het waarschijnlijk is dat de economische voordelen met betrekking tot de transactie naar de Groep zullen vloeien en het bedrag van de opbrengsten betrouwbaar kan worden bepaald. Renteopbrengsten worden op tijdsevenredige basis toegerekend met referentie naar het openstaande kapitaal en met behulp van de relevante effectieve rentevoet, d.i. de rentevoet die de verwachte stroom van toekomstige geldontvangsten tijdens de verwachte looptijd van het fi nancieel actief exact disconteert tot de nettoboekwaarde bij initiële opname.

Huuropbrengsten

De grondslag van de Groep betreffende de opname van opbrengsten met betrekking tot operationele leaseovereenkomsten wordt beschreven in punt 12 hierboven.

27. Vaste activa aangehouden voor verkoop en beëindigde bedrijfsactiviteiten

Een vast actief, of een groep activa die wordt afgestoten, wordt geclassifi ceerd als aangehouden voor verkoop wanneer de boekwaarde hoofdzakelijk zal worden gerealiseerd in een verkooptransactie in plaats van door het te blijven gebruiken. Deze voorwaarde is enkel vervuld als de verkoop heel waarschijnlijk geacht wordt en als het actief (of de groep activa die wordt afgestoten) gereed is voor onmiddellijke verkoop in zijn huidige staat. Er kan pas sprake zijn van een zeer waarschijnlijke verkoop als de entiteit zich heeft verbonden tot een plan voor de verkoop van het actief (of de groep activa die wordt afgestoten) en als een operationeel plan om een koper te vinden en het plan te voltooien, opgestart is. Bovendien moet de verkoop van het actief (of van de groep activa die wordt afgestoten) actief gepromoot worden tegen een redelijke prijs in verhouding tot zijn huidige reële waarde en dient de verkoopsovereenkomst naar verwachting afgesloten te worden binnen het jaar na de datum van de classifi catie.

Een beëindigde bedrijfsactiviteit is een component van een entiteit die ofwel is afgestoten ofwel is geclassifi ceerd als aangehouden voor verkoop, een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografi sch bedrijfsgebied vertegenwoordigt en zowel operationeel als voor de fi nanciële verslaggeving kan worden onderscheiden van de rest van de entiteit.

Wanneer de Groep zich heeft verbonden tot een verkoop dat een verlies van zeggenschap over een dochteronderneming met zich meebrengt, dan dienen alle activa en verplichtingen van deze dochteronderneming geclassifi ceerd te worden als aangehouden voor verkoop als de hierboven beschreven criteria beantwoord zijn, ongeacht of de Groep een minderheidbelang zal aanhouden in de dochteronderneming na de verkoop.

Activa die geclassifi ceerd zijn als aangehouden voor verkoop worden gewaardeerd tegen reële waarde na aftrek van verkoopkosten als deze lager is dan de boekwaarde. Een eventueel overschot van de boekwaarde tegenover de reële waarde na aftrek van verkoopkosten wordt opgenomen als een bijzondere waardevermindering. Zodra activa geclassifi ceerd worden als aangehouden voor verkoop worden ze niet langer afgeschreven. Vergelijkende balansinformatie voor voorgaande perioden wordt niet herwerkt om de nieuwe classifi catie in de balans te weerspiegelen.

28. Aandelenopties

Aandelenopties worden op hun reële waarde geschat op de datum van toekenning. Voor deze schatting wordt het Monte-Carlomodel voor de evaluatie van opties gebruikt. Deze reële waarde wordt lineair in rekening gebracht over de periode waarin de rechten werden verworven, rekening houdend met een schatting van het aantal uiteindelijk verworven opties.

De hierboven beschreven grondslag is toepasbaar op alle aandelenopties toegekend na 7 november 2010 en die onvoorwaardelijk werden toegezegd na 1 januari 2005. Geen bedragen werden opgenomen in de jaarrekening voor andere aandelenopties.

29. Overzicht van het totaalresultaat

In overeenstemming met IAS 1, Presentatie van de jaarrekening, heeft een entiteit de keuze om één overzicht van het totaalresultaat of twee overzichten, een winst- en verliesrekening en onmiddellijk gevolgd door een overzicht van het totaalresultaat, te presenteren. De Groep heeft gekozen voor de laatste optie.

De andere elementen van het totaalresultaat worden gegeven vóór de belastingimpact die ermee verband houdt met een lijn dat het totale bedrag aan winstbelasting over deze elementen voorstelt.

30. Voorwaardelijke activa en voorwaardelijke verplichtingen

Voorwaardelijke activa worden niet opgenomen. Ze worden beschreven in de toelichtingen als een instroom van economische voordelen waarschijnlijk is. Voorwaardelijke verplichtingen worden niet opgenomen, tenzij ze voortvloeien uit een bedrijfscombinatie. Ze worden vermeld in de toelichtingen, tenzij de mogelijkheid van een verlies zeer onwaarschijnlijk is.

31. Gebeurtenissen na balansdatum

Gebeurtenissen na balansdatum die bijkomende informatie verschaffen omtrent de situatie van de onderneming op balansdatum (adjusting events) worden verwerkt in de jaarrekening. Andere gebeurtenissen na balansdatum (non-adjusting events) worden enkel vermeld in de toelichtingen als ze belangrijk geacht worden.

Cruciale beoordelingen en belangrijkste bronnen van schattingsonzekerheden

Bijzondere waardevermindering

De Groep voert jaarlijks bijzondere waardeverminderingstesten uit op goodwill en op kasstroomgenererende eenheden waarvoor er aanwijzingen zijn dat de nettoboekwaarde mogelijk hoger is dan de realiseerbare waarde. Deze analyse vereist dat het management de toekomstige verwachte kasstromen die uit de kasstroomgenererende eenheden zouden voortvloeien inschat, en ook een relevante disconteringsvoet voor de berekening van de contante waarde te schatten.

Zie toelichtingen 26 & 27 voor bijkomende informatie.

Uitgestelde belastingvorderingen

De boekwaarde van uitgestelde belastingvorderingen wordt op elke balansdatum beoordeeld. De boekwaarde van een uitgestelde belastingvordering wordt verminderd in zoverre het niet langer waarschijnlijk is dat voldoende belastbare winst beschikbaar zal zijn om de winst van een deel of de hele uitgestelde belastingvordering te kunnen gebruiken. Deze vermindering wordt tegengeboekt wanneer de waarschijnlijkheid toeneemt dat voldoende belastbare winst beschikbaar wordt.

Het Corporate Tax Competence Center heeft het overzicht over de situatie van de Groep inzake uitgestelde belastingvorderingen en wordt systematisch betrokken bij de beoordeling van deze uitgestelde vorderingen.

Zie toelichting 11b voor bijkomende informatie.

Voorzieningen voor personeelsbeloningen

De actuariële veronderstellingen, gebruikt om de pensioenverplichtingen per 31 december en de jaarlijkse kosten te bepalen, (zie toelichting 31). Alle plannen voor personeelsbeloningen worden jaarlijks door onafhankelijke actuarissen geëvalueerd. De globale disconteringsvoet en het infl atiepercentage worden door de bedrijfsleiding bepaald. De andere hypotheses, zoals salarisverhogingen in de toekomst, verwachte lange-termijnbeleggingsrendementen en verwachte kostenverhogingen in de medische zorg worden bepaald op het lokale niveau. De personeelsdienst van de Groep superviseert alle plannen met de hulp van een centrale actuaris, gaat na of de resultaten aanvaardbaar zijn en waakt over de eenvormigheid van de reporting.

Voorzieningen voor Gezondheid, Veiligheid en Leefmilieu

Het zijn het Competentiecentrum Gezondheid, Veiligheid en Leefmilieu en de fi nanciële diensten van de Groep die samen deze voorzieningen beheren en coördineren. Ze doen dat in samenwerking met de Strategic Business Units en het lokale management.

De voorspelling van de uitgaven wordt gedaan met constante valuta en met inschattingen inzake infl atie en technologische innovatie op het gebied van het leefmilieu.

De voorspelling van uitgaven wordt verdisconteerd naar de huidige waarde, overeenkomstig de IFRS-regels. De disconteringsvoet (4% in 2009 en 2010) komt overeen met een gemiddeld risicovrij rendement voor staatsobligaties met een looptijd van 10 jaar. Het is de Financiële Directie van de Solvay-groep die de disconteringsvoet bepaalt. Hij kan worden herzien op basis van de evolutie van de economische parameters in het betreffende land. Om de nadering te weerspiegelen van de waarschijnlijke datum waarop de uitgaven zullen gebeuren, worden de voorzieningen elk jaar verhoogd op basis van de door de Financiële Directie van de Groep bepaalde disconteringsvoet. Deze verhoging wordt systematisch doorgevoerd bij voorzieningen die mogelijk binnen de tien jaar zullen dienen te worden gebruikt. Voorzieningen voor de tijdsspanne van 10-20 jaar onderzoekt men jaarlijks en zo nodig past men ze aan.

Zie toelichting 31 voor bijkomende informatie.

Financiën

Voorzieningen voor geschillen

Alle enigszins belangrijke juridische geschillen1 (of dreiging van zulk geschillen) worden door de eigen juridische dienst van Solvay onderzocht en dit op zijn minst elk kwartaal. De juristen krijgen hiervoor indien nodig ook hulp van externe adviseurs. Dit onderzoek gaat ook over de vraag of voorzieningen dienen aangelegd of bestaande voorzieningen dienen te worden aangepast. Het gebeurt in overleg met de Financiële Directie van de Groep en het departement Verzekeringen. De General Counsel van de Groep legt het verslag dat het resultaat is van dit werk voor aan het Uitvoerend Comité en vervolgens aan het Auditcomité.

Mijlpalen met betrekking tot de verkoop van de Farmaceutische activiteit

In het kader van de bijkomende eventuele vergoeding in geldmiddelen voor een bedrag van maximaal EUR 300 miljoen als specifi eke mijlpalen worden bereikt tussen 2011 en 2013, beschouwt het management dat de eerste twee mijlpalen van elk EUR 100 miljoen waarschijnlijk zijn. Bijgevolg wordt hun contante waarde (gedisconteerd aan 4%) opgenomen als onderdeel van de winst op de verkoop van de farmaceutische activiteit.

Zie toelichting 12 voor bijkomende informatie.

Reëlewaardeaanpassingen bij bedrijfscombinaties

In overeenstemming met IFRS 3 Bedrijfscombinaties herwaardeert de Groep de activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen verworven bij een bedrijfscombinatie tegen reële waarde. Waar mogelijk worden reëlewaardeaanpassingen gebaseerd op schattingen en waarderingsmodellen van derden, bijvoorbeeld voor voorwaardelijke verplichtingen en immateriële activa die niet op de balans stonden van de overgenomen entiteit. Vaak worden interne maatstaven gebruikt voor het waarderen van specifi eke productie-uitrusting. Bij elk van deze waarderingsmethoden worden assumpties gebruikt zoals verwachte toekomstige kasstromen, resterende gebruiksduur enz.

Zie toelichting 21 voor bijkomende informatie.

1. Ook voor belastinggeschillen geldt een dergelijke procedure.

Algemene beschrijving van de segmenten

De vijf segmenten zijn Chemie, Kunststoffen, New Business Development (NBD), Corporate & Business Support (CBS) en Farmaceutische Producten (beëindigde bedrijfsactiviteiten).

Het segment Chemie is actief in 4 verschillende clusters:

Minerale cluster

  • Natriumcarbonaat en afgeleide specialiteiten (bicarbonaat)
  • Advanced Functional Minerals (geprecipiteerd calciumcarbonaat)

Cluster Elektrochemie, fl uorproducten

  • Elektrochemie en afgeleide producten (natriumhydroxide en epichloorhydrine),
  • Fluorproducten

Zuurstofcluster

  • Waterstofperoxide
  • Detergenten (perzouten).

Organische cluster (Molecular Solutions)

Het segment Kunststoffen is actief in 2 verschillende clusters:

Specialiteiten

  • Speciale Polymeren (met hoge en ultrahoge performantie, zoals gefl uoreerde polymeren, elastomeren en vloeistoffen);
  • barrièrematerialen, polyarylamiden, polysulfonen, zeer performante polyamiden, polymeren met vloeibare kristallen.
  • Inergy Automotive Systems1 (50/50 joint venture met Plastic Omnium)

Vinyl

  • Vinylproducten (geïntegreerde elektrolyseketen, VCM (monomeer), pvc (polymeer) en pvc compounds),
  • Pipelife (50/50 joint venture met Wienerberger).

Het segment New Business Development (NBD) omvat onderzoeksactiviteiten die ondernomen worden buiten de Strategic Business Units op veelbelovende en belangrijke gebieden voor de ontwikkeling van de Groep.

Het segment Corporate en Business Support (CBS) omvat het personeel en de installaties van de hoofdkantoren van de Groep die niet bij één van de andere sectoren onder te brengen zijn en ook bepaalde sites die werden stilgelegd.

De Groep heeft de volledige farmaceutische activiteiten verkocht per 15 februari 2010. Bijgevolg worden de resultaten van het Farmaceutische segment gepresenteerd als beëindigde bedrijfsactiviteiten.

De eerste vier segmenten komen uitvoerig aan bod in het algemene deel van dit jaarverslag.

1 Op 8 september 2010 heeft Plastic Omnium het belang van Solvay in Inergy Automotive Systems gekocht. De winst- en verliesrekening van 2010 van het segment Kunststoffen omvat de resultaten van Inergy Automotive Systems tot 30 juni 2010.

Toelichtingen bij de winst- en verliesrekening

(1) Financiële gegevens per operationeel segment

De segmenten Chemie, Kunststoffen en New Business Development (NBD) worden uitvoerig beschreven in het algemene deel van dit jaarverslag. Het segment Corporate & Business Support (CBS) omvat het personeel en de installaties van de hoofdkantoren van de Groep die niet bij één van de drie andere sectoren onder te brengen zijn en ook bepaalde vestigingen die werden stilgelegd.

2009 miljoen EUR Chemie Kunststoffen New Corporate Totaal Beëindigde Totaal Groep
Winst-en verliesrekening Business
Development
& Business
Support
voortgezette
activiteiten
bedrijfs
activiteiten
(FP))
Omzet 2 881 3 499 0 0 6 380 2 791 9 171
- Intersegment verkoop1 -169 -518 0 0 -686 0 -686
Externe verkoop 2 713 2 982 0 0 5 694 2 791 8 485
Brutowinst 517 454 0 0 972 2 019 2 991
REBIT 268 86 -25 -19 310 658 969
bestanddelen Niet-recurrente -56 -15 0 126 56 -161 -105
EBIT 213 71 -25 107 366 498 864
Kasstroombestanddelen Chemie Kunststoffen New
Business
Development
Corporate
& Business
Support
Totaal
voortgezette
activiteiten
Beëindigde
bedrijfs
activiteiten
(FP)
Totaal Groep
EBIT 213 71 -25 107 366 498 864
Recurrente afschrijvingen 168 212 1 8 388 82 470
Bijzondere waardeverminderingen 21 0 0 0 21 4 25
bestanddelen Wijziging in de voorzieningen
en andere niet-monetaire
-12 -38 0 -189 -239 39 -200
Wijziging in het werkkapitaal 94 68 -1 46 208 -160 48
belastingen Kasstromen uit
bedrijfsactiviteiten vóór
484 313 -25 -28 744 464 1 208
Investeringsuitgaven -244 -254 -13 -12 -522 -45 -567
Kasstromen uit
investeringsactiviteiten
-237 -196 -13 -11 -456 -30 -486
bestanddelen Balans en andere Chemie Kunststoffen New
Business
Development
Corporate
& Business
Support
Totaal
voortgezette
activiteiten
Beëindigde
bedrijfs
activiteiten
(FP)
Totaal Groep
Vaste activa2 2 212 2 172 28 171 4 583 2 598 7 181
Werkkapitaal3 374 494 0 -120 748 260 1 008
Voorzieningen 788 257 0 683 1 729 363 2 091
volgende jaar Effectief op 1/1 van het 8 721 8 402 0 1 869 18 992 9 212 28 204

Hieronder de informatie per operationeel segment over 2009:

1 De prijzen voor intersegment transacties zijn gebaseerd op marktprijzen.

2 Met daarin de vaste activa, zonder de uitgestelde belastingvorderingen en andere lange termijnvorderingen.

3 Met daarin de vlottende activa en kortlopende verplichtingen en de overige activa en verplichtingen op lange termijn, met uitzondering van het te betalen dividend.

De informatie per operationeel segment over 2010:

2010
miljoen EUR
Winst- en verliesrekening
Chemie Kunststoffen New
Business
Development
Corporate
& Business
support
Totaal
voortgezette
activiteiten
Beëindigde
bedrijfs
activiteiten
(FP)
Totaal
Groep
Omzet 3 189 4 502 0 0 7 691 312 8 003
- Intersegment verkoop1 -177 -718 0 0 -895 0 -895
Externe verkoop 3 012 3 784 0 0 6 796 312 7 109
Brutowinst 588 713 0 0 1 301 222 1 523
REBIT 312 360 -26 -45 602 31 633
Niet-recurrente bestanddelen -336 86 0 -78 -328 0 -328
EBIT -24 446 -26 -123 274 31 305
Kasstroombestanddelen Chemie Kunststoffen New Business
Development
Corporate
& Business
Support
Totaal
voortgezette
activiteiten
Beëindigde
bedrijfs
activiteiten
(FP)
Totaal
Groep
EBIT -24 446 -26 -123 274 31 305
Recurrente afschrijvingen 187 222 0 8 417 0 417
Bijzondere
waardeverminderingen
289 11 0 0 300 0 300
Wijziging in de voorzieningen
en andere niet-monetaire
bestanddelen
-4 -135 0 -35 -174 0 -174
Wijziging in het werkkapitaal 14 -65 0 3 -47 5 -42
Kasstromen uit
bedrijfsactiviteiten vóór
belastingen
462 480 -25 -147 769 36 805
Investeringsuitgaven -219 -296 -12 -12 -538 0 -538
Kasstromen uit
investeringsactiviteiten
-437 -8 -12 3 -454 4 430 3 976
Balans en andere
bestanddelen
Chemie Kunststoffen New Business
Development
Corporate
& Business
Support
Totaal
voortgezette
activiteiten
Beëindigde
bedrijfs
activiteiten
(FP)
Totaal
Groep
Vaste activa2 2 214 2 175 35 136 4 561 0 4 561
Werkkapitaal3 370 594 0 77 1 040 0 1 040
Voorzieningen 812 268 0 887 1 967 0 1 967
Effectief op 1/1 van het
volgende jaar
8 390 6 617 0 1 778 16 785 0 16 785

1 De prijzen voor intersegment transacties zijn gebaseerd op marktprijzen.

2 Met daarin de vaste activa, zonder de uitgestelde belastingvorderingen en andere lange termijnvorderingen.

3 Met daarin de vlottende activa en kortlopende verplichtingen en de overige activa en verplichtingen op lange termijn, met uitzondering van het te betalen dividend.

86

In 2009 en 2010 presenteert de Groep het Farmaceutische segment als beëindigde bedrijfsactiviteiten in overeenstemming met IFRS 5.

Externe verkopen per cluster (voortgezette bedrijfsactiviteiten) zijn als volgt:

miljoen EUR 2009 2010
Chemie 2 713 3 012
Minerale producten 1 263 1 359
Elektrochemie en fl uorproducten 986 1 124
Zuurstofproducten 441 505
Organische producten 1 22 23
Kunststoffen 2 982 3 784
Specialiteiten 2 1 251 1 438
Vinylproducten 3 1 731 2 346
  1. SBU Molecular Solutions 2. Bevat de SBUsSpeciale Polymeren en Inergy Automotive Systems

  2. Bevat de SBUs Vinylproducten en Pipelife

(2) Financiële gegevens per land en regio

De omzet van de Groep per regio is als volgt:

Voortgezette Activiteiten Beëindigde Bedrijfsactiviteiten (FP) Totaal Groep
miljoen EUR 2009 % 2010 % 2009 % 2010 % 2009 % 2010 %
België 259 5% 356 5% 90 3% 9 3% 349 4% 365 5%
Duitsland 642 11% 725 11% 141 5% 14 4% 783 9% 739 10%
Italië 497 9% 536 8% 104 4% 12 4% 601 7% 548 8%
Frankrijk 516 9% 528 8% 164 6% 19 6% 681 8% 547 8%
Spanje 363 6% 354 5% 134 5% 14 4% 498 6% 368 5%
West-Europa -
andere
844 15% 982 14% 359 13% 33 11% 1 203 14% 1 015 14%
West-Europa 3 123 55% 3 481 51% 992 36% 102 33% 4 115 48% 3 583 50%
Oost-Europa (*) 296 5% 339 5% 327 12% 47 15% 623 7% 386 5%
Egypte 16 0% 31 0% 5 0% 1 0% 21 0% 32 0%
EMEA - andere 150 3% 172 3% 115 4% 10 3% 265 3% 182 3%
EMEA 3 585 63% 4 024 59% 1 439 52% 159 51% 5 024 59% 4 183 59%
Verenigde Staten 846 15% 959 14% 966 35% 109 35% 1 812 21% 1 068 15%
Nafta - andere 101 2% 113 2% 86 3% 10 3% 187 2% 123 2%
Nafta 947 17% 1 072 16% 1 052 38% 119 38% 1 999 24% 1 191 17%
Brazilië 429 8% 518 8% 36 1% 3 1% 465 5% 522 7%
Argentinië 124 2% 150 2% 1 0% 0 0% 125 1% 150 2%
Mercosur - andere 56 1% 58 1% 10 0% 3 1% 66 1% 61 1%
Mercosur 608 11% 726 11% 48 2% 6 2% 656 8% 733 10%
Azië Stille Oceaan 554 10% 974 14% 253 9% 28 9% 806 9% 1 002 14%
Totaal 5 694 100% 6 796 100% 2 791 100% 312 100% 8 485 100% 7 109 100%

(*) Rusland en Bulgarije

87

Het geïnvesteerde kapitaal en de investeringsuitgaven per regio worden hieronder voorgesteld:

Geïnvesteerd kapitaal Investeringsuitgaven
miljoen EUR 2009 % 2010 % 2009 % 2010 %
België 854 10% 569 10% 50 9% 37 7%
Duitsland 772 9% 565 10% 88 16% 27 5%
Frankrijk 779 10% 502 9% 69 12% 49 9%
Italië 713 9% 737 13% 48 9% 45 8%
Spanje 311 4% 280 5% 20 3% 34 6%
West-Europa - andere 1 917 23% 306 5% 39 7% 58 11%
West-Europa 5 346 65% 2 961 53% 314 55% 252 47%
Oost-Europa (*) 366 4% 394 7% 77 14% 103 19%
Egypte 107 1% 90 2% 1 0% 3 1%
Europa 5 819 71% 3 445 61% 391 69% 358 67%
Verenigde Staten 1 349 16% 1 074 19% 70 12% 40 7%
Nafta-andere 91 1% 24 0% 3 0% 1 0%
Nafta 1 439 18% 1 098 20% 74 13% 41 8%
Brazilië 410 5% 412 7% 31 5% 26 5%
Argentinië 102 1% 104 2% 15 3% 12 2%
Mercosur - andere 0 0% 0 0% 0 0% 0 0%
Mercosur 512 6% 515 9% 46 8% 37 7%
Azië-Stille Oceaan 418 5% 543 10% 56 10% 102 19%
Totaal 8 188 100% 5 602 100% 567 100% 538 100%

(*) Rusland en Bulgarije

Waarvan beëindigde bedrijfsactiviteiten:

Geïnvesteerd kapitaal Investeringsuitgaven
miljoen EUR 2009 % 2010 % 2009 % 2010 %
België 285 10% 0 0% 1 3% 0 0%
Duitsland 149 5% 0 0% 3 6% 0 0%
Frankrijk 208 7% 0 0% 3 7% 0 0%
Italië 14 0% 0 0% 0 0% 0 0%
Spanje 29 1% 0 0% 3 7% 0 0%
Europa-andere 1 691 59% 0 0% 8 17% 0 0%
Europa 2 377 83% 0 0% 18 40% 0 0%
Verenigde Staten 348 12% 0 0% 25 57% 0 0%
Nafta - andere 61 2% 0 0% 1 2% 0 0%
Nafta 409 14% 0 0% 26 59% 0 0%
Brazilië 39 1% 0 0% 0 0% 0 0%
Argentinië 0 0% 0 0% 0 0% 0 0%
Mercosur - andere 0 0% 0 0% 0 0% 0 0%
Mercosur 39 1% 0 0% 0 0% 0 0%
Azië Stille Oceaan en
andere
32 1% 0 0% 1 1% 0 0%
Totaal 2 858 100% 0 0% 45 100% 0 0%

(3) Brutowinst

De brutowinst, uitgedrukt in percentage van de omzet, komt op 21,4% in 2010, vergeleken met 35,2% in 2009.

(3.1) Voortgezette bedrijfsactiviteiten

De brutowinst uitgedrukt in percentage van de omzet (segmenten Chemie en Kunststoffen) komt op 19,1% in 2010, vergeleken met 17,1% in 2009. De stijging betreft de verbeterde verkoopsvolumes over alle activiteiten heen, voornamelijk bij de Speciale Polymeren.

(3.2) Beëindigde bedrijfsactiviteiten – Farmaceutische segment

De winst- en verliesrekening van de Farmaceutische activiteiten wordt voorgesteld als beëindigde bedrijfsactiviteiten tot de afwikkelingsdatum (15 februari 2010), d.w.z. gedurende 45 dagen in 2010.

(4) Commerciële en administratieve kosten

De commerciële en administratieve kosten van de Groep zijn over het algemeen met 53,2% verminderd tussen 2009 en 2010.

(4.1) Voortgezette bedrijfsactiviteiten

De commerciële en administratieve kosten zijn over het algemeen vermeerderd met EUR 28 miljoen tussen 2009 en 2010. De commerciële kosten stegen met EUR 8 miljoen door de wisselkoersen. De administratieve kosten stegen met EUR 20 miljoen als gevolg van de wisselkoersen en de bijkomende wettelijke kosten in Italië (EUR 13 miljoen). Bovendien is een deel van de stijging te wijten aan het feit dat de voortgezette bedrijfsactiviteiten een deel van de administratieve kosten niet meer konden doorfactureren aan de beëindigde Farma-activiteiten. Deze stijging zal over tijd worden gecompenseerd door kostbeperkingen in de context van het Horizonproject.

(4.2) Beëindigde bedrijfsactiviteiten – Farmaceutische segment

De commerciële en administratieve kosten van de beëindigde bedrijfsactiviteiten zijn over het algemeen verminderd met 86,0% tussen 2009 en 2010, aangezien de kosten in 2010 enkel werden gepresenteerd tot de afwikkelingdatum van de verkoop van deze activiteiten aan Abbott.

(5) Onderzoek- en ontwikkelingskosten

(5.1) Voortgezette bedrijfsactiviteiten

De onderzoek- en ontwikkelingskosten zijn met 2,2% gedaald tussen 2009 en 2010. De kosten voor de voortgezette bedrijfsactiviteiten betreffen voornamelijk de activiteit van de Speciale Polymeren en New Business Development. De daling is te wijten aan de verkoop van Inergy Automotive Systems.

(5.2) Beëindigde bedrijfsactiviteiten – Farmaceutische segment

De onderzoek- en ontwikkelingskosten van de beëindigde bedrijfsactiviteiten zijn met 89,2% gedaald tussen 2009 en 2010.

(6) Overige operationele opbrengsten en kosten

Voortgezette
Beëindigde
Activiteiten
Bedrijfsactiviteiten
Totaal
Groep
miljoen EUR 2009 2010 2009 2010 2009 2010
Kosten voor opstarten, voorstudie en vestiging -9 -9 -4 0 -13 -9
Kosten voor buitengebruikstelling en
ontmanteling
-7 -10 0 0 -6 -10
Kosten voor tests en proeven -2 -4 0 0 -2 -4
Opbrengsten uit deelnemingen en rente
op leningen aan joint ventures en niet
geconsolideerde vennootschappen
6 10 6 0 12 10
Nettowinst (+)/verlies (-) uit fi nanciële activa
aangehouden voor handelsdoeleinden
11 7 -8 0 2 7
Saldo van overige opbrengsten en kosten 11 2 13 -11 23 -9
Overige operationele opbrengsten en
kosten
10 -3 6 -11 16 -14

(6.1) Voortgezette bedrijfsactiviteiten

Het saldo van de overige operationele opbrengsten en kosten omvat onder andere:

  • EUR 16 miljoen uit de verkoop van ondergrondse holten in Duitsland (EUR 45 miljoen in 2009);
  • EUR 11 miljoen uit de verkoop van Braziliaanse energieleveringskredieten;
  • EUR -7 miljoen herstructureringskosten (EUR -10 miljoen in 2009);
  • EUR -9 miljoen (EUR -26 miljoen in 2009) voor tijdelijke sluitingen van fabrieken;
  • EUR -8 miljoen in het segment Chemie voor accijnzen in 2010
  • EUR 7 miljoen in het segment Chemie voor de verkoop van CO2 -rechten in 2010
  • EUR -8 miljoen EUR voor de inperking van een pensioenplan in Frankrijk in 2009.

(6.2) Beëindigde bedrijfsactiviteiten – Farmaceutische segment

Geen belangrijke bedragen opgenomen in 2010.

(7) REBIT (recurrente EBIT)

De REBIT daalde met 34,7 % van EUR 969 miljoen tot EUR 633 miljoen in 2010.

(7.1) Voortgezette bedrijfsactiviteiten

De REBIT van de voortgezette bedrijfsactiviteiten (segmenten Chemie, Kunststoffen en Corporate & Business Support) steeg met 94,2% van EUR 310 miljoen tot EUR 602 miljoen in 2010.

(7.2) Beëindigde bedrijfsactiviteiten – Farmaceutische segment

De REBIT van de voortgezette bedrijfsactiviteiten (segmenten Chemie, Kunststoffen en Corporate & Business Support) steeg met 94,2% van EUR 310 miljoen tot EUR 602 miljoen in 2010.

91

(8) Niet-recurrente elementen

De niet-recurrente elementen omvatten:

  • baten en lasten op de verkoop van dochterondernemingen, joint ventures en fi lialen geboekt volgens de equity-methode en die niet kunnen worden beschouwd als beëindigde bedrijfsactiviteiten, voor verkoop beschikbare investeringen of baten en lasten uit de verkoop van vastgoed dat niet direct te maken heeft met een bedrijfsactiviteit;
  • herstructureringskosten in verband met de beëindiging van een activiteit;
  • waardevermindering die voortvloeit uit de beëindiging van een activiteit of de sluiting van een fabriek;
  • waardevermindering die resulteert uit de controle op waardevermindering van een KGE of kasstroomgenererende eenheid (KGE) 1 (een KGE bevat materiële en immateriële vaste activa en desgevallend toegekende goodwill);
  • de gevolgen van belangrijke juridische geschillen;
  • de saneringskosten met betrekking tot het sluiten van vestigingen of beëindigde bedrijfsactiviteiten.

De niet-recurrente elementen zijn als volgt:

Voortgezette
Activiteiten
Beëindigde
Bedrijfsactiviteiten
(FP)
Totaal
Groep
miljoen EUR 2009 2010 2009 2010 2009 2010
Bijzondere waardeverminderingen -21 -311 -4 0 -25 -311
Overige opbrengsten en kosten 77 -18 -156 0 -80 -18
Niet-recurrente elementen 56 -328 -161 0 -105 -328

In 2010 heeft de bijzondere waardevermindering van voortgezette bedrijfsactiviteiten (zie ook toelichting 27) te maken met:

  • de bijzondere waardevermindering van de kasstroomgenererende eenheid Natriumcarbonaat in Europa voor een bedrag van EUR -245 miljoen.
  • andere bijzondere waardeverminderingsverliezen voor Chemie (EUR -56 miljoen, voornamelijk in Bussi en Bitterfeld) en Kunststoffen (EUR -10 miljoen voor Oleofi nen in Frankrijk),

In 2009 had de bijzondere waardevermindering van voortgezette bedrijfsactiviteiten vooral te maken met de herstructurering van Peptisyntha ten bedrage van EUR -15 miljoen.

De overige kosten van voortgezette bedrijfsactiviteiten werden in 2010 beïnvloed door:

  • de meerwaarde voor belastingen op Inergy Automotive Systems (EUR +139 miljoen);
  • de Horizonkosten (EUR -78 miljoen), waarvan EUR -68 miljoen toegewezen werden aan het segment CBS, aangezien het nog niet mogelijk was al deze kosten toe te wijzen aan de segmenten in de nieuwe organisatie;
  • een milieuvoorziening voor EUR -21 miljoen voor saneringswerkzaamheden in Spinetta (Italië).

Bij de overige opbrengsten en kosten voor voortgezette en beëindigde bedrijfsactiviteiten is rekening gehouden met de manier waarop in 2009 de voorzieningen voor risico's eigen aan de farmaceutische activiteiten zijn toegewezen aan Corporate & Business Support tot 2008:

  • de gedeeltelijke terugboeking van deze voorzieningen voor een bedrag van +29 miljoen EUR (met gunstig effect op Corporate & Business Support);
  • de beslissing van Solvay, wegens het overname-akkoord met Abbott, om het saldo van deze voorzieningen op 31 december van Corporate & Business Support over te dragen naar beëindigde bedrijfsactiviteiten. Dit is, op het niveau van de Groep, een neutrale operatie.

1 KGE = de kleinste identifi ceerbare groep activa die een instroom van kasmiddelen genereert die in ruime mate onafhankelijk is van de instroom van kasmiddelen uit andere activa of groepen van activa.

Behalve voor deze toewijzing hebben de overige kosten van beëindigde bedrijfsactiviteiten in 2009 te maken met:

  • de regeling van juridische klachten ter bescherming van de consument gebaseerd op vermeend misleidende advertenties in verband met de wettelijke status van ESTRATEST® producten in de VS (EUR -34 miljoen, USD -47 miljoen); en
  • de liquidatie van Solvay Organics US (EUR -12 miljoen).

De overige kosten van voortgezette activiteiten werden in 2009 beïnvloed door:

  • het stilleggen van een waterstofperoxidefabriek in Duitsland voor EUR -11 miljoen;
  • de winst op de verkoop van Sofi na-aandelen voor EUR +9 miljoen;
  • de verhoging van een voorziening in het kader van een juridisch geschil over intellectuele eigendom omtrent de in 2005 afgestoten HDPE-activiteit (EUR -25 miljoen, USD -35 miljoen);
  • de terugname van pensioenvoorzieningen voor beëindigde bedrijfsactiviteiten in de VS (EUR +13 miljoen).

(9) Financieringskosten

Voortgezette
Activiteiten
Beëindigde
Bedrijfsactiviteiten
(FP)
Totaal
Groep
miljoen EUR 2009 2010 2009 2010 2009 2010
Kosten op leningen - Interestkost
op fi nanciële verplichtingen tegen
geamortiseerde kostprijs
26 -142 -161 -4 -135 -146
Interestopbrengst op geldmiddelen en
kasequivalenten (behalve obligaties en
thesauriebewijzen op minder dan 3 maand)
7 9 1 9 8
Interestopbrengst op obligaties en
thesauriebewijzen op minder 3 dan maand
(aangehouden tot einde looptijd tegen
geamortiseerde kostprijs)
3 3
Interestopbrengst op obligaties en
thesauriebewijzen op meer dan 3 maand
(aangehouden tot einde looptijd tegen
geamortiseerde kostprijs)
9 9
Interestopbrengst op fi nanciële activa
beschikbaar voor verkoop
5 5
Overige fi nancieringsopbrengsten en
-kosten
1 -10 -26 -25 -10
Disconteringskosten van de voorzieningen -54 -52 -10 -64 -52
Financieringskosten -27 -181 -188 -3 -215 -184

Interestopbrengst op fi nanciële activa tegen geamortiseerde kostprijs + interestopbrengst op fi nanciële activa aangehouden tot einde looptijd + interestopbrengst op fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop = Interest op leningen en termijndeposito's (zie winst- en verliesrekening). De overeenstemmende fi nanciële activa worden gepresenteerd onder Overige vlottende vorderingen – Financiële instrumenten en Geldmiddelen en kasequivalenten

De kost van de interne schuld voor beëindigde bedrijfsactiviteiten (EUR -161 miljoen in 2009) werd overgenomen op afwikkelingsdatum in 2010 door de voortgezette bedrijfsactiviteiten.

De gemiddelde fi nanciële nettopositie voor 2010 bedraagt EUR 2 039 miljoen (thesaurie surplus), vergeleken met een gemiddelde nettoschuld van EUR 1 810 miljoen in 2009.

Financiën

De fi nancieringskosten bedroegen EUR 184 miljoen op het einde van 2010, vergeleken met EUR 215 miljoen op het einde van 2009. Vanaf 1 januari 2010 (2009 aangepast) omvatten de fi nancieringskosten de disconteringskosten van de voorzieningen en de interestopbrengsten op de beleggingen in korte termijn in overheidsobligaties en thesaurieinstrumenten met de hoogste waardering van de bedragen ontvangen uit de verkoop van de Farmaceutische activiteiten (EUR 4,5 miljard) en van Inergy Automotive Systems (EUR 268 miljoen).

De disconteringskost van de voorzieningen zijn gedaald van EUR 64 miljoen op het einde van 2009 tot EUR 52 miljoen op het einde van 2010.

Interestopbrengsten bedroegen EUR 24 miljoen in 2010, vergeleken met EUR 9 miljoen in 2009. Het jaarlijkse rendement op geldmiddelen op het einde van december 2010 was 0,5%.

Het bedrag van de fi nancieringskosten dat is geactiveerd komt in 2010 op EUR 3 miljoen (EUR 2 miljoen in 2009).

Het gebruikte gewogen gemiddelde activeringspercentage is 5% per jaar (4,2% per jaar in 2009).

De gemiddelde interestkosten op leningen (zonder de geactiveerde fi nancieringskosten en de disconteringskosten van de voorzieningen) steeg van 5,1 % in 2009 tot 5,3% in 2010.

De overige winsten en verliezen werden minder beïnvloed in 2010 door de fi nancieringskosten in vreemde valuta van onze ontwikkeling in Oost-Europese landen, met inbegrip van Rusland en Bulgarije.

De uitsplitsing van de fi nancieringskosten tussen voortgezette en beëindigde bedrijfsactiviteiten geeft de interne fi nancieringspositie van de Groep weer.

(10) Winsten/verliezen uit deelnemingen beschikbaar voor verkoop

In 2010 bedragen de opbrengsten uit deelnemingen beschikbaar voor verkoop bijna nul.

In 2009 bedroeg de bijzondere waardevermindering EUR -5 miljoen, wegens verliezen bij deelnemingen beschikbaar voor de verkoop in New Business Development.

(11) Winstbelastingen en uitgestelde belastingen

(11a) Winstbelastingen

Componenten van de belastingslast

De belastingslast kan als volgt worden opgesplitst:

Voortgezette
Activiteiten
Beëindigde
Bedrijfsactiviteiten
(FP)
miljoen EUR 2009 2010 2009 2010 2009 2010
Actuele belasting voor het lopend jaar -79 -106 -74 -1 -153 -107
Actuele belasting voor voorgaande jaren -3 -27 13 0 10 -27
Uitgestelde belasting -3 136 54 -3 52 132
Fiscale impact van wijzigingen in de nominale
belastingvoet op uitgestelde belastingen
0 0 1 0 1 0
Totaal -85 3 -5 -4 -90 -1
Miljoen EUR 2009 2010 2009 2010 2009 2010
Belastingen op elementen rechtsreeks
opgenomen in het eigen vermogen
-12 0 -6 0 -18 0
Totaal -12 0 -6 0 -18 0

Aansluiting van de belastingslast

De effectieve belastingslast sluit aan bij de theoretisch bepaalde belastingskost, door in elk land waar elke Groepsentiteit actief is, de toepasselijke nominale belastingtarieven op de winst vóór belastingen toe te passen.

Voortgezette
Activiteiten
Beëindigde
bedrijfsactiviteiten
(FP)
Totaal
Groep
miljoen EUR 2009 2010 2009 2010 2009 2010
Winst vóór belastingen 333 93 310 1 732 643 1 824
Aansluiting van de belastingskost
Totale belastingskost van alle entiteiten van de
Groep, uitgerekend op basis van toepasselijke
nominale belastingsvoeten
-104 -31 -76 -484 -180 -515
Gewogen gemiddeld nominale belastingsvoet 31% 32% 24% 28% 28% 28%
Fiscale impact van niet-aftrekbare uitgaven -150 -61 -70 -249 -219 -311
Fiscale impact van niet-belastbare inkomsten 220 211 69 729 289 940
Fiscale impact van wijzigingen in
belastingsvoeten
0 0 1 0 1 0
Fiscale impact van correcties in actuele en
uitgestelde belastingen m.b.t. vorige jaren
19 58 66 0 86 58
Niet-opgenomen uitgestelde
belastingvorderingen
-71 -174 3 0 -67 -174
Effectieve belastingslast -85 4 -5 -5 -90 -1
Effectieve belastingsvoet (*) 26% -4% 2% 0% 14% 0%

(*) belastingskost (+)/fi scaal verrekenbaar tegoed (-)

Analyse van de belastingslast

Het effectieve belastingtarief voor de Groep (0%) is lager dan het gewogen gemiddelde nominale tarief (28%); dit komt vooral door de gerealiseerde meerwaarden op de verkoop van het Farmasegment en van Inergy Automotive Systems met een minimale belastingskost.

(11b) Uitgestelde belastingen op de balans

De uitgestelde belastingen opgenomen op de balans hebben betrekking op volgende categorieën:

Saldo per
31
december
2008
Saldo per
31
december
2009
Opgenomen
in de winst- en
verliesrekening
Opgenomen
in de andere
elementen
van het
totaalresultaat
Opgenomen
in het eigen
vermogen
Geherklas
seerd van ei
gen vermogen
naar winst- en
verliesrekening
Verwervingen/
Afstotingen
Andere Saldo
per 31
december
2010
2010
miljoen EUR
Tijdelijke verschillen
Verplichtingen inzake
personeelsbeloningen
192 134 28 -1 161
Andere voorzieningen
dan voor de perso
neelsbeloningen
159 168 11 178
Materiële vaste activa -168 -126 77 -3 -52
Immateriële activa -4 -4 4
Fiscale verliezen 483 537 89 -10 616
Fiscaal verrekenbare
tegoeden
128 76 32 -1 107
Activa aangehouden
voor verkoop
Andere -23 -58 70 -1 -11 -2 -3
Totaal (nettobedrag) 767 726 306 -1 -22 -2 1 007
Niet-opgenomen uitge
stelde belastingvorde
ringen - Voortgezette
bedrijfsactiviteiten
-379 -439 -174 17 -596
Niet-opgenomen
uitgestelde belasting
vorderingen - Activa
aangehouden voor
verkoop
Totaal niet opge
nomen uitgestelde
belastingvorderingen
-379 -439 -174 17 -596
Totaal 388 287 132 -1 -5 -2 411
Beëindigde bedrijfsactiviteiten
Activa en verbonden
verplichtingen
aangehouden voor
verkoop - Farma
194 -194
Totaal (bruto bedrag) 194 -194
Activa en verbonden
verplichtingen
aangehouden voor
verkoop - Farma
-59 59
Totaal niet
opgenomen
uitgestelde
belastingvorderingen
-59 59
Totaal (nettobedrag) 135 -135
Totaal (nettobedrag) 388 422 132 -1 -140 -2 411
Uitgestelde belastingvorderingen opgenomen op de balans 586
Uitgestelde belastingverplichtingen opgenomen op de balans -175

In de tabel hierboven bevatten de totalen de bedragen aan uitgestelde belastingen gepresenteerd als vaste activa aangehouden voor verkoop en verplichtingen verbonden aan vaste activa aangehouden voor verkoop op de balans met betrekking tot de activiteit geprecipiteerd calciumcarbonaat (EUR 1 miljoen EUR uitgestelde belastingvorderingen en EUR 5 miljoen aan uitgestelde belastingverplichtingen).

Geen uitgestelde belastingvorderingen zijn opgenomen voor fi scale verliezen en tijdelijke verschillen die waarschijnlijk in de toekomst niet zullen worden afgetrokken. Deze niet-opgenomen uitgestelde belastingvorderingen bedragen EUR 596 miljoen.

Overige informatie

Alle overgedragen fi scale verliezen van de Groep hebben aanleiding gegeven tot uitgestelde belastingvorderingen (waarvan een deel niet werd opgenomen). Hieronder een overzicht van deze uitgestelde belastingvorderingen gerangschikt volgens vervaldatum.

miljoen EUR
2009
2010
Binnen 1 jaar
6
32
Binnen 2 jaar
17
35
Binnen 3 jaar
61
63
Binnen 4 jaar
84
49
Binnen 5 jaar of meer
216
101
Zonder tijdslimiet
868
603

Waarvan beëindigde bedrijfsactiviteiten:

miljoen EUR 2009 2010
Binnen 1 jaar 0 0
Binnen 2 jaar 0 0
Binnen 3 jaar 0 0
Binnen 4 jaar 12 0
Binnen 5 jaar of meer 36 0
Zonder tijdslimiet 267 0

(12) Beëindigde bedrijfsactiviteiten

(12a) Verkoop van het Farmaceutische segment

Eind september 2009 heeft de Raad van Bestuur besloten de activiteiten van de Solvay Groep te heroriënteren en zijn farmaceutische activiteiten volledig te verkopen om de uitvoering van zijn duurzame en winstgevende groeistrategie te versnellen.

De farmaceutische activiteiten van de Groep werden op 15 februari 2010 verkocht aan Abbott voor een totale bedrijfswaarde van ongeveer EUR 5,2 miljard dat later aangepast werd tot EUR 5,1 miljard. Deze omvat een eerste betaling in contanten van EUR 4.5 miljard op afwikkelingsdatum en bijkomende betalingen tot EUR 300 miljoen als specifi eke milestones worden bereikt tussen 2011 and 2013. Dit omvat eveneens de overname van bepaalde verplichtingen en verkoopprijsaanpassingen, dat Solvay op ongeveer EUR 300 miljoen schat.

De afwikkeling van de transactie vond plaats op 15 februari 2010. De meerwaarde na belastingen op de verkoop bedroeg op EUR 1,7 miljard op 1 januari 2010 en werd opgenomen in de beëindigde bedrijfsactiviteiten van de 2010 Groepsresultaten. De details van de meerwaarde worden hieronder weergeven.

97

Berekening van de meerwaarde per 31 december:

miljard EUR
Initiële verkoopprijs 4,50
Mijlpalen 0,30
Niet-gefi nancierde pensioenverplichtingen 0,30
Aanpassingen aan het werkkapitaal 0,00
Totale bedrijfswaarde 5,10
Historisch eigen vermogen van de Farma, netto van fi nanciële en pensioenverplichtingen per 12/2009 -2,87
Aanpassingen assets deal 0,00
Nettowinst Farma vanaf 1 januari 2010 tot afwikkelingsdatum -0,03
Afname van de fi nanciële schuld vanaf 1 januari 2010 tot afwikkelingsdatum 0,03
Historisch eigen vermogen van de Farma, netto van fi nanciële en pensioenverplichtingen op
afwikkelingsdatum
-2,87
Niet-opgenomen pensioenverplichtingen en voorzieningen voor pensioengeschillen -0,17
Reëlewaardeaanpassing van mijlpalen -0,11
Herclassifi catie van ongerealiseerde winsten en verliezen 0,00
Voorzieningen voor lopende geschillen en transactiekosten -0,24
Terugname van voorzieningen in non-Farma entiteiten 0,00
Belastingen op de meerwaarde 0,00
Totale meerwaarde 1,70

De meerwaarde op de verkoop van het Farmasegment op het einde van 2010 bedroeg EUR 1,70 miljard. Deze meerwaarde is in lijn met de schatting gemaakt per 1 januari 2010 en gepubliceerd in het persbericht na de afwikkeling.

Bepaalde aanpassingen aan de meerwaarde werden doorgevoerd sinds het persbericht gepubliceerd bij de afwikkeling en hun impact op de meerwaarde is als volgt:

  • Geen aanpassing van de verkoopprijs van het bedrijfskapitaal werd in rekening genomen (negatieve impact van EUR -0,06 miljard), aangezien het niet mogelijk is het resultaat en de omvang van het te betalen/te ontvangen bedrag aan/van Abbott (niet voor half 2011), correct in te schatten,
  • Voorzieningen voor pensioenclaims werden aangepast (positieve impact van EUR +0,04 miljard),
  • Belastingen op het kapitaal zouden lager zijn dan initieel verwacht (positieve impact van EUR +0,02 miljard),
  • Andere voorzieningen voor lopende geschillen zouden lager zijn dan verwacht (positieve impact van EUR +0,01 miljard).

Met betrekking tot de voorzieningen en andere aanpassingen zullen de eventuele toekomstige verschillen tussen de actuele betalingen na de afwikkeling en de geschatte bedragen gebruikt voor de berekening van de meerwaarde eveneens opgenomen worden als aanpassingen aan de meerwaarde in de beëindigde bedrijfsactiviteiten van de Groepsresultaten.

(12b) Analyse van het resultaat van het boekjaar uit beëindigde bedrijfsactiviteiten

De Farma winst- en verliesrekening werd gepresenteerd onder beëindigde bedrijfsactiviteiten tot de afwikkelingsdatum (15 februari 2010), d.w.z. gedurende 45 dagen in 2010. Dit verklaart de verschillen tussen 2009 en 2010.

De disconteringskosten van voorzieningen voor de beëindigde bedrijfsactiviteiten (EUR 10 miljoen in 2009) werd geherklasseerd van de operationele kosten naar de fi nanciële kosten, gezien de aard van dit element.

99

(13) Nettoresultaat van de Groep

De disconteringskosten van de voorzieningen (EUR 64 miljoen per 31 december 2009 en EUR 52 miljoen per 31 december 2010) werden getransfereerd van de operationele naar de fi nanciële kosten.

Het nettoresultaat bedraagt EUR 1 823 miljoen in 2010 en omvat de meerwaarde op Farma (EUR 1 703 miljoen) en een nettowinst uit beëindigde bedrijfsactiviteiten vóór de afwikkeling met Abbott (EUR 24 miljoen). Het nettoresultaat uit voortgezette bedrijfsactiviteiten bedraagt in 2010 EUR 97 miljoen, dit is een daling met EUR -151 miljoen vergeleken met 2009. De voornaamste redenen voor dit verschil zijn:

  • een hogere REBIT van voortgezette bedrijfsactiviteiten (EUR +292 miljoen),
  • hogere niet-recurrente nettokosten (EUR -384 miljoen),
  • hogere fi nancieringskosten (EUR -154 miljoen), daar de kost van de interne schuld van de beëindigde bedrijfsactiviteiten (EUR -161 miljoen in 2009) werd overgenomen op afwikkelingsdatum in 2010 door de voortgezette bedrijfsactiviteiten, • lagere winstbelastingen (EUR +89 miljoen).

Het nettoresultaat toerekenbaar aan de minderheidsbelangen is EUR 46 miljoen, vergeleken met EUR 37 miljoen in 2009.

(14) Winst per aandeel

Aantal aandelen 2009 2010
Gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen (in duizenden) 82 143 81 320
Verwaterend effect van inschrijvingsrechten 43 179
Gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen (verwaterde) 82 186 81 499
Gewone Verwaterde Gewone Verwaterde
Nettoresultaat van het boekjaar (aandeel van Solvay), met
inbegrip van de beëindigde bedrijfsactiviteiten (in duizenden)
515 735 515 735 1 776 951 1 776 951
Nettoresultaat van het boekjaar (aandeel van Solvay), zonder
beëindigde bedrijfsactiviteiten (in duizenden)
213 000 213 000 50 676 50 676
Winst per aandeel (met inbegrip van beëindigde
bedrijfsactiviteiten) (in EUR)
6,28 6,28 21,85 21,80
Winst per aandeel (zonder beëindigde bedrijfsactiviteiten) (in EUR) 2,59 2,59 0,62 0,62

De gewone winst per aandeel wordt verkregen door het nettoresultaat te delen door het aantal aandelen.

De verwaterde winst per aandeel wordt verkregen door het nettoresultaat te delen door het aantal aandelen, aangepast aan het aantal potentieel dilutieve aandelen verbonden aan de uitgifte van aandelenopties. Voor de berekening van de verwaterde winst per aandeel werden er geen aanpassingen aangebracht aan het nettoresultaat van het boekjaar (aandeel Solvay).

Volledige gegevens per aandeel, met inbegrip van dividend per aandeel, kan geraadpleegd worden in het verslag van de Raad van Bestuur (zie pagina 19).

De gemiddelde slotkoers voor 2010 was EUR 74,46 per aandeel (2009: EUR 63,63 per aandeel). De volgende aandelenopties waren "out of the money", en dus niet-verwaterend voor het gepresenteerde boekjaar, maar zouden eventueel de gewone winst per aandeel verwateren in de toekomst (zie ook toelichting 23 'Opties en verwerving/verkoop van eigen aandelen').

Anti-dilutieve aandelenopties Toekenningsdatum Uitoefenprijs Aantal toegekend Aantal uitstaand
Aandelenoptieplan 2004 1 Jan 2005 82,88 450 500 433 400
Aandelenoptieplan 2005 1 Jan 2006 97,30 516 100 511 200
Aandelenoptieplan 2006 1 Jan 2007 109,09 499 100 498 100
Aandelenoptieplan 2007 1 Jan 2008 96,79 508 800 505 500
Aandelenoptieplan 2010 1 Jan 2011 76,49 431 900 431 900
Totaal 2 881 800 2 380 100

(15) Geconsolideerde winst- en verliesrekening van de voortgezette bedrijfsactiviteiten volgens de aard

miljoen EUR 2010 Waarvan niet
recurrent
Omzet 6 796
Aankoop van handelsgoederen en half afgewerkte producten -414
Aankoop van grondstoffen -1 859
Aankoop van hulpstoffen en energie -686
Aankoop van nutsvoorzieningen -235
Aankoop van goederen in voorraad en wijziging -3 194
Distributiekosten -519
Addities/Terugnames van voorzieningen (behalve personeelsbeloningen) -77 -46
Andere -871 -43
Overige opbrengsten en kosten -1 467
Afschrijvingen van materiële vaste activa -402
Afschrijvingen van immateriële vaste activa -15
Bijzondere waardeverminderingen op vaste activa -300 -300
Afschrijvingen -717
Personeelsbeloningen na uitdiensttreding -37
Ontslagvergoedingen -93 -88
Overige personeelsbeloningen -12
Personeelsbeloningen -142
Weddes, salarissen en rechtstreekse sociale voordelen -887
Werkgeversbijdrage sociale zekerheid -194
Verzekeringen - Werkgeverspremie -34
Overige personeelskosten -43
Toegezegde bijdragen -15
Schatting van de te betalen personeelskosten -24
Personeelskosten -1 197
Financiële kosten en opbrengsten 47
Meerwaarden en bijzondere waardeverminderingen op deelnemingen 148 148
EBIT 274 -328
Lasten als gevolg van leningen -142
Renteopbrengsten uit leningen en termijnbeleggingen 23
Overige fi nancieringsopbrengsten en -kosten -10
Disconteringskosten van de voorzieningen -52
Opbrengsten/verliezen uit deelnemingen beschikbaar voor verkoop 0
Resultaat vóór belastingen 93
Winstbelastingen 4
Nettowinst van het jaar 97

Toelichtingen bij het overzicht van het totaalresultaat

(16) Geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat

Voortgezette
Beëindigde
Activiteiten
Bedrijfsactiviteiten
(FP)
Totaal
Groep
miljoen EUR 2009 2010 2009 2010 2009 2010
Nettowinst van de Groep 248 97 305 1 726 553 1 823
Wisselkoersverschillen van het jaar 8 249 10 0 18 249
Herclassifi catie van wisselkoersverschillen op
buitenlandse activiteiten die verkocht werden
gedurende het jaar
0 -4 0 33 0 29
Wisselkoersverschillen op buitenlandse
activiteiten 8 245 10 33 18 278
Nettowijziging in reële waarde van fi nanciële
activa beschikbaar voor verkoop
25 -15 0 0 25 -15
Herclassifi catie van fi nanciële activa
beschikbaar voor verkoop die verkocht werden
gedurende het jaar(*)
-8 0 0 4 -8 4
Herclassifi catie van fi nanciële activa
beschikbaar voor verkoop die een bijzondere 0 1 0 0 0 1
waardermindering hebben ondergaan
gedurende het jaar(*)
Financiële activa beschikbaar voor
verkoop
18 -14 0 4 17 -10
Effectief deel van winsten en verliezen
op afdekkingsinstrumenten in een 4 2 -1 0 3 2
kasstroomafdekking
Herclassifi catie naar de winst- en -17 -1 8 1 -10 0
verliesrekening (*)
Herclassifi catie naar de initiële boekwaarden -1 0 0 0 -1 0
van afgedekte posities (*)
Kasstroomafdekkingen -14 1 7 1 -8 2
Aandeel van andere elementen van het
totaalresultaat van de geassocieerde
0 0 0 0 0 0
deelnemingen
Winstbelasting met betrekking tot de
andere elementen van het totaalresultaat 0 -1 0 0 0 -1
Andere elementen van het totaalresultaat
na aftrek van de daarmee verband
houdende winstbelastingen (other 11 231 16 39 27 269
comprehensive income)
Totaalresultaat van de Groep 259 327 321 1 765 580 2 092
(comprehensive income)
toegerekend aan de:
- eigenaars van de moedermaatschappij 215 241 319 1 765 534 2 006
- minderheidsbelangen 44 86 2 0 46 86

* Zie toelichting 33 op pagina 136

Overzicht van de belastingseffecten op de andere elementen van het totaalresultaat

miljoen EUR 2009
Bedrag
vóór
belastingen
Belastingen
(-)
(Belasting
vordering) (+)
Bedrag
na
belastingen
Bedrag
vóór
belastingen
Belastingen (-)
(Belasting
vordering) (+)
Bedrag
na
belastingen
Wisselkoersverschillen van het
jaar
18 0 18 249 0 249
Herclassifi catie van
wisselkoersverschillen op
buitenlandse activiteiten die
verkocht werden gedurende
het jaar
0 0 0 29 0 29
Wisselkoersverschillen op
buitenlandse activiteiten
18 0 18 278 0 278
Winsten en verliezen op
herwaarderingen van voor
verkoop beschikbare fi nanciële
activa
25 0 25 -15 0 -15
Herclassifi catie van fi nanciële
activa beschikbaar voor
verkoop die verkocht werden
gedurende het jaar(*)
-8 0 -8 4 0 4
Herclassifi catie van fi nanciële
activa beschikbaar voor
verkoop die een bijzondere
waardermindering hebben
ondergaan gedurende het jaar(*)
0 0 0 1 0 1
Financiële activa
beschikbaar voor verkoop
17 0 17 -10 0 -10
Effectief deel van
winsten en verliezen op
afdekkingsinstrumenten in een
kasstroomafdekking
3 0 3 2 -1 1
Herclassifi catie naar de winst
en verliesrekening (*)
-10 0 -10 0 0 0
Herclassifi catie naar de initiële
boekwaarden van afgedekte
posities (*)
-1 0 -1 0 0 0
Kasstroomafdekkingen -8 0 -8 2 -1 1
Aandeel van andere
elementen van het
totaalresultaat van
de geassocieerde
deelnemingen
0 0 0 0 0 0
Andere elementen van
het totaalresultaat (other
comprehensive income)
27 0 27 270 -1 269

* Zie toelichting 33 op pagina 136

103

Waarvan beëindigde bedrijfsactiviteiten:

miljoen EUR 2009 2010
Bedrag
vóór
belastingen
Belastingen
(-)
(Belasting
vordering)
(+)
Bedrag
na
belastingen
Bedrag
vóór
belastingen
Belastingen
(-)
(Belasting
vordering)
(+)
Bedrag
na
belastingen
-
Wisselkoersverschillen van het jaar 10 0 10 0 0 0
Herclassifi catie van
wisselkoersverschillen op buitenlandse
activiteiten die verkocht werden
gedurende het jaar
0 0 0 33 0 33
Wisselkoersverschillen op
buitenlandse activiteiten
10 0 10 33 0 33
Winsten en verliezen op
herwaarderingen van voor verkoop
beschikbare fi nanciële activa
0 0 0 0 0 0
Herclassifi catie van fi nanciële activa
beschikbaar voor verkoop die verkocht
werden gedurende het jaar(*)
0 0 0 4 0 4
Herclassifi catie van fi nanciële activa
beschikbaar voor verkoop die een
bijzondere waardermindering hebben
ondergaan gedurende het jaar(*)
0 0 0 0 0 0
Financiële activa beschikbaar voor
verkoop
0 0 0 4 0 4
Effectief deel van winsten en verliezen
op afdekkingsinstrumenten in een
kasstroomafdekking
-1 0 -1 0 0 0
Herclassifi catie naar de winst- en
verliesrekening (*)
8 0 8 1 0 1
Herclassifi catie naar de initiële
boekwaarden van afgedekte posities (*)
0 0 0 0 0 0
Kasstroomafdekkingen 7 0 7 1 0 1
Aandeel van andere elementen
van het totaalresultaat van de
geassocieerde deelnemingen
0 0 0 0 0 0
Andere elementen van
het totaalresultaat (other
comprehensive income)
16 0 16 39 0 39

Jaarverslag Solvay 2010

Toelichtingen bij het kasstroomoverzicht

(17) Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen

Het geheel van de afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen beloopt EUR 717 miljoen, EUR 222 miljoen hoger dan in 2009 (EUR 496 miljoen).

Voor de voortgezette bedrijfsactiviteiten:

  • De normale lineaire afschrijving steeg van EUR 388 miljoen in 2009 tot EUR 417 miljoen in 2010,
  • De bijzondere waardeverminderingsverliezen bedroegen EUR -300 miljoen in 2010, veel hoger dan in 2009 (EUR -26 miljoen).

(18) Wijzigingen in werkkapitaal

De wijziging in werkkapitaal bedroeg EUR -42 miljoen voor de voortgezette bedrijfsactiviteiten in 2010 door de hogere activiteitsvolumes. Dit bedrag omvat niet de nettovordering van EUR 198 miljoen op Abbott opgenomen na de afwikkeling. Deze nettovordering betreft voornamelijk de contante waarde van de mijlpaal, met verwachte betaling in 2012 en 2013.

(19) Wijziging in de voorzieningen

In 2010 bedroeg de wijziging in de voorzieningen EUR 24 miljoen.

Dit bedrag omvat het gebruik, de addities de opnames en de terugnames opgenomen in toelichting 31 en een toename van de overschotten van het pensioenfonds voor voortgezette bedrijfsactiviteiten. Het omvat niet de voorzieningen voor een bedrag van EUR 177 miljoen om zich in te dekken tegen potentiële risico's verbonden aan de verkoop van het Farmaceutische segment, aangezien de transactie in één lijn onder Verkoop van dochterondernemingen wordt gepresenteerd.

(20) Overige niet-operationele en niet-cashelementen

Voor 2010 omvat dit voornamelijk de eliminatie van de meerwaarde op de verkoop van Inergy Automotive Systems (EUR -139 miljoen) en de disconteringskosten van de voorzieningen (EUR -52 miljoen).

Voor 2009 heeft de eliminatie vooral betrekking op het resultaat van de verkoop van Sofi na-aandelen (EUR -64 miljoen).

(21) Kasstromen verbonden met de verwerving/verkoop van activa en deelnemingen

2009 miljoen EUR Verwervingen Vervreemdingen Totaal
Dochterondernemingen -2 0 -2
Geassocieerde deelnemingen
Joint ventures
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop -14 14 0
Andere -96 6 -90
Totaal deelnemingen -111 19 -91
Vaste activa -456 15 -441
Totaal -567 34 -532

Financiën

2010 miljoen EUR Verwervingen Vervreemdingen Totaal
Dochterondernemingen 0 4 430 4 430
Geassocieerde deelnemingen
Joint ventures -1 268 267
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop -8 -8
Andere -164 13 -151
Totaal deelnemingen -172 4 711 4 539
Vaste activa -366 20 -346
Totaal -538 4 731 4 193

De verwerving van deelnemingen (EUR -172 miljoen) in 2010 omvatten voornamelijk:

• de aankoop van de minderheidsbelangen in Vinythai (EUR -35 miljoen), Vinilis (EUR -15 miljoen) en Kali Chemie (EUR -2 miljoen),

  • de investering in een PVC-entiteit in aanbouw in Rusland (EUR -90 miljoen) die vanaf 2011 zal geconsolideerd worden,
  • deelnemingen in niet-geconsolideerde ondernemingen die niet signifi cant zijn

WESTPIPE

Op 1 april 2010 kocht de Solvay-groep 50% van Westpipe AB, een producent van leidingsystemen voor huishoudelijk en industrieel afvalwater, water en van kabelbeschermingssystemen. gevestigd in Ulricehamn, Zweden, voor een nettokasuitstroom van EUR 0,7 miljoen (SEK 7 miljoen).

Na de fi nale toewijzing van de aankoopprijs bedroeg het overgenomen netto actief EUR 0,5 miljoen en de resulterende goodwill EUR 0,3 miljoen.

Waarde vóór Aanpassing aan Totaal
overname reële waarde
miljoen EUR
Immateriële activa 0,0 0,4 0,4
Materiële vaste activa 0,4 0,0 0,4
Andere deelnemingen 0,0 0,0 0,0
Uitgestelde belastingvorderingen 0,0 0,0 0,0
Leningen en andere activa 0,0 0,0 0,0
Vaste activa 0,4 0,4 0,9
Vlottende activa buiten geldmiddelen en kasequivalenten 0,8 0,0 0,8
Geldmiddelen en kasequivalenten 0,0 0,0 0,0
Vlottende activa 0,8 0,0 0,8
Voorzieningen op lange termijn 0,0 0,0 0,0
Uitgestelde belastingverplichtingen 0,0 0,1 0,1
Financiële schulden op lange termijn 0,4 0,0 0,4
Langlopende verplichtingen 0,4 0,1 0,5
Kortlopende verplichtingen 0,7 0,0 0,7
Nettoactief 0,2 0,3 0,5
Goodwill 0,3
Prijs betaald op 31/12/2010 0,7
Verworven banksaldi en geldmiddelen 0,0
Netto-uitstroom van geldmiddelen bij verwerving - vorige jaren 0,0
Netto-uitstroom van geldmiddelen bij verwerving - 2010 0,7

De verwerving van materiële en immateriële vaste activa in 2010 (EUR -366 miljoen) betreft diverse projecten waarvan er vele jaren in beslag nemen:

  • Advanced Biochemical Thailand, een 100% dochteronderneming van Vinythai, heeft een epychloorhydrine productieeenheid (100 kt/jaar op basis van natuurlijke glycerine, EPICEROL® proces) gebouwd in Thailand. Deze eenheid wordt operatief vanaf 2012;
  • de bouw van een megafabriek met hoog rendement voor waterstofperoxide (Thailand) als onderdeel van een partnerschap met Dow Chemical Company (lancering gepland vanaf het derde kwartaal van 2011);
  • het partnerschap voor de bouw van een WKK-centrale in Bernburg (Duitsland);
  • de VCM/pvc-capaciteitsverhoging in Jemeppe (België);
  • de bouw van een nieuwe productie-eenheid voor SOLVAIR® Select 300 in de Verenigde Staten, dat opgestart werd in april 2010;
  • de omschakeling van elektrolyse-eenheden op basis van kwik naar membraanelektrolyse en de uitbreiding van de VCM/PVC-fabrieken in Santo Andre (Brazilië) om de capaciteit te verhogen tot 300 kt/jaar;
  • de capaciteitsuitbreiding voor PVDF in Tavaux (Frankrijk); de installatie van een wervelbedcentrale en een capaciteitsuitbreiding in de natriumcarbonaatfabriek in Devnya (Bulgarije);

Er werden geen geconsolideerde dochterondernemingen overgenomen in 2010.

Vervreemding van deelnemingen

a) Verkoop van het Farmaceutische segment

De verkoop van het Farmaceutische segment aan Abbott wordt gepresenteerd onder Verkoop van dochterondernemingen. De impact op het kasstroomoverzicht bedraagt EUR 4 430 miljoen. Dit bedrag omvat:

  • de initiële verkoopprijs betaald op afwikkelingsdatum (EUR 4 500 miljoen vrij);
  • de kosten verbonden aan de transactie die opgelopen zijn in 2010 (EUR -53 miljoen);
  • de vermindering van de initiële verkoopprijs voor activa verkocht voor de afwikkelingsdatum (EUR -13 miljoen);
  • een aanpassing aan een asset deal (EUR -4 miljoen).

Alle andere elementen die in rekening genomen werden voor de berekening van de meerwaarde hebben geen cashimpact gehad in 2010, aangezien zij de volgende elementen betreffen:

  • verplichtingen getransfereerd naar Abbott en inbegrepen in de totale bedrijfswaarde;
  • voorzieningen voor geschillen en transactiekosten die een cash impact kunnen hebben in de volgende jaren;
  • de reële waarde van de mijjlpalen die zijn inbegrepen in de bedrijfswaarde en die niet zullen worden ontvangen vóór 2012

De ontvangsten uit de verkoop van het Farmaceutische segment werden belegd in:

  • andere vlottende fi nanciële activa (EUR 3 701 miljoen, waarvan EUR 1 097 in geldmarktfondsen (Money Market Fund assets (MMF)) en EUR 2 604 miljoen in obligaties en thesauriebewijzen op meer dan 3 maand).
  • obligaties en thesauriebewijzen op minder dan 3 maand inbegrepen in geldmiddelen en kasequivalenten (EUR 905 miljoen).

(zie toelichting 32)

b) Overige verkopen van deelnemingen

De overige verkopen van deelnemingen (EUR 280 miljoen) betreffen Inergy Automotive Systems (EUR 268 miljoen) en niet-geconsolideerde deelnemingen in de Vinylcluster (EUR 11 miljoen).

Financiën

De aankoop door Plastic Omnium van het 50%-aandeel van Solvay in Inergy Automotive Systems werd afgewikkeld op 8 september 2010 voor EUR 268 miljoen in cash. Een meerwaarde voor belastingen van EUR 139 miljoen werd opgenomen. De initiële verkoopsprijs stemt overeen met een bedrijfswaarde van EUR 328 miljoen.

Enkel de resultaten van de eerste 6 maanden van 2010 van Inergy Automotive Systems zijn inbegrepen in de geconsolideerde jaarrekening van de Groep op het einde van december 2010.

De berekening van de meerwaarde op de verkoop van het 50%-aandeel van Solvay in Inergy Automotive Systems:

miljoen EUR
Initiële verkoopprijs 268
Aangepaste netto fi nanciële schuld per 1 juli 2010 overgedragen aan de overnemer 45
Niet-gefi nancierde pensioenverplichtingen per 1 juli 2010 overgedragen aan de overnemer 11
Voorzieningen voor geschillen per 1 juli 2010 overgedragen aan de overnemer 5
Totale bedrijfswaarde 328
Historisch eigen vermogen van Inergy Automotive Systems op 1 juli 2010 -127
Aangepaste verplichtingen per 1 juli 2010 overgenomen door de overnemer -60
Voorzieningen voor lopende geschillen en herstructureringskosten -2
Totale meerwaarde voor belastingen per 1 juli 2010 139

(22) Verhoging/terugbetaling van kapitaal

Net als in 2009 heeft de Solvay-groep in 2010 aan de minderheidsaandeelhouders een deel van het kapitaal terugbetaald uit onze activiteiten natuurlijk carbonaat in de Verenigde Staten (EUR -26 miljoen).

(23) Opties en verwerving/verkoop van eigen aandelen

Eind december 2009 bezat de Groep 2 460 818 van zijn eigen aandelen ter dekking van zijn programma voor aandelenopties die aangeboden worden aan zijn hogere kaderleden. Op het einde van 2010 bezat de Groep 3 635 584 aandelen (waarvan 880 766 aandelen in het kader van geldbeleggingsprogramma in eigen aandelen – zie toelichting 23a), opgenomen in mindering van zijn geconsolideerde eigen vermogen.

(23a) Geldbeleggingsprogramma in eigen aandelen

Solvay lanceerde een geldbeleggingsprogramma in eigen aandelen in februari 2010.

De buitengewone aandeelhoudersvergadering van 12 mei 2009 gaf de raad van bestuur de toelating om gedurende vijf jaar tot 16 940 000 aandelen van de Groep op de aandelenbeurs te kopen voor een prijs tussen 20 EUR en 150 EUR. In deze context heeft de Raad van Bestuur beslist een beleggingsprogramma in maximaal 5,1 miljoen (6% van het uitgegeven kapitaal) eigen aandelen van de Groep te beginnen.

Een fi nanciële instelling heeft voor één jaar een mandaat gekregen om het programma uit te voeren vanaf 16 januari 2010. Het programma wordt op dit ogenblik beschouwd als een tijdelijke belegging van geld uit de verkoop van de farmaceutische activiteiten vóór deze middelen worden geherinvesteerd in industriële activa. Per 31 december 2010 bedroeg het totaal van de belegging in Solvay aandelen sinds de lancering van het programma 880 766 aandelen.

Dit programma werd verlengd door de Raad van Bestuur tot het einde van 2011 voor verdere aankopen tot 1,65 miljoen eigen aandelen.

(23b) Aandelenoptieplannen

Zoals elk jaar sinds 1999 heeft de Raad van Bestuur zijn aandelenoptieplan hernieuwd dat het aan de leidende kaderleden (ongeveer 215 personen) aanbiedt met de bedoeling hen ook op de lange termijn aan de Groep te binden. De meeste van deze kaderleden hebben in 2010 de aangeboden opties onderschreven bij een uitoefenkoers van 76,49 EUR, dat het beurskoersgemiddelde van het Solvay-aandeel was gedurende de 30 dagen die aan het aanbod voorafgingen.

De verwervingsperiode van de rechten duurt 3 jaar en wordt gevolgd door een uitoefenperiode van 5 jaar, waarna elke niet-uitgeoefende optie vervalt. De afrekening gebeurt in de vorm van aandelen.

De aandelenoptieplannen toegekend in 2005, 2006 en 2007 zijn gewijzigd na de beslissing van de Algemene Vergadering van 12 mei 2009. Voor de drie plannen is de uitoefenperiode voor de toegekende aandelenopties met 5 jaar verlengd. De rechthebbenden konden deze wijziging tot 30 juni 2009 aanvaarden of afwijzen. Aangezien er een maximum is, konden sommige van de rechthebbenden de verlenging aannemen van slechts een deel van de oorspronkelijk toegekende en aanvaarde opties. De wijzigingsdatum waarvan men uitgaat voor de nieuwe prijsbepaling van de opties is de datum waarop besloten werd de uitoefenperiode voor bepaalde aandelen te verlengen (12 mei 2009). De verlenging van de uitoefenperiode brengt een bijkomende last mee van EUR 0,3 miljoen EUR in 2010 (EUR 1 miljoen). De reële waarde van deze verlenging bedraagt EUR 1,3 miljoen.

Aandelenopties 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Aantal toegekende
en uitstaande
aandelenopties op
31/12/2009
156000 246200 434200 512100 499100 506500 522700 555600
Toegekende
aandelenopties
431900
Verlies van rechten en
vervallen opties
-5000 -500 -800 -900 -1000 -1000
Uitgeoefende opties op
aandelen
-101500 -30600
Aantal aandelenopties
op 31/12/2010
49500 215100 433400 511200 498100 505500 522700 555600 431900
Uitoefenbare opties
op aandelen op
31/12/2010
49500 215100 433400 511200 498100 0 0 0 0
Uitoefenprijs (EUR) 63,76 65,83 82,88 97,30 109,09 96,79 58,81 72,34 76,49
Reële waarde van
de opties op de
waarderingsdatum
(EUR)
9,60 9,50 7,25 10,12 21,20 18,68 14,95 19,85 15,58
2009 2010
Aantal
aandelenopties
Gewogen
gemiddelde
uitoefenprijs
Aantal
aandelenopties
Gewogen
gemiddelde
uitoefenprijs
Op 1/1 2 912 200 85,32 3 432 400 83,43
Toegekend gedurende het jaar 555 600 72,34 431 900 76,49
Verlies van rechten en vervallen opties gedurende
het jaar
-300 96,79 -9 200 77,33
Uitgeoefend gedurende het jaar -35 100 64,56 -132 100 64,24
Op 31/12 3 432 400 83,43 3 723 000 83,32
Uitoefenbaar op 31/12 1 348 500 1 707 300

De impact van de aandelenopties komt in 2010 neer op een last van EUR 9,7 miljoen, uitgerekend door een derde partij volgens het Monte-Carlomodel, en in de winst- en verliesrekening opgenomen onder de commerciële en administratieve kosten. In dit bedrag zijn de bijkomende kosten opgenomen van EUR 0,3 miljoen ten gevolge van de verlengde uitoefenperiode voor de aandelenoptieplannen toegekend in 2005, 2006 en 2007.

Het model valoriseert de opties waarbij het ermee rekening houdt dat een aantal ervan uitoefenbaar zijn voor de vervaldatum van de optie.

De waarde van de optie is gebaseerd op:

  • de koers van het onderliggende aandeel (aandeel Solvay): 79,75 EUR per 31 december 2010;
  • de resterende looptijd tot de vervaldatum van de optie: uitoefenbaar vanaf 1 januari 2014;
  • de uitoefenprijs van de optie: EUR 76,49;
  • het rendement zonder risico: 2,99%;
  • de volatiliteit van het rendement van het onderliggend aandeel: 22,39%.

Het model valoriseert de opties waarbij het ermee rekening houdt dat een aantal ervan uitoefenbaar zijn voor de vervaldatum van de optie.

Gewogen gemiddelde resterende contractuele looptijd:

In jaren 2010
Aandelenoptieplan 2000 1,0
Aandelenoptieplan 2001 2,0
Aandelenoptieplan 2002 2,9
Aandelenoptieplan 2003 1,0
Aandelenoptieplan 2004 2,0
Aandelenoptieplan 2005 5,0
Aandelenoptieplan 2006 5,5
Aandelenoptieplan 2007 6,7
Aandelenoptieplan 2008 6,0
Aandelenoptieplan 2009 6,9
Aandelenoptieplan 2010 8,0

(24) Kasstromen uit beëindigde bedrijfsactiviteiten

De kasstroom uit beëindigde bedrijfsactiviteiten vloeit voornamelijk uit de verkoop van het Farmaceutische segment (zie toelichting 21) voor EUR 4 430 miljoen.

Toelichtingen bij de balans

miljoen EUR Ontwik
kelings
kosten
Merken
en
octrooien
Andere
immateriële
activa
Totaal
Brutoboekwaarde
Op 31 december 2008 93 1 000 141 1 234
Investeringen 11 10 20 41
Vervreemding -6 -4 -2 -12
Addities via bedrijfscombinaties 0 0 0 0
Wisselkoersverschillen 0 1 -4 -3
Andere 2 4 -10 -4
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop - Farma -1 -807 -105 -913
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC 0 0 0 0
Op 31 december 2009 98 204 39 342
Investeringen 8 8 1 18
Vervreemding -1 0 0 -1
Vervreemding van een geconsolideerde deelneming -100 -3 -10 -113
Wisselkoersverschillen 0 9 1 10
Andere 5 -1 -6 -2
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC 3 0 0 3
Op 31 december 2010 14 217 27 257
Cumulatieve afschrijving
Op 31 december 2008 -50 -359 -98 -507
Afschrijvingen -9 -45 -5 -59
Bijzondere waardeverminderingen 0 0 0 0
Terugneming van bijzondere waardeverminderingen 0 1 0 1
Buitengebruikstelling en vervreemding 3 3 2 8
Addities via bedrijfscombinaties 0 0 0 0
Wisselkoersverschillen 0 0 3 3
Andere 1 4 9 13
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop - Farma 0 296 65 361
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC 0 0 0 0
Op 31 december 2009 -55 -100 -25 -180

(25) Immateriële activa

Vervreemding -6 -4 -2 -12
Addities via bedrijfscombinaties 0 0 0 0
Wisselkoersverschillen 0 1 -4 -3
Andere 2 4 -10 -4
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop - Farma -1 -807 -105 -913
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC 0 0 0 0
Op 31 december 2009 98 204 39 342
Investeringen 8 8 1 18
Vervreemding -1 0 0 -1
Vervreemding van een geconsolideerde deelneming -100 -3 -10 -113
Wisselkoersverschillen 0 9 1 10
Andere 5 -1 -6 -2
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC 3 0 0 3
Op 31 december 2010 14 217 27 257
Cumulatieve afschrijving
Op 31 december 2008 -50 -359 -98 -507
Afschrijvingen -9 -45 -5 -59
Bijzondere waardeverminderingen 0 0 0 0
Terugneming van bijzondere waardeverminderingen 0 1 0 1
Buitengebruikstelling en vervreemding 3 3 2 8
Addities via bedrijfscombinaties 0 0 0 0
Wisselkoersverschillen 0 0 3 3
Andere 1 4 9 13
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop - Farma 0 296 65 361
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC 0 0 0 0
Op 31 december 2009 -55 -100 -25 -180
Afschrijvingen -10 -8 -1 -19
Bijzondere waardeverminderingen 0 0 0 -1
Terugneming van bijzondere waardeverminderingen 0 0 0 0
Buitengebruikstelling en vervreemding 0 0 0 0
Vervreemding van een geconsolideerde deelneming 59 3 6 68
Wisselkoersverschillen 0 -2 -1 -3
Andere 0 0 0 0
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC -2 0 0 -2
Op 31 december 2010 -7 -108 -21 -136
Nettoboekwaarde
Op 31 december 2008 42 641 43 726
Op 31 december 2009 43 104 14 162
Op 31 december 2010 6 109 6 121

De voornaamste octrooien en merken betreffen de Trona-activiteiten in de VS en de activiteit van de speciale polymeren.

(26) Goodwill

miljoen EUR Totaal
Brutoboekwaarde
Op 31 december 2008 1 667
Uit verwervingen -53
Buitengebruikstelling en vervreemding 0
Bijzondere waardeverminderingen -2
Wisselkoersverschillen 4
Andere -1
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop - Farma -1 539
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC 0
Op 31 december 2009 76
Uit verwervingen 0
Buitengebruikstelling en vervreemding -1
Bijzondere waardeverminderingen -11
Wisselkoersverschillen 5
Andere 0
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop - Farma 0
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC 4
Op 31 December 2010 73

De bijzondere waardevermindering van 2010 betreft Alexandria Sodium Carbonate Co in Egypte, dat deel uitmaakt van de kasstroomgenererende eenheid met betrekking tot natriumcarbonaat in Europa en Egypte en calciumchloride (zie toelichting 27). Deze bijzondere waardevermindering heeft de goodwill in Alexandria Sodium Carbonate Co herleid tot nul.

In 2009 komt de daling van de goodwill voort uit:

  • de goodwillaanpassing na de defi nitieve aankoopprijstoewijzing met betrekking tot de overname van Alexandria Sodium Carbonate Co (EUR -53 miljoen);
  • de overboeking naar activa aangehouden voor verkoop Farma van de goodwill (EUR -1 539 miljoen) met betrekking tot de Farmaceutische Producten, voornamelijk Fournier (EUR -1 222 miljoen) en Innogenetics (EUR -213 miljoen).

Voor bijkomende informatie met betrekking tot de bijzondere waardevermindering op goodwill in 2010, zie toelichting 27.

Goodwill per kasstroomgenerende eenheid (KGE)

Goodwill ontstaan uit een bedrijfscombinatie wordt toegewezen bij overname aan de kasstroomgenererende eenheden (KGE) die naar verwachting zullen genieten van de voordelen van de bedrijfscombinatie.

De boekwaarden van goodwill en de gerelateerde bijzondere waardeverminderingen zijn als volgt toegewezen:

miljoen EUR Kastroomgenererende eenheden Bijzondere Boekwaarde
Activiteitsclusters waardevermindering 31 dec 2010
2010
Natriumcarbonaat Natriumcarbonaat Europa 1 -11 0
Advanced Functional Minerals PCC 4
Zuurstofproducten H2
O2
/ PAA / Perzouten Europa 2
1
H2
O2
/ Azië
6
Fluorproducten Solvay Fluor Mexico 7
Vinylproducten PVC Europa 3
PVC Mercosur 2
PVC Azië 2
Speciale Polymeren Gefl uoreerde Polymeren, sulfone 28
polymeren, ultrapolymeren,
kristallen polymeren
PE compounds 11
Pipelife Pipelife Europa 5
Vinylproducten Dacarto Benvic 4
Totaal -11 73

H2 O2 H2O2 Waterstofperoxide / PAA = perazijnzuur.

. CGU Natriumcarbonaat Europa bevat ook Alexandria sodium carbonate (Egypte), ondergrondse holten, calciumchloride en service units

miljoen EUR Gronden
&
gebouwen
Installaties,
machines
en
uitrustings
goederen
Andere
materiële
vaste
activa
Vaste
activa in
aanbouw
Totaal
Brutoboekwaarde
Op 31 december 2008 2 138 8 252 110 630 11 130
Investeringen 18 151 3 243 415
Buitengebruikstelling en vervreemding -2 -58 -1 0 -62
Addities via bedrijfscombinaties 25 169 4 9 207
Wisselkoersverschillen -3 90 1 10 97
Andere 171 422 -2 -507 83
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop - Farma -318 -668 -38 -7 -1 031
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC 1 7 0 -1 7
Op 31 december 2009 2 031 8 364 75 377 10 848
Investeringen 11 79 1 257 348
Buitengebruikstelling en vervreemding -10 -32 0 0 -42
Vervreemding van een geconsolideerde deelneming -59 -201 -32 -8 -299
Wisselkoersverschillen 44 268 3 20 335
Andere 75 126 44 -284 -39
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC 19 83 1 4 106
Op 31 december 2010 2 110 8 688 92 366 11 256
Cumulatieve afschrijving
Op 31 december 2008 -1 153 -5 685 -73 -1 -6 912
Afschrijvingen -51 -354 -6 0 -412
Bijzondere waardeverminderingen -8 -18 0 0 -25
Terugneming bijzondere waardeverminderingen 0 1 0 0 1
Buitengebruikstelling en vervreemding 1 51 1 0 53
Addities via bedrijfscombinaties -6 -120 -3 0 -130
Wisselkoersverschillen 1 -48 -1 0 -48
Andere 0 -21 -1 1 -21
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop - Farma 130 415 26 0 571
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC 0 -4 0 0 -4
Op 31 december 2009 -1 086 -5 784 -56 0 -6 926
Afschrijvingen -44 -353 -3 1 -399
Bijzondere waardeverminderingen -82 -170 -1 -40 -292
Terugneming bijzondere waardeverminderingen 1 4 0 0 5
Buitengebruikstelling en vervreemding 5 28 0 0 33
Vervreemding van een geconsolideerde deelneming 27 152 24 0 203
Wisselkoersverschillen -15 -137 -2 0 -154
Andere -2 87 -43 0 42
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC -21 -48 0 0 -70
Op 31 december 2010 -1 218 -6 221 -80 -40 -7 558
Nettoboekwaarde
Op 31 december 2008 970 2 581 37 629 4 218
Op 31 december 2009 945 2 580 19 376 3 921
Op 31 december 2010 892 2 468 12 326 3 698

(27) Materiële vaste activa (met inbegrip van fi nanciële leaseovereenkomsten)

De Groep beschikt over ongeveer 70 kasstroomgenererende eenheden (waaronder 31 kasstroomgenererende eenheden binnen Pipelife, een joint venture waar elke entiteit een afzonderlijke KGE vormt).

Aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen voor 4 KGE's heeft geleid tot:

  • Een bijzondere waardevermindering van industriële activa, die tot de KGE Natriumcarbonaat in Europa en Egypte en calciumchloride (segment Chemie) behoren, voor een bedrag van EUR 245 miljoen, dat in het derde kwartaal van 2010 werd opgenomen. De activa betreffen voornamelijk materiële vaste activa (EUR 228 miljoen), goodwill (EUR 11 miljoen) en deelnemingen. Natriumcarbonaat in Europa wordt geconfronteerd met een aanhoudende verzwakking van sommige markten, waaronder plat glas gebruikt in de bouw.
  • Een bijzondere waardevermindering van materiële vaste activa, die tot de KGE rond de activiteiten van de elektrochemische vestiging in Bussi, Italië, behoren, voor een bedrag van EUR 14 miljoen (segment Chemie).
  • Een bijzondere waardevermindering van materiële vaste activa, die tot de KGE "Oleolefi nen" in Frankrijk (segment Kunststoffen) behoren.
  • 114
  • Een bijzondere waardevermindering van materiële vaste activa, die tot de KGE rond de activiteiten van de Detergenten in Bussi, Italië, behoren, voor een bedrag van EUR 7 miljoen (segment Chemie).

De kasstroomprognoses voor elke betrokken KGE werden gedisconteerd tot de contante waarde door relevante disconteringsvoeten, gebaseerd op externe referenties en rekening houdend met de risico's die eigen zijn aan het specifi eke segment en de geografi sche ligging van deze KGE's (bedrijfswaarde). De disconteringsvoet varieert tussen 8,3% en 9,3%.

Financiële leaseovereenkomsten

Miljoen EUR Gronden en
gebouwen
Installaties,
machines en
uitrustingsgoederen
Totaal
Nettoboekwaarde van fi nanciële leaseovereenkomsten
opgenomen in de vorige tabel
1 2 3
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop - Farma 0 0 0
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC 0 0 0

De boekwaarde van de leaseverplichtingen benadert de reële waarde.

Financiële leaseverplichtingen

miljoen EUR Minimale lease betalingen Contante waarde van de
minimale leasebetalingen
Bedragen te betalen in verband met fi nanciële 2009 2010 2009 2010
leaseovereenkomsten
Binnen 1 jaar 5 1 4 1
Van het 2e
tot het 5e
jaar (inbegrepen)
15 1 13 1
Langer dan 5 jaar 1 0 1 0
Min: toekomstige fi nanciële lasten -3 0 0 0
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop - Farma 0 0 0 0
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC 0 0 0 0
Contante waarde van de minimale leasebetalingen van 18 2 18 2
fi nanciële leaseovereenkomsten
Min: het bedrag te betalen binnen de 12 maanden 4 1
Bedrag te betalen over meer dan 12 maanden 14 1

Operationele leaseverplichtingen

miljoen EUR
2009
2010
Totaal bedrag van de minimale leasebetalingen voor operationele leaseovereenkomsten
69
opgenomen in de winst- en verliesrekening
43
miljoen EUR
2009
2010
Binnen 1 jaar
56
37
Van het 2e tot het 5e jaar (inbegrepen)
129
83
Meer dan 5 jaar
42
35
Totaal bedrag van toekomstige minimale leasebetalingen voor niet-opzegbare operationele
227
leaseovereenkomsten
155

Operationele leaseovereenkomsten betreffen voornamelijk logistieke activa.

(28) Deelnemingen beschikbaar voor verkoop

miljoen EUR 2009 2010
Reële waarde op 1 januari 30 68
Verwerving NBD 12 8
Winsten en verliezen op herwaarderingen van voor verkoop
beschikbare fi nanciële activa
25 -13
Voor verkoop beschikbare deelnemingen verkocht in de loop van het
jaar
-12 0
Bijzondere waardeverminderingen op fi nanciële activa beschikbaar
voor verkoop
0 -1
Overboeking van NBD uit andere deelnemingen 21 0
Andere -5 0
Overboeking naar activa die voor verkoop worden aangehouden -2 0
Reële waarde op 31 december 68 62
Waarvan direct opgenomen in het eigen vermogen 25 11

De waarde van New Business Development werd op 1 januari 2009 van andere deelnemingen (zie hieronder) getransfereerd naar deelnemingen beschikbaar voor verkoop voor EUR 21 miljoen, aangezien ze beantwoorden aan de defi nitie van fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop.

Het verlies op de herwaardering van de fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop (EUR -13 miljoen) is voornamelijk te wijten aan de marktwaardering van AGEAS (vroeger Fortis).

(29) Overige deelnemingen

miljoen EUR
2009
2010
Boekwaarde op 1 januari
187
209
Verkocht in de loop van het jaar
-1
-7
Verworven in de loop van het jaar
96
110
Wijzigingen in consolidatie methode
-21
-5
Wijzigingen in de consolidatiekring
4
0
Overboeking van NBD naar voor verkoop beschikbare deelnemingen
-21
0
Vereffeningen
-18
0
Bijzondere waardeverminderingen
0
-11
Terugneming van bijzondere waardeverminderingen
11
0
Andere
-1
2
Overboeking naar activa die voor verkoop worden aangehouden - Farma
-26
0
Boekwaarde op 1 januari
209
298

In 2010 omvatten de verwervingen voornamelijk de investering in de PVC-entiteit in aanbouw in Rusland (voor EUR -90 miljoen) die geconsolideerd zal worden vanaf 2011. De bijzondere waardeverminderingen betreffen de deelnemingen in de KGE Natriumcarbonaat.

(30) Voorraden

miljoen EUR, op 31 december
2009
2010
Gereed product
536
499
Grondstoffen en benodigdheden
509
357
In bewerking
43
26
Andere voorraden
7
10
Overboeking naar activa die voor verkoop worden aangehouden - Farma
-233
0
Overboeking naar (-) / uit (+) activa aangehouden voor verkoop- PCC
-9
0
Brutototaal
854
891
Waardeverminderingen
-49
-21
Nettototaal
805
870

(31) Voorzieningen

miljoen EUR Personeels
beloningen
Gezondheid,
veiligheid en
leefmilieu
Claims Andere Totaal
Op 31 december 2009 902 424 312 91 1 729
Opnames 131 70 171 53 424
Terugnames -3 -18 -2 -11 -34
Gebruik -117 -26 -41 -21 -206
Disconteringseffect 40 12 0 0 52
Wisselkoersverschillen 7 4 4 1 16
Verwervingen en wijzigingen in de
consolidatiekring
0 0 0 0 0
Vervreemdingen -9 0 -1 -4 -15
Andere 1 0 0 0 1
Op 31 december 2010 952 464 441 109 1 967
Waarvan voorzieningen op korte termijn -80 43 5 15 143

In totaal zijn de voorzieningen gestegen met EUR 238 miljoen (+14%).

De voornaamste gebeurtenissen van 2010 betreffen:

  • De afwikkeling van het geschil rond een intellectuele eigendom met betrekking tot de vervreemding van de HDPE activiteit (EUR 38 miljoen);
  • De opname van voorzieningen voor EUR 177 miljoen om potentiële risico's te dekken naar aanleiding van de verkoop van het Farmaceutische segment waarvoor de Groep aansprakelijk blijft;
  • De verhoging van de voorzieningen voor ontslagvergoedingen voor EUR 68 miljoen met betrekking tot het herstructureringsproject Horizon van de Groep;
  • De verkoop van Inergy Automotive Systems dat de voorzieningen van de Groep verminderde met EUR 15 miljoen.

Het management verwacht dat de voorzieningen als volgt worden opgebruikt (uitstroom van geldmiddelen):

miljoen EUR op 31 december 2010 Tot 5 jaar Tussen 5 en
10 jaar
langer dan 10
jaar
Totaal
Totale voorziening voor gezondheid, veiligheid en
leefmilieu
135 107 222 464
Totale voorziening voor geschillen 379 62 0 441
Totale overige voorzieningen 50 16 43 109
Totaal 564 185 265 1 014

Voorzieningen voor personeelsvergoedingen na uitdiensttreding

De personeelskosten bedroegen EUR 1 339 miljoen in 2010 (EUR 2 016 miljoen in 2009). De voorzieningen voor personeelsbeloningen bedroegen EUR 952 miljoen in 2010 (EUR 902 miljoen in 2009).

Deze voorzieningen zijn vooral bedoeld voor de vergoedingen na uitdiensttreding. Dit gebeurt in het merendeel van de bedrijven van de Groep, ofwel in de geest van de plaatselijke regelgeving en praktijk, ofwel op basis van gevestigde gewoonten die feitelijke verplichtingen meebrengen.

De voorzieningen vergoedingen na uitdiensttreding bedroegen EUR 750 miljoen in 2010 (EUR 765 miljoen in 2009), vóór aftrek van de opgenomen fondsbeleggingen EUR 45 miljoen (EUR 29 miljoen in 2009).

Deze voorzieningen zijn aangelegd op basis van de IFRS-grondslagen voor fi nanciële verslaggeving beschreven in punt 24 van dit jaarverslag en houdt rekening met de geschatte bezoldiging op het moment van de pensionering.

Het saldo omvat voorzieningen voor ontslagvergoedingen (EUR 148 miljoen, EUR 84 miljoen in 2009), voorzieningen voor andere langetermijnpersoneelsbeloningen (EUR 44 miljoen, hetzelfde als in 2009) en voorzieningen voor personeelsbeloningen die niet volgens IAS 19 zijn gewaardeerd (EUR 10 miljoen, EUR 9 miljoen in 2009).

De belangrijkste pensioenregelingen in 2010 zijn die in Duitsland, België, de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk. Sommige vennootschappen bieden een ziekteverzekering of een levensverzekering na uitdiensttreding aan hun personeel of hun rechthebbenden. Ze fi nancieren dit met een verzekeringscontract of dekken de kosten met voorzieningen voor personeelsbeloningen na uitdiensttreding. In 2010 werd de pensioenregeling van Solvay Chemie in Nederland overgedragen aan een verzekeringsmaatschappij en word nu als een toegezegde-bijdragenregeling volgens IAS 19 verwerkt. Op dezelfde manier werd de Braziliaanse toegezegd-pensioenregeling omgezet in een toegezegdebijdragenregeling. De verkoop van Inergy Automotive Systems verminderde de brutoverplichting uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen met EUR 15 miljoen.

Totaal van de verplichtingen voor personeelsbeloningen na uitdiensttreding van de Groep

miljoen EUR 2009
in % Totaal Groep Voor verkoop
aangehouden
(FP)
Totaal zonder
Voor verkoop
aangehouden
Duitsland 24% 17% 28% 30%
België 19% 0% 28% 27%
Verenigde Staten 16% 13% 17% 19%
Frankrijk 6% 4% 7% 8%
Verenigd Koninkrijk 6% 2% 8% 8%
Nederland 24% 60% 6% 2%
Andere landen 5% 3% 6% 6%

De pensioenregelingen worden opgesplitst in toegezegde-bijdragenregelingen en toegezegd-pensioenregeling.

Toegezegde-bijdragenregelingen

De toegezegde-bijdragenregeling is een regeling inzake vergoedingen na uitdiensttreding waarbij de onderneming vaste bijdragen betaalt aan een aparte entiteit of fonds, overeenkomstig de bepalingen van de regeling. Wanneer de bijdragen betaald zijn, heeft de onderneming geen bijkomende verplichtingen meer. In 2010 bedraagt het totaal van de bijdragen opgenomen in de winst- en verliesrekening EUR 18 miljoen (EUR 31 miljoen in 2009 met inbegrip van de beëindigde bedrijfsactiviteiten).

Toegezegde pensioenregelingen

Regelingen die niet onder de toegezegde-bijdragenregeling vallen, behoren tot de toegezegd-pensioenregeling. Deze regelingen worden ofwel van buitenaf gefi nancierd door pensioenfondsen of verzekeringsmaatschappijen (gefi nancierde regeling), ofwel gefi nancierd binnen de Groep (niet-gefi nancierde regeling). Voor de voornaamste pensioenregelingen wordt jaarlijks een actuariële evaluatie uitgevoerd door onafhankelijke actuarissen.

In de winst- en verliesrekening werden volgende bijdragen opgenomen in verband met deze regelingen:

Voortgezette
Activiteiten
Beëindigde
Bedrijfsactiviteiten
(FP)
Totaal Groep
miljoen EUR 2009 2010 2009 2010 2009 2010
Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten:
werkgever
24 25 14 0 38 25
Rentekosten 81 76 40 0 121 76
Verwacht rendement op fondsbeleggingen -34 -35 -31 0 -65 -35
Afschrijvingen van netto actuariële verliezen / winsten (-) 20 10 5 0 25 10
Impact van de wijziging in het maximaal bedrag van het
opgenomen actief - lopend jaar
1 -2 0 0 1 -2
Pensioenkosten van verstreken diensttijd opgenomen in
lopend jaar
-1 -1 -1 0 -2 -1
Verlies / winst (-) als gevolg van belangrijke inperkingen
of afwikkelingen van regelingen
-5 3 0 0 -5 3
Netto last - Toegezegd-pensioenregeling 86 77 27 0 113 77

De kost van deze pensioenregelingen wordt in de winst- en verliesrekening opgenomen ofwel als verkoopskosten, als commerciële en administratieve kosten, als kosten voor onderzoek & ontwikkeling, of nog als overige operationele opbrengsten en -kosten en in niet-recurrente bestanddelen.

Vergeleken met 2009 is de kost voor de voortgezette bedrijfsactiviteiten gedaald van EUR 86 miljoen tot EUR 77 miljoen (EUR -9 miljoen), voornamelijk door eenmalige inperkingen van de actuariële verliezen op de IPCS regeling in Frankrijk in 2009 (EUR -8 miljoen).

In de balans zijn volgende bedragen opgenomen in verband met toegezegd-pensioenregelingen:

miljoen EUR 2009 2010
Totaal
Groep
Voor verkoop
aangehouden
(FP)
Totaal zonder
Voor verkoop
aangehouden
Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen -
gefi nancierde regelingen
1 606 623 982 901
Reële waarde van fondsbeleggingen - einde periode -1 239 -599 -640 -621
Financieringstekort voor gefi nancierde plannen 367 24 343 281
Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen -
niet gefi nancierde regelingen
738 165 574 610
Financieringstekort 1 105 189 917 890
Niet opgenomen actuariële winsten / verliezen (-) -314 -120 -194 -195
Niet opgenomen pensioenkosten van verstreken
diensttijd
18 9 9 8
Niet als activa opgenomen, tengevolge van het
vastleggen van een maximumbedrag voor de activa
4 0 4 2
Nettoverplichting (nettoactief) in de balans 813 77 735 705
Verplichting opgenomen in de balans 945 181 765 750
Actief opgenomen in de balans -133 -103 -29 -45

Ondanks de stijging van de niet-gefi nancierde regelingen (EUR +36 miljoen) is de fi nancieringssituatie voor de regelingen na uitdiensttreding voor voortgezette bedrijfsactiviteiten (totale verplichtingen min de fondsbeleggingen) verslechterd met EUR -27 miljoen, door enerzijds een vermindering van de brutoverplichting uit hoofde van gefi nancierde pensioenregelingen (EUR -81 miljoen) en anderzijds een kleinere beperking van de fondsbeleggingen (EUR -19 miljoen).

De brutoverplichtingen uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen evolueerde als volgt:

120
miljoen EUR 2009 2010
Totaal Groep Voor verkoop
aangehouden
(FP)
Totaal zonder
Voor verkoop
aangehouden
Verplichtingen voor toegezegd
pensioenregelingen bij aanvang periode
2 232 747 1 485 1 556
Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten:
werkgever
38 14 24 25
Rentekosten 121 40 81 76
Reële bijdrage van de werknemer 7 4 3 3
Wijziging van de regeling -5 0 -6 0
Verwervingen / vervreemdingen (-) 0 0 0 -15
Belangrijke inperkingen van regelingen -12 0 -12 -3
Afwikkeling van regelingen 0 0 0 -81
Actuariële verliezen / winsten (-) 108 21 87 33
Betaalde voordelen -134 -34 -100 -102
Andere -11 -4 -7 19
Verplichtingen voor toegezegd
pensioenregelingen bij einde periode
2 344 788 1 556 1 511
Verplichtingen toegezegd-pensioenregelingen -
gefi nancierde regelingen
1 606 623 982 901
Verplichtingen toegezegd-pensioenregelingen -
niet-gefi nancierde regelingen
738 165 574 610

Het actuariële verlies van EUR 33 miljoen is voornamelijk te wijten aan disconteringsvoeten.

De verkoop van Inergy Automotive Systems heeft de brutoverplichting verminderd met EUR -15 miljoen (vervreemding). De overdracht van de pensioenregeling van Solvay Chemie in Nederland aan een verzekeringsmaatschappij en de omzetting van een Braziliaanse toegezegd-pensioenregeling resulteerden in een nettovermindering van EUR 84 miljoen.

De reële waarde van de fondsbeleggingen evolueerde als volgt:

miljoen EUR 2009
Totaal Groep Voor verkoop
aangehouden
(FP)
Totaal zonder
Voor verkoop
aangehouden
Reële waarde van fondsbeleggingen bij aanvang
periode
1 049 499 550 640
Verwacht rendement op fondsbeleggingen 65 31 34 35
Actuariële winst / verlies (-) 95 40 55 19
Reële bijdrage van de werkgever / directe betaalde
voordelen
159 60 99 105
Reële bijdrage van de werknemer 7 4 3 3
Verwervingen / Vervreemdingen (-) 0 0 0 -5
Afwikkeling van regelingen 0 0 0 -92
Betaalde voordelen -134 -34 -100 -102
Andere -3 -1 -2 17
Reële waarde van de fondsbeleggingen bij einde
periode
1 239 599 640 621
Reëel rendement van de fondsbeleggingen 160 71 89 54

Het actuele rendement op de fondsbeleggingen was lager dan in 2009 (EUR 54 miljoen tegen EUR 89 miljoen in 2009) door de vermindering van de fondsbeleggingen (overdracht van de fondsbeleggingen van Solvay Chemie NL en van de Braziliaanse activa aan een verzekeringsmaatschappij voor -92 miljoen en de vervreemding van de fondsbeleggingen van Inergy Automotive Systems voor EUR -5 miljoen) en een lager rendement op de bestaande fondsbeleggingen.

Wijzigingen in de nettoverplichtingen gedurende de periode:

miljoen EUR 2010
Totaal Groep Voor verkoop
aangehouden
(FP)
Totaal zonder
Voor verkoop
aangehouden
Opgenomen nettobedrag bij aanvang periode 862 113 749 735
Nettokosten - toegezegd-pensioenregelingen 113 27 86 77
Reële bijdrage van de werkgever / directe betaalde
voordelen
-159 -60 -99 -105
Impact van verwervingen / vervreemdingen 0 0 0 -6
Wijziging in de consolidatiekring 0 0 0 0
Wisselkoersverschillen -3 -1 -2 3
Andere -1 -2 1 0
Opgenomen nettobedrag op einde periode 813 77 735 705

De nettoverplichting daalde naar EUR 705 miljoen.

De vervreemding van de nettoverplichting naar aanleiding van de verkoop van Inergy Automotive Systems bedraagt EUR -6 miljoen.

Er werden bijkomende bijdragen betaald voor herstelplannen in de Verenigde Staten (EUR 36 miljoen = USD 48 miljoen) en in Nederland (EUR 3 miljoen).

Actuariële veronderstelling gebruikt voor de bepaling van de brutoverplichting per 31 december

Deze veronderstellingen zijn niet segmentspecifi ek.

Eurozone Europa (andere) USA Overige
2009 2010 2009 2010 2009 2010 2009 2010
Disconteringsvoet 5% 4,75% 3,25% - 6,2% 3% - 6,2% 5,75% 5,5% 8,6% - 9,7% 9,72%
Verwachte
toekomstige
loonsverhogingen
3% -4,5% 3% - 4,5% 2% - 5% 2% - 5% 5% 4,5% 5,5% - 6,6% 6,6%
Verwachte
toekomstige
pensioenverhogingen
0% - 2% 0% - 2% 0% - 3,25% 0% - 3,25% n.b. n.b. n.b. n.b.
Verwachte aangroei
medische uitgaven
0% - 2% 0% - 2% n.b. n.b. 5% - 8% 5% - 7,5 7,1% 7,12%

Actuariële veronderstellingen gebruikt voor de bepaling van de jaarlijkse kost

Deze veronderstellingen zijn niet segmentspecifi ek.

Eurozone Europa (andere) USA Overige
2009 2010 2009 2010 2009 2010 2009 2010
Disconteringsvoet 5,5% 5% 3,5% - 6,25% 3,25% - 6,2% 5,75% 5,75% 8,6% - 9,72% 9,72%
Verwachte
toekomstige
loonsverhogingen
3% -4,5% 3% - 4,5% 2% - 5% 2% - 5% 5% 4,5% 5,5%-6,6% 6,6%
Verwacht rendement
op lange termijn op
fondsbeleggingen
4,5% - 6% 5% - 6% 3,5% - 5,9% 3,5% - 5,9% 7,5% 7,5% 8,5% - 9,72% 9,72%
Verwachte
toekomstige
pensioenverhogingen
0% - 2% 0% - 2% 0% - 3,1% 0% - 3,25% n.b. n.b. n.b. n.b.
Verwachte aangroei
medische uitgaven
0% - 2% 0% - 2% n.b. n.b. 5% - 8% 5% - 8% 7,1% 7,12%

De voornaamste categorieën van fondsbeleggingen zijn:

2009 2010
Aandelen
41%
48%
Obligaties
50%
46%
Vastgoed
2%
1%
Andere activa
6%
5%

Waarvan beëindigde bedrijfsactiviteiten:

2009 2010
Aandelen
41%
0%
Obligaties
53%
0%
Vastgoed
3%
0%
Andere activa
3%
0%

Financiën

123

Wat de geïnvesteerde fondsbeleggingen betreft, dient het volgende opgemerkt te worden:

  • deze activa bevatten geen directe investering in aandelen van de Solvay-groep of in vastgoed of andere door Solvay bezette of gebruikte activa. Dit wil niet zeggen dat er geen Solvay-aandelen kunnen opgenomen zijn in investeringen zoals gemeenschappelijke beleggingsfondsen;
  • het verwachte rendement wordt op lokaal niveau bepaald met de hulp van een lokale actuaris. Het wordt bepaald op basis van de "building block approach" die rekening houdt met de infl atie op lange termijn en het verwachte langetermijnrendement voor elke categorie van fondsbeleggingen.

De Groep verwacht dat hij voor de toegezegd-pensioenregeling in 2011 een cashbedrag van EUR 70 miljoen aan bijdragen zal dienen te betalen (EUR 100 miljoen EUR indien men de toegezegde-bijdragen meerekent), vergeleken met EUR 105 miljoen voor 2010 (EUR 123 miljoen indien men de toegezegde-bijdragen meerekent).

De veronderstellingen gemaakt betreffende medische uitgaven hebben een invloed op de bedragen opgenomen in de winst- en verliesrekening. De gevoeligheid voor een wijziging in de verwachte stijgingspercentages van de medische uitgaven is als volgt:

miljoen EUR 1 % stijging 1 % daling
Impact op de cumulatieve aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten en
rentekosten
1 -1
Impact op de verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen 9 -8

De historiek van de toegezegd-pensioenregelingen:

Miljoen EUR 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Verplichtingen in toegezegd
pensioenregelingen
2 471 2 491 2 355 2 232 2 344 1 511
Fondsbeleggingen -1 232 -1 298 -1 341 -1 049 -1 239 -621
Tekort / surplus (-) 1 239 1 193 1 013 1 183 1 105 890
Ervaringsaanpassingen in de
verplichtingen van de regelingen
n.b. -14 -12 6 22 -3
Ervaringsaanpassingen aan de
fondsbeleggingen
n.b. -36 6 336 -95 -20

Waarvan de historische evolutie van de medische regelingen na uitdiensttreding:

Miljoen EUR 2005 2006 2007 2008 2009 2010
Verplichtingen in toegezegd
pensioenregelingen
125 134 130 99 75 74
Ervaringsaanpassingen in de
verplichtingen van de regelingen
n.b. -3 2 0 -1 12

Voorzieningen voor gezondheid, veiligheid en leefmilieu na overdracht van verplichtingen verbonden aan activa die voor verkoop worden aangehouden

Deze voorzieningen bedragen EUR 464 miljoen, tegen EUR 424 miljoen op het einde van 2009.

Het gaat hier om de dekking van risico's en lasten op de volgende belangrijke gebieden:

  • mijnen en proefboringen, voor zover de wetgeving en/of exploitatievergunningen in verband met mijnen en proefboringen in de verplichting tot schadevergoeding aan derden voorzien. Deze voorzieningen die samengesteld worden op basis van opgedane expertise ter plaatse, dienen binnen een periode van 10 à 20 jaar te kunnen worden aangewend;
  • voorzieningen in verband met het stopzetten van elektrolyse op basis van kwik: de te verwachten spreiding van de uitgaven hangt af van de geplande herbestemming, van nationale regelgeving in verband met vervuilde bodems en de besmettingsgraad van bodem en grondwater en hoe die evolueert; de meeste van deze voorzieningen zullen uiterlijk in de komende periode van 10 à 20 jaar aanwendbaar moeten zijn;
  • dijken, stortplaatsen en terreinen: de voorzieningen betreffen hier vooral dijken zoals aangelegd in sodafabrieken, de oude dijken van kalkputten en ook terreinen en stortplaatsen gebruikt voor de activiteiten op bepaalde industriële sites; voor deze voorzieningen geldt dat ze aanwendbaar dienen te zijn binnen een periode gaande van 1 tot 20 jaar;
  • asbest: een programma voor de verwijdering van dit materiaal is in uitvoering; de voorzieningen voor de verwijderingswerkzaamheden en met asbest gelieerde beroepsziekten dienen aanwendbaar te zijn in een periode van 1 tot 15 jaar vanaf heden.

De geschatte bedragen worden aangepast afhankelijk van de datum waarop de vergoedingen waarschijnlijk zullen dienen te worden betaald. De voorzieningen worden elk jaar geactualiseerd, maar ook aangepast omdat men rekening houdt met naderende vervaldata.

Voorzieningen voor geschillen na overdracht van verplichtingen verbonden aan activa die voor verkoop worden aangehouden

De voorzieningen voor geschillen bedragen EUR 441 miljoen op het einde van 2010 tegen EUR 312 miljoen op het einde van 2009.

De voornaamste gebeurtenissen van 2010 zijn:

  • De afwikkeling van het geschil rond een intellectuele eigendom met betrekking tot de vervreemding van de HDPE activiteit (EUR 38 miljoen, USD 50 miljoen);
  • De opname van voorzieningen voor EUR 143 miljoen om potentiële risico's te dekken naar aanleiding van de verkoop van het Farmaceutische segment waarvoor de Groep aansprakelijk blijft.

De voornaamste voorziening dient eind 2010 voor de dekking van de fi nanciële gevolgen van de boete van 193 miljoen EUR opgelegd door de Europese autoriteiten wegens inbreuk op de concurrentieregels op het gebied van de peroxideproducten, waartegen de Solvay-groep beroep heeft aangetekend, en in bijkomende orde de fi nanciële gevolgen van burgerrechterlijke klachten die hiermee verband houden.

Andere voorzieningen na overdracht van verplichtingen verbonden aan activa die voor verkoop worden aangehouden

Andere voorzieningen, opgezet om specifi eke risico's te dekken zoals de verplichtingen die te maken hebben met de sluiting of verkoop van activiteiten, belopen EUR 109 miljoen, tegen EUR 91 miljoen op het einde van 2009.

Verzekeringsbeleid van de Groep

Het beleid van de Solvay-groep bestaat erin enkel een beroep te doen op verzekeringen voor de zeer grote risico's, voor de gevallen waar de dekking verplicht is en ook telkens wanneer een verzekering voor Solvay de beste fi nanciële oplossing is.

Financiën

De Groep handhaaft en ontwikkelt aangepaste dekking van verzekerbare risico's als onderdeel van een beleid dat er naar streeft de fi nanciële gevolgen te beperken van risico's die wel eens werkelijkheid zouden kunnen worden.

In 2009 werd het totale pakket aan verzekeringsafspraken vernieuwd, met als resultaat een betere risicodekking en een verlaging van de premies. De verzekeringsmarkt voor burgerlijke aansprakelijkheid blijft moeilijk voor bedrijven die farmaceutische producten verkopen, wat ook blijkt uit de dekking en de hoogte van de premies van het Solvayverzekeringsprogramma in verband met de afwikkeling van de verkoop aan Abbott.

(32) Nettoschuld

De nettoschuld van de Groep is het saldo van de fi nanciële schulden en de overige vlottende vorderingen – fi nanciële instrumenten en de geldmiddelen en kasequivalenten. Ze eindigde op een positieve netto fi nanciële positie van EUR 2 902 miljoen (thesaurie surplus) vergeleken met een nettoschuldpositie van EUR 1 333 miljoen op het einde van 2009, voornamelijk door de cash ontvangsten van de verkoop van de Farmaceutische activiteiten (EUR 4,5 miljard) en van Inergy Automotive Systems (EUR 268 miljoen).

miljoen EUR
2009
2010
Financiële schulden
2 820
2 802
- Overige vlottende vorderingen - Financiële instrumenten
0
-3 701
- Geldmiddelen en kasequivalenten
-1 486
-2 003
Nettoschuld
1 333
-2 902

Verplichtingen (+) / Activa (-)

Twee kredietbeoordelingagentschappen hebben de langetermijnrating voor Solvay bevestigd op A- (stabiele vooruitzichten) bij Standard & Poors en A3 (ongunstige vooruitzichten) bij Moody's.

Financiële schulden

De fi nanciële schulden zijn gedaald van EUR 2 820 miljoen in 2009 tot EUR 2 802 miljoen in 2010, met geen belangrijke wijzigingen te vermelden in de opsplitsing van de schulden.

miljoen EUR
2009
2010
Achtergestelde leningen
503
503
Obligatieleningen
1 479
1 481
Langlopende fi nanciële leaseverplichtingen
14
1
Langlopende schulden bij fi nanciële instellingen
524
498
Overige langlopende schulden
115
108
Binnen 12 maanden verschuldigd bedrag (opgenomen onder schuld op korte termijn)
42
109
Overige kortlopende leningen (met inbegrip van de negatieve banksaldi)
143
103
Financiële schulden (kort- en langlopend)
2 820
2 802

Leningen en kredietlijnen

De belangrijkste leningen doe na 2010 afl open zijn:

Miljoen EUR (behalve waar anders vermeld) Einde
looptijd
Bedrag Coupon
Uitgifte EMTN obligaties door Solvay nv (België) 2 014 500 4,99%
2 018 500 300 4,75%
200 tap issue 5,71%
Retailobligaties uitgegeven door Solvay nv (België) 2 015 500 5,01%
Diep achtergestelde schuld uitgegeven door Solvay
Finance SA (Frankrijk) met de steun van Solvay nv
(België)
2 104 500 (*) 6,375%
Kredietfaciliteit bij de Europese Investeringsbank 2 016 300 3,90%
SolVin (Duitsland) 2 012 120 niet aangegeven
Pipelife (Oostenrijk: belang Solvay 50%) 2 012 165 100% niet aangegeven
Solvay Sodi (Bulgarije: belang Solvay 75%) 2 015 80 (1) niet aangegeven
Solvay Indupa do Brazil 2 014 221 (2) niet aangegeven

(1) waarvan het equivalent van EUR 20 miljoen in BGN (2) BRL miljoen

Er is geen wanbetaling op de hierboven vermelde fi nanciële schulden.

Er zijn ook geen covenanten bij Solvay nv en de fi nanciële vehikels van Solvay holding.

(*) De kredietbeoordelingagentschappen Moody's en Standard & Poors beoordelen haar als 50% eigen vermogen en 50% schuld. Volgens de IFRS-normen is dit echter 100% schuld. Deze schuld is ondergeschikt aan andere schulden van de Groep en staat genoteerd in Luxemburg. De uitbetaalde coupon heeft een vast tarief gedurende de eerste tien jaren. In 2016 wordt de coupon vlottend en wordt hij driemaandelijks tegen het Euribor-tarief, verhoogd met een marge van 335 basispunten tot de vervaldatum in 2104. Solvay heeft een terugkoopoptie a pari met de uitgifte vanaf 2016. De emittent beschikt over een optie om de coupon eventueel niet te betalen, volgens de regels van het overdrachtmechanisme van de coupon.

Reële waarde van de langlopende schulden

Het management beoordeelt dat de reële waarde van de schuld met variabele rentevoet (EUR 501 miljoen) niet signifi cant verschilt van de nominale waarde (EUR 501 miljoen – zie eveneens toelichting 33 met betrekking tot het beheer van het renterisico).

De reële waarde van de schulden van de Groep met vaste rentevoet op het einde van 2010 is als volgt:

2010
Miljoen EUR Nominaal
bedrag
Reële
waarde
Einde
looptijd
Door
zekerheid
gedekt
EMTN 500 535 2 014 Neen
EMTN 500 541 2 018 Neen
Retail 500 542 2 015 Neen
Europese Investeringsbank 300 317 2 016 Neen
Hybride 500 512 2 104 Neen
Totaal 2 300 2 447

De reële waarde is gebaseerd op de genoteerde marktprijs op het einde van 2010. De langlopende schulden worden gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs.

Overige vlottende vorderingen – fi nanciële instrumenten en Geldmiddelen en kasequivalenten

De ontvangsten uit de verkoop van de Farmaceutische activiteiten en de verkoop van Inergy Automotive Systems werden tijdelijk belegd in kortlopende overheidsobligaties (Duitsland, Frankrijk, Nederland, België) (ongeveer 80%) en in thesaurieinstrumenten met de hoogste waardering (ongeveer 20%). Een geldbeleggingsprogramma in eigen aandelen werd gelanceerd voor maximaal 5,1 miljoen aandelen (6% van het uitgegeven kapitaal) (zie ook toelichting 23a).

Er zijn 3 categorieën fi nanciële instrumenten:

  • Geldmarktfondsen (Money Market Funds (MMF)) (overige vlottende vorderingen fi nanciële instrumenten),
  • Obligaties en thesauriebewijzen op meer dan 3 maanden (overige vlottende vorderingen fi nanciële instrumenten),
  • Obligaties en thesauriebewijzen op minder dan 3 maanden (geldmiddelen en kasequivalenten).

De obligaties en de thesauriebewijzen werden opgesplitst op basis van hun looptijd.

Overige vlottende vorderingen – fi nanciële instrumenten:

miljoen EUR Classifi catie 2009 2010
Geldmarktfondsen (Money Market Fund) Activa beschikbaar voor
verkoop
0 1 097
Obligaties en tresauriebewijzen op meer dan 3 maanden Activa aangehouden tot
einde looptijd
0 2 604
Overige vlottende vorderingen - Financiële instrumenten 0 3 701

De onderliggende instrumenten in de geldbeleggingsfondsen (MMF) worden dagelijks gewaardeerd, maar ze worden zo beheerd dat de totale waarde van het netto-actief van elk fonds stabiel is.

Het management heeft ervoor gekozen om de obligaties en thesauriebewijzen op meer dan 3 maanden te beschouwen als fi nanciële activa aangehouden tot einde looptijd, die niet aan de marktwaardering zijn onderworpen.

Geldmiddelen en kasequivalenten bedroegen EUR 2 003 miljoen op het einde van 2010, waarvan EUR 905 miljoen obligaties en thesauriebewijzen op minder dan 3 maanden.

miljoen EUR
2009
2010
Aandelen
23
23
Vastrentende effecten
16
8
Termijndeposito's
244
239
Obligaties en thesauriebewijzen op minder dan 3 maanden
0
905
Geldmiddelen
1 203
827
Geldmiddelen en kasequivalenten
1 486
2 003

De aandelen vermeld in de tabel hierboven omvatten beleggingen in geldbeleggingsfondsen. De boekwaarde is de reële waarde van de aandelen, de vastrentende effecten en termijndeposito's.

Het management heeft ervoor gekozen om de obligaties en thesauriebewijzen op minder dan 3 maanden te beschouwen als fi nanciële activa aangehouden tot einde looptijd, die niet aan de marktwaardering zijn onderworpen.

(33) Financiële instrumenten en het beheer van fi nanciële risico's

Overzicht van de fi nanciële instrumenten

De volgende tabel geeft een overzicht van de boekwaarden van alle fi nanciële instrumenten volgens aard en volgens waarderingscategorie zoals gedefi nieerd door IAS 39 – Financiële instrumenten: opname en waardering.

2009 2010
miljoen EUR Boekwaarde Boekwaarde
Financiële activa aangehouden voor handelsdoeleinden 0 0
Afgeleide instrumenten aangewezen in afdekkingsrelaties 3
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop - New Business
Development / AGS (vroeger Fortis)
68 62
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop - Geldmarktfondsen (*) 0 1 097
Activa aangehouden tot einde looptijd - Obligaties en
thesauriebewijzen op meer dan 3 maanden (*)
0 2 604
Aangehouden tot einde looptijd - Geldmiddelen en
kasequivalenten - Obligaties en thesauriebewijzen op minder
dan 3 maanden
0 905
Geldmiddelen en kasequivalenten, zonder obligaties en
thesauriebewijzen op minder dan 3 maanden
1 486 1 098
Leningen en vorderingen (inclusief handelsvorderingen,
leningen en andere activa op lange termijn, behalve de
overschotten van het pensioenfonds)
1 495 2 029
Totaal Financiële activa 3 050 7 798
Financiële verplichtingen aangehouden voor handelsdoeleinden -4 -7
Afgeleide instrumenten aangewezen in afdekkingsrelaties 0 -1
Financiële verplichtingen gewaardeerd tegen geamortiseerde
kostprijs (inclusief fi nanciële schulden op lange termijn,
overige verplichtingen op lange termijn, fi nanciële schulden op
korte termijn, handelsschulden en de te betalen dividenden
opgenomen in overige kortlopende verplichtingen
-3 778 -4 438
Financiële leaseverplichtingen -18 -2
Totaal Financiële verplichtingen -3 800 -4 448

(*) Het totale bedrag komt overeen met 'overige vlottende vorderingen - Financiële instrumenten' op de balans (EUR 3 701 miljoen)

Reële waarde van fi nanciële instrumenten

1. Reële waarde van fi nanciële instrumenten gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs

2009 2010
miljoen EUR Boekwaarde Reële waarde Boekwaarde Reële waarde
Activa aangehouden tot einde looptijd -
Obligaties en thesauriebewijzen op meer dan
3 maanden
0 0 2 604 2 604
Aangehouden tot einde looptijd -
Geldmiddelen en kasequivalenten - Obligaties
en thesauriebewijzen op minder dan 3
maanden
0 0 905 905
Geldmiddelen en kasequivalenten, zonder
obligaties en thesauriebewijzen op minder
dan 3 maanden
1 486 1 486 1 098 1 098
Leningen en vorderingen (inclusief
handelsvorderingen, leningen en andere activa
op lange termijn, behalve de overschotten van
het pensioenfonds )
1 495 1 495 2 029 2 029
Financiële leasevorderingen 0 0 0 0
Totaal Financiële activa 2 982 2 982 6 636 6 636
Financiële verplichtingen gewaardeerd
tegen geamortiseerde kostprijs (inclusief
fi nanciële schulden op lange termijn, overige
verplichtingen op lange termijn, fi nanciële
schulden op korte termijn, handelsschulden
en de te betalen dividenden opgenomen in
overige kortlopende verplichtingen)
-3 778 -3 883 -4 438 -4 608
Financiële leaseverplichtingen -18 -18 -2 -2
Totaal Financiële verplichtingen -3 796 -3 901 -4 440 -4 610

De nieuwe activiteit van Solvay New Business Development (NBD) heeft een Corporate Venturing portefeuille opgebouwd bestaande uit rechtstreekse investeringen in startende ondernemingen en investeringen in risicokapitaalfondsen. Al deze investeringen hebben betrekking op de NBD platformen. Ze worden allemaal gewaardeerd tegen de reële waarde volgens de waarderingsrichtlijnen gepubliceerd door de European Private Equity and Venture Capital Association.

De reële waarden van fi nanciële activa en fi nanciële verplichtingen met standaardbepalingen en voorwaarden en verhandeld op liquide markten zijn genoteerde marktprijzen.

De reële waarden van afgeleide instrumenten worden berekend door middel van genoteerde prijzen. Waar zulke prijzen niet beschikbaar zijn, wordt een contantewaardeberekening uitgevoerd gebruik makend van de relevante rendementscurve voor de looptijd van de instrumenten voor niet-optionele derivaten, en optiewaarderingsmodellen voor optionele derivaten.

Wisseltermijncontracten worden gewaardeerd op basis van de genoteerde termijnwisselkoersen en de rendementscurven die afgeleid zijn van genoteerde rentevoeten met gelijkaardige looptijden.

Jaarverslag Solvay 2010

Renteswaps worden gewaardeerd tegen de contante waarde van de geschatte toekomstige kasstromen en gedisconteerd op basis van de relevante rendementscurven afgeleid van de genoteerde rentevoeten.

Vast-voor-vlottend energieswaps worden gewaardeerd op basis van genoteerde termijnenergieprijzen en rendementscurven die afgeleid zijn van genoteerde rentevoeten met gelijkaardige looptijden.

De reële waarden van andere fi nanciële activa en verplichtingen (behalve deze beschreven hierboven) worden bepaald in overeenstemming met de algemeen aanvaarde waarderingsmodellen op basis van de contante-waardeberekening. Meer specifi ek, belangrijke veronderstellingen gebruikt voor de bepaling van de reële waarde op de volgende fi nanciële activa en verplichtingen worden hieronder beschreven.

3. Financiële instrumenten gewaardeerd tegen reële waarde op de geconsolideerde balans

130

De volgende tabel geeft een overzicht van de fi nanciële instrumenten die gewaardeerd worden tegen reële waarde na initiële opname, gegroepeerd in niveaus 1 tot 3, volgens de mate waarin de reële waarde kan vastgesteld worden:

  • Niveau 1 zijn deze afgeleid van genoteerde (niet bijgestelde) prijzen op actieve markten voor identieke activa en passiva; • Niveau 2 zijn deze afgeleid van andere elementen dan de genoteerde prijzen op niveau 1, en die vast te stellen zijn voor activa en passiva, ofwel direct (dit betekent aan de hand van de prijzen), ofwel indirect (dit wil zeggen afgeleid van de prijzen); en
  • Niveau 3 zijn afgeleid van waarderingstechnieken waaronder inputs voor activa en passiva die niet gebaseerd zijn op waarneembare marktgegevens (niet-waarneembare inputs).

Financiën

miljoen EUR Niveau 1 2009 (zonder Farma)
Niveau 2
Niveau 3 Totaal
Financiële activa aangehouden voor handelsdoeleinden
- Afgeleide fi nanciële activa
° Wisselcontracten en swaps
° Wisselopties
° Renteswaps
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend)
° Swaps en forward contracten van CO2
certifi caten
- Niet-afgeleide fi nanciële activa
Afgeleide instrumenten aangewezen in afdekkingsrelaties
° Wisselcontracten en swaps
° Wisselopties
° Renteswaps
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend)
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop
- New Business Development 27 27
- AGEAS (vroeger Fortis) 41 41
- Overige vlottende vorderingen - fi nanciële instrumenten
(Geldmarktfondsen)
Totaal Financiële activa 41 27 68
Financiële verplichtingen aangehouden voor handelsdoeleinden
- Afgeleide fi nanciële verplichtingen
° Wisselcontracten en swaps -4 -4
° Wisselopties
° Renteswaps
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend)
° Swaps en forward contracten van CO2
certifi caten
- Niet-afgeleide fi nanciële verplichtingen
Afgeleide instrumenten aangewezen in afdekkingsrelaties
° Wisselcontracten en swaps
° Wisselopties
° Renteswaps
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend)
Totaal Financiële verplichtingen -4 -4
2010
miljoen EUR Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal
Financiële activa aangehouden voor handelsdoeleinden
- Afgeleide fi nanciële activa
° Wisselcontracten en swaps
° Wisselopties
° Renteswaps
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend)
° Swaps en forward contracten van CO2
certifi caten
- Niet-afgeleide fi nanciële activa
Afgeleide instrumenten aangewezen in afdekkingsrelaties
° Wisselcontracten en swaps 1 1
° Wisselopties
° Renteswaps
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend) 2 2
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop
- New Business Development 35 35
- AGEAS (vroeger Fortis) 27 27
- Overige vlottende vorderingen - fi nanciële instrumenten
(Geldmarktfondsen)
1 097 1 097
Totaal Financiële activa 1 124 3 35 1 162
Financiële verplichtingen aangehouden voor handelsdoeleinden
- Afgeleide fi nanciële verplichtingen
° Wisselcontracten en swaps -9 -9
° Wisselopties
° Renteswaps
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend)
° Swaps en forward contracten van CO2
certifi caten
1 1
- Niet-afgeleide fi nanciële verplichtingen
Afgeleide instrumenten aangewezen in afdekkingsrelaties
° Wisselcontracten en swaps -1 -1
° Wisselopties
° Renteswaps
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend)
Totaal Financiële verplichtingen -8 -8

De categorie "fi nanciële activa aangehouden voor handelsdoeleinden" omvat gewoonlijk fi nanciële instrumenten zoals "average rate options", die gebruikt worden voor het beheer van het valutarisico, maar die niet als dusdanig gedocumenteerd worden opdat ze kunnen verwerkt worden als afdekkingsinstrumenten.

Aansluiting van de fi nanciële instrumenten in waarderingsniveau 3:

2009 (zonder Farma)
miljoen EUR Tegen reële waarde met
waardeveranderingen in de
winst- en verliesrekeningen
Beschikbaar voor verkoop Totaal
Derivaten Niet
derivaten
Aandelen Andere
Openingssaldo op 1 januari 0 0
Totale winsten of verliezen -6 -6
- Opgenomen in de winst- en
verliesrekening
-5 -5
- Opgenomen in de andere elementen
van het totaalresultaat
-1 -1
Verwervingen 12 12
Vervreemdingen 0 0
Herclassifi catie van investeringen in
geassocieerde deelnemingen naar
fi nanciële activa beschikbaar voor
verkoop
21 21
Herclassifi catie uit niveau 3 0 0
Afgeleide instrumenten aangewezen in
afdekkingsrelaties
0 0
Eindsaldo op 31 december 27 27
2010
Tegen reële waarde met
waardeveranderingen in de
winst- en verliesrekeningen
Beschikbaar voor verkoop Totaal
miljoen EUR Derivaten Niet
derivaten
Aandelen Andere
Openingssaldo op 1 januari 27 27
Totale winsten of verliezen 0 0
- Opgenomen in de winst- en
verliesrekening
0 0
- Opgenomen in de andere elementen
van het totaalresultaat
0 0
Verwervingen 8 8
Vervreemdingen 0 0
Herclassifi catie van investeringen in
geassocieerde deelnemingen naar
fi nanciële activa beschikbaar voor
verkoop
0 0
Herclassifi catie uit niveau 3 0 0
Afgeleide instrumenten aangewezen in
afdekkingsrelaties
0 0
Eindsaldo op 31 december 35 35

De totale winsten of verliezen met betrekking tot activa aangehouden per einde van het boekjaar bedragen EUR 0 miljoen (2009: EUR -6 miljoen). De totale winsten of verliezen voor het boekjaar opgenomen in de winst- en verliesrekening worden gepresenteerd onder "winsten/verliezen uit deelnemingen beschikbaar voor verkoop".

De totale winsten of verliezen voor het boekjaar opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat hebben betrekking op activa aangehouden per einde boekjaar. De totale winsten of verliezen voor het boekjaar opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat worden gepresenteerd onder "winsten/verliezen uit de herwaardering van fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop".

Opbrengsten en kosten op fi nanciële instrumenten opgenomen in de winst- en verliesrekening en in eigen vermogen

Opbrengsten en kosten op fi nanciële instrumenten zijn als volgt:

Voortgezette
activiteiten
Beëindigde Miljoen
EUR
Bedrijfsactiviteiten
(FP)
Totaal
Groep
miljoen EUR 2009 2010 2009 2010 2009 2010
Opgenomen in de winst- en verliesrekening
Herclassifi catie vanuit eigen vermogen van
wijzigingen in de reële waarde met betrekking tot de
kasstroomafdekking van de wisselkoersen per december
2009 (zie volgend tabel)
17 0 -8 -1 10 -1
Wijziging in de reële waarde met betrekking tot de
kasstroomafdekking van de wisselkoersen in 2010
-12 -7 16 0 4 -7
Herclassifi catie vanuit eigen vermogen van wijzigingen in de
reële waarde met betrekking tot de kasstroomafdekking van
de energieprijzen per december 2009 (zie volgend tabel)
0 1 0 0 0 1
Wijziging in de reële waarde met betrekking tot de
kasstroomafdekking van de energieprijzen in 2010
0 1 0 0 0 1
Opgenomen in de brutowinst 5 -5 8 -1 14 -6
Interesten op leningen en vorderingen 2 2 4 0 6 2
Wijzigingen in de reële waarde van fi nanciële instrumenten
aangehouden voor handelsdoeleinden (energie/CO2
emissierechten)
0 -1 0 0 0 -1
Opgenomen in de overige operationele opbrengsten
en kosten
2 1 4 0 6 1
Interestkosten op fi nanciële verplichtingen gewaardeerd
tegen geamortiseerde kostprijs (fi nancieringskosten)
26 -142 -161 -4 -135 -146
Interesten op geldmiddelen en kasequivalenten (met
inbegrip van obligaties op minder dan 3 maanden)
0 9 9 1 9 10
Interesten op overige vlottende fi nanciële activa (met
inbegrip van geldmarktfondsen en obligaties op meer dan
3 maanden)
0 14 0 0 0 14
Wijzigingen in de reële waarde van fi nanciële instrumenten
aangehouden voor handelsdoeleinden (valuta)
2 -10 -26 0 -24 -10
Opgenomen in de fi nancieringskosten 28 -128 -178 -3 -150 -131
Winsten/verliezen uit deelnemingen beschikbaar voor
verkoop
-5 0 0 0 -5 0
Meerwaarde op deelnemingen beschikbaar voor
verkoop opgenomen in de winst- en verliesrekening
1 0 0 0 1 0
Herclassifi catie vanuit eigen vermogen van niet
gerealiseerde winsten en verliezen met betrekking
tot vervreemde fi nanciële activa beschikbaar voor
verkoop (zie volgend tabel)
8 0 0 -4 8 -4
Herclassifi catie vanuit eigen vermogen van bijzondere
waardeverminderingsverliezen op fi nanciële activa
beschikbaar voor verkoop (zie volgend tabel)
0 -1 0 0 0 -1
Totaal opgenomen in de winst- en verliesrekening 37 -133 -166 -8 -128 -141

De kasstroomafdekking van de wisselkoersen stemt overeen met termijncontracten met als doel de afdekking van toekomstige verkopen in USD en JPY.

De wijziging in de reële waarde van de fi nanciële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden betreffen wisselkoerstermijncontracten op de nettokaspositie.

De niet-opgenomen winsten en verliezen op de verkoop fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop hebben betrekking op de verkoop van Sofi na-aandelen in 2009 en de vervreemding van Pharma (Arqule) in 2010. De totale meerwaarde op de verkochte Sofi na-aandelen in 2009 bedroeg EUR 9 miljoen, waarvan EUR 1 miljoen rechtstreeks is opgenomen in de winst- en verliesrekening.

Het bijzondere waardeverminderingsverlies op fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop getransfereerd van eigen vermogen betreft New Business Development (NBD).

De opbrengst op fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop heeft betrekking op de aanpassing van de NBD activa beschikbaar voor verkoop die rechtstreeks opgenomen is in de winst- en verliesrekening.

Voortgezette
Activiteiten
Beëindigde
Bedrijfsactiviteiten (FP)
Totaal Groep
miljoen EUR 2009 2010 2009 2010 2009 2010
Direct in het eigen vermogen opgenomen
Netto wijziging in de reële waarde van
fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop
25 -15 0 0 25 -15
Herclassifi catie naar de winst- en
verliesrekening van niet-gerealiseerde winsten
en verliezen met betrekking tot vervreemde
fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop
-8 0 0 4 -8 4
Herclassifi catie naar de winst- en
verliesrekening van bijzondere
waardeverminderingsverliezen op fi nanciële
activa beschikbaar voor verkoop
0 1 0 0 0 1
Financiële activa beschikbaar voor
verkoop
18 -14 0 4 17 -10
Effectieve deel van de wijzigingen in de reële
waarde van kasstroomafdekkingen
4 2 -1 0 3 2
Herclassifi catie naar de winst- en
verliesrekening van wijzigingen in de
reële waarde met betrekking tot de
kasstroomafdekking van de wisselkoersen
-17 0 8 1 -10 1
Herclassifi catie naar de winst- en
verliesrekening van wijzigingen in de
reële waarde met betrekking tot de
kasstroomafdekking van de energieprijzen
0 -1 0 0 0 -1
Herclassifi catie naar initiële boekwaarden van
afgedekte posities
-1 0 0 0 -1 0
Kasstroomafdekkingen -14 1 7 1 -8 2
Totaal 4 -13 6 5 9 -8

Gangbaar is dat (+) een verhoging en (-) een vermindering van het eigen vermogen aangeeft.

Financiën

De netto wijziging in de reële waarde van fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop rechtstreeks opgenomen in eigen vermogen in 2009 en 2010 heeft voornamelijk betrekking op de aandelen AGEAS (vroeger Fortis).

Kapitaalrisicobeheer

Zie punt 2.1. op pagina 178 in het hoofdstuk over deugdelijk bestuur in dit jaarverslag.

Financieel risicobeheer

De Groep is blootgesteld aan risico's als gevolg van bewegingen in wisselkoersen, rentevoeten en andere marktprijzen (energieprijzen en aandelenprijzen). De Solvay-groep gebruikt afgeleide fi nanciële instrumenten om zich in te dekken tegen duidelijk geïdentifi ceerde valuta-, rente- en energieprijsrisico's (afdekkingsinstrumenten). Toch zijn niet altijd de vereiste voorwaarden vervuld om hedge accounting volgens IFRS te kunnen toepassen. Hieruit volgt dat deze techniek niet altijd kan worden gebruikt als de Groep zich economisch gezien afdekt. Voorts is het beleid voor de afdekking van valutarisico's gebaseerd op de volgende principes: de fi nanciering van activiteiten in lokale munt, de systematische afdekking van transactionele valutarisico's (zie hieronder) op het moment van de verzending van de facturen (zekere risico's) en de opvolging en eventuele afdekking van de transacties in valuta die voortvloeien uit de activiteiten van de Groep op basis van de verwachte kasstromen.

Verder is de Groep eveneens blootgesteld aan liquiditeits- en kredietrisico's. Derivaten worden enkel gebruikt als afdekkingsinstrument, niet voor handels- of speculatieve doeleinden.

1. Valutarisico

Zie ook het gedeelte valutarisico op pagina 153 in het hoofdstuk over Risicobeheer van dit jaarverslag.

De Groep onderneemt transacties uitgedrukt in vreemde valuta; hierdoor ontstaat blootstelling aan de wisselkoersfl uctuaties. De blootstelling aan wisselkoersen wordt beheerd binnen goedgekeurde beleidsparameters door gebruik te maken van wisseltermijncontracten.

Het valutarisico van de Groep kan opgedeeld worden in twee categorieën: valutatranslatierisico en valutatransactierisico.

Valutatranslatierisico

Het gaat hier om het valutarisico voor het deel van het geconsolideerde resultaat van de Groep dat verbonden is met het resultaat van de dochterondernemingen die met andere presentatievaluta werken dan de EUR (presentatievaluta van de Groep). De belangrijkste andere vreemde munt is de US dollar.

Tijdens 2010 (en 2009) heeft de Groep dergelijke valutarisico niet afgedekt.

De wisselkoersschommelingen, met name die van de Amerikaanse dollar, kunnen invloed hebben op het resultaat. In de loop van 2010 is de wisselkoers EUR/USD geëvolueerd van 1,4406 begin januari tot 1,3362 op het einde van december.

Valutatransactierisico

Het gaat hier om het valutarisico in verband met een specifi eke transactie, zoals de aan- of verkoop door een bedrijf van de Groep in een andere valuta dan de presentatievaluta.

De Groep beheert het valutatransactierisico op vorderingen en leningen op het niveau van Solvay CICC in België.

De keuze van de valuta waarin de lening wordt aangegaan hangt vooral af van de kansen die de diverse geldmarkten bieden. Dit betekent dat de gekozen valuta niet per se dezelfde is als die van het land waar de fondsen zullen worden geïnvesteerd. Niettemin worden de operationele bedrijven doorgaans in de plaatselijke valuta gefi nancierd. Daarbij wordt deze valuta desnoods verkregen door een valutaswap uitgaande van de valuta die de fi nanciële vennootschap ter beschikking heeft. De kosten van dergelijke valutaswaps vormen een deel van de fi nancieringskosten. Deze techniek maakt het ons mogelijk valutarisico's te beperken, zowel voor de fi nanciële vennootschap als voor de eindgebruiker van de fondsen.

In de opkomende landen is het niet altijd mogelijk op de lokale fi nanciële markten geld te lenen in de valuta van het land, ofwel omdat deze markten te krap zijn en er geen fondsen beschikbaar zijn, ofwel omdat de fi nanciële voorwaarden ongunstig zijn. In zo'n geval moet de Groep lenen in een andere valuta. Deed zich echter toch de kans voor, dan heeft de Groep die te baat genomen om zijn schulden te herfi nancieren in de lokale valuta van deze opkomende landen. Zo liep de Groep eind 2010 een heel beperkt valutarisico op zijn overblijvende schuld in valuta in Bulgarije.

Aangezien de dochterondernemingen van Solvay verplicht zijn hun wisselkoersverrichtingen in vreemde valuta over te dragen aan Solvay CICC (bijv. facturen van klanten, facturen van leveranciers), wordt de vreemde valutapositie van de Groep bij Solvay CICC gecentraliseerd. Deze gecentraliseerde valutapositie wordt dan beheerd volgens de regels en de specifi eke beperkingen vastgelegd door de Groep.

De voornaamste beheerstechnieken zijn de aan- of verkoop van valuta contant of op termijn.

De voornaamste gebruikte fi nanciële instrumenten zijn de aan- en verkoop van valuta contant of op termijn; valutaverkoop op termijn en aankoop van putopties. De Groep heeft zijn blootstelling met betrekking tot het jaar 2010 voor USD 20 miljoen USD (USD 540 miljoen in 2009), waarvan USD 100 miljoen op de verkopen en USD -85 miljoen op de aankopen, afgedekt. De Groep heeft eveneens zijn blootstelling voor 2010 voor JPY 3,8 miljard op verkopen afgedekt. Bij het gebruik van fi nanciële instrumenten ter dekking van zijn valutarisico's op middellange termijn, loopt Solvay risico's wat zijn afgeleide producten in valuta betreft.

De Groep gebruikt derivaten om duidelijk geïdentifi ceerde valutarisico's af te dekken (afdekkingsinstrumenten). Op het einde van 2010 had de Groep toekomstige verkopen met betrekking tot 2011 afgedekt voor een nominaal bedrag van USD 11 miljoen (36-25) en JPY 5,7 miljard via wisseltermijncontracten.

De volgende tabel geeft een overzicht van de openstaande wisseltermijncontracten op het einde van het boekjaar:

Notioneel bedrag Reële waarde
activa
Reële waarde
verplichtingen
miljoen EUR 2009 2010 2009 2010 2009t 2010
Kasstroomafdekkingen
- Wisselcontracten 6 99 0 1 0 -1
- Energieprijsswaps 8 7 1 2 0 0
- Swaps en forward contracten van CO2
-
certifi caten
Aangehouden voor handelsdoeleinden
- Wisselcontracten 452 764 0 0 -5 -9
- Average Rate Options (ARO)
- Energieprijsswaps 1 1 0 0 0 0
- Swaps en forward contracten van CO2
-
certifi caten
6 9 0 0 0 1
Totaal 474 880 1 3 -5 -8

Financiën

139

De volgende tabel geeft een overzicht van de gevoeligheid van de winst- en verliesrekening en het eigen vermogen van de Groep op een stijging/daling van 10% van de EUR ten opzichte van relevante vreemde munten. 10 % vertegenwoordigt de beoordeling van het management van een redelijkerwijs mogelijke verandering in wisselkoersen. De gevoeligheidsanalyse omvat enkel uitstaande monetaire elementen in vreemde valuta en past hun omrekening op het einde van het boekjaar met een wijziging in de wisselkoersen van 10%. De gevoeligheidsanalyse omvat zowel externe leningen als leningen aan buitenlandse activiteiten binnen de Groep waar de lening in een munt is uitgedrukt dat verschillend is van de functionele valuta van de opdrachtgever of de begunstigde. Het omvat eveneens de wisseltermijncontracten. Een positief cijfer betekent een toename van het resultaat of het eigen vermogen als de EUR met 10% stijgt ten opzichte van de relevante munt. Voor een daling van 10% van de EUR ten opzichte van de relevante munt, zou een vergelijkbare impact teweegbrengen op het resultaat of het eigen vermogen en zouden de cijfers negatief zijn.

USD JPY
miljoen EUR 2009 2010 2009 2010
Winst of verlies 0 0 0 0
Eigen vermogen 1 1 0 5

Zie ook het gedeelte renterisico op pagina 153 in het hoofdstuk over Risicobeheer van dit jaarverslag. Het renterisico wordt beheer op Groepsniveau.

De Groep is blootgesteld aan renterisico's omdat entiteiten van de Groep leningen aangaan met zowel vaste als vlottende rentevoeten. Het renterisico wordt beheerd op het Groepsniveau door een geschikte mix van leningen met vaste en vlottende rentevoeten.

Op 31 december 2010 heeft de Groep voor ongeveer EUR 2,3 miljard schulden met vaste rente:

  • de Groep heeft vaste rentevoeten op zijn obligatieleningen (EMTN: EUR 500 miljoen vervallend in 2018 en EUR 500 miljoen vervallend in 2014; retail: EUR 500 miljoen vervallend in 2015)
  • de hybride achtergestelde uitgifte uitgevoerd in 2006 (EUR 500 miljoen, vervallend in 2014) heeft een coupon met vaste rente tot 2016, maar van dan af is de rente vlottend;
  • Europese Investeringsbank EUR 300 miljoen (vervalt in 2016).

Blootstelling aan de rentevoeten per valuta:

miljoen EUR Op 31 december 2009 Op 31 december 2010
Valuta Vaste
rentevoet
Vlottende
rentevoet
Totaal Vaste
rentevoet
Vlottende
rentevoet
Totaal
Financiële schulden
EUR -2 300 -253 -2 553 -2 300 -131 -2431
USD -2 -17 -19 -1 -8 -9
GBP 0 -1 -1 0 0 0
BRL 0 -120 -120 0 -124 -124
Andere 0 -127 -127 0 -238 -238
Totaal -2 302 -518 -2 820 -2 301 -501 -2 802
Geldmiddelen en kasequivalenten
EUR 0 1 138 1 138 0 1 249 1 249
USD 0 139 139 0 519 519
Andere 0 209 209 0 235 235
Totaal 0 1 486 1 486 0 2 003 2 003

De fi nanciële schuld wordt voor 82% gedekt tegen de gemiddelde vaste rente van 5,11% met een looptijd van 5,15 jaar en een eerste belangrijke schuldafl ossing in 2014.

De hieronder vermelde gevoeligheidsanalyse werd bepaald op basis van de blootstelling aan rentevoeten voor zowel afgeleide instrumenten als niet-afgeleide instrumenten op het einde van het boekjaar. Voor schulden met vlottende rente werd de analyse opgesteld onder de veronderstelling dat de openstaande schuld op het einde van het boekjaar over het hele boekjaar stabiel bleef. Een stijging/daling met 1% wordt gebruikt bij het intern rapporteren van het renterisico aan management en vertegenwoordigt de beoordeling van het management van een redelijkerwijs mogelijke verandering in rentevoeten.

Effect van de wijzigingen van de rentevoeten op het einde van 2010:

  • op de fi nancieringskosten: als de rentevoeten 1% hoger/lager waren en alle andere variabelen constant gebleven waren, dan zouden deze kosten gestegen/gedaald zijn met EUR 5 miljoen (2009: stijging/daling van EUR 4 miljoen). Dit is voornamelijk te wijten aan de blootstelling van de Groep aan rentevoeten op zijn schulden met vlottende rente;
  • op geldmiddelen en kasequivalenten en overige vlottende fi nanciële activa;
  • als de rentevoeten 1% hoger waren en alle andere variabelen constant gebleven waren, dan zouden de opbrengsten gestegen zijn met EUR 49 miljoen (2009: EUR +9 miljoen);
  • als de rentevoeten 1% lager waren en alle andere variabelen constant gebleven waren, dan zouden de opbrengsten gedaald zijn met EUR 25 miljoen (2009: EUR -9 miljoen).

3. Andere marktrisico's

Energieprijsrisico's

De Groep koopt grote hoeveelheden van zijn behoefte in steenkool en gas in Europa en de VS gebaseerd op de fl uctuerende liquide marktindices.

Om de prijsvolatiliteit van steenkool en gas te verminderen, heeft de Groep een beleid op poten gezet om variabele prijzen tegen vaste prijzen om te ruilen door middel van swapcontracten. De meeste van deze afdekkingscontracten voldoen aan de criteria om hedge accounting toe te passen, zoals gedefi nieerd door IFRS.

Financiële afdekking van energieprijsrisico's wordt centraal beheerd door Solvay Energy nv in naam van de entiteiten van de Groep, die enkel het residuele risico in hun rekening presenteren. In 2010 heeft Solvay Energy fi nanciële energieswaps afgesloten voor een totaal onderliggend bedrag van EUR 34 miljoen. Over het algemeen hebben deze swaps een looptijd die niet langer is dan 12 maand.

De volgende tabel geeft de notionele bedragen en de resterende looptijd van de openstaande energieprijsswaps op het einde van het boekjaar weer:

Kasstroomafdekkingen Notioneel bedrag
Reële waarde activa
Reële waarde
verplichtingen
miljoen EUR 2009 2010 2009 2010 2009 2010
Uitstaande 'vlottend ontvangen/
vast betalen' contract
- Minder dan 1 jaar 8 7 1 2 0 0
- Van 1ste tot het 2e
jaar
- Van 2e
tot het 5e
jaar
- langer dan 5 jaar
Totaal 8 7 1 2 0 0

141

4. Kredietrisico

Zie ook het gedeelte risico op insolvabiliteit op pagina 153 in het hoofdstuk over Risicobeheer van dit jaarverslag.

In 2010 vertegenwoordigen de handelsvorderingen 67 verkoopdagen. De boekwaarde van de commerciële vorderingen benadert goed de reële waarde op de balansdatum.

Er is geen signifi cante concentratie van kredietrisico's voor de Groep, aangezien het risico verdeeld is over een groot aantal klanten en markten.

De historische balans van handelsvorderingen, overige vlottende vorderingen – andere en overige vaste activa ziet er als volgt uit:

Totaal met
waarvan vorderingen zonder waardevermindering
waarde
2009 miljoen EUR vermindering niet
vervallen
minder
dan
30 dagen
vervallen
30 à 60
dagen
vervallen
60 à 90
dagen
vervallen
meer dan
90 dagen
vervallen
Handelsvorderingen 1 373 11 1 180 105 26 10 41
Overige vlottende
vorderingen - andere
327 0 302 3 4 0 17
Leningen en andere activa
op lange termijn
152 0 145 0 0 0 7
Totaal 1 852 11 1 627 108 31 10 65
Totaal met
waarde
waarvan vorderingen zonder waardevermindering
aarvan
2010 miljoen EUR vermindering niet
vervallen
minder
dan
30 dagen
vervallen
30 à 60
dagen
vervallen
60 à 90
dagen
vervallen
meer dan
90 dagen
vervallen
Handelsvorderingen 1 706 10 1 546 110 19 6 15
Overige vlottende
vorderingen - andere
516 1 508 2 1 0 4
Leningen en andere activa
op lange termijn
368 0 368 0 0 0 0
Totaal 2 589 11 2 422 112 20 6 18

De "overige vlottende vorderingen – andere" zijn vooral andere vorderingen, over te dragen lasten en verworven opbrengsten.

Andere activa zijn vooral overschotten van pensioenfondsen en andere vorderingen op meer dan één jaar. Dit saldo omvat een cashdeposito als garantie voor de goede uitvoering van de boete opgelegd door de Europese Commissie met betrekking tot de concurrentieregels.

De tabel hieronder toont de evolutie van de waardeverminderingen op handelsvorderingen, overige vlottende vorderingen – andere, leningen en overige vast activa.

Op 31 december -98 -31
Nettowijziging -25 -67
Op 1 januari -73 -98
miljoen EUR 2009 2010

Voor het kredietrisico met betrekking tot andere fi nanciële activa refereren we naar de relevante toelichtingen.

5. Liquiditeitsrisico

Zie ook het gedeelte liquiditeitsrisico op pagina 152 in het hoofdstuk over Risicobeheer van dit jaarverslag.

Het liquiditeitsrisico betreft de mogelijkheid voor Solvay om zijn schulden te betalen of te herfi nancieren, met inbegrip van uitstaande leningen en om zijn werking te fi nancieren. Dit hangt af van zijn vermogen om liquiditeit te genereren met zijn activiteiten.

Het Comité van Financiën geeft zijn mening op het geschikte beheer van het liquiditeitsrisico van de korte, middellange en lange termijn fi nanciering van de Groep en de vereisten van het liquiditeitsbeheer. De Groep beheert het liquiditeitsrisico door gepaste reserves en kredietfaciliteiten aan te houden door permanent toezicht op de vooropgestelde en de actuele kasstromen en door de looptijden van fi nanciële activa en verplichtingen overeen te laten stemmen.

De Groep spreidt de looptijden van zijn fi nancieringsbronnen om het liquiditeitsrisico te minimaliseren.

De volgende tabellen geven een overzicht van de resterende contractuele looptijden voor de niet-afgeleide fi nanciële instrumenten met de overeengekomen afl ossingsperioden. De tabellen tonen de niet-verdisconteerde kasstromen van fi nanciële verplichtingen gebaseerd op de vroegste datum waarop de Groep verplicht zou kunnen worden te betalen. De tabellen omvatten zowel de kasstromen met betrekking tot de rente als de kasstromen met betrekking tot het kapitaal. In de mate dat de rente vlottend is, werd het niet-verdisconteerde bedrag afgeleid van de rentecurven op het einde van het boekjaar. De contractuele looptijd is gebaseerd op de vroegste datum waarop de Groep verplicht zou kunnen worden te betalen.

miljoen EUR Totaal
2009
opvraagbaar
binnen het
eerste jaar
in het
tweede jaar
in het 3e
tot 5e
jaar
na 5 jaar
Uitstromen van geldmiddelen in verband met
fi nanciële verplichtingen:
4 440
Overige verplichtingen op lange termijn 44 44
Financiële schulden op korte termijn 185 185
Handelsschulden 828 828
Fiscale schulden 66 66
Overige verplichtingen op korte termijn 682 682
Financiële schulden op lange termijn 2 635 0 176 676 1 783
Totale fi nanciële schulden (lang- en kortlopend) 2 820 185 176 676 1 783
miljoen EUR Totaal
2010
opvraagbaar
binnen het
eerste jaar
in het
tweede jaar
in het 3e
tot 5e
jaar
na 5 jaar
Uitstromen van geldmiddelen in verband met
fi nanciële verplichtingen:
5 035
Overige verplichtingen op lange termijn 48 48
Financiële schulden op korte termijn 212 212
Handelsschulden 1 489 1 489
Fiscale schulden 67 67
Overige verplichtingen op korte termijn 629 629
Financiële schulden op lange termijn 2 590 0 94 1 512 984
Totale fi nanciële schulden (lang- en kortlopend) 2 802 212 94 1512 984

Alle afgeleide fi nanciële instrumenten vervallen binnen 1 jaar.

Naast de bovenvermelde fi nancieringsbronnen heeft de Groep ook toegang tot de volgende instrumenten:

• een programma van Belgische thesauriebewijzen voor EUR 1 miljard, dat eind 2010 nog ongebruikt was, of als alternatief een Amerikaans 'commercial paper'-programma van voor USD 500 miljoen, dat eind 2010 ook ongebruikt was. Het hoogste plafond van beide vermelde kredietlijnen wordt bovendien gedekt met back-up kredietlijnen voor EUR 550 miljoen en een bankkredietlijn van EUR 400 miljoen die in oktober 2013 vervalt. Beide waren eind 2010 nog ongebruikt;

• een bankkredietlijn van EUR 1 miljard (eind 2010 ongebruikt), die in 2015 vervalt.

Bijkomende informatie wordt gegeven in toelichting 32 – Nettoschuld.

(34) Vaste activa aangehouden voor verkoop en verplichtingen verbonden aan activa aangehouden voor verkoop

In overeenstemming met IFRS en in navolging van de beslissing om de verkoop van geprecipiteerd calciumcarbonaat te stoppen, werd de activiteit in juni 2010 opnieuw binnen het segment Chemie gepresenteerd, nadat de activiteit als "vaste activa en verplichtingen aangehouden voor verkoop" werd gepresenteerd sinds oktober 2008. Bijgevolg werd de gecumuleerde afschrijving, sinds die datum, van de betrokken activa in resultaat genomen in het tweede kwartaal van 2010 met een negatieve impact op operationeel segmentresultaat van EUR 10 miljoen.

Toelichtingen bij het mutatieoverzicht van het eigen vermogen

Wisselkoersverschillen

De slotkoers van de US-dollar op balansdatum is van 1,4406 op het einde van 2009 naar 1,3362 op het einde van 2010 geëvolueerd. De sterkere dollar en in mindere mate de versteviging van ander valuta leidt tot een positief omrekeningsverschil. Het totale verschil bedraagt EUR 278 miljoen waarvan EUR 238 miljoen aandeel van de Groep, waardoor het saldo steeg van EUR -612 miljoen op het einde van 2009 tot EUR -374 miljoen op het einde van 2010.

Herwaarderingsverschillen (reële waarde)

Deze verschillen vertegenwoordigen de waardering op basis van de marktwaarde van voor verkoop beschikbare deelnemingen en van afgeleide fi nanciële afdekkingsinstrumenten.

In 2010 heeft de negatieve wijziging van -10 miljoen voornamelijk betrekking op de daling in de reële waarde van de aandelen AGEAS (vroeger Fortis) (EUR -14 miljoen) en op de transfer van de niet-gerealiseerde verliezen op de Farma deelnemingen beschikbaar voor verkoop naar de winst- en verliesrekening op het einde van 2009 (EUR 5 miljoen).

De herwaarderingsverschillen (reële waarde) omvatten eveneens de marktwaardering van fi nanciële instrumenten aangewezen voor kasstroomafdekking in overeenstemming met IAS 38. Enkel het effectieve deel van de afdekking wordt geboekt in het eigen vermogen terwijl het saldo rechtstreeks in de winst- en verliesrekening wordt opgenomen. De wijziging in dit effectieve deel, geboekt onder de herwaarderingsverschillen (reële waarde), bedroeg EUR 1 miljoen op het einde van 2010 (EUR -8 miljoen in 2009).

Wanneer het fi nanciële afdekkingsinstrument komt te vervallen, wordt de waarde gecumuleerd in eigen vermogen getransfereerd naar de winst- en verliesrekening.

Minderheidsbelangen – Andere

In de balans van EUR -65 miljoen zit de toename van de minderheidsbelangen in Vinythai resulterend van de verwerving van de aandelen op de beurs (EUR -16 miljoen), de kapitaalsafl ossing aan minderheidsbelangen in onze activiteit natuurlijk natriumcarbonaat in de VS (EUR -27 miljoen) en de verwerving van de volledige eigendom van Vinilis door de SolVin Groep (EUR -14 miljoen).

Aantal aandelen (in duizenden) 1

2009 2010
Uitgegeven en op 1/1/2010 volledig betaalde aandelen 84 701 84 701
Kapitaalverhoging 0 0
Uitgegeven en op 31/12/2010 volledig betaalde aandelen 84 701 84 701
Ingekochte eigen aandelen op 31/12/2010 2 461 3 636
Toegelaten, nog niet uitgegeven aandelen 0 0
Pari-waarde 15 EUR /aandeel 15 EUR / aandeel

Informatie over het dividend voorgesteld aan de Algemene Vergadering is te vinden in het verslag van de Raad van Bestuur.

1 Zie de geconsolideerde gegevens per aandeel onder de fi nanciële informatie per aandeel in het Verslag van de Raad van Bestuur

Overige toelichtingen

(35) Verbintenissen tot verwerving van materiële en immateriële vaste activa

miljoen EUR
2009
2010
Toezeggingen voor het verwerven van materiële en immateriële activa
81
73
waarvan : joint ventures
45
17

The decrease refl ects the nearing completion of major new investment projects.

(36) Voorwaardelijke verplichtingen

miljoen EUR
2009
2010
Verplichtingen en toezeggingen van derden gegarandeerd door de onderneming
268
242
Bijkomende mijlpalen voor Fournier
70
0
Claims en andere belangrijke toezeggingen
14
7

De schulden en verplichtingen van derden gegarandeerd door de onderneming hebben vooral te maken met waarborgen verstrekt om de betaling van de btw te garanderen.

De bedragen in verband met joint ventures zijn in de volgende tabel opgenomen:

miljoen EUR 2009 2010
Verplichtingen en toezeggingen van derden gegarandeerd door de onderneming 7 4
Claims en andere belangrijke toezeggingen 0 0

(37) Joint ventures

De joint ventures zijn proportioneel geconsolideerd in de jaarrekening van de Groep voor de volgende bedragen (zie verder voor de lijst van de proportioneel geconsolideerde vennootschappen van de Groep).

miljoen EUR
2009
2010
Vaste activa
648
475
Vlottende activa
373
255
Langlopende verplichtingen
151
109
Kortlopende verplichtingen
357
253
Omzet
1 095
892
Kosten van verkoop
-916
-718

(38) Verbonden partijen

Saldo's en transacties tussen Solvay nv en haar dochterondernemingen, die verbonden partijen zijn van Solvay nv, werden geëlimineerd in de consolidatie en worden bijgevolg niet opgenomen in deze toelichting. Transacties tussen de Groep en andere verbonden partijen worden hieronder toegelicht.

Handelstransacties

Verkoop van goederen Aankoop van goederen
miljoen EUR 2009 2010 2009 2010
Joint ventures 111 170 104 143
Geassocieerde deelnemingen 0 0 0 0
Overige verbonden partijen 0 0 0 0
Totaal 111 196 104 143
Bedragen verschuldigd door
verbonden partijen
Bedragen verschuldigd aan
verbonden partijen
miljoen EUR 2009 2010 2009 2010
Joint ventures 108 102 19 32
Geassocieerde deelnemingen 0 0 0 6
Overige verbonden partijen 0 0 0 0
Totaal 108 102 19 38

Leningen aan verbonden partijen:

miljoen EUR 2009 2010
Leningen aan managers op sleutelposities
Leningen aan joints ventures 42 28
Leningen aan geassocieerde deelnemingen
Leningen aan overige verblijvende partijen 51 48
Totaal 93 76

Vergoedingen aan managers op sleutelposities

Zie punt 6 op pagina 191 in het hoofdstuk deugdelijk bestuur van dit jaarverslag.

(39) Gebeurtenissen na balansdatum

Er hebben zich geen belangrijke gebeurtenissen na de balansdatum voorgedaan.

(40) Kapitaalbeheer

Zie punt 2.1. op pagina 178 in het hoofdstuk deugdelijk bestuur van dit jaarverslag.

Risicomanagement

In 2010 werd een belangrijke strategische gebeurtenis vastgelegd dewelke het risicoprofi el van Solvay aanzienlijk beïnvloedt: de verkoop van de farmaceutische activiteiten resulteerde in een algemene risicodaling. De categorieën met verminderd risico omvatten productrisico, bevoorrading en productie, regelgeving en pensioenregeling. Nochtans vormt de verminderde diversifi catie van de portefeuille van de Groep zonder de farmaceutische activiteiten een verhoging van het Strategisch Risico.

Als kader voor zijn risicomanagement heeft Solvay de norm van het FERMA (Federation of European Risk Management Associations) goedgekeurd. De doelstelling van de Solvay-groep bestaat erin te komen tot een optimaal management van de risico's eigen aan de onderneming, en:

  • elke potentiële zakelijke opportuniteit met de erbij horende risico's herkennen, evalueren en ook te baat nemen, d.m.v. een systematisch risicomanagement dat een onderdeel is van de strategie die meegenomen wordt in de beslissingen en integraal deel uitmaakt van de werking van de onderneming;
  • onophoudelijk optimaliseren van het risicomanagement. Iedere werknemer bewust maken en aanmoedigen vertrouwen te hebben in een ondernemingsgeest waarbij het risicomanagement een integrerend bestanddeel is van ieders functie.

Een evaluatie van de in 2009 geïmplementeerde Risicobeheer strategie toont aan Solvay niet hoeft onder te doen voor andere vergelijkbare ondernemingen. Sterke punten zijn de integratie van risicobeheer in de strategie, scenarioplanning, beheer van gezondheidsrisico's (toepassingen van chemische producten en kunststoffen in gezondheidszorg, voeding en veevoer), het Renaissanceproject en reputatiemanagement. Om zich als beste te onderscheiden moet de na te streven risiconorm worden gedefi nieerd en geformaliseerd doorheen de ganse Groep, om zodoende risicoprofi elen op te maken voor een groter aantal beheersprocessen en de risicocontrole te verbeteren. Solvay gaat de resultaten van de studie nu gebruiken om verbeteringen aan te brengen om zo tot een hoger niveau in het beheer van bedrijfsrisico's te komen.

Een bijzonder Competentiecentrum dat deel uitmaakt van de Financiële Directie ontwikkelt instrumenten, geeft advies en helpt de diverse geledingen in het belang van een meer systematisch beheer van de risico's. In de loop van 2009/10 werd elke Business Unit gevraagd een analyse te maken aan de hand van de tien risicocategorieën om zo de belangrijkste risico's te identifi ceren en in te schatten. Daarnaast dienden ze een plan uit te stippelen dat de risico's moest verminderen. De analyses werden geconsolideerd in een bijgewerkte versie van het Risico Profi el van de Groep, en bevestigden een terugdringing van risico na de verkoop van de farmaceutische activiteiten.

De initiatieven inzake duurzame ontwikkeling dragen ertoe bij de risico's te verminderen en kansen te creëren, vooral op het gebied van de strategische risico's. Als onderdeel van het streven naar duurzame ontwikkeling zijn volgende doelstellingen inzake risicomanagement bevestigd voor 2012:

  • Bepaling van de grootste risico's in de 10 categorieën voor iedere nieuwe opportuniteit;
  • Risicomanagement installeren als routine procedure voor de 10 risico categorieën;
  • Verhoogde bewustwording, zodat elke verantwoordelijke de voornaamste risico's in zijn of haar bevoegdheidsgebied onderkent en het nodige kan worden gedaan om die risico's te verminderen;
  • Het imago van Solvay bewerkstelligen als expert in Risicobeheer.

Risicobeschrijving in 10 risicocategorieën

Solvay onderscheidt tien risicocategorieën:

  • 1. Strategische risico's, in verband met markt en groei
  • 2. Risico's in verband met bevoorrading en eigendom en de productie-eenheden
  • 3. Risico's met regelgeving, politiek en wetgeving
  • 4. Risico's in verband met deugdelijk bestuur en interne procedures
  • 5. Financiële risico's
  • 6. Risico's in verband met de producten
  • 7. Risico's in verband met de personen
  • 8. Risico's in verband met het leefmilieu
  • 9. Risico's die te maken hebben met informatie en informatietechnologie (IT)
  • 10. Risico's in verband met de reputatie

Het opzet van dit verslag is de risico's te beschrijven voor elke categorie en de acties te schetsen die de Groep heeft ondernomen om dit risico te beperken. De volgorde waarin we deze categorieën risico's behandelen heeft niets te maken met de vraag hoe ernstig ze wel zijn of hoe waarschijnlijk het is dat ze zich voordoen. De beschreven preventieinspanningen zijn evenmin een waarborg dat het risico zich nooit zal voordoen. Ze geven wel een idee van de maatregelen die de Groep als echte ondernemer heeft genomen om blootstelling aan risico's te beperken.

In 2011, startte de Groep een reorganisatie met het oog op het bevorderen van een verhoogde zelfstandigheid voor de werknemer, een nieuw planningsproces evenals een nieuwe organisatie voor de verschillende bedrijfstakken.

1. Strategisch risico in verband met markt en groei

Het strategisch risico bestaat erin dat Solvay mogelijk te maken krijgt met een ongunstige marktsituatie of een ongunstig evoluerende concurrentie. Ook is het mogelijk een verkeerde strategische beslissing te nemen. De technologische vooruitgang die de ontwikkeling mogelijk maakt van alternatieve producten of technologische processen, de drastische schommelingen van de energieprijs, het mogelijk uitblijven van succes voor een nieuw product, de vergissingen in de productpijplijn, de schaarste aan onmisbare grondstoffen, de vermindering van de vraag op onze belangrijkste markten tengevolge van de invoering van een nieuwe wetgeving, gebeurtenissen die het gedrag van onze belangrijkste klanten beïnvloeden, nieuwe concurrenten die op de markt komen, prijzenoorlogen of een sterk onevenwicht tussen vraag en aanbod op onze markten, belangrijke sociale crisissen: het zijn allemaal voorbeelden van dit soort risico.

De onderscheiden Business Units binnen de Groep genereren een waaier aan risico's, en sommige daarvan kunnen de Groep in zijn geheel raken. Diversifi catie draagt echter bij tot de vermindering van zo'n veralgemeend risico, omdat bepaalde risico's elkaar opheffen dank zij een evenwichtige productenportefeuille door de diversiteit aan activiteiten, processen, beleidsonderdelen en structuren van de onderneming.

Inspanning voor preventie of mildering van de gevolgen

De beheersing van de mogelijke impact van ongunstige gebeurtenissen wordt op het niveau van de Groep ter hand genomen en behelst onder meer:

  • Activiteiten gericht op het management en het behoud van een evenwichtige productenportefeuille,
  • Diversifi catie van het klantenbestand en de verschillende marktsegmenten,
  • Aanpassing van de activiteiten aan de evolutie van de macro-economische omgeving en van de markt,
  • Een selectieve verticale integratie om een mogelijk gecumuleerd effect van de grondstofkosten te beperken,
  • Een strikt fi nancieel controlebeleid in verband met de schuldgraad.
  • Beleggingstrategie.

Een geregelde herziening van de voornaamste macro-economische hypotheses, van de marktvooruitzichten en van de belangrijkste strategische vragen van elke Strategic Business Unit (SBU) voor de vijf komende jaren maakt al deel uit van het strategisch en planningsproces van de Groep.

De strategische fase concentreert zich op hypotheses die te maken hebben met de marktomgeving, de concurrentiepositie en de strategische keuzes van elke SBU. De planningsfase concentreert zich op het operationele niveau, de scenario's en de belangrijkste projecten waarop de uitvoering van de strategie berust. Het strategisch en het operationeel plan van elke SBU wordt door het management voorgesteld aan het Uitvoerend Comité. Na beraadslaging wordt de strategie door het Uitvoerend Comité goedgekeurd en zo nodig geamendeerd. In 2011 wordt de planningsfase aangepast aan de nieuwe organisatie van de Groep.

Het project Horizon werd op touw gezet om onze organisatie te herzien. Een select directieteam zal worden aangesteld om de Groepstrategie en het globale beleid te bepalen. De bedrijfsverrichtingen zullen door volledig gemachtigde globale en regionale bedrijfseenheden dicht bij de klanten worden beheerd. Wij zullen de wettelijke structuur van onze Groep op bedrijfsverant-woordelijkheden richten die zullen leiden tot beter deugdelijk bestuur. De bestuurraad van de verschillende fi lialen zal er op toezien dat er overeenkomstig met de strategie en beleid van de Groep wordt gewerkt.

Financiën

Het departement Corporate Development treedt op als facilitator in het proces, toetst de hypotheses tussen de diverse SBU's en bij externe bronnen. Het departement Corporate Development actualiseert zijn strategische analyse van de concurrentiële omgeving vrijwel constant. De belangrijkste strategische keuzes worden voorgelegd aan de Raad van Bestuur die verantwoordelijk blijft voor de strategie van de Groep, met inbegrip van de zorg voor een evenwichtige activiteitenportefeuille. Het bestuur plant ook systematisch de heraanwending van de geldmiddelen afkomstig uit het akkoord met Abbott en analyseert alle interessante mogelijke opportuniteiten.

2. Risico in verband met de bevoorrading en productie

Het risico in verband met de bevoorrading en productie bij productie-eenheden is de blootstelling van de Solvay-groep aan risico's die te maken hebben met grondstoffen, leveranciers, productie-eenheden en transporteurs, zoals risico's door het uitvallen van machines of ernstige beschadiging van de uitrusting, wegongelukken, nijpend gebrek aan grondstoffen of energie, natuurrampen of stakingen in de transportsector.

Inspanning voor preventie of mildering van de gevolgen

Met de belangrijkste risico's wordt al rekening gehouden in de richtlijnen en de controleprogramma's zoals die voor gezondheid en veiligheid en de beveiliging van de productiemethodes, risico-engineering, geïntegreerde planning van middelen en systemen om de bevoorradingsketen te verbeteren (ERP of Enterprise resource planning), de dringende aanpak van problemen, het centrale en lokale crisismanagement, de continuïteit van de activiteiten, de continuïteit in geval van een pandemie, enz.

Bijkomend aan de gebruikelijke dekking voorzien in de verzekeringspolis, doet Solvay ook beroep op verzekeringen om de fi nanciële impact te verminderen van eventuele gebeurtenissen die mogelijk zware schade kunnen berokkenen of die een onderbreking van de bevoorrading kunnen veroorzaken. De fabrieken ondergaan op regelmatige basis een externe audit waardbij risico's van schade aan de productie-eenheden en de onderbreking van de productie geïdentifi ceerd worden en de impact ervan wordt ingeschat door specialisten in risico-engineering van de verzekeringsmaatschappij. Het partnerschap met een gemeenschappelijke verzekeringsgroep verbetert de veerkracht en de bescherming van het productieproces aanzienlijk.

De geografi sche spreiding van de productie-eenheden in de wereld verkleint de algemene impact bij een productieonderbreking of beschadiging van een productie-eenheid. Sommige specialiteiten worden echter in slechts een eenheid aangemaakt.

Wat grondstoffen betreft: door het bezit van allerlei mijnen en ertsgroeven beperkt Solvay het risico op onderbrekingen (qua beschikbaarheid, betrouwbaarheid en prijs) door een combinatie van:

  • het afsluiten van middellange- en langetermijncontracten;
  • waar mogelijk het nastreven van diversiteit wat de bevoorradingsbronnen voor grondstoffen betreft;
  • de ontwikkeling van partnerships met bevoorrechte leveranciers;
  • maatregelen die ervoor zorgen dat de bevoorradingsketen rekening houdt met REACH en eventueel stoffen vervangt om zo het risico op onderbreking van de bevoorrading met grondstoffen te minimaliseren.

Qua energiebevoorrading heeft Solvay nu al sedert jaren systematisch inspanningen geleverd om het energieverbruik te verminderen. Solvay heeft weliswaar industriële activiteiten die veel energie opslorpen, vooral in Europa (natriumcarbonaat, elektrolyse), maar de Groep ontplooit ook een aantal industriële activiteiten die relatief weinig energie vergen, meer bepaald in in zijn SBU Speciale Polymeren.

Met de blootstelling aan het risico in verband met de beschikbaarheid van energie en de betrouwbaarheid van de energiebevoorrading dient omzichtig omgesprongen. Een aantal strategische ingrepen kunnen de gevolgen van de grillen van de energiemarkt verminderen:

  • het technische leiderschap van Solvay om het energieverbruik zo laag mogelijk te houden;
  • industriële installaties die zeer performant zijn;
  • diversifi catie en fl exibel gebruik van de diverse soorten en bronnen van primaire energie;
  • langdurige partnerschappen of achterwaartse integratie voor opwekking van stoom en elektriciteit (warmtekrachtkoppeling met aardgas, biomassa of met behulp van secundaire brandstoffen,...);
  • Solvay Energy beheert alle commerciële en afdekkingsactiviteiten inzake energie en CO2 - emissierechten voor de Solvay-groep;
  • een strategie voor borging van de bevoorrading met contracten op middellange en lange termijn.

Voor zover de specifi eke marktsituatie van een SBU het veroorlooft, wordt onderhandeld over prijsverhogingen om zo de hogere energiekosten te compenseren. Solvay is stichtend lid van Exeltium, opgericht door een groep industrieën met hoog energieverbruik in Frankrijk. De bedoeling is te zorgen voor een betrouwbare en duurzame energiebevoorrading tegen een concurrentiële prijs. In België bestudeert Solvay een gelijkaardig project dat luistert naar de naam Blue Sky.

In 2008 verbond Solvay zich tot een doorwrocht programma voor duurzame ontwikkeling. Het omvat doelstellingen om tegen 2020 het energieverbruik van Solvay en de uitstoot van broeikasgassen met 20% te verminderen (in vergelijking met het niveau van 2006).

Sedert juni 2009 is Solvay Energy actief in beschermingstransacties namens de verschillende wettelijke entiteiten van de groep. Een totaal van 66 transacties werden uitgevoerd, hoofdzakelijk op steenkool en gas (in Europa en de V.S.) Zodoende werd de Groep beschermd tegen de algemene prijsstijging in 2010.

3. Risico's in verband met regelgeving, politiek en recht

Een risico met regelgeving ontstaat wanneer Solvay te maken krijgt met een gebeurtenis zoals prijsregeling door de overheid, taxatie, een nieuwe wetgeving die van invloed is op import en export, nieuwe regels die een product verbieden of de productie, de commercialisering of het gebruik ervan beperken, of waardoor de productie ervan niet langer rendabel is, en zo meer.

Het wettelijk risico is de blootstelling van de Groep aan de negatieve gevolgen van het niet-respecteren van regelgeving (bijvoorbeeld inzake kartelvorming) of een contractuele verbintenis, of het verlies van rechten of winsten die men verwachtte op grond van regelgeving of contract. Diverse aspecten die hierbij komen kijken zijn bijvoorbeeld de betrouwbaarheid van een product, de administratieve of gerechtelijke sancties, betwistingen in verband met contractuele of intellectuele eigendom, en ook de eventueel ongunstige uitkomst van een juridisch geschil (zie hieronder de toelichting bij belangrijke betwistingen).

Onder het politiek risico wordt meer bepaald de blootstelling verstaan van Solvay aan de vernietiging of het verlies van de controle over de productiemiddelen, of nog de niet-beschikbaarheid van grondstoffen, uitrustingsgoederen, logistieke of transportmiddelen door burgeroorlog, nationalisatie, terrorisme of andere omstandigheden waarin het overheidsgezag niet op een normale manier kan worden uitgeoefend.

Solvay moet de reglementaire toelatingen krijgen en behouden voor het gebruik van het grootste deel van zijn productiesites en voor de verkoop van zijn producten.

Voor een vrij groot aantal substanties die Solvay produceert dan wel gebruikt, zal registratie vereist zijn als onderdeel van de REACH-regelgeving en dit bovenop de al vroeger, dus voor REACH opgelegde vereisten. Eind 2010, werden 170 dossiers die 82 verschillende materies vertegenwoordigen succesvol geregistreerd binnen de door ECHA (European Chemicals Agency) vooropgestelde tijdspanne. Solvay producten zijn onderhavig aan de nieuwe reglementering inzake classifi catie, etikettering en verpakking.

Financiën

Aangezien de Groep internationaal wijdvertakt is, hangt hij voor deze vergunningen af van de overheid of van ter zake bevoegde agentschappen in een groot aantal landen. Het intrekken van een eerder verkregen vergunning of het niet verkrijgen van een vergunning kan een negatief effect hebben op de activiteiten en het operationeel resultaat. Dit geldt ook voor wijzigingen in de regelgeving die Solvay tot extra kosten kunnen verplichten.

In Europa worden in de nabije toekomst vergunningen vereist voor chemische substanties ten gevolge van de uitvoering van de REACH¬reglementering op de activiteit. --- phrase supplémentaire!?!

De geografi sche spreiding van de Groep in de wereld maakt het mogelijk bepaalde reglementaire en politieke risico's beperkt te houden.

Solvay heet de steeds groeiende kosten die de CO2-uitoot in Europa geïdentifi ceerd als een potentieel risico en volgt dit nauwgezet op.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Goed geconcipieerde producten en productieprocedés zijn een heel nuttig antwoord op deze reglementaire en wettelijke risico's, net zoals de stipte indiening van vergunningsaanvragen volgens de regels van de kunst.

Het risico dat verband houdt met regelgeving en politiek wordt verkleind dankzij permanent werk en overleg met de overheden door de afdeling Government and Public Affairs. Hiernaast en in elk land buiten de Europese Unie onderhoudt Solvay een duidelijke communicatie met de politieke overheden via de Belgische ambassades.

Solvay volgt de kalender voor de uitvoering van REACH en heeft de preregistratie voltooid van al zijn producten die met REACH te maken hebben. Ontwikkelingen in de regelgeving worden systematisch opgevolgd door interne en externe medewerkers.

Om het wettelijk risico te beheersen kan Solvay terugvallen op interne medewerkers die gespecialiseerd zijn in recht en intellectuele eigendom. Zo nodig kan het ook een beroep doen op bijkomende externe professionele inbreng. De Groep spreekt met dezelfde bedoeling interne en externe middelen aan en bouwt adequate fi nanciële voorzieningen op. Het zich bewust zijn van wettelijke risico's neemt toe door gerichte trainingssessies, zelfbeoordelingsprocedures en interne audits. Het feit alleen dat Solvay commercieel actief is brengt met zich mee dat de Groep niet immuun is voor betwistingen of gerechtelijke procedures. Het is altijd mogelijk dat zulke betwistingen of rechtszaken ongunstig afl open (zie verderop de toelichting over belangrijke juridische geschillen).

Om dekking van deze risico's te optimaliseren, coördineert de Groep de activiteiten van de diverse interne Audit functies.

In de chemische en kunststoffenindustrie kan de technologische expertise worden beschermd door het fabricagegeheim, dat vaak een goed alternatief vormt voor de bescherming die middels een octrooi wordt gewaarborgd. Solvay is in veel gevallen toonaangevend op technologisch vlak, meer bepaald wat zijn productieprocessen betreft. Hoe het ook zij, Solvay overweegt systematisch octrooi te nemen op zijn producten en procedés en spant zich onafgebroken in om zijn bedrijfseigen informatie te vrijwaren.

Politieke risico's pakt Solvay aan door een verdeling van de risico's na te streven met plaatselijke of institutionele partners en ook door het nauwgezet opvolgen van politieke ontwikkelingen in gebieden ten prooi aan onzekerheid.

4. Deugdelijk bestuur en risico's in verband met interne procedures

Het risico verbonden aan interne procedures bestaat erin dat Solvay zijn eigen gedragscodes, richtlijnen en procedures niet respecteert. Een foute strategie inzake human resources, de mislukte integratie van een overgenomen bedrijf, het niet naleven van internationaal erkende regels van deugdelijk bestuur en van goede praktijken, enz., het zijn allemaal voorbeelden van dit soort risico. Solvay is in het bijzonder onderworpen aan de Belgische code voor deugdelijk bestuur.

De hergroepering van contant geld afkomstig van de verkoop van de farmaceutische activiteiten, zou kunnen leiden tot aanwinsten die dan in de Solvay Groep zouden moeten worden geïntegreerd. Dat proces als dusdanig zou niet risicoloos zijn.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

In verband met deugdelijk bestuur beschikt Solvay over een gedetailleerd handvest, raadpleegbaar op www.solvay.com. Ook publiceert het een jaarlijks verslag gewijd aan de toepassing van de regels van deugdelijk bestuur binnen de Solvay-groep. Als referentie geldt de Belgische code voor deugdelijk bestuur.

Sinds 2007 is een conformiteitsorgaan opgericht onder de leiding van de Group General Counsel die ethisch handelen en respect voor de relevante wetgeving, de gedragscode van Solvay en de Waarden van de onderneming overal in de groep dient aan te moedigen. Hiertoe benoemde Compliance Offi cers zien hierop toe in elk van de vier regio's.

Opleidingen en activiteiten rond maatschappelijke betrokkenheid worden georganiseerd om ervoor te zorgen dat de ethische en vastgelegde gedragsregels echt deel gaan uitmaken van de manier waarop Solvay zaken doet en om riskant gedrag, zoals schending van de antitrust-wetgeving of corruptie in bepaalde gebieden op de gepaste manier aan te pakken. In geregelde campagnes krijgen nieuwe werknemers terzake een opleiding en wordt erover gewaakt dat deze bewustmaking in de hele Groep voldoende sterk is. De organisatie die toeziet op naleving, werkt samen met de interne audit, de juridische dienst en andere departementen en functies om te controleren of toe te passen wetten en de gedragscode van Solvay wel degelijk worden gerespecteerd. Schending van de code leidt tot sancties overeenkomstig de bestaande wetgeving. De Groep moedigt ook melding van zulke inbreuken aan. Hiertoe reikt hij de werknemers verschillende mogelijkheden aan. Eén daarvan is een beroep te doen op een Compliance Offi cer. In de meeste landen waar Solvay aanwezig is werd de Solvay Ethics Helpline geïntroduceerd, dit is een externe dienst waar werknemers elke inbraak op de gedragscode kunnen rapporteren in hun eigen taal.

5. Financieel risico

Hier gaat het om de blootstelling van Solvay aan het wisselrisico en de risico's in verband met liquiditeit, interestvoet, solvabiliteit van een tegenpartij of onvermogen om de pensioenverplichtingen te fi nancieren. De grootste risico's behelzen compliance, transfer pricing en wettelijk risico.

5.1.Het liquiditeitsrisico heeft te maken met de mogelijkheid voor Solvay om zijn schulden te betalen of te herfi nancieren, met inbegrip van uitstaande leningen en om zijn werking te fi nancieren. Dit hangt af van zijn vermogen om liquiditeit te genereren met zijn activiteiten.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Van oudsher heeft de Groep de reputatie voorzichtig met zijn fi nanciële middelen om te springen, wat blijkt uit de kwalifi catie single A (S&P A; Moody's A3).Het liquiditeitsprofi el is zeer sterk, hoofdzakelijk gesteund door obligatie-uitgiftes op lange termijn (voor een totaal van EUR 2 miljard, met een eerste signifi cante reserve van EUR 500 miljoen in 2014) en aanzienlijke liquiditeitsreserves (cash en gegarandeerde kredietlijnen, met inbegrip van twee gesyndiceerde kredietlijnen van EUR 400 miljoen en EUR.1 miljard (geherfi nancierd in juli 2010) respectievelijk en een kredietlijn van EUR 300 miljoen met de Europese Investeringsbank). Solvay streeft inderdaad een ratio tussen nettoschuld en eigen vermogen na die de 45% nooit lang mag overtreffen. Na de verkoop van de farmaceutische activiteiten wil Solvay met de opbrengst van deze transactie uitbreiden en investeren in een expansie van de productie, met het oog op een waardeverwezenlijking op lange termijn. De fi nanciële discipline en de aanwinstencriteria zullen conservatief blijven.

Financiën

5.2.Wat het wisselkoersrisico aangaat, daar heeft Solvay natuurlijkerwijs veel mee te maken wegens zijn internationale activiteiten. In zijn huidige structuur wordt de Groep vooral blootgesteld aan het wisselrisico EUR/USD, wat zijn verklaring vindt in de positieve nettokasstroom in USD die door deze internationale activiteit wordt gegenereerd. Hierdoor veroorzaakt een devaluatie van de dollar over het algemeen een inkomstenverlies voor Solvay. Solvay is exposed to Foreign Exchange Risk as a consequence of its international activities. In its present structure, the Group's exposure is mainly associated with the EUR/USD risk, as the Group's overall activities generate a net positive USD fl ow. Consequently, a depreciation of the USD will generally result in lower revenues for Solvay.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

De geografi sche spreiding van productie en verkoop brengt een natuurlijke bescherming met zich tegen de wisselkoersverschillen, als gevolg van de combinatie die eruit voortvloeit van inkomende kasstromen en basisuitgaven in lokale munt. Ook ziet Solvay nauwlettend toe op de wisselmarkt en neemt het dekkingsmaatregelen van zodra dit nodig is voor periodes van 6 tot 24 maanden. In de praktijk gaat Solvay contracten op termijn aan en optiecontracten die voor de volgende maanden de waarde in EUR van de deviezenstromen beveiligen.

5.3.Het rentevoetrisico is de blootstelling van Solvay aan schommelingen van de rentevoet.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Zoals de Groep momenteel georganiseerd is, heeft hij het leeuwenaandeel van zijn schulden geblokkeerd tegen vaste rentevoeten. Solvay volgt nauwgezet de markt van de rente en gaat renteswaps aan van zodra dit nodig blijkt.

5.4.Solvay loopt ook het risico op insolvabiliteit van een tegenpartij in het kader van zijn liquiditeitsmanagement en het beheer van wisselkoers- en rentevoetrisico's en ook in zijn commerciële betrekkingen met klanten. Als een tegenpartij haar verplichtingen niet kan nakomen kan dit leiden tot een verlies op één van de bankdeposito's, of van een rentevoet afgeleid instrument of de indekking van het wisselkoersrisico. Is een klant van Solvay nalatig, dan kan dit leiden tot een waardevermindering van de betreffende commerciële schuldvorderingen.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Solvay beheert het risico op insolvabiliteit van een tegenpartij door samen te werken met de degelijkste bankinstellingen (waarvan de selectie is gebaseerd op de belangrijkste evaluatiesystemen) en vermijdt een concentratie van risico's door met zijn blootstelling aan elk van deze banken een bepaalde drempel niet te overschrijden. Die drempel is bepaald op basis van de uitstaande kredieten van de betrokken instelling (kredietrating).

Voorts is het beheer van het klantenkredietrisico in handen van een risicocomité en van kredietbeheerders die limieten opleggen aan het krediet voor de klant en de inkasseringen opvolgen. Solvay ook geld onderbrengen bij hooggewaardeerde fondsen of het beleggen in kortetermijnschuldinstrumenten van uitgevers met een hoge rating, ofwel een beroep doen op kredietverzekeringen om het risico met klantenkredieten de baas te blijven.

Daar komt bij dat 75% van de omzet toegewezen is aan een intern factoringbedrijf, Solvay CICC, dat werkt met een netwerk van mensen die belast zijn met de debiteurenadministratie, die het risico per land of per klant inschatten en instaan voor het collecteren van de verschuldigde gelden. In 2009 is een begin gemaakt met een programma om de kwaliteit van het kredietbeheer te verbeteren. Een risicocomité volgt de klantenportefeuille van nabij en stippelt richtlijnen voor het kredietbeleid uit. De vorderingen van Solvay CICC zijn in ruime mate verzekerd op de kredietverzekeringsmarkt.

5.5. Wat dan het fi nancieringrisico voor pensioenverplichtingen betreft: Solvay krijgt ermee te maken wanneer het zijn toegezegde pensioenregeling toepast. De schommelingen in de disconteringsvoet, de salarissen en de sociale zekerheid, de lange levensduur en de gelijkwaardigheid van activa en passiva kunnen een belangrijke invloed hebben op de verplichtingen die bij pensioenplannen horen. Waar deze verplichtingen van fondsen worden voorzien moeten ook de diverse risico's in verband met de belegging beheerd worden, rekening houdend met de risico/ opbrengstbalans. Als regelingen niet gefi nancierd zijn, is Solvay meestal blootgesteld aan infl atie- en renterisico's.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolg

Solvay heeft richtlijnen voor deugdelijk bestuur voor pensioenvoorzieningen opgesteld om zijn invloed op plaatselijke pensioenfondsbeslissingen uit te breiden binnen de perken van de plaatselijke wet. Meer bepaald gaat het om beslissingen in verband met beleggingen en fi nanciering, keuze van adviseurs, benoeming van door de werkgever¬genomineerde beheerders van plaatselijke pensioenfondsbesturen en andere beslissingen die met het kostenbeheer te maken hebben.

De Groep heeft zijn blootstelling aan het risico in verband met toegezegdpensioenregelingen geminimaliseerd door de bestaande regelingen om te zetten in pensioenplannen met een verminderd risicoprofi el voor dienstverlening in de toekomst of door ze niet toe te kennen aan nieuwkomers. Hybride regelingen of regelingen van het type cash balance en regelingen met toegezegde bijdragen zijn voorbeelden van regelingen met een lager risicoprofi el. De overdracht van Solvay's pensioenobligaties van een Nederlands Pensioenfonds naar een verzekeringsmaatschappij heeft ook geresulteerd in een vermindering van de fi nanciële blootstelling van de maatschappij.

Solvay heeft ook richtlijnen en procedures uitgewerkt om het pensioenfi nancieringsrisico beter te beheren. In de loop van de afgelopen jaren zijn de toegezegdpensioenregelingen (voor Duitsland, Nederland, het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Spanje en België), die – volgens de IFRS-normen – meer dan 80% vertegenwoordigden van de pensioenverplichtingen van de Groep, herbekeken in functie van de hogervermelde principes. In 2007 is een studie over het beheer van de activa en de verbintenissen in zijn geheel uitgevoerd. Zij toont aan de het risicopeil lager ligt dan de vooraf bepaalde risicodrempel, een conclusie die nog bevestigd werd met op de achtergrond de marktturbulenties van 2008. Risico's in verband met rentevoeten worden actief beheerd (timing, langetermijninterestvoet, enz.).

Het percentage van gefi nancierde pensioenplannen is verminderd met de verkoop van de farmaceutische activiteiten.

5.6. Tax compliance risico heeft betrekking op de gevolgen van het niet tijdig voldoen aan de wettelijke en administratieve verordeningen (bijkomende beoordelingen, belangen en sancties).

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Solvay beklemtoont het belang van naleving van de tax compliance door zijn tax- en fi nancieel personeel. Het controleert continue de procedures en de systemen door intern nazicht en door controles die verricht worden door befaamde externe adviseurs.

5.7. Transfer Pricing risico

In elk land ter wereld wil de belastingsautoriteit ervoor zorgen dat de transacties tussen verwante entiteiten op eerlijke prijzen berusten zoals dit zou gebeuren tussen onafhankelijke partijen in gelijkaardige omstandigheden, vooral in grensoverschrijdende situaties. Net zoals alle multinationale groepen,moet Solvay zich houden aan gedetailleerde overdracht tarieven, reglementeringen en administratieve verplichtingen vereist in steeds meer landen. Bijzonder hoge boetes worden opgelegd in geval men niet aan de gestelde eisen voldoet. Bij tax audits wordt bijzonder veel aandacht geschonken aan Transfer pricing, aangezien deze door vele autoriteiten als een belangrijke verliespost worden aanzien en dus uiterst worden gecontroleerd.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Solvay heeft een transfer pricing policy opgesteld en een procedure om tegemoet te komen aan de vereisten van het OECD en de autoriteiten. Een gedetailleerde documentatiemap werd opgesteld en bezorgd aan elke entiteit of land, met assistentie van interne of externe experts. Deze policy wordt ieder jaar aangepast om de correctheid aan te tonen bij transacties tussen verwante entiteiten. De documentatie wordt op regelmatige basis gecontroleerd door het interne Audit departement.Interne transfer pricing specialisten ondersteunen de entiteit door intra-groep prijzen te bepalen, die voldoen aan de transfer pricing policy.

5.8. Procedure risico. Het risico bestaat dat de autoriteiten de analyse van Solvay van zijn feitelijke- en belastingspositie niet delen, en misschien zelfs betwisten.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen zijn gebaseerd op een grondige analyse van de fusies, aanwinsten en verkopen, of voorgestelde veranderingen in de bedrijfsorganisatie en operaties, met de hulp van externe deskundigen of advocatenkantoren wanneer de vooropgestelde bedragen dit vereisen. Veranderingen in de belastingswet, verordeningen of jurisprudentie worden continue gevolgd en aangepast bij wijzigingen.

6. Risico's in verband met producten

6.1. Met risico's in verband met producten krijgt Solvay te maken wanneer derden verwond geraken of zijzelf en hun eigendom schade oplopen na een Solvay-product te hebben gebruikt; ook wanneer het betrokken geraakt in een gerechtelijke betwisting die hieruit voortvloeit. Wat de productverantwoordelijkheid betreft kan het gaan om producten die niet beantwoorden aan specifi caties, die oneigenlijk worden gebruikt of waarvan het gebruik gevolgen heeft die tot dan niet bekend waren, productiefouten die defi ciënte producten opleveren, productbesmetting, veranderde productkwaliteit of niet-aangepaste veiligheidsaanbevelingen. Consequenties van een minderwaardig product zijn bijvoorbeeld aansprakelijkheid bij verwonding of schade, of ook het terugroepen van het bewuste product. In tegenstelling tot industriële of technische ontwikkelingen staat het ontwikkelen en verdelen van farmaceutische producten bloot aan een verhoogd risico.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

De kans dat Solvay ter verantwoording wordt geroepen voor de kwaliteit van zijn producten is klein dankzij de kwaliteitszekerheid en –controle, de informatie en de goede technische bijstand ten behoeve van de consument en de inspanningen ten bate van gezondheid en veiligheid. De Groep levert bij al zijn producten informatie betreffende correct gebruik en behandeling. Voor producten die echt gevaar opleveren en die over het algemeen alleen rechtstreeks worden verkocht aan de industriële gebruiker, hebben de verantwoordelijke SBU's een heel begeleidingsprogramma met fi ches die de veiligheidsvoorschriften nog eens op een rijtje zetten. Solvay beheert de aanwending van zijn producten uit de Sectoren Chemie en Kunststoffen in gezondheid, voeding en veevoer via zijn Healthcare Risk Management. Opvolging van regelgeving en het inwinnen van inlichtingen moet ervoor zorgen dat in elk land waar een markt voor een welbepaald product bestaat, dit ook voldoet ana de plaatselijke regelgeving.

6.2. Met het risico inherent aan de ontwikkeling van een product krijgt Solvay te maken wanneer de ontwikkeling van nieuwe producten en technologieën mislukt of wanneer de poging om een procedé elders toe te passen tegenvalt. Het operationeel resultaat van Solvay hangt onder meer af van zijn vermogen te innoveren en nieuwe producten en productietechnologieën te ontwikkelen die commercieel leefbaar zijn. Als men bedenkt dat zo'n ontwikkelingsproces lang duurt, de technologische uitdaging groot is en de concurrentie erg intens, kan Solvay niet zeker zijn dat de producten die het ontwikkelt marktklaar zijn of een commercieel succes worden. Indien Solvay er niet in zou slagen nieuwe producten en productieprocedés te lanceren, dan zou zijn concurrentiepositie en zijn operationeel resultaat daar onder lijden.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Solvay besteedt heel wat middelen aan onderzoek en ontwikkeling en verbetert gedurig de concurrentiekracht van zijn op de lange termijn belangrijkste producten door technologische verbeteringen en innovaties. De innovatie is de hoeksteen van de strategie van de Groep. Solvay vindt trouwens dat de uitdaging van de productontwikkeling aangaan voor de onderneming veeleer een buitenkans dan een risico is.

Het management in onderzoek en ontwikkeling (O&O) via programma's en projecten die passen in de strategie van de Groep, verbetert de prestaties inzake O&O en vermindert de kansen op een mislukking. Het projectbeheer waarbij een nieuw product een welbepaald traject met mijlpalen moet afl eggen, van de oorspronkelijke idee tot de uiteindelijke lancering, waarborgt een optimaal gebruik van de beschikbare middelen.

Solvay's stuurt zijn New Business Development deels door deelname aan risicokapitaalfondsen, wat de Groep de kans biedt opkomende activiteiten, zoals die rond hernieuwbare alternatieve energie en organische elektronica, van nabij op te volgen.

7. Risico's in verband met personen

Bij persoonsgebonden risico's dient in de eerste plaats te worden gedacht aan eventuele negatieve effecten van Solvay¬activiteiten en producten op werknemers, aannemers, of het publiek in het algemeen. Die kunnen bijvoorbeeld het gevolg zijn van de behandeling in de fabriek of het transport van gevaarlijke chemische producten. Een zwaar ongeval kan tot gewonden bij het publiek leiden of tot de tijdelijke sluiting van een fabriek. Uiteindelijk zou dit voor Solvay zeer belangrijke fi nanciële lasten meebrengen.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Voor Solvay zijn veiligheid en gezondheid van de medemens van cruciaal belang in al zijn activiteiten. De Groep heeft dan ook zeer strenge programma's voor veiligheid en gezondheid uitgewerkt en hij past die ook toe.Solvay heeft een lange staat van dienst voor goede veiligheidsprestaties, die nog duurzamer zal worden dank zij net onlangs goedgekeurde programma om de motivering van de medewerkers ten aanzien van de veiligheid nog te versterken. De Groep heeft de uiteindelijke ambitie om te komen tot nul ongevallen met werkverlet (TF = 0). De TF-waarde, verminderd tot 1.6 aan het einde van 2009 en tot 1.3 aan het einde van 2010, vertegenwoordigd een signifi cante verbetering van de veiligheid voor de werknemers.

Reglementering en risicobeheer zijn op alle productie-eenheden van toepassing, zij gelden eveneens voor contractanten en de onlangs verworven units. Veiligheidrapportering gebeurt maandelijks aan het Uitvoerende Comité en en aan de Raad van beheer. Terwijl vele capexinvesteringen tijdens de fi nanciële crisis werden uitgesteld, werden al de geplande investeringen in HSE volbracht.

Speciale aandacht wordt geschonken aan rapporten en de analyses van incidenten of bijna incidenten. Er worden leersessies georganiseerd waar incidenten worden doorgelicht en besproken om zo de veiligheid te verhogen en herhaling van gelijkaardige gebeurtenissen te vermijden.

Om een hoog niveau van gezondheidspreventie voor werknemers te verzekeren, begon Solvay in 2008 met de implementatie en ontwikkeling van beroepshygiënemodules en gezondheidsmodules van het systeem Medexis om uitvoerige hygiënegegevens alsook het beheer van de gegevens met betrekking tot medisch toezicht te standaardiseren en de programma's van het hefboomwerkings medische toezicht. Het systeem is geïntegreerd binnen een bredere informatica infrastructuur en levert substantie verwante gegevens - de informatie van de plaatsstructuur, enz.

Solvay verbetert voortdurend zijn voorbereidheid voor een grieppandemie door een centraal geleide organisatie met een netwerk van land- en sitecoördinatoren.

Risico's in verband met het transport van gevaarlijke chemische producten worden tot het uiterste beperkt door de precieze omschrijving en de beperkte reiswegen die dit transport mag gebruiken en ook door de uitbouw van geïntegreerde fabrieken waardoor het transport van tussenproducten overbodig wordt.

Solvay past ook de aanbevelingen toe van beroepsverenigingen zoals Eurochlor, ECVM of CTEF en van programma's zoals Responsible Care®.

8. Risico's in verband met het leefmilieu

Het leefmilieurisico dat Solvay loopt kan het gevolg zijn van een lekkage waardoor een chemische substantie vrijkomt, door een defect aan de industriële uitrusting, een ongeluk bij het transport of een productieprobleem waarbij substanties vrijkomen en daarbij de wettelijke limieten overschrijden (bijvoorbeeld door een defect van de installatie). Solvay heeft zowat 40 sites waarvoor regels gelden betreffende installaties met hoog risico. Zoals de meeste andere industriële ondernemingen dient Solvay de historische bodemvervuiling op een aantal van deze sites te beheren en ongedaan te maken.

Financiën

De overheden dringen steeds meer aan op het beheer van bodem en grondwater. In dit verband zijn een aantal administratieve procedures in voorbereiding, om de noden en de aanpak ervan duidelijk te bepalen.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Voor Solvay is de bescherming van het leefmilieu een essentieel onderdeel van zijn activiteiten. Maatregelen voor de preventie van vervuiling en van ongevallen zijn bij Solvay altijd al heel belangrijk geweest. In alle fabrieken en vestigingen, ook in nieuw verworven productie-eenheden, gelden richtlijnen en ISO- of gelijkwaardige programma's voor risicocontrole. Meer bepaald heeft de Groep het nodige gedaan om de regelgeving in verband met belangrijke risico's te respecteren en ze zelfs verstrengt toe te passen. Deze regelgeving bevat gedetailleerde maatregelen voor ongevallenpreventie.

De sites met historische bodemvervuiling worden zorgvuldig beheerd en dit behelst ook gepaste voorzieningen voor onderzoek en sanering. De Groep heeft een eigen expertise ontwikkeld wat het bodembeheer betreft. Solvay ziet er op toe dat in al haar units risicocontrole wordt toegepast. Hydrologische en geologische studies en bodemanalyse worden op een systematische manier uitgevoerd om eventuele problemen op te sporen, het risico in te schatten voor het grondwater en eventuele herstel- of begrenzingsmaatregelen te nemen in overleg met de bevoegde overheid. Een aantal van deze inspanningen is al geleverd of is momenteel in uitvoering. Solvay heeft voor een milieuprogramma geopteerd dat werkt volgens de Richtlijn van de EU Milieu (ELD).

9. Risico in verband met informatie en informatietechnologie

De informatietechnologie (IT) is een onderdeel van de activiteiten van de Groep voor de behandeling en de uitwisseling van informatie en de verbetering, binnen de onderneming, van procedures zoals de controle en het management van de industriële productie-eenheden, het beheer van de inventaris, het beheer van de hele bevoorrading en de groei van de productiviteit. Daarom hebben de keuzes en de strategie inzake informatica een belangrijke invloed op de werking. Verliezen ten gevolge van onderbrekingen, verminderde servicekwaliteit of panne in het informaticasysteem kunnen de continuïteit van de activiteiten in het gedrang brengen en leiden tot inkomstenverlies. De beschikbaarheid van IT¬diensten is opnieuw onderzocht in functie van pandemische invloeden.

De informatie over de activiteiten is voor de Groep heel kostbaar. Precies daarom moet ze worden gewaardeerd en beveiligd via veiligheidsprocedures, zoals de controle op de toegankelijkheid en over het dupliceren van materiaal. De informatie die voor de onderneming zo belangrijk is, plaatst haar voor een dubbele uitdaging : het risico van niet¬beschikbaarheid door ongeluk of verlies enerzijds en het risico van ontfutseling, misbruik of diefstal anderzijds.

De ontwikkeling van een informatica gestuurde business processen volgend op gecertifi eerde implementatie procedures met het oog of risico vermindering.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Iedere werknemer is verantwoordelijk voor het correcte beheer van de informatie conform wetten en richtlijnen in verband met informatica en informaticasystemen.

De interne informaticaspecialisten beheren en beschermen de systemen en garanderen er de integriteit van; ze helpen en vormen de werknemers op het gebied van de veiligheid van de informatica, maken geregeld back-ups aan en waarborgen een veiliger gebruik van de systemen.

Een zeer grote meerderheid van de medewerkers is gecertifi ceerd in overeenstemming met de standaardveiligheidsvoorschriften van de Groep.

Bepaalde belangrijke informaticasystemen worden ondergebracht en op technisch gebied beheerd bij externe informaticaleveranciers. De keuze van deze leveranciers, de contractuele voorwaarden en het serviceniveau van deze laatsten zijn van cruciaal belang met het oog op de vermindering van de met informatica verband houdende risico's.

10. Risico in verband met reputatie

Wanneer schade wordt toegebracht aan de reputatie van een van Solvay's aandeelhouders refl ecteert zich dat op Solvay Schade zoals deze in deze sectie wordt beschreven kan voorkomen en publiek gemaakt worden.Tevens kan om het even welke gebeurtenis of actie van inbreuk op ethiek, wetgeving, of collectieve bestuurprincipes in het algemeen, de aandeelhouders van Solvay reputatieschade berokkenen.

Reputatieschade riskeert door het internet en de sociale netwerken snel te worden verspreid en zelfs vergroot.

Reputatie is een zeer belangrijk aandachtspunt. Reputatieschade kan in concurrentienadeel resulteren. Het reputatierisico omvat de subjectieve, collectieve waarneming van een bedrijf door zijn verschillende aandeelhouders. Het vertrouwen is een fundamenteel ingrediënt van een goede reputatie.

De reputatie van een onderneming is een belangrijke troef. Een aanslag op de reputatie van een onderneming kan leiden tot een verzwakte concurrentiekracht. Het risico in verband met de reputatie ligt bij de subjectieve perceptie in haar vele facetten die de onderscheiden partners van de vennootschap hebben. Vertrouwen is nu eenmaal een essentieel bestanddeel van de reputatie van een onderneming.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Behalve een goed management in de algemene zin van het woord dragen ook controleprocedures en systemen, een doeltreffende communicatie (die zowel transparant, coherent als nauwkeurig is) en solide langetermijnrelaties, zowel binnen als buiten de organisatie, bij tot een geleidelijk groeiend vertrouwen hetgeen onmisbaar is voor een goede reputatie.

Solvay werkt het mee aan specifi eke programma's in de Verenigde Staten (via de American Chemistry Council) en in Europa (via de CEFIC), om zo de reputatie van de chemische industrie te verbeteren. O.a. leden van het Uitvoerend Comité van Solvay waren onlangs voorzitter van het ICCA (International Council of Chemical Associations), het CEFIC (European Chemical Industry Control) en Plastics Europe.

Zoals hierboven vermeld, vernoemt een studie over het risicomanagement bij Solvay in 2009 reputatiemanagement als één van de sterke punten van de manier waarop Solvay met risico's omgaat.

Verder zijn de procedures op het gebied van communicatie, systemen, plannen en programma's zo opgevat dat er in twee richtingen een regelmatige communicatiestroom is ontstaan, die zich ontwikkelt en ook behouden blijft tussen de belangrijkste betrokken partijen: de aandeelhouders en de fi nanciële gemeenschap, de werknemers, de klanten, de overheid, de lokale gemeenschappen en de opiniemakers. Die communicatiestroom kan direct zijn of lopen via de pers en de andere media. Driemaandelijkse publicatie van het Groepsresultaat, interne nieuwsbrieven, website, opendeur¬dagen, ontmoetingen en speciale evenementen zijn slechts enkele voorbeelden van zulke communicatie. Solvay beschikt over duidelijke richtlijnen en advies die de werknemers moeten naleven binnen de sociale netwerk cultuur.

Duidelijke waarden op basis van een gedragscode in combinatie met een corporate governance van hoog niveau, om maar die voorbeelden te noemen, zijn nuttige instrumenten om het reputatierisico te verkleinen.

Specifi eke management- en communicatiesystemen waarmee alarm geslagen wordt als een crisis dreigt uit te breken, worden geactiveerd als zich onverwacht en plotseling negatieve gebeurtenissen voordoen die tot crisissituaties kunnen leiden die mogelijk schade berokkenen en de faam van de onderneming aantasten. Welbepaalde medewerkers krijgen een opleiding om aan dergelijke situaties het hoofd te bieden. Geregeld worden er ook oefeningen in crisisbeheersing georganiseerd.

Belangrijke geschillen

Met zijn diversiteit aan activiteiten en zijn geografi sche spreading loopt de Solvay-groep wettelijke risico's vooral inzake productaansprakelijkheid, contractuele betrekkingen, antitrustwetgeving, geschillen over intellectuele eigendom, belastingaanslagen en kwesties in verband met gezondheid, veiligheid en leefmilieu. Betwistingen zijn niet te vermijden en soms is het ook in het belang van de rechten en belangen van de Groep om naar de rechter te stappen.

Het resultaat van een proces kan niet met zekerheid worden voorspeld. Het is dan ook mogelijk dat ongunstige defi nitieve rechterlijke uitspraken of arbitrage leiden tot de vaststelling van aansprakelijkheid (nog gezwegen van de kosten) die niet gedekt is, of niet helemaal gedekt is door voorzieningen of door een verzekering en dus een materiële impact kan hebben op onze inkomsten.

Lopende rechterlijke procedures waarin de Solvay-groep betrokken is en die een belangrijk risico inhouden worden hieronder kort gepresenteerd. Het gaat hier niet om een volledige lijst.

Het feit dat deze rechtsgeschillen hieronder worden weergegeven heeft niets te maken met hun intrinsieke betekenis. Solvay verdedigt zichzelf met veel overtuiging en is vast overtuigd van de waarde van de in de verdediging gehanteerde argumenten.

Voor bepaalde zaken en overeenkomstig de boekhoudkundige regels in verband hiermee heeft Solvay reserves of provisies opgebouwd om zo de kosten van fi nanciële risico's en/of andere kosten van de verdediging te dekken (zie sectie 32).

Activiteit Chemie en Kunststoffen

Antitrustzaken

  • In december 2000 legde de Europese Commissie boetes op voor een gezamenlijk bedrag van 23 miljoen EUR aan Solvay, wegens vermeende inbreuken op de concurrentieregels op de markt voor natriumcarbonaat in de periode voor 1990. Solvay ging in beroep en het Europees Algemeen Hof deed 1,75 miljoen EUR van de boete af. Solvay heeft besloten verder beroep aan te tekenen bij het Europese Hof van Justitie.
  • In mei 2006 legde de Europese Commissie boetes op voor in totaal 193 miljoen EUR tegen Solvay (met inbegrip van Ausimont, door Solvay in 2002 overgenomen) voor vermeende inbreuk op de concurrentieregels op de markt van de peroxideproducten. Solvay is in beroep gegaan tegen de beslissing van de Europese Commissie.

Gebundelde burgerlijke rechtszaken zijn aanhangig gemaakt bij het Hof van Dortmund (Duitsland) in 2009 tegen Solvay en andere producenten wegens vermeende schending van de antitrustwetgeving en met een eis tot schadevergoeding ten bedrage van 430 miljoen EUR. Deze zaak is nog in een vroeg stadium en Solvay zal zich met alle middelen verdedigen.

Geschillen rond gezondheid, veiligheid en leefmilieu

  • De Franse gemeente Metz heeft vanaf 2001 diverse processen tegen Solvay en een andere producent aangespannen, met de bewering dat het lozen van water met een resthoeveelheid natriumchloride uit de productie van natriumcarbonaat in de rivier de Meurthe bijkomende kosten veroorzaakte (naar bewering ongeveer 50 miljoen EUR) voor de drinkwaterdistributie. Solvay houdt zich aan de werkingsvergunning afgeleverd door de autoriteiten en verwerpt de beschuldiging met kracht.
  • In Italië is sinds 2002 een strafzaak bezig voor de rechtbank van Ferrara tegen 4 oud-werknemers van Solvay voor vermeend misdadig gedrag vóór 1975, in verband met twee gevallen van pvc-arbeiders die blootgesteld waren aan VCM. De beschuldigingen worden met klem afgewezen.

Solvay kan mogelijk eisen voor burgerlijke aansprakelijkheid verwachten indien het vonnis van het strafhof negatief is.

– In Spinetta Marengo, Italië, heeft de openbare aanklager in oktober 2009 voorlopig 38 burgers aangeklaagd (onder wie oud-werknemers van Solvay, waartoe ook Ausimont SpA behoort) wegens vermeende misdadige schending van de leefmilieuwetgeving (onder meer het vergiftigen van drinkwater).

Deze beweringen worden met kracht tegengesproken. Solvay kan blootgesteld worden aan burgerlijke aansprakelijkheidseisen indien de zaak negatief afl oopt.

– In Bussi, Italië, heeft de openbare aanklager provisioneel 28 burgers in staat van beschuldiging gesteld (onder wie oud¬werknemers van Ausimont SpA, dat overgenomen werd door Solvay in 2002) in verband met een vermeende schending van de leefmilieuwetgeving. Deze zaak is nu bij de rechter belast met het vooronderzoek. Als wettige opvolger van Ausimont SpA kan Solvay mogelijk een eis tot burgerlijke aansprakelijkheid verwachten indien de strafzaak een negatief einde kent.

– In algemene zin dient opgemerkt dat de overheid steeds actiever wordt om toe te zien op een verbeterd beheer van overgeërfde, vervuilde bodems en grondwater. In dit verband zijn er een aantal administratieve regels in voorbereiding om de nood tot sanering te bepalen en ook de juiste aanpak hiervan. Dit heeft tot gevolg dat Solvay nu verwikkeld is in leefmilieugeschillen voor een beperkt aantal sites, waarvan de meeste in 2002 van Ausimont Spa zijn overgenomen. Het gaat hier om enkele gevallen van bodemvervuiling en stortplaatsen.

Farmaceutische activititeiten

In de context van de transactie van de farma-activiteiten hebben de contractuele afspraken bevredigende regels en voorwaarden opgeleverd voor de toewijzing en deling van de aansprakelijkheid inzake activiteiten van vóór de verkoop.

Onder voorbehoud van beperkte uitzonderingen zal de blootstelling van Solvay aan schadevergoeding aan Abbott wegens aansprakelijkheid voor verkochte activiteiten beperkt worden tot een samengesteld bedrag van EUR 500 miljoen (minder dan 10% van de waarde van de onderneming die Solvay verkocht heeft) en voor beperkte tijd.

Dit houdt schadeloosstelling in voor de aansprakelijkheid in de zaak van hormone replacement therapy (HRT) in de Verenigde Staten. Voormalige gebruikers van HRT-producten hebben duizenden rechtszaken aanhangig gemaakt tegen de producenten van HRT-producten.

Per 31 december 2009 hadden minder dan 400 eisers naar ze beweerd hadden HRT-producten van Solvay gebruikt. Men denkt niet dat dit aantal nog sterk zal veranderen. Geen enkel geval waarbij het om Solvay-producten ging is al door de rechtbank behandeld. Solvay zal zich met alle middelen verdedigen.

Financiën

De consolidatiekring 2010

TDe Groep bestaat uit Solvay nv en een totaal van 274 dochterondernemingen en geassocieerde deelnemingen in 50 landen.

Hiervan zijn er 126 integraal geconsolideerd, 55 proportioneel geconsolideerd en 1 geconsolideerd via de equitymethode. De overige 92 ondernemingen voldoen niet aan de consolidatiecriteria van de Groep.

In overeenstemming met het materialiteitsprincipe zijn een aantal minder belangrijke bedrijven niet opgenomen in de consolidatiekring. Onder minder belangrijk groepeert men de bedrijven die niet voldoen aan de volgende drievoudige minimale bijdrage tot de winst van de Groep:

  • omzet 20 miljoen EUR,
  • totaal van de activa 10 miljoen EUR,
  • 150 personeelsleden.

Toch kunnen bedrijven die niet aan deze materialiteitscriteria voldoen alsnog geconsolideerd worden, indien de Groep oordeelt dat ze het potentieel hebben om zich snel te ontwikkelen, of als ze een aandeel hebben in bedrijven die op grond van dezelfde criteria zijn geconsolideerd.

Over het algemeen hebben de niet-geconsolideerde vennootschappen geen materiële impact op de geconsolideerde gegevens van de Groep; hun impact op het nettoresultaat is ongeveer 0,1%.

De volledige lijst van vennootschappen is ingediend bij de Nationale Bank van België als bijlage bij het Jaarverslag en kan verkregen worden in het hoofdkantoor van de vennootschap.

Lijst van opgenomen en verdwenen vennootschappen

Ch = Chemie FP = Farmaceutische Producten K = Kunststoffen - = niet toegewezen

Vennootschappen opgenomen in de Groep

Land Vennootschap Sector Commentaar
ZWITSERLAND Solvay Vinyls Holding AG - voldoet aan consolidatiecriteria
CHINA Solvay Speciality Polymers (Changshu) Co. Ltd K voldoet aan consolidatiecriteria
SERBIË Pipelife Serbia d.o.o. K oprichting

Vennootschappen verdwenen uit de Groep

Land Vennootschap Sector Commentaar
BELGIË Financière Keyenveld SA - opgeheven
Innogenetics nv FP verkocht aan Abbott
Sovlay Pharma SA FP verkocht aan Abbott
Inergy Automotive Systems Research nv K verkocht aan Plastic Omnium
Inergy Automotive Systems (Belgium) nv K verkocht aan Plastic Omnium
NEDERLAND Sodufa bv FP verkocht aan Abbott
Solvay Biologicals bv FP verkocht aan Abbott
Solvay Pharma bv FP verkocht aan Abbott
Solvay Pharmaceuticals bv FP verkocht aan Abbott
Inergy Automotive Systems Netherlands Holding bv K verkocht aan Plastic Omnium
FRANKRIJK Fournier Industrie et Santé SA FP verkocht aan Abbott
Laboratoires Fournier SA FP verkocht aan Abbott
Solvay Pharma S.A.S. FP verkocht aan Abbott
Sovlay Pharmaceuticals S.A.S. FP verkocht aan Abbott
Vivalsol S.N.C. FP verkocht aan Abbott
Inergy Automotive Systems S K verkocht aan Plastic Omnium
Inergy Automotive Systems France S.A.S. K verkocht aan Plastic Omnium
Inergy Automotive Systems Management SA K verkocht aan Plastic Omnium
ITALIË Solvay Pharma S.p.A. FP verkocht aan Abbott
DUITSLAND Fournier Pharma GmbH FP verkocht aan Abbott
Solvay Arzneimittel GmbH FP verkocht aan Abbott
Sovlay Pharmaceuticals GmbH FP verkocht aan Abbott
Inergy Automotive Systems (Germany) K verkocht aan Plastic Omnium
SPANJE Solvay Pharma SA FP verkocht aan Abbott
Inergy Automotive Systems (Spain) S.L. K verkocht aan Plastic Omnium
Inergy Automotive Systems Valladolid S.L. K verkocht aan Plastic Omnium
ZWITSERLAND Solvay Pharma AG FP verkocht aan Abbott
Sovlay Pharmaceuticals Marketing & Licensing AG FP verkocht aan Abbott
PORTUGAL Solvay Pharma Lda FP verkocht aan Abbott
Voxfarma, Produtos Farmaceuticos, Unipessoal, Lda FP verkocht aan Abbott
OOSTENRIJK Solvay Pharma GmbH FP verkocht aan Abbott
GROOT
BRITTANNIË
Fournier Pharmaceuticals Ltd FP verkocht aan Abbott
Solvay Healthcare Ltd FP verkocht aan Abbott
Inergy Automotive Systems (UK) Ltd K verkocht aan Plastic Omnium
IERLAND Fournier Laboratories Ireland Ltd FP verkocht aan Abbott
Solvay Healthcare Ltd FP verkocht aan Abbott
Inergy Reinsurance Ltd K verkocht aan Plastic Omnium
ZWEDEN Solvay Pharma AB FP verkocht aan Abbott
POLEN Fournier Polska Sp. z o.o. FP verkocht aan Abbott
Solvay Pharma Sp. z o.o. FP verkocht aan Abbott
Solvay Pharma Polska Sp. z o.o. FP verkocht aan Abbott
Inergy Automotive Systems Poland Sp. z o.o. K verkocht aan Plastic Omnium
ROEMENIË Inergy Automotive Systems Romania S.R.L. K verkocht aan Plastic Omnium
SLOWAKIJE Inergy Automotive Systems Slovakia sr.o. K verkocht aan Plastic Omnium
GRIEKENLAND Solvay Pharma M.E.P.E. FP verkocht aan Abbott
TURKIJE Solvay Ilac Ve Ecza Ticaret Limited Sirketi FP verkocht aan Abbott
RUSLAND Solvay Pharma OOO FP verkocht aan Abbott
Stavroro Automotive Systems LLC K verkocht aan Plastic Omnium
VERENIGDE
STATEN
Solvay Automotive Plastics & Systems, Inc. K absorptie met Solvay America
Fournier Pharma Corp, Inc. FP verkocht aan Abbott
Solvay Biologicals, LLC FP verkocht aan Abbott
Solvay Pharma U.S. Holdings, Inc. FP verkocht aan Abbott
Sovlay Pharmaceuticals, Inc. FP verkocht aan Abbott
Unimed Pharmaceuticals, Inc. FP verkocht aan Abbott
Inergy Automotive Systems Holding (USA) K verkocht aan Plastic Omnium
Inergy Automotive Systems (USA) LLC K verkocht aan Plastic Omnium
CANADA Fournier Pharma, Inc. FP verkocht aan Abbott
Solvay Pharma, Inc. FP verkocht aan Abbott
Solvay Pharma Canada, Inc. FP verkocht aan Abbott
Inergy Automotive Systems (Canada), Inc K verkocht aan Plastic Omnium
MEXICO Italmex SA FP verkocht aan Abbott
Inergy Automotive Systems Mexico SA de C.V. K verkocht aan Plastic Omnium
BRAZILIË Solvay Farma Ltda FP verkocht aan Abbott
Inergy Automotive Systems Brazil Ltda K verkocht aan Plastic Omnium
ARGENTINIË Inergy Automotive Systems Argentina SA K verkocht aan Plastic Omnium
AUSTRALIË Sovlay Pharmaceuticals Pty Ltd FP verkocht aan Abbott
CHINA Inergy Automotive Systems (Wuhan) Co., Ltd K verkocht aan Plastic Omnium
Inergy Automotive Systems Consulting (Beijing) Co., Ltd K verkocht aan Plastic Omnium
Inergy Automotive Systems Manufacturing (Beijing) Co.,
Ltd
K verkocht aan Plastic Omnium
THAILAND Inergy Automotive Systems Thailand Ltd K verkocht aan Plastic Omnium
INDIA Solvay Pharma India Ltd FP verkocht aan Abbott
Inergy Automotive Systems India Pvt Ltd K verkocht aan Plastic Omnium
ZUID KOREA Inergy Automotive Systems Co., Ltd K verkocht aan Plastic Omnium
JAPAN Sovlay Seiyaku KK FP verkocht aan Abbott
Inergy Automotive Systems KK K verkocht aan Plastic Omnium
ZUID AFRIKA Inergy Automotive Systems South Africa (Pty) Ltd K verkocht aan Plastic Omnium

Wijziging van consolidatiemethode

Land Vennootschap Sector Commentaar
THAILAND Vinythai Public Company Ltd K integraal geconsolideerd

164

Lijst van integraal geconsolideerde vennootschappen

Met aanduiding van het aangehouden belang, gevolgd door het segment. Merk op dat het belang in termen van stemrecht het aangehouden belang benadert. Ch = Chemie FP = Farmaceutische Producten K = Kunststoffen - = niet toegewezen

BELGIË

Financières Solvay SA, Brussel 99,9 -
Peptisyntha SA, Neder-Over-Heembeek 100 FP
Solvay Benvic & Cie Belgium vof., Brussel 100 K
Solvay Chemicals International SA, Brussel 100 Ch
Solvay Chemie nv, Brussel 100 Ch
Solvay Coordination Internationale des Crédits Commerciaux (CICC) SA, Brussel 100 -
Solvay Energy nv, Brussel 100 -
Solvay Nafta Development and Financing nv, Brussel 100 -
Solvay Participations Belgique nv, Brussel 100 -
Solvay Pharmaceuticals SA - Management Services, Brussel 100 -
Solvay Specialties Compounding nv, Brussel 100 -
Solvay Stock Option Management S.P.R.L., Brussel 100 -
Solvic nv, Brussel 75 K
SolVin nv, Brussel 75 K
LUXEMBURG
Solvay Finance (Luxembourg) SA, Luxembourg 100 -
Solvay Luxembourg S.a.r.l., Luxembourg 100 -
Solvay Luxembourg Development S.a.r.l., Luxembourg 100 -
NEDERLAND
Solvay Chemicals and Plastics Holding bv, Weesp 100
Solvay Chemie bv, Linne-Herten 100 Ch
Solvay Finance bv, Weesp 100 -
Solvay Holding Nederland bv, Weesp 100 -
SolVin Holding Nederland bv, Weesp 75 K
Terlin bv, Amsterdam 100 -
FRANKRIJK
Solvay Benvic France S.A.S., Paris 100 K
Solvay - Carbonate - France S.A.S., Paris 100 Ch
Solvay - Electrolyse - France S.A.S., Paris 100 Ch
Solvay Energie France S.A.S., Paris 100
Solvay Finance France SA, Paris 100 -
Solvay Finance SA, Paris 100 -
Solvay - Fluorés - France S.A.S., Paris 100 Ch
Solvay - Organics - France S.A.S., Paris 100 Ch
Solvay - Olefi nes - France S.A.S., Paris 100 K
Solvay Participations France SA, Paris 100 -
Solvay Solexis S.A.S., Paris 100 Pl
Solvay - Spécialités - France S.A.S., Paris 100 Ch
SolVin France SA, Paris 75 Pl
ITALIË
SIS Italia S.p.A., Rosignano 100 -
Società Elettrochimica Solfuri e Cloroderivati (ELESO) S.p.A., Milano 100 Ch
Società Generale per l'Industria della Magnesia (SGIM) S.p.A., Angera 100 Ch
Solvay Bario e Derivati S.p.A., Massa 100 Ch
Solvay Benvic - Italia S.p.A, Rosignano 100 Pl
Solvay Chimica Italia S.p.A., Milano 100 Ch
Solvay Chimica Bussi S.p.A., Rosignano 100 Ch
Solvay Fluor Italia S.p.A., Rosignano 100 Ch
Solvay Finanziaria S.p.A., Milano 100 -
Solvay Padanaplast SpA, Roccabianca 100 Pl
Solvay Solexis S.p.A., Milano 100 K
SolVin Italia S.p.A., Ferrara 75 K
DUITSLAND
Cavity GmbH & Co KG, Hannover 100 Ch
Girindus AG, Bensberg 82 Ch
Kali-Chemie AG, Hannover 100 -
Salzgewinnungsgesellschaft Westfalen mbH & Co KG, Epe 65 Ch
Solvay GmbH, Hannover 100 -
Solvay Advanced Polymers GmbH, Hannover 100 K
Solvay Chemicals GmbH, Hannover 100 Ch
Solvay Fluor GmbH, Hannover 100 Ch
Solvay Infra Bad Hoenningen GmbH, Hannover 100 Ch
Solvay Kali-Chemie Holding GmbH 100 -
Solvay Organics GmbH, Hannover 100 Ch
Solvay Verwaltungs-und Vermittlungs GmbH, Hannover 100 -
SolVin GmbH & Co KG, Hannover 75 K
SolVin Holding GmbH, Hannover 75 K
SPANJE
Electrolisis de Torrelavega A.E.I., Torrelavega 100 Ch
Hispavic Iberica S.L., Martorell 75 K
Solvay Benvic Iberica SA, Barcelona 100 K
Solvay Ibérica S.L., Barcelona 100 -
Solvay Participaciones SA, Barcelona 100 -
Solvay Quimica S.L., Barcelona 100 Ch
Vinilis S.A, Martorell 75 K
ZWITSERLAND
Solvay (Schweiz) AG, Zurzach 100 Ch
Solvay Quimica Y Minera Ventas SA de C.V., Monterrey 100 Ch
BRAZILIË
Solvay do Brasil Ltda, Sao Paulo 100 Ch
Solvay Indupa do Brasil SA, Sao Paulo 69,9 K
ARGENTINIË
Solvay Indupa S.A.I.C., Bahia Blanca 69,9 K
Solvay Argentina SA, Buenos Aires 100 -
Solvay Quimica SA, Buenos Aires 100 Ch
AUSTRALIË
Solvay Interox Pty Ltd, Banksmeadow 100 Ch
JAPAN
Nippon Solvay KK, Tokyo 100 Ch
Solvay Advanced Polymers KK, Tokyo 100 K
Solvay Solexis KK, Minato Ku-Tokyo 100 K
CHINA
Solvay (Shanghai) Ltd, Shanghai 100 K
Solvay Speciality Polymers (Changshu) Co. Ltd, Shangshu 100 K
THAILAND
Advanced Biochemical (Thailand) Company Ltd, Bangkok 58,8 Ch
Solvay Peroxythai Ltd, Bangkok 100 Ch
Vinythai Public Company Ltd, Bangkok 58,8 K
SINGAPORE
Solvay Singapore Pte Ltd, Singapore 100 -
INDIA
Solvay Specialities India Private Limited, Mumbai 100 K
CAYMAN EILANDEN
Blair International Insurance (Cayman) Ltd, Georgetown 100 -
ZUID-KOREA
Daehan Specialty Chemicals Co., Ltd, Seoul 100 Ch
Solvay Fluor Korea Co. Ltd, Séoul 100 Ch
NAMIBIË
Okorusu Fluorspar (Pty) Ltd, Otjiwarongo 100 Ch
Okorusu Holdings (Pty) Ltd, Windhoek 100 Ch

Lijst van proportioneel geconsolideerde vennootschappen

Pipelife Norge AS, Surnadal 50 K
FINLAND
Pipelife Finland OY, Oulu 50 K
Propipe OY, Oulu 50 K
POLEN
Pipelife Polska SA, Karlikowo 50 K
ROEMENIË
Pipelife Romania S.R.L., Bucuresti 50 K
SLOVENIË
Pipelife Slovenija, d.o.o., Trzin 50 K
ESTLAND
Pipelife Eesti AS, Tallinn 50 K
LITOUWEN
Pipelife Lietuva UAB, Vilnius 50 K
LETLAND
Pipelife Latvia SIA, Riga 50 K
BULGARIJE
Deven AD, Devnya 75 Ch
Pipelife Bulgaria EOOD, Plovdiv 50 K
Solvay Sodi AD, Devnya 75 Ch
KROATIË
Pipelife Hrvatska Republika d.o.o., Karlovac 50 K
HONGARIJE
Pipelife Hungaria Kft, Debrecen 50 K
TSJECHIË
Pipelife Czech s.r.o., Otrokovice 50 K
SLOVAKIJE
Pipelife Slovakia s.r.o., Piestany 50 K
SERBIË
Pipelife Serbia d.o.o., Beograd 50 K
GRIEKENLAND
Pipelife Hellas SA, Moschato Attica 50 K
TURKIJE
Arili Plastik Sanayii AS, Pendik 50 K
RUSLAND
Pipelife Russia OOO, Zhukov 50 K
Soligran ZAO, Moskva 50 K
VERENIGDE STATEN
Pipelife Jet Stream, Inc. Siloam Springs, AR 50 K
MEXICO
Solvay & CPC Barium Strontium Reynosa S. de R.L. de C.V., Reynosa 75 Ch
Solvay & CPC Barium Strontium Monterrey S. de R.L. de C.V., Monterrey 75 Ch
BRAZILIË
Dacarto Benvic SA, Santo André 50 K
Peroxidos do Brasil Ltda, Sao Paulo 69,4 Ch
THAILAND
MTP HP JV (Thailand) Ltd, Bangkok 50 Ch
ZUID-KOREA
Solvay & CPC Barium Strontium Korea Co Ltd, Onsan 75 Ch

Lijst van vennootschappen geconsolideerd volgens de equitymethode

ARGENTINIË

Solalban Energia SA, Bahia Blanca 40,5 K

Verkorte jaarrekening van Solvay nv

De statutaire jaarrekening van Solvay nv wordt hier voorgesteld in een verkorte vorm. Overeenkomstig de wet op de handelsvennootschappen worden de jaarrekening van Solvay nv, het bestuursverslag en het verslag van de Commissaris ingediend bij de Nationale Bank van België.

Deze documenten zijn op internet te raadplegen of op aanvraag verkrijgbaar bij:

Solvay nv

Prins Albertstraat 33 B - 1050 Brussel

Verkorte balans van Solvay nv

Miljoen EUR 2009 2010
ACTIVA
Vaste activa 5 317 8061
Oprichtingskosten en immateriële vaste activa 64 83
Materiële vaste activa 64 61
Financiële vaste activa 5 189 7917
Vlottende activa 1 684 5613
Voorraden 23 38
Handelsvorderingen 64 110
Overige vorderingen 658 687
Geldmiddelen en kasequivalenten 939 4778
Totaal van de activa 7 001 13674
PASSIVA
Eigen vermogen 4 162 6944
Kapitaal 1 271 1271
Agio 18 18
Reserves 1 948 1948
Overgedragen winst 925 3707
Kapitaalsubsidies 0 0
Voorzieningen en uitgestelde belastingen 308 324
Financiële schulden 2005 6122
- op meer dan één jaar 1998 1999
- op ten hoogste één jaar 7 4123
Handelsschulden 90 119
Overige schulden 436 165
Totaal van de passiva 7001 13674

Verkorte jaarrekening van Solvay nv

Miljoen EUR 2009 2010
Bedrijfsopbrengsten 711 903
Omzet 250 427
Andere bedrijfsopbrengsten 461 476
Bedrijfskosten -774 -973
Bedrijfsresultaat -63 -70
Financiële kosten en opbrengsten 406 281
Winst uit de gewone bedrijfsuitoefening vóór belasting 343 211
Uitzonderlijke resultaten -78 2 543
Resultaat van het boekjaar vóór belasting 265 2 754
Belastingen 0 28
Resultaat van het boekjaar 265 2 782
Overboeking naar (-) / Onttrekking aan (+) de belastingvrije reserves - -
Te bestemmen winst van het boekjaar 265 2 782

Financiën

Verslag van de commissaris

over de geconsolideerde jaarrekening afgesloten op 31 december 2010 gericht tot de algemene vergadering van aandeelhouders.

Aan de aandeelhouders

Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen, brengen wij u verslag uit in het kader van het mandaat van commissaris dat ons werd toevertrouwd. Dit verslag omvat ons oordeel over de geconsolideerde jaarrekening evenals de vereiste bijkomende vermelding.

Verklaring over de geconsolideerde jaarrekening zonder voorbehoud

Wij hebben de controle uitgevoerd van de geconsolideerde jaarrekening van Solvay NV ("de vennootschap") en haar dochterondernemingen (samen "de groep"), opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards zoals aanvaard binnen de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften. Deze geconsolideerde jaarrekening bestaan uit de geconsolideerde balans op 31 december 2010, de geconsolideerde winst- en verliesrekening, het geconsolideerde overzicht van het totaalresultaat, het geconsolideerde mutatieoverzicht van het eigen vermogen en het geconsolideerde kasstroomoverzicht voor het boekjaar eindigend op die datum, alsmede een overzicht van de belangrijkste gehanteerde grondslagen voor fi nanciële verslaggeving en toelichtingen. Het geconsolideerde balanstotaal bedraagt 14.014 miljoen EUR en het geconsolideerd winst (aandeel van de groep) van het boekjaar bedraagt 1.777 miljoen EUR.

De jaarrekening van een aantal belangrijke vennootschappen opgenomen in de consolidatiekring, met een balanstotaal van 201 miljoen EUR en met een totale winst van het boekjaar van 38 miljoen EUR werden gecontroleerd door andere revisoren. Onze verklaring over de hierbijgevoegde geconsolideerde jaarrekening is, voor zover deze betrekking heeft op bedragen betreffende deze vennootschappen, gesteund op de verslagen van deze andere revisoren.

Het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening valt onder de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur. Deze verantwoordelijkheid omvat onder meer: het ontwerpen, implementeren en instandhouden van een interne controle met betrekking tot het opstellen en de getrouwe weergave van de geconsolideerde jaarrekening zodat deze geen afwijkingen van materieel belang, als gevolg van fraude of van fouten, bevat, het kiezen en toepassen van geschikte waarderingsregels en het maken van boekhoudkundige ramingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn.

Het is onze verantwoordelijkheid een oordeel over deze geconsolideerde jaarrekening tot uitdrukking te brengen op basis van onze controle. Wij hebben onze controle uitgevoerd overeenkomstig de wettelijke bepalingen en volgens de in België geldende controlenormen, zoals uitgevaardigd door het Instituut van de Bedrijfsrevisoren. Deze controlenormen vereisen dat onze controle zo wordt georganiseerd en uitgevoerd dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de geconsolideerde jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.

Overeenkomstig deze controlenormen, hebben wij controlewerkzaamheden uitgevoerd ter verkrijging van controleinformatie over de in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen bedragen en toelichtingen. De selectie van deze controlewerkzaamheden is afhankelijk van onze beoordeling welke een inschatting omvat van het risico dat de geconsolideerde jaarrekening afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fraude of van fouten. Bij het maken van onze risico-inschatting houden wij rekening met de bestaande interne controle van de groep met betrekking tot het opstellen en de getrouwe weergave van de geconsolideerde jaarrekening ten einde in de gegeven omstandigheden de gepaste werkzaamheden te bepalen maar niet om een oordeel over de effectiviteit van de interne controle van de groep te geven. Wij hebben tevens de gegrondheid van de waarderingsregels, de redelijkheid van de boekhoudkundige ramingen gemaakt door de vennootschap, alsook de voorstelling van de geconsolideerde jaarrekening als geheel beoordeeld. Ten slotte hebben wij van de raad van bestuur en van de verantwoordelijken van de vennootschap de voor onze controlewerkzaamheden vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie, samen met de verslagen van andere revisoren waarop wij gesteund hebben, een redelijke basis vormt voor het uitbrengen van ons oordeel.

Naar ons oordeel, en op basis van de verslagen van de andere revisoren, geven de geconsolideerde jaarrekening een

getrouw beeld van de fi nanciële toestand van de groep per 31 december 2010, en van haar resultaat en kasstromen voor het boekjaar eindigend op die datum, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards zoals aanvaard binnen de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften.

Bijkomende vermelding

Het opstellen en de inhoud van het geconsolideerde jaarverslag vallen onder de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur.

Het is onze verantwoordelijkheid om in ons verslag de volgende bijkomende vermelding op te nemen die niet van aard is om de draagwijdte van onze verklaring over de geconsolideerde jaarrekening te wijzigen:

• Het geconsolideerde jaarverslag behandelt de door de wet vereiste inlichtingen en stemt overeen met de geconsolideerde jaarrekening. Wij kunnen ons echter niet uitspreken over de beschrijving van de voornaamste risico's en onzekerheden waarmee de groep wordt geconfronteerd, alsook van haar positie, haar voorzienbare evolutie of de aanmerkelijke invloed van bepaalde feiten op haar toekomstige ontwikkeling. Wij kunnen evenwel bevestigen dat de verstrekte gegevens geen onmiskenbare inconsistenties vertonen met de informatie waarover wij beschikken in het kader van ons mandaat.

Diegem, February 17, 2011

De commissaris

DELOITTE Bedrijfsrevisoren BV o.v.v.e. CVBA / SC s.f.d. SCRL Vertegenwoordigd door Eric Nys

Deugdelijk Bestuur

Verklaring inzake deugdelijk bestuur

Dit document is een bijlage bij het verslag van de Raad van Bestuur

Inhoudstafel

Referentiecode en inleiding p. 177
1. Juridische structuur en aandeelhouders van Solvay nv p. 177
2. Beleid inzake maatschappelijk kapitaal en dividend
2.1. Beleid inzake maatschappelijk kapitaal
2.2. Dividendbeleid
p. 178
3. Algemene Aandeelhoudersvergadering
3.1. Plaats en datum
3.2. Agenda van de algemene vergadering
3.3. Werkwijze voor de oproep tot deelname
3.4. Blokkering van de aandelen en volmachten
3.5. Procedure
3.6. Documentatie
p. 180
4. Raad van Bestuur
4.1. Functie en opdracht
4.2. Werking en vertegenwoordiging
4.3. Samenstelling
4.4. Evaluatie en vorming
4.5. Comités
p. 182
5. Uitvoerend Comité
5.1. Functie en opdracht
5.2. Delegatie
5.3. Samenstelling
5.4. Frequentie, voorbereiding en verloop van de vergaderingen
p. 189
6. Verslag over de vergoedingen p. 191
7. Rol van de Voorzitters in de harmonische samenwerking
van de Raad van Bestuur met het Uitvoerend Comité
p. 195
8. Voornaamste kenmerken van de interne controlesystemen
en het risicomanagement
p. 195
9. Externe audit p. 197
10. Gedragscode p. 197
11. Preventie van het misbruik van voorkennis p. 198
12. Interne organisatie van de Solvay-groep p. 199
13. Relaties met aandeelhouders en beleggers p. 200
Bijlagen:
1. Mission Statement van het Auditcomité p. 200
2. Vergoedingenbeleid voor de Algemeen Directeuren p. 201

Deugdelijk Bestuur

Referentiecode en inleiding

De Solvay-groep heeft de Belgische Corporate Governance Code 2009 aangenomen als zijn referentie inzake goed bestuur. Dit verslag stelt de toepassing voor van de aanbevelingen uit deze Code volgens het principe pas toe of leg uit (comply or explain). De Belgische Corporate Governance Code in de ondernemingen, editie 2009, is te raadplegen op de GUBERNA internetsite (www.guberna.be).

1. Juridische structuur en aandeelhouders van Solvay nv

1.1. Solvay nv is een naamloze vennootschap naar Belgisch recht met maatschappelijke zetel in de Prins Albertstraat 33 te 1050 Brussel, België. Haar statuten zijn na te lezen op de Solvay-internetsite: www.solvay.com.

Haar maatschappelijk doel omvat de activiteiten Chemie en Kunststoffen in de ruimere zin.

1.2. De aandelen zijn ofwel op naam, ofwel gedematerialiseerd, ofwel aan toonder (in coupures van 1, 10, 100 of 1000 aandelen). Sinds 1 januari 2008 kunnen papieren aandelen (aan toonder) niet meer worden geleverd. De aandelen aan toonder die al in een aandelendossier zaten, zijn automatisch geconverteerd in gedematerialiseerde aandelen. Ook heeft de algemene vergadering van 8 mei 2007 beslist dat uiterlijk op 30 juni 2011 de door de vennootschap uitgegeven aandelen aan toonder die niet zijn ingeschreven als gedematerialiseerde of aandelen op naam in de effectenrekening, van rechtswege zullen worden omgezet in gedematerialiseerde aandelen. De omzetting van de effecten in aandelen op naam gebeurt via de bank door indiening bij Euroclear Belgium

in het aandelendossier van Solvay nv

"Tegenwaarde van de certifi caten op naam".

Per 31 december 2010 bestaat het kapitaal van Solvay nv uit 84 701 133 aandelen. Elk aandeel geeft recht op één stem (behalve de aandelen in het bezit van Solvay Stock Option Management bvba of Solvay nv, waarvan het stemrecht is opgeheven). Het gaat uitsluitend om gewone aandelen en ze zijn allemaal gelijk.

Het aandeel wordt genoteerd op de NYSE Euronext Brussels. Het komt ook voor in een aantal indexen: • Euronext 100, met de 100 eerste Europese ondernemingen genoteerd op de NYSE EURONEXT, waarop Solvay de 65e plaats inneemt (0,4% van de index) (per 31 december 2010).

  • de Bel 20, index gebaseerd op de 20 belangrijkste op Euronext Brussel genoteerde aandelen. Op 31 december 2010 vertegenwoordigt Solvay ongeveer 7,2% van de waarde van deze index (6e plaats in de rangorde). De Solvay-aandelen vallen onder Chemicals - Specialties van de sectorale index van Euronext Brussels.
  • de indexen: DJ Stoxx, DJ Euro Stoxx, FTSE 300, FTSE- 4Good, MSCI…

Sinds 15 februari 2007 heeft Solvay Stock Option Management bvba de Bank Rothschild & Cie, in het kader van een liquiditeitscontract gemandateerd om de liquiditeit van het aandeel op Euronext Brussel te verbeteren. Dit mandaat is in 2010 geldig gebleven.

1.3. De grootste aandeelhouder van Solvay nv is de vennootschap Solvac nv. Per 31 december 2010 bezat die iets meer dan 30% van het kapitaal en van de stemmen. Solvac nv heeft ad hoc transparantieverklaringen afgelegd telkens wanneer het een drempel bereikte waarop het daartoe wettelijk of statutair verplicht was. Solvac heeft ook de door de wet vereiste kennisgeving gedaan betreffende het OBA Openbaar Bod tot Aankoop. Solvac nv is een naamloze vennootschap naar Belgisch recht, beursgenoteerd op Euronext Brussels. Enkel fysieke personen kunnen aandeelhouder zijn en de aandelen zijn uitsluitend op naam. Een zeer grote meerderheid van deze aandeelhouders (voor 80% van het kapitaal) zijn leden van de families die Solvay nv hebben opgericht.

Voorts bezat op 31 december 2010,

  • Solvay Stock Option Management bvba 3,25% van de door Solvay nv uitgegeven aandelen (2 754 818 aandelen), met name bedoeld voor de dekking van het aandelenoptieprogramma van Solvay (meer bijzonderheden in 2.1. Maatschappelijk kapitaal);
  • Solvay nv heeft 1,0% van haar eigen aandelen (880 766 aandelen) verworven in het kader van een beleggingsprogramma in eigen aandelen (onder de vorm van treasury shares ingevoerd in februari 2010). In januari 2011 is dit programma hernieuwd door de Raad van Bestuur voor een bijkomend jaar (tot eind 2011).

De recentste transparantieverklaringen zijn na te lezen op de internetsite www.solvay.com.

De overige aandelen zijn in bezit van:

  • individuele aandeelhouders die een directe participatie hebben in Solvay nv zonder evenwel alleen of samen met anderen de initiële drempel van 3% aandelenbezit te bereiken vanaf waar een kennisgeving omwille van de transparantie vereist is;
  • de Europese en internationale institutionele beleggers van wie het aantal en de belangstelling af te leiden zijn uit de intense contacten tijdens de vele roadshows, uit de regelmatige publicaties van analisten en uit het aantal in de afgelopen jaren op de beurs verhandelde aandelen (op Euronext gemiddeld

  • Op 8 jaar gebracht voor begunstigden die in België verblijven voor de aandelenoptieplannen van 1999 tot 2002 inbegrepen. Op 10 jaar gebracht voor begunstigden die in België verblijven voor de aandelenoptieplannen van 2005 tot 2007 inbegrepen. 182 000 aandelen per dag in 2010 en 278 000 aandelen per dag in 2009 ).

De onderneming is ervan op de hoogte gebracht dat individuele aandeelhouders onderling overleg willen kunnen plegen als de Raad van Bestuur vragen van groot strategisch belang voorlegt aan de algemene vergadering. Ieder van deze aandeelhouders is volledig vrij om te stemmen zoals hij/zij wil.

1.4. Op de algemene vergadering van mei 2009 en die van mei 2010 vertegenwoordigden de aandeelhouders met hun stemmen gemiddeld 45% van het kapitaal van Solvay nv.

1.5. Per 31 december 2010, had Solvay nv geen enkele participatie waarvoor een wettelijke of statutaire transparantieverklaring vereist was.

2. Beleid inzake maatschappelijk kapitaal en dividend

2.1. Beleid inzake maatschappelijk kapitaal

2.1.1. Sinds haar beursintroductie en haar omvorming tot naamloze vennootschap in 1969, heeft de onderneming nooit haar aandeel-

Aandelenoptieplan

houders publiek opgeroepen om haar kapitaal te verhogen (zie echter toch punt 2.1.6. hierna). Ze heeft de nodige fi nanciële middelen uit haar winst gehaald, waarvan ze slechts een deel uitkeert (zie later: dividendbeleid).

2.1.2. De buitengewone algemene vergadering van 12 mei 2009 heeft de Raad van Bestuur de toelating verleend om voor een periode van vijf jaar, met ingang van deze datum op de beurs aandelen te verwerven of over te dragen voor maximaal 20% van het kapitaal (hetzij 16 940 000 aandelen) tegen een koers tussen 20 EUR en 150 EUR. In 2010 heeft de Raad van deze mogelijkheid heel beperkt gebruik gemaakt voor een liquiditeitscontract (zie punt 1.2. hierboven) en om de verplichtingen te dekken inzake aandelenopties (zie punt 2.1.3. hieronder), alsook in het kader van een programma voor belegging in eigen aandelen dat begin 2010 werd ingevoerd (zie punt 1.3. hierboven).

2.1.3. Sedert december 1999 houdt de onderneming er een jaarlijks programma van aandelenopties of stock options op na, ten bate van de leiders van de Groep overal ter wereld. Het programma wordt gefi nancierd met de eigen aandelen die de Solvaygroep op de beurs terugkoopt. Sedert januari 2007 staat SSOM bvba hiervoor in. Dit dekkingsprogramma is voor een periode van vijf jaar goedgekeurd door de buitengewone algemene vergadering van 12 mei 2009.

Op 31 december 2010 bedroeg het aantal door Solvay nv uitgegeven aandelen in bezit van Solvay Stock Option Management bvba 3,25% (2 754 818 aandelen) van het kapitaal. Het recentste jaarprogramma van aandelenopties (uit te oefenen van 1 januari 2014 tot 15 december 2018) werd eind 2010 voorgelegd aan ongeveer 215 topmanagers van de Groep tegen een uitoefenprijs van 76,49 EUR per aandeel. Dat bedrag is het gemiddelde van de slotkoersen van het Solvay-aandeel op Euronext tijdens de 30 dagen voorafgaand aan het optieaanbod. Deze opties werden voor 98,05% door deze leidinggevenden aanvaard.

In 2010 zijn voor een totaal van 156 000 aandelen dergelijke aandelenopties uitgeoefend, waarbij op te merken is dat de opties in principe gedurende 5 jaar1 na een bevriezing van drie jaar kunnen worden uitgeoefend. In totaal ziet de uitoefening van de aandelenopties er over de jaren als volgt uit:

  • Aandelenoptieplan 1999: 17 300 aandelen
  • Aandelenoptieplan 2000: 5 800 aandelen
Uitgiftedatum Uitoefenprijs (in EUR) Uitoefenperiode Aanvaardingsgraad
1999 76,14 02/2003-12/2007 99,2%
2000 58,21 02/2004-12/2008 98,9%
2001 62,25 02/2005-12/2009 98,6%
2002 63,76 02/2006-12/2010 98,4%
2003 65,83 02/2007-12/2011 97,3%
2004 82,88 02/2008-12/2012 96,4%
2005 97,30 02/2009-12/2013 98,8%
2006 109,09 02/2010-12/2014 97,2%
2007 96,79 01/2011-12/2015 97,6%
2008 58,81 01/2012-12/2016 96,9%
2009 72,34 01/2013-12/2017 98,2%

2010 76,49 01/2014-12/2018 98,1%

Deugdelijk Bestuur

  • Aandelenoptieplan 2001: 800 aandelen
  • Aandelenoptieplan 2002: 101 500 aandelen
  • Aandelenoptieplan 2003: 30 600 aandelen

In de periode dat de Groep deze aandelen bezit, zijn stemrecht en recht op dividenduitkering van Solvay nv opgeschort.

2.1.4. Artikel 523 van het Wetboek van Vennootschappen

De Raad van Bestuur heeft tijdens zijn zitting van 16 december 2010 het jaarlijks aandelenoptieplan ten gunste van 215 topkaders in gang gezet. Onder hen de leden van het Uitvoerend Comité met onder meer Christian Jourquin en Bernard de Laguiche die ook Bestuurders zijn. Laatstgenoemden hielden zich om ethische redenen afzijdig bij het overleg van de Raad van Bestuur toen die het over de hen betreffende aandelenopties had.

De Raad van Bestuur heeft hun onthoudingsverklaring geacteerd, verwijzend naar Artikel 523 §3 al. 2 van het Wetboek van Vennootschappen dat handelt over gewone verrichtingen die gebeuren onder normale voorwaarden en normale marktwaarborg voor verrichtingen van dezelfde aard. Christian Jourquin en Bernard de Laguiche hebben respectief 25 000 en 20.000 aandelen aanvaard. Op zijn verzoek is het aantal aan de voorzitter van het Uitvoerend Comité toekomende aandelenopties beperkt tot het aantal van het voorgaande jaar, omwille van de algemene economische toestand en de sociale gevolgen van het Horizonproject.

2.1.5. Los van de toelating waarvan sprake in paragraaf 2.1.2. hierboven en om zichzelf te verdedigen kan de vennootschap haar eigen aandelen terugkopen tot 10% van het onderschreven kapitaal. Ze hoeft daarbij geen rekening te houden met een plafond- of maximale koers of met een bodemkoers. Die mogelijkheid bestaat wanneer ernstige beschadiging dreigt, bijvoorbeeld in geval van een vijandig overnamebod. De buitengewone algemene vergadering heeft deze procedure in mei 2008 met drie jaar verlengd.

2.1.6. In de statuten van de onderneming is sprake van schikkingen in verband met zogeheten toegestaan

kapitaal. Dit geeft de Raad van Bestuur de macht het kapitaal te verhogen met een maximum van 25 miljoen EUR. Van deze mogelijkheid is voor het laatst in 2006 gebruik gemaakt voor de dekkingsbehoefte van het oude stelsel van aandelenopties.

2.2. Dividendbeleid

2.2.1. Het beleid van de Raad van Bestuur bestaat erin de algemene vergadering van de aandeelhouders voor te stellen het dividend te verhogen telkens wanneer dit mogelijk is en het als het kan ook nooit te verminderen. Deze politiek wordt nu al vele jaren volgehouden. De grafi sche voorstelling hieronder geeft een overzicht van de voorbije 20 jaar.

2.2.2. De uitbetaling van het jaarlijks dividend gebeurt in twee schijven in de vorm van een voorschot en een saldo. Inzake het voorschot heeft de Raad van Bestuur in oktober 2006 besloten de methode om dit te bepalen aan te passen. Vanaf 2006 neemt deze methode 40% (afgerond) van het dividend van het vorige boekjaar als uitgangspunt en houdt ze ook rekening met de resultaten van de eerste negen maanden van het lopende

1991 1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010

Evolutie van het brutodividend van Solvay, van 1991 tot 2010 (in EUR)

boekjaar.

Als gevolg hiervan heeft de Raad van Bestuur van 27 oktober 2010 voor het boekjaar 2010 een voorschot op het nettodividend goedgekeurd van 0,90 EUR per aandeel (1,20 EUR bruto vóór de Belgische bevrijdende roerende voorheffi ng van 25%). Dit dividendvoorschot (coupon nr. 87), betaald op 13 januari 2011 dient afgerekend te worden op het hele dividend voor het boekjaar 2010, voorgesteld door de Raad van Bestuur van 16 februari 2011.

Wat het saldo betreft stelt de Raad van Bestuur bij de opmaak van de jaarrekening een dividend voor aan de gewone algemene vergadering dat in de lijn ligt van het zonet geschetste beleid. De tweede schijf van het dividend, of het saldo na aftrek van het voorschot, dient uitbetaald te worden in de loop van de maand mei. Voor het boekjaar 2010 bedraagt het nettodividend dat aan de algemene vergadering van 10 mei 2011 wordt voorgesteld 2,30 EUR per aandeel, (3,0667 EUR bruto per aandeel), 4,5% hoger dan van dat van 2009. Rekening houdend met het voorschot op het dividend dat uitbetaald werd op 13 januari 2011 (netto 0,90 EUR per aandeel – coupon nr. 87) zal het saldo (of 1,40 EUR netto per aandeel) uitbetaald worden vanaf 17 mei 2011 (coupon nr. 88).

2.2.3. Aandeelhouders die opteerden voor aandelen op naam krijgen het voorschot en het saldo van het dividend automatisch en gratis door overschrijving op de opgegeven bankrekening en dit op de datum van de uitvoering van de betaling. Aandeelhouders die aandelen aan toonder hebben, of gedematerialiseerde aandelen, krijgen hun dividend via hun bank of op de manier en volgens de regeling die zij verkiezen.

De coupons voor dividendvoorschot en saldo worden uitbetaald door de KBC Bank nv en CBC Banque nv: • KBC Bank nv, Havenlaan 2 –

1080 Brussel (België)

• CBC Banque nv, Grote Markt 5 – 1000 Brussel (België)

2.2.4. De vennootschap heeft geen VVPR-aandelen omdat het grootste deel van haar kapitaal al werd samengesteld vóór dit voor dividenden fi scaal gunstige regime werd ingevoerd. Tot op heden heeft ze geen optioneel dividend aan haar aandeelhouders voorgesteld, een dividend dat in nieuwe aandelen wordt uitbetaald en niet in speciën. Voor de keuze van een optioneel dividend bestaat in België trouwens geen enkele aanmoediging in de vorm van een fi scaal of fi nancieel voordeel voor de aandeelhouders.

3. Algemene Aandeelhoudersvergaderingen

Op te merken valt dat een wet betreffende de uitoefening van bepaalde rechten van aandeelhouders in beursgenoteerde vennootschappen de schikkingen wijzigt in verband met de organisatie van algemene vergaderingen in de toekomst. De statuten van de betrokken vennootschappen moeten aangepast zijn tegen 1 januari 2012. Een project aangaande de statuten van Solvay nv wordt voorgelegd aan de buitengewone algemene vergadering van Solvay op 10 mei 2011.

De gewone algemene vergadering van Solvay nv die plaatsvindt op 10 mei 2011 zal nog georganiseerd worden op basis van de huidige, hieronder beschreven schikkingen.

3.1. Plaats en datum

De jaarlijkse gewone algemene vergadering valt op de tweede dinsdag van de maand mei om 14.30 uur en vindt plaats in het Auditorium in de Prins Albertstraat 44 te Brussel (België).

Is een buitengewone algemene vergadering nodig, dan probeert de Raad van Bestuur die onmiddellijk voor of

na afl oop van de gewone algemene vergadering te doen plaatsvinden. Op dinsdag 10 mei 2011 wordt dus de volgende buitengewone algemene vergadering gehouden (om 10.30 uur) en de gewone algemene vergadering heeft plaats om 14.30 uur.

3.2. Agenda

Het is de Raad van Bestuur die de algemene vergadering bijeenroept. Diezelfde Raad stelt ook de agenda op. Nochtans kunnen ook de aandeelhouders vragen om een algemene vergadering te organiseren en/of een onderwerp op de agenda te zetten, voor zover ze samen 20% van het kapitaal vertegenwoordigen, zoals de Belgische wet dit bepaalt. Is dit het geval, dan wordt aan hun wens verplicht voldaan. Als deze aandeelhouders minder dan 20% van het kapitaal vertegenwoordigen, moet hun vraag tijdig door de Raad van Bestuur worden behandeld, die als enige oordeelt over de wenselijkheid om op de vraag in te gaan. Een vraag die tijdig is ingediend door aandeelhouders die samen meer dan 5% van het kapitaal vertegenwoordigen, voor het toevoegen van een punt aan de agenda van een al geplande algemene vergadering, zal in overweging worden genomen, tenzij ze het maatschappelijk belang schaadt.

De agenda van de jaarlijkse algemene vergadering vermeldt gewoonlijk volgende onderwerpen:

  • het verslag van de Raad van Bestuur over het boekjaar met inbegrip van het verslag over het goed bestuur (Corporate Governance) en het verslag over de vergoedingen;
  • het verslag van de Commissaris over het boekjaar;
  • de geconsolideerde rekening van het boekjaar;
  • de goedkeuring van de jaarrekening;
  • de bepaling van het dividend voor het betreffende boekjaar;
  • de ontheffi ng van de Bestuurders en de commissaris voor het boekjaar;
  • de bepaling van het aantal Bestuur-

Deugdelijk Bestuur

ders, van hen die onafhankelijk zijn, van de duur van hun mandaat en de rotatie van de vernieuwingen van mandaten;

  • de verkiezing van de bestuurders en de commissaris (verlenging van hun mandaat of nieuwe benoemingen);
  • het verslag over de vergoedingen (hernomen in hoofdstuk 6 hierna);
  • de bepaling van het jaarlijks honorarium van de commissaris voor de externe audit en dit voor de duur van zijn mandaat;
  • de goedkeuring van de clausules voor de verandering van de controle over belangrijke contracten (bij voorbeeld joint ventures).

Een buitengewone algemene vergadering is zeker vereist voor alle onderwerpen die te maken hebben met de inhoud van de statuten van de vennootschap. Wanneer de Raad van Bestuur een bijzonder verslag opstelt met het oog op een buitengewone algemene vergadering, dan wordt dit bijzonder verslag bij de uitnodiging gevoegd. Het wordt ook op de website van de vennootschap gepubliceerd.

3.3. Werkwijze voor de oproep tot deelname

De oproep tot deelname aan de algemene vergadering vermeldt plaats, datum en uur van de vergadering, de agenda, de verslagen en de resolutievoorstellen voor elk agendapunt dat ter stemming wordt voorgelegd. Tenslotte vermeldt de oproep de procedure tot deelname aan de vergadering en voor het verstrekken van een volmacht. De houders van aandelen op naam, krijgen op het adres dat ze hebben opgegeven hun oproep via de post, samen met de formulieren voor bevestiging van de deelname of voor het geven van een volmacht. Wie aandelen aan toonder bezit of gedematerialiseerde aandelen, wordt opgeroepen via de Belgische pers. Deze oproepen verschijnen in het Belgisch Staatsblad en ook in de Belgische fi nanciële pers, met name in de Franstalige krant L'Echo en de Nederlandstalige krant De Tijd. De belangrijkste in België gevestigde banken krijgen ook de nodige documentatie om ze te bezorgen aan de klanten die aandeelhouders van Solvay zijn.

3.4. Blokkering van de aandelen en volmachten

De Belgische wet die geldt voor het boekjaar 2010 voorziet in een tijdelijke blokkering van de aandelen om ondubbelzinnig vast te kunnen stellen wie stemgerechtigd aandeelhouder is op de algemene vergadering. De vennootschap heeft niet geopteerd voor het facultatief systeem van de registratiedatum.

3.4.1. Voor de aandeelhouders met aandelen op naam is de procedure een automatisme. Hun recht is schriftelijk vastgelegd in het register van de aandeelhouders. Het is de vennootschap die dit register bijhoudt of dit gebeurt voor haar rekening. Zij dienen dus enkel hun bevestiging van deelname aan het Secretariaat-Generaal te sturen, of hun volmacht. In beide gevallen moet het document vijf werkdagen voor de algemene vergadering toekomen, wil de betrokkene van zijn stemrecht gebruik kunnen maken.

3.4.2. Voor de houders van aandelen aan toonder of gedematerialiseerde aandelen verloopt de procedure niet automatisch. De houder moet zijn aandelen laten blokkeren tot de dag van de algemene vergadering, ofwel bij zijn bank die het Secretariaat-Generaal hierover informeert, ofwel bij de maatschappelijke zetel van de vennootschap.

Het Secretariaat-Generaal moet het verzoek tot blokkering vijf werkdagen voor de vergadering in zijn bezit hebben, opdat de aandeelhouder zou kunnen stemmen. Ook de aandeelhouder die een plaatsvervanger zou willen sturen, dient een volmacht te bezorgen bij het Secretariaat-Generaal en dit ook uiterlijk vijf werkdagen voor de Vergadering.

3.4.3. Gebruikmaking van het stemrecht voor aandelen in onverdeeldheid of opsplitsing (vruchtgebruik/naakte eigendom) of van aandelen die het bezit zijn van een minderjarige of een persoon die juridisch onbekwaam is, gebeurt volgens bijzondere wettelijke en statutaire regels. Op basis van deze regels kan men de enige vertegenwoordiger aanwijzen die van het stemrecht gebruik mag maken. Blijkt dit onmogelijk, dan wordt het stemrecht opgeschort tot de vertegenwoordiger is aangewezen.

3.4.4. Wat volmachten betreft moet de gemandateerde zelf ook aandeelhouder zijn opdat de volmacht geldig zou zijn (behalve de uitzonderingen: echtgeno(o)t(e), rechtspersonen). De vennootschap registreert de per volmacht uitgebrachte stemmen en gaat daarbij uit van de steminstructies van de mandaatgever. Wil een mandataris een instructie vermeld in zijn mandaat tijdens de algemene vergadering wijzigen, dan moet hij dat bij de stemming uitdrukkelijk vermelden en het gebeurt op zijn verantwoordelijkheid. De stemmen per blanco volmacht worden beschouwd als ja-stemmen, tenzij de gemandateerde bij de stemming het tegengestelde blijkt te willen. Ongeldige volmachten worden verwijderd. Onthoudingen die bij de stemming formeel worden aangegeven of die op de volmacht staan, worden als

3.5. Procedure

dusdanig meegeteld.

3.5.1. Het is de Voorzitter van de Raad van Bestuur die de Algemene Aandeelhoudersvergadering voorzit. Bij zijn afwezigheid fungeert de Ondervoorzitter als voorzitter. De Voorzitter leidt de discussie volgens de regels die in België gelden voor overleg in dergelijke vergaderingen.

Hij ziet erop toe dat op de vragen die tijdens de Vergadering gesteld worden een antwoord komt. Tegelijk zorgt hij ervoor dat de

3.5.2. Een resolutie op een gewone algemene vergadering wordt aanvaard bij gewone meerderheid van de stemmen uitgebracht door

182

3.5.3. Voor de buitengewone algemene vergadering respecteert de vennootschap de wettelijke regels inzake quorum en bepalen van de meerderheid.

de aanwezige of vertegenwoordigde aandeelhouders. Als regel geldt dat

agenda wordt gerespecteerd, met in achtneming van de vertrouwelijkheid. Hij wijst de stemopnemers en de secretaris van de vergadering aan. Gewoonlijk is dat de Secretaris-Generaal van de vennootschap.

3.5.4. Gewoonlijk is de stemming publiek en gebeurt ze bij handopsteking of elektronisch. De telling gebeurt onmiddellijk en het resultaat van elke stemming wordt prompt meegedeeld. In uitzonderlijke gevallen is een schriftelijke geheime stemming mogelijk, als het gaat om de positie van een persoon die in vraag wordt gesteld. Tot op heden is nooit om deze procedure gevraagd. De buitengewone algemene vergadering van 9 mei 2006 heeft deze statutaire regel gewijzigd en een minimumdrempel van 1% van het kapitaal ingevoerd voor een individuele aandeelhouder of verscheidene aandeelhouders die samenwerken, en dit uitsluitend als er verscheidene kandidaten zijn voor hetzelfde mandaat. Het verslag van de algemene vergadering wordt opgesteld en de aandeelhouders keuren het op het einde van de bijeenkomst goed. De Voorzitter, de secretaris, de stemopnemers en de aandeelhouders die het wensen ondertekenen het verslag. Bij een buitengewone algemene vergadering wordt van deze notulen een notariële akte opgemaakt.

3.5.5. De notulen van de meest recente algemene vergaderingen staan te lezen op de website van de vennootschap (www.solvay.com).

Aandeelhouders kunnen afschriften of offi ciële uittreksels krijgen. Hun aanvraag dient wel de handtekening te dragen van de Voorzitter van de Raad van Bestuur.

3.6. Documentatie

De documenten in verband met de algemene vergaderingen (oproep tot deelname, agenda, volmachten, bevestiging van deelname, speciaal verslag van de Raad van Bestuur, enz…) zijn elk jaar raadpleegbaar op www.solvay.com.

De documenten zijn beschikbaar in het Frans en het Nederlands. Dat zijn de offi ciële versies. Er is ook een offi cieuze vertaling in het Engels.

4. Raad van Bestuur

4.1. Functie en opdracht

De Raad van Bestuur is het hoogste bestuursorgaan van de vennootschap. De wet geeft hem macht over alles wat wettelijk of statutair niet tot de bevoegdheid van de algemene vergadering behoort. In het geval van Solvay nv heeft de Raad van Bestuur zich een aantal essentiële domeinen voorbehouden en zijn andere bevoegdheden gedelegeerd aan een Uitvoerend Comité (zie verder). Hij heeft dus niet gekozen voor de oprichting van een directiecomité naar Belgisch recht.

De kernbevoegdheden die de Raad van Bestuur zich voorbehoudt zijn hoofdzakelijk de volgende:

  1. De exclusieve bevoegdheden van de Raad, zoals bepaald door de wet of de statuten:

  2. het opstellen en aanvaarden van de tussentijdse rekeningen, de geconsolideerde en de enkelvoudige jaarrekening van Solvay nv (tussentijdse rekeningen alleen geconsolideerd) en de hieraan verbonden communicatie

  3. het toepassen van de boekhoudkundige normen (meer

bepaald de IFRS-normen voor de geconsolideerde rekeningen en de Belgische normen voor de rekening van Solvay nv)

• de oproep tot deelname aan de algemene vergadering, het bepalen van de agenda en van de resolutievoorstellen waarover de Algemene Aandeelhoudersvergadering zal beslissen (bijvoorbeeld in verband met de vennootschappelijke jaarrekening, dividend, wijziging van de statuten, enz…).

  1. Het bepalen van het beleid en van de belangrijke strategische keuzes van de Groep.

  2. De goedkeuring van het referentiekader voor de interne controle en het risicobeheer.

  3. De goedkeuring van de budgetten en van het plan, met inbegrip van de investeringen, O&O en de fi nanciële doelstellingen.

  4. De aanwijzing van de Voorzitter en van de leden van het Uitvoerend Comité en van de Secretaris-Generaal. Dit omvat ook de omschrijving van hun opdracht en de bepaling van de bevoegdheden die aan het Uitvoerend Comité worden toevertrouwd.

  5. Het toezicht op het Uitvoerend Comité en de goedkeuring van de beslissingen van dit Comité, voor zover de wetgeving dit vereist.

  6. De installatie binnen de Raad van Bestuur van het Voorzitterschap, het Ondervoorzitterschap, van een Auditcomité, van een Remuneratiecomité en een Benoemingscomité en van een Comité van Financiën. Voorts de omschrijving van de opdracht van elk Comité, de samenstelling ervan en de duur van hun mandaat.

  7. De belangrijke beslissingen over overnames, sluitingen, het aangaan van joint ventures en van investeringen. De beslissingen waarmee bedragen van meer dan 50 miljoen EUR

één aandeel één stem waard is.

Deugdelijk Bestuur

Geboorte
jaar
Jaar van 1e
benoeming
Solvay nv- mandaten en
vervaldatum bestuursmandaat
Diploma's en activiteiten buiten Solvay Deelname aan
vergaderingen
2010
(afhankelijk van
benoeming)
M. Aloïs Michielsen (B) 1942 1990 2013
Voorzitter van de Raad van Bestuur,
Voorzitter van de Comités van Financiën
en Verloning en Benoemingen
Burgerlijk Ingenieur Scheikunde en Licentiaat in Toegepaste
Economische Wetenschappen (Université Catholique de Louvain),
Business Administration (University of Chicago – VSA)
Bestuurder van Miko.
6/6
M. Denis Solvay (B) 1957 1997 2014
Ondervoorzitter van de Raad van
Bestuur, Lid van het Comité Verloning
en dat van Benoemingen
Handelsingenieur (Université Libre de Bruxelles)
Bestuurder van Eurogentec, Bestuurder en lid van het Directiecomité van
Abelag Holding.
4/6
M. Christian Jourquin (B) (*) 1948 2005 2013
Voorzitter van het Uitvoerend Comité,
Bestuurder en lid van het Comité
Financiën en gast van de Comités
Verloning en Benoemingen
Handelsingenieur (Université Libre de Bruxelles)
ISMP Harvard – VSA.
6/6
M. Bernard de Laguiche
(F/BR) (*)
1959 2006 2013
Lid van het Uitvoerend Comité
Bestuurder en lid van het Comité Financiën
Handelsingenieur, Lic. Oec. HSG (Universiteit van Sankt Gallen –
Zwitserland).
6/6
M. Jean-Marie Solvay (B) 1956 1991 2012
Onafhankelijk bestuurder
Lid van de New Business Board
Advanced Management Programme – Insead, CEO
van Albrecht RE Immobilien GmbH & Co. KG, Directeur
van Heliocentris GmbH & Co. KG (Duitsland).
6/6
Ridder Guy de Selliers
de Moranville (B)
1952 1993 2013
Onafhankelijk bestuurder
Lid van het Comité Financiën en van
het Auditcomité
Burgerlijk Ingenieur mechanica, Licentiaat Economische Wetenschappen
(Université Catholique de Louvain), Uitvoerend Voorzitter van Hatch
Corporate Finance (VK), Lid van de Raad van Commissarissen en Voorzitter
van het Auditcomité van Advanced Metallurgical Group (Nederland),
Bestuurder en Voorzitter van het Governance-comité van Wimm-Bill-Dann
Fodd OJSC (Rusland), Ondervoorzitter van het Bestuurscomiyé van
Ageas nv, Voorzitter van de Raad van Bestuur van Ageas UK.
6/6
M. Nicolas Boël (B) 1962 1998 2013
Onafhankelijk bestuurder
Lid van het Comité Benoemingen
Licentiaat Economusche Wetenschappen (Université Catholique de Louvain),
Master of Business Administration (College of William and Mary – VSA),
Afgevaardigd Bestuurder van BMF-participaties, Bestuurder van Sofi na.
6/6
M. Whitson Sadler (US) 1940 2002 Tot 11 mei 2010
Onafhankelijk bestuurder –
Voorziitter van het Auditcomité
Bachelor of Arts Economics (University of the South, Sewanee - VSA),
Master of Business Administration Finance (Harvard). Gepensioneerd
Algemeen Directeur van Solvay nv voor de Regio Noord-Amerika.
0/3
M. Jean van Zeebroeck (B) 1943 2002 2014
Onafhankelijk bestuurder
Lid van de Comités Verloning en
Benoemingen
Doctor in de Rechten en gediplomeerde in Bedrijfsadministratie
(Université Catholique de Louvain), Licentiaat Economisch Recht
en Droit (Université Libre de Bruxelles), Master of Comparative Law
(University of Michigan – VSA), General Counsel de 3B-Fibreglass.
6/6
M. Jean-Martin Folz (F) 1947 2002 2014
Onafhankelijk bestuurder
Lid van de Comités Verloning en
Benoemingen
Ecole Polytechnique et Ingénieur des Mines (Frankrijk).
Oud-Voorzitter van PSA Peugeot-Citroën, Bestuurder van Saint-Gobain,
van de Société Générale, van Carrefour, van Alstom et Axa en lid van de
Toezichtsraad van ONF-Participations.
5/6
Prof. Dr. Bernhard Scheuble
(D)
1953 2006 2014
Onafhankelijk bestuurder
Voorzitter van het Auditcomité
Master in nucleaire fysica en PhD Display Physics
(Universiteit Freiburg – Duitsland).
Oud-voorzitter van het directiecomité van Merck KGaA (Darmstadt)
et oud-lid van de Raad van bestuur van E. Merck OHG.
6/6
M. Anton van Rossum (NL) 1945 2006 2014
Onafhankelijk bestuurder
Lid van het Auditcomité
Master in Economie en Bedrijfsbeheer (Erasmus-Universiteit Rotterdam).
Lid van de Raad van bestuur van Crédit Suisse (Zürich), Lid van de
Toezichtsraad van München RE (München), Voorzitter van de Toezichtsraad
van Royal Vopak (Rotterdam), Lid van de Toezichtsraad van Rodamco
Europe (Schiphol), Voorzitter van de Toezichtsraad van de Erasmus
Universiteit (Rotterdam), Speciaal adviseur van General Atlantic (Londen)
en Voorzitter van het Nederlands Economisch Instituut (Rotterdam).
5/6
M. Charles Casimir
Lambert (B/CH)
1967 2007 2011
Onafhankelijk bestuurder
Lid van het Auditcomité
MBA Columbia Business School (New York)/London Business School
(Londen) – Licenciaat en Master (lic.oec.HSG) in economie, management
en fi nanciën (Universiteit van Sankt-Gallen – Zwitserland ).
Behartigt familiale belangen overal ter wereld.
6/6
Mw. Petra Mateos
Aparicio Morales (ES)
N/A 2009 2013
Onafhankelijke bestuurster
Lid van het Comité Financiën
Ph. D. in Economische wetenschappen en bedrijfsbeheer (Universidad
Complutense, Madrid - Spanje). Executive President van Hispasat (Spanje en
Internationaal); Hoogleraar in bedrijfsadministratie, UNED & CUNEF, Madrid.
6/6
Baron Hervé Coppens
d'Eeckenbrugge (B)
1957 2009 2013
Onafhankelijk bestuurder
Lid van het Comité Financiën
Licentiaat in de Rechten aan de Université van Louvain-la-Neuve;
Gediplomeerde in Economische en Handelswetenschappen
aan het ICHEC, Brussel.
Bestuurder van vennootschappen van de Groep Petercam nv en
Afgevaardigd –Bestuurder van Petercam Institutional Bonds nv.
Bestuurder van Vital Renewable Energy Company LLC (Delaware).
6/6
Mw. Evelyn du Monceau (B) N/A 2010 2013
Bestuurster
Lid van het Comité Benoemingen
Licentiaat Toegepaste Ecxonomische Wetenschappen van de Université
Catholique de Louvain. Lid van de Raad van Bestuur van de Financière de
Tubize nv. Ondervoorzitster van de Raad van Bestuur en Voorzitster van het
Comité Voor vergoedingen en benoemingen van UCB nv. Bestuurster van
FBNet Belgium. Lid van de Stichting Commissie Corporate Governance.
3/3
M. Yves-Thibault
de Silguy (F)
1948 2010 2011
Onafhankelijk bestuurder
Lid van de Comités Vergoedingen
en Benoemingen
Licentiaat in de rechten, Université de Rennes, DES publiek recht
Université de Paris I, gediplomeerde van het Institut d'Etudes Politiques
de Paris en de Ecole Nationale d'Administration. Ondervoorzitter en expert
bestuurder van de VINCI-groep. Bestuurder van LVMH, Voorzitter van de
Raad van Toezicht van Sofi sport (Frankrijk) en Trustee van de International
Financial Reporting Standards Foundation (IFRS Foundation).
3/3

* Voltijds actief binnen de Solvay-groep.

gemoeid zijn, worden beschouwd als belangrijke beslissingen.

  1. De bepaling van de vergoeding van de Voorzitter van het Uitvoerend Comité, van de leden van het Uitvoerend Comité en van de Algemeen Directeuren.

  2. Het vastleggen van interne regels van deugdelijk bestuur en "Compliance".

Voor de meeste aangelegenheden waarvoor hij exclusief bevoegd is, werkt de Raad van Bestuur nauw samen met het Uitvoerend Comité. Dit heeft namelijk als taak de meeste voorstellen voor te bereiden waarover de Raad moet beslissen.

4.2. Werking en vertegenwoordiging

4.2.1. De leden van de Raad van Bestuur beschikken over de vereiste informatie om zich van hun functie te kwijten, dit door middel van dossiers die voor hen worden samengesteld op last van de Voorzitter en die de Secretaris-Generaal hen verscheidene dagen voor elke zitting bezorgt. Zij kunnen voor bijkomende informatie altijd terecht bij de Voorzitter van de Raad van Bestuur, de Voorzitter van het Uitvoerend Comité of de Secretaris-Generaal, al naargelang van de aard van hun vragen. De Raad van Bestuur kan voor onderwerpen waarvoor hij bevoegd is een beroep doen op externe experts.

4.2.2. De vennootschap is tegen derden geldig vertegenwoordigd mits dubbele ondertekening door personen met volgende kwalifi catie: de Voorzitter van de Raad van Bestuur en/of de bestuurders die deel uitmaken van het Uitvoerend Comité. Voor beslissingen die vallen onder het dagelijks bestuur volstaat de handtekening van één bestuurder die ook lid is van het Uitvoerend Comité. Bevoegdheidsoverdracht kan overigens geval per geval gebeuren wanneer dit nodig is.

4.3. Samenstelling

4.3.1. Aantal leden en samenstelling

Op 31 december 2010 bestond de Raad van Bestuur uit 16 leden en was als volgt samengesteld (zie p. 183). Het aantal Bestuurders is gerechtvaardigd gezien de verscheidenheid aan activiteiten van de Groep en diens internationaal karakter.

4.3.2. Aloïs Michielsen vervulde in 2010 het Voorzitterschap van de Raad van Bestuur. Het Ondervoorzitterschap van de Raad van Bestuur is toevertrouwd aan Denis Solvay.

Op de gewone algemene vergadering van 11 mei 2010 werd beslist wat volgt:

  • het mandaat van bestuurder van Denis Solvay en die van onafhankelijk bestuurders Jean van Zeebroeck, Jean- Martin Folz, Prof. Dr. Bernhard Scheuble en Anton van Rossum werden voor een periode van vier jaar verlengd.
  • Evelyn du Monceau is tot bestuurster benoemd ter vervanging van Karel Van Miert;
  • Yves-Thibault de Silguy werd benoemd tot onafhankelijk bestuurder ter vervanging van Whitson Sadler;
  • de onafhankelijkheid, conform de nieuwe wet van 17 december 2008, van Charles Casimir-Lambert et van baron Hervé Coppens d'Eeckenbrugge, beiden sinds meer dan één jaar voormalige niet-uitvoerende bestuurders van Solvac nv (zie onafhankelijkheidscriteria in punt 4.3.4. hieronder) is bevestigd.

Op de gewone algemene vergadering van 10 mei 2011 zal de Raad van Bestuur voorstellen:

  • de mandaten van Charles Casimir-Lambert et Yves-Thibault de Silguy als onafhankelijke bestuurders met vier jaar te verlengen;
  • een uitspraak te doen over de onafhankelijkheid van Evelyn du Monceau, sinds meer dan een jaar voormalig niet-uitvoerend bestuur-

der van Solvac nv, dit conform de nieuwe wet van 17 december 2008 (zie onafhankelijkheidscriteria in punt 4.3.4. hieronder).

Duur van de mandaten en leeftijdsgrens

De bestuurders worden door de gewone Algemene Vergadering verkozen voor een termijn van vier jaar. Hun mandaat is verlengbaar.

Om te vermijden dat alle mandaten tegelijk afl open is een rotatiesysteem ingevoerd bij lottrekking. Dat gebeurde meer dan 40 jaar geleden, toen het bedrijf werd omgevormd tot een naamloze vennootschap. Ook is een leeftijdsgrens bepaald, die valt op de dag van de eerste algemene vergadering die volgt op de 70ste verjaardag van het lid. Het lid geeft dan zijn mandaat op. Dit wordt dan overgenomen en volgemaakt door de opvolger die de algemene vergadering aanwijst.

4.3.3. Criteria voor de aanstelling

De Raad van Bestuur hanteert de volgende criteria wanneer hij de gewone algemene vergadering een kandidaat-bestuurder voorstelt:

  • de Raad let er op dat een ruime meerderheid van de bestuurders in de Raad geen uitvoerende bevoegdheid hebben. Op 31 december 2010 hadden 14 van de 16 Bestuurders geen uitvoerende functie. Twee zijn lid van het Uitvoerend Comité (Christian Jourquin en Bernard de Laguiche);
  • de Raad ziet erop toe dat de meeste niet-uitvoerende bestuurders onafhankelijk zijn, volgens de wettelijk geldende criteria, eventueel met daarbovenop de maatstaven die de Raad van Bestuur terzake huldigt (zie verder voor onafhankelijkheidscriteria).

Zo erkende de gewone algemene vergadering 9 op 14 niet-uitvoerende Bestuurders als onafhankelijken per 31 december 2010;

• hij zorgt ervoor dat de Raad van Bestuur zo wordt samengesteld

Deugdelijk Bestuur

dat hij de aandeelhouders echt vertegenwoordigt. Ook dienen de bestuursleden samen als groep de bekwaamheid en de ervaring te hebben die nodig zijn voor de activiteiten van de Groep;

  • hij dient er ook op te letten dat de Raad van Bestuur internationaal is samengesteld en zo op gepaste wijze de geografi sche spreiding van de activiteiten van de Groep belichaamt. Op 31 december 2010 waren in de Raad van Bestuur zes verschillende nationaliteiten vertegenwoordigd;
  • hij waakt er ook over dat de voorgestelde kandidaten tijd beschikbaar hebben om de hen toevertrouwde taak naar behoren te vervullen. In 2010 was de ijver van de leden om de zittingen van de Raad van Bestuur bij te wonen zeer groot (92%);
  • de Raad van Bestuur let er ook op geen kandidaat te selecteren die een uitvoerende functie heeft bij een concurrerend bedrijf of die betrokken was of is bij de externe audit van de Groep;
  • de wet en de statuten laten spontane kandidaturen toe voor het mandaat van bestuurder, voor zover ze ten minste 30 dagen voor de gewone algemene vergadering schriftelijk aan de vennootschap zijn bezorgd. Van die mogelijkheid gebruik maken wordt niet aangemoedigd.

De Voorzitter van de Raad van Bestuur verzamelt de informatie die de Raad nodig heeft om na te gaan of aan de vermelde criteria voldaan wordt op het moment van de benoeming, bij de hernieuwing en tijdens de uitoefening van het mandaat.

4.3.4. Onafhankelijkheidscriteria

De Raad van Bestuur legt op basis van de Belgische wetgeving de criteria vast voor de beoordeling van de onafhankelijkheid van de bestuurders. De gewone algemene vergadering kan dan stemmen over de onafhankelijkheid van elk van de bestuurders, die volgens de Raad van Bestuur aan

deze criteria voldoen.

De regelgeving over de onafhankelijkheid is strenger geworden sinds het verschijnen van de wet van 17 december 2008. Deze nieuwe wetsregels zijn van toepassing telkens wanneer beslist wordt over hernieuwing van mandaten of toekenning van nieuwe mandaten en dit ten laatste vanaf 1 juli 2011.

De nieuwe wettelijke criteria, zoals vermeld in artikel 526ter van het Wetboek van Vennootschappen, ingevoerd door de wet van 17 december 2008 (art. 16) zijn de volgende:

    1. gedurende een periode van vijf jaar voorafgaand aan de benoeming geen uitvoerend mandaat bekleed hebben in het bestuursorgaan of een functie van lid van het directiecomité of als afgevaardigde voor het dagelijks bestuur, noch bij de vennootschap en evenmin bij een vennootschap of persoon die hiermee banden heeft, in de betekenis die artikel 11 van het Wetboek van Vennootschappen hieraan geeft. De Raad van Bestuur heeft aan dit criterium een minimale wachtperiode van één jaar toegevoegd om door de algemene vergadering de onafhankelijkheid te doen erkennen van een niet-uitvoerend bestuurder van Solvac, die de Raad van Bestuur van deze vennootschap zou verlaten om toe te treden tot de Raad van Bestuur van Solvay;
    1. niet meer dan drie opeenvolgende mandaten als niet-uitvoerend bestuurder in de Raad van Bestuur hebben uitgeoefend, zonder dat dit tijdvak langer mag zijn dan twaalf jaar;
    1. gedurende een tijdvak van drie jaar voorafgaand aan zijn benoeming, geen deel hebben uitgemaakt van het leidinggevend personeel in de zin van artikel 19, 2°, van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven, van de vennootschap, of van een daarmee verbonden vennoot-

schap of persoon zoals bepaald in artikel 11 van het Wetboek van Vennootschappen;

  1. Geen vergoeding of ander belangrijk voordeel van vermogensrechtelijke aard ontvangen of hebben ontvangen van de vennootschap of van daarmee verbonden vennootschap of persoon zoals bepaald in artikel 11 van het Wetboek van Vennootschappen, buiten de tantièmes en de vergoeding die hij eventueel ontvangt of heeft ontvangen als niet-uitvoerend lid van het bestuursorgaan of lid van het toezichthoudende orgaan;

  2. a) geen maatschappelijke rechten bezitten die een tiende of meer vertegenwoordigen van het kapitaal, van het maatschappelijk fonds of van een categorie aandelen van de vennootschap b) indien hij maatschappelijke rechten bezit die een quotum van minder dan 10% vertegenwoordigen:

a) mogen die maatschappelijke rechten samen met de maatschappelijke rechten die in dezelfde vennootschap worden aangehouden door vennootschappen waarover de onafhankelijk bestuurder controle heeft, geen tiende bereiken van het kapitaal, het maatschappelijk fonds of van een categorie aandelen van de vennootschap;

of b) mogen de daden van beschikking over die aandelen of de uitoefening van de daaraan verbonden rechten niet onderworpen zijn aan overeenkomsten of aan eenzijdige verbintenissen die het onafhankelijk lid van het bestuursorgaan heeft aangegaan;

c) in geen geval een aandeelhouder vertegenwoordigen die onder de voorwaarden valt van dit punt;

Jaarverslag Solvay 2010

    1. geen signifi cante zakelijke relatie hebben of in het afgelopen boekjaar hebben gehad met de vennootschap of met een daarmee verbonden vennootschap of persoon zoals bepaald in artikel 11 van het Wetboek van Vennootschappen, noch rechtstreeks noch als vennoot-aandeelhouder, lid van het bestuursorgaan of lid van het leidinggevend personeel in de zin van artikel 19, 2°, van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven, van een vennootschap of persoon die een dergelijke relatie onderhoudt;
    1. in de voorbije drie jaren geen vennoot of werknemer zijn geweest van de huidige of vorige externe auditor van de vennootschap of van een daarmee verbonden vennootschap of persoon in de zin van artikel 11 van het Wetboek van Vennootschappen;
    1. geen uitvoerend lid zijn van het bestuursorgaan van een andere vennootschap waarin een uitvoerend bestuurder van de vennootschap zitting heeft in de hoedanigheid van niet-uitvoerend lid van het bestuursorgaan of als lid van het toezichthoudende orgaan, en geen andere belangrijke banden hebben met de uitvoerende bestuurders van de vennootschap uit hoofde van functies bij andere vennootschappen of organen;
    1. geen echtgenoot, wettelijk samenwonende partner of bloed- of aanverwanten tot de tweede graad hebben die in de vennootschap of in een daarmee verbonden vennootschap of persoon zoals bepaald in artikel 11 van het Wetboek van Vennootschappen, een mandaat van lid van het bestuursorgaan, lid van het directiecomité, persoon belast met het dagelijks bestuur of lid van het leidinggevend personeel, in de zin van artikel 19, 2° van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van

het bedrijfsleven, uitoefenen, of die zich bij een van de andere in de punten 1 tot 8 beschreven gevallen bevinden.

Per 31 december 2010 voldeden 9 van de 16 bestuurders aan deze onafhankelijkheidscriteria, bekrachtigd door een stemming op de gewone algemene vergadering van 11 mei 2010:

  • Aloïs Michielsen, die Voorzitter was van het Uitvoerend Comité van Solvay tot 9 mei 2006, werd niet erkend als onafhankelijke bij de hernieuwing van zijn mandaat als bestuurder in mei 2009 (nieuw criterium nr. 1);
  • Denis Solvay, al meer dan 12 jaar bestuurder van de vennootschap, werd om dezelfde reden niet als onafhankelijke erkend bij de hernieuwing van zijn mandaat in mei 2010 (nieuw criterium nr. 2);
  • Christian Jourquin en Bernard de Laguiche, respectievelijk Voorzitter en lid van het Uitvoerend Comité werden niet als onafhankelijken erkend bij de hernieuwing van hun mandaat van bestuurder in mei 2009 (nieuw criterium nr. 1);
  • Ridder Guy de Selliers de Moranville, bestuurder van de vennootschap sedert meer dan 12 jaar, werd om die reden niet erkend als onafhankelijke bij de hernieuwing van zijn mandaat in mei 2009 (nieuw criterium nr. 2);
  • Nicolas Boël, bestuurder van de vennootschap sedert meer dan 12 jaar, werd niet erkend als onafhankelijke. Zijn mandaat was op de algemene vergadering van 12 mei 2009 hernieuwd toen de wet van 17 december 2008 van kracht was (nieuw criterium nr. 2) ;
  • Evelyn du Monceau is niet erkend als onafhankelijke bestuurder omdat ze tot bestuurder benoemd was in mei 2010, en haar mandaat als nietuitvoerend bestuurder van Solvac nv op dezelfde datum afl iep (nieuw criterium nr. 1).

Wij herinneren eraan dat de Raad van Bestuur de algemene vergadering van 10 mei 2011 zal voorstellen zich uit te spreken over de onafhankelijkheid, in het licht van de wet van 17 december 2008 (criterium nr. 1) van Evelyn du Monceau, voormalig, niet-uitvoerend bestuurder van Solvac nv sedert meer dan één jaar.

Ten slotte dient hier opgemerkt dat Jean-Marie Solvay die dan meer dan 12 jaar bestuurder is van de vennootschap, op 1 juli 2011 zijn onafhankelijkheid zal verliezen. Hij zal vanaf die datum in de Raad zetelen als niet-onafhankelijk bestuurder.

4.3.5. Aanwijzing, hernieuwing, ontslag en afzetting van bestuurders

De Raad van Bestuur legt de algemene vergadering de benoeming, de hernieuwing van het mandaat, het ontslag en zelfs de afzetting van een bestuurder voor. Hij laat de algemene vergadering ook stemmen over de onafhankelijkheid van de bestuurders die voldoen aan de criteria in verband hiermee en na de Ondernemingsraad op de hoogte te hebben gebracht. Eerst behoort hij wel het advies in te winnen van het Comité Benoemingen dat de opdracht heeft het profi el van elke kandidaat te beschrijven en te beoordelen in het licht van de door hem bepaalde benoemingscriteria en specifi eke vaardigheden.

De gewone algemene vergadering beslist bij gewone meerderheid over de voorstellen van de Raad van Bestuur in verband hiermee. Is een mandaat tijdens het boekjaar vacant, dan kan de Raad van Bestuur die leemte opvullen. Hij is er dan wel toe verplicht deze beslissing te laten bekrachtigen tijdens de eerstvolgende gewone algemene vergadering.

4.3.6. Frequentie, voorbereiding en verloop van de vergaderingen van de Raad van Bestuur

De Raad van Bestuur heeft zesmaal vergaderd in 2010 (vijf gewone vergaderingen en één buitengewone).

Deugdelijk Bestuur

Naar verwachting wordt hij ook in 2011 vijfmaal in gewone vergadering bijeengeroepen.

De Raad legt tegenwoordig zelf de data voor de gewone vergaderingen vast, ruim een jaar voor het begin van het boekjaar.

Indien nodig kan de Voorzitter van de Raad van Bestuur beslissen bijkomende vergaderingen te houden, na raadpleging van de Voorzitter van het Uitvoerend Comité.

Het is de Voorzitter van de Raad van Bestuur die de agenda samenstelt van de vergaderingen. Ook hierover pleegt hij overleg met de Voorzitter van het Uitvoerend Comité. De Secretaris-Generaal organiseert de vergaderingen, onder toezicht van de Voorzitter van de Raad van Bestuur. Hij stuurt de uitnodigingen en de agenda rond en ook het dossier waarin puntsgewijs alle nodige informatie is opgenomen waarop de bestuurders hun beslissingen zullen dienen te baseren. Voor zover mogelijk zorgt hij ervoor dat de bestuurders de oproep en het volledig dossier uiterlijk vijf dagen voor de vergadering ontvangen.

De Secretaris-Generaal stelt de verslagen van de vergaderingen van de Raad van Bestuur op. Hij legt de eerste versie voor aan de Voorzitter en vervolgens aan alle leden.

In hun defi nitieve en goedgekeurde vorm worden de verslagen tijdens de volgende zitting ondertekend door alle bestuurders die aan het overleg hebben deelgenomen. De Raad van Bestuur neemt de beslissingen collegiaal en bij gewone meerderheid. Sommige beslissingen die volgens de statuten van de vennootschap heel belangrijk zijn, vergen een drievierde meerderheid van de leden. Dit was bijvoorbeeld het geval in 2010 in verband met de beslissing om de participatie van 50% in Inergy Automotive Systems te verkopen.

De Raad van Bestuur kan enkel geldig vergaderen indien de helft van zijn leden aanwezig is of zich laat

vertegenwoordigen. Dankzij de grote aanwezigheid op de Raad, kon hij tot op heden altijd geldig vergaderen.

4.4. Evaluatie en vorming

4.4.1. Evaluatie

De Raad van Bestuur heeft in 2010 een evaluatie uitgevoerd van zijn eigen samenstelling, zijn werking, zijn informatie, zijn samenwerking met het uitvoerend management en de samenstelling en werking van de comités die hij zelf heeft opgericht. De leden van de Raad van Bestuur werd gevraagd zich over deze verschillende punten uit te spreken aan de hand van een vragenlijst opgesteld met de hulp van het Belgian Governance Institute, dat sindsdien herdoopt is tot GUBERNA.

De Voorzitter van de Raad van Bestuur heeft vervolgens een individueel gesprek gehad met elk raadslid, dat behalve over de zoeven opgesomde punten, ook ging over de individuele bijdrage van de bestuurders tot de werking van de Raad en indien van toepassing de vernieuwing van de mandaten.

De verbeteringen waartoe de Raad van Bestuur besloot na dit evaluatieproces hebben te maken met de tijd die besteed wordt aan vragen en antwoorden bij de voorstelling van de kwartaalresultaten door het uitvoerend management. Voorts met de evaluatie a posteriori van goedgekeurde strategische beslissingen om er lessen uit te halen voor de toekomst en ook met de toevoeging van het onderwerp Human Resources aan de lijst van de geregelde presentaties door het uitvoerend management ten behoeve van de Raad van Bestuur. Deze Raad heeft ook besloten aan zijn kalender voor 2011 een derde vergadering van het Comité van de Benoemingen toe te voegen. De volgende evaluatie van de Raad van Bestuur is voor 2013.

4.4.2. Vorming

Voor de nieuwe bestuurders is er een

vormingsprogramma, het zogenaamde Induction program. Het is de bedoeling hen zo de Solvay-groep zo snel mogelijk te leren kennen. Het programma bevat een overzicht van de strategie van de Groep en zijn sectoren, en de belangrijkste uitdagingen op de weg naar meer groei, concurrentiekracht en innovatie.

Het besteedt ook aandacht aan de fi nanciën, de oriëntatie van onderzoek en ontwikkeling, het personeelsbeheer, aan juridische informatie en aan de manier waarop de activiteiten zijn georganiseerd.

Het programma staat open voor alle bestuurders die het wensen. Het houdt ook een bezoek in aan een industriële site of onderzoekscentrum.

In 2010 hebben de twee nieuwe bestuurders dit programma gevolgd, met begin 2011 een bezoek aan de site van Rheinberg in Duitsland. Voorts is dit programma in 2010 aangevuld met een gedetailleerde uiteenzetting over het beleid en de actieprogramma's inzake veiligheid.

4.5. Comités

4.5.1. Regels voor elk van de comités

  • De Raad van Bestuur heeft de volgende gespecialiseerde permanente Comités in het leven geroepen: het Auditcomité, het Comité van Financiën en het Comité Verloning en Benoemingen. Dit laatste comité is eind oktober 2010 opgedeeld in twee afzonderlijke comités.
  • Deze comités hebben geen beslissingsbevoegdheid. De bestuurders consulteren de comités en deze brengen dan verslag uit aan de Raad van Bestuur die de beslissing neemt. De comités worden ook geregeld om advies gevraagd door de Raad van Bestuur en door het Uitvoerend Comité. Nadat ze toegelicht zijn tijdens de Raadszitting, worden de verslagen van de comités toegevoegd aan het verslag van de daaropvolgende vergadering van de Raad van Bestuur.

  • De mandaten voor elk van de drie comités hebben een looptijd van twee jaar. Ze zijn verlengbaar.

  • De leden van de permanente comités (behalve als ze lid zijn van het Uitvoerend Comité) krijgen een afzonderlijke vergoeding voor deze opdracht.
  • Voorts kan de Raad van Bestuur een ad hoc-overgangscomité oprichten om een verbinding te hebben met het Uitvoerend Comité voor belangrijke vragen. Sedert eind 2009 is er zulk comité voor het bestuderen van de herinvestering van de opbrengst uit de verkoop van de farmaceutische activiteiten van de Groep.

4.5.2. Het Auditcomité

In het boekjaar 2010 bestond het Auditcomité uit Prof. Dr. Bernhard Scheuble (Voorzitter), Whitson Sadler (tot 11 mei 2010), Ridder Guy de Selliers de Moranville, Anton van Rossum en Charles Casimir-Lambert. Ze zijn allen niet-uitvoerende onafhankelijke bestuurders op Guy de Selliers de Moranville na. Voor het secretariaat van dit Comité zorgt een jurist van de Groep.

Het comité heeft in 2010 viermaal vergaderd, voor elke zitting van de Raad van Bestuur, wanneer de publicatie van de driemaandelijkse, halfjaarlijkse of jaarlijkse resultaten op de agenda stond. De participatie aan de vergaderingen van het Auditcomité is hoog (89%).

Het Auditcomité heeft tot taak de effi ciëntie van de interne controle op te volgen van de boekhouding, zowel van de Groep als van Solvay nv. Het bekijkt of de wettelijke en interne boekhoudkundige procedures op een betrouwbare en correcte wijze zijn gevolgd. De opdracht van het comité staat beschreven in een intern document getiteld Terms of reference (zie bijlage 1).

In de loop van 2009 is deze opdracht herbekeken om er de wettelijke

opdracht zoals bepaald door de Belgische wet van 17 december 2008 in te integreren.

Op elke zitting hoort het Auditcomité het verslag van Bernard de Laguiche (Algemeen Directeur Financiën), dat van de verantwoordelijke van het competentiecentrum voor de interne audit (Thierry Duquenne) en dat van de commissaris belast met de externe audit (Deloitte, vertegenwoordigd door M. Denayer tot 11 mei 2010 en door E. Nys voor de rest van het jaar ). Het comité onderzoekt ook het driemaandelijks rapport van het juridisch competentiecentrum van de Groep over de lopende juridische geschillen van enig belang en de geschillen van fi scale aard en in verband met intellectuele eigendom.

Het comité vergadert alleen met de commissaris belast met de externe audit wanneer het dit nodig acht. Eenmaal per jaar nodigt het comité de Voorzitter van het Uitvoerend Comité, Christian Jourquin, uit om van gedachten te wisselen over de grote risico's waaraan de Groep het hoofd te bieden heeft.

De bestuurders die lid zijn van het Auditcomité voldoen aan het competentiecriterium door hun opleiding en hun ervaring opgedaan bij eerdere functies (zie 4.3. in verband met de samenstelling van de Raad van Bestuur).

4.5.3. Het Comité van Financiën

In 2010 bestond het Comité van Financiën uit Aloïs Michielsen, (Voorzitter), Christian Jourquin (Voorzitter van het Uitvoerend Comité) en Bernard de Laguiche (Lid van het Uitvoerend Comité en Algemeen Directeur Financiën) en voorts twee bestuurders: Petra Mateos-Aparicio Morales en ridder Guy de Selliers de Moranville.

Op 27 oktober heeft de Raad van Bestuur op voorstel van het Comité voor de verloning en de benoemingen baron Hervé Coppens d'Eeckenbrugge benoemd als bijkomend lid van dit comité.

Voor het secretariaat staat de Secretaris-Generaal Michel Defourny in.

Het comité heeft viermaal vergaderd in 2010. De deelname van de leden van het comité Financiën ligt zeer hoog (100%). Het heeft advies gegeven over fi nanciële onderwerpen, zoals de hoogte van het dividend en het voorschot erop, het schuldenpeil en om welke deviezen het daarbij gaat, dit in het licht van de evolutie van de interestvoeten, de dekking van wisselrisico's, de energierisico's, het beleid inzake het terugkopen van eigen aandelen, de inhoud van de fi nanciële communicatie, de fi nanciering van de belangrijke investeringen, enz. Het legt de laatste hand aan de persberichten over de driemaandelijkse resultaten. De Raad van Bestuur kan het comité om advies vragen in verband met de eerder vernoemde onderwerpen.

4.5.4. De Comités voor Verloning en Benoemingen

Het Comité voor Verloning en Benoemingen is in twee afzonderlijke delen gesplitst, na een beslissing van de Raad van Bestuur van 27 oktober 2010.

Voor de opsplitsing bestond het Comité Verloning en Benoemingen uit Aloïs Michielsen (Voorzitter), en de vier niet-uitvoerende onafhankelijke bestuurders: Nicolas Boël, Jean van Zeebroeck, Denis Solvay en Jean-Martin Folz. Christian Jourquin werd uitgenodigd als Voorzitter van het Uitvoerend Comité. Daniël Broens, Algemeen Directeur van de Human Resources van de Groep bracht verslag uit aan het Comité en fungeerde als secretaris.

Na de opsplitsing:

• bestaat het Remuneratiecomité uit Aloïs Michielsen (Voorzitter), Denis Solvay, Jean van Zeebroeck, Jean-Martin Folz en Yves-Thibault de Silguy. Evelyn du Monceau zal er per 10 mei 2011 ook deel van uitmaken als zij het statuut van onafhankelijke bestuurder verwerft. Aan te stippen valt dat een meerderheid van de leden van dit comité het statuut van onafhankelijke bestuurder heeft,

Deugdelijk Bestuur

zoals bedoeld in de wet. Christian Jourquin wordt op de vergaderingen uitgenodigd in zijn hoedanigheid van Voorzitter van het Uitvoerend Comité, behalve voor de aangelegenheden die hem persoonlijk aanbelangen. Daniël Broens blijft secretaris van dit comité. Het Remuneratiecomité heeft de nodige expertise om zijn opdracht te kunnen uitvoeren;

  • bestaat het Benoemingscomité uit. Aloïs Michielsen (Voorzitter), Denis Solvay, Nicolas Boël, Jean van Zeebroeck, Jean-Martin Folz et Yves-Thibault en ook Evelyn du Monceau. Christian Jourquin wordt op de vergaderingen uitgenodigd in zijn hoedanigheid van Voorzitter van het Uitvoerend Comité, behalve voor de aangelegenheden die hem persoonlijk aanbelangen. Secretaris van dit Comité is Michel Defourny. Het Comité Benoemingen zal in meerderheid bestaan uit niet-uitvoerende, onafhankelijke bestuurders indien Evelyn du Monceau bevestigd wordt als onafhankelijke bestuurder op de gewone algemene vergadering van 10 mei 2011;
  • ontvangen de leden van deze beide comités dezelfde aanwezigheidspenningen als die van het oude Comité Verloning en Benoemingen (dit wil zeggen per zitting 2 500 EUR bruto), met dien verstande dat geen enkele bestuurder een dubbele vergoeding krijgt.

De comités hebben driemaal vergaderd in 2010, waarvan éénmaal in hun gesplitste vorm. De participatiegraad van de leden van het Comité Verloning en die van het Comité Benoemingen lag zeer hoog (100%).

Het Benoemingscomité geeft advies over de benoemingen binnen de Raad van Bestuur (Voorzitterschap, Ondervoorzitterschap, nieuwe leden, hernieuwing van de mandaten en comités), binnen het Uitvoerend Comité (Voorzitterschap en leden) en de functies van de Algemeen Directeuren. Het Comité van de Verloning vervult de taken die het bij wet toegewezen

kreeg. Meer in het bijzonder geeft het Comité advies aan de Raad van Bestuur inzake het te voeren beleid en het niveau van de vergoedingen voor de leden van de Raad van Bestuur, het Uitvoerend Comité en de Algemene Directie.

Het geeft ook advies aan de Raad van Bestuur en/of het Uitvoerend Comité over de voornaamste beleidskeuzes van de Groep inzake vergoedingen (met inbegrip van de aandelenopties). Het comité bereidt ook het verslag over het remuneratiebeleid voor.

5. Uitvoerend Comité

5.1. Functie en opdracht

5.1.1. De Raad van Bestuur bepaalt de functie en opdracht van het Uitvoerend Comité. Het voornaamste overleg hierover dateert van 14 december 1998. Sindsdien is hierin geen wijziging van enig belang gekomen.

5.1.2. De Raad Van Bestuur heeft het Uitvoerend Comité collegiaal de volgende hoofdtaken toevertrouwd:

  • het dagelijks bestuur van de vennootschap;
  • waken over de goede organisatie van de vennootschap, met inbegrip van de dochterondernemingen en vennootschappen die via de keuze van de leden in hun organen (Raad van Bestuur, enz…) en andere sociale structuren tot de Groep behoren;
  • instaan voor de benoeming van medewerkers in leidende functies (behalve diegenen van wie de benoeming aan de Raad van Bestuur toekomt);
  • toezicht houden op de dochterondernemingen;
  • de volmacht voor beslissingen over investeringen en desinvesteringen (met inbegrip van het verwerven of verkopen van knowhow) voor een bedrag van maximaal 50 miljoen EUR. De Raad van Bestuur wordt geïnformeerd over investeringen van 3 tot 50 miljoen EUR en tijdens zijn vergadering ratifi ceert hij de beslissingen en aanbevelingen

van het Uitvoerend Comité over de periode die onmiddellijk aan deze vergadering voorafgaat;

  • het beleid van de Groep bepalen. Enkel de belangrijkste kwesties legt het voor aan de Raad van Bestuur;
  • de vergoeding van de medewerkers in leidende functies bepalen (behalve van diegenen waarover de Raad van Bestuur oordeelt);
  • de beslissingen van de Raad van Bestuur voorbereiden en de Raad voorstellen doen over:
  • de algemene strategie (inclusief het effect van de strategie op het budget en het vijfjarenplan en de aanwending van de middelen);
  • de algemene interne organisatie;
  • de belangrijkste fi nanciële verrichtingen die de fi nanciële structuur veranderen;
  • de oprichting of opheffi ng van belangrijke activiteiten, met inbegrip van de bedrijfseenheden die voor deze activiteiten instaan (dochterondernemingen, fi lialen, joint ventures);
  • de vennootschappelijke jaarrekening;
  • het voorleggen aan de Raad van Bestuur van alle vragen onder zijn bevoegdheid en verslag uitbrengen over de uitvoering van zijn opdrachten;
  • het uitvoeren van de beslissingen van de Raad van Bestuur.

5.2. Delegatie

Het Uitvoerend Comité functioneert collegiaal. Zijn leden hebben tegelijk een functie op het niveau van de Algemene Directie. De uitvoering van de beslissingen die het Uitvoerend Comité neemt en het opvolgen van de aanbevelingen worden toevertrouwd aan het lid van het Uitvoerend Comité (of aan een andere Algemeen Directeur) dat verantwoordelijk is, of de functie heeft die relevant is voor de uitvoering van de beslissing of aanbeveling.

5.3. Samenstelling

5.3.1. Omvang en samenstelling

Per 31 december 2010 telde het Uitvoerend Comité zes leden. We wijzen hier op het vertrek van Werner Cautreels op 15 februari 2010 ten gevolge van de verkoop van de farmeutische activiteiten.

5.3.2. Duur van het mandaat en leeftijdsgrens

De Raad van Bestuur benoemt de leden van het Uitvoerend Comité voor een verlengbare termijn van twee jaar. Voor de uitoefening van een mandaat in het Uitvoerend Comité heeft de Raad van Bestuur de leeftijdsgrens vastgelegd op 65 jaar.

5.3.3. Selectiecriteria

Het Uitvoerend Comité is een collegiaal orgaan, waarvan de leden gespecialiseerd zijn en afkomstig uit één van de Algemene Directies van de Groep. De leden wijden zich voltijds aan de Groep. Afgezien van de Voorzitter waren de leden van het Uitvoerend Comité in 2010 de Algemeen Directeur Financiën, de Algemeen Directeuren van de drie sectoren (Chemie, Kunststoffen en Farmaceutische Producten), de Algemeen Directeur Technologie, Onderzoek en

Aankoopbeleid en de Algemeen Directeur Azië - Stille Oceaan. Alle leden van het Uitvoerend Comité hebben een arbeidscontract bij de Solvay-groep, op de Voorzitter na, die het statuut van zelfstandige heeft. De Voorzitter van het Uitvoerend Comité mag deze functie niet combineren met die van Voorzitter van de Raad van Bestuur.

5.3.4. Procedure voor de selectie en de hernieuwing

De Voorzitter van het Uitvoerend Comité wordt aangewezen door de Raad van Bestuur, op voorstel van de Voorzitter van de Raad van Bestuur, na het advies van het Comité Benoemingen en van de aftredende Voorzitter van het Uitvoerend Comité.

De leden van het Uitvoerend Comité worden ook aangewezen door de Raad van Bestuur, maar op voorstel van de Voorzitter van het Uitvoerend Comité, in overleg met de Voorzitter van de Raad van Bestuur, en na positief advies van het Comité Benoemingen.

De Voorzitter van het Uitvoerend Comité voert jaarlijks een evaluatie uit van de leden van het Uitvoerend Comité. Hij doet dit gezamenlijk met de Voorzitter van de Raad van Bestuur en het Comité Verloning,

op het moment dat de voorstellen voor de bepaling van de variabele vergoeding ter sprake komen. Het Comité Vergoedingen evalueert jaarlijks de prestaties van de Voorzitter van het Uitvoerend Comité.

5.4. Frequentie, voorbereiding en verloop van de vergaderingen van het Uitvoerend Comité

5.4.1. In 2010 heeft het Uitvoerend Comité 20 vergaderingen gehouden. Gewoonlijk houdt het deze bijeenkomsten in het hoofdkantoor, maar ze kunnen ook ergens anders plaatsvinden indien de Voorzitter van het Uitvoerend Comité daartoe beslist. Het Uitvoerend Comité legt de data voor deze vergaderingen ongeveer een jaar voor het begin van het boekjaar vast.

Bijkomende vergaderingen zijn mogelijk indien de Voorzitter van het Uitvoerend Comité dit wenselijk acht. Deze laatste stelt de agenda samen op basis van de voorstellen van de Algemene Directies.

5.4.2. De Secretaris-Generaal die zowel voor de Raad van Bestuur als voor het Uitvoerend Comité werkt, is onder toezicht van de Voorzitter van het Uitvoerend Comité belast met de

Geboorte
jaar
Jaar van
de eerste
benoeming
Jaar waarop
mandaat
vervalt
Diploma's en hoofdactiviteiten bij Solvay Aanwezigheid op
de vergaderingen
(in functie van de
benoeming)
M. Christian Jourquin (B) 1948 1996 2012 Handelsingenieur (Université Libre de Bruxelles), ISMP Harvard
Voorzitter van het Uitvoerend Comité.
20/20
M. Bernard de Laguiche (F/BR) 1959 1998 2012 Handelsingenieur – Lic. Oec. HSG (Universiteit van Sankt Gallen –
Zwitserland). Lid van het Uitvoerend Comité, belast met Financiën en
Informatica-systemen.
20/20
M. Jacques van Rijckevorsel (B) 1950 2000 2011 Burgerlijk Ingenieur Mechanica – (Université Catholique de Louvain).
Vervolmaking in Chemische Genie (Université Libre de Bruxelles), AMP
Harvard, Lid van het Uitvoerend Comité belast met de Sector Kunststoffen.
20/20
M. Vincent De Cuyper (B) 1961 2006 2012 Burgerlijk Ingenieur Scheikunde (Université Catholique de Louvain), Master
in Industrial Management (Katholieke Universiteit Leuven), AMP Harvard.
Lid van het Uitvoerend Comité belast met de Sector Chemie.
20/20
M. Jean-Michel Mesland (F) 1957 2007 2011 Ingenieur van de Ecole Polytechnique en van de Ecole des Mines (Parijs)
– AMP Harvard. Lid van het Uitvoerend Comité belast met Onderzoek &
Technologie.
20/20
M. Roger Kearns (US) 1963 2008 2012 Bachelor of Science – Engineering Arts (Georgetown College -
Georgetown), Bachelor of Science – Chemical Engineering
(Georgia Institute of Technology – Atlanta), MBA (Stanford University).
Lid van het Uitvoerend Comité belast met de regio Azië-Stille Oceaan.
20/20
M. Werner Cautreels (B) 1952 2005 Tot 15 febru
ari 2010
Bachelor of Science en Master of Science in Scheikunde. Doctor
Scheikunde (Universiteit Antwerpen), AMP Harvard, Lid van het Uitvoerend
Comité belast met de Sector Farmaceutische Producten.
2/2

Deugdelijk Bestuur

organisatie van de vergaderingen en het verzenden van de agenda en het bijhorend dossier waarin puntsgewijs alle informatie is opgenomen die de leden van het comité nodig hebben om hun beslissingen te kunnen nemen.

Hij zorgt ervoor dat de leden de oproep en het dossier op zijn minst vijf dagen voor de vergadering in hun bezit hebben. De Secretaris-Generaal stelt de notulen van de vergadering van het Uitvoerend Comité op en laat ze goedkeuren door de Voorzitter van het Uitvoerend Comité en vervolgens door alle leden. De verslagen worden formeel goedgekeurd op de eerstvolgende vergadering. Ze worden niet ondertekend, maar de Voorzitter van het Uitvoerend Comité en de Secretaris-Generaal kunnen wel eensluidend verklaarde uittreksels ter beschikking stellen.

Op te merken valt dat het Uitvoerend Comité bepaalde van zijn vergaderingen via teleconferenties houdt, omdat één van de leden zich vaak in Azië bevindt.

5.4.3. Het Uitvoerend Comité neemt zijn beslissingen bij gewone meerderheid, waarbij de stem van de Voorzitter van het Uitvoerend Comité de doorslag geeft. Wanneer de Voorzitter van het Uitvoerend Comité in de minderheid gesteld wordt, kan hij desgewenst de kwestie doorverwijzen naar de Raad van Bestuur, die dan de knoop doorhakt.

De praktijk wijst echter uit dat vrijwel alle beslissingen van het Uitvoerend Comité eenparig genomen worden, waaruit blijkt dat de Voorzitter tot op heden zijn doorslaggevende stem niet heeft moeten gebruiken. De deelname aan de vergaderingen bedroeg 100% in 2010.

Binnen het Uitvoerend Comité zijn er geen gespecialiseerde comités. Wel vormt het voor belangrijke projecten ad hoc-werkgroepen onder de leiding van de Algemeen Directeuren, die hiervoor aangewezen worden in functie van de vereiste kennis en ervaring. Het gebeurt ook geregeld dat het Uitvoerend Comité in verband met specifi eke onderwerpen medewerkers op zijn vergaderingen uitnodigt.

5.4.4. Om de twee jaar houdt het Uitvoerend Comité uitgebreid met de andere Algemeen Directeuren een vergadering met verblijf dat de leden de kans biedt van gedachten te wisselen over de strategische opties voor de Groep.

Een dergelijke vergadering heeft ook in 2010 plaatsgehad. Ze was gewijd aan het Horizonproject ter reorganisatie van de Groep, dat een onderdeel is van de strategie om van de Solvay-groep een belangrijke speler in de duurzame chemie te maken.

6. Verslag over de vergoedingen

6.1. Beschrijving van de procedure met het oog op:

6.1.1. De uitwerking van een remuneratiebeleid voor:

  • a) de bestuurders:
  • Het mandaat van bestuurder van Solvay nv wordt vergoed met een vast emolument waarvan de gewone algemene vergadering de basis vastlegt, terwijl de Raad van Bestuur beslist over eventuele aanvullende vergoedingen op basis van artikel 27 van de statuten, dat luidt: "De bestuurders ontvangen, ten laste van de algemene kosten, bezoldigingen waarvan de voorwaarden en het bedrag door de algemene vergadering worden vastgesteld. Het besluit van de algemene vergadering blijft gehandhaafd zolang geen andersluidende beslissing genomen wordt. De Raad van Bestuur is bevoegd om aan de met speciale functies belaste bestuurders (voorzitter, vice-voorzitters, bestuurders belast met het dagelijks bestuur, leden van het Uitvoerend Comité) een vaste

vergoeding toe te staan boven de in de voorgaande alinea voorziene bezoldigingen.

Elke met het dagelijks bestuur belaste bestuurder heeft bovendien recht op een veranderlijke vergoeding die door de Raad van Bestuur wordt vastgesteld op basis van hun individuele prestaties en de geconsolideerde resultaten van de Solvay-groep.

De in de twee voorgaande alinea's bedoelde bedragen worden eveneens op de algemene kosten aangerekend."

b) de leden van het Uitvoerend Comité:

De Raad van Bestuur beslist over het vergoedingsbeleid op voorstel van het Comité Verloning en Benoemingen. Op voorstel van het Comité Verloning en Benoemingen heeft de Raad van Bestuur in 2005 het beleid van de belangrijkste leiders van de Groep, onder wie de leden van het Uitvoerend Comité, geactualiseerd.

Meer over dit beleid, dat is uitgetekend in samenwerking met een externe gespecialiseerde consulent, is te vinden in bijlage 2.

6.1.2. Bepaling van de individuele vergoeding:

  • a) van de bestuurders:
  • (i) de gewone algemene vergadering van juni 2005 heeft besloten de bestuurders vanaf het boekjaar 2005 als volgt te vergoeden: – elke bestuurder ontvangt een vast jaarlijks bruto-emolument van 35 000 EUR en elke bestuurder die aanwezig is op de vergaderingen van de Raad van Bestuur ontvangt daarbovenop een individuele aanwezigheidspenning van 2 500 EUR bruto per zitting;

– voorts is besloten de aanwezigheidspenning voor het Auditcomité te bevestigen, met name 4 000 EUR bruto voor de leden en 6 000 EUR bruto voor de Voorzitter;

– ten slotte is beslist aanwezigheidspenningen toe te kennen aan de Comités Verloning en Benoemingen alsook aan het Comité Financiën, meer bepaald 2 500 EUR bruto per lid en 4 000 EUR bruto voor de voorzitters van deze comités, met dien verstande dat een bestuurder die tegelijk lid is van het Comité Verloning en lid van het Comité Benoemingen geen dubbele vergoeding krijgt, als gevolg van de splitsing van het Comité Verloning en Benoemingen in twee verschillende Comités in oktober 2010; – er is evenwel bepaald dat de

Voorzitter van het Uitvoerend Comité en de Uitvoerende bestuurders geen vergoeding ontvangen voor hun deelname aan deze Comités.

(ii) de Raad van Bestuur heeft gebruik gemaakt van de toelating die artikel 27 van de statuten aan de Raad geeft om een vaste bijkomende vergoeding van 231 218 EUR bruto aan de Voorzitter van de Raad van Bestuur te verlenen wegens het vele werk en de verantwoordelijkheid die zijn taak met zich brengt. Daar bovenop ontvangt de Voorzitter van de Raad van Bestuur

een contractueel bedrag van 433 659 EUR per jaar, omdat zijn rechten op een aanvullend pensioen van Solvay zijn uitgesteld terwijl die op het einde van zijn mandaat als Voorzitter van het Uitvoerend Comité hadden moeten worden geliquideerd, wat niet kon gebeuren wegens zijn mandaat van Voorzitter van de Raad.

(iii) het mandaat van bestuurder houdt geen enkele variabele vergoeding in die verband houdt met het bedrijfsresultaat of andere performantiecriteria. Het voorziet evenmin in een recht op aandelenopties, of

VERGOEDING EN ANDERE VOORDELEN TOEGEKEND AAN DE BESTUURDERS
Vergoeding en compensaties 2009 2010
Brutobedrag w.o. zitpenningen
voor RvB en
Comités
Brutobedrag w.o. zitpenningen
voor RvB en
Comités
A. Michielsen
– Vaste emolumenten +
zitpenningen
55 000,04 20 000,00 50 000,04 15 000,00
– Complement "Artikel 27" 228 175,94 231 218,28
– Compensatie aanvullende
pensioenrechten
427 952,70 433 658,74
N. Böel 62 500,04 27 500,00 57 500,04 22 500,00
D. Solvay 62 500,04 27 500,00 52 500,04 17 500,00
C. Jourquin 55 000,04 20 000,00 50 000,04 15 000,00
H. de Wangen 17 701,63 5 000,00
J-M. Solvay 55 000,04 20 000,00 50 000,04 15 000,00
G. de Selliers 87 500,04 52 500,00 76 000,04 41 000,00
Wh. Sadler 71 500,04 36 500,00 12 607,54
J. van Zeebroeck 62 500,04 27 500,00 57 500,04 22 500,00
J-M. Folz 62 500,04 27 500,00 55 000,04 20 000,00
K. Van Miert* 27 500,02 10 000,00
U-E. Bufe 12 701,63
B. de Laguiche 55 000,04 20 000,00 50 000,04 15 000,00
B. Scheuble 77 000,04 42 000,00 74 000,04 39 000,00
A. van Rossum 72 500,04 37 500,00 63 500,04 28 500,00
C. Casimir-Lambert 75 000,04 40 000,00 66 000,04 31 000,00
H. Coppens d'Eeckenbrugge 37 298,41 15 000,00 50 000,04 15 000,00
P. Mateos-Aparicio Morales 44 798,41 22 500,00 60 000,04 25 000,00
E. du Monceau 32 392,50 10 000,00
Y-T. de Silguy 32 392,50 10 000,00
1 649 629,26 451 000,00 1 554 270,12 342 000,00

Deugdelijk Bestuur

een extralegaal pensioenregime.

(iv) De vennootschap vergoedt de reis- en verblijfskosten van de bestuurders voor de vergaderingen en de uitoefening van hun functie in de Raad van Bestuur en de erbij horende Comités. De Voorzitter van de Raad van Bestuur is de enige niet-uitvoerende bestuurder die beschikt over een permanente infrastructuur (kantoor, secretariaat, auto). De andere niet-uitvoerende bestuurders krijgen logistieke steun van het Secretariaat-Generaal in functie van de noodwendigheden. De vennootschap let er ook op dat in de gebruikelijke verzekeringspolissen voorzien wordt voor de dekking van de activiteiten van de leden van de Raad van Bestuur vereist voor de uitoefening van hun mandaat.

b) van de leden van het Uitvoerend Comité:

De vergoedingen van de Voorzitter en van de leden van het Uitvoerend Comité worden in hun geheel in brutobedragen bepaald. Ze omvatten dus niet alleen de bij Solvay nv verdiende brutovergoeding, maar ook de vergoeding die de betrokkene als contractueel of als mandataris krijgt bij vennootschappen, waar ook ter wereld, waarin Solvay nv al dan niet een meerderheidsparticipatie heeft.

De Raad van Bestuur bepaalt de individuele vergoeding, in functie van de aanbeveling van het Comité Verloning.

6.2. Verklaring over het vergoedingenbeleid ten gunste van de Voorzitter en de leden van het Uitvoerend Comité:

In bijlage 2 bevindt zich een toelichting over het vergoedingsbeleid dat de Raad van Bestuur in 2005 heeft aanvaard en dat van kracht blijft voor het boekjaar 2010.

Dit beleid behelst de basisprincipes over de vergoedingen met een aanduiding van het verband tussen vergoeding en geleverde prestatie, met inbegrip van de criteria ter evaluatie van de betrokkene met betrekking tot de doelstellingen en het relatief belang van de diverse onderdelen van de vergoeding.

De ingrijpende wijzigingen in de organisatie van de Groep die het gevolg zijn van de verkoop van de farmaceutische activiteit, rechtvaardigen het voornemen van de Raad om dit beleid in de komende twee jaar aan te passen, om zo beter de veranderingen te weerspiegelen die het gevolg zijn van de wetgeving inzake deugdelijk bestuur.

6.3. Bedrag van de brutovergoedingen en andere rechtstreeks of onrechtstreeks toegekende voordelen aan de bestuurders (uitvoerende zowel als niet-uitvoerende) door de vennootschap of door een vennootschap die met de onze verbonden is. (zie tabel pagina 192)

6.4. Bedrag van de vergoedingen en andere aan de Voorzitter van het Uitvoerend Comité direct of indirect toegekende voordelen. (zie tabel hieronder)

Ter herinnering, voor 2009 heeft de Voorzitter van het Uitvoerend Comité de Raad van Bestuur gevraagd zijn variabele vergoeding te verminderen tot 497 494 EUR, dit bij uitzondering op het beleid van de Raad dat hem recht gaf op 697 494 EUR.

De Voorzitter van het Uitvoerend Comité ontvangt ook aandelenopties zoals hier verder wordt uiteengezet, maar hij ontvangt geen aandelen als onderdeel van zijn vergoeding. Wat het extralegaal pensioen betreft, heeft de Voorzitter van het Uitvoerend Comité wegens zijn Belgisch zelfstandigenstatuut een eigen contractuele regeling, waarvan de regels inzake pensioen, overlijden, invaliditeit in fi nancieel opzicht vergelijkbaar zijn, -zonder de bijdrage dan- aan die voor zijn collega's van het Uitvoerend Comité, die vallen onder de pensioenregeling voor kaderleden in België.

Aangezien hij meer dan 60 jaar oud is, zou een vervroegd vertrek van de Voorzitter van het Uitvoerend Comité, om welke reden dan ook, gelijkgesteld zijn met een opruststelling. Dientengevolge zou hem geen enkele schadeloosstelling wegens verbreking van een contract toekomen. De Voorzitter van het Uitvoerend Comité zou recht

Vergoeding en andere voordelen van
de Voorzitter van het Uitvoerend Comité
2009 2010
Basisvergoeding 776 804 776 804
Variabele vergoeding 497 494 926 625
Pensioen en vergoeding bij overlijden en invaliditeit
(uitbetaald dan wel in voorzieningen opgenomen)
222 907 250 000
Andere bestanddelen van de vergoeding1 18 601 15 676
Vergoeding en andere voordelen van
de leden van het Uitvoerend Comité
2009 2010
Basisvergoeding 2 687 778 2 278 519
Variabele vergoeding 1 711 110 1 699 342
Pensioen en vergoeding bij overlijden en invaliditeit
(uitbetaald dan wel in voorzieningen opgenomen)
463 928 398 109
Andere bestanddelen van de vergoeding2 99 411 85 597
  1. Bedrijfsauto. 2. Representatievergoeding, maaltijdcheques, bedrijfsauto.

hebben op zijn pensioenkapitaal waarbij rekening zou worden gehouden met de dienst die hij tot op de vertrekdatum zou hebben verleend. Bij een oppensioenstelling voor zijn 65e levensjaar zou een vermindering van 0,5% worden toegepast op het kapitaal voor elke maand dat de betrokkene vroeger dan kon worden voorzien is weggegaan.

6.5. Totaal bedrag aan vergoedingen en andere aan de zes andere leden van het Uitvoerend Comité direct of indirect toegekende voordelen door de vennootschap of een met haar verbonden vennootschap. (zie tabel pagina 193)

De daling in de vergoedingen en andere voordelen in 2010 in vergelijking met 2009 vindt haar verklaring in het vertrek van Werner Cautreels uit het Uitvoerend Comité op 15 februari 2010 tengevolge van de verkoop van de farmaceutische

activiteiten aan de Abbott-groep. De variabele vergoeding bestaat uit een jaarlijkse stimulans gebaseerd op de prestatie van de Solvay-Groep (ROE) en op de prestaties in vergelijking met de individuele doelstellingen van elk lid van het Uitvoerend Comité (meer bijzonderheden in de tabel op bladzijde 203).

De wet (art. 96, § 3 alinea 2, 7e van het Wetboek van Vennootschappen bepaalt dat vanaf het boeklaar 2011, afgezien van hieraan tegengestelde statutaire regels of de expliciete instemming van de algemene aandeelhoudersvergadering, tenminste één kwart van de variabele vergoeding van de leden van het Uitvoerend Comité gebaseerd moet zijn op vooraf vastgelegde en objectief meetbare prestatiecriteria over een periode van ten minste twee jaar, terwijl een ander kwart dient gebaseerd op voorafbepaalde en objectief meetbare prestatiecriteria over een periode van tenminste drie jaar.

Gezien de belangrijke veranderingen die in voorbereiding zijn in de organisatie en activiteitenkring is de Raad van plan de algemene vergadering de toelating te vragen het huidig vergoedingensysteem voor de jaren 2011 en 2012 te behouden. Hierbij dient men er rekening mee te houden dat het huidige systeem al gebaseerd is op voorafbepaalde en objectief meetbare criteria.

De leden van het Uitvoerend Comité ontvangen aandelenopties zoals hierna toegelicht.

Ze ontvangen echter geen aandelen als onderdeel van hun vergoeding. De leden van het Uitvoerend Comité, met inbegrip van de Voorzitter, passen inzake beroepskosten ten laste van de vennootschap dezelfde regels toe als deze die gelden voor alle kaderleden, dit wil zeggen een motivering, punt voor punt, van de gemaakte beroepskosten. Voor privé-uitgaven worden geen vergoedingen gegeven. Indien bepaalde uitgaven gedeeltelijk profes-

Aandelenopties toegekend in 2010 aan de leden van het Uitvoerend Comité

Land Naam Functie Aantal opties
België Jourquin Christian Voorzitter Uitvoerend Comité 25 000
België de Laguiche Bernard Lid van het Uitvoerend Comité 20 000
België van Rijckevorsel Jacques Lid van het Uitvoerend Comité 18 000
België De Cuyper Vincent Lid van het Uitvoerend Comité 15 000
België Mesland Jean-Michel Lid van het Uitvoerend Comité 14 000
Thailand Kearns Roger Lid van het Uitvoerend Comité 14 000
TOTAAL 106 000

Aandelenopties in 2010 van de leden van het Uitvoerend Comité

Land Naam Opties in
bezit op
31/12/2009
Toegekende
opties
Uitgeoefende
opties
in 2010
Verlopen
opties
in 2010
Opties in
bezit op
31/12/2010
België Jourquin Christian 130 000 25 000 0 0 155 000
België de Laguiche Bernard 88 000 20 000 0 0 108 000
België van Rijckevorsel Jacques 87 000 18 000 0 0 105 000
België De Cuyper Vincent 62 000 15 000 0 0 77 000
België Mesland Jean-Michel 44 000 14 000 0 0 58 000
Thailand Kearns Roger 40 400 14 000 0 0 54 400
TOTAAL 451 400 106 000 0 0 557 400

Deugdelijk Bestuur

sioneel en gedeeltelijk een privékarakter hebben (bijvoorbeeld autokosten), dan is een bepaald deel wel vergoedbaar, zoals dat voor alle kaderleden in een dergelijke situatie geldt. Qua verzekering zorgt de vennootschap voor de leden van het Uitvoerend Comité voor hetzelfde soort voorziening als voor hogere kaders. Inzake pensioen en vergoeding bij terugtreden en overlijden, krijgen de leden van het Uitvoerend Comité tegemoetkomingen die in principe berusten op de schikkingen die van toepassing zijn voor de hogere kaderleden in hun land van herkomst.

6.6. Aandelenopties.

(zie tabel pagina 194)

In december 2010 heeft de Raad van Bestuur op voorstel van het Comité Vergoedingen aandelenopties toegekend aan ongeveer 215 hogere kaderleden van de Groep. De uitoefenprijs komt op 76,49 EUR per optie, met bevriezing gedurende de eerste drie jaren. Aan de leden van het Uitvoerend Comité samen zijn in 2010 samen 106 000 aandelenopties toegekend, tegen 117 000 in 2009. De aandelenopties worden niet beschouwd als een onderdeel van de variabele vergoeding.

6.7. De belangrijkste schikkingen van hun contractuele relatie met de vennootschap en/of met een vennootschap die er banden mee heeft, met inbegrip van de vergoeding ingeval van vroegtijdig vertrek van de betrokkene.

De leden van het Uitvoerend Comité, en dat geldt ook voor de Voorzitter, hebben als gevolg van hun verantwoordelijkheid mandaten van bestuurder in de dochterondernemingen van de Groep. Indien deze mandaten vergoed worden, dan worden ze geïntegreerd in de eerder vermelde bedragen, onverschillig of het mandaat dat van een loontrekkende dan wel van een zelfstandige is in de plaatselijke wetgeving.

Geen enkel lid van het Uitvoerend Comité, evenmin de Voorzitter, zal kunnen rekenen op een vertrekpremie verbonden aan de uitoefening van zijn mandaat. Bij een vroegtijdige beëindiging van zijn functie, is enkel het wettelijk systeem van toepassing.

Werner Cautreels heeft het Uitvoerend Comité op 15 februari 2010 verlaten tengevolge van de verkoop van de Farmaceutische activiteiten aan de Abbott-groep. Net zoals alle andere personeelsleden van deze activiteiten is hij op die datum door de Abbottgroep opgenomen. Hij heeft dan ook geen enkele afscheidsvergoeding van de Solvay-groep ontvangen.

De contracten van de leden van het Uitvoerend Comité bevatten geen clausule die zou voorzien in het terugkrijgen van de variabele vergoeding in geval van foutieve fi nanciële informatie.

7. Rol van de Voorzitters in de harmonische samenwerking van de Raad van Bestuur en het Uitvoerend Comité

De Voorzitter van de Raad van Bestuur en de Voorzitter van het Uitvoerend Comité spannen zich samen in om het werk van de Raad van Bestuur (met inbegrip van de Comités) en dat van het Uitvoerend Comité te harmoniseren.

Hiertoe zijn de volgende maatregelen getroffen:

  • beide voorzitters ontmoeten elkaar zo vaak als nodig is over onderwerpen die van gemeenschappelijk belang zijn voor de Raad van Bestuur en het Uitvoerend Comité;
  • de Voorzitter van de Raad van Bestuur wordt één keer per maand uitgenodigd om mee de belangrijkste agendapunten van het Uitvoerend Comité te bespreken, meer bepaald de voorstellen die het zal indienen bij de Raad van Bestuur;

• de Voorzitter van het Uitvoerend Comité (en de Directeur Financiën, die lid is van het Uitvoerend Comité) is ook lid van de Raad van Bestuur en legt er de voorstellen van het Uitvoerend Comité aan voor.

8. Voornaamste kenmerken van de systemen voor risicomanagement en interne controle

De Solvay-groep heeft een systeem voor interne controle opgezet dat een redelijke mate van zekerheid moet bieden in verband met (i) het naleven van bestaande wetten en regelgeving, (ii) de toepassing van het beleid en de doelstellingen die het bedrijf heeft vastgelegd en (iii) de betrouwbaarheid van al dan niet fi nanciële informatie. Dit systeem bestaat uit vijf componenten: de controleomgeving, de risicocontrole, de controleactiviteiten van het management, het toezicht over de interne controle en de communicatie van de fi nanciële informatie.

1. De controleomgeving

Onze controleomgeving bestaat uit diverse bestanddelen die worden behandeld in referentiedocumenten zoals een Gedragscode die dient als referentiekader voor de Groep, een managementfi losofi e die haar uitdrukking vindt in de Waarden, een duidelijke organisatie en hiërarchische structuur, ondersteund door functiebeschrijvingen waarbij in voorkomend geval, ook de delegatie van verantwoordelijkheid en de bestuursorganen worden betrokken (Raad van Bestuur, Uitvoerend Comité, …) waarvan de werking beschreven wordt in de Verklaring over Corporate Governance. Nadere informatie hierover is te vinden in dit Jaarverslag 2010. De nieuwe organisatiestructuur staat er beschreven op de bladzijden 6 tot 7.

2. Het risicomanagement

Het nemen van berekende risico's, met inachtname van wetten en regels

en van de Gedragscode, is niet weg te denken uit de activiteiten van een Groep zoals Solvay. Om opportuniteiten te kunnen opmerken, inschatten en er met succes te kunnen op inspelen én tegelijk potentiële belangrijke risico's voor de werking van de Groep te kunnen beperken, heeft de vennootschap zich voorzien van een systeem van risicomanagement. Het risicomanagement is een integraal bestanddeel van de strategische en operationele beslissingsprocessen en geldt als een essentieel instrument om leiding te geven en beslissingen te nemen wil de onderneming haar doelstellingen op korte, middellange en lange termijn bereiken.

Het competentiecentrum Risk Management and Insurance (RMI) onder verant-woordelijkheid van de Group Risk Manager, is belast met de invoering van een omvattend, systematisch en coherent risicomanagement binnen de Groep als geheel.

Solvay gebruikt het FERMA-referentiekader voor het risicomanagement. Dit kader organiseert het risicobeheer in verschillende fases, rekening houdend met de strategische doelstellingen van de organisatie:

  • risico-analyse (identifi catie, kwantifi cering en evaluatie);
  • beslissing over de manier om belangrijk risico aan te pakken;
  • uitvoering van de acties in
  • verband hiermee;
  • opvolging.

Het competentiecentrum RMI ondersteunt de Groepsentiteiten bij de aanpak van risico's en wel door hen een methodologie en instrumenten aan te reiken op hiertoe bestemde vormingsworkshops.

Meer hierover is te lezen in de sectie Risicomanagement van het jaarverslag 2010, meer bepaald over recent binnen de Groep gevoerde acties inzake risicobeheer en over de belangrijkste risico's voor de Groep en de acties die worden ondernomen om ze te voorkomen of te milderen.

Zo'n aanpak van de risicobeheersing laat zich op consistente wijze toepassen doorheen de hele organisatie. Hij geldt voor beslissingen en activiteiten van de medewerkers van de Groep en maakt ondernemen mogelijk in een duidelijk omschreven en dus vertrouwenwekkend kader.

3. 3. De controleactiviteiten door het management (eerstelijnscontrole)

Het management is verantwoordelijk voor de interne controle van de activiteiten.

De Solvay-groep heeft reportingsystemen ingevoerd om relevante informatie te verzamelen en te verspreiden op de verschillende bedrijfsniveaus. Zulke systemen bestaan bijvoorbeeld op het fi nanciële domein, op het operationele niveau (productieprocessen), human resources, HSE (meer bepaald wat veiligheid op het werk en leefmilieu betreft), op commercieel en op wettelijk gebied (met name inzake conformiteit).

Op fi nancieel gebied heeft de Solvaygroep een reportingsysteem ingevoerd op basis van de IFRS-normen, en dit in al zijn geledingen. De maandelijks verstrekte informatie is veelal direct afkomstig van geïntegreerde informatiesystemen (ERP). Deze ERPs bestrijken een groot deel van de Groep. Te onderstrepen valt ook dat de informaticasystemen centraal beheerd worden door een entiteit die luistert naar de naam SIS.

De fi nanciële gegevens worden maandelijks geconsolideerd en geanalyseerd op alle niveaus binnen de vennootschap die hierin verantwoordelijkheid dragen (zoals bijvoorbeeld de lokale fi nance manager, de controler en het management van de betreffende activiteit, Group Accounting en het Uitvoerend Comité) en op verschillende manieren zoals bijvoorbeeld door de analyse van varianties, controles van de plausibiliteit en de coherentie, ratio-analyse of nog op

basis van gemaakte prognoses. Het Auditcomité valideert de resultaten om de drie maanden en houdt rekening met het werk van de externe auditeur.

De controle van de fi nanciële gegevens wordt vergemakkelijkt door het gebruik van gemeenschappelijke ERP-systemen, een organisatie gebaseerd op de grote fi nanciële processen die centraal beheerd worden of in voorkomend geval in de centra voor gedeelde diensten en de toepassing van uniforme procedures.

4. 4. Het toezicht vanwege de interne controle (controle op het tweede niveau)

Het Auditcomité volgt de effi ciëntie van de interne controlesystemen op. Het comité kijkt toe op het werk van het competentiecentrum Internal Audit inzake de fi nanciële, de operationele en de conformiteitscontrole Het gaat vooral na welke de draagwijdte, de programma's en het resultaat van het werk van de interne audit zijn en ziet erop toe dat zijn aanbevelingen wel degelijk worden uitgevoerd. De taak van het Auditcomité wordt in detail beschreven in bijlage 1 van deze Verklaring betreffende Corporate Governance.

Het competentiecentrum Internal Audit evalueert in alle onafhankelijkheid de effi ciëntie van de interne controle zowel fi nancieel als op het gebied van de informatica en van de human resources. Het kijkt erop toe dat:

  • risico's, inclusief fraude, opgespoord en aangepakt worden;
  • de (belangrijke) fi nanciële informatie en die over management en werking betrouwbaar zijn;
  • wat de werknemers doen strookt met beleid, normen en procedures van de Groep en met de beslissingen van het management;
  • de ingezette middelen economisch verkregen, effi ciënt gebruikt en afdoende beschermd worden.

Planning en inhoudelijke omschrijving van de opdrachten inzake interne

  1. Entités fonctionnelles distinctes depuis le 1er janvier 2007.

Deugdelijk Bestuur

audit gebeurt op basis van een risicoanalyse; de controle focust hierbij op de domeinen waar het risico het grootst geacht wordt.

Elke entiteit van de Groep ondergaat op zijn minst om de 3 jaar zulke audit. Het management voert de aanbevelingen van het competentiecentrum Interne Audit uit.

Andere entiteiten voeren gelijksoortige activiteiten uit op zeer specifi eke domeinen.

Enkele voorbeelden:

  • het competentiecentrum Health Safety & Environment voert audits uit op het gebied van gezondheid, veiligheid en leefmilieu;
  • het competentiecentrum Organization, Design & Performance doet audits van de managementsystemen (bijvoorbeeld quality management);
  • het competentiecentrum Ethics and Compliance controleert de toepassing van en het respect voor de Waarden van de Groep en de toepasselijke wetten en regels en voor de Gedragscode van de Groep, hierin bijgestaan door het competentiecentrum Interne audit, van de waarden van de Groep en de toe te passen wetten en regels; het competentiecentrum Ethics and Compliance komt tussenbeide bij een mogelijke schending op dit gebied. Een Ethics Helpline, die in handen is van derden wordt geleidelijk ter beschikking van het personeel gesteld om het de kans te bieden op confi dentiële wijze elke mogelijke schending van deze principes te signaleren;
  • het competentiecentrum Legal geeft raad, organiseert opleidingen en controleert of bestaande wetten worden gerespecteerd en correct toegepast. In dit opzicht is het belangrijk te onderstrepen dat er strikte interne regels zijn voor wat de concurrentiewetgeving betreft. Er zijn geregeld interne controles waarbij men zich ervan vergewist of deze interne regels worden gerespecteerd om elke afwijking ervan te voorkomen.

De activiteiten van de audit en van deze competentiecentra worden gecontroleerd door een Audit-raad in het belang van effi ciëntie en impact.

5. 2. De communicatie van de fi nanciële informatie

De Solvay-groep publiceert per kwartaal zijn fi nanciële resultaten. De communicatie in verband hiermee wordt op diverse manieren gecontroleerd en gevalideerd voor de publicatie ervan:

  • ze worden opgesteld onder toezicht en controle van het Uitvoerend Comité;
  • het Auditcomité valideert ze en let erop dat de algemeen aanvaarde boekhoudkundige principes gerespecteerd worden en dat de communicatie een correct en waarheidsgetrouw beeld geeft van de zakelijke activiteiten van de Groep;
  • het Comité Financiën rondt de voorbereiding af;
  • de Raad van Bestuur stemt in met de informatie.

9. Externe Audit

De controle van de fi nanciële toestand van de vennootschap, van de jaarrekening, het respecteren van de regels in functie van het Wetboek van de Vennootschappen en de statuten, de activiteiten zoals die uit de jaarrekening af te leiden zijn, wordt toevertrouwd aan één of meer commissarissen, benoemd door de algemene vergadering en gekozen uit de leden, natuurlijke personen of rechtspersonen, van het Instituut der Bedrijfsrevisoren.

De opdracht en de bevoegdheid van de commissaris(sen) zijn hen bij wet toevertrouwd. De algemene vergadering bepaalt het aantal commissarissen en beslist over hun emolumenten, in overeenstemming met de wet. De commissarissen hebben ook recht op de terugbetaling van hun reiskosten voor de controle van de fabrieken en de administratie van de vennootschap. De algemene vergadering kan ook één of meer plaatsvervangende

commissarissen aanwijzen.

De commissarissen worden benoemd voor drie jaar en die termijn is verlengbaar. De algemene vergadering kan hen niet ontslaan, tenzij dit grondig wordt gemotiveerd.

De gewone algemene vergadering van mei 2010 is overgegaan tot de benoeming van het internationale auditbedrijf Deloitte – vertegenwoordigd door Eric Nys – als effectief commissaris en ook tot de benoeming van het internationale auditbedrijf Deloitte – vertegenwoordigd door Frank Verhaegen – als plaatsvervangend commissaris. Deze beide mandaten vervallen na de gewone algemene vergadering van 2013.

Ook heeft dezelfde Vergadering de jaarlijkse emolumenten van de effectieve Commissaris vastgelegd, waarin begrepen de statutaire audits, de geconsolideerde rekening en de IFRS-reporting voor een bedrag van 354 818 EUR voor het boekjaar 2010, 351 270 EUR voor het boekjaar 2011 en 351 270 voor het boekjaar 2012. Vanaf het boekjaar 2011 zullen de bedragen jaarlijks worden aangepast aan de infl atie (prijs van de index van de verbruiksgoederen van december tot december).

De supplementaire honoraria die Deloitte in 2010 heeft ontvangen bedragen 670 000 EUR. Voor het geheel van de consolidatiekring van de Groep heeft Deloitte volgende honoraria ontvangen:

  • honorarium in verband met de audit van de rekening 3 521 000 EUR
  • andere auditdiensten en allerlei 539 000 EUR
  • bijstand en fi scaal advies 131 000 EUR.

10. Gedragscode

De Gedragscode van Solvay geeft de context waarin Solvay zaken wil doen en hoe het op ethische wijze en wakend over de conformiteit wenst om te gaan met alle betrokken partijen. De Gedragscode van Solvay vertrekt

van de Waarden van de Groep die als referentiekader dienen wanneer het erop aan komt beslissingen te nemen of acties te ondernemen:

  • Ethisch gedrag
  • Respect voor de mensen
  • Klantgerichtheid
  • Verantwoord delegeren
  • Teamwork

Deze Waarden moeten steeds worden gerespecteerd en in praktijk gebracht. De Gedragscode is een deel van de constante inspanning van de Groep om het vertrouwen van alle personeelsleden, en dat tussen de Groep en zijn partners, ook de personeelsleden, hun vertegenwoordigers, de aandeelhouders, klanten en leveranciers, overheidsdiensten of andere betrokken partijen, te behouden en te versterken. Voor de Code is ook inspiratie gezocht bij internationale conventies, zoals de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens, de Conventie over de Rechten van het Kind en de conventies van de Internationale Arbeidsorganisatie (IAO). Om al zijn medewerkers maximaal bij de uitvoering van de Code te betrekken, blijft de Groep doorgaan met de bevordering van een verrijkende en evenwichtige sociale dialoog van de directie met de sociale partners. De Solvay-groep ziet toe op de toepassing van deze Code met allerlei maatregelen, waaronder specifi eke vormingsactiviteiten, om zo het risico op niet-naleving te minimaliseren en desnoods te voorzien in duidelijke sancties.

Het competentiecentrum Ethics and Compliance heeft tot doel een in de ethiek gewortelde bedrijfscultuur in de hand te werken en te streven naar het naleven van bestaande wetten en regels, de bedrijfswaarden en de Gedragscode van Solvay. Het staat onder het gezag van de Group General Counsel en bestaat uit een netwerk van Compliance Offi cers dat actief is in de vier regio's. Dezen worden bijgestaan door een netwerk van ervaren personeelsleden wier opdracht het is, naast hun andere taken, de activiteiten op dit gebied te ondersteunen.

De Groep moedigt zijn medewerkers aan om elke eventuele moeilijkheid of vraag omtrent de toepassing van de Gedragscode aan te kaarten bij hun hiërarchie of andere terzake bevoegde gesprekspartners (Compliance Offi cers, juristen, mensen van Human Resources). Voorts wordt geleidelijk en in elke regio de kans geboden zich te wenden tot de Ethics Helpline, een externe dienst waar men terecht kan met moeilijkheden en strikt vertrouwelijk vragen kan stellen. De Ethics Helpline wordt uitgebaat conform de heersende wetgeving en in het bijzonder de wetgeving rond gegevensbescherming.

Hierbij dient nog aangestipt dat er strenge regels bestaan op het gebied van het recht op de concurrentie en dat de naleving ervan geregeld wordt gecontroleerd.

In de joint ventures spannen onze vertegenwoordigers in de Raad van Bestuur zich in om regels ingang te doen vinden die in de lijn liggen van de Gedragscode van de Groep.

11. Preventie van het misbruik van voorkennis

11.1. De Groep heeft in verband hiermee een eigen beleid ingevoerd

De interpretatie en de controle over het respect van de regels hieromtrent is toevertrouwd aan een Transparantiecomité samengesteld uit de Secretaris-Generaal (Voorzitter) eveneens Directeur Communicatie, de Algemeen Directeur Financiën, de Group General Counsel en de Algemeen Directeur Human Resources. Dit comité dient zowel de Raad van Bestuur en het Uitvoerend Comité van advies als de werknemer die met een moeilijke situatie te maken krijgt.

11.2. Bijzondere maatregelen binnen de Raad van Bestuur De Raad van Bestuur beschouwt zich ook gebonden door de ethische regels van de Groep, speciaal dan wat de vertrouwelijkheid en niet-gebruik van gevoelige informatie betreft. Hij heeft meer bepaald strikte regels die duidelijk de periodes aangeven waarbinnen elke directe of indirecte transactie van Solvay-aandelen (of afgeleide producten) dient vermeden te worden. Dit is het geval in de periodes die voorafgaan aan de publicatie van de resultaten of van informatie die mogelijk de beurskoers van het Solvayaandeel kunnen beïnvloeden. Afgezien van wat ter sprake komt in punt 2.1.4. (Artikel 523 van het Wetboek van Vennootschappen, pagina 179), hebben de leden van de Raad van Bestuur in 2010 niet te maken gehad met belangenconfl icten die toepassing vergen van de wettelijke procedures waarvan het Wetboek van Vennootschappen melding maakt. Echter, in een heel beperkt aantal gevallen vond één of ander lid van de Raad het beter uit ethische overwegingen afwezig te blijven van het overleg of zich van stemming te onthouden. Dit gebeurt bijvoorbeeld voor de Bestuurders die lid zijn van het Uitvoerend Comité, wanneer de Raad van Bestuur beslist over de verlenging van hun mandaat, of het aantal aandelenopties dat hen mag worden toegekend.

11.3. Bijzondere maatregelen binnen het Uitvoerend Comité

Het Uitvoerend Comité respecteert dezelfde regels als de Raad van Bestuur inzake ethische kwesties en compliance (zie hoger).

Toch worden die regels aangescherpt bij vertrouwelijke informatie, en omdat het Uitvoerend Comité mee belangrijke beslissingen neemt, met inbegrip van het berekenen van het resultaat en de winst uit het programma van aandelenopties, gelden strengere regels om elk misbruik van voorkennis te vermijden, bijvoorbeeld de verkoop van aandelen na uitoefening van de opties in periodes die als gevoelig beschouwd worden.

Deugdelijk Bestuur

11.4. Nota aan de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen over de transacties met Solvay-aandelen

De personen die binnen de Groep leiding geven en verantwoordelijkheid dragen, en hun naaste medewerkers, met name:

  • de leden van de Raad van Bestuur van Solvay nv
  • de leden van het Uitvoerend Comité
  • de Secretaris-Generaal
  • de Algemeen Directeur Human Resources en

• de Group General Counsel zijn op de hoogte gebracht van de verplichting een verklaring af te leggen aan de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen telkens wanneer zij voor eigen rekening Solvay-aandelen kopen of verkopen, zoals bedoeld in de wet van 2 augustus 2002. Ook houdt de Secretaris-Generaal een lijst bij van de personen die geregeld toegang kunnen hebben tot vertrouwelijke informatie.

12.Interne organisatie van de Solvay-groep

De interne organisatie van de Solvaygroep wordt beschreven in de sectie Strategie (bladzijden 6 tot 7 van dit jaarverslag.

Evolutie van de koers en het aantal verhandelde Solvay-aandelen 01/01/2010 tot 31/12/2010

Evolutie van het Solvay-aandeel in 2010 in vergelijking met de indexen

13. De relatie met aandeelhouders en beleggers

13.1. Evolutie van de beurskoers Het Solvay-aandeel wordt genoteerd op de NYSE Euronext Brussels.

Op 31 december 2010 bedroeg de slotkoers 79,8 EUR tegen 75,6 EUR op het einde van het jaar 2009. Gedurende het jaar 2010 bedroeg de gemiddelde koers per aandeel 74,5 EUR en de hoogste koers 81,9 EUR (27 oktober 2010).

Het gemiddelde aantal dagelijks verhandelde aandelen, zoals meegedeeld door Euronext, bedroeg 182 000 aandelen in 2010 tegen 278 000 aandelen in 2009. De evolutie van de aandelenkoers in 2010 in vergelijking met die van de marktindexen wordt hiervoor getoond.

13.2. Actieve fi nanciële communicatie

Het hele jaar door staat het Investor Relations-team ter beschikking van de aandeelhouders en individuele of institutionele beleggers en van analisten die het aandeel volgen. Het organiseert ontmoetingen, antwoordt op de vragen en licht de korte- en langetermijnontwikkeling van de Groep toe. Daarbij waakt het erover alle aandeelhouders op gelijke voet te behandelen.

Het beleid van de Groep inzake communicatie bestaat erin middels persberichten en/of persconferenties alle belangrijke en marktrelevante informatie te verspreiden van zodra dit redelijkerwijze mogelijk is.

Solvay nv

Investor Relations Prins Albertstraat 33 B-1050 Brussel (België) Telefoon: +32 2 509 72 43 Telefax: +32 2 509 72 40 E-mail: [email protected]

13.3. Financiële informatiestroom

In 2010 heeft de Belgische Vereniging van Financiële Analisten (BVFA) de kwaliteit geprezen van de informatie via de driemaandelijkse en jaarlijkse publicaties, van de dienst Investor Relations en van de internetsite van de Solvay-groep.

13.4. Clubs van aandeelhouders en individuele beleggers

De Groep onderhoudt al jaren nauwe banden met individuele beleggersclubs, via deelname aan bijeenkomten of conferenties of door regelmatige informatie over de activiteiten van de Groep (persberichten, jaarverslag,…) die op vraag verkrijgbaar zijn. In 2010 heeft de Solvay-groep opnieuw ontmoetingen georganiseerd met individuele beleggers Een paar voorbeelden:

  • in maart 2010 nam Solvay deel aan de Dag van het Aandeel, georganiseerd door het Belgische magazine Cash, waar weer heel wat individuele beleggers op afkwamen;
  • in april 2010 was Solvay present op de Beleggershappening van de VFB, waaraan elk jaar weer meer dan 1 000 geïnteresseerden deelnemen.

13.5. Roadshows en ontmoetingen met de professionele wereld

Geregeld organiseert de Groep roadshows en ontmoetingen met de bedrijfstop ten behoeve van internationale professionals (analisten, portefeuillebeheerders, pers,…).

Zo zijn er in 2010 ruim 250 contacten gelegd op vergaderingen en ontmoetingen in Europa (Brussel, Londen, Parijs, Frankfurt, Genève, Zürich, Milaan,…) en in de Verenigde Staten en Canada.

De bedrijfsleiding organiseert systematisch elk kwartaal telefoonconferenties waarin zij de resultaten van de Groep becommentarieert.

13.6. Een eigen webstek

Er is ook een internetsite speciaal ten

dienste van aandeelhouders en beleggers: www.solvay.com/investors. Daarop vinden zij de meest actuele fi nanciële en strategische informatie van de Groep.

Hij biedt ook informatie over allerlei diensten die van nut kunnen zijn voor de belegger en aandeelhouder. Hij vermeldt nuttige contacten met analisten die de Groep van nabij volgen. Via de webstek kan men zich ook inschrijven bij de club van aandeelhouders en beleggers. Dan krijgt men per e-mail melding in drie talen (Frans, Nederlands en Engels) over de publicatie van heel wat informatie: agenda van bepaalde vergaderingen van de Raad van Bestuur, plannen voor amendering van de statuten, bijzondere rapporten van de Raad van Bestuur, publicatie van het jaarverslag, statutaire rekeningen, uitbetaling van de dividenden,...

De website wordt begin 2011 geheel geactualiseerd en verbeterd om de toegang tot de overvloedige informatie nog gemakkelijker en aangenamer te maken.

13.7. Driemaandelijkse publicatie van de resultaten

De wens steeds preciezer en met meer regelmaat te communiceren heeft ertoe geleid dat sinds 2003 de resultaten van de Groep driemaandelijks worden gepubliceerd, in overeenstemming met de internationale normen voor fi nanciele verslaggeving (IFRS).

BIJLAGE 1 Het Auditcomité – Mission Statement

1. Leden

Het Auditcomité heeft een Voorzitter en op zijn minst twee leden. Alle drie zijn ze niet-uitvoerende bestuurders en minstens twee van hen zijn onafhankelijke bestuurders. De leden van het Auditcomité ontlenen hun bevoegdheid aan hun vorming en de ervaring die ze hebben

Deugdelijk Bestuur

opgedaan in vroegere functies.

2. Genodigden

Het Auditcomité nodigt normaal personen uit om verslag uit te brengen: a) de Financiële Directeur van de

  • Groep;
  • b) de verantwoordelijke van het competentiecentrum Interne Audit;
  • c) de externe auditpartner, benoemd tot commissaris van de Groep.

3. Vergaderingen – Frequentie

Het Auditcomité vergadert minstens viermaal per jaar, bij de publicatie van de jaarlijkse, halfjaarlijkse en driemaandelijkse resultaten.

Een extra-vergadering is mogelijk, om de draagwijdte van de plannen en de kosten van de audits aan de orde te laten komen. Over andere belangrijke fi nanciële kwesties wordt gediscussieerd en overeenstemming bereikt.

4. Belangrijkste mandaten van het Auditcomité

  • a) Het Auditcomité ziet erop toe dat het jaarverslag en de jaarrekeningen, de tussentijdse fi nanciële staten en alle andere belangrijke fi nanciële informatie van de Groep de algemeen aanvaarde boekhoudkundige principes respecteren. (IFRS voor de Groep, de Belgische boekhoudkundige regels voor de moedermaatschappij). Deze documenten dienen een juist en relevant beeld te geven en te voldoen aan alle statutaire en beursregels.
  • b) Het Auditcomité onderzoekt geregeld de toegepaste boekhoudkundige strategie en praktijken ter voorbereiding van de jaarrekening van de Groep en vergewist zich ervan dat ze conform de goede praktijk zijn en voldoen aan de juiste boekhoudkundige normen.
  • c) Het Auditcomité onderzoekt geregeld de draagwijdte van de externe audit en de toepassing ervan in het geheel van de Groep. Het Auditcomité bestudeert de aanbevelingen van de externe audit en het rapport dat de auditor aan de Raad van Bestuur bezorgt.

  • d) Het Auditcomité ziet toe op

  • de effi ciëntie van de interne controlesystemen van de Groep, in het bijzonder die van de fi nanciële, operationele en gelijkvormigheidscontrole en die van de risicocontrole.
  • Ook gaat het Auditcomité na of de elektronische informaticasystemen, gebruikt om fi nanciële gegevens te genereren, aan de vereiste normen voldoen. Het Auditcomité waakt erover dat deze systemen voldoen aan de statutaire vereisten.
  • e) Inzake de interne audit controleert het Auditcomité de draagwijdte/ de programma's/het resultaat van de werkzaamheden van de interne auditafdeling en ziet erop toe dat de interne audit adequate werkmiddelen heeft. Het Auditcomité gaat na of de aanbevelingen van de interne audit wel worden uitgevoerd.
  • f) Het Auditcomité controleert en waakt over de onafhankelijkheid van de externe commissaris vooral voor de aanvullende diensten die eventueel van hem gevraagd worden en die buiten zijn wettelijke opdracht vallen. Wat zulke zaken betreft is het voortaan het Auditcomité dat de externe commissaris zal voorstellen aan de Raad van Bestuur die dan de kandidatuur ter goedkeuring voorlegt aan de gewone algemene vergadering. Deze benoemt de betrokkene en keurt zijn vergoeding goed. Ook, en in overleg met de Algemeen Directeur Financiën, participeert het Auditcomité in de keuze van de verantwoordelijke van het com petentiecentrum Interne Audit.
  • g) Het Auditcomité bestudeert ook de risicodomeinen die mogelijk een impact kunnen hebben op de fi nanciële situatie van de Groep. Zulke risico's zijn bijvoorbeeld, wisselkoersrisico's, belangrijke juridische geschillen, leefmilieuvragen, problemen in verband met productverantwoordelijkheid, enz. Bij zijn onderzoek bestudeert het Auditcomité de bestaande procedures om belangrijke risico's te herkennen, de

mate van hun impact op de Groep in te schatten en de werking van de controlesystemen na te gaan.

5. Verslagen

Aangezien het een comité is dat onder de bevoegdheid valt van de Raad van Bestuur, stelt het Auditcomité een verslag op van elke vergadering en bezorgt dit aan de Raad van Bestuur.

BIJLAGE 2 Het vergoedingsbeleid voor de Algemeen Directeuren

Généralités

Het huidige vergoedingsbeleid geldt voor de Algemeen Directeuren van Solvay, onder wie de CEO en de leden van het Uitvoerend Comité. De vergoeding van de Algemeen Directeuren is vastgelegd door de Raad van Bestuur op aanbeveling van het Remuneratiecomité. De basisprincipes van het vergoedingenbeleid voor de Algemeen Directeuren van Solvay kunnen we als volgt samenvatten:

  • concurrentieel sterke vergoedingsperspectieven bieden die Solvay in staat stellen kaderleden van hoog niveau aan te trekken, te houden, te motiveren en te belonen. Zulke kaderleden zijn immers onmisbaar voor de leiding van een chemische onderneming met globale activiteiten en ambities;
  • ervoor zorgen dat de aandacht van de kaderleden uitgaat naar de cruciale factoren, bepalend voor het succes van onze activiteiten met oog voor de korte, middellange en lange termijnbelangen van de onderneming;
  • de kaderleden aanmoedigen om te handelen als leden van een sterk directieteam, deel te hebben aan het welslagen van de Groep in zijn geheel, maar ook op individuele titel hun rol en verantwoordelijkheid op te nemen;
  • bij de kaderleden de wil vrijwaren en

duele en collectieve doelstellingen. De samenstelling en het totale vergoedingenbedrag (zowel het vaste als het variabele gedeelte) ter beschikking

van de Algemeen Directeuren worden elk jaar opnieuw bekeken. De vergoeding hangt af van de verantwoordelijkheid en de individuele ervaring en prestaties.

aanwakkeren om de prestaties van de Groep nog te verbeteren, waarbij de vergoeding wordt gekoppeld aan het bereiken van ambitieuze indivi-

Ze is conform de geldende praktijk bij concurrerende ondernemingen ten aanzien van de aard en het belang van de functie en de eigenheid van de activiteitssectoren waarbinnen Solvay werkt. Andere relevant geachte factoren, zoals de gelijke en evenwichtige verloning binnen de onderneming, worden ook in overweging genomen. Voor de evaluatie van de relevante praktijken bij de concurrentie, gebruikt Solvay als referentiekader een selectie van Europese chemische en industriële bedrijven met internationale uitstraling en met een omzet en personeelsbezetting die met die van Solvay vergelijkbaar zijn. De samenstelling van deze groep wordt regelmatig opnieuw bestudeerd, om erover te waken dat hij de strategische oriëntatie van de onderneming blijft weergeven.

Voor kaderleden die afkomstig zijn van een niet-Europees land en in functie buiten Europa, dienen de praktijken in het land van oorsprong als referentie, liefst samen met wat de praktijk is in de chemische sector.

Voor het verschaffen van deze internationale marktgegevens wordt een beroep gedaan op consultancydiensten gespecialiseerd in verloningsbeleid en met een internationale reputatie ter zake.

Doel van Solvay is om een totaal pakket aan vergoedingen aan te bieden dat conform is met, of in de buurt komt van de mediaan van de bestudeerde referentiemarkt, indien de betrokkene normaal gepresteerd heeft.

In geval van uitzonderlijke collectieve en individuele prestaties, zal de vergoeding in de buurt van het bovenste kwartiel van de markt komen.

De verschillende bestanddelen van de vergoeding

De vergoeding van de Algemeen Directeuren omvat het basissalaris en jaarlijkse aanmoedigingspremies (zoals premies in verhouding tot de geleverde prestaties) en andere langetermijnpremies. Dit alles samen vormt de totale directe vergoeding van de Algemeen Directeuren. Voorts hebben de Algemeen Directeuren nog andere voordelen, waarvan de meest courante de vergoedingen zijn in verband met opruststelling, overlijden, invaliditeit en medische zorgen. De doelvergoeding gebaseerd op de prestaties is uiteraard variabel. Ze vertegenwoordigt tenminste bijna 50% van de totale directe vergoeding van de Algemeen Directeuren.

Basissalaris

Het basissalaris wordt elk jaar onderzocht, wat niet betekent dat het aangepast wordt. Dit onderzoek vergelijkt het actuele niveau met de nieuwe mediaan van de referentiemarkt. Daarbij houdt men rekening met de verantwoordelijkheid en het belang van de positie van de Algemeen Directeur en ook met zijn individuele beroepsbekwaamheid, zijn relevante professionele ervaring, de mate waarin hij met evoluties meekan en het constante of minder constante niveau van zijn prestaties over een lange periode.

Jaarlijkse aanmoediging

Het niveau van de aanmoediging hangt af van de vraag of de betrokkene voldaan heeft aan alle gestelde doelen.

Het gaat van 50% tot 100% van het basissalaris, al naargelang van de plaats die men heeft.

Deze percentages zijn bepaald op basis van de mediaan van de premies genoteerd op de referentiemarkt en de strategie van Solvay voor een mix

van de verlangde verloning en de concurrentiepositie.

In het algemeen kan men stellen dat Solvay een basissalaris wenst toe te kennen en jaarlijkse aanmoedigingspremies, die dicht in de buurt komen van de vastgestelde mediaan op de referentiemarkt.

Het huidige premieniveau varieert al naargelang van de prestaties van de Solvay-groep, de sectoren waarin de Algemeen Directeuren aanwezig zijn en hun individuele prestaties. Tegenwoordig varieert de premie van nul bij slechte prestaties tot 150% van het bedrag voor een normale prestatie, als de betrokkene uitzonderlijk goed heeft gewerkt.

De algemene economische prestatie wordt gemeten in rendabiliteit van het eigen vermogen (ROE) van het voorbije jaar; de individuele prestatie wordt gemeten op basis van een reeks op voorhand bepaalde doelstellingen per regio/activiteitssector en andere cruciale doelstellingen die voor elk kaderlid specifi ek zijn en goedgekeurd door de Raad van Bestuur.

Langetermijnaanmoediging

De langetermijnaanmoediging bestaat uit de periodieke toekenning van aandelenopties. Elk jaar en op basis van de aanbevelingen van het Remuneratiecomité bepaalt de Raad van Bestuur het aantal aandelenopties, dat respectievelijk wordt toegekend aan de Voorzitter van het Uitvoerend Comité, aan leden van het Uitvoerend Comité en aan andere Algemeen Directeuren.

Om uit te maken hoeveel aandelenopties er precies naar elke groep Algemeen Directeuren dient te gaan, baseert de Raad van Bestuur zich op het niveau van de actuele langetermijnaanmoedigingen en de praktijk op de referentiemarkt.

De uitoefenprijs van de opties is gelijk aan het slotkoersgemiddelde van het Solvay-aandeel op Euronext Brussels gedurende de 30 dagen die voorafgaan aan het begin van het aanbod. De opties verlopen acht jaar na de datum van hun toekenning.

Ze zijn verkrijgbaar op de eerste dag die volgt op de derde verjaardag van hun toewijzing en kunnen worden uitgeoefend tijdens specifi eke open periodes.

Andere voordelen

De Algemeen Directeuren krijgen ook vergoedingen bij hun opruststelling, bij hun overlijden, ziekte en invaliditeit. In principe hangt dit sterk af van de

regels in hun land van herkomst. Andere voordelen, zoals prestaties in de gezondheidszorg, bedrijfsauto of kostenvergoeding bij gebruik van de eigen auto bestaan ook, maar ook hier past men de regels toe van het land waar de begunstigde werkt. De aard en het belang van die andere voordelen lijken sterk op de marktmediaan. In feite is de gekozen referentiemarkt een selectie van een twintigtal Belgische ondernemingen en dochterondernemingen in België van bedrijven onder buitenlandse controle. Het gaat dan veelal om werkgevers die lof krijgen van nationale en internationale kaderleden, die representatief zijn op het stuk van de toekenning van voordelen en voldoende conform met de normen die in Europa voor kaderleden gelden.

Niveau van de jaarlijkse en langetermijnincentives Voorzitter
van het
Uitvoerend
Comité
Uitvoerend
Comité
Algemeen
Directeuren
Actuele prestatie Rendement op eigen
vermogen
als % van
basiswedde
als % van
basiswedde
als % van
basiswedde
RENDEMENT OP EIGEN
VERMOGEN
Onder drempel lager dan 4% 0% 0% 0%
Drempel 4% tot < 8% 15% 9% 8%
8% tot < 10% 30% 18% 15%
Tussenin (laag) 10% tot < 12% 40% 24% 20%
Doel 12% tot < 14% 50% 30% 25%
Tussenin (hoog) 14% tot < 16% 60% 36% 30%
Uitstekend 16% tot < 18% 70% 42% 35%
Uitzonderlijk groter of gelijk aan
18%
vrije beslissing
Raad
vrije beslissing
Raad
vrije beslissing
Raad
Bonus als % van
basiswedde
als % van
basiswedde
als % van
basiswedde
Onder 0% 0% 0%
BONUS Doel 50% 30% 25%
INDIVIDUELE Uitstekend 75% 45% 37,5%
vrije beslissing
Raad
vrije beslissing
Raad
vrije beslissing
Raad
RENDEMENT
VERMOGEN
Op doel: rendement als % van
basiswedde
als % van
basiswedde
als % van
basiswedde
INDIVIDUELE
OP EIGEN
BONUS +
op eigen vermogen
en individuele bonus
0% 0% 0%
50/50 100% 60% 50%
145% 87% 72,5%
Als een aandelenplan aandelenopties aandelenopties aandelenopties
AANDELEN
OPTIES
door de Raad -20% 32 000 12 000 4 000
van Bestuur is Doel 40 000 15 000 5 000
goedgekeurd +20% 48 000 18 000 6 000

Algemene woordenlijst

AFM: Advanced Functional Minerals ANSAC: American Natural Soda Ash Corporation BAT: beste beschikbare techniek BRIC: Brazilië, Rusland, India, China Centraal-Europa: Duitsland, Hongarije, Oostenrijk, Polen, Roemenië, Slovakije, Slovenië, Tsjechië CEA: Commissariat à l'énergie atomique (Frankrijk) CEO: Chief Executive Offi cer CLP: Classifi cation, Labeling, Packaging CSR: Corporate Social Responsibility EBRD: Europese Bank voor Heropbouw en Ontwikkeling ECHA: European Chemicals Agency EMEA: Europa, Middle-oosten en Afrika FERMA: Federation of European Risk Management Associations FDA: Food & Drug Administration (USA) GHS: Globally Harmonized System GOS: Gemeenschap van de Onafhankelijke Staten HPPO: Hydrogen Peroxide to Propylene Oxide – waterstofperoxide voor propyleenoxide IAO: Internationaal Arbeidsorganisatie ICCA: International Council of Chemical Associations KMO: kleine of middelgrote onderneming kt: Kiloton MEA: Membrane Electrode Assembly = Assemblage van membraanelektrodes Mercosur: Gemeenschappelijke markt in Zuid-Amerika waarvan de republieken Argentinië, Brazilië, Paraguay en Uruguay deel uitmaken MGC: Mitsubishi Gas Chemical Co. Inc. MW: megawatt NBD: New Business Development OBA: Openbaar Bod tot Aankop O&O: Onderzoek en Ontwikkeling OHSAS: Occupational Health and Safety Assessment Series OLED: Organic Light Emitting Diodes = Organische licht-emitterende diode Oost-Europa: Estland, Letland, Litouwen, Moldavië, Oekraïne, Roemenië, Rusland, Wit-Rusland OPV: organische fotoelektrische cellen OTFT: organische transistoren in dunne folie PEEK: poly-ether-ether-keton PFPE: perfl uoropolyethers pvc: polyvinylchloride PVDC: polyvinylideenchloride REACH: Registration, evaluation and authorization of chemicals RFID: Radio-Frequency Identifi cation = Identifi catie met radiogolven RMI: Risk Management and Insurance SBU: Strategic Business Unit SPM: Sustainable Portfolio Management WBCSD: World Business Council for Sustainable Development

West-Europa: Andorra, België, Denemarken, Duitsland, Finland, Frankrijk, Griekenland, Ierland, IJsland, Italië, Liechtenstein, Luxemburg, Malta, Nederland, Noorwegen, Oostenrijk, Portugal, San Marino, Spanje, Vaticaanstad, Verenigd Koninkrijk, Zweden, Zwitserland WKK: Warmtekrachtkoppeling of het gelijktijdig opwekken van warmte voor industrieel gebruik en elektriciteit

Financiële begrippenlijst

BVFA: Belgische Vereniging van Financiële Analisten (in het Frans: ABAF: Association belge des analystes fi nanciers) Cash fl ow: Netto resultaat plus totale afschrijvingen. Corporate & Business Support: Niet-toegekende bestanddelen, na verhoging van de directe toelagen vanaf 2007 EBIT: Winst vóór aftrek van interesten en belastingen Eigen vermogen per aandeel: Eigen vermogen gedeeld door het gemiddeld aantal aandelen voor de berekening van het IFRS-resultaat. Dezelfde basis voor de cash fl ow en de REBITDA per aandeel Free cash fl ow: Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten + Kasstromen uit investeringsactiviteiten IFRS: International Financial Reporting Standaards Nettowinst per aandeel: Nettoresultaat (aandeel van Solvay) gedeeld door het gewogen gemiddelde van het aantal aandelen, na aftrek van de eigen aandelen teruggekocht voor het dekken van de aandelenoptieprogramma's Nettowinst per aandeel (zonder beëindigde bedrijfsactiviteiten): idem als nettoresultaat per aandeel, maar zonder het resultaat van de beëindigde bedrijfsactiviteiten (aandeel van Solvay) OCI: Andere componenten van het totaalresultaat Omloopsnelheid: Totaal aantal aandelen dat van eigenaar verandert in een jaar, gedeeld door het totale aantal genoteerde aandelen, volgens de defi nitie van Euronext Omloopsnelheid aangepast door free fl oat: Aangepaste omloopsnelheid afhankelijk van het percentage genoteerde aandelen in het bezit van het publiek, volgens de defi nitie van Euronext REBIT: Recurrent operationeel resultaat REBITDA: REBIT vóór afschrijvingen Rendement op het nettodividend: Nettodividend gedeeld door slotkoers van 31 december Rendement op het brutodividend: Brutodividend gedeeld door de slotkoers van 31 december ROE: Rendement op eigen vermogen (Return on Equity) Verwaterde nettowinst per aandeel: nettoresultaat (aandeel van Solvay) gedeeld door het gewogen gemiddelde van het aantal aandelen, na aftrek van de eigen aandelen teruggekocht voor het dekken van de aandelenoptieprogramma's, vermeerderd met de mogelijk verwaterende aandelen Verwaterde nettowinst per aandeel (zonder beëindigde bedrijfsactiviteiten): Idem als nettoresultaat per aandeel, maar zonder het resultaat van de

beëindigde bedrijfsactiviteiten (aandeel van Solvay)

Nota's
206
----- --

Nota's

Nota's
208
----- --

Agenda van de aandeelhouder

Maandag 9 mei 2011 om 18.00 uur:

resultaat over het eerste kwartaal van 2011 Dinsdag 10 mei 2011:

Buitengewone Algemene Vergadering (om 10.30 uur) Gewone Algemene Vergadering (om 14.30 uur)

Dinsdag 17 mei 2011:

betalling van het saldo van het dividend voor het boekjaar 2010 (coupon nr. 88). Notering ex-dividend vanaf 12 mei 2011

Donderdag 28 juli 2011 om 7.30 uur: resultaat over de eerste helft van 2011

Donderdag 27 oktober 2011 om 7.30 uur:

resultaat over de eerste negen maanden van 2011 en bekendmaking van het dividendvoorschot voor het boekjaar 2011 (uit te betalen in januari 2012, coupon nr. 89)

16 februari 2012:

resultaten over 2011

Solvay nv

Prins Albertstraat 33 B-1050 Brussel, België t: 32 2 509 6111 f: 32 2 509 6617 www.solvay.com

Bulgarije

Solvay Sodi AD Administrative Building BG-9160 Devnya t: 359 51 99 5000 f: 359 51 99 5001

Brazilië en Argentinië

Solvay do Brasil Ltda Rua Urussui, 300 - 5° andar Itaim Bibi - São Paulo, SP Brasil t: 55 11 3708 5000 f: 55 11 3708 5252 e-mail: [email protected]

Duitsland

SOLVAY GmbH Hans-Böckler-Allee, 20 D-30173 Hannover t: 49 511 857-0 f: 49 511 282126 www.solvay.de

Egypte

Solvay Alexandria Sodium Carbonate S.A.E. Al Max Street

P.O. Box 17 Dekhila - Alexandria t : +20 3 2204380 f : +20 3 2204389 e-mail: [email protected]

Frankrijk

Solvay SA – France 25 rue de Clichy F-75009 Paris t: 33 140758000 f: 33 145635728 www.solvay.fr

Solvay nv

Naamloze Vennootschap Maatschappelijke zetel : Elsene (Brussel) Prins Albertstraat 33 t: 32 2 509 6111 f: 32 2 509 6617

Brussel RPR: 0403 091 220 BTW: BE 0403 091 220

www.solvay.com

This report is also available in English. Ce rapport est aussi disponible en français.

Groot-Brittannië

Solvay UK Holding Company Ltd Solvay House Baronet Road Warrington Cheshire WA4 6 HA t: 44 1925 651277 f: 44 1925 655856

Italië

Solvay Italia SA viale Lombardia, 20 I-20021 Bollate (MI) t: 39 02 3835.1 f: 39 02 38352129

Oostenrijk

Solvay Österreich GmbH Stättermayergasse, 28 A-1150 Wien

t: 43 1 716 88-0 f: 43 1 710 24 26

Portugal

Solvay Portugal – Produtos Químicos, SA

Rua Eng. Clément Dumoulin P-2625-106 Póvoa de Santa Iria t: 351 219534000 f: 351 219534490

Spanje

Solvay Ibérica S.L. C/ Marie Curie, 1-3-5 E-08760 Martorell (Barcelona) t: 34 937 734 900 f: 34 937 751 612 www.solvay.es e-mail: [email protected]

Verenigde Staten, Canada en Mexico Solvay America, Inc

3333 Richmond Avenue Houston, TX 77098-3007 USA t: 1 713 525 6000 f: 1 713 525 7887 www.solvaynorthamerica.com

Zwitserland

Solvay (Schweiz) AG Zürcherstrasse, 42 CH-5330 Bad Zurzach t: 41 56 2696161 f: 41 56 2696363

Concept en realisatie :

The Crew www.thecrewcommunication.com

Drukwerk : Deckers Druk

Redactiehoofd :

Solvay Algemeen Secretariaat – Corporate Communications t: + 32 2 509 70 46 f: + 32 2 509 72 40

Foto's :

Frédéric Martin, © Solar Impulse / Jean Revillard, Evrard Wendenbaum projet Makay Nature, Solvay, SolVin, XperiLAB.be®, Jean-Jacques Micheli, Gettyimages, Shutterstock.

Vertaling : Paul Muys, Production, PR&Medi

Zuidoost-Azië

Solvay Asia Pacifi c Co., Ltd. Wave Place, 17th Flr. 55 Wireless Road Lumpini, Pathumwan Bangkok 10330 Thailand

Solvay Peroxythai Ltd.

Wave Place, 17th Flr. 55 Wireless Road Lumpini, Pathuwan Bangkok 10330 Thailand

China

Solvay (Shanghai) Co., Ltd. Greater China Management/Plastics/ R&D

Building 7, No.899, Zu Chong Zhi Road, Zhangjiang High-Tech Park, Pudong New Area, Shanghai (201302) P.R. China t: +86-21-5080 5080 f: +86-21-5027 5636 e-mail: [email protected]

Solvay (Shanghai) Co., Ltd. Chemicals

Unit K, Floor 14, International Shipping & Finance Center No. 720 Pudong New Area, Shanghai (200120) P.R. China t: +86-21-3842 4788 f: +86-21-6385 5708

Japan

4th Flr, Toranomon 30 Mori Building Toranomon 3-2-2, Minato-ku Tokyo 105-0001 Japan Nippon Solvay K.K. t: 81/3/5425/4310

f: 81/3/5425/4311 e-mail: [email protected]

Solvay Advanced Polymers K.K.

t: 81/3/5425/4320 f: 81/3/5425/4321 e-mail: [email protected]

Solvay Solexis K.K.

t: 81/3/5425/4330 f: 81/3/5425/4331 e-mail: [email protected]

Korea

Solvay Korea Co., Ltd

5th Fl, Donghwa Building 58-7, Seosomun-Dong, Jung-Gu Seoul 100-736, Korea t: +82-2-756-0355 f: +82-2-756-0354 e-mail: [email protected]

Talk to a Data Expert

Have a question? We'll get back to you promptly.