AI Terminal

MODULE: AI_ANALYST
Interactive Q&A, Risk Assessment, Summarization
MODULE: DATA_EXTRACT
Excel Export, XBRL Parsing, Table Digitization
MODULE: PEER_COMP
Sector Benchmarking, Sentiment Analysis
SYSTEM ACCESS LOCKED
Authenticate / Register Log In

Solvay SA

Annual Report Mar 30, 2012

4005_10-k_2012-03-30_4be0c561-8373-426c-bd3d-7db113800ef4.pdf

Annual Report

Open in Viewer

Opens in native device viewer

Verder. Dichterbij. Samen.

Jaarverslag Solvay 2011

Inhoud
01
Groep 01 Markante feiten
02 Boodschap van beide Voorzitters
04 Brochure
06 Strategie
08 Evenement
10
Bestuur & Financiën deel 1 11 Verslag van de Raad van Bestuur
17 Financiële informatie
18
Activiteiten 18 Solvay Chemicals
26 Solvay Plastics
34 Solvay Rhodia
44 Solvay New Business Development
48
Verantwoordelijkheid 48 Human Resources
52 Duurzame Ontwikkeling
58 Uitvoerend Comité
en Algemeen Directeuren
60
Bestuur & Financiën deel 2 60 Inhoud
61 Jaarrekening
183 Verklaring inzake deugdelijk bestuur
  • 214 Woordenlijsten
  • Agenda van de aandeelhouder

Voornaamste gegevens Solvay-groep

Financiële gegevens

IFRS PRO FORMA8
2007 2008 2009 20101 2011 2011
miljoen EUR
Operationele toestand
(Netto)-omzet2 9 572 9 490 8 485 5 937 8 001 12 693
REBITDA3 1 662 1 436 1 439 930 1 208 2 068
REBITDA/(netto)-omzet 17% 15% 17% 16% 15% 16%
REBIT4 1 192 965 969 571 748 1 408
Nettoresultaat 828 449 553 1 823 296 784
Totale afschrijvingen5 593 417 496 607 455 655
Vrije Kasstroom6 402 531 789 117 371 656
Investeringsuitgaven 777 1 320 567 457 4 797 1 058
Onderzoeksuitgaven 556 564 555 125 156 218
Personeelskosten 2 081 1 981 2 016 1 281 1 422
Toegevoegde waarde 3 921 3 083 3 306 3 838 2 345
Financiële toestand
Eigen vermogen 4 459 4 745 5 160 6 708 6 653
Nettoschuld7 1 307 1 597 1 333 -2 993 1 760
Nettoschuld op eigen vermogen 29% 34% 26% 26%
Rendement op eigen vermogen (ROE) 18% 9% 11% 27% 4%
Bruto-uitkering aan Solvay-aandelen 240 241 241 240 250
Aantal werknemers
Personeelsaantal per 31 december 28 340 29 433 28 204 14 720 29 121
  1. De fi nanciële gegevens van 2010 werden herzien om rekening te houden met de wijziging vanaf 1 januari 2011 van de boeking van de joint ventures, die nu volgens de equitymethode en niet langer proportioneel verloopt.

  2. Omzet in 2007 tot 2009 en netto-omzet vanaf 2010.

  3. REBITDA: operationele winst vóór afschrijvingen en afwaarderingen, eenmalige posten, fi nanciële lasten en inkomstenbelastingen.

  4. REBIT = Recurrente EBIT.

  5. Waarvan bijzondere waardevermindering van activa van : -123 in 2007, +54 in 2008, -25 in 2009, -248 in 2010 en +5 in 2011.

  6. Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten + kasstroom uit investeringsactiviteiten, uitgezonderd acquisities en vervreemding van deelnemingen en andere investeringen + dividenden ontvangen van fi lialen en joint ventures.

  7. Nettoschuld (+) / kasoverschot (-).

  8. De pro forma resultaten tonen een winst- en verliesrekening (1) waarin Rhodia was overgenomen vanaf 1 januari 2010, (2) een harmonisatie van de boekhoudregels en (3) een eliminatie van de impact van de toewijzing van de aankoopprijs (PPA).

Toekomstgerichte uitgaven

Investeringen, overnames en O&O in 2011 (pro forma) = 1 276 miljoen EUR

2011 Budget 2012

Investeringen & overnames per Sector in 2011 (miljoen EUR)

O&O per Sector in 2011 (miljoen EUR)

Financiële kerndata van de voortgezette activiteiten van de Groep (pro forma)8

Netto-omzet 2011 = 12 693 miljoen EUR

REBITDA 2011 = 2 068 miljoen EUR (inclusief "Corporate & Business Support": -79 miljoen EUR en "New Business Development": -53 miljoen EUR)

Verdeling van REBITDA

per Sector in 2011 * Exclusief Corporate & Business Support en "New Business Development".

Wereldwijde aanwezigheid Netto-omzet 2011 = 12 693 miljoen EUR

Personeel (31.12.2011): 29 121 Voltijdse equivalenten

Eindverbruikersmarkt

Netto-omzet 2011 = 12 693 miljoen EUR

Verbruiksgoederen 28%
Bouw 17%
Auto-industrie 15%
Elektriciteit en elektronica 7%
Energie 5%
Leefmilieu 4%
Landbouw, bosbouw en visserij 4%
Papier 2%
Andere industriëen 18%

Opmerkelijke feiten in 2011

22 februari 2011 Bulgarije

Solvay beveiligt de ontwikkeling van zijn fl uorproducten door de overname van een vloeispaatmijn in Bulgarije.

3 maart 2011

SOLEF® PVDF Solvay kondigt een verhoging met 50% aan van de productiecapaciteit van SOLEF® PVDF om de sterk stijgende vraag te kunnen volgen.

30 mei 2011

Seoul Solvay en de Koreaanse EWHA-universiteit richten een gemeenschappelijk centrum voor Onderzoek en Ontwikkeling op in Seoel.

8 juni 2011 China

Solvay en Tianjin Soda Ash Plant gaan een partnerschap aan voor de oprichting van een fabriek voor natriumcarbonaat in China.

9 juni 2011 FOMBLIN-Y® en GALDEN®

Solvay maakt de uitbreiding van de productiecapaciteit bekend van FOMBLIN-Y® en GALDEN® om tegemoet te komen aan de snel toenemende vraag.

23 juni 2011

Speciale polymeren

Solvay investeert 120 miljoen EUR in de productie van speciale polymeren met hoge toegevoegde waarde in China.

26 juli 2011

Plextronics Solvay maakt 10 miljoen EUR vrij voor de ontwikkeling van innoverende technologie bij Plextronics op het gebied van organische lichtemitterende diodes en foto-elektrische cellen.

28 juli 2011 Saoedi-Arabië

Solvay gaat een joint venture oprichten met Sadara voor de bouw van een megafabriek voor waterstofperoxide in Saoedi-Arabië.

23 augustus 2011

Fluorgasproductietechnologie Solvay ontwikkelt een fl uorgasproductietechnologie om de broeikasgasuitstoot in de foto-elektrische en halfgeleiderindustrie drastisch te verlagen.

3 oktober 2011

Zeldzame aardmetalen De Groep gaat zeldzame aardmetalen uit magneten recycleren, na aankondiging van initiatieven om zeldzame aardmetalen te recycleren uit spaarlampen en herlaadbare nikkel-metaalhydridebatterijen.

5 oktober 2011

Thailand In Thailand neemt Solvay de grootste waterstofperoxidefabriek ter wereld in gebruik.

27 oktober 2011

Nicolas Boël Benoeming van Nicolas Boël tot toekomstig voorzitter van de Raad van Bestuur van Solvay, en dit met ingang van 9 mei 2012.

4 november 2011

Eco-effi ciënte producten en procedés Inwijding in Sjanghai (China) van het laboratorium Eco-effi cient Products and

Processes, een internationale samenwerking met de CNRS, de ENS Lyon en de East China Normal University, dat zich volledig gaat toeleggen op groene chemie.

9 november 2011

eSpheres Solvay richt eSpheres op, een spin-offbedrijf voor het databeheer inzake leefmilieu, gezondheid en veiligheid.

25 november 2011

Orbeo De Solvay-groep verstevigt zijn leiderschap op het gebied van energie- en CO2 -effi ciëntie met de uitkoop van Orbeo.

5 december 2011 BLUECAR®

Solvay levert strategische materialen voor de batterijen van de BLUECAR®, de elektrische auto van de Bolloré-groep.

27 december 2011

Gebouwen van de Groepszetel Ondertekening van een akkoord van de verkoop van de gebouwen van de Groepszetel in Elsene (België).

15 februari 2012 Pipelife

Wienerberger neemt Solvay's belang over in Pipelife, een van de wereldleiders in de productie van kunststoffen buizen.

Solvay neemt Rhodia over

4 april 2011

Solvay maakt zijn voornemen bekend om samen met Rhodia een chemisch topbedrijf te vormen dat wereldleider is in zijn vakgebied.

7 april 2011

Solvay dient zijn vriendschappelijk publiek overnamebod op Rhodia in bij de Franse fi nanciële marktautoriteit.

10 mei 2011

De Franse fi nanciële marktautoriteit verleent een conformiteitsverklaring aan het vriendschappelijk publiek overnamebod van Solvay op Rhodia.

14 juni 2011 Solvay lanceert zijn vriendschappelijk bod op de Rhodia-aandelen tegen 31,60 EUR per aandeel.

30 juni 2011 Solvay dient zijn vriendschappelijk openbaar overnamebod op Rhodia in bij de Europese Commissie.

5 augustus 2011 De Europese Commissie geeft haar goedkeuring aan de overname van Rhodia door Solvay.

31 augustus 2011 Het vriendschappelijk bod van Solvay op Rhodia is een absoluut succes.

13 september 2011 Start van de procedure voor het uitkoopbod.

1

Verder. Dichterbij. Samen.

Solvay heeft een historisch jaar achter de rug: we hebben onze strategie van groei en geografi sche expansie verder uitgevoerd, die ons bij de bronnen van toekomstige welvaart brengt.

We hebben onze structuren grondig gewijzigd, zodat onze organisatie dichter bij onze markten en onze klanten staat. We hebben de overname van Rhodia met succes uitgevoerd en creëren samen een belangrijke speler in de duurzame chemie.

In 2008, tijdens één van de regelmatige strategische herzieningsmomenten die helpen de visie van de Groep op de ons omringende wereld te ontwikkelen, wilde het Uitvoerend Comité van Solvay naar de verre toekomst kijken door een doel te kiezen op de lange termijn: de 175e verjaardag van de Groep… in 2038.

Om van deze viering de bekroning van een doorlopend succes te kunnen maken, diende Solvay zijn werkwijze aan te passen en zijn activiteiten kritisch tegen het licht te houden. Die moesten immers zo goed mogelijk in de lijn liggen van de ontwikkeling die de mensheid doorloopt. We zijn toen vol ijver aan de slag gegaan en in enkele jaren tijd hebben we al een indrukwekkend traject afgelegd.

EEN CRUCIALE ETAPPE

2011 is voor de Groep dus een kantel jaar geworden. Hij heeft immers een belangrijke strategische stap gezet in de evolutie naar een duurzamer Solvay, ingezet met de verkoop van de farmaceutische activiteiten. Het succes van het vriendschappelijke bod op Rhodia heeft de omvang van de Groep verdubbeld, zorgde voor de verrijking van zijn portefeuille en een uitbreiding van zijn actieradius. De integratie van de onderneming, voortaan de derde Sector van Solvay, is volop aan de gang. Hieruit zal een Groep verrijzen, die sterker is en nog meer ambities heeft.

Naast dit onmiskenbaar succes, heeft Solvay in 2011 nog heel wat andere initiatieven genomen uit dezelfde strategische overwegingen die tot de overname van Rhodia hebben geleid:

  • versterking van de aanwezigheid
  • van de Groep in de landen met een sterke groei;
  • ontwikkeling van de activiteiten met hoge toegevoegde waarde;
  • groei van producten met een beperkte energetische voetafdruk en geringere impact op het leefmilieu;

• vermindering van het cyclische karakter van de activiteitenportefeuille.

INDRUKWEKKENDE PRESTATIES

Het overzicht van wat in 2011 werd bereikt, is nog indrukwekkender omdat Solvay hierbij nu de initiatieven kan meetellen van de nieuwe Rhodia-sector. De drie Sectoren van de Groep hebben 322 nieuwe octrooien aangevraagd in 2011, waarvan 199 voor de Sectoren Kunststoffen en Chemie, wat een absoluut record was, en 123 voor de Sector. Het innovatiebeleid van de Groep heeft nooit beter gerendeerd.

Op industrieel gebied werken we aan niet minder dan vijf belangrijke projecten voor de Groep in zijn nieuwe samenstelling in China. Zo gaat Solvay nog beter zijn voordeel kunnen doen met de ontzaglijke dynamiek en de vernieuwingstendenzen binnen de Chinese samenleving in China. In Thailand heeft Solvay een nieuwe megafabriek voor waterstofperoxide in gebruik genomen, met een capaciteit van 330 kiloton. Inmiddels is ook eerste akkoord ondertekend met het oog op de bouw van een vergelijkbare installatie in Saudi-Arabië, met exclusieve Solvay-technologie. De Groep zet ook de ontwikkeling voort van zijn activiteiten met hoge toegevoegde waarde, met uitbreiding van de productiecapaciteit voor

Corporate Boodschap van beide Voorzitters

fl uorpolymeren in Spinetta (Italië) en in Tavaux (Frankrijk) en met bijkomende productiecapaciteit voor zeer dispergeerbaar silicium in de fabriek van de Rhodia-sector in Chicago Heights (Verenigde Staten).

Solvay heeft in 2011 ook vooruitgang geboekt in zijn onafgebroken zoektocht naar de bronnen van de duurzame groei. Vandaar de beslissing van de Groep om een nieuw O&O-centrum op te richten in het hart van een befaamde universiteitscampus in Korea, dat zich zal toespitsen op nieuwe energievormen en op elektronica.

Ook in Zuid-Korea test Solvay een nieuwe fl uortechnologie waarmee de uitstoot van broeikasgassen bij de productie van foto-elektrische cellen of halfgeleiders kan worden beperkt.

De Groep heeft bekendgemaakt dat hij een innoverend procedé heeft uitgewerkt voor de recyclage van zeldzame aardmetalen en dit in samenwerking met de groep Umicore. De Rhodia-sector is ook een nieuw onderzoekspartner schap aangegaan met het Franse CNRS, de ENS Lyon en de East China Normal University van Shanghai, met speciale aandacht voor groene chemie.

RESULTATEN

Wat betreft de fi nanciële resultaten, was 2011 een uitstekend jaar. De netto-omzet pro forma voor het jaar 2011 komt op 12 693 miljoen EUR, wat een vooruitgang is met 14%.

De hiermee samenhangende activiteit is gedurende het hele jaar 2011 stevig gebleven. Het aandeel van de omzet die de Solvay-groep in de regio's met een sterke groei haalde is duidelijk toegenomen. Het aandeel van de in 2011 gerealiseerde omzet in Latijns-Amerika, in Azië en in de rest van de wereld komt op 40%.

De REBITDA pro forma over het jaar 2011 bedraagt 2 068 miljoen EUR tegen 1 862 miljoen EUR in 2010, of een toename met 11%.

De vooruitgang van de REBITDA van

de Sector Kunststoffen (+6% of 590 miljoen EUR) valt te verklaren door de operationele recordprestatie van Specialty Polymers in een context van aanhoudend sterke activiteit.

De REBITDA van de Sector Chemie komt andermaal hoger uit in vergelijking met die van het vorige boekjaar; hij gaat er met 4% op vooruit en bedraagt 491 miljoen EUR. Het resultaat van de Essential Chemicals is 9% beter dan dat gepresteerd in 2010. Het werd gesteund door een hogere vraag in de meeste van zijn activiteiten en door een goed rendementspeil.

De Rhodia-sector zette een sterke vooruitgang met 16% neer wat een recordbedrag van 1 119 miljoen EUR als REBITDA opleverde. Het is een illustratie van de succesvolle manier waarop de strategie van rendabele groei in de praktijk werd gebracht en bevestigt de ambities verbonden aan deze acquisitie. De Sector profi teerde van zijn veerkrachtige kwaliteitsportfolio, zijn sterke zichtbaarheid in snelle groeiregio's en ook van zijn prijszettingsvermogen.

DE KRACHT OM TE VERANDEREN

2011 was het jaar waarin diverse veranderingen gestalte hebben gekregen die deel uitmaken van de grote strategische oefening die uiteindelijk Solvay moet klaarmaken voor de toekomst.

Vorig jaar in april heeft de Groep werk gemaakt van een nieuwe, meer effi ciente, lichtere en meer kosteneffectieve operationele structuur die Solvay dichter bij zijn klanten brengt en meer autonomie verleent aan zijn medewerkers op het terrein. Deze nieuwe gedecentraliseerde organisatie gaat uit van verantwoordelijke delegatie en kan beter en sneller reageren bij een eventuele crisis. Rhodia had al een dergelijk initiatief genomen, met vergelijkbare bedoeling en fundamentele

Christian Jourquin Voorzitter van het Uitvoerend Comité

uitgangspunten zoals die van Solvay. Ook in 2011 heeft het hoofdkwartier van de Groep de historische site in Elsene verruild voor de Solvaycampus in het noorden van Brussel maar nog altijd op het grondgebied van de stad Brussel. Die campus heeft een uitgesproken cultuur van onderzoek en technologie. De Groep verstevigt door de verhuizing heel concreet twee van zijn hoofdkenmerken: innovatie en operationele uitmuntendheid.

Ten slotte heeft Solvay eind 2011, aangemoedigd door de snelle respons op zijn overnamebod op Rhodia, een nieuw en zeer ambitieus project opgezet: de integratie van beide ondernemingen met als einddoel de oprichting van een nieuw, toonaangevend chemisch bedrijf dat met grote vastbeslotenheid kiest voor duurzame ontwikkeling. De Groep wil deze integratie in de loop van de eerste jaarhelft van 2012 doorvoeren.

Hieruit ontstaat een nog sterker Solvay. Het beschikt over voldoende kritische massa en strategische troeven om met vertrouwen de verwachte onrust in de wereldeconomie tegemoet te zien. Door de bundeling van hun sterke punten kunnen Solvay en Rhodia ook hogere ambities koesteren. De fusie creërt voor de Groep in het voordeel van alle betrokken partijen heel wat meer waarde dan wat beide bedrijven afzonderlijk hadden kunnen opbrengen.

Mooie vooruitzichten, en het zijn andere, talentrijke mensen die voor de realisatie ervan instaan: vanaf mei nemen Nicolas Boël et Jean-Pierre Clamadieu de teugels van de nieuwe Groep in handen: de eerste als voorzitter van de Raad van Bestuur, de tweede als voorzitter van het Uitvoerend Comité. Wij wensen hen beiden buitengewoon veel succes. Solvay verdient het.

Aloïs Michielsen Voorzitter van de Raad van Bestuur

Solvay nam Rhodia in september 2011 over, waardoor het een belangrijke speler in de chemienijverheid met producten en oplossingen met hoge toegevoegde waarde creëerde. De nieuwe Groep is één van de 10 grootste chemiebedrijven in de wereld.

4

SOLVAY, wereldleider in chemie.

Internationale chemische Groep

ALS BELANGRIJKE SPELER IN DE CHEMIE GAAT SOLVAY VOLOP VOOR DUURZAME ONTWIKKELING EN SPANT HIJ ZICH IN VOOR GESTAGE VOORUITGANG, INNOVATIE EN OPERATIONELE UITMUNTENDHEID. SOLVAY ONTWIKKELT PRODUCTEN EN OPLOSSINGEN MET HOGE TOEGEVOEGDE WAARDE VOOR MARKTEN ZOALS CONSUMPTIEGOEDEREN, DE BOUW, DE AUTO-INDUSTRIE, ELEKTRONICA, ENERGIE, HET LEEFMILIEU EN WATER. 1/3

VAN DE OMZET KOMT VAN PRODUCTEN DIE VOLDOEN AAN DE INZET VAN DUURZAME ONTWIKKELING

Een leider met verantwoordelijkheidszin

Onze onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten stroken met de doelstellingen van de Groep op het gebied van duurzame ontwikkeling: technologische oplossingen bieden als antwoord op de grote uitdagingen waarvoor de samenleving staat.

IN1863 OPGERICHT IN BELGIË DOOR ERNEST SOLVAY

12,7 MILJARD EUR NETTO-OMZET

Onze innovatie-inspanningen hebben te maken met hernieuwbare energie, het vrijwaren van natuurlijke hulpbronnen, het terugdringen van lucht- en waterverontreiniging en van afval, de ontwikkeling van technologieën met een beperkte impact op het leefmilieu, en van vooruitstrevende procedés voor de recyclage van materialen.

Zowel in Parijs als in Brussel genoteerd

90% VAN DE OMZET IN MARKTEN WAAR DE GROEP TOT DE TOP 3 BEHOORT

Wereldspeler met e duurzame en winst

17% 25 3 400

NOORD-AMERIKA

218 MILJOEN EUR GEÏNVESTEERD IN ONDERZOEK & ONTWIKKELING

1700 O&O-MEDEWERKERS 12 grote onderzoekscentra verspreid over de wereld

en strategie voor gevende groei

40% VAN DE OMZET IN LANDEN MET EEN STERKE GROEI

LANDEN, MET 110

De cijfers in deze brochure zijn pro forma.

Specialty polymers

Hoogpresterende engineeringpolymeren en -compounds, fl uorpolymeren, Polymeren met hoge barrière eigenschappen

Essential Chemicals Waterstofperoxide, natriumcarbonaat en natriumbicarbonaat

1 nr.

Silica & Rare Earth Systems Zeer performante silica en formuleringen op basis van zeldzame aardmetalen

Consumer Chemicals Oppervlakte-actieve stoffen, fosforchemie en difenolen

2nr.

3nr.

kunststoffen op basis van polyamide 6.6 Vinyls & Acetow PVC & cellulose acetaatkabels

Polyamide 6.6 en technische

Polyamide & Intermediates

Leider in zijn

CONSUMPTIEGOEDEREN

Met het oog op het dagelijks comfort ontwikkelen wij een ruim gamma van producten voor detergenten, persoonlijke verzorging en de huishouding, voeding, menselijke gezondheidszorg, en veevoeder, textiel, imitatieleder en sportuitrusting.

28%*

BOUW

Ons productengamma, van onder andere opblaasmidddelen tot brandvertragende producten, gebruikt voor verf en bekledingsmateriaal, thermische isolatie, ramen, elektrische draden en kabels en buizen en verbindingsstukken voor verwarmingsen koelsystemen. 17%*

Wij bieden innovatieve oplossingen met een zeer verscheiden gamma van producten en toepassingen die bijdragen tot een duurzame mobiliteit; silica voor betere energie-effi ciëntie van autobanden, materialen voor brandstofsystemen en luchttoevoer, bestanddelen voor koeling en verwarming, vlakglas, smeermiddelen en technische kunststoffen op polyamidebasis om het gewicht van voertuigen te verminderen. 15%*

activiteiten

ENERGIE

Wij bieden spitstechnologische oplossingen en producten aan voor de verhoging van de energie-effi ciëntie of de energieopslag in lithiumbatterijen, voor producten die bijdragen tot de energieproductie uit hernieuwbare bronnen zoals zonne- en windenergie, materialen voor brandstofcellen, membranen

LEEFMILIEU

Onze producten helpen het leefmilieu te beschermen in verschillende domeinen van het dagelijkse leven en de industrie: luchtemissiebeperking, bodemreiniging, waterbevoorrading en -zuivering, scheidingstechnieken gebaseerd op membranen voor gassen en waterzuivering.

ELEKTRONICA

Wij bieden ook producten van hoge kwaliteit aan voor elektriciteit en mobiele elektronica: geleidende en foto-elektrische materialen, bekledingen voor vlakke beeldschermen, halfgeleiders, medische beeldvorming, digitale camera's en elektrische verlichting met de ontwikkeling van producten met hoge energie-effi ciëntie, LED en de isolatie van elektrische connect componenten en organische elektronica.

7%*

* Percentage van de omzet.

Als eerste hoofdpartner van het vliegtuig dat geen brandstof nodig heeft, ondersteunt Solvay deze technologische uitdaging met, naast de fi nanciële steun, de knowhow van zijn ingenieurs en zijn ervaring als chemicus. Elf Solvay-producten, vijftien toepassingen en meer dan 6 000 onderdelen optimaliseren het energiesysteem en de ultralichte structuur van de Solar Impulse.

2003

BEKENDMAKING VAN HET PROJECT; HAALBAARHEIDS-STUDIE (EPFL)

2005-2008 CONCEPT, ONTWERP EN BOUW

2010 VLUCHT VAN 26 UUR (EERSTE NACHTVLUCHT)

2004

TECHNOLOGISCH PARTNERSCHAP MET SOLVAY

2009 EERSTE KORTE VLUCHT (VLOOIENSPRONG)

2011 EUROPESE VLUCHTEN (BRUSSEL EN PARIJS, LE BOURGET)

EERSTE INTERNATIONALE VLUCHTEN

Na zijn experimentele nachtvlucht in 2010, heeft Solar Impulse in de lente van 2011 de volgende stap gezet met zijn eerste internationale vluchten. Het toestel vloog van zijn basis in Zwitserland naar Brussel en dan naar Parijs, waar het zijn intrede deed in de wereld van de luchtvaart als speciale gast op het luchtvaartsalon van Le Bourget. Zo kon het de Europese autoriteiten een voor de toekomst van de planeet belangrijke boodschap brengen, meer bepaald op het gebied van de alternatieve energie. Deze vluchten sloegen ook geweldig aan bij het publiek en bij de Solvay-medewerkers. Laatstgenoemden zagen in de keuze van Brussel als eerste landingsplaats buiten Zwitserland een beloning voor de manier waarop Solvay zich in het project had geëngageerd.

REVOLUTIONAIRE PRODUCTEN

De bijdrage van de Groep gebaseerd op de materiaalstudie en de innoverende technische oplossingen en de studie van hun weerstand tegen extreme omstandigheden, is voor Solar Impulse van wezenlijk belang. Het vliegtuig bevat elf Solvay-producten, in vijftien toepassingen en meer dan 6 000 onderdelen: fi lms op basis van fl uorpolymeren (ECTFE HALAR®) in de foto-elektrische panelen die de zonne-energie capteren die vervolgens wordt opgeslagen in lithiumbatterijen (SOLEF® PVDF, F1EC®). Solvaykunststofproducten (Polyamide-imide TORLON®, het oplosmiddel op basis van fl uor SOLKANE® 365mfc, het ultrapolymeer Polyfenyleen PRIMOSPIRE®, etc.) zorgen voor een gewichtsvermindering van het toestel, een steviger structuur en voor een zo effi ciënt mogelijke energieketen. Ze hebben inmiddels hun weg gevonden in het dagelijks leven (batterijen voor

computers, gsm's en elektrische wagens, zonnepanelen, isolatiemateriaal, consumptie-elektronica, etc).

DE JUISTE MENTALITEIT OM UITDAGINGEN AAN TE GAAN

In de loop van de zomer heeft het Solar Impulse-prototype HB-SIA nog verscheidene vluchten uitgevoerd in Zwitserland, die weliswaar minder media-aandacht kregen. Ze boden de grondploegen een permanente training en de piloten, André Borschberg en Bertrand Piccard, kregen zo de kans verder te trainen met het oog op een eerste intercontinentale vlucht in 2012. Deze vluchten hebben aangetoond dat Solvay zich terecht heeft geëngageerd in dit ambitieus project en ze maken deel uit van een nog veel ambitieuzer plan, dit van een vlucht rond de wereld in 2014. Dit zal aanpassingen aan het toestel vereisen qua gewicht, autonomie en design. Daarom is de bouw van een tweede prototype (HB-SIB) aangevat. Hiervoor zal dankbaar gebruik worden gemaakt van de tot op heden opgedane ervaring.

VERANDEREN OM TE VRIJWAREN

Dit demonstratieproject, een heuse toekomstgerichte uitdaging, paart toptechnologie aan de promotie van gedragsverandering. Beide zijn van vitaal belang voor de toekomst van onze wereld. Dankzij dit project heeft Solvay een aantal partnerschappen kunnen aangaan met hoofdrolspelers zoals de Ecole fédérale polytechnique de Lausanne (EPFL) – wat de Groep nieuwe ontwikkelingsvooruitzichten biedt in het kader van zijn streven naar open innovatie.

SOLVAY, wereldleider in chemie.

5

Jaarverslag Solvay 2011

Onze krachten bund een nieuw Solvay op

Door de overname van Rhodia, wordt Solvay op wereldschaal een hoofdrolspeler in de chemie, met een omzet van bijna 13 miljard. De groep is wereldleider in 90% van de markten die hij bedient; hij realiseert 40% van zijn verkoop in de landen met een sterke groei en investeert elk jaar 218 miljoen EUR in onderzoek en ontwikkeling.

Het vriendschappelijk bod van Solvay op Rhodia kon rekenen op de steun van de markt. Daardoor kon de integratie van beide ondernemingen onmiddellijk aangevat worden. Ze verloopt nu tegen een gestadig ritme, als onderdeel van een gestructureerd plan. Tastbare concrete resultaten waren er al vanaf eind 2011 en ze zijn de voorbode van zeer veel andere resultaten.

Het Uitvoerend Comité heeft in december 2011 bijvoorbeeld een grootscheeps plan goedgekeurd om het bedrag van de jaarlijkse aankopen van de Groep met ongeveer 250 miljoen EUR te verminderen binnen drie jaar. Deze aanzienlijke winst zal resulteren uit de combinatie van de geleverde inspanningen en de impact van de integratie van Rhodia in de Solvay-groep.

Per 1 januari 2012 heeft Solvay een nieuwe Global Business Unit (GBU)

opgericht, Solvay Energy Services, die diensten in verband met energie en CO2 zal leveren aan de hele Groep en ook aan externe klanten. Door de bundeling van de beste praktijken van beide ondernemingen, beschikt deze GBU over zeer veel synergiekansen die al opgemerkt waren nog voor het integratieproces van Solvay en Rhodia goed en wel op gang was gekomen.

De Groep organiseert parallel verscheidene integratieteams, elk bezig met een specifi ek operationeel gebied. De verkenningsfase is eind 2011 afgesloten. Ze leverde de leidinggevenden binnen de Groep een zeer goede kennis op van de kenmerken en de sterke punten van Rhodia en Solvay.

De volgende etappe, aangevat vanaf het begin van 2012, betreft de uitwerking van nieuwe organisatiemogelijkheden, die voordeel halen

uit de sterke punten van elk van de onderdelen van de nieuwe samengestelde Groep. Liever dan een integratie op te leggen die uitsluitend uitgaat van het overnemend bedrijf, verkoos Solvay een moeilijkere methode, die volgens de overtuiging van de Groep voor iedereen ook de beste is. De integratie verloopt nu met inachtneming van ieders competentie en zal de sterke punten van elk van beide partijen zo goed mogelijk tot hun recht laten komen. Deze inspanning richtte zich in eerste instantie op allerlei ondersteunende functies op groepsniveau: fi nanciën, juridische dienst, communicatie, Public Affairs en Human Resources.

De integratie maakt het mogelijk de nieuwe Groep snel vorm te geven met de invoering van nieuwe organisaties in de loop van de eerste helft van 2012, na afl oop van de gebruikelijke informatie en consultatierondes met de sociale partners, zoals bij elke verandering van dit type is vereist.

De medewerkers van het nieuwe Solvay vormen een sterk betrokken partij – de input van velen onder hen is ook zeer gegeerd – bij de diepgaande verandering die de Groep nu doormaakt. Solvay zal overigens blijven evolueren en ieder personeelslid is zich hiervan volkomen bewust. Om de nieuwe organisatie echt te

6

doen werken, met zijn uitgebreide industriële perimeter en zijn nieuwe hoofdkantoor, wil Solvay een nieuwe managementstijl hanteren, die beter aansluit bij de reële wereld en gebaseerd is op de door iedereen te delen kernwaarden:

  • wederzijds respect met inbegrip van onder meer een diepgewortelde HSE-cultuur,
  • het streven naar steeds ambitieuzere prestaties en
  • het vragen van inspanningen aan iedereen, meer bepaald door delegatie, intensere samenwerking en opleiding.

Trouw aan zijn traditie heeft Solvay de kracht gevonden om de verandering door te duwen. In enkele jaren tijd heeft zich een grondige mutatie voltrokken en zijn spectaculaire stappen gezet. De hechte gemeenschap van Solvay-aandeelhouders heeft het mogelijk gemaakt, met vallen en opstaan, een sterke industriële Groep uit te bouwen, die met grote vastbeslotenheid de weg van de duurzame en rendabele groei heeft gekozen.

Het Uitvoerend Comité en de Raad van Bestuur hebben samen, na dit zorgvuldig te hebben overwogen, beslist de Farmaceutische activiteiten te verkopen. Voor het succes van deze activiteit kon Solvay op zijn eentje niet langer instaan. Daartegenover stond

dat de verkoop ervan de middelen zou opleveren om de toekomst van de Groep veilig te stellen.

Vandaag bouwt de Groep aan een toekomstvisie die ambitieus is en geestdrift wekt door uit te gaan van de kwaliteiten van onze ondernemingen. Deze visie is gesteund op de grote stromingen die de wereld van de toekomst aankondigen. De meest relevante megatrends zijn voor de nieuwe Groep onmiskenbaar de volgende:

  • De verschuiving van het geografi sch zwaartepunt zet zich door in de richting van de landen met een sterk groeiende economie. Die tendens is nu al een feit en de integratie van Rhodia geeft Solvay nu de nodige schaalgrootte om een topbedrijf te vormen dat zijn stempel kan drukken en snel kan groeien in de meest dynamische regio's van onze planeet.
  • De duurzame ontwikkeling: de Groep moet van zijn krachten en knowhow gebruik maken om een strategie uit te voeren die het mogelijk maakt producten en oplossingen aan te reiken voor de vitale problemen waarmee de mens tegenwoordig te maken krijgt.
  • De Groep zal een nieuw evenwicht moeten zoeken voor zijn productenportefeuille en zijn afzetgebieden. Hij zal zijn markten ecologisch-

verantwoorde oplossingen moeten bieden, door zijn klanten innovatieve producten en diensten voor te stellen, gerealiseerd dankzij een goed gebruik van zijn potentieel aan professionele hoofdvaardigheden.

  • Solvay zal ook een antwoord moeten bieden aan het probleem van de toenemende grondstoffenschaarste door het verbruik ervan zo sterk mogelijk te beperken, door inspanningen inzake recyclage en door een voorkeur voor de steeds belangrijkere technologieën op basis van hernieuwbare energie en materialen van biologische oorsprong.
  • Solvay zal zich ook dienen aan te passen aan een steeds strenger wordende regelgeving en aan de introductie van productiemethodes die zuiniger met de natuurlijke hulpbronnen en met water omspringen, en die ook schoner zijn, iets wat ook dient te gelden voor de uitstoot van broeikasgassen (meer bepaald CO2 ).
  • Kortom: al onze nieuwe activiteiten en onze toekomstige overnames zullen conform dienen te zijn aan de principes van de duurzame ontwikkeling.

Dit is voortaan de opperste doelstelling van de Groep: de vorming van een nieuw Solvay, dat ambitieus is, klaar staat voor zijn geografi sche expansie en nadrukkelijk is gericht op duurzame ontwikkeling.

7

Sterke betrokkenheid bij 2011, Internationaal

  1. Slotceremonie in Brussel op 1 december 2011. 2. Een groep jonge wetenschappers heeft tijdens de slotceremonie IYC 2011 zijn visie op de wereld en de chemie in 2050 gegeven. 3. Opendeurdag in de fabriek in Jemeppesur-Sambre (België) op 21 mei 2011.

Jaar van de Chemie

De 63e Algemene Vergadering van de Verenigde Naties had 2011 uitgeroepen tot Internationaal Jaar van de Chemie. De doelstelling was het belang van de chemie te beklemtonen voor een duurzame ontwikkeling van het leven op onze planeet in al zijn aspecten. Solvay heeft in dit actiejaar een toonaangevende rol gespeeld, met name voor de organisatie van de lancering van het jaar op 28 januari 2011 in de hoofdzetel van de Organisatie van de Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur (UNESCO) in Parijs en voor de slotplechtigheid op 1 december 2011 in Brussel.

Dit Internationaal Jaar van de Unesco was een wereldevenement.

De diverse geledingen van de Groep, zowel in het buitenland als in België, hebben bijgedragen tot de realisatie van de doelstellingen van dit jaar van de Chemie. Zo hebben op onze site van Jemeppesur-Sambre (België) een zeventigtal ling van EOLYS POWERFLEX™, een Met als uitgangspunt de grote Vennootschap.

BRUSSEL: EEN KEUZE GEÏNSPIREERD DOOR ERNEST SOLVAY

Chemie en Fysica geïnitieerd door Ernest Solvay, waaraan Marie Curie Vandaar de keuze van België en ber 2011, sterk geïnspireerd Op deze plechtige fi nale, waarvoor

Eerste Solvayraad over Fysica en Chemie waaraan Mevrouw Marie Curie deelnam. Brussel, 1911.

Goldschmidt / Planck* / Rubens / Lindemann / Hasenohrl / Nernst** / Brillouin / Sommerfeld / de Broglie* / Hostelet / Solvay / Knudsen / Herzen / Jeans / Rutherford** / Lorentz* / Warburg / Wien* / Einstein* / Langevin / Perrin* / Mevrouw Curie* ** / Poincaré / Kamerlingh-Onnes*.

* Nobelprijs Fysica. ** Nobelprijs Scheikunde

9

Financiën deel 1

Financiën

VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR pagina 11 FINANCIËLE INFORMATIE PER AANDEEL pagina 17

Financiën deel 1 Corporate

Operationele winst1 hoger in alle activiteitssectoren

DIT VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR HEEFT ZOWEL BETREKKING OP DE GECONSOLIDEERDE REKENING VAN DE SOLVAY-GROEP ALS OP DE JAARREKENING VAN SOLVAY NV.

  • Ontstaan van een toonaangevende chemiespeler in de wereld als gevolg van de acquisitie van de onderneming Rhodia in september 2011
  • Netto-omzet2 pro forma3 (12 693 miljoen EUR) 14% hoger in een globale context van goedlopende activiteiten
  • Sterke vooruitgang van pro forma REBITDA1 : +11% tot 2 068 miljoen EUR
  • Realisatie van een pro forma Vrije Kasstroom4 uit voortgezette bedrijfsactiviteiten van 656 miljoen EUR
  • Nettoresultaat pro forma van de voortgezette activiteiten van 825 miljoen EUR tegenover 406 miljoen EUR in 2010
  • Voorgesteld 2011 dividend: 3,0667 EUR bruto per aandeel, ongewijzigd tegenover 2010

  • De netto-omzet omvat de verkopen van goederen en de diensten met toegevoegde waarde die verband houden met Solvays knowhow en kernactiviteiten. De andere inkomsten, hoofdzakelijk trading in grondstoffen en nutsvoorzieningen en andere inkomsten die als toevallig door de groep worden beschouwd (bijv. tijdelijke), zijn niet inbegrepen in de netto-omzet.

  • Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten + kasstroom uit investeringsactiviteiten, uitgezonderd acquisities en vervreemding van deelnemingen en andere investeringen + dividenden ontvangen van fi lialen en joint ventures.

1. REBITDA: operationele winst vóór afschrijvingen en afwaarderingen, eenmalige posten, fi nanciële lasten en inkomstenbelastingen.

3. De pro-formaresultaten tonen een winst- en verliesrekening (1) waarin Rhodia was overgenomen vanaf 1 januari 2010, (2) een harmonisatie van de boekhoudregels en (3) een eliminatie van de impact van de toewijzing van de aankoopprijs (PPA).

Het Verslag van de Raad van Bestuur voor het boekjaar dat eindigt op 31 december 2011, van pagina 11 tot 17, 150 tot 163 (risicomanagement) en van pagina 183 tot 212 (Verklaring inzake deugdelijk bestuur), is voorbereid volgens de regels van artikel 119 van het Wetboek van Vennootschappen en goedgekeurd door de Raad van Bestuur op 15 februari 2012.

ONTSTAAN VAN EEN TOONAANGEVENDE CHEMISCHE GROEP, WERELDLEIDER IN ZIJN SPECIALITEITEN

Solvay heeft samen met Rhodia een toonaangevende chemische groep opgericht met een omzet van 12,7 miljard EUR, waarvan 40% wordt gerealiseerd in landen met een sterke groei, en met een REBITDA van 2,1 miljard EUR. De nieuwe Groep behoort tot de wereldtop 10 van chemiebedrijven.

De Groep kan bogen op een uitstekende uitgangspositie: 90% van zijn omzet realiseert hij in activiteiten waarin hij een van de drie wereldleiders is. Hij is een van de wereldleiders in speciale hogeprestatiepolymeren en de wereldleider voor natriumcarbonaat en waterstofperoxide. Hij draagt ook bij met zijn leiderschap in gespecialiseerde materialen (silica, formuleringen op basis van zeldzame aardmetalen); producten bestemd voor grootschalige consumptie (oppervlakte-actieve stoffen en speciale natuurlijke polymeren, acetaatkabels) en technische kunststoffen op basis van polyamide 6.6.

De complementariteit van de industriële activiteiten van Rhodia en Solvay maakt dat het nieuwe bedrijf sterk zichtbaar aanwezig is op zeer uiteenlopende markten: chemische specialiteiten bestemd voor massaconsumptiegoederen, bouw, auto-industrie, energie, water, leefmilieu, elektronica…

Dit nieuwe geheel, dat genoteerd staat op NYSE Euronext Brussel en Parijs, heeft de ambitie als grote wereldspeler te bevestigen in de chemie, resoluut gericht op duurzame ontwikkeling, innovatie en operationele uitmuntendheid.

DE INTEGRATIE VAN RHODIA IN SOLVAY VERLOOPT ZOALS GEPLAND

De integratie combineert de sterke punten van Solvay met die van Rhodia.

Signifi cante acties zijn al aangevat.

  • Kostenbesparingenprogramma's in verband met de aankopen en logistiek zijn gestart en zullen jaarlijkse besparingen van 250 miljoen EUR genereren. Ze zullen volledig effectief zijn binnen drie jaar.
  • De nieuwe organisaties voor de corporate functies zouden in het 1e semester van 2012 klaar moeten zijn. Het programma voor de uitlijning van de andere functies loopt voort.
  • Solvay Energy Services is per 1 januari 2012 opgericht.

Solvay vertrouwt op zijn kunde om de aangekondigde synergie van 250 miljoen EUR per jaar in 2014 te realiseren. Ze zal bij de besparingen van het Horizonprogramma van 120 miljoen EUR per jaar vanaf einde 2012 worden gevoegd. Deze twee optimalisatieprogramma's zouden meer dan 100 miljoen EUR aan brutobesparingen5 in 2012 moeten opleveren.

GANG VAN ZAKEN (PRO FORMA)

De acquisitie van Rhodia werd afgesloten op 16 september 2011. Alleen Rhodia's resultaten over het vierde kwartaal zijn inbegrepen in de geconsolideerde IFRS-jaarrekening van de Solvay-groep. Om vergelijkbare en volledige informatie te geven, publiceert Solvay aangepaste fi nanciële proformaresultaten naast de geconsolideerde IFRS-rekening over het jaar 2011. De toelichting over de gang van zaken in 2011 hieronder slaat op de pro-formagegevens.

De netto-omzet voor 2011 komt op 12 693 miljoen EUR, wat een vooruitgang is met 14%.

De hiermee samenhangende activiteit is gedurende heel 2011 stevig gebleven voor de meeste activiteiten, zoals blijkt uit het hogere verkoopsvolume zowel in Chemie (+4%), en in Kunststoffen (+2%) als in de Rhodia-sector (+3%).

Heel dynamisch is de activiteit bij Specialty Polymers geweest en dit was evenzeer het geval voor Advanced Materials en voor Consumer Chemicals; hun verkoopsvolume liep met respectief 6%, 19% en 6% bij constante perimeter op in vergelijking met het al hoge activiteitspeil in 2010. Andere activiteiten kregen daarentegen te maken met een vertraagde vraag in de laatste maanden van het boekjaar. Dit is meer bepaald het geval voor de Vinylproducten, de fl uorchemicaliën en in mindere mate de Polyamiden.

Het aandeel van de omzet die de Solvay-groep in de regio's met een sterke groei haalde, is duidelijk toegenomen. Het aandeel van de in 2011 gerealiseerde omzet in Latijns-Amerika, in Azië en in de rest van de wereld komt op 40%.

De REBITDA over 2011 bedraagt 2 068 miljoen EUR tegen 1 862 miljoen EUR in 2010, of een toename met 11%. Voorrang werd gegeven aan het genereren van cash, vooral in het 4e kwartaal, wat leidde tot een aanzienlijke daling van de voorraden.

De vooruitgang van de REBITDA van de Sector

  1. Vóór verbonden kosten, eenmalig.

12

Corporate Verslag van de Raad van Bestuur

Miljoen EUR IFRS-resultaten Pro-formaresultaten
2011 2011 2010 2011/2010
Netto-omzet6 8 001 12 693 11 095 +14%
Kunststoffen 3 686 3 686 3 361 +10%
Chemie 2 836 2 836 2 575 +10%
Rhodia 1 479 6 171 5 157 +20%
REBITDA 1 208 2 068 1 862 +11%
Kunststoffen 583 590 555 +6%
Chemie 484 491 472 +4%
Rhodia 231 1 119 9628 +16%
New Business Development -38 -53 -47 -13%
Corporate en ondersteuning van activiteiten7 -51 -79 -80 +1%

Kunststoffen (+6% of 590 miljoen EUR) valt te verklaren door de operationele recordprestatie van Specialty Polymers in een context van aanhoudend sterke activiteit; de marge – REBITDA op netto-omzet – van deze activiteit klimt tot 29%, een duidelijke stijging dankzij hogere verkoopprijzen, een gevoelige verbetering van de industriële prestatie en een betere productenmix. Het resultaat van de Vinylproducten staat onder zware druk sinds het einde van de zomer en ondanks grote inspanningen om de kosten te beperken. Over het hele jaar bekeken vertoont hun REBITDA een lichte daling van 4% in vergelijking met 2010, met een marge - REBITDA op netto-omzet – van 9% tegen 10% in 2010.

De REBITDA van de Sector Chemie komt andermaal hoger uit in vergelijking met die van het vorige boekjaar; hij gaat er met 4% op vooruit en bedraagt 491 miljoen EUR. Het resultaat van de Essential Chemicals is 9% beter dan in 2010. Het werd gesteund door een hogere vraag in de meeste van zijn activiteiten en door een goed rendementspeil, waarbij de verhoogde verkoopprijzen de duurdere energie en de prijsstijgingen van andere grondstoffen meer dan goedmaakten. Ondanks een zeer goede operationele performantie in de loop van het 1e semester is de REBITDA van de Special Chemicals gaan dalen als gevolg van de duidelijke vertraging in de laatste maanden van het jaar bij deze activiteit.

De Rhodia-sector zette een sterke vooruitgang met 16% neer wat een recordbedrag van 1 119 miljoen EUR als REBITDA opleverde. Het is een illustratie van de succesvolle manier waarop de strategie van rendabele groei in de praktijk werd gebracht en bevestigt de ambities verbonden aan deze acquisitie. De Sector profi teerde van zijn veerkrachtige kwaliteitsportfolio, zijn sterke zichtbaarheid in snelle groeiregio's en ook van de royale ruimte waarover hij beschikte om hogere prijzen aan te rekenen. De totale interne volumegroei bedroeg 3%. Voorts was er de overname van Feixiang, geconsolideerd sinds december 2010, dat bleef groeien tegen een tempo dat zich met dubbele cijfers laat uitdrukken. In de context van infl atieaanwakkerende kosten voor grondstoffen en energie had het vermogen van de Sector om hogere prijzen door

te drukken een netto positief effect op de REBITDA van 158 miljoen EUR over het jaar. In segmenten bekeken waren Consumer Chemicals en Advanced Materials machtige groeiers met winstmargeverbeteringen van meer dan 30% en respectieve REBITDA niveaus van 364 miljoen EUR en 267 miljoen EUR. Polyamide Materials daalde met 23% en had te lijden onder de hoge verwachtingen na het uitzonderlijke resultaat in de vergelijkbare periode in 2010 en een verzwakte activiteit in de tweede jaarhelft. Acetow & Eco services, die actief zijn in een meer voldragen business-segment zagen dat de markten het hele jaar door dynamisch evolueerden. Energy Services bleef stabiel.

De REBITDA van New Business Development loopt op tot -53 miljoen EUR; het gaat hier om de kosten voor de onderzoeksinspanningen in veelbelovende en voor de ontwikkeling van de Groep belangrijke domeinen, die buiten zijn traditionele activiteiten vallen.

De REBITDA van Corporate en Ondersteuning van activiteiten komt op -79 miljoen EUR (-80 miljoen EUR in 2010).

BESCHOUWINGEN BIJ DE ANDERE KERNCIJFERS VAN DE RESULTATEN-REKENING OVER 2011 (IFRS)

De toelichting over de overige kerngegevens van de jaarrekening hieronder slaan op de IFRS-gegevens 2011.

De niet-recurrente bestanddelen bedragen -188 miljoen EUR. Ze worden voor een bedrag van -160 miljoen EUR beïnvloed door de herwaardering op hun reële waarde van de voorraden van Rhodia die opgenomen zijn in de openingsbalans van 30 september 2011. Ze behelzen ook de terugname van de voorziening van 27 miljoen EUR, volgend op de annulering door het Europese Hof van Justitie van de door de Europese Commissie in 2000 geheven boete. Deze boete was opgelegd voor schending van de concurrentieregels op de carbonaatmarkt vóór 1990. Voorts omvatten de niet-recurrente bestanddelen de gedeeltelijke terugname van een voorziening voor een

    1. Een omzet van 272 miljoen EUR van het jaar 2010 is overgeboekt van de Sector Chemie naar de Sector Kunststoffen zonder impact op het resultaat. Dit gebeurde als gevolg van de invoering van de nieuwe organisatie (Horizon).
    1. Een deel van de corporate kosten van de Rhodia Sector werd geboekt als CBS-kosten in de proformaresultaten 2011.
    1. Aangepast op basis van de boekhoudregels van de Groep Solvay (harmonisatie van boekhoudregels).

bedrag van 24 miljoen EUR na een beslissing van het Europese Hof om de boete te verlagen die de Europese Commissie aan Solvay had opgelegd in 2006 voor schending van de concurrentieregels op de peroxidemarkt. Solvay heeft besloten tegen dit laatste vonnis beroep aan te tekenen. De niet-recurrente bestanddelen behelzen ook de impact van de overnamekosten van de Rhodia-groep voor een bedrag van 33 miljoen EUR en reorganisatiekosten in verband met de uitvoering van Horizon (15 miljoen EUR).

De lasten op de nettoschuld bedragen -208 miljoen EUR. De lasten op leningen komen op -159 miljoen EUR. De bruto fi nanciële schuld van de Solvay-groep beloopt 4 168 miljoen EUR eind december 2011. De opbrengsten uit de belegging van kasmiddelen zijn goed voor 39 miljoen EUR. De kosten van de actualisatie van de voorzieningen belopen -72 miljoen EUR.

De winstbelastingen bedragen -19 miljoen EUR. Ze omvatten de erkenning van 60 miljoen EUR uitgestelde belastingvorderingen in verband met de interne verkoop van de activiteiten van Solvay Advanced Polymers Belgium, een waardevermindering op een uitgestelde belastingvordering in België van 31 miljoen EUR en 47 miljoen EUR vermindering van uitgestelde belastingschulden in verband met de toewijzing van de aankoopprijs voor Rhodia.

Het nettoresultaat loopt op tot 296 miljoen EUR. De negatieve bijdrage van de beëindigde bedrijfsactiviteiten van -38 miljoen EUR vindt haar verklaring in hoofdzaak in de aanpassing met -47 miljoen EUR van het bedrijfskapitaal na de afsluiting van de verkoop van de farma-activiteiten.

Solvay's aandeel in het nettoresultaat is 247 miljoen EUR.

IFRS-NETTOWINST GROEP (MILJOEN EUR)

828 0 200 400 600 800 1000 1200 1400 1600 1800 2000 2007 2008 2009 2010 2011 553 1 823 296 449

RENDEMENT OP EIGEN VERMOGEN (%)

DE ENERGIESITUATIE

De energiekosten vormen een belangrijk onderdeel van de kostenstructuur van de Groep. Ze worden op 1,2 miljard EUR op pro formabasis voor 2011 geraamd.

De Solvay-groep voert al vele jaren een dynamisch energiebeleid. In dit verband baat Solvay een eigen energieproductie-installatiepark uit met een totaal vermogen van 1 000 MW.

De recente oprichting van de GBU Solvay Energy Services op 1 januari 2012 is hiervoor belangrijk. Ze is het resultaat van de bundeling van de competenties en de kennis van Solvay en Rhodia op het energievlak.

Deze nieuwe eenheid heeft het optimaliseren van de energiefactuur en van de CO2 -uitstoot voor de Groep en voor derden als opdracht. Solvay Energy Services heeft als doel de aankopen van energie van het nieuwe geheel te optimaliseren en de Business Units en productievestigingen van de Groep te begeleiden in hun energie- en CO2 -beheer.

Deze middelen zullen bijdragen aan het doel van de Groep om de uitstoot van broeikasgassen en de energiefactuur met 20% te doen dalen tegen 2020.

FINANCIËLE STRUCTUUR

Het eigen vermogen bedroeg eind 2011, 6 653 miljoen EUR, vergelijkbaar met dat op het einde van 2010 (6 708 miljoen EUR).

De Solvay-groep is als gevolg van de acquisitie van Rhodia voor een totaalbedrag in contanten van 3 953 miljoen EUR van een positieve nettokaspositie eind december 2010 (2 993 miljoen EUR) naar een nettoschuldpositie van 1 760 miljoen EUR eind december 2011 geëvolueerd. Eind 2011 bedroeg de nettoschuldratio ten opzichte van het eigen vermogen 26%, wat de prioriteit weergeeft die de Solvay-groep hecht aan een gezonde fi nanciële situatie.

De kredietratings op lange en korte termijn van Solvay zijn Baa1/P2 (met negatieve outlook) bij Moody's en BBB+/A2 (met negatieve outlook) bij Standard & Poor's.

Na het succes van het overnamebod op Rhodia zijn de 880 766 eigen aandelen die Solvay nv bezat voor het tijdelijk en gedeeltelijk gebruik van de opbrengsten uit de verkoop van de farmaceutische activiteiten overgedragen aan Solvay Stock Option Management bvba, als dekking van het programma van aandelenopties. Op 17 februari 2012 beliep het belang van Solvay Stock Option Management bvba in Solvay 2,81%.

VRIJE KASSTROOM9

De pro forma Vrije Kasstroom van de voortgezette activiteiten is 656 miljoen EUR in 2011.

  1. Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten + kasstroom uit investeringsactiviteiten, uitgezonderd acquisities en vervreemding van deelnemingen en andere investeringen + dividenden ontvangen van fi lialen en joint ventures.

14

Corporate Verslag van de Raad van Bestuur

De IFRS Vrije Kasstroom van de voortgezette activiteiten is 371 miljoen EUR in 2011.

  • De IFRS operationele kasstroom uit voortgezette bedrijfsactiviteiten bedraagt 838 miljoen EUR. Naast de EBIT van 515 miljoen EUR, dient de aandacht nog gevestigd op het volgende:
  • De afschrijvingen en de waardevermindering van activa belopen 455 miljoen EUR. De afschrijvingen en de waardevermindering van activa van de Rhodia-sector in het 4e kwartaal komen op 111 miljoen EUR.
  • Het bedrijfskapitaal is met 303 miljoen EUR teruggevallen. Naast de impact op de omzet van Rhodia's voorraden die tegen reële waarde werden geherwaardeerd in de openingsbalans van 30 september 2011 als gevolg van de toewijzing van de aankoopprijs van de verworven vennootschap, toont deze daling de inspanningen die de Groep leverde om het bedrijfskapitaal te verminderen.
  • De IFRS investeringskasstroom uit voortgezette bedrijfsactiviteiten bedraagt -4 679 miljoen EUR.
  • De belangrijkste investering betreft de overname van Rhodia voor 3 953 miljoen EUR in contanten.
  • De andere investeringen komen op 845 miljoen EUR. Behalve gezondheid, veiligheid en leefmilieu en het onderhoud van de industriële uitrusting gaat het om een beperkt aantal strategische projecten die volgens gericht zijn op geografi sche expansie en in functie staan van de keuzes die dienen gemaakt inzake duurzame ontwikkeling. De zwaarste investering betreft de kapitaalsverhoging met 167 miljoen EUR in RusVinyl (partnerschap van SolVin en Siboer voor de bouw van een pvc-fabriek in Rusland).

INVESTERINGEN EN ONDERZOEK & ONTWIKKELING IN 2011

De investeringen 2011 bedragen 845 miljoen EUR, zonder impact van de acquisitie van Rhodia. Op pro formabasis bedragen ze 1 058 miljoen EUR.

Het investeringsbudget 2012 beloopt 862 miljoen EUR. Het is gericht op het voortzetten van de strategische

investeringen voor duurzame ontwikkeling en capaciteitsverhogingen in regio's met een groot groeipotentieel.

De kosten voor Onderzoek en Ontwikkeling 2011 beliepen 156 miljoen EUR. Op pro formabasis bedragen ze 218 miljoen EUR.

Het budget voor Onderzoek en Ontwikkeling voor 2012 bedraagt 244 miljoen EUR. Het bevat zware O&O-inspanningen voor Speciale Polymeren, Consumer Chemicals en New Business Development.

PERSONEELSBESTAND

Op 31 december 2011 telde de Solvay-groep 29 121 voltijdwerkers. De evolutie van het aantal van eind 2010 (16 785 voltijdwerkers) tot eind december 2011, valt grotendeels te verklaren door de acquisitie van de onderneming Rhodia, die eind 2011 14 255 voltijdwerkers telde.

DE RESULTATEN VAN HET MOEDERBEDRIJF SOLVAY NV

Solvay nv is een naamloze vennootschap naar Belgisch recht met maatschappelijke zetel in de Ransbeekstraat 310 te 1120 Brussel.

De jaarrekening van Solvay nv wordt opgemaakt volgens de in het Belgisch recht geldende algemeen aanvaarde boekhoudkundige principes en betreft ook de Franse en Italiaanse fi lialen.

De voornaamste activiteiten van Solvay nv zijn de controle over en het beheer van een aantal participaties in de vennootschappen van de Groep en de fi nanciering van de Groep via de bank- en obligatiemarkt. Ook bestuurt ze het onderzoekscentrum in Neder-Over-Heembeek (België) en een zeer beperkt aantal niet in dochterondernemingen ondergebrachte industriële en commerciële activiteiten.

Het exploitatieresultaat is het saldo van de werkingskosten van het hoofdkantoor, gedeeltelijk gecompenseerd door inkomsten uit industriële en commerciële activiteiten die niet in dochterondernemingen zijn ondergebracht.

Miljoen EUR Investeringen in 2011 Onderzoek & Ontwikkeling in 2011
IFRS Pro forma IFRS Pro forma
Met acquisitie
Rhodia
Zonder acquisitie Rhodia
Kunststoffen 409 409 409 67 63
Chemie 214 214 214 32 28
Rhodia 164 164 378 21 75
New Business Development 28 28 28 37 52
Corporate en ondersteuning
van activiteiten
3 982 29 29 0 0
Groep 4 797 845 1 058 156 218
Miljoen EUR 2011 2010
Te bestemmen winst van het
boekjaar
325 2 782
Overgedragen winst 3 447 925
Totaal ter beschikking van de
Algemene Vergadering
3 772 3 707
Verwerking:
Brutodividend 260 260
Overgedragen winst 3 512 3 447
Totaal 3 772 3 707

De winst uit de gewone bedrijfsuitoefening komt op 82 miljoen EUR tegenover 211 miljoen EUR vorig jaar. Hierin zitten ook de dividenden uit verschillende participaties (363 miljoen EUR in 2011) en het verschil tussen de overgemaakte en geïncasseerde intresten uit zijn fi nancieringsactiviteiten.

Het saldo van de uitzonderlijke resultaten bedraagt 209 miljoen EUR tegen 2 543 miljoen EUR in 2010. Ze omvatten in hoofdzaak een meerwaarde van 177 miljoen EUR op de interne overdracht van de activiteiten van Solvay Advanced Polymers Belgium.

De nettowinst van Solvay nv komt in 2011 op 325 miljoen EUR, tegen 2 782 miljoen EUR in 2010.

Omdat er geen overdracht is naar de belastingvrije reserves bedraagt de te besteden winst van het boekjaar 3 772 miljoen EUR.

BELANGRIJKE GEBEURTENISSEN DIE ZICH NA DE SLUITING VAN HET BOEKJAAR HEBBEN VOORGEDAAN

Het enige vermeldenswaardige feit tussen de afsluitingsdatum (31 december 2011) en de goedkeuring van dit verslag door de Raad van Bestuur (15 februari 2012) is Solvay's beslissing van 15 februari 2012 om zijn

50%-belang in Pipelife aan Wienerberger te verkopen, onder voorbehoud van de anti-trustgoedkeuring.

RISICOMANAGEMENT

Het risicomanagement (processen en risico's die werden geïdentifi ceerd en acties die werden ondernomen om ze te beperken) wordt beschreven op de bladzijden 147 tot 159 van het Jaarverslag 2011.

FINANCIËLE INSTRUMENTEN

Het management van fi nanciële risico's en de aanwending van eventuele fi nanciële instrumenten om deze risico's te dekken worden beschreven op de bladzijden 132 tot 146 van het Jaarverslag 2011.

AUDITCOMITÉ

De opdracht, de samenstelling en het functioneren van het Auditcomité worden beschreven op de bladzijden 206 en 209 tot 210 van het Jaarverslag 2011.

VERKLARING INZAKE DEUGDELIJK BESTUUR

De Verklaring inzake deugdelijk bestuur staat op de pagina's 183 tot 212 van het Jaarverslag 2011. Deze Verklaring bevat onder meer een beschrijving van de juridische structuur en van het aandeelhouderschap van Solvay, van zijn beleid inzake maatschappelijk kapitaal en dividend, de werkwijze op de Aandeelhoudersvergaderingen, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van Bestuur en de ervan afhangende Comités, de samenstelling en de manier van werken van het Uitvoerend Comité, het vergoedingenbeleid en het meest recente Verslag over de vergoedingen, een beschrijving van de voornaamste kenmerken van de systemen voor interne controle en het risicomanagement, de maatregelen van Solvay waarmee het zich aanpast aan de Belgische regels inzake marktmisbruik, en een beschrijving van de Gedragscode van de Groep.

BRUTO- EN NETTODIVIDEND PER AANDEEL (IN EUR)

Corporate Informatie voor de aandeelhouders

IFRS Financiële informatie per aandeel

RESULTAAT PER AANDEEL

De gewone winst (verlies) per aandeel uit voortgezette bedrijfsactiviteiten bedraagt 3,51 EUR (tegen 0,62 EUR in 2010).

HET DIVIDEND

De Raad van Bestuur van 15 februari 2012 heeft besloten om tijdens de gewone Algemene Vergadering van 8 mei 2012 de betaling voor te stellen van een totaal brutodividend van 3,0667 EUR per aandeel, gelijk aan dat van 2010. Op basis van de slotkoers van 15 februari 2012 (78,40 EUR), komt dit neer op een brutodividendrendement van 3,9%.

Deze evolutie is in overeenstemming met het dividendbeleid van de Groep, dat erin bestaat het telkens te verhogen indien mogelijk en, indien mogelijk, het niet te verminderen.

In lijn met dit beleid is het dividend de afgelopen dertig jaar nooit verlaagd en werd het sommige jaren verhoogd. Rekening houdend met het voorschot van 1,20 EUR bruto per aandeel (coupon nr. 89), uitbetaald op 19 januari 2012, bedraagt het dividendsaldo voor het boekjaar 2011, 1,87 EUR bruto per aandeel (coupon nr. 90). Dit bedrag wordt uitbetaald op 15 mei 2012; de Solvay-aandelen noteren ex-dividend op NYSE Euronext vanaf 10 mei 2012.

IFRS FINANCIËLE GEGEVENS PER AANDEEL

EUR 2007 2008 2009 2010 2011
Eigen vermogen 52,10 54,05 57,87 77,3410 75,79
REBITDA 20,13 17,44 17,52 11,4410 14,87
Nettoresultaat 9,46 4,92 6,28 21,85 3,04
Nettoresultaat (zonder beëindigde bedrijfsactiviteiten) 9,46 4,92 2,59 0,62 3,51
Verwaterd nettoresultaat 9,40 4,91 6,28 21,80 3,03
Verwaterd nettoresultaat
(zonder beëindigde bedrijfsactiviteiten)
9,40 4,91 2,59 0,62 3,49
Aantal uitgegeven aandelen (in duizendtallen)
op 31 december
84 701 84 701 84 701 84 701 84 701
Gemiddeld aantal aandelen (in duizendtallen) voor de
berekening van de nettowinst per aandeel
82 586 82 318 82 143 81 320 81 224
Gemiddeld aantal aandelen (in duizendtallen) voor de
berekening van het verwaterd resultaat per aandeel
83 054 82 447 82 186 81 499 81 546
Brutodividend 2,93 2,93 2,93 3,07 3,07
Nettodividend 2,20 2,20 2,20 2,30 2,30
Hoogste koers 123,2 97,9 77,8 81,9 111,6
Laagste koers 92,3 51,45 42,0 67,8 61,5
Koers op 31 december 95,7 53,05 75,6 79,8 63,7
Koers/winst op 31 december 10,2 10,8 12,0 3,6 21,0
Nettodividendrendement 2,6% 4,2% 3,1% 2,9% 2,9%11
Brutodividendrendement 3,5% 5,6% 4,1% 3,9% 3,9%11
Jaarlijks volume (duizend aandelen) 57 536 94 322 71 259 47 028 63 462
Jaarlijks volume (miljoen EUR) 6 318 7 702 4 414 3 481 5 522
Beurskapitalisatie op 31 december (miljard EUR) 8,1 4,5 6,4 6,8 5,4
Omloopsnelheid (%) 71,5 113,2 85,2 56,0 77,8
Door free fl oat gecorrigeerde omloopsnelheid (%) 102,1 161,7 121,7 80,4 111,2
  1. De gegevens van 2010 werden herberekend om rekening te houden met de wijziging in de boekhouding van de joint ventures.

  2. Op basis van de slotkoers van 15 februari 2012 (78,40 EUR).

Solvay Chemicals

treffelijkheid dichter bij onze markten brengen

Onze voor-

DE SECTOR CHEMIE HEEFT OOK IN 2011 ZIJN RESULTAAT ZIEN VERBETEREN ÉN HEEFT ZICH BETER WETEN TE BEWAPENEN OM OPGEWASSEN TE ZIJN TEGEN NIEUWE UITDAGINGEN. ZIJN NIEUWE OPERATIONELE ORGANISATIE LAAT HET BESTE VERHOPEN VOOR DE TOEKOMST.

Jaarverslag Solvay 2011

Solvay Chemicals producten worden gebruikt voor het maken van materialen die dienen om aan de toegenomen mobiliteitsbehoeften te voldoen.

Jaarverslag Solvay 2011

Een aanpak die vertrekt van producten en nabijheid van de regio

Operationele uitmuntendheid als motor voor de groei.

2011 was een jaar van groei voor de verkoop over de hele lijn, zowel voor de basisproducten als voor de specialiteiten, ook al deed zich voor sommige producten een vertraging voor tegen het einde van het jaar. Deze groei was het gecombineerde resultaat van de verbetering van de prijzen en van een hogere afzet. Dit was het gevolg van de opstart van strategische projecten waartoe in de afgelopen jaren besloten was, maar ook van de geleidelijke invoering door de Groep van een alle activiteiten omvattende uitmuntendheidsactie. Deze gunstige combinatie zou ook in de toekomst voor groei moeten blijven zorgen.

In september 2011 heeft de RBU Essential Chemicals in Thailand met succes de grootste waterstofperoxidefabriek ter wereld in gebruik genomen. MTP HPJV (Thailand), de waterstofperoxide-joint venture van Solvay en Dow heeft nu een fabriek met een jaarlijkse productiecapaciteit van meer dan 330 000 ton waterstofperoxide met een concentratie van 100%.

De Sector Chemie gaat resoluut naar een fase van ontwikkeling en groei van zijn topproducten, door hier genoeg middelen aan te besteden en om zo nog beter te kunnen voldoen aan de noden van de klant.

VOORNAAMSTE GEGEVENS (MILJOEN EUR)

IFRS Pro forma3
2011 20101 2011 2010
2 836 2 5752 2 836 2 575
484 455 491 472
17% 18% 17% 18%
334 297
153 394
214 166
32 36
8 114 8 083
  1. De fi nanciële gegevens van 2010 werden herzien om te kunnen rekening houden met de wijziging van de boekhoudkundige verwerking van de joint ventures geconsolideerd volgens de equitymethode en niet langer meer proportioneel. 2. 272 miljoen EUR van de omzet van 2010 werden van de Sector Chemie naar de Sector Kunststoffen getransfereerd zonder

overslag op het resultaat door de nieuwe organisatie van Horizon. 3. Na aanpassingen voor de harmonisatie van de boekhoudregels van Solvay en Rhodia.

VERDELING VAN DE NETTO-OMZET 2011: 2 836 MILJOEN EUR

NETTO-OMZET 2011 PER EINDVERBRUIKERSMARKTEN: 2 836 MILJOEN EUR

J Verbruiksgoederen 35%
J Bouw 17%
J Leefmilieu 7%
J Auto-industrie 6%
J Landbouw, bosbouw en visserij 5%
J Papier 5%
J Elektriciteit en elektronica 5%
J Energie 2%
J Andere industrieën 18%

EEN POSITIEF JAAR

In zijn geheel beschouwd is de Sector Chemie gunstig geëvolueerd, dankzij een stijgende vraag. Hierdoor kon in de verkoop een onafgebroken vooruitgang genoteerd worden, zowel wat volume als prijspeil betreft. Toch werd in het laatste kwartaal een vertraging vastgesteld, meer in het bijzonder bij de specialiteiten, ook al bracht dit de gunstige resultaten van het begin van het boekjaar geenszins in het gedrang. Het operationeel resultaat valt andermaal gunstiger uit dan dit van het vorige boekjaar.

De Groep is sterk genoeg om de gevolgen van een vertraging van de wereldeconomie te trotseren, dankzij zijn vermogen om hierop te anticiperen en dankzij het strenge beheer van zijn activiteiten, waarbij de beheersing van de kosten, de constante kwaliteit van de producten en uitmuntendheid voorop staan.

DE NODIGE MIDDELEN VOOR EEN RENDABELE STRATEGIE

De strategie van de Sector Chemie bestaat uit een meer nadrukkelijke geografi sche expansie in regio's met een sterke groei en dit door investeringen in zijn topproducten in de essentiële chemie en door beklemtoning van de groei van zijn specialiteiten in het bijzonder op de markten van leefmilieu, energie, elektronica en van gezondheidszorg en hygiëne, met tegelijk een verstevigde concurrentiekracht dankzij zijn operationele uitmuntendheid.

In het verslagjaar konden de vruchten worden geplukt van deze aanpak. We danken ze aan onze performante producten en technologie. Door de invoering van een regionale organisatie dichtbij de klanten voor de essentiële producten, en van een wereldomvattende organisatie dichtbij de beoogde grote markten voor de specialiteiten, wil de Sector een scherper inzicht ontwikkelen in

de noden van de klanten om hen aangepaste producten te kunnen leveren.

Er is toestemming gegeven voor belangrijke investeringen om de positie van de Groep op sterke groeimarkten te verstevigen. Dit geldt onder meer voor Azië waar de productie wordt opgevijzeld om te kunnen voldoen aan de nieuwe vraag. Voorts dienen al deze activiteiten ook te stroken met de eisen van duurzame ontwikkeling.

Ook wil de Sector zijn concurrentiepositie op korte termijn

Solvay Chemicals biedt de farmaceutische en de cosmetische industrie een brede waaier van specialiteiten.

versterken door een wereldwijde campagne voor operationele uitmuntendheid op alle niveaus, en op middellange termijn door meer en beter gerichte inspanningen op het vlak van techno logische innovatie.

EUROPEES CONTRAST

Europa, de historische markt van de Groep, vertoonde in 2011 scherpe contrasten. Zo

Solvay Chemicals

waren de verkoopsvolumes voor natriumcarbonaat hoger dan die in het voorgaande jaar door de volgehouden vraag van de producenten naar holglas en de verbeterde vraag vanwege de sector van het vlakglas. De vraag was hoog in Noord- en Oost-Europa, maar daalde in Zuid-Europa.

Net als in andere wereldregio's is de verkoop van waterstofperoxide in Europa stabiel gebleven, dankzij de hoge vraag naar papierpulp in de landen die een sterke groei kennen. De andere markten, meer in het bijzonder de mijnbouw, de chemische industrie, de verpakking van voedingsproducten en de leefmilieutoepassingen, hebben allen goed gepresteerd.

De verschillen binnen de Europese markt brengen Solvay ertoe sterk de klemtoon te leggen op zijn operationele uitmuntendheid ter vrijwaring van zijn concurrentiepositie. De Groep is ook van plan de ontwikkeling van nieuwe toepassingen voort te zetten op basis van producten waarvan de kwaliteit niet meer hoeft bewezen te worden.

Nog wat de concurrentiekracht betreft, heeft Solvay voor een belangrijk deel van zijn elektriciteitsverbruik in

Frankrijk de bevoorrading opgestart via het consortium Exeltium. De meer performante membraantechnologie in de elektrolyse van het Franse Tavaux werd opgestart.

Andere belangrijke inspanningen voor energiebesparing zijn te danken aan een uitmuntendheidsactie van de Groep, met name Solwatt.

AZIË, GROEIREGIO

In de internationale context van 2011 is de regio Azië-Stille Oceaan opgevallen door zijn vooruitgang op velerlei gebied. Dat is alvast goed nieuws voor Solvay en reden te meer om de strategie ter ontwikkeling van zijn aanwezigheid in dit gebied voort te zetten.

Het gebruik van het EPICEROL® procedé, een vernieuwende en groene technologie voor de productie van epichloorhydrine, neemt op de

Aziatische markt hand over hand toe. ABT, dochteronderneming van Vinythai, heeft een productie-eenheid met een capaciteit van 100 000 ton gebouwd, die aanzienlijke voordelen biedt op de bestaande technologieën, meer bepaald wat het gebruik van natuurlijke hulpbronnen betreft, het energieverbruik en de impact op het leefmilieu. De fabriek heeft begin 2012 de productie aangevat. Een tweede fabriek in China waarvan de productie op hetzelfde EPICEROL® -procedé gebaseerd is en die ook een capaciteit van 100 000 ton zou hebben, ligt ter studie. Deze productie-eenheid moet een antwoord bieden op de snel stijgende vraag die verband houdt met de productie van epoxyharsen. Komt deze nieuwe fabriek er, dan wordt Solvay de absolute wereldleider in deze activiteit.

Na de geslaagde start van zijn fabriek

Solvay Chemicals produceert verscheidene ingrediënten voor detergenten en ook producten voor de dagelijkse hygiëne, zoals waspoeders en wasvloeistoffen.

Zeer performante vloeistoffen worden gebruikt voor de productie van zonnecellen, zodat die effi ciënter en duurzamer zijn.

Het hergebruik van water is een absolute prioriteit geworden. Met perazijnzuur kan huishoudelijk afvalwater microbieel geschikt gemaakt worden voor hergebruik in landbouwirrigatie.

23

in Antwerpen (België) – met een capaciteit van 250 000 ton per jaar, het resultaat van een joint venture met BASF en Dow, heeft Solvay ook twee nieuwe waterstofperoxidefabrieken in gebruik genomen in Azië. De eerste, waarvan de start in oktober 2011 was meegedeeld, bevindt zich in Thailand en maakt deel uit van een partnerschap met Dow. Haar jaarlijkse productiecapaciteit bedraagt 330 000 ton, wat ze de grootste waterstofperoxidefabriek ter wereld maakt. Haar productie is in hoofdzaak bestemd voor de productie van propyleenoxide. Solvay verstevigt zo zijn leiderspositie op deze nieuwe, gebonden markt.

Een aantal van Solvay Chemicals producten worden gebruikt in de bouwindustrie.

Signifi cante ontwikkeling van de peroxiden in Azië.

EEN CAPACITEIT VAN 330 000 TON PER JAAR IN THAILAND IN PARTNER-SCHAP MET DOW.

Een capaciteit van 50 000 ton per jaar in China in partnerschap met Huatai.

Een tweede fabriek is in China gebouwd in partnerschap met de Huatai-papiergroep. Behalve de productie van waterstofperoxide voor de papiersector levert ze gespecialiseerde producten bestemd voor de verpakking van voedingswaren, met behulp van een door Solvay ontwikkelde productietechnologie. De fabriek heeft een jaarproductie van 50 000 ton en vormt een bruggenhoofd van de Groep op een zich volop ontwikkelende markt.

Voorts heeft de groep in 2011 zijn plan aangekondigd om een nieuwe mega-eenheid voor de productie van waterstofperoxide te bouwen in Saoedi-Arabië, bestemd voor de aanmaak van propyleenoxide. Dit project zou starten in 2015. Hiertoe is een partnerschap aangegaan met de Sadara Chemical Company, zelf een joint venture van Saudi Aramco en Dow.

DE VERENIGDE STATEN, SPRINGPLANK NAAR DE MEEST DYNAMISCHE MARKTEN

Per 1 januari 2011 heeft Solvay defi nitief de American Natural Soda Ash Corporation (ANSAC) verlaten, het uitvoerconsortium voor het Amerikaanse natriumcarbonaat. De Groep heeft voortaan een vlottere toegang tot de Latijns-Amerikaanse markt, die van Azië en die van Afrika, wat hem een sterkere aanwezigheid garandeert in deze snel groeiende regio's met hoog potentieel. Zo kon onze Amerikaanse activiteit haar voordeel blijven doen met de sterke uitvoer van natriumcarbonaat naar Azië en Zuid-Amerika.

De binnenlandse markt voor natriumcarbonaat en waterstofperoxide is goed overeind gebleven. Voorts heeft Solvay, dat het begrip duurzame groei in al zijn activiteiten wil integreren, een procedé ontwikkeld voor de recuperatie en het gebruik van

Blauw pigment is een hoofdbestanddeel van vloeibaar kristal- of LCD-schermen.

methaan uit de trona-ontginning in Green River. Deze nieuwigheid maakt een vermindering van de uitstoot van broeikasgassen mogelijk en zorgt voor minder energieverbruik bij de ontginning en de transformatie van het mineraal in natriumcarbonaat.

De Groep zet ook de commercialisering voort van SOLVAIR® dat, op basis van natriumbicarbonaat oplossingen biedt voor luchtverontreiniging en dat Solvay in Noord-Amerika is ontwikkeld.

BELOFTEVOL LATIJNS-AMERIKA

Zuid-Amerika is een markt met veel mogelijkheden die een sterke groei doormaakt.

Zo zal in Brazilië een uitbreiding van de jaarlijkse productiecapaciteit voor waterstofperoxide worden opgestart tegen medio 2012. Zij zal dan 180 000 ton bedragen. Op die manier wordt tegemoetgekomen aan de sterke vraag en kunnen wij ons regionaal leiderschap behouden.

De groei in de verkoop van natronloog (natriumhydroxide) was zeer uitgesproken, met prijzen die een stuk hoger lagen dan in 2010. Wereldwijd heeft de vraag zich op een goed niveau gehandhaafd.

Jaarverslag Solvay 2011

Solvay Chemicals

Natriumbicarbonaat BICAR® Z wordt verwerkt in een hele reeks voeders – vooral bestemd voor runderen, gevogelte en varkens - wat heilzaam is voor hun gezondheid en welzijn.

De INTEROX® AG producten bestaan uit formulering van gestabiliseerd waterstofperoxide met zeer lage residu's, speciaal ontwikkeld van aseptische afvulinstallaties.

Ten slotte laat de verkoop in de activiteit perazijnzuur een tweecijfergroei zien. Hij vindt zijn verklaring in de nieuwe toepassingen van het product in de voedings-, de gezondheids-, en de landbouwsector.

VERTRAGING BIJ DE SPECIALITEITEN

De activiteiten van de chemische specialiteiten zijn internationaal gehergroepeerd in de nieuwe Global Business Unit Special Chemicals.

In 2011 hebben de activiteiten fl uor, geprecipiteerd calciumcarbonaat en Ba/Sr-carbonaat zich verder hersteld, zowel qua verkoop als qua resultaat. De activiteit LifeSciences bleef lijden onder het uitblijven van nieuw ontwikkelde producten. Globaal genomen is deze activiteit vertraagd.

Solvay zet zijn strategie voort waarbij het zich concentreert op de ontwikkeling van producten bestemd voor veelbelovende en hoogwaardige toepassingen zoals de elektronica, foto-elektrische panelen en halfgeleiders. Voorts verstevigt het zijn aanwezigheid in Azië. Het nieuwe O&O-centrum in Korea zal zich op deze activiteitsdomeinen concentreren.

In de loop van het jaar heeft Solvay diverse vernieuwende projecten uitgevoerd in de chemische specialiteiten. In Onsan (Korea), wordt een nieuwe fabriek voor fl uorgas gebouwd. Met dit product kan de ecologische voetafdruk van de productie van halfgeleiders en van foto-elektrische cellen worden verkleind. In 2011 is ook een nieuwe activiteit van de GBU Special Chemicals opgestart. Het gaat om reinigingsmiddelen voor de elektronica-industrie. In Duitsland bevindt zich een eerste pilootproject voor de aanmaak van zeer zuiver fosforzuur, een nieuw aanbod naast het bestaande aanbod van waterstofperoxide en waterstoffl uoride.

Bicarbonaat is effi ciënt in de strijd tegen dodelijke bacteriën. Uit een studie van het Microbiologisch Instituut van de Universiteit van Piacenza in Italië is gebleken dat toevoeging van 15 g/l bicarbonaat aan het spoelwater het wassen van de groenten 20 tot 90% effi ciënter maakt.

De fabriek in Torrelavega, Spanje.

Solvay Plastics

Materialen en oplossingen voor een gezonde toekomst

NA DE OPLEVING IN 2010 HEEFT DE SECTOR KUNSTSTOFFEN DE GROEI KUNNEN VASTHOUDEN IN 2011 OM IN HET 1E SEMESTER EEN NIEUW RECORDNIVEAU TE BEREIKEN. DE TWEEDE JAARHELFT WAS VEELEER ONGELIJK, MAAR OOK IN DIE PERIODE GING HET RESULTAAT DE HOOGTE IN. DEZE NIEUWE VOORUITGANG VINDT ZIJN VERKLARING IN DE STRATEGISCHE KEUZES VAN SOLVAY, MEER BEPAALD IN DE SPECIALE POLYMEREN.

Jaarverslag Solvay 2011 26

Jacques van Rijckevorsel ALGEMEEN DIRECTEUR VAN DE SECTOR KUNSTSTOFFEN

Door innovatie en techno logische uitmuntendheid tegemoetkomen aan de noden

Groei gedragen door de specialiteiten, de opkomende markten en operationele uitmuntendheid.

Na het erg goede jaar 2010 beleeft de Sector Kunststoffen opnieuw een jaar van vooruitgang, vooral dan in de speciale polymeren. De verkoop in de opkomende markten heeft de tendens nog versterkt. Ook het erg ambitieuze programma voor operationele uitmuntendheid heeft het rendement van de Sector nog verbeterd. Ten slotte was er de opstart van de nieuwe Global Business Unit Specialty Polymers in april, een factor die de creativiteit, de responsabilisering, de effi ciëntie en de ondernemersdynamiek nog vergrootte.

Ondernemen is innoveren. Wetenschap en innoverende industrie moeten de wereld vooruithelpen.

Een investering van 120 miljoen EUR voor de bouw van een Solvayfabriek in Changshu (China). Eenmaal operationeel (begin 2014) verstevigt ze het productieaanbod van speciale polymeren.

EEN INVESTERING VAN 120 MILJOEN EUR IN CHANGSHU (CHINA)

VOORNAAMSTE GEGEVENS (MILJOEN EUR)

IFRS Pro forma3
2011 20101 2011 2010
Netto-omzet 3 686 3 3612 3 686 3 361
REBITDA 583 538 590 555
REBITDA/netto-omzet 16% 16% 16% 17%
REBIT 391 344
Totale afschrijvingen en waardeverminderingen 183 205
Investeringen en acquisities 409 267
O&O 67 63
Voltijdwerkers 5 067 4 920
  1. De fi nanciële gegevens van 2010 werden herzien om te kunnen rekening houden met de wijziging van de boekhoudkundige verwerking van de joint ventures geconsolideerd volgens de equitymethode en niet langer meer proportioneel. 2. 272 miljoen EUR van de omzet van 2010 werden van de Sector Chemie naar de Sector Kunststoffen getransfereerd zonder

overslag op het resultaat door de nieuwe organisatie van Horizon.

  1. Na aanpassingen voor de harmonisatie van de boekhoudregels van Solvay en Rhodia.

VERDELING VAN DE NETTO-OMZET IN 2011: 3 686 MILJOEN EUR

NETTO-OMZET 2011 PER EINDVERBRUIKERSMARKTEN: 3686 MILJOEN EUR

J Bouw 40%
J Verbruiksgoederen 20%
J Auto-industrie 9%
J Elektriciteit en elektronica 9%
J Energie 4%
J Leefmilieu 2%
J Papier 2%
J Landbouw, bosbouw en visserij 1%
J Andere industrieën 13%

steriliseerbare instrumenten en implantaten.

INNOVATIE, DÉ PRIORITEIT

De strategie van Solvay in de Sector Kunststoffen is net als voor andere activiteiten gebaseerd op een zeer ambitieus programma van operationele uitmuntendheid. Dit programma bestrijkt zowel de producten als de industriële en commerciële activiteiten. Eén van de doelstellingen is de vermindering van de kosten om zo concurrentiekracht en rendement te verbeteren. In dit opzicht heeft Solvay de stellige indruk dat het binnen de industrie tot de allerbesten kan worden gerekend.

De investeringsstrategie in de landen die een sterke groei kennen, is voor de Groep in zijn geheel en voor de Sector Kunststoffen een prioriteit. De doelstelling is in deze regio's een sterke industriële positie uit te bouwen.

Solvay handhaaft ook zijn investeringsinspanningen in Onderzoek en Ontwikkeling, meer bepaald op het gebied van de speciale polymeren en dit ondanks de crisis. De Groep oordeelt dat O&O – en meer bepaald de inbreng van zijn onderzoekscentra – een factor is die bepalend wordt voor succes en groei.

Door middel van innovatief O&O vergroot de Sector Kunststoffen de diversititeit van zijn productenportefeuille en vermindert zo ook de risico's. De inspanningen gaan naar nieuwe molecules en de ontwikkeling van nieuwe technologieën.

In 2011 heeft Solvay twee nieuwe O&O-centra in India en in Zuid-Korea opgestart. Er komt nog een derde centrum in China, in de context van de integratie van Rhodia in de Groep.

Op het gebied van vinylproducten is het onderzoek van Solvay voornamelijk gericht op technologische uitmuntendheid, en heeft het tot doel het verbruik van hulpbronnen (energie, grondstoffen,…) bij de productie te verminderen.

Wanneer men het geheel bekijkt, ziet men dat het profi el van de Sector Kunststoffen sterk is verbeterd, meer bepaald omdat de prijzen van de speciale polymeren goed hebben standgehouden, wat heeft bijgedragen tot een minder cyclisch resultaat.

DE SPECIALE POLYMEREN VOLOP IN EXPANSIE

De sterke herleving die in 2010 werd vastgesteld, heeft zich nog het hele jaar voortgezet, waardoor de speciale polymeren een nieuw recordniveau bereiken. De vooruitgang was opmerkelijk in het begin van het jaar maar toch nog voelbaar tegen het einde van het boekjaar ondanks de wereldcrisis. Over de twaalf maanden bekeken was de tendens zeer positief.

De fi lms en harsen die Solvay produceert, zorgen voor duurzamere, beschermde zonnepanelen met hoge lichttransmissie.

Voor deze gang van zaken zijn er allerlei redenen. Onze polymeren plukken de vruchten van een buitengewoon dynamisch innovatiebeleid: de producten en technologische toepassingen ontwikkeld over de vijf voorbije jaren vertegenwoordigen vandaag 30% van de omzet van de GBU Specialty Polymers. Ook vinden onze producten aansluiting bij de huidige wereldomvattende megatrends zoals gezondheidszorg, energie, mobiliteit en communicatie. Hierdoor

Solvay Plastics

dragen ze ertoe bij van de speciale polymeren een activiteit te maken die een structurele groei kent.

Als wereldleider in kunststoffen met een hoge toegevoegde waarde voor de industrie, brengt Solvay een productengamma op de markt met eigenschappen die geen enkele andere onderneming kan bieden. Deze gunstige positie dankt de Groep aan de strategische keuzes inzake de speciale polymeren. Op dit moment bevat de portefeuille van de GBU Specialty Polymers meer dan 30 merken, beschikbaar in meer dan 1 500 formuleringen en geschikt voor een zeer ruim gamma toepassingen dat aan steeds strengere eisen moet voldoen.

De nieuwe specialiteiten, die in 2010 op de markt kwamen, hebben vorig jaar een echt succes gekend, wat aantoont dat de strategische keuzes van de Groep de juiste waren. Solvay is door de Bolloré-groep namelijk geselecteerd om verscheidene producten te leveren voor LMP®- of lithiummetaalpolymeerbatterijen van zijn elektrische auto, ontworpen door deze internationale groep actief in transport, logistiek en investeringen. Solvay heeft met de Bolloré-groep

trouwens een gemeenschappelijk O&O-programma opgestart. Deze elektrische auto's zijn een cruciaal bestanddeel van de groepsstrategie voor duurzame ontwikkeling. Op dit gebied legt de groep zich vooral toe op de ontwikkeling van producten zoals polyvinylideenfl uoride SOLEF® PVDF, waarmee de Li-ion batterijen veel performanter worden. Talrijke autobouwers erkennen de kwaliteiten van dit fl uorpolymeer dat gebruikt wordt voor twee belangrijke componenten van de batterij: de bindmiddelen en de scheiders.

Naar speciale polymeren met hoge toegevoegde waarde is er steeds meer vraag in Azië, als gevolg van de groei van de Chinese markt. In 2011 heeft Solvay de bouw aangevat van een fabriek voor de speciale polymeren SOLEF® PVDF en TECNOFLON® (FKM)-fl uorelastomeren, een investering van 120 miljoen EUR. Deze producten worden gebruikt in vochtbarrières die bestand zijn tegen agressieve chemicaliën of tegen hoge temperaturen. Ze zijn van groot belang voor de automobiel- en vliegtuigindustrie en in de petrochemie.

De nieuwe fabriek komt op de industriële site van Changshu

(China) en zal begin 2014 beginnen produceren. Zij maakt het mogelijk de totale productiecapaciteit van speciale polymeren van de Groep te verhogen en de aanwezigheid in China te verstevigen.

Solvay bouwt in Changshu ook een productie-eenheid voor compounds van speciale polymeren die in het tweede kwartaal van 2012 wordt opgestart. De site van Changshu wordt zo een stevige en geïntegreerde industriële basis voor de activiteit fl uorpolymeren.

Dankzij de verhogingen van de productiecapaciteit in China en in India, maar ook van de sites in Europa en de Verenigde Staten, zal Solvay Specialty Polymers nog beter kunnen ingaan op de vraag van zijn klanten.

Met zijn 12 centra voor Onderzoek & Ontwikkeling draagt Solvay ruimschoots bij tot meer duurzame ontwikkeling op het gebied van de speciale polymeren.

Anticorrosieverf, smeermiddelen, kunststoffen voor het binnenwerk, elektrische bekabeling: overal in de auto-industrie vind je speciale polymeren.

DE VINYLCLUSTER NOG GEVOELIGER VOOR DE ECONOMISCHE CONTEXT

In het begin van 2011 was de internationale vraag naar polyvinylchloride (pvc) groot en dit bevestigde de in 2010 vastgestelde herleving. Voor de Groep was er zelfs sprake van een historisch hoog peil.

Maar vanaf de zomer is een duidelijke vertraging opgetreden. Hiervoor zijn verscheidene redenen: het gebruikelijke zomerse seizoeneffect, de verminderde vraag in een context van economische onzekerheid en het liquideren van de voorraden door

Sproeislangen: één van de ecoproducten van VINYLOOP®; recyclage van pvc-afval.

Engagement VinylPlus: na het succes van Vinyl2010 met 261 000 ton pvc/jaar heeft VinylPlus als doel om tegen 2020

de klanten. Eén en ander heeft de verkoop ongunstig beïnvloed. Daar komt nog bij dat de operationele prestatie van de vinylactiviteit het negatieve effect onderging van de hogere ethyleenprijzen en de duurdere elektriciteit. Allles samen genomen is bij de vinylcluster sprake van een licht hogere verkoop dan in 2010 en een REBITDA van 218 miljoen EUR, 4% lager.

Toch is het beeld anders van regio tot regio.

Zo brengt Azië het er in 2011 beter af. De zeer goede operationele prestatie van Vinythai (Vinyls Asia), is zelfs nog sterker dan die van het voorgaande jaar. Die verbetering werd bereikt ondanks de moeilijke omstandigheden die het gevolg waren van de overstromingen die Zuid-Oost-Azië en vooral Thailand hebben getroffen. De technologische sterkte van de Groep heeft ook de rendementsdaling, die zich in dit deel van de wereld voordeed door de Aziatische en Amerikaanse concurrentie, kunnen beperken.

In Latijns-Amerika toonde het operationeel resultaat van Solvay Indupa een duidelijke verbetering te zien tijdens het eerste semester, maar het werd in het tweede halfjaar aangetast door de daling van de internationale prijzen, de Noord-Amerikaanse concurrentie, een duidelijk vertraagde vraag in het vierde kwartaal en het effect van de tweejaarlijkse stillegging van de fabriek in Bahia Blanca (Argentinië). Het zijn vooral conjuncturele factoren in de groeiende Zuid-Amerikaanse markt.

In Europa bestrijkt SolVin, marktleider in de vinylproducten, de vinylketen in zijn geheel. Na een goede start in 2011 kwam de operationele prestatie van het bedrijf in het tweede halfjaar onder druk te staan want de vraag liep er sterker terug dan in andere wereldregio's. Ook het niet doorberekenen van de duurdere grondstoffen

en energie in de verkoopprijzen en de voorradenvermindering door de klanten, evenals de verminderde afzet wogen op de marges.

In deze context heeft de Solvaygroep in 2011 zijn actieprogramma's, waarmee het mikt op meer concurrentiekracht en op het technologisch leiderschap op het gebied van de vinylproducten, voortgezet. Speciale aandacht verdient hier de lopende constructie van een nieuwe membraanelektrolyse in Lillo (België), ter vervanging van de oude kwikelektrolyse. En voorts zijn er de georganiseerde en systematische acties voor operationele uitmuntendheid in alle fabrieken.

OPLEVERING VAN EEN BELANGRIJK PROJECT IN RUSLAND

Gedurende het boekjaar heeft de Groep zijn joint ventureproject in Rusland voortgezet voor de oprichting van een grote vinylproductie-eenheid in partnerschap met de leider in petrochemie en ethyleenproducent Siboer. De fi nanciering, in partnerschap met de fi nanciële instellingen en de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling (EBWO), kon worden afgerond. Solvay is van oordeel dat het hier gaat om een belangrijke realisatie en is zeer verheugd te kunnen rekenen op de steun van de Russische autoriteiten, zowel de federale als de regionale, en op de tussenkomst van de Belgische overheid.

De bouw is nu volop aan de gang. Het project kost in het totaal 1,5 miljard EUR. De fi nanciële organisatie is tweemaal bekroond als de European Petrochemicals Deal of the Year.

Wanneer hij afgewerkt is, wordt RusVinyl de grootste site met internationale allure in het hart van deze zeer beloftevolle markt en moet hij in staat zijn 330 000 ton pvc per

Jaarverslag Solvay 2011

Solvay Plastics

Pvc-producten van Solvay zorgen voor drinkwatertransport in Latijns-Amerika, in Azië en in Europa.

jaar te produceren vanaf 2013, met maximale energie-effi ciëntie en een minimaal grondstoffengebruik en uitstoot van effl uenten.

DE ECOLOGISCHE VOETAFDRUK VERKLEINEN MET VINYLOOP®

SolVin heeft in 2011 onbetwistbaar succes geboekt met de VINYLOOP® technologie die het mogelijk maakt composietresten met pvc te recycleren. Een studie, door externen gevalideerd, heeft ondubbelzinnig de kleine ecologische voetafdruk aangetoond van de met VINYLOOP®-

technologie gerecycleerde pvc in vergelijking met gewoon pvc. Dit heeft geleid tot de groene strategie bedoeld om aan de groeiende vraag naar en vereisten rond duurzame producten te voldoen. De studie beklemtoont dat VINYLOOP® de energieconsumptie met 46% en de potentiële klimaatverandering met 39% vermindert.

Solvay gaat nu een nieuwe meetwijze uitwerken waardoor zijn klanten de ecologische voetafdruk kunnen berekenen van toepassingen van VINYLOOP®, zoals sproeislangen en schoenzolen. De VINYLOOP® klanten kunnen dan op hun beurt

deze informatie doorgeven aan de eindgebruiker.

SolVin en VinyLoop hebben zo aanzienlijk bijgedragen tot het succes van Vinyl2010, door de overheid erkend als voorbeeld van een geslaagd vrijwillig engagement binnen een sector. VinylPlus neemt nu de fakkel over om andere ambitieuze en vrijwillige initiatieven voor de industrie te ontwikkelen.

Bouw van de RusVinyl-fabriek in Kstovo (Rusland): vanaf 2013 moet deze fabriek 330 000 ton pvc per jaar produceren.

33

Solvay Rhodia

Leiderschap ten dienste van duurzaamheid

DE VOORBIJE JAREN WAS RHODIA EEN STERKE CHEMISCHE GROEP, ZEER INTERNATIONAAL GEORIËNTEERD, DIE GROEIDE IN DE SPECIALITEITEN WAARIN HET EEN POSITIE VAN WERELDLEIDER VEROVERD HEEFT, WAT MEDE DE INTERESSE VAN SOLVAY VERKLAART. DEZE GROEISTRATEGIE, GESYMBOLISEERD DOOR DE AMBITIE OM TEGEN 2013-2015 EEN REBITDA VAN 1 MILJARD EUR* TE HALEN, STEUNT OP EEN GEDECENTRALISEERD MANAGEMENTMODEL EN DITO ORGANISATIE, DIE HET AUTONOOM HANDELEN EN DE ONDERNEMINGSGEEST BEVORDEREN.

* Exclusief resultaten uit Gecertifi ceerde Emissiereducties (CER).

Jaarverslag Solvay 2011

De expertise en de innovatie van Solvay dragen bij aan het dagelijke comfort.

Gilles Auffret ALGEMEEN DIRECTEUR VAN DE SECTOR RHODIA

Een strategie voor winstgevende en verantwoordelijke groei

Nieuwe werkmethodes voor een duurzame groei.

Bovenop de integratie binnen de Solvay-groep is 2011 voor Rhodia ook nog belangrijk geweest omdat de onderneming werk heeft gemaakt van ambitieuze groeiplannen en hiervan de eerste zeer positieve resultaten heeft geoogst.

Rhodia verstevigt zijn operationele basis in China met extra productiecapaciteit voor difenols en tensio-actieve producten in Zhenjiang en de opstart van een productieeenheid voor de behandeling van de door auto's veroorzaakte vervuiling in Lyang. In november 2011 is het eco-effi ciënte lab van Shanghai in gebruik genomen, het eerste gemengd en internationaal initiatief in het teken van de groene chemie.

Het opmerkelijke parcours dat Rhodia deze laatste jaren heeft afgelegd, het engagement van de onderneming ten gunste van duurzame ontwikkeling en het vermogen om volop voor groei te gaan: het zijn allemaal troeven die zullen bijdragen tot de vervulling van de steeds hogere en verdere ambities van het nieuwe Solvay, dankzij zijn sterke producten en een toenemende aanwezigheid in de sterk groeiende economische regio's.

Jaarverslag Solvay 2011

VOORNAAMSTE GEGEVENS (MILJOEN EUR)

IFRS1 Pro forma2
4 kw 2011 2011 20103
Netto-omzet 1 479 6 171 5 157
REBITDA 231 1 119 962
REBITDA/netto-omzet 16% 18% 19%
REBIT 120
Totale afschrijvingen en waardeverminderingen 111
Investeringen en acquisities 164
O&O 21
Voltijdwerkers 14 255
  1. De resultatenrekening en de kasstroomtabellen van Rhodia worden pas vanaf het vierde kwartaal van 2011 geconsolideerd. 2. De pro-formaresultaten tonen een winst- en verliesrekening (1) waarin Rhodia was overgenomen vanaf 1 januari 2010, (2) een harmonisatie van de boekhoudregels en (3) een eliminatie van de impact van de toewijzing van de aankoopprijs (PPA). 3. Herzien op basis van de boekhoudkundige principes van de Solvay-groep (harmonisatie van de boekhoudkundige regels).

VERDELING VAN DE NETTO-OMZET PRO FORMA IN 2011:

NETTO-OMZET 2011 PER EINDVERBRUIKERSMARKTEN:

J Verbruiksgoederen 30%
J Auto-industrie 24%
J Elektriciteit en elektronica 8%
J Energie 7%
J Landbouw, bosbouw en visserij 5%
J Leefmilieu 4%
J Bouw 3%
J Andere industrieën 19%

EEN STRATEGIE VOOR WINSTGEVENDE EN VERANTWOORDELIJKE GROEI

De ontwikkeling van de Sector verloopt via drie krachtlijnen:

  • de organische groei in de opkomende landen en in beloftevolle markten en specialiteiten, met een grote toegevoegde waarde en aangezwengeld door de uitdaging die duurzame ontwikkeling biedt;
  • innovatie: alle langlopende onderzoeksprojecten van de Rhodiasector mikken op oplossingen en technologie die voldoen aan de eisen van de klanten voor verantwoorde productie en consumptie;
  • groei door gerichte overnames om leidende posities te verstevigen, de activiteitenportefeuille te vervolledigen, de innovatiecapaciteit te verhogen of groeikansen te grijpen. De recente acquisities van Feixiang Chemicals, de leidende Chinese producent van oppervlakte-actieve stoffen, en van de activiteit in technische kunststoffen van PI Industries in India zijn hiervan een lichtend voorbeeld.

De Rhodia-sector beschikt over stevige troeven om zijn ambities waar te maken:

  • een heel eigen positie in de chemie door differentiatie ten gunste van duurzame ontwikkeling, een historische aanwezigheid in de opkomende landen en leidende posities op beloftevolle markten;
  • alle entiteiten zijn doordrongen van een cultuur van gestage vooruitgang en operationele uitmuntendheid die borg staat voor competitieve activiteiten. Ze delen ook de wil de beste referentie ter wereld te worden in hun werkgebied;
  • ten slotte is er het sociale en milieu engagement, zoals dit tot uiting komt in de handleiding Rhodia Way, die bij alle managementbeslissingen een centrale plaats inneemt.

VIJF ACTIVITEITENCLUS-TERS WAARMEE RHODIA MARKTLEIDER IS

De activiteiten van de Rhodia-sector zijn gegroepeerd in elf wereldomspannende Business Units en vijf activiteitenclusters in de lijn van de marktlogica.

CONSUMER CHEMICALS

De cluster Consumer Chemicals werkt aan een aanbod dat beantwoordt aan de nieuwe consumptiegewoonten en aan de vraag naar producten die bijdragen tot een betere bescherming van gezondheid en leefmilieu. Deze cluster is een van de meest dynamische groeimotoren binnen de Groep. Van de drie hefbomen (organische groei, innovatie en gerichte overnames) is aangetoond dat ze doeltreffend zijn en dat we

er in 2011 de rendementsstijging met meer dan 30% ten opzichte van 2010 aan te danken hebben. Consumer Chemicals staat vooral ten dienste van de markt van de consumptiegoederen en kan worden gezien als een zeer sterke activiteit die ook in de toekomst op een rendabele en verantwoordelijke manier zou moeten blijven groeien.

Novecare is een wereldleider in de zeer performante chemische

Jaarverslag Solvay 2011

Solvay Rhodia

producten bestemd voor industriesegmenten die van cruciaal belang zijn (persoonlijke verzorging, detergenten, agrochemie, petroleum en gas, verf en industriële toepassingen). De kwaliteit van de productenportefeuille en het succes dat recente nieuwigheden hadden op het gebied van polymeren en formuleringen verklaren de sterke organische groei van de afzetin 2011. Bovendien maken de geslaagde integratie van Feixiang en het sterke en aanhoudende groeiritme van de verkoop (tweecijfergroei) dat Novecare het sterkst heeft bijgedragen tot de groei van de Rhodia-sector in 2011.

Bij de belangrijkste ontwikkelingen vermelden we de additieven voor producten voor plantenbescherming, voor de zeer dynamische agrochemische markt en nieuwe formuleringen voor de ontginning van schaliegas en -olie.

In het vierde kwartaal van 2011 heeft Novecare de bouw aangekondigd van een nieuwe productiesite voor oppervlakte-actieve stoffen in Zhuhai (China), terwijl de technologie op basis van guarplantderivaten is versterkt met de overname van de Suzhou Hiprofabriek in China en door de capaciteitsverhoging en de verbetering van het productieprocedé in de fabriek in Vernon (Texas, VS). Voorts is een intentiebrief ondertekend met het Russische bedrijf Siboer met het oog op de oprichting van een joint venture voor gespecialiseerde oppervlakte-actieve materialen om zo te voldoen aan de toenemende vraag van de plaatselijke markt.

Coatis, gevestigd in Brazilië, is de enige fenolproducent in Latijns-Amerika voor industriële harsen, de auto-industrie, hout en bouw. Het is ook marktleider voor meer natuurvriendelijke zuurstofhoudende oplosmiddelen en heeft ook een gamma oplosmiddelen ontwikkeld op basis van glycerine, hernieuwbare grondstof en restproduct van biodiesel, die verkocht worden onder de merknaam AUGEO™. Het bedrijf presteerde goed in 2011 ondanks het ongunstige effect van

de waardering van de Braziliaanse

real ten opzichte van de euro, die de concurrentiepositie van de plaatselijke industrie heeft aangetast. Het zijn de leiderschapsposities van Coatis in de regio en het succes van zijn innoverende producten die de tweecijfergroei van de verkoop en van de REBITDA elk jaar opnieuw verklaren.

2011 was het jaar van de verhoging van de productiecapaciteit voor fenol en de ontwikkeling van het AUGEO™ gamma. Met Cobalt Technologies is een alliantie aangegaan voor de ontwikkeling van de biobutanolmarkt in Latijns-Amerika.

Aroma Performance creëert

aroma's voor de voedingsmarkt en ook intermediaire producten voor de parfumerie, de levensmiddelenmarkt, de farmaceutische sector en de elektronica. Het bedrijf is wereldleider in vanille-aroma op basis van de

39

Overal ter wereld helpt de Rhodia-sector de auto-industrie in haar strijd voor een duurzamere mobiliteit, met gespecialiseerde oplossingen voor een verminderde uitstoot, verminderd energiegebruik en een betere veiligheid.

geïntegreerde difenolketen. In 2011 heeft het de FSSC 22000 (Food Safety System Certifi cation) accreditatie verworven voor de productie van vanilline en ethylvanilline in de fabrieken van Saint-Fons (Frankrijk) en van Bâton Rouge (Louisina, VS). De onderneming heeft ook werk gemaakt van een nieuwe positionering van zijn vanillinemerken RHOVANIL®, RHOVANIL® Natural en RHODIAROME®, die voortaan exclusief op de voedingssector gericht zijn, met een nadrukkelijke prioriteit voor voedselveiligheid.

Aroma Performance is overigens ook leider op de markt van de polymerisatie-inhibitoren voor de grote petrochemiebedrijven. Het zet er de herpositionering door van zijn productengamma door akkoorden voor langdurige samenwerking te sluiten met zijn klanten.

Het bedrijf heeft ook zijn industrieel platform (difenols) in Zhenjiang (China), waar de aanmaak van alle producten voor de markt van de inhibitoren voor agrochemie en parfumerie zijn gehergroepeerd, versterkt. Ten slotte heeft het bedrijf ook het liTFSI gecommercialiseerd, dit is het lithiumzout voor Autolib (systeem voor autodelen) met de elektrische auto's ontworpen door de Franse Bolloré-groep.

ADVANCED MATERIALS

Een andere krachtige groeipool van de Groep is Advanced Materials, dat de bedrijven Silica en Rare Earth Systems omvat en zeer performante industrieën bedient, zoals energiezuinige banden, autokatalysatoren en energiezuinige verlichtingssystemen. Deze cluster groeit sneller dan de organische groeiende markten die ermee worden bediend en ligt in de lijn van de duurzame ontwikkeling. Het concurrentiële voordeel voor de Groep zit in de technologische vooruitgang, de schaalvoordelen, de wereldwijde aanwezigheid, zijn innovatievermogen en de manier waarop hij voordeel haalt uit de evolutie in de regelgeving.

Beide bedrijven hebben bijgedragen tot de uitstekende prestaties van de cluster gedurende het hele jaar, met voor de zeldzame aardmetalen uitstekende prijsvoorwaarden die geleidelijk weer normaal werden na het hoogtepunt medio 2011. Zo is de REBITDA verdubbeld in vergelijking met vorig jaar. De toekomst voor deze cluster blijft er beloftevol uitzien.

Silica is wereldleider in sterk dispergeerbaar silicium geproduceerd op basis van natriumsilicaat en vooral van nut in de autobandenindustrie, de tandpastamarkt, de dierenvoeding,

scheiders in batterijen en performante producten in rubber. Rhodia heeft deze technologie in de jaren 1990 uitgevonden en ontwikkeld. In 2011 heeft de onderneming zijn voordeel gehaald uit de productiecapaciteit van de fabriek in Qingdao (China), in gebruik sinds het begin van dat jaar. Silica is ook blijven investeren in de verhoging van de productiecapaciteit van zijn fabrieken in Chicago Heights (Illinois), opgestart in het vierde kwartaal van 2011, en in Collonges (Frankrijk), die naar verwachting in het eerste semester van 2012 de productie zal aanvatten. Die investeringen samen verhogen de wereldproductiecapaciteit van de onderneming met 40%, zodat ze de groei van de plaatselijke en internationale vraag naar energiezuinige banden kan bijbenen.

Als wereldleider in formuleringen op basis van zeldzame aardmetalen, ontwikkelt Rare Earth Systems vernieuwende oplossingen voor toepassingen met hoge toegevoegde waarde. Deze producten vinden hun toepassing in spaarlampen, elektronica, LCD-televisieschermen alsook in de autosector waar ze helpen de uitlaatgassenuitstoot van auto's te verminderen. Zijn spitstechnologische oplossingen, de snelle ontwikkeling van

Solvay Rhodia

de productiecapaciteit en van zijn O&O in Azië en zijn unieke positie zowel in China als elders, op basis van langdurige partnerschappen met cruciale klanten, bieden het bedrijf een onovertroffen strategisch en duurzaam voordeel.

De markt wordt gekenmerkt door het Chinese beleid dat exportquota oplegt voor zeldzame aardmetalen. Het bedrijf heeft daarom al lang een strategie uitgebouwd voor de beveiliging en de diversifi ëring van zijn bevoorrading, en dit

houdt ook het gebruik van nieuwe recyclagemethodes in.

In de toekomst zou Rare Earth Systems de vruchten moeten kunnen plukken van de in het lopende jaar op te starten recyclage van zeldzame aardmetalen uit spaarlampen, NiMHbatterijen en oude magneten. Daar komt bij dat Rare Earth System in 2011 een strategische alliantie heeft gesloten met China Rare Metals and Rare Earth Co., met het oog op bevoorrading met zeldzame aardmetalen en de ontwikkeling van de technologie en van de markt, waarbij de concurrentiële voordelen van elk van de bedrijven over de hele waardeketen maximaal worden aangewend. Ter ondersteuning van de groei van de plaatselijke markt in China is in Lyang in 2011 een nieuwe productieeenheid gevestigd voor chemische verbindingen op basis van zeldzame aardmetalen voor de bestrijding van de vervuiling door het autoverkeer.

Nog te vermelden is dat Rhodia de Prix Pierre Potier gewonnen heeft voor innoverende chemie ten bate van duurzame ontwikkeling, toegekend door het Franse ministerie voor Industrie. Het kreeg de prijs

voor zijn katalysator-additief voor EOLYS POWER-FLEX™, deeltjesfi lters waarmee in de wereld al 1,5 miljoen voertuigen met dieselmotor zijn uitgerust.

POLYAMIDEMATERIALEN

De geïntegreerde productie van de polyamide 6.6-keten zorgt ervoor dat de sector kan rekenen op een eersterangspositie in de meestbelovende marktsegmenten. De industriële integratie levert hem ook een stevig structureel en concurentieel voordeel op. De polyamideactiviteiten zijn gehergroepeerd in drie ondernemingen. In de eerste jaarhelft van 2011 heeft de cluster kunnen rekenen op een volgehouden vraag en op een context van spanning tussen vraag en aanbod, die over het algemeen een hoge prijsaanpassingskracht opleverden. Toch begon de activiteit in de tweede jaarhelft te vertragen, en die vertraging viel samen met een sterke en steile prijsval van de belangrijkste grondstoffen (butadieen en cyclohexaan). Dit leidde in die periode tot zware druk op de marges.

Polyamide & Intermediates is de op één na grootste producent ter

productiecapaciteit met 40% opgetrokken hebben, hierbij rekening houdend met de reglementaire eisen inzake de etikettering van autobanden. De activiteit polyamide is buitengewoon competitief dankzij haar integratie in de gehele waardeketen.

start Rare Earth Systems binnenkort de recycling op van de zeldzame aardmetalen in oude lampen.

41

wereld van polyamide 6.6 en wereldleider van tussenproducten op basis van adipinezuur. Met het oog op een zo goed mogelijke klantenservice zijn betrouwbaarheidssystemen ingevoerd op alle sites en is de capaciteit van de sites in Freiburg (Duitsland) en Onsan (Zuid-Korea) verhoogd.

Engineering Plastics is gespecialiseerd in zeer performante technische kunststoffen, gecommercialiseerd onder de merknaam TECHNYL®. Ze worden gebruikt ter vervanging van metaal, verminderen sterk het gewicht

De polyamidevezels EMANA® en AMNI® garanderen de consument een groot gebruikscomfort.

en geven de ontwerper veel vrijheid. Ze vinden toepassing in hoogtechnische sectoren zoals de auto, de bouw, de energie, de elektronica en de consumptiegoederen. In 2011 heeft Engineering Plastics heel wat homologaties gekregen en is het begonnen met de verkoop van zijn nieuwe TECHNYL® eXten, een polyamide die gedeeltelijk van biologische oorsprong is, voor remsystemen. Ook is het een partnerschap aangegaan met Faurecia voor de ontwikkeling van licht binnenwerk voor autostoelen. Hiervoor gebruikt het technische polyamidekunststof met een hoge schokresistentie. Het heeft de productiecapaciteit verhoogd van zijn sites in Polen, Brazilië en China en heeft ook de activiteit Technische Kunststoffen overgenomen van het Indiase PI Industries Ltd om sneller te groeien.

Fibras is de belangrijkste producent in Latijns-Amerika van vezels in 6.6-polyamide, die gebruikt worden in de textielindustrie (damesondergoed, sportkleding, kousen, mode-artikelen) en in een aantal industriële toepassingen (banden, naaigaren, airbags, schuurmiddelen). Het bedrijf heeft de expertise in huis voor de productie van draden voor intelligent textiel, met anti-UV- en anti-bacteriële eigenschappen en heilzaam voor de vermindering van cellulitis, gecommercialiseerd onder de merknamen EMANA® en AMNI®.

ACETOW EN ECO SERVICES

Acetow en Eco Services zijn actief op specifi eke, rijpe en stabiele markten, waar partnerschappen met de klanten gevormd worden op basis van betrouwbaarheid, kwaliteitsvolle dienstverlening en zekerheid over de bevoorrading.

De cluster heeft mooie prestaties neergezet in 2011 dankzij zijn operationele uitmuntendheid en een sterkere concurrentiepositie. In de toekomst zou deze cluster normaal gezien even sterk moeten blijven.

Acetow ontwikkelt acetaatcellulose voor sigarettenfi lters en voor de textielindustrie. In 2011 heeft het een nieuw productie-eenheid in gebruik genomen in Freiburg (Duitsland) om zijn concurrentievermogen te versterken en de capaciteit van de site te verhogen.

Eco Services produceert en regenereert zwavelzuur dat in Noord-Amerika gebruikt wordt bij de raffi nage van benzine, de aanmaak van chemische producten en andere industriële toepassingen. In het kader van een baanbrekende overeenkomst met het Environmental Protection Agency in 2007, voor de vermindering van de uitstoot van zwaveldioxide met 90% tegen 2014, is het doorgegaan met de installatie van

controle materiaal op verscheidene sites.

SOLVAY ENERGY SERVICES

Op 1 januari 2012 heeft Solvay, als eerste concrete maatregel die voortvloeide uit de integratie van de Solvay- en Rhodia-groep, Solvay Energy Services opgericht. Deze nieuwe GBU heeft als opdracht de optimalisering van de energierekening en de vermindering van de uitstoot van CO2 voor rekening van de Groep en van derden.

De Groep heeft eind 2011 ook Orbeo voor 100% teruggekocht; vroeger 50-50 joint venture met de Société Générale en een hoofdrolspeler op de markten voor koolstofemissierechten.

Deze overname demonstreert de beslistheid waarmee Solvay de ontwikkeling wil voortzetten van de door Rhodia op het getouw gezette activiteiten voor de beperking van de broeikasgassenuitstoot. Hiermee kan het deze strijd tegen de klimaatverandering met nog meer beslistheid voeren door zijn aanbod inzake geïntegreerd management van energie en CO2 -uitstoot uit te breiden.

Solvay Energy Services steunt dus op de competentie en de cruciale knowhow van Solvay, Rhodia en Orbeo om enerzijds voor deze nieuwe groep energie aan te kopen tegen zo gunstig mogelijke voorwaarden, want de kosten hiervoor belopen 1,2 miljard EUR per jaar, en anderzijds om alle Business Units en productiesites van de Groep in hun beheer van energie en CO2 -uitstoot bij te staan. Hierbij is het goed te weten dat Solvay wereldwijd zelf energie produceert, met vandaag een geïnstalleerd vermogen van 1 000 MW.

De GBU gaat ook activiteiten ontwikkelen ten gunste van externe klanten om hen te helpen hun ecologische voetafdruk te beperken. Het zal hier

gaan om diensten op energiegebied, CO2 -management of de ontwikkeling van hernieuwbare energievormen en biobrandstof.

In 2011 heeft de GBU voortgewerkt aan haar eerste project voor energieproductie op basis van biomassa in Brazilië en in samenwerking met de onderneming Paraiso. In Lyon (Frankrijk) heeft zij een foto-elektrische centrale gelanceerd. Ze heeft de eerste stroomleveringen gekregen via het consortium Exeltium, waarbij Solvay en Rhodia van bij de oprichting betrokken waren. Ze heeft een samenwerkingsakkoord gesloten met Vattenfall, de SNCF en Arcelor

Mittal om tegemoet te komen aan de aanbestedingen voor de hernieuwing van hydro-elektrische concessies. In België heeft het bedrijf het project Blue Sky op poten gezet, samen met andere industriële grootgebruikers van elektrische stroom en met GDF Suez, om elektrische stroom afkomstig van kerncentrales te verkrijgen, gekoppeld aan een investering in de bouw van een gascentrale.

Het ontwikkelde ook de Solwattprojecten voor effi ciënt energiegebruik van de fabrieken van de Groep en om hun koolstofdioxide-uitstoot te verminderen.

Wat de activiteiten betreft, zijn de

jaarlijkse volumes aan gecertifi eerde emissieverminderingen of Certifi ed Emission Reduction (CER) en die van de emissiereductie-eenheden of Emission Reduction Units (ERU) opgelopen tot 14 miljoen ton in 2011. Vergeleken met het vorige jaar is de productie stabiel. De langetermijndekkingsstrategie bleek zeer effi ciënt te zijn, want de Groep profi teert van veel hogere verkoopprijzen dan die op de contantmarkt. Deze strategie strekt zich ook uit over het grootste deel van de in 2012 en 2013 te verwachten CER-productievolumes.

DOELSTELLING: DE UITSTOOT VAN BROEIKASGASSEN MET 20%

TERUGDRINGEN TEGEN 2020.

Als eerste GBU uit de integratie van Rhodia in de Solvay-groep, zal Solvay Energy Services een nog effi ciënter beleid voeren op het gebied van energiegebruik en de uitstoot van broeikasgassen. Het wil ook graag zijn knowhow ter beschikking stellen aan externe klanten die hun ecologische voetafdruk willen verkleinen.

43

Solvay New Business Development

Innoveren is onze passie, anticiperen onze plicht

Jaarverslag Solvay 2011

44

SOLVAY EN RHODIA CONCRETISEERDEN IN 2011 322 OCTROOIAANVRAGEN. DE TWEE ORGANISATIES HEBBEN GEMEENSCHAPPELIJKE DOELEN DIE ZE VLUGGER KUNNEN REALISEREN DANKZIJ DE LOPENDE INTEGRATIE.

Dynamischer innoveren voor een sterker leiderschap

Solvay heeft zijn Innovation Center, geïnstalleerd in april 2011, een drievoudige taak gegeven. De goede praktijken versterken en aanmoedigen op het gebied van het innovatiemanagement binnen de Solvay-groep, daarbij de innovatiecultuur bevorderen zodat elke entiteit haar projecten zo effi ciënt mogelijk beheert. Vervolgens zorgen voor een disciplineoverschrijdend O&O tussen de verschillende geledingen van de Groep, die elk instaan voor hun eigen werkmiddelen, programma's en prioriteiten. Ten slotte stuurt het Innovation Center ook de vier ontwikkelingsplatforms aan, die samen bijna 20% uitmaken van de investeringsen innovatie-inspanningen van de Groep.

Het Innovation Center zorgt voor een strategische bezinning met het Uitvoerend Comité betreffende de grote wetenschappelijke en technologische tendensen. Gericht op duurzame ontwikkeling wil de innovatieactie eerst technologische oplossingen aanbrengen voor een grote viervoudige maatschappelijke uitdaging: de schaarste aan natuurlijke grondstoffen, de leefmilieuproblematiek met inbegrip van de klimaatverandering, de neiging tot veralgemeende digitalisering en tot slot de voortdurende nood aan verbetering op het vlak van de gezondheidszorg en het welzijn.

In een geest van samenwerking spant het Innovation Center zich in om tussen de diverse geledingen voor coherentie te zorgen in de O&O-activiteiten en de synergie die er tussen bestaat maximaal te beheren. Op die manier wordt het mogelijk die projecten te herkennen en te analyseren waarvan men denkt dat hun uitvoering kan worden versneld of die eventueel meer hulp moeten krijgen. De specifi eke initiatieven van het Innovation Center vervolledigen de inspanningen van de BU's door ontwikkelingsprojecten van nieuwe businessactiviteiten te steunen en op lange termijn voor vernieuwing te zorgen. Deze zijn samengebracht in vier platforms, waarop hieronder wordt teruggekomen (Organische en drukbare elektronica, Hernieuwbare energie, de Chemie van het hernieuwbare en Nanotechnologie).

Net als het Innovation Center van de Groep heeft de O&O-Directie van de Rhodia-sector tot opdracht nieuwe groeigebieden op te sporen, daarbij gesteund door de grote, tendensen in de samenleving en het gebruik van ecologisch geïnspireerde procedés aan te moedigen (Process Step Change) in het bijzonder met gebruik van intensieve technologie. Als bezie-

Jaarverslag Solvay 2011

ler van de hele O&O-gemeenschap van de Sector, staat ze garant voor uitmuntendheid en het zo effi ciënt mogelijk gebruik van de beschikbare competentie. De ondernemingen die samen de Sector vormen nemen van hun kant de directe verantwoordelijkheid op over het geheel aan O&Omiddelen die toegekend zijn aan hun innovatie projecten.

Daarbovenop voert Solvay een actief Corporate Venturing-beleid, direct of via fondsen voor risicokapitaal waarin de Groep investeert. Deze aanpak heeft tot doel investeringsopportuniteiten te ontdekken in opkomende en vernieuwende activiteiten die stroken met de strategie van duurzame ontwikkeling van de Groep.

De innovatiestrategie van de Rhodiasector stoelt op talrijke vormen van externe wetenschappelijke samenwerking, meer in het bijzonder met vier gemengde onderzoeksteams in Frankrijk, in de Verenigde Staten en sedert 2011 ook in China. Het lab Eco-effi cient Products and Processes, gewijd aan de groene chemie, waarin de Rhodia-sector samenwerkt met het Centre National de la Recherche Scientifi que (Frankrijk), de Ecole Normale Supérieure de Lyon (Frankrijk) en de East China Normal University (China) is plechtig ingewijd op 4 november 2011 in Shanghai. De teams van de Rhodia-sector werken daarbuiten ook nog samen in een vijftigtal onderzoeksprojecten, waaronder partnerschappen die opgestart zijn op initiatief van de Franse regering en die moeten ten goede komen aan industriële activiteiten met toekomst.

Deze nieuwe projecten onderzoeken meer bepaald de chemie op basis van plantaardige oliesoorten (PIVERTproject) en de ontwikkeling van procedés die het leefmilieu steeds beter respecteren (IDEEL-project).

NEW BUSINESS DEVELOPMENT: PROGRAMMA'S GEORGANISEERD IN VIER PLATFORMS

New Business Development (NBD), beheerd door het Innovation Center, buigt zich over de ontwikkeling van de technologie van de toekomst en de realisatie van innovatieve producten met het nodige potentieel om uiteindelijk op grotere, industriële schaal te worden gefabriceerd.

ORGANISCHE, DRUK-BARE ELEKTRONICA

Sinds 2008 beschikt Solvay over een laboratorium op zijn site van Nederover-Heembeek (België), waar een dertigtal onderzoekers werken aan de creatie van nieuwe materialen en inkten voor de opkomende markt van de organische elektronica. De uiteindelijke toepassing waar naartoe wordt gewerkt zijn de organische lichtgevende diodes (OLED), de organische dunnefi lmtransistoren (OTFT) en organische foto-elektrische panelen (OPV). In de loop van het voorbije jaar werden de materialen die Solvay had ontwikkeld en waarop het octrooien had genomen, geïntegreerd in prototypes.

Solvay heeft de samenwerking met Plextronics, waarvan het de belangrijkste aandeelhouder is, verstevigd. Het gaat hier om een belangrijke investering. De samenwerking heeft vooral betrekking op de ontwikkeling van inktsoorten voor OLED, meer bepaald voor de emissie van wit licht voor verlichte tegels.

De samenwerking met de Amerikaanse onderneming Polyera Corp., waarin Solvay participeert, is sterker geworden. Polyera is een van de leiders in de ontwikkeling van materialen voor gedrukte transistoren

(OTFT).

Solvay werkt ook samen met Imec, een Belgisch onderzoekscentrum met wereldreputatie voor microelektronica, voor de ontwikkeling van nieuwe vormen van zeer performante organische foto-elektrische modules (OPV). Dit samenwerkingsverband kan rekenen op de beste materialen die voortkomen uit het onderzoek bij Plextronics en Polyera. Een module ontwikkeld door Solvay en Imec heeft onlangs nog een nieuw gecertifi eerd wereldrecord gevestigd voor de omzetting van zonne-energie in elektrische stroom. Het betreft hier een record in de categorie van de OPV-cellen met omgekeerde structuur, waarmee men de stabiliteit en de levensduur van de cellen verbetert. Dit huzarenstuk vormt een belangrijke stap in de ontwikkeling van deze technologie, die een duurzame energiebron tegen lage kostprijs zou kunnen opleveren.

HERNIEUWBARE ENERGIE

De Groep ontwikkelt samen met zijn partners materialen die onontbeerlijk zijn voor nieuwe oplossingen voor duurzame energie, zoals de brandstofbatterijen, foto-elektrische energie, de opslag van waterstof en een nieuwe generatie batterijen. In 2011 heeft Solvay zijn in 2006 begonnen partnerschap voortgezet met Umicore, de internationale groep gespecialiseerd in materiaaltechnologie. Hieruit is toen de joint venture SolviCore ontstaan, de Europese leider in membraanelektrodeassemblage (MEA). Parallel hiermee is Solvay via zijn Global Business Unit Specialty Polymers, een van de wereldleiders voor de ontwikkeling van de membranen voor deze MEA. De groep heeft inmiddels verscheidene samenwerkingsakkoorden afgesloten met de automobielindustrie voor de ontwikkeling van een fl uormembraan en een MEA voor de brandstofcel in de auto van morgen. Het is de bedoeling een elektrische auto te creëren met een actieradius

Solvay New Business Development

die vergelijkbaar is met die van voertuigen die rijden op fossiele brandstof.

Solvay heeft een brandstofcel op basis van de polymeermembraantechnologie, op zijn site in Lillo (België) geïnstalleerd. Met zijn vermogen van 1MW is dat een wereldprimeur. Dit is ook een van de verstgevorderde projecten van dit platform. De teams werken aan de toepassing van deze technologie in een Europese context. Het werk is vooral gericht op het vinden van oplossingen voor transportactiviteiten en goederenbehandeling.

Ook met het Britse bedrijf ACAL Energy, actief in de ontwikkeling van een nieuwe generatie brandstofcellen die goedkoper is dan de huidige technologieën, is de samenwerking voortgezet. De initiatieven die de Rhodia-sector op dit gebied heeft opgestart liggen in het verlengde van de activiteiten van dit platform.

Fabricatie van foto-elektrische cellen.

NANOTECHNOLOGIE

Doel van dit platform is op effi ciënte en bedachtzame wijze de mogelijke bijdrage van nanotechnologie te onderzoeken tot de productenportefeuille van de Groep en zijn Business Units. Hiertoe heeft het platform in samenspraak met de BU's een aantal projecten gekozen voor gericht onderzoek naar enkele van de belangrijkste thema's, zoals de nanogestructureerde oppervlakken op basis van speciale polymeren

(om zo hun eigenschappen zoals transparantie, onderhoudsgemak, gemakkelijke vochtopname, enz. te verbeteren) geïnstalleerd, de koolstofdeeltjes (voor de verbetering van de mechanische, elektrische of thermische eigenschappen van bepaalde polymeren), de metaaloxides (die het barrière-effect van polymeren kunnen verbeteren of gebruikt worden in transparante elektrodes), zelfgeassembleerde materialen.

De ploegen van dit platform brengen hun specifi eke knowhow in, zowel wat hun inzicht in het innoverend potentieel van nanotechnologie betreft als de methodes om nanogestructureerde materialen te gebruiken. Speciale aandacht gaat naar het begrijpen van de impact van deze technologie op de hygiëne, het leefmilieu en de veiligheid en naar de introductie van terzake relevante regelgeving.

Enkel al in 2011 hebben deze teams een twaalftal octrooien ingediend rond verschillende onderwerpen.

Ook zijn in de loop van het voorbije jaar talrijke vormen van samenwerking opgestart met externe partners uit de industrie of de onderzoekswereld.

DE CHEMIE VAN HET HERNIEUWBARE

Dit platform dat zowel georganiseerd is op het niveau van de activiteit New Business Development als dat van de Rhodia-sector, loopt vooruit op de evolutie van de chemie gebaseerd op een toenemend gebruik van duurzame grondstoffen en bereidt de evolutie voor van de productportefeuille en van de procedés van de Groep als antwoord op de evolutie van markten en technologieën. Het onderzoek concentreert zich meer bepaald op het gebruik in de toekomst van hernieuwbare grondstoffen van biologische oorsprong en van de industriële biotechnologie en de rol die beide zullen spelen in de opbouw van een nieuwe chemische industrie.

Solvay bestudeert de tranformatie van agrarische grondstoffen afkomstig van diverse teeltsoorten (suikerriet, zetmeel, cellulose, plantaardige oliesoorten, enz.) voor een competitieve productie van chemische intermediaire producten of voor de vorming van nieuwe monomeren waarmee de portefeuille van de gespecialiseerde polymeren kan worden uitgebreid. Zo is een akkoord gesloten met de Nederlandse start-up Avantium voor het gebruik van een monomeer van biologische oorsprong voor de polyamideketen. Dankzij de tussenkomst van het risicokapitaalfonds Aster, waarin de Rhodia-sector in 2011 investeerde en het risicokapitaalfond Capricorn waarin Solvay al eerder had geïnvesteerd, participeert de Groep in de fi nanciering van deze vernieuwende start-up.

De teams werken ook op de fractionering van de biomassa en de valorisering van de samenstellingen die eruit voort zouden kunnen komen. Op dit gebied is de Rhodia-sector een alliantie aangegaan met Cobalt Technologies in Brazilië om de biobutanolmarkt in Latijns-Amerika tot ontwikkeling te brengen.

Een ander onderzocht thema heeft te maken met de opvang en valorisatie van koolstofdioxide (CO2 ) door middel van nieuwe technologieën op het gebied van biosynthese en katalyse.

Bij deze vier platforms voegen we nu ook specifi eke projecten van de Rhodia-sector gegroepeerd rond twee grote domeinen toe. Aan de ene kant het domein van de materialen en geavanceerde formuleringen bedoeld om de technologische voorsprong te behouden en de design te verstevigen door modellering. Aan de andere kant het domein van de vanuit de ecologie ontstane vernieuwende procedés die korte metten maken met het verbruik van grondstoffen en energie, het verhinderen van uitstoot en de beperking van de investeringen.

Solvay Human Resources

Onze talenten combineren om de som der delen te overstijgen

DE NIEUWE GROEPSSTRUCTUUR, DIE FORMEEL IS INGEVOERD IN APRIL 2011, HEEFT ER TOE BIJGEDRAGEN DE VERANTWOORDELIJKHEID ZO DICHT MOGELIJK BIJ DE MARKTEN TE BRENGEN.

Jaarverslag Solvay 2011

De bedrijfscultuur aanpassen voor een performanter management

Door het versterken van de ondernemingscultuur en door haar medewerkers aan te moedigen de Groep te verstevigen, wil Solvay het performantiebeheer consolideren. Voortaan gebeurt de evaluatie van hoe iemand presteert op basis van individuele doelstellingen die samengaan met de strategische doelstellingen van de Groep. Elke medewerker kan gebruik maken van aangepaste instrumen ten en permanente vorming waardoor hij/zij zijn/haar talenten ten volle kan ontplooien.

De op geografi sche expansie gerichte strategie van de Groep is op zich een echte uitdaging voor de organisatie van het Human Resourcesbeleid. Om die veranderingen effi ciënt te begeleiden streefde het Horizonplan, ingevoerd in april 2011, verscheidene doelstellingen na waaronder de reorganisatie van de Groep om hem dichter bij zijn markten en zijn klanten te brengen. Dit heeft geleid tot een reorganisatie van de operationele structuur in Global Business Units (GBU) en Regional Business Units (RBU) bij de Sectoren Chemie en Kunststoffen, waarbij zich in 2011 een derde Sector heeft gevoegd, met name Rhodia.

In het kader van zijn programma Move for Growth had Rhodia ook een campagne opgestart gericht op gedragsverandering. De zo losgemaakte groeidynamiek maakte het mogelijk de klantgerichtheid te verbeteren en het anticipeer- en innovatievermogen te versterken. De Solvay- en de Rhodiaploeg zoeken nu de specifi eke

eigenschappen van elk van beide campagnes te combineren in het kader van de integratie.

Deze structurele aanpassingen geven ook een antwoord op de noodzaak om de bedrijfscultuur aan te passen aan een snel evoluerende samenleving. In dit verband zet Human Resources zich in om het gedrag van de medewerkers mee te laten evolueren om zo hun prestaties te verbeteren, en er tegelijk voor te zorgen dat ze zich op hun werk goed voelen.

Elke medewerker legt zijn doelstellingen vast conform met die van de Groep en is in staat om zijn vorderingen te meten. Na de invoering van nieuwe, gesofi sticeerde instrumenten en door voortaan te focussen op het gedrag en de manier van optreden van de medewerkers, geldt het beheer van de Human Resources bij Solvay als een referentie in de industrie.

GEDRAGSWIJZIGING VOOR MEER EFFICIËNTIE

Door zich op het individueel gedrag te richten, streeft Solvay ernaar dat iedere werknemer zich in zijn werk volledig kan ontplooien door een gedegen kennis van de vaste doelstellingen, een betere positionering in zijn werkomgeving en een beoordeling van het parcours dat afgelegd wordt bij het uitvoeren van die doelstellingen.

Door deze grote aandacht voor het gedragsaspect wil Solvay de verantwoordelijkheidszin van zijn personeelsleden aanwakkeren in hun omgang met de klanten, de collega's en andere personen die ze mogelijk ontmoeten in het kader van hun beroepsactiviteit. Voorts dragen de medewerkers, met een gedrag dat gebaseerd is op een duidelijke strategie, bij tot de groei en het rendement van de Groep.

GEDRAGSWIJZIGING AANMOEDIGEN

Het Change Leadership Model (CLM) is een methode waarmee Solvay poogt het gedrag van de medewerkers te wijzigen, verandering te ondersteunen en hen te helpen om hun doelstellingen te bereiken. CLM verstevigt de organisatiestructuur door een aanpassing van de gedragingen aan de bedrijfsomgeving en draagt zo bij tot de realisatie van de strategische prioriteiten van de Groep. CLM bevordert ook de creativiteit en zorgt ervoor dat relevante informatie gedeeld wordt. Het moedigt ook wederzijdse communicatie aan tussen de verantwoordelijken van de entiteiten. Het levert ook een toegevoegde waarde in het rendements- en loopbaanmanagement.

INDIVIDUELE PRESTATIES CONSOLIDEREN

De groei- en rendementsdoelstellingen komen slechts binnen bereik door een doeltreffend

HR e-Services, de portaalsite van Human Resources heeft een gebruiksvriendelijke en interactieve interface en is toegankelijk voor elk personeelslid van de Groep. Naast de hoofdzaken, zoals tijdsmanagement en evaluaties, vindt men er ook HR-nieuws, info over interne mobiliteit en dergelijke.

performantiemanagement op elk niveau van de onderneming. Om zover te geraken baseert de nieuwe structuur zich op de strategische doelstellingen van de Groep die ze omzet in performantie-indicatoren op GBU- en RBU-niveau. Die strategische doelstellingen worden vervolgens omgezet in individuele doelen, die zich preciezer laten meten. Op die manier draagt elke medewerker op een effi ciënte manier bij tot de versteviging van de operationele performantie.

ONMISBARE INSTRUMENTEN

In de afgelopen jaren zijn allerlei elektronische instrumenten gebaseerd op het Intranet van de groep in gebruik genomen om de organisatie te ondersteunen. De meest recente nieuwkomer, het nieuwe, interne e-portaal dient om op de dagelijkse en plaatselijke noden van het personeel in te gaan. Met het elektronisch evaluatieinstrument e-PDA is het mogelijk de informatie over de persoonlijke

Solvay Human Resources

ontwikkelingsdoelen te organiseren, vast te leggen en te delen. Het proces verloopt in drie stappen: planning, onderzoek en evaluatie. het biedt iedereen de mogelijkheid om op een georganiseerde manier in discussie te treden met hogergeplaatsten over de prestaties van het jaar, de bepaling van toekomstige doelen en de ambities inzake de verdere loopbaan.

LOOPBAAN UITBOUWEN

Dankzij de instrumenten die het ontwikkelingsproces ondersteunen is de Groep op de hoogte van de verwachtingen van de personeelsleden wat de evolutie van hun loopbaan betreft. In deze optiek hebben de Talent Round Tables zowel te maken met de evaluatie van de prestaties als met ieders potentieel. Ze helpen de managers van de entiteiten informatie uit te wisselen om zo het profi el van de kaderleden maximaal te valoriseren én ze vermijden dat men zich blindstaart op vastgeroeste beoordelingen. Voor de niet-kaderleden gebeurt de evaluatie op basis van lokale, specifi eke situaties bij elk van de geledingen van de Groep.

SOLVAY PEOPLE SURVEY

Om de twee jaar nemen alle werknemers overal ter wereld deel aan een grootscheepse opiniepeiling die bekendstaat als Solvay People Survey. De bedoeling is eenieders betrokkenheid te meten en mogelijke risico's op problemen aan het licht te brengen. Deze proactieve actie geeft iedereen de kans zijn verwachtingen uit te drukken, zijn gemoed te luchten en opmerkingen te maken of ideeën te spuien. Volop bezig met de reorganisatie heeft Solvay toch ook in 2011 de resultaten kunnen analyseren, ze waren iets minder talrijk, maar altijd gunstig. Deze informatie helpt bij het treffen van de juiste maatregelen of het oplossen van mogelijke problemen.

PERMANENTE VORMING

De vormingsprogramma's gegroepeerd binnen de Solvay Corporate University, bestrijken verschillende thema's waarmee de personeelsleden in hun ontwikkeling te maken krijgen, volgens hun functie, hun prestaties en hun potentieel. De verstrekte opleidingen van de Solvay Corporate University zijn

niet enkel didactisch van aard, maar ook gericht op zelfkennis, zodat de medewerkers zich bewust worden van hun capaciteiten en hun potentieel. Ze gaan gepaard met thematische seminaries. In een onderneming die volop in een mutatieperiode zit, worden ook meer specifi eke opleidingen aangeboden. Ze richten zich tot alle personeelsleden, al is de aanpak verschillend. Het uiteindelijke doel is iedereen beter te leren omgaan met veranderingen.

Bezoek van het Uitvoerende Comité in Italië.

De Solvay Corporate University organiseert talrijke programma's die talentrijke medewerkers van diverse landen de kans bieden zich te ontwikkelen en onderling ervaringen uit te wisselen, zoals hier in het kader van het leiderschapsprogramma "Pinnacle".

Jaarverslag Solvay 2011

51

Solvay Sustainable Development

De toekomst waarmaken

DUURZAME ONTWIKKELING IS EEN INTEGRAAL BESTANDDEEL VAN DE STRATEGISCHE EN OPERATIONELE AANPAK VAN DE SOLVAY-GROEP, ALS BRON VAN WAARDECREATIE VOOR DE GROEP OP LANGE TERMIJN.

Een aanvullend verslag op het jaarverslag, Sustainability indicators and progress 2011, geeft een overzicht van de pertinente indicatoren van Solvay en van de Rhodia-sector op het vlak van duurzame ontwikkeling en de opvolging ervan. Het is beschikbaar op www.solvay.com.

52

Een keuze voor verantwoordelijkheid krijgt concreet vorm

Deze aanpak verloopt langs drie krachtlijnen: de ontwikkeling van een activiteitenportefeuille gericht op een duurzame chemie, een verantwoordelijk beleid dat betrekking heeft op de volledige levenscyclus van de producten, en het streven naar een dialoog met alle betrokken partijen. Ook Rhodia gaf de duurzame ontwikkeling een centrale plaats in zijn strategie. De zich nu voltrekkende integratie zal deze beleidslijn nog versterken.

NAAR EEN DUURZAME CHEMIE

De ontwikkeling van een duurzame activiteitenportefeuille met optimaal gebruik van grondstoffen en middelen in de productie en het aanbieden van toepassingen voor de markten met duurzaamheidscriteria is een essentiële doelstelling van de Groep.

Tegenwoordig bestaat ongeveer 30% van de omzet van de Solvay-groep (met inbegrip van de Rhodia-sector) uit producten en markten die zich houden aan de voornaamste duurzaamheidseisen. De portefeuille van de Rhodia-sector past inderdaad geheel in deze evolutie.

De uitvoering van de duurzaamheidsstrategie blijkt ook uit de operationele praktijk. De opvolging van de 107 doelstellingen, vastgelegd voor de periode 2008-2012, gaat gepaard met een verhoogde responsabilisering van alle operationele geledingen van Solvay, meer bepaald op het gebied van leefmilieu, hygiëne en gezondheid. Solvay gebruikt hierbij een gestructureerd overzicht met

niet-fi nanciële indicatoren waarmee de uitvoering van de doelstellingen gemakkelijker kan worden gevolgd.

Van toepassing sinds 2007 bij alle Rhodia-entiteiten wil de Rhodia Way-actie, opgevat als ondersteuning van de performantie, ook altijd de verantwoordelijkheidscriteria beter integreren in de dagelijkse praktijk. In 2011 is deze actie geactualiseerd en ze is nu in overeenstemming met de de ISO 26000 norm voor Maatschappelijke verantwoordelijkheid en verant woordelijkheid voor het Leefmilieu.

DELEN EN DIALOGEREN MET DE BETROKKEN PARTIJEN

Dialogeren met ratingbureaus. De dialoog met institutionele beleggers en analisten van niet-fi nanciële ratingburaus schept voor de Groep meer duidelijkheid over de manier waarop het best vooruitgang geboekt kan worden op het stuk van verantwoorde praktijken. Voor de zwakke punten zijn er specifi eke acties: verbetering in de uitvoering van de strategie, met

leden van het Uitvoerend Comité en is gehergroepeerd in zes clusters. Een Sustainability Council waarin ook externe specialisten zatten, is volop in oprichting en zal het Uitvoerend

Portefeuille van gelijksgerichte en sterproducten & -markten 1 - % van de omzet voor oplossingen inzake de …

Deze evaluatie laat Pipelife, Inergy, en de Rhodia-sector buiten beschouwing.

Totaal dat bijdraagt tot gelijkgerichte en Ster-oplossingen 28%
Hogere voedselproductie 3%
Verbetering van netwerken voor afvalbeheer 5%
Verminderde blootstelling aan gevaarlijke en toxische bestanddelen 3%
Verbetering van drinkwaterbeheer 4%
Vermindering van het energieverbruik 13%

De analyse van de Solvay-activiteiten op basis van de SPM-methodologie bestrijkt de hele activiteitenportfolio voor de integration van Rhodia. De analyse van de Rhodia-portefeuille is gepland in 2012.

  1. Analyse volgens de SPM-methodologie op basis van duidelijk gedefi neerde en aanvaarde duurzaamheidscriteria. Gelijkgericht betekent dat het product in zijn markt(en) voldoet aan de duidelijke verwachtingen inzake duurzaamheid van de verbruikers. De stercategorie wordt toegekend als de markt daarenboven een sterk groeipotentieel vertoont.

inbegrip van performantie-indicatoren of verbetering van de performantie. In dit verband is het vermeldenswaard dat Solvay in 2011 is uitgeroepen tot een van beide fi nalisten van de prijs voor het beste verslag over duurzame ontwikkeling.

In 2011 is Solvay genoteerd in de FTSE4Good- en de FTSE KLD Global Sustainability Index. Solvay wordt zeer eervol geklasseerd door Vigeo en door Carbon Disclosure Project (CDP), in de categorie Fast Followers. Rhodia werd in 2010, toen het nog een beursgenoteerd bedrijf was, geselecteerd voor de internationale Dow Jones Sustainability Index, de Europese ASPI Eurozone en Ethibel, geëvalueerd door de CDP. Rhodia werd door het Europese ratingagentschap Vigeo ook onderscheiden als beste in zijn professionele categorie voor Maatschappelijke en Leefmilieuverantwoordelijkheid.

Het algemeen bestuur inzake duurzame ontwikkeling is binnen de Groep ook versterkt.

Het beleid met betrekking tot duurzame ontwikkeling in al zijn aspecten staat nu onder het gezag van de

Comité terzake direct adviseren. De grote O&O-projecten worden alle systematisch onderzocht vanuit het oogpunt van de duurzaamheid. De uitvoering van het referentiedocument Rhodia way wordt ook gevolgd door de Algemene Directie. Rhodia werd in 2011 bekroond met de Prijs voor Verantwoordelijk Bestuur in de categorie SBF 120 in Frankrijk die de integratie eerde van zijn nondiscriminatiebeleid.

Vertrouwensrelaties aanknopen met onze klanten en leveranciers.

In opvolging van het succes van het vrijwillige engagement onder de naam Vinyl 2010 van de Europese pvc-industrie (dat doelstellingen formuleerde voor de recycling van afval en de vervanging van bepaalde additieven), heeft Solvay zich ertoe verbonden deel te nemen aan de nieuwe campagne VinylPlus. Die wil de jaarlijkse recycling van pvc tegen het jaar 2020 op 800 000 ton brengen.

Door een overkoepelend selectieprogramma van onze transporteurs konden wij de veiligheid van de distributie van onze producten verbeteren. Er is een instrument ontwikkeld waarmee

de risico's verbonden aan de te volgen reisweg en de transportwijze kunnen worden gemeten en met elkaar vergeleken.

Rhodia integreert al verscheidene jaren Sociaal en Milieuverantwoord Ondernemen in zijn aankoopbeleid. In 2011 heeft Rhodia met de Franse overheid een bemiddelingscharter ondertekend dat voorziet in een billijke behandeling van leveranciers bij een eventueel geschil.

Voorts heeft Rhodia vorig jaar een forum georganiseerd over innovatie in verband met bevoorrading met biologische producten om betere partnerschappen op te zetten met de leveranciers in dit domein.

Partnerschap met de Europese en internationale vakbonden.

De dialoog van de directie van Solvay en de Werkgroep Duurzame Ontwikkeling van het Europees Ondernemingscomité, handelde in het bijzonder over welzijn op het werk, diversiteit, inzetbaarheid en demografi sche evolutie bij het personeel. Zo is een seminarie gehouden over demografi e, waaraan een grote groep personeelsafgevaardigden heeft deelgenomen.

In februari 2011 hebben Rhodia en de Internationale Federatie van Werknemers in de Chemie (ICEM) hun wereldomspannend akkoord voor sociale en leefmilieuverantwoordelijkheid voor een nieuwe periode van vijf jaar verlengd. Het behelst nu ook een nieuw gemeenschappelijk dialoogpanel dat zich zal bezighouden met voor de hele wereld geldende veiligheidsvraagstukken (Global Safety Panel). In 2011 heeft een ICEM-delegatie evaluatiemissies ondernomen naar Rhodiavestigingen in Rusland en China.

Het personeel nog beter sensibiliseren voor het duurzaamheidsstreven van de Groep.

Momenteel zijn door het Uitvoerend Comité gelanceerde acties aan de gang om er voor te zorgen dat iedereen zich schaart achter de duurzaamheidsdoelstellingen: de organisatie

Solvay Sustainable Development

Verdeling van de gecreëerde economische waarde – zonder de Rhodia-sector

Het grootste deel van de economische waarde die de Groep genereert wordt herverdeeld in de vorm van salarissen en de aankoop van grondstoffen en diensten.

van seminaries rond de HSE-cultuur, en fora waar tussen de verschillende lagen van de hiërarchie gediscussieerd wordt over duurzame ontwikkeling. Sinds 2009 wordt de vormingsmodule van Rhodia Way, Verantwoordelijke handelwijze, gebruikt in alle landen. Gemiddeld had 60% van de personeelsleden eind 2011 deze vorming gekregen. Met de laatste Rhodia Way-trofeeën uitgereikt voor de beste praktijken op het terrein, werden 6 projecten bekroond uit een totaal van 240.

Het verloningsbeleid van de Rhodiasector houdt sinds 2011 ook rekening met criteria in verband met duurzame ontwikkeling. Zo houdt 10% van de bonussen die worden toegekend aan de 3 000 kaderleden verband met de doelstellingen inzake maatschappelijke en leefmilieuverantwoordelijkheid in hun entiteit.

EEN VERANTWOORDE-LIJK MANAGEMENT VAN ONZE ACTIVITEITEN

De veiligheid van de mensen

en de installaties. Voor Solvay is een situatie zonder ook maar één ongeval de absolute prioriteit. Het programma van de Groep voor veilig gedrag bestrijkt tegenwoordig 66% van zijn fabrieken. Het draagt bij tot de verbetering van onaangepast gedrag en zet iedereen er toe aan advies en goede raad uit te wisselen, onverschillig welke plaats men binnen de hiërarchie inneemt. Hierbij komt nog de doelstelling van de Groep om zijn veiligheidsprogramma's uit te breiden tot de onderaannemers die op zijn productiesites aan de slag zijn. Dat is nu voor 98% uitgevoerd.

De veiligheidsresultaten van de Solvay-groep zijn zeer goed gebleven in 2011 met een ongevallenfrequentie met werkverlet van 0,8. Toch dient, ondanks alle preventie-inspanningen, in 2011 één dodelijk ongeval betreurd met een persoon aan het werk bij een transportband op de Okorusu-site in Namibië.

De Rhodia-sector heeft zijn beheerssysteem voor veiligheid en leefmilieu verbeterd met een nieuw referentiesysteem RCMS (Rhodia Care Management System). De inspanningen om de menselijke factor hier nader bij te betrekken worden door middel van twee programma's voortgezet op de Franse productiesites: STOP bestemd voor de kaderleden en VIGILANCE (Waakzaamheid, dat zich tot alle personeelsleden richt en specifi ek belang hecht aan de menselijke factoren). In 2012 zullen deze

programma's overal zijn ingevoerd.

Betere informatie over productveiligheid.

In de context van de Global Stewardship-verbintenis van de ICCA heeft Solvay fi ches opgesteld met een bondige beschrijving van de eigenschappen van een aantal producten. Deze vulgarisatie gebeurde met het grote publiek voor ogen. Vanaf begin 2012 zullen 60 van die fi ches raadpleegbaar zijn op de internetsite van de ICCA. De Groep zet ook de voorbereiding van de REACH-dossiers voort die tegen juni 2013 moeten worden geregistreerd. Veel werk is ook gepresteerd voor de toepassing van de nieuwe Europese en wereldwijde wetgeving voor de geharmoniseerde klassering en etikettering van chemische substanties, door de verdeling van aangepaste veiligheidsfi ches (SDS) onder klanten en gebruikers, in de talen van het betreffende land.

Verwezenlijking van de projecten brengt ons doel binnen bereik om de directe en indirecte uitstoot van broeikasgassen en het totale energieverbruik met 20% te verminderen. Na de belangrijke winst die in de periode 1990-2000 is gerealiseerd inzake effi ciënt energiegebruik dankzij de bouw van

De in 2011 geboekte vooruitgang bouwt verder op de vorderingen die te danken waren aan de actieprogramma's voor een veiliger gedrag van de onderaannemers. Het resultaat van Rhodia, geconsolideerd voor het hele jaar 2011, draagt zichtbaar bij tot de dit jaar vastgestelde verbetering.

  1. Ongevallen met werkverlet per miljoen werkuren. 3. Joint ventures = Pipelife en Inergy

een reeks warmtekrachtcentrales (WKK), bestudeert de Groep nu een nieuwe reeks van dergelijke warmtekrachtprojecten in Europa, Brazilië en de Verenigde Staten. Binnen de Groep zijn nog twee andere initiatieven in uitvoering. Voor de bestaande productie-eenheden is het project Solwatt erop gericht nieuwe mogelijkheden voor energiebesparingen op te sporen tegen eind 2013 (drie sites zijn hiervoor al doorgelicht). Twee nieuwe elektrolyses op basis van membraantechnologie gaan in de loop van 2012 in werking treden, één in Lillo (België), de andere in Tavaux (Frankrijk). Ze zullen een energiewinst van 17% opleveren. Van zijn kant heeft Rhodia in 2011 diverse projecten voor energie-effi ciëntie opgezet als onderdeel van een vijfjarenplan voor het leefmilieu, dat mikt op een daling

van het energieverbruik met 8%. De Franse overheid voert momenteel een evaluatie-onderzoek uit naar een project voor energieproductie op basis van biomassa op de Solvay-site in Dombasle (Frankrijk).

Voorts heeft Rhodia in 2011 productie-eenheden voor biogas opgestart in Azië. Het investeert ook in de productie van energie uit de pulp van uitgeperst suikerriet.

Naast de acties tegen de broeikasgassen zijn er andere inspanningen om de vooropgestelde daling met 20% van de uitstoot in de lucht en in het water in de periode 2006-2020 te realiseren. De evaluatie van hoe de diverse sites presteren op het gebied van de best beschikbare technieken (BBT) voor het leefmilieu is voltooid met

meer dan 500 evaluaties uitgevoerd. Solvay heeft een vrijwillig programma voor bodemsanering voorgesteld en een origineel nul-afvalproject voor de nieuwe industriële site van Panoli (India). In Santo Andre (Brazilië) en Bahia Blanca (Argentinië) zorgen nieuwe aanvullende verbrandingsovens voor een effi ciëntere controle van de uitstoot en een verbetering van de luchtkwaliteit.

Bijkomende stappen zijn gezet in de behandeling van de historische bodemvervuiling in Spinetta en Rosignano (Italië).

Rhodia heeft de verbetering voortgezet van zijn units voor de vermindering van zwaveloxide op de sites van de GBU Eco Services (Verenigde Staten) en van die van stikstof in Chalampé (Frankrijk) om ze op BBT-niveau te brengen.

Totaal primair energieverbruik

Energieverbruik voor productiedoeleinden. Direct verbruik en indirect verbruik (gekochte energie) –

2006 2007 2008 2009 2010 2011
1 000 Terajoules 195 199 193 173 202 206

Evolutie bij ongewijzigde perimeter: evolutie waarbij rekening wordt gehouden met de evolutie van het totaal aantal productiesites en de productievolumes.

Rhodia-sector

2006 2007 2008 2009 2010 2011
1 000 Terajoules 74.0 65.0 61.0 53.9 57.0 56.4

De Rhodia-sector heeft als doelstelling zijn energie-effi ciëntie met 1,5% per jaar te verhogen in de periode 2010-2015, over die periode is dat dus 8%. In 2010-2011 is de totale energie-effi ciëntie (energieverbruik per geproduceerde ton) nog toegenomen met 2,9%.

Uitstoot van broeikasgassen

2006 2007 2008 2009 2010 2011
1 000 ton
CO2
-equivalent
14 729 14 853 14 512 13 183 15 197 14 486

De vermindering is in ruime mate toe te schrijven aan verminderde uitstoot van broeikasgassen (andere dan CO2 ).

Evolutie bij constante perimeter: evolutie waarbij rekening wordt gehouden met de evolutie van de portefeuille van industriële sites en geproduceerde volumes.

Rhodia-sector

2006 2007 2008 2009 2010 2011
1 000 ton
CO2
-equivalent
22 560 8 403 6 564 5 335 4 524 4 316

Rhodia heeft zijn uitstoot sinds 2005 met 80% verminderd. Deze vermindering werd hoofdzakelijk bereikt door investeringen op 4 sites, waardoor het bedrijf ongeveer 14 miljoen ton CER gecertifi ceerde emissiereductierechten (CER) genereerde. (1 CER is een in het Kyoto-Protocol gebruikte waarde-eenheid die staat voor 1 ton CO2 -equivalent).

Zie het verifi catieverslag van Ernst & Young and PricewaterhouseCoopers gepubliceerd in het aanvullend document Sustainability indicators 2010 op het internet: www.solvay.com/EN/Lit/ Literature.aspx

56

Solvay Sustainable Development

Totale uitstoot in lucht en water* – zonder de Rhodia-sector

Evolutie bij ongewijzigde perimeter sinds 2006.

Nieuwe, meer eco-effi ciënte productie-eenheden.

Solvay heeft in Thailand de grootste waterstofperoxidefabriek ter wereld gebouwd. Het productieproces gebruikt de hoogrendementstechnologie van Solvay die het energieverbruik en de hoeveelheid afvalwater sterk reduceert. Op de site van Onsan (Korea) wordt een nieuw type micro-fabriek voor fl uorproductie geëvalueerd om samen met Air Liquide deze productiemodules uit te baten. Aangezien ze nabij de installatie van de klant (fl at screen, fotovoltaïsche panel) staan, elimineren ze risico's bij het transport van het product. Daarbij komt dat fl uorgas een alternatief is voor een gas met een aanzienlijk broeikaseffect, zoals CF4 of NF3 .

Het waterverbruik verminderen en de biodiversiteit verbeteren.

Een programma is gelanceerd om op de industriële sites beter de waterstromen te meten en te modelleren en nieuwe mogelijkheden te vinden tot besparingen, vooral in regio's met een hoge waterstress. Wat de biodiversiteit betreft, is het herstellen van oude dijken en steengroeven die Solvay in bezit heeft een voortdurend proces. 8 000 hectaren zijn zo gesaneerd tot natuurgebied, waarvan 1 600 heraangeplant en vaak ook herbebost. Voor Rhodia werd het jaar 2011 gekenmerkt door programma's ter beperking van het waterverbruik. Ook hebben de meeste sites waarvan het effl uent in de natuur terechtkomt de studie beëindigd van hun effect op de biodiversiteit van het water.

Gemeten en gecontroleerde prestaties.

Bovenop de basisindicatoren die in dit document worden gebruikt is er een bijlage bij het Jaarverslag, Sustainability indicators and progress 2011 – die een tachtigtal niet-fi nanciële performantie-indicatoren van Solvay becommentarieert. Hieraan worden

voor dit jaar afzonderlijk een serie indicatoren van Rhodia toegevoegd voor 2011, dit in afwachting van de volledige integratie in de loop vanaf 2012.

De reporting van de energiecijfers, de cijfers inzake broeikasgassen en uitstoot in het leefmilieu worden gecontroleerd. In 2010 heeft Ernst & Young in een rapport de methode van deze reporting over energieverbruik en impact op het leefmilieu onderzocht. In 2011 is dit kritische onderzoek verdiept en uitgebreid tot de gerapporteerde gegevens. De reporting van Rhodia is door PricewaterhouseCoopers onder de loep genomen.

De integratie van de gegevens van de Rhodia-sector loopt. Zij vergt coördinatie in de defi niëring en de berekeningswijze van de indicatoren. Enkel de indicator van de persoonlijke ongevallen is gebaseerd op geïntegreerde gegevens. De vermelde cijfers zijn representatief voor de Groep in 2011 en de voorafgaande jaren, maar de perimeters kunnen variëren al naargelang van de gehanteerde parameter. Zij respecteren, alvast voor de broeikasgassen en het energieverbruik, de richtlijnen van het GRI (Global Reporting Initiative) die de operationele perimeter als basis opleggen.

* Zie het verifi catieverslag van Ernst & Young over de emissies in 2011, niet-aangepast aan de wijzigingen in de consolidatieperimeter.

Uitvoerend Comité* en Algemeen Directeuren

Christian Jourquin * VOORZITTER VAN HET UITVOEREND COMITÉ Chief Executive Offi cer

Jean-Pierre Clamadieu * DEPUTY CHIEF EXECUTIVE OFFICER

Bernard de Laguiche * ALGEMEEN DIRECTEUR FINANCIËN Chief Financial Offi cer

Jacques van Rijckevorsel

Jacques van Rijckevorsel * ALGEMEEN DIRECTEUR VAN DE SECTOR KUNSTSTOFFEN Group General Manager of Plastics Sector

Vincent De Cuyper * ALGEMEEN DIRECTEUR VAN DE SECTOR CHEMIE Group General Manager of Chemicals Sector

Jean-Michel Mesland * ALGEMEEN DIRECTEUR TECHNOLOGIE, ONDERZOEKSDIENSTEN EN INKOOP Group General Manager Technology, Research Services and Procurement

Roger Kearns * ALGEMEEN DIRECTEUR VAN DE REGIO AZIË - STILLE OCEAAN Region General Manager Asia-Pacifi c

Gilles Auffret * ALGEMEEN DIRECTEUR VAN DE SECTOR RHODIA Group General Manager of Rhodia Sector

Jaarverslag Solvay 2011

Corporate Uitvoerend Comité en Algemeen Directeuren

Daniel Broens ALGEMEEN DIRECTEUR HUMAN RESOURCES Group General Manager Human Resources

Dominique Dussard GROUP GENERAL COUNSEL

Michel Defourny SECRETARIS-GENERAAL Group Corporate Secretary

59

Solvay Financiën deel 2

Financiële informatie

VERSLAG VAN DE RAAD VAN BESTUUR pagina
11
GECONSOLIDEERDE JAARREKENING pagina
61
– Winst- en verliesrekening pagina
61
– Overzicht van het totaalresultaat pagina
62
– Kasstroomoverzicht pagina
63
– Balans pagina
64
– Mutatieoverzicht van het eigen vermogen pagina
65
TOELICHTINGEN BIJ DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING pagina
66
– IFRS-grondslagen voor fi nanciële verslaggeving pagina
66
– Cruciale beoordelingen en belangrijkste bronnen van schattingsonzekerheden pagina
90
– Algemene beschrijving van de segmenten pagina
91
– Toelichtingen bij de winst- en verliesrekening pagina
93
– Toelichtingen bij het overzicht van het totaalresultaat pagina 105
– Toelichtingen bij het kasstroomoverzicht pagina 107
Overname van Rhodia en pro forma informatie pagina 109
– Toelichtingen bij de balans pagina 115
– Toelichtingen bij het mutatieoverzicht van het eigen vermogen pagina 147
– Overige toelichtingen pagina 148
– Riscobeheer pagina 150
– De consolidatiekring 2011 pagina 164
VERKORTE JAARREKENING VAN SOLVAY NV pagina 178
VERSLAG VAN DE COMMISSARIS pagina 180

Jaarverslag Solvay 2011

Geconsolideerde jaarrekening

Deze jaarrekening werd door de Raad van Bestuur vrijgegeven voor publicatie op 15 februari 2012.

Ze werd opgesteld in overeenstemming met de IFRS-grondslagen voor fi nanciële verslaggeving, zoals beschreven in de volgende pagina's. De informatie die verband houdt met de verbonden partijen en dat vereist wordt door IAS 24, bevindt zich in het hoofdstuk over deugdelijk bestuur.

Winst- en verliesrekening

Miljoen EUR Toelichtingen 2010 2011
Omzet (1) (2) 5 959 8 109
Kostprijs van de omzet -4 833 -6 545
Brutomarge (3) 1 126 1 564
Commerciële en administratieve kosten (4) -482 -660
Kosten van Onderzoek en Ontwikkeling (5) -125 -156
Overige operationele opbrengsten en kosten (6) 6 -60
Aandeel in de winst van geassocieerde deelnemingen en joint ventures verwerkt volgens
de equity-methode
(7) 46 61
REBITDA 930 1 208
REBIT (8) 571 748
Niet-recurrente elementen (9) -317 -188
EBIT 254 560
Lasten als gevolg van leningen (10) -138 -159
Renteopbrengsten uit leningen en korte-termijnbeleggingen (10) 22 39
Overige fi nancieringsopbrengsten en -kosten (10) -10 -16
Disconteringskosten van de voorzieningen (*) (10) -52 -72
Winsten/verliezen uit deelnemingen beschikbaar voor verkoop 0 1
Resultaat vóór belastingen 76 354
Winstbelastingen (11) 21 -19
Resultaat uit voortgezette bedrijfsactiviteiten 97 334
Resultaat uit beëindigde bedrijfsactiviteiten 1 726 -38
Nettowinst van het jaar (12) 1 823 296
Minderheidsbelangen -47 -50
Aandeel van Solvay in nettoresultaat 1 776 247
Gewone winst per aandeel uit voortgezette bedrijfsactiviteiten (EUR) (13) 0,62 3,51
Gewone winst per aandeel uit beëindigde bedrijfsactiviteiten (EUR) 21,22 0,47
Gewone winst per aandeel (EUR) 21,84 3,04
Verwaterde winst per aandeel uit voortgezette bedrijfsactiviteiten (EUR) (13) 0,62 3,49
Verwaterde winst per aandeel uit beëindigde bedrijfsactiviteiten (EUR) 21,18 0,47
Verwaterde winst per aandeel (EUR) 21,80 3,03
RATIO'S
Brutomarge in % van de omzet 18,9% 19,3%
Times charges earned 4,5 5,5
Winstbelastingen / Resultaat vóór belastingen -27,9% 5,5%

Times charges earned = REBIT / fi nancieringskosten. De toelichtingen volgen na de gedetailleerde jaarrekening

Overzicht van het totaalresultaat

Miljoen EUR Toelichtingen 2010 2011
Nettowinst van het jaar 1 823 296
Winsten en verliezen op herwaarderingen van voor verkoop beschikbare
fi nanciële activa
(15) -10 -8
Winsten en verliezen op afdekkingsinstrumenten in een
kasstroomafdekking
(15) 2 3
Niet opgenomen actuariële winsten/verliezen van toegezegde
bijdragenregelingen
(15) -183 -105
Wisselkoersverschillen uit buitenlandse activiteiten (15) 251 58
Aandeel in de andere elementen van het totaalresultaat van
geassocieerde deelnemingen en joint ventures verwerkt volgens de
equity-methode
(15) 27 -30
Winstbelasting met betrekking tot de andere elementen van het
totaalresultaat
(15) 52 28
Andere elementen van het totaalresultaat, na belastingseffecten
(other comprehensive income)
139 -54
Totaalresultaat van het jaar (total comprehensive income) 1 962 242
toegerekend aan de:
- eigenaars van de moedermaatschappij 1 876 202
- minderheidsbelangen 86 40

Kasstroomoverzicht

De onderstaande bedragen zijn inclusief het effect van beëindigde bedrijfsactiviteiten.

Miljoen EUR Toelichtingen 2010 2011
EBIT 287 515
Afschrijvingen en bijzondere waardevermindering van activa* (16) 607 455
Wijzigingen in het werkkapitaal (17) -34 303
Wijziging in de voorzieningen (18) 21 -187
Betaalde winstbelastingen -96 -163
Andere (19) -194 -128
Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten 590 794
Verwerving (-) van dochterondernemingen (20) 0 -3 984
Verwerving van de geldmiddelen van Rhodia (20) 0 931
Verwerving van de geldmiddelen van Orbéo (20) 0 67
Verwerving (-) van deelnemingen - Andere (20) -170 -212
Vervreemding (+) van dochterondernemingen (20) 4 430 0
Vervreemding (+) van deelnemingen - Andere (20) 279 40
Verwerving (-) van materiële vaste activa en immateriële activa (20) -286 -602
Vervreemding (+) van materiële vaste en immateriële activa (20) 19 17
Ontvangen dividenden 1 1
Wijziging in fi nanciële vaste activa -206 60
Andere 1 0
Kasstromen uit investeringsactiviteiten 4 068 -3 681
Verhoging (+) / terugbetaling (-) van kapitaal (21) -27 31
Verwerving (-) / vervreemding (+) van eigen aandelen (23) -83 10
Wijzigingen in de schulden 12 -97
Wijzigingen in de overige vlottende fi nanciële activa -3 701 3 278
Lasten als gevolg van leningen -142 -159
Renteopbrengsten uit leningen en korte-termijnbeleggingen 22 39
Andere -10 -16
Dividenden ontvangen van geassocieerde deelnemingen en joint 32 56
ventures verwerkt volgens de equity-methode
Betaalde dividenden -248 -266
Kasstromen uit fi nancieringsactiviteiten -4 144 2 877
Nettowijziging in de geldmiddelen en kasequivalenten 515 -10
Wisselkoerswijzigingen 25 -1
Geldmiddelen bij de opening van het boekjaar 1 415 1 954
Geldmiddelen bij de sluiting van het boekjaar (32) 1 954 1 943
Free cash fl ow uit voortgezette bedrijfsactiviteiten 117 371
Free cash fl ow uit beëindigde bedrijfsactiviteiten 35 -44

*Op materiële vaste activa immateriële activa en goodwill De toelichtingen volgen op de jaarrekening

Kasstroomoverzicht van de beëindigde bedrijfsactiviteiten

Miljoen EUR Toelichtingen 2010 2011
Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten 35 -44
Kasstromen uit investeringsactiviteiten 4 430 0
Kasstromen uit fi nancieringsactiviteiten 0 0
Nettowijziging in de geldmiddelen 4 465 -44

Free cash fl ow = kasstroom uit bedrijfsactiviteiten + kasstroom uit investeringsactiviteiten, behalve verwerving/verkoop van dochterondernemingen en andere deelnemingen + ontvangen dividenden van geassocieerde deelnemingen en joint ventures geconsolideerd volgens de equitymethode.

Balans

Miljoen EUR Toelichtingen 2009 2010 2011
ACTIVA
Vaste activa 4 923 5 090 12 064
Immateriële activa (24) 105 111 1 705
Goodwill (25) 71 68 2 599
Materiële vaste activa (26) 3 380 3 276 5 652
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop (27) 68 62 80
Geassocieerde deelnemingen (28) 466 346 704
Overige deelnemingen (29) 196 275 125
Uitgestelde belastingvorderingen (11b) 525 631 780
Leningen en andere activa op lange termijn (33) 112 322 420
Vlottende activa 7 173 8 633 7 373
Voorraden (30) 672 761 1 578
Handelsvorderingen (33) 1 270 1 651 2 311
Fiscale vorderingen 8 12 43
Te ontvangen dividenden 0 1 0
Overige vlottende vorderingen - Financiële instrumenten (32) 26 3 722 464
Overige vlottende vorderingen - Andere 322 533 938
Geldmiddelen en kasequivalenten (32) 1 415 1 954 1 943
Activa aangehouden voor verkoop - Farma 3 408 0 0
Activa aangehouden voor verkoop (34) 53 0 95
Totaal van de activa 12 096 13 723 19 437
PASSIVA
Totaal eigen vermogen 5 024 6 708 6 653
Aandelenkapitaal 1 271 1 271 1 271
Reserves 3 347 5 017 4 885
Minderheidsbelangen 406 419 497
Langlopende verplichtingen 4 549 4 692 8 179
Voorzieningen op lange termijn: personeelsbeloningen (31) 1 025 1 003 2 595
Overige voorzieningen op lange termijn (31) 763 946 1 325
Uitgestelde belastingverplichtingen (11b) 172 163 710
Financiële schulden op lange termijn (32) 2 546 2 535 3 374
Overige langlopende verplichtingen 43 46 174
Kortlopende verplichtingen 2 524 2 323 4 605
Voorzieningen op korte termijn: personeelsbeloningen (31) 6 78 39
Overige voorzieningen op korte termijn (31) 50 58 230
Financiële schulden op korte termijn (32) 129 148 794
Handelsschulden (33) 700 1 428 2 232
Fiscale schulden 50 62 51
Te betalen dividenden 100 100 100
Overige kortlopende verplichtingen 466 450 1 159
Verplichtingen verbonden aan activa aangehouden voor
verkoop
1 012 0 0
Verplichtingen verbonden aan activa aangehouden voor 11 0 0
verkoop
Totaal van de passiva 12 096 13 723 19 437
RATIO'S 2009 2010 2011
Return on equity (ROE) 11,1% 26,7% 4,3%
Net debt to equity ratio 24,6% ns 26,5%

ROE = nettowinst Groep / totaal eigen vermogen voor toewijzigingen van herwaarderingsreserve direkt aan het eigen vermogen.

Net debt to equity ratio = nettoschulden / eigen vermogen. Nettoschulden = fi nanciële schulden op korte en lange termijn - geldmiddelen en kasequivalenten.

De toelichtingen volgen op de gedetailleerde jaarrekening

Mutatieoverzicht van het eigen vermogen

Eigen vermogen toe te rekenen aan de aandeelhouders van de
moedermaatschappij
Aandelen Uitgifte Inge Eigen Wissel Deelnemingen Herwaarderingsreserve (reële waarde)
Kasstroom
Toegezegd Totaal Minderheids Totaal
Miljoen EUR kapitaal premie houden
winsten
aan
delen
koers
verschillen
beschikbaar
voor verkoop
afdekkingen Pensioen
plannen
belangen eigen
vermogen
Saldo per 31/12/2009 1 271 18 4 272 -218 -612 21 3 4 754 406 5 160
Saldo na aanpassing 1 271 18 4 272 -218 -612 21 3 -136 4 617 406 5 024
per 01/01/2010
Nettoresultaat van de 1 777 1 777 46 1 823
periode
Baten en lasten direct 238 -10 1 5 235 40 275
opgenomen in eigen
vermogen
Totaalresultaat 1 777 238 -10 1 5 2 012 86 2 098
Kost van 10 10 10
aandelenopties
Dividenden
-240 -240 -8 -248
Verwerving / -83 -83 -83
vervreemding van
eigen aandelen
Toename (Afname) -22 -22 -65 -86
via wijzigingen
in deelneming
zonder verlies van
zeggenschap
Andere -6 -6 -6
Saldo per 31/12/2010 1 271 18 5 791 -301 -374 11 4 -131 6 289 419 6 708
Nettoresultaat van de
periode
247 247 50 296
Baten en lasten direct 42 -8 8 -86 -44 -10 -54
opgenomen in eigen
vermogen
Totaalresultaat 247 42 -8 8 -86 202 40 242
Kost van aandelenopties 9 9 9
Dividenden -250 -250 -14 -263
Verwerving / 10 10 10
vervreemding van
eigen aandelen
Toename (Afname) -100 -100 52 -48
via wijzigingen
in deelneming
zonder verlies van
zeggenschap
Andere -4 -4 -4
Saldo per 31/12/2011 1 271 18 5 693 -292 -332 3 12 -217 6 156 497 6 653

65

Toelichtingen bij de geconsolideerde jaarrekening

IFRS-grondslagen voor fi nanciële verslaggeving

De belangrijkste grondslagen voor het opstellen van deze geconsolideerde jaarrekening worden hieronder beschreven:

1. Algemene informatie en geldende IFRS-grondslagen

Solvay (de 'Onderneming') is een naamloze vennootschap naar Belgisch recht, genoteerd op NYSE Euronext Brussel en sinds 23 januari 2012 ook NYSE Euronext Parijs. De belangrijkste activiteiten van de Onderneming, haar dochterondernemingen en joint ventures (waarnaar verwezen wordt als de 'Groep') staan beschreven in toelichting 1 over de informatie per segment.

De geconsolideerde jaarrekening per 31 december 2011 is opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd binnen de Europese Unie.

Deze geconsolideerde jaarrekening is eveneens opgesteld in overeenstemming met IFRS zoals gepubliceerd door de International Accounting Standards Board (IASB).

a. Standaarden en interpretaties toepasbaar voor het boekjaar beginnend op 1 januari 2011

  • Verbeteringen aan IFRS (2009-2010) (normaal toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2011)
  • Aanpassing van IAS 24 Informatieverschaffi ng over verbonden partijen (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2011). Deze standaard vervangt IAS 24 Informatieverschaffi ng over verbonden partijen zoals uitgegeven in 2003.
  • Aanpassing van IAS 32 Financiële instrumenten: Presentatie Classifi catie van claimemissies (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 februari 2010)
  • IFRIC 19 Afl ossing van fi nanciële verplichtingen met eigenvermogensinstrumenten (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 juli 2010)
  • Aanpassing van IFRIC 14 IAS 19 Beperking van activa uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen, minimale fi nancieringsverplichtingen en hun interactie – Vooruitbetalingen van een minimale fi nancieringsverplichting (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2011)

De toepassing van de hierboven vermelde wijzigingen aan standaarden en nieuwe interpretaties hebben geen belangrijke invloed gehad op de jaarrekening.

b. Standaarden en interpretaties gepubliceerd, maar nog van toepassing voor het boekjaar beginnend op 1 januari 2011

  • IFRS 9 Financiële Instrumenten en de daaropvolgende aanpassingen (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2015)
  • IFRS 10 Geconsolideerde jaarrekening (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2013)
  • IFRS 11 Gezamenlijke overeenkomsten (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2013)
  • IFRS 12 Informatieverschaffi ng over betrokkenheid in andere entiteiten (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2013)
  • IFRS 13 Waardering van de reële waarde (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2013)
  • Aanpassing van IFRS 7 Financiële instrumenten: Informatieverschaffi ng Niet langer opnemen in de balans (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 juli 2011)
  • Aanpassing van IFRS 7 Financiële instrumenten: Informatieverschaffi ng Saldering van fi nanciële activa en verplichtingen (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2013)
  • Aanpassing van IAS 1 Presentatie van de jaarrekening Presentatie van de andere elementen van het totaalresultaat (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 juli 2012)
  • Aanpassing van IAS 12 Winstbelastingen Uitgestelde belastingen: Inbaarheid van onderliggende activa (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2012)
  • Aanpassing van IAS 19 Personeelsbeloningen (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2013)
  • Aanpassing van IAS 27 Enkelvoudige jaarrekening (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2013)
  • Aanpassing van IAS 28 Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2013)

Financiën

• Aanpassing van IAS 32 Financiële instrumenten: presentatie – Saldering van fi nanciële activa en verplichtingen (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2014)

• IFRIC 20 Afschraapkosten in de productiefase van een bovengrondse mijn (toepasbaar voor boekjaren vanaf 1 januari 2013) Volgens de Groep zullen de hierboven vermelde standaarden, interpretaties en wijzigingen geen belangrijke invloed hebben op de geconsolideerde jaarrekening.

c. Wijziging in de grondslagen voor fi nanciële verslaggeving

• IAS 31 – Joint ventures

Sinds 1 januari 2011, past de Groep de equitymethode (vermogensmutatiemethode) toe voor de consolidatie van joint ventures in plaats van de proportionele consolidatiemethode.

De reden voor deze wijziging is de publicatie van IFRS 11 – Gezamenlijke overeenkomsten (mei 2011) die de equitymethode verplicht voor gezamenlijke overeenkomsten geklasseerd als joint ventures. Indien deze standaard goedgekeurd wordt door de Europese Unie, zal IFRS 11 IAS 31 vervangen vanaf 1 januari 2013.

• IAS19 – Personeelsbeloningen

De waarderingsregels met betrekking tot personeelsbeloningen na uitdiensttreding worden gewijzigd vanaf 1 juli 2011. Dit heeft Solvay geleid tot de eliminatie van de bandbreedtebenadering (corridor approach) en de verwerking van de actuariële verschillen in de andere elementen van het totaalresultaat (eigen vermogen).

Deze wijziging is in lijn met de bepalingen van de herziene versie van IAS 19 die van toepassing is vanaf 1 januari 2013. • Impact van de wijzigingen in de grondslagen voor fi nanciële verslaggeving

De volgende tabellen vatten de gevolgen van deze wijzigingen in grondslagen samen:

a) Winst- en verliesrekening

Miljoen EUR 2010 Impact Impact 2010
Gepubliceerd Equity Actuariële Herwerkt
methode winsten/verliezen
Omzet 6 796 -837 5 959
Kostprijs van de omzet -5 496 663 -4 833
Brutowinst 1 301 -175 1 126
Commerciële en administratieve kosten -560 78 -482
Kosten van Onderzoek en Ontwikkeling -136 11 -125
Overige operationele opbrengsten en kosten -4 10 6
Aandeel in de winst van geassocieerde deelnemingen en 1 45 46
joint ventures verwerkt volgens de equity-methode
REBITDA 1 019 -89 930
REBIT 602 -31 571
Niet-recurrente elementen -328 11 -317
EBIT 274 -20 254
Lasten als gevolg van leningen -142 4 -138
Renteopbrengsten uit leningen en korte-termijnbeleggingen 23 -1 22
Overige fi nancieringsopbrengsten en -kosten -10 0 -10
Disconteringskosten van de voorzieningen (*) -52 0 -52
Opbrengsten/verliezen uit deelnemingen beschikbaar voor 0 0 0
verkoop
Resultaat vóór belastingen 93 -17 76
Winstbelastingen 4 17 21
Resultaat uit voortgezette bedrijfsactiviteiten 97 0 97
Resultaat uit beëindigde bedrijfsactiviteiten 1 726 0 1 726
Nettowinst van het jaar 1 823 0 1 823
Minderheidsbelangen -47 0 -47
Aandeel van Solvay in nettoresultaat 1 776 0 1 776
2010
Gepubliceerd
Impact
Equity
Impact
Actuariële
2010
Herwerkt
methode winsten/verliezen
Gewone winst per aandeel uit voortgezette
bedrijfsactiviteiten (EUR)
0,62 0,62
Gewone winst per aandeel uit beëindigde
bedrijfsactiviteiten (EUR)
21,22 21,22
Gewone winst per aandeel (EUR) 21,84 21,84
Verwaterde winst per aandeel uit voortgezette
bedrijfsactiviteiten (EUR)
0,62 0,62
Verwaterde winst per aandeel uit beëindigde
bedrijfsactiviteiten (EUR)
21,18 21,18
Verwaterde winst per aandeel (EUR) 21,80 21,80

b) Overzicht van het totaalresultaat

Miljoen EUR 2010
Gepubliceerd
Impact
Equity
methode
Impact
Actuariële
winsten/
verliezen
2010
Herwerkt
Nettoresultaat van het jaar 1 823 1 823
Winsten en verliezen op herwaarderingen van voor verkoop
beschikbare fi nanciële activa
-10 -10
Winsten en verliezen op afdekkingsinstrumenten in een
kasstroomafdekking
2 2
Niet opgenomen actuariële winsten/verliezen van
toegezegde-bijdragenregelingen
0 -183 -183
Wisselkoersverschillen uit buitenlandse activiteiten 278 -27 251
Aandeel in de andere elementen van het totaalresultaat van
geassocieerde deelnemingen en joint ventures verwerkt
volgens de equity-methode
0 27 27
Winstbelasting met betrekking tot de andere elementen van
het totaalresultaat
-1 52 52
Andere elementen van het totaalresultaat, na
belastingseffecten (other comprehensive income)
269 0 -131 139
Totaalresultaat van het jaar (total comprehensive
income)
2 092 -131 1 962
toegerekend aan de:
- eigenaars van de moedermaatschappij 2 006 -131 1 876
- minderheidsbelangen 86 86

Jaarverslag Solvay 2011

c) Kasstroomoverzicht

Miljoen EUR 2010 Impact 2010
Gepubliceerd Equity-methode Herwerkt
EBIT 305 -18 287
Afschrijvingen en bijzondere waardevermindering van activa 717 -110 607
Wijzigingen in het werkkapitaal -42 8 -34
Wijziging in de voorzieningen 24 -3 21
Betaalde winstbelastingen -108 12 -96
Andere -198 4 -194
Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten 697 -107 590
Verwerving (-) van dochterondernemingen 0 0 0
Verwerving (-) van deelnemingen - Andere -172 2 -170
Vervreemding (+) van dochterondernemingen 4 430 0 4 430
Vervreemding (+) van deelnemingen - Andere 280 -1 279
Verwerving (-) van materiële vaste activa en immateriële activa -366 80 -286
Vervreemding (+) van materiële vaste en immateriële activa 20 -1 19
Ontvangen dividenden 1 0 1
Wijzigingen in fi nanciële vaste activa -205 -1 -206
Andere -13 14 1
Kasstromen uit investeringsactiviteiten 3 976 92 4 068
Verhoging (+) / terugbetaling (-) van kapitaal -26 -1 -27
Verwerving (-) / vervreemding (+) van eigen aandelen -83 0 -83
Wijzigingen in de schulden 5 7 12
Wijzigingen in de overige vlottende fi nanciële activa -3 701 0 -3 701
Lasten als gevolg van leningen -146 4 -142
Renteopbrengsten uit leningen en korte-termijnbeleggingen 24 -2 22
Andere -10 0 -10
Dividenden ontvangen van geassocieerde deelnemingen en 0 32 32
joint ventures verwerkt volgens de equity-methode
Betaalde dividenden -248 0 -248
Kasstromen uit fi nancieringsactiviteiten -4 185 41 -4 144
Nettowijziging in de geldmiddelen en kasequivalenten 488 27 515
Wisselkoerswijzigingen 29 -4 25
Geldmiddelen bij de opening van het boekjaar 1 486 -71 1 415
Geldmiddelen bij de sluiting van het boekjaar 2 003 -49 1 954

Jaarverslag Solvay 2011

d) Balans

Miljoen EUR 2009 2010
Gepubli
ceerd
Impact
Equity
methode
Impact
Actuariële
winsten/
verliezen
Herwerkt Gepubliceerd Impact
Equity
methode
Impact
Actuariële
winsten/
verliezen
Herwerkt
ACTIVA
Vaste activa 5 075 -169 17 4 923 5 205 -129 14 5 090
Immateriële activa 162 -57 105 121 -10 111
Goodwill 76 -5 71 73 -5 68
Materiële vaste activa 3 921 -541 3 380 3 698 -422 3 276
Deelnemingen beschikbaar voor
verkoop
68 0 68 62 0 62
Geassocieerde deelnemingen 0 466 466 20 326 346
Overige deelnemingen 209 -13 196 278 -3 275
Uitgestelde belastingvorderingen 487 -17 55 525 586 -7 52 631
Leningen en andere activa op lange
termijn
152 -2 -38 112 368 -8 -38 322
Vlottende activa 7 471 -298 7 173 8 809 -176 8 633
Voorraden 805 -133 672 870 -109 761
Handelsvorderingen 1 373 -103 1 270 1 706 -55 1 651
Fiscale vorderingen 19 -11 8 12 0 12
Te ontvangen dividenden 0 0 0 1 0 1
Overige vlottende vorderingen -
Financiële instrumenten
0 26 26 3 701 21 3 722
Overige vlottende vorderingen -
Andere
327 -5 322 516 17 533
Geldmiddelen en kasequivalenten 1 486 -71 1 415 2 003 -49 1 954
Activa aangehouden voor verkoop -
Farma
3 408 0 3 408 0 0 0
Activa aangehouden voor verkoop 53 0 53 0 0 0
Totaal van de activa 12 546 -467 17 12 096 14 014 -305 14 13 723
Miljoen EUR 2009 2010
Gepubli
ceerd
Impact
Equity
methode
Impact
Actuariële
winsten/
verliezen
Herwerkt Gepubliceerd Impact
Equity
methode
Impact
Actuariële
winsten/
verliezen
Herwerkt
PASSIVA
Totaal eigen vermogen 5 160 0 -136 5 024 6 839 0 -131 6 708
Aandelenkapitaal 1 271 0 1 271 1 271 0 1 271
Reserves 3 483 0 -136 3 347 5 148 0 -131 5 017
Minderheidsbelangen 406 0 406 419 0 419
Langlopende verplichtingen 4 536 -140 153 4 549 4 636 -89 145 4 692
Voorzieningen op lange termijn:
personeelsbeloningen
895 -23 153 1 025 871 -13 145 1 003
Overige voorzieningen op lange termijn 766 -3 763 952 -6 946
Uitgestelde belastingverplichtingen 196 -24 172 175 -12 163
Financiële schulden op lange termijn 2 635 -89 2 546 2 590 -55 2 535
Overige langlopende verplichtingen 44 -1 43 48 -2 46
Kortlopende verplichtingen 2 851 -327 2 524 2 540 -217 2 323
Voorzieningen op korte termijn:
personeelsbeloningen
7 -1 6 80 -2 78
Overige voorzieningen op korte termijn 61 -11 50 63 -5 58
Financiële schulden op korte termijn 185 -56 129 212 -64 148
Handelsschulden 828 -128 700 1 489 -61 1 428
Fiscale schulden 66 -16 50 67 -5 62
Te betalen dividenden 100 0 100 100 0 100
Overige kortlopende verplichtingen 582 -116 466 529 -79 450
Verplichtingen verbonden aan activa
aangehouden voor verkoop - Farma
1 012 0 1 012 0 0 0
Verplichtingen verbonden aan activa
aangehouden voor verkoop
11 0 11 0 0 0
Totaal van de passiva 12 546 -467 17 12 096 14 014 -305 14 13 723

2. Voorstellingsbasis

De geconsolideerde jaarrekening wordt voorgesteld in miljoen euro, op basis van de historischekostprijsmethode, behalve voor fi nanciële activa aangehouden voor handelsdoeleinden en beschikbaar voor verkoop, die tegen reële waarde worden opgenomen. Financiële activa waarvoor geen prijsnotering voorhanden is in een actieve markt en waarvan de reële waarde niet op een betrouwbare manier kan bepaald worden, worden tegen historische kostprijs gewaardeerd. Tenzij anders vermeld, zijn de grondslagen voor fi nanciële verslaggeving consistent toegepast sinds het vorige boekjaar.

De opstelling van de jaarrekening vereisen het gebruik van schattingen en het formuleren van beoordelingen en veronderstellingen die een impact hebben op de toepassing van de grondslagen en op de bedragen gepresenteerd in de jaarrekening. De domeinen waarvoor schattingen en veronderstellingen in grote mate worden gebruikt in de jaarrekening, worden samengevat in de toelichting Cruciale beoordelingen en belangrijkste bronnen van schattingsonzekerheden.

3. Consolidatieprincipes

De geconsolideerde jaarrekening omvat de rekeningen van de Onderneming en de entiteiten waarover de Onderneming zeggenschap heeft (de dochterondernemingen). Zeggenschap is de macht om het fi nanciële en operationele beleid van een entiteit te sturen teneinde voordelen te verkrijgen uit haar activiteiten. Solvay wordt verondersteld zeggenschap te hebben indien ze, rechtstreeks of onrechtstreeks, meer dan 50% van de stemrechten bezit. Om zeggenschap te beoordelen, worden de potentiële stemrechten die onmiddellijke uitoefenbaar of converteerbaar zijn, aangehouden door Solvay en haar dochterondernemingen, in beschouwing genomen.

De winst of verlies van overgenomen of afgestoten dochterondernemingen worden in de geconsolideerde winst of verlies opgenomen vanaf de effectieve overnamedatum tot het einde van de zeggenschap, indien van toepassing.

Waar nodig worden aanpassingen aangebracht aan de rekeningen van de dochterondernemingen om hun grondslagen voor fi nanciële verslaggeving in overeenstemming te brengen met andere leden van de Groep.

Alle intragroepsverrichtingen, -saldi, -opbrengsten en -kosten worden volledig geëlimineerd bij consolidatie.

Minderheidsbelangen in dochterondernemingen worden afzonderlijk voorgesteld naast het eigen vermogen van de Groep. Het minderheidsbelang kan initieel gewaardeerd worden aan de reële waarde of overeenkomstig het aandeel in de reële waarde van de overgenomen identifi ceerbare nettoactiva. De keuze voor de waardering van de minderheidsbelangen wordt geval per geval gekozen. Na de overname worden de minderheidsbelangen gewaardeerd als het initiële bedrag van de minderheidsbelangen plus het aandeel van deze minderheidbelangen in de toekomstige wijzigingen in eigen vermogen. Het totaalresultaat wordt aan de minderheidsbelangen toegewezen, zelfs als dit een negatief saldo als gevolg kan hebben.

Wijzigingen in het belang van de Groep in een dochteronderneming die niet tot een verlies van zeggenschap leiden, worden behandeld als eigenvermogenstransacties. De boekwaarden van het belang van de Groep en de minderheidsbelangen worden derhalve aangepast om de nieuwe proportionele belangen in de dochteronderneming te weerspiegelen.

Wanneer de Groep de zeggenschap verliest over een dochteronderneming wordt de winst of het verlies bij afstoting berekend als het verschil tussen (i) de som van de reële waarde van de overgedragen vergoeding en de reële waarde van het aangehouden belang en (ii) de voorheen opgenomen boekwaarden van de activa (met inbegrip van goodwill) en de verplichtingen van de dochteronderneming en de eventuele minderheidsbelangen. Bedragen die voorheen opgenomen zouden zijn in de andere elementen van het totaalresultaat met betrekking tot de dochteronderneming worden op dezelfde manier opgenomen (d.i. herclassifi catie naar winst of verlies of rechtreeks naar het overgedragen resultaat) als wanneer de betreffende activa of verplichtingen werden afgestoten. De reële waarde van elk aangehouden belang in de vroegere dochteronderneming op datum van het verlies van zeggenschap wordt als de reële waarde bij initiële opname beschouwd voor waardering volgens IAS 39 Financiële instrumenten: opname een waardering, of indien van toepassing, als de kost bij initiële opname van een geassocieerde deelneming of entiteit waarover gezamenlijk zeggenschap wordt uitgeoefend.

4.Bedrijfscombinaties

De overname van dochterondernemingen of bedrijven (business) wordt verwerkt volgens de overnamemethode. De vergoeding voor elke bedrijfscombinatie wordt berekend als de som van de reële waarden van de door de overnemende partij overgedragen activa op de overnamedatum, de door de overnemende partij aangegane verplichtingen jegens voormalige eigenaars van de overgenomen partij en de door de Groep uitgegeven eigenvermogensinstrumenten in ruil voor zeggenschap. Aan de overname gerelateerde kosten worden in onmiddellijk in winst en verlies opgenomen wanneer ze worden opgelopen.

Waar toepasbaar omvat de vergoeding voor de overname elk actief of verplichting als gevolg van een voorwaardelijke vergoedingsovereenkomst, dat gewaardeerd wordt aan de reële waarde op overnamedatum. Toekomstige wijzigingen aan deze reële waarden worden retrospectief verwerkt als ze beantwoorden aan aanpassingen tijdens de waarderingsperiode (zie hieronder). Alle andere wijzigingen aan de reële waarde van de voorwaardelijke vergoeding opgenomen als actief of verplichting worden opgenomen in overeenstemming met de relevante IFRS. Wijzigingen aan de reële waarde van voorwaardelijke vergoedingen geclassifi ceerd als eigen vermogen worden niet opgenomen.

Financiën

Wanneer een bedrijfscombinatie in verschillende fasen wordt gerealiseerd, wordt het voorheen aangehouden belang van de Groep geherwaardeerd aan de reële waarde op overnamedatum (d.i. de datum waarop de zeggenschap wordt verworven) en de eventuele winst of het eventuele verlies wordt rechtstreeks in winst of verlies opgenomen. Bedragen die voorheen werden opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat als gevolg van het belang in de overgenomen partij, worden geherklasseerd naar winst of verlies, op dezelfde basis die vereist zou zijn indien de overnemende partij het voorheen aangehouden belang direct had vervreemd.

De identifi ceerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen die aan de opnamecriteria volgens IFRS 3 (2008) voldoen, worden opgenomen aan hun reële waarde op overnamedatum, behalve:

  • uitgestelde belastingvorderingen of -verplichtingen en verplichtingen en activa uit hoofde van de personeelsbeloningen worden opgenomen en gewaardeerd in overeenstemming met respectievelijk IAS 12 Winstbelastingen en IAS 19 Personeelsbeloningen;
  • verplichtingen of eigenvermogensinstrumenten verbonden aan de vervanging door de Groep van beloningen in de vorm van op aandelen van een overgenomen partij gebaseerde betalingen worden gewaardeerd in overeenstemming met IFRS 2 Op aandelen gebaseerde betalingen;
  • activa (of groepen activa die worden afgestoten) dat geclassifi ceerd worden als aangehouden voor verkoop in overeenstemming met IFRS 5 Vaste activa aangehouden voor verkoop en beëindigde bedrijfsactiviteiten worden in overeenstemming met deze standaard gewaardeerd.

Als de initiële verwerking van een bedrijfscombinatie niet voltooid is op het einde van het boekjaar waarin de bedrijfscombinatie plaatsvond, presenteert de Groep voorlopige bedragen voor de posten die nog niet volledig zijn verwerkt. Tijdens de waarderingsperiode (zie hieronder) worden de opgenomen voorlopige bedragen aangepast, of bijkomende activa of verplichtingen opgenomen om nieuwe informatie te weerspiegelen die verkregen is over feiten en omstandigheden die op de overnamedatum bestonden en die, indien bekend, de waardering van de per die datum opgenomen bedragen hadden beïnvloed.

De waarderingsperiode is de periode dat loopt vanaf de overnamedatum tot de datum waarop de Groep de informatie ontvangt die zij zocht over feiten en omstandigheden die op de overnamedatum bestonden. De waarderingsperiode is beperkt tot maximaal één jaar vanaf de overnamedatum.

5. Geassocieerde deelnemingen

Een geassocieerde deelneming is een entiteit waarin de Groep een invloed van betekenis heeft en die geen dochterondernemingen of joint ventures zijn. Invloed van betekenis is de macht om deel te nemen aan de fi nanciële en operationele beleidsbeslissingen van de deelneming, maar houdt geen zeggenschap of gezamenlijke zeggenschap over het betreffende beleid in.

Het resultaat en de activa en verplichtingen van geassocieerde deelnemingen worden in deze jaarrekening opgenomen door gebruikt maken van de equitymethode), tenzij de deelneming wordt aangehouden voor verkoop zodat deze in overeenstemming met IFRS 5 wordt verwerkt.

Volgens de equitymethode worden investeringen in geassocieerde deelnemingen tegen kostprijs opgenomen, en vervolgens aangepast om rekening te houden met de wijziging van het aandeel van de Groep in de nettoactiva van de deelneming na de overname, minus eventuele waardeverminderingen op de individuele deelneming. Verliezen van een geassocieerde deelneming die het belang van de Groep in deze deelneming overschrijden (met inbegrip van langetermijninteresten die deel uitmaken van de netto-investering van de Groep in de geassocieerde deelneming) worden enkel opgenomen in de mate dat de Groep wettelijke of impliciete verplichtingen heeft aangegaan of betalingen heeft gedaan ten behoeve van de geassocieerde deelneming.

Het surplus van de kostprijs van de investering over het aandeel van de Groep in de netto reële waarde van de identifi ceerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen van de geassocieerde deelneming opgenomen op overnamedatum wordt opgenomen als goodwill. De goodwill wordt opgenomen in de boekwaarde van de investering en wordt onderworpen aan waardeverminderingen als onderdeel van deze investering. Elk surplus van het aandeel van de investeerder in de netto reële waarde van de identifi ceerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen

van de geassocieerde deelneming ten opzichte van de kostprijs van de investering wordt, na herberekening, onmiddellijk opgenomen in winst of verlies.

Wanneer een entiteit van de Groep verrichtingen realiseert met een geassocieerde deelneming van de Groep, dan worden de winsten en verliezen geëlimineerd ten belope van het belang van de Groep in de betreffende geassocieerde deelneming.

6. Joint ventures

Een joint venture is een contractuele afspraak waarbij twee of meer partijen een economische activiteit aangaan waarover zij gezamenlijke zeggenschap hebben.

Jointventureovereenkomsten waarbij een afzonderlijke entiteit wordt opgericht waarin elke partij (venturer) een belang heeft, worden beschouwd als entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend. De Groep presenteert zijn belang in de entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend door middel van de equitymethode (zie 5 Geassocieerde deelnemingen).

We verwijzen naar punt 5 voor de goodwill die resulteert uit de verwerving van een deelneming in een joint venture.

Het proportionele aandeel van de Groep in de niet-gerealiseerde winsten of verliezen tussen ondernemingen van de Groep en de gezamenlijk gecontroleerde entiteiten worden geëlimineerd in consolidatie.

7. Goodwill

Goodwill ontstaan uit een bedrijfscombinatie wordt opgenomen als een actief zodra de zeggenschap is verworven (de overnamedatum). Goodwill vertegenwoordigt het bedrag waarmee het totaal van de overgedragen vergoeding, het nettosaldo van de op de overnamedatum vastgestelde bedragen van de verworven identifi ceerbare activa en de overgenomen verplichtingen. De overgedragen vergoeding komt overeen met het totaal van de reële waarde van de overgedragen activa en de opgelopen verplichtingen door de overnemer aan de vorige eigenaars van de overgenomen partij en de eigenvermogensinstrumenten uitgegeven door de overnemer.

Indien na beoordeling, het belang van de Groep in de reële waarde van het identifi ceerbare nettoactief het totaal van de overgedragen vergoeding overschrijdt, dan dient het surplus opgenomen te worden in de winst- en verliesrekening als een winst op een voordelige koop.

Goodwill wordt niet afgeschreven, maar wordt jaarlijks getoetst op bijzondere waardeverminderingen of wanneer er aanwijzingen bestaan voor een waardevermindering.

Voor het testen op bijzondere waardevermindering wordt goodwill toegewezen aan de kasstroomgenererende eenheden (of groepen van KGE) van de Groep in overeenstemming met IAS 36 – Bijzondere waardevermindering van activa. Een KGE is de kleinste identifi ceerbare groep van activa die een instroom van kasmiddelen genereert die in ruime mate onafhankelijk is van de instroom van kasmiddelen van andere activa of groepen van activa.

Deze testen bestaan erin om de boekwaarde van activa (of KGE) te vergelijken met hun realiseerbare waarde. De realiseerbare waarde is de hoogste waarde van de reële waarde minus de verkoopkosten en zijn bedrijfswaarde. Indien de realiseerbare waarde van een kasstroomgenererende eenheid lager is dan haar boekwaarde wordt de bijzondere waardevermindering eerst in mindering gebracht van de boekwaarde van de goodwill die aan de kasstroomgenerende eenheid werd toegewezen. Daarna wordt de bijzondere waardevermindering toegewezen aan de andere vaste activa die tot de eenheid behoren, evenredig met hun boekwaarde. Zodra een bijzondere waardevermindering voor goodwill is opgenomen, wordt deze in een latere periode niet teruggenomen.

Bij de verkoop van een dochteronderneming, dient het overeenstemmende deel van de goodwill in rekening worden genomen bij de bepaling van de winst of het verlies op de verkoop.

De grondslag van de Groep met betrekking tot goodwill die ontstaat uit de verwerving van een geassocieerde deelneming wordt beschreven in punt 5 hierboven.

Jaarverslag Solvay 2011

8. Vreemde valuta

Elementen uit de jaarrekening van elk van de Groepsentiteiten worden gewaardeerd in de valuta van de primaire economische omgeving waarin zij werken (de functionele valuta). De geconsolideerde jaarrekening wordt voorgesteld in euro (EUR), de functionele valuta van de Onderneming en tevens de presentatievaluta van de Groep.

Bij het opstellen van de jaarrekening van individuele entiteiten, worden transacties in vreemde valuta bij een initiële opname omgerekend volgens de wisselkoers die geldt op de transactiedatum. Monetaire activa en passiva uitgedrukt in vreemde munt worden op balansdatum in de functionele munt van de entiteit omgerekend waarbij de slotkoers van die dag wordt toegepast. Niet-monetaire elementen gewaardeerd aan reële waarde die uitgedrukt zijn in vreemde munt worden omgerekend volgens de wisselkoers die geldt op waarderingsdatum. Niet-monetaire elementen gewaardeerd aan historische kostprijs en uitgedrukt in vreemde munt worden niet omgerekend aan de slotkoers.

Wisselkoersverschillen worden in de winst- en verliesrekening opgenomen in de periode waarin deze ontstaan, behalve voor:

  • Wisselkoersverschillen op leningen in vreemde valuta met betrekking tot activa in aanbouw voor toekomstig productiegebruik, die opgenomen worden in de kostprijs van deze activa als ze beschouwd worden als een aanpassing van de interestkosten op deze leningen in vreemde valuta;
  • Wisselkoersverschillen op verrichtingen met betrekking tot het dekken van bepaalde valutarisico's (zie punt 23 hieronder voor de grondslagen voor afdekking); en
  • Wisselkoersverschillen op monetaire elementen te ontvangen van of te betalen aan een buitenlandse activiteit waarvan de afwikkeling noch gepland is noch waarschijnlijk is (en dus deel uitmaakt van de netto-investering in een buitenlandse activiteit), die initieel opgenomen worden in de andere elementen van het totaalresultaat en geherclassifi ceerd worden van het eigen vermogen naar de winst- en verliesrekening bij verkoop of gedeeltelijke verkoop van de netto-investering.

Bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening, worden de activa en de verplichtingen van de buitenlandse activiteiten van de Groep op balansdatum omgerekend tegen de slotkoers. De opbrengsten en kosten van deze entiteiten worden omgerekend tegen de gemiddelde koers. De resulterende wisselkoersverschillen worden in de andere elementen van het totaalresultaat geboekt en gecumuleerd in het eigen vermogen (eventueel toegerekend aan de minderheidsbelangen) onder Wisselkoersverschillen.

Bij de verkoop van een buitenlandse activiteit (d.i. verkoop van het volledige belang van de Groep in de buitenlandse activiteit, of verkoop met verlies van zeggenschap over een dochteronderneming met een buitenlandse activiteit, of verlies van gezamenlijk zeggenschap over een joint venture met een buitenlands activiteit, of verlies van invloed van betekenis over een geassocieerde deelneming met een buitenlandse activiteit) wordt het cumulatieve bedrag dat in het eigen vermogen genomen werd en betrekking heeft op die specifi eke buitenlandse operatie in het resultaat opgenomen. Eventuele wisselkoersverschillen die voorheen toegerekend werden aan de minderheidsbelangen worden uit de balans verwijderd, maar worden niet geherclassifi ceerd in het resultaat.

In het geval van een gedeeltelijke verkoop (d.i. zonder verlies van zeggenschap) van een dochteronderneming met een buitenlandse activiteit wordt het evenredige gedeelte van de gecumuleerde wisselkoersverschillen toegewezen aan de minderheidsbelangen en wordt het niet in het resultaat opgenomen. Voor alle andere gedeeltelijke verkopen (d.i. van geassocieerde deelnemingen of joint ventures zonder wijziging van de consolidatiemethode) wordt het evenredige gedeelte van de gecumuleerde wisselkoersverschillen geherclassifi ceerd in het resultaat.

Goodwill en reële waarde aanpassingen ontstaan uit de verwerving van een buitenlands activiteit wordt beschouwd als activa en verplichtingen van de buitenlandse activiteit en omgerekend tegen de slotkoers.

De voornaamste wisselkoersen zijn:

Koers op jaareinde Gemiddelde koers
2010 2011 2010 2011
1 Euro =
Britse Pond GBP 0,8607 0,8353 0,8579 0,8679
Amerikaanse dollar USD 1,3362 1,2939 1,3258 1,3920
Argentijnse peso ARS 5,3287 5,5770 5,1940 5,7538
Braziliaanse real BRL 2,2177 2,4159 2,3318 2,3266
Thaïse baht THB 40,1700 40,9910 42,0248 42,4295
Yuan Renminbi CNY 8,8220 8,1588 8,9723 8,9962
Japanse yen JPY 108,6500 100,2000 116,2492 110,9566

9. Voorzieningen voor pensioenverplichtingen en andere personeelsbeloningen op lange termijn

De werknemers van de Groep worden verschillende personeelsbeloningen na uitdiensttreding en andere langetermijnbeloningen aangeboden als gevolg van de wettelijke bepalingen die van toepassing zijn in bepaalde landen en de contractuele akkoorden afgesloten tussen de Groep en haar werknemers. De beloningen worden geklasseerd tussen toegezegd-pensioenregelingen en toegezegde-bijdragenregelingen.

a. Toegezegde-bijdragenregelingen

Toegezegde-bijdragenregelingen betreffen de betaling van bijdragen aan een afzonderlijke entiteit, waardoor de werkgever bevrijd wordt van alle toekomstige verplichtingen, aangezien de entiteit verantwoordelijk is voor de verschuldigde bedragen aan de werknemer. Zodra de bijdragen betaald zijn, wordt er geen verplichting gepresenteerd op de balans van Solvay. De bijdragen worden opgenomen in resultaat wanneer ze verschuldigd zijn.

b. Toegezegd-pensioenregelingen

Toegezegd-pensioenregelingen zijn alle andere regelingen dan toegezegde-bijdragenregelingen.

Deze regelingen betreffen voornamelijk:

  • Beloningen na uitdiensttreding: pensioenplannen, ontslagvergoedingen, andere beloningen na uitdiensttreding en bijkomende beloningen;
  • Andere lange termijn beloningen: beloningen voor lange diensttijd, toegekend aan werknemers op basis van hun anciënniteit in de Groep;
  • Andere personeelsbeloningen: medische verzorging na uitdiensttreding, inbegrepen in "andere beloningen na uitdiensttreding.

Rekening houdend met de geprojecteerde laatste salarissen (waarderingsmethode van het Projected Unit Credit) op een individuele basis, worden de beloningen na uitdiensttreding gewaardeerd met behulp van een methode op basis van veronderstellingen zoals disconteringsvoet, verwacht langetermijnrendement van fondsbeleggingen per land, levensverwachting, personeelsverloop, salarissen, jaarlijkse herwaardering, infl atie van medische kosten en de verdiscontering van te betalen bedragen. De veronderstellingen die specifi ek zijn voor elke regeling, houden rekening met de lokale economische en demografi sche situaties.

Het bedrag opgenomen voor verplichtingen uit hoofde van beloningen na uitdiensttreding en langetermijnbeloningen stemt overeen met het verschil tussen de contante waarde van toekomstige verplichtingen en de reële waarde van de fondsbeleggingen bedoeld om deze in te dekken, vermindert, waar nodig, met de niet-afgeschreven pensioenkosten van verstreken diensttijd (behalve met betrekking tot andere langetermijnbeloningen waar de verstreken diensttijd onmiddellijk wordt opgenomen in de winst- en verliesrekening).

Als deze berekening resulteert in een nettoverplichting, dan wordt er een passief opgenomen. Als de berekening resulteert in een overschot voor de Groep, dan wordt een actief opgenomen dat beperkt wordt tot het nettobedrag van de niet-

Financiën

opgenomen pensioenkosten van verstreken diensttijd en de contante waarde van toekomstige terugbetalingen en verminderingen in toekomstige bijdragen aan de regeling.

Solvay heeft geopteerd de actuariële winsten en verliezen op verplichtingen of fondsbeleggingen en resulterend uit ervaringsaanpassingen en/of wijzigingen in de actuariële veronderstellingen onmiddellijk op te nemen in eigen vermogen in de periode waarin ze zich voordoen. Ze worden, samen met de wijzigingen in de beperking van het opgenomen actief, gepresenteerd in het overzicht van het totaalresultaat.

De actuariële winsten en verliezen met betrekking tot de andere personeelsbeloningen op lange termijn, zoals beloningen voor lange diensttijd, worden volledig opgenomen in de winst- en verliesrekening binnen het fi nancieel resultaat in de periode waarin ze zich voordoen.

De interestkosten uit het verloop van de discontering van de pensioenbeloningen en gelijkaardige verplichtingen en de fi nanciële opbrengst uit het verwachte rendement van fondsbeleggingen worden opgenomen in de winst- en verliesrekening binnen het fi nancieel resultaat.

De wijziging of de invoering van een nieuwe regeling (na uitdiensttreding of langetermijnbeloningen) kan de contante waarde van de verplichting uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen voor de diensten uit voorgaande perioden doen stijgen, ook gekend als de pensioenkosten van verstreken diensttijd. De pensioenkosten van verstreken diensttijd met betrekking tot de personeelsbeloningen na uitdiensttreding worden op een lineaire basis ten laste van de winst-enverliesrekening genomen over de gemiddelde termijn totdat de voordelen verworven zijn. De beloningen die verworven zijn als gevolg van de invoering of wijziging van pensioenregelingen, alsook de pensioenkosten uit verstreken diensttijd, worden onmiddellijk opgenomen in de winst- en verliesrekening.

De actuariële berekeningen van deze verplichtingen worden door onafhankelijke actuarissen uitgevoerd.

10. Niet-recurrente elementen

De niet-recurrente elementen omvatten:

  • baten en lasten op de verkoop van dochterondernemingen, joint ventures en fi lialen geboekt volgens de equitymethode en die niet kunnen worden beschouwd als beëindigde bedrijfsactiviteiten, voor verkoop beschikbare investeringen;
  • baten en lasten uit de verkoop van vastgoed dat niet direct te maken heeft met een bedrijfsactiviteit;
  • herstructureringskosten in verband met de beëindiging van een activiteit;
  • waardevermindering die voortvloeit uit de beëindiging van een activiteit of de sluiting van een fabriek;
  • waardevermindering die resulteert uit de controle op waardevermindering van een KGE of kasstroomgenererende eenheid (KGE) (een KGE bevat materiële en immateriële vaste activa en desgevallend toegekende goodwill);
  • de gevolgen van belangrijke juridische geschillen;
  • de saneringskosten die niet opgelopen worden door de operationele productiefaciliteiten (het sluiten van vestigingen of beëindigde bedrijfsactiviteiten…);
  • andere signifi cante operationele opbrengsten of kosten als gevolg van ongewone gebeurtenissen die mogelijk de analyse en de vergelijkbaarheid van de prestaties van de Groep kunnen verstoren.

11. Winstbelastingen

Actuele belastingen

Actuele belastingen worden bepaald op basis van het belastbaar resultaat van de periode. Het belastbaar resultaat verschilt van het resultaat zoals gepresenteerd in de geconsolideerde winst- en verliesrekening omwille van opbrengsten en kosten die belastbaar of aftrekbaar zijn in andere periodes of die nooit belastbaar of aftrekbaar zijn. De actuele belastingsschuld van de Groep wordt berekend met behulp van de belastingvoet waarvan het wetgevingsproces substantieel is afgesloten op de balansdatum.

Uitgestelde belastingen

Uitgestelde belastingen worden berekend volgens de balansmethode voor tijdelijke verschillen tussen enerzijds de belastingsbasis van activa en verplichtingen en anderzijds hun nettoboekwaarde in de balans.

Uitgestelde belastingen worden berekend per fi scale entiteit. Uitgestelde belastingverplichtingen worden over het algemeen opgenomen voor alle belastbare tijdelijke verschillen.

Uitgestelde belastingvorderingen worden opgenomen in de mate dat het waarschijnlijk is dat er voldoende belastbare winst zal gerealiseerd worden waartegen de tijdelijke verschillen kunnen worden afgezet.

Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden niet opgenomen indien het tijdelijke verschil voortvloeit uit:

  • de initiële opname van goodwill;
  • uit de initiële opname van andere activa en verplichtingen in een transactie die geen bedrijfscombinatie is en die geen invloed heeft op de winst vóór belasting of de fi scale winst;
  • investeringen in dochterondernemingen en deelnemingen in joint ventures in de mate dat ze niet terugdraaien in de nabije toekomst.

Uitgestelde belastingenverplichtingen worden opgenomen voor belastbare tijdelijke verschillen op deelnemingen in dochterondernemingen, joint ventures en geassocieerde ondernemingen, behalve in het geval dat de Groep kan beslissen over het tijdstip waarop het tijdelijk verschil teruggedraaid wordt en het onwaarschijnlijk is dat het tijdelijk verschil teruggedraaid wordt in de nabije toekomst. Een entiteit dient een uitgestelde belastingvordering op te nemen voor verrekenbare tijdelijke verschillen die voortvloeien uit investeringen in dochterondernemingen, fi lialen en geassocieerde deelnemingen en belangen in joint ventures, indien het waarschijnlijk is dat het tijdelijke verschil in de nabije toekomst zal worden afgewikkeld en fi scale winst beschikbaar zal zijn waarmee het tijdelijke verschil kan worden verrekend.

De boekwaarde van de uitgestelde belastingvorderingen wordt bij iedere balansdatum beoordeeld en wordt verlaagd indien het niet langer waarschijnlijk is dat voldoende fi scale winst beschikbaar zal zijn om het mogelijk te maken het voordeel van die uitgestelde belastingvordering geheel of gedeeltelijk aan te wenden.

Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen moeten worden gewaardeerd tegen de belastingtarieven die naar verwachting van toepassing zullen zijn op de periode waarin de vordering wordt gerealiseerd of de verplichting wordt afgewikkeld, op basis van de belastingtarieven (en de belastingwetgeving) waarvan het wetgevingsproces (materieel) is afgesloten op de balansdatum. De waardering van uitgestelde belastingverplichtingen en -vorderingen moet de fi scale gevolgen weerspiegelen die zouden voortvloeien uit de wijze waarop de entiteit op de balansdatum de boekwaarde van haar activa en verplichtingen verwacht te realiseren of af te wikkelen.

Een entiteit dient actuele belastingvorderingen en -verplichtingen te salderen wanneer de entiteit een in rechte afdwingbaar recht heeft om de opgenomen bedragen te salderen; en het voornemen heeft om de verplichting op nettobasis af te wikkelen of om de vordering te realiseren op hetzelfde moment dat de verplichting wordt afgewikkeld.

Actuele en uitgestelde belasting van de periode

Actuele en uitgestelde belastingen worden opgenomen als opbrengsten of kosten in de winst- en verliesrekening, behalve wanneer ze verband houden met elementen die buiten de winst- en verliesrekening werden opgenomen (in de andere elementen van het totaalresultaat of rechtstreeks in eigen vermogen), dan worden ze eveneens buiten de winst- en verliesrekening opgenomen, of wanneer ze ontstaan zijn bij de initiële opname van een bedrijfscombinatie. In dit laatste geval wordt het belastingseffect in rekening genomen in de verwerking van de bedrijfscombinatie.

12. Leaseovereenkomsten

Leaseovereenkomsten worden geclassifi ceerd als fi nanciële leases wanneer de lease vrijwel alle aan de eigendom verbonden risico's en voordelen overdraagt aan de lessee (huurder). Alle andere leaseovereenkomsten worden als operationele leases geclassifi ceerd.

Overeenkomsten die niet de wettelijke vorm aannemen van een leaseovereenkomst worden geanalyseerd op basis van IFRIC 4 om te bepalen of ze een leaseovereenkomst omvatten dat verwerkt moet worden volgens IAS 17.

Financiële-leaseovereenkomsten

Activa aangehouden via een fi nanciële lease worden initieel opgenomen als activa van de Groep tegen hun reële waarde bij aanvang van de lease of indien deze lager is, tegen de contante waarde van de minimale leasebetalingen. De overeenstemmende verplichting ten aanzien van de lessor (verhuurder) wordt opgenomen op de balans als fi nanciëleleaseverplichting.

Activa aangehouden via een fi nanciële lease worden afgeschreven over de verwachte gebruiksduur op dezelfde basis als activa in eigendom of, indien deze korter is, over de leaseperiode.

Leasebetalingen worden opgesplitst in rentelasten en afl ossingen van de uitstaande verplichting. Gedurende de leaseperiode worden de rentelasten aan elke periode toegerekend op een manier die resulteert in een constante

Jaarverslag Solvay 2011

Financiën

periodieke rentevoet op het resterende saldo van de verplichting voor elke periode. De fi nanciële kosten worden rechtstreeks opgenomen in resultaat, behalve wanneer ze verband houden met in aanmerking komende activa, zodat ze opgenomen kunnen worden in overeenstemming met de grondslag van de Groep betreffende fi nancieringskosten (zie punt 17 hieronder). Voorwaardelijke leasebetalingen worden als last opgenomen in de periode waarin ze worden opgelopen.

Operationele-leaseovereenkomsten

Bij een operationele lease worden de leasebetalingen als kosten opgenomen en lineair gespreid over de leaseperiode, tenzij een andere systematische wijze van toerekening meer representatief is voor het tijdsverloop van de voordelen die de gebruiker geniet. Voorwaardelijke leasebetalingen worden als last opgenomen in de periode waarin ze worden opgelopen. Wanneer kortingen of voordelen worden ontvangen bij het afsluiten van een operationele leaseovereenkomst, worden deze kortingen of voordelen opgenomen als verplichting. De totale waarde van de kortingen of voordelen toegestaan door de leasinggever wordt in mindering gebracht van de leasekosten en lineair gespreid over de leaseperiode, tenzij een andere systematische wijze van toerekening meer representatief is voor het tijdspatroon van de voordelen die de gebruiker geniet.

13. Immateriële activa

Immateriële activa verworven in een bedrijfscombinatie worden initieel gewaardeerd tegen reële waarde; afzonderlijk verworven immateriële activa worden initieel gewaardeerd tegen kostprijs. Na hun initiële opname worden immateriële activa gewaardeerd tegen kostprijs of reële waarde verminderd met gecumuleerde afschrijvingen en eventuele bijzondere waardeverminderingen.

Toekomstige uitgaven op immateriële activa worden enkel opgenomen als ze de toekomstige economische voordelen verbonden aan het specifi eke actief doen toenemen.

Immateriële activa worden lineair afgeschreven over hun naar best vermogen geschatte gebruiksduur. De resterende gebruiksduur en de afschrijvingsmethode worden elk jaar opnieuw geëvalueerd bij afsluiting van het boekjaar. Een wijziging in de gebruiksduur van een immaterieel actief wordt prospectief verwerkt als een schattingswijziging.

De verwachte gebruiksduren zijn als volgt:

  • Patenten en merken: 2-25 jaar
  • Software: 3-5 jaar
  • Ontwikkelingskosten: 2-15 jaar

Licenties, patenten en soortgelijke rechten

Uitgaven voor aangekochte licenties, patenten, handelsmerken en soortgelijke rechten worden geactiveerd en lineair afgeschreven over de contractuele looptijd, indien van toepassing, of over de geschatte gebruiksduur, die normaal geschat wordt op hoogstens 25 jaar.

Onderzoek en ontwikkeling

Onderzoeksuitgaven worden als kosten in de winst en -verliesrekening opgenomen op het ogenblik dat ze zich voordoen.

Ontwikkelingsuitgaven worden alleen opgenomen in de balans als aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan:

  • het product of procedé is nauwkeurig omschreven en de uitgaven zijn afzonderlijk identifi ceerbaar en op een betrouwbare manier meetbaar;
  • de technische haalbaarheid van het product is bewezen;
  • het product of procedé zal gecommercialiseerd worden of binnen de onderneming aangewend worden;
  • er wordt verwacht dat de activa toekomstige economische voordelen zullen genereren (bv. er bestaat een potentiële markt voor het product of het nut voor interne aanwending is bewezen);
  • de nodige technische, fi nanciële en andere middelen zijn aanwezig om het project uit te voeren.

Geactiveerde ontwikkelingskosten worden lineair afgeschreven over de gebruiksduur.

De geactiveerde ontwikkelingskosten omvatten de personeelskosten, materiaalkosten en diensten die rechtreeks toerekenbaar zijn aan de projecten, en een gepast aandeel in de algemene kosten, met inbegrip, en waar nodig, van fi nancieringskosten.

Deze kosten worden afgeschreven over de verwachte periode waarover de economische voordelen verwacht worden uit het project van zodra de betreffende producten worden verkocht of de relevante industriële procedés worden gebruikt. De kosten worden onderworpen aan een test voor bijzondere waardevermindering als er aanwijzingen zijn voor een waardevermindering en jaarlijks voor projecten die nog in ontwikkeling zijn (zie toelichting 16). Ontwikkelingskosten die niet aan de bovenvermelde criteria voldoen, worden ten laste genomen wanneer ze worden

Overige immateriële activa

opgelopen.

Overige immateriële activa bevatten voornamelijk klantenlijsten en andere immateriële commerciële activa, zoals merknamen, die afzonderlijk of bij een bedrijfscombinatie verworven werden. Deze worden lineair afgeschreven over hun geschatte gebruiksduur.

14. Broeikasgasemissierechten en gecertifi ceerde-emissiereducties

Met betrekking tot het mechanisme opgezet door de Europese Unie om de producenten aan te zetten hun emissies van broeikasgassen te beperken, werd de Groep CO2 -emissierechten toegekend voor een paar van haar installaties. De Groep is eveneens betrokken in projecten rond het mechanisme voor schone ontwikkeling (Clean Development Mechanism of CDM) en gemeenschappelijke uitvoering (Joint Implementation of JI) onder het Kyoto-protocol. In deze projecten heeft de Groep maatregelen genomen om de emissies van broeikasgassen op de betreffende vestigingen te beperken in ruil voor gecertifi ceerde-emissiereducties (Certifi ed Emission Reductions of CER) of emissiereductie-eenheden (Emission Reduction Units of ERU).

Verwerking van de Europese emissierechten (European Union Allowances of EUA)

Deze rechten worden elk jaar toegekend op basis van de nationale toewijzingsplannen met een initiële verhandelperiode van drie jaar vanaf 1 januari 2005 en een tweede verhandelperiode van 5 jaar vanaf 1 januari 2008. Tijdens de tweede periode, worden de rechten gratis toegekend. Ze zijn over de hele verhandelperiode geldig indien ze niet gebruikt zijn. De rechten kunnen vrij verhandeld worden na de toewijzing en kunnen aangekocht of verkocht worden, met name als te weinig of teveel rechten werden toegekend vergeleken met de werkelijke emissies.

Bij gebrek aan IASB-standaarden en interpretaties betreffende de administratieve verwerking van CO2 -emissierechten, heeft de Groep de nettobenadering gebruikt. Deze methode houdt in dat:

  • emissierechten worden opgenomen als immateriële activa tegen hun kostprijs (de gratis verkregen rechten worden dus tegen nulwaarde opgenomen), en
  • indien de werkelijke emissies de opgenomen rechten overtreffen wordt een verplichting opgenomen tegen de reële waarde van de aan te kopen rechten om het tekort aan te vullen op balansdatum.

Verwerking van de gecertifi ceerde-emissiereducties (CER)

Binnen de CDM-projecten heeft Solvay maatregelen genomen om de emissies van broeikasgassen te beperken in haar vestigingen van Onsan (Zuid-Korea) en Paulinia (Brazilië). Na controle door onafhankelijke experts, omdat deze emissies onder de referentieniveaus vastgelegd door het UNFCCC vallen, dan ontvangt Solvay gecertifi ceerde-emissiereducties (CER) die vrij overdraagbaar zijn. In het kader van de ontwikkeling van Solvay Energy Services en de organisatie van de verkoop van CER uit de twee projecten, heeft Solvay de resterende 50% van Orbeo, een joint venture met Société Générale, verworven.

Toegekende CER worden opgenomen in voorraden tegen de laagste waarde van de kostprijs of de opbrengstwaarde. De kosten van de toegekende CER stemmen grotendeels overeen met de afschrijving van de eenheden voor broeikasgasemissiereducties (gas emission reduction units).

De verkopen van CER tussen deelnemers in CDM-projecten en op georganiseerde markten worden opgenomen in de netto-omzet na levering van de CER, d.i. wanneer ze worden opgenomen in de CO2 -emissierekening van de tegenpartij.

Met betrekking tot de gemeenschappelijke uitvoering heeft Solvay in Frankrijk gelijkaardige, maar kleinere projecten opgestart om emissiereductie-eenheden te verwerven. De opname van emissiereductie-eenheden is gelijkaardig aan de opname van gecertifi ceerde-emissiereducties.

Financiën

Om de blootstelling aan toekomstige CER-prijsfl uctuaties te beheren heeft Solvay CER-termijncontracten opgezet, met of zonder waarborg van levering. Op basis van hun kenmerken, wanneer deze contracten als afgeleide instrumenten worden beschouwd volgens IAS 39 – Financiële instrumenten: opname en waardering, worden ze opgenomen en gewaardeerd volgens de regels beschreven in punt 23. Anders worden ze als buitenbalansverrichtingen opgenomen.

Verwerking van de activiteiten van Orbeo

Naast de verkoop van CER's is Orbeo betrokken in de ontwikkeling van CO2 -instrumenten voor handelsdoeleinden, arbitrage en indekkingsactiviteiten, en de ontwikkeling van de Origination-activiteiten. Het nettoresultaat van deze activiteiten wordt opgenomen, na eliminatie van de intragroepsverrichtingen, in de omzet of de verkoopkosten zowel voor de industriële component, wanneer Orbeo door Solvay gegenereerde CER verkoopt, als de tradingcomponent, wanneer Orbeo CER en EUA aan- en verkoopt.

De marges verbonden aan de afgeleide instrumenten aangegaan door Orbeo worden opgenomen in de andere vlottende fi nanciële activa voor betaalde borgdeposito's, en in Leningen voor ontvangen borgdeposito's.

Kasstroombewegingen als gevolg van deze marges werden afzonderlijk gepresenteerd in het geconsolideerd kasstroomoverzicht onder de kasstromen uit bedrijfsactiviteiten.

15. Materiële vaste activa

a. Eerste opname

Materiële vaste activa in eigendom van de Groep worden als activa opgenomen tegen hun verwervingskosten als aan de volgende voorwaarden voldaan zijn:

  • het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen met betrekking tot het actief naar de entiteit zullen vloeien; en
  • de kostprijs van het actief betrouwbaar kan worden bepaald.

Materiële vaste activa worden in de balans opgenomen tegen kostprijs verminderd met gecumuleerde afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen. De kostprijs van een materieel vast actief omvat de aankoop- of productiekosten en alle rechtstreeks toerekenbare kosten om het actief op de locatie en in de staat te krijgen die noodzakelijk is om te functioneren, met inbegrip van, waar nodig, de fi nancieringskosten opgelopen tijdens de constructieperiode. De elementen van een materieel vast actief met verschillende gebruiksduren worden afzonderlijk opgenomen. Materiële vaste activa worden uit de balans verwijderd bij vervreemding of beëindiging. De winst of het verlies als gevolg van de verwijdering uit de balans wordt in de winst- en verliesrekening van de betrokken periode opgenomen.

b. Gebruiksduren

Terreinen worden niet afgeschreven.

De geschatte gebruiksduren, residuele waarden en de afschrijvingsmethode worden op elk jaareinde herzien, met elke wijziging verwerkt als een schattingswijziging op een prospectieve basis.

De afschrijvingslast wordt berekend volgens de lineaire methode in functie van de gebruiksduur van de activa. Deze wordt als volgt bepaald:

Gebouwen 30 - 40 jaar
Informaticamateriaal 3 - 5 jaar
Machines en uitrusting 10 - 20 jaar
Transportmaterieel 5 - 20 jaar
Ontwikkelingskosten 2 - 5 jaar
Octrooien, merken en andere immateriële activa 5 - 20 jaar

De afschrijvingslast wordt in de winst- en verliesrekening opgenomen in de kosten van verkoop, de commerciële en de administratieve kosten en in de kosten van onderzoek en ontwikkeling.

c. Kosten na eerste opname

Kosten opgelopen na eerste opname voor de vervanging van een onderdeel van een materieel vast actief worden enkel opgenomen als een actief als deze voldoen aan de algemene criteria hierboven beschreven. De boekwaarde van het vervangen onderdeel wordt uit de balans verwijderd.

Herstel- en onderhoudskosten worden in de winst- en verliesrekening opgenomen wanneer ze worden opgelopen.

Voor haar industriële activiteiten loopt Solvay kosten op voor groot onderhoud die over verschillende jaren lopen voor de meeste vestigingen. Het doel van deze uitgaven is om de goede werking van bepaalde installaties te vrijwaren zonder dat de gebruiksduur wordt gewijzigd. De uitgaven worden beschouwd als een specifi ek onderdeel van het materieel vast actief en wordt afgeschreven over de periode waarover de economische voordelen zullen vloeien, d.i. de periode tussen de grote onderhoudsbeurten.

d. Ontmantelingskosten

Ontmantelings- en saneringskosten worden opgenomen in de initiële kostprijs van een materieel vast actief als de Groep een juridische of impliciete verplichting heeft om te ontmantelen of te saneren.

Over het algemeen heeft Solvay op dit moment geen juridische of impliciete verplichting om haar vestigingen te ontmantelen of te saneren in overeenstemming met IAS 37 – Voorzieningen, voorwaardelijke verplichtingen en voorwaardelijke activa, waardoor er enkel een verplichting zou kunnen ontstaan als gevolg van de beëindiging van de activiteiten op een vestiging. Daarom heeft Solvay tot nu toe geen voorzieningen aangelegd voor ontmantelingskosten of deze kosten opgenomen als onderdeel van een materieel vast actief.

Een provisie voor de kosten voor de ontmanteling van beëindigde vestigingen of installaties wordt echter aangelegd als er een juridische verplichting (als gevolg van een verzoek of een rechterlijk bevel van de relevante autoriteiten) bestaat, of als er geen alternatief bestaat dan het ontmantelen om de veiligheidsvoorschriften van de beëindigde vestigingen of installaties te vrijwaren.

16. Bijzondere waardevermindering van materiële vaste activa en immateriële activa, behalve goodwill

Op elke balansdatum evalueert de Groep de boekwaarde van de materiële en immateriële vaste activa, om te beoordelen of er indicaties zijn voor een mogelijke bijzondere waardevermindering van een actief. Indien dergelijke indicaties bestaan, dan wordt de realiseerbare waarde van het actief geschat, om zo de omvang van een eventuele waardevermindering te bepalen. Waar het niet mogelijk is om de realiseerbare waarde van een individueel actief te bepalen, bepaalt de Groep de realiseerbare waarde van de kasstroomgenererende eenheid (KGE) waartoe het betreffende actief behoort. Waar een redelijke en consistente toewijzingsbasis kan bepaald worden, worden de algemene bedrijfsactiva eveneens toegewezen aan de individuele KGE, of ze worden toegewezen tot de kleinste groep van KGE waarvoor een redelijke en consistente toewijzingsbasis kan worden bepaald.

De realiseerbare waarde is de hoogste waarde van de reële waarde min de verkoopkosten van het actief of zijn bedrijfswaarde. Bij het bepalen van de bedrijfswaarde worden de geschatte toekomstige kasstromen gedisconteerd naar de contante waarde door gebruik te maken van disconteringsvoet vóór belastingen die de huidige marktbeoordelingen weerspiegelt van de tijdswaarde van het geld en de aan het actief verbonden risico's waarvoor de schattingen van toekomstige kasstromen niet zijn aangepast.

Indien de realiseerbare waarde van een actief (of KGE) lager is dan de boekwaarde, dan wordt de boekwaarde van het actief (of KGE) teruggebracht tot de realiseerbare waarde. Een bijzondere waardevermindering wordt onmiddellijk opgenomen in winst- en verliesrekening.

Wanneer een bijzondere waardevermindering opgenomen in vroegere boekjaren wordt teruggenomen, dan wordt de boekwaarde van het actief (of KGE) gebracht tot de realiseerbare waarde, indien de verhoogde boekwaarde niet hoger ligt dan de boekwaarde die zou zijn bepaald als in voorgaande jaren geen bijzondere waardevermindering voor het actief (of KGE) was opgenomen. Een terugboeking van een bijzondere waardevermindering wordt onmiddellijk opgenomen in winst- en verliesrekening.

17. Financieringskosten

Financieringskosten die rechtstreeks zijn toe te rekenen aan de verwerving, bouw of productie van een in aanmerking komend actief (d.i. een actief dat noodzakelijkerwijs pas na een aanzienlijke tijdsperiode klaar is voor het beoogde gebruik of

Financiën

voor verkoop) dienen te worden geactiveerd als deel van de kostprijs van dat actief, tot vrijwel alle activiteiten zijn voltooid die nodig zijn om het in aanmerking komende actief voor te bereiden op zijn beoogde gebruik of verkoop. Beleggingsinkomsten uit de tijdelijke belegging van de specifi eke leningen in afwachting van de uitgaven op de in aanmerking komende activa, worden in mindering gebracht van de fi nancieringskosten die in aanmerking komen voor activering. Alle andere fi nancieringskosten worden in winst- en verliesrekening opgenomen wanneer ze worden opgelopen.

18. Overheidssubsidies

Overheidssubsidies mogen pas worden opgenomen als met redelijke zekerheid kan worden gesteld dat de entiteit de aan de subsidies gekoppelde voorwaarden zal vervullen en de subsidies zullen worden ontvangen.

Investeringssubsidies met betrekking tot de aankoop van materiële vaste activa worden in mindering gebracht van de kostprijs van deze activa. Het verwachte bedrag wordt in de balans opgenomen op het ogenblik van de initiële goedkeuring en, indien nodig, achteraf gecorrigeerd bij de defi nitieve toekenning. De subsidie wordt afgeschreven over dezelfde periode als de materiële vaste activa waarvoor de subsidie werd verkregen.

Andere overheidssubsidies worden systematisch als opbrengsten opgenomen over de perioden die nodig zijn om deze subsidies toe te rekenen aan de gerelateerde kosten die ze beogen te compenseren. Een overheidssubsidie die kan worden ontvangen als compensatie voor reeds opgelopen lasten of verliezen of met het oog op het verlenen van onmiddellijke fi nanciële steun aan de Groep zonder toekomstige gerelateerde kosten, moet worden opgenomen als opbrengst van de periode waarin ze te ontvangen is.

19. Voorraden

Voorraden worden gewaardeerd tegen ofwel de laagste inkoopkosten (grondstoffen en goederen) ofwel conversiekosten (goederen in bewerking of afgewerkte producten), en de netto-opbrengstwaarde. De netto-opbrengstwaarde is de geschatte verkoopprijs, verminderd met de geschatte afwerkingskosten en de geschatte kosten die nodig zijn om de verkoop te realiseren, met inbegrip van de marketing-, verkoops- en distributiekosten. De waarde van de voorraden wordt over het algemeen bepaald door toepassing van de formule voor de gewogen gemiddelde kostprijs. De kostprijs van de voorraden omvat de inkoopkosten, zowel als de productiekosten en andere kosten die voortvloeien uit het transport van de voorraden naar hun huidige locatie en de verwerking van de voorraden tot hun huidige toestand.

20. Financiële activa

Alle fi nanciële activa worden opgenomen of niet langer opgenomen in de balans op transactiedatum wanneer de inkoop of verkoop van een fi nancieel actief op grond van een contract waarvan de voorwaarden de levering van het actief voorschrijven binnen de termijn die op de desbetreffende markt algemeen voorgeschreven of overeengekomen is en worden gewaardeerd tegen reële waarde, vermeerderd met transactiekosten, behalve voor fi nanciële activa tegen reële waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening, die initieel gewaardeerd worden tegen reële waarde. Een fi nancieel actief wordt geklasseerd als vlottend, wanneer de verwachte kasstromen een looptijd hebben van minder dan een jaar.

De fi nanciële activa worden geclassifi ceerd in een van de vier categorieën volgens IAS 39 – Financiële instrumenten: opname en waardering afhankelijk van de bedoeling waarmee de fi nanciële activa werden aangeschaft en worden vastgelegd bij hun initiële opname. Deze classifi catie bepaalt de waardering van de fi nanciële activa op toekomstige balansdata: geamortiseerde kostprijs of reële waarde.

De geamortiseerde kostprijs is het bedrag waarvoor het fi nancieel actief initieel wordt opgenomen, na aftrek van de kapitaalafl ossingen, vermeerderd of verminderd met de gecumuleerde afschrijving op basis van de effectieverentemethode van elk verschil tussen het initieel bedrag en het bedrag op einde looptijd.

Voor instrumenten die genoteerd staan op een actieve markt stemt de reële waarde overeen met de marktprijs (niveau 1). Voor instrumenten die niet genoteerd staan op een actieve markt wordt de reële waarde gewaardeerd met behulp van waarderingstechnieken, met inbegrip van recente transacties tussen ter zake goed geïnformeerde, tot een transactie bereid zijnde partijen die onafhankelijk zijn of transacties met instrumenten die in grote mate gelijkaardig zijn (niveau 2); of met behulp van verdisconteerdekasstroomanalyses, met inbegrip van veronderstellingen die in grote mate consistent zijn met waarneembare marktgegevens (niveau 3). Als de reële waarde echter niet op een betrouwbare manier kan bepaald worden, dan wordt het instrument gewaardeerd aan kostprijs.

Effectieverentemethode

De effectieverentemethode is een methode voor het berekenen van de geamortiseerde kostprijs van een schuldinstrument en voor het toerekenen van rentebaten aan de desbetreffende periode. De effectieve rentevoet is de rentevoet die de verwachte stroom van toekomstige geldontvangsten (met inbegrip van betaalde of ontvangen provisies en vergoedingen die integraal deel uitmaken van de effectieve rentevoet alsook transactiekosten en alle overige premies en kortingen) tijdens de verwachte looptijd van het schuldinstrument of, indien relevant, een kortere periode, exact disconteert tot de nettoboekwaarde bij initiële opname.

Niettemin wordt de lineaire methode gebruikt wanneer deze methode een goede benadering vormt van de geamortiseerde kostprijsmethode, d.w.z. wanneer het verschil tussen beide methodes als niet signifi cant wordt beschouwd op Groepsniveau.

Financiële activa tegen reële waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (RWWV)

Financiële activa worden geclassifi ceerd als tegen reële waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (RWWV) als ze aangehouden worden voor handelsdoeleinden. Financiële activa tegen RWWV worden gewaardeerd tegen reële waarde, waarbij alle daaruit voortvloeiende baten of lasten in het resultaat opgenomen worden. Een fi nancieel actief wordt in deze categorie ondergebracht als het voornamelijk aangeschaft werd om het op korte termijn te verkopen. Derivaten behoren ook tot de categorie tegen RWWV, tenzij ze als afdekking aangemerkt werden en effectief zijn. Beleggingen aangehouden tot einde looptijd

Wisselbrieven en schuldbrieven met vaste of bepaalbare betalingen en een vaste looptijd waarvan de Groep stellig voornemens is en in staat is deze aan te houden tot het einde van de looptijd, worden geclassifi ceerd als beleggingen aangehouden tot einde looptijd. Beleggingen aangehouden tot einde looptijd worden gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieverentemethode, verminderd met eventuele bijzondere waardeverminderingsverliezen, met opbrengsten opgenomen volgens de effectieve rente.

Financiële activa beschikbaar voor verkoop

Vaste activa beschikbaar voor verkoop omvatten deelnemingen in entiteiten die niet voornamelijk aangeschaft werden om ze op korte termijn te verkopen, en die noch geconsolideerd noch verwerkt worden volgens de equitymethode. Activa in deze categorie worden gewaardeerd tegen reële waarde, waarbij alle daaruit voortvloeiende baten en lasten rechtstreeks in eigen vermogen worden opgenomen, behalve indien zij het gevolg zijn van een bijzondere waardevermindering, in welk geval het gecumuleerd verlies wordt overgeboekt van het eigen vermogen naar de winst- en verliesrekening. Zij worden echter tegen kostprijs gewaardeerd als er geen prijsnotering in een actieve markt voorhanden is en als hun reële waarde niet op een betrouwbare manier kan bepaald worden met behulp van alternatieve waarderingsmethoden.

Leningen en vorderingen

Leningen en vorderingen zijn niet-afgeleide fi nanciële instrumenten met vaste of bepaalbare betalingen die niet genoteerd worden in een actieve markt. Tot de categorie leningen en vorderingen van de Groep behoren: geldmiddelen en kasequivalenten, handelsvorderingen, belastingsvorderingen en leningen en andere vaste activa, behalve overschotten van pensioenfondsen. Kasequivalenten zijn kortlopende, in hoge mate liquide beleggingen die onmiddellijk kunnen worden omgezet in geldmiddelen waarvan het bedrag bekend is, een oorspronkelijke looptijd hebben van hoogstens drie maand en geen signifi cant risico van waardeverandering inhouden. Leningen en vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieverentemethode, behalve voor kortetermijnvorderingen of wanneer het verschil met de lineaire methode niet signifi cant zou zijn.

Bijzondere waardevermindering van fi nanciële activa

De bijzondere waardevermindering van een fi nancieel actief gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs stemt overeen met het verschil tussen de boekwaarde en de geschatte toekomstige kasstromen, verdisconteerd aan de initiële effectieve rente. De bijzondere waardevermindering van een fi nancieel actief beschikbaar voor verkoop wordt berekend op basis van de huidige reële waarde.

Een test voor bijzondere waardevermindering wordt uitgevoerd, op een individuele basis, voor elk signifi cant fi nancieel actief. Andere activa worden getest als groepen van fi nanciële activa met gelijkaardige kenmerken op vlak van kredietrisico.

Bijzondere waardeverminderingen worden opgenomen in de winst- en verliesrekening. Voor wat betreft activa beschikbaar voor verkoop, in het geval van een bijzondere waardevermindering, wordt de gecumuleerde negatieve wijzigingen in reële waarde die voorheen in eigen vermogen waren opgenomen, getransfereerd naar de winst- en verliesrekening.

Financiën

De bijzondere waardevermindering wordt teruggenomen als de terugname op een objectieve manier kan verbonden worden aan een gebeurtenis die na de bijzondere waardevermindering heeft plaatsgevonden. Voor fi nanciële activa gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs en fi nanciële activa beschikbaar verkoop wordt de terugname opgenomen in de winst- en verliesrekening. Voor fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop die eigenvermogensinstrumenten vertegenwoordigen wordt de terugname onmiddellijk in eigen vermogen opgenomen. Bijzondere waardeverminderingen met betrekking tot activa opgenomen tegen kostprijs worden niet teruggenomen.

21. Financiële verplichtingen

Financiële verplichtingen worden geclassifi ceerd als fi nanciële verplichtingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (RWWV) of als fi nanciële verplichten tegen geamortiseerde kostprijs.

Financiële verplichtingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (RWWV)

Financiële verplichtingen worden geclassifi ceerd als tegen reële waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (RWWV) als ze aangehouden worden voor handelsdoeleinden. Financiële verplichtingen tegen RWWV worden gewaardeerd tegen reële waarde, waarbij alle daaruit voortvloeiende baten of lasten in het resultaat opgenomen worden. Een fi nanciële verplichting wordt in deze categorie ondergebracht als het voornamelijk aangeschaft werd om het op korte termijn te verkopen. Derivaten behoren ook tot de categorie tegen RWWV, tenzij ze als afdekking aangemerkt werden en effectief zijn.

Financiële verplichtingen tegen geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieverentemethode

Financiële verplichtingen tegen geamortiseerde kostprijs, met inbegrip van schulden, worden initieel gewaardeerd tegen de reële waarde, na aftrek van de transactiekosten. Ze worden na initiële opname gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieverentemethode, met interestkosten opgenomen volgens de effectieve rente. De effectieverentemethode is een methode voor het berekenen van de geamortiseerde kostprijs van een fi nanciële verplichting en voor het toerekenen van interestkosten aan de desbetreffende periode. De effectieve rentevoet is de rentevoet die de verwachte stroom van toekomstige geldbetalingen tijdens de verwachte looptijd van de fi nanciële schuld of, indien relevant, een kortere periode, exact disconteert tot de nettoboekwaarde bij initiële opname. De fi nanciële verplichtingen van de Groep gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs omvatten de langlopende fi nanciële schulden, overige langlopende verplichtingen, kortlopende fi nanciële schulden, handelsschulden en te betalen dividenden in de overige kortlopende verplichtingen.

22. Afgeleide fi nanciële instrumenten

De Groep gebruikt verscheidene afgeleide fi nanciële instrumenten (derivaten) om de blootstelling aan rente- en valutarisico's te beheren, met inbegrip van wisselkoerstermijncontracten, renteswaps, valutaswaps. Verdere informatie kan gevonden worden in toelichting 33.

Verder, om de blootstelling aan toekomstige CER-prijsfl uctuaties te beheren, heeft Solvay CER-termijncontracten opgezet, met of zonder leveringswaarborg (zie punt 14).

Afgeleide fi nanciële instrumenten worden initieel gewaardeerd tegen reële waarde op het moment van aangaan van het afgeleide contract en worden na initiële opname geherwaardeerd tegen reële waarde op elke balansdatum. De resulterende winst of verlies wordt onmiddellijk opgenomen in de winst- en verliesrekening, tenzij ze als afdekking aangemerkt werden en effectief zijn, waarbij de opname in de winst- en verliesrekening zal afhangen van de aard van de afdekkingsrelatie. De Groep heeft bepaalde derivaten aangewezen als afdekkingsinstrumenten ofwel om de reële waarde van opgenomen activa of verplichtingen of vaststaande toezeggingen (reëlewaardeafdekking) af te dekken, ofwel om een zeer waarschijnlijke verwachte toekomstige transactie of een valutarisico van een vaststaande toezegging (kasstroomafdekking) af te dekken, ofwel om een netto-investering in een buitenlandse entiteit af te dekken.

Een derivaat met een positieve reële waarde wordt opgenomen als een fi nancieel actief, terwijl een derivaat met negatieve reële waarde als een fi nanciële verplichting wordt opgenomen. Een derivaat wordt gepresenteerd als een vast actief of een langlopende verplichting als de resterende looptijd van het instrument langer is dan 12 maanden en men verwacht niet dat het instrument gerealiseerd of afgewikkeld zal worden binnen de 12 maanden. De overige derivaten worden gepresenteerd als vlottende activa of kortlopende verplichtingen.

85

23. Afdekking (Hedge accounting)

De Groep heeft bepaalde instrumenten, zoals derivaten, in contracten besloten derivaten and niet-afgeleide instrumenten met betrekking tot wisselkoers-, energieprijsrisico's en CO2 -emissierechten, aangewezen als afdekkingsinstrumenten voor ofwel reëlewaardeafdekking, kasstroomafdekking of afdekking van een netto-investering in een buitenlandse entiteit. Afdekking van valutarisico op vaststaande toezeggingen wordt aangemerkt als kasstroomafdekking. Bij aanvang van de afdekkingsrelatie documenteert de onderneming de relatie tussen het afdekkingsinstrument en de afgedekte positie, samen met de doelstellingen van het risicobeheer en de strategie voor het ondernemen van verscheidene afdekkingstransacties. Bovendien dient de Groep, bij aanvang, te documenteren dat het afdekkingsinstrument hoogst effectief is in het salderen van de wijzigingen in de reële waarde of de kasstromen van de afgedekte positie.

Toelichting 33 geeft bijkomende informatie met betrekking tot de reële waarde van de afgeleide fi nanciële instrumenten die gebruikt worden voor afdekkingsdoeleinden.

Reëlewaardeafdekking

Wijzigingen in de reële waarde van derivaten die aangemerkt werden voor reëlewaardeafdekking, worden rechtstreeks in de winst- en verliesrekening opgenomen, samen met eventuele wijzigingen in de reële waarde van het afgedekte actief of de afgedekte verplichting die toe te rekenen zijn aan het afgedekte risico. Deze wijzigingen worden opgenomen op de lijn van de winst- en verliesrekening waarop de afgedekte positie betrekking heeft.

Hedge accounting wordt beëindigd indien de Groep de aanwijzing van de afdekkingsrelatie intrekt, het afdekkingsinstrument afl oopt of wordt verkocht, beëindigd of uitgeoefend, of indien de afdekking niet langer voldoet aan de criteria voor hedge accounting.

Kasstroomafdekking

Het effectieve gedeelte van de wijzigingen in de reële waarde van derivaten aangemerkt voor kasstroomafdekking wordt opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat. Het niet-effectieve gedeelte ervan wordt onmiddellijk opgenomen in de winst- en verliesrekening onder overige fi nanciële opbrengsten en kosten.

Bedragen die voorheen werden opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat en gecumuleerd werden in eigen vermogen worden getransfereerd naar de winst- en verliesrekening in de perioden waarin de afgedekte positie in resultaat wordt opgenomen op dezelfde lijn als de opgenomen afgedekte positie.

Ingeval de afgedekte kasstroom resulteert in de opname van een niet-fi nancieel actief of een niet-fi nanciële verplichting worden de gecumuleerde reëlewaardeaanpassingen van het derivaat niet langer opgenomen in het eigen vermogen maar inbegrepen in de initiële waardering van de kostprijs of de boekwaarde van het niet-fi nancieel actief of de niet-fi nanciële verplichting.

Hedge accounting wordt beëindigd indien de Groep de aanwijzing van de afdekkingsrelatie intrekt, het afdekkingsinstrument afl oopt of wordt verkocht, beëindigd of uitgeoefend, of indien de afdekking niet langer voldoet aan de criteria voor hedge accounting.

In dit geval blijven de gecumuleerde reëlewaardeaanpassingen op het afdekkingsinstrument weerhouden in het eigen vermogen tot de toegezegde of voorziene transactie zich voordoet. Wanneer verwacht wordt dat een toegezegde of voorziene transactie zich niet meer zal voordoen, worden de gecumuleerde reëlewaardeaanpassingen getransfereerd van het eigen vermogen naar de winst en -verliesrekening.

Afdekking van een netto-investering in een buitenlandse entiteit

De verwerking van afdekkingen van een netto-investering in een buitenlandse entiteit gebeurt op dezelfde manier als voor kasstroomafdekkingen. Het effectieve gedeelte van de wijzigingen in de reële waarde van het afdekkingsinstrument worden opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat. Het niet-effectieve gedeelte ervan wordt onmiddellijk opgenomen in de winst- en verliesrekening onder overige fi nanciële opbrengsten en kosten.

Winsten en verliezen op het afdekkingsinstrument met betrekking tot het effectieve gedeelte van de afdekking die gecumuleerd werden in de reserve betreffende omrekeningsverschillen, worden op dezelfde wijze getransfereerd als wisselkoersverschillen met betrekking tot een buitenlandse activiteit, zoals beschreven in punt 8 hierboven.

Financiën

24. Voorzieningen

Voorzieningen worden opgenomen in de balans indien de Groep op balansdatum een huidige (wettelijke of feitelijke) verplichting heeft als gevolg van een gebeurtenis in het verleden, waarvoor het waarschijnlijk is dat er een uitstroom nodig zal zijn van middelen die economische voordelen inhouden, en indien deze uitstroom op een betrouwbare manier kan geschat worden.

Het bedrag opgenomen als een voorziening is gebaseerd op de beste schatting van de uitgave nodig om aan de bestaande verplichting te voldoen op de balansdatum, rekening houdend met de risico's en onzekerheden verbonden aan de verplichting. Wanneer een voorziening wordt gewaardeerd op basis van kasstromen nodig om de huidige verplichting af te wikkelen, dan is de boekwaarde de contante waarde van deze kasstromen.

Indien sommige of alle uitgaven die vereist zijn om een voorziening af te wikkelen naar verwachting door een andere partij zullen worden vergoed, dient de vergoeding te worden opgenomen als het vrijwel zeker is dat de vergoeding zal worden ontvangen en het bedrag van de vordering betrouwbaar kan geschat worden.

Verlieslatende contracten

Huidige verplichtingen voortvloeiend uit verlieslatende contracten worden opgenomen en gewaardeerd als voorzieningen. Een verlieslatend contract is een contract waarbij de onvermijdelijke kosten die nodig zijn om de verplichtingen van het contract na te komen, hoger liggen dan de economische voordelen die naar verwachting uit het contract worden ontvangen.

Herstructurering

Een voorziening voor herstructurering wordt enkel opgenomen wanneer de Groep een gedetailleerd en formeel herstructureringsplan heeft goedgekeurd en de herstructurering ofwel werd aangevat, ofwel publiekelijk werd aangekondigd voor balansdatum. Een voorziening voor herstructurering omvat enkel uitgaven die een rechtstreeks gevolg zijn van de herstructurering en geen verband houden met het voortzetten van de activiteiten van de entiteit.

Milieuverplichtingen

Solvay herziet periodiek al haar milieurisico's en de daarmee verbonden voorzieningen. Solvay waardeert deze voorzieningen op basis van de gekende toepasbare reglementeringen, de aard en de omvang van de vervuiling, de saneringstechnieken en andere beschikbare informatie.

Wijzigingen in de disconteringsvoet worden opgenomen in de winst- en verliesrekening binnen het fi nancieel resultaat.

25. Operationele segmenten

Een operationeel segment is een onderdeel van een entiteit dat bedrijfsactiviteiten uitoefent waaruit opbrengsten kunnen worden gehaald en waarbij kosten kunnen worden gemaakt, waarvan de bedrijfsresultaten regelmatig worden beoordeeld door de hoogstgeplaatste functionaris van de entiteit die belangrijke operationele beslissingen neemt en waarover afzonderlijke fi nanciële informatie beschikbaar is. De hoogstgeplaatste functionaris van Solvay is de Chief Executive Offi cer.

26. Opname van opbrengsten

Opbrengsten (omzet en andere opbrengsten) dienen te worden gewaardeerd tegen de reële waarde van de vergoeding die is ontvangen of waarop recht is verkregen. Dit bedrag wordt aangepast met het geschatte bedrag van de door de klanten teruggezonden goederen, de handels- en gelijkaardige kortingen.

De omzet omvat de verkoop van goederen en diensten met een toegevoegde waarde die overeenstemt met de knowhow van Solvay.

Andere opbrengsten omvatten voornamelijk transacties in het verhandelen van consumptiegoederen (commodities en andere nutsgoederen) en andere opbrengsten die occasioneel zijn voor de Groep (bv Tijdelijke contracten na de verkoop van activiteiten).

Omzet en andere opbrengsten dienen te worden opgenomen als alle volgende voorwaarden zijn vervuld:

  • de entiteit heeft de wezenlijke risico's en voordelen van eigendom van de goederen overgedragen aan de koper;
  • de entiteit behoudt over de verkochte goederen niet de feitelijke zeggenschap of betrokkenheid die gewoonlijk toekomt aan de eigenaar;
  • het bedrag van de opbrengst kan betrouwbaar worden bepaald;
  • het is waarschijnlijk dat de economische voordelen met betrekking tot de transactie naar de entiteit zullen vloeien; en
  • de gemaakte of nog te maken kosten met betrekking tot de transactie kunnen op betrouwbare wijze worden gewaardeerd.

27. Vaste activa aangehouden voor verkoop en beëindigde bedrijfsactiviteiten

Een vast actief, of een groep activa die wordt afgestoten, wordt geclassifi ceerd als aangehouden voor verkoop wanneer de boekwaarde hoofdzakelijk zal worden gerealiseerd in een verkooptransactie in plaats van doorlopend gebruik. Deze voorwaarde is enkel vervuld als de verkoop heel waarschijnlijk geacht wordt en als het actief (of de groep activa die wordt afgestoten) gereed is voor onmiddellijke verkoop in zijn huidige staat. Er kan pas sprake zijn van een zeer waarschijnlijke verkoop als de entiteit zich heeft verbonden tot een plan voor de verkoop van het actief (of de groep activa die wordt afgestoten) en als een operationeel plan om een koper te vinden en het plan te voltooien, opgestart is. Bovendien moet de verkoop van het actief (of van de groep activa die wordt afgestoten) actief gepromoot worden tegen een redelijke prijs in verhouding tot zijn huidige reële waarde en dient de verkoopsovereenkomst naar verwachting afgesloten te worden binnen het jaar na de datum van de classifi catie.

Een beëindigde bedrijfsactiviteit is een component van een entiteit die ofwel is afgestoten ofwel is geclassifi ceerd als aangehouden voor verkoop, een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografi sch bedrijfsgebied vertegenwoordigt en zowel operationeel als voor de fi nanciële verslaggeving kan worden onderscheiden van de rest van de entiteit.

Wanneer de Groep zich heeft verbonden tot een verkoop die een verlies van zeggenschap over een dochteronderneming met zich meebrengt, dan dienen alle activa en verplichtingen van deze dochteronderneming geclassifi ceerd te worden als aangehouden voor verkoop als de hierboven beschreven criteria beantwoord zijn, ongeacht of de Groep een minderheidbelang zal aanhouden in de dochteronderneming na de verkoop.

Activa die geclassifi ceerd zijn als aangehouden voor verkoop worden gewaardeerd tegen reële waarde na aftrek van verkoopkosten als deze lager is dan de boekwaarde. Een eventueel overschot van de boekwaarde tegenover de reële waarde na aftrek van verkoopkosten wordt opgenomen als een bijzondere waardevermindering. Zodra activa geclassifi ceerd worden als aangehouden voor verkoop worden ze niet langer afgeschreven. Vergelijkende balansinformatie voor voorgaande perioden wordt niet herwerkt om de nieuwe classifi catie in de balans te weerspiegelen.

28. Financiële opbrengsten en kosten

De fi nanciële kosten omvatten de rente op leningen berekend op basis van de effectieverentemethode, de systematische afschrijving van de transactiekosten verbonden aan kredietlijnen, vooruitbetalingen of annulatiekosten voor kredietlijnen en de kosten voor het verloop van het disconto voor langlopende niet-fi nanciële verplichtingen, de impact van een wijziging in de disconteringsvoet.

Financiële opbrengsten omvatten het verwachte rendement op fondsbeleggingen, rente of geldmiddelen en dividenden. De wisselkoersverschillen op fi nanciële instrumenten en de wijzigingen in de reële waarde van afgeleide instrumenten worden respectief gepresenteerd in fi nanciële opbrengsten of kosten, met uitzondering van wijzigingen in de reële waarde van afgeleide instrumenten die opgenomen worden op dezelfde lijn als de afgedekte transactie.

Alle rente op leningen wordt opgenomen in de fi nanciële kosten als ze worden opgelopen, met uitzondering van fi nancieringskosten uit de verwerving, bouw en de productie van een in aanmerking komend immaterieel actief of materieel vast actief die opgenomen worden in de kostprijs van het actief in overeenstemming met de verwerking volgens IAS 23 – Financieringskosten.

Jaarverslag Solvay 2011

29. Aandelenopties

Aandelenopties worden op hun reële waarde geschat op de datum van toekenning. Voor deze schatting wordt een monte-carlosimulatie voor de evaluatie van opties gebruikt. Deze reële waarde wordt lineair in rekening gebracht over de periode waarin de rechten werden verworven, rekening houdend met een schatting van het aantal uiteindelijk verworven opties.

De hierboven beschreven grondslag is toepasbaar op alle aandelenopties toegekend na 7 november 2010 en die onvoorwaardelijk werden toegezegd na 1 januari 2005. Geen bedragen werden opgenomen in de jaarrekening voor andere aandelenopties.

30. Overzicht van het totaalresultaat

In overeenstemming met IAS 1, Presentatie van de jaarrekening, heeft een entiteit de keuze om één overzicht van het totaalresultaat of twee overzichten, een winst- en verliesrekening en onmiddellijk gevolgd door een overzicht van het totaalresultaat, te presenteren. De Groep heeft gekozen voor de laatste optie.

De andere elementen van het totaalresultaat worden gegeven vóór de belastingimpact die ermee verband houdt met een lijn dat het totale bedrag aan winstbelasting over deze elementen voorstelt.

31. Voorwaardelijke activa en voorwaardelijke verplichtingen

Voorwaardelijke activa worden niet opgenomen. Ze worden beschreven in de toelichtingen als een instroom van economische voordelen waarschijnlijk is. Voorwaardelijke verplichtingen worden niet opgenomen, tenzij ze voortvloeien uit een bedrijfscombinatie. Ze worden vermeld in de toelichtingen, tenzij de mogelijkheid van een verlies zeer onwaarschijnlijk is.

32. Gebeurtenissen na balansdatum

Gebeurtenissen na balansdatum die bijkomende informatie verschaffen over de situatie van de onderneming op balansdatum (adjusting events) worden verwerkt in de jaarrekening. Andere gebeurtenissen na balansdatum (nonadjusting events) worden enkel vermeld in de toelichtingen als ze belangrijk geacht worden.

Cruciale beoordelingen en belangrijkste bronnen van schattingsonzekerheden

Bijzondere waardevermindering

De Groep voert jaarlijks bijzondere waardeverminderingstesten uit op goodwill en op kasstroomgenererende eenheden waarvoor er aanwijzingen zijn dat de nettoboekwaarde mogelijk hoger is dan de realiseerbare waarde. Deze analyse vereist dat het management de toekomstige verwachte kasstromen die uit de kasstroomgenererende eenheden zouden voortvloeien schat, en dat hij een relevante disconteringsvoet voor de berekening van de contante waarde gebruikt. Zie toelichting 25 voor bijkomende informatie.

Uitgestelde belastingvorderingen

De boekwaarde van uitgestelde belastingvorderingen wordt op elke balansdatum beoordeeld. De boekwaarde van een uitgestelde belastingvordering wordt verminderd indien het niet langer waarschijnlijk is dat voldoende belastbare winst beschikbaar zal zijn om de winst van een deel of de hele uitgestelde belastingvordering te kunnen gebruiken. Deze vermindering wordt tegengeboekt wanneer de waarschijnlijkheid toeneemt dat voldoende belastbare winst beschikbaar wordt.

Het Corporate Tax Competence Center heeft het overzicht over de situatie van de Groep inzake uitgestelde belastingvorderingen en wordt systematisch betrokken bij de beoordeling van deze uitgestelde vorderingen. Zie toelichting 11b voor bijkomende informatie.

Voorzieningen voor personeelsbeloningen

De actuariële veronderstellingen, gebruikt om de pensioenverplichtingen per 31 december en de jaarlijkse kosten te bepalen, zijn te vinden op toelichting 31. De plannen voor personeelsbeloningen worden jaarlijks door onafhankelijke actuarissen geëvalueerd. De globale disconteringsvoet en het infl atiepercentage worden door de bedrijfsleiding bepaald. De andere hypotheses, zoals salarisverhogingen in de toekomst, verwachte langetermijnbeleggingsrendementen en verwachte kostenverhogingen in de medische zorg worden bepaald op het lokale niveau. De personeelsdienst van de Groep superviseert alle plannen met de hulp van een centrale actuaris, gaat na of de resultaten aanvaardbaar zijn en waakt over de eenvormigheid van de reporting.

Voorzieningen voor Gezondheid, Veiligheid en Leefmilieu

De voorzieningen voor Gezondheid, Veiligheid en Leefmilieu worden beheerd en gecoördineerd door het Competentiecentrum Gezondheid, Veiligheid en Leefmilieu en de fi nanciële diensten van de Groep. De voorspelling van uitgaven wordt verdisconteerd naar de huidige waarde in overeenstemming met IFRS. De disconteringsvoet, die vastgelegd wordt per geografi sche zone, komt overeen met een gemiddeld risicovrij rendement voor staatsobligaties met een looptijd van 10 jaar, plus infl atie. De Financiële Directie van de Solvay-groep bepaalt de disconteringsvoet. Hij kan worden herzien op basis van de evolutie van de economische parameters in het betreffende land. Om de nadering te weerspiegelen van de waarschijnlijke datum waarop de uitgaven zullen gebeuren, worden de voorzieningen elk jaar verhoogd op basis van de door de Financiële Directie van de Groep bepaalde disconteringsvoet. Zie toelichting 31 voor bijkomende informatie.

Voorzieningen voor geschillen

Alle enigszins belangrijke juridische geschillen1 (of dreiging van zulke geschillen) worden door de eigen juridische dienst van Solvay onderzocht en dit op zijn minst elk kwartaal. De juristen krijgen hiervoor indien nodig ook hulp van externe adviseurs. Dit onderzoek gaat ook over de vraag of voorzieningen dienen aangelegd of bestaande voorzieningen dienen te worden aangepast. Het gebeurt in overleg met de Financiële Directie van de Groep en het departement Verzekeringen. De General Counsel van de Groep legt het verslag dat het resultaat is van dit werk voor aan het Uitvoerend Comité en vervolgens aan het Auditcomité.

Reëlewaardeaanpassingen bij bedrijfscombinaties

In overeenstemming met IFRS 3 Bedrijfscombinaties herwaardeert de Groep de activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen verworven bij een bedrijfscombinatie tegen reële waarde. Waar mogelijk worden reëlewaardeaanpassingen gebaseerd op schattingen en waarderingsmodellen van derden, bijvoorbeeld voor voorwaardelijke verplichtingen en immateriële activa die niet op de balans stonden van de overgenomen entiteit. Vaak worden interne maatstaven gebruikt voor het waarderen van specifi eke productie-uitrusting. Bij elk van deze waarderingsmethoden worden assumpties gebruikt zoals verwachte toekomstige kasstromen, resterende gebruiksduur enz. Zie toelichting 20 voor bijkomende informatie.

Jaarverslag Solvay 2011

Algemene beschrijving van de segmenten

De vijf segmenten zijn Kunststoffen, Chemie, Rhodia, New Business Development (NBD) en Corporate & ondersteuning van activiteiten (CBS).

Het segment Kunststoffen is actief in 2 clusters:

Specialty Polymers

• Hoogpresterende en ultrahoogpresterende polymeren, zoals fl uorpolymeren, elastomeren, vloeistoffen, barrièrematerialen, polyarylamiden, polysulfonen, hoogpresterende polyamiden, polymeren met vloeibare kristallen.

Vinyls

  • Vinylprodukten: geïntegreerde elektrolyseketen en derivaten (natriumhydroxide), VCM (monomeer) en pvc (polymeer)
  • Plastics integration: pvc-compounds en Pipelife (50/50 joint venture met Wienerberger)

Het segment Chemie is actief in 2 clusters:

Essential Chemicals

  • Natriumcarbonaat en afgeleide producten: natriumcarbonaat en afgeleide specialiteiten (bicarbonaat)
  • Peroxides: waterstofperoxide en detergenten (perzouten)
  • Elektrochemie en afgeleide producten: elektrochemie en afgeleide producten (natriumhydroxide en epichloorhydrine)

Special Chemicals

  • Fluorchemie: fl uorproducten
  • Advanced Functional Minerals: geprecipiteerd calciumcarbonaat
  • Molecular Solutions

Het segment Rhodia is actief in 5 clusters:

Consumer Chemicals

  • Speciale oppervlakte-actieve stoffen
  • Speciale polymeren en monomeren
  • Fosforchemie
  • Ecovriendelijke oplosmiddelen
  • Speciale aminen
  • Fenolen en zuurstofhoudende oplosmiddelen
  • Difenolen en afgeleide producten

Advanced Materials

  • Hoogpresterende silica
  • Formuleringen van zeldzame aardmetalen

Polyamide Materials

  • Polyamide 6.6
  • Engineeringkunststoffen op basis van Polyamide 6.6

Acetow and Eco Services

  • Acetaattouw
  • Zwavelzuurregeneratie

Energy Services

• Energieoptimalisatie en CO2 -emissiereductie

Het segment New Business Development (NBD) omvat onderzoeksactiviteiten die ondernomen worden buiten de Strategic Business Units op veelbelovende en belangrijke gebieden voor de ontwikkeling van de Groep.

Het segment Corporate en Business Support (CBS) omvat het personeel en de installaties van de hoofdkantoren van de Groep die niet bij één van de andere sectoren onder te brengen zijn en ook bepaalde sites die werden stilgelegd.

De defi nities van de segmenten Corporate en New Business Development (NBD) werden geharmoniseerd. Van het vroegere Corporate segment van Rhodia werden de volgende kosten overgedragen naar het segment Corporate van de Groep vanaf 1 oktober:

  • Communicatie;
  • Human resources;
  • Legal;
  • Algemeen beheer (behalve Pensioenen, Expats, Zones, Veiligheid, Audit);
  • Financiën (behalve Audithonoraria, Verzekeringen, Zones).

De vijf segmenten komen uitvoerig aan bod in het algemene deel van dit jaarverslag.

Toelichtingen bij de winst- en verliesrekening

(1) Financiële gegevens per operationeel segment

De segmenten Chemie, Kunststoffen, Rhodia en New Business Development (NBD) worden uitvoerig beschreven in het "activiteiten" deel van dit jaarverslag. Het segment Corporate & Business Support (CBS) omvat het personeel en de installaties van de hoofdkantoren van de Groep die niet bij één van de vier andere sectoren onder te brengen zijn en ook bepaalde vestigingen die werden stilgelegd.

Hieronder de informatie per operationeel segment over 2010:

2010
Miljoen EUR
Chemie Kunststoffen New
Business
Corporate
& Business
Totaal Groep
Winst- en verliesrekening Development support
Omzet 3 009 4 071 0 0 7 080
- Intersegment verkoop1 -412 -709 0 0 -1 121
Externe verkoop 2 597 3 361 0 0 5 959
Brutowinst 530 596 0 0 1 126
REBITDA 455 538 -25 -37 930
REBIT 297 344 -26 -45 571
Niet-recurrente elementen -332 93 0 -78 -317
EBIT -34 437 -26 -123 254
Kasstroomelementen Chemie Kunststoffen New Corporate Totaal Groep
(voortgezette bedrijfsactiviteiten) Business & Business
Development support
EBIT -34 437 -26 -123 254
Recurrente afschrijvingen 158 194 0 8 359
Bijzondere waardeverminderingen 236 11 0 0 248
Wijziging in de voorzieningen en andere
niet-kas elementen
25 -162 0 -37 -173
Wijzigingen in het werkkapitaal 28 -70 0 3 -38
Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten vóór
belastingen
413 411 -25 -149 650
Investeringsuitgaven -166 -267 -12 -12 -457
Kasstromen uit investeringsactiviteiten -386 20 -12 16 -363
Balans en andere elementen Chemie Kunststoffen New Corporate Totaal Groep
Business & Business
Development support
Vaste activa2 2 002 2 157 35 249 4 443
Werkkapitaal3 408 548 0 78 1 033
Voorzieningen 861 284 0 939 2 084
Effectief op 1/1 van het volgende jaar 7 706 5 237 0 1 777 14 720
1 De prijzen voor intersegment transacties zijn gebaseerd op marktprijzen.

2 Met daarin de vaste activa, zonder de uitgestelde belastingvorderingen en andere lange termijnvorderingen.

3 Met daarin de vlottende activa en kortlopende verplichtingen en de overige activa en verplichtingen op lange termijn, met uitzondering van het te betalen dividend.

In 2010 presenteert de Groep het Farmaceutische segment als beëindigde bedrijfsactiviteiten in overeenstemming met IFRS 5.

Hieronder de informatie per operationeel segment over 2011:

2011 Miljoen EUR Chemie Kunststoffen Rhodia New Corporate Totaal
Business & Business Groep
Winst- en verliesrekening Development support
Omzet 3 264 4 373 0 0 0 7 638
- Intersegment verkoop1 -406 -688 1 565 0 0 471
Externe verkoop 2 858 3 686 1 565 0 0 8 109
Brutowinst 572 670 323 0 -2 1 564
REBITDA 484 583 231 -38 -51 1 208
REBIT 334 391 120 -39 -58 748
Niet-recurrente elementen 15 -18 -158 0 -28 -189
EBIT 349 373 -38 -39 -85 560
Kasstroomelementen Chemie Kunststoffen Rhodia New Corporate Totaal
(voortgezette bedrijfsactiviteiten) Business & Business Groep
Development support
EBIT 349 373 -38 -39 -85 560
Recurrente afschrijvingen 150 191 111 0 7 460
Bijzondere waardeverminderingen 3 -8 0 0 0 -5
Wijziging in de voorzieningen en
andere niet-kas elementen
-82 -30 -61 2 -106 -277
Wijzigingen in het werkkapitaal -53 88 222 0 7 264
Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten
vóór belastingen
367 614 234 -36 -177 1 002
Investeringsuitgaven -214 -409 -164 -28 -3 982 -4 797
Kasstromen uit investeringsactiviteiten -219 -404 -126 -38 -3 893 -4 679
Balans en andere elementen Chemie Kunststoffen Rhodia New Corporate Totaal
Business & Business Groep
Development support
Vaste activa2 2 093 2 347 6 513 82 210 11 246
Werkkapitaal3 402 450 518 -1 -83 1 287
Voorzieningen 672 299 2 183 0 906 4 060
Effectief op 1/1 van het volgende jaar 8 114 5 067 14 255 0 1 685 29 121

1 De prijzen voor intersegment transacties zijn gebaseerd op marktprijzen.

2 Met daarin de vaste activa, zonder de uitgestelde belastingvorderingen en andere lange termijnvorderingen. 3 Met daarin de vlottende activa en kortlopende verplichtingen en de overige activa en verplichtingen op lange termijn, met uitzondering van het te betalen dividend. De externe verkopen per cluster zijn als volgt:

Miljoen EUR 2010 2011
Kunststoffen 3 361 3 686
Specialty Polymers 1 143 1 251
Vinyls 1 2 217 2 435
Chemie 2 597 2 858
Essential Chemicals 2 034 2 247
Special Chemicals 564 612
Rhodia 1 565
Consumer Chemicals 617
Advanced Materials 218
Polyamide Materials 406
Acetow and Eco Services 288
Energy Services 55
Andere verkopen 36
Harmonisatie van waarderingsregels -55
  1. Inclusief vinyls and Plastic Integration

(2) Financiële gegevens per land en regio

De omzet van de Groep per bestemming is als volgt:

Miljoen EUR 2010 % 2011 %
België 314 5% 326 4%
Duitsland 675 11% 851 10%
Italië 536 9% 607 7%
Frankrijk 465 8% 749 9%
Spanje 322 5% 357 4%
Europese Unie - andere 729 12% 939 12%
Europese Unie 3 042 51% 3 829 47%
Europa - Andere 111 2% 177 2%
Verenigde Staten 888 15% 1 164 14%
Canada 36 1% 60 1%
Noord-Amerika buiten Mexico 924 16% 1 224 15%
Brazilië 419 7% 664 8%
Argentinië 140 2% 191 2%
Latijns-Amerika - Andere 100 2% 152 2%
Latijns-Amerika 659 11% 1 007 12%
Rusland 44 1% 88 1%
Turkije 60 1% 89 1%
China 122 2% 283 3%
India 67 1% 89 1%
Japan 180 3% 254 3%
Egypte 31 1% 49 1%
Andere 719 12% 1 020 13%
Azië en de rest van de wereld 1 224 21% 1 872 23%
Totaal 5 959 100% 8 109 100%

Het geïnvesteerde kapitaal en de investeringsuitgaven per land of regio worden hieronder voorgesteld:

Geïnvesteerd kapitaal
Investeringsuitgaven
Miljoen EUR 2010 % 2011 % 2010 % 2011 %
België 781 14% 3 083 24% -37 8% -1 056 22%
Duitsland 479 9% 1 372 11% -25 6% -44 1%
Italië 691 13% 721 6% -45 10% -67 1%
Frankrijk 470 9% 1 850 15% -47 10% -3 137 65%
Groot-Brittannië 0 0% 240 2% 0 0% -4 0%
Spanje 237 4% 168 1% -34 7% -23 0%
Europese Unie - andere 384 7% 241 2% -11 2% -14 0%
Europese Unie 3 042 56% 7 675 61% -199 44% -4 345 91%
Europa - Andere 144 3% -5 0% -125 27% 0 0%
Verenigde Staten 1 075 20% 1 747 14% -35 8% -66 1%
Canada 0 0% -1 0% 0 0% 0 0%
Noord-Amerika buiten 1 075 20% 1 746 14% -35 8% -66 1%
Mexico
Brazilië 423 8% 1 008 8% -22 5% -56 1%
Argentinië 104 2% 106 1% -11 2% -12 0%
Latijns-Amerika - Andere 25 0% 58 0% -1 0% -1 0%
Latijns-Amerika 551 10% 1 172 9% -34 7% -69 1%
Rusland 6 0% 376 3% 0 0% -168 3%
Turkije 5 0% 4 0% 0 0% 0 0%
Thailand 369 7% 456 4% -47 10% -84 2%
China 21 0% 504 4% -1 0% -27 1%
Zuid-Korea 66 1% 183 1% -4 1% -9 0%
India 48 1% 90 1% -2 0% -11 0%
Singapore 0 0% 237 2% 0 0% 0 0%
Japan 27 0% 88 1% 0 0% -1 0%
Egypte 90 2% 101 1% -3 1% -13 0%
Andere 33 1% 8 0% -6 1% -6 0%
Azië en de rest van de 664 12% 2 047 16% -63 14% -318 7%
wereld
Totaal 5 476 100% 12 636 100% -457 100% -4 797 100%

(3) Brutomarge

De brutomarge, uitgedrukt in percentage van de omzet, komt op 19% in 2011, wat stabiel is vergeleken met 2010. De brutomarge van Rhodia is inbegrepen sinds 1 oktober 2011 en bedraagt bijna 21% voor het laatste kwartaal. De negatieve impact van de herwaardering naar reële waarde bij de overname van de verkochte voorraden van Rhodia in het laatste kwartaal werd gepresenteerd als niet-recurrente kosten.

(4) Commerciële en administratieve kosten

De commerciële en administratieve kosten van de Groep zijn over het algemeen met 37% gestegen tussen 2010 en 2011. Zonder de overname van Rhodia waren deze kosten gestegen met 3%. Dit toont aan dat hoewel niet alle besparingen met betrekking tot de implementatie van Horizon werden doorgevoerd in 2011, de administratieve kosten verbonden aan de voortgezette activiteiten niet signifi cant gewijzigd zijn na de verkoop van de Farma.

(5) Onderzoek- en ontwikkelingskosten

De onderzoek- en ontwikkelingskosten zijn met 25% gestegen tussen 2010 en 2011. Deze kosten voor de voortgezette bedrijfsactiviteiten betreffen voornamelijk:

  • de Speciale Polymeren;
  • New Business Development;
  • de activiteiten van Rhodia voor het laatste kwartaal van 2011 dat het grootste deel van de stijging van 2011 uitmaakt.

(6) Overige operationele opbrengsten en kosten

Miljoen EUR
2010
2011
Kosten voor opstarten, voorstudie en vestiging
-9
-16
Kosten voor buitengebruikstelling en ontmanteling
-16
-19
Kosten voor tests en proeven
-3
-4
Opbrengsten uit deelnemingen en rente op leningen aan joint ventures en niet
7
11
geconsolideerde vennootschappen
Netto winst (+) / verlies (-) uit fi nanciële activa aangehouden voor
8
5
handelsdoeleinden
Saldo van overige opbrengsten en kosten
19
-37
Overige operationele opbrengsten en kosten
6
-60

Het saldo van de overige operationele opbrengsten en kosten omvat onder andere:

  • -29 miljoen EUR voor de afschrijving tijdens het laatste kwartaal van 2011 van de herwaardering van de immateriële activa van Rhodia in het kader van de Purchase Price Allocation (PPA);
  • -9 miljoen EUR voor de waardevermindering op de voorraad grondstoffen van Rhodia tijdens het laatste kwartaal van 2011;
  • 12 miljoen EUR uit de verkoop van ondergrondse bergruimten in Duitsland (16 miljoen EUR in 2010);
  • 11 miljoen EUR uit de verkoop van Braziliaanse energieleveringskredieten;
  • -5 miljoen EUR herstructureringskosten (EUR -8 miljoen EUR in 2010);
  • -7 miljoen EUR (EUR -9 miljoen EUR in 2010) voor tijdelijke sluitingen van fabrieken;
  • -8 miljoen EUR in het segment Chemie voor accijnzen in 2010;
  • +7 miljoen EUR in het segment Chemie voor de verkoop van CO2 -emissierechten in 2010.

(7) Opbrengsten uit joint ventures en geassocieerde deelnemingen geconsolideerd volgens de equitymethode

Sinds 1 januari 2011 past de Groep de equitymethode toe voor de consolidatie van joint ventures in plaats van de proportionele consolidatiemethode.

Het nettoresultaat van de joint ventures maakt deel uit van de REBIT van de Groep en bedraagt 49 miljoen EUR voor de joint ventures van Solvay en 12 miljoen EUR voor de joint ventures van Rhodia voor het laatste kwartaal van 2011.

(8) REBIT (recurrente EBIT)

De REBIT is gestegen met 31% van 571 miljoen EUR in 2010 tot 748 miljoen EUR in 2011. De REBIT van Rhodia voor het laatste kwartaal bedroeg 120 miljoen EUR (of 149 miljoen EUR na uitsluiting van de afschrijvingen voor het laatste kwartaal van 2011 op de herwaardering van immateriële activa van Rhodia in het kader van de PPA).

De defi nities van de segmenten Corporate en New Business Development (NBD) werden geharmoniseerd. Van het vroegere Corporate segment van Rhodia werden de volgende kosten overgedragen naar het segment Corporate van de Groep vanaf 1 oktober:

  • Communicatie;
  • Human resources;
  • Legal;
  • Algemeen beheer (behalve Pensioenen, Expats, Zones, Veiligheid, Audit);
  • Financiën (behalve Audithonoraria, Verzekeringen, Zones).
  • Dit maakt het mogelijk de realisatie van de synergie op groepsniveau op te volgen

Aangezien de synergie nog niet gerealiseerd was in het laatste kwartaal van 2011, heeft dit tot een daling van de REBIT voor de segmenten Corporate en NBD van 15 miljoen EUR in 2011 geleid.

De REBIT van de segmenten Chemie en Kunststoffen steeg met 17% van 617 miljoen EUR tot 725 miljoen EUR in 2011.

(9) Niet-recurrente elementen

De niet-recurrente elementen omvatten:

  • baten en lasten op de verkoop van dochterondernemingen, joint ventures en fi lialen geboekt volgens de equitymethode en die niet kunnen worden beschouwd als beëindigde bedrijfsactiviteiten;
  • voor verkoop beschikbare investeringen of baten en lasten uit de verkoop van vastgoed dat niet direct te maken heeft met een bedrijfsactiviteit;
  • herstructureringskosten in verband met de beëindiging van een activiteit;
  • waardevermindering die voortvloeit uit de beëindiging van een activiteit of de sluiting van een fabriek;
  • waardevermindering die resulteert uit de controle op waardevermindering van een KGE of kasstroomgenererende eenheid (KGE)1 (een KGE bevat materiële en immateriële vaste activa en desgevallend toegekende goodwill);
  • de gevolgen van belangrijke juridische geschillen.
  • de saneringskosten met betrekking tot het sluiten van vestigingen of beëindigde bedrijfsactiviteiten;
  • andere signifi cante operationele opbrengsten of kosten als gevolg van ongewone gebeurtenissen die mogelijk de analyse en de vergelijkbaarheid van de prestaties van de Groep kunnen verstoren.

De niet-recurrente elementen zijn als volgt:

Miljoen EUR 2010 2011
Bijzondere waardeverminderingen -306 5
Purchase Price Allocation voor voorraden 0 -160
Overige opbrengsten en kosten -11 -33
Niet-recurrente elementen -317 -188

In 2011 betreft de PPA-impact in niet-recurrente kosten (-160 miljoen EUR) de marge op de voorraden die Rhodia in het laatste kwartaal van 2011 verkocht en die geherwaardeerd waren naar reële waarde bij overname.

  • In 2011 waren de belangrijkste andere niet-recurrente elementen de volgende:
  • de acquisitiekosten van Rhodia gedragen door Solvay voor -33 miljoen EUR;
  • de kosten van consultants in het kader van de invoering van Horizon (-15 miljoen EUR);
  • voorzieningen voor gezondheid, veiligheid en leefmilieu betreffende de sluiting van installaties (-16 miljoen EUR).
  • de nietigverklaring van de boete in verband met natriumcarbonaat door de Europese Unie (+27 miljoen EUR)

1 KGE = de kleinste identifi ceerbare groep activa die een instroom van kasmiddelen genereert die in ruime mate onafhankelijk is van de instroom van kasmiddelen uit andere activa of groepen van activa.

In 2010 heeft de bijzondere waardevermindering van voortgezette bedrijfsactiviteiten te maken met:

  • de bijzondere waardevermindering van de kasstroomgenererende eenheid Natriumcarbonaat in Europa voor een bedrag van -245 miljoen EUR;
  • andere bijzondere waardeverminderingsverliezen voor Chemie (-56 miljoen EUR, voornamelijk in Bussi en Bitterfeld).

De overige kosten van voortgezette bedrijfsactiviteiten werden in 2010 beïnvloed door:

  • herstructureringskosten, voornamelijk verbonden aan de implementatie van Horizon (-98 miljoen EUR);
  • de meerwaarde op de verkoop van Inergy (+139 miljoen EUR);
  • milieuvoorzieningen verbonden aan de sluiting van installaties (-21 miljoen EUR).

(10) Financieringskosten

Miljoen EUR 2010 2011
Kosten op leningen - Interestkost op fi nanciële verplichtingen tegen -138 -159
geamortiseerde kostprijs
Interestopbrengst op geldmiddelen en kasequivalenten (behalve obligaties en 5 12
thesauriebewijzen op minder dan 3 maand)
Interestopbrengst op obligaties en thesauriebewijzen op minder 3 dan maand 3 14
(aangehouden tot einde looptijd tegen geamortiseerde kostprijs)
Interestopbrengst op obligaties en thesauriebewijzen op meer dan 3 maand 9 5
(aangehouden tot einde looptijd tegen geamortiseerde kostprijs)
Interestopbrengst op andere vlottende fi nanciële activa (beschikbaar voor 5 7
verkoop)
Overige fi nancieringsopbrengsten en -kosten -10 -16
Disconteringskosten van de voorzieningen -52 -72
Financieringskosten -178 -208

Interestopbrengst op fi nanciële activa tegen geamortiseerde kostprijs + interestopbrengst op fi nanciële activa aangehouden tot einde looptijd + interestopbrengst op fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop = Interest op leningen en termijndeposito's (zie winst- en verliesrekening). De overeenstemmende fi nanciële activa worden gepresenteerd onder "Overige vlottende vorderingen – Financiële instrumenten" en "Geldmiddelen en kasequivalenten"

De fi nancieringskosten bedroegen 208 miljoen EUR op het einde van 2011, vergeleken met 178 miljoen EUR op het einde van 2010, waarvan 39 miljoen EUR betrekking heeft op de consolidatie van 3 maanden van Rhodia.

De interestopbrengsten op beschikbare geldmiddelen bedroegen 39 miljoen EUR op het einde van 2011, vergeleken met 22 miljoen EUR op het einde van 2010; de stijging betreft de consolidatie van Rhodia voor 3 maanden (5 miljoen EUR) en de stijgende rentevoeten op de beschikbare geldmiddelen bij Solvay vóór (5,2 miljard EUR op het einde van augustus 2011) en na (2,4 miljard EUR op het einde van 2011) de overname van Rhodia.

De gemiddelde interestkosten op leningen (zonder de geactiveerde fi nancieringskosten en de disconteringskosten van de voorzieningen) steeg van 5,1% in 2010 tot 5,2% in 2011.

De overige winsten en verliezen stegen van -10 miljoen EUR op het einde van 2010 naar -16 miljoen EUR op het einde van 2011; deze stijging is te wijten aan een verlies van 2,4 miljoen EUR bij Rhodia (wisselkoersverschil met betrekking tot de integratie van een senior obligatie van 400 miljoen USD) en een verlies van 2,5 miljoen EUR met betrekking tot de betaalde premie op een Average Rate Option die einde looptijd was in 2011. Deze omvatten eveneens de fi nancieringskosten in lokale valuta van onze ontwikkeling in Oost-Europese landen, met inbegrip van Rusland en Bulgarije.

De disconteringskosten van de voorzieningen zijn gestegen van 52 miljoen EUR op het einde van 2010 tot 72 miljoen EUR op het einde van 2011. Dit bedrag omvat 23 miljoen EUR toe te rekenen aan de consolidatie van Rhodia.

(11) Winstbelastingen en uitgestelde belastingen

(11a) Winstbelastingen

Componenten van de belastingskosten

De belastingskosten kunnen als volgt worden opgesplitst:

Miljoen EUR
2010
2011
Actuele belasting voor het lopend jaar
-89
-101
Actuele belasting voor voorgaande jaren
-27
-3
Uitgestelde belasting
213
214
Niet opgenomen uitgestelde belastingvorderingen
-76
-132
Fiscale impact van wijzigingen in de nominale belastingvoet op uitgestelde belastingen
0
3
Totaal
21
-19
Miljoen EUR
2010
2011
Belastingen op elementen rechtsreeks opgenomen in het eigen vermogen
0
26
Totaal
0
26

Afstemming van de belastingskosten

De effectieve belastingskosten worden afgestemd met de theoretisch bepaalde belastingskosten, door in elk land waar elke Groepsentiteit actief is, de toepasselijke nominale belastingtarieven op de winst vóór belastingen toe te passen.

Miljoen EUR 2010 2011
Winst vóór belastingen 76 354
Aansluiting van de belastingskost
Totale belastingskost van alle entiteiten van de Groep, op basis -24 -89
van toepasselijke nominale belastingsvoeten
Gewogen gemiddeld nominale belastingsvoet 32 % 25 %
Fiscale impact van niet-aftrekbare uitgaven -61 -125
Fiscale impact van niet-belastbare inkomsten 148 291
Fiscale impact van wijzigingen in belastingsvoeten 0 3
Fiscale impact van aanpassingen in actuele en uitgestelde 34 34
belastingen m.b.t. vorige jaren
Niet-opgenomen uitgestelde belastingvorderingen -76 -132
Effectieve belastingskost 21 -19
Effectieve belastingsvoet (*) -28 % 5 %

(*) belastingskost (+)/fi scaal verrekenbaar tegoed (-)

Analyse van de belastingskosten

Het effectieve belastingtarief voor de Groep (5%) is lager dan het gewogen gemiddelde nominale tarief (25%); dit komt vooral door de opname van een uitgestelde belastingvordering van EUR 60 miljoen EUR op een aftrekbare goodwill als gevolg van een intragroepsverkoop van activiteiten opgenomen in de statutaire rekeningen en niet in de IFRS-jaarrekening en door verschillende fi scale kredieten.

(11b) Uitgestelde belastingen op de balans

De uitgestelde belastingen opgenomen op de balans hebben betrekking op volgende categorieën:

Miljoen EUR Openings Opgeno Opgenomen Wisselkoers Geher Verwerving / Andere Eindbalans
saldo men in de in de andere verschil klasseerd Vervreemding
winst- en
verliesreke
elementen
van het
van eigen
vermogen
ning totaalresul naar winst- en
taat verlies
rekening
Tijdelijke verschillen
Verplichtingen inzake 189 28 -1 -3 213
personeelsbeloningen
Andere voorzieningen dan voor de 168 11 0 178
personeelsbeloningen
Materiële vaste activa -126 77 -3 -52
Immateriële activa -4 0 4 0
Fiscale verliezen 537 89 -10 616
Fiscaal verrekenbare tegoeden 76 32 -1 107
Activa aangehouden voor verkoop
Andere -47 70 -1 -11 -8 2
Totaal (netto bedrag) 792 306 -1 -22 -11 1 064
Niet-opgenomen uitgestelde -439 -174 17 -596
belastingvorderingen - Voortgezette
bedrijfsactiviteiten
Niet-opgenomen uitgestelde
belastingvorderingen - Activa
aangehouden voor verkoop
Totaal niet opgenomen -439 -174 17 -596
uitgestelde belastingvorderingen
Totaal 353 132 -1 -5 -11 468
Uitgestelde belastingvorderingen 525 631
opgenomen op de balans
Uitgestelde belastingverplichtingen -172 -163
opgenomen op de balans
Miljoen EUR Openings Opgeno Opgenomen Wisselkoers Geher Verwerving / Andere Eindbalans
2011 saldo men in de in de andere verschil klasseerd Vervreemding
winst- en
verliesreke
elementen
van het
van eigen
vermogen
ning totaalresul naar winst- en
taat verlies
rekening
Tijdelijke verschillen
Verplichtingen inzake 213 -1 36 -15 234
personeelsbeloningen
Andere voorzieningen dan voor de 178 -7 172
personeelsbeloningen
Materiële vaste activa -52 -16 -68
Goodwill 60 60
Immateriële activa
Fiscale verliezen 616 164 -103 677
Fiscaal verrekenbare tegoeden 107 17 123
Activa aangehouden voor verkoop
Andere 2 -1 4 3 923 932
Totaal (netto bedrag) 1 064 217 41 3 923 -117 2 131
Niet-opgenomen uitgestelde -596 -132 -15 -7 -1 427 117 -2 061
belastingvorderingen - Voortgezette
bedrijfsactiviteiten
Niet-opgenomen uitgestelde
belastingvorderingen - Activa
aangehouden voor verkoop
Totaal niet opgenomen -596 -132 -15 -7 -1 427 117 -2 061
uitgestelde belastingvorderingen
Totaal 468 84 26 -4 -504 70
Uitgestelde belastingvorderingen 631 780
opgenomen op de balans
Uitgestelde belastingverplichtingen -163 -710
opgenomen op de balans

De overname van Rhodia had een sterke invloed op de situatie van de uitgesteld belastingen van de Groep, voornamelijk met betrekking tot niet-opgenomen uitgestelde belastingvorderingen (nettobedrag van EUR -504 miljoen EUR). De bedragen in de kolom 'Andere' betreffen voornamelijk het vervallen van fi scale verliezen.

Overige informatie

Alle overgedragen fi scale verliezen van de Groep hebben aanleiding gegeven tot uitgestelde belastingvorderingen (waarvan een deel niet werd opgenomen). Hieronder een overzicht van deze uitgestelde belastingvorderingen gerangschikt volgens vervaldatum.

Miljoen EUR 2010 2011
Binnen 1 jaar 32 2
Binnen 2 jaar 35 4
Binnen 3 jaar 63 4
Binnen 4 jaar 49 4
Binnen 5 jaar of meer 101 190
Zonder tijdslimiet 603 821

Jaarverslag Solvay 2011

(12) Nettoresultaat van de Groep

Het nettoresultaat uit voortgezette bedrijfsactiviteiten steeg met 237 miljoen EUR en de voornaamste redenen zijn:

  • De netto-impact van de PPA dat het nettoresultaat deed dalen met -142 miljoen EUR, wat betekent dat het nettoresultaat zou gestegen zijn met 379 miljoen EUR zonder de PPA-impact (zie pro-formawinst- en verliesrekening);
  • Een hogere REBIT in 2011 dan in 2010 (177 miljoen EUR) dankzij de bijdrage van Rhodia in het laatste kwartaal (149 miljoen EUR);
  • Een belangrijke daling in 2011 van de niet-recurrente kosten ten opzichte van 2010 (+289 miljoen EUR na uitsluiting van de PPA-impact op niet-recurrente kosten);
  • Hogere belastingen in 2011 dan in 2010 (-87 miljoen EUR na uitsluiting van de PPA-impact op de belastingen) door hogere opbrengsten;
  • Hogere fi nanciële kosten na de overname van Rhodia (-30 miljoen EUR).

Het resultaat uit beëindigde bedrijfsactiviteiten bedroeg 1 726 miljoen EUR in 2010 na de meerwaarde op de verkoop van de Farma-activiteiten. In 2011 bedroegen de aanpassingen aan de meerwaarde -38 miljoen EUR.

Het nettoresultaat toerekenbaar aan de minderheidsbelangen is -50 miljoen EUR, vergeleken met -47 miljoen EUR in 2010.

(13) Winst per aandeel

Aantal aandelen 2010 2011
Gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen (in duizenden) 81 320 81 224
Verwaterend effect van inschrijvingsrechten 179 322
Gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen (verwaterde) (in
duizenden)
81 499 81 546
Gewone Verwaterde Gewone Verwaterde
Nettoresultaat van het boekjaar (aandeel van Solvay), met inbegrip
van de beëindigde bedrijfsactiviteiten (in duizenden)
1 776 951 1 776 951 246 769 246 769
Nettoresultaat van het boekjaar (aandeel van Solvay), zonder 50 676 50 676 284 736 284 736
beëindigde bedrijfsactiviteiten (in duizenden)
Winst per aandeel (met inbegrip van beëindigde bedrijfsactiviteiten) 21,85 21,80 3,04 3,03
(in EUR)
Winst per aandeel (zonder beëindigde bedrijfsactiviteiten) (in EUR) 0,62 0,62 3,51 3,49

De gewone winst per aandeel wordt verkregen door het nettoresultaat te delen door het aantal aandelen.

De verwaterde winst per aandeel wordt verkregen door het nettoresultaat te delen door het aantal aandelen, aangepast aan het aantal potentieel dilutieve aandelen verbonden aan de uitgifte van aandelenopties. Voor de berekening van de verwaterde winst per aandeel werden er geen aanpassingen aangebracht aan het nettoresultaat van het boekjaar (aandeel Solvay).

Volledige gegevens per aandeel, met inbegrip van dividend per aandeel, kan geraadpleegd worden in het verslag van de Raad van Bestuur op pagina 17.

De gemiddelde slotkoers voor 2011 was 84,56 EUR per aandeel (2010: 74,46 EUR per aandeel). De volgende aandelenopties waren out of the money, en hadden dus geen verwaterend effect in het gepresenteerde boekjaar, maar zouden de gewone winst per aandeel kunnen verwateren in de toekomst (zie ook toelichting 23 Opties en verwerving/ verkoop van eigen aandelen).

Anti-dilutieve aandelenopties Toekenningsdatum Uitoefenprijs Aantal
toegekend
Aantal uitstaand
Aandelenoptieplan 2005 1-Jan-2006 97,30 516 100 455 500
Aandelenoptieplan 2006 1-Jan-2007 109,09 499 100 498 100
Aandelenoptieplan 2007 1-Jan-2008 96,79 508 800 489 700
Totaal 1 524 000 1 443 300

(14) Personeelskosten

Miljoen EUR 2010 2011
Salarissen en rechtstreekse sociale voordelen -771 -947
Werkgeversbijdrage aan de sociale zekerheid -184 -231
Pensioenen en Verzekeringen -89 -84
Andere personeelskosten -65 -58
Voorzieningen voor personeelsbeloningen -172 -103
Totaal -1 281 -1 422

Toelichtingen bij het overzicht van het totaalresultaat

(15) Geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat

Miljoen EUR
2010
2011
Nettowinst van de Groep
1 823
296
Wisselkoersverschillen van het jaar
222
58
Herclassifi catie van wisselkoersverschillen op buitenlandse activiteiten
29
0
die verkocht werden gedurende het jaar
Wisselkoersverschillen uit buitenlandse activiteiten
251
58
Nettowijziging in de reële waarde van fi nanciële activa beschikbaar voor
-15
-8
verkoop
Herclassifi catie van fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop die
4
0
verkocht werden gedurende het jaar(*)
Herclassifi catie van fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop die een
1
0
bijzondere waardermindering hebben ondergaan gedurende het jaar(*)
Winsten en verliezen op herwaarderingen van voor verkoop
-10
-8
beschikbare fi nanciële activa
Effectief deel van winsten en verliezen op afdekkingsinstrumenten in
2
5
een kasstroomafdekking
Herclassifi catie naar de winst- en verliesrekening (*)
0
-2
Herclassifi catie naar de initiële boekwaarden van afgedekte posities (*)
0
0
Winsten en verliezen op afdekkingsinstrumenten in een
2
3
kasstroomafdekking
Actuariële winsten en verliezen uit hoofde van toegezegd
-183
-105
pensioenregelingen
Herclassifi catie naar de winst- en verliesrekening (*)
0
0
Niet opgenomen actuariële winsten/verliezen van toegezegde
-183
-105
bijdragenregelingen
Aandeel in de andere elementen van het totaalresultaat van
27
-30
geassocieerde deelnemingen en joint ventures verwerkt volgens
de equity-methode
Winstbelasting met betrekking tot de andere elementen van het
52
28
totaalresultaat
Andere elementen van het totaalresultaat, na belastingseffecten
139
-54
(other comprehensive income)
Totaalresultaat van de Groep (comprehensive income)
1 962
242
toegerekend aan de:
- eigenaars van de moedermaatschappij
1 876
202
- minderheidsbelangen
86
40

* Zie toelichting 33 op pagina 139

Overzicht van de belastingseffecten op de andere elementen van het totaalresultaat

Miljoen EUR 2010 2011
Bedrag Belastingen Bedrag Bedrag Belastingen Bedrag
vóór (-) na vóór (-) na
belastingen (Belasting belastingen belastingen (Belasting belastingen
vordering) (+) vordering) (+)
Wisselkoersverschillen van het jaar 222 0 222 58 0 58
Herclassifi catie van 29 0 29 0 0 0
wisselkoersverschillen op
buitenlandse activiteiten die verkocht
werden gedurende het jaar
Wisselkoersverschillen uit 251 0 251 58 0 58
buitenlandse activiteiten
Nettowijziging in de reële waarde van -15 0 -15 -8 0 -8
fi nanciële activa beschikbaar voor
verkoop
Herclassifi catie van fi nanciële activa 4 0 4 0 0 0
beschikbaar voor verkoop die
verkocht werden gedurende het
jaar(*)
Herclassifi catie van fi nanciële activa 1 0 1 0 0 0
beschikbaar voor verkoop die een
bijzondere waardermindering hebben
ondergaan gedurende het jaar(*)
Winsten en verliezen op herwaar -10 0 -10 -8 0 -8
deringen van voor verkoop
beschikbare fi nanciële activa
Effectief deel van winsten en verliezen 2 -1 1 5 4 9
op afdekkingsinstrumenten in een
kasstroomafdekking
Herclassifi catie naar de winst- en 0 0 0 -2 1 -1
verliesrekening (*)
Herclassifi catie naar de initiële 0 0 0 0 0 0
boekwaarden van afgedekte posities (*)
Winsten en verliezen op 2 -1 1 3 5 8
afdekkingsinstrumenten in een
kasstroomafdekking
Actuariële winsten en verliezen -183 52 -131 -105 21 -84
uit hoofde van toegezegd
pensioenregelingen
Herclassifi catie naar de winst- en 0 0 0 0 0 0
verliesrekening (*)
Niet opgenomen actuariële
winsten/verliezen van -183 52 -131 -105 21 -84
toegezegde-bijdragenregelingen
Aandeel in de andere elementen 27 0 27 -30 1 -28
van het totaalresultaat van
geassocieerde deelnemingen en
joint ventures verwerkt volgens
de equity-methode
Andere elementen van 87 52 139 -82 28 -54
het totaalresultaat (other
comprehensive income)

Jaarverslag Solvay 2011

Financiën

Toelichtingen bij het kasstroomoverzicht

(16) Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen

Het geheel van de afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen beloopt 455 miljoen EUR, 152 miljoen EUR lager dan in 2010 (607 miljoen EUR).

Voor de voortgezette bedrijfsactiviteiten:

  • Normale lineaire afschrijvingen stegen van 359 miljoen EUR in 2010 tot 460 miljoen EUR in 2011, voornamelijk door Rhodia;
  • Bijzondere waardeverminderingen bedroegen -248 miljoen EUR in 2010.

(17) Wijzigingen in werkkapitaal

De wijziging in werkkapitaal bedroeg +303 miljoen EUR voor de voortgezette bedrijfsactiviteiten in 2011, voornamelijk door de volgende elementen:

  • De verkoop in het laatste kwartaal van de voorraden van Rhodia die geherwaardeerd werden in de openingsbalans in het kader van de PPA voor 160 miljoen EUR;
  • De strikte opvolging van het werkkapitaal in alle segmenten met een positieve impact per eindejaar 2011.

(18) Wijziging in de voorzieningen

Dit bedrag (-187 miljoen EUR) omvat het gebruik, de opnames en de terugnames opgenomen in toelichting 31 en een toename van de pensioenfondsoverschotten voor voortgezette bedrijfsactiviteiten. In 2011 betreft de wijziging in de voorzieningen (die geen rekening houdt met de impact van de wijzigingen die opgenomen werden in de andere elementen van het totaalresultaat) voornamelijk de personeelsbeloningen voor -90 miljoen EUR.

Naast dit werden twee voorzieningen gedeeltelijk teruggenomen:

  • De voorziening voor de H2O2 boete voor de inbreuk op de concurrentieregels (-24 miljoen EUR);
  • De voorziening voor de verplichtingen na de sluiting van de beëindigde bedrijfsactiviteiten (-37 miljoen EUR).

(19) Overige niet-operationele en niet-cashelementen

Voor 2011 omvatten de niet-cash elementen (-128 miljoen EUR) het resultaat uit joint ventures (-61 miljoen EUR) en de disconteringskosten van voorzieningen (-65 miljoen EUR, met inbegrip van 7 miljoen EUR voor beëindigde bedrijfsactiviteiten).

Voor 2010 omvat dit voornamelijk :

  • de disconteringskosten van de voorzieningen (-52 miljoen EUR);
  • de eliminatie van de meerwaarde op de verkoop van Inergy (-139 miljoen EUR);
  • het aandeel in het resultaat van de joint ventures (-48 miljoen EUR) en het gedeelte van de bijzondere waardevermindering op natriumcarbonaat toegewezen aan de deelnemingen geconsolideerd volgens de equitymethode (58 miljoen EUR).

Jaarverslag Solvay 2011

(20) Kasstromen verbonden met de verwerving/verkoop van activa en deelnemingen

2010 Miljoen EUR Verwervingen Vervreemdingen Totaal
Dochterondernemingen 4 430 4 430
Geassocieerde deelnemingen 0
Joint ventures 268 268
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop 0
Andere -170 12 -158
Totaal Deelnemingen -170 4 710 4 540
Vaste activa -286 19 -267
Totaal -457 4 729 4 272
2011 Miljoen EUR Verwervingen Vervreemdingen Totaal
Dochterondernemingen -3 984 39 -3 945
Geassocieerde deelnemingen -167 -167
Joint ventures 0
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop -23 -23
Andere -22 2 -20
Totaal Deelnemingen -4 195 40 -4 155
Vaste activa -602 17 -585
Totaal -4 797 57 -4 740

Naast de overname van Rhodia voor 3 953 miljoen EUR bedroegen de andere overnames van 2011 243 miljoen EUR en waren dit:

  • de kapitaalsverhoging in de joint venture Rusvinyl (-165 miljoen EUR) en de deelneming beschikbaar voor verkoop in Plextronics (-16 miljoen EUR);
  • de overname van de resterende 50% in de voor het eerst volledig geconsolideerde dochteronderneming Orbeo tijdens het laatste kwartaal (-31 miljoen EUR).

De verwerving van materiële en immateriële vaste activa in 2011 (-602 miljoen EUR) betreft diverse projecten die over vele jaren lopen:

  • Advanced Biochemical Thailand, een volledochteronderneming van Vinythai, heeft een epychloorhydrine productieeenheid (100 kt/jaar op basis van natuurlijke glycerine, EPICEROL®-procedé) gebouwd in Thailand. Deze eenheid is operationeel sinds begin 2012;
  • de bouw van een megafabriek met hoog rendement voor waterstofperoxide (Thailand) als onderdeel van een partnerschap met Dow Chemical Company (opgestart in 2011);
  • de investering in Specialty Polymers in China (Changshu);
  • de productiecapaciteitsuitbreiding voor PVDF in Tavaux (Frankrijk);
  • Energy Services: Biomassa Brazilië;
  • Silica: capaciteitsuitbreiding in Chicago Heights en Collonges;
  • Rare Earths: investering in recycling;
  • Novecare: capaciteitsuitbreiding in Feixiang.

Overname van Rhodia

Op 7 september 2011 heeft Solvay 95,9% van het aandelenkapitaal en de stemrechten van Rhodia verworven, samen met 97,51% van de converteerbare OCEANE-obligaties.

Op 15 september 2011 voerde Solvay een uitkoopbod uit op de overblijvende aandelen (4,1%) en converteerbare obligaties. De strategie van Solvay voor het sluiten van de transactie omvat verschillende factoren, zoals:

  • De oprichting van een hoofdspeler in de chemische industrie;
  • Sterke complementariteit van de activiteiten, die tot een uitbreiding en betere verdeling van de activiteitenportefeuille leidt;
  • 40% van de omzet wordt gegenereerd in opkomende markten (Azië en Latijns-Amerika);
  • Belangrijke kostenbesparingen (corporate en aankopen)
  • Gecombineerde omzet gerealiseerd in activiteiten waarin de nieuwe groep een van de drie wereldleiders is;
  • Toenemende blootstelling van de groep aan minder cyclische activiteiten.

Verwerking van de overname

De balans van Rhodia werd in de geconsolideerde jaarrekening geconsolideerd op 30 september 2011. Rhodia's resultaten en kasstromen werden geconsolideerd vanaf 1 oktober 2011.

De overname van Rhodia werd verwerkt volgens de overnamemethode in overeenstemming met IFRS 3 – Bedrijfscombinaties. Dit heeft geleid tot de waardering van de identifi ceerbare activa en verplichtingen aan reële waarde, met inbegrip van de immateriële activa en de voorwaardelijke verplichtingen die Rhodia voorheen niet had opgenomen. De initiële verwerking van de overname van Rhodia werd op een voorlopige manier bepaald per eindejaar (de overname kan tot binnen de 12 maanden na overnamedatum afgesloten worden).

Met betrekking tot het uitkoopbod op de 4,1% overblijvende aandelen, wordt het verschil tussen het betaalde bedrag om deze aandelen te verwerven en de boekwaarde van 4,1% van Rhodia's nettoactief, gewaardeerd zoals hierboven beschreven (-80 miljoen EUR), opgenomen in het eigen vermogen van de Groep, zonder impact op goodwill en de winsten verliesrekening.

De volgende tabel vat de betaalde vergoeding voor de overname van de Rhodia Groep, de reële waarde van de verworven activa en de overgenomen verplichtingen op overnamedatum samen:

Miljoen EUR Bedrag opgenomen Verwerving van Uitkoopbod
tegen reële waarde 95,9% van de totale ('squeeze-out') op
aandelen de overblijvende
aandelen (4,1%)
Geldmiddelen 3 816 137
Eigenvermogensinstrumenten (verworven 60
aandelenopties)
Totaal van de betaalde vergoeding 3 876 137
Materiële vaste activa 2 164
Immateriële activa 1 607
Joint ventures - 'equity'-methode 104
Vorderingen en andere vaste activa 120
Werkkapitaal 752
Activa aangehouden voor verkoop 34
Voorzieningen -2 045
Voorwaardelijke verplichtingen -100
Uitgestelde belastingen -504
Actuele belastingschuld -15
Andere langlopende leningen -72
Financiële schulden -1 578
Geldmiddelen en kasequivalenten 931
Totaal van het identifi ceerbaar netto-actief 1 398 1 341 57
Goodwill (op een provisionele manier bepaald) 2 535
Vermindering van het eigen vermogen 80
Totaal 3 876 137

Het werkkapitaal omvat de handelsvorderingen en -schulden en andere vlottende vorderingen en kortlopende schulden.

Als onderdeel van de overname is Solvay een liquiditeitsverbintenis aangegaan met de begunstigden van Rhodia's onverworven en verworven (maar beperkte) op aandelen gebaseerde betalingen (aandelenopties). Voor verworven aandelenopties, wordt deze liquiditeitsverbintenis als een uitgestelde betaling beschouwd, omdat de begunstigden geen diensten meer moeten verlenen in de toekomst. Deze fi nanciële verplichting is geboekt tegen reële waarde op de overnamedatum en inbegrepen in de betaalde vergoeding. Omdat deze fi nanciële verplichting geïndexeerd is volgens de koers van het Solvay-aandeel, zal ze op het einde van elke verslagperiode en op de vervaldatum worden geherwaardeerd, met elke waardeverandering opgenomen in de winst- en verliesrekening van de periode. Alle aanpassingen worden als fi nancieel resultaat opgenomen.

De reële waarde van de immateriële activa bestaat hoofdzakelijk uit aangekochte klantenrelaties voor 696 miljoen EUR en technologie voor 649 miljoen EUR.

De voorraden werden geherwaardeerd voor 205 miljoen EUR. De negatieve impact op de brutomarge in 2011 en 2012 werd gepresenteerd als niet-recurrente element.

Voorwaardelijke verplichtingen werden opgenomen voor 100 miljoen EUR. Deze betreffen verplichtingen in verband met het milieu, de belastingen en juridische zaken. Op 31 december 2011 werden deze verplichtingen niet gewijzigd vergeleken met de bedragen opgenomen per 30 september 2011, aangezien er geen veranderingen waren in de resultaten of de veronderstellingen gebruikt voor deze schattingen.

De resulterende goodwill van 2 535 miljoen EUR werd op een voorlopige manier bepaald:

  • De aanpassingen beschreven hierboven kunnen nog steeds herzien worden indien nodig tot 30 september 2012, maar dit zou geen belangrijke impact moeten hebben op de bedragen vermeld hierboven;
  • De toewijzing van de goodwill werd niet volledig gefi naliseerd per balansdatum.

De goodwill bestaat voornamelijk uit de verwachte synergie op corporate functies en aankopen (de totale besparing wordt geraamd op 250 miljoen EUR per jaar), alsook de ontwikkeling van de activiteiten in de toekomst. Deze voordelen werden niet afzonderlijk opgenomen, omdat ze niet voldoen aan de opnamecriteria voor identifi ceerbare immateriële activa.

Naar verwachting zal de goodwill niet aftrekbaar zijn voor belastingsdoeleinden.

Aan de overname gerelateerde kosten

De aan de overname gerelateerde kosten van 33 miljoen EUR zijn in het boekjaar opgenomen, in de niet-recurrente elementen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening.

Bijdrage van Rhodia en pro-forma-informatie

Sinds de overnamedatum bedroeg de totale omzet van Rhodia 1 565 miljoen EUR en de bijdrage van Rhodia in het laatste kwartaal van 2011 tot het nettoresultaat van de Groep volgens IFRS -41 miljoen EUR, met inbegrip van -142 miljoen EUR betreffende bijkomende kosten verbonden aan de PPA.

Om de winst- en verliesrekeningen van 2010 en 2011 vergelijkbaar te maken werden de winst- en verliesrekeningen volgens IFRS van 2010 en 2011 aangepast om een pro-formawinst- en verliesrekening te presenteren. Het verschil tussen het nettoresultaat volgens IFRS (296 miljoen EUR) en het pro-formanettoresultaat voor 2011 (784 miljoen EUR) bedroeg 488 miljoen EUR, doordat het pro-formanettoresultaat:

  • rekening houdt met 9 maanden nettoresultaat van Rhodia vóór de overname op een individuele basis voor 259 miljoen EUR (d.i. voor PPA en harmonisering van de grondslagen voor fi nanciële verslaggeving);
  • gebaseerd is op dezelfde geharmoniseerde grondslagen voor fi nanciële verslaggeving (impact op het nettoresultaat van 2011: 30 miljoen EUR)
  • geen rekening houdt met de voornaamste PPA-effecten op het nettoresultaat (142 miljoen EUR);
  • de netto fi nanciële kosten berekent alsof de transactie op 1 januari 2010 plaatsvond (impact op het nettoresultaat van 2011: bijna -4 miljoen EUR, aangezien de eliminatie van de OCEANE-kosten werd gecompenseerd met het rendement van de betaalde geldmiddelen aan de aandeelhouders van Rhodia);
  • geen rekening houdt met de aan de overname gerelateerde kosten van Rhodia (60 miljoen EUR in het nettoresultaat van 2011).

Als de overname op 1 januari 2010 had plaatsgevonden, dan zouden de groepsresultaten als volgt geweest zijn:

Miljoen EUR Proforma 2010 Proforma 2011
Omzet 11 095 12 693
Andere opbrengsten 403 386
Kostprijs van de omzet -9 113 -10 339
Brutomarge 2 385 2 740
Commerciële en administratieve kosten -1 043 -1 128
Kosten van Onderzoek en Ontwikkeling -202 -218
Overige operationele opbrengsten en kosten 36 -63
Aandeel in de winst van geassocieerde deelnemingen en joint ventures
verwerkt volgens de equity-methode
50 77
REBITDA 1 862 2 068
REBIT 1 226 1 408
Niet-recurrente elementen -331 17
EBIT 894 1 425
Lasten als gevolg van leningen -199 -211
Renteopbrengsten uit leningen en korte-termijnbeleggingen 24 15
Overige fi nancieringsopbrengsten en -kosten -58 -21
Disconteringskosten van de voorzieningen (*) -141 -133
Winsten/verliezen uit deelnemingen beschikbaar voor verkoop 0 1
Resultaat vóór belastingen 520 1 077
Winstbelastingen -114 -251
Resultaat uit voortgezette bedrijfsactiviteiten 406 825
Resultaat uit beëindigde bedrijfsactiviteiten (Farma en Inergy) 1 721 -41
Nettowinst van het jaar 2 127 784

De pro forma free cash fl ow* bedroeg 449 miljoen EUR in 2010 en 656 miljoen EUR in 2011.

De voornaamste verschillen tussen de vrije kasstroom volgens IFRS en de pro forma vrije kasstroom hebben te maken met:

  • de kasstroom gegenereerd door Rhodia op een individuele basis in 2010 en tijdens de eerste negen maanden van 2011;
  • alle terugnames van de kasuitstromen gegenereerd door de transactie tussen Solvay en Rhodia.

*Free cash fl ow = kasstroom uit bedrijfsactiviteiten + kasstroom uit investeringsactiviteiten, behalve verwerving/verkoop van dochterondernemingen en andere deelnemingen + ontvangen dividenden van geassocieerde deelnemingen en joint ventures geconsolideerd volgens de equitymethode.

Overname van Orbeo

Op 30 december 2011 heeft Solvay de resterende 50% van het aandelenkapitaal en de stemrechten van Orbeo, voorheen aangehouden door Société Générale, verworven.

Orbeo is actief in de verkoop van Gecertifi ceerde Emissiereducties (Certifi ed Emission Reductions of CER), de -instrumenten, met arbitrage en indekkingsactiviteiten.

ontwikkeling van de handel in CO2 De overname van de resterende 50% van Orbeo past in de ontwikkeling van Solvay Energy Services.

De openingsbalans van Orbeo per 30 december 2011 is onderworpen aan de overnamemethode (IFRS 3). Er was geen impact op de jaarrekening van Solvay per 30 december 2011, aangezien de deelneming reeds gewaardeerd was tegen reële waarde op basis van de PPA uitgevoerd bij de overname van Rhodia op 7 september 2011.

De volgende tabel vat de betaalde vergoeding voor de overname van Orbeo (50%), de reële waarde van de verworven activa en de overgenomen verplichtingen op overnamedatum samen:

Miljoen EUR
Totaal betaalde vergoeding 31
Materiële vaste activa en immateriële activa 2
Financiële instrumenten 8
Andere vaste activa 2
Netto geldmiddelen 18
Netto vlottende activa en kortlopende verplichtingen 0
Totaal van het identifi ceerbaar netto-actief 30
Goodwill 1
Totaal 31

Vervreemding van deelnemingen

In 2011 betreft de verkoop van deelnemingen voornamelijk de salicylactiviteit (39 miljoen EUR). In 2010 betroffen de overige verkopen van deelnemingen (279 miljoen EUR) Inergy (268 miljoen EUR) en nietgeconsolideerde deelnemingen in de Vinylcluster (11 miljoen EUR).

(21) Verhoging/terugbetaling van kapitaal

Net als in 2010 heeft de Solvay-groep in 2011 aan de minderheidsaandeelhouders een deel van het kapitaal terugbetaald uit de activiteiten natuurlijk carbonaat in de Verenigde Staten (-21 miljoen EUR). In 2011 heeft een minderheidsaandeelhouder, de EBWO, het kapitaal van Solvin verhoogd om tot de fi nanciering van de deelneming in Rusvinyl bij te dragen (EUR 52 miljoen).

(22) Kasstromen uit beëindigde bedrijfsactiviteiten

De kasstromen uit beëindigde bedrijfsactiviteiten voor 2011 (EUR -44 miljoen) hebben voornamelijk betrekking op aanpassingen, die opgelopen zijn na de sluiting, op de meerwaarde (EUR 1 703 miljoen) opgenomen in 2010.

(23) Opties en verwerving/verkoop van eigen aandelen

Op het einde van 2010 bezat de Groep 3 635 584 eigen aandelen (waarvan 880 766 aandelen in de context van een geldbeleggingsprogramma in eigen aandelen – zie toelichting 23a), opgenomen in mindering van zijn geconsolideerd eigen vermogen. Op het einde van 2011 bezat de Groep 3 499 125 eigen aandelen ter dekking van zijn programma voor aandelenopties die aangeboden worden aan zijn hogere kaderleden.

(23a) Geldbeleggingsprogramma in eigen aandelen

Solvay lanceerde een geldbeleggingsprogramma in eigen aandelen in februari 2010.

De buitengewone aandeelhoudersvergadering van 12 mei 2009 gaf de raad van bestuur de toelating gedurende vijf jaar tot 16 940 000 aandelen van de Groep op de aandelenbeurs te kopen voor een prijs tussen 20 EUR en 150 EUR. In deze context besliste de Raad van Bestuur een beleggingsprogramma in maximaal 5,1 miljoen (6% van het uitgegeven kapitaal) eigen aandelen van de Groep te beginnen.

Een fi nanciële instelling kreeg voor één jaar een mandaat om het programma uit te voeren vanaf 16 januari 2010. Het programma werd beschouwd als een tijdelijke belegging van geld uit de verkoop van de farmaceutische activiteiten vóór deze middelen worden geherinvesteerd in industriële activa. Per 31 december 2010 bedroeg het totaal van de belegging in Solvay-aandelen sinds de lancering van het programma 880 766 aandelen. In 2011, Solvay nv heeft die 800 766 aandelen aan Solvay Stock Option Management Bxl verkocht.

Dit programma werd verlengd door de Raad van Bestuur tot het einde van 2011 voor verdere aankopen tot 1,65 miljoen eigen aandelen.

(23b) Aandelenoptieplannen

Zoals elk jaar sinds 1999 heeft de Raad van Bestuur zijn aandelenoptieplan hernieuwd dat het aan de leidende kaderleden (ongeveer 215 personen) aanbiedt met de bedoeling hen ook op de lange termijn aan de Groep te binden. De meeste van deze kaderleden hebben in 2011 de aangeboden opties onderschreven bij een uitoefenkoers van 65,71 EUR, dat het beurskoersgemiddelde van het Solvay-aandeel was gedurende de 30 dagen die aan het aanbod voorafgingen. De verwervingsperiode van de rechten duurt 3 jaar en wordt gevolgd door een uitoefenperiode van 5 jaar, waarna elke niet-uitgeoefende optie vervalt. De afrekening gebeurt in de vorm van aandelen.

Aandelenopties 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011
Aantal
toegekende
en uitstaande
aandelenopties
op 31/12/2010
49 500 215 100 433 400 511 200 498 100 505 500 522 700 555 600 431 900
Toegekende
aandelenopties
414 750
Verlies van
rechten en
vervallen opties
-34 300
Uitgeoefende
opties op
aandelen
-14 800 -180 800 -182 277 -55 700 -15 800
Aantal
aandelenopties
op 31/12/2011
34 700 251 123 455 500 498 100 489 700 522 700 555 600 431 900 414 750
Uitoefenbare
opties op
aandelen op
31/12/2011
34 700 251 123 455 500 498 100 489 700
Uitoefenprijs
(EUR)
63,76 65,83 82,88 97,30 109,09 96,79 58,81 72,34 76,49 65,71
Reële waarde van
de opties op de
waarderings
datum (EUR)
9,60 9,50 7,25 10,12 21,20 18,68 14,95 19,85 15,58 13,54
2010 2011
Aantal Gewogen Aantal Gewogen
aandelenopties gemiddelde aandelenopties gemiddelde
uitoefenprijs uitoefenprijs
Op 1/1 3 432 400 83,43 3 723 000 83,32
Toegekend gedurende het jaar 431 900 76,49 414 750 65,71
Verlies van rechten en vervallen opties gedurende -9 200 77,33 -34 300 65,83
het jaar
Uitgeoefend gedurende het jaar -132 100 64,24 -449 377 77,67
Op 31/12 3 723 000 83,32 3 654 073 82,18
Uitoefenbaar op 31/12 1 707 300 1 729 123

De impact van de aandelenopties komt in 2011 neer op een last van 8,5 miljoen EUR, uitgerekend door een derde partij volgens een Monte-Carlosimulatie, en in de winst- en verliesrekening opgenomen onder de commerciële en administratieve kosten.

Ze valoriseert de opties waarbij ze ermee rekening houdt dat een aantal ervan uitoefenbaar zijn voor de vervaldatum van de optie.

De waarde van de optie is gebaseerd op:

  • de koers van het onderliggende aandeel (aandeel Solvay): 63,66 EUR per 31 december 2011;
  • de resterende looptijd tot de vervaldatum van de optie: uitoefenbaar vanaf 1 januari 2015;
  • de uitoefenprijs van de optie: EUR 65,71;
  • het rendement zonder risico: 2,112%;
  • de volatiliteit van het rendement van het onderliggend aandeel: 33,445%.

Gewogen gemiddelde resterende contractuele looptijd:

In jaren 2010 2011
Aandelenoptieplan 2000 1.0 0.0
Aandelenoptieplan 2001 2.0 1.0
Aandelenoptieplan 2002 2.9 1.9
Aandelenoptieplan 2003 1.0 0.0
Aandelenoptieplan 2004 2.0 1.0
Aandelenoptieplan 2005 5.0 4.2
Aandelenoptieplan 2006 5.5 4.5
Aandelenoptieplan 2007 6.7 5.7
Aandelenoptieplan 2008 6.0 5.0
Aandelenoptieplan 2009 6.9 5.9
Aandelenoptieplan 2010 8.0 7.0
Aandelenoptieplan 2011 0.0 8.0

Jaarverslag Solvay 2011

Toelichtingen bij de balans

(24) Immateriële activa

Miljoen EUR Ontwikkelings
kosten
Merken en
octrooien
Andere
immateriële
Totaal
activa
Brutoboekwaarde
Op 31 december 2009 98 204 39 342
Op 1 januari 2010 - Aangepast 8 181 29 219
Investeringen 0 7 1 8
Vervreemding -1 0 0 -1
Vervreemding van een geconsolideerde
deelneming
0 0 0 0
Wisselkoersverschillen 0 9 1 10
Andere 5 -1 -6 -2
Overboeking uit activa aangehouden
voor verkoop - PCC
1 0 0 1
Op 31 december 2010 14 195 25 235
Investeringen 5 1 7 13
Vervreemding 0 -1 0 -1
Addities via bedrijfscombinaties 0 942 907 1 848
Wisselkoersverschillen 0 11 6 17
Andere -4 -1 1 -5
Op 31 december 2011 14 1 147 946 2 107
Gecumuleerde afschrijvingen
Op 31 december 2009 -55 -100 -25 -180
Op 1 januari 2010 - Aangepast -5 -89 -19 -113
Afschrijvingen -2 -6 0 -8
Bijzondere waardeverminderingen 0 0 0 0
Terugname van bijzondere 0 0 0 0
waardeverminderingen
Buitengebruikstelling en vervreemding 0 0 0 0
Vervreemding van een geconsolideerde
deelneming
0 0 0 0
Wisselkoersverschillen 0 -2 -1 -3
Andere 0 0 0 0
Overboeking uit activa aangehouden
voor verkoop - PCC
0 0 0 0
Op 31 december 2010 -7 -96 -20 -124
Afschrijvingen -2 -26 -22 -50
Bijzondere waardeverminderingen 0 0 0 0
Terugname van bijzondere 0 0 0 0
waardeverminderingen
Buitengebruikstelling en vervreemding 0 1 0 1
Addities via bedrijfscombinaties -6 -205 -22 -233
Wisselkoersverschillen 0 -2 -1 -3
Andere 4 6 -4 6
Op 31 december 2011 -11 -322 -69 -402
Nettoboekwaarde
Op 31 december 2009 43 104 14 162
Op 1 januari 2010 - Aangepast 3 93 10 105
Op 31 december 2010 6 100 5 111
Op 31 december 2011 3 825 877 1 705

Jaarverslag Solvay 2011

(25) Goodwill

Miljoen EUR Totaal
Brutoboekwaarde
Op 31 december 2009 76
Saldo na aanpassing op 1 januari 2010 71
Uit overnames 0
Buitengebruikstelling en vervreemding -1
Bijzondere waardeverminderingen -11
Wisselkoersverschillen 5
Andere 0
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC 4
Op 31 december 2010 68
Uit overnames 2 535
Buitengebruikstelling en vervreemding 0
Bijzondere waardeverminderingen 0
Wisselkoersverschillen 0
Andere -4
Op 31 december 2011 2 599

In 2011 werd een provisioneel bepaalde goodwill opgenomen met betrekking tot de overname van Rhodia voor 2 535 miljoen EUR.

Naaste deze nieuwe goodwill waren er geen belangrijke wijzigingen in de rest van de goodwill.

De bijzondere waardevermindering van 2010 betreft Alexandria Sodium Carbonate Co in Egypte, dat deel uitmaakt van de kasstroomgenererende eenheid natriumcarbonaat in Europa en Egypte en calciumchloride. Deze bijzondere waardevermindering heeft de goodwill in Alexandria Sodium Carbonate Co herleid tot nul.

Goodwill per kasstroomgenerende eenheid (KGE)

Goodwill ontstaan uit een bedrijfscombinatie wordt bij overname toegewezen aan de kasstroomgenererende eenheden (KGE) die naar verwachting zullen genieten van de voordelen van de bedrijfscombinatie. De boekwaarden van goodwill en de gerelateerde bijzondere waardeverminderingen zijn als volgt toegewezen:

Miljoen EUR Kasstroomgenererende eenheden Bijzondere Boekwaarde
Activiteitsclusters waarde 31 dec 2011
vermindering
2010
Natriumcarbonaat Natriumcarbonaat Europa 1 -11 0
Advanced Functional Minerals PCC 4
Zuurstofproducten H2O2 / Azië 6
Fluorproducten Solvay Fluor Mexico 7
Vinylproducten PVC Europa 3
PVC Mercosur 2
PVC Azië 2
Speciale Polymeren Gefl uoreerde Polymeren, sulfone 27
polymeren, ultrapolymeren, kristallen
polymeren
PE compounds 12
Total -11 64

De segmenten Chemie en Kunststoffen hebben 39 kasstroomgenererende eenheden gedefi nieerd. Het segment Rhodia heeft 11 KGE gedefi nieerd:

  • Novecare
  • Coatis
  • Aroma performance
  • Silica
  • Rare Earth Systems
  • Polyamides & intermediates
  • Engineering Plastics
  • Fibras
  • Acetow
  • Eco Services
  • Energy Services

De geprojecteerde kasstromen voor elke KGE werden verdisconteerd naar de constante waarde tegen specifi eke disconteringsvoeten, gebaseerd op externe bronnen en rekening houdend met de risico's eigen aan de geografi sche locatie van de KGE (bedrijfswaarde). De basisdisconteringsvoet vóór risicopremie van het land werd vastgelegd op 8,7%. De provisioneel bepaalde goodwill betreft:

  • de synergie verwacht op de corporate functies en aankopen (totale besparingen geschat op EUR 250 miljoen per jaar), en toekomstige ontwikkeling van activiteiten;
  • de BU's van Rhodia.

De goodwill met betrekking tot de synergie op aankopen zal worden toegewezen aan alle BU's van de Groep tegen september 2012.

De synergie met betrekking tot de BU's van Rhodia zal worden toegewezen aan de hierboven vermelde 11 KGE van Rhodia.

Deze goodwill werd getest op bijzondere waardevermindering:

  • op groepsniveau voor de corporate functie en aankopen;
  • op niveau van Rhodia voor het resterende gedeelte.

Jaarverslag Solvay 2011

(26) Materiële vaste activa (met inbegrip van fi nanciële leaseovereenkomsten)

Miljoen EUR Terreinen & Installaties, Andere Vaste activa in Totaal
gebouwen machines en materiële aanbouw
uitrustings vaste activa
goederen
Brutoboekwaarde
Op 31 december 2009 2 031 8 364 75 377 10 848
Op 1 januari 2010 - Aangepast 1 805 7 512 41 312 9 669
Investeringen 9 64 1 203 278
Buitengebruikstelling en vervreemding -10 -29 -1 0 -40
Vervreemding van een 0 0 0 0 0
geconsolideerde deelneming
Wisselkoersverschillen 41 251 2 10 303
Andere 72 123 44 -273 -34
Overboeking uit activa aangehouden
voor verkoop - PCC
19 94 1 4 117
Op 31 december 2010 1 935 8 015 88 256 10 294
Investeringen 15 72 6 501 594
Buitengebruikstelling en vervreemding -14 -49 -3 0 -66
Addities via bedrijfscombinaties 1 278 3 957 578 226 6 039
Wisselkoersverschillen 23 75 4 4 106
Andere 19 150 0 -268 -98
Op 31 december 2011 3 257 12 220 673 719 16 869
Gecumuleerde afschrijvingen
Op 31 december 2009 -1 086 -5 784 -56 0 -6 926
Op 1 januari 2010 - Aangepast -995 -5 262 -32 0 -6 289
Afschrijvingen -39 -311 -2 1 -351
Bijzondere waardeverminderingen -65 -137 -1 -37 -240
Terugname bijzondere
waardeverminderingen
1 4 0 0 5
Buitengebruikstelling en vervreemding 5 25 0 0 31
Vervreemding van een
geconsolideerde deelneming
0 0 0 0 0
Wisselkoersverschillen -14 -124 -2 0 -140
Andere -3 82 -43 0 37
Overboeking uit activa aangehouden -21 -48 0 0 -70
voor verkoop - PCC
Op 31 december 2010 -1 131 -5 772 -79 -37 -7 018
Afschrijvingen -46 -357 -10 2 -410
Bijzondere waardeverminderingen -1 -4 0 0 -5
Terugname bijzondere 0 10 0 0 10
waardeverminderingen
Buitengebruikstelling en vervreemding 7 45 2 0 55
Addities via bedrijfscombinaties -611 -2 784 -479 0 -3 874
Wisselkoersverschillen -10 -56 -2 0 -69
Andere 12 74 9 0 94
Op 31 december 2011 -1 780 -8 843 -559 -34 -11 217
Nettoboekwaarde
Op 31 december 2009 945 2 580 19 376 3 921
Op 1 januari 2010 - Aangepast 810 2 250 9 312 3 380
Op 31 december 2010 804 2 243 10 219 3 276
Op 31 december 2011 1 477 3 376 114 685 5 652

Financiële-leaseovereenkomsten

Miljoen EUR Terreinen en Installaties, Totaal
gebouwen machines en
uitrustings
goederen
Nettoboekwaarde van fi nanciële leaseovereenkomsten opgenomen 1 2 3
in de vorige tabel

De boekwaarde van de leaseverplichtingen benadert de reële waarde.

Financiële-leaseverplichtingen

Miljoen EUR Minimale leasebetalingen Contante waarde van de
minimale leasebetalingen
Bedragen te betalen in verband met fi nanciële 2010 2011 2010 2011
leaseovereenkomsten
Binnen 1 jaar 1 3 1 3
Van het 2e tot het 5e jaar (inbegrepen) 1 3 1 2
Langer dan 5 jaar 0 1 0 1
Min : toekomstige fi nanciële lasten 0 1 0 0
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop - Farma 0 0 0 0
Overboeking uit activa aangehouden voor verkoop - PCC 0 0 0 0
Contante waarde van de minimale leasebetalingen van 1 6 1 6
fi nanciële leaseovereenkomsten
Min : het bedrag te betalen binnen de 12 maanden 1 3
Bedrag te betalen over meer dan 12 maanden 1 3

Operationele-leaseverplichtingen

Miljoen EUR 2010 2011
Totaal bedrag van de minimale leasebetalingen voor operationele 38 65
leaseovereenkomsten opgenomen in de winst- en verliesrekening
Miljoen EUR 2010 2011
Binnen 1 jaar 33 75
Van het 2e tot het 5e jaar (inbegrepen) 74 229
Meer dan 5 jaar 35 70
Totaal bedrag van toekomstige minimale leasebetalingen voor niet 143 373
opzegbare operationele leaseovereenkomsten

Operationele-leaseovereenkomsten betreffen voornamelijk logistieke activa.

(27) Deelnemingen beschikbaar voor verkoop

Miljoen EUR 2010 2011
Reële waarde op 1 januari 68 62
Verwerving NBD 8 24
Winsten en verliezen op herwaarderingen van fi nanciële activa beschikbaar voor
verkoop
-13 -8
Voor verkoop beschikbare deelnemingen verkocht in de loop van het jaar 0 0
Bijzondere waardeverminderingen op fi nanciële activa beschikbaar voor
verkoop
-1 0
Overboeking van NBD uit andere deelnemingen 0 0
Andere 0 2
Reële waarde op 31 december 62 80
Waarvan direct opgenomen in het eigen vermogen 11 3

Het verlies op de herwaardering van de fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop (-8 miljoen EUR) is voornamelijk te wijten aan de marktwaardering van AGEAS (vroeger Fortis). De verwerving betreft voornamelijk Plextronics (16 miljoen EUR).

(28) Geassocieerde deelnemingen en joint ventures

Miljoen EUR 2010 2011
Reële waarde op 1 januari 466 346
Verkoop van Inergy -131 0
Wijziging in de consolidatiekring - Rhodia 0 86
Globale consolidatie van Orbeo 0 -30
Nettowinst joint ventures Solvay 46 49
Nettowinst joint ventures Rhodia 0 13
Dividenden betaald door joint ventures Solvay -32 -41
Dividenden betaald door joint ventures Rhodia 0 -16
Overdracht Rusvinyl - boekwaarde per dec 2010 0 183
Kapitaalsverhoging in Rusvinyl 0 165
Overdracht van Pipelife naar activa aangehouden voor verkoop 0 -90
Andere 0 40
Reële waarde op 31 december 346 704

(29) Overige deelnemingen

Miljoen EUR 2010 2011
Boekwaarde op 1 januari 196 275
Verkocht in de loop van het jaar -7 -1
Verworven in de loop van het jaar 110 44
Wijzigingen in consolidatiemethode -28 -187
Wijzigingen in de consolidatiekring 0 0
Overboeking van NBD naar 'deelnemingen beschikbaar voor verkoop' 0 0
Vereffeningen 0 0
Bijzondere waardeverminderingen -11 -4
Terugname van bijzondere waardeverminderingen 0 0
Andere 15 -1
Boekwaarde op 31 december 275 125

Jaarverslag Solvay 2011

In 2011,

  • betreft de wijziging in consolidatiemethode voornamelijk Rusvinyl, dat getransfereerd werd naar de geassocieerde deelnemingen en joint ventures; en
  • de overname van de niet-geconsolideerde deelnemingen van Rhodia (19 miljoen EUR) en andere deelnemingen aangegaan door Chemie (Tianjin, Huatai) en Kunststoffen (SolviCore).

In 2010 omvatten de verwervingen voornamelijk de investering in de pvc-entiteit in aanbouw in Rusland (voor -90 miljoen EUR) die geconsolideerd zal worden vanaf 2011. De bijzondere waardeverminderingen betreffen de deelnemingen in de KGE natriumcarbonaat.

(30) Voorraden

Miljoen EUR, op 31 december
2010
2011
Gereed product
443
899
Grondstoffen en benodigdheden
306
702
In bewerking
24
44
Overige voorraden
7
9
Bruto totaal
779
1 653
Waardeverminderingen
-18
-76
Netto totaal
761
1 578

(31) Voorzieningen

Miljoen EUR Personeels
beloningen
Gezondheid,
veiligheid en
Claims Andere Totaal
leefmilieu
Op 31 december 2010 1 081 459 437 108 2 084
Opnames 59 89 36 12 196
Terugnames -18 -83 -78 -12 -191
Gebruik -180 -41 -15 -24 -260
Disconteringseffect 50 23 0 0 72
Actuariële winsten en verliezen opgenomen in 99 0 0 0 99
eigen vermogen
Wisselkoersverschillen 25 7 3 2 37
Verwervingen en wijzigingen in de 1 522 338 228 69 2 156
consolidatiekring
Andere (overdracht van fondsbeleggingen) -4 0 0 0 -4
Op 31 december 2011 2 634 791 611 153 4 189
Waarvan kortlopende voorzieningen 39 87 106 37 269

In totaal zijn de voorzieningen gestegen met 2 105 miljoen EUR.

De voornaamste gebeurtenissen van 2011 betreffen:

  • de overname van Rhodia met een stijging van de voorzieningen met 2 145 miljoen EUR op 20 september 2011, na de uitvoering van de PPA (waarvan 100 miljoen EUR voor voorwaardelijke verplichtingen);
  • de opname van actuariële winsten en verliezen in het eigen vermogen als gevolg van de eliminatie van de bandbreedtebenadering voor personeelsbeloningen na uitdiensttreding (99 miljoen EUR);
  • de gedeeltelijke terugneming van -24 miljoen EUR van de voorziening betreffende de boete opgelegd door de Europese autoriteiten voor de inbreuk van concurrentieregels op het vlak van de peroxiden, als gevolg van de recentste beslissing van de Europese autoriteiten.

In overeenstemming met IFRS 3 heeft Solvay op 30 september voorwaardelijke verplichtingen voor Rhodia opgenomen, zelfs als het niet waarschijnlijk is dat een betaling nodig zou zijn om de verbonden verplichtingen af te wikkelen. De volgende voorwaardelijke verplichtingen werden opgenomen:

  • risico's op het vlak van gezondheid, veiligheid en leefmilieu (41 miljoen EUR);
  • fi scale geschillen (32 miljoen EUR);
  • andere geschillen (27 miljoen EUR).

De resulterende uitstromen van geldmiddelen voor deze voorwaardelijke verplichtingen worden binnen de 5 jaar verwacht, behalve voor de risico's op het vlak van gezondheid, veiligheid en leefmilieu die een langere looptijd hebben.

Het management verwacht dat de voorzieningen als volgt zouden worden opgebruikt (uitstroom van geldmiddelen):

Miljoen EUR op 31 december 2011 Tot 5 jaar Tussen Langer dan Totaal
5 en 10 jaar 10 jaar
Totale voorziening voor gezondheid, veiligheid en
leefmilieu
376 188 227 791
Totale voorziening voor geschillen 531 80 0 611
Totale overige voorzieningen 69 21 63 153
Totaal 976 289 290 1 555

Voorzieningen voor personeelsbeloningen

Overzicht

De voorzieningen voor personeelsbeloningen per eindejaar waren als volgt:

Miljoen EUR 2010 2011
Personeelsbeloningen 1 081 2 634
Personeelsbeloningen na uitdiensttreding 884 2 431
Andere personeelsbeloningen op lange termijn 42 74
Personeelsbeloningen die niet gewaardeerd zijn volgens IAS 19 10 26
Opzegvergoedingen 145 103

De 2011 cijfers houden rekening met de overname van Rhodia per 30 september 2011.

De 2010 cijfers werden aangepast als gevolg van de wijziging in de grondslagen zoals beschreven in IFRS-grondslagen voor fi nanciële verslaggeving (eliminatie van de bandbreedtebenadering en opname van de actuariële winsten en verliezen in eigen vermogen; en de consolidatie van joint ventures volgens de equitymethode).

De pensioenregelingen worden opgesplitst in toegezegde-bijdragenregelingen en toegezegd-pensioenregeling.

• Toegezegde-bijdragenregelingen

De toegezegde-bijdragenregeling is een regeling inzake vergoedingen na uitdiensttreding waarbij de onderneming vaste bijdragen betaalt aan een aparte entiteit of fonds, overeenkomstig de bepalingen van de regeling. Wanneer de bijdragen betaald zijn, heeft de onderneming geen bijkomende verplichtingen meer.

• Toegezegde-pensioenregelingen

Regelingen die niet onder de toegezegde-bijdragenregeling vallen, behoren tot de toegezegd-pensioenregeling. Deze regelingen worden ofwel van buitenaf gefi nancierd door pensioenfondsen of verzekeringsmaatschappijen (gefi nancierde regeling), ofwel gefi nancierd binnen de Groep (niet-gefi nancierde regeling). Voor de voornaamste pensioenregelingen wordt jaarlijks een actuariële evaluatie uitgevoerd door onafhankelijke actuarissen.

Voorzieningen voor personeelsbeloningen na uitdiensttreding

De nettoverplichting is het netto van de voorzieningen en de opgenomen fondsbeleggingen. Na de integratie van Rhodia in 2011, kan men de nettoverplichting als volgt samenvatten:

Miljoen EUR 2010 2011
Nettoverplichting 880 2 426
Voorzieningen 884 2 431
Opgenomen fondsbeleggingen -4 -5
Operationele kost 35 26
Financiële kost 39 50

Deze voorzieningen zijn vooral bedoeld voor de vergoedingen na uitdiensttreding. Dit gebeurt in het merendeel van de bedrijven van de Groep, ofwel in de geest van de plaatselijke regelgeving en praktijk, ofwel op basis van gevestigde gewoonten die feitelijke verplichtingen meebrengen.

De laatste jaren heeft de Groep zijn blootstelling aan toegezegd-pensioenregelingen beperkt door de bestaande pensioenplannen om te zetten in pensioenplannen met een lager risicoprofi el voor toekomstige diensten (hybride plannen, plannen met cashsaldo, toegezegde-bijdragenregelingen) of door deze uit te sluiten voor nieuwe begunstigden. Deze voorzieningen zijn aangelegd op basis van de IFRS-grondslagen voor fi nanciële verslaggeving beschreven in punt 9 van dit jaarverslag

Als gevolg van de overname van Rhodia werd de grondslag met betrekking tot de personeelsbeloningen na uitdiensttreding geharmoniseerd. Dit heeft tot de eliminatie van de bandbreedtebenadering en tot de opname van de actuariële winsten en verliezen in eigen vermogen geleid (zie grondslagen op p. 67).

Totaal van de verplichtingen voor personeelsbeloningen na uitdiensttreding van de Groep per land

Na de overname van Rhodia zijn de belangrijkste pensioenplannen in 2011 gesitueerd in het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, de Verenigde Staten, Duitsland en België. Deze 5 landen vertegenwoordigen 93% van de totale verplichting voor toegezegd-pensioenregelingen.

Miljoen EUR 2010 2011
Verenigd Koninkrijk 8% 29%
Frankrijk 8% 24%
Verenigde Staten 19% 16%
Duitsland 30% 14%
België 27% 10%
Andere landen 8% 7%

Nettokosten

In de winst- en verliesrekening werden volgende bijdragen opgenomen in verband met deze regelingen:

Miljoen EUR 2010 2011
Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten: werkgever 24 28
Rentekosten 73 105
Verwacht rendement op fondsbeleggingen -34 -55
Pensioenkosten van verstreken diensttijd opgenomen in lopend jaar -1 1
Verlies / winst (-) als gevolg van inperkingen of afwikkelingen van regelingen 11 -3
Netto kost - Toegezegd-pensioenregeling 74 76

De kosten van deze pensioenregelingen worden in de winst- en verliesrekening opgenomen ofwel als verkoopskosten, als commerciële en administratieve kosten, als kosten voor onderzoek & ontwikkeling, of nog als overige fi nanciële of operationele opbrengsten en -kosten of in de niet-recurrente bestanddelen.

Vergeleken met 2010 zijn de nettokosten stabiel gebleven. De structurele stijging als gevolg van de overname van Rhodia (18 miljoen EUR voor het laatste kwartaal van 2011) wordt gedeeltelijk gecompenseerd door een eenmalige afwikkelingslast in 2010 (11 miljoen EUR) voor de overdracht van de pensioenverplichtingen van Solvay Chemie Nederland aan een verzekeringsmaatschappij.

Nettoverplichting

In de balans zijn volgende bedragen opgenomen in verband met toegezegd-pensioenregelingen:

Miljoen EUR 2009 2010 2011
Totaal
Groep
Voor verkoop
aangehouden
(Fa)
Totaal zonder
Voor verkoop
aangehouden
Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen - 1 606 623 982 878 2 531
gefi nancierde regelingen
Reële waarde van fondsbeleggingen - einde periode -1 239 -599 -640 -601 -1 818
Financieringstekort voor gefi nancierde plannen 367 24 343 277 713
Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen - niet 738 165 574 599 1 702
gefi nancierde regelingen
Financieringstekort/-overschot (-) 1 105 189 917 876 2 415
Niet opgenomen actuariële winsten / verliezen (-) -314 -120 -194 0 0
Niet opgenomen pensioenkosten van verstreken diensttijd 18 9 9 8 7
Niet als activa opgenomen, tengevolge van het vastleggen
van een maximumbedrag voor de activa
4 0 4 2 4
Andere -6 0
Nettoverplichting (nettoactief) in de balans 813 77 735 880 2 426
Verplichting opgenomen in de balans 945 181 765 884 2 431
Actief opgenomen in de balans -133 -103 -29 -4 -5

De stijging van het tekort van 1 539 miljoen EUR tussen 2010 en 2011 wordt voornamelijk verantwoord door:

• de daling in de disconteringsvoeten in het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten.

De brutoverplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen evolueerden als volgt:

Miljoen EUR
2010
2011
Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen bij aanvang periode
1 503
1 477
Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten: werkgever
24
28
Rentekosten
73
105
Reële bijdrage van de werknemer
3
4
Wijziging van de regeling
1
0
Verwervingen / vervreemdingen (-)
0
2 609
Inperkingen van regelingen
-1
-3
Afwikkeling van regelingen
-78
-10
Actuariële verliezen / winsten (-)
33
89
Betaalde voordelen
-100
-141
Wisselkoersverschillen
19
75
Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen bij einde periode
1 477
4 233
Verplichtingen toegezegd-pensioenregelingen - gefi nancierde regelingen
878
2 531
Verplichtingen toegezegd-pensioenregelingen - niet-gefi nancierde regelingen
599
1 702

een stijging van 1 469 miljoen EUR als gevolg van de integratie van Rhodia op 30 september 2011;

Financiën

De overname van Rhodia verhoogde de brutoverplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen met 2 609 miljoen EUR per 30 september 2011. De overdracht aan een verzekeringsmaatschappij van alle pensioenverplichtingen van Solvay Chemicals en Plastics Holding heeft een afwikkeling gegenereerd van 10 miljoen EUR in 2011. In 2010 heeft de overdracht aan dezelfde verzekeringsmaatschappij van de pensioenverplichtingen van Solvay Chemie Nederland een afwikkeling van 78 miljoen EUR gegenereerd.

De stijging in de betaalde voordelen stemt overeen met de bedragen betaald door Rhodia in het laatste kwartaal van 2011.

De reële waarde van de fondsbeleggingen evolueerde als volgt:

2010 2011
612 601
34 55
24 -5
102 120
3 4
0 1 140
-90 -10
-100 -141
17 54
601 1 818
58 50

De overname van Rhodia verhoogde de fondsbeleggingen met 1 140 miljoen EUR op 30 september 2011.

Het totale rendement op de fondsbeleggingen bedraagt 50 miljoen EUR.

Het relatief goede resultaat is een gevolg van de betere marktomstandigheden die een positieve impact hadden op de portefeuille fondsbeleggingen van Rhodia gedurende het laatste kwartaal van het jaar.

De overdracht aan een verzekeringsmaatschappij van alle pensioenverplichtingen van Solvay Chemicals en Plastics Holding heeft een afwikkeling gegenereerd van 10 miljoen EUR in 2011. In 2010 heeft de overdracht aan dezelfde verzekeringsmaatschappij van de pensioenverplichtingen van Solvay Chemie Nederland een afwikkeling van 84 miljoen EUR gegenereerd.

De Groep verwacht bijdragen in geldmiddelen (met inbegrip van rechtstreeks betaalde beloningen) voor de toegezegdpensioenregelingen te betalen voor ongeveer 200 miljoen EUR in 2012, vergeleken met 120 miljoen EUR voor 2011. De voornaamste categorieën van fondsbeleggingen zijn:

2010 2011
Obligaties 44 % 51 %
Aandelen 49 % 34 %
Vastgoed 1 % 2 %
Andere activa 6 % 13 %

Wat de geïnvesteerde fondsbeleggingen betreft, dient opgemerkt te worden dat:

  • deze activa geen directe investering in aandelen van de Solvay-groep of in vastgoed of andere door Solvay bezette of gebruikte activa bevatten. Dit wil niet zeggen dat er geen Solvay-aandelen kunnen opgenomen zijn in investeringen zoals gemeenschappelijke beleggingsfondsen;
  • het verwachte rendement op lokaal niveau wordt bepaald met de hulp van een lokale actuaris. Het wordt bepaald op basis van de building block approach die rekening houdt met de langetermijninfl atie en het verwachte langetermijnrendement voor elke categorie van fondsbeleggingen.

Wijzigingen in de nettoverplichtingen gedurende de periode:

Miljoen EUR 2010 2011
Opgenomen nettobedrag bij aanvang periode 911 880
Nettokost - toegezegd-pensioenregelingen 74 76
Reële bijdrage van de werkgever / directe betaalde voordelen -102 -120
Impact van verwervingen / vervreemdingen 1 1 469
Actuariële winsten/verliezen en wijzinging in beperking van de
fondsbeleggingen opgenomen via de andere elementen van het
totaalresultaat
-8 99
Wisselkoersverschillen 3 22
Opgenomen nettobedrag op einde periode 880 2 426

De overname van Rhodia verhoogde de nettoverplichting met 1 469 miljoen EUR op 30 september 2011. De impact van de wijziging in de limiet van de activa via de andere elementen van het totaalresultaat bedroeg 2 miljoen EUR.

Een gecumuleerd bedrag van 282 miljoen EUR werd opgenomen via de andere elementen van het totaalresultaat per 31 december 2011.

Actuariële veronderstellingen

Actuariële veronderstellingen gebruikt voor de bepaling van de brutoverplichting per 31 december. Deze veronderstellingen zijn niet segmentspecifi ek.

Eurozone UK USA
2010 2011 2010 2011 2010 2011
Disconteringsvoet 4,75% 4,75% 5,4% 4,75% 5,5% 4,75%
Verwachte toekomstige 3% - 4,5% 3% - 4,5% 3,8% 3,25% 4,5% 4,5%
loonsverhogingen
Verwachte toekomstige 0% - 2% 0% - 2% 3,3% 2,75% NA NA
pensioenverhogingen
Verwachte aangroei medische 0% - 2% 2% NA 6,5% 5% - 7,5% 5% - 7,5%
uitgaven

Actuariële veronderstellingen gebruikt voor de bepaling van de jaarlijkse kosten

Deze veronderstellingen zijn niet segmentspecifi ek.

Eurozone UK USA
2010 2011 2010 2011 2010 2011
Disconteringsvoet 5% 4,75% 5,7% 5,4% 5,75% 5,5%
Verwachte toekomstige
loonsverhogingen
3% - 4,5% 3% - 4,5% 4% 3,8% 4,5% 4,5%
Verwacht rendement op lange
termijn op fondsbeleggingen
5% - 6% 4,75% - 6% 5,4% 6,2% 7,5% 7,25%
Verwachte toekomstige
pensioenverhogingen
0% - 2% 0% - 2% 3,5% 3,3% NA NA
Verwachte aangroei medische
uitgaven
0% - 2% 0% - 2% NA NA 5% - 8% 5% - 7,5%

De gevoeligheid voor een wijziging van percentage van de disconteringsvoeten op de brutoverplichting voor toegezegdpensioenregelingen is als volgt:

Miljoen EUR Toename met Afname met
0,25% 0,25%
Eurozone -53 49
Verenigd Koninkrijk -51 47
Verenigde Staten -14 13
Andere landen -5 4
Totaal -123 114

De veronderstellingen gemaakt betreffende medische uitgaven hebben een invloed op de bedragen opgenomen in de winst- en verliesrekening. De gevoeligheid voor een wijziging in de verwachte stijgingspercentages van de medische uitgaven is als volgt:

Miljoen EUR 1 % toename 1 % afname
Impact op de cumulatieve aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten en
rentekosten
1 -1
Impact op de verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen 13 -11

De historiek van de toegezegd-pensioenregelingen:

Miljoen EUR 2007(*) 2008(*) 2009 (*) 2010 2011
Verplichtingen in hoofde van toegezegd 2 355 2 232 2 344 1 477 4 235
pensioenregelingen
Fondsbeleggingen -1 341 -1 049 -1 239 -601 -1 819
Tekort / surplus (-) 1 013 1 183 1 105 876 2 416
Ervaringsaanpassingen in de verplichtingen van de -12 6 22 34 44
regelingen
Ervaringsaanpassingen aan de fondsbeleggingen 6 336 -95 -24 6

(*) De bedragen werden niet aangepast als gevolg van de eliminatie van de proportionele consolidatiemethode, omdat het niet praktisch was en de impact niet signifi cant zou zijn geweest.

Waarvan de historische evolutie van de medische regelingen na uitdiensttreding:

Miljoen EUR 2007(*) 2008(*) 2009(*) 2010 2011
Verplichtingen uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen 142 106 79 75 113
Ervaringsaanpassingen in de verplichtingen van de regelingen 2 0 -1 12 -1

Voorzieningen voor gezondheid, veiligheid en leefmilieu

Deze voorzieningen bedragen 791 miljoen EUR, tegen 459 miljoen EUR op het einde van 2010. Het gaat hier om de dekking van risico's en lasten op de volgende belangrijke gebieden:

  • mijnen en proefboringen, voor zover de wetgeving en/of exploitatievergunningen in verband met mijnen en proefboringen in een verplichting tot schadevergoeding aan derden voorzien. Deze voorzieningen die samengesteld worden op basis van lokale expertise, dienen binnen een periode van 10 à 20 jaar te kunnen worden aangewend en bedragen 146 miljoen EUR;
  • voorzieningen in verband met het stopzetten van elektrolyse op basis van kwik: de te verwachten spreiding van de uitgaven hangt af van de geplande herbestemming, van nationale regelgeving in verband met vervuilde bodems en de besmettingsgraad van bodem en grondwater en hoe die evolueert; de meeste van deze voorzieningen zullen uiterlijk in de komende periode van 10 à 20 jaar aanwendbaar moeten zijn;
  • dijken, stortplaatsen en terreinen: de voorzieningen betreffen hier vooral dijken zoals aangelegd in sodafabrieken, de oude dijken van kalkputten en ook terreinen en stortplaatsen gebruikt voor de activiteiten op bepaalde industriële sites; voor deze voorzieningen geldt dat ze aanwendbaar dienen te zijn binnen een periode gaande van 1 tot 20 jaar;
  • asbest: een programma voor de verwijdering van dit materiaal is in uitvoering; de voorzieningen voor de verwijderingswerkzaamheden en met asbest gelieerde beroepsziekten dienen aanwendbaar te zijn in een periode van 1 tot 15 jaar vanaf heden.

De overname van Rhodia heeft voorzieningen met zich meegebracht verbonden aan verscheidene soorten van vervuiling (organisch en niet-organisch) als gevolg van verschillende gespecialiseerde chemische producties. Deze voorzieningen dienen voornamelijk om de beëindigde activiteiten te dekken; de meeste voorzieningen hebben een aanwendperiode van 1 tot 20 jaar.

De geschatte bedragen worden aangepast afhankelijk van de datum waarop de vergoedingen waarschijnlijk zullen dienen te worden betaald. De voorzieningen worden elk jaar geactualiseerd, maar ook aangepast omdat men rekening houdt met naderende vervaldata.

Voorzieningen voor geschillen

De voorzieningen voor geschillen bedragen 611 miljoen EUR op het einde van 2011 tegen 437 miljoen EUR op het einde van 2010.

Deze toename heeft voornamelijk te maken met de overname van Rhodia op 30 september 2011, voor 228 miljoen EUR, waarvan 59 miljoen EUR voorwaardelijke verplichtingen.

De voornaamste provisies op het einde van 2011 dienen voor de dekking van:

  • de fi nanciële gevolgen van de boete van 175 miljoen EUR opgelegd door de Europese autoriteiten wegens inbreuk op de concurrentieregels op het gebied van de peroxideproducten, en in bijkomende orde de fi nanciële gevolgen van burgerrechterlijke klachten die hiermee verband houden. De boete werd in 2011 verlaagd als gevolg van het beroep aangetekend door Solvay. Het beroep loopt nog steeds;
  • de risico's naar aanleiding van de verkoop van het Farmaceutische segment waarvoor de Groep aansprakelijk blijft (104 miljoen EUR);
  • fi scale risico's (222 miljoen EUR)

Andere voorzieningen

Andere voorzieningen, opgezet om specifi eke risico's te dekken zoals de verplichtingen die te maken hebben met de sluiting of verkoop van activiteiten, belopen 153 miljoen EUR, tegen 108 miljoen EUR op het einde van 2010. De stijging is voornamelijk het gevolg van de integratie van Rhodia (58 miljoen EUR).

Verzekeringsbeleid van de Groep

Het beleid van de Solvay-groep bestaat erin enkel een beroep te doen op verzekeringen voor de zeer grote risico's, voor de gevallen waar een dekking verplicht is en wanneer een verzekering de beste fi nanciële oplossing voor Solvay is.

Financiën

De Groep handhaaft en ontwikkelt aangepaste dekkingen van verzekerbare risico's als onderdeel van een beleid dat er naar streeft de fi nanciële gevolgen te beperken van risico's die wel eens werkelijkheid zouden kunnen worden. In 2011 werd het totale pakket aan verzekeringsafspraken vernieuwd, met als resultaat een betere risicodekking en een verlaging van de premies. De werkzaamheden met betrekking tot het consolideren van de risico's van Rhodia met de rest van Solvay in gemeenschappelijke verzekeringsprogramma's werden aangevat en zullen voortgezet worden in 2012. Deze consolidatie leidt tot een betere risicodekking en een verlaging van de premies vergeleken met de afzonderlijke verzekeringsprogramma's.

(32) Nettoschuld

De nettoschuld van de Groep is het saldo van de fi nanciële schuld en de overige vlottende vorderingen – fi nanciële instrumenten en de geldmiddelen en kasequivalenten. Ze eindigde op een nettoschuldpositie van 1 760 miljoen EUR vergeleken met een positieve netto fi nanciële positie van 2 993 miljoen EUR (kasoverschot) op het einde van 2010, voornamelijk door de cashontvangsten van de verkoop van de Farmaceutische activiteiten (4,5 miljard EUR) en van Inergy Automotive Systems (268 miljoen EUR).

Nettoschuld -2 993 1 760
- Geldmiddelen en kasequivalenten -1 954 -1 943
- Overige vlottende vorderingen - Financiële instrumenten -3 722 -464
Financiële schulden 2 683 4 168
Miljoen EUR 2010 2011

Verplichtingen (+) / Activa (-)

Als gevolg van de overname van Rhodia (voor 6,6 miljard EUR bedrijfswaarde en 4 miljard EUR in contanten) op 30 september 2011, hebben twee kredietbeoordelingagentschappen de langetermijnrating voor Solvay bevestigd op BBB+ (negatieve vooruitzichten) bij Standard & Poors en Baa1 (ongunstige vooruitzichten) bij Moody's. Solvay nam een nettoschuld van Rhodia van 632 miljoen EUR over op overnamedatum.

Financiële schulden

De fi nanciële schulden zijn gestegen van 2 683 miljoen EUR op het einde van 2010 tot 4 168 miljoen EUR op het einde van 2011, als gevolg van de overname van Rhodia.

Miljoen EUR 2010 2011
Achtergestelde leningen 503 504
Obligatieleningen 1 481 2 400
Langlopende fi nanciële leaseverplichtingen 1 0
Langlopende schulden bij fi nanciële instellingen 429 337
Overige langlopende schulden 122 133
Binnen 12 maanden verschuldigd bedrag (opgenomen onder schuld op korte 45 106
termijn)
Overige kortlopende leningen (met inbegrip van de negatieve banksaldi) 103 688
Financiële schulden (kort- en langlopend) 2 683 4 168

Leningen en kredietlijnen

De belangrijkste leningen doe na 2010 afl open zijn:

Miljoen EUR (behalve
waar anders vermeld)
2010 2011
Nominaal
bedrag
Coupon Einde
looptijd
Door
zekerheid
gedekt
Reële
waarde
Reële waarde Reële
waarde
Reële
waarde
Uitgifte EMTN
obligaties door
Solvay nv (België)
500 4,99% 2 014 Neen 496 535 495 525
Uitgifte EMTN
obligaties door
Solvay nv (België)
500 300 4,75% 2 018 Neen 485 541 489 538
200 (tap) 5,71%
'Retail' 500 5,01% 2 015 Neen 500 542 499 534
Europese
Investeringsbank
300 3,90% 2 016 Neen 300 317 300 330
Diep achtergestelde
schuld uitgegeven
door Solvay Finance
SA (Frankrijk) met de
steun van Solvay nv
(België)
500 (1) 6,375% 2 104 Neen 497 512 497 485
Senior obligatielening
Rhodia (3)
500 7,00% 2 018 Neen 555 539
Senior obligatielening
Rhodia (USD 400
miljoen) (3)
309 (2) 6,875% 2 020 Neen 362 336
Solvin 120 niet
aangegeven
2 012 niet
aangegeven
120 120 120 120
Solvay Indupa do
Brazil (159 M BRL)
66 (4) niet
aangegeven
2 014 niet
aangegeven
66 66 66 66
Totaal 3 295 2 464 2 633 3 383 3 473

(1) De kredietbeoordelingagentschappen Moody's en Standard & Poors beoordelen deze achtergestelde schuld als 50% eigen vermogen en 50% schuld. Volgens IFRS is dit echter 100% schuld. Deze schuld is ondergeschikt aan andere schulden van de Groep en staat genoteerd in Luxemburg. De uitbetaalde coupon heeft een vast tarief gedurende de eerste tien jaren. In 2016 wordt de coupon vlottend en wordt hij driemaandelijks tegen het Euribor-tarief, verhoogd met een marge van 335 basispunten tot de vervaldatum in 2104. Solvay heeft een terugkoopoptie a pari met de uitgifte vanaf 2016. De emittent beschikt over een optie om de coupon eventueel niet te betalen, volgens de regels van het overdrachtmechanisme van de coupon

(2) Senior obligatielening van Rhodia 2018 & 2020 werden geconsolideerd tegen hun marktwaarde op overnamedatum (september 2011 – zie ook toelichting met betrekking tot Purchase Price Allocation) (3) Equivalent van 400 MUSD; 1 EUR = 1.2949 USD (31 dec. 2011)

(4) Equivalent van 159 M BRL; 1 EUR = 2.4159 BRL (31 dec. 2011)

Op het einde van oktober 2011 heeft Solvay zijn calloptie uitgeoefend op de Floating Rate Notes en het openstaande nominaal bedrag van 229 miljoen EUR terugbetaald.

Er is geen wanbetaling op de hierboven vermelde fi nanciële schulden. Er zijn ook geen convenanten bij Solvay nv, Rhodia SA en de fi nanciële vehikels van de Groep.

Zowel de openstaande senior niet-gewaarborgde obligatieleningen van Solvay als die van Rhodia hebben een BBB+ rating, volgens S&P's. Volgens Moody's is er een trapje verschil tussen de rating van de instrumenten van Solvay (Baa1) en de instrumenten van Rhodia (Baa2).

Het management beoordeelt dat de reële waarde van de schuld met variabele rentevoet (1 050 miljoen EUR) niet signifi cant verschilt van de nominale waarde (1 050 miljoen EUR – zie eveneens toelichting 33 over het beheer van het renterisico). De reële waarde is gebaseerd op de genoteerde marktprijs op het einde van 2011. De langlopende schulden worden gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs.

Overige vlottende vorderingen – fi nanciële instrumenten en Geldmiddelen en kasequivalenten

De totale beschikbare geldmiddelen, d.i. het totaal van de Overige vlottende vorderingen – fi nanciële instrumenten en de geldmiddelen en kasequivalenten, bedraagt 2 407 miljoen EUR op het einde van 2011 (na de overname van Rhodia voor een totaal van 3 953 miljoen EUR) vergeleken met 5 676 miljoen EUR op het einde van 2010 (met inbegrip van 4,7 miljard EUR cashontvangsten van de verkoop van de Farmaceutische activiteiten en van Inergy Automotive Systems).

De ontvangsten uit de verkoop van de Farmaceutische activiteiten en de verkoop van Inergy Automotive Systems werden tijdelijk belegd in kortetermijninstrumenten met de hoogste waardering: overheidsobligaties (Duitsland, Nederland) en thesaurie-instrumenten. Op het einde van 2011 is het resterende gedeelte (ongeveer 800 miljoen EUR) nog steeds belegd in de volgende instrumenten op basis van de vermelde criteria:

  • Geldmarktfondsen (Money Market Funds (MMF)) (overige vlottende vorderingen fi nanciële instrumenten) voor 392 miljoen EUR;
  • Obligaties en thesauriebewijzen op meer dan 3 maanden (overige vlottende vorderingen fi nanciële instrumenten) voor 30 miljoen EUR;
  • Geldmiddelen en kasequivalenten in de vorm van repo's (terugkoopovereenkomsten, dit zijn gewaarborgde termijndeposito's) voor 371 miljoen EUR.

Overige vlottende vorderingen – fi nanciële instrumenten:

Miljoen EUR Classifi catie 2010 2011
Geldmarktfondsen (Money Market Fund) Activa beschikbaar voor 1 097 392
verkoop
Obligaties en thesauriebewijzen op meer dan 3 Activa aangehouden tot einde 2 604 30
maanden looptijd
Financiële rekening-courant 21 25
Overige vlottende fi nanciële activa 0 17
Overige vlottende vorderingen - Financiële instrumenten 3 722 464

De onderliggende instrumenten in de geldbeleggingsfondsen (MMF) worden dagelijks gewaardeerd, maar ze worden zo beheerd dat de totale waarde van het netto-actief van elke fonds stabiel is.

De fi nanciële rekening-courant vertegenwoordigt leningen van volledig geconsolideerde ondernemingen aan ondernemingen geconsolideerd volgens de equitymethode. Deze zijn relatief stabiel gebleven vergeleken met 2011. De overige vlottende fi nanciële activa omvatten voornamelijk de fi nanciële activa tegen reële waarde met waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening.

Het management heeft ervoor gekozen om de obligaties en thesauriebewijzen op meer dan 3 maanden te beschouwen als fi nanciële activa aangehouden tot einde looptijd, die niet aan de marktwaardering zijn onderworpen.

Geldmiddelen en kasequivalenten

Geldmiddelen en kasequivalenten bedragen EUR 1 943 miljoen op het einde van 2011, wat stabiel is ten opzicht van 2010.

Miljoen EUR Classifi cation 2010 2011
Aandelen Available for sale 23 274
Vastrentende effecten Available for sale 8 162
Termijndeposito's Loans and Receivables 224 700
Obligaties en thesauriebewijzen op minder dan 3
maanden
Held to maturity 905 0
Geldmiddelen Loans and Receivables 793 807
Geldmiddelen en kasequivalenten 1 954 1 943

De boekwaarde is de reële waarde van de aandelen, de vastrentende effecten en termijndeposito's. Het management heeft ervoor gekozen de obligaties en thesauriebewijzen op minder dan 3 maanden te beschouwen als fi nanciële activa aangehouden tot einde looptijd, die niet aan de marktwaardering zijn onderworpen.

(33) Financiële instrumenten en het beheer van fi nanciële risico's

Overzicht van de fi nanciële instrumenten

De volgende tabel geeft een overzicht van de boekwaarden van alle fi nanciële instrumenten volgens aard en volgens waarderingscategorie zoals gedefi nieerd door IAS 39 – Financiële instrumenten: opname en waardering.

2010 2011
Miljoen EUR Boekwaarde Boekwaarde
Financiële activa aangehouden voor handelsdoeleinden (*) 0 173
Afgeleide instrumenten aangewezen in afdekkingsrelaties (*) 3 128
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop - New Business Development / AGS (vroeger
Fortis)
62 80
Leningen en vorderingen (inclusief handelsvorderingen, leningen en andere activa op 1 969 2 726
lange termijn, behalve de overschotten van het pensioenfonds )
Overige vlottende vorderingen - fi nanciële instrumenten
Geldmarktfondsen (**) 1 097 392
Obligaties en thesauriebewijzen op meer dan 3 maanden 2 604 30
Financiële rekening-courant 21 25
Overige vlottende fi nanciële activa 0 17
Geldmiddelen en kasequivalenten (classifi catie: zie vorige pagina)
Geldmiddelen en kasequivalenten - Obligaties en thesauriebewijzen op minder dan 3
maanden (**)
905 0
Geldmiddelen en kasequivalenten, zonder obligaties en thesauriebewijzen op minder dan
3 maanden (**)
1 049 1 943
Totaal Financiële activa 7 710 5 514
Financiële verplichtingen aangehouden voor handelsdoeleinden (*) -7 -179
Afgeleide instrumenten aangewezen in afdekkingsrelaties (*) -1 -104
Financiële verplichtingen gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs (inclusief -4 257 -6 674
langlopende fi nanciële schulden, overige langlopende verplichtingen, kortlopende
fi nanciële schulden, handelsschulden en te betalen dividenden opgenomen)
Financiële leaseverplichtingen -1 0
Totaal Financiële verplichtingen -4 266 -6 957

(*) Met inbegrip van de afgeleide instrumenten op interestvoeten in vreemde valuta, commodities en CO2 -emissierechten zoals beschreven hieronder (3 Financiële instrumenten gewaardeerd tegen reële waarde op de geconsolideerde balans)

(**) Het totale bedrag komt overeen met overige vlottende vorderingen - Financiële instrumenten op de balans (3.722 miljoen EUR in 2010 en 464 miljoen EUR in 2011) en de geldmiddelen en kasequivalenten (1 954 miljoen EUR in 2010 en 1 943 miljoen EUR in 2011).

Reële waarde van fi nanciële instrumenten

1. Reële waarde van fi nanciële instrumenten gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs

2010 2011
Miljoen EUR Carrying Fair Boekwaarde Reële
amount value waarde
Leningen en vorderingen (inclusief handelsvorderingen, leningen en 1 969 1 969 2 726 2 726
andere activa op lange termijn, behalve de overschotten van het
pensioenfonds )
Overige vlottende vorderingen - fi nanciële instrumenten
(classifi catie: zie vorige pagina)
Obligaties en thesauriebewijzen op meer dan 3 maanden 2 604 2 604 30 30
Financiële rekening-courant 21 21 25 25
Overige vlottende fi nanciële activa 0 0 17 17
Geldmiddelen en kasequivalenten (classifi catie: zie vorige
pagina)
Geldmiddelen en kasequivalenten - Obligaties en thesauriebewijzen op 905 905 0 0
minder dan 3 maanden
Geldmiddelen en kasequivalenten, zonder obligaties en 1 049 1 049 1 943 1 943
thesauriebewijzen op minder dan 3 maanden
Totaal Financiële activa 6 548 6 548 4 741 4 741
Financiële verplichtingen gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs -4 257 -4 426 -6 674 -6 765
(inclusief fi nanciële schulden op lange termijn, overige verplichtingen op
lange termijn, fi nanciële schulden op korte termijn, handelsschulden en
de te betalen dividenden opgenomen)
Financiële leaseverplichtingen -1 -2 0 0
Totaal Financiële verplichtingen -4 258 -4 428 -6 674 -6 765

2. Waarderingstechnieken en veronderstellingen gebruikt voor de waardering van de reële waarde

Solvay's New Business Development (NBD) heeft een Corporate Venturing portefeuille opgebouwd bestaande uit rechtstreekse investeringen in start-up ondernemingen en investeringen in risicokapitaalfondsen. Al deze investeringen hebben betrekking op de NBD-platformen. Ze worden allemaal gewaardeerd tegen de reële waarde volgens de waarderingsrichtlijnen gepubliceerd door de European Private Equity and Venture Capital Association.

De reële waarden van fi nanciële activa en fi nanciële verplichtingen met standaardbepalingen en -voorwaarden en verhandeld op liquide markten zijn de genoteerde marktprijzen.

De reële waarden van afgeleide instrumenten worden berekend door middel van genoteerde prijzen. Waar zulke prijzen niet beschikbaar zijn, wordt een contantewaardeberekening uitgevoerd gebruik makend van de relevante rendementscurve voor de looptijd van de instrumenten voor niet-optionele derivaten, en optiewaarderingsmodellen voor optionele derivaten.

Wisseltermijncontracten worden gewaardeerd op basis van de genoteerde termijnwisselkoersen en de rendementscurven die afgeleid zijn van genoteerde rentevoeten met gelijkaardige looptijden.

Renteswaps worden gewaardeerd tegen de contante waarde van de geschatte toekomstige kasstromen en gedisconteerd op basis van de relevante rendementscurven afgeleid van de genoteerde rentevoeten. Vast-voor-vlottende energieswaps worden gewaardeerd op basis van genoteerde termijnenergieprijzen en rendementscurven die afgeleid zijn van genoteerde rentevoeten met gelijkaardige looptijden.

De reële waarden van andere fi nanciële activa en verplichtingen (behalve deze beschreven hierboven) worden bepaald in overeenstemming met de algemeen aanvaarde waarderingsmodellen op basis van de contantewaardeberekening. Meer specifi ek, belangrijke veronderstellingen gebruikt voor de bepaling van de reële waarde op de volgende fi nanciële activa en verplichtingen worden hieronder beschreven.

3. Financiële instrumenten gewaardeerd tegen reële waarde op de geconsolideerde balans

De volgende tabel geeft een overzicht van de fi nanciële instrumenten die gewaardeerd worden tegen reële waarde na initiële opname, gegroepeerd in niveaus 1 tot 3, volgens de mate waarin de reële waarde kan vastgesteld worden:

  • Niveau 1 zijn deze afgeleid van genoteerde (niet bijgestelde) prijzen op actieve markten voor identieke activa en passiva;
  • Niveau 2 zijn deze afgeleid van andere elementen dan de genoteerde prijzen op niveau 1, en die vast te stellen zijn voor activa en passiva, ofwel direct (dit betekent aan de hand van de prijzen), ofwel indirect (dit wil zeggen afgeleid van de prijzen); en
  • Niveau 3 zijn afgeleid van waarderingstechnieken waaronder input voor activa en passiva die niet gebaseerd is op waarneembare marktgegevens (niet-waarneembare input).

Financiën

Miljoen EUR Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal
Financiële activa aangehouden voor handelsdoeleinden
- Afgeleide fi nanciële activa
° Wisselcontracten en swaps
° Wisselopties
° Renteswaps
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend) 0 0
° Swaps en forward contracten van CO2
certifi caten
0 0
- Niet-afgeleide fi nanciële activa
Afgeleide instrumenten aangewezen in afdekkingsrelaties
° Wisselcontracten en swaps 1 1
° Wisselopties
° Renteswaps
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend) 2 2
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop
- New Business Development 35 35
- AGEAS (vroeger Fortis) 27 27
- Overige vlottende vorderingen - fi nanciële instrumenten
(Geldmarktfondsen)
1 097 1 097
Totaal Financiële activa 1 124 3 35 1 162
Financiële verplichtingen aangehouden voor
handelsdoeleinden
- Afgeleide fi nanciële verplichtingen
° Wisselcontracten en swaps -9 -9
° Wisselopties
° Renteswaps
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend) 0 0
° Swaps en forward contracten van CO2
certifi caten
1 1
- Niet-afgeleide fi nanciële verplichtingen
Afgeleide instrumenten aangewezen in afdekkingsrelaties
° Wisselcontracten en swaps -1 -1
° Wisselopties
° Renteswaps
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend)
Totaal Financiële verplichtingen 0 -8 0 -8
2011
Miljoen EUR Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal
Financiële activa aangehouden voor handelsdoeleinden
- Afgeleide fi nanciële activa
° Wisselcontracten en swaps 9 9
° Wisselopties
° Renteswaps
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend) 6 6
° Swaps en forward contracten van CO2
certifi caten
142 3 145
° CO2
-opties
13 13
- Niet-afgeleide fi nanciële activa
Afgeleide instrumenten aangewezen in afdekkingsrelaties
° Wisselcontracten en swaps 2 2
° Wisselopties 1 1
° Renteswaps
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend)
° Swaps en forward contracten van CO2
certifi caten
125 125
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop
- New Business Development 61 61
- AGEAS (vroeger Fortis) 19 19
- Overige vlottende vorderingen - fi nanciële instrumenten 392 392
(Geldmarktfondsen)
Totaal Financiële activa 424 279 70 773
Financiële verplichtingen aangehouden voor
handelsdoeleinden
- Afgeleide fi nanciële verplichtingen
° Wisselcontracten en swaps -17 -17
° Wisselopties
° Renteswaps -1 -1
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend) 0 -1 -1
° Energie optie 0 0
° Swaps en forward contracten van CO2
certifi caten
-133 -15 -148
° CO2
-opties
-7 -4 -11
- Niet-afgeleide fi nanciële verplichtingen
Afgeleide instrumenten aangewezen in afdekkingsrelaties
° Wisselcontracten en swaps -48 -48
° Wisselopties
° Renteswaps
° Andere rentederivaten
° Energieprijsswaps (vast voor vlottend) -1 -1
° Swaps en forward contracten van CO2
certifi caten
-55 -55
Totaal Financiële verplichtingen -7 -256 -20 -283

De wijzigingen tussen 2011 en 2010 hebben betrekking op de overname van Rhodia.

De categorie fi nanciële activa aangehouden voor handelsdoeleinden omvat gewoonlijk fi nanciële instrumenten die gebruikt worden voor het thesauriebeheer, het valutarisicobeheer, commodities of instrumenten voor CO2 -emissierechten, maar die onvoldoende gedocumenteerd zijn om te kunnen verwerkt worden als afdekkingsinstrumenten. De wijziging in 2011 heeft betrekking op de overname van Orbeo Climate Care (instrumenten voor CO2 -emissierechten).

Aansluiting van de fi nanciële instrumenten in waarderingsniveau 3:

Tegen reële waarde met
waardeveranderingen in de
winst- en verliesrekeningen
2010
Beschikbaar voor
verkoop
Totaal
Miljoen EUR Derivaten Niet
derivaten
Aandelen Andere
Openingssaldo op 1 januari 27 27
Totale winsten of verliezen 0 0
- Opgenomen in de winst- en verliesrekening 0 0
- Opgenomen in de andere elementen van het 0 0
totaalresultaat
Verwervingen 8 8
Vervreemdingen 0 0
Herclassifi catie van investeringen in geassocieerde
deelnemingen naar fi nanciële activa beschikbaar voor
verkoop
0 0
Herclassifi catie uit niveau 3 0 0
Afgeleide instrumenten aangewezen in
afdekkingsrelaties
0 0
Eindsaldo op 31 december 35 35
2011
Tegen reële waarde met
waardeveranderingen
in de winst- en
verliesrekeningen
Beschikbaar voor
verkoop
Totaal
Miljoen EUR Derivaten Niet Aandelen Andere
derivaten
Openingssaldo op 1 januari 35 35
Totale winsten of verliezen
- Opgenomen in de winst- en verliesrekening -7 -7
- Opgenomen in de andere elementen van het
totaalresultaat
Verwervingen -4 26 22
Vervreemdingen
Herclassifi catie van investeringen in geassocieerde
deelnemingen naar fi nanciële activa beschikbaar voor
verkoop
Herclassifi catie uit niveau 3
Afgeleide instrumenten aangewezen in afdekkingsrelaties
Eindsaldo op 31 december -11 61 50

Opbrengsten en kosten op fi nanciële instrumenten opgenomen in de winst- en verliesrekening en in eigen vermogen

Opbrengsten en kosten op fi nanciële instrumenten zijn als volgt:

Miljoen EUR 2010 2011
Opgenomen in de winst- en verliesrekening
Herclassifi catie vanuit eigen vermogen van wijzigingen in de reële waarde 0 -1
met betrekking tot de kasstroomafdekking van de wisselkoersen (zie
volgend tabel)
Wijziging in de reële waarde met betrekking tot de kasstroomafdekking van -7 -6
de wisselkoersen
Herclassifi catie vanuit eigen vermogen van wijzigingen in de reële waarde 1 2
met betrekking tot de kasstroomafdekking van de energieprijzen (zie
volgend tabel)
Wijziging in de reële waarde met betrekking tot de kasstroomafdekking van 1 15
de energieprijzen
Opgenomen in de brutowinst -5 10
Interesten op leningen en vorderingen 2 3
Wijzigingen in de reële waarde van fi nanciële instrumenten aangehouden -1 -3
voor handelsdoeleinden (energie/CO2
emissierechten)
Wijzigingen in de reële waarde van fi nanciële instrumenten aangehouden 0 -4
voor handelsdoeleinden (valuta)
Ineffectief deel van de wijzigingen in de reële waarde van 0 6
kasstroomafdekkingen
Opgenomen in de overige operationele opbrengsten en kosten 0 2
Interestkosten op fi nanciële verplichtingen gewaardeerd tegen -138 -159
geamortiseerde kostprijs (fi nancieringskosten)
Interesten op geldmiddelen en kasequivalenten (met inbegrip van obligaties 8 26
op minder dan 3 maanden)
Interesten op overige vlottende fi nanciële activa (met inbegrip van 14 12
geldmarktfondsen en obligaties op meer dan 3 maanden)
Overige fi nancieringsopbrengsten en -kosten -10 -15
Opgenomen in de fi nancieringskosten -125 -136
Winsten/verliezen uit deelnemingen beschikbaar voor verkoop 0 1
Meerwaarde op deelnemingen beschikbaar voor verkoop 0 0
opgenomen in de winst- en verliesrekening
Herclassifi catie vanuit eigen vermogen van niet-gerealiseerde 0 0
winsten en verliezen met betrekking tot vervreemde fi nanciële activa
beschikbaar voor verkoop (zie volgend tabel)
Herclassifi catie vanuit eigen vermogen van bijzondere -1 0
waardeverminderingsverliezen op fi nanciële activa beschikbaar voor
verkoop (zie volgend tabel)
Nettowinst uit 'equity'-methode 46 61
Totaal opgenomen in de winst- en verliesrekening -86 -61

Jaarverslag Solvay 2011

De kasstroomafdekking van de wisselkoersen stemt overeen met termijncontracten met als doel de afdekking van toekomstige verkopen in USD, JPY, BRL en KRW.

De wijziging in de reële waarde van de fi nanciële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden betreffen wisselkoerstermijncontracten op de nettokaspositie.

De bijzondere waardevermindering op fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop getransfereerd van het eigen vermogen betreft New Business Development (NBD).

Miljoen EUR 2010 2011
Direct in het eigen vermogen opgenomen
Netto wijziging in de reële waarde van fi nanciële activa -15 -8
beschikbaar voor verkoop
Herclassifi catie naar de winst- en verliesrekening van 0 0
niet-gerealiseerde winsten en verliezen met betrekking tot
vervreemde fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop
Herclassifi catie naar de winst- en verliesrekening van 1 0
bijzondere waardeverminderingsverliezen op fi nanciële
activa beschikbaar voor verkoop
Financiële activa beschikbaar voor verkoop -14 -8
Effectieve deel van de wijzigingen in de reële waarde van 2 5
kasstroomafdekkingen
Herclassifi catie naar de winst- en verliesrekening van 0 1
wijzigingen in de reële waarde met betrekking tot de
kasstroomafdekking van de wisselkoersen
Herclassifi catie naar de winst- en verliesrekening van -1 -2
wijzigingen in de reële waarde met betrekking tot de
kasstroomafdekking van de energieprijzen
Herclassifi catie naar initiële boekwaarden van afgedekte 0 0
posities
Kasstroomafdekkingen 1 3
Totaal -13 -5

Gangbaar is dat (+) een verhoging en (-) een vermindering van het eigen vermogen aangeeft.

De nettowijziging in de reële waarde van fi nanciële activa beschikbaar voor verkoop rechtstreeks opgenomen in eigen vermogen in 2010 en 2011 heeft voornamelijk betrekking op aandelen AGEAS (vroeger Fortis).

Kapitaalrisicobeheer

Zie punt 2 in het hoofdstuk over deugdelijk bestuur in dit jaarverslag.

Financieel risicobeheer

De Groep is blootgesteld aan risico's als gevolg van bewegingen in wisselkoersen, rentevoeten en andere marktprijzen (energieprijzen en aandelenprijzen). De Solvay-groep gebruikt afgeleide fi nanciële instrumenten om zich in te dekken tegen duidelijk geïdentifi ceerde valuta-, rente- en energieprijsrisico's (afdekkingsinstrumenten). Toch zijn niet altijd de vereiste voorwaarden vervuld om de afdekkingsboekhouding volgens IFRS te kunnen toepassen. Hieruit volgt dat deze techniek niet altijd kan worden gebruikt als de Groep zich economisch gezien afdekt. Voorts is het beleid voor de afdekking van valutarisico's gebaseerd op de volgende principes: de fi nanciering van activiteiten in lokale munt, de systematische afdekking van transactionele valutarisico's (zie hieronder) op het moment van de verzending van de facturen (zekere risico's) en de opvolging en eventuele afdekking van de transacties in valuta die voortvloeien uit de activiteiten van de Groep op basis van de verwachte kasstromen.

Verder is de Groep eveneens blootgesteld aan liquiditeits- en kredietrisico's. Derivaten worden enkel gebruikt als afdekkingsinstrument, niet voor handels- of speculatieve doeleinden.

1. Valutarisico

Zie ook het gedeelte valutarisico op pagina 156 in het hoofdstuk over Risicobeheer van dit jaarverslag. De Groep onderneemt transacties uitgedrukt in vreemde valuta; hierdoor ontstaat blootstelling aan de wisselkoersfl uctuaties. De blootstelling aan wisselkoersen wordt beheerd binnen goedgekeurde beleidsparameters door gebruik te maken van wisseltermijncontracten.

Het valutarisico van de Groep kan opgedeeld worden in twee categorieën: valutaomrekeningrisico en valutatransactierisico.

Valutaomrekeningrisico

Het gaat hier om het valutarisico voor het deel van het geconsolideerde resultaat van de Groep dat verbonden is met het resultaat van de dochterondernemingen die met andere presentatievaluta werken dan de EUR (presentatievaluta van de Groep). De belangrijkste andere vreemde munt is de US dollar, Japanse yen en Braziliaanse real.

Tijdens 2011 heeft de Groep dergelijke valutarisico niet afgedekt.

De wisselkoersschommelingen, met name die van de Amerikaanse dollar en de Braziliaanse real, kunnen invloed hebben op het resultaat. In de loop van 2011 is de wisselkoers EUR/USD geëvolueerd van 1,3362 begin januari tot 1,2939 op het einde van december.

Valutatransactierisico

Het gaat hier om het valutarisico in verband met een specifi eke transactie, zoals de aan- of verkoop door een bedrijf van de Groep in een andere valuta dan de presentatievaluta.

De Groep beheert het valutatransactierisico op vorderingen en leningen op het niveau van Solvay CICC in België voor de activiteiten van Solvay en op het niveau van Rhodia SA, de Braziliaanse en Zuid-Koreaanse dochterondernemingen voor de activiteiten van het segment Rhodia.

De keuze van de valuta waarin de lening wordt aangegaan hangt vooral af van de kansen die de diverse geldmarkten bieden. Dit betekent dat de gekozen valuta niet per se dezelfde is als die van het land waar de fondsen zullen worden geïnvesteerd. Niettemin worden de operationele bedrijven doorgaans in de plaatselijke valuta gefi nancierd. Daarbij wordt deze valuta desnoods verkregen door een valutaswap uitgaande van de valuta die de fi nanciële vennootschap ter beschikking heeft. De kosten van dergelijke valutaswaps vormen een deel van de fi nancieringskosten. Deze techniek maakt het ons mogelijk valutarisico's te beperken, zowel voor de fi nanciële vennootschap als voor de eindgebruiker van de fondsen.

In de opkomende landen is het niet altijd mogelijk op de lokale fi nanciële markten geld te lenen in de valuta van het land, ofwel omdat deze markten te krap zijn en er geen fondsen beschikbaar zijn, ofwel omdat de fi nanciële voorwaarden ongunstig zijn. In zo'n geval moet de Groep lenen in een andere valuta. Deed zich echter toch de kans voor, dan heeft de Groep die te baat genomen om zijn schulden te herfi nancieren in de lokale valuta van deze opkomende landen.

Aangezien de dochterondernemingen van Solvay verplicht zijn hun wisselkoersverrichtingen in vreemde valuta over te dragen aan Solvay CICC (bijv. facturen van klanten, facturen van leveranciers), wordt de vreemde valutapositie van de Groep bij Solvay CICC gecentraliseerd. Deze gecentraliseerde valutapositie wordt dan beheerd volgens de regels en de specifi eke beperkingen vastgelegd door de Groep. De voornaamste beheerstechnieken zijn de aan- of verkoop van valuta in contanten of op termijn.

Binnen het segment Rhodia is de blootstelling aan kortetermijnschommelingen van de wisselkoersen beperkt door het dagelijks berekenen van de nettoblootstelling aan vreemde valuta in verrichtingen, met inbegrip van handelsschulden en –vorderingen, fi nanciële elementen en door het gebruik van afgeleide instrumenten om deze blootstelling te verminderen. De voornaamste gebruikte fi nanciële instrumenten zijn de aan- en verkoop van valuta in contanten of op termijn; valutaverkoop op termijn en aankoop van putopties.

De Groep heeft zijn blootstelling met betrekking tot het jaar 2011 voor een nominaal bedrag van 260 miljoen USD en een nettobedrag van 128 miljoen USD (194 miljoen USD op verkopen en 66 miljoen USD op aankopen), vergeleken met 20 miljoen USD in 2010. De Groep heeft eveneens zijn blootstelling voor 2011 voor 5 978 miljoen JPY op verkopen afgedekt. Bij het gebruik van fi nanciële instrumenten ter dekking van zijn valutarisico's op middellange termijn, loopt Solvay risico's wat zijn afgeleide producten in valuta betreft. De Groep gebruikt derivaten om duidelijk geïdentifi ceerde valutarisico's af te dekken (afdekkingsinstrumenten). Op het einde van 2011 had de Groep toekomstige verkopen afgedekt voor een nominaal bedrag van 679 miljoen USD op verkopen en 21 miljoen USD op aankopen; en 12 327 miljoen JPY via wisseltermijncontracten.

De volgende tabel geeft een overzicht van de openstaande wisseltermijncontracten op het einde van het boekjaar:

Notioneel bedrag Reële waarde activa Reële waarde
verplichtingen
Miljoen EUR 2010 2011 2010 2011 2010 2011
Kasstroomafdekkingen
- Wisselcontracten 99 948 1 2 -1 -48
- Average rate options (ARO) 0 0 0 0 0 0
- Wisselopties (vanilla) 0 8 0 1 0 0
Aangehouden voor
handelsdoeleinden
- Wisselcontracten 764 1 710 0 9 -9 -17
- Average rate options (ARO) 0 0 0 0 0 0
- Wisselopties met grenzen 0 16 0 0 0 0
Totaal 863 2 682 1 12 -10 -65

De volgende tabel geeft een overzicht van de gevoeligheid van de winst- en verliesrekening en het eigen vermogen van de Groep op een stijging/daling van 10% van de EUR ten opzichte van USD en JPY, en eveneens BRL ten opzichte van USD.

10% vertegenwoordigt de beoordeling van het management van een redelijkerwijs mogelijke verandering in wisselkoersen. De gevoeligheidsanalyse omvat enkel uitstaande monetaire elementen in vreemde valuta en past hun omrekening op het einde van het boekjaar met een wijziging in de wisselkoersen van 10%. De gevoeligheidsanalyse omvat zowel externe leningen als leningen aan buitenlandse activiteiten binnen de Groep waar de lening in een munt is uitgedrukt dat verschillend is van de functionele valuta van de opdrachtgever of de begunstigde. Het omvat eveneens de wisseltermijncontracten (niet aangewezen als afdekkingsinstrumenten).

Een positief cijfer betekent een toename van het resultaat of het eigen vermogen als de EUR met 10% stijgt ten opzichte van de USD of JPY (analoog voor de BRL tegenover USD).

Voor een daling van 10% van de EUR ten opzichte van de USD en JPY, zou een vergelijkbare impact teweegbrengen op het resultaat of het eigen vermogen en zouden de cijfers negatief zijn (analoog voor de BRL tegenover USD).

Stijging van
EUR t.o.v. USD
Stijging van
EUR t.o.v. JPY
Stijging van
BRL t.o.v. USD
Miljoen EUR 2010 2011 2010 2011 2010 2011
Resultaat 0 6 0 0 0 0
Eigen vermogen 1 21 5 12 0 41

2. Renterisico

Zie ook het gedeelte renterisico op pagina 156 in het hoofdstuk over Risicobeheer van dit jaarverslag. Het renterisico wordt beheerd op Groepsniveau.

De Groep is blootgesteld aan renterisico's omdat entiteiten van de Groep leningen aangaan met zowel vaste als vlottende rentevoeten. Het renterisico wordt beheerd op het Groepsniveau door een geschikte mix van leningen met vaste en vlottende rentevoeten.

Op 31 december 2011 heeft de Groep voor een 3,1 miljard EUR aan schulden met vaste rente:

  • de Groep heeft vaste rentevoeten op zijn obligatieleningen (EMTN): 500 miljoen EUR vervallend in 2018 (boekwaarde 489 miljoen EUR) en 500 miljoen EUR vervallend in 2014 (boekwaarde 495 miljoen EUR); retail: 500 miljoen EUR vervallend in 2015 (boekwaarde 499 miljoen EUR);
  • de hybride achtergestelde uitgifte uitgevoerd in 2006 (500 miljoen EUR, vervallend in 2104 boekwaarde 497 miljoen EUR) heeft een coupon met vaste rente tot 2016, maar van dan af is de rente vlottend;
  • Europese Investeringsbank 300 miljoen EUR (vervalt in 2016);
  • Senior obligatielening HY 500 miljoen EUR vervallend in 2018 (boekwaarde 555 miljoen EUR);
  • Senior obligatielening HY 400 miljoen USD vervallend in 2020 (boekwaarde 362 miljoen EUR)

Blootstelling aan de rentevoeten per valuta:

Miljoen EUR Op 31 december 2010 Op 31 december 2011
Valuta Vaste Variabele Totaal Vaste Variabele Totaal
rentevoet rentevoet rentevoet rentevoet
Financiële verplichtingen
EUR -2 300 -37 -2 337 -2 803 -557 -3 360
USD -1 -8 -9 -311 -231 -542
GBP 0 0 0 -1 -1
BRL 0 -122 -122 -98 -98
Andere 0 -215 -215 -4 -163 -167
Totaal -2 301 -382 -2 683 -3 118 -1 050 -4 168
Geldmiddelen en kasequivalenten
EUR 905 342 1 247 0 1 035 1 035
USD 0 519 519 0 446 446
JPY 0 21 21 0 27 27
BRL 0 18 18 0 135 135
Andere 0 149 149 0 301 301
Totaal 905 1 049 1 954 0 1 943 1 943
Overige vlottende fi nanciële
activa
EUR 2 604 1 118 3 722 30 434 464
USD 0 0 0 0 0 0
JPY 0 0 0 0 0 0
BRL 0 0 0 0 0 0
Andere 0 0 0 0 0 0
Totaal 2 604 1 118 3 722 30 434 464
Totaal 1 208 1 785 2 993 -3 088 1 328 -1 760

* Leningen aan bedrijven die geconsolideerd worden volgens de equitymethode worden gepresenteerd als vlottend (21 miljoen EUR in 2010 en 25 miljoen EUR in 2011)

Financiën

De fi nanciële schuld wordt voor 75% gedekt tegen de gemiddelde vaste rente van 5,59% met een looptijd van ongeveer 5 jaar en een eerste belangrijke schuldafl ossing in 2014.

De hieronder vermelde gevoeligheidsanalyse werd bepaald op basis van de blootstelling aan rentevoeten voor zowel afgeleide instrumenten als niet-afgeleide instrumenten op het einde van het boekjaar. Voor schulden met vlottende rente werd de analyse opgesteld onder de veronderstelling dat de openstaande schuld op het einde van het boekjaar over het hele boekjaar stabiel bleef. Een stijging/daling met 1% wordt gebruikt bij het intern rapporteren van het renterisico aan management en vertegenwoordigt de beoordeling van het management van een redelijkerwijs mogelijke verandering in rentevoeten.

Effect van de wijzigingen van de rentevoeten op het einde van 2011:

  • op de fi nancieringskosten: als de rentevoeten 1% hoger/lager waren en alle andere variabelen constant gebleven waren, dan zouden deze kosten gestegen/gedaald zijn met 6 miljoen EUR (2010: stijging/daling van 4 miljoen EUR). Dit is voornamelijk te wijten aan de blootstelling van de Groep aan rentevoeten op zijn schulden met vlottende rente;
  • op geldmiddelen en kasequivalenten en overige vlottende fi nanciële activa: - als de rentevoeten 1% hoger waren en alle andere variabelen constant gebleven waren, dan zouden de opbrengsten gestegen zijn met 44 miljoen EUR (2010: +49 miljoen EUR)
  • als de rentevoeten 1% lager waren en alle andere variabelen constant gebleven waren, dan zouden de opbrengsten gedaald zijn met 38 miljoen EUR (2010: -24 miljoen EUR)

Orbeo Climate Care heeft interestswaps afgesloten die niet aangewezen werden als afdekkingsinstrumenten. De volgende tabel geeft de uitstaande interest swaps op 31 december 2011 weer:

Notioneel
bedrag
Reëlle waarde
activa
Reëlle waarde
verplichtingen
Miljoen EUR 2010 2011 2010 2011 2010 2011
aangehouden voor handelsdoeleinden
- Rente-instrument (swap) 0 39 0 0 0 -1

Een plotse schommeling van de interestvoeten met 1% op jaareinde zou geen belangrijk invloed hebben op de winst- en verliesrekening, aangezien alle andere variabelen constant beschouwd worden.

3. Andere marktrisico's

Energieprijsrisico's

De Groep koopt grote hoeveelheden van zijn behoefte in steenkool en aardgas in Europa en de VS gebaseerd op de fl uctuerende liquide marktindices. Om de prijsvolatiliteit van steenkool en gas te verminderen, heeft de Groep een beleid op poten gezet om variabele prijzen tegen vaste prijzen om te ruilen door middel van swapcontracten. De meeste van deze afdekkingscontracten voldoen aan de criteria om een afdekkingsboekhouding zoals gedefi nieerd door IFRS toe te passen.

De fi nanciële afdekking van energieprijsrisico's wordt centraal beheerd door Solvay Energy nv in naam van de entiteiten van de Groep, die enkel het residuele risico in hun rekening presenteren.

Afdekking van toekomstige verkopen van CER

Solvay dekt toekomstige verkoopprijzen van gecertifi ceerde emissiereducties (CER) af, voornamelijk aan de hand van CER-termijncontracten via Orbeo Climate Care.

Het beleid van Orbeo Climate Care is erop gericht een residuele blootstelling van bijna nul aan de CER-prijzen te behouden. Hierdoor worden de aankopen van gecertifi ceerde emissiereducties van Solvay systematisch afgedekt door termijncontracten over dezelfde looptijd.

Andere activiteiten van Orbeo Climate Care

Orbeo Climate Care is eveneens actief op het vlak van verhandeling van primaire of gewaarborgde emissiereductieeenheden, waarvan de residuele blootstelling aan prijzen ook dicht bij nul wordt gehouden.

De volgende tabel geeft de notionele bedragen en de resterende looptijd van de openstaande energieprijsswaps en CO2 -derivaten op het einde van het boekjaar weer:

Notioneel
Reëlle waarde
bedrag
activa
Reëlle waarde
verplichtingen
Miljoen EUR 2010 2011 2010 2011 2010 2011
Aangehouden voor handelsdoeleinden
- Energieprijzenswaps, termijn contracten en
andere contracten
1 41 0 6 0 -2
- CO2
opties
0 193 0 13 0 -11
- Swaps en forward contracten van CO2
certifi caten
9 1095 0 145 1 -148
Kasstroomafdekkingen (*)
- Energieprijzenswaps 7 18 2 0 0 -1
- Swaps en forward contracten van CO2
certifi caten
0 192 0 125 0 -55
Totaal 17 1539 2 289 1 -217

* Op minder dan 1 jaar.

4. Kredietrisico

Zie ook het gedeelte risico op insolvabiliteit op pagina 156 in het hoofdstuk over Risicobeheer van dit jaarverslag. In 2011 vertegenwoordigen de handelsvorderingen 62 verkoopdagen. De boekwaarde van de commerciële vorderingen benadert goed de reële waarde op de balansdatum. Er is geen signifi cante concentratie van kredietrisico's voor de Groep, aangezien het risico verdeeld is over een groot aantal klanten en markten.

De historische balans van handelsvorderingen, overige vlottende vorderingen – andere en overige vaste activa ziet er als volgt uit:

2010 Miljoen EUR Total met waarvan vorderingen zonder waardeverminderingen
waarde niet minder dan 30 à 60 60 à 90 meer dan
vermin vervallen 30 dagen dagen dagen 90 dagen
dering vervallen vervallen vervallen vervallen
Handelsvorderingen 1 651 10 1 506 101 17 5 12
Andere vorderingen op korte
termijn - andere
533 1 525 2 1 0 4
Leningen en andere activa op
lange termijn
322 0 322 0 0 0 0
Totaal 2 505 10 2 353 103 18 6 16
2011 Miljoen EUR Total met waarvan vorderingen zonder waardeverminderingen
waarde niet minder dan 30 à 60 60 à 90 meer dan
vermin vervallen 30 dagen dagen dagen 90 dagen
dering vervallen vervallen vervallen vervallen
Handelsvorderingen 2 311 1 2 137 74 12 8 79
Andere vorderingen op korte
termijn - andere
938 11 907 3 1 0 17
Leningen en andere activa op 420 0 420 0 0 0 0
lange termijn
Totaal 3 669 12 3 463 77 13 8 96

De overige vlottende vorderingen – andere zijn vooral andere vorderingen, over te dragen lasten en verworven opbrengsten. Overige vaste activa zijn vooral overschotten van pensioenfondsen en andere vorderingen op meer dan één jaar. Dit saldo omvat een cashdeposito als garantie voor de goede uitvoering van de boete opgelegd door de Europese Commissie met betrekking to de concurrentieregels.

De tabel hieronder toont de evolutie van de waardeverminderingen op handelsvorderingen, overige vlottende vorderingen – andere, leningen en overige vast activa.

Miljoen EUR 2010 2011
Op 1 januari -118 -20
Nettowijziging 98 -118
Op 31 december -20 -139

Voor het kredietrisico met betrekking tot andere fi nanciële activa refereren we naar de relevante toelichtingen.

5. Liquiditeitsrisico

Zie ook het gedeelte liquiditeitsrisico op pagina 155 in het hoofdstuk over Risicobeheer van dit jaarverslag. Het liquiditeitsrisico betreft de mogelijkheid voor Solvay zijn schulden te betalen of te herfi nancieren, met inbegrip van uitstaande leningen, en zijn werking te fi nancieren. Dit hangt af van zijn vermogen om cash te genereren met zijn activiteiten en geen te dure acquisities uit te voeren.

Het Comité van Financiën geeft zijn mening over het geschikte beheer van het liquiditeitsrisico voor de fi nanciering van de Groep op korte, middellange en lange termijn en de vereisten van het liquiditeitsbeheer. De Groep beheert het liquiditeitsrisico door gepaste reserves en kredietfaciliteiten aan te houden, door permanent toezicht op de vooropgestelde en de actuele kasstromen en door de looptijden van fi nanciële activa en verplichtingen overeen te laten stemmen.

De Groep spreidt de looptijden van zijn fi nancieringsbronnen om het liquiditeitsrisico te minimaliseren.

De volgende tabellen geven een overzicht van de resterende contractuele looptijden voor de niet-afgeleide fi nanciële instrumenten met de overeengekomen afl ossingsperioden. De tabellen tonen de niet-verdisconteerde kasstromen van fi nanciële verplichtingen gebaseerd op de vroegste datum waarop de Groep verplicht zou kunnen worden te betalen. De tabellen omvatten zowel de kasstromen met betrekking tot de rente als de kasstromen met betrekking tot het kapitaal. In de mate dat de rente vlottend is, werd het niet-verdisconteerde bedrag afgeleid van de rentecurven op het einde van het boekjaar. De contractuele looptijd is gebaseerd op de vroegste datum waarop de Groep verplicht zou kunnen worden te betalen.

Miljoen EUR Totaal 2010 opvraag
baar binnen
in het
tweede jaar
in het 3e tot
5e jaar
na 5 jaar
het eerste
Uitstromen van geldmiddelen in verband met 4 769 jaar
fi nanciële verplichtingen:
Overige langlopende verplichtingen 46 46
Kortlopende fi nanciële schulden 148 148
Handelsschulden 1 428 1 428
Fiscale schulden 62 62
Te betalen dividenden 100 100
Overige kortlopende verplichtingen 450 450
Langlopende fi nanciële schulden 2 535 0 72 1 479 984
Totale fi nanciële schulden (lang- en kortlopend) 2 683 148 72 1 479 984
Miljoen EUR Totaal 2011 opvraag in het in het 3e tot na 5 jaar
baar binnen tweede jaar 5e jaar
het eerste
jaar
Uitstromen van geldmiddelen in verband met
fi nanciële verplichtingen:
7 884
Overige langlopende verplichtingen 174 174
Kortlopende fi nanciële schulden 794 794
Handelsschulden 2 232 2 232
Fiscale schulden 51 51
Te betalen dividenden 100 100
Overige kortlopende verplichtingen 1 159 1 159
Langlopende fi nanciële schulden 3 374 0 97 1 844 1 433
Totale fi nanciële schulden (lang- en kortlopend) 4 168 794 97 1 844 1 433

Alle afgeleide fi nanciële instrumenten vervallen binnen 1 jaar.

Naast de bovenvermelde fi nancieringsbronnen heeft de Groep ook toegang tot de volgende instrumenten:

  • een programma van Belgische thesauriebewijzen voor 1 miljard EUR, dat eind 2011 nog ongebruikt was, of als alternatief een Amerikaans commercialpaperprogramma van 500 miljoen USD, dat eind 2011 ook ongebruikt was. Het hoogste plafond van beide vermelde kredietlijnen wordt bovendien gedekt met back-up kredietlijnen voor 550 miljoen EUR en een bankkredietlijn van 550 miljoen EUR, met een eerste vervaldag in 2016. Beide waren eind 2011 nog ongebruikt;
  • een bankkredietlijn van 1 miljard EUR (eind 2011 ongebruikt), die in 2015 vervalt.

(34) Vaste activa aangehouden voor verkoop en verplichtingen verbonden aan activa aangehouden voor verkoop

Op basis van de bestaande overeenkomst op jaareinde tussen de koper en het management van Solvay voor de verkoop van de deelneming in Pipelife werd deze deelneming geherklasseerd als actief aangehouden voor verkoop. Pipelife maakt deelt uit van het segment Kunststoffen en is actief in de buizenmarkt.

In overeenstemming met de verkoopsovereenkomst getekend door de kopers heeft Solvay zich geëngageerd om de gebouwen in Elsene te verkopen in 2012 na de beslissing om de hoofdzetel te verhuizen naar Neder-Over-Heembeek. Deze gebouwen waren bijna volledig afgeschreven.

Financiën

Toelichtingen bij het mutatieoverzicht van het eigen vermogen

Wisselkoersverschillen

De slotkoers van de US-dollar op balansdatum is van 1,3362 op het einde van 2010 naar 1,2939 op het einde van 2011 (1,3503 op het einde van september 2011, toen Rhodia werd geconsolideerd) geëvolueerd. De sterkere dollar leidt tot een positief omrekeningsverschil. Het totale verschil bedraagt 35 miljoen EUR waarvan 42 miljoen EUR aandeel van de Groep, waardoor het saldo daalde van -374 miljoen EUR op het einde van 2010 tot -332 miljoen EUR op het einde van 2011.

Herwaarderingsverschillen (reële waarde)

Deze verschillen vertegenwoordigen de waardering op basis van de marktwaarde van voor verkoop beschikbare deelnemingen en van afgeleide fi nanciële afdekkingsinstrumenten.

In 2011 heeft de negatieve wijziging van -8 miljoen EUR voornamelijk betrekking op de daling in de reële waarde van de aandelen AGEAS (vroeger Fortis).

De herwaarderingsverschillen (reële waarde) omvatten eveneens de marktwaardering van fi nanciële instrumenten aangewezen voor kasstroomafdekking in overeenstemming met IAS 39. Enkel het effectieve deel van de afdekking wordt geboekt in het eigen vermogen terwijl het saldo rechtstreeks in de winst- en verliesrekening wordt opgenomen. De wijziging in dit effectieve deel, geboekt onder de herwaarderingsverschillen (reële waarde), bedroeg 8 miljoen EUR op het einde van 2011. Wanneer het fi nanciële afdekkingsinstrument komt te vervallen, wordt de waarde gecumuleerd in eigen vermogen getransfereerd naar de winst- en verliesrekening.

Toegezegd-pensioenregelingen

Hoewel de Rhodia- en Solvay-groepen hun personeelsverplichtingen op de lange termijn in overeenstemming met IFRS (IAS 19 – Personeelsbeloningen) waardeerden, hadden ze twee verschillende waarderingsmethoden. De grondslagen werden geharmoniseerd op het einde van het derde kwartaal toen de geconsolideerde rekeningen, met inbegrip van de pensioenverplichtingen van beide groepen, werden gepubliceerd. Dit zorgde voor een afstemming van Solvay op Rhodia en tot de opname van de actuariële winsten en verliezen buiten de winst- en verliesrekening en onmiddellijk in het eigen vermogen/andere elementen van het totaalresultaat.

Na aanpassing van de 2010 cijfers met een impact van -131 miljoen EUR als gevolg van de wijziging in grondslagen werd een bedrag van -88 miljoen EUR (waarvan -85 miljoen EUR aandeel van de Groep) opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat voor 2011.

Minderheidsbelangen – Toename (Afname) via wijzigingen in deelneming zonder verlies van zeggenschap

Het saldo van 52 miljoen EUR omvat:

  • de kapitaalsafl ossing aan minderheidsbelangen in onze activiteit natuurlijk natriumcarbonaat in de VS (-21 miljoen EUR);
  • de opname van de minderheidsbelangen van Rhodia voor +25 miljoen EUR;
  • de kapitaalsverhoging door een minderheidsaandeelhouder, BERD, in Solvin ter fi nanciering van de deelneming in Rusvinyl (+52 miljoen EUR)

Aantal aandelen (in duizenden)1

2010 2011
Uitgegeven en volledig betaalde aandelen op 1/1/2011 84 701 84 701
Kapitaalsverhoging 0 0
Uitgegeven en volledig betaalde aandelen op 31/12/2011 84 701 84 701
Aangehouden eigen aandelen op 31/12/2011 3 636 3 499
Toegelaten, nog niet uitgegeven aandelen 0 0
Pari-waarde 15 EUR / aandeel 15 EUR / aandeel

1 Zie de geconsolideerde gegevens per aandeel onder de fi nanciële informatie per aandeel in het Verslag van de Raad van Bestuur.

Informatie over het dividend voorgesteld aan de Algemene Vergadering is te vinden in het verslag van de Raad van Bestuur.

Overige toelichtingen

(35) Verbintenissen tot verwerving van materiële en immateriële vaste activa

Miljoen EUR 2010 2011
Verbintenissen voor het verwerven van materiële en immateriële 55 96
activa
waarvan: joint ventures 17 4

(36) Voorwaardelijke verplichtingen

Miljoen EUR
2010
2011
Verplichtingen en verbintenissen van derden gegarandeerd door de
238
onderneming
373
Voorwaardelijke verplichtingen verbonden aan het milieu
0
38
Geschillen en andere belangrijke verbintenissen
7
12

In het kader van de jaarlijkse herziening van de risico's op vlak van gezondheid, veiligheid en leefmilieu werden voorwaardelijke verplichtingen voor een totaal van 38 miljoen EUR geïdentifi ceerd. Het risico verbonden aan deze voorwaardelijke verplichtingen wordt als onwaarschijnlijk beschouwd.

De schulden en verplichtingen van derden gegarandeerd door de onderneming hebben vooral te maken met waarborgen verstrekt om de betaling van de btw te garanderen.

De bedragen in verband met joint ventures zijn in de volgende tabel opgenomen.

Miljoen EUR 2010 2011
Verplichtingen en verbintenissen van derden gegarandeerd door de onderneming 4 4
Geschillen en andere belangrijke verbintenissen 0 0

(37) Joint ventures

De joint ventures worden volgens de equitymethode geconsolideerd in de jaarrekening van de Groep. De volgende tabel vat de balans van de joint ventures samen alsof de proportionele consolidatie werd toegepast..

Miljoen EUR
2010
2011
Vaste activa
475
849
Vlottende activa
255
314
Langlopende verplichtingen
109
490
Kortlopende verplichtingen
253
254
Omzet
892
690
Kostprijs van de omzet
-718
-551

Jaarverslag Solvay 2011

(38) Verbonden partijen

Saldo's en transacties tussen Solvay nv en haar dochterondernemingen, die verbonden partijen zijn van Solvay nv, werden geëlimineerd in de consolidatie en worden bijgevolg niet opgenomen in deze toelichting. Transacties tussen de Groep en andere verbonden partijen worden hieronder toegelicht.

Handelstransacties

Verkoop van goederen Aankoop van goederen
Miljoen EUR 2010 2011 2010 2011
Joint ventures 170 138 143 210
Geassocieerde deelnemingen 0 3 0 1
Overige verbonden partijen 0 2 0 1
Totaal 170 143 143 212
Bedragen verschuldigd door verbonden partijen Bedragen verschuldigd aan verbonden partijen
Miljoen EUR 2010 2011 2010 2011
Joint ventures 102 31 32 49
Geassocieerde deelnemingen 0 0 6 0
Overige verbonden partijen 0 0 0 0
Totaal 102 31 38 49

Leningen aan verbonden partijen

Miljoen EUR
2010
2011
Leningen aan managers op sleutelposities
0
0
Leningen aan joint ventures
28
25
Leningen aan geassocieerde deelnemingen
0
0
Leningen aan overige verbonden partijen
48
55
Totaal
76
80

Vergoedingen aan managers op sleutelposities Zie hoofdstuk deugdelijk bestuur van dit jaarverslag.

(39) Gebeurtenissen na balansdatum

Er hebben zich geen belangrijke gebeurtenissen na de balansdatum voorgedaan.

(40) Kapitaalbeheer

Zie hoofdstuk deugdelijk bestuur van dit jaarverslag.

Risicobeheer

Als kader voor zijn risicobeheer heeft Solvay de standaard van het FERMA (Federation of European Risk Management Associations) goedgekeurd. De Groep ontwikkelt op elk niveau van zijn organisatie een gemeenschappelijke benadering voor het risicobeheer en, meer specifi ek, zijn risico-identifi catiemethode zodat:

  • elke mogelijke en misschien belangrijke zakelijke opportuniteit met de erbijhorende risico's herkend, geëvalueerd en beheerd wordt. Daarbij hoort van meet af aan een systematisch risicomanagement dat een onderdeel is van de strategie, dat meegenomen wordt in de beslissingen en dat integraal deel uitmaakt van de werking van de onderneming;
  • er constant aan een beter risicobeheer gewerkt wordt. Wij zorgen ervoor dat eenieder zich daarvan bewust wordt en moedigen de werknemers aan vertrouwen te hebben in de ondernemingsgeest waarbij het risicomanagement een integrerend bestanddeel is van ieders functie.

Een groepsfunctie (corporate) binnen de fi nanciële afdeling van Solvay ontwikkelt middelen, ondersteunt entiteiten in het systematisch beheren van risico's en stelt managementstrategieën voor.

Historisch is het doel van de procedure m.b.t. het risicobeheer binnen Rhodia als volgt:

  • het verzamelen en evalueren van de voornaamste risico's die de doelstellingen van de verschillende entiteiten van het segment Rhodia kunnen beïnvloeden;
  • ervoor zorgen dat deze risico's behandeld worden.

Sinds 2009 werd er een gemeenschappelijke benadering voor het risicobeheer (Enterprise Risk Management – ERM methode) ontwikkeld op het niveau van elke entiteit, functioneel management en domein om het globaal zicht op het niveau van het segment Rhodia te versterken.

De gelijkaardige principes van deze twee raamwerken zouden de integratie naar een uniek kader voor het risicobeheer voor de volledige, nieuwe groep vereenvoudigen. In 2011 werd elke Business Unit van Rhodia en Solvay gevraagd om de risico's te analyseren die een invloed kunnen hebben op de doelstellingen aan de hand van specifi eke hulpmiddelen. De resultaten van deze individuele analyses werden geconsolideerd volgens een gemeenschappelijk groepsrisicoprofi el goedgekeurd door het Uitvoerend Comité. De juiste toepassing van de hulpmiddelen impliceert dat, voor de belangrijkste risico's, actieplannen zouden beschikbaar gesteld worden om het risico te beheren op een geschikt niveau. We verwijzen naar het jaarverslag 2010 van Solvay voor een gedetailleerde beschrijving van het interne controlesysteem van de Groep Solvay, rekening houdend dat dit systeem zou kunnen wijzigen als gevolg van de nieuwe groep samengesteld door Solvay en Rhodia.

Voorts heeft de overname van Rhodia het risicoprofi el van Solvay gewijzigd. De blootstelling van de Groep aan bepaalde risico's is gestegen als gevolg van de grotere omvang van de nieuwe groep. Voor bepaalde risico's is de toename of afname van de risico's echter niet in verhouding tot de omvang van de nieuwe groep. Zo is de blootstelling van de Groep aan bepaalde fi nanciële risico's, zoals de investeringen in overheids- en bankobligaties, gedaald door het gebruik van een belangrijk deel van de bestaande liquiditeiten die geïnvesteerd werden bij de overname van Rhodia. Verder is het strategische marktrisico eveneens afgenomen door uitbreiding van de activiteitenportefeuille en de betere diversifi catie van de eindmarkten waarin de Groep actief is. Tenslotte heeft het risico verbonden aan de integratie van Rhodia binnen de Solvay Groep betrekking op het missen van mogelijke opportuniteiten als gevolg van de overname en vertegenwoordigt geen groot risico voor de Groep als dusdanig. De integratie is nog niet volledig afgerond op bepaalde domeinen. Tijdens de integratieperiode zouden verschillende procedures, maar met gelijkaardige doelstellingen, naast elkaar kunnen bestaan. Het doel is om deze procedures te harmoniseren in de context van het bestuur van de Solvay Groep.

Terwijl de economische omstandigheden gedurende 2010 en gedeeltelijk in 2011 verbeterden, hebben onzekerheden omtrent overheidsobligaties van bepaalde Europese landen bekommernissen gegenereerd omtrent de mogelijke terugkeer in recessie van bepaalde sectoren van de globale economie. Deze onzekerheden hebben bijgedragen tot een verhoogd niveau van marktvolatiliteit, geresulteerd in stijgingen van de "credit spreads", het vertrouwensniveau van de consumenten en de bedrijven beperkt en geresulteerd in een daling van de economische activiteiten in bepaalde geografi sche zones. De daling van de beschikbare middelen van de kredietverleners kan een invloed hebben op de fi nancieringskosten en kan de toegang van onze klanten tot kapitaal beïnvloeden. Het is niet mogelijk om de impact te anticiperen van een

Jaarverslag Solvay 2011

voortdurende crisis van de overheidsobligaties en de economische omstandigheden op de Solvay Groep of op de waarde van de Euro ten opzichte van de andere munten. Er kunnen geen waarborgen gegeven worden met betrekking tot de overheidsmaatregelen die getroffen worden tegen de onzekerheden op de fi nanciële markten en die mogelijk een invloed kunnen hebben op de liquiditeiten en de beschikbare middelen.

Risicobeschrijving in 10 risicocategorieën

Solvay onderscheidt tien Risicocategorieën:

  • 1. Strategische risico's, in verband met markt en groei.
  • 2. Risico's in verband met bevoorrading en eigendom en de productie-eenheden.
  • 3. Risico's met regelgeving, politiek en wetgeving.
  • 4. Risico's in verband met Corporate Governance en interne procedures.
  • 5. Financiële risico's.
  • 6. Risico's in verband met de producten.
  • 7. Risico's in verband met de personen.
  • 8. Risico's in verband met het leefmilieu.
  • 9. Risico's die te maken hebben met informatie en informatietechnologie (IT).
  • 10. Risico's in verband met de reputatie.

Het opzet van dit verslag is de risico's te beschrijven voor elke categorie en de acties te schetsen die de Groep heeft ondernomen om dit risico te beperken. De volgorde waarin we deze categorieën risico's behandelen heeft niets te maken met de vraag hoe ernstig ze wel zijn of hoe waarschijnlijk het is dat ze zich voordoen. De beschreven preventieinspanningen zijn evenmin een waarborg dat het risico zich nooit zal voordoen. Ze geven wel een idee van de maatregelen die de Groep als echte ondernemer heeft genomen om blootstelling aan risico's te beperken.

In 2011, startte de Groep een reorganisatie met het oog op het bevorderen van een verhoogde zelfstandigheid voor de werknemer, een nieuw planningsproces evenals een nieuwe organisatie voor de verschillende bedrijfstakken (Business Units – BU). De segmenten Chemie en Kunststoffen worden momenteel georganiseerd volgens Strategic Development Units (SDU), gefocust op de strategische keuze van de activiteit, en Regional Business Units (RBU) en Global Business Units (GBU), gefocust op de activiteiten.

1. Strategisch risico in verband met markt en groei

Het strategisch risico bestaat erin dat Solvay mogelijk te maken krijgt met een ongunstige marktsituatie of een ongunstig evoluerende concurrentie. Ook is het mogelijk een verkeerde strategische beslissing te nemen. De technologische vooruitgang die de ontwikkeling mogelijk maakt van alternatieve producten of technologische processen, drastische schommelingen van de energieprijs, het mogelijk uitblijven van succes voor een nieuw product, vergissingen in de productpijplijn, een schaarste aan onmisbare grondstoffen, een vermindering van de vraag op onze belangrijkste markten tengevolge van de invoering van een nieuwe wetgeving, gebeurtenissen die het gedrag van onze belangrijkste klanten beïnvloeden, nieuwe concurrenten die op de markt komen, prijzenoorlogen of een sterk onevenwicht tussen vraag en aanbod op onze markten, belangrijke sociale crisissen: het zijn allemaal voorbeelden van dit type risico's. De onderscheiden Business Units binnen de Groep genereren een waaier aan risico's, en sommige daarvan kunnen de Groep in zijn geheel raken. Diversifi catie draagt echter bij tot de vermindering van zo'n veralgemeend risico, omdat bepaalde risico's elkaar opheffen dank zij een evenwichtige productenportefeuille door de diversiteit aan activiteiten, procédés, beleidsonderdelen en structuren van de onderneming.

Inspanning voor preventie of mildering van de gevolgen

De beheersing van de mogelijke impact van ongunstige gebeurtenissen wordt op het niveau van de Groep ter hand genomen en behelst onder meer:

  • Activiteiten gericht op het management en het behoud van een evenwichtige productenportefeuille,
  • Diversifi catie van het klantenbestand en de verschillende marktsegmenten,
  • Aanpassing van de activiteiten aan de evolutie van de macro-economische omgeving en van de markt,
  • Een selectieve verticale integratie om een mogelijk gecumuleerd effect van de grondstofkosten te beperken,
  • Een strikt fi nancieel controlebeleid in verband met de schuldgraad.
  • Beleggingstrategie.

Een geregelde herziening van de voornaamste macro-economische hypotheses, van de marktvooruitzichten en van de belangrijkste strategische vragen van elke Strategic Development Unit (SDU) voor de vijf komende jaren maakt al deel uit van het strategisch en planningsproces van de Groep.

De strategische fase concentreert zich op hypotheses die te maken hebben met de marktomgeving, de concurrentiepositie en de strategische keuzes van elke SBU. De planningsfase concentreert zich op het operationele niveau, de scenario's en de belangrijkste projecten waarop de uitvoering van de strategie berust. Het strategische en het operationeel plan van elke SBU wordt door het management voorgesteld aan het Uitvoerend Comité. Na beraadslaging wordt de strategie door het Uitvoerend Comité goedgekeurd en zo nodig geamendeerd. Dezelfde procedure is van toepassing voor de plannen op 5 jaar.

Het project Horizon legt meer gewicht op de strategische planningsprocedures, aan de hand van bijkomende middelen die toegewezen worden aan de analyse van strategische keuzes via de implementatie van de SDU en een diepgaande, strategische en jaarlijkse herzieningsprocedure tussen de SDU en het Corporate strategie- en ontwikkelingsteam. Naaste de jaarlijkse strategische presentaties van de plannen van de SDU en de presentaties van de plannen van de RBU en de GBU concentreert een jaarlijkse strategische herziening op groepsniveau zich op de wijzigingen in SDU strategieën binnen de Groepstrategie. De strategische planning zal onderworpen worden aan de integratiewerkzaamheden om een gemeenschappelijke procedure op te stellen die de best practices van Solvay en Rhodia kapitaliseert.

Het departement Corporate Development treedt op als facilitator in het proces, toetst de hypotheses tussen de diverse SBU's en bij externe bronnen. Het departement Corporate Development actualiseert zijn strategische analyse van de concurrentiële omgeving vrijwel constant. De belangrijkste strategische keuzes worden voorgelegd aan de Raad van Bestuur die verantwoordelijk blijft voor de strategie van de Groep, met inbegrip van de zorg voor een evenwichtige activiteitenportefeuille. Het bestuur plant ook systematisch de heraanwending van de geldmiddelen afkomstig uit het akkoord met Abbott en analyseert alle interessante mogelijke overname-opportuniteiten.

Binnen het segment Rhodia wordt de coördinatie van de 11 BU's georganiseerd op basis van een stappenplan over 3-5 jaar dat jaarlijks opgevolgd wordt in het kader van het nazicht van de activiteiten en dat op maandelijkse of trimestriële vergaderingen worden geëvalueerd op de resultaten op korte termijn.

2. Risico in verband met de bevoorrading en productie

Het risico in verband met de bevoorrading en productie bij productie-eenheden is de blootstelling van de Solvay-groep aan risico's die te maken hebben met grondstoffen, leveranciers, productie-eenheden en transporteurs, zoals risico's door het uitvallen van machines of ernstige beschadiging van de uitrusting, wegongelukken, nijpend gebrek aan grondstoffen of energie, natuurrampen of stakingen in de transportsector.

Inspanning voor preventie of mildering van de gevolgen

Met de belangrijkste risico's wordt al rekening gehouden in de richtlijnen en de controleprogramma's zoals die voor gezondheid en veiligheid en de beveiliging van de productiemethodes, risico-engineering, geïntegreerde planning van middelen en systemen om de bevoorradingsketen te verbeteren (ERP of Enterprise resource planning), de dringende aanpak van problemen, het centrale en lokale crisismanagement, de continuïteit van de activiteiten, de continuïteit in geval van een pandemie, enz.

Bijkomend aan de gebruikelijke dekking voorzien in de verzekeringspolis, doet Solvay ook beroep op verzekeringen om de fi nanciële impact te verminderen van eventuele gebeurtenissen die mogelijk zware schade kunnen berokkenen of die een onderbreking van de bevoorrading kunnen veroorzaken. De fabrieken ondergaan op regelmatige basis een externe audit waarbij risico's van schade aan de productie-eenheden en de onderbreking van de productie geïdentifi ceerd worden en de impact ervan wordt ingeschat door specialisten in risico-engineering van de verzekeringsmaatschappij. Het partnerschap met een gemeenschappelijke verzekeringsgroep verbetert de veerkracht en de bescherming van het productieproces.

Het integratieproject zal tot de toepassing van de best practices van Solvay en Rhodia leiden.

Jaarverslag Solvay 2011

Financiën

De geografi sche spreiding van de productie-eenheden in de wereld verkleint de algemene impact bij een productieonderbreking of beschadiging van een productie-eenheid. Sommige specialiteiten worden echter in slechts een eenheid aangemaakt.

Wat grondstoffen betreft: door het bezit van allerlei mijnen en ertsgroeven beperkt Solvay het risico op onderbrekingen (qua beschikbaarheid, betrouwbaarheid en prijs) door een combinatie van:

  • het afsluiten van middellange- en langetermijncontracten;
  • waar mogelijk het nastreven van diversiteit wat de bevoorradingsbronnen voor grondstoffen betreft;
  • de ontwikkeling van partnerschappen met bevoorrechte leveranciers;
  • maatregelen die ervoor zorgen dat de bevoorradingsketen rekening houdt met REACH en eventueel stoffen vervangt om zo het risico op onderbreking van de bevoorrading met grondstoffen te minimaliseren.

Qua energiebevoorrading heeft Solvay al sedert vele jaren systematisch inspanningen geleverd om het energieverbruik te verminderen. Solvay heeft weliswaar industriële activiteiten die veel energie opslorpen, vooral in Europa (natriumcarbonaat, elektrolyse), maar de Groep ontplooit ook een aantal industriële activiteiten die relatief weinig energie vergen, meer bepaald in zijn GBU Speciale Polymeren.

De Groep beschouwt de bescherming en betrouwbaarheid van haar energiebevoorrading als primordiaal. Een aantal strategische ingrepen kunnen de gevolgen van de volatiliteit van de energiemarkt verminderen:

  • het technische leiderschap van Solvay om het energieverbruik zo laag mogelijk te houden;
  • industriële installaties die zeer performant zijn;
  • diversifi catie en fl exibel gebruik van de diverse soorten en bronnen van primaire energie;
  • langdurige partnerschappen of achterwaartse integratie voor opwekking van stoom en elektriciteit (warmtekrachtkoppeling met aardgas, biomassa of met behulp van secundaire brandstoffen...);
  • Solvay Energy beheert alle commerciële en afdekkingsactiviteiten inzake energie en CO2 - emissierechten voor de Solvay-groep;

een strategie voor borging van de bevoorrading met contracten op middellange en lange termijn.

Op 1 januari 2012 heeft Solvay een nieuwe GBU, Solvay Energy Services, opgericht met als doel het optimaliseren van de energiekost en de CO2 -emissies voor de Groep en derden.

Solvay Energy Services steunt op de competenties en de sleutelkennis van Solvay, Rhodia en Orbeo om de energieaankopen voor de nieuwe groep te optimaliseren en alle BU's van de Groep in hun beheer van energie en CO2 te ondersteunen.

De onderneming zal de ontwikkeling van de "Climate Care" oplossingen zoals ingeleid door Rhodia verder zetten, met inbegrip van de productie van hernieuwbare energie uit biomassa of de ontwikkeling van technologieën/diensten met als doel het beperken van de ecologische voetafdruk van haar interne en externe klanten.

Voor zover de specifi eke marktsituatie van een SBU het veroorlooft, wordt onderhandeld over prijsverhogingen om zo de hogere energiekosten te compenseren.

In 2008 verbond Solvay zich tot een doorwrocht programma voor duurzame ontwikkeling. Het omvat doelstellingen om tegen 2020 het energieverbruik van Solvay en de uitstoot van broeikasgassen met 20% te verminderen (in vergelijking met het niveau van 2006).

Rhodia heeft zich geëngageerd tot gelijkaardige doelstellingen, namelijk het verminderen tegen 2015 van het energieverbruik met 8% ten opzichte van de niveaus van 2010 en de broeikasgasemissies met 66% ten opzichte van de niveaus van 2015.

3. Risico's in verband met regelgeving, politiek en recht

Een risico met regelgeving ontstaat wanneer Solvay te maken krijgt met een gebeurtenis zoals prijsregeling door de overheid, taxatie, een nieuwe wetgeving die van invloed is op import en export, nieuwe regels die een product verbieden of de productie, de commercialisering of het gebruik ervan beperken, of waardoor de productie ervan niet langer rendabel is, en zo meer. Solvay kan verplicht worden om belangrijke kosten op te lopen in het kader van nieuwe regelgevingen of overheidsbeleid, of in het geval van een meer strikte interpretatie of toepassing van bestaande regelgevingen door een rechtbank of andere autoriteiten.

Het wettelijk risico is de blootstelling van de Groep aan de negatieve gevolgen van het niet-respecteren van regelgeving (bijvoorbeeld inzake kartelvorming) of een contractuele verbintenis, of het verlies van rechten of winsten die men verwachtte op grond van regelgeving of contract. Diverse aspecten die hierbij komen kijken zijn bijvoorbeeld de betrouwbaarheid van een product, de administratieve of gerechtelijke sancties, betwistingen in verband met contractuele of intellectuele eigendom, en ook de eventueel ongunstige uitkomst van een juridisch geschil.

De activiteiten van de Groep steunt gedeeltelijk op de controle over haar sleuteltechnologieën en op de mogelijkheid tot innovatie. De twijfel, van derden, over het recht van Solvay bepaalde technologieën te gebruiken kan een invloed hebben op haar activiteiten. Verder kan de onvoldoende bescherming van de innovaties van Solvay haar evolutievooruitzichten beperken.

Onder het politiek risico wordt meer bepaald de blootstelling verstaan van Solvay aan de vernietiging of het verlies van de controle over de productiemiddelen, of nog de niet-beschikbaarheid van grondstoffen, uitrustingsgoederen, logistieke of transportmiddelen door burgeroorlog, nationalisatie, terrorisme of andere omstandigheden waarin het overheidsgezag niet op een normale manier kan worden uitgeoefend.

Solvay moet de reglementaire toelatingen krijgen en behouden voor het gebruik van het grootste deel van zijn productiesites en voor de verkoop van zijn producten.

Voor een vrij groot aantal substanties die Solvay produceert dan wel gebruikt, zal registratie vereist zijn als onderdeel van de REACH-regelgeving en dit bovenop de al vroeger, dus voor REACH opgelegde vereisten. Eind 2010, werden 159 materies (82 voor Solvay en 77 voor Rhodia) succesvol geregistreerd binnen de door ECHA (European Chemicals Agency) vooropgestelde tijdspanne. De producten zijn onderhavig aan de nieuwe reglementering inzake classifi catie, etikettering en verpakking.

Aangezien de Groep internationaal wijdvertakt is, hangt hij voor deze vergunningen af van de overheid of van ter zake bevoegde agentschappen in een groot aantal landen. Het intrekken van een eerder verkregen vergunning of het niet verkrijgen van een vergunning kan een negatief effect hebben op de activiteiten en het operationeel resultaat. Dit betreft zowel de vervaardigde producten van de Groep als de grondstoffen aangekocht van de leveranciers. Dit geldt ook voor wijzigingen in de regelgeving die Solvay tot extra kosten kunnen verplichten.

De geografi sche spreiding van de Groep in de wereld maakt het mogelijk bepaalde reglementaire en politieke risico's beperkt te houden.

Solvay heeft de steeds groeiende kosten die de CO2 -uitstoot in Europa geïdentifi ceerd als een potentieel risico en volgt dit nauwgezet op.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Goed ontworpen producten en productieprocedés zijn een heel nuttig antwoord op deze reglementaire en wettelijke risico's, net zoals de stipte indiening van vergunningsaanvragen volgens de regels van de kunst. Het risico dat verband houdt met regelgeving en politiek wordt verkleind dankzij permanent werk en overleg met de overheden door de afdeling Government and Public Affairs. Hiernaast en in elk land buiten de Europese Unie onderhoudt Solvay een duidelijke communicatie met de politieke overheden via de Belgische ambassades.

Om het wettelijk risico te beheersen kan Solvay terugvallen op interne medewerkers die gespecialiseerd zijn in recht en intellectuele eigendom. Zo nodig kan het ook een beroep doen op bijkomende externe professionele inbreng. De Groep spreekt met dezelfde bedoeling interne en externe middelen aan en bouwt adequate fi nanciële voorzieningen op. Het zich bewust zijn van wettelijke risico's neemt toe door gerichte trainingssessies, zelfbeoordelingsprocedures en interne audits. Het feit alleen dat Solvay commercieel actief is brengt met zich mee dat de Groep niet immuun is voor betwistingen of gerechtelijke procedures. Het is altijd mogelijk dat zulke betwistingen of rechtszaken ongunstig afl open (zie verderop de toelichting over belangrijke juridische geschillen).

Om dekking van deze risico's te optimaliseren, coördineert de Groep de activiteiten van de diverse interne controlefuncties.

In de chemische en kunststoffenindustrie kan de technologische expertise worden beschermd door het fabricagegeheim, dat vaak een goed alternatief vormt voor de bescherming die middels een octrooi wordt gewaarborgd. Solvay is in veel gevallen toonaangevend op technologisch vlak, meer bepaald wat zijn productieprocessen betreft. Hoe het ook zij, Solvay overweegt systematisch octrooi te nemen op zijn producten en procedés en spant zich onafgebroken in om

Financiën

zijn bedrijfseigen informatie te vrijwaren. Solvay implementeert een dynamisch beleid om haar innovaties en kennis te beheersen en neemt specifi eke maatregelen door de partnerkeuze in onderzoek en ontwikkeling en via de lokalisatie van haar onderzoeksactiviteiten.

Politieke risico's pakt Solvay aan door een verdeling van de risico's na te streven met plaatselijke of institutionele partners en ook door het nauwgezet opvolgen van politieke ontwikkelingen in gebieden ten prooi aan onzekerheid.

4. Deugdelijk bestuur en risico's in verband met interne procedures

Het risico verbonden aan interne procedures bestaat erin dat Solvay zijn eigen gedragscodes, richtlijnen en procedures niet respecteert. Een foute strategie inzake human resources, de mislukte integratie van een overgenomen bedrijf, het niet naleven van internationaal erkende regels van corporate governance en van goede praktijken, enz., het zijn allemaal voorbeelden van dit soort risico. Solvay is in het bijzonder onderworpen aan de Belgische code voor deugdelijk bestuur. Het gebruik van de geldmiddelen afkomstig van de verkoop van de farmaceutische activiteiten, zou kunnen leiden tot overnames die dan in de Solvay Groep zouden moeten worden geïntegreerd. Dat proces als dusdanig zou niet risicoloos zijn.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

In verband met deugdelijk bestuur beschikt Solvay over een gedetailleerd handvest, raadpleegbaar op www.solvay.com. Ook publiceert het een jaarlijks verslag gewijd aan de toepassing van de regels van corporate governance binnen de Solvay-groep. Als referentie geldt de Belgische code voor deugdelijk bestuur.

Sinds 2007 is een conformiteitsorgaan opgericht onder de leiding van de Group General Counsel die ethisch handelen en respect voor de relevante wetgeving, de gedragscode van Solvay en de Waarden van de onderneming overal in de groep dient aan te moedigen. Hiertoe benoemde Compliance Offi cers zien hierop toe in elk van de vier regio's, waarin de Groep actief is.

Opleidingen en activiteiten rond maatschappelijke betrokkenheid worden georganiseerd door de Legal & Compliance afdelingen om ervoor te zorgen dat de ethische en vastgelegde gedragsregels echt deel gaan uitmaken van de manier waarop Solvay zaken doet en om riskant gedrag, zoals schending van de antitrust-wetgeving of corruptie in bepaalde gebieden op de gepaste manier aan te pakken. In geregelde campagnes krijgen nieuwe werknemers terzake een opleiding en wordt erover gewaakt dat deze bewustmaking in de hele Groep voldoende sterk is. De Compliance functie die toeziet op naleving, werkt samen met de interne audit, de juridische dienst en andere departementen en functies om te controleren of toe te passen wetten en de gedragscode van Solvay wel degelijk worden gerespecteerd. Schending van de code leidt tot sancties overeenkomstig de bestaande wetgeving. De Groep moedigt ook melding van zulke inbreuken aan. Hiertoe reikt hij de werknemers verschillende mogelijkheden aan. Eén daarvan is een beroep te doen op een Compliance Offi cer. In de meeste landen waar Solvay aanwezig is werd de Solvay Ethics Helpline geïntroduceerd, dit is een externe dienst waar werknemers elke inbraak op de gedragscode kunnen rapporteren in hun eigen taal. Rhodia heeft gelijkaardige interne procedures gebaseerd op equivalente hulpmiddelen en werkwijzen.

5. Financieel risico

Hier gaat het om de blootstelling van Solvay aan het wisselrisico en de risico's in verband met liquiditeit, interestvoet, solvabiliteit van een tegenpartij of onvermogen om de pensioenverplichtingen te fi nancieren. De grootste risico's behelzen compliance, transfer pricing en wettelijk risico.

Als gevolg van de overname van Rhodia is de kaspositie van de Groep, die voorheen in overheids- en bancaire instrumenten werd belegd, sterk gedaald, zodat de blootstelling aan overheidsobligaties en wanbetaling van banken beperkt wordt.

5.1. Het liquiditeitsrisico heeft te maken met de mogelijkheid voor Solvay om zijn schulden te betalen of te herfi nancieren, met inbegrip van uitstaande leningen en om zijn werking te fi nancieren. Dit hangt af van zijn vermogen om liquiditeit te genereren met zijn activiteiten.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Van oudsher heeft de Groep de reputatie voorzichtig met zijn fi nanciële middelen om te springen, wat blijkt uit de rating BBB+ (S&P BBB+; Moody's Baa1).Het liquiditeitsprofi el is zeer sterk, hoofdzakelijk gesteund door obligatie-uitgiftes

op lange termijn (voor een totaal van EUR 2,8 miljard, met een eerste signifi cante reserve van EUR 500 miljoen in 2014) en aanzienlijke liquiditeitsreserves (cash en gegarandeerde kredietlijnen, met inbegrip van twee gesyndiceerde kredietfaciliteiten van EUR 1 miljard en EUR 550 miljoen (geherfi nancierd in november 2011) respectievelijk en een kredietlijn van EUR 300 miljoen met de Europese Investeringsbank). Solvay streeft inderdaad een ratio tussen nettoschuld en eigen vermogen na die de 45% na de overname van Rhodia nooit lang mag overtreffen. De fi nanciële discipline en de aanwinstencriteria zullen conservatief blijven.

5.2. Wat het valutarisico aangaat, daar heeft Solvay natuurlijkerwijs veel mee te maken wegens zijn internationale activiteiten. In zijn huidige structuur wordt de Groep vooral blootgesteld aan het wisselrisico EUR/USD, wat zijn verklaring vindt in de positieve nettokasstroom in USD die door deze internationale activiteit wordt gegenereerd. Hierdoor veroorzaakt een devaluatie van de dollar over het algemeen een inkomstenverlies voor Solvay.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

De geografi sche spreiding van productie en verkoop brengt een natuurlijke bescherming met zich tegen de wisselkoersverschillen, als gevolg van de combinatie die eruit voortvloeit van inkomende kasstromen en basisuitgaven in lokale munt. Ook ziet Solvay nauwlettend toe op de wisselmarkt en neemt het dekkingsmaatregelen van zodra dit nodig is voor periodes van 6 tot 24 maanden. In de praktijk gaat Solvay contracten op termijn aan en optiecontracten die voor de volgende maanden de waarde in EUR van de deviezenstromen beveiligen.

5.3. Het renterisico is de blootstelling van Solvay aan schommelingen van de rentevoet.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Zoals de Groep momenteel georganiseerd is, heeft hij het leeuwenaandeel van zijn schulden geblokkeerd tegen vaste rentevoeten. Solvay volgt nauwgezet de markt van de rente en gaat renteswaps aan van zodra dit nodig blijkt.

5.4. Solvay loopt ook het risico op insolvabiliteit van een tegenpartij in het kader van zijn liquiditeitsmanagement en het beheer van wisselkoers- en rentevoetrisico's en ook in zijn commerciële betrekkingen met klanten. Als een tegenpartij haar verplichtingen niet kan nakomen kan dit leiden tot een verlies op één van de bankdeposito's, of van een rentevoet afgeleid instrument of de indekking van het wisselkoersrisico. Is een klant van Solvay nalatig, dan kan dit leiden tot een waardevermindering van de betreffende commerciële schuldvorderingen.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Solvay beheert het risico op insolvabiliteit van een tegenpartij door samen te werken met de degelijkste bankinstellingen (waarvan de selectie is gebaseerd op de belangrijkste evaluatiesystemen) en vermijdt een concentratie van risico's door met zijn blootstelling aan elk van deze banken een bepaalde drempel niet te overschrijden. Die drempel is bepaald op basis van de uitstaande kredieten van de betrokken instelling (kredietrating).

Solvay belegt in korte termijn overheidsobligaties en in thesaurie-instrumenten met de hoogste waardering op het gepaste moment.

Daar komt bij dat 75% van de omzet (buiten Rhodia) toegewezen is aan een intern factoringbedrijf, Solvay CICC, dat werkt met een netwerk van mensen die belast zijn met de debiteurenadministratie, die het risico per land of per klant inschatten en instaan voor het collecteren van de verschuldigde gelden. Een risicocomité volgt de klantenportefeuille van nabij en stippelt richtlijnen voor het kredietbeleid uit. De vorderingen van Solvay CICC en het risico op wanbetaling van de belangrijkste klanten van Rhodia zijn in ruime mate verzekerd op de kredietverzekeringsmarkt.

5.5. Wat dan het fi nancieringrisico voor pensioenverplichtingen betreft: Solvay krijgt ermee te maken wanneer het zijn toegezegd-pensioenregeling toepast. De schommelingen in de disconteringsvoet, de salarissen en de sociale zekerheid, de lange levensduur en de gelijkwaardigheid van activa en passiva kunnen een belangrijke invloed hebben op de verplichtingen die bij pensioenplannen horen. Waar deze verplichtingen van fondsen worden voorzien moeten ook de diverse risico's in verband met de belegging beheerd worden, rekening houdend met de risico/ opbrengstbalans. Als regelingen niet gefi nancierd zijn, is Solvay meestal blootgesteld aan infl atie- en renterisico's. Als

Financiën

gevolg van de overname van Rhodia is de blootstelling van de Groep aan het risico verbonden aan de fi nanciering van pensioenverplichtingen sterk toegenomen.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Solvay heeft richtlijnen voor deugdelijk bestuur voor pensioenvoorzieningen opgesteld om zijn invloed op plaatselijke pensioenfondsbeslissingen uit te breiden binnen de perken van de plaatselijke wet. Meer bepaald gaat het om beslissingen in verband met beleggingen en fi nanciering, keuze van adviseurs, benoeming van door de werkgever genomineerde beheerders van plaatselijke pensioenfondsbesturen en andere beslissingen die met het kostenbeheer te maken hebben.

De Groep heeft zijn blootstelling aan het risico in verband met toegezegd-pensioenregelingen geminimaliseerd door de bestaande regelingen om te zetten in pensioenplannen met een verminderd risicoprofi el voor dienstverlening in de toekomst of door ze niet toe te kennen aan nieuwkomers. Hybride regelingen of regelingen van het type cash balance en toegezegde-bijdragenregelingen zijn voorbeelden van regelingen met een lager risicoprofi el.

Solvay heeft ook richtlijnen en procedures uitgewerkt om het pensioenfi nancieringsrisico beter te beheren.

Als gevolg van de overname van Rhodia werd een actieplan ingevoerd om de blootstelling van de Groep, de werknemers en de pensioengerechtigden aan dit risico te controleren, te beperken en te verminderen.

Studies over het beheer van de fondsbeleggingen en de verbintenissen in zijn geheel werden door Rhodia en Solvay uitgevoerd om de toewijzing van de fondsbeleggingen te bepalen, zodat het verwachte rendement en de tolerantie aan het risico wordt geoptimaliseerd. Risico's in verband met rentevoeten worden actief beheerd (timing, langetermijninterestvoet, enz.).

5.6. Tax compliance risico heeft betrekking op de gevolgen van het niet tijdig voldoen aan de wettelijke en administratieve regelgevingen (bijkomende beoordelingen, belangen en sancties). De belastingskost gedragen door de Groep hangt af van de interpretatie van de lokale fi scale regelgeving, de bilaterale en multilaterale internationale fi scale verdragen en de administratieve doctrine in elke jurisdictie.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Solvay beklemtoont het belang van naleving van de tax compliance door zijn tax- en fi nancieel personeel. Het controleert permanent de procedures en de systemen door intern nazicht en door controles die verricht worden door befaamde externe adviseurs.

5.7. Transfer Pricing risico

In elk land ter wereld wil de belastingsautoriteit ervoor zorgen dat de transacties tussen verwante entiteiten op eerlijke prijzen berusten zoals dit zou gebeuren tussen onafhankelijke partijen in gelijkaardige omstandigheden, vooral in grensoverschrijdende situaties. Net zoals alle multinationale groepen, moet Solvay zich houden aan gedetailleerde reglementeringen en administratieve verplichtingen m.b.t. transfer pricing vereist in steeds meer landen. Bijzonder hoge boetes worden opgelegd in geval men niet aan de gestelde eisen voldoet. Bij tax audits wordt bijzonder veel aandacht geschonken aan transfer pricing, aangezien deze door vele autoriteiten als een belangrijke verliespost worden aanzien.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Solvay heeft een transfer pricing beleid opgesteld en een procedure om tegemoet te komen aan de vereisten van het OESO en de autoriteiten. Een gedetailleerde documentatiemap werd opgesteld en bezorgd aan elke entiteit of land, met assistentie van interne of externe experts. Dit beleid wordt ieder jaar aangepast om de correctheid aan te tonen bij transacties tussen verwante entiteiten. De documentatie wordt op regelmatige basis gecontroleerd door het interne audit departement. Interne transfer pricing specialisten ondersteunen de entiteit door intra-groep prijzen te bepalen, die voldoen aan het transfer pricing beleid.

5.8. Geschillenrisico. Het risico bestaat dat de autoriteiten de analyse van Solvay van zijn feitelijke- en belastingspositie niet delen, en misschien zelfs betwisten. Wijzigingen in belastingswetgeving en –regelgevingen kunnen eveneens tot geschillen leiden.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Zijn gebaseerd op een grondige analyse van de fusies, aanwinsten en verkopen, of voorgestelde veranderingen in de bedrijfsorganisatie en operaties, met de hulp van externe deskundigen of advocatenkantoren wanneer de vooropgestelde bedragen dit vereisen. Veranderingen in de belastingswet, verordeningen of jurisprudentie worden van dichtbij opgevolgd met de bedoeling zich aan te passen bij wijzigingen.

6. Risico's in verband met producten

6.1. Met risico's in verband met producten krijgt Solvay te maken wanneer derden verwond geraken of zijzelf en hun eigendom schade oplopen na een Solvay-product te hebben gebruikt; ook wanneer het betrokken geraakt in een gerechtelijke betwisting die hieruit voortvloeit. Wat de productverantwoordelijkheid betreft kan het gaan om producten die niet beantwoorden aan specifi caties, die oneigenlijk worden gebruikt of waarvan het gebruik gevolgen heeft die tot dan niet bekend waren, productiefouten die defi ciënte producten opleveren, productbesmetting, veranderde productkwaliteit of niet-aangepaste veiligheidsaanbevelingen. Consequenties van een minderwaardig product zijn bijvoorbeeld aansprakelijkheid bij verwonding of schade, of ook het terugroepen van het bewuste product. In tegenstelling tot industriële of technische ontwikkelingen staat het ontwikkelen en verdelen van farmaceutische producten bloot aan een verhoogd risico.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

De kans dat Solvay ter verantwoording wordt geroepen voor de kwaliteit van zijn producten is klein dankzij de kwaliteitszekerheid en –controle, de informatie en de goede technische bijstand ten behoeve van de consument en de inspanningen ten bate van gezondheid en veiligheid. De Groep levert bij al zijn producten informatie betreffende correct gebruik en behandeling. Voor producten die echt gevaar opleveren en die over het algemeen alleen rechtstreeks worden verkocht aan de industriële gebruiker, hebben de verantwoordelijke BU's een heel begeleidingsprogramma met fi ches die de veiligheidsvoorschriften nog eens op een rijtje zetten. Solvay beheert de aanwending van zijn producten uit de Segmenten Chemie en Kunststoffen in gezondheid, voeding en veevoer via zijn Healthcare Risk Management. Opvolging van regelgeving en het inwinnen van inlichtingen moet ervoor zorgen dat in elk land waar een markt voor een welbepaald product bestaat, dit ook voldoet aan de plaatselijke regelgeving.

Om de opkomende kwesties, waar er hiaten in de regelgeving bestaan, te behandelen zorgt Solvay ervoor dat bijkomende expertise wordt ontwikkeld binnen de onderneming en met externe betrokkenen. Nanotechnologie en nanomaterialen, endocriene verstoorders, toxische cocktails zijn voorbeelden van prioritaire acties. Solvay heeft zich geëngageerd tot het initiatief "Global Product Strategy" van ICCA en publiceerde 70 Product Safety Summaries, die beschikbaar zijn voor het algemene publiek.

6.2. Met het risico inherent aan de ontwikkeling van een product krijgt Solvay te maken wanneer de ontwikkeling van nieuwe producten en technologieën mislukt of wanneer de poging om een procedé elders toe te passen tegenvalt. Het operationeel resultaat van Solvay hangt onder meer af van zijn vermogen te innoveren en nieuwe producten en productietechnologieën te ontwikkelen die commercieel leefbaar zijn. Als men bedenkt dat zo'n ontwikkelingsproces lang duurt, de technologische uitdaging groot is en de concurrentie erg intens, kan Solvay niet zeker zijn dat de producten die het ontwikkelt marktklaar zijn of een commercieel succes worden. Indien Solvay er niet in zou slagen nieuwe producten en productieprocedés te lanceren, dan zou zijn concurrentiepositie en zijn operationeel resultaat daar onder lijden.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Solvay besteedt heel wat middelen aan onderzoek en ontwikkeling en verbetert gedurig de concurrentiekracht van zijn op de lange termijn belangrijkste producten door technologische verbeteringen en innovaties.

Financiën

De innovatie is de hoeksteen van de strategie van de Groep. Solvay vindt trouwens dat de uitdaging van de productontwikkeling aangaan voor de onderneming veeleer een buitenkans dan een risico is. Het management in onderzoek en ontwikkeling (O&O) via programma's en projecten die passen in de strategie van de Groep, verbetert de prestaties inzake O&O en vermindert de kansen op een mislukking. Het projectbeheer waarbij een nieuw product een welbepaald traject met mijlpalen moet afl eggen, van de oorspronkelijke idee tot de uiteindelijke lancering, waarborgt een optimaal gebruik van de beschikbare middelen.

Solvay stuurt zijn New Business Development deels door deelname aan risicokapitaalfondsen, wat de Groep de kans biedt opkomende activiteiten, zoals die rond hernieuwbare alternatieve energie en organische elektronica, van nabij op te volgen.

7. Risico's in verband met personen

Bij persoonsgebonden risico's dient in de eerste plaats te worden gedacht aan eventuele negatieve effecten van Solvay activiteiten en producten op werknemers, aannemers, of het publiek in het algemeen. Die kunnen bijvoorbeeld het gevolg zijn van de behandeling in de fabriek of het transport van gevaarlijke chemische producten. Beroepsziekten geïdentifi ceerd door de Groep zijn in grote mate gevolgen van vroegere blootstellingen. Een zwaar ongeval kan tot gewonden bij het publiek leiden of tot de tijdelijke sluiting van een fabriek. Uiteindelijk zou dit voor Solvay zeer belangrijke fi nanciële lasten meebrengen.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Voor Solvay zijn veiligheid en gezondheid van de medemens van cruciaal belang in al zijn activiteiten. De Groep heeft dan ook zeer strenge programma's voor veiligheid en gezondheid uitgewerkt en hij past die ook toe. Solvay heeft een lange staat van dienst voor goede veiligheidsprestaties, die nog duurzamer zal worden dank zij net onlangs goedgekeurde programma om de motivering van de medewerkers ten aanzien van de veiligheid nog te versterken. Rhodia volgt een gelijkaardig beleid omtrent veiligheid en gezondheid. Het integratieproces zal leiden tot de opname van de best practices van beide groepen. De Groep heeft de uiteindelijke ambitie om te komen tot nul ongevallen met werkverlet (LTAR = Lost Time Accident Rate = 0)1 . De LTAR-waarde, verminderd van 1,6 aan het einde van 2010 tot 0,8 (1,0 zonder Rhodia) aan het einde van 2011, vertegenwoordigt een signifi cante verbetering van de veiligheid voor de werknemers. Procedureveiligheid wordt eveneens verzekerd om de mensen te beschermen tegen de gevolgen van procedureongevallen. Process Safety Management (PSM) ondersteunt de veiligheid in de vestigingen en vooral in deze met een verhoogd risico. Het in de vs verplichte PSM wordt eveneens gebruikt om de veiligheidssystemen te ondersteunen in andere regio's, waaronder Europa, waar deze de Seveso regelgeving ondersteunt.

Reglementering en risicobeheer zijn op alle productie-eenheden van toepassing, zij gelden eveneens voor contractanten en de onlangs verworven units. Veiligheidrapportering gebeurt maandelijks aan het Uitvoerende Comité en aan de raad van bestuur. Terwijl vele kapitaalsintensieve investeringen in 2008 en 2009 werden uitgesteld, werden al de geplande investeringen in gezondheid, veiligheid en milieu volbracht.

Speciale aandacht wordt geschonken aan rapporten en de analyses van incidenten of bijna incidenten. Er worden leersessies georganiseerd waar incidenten worden doorgelicht en besproken om zo de veiligheid te verhogen en herhaling van gelijkaardige gebeurtenissen te vermijden.

Om een hoog niveau van gezondheidspreventie voor werknemers te verzekeren, begon Solvay in 2008 met de implementatie en ontwikkeling van beroepshygiëne-modules en gezondheidsmodules van het systeem Medexis om uitvoerige hygiënegegevens alsook het beheer van de gegevens met betrekking tot medisch toezicht te standaardiseren en te genieten van programma's van medisch toezicht. Het systeem is geïntegreerd binnen een bredere informaticastructuur en levert gegevens met betrekking tot de substanties, zoals informatie van de plaatsstructuur, enz. Risico's in verband met het transport van gevaarlijke chemische producten worden tot het uiterste beperkt door de precieze omschrijving en de beperkte reiswegen, vertrouwend op selectieve en gecontroleerde transporteurs en op de wereldwijde bijstand van Carechem in het geval van ongelukken. Bovendien draagt elke inspanning om in geïntegreerde productie-eenheden te opereren bij tot de beperking van het transport van tussenproducten.

Solvay past ook de aanbevelingen toe van beroepsverenigingen zoals Eurochlor, ECVM of CTEF en van programma's zoals Responsible Care®.

1 LTAR = (aantal werkongevallen met afwezigheid van meer dan één dag)/(aantal werkuren)*106

8. Risico's in verband met het leefmilieu

Het leefmilieurisico dat Solvay loopt kan het gevolg zijn van een lekkage waardoor een chemische substantie vrijkomt, door een defect aan de industriële uitrusting, een ongeluk bij het transport of een productieprobleem waarbij substanties vrijkomen en daarbij de wettelijke limieten overschrijden (bijvoorbeeld door een defect van de installatie). Solvay heeft zowat 40 sites waarvoor regels gelden betreffende installaties met hoog risico.

Zoals de meeste andere industriële ondernemingen dient Solvay de historische bodemvervuiling op een aantal van deze sites te beheren en ongedaan te maken. De overheden dringen steeds meer aan op het beheer van bodem en grondwater. In dit verband zijn een aantal administratieve procedures in voorbereiding, om de noden en de aanpak ervan duidelijk te bepalen. Verder kan de Groep verplicht worden om belangrijke kosten op te lopen in het kader van nieuwe regelgevingen of overheidsbeleid, of in het geval van een meer strikte interpretatie of toepassing van bestaande regelgevingen door een rechtbank of andere autoriteiten.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Voor Solvay is de bescherming van het leefmilieu een essentieel onderdeel van zijn activiteiten. Maatregelen voor de preventie van vervuiling en van ongevallen zijn bij Solvay altijd al heel belangrijk geweest. In alle fabrieken en vestigingen, ook in nieuw verworven productie-eenheden, gelden richtlijnen en ISO- of gelijkwaardige programma's voor risicocontrole. Meer bepaald heeft de Groep het nodige gedaan om de regelgeving in verband met belangrijke risico's te respecteren en ze zelfs verstrengt toe te passen. Deze regelgeving bevat gedetailleerde maatregelen voor ongevallenpreventie. De sites met historische bodemvervuiling worden zorgvuldig beheerd en dit behelst ook gepaste voorzieningen voor onderzoek en sanering. De Groep heeft een eigen expertise ontwikkeld wat het bodembeheer betreft. Solvay ziet er op toe dat in al haar units risicocontrole wordt toegepast. Hydrologische en geologische studies en bodemanalyse worden op een systematische manier uitgevoerd om eventuele problemen op te sporen, het risico in te schatten voor het grondwater en eventuele herstel- of begrenzingsmaatregelen te nemen in overleg met de bevoegde overheid. Een aantal van deze inspanningen is al geleverd of is momenteel in uitvoering.

9. Risico in verband met informatie en informatietechnologie

De implementatie van de cruciale managementprocessen (bv. "Order to Cash", "Procure To Pay", "Record to Report"…) en de samenwerking tussen werknemers is in grote mate gebaseerd op de informatietechnologie (IT). De risico's verbonden aan dit gebruik zijn voornamelijk:

  • de annulatie of de achteruitgang van diensten;
  • het verlies of de niet-beschikbaarheid van gegevens;
  • fraude, misbruik of diefstal van gegevens.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Het merendeel van de kritische informatiesystemen worden gehuisvest en beheerd door externe dienstverleners. De keuze van de dienstverleners, de contractuele voorwaarden en het niveau van de dienstverlening worden op het moment van hernieuwing van de contracten, meestal elke 3 tot 5 jaar, geëvalueerd. Deze procedure geeft toegang tot hoogstaande diensten op het vlak van kwaliteit, veiligheid en evacuatieplannen.

Iedere werknemer is verantwoordelijk voor het geschikte beheer en het gebruik van informatie en materialen die ter beschikking worden gesteld in overeenstemming met de wetten en regelgevingen met betrekking tot informatie en het gebruik van IT systemen. Als gevolg van het interne beoordelingsprogramma worden gebruikers elke twee jaar vereist succesvol een vragenlijst te beantwoorden over hun verplichtingen met betrekking tot de informatieveiligheid.

De interne IT organisatie heeft tot doel het verzekeren van de kwaliteit van de diensten geleverd aan de entiteiten van de Groep. De beoordeling werd in grote mate hernieuwd in Azië en Noord-Amerika (voor de activiteiten die bestonden voor de overname van Rhodia).

Rhodia heeft gelijkaardige IT veiligheidsystemen en beheersprocessen van de IT risico's. Om ervoor te zorgen dat de nodige maatregelen ter optimalisering van de IT veiligheid werden genomen zal de periode van IT integratie veel belangrijker zijn dan de integratie van de andere domeinen.

Jaarverslag Solvay 2011

10. Risico in verband met reputatie

Risico in verband met reputatie ontstaat uit de blootstelling van Solvay aan een achteruitgang van zijn reputatie bij de verschillende belanghebbenden (stakeholders). Schade kan ontstaan door het voorvallen van een van de hierboven vermelde risico's en de publicatie van de resultaten hiervan. Tevens kan schade ontstaan uit om het even welke gebeurtenis of actie verbonden aan de Solvay naam dat een inbreuk vormt op ethiek, wetgeving of principes van deugdelijk bestuur en die, in het algemeen, de verwachtingen van de belanghebbenden van Solvay tekort doen. Reputatieschade kan versneld en vergroot worden door het internet en de sociale netwerken.

De reputatie van een onderneming is een belangrijke troef. Een aanslag op de reputatie van een onderneming kan leiden tot een verzwakte concurrentiekracht. Het risico in verband met de reputatie ligt bij de subjectieve perceptie in haar vele facetten die de onderscheiden partners van de vennootschap hebben. Vertrouwen is nu eenmaal een essentieel bestanddeel van de reputatie van een onderneming.

Inspanningen voor preventie of mildering van de gevolgen

Behalve een goed management in de algemene zin van het woord dragen ook controleprocedures en systemen, een doeltreffende communicatie (die zowel transparant, coherent als nauwkeurig is) en solide langetermijnrelaties, zowel binnen als buiten de organisatie, bij tot een geleidelijk groeiend vertrouwen hetgeen onmisbaar is voor een goede reputatie.

Solvay werkt mee aan specifi eke programma's in de Verenigde Staten (via de American Chemistry Council) en in Europa (via de CEFIC), om zo de reputatie van de chemische industrie te verbeteren, o.a. leden van het Uitvoerend Comité van Solvay waren onlangs voorzitter van het ICCA (International Council of Chemical Associations), het CEFIC (European Chemical Industry Control) en Plastics Europe.

Een studie over het risicomanagement bij Solvay in 2009 vernoemt reputatiemanagement als één van de sterke punten van de manier waarop Solvay met risico's omgaat.

Verder zijn de procedures op het gebied van communicatie, systemen, plannen en programma's zo opgevat dat er in twee richtingen een regelmatige communicatiestroom is ontstaan, die zich ontwikkelt en ook behouden blijft tussen de belangrijkste betrokken partijen: de aandeelhouders en de fi nanciële gemeenschap, de werknemers, de klanten, de overheid, de lokale gemeenschappen en de opiniemakers. Die communicatiestroom kan direct zijn of lopen via de pers en de andere media. Driemaandelijkse publicatie van het Groepsresultaat, interne nieuwsbrieven, website, opendeur dagen, ontmoetingen en speciale evenementen zijn slechts enkele voorbeelden van zulke communicatie. Solvay beschikt over duidelijke richtlijnen en advies die de werknemers moeten naleven binnen de sociale netwerkencultuur.

Duidelijke waarden op basis van een gedragscode in combinatie met een corporate governance van hoog niveau, om maar die voorbeelden te noemen, zijn nuttige instrumenten om het reputatierisico te verkleinen.

Specifi eke management- en communicatiesystemen waarmee alarm geslagen wordt als een crisis dreigt uit te breken, worden geactiveerd als zich onverwacht en plotseling negatieve gebeurtenissen voordoen die tot crisissituaties kunnen leiden die mogelijk schade berokkenen en de faam van de onderneming aantasten. Welbepaalde medewerkers krijgen een opleiding om aan dergelijke situaties het hoofd te bieden. Geregeld worden er ook oefeningen in crisisbeheersing georganiseerd.

Belangrijke geschillen

Met zijn diversiteit aan activiteiten en zijn geografi sche spreiding loopt de Solvay-groep wettelijke risico's vooral inzake productaansprakelijkheid, contractuele betrekkingen, antitrustwetgeving, geschillen over intellectuele eigendom, belastingaanslagen en kwesties in verband met gezondheid, veiligheid en leefmilieu. Betwistingen zijn niet te vermijden en soms is het ook in het belang van de rechten en belangen van de Groep om naar de rechter te stappen. Het resultaat van een proces kan niet met zekerheid worden voorspeld. Het is dan ook mogelijk dat ongunstige defi nitieve rechterlijke uitspraken of arbitrage leiden tot de vaststelling van aansprakelijkheid (nog gezwegen van de kosten) die niet gedekt is, of niet helemaal gedekt is door voorzieningen of door een verzekering en dus een materiële impact kan hebben op onze inkomsten.

Lopende rechterlijke procedures waarin de Solvay-groep (met inbegrip van Rhodia) betrokken is en die een belangrijk risico inhouden worden hieronder kort gepresenteerd. Het gaat hier niet om een volledige lijst.

Het feit dat deze rechtsgeschillen hieronder worden weergegeven heeft niets te maken met hun intrinsieke betekenis. Solvay verdedigt zichzelf met veel overtuiging en is vast overtuigd van de waarde van de in de verdediging gehanteerde argumenten.

Voor bepaalde zaken en overeenkomstig de boekhoudkundige regels in verband hiermee heeft Solvay reserves of provisies opgebouwd om zo de kosten van fi nanciële risico's en/of andere kosten van de verdediging te dekken (zie sectie 32).

Activiteiten Chemie en Kunststoffen

Antitrustzaken

In mei 2006 legde de Europese Commissie boetes op voor in totaal EUR 193 miljoen tegen Solvay (met inbegrip van Ausimont, door Solvay in 2002 overgenomen) voor vermeende inbreuk op de concurrentieregels op de markt van de peroxideproducten. Solvay is in beroep gegaan tegen de beslissing van de Europese Commissie. Als gevolg van dit beroep heeft het Europese Algemene Hof uitgesproken dat de boete moet verlaagd worden naar EUR 139,5 miljoen. Het beroep werd door Solvay verder gezet om deze boete verder te beperken. In november 2011 heeft de Europese Commissie een tegenberoep aangetekend tegen de verlaging van de boete.

Gebundelde burgerlijke rechtszaken zijn aanhangig gemaakt bij het Hof van Dortmund (Duitsland) in 2009 tegen Solvay en andere producenten wegens vermeende schending van de antitrustwetgeving en met een eis tot schadevergoeding ten bedrage van EUR 240 miljoen. Deze zaak is nog in een vroeg stadium en Solvay zal zich met alle middelen verdedigen. In Brazilië wordt Solvay geconfronteerd met administratieve geschillen omtrent vermeende kartelactiviteiten in de Braziliaanse H2O2 en perborate markten gedurende de periode 1998-2001. Solvay betwist deze claims met klem.

Geschillen rond gezondheid, veiligheid en leefmilieu

• De Franse gemeente Metz heeft vanaf 2001 diverse processen tegen Solvay en een andere producent aangespannen, met de bewering dat het lozen van water met een resthoeveelheid natriumchloride uit de productie van natriumcarbonaat in de rivier de Meurthe bijkomende kosten veroorzaakte (naar bewering ongeveer EUR 50 miljoen) voor de drinkwaterdistributie.

Solvay houdt zich aan de werkingsvergunning afgeleverd door de autoriteiten en verwerpt de beschuldiging met kracht. Rhodia is eveneens verwikkeld in deze zaak, aangezien ze Novacarb garandeert in het kader van de verkoop van bepaalde chemische activiteiten aan Bain Capital in 2002.

  • In Italië is sinds 2002 een strafzaak bezig voor de rechtbank van Ferrara tegen 4 oud-werknemers van Solvay voor vermeend misdadig gedrag vóór 1975, in verband met twee gevallen van pvc-arbeiders die blootgesteld waren aan VCM. De beschuldigingen worden met klem afgewezen. Solvay kan mogelijk eisen voor burgerlijke aansprakelijkheid verwachten indien het vonnis van het strafhof negatief is.
  • In Spinetta Marengo, Italië, heeft de openbare aanklager in oktober 2009 voorlopig verscheidene burgers aangeklaagd (onder wie werknemers en oud-werknemers van Solvay, waartoe ook Ausimont SpA behoort) wegens vermeende misdadige schending van de leefmilieuwetgeving (onder meer het vergiftigen van drinkwater). Als gevolg van een beslissing van de rechter van het vooronderzoek is de zaal op dit moment in afwachting in de assisenrechtbank van Alessandria. Aangeklaagde partijen omvatten 4 werknemers van Solvay. De aantijgingen worden met kracht betwist. Solvay en Solvay Specialty Polymers (voorheen Solvay Solexis), een dochteronderneming van Solvay en wettige opvolger van Ausimont SpA, kunnen mogelijk blootgesteld worden aan een eis tot burgerlijke aansprakelijkheid indien de strafzaak een negatief einde kent.
  • In Bussi, Italië, heeft de openbare aanklager provisioneel verscheidene burgers in staat van beschuldiging gesteld (onder wie oud- werknemers van Solvay, en Ausimont SpA) in verband met een vermeende schending van de leefmilieuwetgeving. Deze zaak is nu bij de rechter belast met het vooronderzoek in de rechtbank van Pescara. Solvay Specialty Polymers (voorheen Solvay Solexis), een dochteronderneming van Solvay en wettige opvolger van Ausimont SpA, kan mogelijk blootgesteld worden aan een eis tot burgerlijke aansprakelijkheid indien de strafzaak een negatief einde kent.

Financiën

• In algemene zin dient opgemerkt dat de overheid steeds actiever wordt om toe te zien op een verbeterd beheer van overgeërfde, vervuilde bodems en grondwater. In dit verband zijn er een aantal administratieve regels in voorbereiding om de nood tot sanering te bepalen en ook de juiste aanpak hiervan. Dit heeft tot gevolg dat Solvay nu verwikkeld is in leefmilieugeschillen voor een beperkt aantal sites, waarvan de meeste in 2002 van Ausimont Spa zijn overgenomen. Het gaat hier om enkele gevallen van bodemvervuiling en stortplaatsen.

Rhodia

Geschillen die in januari 2004 voor de commerciële rechtbank van Parijs werden gebracht door bepaalde aandeelhouders:

  • een individueel aangespannen aanklacht ("ut singuli") tegen Sanofi -Aventis (voorheen Aventis) en bepaalde individuen die lid waren van de Raad van Bestuur van de Onderneming op het moment van de feiten. De aanklacht heeft betrekking op de voorwaarden van de overname van Albright & Wilson door Rhodia. De aanklagers eisen dat de aangeklaagde partijen verplicht worden EUR 925 miljoen te betalen aan de Onderneming voor de schade dat de Onderneming zou geleden hebben. Deze zaak werd verdaagd op 27 januari 2006;
  • de andere zaak werd aangespannen tegen Sanofi -Aventis (voorheen Aventis), bepaalde individuen die lid waren van de Raad van Bestuur van de Onderneming en de statutaire auditoren op het moment van de feiten, alsook de Onderneming. Deze zaak stelt dat de informatie omtrent de milieurisico's en de uitgestelde belastingvordering openbaar gemaakt door de Onderneming in 2001 tot 29 januari 2002 met betrekking tot de overname door Rhodia van Albright & Wilson en daarna Chirex, inaccuraat en misleidend zou zijn. Beide aanklagers eisen dat de aangeklaagde partijen een bedrag van EUR 131,8 miljoen betalen ter compensatie van de geleden schade. Deze zaak werd verdaagd op 10 februari 2006.

Beide zaken werden verdaagd omwille van het bestaan van een crimineel onderzoek geleid door onderzoekende magistraten van de fi nanciële divisie van de rechtbank van eerste aanleg van Parijs omtrent dezelfde feiten en tengevolge van drie criminele zaken ingediend in 2003 en 2005 tegen een niet-gespecifi ceerde partij door dezelfde aandeelhouders voor het misbruik van activa van de onderneming, voorkennis, publicatie van vals of misleidende informatie, frauduleuze balans en toelichtingen van onjuiste rekeningen. Rhodia besliste om zich als burgerlijke partij voor de geleden schade te stellen in dit crimineel onderzoek op 25 januari 2006. Het onderzoek is nog steeds aan de gang per 31 december 2011.

Farmaceutische activiteiten (beëindigd)

In de context van de transactie van de farma-activiteiten hebben de contractuele afspraken bevredigende regels en voorwaarden opgeleverd voor de toewijzing en deling van de aansprakelijkheid inzake activiteiten van vóór de verkoop.

Onder voorbehoud van beperkte uitzonderingen zal de blootstelling van Solvay aan schadevergoeding aan Abbott wegens aansprakelijkheid voor verkochte activiteiten beperkt worden tot een samengesteld bedrag van EUR 500 miljoen (minder dan 10% van de waarde van de onderneming die Solvay verkocht heeft) en voor beperkte tijd.

Dit houdt schadeloosstelling in voor de aansprakelijkheid in de zaak van hormone replacement therapy (HRT) in de Verenigde Staten. Voormalige gebruikers van HRT-producten hebben duizenden rechtszaken aanhangig gemaakt tegen de producenten van HRT-producten.

Per 31 december 2010 hadden minder dan 350 eisers beweerd dat ze HRT-producten van Solvay hebben gebruikt. Men denkt niet dat dit aantal nog sterk zal veranderen. Geen enkel geval waarbij het om Solvay-producten ging is al door de rechtbank behandeld. Solvay zal zich met alle middelen verdedigen.

De consolidatiekring 2011

De Groep bestaat uit Solvay nv en een totaal van 422 dochterondernemingen en geassocieerde deelnemingen in 61 landen.

Hiervan zijn er 209 integraal geconsolideerd, 4 proportioneel geconsolideerd en 64 geconsolideerd via de 'equity' methode. De overige 145 ondernemingen voldoen niet aan de consolidatiecriteria van de Groep.

In overeenstemming met het materialiteitsprincipe zijn een aantal minder belangrijke bedrijven niet opgenomen in de consolidatiekring. Onder minder belangrijk groepeert men de bedrijven die niet voldoen aan de volgende drievoudige minimale bijdrage tot de winst van de Groep:

  • omzet 20 miljoen EUR,
  • totaal van de activa 10 miljoen EUR,
  • 150 personeelsleden.

Toch kunnen bedrijven die niet aan deze materialiteitscriteria voldoen alsnog geconsolideerd worden, indien de Groep oordeelt dat ze het potentieel hebben om zich snel te ontwikkelen, of als ze een aandeel hebben in bedrijven die op grond van dezelfde criteria zijn geconsolideerd.

Over het algemeen hebben de niet-geconsolideerde vennootschappen geen materiële impact op de geconsolideerde gegevens van de Groep; hun impact op het nettoresultaat is ongeveer 0,1%.

De volledige lijst van vennootschappen is ingediend bij de Nationale Bank van België als bijlage bij het Jaarverslag en kan verkregen worden in het hoofdkantoor van de vennootschap.

Lijst van geconsolideerde vennootschappen

Lijst van opgenomen en verdwenen vennootschappen

Ch = Chemie K = Kunststoffen Rh = Rhodia - = niet toegewezen

Vennootschappen opgenomen in de Groep

Land Vennootschap Sector Commentaar
BELGIË Carrières les Petons S.P.R.L. - voldoet aan
consolidatiecriteria
Rhodia Belgium SA Rh aankoop Rhodia Groep
LUXEMBURG Caredor S.A. Rh aankoop Rhodia Groep
NEDERLAND Polvom B.V - voldoet aan
consolidatiecriteria
Rhodia International Holdings B.V. Rh aankoop Rhodia Groep
FRANKRIJK Butachimie S.N.C. Rh aankoop Rhodia Groep
Cogeneration Chalampe S.A.S. Rh aankoop Rhodia Groep
GIE Chime Salindres Rh aankoop Rhodia Groep
GIE Osiris Rh aankoop Rhodia Groep
Hexagas S.A.S. Rh aankoop Rhodia Groep
Orbeo Climate Care S.A.S. Rh aankoop Rhodia Groep
RHOD V S.N.C. Rh aankoop Rhodia Groep
RHOD W S.N.C. Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Chimie S.A.S. Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Energy GHG S.A.S. Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Energy S.A.S. Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Finance S.A.S. Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Laboratoire du Futur S.A.S. Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Operations S.A.S. Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Participations S.N.C. Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia S.A. Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodianyl S.A.S. Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodigaz S.A.S. Rh aankoop Rhodia Groep
ITALIË Rhodia Italia S.p.A. Rh aankoop Rhodia Groep
Solvay Specialty Polymers Management s.r.l. K voldoet aan
consolidatiecriteria
DUITSLAND Projektgesellschaft Untertagedeponie Niederrhein - voldoet aan
GmbH consolidatiecriteria
Rhodia Acetow GmbH Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Deutschland GmbH Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia GmbH Rh aankoop Rhodia Groep
Warmeverbundkraftwerk Freiburg GmbH Rh aankoop Rhodia Groep
SPANJE Rhodia Iberia S.L., Madrid Rh aankoop Rhodia Groep
ZWITSERLAND Sopargest - Société de participation et de gestion S.A. Rh aankoop Rhodia Groep
GROOT-BRITTANNIË Holmes Chapel Trading Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
McIntyre Group Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Eco Services Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Food Ingredients Lts Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Holdings Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia HPCII Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Industrial Specialties Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia International Holdings Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Limited Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Organique Fine Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Overseas Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Pharma Solutions Holdings Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Pharma Solutions Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Reorganisation Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia UK Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
POLEN Rhodia Polyamide Polska Sp z.o.o. Rh aankoop Rhodia Groep
Zaklad Energoeloctryczny Energo-Stil Sp. z o.o. Rh aankoop Rhodia Groep
RUSLAND Poligran OAO K voldoet aan
consolidatiecriteria
Rusvinyl OOO K voldoet aan
consolidatiecriteria
Sertow OOO Rh aankoop Rhodia Groep
VERENIGDE STATEN Alcolac Inc. Rh aankoop Rhodia Groep
Heat Treatment Services Inc. Rh aankoop Rhodia Groep
Primester Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Financial Services Inc Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Funding Corporation Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Holding Inc Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Inc Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia India Holding Inc. Rh aankoop Rhodia Groep
CANADA Rhodia Canada Inc Rh aankoop Rhodia Groep
MEXICO Rhodia de Mexico SA de CV Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Especialidades SA de CV Rh aankoop Rhodia Groep
BRAZILIË Cogeracao de Energia Electricica Paraiso SA Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Brazil Ltda Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Energy Brazil Ltda Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Poliamida Brasil Ltda Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Poluamida e Especialidades Ltda Rh aankoop Rhodia Groep
Rhopart-Participacoes Servidos e Comercio Ltda Rh aankoop Rhodia Groep
VENEZUELA Rhodia Acetow Venezuela SA Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Silices de Venezuela C.A. Rh aankoop Rhodia Groep
URUGUAY Alaver SA Rh aankoop Rhodia Groep
Fairway Investimentos SA Rh aankoop Rhodia Groep
Zamin Company S/A Rh aankoop Rhodia Groep
AUSTRALIË Rhodia Chemicals Pty Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
NIEUW-ZEELAND Rhodia New Zealand Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
JAPAN Anan Kasei Co Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Japan K.K. Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Nicca Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
CHINA Baotou Rhodia Rare Earths Company Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Beijing Rhodia Eastern Chemical Co. Rh aankoop Rhodia Groep
Guangxi Laibin Bioqi New Energy Co., Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Liyang Rhodia Rare Earth New Material Co. Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Qingdao Dongyue Rhodia Chemical Co Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia (Shanghai) International Trading Co. Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia (Zhenjiang) Chemicals Co., Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia China Co., Ltd Rh aankoop Rhodia Groep

Jaarverslag Solvay 2011

Rhodia Feixiang Specialty Chemicals Co. Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Fine Chemical Additives (Qingdao) Co. Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Hengchang (Zhangjiagang) Specialty Chemical
Co. Ltd
Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Hong Kong Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Polyamide (Shanghai) Co. Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Silica Qingdao Co. Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Wuxi Pharmaceutical Co Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Zhuhai Rhodia Specialty Chemicals Co Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
THAILAND Rhodia Thai Holdings Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Thai Industries Rh aankoop Rhodia Groep
SINGAPORE Rhodia Amines Chemicals Pte Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Asia Pacifi c Pte Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
MALEISIË Biopower Climate Care Holding Sdn Bhd Rh oprichting
Biopower Climate Care Sdn Bhd Rh aankoop Rhodia Groep
INDONESIË Rhodia Manyar P.T. Rh aankoop Rhodia Groep
INDIA Hindustan Gum & Chemicals Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Polymers & Specialties India Private Limited Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Specialty Chemicals India Limited Rh aankoop Rhodia Groep
ZUID KOREA Rhodia Energy Asia Pacifi c Co. Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Korea Co. Ltd Rh aankoop Rhodia Groep
Rhodia Silica Korea Co. Ltd Rh aankoop Rhodia Groep

Vennootschappen verdwenen uit de Groep

Vennootschap Sector Commentaar
Solvay Finance B.V. - opgeheven
Terlin B.V. - opgeheven
Projektgesellschaft Untertagedeponie Niederrhein - absorptie met Cavity GmbH
GmbH
Solvay Kali-Chemie Holding GmbH - absorptie met Solvay GmbH
Vinilis S.A. K absorptie met Solvin Spain S.L.
Pipelife Portugal-Sistemas de Tubagens Plasticas Lda K absorptie met Pipelife France
S.N.C.
Rhodia Eco Services Ltd Rh opgeheven
Rhodia Food Ingredients Lts Rh opgeheven
Rhodia HPCII Ltd Rh opgeheven
Rhodia Industrial Specialties Ltd Rh opgeheven
Rhodia Wuxi Pharmaceutical Co Ltd Rh verkocht
Rhodia Thai Industries Rh verkocht
Solvay & CPC Barium Strontium Korea Co Ltd Ch opgeheven

167

Wijziging van consolidatiemethode

Land Vennootschap Sector Commentaar
BELGIË BASF Interox H2O2 Production nv, Brussels Ch equitymethode
Pipelife Belgium SA, Kalmthout K equitymethode
NEDERLAND MTP HP JV C.V., Weesp Ch equitymethode
MTP HP JV Management bv, Weesp Ch equitymethode
Pipelife Finance bv, Enkhuizen K equitymethode
Pipelife Nederland bv, Enkhuizen K equitymethode
Twebotube bv, Enschede K equitymethode
FRANKRIJK Cogeneration Chalampe S.A.S. , Puteaux Rh equitymethode
Orbeo Climate Care S.A.S. Rh integraal
geconsolideerd
Pipelife France S.N.C., Gaillon K equitymethode
Rhodigaz S.A.S. , Lyon (Thiers) Rh equitymethode
DUITSLAND Pipelife Deutschland Asset Management GmbH, Bad Zwischenahn K equitymethode
Pipelife Deutschland GmbH & Co KG Bad Zwischenahn, Bad
Zwischenahn
K equitymethode
Pipelife Deutschland Verwaltungs-GmbH Bad Zwischenahn, Bad
Zwischenahn
K equitymethode
Solvay & CPC Barium Strontium GmbH & Co KG, Hannover Ch equitymethode
Solvay & CPC Barium Strontium International GmbH, Hannover Ch equitymethode
SPANJE Pipelife Hispania SA, Zaragoza K equitymethode
PORTUGAL Pipelife Portugal-Sistemas de Tubagens Plasticas Lda, Nogueira K equitymethode
Da Maia
OOSTENRIJK Pipelife International GmbH, Wiener Neudorf K equitymethode
Pipelife Austria GmbH & Co KG, Wiener Neudorf K equitymethode
Solvay Sisecam Holding AG, Wien Ch equitymethode
GROOT
BRITTANNIË
Pipelife UK Ltd, Corby K equitymethode
IERLAND Dromalour Plastics Ltd, Cork K equitymethode
Kenfern Investments Ltd, Cork K equitymethode
Quality Plastics (Holding) Ltd, Cork K equitymethode
Quality Plastics Ltd, Cork K equitymethode
Qualplast Sales Ltd, Cork K equitymethode
ZWEDEN Pipelife Hafab A.B., Haparanda K equitymethode
Pipelife Nordic A.B., Göteborg K equitymethode
Pipelife Sverige A.B., Oelsremma K equitymethode
NOORWEGEN Pipelife Norge AS, Surnadal K equitymethode
FINLAND Pipelife Finland OY, Oulu K equitymethode
Propipe OY, Oulu K equitymethode
POLEN Pipelife Polska SA, Karlikowo K equitymethode
ROEMENIË Pipelife Romania S.R.L., Bucuresti K equitymethode
SLOVENIË Pipelife Slovenija, d.o.o., Trzin K equitymethode
ESTLAND Pipelife Eesti AS, Tallinn K equitymethode
LITOUWEN Pipelife Lietuva UAB, Vilnius K equitymethode
LETLAND Pipelife Latvia SIA, Riga K equitymethode
BULGARIJE Deven AD, Devnya Ch equitymethode
Pipelife Bulgaria EOOD, Plovdiv K equitymethode
Solvay Sodi AD, Devnya Ch equitymethode
KROATIË Pipelife Hrvatska Republika d.o.o., Karlovac K equitymethode
HONGARIJE Pipelife Hungaria Kft, Debrecen K equitymethode
TSJECHIË Pipelife Czech s.r.o., Otrokovice K equitymethode
SLOVAKIJE Pipelife Slovakia s.r.o., Piestany K equitymethode
SERBIË Pipelife Serbia d.o.o., Beograd K equitymethode
GRIEKENLAND Pipelife Hellas SA, Moschato Attica K equitymethode
TURKIJE Arili Plastik Sanayii AS, Pendik K equitymethode
RUSLAND Pipelife Russia OOO, Zhukov K equitymethode
Soligran ZAO, Moskva K equitymethode
VERENIGDE Pipelife Jet Stream, Inc. Siloam Springs, AR K equitymethode
STATEN
MEXICO Solvay & CPC Barium Strontium Monterrey S. de R.L. de C.V., Ch equitymethode
Monterrey
Solvay & CPC Barium Strontium Reynosa S. de R.L. de C.V., Ch equitymethode
Reynosa
BRAZILIË Dacarto Benvic SA, Santo André K equitymethode
Peroxidos do Brasil Ltda, Sao Paulo Ch equitymethode
THAILAND MTP HP JV (Thailand) Ltd, Bangkok Ch equitymethode
INDONESIË Rhodia Manyar P.T., Gresik Rh equitymethode
INDIA Hindustan Gum & Chemicals Ltd, New Delhi Rh equitymethode
ZUID-KOREA Solvay & CPC Barium Strontium Korea Co Ltd, Onsan Ch equitymethode

Lijst van integraal geconsolideerde vennootschappen

Met aanduiding van het aangehouden belang, gevolgd door het segment. Merk op dat het belang in termen van stemrecht het aangehouden belang benadert.

Ch = Chemie K = Kunststoffen Rh = Rhodia - = niet toegewezen
------------- ------------------ ------------- ---------------------
BELGIË
Carrières les Petons S.P.R.L., Walcourt 100 -
Financières Solvay SA, Bruxelles 99 .9 -
Peptisyntha SA, Neder-Over-Heembeek 100 Ch
Rhodia Belgium SA , Bruxelles 100 Rh
Solvay Benvic & Cie Belgium S.N.C., Brussels 100 K
Solvay Chemicals International SA, Brussels 100 Ch
Solvay Chimie SA, Brussels 100 Ch
Solvay Coordination Internationale des Crédits Commerciaux (CICC) SA, Brussels 100 -
Solvay Energy SA, Brussels 100 -
Solvay Nafta Development and Financing SA, Brussels 100 -
Solvay Participations Belgique SA, Brussels 100 -
Solvay Pharmaceuticals SA - Management Services, Brussels 100 -
Solvay Specialties Compounding SA, Brussels 100 K
Solvay Stock Option Management S.P.R.L., Brussels 100 -
Solvic SA, Brussels 75 K
SolVin SA, Brussels 75 K
LUXEMBURG
Caredor S.A., Strassen 100 Rh
Solvay Finance (Luxembourg) SA, Luxembourg 100 -
Solvay Luxembourg S.a.r.l., Luxembourg 100 -
Solvay Luxembourg Development S.a.r.l., Luxembourg 100 -
NEDERLAND
Polvom B.V., Linne-Herten 100
Rhodia International Holdings B.V., Den Haag 100 Rh
Solvay Chemicals and Plastics Holding B.V., Weesp 100
Solvay Chemie B.V., Linne-Herten 100 Ch
Solvay Holding Nederland B.V., Weesp 100 -
SolVin Holding Nederland B.V., Weesp 59 4 K
FRANKRIJK
Orbeo Climate Care S.A.S. , Puteaux 100 Rh
RHOD V S.N.C. , Courbevoie 100 Rh
RHOD W S.N.C. , Courbevoie 100 Rh
Rhodia Chimie S.A.S. , Aubervilliers 100 Rh
Rhodia Energy GHG S.A.S. , Puteaux 100 Rh
Rhodia Energy S.A.S. , Puteaux 100 Rh
Rhodia Finance S.A.S. , Courbevoie 100 Rh
Rhodia Laboratoire du Futur S.A.S. , Pessac 100 Rh
Rhodia Operations S.A.S. , Aubervilliers 100 Rh
Rhodia Participations S.N.C. , Courbevoie 100 Rh
Rhodia S.A. , Courbevoie 100 Rh
Rhodianyl S.A.S. , Saint-Fons 100 Rh
Solvay - Carbonate - France S.A.S., Paris 100 Ch
Solvay - Electrolyse - France S.A.S., Paris 100 Ch
Solvay - Fluorés - France S.A.S., Paris 100 Ch
Solvay - Olefi nes - France S.A.S., Paris 100 Ch
Solvay - Organics - France S.A.S., Paris 100 Ch
Solvay - Spécialités - France S.A.S., Paris 100 K
Solvay Benvic Europe - France S.A.S., Paris 100 Ch
Solvay Energie France S.A.S., Paris 100 -
Solvay Finance France S.A., Paris 100 -
Solvay Finance S.A., Paris 100 -
Solvay Participations France S.A., Paris 100 Ch
Solvay Speciality Polymers France S.A.S., Paris 100 K
Solvin France S.A., Paris 75 -
ITALIË
Rhodia Italia S.p.A. , Bollate 100 Rh
SIS Italia S.p.A., Bollate 100 -
Società Elettrochimica Solfuri e Cloroderivati (ELESO) S.p.A., Bollate 100 Ch
Società Generale per l'Industria della Magnesia (SGIM) S.p.A., Angera 100 Ch
Solvay Bario e Derivati S.p.A., Massa 100 Ch
Solvay Benvic Europe - Italia S.p.A, Ferrara 100 K
Solvay Chimica Bussi S.p.A., Rosignano 100 Ch
Solvay Chimica Italia S.p.A., Milano 100 Ch
Solvay Finanziaria S.p.A., Milano 100 -
Solvay Fluor Italia S.p.A., Rosignano 100 Ch
Solvay Padanaplast S.p.A., Roccabianca 100 K
Solvay Solexis S.p.A., Milano 100 K

Jaarverslag Solvay 2011

Solvay Specialty Polymers Management s.r.l., Bollate 100 K
SolVin Italia S.p.A., Ferrara 75 K
DUITSLAND
Cavity GmbH, Hannover 100 -
Girindus AG, Hannover 82 Ch
Horizon Immobilien AG, Hannover 100 -
Rhodia Acetow GmbH , Freiburg 99 .9 Rh
Rhodia Deutschland GmbH , Freiburg 100 Rh
Rhodia GmbH , Freiburg 100 Rh
Salzgewinnungsgesellschaft Westfalen mbH & Co KG, Epe 65 Ch
Solvay Chemicals GmbH, Hannover 100 Ch
Solvay Fluor GmbH, Hannover 100 Ch
Solvay GmbH, Hannover 100 -
Solvay Infra Bad Hoenningen GmbH, Hannover 100 Ch
Solvay Organics GmbH, Hannover 100 Ch
Solvay Specialty Polymers Germany GmbH, Hannover 100 K
Solvay Verwaltungs-und Vermittlungs GmbH, Hannover 100 -
Solvin GmbH & Co KG, Hannover 75 K
Solvin Holding GmbH, Hannover 75 K
SPANJE
Electrolisis de Torrelavega S.L., Barcelona 100 Ch
Rhodia Iberia S.L., Madrid 100 Rh
Solvay Benvic Europe - Iberica S.A., Barcelona 100 K
Solvay Ibérica S.L., Barcelona 100 -
Solvay Participaciones S.A., Barcelona 100 -
Solvay Quimica S.L., Barcelona 100 Ch
Solvin Spain S.L., Martorell 75 K
ZWITSERLAND
Solvay (Schweiz) AG, Bad Zurzach 100 Ch
Solvay Vinyls Holding AG, Bad Zurzach 100 -
Sopargest - Société de participation et de gestion S.A., Fribourg 100 Rh
PORTUGAL
3S Solvay Shared Services-Sociedade de Serviços Partilhados Unipessoal Lda, 100 -
Carnaxide
Solvay Interox - Produtos Peroxidados SA, Povoa 100 Ch
Solvay Portugal - Produtos Quimicos SA, Povoa 100 Ch
OOSTENRIJK
Solvay Österreich GmbH, Wien 100 Ch
GROOT-BRITTANNIË
Holmes Chapel Trading Ltd , Watford Reeds 100 Rh
McIntyre Group Ltd , Watford Reeds 100 Rh
Rhodia Holdings Ltd , Watford Reeds 100 Rh
Rhodia International Holdings Ltd , Oldbury 100 Rh
Rhodia Limited , Watford Reeds 100 Rh
Rhodia Organique Fine Ltd , Watford Reeds 100 Rh
Rhodia Overseas Ltd , Watford Reeds 100 Rh
Rhodia Pharma Solutions Holdings Ltd, Cramlington 100 Rh
Rhodia Pharma Solutions Ltd, Cramlington 100 Rh
Rhodia Reorganisation, Watford Reeds 100 Rh
Rhodia UK Ltd , Watford Reeds 100 Rh
Solvay Chemicals Ltd, Warrington 100 Ch
Solvay Interox Ltd, Warrington 100 Ch
Solvay Speciality Chemicals Ltd, Warrington 100 Ch
Solvay UK Holding Company Ltd, Warrington 100 -
IERLAND
Solvay Finance Ireland Unlimited , Dublin 100 -
FINLAND
Solvay Chemicals Finland Oy, Voikkaa 100 Ch
POLEN
Rhodia Polyamide Polska Sp z.o.o. , Gorzow Wielkopolski 100 Rh
BULGARIJE
Solvay Bulgaria EAD, Devnya 100 Ch
RUSLAND
Sertow OOO, Serpukhov Khimi 100 Rh
EGYPTE
Solvay Alexandria Sodium Carbonate Co, Alexandria 100 Ch
VERENIGDE STATEN
Alcolac Inc., Cranbury 100 Rh
American Soda LLP, Parachute, CO 100 Ch
Ausimont Industries, Inc., Wilmington, DE 100 K
Girindus America, Inc., Cincinnati, OH 82 .1 Ch
Heat Treatment Services Inc., Cranbury 100 Rh
Montecatini USA, Wilmington, DE 100 K
Peptisyntha, Inc., Torrance, CA 100 Ch
Rhodia Financial Services Inc, Wilmington 100 Rh
Rhodia Funding Corporation, Cranbury 100 Rh
Rhodia Holding Inc, Cranbury 100 Rh
Rhodia Inc, Cranbury 100 Rh
Rhodia India Holding Inc., Cranbury 100 Rh
Rocky Mountain Coal Company, LLC, Houston, TX 100 Ch
Solvay Advanced Polymers, LLC, Alpharetta, GA 100 K
Solvay America Holdings, Inc., Houston, TX 100 -
Solvay America, Inc., Houston, TX 100 K
Solvay Chemicals, Inc., Houston, TX 100 Ch
Solvay Finance (America) LLC, Houston, TX 100 -
Solvay Fluorides, LLC., Greenwich, CT 100 Ch
Solvay Information Services NAFTA, LLC, Houston, TX 100 -
Solvay North America Investments, LLC, Houston, TX 100 -
Solvay North America LLC, Houston, TX 100 -
Solvay Soda Ash Expansion JV, Houston, TX 80 Ch
Solvay Soda Ash Joint Venture, Houston, TX 80 Ch
Solvay Solexis, Inc., Wilmington, DE 100 K
CANADA
Rhodia Canada Inc, Toronto 100 Rh
MEXICO
Rhodia de Mexico SA de CV, Mexico 100 Rh
Rhodia Especialidades SA de CV, Mexico 100 Rh
Solvay Fluor Mexico S.A. de C.V., Ciudad Juarez 100 Ch
Solvay Mexicana S. de R.L. de C.V., Monterrey 100 Ch
Solvay Quimica Y Minera Servicios SA de CV, Monterrey 100 Ch
Solvay Quimica Y Minera Ventas SA de CV, Monterrey 100 Ch
BRAZILIË
Cogeracao de Energia Electricica Paraiso SA, Brotas 100 Rh
Rhodia Brazil Ltda, Sao Paolo Aguiar 100 Rh
Rhodia Energy Brazil Ltda, Paulinia Sao Francisco 100 Rh
Rhodia Poliamida Brasil Ltda , Sao Paolo Aguiar 100 Rh
Rhodia Poliamida e Especialidades Ltda, Sao Paolo Aguiar 100 Rh
Rhopart-Participacoes Servidos e Comercio Ltda, Sao Paolo Aguiar 100 Rh
Solvay do Brasil Ltda, Sao Paulo 100 Ch
Solvay Indupa do Brasil SA, Sao Paulo 69 .9 K
ARGENTINIË
Solvay Argentina SA, Buenos Aires 100 -
Solvay Indupa S.A.I.C., Bahia Blanca 69 .9 K
Solvay Quimica SA, Buenos Aires 100 Ch
VENEZUELA
Rhodia Acetow Venezuela SA, Valencia 100 Rh
Rhodia Silices de Venezuela C.A., Barquisimeto 100 Rh
URUGUAY
Alaver SA, Montevideo 100 Rh
Fairway Investimentos SA, Montevideo 100 Rh
Zamin Company S/A, Montevideo 100 Rh
AUSTRALIË
Rhodia Chemicals Pty Ltd , Sydney 100 Rh
Solvay Interox Pty Ltd, Banksmeadow 100 Ch
NIEUW-ZEELAND
Rhodia New Zealand Ltd, Auckland 100 Rh
JAPAN
Anan Kasei Co Ltd, Anan 67 Rh
Nippon Solvay KK, Tokyo 100 Ch
Rhodia Japan K.K., Tokyo 100 Rh
Rhodia Nicca Ltd, Tokyo 60 Rh
Solvay Advanced Polymers KK, Tokyo 100 K
Solvay Solexis KK, Minato Ku-Tokyo 100 K
CHINA
Baotou Rhodia Rare Earths Company Ltd, Baotou 55 Rh
Beijing Rhodia Eastern Chemical Co., Ltd, Beijing 60 Rh
Guangxi Laibin Bioqi New Energy Co., Ltd, Laibin 100 Rh
Liyang Rhodia Rare Earth New Material Co., Ltd, Li Yang 96 .3 Rh
Rhodia (Shanghai) International Trading Co., Ltd, Shanghai 100 Rh
Rhodia (Zhenjiang) Chemicals Co., Ltd, Zhenjiang New area 100 Rh
Rhodia China Co., Ltd , Shanghai 100 Rh
Rhodia Feixiang Specialty Chemicals Co., Ltd, Suzhou 87 .5 Rh
Rhodia Fine Chemical Additives (Qingdao) Co., Ltd, Qingdao 100 Rh
Rhodia Hengchang (Zhangjiagang) Specialty Chemical Co., Ltd, Zhangjiagang 70 Rh
Rhodia Hong Kong Ltd , Hong Kong 100 Rh
Rhodia Polyamide (Shanghai) Co., Ltd, Shanghai 100 Rh
Rhodia Silica Qingdao Co., Ltd , Qingdao 100 Rh
Solvay (Shanghai) Ltd, Shanghai 100 K
Solvay Speciality Polymers (Changshu) Co. Ltd, Changshu 100 -
Zhuhai Rhodia Specialty Chemicals Co Ltd 78 .8 Rh
THAILAND
Advanced Biochemical (Thailand) Company Ltd, Bangkok 58 .8 Ch
Rhodia Thai Holdings Ltd, Bangkok 100 Rh
Solvay Peroxythai Ltd, Bangkok 100 Ch
Vinythai Public Company Ltd, Bangkok 58 .8 K
SINGAPORE
Rhodia Amines Chemicals Pte Ltd , Singapore 100 Rh
Rhodia Asia Pacifi c Pte Ltd , Singapore 100 Rh
Solvay Singapore Pte Ltd, Singapore 100 -
MALEISIË
Biopower Climate Care Holding Sdn Bhd, Kuala Lumpur 100 Rh
Biopower Climate Care Sdn Bhd, Kuala Lumpur 95 .4 Rh
INDIA
Rhodia Polymers & Specialties India Private Limited, Mumbai 100 Rh
Rhodia Specialty Chemicals India Limited, Mumbai 72 .9 Rh
Solvay Specialities India Private Limited, Mumbai 100 K
CAYMANEILANDEN
Blair International Insurance (Cayman) Ltd, Georgetown 100 -
ZUID-KOREA
Daehan Solvay Special Chemicals Co., Ltd, Seoul 100 Ch
Rhodia Energy Asia Pacifi c Co. Ltd , Seoul 100 Rh
Rhodia Korea Co. Ltd , Seoul 100 Rh
Rhodia Silica Korea Co. Ltd , Incheon 100 Rh
Solvay Fluor Korea Co. Ltd, Séoul 100 Ch
NAMIBIË
Okorusu Fluorspar (Pty) Ltd, Otjiwarongo 100 Ch
Okorusu Holdings (Pty) Ltd, Windhoek 100 Ch

Lijst van proportioneel geconsolideerde vennootschappen

FRANKRIJK
Butachimie S.N.C. , Courbevoie
50
Rh
Hexagas S.A.S. , Puteaux
50
Rh
DUITSLAND
Warmeverbundkraftwerk Freiburg GmbH, Freiburg
50
Rh
VERENIGDE STATEN
Primester, Kingsport TN
50
Rh

Lijst van vennootschappen geconsolideerd volgens de 'equity'-methode

BELGIË
BASF Interox H2O2 Production N.V., Bruxelles 50 Ch
Pipelife Belgium S.A., Kalmthout 50 K
NEDERLAND
MTP HP JV C.V., Weesp 50 Ch
MTP HP JV Management bv, Weesp 50 Ch
Pipelife Finance bv, Enkhuizen 50 K
Pipelife Nederland bv, Enkhuizen 50 K
Twebotube bv, Enschede 50 K
FRANKRIJK
Cogeneration Chalampe S.A.S. , Puteaux 50 Rh
GIE Chime Salindres , Salindres 50 Rh
Gie Osiris, Roussillon 34 .8 Rh
Pipelife France S.N.C., Gaillon 50 K
Rhodigaz S.A.S. , Lyon (Thiers) 50 Rh
DUITSLAND
Pipelife Deutschland Asset Management GmbH, Bad Zwischenahn 50 K
Pipelife Deutschland GmbH & Co KG Bad Zwischenahn, Bad Zwischenahn 50 K
Pipelife Deutschland Verwaltungs-GmbH Bad Zwischenahn, Bad Zwischenahn 50 K
Solvay & CPC Barium Strontium GmbH & Co KG, Hannover 75 Ch
Solvay & CPC Barium Strontium International GmbH, Hannover 75 Ch
SPANJE
Pipelife Hispania SA, Zaragoza 50 K
OOSTENRIJK
Pipelife Austria GmbH & Co KG, Wiener Neudorf 50 K
Pipelife International GmbH, Wiener Neudorf 50 K
Solvay Sisecam Holding AG, Wien 75 Ch
GROOT-BRITTANNIË
Pipelife UK Ltd, Corby 50 K
IERLAND
Dromalour Plastics Ltd, Cork 50 K
Kenfern Investments Ltd, Cork 50 K
Quality Plastics (Holding) Ltd, Cork 50 K
Quality Plastics Ltd, Cork 50 K
Qualplast Sales Ltd, Cork 50 K
ZWEDEN
Pipelife Hafab A.B., Haparanda 50 K
Pipelife Nordic A.B., Göteborg 50 K
Pipelife Sverige A.B., Oelsremma 50 K
NOORWEGEN
Pipelife Norge AS, Surnadal 50 K
FINLAND
Pipelife Finland OY, Oulu 50 K
Propipe OY, Oulu 50 K
POLEN
Zaklad Energoeloctryczny Energo-Stil Sp. z o.o., Gorzow Wielkopolski 25 Rh
Pipelife Polska S.A., Karlikowo 50 K
ROEMENIË
Pipelife Romania S.R.L., Bucuresti 50 K
SLOVENIË
Pipelife Slovenija, d.o.o., Trzin 50 K
ESTLAND
Pipelife Eesti AS, Tallinn 50 K
LITOUWEN
Pipelife Lietuva UAB, Vilnius 50 K
LETLAND
Pipelife Latvia SIA, Riga 50 K
BULGARIJE
Deven AD, Devnya 75 Ch
Pipelife Bulgaria EOOD, Plovdiv 50 K
Solvay Sodi AD, Devnya 75 Ch
KROATIË
Pipelife Hrvatska Republika d.o.o., Karlovac 50 K
HONGARIJE
Pipelife Hungaria Kft, Debrecen 50 K
TSJECHIË
Pipelife Czech s.r.o., Otrokovice 50 K
SLOVAKIJE
Pipelife Slovakia s.r.o., Piestany 50 K
SERBIË
Pipelife Serbia d.o.o., Beograd 50 K
GRIEKENLAND
Pipelife Hellas SA, Moschato Attica 50 K
TURKIJE
Arili Plastik Sanayii AS, Pendik 50 K
RUSLAND
Pipelife Russia OOO, Zhukov 50 K
Poligran OAO, Tver 50 K
Rusvinyl OOO, Moscow 29 .7 K
Soligran ZAO, Moscow Aptekars 50 K
VERENIGDE STATEN
Pipelife Jet Stream, Inc. Siloam Springs, AR 50 K
MEXICO
Solvay & CPC Barium Strontium Monterrey S. de R.L. de C.V., Monterrey 75 Ch
Solvay & CPC Barium Strontium Reynosa S. de R.L. de C.V., Reynosa 75 Ch
50 K
69 .4 Ch
30 Rh
40 .5 K
50 Ch
50 Rh
50 Rh

Verkorte jaarrekening van Solvay nv

De statutaire jaarrekening van Solvay nv wordt hier voorgesteld in een verkorte vorm. Overeenkomstig de wet op de handelsvennootschappen worden de jaarrekening van Solvay nv, het bestuursverslag en het verslag van de Commissaris ingediend bij de Nationale Bank van België.

Deze documenten zijn op internet te raadplegen of op aanvraag verkrijgbaar bij:

Solvay nv Ransbeekstraat 310 B - 1120 Brussel

Verkorte balans van Solvay nv

Miljoen EUR 2010 2011
ACTIVA
Vaste activa 8 061 9 107
Oprichtingskosten en immateriële vaste activa 83 97
Materiële vaste activa 61 57
Financiële vaste activa 7 917 8 953
Vlottende activa 5 613 5 260
Voorraden 12 12
Handelsvorderingen 110 116
Overige vorderingen 687 4 243
Geldmiddelen en kasequivalenten 4 778 794
Overlopende 26 95
Totaal van de activa 13 674 14 368
PASSIVA
Eigen vermogen 6 684 6 753
Kapitaal 1 271 1 271
Agio 18 18
Reserves 1 948 1 951
Overgedragen winst 3 447 3 513
Kapitaalsubsidies 0 1
Voorzieningen en uitgestelde belastingen 324 360
Financiële schulden 6 122 6 641
- op meer dan één jaar 1 999 2 301
- op ten hoogste één jaar 4 123 4 340
Handelsschulden 119 152
Overige schulden 310 316
Overlopende en uitgestelde winst 115 146
Totaal van de passiva 13 674 14 368

Verkorte jaarrekening van Solvay nv

Miljoen EUR 2010 2011
Bedrijfsopbrengsten 903 982
Omzet 427 485
Andere bedrijfsopbrengsten 476 497
Bedrijfskosten -973 -1 178
Bedrijfsresultaat -70 -196
Financiële kosten en opbrengsten 281 278
Winst uit de gewone bedrijfsuitoefening vóór belasting 211 82
Uitzonderlijke resultaten 2 543 209
Resultaat van het boekjaar vóór belasting 2 754 291
Belastingen 28 34
Resultaat van het boekjaar 2 782 325
Overboeking naar (-) / Onttrekking aan (+) de belastingvrije - -
reserves
Te bestemmen winst van het boekjaar 2 782 325

Verslag van de commissaris

over de geconsolideerde jaarrekening afgesloten op 31 december 2011 gericht tot de algemene vergadering van aandeelhouders

Aan de aandeelhouders

Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen, brengen wij u verslag uit in het kader van het mandaat van commissaris dat ons werd toevertrouwd. Dit verslag omvat ons oordeel over de geconsolideerde jaarrekening evenals de vereiste bijkomende vermelding.

Verklaring over de geconsolideerde jaarrekening zonder voorbehoud

Wij hebben de controle uitgevoerd van de geconsolideerde jaarrekening van Solvay NV ("de vennootschap") en haar dochterondernemingen (samen "de groep"), opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards zoals aanvaard binnen de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften. Deze geconsolideerde jaarrekening bestaat uit de geconsolideerde balans op 31 december 2011, de geconsolideerde winst- en verliesrekening, het geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat, het geconsolideerde mutatieoverzicht van het eigen vermogen en het geconsolideerde kasstroomoverzicht voor het boekjaar eindigend op die datum, alsmede een overzicht van de belangrijkste gehanteerde grondslagen voor fi nanciële verslaggeving en toelichtingen. Het geconsolideerde balanstotaal bedraagt 19 437 miljoen EUR en de geconsolideerde winst (aandeel van de groep) van het boekjaar bedraagt 247 miljoen EUR.

De jaarrekening van een aantal belangrijke vennootschappen opgenomen in de consolidatiekring, met een balanstotaal van 10 223 miljoen EUR en met een totale winst van het boekjaar van 22 miljoen EUR werden gecontroleerd door andere revisoren. Onze verklaring over de hierbijgevoegde geconsolideerde jaarrekening is, voor zover deze betrekking heeft op bedragen betreffende deze vennootschappen, gesteund op de verslagen van deze andere revisoren.

Het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening valt onder de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur. Deze verantwoordelijkheid omvat onder meer: het ontwerpen, implementeren en instandhouden van een interne controle met betrekking tot het opstellen en de getrouwe weergave van de geconsolideerde jaarrekening zodat deze geen afwijkingen van materieel belang, als gevolg van fraude of van fouten, bevat, het kiezen en toepassen van geschikte waarderingsregels en het maken van boekhoudkundige ramingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn.

Het is onze verantwoordelijkheid een oordeel over deze geconsolideerde jaarrekening tot uitdrukking te brengen op basis van onze controle. Wij hebben onze controle uitgevoerd overeenkomstig de wettelijke bepalingen en volgens de in België geldende controlenormen, zoals uitgevaardigd door het Instituut van de Bedrijfsrevisoren. Deze controlenormen vereisen dat onze controle zo wordt georganiseerd en uitgevoerd dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de geconsolideerde jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.

Overeenkomstig deze controlenormen, hebben wij controlewerkzaamheden uitgevoerd ter verkrijging van controleinformatie over de in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen bedragen en toelichtingen. De selectie van deze controlewerkzaamheden is afhankelijk van onze beoordeling welke een inschatting omvat van het risico dat de geconsolideerde jaarrekening afwijkingen van materieel belang bevat als gevolg van fraude of van fouten. Bij het maken van onze risico-inschatting houden wij rekening met de bestaande interne controle van de groep met betrekking tot het opstellen en de getrouwe weergave van de geconsolideerde jaarrekening ten einde in de gegeven omstandigheden de gepaste werkzaamheden te bepalen maar niet om een oordeel over de effectiviteit van de interne controle van de groep te geven. Wij hebben tevens de gegrondheid van de waarderingsregels, de redelijkheid van de boekhoudkundige ramingen gemaakt door de vennootschap, alsook de voorstelling van de geconsolideerde jaarrekening als geheel beoordeeld. Ten slotte hebben wij van de raad van bestuur en van de verantwoordelijken van de vennootschap de voor onze controlewerkzaamheden vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie, samen met de verslagen van andere revisoren waarop wij gesteund hebben, een redelijke basis vormt voor het uitbrengen van ons oordeel.

Financiën

Naar ons oordeel, en op basis van de verslagen van de andere revisoren, geven de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van de fi nanciële toestand van de groep per 31 december 2011, en van haar resultaat en kasstromen voor het boekjaar eindigend op die datum, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards zoals aanvaard binnen de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften.

Bijkomende vermelding

Het opstellen en de inhoud van het geconsolideerde jaarverslag vallen onder de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur.

Het is onze verantwoordelijkheid om in ons verslag de volgende bijkomende vermelding op te nemen die niet van aard is om de draagwijdte van onze verklaring over de geconsolideerde jaarrekening te wijzigen:

• Het geconsolideerde jaarverslag behandelt de door de wet vereiste inlichtingen en stemt overeen met de geconsolideerde jaarrekening. Wij kunnen ons echter niet uitspreken over de beschrijving van de voornaamste risico's en onzekerheden waarmee de groep wordt geconfronteerd, alsook van haar positie, haar voorzienbare evolutie of de aanmerkelijke invloed van bepaalde feiten op haar toekomstige ontwikkeling. Wij kunnen evenwel bevestigen dat de verstrekte gegevens geen onmiskenbare inconsistenties vertonen met de informatie waarover wij beschikken in het kader van ons mandaat.

Diegem, 16 februari 2012

De commissaris

DELOITTE Bedrijfsrevisoren / Reviseurs d'Entreprises BV o.v.v.e. CVBA / SC s.f.d. SCRL Represented by Eric Nys

Verklaring inzake deugdelijk bestuur

Dit document is een bijlage bij het verslag van de Raad van Bestuur

Jaarverslag Solvay 2011

Inhoudstafel

Referentiecode en inleiding p. 185
1. Juridische structuur en aandeelhouders van Solvay nv p. 185
2. Beleid inzake maatschappelijk kapitaal en dividend
2.1. Beleid inzake maatschappelijk kapitaal
2.2. Dividendbeleid
p. 186
3. Algemene Aandeelhoudersvergadering
3.1. Plaats en datum
3.2. Agenda
3.3. Werkwijze voor de oproep tot deelname
3.4. Deelneming en volmachten
3.5. Procedure
3.6. Documentatie
p. 188
4. Raad van Bestuur
4.1. Functie en opdracht
4.2. Werking en vertegenwoordiging
4.3. Samenstelling
4.4. Evaluatie en vorming
4.5. Comités
p. 191
5. Uitvoerend Comité
5.1. Functie en opdracht
5.2. Delegatie
5.3. Samenstelling
5.4. Frequentie, voorbereiding en verloop van de vergaderingen
p. 198
6. Verslag over de vergoedingen p. 200
7. Rol van de Voorzitters in de harmonische samenwerking
van de Raad van Bestuur met het Uitvoerend Comité
p. 204
8. Voornaamste kenmerken van de systemen voor risicomanagement
en interne controle
p. 204
9. Externe audit p. 206
10. Gedragscode p. 206
11. Preventie van het misbruik van voorkennis p. 207
12. Interne organisatie van de Solvay-groep p. 207
13. De relatie met aandeelhouders en beleggers p. 207
Bijlagen:
1. Het Auditcomité – Mission Statement p. 209
2. Het vergoedingsbeleid voor de Algemeen Directeuren p. 210

Deugdelijk Bestuur

Referentiecode en inleiding

De Solvay-groep heeft de Belgische Corporate Governance Code 2009 aangenomen als zijn referentie inzake goed bestuur. Dit verslag stelt de toepassing voor van de aanbevelingen uit deze Code volgens het principe pas toe of leg uit (comply or explain). De Belgische Corporate Governance Code in de ondernemingen, editie 2009, is te raadplegen op de GUBERNA internetsite (www.guberna.be).

Het opmerkelijkste feit van het jaar 2011 was de overname van de vennootschap Rhodia op 16 september en het begin van de integratie van haar activiteiten in de Solvay-groep. Het door de Solvay-groep uitgeoefende bestuur geldt het geheel van deze activiteiten met inbegrip van die van de Rhodia-sector. In bepaalde opzichten is de integratie nog niet helemaal doorgevoerd. Tijdens de integratieperiode zullen een aantal onderling verschillende processen, weliswaar met vergelijkbare doeleinden, naast elkaar bestaan. Het komt er nu op aan ze op een lijn te krijgen in de context van het bestuur van de Solvay-groep.

1. Juridische structuur en aandeelhouders van Solvay nv

1.1. Solvay nv is een naamloze vennootschap naar Belgisch recht. Haar maatschappelijke zetel is van de Prins Albertstraat 33 te 1050 Brussel, België overgeplaatst naar de Ransbeekstraat 310 te 1120 Brussel, zoals beslist door de Raad van Bestuur van 26 oktober 2011.

Haar statuten zijn na te lezen op de Solvay-internetsite: www.solvay.com.

Een buitengewone algemene vergadering van Solvay nv op 10 mei 2011 heeft het maatschappelijk doel van

de onderneming aangepast om het meer algemene geldigheid te geven, en tegelijk duidelijk te maken dat de vennootschap zich in de eerste plaats blijft richten op activiteiten in de chemie, met daarbij activiteiten rond de natuurlijke hulpbronnen, en om duidelijker aan te geven dat de vennootschap in deze participaties nastreeft.

1.2. De aandelen zijn ofwel op naam, ofwel gedematerialiseerd. Sinds 1 januari 2008 zijn er geen papieren aandelen (aan toonder) meer beschikbaar.

De aandelen aan toonder die al in een aandelendossier zaten, zijn automatisch geconverteerd in gedematerialiseerde aandelen. Ook heeft de algemene vergadering van 8 mei 2007 besloten dat de door de vennootschap uitgegeven aandelen aan toonder die uiterlijk op 30 juni 2011 niet waren ingeschreven als gedematerialiseerde aandelen of aandelen op naam in een effecten rekening, van rechtswege zullen worden omgezet in gedematerialiseerde aandelen.

Per 31 december 2011 bestond het kapitaal van Solvay nv uit 84 701 133 aandelen. Elk aandeel geeft recht op één stem (behalve de aandelen die Solvay nv of haar dochterondernemingen in bezit zouden hebben, waarvan het stemrecht is opgeheven). Het gaat uitsluitend om gewone aandelen en ze zijn allemaal gelijk.

Het aandeel wordt genoteerd op de NYSE Euronext Brussel. Het wordt sinds 23 januari 2012 ook genoteerd op NYSE Euronext in Parijs. Het komt voor in een aantal indexen:

  • Euronext 100, met de 100 eerste Europese ondernemingen genoteerd op NYSE EURONEXT, waarop Solvay de 65e plaats inneemt (0,4% van de index) (per 31 december 2011).
  • de BEL 20, index gebaseerd op

de 20 belangrijkste op Euronext Brussel genoteerde aandelen. Op 31 december 2011 vertegenwoordigt Solvay ongeveer 7,6% van de waarde van deze index (5e plaats in de rangorde). De Solvayaandelen vallen onder Chemicals

  • Specialties van de sectorale index van Euronext Brussels.
  • de indexen DJ Stoxx, DJ Euro Stoxx, FTSE 300, FTSE-4Good, MSCI…

Sinds 15 februari 2007 heeft Solvay Stock Option Management bvba de Bank Rothschild & Cie, in het kader van een liquiditeitscontract gemandateerd om de liquiditeit van het aandeel op Euronext Brussel te verbeteren. Dit mandaat is in 2011 geldig gebleven.

1.3. De grootste aandeelhouder van Solvay nv is de vennootschap Solvac nv. Per 31 december 2011 bezat die iets meer dan 30% van het kapitaal en van de stemmen. Solvac nv heeft ad hoc transparantieverklaringen afgelegd telkens wanneer het een drempel bereikte waarop het daartoe wettelijk of statutair verplicht was. Solvac heeft ook de door de wet vereiste kennisgeving gedaan betreffende het Openbaar Bod tot Aankoop. Solvac nv is een naamloze vennootschap naar Belgisch recht, waarvan de aandelen worden genoteerd op NYSE Euronext Brussel.

Enkel fysieke personen kunnen aandeelhouder zijn en de aandelen zijn uitsluitend op naam. Een zeer grote meerderheid van deze aandeelhouders (voor 80% van het kapitaal) zijn leden van de families die Solvay nv hebben opgericht.

Voorts bezat Solvay Stock Option Management bvba op 31 december 2011, 4,13% van de door Solvay nv uitgegeven aandelen (3 284 625 aandelen), met name bedoeld voor de dekking van het aandelenoptieprogramma van Solvay (meer bijzonderheden in 2.1. Maatschappelijk kapitaal).

Op 17 februari 2012 overschreed de participatie de 3%-drempel neerwaarts tot 2,81%.

De recentste transparantieverklaringen zijn na te lezen op de internetsite www.solvay.com.

De overige aandelen zijn in het bezit van:

  • individuele aandeelhouders die een directe participatie hebben in Solvay nv zonder evenwel alleen of samen met anderen de initiële drempel van 3% aandelenbezit te bereiken vanaf waar een kennisgeving omwille van de transparantie vereist is;
  • de Europese en internationale institutionele beleggers van wie het aantal en de belangstelling af te leiden zijn uit de intense contacten tijdens de vele roadshows, uit de regelmatige publicaties van analisten en uit het aantal in de afgelopen jaren op de beurs verhandelde aandelen (op Euronext gemiddeld 247 000 aandelen per dag in 2011 en 182 000 aandelen in 2010).

De onderneming is ervan op de hoogte gebracht dat individuele aandeelhouders onderling overleg willen kunnen plegen als de Raad van Bestuur vragen van groot strategisch belang voorlegt aan de algemene vergadering Ieder van deze aandeelhouders is volledig vrij om te stemmen zoals hij/zij wil.

1.4. Op de algemene vergadering van mei 2010 en die van mei 2011 vertegenwoordigden de aandeelhouders met hun stemmen gemiddeld 46% van het kapitaal van Solvay nv.

1.5. Per 31 december 2011 had Solvay nv geen enkele participatie waarvoor een wettelijke of statutaire transparantieverklaring vereist was.

2. Beleid inzake maatschappelijk kapitaal en dividend

2.1. Beleid inzake maatschappelijk kapitaal

2.1.1. Sinds haar beursintroductie en haar omvorming tot naamloze vennootschap in 1969, heeft de onderneming nooit haar aandeelhouders publiek opgeroepen om haar kapitaal te verhogen. Ze heeft de nodige fi nanciële middelen uit haar winst gehaald, waarvan ze slechts een deel uitkeert (zie later: dividendbeleid).

2.1.2. De buitengewone algemene vergadering van 12 mei 2009 heeft de Raad van Bestuur de toelating verleend voor een periode van vijf jaar, en vanaf deze datum, op de beurs aandelen te verwerven of over te dragen voor maximaal 20% van het kapitaal (hetzij 16 940 000 aandelen) tegen een koers tussen 20 EUR en 150 EUR. In 2011 heeft de Raad van deze mogelijkheid heel beperkt gebruik gemaakt voor een liquiditeitscontract (zie punt 1.2. hierboven) en om de verplichtingen te dekken inzake aandelenopties (zie punt 2.1.3. hieronder), alsook in het kader van een programma voor belegging in eigen aandelen dat begin 2010 werd ingevoerd en eind 2011 kwam te vervallen. De 880 766 eigen aandelen die Solvay nv in dit verband had aangekocht, zijn overgedragen aan Solvay Stock Option Management bvba voor de dekking van aandelenopties.

2.1.3. Sedert december 1999 heeft de onderneming een jaarlijks programma van aandelenopties ten bate van de leiders van de Groep overal ter wereld.

Het programma wordt gefi nancierd met de eigen aandelen die de Solvaygroep op de beurs terugkoopt. Sedert januari 2007 staat Solvay Stock Option Management bvba hiervoor in. Dit dekkingsprogramma is voor een periode van vijf jaar goedgekeurd door de buitengewone algemene vergadering van 12 mei 2009.

Aandelenoptieplan

Uitgiftedatum Uitoefenprijs (in EUR) Uitoefenperiode Aanvaardingsgraad
2000 58,21 02/2004-12/2008 98,9%
2001 62,25 02/2005-12/2009 98,6%
2002 63,76 02/2006-12/2010 98,4%
2003 65,83 02/2007-12/2011 97,3%
2004 82,88 02/2008-12/2012 96,4%
2005 97,30 02/2009-12/2013 98,8%
2006 109,09 02/2010-12/2014 97,2%
2007 96,79 01/2011-12/2015 97,6%
2008 58,81 01/2012-12/2016 96,9%
2009 72,34 01/2013-12/2017 98,2%
2010 76,49 01/2014-12/2018 98,1%
2011 65,71 01/2015-12/2019 93,8%

Jaarverslag Solvay 2011

Deugdelijk Bestuur

Op 31 december 2011 bedroeg het aantal door Solvay nv uitgegeven aandelen in bezit van Solvay Stock Option Management bvba 4,13% (3 284 635 aandelen) van het maatschappelijk kapitaal. Op 17 februari 2012 overschreed de participatie de 3%-drempel neerwaarts tot 2,81%.

Het recentste jaarprogramma van aandelenopties (uit te oefenen van 1 januari 2015 tot 13 december 2019) werd eind 2011 voorgelegd aan ongeveer 200 topmanagers van de Groep tegen een uitoefenprijs van 65,71 EUR per aandeel. Dit bedrag is het gemiddelde van de slotkoersen van het Solvay-aandeel op Euronext tijdens de 30 dagen voorafgaand aan het optieaanbod. Deze opties werden voor 93,8% door deze leidinggevenden aanvaard.

In 2011 zijn voor een totaal van 480 577 dergelijke aandelenopties uitgeoefend, waarbij op te merken is dat de opties in principe gedurende 5 jaar1 na een bevriezing van drie jaar kunnen worden uitgeoefend. In totaal ziet de uitoefening van de aandelenopties er over de jaren als volgt uit:

  • Aandelenoptieplan 2000: 12 300 aandelen
  • Aandelenoptieplan 2001: 18 900 aandelen
  • Aandelenoptieplan 2002: 14 800 aandelen
  • Aandelenoptieplan 2003: 180 800 aandelen
  • Aandelenoptieplan 2004: 182 277 aandelen
  • Aandelenoptieplan 2005: 55 700 aandelen
  • Aandelenoptieplan 2007: 15 800 aandelen

In de periode dat de Groep deze aandelen bezit, zijn stemrecht en recht op dividenduitkering van Solvay nv opgeschort.

In de context van de integratie van de vennootschap Rhodia in de Solvaygroep en om de toekenningsvoorwaarden van de aandelenopties te harmoniseren worden toekomstige aandelenoptieplannen uitgebreid tot een groter aantal begunstigden. De Raad van Bestuur heeft omwille van de integratie besloten het plan voor 2012 te vervroegen tot maart.

Op te merken valt hier nog dat in de

context van het openbaar overnamebod van Solvay op de aandelen van Rhodia SA liquiditeitscontracten zijn afgesloten met personeelsleden die recht hadden op gratis aandelen of opties op Rhodia-aandelen, zodat deze begunstigden hun recht konden behouden en ze hun Rhodia-aandelen gedurende een bepaalde periode konden afstaan na de beëindiging van het openbaar overnamebod.

2.1.4. De Raad van Bestuur heeft tijdens zijn zitting van 14 december 2011 het jaarlijks aandelenoptieplan ten gunste van zowat 200 topkaders in gang gezet.

Onder hen de leden van het Uitvoerend Comité met onder meer Christian Jourquin en Bernard de Laguiche die ook Bestuurders zijn. Laatstgenoemden hielden zich om ethische redenen afzijdig bij het overleg van de Raad van Bestuur toen die het over de hen betreffende aandelenopties had.

De Raad van Bestuur heeft hun onthoudingsverklaring geacteerd, verwijzend naar Artikel 523 §3 al. 2 van het Wetboek van Vennoot-

  1. Op 8 jaar gebracht voor begunstigden die in België verblijven voor de aandelenoptieplannen van 1999 tot 2002 inbegrepen. Op 10 jaar gebracht voor begunstigden die in België verblijven voor de aandelenoptieplannen van 2005 tot 2007 inbegrepen.

187

Evolutie van het brutodividend van Solvay, van 1992 tot 2011 (in EUR)

schappen dat handelt over gewone verrichtingen die gebeuren onder normale voorwaarden en normale marktwaarborg voor verrichtingen van dezelfde aard. Christian Jourquin en Bernard de Laguiche hebben respectievelijk 25 000 en 20 000 aandelen aanvaard. Op zijn verzoek is het aantal in 2011 aan de Voorzitter van het Uitvoerend Comité toekomende aandelenopties beperkt tot dat van vorig jaar.

2.1.5. Los van de toelating waarvan sprake in paragraaf 2.1.2. hierboven en om zichzelf te verdedigen kan de vennootschap haar eigen aandelen terugkopen tot 20% van het onderschreven kapitaal. Ze hoeft daarbij geen rekening te houden met een plafond- of maximale koers of met een bodemkoers. Die mogelijkheid bestaat wanneer ernstige beschadiging dreigt, bijvoorbeeld in geval van een vijandig overnamebod. De buitengewone algemene vergadering heeft deze procedure in mei 2011 met drie jaar verlengd.

2.2. Dividendbeleid

2.2.1. Het beleid van de Raad van Bestuur bestaat erin de algemene vergadering van de aandeelhouders voor te stellen het dividend te verhogen telkens wanneer dit mogelijk is en het als het kan ook nooit te verminderen. Deze politiek wordt nu al vele jaren volgehouden. De grafi sche voorstelling pagina 187 geeft een overzicht van de voorbije 20 jaar.

2.2.2. De uitbetaling van het jaarlijks dividend gebeurt in twee schijven in de vorm van een voorschot en een saldo. Inzake het voorschot heeft de Raad van Bestuur in oktober 2006 besloten de methode om dit te bepalen aan te passen. Vanaf 2006 neemt deze methode 40% (afgerond) van het dividend van het vorige boekjaar als uitgangspunt en houdt ze ook rekening met de resultaten van de eerste negen maanden van

het lopende boekjaar.

Als gevolg hiervan heeft de Raad van Bestuur van 26 oktober 2011 voor het boekjaar 2011 een voorschot op het nettodividend goedgekeurd van 0,90 EUR per aandeel (1,20 EUR bruto vóór de Belgische bevrijdende roerende voorheffi ng van 25%). Dit dividendvoorschot (coupon nr. 89), betaald op 19 januari 2012 dient afgerekend te worden op het hele dividend voor het boekjaar 2011, voorgesteld door de Raad van Bestuur van 15 februari 2012.

Wat het saldo betreft stelt de Raad van Bestuur bij de opmaak van de jaarrekening een dividend voor aan de gewone algemene vergadering dat in de lijn ligt van het zonet geschetste beleid.

Het tweede deel van het dividend, of het saldo na aftrek van het voorschot, dient uitbetaald te worden in de loop van de maand mei.

Voor het boekjaar 2011 bedraagt het netto dividend dat aan de algemene vergadering van 8 mei 2012 wordt voorgesteld 2,30 EUR per aandeel, (3,0667 EUR bruto per aandeel), gelijk aan dat van 2010.

Rekening houdend met het voorschot op het dividend dat uitbetaald werd op 19 januari 2012 (netto 0,90 EUR per aandeel – coupon nr. 89), zal het saldo (of 1,40 EUR netto per aandeel) uitbetaald worden vanaf 10 mei 2012 (coupon nr. 90).

2.2.3. Aandeelhouders die opteerden voor aandelen op naam krijgen het voorschot en het saldo van het dividend automatisch en gratis door overschrijving op de opgegeven bankrekening en dit op de datum van de uitvoering van de betaling. Aandeelhouders die gedematerialiseerde aandelen hebben, krijgen hun dividend via hun bank of op de manier en volgens de regeling die zij verkiezen.

De coupons voor dividendvoorschot en saldo worden uitbetaald door de KBC Bank nv en CBC Banque nv: • KBC Bank nv, Havenlaan 2 –

1080 Brussel (België)

• CBC Banque nv, Grote Markt 5 – 1000 Brussel (België)

2.2.4. De vennootschap heeft geen VVPR-aandelen omdat het grootste deel van haar kapitaal al werd samengesteld vóór dit voor dividenden fi scaal gunstige regime werd ingevoerd.

Tot op heden heeft ze geen optioneel dividend aan haar aandeelhouders voorgesteld, een dividend dat in nieuwe aandelen wordt uitbetaald en niet in speciën. Voor de keuze van een optioneel dividend bestaat in België trouwens geen enkele aanmoediging in de vorm van een fi scaal of fi nancieel voordeel voor de aandeelhouders.

3. Algemene Aandeelhoudersvergaderingen

Op te merken valt dat de wet van 20 december 2010 – betreffende de uitoefening van bepaalde rechten van aandeelhouders in beursgenoteerde vennootschappen – de schikkingen heeft gewijzigd in verband met de organisatie van algemene vergaderingen. De statuten van Solvay nv zijn dan ook aangepast: deze wijzigingen zijn per 1 januari 2012 van kracht geworden.

De gewone algemene vergadering van Solvay nv van 8 mei 2012 wordt georganiseerd op basis van de nieuwe wettelijke schikkingen.

3.1. Plaats en datum

De jaarlijkse gewone algemene vergadering valt op de tweede dinsdag van de maand mei om 10.30 uur in de bedrijfszetel of op welke andere plaats ook die vermeld staat in de oproepingsbrief.

Is een buitengewone algemene vergadering nodig, dan probeert de Raad van Bestuur die onmiddellijk voor of na de gewone algemene

Deugdelijk Bestuur

vergadering te doen plaatsvinden.

3.2. Agenda

Het is de Raad van Bestuur die de algemene vergadering bijeenroept. Diezelfde Raad stelt ook de agenda op. Nochtans kunnen ook de aandeelhouders vragen om een algemene vergadering te organiseren of zijn agenda op te stellen, als ze samen 20% van het kapitaal vertegenwoordigen, zoals de Belgische wet dit bepaalt.

Een of meer aandeelhouders die samen ten minste 3% van het kapitaal controleren kunnen ook vragen bepaalde punten toe te voegen aan de agenda van de algemene vergadering. Ze kunnen ook voorstellen indienen in verband met toe te voegen of reeds ingeschreven agendapunten voor de reeds bijeengeroepen vergadering, dit overeenkomstig de bepalingen in de vennootschapswet.

De agenda van de gewone algemene vergadering vermeldt gewoonlijk volgende onderwerpen:

  • het verslag van de Raad van Bestuur over het boekjaar met inbegrip van het verslag over het goed bestuur (Corporate Governance) en het verslag over de vergoedingen;
  • het verslag van de Commissaris over het boekjaar;
  • de geconsolideerde rekening van het boekjaar;
  • de goedkeuring van de jaarrekening;
  • de bepaling van het dividend voor het betreffende boekjaar;
  • de ontheffi ng van de bestuurders en de commissaris voor het boekjaar;
  • de bepaling van het aantal bestuurders, van hen die onafhankelijk zijn, van de duur van hun mandaat en de rotatie van de vernieuwingen van mandaten;
  • de verkiezing van de bestuurders en de commissaris (verlenging van hun mandaat of nieuwe benoemingen);
  • het verslag over de vergoedingen

(hernomen in hoofdstuk 6 hierna), dat vooraf is meegedeeld aan de Ondernemingsraad, zoals door de wet bepaald;

  • de bepaling van het jaarlijks honorarium van de commissaris voor de externe audit en dit voor de duur van zijn mandaat;
  • de goedkeuring van de clausules voor de verandering van de controle over belangrijke contracten (bijvoorbeeld joint ventures).

Een buitengewone algemene vergadering is zeker vereist voor alle onderwerpen die te maken hebben met de inhoud van de statuten van de vennootschap. Wanneer de Raad van Bestuur een bijzonder verslag opstelt met het oog op een buitengewone algemene vergadering, dan wordt dit bijzonder verslag bij de uitnodiging gevoegd.

Het wordt ook op de website van de vennootschap gepubliceerd.

3.3. Werkwijze voor de oproep tot deelname

De oproep tot deelname aan de algemene vergadering vermeldt plaats, datum en uur van de vergadering, de agenda, de verslagen en de resolutievoorstellen voor elk agendapunt dat ter stemming wordt voorgelegd. Tenslotte vermeldt de oproep de procedure tot deelname aan de vergadering en voor het verstrekken van een volmacht.

De bezitters van aandelen op naam, krijgen op het adres dat ze hebben opgegeven hun oproep via de post, samen met de formulieren voor bevestiging van de deelname en voor het geven van een volmacht. Wie gedematerialiseerde aandelen bezit, wordt opgeroepen via de Belgische pers. Deze oproepen verschijnen in het Belgisch Staatsblad en ook in de fi nanciële pers, met name de Belgische Franstalige en Nederlandstalige media. De belangrijkste in België gevestigde banken krijgen ook de nodige documentatie om ze te bezorgen aan

de klanten die aandeelhouders van Solvay zijn.

3.4. Deelneming en volmachten

3.4.1. Sinds 1 januari 2012 is de inschrijvingsprocedure verplicht om aan de algemene vergadering te kunnen deelnemen en er te kunnen stemmen.

De aandeelhouder moet zorgen voor de registratie van zijn aandelen, uiterlijk tegen de 14e kalenderdag om 24.00 uur (Belgische tijd) die voorafgaat aan de bedoelde algemene vergadering.

Voor de bezitters van aandelen op naam verloopt deze procedure automatisch. De registratie van hun aandelen vloeit voort uit hun inschrijving in het register van aandelen op naam op de datum van de registratie.

De registratie van gedematerialiseerde aandelen gebeurt door inschrijving op de rekening van een erkende rekeninghouder of van een vereffeningsinstelling.

De aandeelhouders worden toegelaten tot de algemene vergaderingen en kunnen er hun stemrecht uitoefenen met de aandelen die de wettelijke registratieprocedure hebben ondergaan. Hierbij wordt geen rekening gehouden met het aantal aandelen dat zij op de dag van de betreffende algemene vergadering bezitten.

3.4.2. De aandeelhouders dienen voorts aan de vennootschap en wanner dit nodig is aan de persoon die zij hiertoe hebben aangewezen uiterlijk op de zesde kalenderdag voor de algemene vergadering laten weten dat zij er wensen aan deel te nemen.

De bezitters van aandelen op naam dienen de vennootschap de originele en ondertekende versie van het bij de oproepingsbrief gevoegd deelnameformulier toe te sturen.

Wie gedematerialiseerde aandelen bezit moet de vennootschap een getuigschrift van de erkende rekeninghouder of de erkende vereffeningsinstelling bezorgen. Daarin dient het aantal van de op zijn/haar naam op hun rekening ingeschreven aandelen vermeld te staan op de datum van de registratie, op basis waarvan de aandeelhouder verklaart aan de algemene vergadering te willen deelnemen.

Meer bijzonderheden over de voorwaarden tot deelname aan de Algemene Vergadering zullen ter attentie van de aandeelhouders op de internetsite van de vennootschap geplaatst worden. (http://www.solvay.com/EN/ Investors/Corporategovernance/ ShareholdersMeetings.aspx).

3.4.3. Gebruikmaking van het stemrecht voor aandelen in onverdeeldheid of opsplitsing (vruchtgebruik/naakte eigendom) of van aandelen die het bezit zijn van een minderjarige of een persoon die juridisch onbekwaam is, gebeurt volgens bijzondere wettelijke en statutaire regels. Op basis van deze regels kan men de enige vertegenwoordiger aanwijzen die van het stemrecht gebruik mag maken. Blijkt dit onmogelijk, dan wordt het stemrecht opgeschort tot de vertegenwoordiger is aangewezen.

3.4.4. De aandeelhouders nemen zelf deel aan de stemming tijdens de algemene vergadering of verlenen hiertoe een volmacht. De vorm van de volmacht is bepaald door de Raad van Bestuur en is beschikbaar op de internetsite van de vennootschap van zodra de oproep tot deelname aan de algemene vergadering is verspreid. De volmachten dienen bezorgd op het aangegeven adres of eventueel naar het in de oproeping vermelde elektronisch adres te worden gestuurd en dit uiterlijk tegen de zesde kalenderdag voorafgaand aan de algemene vergadering.

Anders dan voorheen het geval was, dient de gemandateerde nu geen aandeelhouder van de vennootschap meer te zijn.

Wanneer bepaalde aandeelhouders van hun recht gebruik maken om punten of voorstellen aan de agenda van een algemene vergadering toe te voegen, blijven de reeds aan de vennootschap gemelde volmachten geldig voor alle onderwerpen die ze bestrijken. Wat de nieuwe punten betreft is het aangewezen de beschikkingen hieromtrent te raadplegen in het Wetboek van de Vennootschappen.

De gemandateerde mag niet afwijken van de specifi eke steminstructies die een aandeelhouder hem gegeven heeft, behalve voor de uitzonderingen voorzien in de vennootschapswet.

Bij gebrek aan specifi eke instructies per agendapunt kan het voorkomen dat zich voor de gemandateerde een potentieel belangenconfl ict met zijn opdrachtgever voordoet in de zin van artikel 547 bis, §4 van de vennootschapswet. In dat geval zal de gemandateerde niet kunnen stemmen.

Met ongeldige volmachten wordt geen rekening gehouden. De onthoudingen die formeel tijdens de stemming of op het volmachtdocument worden uitgedrukt, zullen als dusdanig worden geteld.

3.4.5. Elke aandeelhouder die voldoet aan de toelatingsvoorwaarden van de algemene vergadering heeft het recht schriftelijke vragen in te dienen betreffende de punten die de agenda vermeldt. Deze vragen kunnen per post naar de maatschappelijke zetel worden gestuurd of langs elektronische weg naar het e-mailadres dat op de oproepingsbrief staat. De schriftelijke vragen dienen ten laatste 6 kalenderdagen voor de datum van de algemene vergadering de vennootschap te bereiken.

3.5. Procedure

3.5.1. De Voorzitter van de Raad van Bestuur zit de algemene aandeelhoudersvergadering voor.

Is hij afwezig, dan fungeert de Ondervoorzitter als voorzitter of een Bestuurder die hiertoe volmacht kreeg van zijn collega's.

De Voorzitter leidt de discussie volgens de regels die in België gelden voor dergelijke vergaderingen. Hij ziet erop toe dat op de vragen die tijdens de Vergadering gesteld worden een antwoord komt. Tegelijk zorgt hij ervoor dat de agenda wordt gerespecteerd, met inachtneming van de verplichtingen inzake de vertrouwelijkheid.

Hij benoemt de secretaris van de vergadering, gewoonlijk de Secretaris-Generaal van de vennootschap, en wijst twee aandeelhouders aan als stemopnemers.

3.5.2. Een resolutie op een gewone algemene vergadering wordt aanvaard bij gewone meerderheid van de stemmen uitgebracht door de aanwezige of vertegenwoordigde aandeelhouders. Als regel geldt dat één aandeel één stem waard is.

3.5.3. Voor de buitengewone algemene vergadering respecteert de vennootschap de wettelijke regels inzake quorum en bepaling van de meerderheid.

3.5.4. Gewoonlijk is de stemming publiek en gebeurt ze bij handopsteking of elektronisch. De telling gebeurt onmiddellijk en het resultaat van elke stemming wordt prompt meegedeeld. In uitzonderlijke gevallen is een schriftelijke geheime stemming mogelijk, als het gaat om de positie van een persoon die in vraag wordt gesteld. Tot op heden is nooit om deze procedure gevraagd. De buitengewone algemene vergadering van 9 mei 2006 heeft deze statutaire regel gewijzigd en een minimumdrempel van 1% van het kapitaal ingevoerd voor een individuele aandeelhouder of verscheidene aandeelhouders die samenwerken, en dit uitsluitend als er verscheidene kandidaten zijn voor hetzelfde mandaat.

Het verslag van de algemene

Deugdelijk Bestuur

vergadering wordt opgesteld en de aandeelhouders keuren het op het einde van de bijeenkomst goed. De Voorzitter, de secretaris, de stemopnemers en de aandeelhouders die het wensen ondertekenen het verslag. Bij een buitengewone algemene vergadering wordt van een notariële akte opgemaakt als verslag.

3.5.5. Het verslag met het resultaat van de stemmingen wordt gepubliceerd op de website van de vennootschap (www.solvay.com) en dit interlijk op de 15e kalenderdag na de algemene vergadering.

De verslagen van de meest recente aandeelhoudersvergaderingen zijn ook raadpleegbaar op de hoger vermelde internetsite.

Aandeelhouders kunnen afschriften of offi ciële uittreksels krijgen. Hun aanvraag dient wel de handtekening te dragen van de Voorzitter van de Raad van Bestuur.

3.6. Documentatie

De documenten in verband met de algemene vergaderingen (oproep tot deelname, agenda, volmachten, bevestiging van deelname, speciaal verslag van de Raad van Bestuur, enz…) zijn elk jaar raadpleegbaar op www.solvay.com, en dit vanaf de dag waarop de oproep tot deelname wordt rondgestuurd en op zijn minst tot de algemene vergadering heeft plaatsgevonden.

De documenten zijn beschikbaar in het Frans en het Nederlands. Dat zijn de offi ciële versies. Er is ook een offi cieuze vertaling in het Engels.

4. Raad van Bestuur

4.1. Functie en opdracht

De Raad van Bestuur is het hoogste bestuursorgaan van de vennootschap. De wet geeft hem macht over alles wat wettelijk of statutair niet tot de bevoegdheid van de algemene vergadering behoort. In het geval van Solvay nv heeft de Raad van Bestuur

zich een aantal essentiële domeinen voorbehouden en zijn andere bevoegdheden gedelegeerd aan een Uitvoerend Comité (zie verder). De Raad heeft dus niet gekozen voor de oprichting van een directiecomité naar Belgisch recht.

De kernbevoegdheden die de Raad van Bestuur zich voorbehoudt zijn hoofdzakelijk de volgende:

  1. De exclusieve bevoegdheden van de Raad, zoals bepaald door de wet of de statuten, zoals (bij wijze van voorbeeld):

  2. het opstellen en aanvaarden van de tussentijdse geconsolideerde rekeningen en die van Solvay nv (de driemaandelijkse –alleen geconsolideerd- de halfjaarlijkse en de jaarlijkse) alsook de hieraan verbonden communicatie;

  3. het toepassen van de boekhoudkundige normen (meer bepaald de IFRS-normen voor de geconsolideerde rekeningen en de Belgische normen voor de rekening van Solvay nv)
  4. de oproep tot deelname aan de algemene vergadering, het bepalen van de agenda en van de resolutievoorstellen waarover de algemene aandeelhoudersvergadering zich zal dienen uit te spreken (bijvoorbeeld in verband met de vennootschappelijke jaarrekening, het dividend, wijziging van de statuten, enz…).

  5. Het bepalen van het beleid en van de belangrijke strategische keuzes van de Groep.

  6. De goedkeuring van het referentiekader voor de interne controle en het risicobeheer.

  7. De goedkeuring van de budgetten en van het plan, met inbegrip van de investeringen, O&O en de fi nanciële doelstellingen.

  8. De aanwijzing van de Voorzitter en van de leden van het Uitvoerend Comité, van de Algemeen Directeuren en van de Secretaris-Generaal. Dit omvat ook de omschrijving van hun opdracht en de bepaling van de bevoegdheden die aan het Uitvoerend Comité worden toevertrouwd.

  9. Het toezicht op het Uitvoerend Comité en de goedkeuring van de beslissingen van dit Comité, voor zover de wetgeving dit vereist.

  10. De installatie binnen de Raad van Bestuur van het Voorzitterschap, het Ondervoorzitterschap, van een Auditcomité, van een Comité Verloning, een Benoemingscomité en een Comité van Financiën. Voorts de omschrijving van de opdracht van elk Comité, de samenstelling ervan en de duur van hun mandaat.

  11. De belangrijke beslissingen over overnames, sluitingen, het aangaan van joint ventures en van investeringen. De beslissingen waarmee bedragen van meer dan 50 miljoen EUR gemoeid zijn, worden beschouwd als belangrijke beslissingen.

  12. De bepaling van de vergoeding van de Voorzitter van het Uitvoerend Comité, van de leden van het Uitvoerend Comité en van de Algemeen Directeuren.

  13. Het vastleggen van interne regels van deugdelijk bestuur en compliance (het zich gedragen naar de regels, waarden en verwachtingen).

Voor de meeste aangelegenheden waarvoor hij exclusief bevoegd is, werkt de Raad van Bestuur nauw samen met het Uitvoerend Comité. Dit laatste heeft namelijk als taak de meeste voorstellen voor te bereiden waarover de Raad moet beslissen.

4.2. Werking en vertegenwoordiging

4.2.1. De leden van de Raad van Bestuur beschikken over de vereiste informatie om zich van hun functie te kwijten, dit door middel van dossiers die voor hen worden samengesteld op last van de Voorzitter en die de Secretaris-Generaal hen verscheidene dagen voor elke zitting bezorgt. Zij kunnen voor bijkomende informatie ook altijd terecht bij de Voorzitter van de Raad van Bestuur, de Voorzitter van het Uitvoerend Comité of de Secretaris-Generaal, al naargelang van de aard van hun vragen. De Raad van Bestuur mag ook beslissen om voor onderwerpen waarvoor hij bevoegd is een beroep te doen op externe experts indien hij dit wenselijk acht.

4.2.2. De vennootschap is tegen derden geldig vertegenwoordigd mits dubbele ondertekening door personen met volgende kwalifi catie: de Voorzitter van de Raad van Bestuur en/of de bestuurders die deel uitmaken van het Uitvoerend Comité. Voor beslissingen die vallen onder het dagelijks bestuur volstaat de handtekening van één bestuurder die ook lid is van het Uitvoerend Comité. Bevoegdheidsoverdracht kan overigens geval per geval gebeuren wanneer dit nodig is.

4.2.3. Onder voorbehoud van wat in punt 2.1.4 wordt uiteengezet (Artikel 523 van de vennootschapswet, pp. 187- 188) hebben de Bestuurders in 2011 geen belangenconfl icten meegemaakt die de toepassing van de wettelijke procedures zouden vereist hebben waarin het Wetboek van Vennootschappen in dergelijke gevallen voorziet. Er waren daarentegen wel enkele gevallen, waar een Bestuurder om etische redenen heeft afgezien van de beraadslaging of de stemming. Dit was bijvoorbeeld het geval voor de Bestuurders die lid zijn van het Uitvoerend Comité toen de Raad

besliste over de vernieuwing van hun mandaat.

4.3. Samenstelling

4.3.1. Aantal leden en samenstelling

Op 31 december 2011 bestond de Raad van Bestuur uit 16 leden en was als volgt samengesteld (zie p. 193).

4.3.2. Aloïs Michielsen vervulde in 2011 het Voorzitterschap van de Raad van Bestuur. Het Ondervoorzitterschap van de Raad van Bestuur is toevertrouwd aan Denis Solvay.

Aloïs Michielsen die in januari 2012 de leeftijdsgrens van 70 jaar bereikte, verlaat de Raad van Bestuur en dus ook het voorzitterschap ervan na de algemene vergadering van 8 mei 2012.

De Raad van bestuur heeft met eenparigheid van stemmen besloten Nicolas Boël te benoemen als opvolger van Aloïs Michielsen in de functie van Voorzitter van de Raad van Bestuur en dit met ingang van 9 mei 2012.

Op de gewone algemene vergadering van 10 mei 2011:

  • werden de mandaten van onafhankelijk bestuurder van Charles Casimir-Lambert en van Yves-Thibault de Silguy met vier jaar verlengd;
  • werd de onafhankelijkheid zoals bedoeld in de wet van 17 december 2008 van Evelyn du Monceau geacteerd. Zij is inderdaad al langer dan een jaar voormalig niet-uitvoerend bestuurder van Solvac nv (meer over de onafhankelijkheidscriteria in punt 4.3.4 hieronder).

Op de gewone algemene vergadering van 8 mei 2012 zal de Raad van Bestuur voorstellen:

  • het mandaat van bestuurder van Jean-Marie Solvay met vier jaar te verlengen;
  • Jean-Pierre Clamadieu tot bestuurder te verkiezen ter

vervanging van Aloïs Michielsen van wie hij het mandaat zal voltooien; zijn curriculum vitae wordt bij de oproep tot de gewone algemene vergadering gevoegd.

Ze zal ook akte nemen voor het ontslag van Christian Jourquin als lid van de Raad van Bestuur.

Duur van de mandaten en leeftijdsgrens

De bestuurders worden door de gewone algemene vergadering verkozen voor een termijn van vier jaar. Hun mandaat is verlengbaar.

Ook is een leeftijdsgrens bepaald, die valt op de dag van de eerste algemene aandeelhoudersvergadering die volgt op de 70ste verjaardag van het lid. Het lid geeft dan zijn mandaat op. Dit wordt dan overgenomen en volgemaakt door de opvolger die de algemene vergadering aanwijst.

4.3.3. Criteria voor de aanstelling

De Raad van Bestuur hanteert de volgende criteria wanneer hij de gewone algemene vergadering een kandidaat-bestuurder voorstelt:

  • de Raad let er op dat een ruime meerderheid van de bestuurders in de Raad geen uitvoerende bevoegdheid hebben. Op 31 december 2011 hadden 14 van de 16 bestuurders geen uitvoerende functie. Twee zijn lid van het Uitvoerend Comité (Christian Jourquin en Bernard de Laguiche);
  • de Raad ziet erop toe dat verreweg de meeste niet-uitvoerende bestuurders onafhankelijk zijn, volgens de wettelijk geldende criteria, eventueel met daarbovenop de maatstaven die de Raad van Bestuur terzake huldigt (zie verder voor onafhankelijkheidscriteria). Zo erkende de gewone algemene vergadering 9 op 14 niet-uitvoerende bestuurders als onafhankelijken per 31 december 2011;
  • hij zorgt ervoor dat de Raad van Bestuur zo wordt samengesteld dat hij de aandeelhouders echt vertegenwoordigt. Ook dienen de

192

Deugdelijk Bestuur

Geboorte
jaar
Jaar van 1e
benoeming
Solvay nv- mandaten en vervaldatum
bestuursmandaat
Diploma's en activiteiten buiten Solvay Deelname aan
vergaderingen
2011
(afhankelijk van
benoeming)
M. Aloïs Michielsen (B) 1942 1990 Voorzitter van de Raad van Bestuur,
Comités van Financiën en Verloning en
Burgerlijk Ingenieur Scheikunde en Licentiaat Toegepaste
Economische Wetenschappen (Université Catholique de
8/8
M. Denis Solvay (B) 1957 1997 Benoemingen tot en met 8 mei 2012
2014
Bestuurder,
ondervoorzitter van de Raad van
Bestuur tot en met 8 mei 2012, lid van
de Comités Verloning en Benoemingen
Louvain), Business Administration (University of Chicago).
Handelsingenieur (Université Libre de Bruxelles),
bestuurder van Eurogentec, bestuurder en lid van
het Directiecomité van Abelag Holding.
8/8
M. Christian
Jourquin (B) (*)
1948 2005 Voorzitter van het Uitvoerend Comité,
bestuurder en lid van het Comité
Financiën en gast van de Comités
Verloning en Benoemingen tot en met
10 mei 2012
Handelsingenieur (Université Libre de Bruxelles)
ISMP Harvard – VSA.
8/8
M. Bernard de Laguiche
(F/BR) (*)
1959 2006 2013
Lid van het Uitvoerend Comité,
bestuurder en lid van het Comité Financiën
Handelsingenieur, Lic. Oec. HSG (Universiteit van Sankt Gallen –
Zwitserland).
8/8
M. Jean-Marie Solvay (B) 1956 1991 2012
Bestuurder,
lid van de Innovation Board
Advanced Management Programme – Insead, CEO van
Albrecht RE Immobilien GmbH & Co. KG, Bestuurder
van Heliocentris GmbH & Co. KG (Duitsland).
8/8
Ridder Guy de Selliers
de Moranville (B)
1952 1993 2013
Bestuurder,
lid van het Comité Financiën en van
het Auditcomité
Burgerlijk Ingenieur mechanica, licentiaat Economische Wetenschappen
(Université Catholique de Louvain), Uitvoerend Voorzitter van Hatch Corporate
Finance (VK), lid van de Raad van Commissarissen en Voorzitter van het
Auditcomité van Advanced Metallurgical Group (Nederland), ondervoorzitter
van het Bestuurscomité van Ageas nv, voorzitter van de Raad van Bestuur
8/8
M. Nicolas Boël (B) 1962 1998 2013
Bestuurder,
lid van het Comité Benoemingen.
Per 9 mei 2012: Voorzitter van de Raad
van Bestuur. Voorzitter van de Comités
Financiën en Verloning
van Ageas UK en diverse andere mandaten in niet-genoteerde bedrijven.
Licentiaat Economische Wetenschappen (Université Catholique
de Louvain), Master of Business Administration (College of
William and Mary – VSA), bestuurder van Sofi na.
8/8
M. Jean van Zeebroeck (B) 1943 2002 2014
Onafhankelijk bestuurder,
lid van de Comités Verloning en
Benoemingen
Doctor in de Rechten en gediplomeerde in Bedrijfsadministratie
(Université Catholique de Louvain), Licentiaat Economisch Recht (Université
Libre de Bruxelles), Master of Comparative Law (University of Michigan –
VSA), General Counsel van 3B-Fibreglass.
8/8
M. Jean-Martin Folz (F) 1947 2002 2014
Onafhankelijk bestuurder,
lid van de Comités Verloning en
Benoemingen
Vanaf 9 mei 2012: Voorzitter van het Comité
Benoemingen
Ecole Polytechnique en Ingénieur des Mines (Frankrijk).
oud-voorzitter van PSA Peugeot-Citroën, voorzitter van Eutelsat,
bestuurder van Saint-Gobain, van de Société Générale, van Alstom
en Axa en lid van de Toezichtsraad van ONF-Participations.
7/8
Prof. Dr. Bernhard Scheuble
(D)
1953 2006 2014
Onafhankelijk bestuurder,
voorzitter van het Auditcomité
Master in nucleaire fysica en PhD Display Physics
(Universiteit Freiburg – Duitsland),
oud-voorzitter van het directiecomité van Merck KGaA (Darmstadt)
en oud-lid van de Raad van bestuur van E. Merck OHG.
8/8
M. Anton van Rossum (NL) 1945 2006 2014
Onafhankelijk bestuurder,
lid van het Auditcomité
Master in Economie en Bedrijfsbeheer (Erasmus-Universiteit Rotterdam).
Lid van de Raad van Bestuur van Crédit Suisse (Zürich), lid van
de Toezichtsraad van München RE (München), voorzitter van de
Toezichtsraad van Royal Vopak (Rotterdam), voorzitter van de
Toezichtsraad van de Erasmus-Universiteit (Rotterdam) en voorzitter
van het Nederlands Economisch Instituut (Rotterdam).
6/8
M. Charles Casimir
Lambert (B/CH)
1967 2007 2015
Onafhankelijk bestuurder,
lid van het Auditcomité
MBA Columbia Business School (New York)/London Business School
(Londen) – Licentiaat en Master (lic.oec.HSG) in Economie, Management
en Financiën (Universiteit van Sankt Gallen – Zwitserland).
Behartigt familiale belangen overal ter wereld.
8/8
Mw. Petra Mateos
Aparicio Morales (ES)
N/A 2009 2013
Onafhankelijk bestuurster,
lid van het Comité Financiën
Ph. D. in Economische Wetenschappen en Bedrijfsbeheer (Universidad
Complutense, Madrid - Spanje). Executive President van Hispasat (Spanje en
Internationaal). Hoogleraar in bedrijfsadministratie, UNED & CUNEF, Madrid.
8/8
Baron Hervé Coppens
d'Eeckenbrugge (B)
1957 2009 2013
Onafhankelijk bestuurder,
lid van het Comité Financiën
Licentiaat in de Rechten aan de Université van Louvain-la-Neuve;
gediplomeerde in Economische en Handelswetenschappen
aan het ICHEC, Brussel.
Bestuurder van vennootschappen van de Groep Petercam nv en
Afgevaardigd –Bestuurder van Petercam Institutional Bonds nv.
Bestuurder van Vital Renewable Energy Company LLC (Delaware).
8/8
M. Yves-Thibault
de Silguy (F)
1948 2010 2015
Onafhankelijk bestuurder,
lid van de Comités Vergoedingen
en Benoemingen
Licentiaat in de Rechten, Université de Rennes, DES publiek
Recht, Université de Paris I, gediplomeerde van het Institut
d'Etudes Politiques de Paris en de Ecole Nationale
d'Administration. Ondervoorzitter en expertbestuurder
van de VINCI-groep. Bestuurder van LVMH en voorzitter van de
Raad van Toezicht van Sofi sport (Frankrijk) en trustee
van de International Financial Reporting Standards (IFRS) Foundation
6/8
Mw. Evelyn du Monceau (B) 1950 2010 2013
Onafhankelijk Bestuurster, lid van de
Comités Verloning en Benoemingen
Licentiaat Toegepaste Economische Wetenschappen van de Université
Catholique de Louvain. Lid van de Raad van Bestuur van de Financière de
Tubize nv, ondervoorzitster van de Raad van Bestuur en voorzitster van het
Comité voor vergoedingen en benoemingen van UCB nv,. bestuurster van
FBNet Belgium, lid van de Stichting Commissie Corporate Governance, lid
van de Adviesraad raad van NYSE Euronext Brussel.
8/8

* Voltijds actief binnen de Solvay-groep.

bestuursleden samen als groep de vakbekwaamheid en de ervaring op vele domeinen hebben die nodig zijn voor de activiteiten van de Groep;

  • hij dient er ook op te letten dat de Raad van Bestuur internationaal is samengesteld en zo op gepaste wijze de geografi sche spreiding van de activiteiten van de Groep belichaamt. Op 31 december 2011 waren in de Raad van Bestuur zeven verschillende nationaliteiten vertegenwoordigd;
  • hij waakt er ook over dat de voorgestelde kandidaten tijd beschikbaar hebben om de hen toevertrouwde taak naar behoren te vervullen. In 2011 was de ijver van de leden om de zittingen van de Raad van Bestuur bij te wonen zeer groot (96%);
  • de Raad van Bestuur let er ook op geen kandidaat te selecteren die een uitvoerende functie heeft bij een concurrerend bedrijf of die betrokken was of is bij de externe audit van de Groep;
  • de wet en de statuten laten spontane kandidaturen toe voor het mandaat van bestuurder, voor zover ze ten minste 40 dagen voor de gewone algemene vergadering schriftelijk aan de vennootschap zijn bezorgd.

Conform de regelgeving, zal de Raad van Bestuur, die op 31 december 2011 uit 2 vrouwen en 14 mannen bestond, bij de komende vernieuwwingen op de verplichting toezien om minstens een derde vrouwen in de Raad op te nemen in de voorziene termijn.

De Voorzitter van de Raad van Bestuur verzamelt, in samenwerking met de Voorzitter van het Comité Benoemingen, de informatie die de Raad nodig heeft om na te gaan of aan de vermelde criteria voldaan wordt op het moment van de benoeming, bij de hernieuwing en tijdens de uitoefening van het mandaat.

4.3.4. Onafhankelijkheidscriteria

De Raad van Bestuur legt op basis van de Belgische wetgeving de criteria vast voor de beoordeling van de onafhankelijkheid van de bestuurders. De gewone algemene vergadering kan dan stemmen over de onafhankelijkheid van elk van de bestuurders, die volgens de Raad van Bestuur aan deze criteria voldoen.

De wettelijke criteria, zoals vermeld in artikel 526ter van de vennootschapswet, ingevoerd door de wet van 17 december 2008 (art. 16) zijn de volgende:

    1. gedurende een periode van vijf jaar voorafgaand aan de benoeming geen uitvoerend mandaat bekleed hebben in het bestuursorgaan of een functie van lid van het directiecomité of als afgevaardigde voor het dagelijks bestuur, noch bij de vennootschap en evenmin bij een vennootschap of persoon die hiermee banden heeft, in de betekenis die artikel 11 van de vennootschapswet hieraan geeft. De Raad van Bestuur heeft aan dit criterium een minimale wachtperiode van één jaar toegevoegd om door de algemene vergadering de onafhankelijkheid te doen erkennen van een niet-uitvoerend bestuurder van Solvac, die de Raad van Bestuur van deze vennootschap zou verlaten om toe te treden tot de Raad van Bestuur van Solvay;
    1. niet meer dan drie opeenvolgende mandaten als niet-uitvoerend bestuurder in de Raad van Bestuur hebben uitgeoefend, zonder dat dit tijdvak langer mag zijn dan twaalf jaar;
    1. gedurende een tijdvak van drie jaar voorafgaand aan zijn/haar benoeming, geen deel hebben uitgemaakt van het leidinggevend personeel in de zin van artikel 19, 2°, van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven, van de vennoot-

schap, of van een daarmee verbonden vennootschap of persoon zoals bepaald in artikel 11 van de vennootschapswet;

    1. geen vergoeding of ander belangrijk voordeel van vermogensrechtelijke aard ontvangen of hebben ontvangen van de vennootschap of van een daarmee verbonden vennootschap of persoon zoals bepaald in artikel 11 van de vennootschapswet, buiten de tantièmes en de vergoeding die hij/zij eventueel ontvangt of heeft ontvangen als niet-uitvoerend lid van het bestuursorgaan of lid van het toezichthoudende orgaan;
    1. a) geen maatschappelijke rechten bezitten die een tiende of meer vertegenwoordigen van het kapitaal, van het maatschappelijk fonds of van een categorie aandelen van de vennootschap; b) indien hij maatschappelijke rechten bezit die een quotum van minder dan 10% vertegenwoordigen:

a) mogen die maatschappelijke rechten samen met de maatschappelijke rechten die in dezelfde vennootschap worden aangehouden door vennootschappen waarover de onafhankelijk bestuurder controle heeft, geen tiende bereiken van het kapitaal, het maatschappelijk fonds of van een categorie aandelen van de vennootschap; of

b) mogen de daden van beschikking over die aandelen of de uitoefening van de daaraan verbonden rechten niet onderworpen zijn aan overeenkomsten of aan eenzijdige verbintenissen die het onafhankelijk lid van het bestuursorgaan heeft aangegaan;

c) in geen geval een aandeelhouder vertegenwoordigen die onder de voorwaarden valt van dit punt;

Deugdelijk Bestuur

    1. geen signifi cante zakelijke relatie hebben of in het afgelopen boekjaar hebben gehad met de vennootschap of met een daarmee verbonden vennootschap of persoon zoals bepaald in artikel 11 van de vennootschapswet, noch rechtstreeks noch als vennoot-aandeelhouder, lid van het bestuursorgaan of lid van het leidinggevend personeel in de zin van artikel 19, 2°, van de wet van 20 september 1948 houdende organisatie van het bedrijfsleven, van een vennootschap of persoon die een dergelijke relatie onderhoudt;
    1. in de voorbije drie jaren geen vennoot of werknemer zijn geweest van de huidige of vorige externe auditor van de vennootschap of van een daarmee verbonden vennootschap of persoon in de zin van artikel 11 van de vennootschapswet;
    1. geen uitvoerend lid zijn van het bestuursorgaan van een andere vennootschap waarin een uitvoerend bestuurder van de vennootschap zitting heeft in de hoedanigheid van niet-uitvoerend lid van het bestuursorgaan of als lid van het toezichthoudende orgaan, en geen andere belangrijke banden hebben met de uitvoerende bestuurders van de vennootschap uit hoofde van functies bij andere vennootschappen of organen;
    1. geen echtgenoot, wettelijk samenwonende partner of bloed- of aanverwanten tot de tweede graad hebben die in de vennootschap of in een daarmee verbonden vennootschap of persoon zoals bepaald in artikel 11 van de vennootschapswet, een mandaat bekleden van lid van het bestuursorgaan, lid van het directiecomité, persoon belast met het dagelijks bestuur of lid van het leidinggevend personeel, in de zin van artikel 19, 2° van de wet van 20 september 1948 houdende

organisatie van het bedrijfsleven, uitoefenen, of die zich bij een van de andere in de punten 1 tot 8 beschreven gevallen bevinden.

Per 31 december 2011 voldeden 9 van de 16 bestuurders aan deze onafhankelijkheidscriteria, bekrachtigd door een stemming op de gewone algemene vergadering van 10 mei 2011:

  • Aloïs Michielsen, die Voorzitter was van het Uitvoerend Comité van Solvay tot 9 mei 2006, werd niet erkend als onafhankelijke bij de hernieuwing van zijn mandaat als bestuurder in mei 2009 (criterium nr. 1);
  • Christian Jourquin en Bernard de Laguiche, respectievelijk Voorzitter en lid van het Uitvoerend Comité werden niet als onafhankelijken erkend bij de hernieuwing van hun mandaat van bestuurder in mei 2009 (criterium nr. 1);
  • Nicolas Boël, Denis Solvay, Jean-Marie Solvay en Ridder Guy de Selliers de Moranville, al meer dan 12 jaar bestuurder van de vennootschap, werden om dezelfde reden niet als onafhankelijken erkend (criterium nr. 2).

4.3.5. Aanwijzing, hernieuwing, ontslag en afzetting van bestuurders

De Raad van Bestuur legt de algemene vergadering de benoeming, de hernieuwing van het mandaat, het ontslag en zelfs de afzetting van een bestuurder voor. Hij laat de algemene vergadering ook stemmen over de onafhankelijkheid van de bestuurders die voldoen aan de criteria in verband hiermee en na de Ondernemingsraad op de hoogte te hebben gebracht. Eerst behoort hij wel het advies in te winnen van het Comité Benoemingen dat de opdracht heeft het profi el van elke kandidaat te beschrijven en te beoordelen in het licht van de door hem bepaalde benoemingscriteria en specifi eke vaardigheden. De gewone algemene vergadering beslist bij gewone meerderheid over

de voorstellen van de Raad van

Bestuur in verband hiermee. Is een mandaat tijdens het boekjaar vacant, dan kan de Raad van Bestuur die leemte opvullen. Hij is er dan wel toe verplicht deze beslissing te laten bekrachtigen tijdens de eerstvolgende gewone algemene vergadering.

4.3.6. Frequentie, voorbereiding en verloop van de vergaderingen van de Raad van Bestuur

De Raad van Bestuur heeft achtmaal vergaderd in 2011 (vijf gewone vergaderingen en drie buitengewone). Naar verwachting zal hij in 2012 vijfmaal voor een gewone vergadering worden bijeengeroepen.

De Raad legt tegenwoordig zelf de data voor de gewone vergaderingen vast, ruim een jaar voor het begin van het boekjaar.

Indien nodig kan de Voorzitter van de Raad van Bestuur beslissen bijkomende vergaderingen te houden, na raadpleging van de Voorzitter van het Uitvoerend Comité.

Het is de Voorzitter van de Raad van Bestuur die de agenda samenstelt van de vergaderingen. Ook hierover pleegt hij overleg met de Voorzitter van het Uitvoerend Comité.

De Secretaris-Generaal organiseert de vergaderingen, onder toezicht van de Voorzitter van de Raad van Bestuur. Hij stuurt de uitnodigingen en de agenda rond en ook het dossier waarin puntsgewijs alle nodige informatie is opgenomen waarop de bestuurders hun beslissingen zullen dienen te baseren. Voor zover mogelijk zorgt hij ervoor dat de bestuurders de oproep en het volledig dossier uiterlijk vijf dagen voor de vergadering ontvangen.

De Secretaris-Generaal stelt de verslagen van de vergaderingen van de Raad van Bestuur op. Hij legt de eerste versie voor aan de Voorzitter en vervolgens aan alle leden.

In hun defi nitieve en goedgekeurde vorm worden de verslagen tijdens de volgende zitting ondertekend door alle bestuurders die aan het overleg hebben deelgenomen. De Raad

van Bestuur neemt de beslissingen collegiaal en bij gewone meerderheid. Sommige beslissingen die volgens de statuten van de vennootschap heel belangrijk zijn, vergen een drievierde meerderheid van de leden. De Raad van Bestuur kan enkel geldig vergaderen indien de helft van zijn leden aanwezig is of zich laat vertegenwoordigen. Dankzij de grote aanwezigheid op de Raad, kon hij tot op heden altijd geldig vergaderen.

4.4. Evaluatie en vorming

4.4.1. Evaluatie

De Raad van Bestuur heeft in 2010 een evaluatie uitgevoerd van zijn eigen samenstelling, zijn werking, zijn informatie, zijn samenwerking met het uitvoerend management en de samenstelling en werking van de comités die hij zelf heeft opgericht. De leden van de Raad van Bestuur werd gevraagd zich over deze verschillende punten uit te spreken aan de hand van een vragenlijst opgesteld met de hulp van het 'Belgian Governance Institute', dat sindsdien omgedoopt is tot GUBERNA.

De Voorzitter van de Raad van Bestuur heeft vervolgens een individueel gesprek gehad met elk raadslid, dat behalve over de zo-even opgesomde punten, ook ging over de individuele bijdrage van de bestuurders tot de werking van de Raad en indien van toepassing de vernieuwing van de mandaten.

De verbeteringen waartoe de Raad van Bestuur besloot na dit evaluatieproces hebben te maken met de tijd die besteed wordt aan vragen en antwoorden bij de voorstelling van de kwartaalresultaten door het uitvoerend management. Voorts met de evaluatie a posteriori van goedgekeurde strategische beslissingen om er lessen uit te halen voor de toekomst en ook met de toevoeging van het onderwerp Human Resources aan de lijst van de geregelde presentaties door het uitvoerend

management ten behoeve van de Raad van Bestuur. Deze Raad heeft ook besloten aan zijn kalender voor 2011 een derde vergadering van het Comité Benoemingen toe te voegen. De volgende evaluatie van de Raad van Bestuur is voor 2013.

4.4.2. Vorming

Voor de nieuwe bestuurders is er een vormingsprogramma, het zogenaamde Induction program. Het is de bedoeling hen zo de Solvay-groep zo snel mogelijk te leren kennen. Het programma bevat een overzicht van de strategie van de Groep en zijn sectoren, en de belangrijkste uitdagingen op de weg naar meer groei, concurrentiekracht en innovatie. Het besteedt ook aandacht aan de fi nanciën, de oriëntatie van onderzoek en ontwikkeling, het personeelsbeheer, aan juridische informatie, de compliance en aan de manier waarop de activiteiten zijn georganiseerd. Het programma staat open voor alle bestuurders die het wensen. Het houdt ook een bezoek in aan industriële sites of onderzoekscentra.

4.5. Comités

4.5.1. Regels voor elk van de comités

  • De Raad van Bestuur heeft de volgende gespecialiseerde permanente Comités in het leven geroepen: het Auditcomité, het Comité van Financiën, het Comité Verloning en het Comité Benoemingen.
  • Deze comités hebben geen beslissingsbevoegdheid. De bestuurders consulteren de comités en deze brengen dan verslag uit aan de Raad van Bestuur die de beslissing neemt. De comités worden ook geregeld om advies gevraagd door de Raad van Bestuur en door het Uitvoerend Comité. Nadat ze toegelicht zijn tijdens de Raadszitting, worden de verslagen van de comités toegevoegd aan het verslag van de daaropvolgende vergadering van de Raad van Bestuur.
  • De mandaten voor elk van de

vier comités hebben een looptijd van twee jaar. Ze zijn verlengbaar. Voor de samenstelling van elk van de comités raadplege men de internetsite van de vennootschap.

  • De leden van de permanente comités (behalve als ze lid zijn van het Uitvoerend Comité) krijgen een afzonderlijke vergoeding voor deze opdracht.
  • De Raad van Bestuur kan een ad hoc-overgangscomité oprichten om een verbinding te hebben met het Uitvoerend Comité voor belangrijke vragen. Sedert eind 2009 is er zulk comité voor het bestuderen van de herinvestering van de opbrengst uit de verkoop van de farmaceutische activiteiten van de Groep.

Het mandaat van de leden van elk van de Comités vervalt per 1 mei 2012. De Raad van Bestuur heeft besloten ze te verlengen tot 8 mei 2012, de datum van de gewone algemene vergadering, om rekening te kunnen houden met de veranderingen die het vertrek van Aloïs Michielsen op die datum met zich zal brengen.

De Raad van Bestuur heeft ook nog beslist voortaan de hernieuwing van de Comités te laten samenvallen met de gewone algemene vergadering. De nieuwe samenstelling van de Comités zal dus gelden vanaf 9 mei 2012 voor een periode van twee jaar, die afl oopt op de dag van de gewone algemene vergadering van mei 2014.

4.5.2. Het Auditcomité

In 2011 bestond het Auditcomité uit Prof. Dr. Bernhard Scheuble (Voorzitter), Ridder Guy de Selliers de Moranville, Anton van Rossum en Charles Casimir-Lambert. Ze zijn allen niet-uitvoerende onafhankelijke bestuurders op Guy de Selliers de Moranville na. Voor het secretariaat van dit Comité zorgt een jurist van de Groep.

Het comité heeft in 2011 viermaal vergaderd, voor elke zitting van de Raad van Bestuur, wanneer de

Jaarverslag Solvay 2011

Deugdelijk Bestuur

publicatie van de driemaandelijkse, halfjaarlijkse of jaarlijkse resultaten op de agenda stond. De participatie aan de vergaderingen van het Auditcomité is zeer hoog (100%).

Het Auditcomité heeft tot taak de effi ciëntie van de interne controle van de boekhouding van de Groep en van Solvay nv na te gaan. Het bekijkt of de wettelijke en interne boekhoudkundige procedures op een betrouwbare en correcte wijze zijn gevolgd. De opdracht van het comité staat beschreven in een intern document getiteld Terms of Reference (zie bijlage 1).

In de loop van 2009 is deze opdracht herbekeken om er de wettelijke opdracht zoals bepaald door de wet van 17 december 2008 in te integreren. Op elke zitting hoort het Auditcomité het verslag van Bernard de Laguiche (Algemeen Directeur Financiën), de verantwoordelijk van de Group Service interne audit en dat van de commissaris belast met de externe audit (Deloitte, vertegenwoordigd door Eric Nys).

Het comité onderzoekt ook het driemaandelijks rapport van de Group General Counsel over de lopende juridische geschillen van enig belang en de geschillen van fi scale aard en in verband met intellectuele eigendom. Het comité vergadert alleen met de commissaris belast met de externe audit wanneer het dit nodig acht..

Eenmaal per jaar nodigt het comité de Voorzitter van het Uitvoerend Comité Christian Jourquin uit om van gedachten te wisselen over de grote risico's waaraan de Groep het hoofd te bieden heeft.

De bestuurders die lid zijn van het Auditcomité voldoen aan het competentiecriterium door hun opleiding en hun ervaring opgedaan bij eerdere functies (zie 4.3. in verband met de samenstelling van de Raad van Bestuur).

4.5.3. Het Comité van Financiën

In 2011 bestond het Comité van Financiën uit Aloïs Michielsen,

(Voorzitter), Christian Jourquin (Voorzitter van het Uitvoerend Comité) en Bernard de Laguiche (Lid van het Uitvoerend Comité en Algemeen Directeur Financiën) en voorts drie bestuurders: Petra Mateos-Aparicio Morales, ridder Guy de Selliers de Moranville en baron Hervé Coppens d'Eeckenbrugge.

De secretaris van het Comité is Michel Defourny.

Het Comité heeft viermaal vergaderd in 2011. De deelname van de leden van het comité Financiën ligt zeer hoog (100%).

Het heeft advies gegeven over fi nanciële onderwerpen, zoals de hoogte van het dividend en het voorschot erop, het schuldenpeil en om welke deviezen het daarbij gaat, dit in het licht van de evolutie van de interestvoeten, de dekking van wisselrisico's, de energierisico's, het beleid inzake het terugkopen van eigen aandelen, de inhoud van de fi nanciële communicatie, de fi nanciering van de belangrijke investeringen, enz. Het legt de laatste hand aan de persberichten over de driemaandelijkse resultaten. De Raad van Bestuur kan het comité om advies vragen in verband met de eerder vernoemde onderwerpen.

Vanaf 1 januari 2012 nodigt het Comité van Financiën Nicolas Boël uit die er lid en Voorzitter van wordt vanaf 9 mei 2012, in opvolging van Aloïs Michielsen. Jean-Pierre Clamadieu volgt Christian Jourquin op als lid van het Comité van Financiën vanaf 11 mei 2012 als hij benoemd wordt tot bestuurder van Solvay.

4.5.4. Het Comité Verloning

Het Comité Verloning bestaat uit Aloïs Michielsen (Voorzitter), Denis Solvay, Jean van Zeebroeck, Jean-Martin Folz, Yves-Thibault de Silguy en ook, sedert 10 mei 2011, Evelyn du Monceau. De meeste leden van dit Comité hebben het statuut van onafhankelijke bestuurders zoals bedoeld in de wet.

Christian Jourquin wordt op de vergaderingen uitgenodigd als

Voorzitter van het Uitvoerend Comité, behalve voor onderwerpen die hem persoonlijk betreffen. Daniël Broens fungeert als secretaris.

Dit Comité heeft in 2011 driemaal vergaderd. De participatiegraad van de leden van het Comité Verloning was zeer sterk (100%). De bestuurders die zowel lid zijn van het Comité Verloning als van het Comité Benoemingen ontvangen geen dubbele vergoeding. Ze ontvangen één enkele aanwezigheidspenning ter waarde van 2 500 EUR per zitting. Het Comité Verloning neemt de taken op zich die het rechtens toekomen. Meer in het bijzonder adviseert het de Raad van Bestuur over het verloningsbeleid en het niveau van de vergoedingen van de leden van de Raad van Bestuur, van het Uitvoerend Comité en van de Algemene Directie. Het verstrekt ook advies aan de Raad van Bestuur en/of het Uitvoerend Comité over de beleidsprincipes van de Groep inzake vergoedingen (met inbegrip van de aandelenopties). Voorts bereidt het de rapportering voor over het remuneratiebeleid.

Het Comité Verloning beschikt over de nodige knowhow voor de uitvoering van zijn opdracht.

Nicolas Boël wordt sinds 1 januari 2012 op de vergaderingen van het Comité Verloning uitgenodigd en wordt er op 9 mei 2012 lid én voorzitter van ter vervanging van Aloïs Michielsen. Jean-Pierre Clamadieu vervangt vanaf 11 mei 2012 Christian Jourquin als uitgenodigde gast aan de vergaderingen van het Comité Verloning, weliswaar na eerst te zijn benoemd tot Solvay-bestuurder.

4.5.5. Het Comité Benoemingen

Het Comité Benoemingen bestaat uit Aloïs Michielsen (Voorzitter), voorts Denis Solvay, Nicolas Boël, Jean van Zeebroeck, Jean-Martin Folz, Yves-Thibault de Silguy en Evelyn du Monceau. Het Benoemingscomité

bestaat in meerderheid uit nietuitvoerende, onafhankelijke bestuurders.

Christian Jourquin wordt uitgenodigd op de vergaderingen in zijn hoedanigheid van Voorzitter van het Uitvoerend Comité, behalve voor onderwerpen waarin hij persoonlijk betrokken is.

Michel Defourny treedt op als de secretaris van dit Comité.

Het Comité Benoemingen heeft in 2011 viermaal vergaderd. Het wordt zeer goed bijgewoond door elk van zijn leden (93%).

De bestuurders die zowel lid zijn van het Comité Verloning en van het Comité Benoemingen ontvangen geen dubbele vergoeding. Ze ontvangen één enkele aanwezigheidspenning ter waarde van 2 500 EUR per zitting.

Het Comité Benoemingen geeft advies over de benoemingen binnen de Raad van Bestuur (Voorzitter, Ondervoorzitter, nieuwe leden, verlenging van de mandaten, Comités), over de benoemingen in het Uitvoerend Comité (Voorzitter en leden) en over de benoemingen in functies op het

Algemene Directieniveau. Zodra Aloïs Michielsen afscheid neemt als Voorzitter zal dit Comité voorgezeten worden door Jean-Martin Folz. Jean-Pierre Clamadieu vervangt Christian Jourquin als uitgenodigde gast in het Comité Benoemingen vanaf 11 mei 2012, indien hij tot Solvay-bestuurder is benoemd.

5. Uitvoerend Comité

5.1. Functie en opdracht

5.1.1. De Raad van Bestuur bepaalt de functie en opdracht van het Uitvoerend Comité. Het voornaamste overleg hierover dateert van 14 december 1998. Sindsdien is hierin vrijwel niets veranderd.

5.1.2. De Raad Van Bestuur heeft het Uitvoerend Comité collegiaal de volgende hoofdtaken toevertrouwd:

  • de uitoefening van het dagelijks bestuur van de vennootschap;
  • het toezicht over de goede organisatie van de vennootschap, met inbegrip van de dochterondernemingen en vennootschappen die via de keuze van de leden in hun organen (Raad van Bestuur, enz…)

en andere sociale structuren tot de Groep behoren;

  • de benoeming van medewerkers in leidende functies (behalve diegenen van wie de benoeming aan de Raad van Bestuur toekomt);
  • het toezicht over de dochterondernemingen;
  • de volmacht voor beslissingen over investeringen en desinvesteringen (met inbegrip van het verwerven of verkopen van knowhow) voor een bedrag van maximaal 50 miljoen EUR. De Raad van Bestuur wordt geïnformeerd over investeringen van 5 tot 50 miljoen EUR en tijdens zijn vergadering ratifi ceert hij de beslissingen en aanbevelingen van het Uitvoerend Comité over de periode die onmiddellijk aan deze vergadering voorafgaat;
  • de vastlegging van het beleid van de Groep. Enkel de belangrijkste kwesties legt het voor aan de Raad van Bestuur;
  • de bepaling van de vergoeding van de medewerkers in leidende functies (behalve van diegenen waarover de Raad van Bestuur oordeelt);
  • de voorbereiding van de beslissingen van de Raad van Bestuur, met advies aan de Raad over:
  • de algemene strategie (inclusief
Geboorte
jaar
Jaar van
de eerste
benoeming
Jaar waarin
het mandaat
vervalt
Diploma's en hoofdactiviteiten bij Solvay Aanwezigheid op
de vergaderingen
(in functie van de
benoeming)
M. Christian Jourquin (B) 1948 1996 10 mei 2012 Handelsingenieur (Université Libre de Bruxelles), ISMP Harvard.
Voorzitter van het Uitvoerend Comité.
20/20
M. Jean-Pierre Clamadieu (F) 1958 2011 2013 Ingenieur van de Ecole des Mines (Parijs), Deputy CEO. 7/7
M. Bernard de Laguiche (F/BR) 1959 1998 2014 Handelsingenieur – Lic. Oec. HSG (Universiteit van Sankt Gallen – Zwitserland).
Lid van het Uitvoerend Comité, belast met Financiën en Informatica-systemen.
20/20
M. Jacques van Rijckevorsel (B) 1950 2000 2013 Burgerlijk Ingenieur Mechanica – (Université Catholique de Louvain).
Vervolmaking in Chemische Genie (Université Libre de Bruxelles), AMP Harvard,
Lid van het Uitvoerend Comité belast met de Sector Kunststoffen.
20/20
M. Vincent De Cuyper (B) 1961 2006 2014 Burgerlijk Ingenieur Scheikunde (Université Catholique de Louvain), Master in
Industrial Management (Katholieke Universiteit Leuven), AMP Harvard.
Lid van het Uitvoerend Comité belast met de Sector Chemie.
20/20
M. Jean-Michel Mesland (F) 1957 2007 2013 Ingenieur van de Ecole Polytechnique en van de Ecole des Mines (Parijs) –
AMP Harvard. Lid van het Uitvoerend Comité belast met Algemeen Directeur
Technologie, Onderzoeksdiensten en Inkoop.
20/20
M. Roger Kearns (US) 1963 2008 2014 Bachelor of Science – Engineering Arts (Georgetown College - Georgetown),
Bachelor of Science – Chemical Engineering (Georgia Institute of Technology –
Atlanta), MBA (Stanford University).
Lid van het Uitvoerend Comité belast met de regio Azië- Stille Oceaan.
20/20
M. Gilles Auffret (F) 1947 2011 2014 Ingenieur van de Ecole Polytechnique, diploma's van de Ecole Nationale
d'Administration (ENA), de Ecole des Sciences Politiques et de Ecole Nationale
de la Statistique et de l'Administration Economique (ENSAE). Lid van het
7/7

Uitvoerend Comité belast met de Rhodia-sector.

Jaarverslag Solvay 2011

Deugdelijk Bestuur

het effect van de strategie op het budget en het vijfjarenplan en de aanwending van de middelen);

– de algemene interne organisatie; – de belangrijkste fi nanciële verrichtingen die de fi nanciële structuur veranderen;

– het aanvatten of opheffen van belangrijke activiteiten, met inbegrip van de bedrijfsentiteiten die voor deze activiteiten instaan (dochterondernemingen, fi lialen, joint ventures); – de vennootschappelijke jaarrekening;

  • het voorleggen aan de Raad van Bestuur van alle vragen onder zijn bevoegdheid en de rapportage over de uitvoering van zijn opdrachten;
  • de uitvoering van de beslissingen van de Raad van Bestuur.

5.2. Delegatie

Het Uitvoerend Comité functioneert collegiaal. Zijn leden hebben tegelijk een functie op het niveau van de Algemene Directie. De uitvoering van de beslissingen die het Uitvoerend Comité neemt en het opvolgen van de aanbevelingen worden toevertrouwd aan het lid van het Uitvoerend Comité (of aan een andere Algemeen Directeur) dat verantwoordelijk is, of de functie heeft die relevant is voor de uitvoering van de beslissing of aanbeveling.

5.3. Samenstelling

5.3.1. Omvang en samenstelling

Per 31 december 2011 telde het Uitvoerend Comité acht leden. We wijzen er hier op dat Jean-Pierre Clamadieu en Gilles Auffret op 8 september 2011 in het Uitvoerend Comité zijn opgenomen na de overname van de Rhodia-groep, en dit respectievelijk als Deputy CEO en lid van het Uitvoerend Comité.

Het mandaat van C. Jourquin als Voorzitter van het Uitvoerend Comité loopt ten einde op 10 mei 2012. Jean-Pierre Clamadieu, Deputy CEO, volgt hem vanaf 11 mei 2012 in die

hoedanigheid op, als hij tot bestuurder van Solvay is benoemd.

5.3.2. Duur van het mandaat en leeftijdsgrens

De Raad van Bestuur benoemt de leden van het Uitvoerend Comité voor een verlengbare termijn van twee jaar. Voor de uitoefening van een mandaat in het Uitvoerend Comité heeft de Raad van Bestuur de leeftijdsgrens vastgelegd op 65 jaar.

De Raad van Bestuur heeft op 14 december 2011 een afwijking van deze regel goedgekeurd ten gunste van Gilles Auffret, wiens mandaat is verlengd met een nieuwe periode van twee jaar. De reden van deze afwijking is de huidige overgangssituatie door het integratieproces van de Rhodia-activiteiten bij Solvay.

5.3.3. Selectiecriteria

Het Uitvoerend Comité is een collegiaal orgaan, waarvan de leden gespecialiseerd zijn en over het algemeen afkomstig uit één van de Algemene Directies van de Groep. De leden wijden zich voltijds aan de Groep. Afgezien van de Voorzitter en de Deputy CEO waren de leden van het Uitvoerend Comité in 2011 de Algemeen Directeur Financiën, de Algemeen Directeuren van de drie sectoren (Chemie, Kunststoffen en Rhodia), de Algemeen Directeur Technologie, Onderzoek en Inkoopbeleid en de Algemeen Directeur van de regio Azië - Stille Oceaan.

Alle leden van het Uitvoerend Comité hebben een arbeidscontract bij de Solvay-groep, op de Voorzitter en de Deputy CEO na, die het statuut van zelfstandige hebben.

De Voorzitter van het Uitvoerend Comité mag deze functie niet combineren met die van Voorzitter van de Raad van Bestuur.

5.3.4. Procedure voor de selectie en de hernieuwing

De Voorzitter van het Uitvoerend Comité wordt aangewezen door de Raad van Bestuur, op voorstel van de Voorzitter van de Raad van Bestuur, na het advies van het Comité Benoemingen en van de aftredende Voorzitter van het Uitvoerend Comité. De leden van het Uitvoerend Comité worden ook aangewezen door de Raad van Bestuur, maar op voorstel van de Voorzitter van het Uitvoerend Comité, in overleg met de Voorzitter van de Raad van Bestuur, en na positief advies van het Comité Benoemingen.

De Voorzitter van het Uitvoerend Comité voert jaarlijks een evaluatie uit van de leden van het Uitvoerend Comité. Hij doet dit gezamenlijk met de Voorzitter van de Raad van Bestuur en het Comité Verloning, op het moment dat de voorstellen voor de bepaling van de variabele vergoeding ter sprake komen. Het Comité Vergoedingen evalueert jaarlijks de prestaties van de Voorzitter van het Uitvoerend Comité.

5.4. Frequentie, voorbereiding en verloop van de vergaderingen van het Uitvoerend Comité

5.4.1. In 2011 heeft het Uitvoerend Comité 20 vergaderingen gehouden. Gewoonlijk houdt het deze bijeenkomsten in het hoofdkantoor, maar ze kunnen ook ergens anders plaatsvinden indien de Voorzitter van het Uitvoerend Comité daartoe beslist. Het Uitvoerend Comité legt de data voor deze vergaderingen ongeveer een jaar voor het begin van het boekjaar vast. Bijkomende vergaderingen zijn mogelijk indien de Voorzitter van het Uitvoerend Comité dit wenselijk acht. Deze laatste stelt de agenda samen op basis van de voorstellen van de Algemene Directies.

5.4.2. De Secretaris-Generaal die zowel voor de Raad van Bestuur als voor het Uitvoerend Comité werkt, is onder toezicht van de Voorzitter van het Uitvoerend Comité belast met de organisatie van de vergaderingen en het verzenden van de agenda en het bijhorend dossier waarin puntsgewijs alle informatie is opgenomen die de

199

leden van het comité nodig hebben om hun beslissingen te kunnen nemen.

Hij zorgt ervoor dat de leden de oproep en het dossier op zijn minst vijf dagen voor de vergadering in hun bezit hebben. De Secretaris-Generaal stelt het verslag van de vergadering van het Uitvoerend Comité op en laat het goedkeuren door de Voorzitter van het Uitvoerend Comité en vervolgens door alle leden. De verslagen worden formeel goedgekeurd op de eerstvolgende vergadering. Ze worden niet ondertekend, maar de Voorzitter van het Uitvoerend Comité en de Secretaris-Generaal kunnen wel eensluidend verklaarde uittreksels ter beschikking stellen.

Op te merken valt dat het Uitvoerend Comité bepaalde van zijn vergaderingen via teleconferenties houdt, omdat één van de leden zich vaak in Azië bevindt.

5.4.3. Het Uitvoerend Comité neemt zijn beslissingen bij gewone meerderheid, waarbij de stem van de Voorzitter van het Uitvoerend Comité de doorslag geeft. Wanneer de Voorzitter van het Uitvoerend Comité in de minderheid gesteld wordt, kan hij desgewenst de kwestie doorverwijzen naar de Raad van Bestuur, die dan de knoop doorhakt.

De praktijk wijst echter uit dat vrijwel alle beslissingen van het Uitvoerend Comité eenparig genomen worden, waaruit blijkt dat de Voorzitter tot op heden zijn doorslaggevende stem niet heeft moeten gebruiken. De deelname aan de vergaderingen bedroeg 100% in 2011.

Binnen het Uitvoerend Comité zijn er geen gespecialiseerde comités. Wel vormt het voor belangrijke projecten ad hoc-werkgroepen onder de leiding van de Algemeen Directeuren, die hiervoor aangewezen worden in functie van de vereiste kennis en ervaring. Het gebeurt ook geregeld dat het Uitvoerend Comité in verband met specifi eke onderwerpen medewerkers op zijn vergaderingen uitnodigt.

5.4.4. Om de twee jaar houdt het Uitvoerend Comité uitgebreid met de andere Algemeen Directeuren een vergadering met verblijf die de deelnemers de kans biedt van gedachten te wisselen over de strategische opties voor de Groep. Een dergelijke vergadering heeft in 2010 plaatsgehad. Ze was gewijd aan het Horizonproject voor de reorganisatie van de Groep, dat een onderdeel is van de strategie om van de Solvay-groep een belangrijke speler in de duurzame chemie te maken.

6. Verslag over de vergoedingen

6.1. Beschrijving van de procedure met het oog op:

6.1.1. De uitwerking van een remuneratiebeleid voor:

a) de bestuurders:

Het mandaat van bestuurder van Solvay nv wordt vergoed met een vast emolument waarvan de gewone algemene vergadering de basis vastlegt, terwijl de Raad van Bestuur beslist over eventuele aanvullende vergoedingen op basis van artikel 27 van de statuten, dat luidt: "De bestuurders ontvangen, ten laste van de algemene kosten, bezoldigingen waarvan de voorwaarden en het bedrag door de algemene vergadering worden vastgesteld. Het besluit van de algemene vergadering blijft gehandhaafd zolang geen andersluidende beslissing genomen wordt. De Raad van Bestuur is bevoegd om aan de met speciale functies belaste bestuurders (voorzitter, vicevoorzitters, bestuurders belast

met het dagelijks bestuur, leden van het Uitvoerend Comité) een vaste vergoeding toe te staan boven de in de voorgaande alinea vermelde toe te kennen bezoldigingen.

Elke met het dagelijks bestuur

belaste bestuurder heeft bovendien recht op een veranderlijke vergoeding die door de Raad van Bestuur wordt vastgesteld op basis van zijn/haar individuele prestaties en de geconsolideerde resultaten van de Solvay-groep.

De in de twee voorgaande alinea's bedoelde bedragen worden eveneens op de algemene kosten aangerekend."

b) de leden van het Uitvoerend Comité:

De Raad van Bestuur beslist over het vergoedingenbeleid op voorstel van het Comité Verloning. Op voorstel van het Comité Verloning heeft de Raad van Bestuur in 2005 het vergoedingenbeleid voor de belangrijkste leiders van de Groep, onder wie de leden van het Uitvoerend Comité, geactualiseerd. Meer over dit beleid, dat is uitgetekend in samenwerking met een externe gespecialiseerde consulent, is te vinden in bijlage 2. Wegens de overname van Rhodia in 2011 en als onderdeel van de integratie van Rhodia in de Groep, is het plan opgevat dit vergoedingenbeleid in de loop van 2012 te herbekijken, met het oog op de invoering van een aangepaste regeling vanaf begin 2013.

6.1.2. Bepaling van de individuele vergoeding:

  • a) van de bestuurders:
  • (i) de gewone algemene vergadering van juni 2005 heeft besloten de bestuurders vanaf het boekjaar 2005 als volgt te vergoeden: – elke bestuurder ontvangt een vast jaarlijks bruto-emolument van 35 000 EUR en elke bestuurder die aanwezig is op de vergaderingen van de Raad van Bestuur ontvangt daarbovenop een individuele aanwezigheidspenning van 2 500 EUR bruto per zitting; – voorts is besloten de aanwezigheidspenning voor het Auditcomité te bevestigen, met name

Deugdelijk Bestuur

4 000 EUR bruto voor de leden en 6 000 EUR bruto voor de Voorzitter; – ten slotte is beslist aanwezigheidspenningen toe te kennen aan het Comité Verloning en het Comité Benoemingen alsook aan het Comité Financiën, meer bepaald 2 500 EUR bruto per lid en 4 000 EUR bruto voor de voorzitters van deze comités, met dien verstande dat een bestuurder die tegelijk lid is van het Comité Verloning en lid van het Comité Benoemingen geen dubbele vergoeding krijgt;

– er is evenwel bepaald dat de Voorzitter van de Raad van Bestuur en de Voorzitter van het Uitvoerend Comité en de Uitvoerende bestuurders geen vergoeding ontvangen voor hun deelname aan deze Comités.

  • (ii) de Raad van Bestuur heeft gebruik gemaakt van de toelating die artikel 27 van de statuten aan de Raad geeft om een vaste bijkomende vergoeding van 238 201 EUR bruto aan de Voorzitter van de Raad van Bestuur te verlenen wegens het vele werk en de verantwoordelijkheid die zijn taak met zich brengt. Daarbovenop ontvangt de Voorzitter van de Raad van Bestuur een contractueel bedrag van 446 755 EUR per jaar ter compensatie omdat zijn rechten op een aanvullend pensioen van Solvay zijn uitgesteld terwijl die op het einde van zijn mandaat als Voorzitter van het Uitvoerend Comité hadden moeten worden geliquideerd, wat niet kon gebeuren wegens zijn mandaat van Voorzitter van de Raad.
  • (iii) Het mandaat van bestuurder houdt geen enkele variabele vergoeding in die verband houdt met het bedrijfsresultaat of andere performantiecriteria. Het voorziet evenmin in een recht op aandelenopties, of een extralegaal pensioenregime.
  • (iv) De vennootschap vergoedt de reis- en verblijfskosten van de

bestuurders voor de vergaderingen en de uitoefening van hun functie in de Raad van Bestuur en de erbij horende Comités. De Voorzitter van de Raad van Bestuur is de enige niet-uitvoerende bestuurder die beschikt over een permanente infrastructuur (kantoor, secretariaat, auto). De andere niet-uitvoerende bestuurders krijgen logistieke steun van het Secretariaat-Generaal in functie van de noodwendigheden. De vennootschap let er ook op dat in de gebruikelijke verzekeringspolissen voorzien wordt voor de dekking van de activiteiten van de leden van de Raad van Bestuur vereist voor de uitoefening van hun mandaat.

b) van de leden van het Uitvoerend Comité:

De vergoedingen van de Voorzitter en van de leden van het Uitvoerend Comité worden in hun geheel in brutobedragen bepaald. Ze omvatten dus niet alleen de bij Solvay nv verdiende brutovergoeding, maar ook de vergoeding die de betrokkene als contractueel of als mandataris krijgt bij vennootschappen, waar ook ter wereld, waarin Solvay nv al dan niet een meerderheidsparticipatie heeft.

De Raad van Bestuur bepaalt de individuele vergoeding, in functie van de aanbeveling van het Comité Verloning.

6.2. Verklaring over het vergoedingenbeleid ten gunste van de Voorzitter en de leden van het Uitvoerend Comité.

In bijlage 2 bevindt zich een toelichting over het vergoedingenbeleid dat de Raad van Bestuur in 2005 heeft aanvaard en dat van kracht blijft voor het boekjaar 2011.

Dit beleid behelst de basisprincipes over de vergoedingen met een aanduiding van het verband tussen vergoeding en geleverde prestatie, met inbegrip van de criteria ter evaluatie van de betrokkene met betrekking

tot de doelstellingen en het relatief belang van de diverse onderdelen van de vergoeding.

6.3. Bedrag van de vergoedingen en andere rechtstreeks of onrechtstreeks toegekende voordelen aan de bestuurders (uitvoerende zowel als niet-uitvoerende) door de vennootschap of door een met haar verbonden vennootschap. (zie tabel pagina 202)

6.4. Bedrag van de vergoedingen en andere aan de Voorzitter van het Uitvoerend Comité direct of indirect toegekende voordelen. (zie tabel pagina 202)

De Voorzitter van het Uitvoerend Comité ontvangt aandelenopties zoals hier verder wordt uiteengezet, maar hij ontvangt geen aandelen als onderdeel van zijn vergoeding. Wat het extralegaal pensioen betreft, heeft de Voorzitter van het Uitvoerend Comité wegens zijn Belgisch zelfstandigenstatuut een eigen contractuele regeling, waarvan de regels inzake pensioen, overlijden, invaliditeit in fi nancieel opzicht vergelijkbaar zijn -zonder de bijdrage dan - aan die voor zijn collega's van het Uitvoerend Comité, die vallen onder de pensioenregeling voor kaderleden in België.

Aangezien hij meer dan 60 jaar oud is, zou een vervroegd vertrek van de Voorzitter van het Uitvoerend Comité, om welke reden dan ook, gelijkgesteld zijn met een opruststelling. Dientengevolge zou hem geen enkele schadeloosstelling wegens verbreking van een contract toekomen. De Voorzitter van het Uitvoerend Comité zou recht hebben op zijn pensioenkapitaal waarbij rekening zou worden gehouden met de door hem tot op de vertrekdatum verleende diensten. Bij een oppensioenstelling voor zijn 65e levensjaar zou een vermindering van 0,5% worden toegepast op het kapitaal voor elke maand dat de betrokkene vroeger dan kon worden

BRUTOVERGOEDING EN ANDERE VOORDELEN TOEGEKEND AAN DE BESTUURDERS
Vergoeding en compensaties 2010 2011
Brutobedrag w.o. zitpenningen
voor RvB en
Comités
Brutobedrag w.o. zitpenningen
voor RvB en
Comités
A. Michielsen
– Vaste emolumenten +
zitpenningen
50 000,04 15 000,00 55 000,04 20 000,00
– Complement Artikel 27 231 218,28 238 201,07
– Compensatie aanvullende
pensioenrechten
433 658,74 446 755,23
N. Boël 57 500,04 22 500,00 62 500,04 27 500,00
D. Solvay 52 500,04 17 500,00 65 000,04 30 000,00
C. Jourquin 50 000,04 15 000,00 55 000,04 20 000,00
J-M. Solvay 50 000,04 15 000,00 55 000,04 20 000,00
G. de Selliers 76 000,04 41 000,00 81 000,04 46 000,00
Wh. Sadler 12 607,54
J. van Zeebroeck 57 500,04 22 500,00 65 000,04 30 000,00
J-M. Folz 55 000,04 20 000,00 62 500,04 27 500,00
B. de Laguiche 50 000,04 15 000,00 55 000,04 20 000,00
B. Scheuble 74 000,04 39 000,00 79 000,04 44 000,00
A. Van Rossum 63 500,04 28 500,00 66 000,04 31 000,00
C. Casimir-Lambert 66 000,04 31 000,00 71 000,04 36 000,00
H. Coppens d'Eeckenbrugge 50 000,04 15 000,00 65 000,04 30 000,00
Mw. P. Mateos-Aparicio Morales 60 000,04 25 000,00 65 000,04 30 000,00
Mw. E. du Monceau 32 392,50 10 000,00 65 000,04 30 000,00
Y-T. de Silguy 32 392,50 10 000,00 60 000,04 25 000,00
1 554 270,12 342 000,00 1 711 956,94 467 000,00
Vergoeding en andere voordelen van de
Voorzitter van het Uitvoerend Comité
2010 2011
Basisvergoeding 776 804 776 804
Variabele vergoeding 926 625 955 469
Pensioen en vergoeding bij overlijden en invaliditeit
(uitbetaald dan wel in voorzieningen opgenomen)
250 000 229 481
Andere bestanddelen van de vergoeding1 15 676 22 402
Vergoeding en andere voordelen van de leden
van het Uitvoerend Comité2
2010 2011
Basisvergoeding 2 278 519 2 648 581
Variabele vergoeding 1 699 342 1 704 062
Pensioen en vergoeding bij overlijden en invaliditeit
(uitbetaald dan wel in voorzieningen opgenomen)
398 109 643 573
Andere bestanddelen van de vergoeding3 85 597 87 884

voorzien is weggegaan.

6.5. Totaalbedrag aan vergoedingen en andere aan de zes andere leden van het Uitvoerend Comité direct of indirect toegekende voordelen door de vennootschap of een met haar verbonden vennootschap. (zie tabel hiernaast)

De variabele vergoeding bestaat uit een jaarlijkse stimulans gebaseerd op de prestatie van de Solvay-Groep (ROE) en op de prestaties in vergelijking met de individuele doelstellingen van elk lid van het Uitvoerend Comité (meer bijzonderheden in de tabel op bladzijde 212).

  1. Bedrijfsauto's.

  2. Deze bedragen bevatten mede de vergoedingen voor J.-P. Clamadieu en G. Auffret vanaf 1 oktober 2011, gezien hun benoeming tot lid van het Uitvoerend Comité van Solvay plaatsvond op 8 september 2011.

  3. Representatievergoeding, maaltijdcheques, bedrijfsauto, logiesvergoeding,…

Deugdelijk Bestuur

De Raad had in 2010 geen gebruik gemaakt van zijn bevoegdheid om het deel van de variabele vergoeding gekoppeld aan de ROE te verhogen en verkoos de verschillen in ROE af te vlakken als gevolg van de belangrijke veranderingen in de consolidatiekring in 2010 en 2011.

De variabele vergoedingen van J-P. Clamadieu en G. Auffret zijn voor 2011 bepaald in overeenstemming met de regels bij Rhodia en in functie van hun doelstellingen.

De wet (art. 520ter van de vennootschapswet) bepaalt dat vanaf het boeklaar 2011, afgezien van hieraan tegengestelde statutaire regels of de expliciete instemming van de algemene aandeelhoudersvergadering, tenminste één kwart van de variabele vergoeding van de leden van het Uitvoerend Comité gebaseerd moet zijn op vooraf vastgelegde en objectief meetbare prestatiecriteria over een periode van ten minste twee jaar, terwijl een ander kwart dient gebaseerd op vooraf bepaalde en objectief meetbare prestatiecriteria over een periode van tenminste drie jaar. Gezien de lopende belangrijke veranderingen zijn in de organisatie en activiteitenkring heeft de Raad aan de algemene vergadering de toelating gevraagd en gekregen om het huidige vergoedingensysteem voor de jaren 2011 en 2012 te behouden. Dit bovendien rekening houdend met het feit dat het huidige systeem reeds gebaseerd is op vooraf bepaalde en objectief meetbara prestatie. herziening van het beleid ter zake in de loop van 2012 zal rekening houden met de wettelijke bepalingen. De leden van het Uitvoerend Comité ontvangen aandelenopties zoals hierna toegelicht.

Ze ontvangen echter geen aandelen als onderdeel van hun vergoeding. De leden van het Uitvoerend Comité, met inbegrip van de Voorzitter, passen inzake beroepskosten ten laste van de vennootschap dezelfde regels toe als deze die gelden voor alle kaderleden, dit wil zeggen een

motivering, punt voor punt, van de gemaakte beroepskosten.

Voor privé-uitgaven worden geen vergoedingen gegeven. Indien bepaalde uitgaven gedeeltelijk professioneel en gedeeltelijk een privékarakter hebben (bijvoorbeeld autokosten), dan is een bepaald deel wel vergoedbaar, zoals dat voor alle kaderleden in een dergelijke situatie geldt.

Qua verzekering zorgt de vennootschap voor de leden van het Uitvoerend Comité voor hetzelfde soort voorziening als voor hogere kaders.

Inzake pensioen en vergoeding bij terugtreden en overlijden, krijgen de leden van het Uitvoerend Comité tegemoetkomingen die in principe gebaseerd zijn op de schikkingen die van toepassing zijn voor de hogere kaderleden in hun land van herkomst. Voor J.-P. Clamadieu en G. Auffret gelden dezelfde vergoedingen bij pensionering of overlijden als bij Rhodia, met een engagement vanwege Solvay nv voor J-P. Clamadieu.

Aandelenopties in 2011 toegekend aan de leden van het Uitvoerend Comité

Land Naam Functie Aantal opties
België Jourquin Christian Voorzitter Uitvoerend Comité 25 000
België de Laguiche Bernard Lid van het Uitvoerend Comité 20 000
België van Rijckevorsel Jacques Lid van het Uitvoerend Comité 18 000
België De Cuyper Vincent Lid van het Uitvoerend Comité 17 000
België Mesland Jean-Michel Lid van het Uitvoerend Comité 14 000
Thailand Kearns Roger Lid van het Uitvoerend Comité 15 000
TOTAAL 109 000

Aandelenopties in 2011 van de leden van het Uitvoerend Comité

Land Naam
Opties
in bezit
op 31/12/10
toegekend
in 12/2011
uitgeoefend
in 2011
verlopen
in 2011
in bezit
op 31 december 2011
totaal uitoefenbaar niet
uitoefenbaar
België Jourquin Christian 155 000 25 000 0 0 180 000 105 000 75 000
België de Laguiche Bernard 108 000 20 000 0 0 128 000 70 000 58 000
België van Rijckevorsel
Jacques
105 000 18 000 8 000 0 115 000 61 000 54 000
België De Cuyper Vincent 77 000 17 000 3 000 0 91 000 44 000 47 000
België Mesland Jean-Michel 58 000 14 000 3 000 0 69 000 28 000 41 000
Thailand Kearns Roger 54 400 15 000 2 600 0 66 800 24 800 42 000
TOTAAL 557 400 109 000 16 600 0 649 800 332 800 317 000

6.6. Aandelenopties.

(zie tabel pagina 203) In december 2011 heeft de Raad van Bestuur op voorstel van het Comité Vergoedingen aandelenopties toegekend aan ongeveer 200 hogere kaderleden van de Groep. De uitoefenprijs komt op 65,71 EUR per optie, met bevriezing gedurende de eerste drie jaren. Aan de leden van het Uitvoerend Comité samen zijn in 2011 samen 109 000 aandelenopties toegekend, tegen 106 000 in 2010.

De aandelenoptieprogramma's die momenteel niet beschouwd worden als een onderdeel van de variabele vergoeding, zullen in 2012 eveneens herbekeken worden in het kader van de herziening van het vergoedingenbeleid.

6.7. De belangrijkste schikkingen van hun contractuele relatie met de vennootschap en/of met een vennootschap die er banden mee heeft, met inbegrip van de vergoeding ingeval van vroegtijdig vertrek van de betrokkene.

De leden van het Uitvoerend Comité, en dat geldt ook voor de Voorzitter, hebben als gevolg van hun verantwoordelijkheid mandaten van bestuurder in de dochterondernemingen van de Groep.

Indien deze mandaten vergoed worden, dan worden ze geïntegreerd in de eerder vermelde bedragen, onverschillig of het mandaat dat van een loontrekkende dan wel van een zelfstandige is in de plaatselijke wetgeving.

Geen enkel lid van het Uitvoerend Comité, evenmin de Voorzitter, zal kunnen rekenen op een vertrekpremie verbonden aan de uitoefening van zijn mandaat. Bij een vroegtijdige beeindiging van zijn functie, is enkel het wettelijke systeem van toepassing.

Het contract van Jean-Pierre Clamadieu bevat een concurrentiebeding met een looptijd van 24 maanden, zonder dat het totale bedrag

oploopt tot een vergoeding voor 12 maanden.

De contracten van de leden van het Uitvoerend Comité bevatten geen clausule die zou voorzien in het terugkrijgen van de variabele vergoeding in geval van foutieve fi nanciële informatie.

7. Rol van de Voorzitters in de harmonische samenwerking van de Raad van Bestuur en het Uitvoerend Comité

De Voorzitter van de Raad van Bestuur en de Voorzitter van het Uitvoerend Comité spannen zich middels een opbouwende dialoog en frequente contacten samen in om het werk van de Raad van Bestuur (met inbegrip van de Comités) en dat van het Uitvoerend Comité te harmoniseren.

Hiertoe zijn de volgende maatregelen getroffen:

  • beide Voorzitters ontmoeten elkaar zo vaak als nodig is over onderwerpen die van gemeenschappelijk belang zijn voor de Raad van Bestuur en het Uitvoerend Comité;
  • de Voorzitter van de Raad van Bestuur wordt één keer per maand uitgenodigd om mee de belangrijkste agendapunten van het Uitvoerend Comité te bespreken, meer bepaald de voorstellen die het zal indienen bij de Raad van Bestuur;
  • de Voorzitter van de Raad van Bestuur doet een beroep op de personen die nodig zijn voor de uitoefening van zijn functie; hij maakt erover de Voorzitter van het Uitvoerend Comité en de leden van de Raad van Bestuur hierover in te lichten.
  • de Voorzitter van het Uitvoerend Comité (en de Directeur Financiën, die lid is van het Uitvoerend Comité) is ook lid van de Raad van Bestuur en legt er de voorstellen van het Uitvoerend Comité aan voor.

8. Voornaamste kenmerken van de systemen voor risicomanagement en interne controle

De Solvay-groep heeft een systeem voor interne controle opgezet dat een redelijke mate van zekerheid moet bieden in verband met (i) het naleven van bestaande wetten en regelgeving, (ii) de toepassing van het beleid en de doelstellingen die het bedrijf heeft vastgelegd en (iii) de betrouwbaarheid van al dan niet fi nanciële informatie. Dit systeem bestaat uit vijf componenten: de controleomgeving, de risicocontrole, de controleactiviteiten van het management, het toezicht over de interne controle en de communicatie van de fi nanciële informatie.

1. De controleomgeving

Onze controleomgeving bestaat uit diverse bestanddelen zoals een Gedragscode die dient als referentiekader voor de Groep, een managementfi losofi e die haar uitdrukking vindt in de Waarden, een duidelijke organisatie en hiërarchische structuur, ondersteund door functiebeschrijvingen waarbij in voorkomend geval, ook de delegatie van verantwoordelijkheid en de bestuursorganen worden betrokken (Raad van Bestuur, Uitvoerend Comité,…) waarvan de werking beschreven wordt in de Verklaring over Corporate Governance.

Nadere informatie hierover is te vinden in dit Jaarverslag 2011.

2. Het risicomanagement

Het nemen van berekende risico's, met inachtname van wetten en regels en van de Gedragscode, is niet weg te denken uit de activiteiten van een Groep zoals Solvay. Om opportuniteiten te kunnen opmerken, inschatten en er met succes te kunnen op inspelen én tegelijk potentiële belangrijke risico's voor de werking van de

Deugdelijk Bestuur

Groep te kunnen beperken, heeft de vennootschap zich voorzien van een systeem van risicomanagement. Het risicomanagement is een integraal bestanddeel van de strategische en operationele beslissingsprocessen en geldt als een essentieel instrument om leiding te geven en beslissingen te nemen wil de onderneming haar doelstellingen op korte, middellange en lange termijn bereiken. De Risk Management & Insurance (RMI) Group Service, onder verantwoordelijkheid van de Group Risk Manager, is belast met de invoering van een omvattend, systematisch en coherent risicomanagement binnen de Groep als geheel.

Solvay gebruikt het FERMAreferentiekader voor het risicomanagement. Dit kader organiseert het risicobeheer in verschillende fases, rekening houdend met de strategische doelstellingen van de organisatie:

  • de risicoanalyse (identifi catie, kwantifi cering en evaluatie);
  • de beslissing over de manier om belangrijke risico's aan te pakken;
  • de uitvoering van de acties in verband hiermee;
  • de opvolging.

De RMI Group Service ondersteunt de entiteiten van de Groep bij de aanpak van risico's en wel door hen een methodologie en instrumenten aan te reiken op hiertoe bestemde vormingsworkshops.

Meer hierover is te lezen in de sectie Risicomanagement van het jaarverslag 2011, meer bepaald over recent binnen de Groep gevoerde acties inzake risicobeheer en over de belangrijkste risico's voor de Groep en de acties die worden ondernomen om ze te voorkomen of te milderen.

Zo'n aanpak van de risicobeheersing laat zich op consistente wijze toepassen doorheen de hele organisatie. Hij geldt voor beslissingen en activiteiten van de medewerkers van de Groep en maakt ondernemen mogelijk in

een duidelijk omschreven en dus vertrouwenwekkend kader.

3. De controleactiviteiten door het management (eerstelijnscontrole)

Het management is verantwoordelijk voor de interne controle van de activiteiten.

De Solvay-groep heeft reportingsystemen ingevoerd om relevante informatie te verzamelen en te verspreiden op de verschillende bedrijfsniveaus. Zulke systemen bestaan bijvoorbeeld op het fi nanciële domein, op het operationele niveau (productieprocessen), human resources, HSE (meer bepaald wat veiligheid op het werk en leefmilieu betreft), op commercieel en op wettelijk gebied (met name inzake conformiteit).

Op fi nancieel gebied heeft de Solvay-groep een reportingsysteem ingevoerd op basis van de IFRSnormen, en dit in al zijn geledingen. De maandelijks verstrekte informatie is veelal direct afkomstig van geïntegreerde informatiesystemen (ERP). Deze bestrijken een groot deel van de Groep. Te onderstrepen valt ook dat de informaticasystemen centraal beheerd worden.

De fi nanciële gegevens worden maandelijks geconsolideerd en geanalyseerd op alle niveaus binnen de vennootschap die hierin verantwoordelijkheid dragen (zoals bijvoorbeeld de lokale fi nance manager, de controller en het management van de betreffende activiteit, Group Accounting en het Uitvoerend Comité) en op verschillende manieren zoals bijvoorbeeld door de analyse van varianties, controles van de plausibiliteit en de coherentie, ratio-analyse of nog op basis van gemaakte prognoses. Het Auditcomité valideert de resultaten om de drie maanden en houdt rekening met het werk van de externe auditeur.

De controle van de fi nanciële gegevens wordt vergemakkelijkt door het gebruik van gemeenschappelijke ERP-systemen, een organisatie gebaseerd op de grote fi nanciële processen die centraal beheerd worden of in voorkomend geval in de centra voor gedeelde diensten en de toepassing van uniforme procedures.

4. Het toezicht vanwege de interne controle (tweedelijnscontrole)

Het Auditcomité volgt de effi ciëntie van de interne controlesystemen op. Het comité kijkt toe op het werk van de Group Service Interne Audit inzake de fi nanciële, de operationele en de conformiteitscontrole Het gaat vooral na welke de draagwijdte, de programma's en het resultaat van het werk van de interne audit zijn en ziet erop toe dat zijn aanbevelingen wel degelijk worden uitgevoerd. De taak van het Auditcomité wordt in detail beschreven in bijlage 1 van deze Verklaring betreffende Corporate Governance.

De Group Service Internal Audit evalueert in alle onafhankelijkheid de effi ciëntie van de interne controle zowel fi nancieel als op het gebied van de informatica en van de human resources. Het kijkt erop toe dat:

  • risico's, inclusief fraude, opgespoord en aangepakt worden;
  • de susbstantiële fi nanciële informatie en de informatie over management en werking betrouwbaar zijn;
  • wat de werknemers doen strookt met beleid, normen en procedures van de Groep en met de beslissingen van het management;
  • de ingezette middelen economisch verkregen, effi ciënt gebruikt en afdoende beschermd worden.

Planning en inhoudelijke omschrijving van de opdrachten inzake interne audit gebeurt op basis van een risicoanalyse; de controle focust hierbij op de domeinen waar het risico het grootst geacht wordt. Elke entiteit van de Groep ondergaat op zijn minst om de 3 jaar zulke audit. Het management voert de

aanbevelingen van de Group Service Interne Audit uit.

Andere entiteiten voeren gelijksoortige activiteiten uit op zeer specifi eke domeinen.

Enkele voorbeelden:

  • de Group Service Health Safety & Environment voert audits uit op het gebied van gezondheid, veiligheid en leefmilieu;
  • de Group Service Organization, Design & Performance voert audits uit van de managementsystemen (bijvoorbeeld kwaliteitsmanagement);
  • de Group Functions Legal & Compliance ondersteunen de auditactiviteiten van de Groep en waken erover dat wetten gerespecteerd en correct toegepast worden. Meer in het bijzonder controleert de Group Service Ethics & Compliance de toepassing van en het respect voor de Waarden van de Groep en de Gedragscode van de Groep; hij komt tussenbeide bij een mogelijke schending op dit gebied. Een Ethics Helpline, die in handen is van derden wordt geleidelijk ter beschikking van het personeel gesteld om het de kans te bieden op confi dentiële wijze elke mogelijke schending van deze principes te signaleren.

5. De communicatie van de fi nanciële informatie

De Solvay-groep publiceert per kwartaal zijn fi nanciële resultaten. De communicatie in verband hiermee wordt op diverse manieren gecontroleerd en gevalideerd voor de publicatie ervan:

  • ze worden opgesteld onder toezicht en controle van het Uitvoerend Comité;
  • het Auditcomité valideert ze en let erop dat de algemeen aanvaarde boekhoudkundige principes gerespecteerd worden en dat de communicatie een correct en waarheidsgetrouw beeld geeft van de zakelijke activiteiten van de Groep;
  • het Comité Financiën rondt de voorbereiding af;

• de Raad van Bestuur stemt in met de informatie.

9. Externe audit

De controle van de fi nanciële toestand van de vennootschap, van de jaarrekening en van het respect voor de regels, zowel die door de vennootschapswet als die door de statuten worden opgelegd, de activiteiten ook zoals die uit de jaarrekening af te leiden zijn: dit alles wordt toevertrouwd aan één of meer commissarissen, benoemd door de algemene vergadering en gekozen uit de leden, natuurlijke dan wel rechtspersonen, van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren.

De opdracht en de bevoegdheid van de commissaris(sen) zijn hen bij wet toevertrouwd. De algemene vergadering bepaalt het aantal commissarissen en beslist over hun emolumenten, in overeenstemming met de wet. De commissarissen hebben ook recht op de terugbetaling van hun reiskosten voor de controle van de fabrieken en de administratie van de vennootschap.

De algemene vergadering kan ook één of meer plaatsvervangende commissarissen aanwijzen. De commissarissen worden benoemd voor drie jaar en die termijn is verlengbaar.

De algemene vergadering kan hen niet ontslaan, tenzij dit grondig wordt gemotiveerd.

De gewone algemene vergadering van mei 2010 is overgegaan tot de benoeming van het internationale auditbedrijf Deloitte – vertegenwoordigd door Eric Nys – als effectief commissaris en ook tot de benoeming van het internationale auditbedrijf Deloitte – vertegenwoordigd door Frank Verhaegen – als plaatsvervangend commissaris.

Beide mandaten zullen komen te vervallen na de gewone algemene vergadering van 2013.

Ook heeft dezelfde Vergadering de jaarlijkse emolumenten van de effectieve Commissaris vastgelegd, waarin begrepen de statutaire audits, de geconsolideerde rekening en de IFRS-reporting voor een bedrag van 354 818 EUR voor het boekjaar 2010, 351 270 EUR voor het boekjaar 2011 en 351 270 voor het boekjaar 2012.

Vanaf het boekjaar 2011 zullen de bedragen jaarlijks worden aangepast aan de infl atie (prijs van de index van de verbruiksgoederen van december tot december).

Deloitte ontving in 2011 voor 2 888 000 EUR aan bijkomende honoraria. Meer dan 70% hiervan heeft betrekking op de acquisitie van Rhodia. Voor het geheel van de consolidatiekring van de Groep heeft Deloitte volgende honoraria ontvangen:

  • honorarium in verband met de audit van de rekening 3 795 000 EUR
  • andere auditdiensten en allerlei 1 740 000 EUR
  • bijstand en fi scaal advies 1 148 000 EUR.

10. Gedragscode

De Gedragscode van Solvay geeft de context waarin Solvay zaken wil doen en hoe het op ethische wijze en wakend over de conformiteit wenst om te gaan met alle betrokken partijen. De Gedragscode van Solvay vertrekt van de Waarden van de Groep die als referentiekader dienen wanneer het erop aan komt beslissingen te nemen of acties te ondernemen:

  • Ethisch gedrag
  • Respect voor de mensen
  • Klantgerichtheid
  • Verantwoord delegeren
  • Teamwork

Deze Waarden moeten steeds worden gerespecteerd en in praktijk gebracht.

De Gedragscode is een deel van de constante inspanning van de Groep om het vertrouwen van alle personeelsleden, en dat tussen de Groep

206

Deugdelijk Bestuur

en zijn partners, ook de personeelsleden, hun vertegenwoordigers, de aandeelhouders, klanten en leveranciers, overheidsdiensten of andere betrokken partijen, te behouden en te versterken.

Om al zijn medewerkers maximaal bij de uitvoering van de Code te betrekken, blijft de Groep doorgaan met de bevordering van een verrijkende en evenwichtige sociale dialoog van de directie met de sociale partners. De Solvay-groep ziet toe op de toepassing van deze Code met allerlei maatregelen, waaronder specifi eke vormingsactiviteiten, om zo het risico op niet-naleving te minimaliseren en desnoods te voorzien in duidelijke sancties.

De Group Functions Legal and Compliance hebben tot doel tot de compliance-cultuur bij te dragen of ze te versterken. Ze staan onder het gezag van de Group General Counsel.

De Group Service Ethics and Compliance wil meer specifi ek een in de ethiek gewortelde bedrijfscultuur in de hand te werken overeenkomstig de Waarden en de Gedragscode van Solvay. Hij bestaat uit een groep Compliance Offi cers die actief zijn in de vier regio's. Ze worden bijgestaan door een netwerk van ervaren personeelsleden wier opdracht het is, naast hun andere taken, de activiteiten op dit gebied te ondersteunen.

De Groep moedigt zijn medewerkers aan om elke eventuele moeilijkheid of vraag omtrent de toepassing van de Gedragscode aan te kaarten bij hun hiërarchie of andere terzake bevoegde gesprekspartners (Compliance Offi cers, juristen, mensen van Human Resources). Voorts wordt geleidelijk en in elke regio de kans geboden zich te wenden tot de Ethics Helpline, een externe dienst waar men terecht kan met moeilijkheden en strikt vertrouwelijk vragen kan stellen.

De Ethics Helpline wordt uitgebaat conform de heersende wetgeving en in het bijzonder de wetgeving rond gegevensbescherming.

In de joint ventures spannen onze vertegenwoordigers in de Raad van Bestuur zich in om regels ingang te doen vinden die in de lijn liggen van de Gedragscode van de Groep.

11. Preventie van het misbruik van voorkennis

De Groep heeft in verband hiermee een eigen beleid ingevoerd gericht op het voorkomen van misbruik van voorkennis en heeft een handleiding opgesteld met strikte regels inzake confi dentialiteit en niet-gebruik van bevoorrechte informatie, zowel voor wie in de regel toegang heeft tot deze voorkennis als voor wie er occasioneel mee te maken krijgt. Binnen de Groep zijn dit beleid en de handleiding ruim verspreid.

De interpretatie en de controle over het respect voor de regels hieromtrent zijn toevertrouwd aan een Transparantiecomité samengesteld uit de Secretaris-Generaal (Voorzitter), eveneens Directeur Communicatie, de Algemeen Directeur Financiën, de Group General Counsel en de Algemeen Directeur Human Resources.

Dit comité dient zowel de Raad van Bestuur en het Uitvoerend Comité van advies als de werknemer die met een moeilijke situatie te maken krijgt. Het Uitvoerend Comité en de Raad van Bestuur voeren in verband hiermee hetzelfde beleid.

Overeenkomstig de wet van 2 augustus 2002 zijn de personen met leidende functies en grote verantwoordelijkheid binnen de Groep én de personen met wie ze nauw samenwerken, met name

  • de bestuurders van Solvay nv;
  • de leden van het Uitvoerend Comité;
  • de Secretaris-Generaal;

• de Directeur-Generaal Human Resources;

• de Group General Counsel er van op de hoogte dat zij verplicht zijn een verklaring af te leggen bij de Autoriteit van de Financiële Diensten en Markten (FSMA) voor elke actie die een impact kan hebben op het aandeel.

12. Interne organisatie van de Solvay-groep

De interne organisatie van de Solvaygroep wordt beschreven in het Activiteitensectie.

13. De relatie met aandeelhouders en beleggers

13.1. Evolutie van de beurskoers

Het Solvay-aandeel wordt genoteerd op NYSE Euronext Brussels en sinds 23 januari 2012 ook op NYSE Euronext Parijs.

Op 31 december 2011 bedroeg de slotkoers 63,7 EUR tegen 79,8 EUR op het einde van 2010. Gedurende 2011 bedroeg de gemiddelde koers per aandeel 84,5 EUR en de hoogste koers 111,6 EUR (7 juli 2011).

Het gemiddelde aantal dagelijks verhandelde aandelen, zoals meegedeeld door Euronext, bedroeg 247 000 aandelen in 2011 tegen 182 000 aandelen in 2010.

De evolutie van de aandelenkoers in 2011 in vergelijking met die van de marktindexen wordt op de volgende pagina getoond.

13.2. Actieve fi nanciële communicatie

Het hele jaar door staat het Investor Relations-team ter beschikking van de aandeelhouders en individuele

of institutionele beleggers en van analisten die het aandeel volgen. Het organiseert ontmoetingen, antwoordt op de vragen en licht de korte- en langetermijnontwikkeling van de Groep toe. Daarbij waakt het erover alle aandeelhouders op gelijke voet te behandelen.

Het beleid van de Groep inzake communicatie bestaat erin middels persberichten en/of persconferenties alle belangrijke en marktrelevante informatie te verspreiden van zodra dit redelijkerwijze mogelijk is.

Solvay nv Investor Relations Ransbeekstraat 310 B-1120 Brussel (België) E-mail: [email protected] Internet: www.solvay.com

13.3. Clubs van aandeelhouders en individuele beleggers

De Groep onderhoudt al jaren nauwe banden met individuele beleggersclubs, via deelname aan bijeenkomsten of conferenties of

door regelmatige informatie over de activiteiten van de Groep (persberichten, jaarverslag,…) die op vraag verkrijgbaar zijn.

In 2011 heeft de Solvay-groep opnieuw ontmoetingen georganiseerd met individuele beleggers. Een paar voorbeelden:

• in maart 2011 was er het rendezvous van Christian Jourquin met de lezers van het magazine Cash met tegen de 200 deelnemers, onder wie leden van de beleggersclubs Investa en VFB.

Evolutie van het Solvay-aandeel in 2011 in vergelijking met de indexen

Deugdelijk Bestuur

  • in april 2011 was Solvay present op de Beleggershappening van de VFB, waaraan elk jaar weer meer dan 1 000 geïnteresseerden deelnemen.
  • in mei 2011 nam Solvay deel aan de Dag van het Aandeel, georganiseerd door het Belgische magazine Cash, waar weer heel wat individuele beleggers op afkwamen.

13.4. Roadshows en ontmoetingen met de professionele wereld

Geregeld organiseert de Groep roadshows en ontmoetingen met de bedrijfstop ten behoeve van internationale professionals (analisten, portefeuillebeheerders, pers,…).

Zo zijn er in 2011 ruim 500 contacten gelegd op vergaderingen en ontmoetingen in Europa (Brussel, Londen, Parijs, Frankfurt, Genève, Zürich, Milaan, enz…) en in de Verenigde Staten en Canada.

De bedrijfsleiding organiseert systematisch elk kwartaal telefoonconferenties waarin zij de resultaten van de Groep becommentarieert.

13.5. Een eigen webstek

Er is ook een internetsite beschikbaar bedoeld voor aandeelhouders en beleggers: www.solvay.com/investors. Daarop vinden zij de meest actuele fi nanciële en strategische informatie van de Groep.

De site biedt ook informatie over allerlei diensten die van nut kunnen zijn voor de belegger en aandeelhouder. Hij vermeldt nuttige contacten met analisten die de Groep van nabij volgen. Via de webstek kan men zich ook inschrijven bij de club van aandeelhouders en beleggers. Dan krijgt men per e-mail melding in drie talen (Frans, Nederlands en Engels) over de publicatie van heel wat informatie: agenda van bepaalde vergaderingen van de Raad van Bestuur, plannen voor amendering van de statuten, bijzondere rapporten van de Raad van Bestuur, publicatie van het jaarverslag, statutaire rekeningen, uitbetaling van de dividenden,...

De website is begin 2011 grondig geactualiseerd om de toegang tot het ruim aanbod aan informatie nog gemakkelijker en aangenamer te maken.

13.6. Driemaandelijkse publicatie van de resultaten

De wens met meer detail en regelmaat te communiceren heeft ertoe geleid dat sinds 2003 de resultaten van de Groep driemaandelijks worden gepubliceerd, in overeenstemming met de internationale normen voor fi nanciële verslaggeving (IFRS).

BIJLAGE 1 Het Auditcomité – Mission Statement

1. Leden

Het Auditcomité heeft een Voorzitter en op zijn minst twee leden. Alle drie zijn ze niet-uitvoerende bestuurders en minstens twee van hen zijn onafhankelijke bestuurders.

De leden van het Auditcomité ontlenen hun bevoegdheid aan hun vorming en de ervaring die ze hebben opgedaan in vroegere functies.

2. Genodigden

Het Auditcomité nodigt normaal personen uit om verslag uit te brengen: a) de Financiële Directeur van de

  • Groep; b) de verantwoordelijke van de Group Service Interne Audit;
  • c) de externe auditpartner, benoemd tot commissaris van de Groep.

3. Vergaderingen – Frequentie

Het Auditcomité vergadert minstens viermaal per jaar, bij de publicatie van de jaarlijkse, halfjaarlijkse en driemaandelijkse resultaten.

Een extra-vergadering is mogelijk, om de draagwijdte van de plannen en de kosten van de audits aan de orde te laten komen. Over andere belangrijke fi nanciële kwesties wordt gediscussieerd en overeenstemming bereikt.

4. Belangrijkste mandaten van het Auditcomité

  • a) Het Auditcomité ziet erop toe dat het jaarverslag en de jaarrekeningen, de tussentijdse fi nanciële staten en alle andere belangrijke fi nanciële informatie van de Groep de algemeen aanvaarde boekhoudkundige principes respecteren. (IFRS voor de Groep, de Belgische boekhoudkundige regels voor de moedermaatschappij). Deze documenten dienen een juist en relevant beeld te geven en te voldoen aan alle statutaire en beursregels.
  • b) Het Auditcomité onderzoekt geregeld de toegepaste boekhoudkundige strategie en praktijken ter voorbereiding van de jaarrekening van de Groep en vergewist zich ervan dat ze conform de goede praktijk zijn en voldoen aan de juiste boekhoudkundige normen.
  • c) Het Auditcomité onderzoekt geregeld de draagwijdte van de externe audit en de toepassing ervan in het geheel van de Groep. Het Auditcomité bestudeert de aanbevelingen van de externe audit en het rapport dat de auditor aan de Raad van Bestuur bezorgt.
  • d) Het Auditcomité ziet toe op de effi ciëntie van de interne controlesystemen van de Groep, in het bijzonder die van de fi nanciële, operationele en gelijkvormigheidscontrole en die van de risicocontrole.

Ook gaat het Auditcomité na of de elektronische informaticasystemen, gebruikt om fi nanciële gegevens te genereren, aan de vereiste normen voldoen. Het Auditcomité waakt erover dat deze systemen voldoen aan de statutaire vereisten.

  • e) Inzake de interne audit controleert het Auditcomité de draagwijdte/ de programma's/het resultaat van de werkzaamheden van de interne auditafdeling en ziet erop toe dat de interne audit adequate werkmiddelen heeft. Het Auditcomité gaat na of de aanbevelingen van de interne audit wel worden uitgevoerd.
  • f) Het Auditcomité controleert en waakt over de onafhankelijkheid van de externe commissaris vooral voor de aanvullende diensten die eventueel van hem gevraagd worden en die buiten zijn wettelijke opdracht vallen. Wat zulke zaken betreft is het voortaan het Auditcomité dat de externe commissaris zal voorstellen aan de Raad van Bestuur die dan de kandidatuur ter goedkeuring voorlegt aan de gewone algemene vergadering.

Deze benoemt de betrokkene en keurt zijn vergoeding goed. Ook, en in overleg met de Algemeen Directeur Financiën, participeert het Auditcomité in de keuze van de verantwoordelijke van het Group Service Interne Audit.

g) Het Auditcomité bestudeert ook de risicodomeinen die mogelijk een impact kunnen hebben op de fi nanciële situatie van de Groep. Zulke risico's zijn bijvoorbeeld, wisselkoersrisico's, belangrijke juridische geschillen, leefmilieuvragen, problemen in verband met productverantwoordelijkheid, enz. Bij zijn onderzoek bestudeert het Auditcomité de bestaande procedures om belangrijke risico's te herkennen, de mate van hun impact op de Groep in te schatten en de werking van de controlesystemen na te gaan.

5. Verslagen

Aangezien het een comité is dat onder de bevoegdheid valt van de Raad van Bestuur, stelt het Auditcomité een verslag op van elke vergadering en bezorgt dit aan de Raad van Bestuur.

BIJLAGE 2 Het vergoedingsbeleid voor de Algemeen Directeuren

Algemeen

Het huidige vergoedingsbeleid geldt voor de Algemeen Directeuren van Solvay, onder wie de CEO en de leden van het Uitvoerend Comité. De vergoeding van de Algemeen Directeuren is vastgelegd door de Raad van Bestuur op aanbeveling van het Remuneratiecomité. De basisprincipes van het vergoedingenbeleid voor de Algemeen Directeuren van Solvay kunnen we als volgt samenvatten:

  • concurrentieel sterke vergoedingsperspectieven bieden die Solvay in staat stellen kaderleden van hoog niveau aan te trekken, te houden, te motiveren en te belonen. Zulke kaderleden zijn immers onmisbaar voor de leiding van een chemische onderneming met globale activiteiten en ambities;
  • ervoor zorgen dat de aandacht van de kaderleden uitgaat naar de cruciale factoren, bepalend voor het succes van onze activiteiten met oog voor de korte, middellange en lange termijnbelangen van de onderneming;
  • de kaderleden aanmoedigen om te handelen als leden van een sterk directieteam, deel te hebben aan het welslagen van de Groep in zijn geheel, maar ook op individuele titel hun rol en verantwoordelijkheid op te nemen;
  • bij de kaderleden de wil vrijwaren en aanwakkeren om de prestaties van de Groep nog te verbeteren, waarbij de vergoeding wordt gekoppeld aan het bereiken van ambitieuze individuele en collectieve doelstellingen.

De samenstelling en het totale vergoedingenbedrag (zowel het vaste als het variabele gedeelte) ter beschikking van de Algemeen Directeuren

worden elk jaar opnieuw bekeken. De vergoeding hangt af van de verantwoordelijkheid en de individuele ervaring en prestaties.

Ze is conform de geldende praktijk bij concurrerende ondernemingen ten aanzien van de aard en het belang van de functie en de eigenheid van de activiteitssectoren waarbinnen Solvay werkt. Andere relevant geachte factoren, zoals de gelijke en evenwichtige verloning binnen de onderneming, worden ook in overweging genomen. Voor de evaluatie van de relevante praktijken bij de concurrentie, gebruikt Solvay als referentiekader een selectie van Europese chemische en industriële bedrijven met internationale uitstraling en met een omzet en personeelsbezetting die met die van Solvay vergelijkbaar zijn. De samenstelling van deze groep wordt regelmatig opnieuw bestudeerd, om erover te waken dat hij de strategische oriëntatie van de onderneming blijft weergeven.

Voor kaderleden die afkomstig zijn van een niet-Europees land en in functie buiten Europa, dienen de praktijken in het land van oorsprong als referentie, liefst samen met wat de praktijk is in de chemische sector. Voor het verschaffen van deze internationale marktgegevens wordt een beroep gedaan op consultancydiensten gespecialiseerd in verloningsbeleid en met een internationale reputatie ter zake.

Doel van Solvay is om een totaal pakket aan vergoedingen aan te bieden dat conform is met, of in de buurt komt van de mediaan van de bestudeerde referentiemarkt, indien de betrokkene normaal gepresteerd heeft.

In geval van uitzonderlijke collectieve en individuele prestaties, zal de vergoeding in de buurt van het bovenste kwartiel van de markt komen.

De verschillende bestanddelen van de vergoeding

De vergoeding van de Algemeen Directeuren omvat het basissalaris

Deugdelijk Bestuur

en jaarlijkse aanmoedigingspremies (zoals premies in verhouding tot de geleverde prestaties) en andere langetermijnpremies. Dit alles samen vormt de totale directe vergoeding van de Algemeen Directeuren. Voorts hebben de Algemeen Directeuren nog andere voordelen, waarvan de meest courante de vergoedingen zijn in verband met opruststelling, overlijden, invaliditeit en medische zorgen. De doelvergoeding gebaseerd op de prestaties is uiteraard variabel. Ze vertegenwoordigt tenminste bijna 50% van de totale directe vergoeding van de Algemeen Directeuren.

Basissalaris

Het basissalaris wordt elk jaar onderzocht, wat niet betekent dat het aangepast wordt. Dit onderzoek vergelijkt het actuele niveau met de nieuwe mediaan van de referentiemarkt. Daarbij houdt men rekening met de verantwoordelijkheid en het belang van de positie van de Algemeen Directeur en ook met zijn individuele beroepsbekwaamheid, zijn relevante professionele ervaring, de mate waarin hij met evoluties meekan en het constante of minder constante niveau van zijn prestaties over een lange periode.

Jaarlijkse aanmoediging

Het niveau van de aanmoediging hangt af van de vraag of de betrokkene voldaan heeft aan alle gestelde doelen.

Het gaat van 50% tot 100% van het basissalaris, al naargelang van de plaats die men heeft.

Deze percentages zijn bepaald op basis van de mediaan van de premies genoteerd op de referentiemarkt en de strategie van Solvay voor een mix van de verlangde verloning en de concurrentiepositie.

In het algemeen kan men stellen dat Solvay een basissalaris wenst toe te kennen en jaarlijkse aanmoedigingspremies, die dicht in de buurt komen van de vastgestelde mediaan op de referentiemarkt. Het huidige premieniveau varieert al naargelang van de prestaties van de Solvay-groep, de sectoren waarin de Algemeen Directeuren aanwezig zijn en hun individuele prestaties. Tegenwoordig varieert de premie van nul bij slechte prestaties tot 150% van het bedrag voor een normale prestatie, als de betrokkene uitzonderlijk goed heeft gewerkt. De algemene economische prestatie wordt gemeten in rendabiliteit van het eigen vermogen (ROE) van het voorbije jaar; de individuele prestatie wordt gemeten op basis van een reeks op voorhand bepaalde doelstellingen per regio/activiteitssector en andere cruciale doelstellingen die voor elk kaderlid specifi ek zijn en goedgekeurd door de

Langetermijnaanmoediging

Raad van Bestuur.

De langetermijnaanmoediging bestaat uit de periodieke toekenning van aandelenopties. Elk jaar en op basis van de aanbevelingen van het Remuneratiecomité bepaalt de Raad van Bestuur het aantal aandelenopties, dat respectievelijk wordt toegekend aan de Voorzitter van het Uitvoerend Comité, aan leden van het Uitvoerend Comité en aan andere Algemeen Directeuren.

Om uit te maken hoeveel aandelenopties er precies naar elke groep Algemeen Directeuren dient te gaan, baseert de Raad van Bestuur zich op het niveau van de actuele langetermijnaanmoedigingen en de praktijk op de referentiemarkt.

De uitoefenprijs van de opties is gelijk aan het slotkoersgemiddelde van het Solvay-aandeel op Euronext Brussels gedurende de 30 dagen die voorafgaan aan het begin van het aanbod. De opties verlopen acht jaar na de datum van hun toekenning. Ze zijn verkrijgbaar op de eerste dag die volgt op de derde verjaardag van hun toewijzing en kunnen worden uitgeoefend tijdens specifi eke open periodes.

Andere voordelen

De Algemeen Directeuren krijgen ook vergoedingen bij hun opruststelling, bij hun overlijden, ziekte en invaliditeit. In principe hangt dit sterk af van de regels in hun land van herkomst. Andere voordelen, zoals prestaties in de gezondheidszorg, bedrijfsauto of kostenvergoeding bij gebruik van de eigen auto bestaan ook, maar ook hier past men de regels toe van het land waar de begunstigde werkt. De aard en het belang van die andere voordelen lijken sterk op de marktmediaan.

In feite is de gekozen referentiemarkt een selectie van een twintigtal Belgische ondernemingen en dochterondernemingen in België van bedrijven onder buitenlandse controle. Het gaat dan veelal om werkgevers die lof krijgen van nationale en internationale kaderleden, die representatief zijn op het stuk van de toekenning van voordelen en voldoende conform met de normen die in Europa voor kaderleden gelden.

Niveau van de jaarlijkse en langetermijnincentives Voorzitter
van het
Uitvoerend
Comité
Uitvoerend
Comité
Algemeen
Directeuren
Actuele prestatie Rendement op eigen als % van als % van als % van
vermogen basiswedde basiswedde basiswedde
Onder drempel lager dan 4% 0% 0% 0%
Drempel 4% tot < 8% 15% 9% 8%
8% tot < 10% 30% 18% 15%
Tussenin (laag) 10% tot < 12% 40% 24% 20%
RENDEMENT OP EIGEN
VERMOGEN
Doel 12% tot < 14% 50% 30% 25%
Tussenin (hoog) 14% tot < 16% 60% 36% 30%
Uitstekend 16% tot < 18% 70% 42% 35%
Uitzonderlijk groter of gelijk aan
18%
vrije beslissing
Raad
vrije beslissing
Raad
vrije beslissing
Raad
Bonus als % van
basiswedde
als % van
basiswedde
als % van
basiswedde
INDIVIDUELE
BONUS
Onder 0% 0% 0%
Doel 50% 30% 25%
Uitstekend 75% 45% 37,5%
vrije beslissing
Raad
vrije beslissing
Raad
vrije beslissing
Raad
RENDEMENT
INDIVIDUELE
VERMOGEN
Op doel: rendement als % van
basiswedde
als % van
basiswedde
als % van
basiswedde
OP EIGEN
BONUS +
op eigen vermogen 0% 0% 0%
en individuele bonus
50/50
100% 60% 50%
145% 87% 72,5%
Als een aandelenplan aandelenopties aandelenopties aandelenopties
OPTIES door de Raad -20% 32 000 12 000 4 000
AANDELEN van Bestuur is Doel 40 000 15 000 5 000
goedgekeurd +20% 48 000 18 000 6 000

Deugdelijk Bestuur Nota's

Algemeen woordenlijst

ABIQUIM: Braziliaanse Federatie van de Chemische Industrie ANSAC: American Natural Soda Ash Corporation BBT: beste beschikbare techniek BU: Business Unit CDP: Carbon Disclosure Project CEO: Chief Executive Offi cer CER: Certifi ed Emission Reduction CLM: Change Leadership Model CSR: Corporate Social Responsibility EBWO: Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling ERU: Emission Reduction Units FSSC: Food Safety System Certifi cation GBU: Global Business Unit HSE: Health, Safety, Environment ICCA: International Council of Chemical Associations ICEM: Internationale Federatie van Werknemers in de Chemie kt: Kiloton MEA: Membrane Electrode Assembly = membraanelektrodeassemblage MW: megawatt NBD: New Business Development O&O: Onderzoek en Ontwikkeling OLED: Organic Light Emitting Diodes = Organische licht-emitterende diode OPV: organische fotoelektrische cellen OTFT: organische transistoren in dunne folie pvc: polyvinylchloride PVDF:Polyvinylideenfl uoride RBU: Regional Business Unit RCMS: Rhodia Care Management System SDS: Safety Data Sheet SBU: Strategic Business Unit SPM: Sustainable Portfolio Management UNESCO: Organisatie van de Verenigde Naties voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur

Deugdelijk Bestuur Financiëlebegrijpenlijst215

BVFA: Belgische Vereniging van Financiële Analisten (in het Frans: ABAF: Association belge des analystes fi nanciers) Cash fl ow: Netto resultaat plus totale afschrijvingen. Corporate & Business Support: Niet-toegekende bestanddelen, na verhoging van de directe toelagen vanaf 2007 EBIT: Winst vóór aftrek van interesten en belastingen Eigen vermogen per aandeel: Eigen vermogen gedeeld door het gemiddeld aantal aandelen voor de berekening van het IFRS-resultaat. Dezelfde basis voor de cash fl ow en de REBITDA per aandeel IFRS: International Financial Reporting Standards Nettowinst per aandeel: Nettoresultaat (aandeel van Solvay) gedeeld door het gewogen gemiddelde van het aantal aandelen, na aftrek van de eigen aandelen teruggekocht voor het dekken van de aandelenoptieprogramma's Nettowinst per aandeel (zonder beëindigde bedrijfsactiviteiten): idem als nettoresultaat per aandeel, maar zonder het resultaat van de beëindigde bedrijfsactiviteiten (aandeel van Solvay) OCI: Andere componenten van het totaalresultaat Omloopsnelheid: Totaal aantal aandelen dat van eigenaar verandert in een jaar, gedeeld door het totale aantal genoteerde aandelen, volgens de defi nitie van Euronext Omloopsnelheid aangepast door free fl oat: Aangepaste omloopsnelheid afhankelijk van het percentage genoteerde aandelen in het bezit van het publiek, volgens de defi nitie van Euronext REBIT: Recurrent operationeel resultaat REBITDA: REBIT vóór afschrijvingen Rendement op het nettodividend: Nettodividend gedeeld door slotkoers van 31 december Rendement op het brutodividend: Brutodividend gedeeld door de slotkoers van 31 december ROE: Rendement op eigen vermogen (Return on Equity) Toegevoegde waarde: personeelskosten + totaal van de afschrijvingen + totaal van de belastingen + nettoresultaat Verwaterde nettowinst per aandeel: nettoresultaat (aandeel van Solvay) gedeeld door het gewogen gemiddelde van het aantal aandelen, na aftrek van de eigen aandelen teruggekocht voor het dekken van de aandelenoptieprogramma's, vermeerderd met de mogelijk verwaterende aandelen Verwaterde nettowinst per aandeel (zonder beëindigde bedrijfsactiviteiten): Idem als nettoresultaat per aandeel, maar zonder het resultaat van de beëindigde bedrijfsactiviteiten (aandeel van Solvay) Vrije Kasstroom (Free cash fl ow): Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten + kasstroom uit investeringsactiviteiten, uitgezonderd acquisities en vervreemding van deelnemingen en andere investeringen + dividenden

ontvangen van fi lialen en joint ventures

Nota's

Agenda van de aandeelhouder

24 april 2012:

Capital Markets Day 7 mei 2012: Resultaat over het 1e kwartaal 2012 (om 18.00 uur) 8 mei 2012: Gewone Algemene Vergadering

(om 10.30 uur) 15 mei 2012:

Betalling van het saldo van het dividend voor het boekjaar 2011 (coupon nr. 90). Notering ex-dividend vanaf 10 mei 2012

27 juli 2012:

Resultaat over het 2e kwartaal en de eerste helft 2012 (om 7.30 uur)

25 oktober 2012:

Resultaat over het 3e kwartaal en de eerste negen maanden 2012 en bekendmaking van het dividendvoorschot voor het boekjaar 2012 (uit te betalen in januari 2013, coupon nr. 91) (om 7.30 uur)

14 februari 2013:

Jaarresultaten 2012 (om 7.30 uur)

This report is also available in English. Ce rapport est aussi disponible en français.

Concept en realisatie:

The Crew www.thecrewcommunication.com

Drukwerk: Deckers Druk

Redactiehoofd:

Solvay Secretariaat-generaal en Mededeling

Photos:

Yannis Argyropoulos, Jean-Michel Byl, Eric Clapot, Benjamin Croupie, Oscar Delgado, Philippe Dureuil/ GDF Suez, Patrick Kovarik, Paul Langrock Agentur Zenit, Frédéric Martin, Jean-Jacques Micheli, Xavier Renaud, Antoine Reyre, © Solar Impulse/Jean Revillard, Solvay, SolVin, SQLI, Studio Pons, BananaStock, Getty Images/Tetra Images, Corbis, Fotolia, Ingimage, Inmagine, iStockphoto, The Brand, ThinkStock, Shutterstock. Coverfoto: Naturhome huis – info: S. Bodarwe +32 496215756 – Architect: Crahay et Jamaigne www.crahayjamaigne.com

Vertaling: Paul Muys, Production, PR&Medi Solvay nv

Ransbeekstraat, 310 1120 Brussel België T: +32 2 264 2111 F: +32 2 264 3061

Brussel RPR: 0403 091 220 BTW: BE 0403 091 220

www.solvay.com

Talk to a Data Expert

Have a question? We'll get back to you promptly.