AI Terminal

MODULE: AI_ANALYST
Interactive Q&A, Risk Assessment, Summarization
MODULE: DATA_EXTRACT
Excel Export, XBRL Parsing, Table Digitization
MODULE: PEER_COMP
Sector Benchmarking, Sentiment Analysis
SYSTEM ACCESS LOCKED
Authenticate / Register Log In

Solvay SA

Governance Information Mar 31, 2020

4005_10-k_2020-03-31_24d4c63c-839e-49c7-bc9a-f03d341cdee2.pdf

Governance Information

Open in Viewer

Opens in native device viewer

S O L V A Y GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 BEHEERVERSLAG

Beheer verslag

Het managementrapport van Solvay presenteert de sociale, ecologische en financiële prestaties van de Groep in 2019, evenals de resultaten op het gebied van governance.

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019

VERKLARING INZAKE DEUGDELIJK BESTUUR

2 Verklaring inzake Deugdelijk Bestuur

1. Inleiding 30 2. Kapitaal, aandelen en aandeelhouders 30 3. Raad van Bestuur en comités 33 3.1. Raad van Bestuur 33 3.2. Comités 41 4. Uitvoerend comité 44

5. Remuneratieverslag 46 5.1. Bestuur 46 5.2. Remuneratie van de Raad van Bestuur 46 5.3. Remuneratie van het uitvoerend comité 48 5.4. In 2019 aan de leden van het uitvoerend comité toegekende aandelenopties en PSU's 56 5.5. Vergelijkende informatie over de wijziging van de bezoldiging en de prestaties van de onderneming 57 5.6. De belangrijkste bepalingen in de contractuele relatie van de leden van het uitvoerend comité met de vennootschap en/of verbonden ondernemingen, met inbegrip van de vergoeding ingeval van vroegtijdig vertrek 58 6. Voornaamste kenmerken van de risicomanagementen interne controlesystemen 59 7. Externe audit 61 8. Krachtens artikel 34 van het Belgische Koninklijk Besluit van 14 november 2007 te verschaffen informatie 62

Verklaring inzake Deugdelijk Bestuur

Solvay nv – met hoofdzetel in België – wil voldoen aan de hoogste standaard inzake deugdelijk bestuur. Het bedrijf wil voortdurend de prestaties op het gebied van deugdelijk bestuur ("corporate governance") verbeteren, waarbij de nadruk ligt op transparantie en op het bevorderen van een cultuur van duurzame waardecreatie op lange termijn.

De bestuursorganen van Solvay zijn verantwoordelijk voor de langetermijnaanpak van de Groep, het nastreven van de visie van de oprichter van Solvay, en de uitvoering van de strategie van de Groep. De Raad van Bestuur is belast met het sturen van de ontwikkelingsstrategie van Solvay en adviseert het uitvoerend comité, dat toezicht houdt op de bedrijfsvoering.

In deze verklaring worden de aanbevelingen van het 'naleven of motiveren'-principe van de Belgische Corporate Governance Code 2009 toegepast. Ze bevat aanvullende feitelijke informatie met betrekking tot het corporate-governancebeleid van Solvay en relevante wijzigingen daarvan, samen met details over de remuneratie van de bestuurders en leden van het uitvoerend comité en over relevante gebeurtenissen die zich in het voorgaande jaar hebben voorgedaan.

Overeenkomstig dit principe wijkt geen van de in deze corporategovernanceverklaring beschreven regels af van de Belgische Corporate Governance Code 2009.

Het Corporate Governance Charter (het 'Charter'), aangenomen door de Raad van Bestuur van Solvay, is beschikbaar op de website van Solvay en beschrijft de belangrijkste aspecten van de corporate governance van de Solvay Groep, inclusief de bestuursstructuur en de interne regels van de Raad van Bestuur, het Uitvoerend Comité en andere comités opgericht door de Raad van Bestuur. Vanaf 1 januari 2020 heeft Solvay de aanbevelingen van de Belgische Corporate Governance Code 2020 toegepast, die vanaf 1 januari 2020 van toepassing is. De Raad van Bestuur heeft het Charter gewijzigd om te voldoen aan de nieuwe Corporate Governance Code.

1. Inleiding Kapitaal, aandelen en aandeelhouders 2.

2.1. Kapitaal

Het kapitaal van Solvay bedraagt € 1.588.146.240 en bestaat uit 105.876.416 uitgegeven aandelen. Er hebben zich in 2019 geen wijzigingen voorgedaan in het kapitaal van de vennootschap.

2.2. Aandelen van Solvay

Solvay (SOLB.BE) is genoteerd op Euronext Brussel, wat haar-hoofdnotering is. Solvay heeft een secundaire notering op Euronext Parijs. Solvay-aandelen worden sinds 1 oktober 2016 ook over-the-counter (OTC) verhandeld als 'Level 1 sponsored American Depositary Receipts' (ADR's) via Citibank. (Translator's note: source text error: Depository should be Depositary)

Het aandeel van Solvay is opgenomen in de BEL20, de belangrijkste Belgische index. Op 14 september 2018 werd Solvay opgenomen in de Next20-index, na vertrek uit de CAC40-index. De Groep wordt nog steeds beschouwd als de grootste producent van (gespecialiseerde) chemicaliën op de beurs van Parijs. De aandelen van Solvay zijn opgenomen in andere belangrijke indexen zoals de BEL Chemicals, de STOXX-familie (DJ STOXX en DJ Euro STOXX), de MSCI-index, Euronext 100, de Dow Jones Sustainability TM World Index en de FTSE4Good Index.

In 2019 bedroeg de gemiddelde aandelenkoers (bij beurssluiting aan het eind van de dag) € 95,7 en fluctueerde de koers van het aantal tussen € 84,1 en € 110,8 per aandeel. In 2019 werden er per dag gemiddeld 256.047 aandelen verhandeld (bron: Euronext), tegeweeknover 277.313 aandelen in 2018.

Koersontwikkeling en handelsvolume Solvay van 1 januari 2019 tot en met 31 december 2019

2.3. Aandeelhouders

2.3.1. Aandeelhoudersstructuur

Onderstaande grafiek geeft de aandeelhoudersstructuur van Solvay per 31 december 2019 weer, op basis van kennisgevingen van haar aandeelhouders. Deze transparantiekennisgevingen zijn op grond van Belgisch recht of de statuten van Solvay verplicht wanneer het aandelenbelang de drempel van 3%, 7,5% of een veelvoud van 5% overschrijdt.

Aandeelhoudersstructuur

De laatste kennisgevingen die Solvay in 2019 heeft ontvangen:

  • Solvac nv deelde op 28 maart 2018 mee dat het 30,71% van het kapitaal van Solvay bezat.
  • Op 28 december 2018 verklaarde Solvay Stock Option Management bv via Solvac nv aan Solvay dat het een aandelenbelang van 2,342% had.
  • Blackrock Inc., een institutionele belegger, deelde op 27 november 2019 mee dat het een belang van 2,96% heeft.

De overige aandelen, samen goed voor ongeveer 64%, zijn in handen van institutionele en particuliere aandeelhouders, waarbij er geen enkele aandelenbelang is van meer 3%.

Op de Gewone Algemene Vergadering van dinsdag 14 mei 2019 vertegenwoordigden de neergelegde en uitgebrachte stemmen 63,40% van het kapitaal van Solvay nv.

Solvac

De hoofdaandeelhouder van Solvay is Solvac nv, dat meer dan 30% van het aandelenkapitaal van Solvay in handen heeft. Solvac nv is een naamloze vennootschap naar Belgisch recht die in 1983 werd opgericht. Zijn activa bestaan uitsluitend uit de Solvay-aandelen.

De aandelen van Solvac worden verhandeld op Euronext Brussel. Solvac telt ongeveer 13.000 aandeelhouders. Meer dan 2.300 van hen zijn verwant met de families die Solvay hebben opgericht. Samen hebben zij ongeveer 77% van de aandelen van Solvac in handen.

Solvac heeft bewezen dat het succes van de Vennootschap op lange termijn ten voordele van alle aandeelhouders het primaire doel van hun betrokkenheid is en blijft. Deze langetermijnfocus is essentieel voor duurzaam succes in onze sector. De Raad van Bestuur is van mening dat onze eigendomsstructuur heeft bijgedragen aan het isoleren van onze Vennootschap van conjunctuurcycli en de daarmee samenhangende druk op de korte termijn terwijl de Raad van Bestuur en het senior management zich kunnen concentreren op ons succes op lange termijn.

De CEO van Solvac, Bernard de Laguiche, is een onafhankelijke nietuitvoerend bestuurder in de Raad van Bestuur van Solvay.

Het percentage van het kapitaal en het aantal aandelen in het bezit van Solvac nv worden op de website van Solvay gepubliceerd.

Solvay Stock Option Management

Solvay Stock Option Management bvba is een indirecte dochteronderneming van Solvay en zijn aandelen en aankoopopties zijn samen goed voor 2,342% van het kapitaal van Solvay. Deze worden aangehouden in het kader van de strategie van de Groep om de risico's af te dekken die verbonden zijn aan aandelenopties die Solvay aan het senior management van de Groep toekent.

2.4. Relaties met beleggers en analisten

Solvay bevordert een open dialoog met de beleggingswereld om duurzame relaties op te bouwen. Overeenkomstig de richtlijnen van de Belgische Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) voldoet Solvay aan de informatieverplichtingen die in de Belgische wet zijn vastgelegd en in de Verordening marktmisbruik zijn vervat.

Solvay verstrekt op een transparante, tijdige en zinvolle manier nauwkeurige informatie om beleggers inzicht te geven in de bedrijfsactiviteiten en strategie van Solvay, resulterend in een correcte waardering door de markt. Uitgebreide informatie over de bedrijfsactiviteiten, de strategie en de financiële prestaties van Solvay is te vinden in een groot aantal regelgevende en andere publicaties, zoals het jaarlijkse Geïntegreerd Verslag, financiële verslagen en persberichten, evenals op zijn website (www.solvay.com).

Beleggers kunnen het Investor Relations-team het hele jaar door gemakkelijk bereiken via e-mail of telefoon. De leden van het uitvoerend comité en het Investor Relations-team hebben het hele jaar door ook rechtstreeks contact met verschillende leden van de beleggingswereld via roadshows en beleggersconferenties.

Op 7 november 2019 maakte Ilham Kadri, CEO, de G.R.O.W.-strategie van Solvay bekend, met als duidelijk doel het potentieel van de Groep ten volle te benutten en de waardecreatie te versnellen. De waarde zal worden gegenereerd door een gedifferentieerde toewijzing van middelen en afzonderlijke bedrijfsmandaten (Materials, Chemicals en Solutions), samen met transversale initiatieven die mogelijk worden gemaakt door ons nieuwe operationele model, Solvay One.

2.4.1. Interacties met de families die Solvac en Solvay hebben opgericht

Solvay vergadert regelmatig met zijn hoofdaandeelhouder Solvac. Solvay geeft presentaties aan de Raad van Bestuur van Solvac en neemt deel aan evenementen die door de aandeelhouders van de stichtende families worden georganiseerd. Al deze interacties zijn gebaseerd op openbare informatie. Nieuw presentatiemateriaal wordt altijd gedeeld op de website van Solvay.

In 2019 namen vertegenwoordigers van het management van Solvay deel aan drie vergaderingen van de Raad van Bestuur van Solvac en aan vijf evenementen die werden georganiseerd door de families die Solvay hebben opgericht.

2.4.2. Contacten met institutionele beleggers

Solvay onderneemt specifieke acties om te interageren met institutionele beleggers. Er worden roadshows georganiseerd met leden van het Uitvoerend Comité en vertegenwoordigers van het Investor Relations-team. Zij nemen deel aan beleggersconferenties over de hele wereld. De daaruit voortvloeiende face-to-face contacten maken het mogelijk om met de beleggersgemeenschap in dialoog te treden over de strategie en bedrijfsprestaties van Solvay.

In 2019 nam Solvay deel aan 37 evenementen (waaronder 17 contacten met het senior management), bestaande uit 13 roadshows en 24 conferenties in landen in Europa, Amerika en Azië, evenals "reverse roadshows" in de kantoren van Solvay.

2.4.3. Interacties met verkoopsanalisten

Solvay wordt gevolgd door 24 verkoopsanalisten die actief onderzoek naar het aandeel publiceren. De bijgewerkte lijst van deze analisten is te vinden op de website van Solvay.

Naast de regelmatige individuele vergaderingen, e-mailcontacten en telefonische contacten organiseert Solvay driemaandelijkse conferentiegesprekken tussen de leden van het Uitvoerend Comité en de verkoopsanalisten ten gevolge van de publicatie van de resultaten van de Groep. Hoewel ze specifiek gericht zijn op analisten, zijn deze conferentiegesprekken live toegankelijk voor alle beleggers. Na afloop zijn ze opnieuw te beluisteren en is de transcriptie ervan te lezen op de website van Solvay.

2.4.4. Interacties met individuele beleggers

Elke belegger heeft toegang tot duidelijke, uitgebreide en transparante informatie op maat van zijn of haar individuele behoeften via een speciale rubriek Aandeelhouders (beschikbaar in het Frans, Nederlands en Engels). Elke investeerder kan ook inschrijven op de Solvay Investors' Club. Bovendien beantwoordt het team van de Solvay Investors Relation ([email protected]) en de Solvay Service ([email protected]) alle vragen en verzoeken om informatie en diensten.

In 2019 nam Solvay deel aan zes conferenties, waaronder drie aandeelhoudersevenementen in België (in Brussel en Antwerpen) en in Frankrijk (Parijs).

Solvay werkt ook samen met privébanken, heeft regelmatig contact met hun analisten en neemt af en toe deel aan hun evenementen gewijd aan particuliere beleggers.

3. Raad van Bestuur en comités

In het Charter zijn de taken, de missie, de werking, de omvang, de samenstelling, de opleiding en de evaluatie van de Raad van Bestuur vastgelegd. Het interne reglement van de Raad van Bestuur is aan het Charter gehecht.

3.1. Raad van Bestuur

3.1.1. Structuur en samenstelling

Per 31 december 2019 bestond de Raad van Bestuur uit 15 bestuurders:

  • 14 van de 15 bestuurders in de Raad van Bestuur zijn nietuitvoerend bestuurders,
  • 10 van de 15 bestuurders zijn door de Gewone Algemene Vergadering erkend als onafhankelijke bestuurders, volgens de criteria die in de Belgische wet zijn vastgelegd en door de Raad van Bestuur verder zijn verfijnd.
  • De Bestuurders vertegenwoordigen zeven verschillende nationaliteiten en 46,6% van hen zijn vrouwen.

De aanwezigheid op vergaderingen van de Raad van Bestuur bedraagt 94,66%.

De mandaten van mevrouw Marjan Oudeman en de heer Charles Casimir-Lambert werden op de Gewone Algemene Vergadering van 14 mei 2019 met vier jaar verlengd. Deze mandaten lopen af aan het eind van de Gewone Algemene Vergadering die in mei 2023 wordt gehouden.

Jaar van eerste benoeming Deelname aan vergaderingen in 2019

Nicolas Boël Belg Niet Onafhankelijk bestuurder 1998 10/10

Geboren in: 1962

Mandaten van Solvay nv: Voorzitter van de Raad van Bestuur, voorzitter van het Comité van financiën en voorzitter van het remuneratiecomité, lid van het benoemingscomité.

Einddatum bestuursmandaat: 2021

vervangen. De Algemene Vergadering van 14 mei 2019 heeft de benoeming

De heer Yves-Thibault de Silguy verliet de Raad van Bestuur op de Gewone Algemene Vergadering van 14 mei 2019 en is niet

van mevrouw Ilham Kadri tot lid van de Raad van Bestuur, ter vervanging van de heer Jean-Pierre Clamadieu, bevestigd. Mevrouw Ilham Kadri zal het mandaat van de heer Jean-Pierre Clamadieu overeenkomstig artikel 16 van de statuten van Solvay voltooien tot de Gewone Algemene Vergadering van 2021.

Het mandaat van de heer Jean-Marie Solvay zal aan het eind van de Gewone Algemene Vergadering van dinsdag 12 mei 2020 aflopen.

De heer Jean-Marie Solvay is geen kandidaat meer voor de verlenging van zijn mandaat en zal worden vervangen door Mevrouw Aude Thibaut de Maisières.

Op dezelfde Gewone Algemene Vergadering van dinsdag 12 mei 2020 zal worden voorgesteld om de heer Jean-Marie Solvay te vervangen door Mevrouw Aude Thibaut de Maisières.

Diploma's: Licentiaat Toegepaste Economische Wetenschappen (Katholieke Universiteit Leuven, België). Master of Business Administration (College of William and Mary, VS).

Activiteiten buiten Solvay: Bestuurder van Sofina.

Jean-Pierre Clamadieu Frans Niet Onafhankelijk bestuurder 2012 1/1

Jaar van eerste benoeming Deelname aan vergaderingen in 2019

Geboren in: 1958

Mandaten van Solvay nv: Voorzitter van het uitvoerend comité en CEO, bestuurder en lid van het Comité van financiën.

Einddatum bestuursmandaat: 2019

Diploma's: Ingenieursdiploma van de École des Mines (Parijs, Frankrijk). Activiteiten buiten Solvay: Bestuurder van Axa en Airbus. Voorzitter van Cytec Industries Inc. Voorzitter van Engie SA en Opéra de Paris.

Ilham Kadri Franse Niet Onafhankelijk bestuurder 2019 9/9

Geboren in: 1969

Mandaten van Solvay nv: Voorzitter van het uitvoerend comité en CEO, bestuurder en lid van het Comité van financiën.

Einddatum bestuursmandaat: 2021

Diploma's: Diploma Chemische Technologie van de Ecole des Hauts Polymères en Strasbourg, PhD in macromoleculaire fysico-chemie van Strasbourg's Louis Pasteur University.

Activiteiten buiten Solvay: Bestuurder van A.O. Smith (US).

Bernard de Laguiche Fransman/Braziliaan Niet Onafhankelijk bestuurder 2006 10/10

Geboren in: 1959

Mandaten van Solvay nv: Lid van het uitvoerend comité tot 30 september 2013, bestuurder, lid van het Comité van financiën en lid van het auditcomité sinds 13 mei 2014.

Einddatum bestuursmandaat: 2021

Diploma's: MA in Economics and Business Administration, HSG (Universität St. Gallen, Zwitserland). MBA in Agribusiness, Universiteit van São Paulo (USP ESALQ).

Activiteiten buiten Solvay: Gedelegeerd bestuurder van Solvac SA. Voorzitter van de Raad van Bestuur van Peroxidos do Brasil Ltda, Curitiba (Brazilië). Mandaten in niet-beursgenoteerde ondernemingen in Brazilië en Europa.

Jean-Marie Solvay Belg Niet Onafhankelijk bestuurder 1991 10/10

Geboren in: 1956

Mandaten van Solvay nv: Bestuurder, lid van de innovatieraad, lid van de remuneratie-en benoemingscomités sinds maart 2018.

Einddatum bestuursmandaat: 2020

Diploma's: Advanced Management Programme – Insead.

Activiteiten buiten Solvay: Bestuursvoorzitter van de International Solvay Institutes. Lid van de Raad van Bestuur van Innovation Fund, Brussel. CEO van Albrecht RE Immobilien GmbH & Co. KG., Berlijn (Duitsland).

Charles Casimir-Lambert Belg Niet Onafhankelijk bestuurder sinds mai 12, 2019 2007 10/10

Jaar van eerste benoeming Deelname aan vergaderingen in 2019

Geboren in: 1967

Mandaten van Solvay nv: Onafhankelijk bestuurder (sinds 12 mei 2019 is hij niet langer meer een Onafhankelijk bestuurder), lid van het auditcomité.

Einddatum bestuursmandaat: 2023

Diploma's: MBA Columbia Business School (New York, VS)/London Business School (Londen, VK). Master (lic.oec.HSG) in economie, management en finance (Universität St. Gallen, Zwitserland). Activiteiten buiten Solvay: Beheer van wereldwijde familiebelangen.

Hervé Coppens d'Eeckenbrugge Belg Onafhankelijk bestuurder 2009 10/10

Geboren in: 1957

Mandaten van Solvay nv: Onafhankelijk bestuurder, lid van het Comité van financiën en lid van het auditcomité.

Einddatum bestuursmandaat: 2021

Diploma's: Master in de rechten (Université catholique de Louvain, België). Diploma in economie en bedrijfskunde (ICHEC, België). Activiteiten buiten Solvay: Group Director van Petercam nv tot 30 juni 2013, bestuurder van Vital Renewable Energy Company LLC (Delaware). Onafhankelijk bestuurder van VISONARITY AG (Basel, Zwitserland) tot april 2018.

Yves-Thibault de Silguy Fransman Onafhankelijk bestuurder 2010 3/3

Geboren in: 1948

Mandaten van Solvay nv: Onafhankelijk bestuurder, lid van het remuneratiecomité en voorzitter van het benoemingscomité, lid van het comité van financiën.

Einddatum bestuursmandaat: 2019

Diploma's: Licentiaat in de rechten, Université de Rennes (Frankrijk). DES publiek Recht, Université de Paris I (Frankrijk). Diploma van het Institut d'Études Politiques de Paris en de École Nationale d'Administration (Frankrijk).

Activiteiten buiten Solvay: Voormalig Europees commissaris voor economie, monetaire en financiële zaken (1995-1999), Bestuurder en vice voorzitter van de Raad van Bestuur van de Vincigroep. Bestuurder van LVMH. Voorzitter van de Raad van Toezicht van Sofisport (Frankrijk). Bestuurder van VTB Bank (Moskou, Rusland) en voorzitter van YTSeuropaconsultants.

Evelyn du Monceau Belg Onafhankelijk bestuurder 2010 9/10

Jaar van eerste benoeming Deelname aan vergaderingen in 2019

Geboren in: 1950

Mandaten van Solvay nv: Onafhankelijk bestuurder, lid van de remuneratie- en benoemingscomités.

Einddatum bestuursmandaat: 2021

Diploma's: Licentiaat toegepaste economische wetenschappen van de Université Catholique de Louvain (België).

Activiteiten buiten Solvay: Voorzitter van de Raad van Bestuur en Voorzitter van de Governance Benoemings- en Remuneratiecomités van UCB NV. Lid van de Raad van Bestuur van La Financière de Tubize NV. Lid van de Commissie voor Corporate Governance.

Françoise de Viron Belg Onafhankelijk bestuurder 2013 10/10

Geboren in: 1955

Mandaten van Solvay nv: Onafhankelijk bestuurder, lid van de remuneratie- en benoemingscomités.

Einddatum bestuursmandaat: 2021

Diploma's: Doctor in de wetenschappen (Université catholique de Louvain, België). Master in sociologie (Université catholique de Louvain, België).

Activiteiten buiten Solvay: Professor aan de faculteit Psychologie en Pedagogische Wetenschappen en aan de Louvain School of Management (Université catholique de Louvain, België), academisch lid van het Center of Research Entrepreneurial Change and Innovative Strategies (CRECIS), van de interdisciplinaire onderzoeksgroep Socialisatie, Vorming en Training, van de interdisciplinaire onderzoeksgroep Volwassenenonderwijs aan de Université catholique de Louvain, België. Voorzitter en bestuurder AISBL EUCEN – European Universities Continuing Education network.

Amparo Moraleda Martinez Spaanse Onafhankelijk bestuurder 2013 9/10

Geboren in: 1964

Mandaten van Solvay nv: Onafhankelijk bestuurder, lid van de remuneratie- en benoemingscomités.

Einddatum bestuursmandaat: 2021

Diploma's: Diploma industrieel ingenieur, ICAI (Universidad Pontifica Comillas, Spanje) PDG, IESE Business School (Universidad de Navarra, Spanje). Activiteiten buiten Solvay: Voormalig algemeen directeur van IBM Spanje, Portugal, Griekenland, Israël en Turkije. Voormalig Chief Operating Officer, International Division (Spanje) en Acting CEO, Scottish Power (VK) van Iberdrola. Lid van de Raad van Bestuur van de volgende beursgenoteerde ondernemingen: Airbus SE (Nederland), Faurecia (tot okt. 2017) (Frankrijk), Caixabank SA (Spanje), Vodafone, plc (VK). Lid van de Consejo rector of Consejo Superior de Investigaciones Cientificias. Lid van de Real Academia de Ciencias Económicas y Financieras in Spanje.

Rosemary Thorne Engelse Onafhankelijk bestuurder 2014 10/10

Jaar van eerste benoeming Deelname aan vergaderingen in 2019

Geboren in: 1952

Mandaten van Solvay nv: Onafhankelijk bestuurder (lit van het auditcomité sinds mai 2018).

Einddatum bestuursmandaat: 2022

Diploma's: Honour degree wiskunde en economie, Universiteit van Warwick (VK). Bestuurslid van het Chartered Institute of Management Accountants (FCMA en CGMA). Fellow van de Association of Corporate Treasurers (FCT).

Activiteiten buiten Solvay: Voormalig Chief Financial Officer bij J. Sainsbury, Bradford & Bingley en Ladbrokes. Lid van de Raad van Bestuur en voorzitter van het auditcomité van Merrill Lynch International (VK). Voormalige onafhankelijke Bestuurder Royal Mail Group, Cadbury Schweppes, Santander UK, First Global Trust Bank (UK) en Smurfit Kappa Group (Ireland).

Gilles Michel Fransman Onafhankelijk bestuurder 2014 8/10

Geboren in: 1956

Mandaten van Solvay nv: Onafhankelijk bestuurder, Lid van het Comité van financiën, lid van de remuneratie-en benoemingscomités sinds maart 2018.

Einddatum bestuursmandaat: 2022

Diploma's: École Polytechnique (Frankrijk). École Économique (ENSAE) (Frankrijk). Institut d'Études Politiques (IEP).

Activiteiten buiten Solvay: Voormalig CEO van de divisie Ceramics & Plastics, Saint-Gobain, Frankrijk. Voormalig lid van het directiecomité van PSA, Frankrijk. Voormalig CEO van Fonds stratégique d'Investissement (FSI). Voormalig Voorzitter & CEO, Imerys, Frankrijk (beursgenoteerd); voormalig niet uit-voerende voorzitter van de raad IBL Ltd., Valeo: Onafhankelijk bestuurder.

Marjan Oudeman Nederlandse Onafhankelijk bestuurder 2015 9/10

Geboren in: 1958

Mandaten van Solvay nv: Onafhankelijk bestuurder, lid van het auditcomité sinds 12 mei 2015.

Einddatum bestuursmandaat: 2023

Diploma's: Diploma in de rechten, Rijksuniversiteit Groningen (Nederland). Master of Business Administration, Simon E. Business School,University of Rochester (New York, VS) en Erasmus Universiteit Rotterdam (Nederland). Activiteiten buiten Solvay: Voormalig lid van de raad van bestuur van Exco, Tata Steel en Akzo Nobel. Voormalig Voorzitter Universiteit van Utrecht. Voormalig lid van Bestuur van Statoil SA (nu Equinor ASA), ABN Amro. Voorzitter van de raad Ronald McDonald Children's Fund. Lid van de Raad van Toezicht van het Rijksmuseum, Nederland. Lid van de Raad van Commissarissen van Aalberts Industries NV en SHV Holding NV. Lid Raad van Bestuur van UPM-Kymmene Corporation en PJSC Novolipetsk-staal.

Agnès Lemarchand Franse Onafhankelijk bestuurder 2017 9/10

Jaar van eerste benoeming Deelname aan vergaderingen in 2019

Geboren in: 1954

Mandaten van Solvay nv: Onafhankelijk bestuurder, lid van het auditcomité.

Einddatum bestuursmandaat: 2021

Diploma's: Ecole Nationale Supérieure de Chimie de Paris (France). Chemical engineering degree from MIT (Boston, USA), MBA degree from INSEAD. Activiteiten buiten Solvay: Voormalig CEO IBFbiotechnics, Rhône-Poulenc (France). Voormalig CEO Prodical, Ciments-Français, (France). Voormalig CEO Lime Division, Lafarge (France). Voormalig Executive Chairman of Steetley Dolomite Ltd (UK). Onafhankelijke Bestuurder van de volgende beursgenoteerde bedrijven: CGG Veritas (until Oct 2017) (USA/France), Compagnie de Saint-Gobain (France), BioMérieux (France).

Matti Lievonen Fin Onafhankelijk bestuurder 2018 9/10

Geboren in: 1958

Mandaten van Solvay nv: Onafhankelijk bestuurder.

Einddatum bestuursmandaat: 2022

Diploma's: BscEng, Electrical Engineering, Kuopio Institute of Technology, Finland. EMBA, Helsinki University of Technology, Finland. Activiteiten buiten Solvay: CEO Oiltanking GmbH. Voorzitter van de Raad van Bestuur van

Fortum. Vice-voorzitter van de Raad van Bestuur SSAB. Lid van het aandeelhouder's Comité van Wintershall Dea.

Philippe Tournay Belgian Onafhankelijk bestuurder 2018 9/10

Geboren in: 1959

Mandaten van Solvay nv: Onafhankelijk bestuurder.

Einddatum bestuursmandaat: 2022

Diploma: MA in economics LSM-UCL (Université Catholique de Louvain,Belgium). Activiteiten buiten Solvay: Sinds 2003, eigenaar en gedelegeerd bestuurder Presa SA. Sinds 2007, Vice voorzitter Fondation Tournay Solvay.

3.1.2. Competenties en kwalificatiematrix van de bestuurders

De leden van de Raad van Bestuurd brengen gezamenlijk een uitgebreide set aan competenties mee die vereist zijn voor de activiteiten van de Groep.

Deze competenties variëren van sterke ervaring in internationale industrieën en markten, voor velen van hen op uitvoerend niveau, tot functionele domeinen zoals human resource

Chemische
industrie
expertise
Financiën Management Industriële
expertise
Onderzoek
en
expertise
Digitale
en IT
diensten
Duurzame
ontwikkeling
Human
resources
Internationale
ervaring
Nicolas Boël x x x x
Ilham Kadri x x x x x x x x
Bernard de Laguiche x x x x x x
Jean-Marie Solvay x x x x x
Charles Casimir-Lambert x x x x x x
Hervé Coppens
d'Eeckenbrugge
x x x x x
Evelyn du Monceau x x x x x
Françoise de Viron x x x x x x
Amparo Moraleda
Martinez
x x x x
Rosemary Thorne x x x x
Gilles Michel x x x x x
Marjan Oudeman x x x x x x x
Agnès Lemarchand x x x x x
Matti Lievonen x x x x x x x
Philippe Tournay x x x x

De kwalificaties en expertise van de bestuurders worden weergegeven in onderstaande Competentiematrix:

Het functioneren van de Raad van Bestuur 3.1.3.

In 2019 heeft de Raad van Bestuur tien keer vergaderd. De aanwezigheid van elke bestuurder is weergegeven in de tabel in punt 3.1.1. Structuur en samenstelling.

De besprekingen, beoordelingen en beslissingen van de Raad van Bestuur waren toegespitst op de jaarlijkse herziening van de strategie van de Groep, strategische projecten (overnames, desinvesteringen, investeringsuitgaven, enz.), de driemaandelijkse financiële verslaggeving, de goedkeuring van de kwartaalverslagen, het dividendvoorstel aan de Gewone Algemene Vergadering, de verslagen van de comités van de Raad van Bestuur, het beleid inzake maatschappelijk verantwoord ondernemen en duurzaamheid, het risicobeheer, het remuneratiebeleid, de langetermijnbonusregeling, de opvolgingsplanning voor de Raad van Bestuur en het management (wordt periodiek herzien), de herstructurering binnen de groep, en de verslagen en resolutievoorstellen aan de Algemene Vergadering.

In het bijzonder werd het jaar 2019 gekenmerkt door de overgang van de nieuwe CEO, mevrouw Ilham Kadri, die op 1 maart aan het roer overnam. Ze onderging met het Uitvoerend Comité een grondige strategische evaluatie van de Groep die resulteerde in nieuwe specifieke mandaten en doelstellingen voor de verschillende Global Business Units (GBU's). Het operationele model van de Groep werd dienovereenkomstig aangepast, op basis van de delegatie en de verantwoordelijkheid van het Solvay Leadership Team (ExCom, Heads of GBUs and Functions). Ook werd de studie om de Group Purpose te definiëren gelanceerd met als doel alle medewerkers te betrekken.

Dit alles gebeurde in een nauwe, open en transparante dialoog met de Raad van bestuur die bij elke belangrijke stap was betrokken.

Toepassing van artikel 523 van het Wetboek van Vennootschappen:

Artikel 523 van het Belgische Wetboek van Vennootschappen werd door de vergadering van de Raad van Bestuur van 26 februari 2019 toegepast in het kader van de beslissingen met betrekking tot de remuneratie van de CEO:

"Voorafgaand aan de bespreking of beslissing door de Raad van Bestuur over dit agendapunt, verklaarde Jean-Pierre Clamadieu dat hij een rechtstreeks financieel belang heeft bij de uitvoering van de beslissing van de Raad van Bestuur over zijn bonus voor 2018.

Overeenkomstig artikel 523 van het Belgische Wetboek van Vennootschappen heeft Jean-Pierre Clamadieu zich teruggetrokken om de beraadslagingen van de Raad van Bestuur over deze beslissing niet bij te wonen en niet aan de stemming deel te nemen.

De Raad van Bestuur heeft vastgesteld dat artikel 523 van het Belgische Wetboek van Vennootschappen van toepassing is op deze beslissing.

Bonus voor 2018: De leden van de Raad van Bestuur hebben met elkaar van gedachten gewisseld over de prestaties van de CEO in 2018 en over de score die aan elk van de individuele en collectieve doelstellingen moet worden toegekend. In overeenstemming met de aanbeveling van het remuneratiecomité stelt de Raad van Bestuur de kortetermijnbonus van de CEO voor 2018 vast op 133,5% van zijn basissalaris, d.w.z. € 1.602.000.

De Raad feliciteert de heer Jean-Pierre Clamadieu met de in 2018 behaalde resultaten."

Vanaf 1 januari 2020 is artikel 523 van het Wetboek van Vennootschappen vervangen door artikel 7:96 van het Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen.

3.1.4. Evaluatie

Om de twee à drie jaar wordt een evaluatie van de Raad van Bestuur uitgevoerd met als doel na te gaan hoe de Raad van Bestuur zijn eigen werking kan verbeteren en beter de "best practices" kan volgen. Hierbij wordt vooral gekeken naar de samenstelling van de Raad van Bestuur (met inbegrip van overwegingen die verband houden met diversiteit en competenties), de werking van de Raad van Bestuur, de informatieverschaffing aan en interacties met het uitvoerend management, en de samenstelling en het functioneren van de door de Raad van Bestuur opgerichte comités.

Als gevolg van de management-transitie en de benoeming van de nieuwe CEO werd eind 2019 een interne evaluatie uitgevoerd op basis van een externe vragenlijst. De evaluatie richtte zich op alle punten die in de evaluatie van het voorgaande jaar voor verdere verbetering aan de orde waren gesteld en hoe de Raad van Bestuur de overgang tot nieuwe CEO en de daaraan gerelateerde onderwerpen in 2019 heeft aangepakt.

3.1.5. Opleiding

Voordenieuwebestuurders iseenintroductie programma voorzien, dat ook openstaat voor elke Bestuurder die eraan wenst deel te nemen.

Het programma omvat een evaluatie van de strategie en activiteiten van de Groep en van de belangrijkste uitdagingen op het gebied van groei, concurrentiekracht en innovatie, maar ook op het gebied van financiën, onderzoek & innovatie, personeelsbeheer, juridische kwesties, corporate governance, compliance en de algemene organisatie van de activiteiten.

Bedrijfsbezoeken maken ook deel uit van het programma, waarbij ontmoetingen met het management en lokale teams, bedrijfspresentaties en site bezoeken worden gecombineerd.

In 2019 maakte de Raad van Bestuur een reis van één week naar de VS, die in het teken stond van de activiteiten van Specialty Polymers en Composite Materials.

De Bestuurders ontmoetten zowel lokale operationele teams als leiderschapsteams en jonge talenten. Deze bedrijfsbezoeken ter plaatse gaven de leden van de Raad van Bestuur de gelegenheid om in contact te komen met het industriële en O&I-team van Solvay en om vanaf de basis de pols te nemen van de Groep.

Elk jaar wijdt de Raad van Bestuur een specifieke sessie aan een update over de trends op het gebied van wereldwijde duurzame ontwikkeling (de sterke en zwakke punten van de Groep, met inbegrip van de risico's die verbonden zijn aan en de opportuniteiten die voortvloeien uit de klimaatverandering) die van invloed zijn op de Groep, haar acties en haar prestaties – met inbegrip van de vooruitgang op de vijf prioriteiten van Solvay, de duurzaamheidsratings, de eigen evaluatie van de Solvay Way en het Geïntegreerd Verslag.

Er is dit jaar gesproken over het vaststellen van een nieuwe ambitie inzake duurzaamheid om een gedeelde en duurzame toekomst voor iedereen bij Solvay te creëren.

3.2. Comités

De Raad van Bestuur heeft de volgende permanente comités opgericht: het auditcomité, het comité financiën, het remuneratiecomité en het benoemingscomité:

De mandaten van alle leden van de verschillende comités loopt op 12 mei 2020 af.

Onafhankelijk
bestuurder
Auditcomité Comité
van financiën
Remuneratiecomité Benoemingscomité
Mr. Nicolas Boël Voorzitter
Deelname: 4/4
Voorzitter
Deelname: 2/2
Lid
Deelname: 6/6
Ms. Ilham Kadri Lid (1)*
Deelname: 3/3
Mr. Jean-Pierre Clamadieu Lid (2)*
Deelname: 1/1
Mr. Bernard de Laguiche Lid
Deelname: 6/6
Lid
Deelname: 4/4
Mr. Jean-Marie Solvay Lid:
Deelname: 2/2
Lid
Deelname: 6/6
Mr. Charles-Casimir Lambert (5)* Lid
Deelname: 6/6
Mr. Hervé Coppens d'Eeckenbrugge X Lid
Deelname: 6/6
Lid
Deelname: 4/4
Mr. Yves-Thibault de Silguy X Lid (3)*
Deelname: 2/2
Lid (3)*
Deelname: 1/1
Lid (3)*
Deelname: 2/2
Ms. Evelyn du Monceau X Lid
Deelname: 2/2
Lid
Deelname: 4/6
Ms. Françoise de Viron X Lid
Deelname: 2/2
Lid
Deelname: 6/6
Ms. Amparo Moraleda Martinez X Lid
Deelname: 2/2
Voorzitter (4)*
Deelname: 6/6
Ms. Rosemary Thorne X Voorzitter
Deelname: 6/6
Mr. Gilles Michel X Lid
Deelname: 4/4
Lid
Deelname: 2/2
Lid
Deelname: 5/6
Ms. Marjan Oudeman X Lid
Deelname: 6/6
Ms. Agnès Lemarchand X Lid
Deelname: 6/6
Mr. Matti Lievonen X Lid
Deelname: 3/4
Philippe Tournay X

(1)* sinds 1 maart 2019

(2)* tot 1 maart 2019

(3)* tot 12 mei 2019

(4)* sinds 12 mei 2019

(5)* sinds 12 mei 2019, hij is niet langer een onafhankelijk bestuurder

3.2.1. Het auditcomité

Samenstelling:

  • Alle leden zijn niet-uitvoerend bestuurders, van wie de meesten onafhankelijk zijn.
  • De leden moeten voldoen aan het competentiecriterium op grond van de opleiding en de ervaring die zij in eerdere functies hebben opgedaan (zie punt 3.1.1. met betrekking tot de samenstelling van de Raad van Bestuur).
  • De secretaris is lid van de interne juridische afdeling van de Groep.

Vergaderingen:

  • Zes in 2019, waarvan vier voorafgaand aan de vergaderingen van de Raad van Bestuur die gepland waren voor de publicatie van de periodieke resultaten (driemaandelijks, halfjaarlijks en jaarlijks).
  • Het deelnamepercentage aan de vergaderingen was 100%.

Activiteiten:

  • Bekijkt en beoordeelt verslagen van de Chief Financial Officer, het hoofd van de interne audit van de Groep en de commissaris belast met de externe audit (Deloitte, vertegenwoordigd door de heer Michel Denayer en Corine Magnin).
  • Tijdens de periode onder revisie heeft het auditcomité de onafhankelijkheid en effectiviteit van de externe commissaris, Deloitte, beoordeeld.
  • Bestudeert het kwartaalverslag van het hoofd van de juridische dienst van de groep over belangrijke lopende juridische geschillen en rapporten over fiscale en intellectuele-eigendomsgeschillen.
  • Vergadert met de commissaris die belast is met de externe controle wanneer een dergelijke vergadering nuttig wordt geacht.
  • Monitort en beoordeelt de blootstelling aan risico's en de doeltreffendheid van de interne controles en de plannen om de risico's te beperken.
  • Vergadert eenmaal per jaar met de voorzitter van het uitvoerend comité en de CEO (Mevr. Ilham Kadri); alle andere leden van de Raad van Bestuur worden bij die gelegenheid uitgenodigd om de belangrijkste risico's van de Groep te bespreken.

3.2.2. Het comité van financiën

Samenstelling

  • Zes leden,
  • de heer Karim Hajjar (lid van het uitvoerend comité en CFO) wordt uitgenodigd om de vergaderingen van het comité financiën bij te wonen.
  • De Secretaris is de heer Michel Defourny, Group Corporate Secretary.

Vergaderingen:

  • Dit comité kwam in 2019 vier keer bijeen.
  • Het deelnamepercentage aan de vergaderingen was 93%.

Activiteiten

  • Geeft advies over financiële zaken zoals de hoogte van het interimen slotdividend, de schuldgraad voorwaarden en de valuta's van schulden, en monitort de kredietwaardigheid van de Groep, de afdekking van valutarisico's, het afdekkingsbeleid voor regelingen die voorzien in langetermijnbonussen, de inhoud van financiële mededelingen en de financiering van belangrijke investeringen.
  • Legt de laatste hand aan de voorbereidingen over de resultaten van de Groep.
  • Geeft op verzoek advies over beleidsrichtlijnen van de Raad van Bestuur met betrekking tot bovengenoemde zaken.
  • Doet aanbevelingen aan de Raad van Bestuur.

3.2.3. Het remuneratiecomité

Samenstelling:

  • De meeste leden zijn onafhankelijke niet-uitvoerend bestuurders.
  • Het remuneratiecomité beschikt over de nodige expertise om zijn opdracht uit te voeren.
  • De voorzitter van het uitvoerend comité wordt op elke vergadering uitgenodigd, behalve als de vergadering gaat over zaken die haar persoonlijk betreffen.
  • De Secretaris is de heer Michel Defourny, Group Corporate Secretary.

Vergaderingen:

  • De vergaderingen worden voorbereid door de Group General Manager Human Resources, die de vergaderingen bijwoont.
  • In 2019 werden twee vergaderingen gehouden.
  • Het deelnamepercentage aan de vergaderingen was 100%.

Activiteiten:

Het remuneratiecomité voldoet aan de verplichtingen opgelegd door artikel 526 quater van het Wetboek van Vennootschappen (vanaf 1 januari 2020 werd dit artikel vervangen door artikel 7: 100 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen). Het adviseert de Raad van Bestuur over:

  • Het opstellen van het beleid inzake remuneratie en het remuneratieverslag van de Vennootschap,
  • De hoogte van de remuneratie niveaus voor de leden van de Raad van Bestuur en het uitvoerend comité,
  • De remuneratie, korte-en langetermijnbonussen van de voorzitter van het uitvoerend comité alsmede de evaluatie van haar prestaties,
  • De toekenning van langetermijnbonussen ('performance share units' en aandelenopties) aan het senior management van de Vennootschap.

Het comité stelt het jaarlijkse remuneratieverslag voor de corporategovernanceverklaring op en ontvangt jaarlijks een verslag over de remuneratie van het algemeen bestuur.

3.2.4. Het benoemingscomité

Samenstelling:

  • De meerdeheid van de leden zijn onafhankelijke niet-uitvoerend bestuurders.
  • De voorzitter van het uitvoerend comité wordt op vergaderingen uitgenodigd, behalve als de vergadering gaat over zaken die haar persoonlijk betreffen.
  • De Secretaris is de heer Michel Defourny, Group Corporate Secretary.

Vergaderingen:

  • In 2019 werden zes vergaderingen gehouden.
  • Het deelnamepercentage aan de vergaderingen was 90%.

Activiteiten:

Het benoemingscomité brengt advies uit over de samenstelling van en de benoemingen van posities in de Raad van Bestuur (voorzitter, nieuwe leden, herbenoemingen en comités), posities in het uitvoerend comité (voorzitter en leden) en posities in het algemeen bestuur.

4. Uitvoerend comité

De rol, verantwoordelijkheden, samenstelling, procedures en evaluatie van het uitvoerend comité worden in detail beschreven in het Charter. Daarnaast is het interne reglement van het uitvoerend comité als bijlage aan het Charter gehecht.

Op 31 december 2019 bestond het uitvoerend comité uit de volgende zes leden.

Jaar van eerste benoeming Deelname aan vergaderingen in 2019

Ilham Kadri Franse 2019 13/13

Vincent De Cuyper Belg 2006 13/13

Einde lopende termijn: 2021

Diploma's en voornaamste activiteiten bij Solvay: Diploma Chemische Technologie van de l'Ecole des Hauts Polymères in Straatsburg. PhD in macromoleculaire fysico-chemie van de Louis Pasteur University in Straatsburg.

Geboren in: 1961

Einde lopende termijn: 2020

Diploma's en voornaamste activiteiten bij Solvay: Diploma Chemische Technologie (Katholieke Universiteit Leuven). Mastersopleiding Industrieel Management (Katholieke Universiteit Leuven). AMP Harvard Lid uitvoerend comité.

Karim Hajjar Engelsman 2013 13/13 Geboren in: 1963

Einde lopende termijn: 2021

Diploma's en voornaamste activiteiten bij Solvay: BSC (Hons) Economie (The City University, London). Registeraccountant (ICAEW). Lid uitvoerend comité en CFO.

Jaar van eerste benoeming Deelname aan vergaderingen in 2019

Geboren in: 1969

Einde lopende termijn: 2020

Hua Du Chinees 2018 13/13

Augusto Di Donfrancesco Italiaan 2018 13/13

Hervé Tiberghien French 2019 5/5

Einde lopende termijn: 2020

Diploma's en voornaamste activiteiten bij Solvay: BS Chemistry (Bejing University) PhD. Organic Chemistry (University of Illinois, Urbana-Champaign). Lid van het uitvoerend comité.

Geboren in: 1959

Diploma's en voornaamste activiteiten bij Solvay: Afgestudeerd van de Pisa University meet een Master's degree in Chemische Technologie, Senior Executive program van de London Business School. Lid van het uitvoerend comité. Member of the Plastics Europe steering Board.

Geboren in: 1964

Einde lopende termijn: 2022

Diploma's en voornaamste activiteiten bij Solvay: Master in Human Resources, HEC St Louis, Brussels, België

  • Jean-Pierre Clamadieu verliet de Groep op 1 maart 2019 en werd vervangen door Mevr. Ilham Kadri, die werd benoemd tot plaatsvervangend CEO op 1 januari 2019 en CEO op 1 maart 2019.
  • Cécile Tandeau de Marsac verliet het uitvoerend comité op 1 april 2019 en werd op 1 september 2019 vervangen door Hervé Tiberghien.
  • Pascal Juéry verliet het uitvoerend comité op 1 april 2019.

In 2019 hebben zich de volgende wijzigingen voorgedaan: Op 1 oktober 2019 verlengde de Raad van Bestuur het mandaat van Karim Hajjar met een periode van twee jaar. Zijn mandaat loopt in oktober 2021 af.

Op 11 december 2019 heeft de Raad van Bestuur het mandaat van de heren Hua Du en A.Didonfrancesco voor een periode van twee jaar eindigend op 1 maart 2022, alsmede het mandaat van de heer V. De Cuyper voor een periode van twee jaar eindigend op 1 april 2022.

5. Remuneratieverslag

Inleiding en updates

Vlotte overgang nieuwe CEO

De Raad van Bestuur van Solvay heeft mevrouw Ilham Kadri met ingang van 1 maart 2019 benoemd tot Voorzitter van het Uitvoerend Comité, lid van de Raad van Bestuur en CEO van de Groep. Op die datum deed de heer Jean-Pierre Clamadieu afstand van zijn taken als kaderlid en zijn mandaat als directeur van Solvay en werd hij officieel opgevolgd door mevrouw Ilham Kadri. Mevrouw Ilham Kadri trad op 1 januari 2019 in dienst van Solvay. De eerste twee maanden golden als overgangsperiode, waarna zij het leiderschap van de heer Jean-Pierre Clamadieu overnam en de transformatiestrategie van Solvay voortzette.

Betrokkenheid van de aandeelhouders en afstemming van de remuneratie op de verwachtingen van de aandeelhouders

Solvay blijft in dialoog treden met zijn aandeelhouders om zijn aanpak inzake deugdelijk bestuur, waaronder remuneratieaangelegenheden, te bespreken. Dit maakt deel uit van ons programma inzake aandeelhoudersbetrokkenheid waaraan Solvay uitvoering zal blijven geven in het kader van zijn engagement om deze constructieve dialoog met zijn aandeelhouders verder uit te bouwen. Solvays remuneratiebeleid en -rapport, dat nu meer informatie verschaft dan voorheen het geval was, werd op de Algemene Vergadering van vorig jaar goedgekeurd door 96,7 % van de aandeelhouders.

De ruimere informatieverschaffing in het remuneratierapport van dit jaar weerspiegelt de input die in de loop der jaren van de aandeelhouders van Solvay is ontvangen alsook de ontwikkelingen in het wettelijk kader met het oog op meer transparantie over remuneratieaangelegenheden, met inbegrip van de openbaarmaking van de remuneratie van de leden van het Uitvoerend Comité, de principes en de prestaties van korte- en langetermijnbonussen. Gedetailleerde veranderingen zijn vermeld in de desbetreffende delen van het Remuneratierapport.

In het licht van de nieuwe G.R.O.W.-strategie van Solvay en de nieuwe doelomschrijving heeft het Remuneratiecomité de prestatiemaatstaven die worden gebruikt om kaderleden te stimuleren, herzien om ze af te stemmen op de nieuwe strategische richting die Solvay sinds januari 2020 volgt.

Solvay is van mening dat de toegenomen informatieverstrekking, samen met de bestaande remuneratiepraktijk en de afstemming van de prestatiemaatstaven op de vernieuwde strategische richting, zal resulteren in een remuneratiestructuur die het kader aanzet tot duurzame prestaties op lange termijn in overeenstemming met de strategie van Solvay en de belangen van de aandeelhouders.

5.1. Bestuur

Het remuneratieverslag voor de verklaring inzake deugdelijk bestuur werd voorbereid door het Remuneratiecomité.

Remuneratie van de Raad van Bestuur 5.2.

Bestuurders van Solvay nv krijgen vaste emolumenten waarvan de basis wordt vastgesteld door de gewone algemene vergadering. De Raad van Bestuur beslist over eventuele aanvullende vergoedingen op basis van artikel 26 van de statuten, dat als volgt luidt:

  • "De bestuurders ontvangen, ten laste van de algemene kosten, emolumenten waarvan de voorwaarden en het bedrag door de algemene vergadering worden vastgesteld";
  • "Het besluit van de algemene vergadering blijft gelden totdat een andere beslissing wordt genomen";
  • "De Raad van Bestuur is bevoegd om aan de met bijzondere taken belaste bestuurders (de voorzitter, ondervoorzitters, bestuurders belast met het dagelijks bestuur en leden van het Uitvoerend Comité) vaste emolumenten toe te kennen bovenop de in de voorgaande alinea voorziene emolumenten";
  • "Alle met het dagelijks bestuur belaste bestuurders hebben bovendien recht op een variabele remuneratie die door de Raad van Bestuur wordt vastgesteld op basis van hun individuele resultaten en de geconsolideerde resultaten van de Solvay-groep";
  • "De in de twee voorgaande alinea's bedoelde bedragen worden eveneens op de algemene kosten aangerekend".

Remuneratie van de individuele leden van de Raad van Bestuur 5.2.1.

  • De gewone algemene vergadering van juni 2005 en mei 2012 (voor presentiegeld voor de leden van de Raad van Bestuur) heeft besloten de bestuurders vanaf het boekjaar 2005 als volgt te vergoeden:
    • Een vaste jaarlijkse brutoremuneratie van €35.000 per bestuurder en daarnaast presentiegeld van €4.000 bruto voor elke keer dat de bestuurder een vergadering van de Raad van Bestuur bijwoont.
    • €4.000 bruto voor de leden van het auditcomité en €6.000 bruto voor zijn voorzitter voor elke bijgewoonde vergadering van het comité.
    • €2.500 bruto per lid van het Remuneratiecomité, het benoemingscomité en het comité financiën en €4.000 bruto voor de voorzitters van deze comités per bijgewoonde vergadering, met dien verstande dat een bestuurder die tegelijk lid is van het Remuneratiecomité en het benoemingscomité geen dubbele remuneratie ontvangt.
    • De voorzitter van de Raad van Bestuur, de voorzitter van het uitvoerend comité en de uitvoerend bestuurders ontvangen geen presentiegeld voor het bijwonen van vergaderingen van deze comités.
  • Voor de voorzitter van de Raad van Bestuur heeft de Raad van Bestuur gebruikgemaakt van zijn bevoegdheid, vastgelegd in artikel 26 van de statuten, om jaarlijks een aanvullende vaste remuneratie van €250.000 bruto, onveranderd sinds 2012, toe te kennen wegens de werklast en de verantwoordelijkheid die deze functie met zich meebrengt.
  • Niet-uitvoerend bestuurders ontvangen geen variabele remuneratie die aan resultaten of andere prestatiecriteria is gekoppeld. Meer specifiek hebben zij geen recht op een jaarlijkse bonus, aandelenopties of Performance Share Units, noch op een aanvullende pensioenregeling.
  • De vennootschap vergoedt de reis- en verblijfskosten van bestuurders voor de vergaderingen en voor de uitoefening van hun functie in de Raad van Bestuur en de comités van de Raad van Bestuur.

De voorzitter van de Raad van Bestuur is de enige niet-uitvoerend bestuurder aan wie de Groep administratieve ondersteuning verleent (waaronder een kantoor, het gebruik van het Secretariaat-Generaal en een auto). De andere niet-uitvoerend bestuurders krijgen logistieke ondersteuning van het Secretariaat-Generaal indien dat nodig is. De vennootschap biedt ook de gebruikelijke verzekeringen aan ter dekking van de activiteiten van de leden van de Raad van Bestuur bij de uitoefening van hun taken.

Het Remuneratiecomité heeft geen wijzigingen voorgesteld in de huidige structuur van de remuneratiepakketten voor de leden van de Raad van Bestuur en verwacht geen veranderingen voor de komende 2020.

Bedrag van de remuneratie en andere voordelen die de Vennootschap of een gelieerde onderneming direct of indirect aan bestuurders (uitvoerend en niet-uitvoerend) heeft toegekend 5.2.2.

Brutoremuneratie en andere voordelen die aan bestuurders worden toegekend

2019 2018
Totaal brutobedrag
inclusief vaste
vergoedingen
Vergoeding voor
deelname Raad
van Bestuur en
comités
Totaal brutobedrag
inclusief vaste
vergoedingen
Vergoeding voor
deelname Raad van
Bestuur en comités
N. Boël
Vaste vergoeding + vergoeding voor deelname 75.000 40.000 75.000 40.000
Aanvulling 'artikel 26' 250.000 250.000
Ilham Kadri(1) 65.165 36.000
J-P. Clamadieu(2) 33.430 21.000
D. Solvay(3) 9.833 4.000 71.000 36.000
J-M. Solvay 90.000 55.000 92.500 57.500
B. de Laguiche 95.000 60.000 83.000 48.000
B. Scheuble(4) 109.000 74.000 109.000 74.000
C. Casimir-Lambert 46.430 34.000
H. Coppens d'Eeckenbrugge 99.000 64.000 99.000 64.000
E. du Monceau 109.000 74.000 101.000 66.000
Y-T. de Silguy(5) 81.000 46.000 100.000 65.000
A. Moraleda 37.935 25.000 148.500 113.500
F. de Viron 92.000 57.000 130.000 95.000
G. Michel 90.000 55.000 93.500 58.500
R. Thorne 89.500 54.500 98.500 63.500
M. Oudeman 111.000 76.000 105.000 70.000
A. Lemarchand 95.000 60.000 99.000 64.000
M. Lievonen 81.000 46.000 42.700 20.000
P. Tournay 71.000 36.000 46.700 24.000
1.650.433 862.500 1.824.260 1.014.000

(1) Vanaf 1 maart 2019.

(2) Tot 1 maart 2019.

(3) Tot 8 mai 2018.

(4) Tot 8 mai 2018.

(5) Tot 14 mai 2019.

Remuneratie van het uitvoerend comité 5.3.

5.3.1. Remuneratiebeleid van Solvay

Het remuneratiebeleid van Solvay heeft tot doel ervoor te zorgen dat de leden van het uitvoerend comité worden beloond op basis van de mate waarin ze hebben bijgedragen aan de langetermijndoelstellingen van Solvay om een veerkrachtigere, duurzamere en innovatievere multi gespecialiseerde groep te worden, met een hoge toegevoegde waarde en een toekomstperspectief dat in overeenstemming is met de nieuwe strategie van de Groep.

De remuneratiestructuur van Solvay werd opgesteld in lijn met de volgende principes:

  • De totale remuneratie dient binnen de relevante markt en sector concurrerend te zijn om hooggekwalificeerde kaderleden – die nodig zijn om de strategie van de Groep te realiseren en de bedrijfsprestaties te verbeteren – aan te trekken, in dienst te houden en te motiveren.
  • De variabele korte- en langetermijnremuneratie zijn evenwichtig samengesteld, zijn direct gekoppeld aan het behalen van strategische doelstellingen om duurzame prestaties te stimuleren en zijn een erkenning voor uitstekende resultaten nadat deze zijn behaald.
  • Remuneratiebeslissingen zijn in overeenstemming met de regels, rechtvaardig en evenwichtig qua kosten en waarde.

5.3.2. Remuneratiestructuur en -beleid

Het Remuneratiecomité bestelt jaarlijks gegevens over remuneratie in de internationale markt bij Willis Towers Watson, een wereldwijd erkende remuneratieconsultant.

De remuneratiestructuur voor het uitvoerend comité van Solvay is ontworpen om prestaties te belonen. Deze benadering is goedgekeurd door de Raad van Bestuur en is gericht op de korte- en langetermijnprestaties van de vennootschap. Het niveau en de structuur van de remuneratiepakketten zijn afgestemd op de marktpraktijk voor vergelijkbare functies bij vergelijkbare ondernemingen.

Om de relevante praktijk bij de concurrentie te beoordelen, gebruikt Solvay als referentiekader een selectie van Europese chemische en industriële producenten waarvan de internationale activiteiten, de jaaromzet en het personeelsbestand redelijk dicht bij die van Solvay liggen. Periodiek evalueert Solvay de samenstelling van deze referentiegroep om er zeker van te zijn dat deze nog steeds de strategische richting van Solvay weerspiegelt.

Deze referentiegroep bestaat momenteel uit 17 Europese multinationals die gevestigd zijn in zes verschillende Europese landen (België, Duitsland, Frankrijk, Nederland, het Verenigd Koninkrijk en Zwitserland) en die actief zijn in de chemische en/of de industriële sector.

  • Air Liquide
  • BAE Systems
  • BASF
  • Bayer
  • Covestro (nieuw)
  • DSM
  • Evonik
  • GKN (*)
  • Johnson Matthey
  • Lanxess
  • Michelin
  • Rolls Royce
  • Saint Gobain
  • Syngenta (*)
  • Umicore
  • Valeo (nieuw)
  • Vallourec

In vergelijking met vorig jaar zijn twee bedrijven uitgesloten van de referentiegroep (Akzo Specialty Chemicals (nu Nouryon) en Plastic Omnium) omdat er geen vergelijkende gegevens beschikbaar waren voor de remuneratieconsultant. Bijgevolg zijn deze twee bedrijven vervangen door Valeo en Covestro als relevante vergelijkbare ondernemingen.

Wat basissalaris en voordelen betreft, probeert Solvay zich doorgaans op of rond de mediaan van de relevante markt te positioneren. Variabele remuneraties, zowel korte- als langetermijnremuneraties, zijn bedoeld om kaderleden de mogelijkheid te bieden een remuneratie in het hoogste kwartiel te ontvangen indien zij superieure prestaties leveren

(*) Beïnvloed door recente fusies en overnames, maar marktgegevens zijn nog steeds beschikbaar.

Onderdelen van de remuneratiestructuur:

Vaste remuneratie en voordelen

Basissalaris

Het basissalaris weerspiegelt de ervaring, vaardigheden, taken, verantwoordelijkheden, bijdrage en rol van de betreffende persoon binnen de Groep. Het wordt maandelijks uitbetaald.

Het basissalaris wordt jaarlijks herzien en kan worden verhoogd op basis van een aantal factoren, waaronder: (1) vergelijkbare salarissen bij passende vergelijkingsgroepen; (2) veranderingen in het takenpakket van de functie; en (3) veranderingen in de omvang en het profiel van de Groep.

Pensioenrechten en andere voordelen

Het belangrijkste doel van de pensioenregelingen en verzekeringsplannen is om de werknemers van Solvay en hun personen ten laste een bepaalde mate van zekerheid te bieden aangaande ouderdom, gezondheid, invaliditeit en overlijden. De aangeboden voordelen hebben tot doel marktconcurrerend te zijn en de betrokkenheid van de werknemers bij, alsook hun inzet voor, de activiteiten van Solvay te bevorderen.

Variabele korte- en langetermijnremuneratie Kortetermijnbonusplan 2019

De kortetermijnbonussen zijn deels gekoppeld aan de prestaties van de Groep en deels aan de individuele prestaties om de totale jaarlijkse prestaties van kaderleden te stimuleren en te belonen. Hun kortetermijnbonussen hebben maximale toekenningslimieten en worden weergegeven als een veelvoud van hun respectieve basissalarissen.

De prestaties worden jaarlijks beoordeeld op basis van een combinatie van aan het begin van het jaar vastgestelde doelstellingen voor de prestaties van de Groep en individuele prestatiedoelstellingen die relevant zijn voor de strategie van Solvay, zoals goedgekeurd door het Remuneratiecomité. Meer specifiek werden de volgende prestatiemaatstaven gehanteerd voor 2019:

  • De prestaties van de Groep gemeten ten opzichte van de onderliggende EBITDA op jaarbasis (met een specifieke vrije-kasstroombeperking);
  • De vooruitgang van de Groep bij de verwezenlijking van de doelstellingen van 'Solvay Way' op het gebied van duurzame ontwikkeling, zoals hieronder nader toegelicht; en
  • De individuele prestaties gemeten ten opzichte van een aantal vooraf vastgestelde en door de Raad van Bestuur goedgekeurde jaardoelstellingen.

Prestaties die relevant waren voor de kortetermijnbonus in 2019 (doelstellingen en prestaties) Onderliggende EBITDA

Drempel Doelstelling Maximum Werkelijk resultaat Werkelijk resultaat
in %(1)
Onderliggende EBITDA –
doelstelling en werkelijkheid
(in miljoenen euro's)
2.220 2.420 2.620 2.322 51%

(1) De scores 0% en 200% worden gedefinieerd op basis van een bandbreedte van –/+ € 200 miljoen met een doelstelling van € 2.420 miljoen. Met een onderliggende EBITDA in 2019, voordat Polyamide werd geherclassificeerd onder beëindigde bedrijfsactiviteiten, wa

Duurzame ontwikkeling

De vooruitgang op het gebied van duurzame ontwikkeling is gemeten volgens Solvay Way, onze interne referentie. Solvay Way is gericht op de prestaties van de belangrijkste duurzaamheidsprioriteiten van de Groep (broeikasgasemissies, veiligheid, betrokkenheid, bedrijfsoplossingen, maatschappelijke acties) en andere belangrijke onderwerpen. De totale geauditeerde prestatie voor 2019 is 145% van de doelstelling, zoals nader beschreven in het deel Duurzaamheidsbeheer van het jaarverslag.

Individuele prestaties

Individuele prestatiemaatstaven ten opzichte van een aantal vooraf vastgestelde en door de Raad van Bestuur goedgekeurde jaardoelstellingen.

Kortetermijnbonusplan 2020

Om onze stimuleringsstructuur beter af te stemmen op de nieuwe G.R.O.W.-strategie van Solvay, heeft de Raad van Bestuur op aanbeveling van het Remuneratiecomité de volgende structuur van het kortetermijnbonusplan goedgekeurd:

    1. De uitbetaling van het kortetermijnbonusplan is afhankelijk van de verwezenlijking van de Groep tegen 60% van het Totaal voor de CEO en tegen 70% van het Totaal voor de andere leden van het Uitvoerend Comité en respectievelijk individuele prestaties met een wegingsfactor van 40% voor de CEO en 30% van het Totaal voor de andere leden van het Uitvoerend Comité.
    1. De prestaties van de Groep voor het boekjaar 2020 zullen worden gemeten op:
    2. Organische EBITDA-groei met een wegingsfactor van 70% van de prestaties van de Groep met een minimum- en maximumdrempel als belangrijkste financiële prioriteit voor het jaar;
    3. Vrije-kasstroomconversie met een wegingsfactor van 20% van de prestaties van de Groep;
    4. Verwezenlijking van het initiatief Solvay ONE Planet (gemeten aan de hand van maatstaven zoals % duurzame oplossingen in de verkoop, zoetwateronttrekking, veiligheid, diversiteit enz.) met een wegingsfactor van 10% van de prestaties van de Groep.
    1. Zoals voorheen individuele prestaties gemeten ten opzichte van een aantal vooraf vastgestelde en door de Raad van Bestuur goedgekeurde jaardoelstellingen.

De beoogde wijziging zal het mogelijk maken om de prestaties van de CEO en de leden van het uitvoerend comité op een eenvoudigere, transparantere en coherentere manier te meten, aan te tonen en te belonen, waarbij de nadruk ligt op gerealiseerde resultaten in plaats van op getoonde individuele inspanningen (Groepsresultaten versus Individuele prestaties).

Langetermijnbonus

Langetermijnbonussen bestaan voor 50% uit aandelenopties en voor 50% uit Performance Share Units (PSU's). Het jaarlijkse langetermijnbonusplan is onderworpen aan de voorafgaande goedkeuring van de Raad van Bestuur.

De Raad van Bestuur heeft het recht om te oordelen over het bedrag voor de langetermijnbonus dat wordt toegekend aan de leden van het Uitvoerend Comité, dit in zowel in positieve als negatieve zin, en dit voor wat betreft 50% van de doelstelling van elke nieuwe toekenning.

Deze bevoegdheid wordt behouden teneinde de Raad van Bestuur ervan te verzekeren dat het de flexibiliteit heeft om het toekenningsniveau aan te passen in het geval van unieke omstandigheden en dat het 50/50 verdelingsprincipe tussen SOP en PSU wordt gerespecteerd.

Aandelenopties

De remuneratiestructuur biedt een concurrerend langetermijnbonusplan conform de Belgische marktpraktijk (de meeste in de BEL 20-index genoteerde ondernemingen kennen opties toe aan hun kaderleden). Volgens de Belgische wetgeving moeten de kaderleden belastingen op aandelenopties betalen op het moment dat die opties aan hun worden toegekend, wat niet het geval is in andere jurisdicties. De belastingen die op het moment van toekenning van de opties worden betaald, kunnen niet worden teruggevorderd als de opties niet onvoorwaardelijk worden, wat getuigt van de inzet van de kaderleden voor, alsook hun geloof in, de langetermijnstrategie en -prestaties van Solvay. Daarom stelt Solvay, net als andere Belgische ondernemingen, geen bijkomende prestatiecriteria vast voor het bepalen van het onvoorwaardelijk worden van aandelen- opties, die niettemin gedurende drie volledige kalenderjaren moeten worden aangehouden (opties worden uitoefenbaar op de eerste dag van het vijfde jaar na de toekenningsdatum), gevolgd door een uitoe- fenperiode van vier jaar.

Het aandelenoptieplan geeft elke begunstigde het recht om Solvayaandelen te kopen tegen een uitoefenprijs die overeenkomt met de reële marktwaarde van de aandelen bij toekenning.

Elk jaar bepaalt de Raad van Bestuur het aantal aandelenopties die beschikbaar zijn voor toekenning op basis van een schatting van de economische reële waarde bij toekenning. Deze schatting wordt uitgevoerd volgens de financiële formule van Black Scholes. Het totale aantal beschikbare opties wordt dan toegekend aan de hoogste kaderleden van de vennootschap op basis van het belang van hun individuele bijdrage/positie voor het succes van de Solvaygroep.

Belangrijkste kenmerken:

  • Opties worden 'at the money' (of tegen reële marktwaarde) toegekend;
  • Opties worden voor het eerst uitoefenbaar drie volledige kalenderjaren na toekenning,
  • Opties hebben een maximale looptijd van acht jaar;
  • Opties zijn niet overdraagbaar inter vivos,
  • Het plan bevat een 'bad leaver'-clausule.

Na contacten met de aandeelhoudersgemeenschap heeft het remuneratiecomité de vennootschap een mandaat gegeven om in 2020 na te gaan in hoeverre het haalbaar is de op aandelen gebaseerde remuneratie (met name het aandelenoptieplan) te herzien en principes vast te stellen voor richtlijnen inzake aandeelhouderschap die in het boekjaar 2021 van kracht worden. De Raad van Bestuur verwacht dat de aandeelhouders de voorgestelde ontwikkeling van het remuneratiebeleid zullen steunen.

Performance Share Units (PSU's)

De PSU's dienen om het beleid van Solvay af te stemmen op de beste marktpraktijken en helpen Solvay om concurrerend te blijven en belangrijke kaderleden aan te trekken, in dienst te houden en te motiveren.

De PSU's worden in geldmiddelen afgewikkeld en worden drie jaar na de toekenningsdatum onvoorwaardelijk toegezegd als en slechts als een bepaald minimumpercentage van de vooraf vastgestelde prestatiedoelstellingen is gerealiseerd. De minimale uitbetaling zal afwijken van nul als het "drempeldoel" niet is gehaald, tot een maximale uitbetaling van 120% als het "bovenste drempeldoel" is gehaald.

De Raad van Bestuur bepaalt jaarlijks het voor uitkering beschikbare budget op basis van het gemiddelde van de slotkoersen van het aandeel Solvay op Euronext gedurende de 30 dagen die aan de toekenningsdatum voorafgingen. Het totale beschikbare aantal PSU's wordt dan toegewezen aan kaderleden van de Vennootschap op basis van hun individuele bijdrage/positie in de verwezenlijking van de langetermijnstrategie van Solvay.

Belangrijkste kenmerken van het bestaande PSUprogramma:

Het plan is uitsluitend gebaseerd op contanten en omvat geen enkele overdracht van aandelen aan begunstigden. Het verwatert dus niet de belangen van de aandeelhouders.

  • De toegekende PSU's worden pas onvoorwaardelijk toegezegd bij het behalen van vooraf vastgestelde prestatiedoelstellingen (zie hieronder).
  • De prestatieperiode heeft een duur van drie jaar.
  • Voorwaarde is dat de persoon in dienst blijft tot de prestatiedoelstellingen zijn bereikt.
  • Het plan bevat een terugvorderingsbepaling voor een periode van drie jaar na de uitbetaling in geval van foutieve resultaten.
  • Uitbetaling in contanten op basis van de koers van het Solvayaandeel op de datum waarop de PSU's onvoorwaardelijk worden.

De Raad van Bestuur beoordeelt de verwezenlijking van de doelstellingen op basis van de geauditeerde resultaten van de Groep.

De Raad van Bestuur kan naar eigen goeddunken ook de doelstellingen herevalueren in geval van een materiële wijziging van de perimeter of andere onverwachte omstandigheden. Wanneer het Remuneratiecomité deze discretionaire bevoegdheid uitoefent, die het niet routinematig zal uitoefenen, zal het de reden voor de uitoefening ervan meedelen. Bovendien zou de discretionaire bevoegdheid, indien uitgeoefend, onderworpen zijn aan de toekenningslimiet die in het remuneratiebeleid is vastgesteld.

Met ingang van 1 januari 2020 heeft de Raad van Bestuur, op aanbeveling van het Remuneratiecomité, de voor toekomstige PSU-toekenningen gebruikte prestatie-indicatoren herzien om ze in overeenstemming te brengen met de G.R.O.W.-strategie van Solvay en rekening te houden met de inbreng van de aandeelhouders:

  • Duurzame jaar-op-jaargroei van de onderliggende EBITDA, uitgedrukt als een percentage (40% van de toekenning);
  • ROCE-% als maatstaf voor het rendement van het geïnvesteerde kapitaal zoals aanbevolen door de beleggersgemeenschap (40% van de toekenning) ter vervanging van CFROI;
  • Vermindering van de uitstoot van broeikasgassen (20% van de toekenning) als maatstaf voor het duurzaamheidsstreven van Solvay op lange termijn.

De Raad van Bestuur heeft er bewust voor gekozen om de groei van de onderliggende EBITDA te gebruiken als een van de prestatiemaatstaven voor zowel het kortetermijnbonusplan als het PSU-plan om het belang van de EBITDA-groei te benadrukken als de belangrijkste prioriteit en de drijvende kracht achter de financiële duurzaamheid en de langetermijnwinstgevendheid van de Vennootschap, zodat de realisatie van kortetermijnwinsten niet ten koste gaat van de langetermijnresultaten.

Uitbetaling van de langetermijnbonus in het kader van het PSU-plan van 2016-18

Drempel Doelstelling Maximum Werkelijk Werkelijk % Totaal werkelijk %
EBITDA Verkenning –
50% 20% 25% 30% 18% 0 60,00%
CFROI bp – 50% +50 bp +80 bp +100 bp +108 bp 120,00%

Uitbetaling in 2019

De combinatie van de prestatieverwezenlijking tegen 60%, het koersverschil (aandelenkoers op het moment van toekenning €77,91 versus aandelenkoers na de wachtperiode €97,85 en het totale dividend over drie jaar €10,80 per PSU heeft geresulteerd in een uitkeringspercentage van 84% van het toegekende PSU-bedrag.

5.3.3. Chief Executive Officer

Het remuneratiepakket van de voorzitter van het Uitvoerend Comité/ de CEO, mevrouw Ilham Kadri, is volledig in overeenstemming met artikel 520 ter van het Wetboek van Vennootschappen en artikel 7:91 van het nieuwe Wetboek van Vennootschappen. Het is door de Raad van Bestuur vastgesteld op basis van aanbevelingen van het Remuneratiecomité.

Volgens artikel 520 ter van het Wetboek van Vennootschappen, opgenomen in artikel 7:91 van het nieuwe Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen, moet vanaf 2011, behoudens andersluidende statutaire bepalingen of de uitdrukkelijke goedkeuring van de algemene vergadering, minstens een kwart van de variabele remuneratie gebaseerd zijn op vooraf bepaalde en objectief meetbare prestatiecriteria over een periode van ten minste twee jaar, en moet minstens een ander kwart gebaseerd zijn op vooraf bepaalde en objectief meetbare prestatiecriteria over een periode van ten minste drie jaar.

Remuneratiestructuur voor de CEO

Basissalaris

Het basissalaris van de CEO bedraagt €1,15 miljoen. Dit bedrag werd bepaald op het moment van aanstelling en op basis van het loonniveau van de CEO's in de gedefinieerde referentiegroep van Solvay. De Raad van Bestuur voorziet niet dat het basissalaris van de CEO in 2020 moet worden herzien, aangezien het in lijn blijft met de mediaan van de markt.

Pensioenrechten en voordelen

Wat de extralegale pensioenrechten van mevrouw Ilham Kadri betreft, heeft de CEO, gezien haar status als zelfstandige in België, haar eigen aparte contractuele overeenkomst die regels inzake pensioen, overlijden en invaliditeit bevat.

Toekenning in 2019

Zij heeft recht op de volgende voordelen:

  • een toegezegde-bijdrageregeling van circa 25% van haar totale vergoeding bij het behalen van de doelstellingen;
  • een invaliditeits- en levensverzekering;
  • een ziektekostenverzekering.

Kortetermijnbonus

De doelstelling voor de kortetermijnbonus is vastgesteld op 100% van het basissalaris, met een maximum van 150%. De uitbetaling van de kortetermijnbonus is gebaseerd op het behalen van vooraf vastgestelde prestatiedoelstellingen op basis van:

  • voor 50% van de toekenning: de onderliggende EBITDA van de Groep (met een specifieke vrije-kasstroombeperking);
  • voor 10% van de toekenning: de indicatoren voor de duurzame ontwikkeling van de Groep. Deze indicatoren omvatten de vooruitgang die is geboekt met het interne referentiesysteem voor duurzame ontwikkeling, Solvay Way. Solvay Way definieert de aanpak van de Groep op het gebied van duurzaamheid en raakt aan alle managementsystemen binnen de Groep, zoals beschreven in het deel Duurzaamheidsbeheer van het jaarverslag.
  • voor 40% van de toekenning: individuele doelstellingen zoals de herziening van het doel van de Groep, de strategie, het portefeuillebeheer (desinvesteringen/overnames) en de betrokkenheid van de werknemers.

De wegingen van de verschillende prestatiemaatstaven voor 2019 werden op hetzelfde niveau gehouden als bij de vorige CEO.

Langetermijnbonus

De langetermijnbonussen voor de CEO bestaan voor 50% uit aandelenopties en voor 50% uit PSU's, met een op de economische waarde gebaseerde jaardoestelling van 150% van het basissalaris en een maximale richtlijn die is vastgesteld op 200% van het basissalaris.

In 2019 bedroeg de nominale waarde van de totale aan de CEO toegekende langetermijnbonus €1,725 miljoen, in lijn met haar doelstelling voor de langetermijnbonus van 150% van het basissalaris. De werkelijke winst op de PSU's op de uitbetalingsdatum zal afhangen van de mate waarin de in het plan vastgestelde prestatiedoelstellingen zijn verwezenlijkt en van de koers van het Solvay-aandeel op de beurs. Het uiteindelijke aantal aandelenopties en PSU's wordt berekend volgens het Black Scholes-model.

Jaarlijks basis x Beoogde beloning = Toegekende waarde
LTV – Pres. Aandelen € 1.150.000 x (150% / 2) = € 862.500
LTV – Aandelenopties € 1.150.000 x (150% / 2) = € 862.500
LTV – Totaal € 1.725.000

Het aan de CEO aangeboden langetermijnbonusplan van Solvay is onderworpen aan de definitieve goedkeuring van de Raad van Bestuur. Solvays engagement om zijn CEO een competitief maar uitdagend remuneratiepakket aan te bieden, blijkt uit de loonmix die haar wordt aangeboden, waarbij bijna 70% van haar loon afhankelijk is van duurzame waardecreatie voor alle stakeholders.

Totale remuneratie van de CEO bij het behalen van de doelstellingen voor 2019:

Bedrag van de remuneratie en andere voordelen die direct of indirect aan de voorzitterr van het uitvoerend comité zijn betaald respectievelijk toegekend

Op basis van de beoordeling door de Raad van Bestuur van de mate waarin de voorzitter van het uitvoerend comité haar individuele vooraf bepaalde doelstellingen heeft bereikt, ziet haar werkelijke totale remuneratiepakket er voor 2019 als volgt uit:

Overzicht van de totale remuneratie van de voorzitter van het uitvoerend comité voor 2019

Vaste vergoeding Variabele vergoeding Uitzonderlijke
onderdelen
Pensioen Totaal
vergoeding
Naam,
Position Start/End date
Basis
vergoeding
Andere
onderdelen(2)
Jaarlijkse
variabele
voor 2019
Meerjaarlijkse
variabele
Ilham Kadri, Voorzitter van het uitvoerend
comité en CEO, startdatum: 1 maart
2019(1)
1.150.000 154.582 1.361.600 NA 903.591(3)
115.795(4)
662.422 4.347.990
Jean-Pierre Clamadieu, oud-CEO &
Voorzitter van het uitvoerend comité,
einddatum: 1 maart 2019
200.000 19.540 0 NA 11.490(4)
1.960.000(5)
117.916 2.308.946

(1) Lid van het uitvoerend comité vanaf 1 januari 2019 en als CEO vanaf 1 maart 2019.

(2) Voordelen op lange termijn (bv. overlijdensbegeleiding, invaliditeits- en medische voordelen) en voordelen in natura (bv. bedrijfswagen, fiscale bijstand).

(3) Eenmalige vergoeding voor het verlies van de variabele verloning uit het verleden als gevolg van het ontslag in 2018 en de overstap naar Solvay.

(4) Eenmalige relocatiekosten

(5) Niet-concurrentie zoals gerapporteerd in het jaarverslag 2018 en betaald in 2019.

Berekening van de kortetermijnbonus Prestaties van de Groep:

De doelstelling voor de jaarlijkse bonus bleef vastgesteld op 100% van het basissalaris, met een maximum van 150%.

Elke prestatiemaatstaf kan variëren van een verwezenlijking van 0% tot 200%, maar de maximale totale uitbetaling is begrensd op 150% van de doelstelling.

De kortetermijnbonus van de CEO in 2019 komt overeen met 118.4% van haar basissalaris en ligt onder het maximum van 150% van het basissalaris, zoals beoordeeld door het Remuneratiecomité en goedgekeurd door de Raad van Bestuur. Dit resultaat is toe te schrijven aan:

  • Onderliggende EBITDA onder de kasstroombeperking bij een verwezenlijking van 51% ten opzichte van de doelstelling,
  • Duurzame ontwikkeling met een verwezenlijking van 145% (bv. Solvay staat genoteerd op de DJSI),
  • Individuele prestaties: vooraf vastgestelde jaardoelstellingen
  • 196%.
Prestatiemaatstaven % van de KTV Resultaat Uitkeringsfactor
Onderliggende EBITDA (met kasstroombeperking) 50% 51% 25,5%
Duurzame ontwikkeling 10% 145%
Individuele doelstellingen Strategie en Purpose 196%
M&A portfolio 40% 78,4%
Organizie
Total 100% 118,4%

Berekening van de uitbetaling van de kortetermijnbonus

Beoogde Prestatiefactor Uiteindelijke
Basissalaris x vergoeding x % = beloning
STI € 1.150.000 x 100% x 118,40 = 1.361.600

5.3.4. Remuneratie van de andere leden van het uitvoerend comité

Pensioenrechten en andere voordelen

De leden van het uitvoerend comité hebben recht op pensioen-, overlijdens- en invaliditeitsuitkeringen op basis van de bepalingen van de regelingen die in hun land van herkomst van toepassing zijn. Andere voordelen, zoals medische zorg en bedrijfswagens of onkostenvergoedingen voor het gebruik van de eigen auto, alsmede dekking van kosten in verband met uitzending naar het buitenland (expatriëring) en/of verhuizing als gevolg van een kaderfunctie, worden ook aangeboden volgens de regels die in het gastland van toepassing zijn. De aard en omvang van deze andere voordelen zijn grotendeels in overeenstemming met de marktmediaan.

Kortetermijnbonus

Beoogd % van basissalaris Prestatiemaatstaven % van de KTV
Onderliggende EBITDA (met kasstroombeperking)
Duurzame ontwikkeling
70% Individuele doelstellingen 30%
Totaal 100%

De beoogde kortetermijnbonus voor de leden van het uitvoerend comité bedraagt 70% van het basissalaris, met een maximum van 140% van het basissalaris. De uitbetaling van de kortetermijnbonus is gebaseerd op het behalen van vooraf vastgestelde prestatiedoelstellingen zoals uiteengezet in het Remuneratiebeleid.

De werkelijke jaarbonus kan variëren van 0% van de doelstelling in geval van zwakke prestaties tot 200% in geval van uitstekende collectieve en individuele prestaties.

Langetermijnbonus

De leden van het Uitvoerend Comité komen in aanmerking voor toekenning van een langetermijnbonus van €500.000 volgens de principes die zijn uiteengezet in het Remuneratiebeleid met een gelijke verdeling tussen aandelenopties en PSU's. De details van de toekenning voor 2019 voor de leden van het Uitvoerend Comité zijn hieronder beschreven.

Totaalbedrag van de remuneratie en andere voordelen die direct of indirect door de Vennootschap of een gelieerde onderneming aan de andere leden van het uitvoerend comité zijn betaald respectievelijk toegekend

Vaste vergoeding Variabele vergoeding Uitzonderlijke
onderdelen
Pensioen Totaal
vergoeding
Jaarlijkse
variabele
Naam,
Position Start/End date
Basis
vergoeding
Andere
onderdelen(2)
voor
2019
Meerjaarlijkse
variabele(3)
Karim Hajjar,
CFO & Lid van het uitvoerend comité
871.242 210.717 200.000 209.151 NA 220.973 1.712.083
Vincent De Cuyper,
Lid van het uitvoerend comité
683.643 58.431 310.000 209.151 NA 180.542 1.441.767
Hua Du,
Lid van het uitvoerend comité(1a)
628.571 137.615 348.000 167.321 NA 62.857 1.344.364
Augusto Di Donfrancesco,
Lid van het uitvoerend comité(1b)
550.000 105.775 328.000 209.151 NA 101.898 1.294.824
Herve Tiberghien,
Chief People Officer & Executive Committee
member, startdatum: 1 september 2019
106.933 55.039 80.000 NA 58.703(4) 32.479 333.154
Pascal Juery,
Lid van het uitvoerend comité, einddatum:
31 maart 2019
170.453 19.822 NA NA NA 41.771 232.046
Cecile Tandeau de Marsac,
Lid van het uitvoerend comité, einddatum:
31 maart 2019
113.599 7.847 NA NA NA 19.716 141.162
Totaal 3.124.441 595.246 1.266.000 794.774 58.703 660.236 6.499.400

(1a) Expatriate opdracht in België; vergoeding bepaald in Hong Kong (HKD); wisselkoers €1 = 8,75 HKD

(1b) Expatriate opdracht in België vanuit Italië

(2) Voordelen op lange termijn (bv. overlijdensbegeleiding, invaliditeits- en medische voordelen) en voordelen in natura (bv. bedrijfswagen, fiscale bijstand).

(3) PSU 2016-2018 betalen in juni 2019

(4) Eenmalige relocatiekosten

Verklaringen over de naleving van de remuneratie van de voorzitter en de leden van het uitvoerend comité

De variabele remuneratie bestond uit een jaarbonus die gebaseerd was op de behaalde prestaties ten opzichte van de vooraf vastgestelde collectieve prestatiedoelstellingen van de Groep op het gebied van economische en duurzame ontwikkeling, en op de prestaties van de manager, gemeten aan de hand van een reeks vooraf vastgestelde individuele doelstellingen.

De leden van het uitvoerend comité ontvangen aandelenopties en Performance Share Units, zoals hierboven toegelicht.

Het remuneratiepakket van de leden van het Uitvoerend Comité is volledig in overeenstemming met artikel 520 ter van het Wetboek van Vennootschappen en artikel 7:91 van het nieuwe Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen.

De onkosten van de leden van het uitvoerend comité, met inbegrip van die van de voorzitter, zijn onderworpen aan dezelfde regels als die welke gelden voor alle managers van de Groep, d.w.z. de rechtvaardiging, punt voor punt, van alle bedrijfskosten. Persoonlijke onkosten worden niet terugbetaald. Indien bepaalde onkosten gedeeltelijk een privékarakter hebben (bijvoorbeeld autokosten), dan wordt een proportionaliteitsregel toegepast op dezelfde manier als voor alle managers in een dergelijke situatie.

De pensioenen en de dekking bij pensionering en overlijden van leden van het uitvoerend comité zijn in principe gebaseerd op de bepalingen van de regelingen die van toepassing zijn op senior kaderleden in hun land van herkomst.

Wat verzekeringen betreft, sluit de vennootschap voor de leden van het uitvoerend comité verzekeringen af met hetzelfde type dekking als voor haar senior managers.

In 2019 aan de leden van het uitvoerend comité toegekende aandelenopties en PSU's 5.4.

In 2019 kende de Raad van Bestuur op voorstel van het Remuneratiecomité aandelenopties toe aan ongeveer 50 senior kaderleden van de Groep. De uitoefenprijs bedraagt €97,05 per optie, met een wachtperiode van drie jaar. Aan de leden van het Uitvoerend Comité werden in totaal 118.822 opties toegekend in maart 2019.

In combinatie met het aandelenoptieplan heeft de Raad van Bestuur PSU's toegekend aan ongeveer 450 leden van het hoger kader van de Groep, met een mogelijke uitbetaling over drie jaar indien de vooraf vastgestelde prestatiedoelstellingen (groei van de onderliggende EBITDA, CFROI en reductie van de uitstoot van broeikasgassen) worden gehaald. Aan de leden van het Uitvoerend Comité werden in totaal 21.767 PSU's toegekend in februari 2019.

Land Naam Functie Aantal opties(1) Aantal PSU's(2)
België Kadri, Ilham CEO/Voorzitter van het uitvoerend
comité
48.537 8.887
België De Cuyper, Vincent Lid van het uitvoerend comité 14.069 2.576
België Hajjar, Karim Lid van het uitvoerend comité 14.069 2.576
België Di Donfrancesco, Augusto Lid van het uitvoerend comité 14.069 2.576
België Du, Hua Lid van het uitvoerend comité 14.069 2.576
België Juéry, Pascal Lid van het uitvoerend comité 14.069 2.576
Totaal 118.882 21.767

(1) Aandelenopties: De reële waarde per aandelenoptie volgens het Black Scholes model bedroeg in februari 2019 €17,77

(2) De beurskoers voor februari 2019 bedroeg € 97,05.

Toegekende en door leden van het Uitvoerend Comité aangehouden aandelenopties per 31 december 2019

Aandelenopties 31/12/2019
Gehouden op Toegekend Uitgeoefend Vervallen in Niet-uitoe
Land Naam 31/12/2018 in 2019 in 2019 2019 Gehouden(1) Uitoefenbaar fenbaar
België Kadri, Ilham 0 48.537 0 0 48.537 0 48.537
België De Cuyper, Vincent 109.770 14.069 18.088 0 105.751 33.641 72.110
België Hajjar, Karim 94.348 14.069 0 0 108.417 21.164 87.253
Di Donfrancesco,
België Augusto 95.938 14.069 0 0 110.007 37.897 72.110
België Du, Hua 78.930 14.069 1.320 0 91.679 27.913 63.766
Totaal 378.986 104.813 19.408 0 464.391 120.615 343.776

(1) Gehouden = Uitoefenbaar + Niet uitoefenbaar

Vergelijkende informatie over de wijziging van de bezoldiging en de prestaties van de onderneming 5.5.

Om de vroegere, huidige en toekomstige remuneratieprogramma's transparanter te maken en in overeenstemming met de belangen van beleggers en het wetgevendgkader, toont de volgende tabel de verandering in de remuneratie voor leden van de Raad van Bestuur, de Chief Executive Officer en de leden van het uitvoerend comité in vergelijking met de prestaties van de Groep en de gemiddelde remuneratie van werknemers van Solvay over een periode van 5 jaar.

2015 2016 2017 2018 2019 Remuneratie
voor 2019
(Totaal)
Remuneratie van de leden van de
Raad van Bestuur(1)
Remuneratie van CEO
Annual Base on year over year basis 10% 0% 0% 9% NA(2) 1.150.000
Variable STI payout vs Target 137% 121% 149% 134% 118% 1.361.600
PSU Payout value vs Target NA 54% 111% 108% NA(2) NA(2)
LTI Grant value vs Target 100% 100% 100% 100% 100% 1.725.000
Remuneratie voor de leden van het
uitvoerend comité
Annual Base on year over year basis
(includes mandatory increase in
Belgium)
3,3% 3,5% 3,5% 12,2%(3) 3,6% 3.124.441
Variable STI payout vs Target 128% 112% 144% 120% 72% 1.266.000
PSU Payout value vs Target NA 54% 111% 108% 84% 794.774
LTI Grant value vs Target 100% 100% 100% 200% 100% 2.500.000(7)
Solvay-resultaat
EBITDA growth vs Target for the Year 109% 96% 138% 105% 51%
Progress towards Sustainable Devel
opment objective vs Target for the Year
174% 140% 181% 165% 145%
Gemiddelde beloning van de werknemers op basis van volledige werktijdsequivalenten(8)
Personeel van de Groep 3% 16%(5) 7% 0,6%(6) 5%

(1) zoals aangegeven in het Remuneratieverslag is de bezoldiging van de Raad van Bestuur vanaf 2012 niet meer gewijzigd en is alleen afhankelijk van het aantal vergaderingen.

(2) Nieuwe CEO

(3) Verlenging van het Directiecomité en daarmee samenhangende marktaanpassing voor C.Tandeau de Marsac, A.Di Donfrancesco, H.Du from March 1st;

(5) Volledige integratie van Cytec in 2016

(6) Oxygen herstructureringsimpact

(7) Inclusief subsidie voor K.Hajjar, V.De Cuyper, A.Di Donfrancesco, H.Du, P.Juery.

(8) De gemiddelde beloning van de werknemers wordt berekend op basis van de "lonen en directe sociale voordelen" gedeeld door het aantal werknemers op jaarbasis uit voortgezette bedrijfsactiviteiten op jaarbasis voor de voortzetting van de activiteiten.

De belangrijkste bepalingen in de contractuele relatie van de leden van het uitvoerend comité met de vennootschap en/of verbonden ondernemingen, met inbegrip van de vergoeding ingeval van vroegtijdig vertrek 5.6.

De leden van het uitvoerend comité, met inbegrip van de voorzitter (of CEO), hebben als onderdeel van hun verantwoordelijkheid bestuursmandaten in dochterondernemingen van de Groep. Indien deze bestuursmandaten worden vergoed, zijn ze opgenomen in de hierboven vermelde bedragen, ongeacht of het gaat om een positie als loontrekkende dan wel als zelfstandige overeenkomstig lokale wetgeving.

De leden van het uitvoerend comité ontvangen geen enkele contractuele vertrekpremie die verbonden is aan de uitoefening van hun mandaat. In geval van vervroegde beëindiging van het mandaat is alleen het rechtssysteem van toepassing. In geval van vervroegde beëindiging van het mandaat is alleen het rechtssysteem van toepassing. Indien wordt besloten om het contract van mevrouw Ilham Kadri te beëindigen, komt zij in aanmerking voor een contractuele schadevergoeding van 12 maanden van haar totale remuneratie bij het behalen van de doelstellingen. Indien mevrouw Ilham Kadri na januari 2021 ontslag neemt, geldt voor haar een nietconcurrentiebeding van 12 maanden zonder extra remuneratie.

Zoals vermeld in het jaarverslag van 2018 ontving Jean-Pierre Clamadieu in zijn functie en volgens eerdere contractuele voorwaarden twee maanden basissalaris €200.000. Zijn contract bevat daarnaast een niet-concurrentiebeding met een looptijd van 24 maanden dat door de Vennootschap werd geactiveerd, resulterend in de betaling aan de heer Jean-Pierre Clamadieu van een vergoeding wegens niet-concurrentie van €1.960.000.

Zijn bestaande kortetermijnbonus wordt niet versneld onvoorwaardelijk toegezegd en blijft afhankelijk van de prestaties van de Groep.

Overeenkomstig de bepalingen van de individuele pensioenovereenkomst die Jean-Pierre Clamadieu en Solvay op 1 februari 2012 hebben ondertekend, werd aan de verzekeringsmaatschappij een bedrag van €7.963.507 + €608.068 voor de maanden januari en februari betaald.

Het bovenstaande is in overeenstemming met de vereisten van de Belgische Corporate Governance Code.

De heer Pascal Juery en mevrouw Cecile Tandeau de Marsac verlieten het Uitvoerend Comité op 31 maart 2019 zonder enige beëindigingsvergoeding in verband met hun mandaat als kaderlid.

Voornaamste kenmerken van de risicomanagement- en interne controlesystemen 6.

De leidinggevenden en managers van Solvay zijn verantwoordelijk voor de adequaatheid van het risicobeheer en het interne-controlekader in hun respectieve entiteiten (bedrijfsonderdelen, functies).

De afdeling Internal Audit & Risk Management (IA/RM) adviseert en zorgt ervoor dat leidinggevenden goed worden ondersteund. Het team is verantwoordelijk voor het opzetten van een uitgebreid en consistent risicobeheer- en interne-controlesysteem binnen de Groep.

De mate waarin Solvay bereid is risico's te nemen bij de verwezenlijking van zijn bedrijfsstrategie en doelstelling om aandeelhouderswaarde te creëren, wordt bepaald door een aantal kwalitatieve en kwantitatieve uitingen van risicobereidheid, die worden uitgevoerd door maatregelen zoals limieten, triggers en indicatoren (Translator's note: unclear what is meant here) De afdeling Internal Audit & Risk Management (IA/RM) communiceert rechtstreeks met het auditcomité, dat een sleutelrol speelt in de totstandbrenging van de risicocultuur van de Groep, en helpt de risicobereidheid van het management op één lijn te brengen met die van de Raad van Bestuur. De risicobeheerfunctie is verantwoordelijk voor het regelmatig beoordelen van de omvang en werking van deze risicobereidheidsmaat maatregelen om te bepalen of ze nog steeds relevant zijn.

Solvay heeft een interne-controlesysteem opgezet dat bedoeld is om redelijke zekerheid te verschaffen dat (i) geldende wet- en regelgeving wordt nageleefd, (ii) het beleid en de doelstellingen van het algemeen management worden geïmplementeerd, (iii) financiële en niet-financiële informatie juist is en (iv) de interne processen, met name die welke bijdragen tot de bescherming van zijn activa, efficiënt zijn.

De vijf componenten van het interne-controlesysteem zijn hieronder beschreven.

6.1. De controleomgeving

De controleomgeving, als basis voor het interne-controlesysteem, bevordert het bewustzijn en het correcte gedrag van alle werknemers. De verschillende elementen ervan scheppen een duidelijk kader met principes, regels, taken en verantwoordelijkheden en tonen tegelijkertijd de inzet van het algemeen management voor de naleving daarvan.

  • In het Solvay Management Book worden de leidende beginselen opgesomd en worden de taken en verantwoordelijkheden van het uitvoerend comité, de Global Business Units en de functies beschreven;
  • De nieuwe gedragscode voor bedrijfsintegriteit is beschikbaar op de website van Solvay. Meer informatie is te vinden in het corporate-governancecharter.
  • Via een hulplijn voor ethische kwesties, die wordt beheerd door een externe partner, kunnen werknemers potentiële schendingen van de gedragscode voor bedrijfsintegriteit melden als ze dat niet via hun managers of via de afdeling Compliance kunnen gaan, of als ze anoniem wensen te blijven. Meer informatie is te vinden in het corporate-governancecharter en in het niet-financiële deel.
  • Er zijn gestandaardiseerde procedures voor financiële en nietfinanciële activiteiten.

6.2. Het risicobeoordelingsproces

Het risicobeheerproces houdt rekening met de strategische doelstellingen van de organisatie en bestaat uit de volgende stappen:

  • Risicoanalyse (identificatie en evaluatie),
  • Besluit over de wijze waarop de kritieke risico's moeten worden beheerd,
  • Uitvoering van risicobeheeractiviteiten,
  • Monitoring van deze activiteiten.

De aanpak voor het ontwerpen van interne controles voor belangrijke processen omvat een risicobeoordelingsstap waarin wordt bepaald welke belangrijke controledoelstellingen moeten worden aangepakt. Dit is met name het geval voor processen op het niveau van de dochterondernemingen, gedeelde diensten, GBU's of de Groep, resulterend in betrouwbare financiële verslaggeving.

Meer informatie over Enterprise Risk Management, met inbegrip van een beschrijving van de belangrijkste risico's van de Groep en de maatregelen die worden genomen om deze te vermijden of te beperken, is te vinden in het deel 'Risicobeheer'.

6.3. Controleactiviteiten

Solvay hanteert een systematische aanpak voor het ontwerpen en uitvoeren van controleactiviteiten voor zijn meest relevante processen.

Na een risicoanalyse en risicobeoordelingsfase worden de controles ontworpen en beschreven door de Corporate Process Managers met de hulp van het risicomanagementteam. De beschrijvingen van de controles worden gebruikt als referentie voor de beoordeling van de interne controle en de uitrol in de hele Groep.

Op elk niveau van de Groep (Corporate, Shared Services-platformen en GBU's) is de manager die het proces beheert verantwoordelijk voor de uitvoering van de controle.

Onder toezicht van de CFO is een flexibel interne-controlesysteem opgezet: Corporate Process Owners en vertegenwoordigers van GBU's (Process Risk Coordinators) maken deel uit van een netwerk dat gericht is op het bevorderen van een interne-controlesysteem dat is afgestemd op de risico's van elke GBU.

Solvay implementeert richtlijnen dat van toepassing zijn op, alsmede processen en rode lijnen die gelden voor, alle werknemers in de volgende domeinen: managementcontrole, financiering en cashflow, financiële controle, financiële communicatie, belastingen en verzekeringspolissen. Voor al deze financiële processen en voor belangrijke groepsoverschrijdende projecten, zoals overnames en desinvesteringen, worden controleactiviteiten gedefinieerd. Daarnaast wordt in de onlinehandleiding voor financiële verslaggeving ('Financial Reporting Guide') uitgelegd hoe de IFRS-standaarden in de hele Groep moeten worden toegepast.

Financiële elementen worden maandelijks geconsolideerd en geanalyseerd op elk verantwoordelijkheidsniveau in de Vennootschap (Solvay Business Services, de financieel directeur van de entiteit, de afdeling Group Accounting and Reporting en het uitvoerend comité). Elementen worden geanalyseerd met behulp van verschillende methoden, zoals een variantieanalyse, plausibiliteits- en consistentiecontroles, ratioanalyse en vergelijking met prognoses.

Naast de analyse van de maandelijkse verslaggeving die door de Groepscontroleteams wordt opgesteld, evalueert het uitvoerend comité elk kwartaal grondig de prestaties van de GBU's in het kader van de evaluatie van de bedrijfsvooruitzichten.

6.4. Informatie en communicatie

De informatiesystemen voor de hele Groep worden beheerd door Solvay Business Services. Een grote meerderheid van de activiteiten van de Groep wordt ondersteund door een klein aantal geïntegreerde ERP-systemen (Enterprise Resource Planning). De financiële consolidatie wordt ondersteund door een speciaal instrument.

Alle procedures voor financiële verslaggeving en interne controles zorgen ervoor dat alle materiële informatie die Solvay aan zijn beleggers, schuldeisers en toezichthouders verstrekt nauwkeurig en transparant is, tijdig wordt verstrekt en een getrouw beeld geeft van de meest relevante ontwikkelingen, financiële fundamentals en prestaties van de Groep.

De afdeling Group Accounting and Reporting verspreidt voorafgaand aan de afsluiting van elk kwartaal schriftelijke gedetailleerde instructies aan alle betrokken financiële actoren.

De publicatie van de financiële kwartaalcijfers is onderworpen aan verschillende controles en validaties die vooraf worden uitgevoerd:

  • Het Investor Relations-team ontwerpt, ontwikkelt en verspreidt berichten en informatie over de Groep en houdt daarbij rekening met de behoeften van de financiële markten. Dit gebeurt onder toezicht en controle van het uitvoerend comité;
  • Het auditcomité ziet erop toe dat de jaarrekening en communicatie van de Vennootschap en de Groep in overeenstemming zijn met algemeen aanvaarde boekhoudprincipes (IFRS voor de Groep, Belgische boekhoudwetgeving voor de Vennootschap);
  • De Raad van Bestuur keurt de geconsolideerde periodieke financiële overzichten en die van Solvay nv (driemaandelijks – alleen geconsolideerd, halfjaarlijks en jaarlijks) alsmede alle communicatie daaromtrent goed.

6.5. Toezicht op de interne controle

Het auditcomité is belast met het toezicht op de doeltreffendheid van de interne-controlesystemen. Het houdt toezicht op de werkzaamheden van de afdeling 'Internal Audit and Risk Management' met betrekking tot financiële, operationele en compliancecontroles. Het wordt op de hoogte gehouden van de omvang, de programma's en de resultaten van de interne auditwerkzaamheden en controleert of de uit de audit voortvloeiende aanbevelingen naar behoren worden uitgevoerd. De taken en verantwoordelijkheden van het auditcomité worden verder uitgewerkt in het Charter.

Interne-auditopdrachten worden omschreven, gepland en gedefinieerd op basis van een risicoanalyse; duediligenceonderzoek is gericht op de gebieden waar het risico het grootst wordt geacht. Elke geconsolideerde entiteit binnen de Groep wordt ten minste om de drie jaar door Internal Audit gecontroleerd. De aanbevelingen van Internal Audit worden door het management uitgevoerd.

De afdeling Ethics and Compliance coördineert onderzoeken naar mogelijke inbreuken op de gedragscode voor befrijsintegriteit.

7. Externe audit

De controle van de financiële toestand van de Vennootschap, van haar jaarrekening, van haar niet-financiële overzichten en van de conformiteit van die overzichten – en van de gegevens die overeenkomstig het Wetboek van Vennootschappen en de statuten in de jaarrekening moeten worden opgenomen – wordt toevertrouwd aan een of meer commissarissen die door de Algemene Vergadering worden gekozen uit de leden (natuurlijke of rechtspersonen) van het Belgisch Instituut der Bedrijfsrevisoren en door de Algemene Vergadering worden benoemd.

De verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de commissaris(sen) zijn wettelijk vastgelegd.

  • De Algemene Vergadering bepaalt het aantal commissarissen en beslist over hun vergoedingen in overeenstemming met de wet. De commissarissen hebben ook recht op vergoeding van hun reiskosten voor de controle van de vestigingen en administratieve kantoren van de Vennootschap.
  • De Algemene Vergadering kan ook een of meer plaatsvervangende commissarissen benoemen. De commissarissen worden benoemd voor een hernieuwbare termijn van drie jaar, en de Algemene Vergadering kan hun benoeming alleen om gegronde redenen herroepen;
  • Het auditcomité beoordeelt de effectiviteit, onafhankelijkheid en objectiviteit van de externe commissaris rekening houdend met:
  • De inhoud, kwaliteit en inzichten in de belangrijkste plannen en rapporten van de externe commissaris; in het bijzonder die welke een samenvatting geven van de controlewerkzaamheden die zijn uitgevoerd met betrekking tot de door de Vennootschap geïdentificeerde risico's;
  • De contacten met de externe commissaris tijdens vergaderingen van het comité;
  • De grondigheid waarmee de externe commissaris de belangrijkste boekhoudprincipes hanteert; Levering van niet-controlediensten.

Op de Gewone Algemene Vergadering van dinsdag 14 mei 2019 werd het mandaat van Deloitte met drie jaar verlengd. Deloitte wordt vertegenwoordigd door Michel Denayer en door Corine Magnin als plaatsvervangend commissaris.

Op verzoek van Deloitte bevestigde de Raad van Bestuur op 6 november 2019 dat Deloitte voortaan gezamenlijk zal worden vertegenwoordigd door Michel Denayer en Corine Magnin.

De vergoeding voor de audit van Solvay nv in 2019 werd vastgesteld op € 1,2 miljoen. Ze omvat de vergoeding voor de controle van de enkelvoudige en geconsolideerde jaarrekening van Solvay nv. De extra vergoedingen voor de audit van verbonden ondernemingen van Solvay in 2019 bedroegen € 4,9 miljoen. In 2018 betaalden Solvay nv en zijn verbonden ondernemingen € 1,5 miljoen aan aanvullende vergoedingen voor niet-auditdiensten, waarvan:

  • a. Gefactureerd door de commissaris van de Groep: – Andere assurance-opdrachten: € 0,6 miljoen.
  • b. Gefactureerd door andere entiteiten van Deloitte: – Andere assurance-opdrachten: € 0,4 miljoen;
    • Belastingadvies en naleving van fiscale wet- en regelgeving: € 0,5 miljoen;

Krachtens artikel 34 van het Belgische Koninklijk Besluit van 14 november 2007 te verschaffen informatie 8.

Overeenkomstig artikel 34 van het Belgische Koninklijk Besluit van 14 november 2007 verschaft de Vennootschap hierbij de volgende informatie:

8.1. Kapitaalstructuur en aan de Raad van Bestuur verleende bevoegdheden

Op 21 december 2015 bedroeg het kapitaal van de Vennootschap € 1.588.146.240, vertegenwoordigd door 105.876.416 volgestorte gewone aandelen zonder nominale waarde.

Alle Solvay-aandelen hebben dezelfde rechten. Er zijn geen verschillende aandelenklassen.

8.2. Overdracht van aandelen en afspraken tussen aandeelhouders

De statuten van Solvay bevatten geen enkele beperking op de overdracht van zijn aandelen.

De Vennootschap is ervan op de hoogte gebracht dat bepaalde individuele aandeelhouders die rechtstreeks aandelen van Solvay bezitten, besloten hebben elkaar te raadplegen wanneer de Raad van Bestuur vragen van bijzonder strategisch belang aan de Algemene Vergadering voorlegt. Elk van deze aandeelhouders blijft echter vrij om te stemmen zoals hij dat wil. Geen van deze personen, individueel of samen met anderen, bereikt de initiële drempel van 3% waarbij een transparantiemelding vereist is.

Solvay is niet op de hoogte van andere stemafspraken tussen zijn aandeelhouders of van het bestaan van overleg tussen zijn aandeelhouders.

8.3. Houders van effecten met bijzondere zeggenschapsrechten

Dergelijke effecten zijn niet uitgegeven.

8.4. Controlemechanisme van een aandelenplan voor werknemers waarbij de zeggenschapsrechten niet rechtstreeks door de werknemers worden uitgeoefend

Er bestaat geen aandelenplan voor werknemers met een dergelijk mechanisme.

8.5. Beperkingen op de uitoefening van het stemrecht

Elk Solvay-aandeel geeft de houder recht op één stem op de Algemene Vergadering.

In artikel 11 van de statuten van de Vennootschap is bepaald dat de uitoefening van stemrechten en andere rechten verbonden aan aandelen die gezamenlijk eigendom zijn of waarvan het vruchtgebruik en de naakte eigendom gescheiden zijn of in pand zijn gegeven, wordt opgeschort in afwachting van de benoeming van een enkele vertegenwoordiger die de aan de aandelen verbonden rechten zal uitoefenen. Dergelijk artikel 11 wordt artikel 10 na de wijzigingen in de statuten die zullen worden voorgesteld aan de volgende Algemene Vergadering van Aandeelhouders

De stemrechten die verbonden zijn aan de aandelen van Solvay die Solvay Stock Option Management in zijn bezit heeft, zijn van rechtswege opgeschort.

8.6. Benoeming, herbenoeming, ontslag en afzetting van bestuurders

In de statuten van de Vennootschap is bepaald dat de Vennootschap moet worden bestuurd door een Raad van Bestuur bestaande uit ten minste vijf leden, en dat het aantal leden door de Algemene Vergadering wordt bepaald (artikel 14). Dit wordt artikel 12 na de wijzigingen in de statuten die zullen worden voorgesteld aan de volgende Algemene Vergadering;

De Bestuurders worden door de Algemene Vergadering benoemd voor een termijn van vier jaar (en kunnen worden herbenoemd).

Benoemingen, herbenoemingen, ontslagen en afzettingen van een bestuurder worden door de Raad van Bestuur ter goedkeuring aan de Gewone Algemene Vergadering voorgelegd. De Raad van Bestuur nodigt deze Algemene Vergadering ook uit om te stemmen over de onafhankelijkheid van de bestuurders die aan de betreffende criteria voldoen, na eerst het advies te hebben ingewonnen van het Benoemingscomité, dat tot taak heeft het profiel van elke nieuwe kandidaat te bepalen en te beoordelen aan de hand de door haar bepaalde benoemingscriteria en specifieke competenties.

De Gewone Algemene Vergadering beslist bij gewone meerderheid over de voorstellen die de Raad van Bestuur in dit verband doet.

Indien een bestuursmandaat vóór het einde van een mandaatperiode vacant wordt, kan de Raad van Bestuur een nieuw lid benoemen, onder voorbehoud van bekrachtiging door de eerstvolgende Gewone Algemene Vergadering.

8.7. Wijziging van de statuten van Solvay

Wijzigingen van de statuten van de Vennootschap moeten worden voorgelegd aan de Algemene Vergadering waarop ten minste 50% van het maatschappelijk kapitaal van Solvay aanwezig of vertegenwoordigd moet zijn, en moeten in principe worden aangenomen met minstens 75% van de uitgebrachte stemmen.

Indien het aanwezigheidsquorum op de eerste Buitengewone Algemene Vergadering niet wordt gehaald, kan een tweede Algemene Vergadering worden bijeengeroepen die dan zal beslissen zonder dat er een aanwezigheidsquorum vereist is.

Voor bepaalde andere zaken (bijvoorbeeld wijziging van het doel van de Vennootschap) kan een grotere meerderheid vereist zijn.

8.8. Bevoegdheden van de Raad van Bestuur, met name om aandelen uit te geven en eigen aandelen in te kopen

8.8.1. Bevoegdheden van de Raad van Bestuur

De Raad van Bestuur is het hoogste bestuursorgaan van de Vennootschap.

Hij is belast met alle bevoegdheden die niet wettelijk of statutair zijn voorbehouden aan de Algemene Vergadering.

De Raad van Bestuur heeft de verantwoordelijkheid voor bepaalde kerndomeinen aan zichzelf voorbehouden en heeft de rest van zijn bevoegdheden gedelegeerd aan een uitvoerend comité (verder uitgewerkt in het Charter).

Voor alle aangelegenheden waarvoor hij exclusief verantwoordelijk is, werkt de Raad van Bestuur nauw samen met het uitvoerend comité, dat in het bijzonder verantwoordelijk is voor de voorbereiding van de meeste voorstellen waarover de Raad van Bestuur moet beslissen.

8.8.2. Machtiging van de Raad van Bestuur tot uitgifte van aandelen en inkoop van eigen aandelen

In het kader van de overname van Cytec Industries Inc. werd de Raad van Bestuur gemachtigd, tot 31 december 2016, om het kapitaal te verhogen door inbreng in contanten tot een maximumbedrag van € 1,5 miljard, waarvan maximaal € 1.270.516.995 wordt toegewezen aan de post 'Kapitaal' en de rest aan de post 'Uitgiftepremie'. Deze overname werd op 9 december 2015 afgerond. Om een deel ervan te financieren, heeft de Raad van Bestuur een kapitaalverhoging doorgevoerd voor een bedrag van € 317.629.245 door de uitgifte van 21.175.283 nieuwe gewone Solvay-aandelen, met een uitgiftepremie van € 1.182.216.050. Deze speciale machtiging is derhalve niet langer relevant.

De Raad van Bestuur heeft momenteel geen volmacht van de Algemene Vergadering om eigen aandelen van Solvay in te kopen.

Op de volgende Algemene Vergadering zal de Raad van Bestuur voorstellen om de statuten van de Vennootschap uit te breiden met de volgende bepalingen:

  • De machtiging om eigen aandelen van Solvay in te kopen onder de volgende voorwaarden:
    • Beperkt tot 10% van de aandelen,
    • Elke inkoop moet tegen de marktprijs worden gedaan,
    • De machtiging geldt voor vijf jaar,
    • De machtiging kan voor elk doel worden gebruikt, behalve om zich tegen een overname te verdedigen.
  • De machtiging stelt de Raad van Bestuur in staat om het kapitaal van de Vennootschap te verhogen onder de volgende voorwaarden:
  • Beperkt tot 10% van de aandelen,
  • De machtiging geldt voor vijf jaar,
  • De Raad van Bestuur kan het voorkeurrecht van bestaande aandeelhouders opheffen bij elke verhoging waartoe hij op grond van de machtiging beslist.
  • De machtiging kan voor elk doel worden gebruikt, behalve om zich tegen een overnamebod te verdedigen.

8.9. Belangrijke overeenkomsten of effecten die kunnen worden beïnvloed door een wijziging van de zeggenschap over de Vennootschap

De Gewone Algemene Vergadering van 10 mei 2016 heeft haar goedkeuring gegeven voor de wijziging van de zeggenschapsbepalingen met betrekking tot de in december 2015 uitgegeven senior en hybride obligaties in euro en de in USD luidende senior notes die zijn uitgegeven voor de financiering van de overname van Cytec en de algemene bedrijfsdoelstellingen van de Solvay-groep.

8.10. Overeenkomsten tussen de Vennootschap en haar bestuurders of werknemers die voorzien in een vergoeding indien bestuurders ontslag nemen of 'good leavers' zijn, of in het geval van een openbaar overnamebod

Niet van toepassing

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 RISICOBEHEER

3 Risicobeheer

1. Inleiding 65
2. Risicobeheerproces 65
3. Belangrijkste risico's voor Solvay 67
Veiligheid 68
Ethiek en compliance 68
Industriële 69
Transportongelukken 70
Klimaattransitie 71
Gebruik van chemische producten 71
Nieuwe risico's 72
4. Andere risico's 73
Belangrijke geschillen 76
Antitrust-procedures 76
Geschillen rond gezondheid, veiligheid en milieu (HSE) 76
Farmaceutische activiteiten (beëindigd) 76

Risicobeheer

1. Inleiding

Wereldwijd is er sprake van economische en politieke onzekerheid, verschuivende machtsverhoudingen, veranderende groeidynamiek, korter wordende marktcycli,snelletechnologischeontwikkelingenentoenemendeaandachtvoorenverwachtingenrondklimaatveranderingenenergietransitie.Indezecontext is Solvay ervan overtuigd dat een efficiënte bewaking en beheersing van risico's de sleutel is tot het bereiken van zijn strategische doelstellingen.

2. Risicobeheerproces

Het door de Raad van Bestuur goedgekeurde risicobeoordelingsproces draagt ertoe bij dat de Groep haar financiële en niet-financiële bedrijfsdoelstellingen kan realiseren, met inachtneming van wet- en regelgeving en de gedragscode voor bedrijfsintegriteit van Solvay.

Enterprise Risk Management (ERM) is een belangrijk instrument voor Solvay om de doelstellingen op korte, middellange en lange termijn te realiseren.

Solvay is een complex, ondernemend en internationaal bedrijf en zijn bedrijfsactiviteiten zijn onderhevig aan een aantal grote risico's. We hebben daarom een dynamisch proces ontwikkeld waarin een aantal belangrijke functionarissen de risico's beoordelen die onder hun verantwoordelijkheid en/of expertise vallen.

Voor alle GBU's is risicobeoordeling een integraal onderdeel van hun jaarlijkse strategische evaluatie

Risicoanalyse

Solvay heeft een systematische aanpak van risicobeheer geïntegreerd in zijn strategie, bedrijfsbeslissingen en activiteiten. Dit waarborgt dat de leidinggevenden van de Groep op een proactieve manier alle potentieel grote risico's identificeren, beoordelen en beheren. Risicobeoordeling draagt bij aan waardecreatie voor de korte, middellange en lange termijn, waarbij duurzaamheid steeds in de overweging wordt meegenomen. Twee van de vier belangrijkste gevolgen die bij de beoordeling van risico's worden bekeken, hebben betrekking op onze toenemende aandacht voor niet-financiële kwesties, namelijk de gevolgen voor mens en milieu. De andere twee – de economische gevolgen en de reputatieschade – houden direct verband met de operationele en financiële prestaties van de Groep. In lijn met de strategische doelstellingen van Solvay kunnen de risico's als volgt worden ingedeeld: 'voornaamste risico's' (de meest kritieke), 'nieuwe risico's' en 'overige risico's'.

Economische Gevolgen voor de Gevolgen voor Gevolgen voor de
gevolgen mensen het milieu reputatie

Besluitvorming over de manier waarop kritieke risico's worden beheerd

Bij zowel de dagelijkse als de strategische besluitvorming wordt ten volle rekening gehouden met alle belangrijke risico's en marktkansen, op basis van financiële en niet-financiële criteria.

Implementatie van risicobeheeractiviteiten

Risicobeheer is voor Solvay een belangrijke succesfactor. Dankzij verbetering van de Enterprise Risk Management-methode kunnen individuele GBU's en functies, en de Groep als geheel, op een effectievere manier prioriteit geven aan risico's en kan er gerichter op risico's worden ingespeeld. Een speciaal dashboard wordt twee keer per jaar geactualiseerd aan de hand van de vooruitgang die is geboekt met risicobeperkende maatregelen en nieuwe ontwikkelingen op het gebied van risico's.

Toezicht op risicobeheeractiviteiten

Om ervoor te zorgen dat deze risico's op een adequate manier worden aangepakt, worden kritieke risico's voor de Groep nauwlettend gemonitord door het Risicocomité van de Groep, waarbij leden van het Uitvoerend Comité als risicosponsors worden aangewezen. De vergelijking van de analyse met de materialiteitsanalyse die wordt uitgevoerd door de functie Sustainable Development & Energy speelt daarbij een belangrijke rol.

Een deugdelijk risicobeheersysteem verankerd op elk niveau binnen de Groep

Leidinggevenden van GBU's en functies dragen verantwoording voor het identificeren, monitoren en beheren van de belangrijkste risico's binnen hun domein. Risicobeheer is daarom sterk ingebed in de dagelijkse gang van zaken van elke entiteit en de operationele managers kunnen snel reageren op veranderende omstandigheden. Het risicobeheerproces is een waardevol mechanisme voor GBU's en functies, omdat het hun prioriteiten stuurt en de kans vergroot dat zij hun bedrijfsdoelstellingen zullen bereiken.

1 Uitvoerend Comité, voorzitters GBU, algemeen directeuren van de Functies

2 Algemeen directeuren van de functies Industrial, Legal en Sustainable Development & Energy & Communicatie

De risico's op Groepsniveau worden beheerd door het Senior Leadership Team wat identificatie betreft, het Risicocomité van de Groep wat de beoordeling betreft, en de leden van het Uitvoerend Comité als sponsors wat de omgang met en reactie op risico's betreft. Het Auditcomité komt één keer per jaar bijeen met de voorzitter van het Uitvoerend Comité, de CEO en andere leden van de Raad van Bestuur om de belangrijkste risico's voor de Groep te bespreken. Het Auditcomité wordt daarbij gedurende het jaar geholpen met presentaties van risico-eigenaren over risico's voor de Groep, zoals industriële veiligheid, beveiliging, cyberrisico's, ethiek en correct handelen.

Beoordeling van grote projecten in verband met de transformatie van Solvay

Bij omvangrijke projecten, zoals overnames, grote kapitaalinvesteringen en transversale projecten, wordt een passende risicobeoordelingsmethode toegepast.

Interne controle is één aspect van het risicobeheer. Voor een gedetailleerde beschrijving van Solvays systeem voor risicobeheer en interne controle verwijzen we naar het hoofdstuk Corporate Governance in dit jaarverslag.

Crisisparaatheid is onderdeel van een gestructureerd netwerk binnen de Groep. Aangewezen leden voeren taken uit en implementeren programma's die ervoor moeten zorgen dat de business units en functies goed voorbereid zijn. Deze programma's omvatten crisissimulaties, mediatraining voor potentiële woordvoerders, onderhoud van de belangrijkste databanken en analyse van relevante interne en externe gebeurtenissen. De scenario's die voor deze simulaties worden gebruikt, zijn gebaseerd op de risico's die door middel van de Enterprise Risk Management-aanpak zijn geïdentificeerd.

3. Belangrijkste risico's voor Solvay

Het Risicocomité van de Groep heeft de mate waarin de risico's voor de Groep onder controle zijn en de gevolgen ervan beoordeeld, met voor elk van de criteria een schaal met vier niveaus.

Het Comité heeft zich gebogen over vier belangrijke soorten gevolgen: economische gevolgen, gevolgen voor de mens, gevolgen voor het milieu en gevolgen voor de reputatie. Het heeft beoordeeld in welke mate de risico's onder controle zijn aan de hand van de volgende vragen:

  • Zijn er risicobeperkings- of bestrijdingsmaatregelen vastgesteld?
  • Zijn deze maatregelen geheel of gedeeltelijk uitgevoerd?
  • Wordt de doeltreffendheid van deze maatregelen gemonitord?

De ernst wordt bepaald door de combinatie van beide scores (gevolg en controleniveau) op het moment van de beoordeling.

Ernst Risico Ontwikkeling
in ernst
Overeenstemmende materialiteitsaspecten Stakeholders
Hoog Veiligheid Gegevensbeveiling en privacy van de klant
Kritische incidenten risicobeheer
Medewerkers
Lokale gemeenschappen
Klanten
Ethiek en compliance Beheer van het juridisch, ethisch en regelgevend
raamwerk
Leveranciers
Medewerkers
Planeet
Investeerders
Industriële Kritische incidenten risicobeheer
Gezondheit en veiligheid van de medewerkers
Medewerkers
Lokale gemeenschappen
Transportongelukken Kritische incidenten risicobeheer
Afval en gevaarlijke stoffen
Leveranciers
Medewerkers
Lokale gemeenschappen
Klimaatsverandering Uitstoot van broeikasgassen
Energie
Duurzame bedrijfsoplossingen
Water en afvalwater
Klanten
Lokale gemeenschappen
Medewerkers
Planeet
Investeerders
Gemiddeld Gebruik van chemische
producten
Afval en gevaarlijke stoffen
Duurzame bedrijfsoplossingen
Klanten
Medewerkers
Nieuwe Milieurisico Nieuwe Energie
Water en afvalwater
Uitstoot van broeikasgassen
Duurzame bedrijfsoplossingen
Planeet
Geopolitical risks Emerging Beheer van het juridisch, ethisch en regelgevend
raamwerk
Planeet

Nieuwe risico's: niewe of veranderende risico's die op lange termijn een aanzienlijke impact kunnen hebben en die in de toekomst moeten worden beoordeeld.

De voor Solvay relevante risico's en de risicobeperkende maatregelen door de Groep worden hieronder uiteengezet. De beschreven risicobeperkende maatregelen vormen geen garantie dat risico's zich niet voordoen of geen gevolgen hebben voor de Groep, maar ze laten zien hoe Solvay de blootstelling aan risico's op een proactieve manier beheert.

Veiligheid

Risicobeschrijving

Een veiligheidsvoorval (zoals terrorisme, misdaad, geweld, vandalisme, diefstal of een cyberaanval) dat invloed zou hebben op werknemers, sites, bedrijfsmiddelen, kritieke informatie of intellectueel eigendom en negatieve gevolgen zou kunnen hebben voor het bedrijf.

Preventie- en mitigerende maatregelen

  • Solvay hanteert een op dreiging, risico en naleving gebaseerde beveiligingsaanpak om sites, informatie en personeel te beschermen.
  • De Group Security Director coördineert wereldwijd alle veiligheidsactiviteiten om een efficiënte beperking van veiligheidsrisico's te waarborgen.
  • Twee bestuursorganen sturen de inspanningen op het gebied van het beheer van beveiligingsrisico's aan:
    • een beveiligingscommissie, voorgezeten door de CEO, en
    • een beveiligingscoördinatiewerkgroep, voorgezeten door de Group Security Director, om een continue bewaking van beveiligingsrisico's en een optimaal beveiligingsbeleid voor de Groep te realiseren. –

Cyberbeveiligingsprogramma

De twee bestuursorganen die de inspanningen op het gebied van het beheer van beveiligingsrisico's aansturen, houden ook toezicht op het cyberbeveiligingsprogramma.

  • Externe deskundigen voeren onafhankelijke beoordelingen uit, waaronder penetratietests.
  • Solvay Business Services (SBS) heeft zijn ISO 9001:2015-kwaliteitsbeheerprogramma voor al zijn activiteiten vernieuwd en heeft zijn ISO 27001:2013-certificering verkregen. Dit laatste omvat de cyberveiligheid voor het merendeel van zijn informatiesystemen.
  • Alle informatiesysteemprofessionals van SBS hebben een opleiding gevolgd over het beleid en de beste praktijken op het gebied van informatiesysteembeveiliging.
  • Voor alle werknemers blijft de veiligheidstraining voor eindgebruikers verplicht. Om werknemers meer bewust te maken, worden regelmatig tips op het gebied van cyberveiligheid gepubliceerd.

Een grote cyberaanval kan een negatief effect hebben op de activiteiten en resultaten van de onderneming. Daarom blijft Solvay de cyberverdediging verder verbeteren om de ontwikkelingen in cyberaanvallen het hoofd te kunnen bieden.

Verzekering

Solvay is verzekerd tegen de mogelijke financiële gevolgen van een cyberaanval op de bedrijfsmiddelen, productieonderbrekingen en fraudegevallen.

Belangrijkste activiteiten in 2019

  • De Groep heeft de rol van Security Champion binnen de GBU's en functies in het leven geroepen ter bevordering van een gecoördineerd beheer van de veiligheidsrisico's binnen de Groep. Deze Champions vertegenwoordigen hun entiteiten binnen de beveiligingscoördinatiewerkgroep om te waarborgen dat de beheersmaatregelen aansluiten bij de bedrijfsprioriteiten.
  • De Groep lanceert momenteel een gegevensbeschermingsplan om haar gevoelige informatie te beschermen en heeft projecten afgerond om risicovolle sites veiliger te maken.
  • Solvay blijft zijn overkoepelende cyberveiligheidsstrategie en -beheersing verder verbeteren, zijn beveiligingsprogramma voor bedrijfsinformatie verder ontwikkelen en andere functies/mogelijkheden onderzoeken om de beveiligingsstatus van de onderneming en de reactiesnelheid op cyberaanvallen te verbeteren.

Ethiek en compliance

Risicobeschrijving

Risico's kunnen voortvloeien uit het mogelijk niet naleven van:

  • Solvays Gedragscode voor bedrijfsintegriteit voor integer zakendoen en alle ondersteunende beleidslijnen en procedures,
  • Wet- en regelgeving in de rechtsgebieden waarin Solvay actief is.

Voorbeelden:

  • Er niet in slagen deugdelijk bestuur in een joint venture te implementeren,
  • Directe of indirecte betrokkenheid bij mensenrechtenschendingen,
  • Het opzettelijk manipuleren van financiële verslaggeving,
  • Corruptie of het omzeilen van interne controles.

Preventie- en mitigerende maatregelen

Solvays Gedragscode voor bedrijfsintegriteit voor integer zakendoen, beleidslijnen en procedures:

  • Is geactualiseerd en aangevuld, en de nieuwe versie wordt begin 2020 verspreid, en
  • Geldt voor alle werknemers, belangrijke leveranciers en joint ventures waarin Solvay een meerderheidsbelang heeft.
  • Daarnaast heeft Solvay verschillende cursussen en communicatieacties over het aanpakken van gedragsrisico's georganiseerd.

Speciale orming of opleidingen om specifieke risico's te beperken, zijn onder andere:

  • Maatregelen tegen omkoping en corruptie, concurrentiebelemmerend gedrag, het Gift & Entertainment Tracking System (systeem voor het beheer van geschenken en uitnodigingen),
  • Mensenrechten in bedrijfsbeleid: implementatie, bestuur en training,
  • Het Groepsbrede Speak Up-programma om overtreding van regels te melden, direct aan het management of aan een externe hulplijn.

Belangrijkste activiteiten in 2019

  • Meer dan 96% van de werknemers heeft een opleiding gekregen over de gedragscode van Solvay. In januari 2020 wordt een nieuwe Gedragscode voor bedrijfsintegriteit gelanceerd, die de 'Gedragscode voor integer zakendoen' zal heten.
  • Er is een Global Human Rights Committee ingesteld om toezicht te houden op de implementatie, naleving en training op het gebied van het mensenrechtenbeleid van de Groep.
  • Meer dan 97% van de vooraf geïdentificeerde leidinggevenden en werknemers in gevoelige functies heeft een anti-omkopings- en anti-corruptieopleiding (ABAC) gevolgd.

Industriële

Risicobeschrijving

Een zwaar ongeval in een site (arbeidsongeval, procesongeval) of chronische blootstelling van werknemers (industriële hygiëne) kan leiden tot dodelijke slachtoffers, onomkeerbare letsels of schade aan het milieu of aan bedrijfsmiddelen.

Preventie- en mitigerende maatregelen

In de loop van 2018 en 2019 heeft Solvay zijn strategie inzake gezondheid, veiligheid en milieu (GVM) geherdefinieerd en een nieuwe reeks minimumvereisten op het gebied van gezondheid, veiligheid en milieu opgesteld om te komen tot een gemeenschappelijk begrip en een gemeenschappelijke aanpak voor het beperken van onze belangrijkste risico's. In het kader van deze nieuwe aanpak heeft Solvay ook een nieuwe manier van werken ingevoerd, inclusief een meer op samenwerking gebaseerde en ondersteunende benadering van gezondheid, veiligheid en milieu in de hele Groep.

De GVM-strategie van Solvay is gebaseerd op de volgende vier pijlers:

  • Cultuur: Bevordering van de gewenste veiligheidscultuur bij alle werknemers en aannemers,
  • Voortdurende verbetering: Gebruik van networking, het delen van best practices, het gebruik van gemeenschappelijke methoden en instrumenten, de minimale GVM-vereisten van Solvay, extern toezicht en benchmarking om onze prestaties op het gebied van GVM te verbeteren,
  • Competentie; Ervoor zorgen dat alle werknemers voldoende kennis en inzicht hebben om beslissingen te nemen die van invloed zijn op de gezondheid, de veiligheid en het milieu, te beginnen met sleutelposities; en
  • Naleving: Opsporing en beperking van problemen met betrekking tot de naleving van wet- en regelgeving en andere voorschriften, met de nadruk op prioritaire risico's op het gebied van zowel activiteiten als producten.

Er wordt gekeken naar drie industriële risico's:

    1. Een veiligheidsincident op het werk dat leidt tot een dodelijk slachtoffer of een onomkeerbaar (levensveranderend) letsel.
    1. Een belangrijk procesveiligheidsincident dat leidt tot dodelijke slachtoffers, onomkeerbare letsels, milieuschade en/of het verlies van fysieke bedrijfsmiddelen.
    1. Een langdurig vrijkomen van chemicaliën met onomkeerbare schade aan mens of milieu tot gevolg.

Veiligheid op het werk

Solvay heeft altijd veel aandacht besteed aan de veiligheid op het werk. De Groep heeft het aantal ongevallen op de werkvloer in de loop der jaren gestaag zien dalen. Sinds 2010 heeft Solvay gemiddeld één dodelijk ongeval (inclusief aannemers) per jaar te betreuren. Om een duurzame verandering teweeg te brengen, is Solvay in 2018 begonnen met het ontwikkelen van een veiligheidscultuur waarin alle werknemers samenwerken en voor elkaar zorgen. De eerste resultaten zijn positief: het aantal letsels is met 30% j-o-j gedaald en er waren geen dodelijke ongevallen de afgelopen twee jaar (voor het eerst sinds 2000 heeft er zich in de Groep twee jaar na elkaar geen enkel ongeval met dodelijke afloop voorgedaan).

Solvays Safety Excellence Plan ondersteunt de ontwikkeling van een sterke veiligheidscultuur door de betrokkenheid en het engagement van alle werknemers van Solvay. Het Safety Excellence Plan omvat activiteiten zoals veiligheidsdagen, veiligheidsbezoeken door leidinggevenden, op gedrag gebaseerde veiligheidsprogramma's en een individuele GVM-doelstelling voor elke werknemer.

Alle minimale GVM-vereisten voor de Solvay Life Saving Rules (SLSR) zijn geïmplementeerd. Het implementatieproces omvatte het inwerken van nieuwe werknemers, de evaluatie van tekorten en follow-upaudits op lokaal niveau.

De resultaten op het gebied van veiligheid op het werk worden maandelijks beoordeeld door de GBU's en het Uitvoerend Comité.

Procesveiligheidmanagement

Solvay past een preventieve, op risico's gebaseerde aanpak toe op basis van systematische analyses van procesveiligheidsrisico's en het beheer van veranderingsprocessen.

Industriële hygiëne

Solvay heeft een allesomvattende aanpak ingevoerd om het risico van blootstelling aan chemische stoffen op de werkplek te beperken. Onze aanpak omvat: beoordelingen van chemische risico's, medisch toezicht op basis van risico's (waarbij zowel kwalitatieve als kwantitatieve methoden worden gebruikt), pandemieplannen en menselijke biomonitoring indien dat gerechtvaardigd is. Bovendien legt Solvay voor sommige chemicaliën (bv. nanomaterialen) conservatievere blootstellingslimieten vast.

Milieu

De lozingen van stoffen uit onze fabrieken voldoen minimaal aan alle lokaal geldende emissiegrenswaarden. Daarnaast worden de risico's die verbonden zijn aan het langdurig vrijkomen van potentieel gevaarlijke chemische stoffen periodiek beoordeeld om ervoor te zorgen dat het effect op het milieu of op de omwonenden binnen strikte grenzen blijft, die worden bepaald door milieukwaliteitsnormen of door blootstellingslimieten.

Belangrijkste activiteiten in 2019

Veiligheid op het werk

  • Bekendmaking van alle minimumvereisten "Solvay's Life Saving Rules", inclusief het inwerken van nieuwe werknemers en het evalueren van tekorten,
  • Voortdurende verbetering van de veiligheidscultuur (opleiding en informatie-uitwisseling),
  • Medical Treatment Accident Rate aantal werkongevallen die medische tussenkomst vereisen: 0,44

Procesveiligheid

  • Meer dan 70 e-cursussen voor procesveiligheid,
  • 26 nieuwe leiders voor de analyse van procesveiligheidsrisico's opgeleid,
  • 92% van alle vestigingen heeft de afgelopen vijf jaar een procesrisicobeoordeling gehad in overeenstemming met de eisen van de Groep (doelstelling voor 2020 - 100%);
  • Geen risicovolle situaties (risicofiches van niveau 1) ouder dan een jaar.

Industriële hygiëne

Verdere uitrol van een nieuw wereldwijd instrument, SOCRATES, om (1) op grote schaal en eenvoudig toegang te geven tot IH-methoden, -hulpmiddelen en -databases, (2) consequent Industriële Hygiënerisicobeoordelingen uit te voeren en te documenteren, (3) de traceerbaarheid van de potentiële blootstellingen van een persoon gedurende zijn of haar hele werkzame leven te verbeteren.

Milieu

  • Gedetailleerde verslaglegging van de milieu-emissies (lucht, water en afval), alsmede het waterbeheer per jaar (SERF),
  • Rapporteer en volg introducties in het milieu die de vergunningslimieten overschrijden,
  • Vrijgave en toepassing van de Groepsstandaarden voor afvalbeheer en HSE-beheersystemen.

Transportongelukken

Risicobeschrijving

Een ongeval bij het vervoer van gevaarlijke chemische stoffen houdt het risico in dat omwonenden of de bevolking letsels oplopen.

Preventie- en mitigerende maatregelen

  • Interne e-cursussen over transportveiligheid,
  • Wereldwijd netwerk van veiligheidsadviseurs voor gevaarlijke stoffen,
  • Wereldwijd kwalificatieproces voor vervoerders van gevaarlijke stoffen,
  • Ontwikkeling van interne procedures en richtlijnen gebaseerd op de aanbevelingen voor transportveiligheid van organisaties zoals CEFIC (Europese Raad van de Chemische Nijverheid), EUROFLOR (Europees technisch comité voor fluor) en HFIPI (instituut dat zich bezighoudt met de werkwijzen in de waterstoffluoride-industrie),
  • Implementatie van programma's zoals Responsible Care®,
  • Opvolging van transportongevallen met ontwikkeling van corrigerende maatregelen en nieuwsbrieven over de lessen die zijn geleerd,
  • Wereldwijde hulplijn voor noodgevallen (niveau 1, 24 uur per dag, 7 dagen per week bereikbaar) in de taal van de beller.

Belangrijkste activiteiten in 2019

Voortzetting van het transportveiligheidsprogramma van Solvay voor betere preventieve maatregelen.

Klimaattransitie

Beschrijving risico

De strategie van de Groep voor de aanpak van klimaatgerelateerde risico's (zoals gedefinieerd door TCFD[*]) zou ondoeltreffend kunnen zijn, zou kunnen leiden tot reputatieschade, bedrijfsschade en onderwaardering, en zou het moeilijker kunnen maken om langetermijninvesteerders aan te trekken.

  • Beleid en juridische context: regelgeving en maatregelen om de CO2-uitstoot te verminderen, zoals het verhogen van de prijs voor de uitstoot van broeikasgassen,
  • Technologie: onsuccesvolle investering in nieuwe technologieën met een lagere uitstoot,
  • Markten: onvoldoende aanpassing aan veranderend klantgedrag,
  • Reputatie: negatieve reactie van belanghebbenden als hun bezorgdheid over de klimaatverandering niet effectief wordt aangepakt.

Preventie- en mitigerende maatregelen

  • De strategie van Solvay is gericht op activiteiten met een grotere toegevoegde waarde en minder milieurisico's,
  • Elk jaar worden de milieurisico's van onze verkochte producten en onze innovatieprojecten beoordeeld met behulp van onze Sustainable Portfolio Management (SPM)-tool. In deze tool zijn klimaatgerelateerde criteria meegenomen, afgestemd op 2 °C-scenario's,
  • Solvay heeft een plan om de uitstoot van broeikasgassen terug te dringen.

Belangrijkste activiteiten in 2019

Solvay werkt voornamelijk op vier werkstromen:

Beoordeling van klimaatgerelateerde risico's en kansen voor elk product in elke markt met behulp van de SPM-tool van Solvay. 19% van onze omzet wordt gerangschikt in klimaatgerelateerde oplossingen, terwijl 3% van onze omzet wordt gerangschikt als klimaatgerelateerde uitdagingen. (Translator's note: please explain this sentence)

  • Realisatie van een 2040-scenarioanalyse in lijn met de TCFDaanbevelingen en met als referentie het scenario Duurzame Ontwikkeling van het Internationaal Energieagentschap. Uit het onderzoek bleek dat de verkoopkansen groter kunnen zijn dan de negatieve gevolgen voor de kosten.
  • Realisatie van het in kaart brengen van acute klimaatgerelateerde fysieke risico's met verzekeraars. Zeven productievestigingen bevinden zich in gebieden waar het overstromingsrisico jaarlijks met 2% toeneemt. 11 productievestigingen bevinden zich in aan de wind blootgestelde gebieden.
  • De inkaartbrenging van waterschaarsterisico's is geactualiseerd op basis van een database van Hoekstra & al (2016). 21 vestigingen zijn geïdentificeerd als vestigingen die risico lopen, waarbij de locatie, het waterverbruik en de kosten van bedrijfsonderbrekingen worden gecombineerd. Voor elke fabriek worden actieplannen opgesteld op basis van haar specifieke situatie.

Gebruik van chemische producten

Risicobeschrijving

  • Indien een product van Solvay niet op de juiste wijze wordt gebruikt in de fabriek van een klant, wordt gebruikt in toepassingen of op markten waarvoor het niet is ontwikkeld (oneigenlijk gebruikt) of door een klant wordt gebruik op een wijze die niet is goedgekeurd door Solvay, kan dat nadelige gevolgen hebben voor de gezondheid en het milieu en kan dat leiden tot schade aan eigendommen, wat op zijn beurt aanleiding kan geven tot rechtszaken.
  • De mogelijke gevolgen van een ondeugdelijk product omvatten terugroepacties en blootstelling aan aansprakelijkheid voor letsels of (gezondheids-)schade. Het productaansprakelijkheidsrisico is doorgaans groter bij producten die worden gebruikt in medische hulpmiddelen, in de gezondheidszorg, in de voedingsmiddelen- en veevoedersectoren en in gevoelige toepassingen in het algemeen.
  • Het kan gebeuren dat uit achteloosheid wettelijk verboden stoffen worden gebruikt of verkocht. In Europa ligt de focus op Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS).
  • Het niet naleven van chemische en marktvoorschriften in landen waar een product op de markt wordt gebracht, kan negatieve gevolgen hebben.

Preventie- en mitigerende maatregelen

  • De inhoud van de veiligheidsinformatiebladen van Solvay wordt geharmoniseerd door de implementatie van een gemeenschappelijk wereldwijd SAP-systeem voor de Groep. Het SAP-systeem is echter nog niet geïmplementeerd voor Composite Materials; voor deze GBU is de start gepland voor medio 2019.
  • Met name voor zeer zorgwekkende stoffen, volgens de definitie van Solvay, inventariseren alle GBU's jaarlijks welke van die stoffen in hun verkochte producten zaten. Het doel is om tegen 2020 een volledige risicobeoordeling en analyse van veiligere alternatieven (indien beschikbaar) af te ronden.
  • De veiligheidsinformatiebladen van alle producten worden voortdurend bijgewerkt en wereldwijd verspreid aan alle klanten en in de juiste taal. De GBU's zorgen ervoor dat de veiligheidsinformatiebladen van alle producten die zij op de markt brengen ten minste om de drie jaar worden herzien.
  • Terugroepacties worden ontwikkeld en toegepast zoals voorgeschreven in de productrentmeesterschapsprogramma's.
  • Verzekeringen verminderen de financiële impact van een productaansprakelijkheidsrisico, zowel voor het terugroepen van eigen producten als producten van derden.

Belangrijkste activiteiten in 2019

De productveiligheidsprocedure van Solvay identificeert risico's in verband met producten die door Solvay op de markt worden gebracht. De procedure is aangepast aan nieuwe wettelijke eisen en bijkomende potentiële oorzaken van risico's (juridisch, toeleveringsketen, ...). Alle GBU's zijn momenteel bezig deze procedure te implementeren met een specifieke focus op het prioriteren van de vereiste risicobeoordelingen in de productportefeuille en op het regelmatig uitvoeren van risicobeoordelingen voor de meest gevoelige producttoepassingen.

Nieuwe risico's

Milieueffecten

Risicobeschrijving

De activiteiten van Solvay hebben een invloed op het milieu door:

  • het gebruik van grondstoffen op basis van fossiele of niethernieuwbare grondstoffen,
  • het verbruik van energie,
  • het verbruik van water,
  • de productie van afval (vast of vloeibaar, gevaarlijk of veilig),
  • de uitstoot van NOx, SOx, vluchtige organische stoffen (VOS) en stof,
  • de uitstoot van broeikasgassen (zie het risico 'Klimaatverandering').

Het risico bestaat dat niet wordt voldaan aan de toenemende en strengere verwachtingen van alle belanghebbenden met betrekking tot die gevolgen voor het milieu.

Preventie- en mitigerende maatregelen

In het One Planet-programma van Solvay zal een ambitieuze langetermijnvisie worden vastgesteld met een tussentijds milieuplan voor 2030 voor milieuaspecten met hoge materialiteit.

Geopolitieke rivaliteit

Risicobeschrijving

De geopolitieke rivaliteit zou zich kunnen vertalen in beperkingen voor de activiteiten van de Groep (tarieven, investeringen, intellectueel eigendom, data-eigendom, mobiliteit van het personeel, ...).

4. Andere risico's

Markt en groei – strategisch risico

Beschrijving

Heeft betrekking op de blootstelling van Solvay aan marktontwikkelingen of ontwikkelingen bij concurrenten, en het risico op het nemen van verkeerde strategische beslissingen.

Preventie- en mitigerende maatregelen

  • Systematische en formele analyse van de markten en van de marketinguitdagingen op het gebied van investeringen en innovatieprojecten,
  • Regelmatige evaluatie van de uitvoering van de strategie,
  • Ontwikkeling in de BBP+ van groeimarkten: Automobiel & Luchtvaart, Grondstoffen & Milieu, Elektriciteit & Elektronica en Landbouw, Veevoeder & Voedsel,
  • Ontwikkeling van op maat gemaakte, missiekritieke oplossingen bij de belangrijkste klanten van Solvay,
  • Aanpassing van activiteiten aan nieuwe energie- en CO2-markten,
  • Sterke focus op cashconversie en kasstroomgeneratie,
  • Afstoting van activiteiten die onder de cycliciteitsdrempel vallen.

Risico's verbonden aan de betrouwbaarheid van de toeleveringsketen en de productie

Beschrijving

Risico's verbonden aan grondstoffen, energie, leveranciers, productie, opslag en inkomend/uitgaand transport.

Preventie- en mitigerende maatregelen

Voor de betrouwbaarheid van de productie:

  • Geografische spreiding van productie-eenheden over de hele wereld,
  • Onderhoud,
  • Schadepreventieprogramma om schade aan bedrijfsmiddelen en winstderving als gevolg van brand, explosies, het per ongeluk vrijkomen van chemische stoffen en andere nadelige gebeurtenissen te voorkomen of te beperken.

Voor de toeleveringsketen:

MVO-evaluatie van derden en naleving van de Gedragscode voor Leveranciers van Solvay, eigendom van mijnen en groeven voor trona, kalksteen en zout, en energiebesparingsprogramma's.

Selectie en beheer van projecten

Beschrijving

De toewijzing van middelen aan projecten (investeringsuitgaven, fusies en overnames) zou niet kunnen aansluiten bij de groeistrategie van Solvay. Grote projecten kunnen moeilijkheden ondervinden, waarbij het risico bestaat dat de doelstellingen ervan niet worden gehaald.

Preventie- en mitigerende maatregelen

  • Het Investeringscomité bezorgt het Uitvoerend Comité een analyse van de efficiëntie van de toewijzing van investeringsuitgaven en een analyse van de investeringsplannen. De Capex Excellence-methode wordt gebruikt voor de projectportefeuille voor kleinere projecten.
  • Investeringsbeslissingen (investeringsuitgaven van meer dan € 10 miljoen en overnames) die door het Uitvoerend Comité of de Raad van Bestuur worden genomen, omvatten een duurzaamheidsluik, met onder meer een uitputtende SPM-analyse van de beoogde investering.
  • Na de implementatie wordt een prestatieanalyse uitgevoerd.

De combinatie van deze acties heeft geleid tot een veel betere controle over de conversie van EBITDA naar kasstromen en tot een conversieniveau dat vergelijkbaar is met dat van soortgelijke bedrijven in de sector.

Wettelijke, politieke en juridische risico's

Beschrijving

  • Wet- en regelgeving kan veranderen,
  • Solvay kan worden blootgesteld aan omstandigheden waarin het overheidsgezag niet op een normale manier kan worden uitgeoefend; of aan werkelijke en mogelijke gerechtelijke en administratieve procedures (zie 'Belangrijke geschillen').
  • Brexit: De inhoud van de vrijhandelsovereenkomst (die van toepassing zou zijn op de toekomstige handelsrelatie) waarover met het Verenigd Koninkrijk moet worden onderhandeld, is zeer onduidelijk en kan van invloed zijn op de wet- en regelgeving die op de onderneming van toepassing is.
  • Dit zal echter slechts op een beperkt deel van de activiteiten van Solvay van invloed zijn (de handelsstroom tussen de EU en het Verenigd Koninkrijk betreft ongeveer 3% van de netto-omzet en 2% van het geïnvesteerd kapitaal van de Groep).
  • Het toenemende protectionisme en de verzwakking van de Wereldhandelsorganisatie hebben de activiteiten van Solvay al beïnvloed en zullen dat ook in de toekomst blijven doen.

Preventie- en mitigerende maatregelen

  • De evenwichtige wereldwijde aanwezigheid van de Groep vermindert de impact van ongunstige ontwikkelingen op het gebied van regelgeving en politiek.
  • De afdeling Overheid & Publieke Zaken werkt voortdurend samen met overheidsfunctionarissen op nationaal niveau, Europese overheden, evenals met de lokale Belgische ambassades.
  • Afhankelijk van het verwachte juridische risico vormt Solvay financiële voorzieningen.
  • Er is een brexittaskforce opgericht waaraan de GBU's die de gevolgen van de brexit zullen ondervinden alsmede de relevante functies deelnemen. De GBU's hebben de belangrijkste risico's geïdentificeerd. Uitgaande van het slechtst denkbare scenario (geen akkoord) werken ze momenteel aan mitigerende maatregelen met als doel eventuele verstoringen voor onze klanten tot een minimum te beperken.
  • De coördinatie tussen Corporate Trade, SBS en GBU's is versterkt om risico's en de beperking ervan beter te kunnen identificeren.

Financieel risico

Beschrijving

  • Liquiditeitsrisico (zie toelichting F35 bij de geconsolideerde jaarrekening, Financiële instrumenten en beheer van financiële risico's),
  • Wisselkoersrisico (zie toelichting F35 bij de geconsolideerde jaarrekening, Financiële instrumenten en beheer van financiële risico's),
  • Renterisico (zie toelichting F35 bij de geconsolideerde jaarrekening, Financiële instrumenten en beheer van financiële risico's),
  • Tegenpartijrisico (zie toelichting F35 bij de geconsolideerde jaarrekening, Financiële instrumenten en beheer van financiële risico's),
  • Risico van pensioenverplichtingen (zie toelichting F35 bij de geconsolideerde jaarrekening, Financiële instrumenten en beheer van financiële risico's),
  • Risico van fiscale geschillen (zie toelichting F35 bij de geconsolideerde jaarrekening, Financiële instrumenten en beheer van financiële risico's).

Preventie- en mitigerende maatregelen

Een voorzichtig financieel profiel en een conservatieve financiële discipline:

Status 'investment grade' (d.w.z. van beleggingskwaliteit); de Groep had bij de afsluiting van 2019 de rating Baa2/P2 (stabiele vooruitzichten) van Moody's en de rating BBB/A2 (stabiele vooruitzichten) van Standard & Poor's,

Solvay bevordert transparante en regelmatige gesprekken met de belangrijkste ratingbureaus.

Sterke liquiditeitsreserves:

  • Eind 2019 heeft de Groep € 0,8 miljard aan geldmiddelen en kasequivalenten (zijnde overige financiële instrumenten), en 3,5 miljard euro aan gecommitteerde kredietfaciliteiten (a multilaterale doorlopende kredietfaciliteit van €2,0 miljard en een 1,5 miljard euro extra uit bilaterale doorlopende kredietfaciliteiten met belangrijke internationale bankpartners). Ze waren allemaal Ontslagen per 31 december 2019.
  • De Groep heeft toegang tot een Belgisch Thesauriebewijsprogramma van € 1,5 miljard of, als alternatief, een Amerikaans commercial paper-programma van \$500 miljoen.

Beleid inzake de afdekking van valutarisico's:

Solvay volgt de valutamarkt op de voet en neemt afdekkingsmaatregelen, voornamelijk voor looptijden van minder dan één jaar en doorgaans niet meer dan 18 maanden.

Renteafdekkingsbeleid:

Voor het leeuwenaandeel van haar schulden zet de Groep de rente vast. Solvay volgt nauwgezet de rentemarkt en gaat renteswaps aan wanneer dat nodig wordt geacht.

Energieafdekkingsbeleid:

Solvay dekt de energieprijzen af. Deze transacties gaan verder dan 9 maanden en tot 3 jaar.

Kredietwaardigheid van tegenpartijen van Solvay:

  • Wat financiële activiteiten betreft, werkt Solvay samen met bankinstellingen met de hoogste kredietwaardigheid (die worden geselecteerd op basis van de belangrijkste ratingsystemen) en beperkt het de concentratie van risico's door zijn blootstelling aan elk van deze banken te beperken tot een vooraf bepaalde drempel.
  • Wat zijn commerciële activiteiten betreft, beheert Solvay de externe klantenrisico's en de inning van facturen via een professioneel netwerk van kredietmanagers en incassomedewerkers die zijn gevestigd in de regio's en landen waar de Groep actief is. Zij worden daarbij ondersteund door gedetailleerde procedures en aangestuurd door kredietcomités op Groeps- en GBU-niveau. Deze verliesbeperkende maatregelen hebben er de afgelopen jaren toe geleid dat het aantal wanbetalingen van klanten nog nooit zo laag was.

Pensioenvoorzieningen en optimalisatie van pensioenplannen:

  • Pensioenvoorzieningen: Solvay heeft richtlijnen opgesteld om zijn invloed op de besluitvorming door lokale pensioenfondsen te vergroten, binnen de grenzen van de lokale wetgeving.
  • Optimalisatie van pensioenplannen: vermindering van de blootstelling van de Groep aan het risico dat verbonden is aan toegezegd-pensioenregelingen door bestaande regelingen ofwel om te zetten in pensioenplannen met een lager risicoprofiel voor toekomstige diensten, ofwel niet open te stellen voor nieuwkomers.
  • Om de drie jaar wordt een ALM (Asset Liability Management) analyse uitgevoerd van de pensioenregelingen van de Groep, die meer dan 90% van de bruto- of nettopensioenverplichtingen van de Groep vertegenwoordigen, om de bijbehorende risico's wereldwijd te identificeren en te beheren.

Controleprocedures voor de naleving van fiscale regelgeving en het verrekenprijsbeleid:

  • De controleprocedures voor de naleving van fiscale regelgeving omvatten monitoringproceduresen en -systemen, grondige interne evaluaties en controles verricht door gerenommeerde externe adviseurs.
  • Het beleid, de procedures en de controlemaatregelen inzake verrekenprijzen zijn erop gericht te voldoen aan de eisen van de autoriteiten.
  • De belastingafdeling van Solvay besteedt veel aandacht aan de correcte interpretatie en toepassing van nieuwe fiscale regels om geschillen in de toekomst te vermijden.

Belangrijkste activiteiten in 2019

  • Terugbetaling van een eeuwigdurende hybride obligatie van € 700 miljoen (eerste datum van aflossing in mei 2019), gedeeltelijk geherfinancierd door een eeuwigdurende hybride obligatie van € 300 miljoen (eerste datum van aflossing in maart 2024), uitgegeven in december 2018.
  • Uitgifte van een senior obligatie van € 600 miljoen met een looptijd van 10 jaar en een coupon van 0,5% die in september 2029 vervalt en vervroegde aflossing van een schuld van \$ 800 miljoen in december 2020.
  • Verlenging van de looptijd van twee bilaterale doorlopende kredietfaciliteiten tot december 2020 voor een totaalbedrag van € 1 miljard,
  • Verlenging van de doorlopende kredietfaciliteit met één jaar tot 2024;
  • Garantiebeheer: er is een nieuwe specifieke online tool ontwikkeld voor de behandeling van de workflow tussen de uitgifte en de opheffing gedurende de hele looptijd van het contract. Deze nieuwe tool genereert een uitgebreide inventaris van de financiële verbintenissen in de hele Groep en vergemakkelijkt een efficiënt en tijdig beheer.
  • Er is een vrijwillige uitzonderlijke contante bijdrage betaald aan de Rhodia Pension Trust Ltd (UK): £100 miljoen pond als voorschot op de jaarlijkse bijdragen die in 2018 zijn overeengekomen. Met deze vrijwillige bijdrage kan Rhodia Pension Trust Ltd (VK) de risico's verminderen door verplichtingen verder af te dekken met behulp van een passende beleggingsstrategie.
  • Invoering van een Groepsbreed instrument voor het beheer van bankrekeningen. Dit instrument maakt een uitgebreide inventarisatie van de bankstructuur bij de verschillende entiteiten mogelijk, verbetert de zichtbaarheid en controle en faciliteert een passend en efficiënter beheer van de liquide middelen.

Milieurisico

Beschrijving

Het beheren en saneren van bodemvervuiling uit het verleden op sommige sites en het voldoen aan toekomstige wijzigingen in milieuwetgeving.

Preventie- en mitigerende maatregelen

  • Sites met een geschiedenis van bodemvervuiling zorgvuldig monitoren en beheren,
  • Waar relevant, risicobeschrijvingen introduceren op alle getroffen sites,
  • Monitoring van lokale regelgeving,
  • Goed bestuur door middel van een speciale milieuraad samengesteld uit twee leden van het Uitvoerend Comité en de functies Industrial, Legal en Finance om het milieurisicobeheer aan te sturen.

IT-risico

Beschrijving

Het onvermogen om de continuïteit van diensten te waarborgen of informatiediensten te leveren die aan de behoeften van het bedrijf zijn aangepast.

Preventie- en mitigerende maatregelen

  • Een speciaal datanetwerk en regionale internetgateways beheerd door betrouwbare dienstverleners,
  • Jaarlijkse IT-audit om de naleving van het beleid inzake de beveiliging van informatiesystemen te waarborgen.

Belangrijke geschillen

Met haar diversiteit aan activiteiten en geografische spreiding loopt de Solvay Groep juridische risico's, vooral inzake productaansprakelijkheid, contractuele betrekkingen, antitrustwetgeving, geschillen over octrooien, belastingaanslagen en zaken in verband met gezondheid, veiligheid en milieu. Rechtszaken zijn niet te vermijden en zijn soms noodzakelijk om de rechten en belangen van de Groep te verdedigen.

Het resultaat van een dergelijk proces kan niet met zekerheid worden voorspeld. Het is dan ook mogelijk dat ongunstige definitieve gerechtelijke of arbitrage-uitspraken leiden tot de vaststelling van aansprakelijkheden (en kosten) die niet gedekt zijn, of niet helemaal gedekt zijn door voorzieningen of verzekeringen en dus een opmerkelijke impact kunnen hebben op de opbrengsten en winsten.

Lopende gerechtelijke procedures waarin de Solvay-groep betrokken is en die een belangrijk risico inhouden, worden hieronder kort weergegeven. Het gaat hier niet om een volledige lijst.

Het feit dat deze geschillen hieronder worden weergegeven, heeft niets te maken met de proceskansen. Solvay verdedigt zichzelf met veel overtuiging en heeft vertrouwen in de door de verdediging gehanteerde argumenten.

Voor bepaalde zaken heeft Solvay overeenkomstig de boekhoudkundige regels reserves of voorzieningen aangelegd om zo de financiële risico's en/of kosten van de verdediging te dekken (zie 'Voorzieningen voor geschillen van de geconsolideerde jaarrekening' van dit jaarverslag).

Antitrust-procedures

In 2006 legde de Europese Commissie Solvay boetes op (met inbegrip van Ausimont SpA, door Solvay in 2002 overgenomen) voor vermeende inbreuk op de concurrentieregels op de markt voor peroxideproducten.

Gebundelde burgerlijke rechtszaken tegen Solvay en andere producenten zijn in 2009 aanhangig gemaakt bij de Rechtbank van Dortmund (Duitsland) wegens vermeende schending van de antitrustwetgeving, waarbij van de producenten schadevergoeding werd gevorderd op basis van hoofdelijke en gezamenlijke aansprakelijkheid. De waarde van de schadeclaims is € 63 miljoen (exclusief rente) nadat schikkingen overeengekomen waren met de aanklager en het merendeel van de gedaagden. Verschillende vragen met betrekking tot de bevoegdheid van de Rechtbank van Dortmund werden voorgelegd aan het Europese Hof van Justitie en de procedure voor de Rechtbank van Dortmund werd in tussentijd opgeschort.

De CADE (de Braziliaanse mededingingsautoriteit) heeft in mei 2012 in Brazilië boetes uitgedeeld aan Solvay en een aantal andere bedrijven in verband met waterstofperoxide-activiteit en in februari 2016 in verband met perboraat-activiteit (het aandeel van Solvay in de boetes bedraagt respectievelijk € 29,6 miljoen en € 3,99 miljoen). Solvay heeft beroep aangetekend tegen deze administratieve boetes voor het Braziliaans federaal gerecht.

Geschillen rond gezondheid, veiligheid en milieu (HSE)

In oktober 2009 klaagde de openbare aanklager van het Strafhof van Alessandria (Italië) diverse personen aan (onder wie medewerkers en oud-medewerkers van Solvay en Ausimont SpA, nu Solvay Specialty Polymers Italy – SSPI) wegens vermeende schendingen van de milieuwetgeving en de volksgezondheidswetgeving. De voorlopige claims van de deelnemende burgerlijke partijen bedroeg ongeveer € 105 miljoen.

In december 2015 veroordeelde het hof van assisen van eerste aanleg van Alessandria drie lokale managers van Solvay/SSPI tot een gevangenisstraf evenals een burgerlijke schadevergoeding van ongeveer € 400.000. Er is door alle partijen beroep aangetekend bij het hof van assisen van beroep van Turijn, wat in juni 2018 tot de volgende uitspraak heeft geleid: 1) vrijspraak van twee algemeen directeuren van SSPI; 2) veroordeling van drie managers van Solvay/ SSPI teruggebracht tot 1 jaar en 8 maanden voorwaardelijke gevangenisstraf; 3) schadevergoeding van € 400.000 aan burgerlijke partijen, met afwijzing van andere burgerlijke vorderingen; 4) seponering van de aanklacht wegens niet uitvoeren van sanering; 5) SSPI is niet aansprakelijk voor schade aan de gemeente Alessandria. Het Openbaar Ministerie heeft een beroep ingesteld bij het Hof van Cassatie, dat uitsluitend de duur betreft van het vonnis van de drie managers van Solvay/SSPI, terwijl de advocaten van de verdachten hebben verzocht de aanklacht ten gronde te seponeren. Met de uitspraak in december 2019 verwierp het Hof van Cassatie alle ingestelde beroepen en bevestigde het Hof het arrest van het hof van assisen van beroep van Turijn van juni 2018.

Sinds eind 2016 zijn 17 burgerlijke procedures voor de burgerlijke rechtbank van Livorno (Italië) gebracht door oud-medewerkers en familieleden van overleden medewerkers van de Rosignano-fabriek. Zij eisen schadevergoeding (voorlopig vastgesteld op € 9 miljoen) voor ziektes die zouden zijn ontstaan door blootstelling aan asbest. Drie van de 17 procedures zijn tot nu toe geseponeerd, terwijl Solvay in een vierde procedure is veroordeeld tot het betalen van een verwaarloosbaar bedrag aan schadevergoeding (< € 20.000).

Farmaceutische activiteiten (beëindigd)

De contractuele afspraken in verband met de verkoop van de farmaceutische activiteiten in februari 2010 hebben voorwaarden opgeleverd voor de toewijzing en verdeling van de aansprakelijkheid inzake activiteiten van vóór de verkoop.

Onder voorbehoud van een beperkte aantal uitzonderingen is de blootstelling van Solvay aan schadevergoedingen aan Abbott wegens aansprakelijkheid voor verkochte activiteiten beperkt tot een samengesteld bedrag van € 500 miljoen en beperkt in de tijd.

Dit houdt onder meer schadeloosstelling in voor de mogelijke aansprakelijkheid in het geschil rond testosteronvervangingstherapieën (TRT) in de VS in verband met het geneesmiddel ANDROGEL®. De snelheid waarmee deze rechtszaken vorderen, varieert.

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN

4 Overzicht van de activiteiten

1. Overzicht van de geconsolideerde resultaten 78
Belangrijkste financiële cijfers 78
Historische financiële kerncijfers 79
2. Achtergrondinformatie 81
Vergelijkingsbasis & aansluiting van onderliggende
indicatoren voor de winst-en-verliesrekening
81
Alternatieve prestatie-indicatoren (APM) 81
Beschrijving van de operationele segmenten 82
3. Toelichtingen op de onderliggende Groepcijfers 84
TOELICHTING B1 Netto-omzet 84
TOELICHTING B2 Onderliggende grondstoffen- en
energiekosten
85
TOELICHTING B3 Onderliggende EBITDA 85
TOELICHTING B4 Onderliggende afschrijvingen en
bijzondere waardeverminderingen
86
TOELICHTING B5 Onderliggende
nettofinancieringskosten
86
TOELICHTING B6 Onderliggende belastingen op winst 86
TOELICHTING B7 Onderliggende winst van beëindigde
bedrijfsactiviteiten
86
TOELICHTING B8 Kapitaalinvesteringen 87
TOELICHTING B9 Vrije kasstroom 87
TOELICHTING B10 Nettowerkkapitaal 88
TOELICHTING B11 Onderliggende nettoschuld 89
TOELICHTING B12 CFROI 90
TOELICHTING B13 Onderzoek & Innovatie 91
4. Toelichtingen bij de onderliggende cijfers per
segment
92
TOELICHTING B14 Advanced Materials 93
TOELICHTING B15 Advanced Formulations 94
TOELICHTING B16 Performance Chemicals 95
TOELICHTING B17 Corporate & Business Services 96
5. Aansluiting van onderliggende met IFRS-cijfers 97
TOELICHTING B18 IFRS EBITDA 98
TOELICHTING B19 IFRS EBIT 98
TOELICHTING B20 IFRS Nettofinancieringskosten 98
TOELICHTING B21 IFRS Winstbelasting 98
TOELICHTING B22 IFRS winst van beëindigde
bedrijfsactiviteiten 98
TOELICHTING B23 IFRS Winst over de periode 99
6. Toelichtingen bij de cijfers per aandeel 99
TOELICHTING B24 Winst per aandeel 100
TOELICHTING B25 Dividend 100
7. Vooruitzichten 2020 101

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN

Overzicht van de activiteiten

1. Overzicht van de geconsolideerde resultaten

Belangrijkste financiële cijfers

IFRS 16 is geïmplementeerd in de financiële overzichten van de Groep sinds 1 januari 2019. Vergelijkende informatie voor 2018 wordt gepresenteerd op een niet-gecontroleerde pro forma basis alsof de implementatie had plaatsgevonden op 1 januari 2018. Deze informatie wordt aangeduid als "pro forma" of "PF".

IFRS Onderliggend
In € miljoen Toelichtingen 2019 2018 PF % joj 2019 2018 PF % joj
Netto-omzet B1 10.244 10.257 –0,1% 10.244 10.257 –0,1%
Netto operationele kosten, exclusief
waardevermindering & afschrijvingen B2 –8.022 –8.227 +2,5% –7.922 –7.927 +0,1%
EBITDA B3 2.222 2.030 +9,5% 2.322 2.330 –0,4%
EBITDA-marge 22,7% 22,7% –0,1pp
Afschrijvingen & bijzondere waardeverminde
ringen van activa B4 –1.906 –1.036 –84% –818 –777 –5,4%
EBIT 316 994 –68% 1.503 1.554 –3,2%
Netto-financieringskosten B5 –242 –210 –15% –332 –342 +2,8%
Belastingen op winst B6 –153 –73 n.m. –305 –303 –0,6%
Belastingvoet B6 27,8% 26,1% +1,6pp
Winst uit beëindigde bedrijfsactiviteiten B7 236 201 +18% 247 216 +14%
Winst/verlies (–) van de periode 157 910 –83% 1.113 1.125 –1,0%
Winst (–)/verlies toegekend aan minderheids
belangen –38 –39 –2,9% –39 –40 –2,5%
Winst/verlies (–) toegekend aan Solvay
aandeelhouders
118 871 –86% 1.075 1.085 –1,0%
Gewone winst/verlies (–) per aandeel (in €) B24 1,15 8,43 –86% 10,41 10,51 –0,9%
waarvan uit voortgezette bedrijfsactiviteiten B24 –1,14 6,49 n.m. 8,02 8,42 –4,7%
Dividend(1) B25 3,75 3,75 3,75 3,75
Kapitaalinvesteringen in voortgezette
bedrijfsactiviteiten B8 –826 –794 –4,0%
Kasstroomomzetting B8 0,6 0,7 –1,5%
Vrije kasstroom aan Solvay aandeelhouders
uit voortgezette bedrijfsactiviteiten B9 606 566 +7,1%
Vrije kasstroom aan Solvay aandeelhouders B9 801 726 +10%
Vrije kasstroomomrekeningsratio 28% 26% +1,8%
Netto werkkapitaal B10 1.560 1.557
Netto werkkapitaal/omzet B10 16%
Financiële nettoschuld(2) B11 –3.586 –2.605 –38% –5.386 –5.538 +2,8%
Onderliggende hefboomgraad B11 2,0 2,1 –0,1pp
CFROI B12 6,5% 6,8% –0,3pp
ROCE 8,1% 8,2% –0,1pp
Onderzoek & innovatie B13 –336 –352 +4,7%
Onderzoek-
& innovatie-intensiteit
B13 3,3% 3,4% –0,2pp

(1) Aanbevolen dividend voor 2019

(2) De onderliggende nettoschuld is inclusief eeuwigdurende hybride obligaties, die als eigen vermogen worden geboekt in IFRS

Historische financiële kerncijfers

Gepubliceerd
In € miljoen 2015(1) 2016(1) 2017(1) 2018(1) 2019
Winst- & verliescijfers
Omzet a 11.047 11.403 10.891 11.299 11.227
Netto-omzet b 10.578 10.884 10.125 10.257 10.244
Onderliggende EBITDA c 1.955 2.284 2.230 2.230 2.322
Onderliggende EBITDA-marge d 18,5% 21,0% 22,0% 21,7% 22,7%
IFRS EBIT e 833 962 976 986 316
Onderliggende winst van de periode f 907 992 1.131 1.113
IFRS winst van de periode g 454 674 1.116 897 157
Onderliggende winst toegerekend aan Solvay
aandeel
h 680 846 939 1.092 1.075
IFRS winst toegerekend aan Solvay aandeel i 406 621 1.061 858 118
Kasstroomcijfers
Kapitaalinvesteringen j –1.037 –981 –822 –833 –967
waarvan uit voortgezette bedrijfsactiviteiten k –969 –929 –716 –711 –826
Kasstroomomzetting l = (c+k)/c 50,4% 59,3% 67,9% 68,1% 64,4%
Vrije kasstroom m 387 876 871 989 1.072
Vrije kasstroom aan Solvay aandeelhouders n 132 527 466 725 801
Balanscijfers
Netto werkkapitaal o 1.557 1.396 1.414 1.550 1.560
Netto werkkapitaa/omzet p = µ(o/a)(2) 13,4% 15,3% 13,8% 15,3% 16,0%
Onderliggende nettoschuld(3) q = r+s –6.579 –6.556 –5.346 –5.105 –5.386
Eeuwigdurende hybride obligaties r –2.200 –2.200 –2.200 –2.500 –1.800
IFRS nettoschuld s –4.379 –4.356 –3.146 –2.605 –3.586
Totaal eigen vermogen t 9.668 9.956 9.752 10.624 9.625
Eigen vermogen toegerekend aan minder
heidsbelangen
v 245 250 113 117 110
Eeuwigdurende hybride obligaties in eigen
vermogen
u 2.188 2.188 2.188 2.486 1.789
Eigen vermogen toegerekend aan Solvay
aandeel
w = t-u-v 7.234 7.518 7.451 8.021 7.725
(4)
Onderliggende hefboomgraad
x = -q/c 2,82 2,60 2,17 2,01 2,00
Overige kerncijfers
CFROI z 6,9% 6,3% 6,9% 6,9% 6,5%
Onderzoek & innovatie A –320 –350 –325 –352 –336
Onderzoek-
& innovatie-intensiteit
B = -A/b 3,0% 3,2% 3,2% 3,4% 3,3%

(1) Deze gegevens worden niet pro forma gepresenteerd, d.w.z.: exclusief Cytec voor 2015 en de impact van IFRS16 Huurovereenkomsten voor 2018.

(2) Gemiddelde van de kwartalen.

(3) De onderliggende nettoschuld omvat de eeuwigdurende hybride obligaties, opgenomen als eigen vermogen onder IFRS.

(4) Aangezien de nettoschuld aan het einde van de periode nog niet de netto-opbrengst weergeeft die moet worden ontvangen bij de vervreemding van beëindigde bedrijfsactiviteiten, terwijl de onderliggende EBITDA de bijdrage van beëindigde bedrijfsactiviteiten uitsluit, wordt de onderliggende EBITDA aangepast om de hefboomgraad te berekenen. De onderliggende EBITDA van Polyamide werd daarom toegevoegd.

Bovenstaande tabel is een historisch overzicht van de cijfers van de Groep zoals bekendgemaakt op de referentiedatum. Deze gegevens zijn niet beïnvloed door eventuele latere herbewerkingen als gevolg van perimeterwijzigingen, aanpassingen in IFRS/IAS-normen, verandering in de APMdefinitiesenz, enz.

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN

In de referentieperioden hebben zich de volgende belangrijke veranderingen voorgedaan:

2015:

  • Europese chloorvinylactiviteiten ondergebracht in de joint venture Inovyn (50% Solvay, 50% Ineos) op 1 juli,
  • Overname van 100% van de aandelen van Cytec Industries Inc. op 9 december 2015. De beginbalans van Cytec is per 31 december 2015 volledig geconsolideerd binnen de Solvay Groep. De resultaten en kasstromen van Cytec voor de periode tussen 9 en 31 december zijn niet materieel, behalve voor de overnamekosten, die worden voorgesteld als Resultaat uit portefeuillebeheer en herevaluaties. Hierdoor droeg Cytec in 2015 niet bij tot de nettowinst of kasstromen van de Groep.
  • 2016:
    • Vervreemding van Solvay's aandeel in de Inovyn joint-venture op 7 juli,
    • Acetow en Vinythai geclassificeerd als beëindigde bedrijfsactiviteiten en activa beschikbaar voor verkoop;
    • Vervreemding van de Latijns-Amerikaanse chloorvinylactiviteit Indupa op 27 december.
  • 2017:
    • Vinythai-transactie eind februari afgerond,
    • Acetow-transactie eind mei afgerond,
  • Desinvestering Polyamide-activiteiten eind september 2017 geclassificeerd als beëindigde bedrijfsactiviteiten en activa en passiva aangehouden voor verkoop.
  • 2018:
    • Polyamide-activiteiten nog steeds geclassificeerd als beëindigde bedrijfsactiviteiten en activa en passiva aangehouden voor verkoop.
  • 2019:
    • Toepassing van IFRS 16,
    • Polyamide-activiteiten nog steeds geclassificeerd als beëindigde bedrijfsactiviteiten en activa en passiva aangehouden voor verkoop sinds september 2017. De transactie werd op 31 januari 2020 afgerond. De transactie werd afgesloten op 31 januari 2020.

2. Achtergrondinformatie

Vergelijkingsbasis & aansluiting van onderliggende indicatoren voor de winsten-verliesrekening

Behalve IFRS rekeningen stelt Solvay ook alternatieve prestatieindicatoren voor om een meer samenhangende en vergelijkbare indicatie te geven van de onderliggende financiële prestaties, de financiële positie, evenals de kasstromen van de Groep. Deze indicatoren geven een evenwichtig overzicht van de prestaties van de Groep, en zijn zinvol voor investeerders, analisten, en ratingbureaus, omdat deze relevante informatie bevatten aangaande de voorbije en toekomstige prestaties, financiële positie en kasstromen van de Groep. Deze indicatoren worden doorgaans gebruikt in de sector waarin de Groep actief is, en dienen ingevolge als een zinvolle hulp voor investeerders teneinde de prestaties van de Groep te vergelijken met haar peers. De onderliggende prestatie-indicatoren passen de IFRS cijfers aan voor de niet-contante impact van de boekhoudkundige toerekening van de overnameprijs (Purchase Price Allocation - PPA) die betrekking hebben op verwervingen, alsook voor de coupons van eeuwigdurende hybride obligaties, geklasseerd als eigen vermogen onder IFRS, maar behandeld als schuld in de onderliggende verklaringen, en voor andere elementen die de analyses van de onderliggende prestaties van de Groep verstoren.

Alternatieve prestatie-indicatoren (APM)

Solvay meet zijn financiële prestaties aan de hand van alternatieve prestatie-indicatoren, die hieronder te vinden zijn. Solvay is van mening dat deze metingen nuttig zijn voor het analyseren en verklaren van veranderingen en trends in de historische bedrijfsresultaten, omdat hierdoor de prestaties op consistente basis kunnen worden vergeleken. Voor vergelijkingsdoeleinden zijn de referentiecijfers van 2018 op pro forma basis, alsof IFRS 16 was geïmplementeerd in 2018. De balansevolutie is vergeleken met 1 januari 2019, waarin de IFRS 16-impact is opgenomen ten opzichte van 31 december 2018.

  • Belastingvoet = Belasting op winst / (Winst voor belastingen Resultaat uit joint ventures & geassocieerde deelnemingen – Interesten & geboekte wisselkoersresultaten op de RusVinyl joint venture), allemaal op een onderliggende basis. De aanpassing in de noemer betreffende geassocieerde deelnemingen en joint ventures is gemaakt omdat deze bijdragen reeds na aftrek van de belasting op winst zijn.
  • Onderzoek & innovatie meet de totale contante inspanning aangaande onderzoek & ontwikkeling, of het nu om uitgegeven of gekapitaliseerde kosten gaat. Het bestaat uit kapitaalinvesteringen en uitgaven aangaande onderzoek en ontwikkeling opgenomen in het resultaat en in het overzicht van de financiële positie, vóór aftrek van subsidies, royalties en afschrijvingslasten.
  • Onderzoek- en Innovatie-intensiteit is de ratio van onderzoek & innovatie op netto-omzet.
  • Vrije kasstroom wordt berekend als kasstromen uit bedrijfsactiviteiten (exclusief kasstromen verbonden aan verwervingen of vervreemdingen van dochterondernemingen, en uitgaande kasstromen van aanvullende vrijwillige bijdragen in verband met pensioenregelingen, aangezien deze als schuldafbouw zijn beschouwt, als terugbetaling van schulden) plus kasstromen uit investeringsactiviteiten (exclusief kasstromen uit kosten die voortkomen uit of verband houden met verwervingen en vervreemdingen van dochterondernemingen en andere investeringen, en exclusief leningen aan geassocieerde deelnemingen en andere niet-geconsolideerde deelnemingen, evenals gerelateerde belastingelementen en erkenning van verrekende vorderingen), de betaling van leaseverplichtingen gepresenteerd in de kasstroom uit financieringsactiviteiten en de toename/afname van leningen in verband met milieusanering. Vóór de goedkeuring van IFRS 16 werden leasebetalingen van operationele leases opgenomen in de vrije kasstroom. Als gevolg van de toepassing van IFRS 16 omvat de vrije kasstroom de betaling van de leaseverplichting (exclusief de rentelasten), omdat leaseovereenkomsten over het algemeen worden beschouwd als bedrijfsactiviteiten. Het niet opnemen van deze post in de vrije kasstroom zou resulteren in een aanzienlijke verbetering van de vrije kasstroom in vergelijking met voorgaande perioden, terwijl de activiteiten zelf niet werden beïnvloed door de implementatie van IFRS 16.
  • Vrije kasstroom aan Solvay aandeelhouders wordt berekend als de vrije kasstroom na betaling van netto interesten, coupons op eeuwigdurende hybride obligaties en dividenden uitgekeerd aan minderheidsbelangen. Dit vertegenwoordigt de kasstroom waarover de aandeelhouders van Solvay beschikken, om hun dividend te betalen en/of om de netto financiële schuld te verminderen.
  • De vrije kasstroomomrekening is berekend als de verhouding tussen de vrije kasstroom aan Solvay aandeelhouders (vóór aftrek van dividenden betaald aan minderheidsbelangen) en onderliggende EBITDA.
  • Kapitaalinvesteringen (capex) zijn contanten betaald voor de verwerving van materiële en immateriële activa gepresenteerd in kasstromen uit investeringsactiviteiten en contant betaald op de leaseverplichtingen (exclusief betaalde interesten), gepresenteerd in kasstromen uit financieringsactiviteiten.
  • Kasstroomomzetting is een ratio die wordt gebruikt om de omzetting van EBITDA in cash te meten. Deze ratio wordt gedefinieerd als (onderliggende EBITDA + Capex van voortgezette activiteiten) / onderliggende EBITDA.

Netto werkkapitaal bevat voorraden, handelsvorderingen en andere kortlopende vorderingen, verminderd met handelsschulden en andere kortlopende verplichtingen.

(IFRS) netto schuld = Langlopende financiële schulden + Kortlopende financiële schulden – geldmiddelen en kasequivalenten – Overige vorderingen op financiële instrumenten. Onderliggende nettoschuld vertegenwoordigt de Solvay-aandelenweergave op schulden, waarbij 100% van de hybride eeuwigdurende obligaties opnieuw worden geklasseerd als schuld, maar geklasseerd als eigen vermogen onder IFRS.

  • Dehefboomgraad = Nettoschuld / Onderliggende EBITDA van de afgelopen 12 maanden. Onderliggende hefboomgraad = Onderliggende nettoschuld / Onderliggende EBITDA van de laatste 12 maanden.
  • ROCE (rendement op aangewend kapitaal) is berekend als de verhouding tussen de onderliggende EBIT (vóór aanpassing voor de afschrijving van PPA) en aangewend kapitaal. Het aangewend kapitaal bestaat uit het nettowerkkapitaal, materiële en immateriële activa, goodwill, met een gebruiksrecht overeenstemmende activa, investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures en overige deelnemingen, en wordt genomen als het gemiddelde van de balans aan het einde van de 4 laatste kwartalen.
  • Aanvullende vrijwillige pensioenbijdrage met personeelsbeloningenregelingen: bijdragen aan fondsbeleggingen die hoger zijn dan de verplichte bijdragen aan personeelsbeloningenregelingen. Deze betalingen zijn discretionair en worden gestuurd door de doelstelling van waardecreatie.
  • Verplichte bijdragen aan regelingen voor personeelsbeloningen: voor gefinancierde plannen, bijdragen aan fondsbeleggingen die overeenkomen met bedragen die tijdens de respectieve periode moeten worden betaald, in overeenstemming met overeenkomsten met beheerders of regelgeving, en, voor niet-gefinancierde plannen, voordelen die aan begunstigden worden betaald.
  • Cash Flow Return On Investment (CFROI) meet het cash rendement van de bedrijfsactiviteiten van Solvay. Mutaties in CFROI-niveaus zijn relevante indicatoren die aangeven of economische waarde wordt toegevoegd, hoewel wordt aanvaard dat deze meting niet kan worden gebenchmarked of vergeleken met sectorgenoten. De definitie maakt gebruik van een redelijke schatting (managementschatting) van de vervangingswaarde van activa en vermijdt boekhoudkundige verstoringen, bijvoorbeeld voor bijzondere waardeverminderingen. CFROI wordt berekend als de verhouding tussen recurrente kasstroom en geïnvesteerd vermogen, waarbij:
  • Recurrente kasstroom = onderliggende EBITDA + dividenden van geassocieerde deelnemingen en joint ventures - resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures + recurrente capex + recurrente inkomstenbelastingen;
  • Geïnvesteerd kapitaal = vervangingswaarde van goodwill en vaste activa + Netto werkkapitaal + Boekwaarde van geassocieerde deelnemingen en joint ventures;
  • Recurrente kapitaalinvesteringen worden genormaliseerd op 2,3% van de vervangingswaarde van vaste activa na aftrek van goodwillwaarden;
  • Recurrente winstbelasting is genormaliseerd op 28% van (Onderliggende EBIT - resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures).

Beschrijving van de operationele segmenten

Advanced Materials

Advanced Materials biedt een unieke portfolio van hoogwaardige polymeren en composiettechnologieën die voornamelijk worden gebruikt in toepassingen voor duurzame mobiliteit. Eén voordeel van deze technologieën is dat ze het gewicht van onderdelen verminderen, en zo bijdragen aan een betere energie-efficiëntie en lagere CO2-uitstoot. Tot de belangrijkste markten behoren de volgende generatie mobiliteit in de auto- en luchtvaart-, gezondheidszorg- en de elektronicasector.

Specialty Polymers

Met meer dan 1500 producten biedt Specialty Polymers het grootste assortiment hoogwaardige polymeren in de wereld. Met op maat gemaakte oplossingen worden de grenzen opgezocht waar het gaat om metaalvervanging in elektronica in de automobiel-, luchtvaarten en gezondheidssector. Deze GBU beschikt over een ongekende expertise in drie technologieën: aromatische polymeren, fluorpolymeren en polymeren met goede barrière-eigenschappen.

Composite Materials

Composite Materials is een vooraanstaande leverancier voor de markt van luchtvaartmaterialen en staat bekend om zijn expertise op het gebied van materiaalontwikkeling en procestechniek. We leveren optimale materiaaloplossingen om te kunnen voldoen aan de vraag van de klant naar nieuwe hoogwaardige materialen die het gewicht verminderen, de aerodynamica verbeteren en uiteindelijk de totale onderdeelkosten voor klanten verlagen. Het bedrijf levert voornamelijk composiettechnologieën aan fabrikanten van civiele en militaire vliegtuigen, die het merendeel van de omzet omvatten, met het saldo van de verkoop in verschillende industriële markten.

Special Chem

Special Chem produceert fluor- en zeldzame-aardformuleringen voor automobiel-, halfgeleiders- en verlichtingstoepassingen. Met zijn industriële knowhow, wereldwijde aanwezigheid en lokale O&I-activiteiten, heeft Special Chem zich gepositioneerd als een strategische partner voor de automobielsector als producent van materialen die gebruikt worden in katalysatoren die uitlaatgassen zuiveren en het solderen van aluminium, en tevens als producent van reinigings- en polijstmaterialen voor de halfgeleiderindustrie.

Silica

Silica produceert uiterst dispergeerbare silica, die voornamelijk gebruikt wordt voor energiezuinige en hoogwaardige autobanden. De primaire focus van deze GBU is het ontwikkelen van innovatieve oplossingen voor bandenfabrikanten wereldwijd.

Advanced formulations

Advanced Formulations omvat een brede portfolio aan oppervlaktechemie die gericht is op efficiëntieverbetering van hulpbronnen in de wereld. Het segment biedt op maat gemaakte specialiteitsformuleringen die het vloeistofgedrag veranderen om de opbrengst te optimaliseren terwijl de milieubelasting wordt beperkt. Tot de markten behoren hulpbronnenefficiëntie in olie & gas, de mijnbouw en landbouw, alsook consumptiegoederen en voeding.

Novecare

Novecare ontwikkelt en produceert formuleringen die de eigenschappen van vloeistoffen wijzigen. Het biedt oplossingen voor de olie- en gasindustrie, waarbij gebruik gemaakt wordt van een uitgebreide portefeuille aan oppervlaktechemie gecombineerd met applicatiekennis. Novecare levert ook gespecialiseerde oplossingen voor bepaalde industriële toepassingen, landbouw en coatings

Technology Solutions

Technology Solutions is wereldleider op het gebied van gespecialiseerde mijnbouwreagentia, fosfine-gebaseerde chemicaliën en oplossingen voor de stabilisering van polymeren. De portefeuille bestaat uit hoogwaardige, toonaangevende technologieën, ongeëvenaarde technische dienstverlening en toepassingen waarmee klanten ondersteund worden bij de ontwikkeling van oplossingen op maat, in het bijzonder in de mijnbouw, waar producten van Solvay het mogelijk maken metalen te winnen uit steeds complexere en meer uitgeputte ertsen.

Aroma Performance

Aroma Performance is werelds grootste producent van vanillearoma's gebruikt in geur- en smaakstoffen en produceert ook synthetische halffabricaten die gebruikt worden in parfums, de farmaceutische sector, landbouwchemicaliën en elektronica.

Performance Chemicals

Performance Chemicals is actief op het gebied van chemische tussenproducten en is actief in volgroeide en veerkrachtige markten. Solvay is een wereldleider in natriumcarbonaat en peroxides met als belangrijkste markten bouw en constructie, consumptiegoederen en voeding. Het segment biedt veerkrachtige winstgevendheid, dankzij goede prijsstelling en marktdynamiek, ondersteund door activa van hoge kwaliteit.

Soda Ash & Derivatives

Soda Ash & Derivatives is een wereldleider voor de productie van natriumcarbonaat en natriumbicarbonaat, die voornamelijk verkocht worden aan glasfabrikanten, maar ook gebruikt wordt in detergenten, landbouwproducten, voedsel en voeding. Het is een stabiele en winstgevende divisie, dankzij de goede prijszetting en een groei in lijn met het BBP, gebaseerd op hoogwaardige activa.

Peroxides

Solvay is een marktleider in waterstofperoxide, zowel in marktaandeel als technologie. Waterstofperoxide (H2O2) wordt voornamelijk gebruikt in de papierindustrie om houtpulp te bleken. De stof kan ook in tal van andere markten gebruikt worden zoals in de chemie, voeding, textiel en in leefmilieu-toepassingen.

Coatis

Coatis produceert duurzame oplosmiddelen op glycerinebasis en gespecialiseerde fenolproducten, voornamelijk voor de LatijnsAmerikaanse markt. Het is de onbetwiste marktleider in Brazilië voor fenolproducten en -derivaten die worden gebruikt bij de productie van kunstharsen voor gieterijen, de bouw en schuurmiddelen.

Corporate & Business Services

Corporate & Business Services omvat corporate en andere diensten, zoals de onderzoek- en innovatie-activiteiten van de groep of energie-gerelateerde diensten, die als missie hebben het het energieverbruik te optimaliseren en de CO2-uitstoot te verminderen.

3. Toelichtingen op de onderliggende Groepcijfers

TOELICHTING B1 Netto-omzet

Ontwikkeling netto-omzet op jaarbasis (in miljoenen euro's)

De netto-jaaromzet was stabiel dankzij positieve wisselkoerseffecten. Organisch[1] daalde de netto-omzet met -2,2%, waarbij lagere volumes deels werden gecompenseerd door hogere prijzen.

Het effect van een kleinere perimeter[2] hangt voornamelijk samen met de verkoop in oktober 2018 van enkele overgebleven natriumcarbonaatactiviteiten in Egypte.

De volumes daalden -3,9% door de afnemende vraag in de automobiel-, elektronica en olie- en gasmarkten, die ongeveer 25% van de omzet van Solvay vertegenwoordigen. Deze tegenslag werd gedeeltelijk gecompenseerd door de sterke vraag naar composietmaterialen in lucht- en ruimtevaarttoepassingen. De vraag naar natriumcarbonaat en peroxide bleek veerkrachtig.

De prijzen stegen met +1,7%, profiterend van hogere prijzen voor natriumcarbonaat en peroxides.

Omzet per markt

[1] Organische groei sluit omrekening van valuta en perimetereffecten uit, evenals het effect van de implementatie van IFRS 16. De gerapporteerde groei is vergelijkbaar met de gepubliceerde pro forma cijfers van 2018, aangepast voor de implementatie van IFRS 16.

[2] Perimetereffecten omvatten verwervingen en vervreemdingen van kleinere bedrijfsactiviteiten die niet hebben geleid tot herwerking van voorgaande perioden.

TOELICHTING B2 Onderliggende grondstoffen- en energiekosten

De kosten voor grondstoffen voor de Groep bedroegen in 2019 ongeveer € 2,7 miljard (€ 2,8 miljard in 2018). Grondstoffen kunnen onderverdeeld worden in verschillende categorieën: ruwe oliederivaten voor 36%, mineraalderivaten voor 22% (bv. glasvezel, natriumsilicaat, calciumsilicaat, fosfor, natriumhydroxide,…), aardgasderivaten circa 11%, biochemische stoffen voor 10% (bv. glycerol, guar, vetalcohol, ethanol,…) en overige voor 20% (composieten,...).

De netto-energiekosten bedroegen in 2019 ongeveer € 0,61 miljard (€ 0,65 miljard in 2018). De energiebronnen waren gespreid over gas voor 68%, cokes, petcoke, steenkool en antraciet voor 29%, elektriciteit voor 2% en stoom, stookolie en overige voor 3%. Meer dan de helft van de kosten werden gemaakt in Europa (52%), gevolgd door Noord- en Zuid-Amerika (28%), en Azië en de rest van de wereld (20%).

TOELICHTING B3 Onderliggende EBITDA

Wat de energielevering betreft, implementeert Solvay al vele jaren consequent programma's om het energieverbruik te verminderen. Ook al hebben we industriële activiteiten die veel energie verbruiken, voornamelijk in Europa (fabrieken voor synthetisch natriumcarbonaat, peroxides), we hebben ook een aantal industriële activiteiten met een relatief lage energieinhoud, gemeten als een percentage van de verkoopprijs. Dit geldt met name voor de fluorpolymeren-activiteiten. Om de energievoetafdruk van de Groep te verkleinen, heeft Solvay het SOLWATT energiebesparingsprogramma opgedreven, om de industriële productieprocessen die betrokken zijn bij de energieproductie en -levering te blijven verbeteren. Ten slotte heeft Solvay een nieuwe ambitie geformuleerd voor de uitstoot van broeikasgassen in 2020.

De onderliggende EBITDA voor het gehele jaar daalde met -0,4%, en organisch[3] met -2,8%, voornamelijk door lagere volumes.

De netto-prijszetting droeg +5,5% bij. Hogere prijzen en kostenmaatregelen boden meer dan voldoende compensatie voor de hogere grondstoffen- en energieprijzen, vooral in de eerste helft.

De vaste kosten stegen als gevolg van de toegenomen productiecapaciteit bij Composite Materials voor luchtvaart-toepassingen en door de boekhoudkundige effecten van voorraadafbouw, als antwoord op de verminderde vraag in andere markten, vooral in Specialty Polymers. De inflatie werd gecompenseerd door kostenbeheersingsmaatregelen en lagere bedrijfskosten. Het vereenvoudigingsplan leverde meer dan € 100 mln aan besparingen op sinds de introductie in 2018.

Geassocieerde ondernemingen & overige weerspiegelen de positieve bijdrage van de PVC en peroxide joint ventures en de -0,6% netto-impact van eenmalige gebeurtenissen. Dit betrof onder andere een winst van € 12 mln op een energiegerelateerde overeenkomst in het tweede kwartaal van 2019, tegenover een synergievoordeel van € 23 mln dat werd geboekt in dezelfde periode in 2018 en gerelateerd was aan pensioenen.

[3] Organische groei sluit omrekening van valuta en perimetereffecten uit, evenals het effect van de implementatie van IFRS 16. De gerapporteerde groei is vergelijkbaar met de gepubliceerde pro forma cijfers van 2018, aangepast voor de implementatie van IFRS 16.

TOELICHTING B4 Onderliggende afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen

De afschrijvings- en bijzondere waardeverminderingskosten bedroegen in 2019 € -818 mln, vergeleken met € -777 mln in 2018 PF.

TOELICHTING B5 Onderliggende nettofinancieringskosten

In € miljoen 2019 2018 PF
Lasten van schulden –139 –147
Renteopbrengsten uit leningen & beleggingen 15 13
Overige financieringswinsten & -verliezen –4 –1
Netto schuldenlasten
a
–128 –134
Coupons van eeuwigdurende hybride obligaties b –105 –112
Interesten en geboekte wisselkoerswinsten/verliezen (–) op de RusVinyl
joint venture
c –18 –21
Disconteringskosten van de voorzieningen d –85 –74
Resultaat van eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële
waarde via andere elementen van het totaalresultaat
e 4
Netto-financieringskosten f = a+b+c+d+e –332 –342

De onderliggende netto financiële lasten daalden ten opzichte van 2018PF, voornamelijk als gevolg van (a) de terugbetaling op de vervaldag, in juni 2018, van de EMTN-obligatie (saldo van € 382 miljoen met een coupon van 4,625%), en (b) de vervroegde terugbetaling in 2019 van de US\$ 800 miljoen aan senior obligaties van Solvay Finance America LLC, met de uitgifte van een senior obligatie op 10 jaar (€ 600 miljoen) met een coupon van 0,5% per jaar. Solvay heeft ook het kwantum van de hybride financiering aangepast door in mei 2019 een hybride obligatielening van € 700 miljoen op te roepen tegen 4,20%, gedeeltelijk voorgefinancierd door een hybride obligatielening van € 300 miljoen tegen 4,25% uitgegeven in november 2018. Disconteringskosten verhoogd als gevolg van de geldende disconteringspercentages voor voorzieningen na uitdiensttreding.

TOELICHTING B6 Onderliggende belastingen op winst

In € miljoen 2019 2018 PF
Winst/verlies (–) van de periode vóór belastingen a 1.171 1.212
Resultaat uit joint ventures & geassocieerde deelnemingen b 92 74
Interesten en geboekte wisselkoerswinsten/verliezen (–) op de RusVinyl
joint venture c –18 –21
Belastingen op het resultaat d –305 –303
Belastingvoet e = -d/(a-b-c) 27,8% 26,1%

De stijging met 1,7 procentpunt is vooral het gevolg van een ongunstig mix-effect en met name van een lagere winst voor belastingen in de Verenigde Staten.

TOELICHTING B7 Onderliggende winst van beëindigde bedrijfsactiviteiten

In 2019 bestonden de beëindigde bedrijfsactiviteiten voornamelijk uit de activiteiten van Performance Polyamides die verkocht werden aan BASF en Domo Chemicals.

De bijdrage van beëindigde bedrijfsactiviteiten aan de winst van Solvay bedroeg € 247 mln (+14.4% vergeleken met 2018 PF).

De vrije kasstroom uit beëindigde bedrijfsactiviteiten bedroeg in 2019 € 195 mln.

De transactie is afgerond op 31 januari 2020. Voor meer informatie zie F42, Gebeurtenissen na de verslagperiode.

TOELICHTING B8 Kapitaalinvesteringen

In € miljoen 2019 2018 PF
Verwerving (–) van materiële vaste activa a –751 –691
Verwerving (–) van immateriële vaste activa b –106 –142
Betaling van leaseverplichtingen c –110 –92
Kapitaalinvesteringen d = a+b+c –967 –925
Kapitaalinvesteringen in beëindigde bedrijfsactiviteiten e –141 –131
Kapitaalinvesteringen in voortgezette bedrijfsactiviteiten f = d-e –826 –794
Onderliggende EBITDA g 2.322 2.330
Kasstroomomzetting h = (f+g)/g 64,4% 65,9%

TOELICHTING B9 Vrije kasstroom

In € miljoen 2019 2018 PF
Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten a 1.815 1.829
waarvan aanvullende vrijwillige bijdragen voor pensioenplannen b –114
Kasstromen uit investeringsactiviteiten c –880 –784
waarvan kapitaalinvesteringen vereist door contract van aandelen
verkoop
d –59 –38
Verwerving (–) van dochterondernemingen e –6 –12
Verwerving (–) van deelnemingen – Overige f –16 –4
Leningen aan geassocieerde & niet-geconsolideerde deelnemingen g 10 –3
Vervreemding (+) van dochterondernemingen en deelnemingen h –31 26
Erkenning van verrekende vorderingen i –23 –21
Toename/afname van leningen in verband met milieusanering j 8
Betaling van leaseverplichtingen k –110 –92
Vrije kasstroom l = a-b+c-d-e-f-g-h-i+j+k 1.072 1.006
Vrije kasstroom uit beëindigde bedrijfsactiviteiten m 195 160
Vrije kasstroom uit voortgezette bedrijfsactiviteiten n = l-m 878 846
Betaalde netto-interesten o –118 –130
Betaalde coupons op eeuwigdurende hybride obligaties p –115 –111
Dividenden uitgekeerd aan minderheidsbelangen q –39 –39
Vrije kasstroom aan Solvay aandeelhouders r = l+o+p+q 801 725
Vrij kasstroom aan Solvay aandeelhouders uit beëindigde bedrijfsactivi
teiten
s 195 160
Vrije kasstroom aan Solvay aandeelhouders uit voortgezette bedrijfsacti
viteiten t = r-s 606 566
Onderliggende EBITDA u 2.322 2.330
Vrije kasstroomomrekeningsratio v = (t-q)/u 27,8% 25,9%

De vrije kasstroom aan Solvay-aandeelhouders voor het gehele jaar[4] uit voortgezette bedrijfsactiviteiten bedroeg € 606 mln, € 40 mln hoger op jaarbasis. Het werkkapitaal was positief (€ 7 mln) als gevolg van een meer gedisciplineerd werkkapitaalbeheer.

De kapitaaluitgaven uit voortgezette bedrijfsactiviteiten stegen met +5,4% ten opzichte van € 794 mln in 2018. De betalingen voor voorzieningen waren grotendeels hetzelfde als in het voorgaande jaar en de belastingen stegen conform de verwachtingen met € (29) mln.

De beëindigde bedrijfsactiviteiten droegen € 195 mln, € 35 mln meer dan in 2018. Dit betrof de Polyamide-activiteiten die per 31 januari 2020 aan BASF en Domo zijn verkocht.

Bijgevolg bedroeg de totale vrije kasstroom aan Solvay-aandeelhouders in 2019 € 801 mln.

[4] Vrije kasstroom aan Solvay-aandeelhouders is vrije kasstroom na financieringsbetalingen en dividenden aan minderheidsbelangen. Dit vertegenwoordigt de kasstroom waarover de aandeelhouders van Solvay beschikken, om hun dividend te betalen en/of om de netto financiële schuld te verminderen. De vrije kasstroomomrekening is berekend als de verhouding tussen de vrije kasstroom aan Solvay aandeelhouders (vóór aftrek van dividenden betaald aan minderheidsbelangen) en onderliggende EBITDA.

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN

TOELICHTING B10 Nettowerkkapitaal

2019 2018
In € miljoen 31 december 1 januari 31 december
Voorraden a 1.587 1.685 1.685
Handelsvorderingen b 1.414 1.434 1.434
Overige kortlopende vorderingen c 628 718 719
Handelsschulden d –1.277 –1.431 –1.439
Overige kortlopende verplichtingen e –792 –850 –850
Netto werkkapitaal f = a+b+c+d+e 1.560 1.557 1.550
Omzet g 2.710 2.830 2.830
Kwartaalomzet op jaarbasis h = 4*g 10.841 11.321 11.321
Netto werkkapitaal/omzet i = f/h 14,4% 13,8% 13,7%
Jaargemiddelde j = µ(Q1,Q2,Q3,Q4) 16,0% 15,3%

TOELICHTING B11 Onderliggende nettoschuld

2019
In € miljoen 31 december 1 januari 31 december
Langlopende financiële schulden a –3.382 –3.520 –3.180
Kortlopende financiële schulden b –1.132 –723 –630
Brutoschuld c = a+b –4.513 –4.243 –3.810
Onderliggende brutoschuld d = c+h –6.313 –6.743 –6.310
Overige financiële instrumenten e 119 101 101
Geldmiddelen & kasequivalenten f 809 1.103 1.103
Totale geldmiddelen en kasequivalenten g = e+f 928 1.205 1.205
Nettoschuld i = c+g –3.586 –3.038 –2.605
Eeuwigdurende hybride obligaties h –1.800 –2.500 –2.500
Onderliggende nettoschuld j = i+h –5.386 –5.538 –5.105
Onderliggende EBITDA (laatste 12 maanden) k 2.322 2.330 2.230
Aanpassing voor beëindigde bedrijfsactiviteiten(1) l 366 315 305
Aangepaste onderliggende EBITDA voor de berekening van
de hefboomgraad(1)
m = k+l 2.688 2.645 2.536
Onderliggende hefboomgraad(1) 2,0 2,1 2,0

(1) Aangezien de nettoschuld aan het einde van de periode nog niet de netto-opbrengst weergeeft die moet worden ontvangen bij de vervreemding van beëindigde bedrijfsactiviteiten, terwijl de onderliggende EBITDA de bijdrage van beëindigde bedrijfsactiviteiten uitsluit, wordt de onderliggende EBITDA aangepast om de hefboomgraad te berekenen. De onderliggende EBITDA van Polyamide werd daarom toegevoegd.

Ontwikkeling onderliggende nettoschuld op jaarbasis (in miljoenen euro's)

De onderliggende netto financiële schuld[5] bedroeg € (5,4) miljard. De sterke operationele kasstroom van € 801 mln financierde € 387 mln aan dividenden en een aanvullende vrijwillige pensioenbijdrage van € 114 mln. Rekening houdend met andere factoren, zoals de invloed van vreemde valuta en fusies en overnames, daalde de netto financiële schuld met € 152 mln. De onderliggende hefboomratio verbeterde tot 2,0x.

Solvay betaalde in mei 2019 een hybride obligatie van € 0,70 miljard terug met een rente van 4,20%, die gedeeltelijk was voorgefinancierd met een hybride obligatie van € 0,30 miljard en een rente van 4,25%, uitgegeven in november 2018. In september 2019 loste Solvay tevens US\$800 mln 3,4% obligaties met vervaldatum 2020, en verving dit gedeeltelijk met een nieuwe obligatie-uitgifte in augustus van € 600 mln en een rente van 0,50%. Deze stappen dragen bij tot een vermindering van de financiële lasten; de volledige effecten zullen in 2020 zichtbaar zijn.

[5] De onderliggende financiële nettoschuld omvat de eeuwigdurende hybride obligaties, die onder IFRS als eigen vermogen opgenomen worden.

TOELICHTING B12 CFROI

FY 2019 FY 2018
In € miljoen Gepubli
ceerd
Aanpas
singen
Berekend Gepubli
ceerd
Aanpas
singen
Berekend
Onderliggende EBIT a 1.503 1.503 1.554 1.554
Onderliggende EBITDA b 2.322 2.322 2.330 2.330
Onderliggende resultaat uit
joint ventures & geassocieerde
deelnemingen
c 92 92 74 74
Ontvangen dividenden van
geassocieerde deelne
mingen & joint ventures(1)
d 25 25 25 25
Recurrente kapitaalinveste
ringen(2)
e = -2.3%*m –409 –388
Recurrente belastingen op het
resultaat(3)
f = -28%*(a-c) –395 –444
Recurrente kasstroomcijfers g = b-c+d+e+f 1.450 1.449
Materiële vaste activa h 5.472 5.454
Immateriële activa i 2.642 2.861
Met een gebruiksrecht
overeenstemmende activa
j 447 428
Goodwill k 4.468 5.173
Vervangingswaarde van
goodwill & vaste activa(4)
l = h+i+j+k 13.028 7.007 20.035 13.915 5.106 19.021
waarvan vaste activa m 8.560 9.239 17.799 8.742 8.147 16.889
Investeringen in geassocieerde
deelnemingen & joint
ventures(5)
n 555 –36 519 441 1 443
Netto werkkapitaal(5) o 1.560 233 1.793 1.550 178 1.728
Geïnvesteerd kapitaal p = l+n+o 22.347 21.192
CFROI q = g/p 6,5% 6,8%
Advanced Materials 8,9% 9,9%
Advanced Formulations 5,9% 6,8%
Performance Chemicals 8,5% 8,1%

(1) Exclusief beëindigde bedrijfsactiviteiten

(2) Momenteel geschat op 2,3% van de vervangingswaarde van vaste activa

(3) Momenteel geschat op 28% van de onderliggende EBIT

(4) De aanpassing weerspiegelt het kwartaalgemiddelde over het jaar.

(5) De aanpassing weerspiegelt het verschil tussen de geschatte vervangingswaarde van goodwill en vaste activa en de boekwaarde. De veranderingen in de tijd zijn afkomstig van wisselkoersschommelingen, nieuwe investeringen en portefeuilleveranderingen. Het weerspiegelt ook het kwartaalgemiddelde over het jaar.

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN

TOELICHTING B13 Onderzoek & Innovatie

In € miljoen 2019 2018
Kosten van onderzoek & ontwikkeling a –323 –297
Subsidies verrekend in ifrs kosten van onderzoek & ontwikkeling b 26 25
Afschrijvingen & bijzondere waardeverminderingen van activa omvat in kosten
van onderzoek & ontwikkeling c –83 –59
Kapitaalinvesteringen in onderzoek & innovatie d –70 –89
Onderzoek & innovatie e = a-b-c+d –336 –352
Advanced Materials –157 –171
Advanced Formulations –94 –97
Performance Chemicals –25 –27
Corporate & Business Services –60 –58
Netto-omzet f 10.244 10.257
Advanced Materials 4.512 4.385
Advanced Formulations 2.846 3.057
Performance Chemicals 2.879 2.808
Corporate & Business Services 6 7
Onderzoek- & innovatie-intensiteit g = -e/f 3,3% 3,4%
Advanced Materials 3,5% 3,9%
Advanced Formulations 3,3% 3,2%
Performance Chemicals 0,9% 1,0%

De O&I-inspanning is in de loop van 2019 afgenomen als gevolg van groepsbrede programma's voor operationele kostenreductie. De inspanningen op het gebied van Corporate R&I werden sterk geheroriënteerd naar de materiaalsector ter voorbereiding van de nieuwe G.R.O.W. strategie.

4. Toelichtingen bij de onderliggende cijfers per segment

Segment overzicht

In € miljoen 2019 2018 PF % joj
Netto-omzet 10.244 10.257 –0,1%
Advanced Materials 4.512 4.385 +2,9%
Advanced Formulations 2.846 3.057 –6,9%
Performance Chemicals 2.879 2.808 +2,5%
Corporate & Business Services 6 7 –14%
EBITDA 2.322 2.330 –0,4%
Advanced Materials 1.143 1.225 –6,7%
Advanced Formulations 490 533 –8,1%
Performance Chemicals 852 761 +12%
Corporate & Business Services –163 –189 +14%
EBIT 1.503 1.554 –3,2%
Advanced Materials 801 897 –11%
Advanced Formulations 322 381 –15%
Performance Chemicals 639 556 +15%
Corporate & Business Services –259 –280 +7,5%
Kapitaalinvesteringen in voortgezette bedrijfsactiviteiten –826 –794 –4,0%
Advanced Materials –375 –379 +1,0%
Advanced Formulations –155 –158 +1,5%
Performance Chemicals –177 –175 –0,9%
Corporate & Business Services –119 –82 –44%
CFROI 6,5% 6,8% –0,3pp
Advanced Materials 8,9% 9,9% –1,1pp
Advanced Formulations 5,9% 6,8% –0,9pp
Performance Chemicals 8,5% 8,1% +0,5pp
Onderzoek & innovatie –336 –352 +4,7%
Advanced Materials –157 –171 +8,5%
Advanced Formulations –94
–97
+2,7%
Performance Chemicals –25 –27 +5,9%
Corporate & Business Services –60 –58 –3,9%

TOELICHTING B14 Advanced Materials

In € miljoen 2019 2018 PF % joj
Netto-omzet 4.512 4.385 +2,9%
Specialty Polymers 1.927 2.009 –4,1%
Composite Materials 1.272 1.082 +18%
Special Chem 864 852 +1,4%
Silica 449 442 +1,5%
EBITDA 1.143 1.225 –6,7%
EBITDA-marge 25,3% 27,9% –2,6pp
EBIT 801 897 –11%
EBIT-marge 17,8% 20,5% –2,7%
Kapitaalinvesteringen in voortgezette bedrijfsactiviteiten –375 –379 +1,0%
Kasstroomomzetting 67,2% 69,1% –1,9pp
CFROI 8,9% 9,9% –1,1pp
Onderzoek & innovatie –157 –171 +8,5%
Onderzoek-
& innovatie-intensiteit
3,5% 3,9% –0,4pp

Ontwikkeling netto-omzet op jaarbasis (in miljoenen euro's)

De netto-jaaromzet groeide in totaal met +2,9% en organisch[6] met +0,3%. Lagere volumes in de automobiel- en elektronicamarkten van Specialty Polymers werden gecompenseerd door de dubbelcijferige groei bij Composite Materials voor de luchtvaart. De prijzen waren in het gehele segment hoger.

De onderliggende EBITDA voor het gehele jaar daalde -6,7% en organisch[6] met -9,3%. De hogere prijzen en kostenbeheersingsen productiviteitsmaatregelen boden deels compensatie voor de gestegen kostenbasis, die voornamelijk het gevolg was van de voorraadafbouw en de uitbreiding van de productiemogelijkheden bij Composite Materials. Het eenmalige pensioengerelateerde synergievoordeel van € 19 mln, geboekt in het tweede kwartaal van 2018, had een impact van -1,5% op de EBITDA van het volledige jaar 2019. De EBITDA-marge daalde -2,6 procentpunt tot 25%.

[6] Organische groei sluit omrekening van valuta en perimetereffecten uit, evenals het effect van de implementatie van IFRS 16. De gerapporteerde groei is vergelijkbaar met de gepubliceerde pro forma cijfers van 2018, aangepast voor de implementatie van IFRS 16.

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN

TOELICHTING B15 Advanced Formulations

In € miljoen 2019 2018 PF % joj
Netto-omzet 2.846 3.057 –6,9%
Novecare 1.789 2.000 –11%
Technology Solutions 632 643 –1,7%
Aroma Performance 425 414 +2,8%
EBITDA 490 533 –8,1%
EBITDA-marge 17,2% 17,4% –0,2pp
EBIT 322 381 –15%
EBIT-marge 11,3% 12,5% –1,1%
Kapitaalinvesteringen in voortgezette bedrijfsactiviteiten –155 –158 +1,5%
Kasstroomomzetting 68,3% 70,4% –2,1pp
CFROI 5,9% 6,8% –0,9pp
Onderzoek & innovatie –94 –97 +2,7%
Onderzoek-
& innovatie-intensiteit
3,3% 3,2% +0,1pp

Ontwikkeling netto-omzet op jaarbasis (in miljoenen euro's)

De netto-omzet in het gehele jaar daalde -6,9% en organisch[7] met -10%. De prijzen stegen licht en de volumes slonken met -11%, vooral als gevolg van de moeilijke omstandigheden in de Noord-Amerikaanse schalieolie- en gassector en een mindere bedrijfsactiviteit in de mijnbouw in de tweede jaarhelft. De omzet van Aroma Performance steeg dankzij de volumes (vooral in natuurlijke vanilline) en de prijzen.

De onderliggende EBITDA van het gehele jaar daalde -8,1% en organisch[7] -12%. De aanzienlijke volumedalingen werden getemperd door prijsverhogingen en kostenbeheersingsmaatregelen, vooral in Novecare, wat leidde tot een stabiele EBITDA-marge van 17%.

[7] Organische groei sluit omrekening van valuta en perimetereffecten uit, evenals het effect van de implementatie van IFRS 16. De gerapporteerde groei is vergelijkbaar met de gepubliceerde pro forma cijfers van 2018, aangepast voor de implementatie van IFRS 16.

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN

TOELICHTING B16 Performance Chemicals

In € miljoen 2019 2018 PF % joj
Netto-omzet 2.879 2.808 +2,5%
Soda Ash & Derivatives 1.661 1.562 +6,3%
Peroxides 683 654 +4,4%
Coatis 535 591 –9,6%
EBITDA 852 761 +12%
EBITDA-marge 29,6% 27,1% +2,5pp
EBIT 639 556 +15%
EBIT-marge 22,2% 19,8% +2,4%
Kapitaalinvesteringen in voortgezette bedrijfsactiviteiten –177 –175 –0,9%
Kasstroomomzetting 79,3% 77,0% +2,3pp
CFROI 8,5% 8,1% +0,5pp
Onderzoek & innovatie –25 –27 +5,9%
Onderzoek-
& innovatie-intensiteit
0,9% 1,0% –0,1pp

Ontwikkeling netto-omzet op jaarbasis (in miljoenen euro's)

De netto-omzet voor het gehele jaar steeg voor dit segment met +2,5% en organisch[8] met +2,2%, dankzij hogere contractprijzen voor natriumcarbonaat en peroxides, die de lagere omzet bij Coatis (tegen zeer sterke 2018) meer dan compenseerden.

De onderliggende EBITDA van het gehele jaar steeg +12% en +10% organisch[8] , dankzij hogere prijzen. Productiviteitsverbeteringen, gunstige energiekosten en een sterke bijdrage van de Russische pvc joint venture leverde eveneens een positieve bijdrage aan het resultaat. Een eenmalige winst van € 12 mln werd in het tweede kwartaal geboekt op de afwikkeling van een energiecontract bij de natriumcarbonaatactiviteiten. De EBITDA-marge steeg +2,5 procentpunt tot 30%.

[8] Organische groei sluit omrekening van valuta en perimetereffecten uit, evenals het effect van de implementatie van IFRS 16. De gerapporteerde groei is vergelijkbaar met de gepubliceerde pro forma cijfers van 2018, aangepast voor de implementatie van IFRS 16.

TOELICHTING B17 Corporate & Business Services

In € miljoen 2019 2018 PF % joj
Netto-omzet 6 7 –14%
EBITDA –163 –189 +14%
EBIT –259 –280 +7,5%
Kapitaalinvesteringen in voortgezette bedrijfsactiviteiten –119 –82 –44%
Onderzoek & innovatie –60 –58 –3,9%

De onderliggende EBITDA bedroeg € (163) mln, € 26 mln beter, als gevolg van kostenreducties en bezuinigings-maatregelen, gunstige voorwaarden op de energiemarkt en lagere voorzieningen voor bonussen.

5. Aansluiting van onderliggende met IFRS-cijfers

Behalve IFRS rekeningen stelt Solvay ook alternatieve prestatieindicatoren voor om een meer samenhangende en vergelijkbare indicatie te geven van de onderliggende financiële prestaties, de financiële positie, evenals de kasstromen van de Groep. Deze indicatoren geven een evenwichtig overzicht van de prestaties van de Groep, en zijn zinvol voor investeerders, analisten, en ratingbureaus, omdat deze relevante informatie bevatten aangaande de voorbije en toekomstige prestaties, financiële positie en kasstromen van de Groep. Deze indicatoren worden doorgaans gebruikt in de sector waarin de Groep actief is, en dienen ingevolge als een zinvolle hulp voor investeerders teneinde de prestaties van de Groep te vergelijken met haar peers. De onderliggende prestatie-indicatoren passen de IFRS cijfers aan voor de niet-contante impact van de boekhoudkundige toerekening van de overnameprijs (Purchase Price Allocation - PPA) die betrekking hebben op verwervingen, alsook voor de coupons van eeuwigdurende hybride obligaties, geklasseerd als eigen vermogen onder IFRS, maar behandeld als schuld in de onderliggende verklaringen, en voor andere elementen die de analyses van de onderliggende prestaties van de Groep verstoren.

Geconsolideerde winst- en verliesrekening

2019 2018 PF
In € miljoen IFRS Aanpas
singen
Onder
liggend
IFRS Aanpas
singen
Onder
liggend
Omzet 11.227 11.227 11.299 11.299
waarvan andere dan van kernactiviteiten 983 983 1.042 1.042
waarvan netto-omzet 10.244 10.244 10.257 10.257
Kostprijs van de omzet –8.244 2 –8.242 –8.258 2 –8.256
Brutomarge 2.983 2 2.985 3.042 2 3.043
Commerciële kosten –381 –381 –373 –373
Administratieve kosten –950 28 –922 –1.005 35 –970
Kosten van onderzoek & ontwikkeling –323 3 –321 –297 3 –294
Overige operationele opbrengsten & kosten –131 182 51 –123 197 74
Resultaat uit joint ventures & geassocieerde deelne
mingen
95 –3 92 44 30 74
Resultaat uit portefeuillebeheer en herevaluaties –914 914 –208 208
Resultaat uit historische sanering & belangrijke
juridische geschillen
–61 61 –86 86
EBITDA 2.222 99 2.322 2.030 301 2.330
Afschrijvingen & bijzondere waardeverminderingen van
activa
–1.906 1.087 –818 –1.036 260 –777
EBIT 316 1.187 1.503 994 560 1.554
Netto schuldenlasten –141 13 –128 –134 –134
Coupons van eeuwigdurende hybride obligaties –105 –105 –112 –112
Interesten en geboekte wisselkoerswinsten/verliezen
(–) op de RusVinyl joint venture
–18 –18 –21 –21
Disconteringskosten van de voorzieningen –105 20 –85 –77 3 –74
Resultaat van eigen vermogensinstrumenten
gewaardeerd aan reële waarde via andere
elementen van het totaalresultaat
4 4
Winst/verlies (–) van de periode vóór belastingen 74 1.097 1.171 783 429 1.212
Belastingen op het resultaat –153 –151 –305 –73 –230 –303
Winst/verlies (–) van de periode uit voortgezette
bedrijfsactiviteiten
–79 946 866 710 199 909
Winst/verlies (–) van de periode uit beëindigde bedrijfs
activiteiten
236 11 247 201 15 216
Winst/verlies (–) van de periode 157 957 1.113 910 215 1.125
toegekend aan Solvay aandeelhouders 118 956 1.075 871 214 1.085
toegekend aan minderheidsbelangen 38 1 39 39 40
Gewone winst/verlies (–) per aandeel (in €) 1,15 9,27 10,41 8,43 2,08 10,51
waarvan uit voortgezette bedrijfsactiviteiten –1,14 9,16 8,02 6,49 1,93 8,42
Verwaterde winst/verlies (–) per aandeel (in €) 1,15 9,25 10,39 8,40 2,07 10,46
waarvan uit voortgezette bedrijfsactiviteiten –1,14 9,14 8,01 6,46 1,92 8,38

TOELICHTING B18 IFRS EBITDA

EBITDA op een IFRS basis beliep € 2.222 mln tegenover € 2.322 mln op onderliggende basis. Het verschil van € 99 mln wordt verklaard door de volgende aanpassingen aan de IFRS cijfers, waardoor de resultaten beter te vergelijken zijn:

  • € -3 mln in "Resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures" voor het aandeel van Solvay in de financiële lasten van de Rusvinyl joint venture en de wisselkoersverliezen op de in euro uitgedrukte schuld van de joint venture, als gevolg van de 12% revaluatie van de Russische roebel over de periode. Deze elementen werden geherclassificeerd in "Netto financieringskosten".
  • € 41 mln om het "Resultaat uit portefeuillebeheer en herevaluaties" aan te passen, exclusief afschrijvingen en waardeverminderingen. Dit resultaat omvat € 23 mln herstructureringskosten, bijna volledig te wijten aan de kosten voor het vereenvoudiginsgplan van de Groep van € 13 mln.
  • € 61 mln om het "Resultaat van historische saneringen en belangrijke juridische geschillen" aan te passen, voornamelijk voor leefmilieukosten.

TOELICHTING B19 IFRS EBIT

EBIT op IFRS basis beliep € 316 mln tegenover € 1.503 mln op onderliggende basis. Het verschil van € 1.187 mln wordt verklaard door de eerder vermelde € 99 mln aanpassingen op EBITDA niveau en € 1.087 mln op "Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen". Deze laatste bestaan uit:

  • € 214 mln voor de niet-contante impact van de boekhoudkundige toerekening van de overnameprijs (PPA). Deze bestaat uit afschrijvingen op immateriële activa, die voor € 2 mln worden aangepast in "Kostprijs van de omzet", € 28 mln in "Administratieve kosten", voor € 3 mln in "Onderzoek en ontwikkeling" en voor € 182 mln in "Overige operationele opbrengsten & kosten"
  • € 873 mln voor de netto impact van bijzondere waardeverminderingen, vooral voor de olie & gas goodwill en immateriële activa die niet-contant zijn en opgenomen zijn in het "Resultaat uit portefeuillebeheer en herevaluaties".

TOELICHTING B20 IFRS Nettofinancieringskosten

Netto-financieringskosten op IFRS basis bedroegen € -242 mln vergeleken met € -332 mln op onderliggende basis. De aanpassingen van € -90 mln aan IFRS resultaten bestaan uit:

  • € -13 mln van kosten voor de herstructurering van de financiële schuld en de terugbetaling van de US\$ 800 mln obligatie.
  • € -105 mln voor herclassificatie van coupons van eeuwigdurende hybride obligaties, die onder IFRS als dividenden worden opgenomen, maar als financieringskosten in onderliggende resultaten.
  • € -18 mln herclassificatie van financiële lasten en gerealiseerd wisselkoersresultaat op de in euro uitgedrukte schuld van RusVinyl als financieringskosten. De delta van € 15 mln met de aanpassing aan EBITDA is toe te schrijven aan niet-gerealiseerde wisselkoersverliezen.
  • € 20 mln voor de netto impact van de dalende verdisconteringsvoet op de waardering van de leefmilieuvoorzieningen in de periode.

TOELICHTING B21 IFRS Winstbelasting

Belastingen op winst op IFRS basis waren € -153 mln, tegenover lasten van € -305 mln op een onderliggende basis. De aanpassing van € -151 mln bestaat uit:

  • € -252 mln voor de impact op belastingen van de aanpassingen op het onderliggend resultaat vóór belastingen (zoals hierboven beschreven), en vooral voor de uitgestelde belasting nettoinkomsten van de olie & gas bijzondere waardevermindering (€ 167 mln).
  • € -101 mln voor belastingselementen die verband houden met voorgaande perioden, die voornamelijk voortvloeien uit wijzigingen in uitgestelde belastingvorderingen volgend op de herziening van de prognose van aanwending van fiscale verliezen.

TOELICHTING B22 IFRS winst van beëindigde bedrijfsactiviteiten

Beëindigde bedrijfsactiviteiten boekten een winst van € 236 mln op IFRS basis en € 247 mln op onderliggende basis. De aanpassing van € 11 mln op het IFRS resultaat werd gemaakt voor kosten verbonden aan de vervreemding van de polyamide bedrijfsactiviteit.

TOELICHTING B23 IFRS Winst over de periode

De winst van de periode toegerekend aan Solvay aandeelhouders bedroeg € 118 mln op IFRS basis, en € 1.075 mln op onderliggende basis. De delta van € 956 mln weerspiegelt de hiervoor vermelde aanpassingen aan EBIT, netto-financieringskosten, belastingen op winst en beëindigde activiteiten. Er was geen effect van minderheidsbelangen.

6. Toelichtingen bij de cijfers per aandeel

Historische cijfers per aandeel

2015(1) 2016(1) 2017(1) 2018(1) 2019
Aantal aandelen (in 1000 aandelen)
Uitgegeven aandelen op het einde
van het jaar
a 105.876 105.876 105.876 105.876 105.876
Eigen aandelen op het einde van het
jaar
b 2.106 2.652 2.358 2.723 2.466
Aandelen aangehouden door Solvac
op het einde van het jaar
c 32.116 32.511 32.511 32.511 32.511
Uitstaande aandelen op het einde
van het jaar
d = a-b 103.770 103.225 103.519 103.154 103.411
Gemiddelde uitstaande aandelen
(basisberekening)
e 83.738 103.294 103.352 103.277 103.177
Gemiddelde uitstaande aandelen
(verwaterde berekening)
f 84.303 103.609 104.084 103.735 103.403
Cijfers per aandeel (in €)
Eigen vermogen toegerekend aan
Solvay aandeel
g = /d(2) 69,72 72,83 71,98 77,76 74,70
Onderliggende winst van de periode
(basis)
h = /e(2) 8,12 8,19 9,08 10,57 10,41
IFRS winst van de periode (basis) i = /e(2) 4,85 6,01 10,27 8,31 1,15
IFRS winst van de periode
(verwaterd)
j = /f(2) 4,81 5,99 10,19 8,27 1,15
Brutodividend(3) k 3,30 3,45 3,60 3,75 3,75
Nettodividend(3) l = k*(1–…%)(4) 2,41 2,42 2,52 2,62 2,62
Cijfers van de aandelenkoers (in €)
Hoogste(5) m 141,10 112,30 132,00 120,65 111,45
Laagste(5) n 88,01 70,52 106,30 85,44 82,26
Gemiddelde(5) o = v/u 105,74 89,32 118,69 110,07 95,54
Op het einde van het jaar p 98,43 111,35 115,90 87,32 103,30
Onderliggende koers/winst verhouding q = p/h 13,6 12,8 8,3 9,9
IFRS koers/winst verhouding r = p/i 20,3 18,5 11,3 10,5 90,0
Bruto dividendrendement s = k/p 3,4% 3,1% 3,1% 4,3% 3,6%
Netto dividendrendement t = l/p 2,4% 2,2% 2,2% 3,0% 2,5%
Effectenmarktcijfers(6)
Jaarlijks volume (in 1000 aandelen) u 82.718 86.280 62.642 70.715 65.292
Jaarlijks volume (in € mln) v 9.218 7.707 7.435 7.784 6.238
Marktkapitalisatie, einde jaar (in
€ mln)
w = p*d 10.214,1 11.494,1 11.997,8 9.007,4 10.682,3
Omloopsnelheid x = u/a 78,1% 81,5% 59,2% 66,8% 61,7%
Omloopsnelheid aangepast voor free
float
y = u/(a-b-c) 115% 122% 88,2% 100% 92,1%

(1) Deze gegevens worden niet pro forma gepresenteerd, d.w.z.: exclusief Cytec voor 2015 en de impact van IFRS16 Huurovereenkomsten voor 2018.

(2) De teller kan onder dezelfde naam gevonden worden in de tabel van historische financiële kerncijfers in deel 1 van de Business review.

(3) Aanbevolen dividend voor 2019, in afwachting van algemene aandeelhoudersvergadering op 12 mei 2020.

(4) Belgische roerende voorheffing van toepassing in het jaar van de dividenduitkering, i.e. het volgende jaar: 25% in 2013-2015, 27% in 2016, 30% vanaf 2017.

(5) De beurskoersgegevens van 2015 gebruiken de beurskoers aangepast met een factor 93,98% voor de periode tot en met 3 december 2015. De aanpassing weerspiegelt de verdeling van de voorkeurrechten verbonden aan de kapitaalverhoging die in december 2015 werd voltooid.

(6) De effectenmarktcijfers zijn gebaseerd op alle transacties die door Euronext werden geregistreerd.

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 OVERZICHT VAN DE ACTIVITEITEN

TOELICHTING B24 Winst per aandeel

FY 2019 FY 2018 PF
Winst toegerekend aan Solvay aandeel (in € mln)
Onderliggende winst van de periode a 1.075 1.085
Onderliggende winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten b 828 869
IFRS winst van de periode c 118 871
IFRS winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten d –118 670
Aantal aandelen (in 1000 aandelen)
Uitgegeven aandelen op het einde van het jaar e 105.876 105.876
Eigen aandelen op het einde van het jaar f 2.466 2.723
Uitstaande aandelen op het einde van het jaar g = e-f 103.411 103.154
Gemiddelde uitstaande aandelen (basisberekening) h 103.177 103.277
Gemiddelde uitstaande aandelen (verwaterde berekening) i 103.403 103.735
Cijfers per aandeel (in €)
Onderliggende winst van de periode (basis) j = a/h 10,41 10,51
Onderliggende winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten (basis) k = b/h 8,02 8,42
IFRS winst van de periode (basis) l = c/h 1,15 8,43
IFRS winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten (basis) m = d/h –1,14 6,49
IFRS winst van de periode (verwaterd) p = c/i 1,15 8,40
IFRS winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten (verwaterd) q = d/i –1,14 6,46

De onderliggende winst per aandeel[10] uit voortgezette bedrijfsactiviteiten voor het gehele jaar daalde met -4,7% tot € 8,02. Hogere afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen en de iets lagere EBITDA werden gedeeltelijk gecompenseerd door lagere financiële lasten, als gevolg van de aflossing van hogere rentedragende

leningen in juni 2018 en mei 2019. De totale onderliggende winst per aandeel over het gehele jaar was licht lager dankzij een hogere bijdrage van de beëindigdeeactiviteiten.

TOELICHTING B25 Dividend

De Raad van Bestuur heeft besloten om tijdens de gewone algemene vergadering van 12 mei 2019 een brutodividend aan te bevelen van €3,75 per aandeel.

Het dividend over het boekjaar 2020 laat is in lijn met het dividendbeleid van de Groep om indien mogelijk een stabiel tot stijgend dividend te handhaven en deze, voor zover mogelijk, nooit naar beneden bij te stellen.

Gelet op het interim-dividend van €1,50 bruto per aandeel, 30% roerende voorheffing dat op 20 januari 2020 werd uitgekeerd, zal het resterende dividend over 2019, dat gelijk is aan €2,25 bruto per aandeel, op 20 mei 2020 worden uitgekeerd op voorwaarde dat de algemene aandeelhoudersvergadering dit goedkeurt.

7. Vooruitzichten 2020

De onderliggende EBITDA over het hele jaar zal naar verwachting ongewijzigd tot bescheiden lager zijn (0% tot -3%), op organische basis, ten opzichte van € 2.322 mln in 2019 en met een groei naar het einde van het jaar toe. Tegenover een sterk eerste kwartaal van 2019 wordt verwacht dat het eerste kwartaal van 2020 zal dalen met hoge enkelvoudige cijfers ("high single digit"), vanwege zowel de stopzetting van de productie van de 737MAX, als de impact van het COVID-19 virus en de verdere daling van de olie- en gasmarkt.

Belangrijkste veronderstellingen:

  • De focus op verzachtende maatregelen inclusief prijsstelling, personeelsbezetting en andere kostenbesparingen, evenals versnelde technologiepenetratie zal in 2020 voor meer veerkracht zorgen.
  • Solvay gaat uit van een Boeing 737MAX-productie van 200 vliegtuigen in 2020, in vergelijking met bijna 600 in 2019. De nettoimpact, op EBITDA na verzachtende maatregelen, zal naar verwachting tussen € 30 mln en € 40 mln bedragen in 2020.
  • De gevolgen te wijten aan het COVID-19 virus zijn onzeker. Solvay verwacht een impact van ongeveer € -25 mln in het eerste kwartaal en zal haar vooruitzichten actualiseren naarmate de situatie duidelijker wordt.
  • De tegenvallende macro-economische omstandigheden zullen naar verwachting in 2020 aanhouden, met een verwachte verbetering van belangrijke markten (auto en elektronica) in het tweede semester. De olie- en gasmarkt zal waarschijnlijk ook dit jaar weer aanzienlijk tegenvallen.

Vrije kasstroomomrekeningsratio van 28%.

Aanhoudende focus op werkkapitaal en gedisciplineerd beheer van het werkkapitaal zal een sterke kasstroomgeneratie ondersteunen in 2020.

De kasuitstroom verbonden aan pensioenlasten zal met meer dan € 40 mln dalen, na vrijwillige bijdragen. De uitstroom verbonden aan financiële kosten zullen ongeveer € 20 mln lager uitvallen, door de verdere vermindering en optimalisatie van de netto financiële schuld.

ROCE stabiel rond 8%.

Efficiëntiemaatregelen

In 2020 versnelt Solvay de afstemming van haar wereldwijde organisatie op haar G.R.O.W. strategie als reactie op de tegenvallende economische omgeving. Dit leidt tot 500 ontslagen terwijl 150 nieuwe posities worden gecreëerd om toekomstige groei te ondersteunen. De sociale procedures worden op 26 februari gelanceerd. De besparingen beginnen in het vierde kwartaal van 2020 en zullen volledig uitgevoerd worden tegen het einde van 2021. Dit plan zal eerdere maatregelen aanvullen en onze doelstelling voor kostenreductie op middellange termijn verhogen tot ten minste € 350 mln. Onze eerste kwartaalcijfers zullen herstructureringskosten omvatten van ongeveer € 70 mln. Het moet opgemerkt worden dat een voorziening van € 48 mln (van het vorige programma) werd teruggedraaid in het vierde kwartaal van 2019.

Gevoeligheid aan valutaschommelingen

Solvay is voornamelijk blootgesteld aan de Amerikaanse dollar, met de belangrijkste gevoeligheden per wijziging van \$/€ 0,10:

  • EBITDA-gevoeligheid van ongeveer € -125 mln op basis van het gemiddelde tarief in 2019 van \$/€ 1,15, met ongeveer 2/3 op omrekening en 1/3 transactioneel (exclusief afdekking).
  • Nettoschuldgevoeligheid van ongeveer € 100 mln op basis van de koers aan het einde van 2018 van \$/€ 1,12.

5 Extra-financiële jaarrekening

103
103
105
107
107
112
114
115
3.1. Task Force on Climate-related Financial Disclosure 115
116
116
118
121
121
Toelichtingen bij Milieu 123
TOELICHTING S2 Broeikasgasemissie 123
TOELICHTING S3 Energie 127
TOELICHTING S4 Luchtkwaliteit 130
TOELICHTING S5 Water en afvalwater 132
TOELICHTING S6 Afval en gevaarlijke stoffen 134
Toelichtingen bij Menselijk kapitaal 137
TOELICHTING S7 Gezondheid en veiligheid van
werknemers
137
TOELICHTING S8 Betrokkenheid en welzijn van
werknemers
142
TOELICHTING S9 Diversiteit en inclusie 145
Toelichtingen bij Maatschappelijk kapitaal 149
TOELICHTING S10 Welzijn van klanten 149
TOELICHTING S11 Maatschappelijke acties 150
Toelichtingen bij Leiderschap en bestuur 154
TOELICHTING S12 Beheer van het juridisch, ethisch en
regelgevend raamwerk
154
TOELICHTING S13 Beheer van het risico op kritieke
incidenten
157

Extra-financiële jaarrekening

Dit hoofdstuk vormt een aanvulling op de informatie in het hoofdstuk Inzicht in Solvay, waarbij de nadruk ligt op onderwerpen met een hoge materialiteit.

1. Overzicht van de geconsolideerde resultaten

1.1. Onderwerpen met prioriteit

Eenheden Trends 2019 2018 2017 2016 2015
Duurzame bedrijfsoplossingen
Beoordeelde productportefeuille % 87 87 88 84 88
Oplossingen % 53 50 49 43 33
Neutraal % 27 30 31 33 39
Uitdagingen % 7 7 8 8 16
Niet beoordeeld % 13 13 12 16 12
Uitstoot van broeikasgassen
Intensiteit van de uitstoot van broeikas
gassen
Kg CO2 eq. per €
EBITDA
5,17 5,51 5,53 5,86 7,26
Directe en indirecte CO2-uitstoot (toepas
singsgebieden 1 en 2)
Mt CO2 10,0 9,8 10 10,9 11,6
Totale uitstoot van andere broeikas
gassen conform met het Kyotoprotocol
Mt CO2 eq. 2,00 2,44 2,31 2,45 2,61
Totale uitstoot van broeikasgassen
conform met het Kyotoprotocol (toepas
singsgebieden 1 en 2)
Mt CO2 eq. 12,0 12,3 12,3 13,4 14,2
Uitstoot van andere broeikasgassen niet
conform met het Kyotoprotocol (toepas
singsgebied 1)
Mt CO2 eq. 0,1 0,1 0,1 0,1 0,1
Koolstofdioxide – CO2 (toepassings
gebied 1)
Mt CO2 eq. 8,58 7,96 7,92 8,43 8,76
Totaal directe uitstoot van broeikasgassen
(toepassingsgebied 1)
Mt CO2 eq. 10,53 10,35 10,2 10,9 11,4
Totaal indirecte uitstoot van CO2 – Bruto,
op de markt gebaseerd (toepassings
gebied 2)
Mt CO2 1,4 1,9 2,1 2,5 2,8
Totaal indirecte uitstoot van CO2 – Bruto,
op locatie gebaseerd (toepassings
gebied 2)
Mt CO2 1,5 2,0 2,1 2,3 3
Gezondheid en veiligheid van de
medewerkers
Fatale ongelukken, waarbij medewerkers
en aannemers betrokken zijn
Aantal 0 0 1 1 0
Medical Treatment Accident Rate voor
medewerkers en aannemers (MTAR) van
Solvay
Ongevallen per
miljoen gewerkte uren
0,44 0,54 0,65 0,77 0,77
Medical Treatment Accident Rate voor
medewerkers (MTAR) van Solvay
Ongevallen per
miljoen gewerkte uren
0,44 0,58 0,63 0,73 0,65
Medical Treatment Accident Rate voor
aannemers (MTAR)
Ongevallen per
miljoen gewerkte uren
0,43 0,48 0,7 0,86 0,94
Lost Time Accident Rate voor
medewerkers en aannemers (LTAR) van
Solvay
Ongevallen per
miljoen gewerkte uren
0,66 0,65 0,65 0,76 0,75
Lost Time Accident Rate voor
medewerkers (LTAR) van Solvay
Ongevallen per
miljoen gewerkte uren
0,73 0,71 0,7 0,69 0,67
Lost Time Accident Rate voor aannemers
(LTAR)
Ongevallen per
miljoen gewerkte uren
0,51 0,52 0,52 0,9 0,85
Letsel Aantal 34 42 50 68 66
Betrokkenheid en welzijn van de
medewerkers
Engagement-index van Solvay % 76 75 77 75
Aantal medewerkers onder een collec
tieve arbeidsovereenkomst
% 100 100 100 87,8 77
Maatschappelijke projecten
Schenkingen, sponsoring en eigen
projecten Solvay-groep
€ miljoen 3,61 3,92 3,92 7,38 5,25
Medewerkers die zich plaatselijk
maatschappelijk inzetten
% 47 33 33 23 20

1.2. Onderwerpen met hoge materialiteit

Eenheden Trends 2019 2018 2017 2016 2015
Energie
Primair energieverbruik Petajoule lage
verbrandingswaarde
(PJ)
123 127 130 138 175
Ingekochte secundaire energie Petajoule lage
verbrandingswaarde
(PJ)
38 45 49 53 63
Totaal verkochte energie Petajoule lage
verbrandingswaarde
(PJ)
32 23 22 23 26
Brandstofverbruik uit niet-hernieuwbare
grondstoffen
Petajoule lage
verbrandingswaarde
(PJ)
113 101 100 104 107
Brandstofverbruik uit hernieuwbare
grondstoffen
Petajoule lage
verbrandingswaarde
(PJ)
5 4 3 4 5
Energie-efficiëntie-index – baseline 100%
in 2012
% 92 93 94 94 96
Luchtkwaliteit
Uitstoot van stikstofoxiden
Intensiteit van stikstofoxiden
ton
Kg per € EBITDA
6.197
0,0027
7.365
0,0035
9.432
0,0043
11.115
0,0059
12.148
0,0062
Uitstoot van zwaveloxiden ton 2.888 3.746 4.562 5.343 6.490
Intensiteit van zwaveloxiden Kg per € EBITDA 0,0012 0,0017 0,0021 0,0028 0,0033
Uitstoot van vluchtige organische stoffen
met uitzondering van methaan
ton 4.109 5.344 5.173 4.941 6.780
Intensiteit van vluchtige organische
stoffen met uitzondering van methaan
Kg per € EBITDA 0,0018 0,0019 0,0019 0,0026 0,0035
Water en afvalwater miljoen m3
Zoetwateronttrekking
Intensiteit zoetwateronttrekking
m3 per € EBITDA 330
0,142
330
0,148
326
0,147
494
0,260
538
0,275
Uitstoot chemisch zuurstofverbruik 1000 ton O2 5.344 6.248 5.670
Intensiteit chemisch zuurstofverbruik Kg per € EBITDA 0,0023 0,0027 0,0024
Afval en gevaarlijke stoffen
Ongevaarlijk industrieel afval 1000 ton 1.596 1.602 1.639 1.463 1.447
Gevaarlijk industrieel afval 1000 ton 86,6 93,1 100,7 189 200
Totaal industrieel afval 1000 ton 1.682 1.696 1.740 1.652 1.647
Industrieel afval dat niet op duurzame
wijze wordt verwerkt
1000 ton 27,2 29,0 40,4 49,0 45,8
Industrieel afval dat niet op duurzame
wijze wordt verwerkt intensiteit
Kg per € EBITDA 0,0117 0,0137 0,0185 0,0258 0,0234
Zeer zorgwekkende stoffen (ZZS) volgens
REACH-criteria aanwezig in op de markt
gebrachte producten
Aantal 29 31 35 20 20
Voltooiingspercentage analyse van
veiligere alternatieven voor op de markt
gebrachte stoffen
% 54 39 49 18 5
Diversiteit en inclusie
Totaal aantal medewerkers Aantal medewerkers 24.155 24.501 24.459 27.030 26.350
Percentage vrouwen in de Groep % 23 23 23 23 22
Hoger kader Aantal medewerkers 369 401 396 428 428
Middenkader Aantal medewerkers 2.895 2.915 2.898 3.026 2.819
Lager kader Aantal medewerkers 5.246 5.213 5.090 5.348 4.491
Geen leidinggevende functie Aantal medewerkers 15.645 15.972 16.075 18.228 18.612
Medewerkers van Solvay jonger dan 30
jaar
Aantal medewerkers 2.649 2.800 2.765 3.242
Medewerkers van Solvay tussen 30 en 49
jaar
Aantal medewerkers 13.422 13.605 13.578 15.107
Medewerkers van Solvay van 50 jaar en
ouder
Aantal medewerkers 8.084 8.096 8.116 8.681
Klanttevredenheid
Net Promoter Score (NPS) van Solvay % 33 42 36 27 24
Beheer van het juridisch, ethisch en
regelgevend raamwerk
Totaal aantal klachten Aantal 140 88 83 65
Totaal aantal afgeronde klachten inclusief
zaken waarbij er onvoldoende informatie
was of die foutief verzonden of doorver
wezen waren
Aantal 127 81 71 62
Aantal ongegronde klachten onder de
afgeronde zaken
Aantal 63 37 38 28
Aantal gegronde klachten onder de
afgeronde zaken
Aantal 46 34 19 29
Ongevallen- en veiligheidsmanagement
Niveau procesveiligheidsincidenten % 0,9 1,0 0,9 0,7 0,6
Incidenten met een middelmatige ernst
graad met gevolgen voor het milieu
Aantal 20 47 59 40 46
Incidenten met een middelmatige ernst
graad met gevolgen voor het milieu,
waarbij de limieten van de exploitatiever
gunning zijn overschreden
Aantal 9 12 27 26 26
Middelzware incidenten met gevolgen
voor het milieu zonder overschrijding van
de exploitatievergunning
Aantal 11 35

2. Duurzaamheidsbeheer

Programma ONE Planet van Solvay

Het werk dat in 2019 werd verricht in het kader van het nieuwe doel van Solvay heeft ons ertoe gebracht om op een andere manier naar duurzaamheid te kijken. We focussen ons nu op wat Solvay in de wereld verandert (onze impact) in plaats van ons te richten op de transformatie van Solvay (interne tools en processen).

We hebben drie belangrijke impacts – positieve en/of negatieve – geïdentificeerd via onze productportefeuille of onze activiteiten:

  • Klimaat: broeikasgasemissies in de hele waardeketen, energie, maar ook andere mogelijke effecten op de biodiversiteit
  • Hulpbronnen: overstap van lineaire bedrijfsmodellen naar principes van de circulaire economie: grondstoffen, afval, effluenten, emissies in de hele waardeketen
  • Beter leven: verbetering van de levenskwaliteit in onze fabrieken en met onze producten

Ons programma One Planet vereist dat we de positieve impact die we via onze producten kunnen hebben, beter kwantificeren, d.w.z. vermeden broeikasgasemissies, afstemming op de principes van de circulaire economie. One Planet vereist ook dat we de daad bij het woord voegen en de impact van onze activiteiten aanpakken rekening houdend met de behoeften van de planeet en de verwachtingen van de samenleving.

Voorts willen we onze werknemers aan boord krijgen zodat ze op alle mogelijke niveaus een impact kunnen hebben op het klimaat, de hulpbronnen en de levenskwaliteit. Ook willen we een open bedrijf zijn dat als referentie wordt gezien, met een gastvrije en zorgzame organisatie.

Geïntegreerd denken, of hoe Solvay wij waarde bepalen

De Groep heeft haar aanpak op het gebied van geïntegreerd denken geleidelijk aan ontwikkeld. Deze aanpak bestaat uit vele stappen:

  • Integratie van de meest materiële maatschappelijke en ecologische KPI's (kritieke prestatie-indicatoren) in operationele dashboards en in strategische plannings-, budgetterings- en besluitvormingsprocessen;
  • Integratie van de meest materiële financiële, maatschappelijke en ecologische KPI's in het model voor duurzame waardecreatie van Solvay;
  • Aanpassing van onze verslaggeving aan geïntegreerde verslaggevingsprincipes en inhoudelijke elementen.

2.1. Solvay Way

Solvay Way is de duurzaamheidsaanpak van Solvay. Om in het hele bedrijf verbetering te stimuleren, voert elke vestiging en elke GBU jaarlijks een zelfevaluatie uit met een raamwerk voor continue vooruitgang als leidraad. De bevindingen van de zelfevaluatie – de geleerde lessen, best practices, sterke punten en verbeteringskansen – helpen de entiteiten bij het meten van hun vooruitgang op het gebied van duurzame ontwikkeling voor elke stakeholdersgroep en bij het opstellen van verbeteringsplannen.

Definitie

Solvay Way is ons referentiekader voor duurzame ontwikkeling. Het vertaalt de ambities en engagementen van de Groep op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen in concrete acties en duidelijke verantwoordelijkheden in de hele organisatie. Via Solvay Way worden de verwachtingen van de stakeholders geïntegreerd in de dagelijkse activiteiten en besluitvormingsprocessen op elk niveau van de organisatie.

Op basis van de materialiteitsanalyse heeft het Solvay Way-team 37 praktijken ontwikkeld die de belangen van de zes stakeholders van de Groep (klanten, leveranciers, werknemers, lokale gemeenschappen, de planeet en investeerders) behartigen.

Solvay Way: tien praktijken die verband houden met de vijf prioritaire doelstellingen van Solvay voor 2025

Managementbenadering

Solvay Way wordt in de hele Groep toegepast door de leidinggevenden van al haar GBU's en functies en wordt ondersteund door een netwerk van meer dan 200 'Champions' en 'Correspondents'. De Solvay Way Champions zorgen voor een goed management op bedrijfsniveau en worden lokaal, d.w.z. in de vestigingen, ondersteund door een team van Solvay Way Correspondents. Samen spelen ze een belangrijke rol in de toepassing van de Solvay Waypraktijken en de uitwisseling van best practices en ervaringen. De voorzitters van de GBU's zijn verantwoordelijk voor een efficiënt beheer van Solvay Way in al hun bedrijfsonderdelen.

Dit netwerk wordt ondersteund door de functie Sustainable Development and Energy (SDE) van Solvay, die het delen van ervaringen en geleerde lessen tussen de entiteiten bevordert. De functie SDE is ook verantwoordelijk voor het doorvoeren van verbeteringen door de implementatie van de bevindingen en conclusies die via een dialoog met de belanghebbenden zijn bereikt. De belangrijkste evaluatieresultaten worden elk jaar voorgesteld aan het Uitvoerend Comité en de Raad van Bestuur.

Indicatoren en doelstellingen

In 2019 nam 34% van de werknemers van Solvay deel aan projecten die verband hielden met gezondheid, veiligheid en milieu (GVM), maatschappelijke acties en actieplannen van Solvay Way. Deze sterke betrokkenheid toont aan dat werknemers zich scharen achter de ambities van Solvay op het gebied van duurzame ontwikkeling.

34% van de werknemers is betrokken

In 2019 voerden alle GBU's en Functies zelfevaluaties uit met betrekking tot 127 industriële vestigingen en 9 O&I-vestigingen. De resultaten van deze zelfevaluaties zijn weergegeven in het onderstaande spindiagram van Solvay Way.

Het proces en de resultaten van Solvay Way worden door Internal Audit geëvalueerd op basis van een risicogestuurde benadering in overeenstemming met de strategie, duurzaamheidsmaterialiteit en prioriteiten van de Groep.

Voor de vestigingen die in het auditplan voor 2019 zijn opgenomen, zijn verplichte praktijken bij de zelfevaluatie in het kader van Solvay Way – deze praktijken houden verband met de vijf duurzaamheidsdoelstellingen van de Groep (veiligheid, broeikasgasemissies, betrokkenheid van mensen, duurzame bedrijfsoplossingen en maatschappelijke acties) – geëvalueerd en zijn bijkomende praktijken die door de GBU's waren geselecteerd steekproefsgewijs geëvalueerd.

25% verbeteringen in MVO-praktijken

Resultaten van interne audits

In het kader van interne audits werd Solvay Way in 2019 in 121 vestigingen geëvalueerd, waarbij de zelfevaluatie van Solvay Way in 94% van de gevallen accuraat was.

  • 94% van de zelfevaluaties van praktijken was correct (versus 84% in 2018),
  • 6% van de zelfevaluaties van praktijken was niet accuraat (versus 11% in 2018),

Actieplan voor 2020

We hebben vastgesteld dat 6% van de zelfevaluaties niet accuraat was. De correcte evaluaties zijn in aanmerking genomen. De onnauwkeurigheden zullen samen met de vestigingen worden geëvalueerd om ervoor te zorgen dat tegen 2020 de nodige vooruitgang wordt geboekt en de evaluaties correct zijn.

Solvay Way Groepsprofiel 2019

Solvay Way geeft elke entiteit van de Groep de tools die ze nodig heeft om haar MVO-praktijken te evalueren en te verbeteren aan de hand van een scoresysteem met vier prestatieniveaus. Elke entiteit moet haar niveau beoordelen op een schaal van 0 tot 4, op basis van haar implementatie van Solvay Way-praktijken. Individuele praktijken kunnen van toepassing zijn op het niveau van een vestiging (Onderzoek en Innovatie, Industriële Campus en Hoofdkantoor), op het niveau van een GBU of op het niveau van de Groep (Corporate Function), afhankelijk van het onderwerp. Sommige praktijken zijn op alle niveaus van toepassing.

Tien verplichte praktijken houden rechtstreeks verband met de vijf duurzaamheidsdoelstellingen van de Groep en zijn van toepassing op alle entiteiten van de Groep. Elke GBU kan aanvullende praktijken selecteren die verband houden met zijn materialiteitsanalyses en prioriteiten. Geselecteerde praktijken worden door de leiding van de GBU's gevalideerd en door het Corporate Sustainability and Energy Team beoordeeld. Gemiddeld hebben de GBU's 16 praktijken onderworpen aan een zelfevaluatie.

Belangrijkste verwezenlijkingen in 2019

Inaugurele Solvay Way-onderscheidingen

Dit was het eerste jaar dat Solvay de uitstekende prestaties van teams op het gebied van duurzame ontwikkeling eerde met de 'Solvay Way Awards' (Solvay Way-onderscheidingen). In 2019 huldigde de Groep zes winnaars voor hun engagement op het gebied van duurzaamheid, hun geweldige prestaties en hun concrete verwezenlijkingen.

Vestiging in Livorno, Italië, gehuldigd voor efficiënt hulpbronnenbeheer

De vestiging heeft haar verbruik van zoet water met 8% verminderd door haar processen voor waterzuivering en -terugwinning te verbeteren. Daarnaast heeft ze het stoomverbruik van de fabriek met 7% verminderd door het warmtewisselaarsysteem te reorganiseren en heeft ze haar afvalverwerking verbeterd.

Vadodara Research Center in India bereikt een werknemersbetrokkenheid van 92%

Het Vadodara Research Center loopt voorop wat maatschappelijke verantwoordelijkheid en veiligheidsbewustzijn betreft. Met de succesvolle implementatie van het 'Behaviors Based Safety'-programma (gedragsgebaseerde veiligheid) realiseerde R&I een verbetering in de manier waarop werknemers omgaan met hun eigen veiligheid en die van hun collega's. Alle werknemers, aannemers en bezoekers worden via een bewustmakings- en promotieprogramma opgeleid, in staat gesteld en aangemoedigd om ten minste één observatie per maand te doen: dit betekent dat iedereen bijdraagt aan een voortdurende inspanning om een einde te maken aan onveilig gedrag en om veiliger gedrag te bevorderen!

De GBU Specialty Polymers is een verbintenis van 15 jaar voor meer hernieuwbare energie aangegaan

De GBU Specialty Polymers lanceerde in 2018 verschillende projecten ter bevordering van duurzame mobiliteit die beantwoorden aan de onvervulde behoeften van de samenleving. De GBU werkt aan het verbeteren van het duurzaamheidsprofiel van zijn producten, het bieden van veiligere, duurzame oplossingen en het verbeteren van de prestaties. Daarnaast is de GBU een verbintenis van 15 jaar aangegaan met een zonnepark in de VS voor de levering van producten die met behulp van hernieuwbare energie zijn vervaardigd.

Leverancierspartnerschap van de GBU Coatis

Cavalinho is een Braziliaans wegtransportbedrijf en een kernleverancier van Coatis voor het transport van zijn grondstoffen en eindproducten. Met behulp van het REDD-mechanisme (REDD staat voor 'Reducing Emissions from Deforestation and forest Degradation') heeft Cavalinho 16 500 hectare bos in het Amazonegebied verworven met het oog op het behoud en de herbeplanting ervan. Deze groene zones vangen alle CO2 op die door het bedrijf Cavalinho wordt uitgestoten, zodat zijn CO2-emissie de komende 20 jaar kan worden gecompenseerd. Dankzij zijn partnerschap met Cavalinho heeft Solvay in 2019 17 000 ton CO2 uit transport gecompenseerd.

Programma 'Education in action' (Onderwijs in actie) in Paulinia

In het kader van zijn maatschappelijk engagement ten aanzien van de lokale gemeenschap heeft de vestiging in Paulinia, Brazilië, zich gefocust op het verbeteren van de inzetbaarheid van, het onderwijs voor en de solidariteit met jongeren, met een impact op meer dan 3 000 mensen in lokale gemeenschappen. De vestiging heeft het programma 'EducAção: Education in action' (Onderwijs in actie) geïmplementeerd en heeft een ngo ondersteund die in 2003 door de werknemers werd opgericht.

Lokale bewustmaking van het belang van biodiversiteit

In 2019 werd een nieuwe praktijk in verband met biodiversiteit toegevoegd aan de Solvay Way. De nieuwe praktijk is gericht op de productieprocessen van Solvay als onderdeel van zijn waardeketen. Het doel is ervoor te zorgen dat vestigingen nagaan welke impact ze hebben op de lokale biodiversiteit en dat ze die impact goed beheren. De eerste stap bestaat erin vast te stellen of er in de buurt van de vestiging een of meer beschermde gebieden met een hoge biodiversiteitswaarde zijn. Als dat het geval is, moet alle mogelijke druk op dat (die) gebieden(en) nauwlettend worden gemonitord.

4 25
GBU's vestigingen

2.2. Circulaire economie

Definitie

De circulaire economie verwijst naar een economisch model dat tot doel heeft goederen en diensten op een duurzame manier te produceren, waarbij het verbruik en de verspilling van hulpbronnen (grondstoffen, water, energie) alsook de productie van afval worden beperkt. Het doel is om te breken met het lineaire-economiemodel (ontginnen, produceren, consumeren, weggooien) en het te vervangen door een circulair economisch model. Het lineaire economische model dat momenteel in onze samenlevingen bestaat, heeft zijn grenzen bereikt omdat het sterk bijdraagt aan de klimaatverandering en de vernietiging van ons milieu. Onmiddellijke actie en inspanningen zijn nodig om de planeet en haar beperkte hulpbronnen te beschermen. De industrie heeft hier een grote rol te spelen. Een manier om dat te doen, is door de principes van de circulaire economie op wereldschaal te integreren in de industriële activiteiten.

Om het verbruik en de verspilling van hulpbronnen alsook de productie van afval te beperken, moeten we het gebruik van hulpbronnen optimaliseren door te innoveren. Recycling, hergebruik, vermindering, vernieuwing, terugwinning: het zijn allemaal manieren om een circulaire economie tot stand te brengen en voorgoed van afval af te komen. Circulaire kringlopen kunnen hulpbronnen zo lang mogelijk in circulatie houden – in het ideale geval voor altijd, zodat geen ontginning meer nodig is.

Volgens de Energy Transitions Commission zou een meer circulaire economie de CO2-uitstoot van de kunststof-, staal-, aluminium- en cementindustrie tegen 2050 wereldwijd met 40% en in ontwikkelde economieën zoals Europa met 56% kunnen verminderen.

Ondersteund door de overgang naar hernieuwbare energiebronnen genereert de circulaire economie economisch, natuurlijk en maatschappelijk kapitaal. Ze is gebaseerd op drie principes die Solvay zal volgen:

    1. Afval en vervuiling beperken door nieuwe ontwerpen;
    1. Producten en materialen hergebruiken;
    1. Natuurlijke systemen herstellen.

Managementbenadering

De verantwoordelijkheid voor de circulaire economie is toegewezen aan het Head of Circular Economy in de functie Sustainable Development and Energy (SDE).

De opdracht van het Head of Circular Economy bestaat erin de overgang van Solvays activiteit en zijn systematische aanpak te begeleiden en te leiden door circulaire kringlopen te creëren, niet alleen met klanten maar ook met de belangrijkste merkeigenaren in de sectoren waar Solvay actief is. Door een nauwgezette analyse van de interne en externe mogelijkheden om producten in elke fase van hun levenscyclus beter te benutten (en door te proberen ze een nieuw leven te geven door middel van recycling of hergebruik), zetten het Head of Circular Economy en de functie SDE Solvay en andere partners voortdurend aan tot nieuwe projecten om de hoeveelheid afval te verminderen en zo de milieu-impact van de industrie te verkleinen en bij te dragen tot een wereldwijde circulaire economie.

Chemie, als wetenschap en als industrie, is een enorm relevante en krachtige factor die de transformatie en het hergebruik van materialen mogelijk maakt. Dankzij de grote en gediversifieerde technologieportfolio van de Groep, van fijnchemicaliën tot geavanceerde materialen, kunnen we fungeren als 'enabler' en meebouwen aan nieuwe oplossingen voor het sluiten van kringlopen.

Oplossingen voor een hulpbronnenefficiënte circulaire economie

De transformatie van Solvay tot een motor van de circulaire economie is ingebed in de G.R.O.W.-strategie van de Groep.

Solvay onderneemt stappen en werkt samen met klanten, leveranciers en partners om mogelijkheden te identificeren waar de Groep haar capaciteiten kan benutten, meer bepaald door het volgende te doen:

    1. Producten en processen herontwerpen door het gebruik van kritieke hulpbronnen te beperken, resulterend in recyclebare producten;
    1. Nieuwe marktwaardeproposities ontwikkelen om de circulariteit van onze klanten te verbeteren;
    1. De levensduur van de producten van onze klanten helpen te verlengen;
    1. Onze klanten helpen om schaarse hulpbronnen te hergebruiken;
    1. Duurzame energieoplossingen ontwikkelen voor onze klanten.

Partnerschap met de Ellen MacArthur Foundation

In januari 2018 tekenden Solvay en de Ellen MacArthur Foundation (EMF) een driejarige Global Partner-overeenkomst die de Groep de mogelijkheid biedt om de overgang naar een circulaire economie in de chemiesector te versnellen.

Deze stichting werd in 2010 gelanceerd met als doel bedrijven te helpen bij het realiseren van een circulaire aanpak in hun bedrijfsmodel. Net als de Ellen MacArthur Foundation zijn wij ervan overtuigd dat innovatie de hoeksteen is van elke overgang naar de circulaire economie. Solvay is gekozen als het enige chemische bedrijf en zal samenwerken met tien andere Global Partners (BlackRock, Danone, Google, H&M, Intesa Sanpaolo, DS Smith, Philips, Renault, SC Johnson en Unilever) om te innoveren in de richting van duurzamere en meer circulaire producten.

Solvay ontwikkelt projecten samen met andere belangrijke actoren en maakt een essentiële overgang mogelijk naar betere manieren om onze producten te produceren, te gebruiken, te recyclen en te hergebruiken in de industrie en daarbuiten. We zijn vastbesloten om een duurzame toekomst op te bouwen en we geloven dat de samenwerking met de Ellen MacArthur Foundation ons helpt om onze overgang naar een efficiënter gebruik van hulpbronnen te versnellen.

Onze engagementen

Als strategische partner van de Ellen MacArthur Foundation zijn we bezig met het opnieuw bekijken en ontwikkelen van circulaire zaken met klanten en merkeigenaren met het oog op het behoud van de hulpbronnen van onze planeet. We kunnen op drie prioritaire gebieden bijdragen aan de circulariteit:

  • Introductie van nieuwe functionaliteiten: afval uit Solvays strategische markten omzetten in grondstoffen met toegevoegde waarde;
  • Verbeterde technologie: waarde creëren door de kwaliteit van gerecycleerde materialen te verhogen door middel van verbeterde processen;
  • Milieuvriendelijk ontwerp: ontwikkelen van nieuwe circulaire producten.

Solvay is betrokken bij brancheoverkoepelende organisaties:

  • WEF-platform voor de ontwikkeling van technologieën met een lage CO2-uitstoot (recycling van gemengde kunststoffen, gebruik van biomassa voor een lage CO2 -uitstoot, en nieuwe processen en chemische toepassingen waarbij CO2 als grondstof wordt gebruikt);
  • WBCSD Factor 10;
  • Circular Plastic Alliance CEFIC.

Belangrijkste verwezenlijkingen in 2019

In 2019 heeft Solvay circulaire en biogebaseerde innovatie ingebed in zijn aankoopproces, nieuwe businessdevelopmentprojecten en zijn portefeuille.

De productie van biovanilline is daar een voorbeeld van. Solvay RHOVANIL Natural CW wordt geproduceerd op basis van een natuurlijke grondstof – ferulazuur dat door middel van een fermentatieproces wordt verkregen uit niet genetisch gemodificeerde rijstvliesolie – en is de enige industrieel geproduceerde vanilline.

Een nieuwe oplossing om de winning en verspilling van metalen te beperken

Naarmate de vraag naar lithiumionbatterijen voor elektrische voertuigen toeneemt, groeit ook de behoefte aan een consistente bron van kritieke metalen zoals kobalt. Solvay helpt de recycling van metalen uit batterijen voor elektrische voertuigen te versnellen en een duurzame, gesloten waardeketen te ontwikkelen die mogelijk wordt gemaakt door nieuwe recyclingprocessen.

Gebruikmakend van zijn capaciteiten en partnerschappen speelt Solvay een actieve rol in de verbetering van de productiviteit en efficiëntie in de hele waardeketen van batterijmetalen door verwerkers in staat te stellen Li, Co en Ni efficiënter dan ooit te winnen en door technologieën te leveren om die metalen te zuiveren en om te zetten in basisstoffen voor de kathodeproductie van zeer zuivere batterijgrondstoffen.

2.6. Sustainable Portfolio Management

Duurzame waardecreatie wordt gemeten met behulp van Solvays Sustainable Portfolio Management-tool (SPM-tool). Deze tool stelt Solvay in staat om strategische beslissingen te nemen die zijn portefeuille sturen, de realisatie van zijn duurzaamheidsdoelstellingen te ondersteunen en duurzaamheid mee te nemen in operationele beslissingen.

* Toepassingsgebied: in lijn met financiële verslaggeving.

Definitie

Solvays Sustainable Portfolio Management (SPM) is gericht op duurzame bedrijfsoplossingen. De SPM-methode is bedoeld om Solvays bedrijfsprestaties te stimuleren en een hogere groei te realiseren door besluitvormers te laten weten hoe de producten van Solvay bijdragen aan de duurzaamheid, rekening houdend met twee factoren:

    1. de ecologische voetafdruk in verband met hun productie, en de bijbehorende risico's en kansen,
    1. hoe hun toepassingen voordelen of uitdagingen creëren vanuit een marktperspectief, op basis van een kwalitatieve beoordeling.

Met SPM kunnen besluitvormers risico's en kansen op het gebied van duurzaamheid in de gehele waardeketen (van wieg tot graf) detecteren, actieplannen ontwikkelen en innovatieve oplossingen leveren die economische, sociale en milieuwaarden in evenwicht brengen. SPM-beoordelingen worden jaarlijks uitgevoerd om de recentste signalen vanuit de markt op te vangen in een dynamisch perspectief dat betrekking heeft op meer dan 80% van de opbrengsten van de Groep.

Managementbenadering

Sinds de implementatie van de SPM-tool in 2009 hebben GBU's en functies van Solvay deze tool op grote schaal gebruikt om duurzaamheid te integreren in hun belangrijkste processen:

  • Het SPM-profiel is een integraal onderdeel van de strategische besprekingen tussen de GBU's en het Uitvoerend Comité;
  • Solvay gebruikt de SPM-tool om fusie- en overnameprojecten te evalueren teneinde na te gaan of de investering haalbaar is in het licht van de duurzaamheidsdoelstellingen;
  • Investeringsbeslissingen (investeringsuitgaven van meer dan € 10 miljoen en overnames) die het Uitvoerend Comité of de Raad van Bestuur neemt, bevatten een duurzaamheidsaspect dat een volledige SPM-analyse van de beoogde investering omvat;
  • Alle onderzoeks- en innovatieprojecten worden geëvalueerd met behulp van de SPM-tool;
  • Op het gebied van marketing en verkoop stelt de SPM-tool Solvay in staat om klanten te betrekken bij op feiten gebaseerde duurzaamheidsthema's – zoals klimaatactie, hernieuwbare energie, recycling en luchtkwaliteit – met als doel zich te onderscheiden en waarde te creëren voor ons bedrijf en onze klanten.

Portfolio Sustainability Assessment op de World Business Council for Sustainable Development

Benchmarking en de uitwisseling van best practices onder collega's en klanten maken de SPM-methode robuuster en leiden tot een betere besluitvorming. Solvay levert een belangrijke bijdrage aan het Portfolio Sustainability Assessment-initiatief van de World Business Council for Sustainable Development. Dit initiatief stelt een hoge norm en verschaft de industrie een gemeenschappelijk kader voor de uitvoering ervan, waarbij een specifieke methode voor de chemische industrie wordt gehanteerd.

3. Grondslagen van verslaggeving

Belangrijkste verslaggevingskaders die bij de opstelling van dit Geïntegreerd Verslag zijn gebruikt:

  • Global Reporting Initiative (GRI):de GRI-standaarden zijn het belangrijkste referentiekader voor de duurzaamheidsverslaggeving van Solvay;
  • Global Compact van de Verenigde Naties: de verstrekte informatie dient als een voortgangsverslag over de uitvoering van de tien beginselen van het Global Compact van de Verenigde Naties;
  • International Integrated Reporting Council (IIRC): Solvay houdt zich aan de principes en inhoudelijke elementen van geïntegreerde verslaggeving, zoals beschreven in het door de IIRC gepubliceerde 'InternationalFramework";
  • 2014/95/EU: Solvay maakt gebruik van de GRI-standaarden om te voldoen aan Richtlijn 2014/95/EU van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2014 tot wijziging van Richtlijn 2013/34/EU met betrekking tot de bekendmaking van niet-financiële informatie en informatie inzake diversiteit. De Richtlijn werd in september 2017 in Belgisch recht omgezet;
  • Sustainability Accounting Standards Board (SASB): Solvay stemt zijn materialiteitsanalyse af op de SASB-aanpak ter voorbereiding van de Materiality Map™ van de SASB. Voor meer informatie verwijzen we naar het deel Materialiteitsanalyse in dit hoofdstuk.
  • World Business Council for Sustainable Development (WBCSD): Het verslag van Solvay sluit aan bij de richtlijnen in het ESG Disclosure Handbook van de WBCSD wat betreft de keuze van het proces en de inhoud.

Task Force on Climate-related Financial Disclosure 3.1.

De Task Force on Climate-related Financial Disclosures (TCFD) van de Raad voor financiële stabiliteit heeft vrijwillige, consistente bekendmakingen van informatie over klimaatgerelateerde financiële risico's ontwikkeld voor gebruik door ondernemingen bij het verstrekken van informatie aan investeerders, kredietverstrekkers, verzekeraars en andere stakeholders.

De taskforce heeft zijn aanbevelingen gestructureerd rond vier thema's die de belangrijkste aspecten van de werking van organisaties vertegenwoordigen: bestuur, strategie, risicobeheer, en maatstaven en doelstellingen.

Dit deel behandelt de informatieverschaffing, met links naar de relevante delen van het Geïntegreerd Jaarverslag, en geeft een zelfevaluatie van de mate waarin Solvay voldoet aan de aanbevelingen van de TCFD.

Bestuur

  • In het Handvest inzake Deugdelijk Bestuur wordt beschreven hoe de Raad van Bestuur duurzaamheidsgerelateerde aspecten beheert. Het Handvest is beschikbaar op de website van Solvay. Het Bestuur besteedt ten minste één vergadering per jaar aan een update over trends op het gebied van wereldwijde duurzame-ontwikkelingsaspecten, met inbegrip van de risico's en kansen die de klimaatverandering inhoudt;
  • Op het niveau van het Uitvoerend Comité is een Climate Risks Officer (verantwoordelijke voor klimaatrisico's) aangesteld. Hij moet ervoor zorgen dat er in de strategie en activiteiten van de Groep voldoende rekening wordt gehouden met klimaatgerelateerde aspecten.

Strategie

  • In de beschrijving van megatrends worden langetermijnveronderstellingen gepresenteerd. Zie met name de beschrijving van de megatrend 'Hulpbronnenbeperkingen en vraag naar duurzaamheid'. De veronderstellingen voor de middellange termijn (in de komende vijf jaar) worden toegelicht in de beschrijving van de belangrijkste markten van Solvay. De kortetermijnveronderstellingen (één jaar) zijn opgenomen in de vooruitzichten van de Groep;
  • Klimaatgerelateerde risico's en kansen werden in 2019 volledig herbeoordeeld en worden beschreven in het hoofdstuk 'Risicobeheer'. Er zijn vier belangrijke risicocategorieën geanalyseerd:
    • Productgerelateerde overgangsrisico's (met behulp van de SPM-methode)
    • Scenarioanalyse met als referentie het 'Sustainable Development'-scenario van het Internationaal Energieagentschap
    • Acute fysieke risico's die verband houden met droogtes, orkanen en aardbevingen,
    • Chronische fysieke risico's die verband houden met waterschaarste.
  • In 2019 werd een scenarioanalyse gemaakt met als referentie het 'Sustainable Development'-scenario van het Internationaal Energieagentschap. De impact op de energie- en CO2-kosten (inclusief de impact op de grondstofkosten) en de impact op de belangrijkste markten zijn beoordeeld. Vier leden van het Uitvoerend Comité waren rechtstreeks betrokken bij de oefening. Volgens deze oefening weegt de orde van grootte van gunstige effecten op de markten op tegen de negatieve impact op de energie- en CO2-kosten.
  • In de presentatie van de belangrijkste risico's van de Groep wordt geen onderscheid gemaakt tussen korte-, middellange- en langetermijnhorizons. De kwantificering van de effecten wordt niet bekendgemaakt.

Risicobeheer

  • Het risicobeheerproces, de belangrijkste risico's en de methode om deze te rangschikken, worden beschreven in het hoofdstuk 'Risicobeheer';
  • De analyse van duurzaamheidsgerelateerde risico's en kansen gebeurt volgens de SPM-methode, voor elk product in elke toepassing of markt, met inbegrip van het overgangsrisico van de klimaatverandering;
  • De broeikasgasemissies zijn aangemerkt als een prioritair aspect in de materialiteitsanalyse van de Groep. De 'klimaattransitierisico's' zijn aangemerkt als onderdeel van de belangrijkste risico's van de Groep. Links tussen de belangrijkste risico's en hogematerialiteitskwesties maken deel uit van de materialiteitsanalyse. 'Klimaatgerelateerde fysieke risico's' zijn tot nu toe gerangschikt als 'onderwerpen met gemiddelde materialiteit';
  • De SPM-tool is een vereiste in de belangrijkste processen van de Groep en met name bij de beoordeling van investeringsprojecten, onderzoeks- en innovatieprojecten en overname- en desinvesteringsprojecten.

Maatstaven en doelstellingen

  • De strategische doelstellingen die worden gebruikt om duurzame waardecreatie te stimuleren, worden beschreven in de Solvayscorecard;
  • De broeikasgasemissies, het energieverbruik en de SPMmaatstaven en -doelstellingen worden vermeld in het hoofdstuk 'Niet-financiële overzichten'. Solvay heeft zich ertoe verbonden de broeikasgasemissies onder de toepassingsgebieden 1 en 2 tegen 2025 met 1 miljoen ton te verminderen ten opzichte van 2017 door zijn energie-efficiëntie en energiemix te verbeteren en door te investeren in schone technologieën. Deze doelstelling wordt gebruikt als criterium in een 'positive incentive loan' (lening waarvan de rentevoet gekoppeld is aan het bereiken van bepaalde doelstellingen, zoals CO2-reductie of energie-efficiëntie) die bij een consortium van banken is afgesloten;
  • De broeikasgasemissies onder de toepassingsgebieden 1, 2 en 3 worden volledig gerapporteerd en geauditeerd. De reikwijdte van de emissierapportage is in lijn met de financiële verslaggeving.

Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties 3.2.

In 2015 hebben de Verenigde Naties een aantal doelstellingen vastgesteld om een einde te maken aan armoede, de planeet te beschermen en welvaart voor iedereen te garanderen. Elk van deze 17 duurzame-ontwikkelingsdoelstellingen omvat specifieke doelstellingen die tegen 2030 moeten worden bereikt. Het bereiken van de duurzame-ontwikkelingsdoelstellingen vereist inspanningen van overheden, de particuliere sector, het maatschappelijk middenveld, gemeenschappen en individuen.

Negen vooraanstaande chemische bedrijven, waaronder Solvay, en twee brancheorganisaties hebben een speciale werkgroep opgericht, bijeengeroepen door de World Business Council for Sustainable Development (WBCSD). De groep heeft een leidende rol op zich genomen bij het aansturen en verfijnen van het driestappenkader dat is beschreven in de SDG Sector Roadmap Guidelines van de WBCSD.

In het kader hiervan heeft Solvay negen duurzame-ontwikkelingsdoelstellingen geïdentificeerd waarop de Groep een materiële positieve of negatieve impact kan hebben. Vervolgens heeft de Groep deze negen duurzame-ontwikkelingsdoelstellingen geïntegreerd in haar materialiteitsanalyse als de officiële agenda van de stakeholdergroep 'Planet' (overheden en ngo's).

Deze voorlopige lijst werd in 2019 herzien in het kader van de werkzaamheden om het doel van de Groep te definiëren, met toenemende aandacht voor de impact van producten en activiteiten. De belangrijkste impacts van Solvay kunnen worden ingedeeld in drie categorieën: klimaat, hulpbronnen en levenskwaliteit. De duurzameontwikkelingsdoelstellingen waarop Solvay de grootste positieve of negatieve impact kan hebben door zijn activiteiten en de producten die het verkoopt, zijn:

Klimaat, via het energieverbruik en de broeikasgasemissies van de Groep, maar ook via producten die een impact hebben op het energieverbruik of de broeikasgasemissies van klanten.

Hulpbronnen, via het grondstoffenverbruik, het waterverbruik, de effluenten, de emissies en de afvalproductie van de Groep, maar ook via de levenscycli van producten en het beheer ervan aan het eind van hun levenscyclus.

Beter leven, via peoplemanagement en het beheer van gevaarlijke stoffen en van de veiligheid van processen en producten door de Groep, via initiatieven in het kader van de sociale dialoog en via onze productportefeuille.

3.3. Rapportagepraktijken

Tenzij anders vermeld, zijn de reikwijdte en grenzen van de milieuen maatschappelijke verslaggeving afgestemd op de reikwijdte en grenzen van de financiële verslaggeving met het oog op de consistentie van gegevens en ratio's.

Uitstoot van broeikasgassen

Solvay gebruikt de volgende referenties:

  • de Guidance for Accounting & Reporting Corporate Greenhouse Gas Emissions (GHG) in the Chemical Sector Value Chain, gepubliceerd door de World Business Council for Sustainable Development;
  • de Greenhouse Gas Protocol Corporate Accounting and Reporting Standard;
  • de Greenhouse Gas Protocol Corporate Value Chain (Scope 3) Standard.

In het verlengde daarvan worden andere emissies gerapporteerd volgens dezelfde richtlijnen.

Om zijn duurzaamheidsbeleid beter te weerspiegelen, heeft Solvay besloten de marktgebaseerde methode toe te passen voor de berekening van de CO2-uitstoot in verband met ingekochte elektriciteit. Om volledig te voldoen aan de eisen van het Global Reporting Initiative worden de volgende criteria (in volgorde van afnemende prioriteit) toegepast bij de selectie van de CO2-emissiefactor van elk contract voor de levering van elektriciteit:

  • Energiecertificaten emissiefactoren die voortvloeien uit specifieke instrumenten zoals groenestroomcertificaten;
  • Op contractbasis de emissiefactor verkregen uit contracten voor specifieke bronnen waarvoor er geen uitstoot van specifieke attributen is;
  • Uitstoot door leverancier/nutsbedrijf de emissiefactor die wordt bekendgemaakt als gevolg van de retailmix van de leverancier;
  • Residuele mix als geen residuele mix beschikbaar is, worden gemiddelde emissiefactoren voor het elektriciteitsnet gebruikt als een benadering;
  • Locatiegebonden als geen van de bovenstaande factoren beschikbaar is, is het de nationale emissiefactor die door de nationale autoriteiten of het Internationaal Energieagentschap wordt gepubliceerd. Op basis van een aanbeveling van het World Resources Institute (WRI) worden voor de VS emissiefactoren van de Emissions and Generation Resource Integrated Database (eGRID), gepubliceerd door het Amerikaanse Environmental Protection Agency, gebruikt in plaats van de emissiefactor van de betreffende staat. Voor China worden door het ministerie van Ecologie en Milieu gepubliceerde emissiefactoren voor het elektriciteitsnet gebruikt, in plaats van de emissiefactoren van de betreffende staat.

Energie

De componenten van het energieverbruik worden geconverteerd naar primaire energie, volgens de volgende conventies:

  • Brandstoffen, aan de hand van de calorische onderwaarden;
  • Aangekochte stoom, rekening houdend met de referentiewaarde van het ketelrendement met betrekking tot de brandstof waarmee de stoom is opgewekt (bv. 90% rendement op basis van de calorische onderwaarde voor aardgas);

Ingekochte elektriciteit, uitgaande van een gemiddeld rendement van 39,5% voor alle soorten elektriciteitsproductie, behalve voor kernenergie (33%), hydro-energie (100%), zonne-energie (100%) en windenergie (100%) op basis van de calorische onderwaarde (bron: Internationaal Energieagentschap (IEA)).

Milieu

Milieugegevens worden jaarlijks verzameld in alle industriële vestigingen van Solvay (productievestigingen en onderzoeks- en innovatiecentra) en, in het geval van vestigingen met meerdere activiteiten, voor elke activiteit afzonderlijk. De verzamelde gegevens omvatten gegevens over de uitstoot van stoffen in de lucht en het water, afvalproductie en -verwijdering, parameters met betrekking tot de waterbalans van een vestiging, productievolumes en ten slotte enkele indicatoren met betrekking tot algemeen milieubeheer.

Na een grondig validatieproces worden deze gegevens op Groepsniveau geconsolideerd op een wijze die consistent is met de financiële verslaglegging. Daarnaast worden de geconsolideerde gegevens geverifieerd door een externe auditor.

Veiligheid

De veiligheidsprestaties worden gemeten in alle entiteiten die onder de operationele controle van Solvay staan, d.w.z. in vestigingen waar het beleid en de procedures van Solvay van toepassing zijn. Ongevallen worden geregistreerd in een centrale database en worden geclassificeerd op basis van werkverlet en de ernst van het letsel.

De frequentie wordt maandelijks berekend op GBU-niveau en op het niveau de Groep. De prestaties en soorten ongelukken worden elk kwartaal geanalyseerd. Rapporten worden verstrekt aan het Uitvoerend Comité en aan de GBU's.

Het aantal ongevallen met medische behandeling (MTAR), het aantal ongevallen met werkverlet (LTAR) en het procesveiligheidsniveau worden berekend op basis van miljoenen gewerkte uren.

Maatschappelijk

Het aantal werknemers wordt vermeld voor twee toepassingsgebieden:

    1. 'Solvay Continuous Operations' omvat alleen voortgezette bedrijfsactiviteiten en komt overeen met de presentatie in de financiële verslaggeving;
    1. 'Solvay Total Headcount' houdt ook rekening met beëindigde bedrijfsactiviteiten.

Leerlingen, stagiairs en studenten worden niet in de cijfers meegenomen. Het aantal personeelsleden heeft betrekking op werknemers die een contract hebben met Solvay en die als actief zijn aangemerkt omdat ze een functie hebben in het organigram. Voltijdsequivalent (VTE) is het aantal actieve werknemers maal bezettingsgraad.

3.4. Materialiteitsanalyse

Solvay baseert zijn duurzaamheidsprioriteiten op een materialiteitsanalyse. Deze aanpak identificeert kritieke economische, ecologische en maatschappelijke aspecten die de prestaties van Solvay en/of de beslissingen van stakeholders aanzienlijk kunnen beïnvloeden. De analyse wordt elk jaar uitgevoerd en geactualiseerd aan de hand van de materialiteitsaanpak van de Sustainability Accounting Standards Board (SASB).

5 8 15
Onderwerpen met prioriteit Onderwerpen met hoge materia
liteit
Onderwerpen met gemiddelde
materialiteit

Materialiteitsanalyse

Categorie Gemiddelde materialiteit Hoge materialiteit
Leefmilieu Ecologische invloed Uitstoot van broeikasgassen
Luchtkwaliteit
Energiebeheer
Water en afvalwaterbeheer
Beheer van afval en gevaarlijke stoffen
Maatschappelijk kapitaal Toegang en betaalbaarheid
Gegevensbeveiliging
Bescherming van de privacy van klanten
Verkooppraktijken en productetikettering
Kwaliteit en veiligheid van producten
Welzijn van klanten
Maatschappelijke projecten
Menselijk kapitaal Vergoeding en uitkeringen
Werving, ontwikkeling en retentie
Gezondheid en veiligheid van de medewerkers
Diversiteit en inclusie
Betrokkenheid en welzijn van de medewerkers
Bedrijfsmodel en innovatie Veerkracht van het bedrijfsmodel
Verpakking van producten
Supply chain management
Sourcing en efficiëntie van materialen
Fysieke impact van klimaatverandering
Duurzame bedrijfsoplossingen
Leiderschap en bestuur Systemisch risico beheer
Regelgeving en politieke invloed
Kritische incidenten en risico beheer
Beheer van het juridisch, ethisch en regelgevend raamwerk

Prioriteiten

Materialiteitsanalyseproces

De functie Sustainable Development and Energy (SDE) van Solvay coördineert de analyse met behulp van een intern netwerk van de Solvay Way Champions in de GBU's en functies. Experts in elke functie hebben de analyse van elk onderwerp beoordeeld, met bijzondere aandacht voor de consistentie met de risicoanalyse van de Groep.

Materialiteitsanalyseproces

-

Updates voor 2019

Net als in voorgaande jaren is de voor materiële aspecten gebruikte terminologie in overeenstemming gehouden met de Materiality Map™ van de SASB, behalve wanneer het Uitvoerend Comité van de Groep tijdens de validatiestap heeft besloten om daarvan af te wijken teneinde de reikwijdte van sommige materiële onderwerpen te verbreden.

Dit is het geval voor de volgende onderwerpen met hoge materialiteit:

  • 'Maatschappelijke acties' omvat 'Relaties met gemeenschappen' uit de Materiality Map™ 2018 van de SASB;
  • 'Betrokkenheid en welzijn van werknemers' omvat 'Arbeidspraktijken' en 'Betrokkenheid van werknemers' uit de Materiality Map™ van de SASB;
  • 'Duurzame bedrijfsoplossingen' omvat 'Productontwerp en levenscyclusbeheer' uit de Materiality Map™ van de SASB;
  • 'Beheer van het juridische, ethische en regelgevende kader' omvat 'Bedrijfsethiek', 'Concurrentiegedrag' en 'Mensenrechten' uit de Materiality Map™ van de SASB;

Net als vorig jaar heeft Solvay 'Vergoedingen en uitkeringen', 'Werving, ontwikkeling en retentie' en 'Diversiteit en inclusie' als drie onderwerpen behouden, voornamelijk vanwege de omvang van de verslaggeving over deze onderwerpen in dit verslag.

Het werk dat in 2019 werd verricht met betrekking tot het doel van Solvay en het werk dat werd verricht met betrekking tot de nieuwe duurzaamheidsaanpak, Solvay One Planet, hebben de reeds geselecteerde onderwerpen met hoge materialiteit bevestigd.

Overeenkomst tussen de materialiteitsanalyse en de risicoanalyse van de Groep

Zoals beschreven in het hoofdstuk 'Risicobeheer' van dit Geïntegreerd Jaarverslag is de risicoanalyse van Solvay een specifiek proces dat wordt gebruikt als input voor de materialiteitsanalyse.

Alle belangrijke risico's van de Groep hebben betrekking op onderwerpen met hoge materialiteit, met uitzondering van 'Veiligheid' en 'Cyberrisico's', die betrekking hebben op onderwerpen met gemiddelde materialiteit omdat de impact op de dagelijkse activiteiten beperkt is en alleen materieel is in het geval van een kwaadwillige handeling.

Toelichtingen bij Bedrijfsmodel en innovatie

In dit deel wordt ingegaan op de invloed van milieu- en maatschappelijke factoren op innovatie en bedrijfsmodellen. Er wordt gekeken naar de manier waarop milieu- en maatschappelijke factoren worden geïntegreerd in de waardecreatieprocessen van de Groep. Deze processen omvatten onder meer hulpbronnenefficiëntie en andere innovaties in het productieproces, productinnovatie en het vinden van manieren om producten efficiënt en verantwoord te ontwerpen, te gebruiken en weg te werpen.

TOELICHTING S1 Duurzame bedrijfsoplossingen

Definitie

Een duurzame oplossing wordt door Solvays SPM-tool gedefinieerd als een product in een bepaalde toepassing dat een grotere sociale en ecologische bijdrage levert aan de prestaties van de klant en tegelijkertijd minder impact op het milieu heeft in de productiefase.

Indicatoren en doelstellingen

Binnen Solvay zijn de GBU's verantwoordelijk voor het leveren van duurzame bedrijfsprestaties en voor het bijdragen aan de doelstelling van de Groep om tegen 2025 50% van de opbrengsten te genereren uit duurzame oplossingen.

Opsplitsing van omzet per Sustainable Portfolio Management-heatmapcategorie

% van omzet 2019 2018 2017
Oplossingen 53 50 49
Neutraal 27 30 31
Uitdagingen 7 7 8
Niet beoordeeld 13 13 12

Oplossingen: om als deel van een 'oplossing' beschouwd te worden, moeten producten een direct, significant en meetbaar voordeel (maatschappelijk of milieutechnisch) opleveren voor de samenleving als geheel. Er mogen geen zorgpunten zijn wat betreft duurzaamheid en hun ecologische voetafdruk moet klein zijn vergeleken met de meerwaarde die zij hebben voor de samenleving.

Neutraal: Geen invloed op duurzaamheid, positief dan wel negatief, vastgesteld.

Uitdagingen: Er is een duurzaamheidsprobleem vastgesteld of de ecologische voetafdruk is te groot.

Eind 2019 kwalificeerde 53% van de omzet in de beoordeelde portefeuille van product-applicatiecombinaties als 'oplossingen', een lichte verbetering ten opzichte van het voorgaande jaar.

De vooruitgang die de afgelopen vijf jaar is geboekt, is grotendeels bereikt door veranderingen in de portefeuille van Solvay en doordat duurzame oplossingen de marktstandaard (neutraal) zijn geworden als gevolg van de marktdynamiek op het gebied van duurzaamheidsthema's. Vandaag zorgt de integratie van duurzaamheid in de bedrijfsprocessen voor een positieve dynamiek om meer opbrengsten te genereren in de categorie bedrijfsoplossingen. Daarom hebben de GBU's hun ambitie naar boven bijgesteld om bij te dragen aan de doelstelling om tegen 2030 65% van de opbrengsten te genereren uit oplossingen.

Uit de uitgebreide, systematische SPM-aanpak zijn een toenemend aantal nieuwe marktsignalen op het gebied van duurzaamheid naar voren gekomen die overleg vereisen tussen het bedrijf en zijn klanten om een beter inzicht te krijgen in de potentiële zakelijke impact ervan.

De systematische SPM-portefeuillebeoordeling is afgestemd op de financiële reikwijdte van de Groep. Veranderingen in de draagwijdte gedurende het jaar, zoals geschetst in het financiële verslag, worden weerspiegeld in de reikwijdte van SPM. De portefeuillebeoordeling is gebaseerd op de opbrengsten van 2019.

Correlatie tussen de SPM-analyse en de omzetgroei

SPM is ontwikkeld om versnellers of obstakels op het gebied van duurzaamheid te identificeren teneinde bij de bedrijfsactiviteiten van Solvay meer groei en een superieure duurzame waarde te realiseren. De afgelopen drie jaar zijn de opbrengsten uit producten van Solvay op jaarbasis veel sterker gegroeid in gevallen waarin klanten en consumenten op zoek waren naar producten die beantwoorden aan hun maatschappelijke of milieubehoeften.

Volumegroei op jaarbasis per SPM-categorie:

  • Oplossingen: +4%;
  • Uitdagingen: -5%.

(Gebaseerd op de omzet in 2016-2018 met hetzelfde product, dezelfde toepassing en dezelfde SPM-score over de afgelopen drie jaar, die 43% van de omzet van de Groep vertegenwoordigt).

Belangrijkste verwezenlijkingen in 2019

World Alliance for Efficient Technologies

Solvay heeft zich aangesloten bij de World Alliance for Efficient Solutions, die door Bertrand Piccard (de oprichter van Solar Impulse) is opgericht om efficiënte technologieën, processen en systemen te bevorderen die de kwaliteit van het leven op aarde verbeteren. Onder de leden van de Alliance bevinden zich start-ups, bedrijven, instellingen en organisaties. Zij beoordelen de door hun leden voorgelegde oplossingen, met de hulp van onafhankelijke technisch en financieel experts, en selecteren 1 000 van de meest veelbelovende oplossingen. Deze worden als 'Efficient Solutions' aangemerkt en aan regeringen, bedrijven en instellingen gepresenteerd om hen ertoe aan te zetten ambitieuzere milieudoelstellingen en een ambitieuzer energiebeleid vast te stellen.

In 2019 werden 7 Solvay-producten aangemerkt als Solutions:

  • AgRHO® S-BoostTM bevordert de wortelontwikkeling: de plant wordt sneller sterker omdat het product de opname van voedingsstoffen en water bevordert, zodat er minder pesticiden, meststoffen en irrigatie nodig zijn.
  • SOLVAir®: Deze oplossing voor de behandeling van de verbrandingsgassen (zoals Nox, SO2 en HCI) van fabrieken en schepen draagt bij tot schonere steden door toepassing van het innovatieve Dry Sorbent Injection (DSI)-proces (injectie van droog sorbent).
  • Solef® PVDF: Dit gefluoreerde polymeer wordt toegepast in batterijen en verbetert de prestaties en duurzaamheid van elektrische voertuigen. Het is een oplossing zonder additieven en heeft de intrinsieke stabiliteit die inherent is aan fluorpolymeren, zelfs bij blootstelling aan ruwe omgevingen, waardoor de gebruiker een unieke combinatie van eigenschappen krijgt die resulteert in een langere levensduur van apparatuur.
  • Capterall®: minerale formuleringen behandelen vervuild water om de lozingsconcentraties te verlagen en schommelingen in vervuilende stoffen te beheersen teneinde aan strenge regelgeving te voldoen.
  • Alve-One®: schuimoplossingen zijn een innovatieve generatie hoogwaardige en kosteneffectieve chemische blaasmiddelen op basis van 100% veilige grondstoffen die de kunststofindustrie helpen om te evolueren naar een circulaire economie.
  • MAX® HT: Deze oplossing stelt al onze klanten in staat om warmteoverdrachtscoëfficiënten te verhogen en de behoefte aan verdampingsstoom te beperken, wat resulteert in een lager energieverbruik, minder verlies van natronloog en lagere onderhoudskosten (kosten van zuren en loonkosten).
  • Paramove®: Een goedgekeurd diergeneesmiddel dat in de zalmkweek wordt gebruikt om zalmluis te bestrijden en het welzijn van de zalm te bevorderen.

Toelichtingen bij Milieu

Dit hoofdstuk behandelt de impact van de activiteiten van het bedrijf op het milieu, zoals luchtemissies, waterverbruik, afvalwaterlozing, broeikasgasemissies en gevaarlijk afval en gevaarlijke stoffen die in de waardeketens worden geïntroduceerd.

Hoe Solvay-vestigingen hun ecologische voetafdruk beheersen – in een notendop

De milieu-impact van activiteiten wordt beheerd door de processen en vereisten die zijn ingebed in de gezondheids-, veiligheids- en milieubeheersystemen die de vestigingen hebben geïmplementeerd in overeenstemming met de vereisten van Solvay, terwijl gevaarlijke stoffen in de verkochte producten worden beheerd door de processen en vereisten van de systemen van de GBU's voor het beheer van de productveiligheid.

Elke industriële vestiging is anders, maar de engagementen van de Groep zijn overal dezelfde:

  • beperking van de uitstoot van broeikasgassen;
  • vermindering van de intensiteit van emissies in de lucht en het water;
  • controles op de naleving van de regelgeving in alle vestigingen;
  • preventie van incidenten als gevolg van de niet-naleving van milieuvoorschriften;
  • effectievere opvolging van afvalproductie en waterverbruik.

TOELICHTING S2

Broeikasgasemissie

12 miljoen ton CO2-equivalent

Totale broeikasgasemissies – Toepassingsgebieden 1 en 2 (Kyotoprotocol)

Definitie

De door Solvay gerapporteerde broeikasgasemissies vallen binnen het toepassingsgebied van het Kyotoprotocol en omvatten de volgende verbindingen of families van verbindingen: CO2, N2O, CH4, SF6, HFCs, PFC's en NF3. Om het effect ervan op de klimaatverandering te berekenen, worden broeikasgasemissies omgerekend van metrische tonnen naar het CO2-equivalent met behulp van het aardopwarmingsvermogen van elk gas op basis van een periode van 100 jaar, zoals gepubliceerd in het vijfde evaluatierapport van de Intergouvernementele Werkgroep inzake klimaatverandering.

Deze indicator houdt rekening met:

Directe emissies voor elk broeikasgas dat vrijkomt bij industriële activiteiten van Solvay (toepassingsgebied 1 van het Kyotoprotocol); Voor CO2 omvat de rapportage van directe emissies de emissies van de verbranding van alle fossiele brandstoffen alsook procesemissies (bv. thermische decompositie van koolzuurhoudende producten en chemische reductie van metaalertsen);

Indirecte CO2-emissies in verband met de stoom en elektriciteit die van derden worden afgenomen en intern worden verbruikt (Toepassingsgebied 2 van het Kyotoprotocol). Voor ingekochte elektriciteit worden de indirecte emissies berekend door toepassing van marktgebaseerde methoden. In 2019 werden de contracten voor de levering van elektriciteit geanalyseerd om voor elke vestiging de optimale CO2-emissiefactor te bepalen.

Managementbenadering

Solvay heeft zich ertoe geëngageerd om zijn broeikasgasuitstoot uiterlijk in 2025 met 1 miljoen ton te verminderen (bij constante perimeter). Om haar emissies effectief los te koppelen van haar groei, is de Groep van plan om in te grijpen op alle hefbomen: verbetering van haar energie-efficiëntie en energiemix, en investeringen in schone technologieën. Daartoe ontwikkelt de Groep een groeiende pijplijn van mogelijkheden op het gebied van energie-/klimaattransitie in samenwerking met een toegewijd team van energietransitieexperts en operationele teams in de industriële vestigingen. De energieconversieacties worden ontwikkeld door een speciaal team van energietransitie-experts in samenwerking met operationele teams in de industriële vestigingen. De in Solwatt – het sinds 2012 actieve energie-efficiëntieprogramma – vastgestelde mogelijkheden om het energieverbruik te verminderen, worden parallel verder ontwikkeld. Voor broeikasgasemissies die geen verband houden met energie zijn specifieke taskforces opgezet met sterke technische input om de vereiste schone technologieën te ontwikkelen.

In juli 2019 verdubbelde Solvay de interne CO2-prijs die wordt toegepast op broeikasgasemissies van € 25 tot € 50 per ton CO2 om bij zijn investeringsbeslissingen rekening te houden met klimaatuitdagingen.

Een extern geverifieerd en gestructureerd systeem voor rapportage van broeikasgasemissies en reacties op ratingbureaus zoals het Carbon Disclosure Project helpen de Groep om haar inspanningen af te stemmen op de omvang van haar uitdagingen op het gebied van broeikasgasemissies.

Indicatoren en doelstellingen

 De prioritaire doelstelling van Solvay
2025
-1 miljoen ton
broeikasgasemissies (toepassingsgebieden 1 en 2) in vergelijking met 2017
+0,45
miljoen ton CO2-equivalent
Variatie als gevolg van wijzigingen
in de reikwijdte van de rapportage
(structurele wijzigingen)
-0,11
miljoen ton CO2-equivalent
Variatie als gevolg van wijzigingen
in de berekeningsmethode of verbe
teringen in de nauwkeurigheid van
gegevens
-0,61
miljoen ton CO2-equivalent
Emissiestijging of -reductie bij
constante perimeter
Mt CO2 eq. 2019 2018 2017

Totale uitstoot van broeikasgassen (toepassingsgebied 1 en 2) 12,0 12,3 12,3 Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

Uitstoot van broeikasgassen – kerncijfers 2019

Mt CO2 eq.
Totale uitstoot van broeikasgassen (toepassingsgebied 1 en 2) in 2019 12,0
Totale uitstoot van broeikasgassen (toepassingsgebied 1 en 2) in 2018 12,3
Variatie als gevolg van wijzigingen in de perimeter voor financiële verslaggeving (structurele wijzigingen) 0,45
Variatie als gevolg van wijzigingen in de berekeningsmethode of verbeteringen in de nauwkeurigheid van de gegevens
Emissies stijgen of dalen bij constante scope jaar op jaar
Gecumuleerde emissies stijgen of dalen sinds 2017 bij gelijkblijvende omvang

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

Verandering als gevolg van wijzigingen in de reikwijdte van de rapportage, vooral door de opname van de warmtekrachtkoppelingseenheid Rosen (Rosignano, Italië) in de Solvay-perimeter +0,5 miljoen ton CO2.

Intensiteit van de uitstoot van broeikasgassen

kg CO2 eq. / € EBITDA 2019 2018 2017
Intensiteit van de uitstoot van broeikasgassen 5,17 5,51 5,53

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

De intensiteit van broeikasgasemissies weerspiegelt de emissies onder de toepassingsgebieden 1 en 2 van het Kyotoprotocol, zoals opgenomen in de financiële reikwijdte, uitgedrukt in kg CO2-equivalent per euro EBITDA per jaar.

In 2019 daalde de broeikasgasintensiteit met 0,34 kg CO2-equivalent per euro EBITDA.

Uitstoot broeikasgassen (toepassingsgebied 1 en 2)

2019 2018 2017
Directe en indirecte CO2-uitstoot (toepassingsgebied 1 en 2) Mt CO2 10,0 9,8 10,0
Uitstoot andere broeikasgassen conform Kyoto-protocol (toepassings
gebied 1)
Mt CO2 eq. 2,0 2,4 2,3
Totale uitstoot van broeikasgassen conform Kyoto-protocol Mt CO2 eq. 12,0 12,3 12,3
Uitstoot andere broeikasgassen niet conform Kyoto-protocol (toepassings
gebied 1)
Mt CO2 eq. 0,1 0,1 0,1

Toepassingsgebied: In lijn met de perimeter voor financiële verslaggeving, inclusief de productieactiviteiten van de bedrijven die momenteel geconsolideerd zijn (geheel of gedeeltelijk) De uitstoot van broeikasgas van bedrijven in de financiële perimeter is 81% van de totale uitstoot van broeikasgas van alle bedrijven in de operationele perimeter.

Directe uitstoot van broeikasgassen (toepassingsgebied 1)

Mt CO2 eq. 2019 2018 2017
Methaan – CH4 1,02 0,88 0,90
Stikstofoxide – N2O 0,03 0,10 0,14
Zwavelhexafluoride – SF6 0,07 0,04 0,06
Fluorkoolwaterstof – HFCs 0,11 0,06 0,14
Perfluorkoolstoffen – PFCs 0,78 1,36 1,07
Nitrogen trifluoride – NF3 0,00 0,0 0,0
Totale uitstoot andere broeikasgassen conform Kyoto-protocol 2,01 2,44 2,31
Koolstofdioxide – CO2 8,58 7,96 7,92
Totale directe uitstoot 10,59 10,35 10,2

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

In 2019 waren de directe CO2-emissies iets hoger dan in 2018, voornamelijk als gevolg van Rosen (Rosignano, Italië).

In 2019 lagen de directe emissies van andere broeikasgassen volgens het Kyotoprotocol 0,43 miljoen ton CO2-equivalent lager dan in 2018. Deze verandering is voornamelijk toe te schrijven aan de daling van de CF4-emissies in Spinetta (Italië) met 0,56 miljoen ton CO2-equivalent en aan de stijging van de CH4-emissies in Green River (VS) met 0,14 miljoen ton CO2-equivalent.

Indirecte CO2 – Bruto, op de markt gebaseerd (toepassingsgebied 2)
Mt CO2 2019 2018 2017
Elektriciteit, ingekocht voor consumptie 0,9 1,0 1,2
Stoom, ingekocht voor consumptie 0,5 0,9 0,9
Totaal 1,4 1,9 2,1

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

Indirecte CO2 – Bruto, op locatie gebaseerd (toepassingsgebied 2)

Mt CO2 2019 2018 2017
Elektriciteit, ingekocht voor consumptie 1,0 1,1 1,2
Stoom, ingekocht voor consumptie 0,5 0,9 0,9
Totaal 1,5 2,0 2,1

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

Sinds de toepassing van de marktgebaseerde methode wordt elk jaar een gedetailleerde evaluatie van de emissiefactoren voor ingekochte elektriciteit uitgevoerd, die alle vestigingen omvat.

De daling van de indirecte CO2-uitstoot met 0,1 miljoen ton CO2 in verband met ingekochte elektriciteit is te danken aan de verbeterde inkoop van elektriciteit die is geproduceerd met een lagere CO2-uitstoot.

Daling van de indirecte CO2-emissies in verband met ingekochte stoom met 0,4 miljoen ton CO2. Deze verandering is vooral te danken aan de opname van de warmtekrachtkoppelingseenheid Rosen (Rosignano, Italië) in de Solvay-perimeter.

Overige indirecte uitstoot van broeikasgassen (toepassingsgebied 3)

Mt CO2 eq. 2019 2018 2017
Aangekochte goederen en diensten 4,9 5,8 5,7
Kapitaalgoed 1,8 1,8 1,8
Brandstof- en energiegerelateerde activiteiten 1,0 0,7 0,7
Stroomopwaarts transport en distributie Inbegrepen in gekochte goederen en diensten
Afval dat onstaat bij operaties Inbegrepen in gekochte goederen en diensten
Zakenreizen 0,01 0,02 0,02
Personeelswerkverkeer 0,05 0,05 0,05
Stroomafwaarts transport en distributie 0,6 0,7 0,7
Verwerking van verkochte producten 5,4 5,5 5,3
Gebruik van verkochte producten 9,5 10,9 11,1
Einde van de levensduur van verkochte productents 7,4 7,6 8,4
Downstream gehuurde activa 0 0 0
Franchises 0 0 0
Investeringen(1) 1,1 1,1 2,0

(1) De investeringsomvang is herberekend voor 2017 en 2018 om te voldoen aan de richtlijnen van het BKG-protocol.

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

Als gevolg van de opname van Rosen steeg de emissie in verband met 'Brandstof- en energiegerelateerde activiteiten' met 0,3 miljoen ton CO2.

De stroomafwaartse emissies onder toepassingsgebied 3 in verband met het gebruik en de verwijdering van producten zijn via de SPM-beoordeling als significant aangemerkt.

Belangrijkste verwezenlijkingen in 2019

In de vestiging van Solvay in het Italiaanse Spinetta heeft een intern ontwikkelde innovatieve schone technologie die in 2019 in gebruik werd genomen, geleid tot een daling van de CF4-emissies met 0,56 miljoen ton CO2-equivalent in 2019.

In Paulinia, Brazilië, heeft een programma voor procesuitmuntendheid de N2O-emissies in 2019 met 0,08 miljoen ton CO2-equivalent doen dalen.

Solvay heeft via zijn inkoopbeleid zijn betrokkenheid bij de productie van hernieuwbare energie in 2019 verder versterkt.

  • Er wordt gewerkt aan de uitbreiding van het gebruik van energie uit biomassa tot andere installaties dan die in Brotas (Brazilië), Dombasle (Frankrijk), Rheinberg (Duitsland), Zhangjiagang (China), Gunsan (Zuid-Korea) en Panoli (India) en door de bouw van nieuwe installaties in Devnya (Bulgarije) en de conversie van een kolengestookte ketel naar een biomassa-installatie in Rheinberg (Duitsland).
  • De Solvay Jasper County Solar Farm (VS) en het zonne-energieproject in West Deptford (VS) zijn nu volledig operationeel en nieuwe zonne-energieprojecten in Linne-Herten (Nederland), Walcourt-les-Petons (België) en West Deptford (VS) worden momenteel bestudeerd;
  • In Changshu (China) wordt gewerkt aan een nieuw windenergieproject;
  • In Melle (Frankrijk) en in St Fons (Frankrijk) zijn biogascontracten ondertekend.

TOELICHTING S3 Energie

Definitie

De door Solvay verbruikte energie bestaat uit vier categorieën:

    1. Niet-hernieuwbare primaire brandstoffen (steenkool, petroleumcokes, aardgas, stookolie enz.) die worden gebruikt voor de interne productie van stoom, elektriciteit en mechanische energie, en in productieprocessen (cokes en antraciet in kalkovens, gas in droogovens enz.);
    1. Hernieuwbare primaire brandstoffen (biomassa);
    1. Ingekochte stoom;
    1. Ingekochte elektriciteit.

Om te voldoen aan de vereisten van het Global Reporting Initiative worden stoom en elektriciteit die worden opgewekt uit brandstoffen en verkocht aan derden afgetrokken van het totaal. Energie die wordt ingekocht en vervolgens zonder enige transformatie aan een derde wordt doorverkocht, wordt niet meegeteld.

Managementbenadering

Wat de energielevering betreft, implementeert Solvay consequent programma's om zijn energieverbruik te verminderen. Solvay heeft industriële activiteiten die veel energie verbruiken, zoals fabrieken voor synthetisch natriumcarbonaat en peroxides – voornamelijk in Europa. Solvay heeft echter ook een aantal industriële activiteiten met relatief lage energie-inhoud, gemeten als een percentage van de verkoopprijs. Dit geldt met name voor de fluorpolymeeractiviteiten. De Groep vindt veilige en concurrerende energieleveringen bijzonder belangrijk en heeft de volgende strategische initiatieven genomen:

  • Technologisch leiderschap in processen en hoogwaardige industriële activiteiten om het energieverbruik zo laag mogelijk te houden;
  • Diversificatie en flexibel gebruik van de verschillende soorten en bronnen van primaire energie;
  • Stroomopwaartse integratie in de productie van stoom en elektriciteit (warmtekrachtkoppeling met aardgas, biomassa of secundaire brandstoffen enz.);
  • Periodieke controle van de toestand van de energieactiva en -aansluitingen in de industriële vestigingen;
  • Een strategie gericht op leveringszekerheid met langetermijnpartnerschappen en contracten voor de middellange tot lange termijn, met waar nodig prijsafdekkingsmechanismen;
  • Rechtstreekse toegang tot energiemarkten wanneer dat mogelijk is (gashubs, elektriciteitsnetten, financiële spot- en futuresmarkten, enz.);
  • Periodieke rapporten met prognoses voor de ontwikkeling van de energie- en grondstofprijzen, die naar bedrijven worden verstuurd zodat ze beter kunnen anticiperen op herzieningen van de verkoopprijzen.

Solvay Energy Services optimaliseert de energie-inkoop en -consumptie voor de Groep en helpt de GBU's met energiebeheer en het beheer van de uitstoot van broeikasgassen.

Aangezien energie een sleutelfactor is voor de activiteiten van Solvay, heeft Solvay zijn energie-efficiëntieprogramma SOLWATT® geïntensiveerd. Dit programma is erop gericht de industriële processen die betrokken zijn bij de productie en levering van energie voortdurend te optimaliseren.

Het energie-efficiëntieprogramma SOLWATT®

Sinds 2012 heeft de Groep haar totale energie-intensiteit met 8% verminderd. Deze prestatie is voor een groot deel te danken aan het energie-efficiëntieprogramma SOLWATT® . Het verbeteringsplan volgt drie parallelle benaderingen:

    1. Door gebruik te maken van hoogefficiënte warmtekrachtcentrales, verbetert de Groep de efficiëntie van de opwekking van secundaire energie zoals stoom en elektriciteit. In 2017 werden twee turbines vervangen door efficiëntere eenheden: een in Spinetta en een in Rosignano. Het elektrisch rendement van deze twee warmtekrachtcentrales is met 4% gestegen;
    1. In 2016 ging de tweede fase van het programma SOLWATT® van start. Eind 2019 was deze tweede fase ingegaan bij de meeste vestigingen met een aanzienlijk energieverbruik, die samen goed zijn voor 44% van het energieverbruik van de Groep;
    1. Bij nieuwe en verbouwde fabrieken worden het energieverbruik en de energieopwekking geoptimaliseerd.

In 2019 ging Solvay door met de implementatie van technologische doorbraken in meerdere vestigingen om de totale energie-efficiëntie van zijn activiteiten te verbeteren.

Indicatoren en doelstellingen Doelstelling van Solvay:

In 2012 engageerde Solvay zich om zijn energieverbruik tegen 2020 met 10% te verminderen (gemiddeld met 1,3% per jaar) bij gelijkblijvend activiteitenniveau. De energie-intensiteitsindicator heeft betrekking op zowel primaire brandstoffen (steenkool, petroleumcokes, cokes, antraciet, stookolie, aardgas, biomassa enz.) als ingekochte stoom en elektriciteit.

2020

-10%

energieverbruik bij gelijkblijvend activiteitenniveau

Referentiejaar 2012

Energie-efficiëntie-index – Baseline 100% in 2012

In % 2019 2018 2017
Energie-efficiëntie-index 92 93 94

Toepassingsgebied: De energie-index bij gelijkblijvend activiteitenniveau geeft de verandering weer in het energieverbruik op vergelijkbare basis, na aanpassing van het historisch toepassingsgebied om rekening te houden met veranderingen in het toepassingsgebied en aangepast aan veranderingen in het productievolume per jaar.

Energieverbruik

In petajoule lage verbrandingswaarde (PJ) 2019 2018 2017
Primair energieverbruik 123 127 130

Toepassingsgebied: Deze indicator geeft het primaire energieverbruik over een bepaald jaar weer in relatie tot de productieactiviteiten van de bedrijven die momenteel (geheel of gedeeltelijk) geconsolideerd zijn. Het primaire energieverbruik van bedrijven in de financiële perimeter is 82% van het totale primaire energieverbruik van alle bedrijven in de operationele perimeter.

In 2019 lag het primaire energieverbruik 3% lager dan in 2018. Deze verandering houdt verband met veranderingen in de reikwijdte van de rapportage (-1,6% voor Rosen in Rosignano, Italië), een productiewijziging (-1% in Denvya, Bulgarije) en diverse andere oorzaken (-0,4%).

Brandstofverbruik uit niet-hernieuwbare grondstoffen

In petajoule lage verbrandingswaarde (PJ) 2019 2018 2017
Vaste brandstoffen 43 46 46
waarvan het aandeel van het gebruik van steenkool voor de productie van energie 24 25 27
Vloeibare brandstoffen 0,4 0,5 0,4
Gasvormige brandstoffen 69 55 54
Totaal 113 101 100

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

Het brandstofverbruik uit niet-hernieuwbare bronnen is in 2019 gestegen. Deze stijging is voornamelijk toe te schrijven aan Rosen (Rosignano, Italië) waar het aardgasverbruik met 12,8 PJ toenam. De vaste brandstoffen uit niet-hernieuwbare bronnen nemen met 2 PJ af met de toename van het verbruik van energie uit biomassa.

Brandstofverbruik uit hernieuwbare grondstoffen

In petajoule lage verbrandingswaarde (PJ) 2019 2018 2017
Hernieuwbaar brandstofgebruik 5 4 3

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

Het verbruik van energie uit biomassa steeg in 2019 met 1,1 PJ, met een uitbreiding van de activa in Brotas (Brazilië), Dombasle (Frankrijk), Rheinberg (Duitsland), Zhangjiagang (China) en een nieuw project in India.

Secundaire energie, ingekocht voor consumptie

In petajoule lage verbrandingswaarde (PJ) 2019 2018 2017
Elektriciteit 26 28 30
Verwarming 0 0 0
Koeling 0 0 0
Stoom 12 18 20
Totaal ingekochte secundaire energie 38 45 49

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

In 2019 werd 7 PJ minder secundaire energie ingekocht voor verbruik dan in 2018.

Verkochte energie

In petajoule lage verbrandingswaarde (PJ) 2019 2018 2017
Elektriciteit 19 11 11
Verwarming 0 0 0
Koeling 0 0 0
Stoom 13 12 11
Totaal verkochte energie 32 23 22

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

In 2019 steeg de verkoop van zelf opgewekte secundaire energie aan derden met 9 PJ. Deze ontwikkeling is voornamelijk te verklaren door de stijging van de verkoop van Rosen (Rosignano, Italië) met 9,1 PJ.

Belangrijkste verwezenlijkingen in 2019

Solvay heeft concrete stappen gezet in de vorm van grote investeringen, zoals de opstart van de megagrote waterstofperoxidefabriek in Saoedi-Arabië en de recente vervanging van twee gasturbines door efficiëntere eenheden: één in de warmtekrachtkoppelingseenheid in Spinetta (Italië) en één in de warmtekrachtkoppelingseenheid van Rosignano (Italië). In 2019 breidde Solvay zijn warmteproductie uit biomassa uit tot andere vestigingen dan die van Brotas (Brazilië), Dombasle (Frankrijk), Rheinberg (Duitsland), Zhangjiagang (China), Gunsan (Zuid-Korea), Panoli (India) en Devnya (Bulgarije) en converteerde het een kolengestookte ketel naar een biomassa-installatie in Rheinberg (Duitsland).

2.888 ton Zwaveloxiden

6.197 ton Stikstofoxiden 4.109

ton Vluchtige organische stoffen met uitzondering van methaan

Definitie

Door de uitstoot van stikstofoxiden en zwaveloxiden neemt de verzuring van de atmosfeer en het water toe. De uitstoot van vluchtige organische stoffen met uitzondering van methaan draagt bij tot de vorming van troposferisch ozon en zomersmog. Deze stoffen zijn derhalve van belang omdat zij een directe invloed hebben op de luchtkwaliteit.

De uitstoot van stikstofoxiden bij bedrijfsactiviteiten van Solvay is vooral het gevolg van de verbranding van fossiele brandstoffen zoals aardgas. Dit wordt uitgedrukt als de som van stikstofmonoxide en stikstofdioxide, exclusief distikstofoxide (N2O) dat bijdraagt aan de opwarming van de aarde maar geen verzurend effect heeft.

De emissies van zwaveloxiden (SOx) komen vooral voort uit de verbranding van antraciet of steenkool.

Vluchtige organische stoffen met uitzondering van methaan zijn vluchtige organische stoffen (VOS) met een kookpunt onder normale omstandigheden dat lager is dan of gelijk is aan 250°C (Europese

Indicatoren en doelstellingen

Doelstelling van Solvay:

ingezet in overeenstemming met de wettelijke voorschriften waaraan ze zijn onderworpen alsook met de voorschriften van de Groep. Solvay zet zich in om de luchtkwaliteit op lokaal en regionaal niveau te verbeteren, in nauwe samenwerking met lokale stakeholders. In het

klimaatopwarming wordt echter wel in rekening gebracht.

Managementbenadering

kader van zijn milieuplan focust Solvay zich op de volgende vervuilende stoffen: stikstofoxiden (NOx), zwaveloxiden (SOx) en vluchtige organische stoffen met uitzondering van methaan (NMVOS).

De luchtkwaliteit wordt beheerd door middel van beheersystemen voor gezondheid, veiligheid en milieu die door de vestigingen worden

oplosmiddelenrichtlijn 1999/13/EG). De groep NMVOS zijn VOS met uitzondering van methaan. De methaanemissie uit de mijnbouwactiviteiten van Solvay in Green River (Wyoming, VS) wordt dus niet opgenomen in de NMVOC indicator. De impact van methaan op de

 Doelstelling van Solvay:
2020 2020 2020
-50% -50% -40%
intensiteit van de uitstoot van stikstof
oxiden
intensiteit van de uitstoot van zwaveloxiden intensiteit van de uitstoot van vluchtige
organische stoffen met uitzondering van
methaan
Referentiejaar 2015

Uitstoot in de lucht, intensiteit

In kg per € EBITDA 2019 2018 2017
Stikstofoxiden – NOx 0,0027 0,0035 0,0043
Zwaveloxiden – SOx 0,0012 0,0017 0,0021
Vluchtige organische stoffen met uitzondering van methaan – NMVOC 0,0018 0,0019 0,0019

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving. Eerdere cijfers zijn herwerkt om de impact van methodologische verbeteringen te weerspiegelen.

Sinds de start van het milieuplan in 2015 zijn de emissie-intensiteiten voor stikstofoxiden, zwaveloxiden en NMVOS met respectievelijk 57%, 63% en 49%gedaald. Dit is beter dan de doelstellingen voor 2020 die Solvay in 2015 heeft vastgesteld.

Uitstoot in de lucht, absoluut

In ton 2019 2018 2017
Stikstofoxiden – NOx 6.197 7.704 9.485
Zwaveloxiden – SOx 2.888 3.750 4.573
Vluchtige organische stoffen met uitzondering van methaan – NMVOC 4.109 4.252 4.142

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving. Eerdere cijfers zijn herwerkt om de impact van methodologische verbeteringen te weerspiegelen.

Onze emissies van stikstofoxiden zijn sinds 2018 aanzienlijk gedaald (- 1.507 ton of - 20%), waardoor de kloof met onze sectorgenoten nog kleiner is geworden, ondanks het energie-intensieve karakter van de activiteit van de GBU Soda Ash & Derivatives. Deze vooruitgang werd voornamelijk bereikt in de vestigingen van Torrelavega in Spanje (- 686 metriek ton of - 9,1%), Paulinia in Brazilië (- 439 metriek ton of - 5,7%) en Devnya in Bulgarije (- 367 metriek ton of - 4,9%). De daling van de NOx-uitstoot bij Paulinia is te danken aan de omschakeling van olie naar aardgas als brandstof en aan verbeteringen van de aardgasbranders. Deze acties zijn ondernomen om te voldoen aan de eisen van een nieuwe Braziliaanse wet. De verbetering bij Torrelavega is te danken aan de uitrusting van twee kolengestookte ketels met DeNOx-systemen in het voorjaar respectievelijk de zomer van 2019. De significante daling van NOx in Devnya is te danken aan de verhoogde inzetbaarheid van de nieuwste ketel met circulerend wervelbed. Sinds de start van het lopende milieuplan (2015-2020) is de uitstoot van stikstofoxiden met 50% (of ongeveer 13% per jaar) gedaald. Deze veranderingen zijn gerealiseerd door investeringen in uitstootreductietechnologieën.

Onze uitstoot van zwaveloxiden is sinds 2018 met nog eens 862 metriek ton teruggebracht, een bijkomende verbetering van 23%. Deze vooruitgang werd voornamelijk bereikt in de vestigingen van Torrelavega in Spanje (- 623 metriek ton of - 16,6 %), Atequiza Jalisc in Mexico (- 178 metriek ton of - 4,8 %) en Paulinia in Brazilië (- 109 metriek ton of - 2,9 %). In de fabriek van Rasal in India werd een lichte stijging geregistreerd (+ 58 ton of + 1,5 %). De verbetering bij Torrelavega is te danken aan de implementatie van een nieuw ontzwavelingssysteem (SolvAir®) op de kolengestookte ketels. De daling bij Atequiza is toe te schrijven aan de daling van het productievolume van een van de chemische producten die in die vestiging worden geproduceerd. De bijdrage van Paulinia aan de wereldwijde daling is te danken aan de omschakeling van olie naar aardgas als brandstof voor een van hun ketels. Sinds het begin van het lopende milieuplan (2015-2020) is de uitstoot van zwaveloxiden met 56% (of ongeveer 14% per jaar) gedaald. Al deze veranderingen zijn gerealiseerd door investeringen in nieuwe branders, nieuwe ontzwavelingsinstallaties en de optimalisatie van bestaande ontzwavelingsinstallaties.

In vergelijking met 2018 zijn de NMVOS-emissies van de Groep licht gedaald (- 141 metriek ton of - 3,3%). Deze globale verandering is toe te schrijven aan het effect van verbeteringen, voornamelijk bij Green River (VS), Panoli (India) en Spinetta (Italië), en aan stijgingen bij Zhenjiang Songl (China), Greenville (VS) en Piedmont (VS). In Spinetta is de afname het gevolg van een nieuwe schone technologie voor de reductie van CF4. Sinds de start van het lopende milieuplan (2015-2020) zijn de NMVOS-emissies gedaald met 40% (ongeveer 10% per jaar). Opgemerkt moet worden dat deze daling grotendeels is toe te schrijven aan de financiële deconsolidatie van Performance Polyamides sinds 2017.

Belangrijkste verwezenlijkingen in 2019

De verbeteringen in de uitstoot in de lucht voor de stoffen waarop we ons richten zijn voornamelijk het gevolg van investeringen in nieuwe reductietechnologieën en een omschakeling naar milieuvriendelijker brandbare stoffen.

TOELICHTING S5 Water en afvalwater

Definitie

Waterbeheer heeft betrekking op waterstromen en waterkwaliteit, van onttrekking uit de natuurlijke omgeving tot het lozen van water in de natuur of een ander milieucompartiment.

Zoetwateronttrekking (in miljoen m3 per jaar) is de hoeveelheid inkomend water afkomstig van openbare netwerken (drinkwater), zoetwatersystemen (rivieren, meren enz.) en grondwater.

Chemisch Zuurstofverbruik (COD) is de hoeveelheid stoffen die geoxideerd kunnen worden (vooral opgelost organisch materiaal) en in wateromgevingen worden geloosd. COD wordt uitgedrukt in

Indicatoren en doelstellingen

aantal ton zuurstof per jaar. Naast stikstofoxiden en fosforhoudende substanties draagt chemisch zuurstofverbruik bij aan eutrofiëring van het oppervlaktewater.

Managementbenadering

Het waterbeleid van Solvay is erop gericht om het onttrekken en het verbruiken van zoetwater te beperken en ervoor te zorgen dat de kwaliteit van de watermassa's waarin afvalwater wordt geloosd goed blijft, zodat de invloed op mens en milieu zoveel mogelijk beperkt blijft. Solvay richt zich op het beperken van twee activiteiten: zoetwateronttrekking en chemisch zuurstofverbruik.

Voor 2019 bedroeg het totale watergebruik van de groep 1.350 Mm3 . Hiervan wordt 1.236 Mm3 wordt gebruikt voor koeling en 114 Mm3 voor andere procesbehoeften. Omdat ongeveer 70% van het koelwater daadwerkelijk wordt gerecycleerd, is het water dat we uit natuurlijke bronnen moeten pompen, aanzienlijk minder (426 Mm3 ). Van dit bedrag komt 60 zoet oppervlaktewater, 19 uit grondwater, 16% uit zeewater en de rest uit verschillende andere bronnen. Het totale water dat door de Groep wordt geloosd bedraagt 387 Mm3 , waarvan 253 Mm3 gaat naar rivieren en 100 Mm3 naar zee. De rest zit verspreid over overige (34Mm³), eindprodukten (12 Mm3 ), afval (0,5 Mm3 ) of gaat verloren via verdamping in koeltorens (20 Mm3 ).

2020
-30%
intensiteit chemisch zuurstofverbruik

Zoetwaterafname

2019 2018 2017
Intensiteit (m3 per € EBITDA) 0,142 0,148 0,147
Absoluut (Mm3
)
330 330 326

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

Eerdere cijfers zijn herwerkt om de impact van methodologische verbeteringen te weerspiegelen.

Sinds de start van het milieuplan is de intensiteit zoetwateronttrekking met 48% gedaald, wat betekent dat Solvay de doelstelling voor 2020 reeds overtroffen heeft. Zo ook werd de emissie-intensiteit van het chemische zuurstofverbruik met 49% verminderd, veel beter dan ons initiële streefdoel. Opgemerkt moet worden dat deze dalingen grotendeels zijn toe te schrijven aan de financiële deconsolidatie van de activiteit Performance Polyamides sinds 2017.

Sinds de start van het lopende milieuplan (2015-2020) is de zoetwateronttrekking bij de fabrieken met 39% (of ongeveer 10% per jaar) gedaald. De zoetwateronttrekking in 2019 op groepsniveau is niet veranderd ten opzichte van vorig jaar, hoewel voor sommige van onze GBU's veranderingen konden worden waargenomen: Aroma Performance (+0,82 Mm3), Soda Ash & Derivatives, + 1 Mm3), GBU Coatis (-1,4 Mm3) , Novecare (-0,77 Mm3). Deze veranderingen kunnen worden toegeschreven aan marktevoluties.

Wateruitstoten (chemisch zuurstofverbruik)

2019 2018 2017
Intensiteit (kg per € EBITDA) 0,0023 0,0027 0,0024
Absoluut (metrische tonnen O2) 5.344 6.248 5.670

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

Eerdere cijfers zijn herwerkt om de impact van methodologische verbeteringen te weerspiegelen.

Het Chemisch Zuurstofverbruik van de Groep lag 904 ton of 14% hoger dan in 2018. Deze globale verandering is het gevolg van aanzienlijke dalingen in de vestigingen van Spartanburg in de VS (- 293 ton), Vernon in de VS (- 314 ton) en Paulinia in Brazilië (- 167 ton), versus stijgingen in de vestigingen van Hemaraj East in India (+ 143 ton) en Tavaux in Frankrijk (+ 87 ton). In Spartanburg is het chemische zuurstofverbruik gedaald door de nieuwe implementatie van nutriëntenverrijking voor afvalwaterzuivering & inclusief CZV-verwijderingsrendementen van openbare afvalwaterzuiveringsinstallaties. In Vernon is de daling toe te schrijven aan een grote productiedaling ten opzichte van 2018, wat een uitzonderlijk jaar was. In Paulinia was er een verbetering van de prestaties en de controle van de biologische afvalwaterzuiveringsinstallatie (organische en fenol-afvalwaterzuiveringsinstallatie) en een verbetering van de controle in het ruwe effluent dat afkomstig is van de adipinezuurfabriek.

Opgemerkt moet worden dat ongeveer 22% van de door Solvay opgegeven emissies van het chemische zuurstofverbruik (dus ongeveer 1.200 ton) toe te schrijven is aan het verbruik door derden (meestal fabrieken die vroeger tot de Groep behoorden), waarvan Solvay de effluenten zuivert in zijn biologische afvalwaterzuiveringsinstallaties. Deze manier van rapporteren is echter in overeenstemming met de eisen van de relevante GRI-101 standaard.

Sinds de start van het lopende milieuplan (2015-2020) zijn de CZVemissies met 39% (of ongeveer 10% per jaar) gedaald. Het grootste deel van deze vermindering is te wijten aan de verkoop van de polyamideactiviteiten.

COD-verbeteringen in 2019 waren het gevolg van een betere controle en prestaties op enkele van onze grote afvalwaterzuiveringsinstallaties.

TOELICHTING S6 Afval en gevaarlijke stoffen

1.596

1,000 metriek ton Ongevaarlijk industrieel afval.

Definitie

Twee categorieën zijn materieel: gevaarlijk industrieel afval en gevaarlijke stoffen die op de markt worden gebracht.

Gevaarlijk industrieel afval

Gevaarlijk industrieel afval is afkomstig van productie- en onderzoeks- en innovatieactiviteiten, met inbegrip van verpakkings- en onderhoudsafval. Solvays inspanningen om de geproduceerde hoeveelheid gevaarlijk industrieel afval te beperken, zijn gericht op gevaarlijk industrieel afval dat niet duurzaam wordt behandeld, d.w.z. gestort of verbrand zonder energieterugwinning.

Materialen die op de markt worden gebracht

Solvay focust zich op zeer zorgwekkende stoffen (ZZS). De referentielijst van Solvay voor ZZS werd in 2015 opgesteld en verdeeld in drie categorieën (zwart, rood en geel):

  • Zwarte lijst: ZZS die zich al in een reglementair proces van geleidelijke stopzetting bevinden, met een al vastgestelde deadline in minstens één land of regio, of waarvan het gebruik binnen Solvay een beperking kent;
  • Rode lijst: ZZS die momenteel vermeld staan op reglementaire lijsten met stoffen die op middellange termijn mogelijk voorwerp kunnen worden van een procedure voor de speciale toelating of beperking ervan;
  • Gele lijst: ZZS die speciale aandacht vragen en die bestudeerd worden door autoriteiten, ngo's, wetenschappers en sectoren wegens hun huidige gevaarlijke eigenschappen of potentiële effecten.

86,6

1,000 metriek ton Gevaarlijk industrieel afval.

Managementbenadering

Voor industrieel en met name gevaarlijk afval stapt Solvay over naar meer duurzame methodes waarbij storten of verbranden zonder energieterugwinning wordt vermeden en het hergebruik van materiaal of warmte wordt bevorderd.

Wat op de markt gebrachte producten betreft, streeft Solvay ernaar meer inzicht te verwerven in hoe zijn producten worden gebruikt en welke risico's aan dat gebruik verbonden zijn. De opstelling van veiligheidsinformatiebladen voor alle producten en REACH-registraties weerspiegelt het engagement van Solvay om ervoor te zorgen dat de informatie over risico's die verbonden zijn aan onze producten direct beschikbaar is. Voor zeer zorgwekkende stoffen heeft Solvay een strategie ontwikkeld om het gebruik ervan in de waardeketen te verminderen. Er worden risico-onderzoeken gedaan naar op de markt gebrachte ZZS die op de rode en zwarte lijst staan en waar mogelijk worden stoffen vervangen door veiligere alternatieven.

Indicatoren

Afval

Doelstelling van Solvay:

2020

intensiteit van het gevaarlijk industrieel afval dat niet op duurzame wijze wordt verwerkt

Referentiejaar 2015

Afvalproductie, intensiteit

In kg per € EBITDA 2019 2018 2017
Industrieel afval dat niet op duurzame wijze wordt verwerkt 0,0117 0,0137 0,0185

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

Sinds de start van het lopende milieuplan (2015-2020) is de intensiteit voor gevaarlijk industrieel afval dat niet duurzaam wordt verwerkt met 51% gedaald, waarmee de doelstelling voor 2020 al is overschreden. Opgemerkt moet worden dat deze daling grotendeels is toe te schrijven aan de polyamide business. De hoeveelheid gevaarlijk industrieel afval dat niet op duurzame wijze wordt verwerkt,

daalde in 2019 met 1,8 kt(- 6.2%) ten opzichte van 2018. De grootste dalingen werden geregistreerd in de effect van een daling en verhoging in individuele sites namelijk : Ospiate in Italië (-0.70 kt), La Rochelle (-0.46kt), Map Ta Phut in Thailand (+2.1kt) en Paulinia in Brazil (+1.2kt),...etc.

Afvalproductie, absoluut

In 1000 ton 2019 2018 2017
Ongevaarlijk industrieel afval 1.596 1.602 1.639
Gevaarlijk industrieel afval 86,6 93,1 100,7
Totaal industrieel afval 1.682 1.696 1.740
Industrieel gevaarlijk afval dat niet duurzaam wordt verwerkt 27,2 29,0 40,4
Industrieel afval dat niet op duurzame wijze wordt verwerkt 96,4 96,3

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

Eerdere cijfers zijn herwerkt om de impact van methodologische verbeteringen te weerspiegelen

Gevaarlijk industrieel afval maakt bij Solvay slechts 5,4% van het totale industriële afval uit. De hoeveelheid gevaarlijk industrieel afval van de Groep daalde in 2019 met 6,5 kt (-7%) ten opzichte van 2018. De grootste dalingen werden geregistreerd in de vestigingen van Salindres in Frankrijk (-1,52 kt), Panoli in India (-1,16 kt), Klundert in Nederland (- 890 ton) and en La Rochelle in Frankrijk (-0,86 kton), , terwijl stijgingen werden genoteerd in de vestigingen van Zhenjiagang Songl in China (+0,81 kt) en Augusta in de VS (+0,80 kt). De verbetering in Salindres is te wijten aan de systematische revalorisatie van een fluoridehoudend slib in een cementfabriek, waardoor de status van dit materiaal in een bijproduct verandert in plaats van afval. In Panoli kan de vermindering worden verklaard door een lagere vraag. De toename in Zhenjiagang was voornamelijk te wijten aan het afvoeren van een grote hoeveelheid afvalzuren, die gedurende meerdere jaren op de site werden opgeslagen. In Augusta in de Verenigde Staten kan de stijging worden verklaard door de intensere werking van een kraakinstallatie, wat leidt tot meer afvalzuren.

Exclusief eventuele perimeterwijzigingen van de Groep, zijn de fluctuaties op jaarbasis in hoeveelheid afval (+/-5%) niet ongebruikelijk. Ze zijn het gevolg van een aantal afvalspecifieke kwesties waar wij zelf geen invloed op kunnen uitoe- fenen: groot onderhoud van installaties, wettelijke aanpassingen in classificering van afval, problemen met afvalverwerkende bedrijven, veranderde marktvraag naar bijproducten, enz.

De Groep heeft in haar milieuplan geen doel gesteld voor de hoeveelheid gevaarlijk industrieel afval, hoewel het onze ambitie blijft om waar mogelijk de hoeveelheden te verminderen door verbeteringsprogramma's en initiativen in de circulaire economie.

94,6% van het totale industriële afval bestaat bij Solvay uit nietgevaarlijk industrieel afval. Het niet-gevaarlijke industriële afval voor 2019 is slechts iets lager dan in 2018 (-6,5 kt of -0,4%). Het overgrote deel (83 %) van dit afval komt terecht op interne stortplaatsen die zeer goed worden gecontroleerd om de impact op het milieu tot een minimum te beperken.Ongeveer 17% van het niet-gevaarlijke industriële afval wordt momenteel gerevaloriseerd.De grootste veranderingen werden waargenomen op de locaties van Devnya in Bulgarije (-39,5 kt), Juarez in Mexico (-5,3 kt), Augusta in de Verenigde Staten (-4,3 kt) en Tavaux in Frankrijk (-3,1 kt); terwijl stijgingen plaatsvonden op de locaties van Dombasle in Frankrijk (+26,1 kt), en Green-River in de Verenigde Staten (+14,1 kt).

De daling bij Devnya is in lijn met een lagere productie in 2019, terwijl het afval geproduceerd door Juarez in Mexico hoger was in 2018 vanwege een turn-around operatie. In Augusta in de Verenigde Staten kon niet-gevaarlijk industrieel afval worden verminderd dankzij een verhoogde stroomfactor van een afvalkraakinstallatie en een afvalwarmteketel. Bij Tavaux in Frankrijk was de winst het gevolg van een veel lager kolenverbruik. In tegenstelling tot deze verminderingen werden hogere slibhoeveelheden geproduceerd in Dombasle in Frankrijk vanwege een toename van het specifieke kalksteen verbruik . Bij GreenRiver in de Verenigde Staten was de toename het gevolg van de opstapeling van een hogere hoeveelheid slib in een bekken. Dit materiaal wordt normaal aangewend voor de natriumbicarbonaat produktie maar omwille van de wat lagere produktie, werd minder slib gevaloriseerd. Verder was er een toename van het gebruik van kolen waardoor ook de hoeveelheid bodem- en vliegas toenam.

Sinds 2015 is de hoeveelheid niet-gevaarlijk industrieel afval op het niveau van de Groep met 136 kt (+9,3%) toegenomen, wat vooral te maken heeft met de toename van het productievolume van de GBU Soda Ash & Derivatives.

Veiligere alternatieven voor op de markt gebracht producten

 Doelstelling van Solvay:
2020
100%
risicobeoordeling en analyse van beschikbare, veiligere alternatieven voor producten die ZZS bevatten

Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS) van Solvay gevonden in op de markt gebrachte producten

2019 2018 2017
Alle ZZS(1) 29 31 35
54% 39% 49%
Voltooiingspercentage analyse van veiligere alternatieven
voor op de markt gebrachte stoffen(2)
(63 van de 117 vereiste
beoodelingen)
(50 van de 128 vereiste
beoodelingen)
(28 van de 57 vereiste
beoodelingen)
Waarvan daadwerkelijke vervanging 30% (19/63) 32% (16/50) 32% (9/28)

(1) Volgens de EU REACH Authorization list (bijlage XIV) en de EU REACH Candidate list. ZZS vervaardigd door Solvay of onderdeel van een product dat door Solvay wereldwijd op de markt gebracht wordt REACH is een richtlijn van de Europese Unie, aangenomen om de bescherming van de gezondheid en het milieu te verbeteren tegen de risico's van gebruik van chemicaliën.

(2) Analyse op veiligere alternatieven ter vervanging van een ZZS Een stof kan aanwezig zijn in meer dan één product.

Analyse van veiligere alternatieven is vereist en gepland voor in totaal 117 combinaties van producten en toepassingen.

zijn er 21 nog aan de gang (alternatief geïdentificeerd en implementatie ervan besproken met klanten);

Van de 63 analyses van veiligere alternatieven die op 31 december 2019 sinds de start van het programma waren afgerond:

  • hebben er 19 geleid tot effectieve vervanging: vervanging van zeer zorgwekkende stoffen of beperking ervan tot onder de vereiste drempel, of productie stopgezet;
  • hebben er 23 geleid tot geen beschikbare alternatieven (geen vervanging beschikbaar, niet toegestaan door regelgevers of niet gevraagd vanwege de toepassing in het eindproduct).

Toelichtingen bij Menselijk kapitaal

In dit deel wordt ingegaan op de manier waarop Solvay omgaat met het menselijk kapitaal als belangrijkste bedrijfsmiddel om waarde op lange termijn te leveren. Factoren die van invloed zijn op de productiviteit van de werknemers komen aan de orde, zoals werknemersbetrokkenheid en diversiteit, alsmede de manier waarop Solvay personeel aantrekt en behoudt. Ook wordt ingegaan op de arbeidsverhoudingen, en ten slotte op de manier waarop de Groep omgaat met de gezondheid en veiligheid van haar werknemers.

TOELICHTING S7 Gezondheid en veiligheid van werknemers

Het beheer van de gezondheid en veiligheid van werknemers omvat het beheer van de arbeidsveiligheid, -hygiëne en -gezondheid. De gezondheid en veiligheid worden beheerd in overeenstemming met de vereisten van het Responsible Care Policy (verantwoord zorgbeleid) van Solvay.

Opmerking: Aannemers worden opgenomen in de arbeidsveiligheidsstatistieken.

* Aantal ongevallen met medische behandeling (MTAR): aantal arbeidsongevallen dat leidt tot een medische behandeling, met uitzondering van eerste hulp, per miljoen werkuren.

** Aantal ongevallen met werkverlet (LTAR): werkongevallen met werkverlet (weg van het werk) gedurende meer dan een dag per miljoen gewerkte uren.

Arbeidsgezondheid omvat alle preventieve maatregelen ter bescherming en bevordering van de fysieke en mentale gezondheid op het werk, zowel collectief als voor elke individuele werknemer.

Het beheer van de arbeidshygiëne omvat de beoordeling, de controle en het beheer van potentiële blootstellingen van werknemers aan ergonomische, chemische en fysieke gevaren.

Bij arbeidsveiligheid gaat het om het voorkomen van werkgerelateerde verwondingen. Ongelukken hielden meestal verband met vallen op hetzelfde niveau, menselijke energie (duwen of trekken van een voorwerp of stoten tegen van een voorwerp), en blootstelling tijdens het openen van een lijn of systeem.

Definities Managementbenadering

Arbeidsgezondheid

Bij Solvay worden activiteiten op het gebied van arbeidsgezondheid beheerd door:

  • het uitoefenen van medisch toezicht op basis van risico's,
  • het verbeteren en aanpassen van de arbeidsomstandigheden, en
  • het bevorderen van de gezondheid.

De belangrijkste indicatoren voor de arbeidsgezondheid zijn:

    1. Beroepsziekten (incidentiecijfer en oorzaken van ziekten): preventieve en corrigerende maatregelen vaststellen;
    1. Geavanceerd, op risico gebaseerd medisch toezicht: beoordelen of het medische toezicht effectief is;
    1. Indicatoren voor menselijke biomonitoring: de blootstelling aan chemische stoffen beoordelen (indien van toepassing) en preventieve maatregelen voorstellen;
    1. Indicatoren voor stress/welzijn op het werk: de belangrijkste oorzakelijke factoren identificeren en actieplannen lanceren op vestigings- en groepsniveau.

Arbeidshygiëne

De systematische beoordeling en beheersing van mogelijke blootstellingen van werknemers aan ergonomische, chemische en fysieke risico's zijn essentieel in de aanpak van Solvay om de gezondheid te beschermen. In de algemene arbeidshygiëneprocedures zijn minimumvereisten vastgesteld voor Solvays beoordelingen van arbeidshygiënerisico's en strategieën voor het beheer van de arbeidshygiëne, met inbegrip van de hiërarchie van beheersmaatregelen. Het programma voor arbeidshygiëne omvat:

  • Uitgebreide inventarissen van chemische stoffen die op siteniveau worden opgesteld en gecontroleerd, met een screening en een prioriteitsrangschikking van stoffen die gevolgen kunnen hebben voor de gezondheid;
  • Aanvaardbare blootstellingslimieten binnen Solvay, intern ontwikkeld voor ontoereikende of verouderde vastgestelde grenswaarden voor beroepsmatige blootstelling;
  • Bandbreedte voor beroepsmatige blootstelling (BBB) als er geen vastgestelde grenswaarde voor beroepsmatige blootstelling bestaat of als er beperkte toxicologische gegevens zijn. De BBBaanpak van Solvay zorgt voor een eenvoudige, snelle en gemakkelijk te begrijpen gevarenscore;
  • Uitrol van SOCRATES, een nieuwe wereldwijde tool om
    • brede, gemakkelijke toegang te geven tot arbeidshygiënemethoden, -tools en -databanken,

Indicatoren

Arbeidsveiligheidsindicatoren

  • beoordelingen van arbeidshygiënerisico's consistent uit te voeren en te documenteren,
  • de traceerbaarheid van de potentiële blootstellingen van een persoon tijdens zijn beroepsleven te verbeteren;
  • Vastgestelde kritieke prestatie-indicatoren (KPI's) om chemische en geluidsrisico's op siteniveau te identificeren en de voltooiing van beoordelingen ervan te volgen.

Arbeidsveiligheid

Er worden verschillende acties ondernomen om de veiligheidscultuur van de Groep te versterken en ongevallen te voorkomen:

  • Consolidatie van de toepassing van de Life Saving Rules (levensreddende regels) van Solvay in alle vestigingen;
  • Uitwisseling van goede praktijken en lessen uit ongevallen en bijnaongevallen;
  • Betrekken van het personeel bij verbeteringsmaatregelen en realisatie van individuele veiligheidsdoelstellingen;
  • Bevordering van het creëren van een veiligheidsaanpak die gebaseerd is op een veiligheidsleiderschapsstijl waarbij managers optreden als mentoren en blijk geven van oprechte zorg voor iedereen, met meer aandacht voor de manier waarop we dingen goed doen.

Dodelijke ongevallen

Aantal medewerkers 2019 2018 2017
Medewerkers van Solvay 0 0 0
Aannemers 0 0 1

Toepassingsgebied: alle sites onder operationele controle van Solvay waarvan de Groep de veiligheidsprestaties beheert en bewaakt. Dit betreft 289 sites, waaronder productie-, Onderzoek en Innovatie, administratieve en gesloten sites met beperkte activiteit, and dekt medewerkers van Solvay en aannemers die werken op deze sites.

De prioritaire doelstelling van Solvay:

2025

0,5

Halveren van het aantal ongevallen met medische behandeling

Referentiejaar 2014

Werkongevallen met medische tussenkomst (MTAR) op Groepsites

Ongevallen per miljoen gewerkte uren 2019 2018 2017
Medewerkers en aannemers Solvay 0,44 0,54 0,65
Medewerkers van Solvay 0,44 0,58 0,63
Aannemers 0,43 0,48 0,70

Toepassingsgebied: alle sites onder operationele controle van Solvay waarvan de Groep de veiligheidsprestaties beheert en bewaakt. Dit betreft 289 sites, waaronder productie-, Onderzoek en Innovatie, administratieve en gesloten sites met beperkte activiteit, and dekt medewerkers van Solvay en aannemers die werken op deze sites.

Werkongevallen met werkverlet (LTAR) op Groepsites

Ongevallen per miljoen gewerkte uren 2019 2018 2017
Medewerkers en aannemers Solvay 0,66 0,65 0,65
Medewerkers van Solvay 0,73 0,71 0,70
Aannemers 0,51 0,52 0,52

Toepassingsgebied: alle sites onder operationele controle van Solvay waarvan de Groep de veiligheidsprestaties beheert en bewaakt. Dit betreft 289 sites, waaronder productie-, Onderzoek en Innovatie, administratieve en gesloten sites met beperkte activiteit, and dekt medewerkers van Solvay en aannemers die werken op deze sites.

Wat een positieve invloed heeft gehad op de veiligheidsprestaties van Solvay, is de verschuiving van een mentaliteit die in het teken staat van het voorkomen van ongevallen naar een mentaliteit die in het teken staat van het creëren van veiligheid en het tot stand brengen van een cultuur van zorgzaamheid. Sinds het begin van deze aanpak keren jaar na jaar meer werknemers ongedeerd terug naar huis. Daarnaast heeft onze focus op het creëren van een gemeenschappelijk begrip van de risico's en de maatregelen voor het beperken van levensgevaarlijke activiteiten, via onze Solvay Life Saving Rules (SLSR), bijgedragen tot een vermindering van het aantal dodelijke ongevallen in de afgelopen jaren. Het aantal ongevallen met werkverlet (LTA) is stabiel gebleven ten opzichte van 2018. Het aantal werkongevallen die medische tussenkomst vereisten, daalde echter met 10% j-o-j in 2019. Opmerking: Soms gebeurt het dat een medische professional iemand die betrokken was bij een ongeval een paar dagen thuis laat blijven, ook al heeft die persoon geen medische behandeling nodig. In dat geval wordt het incident niet geclassificeerd als een werkongeval dat medische tussenkomst vereist maar als een ongeval met werkverlet.

Werkongevallen – Aard van het letsel

2019 2018 2017
Trauma – Breuk 15 19 23
Wonde – Snijwond 6 10 18
Brandwond – hitte 5 4 3
Brandwond – chemicaliën 2 4 3
Wonde 1 2 1
Trauma 5 2 1
Meerdere letsels 0 1 1
Totaal 34 42 50

Toepassingsgebied: alle sites onder operationele controle van Solvay waarvan de Groep de veiligheidsprestaties beheert en bewaakt. Dit betreft 289 sites,waaronder productie-, Onderzoek en Innovatie, administratieve en gesloten sites, and dekt medewerkers van Solvay en aannemers die werken op deze sites.

40% van de letsels had betrekking op handen en vingers. In 2018 heeft Solvay maatregelen genomen om dergelijke letsels te voorkomen door best practices uit te wisselen en tijdens opleidingen dit onderwerp onder de aandacht te brengen. Als gevolg daarvan is het aantal letsels in 2018 met 20% gedaald vergeleken met de voorgaande twee jaar.

Gezondheidsindicatoren

Aantal werkgerelateerde ziektes

2019 2018 2017
Frequentie werkgerelateerde ziektes (korte/middellange latentie) 0,54 0,33 0,28

Dit incidentiecijfer heeft betrekking op Solvay-werknemers (die actief zijn, met pensioen zijn of het bedrijf hebben verlaten) en houdt rekening met alle erkende beroepsziekten (niet alleen beroepsziekten van korte/middellange duur die in de voorgaande jaren zijn gerapporteerd). Om te komen tot de beroepsziekte-incidentie (zoals gedefinieerd door de OSHA), die wordt uitgedrukt per 200.000 gewerkte uren, moeten de cijfers worden gedeeld door 5.

De beroepsziekte-incidentie nam in 2019 toe als gevolg van de stijging van het aantal erkenningen van asbestgerelateerde goedaardige ziekten in Frankrijk en het aantal erkenningen van musculoskeletale aandoeningen en huidziekten in de VS.

Erkende werkgerelateerde ziektes met lange en korte/middellange latentietijd

2019 2018 2017
Gehoorproblemen 3 3 3
Musculoskeletale aandoening 10 5 2
Andere niet-kankerverwekkende aandoeningen 9 4 4
Asbest gerelateerde aandoening & kanker 39 25 18
Andere kankers 4 8 4
Niet specifiek./Onbekend 1 1 1
Totaal 66 46 32

Registreerbare beroepsziekten in alle sites die onder Solvay's operationele controle staan en waarvoor de Groep de veiligheids- en gezondheidsprestaties van zijn werknemers beheert en opvolgt, met inbegrip van de productie, Onderzoek en Innovatie, de administratieve en gesloten sites. Het gaat om 219 sites. De cijfers zijn geconsolideerd op 31 december 2019. Ze verschillen van die welke vorig jaar werden gepubliceerd, omdat ze nu ook de gevallen van arbeidsgerelateerde registreerbare ziekten omvatten in overeenstemming met de GRI 403-vereisten (v.2018), wat betekent dat ze gerapporteerd zijn volgens de lokale regelgeving.

Het aantal registreerbare beroepsziekten nam in 2019 toe als gevolg van de stijging van het aantal meldingen van asbestgerelateerde ziekten en kankers in Frankrijk en het aantal meldingen van musculoskeletale aandoeningen en huidziekten in de EMEA-regio en de VS.

Geavanceerd, op risico gebaseerd medisch toezicht

Een vestiging wordt beschouwd als een vestiging die geavanceerd, op risico gebaseerd medisch toezicht uitoefent indien aan ELK van de volgende criteria is voldaan:

  • de vestiging brengt de medische zorgverlener regelmatig op de hoogte van niet-verwaarloosbare risico's;
  • voor ten minste 70% van de werknemers die in de loop van het jaar voor risicogerelateerd medisch toezicht zijn gepland, is de beoordeling afgerond.
  • ten minste 30% van de beoordelingen van chemische risico's is voltooid;

Geavanceerd, op risico gebaseerd medisch toezicht

In % 2019 2018
Productie- en Onderzoek en Innovatie-locaties met vooruitstrevend medisch toezicht 50 37

Toepassingsgebied: alle sites onder operationele controle van Solvay en waarvoor de Groep potentiële gezondheidsrisico's heeft geïdentificeerd. Voor 2019 betreft dit 70 van de 139 productie- en onderzoeks en innovatie sites

Menselijke biomonitoring van blootstellingen

35 vestigingen voeren momenteel menselijke biomonitoring van blootstellingen uit voor XX verschillende chemische stoffen (stoffen/ groep stoffen).

Bij menselijke biomonitoring van blootstellingen wordt de concentratie van een stof of de metabolieten daarvan in lichaamsvloeistoffen (zoals urine of bloed) gemeten. Menselijke biomonitoring van blootstellingen kan worden gebruikt om de blootstelling aan specifieke chemicaliën te bepalen. In tegenstelling tot monitoring waarbij de atmosferische aanwezigheid van bepaalde verontreinigingen op de werkplek wordt gemeten, wordt bij menselijke biomonitoring gemeten wat er daadwerkelijk door het lichaam is opgenomen via de verschillende blootstellingsroutes (inademing, huidpenetratie enz.) en onder welke omstandigheden (fysieke inspanning enz.). Met menselijke biomonitoring van blootstelling kan gecontroleerd worden of beschermingsmaatregelen effectief zijn. Het is vooral nuttig bij stoffen die door de huid dringen, systemische gevolgen hebben of zich in het lichaam ophopen.

Menselijke biomonitoring van blootstelling

Aantal sites 2019 2018 2017
Sites die de menselijke biomonitoring van blootstellingen uitvoeren 35 35 35
Sites met ten minste één resultaat boven de biologische grenswaarde (BLV) 3 4 3

Voor vestigingen waar de resultaten boven de biologische grenswaarden lagen, zijn actieplannen opgesteld om de blootstellingsniveaus te verlagen.

Belangrijkste verwezenlijkingen in 2019

Arbeidsgezondheid

  • Consolidatie van het arbeidsgezondheidsnetwerk: 14 nationale/ regionale medische referenten ondersteunen vestigingen, GBU's en lokale medische teams op het gebied van arbeidsgezondheid en stellen de aanbevelingen van de Groep mee op;
  • Wereldwijde training van vestigingen (medische teams, HSE, HR, sitemanagers) over "Arbeidsgezondheidsgerelateerde vereisten van de Groep" die elke vestiging in staat zal stellen om hiaten te identificeren en een correctief actieplan op te stellen voor volledige naleving tegen eind 2020;
  • Welzijn op het werk (zie specifiek hoofdstuk voor meer details): uitrol van een wereldwijd burn-outobservatorium, opleiding voor managers en bewustmaking van werknemers door e-learning;
  • In het reisbeleid is de verplichting opgenomen om een medische controle te ondergaan voorafgaand aan reizen naar bestemmingen die als bestemmingen met een hoog hygiënerisico worden beschouwd. Werknemers die naar een risicovolle bestemming reizen, worden op de hoogte gebracht zodra ze een vlucht boeken. Dit betekent een concrete vooruitgang en zal zorgen voor een betere preventie en bescherming van werknemers die om zakelijke redenen reizen.

Arbeidsveiligheid

Er is vooruitgang geboekt met 'Creating Safety', een innovatieve aanpak die in 2017 werd geïntroduceerd bij het topmanagement. 25 vestigingen hebben nu een 'Safety Climate' of een vergelijkbare beoordeling uitgevoerd om inzicht te krijgen in de status van de veiligheidscultuur. Werknemers en aannemers worden nog steeds opgeleid op het gebied van risicobewustzijn en safety leadership.

Verschillende leiderschapsteams bij GBU's en Functies hebben opleidingssessies gehouden met verschillende erkende consultants. Dergelijke sessies helpen een gezamenlijke beeld te ontwikkelen over wat het bedrijf wil bereiken op het gebied van veiligheid, wat verder gaat dan alleen maar het voorkomen van ongelukken.

Arbeidshygiëne

Meer dan 75 procent van Solvays vestigingen maakt nu gebruik van SOCRATES, de nieuwe tool voor het beheer van de arbeidshygiëne in de hele Groep. De tool ondersteunt op efficiënte wijze de beoordeling van blootstellingen en stelt duidelijke risicobeheerprioriteiten. Samen met een verbeterde documentatie van blootstellingen zal SOCRATES de opvolging van de arbeidshygiëne en geavanceerd geïndividualiseerd medisch toezicht ondersteunen. Tegen eind 2021 moeten de GBU's SOCRATES volledig hebben geïmplementeerd in alle productie- en R&I-vestigingen.

De ontwikkeling van SOCRATES was een gezamenlijke inspanning met deelname van de gebruikers. Vandaag stelt SOCRATES een vestiging in staat om eenvoudig en consistent risicobeoordelingen uit te voeren en te documenteren voor alle werknemers die mogelijk worden blootgesteld aan factoren die van invloed zijn op de arbeidshygiëne, zoals chemische stoffen, lawaai, ergonomische aspecten en trillingen. Meldingen vanuit het systeem kunnen de verantwoordelijken informeren over risicobeheersmaatregelen. Een nuttige functie geeft werknemers of onderzoekers op de werkvloer toegang tot de tool en draagt bij tot de beoordeling van hun eigen werkplek.

SOCRATES maakt het gemakkelijker om iemands blootstelling aan gevaarlijke stoffen gedurende zijn hele beroepsleven te traceren. Het ondersteunt ook het geavanceerde medisch toezicht van werknemers zoals dat door de Groep wordt aangemoedigd. Het toezicht door medische teams is immers optimaal als het gebaseerd is op een goede kennis en documentatie van de werkomstandigheden, met name wat betreft de blootstelling aan chemische stoffen.

TOELICHTING S8 Betrokkenheid en welzijn van werknemers

Solvay neemt initiatieven en ontwikkelt processen om de betrokkenheid en het welzijn van zijn werknemers te stimuleren en te beoordelen, waaronder persoonlijke ontwikkeling, beloning en erkenning, een inclusieve cultuur en een goede balans tussen werk en privé. Daarnaast wil de Groep de betrokkenheid verbeteren op basis van de vrijheid van vereniging en collectieve onderhandelingen.

Engagement van de werknemers

Definitie

Het engagement van de werknemers heeft betrekking op de inzet, de passie en de loyaliteit die een werknemer heeft aangaande zijn/haar werk en het bedrijf. De Groep is van mening dat betrokkenheid de prestaties verbetert vanwege hogere productiviteit en behoud van personeel. Vijf factoren zijn van invloed op het engagement van de werknemers: trots, kwaliteit van de werkomgeving, algehele tevredenheid, motivatie en gehechtheid aan het bedrijf. Solvay is ook van mening dat betrokkenheid wordt bevorderd door eerlijke praktijken en welzijn op het werk.

Managementbenadering

Het engagement van de werknemers wordt gemeten aan de hand van een wereldwijd jaarlijks onderzoek onder de werknemers van Solvay, waarbij niet alleen gekeken wordt naar de betrokkenheid maar ook naar de factoren die tot die betrokkenheid hebben bijgedragen. Hiermee kan de Groep de sterke punten vaststellen evenals de aspecten waar de werkomstandigheden en de ervaringen van de werknemers kunnen worden verbeterd. De onderzoeksresultaten worden beoordeeld vanuit verschillende toepassingsgebieden – op het niveau van de Groep, Global Business Unit, Functie en vestiging en voor elke teamleider met ten minste vijf respondenten in zijn/haar team. Binnen de gehele Groep laat dit een duidelijke verbintenis van leidinggevenden en managers zien om het engagement te vergroten en bij te dragen aan het welzijn van hun werknemers.

In 2019 besloot Solvay om werknemers te betrekken bij de enquête over het doel van de Groep. Dit jaar heeft Solvay geen werknemersenquête uitgevoerd. Om het doel van de Groep te bepalen, vond de grootste luisteroefening in de geschiedenis van Solvay plaats. Het ging om 288 luistersessies met 3.000 mensen, 75 uur aan individuele interviews, 13.000 ingevulde enquêtes, 25 leiderschapsdialogen en 50% van de reacties op enquêtes vanuit productievestigingen.

Welzijn op het werk

Definitie

Solvay volgt de welzijnsdefinitie van de Internationale Arbeidsorganisatie en de Wereldgezondheidsorganisatie: welzijn op het werk is een holistisch concept dat betrekking heeft op alle aspecten van de kwaliteit van het beroepsleven die ervoor zorgen dat werknemers veilig, lichamelijk en geestelijk gezond, tevreden, betrokken en efficiënt zijn. Dit draagt bij aan een cultuur van erkenning en ondersteuning, een juiste balans tussen werk en privé, groei en ontwikkeling van de werknemers en goede communicatie en samenwerking.

Bij de lancering van Purpose heeft Solvay welzijn als een van zijn kernovertuigingen bestempeld, gericht op een gezonde organisatie.

De welzijnsindicator voor de werknemers van Solvay wordt gemeten aan de hand van het jaarlijkse onderzoek naar het engagement van de werknemers. Vier vragen in het werknemersonderzoek hadden betrekking op welzijn op het werk. In 2019 heeft Solvay geen 'Solvay Engagement Survey' (betrokkenheidsenquête) uitgevoerd omdat het een andere, gerelateerde enquête heeft uitgevoerd om de ideeën van werknemers te verzamelen: de zogenaamde 'Solvay Purpose'.

Managementbenadering

Binnen Solvay bestaat er sinds oktober 2016 een multidisciplinair comité voor welzijn op het werk: het Committee on Well-Being At Work (WBAW). Leden van het comité zijn bedrijfsartsen, psychologen en specialisten op het gebied van human resources, gezondheid, veiligheid, milieu en duurzame ontwikkeling die alle regio's vertegenwoordigen. Het doel van dit comité is het definiëren en bevorderen van een programma gericht op het verhogen van het welzijn op het werk.

Het WBAW-programma voor de periode 2017-2020 heeft vijf pijlers:

  • sponsoring door het Uitvoerend Comité: WBAW is een belangrijke prioriteit voor Solvay;
  • opname van geestelijke gezondheid als onderdeel van de veiligheidsrapportering aan het Uitvoerend Comité (burn-outobservatorium);
  • levering van toolboxen en initiatie van een ondersteunend WBAWnetwerk. Binnen vestigingen zijn 'Local support for WBAW'-teams aangesteld (HR, HSE en medische professionals in de vestigingen);
  • ontwikkeling van de inzet van de Groep voor WBAW-opleidingen:
    • opleiding van het Uitvoerend Comité en de Leadership Council (70 senior leiders),
    • opleiding van managers: 898 managers opgeleid tot en met november 2019, met uitstekende feedback van deelnemers die de concrete bruikbare voorbeelden op prijs stelden,
  • opleiding van 'Local support for WBAW': tot nu toe weinig sessies gehouden; moet in 2020 worden gepromoot,
  • bewustmaking van alle werknemers van Solvay via e-learning;
  • ondersteuning van onze vestigingen bij het opstellen en uitvoeren van actieplannen.

Er is in het Solvay Way-raamwerk, dat binnen Solvay wordt gebruikt voor de jaarlijkse zelfevaluatie en om verbeterplannen op te stellen, een heel onderdeel gewijd aan welzijn. In het jaarlijkse onderzoek over het engagement van de werknemers wordt ingegaan op de perceptie van werknemers wat het welzijn op het werk betreft. Dit stimuleert de vestigingen om lokale welzijnsprogramma's te ontwikkelen en het risico op stress te beoordelen. Welzijn is een van de managementaspecten die tijdens de jaarlijkse bezoeken met IndustriALL Global Union worden onderzocht.

In 2019 beoordeelden 140 vestigingen hun prestaties bij het implementeren van de verplichte 'welzijn op het werk'-praktijk: 81 van hen bereikten het niveau waarop de risico-evaluatie van de stressoorzaken werd uitgevoerd, een actieplan werd besproken en uitgevoerd, en een opleiding over welzijn op het werk werd gegeven aan managers.

Belangrijkste verwezenlijkingen in 2019

Implementatie van een burn-outobservatorium

Het burn-outobservatorium stelt ons in staat de belangrijkste risicofactoren te identificeren om preventieve maatregelen vast te stellen. Tot nu toe houden de belangrijkste geïdentificeerde risicofactoren verband met de werklast, de kwaliteit van het management (erkenning, ondersteuning) en organisatorische veranderingen.

Sinds 2016 wordt het burn-outobservatorium geleidelijk uitgerold via het medische netwerk in de EMEA-regio (België, Frankrijk, Duitsland, Italië, Spanje, Portugal), Noord-Amerika (Mexico, enkele vestigingen in de VS), Latijns-Amerika (Brazilië, Chili) en de APAC-regio (China, India).

Tot dusver omvat het 77 vestigingen en 18.078 werknemers.

E-learning over WBAW voor alle werknemers

In juni 2019 publiceerden we een e-learningsessie over WBAW, beschikbaar voor alle werknemers in 15 talen, om te komen tot een uniform begrip en om richtlijnen te geven. 2.973 werknemers hebben de e-learningsessie gevolgd. Het volgen van deze sessie zal in 2020 verder worden aangemoedigd.

China zeer actief in WBAW-gerelateerde acties

In 2019 was China (met 2.600 werknemers) zeer actief op het gebied van (i) opleidingen over WBAW voor managers (10 sessies) en werknemers, (ii) stressbeoordelingen gevolgd door acties op teamniveau, (iii) het opbouwen van een 'Local support on WBAW' netwerk (alle Chinese vestigingen) en (iv) het implementeren van een burn-outobservatorium (alle Chinese vestigingen).

Arbeidsverhoudingen

* Als gevolg van de collectieve arbeidsovereenkomst Solvay Care met

eenkomst*

personeelsvertegenwoordigers wereldwijd, het Solvay Global Forum, waar alle werknemers onder vallen.

Een vertrouwelijke en constructieve relatie met de werknemers en hun vertegenwoordigers vormt volgens Solvay de basis voor eerlijke praktijken op het werk. Deze relatie is gebouwd op de verbintenis van de Groep om de fundamentele mensenrechten van de werknemers te respecteren en hun sociale rechten te garanderen.

Managementbenadering

De arbeidsverhoudingen worden op vier niveaus beheerd: vestiging, land, Europa en Groep.

Solvay Global Forum

In 2015 heeft Solvay het Solvay Global Forum opgericht, een personeelsvertegenwoordigend overleg met acht vertegenwoordigers van werknemers uit de acht belangrijkste landen waar Solvay actief is (Verenigde Staten, Frankrijk, China, Brazilië, Duitsland, Italië, India en Zuid-Korea). Dit Forum vergadert één keer per jaar gedurende één week in Brussel met het Uitvoerend Comité. Elk kwartaal vindt er een videoconferentie plaats waarin het Solvay Global Forum en het topmanagement van de Groep de kwartaalresultaten van de Groep bespreken en elkaar informeren over de belangrijkste nieuwe projecten.

De belangrijkste onderwerpen die in 2019 werden besproken, waren de jaarlijkse onderhandelingen over het Global Performance Sharingplan. Op basis van dit plan heeft elke werknemer van de Groep recht op een aandeel in de EBITDA van de Groep. Hierbij worden ook duurzaamheidscriteria meegenomen (voortgang in de jaarlijkse Solvay Way-zelfevaluatie).

Europese ondernemingsraad

Solvay en zijn Europese Ondernemingsraad (EOR) voeren al meer dan 20 jaar een permanente dialoog. In 2019 kwam de EOR twee keer in een plenaire zitting bijeen. De commissie Sustainable Development van de EOR kwam twee keer bijeen en het secretariaat van de EOR vergaderde 11 keer met de directie van de Groep. Deze vertegenwoordigingsorganen zijn daarmee echt betrokken bij de ontwikkeling van Solvay. Onderwerpen die bijzondere aandacht kregen waren: fusies en overnames (met name de desinvestering van de polyamideactiviteiten); reorganisatiegerelateerde kwesties, inclusief het vereenvoudigingsplan; ontwikkelingen in de tewerkstelling en de werkomstandigheden binnen de Groep, en zaken die verband houden met strategie en duurzame ontwikkeling, zoals de nieuwe strategie die in november werd gelanceerd, een diepgaandere dialoog over de herziening van de nieuwe gedragscode voor integer zakendoen, en de nieuwe doelgerichtheid. Er is een overeenkomst ondertekend om te anticiperen op de brexit en de vertegenwoordiging van het VK binnen de Europese ondernemingsraad te handhaven.

De belangrijkste onderwerpen die in 2019 met de Commissie Duurzame Ontwikkeling van de Europese Ondernemingsraad werden besproken, zijn onder meer onderwerpen die verband houden met duurzame ontwikkeling, het gezondheids- en veiligheidsplan en digitale-transformatieprojecten.

De raamovereenkomst met IndustriALL Global Union

Op 17 december 2013 ondertekende Solvay namens de hele Groep een Corporate Social and Environmental Agreement met IndustriALL Global Union. De overeenkomst is gebaseerd op de normen van de Internationale Arbeidsorganisatie en de uitgangspunten van de Global Compact van de Verenigde Naties. Dit geeft concrete invulling aan de wens van Solvay om ervoor te zorgen dat de fundamentele arbeidsrechten en de maatschappelijke normen van de Groep op het vlak van gezondheid, veiligheid en milieubescherming in al haar vestigingen worden nageleefd.

In februari 2017 zette Solvay een nieuwe stap in de samenwerking door de Global Framework Agreement met IndustriALL Global Union te vernieuwen en deze aan te vullen met nieuwe sociale projecten, zoals maatschappelijke projecten en de bescherming van geestelijke gezondheid op de werkplek.

Elk jaar komen vertegenwoordigers van IndustriALL Global Union en werknemers van Solvay bijeen om de naleving te controleren, waarbij op twee verschillende sites twee evaluatiemissies plaatsvinden. De ene missie meet het resultaat van het veiligheidsbeleid van Solvay. De tweede missie beoordeelt de uitvoering van de overeenkomst, waarin met name de volgende gezondheids- en veiligheidsaspecten aan de orde komen:

  • Het waarborgen van goede werkomstandigheden;
  • Het dagelijks beheersen van de risico's;
  • Interne beleidsmaatregelen definiëren en toezien op de strikte toepassing daarvan;
  • De veiligheidsresultaten verbeteren, inclusief regelmatige controle van Solvays eigen werknemers en die van aannemers;
  • Gezonde werkomstandigheden waarborgen voor alle werknemers, ongeacht het soort werk en de daarmee gepaard gaande risico's.

In 2019 vonden twee evaluatiemissies plaats in Mexico en India. In India heeft het bezoek de mogelijkheid gecreëerd om op nationaal niveau een platform voor dialoog op te bouwen tussen het management en werknemersvertegenwoordigers. IndustriALL Global Union besteedde vooral aandacht aan de veiligheidsprocedures voor werknemers en de mogelijke grenzen daaraan.

Om ervoor te zorgen dat alle werknemers de IndustriALL Global Union-overeenkomst naleven, is deze als werknemerspraktijk geïntegreerd in het Solvay Way-kader. In 2019 presenteerde en verklaarde meer dan 99% van de sites alle werknemers de IndustriALL-overeenkomst.

Solvay Cares: minimale sociale voorzieningen voor alle werknemers wereldwijd.

In februari 2017 ondertekende Solvay een wereldwijd akkoord over minimale welzijns- en gezondheidsbescherming voor alle werknemers van de Solvay-groep over de hele wereld.

Solvay Cares werd in 2019 binnen het hele bedrijf toegepast en wil vier belangrijke personeelsvoorzieningen bieden:

    1. Volledige doorbetaling van het salaris tijdens zwangerschapsverlof, 14 weken voor de moeder en één week voor de co-ouder; één week volledige doorbetaling van het salaris bij adoptie;
    1. Een minimale dekking van 75% van de medische kosten bij opname in een ziekenhuis of ernstige ziektes;
    1. Invaliditeitsverzekering in geval van blijvende invaliditeit;
    1. Levensverzekering met dekking voor het gezin of de partner.

Wat heeft Solvay Cares veranderd voor werknemers?

Tegen 1 april 2019 bood Solvay Cares wereldwijd het overeengekomen minimumniveau aan personeelsvoorzieningen. De wettelijke personeelsvoorzieningen worden beschouwd als onderdeel van de voorzieningen van Solvay Cares. Dit verklaart waarom de personeelsvoorzieningen die in de verschillende landen worden geboden, kunnen verschillen en kunnen afwijken van de minimale personeelsvoorzieningen.

De hieronder genoemde landen bevonden zich reeds op of boven het minimumniveau aan personeelsvoorzieningen en vereisten geen enkele actie: Brazilië, Canada, Chili, Hongkong, Taiwan, Nieuw-Zeeland, Vietnam en andere landen met een kleiner personeelsbestand.

De onderstaande landen hadden alleen een upgrade van hun ouderschapsuitkeringen nodig: Colombia, Frankrijk, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Argentinië en andere landen met een kleiner personeelsbestand.

Minimale kennisgevingstermijnen ten aanzien van operationele veranderingen

In een aantal collectieve arbeidsovereenkomsten wordt een specifieke kennisgevingstermijn aangegeven voor overleg en onderhandeling. In de wereldwijde raamovereenkomst ondertekend tussen Solvay en IndustriALL Global Union is opgenomen dat alle werknemers en vakbonden (waar van toepassing) van tevoren geïnformeerd worden over eventuele reorganisatieplannen. In een aantal arbeidsovereenkomsten kunnen een kennisgevingstermijn en bepalingen over overleg en onderhandeling vereist zijn.

Indicator voor werknemersvertegenwoordiging

In de meeste vestigingen van Solvay wereldwijd zijn vakbonden actief. Het vakbondslidmaatschap wordt geschat op 20% in Europa, 25% in Zuid-Amerika, 30% in Noord-Amerika en 70% in Azië.

TOELICHTING S9 Diversiteit en inclusie

* Toepassingsgebied: in lijn met financiële verslaggeving.

Definitie

Solvay definieert diversiteit als alle manieren waarop personen van elkaar kunnen verschillen, zichtbaar of onzichtbaar. Diversiteit omvat meer dan geslacht, nationaliteit, leeftijd, mindervalide, etnische achtergrond of seksuele geaardheid. Het heeft ook betrekking op iemands mening, geloof, opleiding en achtergrond. In een zakelijke omgeving komt daar ook nog eens de bedrijfscultuur bij.

Managementbenadering

Betrokkenheid en beleid

Solvay zet zich in voor gelijke kansen en stimuleert diversiteit en inclusie op elk niveau in de organisatie. Deze verbintenis is gebaseerd op de uitgangspunten van Solvay voor ethisch gedrag, respect voor mensen, klantgerichtheid, empowerment en samenwerking.

Diversiteit en inclusie worden tot op het hoogste niveau in de organisatie, de Raad van Bestuur, het Uitvoerend Comité en het Leadership Council, aangemoedigd. Elk managementteam van de Global Business Units en Functies heeft de verantwoordelijkheid om dit in praktijk te brengen. In lijn met de bedrijfsdoelstellingen en culturele context, stellen de bedrijfs-, regionale en lokale leidinggevenden specifieke en relevante doelen binnen het diversiteits- en inclusieraamwerk van de Groep. Strategieën en actieplannen moeten lokaal worden gerealiseerd door de entiteit, de regio of het land in kwestie, rekening houdend met lokale wet- en regelgeving, gebruiken en prioriteiten.

Inclusie betekent dat verschillen worden gewaardeerd en gerespecteerd, dat de unieke bijdrage van vele verschillende soorten mensen wordt onderkend en dat een werkklimaat wordt gecreëerd waarin de kwaliteiten van iedereen optimaal worden benut. De Groep beschouwt deze aanpak als een manier om de prestaties van het bedrijf als werkgever te verbeteren. Deze aanpak zal de totale prestaties van het personeel uiteindelijk verbeteren en daarom heeft de onderneming diversiteit en inclusie tot een van de prestatiepijlers en groeimotoren gemaakt.

Op Groepsniveau krijgen vier aandachtsgebieden wat diversiteit betreft specifieke aandacht en toezicht om consistente verbetering binnen de organisatie te waarborgen:

    1. Verbetering van de gendermix op alle niveaus binnen de organisatie;
    1. Gebruikmaken van de generatiemix voor een zo goed mogelijke overdracht van kennis en ervaring;
    1. Ontwikkeling van nationaal en cultureel talent waarin de groeikansen tot uitdrukking komen;
    1. De teammix verrijken door gebruik te maken van ervaringen en achtergronden.

Diversiteit binnen de Raad van Bestuur

De Raad van Bestuur vervult de taken die haar door artikel 518 van het Belgische Wetboek van Vennootschappen zijn toebedeeld.

Indicatoren en doelstellingen

Sinds 2017 zijn de acties van Solvay gericht op:

  • Ervoor zorgen dat leidinggevenden zich inzetten en rekenschap verplicht zijn;
  • Bevorderen van het bewustzijn van diversiteit en inclusie;
  • Geven van richtlijnen met betrekking tot HR-processen, zoals werving, retentie en doorstroming.

Een herziening van de Human Resources-processen was vooral gericht op het aantrekken van talent door begeleiding te bieden bij het vinden en selecteren van kandidaten.

Trainings- en ontwikkelingsprogramma's richtten zich op initiatieven om het bewustzijn te bevorderen over inclusief gedrag, en gerichte ontwikkelingsprogramma's voor bijvoorbeeld vrouwelijke leidinggevenden en Aziatische talenten.

We stimuleren ook landspecifieke acties die zijn opgezet als antwoord op de lokale context, dankzij het Solvay Way-netwerk en best practices.

Doelstelling van Solvay:

2020

20%

van de posities in het topmanagement ingevuld door vrouwen

Genderdiversiteit per categorie medewerkers

Percentage van totaal aantal medewerkers 2019 2018
Vrouwen in hoger kader 14% 15%
Vrouwen in middenkader 26% 25%
Vrouwen in lager kader 33% 33%
Vrouwen niet in leidinggevende functie 20% 20%
Totaal 23% 23%

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

Leeftijdsgroep per categorie medewerkers

Percentage van totaal aantal medewerkers 2019 2018
Hoger kader 369 401
Percentage onder 30 jaar 0% 0%
Percentage tussen 30 en 49 jaar 29% 28%
Percentage 50 jaar en ouder 71% 72%
Middenkader 2.895 2.915
Percentage onder 30 jaar 0% 0%
Percentage tussen 30 en 49 jaar 49% 49%
Percentage 50 jaar en ouder 51% 51%
Lager kader 5.246 5.213
Percentage onder 30 jaar 10% 10%
Percentage tussen 30 en 49 jaar 64% 64%
Percentage 50 jaar en ouder 26% 26%
Geen leidinggevende functie 15.645 15.972
Percentage onder 30 jaar 14% 14%
Percentage tussen 30 en 49 jaar 55% 55%
Percentage 50 jaar en ouder 32% 31%

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

Medewerkers van Solvay, per leeftijdscategorie

2019 2018
Onder 30 jaar 2.649 2.800
Tussen 30 en 49 jaar 13.422 13.605
50 jaar en ouder 8.084 8.096
Totaal aantal medewerkers 24.155 24.501

Toepassingsgebied: In lijn met financiële verslaggeving.

Volgens bovenstaande tabel is de verdeling naar leeftijd momenteel als volgt:

  • 33% ouder dan 50 jaar;
  • 55% tussen 30 en 49 jaar;
  • 12% jonger dan 30 jaar.

Belangrijkste verwezenlijkingen in 2019

Solvay staat op de negende plaats van de meer dan 10.000 Europese bedrijven in de inaugurele ranglijst 'Diversity Leaders' van de Financial Times.

De lokale implementatie van het beleid van de groep, dankzij het Solvay Way-netwerk, werd in 2019 in 140 vestigingen beoordeeld: 71 bereikten het niveau waarop een actieplan ter bevordering van inclusie en diversiteit is gedefinieerd, goedgekeurd door hun GBU en meegedeeld aan hun werknemers.

Meer dan 200 managers uit alle regio's kregen dit jaar een opleiding over de zes vormen van inclusief leiderschapsgedrag: luisteren om te begrijpen, op zoek gaan naar meerdere gezichtspunten, feedback geven en ontvangen, inclusie verbeteren, processen en beleid vaststellen die vertrouwen en respect bevorderen, en zelfbewustzijn cultiveren.

In 2019 vond ons belangrijkste Internationale Management Seminar (IMS) plaats: een zes maanden durende studiereis voor 60 uitgekozen jonge talenten uit alle regio's en entiteiten van de groep. Dit programma leidt tot inclusie en inclusief gedrag. De 'IMS-gemeenschap' is een actieve groep van 250 managers die aan het programma hebben deelgenomen sinds de start ervan.

'WomenLeaders@Solvay', een groep van meer dan 100 kaderleden over de hele wereld, heeft gewerkt aan 'Hoe de diversiteit bij Solvay bevorderen'. De groep wordt gesponsord door de vrouwelijke topmanagers van Solvay. Zij bestudeert drie specifieke thema's en wil deze meer in de praktijk brengen.

Mentorprogramma's worden afgestemd op vrouwelijke talenten in sommige van onze GBU's. Zo heeft de GBU Soda Ash & Derivatives dit jaar een driejarig programma gelanceerd.

Opname van mindervalide werkers in Frankrijk.

Ondersteuning van personen en werknemers met een handicap is essentieel bij Solvay. Zo was Frankrijk dit jaar zeer actief door het sociaal akkoord ten gunste van mindervalide werknemers te vernieuwen voor de periode 2019-2022 met sterkere verbintenissen ten aanzien van de 280 mindervalide werknemers bij Solvay Frankrijk (bijna 7 van de Franse werknemers). Solvay Frankrijk heeft ook het volgende gepromoot:

  • 'Talents Handicap', een online wervingsforum waar kandidaten een job kunnen zoeken zonder zich te moeten verplaatsen;
  • 'Handicap Ambassadors', een actief netwerk van mindervalide Solvay-collega's en 'helpers' (op vrijwillige basis);
  • 'Hand'e-passeport', een e-learningcursus bestaande uit 11 sessies van elk 15 minuten om werknemers inzicht te geven in de verschillende soorten handicaps en uit te leggen hoe ze met elkaar moeten omgaan;
  • Deelname aan het nationale evenement 'DuoDay' in mei 2019, een dag met een-op-eengesprekken over de moeilijkheden van een mindervalide collega op het werk;
  • 'Solvay Handi Trophies', vier prijzen ter erkenning van vier verenigingen in november 2019.

93 van de mindervalide werknemers van Solvay Frankrijk beveelt aan om als mindervalide voor Solvay te werken.

Toelichtingen bij Maatschappelijk kapitaal

In dit hoofdstuk over maatschappelijk kapitaal wordt ingegaan op de functie van Solvay binnen de samenleving. Denk bijvoorbeeld aan de verwachting over wat Solvay zal bijdragen aan de samenleving in ruil voor zijn maatschappelijk bestaansrecht. Er wordt ingegaan op de relatie met belangrijke externe belanghebbenden, zoals klanten, lokale gemeenschappen, het publiek en de overheid.

TOELICHTING S10 Welzijn van klanten

Definitie

De Net Promoter Score is een indicator die gebruikt wordt om voor elke Global Business Unit de klantloyaliteit te meten. Deze standaard is ontwikkeld door (en is een geregistreerd handelsmerk van) Fred Reichfeld, Bain & Company en Satmetrix. De GBU-scores worden op Groepsniveau geconsolideerd door middel van een naar opbrengsten gewogen gemiddelde.

De Net Promoter Score wordt berekend op basis van de antwoorden van klanten op één enkele vraag: Hoe waarschijnlijk is het dat u ons bedrijf zult aanbevelen bij een vriend of collega? De antwoorden kunnen variëren van 0 tot 10. Wie een 9 of een 10 geeft, wordt een Promoter genoemd en vertoont waarschijnlijk waardecreërend gedrag, resulterend in positieve aanbevelingen naar andere potentiële klanten. Wie een score van 0 tot en met 6 geeft, wordt een Detractor genoemd en heeft geen positief effect. Wie een 7 of 8 geeft, wordt bestempeld als een 'Passive'. De Net Promoter Score wordt berekend door het percentage Detractors af te trekken van het percentage Promoters.

Het Net Promoter System is de methode die Solvay gebruikt om de klantenbinding te versterken door een cultuur van klantenfeedback te bevorderen en door actieve luistervaardigheden te ontwikkelen bij elk contactmoment met de klant. Het doel is om verder te kijken dan 'alleen een score', maar een grondige transformatie binnen de Groep door te voeren naar een veel klantgerichtere cultuur.

Het Net Promoter System is gestructureerd rond twee pijlers, waarbij op zowel strategisch als operationeel niveau systematisch inzicht wordt verkregen. Het doel van de eerste, meer strategische pijler is om die gebieden te identificeren waar de Groep het echt beter doet dan de concurrentie en deze verder te versterken om de klantloyaliteit te bevorderen en de groei te versnellen.

De tweede, meer operationele pijler gaat in op hoe klanten naar ons productaanbod kijken vanuit een dagelijks perspectief. Deze belangrijke inzichten resulteren in duidelijke actieplannen – zowel per account als per bedrijfsonderdeel – die ons dichter bij de klant brengen en waarmee we de klant beter van dienst kunnen zijn met passende en efficiënte diensten.

Managementbenadering

Sinds 2014 voert elke Global Business Unit ten minste elke twee jaar een klanttevredenheidsonderzoek uit voor strategische afstemming met de trends in zijn bedrijfsomgeving. Het doel is om de juiste gebieden te bepalen waarop de Global Business Unit zich moet richten om zich op de markt te onderscheiden en de groei te versnellen.

De Net Promoter Score is geselecteerd als de belangrijkste indicator van klantenbinding voor de Groep. Deze score wordt gemeten op het niveau van de GBU, wordt geconsolideerd op het niveau van de Groep en wordt jaarlijks gepubliceerd.

In 2018 besloot Solvay om deze 'Voice of the Customer'-aanpak naar een hoger niveau te tillen door een nieuw initiatief (het 'Net Promoter System') te lanceren om de werkpraktijken van alle frontlinewerknemers in alle bedrijfsonderdelen en regio's te transformeren en de klantenfeedbackcultuur in ons DNA te verankeren.

De inzichten die van klanten worden verkregen, leiden systematisch tot actieplannen, waarbij we onze waardepropositie voortdurend aanpassen om hen beter van dienst te zijn en onze 'share of wallet' te vergroten.

Indicator en doelstelling

De Net Promoter Score van de Groep steeg van 14% in 2014 tot 33% in 2019.

In 2019 heeft Solvay, voortbouwend op de ervaring die het in 2018 heeft opgedaan, het Net Promotor System verder ingevoerd in de hele Groep op basis van een veel bredere onderzoek die gebruikmakend van digitale tools ingebed in ons Customer Relationship Management (CRM).

In 2019 daalde de Net Promoter Score van de Groep tot 33% (2018: 42%), voornamelijk als gevolg van de verandering van de perimeter en het zeer moeilijke ondernemingsklimaat.

2019 moet worden beschouwd als een overgangsjaar waarin het nieuwe systeem in verschillende GBU's werd geïmplementeerd. 2020 wordt het nieuwe referentiejaar voor de toekomst, aangezien het nieuwe Net Promoter System dan in alle GBU's volledig zal zijn ingevoerd.

In % 2019 2018 2017
Net Promoter Score (NPS) van Solvay 33 42 36

Legende: Net Promotor Score is een klantloyaliteitsmetriek ontwikkeld door (en geregistreerd handelsmerk van) Fred Reichheld, Bain & Company, en Satmetrix.

TOELICHTING S11 Maatschappelijke acties

Waardecreatie is een gezamenlijke inspanning, zowel binnen het bedrijf als tussen het bedrijf en zijn stakeholders. De Groep wil haar verbintenis met de samenleving versterken door de betrokkenheid van werknemers bij maatschappelijke projecten te ondersteunen en de expertise van Solvay in te zetten in de regio's waar de Groep actief is. In deze paragraaf wordt informatie verschaft over de indirecte economische invloed van Solvay.

Lokale maatschappelijke acties

Definitie

Een lokale maatschappelijke actie is bijvoorbeeld op de site ontwikkeld vrijwilligerswerk in samenwerking met geassocieerde deelnemingen, overheidsinitiatieven, of ngo's met als doel de sociale omstandigheden te verbeteren of een bijdrage te leveren aan de lokale gemeenschappen. Het moet betrekking hebben op een van de volgende vier door Solvay gedefinieerde domeinen:

    1. Wetenschap;
    1. Onderwijs en jeugdwerkgelegenheid;
    1. Milieu;
    1. Solidariteit en liefdadigheid.

Verantwoordelijkheid en middelen

Elke vestiging wordt uitgenodigd om gezamenlijk een lokaal maatschappelijk actieplan op te stellen op basis van de Solvay Way-uitgangspunten en de behoeftes van de omringende gemeenschappen. De vestigingen krijgen richtlijnen op basis waarvan ze worden uitgenodigd een werkgroep samen te stellen die de plannen van de vestiging jaarlijks bijwerkt om voortdurend verbeteringen te kunnen doorvoeren.

€ 3,609 miljoen

Schenkingen, sponsoring en eigen projecten Solvay-groep

  • De vestigingsmanager is verantwoordelijk voor de implementatie, het opstellen van het maatschappelijk actieplan en het veiligstellen van financiering;
  • De HR-manager van de vestiging biedt ondersteuning door acties voor te leggen aan de stakeholders, documentatie te voorzien en het aantal betrokken werknemers te tellen;
  • De industriële-relatiesfunctionaris geeft advies hoe maatschappelijke acties kunnen aansluiten bij de behoeften van de belanghebbenden en de richtlijnen van de Groep, coördineert nationale initiatieven en zorgt voor informatievoorziening in de vestigingen;
  • De Solvay Way-correspondent treedt op als rapporteur, zorgt voor naleving van de richtlijnen van de Groep, doet actievoorstellen, stelt beoordelingen op vestigingsniveau op en verzamelt en verspreidt informatie;
  • Werknemersvertegenwoordigers zijn vrijwillige ambassadeurs. Zij dragen actief bij, nemen deel aan de werkgroepen en stellen acties voor.

Indicatoren en doelstellingen

De prioritaire doelstelling van Solvay:

2025

40%

van de werknemers zet zich maatschappelijk in

In % van het totale aantal medewerkers 2019 2018 2017
Medewerkers die zich plaatselijk maatschappelijk inzetten 47 33 33

Aantal medewerkers dat in 2019 deelnam aan ten minste één maatschappelijke activiteit (ook wanneer zij op 31 december 2019 niet langer in dienst waren) gedeeld door het aantal medewerkers op 31 december 2019.

Citizen Day – 168 Solvay-vestigingen sluiten zich aan bij internationale oproepen voor klimaatactie

Van 17 tot en met 27 september organiseerde Solvay ter gelegenheid van internationale klimaatstakingen en de VN-top over klimaatactie zijn eerste World Citizen Day voor milieubehoud.

Solvay-vestigingen over de hele wereld hebben hun eigen Citizen Day-initiatieven georganiseerd, die elke werknemer en zijn gezin de mogelijkheid bieden om binnen hun gemeenschap milieuacties te ondernemen. De officiële activiteiten varieerden van het planten van bomen in India en Bulgarije tot schoonmaakcampagnes in China en Thailand, educatieve sessies over zonne-energie en waterbesparing in Brazilië en de Verenigde Staten, en inspanningen om het gebruik van plastic en papier in Europa en Azië te verminderen.

Tijdens het twee weken durende evenement namen 169 vestigingen deel, die samen meer dan 94% van de werknemers van de Groep over de hele wereld vertegenwoordigen. De Citizen Day heeft bijgedragen tot de verwezenlijking van de duurzaamheidsdoelstellingen van Solvay, waaronder een verdubbeling van het aantal werknemers die betrokken zijn bij lokale maatschappelijke acties, tegen 2025.

Voortaan trekken we elk jaar één dag uit om de impact te vieren die groepen werknemers kunnen hebben op de wereld als ze allemaal samenkomen als 'Citizens of Solvay'.

Verantwoord ondernemen en liefdadigheid

Managementbenadering

Solvay wil zijn liefdadigheidsinspanningen laten aansluiten bij zijn expertise en steunt doelen waar zijn producten en diensten van toegevoegde waarde kunnen zijn.

In 1923 richtte Solvay het Fonds Ernest Solvay op ter ere van de oprichter van het bedrijf, die het jaar daarvoor overleed. Vandaag lopen de meeste liefdadigheidsacties van Solvay via het Fonds Ernest Solvay, beheerd door de onafhankelijke Koning Boudewijnstichting.

Solvay concentreert zijn financiële en liefdadigheidsinspanningen op Groepsniveau op het bevorderen van wetenschap, onderwijs en de inzetbaarheid van jongeren, en in sommige omstandigheden op het ondersteunen van humanitaire initiatieven als reactie op rampen en/ of situaties waar onze producten of diensten bijzonder waardevol zijn.

Belangrijkste projecten

De Internationale Instituten voor Fysica en Chemie van Solvay

De missie van de Solvay Instituten, opgericht in 1912 door Ernest Solvay, is door nieuwsgierigheid gedreven onderzoek in de chemie, fysica en aanverwante domeinen te steunen en te stimuleren om 'het inzicht in natuurverschijnselen te vergroten en te verdiepen'.

De centrale activiteit van de Instituten is het periodiek organiseren van de befaamde Solvay-conferenties over fysica en chemie ('Conseils de Physique Solvay' en 'Conseils de Chimie Solvay'). Ter aanvulling op deze steun voor fundamentele wetenschap organiseert de Groep open workshops over specifieke onderwerpen, internationale leerstoelen, colloquia en een internationale doctoraatsschool.

Naast deze activiteiten willen de Solvay Instituten de populariteit van wetenschap bevorderen door jaarlijks de Solvay Public Lectures te organiseren, gewijd aan de grootste wetenschappelijke uitdagingen van dit moment.

Het project XperiLAB.be werd gelanceerd om jongeren bewust te maken van wetenschap. Om dat te bereiken, gaat er niets boven een persoonlijke, praktijkgerichte aanpak. Doen is begrijpen! XperiLAB.be is ook een gelegenheid om leerlingen en onderwijzend personeel de tools te geven die ze vaak missen in de klas. Het is ontworpen voor kinderen in de laatste twee jaar van de lagere school en de eerste twee jaar van de middelbare school. Jaarlijks wonen ongeveer 10 000 leerlingen sessies bij in het XperiLab.

Voorbeelden van projecten voor wetenschappelijk en maatschappelijk onderwijs van de Groep

  • CERN (CH): Solvay ondersteunt het 'Non-Member State Summer Student Program' waarbij elk jaar honderden studenten de kans krijgen ervaring op te doen met wetenschap. Dit achtweekse Summer Student Program geeft bachelorstudenten in fysica, informatica en techniek de unieke gelegenheid kennis te maken met het dagelijkse werk van onderzoeksteams en zo bekend te raken met gebruikte processen en technologieën;
  • 1,001 inventions: '1,001 Inventions' is een in Groot-Brittannië gevestigde, bekroonde organisatie voor wetenschap en cultureel erfgoed. Via haar educatieve programma's, boeken, blockbustertentoonstellingen, liveshows, films en leerproducten toont '1,001 Inventions' de bijdragen van inspirerende mannen en vrouwen van verschillende geloofsovertuigingen en culturen in een beschaving die zich uitstrekte van Spanje tot China. '1,001 Inventions' heeft een scala aan spannende en boeiende educatieve ervaringen, tentoonstellingen en producties van wereldklasse opgeleverd.
  • De IUPAC-SOLVAY International Award for Young Chemists is bedoeld om uitstekende jonge onderzoekswetenschappers die aan het begin van hun carrière staan te stimuleren. De prijzen worden uitgereikt voor de allerbeste doctoraatsverhandelingen op het algemene gebied van de chemische wetenschappen, zoals beschreven in een essay van 1.000 woorden. De prijs wordt gesponsord door Solvay.

Strategische samenwerkingsverbanden van de Groep

Ellen MacArthur Foundation

In januari 2018 tekenden Solvay en de Ellen MacArthur Foundation een driejarige Global Partner-overeenkomst, waardoor de Groep de gelegenheid krijgt om de overgang naar een circulaire economie in de chemiesector te versnellen.

World Alliance for Efficient Technologies

Solvay heeft zich aangesloten bij de World Alliance for Efficient Solutions, die door Bertrand Piccard (de oprichter van Solar Impulse) is opgericht om efficiënte technologieën, processen en systemen te bevorderen die de kwaliteit van het leven op aarde verbeteren. Onder de leden van de Alliance bevinden zich start-ups, bedrijven, instellingen en organisaties.

De World Alliance for Efficient Solutions brengt de belangrijkste actoren samen die betrokken zijn bij de ontwikkeling, financiering of promotie van producten, diensten, processen en technologieën die het milieu op een rendabele manier beschermen. Daartoe beoordelen zij de door hun leden voorgelegde oplossingen, met de hulp van onafhankelijke technisch en financieel experts, en selecteren zij 1 000 van de meest veelbelovende oplossingen. Deze worden als 'Efficient Solutions' aangemerkt en aan regeringen, bedrijven en instellingen gepresenteerd om hen ertoe aan te zetten ambitieuzere milieudoelstellingen en een ambitieuzer energiebeleid vast te stellen.

In 2019 werden 7 Solvay-producten door de Alliantie als 'Solutions' gelabeld:

  • AgRHO® S-BoostTM: Dit label bevestigt de waarde van het product in termen van duurzaamheid. Het bevordert inderdaad de wortelontwikkeling: de plant wordt sneller sterker omdat het product de opname van voedingsstoffen en water bevordert, zodat er minder pesticiden, meststoffen en irrigatie nodig zijn.
  • SOLVAir®: Het is een oplossing voor de behandeling van verbrandingsgassen (zoals Nox, SO2 en HCI) van fabrieken en schepen en draagt zo bij tot schonere steden dankzij het innovatieve Dry Sorbent Injection (DSI)-proces (injectie van droog sorbent).
  • Solef® PVDF: Het is een oplossing zonder additieven en heeft de intrinsieke stabiliteit die inherent is aan fluorpolymeren, zelfs bij blootstelling aan ruwe omgevingen, waardoor de gebruiker een unieke combinatie van eigenschappen krijgt die resulteert in een langere levensduur van apparatuur.
  • Paramove®: Een goedgekeurd diergeneesmiddel dat in de zalmkweek wordt gebruikt om zalmluis te bestrijden en het welzijn van de zalm te bevorderen.
  • Capterall®: Minerale formuleringen behandelen vervuild water om de lozingsconcentraties te verlagen en schommelingen in vervuilende stoffen te beheersen teneinde aan strenge regelgeving te voldoen.
  • Alve-One®: Schuimoplossingen zijn een innovatieve generatie hoogwaardige en kosteneffectieve chemische blaasmiddelen op basis van 100% veilige grondstoffen die de kunststofindustrie helpen om te evolueren naar een circulaire economie
  • MAX® HT: Deze oplossing stelt al onze klanten in staat om warmteoverdrachtscoëfficiënten te verhogen en de behoefte aan verdampingsstoom te beperken, wat resulteert in een lager energieverbruik, minder verlies van natronloog en lagere onderhoudskosten (kosten van zuren en loonkosten).

Bedrijfsprogramma's voor maatschappelijke behoeftes

Sustainable Guar Initiative, of onze manier van inclusief zakendoen

Solvay is 's werelds grootste producent van guarderivaten. Sinds 2015 loopt Solvay voorop met een grootschalig ontwikkelingsinitiatief om de guarteelt te verduurzamen en het inkomen van de producerende boeren te verbeteren. Guar is een droogteresistent gewas dat in een halfdroog klimaat groeit, voornamelijk in India. Rajasthan neemt ongeveer 70% van de productie in het land voor zijn rekening.

In samenwerking met L'Oréal en Henkel, twee strategische klanten op het gebied van persoonlijke verzorging, en met de steun van de ngo TechnoServo, zijn in vier jaar meer dan 7 000 boeren in Bikaner opgeleid en zijn in 36 dorpen meer dan 971 moestuinen aangelegd.

De belangrijkste doelstelling van dit initiatief is om duurzame en klimaatvriendelijke landbouw te stimuleren, en tegelijkertijd de opbrengst van de boeren te vergroten door voor de guarteelt goede methoden voor zaadselectie en -behandeling, zaaimethodes en onkruidbestrijding te gebruiken.

Dit initiatief ondersteunt ook vrouwen door middel van specifieke training op het gebied van hygiëne, gezondheid en voeding.

  • Wat bijdraagt aan betere voeding door groentes te verbouwen in moestuinen in een regio waar het traditionele dieet beperkt is;
  • Wat betere gezondheid en hygiëne bevordert voor de vrouwen en hun kinderen.

Ten slotte richt het initiatief zich op boslandbouw, waarbij meer dan 60.000 bomen zijn geplant om zandverschuiving en bodemerosie tegen te gaan. De uitkomst is dat guartelers beter in hun levensonderhoud kunnen voorzien, wereldwijde kopers een betere kwaliteit van guar kunnen verkrijgen en de markt profiteert van een betere leveringszekerheid.

Toelichtingen bij Leiderschap en bestuur

Dit hoofdstuk gaat in op de naleving van regelgeving, risicobeheer, veiligheidsbeheer, belangenverstrengeling, concurrentiebelemmerend gedrag, corruptie, omkoping en het risico dat het bedrijf betrokken raakt bij de schending van mensenrechten.

TOELICHTING S12 Beheer van het juridisch, ethisch en regelgevend raamwerk

Het beheer van het juridisch, ethisch en regelgevend raamwerk heeft betrekking op bedrijfsethiek – mensenrechten, geen corruptie of discriminatie – en concurrentiebelemmerend gedrag.

Betrokkenheid en beleid

Solvays Gedragscode voor integer zakendoen

Solvays Gedragscode voor integer zakendoen en de beleidsmaatregelen en procedures goedgekeurd om het deugdelijk bestuur te verbeteren, gelden voor alle werknemers, waar ook ter wereld zij zich bevinden. Daarnaast:

  • Externe partijen worden geacht te handelen naar de Gedragscode voor integer zakendoen;
  • Alle belangrijke leveranciers moeten bevestigen dat zij de principes in de Gedragscode voor Leveranciers van Solvay zullen naleven;
  • Joint ventures waarin Solvay een meerderheidsbelang heeft, moeten Solvays Gedragscode voor integer zakendoen of een afzonderlijke code gebaseerd op vergelijkbare principes naleven.

Geschenken, uitnodigingen en anti-afpersingsbeleid

In onze Gedragscode voor integer zakendoen staat duidelijk dat elke vorm van omkoping verboden is. Solvay en zijn werknemers maken geen gebruik van schenkingen of uitnodigingen om een concurrentievoordeel te behalen. Het betalen van steekpenningen is niet toegestaan door Solvay. Ook het onderhands verstrekken van schenkingen of uitnodigingen als liefdadige donatie wordt beschouwd als een schending van de Gedragscode voor integer zakendoen. De Code is aangevuld met een meer gedetailleerd beleid op het gebied van geschenken, uitnodigingen en afpersing. Solvay is lid van Transparancy International Belgium.

De Groep past intern een volgsysteem toe om schenkingen en uitnodigingen te registreren die een voor elke regio toepasselijk waarde overschrijden. Voor het accepteren of verstrekken van dergelijke schenkingen is de toestemming van de leidinggevende nodig. Het gebruik van GETS (Gift & Entertainment Tracking System) is onderdeel van de interne controleprocedure binnen Solvay.

Mensenrechten in bedrijfsbeleid

Mensenrechten in Bedrijfsbeleid, gepubliceerd op de Website van Solvay, geeft de verbintenis van Solvay weer wat mensenrechten betreft en hoe met zorg gehandeld wordt om schending van mensenrechten of een negatieve invloed daarvan te voorkomen. Het beleid benadrukt de verbintenis van Solvay tegenover de belanghebbenden (werknemers, zakelijke partners, de gemeenschappen en de omgeving, alsmede kinderen).

Solvay kent een Global Human Rights Committee dat de implementatie van beleid en naleving daarvan overziet en bewaakt dat gemaakte afspraken worden nagekomen. De hoofden van de volgende Solvay Business Service-activiteiten en/of hun plaatsvervangers zijn lid van het Global Human Rights Committee: Legal and Compliance, Human Resources, Inkoop & Bevoorrading, Industrial, Interne Controle en Risicobeheer, en Sustainable Development. Het GHRC wordt voorgezeten door de Juridisch Directeur van de Groep, tevens hoofd Legal and Compliance. Leden van de Global Business Units en overige zakelijke dienstverlening van Solvay zullen, indien nodig, op ad-hoc basis bijdragen aan het werk van het GHRC.

Het GHRC maakt jaarlijks, voorafgaand aan de publicatie van het jaarverslag van de Groep, een schriftelijke samenvatting van zijn activiteiten (inclusief KPI-resultaten) op voor het Uitvoerend Comité en bekrachtigt tevens de rapportage over de mensenrechten in samenhang met het jaarverslag. De voorzitter van het GHRC kan worden gevraagd om, indien dat nodig wordt geacht, een jaarverslag te verstrekken aan de auditcommissie.

Solvay neemt ook deel aan een pilot van de Belgische commissie voor de Rechten van het Kind en Gedragsregels.

Beleid Mededingingsrecht

Het doel van Solvay is om op een ethische manier zaken te doen en geen handelsovereenkomsten te sluiten die de concurrentie verstoren. Solvay wil een dusdanige cultuur binnen het bedrijf ontwikkelen waarin Solvay en zijn werknemers zich te allen tijde houden aan de wet- en regelgeving. Solvay kent een formeel beleid op het gebied van mededingingsrecht dat strikte naleving van alle mededingingswet- en regelgeving benadrukt. Dit formele beleid Mededingingsrecht is goedgekeurd door het Uitvoerend Comité van Solvay en gepubliceerd op het intranet, waar alle werknemers van Solvay toegang toe hebben. Eventuele schending van dit beleid kan resulteren in disciplinaire maatregelen, conform de toepasselijke wet- en regelgeving.

Middelen en verantwoordelijkheden

Een compliance-organisatie onder leiding van de Chief People Officer wil de groepsbrede cultuur van ethisch en correct handelen versterken.

in de vier regio's waar de Groep actief is, zijn regionale Compliance Officers aangesteld. Elke Global Business Unit en Functie van Solvay benoemt een Compliance Liaison om de naleving van de compliancedoelstellingen te verbeteren en te zorgen dat de betrokkenheid binnen Solvay op het gebied van compliance toeneemt.

Wat mededingingsrecht betreft, heeft Solvay binnen de functie Juridische zaken middelen toegewezen voor de implementatie van de mededingingsrichtlijnen. Het is hun verantwoordelijkheid om juridisch advies en richtlijnen te verstrekken en periodiek te communiceren en opleidingen te geven over mededingingsrecht-gerelateerde onderwerpen.

Implementatie beleid Mededingingsrecht

Solvay heeft mededingingsrichtlijnen ingesteld die een nultolerantiebeleid bevorderden wat schendingen van het mededingingsrecht betreft. Als onderdeel van mededingingsrichtlijnen verstrekt Solvay via het internet een mededingingstoolkit met actuele richtlijnen over specifieke aspecten van het mededingingsrecht, waaronder omgang met de concurrentie, informatie-uitwisseling over fusies en overnames, swaps, koersinformatie, verticale betrekkingen, enz.

Om het risico op kartelvorming zo klein mogelijk te houden, heeft Solvay een computersysteem ingericht dat alle contacten van relevante werknemers met de concurrentie volgt aan de hand van een managementgoedkeuringsprocedure.

Klachtenprocedure

Werknemers worden aangemoedigd om via verschillende interne kanalen zoals het management, Personeelszaken, de functie Juridisch en Controle op Naleving en Interne Audit overtredingen of zorgen daarover te melden.

Er is een wereldwijd Speak Up-programma ingericht dat onder toezicht staat van de auditcommissie van de Raad van Bestuur. Een externe hulplijn is 24 uur per dag, 365 dagen per jaar beschikbaar. Hier kunnen werknemers vragen stellen, problemen melden of rapporten indienen.

Onderstaande grafiek laat zien welke soorten klachten er in 2019 via het Speak Up-programma zijn ingediend:

Speak Up-programma van Solvay

Aantal klachten 2019 2018 2017
Wangedrag of ongepast gedrag 48 30 26
Discriminatie/intimidatie 34 20 15
Belangenverstrengeling 14 10 7
Computer, e-mail, internet 1 3 1
Wetgeving op het gebied van milieu, gezondheid en veiligheid 5 2 6
Boekhouding of auditing 4 1 2
Anti-omkoping 0 0 2
Vertrouwelijkheid/misbruik 4 1 2
Naleving internationale handelsrichtlijnen 0 0 0
Drugsgebruik 3 1 1
Diefstal 3 4 3
Geweld of bedreiging 0 5 2
Overige 24 11 16
Totaal 140 88 83

Op basis van het Speak Up-programma worden eventuele schendingen onderzocht door de Ethiek en Compliance-functie. In lijn met de afspraken die zijn gemaakt op het gebied van transparantie, wordt het Speak Up-programma gebruikt om vooruitgang in het onderzoek te rapporteren en om de uitkomsten van het onderzoek direct te melden aan degenen die een klacht hebben ingediend. Er zijn posters en een online brochure beschikbaar voor werknemers waarop de internetadressen en gratis telefoonnummers vermeld staan waarmee werknemers in hun regio toegang kunnen krijgen tot het programma. De auditcommissie houdt toezicht op de werking van Speak-Up.

140 127 46 63
Totaal aantal klachten Aantal afgeronde
klachten*
Aantal gegronde
klachten
Aantal ongegronde
klachten

* Inclusief zaken waarbij er onvoldoende informatie was of die foutief verzonden of doorverwezen waren.

Disciplinaire
Opgeloste klachten Geen actie Beleidsherziening Opleiding maatregel Beëindiging Ontslag
Gegrond 3 14 6 6 12 5
Ongegrond 49 8 3 1 1 1

Communicatie en training

Solvays Gedragscode voor integer zakendoen

Training over de Gedragscode voor integer zakendoen (live of via het internet) wordt georganiseerd om goed begrip te waarborgen en gedragsrisico's te voorkomen op bijvoorbeeld het gebied van antitrust, omkoping en corruptie en schending van mensenrechten. De specifieke anticorruptieopleiding is afgestemd op managers en andere werknemers in gevoelige functies (verkoop, inkoop, industriële ontwikkeling enz.). Jaarlijks worden er speciale campagnes opgezet en goedgekeurd om het bewustzijn binnen de Groep op peil te houden en/of te vergroten.

Antitrust

Solvay heeft een concreet actieplan opgesteld om de specifieke risico's die de Groep heeft geïdentificeerd op het gebied van de naleving van het mededingingsrecht te beperken. Dit plan wordt sinds 2003 uitgevoerd en wordt jaarlijks bijgewerkt. In 2019 had dit actieplan betrekking op

  • i. de uitrol van een nieuwe algemene antitrustopleiding die met succes werd afgerond door 4 828 relevante werknemers,
  • ii. 'Contacts with Competitors Tracking System' (CCTS)-opleidingssessies voor 230 personen, alsmede

iii. extra een-op-eenopleidingssessies op maat voor 133 personen die een hoog risico lopen.

Via jaarlijkse interne audits wordt gecontroleerd of het bovengenoemde actieplan daadwerkelijk wordt uitgevoerd.

Preventie en bestrijding van corruptie

De anti-omkopings- en anti-corruptieopleiding wordt nu om de twee jaar gegeven voor vooraf bepaalde gevoelige functies. Voor de cyclus 2018-2019 kregen 6 175 werknemers met een gevoelige bedrijfsfunctie de opleiding: hetzij een online opleiding via het internet, hetzij een persoonlijke live opleiding. Corruptiepreventie en -bestrijding worden ook behandeld in de Gedragscode voor integer zakendoen, die alle werknemers verplicht dienen te lezen en waarover ze een verplichte opleiding dienen te volgen.

Mensenrechten

In 2018 heeft de Groep de mensenrechten in het bedrijfsbeleid verder uitgewerkt. Als onderdeel van dit initiatief is een mensenrechtenvideo voorgelegd aan het Leadership Council met een overzicht van de maatregelen en de mensenrechtenstrategie van Solvay. In de loop van het jaar heeft de Groep wereldwijd een mensenrechtenopleiding gegeven aan fabrieksmanagers door met hen in contact te treden tijdens hun jaarlijkse regionale vergaderingen.

TOELICHTING S13 Beheer van het risico op kritieke incidenten

Definitie

Procesveiligheidsbeheer is gericht op het voorkomen en beheersen van incidenten in industriële processen, met name scenario's met mogelijk catastrofale gevolgen voor mens of milieu. Het beheer van de procesveiligheid van Solvay is risicogebaseerd. Procesveiligheidsprogramma's blijven de integriteit van de activiteiten garanderen en bevatten goede ontwerpprincipes naast de beste technische en operationele praktijken. De indicatoren die worden gebruikt voor het monitoren van procesincidenten (PSI) zijn in overeenstemming gebracht met de standaarden van de International Council of Chemical Associations (ICCA). Gerapporteerde procesincidenten met gevolgen voor het milieu worden gemonitord en de ernst ervan (gemiddeld, hoog en catastrofaal) wordt geclassificeerd op basis van vastgestelde criteria, waaronder de hoeveelheid gemorst materiaal, de gevolgen binnen of buiten de vestiging en de schade aan de directe omgeving. Het beheer van oudere bodemverontreinigingen wordt bewaakt via het grote aantal milieuvoorzieningen.

Managementbenadering

Procesveiligheid

De aanpak van Solvay om procesincidenten te voorkomen is gebaseerd op de 14 elementen van Process Safety Management, waarbij bijzondere aandacht wordt besteed aan de analyse van procesrisico's (Risicoanalyse). Risicoanalyse vormt de kern van de risicobeheersing. Deze gekwantificeerde risicoanalyse betreft bestaande, nieuwe en aangepaste installaties. Met behulp van een unieke risicomatrix kan Solvay het risiconiveau van elk ongevalsscenario kwantificeren, waarbij ernst en waarschijnlijkheid worden gecombineerd. Het aantal procesveiligheidsincidenten wordt gemonitord en vergeleken met dat van branchegenoten. Elk incident wordt geanalyseerd en gerangschikt volgens wereldwijd geharmoniseerde procesveiligheidsparameters van de ICCA (International Council of Chemical Associations) en de CEFIC (Europese Raad van de Chemische Nijverheid). Er worden preventieve en corrigerende maatregelen genomen, met de nadruk op incidenten waarbij de exploitatievergunning werd overschreden.

Bodemsanering

De afdeling Milieusanering binnen het bedrijf richt zich op het beheer van gesloten vestigingen en de aanpak van milieuaansprakelijkheid als gevolg van bodemvervuiling uit het verleden. Er wordt een Enterprise Risk Management-methode gehanteerd, waarbij een lokale aanpak (teammanagement) gecombineerd wordt met een wereldwijd team (door middel van initiatieven). Het doel is een duidelijk inzicht te krijgen in de huidige en potentiële milieuverplichtingen van Solvay en deze verplichtingen doeltreffend aan te pakken.

Indicatoren

Procesveiligheidsincidenten

Het is de doelstelling van Solvay om zeer ernstige incidenten te voorkomen en het aantal incidenten met een middelmatige ernstgraad te verminderen. Het aantal procesincidenten van Solvay is in overeenstemming met de methode die de International Council of Chemical Associations (ICCA) voorstelt.

2019
S1 S2 2018 2017
Aantal incidenten op het gebied van procesveiligheid 0,9 0,9 1 0,9

Legende: Aantal procesincidenten per 100 voltijdse werknemers (werknemers en aannemers, uitgaande van 2.000 werkuren/werknemer/jaar): Het percentage incidenten in het proces (PSI) van Solvay is in overeenstemming met de door ICCA en CEFIC voorgestelde methode.

2019
S1 S2 2018
Gemiddeld ernstige procesincidenten met gevolgen voor het milieu 20 14 47
… met overschrijding van de exploitatievergunning 9 7 12
… zonder vergunningsoverschrijding 11 7 35

Toepassingsgebied: de geconsolideerde gegevens voor procesveiligheidsincidenten dekken 139 sites op een totaal van 142 operationele sites, waaronder R&I-centra met opmerkelijke chemische procesrisico's – met uitzondering van mijnen, carrières, laboratoria met lagere risico's.

Voor 2019 worden twee reeksen indicatoren gepresenteerd, omdat de criteria voor de beoordeling van de ernst van de procesincidenten in juli 2019 zijn gewijzigd om ze aan te passen aan de wereldwijd geharmoniseerde procesveiligheidsmaatstaven van de International Council of Chemical Associations (ICCA) en de Europese Raad van de Chemische Nijverheid (CEFIC).

Procesincidenten met gevolgen voor het milieu worden gemonitord en de ernst ervan (gemiddeld, hoog en catastrofaal) wordt geclassificeerd op basis van vastgestelde criteria: de hoeveelheid gemorst materiaal, de gevolgen binnen of buiten de vestiging, schade aan de directe omgeving, en vissterfte.

Voor 2019 werden geen zeer ernstige incidenten of catastrofale incidenten met gevolgen voor het milieu gemeld, wat betekent dat er geen significante milieugevolgen buiten de vestiging waren. Het is de doelstelling van Solvay om zeer ernstige incidenten te voorkomen en het aantal procesveiligheidsincidenten te verminderen. In 2019 werden er 34 incidenten met een middelmatige ernstgraad gerapporteerd die gevolgen hadden voor het milieu, waaronder 16 incidenten met een te rapporteren overschrijding van een operationele vergunningslimiet. De Groep heeft aan elk incident opvolging gegeven om zeker te stellen dat de juiste maatregelen werden genomen om herhaling te voorkomen.

Belangrijkste verwezenlijkingen in 2019

Een uitgebreid opleidingsprogramma voor procesrisicoanalyses is verder uitgewerkt tot een flexibel online opleidingsprogramma. In totaal zijn er nu 83 modules beschikbaar als e-learningmodules op het YouGrow-platform van Solvay. Het e-learningplatform maakt het mogelijk om de procesveiligheidsopleiding op grotere schaal toegankelijk te maken in heel Solvay. De 83 modules in de opleiding op het gebied van procesrisicoanalyses bevatten in totaal 46 uur aan lessen over uiteenlopende onderwerpen die verband houden met procesveiligheid. De modules bestrijken het volledige scala van alle vooropleidingen over risicoanalysebenaderingen, -methoden en -tools die een Process Risk Analysis Leader (PRA Leader) dient te volgen.

6 Jaarrekening

1. Geconsolideerde jaarrekening 160
Geconsolideerde winst- en verliesrekening 162
Geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat 163
Geconsolideerd kasstroomoverzicht 164
Geconsolideerde kasstromen uit beëindigde
bedrijfsactiviteiten 165
Geconsolideerd overzicht van de financiële positie 165
Geconsolideerd mutatieoverzicht van het eigen
vermogen
166
2. Toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening 168
IFRS – Algemene grondslagen voor financiële
verslaggeving
168
1. Grondslagen van verslaggeving 168
2. Waarderingsbasis en presentatie 171
3. Grondslagen voor consolidatie 171
4. Vreemde valuta 172
5. Overheidssubsidies 173
Cruciale beoordelingen en de belangrijkste bronnen
van schattingsonzekerheden
174
1. Cruciale beoordelingen 174
2. Belangrijkste bronnen van schattingsonzekerheden 174
Niet-IFRS indicatoren (onderliggend) 175
Toelichting bij de geconsolideerde winst- en
verliesrekening 176
TOELICHTING F1 Omzet en informatie per segment 176
TOELICHTING F2 Geconsolideerde winst- en
verliesrekening, volgens aard
182
TOELICHTING F3 Omzet andere dan van kernactiviteiten 182
TOELICHTING F4 Overige operationele winsten en verliezen 182
TOELICHTING F5 Resultaat uit portefeuillebeheer en
herevaluaties, historische sanering en belangrijke juridische
geschillen
183
TOELICHTING F6 Netto financieringskosten 184
TOELICHTING F7 Winstbelasting 185
TOELICHTING F8 Beëindigde bedrijfsactiviteiten 191
TOELICHTING F9 Winst over het jaar 191
TOELICHTING F10 Winst per aandeel 192
Toelichting bij het geconsolideerd overzicht van het
totaalresultaat
193
TOELICHTING F11 Geconsolideerd overzicht van het
totaalresultaat
193
Toelichting bij het geconsolideerd kasstroomoverzicht
(voortgezette en beëindigde bedrijfsactiviteiten)
195
TOELICHTING F12 Afschrijvingen en bijzondere
waardeverminderingen
195
TOELICHTING F13 Andere niet-operationele en niet in
geldmiddelen afgewikkelde elementen
195
TOELICHTING F14 Winstbelasting 195
TOELICHTING F15 Wijzigingen in het werkkapitaal 196
TOELICHTING F16 Toevoegingen, terugnames en gebruik
van voorzieningen
196
TOELICHTING F17 Kasstromen uit investeringsactiviteiten -
Verwerving/vervreemding van activa en deelnemingen
196
TOELICHTING F18 Overige kasstromen uit
financieringsactiviteiten
197
TOELICHTING F19 Kasstromen uit beëindigde
bedrijfsactiviteiten
197
Toelichting bij het geconsolideerd overzicht van de
financiële positie 198
TOELICHTING F20 Immateriële activa 198
TOELICHTING F21 Goodwill en bedrijfscombinaties 200
TOELICHTING F22 Materiële vaste activa 203
TOELICHTING F23 Met een gebruiksrecht
overeenstemmende activa en leaseverplichtingen 205
TOELICHTING F24 Gezamenlijke bedrijfsactiviteiten 207
TOELICHTING F25 Geassocieerde deelnemingen en joint
ventures
208
TOELICHTING F26 Overige deelnemingen 211
TOELICHTING F27 Bijzondere waardevermindering van
materiële vaste activa, immateriële activa, met een
gebruiksrecht overeenstemmende activa, en investeringen
die worden verwerkt volgens de equity-methode 211
TOELICHTING F28 Voorraden 215
TOELICHTING F29 Overige vorderingen (vlottend) 215
TOELICHTING F30 Activa aangehouden voor verkoop 216
TOELICHTING F31 Eigen vermogen 217
TOELICHTING F32 Minderheidsbelangen 218
TOELICHTING F33 Op aandelen gebaseerde betalingen 219
TOELICHTING F34 Voorzieningen 222
TOELICHTING F35 Financiële instrumenten en beheer van
financiële risico's
234
TOELICHTING F36 Nettoschuld 253
TOELICHTING F37 Overige kortlopende verplichtingen 256
Overige toelichtingen 256
TOELICHTING F38 Verbintenissen voor het verwerven van
materiële vaste en immateriële activa
TOELICHTING F39 Voorwaardelijke verplichtingen en
256
financiële garanties 257
TOELICHTING F40 Verbonden partijen 258
TOELICHTING F41 Dividend voorgesteld voor uitkering 259
TOELICHTING F42 Gebeurtenissen na de verslagperiode 259
TOELICHTING F43 Lijst van geconsolideerde entiteiten 260
3. Verkorte jaarrekening Solvay nv 267
Verkorte balans van Solvay nv 268
Verkorte winst- en verliesrekening van Solvay nv 269

Winst beschikbaar voor uitkering 269

Jaarrekening

1. Geconsolideerde jaarrekening

Solvay (de 'Onderneming') is een naamloze vennootschap naar Belgisch recht genoteerd op Euronext Brussel en Euronext Parijs. De belangrijkste activiteiten van de Onderneming, haar dochterondernemingen, gezamenlijke bedrijfsactiviteiten, joint ventures, en geassocieerde deelnemingen (samen de 'Groep') staan beschreven in Toelichting F1 Omzet en informatie per segment.

Op 25 februari 2020 heeft de Raad van Bestuur de geconsolideerde jaarrekening goedgekeurd voor publicatie. Deze werd opgesteld in overeenstemming met de IFRS-grondslagen voor financiële verslaggeving, zoals goedgekeurd door de Europese Unie en beschreven op de volgende pagina's.

Voornaamste gebeurtenissen en wijzigingen in de consolidatiekring gedurende het jaar

Op 18 januari 2019 verleende de Europese Commissie haar goedkeuring voor de verkoop van de polyamide-activiteiten van Solvay aan BASF. Dit is voor Solvay een mijlpaal in haar transformatie naar een bedrijf van geavanceerde materialen en specialiteitschemicaliën. Een van de overige voorwaarden van de overeenkomst omvatte onder meer de verkoop van een remediepakket aan een derde partij om gehoor te geven aan de mededingingsbezwaren van de Europese Commissie. BASF heeft remedies aangedragen die betrekking hebben op een deel van de activa van de oorspronkelijke overname-overeenkomst. Deze activa omvatten onder andere de productiefaciliteiten van Solvays polyamide-tussenproducten, technische vezels en technische kunststoffen, en de innovatiecapaciteiten in Europa. Op 14 augustus 2019 hebben Solvay en BASF een akkoord bereikt met Domo Chemicals waarbij Domo Chemicals de Polyamide-activiteiten van Solvay overneemt. Deze overname door een derde partij was nodig als deel van het fusiecontrole- en goedkeuringsproces van de Europese Commissie. Domo is een volledig geïntegreerde marktspeler gespecialiseerd in nylon 6. Het bedrijf levert oplossingen op het gebied van gespecialiseerde, technische materialen aan klanten in onder andere de automobiel-, elektriciteits- en bouwsector, in industriële toepassingen en consumptiegoederen. Domo koopt Solvays Performance Polyamides faciliteiten in Belle-Etoile en in Valence, een belang in de nieuw gecreëerde joint venture tussen BASF en Domo in Chalampé (Frankrijk), evenals de sites in Gorzow (Polen), Blanes (Spanje) en commerciële activiteiten in Duitsland en Italië. BASF nam activiteiten over die niet in het remediepakket zaten, en die deel uitmaken van de originele overeenkomst die Solvay en BASF eind 2017 hebben ondertekend. De volledige transactie is gebaseerd op een aankoopprijs van €1,6 miljard - vrij van schulden en cash - en werd afgerond op 31 januari, 2020.

Op 12 mei 2019 oefende Solvay Finance NV (dochteronderneming van Solvay NV) haar eerste call-optie uit op de hybride obligatie (ISIN code: XS0992293570, gemeenschappelijke code 099229357) met een waarde van €700 miljoen. Deze eeuwigdurende ver achtergestelde obligatie, die in een jaarlijkse rente van 4,199% voorziet, wordt geclassificeerd als eigen vermogen onder IFRS regels. De terugbetaling vond plaats op 12 mei 2019, na afloop van de eerste 5,5 jaar. Het totale aantal hybride obligaties op Solvay's balans daalden dan van € 2,5 miljard eind december 2018 tot € 1,8 miljard eind 2019.

Op 30 augustus 2019 kondigde Solvay aan dat Solvay SA obligaties met vaste rente plaatste voor een totaal nominaal bedrag van €600 miljoen, met een coupon van 0,5% en met vervaldatum op 6 september 2029. De obligaties zijn genoteerd en verhandeld op de gereglementeerde markt van de Luxemburgse beurs met ISIN BE6315847804. Bovendien kocht Solvay Finance (America), LLC op 30 september 2019 de uitstaande US\$800 miljoen 3,400% obligaties met vervaldatum in 2020 (CUSIP nr. US8344PAA7 (Regulation S Notes) en 834423AA3 (Rule 144A Notes) / ISIN USU8344PAA76 (Regulation S Notes) en US834423AA33 (Rule 144A Notes)) terug.

Op 30 september 2019 hebben Solvay en Aquatiq een joint ventureovereenkomst gesloten met betrekking tot het bedrijf Aqua Pharma, waarbij Solvay 50% van de aandelen heeft aangekocht voor een bedrag van € 21 miljoen. Dit versterkt hun langdurige samenwerking om klanten in de aquacultuur te bedienen. Met deze samenwerking willen Solvay en Aqua Pharma een belangrijke aquacultuurspeler worden door aan de zalmindustrie een brede portefeuille te bieden van duurzame en efficiënte oplossingen voor de bestrijding van zeeluizen en Amoebic Gill Disease (AGD).

Na een strategische evaluatie in het derde kwartaal in het kader van de verslechterende winstgevendheid van de olie- en gasactiviteiten, blijken de synergiën tussen deze activiteiten en de rest van Novecare te klein en de toekomstige groeimogelijkheden te bescheiden om de olie- en gasactiviteiten te blijven beschouwen als onderdeel van één Novecare kasstroomgenererende eenheid. Ingevolge werd op 30 september 2019 een test aangaande bijzondere waardeverminderingsverliezen uitgevoerd op olie- en gas bedrijfsniveau in plaats van op Novecare-niveau. Rekening houdend met de balanswaarden van de olie- en gasactiviteiten per 30 september 2019 en de contante waarde van toekomstige kasstromen, is een bijzondere waardeverminderingsverlies van € 825 miljoen vóór belastingen en € 658 miljoen na belastingen opgenomen.

Op 3 oktober 2019 besloot het management de projecten van de Groep aan te passen die in juni en september 2018 werden onthuld en die gericht waren op haar Onderzoeks- en Innovatievestigingen in Lyon en Aubervilliers, de toekomst van haar kantoor in Parijs en de transformatie van haar hoofdkantoor in Brussel. De oorspronkelijke doelstellingen van deze projecten blijven ongewijzigd, namelijk:

  • de groei te versnellen door innovatie voor haar klanten;
  • de samenwerking tussen medewerkers, klanten en partners te versterken;
  • de verdeling van de administratieve en onderzoeks- en innovatieactiviteiten te vereenvoudigen.

Deze aanpassing was nodig vanwege de sterk gestegen kosten van deze projecten en de veranderende economische context. Bovendien werd het aantal medewerkers dat naar Brussel of Lyon wilde verhuizen als te laag beschouwd, met het risico dat de continuïteit van de activiteiten ten dienste van onze klanten in het gedrang zou kunnen komen. Ingevolge werden de geplande relocaties van de teams gebaseerd in Parijs naar Lyon en Brussel stopgezet, en werd de voorziening voor ontslagvergoedingen aangaande verwachte weigeringen tot relocatie teruggenomen (€ 48 miljoen).

Voornaamste gebeurtenissen en wijzigingen in de consolidatiekring gedurende het voorgaande jaar

Op 15 november 2017 kwam Solvay overeen om de Amerikaanse vestiging in Charleston, South Carolina en de op fosforderivaten gebaseerde producten die daar worden gemaakt te verkopen aan het Duitse chemieconcern Lanxess. De producten werden voornamelijk gebruikt als tussenproducten in plasticadditieven, brandvertragers en voor landbouwtoepassingen. Het bedrijf vertegenwoordigde een omzet van ongeveer € 65 miljoen. Deze transactie werd op 8 februari 2018 afgerond voor een bedrag van \$ 68 miljoen, resulterend in een netto vermogenswinst van € 22 miljoen voor belastingen. De medewerkers op deze site zijn ook overgestapt.

Op 15 maart 2018 heeft Solvay bekend gemaakt dat overeenstemming is bereikt over de verkoop van de fabriek in Porto Marghera, die waterstoffluoridezuur produceert, aan Alkeemia, onderdeel van de Italiaanse Fluorsid Group. Waterstoffluoridezuur wordt door Solvay gebruikt als een basisingrediënt voor de productie van specifieke gespecialiseerde polymeren. De verkoop sluit aan bij de strategie van Solvay Speciality Polymers om zich te richten op specialiteitschemie, waar technologie en innovatie het verschil maken, teneinde de duurzaamheid van de producties te verbeteren.

Fluorsid Group is op internationaal niveau een van de belangrijkste spelers in de markt van waterstoffluoridezuur en derivaten. Alkeemia nam de Porto Marghera-branche van de bedrijfsactiviteiten van Solvay Speciality Polymers over. De medewerkers op deze site zijn mee overgestapt. De verkoop werd op 1 juni 2018 afgerond. De verkoop resulteerde in een waardeverminderingsverlies van € -23 miljoen, die in het eerste kwartaal 2018 was opgenomen.

Op 29 maart 2018 kondigde Solvay een nieuwe stap aan in het transformatieproces, waarbij de klanten centraal worden gesteld om de groei op de lange termijn te versterken als bedrijf dat gespecialiseerd is in geavanceerde materialen en hoogwaardige chemicaliën. Solvay maakte plannen bekend om de organisatie te vereenvoudigen en aan te passen aan de portefeuille, die nu sterk gericht is op hoogwaardige materialen en oplossingen op maat, en aan de veranderende klantenportefeuille. De betreffende informatie- en consultatieprocedures met de personeelsvertegenwoordigers gingen van start en werden eind juni afgerond.

Op 27 november 2018 heeft Solvay met succes een eeuwigdurende hybride obligatie geplaatst voor een totaalbedrag van € 300 miljoen, die zal dienen voor algemene zakelijke doeleinden met inbegrip van de herfinanciering van de bestaande eeuwigdurende hybride obligatie van € 700 miljoen die een eerste aflossingsdatum heeft in mei 2019. De eeuwigdurende hybride obligatie van € 300 miljoen heeft als eerste aflossingsdatum 4 maart 2024, en een coupon van 4,25% tot op die datum met vervolgens iedere 5 jaar een herziening. De eeuwigdurende hybride obligatie is achtergesteld aan alle senior financiële schulden en wordt weergegeven in het eigen vermogen (waarbij de coupons in mindering worden gebracht van het eigen vermogen conform IFRS).

Geconsolideerde winst- en verliesrekening

In € miljoen Toelichtingen 2019 2018
Omzet (F1) 11.227 11.299
waarvan andere dan van kernactiviteiten (F3) 983 1.042
waarvan netto-omzet 10.244 10.257
Kostprijs van de omzet –8.244 –8.264
Brutomarge 2.983 3.035
Commerciële kosten –381 –373
Administratieve kosten –950 –1.006
Kosten van onderzoek en ontwikkeling –323 –297
Overige operationele winsten en verliezen (F4) –131 –123
Resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures (F25) 95 44
Resultaat uit portefeuillebeheer en herevaluaties (F5) –914 –208
Resultaat uit historische sanering en belangrijke juridische geschillen (F5) –61 –86
EBIT 316 986
Lasten van schulden (F6) –140 –131
Renteopbrengsten uit leningen en korte termijnbeleggingen (F6) 15 13
Overige financieringswinsten en -verliezen (F6) –16 –1
Disconteringskosten van de voorzieningen (F6) –105 –77
Opbrengsten uit eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële
waarde via andere elementen van het totaalresultaat
4
Winst van het jaar vóór belastingen 74 791
Belastingen op resultaat (F7) –153 –75
Winst/(verlies) van het jaar uit voortgezette bedrijfsactiviteiten –79 716
Winst van het jaar uit beëindigde bedrijfsactiviteiten (F8) 236 201
Winst van het jaar (F9) 157 917
toegerekend aan:
Solvay aandeel 118 877
minderheidsbelangen 38 39
Gewone winst per aandeel uit voortgezette bedrijfsactiviteiten (€) –1,14 6,55
Gewone winst per aandeel uit beëindigde bedrijfsactiviteiten (€) 2,29 1,94
Gewone winst per aandeel (€) (F10) 1,15 8,49
Verwaterde winst per aandeel uit voortgezette bedrijfsactiviteiten (€) –1,14 6,52
Verwaterde winst per aandeel uit beëindigde bedrijfsactiviteiten (€) 2,28 1,93
Verwaterde winst per aandeel (€) (F10) 1,15 8,46

De vergelijkende cijfers vóór belastingen op het resultaat zijn aangepast (daling van de kosten) voor een bedrag van € 19 miljoen, als gevolg van de aanpassingen aan IAS 12 Winstbelastingen in het kader van de jaarlijkse verbeteringen aan IFRS standaarden voor de cyclus 2015-2017 – zie ook Grondslagen van verslaggeving.

Geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat

In € miljoen Toelichtingen 2019 2018
Winst van het jaar 157 917
Andere elementen van het totaalresultaat
Winsten en verliezen op afdekkingsinstrumenten in een kasstroomaf
dekking
(F11) 5 –47
Wisselkoersverschillen – Dochterondernemingen en gezamenlijke
bedrijfsactiviteiten
(F11) 140 255
Aandeel in de andere elementen van het totaalresultaat van geassoci
eerde deelnemingen en joint ventures geconsolideerd via de equity
methode daarna naar winst of verlies zullen worden overgeboekt
(F11) 24 –34
Elementen die geherklasseerd worden 169 173
Winsten en verliezen op eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd
aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat
(F11) 3 3
Herwaarderingen van de netto verplichting inzake toegezegd-pensioen
regelingen
(F11) –163 26
Aandeel in de andere elementen van het totaalresultaat van geassoci
eerde deelnemingen en joint ventures geconsolideerd via de equity
methode daarna niet naar winst of verlies zullen worden overgeboekt
(F11) –2
Elementen die niet geherklasseerd worden –162 29
Winstbelastingen met betrekking tot recycleerbare en niet recycleerbare
components
(F11) 48 1
Andere elementen van het totaalresultaat na aftrek van de daarmee
verband houdende winstbelastingen
(F11) 55 204
Totaalresultaat van het jaar (total comprehensive income) 211 1.120
toegerekend aan:
Solvay aandeel 174 1.077
minderheidsbelangen 37 43

Geconsolideerd kasstroomoverzicht

De hieronder vermelde bedragen omvatten zowel voortgezette als beëindigde bedrijfsactiviteiten.

In € miljoen Toelichtingen 2019 2018
Winst van het jaar 157 917
Aanpassingen van de winst van het jaar
Afschrijvingen en bijzondere waardevermindering van activa (F12) 1.906 944
Winst van geassocieerde deelnemingen en joint ventures (F25) –95 –44
Andere niet operationele en niet in geldmiddelen afgewikkelde
elementen (F13) 24 –12
Toevoegingen en terugnames op voorzieningen (F16) 154 315
Nettofinancieringskosten 245 198
Kost/opbrengsten van belastingen op het resultaat (F14) 262 156
Wijziging in het werkkapitaal (F15) –86 –148
Gebruik van voorzieningen (F16) –399 –395
Gebruik van voorzieningen voor aanvullende vrijwillige bijdragen (pensi
oenplannen)
(F16) –114
Dividenden ontvangen van geassocieerde deelnemingen en joint
ventures
(F25) 25 25
Betaalde belastingen (inclusief belastingen betaald op vervreemding van
deelnemingen) (F14) –263 –235
Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten 1.815 1.720
Verwerving (–) van dochterondernemingen (F17) –6 –12
Verwerving (–) van deelnemingen – Overige (F17) –16 –4
Leningen aan geassocieerde en niet-geconsolideerde deelnemingen 10 –3
Vervreemding (+) van dochterondernemingen en investeringen (F17) –31 26
Verwerving (–) van materiële vaste activa (F17) –751 –691
waarvan kapitaaluitgaven vereist in een aandelenverkoopsovereenkomst en
niet inbegrepen in de vrije kasstroom
–59 –38
Verwerving (–) van immateriële activa (F17) –106 –142
Vervreemding (+) van materiële vaste en immateriële activa (F17) 18 42
waarvan kasstroom betreffende de vervreemding van immobiliën in het
kader van herstructureringen/ontmanteling/remediëring
9
Dividenden van eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële
waarde via andere elementen van het totaalresultaat
4
Wijziging in financiële vaste activa –1
Kasstromen uit investeringsactiviteiten –880 –784
Opbrengsten van de uitgifte van eeuwigdurende hybride obligaties (F31) 298
Terugbetaling van eeuwigdurende hybride obligaties (F31) –701
Verwerving (–)/vervreemding (+) van eigen aandelen (F33) 23 –22
Toename van schulden (F36) 3.044 2.444
Terugbetaling van schulden (F36) –2.776 –2.993
Wijzigingen in de overige vlottende financiële activa (F36) –32 –25
Betaling van leaseverplichtingen (F36) –110
Betaalde netto-interesten –118 –114
Betaalde coupons op eeuwigdurende hybride obligaties (F31) –115 –111
Betaalde dividenden –426 –411
Andere (F18) –19 123
Kasstromen uit financieringsactiviteiten –1.230 –811
waarvan toename/afname van schulden met betrekking tot leefmilieu
remediëring
8
Nettowijziging in de geldmiddelen en kasequivalenten –295 126
Wisselkoerswijzigingen 1 –14
Geldmiddelen bij aanvang van het boekjaar 1.103 992
Geldmiddelen op het einde van het boekjaar (F36) 809 1.103

Geconsolideerde kasstromen uit beëindigde bedrijfsactiviteiten

In € miljoen Toelichtingen 2019 2018
Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten 276 244
Kasstromen uit investeringsactiviteiten –130 –122
Kasstromen uit financieringsactiviteiten –5 –1
Nettowijziging in de geldmiddelen en kasequivalenten (F19) 141 120

Geconsolideerd overzicht van de financiële positie

In € miljoen Toelichtingen 2019 2018
ACTIVA
Immateriële activa (F20) 2.642 2.861
Goodwill (F21) 4.468 5.173
Materiële vaste activa (F22) 5.472 5.454
Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa (F23) 447
Eigen vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via
andere elementen van het totaalresultaat (F35) 56 51
Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures (F25) 555 441
Overige deelnemingen (F26) 38 41
Uitgestelde belastingvorderingen (F7) 1.069 1.123
Leningen en andere activa (F35) 289 282
Vaste activa 15.035 15.427
Voorraden (F28) 1.587 1.685
Handelsvorderingen (F35) 1.414 1.434
Belastingvorderingen 129 97
Overige financiële instrumenten (F35) 119 101
Overige vorderingen (F29) 628 719
Geldmiddelen en kasequivalenten (F36) 809 1.103
Activa aangehouden voor verkoop (F30) 1.586 1.434
Vlottende activa 6.272 6.574
Totaal van de activa 21.307 22.000
EIGEN VERMOGEN EN PASSIVA
Aandelenkapitaal (F31) 1.588 1.588
Uitgiftepremies 1.170 1.170
Andere reserves 6.757 7.750
Minderheidsbelangen (F32) 110 117
Totaal eigen vermogen 9.625 10.624
Voorzieningen voor personeelsbeloningen (F34) 2.694 2.672
Overige voorzieningen (F34) 825 883
Uitgestelde belastingsverplichtingen (F7) 531 618
Financiële schulden (F36) 3.382 3.180
Overige verplichtingen 159 121
Langlopende verplichtingen 7.592 7.474
Overige voorzieningen (F34) 190 281
Financiële schulden (F36) 1.132 630
Handelsschulden (F35) 1.277 1.439
Belastingschulden 102 114
Te betalen dividenden 161 154
Overige verplichtingen (F37) 792 850
Verplichtingen verbonden aan activa aangehouden voor verkoop (F30) 437 435
Kortlopende verplichtingen 4.091 3.902
Totaal van het eigen vermogen en passiva 21.307 22.000

Geconsolideerd mutatieoverzicht van het eigen vermogen

Eigen vermogen toe te rekenen aan de aandeelhouders van de moedermaatschappij

Eeuwigdurende
In € miljoen Toelichtingen Aandelen
kapitaal
Uitgiftepremies Eigen aandelen hybride obli
gaties
Ingehouden
winsten
Saldo per 31 december 2017 1.588 1.170 –281 2.188 6.454
Eerste toepassing van IFRS 9 –5
Saldo per 1 januari 2018 1.588 1.170 –281 2.188 6.449
Winst van het jaar 877
Andere elementen van het totaalresultaat (F11)
Totaalresultaat 877
Uitgifte van eeuwigdurende hybride obligaties (F31) 298
Kosten van aandelenopties 9
Dividenden –378
Coupons van eeuwigdurende hybride obligaties –111
Verwerving (–)/vervreemding (+) van eigen
aandelen –18 –4
Andere –8
Saldo per 31 december 2018 1.588 1.170 –299 2.487 6.834
Eerste toepassing van IFRS 16 8
Saldo per 1 januari 2019 1.588 1.170 –299 2.487 6.842
Winst van het jaar 118
Andere elementen van het totaalresultaat (F11)
Totaalresultaat 118
Terugbetaling van eeuwigdurende hybride
obligaties (F31) –697 –3
Kosten van aandelenopties 11
Dividenden –394
Coupons van eeuwigdurende hybride obligaties –115
Verwerving (–)/vervreemding (+) van eigen
aandelen
25 –2
Andere 5
Saldo per 31 december 2019 1.588 1.170 –274 1.789 6.462
Herwaarderingsreserve (reële
Totaal eigen ver
mogen
Minderheids
belangen
Totaal andere
reserves
Toegezegd
pensioenrege
lingen
Kasstroom
afdekkingen
waarde)
Eigen
vermogens
instrumenten
gewaardeerd
aan reële
waarde via
andere
elementen van
het totaal
resultaat
Wisselkoers
verschillen
9.752 113 6.882 –665 16 5 –834
–5 –5
9.747 113 6.876 –665 16 5 –834
917 39 877
204 4 200 22 –42 4 217
1.120 43 1.077 22 –42 4 217
298 298
9 9
–418 –40 –378
–111 –111
–22 –22
1 8
10.624 117 7.750 –636 –26 9 –618
8 8
10.632 117 7.758 –636 –26 9 –618
157 38 118
55 –1 56 –114 5 1 164
211 37 174 –114 5 1 164
–701 –701
11 11
–432 –39 –394
–115 –115
23 23
–5 –5 –6 1
9.625 111 6.757 –756 –21 10 –454

2. Toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening

IFRS – Algemene grondslagen voor financiële verslaggeving

1. Grondslagen van verslaggeving

Deze informatie werd opgesteld overeenkomstig de Europese Verordening (EG) 1606/2002 inzake internationale boekhoudkundige standaarden (IFRS) van 19 juli 2002. De geconsolideerde jaarrekening van de Groep voor het op 31 december 2019 afgesloten boekjaar werd opgesteld in overeenstemming met de IFRS (International Financial Reporting Standards) die door de International Accounting Standards Board (IASB) gepubliceerd werden, en die goedgekeurd werden door de Europese Unie.

De boekhoudkundige standaarden die in de geconsolideerde jaarrekening toegepast worden voor het op 31 december 2019 afgesloten boekjaar zijn dezelfde als de standaarden die gebruikt werden voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening van het op 31 december 2018 afgesloten boekjaar, met uitzondering van de toepassing van nieuwe standaarden vanaf 1 januari 2019, die hieronder nader worden uitgelegd. Met uitzondering van Rentebenchmarkhervorming, paste de Groep geen andere standaard, interpretatie of aanpassing, uitgegeven maar nog niet van toepassing, vervroegd toe.

Standaarden, interpretaties en aanpassingen die in 2019 voor het eerst van toepassing zijn

Op 1 januari 2019 past de Groep voor het eerst IFRS 16 Leaseovereenkomsten, de aanpassingen aan IAS 12 Winstbelastingen, die deel uitmaken van de jaarlijkse verbeteringen aan IFRS Standaarden (cyclus 2015 – 2017) en IFRIC 23 Onzekerheid over fiscale behandelingen van inkomsten, toe. Verschillende andere aanpassingen en interpretaties (met inbegrip van Rentebenchmarkhervorming, die IFRS 9 Financiële instrumenten, IAS 39 Financiële instrumenten: opname en waardering en IFRS 7 Financiële instrumenten: informatieverschaffing aanpast) zijn voor het eerst van toepassing in 2019, maar hebben niet meer dan een onbeduidende impact op de geconsolideerde jaarrekening van de Groep.

IFRS 16 Leaseovereenkomsten

Met ingang van 1 januari 2019 past de Groep niet langer IAS 17 Leaseovereenkomsten, IFRIC 4 Bepalen of een overeenkomst een leaseovereenkomst bevat, SIC 15 Operationele leases – Incentives, en SIC 27 Evaluatie van de economische realiteit van transacties in de juridische vorm van een leaseovereenkomst toe. IFRS 16 is van toepassing voor jaarlijkse verslagperiodes die aanvangen op of na 1 januari 2019. IFRS 16 zet de bepalingen uiteen voor de opname, waardering, presentatie en informatieverschaffing van leaseovereenkomsten, en verplicht lessees om alle leaseovereenkomsten in één balansmodel op te nemen, vergelijkbaar met de verwerking van financiële leaseovereenkomsten onder IAS 17. Op de aanvangsdatum van de leaseovereenkomst erkennen lessees een leaseverplichting (dit is de verplichting om het leasebedrag te betalen) alsmede een met een gebruiksrecht overeenstemmend actief (dit is een actief dat het gebruiksrecht vertegenwoordigt van het onderliggende actief gedurende de leaseperiode).

De geleasede activa van de Groep betreffen voornamelijk gebouwen, transportmiddelen, en industriële uitrustingen.

De met een gebruiksrecht overeenstemmende activa worden afzonderlijk gepresenteerd in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie, en de leaseverplichtingen worden gepresenteerd in de Financiële schulden.

Op 1 januari 2019:

  • paste de Groep IFRS 16 toe, op basis van de aangepaste retrospectieve methode, d.w.z. zonder voorgaande verslagperiodes aan te passen. De Groep publiceerde pro forma vergelijkende informatie buiten de IFRS financiële verslaggeving, die werd opgenomen in het Financieel Verslag voor het vierde kwartaal 2018.
  • werden de leaseverplichtingen van leaseovereenkomsten, die voorheen werden geclassificeerd als operationele leaseovereenkomsten gewaardeerd tegen de contante waarde van de resterende leasebetalingen, gedisconteerd op basis van de marginale rentevoet voor de betreffende Groepsentiteit op 1 januari 2019. De leaseverplichtingen bedragen € 433 miljoen, zoals verder toegelicht in de tabel hieronder. De gewogen gemiddelde marginale rentevoet bedroeg 3,73%.
  • werden met een gebruiksrecht overeenstemmende activa, die voorheen werden geclassificeerd als operationele leaseovereenkomsten, gewaardeerd tegen een bedrag dat gelijk is aan de leaseverplichting, aangepast voor het bedrag van alle vooruitbetaalde of uit te voeren leasebetalingen die met de leaseovereenkomst verband houden en waren opgenomen in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie op 31 december 2018. De met een gebruiksrecht overeenstemmende activa bedroegen € 428 miljoen;
  • paste de Groep de praktische oplossing toe, beschikbaar bij de overgang naar IFRS 16, aangaande verlieslatende contracten. De met een gebruiksrecht overeenstemmende activa op 1 januari 2019 werden aangepast ten belope van het bedrag van de voorzieningen voor verlieslatende contracten opgenomen in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie onmiddellijk voor 1 januari 2019. Dit had een positieve impact op het overgedragen resultaat op 1 januari 2019 van € 8 miljoen.

Geconsolideerd overzicht van de financiële positie In € miljoen 31 december 2018 IFRS 16 1 januari 2019 Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa 428 428 Leningen en andere activa 282 –10 272 Overige vorderingen 719 –1 718 Activa aangehouden voor verkoop 1.434 19 1.453 Totaal van de activa 22.000 436 22.436 Totaal eigen vermogen 10.624 8 10.632 Overige voorzieningen 883 –16 867 Financiële schulden – Langlopende 3.180 340 3.520 Financiële schulden – Kortlopende 630 93 723 Handelsschulden 1.439 –8 1.431 Passiva verbonden aan activa aangehouden voor verkoop 435 19 454 Totaal van het eigen vermogen en passiva 22.000 436 22.436

De volgende tabel vat de effecten samen van de initiële toepassing van IFRS 16 op de geconsolideerde jaarrekening op de overgangsdatum:

De met een gebruiksrecht overeenstemmende activa en leaseverplichtingen bedroegen € 425 miljoen voor de volgende herclassificaties:

  • Vooruitbetaalde leasebetalingen, voorheen opgenomen als Leningen en overige activa (€ 10 miljoen) en Overige vorderingen (€ 1 miljoen), deden de met een gebruiksrecht overeenstemmende activa toenemen met € 11 miljoen;
  • Voorzieningen voor verlieslatende contracten, voorheen opgenomen in de Overige voorzieningen, deden de met een gebruiksrecht overeenstemmende activa afnemen met € -8 miljoen (€ -16 miljoen impact op de Overige voorzieningen en € 8 miljoen op het totaal eigen vermogen);
  • Verschuldigde leasebetalingen, voorheen opgenomen in Handelsschulden, deden de financiële schulden toenemen met € 8 miljoen.

Deze bedragen zijn de openingssaldi op 1 januari 2019.

Op 1 januari 2019, als gevolg van de toepassing van IFRS 16, zijn zowel de activa aangehouden voor verkoop als de verplichtingen verbonden aan activa aangehouden voor verkoop toegenomen met € 19 miljoen voor de met een gebruiksrecht overeenstemmende activa en leaseverplichtingen verbonden aan Polyamides.

De onderstaande aansluiting van de openingsbalans van de leaseverplichtingen op 1 januari 2019 is gebaseerd op de operationele lease verplichtingen op 31 december 2018:

In € miljoen 1 januari 2019
Totaal van de toekomstige minimum leasebetalingen aangaande niet-opzegbare operationele leaseovereenkomsten (niet gedis
conteerd) op 31 december 2018
491
Minimum leasebetalingen van financiële leaseovereenkomsten (niet gedisconteerd) op 31 december 2018 90
Overige 24
Leaseverplichtingen (niet gedisconteerd) op 1 januari 2019 606
Discontering (met inbegrip van financiële leaseovereenkomsten opgenomen per 31 december 2018) –137
Huidige waarde van minimum leasebetalingen van financiële leaseovereenkomsten op 31 december 2018 –36
Bijkomende leaseverplichtingen ingevolge de initiële toepassing van IFRS 16 op 1 januari 2019 433

"Overige" betreft voornamelijk verlieslatende leaseovereenkomsten, die voorheen werden opgenomen in Overige voorzieningen ten belope van € 16 miljoen, en verschuldigde leasebetalingen, die voorheen werden opgenomen in Handelsschulden ten belope van € 8 miljoen.

Als gevolg van de toepassing van IFRS 16 verhoogden afschrijvingskosten en financiële kosten met € 113 miljoen, en € 23 miljoen, respectievelijk, terwijl de Operationele kosten daalden met € -133 miljoen. Verder verhoogden de operationele kasstromen met € 133 miljoen, en daalden de financiële kasstromen met eenzelfde bedrag.

Aanpassingen aan IAS 12 Winstbelastingen die deel uitmaken van de jaarlijkse verbeteringen aan IFRS Standaarden (cyclus 2015 – 2017)

Vanaf 1 januari 2019 paste de Groep de aanpassingen aan IAS 12 toe, die betrekking hebben op de gevolgen op de winstbelasting van dividenden die zijn opgenomen op of na het begin van de eerste vergelijkende periode, d.i. 1 januari 2018.

In 2018 werden de gevolgen op de winstbelasting van coupons op eeuwigdurende hybride obligaties opgenomen in het eigen vermogen. Ingevolge de toepassing van de aanpassingen, zullen deze gevolgen op de winstbelasting worden opgenomen in de winsten verliesrekening.

Gewone winst per aandeel (in €), IFRS herwerkt g = e / f 8,49
Gewogen gemiddelde van het aantal uitstaande aandelen (basisberekening) f 103.276.632
Winst van de periode toegekend aan Solvay aandeelhouders, IFRS herwerkt e = c – d 877
Winst van de periode toegekend aan minderheidsbelangen, IFRS herwerkt d 39
Winst van de periode, IFRS herwerkt c = a + b 917
Belastingen op eeuwigdurende hybride obligaties opgenomen in het eigen vermogen b 19
Winst van de periode, IFRS zoals gepubliceerd a 898
In € miljoen 2018

In het geconsolideerd kasstroomoverzicht is de toename van de "Winst van de periode" afgezet tegen de afname van de "Belastingen op het resultaat".

In het geconsolideerd mutatieoverzicht van het eigen vermogen is de "Winst van de periode" afgezet tegen de afname van "Overige" in "Ingehouden winsten".

IFRIC 23 Onzekerheid over fiscale behandelingen van inkomsten

De interpretatie heeft betrekking op de verwerking van winstbelastingen wanneer de behandeling van onzekere belastingposities binnen het toepassingsbied van IAS 12 Winstbelastingen valt en is niet van toepassing op belastingen of heffingen buiten het toepassingsgebied van IAS 12 en bevat ook geen specifieke vereisten op het gebied van rente of boetes bij de verwerking van onzekere belastingposities. De interpretatie heeft specifiek betrekking op het volgende:

  • of een entiteit de verwerking van onzekere belastingposities afzonderlijk of samen met een of meerdere andere onzekere belastingposities beschouwt, hangt af van de benadering die de afwikkeling van de onzekerheid het best voorspelt;
  • een entiteit dient te veronderstellen dat de belastingdiensten die het recht hebben om elk bedrag te onderzoeken die aan hen wordt gerapporteerd, deze bedragen zullen onderzoeken en over volledige kennis van de relevante gegevens zullen beschikken;
  • een entiteit bepaalt de belastbare winst (fiscale verliezen), de fiscale boekwaarde, ongebruikte fiscale verliezen, ongebruikte fiscaal verrekenbare tegoeden en belastingtarieven rekening houdende met of het waarschijnlijk is dat de relevante belastingdiensten elke fiscale behandeling (of groep van fiscale behandelingen), die hij gebruikt of plant te gebruiken in zijn belastingaangifte, zullen aanvaarden; en

een entiteit herbekijkt zijn beoordelingen en schattingen als de feiten en omstandigheden wijzigen.

De interpretatie is van toepassing op jaarlijkse verslagperioden die aanvangen op of na 1 januari 2019, maar beperkte vrijstellingen zijn beschikbaar. De Groep past de interpretatie toe sedert haar ingangsdatum, en identificeerde geen meer dan niet-significante waarderingsimpact op haar geconsolideerde financiële verslaggeving. Onzekere belastingverplichtingen die voorheen onder Voorzieningen waren opgenomen, voor een bedrag van € 40 miljoen werden geherclassificeerd naar Overige langlopende verplichtingen.

Andere standaarden, interpretaties of aanpassingen die van toepassing waren in 2019 hebben geen materiële invloed gehad op de geconsolideerde jaarrekening van de Groep.

Standaarden, interpretaties en aanpassingen die in 2020 voor het eerst van toepassing zijn

Standaarden, interpretaties of aanpassingen die voor het eerst van toepassing worden in 2020 hebben naar verwachting niet meer dan een geringe invloed op de geconsolideerde jaarrekening van de Groep.

Standaarden, interpretaties en aanpassingen die na 2020 voor het eerst van toepassing zijn

Standaarden, interpretaties of aanpassingen die voor het eerst van toepassing worden na 2020 hebben naar verwachting niet meer dan een geringe invloed op de geconsolideerde jaarrekening van de Groep.

2. Waarderingsbasis en presentatie

De geconsolideerde jaarrekening wordt opgesteld in € miljoenen, wat tevens de functionele valuta van de moedermaatschappij is.

De opstelling van de jaarrekening vereist het gebruik van schattingen en veronderstellingen die een impact hebben op de toepassing van de grondslagen voor financiële verslaggeving en op de waardering van de bedragen opgenomen in de jaarrekening. De domeinen waarvoor schattingen en veronderstellingen van belang zijn met betrekking tot de geconsolideerde jaarrekening, worden samengevat in de toelichting Cruciale beoordelingen en belangrijkste bronnen van schattingsonzekerheden.

3. Grondslagen voor consolidatie

3.1. Consolidatiekring

3.1.1. Algemeen

De geconsolideerde jaarrekening omvat de financiële staten van de Onderneming en van:

  • entiteiten waarover de Onderneming zeggenschap heeft (inclusief via haar dochterondernemingen) en die aldus worden beschouwd als dochterondernemingen (zie 3.1.2 hieronder);
  • overeenkomsten waarover de Onderneming (inclusief via haar dochterondernemingen) gezamenlijke zeggenschap uitoefent, en die worden beschouwd als gezamenlijke bedrijfsactiviteiten (zie 3.1.3 hieronder);
  • overeenkomsten waarover de Onderneming (inclusief via haar dochterondernemingen) gezamenlijke zeggenschap uitoefent, en die worden beschouwd als joint ventures (zie 3.1.4 hieronder);
  • entiteiten waarover de Onderneming (ook via haar dochterondernemingen) invloed van betekenis heeft en die aldus worden beschouwd als geassocieerde deelnemingen (zie 3.1.4 hieronder).

Waar nodig worden aanpassingen aangebracht aan de jaarrekeningen van deelnemingen om hun grondslagen voor financiële verslaggeving te laten overeenstemmen met die van de Groep.

In overeenstemming met het materialiteitsprincipe zijn een aantal niet-significante entiteiten niet opgenomen in de consolidatiekring. Met niet-significant worden de entiteiten bedoeld die gedurende twee opeenvolgende jaren geen van de drie volgende drempels overschrijden voor bijdrage tot de jaarrekening van de Groep:

  • omzet van € 30 miljoen;
  • totaal activa van € 15 miljoen;
  • personeelsbestand van 150 personeelsleden.

Bedrijven die niet aan deze criteria voldoen, kunnen alsnog geconsolideerd worden, indien de Groep oordeelt dat ze het potentieel hebben om zich snel te ontwikkelen, of als ze een aandeel hebben in bedrijven die op grond van dezelfde criteria zijn geconsolideerd.

De niet-geconsolideerde bedrijven hebben samen een nietmateriële impact op de geconsolideerde jaarrekening van de Groep.

De volledige lijst van bedrijven kan verkregen worden op het hoofdkantoor van de Onderneming.

3.1.2. Investeringen in dochterondernemingen

Een dochteronderneming is een entiteit waarover de Groep zeggenschap heeft. We spreken van zeggenschap wanneer de Groep (a) de macht over een entiteit heeft, (b) blootgesteld is aan, of recht heeft op, variabele opbrengsten vanwege de betrokkenheid bij de entiteit, en (c) het vermogen heeft om de macht over de entiteit aan te wenden om het rendement voor de investeerder te beïnvloeden. Om te bepalen of de Groep al dan niet zeggenschap heeft, worden de potentiële stemrechten in overweging genomen. Dochterondernemingen worden volledig geconsolideerd. Het resultaat van dochterondernemingen die gedurende het jaar zijn overgenomen of afgestoten wordt in de geconsolideerde winst- en verliesrekening opgenomen vanaf de effectieve overnamedatum en tot de effectieve vervreemdingsdatum.

Intragroepsverrichtingen, -saldi, -opbrengsten en -kosten worden geëlimineerd bij de consolidatie.

Minderheidsbelangen in dochterondernemingen worden afzonderlijk voorgesteld naast het eigen vermogen van de Groep. Minderheidsbelangen worden initieel gewaardeerd tegen de reële waarde ('full goodwill'-methode) of overeenkomstig hun aandeel in de reële waarde van de opgenomen identificeerbare nettoactiva ('proportionele goodwill'-methode). De keuze voor de waarderingsmethode wordt geval per geval gemaakt. Na de overname is de boekwaarde van minderheidsbelangen gelijk aan de waarde van deze belangen bij de eerste opname plus het aandeel van de minderheidsbelangen in daarop volgende mutaties in het eigen vermogen. Het totaalresultaat wordt aan de minderheidsbelangen toegewezen, zelfs als dit een negatief saldo als gevolg heeft.

Wijzigingen in het eigendomsbelang van de Groep in een dochteronderneming die niet tot een verlies van zeggenschap leiden, worden behandeld als eigenvermogenstransacties. De boekwaarde van de belangen van de Groep en de minderheidsbelangen worden derhalve aangepast om de nieuwe proportionele belangen in de dochteronderneming te weerspiegelen. Elk eventueel verschil tussen het bedrag waarmee de minderheidsbelangen worden aangepast en de reële waarde van de betaalde of ontvangen vergoeding, wordt rechtstreeks in het eigen vermogen opgenomen.

Wanneer de Groep de zeggenschap verliest over een dochteronderneming, wordt de winst of het verlies bij vervreemding berekend als het verschil tussen (i) de som van de reële waarde van de ontvangen vergoeding en de reële waarde van enig aangehouden belang en (ii) de voorheen opgenomen boekwaarden van de activa (met inbegrip van goodwill) en de passiva van de dochteronderneming en de eventuele minderheidsbelangen. Bedragen die voorheen opgenomen waren in andere elementen van het totaalresultaat met betrekking tot de dochteronderneming worden op dezelfde manier opgenomen (d.i. herclassificatie naar winst of verlies of rechtstreeks naar de ingehouden winsten) als wanneer de betreffende activa of passiva zouden worden vervreemd. De reële waarde van elke in de voormalige dochteronderneming aangehouden investering op de datum van verlies van zeggenschap wordt beschouwd als de reële waarde bij eerste opname voor de daaropvolgende boekhoudkundige verwerking conform IFRS 9 Financiële instrumenten of, indien van toepassing, de kostprijs bij eerste opname van een investering in een geassocieerde deelneming of joint venture conform IAS 28 Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures.

3.1.3. Deelnemingen in gezamenlijke bedrijfsactiviteiten

Een gezamenlijke bedrijfsactiviteit is een gezamenlijke overeenkomst waarbij de partijen die een gezamenlijke zeggenschap over deze overeenkomst hebben, rechten hebben op de activa en aansprakelijk zijn voor de verplichtingen die verband houden met de overeenkomst. Gezamenlijke zeggenschap is het contractueel afgesproken delen van de zeggenschap over een overeenkomst waarvan slechts sprake is wanneer besluiten over de relevante activiteiten unanieme instemming vereisen van de partijen die de zeggenschap delen. De Groep neemt in de geconsolideerde jaarrekening het aandeel in de activa, verplichtingen, opbrengsten en uitgaven van de gezamenlijke bedrijfsactiviteit op in verhouding tot het eigendomsbelang in de gezamenlijke bedrijfsactiviteiten.

Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures 3.1.4.

Een geassocieerde deelneming is een entiteit waarin de Groep een invloed van betekenis heeft en die geen dochteronderneming, noch een belang in een gezamenlijke overeenkomst is. Invloed van betekenis is de macht om deel te nemen aan de financiële en operationele beleidsbeslissingen van de deelneming, maar houdt geen zeggenschap of gezamenlijke zeggenschap over het betreffende beleid in.

Een joint venture is een gezamenlijke overeenkomst waarbij de partijen die een gezamenlijke zeggenschap over deze overeenkomst hebben, recht hebben op de nettoactiva van de overeenkomst. Gezamenlijke zeggenschap is het contractueel afgesproken delen van de zeggenschap over een overeenkomst waarvan slechts sprake is wanneer besluiten over de relevante activiteiten unanieme instemming vereisen van de partijen die de zeggenschap delen.

Het resultaat, de activa en passiva van geassocieerde deelnemingen en joint ventures worden in deze geconsolideerde jaarrekening opgenomen aan de hand van de equity-methode, tenzij de deelneming wordt aangehouden voor verkoop, in welk geval deze in overeenstemming met IFRS 5 Vaste activa aangehouden voor verkoop en beëindigde bedrijfsactiviteiten wordt verwerkt. Volgens de equity-methode worden geassocieerde deelnemingen en joint ventures initieel tegen kostprijs opgenomen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie, en nadien wordt deze boekwaarde aangepast aan wijzigingen van het aandeel van de Groep in de nettoactiva van de geassocieerde deelneming of joint venture na de overname, minus eventuele bijzondere waardeverminderingen op de individuele deelneming. Verliezen van een geassocieerde deelneming of joint venture die het belang van de Groep in deze deelneming overschrijden (met inbegrip van langetermijnbelangen die in wezen deel uitmaken van de netto- investering van de Groep in de geassocieerde deelneming of joint venture)

worden enkel opgenomen in de mate dat de Groep wettelijke of feitelijke verplichtingen heeft aangegaan of betalingen heeft gedaan ten behoeve van de geassocieerde deelneming of joint venture.

Het surplus van de kostprijs van de investering over het aandeel van de Groep in de netto reële waarde van de identificeerbare activa, en (voorwaardelijke) verplichtingen van de geassocieerde deelneming of joint venture opgenomen op overnamedatum, wordt opgenomen als goodwill. De goodwill wordt opgenomen in de boekwaarde van de investering en wordt onderworpen aan testen voor bijzondere waardevermindering als onderdeel van deze investering.

Wanneer een entiteit van de Groep verrichtingen realiseert met een geassocieerde deelneming of joint venture van de Groep, dan worden de winsten en verliezen geëlimineerd ten belope van het belang van de Groep in de betreffende geassocieerde deelneming of joint venture.

4. Vreemde valuta

De individuele jaarrekening van elk van de Groepsentiteiten wordt gewaardeerd in de valuta van de primaire economische omgeving waarin zij werken ('de functionele valuta'). De geconsolideerde jaarrekening wordt voorgesteld in euro (EUR), de functionele valuta van de Onderneming en tevens de presentatievaluta van de geconsolideerde jaarrekening van de Groep.

Bij het opstellen van de jaarrekening van individuele entiteiten, worden transacties in valuta andere dan hun functionele valuta bij een initiële opname omgerekend volgens de wisselkoers die geldt op de transactiedatum. Monetaire activa en passiva uitgedrukt in vreemde valuta worden op het einde van de verslagperiode omgerekend aan de slotkoers van die dag. Niet-monetaire elementen gewaardeerd aan reële waarde die uitgedrukt zijn in vreemde valuta worden omgerekend volgens de wisselkoers die geldt op waarderingsdatum. Niet-monetaire elementen gewaardeerd aan historische kostprijs en uitgedrukt in vreemde valuta worden niet omgerekend aan de slotkoers.

Wisselkoersverschillen worden in winst of verlies opgenomen in de periode waarin deze ontstaan, behalve voor:

  • wisselkoersverschillen op monetaire elementen te ontvangen van of te betalen aan een buitenlandse activiteit wiens afwikkeling noch gepland, noch waarschijnlijk is (en dus deel uitmaakt van de nettoinvestering in een buitenlandse activiteit), die initieel opgenomen worden in de andere elementen van het totaalresultaat onder 'Wisselkoersverschillen'; en
  • wisselkoersverschillen op transacties met betrekking tot het afdekken van bepaalde valutarisico's (zie toelichting F35 Financiële instrumenten en beheer van financiële risico's voor de grondslagen inzake hedge accounting).

De voornaamste wisselkoersen zijn:

Koers op jaareinde Gemiddelde koers
2019 2018 2019 2018
1 Euro =
Braziliaanse real BRL 4,5177 4,4399 4,4132 4,3073
Yuan Renminbi CNY 7,8229 7,8650 7,7341 7,8064
Britse pond GBP 0,8513 0,8949 0,8777 0,8847
Indiase roepie INR 80,1612 79,9766 78,8293 80,7322
Japanse yen JPY 121,8678 125,8730 122,0180 130,3953
Koreaanse won KRW 1.298,7512 1.278,2047 1.305,3086 1.298,8877
Mexicaanse peso MXN 21,2226 22,5201 21,5572 22,7042
Russische roebel RUB 69,9450 79,7633 72,4580 74,0579
Amerikaanse dollar USD 1,12305 1,1456 1,1195 1,1809

5. Overheidssubsidies

Overheidssubsidies worden pas opgenomen als met redelijke zekerheid kan worden gesteld dat de entiteit de aan de subsidies gekoppelde voorwaarden zal vervullen en de subsidies zullen worden ontvangen.

Investeringssubsidies met betrekking tot de aankoop van materiële vaste activa worden in mindering gebracht van de kostprijs van deze activa. Het verwachte bedrag op het moment van eerste opname wordt in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie opgenomen. De subsidie wordt opgenomen in winst of verlies over de afschrijvingsperiode van de onderliggende activa als een vermindering van de afschrijvingskost.

Andere overheidssubsidies worden systematisch als inkomsten opgenomen over de perioden waarin de gerelateerde kosten die ze beogen te compenseren, worden opgenomen. Overheidssubsidies die worden ontvangen als compensatie voor reeds opgelopen lasten of verliezen of met het oog op het verlenen van onmiddellijke financiële steun aan de Groep zonder toekomstige gerelateerde kosten, worden opgenomen in winst of verlies in de periode waarin ze invorderbaar zijn.

Cruciale beoordelingen en de belangrijkste bronnen van schattingsonzekerheden

1. Cruciale beoordelingen

Er werden geen cruciale beoordelingen gemaakt in de loop van het boekjaar eindigend op 31 december 2019.

Belangrijkste bronnen van schattingsonzekerheden 2.

Bijzondere waardevermindering

Jaarlijks, en telkens wanneer er aanwijzingen zijn dat hun nettoboekwaarde mogelijk hoger is dan hun realiseerbare waarde, test de Groep (groepen van) KGE's waaraan goodwill was toegerekend, op bijzondere waardeverminderingen. Deze analyse vereist dat het management de toekomstige kasstromen die de KGE's naar verwachting genereren, en een relevante disconteringsvoet voor de berekening van de contante waarde schat. De realiseerbare waarde is zeer gevoelig voor de disconteringsvoet en de groeivoeten.

Zie voor meer informatie toelichting F21 Goodwill en F27 Bijzondere waardevermindering van materiële vaste activa, immateriële activa, met en gebruiksrecht overeenstemmende activa, en investeringen die worden verwerkt volgens de equity-methode die worden verwerkt volgens de equity-methode.

Winstbelasting

Uitgestelde belastingvorderingen

De boekwaarde van de uitgestelde belastingvorderingen wordt op elke verslagdatum beoordeeld. De boekwaarde van een uitgestelde belastingvordering wordt verminderd in zoverre het niet langer waarschijnlijk is dat er voldoende belastbare winst beschikbaar zal zijn om een deel van of de volledige uitgestelde belastingvordering te kunnen gebruiken. Deze vermindering wordt teruggeboekt als het waarschijnlijk wordt dat er voldoende belastbare winst beschikbaar zal zijn.

Uitgestelde belastingvorderingen anders dan overgedragen fiscale verliezen worden per geval beoordeeld, rekening houdend met alle relevante feiten en omstandigheden. Zo kan een belastbare winst van nul, na aftrek van de bedragen die conform toegezegd-pensioenregelingen zijn uitgekeerd aan gepensioneerden en waarvoor een aftrekbaar tijdelijk verschil bestond, een opname van onderliggende uitgestelde belastingvorderingen rechtvaardigen.

Opname van uitgestelde belastingvorderingen voor overgedragen fiscale verliezen vereist een positieve belastbare winst gedurende het jaar zodat fiscale verliezen die in het verleden zijn ontstaan kunnen worden aangewend. Gezien de onzekerheden inherent aan het voorspellen van een dergelijke positieve belastbare winst, is opname van uitgestelde belastingvorderingen uit hoofde van overgedragen fiscale verliezen gebaseerd op een analyse per geval. Deze is meestal gebaseerd op een vijfjaarse winstprognose, met uitzondering van enige financiële ondernemingen waarvoor tienjaarse winstprognoses goed voorspelbaar zijn en aldus worden gebruikt.

Het Corporate Tax Reporting Team, dat de uitgestelde belastingposities van de Groep opvolgt, is betrokken bij de beoordeling van de uitgestelde belastingvorderingen.

Voor bijkomende informatie, zie toelichting F7.B. Uitgestelde belastingen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie.

Belastinghervorming in de Verenigde Staten

In 2020 kunnen nieuwe richtlijnen door de Amerikaanse belastingdienst ('IRS') worden uitgegeven in verband met de belastinghervorming in de VS die kunnen resulteren in een herziening, indien van toepassing op de Groep, van een aantal schattingen aan het jaareinde van 2019.

Voor bijkomende informatie, zie toelichting F7.B. Uitgestelde belastingen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie.

Voorzieningen

Voorziening voor herstructurering ten behoeve van het vereenvoudigings- en transformatieplan van de Groep

Op 29 maart 2018 kondigde Solvay een nieuwe stap aan in het transformatieproces, waarbij de klanten centraal worden gesteld om de groei op lange termijn te versterken als bedrijf dat gespecialiseerd is in geavanceerde materialen en hoogwaardige chemicaliën. De schatting van de voorziening is gebaseerd op het aantal ontslagen en de kosten voor ontslag- en overplaatsingsvergoedingen die de Groep verwacht te betalen. Hieraan zijn onzekerheden verbonden en dit wordt door de afdeling Personeelszaken, in samenwerking met de afdeling Financiën, nauwlettend in de gaten gehouden. Op 3 oktober heeft het management besloten om de geplande overdracht van de teams in Parijs naar Lyon en Brussel, dat onderdeel was van het vereenvoudigings- en transformatieplan aangekondigd in 2018, stop te zetten. Deze beslissing werd intern meegedeeld op 23 oktober. Op het einde van 2019 bedraagt de voorziening € 85 miljoen.

Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen - Algemeen

De actuariële veronderstellingen die gebruikt worden om de verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen per 31 december en de jaarlijkse kosten te bepalen, zijn te vinden in toelichting F34 Voorzieningen. Alle plannen voor personeelsbeloningen worden jaarlijks door onafhankelijke actuarissen geëvalueerd. De disconteringsvoeten en inflatiecijfers worden op Groepsniveau door het management vastgelegd. De andere veronderstellingen (zoals verwachte toekomstige loonsverhogingen en de verwachte aangroei van de medische uitgaven) worden op lokaal niveau bepaald. De centrale afdeling Personeelszaken van de Groep superviseert alle plannen met de hulp van een centrale actuaris, gaat na of de resultaten redelijk zijn en waakt over de consistentie van de verslaggeving.

Voor bijkomende informatie, zie toelichting F34.A Voorzieningen voor personeelsbeloningen.

Milieuvoorzieningen

De milieuvoorzieningen worden gezamenlijk beheerd en gecoördineerd door de afdeling Milieusanering en de afdeling Financiën. Wanneer er sprake is van milieu-invloeden afkomstig van productieactiviteiten uit het verleden, is er over het algemeen geen voorziening opgenomen voor saneringswerkzaamheden na meer dan 20 jaar, vanwege de zeer hoge onzekerheidsgraad of er na verloop van een dergelijke periode sprake is van enige verplichting.

De voorspelling van uitgaven wordt verdisconteerd naar hun contante waarde. De disconteringsvoet, die vastgelegd wordt per geografische zone, komt overeen met de gemiddelde risicovrije rentevoet op overheidsobligaties met een looptijd van 10 jaar of de inflatievoet, indien hoger. Het is de afdeling Financiën die de disconteringsvoet bepaalt. Hij kan worden herzien op basis van de evolutie van de economische parameters in het betreffende land. Om het verstrijken van de tijd te weerspiegelen worden de voorzieningen elk jaar verhoogd op basis van de hierboven beschreven disconteringsvoeten.

Voor bijkomende informatie, zie toelichting F34.B Andere voorzieningen dan voor de personeelsbeloningen.

Voorzieningen voor geschillen

Alle belangrijke geschillen (zoals over belastingen en andere zaken, inclusief dreigende geschillen) worden door de eigen juridische dienst van Solvay onderzocht en dit op zijn minst elk kwartaal. De juristen krijgen hiervoor indien nodig ondersteuning van externe adviseurs. Dit onderzoek gaat ook over de vraag of voorzieningen dienen te worden aangelegd en/of bestaande voorzieningen dienen te worden geherwaardeerd. Dit gebeurt in overleg met de afdelingen Financiën en Verzekeringen.

Voor bijkomende informatie, zie toelichting F34.B Andere voorzieningen dan voor de personeelsbeloningen.

Leaseovereenkomsten – Beoordeling van de leaseperiode

Het bepalen van de leaseperiode vereist beoordeling. Factoren die beschouwd worden, hebben betrekking op de waarschijnlijkheid dat opties tot vervroegde beëindiging of opties tot verlenging zullen worden uitgeoefend. Alle feiten en omstandigheden die relevant zijn voor het beoordelen van de leaseperiode worden in acht genomen, waarvan de belangrijkste worden beschreven in toelichting F23 Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa en leaseverplichtingen. Leaseperiodes worden bepaald met behulp van de afdelingen die hier relevante kennis over hebben, zoals de Aankoopafdeling en de afdeling Facility.

Niet-IFRS indicatoren (onderliggend)

Naast financiële informatie conform IFRS rapporteert Solvay ook onderliggende prestatie-indicatoren voor de winst- en verliesrekening. Het doel is een voorstelling te verkrijgen zonder vertekeningen en de beoordeling van de prestaties en de vergelijkbaarheid van de resultaten doorheen de tijd mogelijk te maken.

Zie Woordenlijst voor definities van aanpassingen (IFRS vs Onderliggende indicatoren) en Overzicht van de activiteiten voor meer informatie en aansluiting met IFRS-cijfers.

Toelichting bij de geconsolideerde winst- en verliesrekening

Voorafgaand commentaar: in overeenstemming met de presentatie in de geconsolideerde winst- en verliesrekening werd de invloed op de geconsolideerde winst- en verliesrekening van beëindigde bedrijfsactiviteiten, die apart worden weergegeven, niet meegenomen in de toelichting op deze geconsolideerde winst- en verliesrekening. De informatie hierover staat onder toelichting F8 Beëindigde bedrijfsactiviteiten.

TOELICHTING F1 Omzet en informatie per segment

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

IFRS 15 ontwikkelde een vijfstappenmodel voor de opname van opbrengsten die voortvloeien uit contracten met klanten:

  • identificatie van het contract;
  • identificatie van de prestatieverplichtingen;
  • bepaling van de transactieprijs;
  • toewijzing van de transactieprijs aan de prestatieverplichtingen; en
  • opname van de opbrengsten wanneer of als de Groep aan een prestatieverplichting heeft voldaan.

Conform IFRS 15 worden opbrengsten opgenomen voor het bedrag van de vergoeding waarop de Groep verwacht recht te hebben in ruil voor de overdracht van goederen of diensten aan een klant.

Verkoop van goederen: Contracten kunnen een korte looptijd hebben (inclusief die contracten die alleen gebaseerd zijn op een kooporder) of een lange termijn. Sommige omvatten minimum aankoopverplichtingen. Aangezien de Groep zich bezighoudt met de verkoop van chemicaliën, hebben overeenkomsten met klanten meestal betrekking op de verkoop van goederen. Als gevolg daarvan vindt de opname van opbrengsten meestal plaats op het moment dat de controle over de chemicaliën wordt overgedragen aan de klant. Dit is meestal op het moment van levering.

Onderscheiden elementen: een goed dat of een dienst die aan een klant wordt beloofd, is onderscheiden als aan beide volgende voorwaarden wordt voldaan: (a) de klant kan van het goed of de dienst profiteren ofwel op zichzelf, ofwel in combinatie met andere gemakkelijk voor de klant beschikbare middelen (d.w.z. het goed of de dienst is in staat onderscheiden te zijn); en (b) de belofte van de onderneming om het goed of de dienst aan de klant over te dragen, is afzonderlijk identificeerbaar van andere beloften in het contract (d.w.z. de belofte om het goed of de dienst over te dragen, is onderscheiden binnen de context van het contract).

De opbrengsten van de Groep zijn voornamelijk afkomstig uit de verkoop van chemicaliën, die gekwalificeerd worden als afzonderlijke prestatieverplichtingen. Dienstverlening met toegevoegde waarde, voornamelijk klantenservice, die overeenstemt met de knowhow van Solvay, vindt merendeels plaats gedurende de periode waarin de betreffende goederen aan de klant worden verkocht.

Variabele vergoeding: in sommige contracten met klanten worden handels- of volumekortingen verstrekt. Handels- en volumekortingen zorgen voor een variabele vergoeding conform IFRS 15 en de omvang daarvan dient bij het aangaan van het contract, en nadien op iedere verslagdatum, te worden geschat. Conform IFRS 15 moet de geschatte variabele vergoeding beperkt worden om een opname van een teveel aan opbrengsten te voorkomen.

Moment van opname van opbrengsten: opbrengsten worden opgenomen wanneer (of als) de Groep aan een prestatieverplichting heeft voldaan en het beloofde goed of de beloofde dienst (d.w.z. een actief) aan een klant wordt overgedragen. Een actief wordt overgedragen wanneer (of zoals) de klant zeggenschap krijgt over dat actief. Vrijwel alle opbrengsten vloeien voort uit prestatieverplichtingen die op een bepaald moment zijn voldaan, zoals de verkoop van goederen. Bij de opname van de opbrengsten daarvan wordt met het volgende rekening gehouden:

  • de Groep heeft het actueel recht op betaling voor het actief;
  • de klant heeft de juridische eigendom van het actief;
  • de Groep heeft het fysieke bezit van het actief overgedragen;
  • de klant heeft de significante risico's en voordelen van eigendom van de goederen (hierbij wordt rekening gehouden met Incoterms); en
  • de klant heeft het actief aanvaard.

De Groep verkoopt chemicaliën aan haar klanten (a) rechtstreeks, (b) via distributeurs en (c) met behulp van agenten. Wanneer de Groep een product levert aan distributeurs voor de verkoop aan eindgebruikers, dan beoordeelt de Groep of die distributeur op dat moment de zeggenschap heeft verkregen over het product. Wanneer het geleverde product in consignatie wordt gehouden, dan worden de opbrengsten bij levering van het product aan een klant of een distributeur niet opgenomen. Indicatoren voor consignatievoorraden zijn onder andere:

  • de Groep heeft zeggenschap over het product tot een specifieke gebeurtenis plaatsvindt, zoals de verkoop van het product aan een klant van de distributeur of totdat een bepaalde periode is verstreken;
  • de Groep mag het product terugeisen of het product overdragen aan een derde partij (bijvoorbeeld een andere distributeur); en
  • de distributeur heeft niet de onvoorwaardelijke verplichting om voor het product te betalen (hoewel hij soms verplicht is een borg te betalen).

Agenten faciliteren de verkoop en kunnen goederen niet kopen en doorverkopen aan de eindklant.

Producten die aan klanten zijn verkocht, kunnen in het algemeen niet worden geretourneerd, tenzij er sprake is van een tekortkoming in de prestatie. Klantacceptatieclausules zijn in veel gevallen een formaliteit die geen invloed hebben op de vaststelling door de Groep dat de klant zeggenschap over de goederen heeft verkregen.

De opbrengsten uit diensten worden opgenomen in de periode waarin die diensten werden verleend.

Garanties: garanties bieden een klant de zekerheid dat het desbetreffende product naar behoren functioneert conform de overeengekomen specificaties. Vrijwel alle garanties geven de klant geen andere service dan de zekerheid dat het product voldoet aan de overeengekomen specificaties, en worden derhalve opgenomen conform IAS 37 Voorzieningen, voorwaardelijke verplichtingen en voorwaardelijke activa.

Een Operationeel Segment is een onderdeel van de Groep dat bedrijfsactiviteiten uitoefent waaruit opbrengsten kunnen worden verdiend en waarbij kosten kunnen worden gemaakt, waarvan de bedrijfsresultaten regelmatig worden beoordeeld door de hoogstgeplaatste functionaris van de entiteit en waarover afzonderlijke financiële informatie beschikbaar is. De hoogstgeplaatste functionaris van Solvay is de Chief Executive Officer.

Algemeen

De structuur van Solvay bestaat uit vier Operationele Segmenten.

  • Advanced Materials biedt hoogperformante materialen voor verscheidene toepassingen, voornamelijk in de auto-, luchtvaart-, elektronica- en gezondheidssector. Het biedt vooral duurzame mobiliteitsoplossingen door gewichtsvermindering en een verbetering van CO2-uitstoot en energie-efficiëntie;
  • Advanced Formulations bedient vooral de markten voor consumptiegoederen, landbouw, voeding en energie. Het biedt op maat gemaakte specialiteitsformuleringen die van invloed zijn op de oppervlaktechemie en het vloeistofgedrag veranderen om zo de efficiëntie en de opbrengst te optimaliseren terwijl de milieubelasting zoveel mogelijk beperkt wordt;
  • Performance Chemicals is actief in volgroeide en veerkrachtige markten en bekleedt leidende posities voor chemische tussenproducten. Het succes is gestoeld op schaalgrootte en hoogstaande productietechnologie. Het bedient vooral de markten voor consumptiegoederen en voeding;
  • Corporate & Business Services omvat corporate en andere zakelijke dienstverlening, zoals het Research & Innovation Center, en Energy Services.

We verwijzen naar het Overzicht van de activiteiten voor meer informatie over de cijfers van de Operationele Segmenten, de GBU's en de nieuwe definitie van de Operationele Segmenten (van toepassing vanaf 2020).

Externe netto-omzet per cluster
-- --------------------------------- -- --
In € miljoen 2019 2018
Advanced Materials 4.512 4.385
Specialty Polymers 1.927 2.009
Composite Materials 1.272 1.082
Silica 449 442
Special Chem 864 852
Advanced Formulations 2.846 3.057
Novecare 1.789 2.000
Technology Solutions 632 643
Aroma Performance 425 414
Performance Chemicals 2.879 2.808
Soda Ash & Derivatives 1.661 1.562
Peroxides 683 654
Coatis 455 509
Functional Polymers 80 82
Corporate & Business Services 6 7
CBS en NBD 6 7
Totaal 10.244 10.257

Omzet per markt

Omzet per markt wordt gepresenteerd in het Overzicht van de activiteiten, zie toelichting B1.

Netto-omzet per land en regio

De hieronder weergegeven omzet is toegewezen op basis van de locatie van de klant.

In € miljoen 2019 % 2018 %
België 138 1% 153 1%
Duitsland 711 7% 727 7%
Italië 438 4% 444 4%
Frankrijk 397 4% 402 4%
Nederland 99 1% 105 1%
Verenigd Koninkrijk 287 3% 279 3%
Spanje 177 2% 191 2%
Europese Unie – Andere 519 5% 501 5%
Europese Unie 2.765 27% 2.802 27%
Europa – Andere 94 1% 103 1%
Verenigde Staten 2.896 28% 3.001 29%
Canada 165 2% 160 2%
Noord-Amerika 3.061 30% 3.161 31%
Brazilië 693 7% 681 7%
Mexico 222 2% 193 2%
Latijns-Amerika – Andere 254 2% 234 2%
Latijns-Amerika 1.169 11% 1.108 11%
Australië 100 1% 100 1%
China 962 9% 942 9%
Hong Kong 50 0% 77 1%
India 198 2% 191 2%
Indonesië 97 1% 105 1%
Japan 360 4% 357 3%
Rusland 55 1% 62 1%
Saoedi-Arabië 122 1% 110 1%
Zuid Korea 297 3% 279 3%
Thailand 188 2% 177 2%
Turkije 74 1% 73 1%
Andere 650 6% 610 6%
Azië en de rest van de wereld 3.153 31% 3.083 30%
Totaal 10.244 100% 10.257 100%

Informatie per segment

2019 Corporate &
In € miljoen Advanced Advanced Performance Business
Winst- en verliesrekening Materials Formulations Chemicals Services Totaal Groep
Netto-omzet (intersegment verkoop inbegrepen) 4.513 2.849 2.905 6 10.273
Intersegment verkoop –3 –26 –30
Netto-omzet 4.512 2.846 2.879 6 10.244
Omzet andere dan van kernactiviteiten 43 17 280 643 983
Brutomarge 1.440 728 794 21 2.983
Afschrijvingen 464 1.105 228 109 1.906
Resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures 8 9 77 1 95
(1)
Onderliggende EBITDA
1.143 490 852 –163 2.322
EBIT 316
Nettofinancieringskosten –242
Winstbelastingen –153
Winst van het jaar uit beëindigde bedrijfsactiviteiten 236
Winst van het jaar 157

(1) De onderliggende EBITDA is een prestatie-indicator die gehanteerd wordt door het management en die andere elementen bevat dan hierboven gepresenteerd (zie Overzicht van de activiteiten – Aansluiting van onderliggende met IFRS-cijfers)

2019
In € miljoen
Overzicht van de financiële positie en andere elementen
Advanced
Materials
Advanced
Formulations
Performance
Chemicals
Corporate &
Business
Services
Totaal Groep
Kapitaaluitgaven (voortgezette bedrijfsactiviteiten) 375 155 177 119 826
Kapitaaluitgaven (beëindigde bedrijfsactiviteiten) 141 141
Investeringen (voortgezette bedrijfsactiviteiten) 4 2 11 6 23
Werkkapitaal
Voorraden 839 379 359 9 1.587
Handelsvorderingen 555 349 452 58 1.414
Handelsschulden 397 288 363 229 1.277

De kapitaaluitgaven hebben betrekking op materiële vaste en immateriële activa en met een gebruiksrecht overeenstemmende activa.

Investeringen omvatten verwervingen van dochterondernemingen of overige deelnemingen (gezamenlijke bedrijfsactiviteiten, joint ventures en geassocieerde deelnemingen).

2018 Corporate &
In € miljoen Advanced Advanced Performance Business
Winst- en verliesrekening Materials Formulations Chemicals Services Totaal Groep
Netto-omzet (intersegment verkoop inbegrepen) 4.386 3.060 2.831 7 10.283
Intersegment verkoop –3 –23 –26
Netto-omzet 4.385 3.057 2.808 7 10.257
Omzet andere dan van kernactiviteiten 33 19 312 678 1.042
Brutomarge 1.474 787 737 37 3.035
Afschrijvingen 435 264 198 47 944
Resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures 10 5 27 1 44
(1)
Onderliggende EBITDA
1.197 521 729 –218 2.230
EBIT 986
Nettofinancieringskosten –195
Winstbelastingen –75
Winst van het jaar uit beëindigde bedrijfsactiviteiten 201
Winst van het jaar 917

(1) De onderliggende EBITDA is een prestatie-indicator die gehanteerd wordt door het management en die andere elementen bevat dan hierboven gepresenteerd (zie Overzicht van de activiteiten – Aansluiting van onderliggende met IFRS-cijfers)

2018 Corporate &
In € miljoen Advanced Advanced Performance Business
Overzicht van de financiële positie en andere elementen Materials Formulations Chemicals Services Totaal Groep
Kapitaaluitgaven (voortgezette bedrijfsactiviteiten) 355 148 149 58 711
Kapitaaluitgaven (beëindigde bedrijfsactiviteiten) 122 122
Investeringen (voortgezette bedrijfsactiviteiten) 12 4 16
Werkkapitaal
Voorraden 900 446 326 13 1.685
Handelsvorderingen 535 396 482 21 1.434
Handelsschulden 437 345 381 275 1.439

De kapitaaluitgaven hebben betrekking op materiële vaste en immateriële activa.

Investeringen omvatten verwervingen van dochterondernemingen of overige deelnemingen (gezamenlijke bedrijfsactiviteiten, joint ventures en geassocieerde deelnemingen).

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 JAARREKENING

Vaste activa
Kapitaaluitgaven en investeringen
In € miljoen 2019 % 2018 % 2019 % 2018 %
België 253 2% 304 2% –96 11% –51 7%
Duitsland 438 3% 402 3% –45 5% –33 5%
Italië 635 5% 581 4% –85 10% –74 10%
Frankrijk 2.883 21% 2.906 21% –116 14% –111 15%
Verenigd Koninkrijk 221 2% 207 1% –19 2% –28 4%
Spanje 144 1% 140 1% –19 2% –15 2%
Europese Unie – Andere 327 2% 304 2% –25 3% –20 3%
Europese Unie 4.900 36% 4.844 35% –405 48% –332 46%
Europa – Andere 0% 0% –18 2% 1 0%
Verenigde Staten 6.710 49% 7.239 52% –290 34% –249 34%
Canada 185 1% 176 1% –11 1% –11 2%
Noord-Amerika 6.896 50% 7.415 53% –301 35% –261 36%
Brazilië 266 2% 256 2% –26 3% –30 4%
Latijns-Amerika – Andere 40 0% 36 0% –3 0% –8 1%
Latijns-Amerika 306 2% 292 2% –29 3% –38 5%
Rusland 245 2% 168 1% 0% 0%
Thailand 135 1% 123 1% –5 1% –6 1%
China 563 4% 579 4% –47 6% –41 6%
Zuid Korea 123 1% 123 1% –11 1% –8 1%
India 264 2% 234 2% –23 3% –35 5%
Singapore 50 0% 42 0% –3 0% –1 0%
Japan 22 0% 18 0% –3 0% –2 0%
Andere 175 1% 184 1% –2 0% –3 0%
Azië en de rest van de
wereld 1.576 12% 1.470 10% –95 11% –96 13%
Totaal 13.677 100% 14.022 100% –848 100% –727 100%

Vaste activa, en kapitaaluitgaven en investeringen, per land en regio (voortgezette bedrijfsactiviteiten)

Vaste activa zijn die activa andere dan uitgestelde belastingvorderingen, leningen en overige activa. De kapitaaluitgaven en investeringen omvatten verwervingen van materiële vaste en immateriële activa, met een gebruiksrecht overeenstemmende activa (enkel 2019), deelnemingen in dochterondernemingen en overige deelnemingen (gezamenlijke bedrijfsactiviteiten, joint ventures en geassocieerde deelnemingen). Beide zijn exclusief beëindigde bedrijfsactiviteiten.

TOELICHTING F2 Geconsolideerde winst- en verliesrekening, volgens aard

In € miljoen Toelichtingen 2019 2018
Netto-omzet (F1) 10.244 10.257
Andere omzet dan van kernactiviteiten (F3) 983 1.042
Gebruikte grond- en hulpstoffen en nutsvoorzieningen –4.825 –5.344
Wijziging in voorraden –151 165
Personeelskosten –2.308 –2.229
Lonen en rechtstreekse sociale voordelen –1.672 –1.634
Werkgeversbijdrage aan de sociale zekerheid –304 –307
Pensioenen en verzekeringen –155 –105
Andere personeelskosten –175 –182
Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen (F12) –1.906 –944
Andere variabele logistieke kosten –716 –716
Andere vaste kosten –1.037 –923
Toevoegingen en terugnames van voorzieningen (exclusief voorzie
ningen betreffende personeelsbeloningen)
(F31) –50 –263
Kosten van operationele leases –101
Fusie en overname kosten en meer- en minderwaarden op vervreem
dingen (F5) –13 –3
Resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures (F25) 95 44
EBIT 316 986
Lasten van schulden (F6) –140 –131
Renteopbrengsten uit leningen en termijnbeleggingen (F6) 15 13
Overige financieringswinsten en -verliezen (F6) –16 –1
Disconteringskosten van de voorzieningen (F6) –105 –77
Opbrengsten uit eigen-vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële
waarde via andere elementen van het totaalresultaat
4
Winst van het jaar vóór belastingen 74 791
Belastingen op resultaat (F7) –153 –75
Winst/(verlies) van het jaar uit voortgezette bedrijfsactiviteiten –79 716
Winst van het jaar uit beëindigde bedrijfsactiviteiten (F8) 236 201
Winst van het jaar (F9) 157 917
toegerekend aan:
Solvay aandeel 118 877
minderheidsbelangen 38 39

TOELICHTING F3 Omzet andere dan van kernactiviteiten

Deze omzet omvat voornamelijk handelstransacties in grondstoffen en energie, en andere opbrengsten die niet overeenkomen met de expertise en de kernactiviteiten van Solvay. De daling in 2019 heeft voornamelijk betrekking op de lagere gas- en elektriciteitsprijzen in 2019 vergeleken met 2018.

TOELICHTING F4 Overige operationele winsten en verliezen

In € miljoen 2019 2018
Kosten voor opstarten en voorstudies –15 –11
Meer- en minderwaarden op verkoop van immateriële activa en materiële vaste activa 11 22
Netto wisselkoersresultaten –4
Afschrijving van immateriële activa in verband met PPA –182 –197
Vermindering van verplichtingen van medische zorgverzekeringen voorzien na de uitdiensttreding (Cytec) 24
Andere 55 43
Overige operationele winsten en verliezen –131 –123

TOELICHTING F5

Resultaat uit portefeuillebeheer en herevaluaties, historische sanering en belangrijke juridische geschillen

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Het resultaat uit portefeuillebeheer en herevaluaties omvat:

  • winsten en verliezen van de verkoop van dochterondernemingen, gezamenlijke bedrijfsactiviteiten, joint ventures en geassocieerde deelnemingen die geen beëindigde bedrijfsactiviteiten zijn;
  • overnamekosten van nieuwe bedrijven;
  • winsten en verliezen van de verkoop van vastgoed dat niet direct verbonden is aan een bedrijfsactiviteit;
  • kosten van herstructureringen die voortvloeien uit het beheer van de portefeuille en herevaluaties, met inbegrip van bijzondere waardeverminderingsverliezen voortvloeiend uit de stopzetting van een activiteit of een productie-eenheid; en

Resultaten uit portefeuillebeheer en herevaluaties

bijzondere waardeverminderingsverliezen die voortvloeien uit het testen van kasstroomgenererende eenheden.

Het resultaat uit historische sanering en belangrijke juridische geschillen omvat:

  • de saneringskosten die niet veroorzaakt worden door operationele productiefaciliteiten (gesloten vestigingen, beëindigde productie, milieuvervuiling in vroegere jaren); en
  • de gevolgen van belangrijke juridische geschillen.
In € miljoen 2019 2018
Herstructureringskosten en waardeverminderingen –901 –205
Fusie en overname kosten en meer- en minderwaarden op vervreemdingen –13 –3
Resultaat uit portefeuillebeheer en herevaluaties –914 –208

Resultaten uit historische sanering en belangrijke geschillen

In € miljoen 2019 2018
Belangrijke juridische geschillen –25
Saneringskosten en andere kosten die niet voortvloeien uit operationele productie-eenheden –62 –60
Resultaat uit historische sanering en belangrijke juridische geschillen –61 –86

In 2019: In 2018:

  • Herstructureringskosten en bijzondere waardeverminderingen hebben voornamelijk betrekking tot:
    • bijzondere waardevermindering betreffende de Novecare Olie- & Gasactiviteit (€ -825 miljoen);
  • bijzondere waardevermindering op overige niet-renderende activa (€ -26 miljoen), voornamelijk te wijten aan de bijzondere waardevermindering op de voorheen geactiveerde elementen verbonden aan de aanpassing van de vereenvoudigings- en transformatieprogramma van de Groep.
  • Fusie- en overnamekosten en winsten en verliezen op vervreemdingen hebben voornamelijk betrekking op de bijzondere waardevermindering op de vordering met betrekking tot de earn-out van de vervreemding in 2017 van de Formulated Resins activiteit (€ -8 miljoen).

  • Herstructureringskosten en bijzondere waardeverminderingen betreffen voornamelijk:

    • het vereenvoudigings- en transformatieprogramma van de Groep (€ -185 miljoen);
  • bijzondere waardevermindering in verband met de desinvestering van Porto Marghera (€ -23 miljoen) en andere niet-renderende activa (€ -16 miljoen);
  • terugname bijzondere waardevermindering in verband met een warmtekrachtkoppelingcentrale in Brazilië (€ 22 miljoen).
  • Fusie- en overnamekosten en winsten en verliezen op vervreemdingen hebben betrekking op:
  • de vermogenswinst op de vervreemding van de op fosforderivaten gebaseerde activiteiten (€ 22 miljoen);
  • de geschatte kosten in verband met de evenredige verdeling van Gegarandeerd Minimum Pensioen (€ -14 miljoen) tussen 1990 en 1997 voor de vroegere Rhodia- en Cytec-activiteiten, voorafgaand aan hun acquisitie; en
  • het vermogensverlies op de desinvestering van de natriumcarbonaatactiviteiten in Egypte (€ -7 miljoen).

TOELICHTING F6 Netto financieringskosten

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

De interesten op leningen worden opgenomen in de financieringskosten wanneer deze zich voordoen, met uitzondering van financieringskosten uit de verwerving, bouw en de productie van in aanmerking komende activa (zie toelichting F22 Materiële vaste activa).

De netto-wisselkoersverschillen op financiële elementen en de wijzigingen in de reële waarde van afgeleide financiële instrumenten in verband met de nettoschuld worden gepresenteerd in 'Overige financieringswinsten en -verliezen', met uitzondering van wijzigingen in de reële waarde van afgeleide financiële instrumenten die afdekkingsinstrumenten zijn in een kasstroomafdekking en die opgenomen worden op dezelfde lijn als de afgedekte positie wanneer die invloed heeft op de winst- en verliesrekening.

In € miljoen 2019 2018
Lasten van schulden –117 –131
Rentelasten op leaseverplichtingen –23
Renteopbrengsten uit leningen en korte termijnbeleggingen 15 13
Overige financieringswinsten en -verliezen –16 –1
Netto schuldenlasten –141 –118
Disconteringskosten van de voorzieningen –85 –74
Impact van verandering van disconteringsvoet op voorzieningen –20 –3
Dividenden van eigen-vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van
het totaalresultaat
4
Nettofinancieringskosten –242 –194

Zie toelichting F36 Nettoschuldvoor meer informatie.

De toename van de netto schuldenlasten is vooral toe te schrijven aan:

  • de lagere schuldenlast als gevolg van (a) de terugbetaling op de vervaldag (juni 2018) van het resterende uitstaande bedrag van de EMTN-obligatie (€ 382 miljoen, saldo met een coupon van 4,625%), en (b) de vervroegde aflossing in 2019 van de US\$ 800 miljoen senior US\$ obligaties van Solvay Finance America LLC, met een initiële vervaldag in 2020 en een jaarlijkse coupon van 3,4%, samen met de uitgifte van senior obligaties (€ 600 miljoen) op 10 jaar met een jaarlijkse coupon van 0,5%;
  • de interestkost op leaseverplichtingen als gevolg van de toepassing van IFRS 16, wat in de opname van interestkosten ten belope van € -23 miljoen resulteerde;
  • de toename in de overige financieringswinsten en -verliezen van € -1 miljoen in 2018 tot € -16 miljoen in 2019, voornamelijk te wijten aan de eenmalige kosten van € -12 miljoen voor de vervroegde aflossing van de US\$ 800 miljoen senior US\$ obligaties van Solvay Finance America LLC.

De toename van de disconteringskosten van voorzieningen had betrekking op beloningen na uitdiensttreding (€ -14 miljoen) en milieuvoorzieningen (€ 3 miljoen), en kan voornamelijk worden toegeschreven aan de evolutie van de toepasselijke disconteringsvoeten (zie ook toelichting F34 Voorzieningen).

TOELICHTING F7 Winstbelasting

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Actuele belastingen

Actuele belastingen worden bepaald op basis van de belastbare winst van de periode. De belastbare winst verschilt van de winst zoals gepresenteerd in de geconsolideerde winst- en verliesrekening omwille van opbrengsten en kosten die belastbaar of aftrekbaar zijn in andere periodes of die nooit belastbaar of aftrekbaar zijn. De actuele belastingschuld van de Groep wordt berekend op basis van de belastingtarieven waarvan het wetgevingsproces is afgesloten of substantieel is afgesloten op het einde van de verslagperiode.

Uitgestelde belastingen

Uitgestelde belastingen worden opgenomen voor tijdelijke verschillen tussen enerzijds de boekwaarden van de activa en passiva in de geconsolideerde jaarrekening en hun onderliggende fiscale boekwaarden gebruikt in de berekening van de belastbare winst.

Uitgestelde belastingvorderingen worden doorgaans opgenomen voor alle aftrekbare tijdelijke verschillen in de mate dat het waarschijnlijk is dat er voldoende belastbare winst zal gerealiseerd worden waartegen deze tijdelijke verschillen kunnen worden afgezet.

Uitgestelde belastingverplichtingen worden over het algemeen opgenomen voor alle belastbare tijdelijke verschillen.

Er worden geen uitgestelde belastingverplichtingen opgenomen ingevolge de eerste opname van goodwill. Daarnaast worden er ook geen uitgestelde belastingvorderingen of -verplichtingen opgenomen in verband met de eerste opname van een actief of verplichting in een transactie die geen bedrijfscombinatie is en die geen invloed heeft op de boekhoudkundige of de belastbare winst.

Uitgestelde belastingverplichtingen worden opgenomen voor belastbare tijdelijke verschillen op deelnemingen in dochterondernemingen, gezamenlijke bedrijfsactiviteiten, joint ventures en geassocieerde deelnemingen, behalve in het geval dat de Groep kan beslissen over het tijdstip waarop het tijdelijk verschil teruggedraaid wordt en het waarschijnlijk is dat het tijdelijk verschil in de nabije toekomst niet teruggedraaid wordt.

De boekwaarde van de uitgestelde belastingvorderingen wordt op elke verslagdatum beoordeeld. De boekwaarde van een uitgestelde belastingvordering wordt verminderd in zoverre het niet langer waarschijnlijk is dat er voldoende belastbare winst beschikbaar zal zijn om een deel van of de volledige uitgestelde belastingvordering te kunnen gebruiken. Deze vermindering wordt teruggeboekt als het waarschijnlijk wordt dat er voldoende belastbare winst beschikbaar zal zijn.

Uitgestelde belastingvorderingen anders dan overgedragen fiscale verliezen worden per geval beoordeeld, rekening houdend met alle relevante feiten en omstandigheden. Zo kan een belastbare winst van nul, na aftrek van de bedragen die conform toegezegd-pensioenregelingen zijn uitgekeerd aan gepensioneerden en waarvoor een aftrekbaar tijdelijk verschil bestond, een opname van onderliggend uitgestelde belastingvorderingen rechtvaardigen. Opname van uitgestelde belastingvorderingen voor overgedragen fiscale verliezen vereist een positieve belastbare winst gedurende het jaar zodat fiscale verliezen die in het verleden zijn ontstaan kunnen worden aangewend. Gezien de onzekerheden inherent aan het voorspellen van een dergelijke positieve belastbare winst, is opname van uitgestelde belastingvorderingen uit hoofde van overgedragen fiscale verliezen gebaseerd op een analyse per geval. Deze is meestal gebaseerd op een vijfjaarse winstprognose, met uitzondering van enige financiële ondernemingen waarvoor tienjaarse winstprognoses goed voorspelbaar zijn en aldus worden gebruikt.

Het Corporate Tax Reporting Team, dat de uitgestelde belastingposities van de Groep opvolgt, is betrokken bij de beoordeling van de uitgestelde belastingvorderingen.

Zie toelichting F7.B voor bijkomende informatie.

Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen moeten worden gewaardeerd tegen de belastingtarieven die naar verwachting van toepassing zullen zijn op de periode waarin de vordering wordt gerealiseerd of de verplichting wordt afgewikkeld, op basis van de belastingtarieven (en de belastingwetgeving) waarvan het wetgevingsproces is afgesloten of substantieel is afgesloten op het einde van de verslagperiode. De waardering van uitgestelde belastingverplichtingen en -vorderingen weerspiegelt de fiscale gevolgen die zouden voortvloeien uit de wijze waarop de entiteit op het einde van de verslagperiode de boekwaarde van haar activa en verplichtingen verwacht te realiseren of af te wikkelen.

Actuele belastingvorderingen en -verplichtingen worden gesaldeerd wanneer de entiteit een in rechte afdwingbaar recht heeft om de opgenomen bedragen te salderen, en wanneer de Groep van plan is om de actuele belastingvorderingen en -verplichtingen op een nettobasis af te wikkelen.

Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden gesaldeerd wanneer de entiteit een in rechte afdwingbaar recht heeft om de actuele belastingvorderingen en -verplichtingen te salderen, en wanneer het winstbelasting betreft geheven door dezelfde fiscale autoriteit, en de Groep voornemens is om de actuele belastingvorderingen en -verplichtingen op een nettobasis af te wikkelen.

Actuele en uitgestelde belasting van de periode

Actuele en uitgestelde belastingen van de periode worden opgenomen als kost of opbrengst in de winst- en verliesrekening, behalve wanneer ze verband houden met elementen die buiten de winst- en verliesrekening worden opgenomen (in de andere elementen van het totaalresultaat of rechtstreeks in het eigen vermogen), wanneer ze eveneens buiten de winst- en verliesrekening worden opgenomen, of wanneer ze ontstaan zijn bij de initiële opname van een bedrijfscombinatie. In dit laatste geval wordt rekening gehouden met het belastingeffect in de verwerking van de bedrijfscombinatie.

F7.A. Winstbelasting

De winstbelastingen (nettokost) opgenomen in de winst- en verliesrekening stegen met € -77 miljoen in 2019 ten opzichte van 2018. De winstbelastingen (nettokost) opgenomen in de overige elementen van het totaalresultaat stegen met € 47 miljoen in 2019 ten opzichte van 2018, voornamelijk door de daling in de disconteringsvoeten van de personeelsbeloningen na uitdiensttreding.

In € miljoen 2019 2018
Actuele belasting voor het lopend jaar(1) –147 –158
a)
Voorzieningen voor belastinggeschillen(*) 1 4
Andere actuele belasting voor voorgaande jaren(*) 3 30
b)
Actuele belastingen –143 –124
Verandering van niet opgenomen uitgestelde belastingvorderingen(2) –110 88
c)
Uitgestelde belastingbaten op afschrijvingen van PPA steps-ups(*) 45 50
Uitgestelde belastingen impact van wijzigingen in de nominale belastingsvoeten(*) 15 –2
d)
Uitgestelde belasting voor voorgaande jaren(*) 7 2
Terugname van uitgestelde belasting bettreffende Olie & Gas waardevermindering(*) 167 e)
Andere uitgestelde belastingen –134 –89
f)
Uitgestelde belastingen –11 49
Winstbelastingen opgenomen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening –153 –75
Winstbelastingen op elementen opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat 48 1

(1) Waarvan € 11 miljoen in Aanpassingen in 2019

(2) Waarvan € -98 miljoen in Aanpassingen in 2019

(*) Aanpassingen

Opmerking: De Onderliggende belastingkost in het Overzicht van de activiteiten omvat de winstbelastingen volgens IFRS, met uitsluiting van de Aanpassingen.

Belangrijke opmerkingen bij de actuele belastingen

a) De actuele belastingen die betrekking hadden op het huidige jaar daalden licht (€ 11 miljoen).

b) De overige actuele belastingen in verband met voorgaande jaren werden vooral beïnvloed in 2018 door de terugname van de voorziening in 2017 voor de eenmalige belasting op niet-uitgekeerde winsten voortvloeiende uit de Amerikaanse belastinghervorming die eind 2017 is doorgevoerd (€ 31 miljoen), na toepassing van de nieuwe IRS-richtlijn in 2018.

Belangrijke opmerkingen bij de uitgestelde belastingen

(Zie kolom 'opgenomen in winst- en verliesrekening' in de tabel in sectie F7.C. voor mutaties in uitgestelde belastingen, volgens aard)

c) Veranderingen in niet-opgenomen uitgestelde belastingvorderingen:

In 2018 bedroeg deze verandering € 88 miljoen vooral als gevolg van de wettelijke reorganisatie in Brazilië (€ 38 miljoen) en de verwachte vermogenswinst op de vervreemding van Polyamides in 2019 (€ 67 miljoen);

in 2019, bedraagt deze verandering € -110 miljoen voornamelijk als gevolg van een herziening van het voorziene gebruik van fiscale verliezen in de holdingvennootschappen (€ -58 miljoen) en de terugname van uitgestelde belastingen (vooral op investeringsaftrek waarvan er verondersteld wordt dat deze niet tijdens de volgende vijf jaar zullen worden gebruikt) in het Verenigd Koninkrijk (€ -56 miljoen).

d) De uitgestelde belastinginvloed door veranderingen in het nominale tarief:

De opbrengst van € 15 miljoen in 2019 heeft voornamelijk betrekking op de update van het verwachte tarief dat van toepassing zou zijn op de terugnames van tijdelijke verschillen in Frankrijk.

e) De impact van de bijzondere waardevermindering op de Olie- & Gasactiva op de uitgestelde belastingen:

In 2019 heeft de bijzondere waardevermindering op de Olie- & Gasactiva (zie toelichting F5 Resultaat uit portefeuillebeheer en herevaluaties, historische sanering en belangrijke juridische geschillen voor de nettokost voor belastingen) een uitgestelde belastingopbrengst gegenereerd van € 167 miljoen in de Verenigde Staten dat vooral verbonden is aan de bijzondere waardevermindering op de aftrekbare goodwill voor de Olie & Gas in de Amerikaanse belastingeenheid.

f) Overige uitgestelde belastingen

  • In 2018 bestonden de overige uitgestelde belastingen (€ -89 miljoen) uit:
    • de aanwending van voorwaartse compensatie van fiscale verliezen van € -99 miljoen;
    • de opname van uitgestelde belastingvorderingen op tijdelijke verworpen interesten in de Verenigde Staten van € 22 miljoen;
    • de retroactieve herziening van € 19 miljoen als gevolg van de toepassing van de aanpassing van IAS 12 Winstbelastingen met betrekking tot hybride coupons die in de winst- en verliesrekening worden opgenomen (vóór de wijziging, opname in eigen vermogen);

F7.B. Aansluiting van de winstbelasting

  • overige nettotoename en terugnames van andere tijdelijke verschillen van € -31 miljoen.
  • In 2019 omvatten de overige uitgestelde belastingen (€ -134 miljoen):
    • het voornaamste gebruik van overgedragen fiscale verliezen voor € -92 miljoen, in de Verenigde Staten en de holdingvennootschappen;
    • de opname van uitgestelde belastingvorderingen op tijdelijke verworpen interesten in de Verenigde Staten voor € 17 miljoen;
    • overige nettotoename en terugnames van andere tijdelijke verschillen voor € -59 miljoen.

De effectieve belastingkost wordt aangesloten met de theoretisch bepaalde belastingkost door op de winst vóór belastingen van elke Groepsentiteit het toepasselijke nominale belastingtarief van het land toe te passen.

In € miljoen 2019 2018
Winst van het jaar vóór belastingen 74 791
Resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures 95 43
Winst van het jaar vóór belastingen, exclusief het resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint
ventures
–21 748
Aansluiting van de belastingkost
Totale belastingkost van alle entiteiten van de Groep, berekend op basis van toepasselijke lokale nominale
belastingvoeten
–77 –201
Gewogen gemiddelde nominale belastingvoet Niet relevant 27%
Belasting impact van wijzigingen in de nominale belastingvoeten 15 –2
Verandering van niet opgenomen uitgestelde belastingvorderingen –110 88
Belasting impact van permanenten verschillen 37 28
Winsten en verliezen zonder belastinginkomsten of -lasten –3 7
Amerikaanse belastingen losgekoppeld van winst van het jaar vóór belastingen –17 –21
Voorzieningen voor belastinggeschillen 1 4
Andere belasting impact van aanpassingen in actuele en uitgestelde belastingen m.b.t. vorige jaren 12 32
Belasting impact op uitkering van dividenden –11 –11
Effectieve belastinglasten –153 –75
Effectieve belastingvoet 207% 10%

Het gewogen gemiddelde nominale tarief van 2019 is niet relevant aangezien de winst voor belastingen en de resultaten van investeringen opgenomen volgens de equity-methode, negatief is na de bijzondere waardevermindering van Olie- & Gasactiva ten belope van € -825 miljoen. Na uitsluiting van deze bijzondere waardevermindering was het gewogen gemiddelde nominale tarief van 2019 30% en zou vergelijkbaar zijn met het tarief van 2018 van 27%. Deze toename is voornamelijk te wijten aan een ongunstig gemengd effect met name wegens een lagere winst voor belastingen in de Verenigde Staten.

De effectieve belastingvoet was 10% in 2018 (aangepast, zie toelichtingen bij element f in de vorige tabel voor de aanpassingen aan IAS 12). De effectieve belastingvoet in 2019 is eveneens niet relevant (207%). Na uitsluiting van de bijzondere waardevermindering op Olie & Gas zou de effectieve belastingvoet 36% zijn geweest. De toename van 26% is voornamelijk te wijten aan de wijziging in de nietopgenomen uitgestelde belastingvorderingen: € -110 miljoen in 2019 ten opzichte van € 88 miljoen dat in grote mate bijdraagt aan de significante stijging in de effectieve belastingvoet (zie toelichting op element c in bovenstaande tabel).

F7.C. Uitgestelde belastingen in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie

Opge
nomen in
Opge
nomen in
de andere
elementen
Effect van Herclassi
ficatie naar
activa
aange
de winst van het wissel houden
2019 Begin en verlies totaal koers voor Eind
In € miljoen balans rekening resultaat verschil verkoop Andere balans
Tijdelijke verschillen
Verplichtingen inzake personeelsbeloningen 549 –35 48 3 –2 563
Andere voorzieningen dan voor de personeelsbelo
ningen 252 –8 1 –1 243
Materiële vaste activa –249 –5 28 –229
Immateriële activa –499 78 –11 1 –432
Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa en
leaseverplichtingen
–1
Goodwill –38 128 91
Andere tijdelijke verschillen 101 –60 1 12 –1 55
Fiscale verliezen 359 –146 1 214
Fiscaal verrekenbare tegoeden 32 2 34
Activa aangehouden voor verkoop 30 –30
Totaal (netto bedrag) 505 –11 48 –10 36 –30 538

De netto uitgestelde belastingvorderingen bedragen € 538 miljoen op jaareinde 2019.

Opge
nomen in
de winst
Opge
nomen in
de andere
elementen
van het
Effect van
wissel
Herclassi
ficatie naar
activa
aange
houden
2018 Begin en verlies totaal koers voor Eind
In € miljoen balans rekening resultaat verschil IFRS 9 verkoop Andere balans
Tijdelijke verschillen
Verplichtingen inzake personeelsbelo
ningen
599 –41 –1 1 –7 –1 549
Andere voorzieningen dan voor de
personeelsbeloningen
188 63 1 252
Materiële vaste activa en immateriële
activa
–769 26 –29 24 –749
Goodwill(1) –26 –12 –38
Andere(2)(3) –20 115 2 2 4 –3 101
Fiscale verliezen 346 10 1 2 359
Fiscaal verrekenbare tegoeden(4) 159 –126 32
Activa aangehouden voor verkoop 13 –13
Totaal (netto bedrag) 476 49 1 –26 2 20 4 505
(1) Waarvan de waardeverminderingen
op de Oil & Gas goodwill in de
Verenigde Staten
–41 –11 –52
(2) Waarvan terugname van Ameri
kaanse eenmalige belasting
–123 123
(3) Waarvan herwerking of coupons op
eeuwigdurende hybride obligaties
19 –19
(4) Waarvan terugname van Ameri
kaanse buitenlandse fiscaal verre
kenbare tegoeden door de terugname
van eenmalige belasting
123 –123

De netto uitgestelde belastingvorderingen bedroegen aan het einde van 2018 € 505 miljoen.

De voornaamste bronnen van de uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen op het einde van 2019 zijn als volgt:

2019
In € miljoen
Uitgestelde
belasting
vorderingen
Uitgestelde
belasting
verplichtingen
Netto uitgestelde
belastingen vóór
waarde
vermindering
Waarde
vermindering
Netto uitgestelde
belastingen
Verplichtingen inzake personeelsbelo
ningen
609 –10 599 –35 563
Andere voorzieningen dan voor de perso
neelsbeloningen
272 –4 267 –24 243
Materiële vaste activa –1 –198 –198 –31 –229
Immateriële activa 66 –498 –432 –432
Met een gebruiksrecht overeenstemmende
activa en leaseverplichtingen
80 –81 –1 –1
Goodwill 91 91 91
Andere 114 –49 65 –10 55
Tijdelijke verschillen 1.230 –840 391 –100 290
Operationele verliezen 1.590 1.590 –1.419 171
Niet-operationele verliezen 339 339 –297 42
Fiscale verliezen 1.929 1.929 –1.716 213
Overgedragen fiscaal verrekenbare
tegoeden
78 77 –43 34
Verrekening van uitgestelde belastingen –658 658
Uitgestelde belastingen 2.579 –182 2.397 –1.859 538
Netto uitgestelde
2018 Uitgestelde
belasting
Uitgestelde
belasting
belastingen vóór
waarde
Waarde Netto uitgestelde
In € miljoen vorderingen verplichtingen vermindering vermindering belastingen
Verplichtingen inzake personeelsbelo
ningen 563 –10 553 –4 549
Andere voorzieningen dan voor de perso
neelsbeloningen 297 –3 294 –42 252
Materiële vaste activa –259 –259 10 –249
Immateriële activa 47 –546 –499 –499
Goodwill 15 –52 –38 –38
Andere 163 –39 123 –22 101
Tijdelijke verschillen 1.084 –911 174 –58 116
Operationele verliezen 1.723 1.723 –1.418 304
Niet-operationele verliezen 364 364 –310 54
Fiscale verliezen 2.087 2.087 –1.729 359
Overgedragen fiscaal verrekenbare
tegoeden 78 78 –46 32
Verrekening van uitgestelde belastingen –555 555
Uitgestelde belastingen 2.694 –355 2.339 –1.833 505

De totale netto uitgestelde belastingvorderingen van € 538 miljoen op heteindevan2019 zijn€ 33 miljoen hoger danin2018. Devoornaamste wijzigingen in 2019 hebben betrekking op de volgende zaken:

  • Uitgestelde belastingvorderingen op de voorzieningen voor personeelsbeloningen: € 563 miljoen op jaareinde 2019, € 14 miljoen hoger dan in 2018. De wijziging had voornamelijk betrekking op de terugname van tijdelijke verschillen in de winst- en verliesrekening en door de belastingen op de herwaarderingen in de andere elementen van het totaalresultaat op de voorzieningen voor personeelsbeloningen (zie toelichting F34.A. Voorzieningen voor personeelsbeloningen);
  • Uitgestelde belastingverplichtingen op immateriële activa voor € -432 miljoen op jaareinde 2019, € 67 miljoen lager dan in 2018. De daling van deze verplichtingen in 2019 weerspiegelt voornamelijk het belastingeffect van € 45 miljoen van de afschrijving in de geconsolideerde winst- en verliesrekening van de step-ups van immateriële activa als gevolg van de boekhoudkundige toerekening van de overnameprijs;
  • Uitgestelde belastingen op goodwill: € 91 miljoen op jaareinde 2019, € 127 miljoen hoger dan in 2018, voornamelijk als gevolg van de terugname van de uitgestelde belastingverplichting en de opname van uitgestelde belastingvorderingen in de Verenigde Staten door de bijzondere waardevermindering van de aftrekbare goodwill op Olie & Gas in de Amerikaanse belastingeenheid, d.i. € 139 miljoen uit een totaal voor alle tijdelijke verschillen van € 167 miljoen;
  • Uitgestelde belastingen op fiscale verliezen: € 214 miljoen op jaareinde 2019, € -145 miljoen lager dan in 2018, voornamelijk tengevolge van het gebruik van de belangrijke fiscale verliezen van € -92 miljoen en de wijziging in de niet-opgenomen uitgestelde belastingvorderingen op fiscale verliezen in de holdingvennootschappen voor € -58 miljoen.
  • Uitgestelde belastingvorderingen op overige tijdelijke verschillen: € 55 miljoen op jaareinde 2019, € -46 miljoen lager dan in 2018. Deze daling heeft betrekking tot:
  • Bijkomende tijdelijke verworpen interesten in de Verenigde Staten voor € 17 miljoen;
  • Bijkomende uitgestelde belastingverplichtingen op niet-uitgekeerde winsten voor € -13 miljoen, voornamelijk in de Verenigde Staten;
  • Voorraden voor € -8 miljoen;
  • Aanpassingen gelinkt aan beëindigde bedrijfsactiviteiten voor € -30 miljoen;
  • Overige effecten voor € -12 miljoen.

Uitgestelde belastingverplichtingen op niet-uitgekeerde winsten werden enkel voor € -44 miljoen opgenomen. Een bedrag van € 20 miljoen was niet opgenomen omdat deGroep zeggenschap heeft over detiming van de afwikkeling van de tijdelijke verschillen en het waarschijnlijk is dat deze afwikkeling in de nabije toekomst niet zal plaatsvinden.

Opgenomen uitgestelde belastingvorderingen waarvan de afwikkeling afhangt van toekomstige belastbare winsten bovenop de winst die afkomstig is van het terugdraaien van bestaande belastbare tijdelijke verschillen binnen entiteiten die een fiscaal verlies hebben geleden in het huidige of het voorgaande jaar in het betreffende belastinggebied bedraagt € 601 miljoen. Deze opname is gerechtvaardigd vanwege de gunstige verwachtingen aangaande toekomstige belastbare winsten.

F7.D. Overige informatie

Voor het grootste deel van de overgedragen fiscale verliezen van de Groep zijn geen uitgestelde belastingvorderingen opgenomen. De niet-opgenomen fiscale verliezen zijn vooral toe te schrijven aan landen waar deze voor onbepaalde tijd kunnen worden overgedragen. De volgende tabel geeft een overzicht van de overgedragen fiscale verliezen die uitgestelde belastingvorderingen genereren, gerangschikt volgens vervaldatum.

In € miljoen 2019 2018
Binnen 1 jaar 12 19
Binnen 2 jaar 19 18
Binnen 3 jaar 15 6
Binnen 4 jaar 24 18
Binnen 5 jaar of meer 38 202
Zonder tijdslimiet 713 1.037
Fiscale verliezen waarvoor uitgestelde belastingvorderingen werden opgenomen 822 1.302
Fiscale verliezen waarvoor geen uitgestelde belastingvorderingen werden opgenomen 6.803 6.916
Totaal overgedragen fiscale verliezen 7.625 8.217

De overgedragen fiscale verliezen (€ 822 miljoen) hebben uitgestelde belastingvorderingen voor € 214 miljoen gegenereerd. In 2018 hebben de overgedragen fiscale verliezen (€ 1.302 miljoen) uitgestelde belastingvorderingen gegenereerd van € 359 miljoen. De daling in de overgedragen fiscale verliezen die uitgestelde belastingvorderingen hebben gegenereerd, is voornamelijk te wijten aan het gebruik van fiscale verliezen in de Verenigde Staten.

TOELICHTING F8 Beëindigde bedrijfsactiviteiten

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Een beëindigde bedrijfsactiviteit is een component van de Groep die ofwel is afgestoten ofwel is geklasseerd als aangehouden voor verkoop (zie toelichting F30 Activa aangehouden voor verkoop), en die:

  • een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch bedrijfsgebied vertegenwoordigt;
  • deel uitmaakt van één enkel gecoördineerd plan om een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch bedrijfsgebied af te stoten; of
  • een dochteronderneming is die uitsluitend is overgenomen met de bedoeling te worden doorverkocht.

Een component van de Groep bestaat uit de bedrijfsactiviteiten en kasstromen die zowel operationeel als voor de financiële verslaggeving kunnen worden onderscheiden van de rest van de Groep.

In het geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat, het geconsolideerd kasstroomoverzicht, en in de informatieverschaffing worden de beëindigde bedrijfsactiviteiten herwerkt voor voorgaande perioden.

2019
In € miljoen Polyamides Andere Totaal
Netto-omzet 1.463 1.463
EBIT 332 14 347
Financieel resultaat –3 1 –2
Belastingen –109 –109
Winst uit beëindigde bedrijfsactiviteiten 221 15 236
toegerekend aan Solvay-aandeel 221 15 236

De EBIT voor Polyamides omvat fusie- en overnamekosten van € -16 miljoen.

De € 15 miljoen in de kolom Andere heeft voornamelijk betrekking op waarborgen na afronding van de vervreemding van de Pharma activiteiten en een aanpassing voor de overnameprijs van Indupa.

2018
In € miljoen Polyamides Andere Totaal
Netto-omzet 1.563 1.563
EBIT 288 –4 284
Financieel resultaat –3 –3
Belastingen –80 –80
Winst/verlies (–) uit beëindigde bedrijfsactiviteiten 205 –5 201
toegerekend aan Solvay-aandeel 205 –5 201

De EBIT voor Polyamides omvat fusie- en overnamekosten van € -18 miljoen.

De € -5 miljoen in de kolom Andere heeft betrekking op aanpassingen na verkoop in verband met de vervreemding van Acetow.

TOELICHTING F9 Winst over het jaar

De winst over het jaar bedraagt € 157 miljoen vergeleken met € 917 miljoen over het voorgaande jaar. Zie de eerdere toelichtingen voor een uitleg van de belangrijkste verschillen.

TOELICHTING F10 Winst per aandeel

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

De gewone winst per aandeel wordt verkregen door het resultaat over het jaar te delen door het gewogen gemiddelde van het aantal uitstaande gewone aandelen tijdens de verslagperiode. Het gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen is exclusief de eigen aandelen gehouden door de Groep tijdens de verslagperiode.

De verwaterde winst per aandeel wordt verkregen door het resultaat over het jaar, aangepast voor het effect van potentiële gewone aandelen die tot verwatering zullen leiden, te delen door het gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen, eveneens aangepast voor het aantal potentiële gewone aandelen die tot verwatering zullen leiden in verband met de uitgifte van aandelenopties.

Het aantal potentiële gewone aandelen die tot verwatering zullen leiden is berekend voor het gewogen gemiddelde aantal aandelenopties dat uitstond tijdens de verslagperiode als het verschil tussen de gemiddelde marktprijs van gewone aandelen tijdens de verslagperiode en de uitoefenprijs van de aandelenoptie. Aandelenopties hebben alleen een verwaterend effect als de gemiddelde marktprijs hoger is dan de uitoefenprijs (aandelenopties zijn 'in the money').

Voor de berekening van de verwaterde winst per aandeel zijn er geen aanpassingen doorgevoerd aan het nettoresultaat van het boekjaar (aandeel Solvay).

De gewone en verwaterde bedragen per aandeel voor beëindigde bedrijfsactiviteiten worden gepresenteerd in de geconsolideerde winst- en verliesrekening.

Aantal aandelen (in duizenden) 2019 2018
Gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen (gewoon) 103.177 103.277
Verwaterend effect 227 459
Gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen (verwaterd) 103.403 103.735
2019 2018
Gewone Verwaterde Gewone Verwaterde
Winst van het jaar (Solvay-aandeel), met inbegrip van
de beëindigde bedrijfsactiviteiten (in € duizenden)
118.415 118.415 877.219 877.219
Winst/(verlies) van het jaar (Solvay-aandeel), zonder
beëindigde bedrijfsactiviteiten (in € duizenden)
–117.582 –117.582 676.565 676.565
Winst per aandeel (met inbegrip van beëindigde
bedrijfsactiviteiten) (in €)
1,15 1,15 8,49 8,46
Winst per aandeel (zonder beëindigde bedrijfsactivi
teiten) (in €)
–1,14 –1,14 6,55 6,52

Volledige gegevens per aandeel, met inbegrip van dividend per aandeel, staan in het Overzicht van de activiteiten.

De gemiddelde marktprijs voor 2019 was € 96,74 per aandeel (2018: € 110,21 per aandeel). Onderstaande aandelenopties waren out-of-themoney, en hadden derhalve geen verwaterend effect in de betreffende periode, maar kunnen de gewone winst per aandeel in de toekomst mogelijk wel verwateren (zie toelichting F33 Op aandelen gebaseerde betalingen):

Anti-dilutieve aandelenopties Toekenningsdatum Uitoefenprijs (in €) Aantal toegekende
aandelenopties
Aantal uitstaande
aandelenopties
Aandelenoptieplan 2013 25/03/2013 104,33 427.943 367.171
Aandelenoptieplan 2014 01/01/2014 101,14 380.151 351.482
Aandelenoptieplan 2015 25/02/2015 114,51 346.617 346.617
Aandelenoptieplan 2017 23/02/2017 111,27 316.935 316.935
Aandelenoptieplan 2018 – 1 27/02/2018 113,11 400.704 400.704
Aandelenoptieplan 2018 – 2 30/07/2018 108,38 72.078 72.078
Aandelenoptieplan 2019 27/02/2019 97,05 438.107 438.107
Totaal 2.382.535 2.293.094

Toelichting bij het geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat

TOELICHTING F11

Geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

In overeenstemming met IAS 1 Presentatie van de jaarrekening, heeft de Groep ervoor gekozen om twee overzichten te presenteren, nl. een geconsolideerde winst- en verliesrekening, onmiddellijk gevolgd door een geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat.

De andere elementen van het totaalresultaat worden gegeven vóór de hiermee gepaard gaande belastingimpact met een lijn die het totale bedrag aan winstbelasting over deze elementen voorstelt. Meer informatie over de belastingimpact leest u verder in deze toelichting.

Overzicht van de belastingeffecten op elk van de andere elementen van het totaalresultaat

N.B.: onderstaande tabel geeft de totale andere elementen van het totaalresultaat weer voor het totale aantal aandelen van Solvay en de minderheidsbelangen.

2019 2018
In € miljoen Bedrag vóór
belastingen
Belastingkost
(–)/-opbrengst
(+)
Bedrag na
belastingen
Bedrag vóór
belastingen
Belastingkost
(–)/-opbrengst
(+)
Bedrag na
belastingen
Effectief deel van winsten en verliezen op
afdekkingsinstrumenten in een kasstroom
afdekking
–53 1 –52 –61 5 –57
Herclassificatie naar de winst- en verliesre
kening
58 58 14 14
Winsten en verliezen op afdekkingsin
strumenten in een kasstroomafdekking
(zie toelichting F35)
5 1 6 –47 5 –42
Wisselkoersverschillen van het jaar 141 141 241 241
Herclassificatie van wisselkoersverschillen
op buitenlandse activiteiten die verkocht
werden gedurende het jaar
–1 –1 13 13
Wisselkoersverschillen – Dochteronder
nemingen en gezamenlijke bedrijfsactivi
teiten
140 140 255 255
Aandeel in de andere elementen van
het totaalresultaat van geassocieerde
deelnemingen en joint ventures gecon
solideerd via de equity-methode die
daarna naar winst of verlies zullen
worden overgeboekt
24 24 –34 –34
Elementen die geherklasseerd worden 169 1 170 173 5 179
Winsten en verliezen op eigen-vermo
gensinstrumenten gewaardeerd aan
reële waarde via andere elementen van
het totaalresultaat
3 –2 1 3 4
Herwaarderingen van de netto
verplichting inzake toegezegd-pensioen
regelingen (zie toelichting F34)
–163 49 –113 26 –4 22
Aandeel in de andere elementen van
het totaalresultaat van geassocieerde
deelnemingen en joint ventures gecon
solideerd via de equity-methode die
daarna niet naar winst of verlies zullen
worden overgeboekt
–2 –2
Elementen die niet geherklasseerd
worden
–162 47 –115 29 –4 26
Andere elementen van het totaalre
sultaat
7 48 55 203 1 204

Wisselkoersverschillen

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening op het einde van elke verslagperiode worden de activa en de verplichtingen van de buitenlandse activiteiten van de Groep op balansdatum omgerekend in EUR tegen de slotkoers. De opbrengsten en kosten van deze entiteiten worden omgerekend tegen de gemiddelde koers, behalve wanneer de impact van de gemiddelde koers wezenlijk verschilt van de toepassing van de marktkoers op hun respectievelijke transactiedatum, in welk geval laatstgenoemde gebruikt wordt. Mochten er eventuele wisselkoersverschillen ontstaan, dan worden die opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat als 'wisselkoersverschillen'.

Wisselkoersverschillen worden geherklasseerd van eigen vermogen naar winst of verlies bij:

  • een vervreemding van het volledige belang van de Groep in een buitenlandse activiteit, of een gedeeltelijke vervreemding met verlies van zeggenschap over een dochteronderneming met een buitenlandse activiteit. In dat geval worden de gecumuleerde wisselkoersverschillen met betrekking tot die activiteit die toerekenbaar is aan de Groep geherklasseerd naar winst of verlies. Eventuele wisselkoersverschillen die voorheen toegerekend werden aan de minderheidsbelangen worden uit de balans verwijderd, maar worden niet geherklasseerd naar winst of verlies;
  • een gedeeltelijke vervreemding van een belang in een gezamenlijke overeenkomst of een geassocieerde deelneming die een buitenlandse activiteit omvat, wanneer het belang dat behouden wordt een financieel actief is. In dat geval worden de gecumuleerde wisselkoersverschillen met betrekking tot die activiteit die toerekenbaar is aan de Groep geherklasseerd naar winst of verlies;
  • een gedeeltelijke vervreemding van een belang in een joint venture of een geassocieerde deelneming die een buitenlandse activiteit omvat en die verwerkt blijft als een joint venture of geassocieerde deelneming. In dit geval is een evenredig deel van de gecumuleerde wisselkoersverschillen geherklasseerd naar winst of verlies.

In het geval van een gedeeltelijke vervreemding (d.i. zonder verlies van zeggenschap) van een dochteronderneming met een buitenlandse activiteit wordt het evenredige gedeelte van de gecumuleerde wisselkoersverschillen toegewezen aan de minderheidsbelangen en niet in winst of verlies opgenomen.

In geval van (a) een kapitaalvermindering bij een dochteronderneming zonder verlies van zeggenschap of (b) een kapitaalvermindering bij een investering opgenomen volgens de equity-methode zonder aanpassing van het deel van het aandelenbelang gehouden in de betreffende investering, worden gecumuleerde wisselkoersverschillen niet geherklasseerd van eigen vermogen naar winst of verlies.

Goodwill en 'reële waarde'-aanpassingen die ontstaan uit de overname van een buitenlandse activiteit worden beschouwd als activa en verplichtingen van de buitenlandse activiteit en omgerekend in de presentatievaluta van de Groep tegen de slotkoers.

De totale positieve wisselkoersverschillen bedragen € 164 miljoen in 2019 en hebben enkel betrekking op het aandeel van de Groep. Ze betreffen de revaluatie van de Amerikaanse dollar (€ 115 miljoen), de Russische roebel (€ 26 miljoen), de Mexicaanse peso (€ 12 miljoen), en de devaluatie van het Britse pond (€ -15 miljoen), ten opzichte van de euro.

In 2018 bedroegen de totale positieve wisselkoersverschillen € 220 miljoen, bestaande uit:

  • € 207 miljoen aan wisselkoersverschillen, waarvan € 202 miljoen voor het aandeel van de Groep; en
  • de herclassificatie van € 13 miljoen aan wisselkoersverlies, die vooral betrekking heeft op de verkoop van natriumcarbonaatactiviteiten in Egypte, waarvan € 15 miljoen bestemd voor de Groep.

De € 207 miljoen aan wisselkoersverschillen hadden betrekking op de revaluatie ten opzichte van de euro van de Amerikaanse dollar (€ 289 miljoen) en de devaluatie van de Braziliaanse real (€ -30 miljoen), de Chinese renminbi (€ -24 miljoen) en de Russische roebel (€ -25 miljoen).

Toelichting bij het geconsolideerd kasstroomoverzicht (voortgezette en beëindigde bedrijfsactiviteiten)

TOELICHTING F12 Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen

In 2019 bedragen de totale afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingsverliezen € 1.906 miljoen, waarvan:

  • lineaire afschrijvingen van € 1.302 miljoen voor voortgezette bedrijfsactiviteiten, met inbegrip van:
  • kostprijs van de omzet (€ 641 miljoen),
  • administratieve kosten (€ 110 miljoen),
  • kosten van onderzoek en ontwikkeling (€ 83 miljoen),
  • overige (€ 198 miljoen), waaronder € 182 miljoen voor de afschrijving van de boekhoudkundige toerekening van de overnameprijs (zie toelichting F4 Overige operationele winsten en verliezen);
  • netto bijzondere waardeverminderingsverlies van € 873 miljoen voor voortgezette bedrijfsactiviteiten, te wijten aan de bijzondere waardeverminderingen op de Novecare Olie- & Gasactiviteit (€ -825 miljoen), en op overige niet-renderende activa (€ -26 miljoen), voornamelijk door de bijzondere waardevermindering van voorheen geactiveerde elementen verbonden aan de vereenvoudigings- en transformatieprogramma (zie toelichting F5 Portefeuillebeheer en herevaluaties, historische sanering en belangrijke juridische geschillen).

De stijging in de lineaire afschrijvingen in 2019 ten opzichte van 2018 heeft voornamelijk betrekking op de toepassing van IFRS 16 Leaseovereenkomsten.

In 2018 bedroegen de totale afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingsverliezen € 944 miljoen, waarvan:

  • lineaire afschrijvingen ten bedrage van € 921 miljoen voor voortgezette bedrijfsactiviteiten met inbegrip van:
  • kostprijs van de omzet (€ 548 miljoen);
  • administratieve kosten (€ 97 miljoen);
  • kosten van onderzoek en ontwikkeling (€ 59 miljoen);
  • overige (€ 217 miljoen), inclusief € 197 miljoen voor de afschrijving als gevolg van de boekhoudkundige toerekening van de overnameprijs (zie toelichting F4 Overige operationele winsten en verliezen);
  • netto bijzonder waardeverminderingsverlies van € 23 miljoen voor voortgezette bedrijfsactiviteiten (zie toelichting F5 Resultaat uit portefeuillebeheer en herevaluaties, historische sanering en belangrijke juridische geschillen).

TOELICHTING F13

Andere niet-operationele en niet in geldmiddelen afgewikkelde elementen

De overige niet-operationele en niet-cash elementen (€ 24 miljoen) hebben in 2019 voornamelijk betrekking op fusie- en overnamekosten verbonden aan de vervreemding van de Polyamides activiteit (€ 16 miljoen).

De overige niet-operationele en niet-cash elementen voor 2018 (€ -12 miljoen) omvatten hoofdzakelijk resultaten als gevolg van de vervreemding van fosforderivaten (€ -22 miljoen) en de natriumcarbonaatactiviteiten in Egypte (€ 7 miljoen).

TOELICHTING F14 Winstbelasting

In 2019

De winstbelasting bedraagt € 262 miljoen, waarvan € 153 miljoen voor voortgezette bedrijfsactiviteiten.

De betaalde winstbelasting bedraagt € 263 miljoen, waarvan € 240 miljoen voor voortgezette bedrijfsactiviteiten.

In 2018

De winstbelasting bedroeg € 175 miljoen, waarvan € 95 miljoen voor voortgezette bedrijfsactiviteiten.

De betaalde winstbelasting bedroeg € 235 miljoen, waarvan € 211 miljoen voor voortgezette bedrijfsactiviteiten.

Winstbelastingen worden besproken in toelichting F7 Winstbelasting.

TOELICHTING F15 Wijzigingen in het werkkapitaal

In € miljoen 2019 2018
Voorraden 164 –239
Handelsvorderingen 21 60
Handelsschulden –217 98
Overige vorderingen/verplichtingen –54 –68
Wijziging in het werkkapitaal –86 –148
Waarvan beëindigde bedrijfsactiviteiten –64 –39

Zie opmerkingen in het Overzicht van de activiteiten.

TOELICHTING F16

Toevoegingen, terugnames en gebruik van voorzieningen

In 2019

  • de toevoegingen en terugnames van voorzieningen bedragen € 154 miljoen en hebben voornamelijk betrekking op personeelsbeloningen (€ 93 miljoen) en leefmilieu (€ 49 miljoen);
  • de aanwending van voorzieningen bedraagt € -399 miljoen, waarvan € -10 miljoen voor beëindigde bedrijfsactiviteiten, en heeft voornamelijk betrekking op personeelsbeloningen voor € -223 miljoen, leefmilieu voor € -78 miljoen en herstructureringen voor € -61 miljoen;
  • de aanwending van voorzieningen voor bijkomende vrijwillige bijdragen in de pensioenplannen in het Verenigd Koninkrijk bedraagt € -114 miljoen.

In 2018

  • de toevoegingen en terugnames van voorzieningen bedragen € 315 miljoen. Dit is inclusief de provisie in verband met het vereenvoudigings- en transformatieprogramma van de Groep (€ 177 miljoen);
  • de aanwending van voorzieningen bedraagt € -395 miljoen, waarvan € -5 miljoen voor beëindigde bedrijfsactiviteiten.

Zie toelichting F34 Voorzieningenvoor meer informatie.

TOELICHTING F17

Kasstromen uit investeringsactiviteiten - Verwerving/vervreemding van activa en deelnemingen

2019
In € miljoen Verwervingen Vervreemdingen Totaal
Dochterondernemingen –6 –31 –37
Andere –16 –16
Totaal deelnemingen –23 –31 –53
Materiële vaste/immateriële activa –857 18 –839
Totaal –880 –13 –892
2018
In € miljoen Verwervingen Vervreemdingen Totaal
Dochterondernemingen –12 26 14
Andere –4 –4
Totaal deelnemingen –16 26 10
Materiële vaste/immateriële activa –833 42 –791
Totaal –849 69 –781

In 2019

De overname van dochterondernemingen (€ -6 miljoen) betreft voornamelijk betalingen na de overname van Cytec.

De andere verwervingen hebben voornamelijk betrekking op de deelneming in Aqua Pharma Group.

De vervreemding van dochterondernemingen (€ -31 miljoen) betreft voornamelijk fusie- en overnamekosten voor de vervreemding van Polyamides voor € -16 miljoen, bedragen betaald voor de vervreemdingen van Pharma en Indupa zonder impact op de geconsolideerde winst- en verliesrekening van 2019 (€ -19 miljoen), na aftrek van de aflossing van de schulden verbonden aan de vervreemding van de Cross Linkable Compounds activiteit voor € 7 miljoen.

De verwerving van materiële vaste en immateriële activa (€ -857 miljoen) heeft betrekking op verscheidene projecten:

  • Composite Materials: nieuwe productielijn voor sterk presterende partikels voor voorgeïmpregneerde koolstofvezels in Willow Island (Verenigde Staten);
  • Corporate: investering in de Material Science Application Center in Brussel (België);
  • Specialty Polymers: nieuwe productie-eenheid toegewijd aan Polyethersulfone (PESU) in Panoli (India);
  • Specialty Polymers: Groei van de capaciteit voor Polyvinylideenfluoride (PVDF) in Tavaux (Frankrijk);
  • Specialty Polymers: Groei van de latex-capaciteit voor Diofan PVDC in Tavaux (Frankrijk);
  • Technology Solutions: verdubbeling van de capaciteit HALS (hindered amine light stabilizers) in Willow Island (Verenigde Staten).

In 2018

De overname van dochterondernemingen (€ -12 miljoen) had betrekking op betalingen na overname van Cytec.

De vervreemding van dochterondernemingen (€ 26 miljoen) had vooral betrekking op fosforderivaten voor € 54 miljoen, de natriumcarbonaatactiviteiten in Egypte voor € 10 miljoen en fusie- en overnamekosten voor de vervreemding van Polyamides voor € -20 miljoen. Het saldo is samengesteld uit betaalde en ontvangen bedragen voor verkopen in voorgaande jaren die geen invloed hebben op de winsten verliesrekening 2018 (uitgestelde betaling voor de aanschaf van BASF-aandelen in Solvin van € -22 miljoen en Cross Linkable Compound voor € 4 miljoen).

De verwerving van materiële vaste en immateriële activa (€ -833 miljoen) had betrekking op verschillende projecten:

Corporate: investering in de Material Science Application Center in Brussel (België);

  • Soda Ash & Derivatives: renovatie van een warmtekrachtkoppelingscentrale in Bernburg (Duitsland);
  • Special Chem: nieuwe H2O2-fabriek in Rosignano (Italië) en in Zhengiang (China);
  • Speciality Polymers: nieuwe productie-eenheid voor Polyethersulfone (PESU) in Panoli (India);
  • Specialty Polymers: Groei van de capaciteit voor Polyvinylideenfluoride (PVDF) in Tavaux (Frankrijk);
  • Technology Solutions: verdubbeling van de productiecapaciteit van HALS (hindered amine light stabilizers) in Willow Island (Verenigde Staten);

De in 2018 ontvangen geldmiddelen uit de vervreemding van materiële vaste activa had verband met de verkoop van vastgoed (€ 27 miljoen), voornamelijk als gevolg van herstructureringsinitiatieven of portefeuillewijzigingen en geldmiddelen ontvangen uit de vervreemding van immateriële activa in verband met de verkoop van klantenlijsten (€ 15 miljoen).

TOELICHTING F18 Overige kasstromen uit financieringsactiviteiten

De overige kasstromen uit financieringsactiviteiten (€ -19 miljoen in 2019, € 123 miljoen in 2018) hebben voornamelijk betrekking op marge-stortingen (margin calls) op afdekkingsinstrumenten als onderdeel van de activiteiten van Energy Services.

Voor de handel in futures van verschillende grondstoffen (CO2, energie, gas en kolen) maakt Energy Services gebruik van makelaars. Deze deals zijn onderhevig aan marge-stortingen. Om het kredietrisico van de tegenpartij te dekken, betalen makelaars een margestorting aan Solvay als het instrument voor Solvay in-the-money staat. Als het instrument echter out-of-the-money staat, betaalt Solvay een marge-storting aan de makelaars. De marge-stortingen worden gepresenteerd als onderdeel van de financiële schuld (zie toelichting F36 Nettoschuld). Kasstromen afkomstig van margestortingen worden opgenomen als Overige kasstromen uit financieringsactiviteiten. Deze fluctueert met de reële waarde van het instrument. De daadwerkelijke afwikkeling van de grondstofderivaten vindt plaats na aftrek van de marge-stortingen en het brutobedrag (inclusief marge-stortingen geherklasseerd uit Overige kasstromen uit financieringsactiviteiten) wordt opgenomen in operationele kasstromen.

TOELICHTING F19 Kasstromen uit beëindigde bedrijfsactiviteiten

In 2019 bedraagt de kasstroom van beëindigde bedrijfsactiviteiten € 141 miljoen (€ 120 miljoen) in 2018 en heeft betrekking op Polyamides.

Toelichting bij het geconsolideerd overzicht van de financiële positie

TOELICHTING F20 Immateriële activa

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Algemeen

Een immaterieel actief is een identificeerbaar niet-monetair actief zonder fysieke vorm. Het is identificeerbaar wanneer het kan worden afgescheiden, d.w.z. het kan worden afgescheiden of losgemaakt van de Groep, of wanneer het ontstaat uit contractuele of andere juridische rechten. Een immaterieel actief zal alleen worden opgenomen indien:

  • a. het waarschijnlijk is dat de verwachte toekomstige economische voordelen die toe te schrijven zijn aan het actief naar de Groep zullen vloeien; en
  • b. de kostprijs van het actief op een betrouwbare manier kan worden gewaardeerd.

Immateriële activa die verworven of intern ontwikkeld werden, worden initieel gewaardeerd tegen kostprijs. De kostprijs van een verworven immaterieel actief omvat de aankoopprijs, de invoerrechten en niet-terugbetaalbare aankoopbelastingen, na aftrek van handels- en andere kortingen, en alle rechtstreeks toerekenbare kosten om het actief geschikt te maken voor het beoogde gebruik. Uitgaven na initiële opname op immateriële activa worden enkel opgenomen als het waarschijnlijk is dat ze de toekomstige economische voordelen verbonden aan het specifieke actief doen toenemen. Andere uitgaven worden ten laste genomen wanneer ze worden opgelopen.

Na hun initiële opname worden immateriële activa gewaardeerd tegen kostprijs, verminderd met de gecumuleerde afschrijvingen en eventuele bijzondere waardeverminderingsverliezen. Immateriële activa worden lineair afgeschreven over hun geschatte gebruiksduur, die niet langer is dan hun eventuele contractuele looptijd. De geschatte gebruiksduur, de restwaarde en de afschrijvingsmethode worden op elk jaareinde herzien, en elke wijziging in de schattingen wordt op prospectieve basis verwerkt.

Patenten en merken 2–20 jaar
Software 3–5 jaar
Ontwikkelingskosten 2–5 jaar
Klantenrelaties 5–29 jaar
Overige immateriële activa – Technologie 5–20 jaar

De afschrijvingskosten worden in de geconsolideerde winst- en verliesrekening opgenomen onder kostprijs van de omzet, administratieve kosten, kosten voor onderzoek en ontwikkeling en overige operationele winsten en verliezen.

Het actief wordt getest op bijzondere waardevermindering indien (a) er een aanwijzing is voor bijzondere waardevermindering en (b) jaarlijks voor projecten onder ontwikkeling (zie toelichting F27 Bijzondere waardevermindering van materiële vaste activa, immateriële activa, met en gebruiksrecht overeenstemmende activa, en investeringen die worden verwerkt volgens de equity-methode).

Immateriële activa worden uit het geconsolideerde overzicht van de financiële positie verwijderd bij vervreemding of wanneer er in de toekomst naar verwachting geen economisch voordeel meer gehaald zal worden uit het gebruik of de vervreemding ervan. De winst of het verlies als gevolg van de verwijdering van een immaterieel actief uit de balans wordt opgenomen in de winst- en verliesrekening op het tijdstip van verwijdering uit de balans.

Kosten van onderzoek en ontwikkeling

Onderzoekskosten worden als kosten in de winst- en verliesrekening opgenomen in de periode waarin ze worden opgelopen.

Ontwikkelingskosten worden alleen opgenomen als activa als aan alle onderstaande voorwaarden is voldaan:

  • de kostprijs van het actief kan op een betrouwbare manier worden bepaald;
  • de technische haalbaarheid van het product is bewezen;
  • het product of proces zal gecommercialiseerd worden of intern worden aangewend;
  • er wordt verwacht dat de activa toekomstige economische voordelen zullen genereren (bv. er bestaat een potentiële markt voor het product of het nut voor interne aanwending is bewezen);
  • de nodige technische, financiële en andere middelen zijn aanwezig om het project te finaliseren.

Deze ontwikkelingskosten omvatten personeelskosten, materiaalkosten en diensten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de projecten, en een gepast aandeel in de algemene kosten, met inbegrip, en waar van toepassing, van financieringskosten. De immateriële activa worden afgeschreven vanaf het moment waarop zij beschikbaar zijn voor gebruik, d.w.z. zodra zij ter plaatse zijn en in de juiste staat om te kunnen functioneren op de manier die het management voor ogen had. Ontwikkelingskosten die niet aan de bovenvermelde criteria voldoen, worden ten laste genomen wanneer ze worden opgelopen.

Patenten, handelsmerken en klantenrelaties Overige immateriële activa

Deze immateriële activa zijn met name verworven door bedrijfscombinaties. Klantenrelaties bestaan uit klantenlijsten.

Overige immateriële activa bestaan voornamelijk uit technologie, afzonderlijk verkregen of uit bedrijfscombinaties.

Ontwikkelings Merken en Overige immate
In € miljoen kosten octrooien Klantenrelaties riële activa Totaal
Brutoboekwaarde
Op 31 december 2017 285 1.588 1.888 717 4.479
Investeringen 88 19 35 142
Buitengebruikstelling en vervreemding –6 –5 –5 –16
Verwervingen via bedrijfscombinaties 5 5
Wisselkoersverschillen 2 34 68 18 122
Andere 2 25 –28 –1
Overboeking naar activa aangehouden
voor verkoop
1 1 2
Op 31 december 2018 372 1.661 1.956 743 4.731
Investeringen 77 5 24 106
Buitengebruikstelling en vervreemding –9 –39 –2 –50
Verwervingen via bedrijfscombinaties 2 2
Wisselkoersverschillen 2 18 30 12 62
Andere –6 24 –17 1
Overboeking naar activa aangehouden
voor verkoop
–3 2 1 –1
Op 31 december 2019 433 1.673 1.986 760 4.851
Cumulatieve afschrijvingen
Op 31 december 2017 –74 –680 –492 –293 –1.539
Afschrijvingen –36 –110 –135 –49 –330
Bijzondere waardeverminderingen –2 –3
Buitengebruikstelling en vervreemding 6 5 5 16
Wisselkoersverschillen –5 –10 –8 –23
Andere 2 –4 14 12
Overboeking naar activa aangehouden
voor verkoop
–1 –3 –4
Op 31 december 2018 –105 –790 –640 –335 –1.871
Afschrijvingen –48 –105 –116 –55 –323
Bijzondere waardeverminderingen –53 –53
Buitengebruikstelling en vervreemding 9 39 2 50
Wisselkoersverschillen –4 –5 –5 –14
Andere –1 1
Overboeking naar activa aangehouden
voor verkoop 3 –4 3 2
Op 31 december 2019 –141 –865 –760 –443 –2.209
Nettoboekwaarde
Op 31 december 2017 211 908 1.396 424 2.940
Op 31 december 2018 266 872 1.315 408 2.861
Op 31 december 2019 291 807 1.226 318 2.642

Immateriële activa hebben voornamelijk betrekking op immateriële activa verkregen door de acquisities van Rhodia en Cytec. De gemiddelde resterende gebruiksduur van de activa van Rhodia is 3 jaar, die van Cytec is 13 jaar. Bijzondere waardeverminderingen opgenomen in 2019 hebben betrekking op de Novecare Olie- & Gasactiviteit.

TOELICHTING F21 Goodwill en bedrijfscombinaties

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Algemeen

De overname van dochterondernemingen wordt verwerkt volgens de overnamemethode. De vergoeding voor elke overname wordt berekend als de som van de reële waarden van de overgedragen activa op de overnamedatum en de aangegane of overgenomen verplichtingen en de door de Groep uitgegeven eigen-vermogensinstrumenten in ruil voor zeggenschap over de overgenomen partij. Aan de overname gerelateerde kosten worden onmiddellijk in winst of verlies opgenomen wanneer ze worden opgelopen.

Waar toepasbaar omvat de vergoeding voor de overname elk actief of verplichting als gevolg van een voorwaardelijke vergoedingsovereenkomst, dat gewaardeerd wordt aan de reële waarde op overnamedatum. Toekomstige wijzigingen aan deze reële waarde worden retrospectief verwerkt als ze beantwoorden aan aanpassingen tijdens de waarderingsperiode (zie hieronder). Alle andere wijzigingen in de reële waarde van de voorwaardelijke vergoeding opgenomen als actief of verplichting worden opgenomen in overeenstemming met de relevante IFRS, meestal in de winst- en verliesrekening.

Wanneer een bedrijfscombinatie in verschillende fasen wordt gerealiseerd, wordt het voorheen gehouden belang in de verworven entiteit geherwaardeerd tegen de reële waarde op overnamedatum (d.i. de datum waarop de Groep zeggenschap verkrijgt) en de eventuele winst of het eventuele verlies wordt in de winst- en verliesrekening opgenomen. Bedragen die voorafgaand aan de overnamedatum voortvloeien uit het belang in de overgenomen partij die voorheen werden opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat worden geherklasseerd naar winst of verlies, op dezelfde basis die vereist zou zijn indien de overnemende partij het voorheen aangehouden belang had vervreemd.

De identificeerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen van de overgenomen partij die aan de opnamecriteria volgens IFRS 3 Bedrijfscombinaties voldoen, worden opgenomen en gewaardeerd tegen hun reële waarde op de overnamedatum, behalve:

  • uitgestelde belastingvorderingen of –verplichtingen en verplichtingen en activa uit hoofde van de personeelsbeloningen worden opgenomen en gewaardeerd in overeenstemming met respectievelijk IAS 12 Winstbelastingen en IAS 19 Personeelsbeloningen;
  • verplichtingen of eigen-vermogensinstrumenten verbonden aan de vervanging door de Groep van op aandelen van een overgenomen partij gebaseerde betalingen, worden gewaardeerd in overeenstemming met IFRS 2 Op aandelen gebaseerde betalingen; en

activa (of groepen activa die worden vervreemd) die geklasseerd worden als aangehouden voor verkoop in overeenstemming met IFRS 5 Vaste activa aangehouden voor verkoop en beëindigde bedrijfsactiviteiten, in overeenstemming met deze standaard worden gewaardeerd.

Als de initiële verwerking van een bedrijfscombinatie niet voltooid is op het einde van de verslagperiode waarin de bedrijfscombinatie plaatsvond, presenteert de Groep voorlopige bedragen voor de posten die nog niet volledig zijn verwerkt. Tijdens de waarderingsperiode (zie verder) worden de opgenomen voorlopige bedragen aangepast, of worden bijkomende activa of verplichtingen opgenomen om nieuwe informatie te weerspiegelen over feiten en omstandigheden die op de overnamedatum bestonden en die, indien bekend, de waardering van de per die datum opgenomen bedragen zouden hebben beïnvloed.

De waarderingsperiode is de periode vanaf de datum van de overname tot de datum waarop de Groep de complete informatie ontvangt over de feiten en omstandigheden die op de overnamedatum bestonden, en kan niet meer dan twaalf maanden bedragen.

Goodwill

Goodwill ontstaan uit een bedrijfscombinatie wordt opgenomen als een actief op het moment dat de zeggenschap wordt verkregen (de overnamedatum). Goodwill is het verschil tussen het totaal van:

  • a. de overgedragen vergoeding;
  • b. het bedrag van minderheidsbelangen in de overgenomen partij; en
  • c. bij een bedrijfscombinatie in verschillende fasen, de reële waarde op de overnamedatum van het voorheen aangehouden belang in de overgenomen partij,

en het door de Groep verworven aandeel in de reële waarde van de netto identificeerbare activa van de entiteit op de overnamedatum.

Goodwill wordt niet afgeschreven maar wordt getest op bijzondere waardevermindering. Dat gebeurt elk jaar of vaker indien er aanwijzingen zijn van bijzondere waardevermindering.

Voor het testen op bijzondere waardevermindering wordt goodwill toegewezen aan de kasstroomgenererende eenheden (of een groep van kasstroomgenererende eenheden) van de Groep in overeenstemming met IAS 36 Bijzondere waardevermindering van activa.

Een kasstroomgenererende eenheid (KGE) is de kleinste identificeerbare groep van activa die een instroom van kasmiddelen genereert die in ruime mate onafhankelijk is van de instroom van kasmiddelen van andere activa of groepen van activa.

Deze testen bestaan erin om de boekwaarde van activa of (groepen van) KGE's te vergelijken met hun realiseerbare waarde. De realiseerbare waarde van een actief of een (groep van) KGE('s) is de hoogste waarde van de reële waarde minus de verkoopkosten en zijn bedrijfswaarde. Indien de realiseerbare waarde van een KGE lager is dan de boekwaarde ervan, wordt het bijzondere waardeverminderingsverlies eerst in mindering gebracht van de boekwaarde van de goodwill die aan de eenheid werd toegewezen. Daarna wordt de bijzondere waardevermindering toegewezen aan de andere vaste activa die tot de eenheid behoren, evenredig met hun boekwaarde.

Wanneer eenmaal een bijzonder waardeverminderingsverlies voor goodwill is opgenomen, wordt dat in een latere periode niet teruggenomen.

Activa aangehouden voor verkoop omvatten de betreffende goodwill.

Bij de verkoop van een activiteit binnen een KGE waaraan goodwill werd toegekend, dient het overeenstemmende deel van de goodwill in rekening te worden gebracht bij de berekening van de winst of het verlies op de vervreemding. Deze wordt berekend op basis van de relatieve waarde van de verkochte activiteit en van het aandeel in de KGE dat niet wordt vervreemd, tenzij een andere methode beter is om de goodwill van de vervreemde activiteit weer te geven.

Goodwill – overzicht

In € miljoen Totaal
Nettoboekwaarde
Op 31 december 2017 5.042
Wisselkoersverschillen 139
Andere –8
Op 31 december 2018 5.173
Wisselkoersverschillen 66
Bijzondere waardeverminderingen –771
Op 31 december 2019 4.468

In 2019 heeft de bijzondere waardevermindering voornamelijk betrekking op de Novecare Olie- & Gasactiviteit. De wisselkoersverschillen in 2018 en 2019 zijn vooral toe te schrijven aan de goodwill uitgedrukt in Amerikaanse dollars.

Goodwill per (groep van) KGE('s)

De goodwill die ontstaat bij een bedrijfscombinatie wordt bij de overname toegewezen aan de KGE of groepen KGE's die naar verwachting zullen genieten van de voordelen van de bedrijfscombinatie.

2018 2019
In € miljoen Openings
balans
Aanpas
singen
Wisselkoers
verschillen
Eindbalans Over
boeking
Bijzondere
waarde
verminder
ingen
Wissel
koers
verschillen
Eindbalans
Operationele Segmenten –
Groepen van KGE's
Advanced Materials 493 493 493
Advanced Formulations 194 194 –46 148
Performance Chemicals 86 86 86
(Groepen van) KGE's
Composite Materials 1.266 –8 61 1.319 –13 27 1.334
Novecare 1.231 33 1.264 –698 3 569
Novecare Olie & Gas 744 –758 15
Technology Solutions 903 43 946 19 966
Special Chem 225 225 226
Specialty Polymers 178 1 179 1 180
Soda Ash and Deriva
tives
162 162 162
Coatis 82 82 82
Silica 72 72 72
Aroma Performance 49 49 49
Energy Services 50 50 50
Hydrogen Peroxide
Europe
21 21 21
Hydrogen Peroxide
Mercosul
14 14 14
Hydrogen Peroxide
Nafta
7 7 7
Hydrogen Peroxide Asia 11 11 1 11
Totaal goodwill 5.042 –8 139 5.173 –771 66 4.468

De afsplitsing uit Novecare van Novecare Olie & Gas, die nu als een afzonderlijke KGE wordt beschouwd, wordt beschreven in Voornaamste gebeurtenissen en belangrijkste wijzigingen in de consolidatiekring gedurende het jaar en toelichting F27 Bijzondere waardevermindering van materiële vaste activa, immateriële activa, met en gebruiksrecht overeenstemmende activa, en investeringen die worden verwerkt volgens de equity-methode. De goodwill toegewezen aan Novecare Olie & Gas werd volledig afgewaardeerd (€ -758 miljoen).

TOELICHTING F22 Materiële vaste activa

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Algemeen

Materiële vaste activa zijn vaste activa die:

  • worden aangehouden voor gebruik voor de productie of levering van goederen of diensten, voor verhuur aan anderen, of voor administratieve doeleinden; en
  • naar verwachting meer dan één periode gebruikt zullen worden.

Materiële vaste activa in eigendom van de Groep worden als materiële vaste activa opgenomen als aan de volgende voorwaarden voldaan is:

  • het is waarschijnlijk dat de toekomstige economische voordelen van het actief naar de Groep zullen vloeien;
  • de kostprijs van het actief op een betrouwbare manier kan worden gewaardeerd.

Materiële vaste activa worden aanvankelijk gewaardeerd tegen kostprijs. De kostprijs van een materieel vast actief omvat de aankoopprijs en alle rechtstreeks toerekenbare kosten om het actief ter plaatse en in de nodige staat te brengen om te kunnen functioneren op de manier die het management voor ogen heeft. In voorkomend geval omvatten deze kosten ook de tijdens de constructieperiode opgelopen financieringskosten.

Na de initiële eerste opname worden materiële vaste activa gewaardeerd tegen kostprijs min de gecumuleerde afschrijvingen en eventuele bijzondere waardeverminderingsverliezen.

Materiële vaste activa worden lineair afgeschreven over hun verwachte gebruiksduur. De onderdelen van een materieel vast actief met een verschillende gebruiksduur worden afzonderlijk afgeschreven. Terreinen worden niet afgeschreven. De geschatte gebruiksduur, restwaarde en de afschrijvingsmethode worden op elk jaareinde herzien, en elke wijziging in de schattingen wordt op prospectieve basis verwerkt.

Gebouwen 30–40 jaar
Informaticamateriaal 3–5 jaar
Machines en uitrusting 10–20 jaar
Transportmaterieel 5–20 jaar

De afschrijvingskosten worden in de geconsolideerde winst- en verliesrekening opgenomen onder kostprijs van de omzet, administratieve kosten, en kosten van onderzoek en ontwikkeling.

Het actief wordt getest op bijzondere waardevermindering indien er een aanwijzing is voor bijzondere waardevermindering (zie toelichting F27 Bijzondere waardevermindering van materiële vaste activa, immateriële activa en investeringen die worden verwerkt volgens de equity-methode).

Materiële vaste activa worden niet langer opgenomen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie bij vervreemding of wanneer er in de toekomst naar verwachting geen economisch voordeel meer gehaald zal worden uit het gebruik of de vervreemding ervan. De winst of het verlies als gevolg van het niet langer opnemen in het overzicht van de financiële positie van een materieel vast actief wordt in de winst- en verliesrekening opgenomen op het tijdstip van verwijdering uit de balans.

Kosten na initiële opname

Kosten na initiële opname op materiële vaste activa worden enkel opgenomen als het waarschijnlijk is dat ze de toekomstige economische voordelen verbonden aan het specifieke actief doen toenemen. Andere uitgaven worden ten laste genomen wanneer ze worden opgelopen. Kosten opgelopen na initiële opname voor de vervanging van een onderdeel van een materieel vast actief worden enkel opgenomen als een actief als het voldoet aan de bovenstaande opnamecriteria. De boekwaarde van het vervangen onderdeel wordt uit de balans verwijderd.

Herstel- en onderhoudskosten worden in de geconsolideerde winsten verliesrekening opgenomen wanneer ze worden opgelopen.

Voor haar industriële activiteit loopt Solvay kosten op voor grote herstellingen die over verschillende jaren lopen voor de meeste sites. Het doel van deze uitgaven is om de goede werking van bepaalde installaties te vrijwaren zonder dat de gebruiksduur wordt geïmpacteerd. De uitgaven worden beschouwd als een specifiek onderdeel van het materieel vast actief en worden afgeschreven over de periode waarin de economische voordelen naar verwachting genoten zullen worden, d.w.z. de periode tussen de grote herstellingen.

Ontmantelings- en saneringskosten

Ontmantelings- en saneringskosten worden opgenomen in de kostprijs van een materieel vast actief als de Groep een juridische of feitelijke verplichting heeft om te ontmantelen of te saneren. Ze worden afgeschreven over de gebruiksduur van het actief waartoe ze behoren.

Doorgaans zal de verplichting van Solvay om zijn sites te ontmantelen of te saneren waarschijnlijk pas ontstaan wanneer de activiteiten van een installatie stopgezet worden. De kosten voor de ontmanteling van beëindigde sites of installaties wordt echter wel opgenomen als er een juridische verplichting (als gevolg van een verzoek of een rechterlijk bevel van de relevante autoriteiten) is, of als er geen technisch alternatief bestaat dan het ontmantelen om veiligheidsvoorschriften van de beëindigde sites of installaties te vrijwaren.

Financieringskosten

Financieringskosten die rechtstreeks zijn toe te rekenen aan de verwerving, bouw of productie van een in aanmerking komend actief (d.i. een actief dat noodzakelijkerwijs pas na een aanzienlijke tijdsperiode klaar is voor het beoogde gebruik of voor verkoop) worden

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 JAARREKENING

geactiveerd als deel van de kostprijs van dat actief, tot vrijwel alle activiteiten zijn voltooid die nodig zijn om het in aanmerking komende actief voor te bereiden op zijn beoogde gebruik of verkoop.

Alle andere financieringskosten worden opgenomen als winst of verlies van de periode waarin ze worden opgelopen.

Beleggingsinkomsten die uit de tijdelijke belegging van de specifieke leningen worden verdiend in afwachting van de uitgaven op de in aanmerking komende activa, worden in mindering gebracht van de financieringskosten die in aanmerking komen voor activering.

Uitrustings Andere
Terreinen en goederen en materiële vaste Vaste activa in
In € miljoen gebouwen installaties activa aanbouw Totaal
Brutoboekwaarde
Op 31 december 2017 2.844 9.362 380 585 13.171
Investeringen 15 123 12 547 697
Buitengebruikstelling en vervreemding –29 –216 –14 –259
Verwervingen via bedrijfscombinaties 1 1
Wisselkoersverschillen 19 78 1 4 102
Andere 43 255 26 –429 –106
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop –2 –31 1 –53 –86
Op 31 december 2018 2.889 9.571 405 654 13.519
Investeringen 36 124 10 615 784
Buitengebruikstelling en vervreemding –30 –200 –15 –245
Verwervingen via bedrijfscombinaties 1 2
Wisselkoersverschillen 27 93 3 6 129
Andere 96 359 24 –506 –27
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop –6 –8 –1 –91 –106
Op 31 december 2019 3.013 9.939 425 678 14.056
Cumulatieve afschrijvingen
Op 31 december 2017 –1.359 –6.101 –278 –7.737
Afschrijvingen –96 –462 –35 –592
Bijzondere waardeverminderingen –10 –31 –1 –41
Terugname bijzondere waardeverminderingen 22 22
Buitengebruikstelling en vervreemding 26 211 14 250
Wisselkoersverschillen –6 –34 –41
Andere 33 67 101
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 8 –34 –1 –27
Op 31 december 2018 –1.404 –6.361 –301 –8.065
Afschrijvingen –93 –464 –39 –596
Bijzondere waardeverminderingen –20 –30 –1 –51
Terugname bijzondere waardeverminderingen 1 1
Buitengebruikstelling en vervreemding 29 199 15 243
Wisselkoersverschillen –8 –49 –1 –58
Andere 3 –12 –9
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 5 –53 –49
Op 31 december 2019 –1.487 –6.770 –327 –8.584
Nettoboekwaarde
Op 31 december 2017 1.485 3.261 102 585 5.433
Op 31 december 2018 1.486 3.210 104 654 5.454
Op 31 december 2019 1.527 3.169 98 678 5.472

Onder 'Andere' vallen onder meer veranderingen tengevolge van portefeuilletransacties en herclassificatie van materiële vaste activa in aanbouw naar de juiste categorieën wanneer deze klaar zijn voor het beoogde gebruik.

Kasstromen in verband met grote investeringen worden toegelicht in toelichting F17 Kasstromen uit investeringsactiviteiten - Verwerving/ vervreemding van activa en deelnemingen.

TOELICHTING F23 Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa en leaseverplichtingen

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Zoals beschreven in Grondslagen van verslaggeving heeft de Groep IFRS 16 toegepast vanaf 1 januari 2019 op basis van de aangepaste retroactieve methode. Hierna geven we de grondslagen voor financiële verslaggeving weer die in 2019 worden toegepast (IFRS 16 Leaseovereenkomsten). Voor de grondslagen voor financiële verslaggeving die in 2018 werden toegepast (IAS 17 Leaseovereenkomsten) zie het jaarverslag 2018. Transitie-invloeden worden besproken in de Grondslagen van verslaggeving.

Definitie van een leaseovereenkomst

Bij het aangaan van een contract, wat meestal samenvalt met de datum waarop het contract wordt ondertekend, moet de Groep beoordelen of het contract een leaseovereenkomst is of bevat. Een contract is of bevat een leaseovereenkomst indien het contract in ruil voor een vergoeding het recht verleent gedurende een bepaalde periode de zeggenschap over het gebruik van een geïdentificeerd actief uit te oefenen.

Een actief wordt gewoonlijk geïdentificeerd doordat dit uitdrukkelijk in een contract is gespecificeerd. Een actief kan echter ook worden geïdentificeerd doordat dit impliciet wordt gespecificeerd op het moment dat het voor gebruik door de klant beschikbaar wordt gesteld. Indien de leverancier het materiële recht heeft het actief te vervangen, dan is het actief niet geïdentificeerd. Een materieel substitutierecht betekent dat (a) de leverancier in de praktijk over de gehele gebruiksperiode over de mogelijkheid beschikt om activa te substitueren, en (b) de leverancier een economisch voordeel heeft bij de uitoefening van dit recht.

Om te beoordelen of een contract het recht verleent om de zeggenschap over het gebruik van een geïdentificeerde actief uit te oefenen, moet de Groep beoordelen of het gedurende de gehele gebruiksperiode:

  • het recht heeft om vrijwel alle economische voordelen uit het gebruik van het geïdentificeerde actief te verkrijgen; en
  • het recht heeft om het gebruik van het geïdentificeerde actief te bestemmen. Dit is over het algemeen het geval wanneer de Groep het besluitvormingsrecht heeft over de gebruikswijze en het gebruiksdoel van het actief.

Leaseperiode

De Groep bepaalt de leaseperiode als de niet-opzegbare periode van een leaseovereenkomst, samen met:

  • de periodes die onder een optie tot verlenging van de leaseovereenkomst vallen als het redelijk zeker is dat de Groep deze optie zal uitoefenen; en
  • de periodes die onder een optie tot beëindiging van de leaseovereenkomst vallen als het redelijk zeker is dat de Groep deze optie niet zal uitoefenen.

In haar beoordeling neemt de Groep onder meer de volgende factoren in overweging:

  • contractvoorwaarden voor de optionele periodes in vergelijking met marktconforme leaseprijzen;
  • significante verbeteringen aan het geleasede actief die tijdens de looptijd van het contract worden aangebracht (of naar verwachting zullen worden aangebracht);
  • aan de beëindiging van de leaseovereenkomst verbonden kosten, zoals verhuiskosten, kosten voor het identificeren van een ander onderliggend actief dat aan de behoeften van de Groep beantwoordt, kosten voor het integreren van een nieuw actief in de bedrijfsactiviteiten van de Groep en boetes voor het beëindigen van de leaseovereenkomst;
  • het belang van dat onderliggende actief voor de bedrijfsactiviteiten van de Groep, en of er geschikte alternatieven beschikbaar zijn;
  • aan de uitoefening van de optie verbonden voorwaarden (d.w.z. wanneer de optie alleen kan worden uitgeoefend indien aan één of meer voorwaarden is voldaan) en de waarschijnlijkheid dat deze voorwaarden zich zullen voordoen; en
  • in het verleden bestendig gevolgde gedragslijnen.

Met een gebruiksrecht overeenstemmend actief en leaseverplichting

De Groep neemt een met een gebruiksrecht overeenstemmend actief en een leaseverplichting op op de aanvangsdatum. Dit is de datum waarop de lessor het actief aan de Groep beschikbaar stelt.

Met een gebruiksrecht overeenstemmend actief

Het met een gebruiksrecht overeenstemmend actief wordt initieel gewaardeerd tegen kostprijs, bestaand uit:

  • het bedrag van de eerste waardering van de leaseverplichting,
  • alle op of voor de aanvangsdatum verrichte leasebetalingen, verminderd met alle ontvangen lease-incentives, en
  • alle door de Groep gemaakte initiële directe kosten.

Na de aanvangsdatum wordt het met een gebruiksrecht overeenstemmend actief gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met eventuele geaccumuleerde afschrijvingen en geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa worden afgeschreven conform de lineaire afschrijvingsmethode, vanaf de aanvangsdatum tot (a) het eind van de gebruiksduur van het onderliggende actief, in het geval de eigendom van het onderliggende actief aan het eind van de leaseperiode wordt overgedragen aan de Groep, of de leaseovereenkomst een aankoopoptie bevat waarbij het redelijk zeker is dat de Groep deze optie zal uitoefenen, of in alle overige gevallen (b) het einde van de gebruiksduur of, indien eerder, het einde van de leaseperiode.

Leaseverplichting

De leaseverplichting wordt initieel gewaardeerd tegen de contante waarde van de leasebetalingen die op aanvangsdatum niet zijn verricht, gedisconteerd op basis van de impliciete rentevoet van de leaseovereenkomst of, indien de rentevoet niet op eenvoudige wijze kan worden bepaald, de marginale rentevoet voor de betreffende Groepsentiteit. Leasebetalingen die in de waardering van de leaseverplichting zijn opgenomen, bestaan uit:

  • vaste betalingen verminderd met eventuele te ontvangen leaseincentives;
  • variabele leasebetalingen die van een index of rentevoet afhankelijk zijn en die bij eerste opname op basis van de index of rentevoet op de aanvangsdatum worden gewaardeerd;
  • bedragen die naar verwachting door de Groep verschuldigd zullen zijn uit hoofde van restwaardegaranties;
  • de uitoefenprijs van een aankoopoptie indien het redelijk zeker is dat de Groep deze optie zal uitoefenen; en

betalingen van boeten voor het vroegtijdig beëindigen van de leaseovereenkomst, indien het redelijk zeker is dat de Groep deze optie tot vroegtijdige beëindiging zal uitoefenen.

Servicecomponenten (bijv. nutsvoorzieningen, onderhoud, verzekeringen enz.) worden niet in de waardering van de leaseverplichting meegenomen.

Na de aanvangsdatum moet de leaseverplichting gewaardeerd worden door:

  • de boekwaarde te verhogen om de rente op de leaseverplichting weer te geven;
  • de boekwaarde te verminderen om de verrichte leasebetalingen weer te geven; en
  • de boekwaarde te herwaarderen om elke herbeoordeling of wijziging van de leaseovereenkomst of de invloed van een herziene index of rentevoet weer te geven.
Andere
materiële
Transport Industriële vaste
In € miljoen Terreinen Gebouwen middelen uitrustingen activa Totaal
Brutoboekwaarde
Op 31 december 2018 0 0 0 0 0 0
Invoering van IFRS 16 18 170 140 93 8 428
Overboeking van materiële vaste activa (financiële
leaseovereenkomsten onder IAS 17)
6 44 –4 46
Toevoegingen 1 45 54 16 2 118
Wisselkoersverschillen 1 2 2 5
Andere –2 –8 –6 1 –15
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop –5 –6 –1 –11
Op 31 december 2019 18 209 185 153 7 571
Cumulatieve afschrijvingen
Op 31 december 2018 0 0 0 0 0 0
Overboeking van materiële vaste activa (financiële
leaseovereenkomsten onder IAS 17)
–4 –8 –12
Afschrijvingen –1 –49 –50 –9 –3 –113
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop 6 5 –11
Op 31 december 2019 –1 –47 –45 –28 –3 –124
Nettoboekwaarde
Op 31 december 2018 0 0 0 0 0 0
Op 31 december 2019 16 162 139 125 4 447

De Groep huurt voornamelijk gebouwen, die zowel kantoorgebouwen als opslagplaatsen omvatten. Deze leaseovereenkomsten zijn over het algemeen langlopende leaseovereenkomsten en kunnen verlengingsopties omvatten.

Daarnaast huurt de Groep transportmiddelen, bestaande voornamelijk uit treinstellen en containers om de producten van de Groep te vervoeren.

Industriële uitrustingen bestaan voornamelijk uit activa gebruikt voor nutsvoorzieningen.

De leaseovereenkomsten worden in principe onderhandeld door de lokale teams, en omvatten een grote verscheidenheid aan verschillende bepalingen en voorwaarden. Vele leaseovereenkomsten omvatten verlengingsopties en/of beëindigingsopties die de Groep operationele flexibiliteit verstrekken. Dergelijke opties worden in rekening genomen bij de bepaling van de leaseperiode en de leaseverplichting wanneer het redelijk zeker is dat deze zullen worden uitgeoefend.

Als de Groep zijn verlengingsopties zou uitoefenen die momenteel niet worden opgenomen in de leaseverplichting, zou de contante waarde van de bijkomende betalingen € 96 miljoen bedragen per 31 december 2019.

Afgesloten leaseovereenkomsten die nog niet gestart zijn, bedragen € 123 miljoen en hebben voornamelijk betrekking op een warmtekrachtkoppelingscentrale in Duitsland, een gebouw in Lyon en industriële uitrustingen in de Verenigde Staten.

De totale kasuitstromen voor leaseovereenkomsten bedragen € 133 miljoen, waarvan € 110 miljoen betrekking heeft op betalingen van de leaseverplichtingen en € 23 miljoen op interestkosten. Informatie met betrekking tot de leaseverplichtingen (€ 470 miljoen) kunnen geraadpleegd worden in toelichting F36 Nettoschuld. Informatie met betrekking tot de financiële kosten op de leaseverplichtingen worden verder beschreven in toelichting F6 Netto financieringskosten.

TOELICHTING F24 Gezamenlijke bedrijfsactiviteiten

De lijst van gezamenlijke bedrijfsactiviteiten is beschikbaar onder toelichting F43 Lijst van geconsolideerde entiteiten.

  • Activiteiten/belangen van Soda Ash & Derivatives in Devnya (Bulgarije), voor 75% in het bezit van Solvay en bestaande uit de volgende juridische entiteiten:
    • Solvay Sodi AD;
    • Solvay Sisecam Holding AG.
  • Activiteiten/belangen van Hydrogen Peroxide Propylene Oxide (HPPO) in Zandvliet (België), Map Ta Put (Thailand) en de HPPO-installatie in het Koninkrijk Saoedi-Arabië, allen voor 50% in het bezit van Solvay en bestaande uit de volgende juridische entiteiten:
    • BASF Interox H2O2 Production NV;
    • MTP HPJV C.V.;
    • MTP HPJV Management B.V.;
    • MTP HPJV (Thailand) Ltd.;
    • Saudi Hydrogen Peroxide Co.
  • Belangen in Butachimie (Frankrijk), 50% in bezit van Solvay, opgenomen onder de beëindigde bedrijfsactiviteiten van Polyamides.

TOELICHTING F25 Geassocieerde deelnemingen en joint ventures

De lijst van geassocieerde deelnemingen en joint ventures is beschikbaar onder toelichting F43 Lijst van geconsolideerde entiteiten.

De geassocieerde deelnemingen en joint ventures die niet geklasseerd worden als aangehouden voor verkoop/beëindigde bedrijfsactiviteiten worden verwerkt volgens de equity-methode.

2019 2018
In € miljoen Geassocieerde
deelnemingen
Joint ventures Totaal Geassocieerde
deelnemingen
Joint ventures Totaal
Investeringen in geassocieerde deelne
mingen en joint ventures
17 538 555 15 426 441
Winst uit geassocieerde deelnemingen
en joint ventures
2 93 95 3 41 44

Geassocieerde deelnemingen

In € miljoen 2019 2018
Boekwaarde op 1 januari 15 23
Winst van het jaar 2 3
Ontvangen dividenden –1 –1
Bijzondere waardevermindering –9
Boekwaarde op 31 december 17 15

De tabellen hieronder geven een samenvatting van het overzicht van de financiële positie en de winst- en verliesrekening van de geassocieerde deelnemingen alsof de proportionele consolidatiemethode werd toegepast.

In € miljoen 2019 2018
Overzicht van de financiële positie
Vaste activa 12 16
Vlottende activa 13 18
Geldmiddelen en kasequivalenten 2 6
Langlopende verplichtingen 1 3
Langlopende financiële schulden 1 2
Kortlopende verplichtingen 8 16
Kortlopende financiële schulden 2 4
Investeringen in geassocieerde deelnemingen 17 15
Winst- en verliesrekening
Omzet 32 36
Afschrijvingen –1 –1
Renteopbrengsten uit leningen en termijnbeleggingen 1 1
Winst van het jaar uit voortgezette bedrijfsactiviteiten 2 2
Winst van het jaar 2 2
Totaalresultaat 2 2
Ontvangen dividenden 1 1

Deelnemingen in joint ventures

In € miljoen 2019 2018
Boekwaarde op 1 januari 426 443
Investeringen 11
Kapitaalsverhoging 10
Winst van het jaar 93 41
Ontvangen dividenden –25 –24
Wisselkoersverschillen 24 –34
Andere –1
Boekwaarde op 31 december 538 426

In 2019 hebben de verwervingen en de kapitaalsverhogingen betrekking op de investering in Aqua Pharma Group. In 2019 hebben de wisselkoersverschillen voornamelijk betrekking op de evolutie van de Russische roebel ten opzichte van de euro.

In 2018 hadden de wisselkoersverschillen voornamelijk betrekking op de evolutie van de Russische roebel, de Braziliaanse real en de Indiase roepie ten opzichte van de euro.

De tabellen hieronder geven een samenvatting van het overzicht van de financiële positie en de winst- en verliesrekening van de materiële joint ventures alsof de proportionele consolidatiemethode werd toegepast.

Shandong EECO
Solvay & Huatai Hindustan Holding en
2019 Rusvinyl Peroxidos
do Brasil
CPC
Barium
Interox
Chemical
Gum &
Chemicals
Aqua
Pharma
dochter
onder
Cogeneration
In € miljoen OOO Ltda Strontium Co. Ltd Ltd Group nemingen Rosignano
Belang 50,0% 69,4% 75,0% 50,0% 50,0% 50,0% 33,3% 25,4%
Perfor Perfor Perfor Advanced Perfor Corporate & Corporate &
mance mance Advanced mance Formu mance Business Business
Operationele segment Chemicals Chemicals Materials Chemicals lations Chemicals Services Services
Overzicht van de financiële positie
Vaste activa 371 54 11 6 5 19 16 9
Vlottende activa 66 56 46 7 155 11 23 1
Geldmiddelen en kasequivalenten 33 23 9 5 133 6 2
Langlopende verplichtingen 135 4 14 3 3 16 5
Langlopende financiële schulden 104 1 2 16 5
Kortlopende verplichtingen 59 25 19 4 8 5 18 1
Kortlopende financiële schulden 39 5 7 17 1
Deelnemingen in joint ventures 243 82 24 9 149 21 5 3
Winst- en verliesrekening
Omzet 202 82 73 18 28 3
Afschrijvingen –25 –5 –2 –1 –1 –2 –1
Lasten van schulden –15 –1
Renteopbrengsten uit leningen en
termijnbeleggingen 1 1 12 1
Winstbelastingen –13 –10 –3 –1 –2
Winst van het jaar uit voortgezette
bedrijfsactiviteiten 51 23 8 2 8 1
Winst van het jaar 51 23 8 2 8 1
Andere elementen van het totaalre
sultaat 25 –1 –1 –1
Totaalresultaat 77 21 7 2 7
Ontvangen dividenden 7 13 2 3

Andere elementen van het totaalresultaat bestaan voornamelijk uit wisselkoersverschillen.

Hindustan Shandong
Huatai
EECO
Holding en
Peroxidos Solvay & Gum & Interox dochter
2018 Rusvinyl do Brasil CPC Barium Chemicals Chemical onder Cogeneration
In € miljoen OOO Ltda Strontium Ltd Co. Ltd nemingen Rosignano
Belang 50,0% 69,4% 75,0% 50,0% 50,0% 33,3% 25,4%
Perfor Perfor Advanced Perfor Corporate & Corporate &
mance mance Advanced Formu mance Business Business
Operationele segment Chemicals Chemicals Materials lations Chemicals Services Services
Overzicht van de financiële positie
Vaste activa 352 47 11 6 7 17 9
Vlottende activa 53 43 45 152 5 28 4
Geldmiddelen en kasequivalenten 23 19 9 125 3 2 1
Langlopende verplichtingen 189 4 12 4 8
Langlopende financiële schulden 160 2 8
Kortlopende verplichtingen 50 18 15 9 3 33 9
Kortlopende financiële schulden 36 4 33 8
Deelnemingen in joint ventures 167 67 30 145 9 4 4
Winst- en verliesrekening
Omzet 183 73 80 40 20 6 3
Afschrijvingen –22 –4 –1 –1 –1 –2 –1
Lasten van schulden –17 –2
Renteopbrengsten uit leningen en termijn
beleggingen
1 7 1
Winstbelastingen –1 –6 –3 –2 –1
Winst van het jaar uit voortgezette
bedrijfsactiviteiten 5 19 9 5 3 1
Winst van het jaar 5 19 9 5 3 1
Andere elementen van het totaalresultaat –25 –4 1 –7
Totaalresultaat –19 14 10 –2 3
Ontvangen dividenden 13 8 2 2

Andere elementen van het totaalresultaat bestaan voornamelijk uit wisselkoersverschillen.

TOELICHTING F26 Overige deelnemingen

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

In overeenstemming met het materialiteitsbeginsel zijn een aantal niet-significante entiteiten niet opgenomen in de consolidatiekring. Deze worden gewaardeerd tegen kostprijs en jaarlijks getoetst op bijzondere waardevermindering, wat als een goede benadering van hun reële waarde wordt beschouwd. Zie voor meer informatie de Grondslagen voor consolidatie.

In € miljoen 2019 2018
Boekwaarde op 1 januari 41 47
Investeringen –2
Vervreemdingen –5 –2
Kapitaalverhoging 2 1
Wijzigingen in consolidatiemethode –1 –2
Bijzondere waardeverminderingen/terugname van bijzondere waardeverminderingen 3 –3
Andere –2
Boekwaarde op 31 december 38 41

De rubriek 'Wijzigingen in de consolidatiemethode' bevat entiteiten die niet langer onder de materialiteitsdrempels vallen en die verwerkt gaan worden als dochterondernemingen, gezamenlijke bedrijfsactiviteiten, joint ventures of geassocieerde deelnemingen.

TOELICHTING F27

Bijzondere waardevermindering van materiële vaste activa, immateriële activa, met een gebruiksrecht overeenstemmende activa, en investeringen die worden verwerkt volgens de equitymethode

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Algemeen

Op het einde van elke verslagperiode evalueert de Groep of er indicaties zijn voor een mogelijk bijzonder waardeverminderingsverlies van een actief. Indien dergelijke indicaties bestaan, dan wordt de realiseerbare waarde van het actief geschat, om zo de omvang van het eventuele bijzondere waardeverminderingsverlies te bepalen. Waar het niet mogelijk is om de realiseerbare waarde van een individueel actief te bepalen, bepaalt de Groep de realiseerbare waarde van de KGE waartoe het betreffende actief behoort. Waar een redelijke en consistente toewijzingsbasis kan worden bepaald, worden de algemene bedrijfsactiva toegewezen aan de individuele KGE's, of aan de kleinste groep van KGE's waarvoor een redelijke en consistente toewijzingsbasis kan worden bepaald.

De realiseerbare waarde is de hoogste waarde van de reële waarde minus de verkoopkosten van het actief en de bedrijfswaarde. Bij beoordeling van de bedrijfswaarde worden de geschatte toekomstige kasstromen verdisconteerd tot hun contante waarde, gebruikmakend van een disconteringsvoet voor belastingen. Toekomstige kasstromen worden aangepast voor risico's die niet worden meegenomen in de disconteringsvoet.

Indien wordt geschat dat de realiseerbare waarde van een actief (of KGE) lager is dan de boekwaarde, wordt de boekwaarde van het actief (of KGE) gereduceerd tot de realiseerbare waarde ervan. Een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt onmiddellijk opgenomen in winst of verlies.

Wanneer een bijzonder waardeverminderingsverlies opgenomen in vroegere boekjaren wordt teruggenomen, wordt de boekwaarde van het actief (of KGE) gebracht tot de herziene geschatte realiseerbare waarde, voor zover de verhoogde boekwaarde niet hoger ligt dan de boekwaarde die (na aftrek van afschrijvingen) zou zijn bepaald als in voorgaande jaren geen bijzonder waardeverminderingsverlies voor het actief (of KGE) was opgenomen. Een terugname van een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt onmiddellijk opgenomen in winst of verlies.

Activa anders dan vaste activa aangehouden voor verkoop

In overeenstemming met IAS 36 Bijzondere waardevermindering van activa stemt de realiseerbare waarde van materiële vaste activa, immateriële activa, met een gebruiksrecht overeenstemmende activa, KGE's of groepen van KGE's, inclusief goodwill, en investeringen geconsolideerd volgens de equity-methode overeen met de hoogste van de reële waarde verminderd met de verkoopkosten en de bedrijfswaarde. De bedrijfswaarde is gelijk aan de contante waarde van de toekomstige kasstromen die verwacht worden van elk actief, elke KGE of groep van KGE's, en ze wordt bepaald aan de hand van de volgende inputs:

  • bedrijfsplan goedgekeurd door het management op grond van veronderstellingen ten aanzien van groei en rentabiliteit, waarbij rekening wordt gehouden met prestaties uit het verleden, wijzigingen in de prognoses van de economische omgeving en de verwachte marktontwikkelingen, met inbegrip van opportuniteiten en risico's verbonden aan klimaatverandering en milieuvoorschriften, zoals de geleidelijke afschaffing van producten. Voor bijkomende details verwijzen we naar Risicobeheer. Een dergelijk bedrijfsplan dekt over het algemeen vijf jaar, tenzij het management voldoende vertrouwen heeft in prognoses op langere termijn;
  • bepaling van een eindwaarde (terminal value) op basis van de kasstromen die verkregen worden door het extrapoleren van de kasstromen van de laatste jaren van het hiervoor vermelde bedrijfsplan, waarbij rekening wordt gehouden met een groeivoet op lange termijn van toepassing op de activiteit en de locatie van de activa;
  • verdisconteren van verwachte kasstromen aan een disconteringsvoet die bepaald wordt op basis van de formule van de gewogen gemiddelde kapitaalkost.

Disconteringsvoet

De disconteringsvoet wordt geschat op basis van uitgebreide benchmarking met sectorgenoten om te bepalen welk rendement vereist zou zijn voor investeerders bij investeringen in de onderliggende activa. De gewogen gemiddelde kapitaalkost gebruikt voor de verdiscontering van toekomstige kasstromen werd vastgesteld op 6,7% in 2019 (6,2% in 2018). De stijging van de disconteringsvoet in 2019 heeft betrekking op de stijging van de premie voor landenrisico's in bepaalde landen (Italië, België, Brazilië, Rusland, India, Frankrijk) en de stijging van de aangepaste levered beta.

Groeivoet op lange termijn

In 2019 werd een globaal nazicht van de volledige activiteitenportfeuille uitgevoerd, wat resulteerde in de definitie van de G.R.O.W Strategie en elke KGE werd toegewezen aan een van de drie flexibele operationele segmenten die van toepassing zijn vanaf 2020: Materials, Chemicals en Solutions, met verschillende groei-opportuniteiten, consistent met de lange-termijn groeivoeten op de markten die ze bedienen en de concurrentiële positie van de Groep in deze markten. De lange-termijn groeivoet werd vastgelegd op 2% voor de KGE's in het Segment Materials, 0% in het Segment Chemicals, behalve voor Soda Ash en Peroxides, waarvoor een groeivoet van 1% werd bepaald, en 1% in het Segment Solutions (behalve voor Olie & Gas).

In 2018 werd de groeivoet op lange termijn vastgesteld op 2%, met uitzondering van Aroma en Perfomance, waar de groeivoet op 1% is vastgesteld.

Andere belangrijke veronderstellingen zijn specifiek voor elke KGE (nutsprijzen, volumes, marge …).

Test voor bijzondere waardevermindering 2019 Impact van de toepassing van IFRS 16 Leaseovereenkomsten

De toepassing van IFRS 16 Leaseovereenkomsten had een beperkte impact op de activa waarvoor IAS 36 Bijzondere waardevermindering van activa van toepassing is. Per 1 januari 2019 stegen deze activa van € 15.2 miljard naar € 15.6 miljard of door 3% toe te voegen van de met een gebruiksrecht overeenstemmende activa. Gezien de beperkte impact van de toepassing van IFRS 16 zijn de gevolgen op de test voor bijzondere waardevermindering niet significant.

Novecare Olie- en Gasactiviteit

Het grootste deel van de olie- en gasactiviteiten van Novecare is gekoppeld aan de onconventionele olie en gas in Noord-Amerika, en met name de procesfase van "fracking". Novecare bedient andere olie- en gastoepassingen en andere processen zoals cementering of productie, maar deze vertegenwoordigen slechts een klein deel van de totale omzet.

In de context van moeilijke en onzekere wereldwijde olie- en gasmarkten is de chemie-activiteit in fracking zeer volatiel geweest. De afgelopen twee jaar is de waarde van fracking-chemicaliën aanzienlijk verminderd en zijn zowel de volumes als de prijzen onder druk gekomen, omdat veranderingen in de concurrentiële omgeving de markt standaardiseren. De olie- en gaspositie van Solvay, die bestaat uit de voormalige Chemlogics en de Rhodia olie- en gasactiviteiten, werd ook beïnvloed door twee andere ontwikkelingen die zijn versneld en bijzonder impactvol zijn geworden in 2019:

  • De eerste is een duidelijke afname van duurzamere en efficiëntere, maar ook duurdere, formuleringen gebaseerd op natuurlijke guar. Klanten zijn blijven kiezen voor goedkopere frictiereductiemiddelen ten koste van Solvay's oplossingen; recente innovaties hebben tot nu toe deze trend niet kunnen omkeren.
  • De tweede is verhoogde prijsdruk en verlies van marktaandeel toen concurrenten de belangrijke 'last-mile'-levering en serviceruimte betraden, die voorheen een bron van differentiatie was, evenals de meer algemene druk op de hele waardeketen veroorzaakt door lagere olie- en aardgasprijzen.

Als gevolg van deze ontwikkelingen is de winstgevendheid van de olie- en gasactiviteiten in 2019 aanzienlijk verslechterd. Er zijn maatregelen genomen met betrekking tot veranderingen in het management, het aanpassen van kostenstructuren en het ontwikkelen van plannen die naar verwachting zullen bijdragen aan het herstel van een winstgevendheid die het concurrentielandschap beter weerspiegelt.

Verder bleek uit de strategieherziening dat de voormalige Chemlogics-activiteiten relatief veerkrachtiger zijn geweest dan de voormalige Rhodia-guar-activiteiten.

Als gevolg hiervan zijn de synergiën tussen de Olie- en Gasactiviteiten en de rest van Novecare nu te klein en de toekomstige groeimogelijkheden te bescheiden om de Olie- en Gasactiviteiten te blijven beschouwen als onderdeel van Novecare, wat voorheen het geval was. Deze conclusie vereist, in overeenstemming met IAS 36 Bijzondere waardeverminderingen van activa, dat de Olie- en Gasactiviteiten worden geïsoleerd in een afzonderlijke KGE en dat de bijzondere waardeverminderingstest moet worden uitgevoerd op het niveau van de Olie- en Gasactiviteiten in plaats van op Novecareniveau.

Rekening houdend met de boekwaarden van de Olie- en Gasactiviteiten en de contante waarde van toekomstige kasstromen op basis van het herstelplan, is een bijzondere waardevermindering van € 825 miljoen vóór belastingen en € 658 miljoen na belastingen opgenomen. De omvang van de bijzondere waardevermindering wordt verergerd door zowel de evolutie van de wisselkoersen sinds de overname van Chemlogics in 2013, als door een verwachting van aanhoudend lage olieprijzen. Deze laatste dempt de vraag naar premium-oplossingen en daarmee de realiseerbare waarde van het actief (kasstroomgenererende eenheid), zijnde de gebruikswaarde met een WACC van 6,7%.

Het bijzonder waardeverminderingsverlies van € 825 miljoen is opgenomen volgens de aard van de activa in het Segment Advanced Formulations als volgt: € 758 miljoen voor Goodwill, € 53 miljoen voor Immateriële activa, € 9 miljoen voor Materiële vaste activa en € 5 miljoen voor Voorraden.

Sensitiviteit voor Composite Materials

Composite Materials maakte deel uit van de Cytec overname aan het einde van 2015 (Operationeel Segment: Advanced Materials). Deze had een boekwaarde van € 3,4 miljard, met inbegrip van goodwill voor € 1,3 miljard (zie toelichting F21 Goodwill en bedrijfscombinaties). De overwaarde voor Composite Materials (het verschil tussen de bedrijfswaarde op basis van verdisconteerde kasstromen en de boekwaarde) is bijna € 0,8 miljard, of bijna 24% van de boekwaarde.

De overwaarde van Composite Materials is gevoelig voor veranderingen in de veronderstellingen in verband met de disconteringsvoet en de groeivoet op de lange termijn. Op basis van onderstaande sensitiviteitsanalyses blijft de overwaarde positief, hoewel lager dan 10% van de boekwaarde als de lange-termijn groeivoet daalt met 1%.

In € miljard 2019 2018
Veronderstellingen:
Disconteringsvoet = 6.7%
Groeivoet op lange termijn = 2%
Impact op reali
seerbare
waarde
Herziene reste
rende
overwaarde
Impact op reali
seerbare
waarde
Herziene reste
rende
overwaarde
Gevoeligheid voor 0,5% afname van disconteringsvoet 0,5 1,3 0,6 1,3
Gevoeligheid voor 0,5% toename van disconteringsvoet –0,4 0,4 –0,4 0,3
Gevoeligheid voor 1% afname van groeivoet op lange termijn –0,7 0,1 –0,6 0,1
Gevoeligheid voor 1% toename van groeivoet op lange termijn 1,0 1,8 1,0 1,8

Onderstaande tabel geeft de break-evenanalyse weer van de overwaarde voor Composite Materials:

Disconteringsvoet Groeivoet op lange termijn
Huidige assumptie Break-even bij Huidige assumptie Break-even bij
2019 6,7% 7,8% 2,0% 0,8%
2018 6,2% 7,1% 2,0% 0,8%

Sensitiviteit voor Technology Solutions

Technology Solutions maakte eveneens deel uit van de Cytec overname aan het einde van 2015 (Operationeel Segment: Advanced Formulations). Deze had een boekwaarde van € 2,0 miljard, met inbegrip van goodwill voor € 1 miljard (zie toelichting F21 Goodwill en bedrijfscombinaties). De overwaarde voor Technology Solutions (het verschil tussen de bedrijfswaarde op basis van verdisconteerde kasstromen en de boekwaarde) is bijna € 0,4 miljard, of bijna 20% van de boekwaarde.

In het kader van het strategische nazicht uitgevoerd in 2019 werd de lange-termijn groei voor Technology Solutions herzien (van 2% in 2018 tot 1% in 2019). Gezien deze wijziging in veronderstelling een belangrijke impact had op de realiseerbare waarde van Technology Solutions, werd een sensitiviteitsanalyse uitgevoerd.

Op basis van onderstaande sensitiviteitsanalyses blijft de overwaarde positief, hoewel lager dan 10% van de boekwaarde als de langetermijn groeivoet daalt met 1%.

In € miljard 2019
Veronderstellingen:
Disconteringsvoet = 6.7%
Groeivoet op lange termijn = 1%
Impact op reali
seerbare waarde
Herziene resterende
overwaarde
Gevoeligheid voor 0,5% afname van disconteringsvoet 0,2 0,6
Gevoeligheid voor 0,5% toename van disconteringsvoet –0,2 0,2
Gevoeligheid voor 1% afname van groeivoet op lange termijn –0,3 0,1
Gevoeligheid voor 1% toename van groeivoet op lange termijn 0,5 0,8

Onderstaande tabel geeft de break-evenanalyse weer van de overwaarde voor Technology Solutions:

Disconteringsvoet Groeivoet op lange termijn
Huidige assumptie Break-even bij Huidige assumptie Break-even bij
6,7% 7,8% 1,0% –0,2%

Test voor bijzondere waardevermindering 2018 Geen waardeverminderingsverliezen voor volledig geconsolideerde KGE's

De testen voor bijzondere waardevermindering die op 31 december 2018 op KGE-niveau werden uitgevoerd, hebben niet geleid tot een bijzondere waardevermindering van activa, aangezien de realiseerbare waarde van de (groepen van) KGE's hoger was dan hun boekwaarde. Meer specifiek: het verschil tussen de boekwaarde en de bedrijfswaarde van (groepen van) KGE's vertegenwoordigde in alle gevallen meer dan 10% van hun boekwaarde. Voor deze (groepen van) KGE's zou een redelijke wijziging in een sleutelveronderstelling waarop de realiseerbare waarde van de (groepen van) KGE's is gebaseerd, niet leiden tot een bijzonder waardeverminderingsverlies in de betreffende (groepen van) KGE's.

Terugname van een waardevermindering voor een warmtekrachtkoppelingscentrale in Brazilië

Na verbeterde marktomstandigheden in 2018 is het bijzonder waardeverminderingsverlies in verband met de warmtekrachtkoppelingscentrale in Brazilië dat in 2016 was opgenomen teruggedraaid (€ 22 miljoen – Operationele Segment: Corporate & Business

Services) – zie ook toelichting F5 Resultaten uit portefeuillebeheer en herevaluaties, historische saneringen en belangrijke juridische geschillen.

Resultaten van testen voor bijzondere waardeverminderingen voor KGE's onder gezamenlijk zeggenschap

RusVinyl is een Russische joint venture in chloorvinyl (Operationeel Segment: Performance Chemicals) waarin Solvay een eigen vermogensbelang van 50% heeft en Sibur de andere 50% bezit.

De realiseerbare waarde van de investering is geschat op basis van een dividend verdisconteringsmodel dat rekening houdt met het nieuwste bedrijfsplan en is uiterst gevoelig voor de RUB/€-wisselkoers. Deze koers beïnvloedt de boekwaarde van de investering, de wisselkoersverliezen op de schuld in euro en bijgevolg het potentiële resultaat beschikbaar voor uitkering. De test voor bijzondere waardevermindering bevestigt dat de bedrijfswaarde (gebaseerd op het dividend verdisconteringsmodel) in lijn is met de boekwaarde.

TOELICHTING F28 Voorraden

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

De kostprijs van de voorraden omvat de inkoopkosten, conversiekosten en alle andere kosten die voortvloeien uit het transport van de voorraden naar hun huidige locatie en de verwerking van de voorraden tot hun huidige toestand. De waarde van de voorraden wordt bepaald door toepassing van de formule voor de gewogen gemiddelde kostprijs of de eerst in – eerst uit (FIFO) methode. Voorraden van een vergelijkbaar type en met een vergelijkbare toepassing worden aan de hand van dezelfde formule gewaardeerd.

Voorraden worden gewaardeerd tegen het laagste van de aankoopkosten (grondstoffen en goederen), de conversiekosten (goederen in bewerking of gereed product), en de netto-opbrengstwaarde. De netto-opbrengstwaarde is de geschatte verkoopprijs, min alle geschatte kosten voor de afwerking en de geschatte verkoopkosten.

CO2-emissierechten

Met betrekking tot het mechanisme opgezet door de Europese Unie om de producenten aan te zetten hun emissie van broeikasgassen te beperken, worden aan de Groep CO2-emissierechten gratis toegekend. Solvay is eveneens betrokken in projecten rond Clean Development Mechanism (CDM) onder het Kyoto protocol. In deze projecten heeft Solvay maatregelen genomen om emissies van broeikasgassen op de betreffende sites te beperken in ruil voor Certified Emission Reductions (CER).

Bij gebrek aan IFRS-standaarden betreffende de administratieve verwerking van CO2-emissierechten, wordt het 'Handel/Productie' model gebruikt. Deze methode houdt het volgende in: CO2-emissierechten worden weergegeven als voorraden wanneer zij in het productieproces worden gebruikt of als afgeleide producten indien zij worden aangehouden voor handelsdoeleinden. Energy Services ontplooit handels-, arbitrage- en afdekkingsactiviteiten op het gebied van CO2-emissierechten. Het nettoresultaat van deze activiteiten wordt opgenomen in 'overige operationele winsten en verliezen' (a) voor de industriële component, wanneer Energy Services het teveel aan CO2-emissierechten gegenereerd door Solvay verkoopt, of wanneer een tekort wordt geboekt, alsmede (b) voor de handelscomponent, wanneer Energy Services optreedt als verkoper/ makelaar van die CO2-emissierechten.

In het licht van het portefeuillebeheer voor gecentraliseerde CO2-emissierechten, wordt in de jaarrekening van de Groep de nettopositie van de Groep weergegeven voor emissierechten die uitwisselbaar zijn tussen dochterondernemingen. Wanneer deze nettopositie negatief is, wordt een voorziening opgenomen, vastgesteld op basis van de marktprijs van CO2-emissierechten op rapporteringsdatum.

Energy savings certificates (ESCs)

Energy savings certificates worden als voorraden gepresenteerd. Ze worden gewaardeerd aan de gewogen gemiddelde kost. Omdat hun kost niet afzonderlijk identificeerbaar is en ze een nevenproduct zijn, worden ze gewaardeerd aan hun netto-opbrengst waarde bij hun initiële opname.

In € miljoen 2019 2018
Gereed product 973 1.083
Grondstoffen en benodigdheden 672 654
Goederen in bewerking 22 22
Totaal 1.667 1.759
Waardeverminderingen –80 –74
Nettototaal 1.587 1.685

TOELICHTING F29 Overige vorderingen (vlottend)

In € miljoen 2019 2018
BTW en andere belastingen 271 351
Leveranciers voorschotten 66 81
Financiële instrumenten – operationeel 167 162
Verzekeringspremies 30 30
Financiële vorderingen 24 14
Vorderingen op vervreemding van activa 3
Andere 69 77
Overige vlottende vorderingen 628 719

Financiële instrumenten-operationeel omvatten afgeleide financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden en kasstroomafdekking (zie toelichting F35.A. Overzicht van de financiële instrumenten).

TOELICHTING F30 Activa aangehouden voor verkoop

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Een groep activa die wordt afgestoten is een groep van activa die kan worden afgestoten, door verkoop of anderszins, als een groep in een gezamenlijke transactie, en de verplichtingen die rechtstreeks aan deze activa verbonden zijn, worden bij deze transactie overgedragen. Deze groep omvat eveneens de goodwill verworven in een bedrijfscombinatie als de groep een kasstroomgenererende eenheid is waaraan de goodwill toegewezen is of wanneer het een activiteit is binnen een dergelijke kasstroomgenererende eenheid.

Een vast actief, of een groep activa die wordt afgestoten, worden geklasseerd als aangehouden voor verkoop wanneer de boekwaarde hoofdzakelijk zal worden gerealiseerd in een verkooptransactie in plaats van door hun voortgezette gebruik. Deze voorwaarde is enkel vervuld als de verkoop zeer waarschijnlijk geacht wordt en als het actief (of de groep activa die wordt afgestoten) gereed is voor onmiddellijke verkoop in zijn huidige staat. Er kan pas sprake zijn van een zeer waarschijnlijke verkoop als het gepaste management niveau zich heeft verbonden tot een plan voor de verkoop van het actief (of de groep activa die wordt afgestoten) en als een operationeel plan om een koper te vinden en het plan te voltooien, opgestart werd. Bovendien moet het actief (of de groep activa die wordt afgestoten) op actieve wijze voor verkoop op de markt gebracht worden tegen een redelijke prijs in verhouding tot zijn huidige reële waarde, dient de verkoopovereenkomst naar verwachting afgesloten te worden binnen het jaar na de datum van de classificatie, en uit de handelingen om het plan te voltooien dient te blijken dat het onwaarschijnlijk is dat er belangrijke wijzigingen zullen aangebracht worden aan het plan, of dat het plan ingetrokken zal worden.

Wanneer de Groep zich heeft verbonden tot een verkoop die een verlies van zeggenschap over een dochteronderneming met zich meebrengt, dan dienen alle activa en passiva van deze dochteronderneming geklasseerd te worden als aangehouden voor verkoop als aan de hierboven beschreven criteria voldaan is ongeacht of de Groep een minderheidsbelang zal aanhouden in de dochteronderneming na de verkoop.

Vaste activa (en groepen activa die worden afgestoten) die geklasseerd zijn als aangehouden voor verkoop worden gewaardeerd tegen reële waarde minus de verkoopkosten als deze lager is dan de boekwaarde. Een eventueel overschot van de boekwaarde tegenover de reële waarde minus de verkoopkosten wordt opgenomen als een bijzonder waardeverminderingsverlies. Zodra activa geklasseerd worden als aangehouden voor verkoop worden ze niet langer afgeschreven. Geconsolideerde overzichten van financiële positie voor voorgaande perioden worden niet herwerkt om de nieuwe classificatie van vaste activa (of groepen activa die worden afgestoten) als aangehouden voor verkoop te weerspiegelen.

2019 2018
In € miljoen Polyamides Polyamides
Operationeel Segment Performance
Chemicals
Performance
Chemicals
Materiële vaste activa 817 670
Goodwill 173 173
Immateriële activa 69 71
Met een gebruiksrecht overeenstemmende activa 35
Deelnemingen 1 1
Belastingvorderingen 34 32
Voorraden 236 249
Handelsvorderingen 186 200
Andere activa 33 39
Activa aangehouden voor verkoop 1.586 1.434
Voorzieningen 81 75
Uitgestelde belastingverplichtingen 110 72
Andere langlopende verplichtingen 21 10
Handelsschulden 147 217
Belastingschulden 14 12
Andere verplichtingen 63 48
Verplichtingen verbonden aan activa aangehouden voor verkoop 437 435
Netto boekwaarde van de groep van activa die worden afgestoten 1.149 999
Opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat
Wisselkoersverschillen 19 21
Toegezegd-pensioenregelingen –5 –3
Andere elementen van het totaalresultaat 14 17

De materiële vaste activa namen toe als gevolg van de blijvende kapitaalsinvesteringen. Sinds de classificatie van Polyamides als aangehouden voor verkoop (2017) worden geen afschrijvingen opgenomen.

TOELICHTING F31

Eigen vermogen

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Aandelenkapitaal

Gewone aandelen worden geklasseerd als eigen vermogen.

Bijkomende kosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de uitgifte van nieuwe aandelen worden in het eigen vermogen opgenomen als een vermindering, na belasting, van de opbrengsten van de uitgifte van aandelen.

Reserves

De reserves omvatten:

  • eigen aandelen;
  • eeuwigdurende hybride obligaties die als eigen vermogen worden geklasseerd indien er geen onvermijdelijke contractuele verplichting is om de hoofdsom en de rente van de hybride obligaties terug te betalen (geen eindvervaldatum, de rente moet jaarlijks betaald worden, maar kan naar eigen goeddunken van de emittent voor onbepaalde tijd uitgesteld worden);
  • ingehouden winsten;
  • wisselkoersverschillen in het consolidatieproces met betrekking tot de omrekening van de jaarrekening van buitenlandse activiteiten die uitgedrukt zijn in een functionele valuta andere dan de euro;
  • de invloed van de herwaardering van de reële waarde van eigenvermogensinstrumenten tegen reële waarde opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat;
  • de impact van de herwaardering tegen reële waarde van financiële instrumenten gedocumenteerd als afdekkingsinstrumenten in kasstroomafdekkingen;
  • actuariële winsten en verliezen van toegezegd-pensioenregelingen.

Minderheidsbelangen

Onder minderheidsbelangen wordt verstaan het aandeel van minderheidsbelangen in de nettoactiva en in het totaalresultaat van dochterondernemingen van de Groep. Dit komt overeen met de belangen in dochterondernemingen die geen eigendom zijn van de Onderneming of haar dochterondernemingen.

Eeuwigdurende hybride obligaties

Om de kapitaalstructuur te versterken heeft Solvay niet-gedateerde, ver achtergestelde eeuwigdurende obligaties uitgegeven ('eeuwigdurende hybride obligaties') van respectievelijk € 1,2 miljard

Aantal aandelen (in duizendtallen)

(€ 1.194 miljoen na aftrek van uitgiftekosten) in 2013 na de overname van Chemlogics, € 1,0 miljard (€ 994 miljoen na aftrek van uitgiftekosten) in 2015 voor de financiering van de overname van Cytec, en € 300 miljoen (€ 298 miljoen na aftrek van uitgiftekosten) in november 2018. In mei 2019 heeft Solvay voor € 700 miljoen aan hybride obligaties (NC5,5 aan 4,99%) uitgegeven in 2013, afgelost na de uitoefening van de eerste call-optie.

Alle eeuwigdurende hybride obligaties worden geklasseerd als eigen vermogen omdat er geen onvermijdelijke contractuele verplichting bestaat om de hoofdsom en de interesten van de hybride obligaties terug te betalen, meer bepaald:

  • geen eindvervaldag, maar de emittent heeft een call-optie bij elke herzieningsdatum om het instrument terug te betalen;
  • de rentebetalingen kunnen naar eigen goeddunken van de emittent voor onbepaalde tijd worden uitgesteld.

De coupons op de eeuwigdurende hybride obligaties worden opgenomen als eigenvermogenstransacties en worden afgetrokken van het eigen vermogen in de periode waarin zij betaalbaar worden gesteld (zie geconsolideerd mutatieoverzicht van het eigen vermogen):

  • ten belope van € 57 miljoen in 2019 (€ 57 miljoen in 2018) voor de uitgifte van € 1,2 miljard in 2013 (€ 700 miljoen NC5,5 tegen 4,199% - afgelost in mei 2019 – en de openstaande € 500 miljoen NC10 tegen 5,425%);
  • ten belope van € 55 miljoen in 2019 (€ 55 miljoen in 2018) voor de uitgifte van € 1,0 miljard in 2015 (€ 500 miljoen NC5,5 tegen 5,118% en € 500 miljoen NC8.5 tegen 5,869%);
  • ten belope van € 3 miljoen in 2019 (wat overeenstemt met één kwartaal) voor de uitgifte van € 300 miljoen in 2018 (NC5,25); het verwachte dividend voor 2020 zou € 13 miljoen bedragen (jaarlijkse coupon van 4,25%).

Wanneer Solvay ervoor had gekozen geen rente te betalen aan de houders van eeuwigdurende hybride obligaties, dan zou de betaling van dividend aan gewone aandeelhouders of de terugbetaling van gewone aandelen hebben geresulteerd in een contractuele verplichting om eerder niet betaalde rente alsnog te betalen aan de houders van eeuwigdurende hybride obligaties.

De belastingimpact in verband met eeuwigdurende hybride obligaties wordt in de winst- en verliesrekening opgenomen (zie ook Grondslagen van verslaggeving).

2019 2018
Uitgegeven en volledig betaalde aandelen op 1 januari 105.876 105.876
Uitgegeven en volledig betaalde aandelen op 31 december 105.876 105.876
Aangehouden eigen aandelen op 31 december 2.466 2.723

TOELICHTING F32 Minderheidsbelangen

De hierna vermelde bedragen zijn volledig geconsolideerd en zijn vóór de eliminatie van intragroepsverrichtingen.

Eind 2019 hadden de volgende drie dochterondernemingen minderheidsbelangen van € 89 miljoen (van in totaal € 111 miljoen).

2019 Solvay Special Chem
In € million Zhejiang Lansol Japan Solvay Soda Ash
Eigendomsbelang aangehouden door minderheidsbelangen 45% 33% 20%
Overzicht van de financiële positie
Vaste activa 27 19 300
Vlottende activa 32 22 27
Langlopende verplichtingen 1 1 18
Kortlopende verplichtingen 15 4 24
Winst- en verliesrekening
Omzet 63 65 346
Winst van het jaar 5 3 148
Andere elementen van het totaalresultaat 1 –13
Totaalresultaat 5 4 135
Dividenden betaald aan minderheidsbelangen 1 31
Deel van de minderheidsbelangen in de winst van het jaar 2 1 30
Gecumuleerde minderheidsbelangen 19 12 58

Eind 2018 hadden de volgende drie dochterondernemingen minderheidsbelangen van € 89 miljoen (van in totaal € 117 miljoen).

Solvay Special Chem
In € miljoen Zhejiang Lansol Japan Solvay Soda Ash
Eigendomsbelang aangehouden door minderheidsbelangen 45% 33% 20%
Overzicht van de financiële positie
Vaste activa 23 18 304
Vlottende activa 42 21 28
Langlopende verplichtingen 3 1 13
Kortlopende verplichtingen 23 2 23
Winst- en verliesrekening
Omzet 62 67 321
Winst van het jaar 11 5 142
Andere elementen van het totaalresultaat –1 2 1
Totaalresultaat 10 7 143
Dividenden betaald aan minderheidsbelangen 2 32
Deel van de minderheidsbelangen in de winst van het jaar 5 2 28
Gecumuleerde minderheidsbelangen 17 12 60

TOELICHTING F33 Op aandelen gebaseerde betalingen

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Solvay heeft verscheidene aandelenoptieplannen opgezet, waaronder in eigen-vermogensinstrumenten en in geldmiddelen afgewikkelde, op aandelen gebaseerde plannen.

Bij de in eigen-vermogensinstrumenten afgewikkelde plannen ontvangt de Groep diensten in ruil voor de eigen-vermogensinstrumenten (met name door de uitgifte van aandelenopties). De reële waarde van de diensten geleverd door medewerkers in ruil voor de toekenning van de eigen-vermogensinstrumenten vertegenwoordigt een kost. Deze kost wordt opgenomen op een lineaire basis in de geconsolideerde winst- en verliesrekening over de verwervingsperiode (vesting period) die betrekking heeft op deze eigen-vermogensinstrumenten ten opzichte van een overeenstemmende aanpassing in het eigen vermogen. De reële waarde van de geleverde diensten wordt bepaald op basis van de reële waarde van de eigen-vermogensinstrumenten op toekenningsdatum. Deze wordt vervolgens niet geherwaardeerd. Op elke verslagdatum schat de Groep opnieuw het aantal aandelenopties dat waarschijnlijk zal worden verworven. De impact van de herziene schattingen wordt opgenomen als winst of verlies met een daarmee overeenstemmende aanpassing in het eigen vermogen.

Bij de in geldmiddelen afgewikkelde plannen ontvangt de Groep diensten in ruil voor de verplichting om aan de medewerkers voor deze diensten een geldbedrag over te maken op basis van de prijs (of waarde) van de eigen-vermogensinstrumenten (inclusief aandelen of aandelenopties) van de Groep (namelijk door de uitgifte van de Performance Share Units). De reële waarde van de diensten geleverd door medewerkers in ruil voor de toekenning van de op aandelen gebaseerde betalingen vertegenwoordigt een kost. Deze kost wordt opgenomen op een lineaire basis in de geconsolideerde winst- en verliesrekening over de verwervingsperiode (vesting period) die betrekking heeft op deze op aandelen gebaseerde betalingen ten opzichte van een overeenstemmende aanpassing in de passiva. Op elke verslagdatum schat de Groep opnieuw het aantal opties dat waarschijnlijk zal worden verworven. De invloed van de herziene schattingen wordt opgenomen in de winst- en verliesrekening. De Groep waardeert de verworven diensten en de aangegane verplichting tegen de reële waarde van de verplichting. Tot de verplichting afgewikkeld is, herwaardeert de Groep de reële waarde van de verplichting op het einde van elke verslagperiode en op de afwikkelingsdatum, waarbij eventuele wijzigingen in de reële waarde opgenomen worden als winst of verlies van de periode.

Aandelenoptieplan

Zoals elk jaar sinds 1999 heeft de Raad van Bestuur in 2019 het aandelenoptieplan hernieuwd dat aan het uitvoerend management (51 begunstigden) wordt aangeboden om hen nauwer te betrekken bij de ontwikkeling van de Groep op lange termijn. Dit plan is een op aandelen gebaseerd plan dat in eigen-vermogensinstrumenten wordt afgewikkeld. De meeste managers hebben in 2019 ingeschreven op de aangeboden opties met een uitoefenkoers van € 97,05; wat overeenstemt met de gemiddelde beurskoers van het Solvay-aandeel gedurende de 30 dagen die aan het aanbod voorafgingen.

Eind december 2019 bezat de Groep 2.465.766 eigen aandelen, die werden afgetrokken van het geconsolideerde eigen vermogen.

Aandelenopties 2019 2018 – 2 2018 – 1 2017 2016 2015
Aantal toegekende en uitstaande aandelenopties op
31 december 2018
72.078 400.704 316.935 759.023 346.617
Toegekende aandelenopties 438.107
Verlies van rechten en vervallen opties
Uitgeoefende opties op aandelen
Aantal aandelenopties op 31 december 2019 438.107 72.078 400.704 316.935 759.023 346.617
Uitoefenbare aandelenopties op 31 december 2019 346.617
Uitoefenprijs (in €) 97,05 108,38 113,11 111,27 75,98 114,51
Reële waarde van de opties op de waarderingsdatum (in €) 17,77 20,81 19,10 23,57 17,07 24,52
Aandelenopties 2014 2013 2012 2011 2007 2006
Aantal toegekende en uitstaande aandelenopties op
31 december 2018
360.354 367.171 404.959 62.481 68.058 64.721
Toegekende aandelenopties
Verlies van rechten en vervallen opties –3.257 –17.882
Uitgeoefende opties op aandelen –8.872 –198.815 –59.224 –15.570 –46.839
Aantal aandelenopties op 31 december 2019 351.482 367.171 206.144 52.488
Uitoefenbare aandelenopties op 31 december 2019 351.482 367.171 206.144 52.488
Uitoefenprijs (in €) 101,14 104,33 83,37 61,76 90,97 102,53
Reële waarde van de opties op de waarderingsdatum (in €) 22,79 20,04 21,17 12,73 17,56 19,92
2019 2018
Aantal
aandelenopties
Gewogen gemiddelde
uitoefenprijs
Aantal
aandelenopties
Gewogen gemiddelde
uitoefenprijs
Op 1 januari 3.223.101 101,32 2.986.850 97,90
Toegekend gedurende het jaar 438.107 97,05 472.782 112,39
Verlies van rechten en vervallen opties
gedurende het jaar
–21.139 96,25 –34.368 90,24
Uitgeoefend gedurende het jaar –329.320 83,05 –202.164 78,58
Op 31 december 3.310.749 102,60 3.223.101 101,32
Uitoefenbaar op 31 december 1.323.902 1.674.361

De aandelenopties leidden in 2019 tot € 11 miljoen aan lasten, berekend door derden aan de hand van het Black-Scholes-model en opgenomen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening onder administratieve kosten.

De waardering van het optieplan van 2019 is gebaseerd op:

  • de koers van het onderliggend actief (aandeel van Solvay): € 100,05 op 27 februari 2019;
  • de resterende looptijd van de optie: uitoefenbaar vanaf 1 januari 2023 tot 27 februari 2027, rekening houdend met het feit dat een aantal daarvan voor het einde van de looptijd zullen worden uitgeoefend;
  • de uitoefenprijs van de optie: € 97,05;
  • de risicovrije rente: 0,39% (gemiddeld);
  • de volatiliteit van het onderliggend rendement, geschat op basis van de optieprijs: 23,00%; en
  • een dividendrendement van 3,03%.

Gewogen gemiddelde resterende contractuele looptijd:

In jaren 2019 2018
Aandelenoptieplan 2006 1,0
Aandelenoptieplan 2007 1,0 2,0
Aandelenoptieplan 2011 1,0
Aandelenoptieplan 2012 0,1 1,1
Aandelenoptieplan 2013 1,2 2,2
Aandelenoptieplan 2014 2,2 3,2
Aandelenoptieplan 2015 3,2 4,2
Aandelenoptieplan 2016 4,2 5,2
Aandelenoptieplan 2017 5,2 6,2
Aandelenoptieplan 2018 – 1 6,2 7,2
Aandelenoptieplan 2018 – 2 6,6 7,6
Aandelenoptieplan 2019 7,2

Performance Share Units (PSU)-regeling

Sinds 2013 heeft de Raad van Bestuur een jaarlijkse Performance Share Units-regeling vernieuwd, die aan het uitvoerend management aangeboden wordt om hen nauwer te betrekken bij de ontwikkeling van de Groep, en die een onderdeel vormt van het beleid inzake lange-termijnbeloning. Alle betrokken managers hebben in 2019 ingeschreven op de aangeboden PSU's met een toekenningsprijs van € 97,05. Performance Share Units-regeling betreft een in geldmiddelen afgewikkeld, op aandelen gebaseerd plan waarbij de begunstigden een uitkering ontvangen in geldmiddelen op basis van de koers van het Solvay-aandeel evenals bepaalde prestatievoorwaarden en opgebouwde dividenden.

Bij elk plan is er een verwervingsperiode van 3 jaar, waarna er een afwikkeling in geldmiddelen geschiedt indien er aan de uitbetalingsvoorwaarden voldaan is.

Performance share units Plan 2019 Plan 2018
Aantal PSU's 239.556 215.567
Datum van toekenning 26/02/2019 27/02/2018
Datum van verwerving 01/01/2022 01/01/2021
Wachtperiode 31/03/2019 tot 31/12/2021 31/03/2018 to 31/12/2020
Prestatievoorwaarden 40% van de initieel toegekende PSU's zijn afhankelijk
van de jaarlijkse procentuele onderliggende EBITDA
groei over 3 jaar
(2019, 2020, 2021)
40% van de initieel toegekende PSU's zijn afhankelijk
van de jaarlijkse procentuele onderliggende EBITDA
groei over 3 jaar
(2018, 2019, 2020)
40% van de initieel toegekende PSU's zijn afhankelijk
van de jaarlijkse procentuele variatie van de CFROI
over 3 jaar
(2019, 2020, 2021)
40% van de initieel toegekende PSU's zijn afhankelijk
van de jaarlijkse procentuele variatie van de CFROI
over 3 jaar
(2018, 2019, 2020)
20% van de initieel toegekende PSU's zijn afhankelijk
van het GHG Intensity vermindering objectief op het
einde van het boekjaar 2021
20% van de initieel toegekende PSU's zijn afhankelijk
van het GHG Intensity vermindering objectief op het
einde van het boekjaar 2020
Bekrachtiging van de prestatievoor
waarden
Door de Raad van Bestuur Door de Raad van Bestuur

In 2019 bedraagt de impact op de geconsolideerde winst- en verliesrekening van de PSU's € 17 miljoen, tegenover € 15 miljoen in 2018. De boekwaarde van de PSU-verplichting aan het eind van 2019 bedroeg € 40 miljoen, tegenover € 44 miljoen aan het eind van 2018.

TOELICHTING F34 Voorzieningen

Personeels Her
In € miljoen beloningen structurering Leefmilieu Geschillen Andere Totaal
Op 31 december 2018 2.671 185 691 121 168 3.836
Toevoegingen 106 41 58 23 52 280
Terugnames van niet gebruikte
bedragen –13 –65 –8 –13 –27 –126
Gebruik –337 –62 –81 –9 –24 –513
Disconteringseffect 69 40 –2 107
Herwaarderingen 182 182
Wisselkoersverschillen 23 1 5 1 29
Overboeking naar activa aange
houden voor verkoop –9 –2 3 –8
Andere 3 –2 –40 –39 –78
Op 31 december 2019 2.694 99 703 80 135 3.710
Waarvan kortlopende voorzieningen 33 79 5 73 190

Het gebruik (kasuitstroom) van € 513 miljoen omvat € 503 miljoen met betrekking tot voortgezette bedrijfsactiviteiten, waarvan € 337 miljoen voor personeelsbeloningen (met inbegrip van € 114 miljoen aan vrijwillige bijdragen), € 62 miljoen voor herstructureringsplannen en € 81 miljoen voor milieuaspecten. De terugnames van niet gebruikte bedragen omvatten de terugnames van de voorzieningen voor vergoedingen voor verwachte weigeringen om te verhuizen naar aanleiding van de beslissing om de geplande transfers van de teams gebaseerd in Parijs naar Lyon en Brussel stop te zetten (€ -48 miljoen). Het disconteringseffect omvat € 87 miljoen voor de stijging aan constant disconteringsvoet, en € 20 miljoen voor de wijziging van de disconteringsvoet. De lijn "Andere" stemt voornamelijk overeen met de herclassificatie van € 40 miljoen naar de andere langlopende verplichtingen naar aanleiding van de toepassing van IFRIC 23 Onzekerheid over fiscale behandelingen van inkomsten, en € 16 miljoen naar leaseverplichtingen met betrekking tot verlieslatende contracten als gevolg van de toepassing van IFRS 16 Leaseovereenkomsten.

De schuldafbouw komt overeen met het nettoverschil tussen:

  • uitbetaling (gebruik van € -513 miljoen) enerzijds; en
  • de som van de netto toename van nieuwe verplichtingen (€ 154 miljoen, zijnde toevoegingen minus terugnames van niet gebruikte bedragen) en de stijging als gevolg van discontering (€ 87 miljoen) tegen gelijkblijvende disconteringsvoet anderzijds.

De afbouw van de voorzieningen bedroeg € 272 miljoen. Dit bedrag is hoger dan voorgaande jaren voornamelijk door een vrijwillige bijdrage aan pensioenplannen in het Verenigd Koninkrijk voor € 114 miljoen bovenop de verplichte pensioenbijdragen. Deze vrijwillige bijdrage zal een gedeeltelijke beperking van de risico's verbonden aan de pensioenplannen en een vermindering van de recurrente pensioenbijdragen op middellange termijn tot gevolg hebben.

Het management verwacht dat de voorzieningen (behalve de personeelsbeloningen) als volgt zullen worden gebruikt (uitstroom van geldmiddelen):

in € miljoen Tot 5 jaar Tussen 5 en 10 jaar Na 10 jaar Totaal
Voorzieningen voor leefmilieu 312 115 275 702
Voorzieningen voor geschillen 74 6 80
Voorzieningen voor herstructurering en
overige voorzieningen 207 22 5 233
Op 31 december 2019 593 143 280 1.015

F34.A. Voorzieningen voor personeelsbeloningen

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Algemeen

Aan de werknemers van de Groep worden verschillende personeelsbeloningen na uitdiensttreding, andere beloningen op lange termijn en opzegvergoedingen aangeboden als gevolg van de wettelijke bepalingen die van toepassing zijn in bepaalde landen en de contractuele akkoorden afgesloten tussen de Groep en haar werknemers of uit hoofde van feitelijke verplichtingen.

De beloningen na uitdiensttreding worden gerangschikt als toegezegde-bijdragenregelingen of toegezegd-pensioenregelingen.

Toegezegde-bijdragenregelingen

Toegezegde-bijdragenregelingen betreffen de betaling van vaste bijdragen aan een afzonderlijke entiteit, waardoor de werkgever vrijgesteld wordt van alle toekomstige verplichtingen, aangezien deze afzonderlijke entiteit als enige verantwoordelijk is voor de verschuldigde bedragen aan de werknemer. De kost wordt opgenomen wanneer een personeelslid tijdens de periode diensten heeft geleverd aan de Groep.

Toegezegd-pensioenregelingen

Toegezegd-pensioenregelingen zijn alle andere regelingen dan toegezegde-bijdragenregelingen, en bevatten onder meer:

  • personeelsbeloningen na uitdiensttreding: pensioenplannen, andere verplichtingen na uitdiensttreding en aanvullende beloningen zoals ziektekostenregelingen na uitdiensttreding;
  • andere personeelsbeloningen op lange termijn: beloningen voor lange diensttijd, toegekend aan werknemers op basis van hun anciënniteit in de Groep;
  • opzegvergoeding zoals regelingen voor vervroegd pensioen.

Rekening houdend met de geprojecteerde eindsalarissen op individuele basis worden de personeelsbeloningen na uitdiensttreding gewaardeerd aan de hand van een methode ("projected unit credit" methode) die uitgaat van veronderstellingen in verband met de disconteringsvoet, de levensverwachting, het personeelsverloop, salarissen, jaarlijkse herwaarderingen en de prijsstijging van medische kosten. De veronderstellingen die specifiek zijn voor elke regeling, houden rekening met de lokale economische en demografische situaties.

De disconteringsvoet is de rente op bedrijfsobligaties van hoge kwaliteit die uitgedrukt zijn in de valuta waarin de beloningen zullen worden uitbetaald en die een looptijd hebben die de termijn van de pensioenverplichting in kwestie benadert.

Het opgenomen bedrag voor verplichtingen uit hoofde van beloningen na uitdiensttreding stemt overeen met het verschil tussen de contante waarde van de toekomstige verplichtingen en de reële waarde van de fondsbeleggingen die het plan moeten financieren, indien aanwezig. Als deze berekening een tekort oplevert, wordt er een verplichting opgenomen aan passiefzijde. Omgekeerd wordt er een nettoactief opgenomen, dat echter beperkt is tot de laagste waarde van het surplus van de toegezegd-pensioenregeling of de contante waarde van alle toekomstige terugbetalingen van het stelsel en alle verlagingen van toekomstige bijdragen.

De kosten uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen bestaan uit de pensioenkosten en de nettorentelasten (op basis van de disconteringsvoet) op het nettoactief of -verplichting, die beide opgenomen worden in winst of verlies, en de herwaarderingen van dit nettoactief of -verplichting, die worden opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat.

De pensioenkosten omvatten aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten, pensioenkosten van verstreken diensttijd die resulteren uit een wijziging of inperking van de regeling en de eventuele winst of verlies bij afwikkeling.

De rentekosten uit het verloop van de discontering van de pensioenverplichtingen, de financiële opbrengsten uit de fondsbeleggingen (bepaald door de reële waarde van de fondsbeleggingen te vermenigvuldigen met de disconteringsvoet) en de rente op de gevolgen van het actiefplafond worden op nettobasis opgenomen in de netto financieringskosten (disconteringskosten van voorzieningen).

Herwaarderingen van nettoactiva of -passiva omvatten:

  • actuariële winsten en verliezen op verplichtingen uit hoofde van pensioenrechten als gevolg van ervaringsaanpassingen en wijzigingen in actuariële veronderstellingen (inclusief het effect van een wijziging van de disconteringsvoet) opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat;
  • wijzigingen als gevolg van planwijzigingen, opgenomen in de winsten verliesrekening;
  • het rendement van de fondsbeleggingen (exclusief netto rentebedragen) en wijzigingen in de beperking van het opgenomen nettoactief.

Andere langetermijnpersoneelsbeloningen en opzegvergoedingen worden op dezelfde manier opgenomen als beloningen na uitdiensttreding, maar herwaarderingen worden integraal opgenomen in de netto financieringskosten in de periode waarin ze zich voordoen.

De actuariële berekeningen van de belangrijkste verplichtingen uit hoofde van beloningen na uitdiensttreding en andere langetermijnpersoneelsbeloningen worden door onafhankelijke actuarissen uitgevoerd.

Overzicht

In € miljoen 2019 2018
Personeelsbeloningen na uitdiensttreding 2.498 2.490
Andere langlopende personeelsbeloningen 145 132
Ontslagvergoedingen 52 50
Totaal personeelsbeloningen 2.694 2.671

Personeelsbeloning na uitdiensttreding A. Toegezegde-bijdragenregelingen

Voor deze regelingen betaalt Solvay bijdragen aan publiek of privaat beheerde pensioenfondsen of verzekeringsmaatschappijen. Voor 2019 bedroegen de kosten € 62 miljoen vergeleken met € 58 miljoen in 2018.

B. Toegezegd-pensioenregelingen

Toegezegd-pensioenregelingen worden ofwel van buitenaf gefinancierd door pensioenfondsen of verzekeringsmaatschappijen ("gefinancierde regeling"), ofwel gefinancierd binnen de Groep ("nietgefinancierde regeling"). De niet-gefinancierde regelingen hebben geen fondsbeleggingen.

De nettoverplichting is het nettobedrag van de voorzieningen en het overschot op de fondsbeleggingen.

In € miljoen 2019 2018
Voorzieningen 2.498 2.490
Fondsbeleggingen overschot –23 –5
Nettoverplichtingen 2.475 2.485
Operationele kosten 56 31
Financiële kosten 57 51

In de bedrijfslasten zijn de aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten opgenomen van € 44 miljoen (€ 47 miljoen in 2018).

B.1. Risicobeheer

De laatste jaren heeft de Groep de risicoblootstelling van toegezegdpensioenregelingen beperkt door de bestaande pensioenplannen om te zetten in pensioenplannen met een lager risicoprofiel (hybride plannen, plannen met cashsaldo, toegezegde-bijdragenregelingen) of door deze te sluiten voor nieuwe begunstigden.

Solvay volgt de risico's voor de Groep permanent op, in het bijzonder voor de volgende risico's:

Volatiliteit van activa

Eigen-vermogensinstrumenten brengen volatiliteit en risico's op korte termijn met zich mee, ondanks dat ze op lange termijn doorgaans wel een hoger rendement opleveren dan bedrijfsobligaties. Om dit risico te beperken, wordt het aandelensegment nauwlettend opgevolgd met ALM-technieken (Asset and Liability Management) om ervoor te zorgen dat het blijft overeenstemmen met de betreffende regelingen en met de doelstellingen op lange termijn van de Groep.

Wijzigingen in obligatierendementen

Een verlaging van de rente op bedrijfsobligaties zal de boekwaarde van de verplichtingen van het plan verhogen. Bij gefinancierde regelingen wordt dit deels gecompenseerd door een verhoging van de waarde van de obligaties in de portefeuille.

Inflatierisico

De verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen hangen af van de inflatie en een hogere inflatie leidt tot hogere verplichtingen (hoewel er in de meeste gevallen bovengrenzen zijn aan de inflatiestijgingen om de regeling te beschermen tegen extreme inflatie). Slechts een beperkt deel van de activa wordt niet getroffen door inflatie of is er nauwelijks mee gecorreleerd, wat betekent dat een stijging van de inflatie ook de nettoverplichtingen in de plannen zal doen toenemen.

Levensverwachting

De meeste verplichtingen van de beloningsregelingen zijn bedoeld om de deelnemer voor de rest van zijn leven een vergoeding te verschaffen. Een stijgende levensverwachting leidt op die manier tot een toename van de verplichtingen.

Risico in verband met regelgeving

Voornamelijk voor gefinancierde regelingen staat de Groep bloot aan het risico van externe financiering als gevolg van door toezichthouders opgelegde beperkingen. Dit zou geen impact mogen hebben op de verplichtingen in toegezegd-pensioenregelingen maar kan de Groep mogelijk blootstellen aan een aanzienlijke uitstroom van kasmiddelen.

Voor meer informatie over het risicobeheer van de Solvay-groep kunt u het gedeelte "Risicobeheer" van dit verslag nalezen.

B.2 Beschrijving van de verplichtingen

Deze voorzieningen zijn bedoeld voor de beloningen na uitdiensttreding. Dit gebeurt in het merendeel van de bedrijven van de Groep, ofwel in de geest van de plaatselijke regelgeving, ofwel op basis van gevestigde gewoonten die feitelijke verplichtingen meebrengen.

De belangrijkste pensioenplannen in 2019 zijn gesitueerd in het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Frankrijk, Duitsland en België. Deze vijf landen vertegenwoordigen 94% van de totale verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen.

Ratio fonds
beleggingen op
Verplichtingen verplichtingen
voor voor
toegezegd Opgenomen toegezegd
2019 pensioen fonds Netto pensioen
In € miljoen regelingen In % beleggingen verplichtingen In % regelingen
Verenigd Koninkrijk 1.680 30% 1.423 256 10% 85%
Verenigde Staten 1.406 26% 1.134 272 11% 81%
Frankrijk 1.113 20% 1.113 45% 0%
Duitsland 576 11% 576 23% 0%
België 400 7% 274 126 5% 68%
Andere landen 336 6% 204 132 5% 61%
Totaal 5.511 100% 3.035 2.475 100% 55%

Het is goed aan te geven dat niet-gefinancierde plannen - met name in Duitsland en Frankrijk - 68% van de nettoverplichting in 2019 voor hun rekening nemen. Zie de opmerkingen per land hieronder.

Verenigd Koninkrijk

Solvay financiert enkele toegezegd-pensioenregelingen in het Verenigd Koninkrijk, waarvan de belangrijkste het Rhodia-pensioenfonds is. Dit is een gefinancierde pensioenregeling die gebaseerd is op het eindsalaris en die recht geeft op een percentage van het salaris per dienstjaar. Het werd afgesloten voor nieuwe deelnemers in 2003 en vervangen door een toegezegde-bijdrageregeling.

Algemeen genomen zijn ongeveer 8% van de verplichtingen toerekenbaar aan de huidige werknemers, 27% aan ex-medewerkers en 65% aan huidige gepensioneerden.

Het fonds werkt in overeenstemming met de Britse wetgeving, en valt onder een uitgebreid regelgevend kader. De Pensions Regulator (bevoegde autoriteit voor pensioenen) hanteert een risicogebaseerde benadering tot regelgeving en een werkwijze die praktische begeleiding verstrekt voor beheerders van en werkgevers met toegezegd-pensioenregelingen over de manier waarop aan de financieringsvereisten van de regeling voldaan moet worden. Volgens de Britse wetgeving is het fonds onderworpen aan regelingspecifieke financiering die vereist dat pensioenregelingen conservatief gefinancierd worden.

Het Britse Rhodia-pensioenfonds wordt bestuurd door een beheerraad. De beheerraad beheert het fonds met voorzichtigheid en billijkheid. De beheerders bepalen welke financiële verplichtingen er gelden voor de statutaire financieringsdoelstellingen op basis van voorzichtige actuariële en economische veronderstellingen. Elk tekort dat overblijft na aftrek van de fondsbeleggingen van de pensioenverplichting moet met bijkomende bijdragen worden verminderd binnen een termijn die aansluit bij het betalingsvermogen van de werkgever en de garanties uit hoofde van de overeenkomst of de voorwaardelijke zekerheden die worden geboden door de werkgever.

Het Rhodia-pensioenfonds wordt driejaarlijks gewaardeerd op het vlak van financiering. Deze waardering wordt uitgevoerd door de actuaris van de regeling overeenkomstig de Britse regelgeving, en ze wordt besproken met de beheerders en betalende werkgever om tot waarderingsveronderstellingen en een financieringsplan te komen. De laatste waardering gebeurde op 1 januari 2018 en leidde tot het vastleggen van een vaste pensioensbijdrage voor actieve leden plus een herstelplan voor tekorten om de regeling te voorzien van financiering overeenkomstig de technische bepalingen voor een bepaalde termijn. Herstelpremies zijn gestegen zodat het plan naar verwachting eind 2027 volledig gefinancierd zal zijn, conform de lokale wet- en regelgeving. Op het einde van 2019 werd een vrijwillige bijdrage betaald (€ 114 miljoen), wat overeenstemt met de verwachte jaarlijkse bijdrage voor de volgende vier jaar.

De garantie die verstrekt wordt door Solvay (£ 550 miljoen) is gebaseerd op de lokale wet- en regelgeving en overtreft de opgenomen verplichting (€ 216 miljoen) – Zie toelichting F39 Voorwaardelijke verplichtingen en financiële garanties voor meer informatie.

Frankrijk

Solvay financiert verschillende toegezegd-pensioenregelingen in Frankrijk. De belangrijkste plannen zijn de Franse verplichte pensioenregeling en drie gesloten plannen voor hoge inkomens. Inderdaad, zoals vereist door de "Loi Pacte" werd het open pensioenplan voor hoge inkomens (het zogenaamde "ARS") gesloten op het einde van 2019 en vervangen door een toegezegde-bijdragenregeling.

Het belangrijkste pensioenplan is voor alle huidige en gepensioneerde werknemers van het vroegere Rhodia die bijdroegen tot het plan tot aan de sluiting ervan in de jaren '70. Het biedt een garantie op een volledige vergoeding op basis van het salaris op het einde van de loopbaan. Dit plan is niet gefinancierd en ongeveer 99% van de verplichtingen zijn toewijsbaar aan huidige gepensioneerden.

Conform de Franse wetgeving zijn gepaste waarborgen verleend.

Verenigde Staten

Sinds eind 2019 financiert Solvay vijf verschillende toegezegd-pensioenregelingen in de Verenigde Staten (twee gekwalificeerde plannen en drie niet-gekwalificeerde plannen). Een gekwalificeerd plan is een door de werkgever betaald pensioenplan dat conform sectie 401(a) van de Amerikaanse Internal Revenue Code in aanmerking komt voor een bijzondere fiscale behandeling. Op dit moment zijn alle toegezegd-pensioenregelingen gesloten voor nieuwe deelnemers; nieuwe medewerkers komen in aanmerking voor deelname aan een toegezegde-bijdragenregeling. Opgemerkt moet worden dat de twee gekwalificeerde toegezegd-pensioenregelingen gefinancierd zijn terwijl de drie niet-gekwalificeerde toegezegd-pensioenregelingen niet-gefinancierd zijn. De gekwalificeerde plannen maken het grootste deel uit van de pensioenverplichtingen per 31 december 2019.

De regelingen van Solvay voldoen aan de lokale wetgeving inzake geauditeerde jaarrekeningen, neerlegging bij de overheid en Pension Benefit Guaranty Corporation-verzekeringspremies indien van toepassing. De regelingen worden lokaal nagekeken en opgevolgd door fiduciaire comités met het oog op investeringen met betrekking tot de regeling en administratieve zaken.

Voor de gekwalificeerde Amerikaanse regelingen houden de bijdragen van Solvay rekening met de minimale (fiscaal aftrekbare) financieringsvereisten en de maximale fiscaal aftrekbare bijdragen, die beide geregeld worden door de fiscus.

Bepaalde deelnemers kunnen er ook voor kiezen om hun pensioen in één enkel bedrag uitgekeerd te krijgen in plaats van maandelijks.

Algemeen genomen zijn ongeveer 27% van de verplichtingen toerekenbaar aan de huidige werknemers, 9% aan ex-medewerkers waarvoor de uitbetaling van de vergoedingen nog niet begonnen is, en 64% aan huidige gepensioneerden.

In 2019 heeft Solvay in de Verenigde Staten bijgedragen aan twee collectieve pensioenregelingen van meerdere werkgevers in het kader van collectieve arbeidsovereenkomsten waar sommige, door de vakbond vertegenwoordigde personeelsleden onder vallen. Elke collectieve pensioenregeling van meerdere werkgevers is een toegezegd-pensioenregeling. In geen enkele van de collectieve pensioenregelingen van meerdere werkgevers worden activa, verplichtingen of kosten toegewezen aan werkgevers die bijdragen. Voor geen enkele collectieve pensioenregeling van meerdere werkgevers is er voldoende informatie beschikbaar om Solvay, of andere werkgevers die bijdragen, toe te laten om de regeling administratief te verwerken als een toegezegd-pensioenregeling. Bijgevolg wordt het belang in elk van de collectieve pensioenregelingen van meerdere werkgevers administratief verwerkt alsof het een toegezegde-bijdragenregeling betreft. In 2019 en 2018 betaalde Solvay minder dan € 1 miljoen als jaarlijkse bijdrage aan collectieve pensioenregelingen van meerdere werkgevers.

Duitsland

Solvay financiert verschillende toegezegd-pensioenregelingen in Duitsland De belangrijkste regelingen zijn een gesloten eindloonregeling en een open kassaldoregeling. Zoals gewoonlijk in Duitsland zijn al deze regelingen niet-gefinancierd. Ongeveer 64% van de verplichtingen is toe te wijzen aan huidige gepensioneerden.

België

Solvay financiert twee toegezegd-pensioenregelingen in België. Het betreft gefinancierde pensioenregelingen. De regeling voor het management is sinds eind 2006 gesloten en de regeling voor arbeiders en bedienden sinds 2004. De vergoedingen voor verstreken diensttijd die uitbetaald worden onder deze regelingen worden elk jaar aangepast aan de jaarlijkse loonstijgingen en de inflatie ('Dynamisch beheer'). Conform de marktpraktijk in België worden de meeste vergoedingen vanwege de gunstige fiscaliteit voor vaste pensioenuitkeringen uitbetaald in de vorm van een eenmalige uitkering.

Daarnaast sponsort Solvay twee open toegezegde-bijdrageregelingen, om boekhoudkundige redenen opgenomen als toegezegdpensioenregelingen vanwege de minimum garanties zoals hieronder toegelicht. Dit zijn gefinancierde pensioenregelingen die geopend zijn sinds begin 2007 wat betreft de regeling voor het management en sinds begin 2005 wat betreft de regeling voor arbeiders en bedienden. Deelnemers kunnen ervoor kiezen om hun bijdragen te investeren in vier verschillende beleggingsfondsen (van "Conservatief" tot "Dynamisch"). Maar, wat ze ook kiezen, de Belgische wet bepaalt momenteel dat de werkgever een rendement op de werkgeversbijdrage en op de persoonlijke bijdrage moet garanderen, wat op die manier een potentiële verplichting voor de onderneming doet ontstaan. Sinds 2016 is het rendement voor de twee verschillende bijdragen vastgelegd op 1,75%, het minimum van de sinds 1 januari 2016 wettelijk vastgelegde bandbreedte (1,75% tot 3,75%). Op het einde van 2019 waren de netto-verplichtingen ten aanzien van deze plannen zoals opgenomen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie niet van materieel belang.

De regelingen van Solvay worden beheerd door het Solvay Pensioenfonds, dat werkt volgens de lokale wetgeving voor wat de minimale financiering, de investeringsprincipes, geauditeerde jaarrekeningen, neerlegging bij de overheid en bestuursprincipes betreft. Het Pensioenfonds wordt beheerd door een algemene vergadering en een raad van bestuur die de dagelijkse activiteiten delegeert aan een operationeel comité.

Solvay financiert nog een aantal kleinere pensioenplannen. Al deze plannen zijn verzekerd.

Overige regelingen

De meeste van deze verplichtingen hebben betrekking op pensioenregelingen. In sommige landen (voornamelijk de Verenigde Staten) zijn er ook ziektekostenregelingen voorzien voor na uitdiensttreding, die 6% van de totale verplichtingen in toegezegd-pensioenregelingen uitmaken.

B.3 Financiële gevolgen

Wijzigingen in nettoverplichting

In € miljoen 2019 2018
Opgenomen nettobedrag bij aanvang periode 2.485 2.622
Nettokost in resultaat opgenomen – Toegezegd-pensioenregelingen 113 82
Reële bijdrage van de werkgever/directe betaalde voordelen –308 –196
Verwervingen en vervreemdingen –8
Herwaarderingen voor de impact van het actiefplafond 167 –25
Wijzigingen van de impact van het actiefplafond op herwaarderingen –1 –1
Overboekingen 1 4
Wisselkoersverschillen 22 7
Overboeking naar (verplichtingen in verband met) activa aangehouden voor verkoop –4
Opgenomen nettobedrag op einde periode 2.475 2.485

Herwaarderingen voor de invloed van het actiefplafond ten bedrage van € 167 miljoen bestaan uit:

  • het positieve rendement van fondsbeleggingen (exclusief interesten opgenomen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening) voor € -327 miljoen;
  • daling van de disconteringsvoet (€ 584 miljoen) in de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en de eurozone;
  • daling van de inflatie (€ -38 miljoen) in het Verenigd Koninkrijk; en
  • overige herwaarderingen als gevolg van wijzigingen in de overige financiële veronderstellingen alsmede demografische en ervaringseffecten (€ -52 miljoen).

Nettokosten

In € miljoen 2019 2018
Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten 44 47
Pensioenkosten van verstreken diensttijd (waaronder inperkingen) 8 –26
Toegerekende pensioenkosten 52 20
Rentekosten 144 135
Rente opbrengsten –87 –84
Netto rentekosten 57 51
Administratieve kosten betaald 4 11
Netto kost opgenomen in de winst- en verliesrekening – Toegezegd-pensioenregeling 113 82
Herwaarderingen opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat 166 –26

De toegerekende pensioenkosten en de administratieve kosten van deze pensioenregelingen worden in de winst- en verliesrekening opgenomen als kostprijs van de omzet, als commerciële en administratieve kosten, als kosten voor onderzoek & ontwikkeling, als operationele winsten en verliezen of als resultaten uit historische sanering. De netto-interesten worden opgenomen als financiële lasten.

In 2019 bedragen de aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten van de Groep € 44 miljoen, waarvan € 29 miljoen verbonden aan gefinancierde regelingen en € 15 miljoen aan niet-gefinancierde regelingen.

In 2018 bedroegen de aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten van de Groep € 47 miljoen, waarvan € 31 miljoen voor gefinancierde regelingen en € 16 miljoen voor niet-gefinancierde regelingen. In de pensioenkosten van verstreken diensttijd is voornamelijk de gunstige invloed meegenomen van wijzigingen in de zorgen overlijdensrisicoverzekeringen na de uitdiensttreding in de Verenigde Staten (€ 24 miljoen), een inperkingseffect (€ 15 miljoen) vooral in Frankrijk en België, gecompenseerd door een ongunstige invloed van het gegarandeerd minimum pensioen in het VK van € 16 miljoen.

Nettoverplichting

In € miljoen 2019 2018
Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen – Gefinancierde regelingen 3.500 3.200
Reële waarde van fondsbeleggingen op het einde van de periode –3.040 –2.542
Financieringstekort voor gefinancierde regelingen 460 658
Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen – Niet gefinancierde regelingen 2.011 1.822
Tekort/overschot (–) 2.471 2.481
Niet als activa opgenomen, tengevolge van het vastleggen van het actiefplafond (opgenomen in andere
elementen van het totaalresulttat)
4 5
Nettoverplichting (nettoactief) 2.475 2.485
Verplichting opgenomen 2.498 2.490
Actief opgenomen –23 –5

Wijzigingen in verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen

In € miljoen 2019 2018
Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen bij aanvang periode 5.022 5.349
Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten 44 47
Pensioenkosten van verstreken diensttijd (waaronder inperkingen) 8 –26
Rentekosten 144 135
Reële bijdrage van de werknemer 5 4
Afwikkeling van regelingen –8
Verwervingen en vervreemdingen (–) –8
Herwaarderingen in andere elementen van het totaalresultaat 494 –209
Winsten en verliezen met betrekking tot veranderingen in de demografische veronderstellingen –20 –45
Winsten en verliezen met betrekking tot veranderingen in de financiële veronderstellingen 511 –139
Winsten en verliezen met betrekking tot ervaring 2 –26
Betaalde voordelen –308 –296
Wisselkoersverschillen 105 29
Overboekingen en andere bewegingen 3 4
Overboeking van/naar (verplichtingen in verband met) activa aangehouden voor verkoop –5 2
Verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen bij einde periode 5.511 5.022
Verplichtingen toegezegd-pensioenregelingen – Gefinancierde regelingen 3.500 3.200
Verplichtingen toegezegd-pensioenregelingen – Niet-gefinancierde regelingen 2.011 1.822

Wijzigingen in reële waarde van de fondsbeleggingen

In € miljoen 2019 2018
Reële waarde van fondsbeleggingen bij aanvang periode 2.542 2.733
Rente opbrengsten 87 84
Herwaarderingen in andere elementen van het totaalresultaat 327 –185
Bijdragen van de werkgever 308 196
Bijdragen van de werknemer 5 4
Administratieve kosten betaald –4 –11
Afwikkeling van regelingen –8
Betaalde voordelen –308 –296
Wisselkoersverschillen 83 23
Overboekingen en andere bewegingen 2
Overboeking van/naar (verplichtingen in verband met) activa aangehouden voor verkoop –1 1
Reële waarde van de fondsbeleggingen bij einde periode 3.040 2.542
Reëel rendement van de fondsbeleggingen 414 –101

Het totale rendement van de fondsbeleggingen, inclusief rentebaten, bedraagt in 2019 € 414 miljoen tegen € -101 miljoen in 2018.

In 2019 bedragen de bijdragen in geldmiddelen van de Groep € 308 miljoen, waarvan € 107 miljoen voor verplichte bijdragen aan fondsen, € 114 miljoen voor vrijwillige bijdragen en € 87 miljoen voor rechtstreeks uitgekeerde beloningen. De vrijwillige bijdragen werden uitgevoerd om de financieringsniveaus van het Rhodia Pension Fund in het Verenigd Koninkrijk te verbeteren.

De bijdragen in geldmiddelen bedroegen in 2018 € 196 miljoen, waarvan € 95 miljoen betrekking had op verplichte bijdragen aan fondsen en € 101 miljoen op rechtstreeks uitgekeerde beloningen.

Behoudens eventuele ingrijpende wijzigingen in het regelgevend kader (zie 'Risico in verband met de regelgeving' hierboven), zullen de verplichte bijdragen in geldmiddelen van de Groep in 2020 naar verwachting dalen tot ongeveer € 129 miljoen, en de vrijwillige bijdragen zullen naar verwachting € 435 miljoen bedragen (€ 380 miljoen in Frankrijk en € 55 miljoen in de Verenigde Staten). De verwachte daling van de verplichte bijdragen in 2020 zijn te wijten aan de maatregelen ondernomen door de Groep met betrekking tot het beheer van de financiering van de pensioenen.

Categorieën fondsbeleggingen

2019 2018
Aandelen 37% 36%
Obligaties 49% 57%
Vastgoed 0% 1%
Geldmiddelen en kasequivalenten 4% 2%
Afgeleide financiële instrumenten 6% 0%
Andere 4% 3%
Totaal 100% 100%

Wat de geïnvesteerde activa betreft, dient opgemerkt te worden dat deze activa geen directe beleggingen bevatten in aandelen van de Solvay Groep of in andere activa die in het bezit zijn van of gebruikt worden door Solvay. Dit wil niet zeggen dat er geen Solvay-aandelen kunnen opgenomen zijn in beleggingsfondsen en dergelijke.

Wijzigingen in actiefplafond

In € miljoen 2019 2018
Impact van de beperkingen van het actiefplafond bij aanvang periode 5 6
Wijzigingen van de impact van de beperkingen van het actiefplafond op herwaarderingen –1 –1
Impact van de beperkingen van het actiefplafond bij einde periode 4 5

Een aantal pensioenplannen binnen Solvay keert een lijfrente uit die periodiek wordt aangepast om het effect van de stijgende kosten voor levensonderhoud te beperken. Actuariële veronderstellingen gebruikt voor de bepaling van de verplichting

De veronderstelde salarisgroei wordt gebruikt om te bepalen wat het salaris aan het einde van de loopbaan zal zijn, aangezien de toegezegd-pensioenregelingen gebaseerd zijn op het laatste salaris van een medewerker. De invloed van inflatie en loonsverhogingen worden in deze veronderstelling meegenomen.

De veronderstelling wat pensioengroei betreft bepaalt de verwachte toekomstige aanpassingen voor deze lijfrente-uitkeringen. In het plan wordt gedefinieerd hoe deze lijfrente-uitkeringen worden aangepast en eventueel verbonden zijn aan inflatie. Veronderstellingen wat pensioengroei betreft zijn vooral van toepassing op de toegezegdpensioenregelingen in het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Duitsland.

Veronderstellingen van de inflatie worden apart weergegeven, aangezien schattingen wat salaris- en pensioengroei betreft meer variabelen bevatten dan inflatie.

Eurozone Verenigd Koninkrijk Verenigde Staten
In % 2019 2018 2019 2018 2019 2018
Disconteringsvoet 0,75 1,75 2,00 2,75 3,00 4,00
Verwachte toekomstige loonsverho
gingen
1,75 – 3,75 1,75 – 4,00 1,90 – 3,00 2,15 – 3,25 3,00 – 3,75 3,00 – 3,75
Inflatie 1,75 1,75 – 2,00 3,00 3,25 2,25 2,25
Verwachte toekomstige pensioenverho
gingen
0,00 – 1,75 0,00 – 2,00 2,85 3,10 NA NA

Actuariële veronderstellingen gebruikt voor de bepaling van de jaarlijkse kosten

Eurozone Verenigd Koninkrijk Verenigde Staten
In % 2019 2018 2019 2018 2019 2018
Disconteringsvoet 1,75 1,50 2,75 2,50 4,00 3,50
Verwachte toekomstige loonsverho
gingen
1,75 – 4,00 1,75 – 4,00 2,15 – 3,25 2,15 – 3,25 3,00 – 3,75 3,00 – 3,75
Inflatie 1,75 – 2,00 1,50 – 1,75 3,25 3,25 2,25 2,25
Verwachte toekomstige pensioenverho
gingen
0,00 – 2,00 0,00 – 1,75 3,10 3,10 NA NA

Actuariële veronderstellingen met betrekking tot de toekomstige levensverwachting zijn gebaseerd op landspecifieke sterftetabellen. Deze veronderstellingen komen per 1 januari 2019 bij pensionering aan 65 jaar neer op een gemiddelde levensverwachting in jaren van:

In jaar België Frankrijk Duitsland Verenigd
Koninkrijk
Verenigde
Staten
Pensioen aan het einde van het periode
Mannelijk 18 24 20 20 20
Vrouwelijk 21 28 24 23 22
Pensioen na 20 jaren na het einde van het periode
Mannelijk 18 27 23 21 21
Vrouwelijk 21 31 26 24 23

In de meeste landen geven de veronderstellingen met betrekking tot levensverwachting de ervaring van het plan en/of Solvay's verwachtingen in termen van toekomstige verbetering van de levensverwachting weer.

De actuariële veronderstellingen bij het bepalen van de verplichtingen inzake personeelsbeloningen per 31 december zijn gebaseerd op de volgende looptijden van de verplichtingen uit hoofde van personeelsbeloningen:

Eurozone Verenigd Koninkrijk Verenigde Staten
Looptijd in jaren 11,8 15,0 9,7

Sensitiviteit van de verplichtingen uit hoofde van toegezegd-pensioenregelingen

Elke sensitiviteit wordt berekend ervan uitgaande dat alle overige veronderstellingen gelijkblijven. Opgemerkt moet worden dat economische factoren en omstandigheden vaak tegelijkertijd van invloed zijn op verschillende veronderstellingen.

Sensitiviteitsanalyse voor verandering in het percentage van de disconteringsvoet:

In € miljoen 0,25% toename 0,25% afname
Eurozone –61 63
Verenigd Koninkrijk –60 63
Verenigde Staten –33 34
Andere landen –6 6
Totaal –160 166

Sensitiviteitsanalyse voor verandering in het percentage van het inflatieniveau:

In € miljoen 0,25% toename 0,25% afname
Eurozone 54 –53
Verenigd Koninkrijk 46 –45
Verenigde Staten
Andere landen 5 –4
Totaal 105 –102

Sensitiviteitsanalyse voor verandering in het percentage van de salarisgroei:

In € miljoen 0,25% toename 0,25% afname
Eurozone 13 –12
Verenigd Koninkrijk 3 –3
Verenigde Staten 1 –1
Andere landen 1 –1
Totaal 18 –17

Sensitiviteitsanalyse voor verandering met één jaar in de sterftetabellen - De tabel geeft de impacten weer wanneer de leeftijd van alle rechthebbenden met 1 jaar toe/afneemt:

In € miljoen +1 jaar toename –1 jaar afname
Eurozone –85 87
Verenigd Koninkrijk –68 69
Verenigde Staten –32 33
Andere landen –9 9
Totaal –194 198

F34.B. Voorzieningen andere dan voor de personeelsbeloningen

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Algemeen

Voorzieningen worden opgenomen indien (a) de Groep op balansdatum een huidige (wettelijke of feitelijke) verplichting heeft als gevolg van een gebeurtenis in het verleden, (b) het waarschijnlijk is dat de Groep deze verplichting zal moeten vereffenen, en (c) het bedrag van de verplichting op een betrouwbare manier kan geschat worden.

Het bedrag opgenomen als een voorziening is de beste schatting van de uitgave nodig om aan de bestaande verplichting te voldoen op het einde van de verslagperiode, rekening houdend met de risico's en onzekerheden verbonden aan de verplichting. Als het effect van de tijdswaarde van geld aanzienlijk is, is dit bedrag de contante waarde van de nodige kasstromen om deze verplichting af te wikkelen. Het effect van wijzigingen in de disconteringsvoet wordt in principe opgenomen in het financieel resultaat.

Indien sommige of alle economische voordelen die vereist zijn om een voorziening af te wikkelen naar verwachting op een derde partij zullen worden verhaald, dient een vordering te worden opgenomen als actief indien het vrijwel zeker is dat dit bedrag zal worden terugbetaald wanneer de Groep haar verplichting afwikkelt.

Verlieslatende contracten

Een verlieslatend contract is een contract waarbij de onvermijdelijke kosten die nodig zijn om de verplichtingen uit hoofde van het contract na te komen, hoger liggen dan de economische voordelen die naar verwachting uit het contract worden ontvangen. Huidige verplichtingen voortvloeiend uit verlieslatende contracten worden opgenomen en gewaardeerd als voorzieningen.

Herstructureringen

Een voorziening voor herstructurering wordt enkel opgenomen wanneer de Groep een gedetailleerd en formeel plan voor de herstructurering heeft ontwikkeld en bij de betrokkenen een geldige verwachting heeft gewekt dat zij de herstructurering zal doorvoeren door het plan te beginnen uitvoeren of door de belangrijke kenmerken ervan mee te delen aan de betrokkenen. Een voorziening voor herstructurering omvat enkel uitgaven die noodzakelijk zijn voor de herstructurering en geen verband houden met de lopende activiteiten van de entiteit.

Leefmilieuverplichtingen

Solvay analyseert tweemaal per jaar alle leefmilieurisico's en de daarmee verband houdende voorzieningen. Solvay waardeert deze voorzieningen op basis van haar kennis van de toepasselijke reglementeringen, de aard en de omvang van de vervuiling, de saneringstechnieken en andere beschikbare informatie. Beoordelingen van de leefmilieurisico's met betrekking tot PFAS (per- en polyfluoroalkyl substanties) zijn gebaseerd op de kennis van het management en in overeenstemming met de toepasselijke standaarden. Dit is ook consistent met onze vroegere praktijken en brede historische ervaring met andere leefmilieu-aangelegenheden.

Voorzieningen voor herstructurering

Deze voorzieningen bedragen € 99 miljoen, tegen € 185 miljoen eind 2018.

De voorzieningen op het einde van 2019 hebben voornamelijk betrekking op het vereenvoudigings- en transformatieprogramma van de Groep (€ 85 miljoen).

Milieuvoorzieningen

Deze voorzieningen bedroegen € 703 miljoen eind 2019, tegen € 691 miljoen eind 2018, en hebben betrekking op:

  • mijnen en booroperaties, voor zover de wetgeving en/of exploitatievergunningen in verband met mijnen en booroperaties in een verplichting tot schadevergoeding aan derden voorzien. Het merendeel van deze voorzieningen, die aangelegd worden op basis van lokale expertise, zullen naar verwachting binnen een periode van 1 tot 20 jaar aangewend worden en bedragen € 149 miljoen;
  • de ontmanteling van de laatste elektrolyse-activiteiten, die in 2019 zijn afgerond. De resterende voorzieningen die betrekking hadden op deze activiteiten zullen gebruikt worden voor de aanpak van bodem- en grondwaterverontreiniging, merendeels gedurende de komende 20 jaar;
  • kalkputten (bezinkingsvijvers die vooral verband houden met een natriumcarbonaatfabriek), stortplaatsen (eigen en van derden), verbonden aan verschillende industriële activiteiten. Deze voorzieningen hebben een tijdshorizon van 1 tot 20 jaar; en
  • verschillende soorten vervuiling (organisch en niet-organisch) als gevolg van diverse chemische producties: deze voorzieningen dekken voornamelijk beëindigde activiteiten of gesloten fabrieken. De meeste van deze voorzieningen hebben een tijdshorizon van 1 tot 20 jaar.

De geschatte bedragen worden verdisconteerd op basis van de waarschijnlijke afwikkelingsdatum, en worden regelmatig aangepast naargelang de tijd verstrijkt.

De opsplitsing van de voorzieningen aangaande leefmilieu voor de belangrijkste landen/regio's wordt hieronder weergegeven :

In € miljoen 2019 % 2018 %
Frankrijk 133 19% 137 20%
Duitsland 128 18% 126 18%
Rest van Europa 178 25% 176 25%
Noord-Amerika 154 22% 150 22%
Rest van de wereld 110 16% 101 15%
Totaal 703 100% 691 100%

Voorzieningen voor geschillen

Deze voorzieningen hebben betrekking op zowel indirecte belastings- als juridische geschillen. Deze bedragen € 80 miljoen eind 2019, tegen € 121 miljoen eind 2018. Het saldo op het einde van 2019 heeft betrekking op indirecte belastingrisico's (€ 13 miljoen) en juridische claims (€ 67 miljoen).

Als gevolg van de toepassing van IFRIC 23 Onzekerheid over fiscale behandelingen van inkomsten werd een bedrag van € 40 miljoen geherklasseerd van de voorzieningen naar de andere langlopende verplichtingen.

Overige voorzieningen

Deze voorzieningen hebben betrekking op de stopzetting of verkoop van activiteiten en bedragen € 135 miljoen, tegen € 168 miljoen op het einde van 2018.

TOELICHTING F35 Financiële instrumenten en beheer van financiële risico's

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Algemeen

Financiële activa en verplichtingen worden opgenomen enkel en alleen wanneer Solvay een partij wordt bij de contractuele bepalingen van het instrument.

De geamortiseerde kostprijs is het bedrag waartegen de financiële activa of verplichtingen bij initiële opname worden gewaardeerd, verminderd met de hoofdsomaflossingen en vermeerderd of verminderd met de volgens de effectieve-rentemethode bepaalde cumulatieve amortisatie van het eventuele verschil tussen dat initiële bedrag en het aflossingsbedrag, en, voor financiële activa, aangepast voor een eventuele voorziening voor verliezen. De effectieve rentevoet is de rente die de verwachte toekomstige geldbetalingen of -ontvangsten tijdens de verwachte looptijd van de financiële activa of verplichtingen exact verdisconteert tot de brutoboekwaarde van een financieel actief of de geamortiseerde kostprijs van een financiële verplichting. Bij de berekening van de effectieve rentevoet maakt de Groep een schatting van de verwachte kasstromen, waarbij rekening wordt gehouden met alle contractvoorwaarden van het financiële instrument (bijvoorbeeld een optie tot vervroegde aflossing en verlengings-, call- en vergelijkbare opties), maar niet met de te verwachten kredietverliezen. In de berekening worden alle door de contractpartijen betaalde of ontvangen provisies en vergoedingen opgenomen die integraal deel uitmaken van de effectieve rentevoet, alsmede transactiekosten en alle overige premies en kortingen.

Financiële activa

Handelsvorderingen worden bij initiële opname gewaardeerd tegen hun transactieprijs, wanneer ze geen significante financieringscomponent bevatten, wat het geval is voor bijna alle handelsvorderingen. Andere financiële activa worden aanvankelijk gewaardeerd tegen reële waarde vermeerderd met, in het geval van een financieel actief dat niet tegen reële waarde via de winst- en verliesrekening wordt gewaardeerd, transactiekosten die direct kunnen worden toegerekend aan de verwerving van het financiële actief.

Een financieel actief wordt geclassificeerd als vlottend, wanneer de verwachte kasstromen een looptijd hebben van minder dan een jaar.

Alle opgenomen financiële activa zullen vervolgens gewaardeerd worden tegen geamortiseerde kostprijs dan wel reële waarde, volgens IFRS 9 Financiële Instrumenten. Meer bepaald:

een schuldinstrument dat (i) wordt aangehouden binnen een bedrijfsmodel dat erop gericht is contractuele kasstromen te ontvangen en (ii) contractuele kasstromen heeft die uitsluitend aflossingen en rentebetalingen op het uitstaande hoofdsombedrag betreffen, wordt tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerd (exclusief afgeschreven bijzondere waardevermindering), tenzij het actief is aangewezen als gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening (FVTPL) onder de reële-waardeoptie;

  • een schuldinstrument dat (i) wordt aangehouden binnen een bedrijfsmodel waarvan het doel wordt bereikt door zowel contractuele kasstromen te ontvangen als financiële activa te verkopen en (ii) waarvan de contractvoorwaarden op bepaalde data aanleiding geven tot kasstromen die uitsluitend aflossingen en rentebetalingen op de uitstaande hoofdsom betreffen, wordt gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de andere elementen van het totaalresultaat (FVTOCI), tenzij het actief is aangewezen als gewaardeerd tegen FVTPL onder de reële-waardeoptie. Bij het niet langer opnemen worden de gecumuleerde winsten en verliezen die voorheen opgenomen zijn in de andere elementen van het totaalresultaat, geherklasseerd naar de winst- en verliesrekening;
  • alle overige schuldinstrumenten worden tegen FVTPL gewaardeerd;
  • alle eigen-vermogensinstrumenten worden tegen reële waarde gewaardeerd in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie, waarbij winsten en verliezen worden opgenomen in de winst- en verliesrekening, behalve als bij eerste opname de onherroepelijke keuze wordt gemaakt om het instrument tegen FVTOCI te waarderen met dividendopbrengsten opgenomen in winst of verlies voor een eigenvermogensinstrument die niet wordt aangehouden voor handelsdoeleinden of als voorwaardelijke vergoeding wordt opgenomen door een overnemende partij in een bedrijfscombinatie. Bij het niet langer opnemen worden de gecumuleerde winsten en verliezen, voorheen opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat, geherklasseerd naar ingehouden winsten.

Voor instrumenten die genoteerd zijn op een actieve markt stemt de reële waarde overeen met de marktprijs (niveau 1). Voor instrumenten die niet genoteerd zijn op een actieve markt wordt de reële waarde bepaald met behulp van waarderingstechnieken, met inbegrip van recente transacties tussen ter zake goed geïnformeerde, tot een transactie bereid zijnde partijen die onafhankelijk zijn of transacties met instrumenten die in grote mate gelijkaardig zijn (niveau 2); of met behulp van verdisconteerde kasstroomanalyses, met inbegrip van veronderstellingen die in grote mate consistent zijn met waarneembare marktgegevens (niveau 3). In beperkte omstandigheden kan de kostprijs van eigen-vermogensinstrument een passende schatting van de reële waarde vormen. Dit kan het geval zijn als er onvoldoende meer recente informatie beschikbaar is om de reële waarde te bepalen, of als er van een grote bandbreedte van mogelijke waarderingen tegen reële waarde sprake is en de kostprijs de beste schatting van de reële waarde binnen die bandbreedte vertegenwoordigt.

Bijzondere waardeverminderingen van financiële activa

Het bijzondere waardeverminderingsverlies van een financieel actief dat wordt gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs wordt berekend op basis van het model gebaseerd op de verwachte verliezen, dat het gewogen gemiddelde vertegenwoordigt van kredietverliezen met de respectievelijke risico's van een wanbetaling als wegingsfactoren. Verwachte kredietverliezen zijn gebaseerd op het verschil tussen de contractuele kasstromen verschuldigd conform het contract, en alle kasstromen die de Groep verwacht te ontvangen, verdisconteerd op basis van een redelijke benadering van de originele effectieve rentevoet.

Voor handelsvorderingen die geen aanzienlijk financieringsgedeelte bevatten (d.w.z. vrijwel alle handelsvorderingen), wordt de voorziening voor verliezen gewaardeerd tegen een bedrag dat gelijk is aan de tijdens de looptijd te verwachten kredietverliezen. Dit zijn de verwachte kredietverliezen die voortvloeien uit alle eventuele wanbetalingen gedurende de verwachte levensduur van deze handelsvorderingen, aan de hand van een voorzieningenmatrix die rekening houdt met historische informatie over wanbetalingen aangepast voor toekomstgerichte informatie per klant. De Groep beschouwt een financieel actief in wanbetaling wanneer de contractuele betalingen 60 dagen achterstallig zijn. Niettemin beschouwt de Groep een financieel actief evenzeer in wanbetaling wanneer interne of externe informatie aangeeft dat het onwaarschijnlijk is dat de Groep de uitstaande contractuele bedragen volledig zal ontvangen, vóór het in acht nemen van enige kredietbescherming aangehouden door de Groep. Een financieel actief wordt volledig afgewaardeerd wanneer er geen redelijke verwachting is om de contractuele kasstromen te realiseren.

Bijzondere waardeverminderingsverliezen worden opgenomen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening, met uitzondering van schuldinstrumenten die tegen reële waarde worden opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat. In dat geval wordt de voorziening opgenomen in andere elementen van het totaalresultaat.

Financiële verplichtingen

Financiële verplichtingen worden aanvankelijk gewaardeerd tegen reële waarde verminderd met, in het geval van een financiële verplichting die niet tegen reële waarde via de winst- en verliesrekening wordt gewaardeerd, transactiekosten die direct kunnen worden toegerekend aan de uitgifte van de financiële verplichting. Deze worden na eerste opname tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerd, uitgezonderd:

  • financiële verplichtingen gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in winst of verlies. Dergelijke verplichtingen, waaronder derivaten die verplichtingen zijn, moeten tegen reële waarde worden gewaardeerd;
  • financiële-garantiecontracten. Na eerste opname worden garanties gewaardeerd tegen het hoogste van de verwachte verliezen en het oorspronkelijk opgenomen bedrag.

Afgeleide financiële instrumenten

Een afgeleid financieel instrument is een financieel instrument of een ander contract dat binnen het toepassingsgebied van IFRS 9 Financiële Instrumentenvalt en dat de volgende drie kenmerken bezit:

de waarde ervan verandert als gevolg van veranderingen in een bepaalde rente, prijs van een financieel instrument, commodityprijs, wisselkoers, index van prijzen of rentevoeten, creditrating, kredietwaardigheidsindex, of andere variabele, mits, in geval van een niet-financiële variabele, de variabele niet specifiek voor een contractpartij is (soms 'de onderliggende waarde' genoemd);

  • er is geen nettoaanvangsinvestering benodigd of een geringe nettoaanvangsinvestering in verhouding tot andere soorten contracten die naar verwachting op vergelijkbare wijze op veranderingen in marktfactoren reageren;
  • het wordt op een tijdstip in de toekomst afgewikkeld.

De Groep gebruikt verscheidene afgeleide financiële instrumenten (termijncontracten, futures, collars, opties en swaps) om haar blootstelling aan rente-, wisselkoers- en grondstoffenrisico's (hoofdzakelijk prijsrisico's voor nutsvoorzieningen en CO2-emissierechten) te beheren.

Zoals eerder uitgelegd, worden afgeleide financiële instrumenten initieel gewaardeerd tegen reële waarde op het moment van aangaan van het afgeleide contract en worden na initiële opname geherwaardeerd tegen reële waarde op het einde van elke verslagperiode. De resulterende winst of het verlies wordt opgenomen in de winst- en verliesrekening, tenzij het afgeleid product als effectief afdekkingsinstrument aangemerkt werd. De Groep heeft bepaalde afgeleide financiële instrumenten aangemerkt als afdekkingsinstrumenten om het risico op schommelingen in de kasstromen af te dekken van een opgenomen actief of verplichting, of voor een erg waarschijnlijke transactie die gevolgen kan hebben voor de winst of het verlies (kasstroomafdekkingen).

Een afgeleid financieel instrument met een positieve reële waarde wordt opgenomen als een financieel actief, terwijl een afgeleid financieel instrument met negatieve reële waarde als een financiële verplichting wordt opgenomen. Afgeleide financiële instrumenten (of onderdelen daarvan) worden gepresenteerd als langlopende activa of verplichtingen indien de resterende looptijd van de onderliggende afwikkelingen meer dan twaalf maanden na de verslagperiode valt. De overige derivaten (of een deel ervan) worden gepresenteerd als vlottende activa of kortlopende verplichtingen.

Afdekking (hedge accounting)

De Groep merkt bepaalde derivaten en in contracten besloten derivaten met betrekking tot de risico's wat rente, wisselkoers, aandelenkoers van Solvay en grondstofprijzen (hoofdzakelijk prijsrisico's voor nutsvoorzieningen en CO2-emissierechten) betreft, aan als afdekkingsinstrumenten in een kasstroomafdekkingsrelatie.

Bij het aangaan van de afdekkingsrelatie worden de afdekkingsrelatie alsmede de risicobeheerdoelstelling en -strategie van de Groep formeel aangewezen en gedocumenteerd. Om hedge accounting toe te passen: (a) is er sprake van een economische relatie tussen de afgedekte positie en het afdekkingsinstrument, (b) zijn de waardeveranderingen die uit deze economische relatie voortvloeien niet hoofdzakelijk terug te voeren op het effect van het kredietrisico, en (c) is de afdekkingsverhouding van de afdekkingsrelatie gelijk aan die welke resulteert uit de hoeveelheid van de afgedekte positie die de onderneming werkelijk afdekt, en de hoeveelheid van het afdekkingsinstrument waarvan de Groep daadwerkelijk gebruikmaakt om die hoeveelheid van de afgedekte positie af te dekken.

De vereiste onder (a) hierboven dat er een economische relatie is, betekent dat er een verwachting is dat de waarde van het afdekkingsinstrument en de waarde van de afgedekte positie stelselmatig in de tegengestelde richting veranderen in reactie op mutaties in ofwel dezelfde onderliggende waarde ofwel onderliggende waarden waartussen een zodanige economische relatie bestaat dat zij op dezelfde wijze reageren op het afgedekte risico.

Kasstroomafdekkingen

Het effectieve gedeelte van de wijzigingen in de reële waarde van afdekkingsinstrumenten aangemerkt voor kasstroomafdekking, wordt opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat.

De winst of het verlies van het niet-effectieve gedeelte wordt onmiddellijk opgenomen in de winst- en verliesrekening.

Zolang de kasstroomafdekking zich daarvoor kwalificeert, wordt de afdekkingsrelatie als volgt verwerkt:

a. De afzonderlijke, met de afgedekte positie samenhangende eigenvermogenscomponent (kasstroomafdekkingsreserve) wordt aangepast naar de laagste van de volgende waarden (in absolute bedragen):

i) de cumulatieve winst of het cumulatieve verlies op het afdekkingsinstrument vanaf afsluiting van de afdekkingstransactie; en ii) de cumulatieve verandering in de reële waarde (contante waarde) van de afgedekte positie (dat wil zeggen de contante waarde van de cumulatieve verandering in de afgedekte verwachte toekomstige kasstromen) vanaf afsluiting van de afdekkingstransactie.

  • b. Het deel van de winst of het verlies op het afdekkingsinstrument waarvan is vastgesteld dat het een effectieve afdekking is (dat wil zeggen het deel dat door de overeenkomstig punt (a) berekende verandering in de kasstroomafdekkingsreserve is gecompenseerd), wordt in de andere elementen van het totaalresultaat opgenomen.
  • c. Een eventueel resterende winst of resterend verlies op het afdekkingsinstrument (of de eventueel benodigde winst of het eventueel benodigde verlies om de overeenkomstig punt (a) berekende verandering in de kasstroomafdekkingsreserve te compenseren) is de afdekkingsineffectiviteit die in winst of verlies wordt opgenomen

d. Het bedrag dat overeenkomstig punt (a) in de kasstroomafdekkingsreserve wordt geaccumuleerd, wordt als volgt administratief verwerkt:

i) indien een afgedekte verwachte toekomstige transactie tot de opname van een niet-financieel actief of niet-financiële verplichting leidt, dan verwijdert de Groep dat bedrag uit de kasstroomafdekkingsreserve en neemt het direct op in de eerste kostprijs of andere boekwaarde van het actief of de verplichting. Dit is geen herclassificatieaanpassing en is dus niet van invloed op de andere elementen van het totaalresultaat;

ii) voor iedere andere kasstroomafdekking dan die welke onder (i) valt, wordt dat bedrag als een herclassificatieaanpassing van de kasstroomafdekkingsreserve naar de winst of het verlies overgeboekt in dezelfde periode(n) waarin de afgedekte verwachte toekomstige kasstromen de winst of het verlies beïnvloeden (bijvoorbeeld in de perioden waarin rentebaten of rentelasten zijn opgenomen of wanneer een verwachte verkoop werkelijk plaatsvindt);

iii) indien dat bedrag echter een verlies is en de Groep verwacht dat dit verlies in zijn geheel of voor een deel in één of meer toekomstige perioden niet realiseerbaar zal zijn, dan wordt het naar verwachting niet-realiseerbare bedrag onmiddellijk als een herclassificatieaanpassing naar de winsten verliesrekening overgeboekt.

Het merendeel van de afgedekte posities is transactiegerelateerd. De tijdswaarde van opties, termijnelementen van termijncontracten, en valutabasisspreads van financiële instrumenten die de posities afdekken beïnvloeden de winst of het verlies op hetzelfde moment als deze afgedekte posities.

Hedge accounting wordt beëindigd op prospectieve basis wanneer de afdekkingsrelatie (of een deel van een afdekkingsrelatie) niet meer aan de criteria voldoet (in voorkomend geval, nadat met herbalancering van de afdekkingsrelatie rekening werd gehouden). Het betreft onder meer gevallen waarin het afdekkingsinstrument afloopt of wordt verkocht, beëindigd of uitgeoefend.

Wanneer de Groep hedge accounting voor een kasstroomafdekking beëindigt, dan moet hij het bedrag dat in de kasstroomafdekkingsreserve is geaccumuleerd, als volgt administratief verwerken:

  • indien wordt verwacht dat de afgedekte toekomstige kasstromen nog wel kunnen plaatsvinden, dan blijft dat bedrag in de kasstroomafdekkingsreserve opgenomen totdat de toekomstige kasstromen plaatsvinden. Indien dat bedrag echter een verlies is en de Groep verwacht dat dit verlies in zijn geheel of voor een deel in één of meer toekomstige perioden niet realiseerbaar zal zijn, dan wordt het naar verwachting niet-realiseerbare bedrag onmiddellijk als een herclassificatieaanpassing naar de winst of het verlies overgeboekt;
  • indien wordt verwacht dat de afgedekte toekomstige kasstromen niet meer zullen plaatsvinden, dan moet dat bedrag onmiddellijk als een herclassificatieaanpassing van de kasstroomafdekkingsreserve naar de winst of het verlies worden overgeboekt. Een afgedekte toekomstige kasstroom die niet langer zeer waarschijnlijk zal plaatsvinden, kan nog wel naar verwachting plaatsvinden.

De volgende tabel geeft de financiële instrumenten weer per categorie, opgesplitst in vlottende/kortlopende en vaste/langlopende activa en verplichtingen.

2019 2018
In € miljoen Classificatie Boekwaarde Boekwaarde
Vaste activa – Financiële instrumenten 322 328
Eigen-vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële
waarde via andere elementen van het totaalresultaat
Financiële activa gewaardeerd aan reële waarde via
andere elementen van het totaalresultaat
56 51
Leningen en overige vaste activa (behalve overschotten
van het pensioenfonds)
Financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde
kostprijs
266 277
Vlottende activa – Financiële instrumenten 2.509 2.801
Financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde
Handelsvorderingen kostprijs 1.414 1.434
Overige financiële instrumenten 119 101
Andere verhandelbare effecten > 3 maanden Financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde
kostprijs
44 68
Valutaswaps Aangehouden voor handelsdoeleinden 3 1
Overige vlottende financiële activa Financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde
kostprijs
72 32
Financiële instrumenten – Operationeel 167 162
Aangehouden voor handelsdoeleinden Aangehouden voor handelsdoeleinden 142 151
Afgeleide financiële instrumenten gedocumenteerd
in kasstroomafdekkingen Kasstroomafdekkingen 25 12
Financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde
Geldmiddelen en kasequivalenten kostprijs 809 1.103
Totaal activa – Financiële instrumenten 2.830 3.128
Langlopende verplichtingen – Financiële instru
menten 3.541 3.301
Financiële schulden 3.382 3.180
Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamorti
Obligatieleningen seerde kostprijs 2.859 2.937
Andere langlopende schulden Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamorti
seerde kostprijs
155 208
Financiële leaseverplichtingen IAS 17 – Langlopende Financiële leaseverplichtingen gewaardeerd aan
geamortiseerde kostprijs
35
Leaseverplichtingen IFRS 16 – Langlopende Leaseverplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde
kostprijs
368
Overige verplichtingen Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamorti
seerde kostprijs
159 121
Kortlopende verplichtingen – Financiële instru
menten 2.756 2.416
Financiële schulden 1.132 630
Financiële schulden op korte termijn (behalve finan
ciële leaseverplichtingen IAS 17)
Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamorti
seerde kostprijs
1.022 616
Valutaswaps Aangehouden voor handelsdoeleinden 8 12
Financiële leaseverplichtingen IAS 17 – Kortlopende Financiële leaseverplichtingen gewaardeerd aan
geamortiseerde kostprijs
1
Leaseverplichtingen IFRS 16 – Kortlopende Leaseverplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde
kostprijs
102
Handelsschulden Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamorti
seerde kostprijs
1.277 1.439
Financiële instrumenten – Operationeel 187 194
Aangehouden voor handelsdoeleinden Aangehouden voor handelsdoeleinden 135 151
Afgeleide financiële instrumenten gedocumenteerd
in kasstroomafdekkingen Kasstroomafdekkingen 52 43
Te betalen dividenden Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamorti
seerde kostprijs
161 154
Totaal financiële verplichtingen – Financiële instru
menten
6.297 5.717

F35.A. Overzicht van de financiële instrumenten

De volgende tabel geeft een overzicht van de boekwaarden van alle financiële instrumenten volgens waarderingscategorie zoals gedefinieerd door IFRS 9 Financiële instrumenten.

2019 2018
In € miljoen Boekwaarde Boekwaarde
Reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening
Aangehouden voor handelsdoeleinden (financiële instrumenten – operationeel – zie toelichting F29) 142 151
Afgeleide financiële instrumenten gedocumenteerd in kasstroomafdekkingen (zie toelichting F29) 25 12
Financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs
Financiële activa gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs (inclusief geldmiddelen en kasequivalenten,
handelsvorderingen, leningen en andere kortlopende/langlopende activa, behalve de overschotten van
het pensioenfonds)
2.605 2.914
Financiële activa gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat
Eigen-vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via andere elementen van het totaalre
sultaat
56 51
Totaal financiële activa 2.830 3.128
Reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening
Aangehouden voor handelsdoeleinden (financiële instrumenten – operationeel – zie toelichting F37) –135 –151
Aangehouden voor handelsdoeleinden (financiële schuld – zie toelichting F36, tabel veranderingen in de
financiële schuld)
–8 –12
Afgeleide financiële instrumenten gedocumenteerd in kasstroomafdekkingen (zie toelichting F37) –52 –43
Financiële verplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs
Financiële verplichtingen gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs (exclusief te betalen dividenden) –5.469 –5.321
Te betalen dividenden –161 –154
Leaseverplichtingen gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs
Leaseverplichtingen IFRS 16 gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs –470
Financiële leaseverplichtingen IAS 17 (zie toelichting F36, tabel Veranderingen in de financiële schuld) –36
Totaal financiële en leaseverplichtingen –6.296 –5.717

De categorie 'Aangehouden voor handelsdoeleinden' omvat enkel afgeleide financiële instrumenten die gebruikt worden voor het beheer van valuta- en renterisico, prijsrisico's in verband met nutsvoorzieningen en CO2-emissierechten, index en de koers van het aandeel Solvay. Contracten die gedocumenteerd zijn als afdekkingsinstrumenten (hedge accounting conform IFRS 9 Financiële instrumenten) of die aan de vrijstellingscriteria voor own use voldoen, zijn niet opgenomen in de categorie 'Aangehouden voor handelsdoeleinden". Eigen-vermogensinstrumenten gewaardeerd tegen reële waarde via andere elementen van het totaalresultaat

hebben betrekking op Solvay's New Business Development ('NBD') activiteit: de Groep heeft een Corporate Venturing portefeuille samengesteld met rechtstreekse deelnemingen in start-ups en investeringen in risicokapitaalfondsen. Wanneer de Groep geen invloed van betekenis of gezamenlijke zeggenschap heeft, dan worden de investeringen gewaardeerd tegen reële waarde volgens de waarderingsrichtlijnen gepubliceerd door de European Private Equity and Venture Capital Association, en de invloed daarvan wordt opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat.

F35.B. Reële waarde van financiële instrumenten

Waarderingstechnieken en veronderstellingen gebruikt voor de waardering van de reële waarde

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Genoteerde marktprijzen zijn beschikbaar voor financiële activa en financiële verplichtingen met standaardbepalingen en -voorwaarden die verhandeld worden op actieve markten. De reële waarden van afgeleide financiële instrumenten zijn gelijk aan hun genoteerde prijzen (indien beschikbaar). Als dergelijke marktprijzen niet beschikbaar zijn, wordt de reële waarde van de financiële instrumenten bepaald op basis van een verdisconteerde kasstroomanalyse met gebruik van de toepasselijke rendementscurven die afgeleid zijn van genoteerde rentevoeten met gelijkaardige looptijden of de contracten voor niet-optionele afgeleide financiële instrumenten. De reële waarde van optionele afgeleide financiële instrumenten wordt bepaald op basis van optiewaarderingsmodellen, met inachtneming van contante waarde van de verwachte risicogewogen toekomstige rendementen aan de hand van formules op basis van marktreferenties.

De reële waarden van andere financiële activa en verplichtingen worden bepaald in overeenstemming met de algemeen aanvaarde waarderingsmodellen op basis van verdisconteerde kasstroomanalyses.

Reële waarde van financiële instrumenten gewaardeerd tegen hun geamortiseerde kostprijs

2019 2018 Niveau van reële
In € miljoen Boekwaarde Reële waarde Boekwaarde Reële waarde waarde
Vaste activa – Financiële
instrumenten
266 266 277 277
Leningen en overige vaste
activa (behalve
overschotten van het pensi
oenfonds)
266 266 277 277 2
Langlopende verplich
tingen – Financiële instru
menten
–3.173 –3.364 –3.301 –3.396
Obligatieleningen –2.859 –3.050 –2.937 –3.032 1
Andere langlopende
schulden
–155 –155 –208 –208 2
Overige verplichtingen –159 –159 –121 –121 2
Financiële leaseverplich
tingen IAS 17 – Langlo
pende
–35 –35 2

De boekwaarde van de vlottende/kortlopende financiële activa en verplichtingen wordt geacht de reële waarde te benaderen gezien de korte looptijden.

Financiële instrumenten gewaardeerd tegen reële waarde in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie

De tabel "Financiële instrumenten gewaardeerd tegen reële waarde in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie" geeft een analyse van financiële instrumenten die na initiële opname gewaardeerd worden tegen reële waarde, gegroepeerd in niveaus 1 tot 3 volgens de mate waarin de reële waarde observeerbaar is. Financiële instrumenten, geklasseerd als aangehouden voor handelsdoeleinden en als afdekkingsinstrumenten in kasstroomafdekkingen zijn voornamelijk gegroepeerd in niveaus 1 en 2. De reële waarde daarvan wordt bepaald op basis van forward pricing- en swapmodellen, gebruikmakend van een berekening van de contante waarde. Deze modellen bevatten verschillende inputs, waaronder spot valutakoersen en interestvoeten van de respectievelijke valuta, valutabasisspreads tussen de respectievelijke valuta, rentecurves en toekomstige rentecurves van de onderliggende grondstof. Eigenvermogensinstrumenten gewaardeerd tegen reële waarde via de andere elementen van het totaalresultaat vallen in niveau 3 en worden gewaardeerd op basis van een verdisconteerde-kasstroomanalyse.

Conform de interne regels van de Groep ligt de verantwoordelijkheid voor de waardering tegen reële waarde bij (a) de thesaurieafdeling voor de afgeleide financiële instrumenten die niet verbonden zijn aan nutsvoorzieningen en de niet-afgeleide financiële verplichtingen, (b) de afdeling Sustainable Development & Energy voor de afgeleide financiële instrumenten verbonden aan nutsvoorzieningen en (c) de afdeling Financiën voor niet-afgeleide financiële activa.

Financiële instrumenten gewaardeerd tegen reële waarde in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie

2019
In € miljoen Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal
Aangehouden voor handelsdoeleinden 77 67 145
Valutarisico 6 6
Nutsvoorzieningsrisico 76 59 135
CO2 risico 2 2
Solvay aandelenkoers 2 2
Index 1 1
Kasstroomafdekkingen 25 25
Valutarisico 7 7
Nutsvoorzieningsrisico 18 18
Eigen vermogensinstrumenten gewaar
deerd aan reële waarde via andere
elementen van het totaalresultaat
56 56
New Business Development 56 56
Totaal (activa) 77 92 56 225
Aangehouden voor handelsdoeleinden –72 –72 –144
Valutarisico –7 –7
Renterisico –3 –3
Nutsvoorzieningsrisico –71 –56 –127
CO2 risico –1 –2
Solvay aandelenkoers –4 –4
Index –1 –1
Kasstroomafdekkingen –51 –51
Valutarisico –6 –6
Nutsvoorzieningsrisico –46 –46
Totaal (verplichtingen) –72 –124 –195

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 JAARREKENING

2018
In € miljoen Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal
Aangehouden voor handelsdoeleinden 63 89 152
Valutarisico 3 3
Nutsvoorzieningsrisico 39 82 121
CO2 risico 24 24
Solvay aandelenkoers 1 1
Index 3 3
Kasstroomafdekkingen 12 12
Valutarisico 5 5
Nutsvoorzieningsrisico 6 6
CO2 risico 1 1
Solvay aandelenkoers
Eigen vermogensinstrumenten gewaar
deerd aan reële waarde via andere
elementen van het totaalresultaat 51 51
New Business Development 51 51
Overige vlottende vorderingen – financiële
instrumenten (Geldmarktfondsen)
Geldmiddelen en kasequivalenten
Aandelen
Totaal (activa) 63 100 51 215
Aangehouden voor handelsdoeleinden –70 –93 –163
Valutarisico –11 –11
Renterisico –4 –4
Nutsvoorzieningsrisico –47 –67 –114
CO2 risico –23 –3 –26
Solvay aandelenkoers –6 –6
Index –3 –3
Kasstroomafdekkingen –43 –43
Valutarisico –15 –15
Nutsvoorzieningsrisico –18 –18
CO2 risico –2 –2
Solvay aandelenkoers –7 –7
Totaal (verplichtingen) –70 –136 –206

Mutaties van de periode

Aansluiting van de financiële activa en verplichtingen gewaardeerd volgens niveau 3

2019
Tegen reële waarde
met waarde
veranderingen in de
winst- en verlies
rekeningen
Aan reële waarde via
andere elementen
van het totaal
resultaat
In € miljoen Afgeleide financiële
instrumenten
Eigen- vermogens
instrumenten
Totaal
Openingssaldo op 1 januari 51 51
Totale winsten of verliezen
Opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat 3 3
Verwervingen 5 5
Kapitaalverminderingen –4 –4
Eindsaldo op 31 december 56 56
2018
Tegen reële waarde
met waarde
veranderingen in de
winst- en verlies
rekeningen
Aan reële waarde via
andere elementen van
het totaalresultaat
Afgeleide financiële Eigen- vermogens
In € miljoen instrumenten instrumenten Totaal
Openingssaldo op 1 januari 44 44
Totale winsten of verliezen
Opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat 3 3
Verwervingen 9 9
Kapitaalverminderingen –5 –5
Eindsaldo op 31 december 51 51

Opbrengsten en kosten van financiële instrumenten opgenomen in de winst -en verliesrekening en in de andere elementen van het totaalresultaat

In € miljoen 2019 2018
Opgenomen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening
Reclassificatie van andere elementen van het totaalresultaat betreffende afgeleide financiële instrumenten
aangewezen als kasstroomafdekkingen
Valutarisico –28 –12
Nutsvoorzieningsrisico –31 –3
CO2 risico 1
Wijzigingen in de reële waarde van financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden
Nutsvoorzieningenrisico –14 20
CO2 risico 11 5
Opgenomen in de brutowinst –61 11
Wijzigingen in de reële waarde van financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden
Solvay-aandelenkoers 5 –13
Winsten en verliezen (tijdswaarde) op afgeleide financiële instrumenten aangewezen als kasstroomafdek
kingen
Valutarisico 1 3
Operationele wisselkoerswinsten of -verliezen –4
Opgenomen in de overige operationele winsten en verliezen 7 –14
Netto rentelasten –102 –117
Rentelasten op leaseverplichtingen –23
Overige financieringswinsten en -verliezen (exclusief winsten en verliezen betreffende elementen die geen
verband houden met financiële instrumenten)
Valutarisico –9 –2
Rente element van swaps 12 5
Anderen –14 1
Opgenomen in de financieringskosten –135 –114
Dividenden van eigen-vermogensinstrumenten gewaardeerd aan reële waarde via het totaalresultaat 4
Totaal opgenomen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening –187 –117

Het verlies op zeer waarschijnlijke verkopen in vreemde valuta opgenomen in de brutowinst van € -28 miljoen en op instrumenten m.b.t. nutsvoorzieningen voor € -31 miljoen, voornamelijk uit de aankoop van gas, is het resultaat van het herklasseren van winsten en verliezen van afgeleide financiële instrumenten aangewezen als kasstroomafdekking.

De wijziging in de reële waarde van financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden resulterend in een verlies van € -14 miljoen en opgenomen in de brutowinst is vooral toe te schrijven aan de prijsdalingen van gas en elektriciteit in 2019. De winst van € 5 miljoen, opgenomen in overige operationele winsten en verliezen is het gevolg van de verandering in de reële waarde van equity swaps voor langetermijnvergoedingen.

De toename in overige financieringswinsten en -verliezen van € -1 miljoen in 2018 tot € -14 miljoen in 2019 is voornamelijk toe te schrijven aan de eenmalige kosten van € -12 miljoen voor de vervroegde aflossing van de US\$ 800 miljoen senior US\$ obligaties van Solvay Finance America LLC.

Opbrengsten en kosten van financiële instrumenten opgenomen in de andere elementen van het totaalresultaat omvatten het volgende:

Valutarisico Renterisico Grondstoffenrisico Solvay-aandelenkoers
risico
Totaal
In € miljoen 2019 2018 2019 2018 2019 2018 2019 2018 2019 2018
Saldo op 1 januari –12 15 –1 –13 –2 –7 3 –32 15
Reclassificatie van andere
elementen van het totaalre
sultaat betreffende
afgeleide financiële instru
menten aangewezen als
kasstroomafdekkingen
28 12 31 2 59 14
Effectieve deel van de wijzi
gingen in de reële waarde
van kasstroomafdekkingen
–15 –38 1 –45 –14 7 –9 –53 –61
Saldo op 31 december 1 –12 –28 –13 –7 –27 –32

F35.C. Kapitaalbeheer

Zie 2 Kapitaal, aandelen en aandeelhouders inzake kapitaal in de Verklaring inzake deugdelijk bestuur in dit verslag.

De Groep beheert haar financieringsstructuur met als doel de continuïteit van het bedrijf veilig te stellen, het aandeelhoudersrendement te optimaliseren, een investment grade-kredietwaardigheid te handhaven en de schuldenlasten zo laag mogelijk te houden.

De kapitaalstructuur van de Groep bestaat uit eigen vermogen (inclusief eeuwigdurende hybride obligaties (zie toelichting F31 Eigen vermogen) en uit een nettoschuld (zie toelichting F36 Nettoschuld). Eeuwigdurende hybride obligaties worden in de onderliggende indicatoren van de Groep niettemin beschouwd als een schuld.

Behalve de wettelijk voorgeschreven minimale financieringsvereisten die van toepassing zijn op de dochterondernemingen van het bedrijf in verschillende landen, is Solvay niet onderhevig aan extra wettelijke kapitaalvereisten.

De thesaurieafdeling bewaakt de kapitaalstructuur op continue basis onder het gezag en het toezicht van de Chief Financial Officer. Waar nodig wordt de juridische afdeling betrokken om naleving van juridische en contractuele bepalingen te waarborgen.

F35.D. Beheer van financiële risico's

De Groep is blootgesteld aan marktrisico's als gevolg van bewegingen in wisselkoersen, rentevoeten en andere marktprijzen (prijzen van nutsvoorzieningen, CO2-emissierechten en aandelenkoersen). Het hoger kader van de Groep houdt toezicht op het beheer van deze risico's en wordt daarbij ondersteund door de thesaurieafdeling (risico's die geen betrekking hebben op grondstoffen) en de afdeling Sustainable Development & Energy van Solvay, die adviseren over financiële risico's en de juiste manier van beheersing van de financiële risico's van de Groep. Beide afdelingen verzekeren het hoger kader van de Groep dat de financiële risico-activiteiten beheerd worden met de juiste beleidsmaatregelen en procedures en dat financiële risico's worden geïdentificeerd, vastgesteld en beheerd overeenkomstig de beleidsmaatregelen en risicodoelstellingen van de Groep. De Solvay Groep gebruikt afgeleide financiële instrumenten om zich in te dekken tegen duidelijk geïdentificeerde risico's op het gebied van valuta, rente, index, prijzen van nutsvoorzieningen, en CO2-emissierechten (afdekkingsinstrumenten). Alle afgeleide activiteiten voor risicobeheerdoelstellingen worden uitgevoerd door gespecialiseerde teams met de juiste vaardigheden, ervaringen en supervisie. Toch zijn niet altijd de vereiste voorwaarden vervuld om hedge accounting te kunnen toepassen.

Verder is de Groep eveneens blootgesteld aan liquiditeits- en kredietrisico's.

Het merendeel van de afgeleide afdekkingsinstrumenten gehouden door de Groep hebben een looptijd van minder dan een jaar.

Valutarisico

De Groep is een multigespecialiseerd chemisch bedrijf met activiteiten wereldwijd, en verricht derhalve transacties uitgedrukt in vreemde valuta. Als gevolg daarvan is de Groep blootgesteld aan wisselkoersfluctuaties. In 2019 ging het daarbij vooral om de Amerikaanse dollar, de Chinese renminbi, de Braziliaanse real, de Mexicaanse peso en de Japanse yen.

Om het valutarisico te beperken heeft de Groep een beleid voor afdekking ontwikkeld gebaseerd op de volgende principes: financiering van activiteiten in lokale valuta en de afdekking van transactionele valutarisico's op het moment van facturering (zekere risico). Activiteiten in vreemde valuta worden door de Groep voortdurend bewaakt, en waar nodig wordt de blootstelling aan wisselkoersen van verwachte kasstromen afgedekt (zeer waarschijnlijke risico).

De blootstelling aan wisselkoersen wordt beheerd binnen goedgekeurde beleidsparameters door gebruik te maken van termijncontracten of, waar nodig, andere afgeleide financiële instrumenten zoals opties.

In de loop van 2019 is de wisselkoers EUR/USD geëvolueerd van 1,1455 begin januari tot 1,1231 op het einde van december. In de loop van 2018 was de wisselkoers EUR/USD geëvolueerd van 1,1995 begin januari tot 1,1455 op het einde van december.

Op basis van de contributie van de Amerikaans dollar aan de EBITDA van de Groep per 31 december 2019 zou een wijziging met -0,10 van de EUR/USD wisselkoers een wijziging van de EBITDA met ongeveer € 125 miljoen (€ 120 miljoen in 2018) met zich meebrengen, waarvan 2/3 betrekking heeft op de omrekening en 1/3 op transacties, waarbij het laatste grotendeels wordt afgedekt.

Eind 2019 zou de opwaardering van de dollar ten opzichte van de euro voor een stijging van de nettoschuld zorgen met ongeveer € 100 miljoen per \$ 0,10 fluctuatie t.o.v. de euro. Een daling van de dollar ten opzichte van de euro zou zorgen voor een afname van de nettoschuld met ongeveer € 84 miljoen per \$ 0,10 fluctuatie t.o.v. de euro.

Eind 2018 zou de opwaardering van de dollar ten opzichte van de euro voor een stijging van de nettoschuld zorgen met ongeveer € 129 miljoen per \$ 0,10 fluctuatie t.o.v. de euro. Een daling van de dollar ten opzichte van de euro zou zorgen voor een afname van de nettoschuld met ongeveer € 108 miljoen per \$ 0,10 fluctuatie t.o.v. de euro.

Het valutarisico van de Groep kan opgedeeld worden in twee categorieën: omrekeningrisico en transactierisico.

Omrekeningsrisico

Het omrekeningsrisico is het risico dat de geconsolideerde jaarrekening van de Groep beïnvloedt en dat verbonden is met deelnemingen die activiteiten hebben in valuta andere dan de euro (rapporteringsvaluta van de Groep).

Gedurende 2018 en 2019 heeft de Groep het valutarisico van buitenlandse activiteiten niet afgedekt.

Transactierisico

Het transactierisico is het valutarisico in verband met een specifieke transactie, zoals de aan- of verkoop door een entiteit van de Groep in een andere valuta dan zijn functionele valuta.

Voor zover mogelijk beheert de Groep het transactierisico op vorderingen en leningen centraal en, als dit niet mogelijk is, op lokaal niveau.

De keuze van de valuta waarin de lening wordt aangegaan hangt vooral af van de kansen die de diverse geldmarkten bieden. Dit betekent dat de gekozen valuta niet per se dezelfde is als die van het land waar de fondsen zullen worden geïnvesteerd. Niettemin worden de operationele entiteiten doorgaans in de functionele valuta gefinancierd.

In de opkomende landen is het niet altijd mogelijk op de lokale financiële markten geld te lenen in de valuta van het land, ofwel omdat deze markten te krap zijn en er geen fondsen beschikbaar zijn, ofwel omdat de financiële voorwaarden ongunstig zijn. In zo'n geval moet de Groep ontlenen in een andere valuta. De Groep overweegt niettemin mogelijkheden om haar schulden te herfinancieren in de lokale valuta van deze opkomende landen.

Afgeleide financiële instrumenten worden initieel gewaardeerd tegen reële waarde op het moment van het aangaan van het afgeleide contract en worden geclassificeerd in de twee hieronder beschreven categorieën:

Aangehouden voor handelsdoeleinden

Het transactierisico wordt beheerd met spottransacties of termijncontracten. Behalve indien ze gedocumenteerd zijn als afdekkingsinstrumenten (zie hiervoor) worden deze contracten geklasseerd als aangehouden voor handelsdoeleinden.

In 2019 is het netto nominale bedrag een shortpositie van € -169 miljoen ten opzichte van een longpositie in 2018. Deze evolutie is voornamelijk toe te schrijven aan een wijziging in de samenstelling van de valuta van de schulden (zie toelichting F36 Nettoschuld), een toegenomen afdekkingsactiviteit van de valuta in China en activiteiten m.b.t. interne herstructureringsoptimalisatie.

De volgende tabel geeft een overzicht van de nominale bedragen weer van contracten van de Groep voor afgeleide financiële instrumenten, die aan het eind van de periode uitstonden:

Net to notioneel bedrag(1) Reële waarde activa Reële waarde verplichtingen
In € miljoen 2019 2018 2019 2018 2019 2018
Aangehouden voor handelsdoeleinden –169 138 6 3 –7 –11
Totaal –169 138 6 3 –7 –11

(1) Lange/(korte) positie (wanneer de valutatransactie geen betrekking heeft op de functionele valuta, worden beide nominale bedragen in overweging genomen)

Kasstroomafdekkingen

De Groep gebruikt derivaten om zich af te dekken tegen geïdentificeerde wisselkoersrisico's. Deze worden als afdekkinginstrumenten gedocumenteerd tenzij zij een opgenomen financieel actief of verplichting afdekken waarbij in principe geen kasstroomafdekking gedocumenteerd is. Het merendeel van de afgedekte posities is transactiegerelateerd.

Voor haar toekomstige blootstelling heeft de Groep eind 2019 voornamelijk de verwachte omzet (short positie) afgedekt voor een nominaal bedrag van USD 713 miljoen (€ 635 miljoen) en JP¥ 9.206 miljoen (€ 76 miljoen). Alle kasstroomafdekkingen die eind december 2019 bestonden, zullen in de komende 12 maanden worden afgewikkeld en gedurende die periode de winst of verlies beïnvloeden.

De volgende tabel geeft een overzicht van de nominale bedragen weer van contracten van Solvay voor afgeleide financiële instrumenten, die aan het eind van de periode uitstonden:

Nominale nettobedragen

2019 Notioneel
bedrag van
het
instrument(1)
Notioneel
bedrag van
het afgedekte
element(2)
Percentage
van afgedekte
blootstelling
Gemiddelde
wisselkoers
afdekking per
risicocategorie
Kasstroomaf
dekkingen
reserves
Reële waarde van het
afdekkingsinstrument
Kasstroomafdekkingen –
Aankopen en verkopen
Eigen
vermogen
Activa Verplichtingen
prognose(4) In € miljoen In € miljoen
JPY/EUR –46 –98 47%(3) 122,75
JPY/USD –30 –58 51%(3) 106,97
USD/BRL –143 –266 54%(3) 3,94 1 2 –1
USD/CNY –154 –256 60% 6,92 –1 1 –2
USD/EUR –278 –493 56%(3) 1,15 –2 1 –3
USD/MXN –46 –84 55%(3) 20,18 2 2
USD/THB –14 –28 49%(3) 30,52
Totaal –710 –1.284 1 7 –6

(1) Lange/(korte) positie

(2) (Lange)/korte positie

(3) Conform het beleid van de thesaurieafdeling bereikt het percentage afgedekte blootstelling in het 1e kwartaal 2020 het progressieve minimale niveau van 60%

(4) De afdekkingsinstrumenten worden onder Overige vorderingen en Overige verplichtingen in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie gepresenteerd.

2018 Notioneel
bedrag van
het
instrument(1)
Notioneel
bedrag van
het afgedekte
element(2)
Percentage
van afgedekte
blootstelling
Gemiddelde
wisselkoers
afdekking per
risicocategorie
Kasstroomaf
dekkingen
reserves
Reële waarde van het
afdekkingsinstrument
Kasstroomafdekkingen –
Aankopen en verkopen
Eigen
vermogen
Activa Verplichtingen
prognose(4) In € miljoen In € miljoen
JPY/EUR –71 –104 68% 129,52 –2 –2
JPY/USD –30 –53 57%(3) 109,32
USD/BRL –142 –244 58%(3) 3,94 –1 3 –2
USD/CNY –128 –283 45%(3) 6,71 –3 –3
USD/EUR –408 –501 81% 1,18 –8 –8
USD/MXN –47 –86 55%(3) 20,78 1 1
USD/THB –19 –35 54%(3) 32,54
Totaal –845 –1.305 –12 5 –15

(1) Lange/(korte) positie

(2) (Lange)/korte positie

(3) Conform het beleid van de thesaurieafdeling heeft het percentage afgedekte blootstelling in het 1e kwartaal 2019 het progressieve minimale niveau van 60% bereikt

(4) De afdekkingsinstrumenten worden onder Overige vorderingen en Overige verplichtingen in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie gepresenteerd.

Renterisico

Zie ook Financiële risico's in het hoofdstuk over Risicobeheer van dit verslag voor meer informatie over het beheer van renterisico's.

Het renterisico wordt beheerd op Groepsniveau.

De Groep is blootgesteld aan renterisico's omdat entiteiten van de Groep leningen aangaan met zowel vaste als vlottende rentevoeten. Het renterisico wordt beheerd op Groepsniveau door middel van een geschikte mix van leningen met vaste en vlottende rentevoeten.

Blootstelling aan rentevoeten per valuta wordt hieronder samengevat:

In € miljoen Op 31 december 2019 Op 31 december 2018
Vaste Vlottende Vlottende
Valuta rentevoet rentevoet Totaal Vaste rentevoet rentevoet Totaal
Financiële schulden
EUR –2.874 –87 –2.960 –1.709 –60 –1.769
USD –1.276 –18 –1.294 –1.731 –12 –1.744
SAR –87 –87 –112 –112
INR –32 –16 –48 –13 –2 –15
KRW –3 –24 –27 –30 –30
THB –10 –20 –30 –27 –27
BRL –19 –19 –16 –1 –17
Andere –51 3 –48 –95 –1 –95
Totaal –4.264 –249 –4.513 –3.564 –246 –3.810
Geldmiddelen en kasequivalenten
EUR 249 249 391 391
USD 248 248 382 382
CAD 5 5 7 7
THB 35 35 17 17
SAR 4 4 4 4
BRL 60 60 67 67
CNY 35 35 77 77
KRW 26 26 32 32
JPY 34 34 38 38
Andere 113 113 89 89
Totaal 809 809 1.103 1.103
Overige financiële instrumenten
CNY 44 44 67 67
EUR 50 50 17 17
SAR 19 19 15 15
Andere 6 6 3 3
Totaal 119 119 101 101
Totaal –4.264 678 –3.586 –3.564 959 –2.605

Op het einde van 2019 had de Groep voor ongeveer € 4,3 miljard aan brutoschulden met vaste rente, met voornamelijk:

  • senior € obligaties voor in totaal € 1.850 miljoen met vervaldatum in 2022, 2027 en 2029 (boekwaarde € 1.837 miljoen);
  • het resterende deel (USD 196 miljoen) van de senior obligaties 2023 van USD 400 miljoen (boekwaarde € 169 miljoen);
  • het resterende deel (USD 163 miljoen) van de senior obligaties 2025 van USD 250 miljoen (boekwaarde € 143 miljoen);
  • senior USD obligaties voor in totaal USD 800 miljoen (boekwaarde € 709 miljoen);
  • Belgische thesauriebewijzen (commercial paper) voor in totaal € 700 miljoen met een looptijd van minder dan een jaar (boekwaarde € 700 miljoen);
  • de leaseverplichting opgenomen volgens IFRS 16 voor een totaalbedrag van € 470 miljoen (boekwaarde € 470 miljoen).

De schulden met vlottende rentevoet die afgedekt worden door renteswaps worden hieronder verder toegelicht.

Het effect van wijzigingen in de rentevoeten op het einde van 2019 in vergelijking met 2018 is als volgt:

Gevoeligheid voor een stijging van 100 bp in de
marktrente EUR
Gevoeligheid voor een vermindering van 100 bp
in de marktrente EUR
In € miljoen 2019 2018 2019 2018
Resultaat –1 –1 1 1

De sensitiviteit voor rentevolatiliteit bleef aan het einde van 2019 stabiel in vergelijking met 2018. De schuld met vlottende rentevoet is beperkt van omvang en afgedekt met renteswaps en cross-currency renteswaps, waardoor de volatiliteit nog verder afneemt.

Renterisico afgedekt met instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden

Notioneel bedrag Reële waarde activa Reële waarde verplichtingen
In € miljoen 2019 2018 2019 2018 2019 2018
Aangehouden voor handelsdoeleinden 83 109 –3 –4
Totaal 83 109 –3 –4

De reële waarde van € -3 miljoen gerapporteerd onder 'aangehouden voor handelsdoeleinden' is vooral te verklaren door de cross-currency swap die in mei 2017 is afgesloten om de volatiliteit (valuta en rente) te beperken van de externe financiering afgesloten voor onze 50/50 HPPO gezamenlijke bedrijfsactiviteit (Saudi Hydrogen Peroxide Company) samen met Sadara uit Saoedi-Arabië (nominaal bedrag € 83 miljoen wat overeenstemt met 50%).

Renterisico afgedekt met instrumenten die aangewezen als afdekkingsinstrumenten in een kasstroomafdekking

2019 Notioneel
bedrag van
het
instrument(1)
Notioneel
bedrag van
het afgedekte
element(2)
Percentage
van afgedekte
blootstelling
Rentevoet
afdekking per
risicocategorie
Kasstroomaf
dekkingen
reserves
Reële waarde van het
afdekkingsinstrument
In € miljoen
(behalve waar anders vermeld)
Eigen
vermogen
Activa Verplichtingen
Kasstroomafdekkingen – Schuld
met vlottende rentevoet
–10 –20 50% Pay Fix
3,125%
Receive
THBFIX6M
Totaal –10 –20

(1) De afdekkingsinstrumenten zijn opgenomen onder Overige vorderingen en Overige verplichtingen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie

(2) De afgedekte positie is opgenomen onder Langlopende en kortlopende financiële schulden in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie

2018 Notioneel
bedrag van
het
instrument(1)
Notioneel
bedrag van
het afgedekte
element(2)
Percentage
van afgedekte
blootstelling
Rentevoet
afdekking per
risicocategorie
Kasstroomaf
dekkingen
reserves
Reële waarde van het
afdekkingsinstrument
In € miljoen
(behalve waar anders vermeld)
Eigen
vermogen
Activa Verplichtingen
Kasstroomafdekkingen – Schuld
met vlottende rentevoet
–13 –27 50% Pay Fix
3,125%
Receive
THBFIX6M
–1 –1
Totaal –13 –27 –1 –1

(1) De afdekkingsinstrumenten zijn opgenomen onder Overige vorderingen en Overige verplichtingen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie

(2) De afgedekte positie is opgenomen onder Langlopende en kortlopende financiële schulden in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie

Overige marktrisico's

Prijsrisico's m.b.t. nutsvoorzieningen en CO2

De Groep koopt grote hoeveelheden van zijn behoeften in steenkool, aardgas en elektriciteit in Europa en de Verenigde Staten gebaseerd op de fluctuerende liquide marktindices. Om de volatiliteit van de kosten te verminderen, heeft de Groep een beleid ontwikkeld om variabele prijzen tegen vaste prijzen om te ruilen door middel van afgeleide financiële instrumenten. De meeste van deze afdekkingsinstrumenten kunnen gedocumenteerd worden als afdekkingsinstrumenten voor de onderliggende aankoopovereenkomsten. Aankoopcontracten voor nutsvoorzieningen tegen vaste prijzen met een fysieke levering voor gebruik binnen de activiteiten van de Groep worden aangeduid als overeenkomsten "voor eigen gebruik" (geen derivaten) en vormen een natuurlijke afdekking. Deze zijn niet opgenomen in deze toelichting.

Zo wordt ook de blootstelling van de Groep aan de CO2-prijs gedeeltelijk afgedekt door termijnaankopen van EUA's (European Union Allowance) die gedocumenteerd kunnen worden als afdekkingsinstrumenten of als overeenkomsten voor eigen gebruik (geen derivaten).

Tenslotte kunnen bepaalde blootstellingen aan gas-elektriciteit en steenkool-elektriciteit spreads ontstaan uit de productie van elektriciteit in Solvay-sites (meestal in warmtekrachteenheden in Europa), die kunnen afgedekt worden door middel van termijnaankopen en -verkopen en opties. In dat geval wordt kasstroomafdekking toegepast.

De financiële afdekking van prijsrisico's voor nutsvoorzieningen en CO2-emissierechten wordt centraal beheerd door Energy Services voor alle entiteiten van de Groep.

Energy Services voert ook handelstransacties uit met betrekking tot nutsvoorzieningen en CO2, met een resterende prijsblootstelling van nagenoeg nul.

De volgende tabellen geven de nominale bedragen en de reële waarden van de openstaande afgeleide financiële instrumenten voor nutsvoorzieningen en CO2 op het einde van de verslagperiode weer:

In € miljoen
(behalve waar anders
vermeld)
Notioneel bedrag(1)
Notioneel bedrag (in eenheden)
Reële waarde van het
instrument – Activa
Reële waarde van het
instrument –
Verplichting
Aangehouden voor
handelsdoeleinden 2019 2018 2019 2018 2019 2018 2019 2018
Steenkool 8 15 126.008 120.000 Tons 1 2 –1 –2
Elektriciteit 716 613 21.753.757 15.850.229 MWh 75 87 –67 –85
Standaardkwaliteit
gas 354 416 21.183.576 18.962.646 MWh 59 32 –55 –27
CO2 26 45 723.320 5.594.159 Tons 2 24 –2 –26
Totaal 1.104 1.089 137 145 –125 –140

(1) De afdekkingsinstrumenten zijn opgenomen onder Overige vorderingen en Overige verplichtingen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie

2019 In € miljoen (behalve waar anders vermeld) Notioneel bedrag(1) Notioneel bedrag (in eenheden) Notioneel bedrag van het afgedekte element Notioneel bedrag van het afgedekte element (in eenheden) Percentage van afgedekte blootstelling Gemiddelde prijs afdekking per risicocategorie Kasstroomafdekkingen reserves Reële waarde van het instrument – Activa Reële waarde van het instrument – Verplichting Kasstroomafdekkingen Benzine 5 6.991 Tons 40 61.353 Tons 11% 722 EUR/ ton Steenkool 48 780.984 Tons 97 1.769.600 Tons 44% 70 USD/ ton –6 –6 Elektriciteit 135 2.838.006 MWh 195 3.694.068 MWh 77% 56 EUR/ MWh Standaardkwaliteit gas 218 22.798.066 MWh 474 27.481.119 MWh 83% 16 EUR/ MWh –23 17 –40 CO2 Tons Tons –2 –2 Totaal 405 807 –31 17 –48

De in onderstaande tabellen opgenomen bedragen zijn inclusief de afdekkingsbehoeftes van GBU's van de Groep beheerd via Energy Services, en niet de volledige afdekkingsbehoefte voor nutsvoorzieningen van de Groep.

(1) De afdekkingsinstrumenten zijn opgenomen onder Overige vorderingen en Overige verplichtingen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie

2018
In € miljoen
(behalve waar
anders
vermeld)
Notioneel
bedrag(1)
Notioneel bedrag
(in eenheden)
Notioneel
bedrag
van het
afgedekte
element
Notioneel bedrag
van het afgedekte
element
(in eenheden)
Percentage
van
afgedekte
blootstelling
Gemiddelde
prijs afdekking
per risicocate
gorie
Kasstroom
afdekkingen
reserves
Reële
waarde
van het
instrument
– Activa
Reële
waarde van
het
instrument

Verplichting
Kasstroomafdekkingen
EUR/
Benzine 7 9.088 Tons 43 50.000 Tons 18% 796 ton
USD/
Steenkool 17 252.000 Tons 54 624.800 Tons 40% 77 ton 2 2
EUR/
Elektriciteit 104 1.765.121 MWh 104 1.765.000 MWh 100% 59 MWh –8 2 –10
Standaard
kwaliteit
EUR/
gas 129 6.904.347 MWh 210 13.938.999 MWh 50% 19 MWh –7 3 –10
CO2 Tons Tons
Totaal 257 411 –13 7 –20

(1) De afdekkingsinstrumenten zijn opgenomen onder Overige vorderingen en Overige verplichtingen in het geconsolideerde overzicht van de financiële positie

Performance Share Units (PSU)-risico op aandelenkoers Solvay

Om de volatiliteit van de aandelenkoers van Solvay te neutraliseren, hetgeen van invloed is op de waardering van de verplichting in verband met PSU's (met daaraan verbonden kosten voor de werkgever), heeft de Groep equityswaps afgesloten, die 90% van het risico dekken. De verplichting van € 25 miljoen opgenomen voor de 2018 en 2019 PSU plannen stemt overeen met de beste schatting van het bedrag verschuldigd op eindvervaldag. Aldus zijn alle afdekkingsrelaties die deze verplichting overschrijden, beëindigd met een niet-significante impact op de geconsolideerde winst- en verliesrekening.

Kredietrisico

Zie ook Financiële Risico's in het hoofdstuk over Risicobeheer van dit verslag voor meer informatie over het beheer van het kredietrisico.

De Groep houdt het kredietrisico van belangrijke zakelijke partners voortdurend in de gaten.

De Groep gaat alleen transacties aan met financiële instellingen met een goede kredietwaardigheid. De Groep bewaakt en beheert blootstelling aan financiële instellingen binnen goedgekeurde kredietlimieten per tegenpartij en kredietrisicoparameters om het risico op wanbetaling te beperken. Voor financiële garanties verwijzen we naar toelichting F39 Voorwaardelijke verplichtingen en financiële garanties.

De Groep neemt verwachte kredietverliezen op voor alle handelsvorderingen: er wordt een vereenvoudigde aanpak gehanteerd en verwachte verliezen tijdens de levensduur op alle handelsvorderingen worden opgenomen gebruikmakend van de voorzieningenmatrix om de verwachte kredietverliezen op handelsvorderingen te berekenen aan de hand van historische informatie over wanbetalingen aangepast voor toekomstgerichte informatie.

De Groep klasseert klanten en de daaraan verbonden vorderingen naar verschillende categorieën, gebaseerd op de risicograad die aan klanten is toegewezen en de ouderdom van openstaande vorderingen. Voor alle vorderingen die minder dan zes maanden achterstallig zijn, hanteert de Groep percentages tussen 0,005% en 4,365% afhankelijk van de categorie. Voor vorderingen ouder dan zes maanden hanteert de Groep een percentage van 50% of 100%, afhankelijk van de categorie. De indeling van klanten wordt jaarlijks herzien voor klanten met een laag risicoprofiel, en elke zes maanden voor klanten met een hoger risicoprofiel.

Er is geen significante concentratie van kredietrisico's voor de Groep, aangezien het kredietrisico op de vorderingen verdeeld is over een groot aantal klanten en markten.

De historische balans van handelsvorderingen, financiële instrumenten – operationeel, leningen en overige vaste activa ziet er als volgt uit:

Met vermin
derde
Totaal krediet
waardigheid
Met voorziening voor verwachte verliezen, niet met verminderde krediet
waardigheid
2019
In € miljoen
niet
vervallen
minder dan
30 dagen
vervallen
30 tot
60 dagen
vervallen
60 tot
90 dagen
vervallen
meer dan
90 dagen
vervallen
Handelsvorderingen 1.460 51 1.321 74 9 3 2
Handelsvorderingen – voorziening voor
verliezen
–46 –43 –1 –2
Handelsvorderingen – netto 1.414 8 1.320 74 9 3
Financiële instrumenten – operationeel 167 167
Leningen en andere activa op lange termijn 352 136 215
Leningen en andere activa op lange termijn
– waardeverminderingen
–62 –62
Leningen en andere activa op lange
termijn – netto
289 74 215
Totaal 1.871 82 1.702 74 9 3
Met vermin
derde
krediet
Totaal
waardigheid
waardigheid Met voorziening voor verwachte verliezen, niet met verminderde krediet
2018
In € miljoen
niet
vervallen
minder dan
30 dagen
vervallen
30 tot
60 dagen
vervallen
60 tot
90 dagen
vervallen
meer dan
90 dagen
vervallen
Handelsvorderingen 1.486 52 1.297 112 9 3 12
Handelsvorderingen – voorziening voor
verliezen
–52 –49 –2 –1
Handelsvorderingen – netto 1.434 3 1.296 112 9 3 11
Financiële instrumenten – operationeel 162 162
Leningen en andere activa op lange termijn 344 152 192
Leningen en andere activa op lange termijn
– waardeverminderingen
–62 –62
Leningen en andere activa op lange
termijn – netto 282 89 192
Totaal 1.878 92 1.650 112 9 3 11

Onderstaande tabel geeft een overzicht van de voorziening voor verliezen op handelsvorderingen:

In € miljoen 2019 2018
Boekwaarde op 1 januari, voor invoering van IFRS 9 –52 –49
Eerste toepassing van IFRS 9 –6
Boekwaarde op 1 januari, na invoering van IFRS 9 –52 –55
Toevoegingen –4 –12
Gebruik 8 3
Terugname van bijzondere waardeverminderingen 3 10
Wisselkoersverschillen 2
Overboeking naar activa aangehouden voor verkoop –1
Andere 1
Boekwaarde op 31 december –46 –52

Liquiditeitsrisico

Zie Financieel risico in het hoofdstuk over Risicobeheer in dit verslag voor meer informatie over het beheer van het liquiditeitsrisico.

Het liquiditeitsrisico heeft betrekking op de mogelijkheid voor Solvay om zijn schulden (inclusief uitgegeven obligaties) te betalen of te herfinancieren, en zijn activiteiten te financieren.

Dit is mede afhankelijk van de mate waarin het bedrijf in staat is kasstromen te genereren met zijn activiteiten en niet te veel te betalen voor overnames.

De Financiële Commissie geeft zijn mening over het juiste beheer van het liquiditeitsrisico voor de financiering van de Groep op korte, middellange en lange termijn en de vereisten op het gebied van liquiditeitsbeheer.

De Groep beheert het liquiditeitsrisico door adequate reserves, bankfaciliteiten en reservekredietfaciliteiten aan te houden, door permanent toezicht op de verwachte en actuele kasstromen, en door de looptijden van financiële activa en verplichtingen op elkaar af te stemmen.

De Groep spreidt de looptijden van zijn financieringsbronnen door de tijd heen, om het bedrag dat elk jaar geherfinancierd moet worden te beperken.

De volgende tabellen geven een overzicht van de resterende contractuele looptijden voor de financiële verplichtingen met contractueel overeengekomen aflossingsperioden.

De tabellen werden opgesteld aan de hand van verdisconteerde kasstromen van financiële verplichtingen gebaseerd op de vroegste datum waarop de Groep verplicht kan worden om te betalen.

Onderstaande tabellen geven de verdisconteerde bedragen weer (boekwaarde):

2019 Binnen het
In € miljoen Totaal eerste jaar In het tweede jaar In het 3e tot 5e jaar Na 5 jaar
Uitstromen van geldmid
delen:
Handelsschulden 1.277 1.277
Te betalen dividenden 161 161
Financiële instrumenten
– operationeel 187 187
Overige langlopende
verplichtingen 159 26 89 44
Financiële schulden 4.044 1.030 54 1.001 1.958
Leaseverplichtingen 470 102 67 138 163
Totaal 6.297 2.756 147 1.229 2.166
2018 Binnen het
In € miljoen Totaal eerste jaar In het tweede jaar In het 3e tot 5e jaar Na 5 jaar
Uitstromen van geldmid
delen:
Handelsschulden 1.439 1.439
Te betalen dividenden 154 154
Financiële instrumenten
– operationeel 194 194
Overige langlopende
verplichtingen 121 37 85
Financiële schulden 3.810 630 799 1.011 1.369
Totaal 5.717 2.416 836 1.096 1.369

Onderstaande tabellen geven de niet-verdisconteerde bedragen weer (nominale waarde):

2019 Binnen het
In € miljoen Totaal eerste jaar In het tweede jaar In het 3e tot 5e jaar Na 5 jaar
Uitstromen van geldmid
delen:
Handelsschulden 1.277 1.277
Te betalen dividenden 161 161
Financiële instrumenten
– operationeel
187 187
Overige langlopende
verplichtingen
159 26 89 44
Financiële schulden 4.067 1.029 54 1.011 1.973
Leaseverplichtingen 470 102 67 138 163
Totaal 6.321 2.755 148 1.238 2.180
Interesten op financiële
schulden en leasever
plichtingen
576 100 97 235 145
Totaal uitstromen van
geldmiddelen
6.897 2.854 244 1.473 2.325
2018
In € miljoen
Totaal Binnen het
eerste jaar
In het tweede jaar In het 3e tot 5e jaar Na 5 jaar
Uitstromen van geldmid
delen:
Handelsschulden 1.439 1.439
Te betalen dividenden 154 154
Financiële instrumenten
– operationeel
194 194
Overige langlopende
verplichtingen
121 37 85
Financiële schulden 3.835 630 802 1.024 1.381
Totaal 5.743 2.416 838 1.108 1.381
Interesten op financiële
schulden
577 108 103 209 157
Totaal uitstromen van
geldmiddelen
6.320 2.524 941 1.317 1.538

De Groep heeft toegang tot de volgende instrumenten:

  • Een bedrag van € 700 miljoen (tegen € 246 miljoen eind 2018) was uitgegeven uit het Belgische Thesauriebewijsprogramma (van € 1,5 miljard beschikbaar onder het programma). Van het Amerikaanse commercial paper-programma van USD 500 miljoen was eind 2019, evenals eind 2018, geen gebruik gemaakt. Deze twee programma's worden gedekt door verschillende kredietlijnen;
  • Een gesyndiceerde kredietfaciliteit van € 2 miljard dat in 2024 vervalt. Solvay heeft tevens bilaterale gedekte kredietfaciliteiten (~ € 1.495 miljoen) die over langer dan een jaar vervallen. Hiervan was eind 2019 geen gebruik gemaakt.

TOELICHTING F36 Nettoschuld

De nettoschuld van de Groep is het saldo van de financiële schulden en de overige financiële instrumenten, en de geldmiddelen en kasequivalenten.

In € miljoen 2019 2018
Financiële schulden 4.513 3.810
Geldmiddelen en kasequivalenten –809 –1.103
Overige financiële instrumenten –119 –101
Nettoschuld 3.586 2.605

De stijging in de nettoschuld is voornamelijk te wijten aan (a) de stijging van de financiële schuld door de opname van bijkomende leaseverplichtingen als gevolg van de toepassing van IFRS 16 Leaseovereenkomsten ten belope van € 470 miljoen op het einde van 2019, en (b) de stijging van de thesauriebewijzen op korte termijn. De aflossing van de € 700 miljoen hybride obligaties (opgenomen in eigen vermogen) in juni 2019 met beschikbare geldmiddelen (gedeeltelijk uit de € 300 miljoen beschikbare geldmiddelen na de uitgifte van een hybride obligatie in september 2018) heeft eveneens de geldmiddelen en kasequivalenten geïmpacteerd.

Solvay's investment grade-kredietwaardigheid is Baa2/P2 (stabiele vooruitzichten) van Moody's en BBB/A2 (stabiele vooruitzichten) van Standard & Poor's.

Financiële schulden: belangrijkste leningen

2019 2018
In € miljoen
(behalve waar anders
vermeld)
Nominaal
bedrag
Coupon Einde
looptijd
Door
zekerheid
gedekt
Bedrag aan
geamorti
seerde
kostprijs
Reële
waarde
Bedrag aan
geamorti
seerde
kostprijs
Reële
waarde
Senior obligatie US\$ (144A;
US\$ 800 miljoen)
712 3,40% 2020 Nee 697 697
Senior obligatie € 750 1,625% 2022 Nee 746 781 745 781
Senior obligatie US\$ Cytec
Industries Inc (emissie US\$
400 miljoen)
175 3,5% 2023 Nee 169 178 165 167
Senior obligatie US\$ Cytec
Industries Inc (emissie US\$
250 miljoen)
146 3,95% 2025 Nee 143 150 140 138
Senior obligatie US\$ (144A;
US\$ 800 miljoen)
712 4,45% 2025 Nee 709 775 695 706
Senior obligatie € 500 2,75% 2027 Nee 496 584 496 542
Senior obligatie € 600 0,500% 2029 Nee 595 582
Totaal 2.859 3.049 2.937 3.032

In 2019 heeft Solvay nv senior obligaties met looptijd van 10 jaar uitgegeven (€ 600 miljoen) met een jaarlijkse coupon van 0,5% en tegelijk de USD 800 miljoen senior obligaties van Solvay Finance America LLC, die initieel pas in 2020 vervielen, vervroegd afgelost.

De Groep is ten aanzien van de hierboven vermelde financiële schulden niet in gebreke gebleven. Er zijn geen financiële convenanten bij Solvay nv en de holdingmaatschappijen van de Groep.

Overige financiële instrumenten

In € miljoen 2019 2018
Valutaswaps 3 1
Andere verhandelbare effecten op meer dan 3 maanden 44 68
Overige vlottende financiële activa 72 32
Overige financiële instrumenten 119 101

De andere verhandelbare effecten op meer dan drie maanden omvatten bankwisselposities.

De overige vlottende financiële activa omvatten voornamelijk marge-stortingen van Energy Services voor instrumenten met een negatieve reële waarde en vertegenwoordigen zekerheden voor deze verplichtingen.

Geldmiddelen en kasequivalenten

In € miljoen 2019 2018
Geldmiddelen 664 907
Termijndeposito's 144 197
Geldmiddelen en kasequivalenten 809 1.103

Door de aard van geldmiddelen en kasequivalenten is hun boekwaarde gelijk, of zo goed als gelijk aan hun reële waarde.

Mutaties in de financiële schuld en in overige financiële instrumenten voortvloeiende uit financieringsactiviteiten

2018 2019
In € miljoen Totaal Invoering
van
IFRS 16
Kas
stroom
van toe
name
van
schulden
Kas
stroom
van
terug
betaling
van
schulden
Kas
stroom
van
betaling
van
lease
verplich
tingen
Wissel
koers
wijzigingen
Wijzig
ingen in
de
overige
vlottende
financiële
activa
Andere in
kas
stromen
uit financ
ierings
activiteiten
Overboeking
van lang
lopende tot
kortlopende
Andere Totaal
Obligatieleningen 2.937 597 –712 36 2.859
Andere langlo
pende schulden
208 48 –10 3 –109 16 156
Langlopende finan
ciële leaseverplich
tingen
35 –36 1 –2 1
Leaseverplichtingen
– Langlopende deel
376 5 –123 111 368
Langlopende
verplichtingen finan
ciële schulden
3.180 340 645 –721 45 –234 128 3.382
Financiële schulden
op korte termijn
(behalve financiële
leaseverplichtingen)
616 2.399 –2.054 –28 109 –22 1.020
Valutaswaps 12 –4 8
Kortlopende finan
ciële leaseverplich
tingen
1 2 –2
Leaseverplichtingen
– Kortlopende deel
93 –110 123 –5 102
Kortlopende verplich
tingen financiële
schulden 630 93 2.399 –2.054 –110 –28 234 –33 1.132
Financiële schulden 3.810 433 3.044 –2.776 –110 46 –28 95 4.513
Valutaswaps
Andere verhan
delbare effecten op
meer dan 3
maanden
–1
–67
–1 24 –1 –3
–44
Overige vlottende
financiële activa
–32 –57 12 5 –73
Overige financiële
instrumenten
–101 –1 –32 12 3 –119
Totaal kasstromen 433 3.044 –2.776 –110 –32 –16

De financiële schuld steeg van € 3.810 miljoen eind 2018 naar € 4.513 miljoen eind 2019.

De langlopende financiële schuld stijgt met € 202 miljoen, voornamelijk door:

  • de opname van bijkomende leaseverplichtingen als gevolg van de toepassing van IFRS 16 Leaseovereenkomsten (€ 340 miljoen op transitiedatum, € 368 miljoen per 31 december 2019);
  • de uitgifte van senior EUR obligaties voor € 600 miljoen;
  • de vervroegde aflossing van de USD 800 miljoen senior obligatie;
  • de overboeking naar kortlopende financiële schuld voor € -234 miljoen.

De kortlopende financiële schuld stijgt met € 503 miljoen, voornamelijk door:

TOELICHTING F37 Overige kortlopende verplichtingen

  • openstaande commercial papers op het einde van het jaar (€ 700 miljoen in 2019, tegenover € 246 miljoen in 2018);
  • de overboeking van langlopende financiële schuld voor € 234 miljoen.

De bedragen die in het kasstroomoverzicht zijn opgenomen onder 'Toename van schulden' en 'Terugbetaling van schulden' hebben onder andere betrekking op de uitgifte van € 2.365 miljoen en de terugbetaling van € 1.911 miljoen aan commercial papers.

De € 111 miljoen in "Andere" heeft voornamelijk betrekking op de leaseovereenkomsten die gedurende het jaar gestart zijn, evenals wijzigingen aan leaseovereenkomsten.

In € miljoen 2019 2018
Schulden betreffende salarissen en voordelen 293 329
BTW en andere belastingen 112 131
Sociale zekerheid 61 68
Financiële instrumenten – operationeel 187 194
Verzekeringspremies 15 15
Klanten voorschotten 42 31
Overige 82 81
Overige kortlopende verplichtingen 792 848

Financiële instrumenten-operationeel omvatten afgeleide financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden en kasstroomafdekking (zie toelichting F35.A. Overzicht van de financiële instrumenten).

Overige toelichtingen

TOELICHTING F38 Verbintenissen voor het verwerven van materiële vaste en immateriële activa

In € miljoen 2019 2018
Verbintenissen voor het verwerven van materiële vaste en immateriële activa 102 132

Het bedrag heeft vooral betrekking op afspraken over de verwerving van materiële vaste activa.

TOELICHTING F39 Voorwaardelijke verplichtingen en financiële garanties

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Een voorwaardelijke verplichting is:

  • a. een mogelijke verplichting die voortvloeit uit gebeurtenissen in het verleden waarvan het bestaan slechts wordt bevestigd door het zich al dan niet voordoen van een of meerdere onzekere toekomstige gebeurtenissen die niet geheel binnen de controle van de entiteit valt; of
  • b. een huidige verplichting die voortvloeit uit gebeurtenissen in het verleden maar niet opgenomen wordt omdat

(i) het is niet waarschijnlijk dat de uitstroom van middelen die economische voordelen in zich bergen nodig zijn om te voldoen aan de verplichting; of

(ii) de omvang van de verplichting kan niet met voldoende betrouwbaarheid worden vastgesteld.

Voorwaardelijke verplichtingen worden niet opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening, tenzij ze voortvloeien uit een bedrijfscombinatie. Ze worden beschreven in de toelichting, behalve indien de kans op een uitstroom van middelen die economische voordelen in zich bergen zeer onwaarschijnlijk is.

Financiële garanties zijn contracten die de Groep verplichten bepaalde betalingen te verrichten om de houder het verlies te compenseren voor een door hem geleden verlies omdat een bepaalde debiteur zijn betalingsverplichting uit hoofde van de oorspronkelijke of herziene voorwaarden van een schuldbewijs niet nakomt.

Om dubbeltellingen te vermijden worden enkel financiële garanties in deze toelichting opgenomen die opgenomen verplichtingen overschrijden of waarvan elders in de jaarrekening van de Groep toelichtingen werden gegeven.

In € miljoen 2019 2018
Financiële garanties RusVinyl 84 85
Financiële garanties pensioenen 456 279
Voorwaardelijke verplichtingen 312 762
Totaal 852 1.126

In de loop van 2019 heeft de Groep een diepgaand nazicht ondernomen van de toelichtingen m.b.t. voorwaardelijke verplichtingen en financiële garanties ten belope van € 1.126 miljoen zoals gerapporteerd in zijn geconsolideerde IFRS jaarrekening van 2018, waarbij het onderscheid tussen financiële garanties (€ 364 miljoen) en voorwaardelijke verplichtingen (€ 762 miljoen) verduidelijkt wordt.

Financiële garanties verbonden aan RusVinyl, de joint venture met SIBUR voor het beheer van een PVC vestiging in Rusland, bedraagt € 84 miljoen per 31 december 2019 (€ 85 miljoen op het einde van 2018). Deze garanties werden toegekend op verscheidene momenten door beide aandeelhouders SolVin/Solvay en Sibur, proportioneel tot hun belang (50/50). Rekening houdende met het aangetoonde vermogen om zijn schuldverplichtingen na te komen, wordt de mogelijkheid dat de garanties zouden worden ingeroepen, als zeer onwaarschijnlijk beschouwd.

De financiële garanties met betrekking tot de pensioenen betreffen voornamelijk de UK Rhodia Pension Fund (€ 430 miljoen) – Zie toelichting F34.B.2. Beschrijving van de verplichtingen. Dit komt overeen met het bedrag waarmee de garantie de opgenomen pensioenverplichting overschrijdt. Deze garantie heeft betrekking op de pensioenverplichting gewaardeerd volgens een lokale gereglementeerde basis (prudentieel) in het Verenigd Koninkrijk, vermeerderd met een allocatie van het marktrisico, dat hoger is in vergelijking met de verplichting gewaardeerd volgens de methodiek voorgeschreven door IAS 19. De toename van de overschrijding ten opzichte van het einde van 2018 is voornamelijk toe te schrijven aan de vrijwillige bijdrage (€ 114 miljoen) dat de voorziening deed dalen. De mogelijkheid dat de garanties zouden worden ingeroepen, wordt als zeer onwaarschijnlijk beschouwd.

De voorwaardelijke verplichtingen daalden voornamelijk als gevolg van gewijzigde schattingen ten aanzien de waarschijnlijkheid van een uitstroom van economische voordelen. Voorwaardelijke verplichtingen hebben in de eerste plaats betrekking op milieu-aangelegenheden.

TOELICHTING F40 Verbonden partijen

Saldo's en transacties tussen Solvay nv en (a) haar dochterondernemingen en (b) haar gezamenlijke bedrijfsactiviteiten voor haar aandeel, die verbonden partijen zijn van Solvay nv, werden geëlimineerd in de consolidatie en worden bijgevolg niet opgenomen in deze toelichting. Transacties tussen de Groep en andere verbonden partijen worden hieronder toegelicht.

Aan- en verkooptransacties

Verkoop van goederen Aankoop van goederen
In € miljoen 2019 2018 2019 2018
Geassocieerde deelnemingen 10 12 5 5
Joint ventures 41 55 23 23
Overige verbonden partijen 30 27 70 49
Totaal 81 95 99 77
Bedragen verschuldigd door verbonden partijen Bedragen verschuldigd aan verbonden partijen
In € miljoen 2019 2018 2019 2018
Geassocieerde deelnemingen 1 1
Joint ventures 1 2 2 2
Overige verbonden partijen 8 10 11 10
Totaal 9 13 13 12

Leningen aan verbonden partijen

In € miljoen 2019 2018
Leningen aan joint ventures 9 25
Leningen aan overige verbonden partijen 17 13
Totaal 26 38

Vergoedingen aan managers op sleutelposities

Managers op sleutelposities bestaan uit alle leden van de Raad van Bestuur en van het Uitvoerend Comité.

Verschuldigde bedragen met betrekking tot het jaar (vergoedingen) en bestaande verplichtingen op het einde van het jaar in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie:

In € miljoen 2019 2018
Salarissen, rechtstreekse sociale voordelen en personeelsbeloningen op korte termijn 3 3
Niet-concurrentiebeding 2
Personeelsbeloningen op lange termijn 1 13
Verplichting van op aandelen gebaseerde plannen afgewikkeld in geldmiddelen 6 5
Totaal 10 23

De daling in de lange-termijnbeloningen heeft te maken met de wijzigingen in de samenstelling van het Uitvoerend Comité en het vertrek van de vorige Chief Executive Officer.

Kosten van het jaar:

In € miljoen 2019 2018
Salarissen, rechtstreekse sociale voordelen en personeelsbeloningen op korte termijn 8 9
Niet-concurrentiebeding 2
Personeelsbeloningen op lange termijn 2 2
Lasten van op aandelen gebaseerde plannen 9 3
Totaal 19 15

Exclusief sociale lasten en belastingen ten laste van de werkgever

TOELICHTING F41 Dividend voorgesteld voor uitkering

De Raad van Bestuur zal aan de Algemene Aandeelhoudersvergadering een brutodividend voorstellen van € 3,75 per aandeel.

Rekening houdend met het interim-dividend van € 1,50 per aandeel dat in januari 2020 uitgekeerd werd, bedragen de dividenden voorgesteld voor uitkering, maar nog niet opgenomen als uitkering aan aandeelhouders € 238 miljoen.

TOELICHTING F42 Gebeurtenissen na de verslagperiode

Grondslagen voor de financiële verslaggeving

Gebeurtenissen na de verslagperiode die wijzen op bepaalde omstandigheden die al bestonden aan het einde van de verslagperiode ('adjusting events') worden verwerkt in de geconsolideerde jaarrekening. Gebeurtenissen die wijzen op omstandigheden die zijn ontstaan na de verslagperiode ('non-adjusting events') worden alleen vermeld in de toelichtingen als zij van belang zijn.

Op 31 januari 2020 kondigde Solvay aan dat de verkoop van zijn Performance Polyamidesactiviteiten aan BASF en Domo Chemicals formeel werd afgerond. De transactie is gebaseerd op een ondernemingswaarde van €1,6 miljard. De verwachte verkoopopbrengsten min de kosten van verkoop van de gecombineerde transactie worden geschat op ongeveer €1,2 miljard (verkoopopbrengsten ten belope van €1,5 miljard werden ontvangen op 31 januari 2020). De verwachte winst (na belasting), die het voorwerp uitmaakt van de gebruikelijke aanpassingen van de aankoopprijs na afsluiting bedraagt ongeveer € 70 miljoen.

Solvay wendde een deel van de opbrengsten van de verkoop van de polyamidesactiviteiten aan voor een vroegtijdige financiering van pensioenverplichtingen in Frankrijk. Deze bijkomende vrijwillige bijdrage bedraagt ongeveer € 380 miljoen.

TOELICHTING F43 Lijst van geconsolideerde entiteiten

De Groep bestaat uit Solvay nv en een totaal van 339 deelnemingen.

Van de 339 deelnemingen zijn er 183 volledig geconsolideerd, 8 proportioneel geconsolideerd en 27 geconsolideerd via de equity-methode. De overige 121 ondernemingen voldoen niet aan de omvangcriteria.

Lijst van entiteiten die tot de consolidatiekring toetraden of deze verlieten

Bedrijven die tot de consolidatiekring toetraden

Land Vennootschap Commentaar
AUSTRALIË Aqua Pharma Australia Pty Ltd, Armidale Oprichting
CANADA Aqua Pharma Inc, Saint John Oprichting
CHILI Aqua Pharma Chile Spa, Puerto Montt Oprichting
DUITSLAND Polytechnyl Germany Gmbh, Hannover Oprichting
IRELAND Aqua Pharma Ireland Ltd, Dublin Oprichting
NOORWEGEN Aqua Pharma Group A.S., Lillehammer Oprichting
Aqua Pharma A.S., Lillehammer Oprichting
Haugaland Shipping A.S., Haugesund Oprichting
VERENIGD KONINKRIJK D Ferguson Welders Ltd, Inverness Oprichting
Aqua Pharma Ltd, Inverness Oprichting
VERENIGDE STATEN Aqua Pharma U.S. Inc, Kirkland Oprichting

Bedrijven die de consolidatiekring verlieten

Land Vennootschap Commentaar
EGYPTE Solvay Alexandria Trading LLC, Alexandria Voldoet niet meer aan consolidatiecriteria
VERENIGDE STATEN Cytec Overseas Corp., New Jersey Gefusioneerd met Cytec Global Holdings Inc
Cytec Carbon Fibers LLC, New Jersey Gefusioneerd met Cytec Engineered Materials Inc
IMC Mining Chemicals LLC, New Jersey Gefusioneerd met Cytec Global Holdings Inc
URUGUAY Alaver SA, Montevideo Voldoet niet meer aan consolidatiecriteria

Lijst van dochterondernemingen

Met vermelding van het deelnemingspercentage. Het percentage stemrechten ligt heel dicht bij het deelnemingspercentage.

ARGENTINIË
Solvay Argentina SA, Buenos Aires 100
Solvay Quimica SA, Buenos Aires 100
AUSTRALIË
Cytec Asia Pacific Holdings Pty Ltd, Baulkham Hills 100
Cytec Australia Holdings Pty Ltd, Baulkham Hills 100
Solvay Interox Pty Ltd, Banksmeadow 100
OOSTENRIJK
Solvay Österreich GmbH, Wien 100
BELGIË
Carrières les Petons S.P.R.L., Walcourt 100
Solvay Chemicals International S.A., Brussels 100
Solvay Chimie S.A., Brussels 100
Solvay Participations Belgique S.A., Brussels 100
Solvay Pharmaceuticals S.A. – Management Services, Brussels 100
Solvay Specialty Polymers Belgium SA/NV, Brussels 100
Solvay Stock Option Management S.P.R.L., Brussels 100
BRAZILIË
Cogeracao de Energia Electricica Paraiso SA, Brotas 100
Techpolymers Industria E Comercio Ltda, Sao Paulo 100
Rhodia Brazil Ltda, Sao Paolo 100
Rhodia Poliamida Brasil Ltda, Sao Paolo 100
Rhodia Poliamida e Especialidades Ltda, Sao Paolo 100
Rhopart-Participacoes Servidos e Comercio Ltda, Sao Paolo 100
BULGARIJE
Solvay Bulgaria EAD, Devnya 100
CANADA
Cytec Canada Inc, Niagara Falls Welland 100
Solvay Canada Inc, Toronto 100
CHINA
Beijing Rhodia Eastern Chemical Co., Ltd, Beijing 60
Cytec Industries Co. Ltd, Shanghai 100
Cytec Engineered Materials Co. Ltd, Shanghai 100
Liyang Solvay Rare Earth New Material Co., Ltd, Liyang City 96,3
Rhodia Hong Kong Ltd, Hong Kong 100
Solvay (Beijing) Energy Technology Co., Ltd, Beijing 100
Solvay (Shanghai) Engineering Plastics Co., Ltd, Shanghai 100
Solvay (Shanghai) International Trading Co., Ltd, Shanghai 100
Solvay (Shanghai) Ltd, Shanghai 100
Solvay (Zhangjiagang) Specialty Chemicals Co. Ltd, Suzhou 100
Solvay (Zhenjiang) Chemicals Co., Ltd, Zhenjiang New area 100
Solvay Chemicals (Shanghai) Co. Ltd, Shanghai 100
Solvay China Co., Ltd, Shanghai 100
Solvay Fine Chemical Additives (Qingdao) Co., Ltd, Qingdao 100
Solvay Hengchang (Zhangjiagang) Specialty Chemical Co., Ltd, Zhangjiagang City 70
Solvay Lantian (Quzhou) Chemicals Co., Ltd, Zhejiang 55
Solvay Silica Qingdao Co., Ltd, Qingdao 100
Solvay Speciality Polymers (Changshu) Co. Ltd, Changshu 100
Suzhou Interox Sem Co. Ltd, Suzhou 100
Zhuhai Solvay Specialty Chemicals Co Ltd, Zhuhai City 100
CHILI
Cytec Chile Ltda, Santiago 100

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 JAARREKENING

FINLAND
Solvay Chemicals Finland Oy, Voikkaa 100
FRANKRIJK
Cogénération Tavaux SAS, Paris 33,3
Cytec Process Materials Sarl, Toulouse 100
RHOD V S.N.C., Courbevoie 100
RHOD W S.N.C., Courbevoie 100
Rhodia Chimie S.A.S., Aubervilliers 100
Rhodia Energy GHG S.A.S., Puteaux 100
Rhodia Laboratoire du Futur S.A.S., Pessac 100
Rhodia Operations S.A.S., Aubervilliers 100
Rhodia Participations S.N.C., Courbevoie 100
Rhodianyl S.A.S., Saint-Fons 100
Solvay – Opérations – France S.A.S., Paris 100
Solvay – Fluorés – France S.A.S., Paris 100
Solvay Energie France S.A.S., Paris 100
Solvay Energy Services S.A.S., Puteaux 100
Solvay Finance S.A., Paris 100
Solvay France S.A., Courbevoie 100
Solvay Speciality Polymers France S.A.S., Paris 100
Solvin France S.A., Paris 100
DUITSLAND
Cavity GmbH, Hannover 100
Cytec Engineered Materials GmbH, Oestringen 100
European Carbon Fiber GmbH, Kelheim 100
Horizon Immobilien AG, Hannover 100
Performance Polyamides Gmbh, Hannover 100
Polytechnyl Germany Gmbh, Hannover 100
Salzgewinnungsgesellschaft Westfalen GmbH & Co KG, Hannover 65
Duitse besloten vennootschap die gebruik maakt van vrijstelling, zoals bepaald in artikel 264(b) van het Duitse Wetboek van Koophandel,
om geen jaarrekening te publiceren.
Solvay Chemicals GmbH, Hannover 100
Solvay Fluor GmbH, Hannover 100
Solvay Flux GmbH, Hannover 100
Solvay GmbH, Hannover 100
Solvay Infra Bad Hoenningen GmbH, Hannover 100
Solvay P&S GmbH, Freiburg 100
Solvay Specialty Polymers Germany GmbH, Hannover 100
Solvin GmbH & Co. KG – PVDC, Rheinberg 100
Solvin Holding GmbH, Hannover 100
INDIA
Rhodia Polymers & Specialties India Private Limited, Mumbai 100
Solvay Specialities India Private Limited, Mumbai 100
Sunshield Chemicals Limited, Mumbai 62,4
INDONESIE
PT. Cytec Indonesia, Jakarta 100
IERLAND
Solvay Finance Ireland Unlimited, Dublin 100
ITALIË
Cytec Process Materials S.r.l., Mondovi 100
Performance Polyamide Italy Srl, Bollate 100
Solvay Chimica Italia S.p.A., Milano 100
Solvay Energy Services Italia S.r.l., Bollate 100
Solvay Solutions Italia S.p.A., Milano 100
Solvay Specialty Polymers Italy S.p.A., Milano 100
JAPAN
Nippon Solvay KK, Tokyo 100
Solvay Japan K.K., Tokyo 100
Solvay Nicca Ltd, Tokyo 60
Solvay Special Chem Japan Ltd, Anan City 67
Solvay Specialty Polymers Japan KK, Minato Ku-Tokyo 100
LETLAND
Solvay Business Services Latvia SIA, Riga 100
LUXEMBURG
Cytec Luxembourg International Holdings Sarl, Strassen 100
Solvay Chlorovinyls Holding S.a.r.l., Luxembourg 100
Solvay Finance (Luxembourg) SA, Luxembourg 100
Solvay Hortensia S.A., Luxembourg 100
Solvay Luxembourg S.a.r.l., Luxembourg 100
MEXICO
Cytec de Mexico S.A. de C.V., Jalisco 100
Solvay Industrial S.de R.L. de C.V., Mexico 100
Solvay Fluor Mexico S.A. de C.V., Ciudad Juarez 100
Solvay Mexicana S. de R.L. de C.V., Monterrey 100
NEDERLAND
Cytec Industries B.V., Vlaardingen 100
Rhodia International Holdings B.V., Den Haag 100
Solvay Chemicals and Plastics Holding B.V., Linne-Herten 100
Solvay Chemie B.V., Linne-Herten 100
Solvay Solutions Nederland B.V., Klundert 100
Solvin Holding Nederland B.V., Linne-Herten 100
NIEUW-ZEELAND
Solvay New Zealand Ltd, Auckland 100
PERU
Cytec Peru S.A.C., Lima 100
POLEN
Solvay Engineering Plastics Poland Sp z.o.o., Gorzow Wielkopolski 100
Solvay Advanced Silicas Poland Sp. z o.o., Gorzow Wielkopolski 100
PORTUGAL
Solvay Business Services Portugal Unipessoal Lda, Carnaxide 100
Solvay Portugal – Produtos Quimicos S.A., Povoa 100
RUSLAND
Solvay Vostok OOO, Moscow 100
SINGAPORE
Rhodia Amines Chemicals Pte Ltd, Singapore 100
Solvay Fluor Holding (Asia-Pacific) Pte. Ltd., Singapore 100
Solvay Specialty Chemicals Asia Pacific Pte. Ltd., Singapore 100
ZUID-KOREA
Cytec Korea Inc, Seoul 100
Daehan Solvay Special Chemicals Co., Ltd, Seoul 100
Solvay Chemicals Korea Co. Ltd, Seoul 100
Solvay Chemical Services Korea Co. Ltd, Seoul 100
Solvay Energy Services Korea Co. Ltd, Seoul 100
Solvay Korea Co. Ltd, Seoul 100
Solvay Silica Korea Co. Ltd, Incheon 100
Solvay Specialty Polymers Korea Company Ltd, Seoul 100
SPANJE
Solvay Quimica S.L., Barcelona 100
Solvay Solutions Espana S.L., Madrid 100
ZWITSERLAND
Solvay (Schweiz) AG, Bad Zurzach 100
Solvay Vinyls Holding AG, Bad Zurzach 100
THAILAND
Solvay Asia Pacific Company Ltd, Bangkok 100
Solvay (Bangpoo) Specialty Chemicals Ltd, Bangkok 100
Solvay (Thailand) Ltd, Bangkok 100
Solvay Peroxythai Ltd, Bangkok 100
TURKEY
Solvay Istanbul Kimya Limited Sirketi, Istanbul 100
VERENIGD KONINKRIJK
Advanced Composites Group Investments Ltd, Heanor 100
Cytec Engineered Materials Ltd, Wrexham 100
Cytec Industrial Materials (Derby) Ltd, Heanor 100
Cytec Industrial Materials (Manchester) Ltd, Heanor 100
Cytec Industries UK Holdings Ltd, Wrexham 100
Cytec Med-Lab Ltd, Heanor 100
Cytec Process Materials (Keighley) Ltd, Keighley 100
McIntyre Group Ltd, Watford 100
Rhodia Holdings Ltd, Watford 100
Rhodia International Holdings Ltd, Oldbury 100
Rhodia Limited, Watford 100
Rhodia Organique Fine Ltd, Watford 100
Rhodia Overseas Ltd, Watford 100
Rhodia Pharma Solutions Holdings Ltd, Cramlington 100
Rhodia Pharma Solutions Ltd, Cramlington 100
Rhodia Reorganisation, Watford 100
Solvay Interox Ltd, Warrington 100
Solvay Solutions UK Ltd, Watford 100
Solvay UK Holding Company Ltd, Warrington 100
Umeco Composites Ltd, Heanor 100
Umeco Ltd, Heanor 100
VERENIGDE STATEN
Ausimont Industries, Inc., Wilmington, Delaware 100
CEM Defense Materials LLC, Tempe Arizona 100
Cytec Aerospace Materials (ca) Inc., Sacramento California 100
Cytec Engineered Materials Inc., Princeton New Jersey 100
Cytec Global Holdings Inc., Princeton New Jersey 100
Cytec Industrial Materials (ok) Inc., Tulsa Oklahoma 100
Cytec Industries Inc, Princeton New Jersey 100
Cytec Korea Inc., Princeton New Jersey 100
Cytec Process Materials (ca) Inc., Santa Fe Springs California 100
Cytec Technology Corp., Princeton New Jersey 100
Garret Mountain Insurance Co., Burlington Vermont 100
Rocky Mountain Coal Company, LLC, Houston, Texas 100
Solvay America Holdings, Inc., Houston, Texas 100
Solvay America Inc., Houston, Texas 100
Solvay Chemicals, Inc., Houston, Texas 100
Solvay Finance (America) LLC, Houston, Texas 100
Solvay Financial Services INC., Wilmington, Delaware 100
Solvay Fluorides, LLC., Greenwich, Connecticut 100
Solvay Holding INC., Princeton, New Jersey 100
Solvay India Holding Inc., Princeton, New Jersey 100
Solvay Soda Ash Expansion JV, Houston, Texas 80
Solvay Soda Ash Joint Venture, Houston, Texas 80
Solvay Specialty Polymers USA, LLC, Alpharetta, Georgia 100
Solvay USA INC., Princeton, New Jersey 100
URUGUAY
Zamin Company S/A, Montevideo 100

Lijst van gezamenlijke bedrijfsactiviteiten

Met vermelding van het deelnemingspercentage.

OOSTENRIJK
Solvay Sisecam Holding AG, Wien 75
BELGIË
BASF Interox H2O2 Production N.V., Brussels 50
BULGARIJE
Solvay Sodi AD, Devnya 73,5
FRANKRIJK
Butachimie S.N.C., Courbevoie 50
NEDERLAND
MTP HP JV C.V., Weesp 50
MTP HP JV Management bv, Weesp 50
SAOEDI-ARABIE
Saudi Hydrogen Peroxide Co, Jubail 50
THAILAND
MTP HP JV (Thailand) Ltd, Bangkok 50

Lijst van vennootschappen opgenomen volgens de equity-methode

Met vermelding van het deelnemingspercentage.

Joint ventures

AUSTRALIË
Aqua Pharma Australia Pty Ltd, Armidale 50
BELGIË
EECO Holding SA, Brussels 33,3
BRAZILIË
Peroxidos do Brasil Ltda, Sao Paulo 69,4
CANADA
Aqua Pharma Inc, Saint John 50
CHILI
Aqua Pharma Chile Spa, Puerto Montt 50
CHINA
Shandong Huatai Interox Chemical Co. Ltd, Dongying 50
FRANKRIJK
Cogénération Belle Etoile SAS, Paris 33,3
DUITSLAND
Solvay & CPC Barium Strontium GmbH & Co KG, Hannover 75
Solvay & CPC Barium Strontium International GmbH, Hannover 75
INDIA
Hindustan Gum & Chemicals Ltd, New Delhi 50
IRELAND
Aqua Pharma Ireland Ltd, Dublin 50
ITALIË
Cogeneration Rosignano S.r.l., Rosignano 25,4
Cogeneration Spinetta S.p.a., Bollate 33,3
MEXICO
Solvay & CPC Barium Strontium Monterrey S. de R.L. de C.V., Monterrey 75
NOORWEGEN
Aqua Pharma Group A.S., Lillehammer 50
Aqua Pharma A.S., Lillehammer 50
Haugaland Shipping A.S., Haugesund 50
RUSLAND
RusVinyl OOO, Moscow 50
VERENIGD KONINKRIJK
D Ferguson Welders Ltd, Inverness 50
Aqua Pharma Ltd, Inverness 50
VERENIGDE STATEN
Aqua Pharma U.S. Inc, Kirkland 50

Geassocieerde deelnemingen

CHINA
Qingdao Hiwin Solvay Chemicals Co. Ltd, Qingdao 30
FRANKRIJK
GIE Chime Salindres, Salindres 50
INDONESIË
Solvay Manyar P.T., Gresik 50
MEXICO
Silicatos y Derivados S.A. DE C.V., Estado de Mexico 20
POLEN
Zaklad Energoeloctryczny Energo-Stil Sp. z o.o., Gorzow Wielkopolski 25
VERENIGD KONINKRIJK
Penso Holdings Ltd, Coventry 20

3. Verkorte jaarrekening Solvay nv

De jaarrekening van Solvay nv wordt hieronder verkort weergegeven. Overeenkomstig het Belgisch Wetboek van Vennootschappen worden de jaarrekening van Solvay nv, het verslag van de raad van bestuur en het verslag van de commissaris neergelegd bij de Nationale Bank van België.

Deze documenten zijn kosteloos op internet te raadplegen of op aanvraag verkrijgbaar bij:

Solvay nv Ransbeekstraat 310 B – 1120 Brussel

De hieronder weergegeven balans van Solvay nv voor het jaar 2019 is gebaseerd op een dividenduitkering van € 3,75 per aandeel.

Eind 2019 heeft Solvay nv nog één bijkantoor, Solvay SA Italia (Viale Lombardia 2, 20021 Bollate, Italië).

De jaarrekening van Solvay nv wordt opgemaakt volgens de in het Belgisch recht geldende algemeen aanvaarde boekhoudkundige principes.

De voornaamste activiteiten van Solvay nv zijn de controle over en het beheer van een aantal investeringen in de vennootschappen van de Groep en de financiering van activiteiten van de Groep via de bank en obligatiemarkten. Solvay nv is eveneens gestart met een interne factoringactiviteit zonder verhaal. Als gevolg daarvan bezit en beheert Solvay nv de handelsvorderingen van de Groep van klanten in Europa en Azië. Solvay beheert een onderzoekscentrum in Neder-Over-Heembeek (Brussel, België) en een heel beperkt aantal commerciële activiteiten die niet door dochterondernemingen worden uitgevoerd.

Verkorte balans van Solvay nv

In € miljoen 2019 2018
ACTIVA
Vaste activa 13.286 13.883
Oprichtingskosten en immateriële activa 164 172
Materiële vaste activa 64 55
Financiële activa 13.058 13.656
Vlottende activa 5.080 5.457
Voorraden
Handelsvorderingen 862 886
Overige vorderingen 3.861 4.061
Geldbeleggingen en liquide middelen 338 492
Overlopende rekeningen 19 18
Totaal van de activa 18.366 19.340
PASSIVA
Eigen vermogen 11.337 11.207
Kapitaal 1.588 1.588
Uitgifte premies 1.200 1.200
Reserves 1.982 1.982
Overgedragen winst 6.566 6.436
Voorzieningen en uitgestelde belastingen 309 323
Financiële schulden 3.353 3.015
op meer dan één jaar 2.652 2.050
op ten hoogste één jaar 701 965
Handelsschulden 84 80
Overige schulden 3.256 4.670
Overlopende rekeningen 27 45
Totaal van de passiva 18.366 19.340
  • Een daling van de financiële activa met € -598 miljoen, dat vooral toe te schrijven is aan het netto-impact van:
    • De vermindering van het eigen-vermogensbelang in Solvay Finance Luxembourg (€ -1.720 miljoen), in Belgische dochterondernemingen (€ -376 miljoen) en in Solvay GmbH (€-41 miljoen);
  • De stijging van de deelneming aangehouden in Solvay Holding Inc via een kapitaalbijdrage van € 1.616 miljoen;
  • Een daling van de vlottende activa met € -377 miljoen, dat vooral toe te schrijven is aan:
    • De daling van de overige vorderingen (€ -200 miljoen) als gevolg van de aflossing van leningen door verbonden partijen en mutaties van de lopende rekeningen met verbonden partijen; en
    • De daling van de geldmiddelen aangehouden op de bank (€ -154 miljoen).

De daling van het balanstotaal (€ -974 miljoen) is het gevolg van: De financiële schulden bedragen € 3.353 miljoen (vergeleken met € 3.015 miljoen op het einde van 2018). De toename met € 338 miljoen is te wijten aan:

  • de aflossing van een intragroepsschuld voor € -700 miljoen;
  • de uitgifte van senior obligaties (€ 600 miljoen); en
  • de toename van commercial paper (€ 454 miljoen).

Na rekening te houden met de "Geldbeleggingen en liquide middelen" en de intragroepsleningen in "Overige vorderingen" bedraagt de netto financiële schuld € 1.944 miljoen (tegenover € 2.561 miljoen op het einde van 2018). De daling in netto financiële schuld is voornamelijk toe te schrijven aan intragroepsstromen (dividenden, kapitaalsverhogingen en -verminderingen).

Overige schulden bestaan uit lopende rekeningen bij dochterondernemingen alsmede in 2020 uit te keren dividenden (€ 397 miljoen).

Het eigen vermogen stijgt met € 130 miljoen door het surplus van de winst van het boekjaar over het dividend.

Verkorte winst- en verliesrekening van Solvay nv

In € miljoen 2019 2018
Bedrijfsopbrengsten 987 1.024
Omzet 13 11
Andere bedrijfsopbrengsten 974 1.013
Bedrijfskosten –855 –982
Bedrijfsresultaat 132 42
Financiële kosten en opbrengsten 413 495
Winst van het boekjaar vóór belasting 545 537
Belastingen –18 –11
Winst van het boekjaar 527 526
Te bestemmen winst van het boekjaar 527 526

De winst van het boekjaar van Solvay nv kwam in 2019 uit op € 527 miljoen, tegenover € 526 miljoen in 2018.

Dit omvat:

  • het bedrijfsresultaat ten belope van € 132 miljoen, vergeleken met € 42 miljoen in 2018. Deze stijging is vooral te danken aan de hogere doorfacturaties aan de verbonden partijen;
  • financiële kosten en opbrengsten waarvan:
    • dividenden ontvangen van verschillende financiële deelnemingen ten belope van €1.469 miljoen, gedeeltelijk gecompenseerd met waardeverminderingen op aandelen (€ -985 miljoen), met inbegrip van de waardevermindering op de aandelen van Solvay Finance Luxembourg (€ 820 miljoen) na uitkering van de reserves om de kapitaalsverhoging in Solvay Holding Inc te financieren. In 2018 ontving Solvay nv dividenden voor € 177 miljoen en boekte ze een meerwaarde van € 370 miljoen op de verkoop van deelnemingen binnen de Groep;
    • het verschil tussen ontvangen en betaalde rente op financieringsactiviteiten ten bedrage van € -64 miljoen, vergeleken met een bedrag van € -62 miljoen in 2018.

Een bedrag van € 6.963 miljoen inclusief de nettowinst over het jaar is beschikbaar voor uitkering.

Winst beschikbaar voor uitkering

In € miljoen 2019 2018
Te bestemmen winst van het boekjaar 527 526
Overgedragen winst 6.436 6.307
Totaal ter beschikking van de Algemene Vergadering 6.963 6.833
Verwerking
Brutodividend 397 397
Overgedragen winst 6.566 6.436
Totaal 6.963 6.833

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 JAARREKENING

7 Verklaringen: verslag van de commissaris & verklaring van de verantwoordelijke personen

Verslag van de commissaris inzake het nazicht van sociale, ecologische en andere duurzaamheidsindicatoren voor het jaar afgesloten op 31 december 2019 271 Verslag van de commissaris aan de algemene vergadering van Solvay NV over het boekjaar afgesloten op 31 december 2019 279 Verklaring van de verantwoordelijke personen 287

Solvay NV Document subtitle= Verdana Heading 12 0/0 single

Solvay NV

Deloitte Bedrijfsrevisoren / Reviseurs d'Entreprises

Verslag van de commissaris inzake het nazicht van sociale, ecologische en andere duurzaamheidsindicatoren voor het jaar afgesloten op 31 december 2019

Solvay NV

Verslag van de commissaris inzake het nazicht van sociale, ecologische en andere duurzaamheidsindicatoren voor het jaar afgesloten op 31 december 2019

Verslag van de commissaris inzake het nazicht van sociale, ecologische en andere duurzaamheidsindicatoren voor het jaar afgesloten op 31 december 2019

Op grond van uw verzoek en in onze bevoegdheid van commissaris van Solvay NV ("de Vennootschap"), stellen wij u hierbij ons assuranceverslag voor over een selectie van sociale, ecologische en andere duurzaamheidsindicatoren opgenomen in het Geïntegreerd Jaarverslag van de Solvay Groep voor het jaar afgesloten op 31 december 2019 ("Geïntegreerd Jaarverslag 2019") en aangeduid met het symbool en .

Verantwoordelijkheid van de Vennootschap

Deze selectie van informatie (de "Informatie") onttrokken uit het Geïntegreerd Jaarverslag 2019, is opgesteld onder verantwoordelijkheid van de raad van bestuur van de Solvay Groep, in overeenstemming met de interne rapporteringsrichtlijnen gebruikt door Solvay Groep (het "Rapporteringskader"). Dit Rapporteringskader bestaat uit specifieke definities en veronderstellingen die worden samengevat in de sectie "Extra-financiële jaarrekening" van het Geïntegreerd Jaarverslag 2019.

Verantwoordelijkheid van de commissaris

Het is onze verantwoordelijkheid, op basis van de procedures uitgevoerd door ons:

  • Een onafhankelijk oordeel uit te drukken over de beperkte mate van zekerheid met betrekking tot de informatie die aangeduid wordt met het symbool in het Geïntegreerd Jaarverslag 2019;
  • Een onafhankelijk oordeel uit te drukken over de redelijke mate van zekerheid met betrekking tot de informatie die aangeduid wordt met het symbool in het Geïntegreerd Jaarverslag 2019

De volledige lijst van de Informatie die binnen de omvang van onze werkzaamheden ligt, en het toegepaste type van oordeel, is beschreven in Bijlage A toegevoegd bij dit rapport.

Wij hebben onze werkzaamheden uitgevoerd overeenkomstig de internationale standaard ISAE (International Standard on Assurance Engagements) 3000. Met betrekking tot de regels i.v.m. onafhankelijkheid verwijzen we naar de wettelijke en reglementaire teksten, evenals de professionele Ethische Code, uitgegeven door de International Federation of Accountants ("IFAC").

Aard en omvang van de procedures

We hebben de volgende procedures uitgevoerd:

  • Algemene procedures:
    • o De evaluatie van de rapportering op vlak van relevantie, volledigheid, neutraliteit, duidelijkheid en betrouwbaarheid, door rekening te houden, indien relevant, met de rapporteringspraktijken binnen de sector.
    • o Het verkrijgen van inzicht in de opzet van de systemen en methodes gebruikt binnen de Solvay Groep voor het verzamelen, verwerken, consolideren en controleren van de geselecteerde informatie en het beoordelen van de effectieve werking van deze systemen en methodes. We hebben ons vertrouwd gemaakt met de procedures van interne beheersing en risicobeheer met betrekking tot de samenstelling van de informatie. We hebben interviews afgelegd met personen die verantwoordelijk zijn voor de rapportering van sociale, ecologische en andere duurzaamheidsindicatoren.

Solvay NV

Verslag van de commissaris inzake het nazicht van sociale, ecologische en andere duurzaamheidsindicatoren voor het jaar afgesloten op 31 december 2019

  • o Op een steekproef van sites op basis van hun activiteiten, hun bijdrage aan de geconsolideerde indicatoren, hun locatie en een risicoanalyse, hebben we:
    • Interviews afgenomen om de correcte toepassing van de procedures te verifiëren en hebben we informatie verkregen om onze verificaties uit te voeren;
    • Inhoudelijke testen uitgevoerd met behulp van steekproeven, om de berekeningen te verifiëren en data met onderliggende bewijsstukken te valideren.
  • o De geauditeerde sites en indicatoren zijn beschreven in Bijlage B van dit rapport.
  • "Beperkte mate van zekerheid" over de informatie die aangeduid wordt met het symbool in het Geïntegreerd Jaarverslag 2019:
    • o Om beperkte mate van zekerheid over de geselecteerde informatie te krijgen, hebben we voor de entiteit die verantwoordelijk is voor de consolidatie, alsook voor de gecontroleerde entiteiten, analytische procedures opgezet en met behulp van steekproeven geverifieerd dat de berekeningen evenals de consolidatie van deze informatie geen materiële fouten bevat die in twijfel zouden kunnen trekken dat de voorbereiding, in alle materiële opzichten, in overeenstemming met het Rapporteringskader zijn gebeurd. Voor hogere mate van zekerheid zouden meer uitgebreide procedures nodig zijn.
  • "Redelijke mate van zekerheid" over de informatie die aangeduid wordt met het symbool in het Geïntegreerd Jaarverslag 2019:
    • o Wij hebben werkzaamheden uitgevoerd van dezelfde aard als in de vorige paragraaf beschreven (beperkte mate van zekerheid), maar in meer detail, met name een verhoogd aantal tests. In deze gevallen vertegenwoordigt het geselecteerde monster tussen 12% en 20% van de gepubliceerde gegevens.

Conclusie

Voor de Informatie binnen de omvang van onze werkzaamheden waarvoor wij een beperkte mate van zekerheid bieden (aangeduid met het symbool )

Op basis van de door ons uitgevoerde werkzaamheden bleek niets ons te doen geloven dat de informatie die door het symbool aangeduid in het Geïntegreerd Jaarverslag voor 2019 niet is opgesteld, in alle materiële opzichten, in overeenstemming met het Rapporteringskader.

Voor de Informatie binnen de omvang van onze werkzaamheden waarvoor wij een redelijke mate van zekerheid bieden (aangeduid met het symbool )

Naar onze mening, op basis van de door ons uitgevoerde werkzaamheden, is de Informatie aangeduid met het symbool in het Geïntegreerd Jaarverslag voor 2019 in alle materiële opzichten opgesteld in overeenstemming met het Rapporteringskader.

Observatie

Zonder kwalificatie van onze bovenstaande conclusie, vestigen wij uw aandacht op het volgende punt:

Hoewel het proces, de definitie en de onderliggende controleomgeving met betrekking tot de zelfevaluaties van 'Solvay Way' significant werden herzien in 2019 ten opzichte van 2018, tonen zij ruimte voor verbetering. Zij dienen te worden versterkt voor 2020.

Zaventem, 31 maart 2020

De commissaris

Deloitte Bedrijfsrevisoren CVBA/SCRL Vertegenwoordigd door

____________ Michel Denayer

___________

Corine Magnin

Annex: Annex A – Overzicht geauditeerde indicatoren Annex B – Overzicht geauditeerde sites en indicatoren

Deloitte Bedrijfsrevisoren/Réviseurs d'Entreprises Coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid/Société coopérative à responsabilité limitée Registered Office: Gateway building, Luchthaven Brussel Nationaal 1 J, B-1930 Zaventem VAT BE 0429.053.863 - RPR Brussel/RPM Bruxelles - IBAN BE 17 2300 0465 6121 - BIC GEBABEBB

Member of Deloitte Touche Tohmatsu Limited

Solvay NV

Verslag van de commissaris inzake het nazicht van sociale, ecologische en andere duurzaamheidsindicatoren voor het jaar afgesloten op 31 december 2019

Appendix A – Overzicht geauditeerde indicatoren

De indicatoren aangeduid in het vet zijn geselecteerd voor redelijke mate van zekerheid.

Rapporteringsdomein Informatie Audit procedure Audit scope
Duurzame Beoordeelde productportefeuille Redelijke mate van zekerheid Groepsniveau
bedrijfsoplossingen Duurzame bedrijfsoplossingen Redelijke mate van zekerheid Groepsniveau
Intensiteit van de uitstoot van broeikasgassen Redelijke mate van zekerheid Groepsniveau
Broeikasgassen reducties behaald ten opzichte
van vorig jaar (bij constante scope en constante
BKG-boekhoudmethode)
Redelijke mate van zekerheid Groepsniveau
Uitstoot van
broeikasgassen
Directe en indirecte CO2-uitstoot
(toepassingsgebied 1 en 2)
Redelijke mate van zekerheid Site-niveau
Totale uitstoot andere broeikasgassen conform
het Kyotoprotocol (toepassingsgebied 1)
Redelijke mate van zekerheid Site-niveau
Totale uitstoot andere broeikasgassen conform
het Kyotoprotocol (toepassingsgebied 1 & 2)
Redelijke mate van zekerheid Site-niveau
Totale uitstoot andere broeikasgassen niet conform
het Kyotoprotocol (toepassingsgebied 1)
Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Primair energieverbruik Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Energie Energie-efficiëntie-index Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Uitstoot van stikstofoxiden Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Intensiteit van stikstofoxiden Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Uitstoot van zwaveloxiden Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Luchtkwaliteit Intensiteit van zwaveloxiden Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Uitstoot van vluchtige organische stoffen met
uitzondering van methaan
Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Intensiteit van vluchtige organische stoffen met
uitzondering van methaan
Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Zoetwateronttrekking Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Intensiteit zoetwateronttrekking Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Water en afvalwater Uitstoot chemisch zuurstofverbruik Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Intensiteit chemisch zuurstofverbruik Beperkte mate van zekerheid Site-niveau

S O L V A Y 2019 ANNUAL INTEGRATED REPORT AUDITOR'S REPORT ON THE CONSOLIDATED FINANCIAL STATEMENTS

Solvay NV

Verslag van de commissaris inzake het nazicht van sociale, ecologische en andere duurzaamheidsindicatoren voor het jaar afgesloten op 31 december 2019

Rapporteringsdomein Informatie Audit procedure Audit scope
Ongevaarlijk industrieel afval Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Gevaarlijk industrieel afval Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Totaal industrieel afval Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Industrieel afval dat niet op duurzame wijze wordt
verwerkt, in absolute volumes
Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Afval en gevaarlijke stoffen Industrieel afval dat niet op duurzame wijze wordt
verwerkt intensiteit
Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Zeer zorgwekkende stoffen (ZZS) volgens REACH
criteria aanwezig in op de markt gebrachte
producten
Beperkte mate van zekerheid Groepsniveau
Voltooiingspercentage analyse van veiligere
alternatieven voor op de markt gebrachte stoffen
Beperkte mate van zekerheid Groepsniveau
Gezondheid en veiligheid van
de medewerkers
Medical Treatment Accident Rate – voor
mederwerkers en aannemers (MTAR) van
Solvay
Redelijke mate van
zekerheid
Site-niveau
Lost Time Accident Rate – voor medewerkers
en aannemers (LTAR) van Solvay
Redelijke mate van
zekerheid
Site-niveau
Fatale ongelukken, waarbij medewerkers en
aannemers betrokken zijn
Redelijke mate van
zekerheid
Site-niveau
Betrokkenheid en welzijn van
de medewerkers
Aantal medewerkers onder een CAO Beperkte mate van zekerheid Groepsniveau
Solvay Way Solvay Way Groepsprofiel Beperkte mate van zekerheid Groeps- en site
niveau
Maatschappelijke projecten Medewerkers die zich plaatselijk maatschappelijk
inzetten
Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Totaal aantal medewerkers Beperkte mate van zekerheid Groepsniveau
Percentage vrouwen in de Groep Beperkte mate van zekerheid Groepsniveau
Diversiteit en inclusie Aantal medewerkers per functiekader (hoger kader,
middenkader, lager kader, geen leidinggevende
functie)
Beperkte mate van zekerheid Groepsniveau
Niveau procesveiligheidsincidenten Beperkte mate van zekerheid Groepsniveau
Incidenten met een middelmatige ernstgraad met
gevolgen voor het milieu
Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Ongevallen- en
veiligheidsmanagement
Incidenten met een middelmatige ernstgraad met
gevolgen voor het milieu, waarbij de limieten van de
exploitatievergunning zijn overschreden
Beperkte mate van zekerheid Site-niveau
Incidenten met een middelmatige ernstgraad met
gevolgen voor het milieu, waarbij de limieten van de
exploitatievergunning niet zijn overschreden
Beperkte mate van zekerheid Site-niveau

Solvay NV

Verslag van de commissaris inzake het nazicht van sociale, ecologische en andere duurzaamheidsindicatoren voor het jaar afgesloten op 31 december 2019

Rapporteringsdomein Informatie Audit procedure Audit scope
Klanttevredenheid Net Promoter Score van Solvay (NPS) Beperkte mate van zekerheid Groepsniveau
Totaal aantal klachten Beperkte mate van zekerheid Groepsniveau
Beheer van het juridisch,
ethisch en regelgevend
Totaal aantal afgeronde klachten inclusief zaken
waarbij er onvoldoende informatie was of die foutief
verzonden of doorverwezen waren
Beperkte mate van zekerheid Groepsniveau
raamwerk Aantal ongegronde klachten onder de afgeronde
zaken
Beperkte mate van zekerheid Groepsniveau
Aantal gegronde klachten onder de afgeronde zaken Beperkte mate van zekerheid Groepsniveau

N.B.: Voor FY19 is de 'beperkte mate van zekerheid' die gegeven werd op de Engagement-index van Solvay buiten beschouwing ten opzichte van FY18 gezien er geen meting heeft plaatsgevonden.

Solvay NV

Verslag van de commissaris inzake het nazicht van sociale, ecologische en andere duurzaamheidsindicatoren voor het jaar afgesloten op 31 december 2019

Land Geauditeerde rapporteringsdomeinen
Gauditeerde
sites
Uitstoot v.
broeikasgassen
Energie Luchtkwaliteit Water en
afvalwater
Afval en
gevaarlijke
stoffen
Gezondheid en
veiligheid van
de
medewerkers
Ongevallen
en veiligheids
management
Solvay
Way
Maatschap
pelijke
projecten
Paulinia Brazilië
Curtitiba Brazilië
Devnya Bulgarije
Clamecy Frankrijk
Bad Hoennigen Duitsland
Roha India
Massa Italië
Riga Letland
Atequiza Jalisc Mexico
Singapore Ayer Singapore
Warrington UK
Borger, TX USA
Deer Park, TX USA
Green River, WY USA
Orange, TX USA
Willow Island,
WV
USA

Appendix B – Overzicht geauditeerde sites, GBU's en functies

Een selectie van indicatoren geauditeerd

Alle relevante indicatoren geauditeerd

Geauditeerde GBUs en functies Solvay Way Klantentevredenheid
GBU Aroma Performance
GBU Fibras
GBU Novecare
GBU Peroxides
GBU Specialty Polymers
Investeerders stakeholder

Een selectie van indicatoren geauditeerd

Alle relevante indicatoren geauditeerd

Solvay NV Document subtitle= Verdana Heading 12 0/0 single

Solvay NV

Deloitte Bedrijfsrevisoren / Reviseurs d'Entreprises

Verslag van de commissaris aan de algemene vergadering over het boekjaar afgesloten op 31 december 2019 - Geconsolideerde jaarrekening

Solvay NV | 31 december 2019

Verslag van de commissaris aan de algemene vergadering van Solvay NV over het boekjaar afgesloten op 31 december 2019 - Geconsolideerde jaarrekening

In het kader van de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van Solvay NV (de "vennootschap") en haar filialen (samen "de groep"), leggen wij u ons commissarisverslag voor. Dit bevat ons verslag over de geconsolideerde jaarrekening alsook de overige door wet- en regelgeving gestelde eisen. Dit vormt één geheel en is ondeelbaar.

Wij werden benoemd in onze hoedanigheid van commissaris door de algemene vergadering van 14 mei 2019, overeenkomstig het voorstel van het bestuursorgaan uitgebracht op aanbeveling van het auditcomité en op voordracht van de ondernemingsraad. Ons mandaat loopt af op de datum van de algemene vergadering die beraadslaagt over de jaarrekening afgesloten op 31 december 2021. Wij hebben de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van Solvay NV uitgevoerd gedurende 19 opeenvolgende boekjaren.

Verslag over de geconsolideerde jaarrekening

Oordeel zonder voorbehoud

Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de geconsolideerde jaarrekening van de groep, die het geconsolideerd overzicht van de financiële positie op 31 december 2019 omvat, alsook de geconsolideerde winst- en verliesrekening, het geconsolideerd overzicht van het totaalresultaat, het geconsolideerd mutatieoverzicht van het eigen vermogen en het geconsolideerd overzicht van de kasstromen over het boekjaar afgesloten op die datum en de toelichting, met de belangrijkste gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en overige informatieverschaffing, waarvan het totaal van het geconsolideerd overzicht van de financiële positie 21 307 miljoen EUR bedraagt en waarvan de geconsolideerde winst- en verliesrekening afsluit met een winst van het boekjaar van 157 miljoen EUR.

Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van het vermogen en van de financiële toestand van de groep op 31 december 2019 alsook van zijn geconsolideerde resultaten en van zijn geconsolideerde kasstromen over het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften.

Basis voor het oordeel zonder voorbehoud

Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens de internationale controlestandaarden (ISA's) zoals van toepassing in België. Wij hebben bovendien de door IAASB goedgekeurde internationale controlestandaarden toegepast die van toepassing zijn op huidige afsluitdatum en nog niet goedgekeurd op nationaal niveau. Onze verantwoordelijkheden op grond van deze standaarden zijn verder beschreven in de sectie "Verantwoordelijkheden van de commissaris voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening" van ons verslag. Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip van deze met betrekking tot de onafhankelijkheid.

Wij hebben van het bestuursorgaan en van de aangestelden van de vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen.

Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.

Kernpunten van de controle

1

Kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die naar ons professioneel oordeel het meest significant waren bij de controle van de geconsolideerde jaarrekening van de huidige verslagperiode. Deze aangelegenheden zijn behandeld in de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening als geheel en bij het vormen van ons oordeel hierover, en wij verschaffen geen afzonderlijk oordeel over deze aangelegenheden.

1. Toetsing op bijzondere waardevermindering van goodwill

  • Als gevolg van de transitie van de groep in een bedrijf actief in chemische specialiteiten, heeft de groep aanzienlijke goodwills opgebouwd uit overnames. Op 31 december 2019 bedragen de goodwills 4 468 miljoen EUR en vertegenwoordigen 21% of van de totale geconsolideerde activa.
  • Zoals vereist door IFRS, wordt de boekwaarde van goodwill jaarlijks getest voor bijzondere waardevermindering door het vergelijken van de boekwaarde van elke kassstroomgenererende eenheid ("KGE") of groep van KGE's met z'n bedrijfswaarde.
  • Rekening houdende met de overwaarde die bestaat per KGE of groep van KGE's en de sensitiviteitsanalyses uitgevoerd op de waardering en de kasstroomveronderstellingen die gebruikt werden in de toetsing op bijzondere waardevermindering, hebben wij ons voornamelijk gericht op de kasstroomveronderstellingen van de volgende KGE's of groep van KGE's: Composite Materials en Technology Solutions. De goodwills voor deze KGE's of groep van KGE's bedragen respectievelijk 1 334 en 966 miljoen EUR op 31 december 2019, hetgeen de twee grootste goodwills per KGE of groep van KGE's binnen de groep vertegenwoordigt. Het verschil tussen de boekwaarde van deze KGE's of groep van KGE's en z'n bedrijfswaarde ("overwaarde") ligt lager dan bij de andere KGE's.
  • Bovendien, heeft het management een bijzondere waardevermindering van 825 miljoen EUR geboekt op de Olie & Gas kasstroomgenererende eenheid in september 2019. Een significante oordeelsvorming was nodig bij het inschatten van de realiseerbare waarde van deze KGE (voornamelijk de disconteringsvoet, voorspelde EBITDA en groeivoet op lange termijn).
  • Kernpunten van de controle Hoe onze controle de kernpunten van de controle behandelde

    • We hebben de processen van bijzondere waardevermindering van goodwill en budgettering nagekeken en hebben hierbij de relevante controles geïdentificeerd;
    • Wij hebben de bepaling van KGE's of groepen van KGE's door het management ten behoeve van de toetsing op bijzondere waardevermindering van goodwill kritisch beoordeeld;
    • We hebben de boekwaardes van de KGE's of groepen van KGE's die gebruikt werden in de toetsing op bijzondere waardevermindering afgestemd met het financieel rapporteringssysteem;
    • Wij hebben beoordeeld of de waarderingsmethode onder de gegeven omstandigheden geschikt is en of de methode voor het bepalen van de bedrijfswaarde consistent wordt toegepast met de voorgaande perioden;
    • Wij hebben de redelijkheid van de waarderingsveronderstellingen (disconteringsvoet en groeivoet op lange termijn) kritisch beoordeeld;
    • We hebben de redelijkheid van de kasstroomveronderstellingen kritisch beoordeeld, zowel in de prognoseperiode als in de eindperiode;
    • Wij hebben benchmarking- en gevoeligheidsanalyses uitgevoerd met sectorgenoten en analistenrapporten, met betrekking tot waarderings- en kasstroomveronderstellingen;
    • We hebben de wiskundige nauwkeurigheid van het algemene model getest;
    • We hebben de bijzondere waardevermindering geboekt voor Olie & Gas herberekend en de toewijzing over de verschillende activacategorieën beoordeeld;
    • Wij hebben de aansluiting van het management van de waarderingen, gebruikt voor het testen op bijzondere waardevermindering, met de marktkapitalisatie van de entiteit beoordeeld en getest;
  • We hebben ook extra aandacht besteed aan de waarderingsveronderstellingen (disconteringsvoet en groeivoet op lange termijn) gezien de grote gevoeligheid aan deze veronderstellingen, en ook het feit dat het management dezelfde disconteringsvoet toepast voor alle KGE's.

  • Bijgevolg beschouwen de toetsing op bijzondere waardervermindering van de 3 bovengenoemde KGE's of groepen van KGE's als kernpunt van onze controle.
  • De toelichtingen van het management over de toetsing op bijzondere waardevermindering van goodwill werden opgenomen in toelichting F21 en F27 bij de geconsolideerde jaarrekening.
  • 2. Verplichtingen voor toegezegdpensioenregelingen
  • De nettoverplichting uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen voor een bedrag van 2 475 miljoen EUR bestaat uit verplichtingen voor toegezegd-pensioenregelingen (5 511 miljoen EUR) deels gecompenseerd door (opgenomen) fondsbeleggingen (3 036 miljoen EUR). De grootste pensioenplannen in 2019 hebben betrekking op het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, de Verenigde Staten, Duitsland en België. Deze vijf landen vertegenwoordigen 94% van de totale verplichting voor toegezegd-pensioenregelingen.
  • Verplichtingen uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen is een kernpunt van de controle, vooral omdat de bedragen aanzienlijk zijn, het beoordelingsproces complex is en het vereist schattingen van het management om de actuariële veronderstellingen en de reële waarde van activa te bepalen. De actuariële veronderstellingen die worden gebruikt bij de waardering van de pensioenverplichtingen van de groep omvatten beoordelingen met betrekking tot sterftegraad, prijsinflatie, disconteringsvoeten en percentages van pensioen- en salarisstijgingen, waarrond zich inherente onzekerheden voordoen.
  • De toelichting van het management over de verplichtingen uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen is opgenomen in toelichting F34A van de geconsolideerde jaarrekening.

Kernpunten van de controle Hoe onze controle de kernpunten van de controle behandelde

  • Wij hebben onze waarderingsspecialisten ingeschakeld om ons te bij te staan bij het uitvoeren van een aantal van de bovenstaande procedures;
  • Wij hebben de volledigheid en nauwkeurigheid van de toelichtingen in overeenstemming met IAS 36 nagekeken en beoordeeld.

  • Wij hebben de veronderstellingen van het management (actuariële en andere hypotheses), de numerieke gegevens, de actuariële parameters, de berekening van de voorzieningen en de presentatie in het geconsolideerd overzicht van de financiële positie en de toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening beoordeeld en onderzocht, gebaseerd op de actuariële verslagen;

  • Onze controle van de reële waarde van de fondsbeleggingen werd uitgevoerd op basis van de respectievelijke bank- en fondsbevestigingen;
  • Wij hebben de volledigheid en nauwkeurigheid van de toelichtingen in overeenstemming met IAS 19 nagekeken en beoordeeld;
  • Wij betrekken in dit nazicht onze actuarissen. We hebben ook de interne controles bekeken, voornamelijk met betrekking tot het bijhouden van databases en het bijwerken van hypotheses.

Kernpunten van de controle Hoe onze controle de kernpunten van de controle behandelde

3. IFRS 16 Leaseovereenkomsten – Eerste toepassing

  • Solvay heeft IFRS 16 Leaseovereenkomsten toegepast met ingang vanaf 1 januari 2019. De groep heeft gekozen om IFRS 16 toe te passen met de gewijzigde retrospectieve methode. Als gevolg werden de vergelijkende cijfers niet herwerkt. IFRS 16 wijzigt de boekhoudkundige verwerking van operationele leaseovereenkomsten bij het afsluiten ervan, met een erkenning van een gebruiksrecht op het geleasde actief en een verplichting voor de leasebetalingen over de contractuele leaseperiode.
  • Op 1 januari 2019 werden leaseverplichtingen erkend in overeenstemming met IFRS 16 voor een bedrag van 433 miljoen EUR (zonder deze die betrekking hebben op verplichtingen die verband houden met activa aangehouden voor verkoop). Geleasde activa hebben voornamelijk betrekking op gebouwen, transportmaterieel en industriële uitrusting.
  • Om de transitie-impact van IFRS 16 te kunnen berekenen, heeft het management een omvangrijke oefening uitgevoerd om de nodige data te verzamelen en deze samen te vatten, zodat alle input data konden samen gebracht worden voor het bepalen van de transitie-impact en de boekhoudkundige verwerking van de eerste toepassing van deze standaard, alsook van de recurrente verwerking ervan in de toekomst.
  • De impact van de eerste toepassing van IFRS 16 is een kernpunt van de controle, daar zij berust op een aantal belangrijke oordeelsvormingen, voornamelijk in verband met de leaseperiode, rentevoeten en dienst-gerelateerde componenten in de leasebetalingen.
  • Onze controleaanpak bestond erin de relevantie te beoordelen van de methodologie en naleving van de toepasselijke boekhoudkundige principes gebruikt door de groep in het bepalen van de belangrijkste veronderstellingen in verband met de leaseperiode, rentevoeten en dienstgerelateerde componenten in de leasebetalingen;
  • We hebben het ontwerp en de toepassing van sleutelcontroles in verband met de bepaling van de IFRS 16 transitie-impact en toekomstige boekhoudkundige verwerking beoordeeld;
  • We hebben de nauwkeurigheid van de onderliggende leasedata beoordeeld door het afstemmen van een representatieve steekproef van leases met de originele contracten of andere ondersteunende informatie, en hebben de integriteit en wiskundige nauwkeurigheid van de IFRS 16 berekeningen op transitiedatum en daarna gecontroleerd;
  • We hebben de volledigheid van de leaseovereenkomsten verwerkt volgens IFRS 16 beoordeeld door het afstemmen met de leaseverbintenissen van de groep, en door het onderzoeken van de belangrijkste dienstcontracten om na te gaan of deze al dan niet een leasecomponent bevatten volgens IFRS 16;
  • We hebben ook de gepastheid beoordeeld van de toelichtingen in de Grondslagen voor verslaggeving en toelichtingen F23 en F35 bij de geconsolideerde jaarrekening.

Verantwoordelijkheden van het bestuursorgaan voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening

Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften, alsook voor de interne beheersing die het bestuursorgaan noodzakelijk acht voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten.

Solvay NV | 31 december 2019

Bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening is het bestuursorgaan verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de groep om haar continuïteit te handhaven, het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling, tenzij het bestuursorgaan het voornemen heeft om de groep te liquideren of om de bedrijfsactiviteiten te beëindigen of geen realistisch alternatief heeft dan dit te doen.

Verantwoordelijkheden van de commissaris voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening

Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de geconsolideerde jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten en het uitbrengen van een commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISA's is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van deze geconsolideerde jaarrekening, beïnvloeden.

Bij de uitvoering van onze controle leven wij het wettelijk, reglementair en normatief kader na dat van toepassing is op de controle van de geconsolideerde jaarrekening in België. De wettelijke controle biedt geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de vennootschap, noch van de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee het bestuursorgaan de bedrijfsvoering van de vennootschap ter hand heeft genomen of zal nemen.

Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISA's, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. We voeren tevens de volgende werkzaamheden uit:

  • het identificeren en inschatten van de risico's dat de geconsolideerde jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, het bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden die op deze risico's inspelen en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Het risico van het niet detecteren van een van materieel belang zijnde afwijking is groter indien die afwijking het gevolg is van fraude dan indien zij het gevolg is van fouten, omdat bij fraude sprake kan zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten om transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het doorbreken van de interne beheersing;
  • het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle, met als doel controlewerkzaamheden op te zetten die in de gegeven omstandigheden geschikt zijn maar die niet zijn gericht op het geven van een oordeel over de effectiviteit van de interne beheersing van de groep;
  • het evalueren van de geschiktheid van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van de door het bestuursorgaan gemaakte schattingen en van de daarop betrekking hebbende toelichtingen;
  • het concluderen dat de door het bestuursorgaan gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is, en het concluderen, op basis van de verkregen controle-informatie, of er een onzekerheid van materieel belang bestaat met betrekking tot gebeurtenissen of omstandigheden die significante twijfel kunnen doen ontstaan over de mogelijkheid van de groep om haar continuïteit te handhaven. Indien wij concluderen dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn wij ertoe gehouden om de aandacht in ons commissarisverslag te vestigen op de daarop betrekking hebbende toelichtingen in de geconsolideerde jaarrekening, of, indien deze toelichtingen inadequaat zijn, om ons oordeel aan te passen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van ons commissarisverslag. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat de groep haar continuïteit niet langer kan handhaven;
  • het evalueren van de algehele presentatie, structuur en inhoud van de geconsolideerde jaarrekening, en van de vraag of de geconsolideerde jaarrekening de onderliggende transacties en gebeurtenissen weergeeft op een wijze die leidt tot een getrouw beeld;

Solvay NV | 31 december 2019

het verkrijgen van voldoende en geschikte controle-informatie met betrekking tot de financiële informatie van de entiteiten of bedrijfsactiviteiten binnen de groep gericht op het tot uitdrukking brengen van een oordeel over de geconsolideerde jaarrekening. Wij zijn verantwoordelijk voor de aansturing van, het toezicht op en de uitvoering van de groepscontrole. Wij blijven ongedeeld verantwoordelijk voor ons oordeel.

Wij communiceren met het auditcomité onder meer over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die wij identificeren gedurende onze controle.

Wij verschaffen aan het auditcomité tevens een verklaring dat wij de relevante deontologische voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd, en wij communiceren met hen over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden en, waar van toepassing, over de daarmee verband houdende maatregelen om onze onafhankelijkheid te waarborgen.

Uit de aangelegenheden die aan het auditcomité zijn gecommuniceerd bepalen wij die zaken die het meest significant waren bij de controle van de geconsolideerde jaarrekening van de huidige verslagperiode, en die derhalve de kernpunten van onze controle uitmaken. Wij beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze aangelegenheden is verboden door wet- of regelgeving.

Overige door wet- en regelgeving gestelde eisen

Verantwoordelijkheden van het bestuursorgaan

Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening, de verklaring van niet-financiële informatie gehecht aan dit jaarverslag en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport over de geconsolideerde jaarrekening.

Verantwoordelijkheden van de commissaris

6

In het kader van ons mandaat en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm bij de in België van toepassing zijnde internationale controlestandaarden (ISA's), is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening, de verklaring van niet-financiële informatie gehecht aan dit jaarverslag en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport te verifiëren, alsook verslag over deze aangelegenheden uit te brengen.

Aspecten betreffende het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening en andere informatie opgenomen in het jaarrapport over de geconsolideerde jaarrekening

Na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening, zijn wij van oordeel dat dit jaarverslag overeenstemt met de geconsolideerde jaarrekening voor hetzelfde boekjaar en is opgesteld overeenkomstig het artikel 3:32 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen.

In de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, in het bijzonder op basis van de kennis verkregen in de controle, of het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport over de geconsolideerde jaarrekening, een afwijking van materieel belang bevatten, hetzij informatie die onjuist vermeld of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, hebben wij geen afwijking van materieel belang te melden.

Solvay NV | 31 december 2019

De niet-financiële informatie zoals vereist op grond van artikel 3:32, § 2 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, werd opgenomen in het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening. De vennootschap heeft zich bij het opstellen van deze niet-financiële informatie gebaseerd op het Global Reporting Initiative (GRI) referentiemodel. Op vraag van Solvay's management hebben wij een apart verslag opgesteld waarin we een beperkte en redelijke mate van zekerheid geven over bepaalde sociale, ecologische en andere duurzaamheidsindicatoren in overeenstemming met de International Standard on Assurance Engagments ISAE 3000. Overeenkomstig artikel 3:75, § 1, 6° van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen spreken wij ons niet uit over de vraag of deze niet-financiële informatie is opgesteld in overeenstemming met het vermelde GRI referentiemodel. Voor informatie die niet is opgenomen in dit specifiek assurance-verslag, drukken wij geen enkele mate van zekerheid uit over eventuele elementen opgenomen in deze niet-financiële informatie.

Vermeldingen betreffende de onafhankelijkheid

  • Ons bedrijfsrevisorenkantoor en ons netwerk hebben geen opdrachten verricht die onverenigbaar zijn met de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening en ons bedrijfsrevisorenkantoor is in de loop van ons mandaat onafhankelijk gebleven tegenover de groep.
  • De honoraria voor de bijkomende opdrachten die verenigbaar zijn met de wettelijke controle bedoeld in artikel 3:65 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen werden correct vermeld en uitgesplitst in de toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening.

Andere vermeldingen

Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het auditcomité bedoeld in artikel 11 van de verordening (EU) nr. 537/2014.

Zaventem, 31 maart 2020

De commissaris

Deloitte Bedrijfsrevisoren CVBA/SCRL Vertegenwoordigd door

___________

Corine Magnin

Deloitte Bedrijfsrevisoren/Réviseurs d'Entreprises

Coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid/Société coopérative à responsabilité limitée Registered Office: Gateway building, Luchthaven Brussel Nationaal 1 J, B-1930 Zaventem VAT BE 0429.053.863 - RPR Brussel/RPM Bruxelles - IBAN BE 17 2300 0465 6121 - BIC GEBABEBB

Member of Deloitte Touche Tohmatsu Limited

Verklaring van de verantwoordelijke personen

De Raad van Bestuur verklaart dat voor zover zij weet:

  • a. de jaarrekening, die conform de internationale normen voor financiële verslaggeving (IFRS) werd opgesteld, een oprecht en getrouw beeld geeft van de activa en passiva, de financiële positie en de winst of het verlies van de emittent en de ondernemingen die behoren tot de consolidatiekring;
  • b. het verslag van de raad van bestuur een nauwkeurig beeld geeft van de evolutie van de activiteiten, de resultaten en de financiële positie van de emittent en de ondernemingen die behoren tot de consolidatiekring, samen met de omschrijving van de belangrijkste risico's en onzekerheden waarmee deze entiteiten af te rekenen hebben.

Voor de Raad van Bestuur,

Nicolas Boël Voorzitter van de Raad van Bestuur

Ilham Kadri Voorzitter van het Uitvoerend Comité en CEO Directeur

Woordenlijst

AANPASSINGEN

Ieder van deze aanpassingen aan de IFRS resultaten wordt geacht significant te zijn naar aard of waarde. Het elimineren van deze elementen van de winstmaat verschaft de lezers relevante bijkomende informatie over de onderliggende prestatie van de Groep doorheen de tijd omdat dit coherent is met hoe de prestaties van de operaties worden gerapporteerd aan de Raad van Bestuur en het Executief Comité. Deze aanpassingen omvatten:

  • Resultaat uit portefeuillebeheer en herevaluaties, en Resultaat van historische sanering en belangrijke juridische geschillen.
  • Impacten aangaande fusies en overnames, voornamelijk non-cash PPA impacten (bv. Reële waarde correctie van voorraden, en afschrijvingen van immateriële activa) en retentiebonussen betreffende Chemlogics en andere verwervingen,
  • Netto financiële resultaten aangaande (a) wijzigingen in discontovoeten, (b) hyperinflatie, (c) coupons aangaande hybride obligaties beschouwd als dividenden volgens IFRS, en (d) impacten van schuldbeheer (voornamelijk winsten en verliezen betreffende vervroegde terugbetaling van schulden),
  • Aanpassingen aan de resultaten van investeringen opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode, betreffende bijzondere waardeverminderingsverliezen, en niet gerealiseerde wisselkoersresultaten op schulden,Resultaten van voor verkoop beschikbare financiële activa,
  • Belastingeffecten aangaande bovenstaande elementen en belastingkosten of –inkomsten uit vorige jaren.
  • Alle bovenstaande aanpassingen betreffen zowel voortgezette als beëindigde bedrijfsactiviteiten, en omvatten de impacten van minderheidsbelangen.

AANVULLENDE VRIJWILLIGE BIJDRAGEN MET BETREKKING TOT TOEGEZEGD-PENSI-OENREGELINGEN

bijdragen aan fondsbeleggingen die de verplichte bijdragen aan toegezegd-pensioenregelingen overstijgen. Deze betalingen zijn discretionair en worden gedreven door het doel van waardecreatie.

BEËINDIGDE BEDRIJFSACTIVITEIT

Een component van de Groep die is afgestoten ofwel is geclassificeerd als aangehouden voor verkoop en:

  • een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch bedrijfsgebied vertegenwoordigt;
  • deel uitmaakt van één enkel gecoördineerd plan om een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch bedrijfsgebied af te stoten; of
  • een dochteronderneming is die uitsluitend is overgenomen met de bedoeling te worden doorverkocht.

BELASTINGVOET

Belastingvoet = Belasting op winst / (Winst voor belastingen – Resultaat uit joint ventures & geassocieerde deelnemingen – Interesten & geboekte wisselkoersresultaten op de RusVinyl joint venture). De aanpassing in de noemer betreffende geassocieerde deelnemingen en joint ventures is gemaakt omdat deze bijdragen reeds na aftrek van de belasting op winst zijn.

BIJNA-ONGELUKKEN

Ternauwernood voorkomen ongeluk of botsing

CARECHEM

Carechem 24 is een meertalige telefonische adviesdienst die 24 uur per dag, 365 dagen per jaar toegang geeft tot een team van geoefende correspondenten. Carechem 24 biedt in noodgevallen bedrijven waar ook ter wereld productinformatie bij een incident met gevaarlijke stoffen.

CASHCONVERSIE

Deze ratio wordt gebruikt om de omzetting van EBITDA in contanten te meten, en is gedefinieerd als (Onderliggende EBITDA + CAPEX van voortgezette bedrijfsactiviteiten) / onderliggende EBITDA.

CEFIC

Europese Raad van de Chemische Nijverheid.

CFROI

Kasstroom Opbrengst op Investeringen meet de opbrengsten in contanten van de bedrijfsactiviteiten van Solvay. Wijzigingen in CFROI niveaus zijn relevante indicatoren betreffende de creatie van economische waarde, niettegenstaande het is aanvaard dat deze maat niet kan worden vergeleken met industriële peers. De definitie maakt gebruik van een redelijke schatting (schatting door het bedrijfsbeheer) aangaande de vervangingskost van activa en vermijdt boekhoudkundige afwijkingen, bijvoorbeeld ingevolge waardeverminderingsverliezen. Het wordt berekend als de ratio tussen de Recurrente Kasstroom en Geïnvesteerd Kapitaal, waarbij:

  • Recurrente Kasstoom = Onderliggende EBITDA + (Dividenden ontvangen van geassocieerde deelnemingen en joint ventures, min Onderliggende Resultaten van geassocieerde deelnemingen en joint ventures) + Recurrente capex + Recurrente inkomstenbelastingen;
  • Geïnvesteerd kapitaal = Vervangingswaarde van de goodwill en de materiële vaste activa + Netto werkkapitaal + Boekwaarde van geassocieerde deelnemingen en joint ventures;
  • Recurrente capex is genormaliseerd op 2,3% van de Vervangingswaarde van de materiële vaste activa, na aftrek van goodwill waarden;
  • Recurrente inkomstenbelastingen zijn genormaliseerd op 28% van (de onderliggende EBIT min Onderliggende resultaten van geassocieerde deelnemingen en joint ventures).

CSR

Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen

CTA

(currency translation adjustments) wisselkoersverschillen

DIVIDENDRENDEMENT (BRUTO)

Brutodividend gedeeld door de slotkoers van het aandeel op 31 december.

DIVIDENDRENDEMENT (NETTO)

Nettodividend gedeeld door de slotkoers van het aandeel op 31 december.

DJ EURO STOXX

Dow Jones Euro Stoxx is een Europese aandelenindex, samengesteld uit de 326 belangrijkste aandelen van de algemene Dow Jones index uit elf landen van de eurozone.

DJ STOXX

Dow Jones Stoxx is een Europese beursindex samengesteld uit de 665 belangrijkste Europese aandelen.

EBIT

Earnings Before Interest and Taxes, of operationeel resultaat. Deze prestatie-indicator is een maat van de operationele winstgevendheid van de Groep, ongeacht de financieringsstructuur.

EBITDA

Earnings Before Interest and Taxes, Depreciation and Amortization (of operationeel resultaat vóór afschrijvingen). De Groep presenteert EBITDA als een alternatieve prestatie-indicator omdat het management ervan overtuigd is dat de maat bruikbare informatie weergeeft voor de beoordeling van de operationele winstgevendheid van de Groep en de capaciteit van de Groep om operationele kasstromen te genereren.

EIGEN VERMOGEN PER AANDEEL

Eigen vermogen (aandeel Solvay) gedeeld door het aantal uitstaande aandelen op het einde van het jaar (uitgegeven aandelen minus eigen aandelen).

ENVIRONMENTAL PROTECTION AGENCY

Het Amerikaanse Environmental Protection Agency (EPA, soms ook USEPA) is een agentschap van de federale regering van de Verenigde Staten en dat opgericht werd ter bescherming van gezondheid en milieu. Het legt de regelgeving vast op basis van de wetten die in het Congres goedgekeurd worden, en het ziet toe op de naleving ervan.

EURONEXT

Wereldwijde speler op de financiële markten en leverancier van handelstechnologieën.

FTSEUROFIRST 300

De FTSEurofirst 300 Index volgt de aandelenkoers van de 300 belangrijkste ondernemingen in de regio, gerangschikt volgens de marktkapitalisatie in de FTSE Developed Europe Index.

GBU

Global Business Unit.

GEDRAGSCODE

Solvay hecht het grootste belang aan verantwoordelijk gedrag en integriteit, waarbij het rekening houdt met de duurzame groei van zijn activiteiten en zijn goede reputatie in de gemeenschappen waarin het actief is.

GEÏNTEGREERDE RAPPORTAGE

Dit is een aanpak op basis van geïntegreerd denken, die resulteert in een periodiek geïntegreerd verslag van een organisatie over de waardecreatie op termijn, en informatieverschaffing over bepaalde aspecten van de waardecreatie.

GEWONE WINST PER AANDEEL

Nettoresultaat (aandeel Solvay), gedeeld door het gewogen gemiddelde aantal uitstaande aandelen, na aftrek van de eigen aandelen aangekocht om aandelenoptieplan in te dekken.

GRI

Het Global Reporting Initiative (GRI) is een toonaangevende organisatie op het gebied van duurzaamheid. GRI promoot verslaggeving over duurzaamheid als een manier voor organisaties om duurzamer te worden en om bij te dragen tot duurzame ontwikkeling.

HBM

Menselijke biomonitoring

HEFBOOMGRAAD

(Leverage ratio) Nettoschuld / onderliggende EBITDA van de voorbije 12 maanden.

Onderliggende leverage ratio = onderliggende nettoschuld / onderliggende EBITDA van de voorbije 12 maanden.

HPPO

Waterstofperoxide propyleenoxide, nieuwe technologie om propyleenoxide te produceren met waterstofperoxide.

HSE

Gezondheid, veiligheid en omgeving

ICCA

Internationale raad voor de chemische industrie

IFRS

International Financial Reporting Standards.

IIRC

International Integrated Reporting Council

ISO 14001

De ISO 14001-familie behandelt diverse aspecten van het leefmilieubeheer. Het reikt praktische instrumenten aan voor bedrijven en organisaties die het effect van hun activiteiten op het milieu willen weten en onder controle willen krijgen, en hun milieuprestaties willen verbeteren.

ISO 14040

De ISO 14040-norm heeft betrekking op de uitvoering van studies van levenscyclusanalyses (LCA) en levenscyclusinventarisaties (LCI).

ISO 26000

ISO 26000 is een wereldwijde norm die organisaties richtlijnen geeft om op een maatschappelijk verantwoorde manier te opereren. Deze norm werd in 2010 gepubliceerd na vijf jaar onderhandelen tussen een groot aantal betrokken partijen over de hele wereld. Vertegenwoordigers van regeringen, ngo's, de industrie, consumenten- en maatschappelijke organisaties waren betrokken bij de totstandkoming van deze norm. De norm vertegenwoordigt dus een internationale consensus.

ISO 9001

De ISO 9001-norm stelt een aantal eisen voor het opzetten van een kwalitatief managementsysteem in een organisatie, ongeacht de omvang en de activiteit ervan.

JOJ

Jaar-op-jaar vergelijking.

KAPITAALINVESTERINGEN (CAPEX)

Contanten betaald voor de verwerving van materiële en immateriële activa gepresenteerd in kasstromen uit investeringsactiviteiten en contanten betaald op de leaseverplichtingen (exclusief betaalde intresten), gepresenteerd in kasstromen uit financieringsactiviteiten. Deze indicator wordt gebruikt voor het beheer van het aangewend kapitaal in de Groep.

KASSTROOMOMZETTING

is een ratio die wordt gebruikt om de omzetting van EBITDA in cash te meten. Deze ratio wordt gedefinieerd als (onderliggende EBITDA + Capex van voortgezette activiteiten) / onderliggende EBITDA.

ONDERZOEK & INNOVATIE

meet de total contante inspanning aangaande onderzoek & ontwikkeling, of het nu om uitgegevn of gekapitaliseerde kosten gaat. Het bestaat uit kapitaalinvesteringen en uitgaven aangaande onderzoek

en ontwikkeling opgenomen in het resultaat en in het overzicht van de financiële positie, vóór aftrek van subsidies, royalties en afschrijvingslasten.

ONDERZOEK- EN INNOVATIE-INTENSITEIT

is de ratio van onderzoek & innovatie op netto-omzet.

KGE

Kasstroomgenererende eenheid.

LCA

Levenscyclusanalyse

HEFBOOMGRAAD

Onderliggende nettoschuld / onderliggende EBITDA van de voorbije 12 maanden.

LTAR

Lost Time Accident Rate of de ongevallen met werkverlet per miljoen werkuren.

M&A-GERELATEERDE EFFECTEN

Dit omvat voornamelijk de impacten van de niet-contante toewijzing van de overnameprijs (bijvoorbeeld voorraden step-up en afschrijving van immateriële activa anders dan voor het PPA-effect van Rhodia) en retentiebonussen met betrekking tot Chemlogics en overige overnames.

MTAR

Medical Treatment Accident Rate – aantal werkongevallen die medische tussenkomst vereisen.

NATUURLIJKE WISSELKOERSAFDEKKING

Een natuurlijke wisselkoersafdekking is een investering dat het ongewenste risico beperkt door de kasstromen (in en uit) te laten overeenkomen.

NETTO FINANCIELE SCHULD

Langlopende financiële schulden plus kortlopende financiële schulden min geldmiddelen en kasequivalenten min overige financiële Instrumenten.Onderliggende nettoschuld herclassificeert als 100% schuld de eeuwigdurende hybride obligaties, die als eigen vermogen worden

beschouwd onder IFRS. Dit is een belangrijke maat van de sterkte van de financiële positie van de Groep, en wordt algemeen gebruikt door kredietbeoordelaars.

NETTO FINANCIERINGSKOSTEN

De netto schuldenlasten en discontokosten van voorzieningen (meer bepaald inzake personeelsvoordelen na uitdiensttreding en HSE verplichtingen, d.w.z. gezondheid, veiligheid en leefmilieu).

NETTO SCHULDENLASTEN

De kosten van schulden, na aftrek van de interestinkomsten op verstrekte leningen en korte-termijnbeleggingen, evenals andere winsten (en verliezen) op de nettoschuld.

NETTO-OMZET

Omzet uit goederen en diensten met toegevoegde waarde die het resultaat zijn van Solvay's vakkennis en zijn kernactiviteiten. Omzet andere dan van kernactiviteiten is niet opgenomen in de Nettoomzet.

NETTOPRIJSZETTING

Verschil tussen de wijziging in de verkoopprijzen versus de wijziging in de variabele kosten.

NETTOSCHULD

(IFRS) netto schuld = Langlopende financiële schulden + Kortlopende financiële schulden – geldmiddelen en kasequivalenten – Overige vorderingen op financiële instrumenten. Onderliggende nettoschuld vertegenwoordigt de Solvay-aandelenweergave op schulden, waarbij 100% van de hybride eeuwigdurende obligaties opnieuw worden geklasseerd als schuld, maar geclasseerd als eigen vermogen onder IFRS. De hefboomgraad = Nettoschuld / Onderliggende EBITDA van de afgelopen 12 maanden. Onderliggende hefboomgraad = Onderliggende nettoschuld / Onderliggende EBITDA van de laatste 12 maanden.

NETTOWERKKAPITAAL

Dit omvat voorraden, handelsvorderingen, en overige vlottende vorderingen, min handelsschulden, en overige verplichtingen op korte termijn.

OCI

Other Comprehensive Income of Andere elementen van het totaalresultaat.

OESO

Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling.

OHSAS 18001

OHASAS 18001 is een internationale norm voor het managementsysteem van veiligheid en gezondheid op het werk.

OMLOOPSNELHEID HERWERKT VOOR FREE-FLOAT

Omloopsnelheid aangepast voor het percentage beursgenoteerde aandelen in handen van het publiek, op basis van de definitie van Euronext.

OMLOOPSNELHEID

Totaal aantal aandelen verhandeld gedurende het jaar gedeeld door het totaal aantal beursgenoteerde aandelen, op basis van de definitie van Euronext.

OMZET ANDERE DAN VAN KERNACTIVI-TEITEN

Deze omzet omvat voornamelijk handelstransacties in grondstoffen en nutsvoorzieningen, en andere opbrengsten die geen betrekking hebben op de expertise en de kernactiviteiten van Solvay.

ONDERLIGGEND

Onderliggende resultaten worden geacht een meer vergelijkbare indicatie te geven van de fundamentele prestaties van Solvay doorheen de referentieperiodes. Ze worden gedefinieerd als IFRS cijfers aangepast voor "Aanpassingen" zoals hierboven gedefinieerd. Ze verstrekken de lezers

bijkomende informatie aangaande de onderliggende prestaties van de Groep doorheen de tijd, haar financiële positie, en zijn coherent met hoe de bedrijfsprestaties en de financiële positie worden gerapporteerd aan de Raad van Bestuur en het Executief Comité.

ONDERLIGGENDE BELASTINGVOET

Inkomstenbelastingen / (Resultaat vóór belastingen – Resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures – interesten en gerealiseerde wisselkoersresultaten op de Rusvinyl joint venture) – allen bepaald op Onderliggende basis. De aanpassing van de noemer aangaande geassocieerde deelnemingen en joint ventures is gebaseerd op het feit dat deze contributies reeds na belastingen zijn. Dit geeft een bijkomende aanwijzing van de belastingvoet doorheen de Groep.

ONDERLIGGENDE NETTOSCHULD

Onderliggende nettoschuld herclassificeert als 100% schuld de eeuwigdurende hybride obligaties, die als eigen vermogen worden beschouwd onder IFRS.

ONDERZOEK & INNOVATIE

Kapitaalinvesteringen en uitgaven aangaande onderzoek en ontwikkeling opgenomen in het resultaat en in het overzicht van de financiële positie, vóór aftrek van subsidies, royalties en afschrijvingslasten. Dit geeft de totale inspanning in onderzoek en innovatie in contanten weer, ongeacht of de elementen werden opgenomen als lasten of als activa.

ONDERZOEK & INNOVATIE-INTENSITEIT

Ratio van Onderzoek & innovatie / netto-omzet.

OPEN INNOVATIE

Innovatie verrijkt door externe expertise, door samenwerkingsverbanden met de academische wereld en door het verwerven van een belang in startups, ofwel direct of via een investeringsfonds.

OPERATIONELE SCHULDAFBOUW

Vermindering van passiva (netto financiële schuld of voorzieningen) uitsluitend door operationele prestaties, d.w.z. exclusief effecten van fusies en overnames en bedrijfsperimeter, alsmede impact van herwaarderingen (wisselkoersschommelingen, inflatie, mortaliteit en disconteringsvoeten).

ORGANISCHE GROEI

Groei van de netto-omzet of onderliggende EBITDA exclusief de effecten van perimeterwijzigingen en omrekening van valuta. De berekening wordt gemaakt door de vorige periode aan te passen aan de bedrijfsperimeter en aan de omrekeningskoers van valuta van de huidige periode.

OSHAS

Amerikaans overheidsorgaan voor veiligheid en gezondheid op het werk

PA

Polyamide, polymeertype.

PP

Eenheid van procentpunt, waarin de evolutie van ratio's wordt uitgedrukt.

PPA

Purchase Price Allocation, gedefinieerd als de boekhoudkundige impact van de toewijzing van de overnameprijs van verwervingen, voornamelijk aangaande Rhodia en Cytec.

PRIJSZETTINGSVERMOGEN

De mogelijkheid om een positieve netto prijszetting te creëren.

PROCES TER VERKOMING VAN VERLIES (LOSS PREVENTION PROCESS)

Met het proces ter verkoming van verlies (Loss prevention process) wordt gestreefd naar een vlot verlopend productieproces en winstgevendheid door de risico's te beperken. Daarnaast draagt het bij aan een betere bescherming van mens en milieu.

PRODUCT-STEWARDSHIP

Een verantwoordelijke aanpak voor het beheer van risico's gedurende de hele levenscyclus van een product, vanaf het ontwerp tot het einde van de gebruiksduur.

PSM

Procesveiligheidsbeheer

PSU

Performance Share Unit, eenheid waarvan de waarde gebaseerd is op die van een aandeel.

REACH

REACH is de Europese regelgeving voor chemische substanties en het veilig gebruik ervan (EC 1907/2006). Deze regelt de registratie, de evaluatie, de toelating en de beperking van chemische stoffen. De wet werd van kracht op 1 juni 2007.

RELEVANTIE

Organisaties worden geconfronteerd met een brede waaier aan aandachtspunten waarover ze kunnen rapporteren. De relevante punten zijn deze die redelijkerwijs beschouwd kunnen worden als belangrijk om de economische, ecologische en sociale impact van de organisatie weer te geven, of die de beslissingen van stakeholders beïnvloeden, en die het daarom verdienen om opgenomen te worden in het jaarverslag. Relevantie is de drempel die aangeeft dat bepaalde aspecten voldoende belangrijk genoeg worden om erover te rapporteren.

RESPONSIBLE CARE®

Responsible Care® is het unieke en mondiale handvest van de chemische industrie voor betere prestaties op het gebied van gezondheid en milieu, betere veiligheid en communicatie met alle betrokken partijen over producten en aangewende procedés.

RESULTATEN VAN HET BEHEER VAN PORTE-FEUILLE EN BEOORDELINGEN

Dit omvat:

  • winsten en verliezen van de verkoop van dochterondernemingen, gezamenlijke bedrijfsactiviteiten, joint ventures en geassocieerde deelnemingen die geen beëindigde bedrijfsactiviteiten zijn;
  • kosten betreffende bedrijfscombinaties;
  • winsten en verliezen van de verkoop van vastgoed dat niet direct verbonden is aan een bedrijfsactiviteit;
  • kosten van herstructureringen die voortvloeien uit het beheer van de portefeuille en herevaluaties, inclusief waardeverminderingsverliezen voortvloeiend uit de stopzetting van een activiteit of een productie-eenheid; en
  • waardeverminderingsverliezen die voortvloeien uit het testen van kasstroomgenererende eenheden;
  • de niet-cash boekhoudkundige impact van afschrijvingen ingevolge de PPA van de overnameprijs van verwervingen is niet opgenomen in deze rubriek.

RESULTATEN VAN LEGACY SANERING EN BELANGRIJKE GESCHILLEN

Dit omvat:

  • Saneringskosten die niet voorvloeien uit operationele productieëenheden (stopgezette sites, beëindigde producties, vervuiling van voorgaande jaren); en
  • De impact van belangrijke geschillen.

ROCE

Rendement op aangewend kapitaal, berekend als de verhouding tussen de onderliggende EBIT (vóór aanpassing voor de afschrijving van PPA) en aangewend kapitaal. Het aangewend kapitaal bestaat uit het nettowerkkapitaal, materiële en immateriële activa, goodwill, met een gebruiksrecht overeenstemmende activa, investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures en overige deelnemingen, en wordt genomen als het gemiddelde van de balans aan het begin en het einde van de periode.

SAEL's

Acceptabele blootstellingslimieten binnen Solvay

SASB

Sustainability Accounting Standards Board. De opdracht van SASB bestaat erin om boekhoudkundige normen op het gebied van duurzaamheid te ontwikkelen en te verspreiden, zodat beursgenoteerde ondernemingen informatie kunnen verstrekken die de investeerder helpt bij het nemen van een beslissing. Deze opdracht wordt uitgevoerd via een nauwkeurige methode die onder meer steunt op empirisch onderbouwd onderzoek en grondig en evenwichtig overleg met de stakeholders.

SCMS

Solvay Care Management System

SDG

Duurzaamheidsdoelstellingen VN

SEVESO-REGELGEVING

Betreft de controle over belangrijke ongevallenrisico's die vallen onder de regelgeving van de gevaarlijke stoffen. Met deze regelgeving (ook bekend als "COMAH-richtlijnen" of "Seveso-richtlijnen") wordt uitvoering gegeven aan de Europese richtlijn 96/82/ EG. Zij geldt enkel voor plaatsen waar grote hoeveelheden gevaarlijke substanties worden opgeslagen.

SOCRATES

Wereldwijd instrument voor beheersing van industriële hygiëne

SOLVAY WAY

Solvay Way, gelanceerd in 2013 en in overeenstemming met ISO 26000, is het referentiekader voor duurzaamheid van de Groep. Hierbij worden sociale, maatschappelijke, milieugerelateerde en economische aspecten geïntegreerd in het management en de strategie van de Onderneming, met de bedoeling om waarde te creëren voor alle stakeholders. Solvay Way berust op een ambitieus en pragmatisch raamwerk voor het sturen en meten van ons succes. Solvay Way omvat 49 goede praktijken, die de 22 verbintenissen van Solvay Way weerspiegelen en die gerangschikt worden op een schaal met vier niveaus (lancering, implementatie, maturiteit en prestatie).

SOP

Stock Option Plan, aandelenoptieplan.

SPM

Sustainable Portfolio Management: Duurzaam portefeuillebeheer is een onderdeel van het Solvay Way-raamwerk (gerelateerd aan 5 activiteiten). Het is een strategisch instrument om informatie te ontwikkelen over onze portefeuille en om de impact van de algemene duurzaamheid en megatendensen op onze activiteiten te beoordelen.

TCFD

Taskforce inzake klimaatgerelateerde financiële verslaglegging

UN GLOBAL COMPACT

Vrijwillig duurzaamheidsinitiatief waarbij ondernemingen worden geholpen hun strategieën en activiteiten aan te passen aan universele beginselen inzake mensenrechten, arbeid, milieu en anticorruptie, en maatregelen te nemen die bredere maatschappelijke doelstellingen bevorderen.

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLADEN (SAFETY DATA SHEETS)

De Safety Data Sheets zijn het belangrijkste instrument om ervoor te zorgen dat producenten en importeurs voldoende informatie uitwisselen over de gehele bevoorradingsketen, om veilig gebruik van hun stoffen en mengsels mogelijk te maken.

VERHOUDING SCHULD/EIGEN VERMOGEN

Onderliggende nettoschuld/totaal eigen vermogen

VERPLICHTE BIJDRAGEN AAN REGELINGEN VOOR PERSONEELSBELONINGEN

Voor gefinancierde plannen, bijdragen aan fondsbeleggingen die overeenkomen met bedragen die tijdens de respectieve periode moeten worden betaald, in overeenstemming met overeenkomsten met beheerders of regelgeving, en, voor niet-gefinancierde plannen, voordelen die aan begunstigden worden betaald.

VERWATERDE WINST PER AANDEEL

Nettowinst (aandeel Solvay) gedeeld door het gewogen gemiddelde aantal uitstaande aandelen, aangepast voor de effecten van verwatering.

VRIJE KASSTROOM (FREE CASH FLOW)

Kasstromen uit bedrijfsactiviteiten (exclusief kasstromen verbonden aan verwervingen of vervreemdingen van dochterondernemingen en uitgaande kasstromen van Aanvullende vrijwillige bijdragen in verband met toegezegd-pensioenregelingen) plus kasstromen uit investeringsactiviteiten (exclusief kasstromen uit kosten die voortkomen uit of verband houden met verwervingen en vervreemdingen van dochterondernemingen en andere investeringen, en exclusief leningen verstrekt aan geassocieerde deelnemingen en andere nietgeconsolideerde deelnemingen, evenals gerelateerde belastingelementen en erkenning van verrekende vorderingen), betaling van leaseverplichtingen, en toename/afname van schulden aangaande saneringsactiviteiten. Vóór de toepassing van IFRS 16 werden leasebetalingen van operationele leases opgenomen in de vrije kasstroom. Het is een maat die de verwerving van contanten weergeeft, evenals de efficiëntie van het

werkkapitaal, en de investeringsdiscipline van de Groep.

VRIJE KASSTROOM AAN SOLVAY AANDEEL-HOUDERS

Vrije kasstroom na betaling van netto interesten, coupons op eeuwigdurende hybride obligaties en dividenden uitgekeerd aan minderheidsbelangen. Dit vertegenwoordigt de kasstroom waarover de aandeelhouders van Solvay beschikken, om hun dividend te betalen en/of om de netto financiële schuld te verminderen.

VRIJE KASSTROOMOMREKENING

Berekend als de verhouding tussen de vrije kasstroom aan Solvay aandeelhouders (vóór aftrek van dividenden betaald aan minderheidsbelangen) en onderliggende EBITDA.

WBCSD

World Business Council for Sustainable Development.

ZZS

Met Zeer Zorgwekkende Stoffen wordt een chemische stof bedoeld waarvoor voorgesteld is dat het gebruik ervan binnen de Europese Unie moet worden goedgekeurd volgens de REACH-verordening.

De niet-cash boekhoudkundige impact van afschrijvingen ingevolge de PPA van de prijs van overnames is niet opgenomen in deze rubriek.

SOLVAY GEÏNTEGREERD JAARVERSLAG 2019 AANDEELHOUDERSAGENDA

Aandeelhoudersagenda

6 mei 2020

Resultaten van het eerste kwartaal 2020

12 mei 2020

Jaarlijkse algemene vergadering

18 mei 2020

Finale dividend: ex-coupon datum

19 mei 2020

Finale dividend: registratiedatum

Finale dividend: betalingsdatum 20 mei 2020

Resultaten van het eerste halfjaar 2020 29 juli 2020

Resultaten van de eerste 9 maanden 2020 5 november 2020

Resultaten van het jaar 2020 26 februari 2021

Talk to a Data Expert

Have a question? We'll get back to you promptly.