Management Reports • Aug 12, 2021
Management Reports
Open in ViewerOpens in native device viewer
Gereglementeerde informatie in de zin van het koninklijk besluit van 14 november 2007
Persbericht Schoten, 12 augustus 2021
* Recurrente resultaten zijn exclusief de meerwaarde van KUSD 11 640 (waarvan KUSD 11 003 deel van de Groep) gerelateerd aan de verkoop van PT Melania.
| Groepsproducties | ||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 2021 (in ton) | Eigen | Derden | Q2/21 | YoY% | Eigen | Derden | YTD Q2/21 |
YoY% |
| Palmolie | 82 312 | 17 707 | 100 019 | 19,30% | 157 534 | 34 118 | 191 652 | 18,04% |
| Rubber* | 741 | 67 | 808 | -43,28% | 2 236 | 219 | 2 455 | -19,40% |
| Thee* | 182 | 45 | 227 | -66,02% | 829 | 136 | 965 | -34,71% |
| Bananen | 7 204 | 0 | 7 204 | 0,76% | 16 653 | 0 | 16 653 | 2,99% |
| 2020 (in ton) | Eigen | Derden | Q2/20 | Eigen | Derden | YTD Q2/20 |
||
| Palmolie | 67 752 | 16 083 | 83 835 | 130 894 | 31 474 | 162 368 | ||
| Rubber | 1 370 | 55 | 1 425 | 2 787 | 259 | 3 046 | ||
| Thee | 668 | 0 | 668 | 1 478 | 0 | 1 478 | ||
| Bananen | 7 150 | 0 | 7 150 | 16 169 | 0 | 16 169 | ||
| *PT Melania thee- en rubberproducties zijn slechts voor 4 maanden opgenomen omwille van de verkoop van PT Melania per 30/04. |
Het coronavirus blijft de overzeese ondernemingen van SIPEF bedrijfsmatig veel beperkingen opleggen en de beleidsvoering van de plantages en fabrieken bemoeilijken. Toch heeft het geen wezenlijke impact gehad op de groepsproductie.
De totale palmolieproductie van de Groep groeide met respectievelijk 19,3% en 18,0% tegenover het tweede kwartaal en het eerste semester van vorig jaar.
In Indonesië werd de uitzonderlijk goede start van het jaar, op agronomisch en operationeel vlak, in het tweede kwartaal verdergezet. Dankzij de gunstige impact van regelmatige neerslag, waarvan de volumes de langetermijngemiddelden benaderden of overschreden, stegen de rendementen per hectare. In alle productiecentra overtrof het volume geoogste vruchten dat van het tweede kwartaal van vorig jaar. Hierdoor werd voor het geheel van de Indonesische palmactiviteiten, inclusief de groeiende aankopen van lokale boeren, de vruchtenproductie van het tweede kwartaal van 2020 met 13,5% overstegen, terwijl die van het halfjaar met 13,0% toenam.
De weersomstandigheden in Noord-Sumatra waren bevorderlijk voor de palmgroei en vruchtontwikkeling. Hierdoor steeg voor het eerste semester de eigen productie van zowel de mature plantages met minerale grondsoort (+3,5%) als van de UMW/TUM-plantages met organische grondsoort (+14,5%). Deze laatste plantages zien ondertussen hun rendementen opnieuw aantrekken, dankzij de aangepaste bemestingsprogramma's.
In de provincie Bengkulu oversteeg de eigen vruchtenproductie van het eerste semester deze van dezelfde periode van 2020 met 10,3%. Deze groei is, behoudens het effect van gunstige weersomstandigheden, het gevolg van een stijgend aantal hectaren die in productie komen na herplanting in de tweede generatie, met palmen die hogere rendementen per hectare leveren.
In Zuid-Sumatra zijn reeds meer dan 7 000 hectare jonge aanplanten in productie met stijgende rendementen (+117,1%). Echter, bij de heraanplanting in Dendymarker werden tijdelijk meer mature hectaren uit productie genomen, met een daling van 36,6% van deze productie tot gevolg, tegenover de eerste zes maanden van vorig jaar. De gezamenlijke productie van palmvruchten in Zuid-Sumatra steeg alsnog met 52,9%.
Door de algemeen gunstige gemiddelde olie-extractiepercentages ("Oil Extraction Rates" - OER) ten opzichte van vorig jaar, verhoogde de palmolieproductie in Indonesië, inclusief deze uit de stijgende aankopen van lokale boeren. Deze toename bedroeg respectievelijk 14,9% en 12,9% voor het tweede kwartaal en voor het halfjaar in vergelijking met die over dezelfde periodes vorig jaar.
Na een relatief 'droog' regenseizoen in het eerste kwartaal in Papoea-Nieuw-Guinea, zorgden de genormaliseerde neerslagvolumes in het tweede kwartaal voor agronomisch goede omstandigheden in de regio. Vooral de aanplanten die herstellende zijn van de asregens van 2019 kenden een quasi verdubbeling van hun productie tegenover het eerste semester van vorig jaar. Hierdoor noteerden de eigen plantages op halfjaarbasis een algemene groei van 38,1%. De geoogste vruchtvolumes van de lokale boeren, die veel minder getroffen werden door de vulkaanuitbarstingen van twee jaar geleden, namen slechts met 2,1% toe.
Door de gunstige olie-extractiepercentages in de drie palmolie-extractiefabrieken, (OER van gemiddeld 25,5% tegenover 24,4% vorig jaar), steeg de palmolieproductie van Hargy Oil Palms in Papoea-Nieuw-Guinea met 26,6% tegenover het eerste semester van 2020.
Ondanks de hogere neerslagvolumes, verminderde de rubberproductie in de Groep met 19,4% tegenover het eerste semester van vorig jaar. De voornaamste oorzaken voor deze daling waren, naast de verkoop van PT Melania, waarvoor de producties slechts werden opgenomen tot 30 april 2021, de vertraagde bladvorming na de bladwissel, gecombineerd met de effecten van de Pestalotiopsisschimmel. Daarenboven verminderden de productieve hectaren in voorbereiding van de desinvestering in natuurrubber en omvorming naar oliepalmplantages.
Door de verkoop van PT Melania werd de theeproductie slechts opgenomen tot 30 april 2021. Tijdens deze vier maanden in de Cibuni-theeplantage in West-Java werd in het eerste semester het productiebeperkend effect van een intensieve snoei gevoeld, welke werd gecompenseerd door de aankopen van derde partijen. Desondanks daalde de totale productie met 34,7%. Na de verkoop van PT Melania zullen er geen bijkomende theeproducties meer opgenomen in de groepsproducties van de SIPEF groep.
In Ivoorkust steeg de bananenproductie van Plantations J. Eglin met 3,0% tegenover het eerste semester van vorig jaar. Een beperkte impact van de koudere Harmattanwind bij de start van het jaar, in combinatie met goede productiecycli, zorgden voor meer trossen met een hoger gemiddeld gewicht en een bijgevolg beter volume voor export naar Europa en Afrika.
| Gemiddelde marktprijzen | ||||
|---|---|---|---|---|
| In USD/ton | YTD Q2/21 | YTD Q2/20 | YTD Q4/20 | |
| Palmolie | CIF Rotterdam* | 1 116 | 649 | 715 |
| Rubber | RSS3 FOB Singapore** | 2 263 | 1 479 | 1 728 |
| Bananen | CFR Europa*** | 641 | 671 | 628 |
| * Oil World Price Data *** CIRAD Price Data (in EUR) |
** World Bank Commodity Price Data (updated database) |
Het tweede trimester in de palmoliemarkt startte op een hoog prijsniveau dat bleef stijgen tot midden mei, moment waarop de markt zijn hoogtepunt bereikte. De massale discounts op toekomstige prijsposities in de markt, met spotprijzen die een premie van USD 50 tot USD 100 bevatten ten opzichte van de volgende maanden, werkten negatief in op de vraag. Langzaam maar zeker werden ook de ultra lage voorraden van de landen van oorsprong aangevuld, zij het nog steeds in een context waarin de voorraden te laag zijn ten opzichte van het gebruik.
De vraag was bijzonder traag vanuit India en ging gebukt onder de lockdowns veroorzaakt door covid-19. De Indiase regering werkte echter aan een verlaging van de invoerrechten. De importeurs wachtten op deze beslissing, die uiteindelijk eind juni van kracht werd. Meer landen importeerden ad hoc en de flow naar de bestemmingslanden bleef vrij beperkt.
Juni was een maand waarin veel prijsbepalende factoren relatief negatief waren: de palmproductie trok aan, de vraag was zwak, de Amerikaanse oogst van oliezaden en de Russisch/Oekraïense oogst van zonnebloemzaden zagen er veelbelovend uit, wat een uitverkoop door financiële investeerders in de hand werkte, en de Indonesische regering kondigde een wijziging van het systeem van uitvoerheffingen aan.
Het Indonesische CPO-fonds had in de eerste zes maanden voldoende reserves opgebouwd om het B30 mengprogramma te financieren. Daarom werd het billijk geacht de uitvoerheffing met ingang van 2 juli te verlagen. Zo wordt voor elke prijsstijging van USD 50 slechts USD 20, in plaats van USD 30, als heffing geïnd, met een bovengrens van USD 175 in plaats van USD 255. Alhoewel deze aanpassing positief is voor de telers werd ze door de markt negatief beoordeeld. Eerder in het jaar, toen de uitvoerheffing en -taksen omhoog gingen, leidde dit tot hogere prijzen. De belastingwijzigingen worden dus vaak snel gecompenseerd.
De palmolie werd in april verhandeld van USD 1 000 tot boven USD 1 200 midden mei, maar werd geleidelijk verkocht en strandde op het einde van het kwartaal net onder USD 1 000. Ook de absolute premies op de spotmarkt daalden in de loop van het kwartaal.
Palmpitolie ("Palm Kernel Oil" - PKO) volgde de palmprijzen tot midden mei, maar had het moeilijk door een gebrek aan vraag. De krapte in kokosolie was zeker niet voelbaar in de PKO-markt en de prijs daalde in de loop van het kwartaal tot een relatief kleine premie tegenover palmolie. De PKO-prijzen schommelden rond USD 1 400, maar daalden geleidelijk tot USD 1 200 op het einde van juni.
De markt voor natuurrubber leek verlamd te zijn door de hoge containervrachtprijzen. De tarieven vertienvoudigden en het werd een serieus prijselement van de totale prijs voor geleverde goederen. Als de consumenten gedwongen werden die prijs te betalen, werden zendingen vaak vooruit geschoven. Aan de andere kant hebben covid-19 lockdowns ook negatieve effecten op het productiefront. Zij hielden de rubberprijzen in een houdgreep en er hadden weinig fysieke leveringen plaats.
De prijzen van Sicom RSS3 daalden geleidelijk van USD 2 200 tot USD 2 000 per ton, met een lichte premie voor fysieke leveringen.
Aangemoedigd door een relatief sterke EUR/USD verhouding, noteerde men in het tweede kwartaal een aanzienlijke aanvoer van 'dollarbananen', voornamelijk uit Colombia, resulterend in geleidelijk dalende prijzen op de Europese spotmarkt.
| Geconsolideerde winst- en verliesrekening |
||
|---|---|---|
| In KUSD (managementpresentatie) | 30/06/2021 | 30/06/2020 |
| Omzet | 182 261 | 117 673 |
| Kostprijs van verkopen | -116 376 | -96 938 |
| Aanpassingen van de reële waarde | 2 632 | -712 |
| Brutowinst | 68 517 | 20 023 |
| Algemene- en beheerskosten | -17 007 | -15 515 |
| Overige bedrijfsopbrengsten/(kosten) – exclusief verkoop PT Melania | -1 381 | 113 |
| Bedrijfsresultaat | 50 129 | 4 621 |
| Financieringsopbrengsten | 675 | 863 |
| Financieringskosten | -1 936 | -2 497 |
| Wisselkoersresultaten | -609 | -519 |
| Financieel resultaat | -1 871 | -2 153 |
| Resultaat voor belastingen | 48 258 | 2 468 |
| Belastinglasten | -13 159 | -1 686 |
| Resultaat na belastingen | 35 099 | 782 |
| Aandeel resultaat geassocieerde deelnemingen en joint ventures | -482 | -578 |
| Winst van de periode | 34 617 | 204 |
| Meerwaarde op de verkoop van PT Melania | 11 640 | 0 |
| Resultaat van de periode na de verkoop van PT Melania | 46 257 | 204 |
| Toe te rekenen aan: | ||
| - Aandeelhouders van de moedermaatschappij – voor verkoop PT Melania | 32 516 | -712 |
| - Aandeelhouders van de moedermaatschappij – na verkoop PT Melania | 43 519 | -712 |
| Geconsolideerde brutowinst | ||||
|---|---|---|---|---|
| In KUSD (managementpresentatie) | 30/06/2021 | % | 30/06/2020 | % |
| Palmolie | 66 382 | 96,9% | 19 823 | 99,0% |
| Rubber | -887 | -1,3% | -1 498 | -7,5% |
| Thee | 65 | 0,1% | -518 | -2,6% |
| Bananen en horticultuur | 2 412 | 3,5% | 1 844 | 9,2% |
| Corporate | 545 | 0,8% | 373 | 1,9% |
| Totaal | 68 517 | 100% | 20 023 | 100% |
De totale omzet steeg met 54,8% tegenover het eerste semester van 2020 tot USD 182 miljoen. De omzet van palmolie nam toe met 61,8% door een combinatie van meer volume en een hogere wereldmarktprijs voor "Crude Palm Oil" (CPO). Door een hogere eenheidsverkoopprijs en een groter verkoopvolume is de omzet van rubber gestegen met 60,3%. De omzet van thee is nagenoeg gehalveerd. Door de deconsolidatie van PT Melania vanaf 2021 worden de rechtstreekse verkopen door deze vennootschap aan externe klanten niet meer opgenomen in de verkoopcijfers van de Groep. De omzet in het bananensegment, uitgedrukt in de functionele munt euro, groeide voornamelijk door een stijging van de verkochte volumes met 4,0%. Gezien de bananen verhandeld worden in euro, steeg de USD-omzet met 18,3%, dankzij de wisselkoersevolutie EUR/USD .
De totale kostprijs van verkopen nam toe met KUSD 19 438.
De aankopen van verse vruchten ("Fresh Fruit Bunches" - FFB) van derden vermeerderden met KUSD 19 227 of 28,8% voornamelijk door de gestegen aankoopprijzen van FFB, waarvan de prijs gerelateerd is aan CPO.
De gemiddelde eenheidskostprijs af-fabriek voor de volgroeide oliepalmplantages en het bananensegment bleef ongeveer identiek in vergelijking met het eerste semester van 2020. Voor het rubbersegment zijn de eenheidskostprijzen significant gestegen (21,20%): ter voorbereiding van de conversie van de rubber naar palm wordt de resterende nettoboekwaarde versneld afgeschreven.
De aanpassing in de reële waarde betrof de effecten van de waardering van de hangende vruchten aan hun reële waarde (IAS 41R).
De brutowinst steeg van KUSD 20 023 in juni 2020 naar KUSD 68 517 in juni 2021.
Het brutoresultaat van het palmsegment (96,9% van de totale brutowinst) nam toe met KUSD 46 560, dankzij de grotere producties en vooral de hogere nettopalmolieprijzen. De gemiddelde wereldmarktprijs voor CPO noteerde het voorbije semester USD 1 116 per ton CIF Rotterdam. Dit is 71,9% hoger dan over dezelfde periode vorige jaar. Er dient wel opgemerkt te worden dat in Indonesië de exportheffing en -taks aanzienlijk is toegenomen tegenover vorig jaar. Voor het eerste semester 2021 bedroeg de gemiddelde exportheffing en -taks USD 345 per ton, tegenover USD 54 per ton tijdens de eerste zes maanden van vorig jaar.
In onderstaande grafiek wordt de Indonesische exportheffing en -taks per maand weergegeven:
In Papoea-Nieuw-Guinea kon de Groep wel ten volle genieten van de stijging in de CPO-prijzen.
Niettegenstaande deze exportheffing en -taks verhoogde de totale gemiddelde af-fabriek verkoopprijs (brutoverkoopprijs verminderd met lokale en internationale transportkosten en exportheffing en -taks) voor CPO. Deze evolueerde van USD 559 per ton over de eerste zes maanden van 2020, naar USD 696 per ton over de eerste zes maanden van 2021 of een stijging met 24,5%.
De negatieve bijdrage van het rubbersegment tot de brutomarge verbeterde tegenover vorig jaar. Dit is te danken aan de sterke heropleving van de verkoopprijzen sinds het tweede semester van vorig jaar.
Het nettoresultaat van het theesegment vertegenwoordigt sinds 2021 uitsluitend de commissies die SIPEF ontvangt uit de verkoop van theevolumes in de markt.
In de bananen- en horticultuuractiviteiten werd de winstgevendheid bevestigd met een brutomarge van KUSD 2 412.
De algemene- en beheerskosten stegen tegenover vorig jaar, voornamelijk door de toegenomen bonusprovisie als gevolg van de betere resultaatvooruitzichten.
De overige bedrijfskosten en -opbrengsten bevatten een uitzonderlijke afwaardering op eerder dan voorziene herplantingen in PT Dendymarker (KUSD 1 580).
Het recurrente bedrijfsresultaat kwam uit op KUSD 50 129 tegenover KUSD 4 621 vorig jaar.
De financieringsopbrengsten omvatten hoofdzakelijk het positieve tijdseffect van de verdiscontering van de vordering uit de verkoop van de oliepalmplantage SIPEF-CI in Ivoorkust eind 2016 (KUSD 321) en de interestinkomsten uit de groeiende vorderingen op plasmahouders in Zuid-Sumatra.
De financieringskosten hadden vooral betrekking op de lange- en kortetermijnfinancieringen. Drie oorzaken lagen aan de basis van de met KUSD 561 gedaalde interestkost:
Het recurrente resultaat voor belasting bedroeg KUSD 48 258 tegenover KUSD 2 468 in juni 2020.
De recurrente belastinglast, met inbegrip van de gebruikelijke verworpen uitgaven van ongeveer USD 1 miljoen, kwam uit op 27,27%. Dit cijfer ligt in de lijn van de theoretische recurrente belastinglast van 25,83%.
Het 'aandeel van het resultaat van geassocieerde deelnemingen en joint ventures' (KUSD -482) omvatte de researchactiviteiten die gecentraliseerd zijn in PT Timbang Deli en Verdant Bioscience Pte Ltd (KUSD -423) en vier maanden resultaat van PT Melania (KUSD -59).
De recurrente winst van de periode bedroeg KUSD 34 617.
Het recurrente nettoresultaat, deel van de Groep, kwam op KUSD 32 516 tegenover een verlies van KUSD 712 in juni 2020.
Op 30 april 2021 werd een overeenkomst getekend met PT Shamrock met betrekking tot de verkoop van PT Melania voor USD 36 miljoen. De totale meerwaarde van KUSD 11 640 (deel van de Groep KUSD 11 003) die op deze verrichting werd verwezenlijkt wordt in bijlage 6 verder gedetailleerd.
Het nettoresultaat, deel van de Groep, bedroeg KUSD 43 519.
| Geconsolideerde kasstroom | ||
|---|---|---|
| In KUSD (managementpresentatie) | 30/06/2021 | 30/06/2020 |
| Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten | 72 576 | 26 416 |
| Variatie nettobedrijfskapitaal | -32 877 | 160 |
| Betaalde belastingen | -4 897 | -3 821 |
| Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten na belastingen | 34 802 | 22 755 |
| Investeringen immateriële en materiële activa | -23 433 | -21 948 |
| Verkoopprijs materiële vaste activa en financiële vaste activa | 23 779 | 2 715 |
| Investeringen financiële vaste activa | 0 | -1 609 |
| Vrije kasstroom | 35 147 | 1 913 |
| Andere financieringsactiviteiten | -31 837 | 573 |
| Nettobeweging van investeringen, geldmiddelen en kasequivalenten | 3 310 | 2 486 |
| In USD per aandeel | 30/06/2021 | 30/06/2020 |
|---|---|---|
| Gewogen gemiddelde aandelen | 10 419 328 | 10 419 328 |
| Gewoon bedrijfsresultaat | 5,93 | 0,44 |
| Gewoon/verwaterd nettoresultaat | 4,18 | -0,07 |
| Recurrent gewoon/verwaterd nettoresultaat | 3,06 | -0,07 |
| Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten na belastingen | 3,34 | 2,18 |
In het verlengde van de toename van het bedrijfsresultaat steeg de kasstroom uit bedrijfsactiviteiten van KUSD 26 416 over de eerste zes maanden in 2020, tot KUSD 72 576 over dezelfde periode dit jaar.
De variatie van het bedrijfskapitaal van KUSD -32 877 betrof diverse elementen:
Bovenstaand gebruik van het werkkapitaal, met uitzondering van de toenemende vorderingen op de plasmaontwikkeling, betrof de gebruikelijke tijdelijke bewegingen.
In Indonesië en Papoea-Nieuw-Guinea verrichtte de Groep, in overeenstemming met de lokale wetgeving, voorafbetalingen van belastingen. Deze werden deels op basis van de resultaten van 2019 gedaan en deels op basis van de resultaten van 2020 die beide lager liggen dan de resultaten van 2021. De voorafbetalingen van belastingen van KUSD 4 897 lagen daarom in belangrijke mate beneden de te betalen belasting van KUSD 10 014.
De investeringen in immateriële en materiële activa (KUSD -23 433) hadden betrekking op de gebruikelijke vervangingsinvesteringen, maar voornamelijk op de uitbreidingen in Zuid-Sumatra (KUSD -12 835). Door covid-19 gerelateerde logistieke en operationele belemmeringen bleven de investeringen tijdelijk beneden verwachting.
De verkoopprijs van materiële en financiële vaste activa (KUSD 23 779) betroffen voornamelijk fondsen ontvangen uit 2 verrichtingen:
De vrije kasstroom bedroeg KUSD 35 147 tegenover KUSD 1 913 tijdens dezelfde periode vorig jaar.
De andere financieringsactiviteiten (KUSD -31 837) omvatten de gedeeltelijke terugbetaling van de langetermijnfinanciering (KUSD -9 000 voor de langetermijnlening en KUSD -123 voor de leasingschulden), de terugbetaling van de kortetermijnfinanciering (KUSD -18 744), dividenduitkeringen aan minderheidsaandeelhouders (KUSD -2 306) en interestbetalingen (KUSD -1 664).
| Geconsolideerde balans | ||
|---|---|---|
| In KUSD (managementpresentatie) | 30/06/2021 | 31/12/2020 |
| Biologische activa (na afschrijving) – dragende planten | 301 718 | 315 826 |
| Goodwill | 104 782 | 104 782 |
| Andere vaste activa | 356 121 | 359 994 |
| Vorderingen > 1 jaar | 22 228 | 16 101 |
| Activa aangehouden voor verkoop | 13 520 | 0 |
| Netto vlottende activa, liquiditeiten niet inbegrepen | 100 888 | 86 137 |
| Nettokaspositie | -119 989 | -151 165 |
| Totaal netto-actief | 779 269 | 731 675 |
| Eigen vermogen, deel van de Groep | 678 964 | 638 688 |
|---|---|---|
| Minderheidsbelangen | 35 893 | 35 862 |
| Voorzieningen en uitgestelde belastingen | 55 246 | 57 126 |
| Ontvangen voorschotten > 1 jaar | 9 167 | 0 |
| Totaal nettopassief | 779 269 | 731 675 |
De voornaamste bewegingen in de balansposities hadden verband met de deconsolidatie van PT Melania. In bijlage 6 wordt naast de impact op de winst- en verliesrekening ook de impact op de diverse balansposten samengevat.
De verlaging van de biologische activa (KUSD 14 108) is nagenoeg uitsluitend het gevolg van de deconsolidatie van PT Melania (KUSD 12 482). De andere vaste activa kenden een lichte daling door het trager dan verwacht aanwenden van het investeringsbudget. Hierdoor waren de afschrijvingen hoger dan de investeringen.
De vorderingen op meer dan een jaar namen toe door de toekenning van leningen aan de plasmahouders in Zuid-Sumatra voor de financiering van hun nieuwe aanplanten, alsook een voorschot (KUSD 2 908) dat werd betaald voor de in juni aangekondigde verwerving van de activa van de bestaande insolvabele bananenplantage Wanita in Ivoorkust.
De netto vlottende activa, liquiditeiten niet inbegrepen, groeiden met KUSD 14 751. De belangrijkste bewegingen (samen KUSD 12 178) waren de volgende:
De netto financiële schuld daalde met KUSD 31 177 dankzij de positieve kasstroom, en bedraagt KUSD 119 989 per eind juni 2021.
De activa aangehouden voor verkoop van KUSD 13 520 (55% van KUSD 24 582) betreft de geschatte netto verkoopwaarde van het deel van PT Melania dat nog door de Groep wordt aangehouden tot alle voorwaarden voor een definitieve verkoop vervuld zijn.
De ontvangen voorschotten op meer dan 1 jaar hebben betrekking op de betaling van de eerste schijf van KUSD 19 000 voor 40% van de aandelen van PT Melania. Ze omvatten het verschil tussen het ontvangen bedrag (KUSD 19 000) en de waarde van 40% van de aandelen van PT Melania (KUSD 9 833) die werden overgedragen. Dit bedrag werd opgenomen als een ontvangen voorschot op de verkoop van PT Melania.
Nogmaals, de Groep heeft geen rechtstreekse negatieve financiële gevolgen ondervonden van de covid-19 pandemie. De gevolgen concentreerden zich voornamelijk op humaan en sociaal vlak voor de meer dan 21 000 werknemers die tewerkgesteld zijn in landen waar de lokale medische ondersteuning zeer beperkt is. Het was, en is nog steeds, de grootste zorg van het SIPEF-management om deze werknemers en hun families te beschermen tegen besmetting door het beperken van reizen en bedrijfscontacten. Anderzijds, is de onderneming proactief gestart met de geleidelijke lokale terbeschikkingstelling van vaccins aan al deze personen, indien ze dit wensen.
Rekening houdend met de vooruitzichten van de agronomen van het bedrijf, gebaseerd op representatieve tellingen in het veld, verwacht de Groep relatief beperktere groeicijfers voor palmolie voor het derde trimester. Dit zal vermoedelijk ook de jaarcijfers voor de groei van de palmolieproductie enigszins temperen. Deze lichte terugval is trouwens in lijn met de verwachtingen van andere Indonesische producenten. Alhoewel het niet evident is om meer dan drie maanden vooruit te plannen, is de SIPEF-groep goed op weg om, behoudens uitzonderlijke weerseffecten, de voorspelde jaarlijkse productiestijging van meer dan 10% in 2021 te behalen.
Verder wordt verwacht dat de Pestalotiopsis-schimmel in de rest van het jaar de reeds in afbouw zijnde rubberproductie negatief zal beïnvloeden. Ook de geproduceerde bananenvolumes zijn tot op heden volledig in de lijn der verwachtingen. De SIPEF-groep verwacht dus voor 2021 een jaar waarin de bananenproducties opnieuw licht zullen aantrekken. Deze vooruitzichten houden nog geen rekening met de bijkomende aanplantingen in het recent verworven Wanita-project, waarvan de oogsten pas vanaf de tweede jaarhelft van 2022 zullen aanvangen.
Waar in juni negatieve inputs de markt overheersten , waren in juli de meeste factoren positief. Het begon eind juni met de hittegolf in het westen van de VS en Canada, die de soja- en koolzaadoogsten trof. De palmolieoogsten bleven lichtjes achter bij de verwachtingen en de meer positieve voorspellingen voor 2021 moesten in hun totaliteit aanzienlijk verlaagd worden. De consumenten werden gedwongen om in te kopen in aantrekkende markten, op gang gebracht door de Indische kopers die profiteerden van de lagere invoerrechten.
Het verhaal van vraag en aanbod van palmolie zal zeer krap blijven tot het einde van het jaar. Met de huidige minder dan ideale weersomstandigheden in de VS, Canada en ook in Rusland en Oekraïne, moet men zich afvragen in welke mate de nieuwe zomeroogsten enig soelaas zullen brengen. Als zich in augustus een grote weersverstoring voordoet, zal er in de nabije toekomst sprake zijn van een krappe oogst voor plantaardige oliën.
Externe factoren kunnen nog steeds een rol spelen, en zeker de invloed van covid-19 in de producerende landen vormt een bedreiging voor de productie. Nochtans zien de onderliggende fundamenten voor de plantaardige oliën er gezond uit. SIPEF kijkt dan ook met een zeker vertrouwen uit naar een omgeving met hoge palmolieprijzen.
De rubbermarkt zal bepaald worden door de reactie van de eindverbruikers op de verstoorde aanvoerketen. Na maanden van ondermaatse volumes te hebben ontvangen, verwacht het bedrijf dat de eindconsumenten de extreem hoog geprijsde vrachtmarkt zullen moeten aanvaarden. Verwacht wordt, dat meer fysieke verkopen tegen hogere aanvoerkosten zullen plaatsvinden, hoewel dit zich niet noodzakelijk vertaalt in hogere prijzen voor de teler.
De zomer is traditioneel een periode van lagere bananenconsumptie, omwille van de schoolvakanties in heel Europa. Door het blijvende grote aanbod van 'dollar-bananen' noteert men voorlopig sterk dalende prijzen op de spotmarkt. Die malaise zal vermoedelijk aanhouden tot het einde van het derde kwartaal.
In een aanhoudend sterke markt, die zich sinds het vierde kwartaal van vorig jaar stevig doorzet, heeft SIPEF haar palmolievolumes kunnen verkopen aan prijzen die ongekend waren in de voorbije jaren. Tot op heden werd 75% van de verwachte palmolievolumes verkocht aan een gemiddelde prijs van USD 1 005 per ton CIF Rotterdam equivalent, premies voor duurzaamheid en herkomst inbegrepen. Dit is 45,2% hoger dan de gemiddelde prijs van USD 692 per ton op hetzelfde tijdstip vorig jaar, toen 76% van de volumes was verkocht.
In Papoea-Nieuw-Guinea komen de uitzonderlijk hoge palmolieprijzen ten volle ten goede aan de palmactiviteiten. Maar in Indonesië worden de verkoopprijzen in belangrijke mate afgeroomd door een gecombineerde exportheffing en exporttaks, die het door de Indonesische overheid sterk aangemoedigde lokale biodieselprogramma moeten financieren. Door de aanhoudende stijging van de ruwe olieprijzen in de loop van het eerste semester, werd het exportheffingsmechanisme met ingang van 2 juli 2021 versoepeld. De heffing en taks worden door de overheid op maandelijkse basis berekend in functie van de geldende palmolieprijzen op de internationale markten. Gelet op de onzekerheid van de bepaling van de lokale referentieprijs voor palmolie, worden de beschikbare palmolievolumes in Indonesië op maandbasis in de markt geplaatst. In Papoea-Nieuw-Guinea kunnen de verwachte volumes van de eigen plantages echter op termijn worden ingedekt.
Ondertussen werden ongeveer drie vierde van de verwachte rubberproducties verkocht aan een gemiddelde prijs van USD 2 057 per ton FOB. Dit komt neer op een prijsstijging van 33,8% tegenover de verkochte volumes aan USD 1 537 per ton op hetzelfde tijdstip van vorig jaar.
De eenheidsproductiekostprijzen, met uitzondering van deze voor de rubberactiviteiten, blijven goed onder controle. Dit is te verklaren door de, ten opzichte van de USD, relatief zwakke lokale munten, die de beperkte stijging van de vergoedingen van de arbeiders van de Groep neutraliseren, en door de sterk gestegen productievolumes.
Door de combinatie van deze positieve elementen met de ongezien sterke verkoopprijzen zouden de recurrente resultaten, deel van de Groep, aanzienlijk beter zijn dan het jaarresultaat van het boekjaar 2020 (KUSD 14 122). Ze zouden, ondanks de hoge heffingen op de palmolieproductie in Indonesië, zich naar alle waarschijnlijkheid bevinden tussen de USD 60 en 70 miljoen op het einde van het jaar. Dit cijfer zal dan nog verhoogd worden met de uitzonderlijke meerwaarde, deel van de Groep, van KUSD 11 003 op de verkoop van PT Melania.
De overige 25% van de verwachte productie zouden eveneens voordeel halen uit deze eerder aangehaalde prijseffecten van de palmoliemarkten. Daarnaast zal het uiteindelijke recurrente resultaat in belangrijke mate bepaald worden door het bereiken van de verwachte productiegroei, de evolutie van het versoepelde beleid voor exportheffingen en -taksen in Indonesië en de evolutie van de kostprijzen.
In Musi Rawas in Zuid-Sumatra heeft de Groep in de maand mei een positief antwoord ontvangen van de "Round Table on Sustainable Palm Oil" (RSPO) voor de ontwikkeling van AKL East, onder de voorwaarden van de "New Planting Procedures" (NPP). Dankzij deze in 2018 verworven concessie van 3 090 hectare zal de Groep bijkomende aanplantingen kunnen doen, die aansluiten bij het reeds ontwikkelde project AKL van 4 748 hectare en zo de toekomstige rentabiliteit optimaliseren. Er werd onmiddellijk gestart met de compensatie van gronden en het voorbereiden van de aanplanting van oliepalmen.
Er zijn nu bij RSPO nog twee bijkomende concessies voor een totaal van 5 504 hectare in aanvraag voor potentiële ontwikkeling. Deze sluiten aan bij het bestaande project AMR, waarvan reeds 6 707 hectare ontwikkeld zijn. SIPEF verwacht ook voor deze concessies een positief antwoord van RSPO tegen eind augustus.
Van de eerder goedgekeurde concessies, die reeds sinds 2013 in ontwikkeling zijn, werden in het eerste halfjaar 374 bijkomende hectare gecompenseerd. 472 hectare werden bijkomend voorbereid voor beplanting of beplant, om een totaal van 14 490 gecultiveerde hectare te bereiken. Dit komt neer op 81,4% van de in totaal 17 798 gecompenseerde hectare. 2 331 hectare hiervan werden voorlopig verworven voor aanplanting voor lokale boeren en 15 467 hectare voor eigen ontwikkeling. Momenteel zijn 7 772 hectare in productie. Nagenoeg alle geoogste vruchten worden verwerkt in de eigen extractiefabriek van Dendymarker. De uitbreidingswerken van deze fabriek, om de verwerkingscapaciteit ervan op te krikken van 20 naar 60 ton palmvruchten per uur, vorderen goed, desondanks de beperkingen opgelegd door de lokale coronamaatregelen. Ook de herplanting van de in 2017 verworven Dendymarker-plantages gaat gestaag verder. Ondertussen zijn er 5 832 hectare herplant, terwijl 1 637 hectare werden voorbereid voor herplanting.
De in juni aangekondigde verwerving van de activa van een bestaande insolvabele bananenplantage Wanita in Ivoorkust, is intussen afgerond. Plantations J. Eglin zal vanaf september aanvangen met de rehabilitatie, waardoor de bananenactiviteiten zullen uitbreiden met 550 hectare nieuwe aanplanten. Door de gespreide investering van USD 8 miljoen, zal de productie over een tijdspanne van drie jaar met bijna 80% uitbreiden, van 32 000 naar 57 000 ton exportbananen.
Naast het financieren van het omstandige investeringsbudget en de beschreven expansie zal, dankzij de sterk stijgende kasstroom uit bedrijfsactiviteiten en de opbrengst uit de verkoop van PT Melania, de Groep in de mogelijkheid blijven om de netto financiële schulden verder af te bouwen.
SIPEF is een Belgische, op Euronext Brussels genoteerde, agro-industriële onderneming. De verkorte geconsolideerde financiële staten van de Groep voor de eerste zes maanden eindigend op 30 juni 2021 werden vastgelegd door de raad van bestuur op 11 augustus 2021.
Dit tussentijds verslag is opgesteld conform "International Accounting Standard" IAS 34, "Tussentijdse Financiële Verslaggeving" zoals aanvaard binnen de Europese Unie. Dit rapport dient samen met de financiële jaarresultaten van de SIPEF-groep per 31 december 2020 gelezen te worden. Immers, de in dit verslag opgenomen verkorte tussentijdse financiële staten geven niet alle informatie en gegevens die vereist worden in de financiële jaarresultaten.
De bedragen in dit document worden weergegeven in duizenden USD, tenzij anders aangegeven.
Een samenvatting van de waarderingsregels kan worden teruggevonden in het geauditeerd jaarverslag van 31 december 2020 (https://www.sipef.com/hq/investors/annual-reports). De boekhoudnormen en -methoden van de SIPEF-groep, die worden gebruikt vanaf 1 januari 2021, zijn consistent met deze die werden gebruikt in de geconsolideerde financiële staten per 31 december 2020, met uitzondering dat de Groep de nieuwe standaarden en interpretaties die verplicht werden vanaf 1 januari 2021 heeft toegepast. Deze nieuwe standaarden en interpretaties hebben echter een minimale impact.
IFRS vereist dat de Groep bij de opstelling van de geconsolideerde jaarrekening beoordelingen en schattingen gebruikt en hypothesen vooropstelt die de bedragen van activa en verplichtingen alsook de winst- en verliesrekening op balansdatum kunnen beïnvloeden. Werkelijke resultaten kunnen verschillen van deze schattingen. We verwijzen naar nota 4 in het jaarverslag van 2020.
Hieronder geven we een update van de meest belangrijke beoordelingen en schattingen die van toepassing zijn op het halfjaarverslag:
De voornaamste domeinen waarin oordelen worden aangewend in de eerste 6 maanden van 2021 zijn:
De belangrijkste schattingen die worden gebruikt bij de berekening van uitgestelde belastingvorderingen zijn gebaseerd op een schatting van de grondstofprijzen over een langere periode. De grondstofprijzen die bij dergelijke schattingen worden gebruikt, zijn van nature volatiel en zullen daarom in werkelijkheid verschillen van de geschatte bedragen.
De Groep heeft een schatting gemaakt van de kosten die zullen ontstaan om te voldoen aan de vereisten opgenomen in de overeenkomst betreffende de verkoop van PT Melania aan de Shamrock- Groep (SPA). Elk verschil tussen de geschatte kosten en de werkelijk gemaakte kosten zal resulteren in een verhoging of verlaging van de meerwaarde bij de afronding van de SPA, niet later dan 2024. Voor meer informatie over de verkoop van PT Melania verwijzen wij naar bijlage 6.
Ten gevolge van de verkoop- en aankoopovereenkomst met betrekking tot de verkoop van PT Melania aan de Shamrock-Groep, werd PT Melania gedeconsolideerd en opgenomen als een joint venture geklasseerd als aangehouden voor verkoop en gewaardeerd aan haar reële waarde in de balans. Er wordt verwezen naar bijlage 6 voor een overzicht van de impact van deze verrichting op de geconsolideerde financiële staten van de SIPEF-groep.
Zoals blijkt uit onderstaande tabel is het effectief belastingtarief in belangrijke mate afhankelijk van andere zaken dan de lokale resultaten en de toepasselijke lokale belastingtarieven. De aansluiting kan als volgt voorgesteld worden:
| In KUSD | 30/06/2021 | 30/06/2020 | 31/12/2020 |
|---|---|---|---|
| Resultaat voor belasting | 59 898 | 2 468 | 28 064 |
| 25,1% | 12,3% | 23,3% | |
| Theoretische belastinglast | -15 024 | -304 | -6 545 |
| Meerwaarde verkoop PT Melania Afwaardering op uitgestelde belastingen op |
2 561 | 0 | 0 |
| overgedragen verliezen | 270 | -964 | -3 130 |
| Andere niet aftrekbare uitgaven | -965 | -1 103 | -1 915 |
| Verandering taks-% | 0 | +685 | 685 |
| Correcties op vorige jaren | 0 | 0 | 76 |
| Belastinglast | -13 159 | -1 686 | -10 828 |
| Effectief Belastingtarief | 22,0% | 68,3% | 38,6% |
De meerwaarde op de verkoop van PT Melania (KUSD 11 640) is een niet-aftrekbare opbrengst, wat resulteert in een verschil met de theoretische belastingslast van KUSD 2 561.
In toepassing van de principes van IAS 12 werd een totale waardevermindering van KUSD 270 op overgedragen fiscale verliezen teruggenomen per 30 juni 2021. Op basis van de laatste schattingen van de Groep verwacht SIPEF deze fiscale verliezen te recupereren voor ze verstrijken.
De totale belastinglast van KUSD 13 159 (2019: KUSD -1 686) kan worden opgesplitst in een gedeelte te betalen belastingen van KUSD 10 014 (2020: KUSD 3 637) en een uitgestelde belastingcomponent van KUSD 3 145 (2020: KUSD -1 952).
Zie bijlage 5.
Meer informatie met betrekking tot de omzet kan gevonden worden in bijlage 5. Het tijdstip van de erkenning van opbrengsten vindt telkens plaats op één bepaald moment in de tijd.
Het aandeel van het resultaat van 'geassocieerde deelnemingen en joint ventures' omvat de researchactiviteiten die gecentraliseerd zijn in PT Timbang Deli en Verdant Bioscience PTE Ltd, en ook 4 maanden resultaten van PT Melania opgenomen als joint venture tot de verkoop op 30 april 2021, waarna het geclassificeerd werd als een joint venture aangehouden voor verkoop. Na 30 april 2021 werden geen resultaten van PT Melania meer opgenomen in de winst- en verliesrekening van de SIPEF-groep.
Op 9 juni 2021 keurden de aandeelhouders van SIPEF de uitkering goed van een brutodividend van EUR 0,35 (coupon 13) over het boekjaar 2020, betaalbaar vanaf 7 juli 2021. Het totaal uitgekeerd dividend bedraagt EUR 3 646 765. Omgerekend tegen de USD-koers van de dag van de algemene vergadering bedraagt dit USD 4 442 940.
Het geplaatst kapitaal is niet veranderd ten opzichte van 31 december 2020.
| In KUSD | 30/06/2021 | 31/12/2020 |
|---|---|---|
| Korte termijn verplichtingen – kredietinstellingen | -67 456 | -86 128 |
| Lange termijn verplichtingen – kredietinstellingen | -45 000 | -54 000 |
| Schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen | -18 000 | -18 000 |
| Korte termijn leaseverplichtingen | -471 | -543 |
| Lange termijn leaseverplichtingen | -2 162 | -2 285 |
| Investeringen en geldbeleggingen | 0 | 0 |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | 13 100 | 9 790 |
| Netto financiële activa/(verplichtingen) | -119 989 | -151 165 |
De schulden op korte termijn hebben een looptijd van minder dan twaalf maanden en bestaan uit USD 'straight loans' bij bankiers ten belope van KUSD 43 700, een 'commercial paper' schuld ten belope van KUSD 23 756 en het kortlopend gedeelte van KUSD 18 000 met betrekking tot de langetermijnlening voor een totaal bedrag van KUSD 63 000. De leasingschulden op korte en lange termijn zijn een gevolg van de IFRS 16 leasingnorm.
Op 30 juni 2021 had de Groep één financieel convenant verbonden aan de langetermijnverplichtingen dat stelt dat de netto financiële schuld niet meer mag bedragen dan 2,75 maal REBITDA ('recurrent earnings before interest, tax and depreciations') van het boekjaar. Op 30 juni 2021 heeft de Groep voldaan aan het convenant (0,9978 maal REBITDA).
De financiële instrumenten worden ondergebracht in niveaus volgens principes die consistent zijn met deze die werden toegepast bij het opmaken van toelichting 26 van het jaarverslag over 2020. Tijdens de eerste zes maanden van 2021 waren er geen overdrachten tussen verschillende niveaus.
Alle per 30 juni 2021 uitstaande derivaten die gewaardeerd worden aan reële waarde hebben betrekking op valutatermijncontracten en intrestindekkingen. De reële waarde van de valutatermijncontracten wordt berekend als de verdisconteerde waarde van het verschil tussen de contractwaarde en de huidige termijnkoers en wordt ondergebracht onder niveau 2 (betreft reële waarde op basis van observeerbare variabelen). Per 30 juni 2021 bedroeg de reële waarde KUSD -2 009 tegenover KUSD -793 per 31 december 2020.
De boekwaarde van de overige financiële activa en verplichtingen benadert de reële waarde.
SIPEF heeft een verkoop- en aankoopovereenkomst ondertekend met de Shamrock-Groep (SG) over de verkoop van 100% van het aandelenkapitaal van haar Indonesische dochteronderneming, PT Melania. SG is een Indonesische groep die meerdere rubberplantages en fabrieken uitbaat en gespecialiseerd is in de productie en verkoop van latex handschoenen. SIPEF controleert 95% van PT Melania via haar Indonesische 95%-dochter PT Tolan Tiga, de overige 5% zijn in handen van een Indonesisch pensioenfonds.
Ter herinnering: PT Melania bezit de helft van de Indonesische rubberactiviteiten van de Groep in Sumatra en de volledige theeactiviteiten in Java. In eerste instantie werd 40% van de aandelen verkocht voor een betaling van 19 miljoen USD. Na deze eerste fase zal de Shamrock-groep het beheer van de rubberactiviteiten overnemen. De tweede tranche van 60% van de aandelen (waarvan 55% in het bezit van SIPEF) zal uiterlijk in 2024 worden overgedragen voor USD 17 miljoen, na de hernieuwing van de permanente landrechten (HGU) voor het geheel van de rubber- en theeactiviteiten. De brutoverkoopprijs voor 100% van de aandelen bedraagt USD 36 miljoen.
Voor meer details over de impact van de verkoop van PT Melania op de financiële staten van de SIPEF-groep verwijzen wij naar bijlage 6.
Er zijn geen wijzigingen in de transacties met verbonden partijen ten aanzien van het jaarverslag van december 2020.
Zie beheersverslag.
Er zijn geen gebeurtenissen na balansdatum die een significante impact hebben op het resultaat en/of het eigen vermogen van de Groep.
Conform artikel 13 van het Koninklijk Besluit van 14 november 2007 bevestigt de SIPEF-groep dat de fundamentele risico's waarmee de onderneming geconfronteerd wordt, ongewijzigd blijven ten opzichte van deze beschreven in het jaarverslag van 2020 en dat er geen andere risico's en onzekerheden voor de resterende maanden van het boekjaar verwacht worden.
Op regelmatige basis evalueren de raad van bestuur en het management van de onderneming de bedrijfsrisico's waarmee de SIPEF-groep geconfronteerd wordt.
We verwijzen naar nota 1.6.1 – Covid-19-effecten van het beheersverslag.
Baron Bertrand, voorzitter van de raad van bestuur, en François Van Hoydonck, gedelegeerd bestuurder, verklaren dat, voor zover door hen bekend:
beschrijving van de voornaamste risico's en onzekerheden waarmee de SIPEF-groep geconfronteerd wordt.
Zie bijlage 7.
Vertaling: dit persbericht is verkrijgbaar in het Nederlands en het Engels. De Nederlandse versie is de originele en de Engelse versie is een vrije vertaling. We hebben alles wat redelijkerwijs mogelijk is gedaan om verschillen tussen de taalversies te vermijden, maar als er toch verschillen zijn, dan heeft de Nederlandse versie voorrang.
Schoten, 12 augustus 2021
Voor meer informatie, gelieve contact op te nemen met:
Tel.: +32 3 641 97 00
[email protected] www.sipef.com (rubriek "investors")
SIPEF is een Belgische agro-industriële groep, genoteerd op Euronext Brussels en is gespecialiseerd in de - als duurzaam gecertificeerde - productie van tropische landbouwgrondstoffen, voornamelijk ruwe palmolie en palmproducten. Deze arbeidsintensieve activiteiten zijn geconcentreerd in Indonesië, Papoea-Nieuw-Guinea en Ivoorkust en worden gekenmerkt door een brede stakeholderbetrokkenheid, die de lange termijn investeringen op duurzame wijze ondersteunt.
| In KUSD (verkort) | 30/06/2021 | 31/12/2020 |
|---|---|---|
| Vaste activa | 797 497 | 809 753 |
| Immateriële vaste activa | 449 | 473 |
| Goodwill | 104 782 | 104 782 |
| Biologische activa - dragende planten | 301 718 | 315 826 |
| Andere materiële vaste activa | 351 380 | 354 811 |
| Vastgoed investeringen | 0 | 0 |
| Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures | 4 207 | 4 630 |
| Financiële activa | 85 | 80 |
| Andere financiële activa | 85 | 80 |
| Vorderingen > 1 jaar | 22 228 | 16 101 |
| Overige vorderingen | 22 228 | 16 101 |
| Uitgestelde belastingvorderingen | 12 647 | 13 049 |
| Vlottende activa | 177 287 | 136 888 |
| Voorraden | 41 993 | 29 648 |
| Biologische activa | 9 384 | 6 763 |
| Handelsvorderingen en overige vorderingen | 83 748 | 76 877 |
| Handelsvorderingen | 32 110 | 27 731 |
| Overige vorderingen | 51 638 | 49 146 |
| Terug te vorderen belastingen | 12 005 | 11 766 |
| Investeringen | 0 | 0 |
| Andere investeringen en beleggingen | 0 | 0 |
| Derivaten | 0 | 0 |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | 13 100 | 9 790 |
| Andere vlottende activa | 3 536 | 2 043 |
| Activa aangehouden voor verkoop | 13 520 | 0 |
| Totaal activa | 974 783 | 946 641 |
| Totaal eigen vermogen | 714 856 | 674 550 |
| Eigen vermogen deel groep | 678 964 | 638 688 |
| Geplaatst kapitaal | 44 734 | 44 734 |
| Uitgiftepremies | 107 970 | 107 970 |
| Ingekochte eigen aandelen (-) | -10 277 | -10 277 |
| Reserves | 546 782 | 507 299 |
| Omrekeningsverschillen | -10 244 | -11 038 |
| Minderheidsbelangen | 35 893 | 35 862 |
| Langlopende verplichtingen | 124 222 | 126 460 |
| Voorzieningen > 1 jaar | 1 113 | 1 354 |
| Voorzieningen | 1 113 | 1 354 |
| Uitgestelde belastingverplichtingen | 47 909 | 44 010 |
| Handelsschulden en overige te betalen posten > 1 jaar | 0 | 0 |
| Financiële verplichtingen > 1 jaar | 45 000 | 54 000 |
| Leasing verplichtingen > 1 jaar | 2 162 | 2 285 |
| Pensioenverplichtingen | 18 871 | 24 810 |
| Ontvangen voorschotten > 1 jaar | 9 167 | 0 |
| Kortlopende verplichtingen | 135 705 | 145 631 |
| Handelsschulden en overige te betalen posten < 1 jaar | 41 476 | 35 947 |
| Handelsschulden | 15 573 | 21 384 |
| Ontvangen voorschotten | 2 409 | 1 071 |
| Overige schulden | 13 241 | 8 805 |
| Winstbelastingen | 10 253 | 4 687 |
| Financiële verplichtingen < 1 jaar | 85 927 | 104 671 |
| Kortlopend gedeelte van te betalen posten > 1 jaar | 18 000 | 18 000 |
| Financiële verplichtingen | 67 456 | 86 128 |
| Leasing verplichtingen < 1 jaar | 471 | 543 |
| Derivaten | 2 009 | 793 |
| Andere kortlopende verplichtingen | 6 293 | 4 220 |
| Passiva verbonden met activa aangehouden voor verkoop | 0 | 0 |
| Totaal eigen vermogen en verplichtingen | 974 783 | 946 641 |
| In KUSD (verkort) | 30/06/2021 | 30/06/2020 |
|---|---|---|
| Omzet | 182 261 | 117 673 |
| Kostprijs van verkopen | -116 376 | -96 938 |
| Aanpassingen van de reële waarde van de biologische activa | 2 632 | - 712 |
| Brutowinst | 68 517 | 20 023 |
| Algemene en beheerskosten | -17 007 | -15 515 |
| Overige bedrijfsopbrengsten/(kosten) | 10 258 | 113 |
| Bedrijfsresultaat | 61 768 | 4 621 |
| Financieringsopbrengsten | 675 | 863 |
| Financieringskosten | -1 936 | -2 497 |
| Wisselkoersresultaten | - 609 | - 519 |
| Financieel resultaat | -1 871 | -2 153 |
| Resultaat voor belastingen | 59 898 | 2 468 |
| Belastinglasten | -13 159 | -1 686 |
| Resultaat na belastingen | 46 739 | 782 |
| Aandeel resultaat geassocieerde deelnemingen en joint ventures | - 482 | - 578 |
| Resultaat van voortgezette activiteiten | 46 257 | 204 |
| Resultaat van beëindigde activiteiten | 0 | 0 |
| Resultaat van de periode | 46 257 | 204 |
| Toe te rekenen aan: | ||
| - Minderheidsbelangen | 2 738 | 916 |
| - Aandeelhouders van de moedermaatschappij | 43 519 | - 712 |
| Winst per aandeel (in USD) | ||
| Van voortgezette en beëindigde activiteiten | ||
| Gewone winst per aandeel | 4,18 | -0,07 |
| Verwaterde winst per aandeel | 4,18 | -0,07 |
| Van voortgezette activiteiten | ||
| Gewone winst per aandeel | 4,18 | -0,07 |
| Verwaterde winst per aandeel | 4,18 | -0,07 |
| In KUSD (verkort) | 30/06/2021 | 30/06/2020 |
|---|---|---|
| Resultaat van de periode | 46 257 | 204 |
| Andere elementen van het totaal resultaat | ||
| Elementen die naar de winst- en verliesrekening geherclassificeerd | ||
| zullen worden in toekomstige periodes | ||
| - Valutakoersverschillen als gevolg van de omrekening van buitenlandse activiteiten | 793 | 13 |
| - Cash flow hedges - reële waarde voor de groep | 423 | -2 155 |
| - Effect van de winstbelasting | - 106 | 539 |
| Elementen die niet naar de winst- en verliesrekening | ||
| geherclassificeerd zullen worden in toekomstige periodes | ||
| - Toegezegd pensioenregelingen - IAS 19R | 301 | 2 |
| - Effect van de winstbelasting | - 66 | 0 |
| Andere elementen van het totaal resultaat: | 1 345 | -1 602 |
| Andere elementen van het totaal resultaat van het boekjaar toe te rekenen aan: | ||
| - Minderheidsbelangen | 25 | 0 |
| - Aandeelhouders van de moedermaatschappij | 1 320 | -1 602 |
| Totaal resultaat van het boekjaar | 47 602 | -1 398 |
| Totaal resultaat van het boekjaar toe te rekenen aan: | ||
| - Minderheidsbelangen | 2 763 | 916 |
| - Aandeelhouders van de moedermaatschappij | 44 840 | -2 314 |
| In KUSD (verkort) | 30/06/2021 | 30/06/2020 |
|---|---|---|
| Bedrijfsactiviteiten | ||
| Winst voor belastingen | 59 898 | 2 468 |
| Resultaat beëindigde activiteiten voor belastingen | ||
| Gecorrigeerd voor: | ||
| Afschrijvingen | 23 952 | 21 371 |
| Variatie voorzieningen | - 46 | 400 |
| Stock options | 61 | 64 |
| Niet gerealiseerde omrekeningsresultaten | 0 | - 2 |
| Variatie reële waarde biologisch actief | -2 632 | 712 |
| Overige niet kas resultaten | - 400 | - 545 |
| Hedgereserve, en financiële derivaten | 1 639 | - 141 |
| Financiële kosten en opbrengsten | 1 657 | 2 343 |
| (Meerwaarden)/Minderwaarden op vorderingen | 0 | 0 |
| (Meerwaarden)/Minderwaarden op deelnemingen | 0 | 0 |
| (Winst)/verlies realisatie materiële vaste activa | 86 | - 254 |
| (Winst)/verlies realisatie financiële activa | -11 640 | 0 |
| Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten voor variatie bedrijfskapitaal | 72 576 | 26 416 |
| Variatie bedrijfskapitaal | -26 744 | 160 |
| Variatie lange termijn vorderingen | -6 133 | 0 |
| Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten na variatie bedrijfskapitaal | 39 699 | 26 576 |
| Betaalde belastingen | -4 897 | -3 821 |
| Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten | 34 802 | 22 755 |
| Investeringsactiviteiten | ||
| Verwerving immateriële activa | - 17 | - 35 |
| Verwerving biologische activa | -9 173 | -11 483 |
| Verwerving materiële vaste activa | -14 243 | -10 430 |
| Verwerving vastgoedbeleggingen | 0 | 0 |
| Verwerving dochterondernemingen | 0 | -1 609 |
| Dividenden ontvangen van geassocieerde deelnemingen en joint ventures | 0 | 0 |
| Verkopen materiële vaste activa | 477 | 1 344 |
| Verkopen financiële activa | 23 302 | 1 371 |
| Kasstroom uit investeringsactiviteiten | 346 | -20 842 |
| Vrije kasstroom | 35 147 | 1 913 |
| Financieringsactiviteiten | ||
| Kapitaalverhoging | 0 | 0 |
| Eigen vermogentransacties met minderheidsaandeelhouders | 0 | 0 |
| Daling/(stijging) van eigen aandelen | 0 | 0 |
| Daling leningen op lange termijn | -9 123 | -4 500 |
| Stijging leningen op lange termijn | 0 | 0 |
| Daling kortlopende financiële verplichtingen | -18 744 | 0 |
| Stijging kortlopende financiële verplichtingen | 0 | 7 932 |
| Dividenden van vorig boekjaar betaald in de loop van het boekjaar | 0 | 0 |
| Dividenden door dochters betaald aan minderheidsbelangen | -2 306 | - 516 |
| Ontvangen - betaalde interesten | -1 664 | -2 343 |
| Kasstroom uit financieringsactiviteiten | -31 837 | 573 |
| Netto beweging van investeringen, geldmiddelen en kasequivalenten | 3 310 | 2 486 |
| Investeringen en geldmiddelen en kasequivalenten (bij het begin van het jaar) | 9 790 | 10 653 |
| Invloed van de wisselkoers op de geldmiddelen en kasequivalenten | 0 | 0 |
| Investeringen en geldmiddelen en kasequivalenten (per einde boekjaar) | 13 100 | 13 139 |
| In KUSD (verkort) | Geplaatst kapitaal SIPEF |
Uitgiftepremies SIPEF |
Eigen aandelen |
Toegekende pensioenregelingen - IAS 19R |
Reserves | Omrekenings verschillen |
Eigen vermogen deel groep |
Minderheids belangen |
Totaal eigen vermogen |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 1 januari 2021 | 44 734 | 107 970 | -10 277 | -4 539 | 511 838 | -11 038 | 638 688 | 35 862 | 674 550 |
| Resultaat van de periode | 43 519 | 43 519 | 2 738 | 46 257 | |||||
| Andere elementen van het totaal resultaat |
210 | 317 | 793 | 1 320 | 25 | 1 345 | |||
| Totaal resultaat | 0 | 0 | 0 | 210 | 43 836 | 793 | 44 840 | 2 763 | 47 602 |
| Uitkering dividend vorig boekjaar |
-4 443 | -4 443 | -2 306 | -6 749 | |||||
| Verkoop PT Melania | 0 | - 559 |
- 559 |
||||||
| Andere | - 120 |
- 120 |
133 | 13 | |||||
| 30 juni 2021 | 44 734 | 107 970 | -10 277 | -4 329 | 551 111 | -10 245 | 678 963 | 35 893 | 714 856 |
| 1 januari 2020 | 44 734 | 107 970 | -10 277 | -3 598 | 501 650 | -11 793 | 628 686 | 34 325 | 663 010 |
| Resultaat van de periode | - 712 |
- 712 |
916 | 204 | |||||
| Andere elementen van het totaal resultaat |
1 | -1 617 | 13 | -1 602 | 0 | -1 602 | |||
| Totaal resultaat | 0 | 0 | 0 | 1 | -2 329 | 13 | -2 314 | 916 | -1 398 |
| Uitkering dividend vorig boekjaar |
0 | 0 | 0 | ||||||
| Andere | - 585 |
- 585 |
0 | - 585 |
|||||
| 30 juni 2020 | 44 734 | 107 970 | -10 277 | -3 597 | 498 736 | -11 780 | 625 786 | 35 241 | 661 026 |
De activiteiten van SIPEF kunnen worden onderverdeeld in segmenten naar gelang de soort van de producten. SIPEF heeft de volgende segmenten:
Het overzicht van de segmenten hieronder is weergegeven op basis van de interne managementrapportering van de SIPEF-groep. De belangrijkste verschillen met de IFRS-consolidatie zijn:
| In KUSD (verkort) | 30/06/2021 | 30/06/2020 |
|---|---|---|
| Bruto-marge per product | ||
| Palm | 66 383 | 19 823 |
| Rubber | - 887 | -1 498 |
| Thee | 65 | - 519 |
| Bananen en horticultuur | 2 412 | 1 844 |
| Corporate | 545 | 373 |
| Totaal bruto-marge per product | 68 517 | 20 023 |
| Algemene-en beheerskosten | -17 007 | -15 515 |
| Overige bedrijfsopbrengsten/(kosten) | -1 381 | 113 |
| Financieringsopbrengsten/(kosten) | -1 582 | -2 247 |
| Discounting Sipef-CI | 321 | 613 |
| Wisselkoersresultaten | - 609 | - 519 |
| Resultaat voor belastingen | 48 258 | 2 468 |
| Belastinglasten | -13 159 | -1 686 |
| Effectief belastingtarief | -27,3% | 68,3% |
| Resultaat na belastingen | 35 099 | 782 |
| Aandeel resultaat geassocieerde deelnemingen | - 482 | - 578 |
| Resultaat van de periode voor verkoop PT Melania | 34 617 | 204 |
| Meerwaarde op de verkoop van PT Melania | 11 640 | 0 |
| Resultaat van de periode | 46 257 | 204 |
Hieronder wordt de segmentinformatie per productsegment en per geografische locatie weergeven volgens de IFRS-winst- en verliesrekeningen.
Het resultaat van een segment omvat de opbrengsten en kosten die rechtstreeks door een segment worden gegenereerd, inclusief het relevante deel van de opbrengsten en kosten dat redelijkerwijs aan het segment kan worden toegerekend.
| Omzet | Kostprijs van de verkopen |
Aanpassingen van de reële waarde |
Brutowinst | % van totaal |
|
|---|---|---|---|---|---|
| 2021 - KUSD | |||||
| Palm | 162 198 | -98 686 | 2 870 | 66 382 | 96,9 |
| Rubber | 4 995 | -5 882 | 0 | - 887 | -1,3 |
| Thee | 1 475 | -1 410 | 0 | 65 | 0,1 |
| Bananen en horticultuur | 13 048 | -10 398 | -238 | 2 412 | 3,5 |
| Corporate | 545 | 0 | 0 | 545 | 0,8 |
| Totaal | 182 261 | -116 376 | 2 632 | 68 517 | 100,0 |
| 2020 - KUSD | |||||
| Palm | 100 229 | -80 011 | -396 | 19 823 | 99,0 |
| Rubber | 3 116 | -4 614 | 0 | -1 498 | -7,5 |
| Thee | 2 922 | -3 408 | -32 | - 518 | -2,6 |
| Bananen en horticultuur | 11 033 | -8 905 | -284 | 1 844 | 9,2 |
| Corporate | 373 | 0 | 0 | 373 | 1,9 |
| Totaal | 117 673 | -96 938 | - 712 | 20 023 | 100,0 |
Het segment 'corporate' omvat de ontvangen management fees van niet-groepsondernemingen, aangerekende commissies op zeevrachten en andere aangerekende commissies die buiten het verkoopcontract vallen.
| Omzet | Kostprijs van de verkopen |
Andere inkomsten |
Aanpassingen van de reële waarde |
Brutowinst | % van totaal |
|
|---|---|---|---|---|---|---|
| 2021 - KUSD | ||||||
| Indonesië | 87 526 | -55 816 | 193 | 2 475 | 34 377 | 50,1 |
| Papoea-Nieuw-Guinea | 75 980 | -44 999 | 0 | 395 | 31 376 | 45,8 |
| Ivoorkust | 18 211 | -15 561 | 0 | -238 | 2 412 | 3,5 |
| Europa | 351 | 0 | 0 | 0 | 351 | 0,6 |
| Totaal | 182 068 | -116 376 | 193 | 2 632 | 68 517 | 100,0 |
| 2020 - KUSD | ||||||
| Indonesië | 67 015 | -53 654 | 68 | - 187 | 13 242 | 66,2 |
| Papoea-Nieuw-Guinea | 37 813 | -33 009 | 0 | - 241 | 4 563 | 22,7 |
| Ivoorkust | 12 404 | -10 276 | 0 | -284 | 1 844 | 9,2 |
| Europa | 373 | 0 | 0 | 0 | 373 | 1,9 |
| Totaal | 117 605 | -96 938 | 68 | - 712 | 20 023 | 100,0 |
SIPEF heeft een verkoop- en aankoopovereenkomst ondertekend met Shamrock Group (SG) over de verkoop van 100% van het aandelenkapitaal van haar Indonesische dochteronderneming, PT Melania. SG is een Indonesische groep die verschillende rubberplantages en fabrieken beheert, en gespecialiseerd is in de productie en verkoop van latex handschoenen. SIPEF controleert 95% van PT Melania via haar Indonesische 95%-dochter, PT Tolan Tiga, terwijl de resterende 5% in handen is van een Indonesisch pensioenfonds.
Ter herinnering: PT Melania bezit de helft van de Indonesische rubberactiviteiten van de Groep in Sumatra en de volledige theeactiviteiten in Java. In eerste instantie werd 40% van de aandelen verkocht voor een betaling van 19 miljoen USD. Na deze eerste fase zal de Shamrock-groep het beheer van de rubberactiviteiten overnemen. De tweede tranche van 60% van de aandelen (waarvan 55% in het bezit van SIPEF) zal uiterlijk in 2024 worden overgedragen voor USD 17 miljoen, na de hernieuwing van de permanente landrechten (HGU) voor het geheel van de rubber- en theeactiviteiten. De bruto transactieprijs voor 100% van de aandelen bedraagt USD 36 miljoen.
De uiteindelijke netto verkoopprijs en de eventuele meerwaarde op de verkoop van PT Melania zullen grotendeels afhangen van de kosten voor de vernieuwing van de permanente landrechten (HGU) en van de vergoeding voor de opgebouwde sociale rechten van het personeel, dat vermoedelijk vrijwel geheel zal worden overgenomen. De winst op de verkoop van PT Melania kan per 31 december 2021 en in de toekomst worden aangepast, afhankelijk van de herziening van de schatting van deze kosten in de toekomst. SIPEF heeft een zo goed mogelijke schatting gemaakt van de kosten verbonden aan de verkoop van PT Melania. Hieronder vindt u de berekening van de netto verkoopprijs:
| In KUSD | Verkoopprijs |
|---|---|
| Totaal te ontvangen bedrag | 36 000 |
| Geschatte kosten verbonden aan de verkoop | -11 418 |
| Netto verkoopprijs (100% van de aandelen) | 24 582 |
| Netto verkoopprijs voor 95% | 23 353 |
| Netto verkoopprijs voor 40% van de aandelen | 9 833 |
| Netto verkoopprijs voor 55% van de aandelen | 13 520 |
Bij de ondertekening van de verkoop- en aankoopovereenkomst heeft SIPEF de volledige controle over PT Melania verloren. Bijgevolg werd PT Melania op 30 april 2021 geboekt als een joint-venture aangehouden voor verkoop. De activa en passiva van PT Melania werden gewaardeerd tegen reële waarde, gelijk aan de netto verkoopprijs van KUSD 23 353.
De resultaten van PT Melania zijn opgenomen in het aandeel in de resultaten van geassocieerde deelnemingen en joint ventures voor de eerste vier maanden van 2021. Vanaf 30 april 2021 worden de resultaten van PT Melania niet meer opgenomen in de geconsolideerde winst en verlies van de SIPEF-groep aangezien PT Melania geclassificeerd is als een joint venture aangehouden voor verkoop.
De classificatie als een voor verkoop aangehouden joint venture, met inbegrip van de daaropvolgende herwaardering tegen reële waarde, en de verkoop van 40% van de aandelen van PT Melania heeft de volgende impact op de balans en de resultatenrekening van de SIPEF-groep:
| In KUSD | Classificatie als JV | Verkoop van 40% | Totale impact |
|---|---|---|---|
| Activa | |||
| Vaste activa | -17 319 | -17 319 | |
| Activa aangehouden voor verkoop | 23 353 | -9 833 | 13 520 |
| Vlottende activa | - 170 | - 170 | |
| Geldmiddelen en kasequivalenten | - 1 | 19 000 | 18 999 |
| Totaal activa | 5 864 | 9 167 | 15 031 |
| Passiva | |||
| Omrekeningsverschillen | 1 091 | 1 091 | |
| Minderheidsbelangen | - 559 | - 559 | |
| Langlopende verplichtingen | -5 833 | -5 833 | |
| Langlopende verplichtingen - ontvangen voorschotten > 1 jaar |
0 | 9 167 | 9 167 |
| Kortlopende verplichtingen | - 475 | - 475 | |
| Totaal passiva | -5 776 | 9 167 | 3 391 |
| Winst- en verliesrekeningen | |||
| Overige bedrijfsopbrengsten / (kosten) | 11 640 | 11 640 | |
| Waarvan: | |||
| Aandeelhouders van de moedermaatschappij | 11 003 | 11 003 | |
| Minderheidsbelangen | 637 | 637 | |
| Totaal | 11 640 | 0 | 11 640 |
Bij de classificatie van de joint venture als aangehouden voor verkoop wordt een meerwaarde van KUSD 11 640 gerealiseerd, zijnde het verschil tussen de netto verkoopprijs voor 95% van de aandelen (KUSD 23 353) en de waarde van de netto activa van PT Melania in de geconsolideerde jaarrekening van de SIPEF-groep (KUSD 11 713).
De verkoop van 40% van de aandelen van PT Melania voor KUSD 19 000 werd geboekt als verkoop van 40% van de waarde van de activa bestemd voor verkoop (KUSD 9 833) en het resterende deel als ontvangen voorschot op meer dan één jaar (KUSD 9 167).
Het totaal aan ontvangen geldmiddelen (KUSD 18 999) is opgenomen in de kasstroom als onderdeel van de verkopen financiële activa (KUSD 23 302).
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.