Quarterly Report • Apr 21, 2022
Quarterly Report
Open in ViewerOpens in native device viewer



| Groepsproducties | |||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 2022 (in ton) | Eigen | Derden | Q1/22 | YoY% | Eigen | Derden | YTD Q1/22 |
YoY% | |
| Palmolie | 69 027 | 16 199 | 85 226 | -6,99% | 69 027 | 16 199 | 85 226 | -6,99% | |
| Rubber | 321 | 159 | 480 | -34,96% | 321 | 159 | 480 | -34,96% | |
| Bananen | 7 515 | 0 | 7 515 | -20,47% | 7 515 | 0 | 7 515 | -20,47% | |
| 2021 (in ton) | Eigen | Derden | Q1/21 | Eigen | Derden | YTD Q1/21 |
|||
| Palmolie | 75 222 | 16 411 | 91 633 | 75 222 | 16 411 | 91 633 | |||
| Rubber | 586 | 152 | 738 | 586 | 152 | 738 | |||
| Bananen | 9 449 | 0 | 9 449 | 9 449 | 0 | 9 449 | |||
De palmvruchtenproductie in de mature plantages van Noord-Sumatra in Indonesia kon genieten van een vrij gelijkmatig neerslagpatroon, dat zowel in aantal regendagen als volume boven de lange-termijn gemiddelden lag. Toch noteerden zowel de plantages op minerale grond, als deze op organische grond, een daling met respectievelijk 7,0% en 11,3% tegenover het eerste trimester van vorig jaar. Deze verlaging van het aantal oogstbare vruchten is nog een laat gevolg van de droogte van 2019 en is dus een tijdelijk fenomeen.
In de oliepalmplantages in de provincie Bengkulu daarentegen waren de weersomstandigheden ronduit 'droog' met neerslagpercentages die 20 tot 60% lager waren dan de lange-termijngemiddelden. De aanwezige vruchten waren lichter van gewicht en het rijpen werd enigszins vertraagd. Hierdoor was per eind maart de productie 12,2% lager dan deze van het eerste trimester van 2021.
In Zuid-Sumatra steeg de vruchtenoogst van de eigen plantages met 33,9% en deze van de smallholders (plasma) met 92,2% tegenover het eerste kwartaal van 2021. De productie van de nieuwe aanplanten in Musi Rawas steeg met 41,9%, dankzij een verhoging van de geoogste hectaren met 20,6% en een stijging van het gemiddelde vruchtgewicht in de meeste jonge plantages. De weersomstandigheden waren ook gunstig voor de groei van de palmen en de ontwikkeling van vruchten. Bovendien blijken de jonge palmen beter bestand tegen het laatste uitgestelde stresseffect van de droogte van 2019.
De Dendymarker-plantages kenden een beperkte productiestijging (0,9%) in het eerste kwartaal, door een 16% stijging van de nieuw aangeplante hectares die nu net in productie komen.
De gemiddelde extractieratio's (OER) van de Indonesische palmolie-extractiefabrieken waren algemeen beter dan vorig jaar en schommelden tussen 22,6% en 23,7%. De Dendymarker-fabriek in Zuid-Sumatra noteerde de grootste gemiddelde 'jaar-op-jaar'-kwartaalstijging van 21,4% naar 23,1%. Dit was het gevolg van de betere kwaliteit van de jong aangeplante palmen tegenover het oude palmenbestand dat nu bijna volledig vervangen is.
Ondanks een relatief natte maand januari, was de gemiddelde neerslag in de oliepalmplantages in Papoea-Nieuw-Guinea in het eerste kwartaal opnieuw meer dan 43% lager dan het vijfjarig gemiddelde en zelfs 2% lager dan vorig jaar. De productie werd dan ook niet in belangrijke mate beïnvloed door de weerseffecten. De Navo-plantages konden verder herstellen van de impact van de vulkaanuitbarstingen in de tweede helft van 2019. De volumes van geoogste palmvruchten op de eigen plantages kenden een algemene stijging van 3,3% vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. De omliggende boeren gebruikten de laatste jaren onvoldoende de hen aangeboden meststoffen en de herplanting van hun arealen bleef ook achter op de planning. Hierdoor daalden de door hen geleverde vruchtenvolumes met 5,1%. Dankzij de aanhoudend goede extractiepercentages (gemiddelde OER van 25,3% tegenover 25,4% vorig jaar), bleef de totale productie van ruwe palmolie nagenoeg constant tegenover het eerste kwartaal van 2021.
De totale Groepsproductie van palmolie daalde tijdelijk met 7,0% vergeleken met het eerste kwartaal van vorig jaar.
Door de aanvang van de conversie van de rubberarealen naar oliepalmplantagesin de Bandar Pinang-plantage in Noord-Sumatra en in de Sei Jeringing-plantage in Agro Muko in Bengkulu, daalde het geproduceerde rubbervolume van de SIPEF-groep opnieuw met 35,0% tegenover vorig jaar. De onproductieve oude rubberbomen werden reeds verwijderd in voorbereiding van de aanplant van jonge palmen vanaf 2023, een jaar vroeger dan initieel gepland. De verleende RSPO-goedkeuring voor de conversie, alsook de aanhoudend lage rubberprijzen hebben ertoe geleid versneld over te gaan tot het vervangen van de rubber aanplanten door jonge palmen.
In tegenstelling tot het eerste kwartaal van vorig jaar, was Ivoorkust dit jaar sterk onderhevig aan Harmatanwinden. Bijgevolg waren, bij gebrek aan voldoende zonlicht, de geoogste trossen kleiner met relatief 'magere' bananen. Hierdoor daalde het exportgewicht van Plantations J. Eglin met 20,5% tegenover dezelfde periode van vorig jaar. Een gelijkaardige trend werd vastgesteld bij de andere bananenproducenten in Ivoorkust en Ghana, waardoor de totale Afrikaanse bananenimport in Europa met gemiddeld 11% afnam in het eerste kwartaal van 2022.
| Gemiddelde marktprijzen | ||||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| In USD/ton | YTD Q1/22 | YTD Q1/21 | YTD Q4/21 | |||||||
| Palmolie | CIF Rotterdam* | 1 564 | 1 081 | 1 195 | ||||||
| Rubber | RSS3 FOB Singapore** | 2 069 | 2 337 | 2 071 | ||||||
| Bananen | CFR Europe*** | 756 | 659 | 616 | ||||||
| * Oil World Price Data World Bank Commodity Price Data (updated database) * CIRAD Price Data (in EUR) |
De palmoliemarkt eindigde vorig jaar op een recordprijsniveau na een zeer lage voorraadsituatie en een verder verslechterende Zuid-Amerikaanse sojabonenoogst als gevolg van de droogte veroorzaakt door La Niña.
De Indonesische regering maakte zich grote zorgen over de dure lokale bakolie en zocht naar oplossingen om de lokale prijzen ervan onder controle te houden. Aanvankelijk introduceerde ze een "Domestic Market Obligation" (DMO) met een "Domestic Price Obligation" (DPO), waarbij het verplicht was 20% van het volume van de raffinaderijen in het binnenland te verkopen tegen de verlaagde prijs. Toen de DMO niet erg succesvol bleek te zijn, werd deze geschrapt. Eind maart werd vervolgens een verhoogde exportheffing ingevoerd om de lokale bakolieprijzen te subsidiëren. In feite is dit een voortzetting van het vorige model, waarbij de regering USD 20 int voor elke prijsstijging van USD 50. Alleen de maximumprijzen werden verhoogd om de ongekend hogere prijsniveaus te evenaren. De netto verkoopprijzen voor de plantages waren echter nog steeds hoger dan in het laatste kwartaal van 2021.
De enige plantaardige olie die het gat in dit zeer krappe mondiale plantaardige oliecomplex had kunnen opvullen, was de Oekraïense en Russische zonnebloemolie. Door de Russische inval in Oekraïne stopte echter alle export vanuit de havens in de Zwarte Zee. De prijzen van veel grondstoffen stegen sterk door de oorlog, aangezien deze twee landen, die de broodmand van de wereld worden genoemd, niet konden leveren aan de eindconsument. Tarwe, maïs en zonnebloem voerden de prijsstijgingen aan. Ook het hele petroleumcomplex steeg sterk en er was een enorme volatiliteit in alle grondstoffenmarkten, inclusief de palmoliemarkt.
De prijs van palmolie werd begin maart verhandeld tegen USD 1 300 tot USD 1 800, terwijl de spotprijs aanzienlijk hoger was dan de termijnposities.
De palmpitolie (PKO)-markt trok op basis van zijn eigen strakke fundamenten aan en kon eind vorig jaar een prijs optekenen met een enorme premie, niet alleen ten opzichte van palmolie, maar ook ten opzichte van kokosolie. De laatste tijd was er echter een sterke vraag naar kokosolie en beide laurinezuuroliën kwamen in een gelijkwaardig prijsevenwicht terecht. De PKO-prijzen stegen in het eerste kwartaal van USD 2 000 tot bijna USD 2 300, maar begonnen daarna lichtjes te dalen.
De natuurrubbermarkt was een van de weinige markten die vrij onaangetast leek door de oorlog in Oekraïne. Er werd verwacht dat ze mee zou stijgen met de petroleummarkt. Het leek er echter op dat de mogelijke impact op de vraag van de nieuwe semi-lockdowns in China eerder de bovenhand kreeg. De prijzen van Sicom RSS3 gingen van USD 1 850 naar USD 2 100 per ton, maar de fysieke vraag bleef gematigd.
De dalende bananenexport naar Rusland en Oekraïne heeft vooral de Ecuadoriaanse exporteurs getroffen. De prijs op de Europese bananenmarkt werd voorlopig weinig beïnvloed door de oorlog. In een stabiele 'vraag en aanbod'-situatie bleven de marktprijzen in het eerste kwartaal 2022 ongeveer 13% boven het gemiddelde van dezelfde periode vorig jaar.
Ondanks een relatief moeilijke start van het jaar in Indonesië, zeker in de mature plantages van Agro Muko in Bengkulu, zijn de vooruitzichten voor het tweede kwartaal alleszins gunstiger. De daling van het eerste kwartaal zal echter niet volledig kunnen gecompenseerd worden tegen eind juni. In Papoea-Nieuw-Guinea blijven de verwachtingen voor de producties van de eigen plantages in lijn met de zeer sterke prestaties van vorig jaar. De producties van de omliggende boeren zijn er moeilijker te voorspellen. Voor de totale SIPEFgroep, zouden de productievolumes van palmolie in het eerste semester nog lichtjes dalen. Alhoewel het niet evident is om meer dan drie maanden vooruit te plannen en ondanks de huidige productiedaling met 7%, gaat de Groep er nog steeds van uit dat, behoudens uitzonderlijke weerseffecten, de voorspelde productiestijging over 2022 met meer dan 4% zal behaald worden.
Voor de rubberactiviteiten binnen de SIPEF-groep zal de prioriteit liggen op de versnelde conversie naar palmplantages. De verwachte rubberproductie zal dan ook waarschijnlijk afnemen. De geproduceerde bananenvolumeszouden geleidelijk in lijn komen met deze van 2021. Naar het jaareinde toe zouden ze verder doorgroeien, wanneer de eerste 28 hectare nieuwe aanplanten van de in 2021 verworven Lumenplantage in het vierde trimester hun eerste vruchten zullen geven.
Het hele plantaardige oliecomplex is op zoek naar manieren om de zonnebloemolie die in Oekraïne en Rusland vastzit, te vervangen. De toch al krappe markt werd alleen maar krapper en consumenten raken door hun voorraden heen. Er zal weinig verandering in deze situatie komen tot er een staakt-het-vuren is en de Oekraïense havens weer kunnen opereren. Wat palmolie betreft is de lage productiecyclus achter de rug, maar de eindvoorraden zullen de komende maanden laag blijven. Het blijft koffiedik kijken in hoeverre de hoge prijzen de vraag in de lage-inkomenslanden vernietigt.
Voedselinflatie krijgt veel aandacht. Tot nu toe worden landen met een groot biodieselmandaat zoals Indonesië, weinig gestimuleerd om hun verplicht volume te reduceren. Het alternatief van dure diesel is inderdaad niet erg aantrekkelijk. In Europa is er echter meer publieke druk om het bijmengen te verminderen, hoewel dit de emissie-output van elk land op de proef zou stellen.
De aanhoudende oorlogssituatie in het Zwarte Zeegebied zal grotendeels de toekomstige prijsevolutie van palmolie bepalen. Een mogelijke opening van havens en het vrijkomen van zonnebloemolie zou zeker kunnen leiden tot een prijsverlaging op korte termijn. De eerste signalen van nieuwe aanplant in Oekraïne zijn niet erg hoopvol, maar hangt weer af van wanneer de oorlog eindigt. Over het algemeen zal de volle aandacht uitgaan naar de voorjaarsaanplant op het noordelijk halfrond, aangezien goede oogsten een must zijn om soelaas te brengen. Wat er zal worden geplant, zal afhangen van de evolutie van de oorlog, het weer en de inputkosten zoals kunstmest.
Al met al bevindt de palmoliemarkt zich op ongekende prijsniveaus en kent een enorme volatiliteit. De markt zou in de nabije toekomst op een hoger geprijsd niveau blijven. Wel zouden er enkele grote prijsschommelingen kunnen zijn als gevolg van geopolitieke gebeurtenissen en weergerelateerde groeiomstandigheden. Palmolie is momenteel goed geprijsd ten opzichte van de concurrentie. SIPEF is van mening dat met hogere kostprijzen als gevolg van de prijsstijgingen voor energie en kunstmest, er een nieuwe prijsbodem is ontstaan in het gehele landbouwcomplex.
De rubbermarkt lijkt onaangetast door de huidige wereldwijde onrust. Het huidige scenario van lage voorraden te midden van de bladwissel in Vietnam en Thailand zou echter de markt kunnen aanwakkeren, zeker als China terugkeert als koper. SIPEF kijkt dan ook voorzichtig maar positief uit naar betere prijzen.
De grondstof gelinkte prijsstijgingen die zich aankondigen voor alle voedingsproducten hebben zich eveneens voorzichtig doorgezet in de huidige prijsniveaus van de Europese bananenmarkt. Hierdoor kunnen de gemiddelde marktprijzen voor de eerstvolgende kwartalen deze van vorig jaar gevoelig overtreffen. De jaarcontracten met vaste prijzen die werden afgesloten met de klanten, hielden reeds in belangrijke mate rekening met deze voedselinflatie.
In een aanhoudend sterke palmoliemarkt, die zich blijft doorzetten op voorheen ongekende hoogten, heeft SIPEF 44% van haar palmolievolumes kunnen verkopen aan een gemiddelde prijs van 1 378 USD per ton CIF Rotterdam equivalent, premies voor duurzaamheid en herkomst inclusief. Op hetzelfde tijdstip vorig jaar, toen de markt nog verder moest aantrekken, had SIPEF 47% van de volumes aan USD 899 verhandeld.
In Papoea-Nieuw-Guinea kwamen de uitzonderlijk hoge palmolieprijzen ten volle ten goede aan de palmactiviteiten. Maar in Indonesië werden de brutoverkoopprijzen in belangrijke mate afgeroomd door een gecombineerde exporttaks en exportheffing, die voor het eerste trimester USD 375 per ton bedroegen. Deze heffingen werden sinds 18 maart 2022 opnieuw verhoogd tot een maximum van USD 575 per ton, voornamelijk om de beschikbaarheid van palmolie voor de lokale consument aan een redelijke prijs te kunnen verzekeren. Gelet op de onzekerheid van de bepaling van de referentieprijs voor palmolie, die de basis vormt voor de maandelijkse taks en heffing, worden de beschikbare palmolievolumes in Indonesië op maandbasis in de markt geplaatst. In Papoea-Nieuw-Guinea kunnen de verwachte volumes van de eigen plantages echter op termijn worden ingedekt.
De eenheidsproductiekostprijzen van palmolie zijn onderhevig aan prijsstijgingen van meststoffen en van diesel, verhoogde transportkosten en de gebruikelijke remuneratieverhogingen van de medewerkers van de Groep. Hierdoor zou de algemene kostprijs in USD van de Groep tot 15% verhogen tegenover de gemiddelde prijs van vorig jaar. Deze stijging wordt voorlopig niet geneutraliseerd door een verzwakking van de lokale munten ten opzichte van de USD.
Door de combinatie van stijgende jaarproductievolumes en een verwachte aanhoudend sterke palmoliemarkt met ongekende verkoopprijzen, kan SIPEF uitzien naar zeer bevredigende recurrente resultaten. Naar alle waarschijnlijkheid zal de winst die van 2021 overtreffen. Behoudens de eerder aangehaalde mogelijke prijseffecten van de palmoliemarkten, zal het uiteindelijke recurrente resultaat in belangrijke mate bepaald worden door het bereiken van de verwachte productiegroei, het behoud van het huidig beleid voor exporttaksen en -heffingen in Indonesië en de evolutie van de kostprijzen.
In het eerste trimester van 2022 heeft de Groep zich voornamelijk geconcentreerd op de investeringsprogramma's in Zuid-Sumatra. Deze betreffen de verdere expansie van de geplante arealen en infrastructuur in Musi Rawas en van herplantingen en infrastructuurverbeteringen in Dendymarker. In de Dendymarkerfabriek wordt de - door de pandemie vertraagde - uitbreiding van de verwerkingscapaciteit van 20 naar 60 ton per uur, nu in fases getest. Toch zal het tot eind mei duren voor de fabriek op volle capaciteit zal werken. Bovendien zijn de voorbereidende werken voor de bouw van een eerste olie-extractiefabriek in Musi Rawas gestart. Deze fabriek zal aanvankelijk 45 ton vruchten per uur kunnen verwerken. Vanaf 2024 zal deze verwerkingscapaciteit nog opgevoerd worden zodat alle in Zuid-Sumatra geproduceerde vruchten in SIPEF's eigen fabrieken kunnen blijven verwerkt worden.
De heraanplantingen van Dendymarker en de compensatie en planting van nieuwe hectaren in Musi Rawas werden ook in het eerste trimester van 2022 gestaag verdergezet. In de Musi Rawas-plantages werd nu voor het eerst het cijfer van 15 000 gecultiveerde hectare overschreden. Dit stemt overeen met 83,1% van de totale gecompenseerde hectares, waarvan voorlopig 2 307 hectare werden verworven voor 'plasma' en 16 051 hectare voor eigen ontwikkeling.
Door deze constante uitbreiding en de herplanting van Dendymarker zijn er ondertussen in Zuid-Sumatra 23 525 hectare onvolgroeide en jong-mature palmen. Dit uitbreidingsplan zou het volume additionele palmolie afkomstig uit Zuid-Sumatra geleidelijk op bijna 200 000 ton moeten brengen.
De fabriek voor de vervaardiging van hoogwaardige biopellets uit palmvezels, die zich bevindt naast de UMWfabriek in Noord-Sumatra, nadert nu ook zijn voltooiing. De eerste productie zal in de loop van de maand april voor kwaliteitscontrole kunnen aangeboden worden aan potentiële kopers in Indonesië.
Door een wetswijziging in Indonesië is het voor een buitenlandse investeerder sinds kort mogelijk geworden om 100% van de aandelen te bezitten in een onderneming die actief is in de uitbating van palmolieplantages in Indonesië. Deze wetswijziging heeft ertoe geleid dat de SIPEF-groep in maart 2022 het resterende 5% belang in PT Agro Muko aankocht voor een bedrag van KUSD 5 500. Aldus kon SIPEF de volledige controle over deze dochter verwerven.
Ondanks dit uitgebreide investeringsplan zorgden de huidige hoge verkoopprijzen ervoor dat de netto cashflow van de Groep positief bleef. Bovendien zullen de schulden verder kunnen afgebouwd worden in de loop van 2022, zelfs na de uitkering van een dividend op basis van een 30%-payout.
Nu de covid-19-situatie begint te versoepelen, heeft SIPEF het aantal gevallen en ziekenhuisopnames gestaag zien dalen in alle landen waar zij actief is. Dankzij de collectieve inspanningen van haar teams heeft SIPEF goede vooruitgang geboekt in haar uitgebreide vaccinatieprogramma voor haar werknemers en hun gezinsleden.
In Indonesië is het boosterprogramma verlengd. Meer dan 15 000 mensen, 80% van de beoogde werknemers en afhankelijke personen, hebben hun booster ontvangen in april 2022. Verwacht wordt dat dit na de heilige maand 'Ramadan' verder zal toenemen.
In Ivoorkust was 59% van de werknemers dubbel gevaccineerd en 16% had een enkele dosis ontvangen tegen april 2022. Terwijl de covid-19-situatie in het land versoepelt, blijft SIPEF focussen op de verdere uitbreiding van haar programma met een specifieke focus op het vaccineren van haar medewerkers in de nieuwe ontwikkelingsgebieden van Lumen/Akoudié. De booster wordt beschikbaar gesteld aan iedereen die al dubbel gevaccineerd is.
In Papoea-Nieuw-Guinea is de Omicron-piek gepasseerd en zijn de gevallen de afgelopen maand aanzienlijk afgenomen. Alle geïnteresseerde werknemers en hun gezinsleden krijgen gratis vaccinatie. Het vaccinvertrouwen blijft laag, dus SIPEF blijft focussen op het verstrekken van duidelijke informatie over de voordelen van vaccinatie en het implementeren van een regelmatig testregime en alle noodzakelijke gezondheidsprotocollen.
Certificering is een cruciaal onderdeel van SIPEF's benadering van duurzaamheid. Het helpt de Groep bewijzen dat hij voldoet aan hoge normen van geverifieerde prestaties, verantwoordelijkheid en transparantie over factoren van sociale prestaties tot 'supply chain'-praktijken en milieu-impactbeheer.
SIPEF is trots om haar certificeringsprogramma voor de hele Groep voort te zetten. Reisbeperkingen door Covid-19 bemoeilijkten in veel gevallen fysieke audits, maar hercertificering is bereikt voor alle activiteiten van de Groep. Het jaarlijks ondergaan van het verificatieproces versterkt de toewijding van de Groep aan continue verbetering.
SIPEF werkt met certificeringsprogramma's die holistisch zijn en zowel sociale als milieukwesties behandelen. Het proces voor het behalen en behouden van certificering is streng en hangt af van de betrokkenheid van teams en afdelingen in het hele bedrijf. Verificatie omvat het verstrekken van informatie over de operaties, de structuur en de verschillende werkprocessen die binnen de Groep van kracht zijn. De succesvolle hercertificering dit jaar in Indonesië, Papoea-Nieuw-Guinea en Ivoorkust bevestigt dat aan deze normen nog steeds wordt voldaan.
Vertaling: dit persbericht is verkrijgbaar in het Nederlands en het Engels. De Nederlandse versie is de originele en de andere versie is een vrije vertaling. We hebben alles wat redelijkerwijs mogelijk is gedaan om verschillen tussen de taalversies te vermijden, maar als er toch verschillen zijn, dan heeft de Nederlandse versie voorrang.
Schoten, 21 april 2022
Voor meer informatie, gelieve contact op te nemen met:
Tel.: +32 3 641 97 00
[email protected] www.sipef.com (rubriek "investors")
SIPEF is een Belgische agro-industriële groep, genoteerd op Euronext Brussels en is gespecialiseerd in de - als duurzaam gecertificeerde - productie van tropische landbouwgrondstoffen, voornamelijk ruwe palmolie en palmproducten. Deze arbeidsintensieve activiteiten zijn geconcentreerd in Indonesië, Papoea-Nieuw-Guinea en Ivoorkust en worden gekenmerkt door een brede stakeholderbetrokkenheid, die de lange termijn investeringen op duurzame wijze ondersteunt.
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.